MILITAIR RE CHT S GEBIED IN DE NEDERLANDEN, in.   't GEZAG de MAGT en de GRENZEN der MILITAIRE RECHTBANK in de VEREENIGDE NEDERLANDEN, AANGEWB EZliN uit STAATSRESOLUTIEN, PLAKKAATEN, ORDON* NANTIEN, INSTRUCTIEN, REGLEMENTEN, GEWYSDEN en andere AUTHENTYKE STUKKEN; BYCENVERZAMELD DOOR R A. FAN DER KEMP. HXERBY IS GEVOEGD de MEMORIE o"ver de MILITIE van den STAAT, TOEGESCHREEVEN aan Mr. SIMON VAN SLINGELANDT, Raadpenfionaris van Holland, enz., enz. en een ONDERZOEK Van den BESTALTBRIEF, ter VERKLAARING VAN dat GEDEELTE VAN HET NEDERLANDSCHE STAATSRECHT, WELK BETREKKING heeft tot DEN GERECHTSDWANG over de KRYGSLIEDEN; NEVENS EENIGE OPHELDERENDE BYLAAGEN, DOOR Mr. J. G. VAN OLDENBARNEFELT, genaamd tullingh, 1 Advocaat-Fiscaal der Generaliteit, enz., enz. DERDE DEEL. AMSTERDAM, By VV, HOLTROP,   INHOUD DER HOOFDZAKEN VERVAT IN DEZE MEMORIE. EERSTE CAPITTEL, Yan de verfcheide foorten van Militie en van de relatie, welke de Militie heeft tot de Generaliteit en by die gelegenïheit van den Eed , van de oude ,wys van Betaling, en van de aanjhlling der Officieren. . . Bladz. I, TWEEDE CAPITTEL, Van de Relatie, welke de Militie heeft tot de Betaals Heeren en tot de Hooge en Laage Overheden van het Territoir , waar op de Militie zich be- \incl , 4 '■ ' ,,i , , 45- * 5 J3ER-  INHOUD. DERDE CAPITTEL, Van het Gezag van de Staten Generaal en van de Raad van Staten over de Militie. . . . > Bladz. 56, VIERDE CAPITTEL. Van de Gedeputeerden te Velde. , 68. VYFDE CAPITTEL. Van het Amt der Stadhouders als Provinciale Capiteins Generaals. . 86. SESDE CAPITTEL. Van H Ampt van Capitein Generaal over de Militie van den Staat. , iop. SEVENDE CAPITTEL. Van het 4mpt vaii Jfelclmarfchalh 115. AGT-  INHOUD. AGTSTE CAPITTEL. Vm het Aannemen en Afdanken van de Militie en by die gelegenheid van de jaarlykfche vryheid der Confente"* • • . Bladz. 131, NEGENDE CAPITTEL. Van de Aanftelling van de Hooge Militaire Officieren, of Generaals Perfoonen. .... 14-, TIENDE CAPITTEL. Vm de Patenten, en of, en hoe ver de Provinciën die mogen ophouden. 154,, ELFDE CAPITTEL. Pan de Militaire Verloven. . 176, TWAAFDE CAPITTEL. Van de Monftering. . , jgv. DER-  I N H O U D. DERTIENDE CAPITTEL, Van de Militaire ^uftitie, en van de Krygiraden. Bladz. 20 en gepraiïifeerd hebben, waar van de Repartitie een is, zynde gelyk hy zegt, de meening geweest, dat in elke Provincie, foo viel doenelyk, die zouden worden gelegt, die by 'dezelve Provincie betaald wierden. Welke woorden toonen, op wat wys de Repartitie diende tot verfekering van liet Territoriaal Recht: En hy fluit het Capittel, dat de Krygslieden, zynde een ordinaris Dienst (ter onderfcheiding van Waardgelders ) fclnddig zyn in zaken van Oorlog ( die nogihans, foo ver 'i verleggen van de Garnizoenen aangaat, behoor en beleid te worden met advys van de Staaten van de Provinciën of haar g'è* committeerde Raaden) te obediè'ren de Staaten Ge-, neraal en Raad van Staaten, en voorts de particuliere Gouverneurs en Bevelhebbers: maar (Nota) in zaaken van de Provincie dat zy moeten gehoorzamen de Staaten haare betaals Heeren, indien ( Nota ) zy in de Provincie van haar betaaling logeren, of anders de Staten van de Provincie daar zy logeren, en voorts de Regeerders van de Steden en Plaatzen , daar zy Garnizoen houden. Woorden,de gehoorfaaihbeid aan de betaals Heeren notoir bepalende : Eerstelyk tot Provinciale zaken, in tegenftelling van de zaken van Oorlog, ten tweeden tot het Aótucel aanwezen A 4 op  & VERZAMELING van STUKKEN, op het Territoir van haar betaals Heeren, met het vertrek van waar de Heer de Groot leerd , dat de verplichting van gehoorfaamheid overgaat van de betaals Heeren tot anderen. En by gevolg dat eigentlyk niet de betaling, maar 't Territoir Recht geeft, zoo dat de betaals Heeren een middel meer hebben om zich te doen gehoorfamen , door die van haar Repartitie, wanneer die zich bevind op haar Territoir, als andere Provinciën. Doch de verfchillen veele jaren daar na tusfchen de Provinciën over de Casfatie en Redactie van de Militie cn daar ha over de aanitelling van een Veld Marichalk, hebben verfcheide Provinciën gebragt in een begrip, veel verfchillende van de Heer de Groot, en doen lüstineren, dat de Provinciën ncoyt de dispofitie over en omtrend de Militie gedefereert hebben aan 't gemene lichaam van de Generaliteit: dat de Provinciën over zulks ten opzigte van dien moeten geLonftdereert worden, als zeven Souvereine, en van den anderen abfolut Independente Staten: Even gelyk als zeven fouvereine Koningen , die met den anderen in een Verbond ojf Ligue getreden , en in kragte van dien, gehouden zouden mogen wezen, tot Mutuele asfiftentie en defencie, haar respectivc Krygsmachten te contribueren en te laten gebruiken: welke Koningen den een over des anders Militie niet zoude competeren eenig Recht, gelyk ook niet zoude vermogen, by pluraliteit van ftemmen, daar over eenige de minste Acte van Superioriteit te exerce- ®: (ƒ) Deduftie van Holland 17 Mey 1ö57. Artikel 109 en 110. p. 16. cd. Fol.  MEMORIE over de MILITIE. 9 Tot bewys van dat gcfustineerdc, zyn in debekende Deductie van 17 Mey 1657. exempelen en Refolutien bygebragt, die of niet bewyzen het geen waar toe zy by gebragt worden, of alleen toonen, dat de ordere van het Land niet altyd even Hipt gevolgd is, in de eerste tyden van de Republiek, doe de regering nieuw was, en presfante nood menigmaal deed Happen over die forme. Exempli Gratia, daar in is, als een voornaam bewys, bygebragt dat Prins Mauritz en Graaf Willem Lodewyk refpectivelyk te veld trokken met de Militie van de Repartitie der Provinciën, waar van zy Stadhouderen waren,fonder genoegfame reflectie te nemen op deze 3 zaaken. Eerst, dat de Provinciale Capiteins Generaals of de Stadhouders, aangemerkt in haar Militaire qualitcit, in de eerste tyden,en voornamentlyk tuslchcn dc jaren 1588 en 1625. gedurende welke tyd 'er geen eigentlyk gezegt Capitein Generaal van den Staat geweest is, een fonderlinge relatie hebben gehad, gelyk fe noch hebben tot de Generaliteit, van wie zy Commisfle hadden, en in wiens Eed zy waren, gelyk Capittel 5. getoond zal worden. Ten tweeden, dat Graaf Willem Lodewyk boven dien noch gehad heeft, een fpetiale Commisfie van de Generaliteit als Chef & Colonel de tous les gens de guerre tant a Cheval qua Piedétant au Pais de Frife, blykendc by Refolutie van den R.aad van State van 4 November 1586. by welke die Commisfle vernieuwt is. En ten derden, dat de Stadhouders wel te velde trokken, yder met dc Militie ter belbldiging van de Provinciën, waar van zy Stadhouders waren, maar dat daar uit niet kan worden beA 5 flo.  f VERZAMELING van STUKKEN, lloten, dat Prins Mauritz niet gecommandeerd heeft,het geheel Leger uit naam van de Generaliteit, boven Graaf Willem Lodewyk. Schoon het waar is, dat Prins Mauritz geen Commisfle vanCapitein Generaal van den Staat gehad heeft, noemen de Staten Generaal in verfcheide Publicque Aftens Prins Mauritz Generaal van haar Legers, (g) hy ftaat bekend in de Staten van Oorlog van 'tjaar 1598. & feqq. als Veld-Overfte. In een Refolutie van Holland van 26. Augustus 1595. werd hy in tegenftelling van Graaf Willem Lodewyk,genaamt Chefvan den Oorlog,(h) na het uitgaan van deTreves, door de Staten Generaal verfogt, met het Leger te veld te trekken. En dc Raad van State de Provinciën daar van by aanfehryving te adverteeren: en dat de Commisfle van de Gedeputeerden te velde, geduurende zyn leven altyd heeft ingehouden, om zyn Exelentie, en niet de Heeren Stadhouders te adfifterenmetraad en daad: al't welke geen of een oneygentlyken fin moet hebben; Indien Prins Mauritz niet gecommandeert had de geheele Militie uit naam van de Generaliteit, maar alleen die van de vyf Provinciën, uit naam van de Refpeftive betaals Heeren, en Graaf Willem die van de twee andere Provinciën uit derzelver naam , met gelyke magt en zonder andre lubordinatie, als die misfehien, welke den ouderdom in den dienst geeft. Tot bevestiging van die Illatie, welke fchynd gemaakt te kunnen worden uit de aangetooge Aften en Rcfolutien,diendfeer, dat alle Provinciën (g) Sic Capittel 6. CA) State Generaal 18 Augustus 1621.  MEMORIE over de MILITIE. iï cicn fonder Vriesland en Stad en Lande uit te fonderen, op liet overlyden van Prins Mauritz en de aanftelling van Prins Fredrik Hendrik tot Capitein Generaal van de Staten in die meening waren, datfe niet anders deeden als begeven een Ampt open gevallen door dc dood van Prins Mauritz: gelyk klaar biyktuit de Refolutie van aanftelling, en de aanteekening daar agter iniönderheit uit de commisfie van den 23 April 1625. daar er nogthans geen eigentlyk gezegt Capitein Generaal van Staat geweest was federt het vertrek van de Graaf van Lycester, gelyk nader Capittel 6. getoond fal worden. Tot geh'k bewys dat de Gerepartieerde Militie cigentiyk Provinciaal is, worden in diededuótieby gebragt Rcfolutien van de Staten Generaal waar by de Provinciën verzogt worden de Militie na buiten uit te zenden op haar Provinciale Patenten. Maar behalven dat onder die Refolutien meer als eene is, fprekende van Compagnien van de Repartitie van andere Provinciën als aan welke het verfogt wierd , en dus niet dienen tot bewys van 't recht der betaals Heeren: Schynd men zich niet herinnert te hebben dat de ordere van hctCommandcment in oude tijden eenigfints verfchilde van de hedendaagfehe. Want, in plaats dat de Generaliteit, jegenwoordig als 'er Militie moet getrokken worden uit een Provincie, een Patent met een open naam voegt bij den brief die gefchreven word ten dien einde aan de Staten en die den naam of naamen inhoud, plagt men te vooren veeltydsiimpelyk te fchryven, aan de Stadhouders en in derzclver afwezen aan de Staten of Gecommitteerde Raden, wei-  12 VERZAMELING van STUKKEN, welke daar op de Militie deden trekken op haar Patenten uit de Provincie, na deplaats in'taanfchryven genoemt: hoewel de Generaliteit ook veeltyds directelyk Patenten gaf aan de Militie in de Provinciën en het by geenverfoek of aanfchryveh liet, als blyken kan uit een groot getal Refolutien. 't Verdiend infonderheid zyne opmerkinge, dat van ouds foo weinig begrepen is, dat de Provintien bevoegd waren , Militie na buiten te zenden, zonder goedvinden van de Generaliteit, dat 't tegendeel moet gepasfeerd hebben voor eene onweerfprekelyke zaak. Want is 't anders te bedenken, dat in 't jaar 1698, de Raad van Staten , geïnformeert door een Monfter Commisfaris, dat de Staten van Zeeland de Compagnien haarer Repartitie, leggende te Oftende, daar uit geligt en andere in dc plaats gezonden hadden, buiten weten en Patenten van Prins Mauritz en van den Raad , aanftonds zoude gerefolveerd hebben, dat wel ernstig aan die van Zeeland fonde worden geschreven , dal zyn Excellentie en de Raad wel vreemd vonden, dat ze buiten haareProvintie het zelve hadden gedaan op eigener authoriteit, met ernstige aanmaninge van hen te vermyden fulks meer te doen, ne maar de verandering van 't Gamifoen binnen Oftende te laten ter dispofitie van zyn Excellentie en van den Raad, op dat alles met orde mogt gefchieden'; /onderling wyl men aan den Gouverneur van Oftende had gefchreven geen verandering van Compagnien toe te laten dan op patenten van zyne Excellentie of de Raad (»)': Dat de Gouverneur van (O RsTöIutie Raad van Staten 3° J"'y l59$-  MEMORIE over de MILITIE. 13' van Oftende in October daar aan volgende geweigert hebbende in te neemcn twee Compagnien , die de Staten van Zeeland hem hadden toegezonden , op 't gerugt, dat de Vyand 'C oog hadt op Oftende, zonder Patenten van Prins Mauritz of van den Raad van Staten, de Raad alleen by Explicatie van haar voorig ordre zoude gelchreven hebben aan den Gouverneur dat 't zelve zich verftond van de Ordinaris verandering van 'f Gamifoen aldaar , en niet in fuiken hangen nood van den Vyand (li); zendende ter zei ver tyd aan de Staten van Zeeland twee Patenten met oope naamen , om daarop nog twee Compagnien te fchikken na Oftende, dat de Staten van Zeeland, verre van daar op te zeggen te vinden, zouden verzogt hebben byMisfivevan den 15 January des volgende jaars, authorifatie, om in tyd van vyands noot, eenige van de Compagnien op haar e repartitie ftaande , te fchikken binnen Oftende, en dezelve wederom, de nood dringende daaruit te nemen Q): Dat Prins Mauritz, aan v/elken 't de Raad van Staten communiceerde, foude van advis geweest zyn, dat die van Zeeland zouden mogen, in tyd van Vyands nood eenige compagnien binen Oftende fchikken zonder Patenten •van Hem of van den Raad, dog niet dezelve wederom daar uit mogen nemen, dan by Patenten van Hem of van den Raad, ten ware wederom in zeer urgente nood; en dat de Raad vervolgens zoude gerefolveerd hebben te antwoorden aan die van Zeeland,nopens het veranderen van Garnifoenbinnen Oftende, foo veel de Compagnien aanging op haar (T) Refolutie Raad van Staten 10 Oftober 1598. (O Refolutie Raad van Staten 3 February 1599.  U VERZAMELING vax STUKKEN , haar lieder Repartitie ftaande , dat men niet verftond dat ze *i 'ordinaris Garnifoin aldaar zoude op eigene autoriteit hebben te veranderen, maar wel in tyd van nood, daar rtog eenige Compagnien in té fchikken, mits zyn Excellentie en den Raad daar ■van adverterende (m). Üyt deze ftaaltjes ten naasten by kan geoordeelt worden, van de foliditeitder gronden van de fustenue; egter kan niet ontkent worden, dat 'er verfcheide Refolutien geaileguecrd worden, die dezelve begunstigen, maar queeritur > of uit die Refolutien op particuliere voorvallen kan befloten worden , wat de ordre van het Land mede brengt, of in tegendeel dat de ordre niet altyd even flipt gevolgt is? Dus zal 't niet ondienstig zyn , aan te wyfen, hoe het gelegen is geweest van den aanvang van de Reoublicq en vervolgens met den Eed en Betaling van de Militie, mitsgaders de aanftelling der Officieren: Drie zaken onder meef waar 'uit zal kunnen met zekerheid befloten worden, of, en hoe ver, van ouds begrepen is, dat de MilitieT'rovinciaal is, en of de Heer de Groot, het ftuk wel of kwalyk heeft gevat in Loco Citato. Wat den Eed belangt, het 7de artikel van de Unie fpreekt van tweederlei Eed, de Generale Eed, waar door ongetwijfeld den Eed van de Staaten Generaal van de vereenigde Provinciën gemeend word, en den Eed aan de Steeden en Provinciën waar in de Militie gelegt zal worden. De Refolutie van de Staten Generaal van 24. September 1582. waar by het beleid van den Oor- (»0 Sie Refolutie Raad van Staten 12 February 1599.  memorie over de militie. 15 Oorlog gefteld word ter dispofitie van den Hertog van Anjou, brengt te gelyk mede dat het; Krijgsvolk zoude Eed doen foo wel aan de Landfchappen, dat is aan de vereenigde Provinciën, als aan zyn Hoogheid. Uit het eerste Formulier van den Krygs-eed, dat gevonden word den 10 September 1584. gearrelteerd by den Raad van Staten en geinfereert in de Refolutien van Holland van den 12 dito blykt,dat al 't Krygsvolk toen Eed gedaan heeft aan de Generaliteit. Sweercnde getrouwigheid aan de Staten Generaal, en aan Graaf Mauritz, en de Raad van State, by de Staten Generaal gecommitteert ten Gouvememente van de vereenigde Provinciën; Mitgaders de Provinciën, Steeden, en Sterkten, daar zy in Garnifoen gelegt zullen worden. Sondcr gewag van de betaals Heeren, om dat de Militie doe betaald wierd by de Generaliteid als aanftond blyken zal. Hoewel dc Graaf van Hohenlo fterk aanhield by de Staten van Holland, («) ten cindo dat de Provinciën van Holland en Zeeland, en ook de andere,' des begerende mogten uitdrukkelyk genoemd worden in het Formulier van den Eed, werdt daar inzwaarigheid gevonden by de Staten , welke daar over communiceerden met den Raad van Staten , waar op de Refolutien van Holland en van den Raad van Staten kunnen naar gezien worden, waar in, om aan den Grave van Hohenlo contentement te geven, eerst de Generale Stalen der Vereenigde Provinciën, als Brabant,, Gelderland &c. Vervolgens Graaf Mauritz,en den Raad van State Gecommit- teert («) Holland a^Oftober. Raad van Staten 25 dito 1584.  \6 VERZAMELING van STUKKEN, teert ten Gouvernementen der voorfchreve Vereenig' de Provinciën. En in de derde plaats de Provinciën, Steden en Sterkten waar in de Militie in Garnifoén gelegt zal worden, genoemt worden. ' Ten tyde van 't Gouvernement van den Graaf van Lycefter den 6 February 1587. refolveerden dè Staten van Holland met de Gedeputeerde van Zeeland, beide in ongerustheid en wantrouwen geraakt, ter oorzaak van hetonverwagt overgeven van Deventer, en van de Schans op de Veluë, tegen over Zutphen,door deEngelfche Gouverneurs, dat de Officieren die in de Steden en Sterkten van Holland, Zeeland, en Vriesland lagen, en nog zouden gelegt worden, Eed van getrouwheid en van gehoorfaamheid zouden doen aan Prins Mauritz,als Gouverneur en Capitein Generaal, en 't Formulier daartoe gearresteert den 20. dito houd in dat de Officieren bclooven en fweeren, gehouw en getrouw te weezen den Staten Generaal van de Vereenigde Nederlanden en noemelyk (dat is daar onder met name) de Staten van Holland, Zeeland en Westvriesland: dezelve vromelyk&c. (0). Na het vertrek van den Grave van Lycester en 't arrefteren van de Repartitie van het Krygsvolk, is een nieuw Formulier van Eed gearresteert, geinfereert in het register van de Staten Generaal den 1. Juny en van Holland den 14. September 1588. volgens welken de.Militie gctrouwigheid moet zweeren aan de Staten Generaal van de Vereenigde Nederlanden, en namelyk, aan de Staten van die Provincie tot welker laste zy be- (V) Sie gelyke fpreekwyze Art. 9 Pafif.catie van Gent Raad van Holland 12 January 1575.  MEMORIE over de MILITIE. 17 betaald worden, mitsgaders aan de Staten van de andere Provinciën, daar in zy gebragt zal worden, en ook aan de Regenten van de Steeden , foo bi/men de Provincie van haar Repartitie als daar buiten, daar in zy in Gamifoen gelegt zal worden. Waar uit is tc zien , dat doe geen ander onderfcheid gemaakt wierd tusfehen de Betaals Hoeren, en de andere Vereenigde Provinciën, als dat de Betaals Heeren mcf name genoemt wierden in het Formulier ,na datfe eerst gecomprehendccit zyn met dc andere Provinciën onder de gemelde benaming van Staten Generaal. Het felve Formulier is van nieuws gcarresteert door de grootc vergadering den 16. Juny 165 r.alleen met by voeging van cenigeClaufulen, getchiktna de gelegenheid van dietyden, particulierlyk na de order op 't ftuk van Patenten. Soo dat de Bontgenoten, foo voor, als in 't jaar 1651. eenparig van verftand geweest zyn , dat dê eerste en generale verplichting van de géheele Militie, en waar toe een yder in militaire dienst tredende zich by Eede moet verbinden, is de getrouwigheid en gehoorfaamheid aan de Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden, of aan de Generaliteit, en het is opmerkelyk , dat dc verplichting van de Militie aan de betaals Heeren begrepen is in den Eed welke fe .gehouden is te doen aan de Generaliteit, Ten tweeden,wat aangaat de Betaling, de Staten van de Provinciën plagten in de eerste tyden jaarlyks te confenterencene zekere fom tot ft uur van den Oorlog. Waar uit de Land Raad, en naderhand de Raad van Staten onderhielden, 't uoodig getal Krygsvolk, met magt om het te vermeerderen en verminderen naar eisch vanzaken, B mits  18 VERZAMELING van STUKKEN &c; mitz blyvende binnen de geconsenteerde fom,eri gevende aan de Provinciën Ordonnantiën of Decharges op de Quotcs van foo veel foms, als de Garnifoenen in andere Ordinaris Lastenvan den Oorlog, by dezelve Raden toegelaten en geavou' eerd , in de refpeóHve Provinciën bedroegen. Dit bleef in train tot na het vertrek van den Grave van Lycester, welke meerder Militie, dan betaald konde worden uit de ^«fen^amge nomen, onbetaald gelaten, en de P^vmcien n haar Territoir Recht over de Militie benadeeld hebbende, vonden dezelve goed,om met meer fubjeatezyn, aan diergelyke mconvementen* de betaling der Militie te doen verdeden over haar refpeétive Quotcs, Doch die vending, zedert bekend- onder den naam van Repartitie was niet als eenibloote asfignatie der foldyen, fondcr voor de lest eenig ïecht te geven of te nemen; want de Militie wierd foo welgerepartmeerd op deMiddelen en Contributien van 't Overquartier van Gelderland, Brabant, en Vlaanderen,, Lingen en andere Quartieren, die geen deel hadden aan de Hoo^e Regeering, als opdeftemmendeProvinSeni defaadyfe Generale Petitiën en m deConfenten wierd geen gewag gemaakt van de Repai titie. De Raad van Statebleef >n tegendeel iaarlyks verfoeken en de Provinciën Van Holandl Zeeland, Vriesland en Utrecht, Contribuerende van ouds genaamt, bleven jaarlyks Confenteren 200 gulden ter loopendo M^nd voor hetOrdinaris, en agt of 900 guldens eens, en fomtyds meer voor 't Extraordmans boven deoncostenvan het Veldleger, Fortificatiën, en diergelyke, waar toe apartefommenmgewil-  MEMORIE over de MILITIE. i£ jjigt wierden : daar Stad en Lande by kwam na de reductie van Groningen met een geproportioneerde Quota, dc twee overige Provinciën confcntcrer.de meer of min , na dat fe het eene jaar meer het andre min te lyden hadden van den Vyand; eh na dat de Provinciën ten einde van elk jaar geliquideert hadden, wierden de Soldyen en Tractementen by haar betaald aan 't Krygsvolk haren Repartitie, verandwoord in de reekening van den Ontfanger Generaal, even ofte directelyk door hem betaald waren, fclfs wierd de Staat van Oorlog, die de Repartitie deiMilitie inhoud j niet overgegeven met de Generale Petitie, maar foo wel na, als voor het overleveren dcrzclvc gemaakt. In het jaar 1599. heeft men wel begonnen de confentcn te verfoeken en te dragen op het net beloop van den Staat van Oorlog, maar de Ontfanger Generaal bleef verandwoorden in zyn rekening de foldijen en tractementen dooide Provinciën betaald aan dc Militie op haar Quote Gerepartitieerd: tot dateindeling de Provinciën zoo traag wierden in 't liquideren, dat den Ontfanger Generaal nietkonde daarna wagten met rekenen, en dat vervolgens de Soldyen door de Provinciën direcl verandwoord wierden aan de Generaliteits Rekenkamer in haar .Liquidatien. Dit blykt onwederfprekelykuit de Inftructien van den Landraad van den 13 January 1581, en van de Raad van State van 18 Augustus 1584. uit dejaarlykfe Generale Petitiën en Confentcn , uit de Staten van Oorlog, en de rekeningen van de Ontfangers Generaal in de tyd, na welke men genoodzaakt is den Lezer te renVoyeren , als te lang zynde, om hier plaats te B 2 kun-.  so VERZAMELING van STUKKEN &c. kunnen vinden. Zie hier eenige andere bewyfen hier en daar verfprcid in de registers. Men vind by Holland in'tjaar 15 80 .(^) (want de Registers van de Staten Generaal van die tyd zyn niet dc Redsters van die van denader Geünieerde Provinciën maar van die, begrepen in de Generale Unie of Pacificatie van Gent, en daarom in dezen deelé feer defeélucus) (4) 'datby die van de nader Unie gerefolveert was, dat de Repartitie van de betaling der Knegten over de Frovinticn césferen Joude: maar dat yder Provmiie, betalende zy:: Qjiota, zoude mogen volfiaan, mits betalende de pnhïweh in handen van den Thefaurier Generaal, die binnen elke Provincie overschieten zoude boven de betaling van de Garnifoenen in elke Provincie. En den 16 December 1580. refolveerdc Holland dat de Procuratien van haar Gedeputeerden tot de vergadering van dc Staten Generaal (wantin die tyd doen de Staten Generaal maar nu en dan by een quamer , gaven de Provinciën aan haar Gedeputeerden een Procuratie tot elke vergadering) onder anderen zoude inhouden , dat de inkomsten van de verpagte Middelen en Convoijen tot behoef van de Generaliteit zouden komen ; mits dat alvorens uit de gemelde Middelenbetaald zoude worden de Knegten leggende in de Garnr ('oenen binnen Holland,en ftaande tot laste van die van 'Holland, waar van de Staaten haar brieven van obligatienen verbant gegeven hadden. Stellende voorts in July van 't volgende jaar, nadat de middelen en confenten in January overgegeven waren , in handen van den Landraad, met lbo bree- den (/;) Holland 14 Octobcr 1580. (?) Nota de Repankie was gemaakt 's jaars te vooreu, Holland 16 Mey .3J Augustus en 23 October 15-9.  MEMORIE ovf.r de MILITIE. 21 den macht als boven gefegt is (r), een Thefau- rier of'Penningmeester, die uit de penningen dienende tot foumisjlment van deMaandelyke Quota van die van Holland betaling doen/oude over alle de Garnizoenen binnen Holland en daar buiten, ftaande tot laste van die van Holland, ter ordonnantie van de Gecommitteerden van de Stalen, en de refterende penningen in handen van den Ontfanger Generaal. En dc Staten Generaal retblvcerden op de vergadering gehouden tot Utrecht in de maand April 1583.'dat alle de penningen komende van de Ordinaris 'Maandelykfe Quota en Extraardinaire Contributiefoude komen in handen van den Ontfanger Generaal aan dees zydc derMazc, wel verftaande, dat,alvorens eenige penningen uit de refpettive Provinciën fouden mogen gaan , betaald zoude worden de Garnifoeneu in yder Provincie en andere tot haren laste flaande ($)• Tot verftand van welke Refolutien voor zo veel die fpreeken van dc Betaaling der Garnifoenen en wel fpccialyk van Militie ftaande ten 'laste van die Provincie diend ,dat in dien tyd ,de Staten van Holland (?) en misfehien ook van andere Provinciën genoodfaaktzyn geweest in .te ftaan voor dc betaling der Garnifoenen van die Stedenwaar aan haar meest gelegen was, om dat anders zwarigheid gemaakt werdt by de Magiftraat om dc rioodige bezetting in te nemen : foo dat dé verbintenis der Staten ophield met het uittrekken der Militie uit het Garnifoen, en dat de (r) Heiland 27 July 158}. State Generaal 23 dito. (f\ Sie ook Refolutie State Generaal 1 February 1583. O) Holland 13 M.-ait 26 Mtey', 25 AugdsjUS 158,1. 18 Jannuary, 8 Apiif, 5 ju'y iJJBj. 'R Jannuary, 16 February 1505. B 3  22 VERZAMELING van STUKKEN &c. dc betaling niet gedaan wierd, als onder decharge van den Ontfanger Generaal van alle de Provinciën. O) Sondcr hocdanige Decharge de penningen verfixekt tot betaling des Krygsvolks, by dedaélie van haar Maandclykfe Quota niet gepasfeert wierden, Doch deze wys van betaling der Garnifoenen was van geen langen duur: want nadat nog in 't jaar 1583. (v) ter deliberatie van de Provinciën gebragt was, alle de Contributien te doen komen ïn eenen buidel, en die te feilen ter dispofitie van de Hooge Regeering welke nogthans van de 'gereedjie penningen uit elke Provincie repectivelyk zoude contenteren de Garnifoenen van de-, zelve, wierd het in 't jaar 1584. O) vastgeftcld by de Inftructie van Prins Mauritz en den Raad van State, die na de dood van Prins Willem Gecommitteerd wierden tot het provifioneel Gouvernement en Regering der Vereenigde Nederlanden , waar van het 7 Artikel onder anderen behelst- Dat de Staten te faken of van de particuliere Provinciën, of de Regenten van de Ste-r 'den of Qnartieren geen kennis, onderwind, authofiteid, "fff dispofitie zoude mogen behouden, aannemen of tot hén trekken van de middelen , die by de Staten in het generaal tot onderhoud van den Oorlog waren offauden worden iugewilligt: maar dat zyn Genade en de Raad van Staat, daar uit het Krijgsvolk eenpariglyk zoude doen betalen, behou.delykj dat eerst en vooral op de betaling van de for- («") Statè Generaal 23 July 1581. en art, 23. van 't reces van de S:ate Generaal tot Utrecht reeds gemeld, geinfereerc by Holland 15 juny 1583. (v) Holland 9 Decembtf 1583. (;.•_) 15 Augustus I5S4.  MEMORIE over de MILITIE, 23 forgelyke Plaatfen en de Frontieren, daar de meeste nood zyn zoude, voorfien zouden worden. Gelyk vervolgens de betaling van de Garnifoenen en Militie direftelyk is gedaan by de Raad van State tot na het vertrek van den Gravevan Lycester,'t geen bewefen word by verfcheide Refolutien van den Raad van State. Selfs blykt uit die van den 10 en 21 April 27 Augustus en 29 September 1586. dat deMilitic te Amfterdam direclclyk haare betaling ontving van den Raad van State: Holland heeft den 13 February 1586. gefchrevcn aan alle de Ontfangers in Holland, dat, dewyl de Graaf van Lycester aangenomen had de Authoriteit als Gouverneur Generaal der Geünieerde Provinciën, en overfulks de betalingvan het Krygsvolk, mitsgaders de tractementen van dien, gevallen na den 10 January daar bevorens , voortaan door de overhand zal moeten worden gedaan, de Staten revoceren al haar lieder generale ordonnantiën en actiën van betaling op de Comptoiren van de Ontfangers refpective verleend, te» zake van eenig traktement en betaling van de Gar^ nifoenen, gemerkt dezelve betaling alleen zal ftaan ter ordonnantie en dispofitie van zyn Excellentie en de Raad van State: En de Staten van Holland en Zeeland zeggen in een Remonftrantie van 'tjaar 1586. aan den Grave van Lycester (*>), dat de betaling van de Garnifoenen der Frontierfteden in Holland, Zeeland en Vrieslandin de naaste 9 Maanden foo foberlyk was gedaan, dat de Regeerders van dezelve Steden, aan de Remonstranten daar O) Dc Remonftrantie is te vinden i;;'t Register vaifl Holland 1586. fol. 375- W Bor si.Boek< B 4  24 VERZAMELING van STUKKEN &c. daar over zich ten hoogft.cn hadden beklaagt. Dat ontrent een vierdepart van de Contributïen van Holland tot betaling van alle de Garnifoenen van de 'Frontier Steden en Sterktens van Holland, wel fuffifant was, en in Zeeland ontrent de helft. En daarom baaden, dat zyn Excellentie beliefde op de betaling van de zelve Garnifoenen zulke goede ordre te feilen, dat alle inconvenienten en perykelen in dezelve mogten verhoed worden: alfoo de andre Provinciën behoorde genoeg te wezen, dat ontrent drie vierde parten van de Contributïen van Holland, en de helft van Zeeland in en voor de defentie van haare Provinciën wierden gcëinployeerd. Dat dc Repartitie van 't jaar 1588. voor niets anders gehouden wierdtals voor een bloote asfignatie, gelyk boven gezegd is, kan afgenomen worden, uit Haar Hoog Mogende Refolutien van den 1 o Juny en 21 July van 't jaar 1588. medebrengende, dat delasten, in den Staat van Oorlog op de rcfpeCtive Provinciën gefield, zullen worden voldaan op de Ordonnantiën van den Raad, enDechargienvan den Ontvanger Generaal, bchoudelyk, dat die zullen gegeven worden eenpaarlyk van maand tot maand: of dat ingeval van zwarigheid , de Provinciën haart belaalingen zullen liquideeren , van drie tot drie maanden in prefentie van eenige Heeren van den Raad, en dat hen luiden als dan van dezelve drie maanden by den Raad zal gegeven worden cene generale Decharge. Wat nu aangaat, 't geen gezegt is van 't overleveren der jaarlykfche Generale Petitiën fonder den Staat van Oorlog, felfs nadat de betaaling der Militie in 't jaar 1588. geasfigneerd was op dc Quotes van de Provinciën, om andere exem> pe,  MEMORIE over de MILITIE. 25 pelen voorby te gaan , in 't jaar 1592- GO is de Generale Petitie den 7 December gezonden aan de Provinciën, en eerst den 10. daaraan volgende , getreden tot het remmeren van den Staat van Oorlog, en vervolgens den 22. gerefolveerd, die te laten tot de naaste vergadering van de Staten Generaal, zoo als ze doe ingefteld was, na verfcheide communicatien tusfchen Haar Hoog Mogende en de Raad van Staten, en dat de Gedeputeerden van de Provinciën denzelven zouden mogen by de Staten communiceeren, met alle discretie, na occurrentien en gelegenheid ten meesten dienste van den Landen (s) zonder dat ze van Generaliteits wegen gezonden wierd aan de Provinciën om daar over te delibereeren. Het geen ten eene maal overeen kwam met de gewoonte van dien tyd, wanneer men lbo zorgvuldig was met 't fecreet houden van den Staat van Oorlog dat de State Generaal 1 May 1585. onnodig vonden exhibitie te hebben van den Staat van Oorlog, en daar by verklaarden, dat by foo verre dies niet te min, de Raad 't zelve niterlyk Joude begeren,in dien gevalle dezelve Staat zoude werden gezien in de vergadering, zonder daar af c op ie te geven, en op gelofte van dezelve fecreet ie houden , en dat in 't jaar 1588. wanneer communicatie van den Siaat van Oorlog moest gegeven worden aan de Provintien, om dat die moesten kennis hebben van de Repartitie van het Krygsvolk, welke in dat jaar werdt ingevoerd, gelyk gc- (t) Zie MisfiveRand van State 14 December 1716*. aan de Extraordinarii vergadering van Haarüoog Mog. (s) Zie Refolutie State Generaal 26, 27, 38, 3Q November. 7, 14, 15, 22. December 1502. B 5  ) Deze Refolutie is na de gewoonte van dien tyd genomen 111 den Raad van Staten, daar Gedeputeerde yan de Staten Generaal prefent waren.  MEMORIE over de MILITIE. 27 aannemen en casferen van Krijgsvolk fonder andre bepaling, als dat fe niet zouden mogen excederen het inkomen der Confenten en Generale Middelen, zoude men daar uit mogen befluiten, datdc aanftelling der Officieren begrepen was in die Authorifatie. Wat daar van zy, de Prins van Orangc, is kort daar na, den 21 Juny 1581. door de Scaten Generaal geauthorifeert, als Capitein Generaal om te doen expediëren en depecheren alle commisjien voor Capiteinen en andren den Kryg belangende y mitz infererende de Claufule, na voorgaande Refolutie van de Generale Staten, of, daar toe expresfelyk geauthorifeert van Generaliteits wegen (c). £n na zyn overlyden, zyn Prins Mauritz en de Raad van State geauthorifeert, om in plaats van de afgedankte ,geeasfetrde en aflijvige Overften, Collonellen , Capiteinen en andere Officieren en Krygsvolk, te voeten te paard, andere te moogen aannemen, behoudens dat fe daar in niet zoude moogen excedeeren de mate van '£ incomen van de Confenten en Generale middelen. Wyl het oogmerk in dit Capittel niet is te fpèeken van de aanftelling der Officieren in 't generaal, maar foo veel daar uit kan befloten worden of de Militie in 't begin van de Republicq gehouden is voor Provinciaal of niet, behoord de aanftelling der Generaals, welke apparent in de Inftructie door Overften gemeend worden , niet tot deze verhandeling^, dewyl derfel ver Ampt niet raakt, deze of gene Compagnien , Regimenten, noch Provinciën in 't byzonder, maar tot de geheelc Militie en gchce- len ) totvoorkominge van Fraudes in de Monftering. 4. Om wanneer de gefamentlykc Bondgenoten goedgevonden hebben,eenige Compagnien te Casferen, (#) op te geven dc namen der Offieicren, welker Compagnien op haar Repartitie fullen gecasfeert cn uit den Eed van dc Generaliteit ontflagen worden , by aanfehryvens van den Raad van Staten. 5. Om kennis te nemen van alle Verfchillen en (0) Zie Capittei i. O) Capittel 12, (?) Capittcl S.  48 VERZAMELING van STUKKEN &c. en Pretenfien , fpruitende uit de Soldyen of waar voor dezelve uit de natuur der fake aanfprekelyk zyn. Die meer recht over de Militie toefchryven aan de Betaals Heeren, fchynen , boven het gelegde Capittel i, niet genoegfaam te confidereren , dat de Souvereiniteit van de Provinciën niet meer verkort word door de dispofitie van de Provinciën aan de Generaliteit gedefereert over de Militie, als door de Verbintenis by de Unie aangegaan, om verfcheidene Aften van Souvereiniteit niet anders te plegen, als met gemeene bewilliging. Het versch Exempel van de Troepen door Groot-Brittanien en den Staat gehad in gemeencn dienst in den Oorlog, is, hier van fonderlinge applicatie. De Soldyen zyn betaald ten deéie by Groot-Brittanien, ten deele by den Staat volgens de Repartitien by Conventie den 30 Augustus 1703. en daar na van tyd tot tyd gemaakt, met dat effeft dat elk begaf deVacercndc Charges van fyn Repartitie foo veel de Princen van wicn de meeste van die Troepen overgenomen waren, die niet aan zich behouden hadden: maar voor de rest, waren dezelve in gemeeiien Eed van Groot Brittanien en den Staat; het gezag competeerde aan beide in 't gemeen en onvcrdeelt; cn,nahet Territoirwaar op zy zich fuccesiivclyk bevonden, wierd het Territoir Recht over dezelve geexerceert, door de Staten cn Magiftraten, waar aan hettoekomt:fonder dat, na ymands oordeel al het zelve Atteinte heeft gegeven aan dc Souverciniteiten lndependentic van Groot-Brittanien of dezen Staat refpeftivelyk. Dc tweede van bovengemelde Relatie uit het  MEMORIE over de MILITIE. 49 het Territoir fpruitende, ftrekt zich 't eerst tot dc Hooge Overighcit van het Territoir, cn het tweede'tot de Subalterne. In Rcguard van dc Hooge Overigheid is zy van die uitwerking, dat dc Militie geen Patenten of Ordres, om dc^ Wapenen tc gebruiken, mag Refpeétcren, als die dircctelyk aan haar toekomen van de Staten van dc Provinciën, waar in ze zich bevind, of derzclverGeauthorifccrden; fonder dat het gezag van de Generaliteit daar door verkort word: Wyl van ouds verftaan is, tot wegneming der fwarighdd , welke de Raad van Staten ten defen opzichte maakte, op't Formulier van den Eed, den i Ju.iy 1588- (?) gearrefteert, dat 't Commandement moet gedaan en geobediëert worden per Gradus : Welke woorden niet beter kunnen verklaard worden, als door die van de Heeren Staten van Holland, (s) in haare Refolutie of Advis op de Propofitie van dc Ambasfadeurs van Engeland cn van de Engelfcbc Raden van Staten, dat de Refohitkn, Ordonnantiën of Decreten van den Raad, welke doe Difpofitie had over de Saken en over het Volk van Oorlog, (t) Nopende het leggen en verleggen van de Garnifoenen en %t ligten van Volk Jen Oorlog moeten geaddresfeert en geëxecuteerd worden , dopr de Gouverneurs van de Rcfpetiive ProvincLn , rnet Advis van de Gecommitteerde Raden van de Staten der zelve. Soo cg- (,-) Staten Generaal 4 Juny ijfSR (i) Holland 4. 15 September 1590. (/) Sic' ook Refolutie van Holland met dc Gedeputeerden van Zeeland 6 February. 1587 by Hor 21 Boek en de Groot Appologie Caputel 11. dog niet geregisircert in 't Register van floliand. D  5© VERZAMELING van STUKKEN &c. egter, dat dezelve bevoegd zyn, dc befwaaiv nis, die zy in dezelve Refolutien Ordonnantiën en Decreten van de Raad zullen bevinden, aan den felven Raad te openen om daar op gelet en gedaan te worden na behooren. Noch zyn de Staten van de Refpeftive Provinciën uit hoofde van het Territoriaal recht bevoegd te vorderen (11) een particulieren Eed van de Militie, fonder onderfcheid van Repartitie, gelegt op haar Territoir; hoewel die Eed in de eerste tyden fclden fchynd gevordert te zyn. (v) Immers wanneer Holland in 'tjaar 1617, de Militie lieten een particulieren Eed afnemen, gaf Prins Mauritz daar van kennis aan de Raad van Staten, (w) feggende, dat het afnemen van dien Eed, boven den Eed by alle Officieren in 't ontfangen van haar Commisfien aan dc Generaliteit , de Gouverneurs, Provinciën , en Steden gedaan, een nieuwigheid is: En dc Prins met den Raad gaven daar op in de Vergadering van de Staten Generaal voor haar Advis, dat die van Holland behoorden verfogt te worden, alles te laten blyvtn als te voor en, by den Eed die de Capiteinen fokmnelyk , aan de Generaliteid altyd gedaan hebben', 't geen de Prins, en dc Raad van Staten niet fouden hebben durven feggen , fo de voorfchreven Eed in die tyd een geufiteerde faak geweest was. 3. Zyn de Staten uit dien hoofde bevoegt om pp'haar Provinciale Patenten de Militie te vereenden van de eene plaats na de andere binnen de (V) Groote Vergadering van 16 Juny 1651. (r) Dq. Groot Apol. Cap. 11. (v) Raad van Staten 9 Augustus  MEMORIE over de MILITIE. 51 de Provincie, (x) Mits dat daar van dadclyk aan de Staten Generaal en aan de Raad van Staten Advertentie gedaan worde gelyk ook uit dc Registers van de Raad van Staten blykt, dat die Advertentie tot het jaar 1672. toe ordentelyk is gedaan. , , , 4. Om uit kragt van de Authonfatie, vervat in de lnrtruaie op 't ftuk van dc Patenten van den 10 Juny 1651. in cas van nood, fjy) en dat de Patenten van dc Generaliteit niet konnen afgewagt worden, dc Militie tc verfenden op haar particuliere Patenten uit haar Provincie na periciiterende Steden en Forten , immcdiatelyk resfortcrende onder de Generaliteit , mits gevende daar van fpoedige Advertentie aan de Staten Generaal en Raad van Staten, met by voeging van de bewegende reedencn, mitsgaders om dezelve op gelyke Patenten tc doen te rug keeren, binnen hare Provincie , foo wanneer de nood het komt te vereisfehen, mits Advertentie als boven; v/clvcrftaande, dat de Revocatie geen plaats heeft ontrent Compagnien niet begrepen onder het getal van de beraamde bcfetting, wanneer die alvorens ontfangen contrarie Ordres van de Generaliteit. 5. Om by tyd van nood of als de zaken van den Lande het vereisfehen, (z) Ordre te ftellen op de Militaire discipline met den aankleve van dien. Eindelyk om niet alleen Commandeurs en Wagtmeêfters of Majors aan te ftellen in de Steden ("v") Inflrufüe op de Patenten 16 juny 1651. Artikel 9, (\) Artikel 9. (z) Inltruftie Raad van Staten 12 April 1588. Artikel 32. en 18 July 1651. Artikel 50. P %  52 VERZAMELING van STUKKEN, &c. den en Sterkten binnen de Provinciën , aan welke de Militie moet gehoorfamen, fonder onderfcheid van Repartitie, maar ook om een Provinciaal Chef of Opperhoofd aan te ftellen over alle de Militie welke zich bevind op haar Terrif toir, fiet Cappittel 9. 't Regt 't welk het Territoir geeft aan de Subalterne Overheden over de Militie, beftaat daar in, dat de Magiftraten bevoegt zyn by het intrekken te vorderen een particulieren Eed van getrouwighcit, en zig daar van te bedienen tot uitvoering van haar Politique beveelen. Waar ontrcnt'te noteren is, cerftelyk dat de Formulieren van Eed van dc jaren 1588 en 1651. in dezen geen onderfcheit maken tusfehen de Steden binnen en buiten de Provinciën : ten tweden dat dezelve Formulieren dezelve Militie wel verpligten tot getrouwigheid aan de Magiftraten gelyk aan de Staten : (a) maar dat, wanneer in het vervolg van den Eed gefproken word, van het rrfpecteren en gehoorfamen der bevelen , (J>) de Staten andermaal genoemd worden, maar niet de Magiftraten ,'t geen opmerking verdient, om dat daar uit af te nemen is, met wat fondament de Magiftraten van fommige Steden, ftem in Staat hebben, fuftineren dat de Militie defelve Relatie tot haar heeft als tot een Gouverneur of Commandeur ; En dat zy meer recht hebben over de Militie als om die te gebruiken tot uitvoering van haar Politique bevelen , waar van het tegendeel word geleerd door de Heer de Groot Apologie Capittel 11. De O) Sie ook Inftmftie Raad van Staten 12. April 1588, Artikel 18. (*) 8 July 1651. Art 27,  MEMORIE over de MILITIE. 58 De Magiftraten van ftemmende Steden hebben egtérverfcheide Voorrechten boven d.e van andere omtrent dit ftuk: want fe bewaren de fleutels, geven het Wachtwoord, (c) en nemen kennis van alle Dili&en niet Puurlyk Militair fynde of door de Militairen onderling begaan: omtrent welke poinétcn de Refolutie van deGroote Vergadering den 25 Maart 1651 fcatuurlyk onderfcheid maakt tusfehen de Steden, die ftem in Staat hebben en andere. Wyl de verpligting van de Militie leer Ampel is gefteld in fekcre Acte door de Staten Generaal verleend aan Burgermeesters en Raden der Stad Groningen dato 16 jannuary 1665; volgt hier uit het Dispoütief van dien. De Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden allen den geenen die dezen fulkn fien ofte hooren lezen falut, doen te weten,- Nademaal de Heeren Burgemeesteren en Raad der Stad Groningen ons by derfelver Misfive van den 21 December laastleden Stilo Loco gereprefenteer d hebben &sc. Soo ist dat wy by rypen rade overwogen hebbende de Importantie, en de Regtmatigheid van 't voorfchreve verfoek, en ter harte nemende de Confervatie van den welftant cn ruste van meergemelde Stad tegen alle onverhoopte toevallen, en genegen zynde, ingevolge van onfe Solemnele belofte aan de wel gemelde Heeren Burgemeesteren en Raden te meermalen, en Specialyk den 23 Maart 1663. gedaan, van voortaan de goede en fterke hand te houden aan de volkomen handhaving van de AuthorUeit dezelve wettelyk Competerende, ook gelet hebbende op dê goe- (V) Groote verg: 25 Maart 1Ó51. Staten Generaal 24 Augultus 1620. D 3  Si VERZAMELING van STUKKEN &c. goede Intentie en Salutaire Refolutien, by de Heeren Staten van de gefamentlyke Provinciën in den jare 1651. op de Groote Sale 's Hofs van Holland vergadert , op het ftuk van de Militie genomen, mitsgaders op den Eed voor dezelve gearrefieert tot meerder gerustheid van de meer wel gemelde Heeren Burgemeesteren en Raad, wel hebben willen verclaren, gelyk wy verftaan en verclaren by dezen, dat alle Militaire Hoge en Lage Officieren, met hun onder hebbende Compagnien te voet en te paard, tegenwoordig in de Stad Groningen Gamifoen houdende en die namaak daar binnen gehouden zullen worden ingevolge van de voorgenoemde Refolutie , en uit kragte van den Eed by haar zoo aan den Staat en de Provinciën van Stad en Lande in 't gemeen , 'als byzonderlyk aan de meer gemelde Burgemeesteren en Raad , by 't intrekken in de opgemelde Stad Groningen gedaan, gehouden zullen zyn dezelve Stad tegen alle uitwendige Invafien en inwendige Beroerten , na uiterfte vermogen te befchermen, zonder zich daar van om eenigerhande redenen van ymand, wie het ook zoude mogen weezen , te laten diverteren: tot welke einde zy lieden promtelyk en fonder na eenige andere Ordre te vertoeven zullen hebben na te komen en prefifelyk zullen hebben te Executeren , al het geen haar, by de Heeren Burgemeesteren en Raad der voorfchreve Stad Groningen, of van den Prafiderenden Burgemeester in der tyd, zal worden gelast en bevolen tot behoudenis , dienst en ruste van. dezelve Stad, en van ie goede Ingefetencn van dien , en bifonderlyk tot voorkoming en wering van allerhande machinatien, disorder, oproer, en feditie van den Volke, alle welke bevelen de voorfchrevc Officieren , Ruitcren en Knegten, ftmpelyk en sbfolu- te^  MEMORIE over de MILITIE. 55 telyk,fonder zich om eenigerhande oorfaak van te Mxcuferen, of eenigfints daar in te vertragen gullen hebben te agtervolgen, en daar in te continueren, foo lang hun Lieden geene Ordres het voorfchreve Subject rakende, by de Heeren Staten van de Provincie en van de Stad Groningen en Ommelanden ofderfelver Geauihorifierden zullen worden gegeven: Èn zullen de voorfchrevc Officieren, Ruitcren en Knegten hun na de voorfchrevc 'onfe goede meeningen en Intentie Punctuelyk hebben te gedragen en dezelve in alle deelen getrouwelyk nakomen fonder daar van ee?iigfints in gebreken te 'blyven, op Poene van daar over als IVederhorigen en Meineedigcn, anderen ten .Exemple, geftraft te worden-. Ö 4 DE&  jo* VERZAMELING van STUKKEN &c. DERDE CAPITTEL Van 't Gezag van de Staten Generaal en van de Raad van Staten over de Militie. \f\ u is gehandelt, hoe ver het gezag van de Generaliteit bepaald is door't Recht, datdeRepartitie aan de Betaals Heeren en het Teritoir aan de Staten en Magiftraten geeft, nu zoude men konnen overgaan totde particuliere Poincten waar in 't gezag beftaat: doch voor af ftaat te ondcrfocken, door wie de Generaliteit of de gefamentlyke Provinciën van 't begin af en vervolgens geoeffend hebben , 't gezag over de Militie. Waar in te letten is, eerst by wat Vergadedering of Collegiehet Oppergezag over de Militie uit naam en van wegens de gefamentlyke Provinciën Gerefideert heeft. Ten tweeden door wat Hooge Officieren die Vergadering dat uitgevoerd heeft. Wat het eerftc belangt na de affwering van den Koning van Spagnien , is de Generale Regeering in faken rakende de Defenfie en verfekertheid der Geünieerde Provinciën, of gelyk men naderhand fprak) de Dispofitie en DireÜie van de Saken en over 't Volk van Oorlog s geweest in handen van den Landraad , niet lang tevooren ingefteld; de Prins van Orange ondertusfehen 't voornaam bellier der faken hebbende, lbo onder de Regering van den Hertog vanAnjou als naderhand: waartoe veel gewigt by bragt, dat de Staten van Hol-  MEMORIE over de MILITIE. 57 Holland en Zeeland, voor de overkomste van den Hertog van Anjou opgedragen hadden aan de Prins de Hooge Overigheid of de Exercitie van de Souvereiniteit, ten minsten vair tRegt van den Graaf, waar op in Holland, na het vertrek en Overlyden van'den Hertog vanAnjou, de Delatie van dc Graaflykhcid fclve, zoude gevolgt zyn, indiende Prins niet ongelukkig omgekomen waare, doen men bezig was de laatlte hand daar aan te leggen. Na desfelfs Overlyden fyn Prins Maurits, doe nog geen Stadhouder van eenige Provincie, (cï) onderden naam van eer [ie Raad in de Regeering, en de Raad van Staten gecommitteerd tot het Provifionecl Gouvernement met een veel breeder Gefag over de Saken en 't Volk van Oorlog, als naderhand in 'tjaar T588. gegeven is aan den Raad van Staten als blykt by vergelyking der Inftru&ie van den 15 Augustus 1584. en 12 April 1588. Dit Provifioneel Gouvernement duurde maar omtrent i\ jaar , wanneer het overgedragen wierd aan den Gravc van Lycester, in Quahteit van Gouverneur en van Capitein Generaal over de Geünieerde Provinciën, met volle Macht enAbfoluit gebied in 'tftuk van den Oorlog en het geen daar aan dependcert, zco te Land als te Water, of, (b) (lbo als dc Commisfie zegt, met het Hcogfte Gebied en Abfolute Opperfte Authoriteït in'Krygsfaken. Welke Macht zich ftrekte over alle de Geünieerde Provinciën, Ste- (o) Staten Generaal 15 Augustus 1584. Qb) Staten Generaal 10 January Acte en Commisfie I February 15GÓ. D 5  SS VERZAMELING van STUKKEN && de, en over alle de Particuliere Gouvernet Zr Irovincien , en voorts over alle de Generale en Particuliere Hoofden, Admiraals &c. we ke al e moesten Eed doen, van in >t geen voorfchZe U en daar van dependeert, metter daad te zullen bewyfen voUé gehoorfaamheid aan den Grave\Z ■L-ycester. 7 da GJaa£* lm L3*cestei*> zich verdragen hebbende by Acte van 17 December 1587°. aan 't Gouvernement en Capitein Generaalichap der Geünieerde Provinciën, is by Refolutie en Pl?c. caat van den 12 April 1588. De Generale Regering dezer Landen in de Saken de gemeene BeJcherming en Unie derfclver aangaande, gefield ter bediening enadminifiratie van den Raad van Stalen. En by Artikel 6. der Initruclie, ten zei ven dage Gcrcfolveerd en Gearrefteerc, is aan den Raad van Staten gegeven^ Dispofitie in de Sa ken van den Oorlog en over 't Folk van Oorlog En , wanneer den Raad in Juny Cc) daar aan volgende betuigde te vreefen voor Co^Ie I> f >Vej'fi£eiC:v?n Commandementen, om dat den Eed van de Gouverneurs van de Pro Vjncien mede bragt, dat zy fouden nacomen de Ordonnantiën en Bevelen van de Staten Generaal en van de Raad van Staten tot de Generale Re«ermg der Vereenigde Nederlanden Gecommitteerd, 0. nog te Committeren, in het Generaal, en van de Staten van de Provinciën van haar Gouvernementen in t Particulier; antwoorden de Staten Generaal onder anderen, dat de Heeren van den Raadmogten verfekert zyn, dat de Staten in't Ge- CO Staf en Generaal 4 Juny 158S.  MEMORIE over de MILITIE. praal en Particulier hen het Ccmmarnhmcnt van het Folk van Oorlog niet zullen bcvioeijiv., ten zy de Nood en Confervatie van den Lande fulks zal komen te vereisfchen. En gewis; dc Staten Generaal konden in die tyd geen Intentie hebben om te Concurreren met de Raad van Staten in 't Commandement over de Militie , dewyl fe van voornemen waren , na 't reguleren van de betaling van de Militie by wege van Repartitie op de Quotcs van de Provinciën, en na 't arrefteren van een nieuw Formulier van den Eed, behelfendc alle de onderfcheidene Rclaticn cn Verpligtingen van dc Militie , mitsgaders van een nieuwe Inftruélie voor de Raad van Staten (d) haar vergadering te fcheiden cn niet weder by een te komen als op dc Befchryving van de Raad van Staten , gelyk blykt Artikel 24. der Inftru&ie van den Raad van April des fclven jaars , cn infonderheid dat de Vergadering den 6 September fchcide, en niet als ruim drie maanden daar na by een kwam op befchryving van den Raad van Staten. Doch, fchoon 't gefag van de Militie overgep-evcn was in handen van den Raad van Staten, en de Staten verklaart hadden zich daar mede niet te lullen bemoeijen, zoo lieten Zy en hare Gedeputeerden niet na kennis te nemen van dc Krygsfaken , en daarover te Delibereren met dc Raad van Staten oordeelende (0 om woorden van Staten van Hol- (>/) Staten Generaal 1 September 10 December 15S8. Raad van Staten 17. 20. 30. September 8. en 20 Oétuber 10 December 1588. CO Gedrukt Register 1592. fol. 50.  Co VERZAMELING van STUKKEN &c. Holland cc gebruiken) dat, niet tegenftaanèe de Órdindris Directie van den Oorlog zyne Excellentie , en andere Heeren van de Raad van State is bevolen ; de Staten niet mogen ledig ftaan daar op rypelyk te letten: de Commoditeiten tegen de Incommoditeiten en andere Poinbten daar toe dienende , rypelyk te overwegen, op dat gedaan en gelaten mag worden , het geen voor de Landen best en de minfte peficulen fubjeEt is. Endewylde Vergaderinge van de Staten Generaalniet lang na 't jaar 1588. een permanent Collegic wierd , in Welk de Provinciën te meer goedvonden dat de groote Saken van het Land zouden verhandelt cn gefloten worden , om dat men was genoodfaakt geweest te admitteren Engelfche Raden in de Raad van Staten , welke Raden men fogt tc houden uit het bellier der Saken , verloor de Raad van Staten daar door veel van haar Authoriteit en Dircélic, enParticulierlyk mede ontrent Krygsfaken. Waar van dc Vergadering vanStatert Generaal metter tyd het geheel beftier aan zich trok, fondcr dat gevonden wordt, datdeRaad daar over opentlykc klagtcngedaan heeft, lbo lang dc Ambasfadeur van Engeland fesfic had in den Raad: Maar na dat die geëindigt was in 't jaar 1625. (ƒ) door 't vertrek van de Ambasfadeur Carleton, die lange in den Raad gezeten hebbende , daar in was gebleven , by gedoogen van dc Staten , na dc lbsfing der Verpande Steden , fchreef de Raad , ziende dat fe by Continuatie gehouden wierd buiten het bellier der Saken den 18 Maart 1628. een (ƒ) Zie Aitsma B'. 40.  MEMORIE over de MILITIE. 61 een nadrukkelvkcn Brief aan de Provinciën: En alfo de Staten Generaal, waar aan de Raad den 15 April Copic van den Brief zond, verlosten opening van redenen van dc 1 ometen in den Brief verhaald, fchrcef dc Raad den 2oüe in't brcede aan de Staten Generaal, en onder anderen dat de Saken van den Oorlog , welke den Raad Speciaal bevolen zynde meer endeels niet Gecommuniceert wierden dan na gepotnenc Rekutie, en dat, hoewel de Raad voor deze altyd "Collegialiter met zyn Excellentie plagt in t Leger te gaan tot Adfiftentie van zyn Excellentie, cn beleid van 's hands Saken, nogthans deze Sa-, ke doe anders beleid wierd, alfo de Raad vn eenige jaren Collegialiter niet in't Leger was geweest, En den 15 Tuly 1632- Antwoorde dc Raad aan de Staten Generaal, welk Advis van den Raad verfogt hadden over het fpocdig hgtcn van eenige duizend Man by wege van Recrutcrmg der Fianfche, Engclfche en Schotfe Regimenten, dat de Raad met fundament daar niet in Joude bonnen adviferen, alfoo het eigentlyk was aangaande het uitvoeren van 't geen daar toe de Staten Generaal »oed gevonden hadden, dat jaar t Leger te cmployeren,waar van in 't begin aan den Raad geen kennis was gedaan geweest, noch van de Deliberaiien die daar op gevallen waren. . Waar by gevoegd moet worden een extract uit een Brief van den Raad van Staten aan de respe&ive Provinciën van den 7 Oclobcr 1653. de voorfchrevc Inftructie (vanden 12 April 1588.) is met verloob van tyd cn verandering van faken in veel dcelen tot verandering en buiten practyk geraakt, want hoewel het 2,4. Artikel'vandezelve In(tractie [egt, dat de Raad , de Staten GeneraalfalbeJ Jchry-  62 VERZAMELING van STUKKEN &c. frfa-yven; foo is nogthans meest van die tyd af een Vergadering van Heeren Gedeputeerden uit de respe'itive Provinciën gebleven, die alfo metter tyd een continuecl Collcgie hebben gehouden, over de meeste inpqrtantfte Zaken delibererende met den Raad, desfelfs Advifen en Confideratien daar over hoorden, en alfoo met Correfpondentie alles dirigeerden: na verloop van eenige tyd, is het Tractaat met Engeland in de Inftructie vermeld komen te cefferen, en de Cautionarifche Steden gelost, des weder verandering in 's Hands faken caufeerde, evenwel is de Inftructie nooit verandert, maar gebleven foo als die lag, die de Raad in de verdre Poincten heeft gepra'ctifeerd , ten besten dienste van den Lande blyvende mede Delibereren, Adviftren, en Dirigeren de faken rakende den Oorlog en Finantie met het geen daar van depencleert, als de twee hoofdzaken, daarop de Raad was geformeerd; dan eenige jaren na 't uitgaan van de 12 jarige Treves, zyn van tyd tot tyd eenige faken alleen by de Staten Generaal aangehouden als deliberaticn op de Employen van de Legers, en 't uitvoeren van dezelve daarvan ook dependeerde een goed gedeelte van de Directie der Finantien , daar toe, en tot diergelyke zaken noodig, des by mangel van volkomen kennisfe, die meest by de Raad was, en niet gehoord wierde niet altyd in de laften gecompasfeerd is, na 't vermogen van de Landen, daar uit fe er groot e ten agterheeden en fchulden zyn ontftaan, waar van en van de disorder die de Raad daar uit bedugte te volgen, als men de Provinciën kennis gaf in 't jaar 1628. om op voorftening te denken, ook de Raad van een ander Inftructie te willen voorfien, is in plaats van iets vrugtbaarlyks daar op te volgen, de Raad dat deyoir z<-er qualyk afgenomen. Ook contribueerde  MEMORIE over de MILITIE. 63 de niet weinig tot vermindering der Authori» tcit en Directie van de Raad van Staten, ontrend Kxygszaken, 't groot Credit van Prins Mauritz, (g) WELKE liever had het geheele befiier derfelve onder de Staten Generaal, als het te partageeren met den Raad van Staten: gelyk ook het gebruik, welke Prins Fredrik Hendrik , die na doode van Prins Mauritz, verheven wierd tot Capitein Generaal, na dat die hooge Charge opengëftaan hadde federt 't vertrek van den Grave van Lycester, en Prins Willem, zyn Zoon, maakten van de Authoriteit aan haar Competerende aan de eene zyde als Stadhouders en Capitein Generaals van dc meeste Provinciën en uit dien hooide niet alleen Sesfie hebbende in de Raad van Staten, maar ook de Difpofitie over de Patenten binnen dc Provinciën van haar Gouvernement, met Advis van dc Gecommitteerde Raden, cn aan de andrc zyde als Capiteins Generaals van den Staat, en "in die qualiteit het Leger commandeerende en de Patenten gevende in het diftriér. van de Generaliteit. Dit kon geilluftrecrd worden uit de Registers, maar,om niet buiten noodfake op te halen, 't geen foude mogen te zeggen vallen op de Prinfen, waar aan de Staat groote vcrpligting heeft; In 't jaar 1651. wierd in dc groote Vergadering, befchreven by occafie van 't overlyden van Prins Willem II, den 13 February in Deliberatie gebragt, (70 of men in de Generale Directie cn Dispofitie van Oorloge by gemeen Advis van de Bond- (g) 23 April 1625, (J2) Refolutie Groote Vergadering J3. February 1651.  6+ VERZAMELING van STUKKEN &c. genoten gedefereerd aan de Raad van Staten, goedvinden J'al eenige verandering te doen. Waar ontrend de Advifen in 't begin vry verdeelt waren : Holland, met welke Zeeland fig voegde, van verftand wefcnde, dat daar in geen verandering behoorde gemaakt, maar die directie aan den Raad gelaten ie worden. Gelderland, Utrechten Overysfel in tegendeel inclineerden om die Directie over te brengen aan de de Ordinairis Vergadering van de Staten Generaal ,daarfe gelyke ftem hadden met de meest Contribueerende Provinciën, (z') En Vriesland en Stad en Lande geen fonderlingc infigtcn hebbende, ontrend dat fluk als die het intrest van haar Stadhouder raakten. Eindelyk wierd het werk tot onderling genoegen ingelchikt, dat de Raad van Staten met en benevens de Vergadering van de Ordinaire Gecommitteerden ter Generaliteit zoude hebben en gebruiken de Authoriteit om te difponeren in faken van Oorlog, en.over hei Volk van Oorlog. (£) In voegen dat de Dircclie en Dispofitie, tc voren affonderlyk aan de Raad van Saten, federt het jaar 1651. in 't gemeen heeft gecompetcert aan dc Vergadering der Ordinaire Gedeputeerden ter Generaliteit en aan deRaad, zonder dat men uit de woorden van het Artikel afnemen kan, dat de Bondgenoten eenig meerder gelag daar ontrent hebben willen dcfereren aan den een als aan den ander. Dan het gebruik heeft ingevoerd, dat dc Refolutien over de Militaire zaken meerendecls ge- (7) Grote Vergadering 16 en 21 Jiin.y 16.-1. (F) Inftruclie llaad van Staten 18 Ju y Artikel 5.  MEMORIE over de MILITIE. 6$ genomen worden door de Staten Generaal na gehoude Conferentie met Gecommitteerden uie dc Raad van Staten. Uitgefondert dat in de Secreete Militaire Conferentien gerelolveert word op dc naam van dc Heeren StatenGeneraa! by meerderheit van {temmen van de Commisfarisfen uit de Vergadering en uit den Raad over zaken van importantie , en welker uitflag afhangt van dc fecrettesfe. Sie de Secrete Registers van de jaren 1668; 1671. 1672. 1702 & feqq. Werdende de Refolutien, op de eenê of andre wyze genomen doorgaans gezonden aan den Raad,' om te geven aan de Militie de Ordres. welke daar uit proflueren, Tusfehen de jaren 1651. en 1672. werden geer weinig Exempelen gevonden van de Ordres door de Staten Generaal direóteiyk, of anders als door 't Canaal van de Raad van Staten gegeven aan de Militie. Ontrent de Patenten, deprincipaalfte Ordres aan de Militie, is bekent, dat de Staten Generaal die moeten fenden aan de Raad van Staten, om door dcfelvemcde geparapheert, geteekent, gezegeld en vervolgens voort gezonden te worden. Maar met het geven der andre Ordres, is het ontrend op de eyge wys gegaan; by voorbeeld: vonden dc Staten Generaal goed, dat de Officieren zich fouden begeven na haar Garnifoenen, dat de Militie foude tegen fekcretyd compleet zyn of iet diergelyks: de Raad van Staten wierd verfogt fulksaantefchryven. Uitwyfendede Refolutien van de Staten Generaal van den 27 April. (0 4 Ju- (7) Misfive 4 July. 10 Aüg&flis.  S6 VERZAMELING van STUKKEN écc 4 Juny. 10 Augustus 1651. 13 January. 21 Maart. 20 en 27 April. 7 en 8 Juny. 24 November 1652. 15 January. 20 November 1653. 17 en 28 Maart. 29 December 1654. 15 Mey. 12 en 15 Juny 1655. 18 Maart 1656. 22 Maarc en 28 September 1657. 28 January en 28 Augustus 1658. 9 Juny 1661. 25 October 1662. 15 Mey en 31 December 1663. 6 Mey en 30 December 16Ó4. 30 July 1665. 10. 13 February. 9 Maart. 12 Augustus 1666. 22 February 1669. 2i April. 2 September. 2oOótober 1670. 10 July. 11 November 1671. en 29 February 1672. Vcrftonden dc Staten Generaal, (m) dat de Militie behoorde gemonftert te worden, de Raad wierd verfogt daar toe Ordrc tc ftellen. Hadden dezelve iets te ordonnceren aan de Gouverneurs of Commandeurs van dc Frontieren, de Raad wierd verfogt zulks te doen als blykt by de Refolutien van de Staten Generaal van den 11 January 23 November 1652. 13 January 17 Mey iSOctobcr 18 November 1653. 26 Maart 7. 10. November 1654. 3 July 1655. 29 February 1756. 6 September 20 üclobcr 1660. 28 January 1661. 10 Mey 1663. 25 January 4 en 8 Mey 1664. 11 Maart 5 Augustus 29 September 2. ^Oclober 31 December 1665. 2. 9. 25 January 4. 6. ir. 16 February 30 Oétober 1666. 5 April 1667. 25 Maart 1668. 5 January 1670. 5 February 6 Maart 30 April 10 November 1671. 17 February 12. 14 April 1672. mitsgaders dc fecrete Refolutien 12. 13. 16 April 18 Juny 1672. Doch Staten Generaal 27 January 1666.22 en 25 Maart 1672*  MEMORIE over dè MILITIE. Gf Doch of de Staten Generaal, affonderlyk delibererende op dc Advifcn geconfirmeerd in dè Conferentien over faken, begrepen in 't voorgenoemde 5de Artikel der Inftructie van de Raad Van Staten , konncn daarvan afgaan,in hare Refolulicn, fonder wederCommisforiaal temaken met den Raad de bedenkingen op die Advifen, is gedifputeert in 't jaar 1719. deredenen voorén tegen zyn te zien in de Brieven van de Raad van Staten van 6 en 13 April 1719. en by Rei folutien van Staten Generaal van 11 dito: de laatste Brief is Commisforiaal gemaakt met den Raad , maar de Conferentie niet gehouden. Hoe wel deze difpofitie gemeen gemaakt is' volgens het geallegueerde sdü Artikel der In*, ftructic van den 18 July 1651. tusfehen de Sta-» ten Generaal en de Raad van Staten , en het gebruik aan dat Artikel gegeven heeft een uitflag, volgens welke de eigentlyke gezegde dispofitie by na geheel competeerd aan dc Staten Generaal, zyn egter verfcheide Poinclen, annex aan dc Generale Difpofitie over de Militie, gebleven aan dc Raad van Staten, en worden door de Raad geëxerecert, het zy met of fonder Concurentie van de Staten Generaal als de Executie der Refolutien tot het aannemen en afdanken van Krygsvolk , Militaire Juftitie, en Krygsdiscipline, de Monftering en andre Poinclen, waar van brceder in het vervolg lal gefproken worden» J5 | VIER* (  58 VERZAMELING van STUKKEN &c. VIERDE CAPITTEL. Van de Gedeputeerden te Velde, D haast, welke.Deliberatien overKrygs*faken doorgaans hebben en de abfentie der Generaals , waarmede fe overlegt moeten worden, niet toelatende den Oorlog van verre te beftieren , plagt de Raad van Staten met de Legers nevens den Generaal, te Velde te trekken , of wel zich te vervoegen in de naastgelegen Plaatfen,om met meerder promtitude ten dienste van de Landen haar bevelen te doen executeren ," 't zyn de woorden van Holland , in de aangetogene Deductie van 30 january 1Ó51. Ook hebben de Staten Generaal by fonderlinge voorvallen , zich en Corps of door een aanfienelyk getal van Gedeputeerden begeven na de Plaatien , al waar van na by konde gedelibereert worden over Krygs-operatien. Soo ging de Vergadering in 't jaar 1600. doe Prins Mauritz de togt na Vlaanderen ondernam , die men aanzag voor hagchelyk, en Corps na Óoftende, (V) en refolveerde , dat de Gedeputeerden van de Raad van Staten voor de tyd dat de Heeren Staten in het Leger Jouden zyn, met dezelve zouden hefoigneren onder de Provincie , waar van fy in de Raad waren gecommitteerd. Soo gingen de Staten Generaal en de Raad van Staten in 't jaar 1602. in Juny, July en Sep- («) Staten Generaal 16 Juny 1600.  MEMORIE over de MILITIE. 69 September en in het jaar 1604. in April en September na 't Leger , en befoignecrdcn te famen , op de naam van de Generale Staten, door welker Griffier dc Notulen voor Beide gehouden wierden : liet daar op de Registers van de Staten Generaal cn Raad van Staten. Soo gingen Beide in 't jaar (&) 1629 doe de Vyand doorgebroken was op de Veluwe , cn Amersfoort ingenomen had, eerst na Utrecht, en vervolgens na 't Leger voor s' Bosch , van waar fe niet keerden na den Haag, voor dat de ftad veroverd was. Soo fonden de Staten Generaal den 2 Augustus 1635. op de tyding, dat de Vyand Schenkenfehans vermeesterd had, en dreigde den Rhy n te pasfeeren, het geen een generale verflagenheid in 't Land veroorfaakte, de gcfimentlyke Heeren Gedeputeerden, die daar bevorens gebefoigneert hadden over de Franfche faaken, na Arnhem , om met de Heere Prince van Orange tot wiens Adliftentie reeds 14 Heeren in Mey te Velde Gecommittecrt waren , te helpen deHoereren en rejolvcrm, Jonder eenige rugjpraak H geen zy tot metsten dienst , welftand en verfekering van den Staat en reftftentle van den Vyand repoujerenen afbreuk van dien. Jouden bevinden te behooren , en Jouden de Rejolutien by de gemelde Heeren met zyn Excellentie te nemen, zyn en blyven van Jodanige kragt en vigeur als oj dezelve in der Staten Generaal Vergadering waren genomen, doende alleenelyk van de te nem'ene Rejolutie Notificatie aan de Staten Generaal, voor zoo veel den dienst van 't Land toeliet. Soo (/>) S«tcn Generaal 14 Augustus 11 en 21 September 162^ E 3  fö VERZAMELING van STUKKEN &c. Soo refolveerden de Staten Generaal of eer de Heeren Gedeputeerden uit derfelver Verga-, dering en uit de Raad van Staten tot de fecrete Militaire befoigncs, uit kragte van de Aut'iorifatie op haar verleend den 7 cn 11 April 1Ó72. den 4 Juny 1672. op een ingekomen Brief over het maintincren of verlaten der Re, tranchementen langs den Ysfelftroom, dat de Staten Generaal met en nevens de Raad van Sta-' ten haar te famen en Corps Jouden vervoegen biw fien de Jiad van Arnhem , en aldaar gehoord de Ouverture ,PropoJitie, Voerjicllingen en Sentimenten van de Heeren Gedeputeerden van de Staten Generaal en Volmagtigde te Velde, tn 't Advis van den Heere Prince van Orange, als Capitein Generaal over de Legers van den Staat voor de (doe) jegenwoordlge Expeditie te Velde, Jodanig te delibereren, enrejolveren, als dezelve ten meesten dienste van den Lande Joude oordeelen te behooren. En vertrokken vervolgens ten getale van tien, fes uit de Vergadering van de Staten Generaal, met den Griffier, en twee uit den Raad van Staten met den Secretaris na de voorfchrevc ftad, alwaar fe den volgenden avond Staats wyze namen eencfecr importante Refolutie.: den 13 dcrfelve maand, doe de Vyand in dc Betuwe doorgebroken was, wierd andermaal gerefolvcert, dat de Staten Generaal en de Raad vai\ Staten haar, en Corps, zouden vervoegen na Utrecht, en aldaar Jouden werden gereprejenteert door Jeven Jieercn uit de Vergadering en twee uit den Raad: Alle in die Refolutie genoemd, en dat dien volgende deg.ineldeHeeren opdennaam vande Staten Generaal alle RreJolutien, dienende tot Dejenfie van den Staat, met de R^ad van Staten voornoemd zouden nemen, ' " ' " ' ' #$  MEMORIE over de MILITIE. 7* Patenten na ingenomen Advis van denfelven Raad depecheren : en voort alles resolveren, Executeren en doen Executeren, 't geen dezelve tot defenfie en befcherming van de Landen Jouden oordeelen te behooren Doch buiten foodanige extremen nood zyn doorgaans met het te Veid brengen van 't Leger, eenige Heeren Gedeputeert, om den Veldtogtby te woonen, en den Generaal te adfifteren met raad en daad, woorden die doorgaans gevonden worden in de oude Refolutien, waar by de Deputatie te Velde gedecerneerd wierd. De Heeren Staten van Holland (c) zyn lang van verftand geweest, dat de Raad van Staten behoorde, als van ouds , te Velde te gaan, in plaats van Gedeputeerden uit de Staten Generaal en den Raad. Niet dat de meening van Holland was, dat de Staten Generaal zich nooit behoorden te vervoegen na 't Leger, 't zy en Corps of by Gedeputeerden, integendeel verftonden zy, dat bet zelve behoorde te gefchieden. (d) f Eiken male wanneer eenige importante Deliberatien, of Occurcntien dat zouden vereisfehen, maar zy fuftineerden, dat, als de Refolutie genomen was, Staten Generaal of derfelver Gedeputeerden , behoorden weder uit het Leger te vertrekken , en de Executie van dien aan zyn Excellentie, met de Raad te bevelen. Doch dit hadt zoo weinig ingang ter Generaliteit , dat men niet vind, dat na het uitgaan van de (f) Holland 27 September 1623. 16. 17 en iR. July 1Ö26. 30 Juny 1 en 2 July 1627. 20 December 1(535- C"0 llplland 27 September 1623. E 4  1% Verzameling van stukken &c. de x 2 jarige Treves, ooit Gedeputeerden uit den Raad alleen te Velde geweest zyn, maar wel verfcheiden malen alleen uit de Vergadering, hoewel meerendeels uit Beide. 't Getal der Gedeputeerden te Velde en de Proportie tusfehen die uit de Staten Generaal, en de Raad van Staten, heeft uitermaten gevarieerd. Om ouder Exempelen voorby te gaan ; in 't jaar 1621, (e) na hec uitgaan van de Treves , hebben de Provinciën 6 Heeren te Velde Gedeputeerd , daar onder 4 uit de Raad van Staten, (ƒ) welke 4 de Raad daags daar aan verfogt wierd daartoe te deputeren. In 't jaar 1623. (g) wierd by pluraliteit van Remmen verftaan van de Vergadering een uit elke Provincie te Committeren, maar men vind niet, dat 'er meer, als drie, en daar onder een uit de Raad van Staten gecommitteerd zyn, In 't jaar 1624. (ft) wierd maar een Heer gecommitteerd uit de Vergadering, en een uit den Raad, beide door de Staten Generaal. In de jaren 1625. 1627. en 1629. (z') zyn 'er 8 Gecommitteert uit de Vergadering en is de Raad verfogt 233 daar by te voegen. In 't jaar 1631. (£) 9 Heeren uit de Vergade (>) Staten Generaal 24 en 25 Atigustus 1621. (ƒ) Raad yan Staten 30. dito.. Qr) Staten Generaal 14 en 23 Augus., tu.s 1623. (//) Rnad van Staten 24. 25. 28 July 1Ó24, (/) Staten Generaal 5 April 1625. 1 July j627. 13 April 1629. Raad van Staten 3 July 1627. 18 April 1629. Jstaeen Generaal 8 April 7. 8. 16 JYJey 1631. Raad van jjltatejl 9 en 10 Mey 1631.  MEMORIE over de MILITIE. 73 dering 3 uit Holland en 1 uit yder der andere Provinciën en 4 uit den Raad. In 'tjaar 1633. (/) de 16 Heeren Gecommitteerden uit de Vergadering, totdc handeling met die van de andere zyde, met magt om te fubdelegucren , waar by naderhand nog 4 Heeren gecommitteerd wierden, maar niemand uit de Raad van Staten. In 't jaar 1635. («) twee uit elke Provincie mits maar een van beide te gelyk te Velde gaande , en niemand uit den Raad. In 'tjaar 1664. (») op de togt na de DeiJer Schans, drie uit de Vergadering, waar by (des noods) noch 4 fouden bygevoegt worden maar niemand uit de Raad. In 'tjaar 1666. Co) 4 Heeren uit de Vergadering, en 1 uit den Raad met byvoeging in de Refolutie van den 28 January, dat tegen 't Voor jaar uit alle de Provinciën na ouder ge-woonU Gedeputeerden genoemd zouden worden 't geen eter niet gefilmde. °In 'tjaar 1668. (p) 8 Heeren uit dc Vergadering en 2 uit den Raad. In 't begin van 'tjaar 1672. (9) fchynen de gedagten daar heen gegaan te hebben , om te volgen den voet van 'tjaar 1666. maar den 4 February wierd verftaan en verklaart dat ten canfien van de Deputatie te Velde niet zal moven worden gerecedeert van de oude en gewone- fc " ly- Cl) Staten Generaal 22 April 19 Augustus 1633. («) Staten Generaal 13 April 3. 4. Mey iÓ3Sr 00 Staten Generaal 20 Mey 1664. (O Staten Generaal 2 en 28 January u February 1666. Raad van Staten 5 Maart 1666. (/>) Staten Generaal 7. 11. 14. April 1668. (?) Staten Generaai c<$ February J7 Maan 1672.  74 VERZAMELING van STUKKEN &c. lyke voet in de voorgaande Spaanfche Oorlogen „ gebruikt, anders dan by een gemeene concnrentie en eenparige bewilliging van alle Bondgenoten , en wierden vervolgens 8 Heeren uit de Vergadering en een uit den Raad gecommitteerd. Doch in 't jaar 1702. & feqq: is de voet van 't jaanbóó. gevolgten heeftde Deputatie, dien conform,beftaan uit een Heer van Holland en drie van de fes andere Provinciën by tourbeurten tusfehen Gelderland en Overysfel, Zeeland en Utree ït, en Vriesland en Stad en Lande, en een uit den Raad van Staten! En gelyk 't getal der Gedeputeerden feer gevarieerd heeft, foo zyn ook niet regulier van jaar tot jaar Gedeputeerden met het Leger prcfent geweest, feJfs heeft de Staat twee zwaarc Oorlogen gevoerd, waarin men geen Gedeputeerden in 't Leger gezien heeft; zyn Majejleit van Groot-Brittanien Glorieufer gedagtenis fodanig aan zich getrokken hebbende het geheel beftier der Krygszaken van den tyd af dat het Capitein Generaalfchap aan hem gedefereed wierd by Refolutie van den 8 Jidy 1672. met fodanige vrye macht over de Patenten, en andere Saken tot de Militie fpecterende , als de voorgaande Pr ineen van O range gee'xcerceert hadden, dat de Staten Generaal en de Raad van Staten zich geduurende hec leven van zyne Majefteit daar mede niet of weinig bemoeit hebben, Uit de Raad van Staten ging wel jaarlyks federt het jaar 1672. een Heer te Velde, maar die was eerder een foort van eenintendant, als Gedeputeerd  MEMORIE over de MILITIE 75 teerde van Staat: en die welke dc Heeren Ge, committeerde Raden vanHollandjaarlyks tonden meteen fomme gelds, geleek nog minder na een eipenlyk Gedeputeerde te Velde, als heb* bcnde°felfs geen Commisfie van Generaliteits wegen en gelast fyndeby Refolutie van Gccom' mitteerdeluden van den 13 Juny 1675. geen betalingen te doen, aan wie het foude mogen wezen, als met Confcnt en Communicatie van den Raad van Staten. Wat aangaat het gefag of de last en authori* fatie van Heeren Gedeputeerde te Velde dezelve heeft altyd beftaan, in 'tasfijïercn met raad en daad, van den Generaal het Leger Commanderende. . Doch deze generale woorden hebben niet altyd gehad een even breede bcteekening: in de Inftructie searreftcerd den 13 July ióco. voor de Heeren welke doe gecommitteerd wierden, om fyn Excellentie met raad en daad te adfijleren, word gezegt, dat zy aangaande de exploicl.cn van oorloge li* zullen refereren ter discretie van zyn Excellentie, en dat, daar op haar Lie der Advis gevraagt zal worden , zy 't zelvefullen verklaren na haar beste gevoe* len tenmeesten dienste van den Lande; alle de overige Articulen van die InftrtKtie fpreekende van de forg over de Vivres, Schepen , Contributien en diergelyke. Den 24 Augustus i62i.wierdo den Gedeputeerden te Velde gegeven voor Last en Inft.ruct.ie zyn Excellentie in 't Leger by te wezen en met raad en daad te adfifteren, mitsgaders opzicht te nemen op de Wagens, Schepen, Trekpaarden &c. dat alles met de beste ordre en menage mag toe gaan. De Commisfie in 't volgen,  76 VERZAMELING van STUKKEN dcc. gende jaar legt in veel breeder Termen, alfoo zy daar by gecommitteert worden (r) om zyne Excellentie te accompagneren en dezelve met raad cn daad by te wezen en te asfifteren en na voorgaande Deliberatie zonder rugfpraak aangaande de voorfchrevc Krygs Expeditie te Delibereren, refolveren, en doen effectueren ook wcrkelyk ter Executie ftellen 't gene dat na gelegenheid en vereisch der voorvallende Saken in H Leger , tot meesten dienst, welft and en verfekering van dezen Staat , afbreuk en ruine van den Vyandby zynmeer Hoog Gemelde Excellentie, en de prefente meer Hoog Genoemde Heeren, bevonden fal worden te behooren. Verklarende de Staten Generaal voor goed, vast en van waarde te houden, 't geen dezelve zyn Excellentie en meer Gemelde Heeren Haare Hoog Mogende Gecommitteerden al bereids tot bevordering van het voorgenome en voorhanden zynde Togt en Krygs Expeditie hebben gedaan, belovende ook te zullen houden (fc. al 't geen by Haar Hoog Gemelde Excellentie en de Gemelde Prefente Heeren in 't Leger gedaan en geëffectueerd zal worden. Maar tusfehen de jaren 1650 en 1672. houd de Commisfie Claufulen in, die de Gedeputeerden , en (gelyk men fe doe noemde) Gevolmagtigden van Haar Hoog Mogende te Velde (s) genoegfaam tot Capiteins Generaal gemaakt heeft, als gevende aan dezelve volkomen macht en fpetiaal bevel, om fonder ruggefpraak aangaande het Employ der voorfchreve Militie na ingenomen Advis van den Heere Prins Mauritz van Nasfauw , ook, zo zyfulksgoedvonden, van andere. Hoo- (r) 16 Mey 1631. 19 Augustus 1633. 4 Mey 11535. 0) Sie 20 Mey 16ö4. 2s Jan. 1666. en 12 April 1ó68,  MEMORIE over de MILITIE. 77 Hooge of Mindere Officieren alles te Refolveren en Effectueren, of doen Effectueren , wat na geleventheid en eisch der voorvallende Saken ten meesten dienste van den Staat en afbreuk van den Vyand bevonden zal worden te behooren. En wanneer in 't jaar 1672. de nood aan de man quam, wierd de Authorifatie nog merkelijk geëxtendeert, eerst in opzicht van de twee Gedeputeerde en Gevolmagtigde te Velde tusfehen de Maafe en de Schelde, aan welke den 15 Mey volkomen Authorifatie gegeven wierd om, na voorgaande Advis van dc Gouverneurs van de Steden , in welke zy haar zouden mogen bevinden of van andere Krygsverftandigen, by haar te asfumceren, te disponeren van de Militie, mitsgaders van de Magafynen aldaar wefnde, de Compagnien, naar Occurentie van Saken en incomende advertentlen , met Advis als voren in dezelve plaatfe Garnifoen houdende , uit de eene plaats na de andere te mogen trekken, of ook elders verfamelen, foo zy Heeren Gedeputeerden tot Seccurs van de voorfchrevc plaatfen , of tot afbreuk van den Vyand zullen oordeelen best en hquaamst te zyn; uit de Oiiartieren van Vlaanderen te ligten foodanige gedeelte van de Militie, aldaar Garnifoen houdende", als zy zullen oordeelen, datfonder ondienst van 't Land van daar foude kunnen worden op ontboden, mitsgaders ook om, in cas van nood , na Vlaanderen als mede in de Provincie van Holland en van Zeeland te mogen fenden een gedeelte van de Militie, behoudelyk dat geen van de voorfchreve Militie gefonden zal mogen worden in Hoog Genoemde Provinciën, dan na voorgaande over gif te, en Acten, by forme van Patent van de Heeren Staten van Hoog Gemelde Provinciën, medebrengen-  7 8 VERZAMELING van STUKKEN &c4 geudc, dat de Militie, die alfo in de Hiog gemelde Provinciën zal wefen gefonden, ten allen tyde van daar wederom by Patent van Haar Hoog Mogende of Ordre van Gemelde Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerden te Velde te rug ontboden fal mogen worden , fonder daar toe eenig ander Patent van de meer Hoog Gemeldé Heeren Staten van nooden te hebben: En naderhand by fecrete Refolutie van den 7 Juny in opfigt van alle de gefamentlyke Gedeputeerden en Gevolmagtigden te Velde en daar onder van den Prince Van Orange, die doe ter tyd boven zyn Prreadvis als Capitein Generaal een Rem had iii de Krygsdeliberatien in qualitcit van mede Gedeputeerde en.Gevolmagtigde, nevens de 8 Heeren uit de Vergadering van Haar Hoog Mogende, en een uit de Raad van State,welke aangelchreve wierd , dat nademaal de Sa* ken van Oorlog alle dage en uitren notabele verandering fabject fyn, daar na de mefures als dan tel* kens fpoediglyk moeten Worden genomen , en dat mitsdien dezelve Saken van Oorlog van verre niet binnen worden gedirigeert, veel min met pofitive Refolutien gereguleert wel expresfelyk aan 't cordeel , conduite en abfolute dispofitie van dc Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerden en Gevolmagtigden te Velde,na ingenomen Advis van den Heer Prince van Orange, is en als nog werd gelaten, om na de opkomende veranderingen , occw rentten en voorvallen van Saken, prore nata, telkens te refolveren, met de macht van het Land ie ageren, die in 't geheel of ten deele te employeren * ofte verbrengen, foo als dezelve na ingenomen Advis van zyn Hoogheid fullen bevinden te behooren. Den 21 Augustus 1702. is ecne lange Infcruc- tie  MEMORIE over de MILITIE. 79 tic gearrefteerd voor de Heeren Gedeputeerden tc Velde , welke in de volgende jaren nog Geamplieerd is met eenige Articulen, maar welke, zoo veel aangaat het ftuk der Krygsoperatien de Gedeputeerden Authorifeert om met den Commanderenden Generaal te bef-uiten al ft geen de Krygseperatien de fiïofiftentie en conferyatle van de Troepen en de bevordering van den dienst van den Staat betreft, mitz brenge?ide ter deliberatie van Haar Hoog Mogende alle Saken van gewicht, foo wanneer de tyd het kan lyden , cn de Saken zyn van die Natuur, dat daar op hier gerefolveert kan worden : een veel bcpaalder magt, als de Heeren Gedeputeerde te Velde , voor dezen gehad hebben. Daar tegen hebben de Gedeputeerden te Velde federt het jaar 1702. fchoon de Inftructie daar van niets zegt, niet alleen aangefteld provifioncle Commandanten in de Steden, die gewonnen zyn met de wapenen, maar ook Gedisponeert van alle Ampten van Politie cn Finantie, op approbatie van de Staten Generaal, welke approbatie te minder Gediffilcultecrt wierd, om dat de Staten Generaal en de Raad van Staten onder haar oneens waren over het recht tot de begeving van verfcheide van die Ampten. Hoe weinig die begeving over een komt met het oud gebruik is af te nemen uit dc Refolutie van de Staten Generaal van den 24 Augustus 1629. wanneer dezelve, na de verovering van Wezel, vermoedende , dat de Heeren Gedeputeerden fouden mogen difponeeren van de Ampten van Commisfaris van dc Monftering, Ontfangers van de Licenten en Serviesmces- ter  8o VERZAMELING van STUKKEN &c. ter aldaar, aan defelve fchreven, dat zy in het vergeven van de voorfchreve Officien, buiten ken' nis van Haar Hoog Mogende niet zullen treden , en of zidks al bereids ware gefchied, dat daar op by Haar Hoog Mogende als van nieuws zal wor den gedlfponeert, om ordre te houden, en voor te komen de befwaarlyke Confequentien die in andere gelegenheid daar uit foude konnen ontftaan en getrokkenworden , feilende niettemin provifionele Ordre, datden dienst van ''t Land niet verfuimd werde. Én dewyl de fecretesfe van de uiterfte aangelegenheid is in de Deliberatien over de Krygsfaken, hebben de Staten Generaal den 27 October 1665. de Heeren Gedeputeerden te Velde verfogt, geen desfeinen of exploitcn van Oorlog fecretesfe vereifehende over te fchryven als na de Executie: En by fecrete Retbhitie van 28 April 1672. aan dezelve gerecommandccrt, aan niemand 't zy binnen of buiten de Regering dan alleen aan de Heer Raad Penfionaris de Wit, mitsgaders den Griffier van Haar ■Hoog Mogende, eenige kennis te geven van eenige faken rakende eenige Desfeinen van Oorlog, Exploiten of Krygs-Expeditien, die defelve voorgenomen foude hebben te doen of ter hand te nemen , als alleen foo wanneer defelve exploiten, onder Godes Zegen een gelukkig fucces foude mogen hebben gehad, in welke gevallen, en anders niet , de gemelde Heeren Haar Hoog Moge?ide Gedeputeerden en Gevolmagtigde te Velde daar van advertentie fullen doen, aan wien het haar Edele foudeii mogen goeddunken (t). Ein- (?) Stiten Generaal 1 July 1627. 3 April 21 Au^iu-tus 16:9.  MEMORIE over de MILITIE. 8i . Êindeling ftaat aan te merkert, dat van oudé gebruikelyk is geweest, dat 'eenige Gedeputeerden uit de Provinciën', op welker Territoir of Frontieren het • Leger ageerde , gevoegd wierden by de Gedeputeerden te Velde, (u) Wat gefag of Hemmen die bygevoegde Gedeputeerden gehad hebben is onzeker, wordende wel gevonden in 't Regiftet van denRaad van 't jaar 1589. (v) dat de Raad; een Heer Committeerende , om Prins Mauritz te asfalteren op een Togt na 't Quartier van Gorinchem, die van Holland verfogt, zyner Excellentie nóg een of twee klit hare Lieden midden te willen Committeren, om' 'zyn Excellentie .nevens den Raads Heeren van Loofen met raad en daad te asfifteren: en in het. Regifter van de Staten Generaal van 't jaar 1592. (V) dat defelve fehrevert aan de CanceJier en Raden van Gelderland, om een of twee Geqnalificeerde ervaren Perfonen te zenden, by den Grave van Hohenlo na 's Heerenberg , met last van defelve te asfifteren en te helpen adviferen óp alle voorvallende faken ten meesten dienst en verfekertheid van den Landen', maar in die belde geVallen was 'er geen formele deputatie te Vel» de, waarmede die Gedeputeerden uit Gelderland èn Holland rcfpeccivelyk konden komen in competentie. , En daarom was het niet fonder reden,. dat de Heeren Gedeputeerden van Gelderland in'tjaar 1668. aan de Staten Generaal voordroegen, dat tie Heeren Staten haar Principalen in 't voorge- Cu) Staten Generaal 1 July 3 April 21 Augustus 1629. tv) Raad van Staten 4 December 1589. (-»■) Staten Generaal 24 Augustus 1592. F  Sz VERZAMELING van STUKKEN'&c. gemelde jaar aan haar hadden gerecommandeerd t» aanbevolen , in cas 't Leger in de een of an~ dre van de fieimnende Provinciën foude komen te ageren of genoodfaakt zyn te verblyven, en daar cmtrend uit Haar Hoog'Mogende Vergadering wederom Gedeputeerde te Velde geemployeerd worden, alle mogelyke devoirm te willen aanwenden, ten ein* de een vaste Ordre en Reglement rakende het gefag foo van welgedagte Heeren Gedeputeerden en die en Chef foude commanderen, als van de Gecommitteerden van de Staten van die Provinciën daar de Attie foude komen te gebeuren, mogte worden gearrefteerd, ennademaalHaar Hoog Mogende Staats wyze vergadert tot nog toe fodanig Reglement niet was voorgekomen, dat defelve als nu verfogt en te mogen verftaan, 't geen dien aangaande mogte wefen gepasfelrt, alfoa Haar Edele Mogende van intentie waren volgens Refolutie van de groote Vergaèering van 't jaar 1651. in geval de Actie in haar Provincie mogte voorvallen, hare Gecommitteerden de welgemelde Heeren Gedeputeerde te Velde by te voegen om met malkanderen over alle voorvallende* faken te helpen delibereren en refolveren. Gelyk het mede niet fonder rede was, dat de Staten Generaal, niet gereed die Propofitie aanftonds te beantwoorden, goed vonden, dat de Retro Acta daar op zoude nagefien worden, en een concept Reglement op 't papier gebragt door Commisfarisfen uit de Vergadering en uit den Raad van Staten in cas, dat niet albereits fodanig een Reglement zoude mogen beraamt en vast gefteld wefen, waar by het doe gebleven is. Den 11 Mey 1671. wierd ecne nadere Conferentie aangefteld," om te overleggen wat Ordre en Forme foude behooren gehouden te wor-  MEMORIE over de MILITIE. 3 3 worden by de Heeren Gedeputeerden te Velde in de uitvoering van de magt haar aan te bevelen over de Militie van den Staat, foo wanneer defelve zoude mogen gevonden of gebragt worden in het Territoir x\an een Provincie Item in Staat hebbende, en in wat voegen alle de Provinciën best en bequaamst daar orntrend op een eenparige vöet getrafteert zouden kunnen worden, en den 4 Juny wierd het volgende Advis uitgebragt. Dat aan de Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerden en Gevolmagtigdehs te Velde foude behooren te ftaan de Dispofitie en Directie, orntrend het Employ van 's Lands Militie te Velde, met Advis van de Generaal in der tyd: ook felfs zoo, wanneer de voorfchreve Militie foude mogen gevonden ofte gebragt worden in het Territoir yan een van de (temmende Provinciën aan de Grenfen van den Staat gelegen j '£ zy tot fecuriteit, befcherming 'of'recuperatie van eenige Frontieren van den Staat in geititlde Provinciën of anderfints, behouielyk egter, en fonder Prejuditie van het Souveryn en Territoriaal Regt, de Provinciën refpetlivelyk in den haren Competerende, in alle andre faken dis het bekid van de Militie concerneren. Dat van wegens de Provincie, in welkers Territoir het Employ en de Actie van de Militie fon den komen voor te vallen, altyd een.Heer Stsfie zoude behooren te hebben onder de. Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerden cn Gevolmagtigden te Velde, en dat mitsdien, ingeval onder het getal van de 5 Heeren , ingevolge van Haar Hoog Mogende Refolutie van den 11 February lótó. te depitteeren geen Heer gevonden word uit defelve ProF z vin-  *4 VERZAMELING van STUKKEN &c'. vincie, eanffonds een gevoegd zal worden, by df gemelde 5 Heeren, van gelyke qualüeit, als oflh Origineel in de Commisfie van Haar Hoog Mugejiide was gecomprehendeert, om op alle faken mede\e helpen disponeren en refolveren, en dat zoo langde, als 't Leger zich bevind in het Territoir van de yoorfchreve Provincie* Dat boven dien de voorfchreve Provinciën refpectivelyk de Faculteit behoren te hebben, eenige Heeren uit den haren te Deputeren' om te communiceren met de Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerde en Gevolmagtigden te Velde, over faken, aangaande de fecuriteit van derfelver refpective Provinciën, fonder dat egter dezelve Heeren fiem en fesfie zullen hebben onder de Heeren Haar Hoog Mogende Gedeputeerden, Gevolmagtigden te Velde , des dat de gemelde Heeren Gedeputeerden volmagtigde te Velde, alvorens zouden behooren in te nemen, de Confideratien en Advis van de Heeren Gedeputeerden van de Provincie tot welkers fecuriteit de voorvallende fake fpecteerd , zoo wanneer dezelve prefent. zyn. Dit Advis wierd overgenomen by alle Provinciën, en bleef niet alleen buiten Conclufie, fchoon de Gedeputeerden van Gelderland nader aanhielden den 6 December om verklaring, wat gefag en hoeveel de Staten van een fiemme?iT de Provincie zullen genieten , by die genen, die een Leger of Corps in dezelve Provincie fal komen te commanderen : als mede de Gecommitteerden van de Staten Generaal of Raad van Staten, mede te Velde zynde, maar den 4 February i6~2. na dat Stad en Lande, de eenige welke gevonden werd Refolutie ingebragt te hebben, op het voor- fchre-  MEMORIE over de MILITIE. %s fchreve Advis van den 4 Juny, zich daar tegen verklaart hadde, verftonden alle de andere • Provinciën, dat daar in niets konde- gedaan werden , als by een gemeene concurentie, en eenparige bewilliging van alle de refpettive Bontgenoten. Waar door het Advis geheel verviel, en een faak , welke wel behoord had geregulccrt te wórden, in onfekerheit wcrdt gelaten. F 3 VYF-  Btf VERZAMELING van STUKKEN ócc. VYFDE CAPITTEL. Vm het Ampt der Stadhouders als Provinciale Capiteins Generaals. Xn de twee vorige CapitteJen is aangewefen by wien het gèfag over de Militie uit dc naam van de Generaliteit, of van de Vereenigde Provinciën geëxerceerd is, van 't begin af: cn vervolgens moet in de naaste plaats verhandelt worden, van de Hooge Officieren, welke door en onder Dezelve gebruikt zyn , om de Militie te commanderen en daar mede tegens den Vyand te ageren , ' en namelyk van de Gouverneurs en Capiteins' Generaals van de Provinciën van den' Capitein, ''Generaal over de Militie van den Staat, en vart den Veldmarfchalken: orntrend de Ampten van welke Hooke Officieren in het gemeen aan te merken is, dat geene van dezelve Ampten fonder interruptie geëxerceert zyn : de meeste Provinciën zyn yan het jaar 1650 tot 1672. en nu weder zedert 'tjaar 1702. geweest fonder Provinciale Capitein Generaal: van het vertrek van den Grave van Lycester tof 't jaar 1625, van 't jaar 1650 tot 1672, en van 'tjaar 1702 tot Pu toe is de Staat geweest fonder Capitein Generaal, en 't Veldmarfchalk Amptheeft gevaceert van 't jaar 1589 tot 1607, van 'tjaar 1653 tot 1668, en nu federt het jaar 1708. Nu gaan wy over tot de particuliere verhandeling der voorfchreve drie hooge KrygsAmpten, en eerst van de Capiteins Generaal yan  MEMORIE over de MILITIE. 87* van de Provinciën , welke het aan fommige vrccrat lal fcbyncn, dat hier geteld worden, onder de Hooge Krygs-Officieren van dc Generaliteit, in plaats dat zy doorgaans aangeüen worden voor Provinciale Amptenarcn, doch 't volgende zal onwedcrfprekelyk aantoonen , dat zy aïtyd gehad hebben en noch behouden, een fonderlinge relatie tot de Generaliteit. Te weten het Ampt der Stadhouders, ot der Gouverneurs en Capiteins Generaal van de Provinciën, is ten dcele Politicq, ten deele Militair, foo 't niet twee onderfqheide Ampten zyn , de Politique Regering door de Unie niet gemeen gemaakt zynde, maar verbleven aan de Provinciën elk afzonderlyk, hebben de Stadhouders in haar Politique qualiteit maar alleen Relatie tot de Staten van de Provincie, of Provinciën waar van zy Stadhouders zyn : Maar 't is geheel anders met dezelve in haar Militaire qualiteit, dewyl dc defenfie van den Staat der Vereenigde Nederlanden cn 't bevel over de Militie, die daar toe gebruikt word gemeen gemaakt zyn by de Unie. , Hier van daan hebben dc Stadhouders niet alleen van oudstweeonderfcheide Tractementen, een Politicq en een Militair gehad, maar ook het eerste ftaat ten laste en ter begrooting van de Provinciën van haar Gouvernement, (a) het tweede ten laste en ter begrooting van de gefamentlyke Provinciën, welke het betalen op den Staat van Oorlog nevens andere lasten van de Unie, CO Holland iS September 15-9. ■ y-4  $8 VERZAMELING van STUKKEN &c. De Relatie van de Stadhouders in haar Militaire qualiteit tot de gefamentlyke Provinciën óf tot de Generaliteit blykt nog klaarder in het oud gebruik ontrend derfelvër aanftelling, eed, en cOmmisfie van den tyd af, dat dc Provinciën hebben begonnen te formeren een vrye ftaats Regering. ; _ Want doe de Staten Generaal, (è) na dat Don Jan Namen ingenomen had, begonnen hadden abfolutelyk te Regeren, hebben dezelve den Baron de Ville aangefteld en gecommitteerd , tot Gouverneur over Vriesland, Groningen, Drenthe, en Twenthe. Aartshertog Matbias, by dé Staten Generaal aangenomen tot Gouverneur Generaal, heeft Graat Jan van Nasfau gecommitteerd tot Gouverneur van Gelderland. • Dc Staten Generaal hebben in 'tjaar i58o.(Y) den Prins van Orange aangefteld tot Stadhouder van Vriesland! 'T-blykt uit het XLie Artikel der Inftructie van Prins Mauritz, en de Raad van Staten, gecommitteerd'in 'tjaar 1584. tot het Provisioneel Gouvernement,' dat' de Aanftelling van de Stadhouders aan dezelve geftaan heeft, hoe wel niet, als ten Denominatie van de Refpective Provinciën.' u'ut-'i By tt Traélaat mee Engeland van den 10 Augustus -1585. (d) is insgelyks geftatueerd, dat by het Overlyden van' een Stadhouder 233 Perloncn door de Staten van de Provinciën fduden geprefenteerd worden aan de Gouverneurs Ge- (A) Holland 23 January 1580. (V) Staten Generaal ->8 Mey :o. 11 cn 13 Juny 15S0. (V). Artikel 24.  Als de Graat van Meurs en iNiewenaar acn 30 Mey 1584. als Stadhouder van Gelderland, 'en den 12 Augustus daaraan, van Overysfel.(g) " Graaf Willem Lodewyk van Nasfauw 1 o Mey 1584. als Gouverneur der Vricsfche Ommelanden , iq November feqq. Gouverneur van Vriesland , 22 Juny 1595. Gouverneur van de Stad Groningen en Ommelanden, en 24 Augustus 1596. van het Landfchap Drenthe. De Heer van Villers 10 November 1584. (/;) als Gouverneur van den Lande van Utrecht. 1 En eindelyk Prins Mauritz den 8 February 1590. 0) Holland 8 February 1590. (ƒ) Staten Generaal 17 February 1590. (g) Sie ook Staten Generaal 6 en 1,4 February, 12 July 1584. (#) Staten Generaal 11 October 1584. 1 MEMORIE over de MILITIE. 89 Generaal en den Raad van Staten, om een daar uit té kielen'. ' ' En wanneer in 't jaar 1590, (e) dc Raad van Skaten verftond verkort te wezen door de aanftelling van Prins Mauritz tot Stadhouder van Overysfel, zonder haar concurentie, wierd niet het Regt van de Raad gecontefteerd , maar alleen bygebragt dat de Provintie van Overysfel zich gehouden had buiten de handeling met Engeland, (ƒ) doende de Prins niet te min eed aan de Generaliteit en Commisfie ontfangende van dezelve , tot evident bewys, dat de Stadhouders van dc Provinciën geoordeelt wierden tc ftaan onder de Generaliteit, felfs buiten Relatie tot het Tractaat met Engeland. Gelyk zy dan doorgaans tot het jaar 1620. incluis , door de Generaliteit foo niet aangefteld , ten minsten geagreëerd en , ten verloeke van de refpective Provinciën, van Commisfie voorzien zyn.  90 VERZAMELING van STUKKEN &c. i59°« CO a's Gouverneur van Overysfel, % April daar aan van Utrecht, 16 Mey 1591 van Gelderland, en 31 December 1620. van Stad en Lande: de Commisfie van Prins Mauritz als Gouverneur van Gelderland is van de Raad van Staten. . Hoe wel niet gevonden word, dat Prins Mauritz, als Gouverneur of Stadhouder van HoU land en Zeeland , commisfie van de Generaliteit ontfangen heeft, kan daar uit niet befloten worden, dat hy in die qualiteit geen Relatie foude gehad hebben tot de Generaliteit, wyl het tegendeel blykt uit den Eed den 1 Juny 1588. by de Staten Generaal gearrefteert, voor den Gouverneur van Holland , en Mutatis mutandis, van de andere Provinciën luidende als volgt, Wy beloven en fveeren de Staten der Vereenigde Nederlanden, die by de Unie en de Handhouding by de Gereformeerde Religie zullen blyven, en namentlyk de Ridderfchap, Edelen en Regenten van den Staat van Holland en Westvriesland, reprefenterende de Stalen van dezelve Landen, gehouw en getromv te wefen, dat v:y de Ordonnantiën , en Bevelen van de voorfch reven Heeren Staten Generaal den Raad van Staten, tot de Generale Regering van de voorfchrevc Landen gecommitteerd, of noch te committeren, in 't generaal, en van de Staten van de voorfchrevc Provincie van Holland in 't particulier, fullen nakomen, en by de Overften, Capiteinen en alle andere onder onfen gebiede ftaande, fullen doen nakomen en agtervolgen na behooren. Na 't jaar 1620. is wel het geven van Com- mi$r (O Staten Generaal 15. 16. Februarv 1590. 10 Mey 1591- 3 April 1590.  MEMORIE voou de MILITIE. 9! püsfita van Generaliteits weegen aan de Stadhouders en het beëedigen derfelve in onbruik geraakt, maar de Relatie welke zy te voren hadden tot de Generaliteit, heeft daarom niet opgehouden , want niet alleen is haar Militair Tractemcnt bly ven liaan, cn Raat van de Stadhouder van Vriesland en Stad cn Lande noch op de Staat van den Oorlog onder dc gemecne Lasten van de Unie , maar de 25 en 27^ Artikelen van de nieuwe Inftruclie van dc Raad van Staten, onderwerpen de Stadhouders aan de bevelen van de Raad in dezelve Termen, als de 6 en iSde Artikelen van dc oude. Deze onderwerping beftaat eigentiyk daar in, dat de Stadhouders gehouden zyn , (k) trouweivelykna te komen cn te doen effectueren, binnen de Limiten van haar Gouvernement, de Bevelen en Ordonnantiën van den Raai van Staten, conformelyk aan haar Last en Inftructie geëmaneert. De aangetoge woorden leggen van de Raad van Staten , niet, om dat de Stadhouders niet ■mede zouden moeten nakomen de bevelen van de Staten Generaal, waar van het tegendeel blykt uit het bovenftaande Formulier van Eed: maar om dat dc bevelen van de Staten Generaal na de oude Ordre, niet direaelyk geaddresfeert worden aan dc Stadhouders maar door middel van den Raad van Staten. Want wanneer de Raad, kort na het arrefteeren van 't meergemelde Formulier van Eed be- (X-) Sie Infrruétie van, Prins Mauritz als Gouverneur van 'Holland en Zeeland, by Bor 20 Boek fol. 665. Ook het 4.. Artikel der Inlrruftie van den Grave van Meurs.als Gouverneur van Utrecht, Bar 20 Boek lol. 62S.  $2 VERZAMELING van STUKKEN &c, betuigde tc vi eezen voor c mfuf e uit de diverfiteit van Commandanten , waar aan 't Formulier de Gouverneurs der Provinciën fubje&eerde, foo zeggen de Staten Generaal, (7) tot folutie aan de Raad yan Staten, dat voor geen confufie tc vreefen was, niet alleen, om dat de Staten hun met U Commandement over 't Volk van Oorlog niet zullen bemoejen , ten zy de nood en confervatie van den Landen fulks zal komen te vereijchen , maar ook, am dat de Comviandementen zullen gedaan en geobedieert worden per Gradus: 't geen notoirlyk zeggen wil, dat de Staten Generaal geen bevelen fullen ger ven aan de Gouverneurs yan de Provinciën, als met interventie en door middel van den Raad van Staten. Tot diftincier begrip, hoe yer het gefag van dc Generaliteit over de Stadhouders van de Provinciën gaat, is hier geinfereerd het Antwoord van Holland van 2 February 1590. opeen Propofitie van de Graaf van Hohenlo. Dat de Raad van Staten volgens haar inftructie gebruikt de Generale Dispofitie over de Saken van den Oorlog te Lande maar moet haare refolutien addresferen en doen executeren aan en door de Gouverneurs van de Refpeètive Provinciën , elk in haar Gouvernementen; in dier voegen , dat op hare Refolutien of Bevelen nog anderfints geen Volk van Oorloge uit of in de Landen , Steden en Sterkten van Holland en Westvriesland geleid of geligt en word of marcheert, %en zy 't felve by zyn Excellentie als Gouverneur, e% (/) Staten Generaal 4 Juny 1588.  MEMORIE voor öe MILITIE. 95 m Capitein Generaal van de voorfchrevc Landen , of by de Gecommitteerde Raden van de Staten van Holland op den naam en van wegen zyn Excellentie by Patenten bevolen worde, en kyft zyn Excellentie en de Gecommitteerde Raden van de Staten van Holland vry, om in gevalle zy hen in 'eenige bevelen van de voorfchrevc Raad van Staten bezwaart vinden , dezelve te vertopmn, tn daar op redres te verwagten: en insgelyksblyjt zyn Excellentie vry , op zyn, Qrdinaris Authenteit als Gouverneur en Capitein Generaal der voorfchreve Landen met advis van de voorjchreve Gecommitteerde Raden van de Staten voornoemd oj in «cvalle van abfentie van dezelve Gecommitteerde Raden, haar Advis te verfoeken niet gelegen is, fonder Advis derfelve het Volk van Oorlogem de voorfchrevc Landen, Steden, en Sterkten van dien felfs te veranderen en tot afbreuk van de Gemeene Vyandcn, en Dienst der Landen te gebruiken, en daar van in fuiken gevalle zyn Excellentie den Raad adverteerd tot houdinge van goede Correfpondentic , en een weinig laagcr , item overmits die van de Raad van Staten voornoemd voor een Principale reden vanhaar zwarigheid, waarom zy hare Bevelen en Ordonnantiën niet konden altyds addresferen en doen executeeren, aan, en door de Gouverneurs van de Particuliere Provinciën , voor feilen, dat de Gouverneurs dibvyls verre van de hand waren, en de^ baken fomtyds geen uitftel konden lydcn, foo is t zelve daar mede geremedieert, dat in fulke gevallen de Bevelens Geaddresfeert worden aan de Gecommitteerde Raden van de Staten voornoemd die als dan êok op de naam van zyn Excellentie op de Execu- r Ui  $4 VERZAMELING van STUKKEN ccc; . Ut van dezelve Bevelen voorzien na bahocren, en daar van houden goede Correfpondentiemetzyn Excellentie , en in cas van merkelyke zwarigheden adverteren eerst daar van zyn Excellentie, fulks dat als nu in alle de voorfchrevc Saken met volkomene Kennis en goede Correfpondentie tusfehen de Kaad_ van Staten en zyn Excellentie met de Gecommitteerde Raden van de Staten voornoemd tot der Landen dienst Geprocedeert word. _ Hier uit volgt, dat wanneer Holland zeggen in de Dedu&ie van den 30 January i%i overgegeven aan de Groote Vergadering, dat de Capiteins Generaal van de Particuliere Provinciën gehad hebben het opperfie gezag over de Muitie,_cn het beleid der Oorlogsfaken binnen de rrJpeclive Provinciën , by Advis van de Staten of haar Gecommitteerde Raden voor foo veel aangaat de verfekerthetd van yder derfelve Provinticn in het Particulier , liet ièlve niet abfoluit en onbepaaldelyk verftaan moet worden,maar alleen met Relatie tot de Capiteins Generaal van de Gene* raliteii, van welke daar ter plaatfe gezegt word, dat derfelver Charge beftaan beeft in het Opperfie Lommandement van de Legers of Militie buiten de Provinciën te Velde zyndefen welke nooit hebben konncn lbo ver brengen de authoriteit van haar Charge, felfs niet in delaastleden jaren, dat deMilitie leggende in de Provinciën, waar van zy niet te gelyk Provinciale Capiteins Generaal waren, op andere Patenten <^emareneerd heeft, als gedepecheert volgens de ordre van 'tjaar 1651. Voorts dient dit extraft niet alleen , om te toonen, waar in eigentlvk 't gefag van de Generaliteit over de Stadhouders van de Provinciën'  MEMORIE over dë MILITIE. 9$ fcicn beftaat, en hoe ver het zelve zich extendeert, maar ook om een begrip te geven Van 't Recht en Macht der Stadhouders ontrent het Militaire, 't eenenmale overeenkomende met het Antwoord (m) van dc Staten Generaal van den 10 Mey 1589. op het Rapport van den Ambasfadeur Caron, gekomen uit Engeland, dat namclyk, de Orders, Last, en Authoriteit van Gouverneurs van de RtjpeüiveProvinciën altyd geweest is met de Staten, of haar Gecommitteerde Raden te voorzien op de dcfenfie en de Verfekering van de Provinciën, en Qiiartieren, Steden, Sterkten en Havenen van dien, den Vyand afbreuk te doen , jegens de Muiterie en wederhorigheden dcrfelve, of by Ordinaris wege van ftrajfefof met de Overhand en Manu Militairi te 'doen voorfien. Doch 't Regt en Macht der Stadhouders, in Qualiteit der 'Provinciale Capiteins Generaal, zyn foo Ampel en kragtig gededuceert en geadftrueerd, in een Refolutie van Holland van 6 February 1587. en infonderheid in de bovengemelde Deduftie van den 30 January 1651. die in elks handen zyn, dat onnodig is daar Van meerder te feggen. Alleen verdiend opmerking, dat dc Macht van de Stadhouders, immers van Holland, niet altyd even groot is geweest, ontrend het ftuk der Patenten, gelyk aangewefen is in het tweede poincl van de aangetoge Deductie, en noch blykt uit de vergelyking der felve met de Refolutie van Holland in January 1593. op de klagten van den Grave van Hohenlo gedaan in Juny (w) Sie het Antwoord in 't Register van I loliand 20 Mey 1519.  95 VERZAMELING van STUKKEN ècc. Juny iS92- over 't geven van Patente door de Gecommitteerde Raden, tot wegneming van welke klagtën verftaan wierd, dat de Patenten in abfentie van Prins Mauritz fouden gegeven worden óp desfelfs naam door den Grave van Hohenlo , als Luitenant van zyn Excellentie met advis van de Gecommitteerde Raden en onder derfelver Paraphure. i Schoon uit dit alles kan afgenomen worden, dat de authoriteit van de Stadhouders., zoo! in het Militair als Politicq bepaalt is, binnen het Territoir van de Provinciën van haar Gouvernement, foo is een notabel onderfcheid tusfehen de tyden wanneer de Generaliteit is geweest zonder Capitein Generaal, of met een , als dat, .wanneer 'er geen was, de Stadhouders of Provinciale Capiteins Generaal 't opperfte gefag in 't Leger Van den Staat gehad hebben , yder over de Militie ftaande ter Repartitie van de Provinciën waar van zy Stadhouders waren, gelyk bewefen word in een Deductie van Holland van den 16 Mey 1657. Artikel 81 & fcqq. hoewel niet buiten alle fubordinatie , zynde boven Capittel 1. verfcheide bewyzen by gebragt, waar uit men fchvnt te mogen befmiten, dat de Stadhouder van Vriesland en Stad en Lande met de Troupen, die hy te Veld bragt en commandeerde, is gelubordïheert geweest aan Prins Mauritz, die geen Capitein Generaal van den Staat geweest is by Commisfie. Van dit onderfcheid van tyd («) worden merkwaardige voetftappen gevonden in de Com- £») 13 February 1607.'  MEMORIE over de MILITIE. 97 Commisfien van de fucccsfive Veld-Marfchalken: wordende Graaf Ernst Caiimir by de zyne, gegeven in een tyd, dat den Staat geen Capitein Generaal had, en de Stadhouders of Provinciale Capiteins Generaal 't Opper ge fag in t L^gervoerden,aan dezelve gefubordineert (onder eenige Limitatie: (0) maar Graaf Willem cn den Heer van Brederode , in een tyd dat de Staat een Capitein Generaal had, niet anders als met byvoeging van dc woorden, voor foo veel belangt de Landen van haar Gouvernement en verder niet, ongetwyffeld om dat het Ampt van Capitein Generaal van den Staat geheel en al bepaalde dat van de Stadhouders of Provinciale Capiteins Generaal binnen hrt Territoir van de Provinciën van haar refpective Gouvernementen. /, ^ . j ~ Maar hoewel de Provinciale Capiteins Generaal doorgaans 't Leger gecommandeert hebben , wanneer de Staat geweest is fonder Capitein Generaal, kan daar uit niet befloten worden, dat het Oppercommando aan haar toekomt, als een Rechte gevolg van haar Ampt : Het tegendeel blykt uit een Notabel exempel van 'tfaarióio. wanneer de Staten Generaal, Graaf Henderik gedeftineert hebbende tot het Commandemcnt der Troupen, welke gezonden wierden na de Landen van Cleef en Guhk, 1 rins Mauritz, die de Staten niet goed vonden, dat buiten 's Lands gaan foude, uit vrees dat de Aardshertogen iets mogten ondernemen ,tcrvvyl de meeste Troupen buiten 's Lands waren, zien <. peLnleert hield in zyn Eer, cn Reputatie, en ö ' geen (V) 20 Mey 1634. 31 Ju,y l642' G  98 VERZAMELING van STUKKEN &c geen genoegen nam met al wat de Staten Generaai en de Raad van Staten konden by brengen om hem te vreden te ftellemmaar hoewel de Prins zyn ongenoegen opentlyk liet blyken, en niet konde verduwen, dat hy foo veel jaren de Landen trouwelyk gedient en derfelver Legers gecommandeert hebbende, als nu foude fhuis blyven, daagde meeste en principaalste. Forces van dezelve uit trekken, met verfoek, dat de Heeren Staten daar op fouden gelieven te letten, foo voegt hy 'er niet een woord by van 't Recht om te commanderen , hem als Capitein Generaal van de vyf Provinciën toekomende , gelyk hy fekerlyk* zoude gedaan hebben, indien hy geweest was van het begrip , waar in de queftie over de aanftelling van een Veld-Marfchalk naderhand eenige Provinciën gebragt heeft, (p) dat hy namelyk als Provinciaal Capitein Generaal, recht had , om de Militie of het grootfte deel derfelve te commanderen , buiten het Territoir van de Provinciën van zyn Gouvernement. Het oogmerk hier alleen zynde aan te toonen hoe ver de Stadhouders Generaliteits Officieren zyn in qualiteit van Capiteins Generaal van de Provinciën van haar Gouvernement, behoort daar toe eigentlyk niet het onderfock, hoever zy geregtigt Zyn, tot de begeving deiMilitaire Charges, waar van de Betaals Heeren de Difpofitie hebben, te min, omdat het zyn bedenken heeft, of 't Recht welke zy daar toe hebben, haar niet eerder competeerd in haar Politique als Militaire qualiteit. De (ƒ>) Staten Generaal en Raad van St.uen 5. 6. 7. 8. July 1610.  MEMORIE over de MILITIE. 99 Dc Staten van dc Provinciën , die begeving aan zich trekkende, hebben daar in de ecne meer, de andre min deel gegeven aan de Stadhouders. De Staten van Holland (q) om van geene andere te fprecken, behielden aan zich onder de vorige Stadhouders, de Nominatie van drie Perfonen, waar uit de Stadhouders Electie deeden , en fe gaven aan defelve boven dien de begeving der Compagnien van de vreemde Natiën , cn van die in 't Veld openvallende. Waar uit in het voorbygaan aangemerkt kan worden, (V) hoe de Staten Generaal twee onderfcheide Ampten famen mengden , als zy in *t jaar 1633. ftaande hielden tegen Vriesland en Stad cn Lande, dat de begeving der Compagnien in 't Veld open vallende, toekomt aan den Capitein Generaal van den Staat. Maar in't jaar 1672 (s) gaf Holland de Nominatie mede over, defererende aan den Stadhouder , by provifie, en tot anders foude vezen gerefolveerd , de Collatie en begeving yan alle de Charges van, en over de. Militie van haar Repartitie, van Vendrig tot Colonel, beide ine laJive. O) Holland 9. 17 November 1618. (r) Staten Generaal aö January 1633. (?) Holland 27 Augustus 1672. G 2  iöo VERZAMELING van STLTKKEN &ev SESDE C A P I T T E L. Vm 't Ampt van Capitein 'Generaal over 'de MU Ut ie van den Slaat. J3e Trtül van Capitein Generaal, die door de tyd een particuliere betekenis gekregen beeft, plagt voor dezen gegeven te worden aan de eerste cn commanderende Officier van een aanlicnclyk getal van Militie, 't zy te Velde of in ecnig Diftriéh Om maar. weinige Exempelen by te brengen*, de Graaf van Hohenlo, die in 't jaar 1584. het Leger voor Zutphcn gebood, en 't gebied afftond aan den Grave van Mcirrs, word by de Staten Generaal den 10 Augustus gczegt, aan dezelve gecedeert te hebben, 't Opper Veldheerschap over 't Leger, en den 11 dito, 't Capiteinfchap Generaal. Graaf Philip van Nasfauw in 'tjaar 1594. met Troupen gefonden na Vrankryk tot hulp van Hendrik de vierde, draagt in zyn Commislie van den 5 October, den Titel van Capitein Generaal. Pieter Pieters Hein is by Commisfie van den 28 Maart 1626. gezonden na West-Indien,met de Titel van Admiraal en Capitein Generaal, in de Limiten van de Wcst-Indifche Compagnie. Graaf Johan Mauritz van Nasfauw by Commisfie van 23 Augustus 1636. na Brazil, a Gouverneur Capitein cn Admiraal Generaal. Selfsis deTitul van Capitein Generaal by Commisfle van den 22 November 1623. 14 Juny 1630  MEMORIE over de MILITIE. i«f 3630 cn 18 September 1636. _ gegeven aan dc 'Commandeurs, gaande na Guine. De Stadhouders zyn met een altyd geweest Capiteins Generaal van de Provinciën van haar Gouvernement, cn is altyd verftaan, dat niemand buiten haar vermag di.rcct.elyk: eenige Ordres te geven binnen dc Paaien van haar Gouvernement aan de Militie , tot wiens bcfolding die ook ftaan mag, felfs niet een Gouverneur Generaal: (a) gelyk Holland beweert heeft, tegen den Graaf van Lycester. Daarom vonden de Staten Generaal in 'tjaar 1584. (ij niet geraden tc laten inllueren de Titul van Capitein Generaal in de Commisfie van den Gravc van Meurs, als Stadhouder van Gelderland, foo lang de Graaf van Hohenlo, die Leger voor Zutphen commandeerde, dat Commandement niet goedwillig afgeftaan had. En als de Raad van Staten den 5 Mey 1590. A&e van Commisfie verleende aan Prins Mauritz , om te gebieden over 't Krygsvolk , dat tc Veld getrokken wierd , fco de dienst van het Land mogt vereysfehen, dat men 't in de Quartieren van Gelderland en Zutphen foude empioiecren, word daar by gevoegd in de Refolutie, als zynde jegenswoordig geen Stadhouder van die Provincie. Waar -in 't Ampt van Capitein Generaal over de Militie van den Staat eigentlyk beftaat, £s niet foo gemakkelyk aan te wyfen uit de Puhlicque Registers, als omtrent een zaak van die natuur behoorde. De O) Holland 6 February 1587. (/•) Staten Generaal 3b Mey 10. 11 Augu.-,tus 1584. G 3  Ï02 VERZAMELING van STUKKEN &c. De Graaf van Lycester , de eerste, waar aan de Staten Generaal dien Titul gegeven hebben, is by defelve Commisfie aangefteld tot Gouverneur en tot Capitein Generaal, zoo dat niet wel onderfcheidcn kan worden, wat daar in tot yder van die twee Ampten afzonderlyk behoort, bebalven dat de Staat doen ter tyd in die verlegenheid was, datfe zoo veel gelag opdroeg san den Graaf van Lycester, als hy zelfs begeerde , en meer, als de Koningin van Engeland Jcheen te approberen , immers, als beftaan konde met de vryheid van den Staat. Prins Mauritz , indien hy Capitein Generaal van den Staat geweest is, is 't niet geweest by Commisfie, of Inftruclie, maar alleen by een langdimrige posfesfie van de Legers geheel, of, wanneer Graaf Lodewyk, of naderhand Graaf Ernst Cafimir , mede te Veld waren, voor 't grootste deel te commanderen. Want, hoe wel de Staten Generaal in verfcheide publicque Aclens, Prins Mauritz noemen Generaal van haar Legers, na zyn overlyden Prins Fredrik Hendrik (c) in zyn plaats aanftellen tot Capitein Generaal cnduidelyk poferen in een Refolutie van den 26 January 1633 dat Prins Mauritz mede geweest is Capitein Gent-■ raai der Vereenigde Nederlanden, en op die Pofitie bouwen fekere fuftinue tegen Vrieslanden Stad en Lande: foo werd geen Refolutie van Aanftelling, Commisfie of Inftru&ie gevonden in 00 Sie de Commisfie van Prins Hendrik als Generaal van de Ruitery 22 April 1603. voor Horatio Veere als Generaal van de Engeüeben 3 Mey 1605. van Graaf Ernst als Vefdmarfchalk 3 February \6pj.  MEMORIE over de MILITIE. 103 ïn de Registers , waar in alleen is , dat hy n't jaar 1588. (ï ^^U^^^T^S behooren , de Placaten en Ordonnantiën op de Militaire Exercitiën en Krygs disfipline gemaakt en noen te maken, by een ygelyk wel fcherpelyk te doen onderhouden , een zorgvuldig oog te houden op de I01 tificatien en Magazynen van den Staat, en met Communicatie en goedvinden van den Raad van Staten , met alle vlyt te helpen bevorderen, dat defelve Fortificatiën en Magazynen, doorgaans, dog voomamelyk in periculeufe tyden, in goeden ftaat van defenfie en van alle noodige behoeften wel vccrJ J pen, Cm) 24 Februrry 1672.  ïo.8 VERZAMELING van STUKKEN &c. fien, ook de Compagnien te Voet cn te Paart compleet en altyd in goede ftaat bevonden en gehouden mogen worden, dat hy ook tot meerder fecuriteit en veiligheid zal onderhouden fecrete kundfehappon en correfpondentien, omme tegen alle furprifen en ongevallendes te beter verfekert te mogen weefen, wordende die authorifatie verder by Inftructie bepaald, niet alleen op gelyke wyze als gefegt is, van dc Commisfie voor de Expeditie van 't jaar 1672. (n) maar nog daarmede, dat de Capitein Generaal telken male, als een Leger zoude in 't Veld gebragt worden , foude moeten van nieuws geauthorifeert worden, door een fpeciale A£te,by concurrente delatie van de Provinciën, om 't zelve te commanderen en daar mede tc Agcercn. Deze laaste Commisfie en Inftru&ie geven wel 't eerste begrip van 't Ampt van Capitein Generaal, maar dewyl nooit daar op een aangefteld is, dienenfe eer om te doen zien waar in men,in het begin van 't jaar 1672, begreep dat 't Ampt behoorde van doe voortaan te beftaan , als waar in het foo voor- als na beftaan heeft. liet apparendfte is, dat Holland niet qualyk de faak bevat heeft, wanneer zy in de meergenoemde Deductie van den 30 January 1651. poferen, dat .het gefag en de Auihoriteit van den Capitein Generaal der Geünieerde Provinciën, gefield by de Staten Generaal, in qualiteid als fodanige , niet verder heeft gejlrekt, nog ook heeft kunnen ftrekken als over het Volk van Oorlog, of over de Legers, als buiten de fiemmende Provinciën, en (») Staten Generaal 24 February 1672.  MEMORIE over de MILITIE. 109 en te Velde zynde: bevestigende het zelve met verfcheide bondige redenen. Waar by komt, dat hetfelveook ceniglints daar door'bevestigt word , dat de Staten Gene. raai in verfcheide publique Aften Prins brednk Hendrik noemen Generaal van haar Legers, in plaats van Capitein Generaal ,de eene benaming verwisfelende met de ander, als van eene beteekenis, gelyk blykt, in de Commisfien van Graaf Willem, en van den Heer van Brederode den 20 Mey 1634. en 31 July 1642. Doch , hoe wel het Ampt van Capitein Generaal foude alleen mogen betrekkelyk welen tot hetCommandement vande Legers, zoo laat het daarom niet na zyn bedenken te hebben, of Holland gelyk gehad heeft, met in meer gemelde Deductie het voorfchreve Ampt noch nauwer te bepalen, en namelyk tot het Commandement van de Legers buiten de ftemmende Provinciën, fonder felfs onderfcheid te maken tusfehen de Provinciën welke een , en welke geen Stadhouder hebben. Want foo een Stadhouder recht heeft in qualiteit van Capitein Generaal in de Provinciën van zyn Gouvernement,om te fuftineren , dat niemand boven of nevens hem kan voeren eenig Militair commandement over het Krygsvolk, by wien het ook betaald word , op het Territoir van de Provincie, waar van hy Capitein Generaal is, met avcu van de gefamentlyke Provinciën, welke door haar jaarlykfe confenten op de Staten van Oorlog hem erkennen voor haar gemeenen Officier, in de Provincie van zyn Gouvernement, en in die qualiteit zyn Militair Traftement betalen onder de gemeene Lasten van de Unie,  lip VERZAMELING van STUKKEN &c. Unie, foo is de Commisfie van Capitein Gene' raai van den Staat, en in 't byzondcr die van Prins Fredrik Hendrik, op welke Holland het oog heeft, in de Deductie gefield in veel te breede termen, om daar onder niet mede te begrypen het Commandement over 't Volk van Oorlog , of over het Leger te Vtide zynde ,in een Provincie, welke geen Stadhouder heeft om daar over te commanderen, waar toe maar fonder vooroordeel geleien moet worden, de woorden hierboven aan gehaald uit de voorfchreve Commisfie. Soo hier op gevraagt word, indien 't Ampt van Capitein Generaal alleen betrekkelyk is, op 't Commandement van de Legers ? Wat onderfcheid is 'er dan tusfehen Capitein Generaal en Veld-Marfchalk, foude men misfehien konnen volftaan met tc antwoorden , dat het by na het zelve is over de geheele Militie als dat tusfehen de Charges van Collonel en,Luitenant Collonel, met relatie tot een Regiment. Immers dit was de bevatting van Holland, leggende in de Deductie van den ƒ Augustus 1653. dat de Veld-Marfchalk even c zelve is,, dat verfcheide Provinciën toen Graaf Willem wilden maken , te weten Luitenant van den Capitein Generaal, als zynde de Veld-Marfchalk naast den Capitein Generaal de eerste en inmediatelyk Hoofd Officier van 't.Leger van dezen Staat, en fidks by Overlyden , Abfentie , ongelegenheid of onbequaamheid van den Capitein Generaal, het felve Leger en Chef commanderende. Doch om niet te onderfoeken, of dat zeggen allefints gegrond is, men behoeft het niet te laten by foo generalen antwoord, dewyl 'er boven dien meer als een Esfentieel onderfcheid is tus-  MEMORIE over de MILITIE. III tusfehen de Charges van Capitein Generaal en van Veld-Marfchalk. ' En namelvk, dat een Capitein Generaal uit krakte van zyn Commisfie commandeert de Legers, die den Staat goedvind te doen formeren, in plaats dat een Veldmarfchalk aaar toe telkens een nieuwe cn partuculiere authorifatie noodis heeft; de commisfie van de Veldmarjchaik foo wel die aangefteld zyn als 'er een Capitein Generaal was , als wanneer 'er geen was , meSenÏnde dat zy '.t Volk van Oorlog als Vela marfchalk zullen gebieden (Nota*) onder al Julke Veidoverfien, als Haar Hoog Mogende van tyd tot tyd fullen gebruiken. Ten anderen , dat de Capiteins Generaal uit krakte van haare commisfie gelyke Authoriteit cehad hebben over de Militie in Brabant en Vlaanderen, Resfort van den Staat, als de Provinciale Capiteins Generaal of Stadhouders over de Militie in de refpeftive Provinciën. Want dewvl de Staten Generaal aan Prins Fredrik Hendrik gedefereerd hebben, alle dezelve authoriteit, welke Prins Mauritz gehad had, die bv commisfie van den 19 July I5Uaangefteld "is tot Capitein Generaal over Brabant en Vlaanderen, en de Staten Generaal nooit fodanige particuliere commishe gegeven hebben aan Prins Fredrik Hendrik, noch aan de twee volgende Princen van Orange, loo volgt noodwendig , dat de Staten Generaal verftaan hebben, dat het Capiteinfchap Generaal over Braband en Vlaanderen een deel ol gevolg is van de charge van Capitein Generaal over de Militie van den Staat der \ ereenigde Nederlanden. ^  ttè VERZAMELING van STUKKEN &c. Boven dien zyn de fiicccsfive Capiteins Generaal , by aparte Commisfien geweest Capiteins Generaal over Wedde en Westwoldinger Land, en over de Landen van Valkenburg, Daalhcm, en's Hertogenrade, als blykt uit de Commisfien van'den 17 Mey 1633. 7 November 1640. 29 February en 4 Maart 1648, en 22 September 1672. Die zich ander onderfcheid verbeelden tusfehen de Charges van Capitein Generaal en van Vtil- Marfchalk confunderen ongetwyfeld de Authoriteit van Capitein Generaal van den Staat met die van de Provinciale Capiteins Generaal, of Stadhouders: eene dwaling, daar uit gelproten , dat dc Staat nooit Capitein Generaal gehad heeft, die het niet gelyk geweest is van de meeste Provinciën , doch te verfchonelyker, om dat de Staten Generaal (0) felve daar in geweest zyn, niet alleen, wanneer zy gefuftineert hebben tegen Vriesland en Stad en Lande, dat het Recht, tot de befteiling van alle Militaire Charges in 't Veld vacerende, toequam aan den Capitein Generaal van den Staat, waar van het tegendeel getoond is , in het voorgenoemde Capittel, maar inzonderheid, doe zy Prins Fredrik Hendrik aanftelden tot Capitein Generaal, vast Rellende te begeven een Charge welke Prins Mauritz door de dood ontruimt had, fchoon dat die niet anders geweest was, als Provinciaal Capitein Generaal van 6 Provinciën, by aparte Commisfien gegeven in verfcheide tyden , en van Braband, Vlaanderen, Wedde en (*) Refolutie Staten Generaal 1633.  MEMORIE over. de MILITIE. n; Wcstwoldingcrland medeby aparte Commisfien, in plaats datzy begaven een Charge, vacant, zedert het vertrek van den Graaf van Lycester, en die Holland meer als eens vrugteloos gevraagt had voor Prins Mauritz. En om die reden is het onder anderen dat de Voorftanders van de Vryheid federt hetjaar i6so. zich zoo avers getoond hebben van een Capitein Generaal, en in tegendeel met ongenegen geweest zvn, om meer authoriteit te geven aan een Veldmaarfchalk , en wanneer zy het niet langer konden keeren de aanftelling van ten Cabiiein Generaal, eene Inftructie doordreven , meer dienende om te voorkomen, aat de Capitein Generaal niet zoude zich onderwinden de authoriteit, fpecterende tot de Charge van Provinciale Capiteins Generaal, als om aan te wyfen het devoir van de zyne. Dog, foo de laatst overledene Capitein Genetaal van den Staat weinig gelegenheid heeft gebad, om in dat opfigtzyne commisfie te buiten tc gaan, om dat hy met een geweest * Proymriaal Capitein Generaal van vyr Provinciën,men behoeft maar te lefen de 8. ii. 12 en i3- Capittelen van deze Verhandehnge en den inhoud te vcrgclvken methetgefag, welke men Denfelven heeft zien oefrenen over deMilitie in reguaru van dc poinclen in die Capittclen verhandelt, om toe te Remmen dat hy veel verder geëxtcndeert heeft de authoriteit van zyn Ampt als zyn Voorfaten: om voorbyte gaan, dat hyZUU ZEER aan zich getrokken heeft het.begier der Krygszaken, dat NIET ALLEEN dc Raad van Staten, MAAR OOK de Staten Generaal geen kennis daar van gehad hebben, veel mm daar H over  ii4 VERZAMELING van STUKKEN &c. over gcdelibereert , gelyk in voortyden, felfs niet, wanneer de laatst overleden Capitein Generaal over Zee was, en het commandement over de Militie , buiten kennis van de Regering, liet in handen van een Veldmarfchalk, 't geen hier met geen ander oogmerk opgehaald word als om te toonen. 1. Dat het niet fonder reden geweest is, dat men voor en in 'tjaar 1672. bedagt was opeen Inftructie, eer dat men trad tot de aanftelling van een Capitein Generaal. 2, Dat het moet aangefien worden voor een gevolg van de disordres van den tyd, of anders voor een van die extremellemedien , welke men niet gebruikt als in Extraordinaire Toevallen , dat den 8 July 1672. foo onbepaalde macht gegeven wierd aan den Capitein Generaal vaa den Staat als boven aangewezen is. ZE-  MEMORIE over de MILITIE. iry ZEVENDE CAPITTEL Van het Ampt van Veldmarfchalk. I ndien de commisfie van den Heer Villers, de eerste Veldmarfchalk welke de Staat gehad heeft, voor handen was, foude men beter kontien oordeelen , waar in het Ampt oorfpronke* lyk beftaan beeft. Doch,dat het relatie gehad heeft tot de onderhouding van de Ordre en Krygsdisciplinc in 't Leger, is daar uit af te nemen , dat de Raad van Staten als zy den 14 July 1588. refolveer. de te doen depecheren commisfie van Veldmarfchalk voorden Heer van Villers, te gelyk op desfelfs aangeven aanftelde een Manhal des Logis, een Chef de Guet, een Auditeur, een Griffier, een Huis fier: (ff) En dat hy den 19 peauthorifeerd wierd om ymantte committeren als Auditeur tot inftruftie van fcker different tusfehen twee Officieren, om vervolgens, by den zelve Heer Marfchalk en Krygsrade gedecideert te worden, (0) en dat desfelfs Advis ineenomen wierd foo over den Artikulbrief als over de Inftruftie voor den Advocaat Fiscaal van de Generaliteit. Na het overlyden van dien Heer in t jaar iï8q. heeft het"Ampt omtrent 18 jaren open ge- 00 S'ie ook Raad van Staten 9 en 10. Augustus 5 September 1588. O) Raad van Staten 17. September en 7 o&ober 1588. H %  m VERZAMELING van STUKKEN écsv geftaan , in welke tusfehen tyd dc direftia over de Militaire Juftitie daar van afgenomen is öfior de aanftelling van een Hoofd, of Superintendent van de Militaire Juftitie naderhand genaamt Prcsfident van den Hooge Krygsraad. Dat 'er van ouds geen Hoofd van de Militaire Juftitie geweest is huiten den Veldmaarfchalfe, blykt uit eene Refolutie van de Staten Generaal den-16 July 1596. waar inhet als een reden bygebragt word, waarom de Staten Generaal bedenken hadden om tc treden tot de verkicfing van een Hoofd van de Militaire Juftitie. Ook wierd daarom in 't jaar 1597. (c) alleen een proyifioneel LHoofd aangefteld, en wanneer 't Ajnpt van Veldmaarfchalk weder begeven wierd in 't jaar 1607. aen Graaf Ernst Caiimir, werd gezet in deszclfs commisfie dat de Iniendent IVamart Du Bois niet te min by provifie en tot anders zoude wefen geordonneert, foude, blyven in de directie van Saken in den Krygsraad! Naderhand doe men 't Ampt van Hoofd of Superintendent van dc Militaire Juftitie confidcreer.de als een Permanent ampt, wierd ook verandering gemaakt in de commisfie van den Veldmarfchalk , cn , in plaats van de bovenftaande woorden, gelet in die van twee volgende Veldmarfchalken, dat niet te min de Charge van Prcsfident van den Hoogen Krygsraad foude blyven onverkort of in haar geheel zonder dat zich de Veldmarfchalk daar mede nu of.namaals zal mogen te bemoejeu , fonder expresje last en ordre. Doch hoe feer ook de directie van de Mi- li- W Stateö Generaal 18 July i5p7. Raad van Staten 2ö UHO.  MEMORIE over de MILITIE. n? fttaire Juftitie fchynt door die claufulen benogen te wezen aan de Veldmarfchalken, foo heelt egter altvd geftaan, cn ftaatnoch m de commisf,1 van denrWident,van den Hoogen Krygsraad dat de commisfie van de Marfchalken verftaan word niet in het minste geprejudiceert, of vermindei t, tw den door defelve, maar dat de Prfdent van den Hoogen Krygsraad gehouden is , foo wanne» Je Veldmarfchalken prefent zyn , alles te doen mei derfelver kennis en weten. Gelvk ook in die van den Fiscaal van de Generaliteit , dat hy zich mede zal laten vinden in >t Vever, om te asfifteren den Veldmarfchalk, of Hoofd van de Militaire Juftitie w het beleid van de Saken voor de Krygsraad vallende ■ Waar uit af te nemen is , dat dc fupcrdi reftie over dc Militaire Juftitie in het Leger altvd verbleven is aan de Veldmarfchalken, «lanecficn de aan^etoge Prohibitoire claululen in dc commisfie van Graaf Ernst Cafimir en van de twee volgende Veldmarfchalken. Het geen tegenwoordig met tc meer grond kan sefustincerd worden, om dat gecne fodam 5, dat het ongeraden is aan den Graaf van Til» ly te accorderen zyn verfoek van een permanente Acte commisfie of carattes, uit hoofde van welke hy zo wel by de Troupen van den Staat als by vreemde Mogentheden^moge worden erkend voer Commandant en Generaal en Chef, van de Troupen van den Staat. ., Dog fo niet te min mogt geoordeelt wor„ den, dat de dienst van den Staat en de ge„ dane diensten van den Graaf van Tilly ver„ eisfehten, dat eenige meerdere Authoriteit „ aan hem gegeven worde, als zyne cömmisfie ,, van Generaal van de Ruitery mede brengt, „ foude men kunnen by Provifie, en tot an,, ders foude gerefolveert wordeh , hem autho.5 riferen by Refolutie, maar niet by Aéte of Commisfie, en voör al fonder aan Hem te geven de Character van permanent Comman}, dant, en Generaal cn Chef, van de Troupen van den Staat, om buiten prejudicie van het 5, Ampt en commisfie van de Generaals Van de Ruitery en Infantery j toefigt te hebben o- ver de geheele Militie van den Staat,en te l, beforgen,dat dezelve bchoorlyk geexerceert 5, en in goede ordre en Krygsdii'cipline gehou„ den worden , en dat de Ordres en Reglemen„ ten, foo daar op, als op de verdere deelen van den dienst gemaakt en nog te maken, prreci„ félyk werde nagekomen, met Macht om ten „ dien einde de Garnifoenen , in het geheel of ten deelen , voor hem de Revue te doen pas„ feren, foo menigmaal als hy 't zal noodig vin„ den, mitsgaders om aan hem te doen overj, leveren Lysten van de fterkte en conftitutie I „ def  130 VERZAMELING van STUKKEN &c. ,, der Regimenten, en van de pradenten en abn tenten,enal wat hy verder nodig heeft, om ,, ten allen tyde te konnen rekenfchap geven „ aan de Staten Generaal en Raad van Staten van de Conftitutie der Militie, en te kun„ nen adviferen, wat van tyd tot tyd behoord „ geordineert en gedaan te worden, om deMi3, litie te houden buiten verval." Dit Advis vond foo veel ingang ,dat dc Gedeputeerden van Haar Hoog Mogcnden fiende dat men mis getast had, met zich tc verklaren voor het nader verfoek van den Graaf van Tilly , zich conformeerden met den voorflag, welke den 21 Augustus 1714. aan de Staten Generaal gerapportecrt, en door alle Provinciën ovcr genomen is, fonder dat den Graaf van Tilly federt de faak vervolgt, of eenige Provincie haar Advis ingebracht heeft. AGT*  MEMORIE over de MILITIE. 13* AGSTE CAPITTEL. Van het Aannemen en Afdanken van de Militie en by die gelegenheid van de jaarlykfche vryheid der Confenten. f\ u onderfogt is, door wie de Generaliteit of de gefamentlyke Provinciën van 't.begin af, ■en vervolgens geoeffend hebben het gefag over de. Militie , fal men nu by de hand nemen de voornaamfte Poinaen, Waar in het gefag over de Militie bcftaat, die gebragt kunnen worden tot de fes volgende , „ • • 1. De Werving, Recrutering, Reductie, en i Casfafic. 2. De Aanftelling der Hooge Officieren, en Generaals. 3. De Patenten. 4. De Verloven. 5. De Monftering met de aankleven vari dien. 6. De Militaire Discipline. Omtrent het Aannemen en Afdanken van 't Krygsvolk zyu twee Saken in .agting te nemen. 1. Het Recht of de Macht om het aan tc nemen en af te danken. Ten i. de Executie der Refolutien ten dien einde genomen. 't Is buiten tegcnfpraak , dat geen Werving kan gedaan worden , fonder voorgaande confent van de Provinciën, maar omtrent de wy~ ze van daar toe confent dragen , is niet altyd defelve voet gehouden, en in het begin conI i fen-  m VERZAMELING van STUKKEN &c- Tenteerden de contribuerende Provinciën van jaar tot jaar, een fekere fomme, waar voor de Regering gelyk men doe fprak , onderhield de nodige Militie , dezelve vermeerderende en verminderende na vereisch van Saken , gelyk te zien is in het eerste Capittel. Na het vertrek van den Graaf van Lycester , is geen Militie aangenomen als op fpe ■ ciaal content van de Bondgenoten , welke ten tyde van desfelfs Governement ondervonden hadden , hoe feer de palen van de jaarlykffe geeonfenteerde fommen konden wordente buiten gegaan door die generale Authorifatie. En, eer dat de confentcn daar toe verfogt en gedragen wierden , wierd de noodfakelykheid van 't verfterken van de Militie , foo wel als het fonds of de wyfe van betaling, overwogen met dc Raad van Staten ; 't welke zoo eene vaste gewoonte was, dat, het overgeflagen zynde ontrend de Werving van ioooo Man, gerefolveerd den 14 Maart 1628. ("hoewel de Refolutie medebragt, dat fe genomen is na Deliberatie van zyn Excellentie en de Raad van Staten daar op gehouden) de Raad begreep foo feer daar door verkort te wefen, dat fe, ten zeiven dage ter Vergadering van Haar Hoog Mogende gevordert, en om Advis over de manier van 't effectueren der Werving gevraagt zynde antwoorde, dat, dewyl de geheels Saak daar toe beleid was, fonder*eenige Communicatie met de Raad, welke daar van geen kennis als by ftraatgerucht gehad had, men alles voorts fielden ter discretie van haar Hoog Mogende, daar by Perfifterende fodanig, dat de Prins van ■Orange, welke waarfchynlyk den Raad vervangen had  MEMORIE voor de MILITIE. 133 hèd in de Deliberatie , genoodfaakt was het ook te doen in de Executie, doende door een Gommis van de Finantien maken een Repartitie van de geworven Militie, welke de Staten Generaal tonden aan de Provinciën, verfoekendete gelyk zyn Excellentie en de Raad van Staten , daar over aan de Provinciën nevens Haar Hoog Mogende te willen fchryven, dog fonder effe£t, als dat de Raadom te tooncn, dat zy zich niet wilde met de Saak bemoejen , fimpclyk fchreef aan de Provinciën, dat alfo Haar Hoog Mogende , de Heeren Staten Generaal (a) aan den Raad gefonden hebben, een Refolutie van den 24 dezer de Raad niet heeft nwgen laaten copie van dezelve aan de Provincie te zenden. Maar 't geen infonderheid ontrent dit Ruk diend geremarqueert (b) te worden, is, dat de confenten tot Verfterking van de Ordinaris Militie, welke de Staat in dienst had, felden gedragen zyn niet alleen in den Oorlog met Spanjen, maar felfs ook lang daarna, voor langer tyd als vier maanden van 42 dagen , of voor een half jaar, als blykt uit dc Befluiten , cn de generale Petitiën van die tyd. Welke generale Petitiën boven dien aanwyfen , dat men in den Oorlog met Spanje byna van jaar tot jaar delibereerde , hoe veel Volk men foude Extra Ordinair aannemen voor het lomer Saifoen na gelegenheid van Saken, dat men O) Raad vim Staten 25 Maart 1628. (£) Staten Generaal 14 Maart 1628. 4 Maart 1629. 31 December 1639. 14 Maart, 19 April 1645. 24 July 1652. Secrete Refolutie 24 September 17 en 20 October 1665. 20 December tó-Q. 7 Maart 10*71! en 28 Maart 16-2. 13  134 VERZAMELING van -STUKKEN &c. men vervolgens meest alle jaren aannam eenige Duifend Waardgelders of Garnifoen houders , voor drie of vier lange Maanden, om de Steden te bezetten, ondertusfchen dat de Militie daar uit in 't Veld getrokken wierd. En dat men de vyftig Compagnien van 200 Koppen aangenomen in 'tjaar 1628. en federt gecontinueerd nu hield op 200 des Somersen op ioq des Winters, en dan weder het geheele jaardoor op 150 of op 120. Dit dient (gelyk gefegt is3 infonderheid aan. gemerkt, om dat de Maxime van 't vry confent 't welk de Provinciën jaarlyks fouden hebben ontrent het getal van de Militie, (c) dat in 't volgende jaar fal aangehouden worden daar uit fchyndgefproten. Een Maxime, welke in dien zin genomen feer raifonnabel is , maar welke in de onbepaalden zin die door velen daar aan gegeven word, niet alleen ftryd met de grondregels van alle Sociëteiten, maar Ook met een gevoelen , dat altyd geprajvaleert heeft in de Republicq (d) te weten dat geen Provincie mag verminderen als met gemeene bewilliging haar aandeel in de Militie , welke met gemeene bewilliging aangenomen is : zynde altyd hoog opgenomen wanneer het tegendeel beftaan is. Om te fwygen van latere tyden, en van de verfchillen over deze Materie gerefen na de Vreede van Munster, doe een Saak, die misleiden in zyn felve goed was, quaad gemaakt wierd, (c) Sic Generale Pititie voor 1709. waarin deze Materie in het breede verhandelt is , Grotius de Jure belle ;ic pacis Lib. 2. Cap. 5. v.17. f*Q Staten Generaal 4 February 1716.  MEMORIE over de MILITIE. 135 wierd, door 't gebruik van onverfchoonelyke middelen. Men vind dat de Staten Generaal den 1 November 1623. op de gegeve Advertentie van 't afwyfen door eenige Provinciën van Compagnien van baar Repartitie verftaan hebben met Advis van zyn Excellentie en de Raad van Staten ,• dat geen Provinciën vermogen eigener Authoriteit eenige Compagnien af te wyfen, zonder voorgaande Communicatie en Refolutie van de Staten Generaal en de Raad van Staten, en dat ter contrarie gefchiedende^ daar tegen met Authoriteit behoord voorfien fjorden , en den 9 February 1626. op de gedane Propofitie , dat Zeeland gerefolvccrt zoude hebben de Compagnien, op haar Repartitie ftaande , te reduceren op 100 Man dat aan de Commandeurs van deplaatfen, daar in de Zeeuwfche Compagnien leggen, fal wovdmgefchreven, dat zy in haar Garnifoenen , fodanige Reduttie niet zullen hebben toe te laten, tot nader ordre van Haar HoogMogende en dat daar. benevens de Heeren Staten van Zeeland zullen worden betonden door Gedeputeerden uit Haar Hoog Mogende , en ook door zyn Excellentie felve , indien de difficulteit meerder mogt worden bevonden , als men niet meend om aan dezelve voor te dragen, dat fodanige Refolutien zyn ftrydende direttelyk tegen de Unie, en by eene Provincie alleen niet kunnen VERZAMELING van &c. ven Militie op de Provinciën , hebben de Staten Generaal de Collonels, en die der verdre Officieren aangefteld, en 't jaar 1668 en 1672. doe de Repartitie te gelyk gearrefteert is met de Wervingen, hebben de refpective Provinciën de Officieren genomineert, en aan de Staten Generaal opgegeven, welke foo in 't een als ander geval de Raad verfogt hebben , dezelve in Eed te nemen , en te voorfien van Commisfien , (li) mits hebbende de vereyschte qualificatien en de capitulatien waar op de'Wervingen gedaan worden , door defelve te doen onderteekenen, haar te houden tot nakomingen der 1'elve , en te procederen, tegen de gebrekigen by Casfatie, of anderfints na gelegenheid van faken. De Recrutering word na de oude Order geëxecuteerd, by aanfchryvens van den Raad aan de Capiteinen, waar toe geen ander bewys nodig is, boven de Refolutien van de Staten Generaal , van den 9. 16 en 20 December 1670. ais dat, de Staten Generaal den 9 Augustus 1658. gefchreven hebbende, aan de Betaals Heeren van de Compagnien, leggende te Embden, ten einde dat die wilden ftellen de vereischte Ordre, om dezelve weder te brengen op haar oude fterkte, de Raad den 17-te fchreef aan de Staten Generaal, dat altyd, alle verfterking en Reductie van het Krygsvolk na de genomene Refolutie van de Staten Generaal, by den Raad zyn geëjftiïueert geworden, dat de Raad niet konde be- Qh) Staten Generaal 24 September en 20 Oflober 1665. 3. 10. 11. April 1668. 7 Maart 1671. 4 February. 22.es. 38 Maart. 1672.  MEMORIE over öfe MILITIE. 141 bedenken, waar om de oude geobserveerde Ordre wierd verandert, en dat de Raad verfogt, dat de Staten Generaal daar geliefde op te letten, en van den ouden Voet niet aftegaan, met dat Effecl, dat de Staten Generaal den 20^ refolveerdcn een generale Recrutering van 25 Man per Compagnie , en den Raad verfogten die Refolutie ter Executie te Rellen , zynde het aanfchryven aan de Capiteinen in die gelegenheid gebruikelyk te vinden in't Register van den Raad van Staten den 22 September 1658. De Reductie word op gelyke wyze als de Recrutering geëffeclueert, door de Raad van Staten, waar op men na kan zien by de Staten Generaal den 18 en 20 Mey 1609. 22 January, 3 Maart en 1 Mey 1643. 24 en 25 November 1650. 4cn9 July 1654. 9 September 1660. 16 February 1661. 25 September 1668. 9 April 2 July en 6 Augustus i67o,raitgaders de Refolutien van den Raad van Staten 1 February en 19 Maart 1643 » en't Formulier vanaanfchryvens aan de Officieren den 23 February ióói.en 29 September 1668. welke laatste geregistreerd is in 't Register der uitgaande Brieven. & Tot bewys van dit poinét, zyn te meer Refolutien bygebragt, om dat daar over gefchil gereien is in 'c jaar 1649. (0 Wanneer de Staten van Holland een particuliere Reductie gedaan hebbende , fustineerden dat de Heeren Gecommitteerde Raden op goede gronden wel waren bevoegt geweest, de aanfchryving van de ReduÜie te doen, foodmig enter, dat zy evenwel om goede confideratien konb den f7) Holland 25 en 30 November en den 3 December 1649.  m VERZAG 1ELING vajj STUKKEN &c< den toeflaan, dat fulks van nieuws wierd gedaan ? door de Raat l van Staten. Maar in ''tjaar 1650. (k) doe de Qurestie geëindigt, e n de Prins overleden was, verftond Holland der 1 10 November ,dat de Executie van de Refolutie over Casfatie en ReduEtie, breeder gemeld in d e Refolutie , de Raad van Staten diende aanbe- volen te worden, welke 't felve werk eigentlyk is , competerende. Deze Ref< dutic diend met een tot bewys, dat de Casfatie ; mede 't werk van de Raad van Staten is, waa r op boven dien de Staten Geneaal den 12 Me y 1644. 18 October 1645. 10 November 164 6. 11 September 1647. 25November 1650. i 6 February 1661. 17 Augustus en 2;,- Septemb :r 1668. konnen nagefien worden, wordende d e Provinciën verfogt by de laatste op een na, . de Casfatie van de Compagnien , flaande op dcrfelv™ r Repartitie, in het toekomende te laten gefchieden do or de Raad van Staten, volgensenin conformiteit van de Ördre van 't Land. Gelyk ook de Staten van Holland, wanneer zy den 10 en 11 February ifj )6j. de Gecommitteerde Raden Authorifeerder 1 om de nieuw aangenome Militie, voor fo vee 1 die Rond op haar Repartitie, te licentieeren , by foo ver geen Order daar toe gefteld wierd door de Staten Generaal voor half April, te g( ;lyk befloot, dat de Saak daar henen gedirigeert J oude worden, dat de Raad van Staten by Haat • Hoog Mogende verfogt mogte worden, de voorfchret ve Licentieering volgens de Ordre van 't Land, in g elyke gelegenheden gebruikelyk, tenfpoe- dig- (£) Sie ooi : Holland van 24 November 1650.  MEMORIE over de MILITIE. 143 digfien , en op de gevoegelykfte manier te effec- tueren. , , Doch hoe wel de Casfatie gecffcaueerd word door den Raad van Staten , foo Raat het niet te min aan dc refpeaive Betaals Heeren , denaam op te geven van de Ritmeesters en Capiteinen, welker onderhebbende Compagnien fullen gecasfeert worden door de Raad van Staten,(0 ten welken einde de Raad, wanneer 'er tusfehen de jaren 1650 en 1672. Militie is gecasfeert geworden , na gemelde verdeeling aan de refpeaive Provinciën fehreel, om die namen aan haar op te geven, of aan dezelve fond , (m) zoo veel Brieven van aanfch'ry vens, met open namen als 'er Compagnien moesten gecasfeert worden op elke Repartitie, om gevuld, en aan de Officieren voort gezonden te worden. Doch 't fchynt, dat de Betaals Heeren zyn gewoon geweest, de Casfatie mede aan te fchryven, aan de Officieren van haar Repartitie , immers hoewel de Staten van Holland toeftond en (gelyk bewefen is ) dat de Licenticering van de Militie , volgens deOrdre van 't Land, moet geëffectueerd worden door de Raad van Staten vfoo feggen fe niet te min in een Propofitie ter Generaliteit den 21 December 1668. tot juftifïcatie van het afdanken of onderReken van eenige Compagnien , dat haar met bevreemding voorgekomen is, dat zy van haar gedane aanfehryvens aan de Officieren by Misfive, als voorheen , en na gewoonst) Raad van Staten 22 February 1Ö61. 6 Oftober, 26 November en 5 December 16Ó8. O) Holland 26 en 30 November ióöil.  144 VERZAMELING van STUKKEN &e< woonte , aan de Raad van Staten Notificatie gegeven hebbende , dezelve Raad daar omtrent van haar zyde mede niet na gewoonte geprocedeert, en gelyke aanfehryvens aan de Officieren gedaan heeft, foo als de genoemde Raad eenige weken te voren op gelyke Notificatie wel en te regt gedaan had, en wanneer Zeeland in 't laatst van 't jaar .1668. drie Compagnien gelicentieerd had, feg^ gen de Staten Generaal by Misfive van den 15 January 1669. waar in zy aan Zeeland aanwefen de onordentelykheid van die feparate casfatie onder anderen, dat aan den Raad van Staten felfs geen directe advertentie daar van was gedaan , veel min verfogt geworden om aan de voorfchreve drie Compagnien van wegen de Unie mede gelyke aanfehryving te doen. Deze voet van het effectueren der Refolutie en Confenten van de gefamentlyke Bondgenoten foo tot het Ligtcn als Afdanken van 't Krygsvolk is gevolgd tot het jaar 1672. toe, 't zy dat de Staat een Capitein Generaal had, of niet; hebbende de Heeren Princen van Orange voor die tyd nooit gepraitendeert , dat luik een Pra?rogative van hun Ampt foude wezen, maar na 't jaar 1672. hebben dé Staten Generaal de Executie daar van aanbevolen aan zyne Majefteit van Groot-Brittanien als Capitein Generaal, met uitflniting van de Raad van Staten en in de jaren 1678. cn J684. O) gcfustineerd tegen Vriesland: dat de Casfatie en Reductie altoos gefchied is , of door de Capitein Generaal van de Unie of door din Raad (;/) Staten Generaal 28 Oftober en 29 December 1678. Holland 17 November 1718.  MEMORIE voor de MILITIE. US Raad, van Staten, en dat als de Provinciën dezelve Executeerden aan de Unie, in den Perjoon van den Capitein Generaal van de Unie ongelyk geinfligeert wierd , (o) fchoon datniet zal aangewefen worden , dat de voorige Princen van Orange ooit, fonder den Raad van Staten,eene Casfatie of Reduftie geëffecfucert hebben, felfs niet in 'tjaar 1650. doe by Refolutie van den ï8 Augustus vastgeReld wierd , met eenparigheid van Advifen van alle de Provinciën, dat de Casfatie of Reductie van het Krygsvolk foo te Paard als te Voet foude worden geëffectueerd door zyne Hoogheid , zyn Excellentie 'Stadhouder en de Raad van Staten volgens de ordre van 't Land* Uit welke woorden, boven dien, niet duifterlyk af te nemen is , dat de Prins niet als Capitein Generaal, maar als Stadhouder , en in die qualiteit Sesüe hebbende in de Raad van Staten, geauthorifeert is tot het helpen effectueren van de Casfatie en Reductie, om dat anders' de Stadhouder van Vriesland niet nevens de Prins genoemd zoude zyn geweest. Doch men had in het jaar 1678. eene foo vreemde bevatting van het Ampt van Capitein Generaal van de Unie, dat in de aangetoge Refolutie vanden 28 Octobergezegtword, dat door den Capitein Generaal van de Militie van de Unie en den Raad van Staten van jaar tot jaar, of, zoo wanneer de opkomende nood fulks komt te vereisfehen , de Petitiën tot onderhouding van 't Volk van Oorlog gedaan worden. Schoon dat het zoo ver van daar is, dat de Capiteins Generaals zouden Sesfie hebben in den Raad van Sta- CO Staten Generaal 16 Oaober 1634. K  146 VERZAMELING van STUKKEN &c. Staten in die qualiteit, dat, wanneer de Prins van Orange in 't jaar 1Ó72. aangefteld wierd tot Capitein Generaal, de Staten Generaal nodig oordeelden by Refolutie vast te ftellen, (p) dat de Prins tot Capitein en Admiraal Generaalverkoren wefende , onaangejien't voorfchreve zyn Emploi foude blyven behouden de Scsfie en Stem in de Raad van Staten, hem op den $1 Mey 1670. gedefereert. (/>) Stateü Generaal 24 February 1672. NE.  MEMORIE over de MILITIE. 14? NEGENDE CAPITTEL. Van de Aanftelling van de Hooge Militaire Officieren, of Generaals Perfoonen. JFJet is altyd buiten dispuit geweest, dat de Generaals door niemand anders konnen aangefteld worden, als door of van wegen de Generaliteit , als zynde gedeftincert tot het Commandement van dc Militie in 't generaal, en niet van die, ftaande ter befoldiging,of leggende op bet Territoir van deze of geene Provincie in 't byzonder, gelyk de Provinciale Capitein Generaal; van welke oude wyze van aanftelling gefproken is, Capittel 5. en daarom R>ude men in deze Verhandeling hebben voorby gegaan de aanftelling der Generaals, indien niet twee Saken daar omtrent quamen in confideratie , welke verdienen wat nader geëclaircisfeert te worden, uit de Regifters. 1. Of en hoe ver daar omtrent overftemming plaats heeft. 2. Wat Recht de Provinciën hebben tot het aanftellen van een Chef, om te gebieden alle de Militie fonder onderfcheid van Repartitie , op haar fouverein Territoir. Over het eerste Poinft is, zoo veel men weetj voor de eerstemaal verfchil gevallen in 't jaar 1633. wanneer, de Survivance van het Ampt van Capitein Generaal den 22'^ April, op de Propofitie van Holland, met de ftemmen van vyf Provinciën gegeven, zynde aan Prins Willem K 2 van  148 VERZAMELING van STUKKEN &e. van Orange, daaruit gelegenheid genomen is, om den volgenden dag, met de Hemmen vau fes Provinciën en daar onder van Stad en Lande , waar aan daags te voren geen tyd gelaten was, om te fchryven aan haar Principalen, Prins Fredrik Hendrik van Orange te authorifcren , tot hetcligeren van een Veldmarfchalk , in plaats van Graaf Ernst van Nasfau die'sjaars te voren gefneuveld was, fonder tyd te willen geven aan de Gedeputeerden van Holland, om ftaande de Vergadering te notificeren aan haar Principalen Staatsgewyze by den anderen zynde , de intentie van de andere Provinciën. De questie , hier uit gerefen, duurde omtrent drie jaren, wanneer Holland eindeling refolveerde (a) aan Graaf Willem, door de Prins gcëligcert uit kragte van de boven gemelde Authorifatie, toe te ftaan de Qualiteit en het Tra&ement van Veldmarfchalk, onder expresfe Verclaring yan het Recht van de Provinciën van Holland cn Westvriesland te houden ongeprcejudiceert en in zyn geheel. 't Waare te wenfchen,dat gefienkonde worden uit de Registers , waar in eigentlyk het Recht van Holland beftaat, dat de Staten verRonden gekrenkt te wefen door de voorfchreve Authorifatie, doch't fchyntdat dezelve daar door niet anders gemeend hebben, als de vryheid van deliberatie op een Saak, die onverwagt, hoewel op 't exempel van daags te voren, ter Generaliteit gebragt wierd; want den 20 Mey 1634. doe de commisfie van Graaf Willem gearresteerd, en hy daar op beëedigt was, relbl- veer- Holland 2 February 24 Mey 1636.  MEMORIE over de MILITIE. veerde Holland harent vvege te doen verklaren, dat de Proceduuren van de andere Provinciën onbevoegelyk waren, en dat de Commisfie aan Graaf Willem gegeven was buiten ordre en gewoonte van de Regering, fonder iets meer daar by te voegen , en dc Gedeputeerden van dc Staten Generaal, welken in July 1635. (li) gefonden wierden aan de Vergadering van Holland, om defelve te brengen in 't fentiment van de andere Provinciën, rapporteerden mede niet anders als dat Holland, alvorens begeerde contentement en fatisfactie ten regarde, dat men aan dc Heeren derfelver Gedeputeerden geen tyd had begeert te geven om met de Heeren haar Principalen te fpreken, die ten Landdage vergadert waaren. In 't jaar 1657. doe ten tweeden male verfchil rees tusfehen Holland (c) en de andere Provinciën over de aanftelling van een Veldmarfchalk in plaats van den Heer van Brcederode, quam het niet foo zeer aan op de manier, waarop fommige Provinciën getragt hadden , dieSaak door te dringen, als op het Recht, 't welk Holland beweerde te competeren aan de Provinciën elk in het byfonder, over de Militie van haar Repartitie, ten dien effecbe, dat het niet zoude wezen in 't vermogen van de Staten Generaal, by overftemming, aan te Rellen een Overhoofd over de Militie van de Ver. eenigde Nederlanden gefamentlyk, welkers gefag zich mede foude extenderen over de Militie ftaandeter befoldiging van eene Provincie of Pro- f» Staten Generaal 7 en 12 Mey i5:,5- Holland 12 Mey 1635. (f) Holland 23 January 1657. E 3  15" VERZAMELING van STUKKEN &c. Provinciën, niet geconfenteerd hebbende in do aanftelling van dat Opperhoofd. Om dit goed te maken, wierd een Deductie opgefteld , dienende principalyk tot bewys,dat de Militie Provinciaal is, en dat de Provinciën geen meerder Recht over dezelve gedefereert hebben aan 't gemeene Lichaam van de Genei-abtei t, als feven Souvereine en van den anderen Independente Staten , welke in een ver. bond getreden, en uitkragte van dien gehouden louden wezen, haar Krygsmagten te contribueren tot mutuele asfiftentie en defenfie; een gevoelen waar van boven Capittel i gehandeld is dog dat, het zy gegrond of niet, foo veel ingang vond, dat de aanftelling van een Veldmarfchalk agtcr bleef tot het jaar 1668. wanneer 'er met gemeene bewilliging , twee te gelyk aangefteld wierden, en dat in't vervolg niet getreden wierd tot de aanftelling van een Capitein Generaal, hoe zeer ook verfcheide Provinciën daar toe inclineerden, voordat de Provinciën door middel van een Advis Conciliatoir gebragt wierden tot eenparigheid in het begin van 't jaar 1672. Sulks dat men fchynd te konnenrekenen voor een laak, waar over de Provinciën, na langtwistens,eens geworden zyn, dat ontrend de begeving der Hooge Militaire Ampten, voortaan niet gegaan zal worden by overftemming, hoewel die overftemïïling wel zoo conform fchynt te wezen aan 't 9 '- Artikel van de Unie, dat men in de Saken het beleid van deze Confoedratie en 't geen daar am dependeert en uit volgen zal aangaande, waar onder het Commandement van Militie, by een gebragt "wordende tot gemeene defenfie, notohiyk begrepen is, hem zal reguleren na 't geen geadvifeert  MEMORIE over de MILITIE. 15r ,n «ciloten zal worden, by de meeste fiemmen van & met uitfondeving ^ggg*£ toni, Peis, Oorlog, ^Pf^^^f^' >nt peen van welke uitgclonderde Ponutui, 'de blgeving der Hooge Militaire Ampten kan 8 Waf bS"tnnet tweede Poinft, namelyk het RlhtKm &ovinm, tot het aanftellen van ién ChT, om te gebieden alle de Militie fmaer mZfiMdvan Repartitie op '«^«^Xi Alle de Pro^^^^l^ vlneSÖ^S - indüe qualiteit ïSn heuvel over de ^g^^S& dat zy iubjeft waren aan de Qrdies vafi et. uc neraliteit, als bewclen is Capittcl 5. Maarmderhand hebben ibmmige Proven welke -een Stadhouders hadden, voor een tyd aanLnSmen andre Omeieren , om onder de slEetde^ Gedcnuteerde Staten te voeren het Upperne vVl ovefde Militie, welke moest by een getrokken worden oP haar land daar toe gecommitteerd heelt den 20 ue eler 1664. den Heer van Bev-waard Sergeant Major van het Leger, en den 11 Maart 166? vermits desfelfs overlyden, den Heer van ™ Collonel en Gouverneur van Sluis . authori^ McvS. en by commisfie (onder anderen) Im M fecuLit vin den Staat in t generaal en Zn™Jp%»& *» Holland m f^f* ^ S Particulier,alle behoorlyke Ordre tefteUen.(d) (J) Raad van Statén 5 Mey en 16 Joly 1872. V K 4  ijs VERZAMELING van STUKKEN &c. mitsgaders om de Militie te commanderende geleiden en te doen ageren, foo als hy na gelegentheid en exigentie van faken fal oordeelen te behooren. De Staten van Overysfel eerst den Collonel Anthony van Haarfolte en naderhand den Collonel Didenk Steek; en Stad en Lande den Luitenant Generaal Rabenhaupt. En is dit Recht van de Provinciën in 't jaar 1066. erkent by de Staten Generaal, wanneer, op t aanhouden van Gelderland, gefecondeert door Overysfel, ten einde dat gedurende de winter een bequaam Perfoon gedespicieerd mogt worden, die, als Chef, zoude mogen commanderen over de Militie, garnifoen houdende in de gemelde Provinciën endaar ontrent, en op t vertoog, dat de voorfchreeve Provinciën, volgens de Ordre van de Regering, oude en dagelykfeObj er vantien, bevoegd waren , om daar toe de Gerequireerde Orders te ftellen ; gelyk fy dan de oogen hadden geflagen op de Perfonen in dc Refolutie genoemd; maar dat zy vrefende, dat het aan te Rellen Chef met zoude gerefpectcerd worden door de auxihaireFranfche Troupen en door dc Commandeurs onder 't Resfort van dc Generaliteit, wanneer eenig fecours van haarmo-t gexeqmreerd worden, daar op vcrfogten, de «oe~ de genegentheid en het fentiment van Haar Hoog Mogende , gerefcribeert is aan de Staten "van Gelderland, datHaar Ed. Mog. fodanigen Chef over de Militie, inden haren Garnifoen houdende, wilden aanftellen , als zy zullen vinden ie behooren , als ook dat dezelve met onderlinge Correspondentievan Overysfel, het voorfchreve Hoofd zoo wel Ofencive als Defencive tegen den Vyand met de voorfchreve Militie wilden doen ageren , ajs  MEMORIE over de MILITIE. 153 als brceder by Staten Generaal den n en 15 ^Oof wordt "een concept Inftructie voor een Provinciaal Over Hoofd] gevonden in t Register van Holland den 27 January 1657. maar waarin Articuleninflueren, welke fchynenfoo weinig over een te komen met de Ordre op het Militaire Commandement, gearresteerd by de groote Vergadering in 't jaar 1651. dat geenfmts te verwonderen is, dat de Staten feer forgvuldig zyn geweest om het fecreet te houden, en dat het gebleven is buiten concluhe. Dochbehalvendat Holland (O verftaan heeft bevoegd te zyn ,tot het aanftellen van een Provinciaal Overhooft,om de Militie op haar Territoir te gebieden , hebben zy in t jaar 1667. en 1668. wanneer de Deliberatie over de aanftelling van Veldmarfchalken en andre Hooge Officieren, langer traineerde ter Generaliteit, als de Conjunfture van tyd en Saken na haatoordeel konden lyden, gemeent. by langer uittel tc konnen procederen tot Electie van JoodamPwifianele Hoofden over de Militie ter ha" 1 inde, als waar ontrend ten aana fmg der Perfonen tusfehen haar '„..',,;. [n kre Provinciën geen merkelyke discrepan'■,'■!...">', gemoet gezien wierd, een fufti- ' S'cJftnictapparentis, dat de andre Pro;c zullen toeftaan als de vorige. lllul.i December 1667. 12 «568. i • III K 5 TIEN-  154 VERZAMELING van STUKKEN &c. TIENDE CAPITTEL Van de Patenten, en of, en hoe ver de Provinciën die mogen ophouden. I)e Patenten of dc Ordres , óp welke de Miliue marcheert van de eene plaats ha d'andere zyn van ouds gegeven door den Raad van Skaten niet alleen buiten het Territoir van de reipective Provinciën, maar ook daar'binnen en dat niet alleen om de Militie daar in en uit" te doen trekken, maar ook om fe in de Provinciën te verleggen van de eene Plaats na de andere , addresferende de Raad haare Patenten aan de Stadhouders cn Capiteins Generaal van de Provinciën , ten einde om daar by te voegen ohaar Patenten , zonder welke geen Militie binnen dc Provinciën leggende ooit heeft mogen marcheren, of ook wel haar Refolutie en intentie byaanfchry ven bekend makende aan de Stadhouders , om door dezelve geëxecuteerd té worden, zonder Patenten daar nevens te zerT den, zodanig egter dat de Stadhouders fa) bevoegt waren , om aan den Raad by Refcriptie te vertoonen de fwarigheden die zy vonden in de Exëcutien van de Refolutien en Ordres van den Raad, om by den Raad daar op gelet en ' nader gerefolvcert te worden. Dit kan bewezen worden meteen lange reeks van exempelen uit de Registers, van den Raad van 00 Sic Capitrel 5.  MEMORIE over de MILITIE. iSS van Staten , maar het is buiten dispuit, uitgcfondert voor zoo veel aangaat het verleggen van dc Militie van dc eene plaats na dc andere in de Remmende Provinciën, waar ontrent Holland in 'tjaar 1651. geweest is yan een ander begrip, gelyk af te nemen is uit de Deductie van den 30 January overgegeven aan de groote Vergadering. ' 't Zal niet ondienftig zyn , dat poinft wat nadeï teadftrueren,cn wel principalyk uit de Hollandfche Refolutien, waar in men vind, dat dc Staren den 31 Januaryi587.opdeingekomen tydmg van 'c verlies van Deventer en de Schans voor Z,utphen , gerefolvecrd hadden, den Raad van Staten te infmueren , dat zy Liedengeene kennis willen ne' men van de verandering van de Garnifoenen binnen de Landen van Holland , gemerkt zyn Excellentie met de Staten van Holland daar vnne van meening warmte voorjien 'i harer meeste yerfekerthèid, om alle 'certfufte en onverftand te verhoeden, dezelve niet alleen by dc latere Refolutie van den 6 february het zelve fodanig geëxpliceert of geredresfeert hebben , dat van doe voortaan al het geen zyn Excellentie van Lycester , als Gouverneur Generaal der Vereenigde Nederlanden of de Raad van Staten in régafd van de bezetting van de Steden , en Sterkten, van Holland , Zeeland, en Vriesland, verandering van de Garnifoenen, Inlegering of Doortochten, in Holland, Zeeland en Vriesland, zouden verftaan te moeten gefchieden, g°addreffeert zal worden aan zyn Excellentie van Nasfauw , (è) om by denfelvcn , by Advis van de Staten of haar Gecommitteerde Raden 't zelve ge- (i) Bor 22 Boek foL 925-  §0 VERZAMELING van STUKKEN &c. efffueerd te worden : Maar boven dien in haar vei klaring, overgegeven tot juffificatie van haar conduite tegen ibkere Remonflrantie van den Ambasiadeur van Engeland,gezegt te hebben datzy aan den Raad yan Staten %p den Ziften January (als de tydingen quanten van het Verlaad van Deventer en de Schans over Zutphen hnnen Arnhem, en andere quade gerZhmjvZl Jogt hebben voor eenige dagen te willen fuperfedefoL\rn eef^ Patenten te geven overdeGami- jTt l Vm hnden' maar dat **» Excel¬ lentie van Nas/au haren Gouverneur met hen Lieder Advis daar in Joude voor firn, en dat by de Raad van Staten daar in is bewilligt en geconfenteer d, daar mede kan immers de Authoriteit van het Gouvernement van de Raad van Staten niet wezen verkort, t felve gefchiedendemet haar con- h?jZ m tjaar I59°' ze^en de Staten in haai Advls, op een propofitie van den Ambasiadeur van Engeland,en van de EngelfcheRaden van Staten , dat de Refolutien ,Ordonnansen, en Decreten van den Raad van Staten, nopende iet leggen en verleggen van de Garnifoenen en t hg en van 't Volk van Oorlog zullen worden geaddresfeert en geëxecuteerd door de Gouverneurs vm de refpective Provinciën, met Advis rau de Gecommitteerde Raden van Staten deifelver, volgens het oude recht eu gebruik van dezelve Gouverneurs, en den last daar op zy haar reJpettive Gouvernementen zyn bedienende Waar by men nog maar fal voegen, dat wanneer cemge kleine Steden op de Veluwe, en in 1590. RCf0lUtie V3n dC VerSadc™S van September  MEMORIE over de MILITIE. 157 ïr, de Provincie van Utrecht in 't jaar 1589. weigerden in te nemen eenige Compagnien ƒ aarS de Raad van Staten Repradenteerdc aan de Staten Generaal , dat deze weigering zeer daPirereus en van quaai Exempel , en meerder t^qZtle\as, 'ftrydende tegen de al^ne Unie van de Provinciën, met verjoek dat de Haren Staten daar in zouden willen voorfien, en de Raad van Staaten in de Authoriteit ,denzelven gedefereerd, ftyven en ft erken na behooren, tendienfteyan den Landen, ten einde de voorfchreve Rmteren in de voorfchreve Steden ontfangen mogten worden of dat anderfints alle zaken zouden komen In verloop, (dj waar op de Staten Generaal resolveerden , dat wegens het gebrek vanmuw voedzr de voorfchreve Compagnien elders Jouden gelept worden , verftaande niet te min , dat die van den Raad allefints zouden hebben te gebruiken de Authoriteit, Haar Ed: g.confereert, daar tn dat fy voor foo veel hun Lieden aangaat, dezelve ook zullen helpen mainteneren naar haar vermogen. Hetgeen aanleiding gegeven heeft tot het fentiment, waar in Holland geweest is in tjaar 6lïe gedecerncerd by de Staten Generaal om tc examineren , hoe ver de Provinciën bevoegt zyn uit kragte van de meer gemelde Refolutie van den 16 Juny 1651. of met om te mo°en weigeren het uittrekken van Compagnien op Patent van de Staten Generaal, doch daarvan is geen Rapport foo men weet. Dan de recden en natuur der Sake brengen mede, dat wanneer 'cr geen lyst van de vaste bezetting, die gelaten moet worden in elke 1 rovincic , gemaakt is , ondertusfehen de oude ordre ontrent dit ftuk moet blyven ftand grypen,dewylde ordre van den jare 1651. een fodanige lyst onderfteld. Ook fchrecf den Raad van Staten dien conform aan de Staten Generaal den 24 Mey 1656. dat haar dacht ten allerhoogften nodig en dienstig te zyn, dat eene vaste Refolutie wierd genomen, dat geen van de Provinciën het ophouden van Com'tamien meer voorneme, maar dat ingevolge van de ordre op het geven van de Patenten, de Provinciën ra het ontfangen van de Patenten voor Compagnien in de Provintienleggende,de reden, die foudenmeenen ie zyn om die niet te laten volgen, als het de tyd lyden kan, dadelyk over te fchryven, om te wordm géêxammeert, en niet aangenomen werdenL 4 dc*  168 VERZAMELING van STUKKEN &c. de, op de refcriptie terftond zonder nalaten dezelve laten volgen, doch daar kwam al mede geen finale Refolutie, gelyk ook niet op de Refolutie Commisforiaal yan den 17 January '1662. en 2 July 1667. en i§ April 1668. alle tenderende , om, ' te heramen een voet en ordre waar door de Provinciën gedisponeert zouden kunnen worden tot het pareren en defereren aan de ordre den Ï6 Juny 1651. op het ftuk van Patenten op de groote Zaal yan '$ Hof ge'arrefteert tot voorkominge van 'confufien in den Staat, waar by in de laatfte Refolutie zeer wysfelyk gevocgt wierd, als het ware middel om de ordre op de Patenten te doen nakomen, en te beramen hoe veel Compagnien binnen yder der Geünieerde Provinciën zoude behooren te worden gelaten tot befetting ■yan de Steden en Forten , mitsgaders tot Asfiftentie yan de Overheden in het uitvoeren van haar Politike Beveelen, foo als breeder in 't 6 Artikel fan de voorfchreve Refolutie uit gedrukt'ft aat. Maar wanneer cindelykden 4February 1672. een fodanige lyst gearrefteerd wierd , met byvoeging, dat het getal der Compagnien ten voor'fchreven einde gcdestineerd, door uitligting niet zal mogen werden vermindert &c. zoo wierd te gelyk vastgefteld, dat de verdere Militie die loven de voorfchreve beraamde bezetting in eenige Provinciën ffiem in Staat hebbende, zoude mogen leggen , 'tallen tyden tot Emplci vaardig gehouden zal worden, enfulks de Provinciën gehouden zyn dezelve op dc gewoneiyke Patenten abfolutelyk te laten volgen. Doch dewyl men in de Refolutie van 16 Juny 1651. op 't ftuk van de Patenten principaïyk beoogt had , de fekerheid van de Provinciën  MEMORIE over de MILITIE. 169 den tegen het misbruik, dat konde gemaakt Worden van dc dispofitie over de Patenten, fonder veel te reflecteren op dc onfekerheid, langfaamheid en andere inconvenienten , waar aan de Marsch van de Militie gefubjefteerd wierd, door dc menigvuldige Prsecautien in de Refolutien vervat, kwam 'er geen gclegentheid voor, om ecnig getal van Militie te doen marcheren , of men wierd die inconvienten gewaar, en fogt die, foo veel mogelyk was, weg te nemen, gelyk gezien kan worden uit het Advis van de Raad van Staten van den 21 December 1657. en van Holland van den 5 April 1658. over 't Redres van de Militie, beide genoegiaam van denfeiven inhoud; waar in verfcheide Inconvenienten aangewefen worden , welke men ondervonden had, in 't famentrekken van het corps , gedestineert tot het apuieren der devoircn,die de Staten Generaal deden aanwenden door Gedeputeerden uit haar Vergadering en uit de Raad van Staten tot het wegnemen der verfchillen tusfehen den Bisfchop en de Stad van Munster. Maar particuiierlyk wierden om te remediëren aan die Inconvenienten , verfcheiden formulieren van Patenten en A&en van aqthorifatie gearrefteert in den jaren 1666. 1668. 1671. en 1672. waar by in effecle de ordre op het Ruk van de Patenten voor de tyd van de Expeditie of Campagne, en in regard van de Militie daar toe by lyste gedestineert, opgefchort en buiten effecf gcReld worden in faveur van de Gedeputeerden te Velde , en de Commanderenden Generaal. l' Ep namelyk een formulier van Patenten L b voor  ijo VERZAMELING van STUKKEN &c. voor Compagnien, om te marcheren op ordre van de Heeren Gedeputeerden en Gevolmagten te Velde , na ingenomen Advis van de gene, die het Commandement van de Militie' al bereids is, of noch aanbevolen zal worden. Een te depecheren by de refpeclive Provinciën voor Compagnien ftaande op de lyst van emploi, om gedurende de Expeditie te Pareren aan 't Patent, te geven door de Staten Generaal , of'door de Heeren Gedeputeerden en Gevolmagtigden te Velde. Een te depecheren by de refpeétive Provinciën voor Compagnien ftaande op de lyst van emploi, om gedurende de Expeditie in, en door de refpeéïive Provinciën te trekken op Patent, van de Heeren Gedeputeerden en Gcvolmagtigde te Velde. Een te depecheren by dc Heeren Gedeputeerden en Gevolmagtigden te Velde voor de Compagnien ftaande op de lyst van emploi. Een formulier van Acte van authorifatie, waar by gelast word aan de Ritmeesters en Capiteinen van de Compagnien, liggende in zekere Plaatfen,tc marcheren, wanneer zy op ontboden worden door den Generaal of Hoofd-Officier in de Acte genoemt. En eindclyk een formulier van Acte te pasferen by de Provinciën, om de Compagnien door fodanig Generaal of Hoofd-Officièr of wel door de Gedeputeerden te velde te zenden in haar Provincie, ten allen tyden zonder Provinciaal Patent weder te laten uittrekken, op desfelfs Ordre of Patent van de Staten Generaal. Alle welke formulieren gevonden worden by dc  MEMORIE over de MILITIE. 171 de Refolutie der Staten Generaal den 14 Eebruary 1666., 18 en 23 April 1668., 14 L>e' c^vberi67i. 17 April en 15 Mey 1672. de drie laatfte in het fecreet Register. Ook hebben de Staten Generaal fomwylen aan particuliere Provinciën verleend Aften van authorifatie, by forme van Patenten, om te Rgten eenige Militie uit de plaatzcn van het DiRrift van de Generaliteit, het zy tot haar defenfie, gelyk te zien is, by de Staten Generaal den 5 en 20 Mey en 20 Juny 1672. ottot bemanning van de Vloot, by de Staten Generaal den 4 Oftober 1651. 15 Juny ^52. 26 Tunv 1664. 2 April en 6 Oftober 1665. doch hoewel zodanige Aften van authorifatie niet gegeven wierden als met byvoeging,datdc Provinciën uit kragte derfelver eemg Volk trekkende aanftonds zouden daar van de Staten üencraal en de Raad van Staten adverteren, loo lieten fe daarom niet na dangcreus te wezen, voor de verfekertheid van de Frontieren, gelyk zy daarom ook op de reprefentatien van cïen Raad van Staten van 3 Mey 1666. en 11 February 1667. ingetrokken fyn by Refolutie van de Staten Generaal van 16 February 1667. Voorts was de ordre van 'tjaar 1051. op tltuk van de Patenten van te deficilder Executie, om dat de Patenten gedepocheert wierden, niet Regimentsgewyle,maar voor yder Compagme affonderlyk Jboven 't welk nog aan de Hooid-Utficieren van de Regimenten een aparte ordre gefonden wierd door de Raad van Staten,op Refolutie van de Staten Generaal, wanneer goed gevonden wierd, dat die zich zouden vervoegen by de Regimenten, gelyk onder anderen af te nemen is  17* VERZAMELING van STUKKEN &c, uit de aangetoge fecrete Refolutien van de Staten Generaal van den 17 April 1672.. en uit die van den 28 April 1664. en 9 April 1668. want tot het jaar 1672 toe, zyn de lioold-Oiïicieren gedispenfeert geweest, van, huiten fpetiaal aanfehryvens, zich op te houden by de Regimenten, uftwyfens de Refolutien van dc Staten Generaal van 30 Mey 1668, en 6 Augustus 1670. en van de Raad van Staten van den 15 January 1653. en 24 Mey 1657- Op deze wys is gehandeltmethet werk vande Patenten tot het jaar 1672. wanneer de geheele Dispofitie daar van overgegeven wierd aan den Capitein Generaal van den Staat, voor zoo, veel die competeerde aan de Generaliteit of aan de Provinciën in 't gemeen, want, hoewel uitdrukkelyk geftatueerd en bevoorwaard wierd by het 2. Artikul der InRruftie van den 24February 1672. voor den Capitein Generaal, inhoudende niet foo feer het devoir van desfelfs Ampt , als de Conditiën waar op de Provinciën malkander na lang twistens verftonden, om de Prins van Orange daar toe aan te ftellen , dat den Capitein Generaal op den Eed zal verbooden wezen zich EENIGSINTS aan te matigen het geven van Patenten aan 't Folk van Oorlog, maar dat de Patenten gtdepecheert zullen worden volgens de ordre en forma daar toe op de groote en folemnele Vergadering van den 16 Juny 1651. gearrefteerd. Zoo is by Refolutie'van den 8 July 1672. aan denfelven , geconfereert TOT KENNELYK WEDERSEGGEN TOEx zodanige vrye macht over de Patenten en andere Saken tot de Militie fpetterende als de voorgaande Het-  MEMORIE- qver de MILITIË 173 Heeren Prinsen van Orange, als Stadhouders en als Capiteinen Generaal ten refpeèe van de Militie geexcerceert hebben, waair door met alleen twee vcrfchillcncïe Ampten met malkander geconfundeert zyn, maar boven dien een onbepaalde macht óver de Militie aan den Capitein Generaal gegeven is. Alfoo de Refolutie met fimpelyk lpreekt van de macht, welke aan de vorige Pr ineen van Orange WE TTELTKgecompeteerd heeft j maar van de macht welke dezelve «stameers hebben, en het bekend is, cht dezelve niet alle fint s gebleven zyn binnen de palen van hunne commisfie. Fn heeft vervolgens het afleggen van den Eed op de InRructie op het Ruk van de Patenten ter Vergadering van de Staten Generaal opgehouden , hoewel dezelve nog nu en dan immers in de eerfte jaren , by voorvallende gelegentheden Patenten gegeven hebben, gelyk (onder anderen) blykt uit de Refolutien van de Staten Generaal van den 13 en 2x Mey I676. gelyk ook Vriesland en Stad en Lande nooit Militie hebben laten marcheren uit haar Territoir als op Patent van de Staten Generaal. Zyn Majefteit van Groot-Brittanien, Glories fer Gedachtenis, inliet jaar 1702. overleden zynde, is geen het minste bedenken gevallen by de Staten Generaal noch by den Raad van Staten, of de direftie en dispofitie van de faken van Oorlog, en over 't Volk van Oorlog, en fpeciaalyk mede de dispofitie over 't verleenen der Patenten, weder gevallen waren in handen, waar in de gefamentlyke. Bondgenoten die geReld hebben in het jaar 1651. Doch de Heeren Gecommitteerden ter Verga-  174 VERZAMELING van STUKKEN' gadering van de Staten Generaal hébben zicli blyven dispenferen van te Beiweren dc Inftructie op het ftuk van de Patenten, fchoon dat die Eed voor dezen zoo nodig geacht is, als boven is aangewefen. „ Dat dit niet overeenkomt met de ordre van „ 't jaar 1651. die gerevifeertis, met het overh lyden van Hoog Gedachte zyne Majefteit, „ lydtgeen bedenken, maar 't verdient zynere„ deelde, of het niet van een gevaarlyk gevolg „ as , dat een zoo wefentlyk deel van een gene?, rale order, door de Bondgenoten met foo veel „ omfigtigheiden overleg, en op foo een plecht i, tige wyzc gedecreteert, als de ordre op 't ftuk „ van de Patenten kan geaboleert, of buiten „ practicq gefteld worden , zonder expresfe 5, Refolutie van de Bondgenoten, en of de Ver-* i, gadering van de Staten Generaal zeerbequaam is -, om te disponeren over de Patenten , fon^ „ der Eed gedaan te hebben op de Inftruftie." Immers de Heeren Staten van Holland oordeelden in'tjaar 165 i.Qf) voor dat de Inftruftie en Eed op het ftuk van de Patenten gearrefteerd waren , dat de Saken van de directie van Oorlog, met het geen daar van dependeert van die natuur zyn, dat dezelve-in de Vergadering van de Staten Generaal niet vrugtaarlyk en fulki als de dienst van de gemeene be^ fcherming vereischt , verhandelt konden worden, doordien de Heeren in dezelve Vergadering comparerende , zynde inden Eed van de particuliere Provinciën daar van dezelve gefonden zyn , en niet in den Eed van de,-Generaliteit, door de interes/en ■van haar particuliere Provinciën, ligtelyk fodanig kon- ■ 'ff) Sie Dedtiélie 30 January 1651.  MEMORIE over de MILITIE. 17& konden worden ingenomen, dat daar door de nodige befcherming van het gemeene Lichaam van den Staat veragtert zonde kannen worden, om welke redenen Prins JVillem,HoogLoffelykerMemorie, Over-Grootvader van den jegenwoordigen Prins van Urange, in zyn tyd ferieusfelyk heeft aangehouden, en eindeling mede de zaakefoo verre gebragt, dat by goedvinden van de gemeene Bondgenoten, de voorfchreve directie is gedefereert aan Joodemig Collegic (te weten de Raad van Staten) in het welke de Gedeputeerden van wegen de refpective Provinciën aldaar comparerende wel zyn in ongelyk getal ten opzi°te van de ongelyke contributie en intrest dat dezelve hebben in de confervatie van de gemeenen Staat, maar alle by Lede verplicht te renuntieren yan alle particuliere correspondentie 't zy met de Provinciën, Steden, of privative of particuliere Perfonen, voor foo veel dezelve den Gemeenenbeste mogten wezen hinderlyk , en dat fonder aanfien te nemen op de Provincie of Steden, daar uit defelve zyn geboren of verkoren , of particulier prof yt derzelvervan hun zelve of van ymand anders, zy lieden alleenlyk voor oogen zullen hebben de eere Godes en de welvaard en conjervatie der voorfchreve Landen en gemeene Saken. ELF-  if & Verzameling van stukken &cv ELFDE CAPITTEL Van. ds Militairs Verloven. Dit Poincr, fchynd genoegfaam vari dezelve natuur met dat van de Patenten, fulks dat het niet wanvoeglyk zoude wezen, m gewisfelykveel confufie voorkomen , zoo de dispofitie över beide gepaard ging. Vm ouds heeft het geven der Verloven gcftaan niet alleen aan de Staten Generaal maar ook aan de Raad van Staten, en aan dc re-' fpecHve Provintien. Om van de Jaatfte te beginnen , 't blykt klaar uit het eerRe Artikel *W het Placaat van den 4 February 1599. op bet ftuk van dé Monftering3 en uit de Refolutie van de Staten Generaal van den 5 July 1637. dat de Provinciën van ouds zyn gequaliticeert geweest tot het geven van Verloven. Maar 't is niet even klaar welke Provinciën daar door verRaan worden , die, op welker Territoir de Regimenten en Compagnien leggen, als; welke voor die tyd hebben 't hoogfte en immediaat gezag over dc Militie, of de Betaals-' Heeren, .of Beide. Maar, die discusfie aan een zyde ftellendey Prins Willem de Tweede van Orange, welke' met zyn Heeren Voorouders allengskens het geven der Verloven aan ZICH GETROKKEN had, was niet overleden in 't jaar 1650. of men merkte het nadeel, dat de gemeene zaak leed en by  MEMORIE over de MILITIE. 17? by vervolg lyden zoude door de Provinciale Verloven. Want zouden de Seven Provinciën yder af' zonderlyk , en vooral, zouden de Betaals Heeren aan de Officieren van de Militie haarer Repartitie, leggende buiten haar Territoir, Verloven geven , zo zoude noch de Generaliteit, noch dc Provinciën, op welkers Territoir Militie van de andere Repartitien quamte leggen, kunnen Raat maken op de Militie, dewyl de refpeftive Betaals Heeren die zouden kunnen ftellen buiten ftaat van aftiviteit door 't geven Van Verloven aan de Officieren. En daarom is den 1,2 July 1651. een formulier van Verloven by de Staten Generaal gearrefteerd, waar van het oogmerk was , dat de Staten Generaal en niemand anders zoude Verlof geven , maar dat daar op attaché zoude moeten verfogt en ook geobtineert worden van de Betaals Heeren , foo wel als van de Provincie, waar in het Regiment of Compagnie legd. Doch dit formulier gearrefteert zynde by de ordinaris Vergadering van de Gecommitteerden ter Generaliteit op een tyd ('t geen wonder fchynd) wanneer de Provinciën Extra Ordinaris cn Staatsgewyze in den Haag Vergadert waren, fchynt weinig ingang gevonden te hebben. Want niet alleen ftelden de Staten Generaal den 2 Augustus 1651. een Conferentie aan met de Gecommitteerden van de Raad van Staten , onder anderen, om te letten , of de refpective Provinciën zouden dienen aangefchreven te worden , dat dezelve agtervolgens het forM mu-  173 VERZAMELING van STUKKEN &c muiier van Verlof, ter Vergadering gearrefteert, geen abfoluit Confent aan de Militaire Officieren voor het toekomende wilden verkenen , maar alleenlyk atcache op het verkregen Confent van de Staten Generaal, maar den 6 September wierd een nadere Conferentie aangefteld , tot het beramen van een generalen voet en ordre op het verleenen van Verloven. In die nadere Conferentie zyn verfcheide voorflagen gedaan, zoo van de zyde van de Staten Generaal als van die van de Raad van Staten, welke niet als in generale Termen gevonden worden, in derfelver JRegisters; maar zeer net aangeteekend zyn in dat van de Staten van Holland op den 20 September («) en beftaan in de fes volgende. „ Dat de Verloven zoude worden gegeven „ by de Staten Generaal, ook by de Raad van ,, Staten, mits doende den een den anderen „ daar af Notificatie, en de beide Collegien fou,, den houden pertinent Register van dezelve, ,, fonder nogthans dat het een Collegie ver,, lof zoude mogen geven aan den genen, die „ by het andere Collegie afgewefen zyn. ,, Dat de Verloven fouden werden verfogt, ook verleend by beide de Collegien, doch „ dat geen Verloven van waarde zullen wefen „ het en zy dan bezegeld van beide Collegien. „ Dat de Staten Generaal alleen,naar voor,, gaande advys van den ilaad, de Verloven ,, zouden geven, 't welk dan mede bezegeld zoude worden van den gemeldenRaad, zon- „ der (a) Sie ook Hërfrelcia Leeuw, folio 19e.  MEMORIE over de MlLITIË» 179 y, der dat dezelve de ondérzegeling zullen möi,, gen weigeren , en dat diensvolgende de Raad „ van Staten alleen de Requeste, die ten dien „ einde aan haar mogte worden gepraïfen„ teert, zullen hebben te renvoieeren aan de „ Staten Generaal. „ Dat een dach in de week zöude worden „ vastgefteld , om door de Gecommitteerden j, uit de beide Collegien , de Requesten van ,, Verloven te doen examineren, en de Staten „ Generaal adviferen of de verfogte Verloven „ fouden kunnen toegeRaan , of geweigert worden , en dat dan de Verloven fouden „ worden uitgegeven op den naam van de Sta<,, ten Generaal, gehad hebbende daar op het „ Advis van den Raad van Staten , met de on„ derzegeling van den gemelden Raad. „ Dat gelyk getal van Gecommitteerden uit „ beide Collegien zouden kunnen worden ge- authorifeert op de Requesten van Verloven ,, te disponeren cn dat dan de Verloven , na voorgaande rapport daar van gedaan, op de „ naam van beide Collegien met de onderze„ geling van dien worden geaccordeerd „ Dat geen Verloven zouden mogen worden „ verfogt dan van de Staten Generaal, die dart fulks zullen kunnen afflaan of anderfints „ renvoieeren aan de Raad van Staten, om te „ disponeren, en in geval 't zelve byde Raad mogte toegeftaan worden, dezelve dan op „ den naam van denRaad alleen uitgegeven,zon„ der nogthans dat dezelve van waarde zullen „ weefen, zy en zyn dan eerst gezegeld van de Staten Generaal." Deeze fes verfcheide voorflagen onderftellen M 2  ï8o VERZAMELING van STUKKEN &c. alle, dat de Provinciën voortaan geen Verloven zouden geven , maar zich genoegen met het geven van Attachés , 't welk onwederfprekelyk blykt uit de voorfchreve Refolutie van Holland , waar in immediatelyk volgt agter de voorfchrevc zes voorfjagen, en wanneer de een of andere yoorjlag mogte worden aangenomen , dat als dan aan de refpective Provinciën zoude worden aangefchreven en verfogt by haar geen Verloven, maaralleen te geven Attaché van de Verloven, by de Staten Generaal of de Raad van Staten, zoo als men dan fal goedvinden , verleend , om te verhoeden confufie en disorder die dezelve anders zoude na haar flepen. Doch niet alleen de Staten Generaal, en de Raad van Staten hebben in 't jaar 1651. begrepen dat de Provinciën geen Verloven behoorden te geven : Maar Holland is van 't zelve verftand geweest, want hoewel die gefluctueerd heeft in de keufe tusfehen de bovengemelde voorflagen, verklarende zich den 28 September voor de laatfte en den 7 Oftober en 8 December voor de derde, foo heeft fe in beide gevallen duidelyk geconfenteerd, dat de Provinciën zullen uitgefloten zyn van het geven van Verloven, want de Refolutie van den 28 September brengt uitdrukkelyk mede dat ter Generaliteit zal ingebragt worden. Dat de refpeïtive Provinciën zal worden aangefchreven en dezelve verfogt geen Atten van Verloven in forma ,' maar alleenlyk te' willen geven Attaché op de Verloven, op de naam van de Raad van Staten als voren gedepecheert, die dezelve Officieren ook zullen gehouden wezen te yerfoeken. En de Refolutie van den 7 Oc- to-  MEMORIE over de MILITIE. iBr tober dat Haar Ed. Groot Mogende in haar geheel mgeprcejudicieert zullen gehouden wezen om haar Attaché te mogen geven of weigeren aan de genen, die Verloven zullen hebben geobtineert, en niet te min de Attachen daar op zullen moeten verfoeken en vervolgen. Maar 't fchynd dat de andere Provinciën niet geweest zyn van hetzelve begrip, dcwyl geene zich verklaart heeft op de voorfchreve voorflagen, niet tegenftaande dat Holland den 8 December 1651. gerefolveert heeft, dat ter Generaliteit zal worden gearbeid , dat de refpective Provinciën haar confirmatoire Refolutien, Staatsgewyfe genomen , daar op ter Generaliteit mede mogen laten bekent maken. En hebben vervolgens de Provinciën gecontinueerd in 't geven van Verloven , tot foo grooten ondienst van den Staat, dat de Raad van Staten zich den 24 Mey 1657. heeft genoodfaakt gevonden aan de Provinciën voor te dragen , dat het meerendeel van de Frontieren, ja de voornaamjle ontbloot waren van Officieren, 't welk daar door ten deele wierd gecaufeert, overmits van de refpeÜive Provinciën, daar op elk is gerepartitieerd, wisten te verkrygen V°rlof van hun Betaals Heeren, en daar op jaren en dagen hieven buiten haar Garnifoenen , zonder kennisfe van de Generaliteit\en tot merkelyken ondienst van 'f Land , 't geen wel eens een quaden uitflag zoude kunnen hebben, by aldien daar in niet tydelyk wier de geremedieert: en te verfoeken dat de refpeaive Provinciën geliefden de Officieren in haar Provinciën zynde te gelasten, dadelyk na haar Garnifoenen te vertrekken , en alle Vzrloven fpaarfaam te geven, of die Haar Edel. Mogende accorM 3 de-  i82 VERZAMELING van STUKKEN &o, deren te addresferen aan den Raad, op dat men konde weten waar elk te vinden is, en alle onheilen foo veel doenelyk mogt voorkomen, en adviferende den 21 December op verfcheide poinóten , dienende tot voorkoming van alle Inconvenienten , en tot herftelling van 's Lands Militie a iuifter en Disfipline, heeft de Raad in 't Ad-« vis onder anderen laten influeren het volgende. Ten vierden hebben wy bevonden omtrent de Vzrloven , die Uwe Hoog Mogende en de Staten van de Provinciën nu en dan geven aan verfcheide Officieren , dat daar van geen kenisfe niet allen aan ons gegeven word, daar door wy dan in defen laatfie expeditie met geen fekerheid hebben kunnen adviferen op het Emploi van derfelve, niet wetende of zy in hun Garnifoenen, zelfs niet of zy bnp nens Lands waren, en daarom ook by abuis tot dat Emploi, zodanige voorgedragen , die daar na bevonden zyn met verlof van Uwe Hoog Mogende over Zee te zyn, waarin onfes oordeels ook wel diende gercmedieert, 't zy met Attaché, die deimpetranten van fodanige Vzrloven van ons zouden moeten halen, of immers by eenige expresfie in 't formulier daar by dezelve zouden gelast zyn, hare Verloven in onj'e Secretarie te doen regijireren. Hier op is wel weder niets finaals ge volgt, maar deStaten van Holland,hoe zeer zy in die tyd y verden voor het Recht van de Betaals Heeren, en hoe zeer zy ook daar omtrent geinteresfcerd waren boven de andere Provinciën, als betalende alleen meerder Militie dan de andere te famen, was zoo geperftiadeert van de noodfakelykheid van te volgen 't Advis van de Raad yan Staten, omtrent bet Ruk van de Veria. ven  MEMORIE over de MILITIE. 183 ven dat zv het felve van woord tot woord ov rWSag? heeft, in haar Provinciaal Advis van den 5 April 1658. op 't redres van de MEnidelyk hebben de Staten Generaal den 23 December 1669. gefchreven aan de Piovin clcn, datfi geen Verloven willen geven aan de UffiZs van haar Repartitie , leggende onder het report van de Generaliteit of in een van de andeelmmende Provinciën, fonder alvorensgezien te hebben 't Confent en Verlof van de Staten Generaal en in te trekken de Verloven van die natuur, welke reeds mogten verleend wezen,, (JfJ> by welk verfoek of voorflag het geven der Piovinciale Verloven bepaald word tot de BeTaais Heeren , en dat noch maar wanneerde Militie van haar Repartitie legt op haai ler- n Hiér boven is gezegt, dat her oogmerk van 'C formulier van de Verloven gearreftcerd by de SnGenlraal den 12 July 1651. was, dat de . Staten Generaal en niemand andersjouden Ver; lof geven, 't geen zo ver ging, dat, hoewel de Raad van Staten, tot die tyd toe, niet min dan de Staten Generaal Verloven verleend had, egter geen de minste mentie 111 't formulier gemaakt is van de Raad van Staten , zelfs nïï by wege van Advis, RegiRratie of ander. filEn hoewel de Staten Generaal om (na 't fchvnd) eenig genoegen te geven aan den Raadl den 18 dito rcfolveerden, dat de verfoeien om Verlof, alvorens daarop te disponeren, zou- (ï) Sic ook Raad van Staten 16 Juny 1670. M 4  :84 VERZAMELING van STUKKEN &c. den gezonden worden aan de Raad van Staten,om Advis, en dat de Acten van Verlof, in het toekomende by Haar Hoog Mogende te verkenen, aan den wel gemelden Raadfuccesfivelyk foude worden bekent gemaakt, foo liet dc Raad niet na te klagen over liet ongelyk dat haar door de Staten Generaal wierd aangedaan , repraïfenteerende by Misfive van den 2 September dat de Raad van alle oude tyden, ja, van 't beginfel dezer Regering, en zelfs by het leven van Zyn Hoogheid ; Hoog Lojfelyker Memorie, altyd hebben gedisponeert over het geven van Verloven, gelyk fulks ook fpeciaalyk is toegelaten uit kragt van 't Placaat,op 't ftuk van de Monsteringgee'maneert, en dat zy daar van in volkomen posfesfte waren, zonder dat haar fulks was afgenomen by de Vergadering van de Staten van de refpeitive Provinciën alhier op de Groote Zaak geconvoceert, en mitsdien daar in te minder behoorde geturbeert te worden. Waar by de Raad had kunnen voegen, dat de Staten Generaal het regt van den Raad uitd'-ukkclyk erkend hadden by Refolutie van 18, December 1026. en 5 July 1637. zynde eigentlyk Reglementen op het ftuk der Verloven. Op die reprafentatie van den Raad volgde de nadere Conferentie en de wederzydfche voorflagen van infehikkingen , waar van boven gefproken is , doch dewyl geene van dc voorflagen van wederzyden aangenomen wierden, en de Raad ondertusfehen voortging met het geven van Verloven , fchreven de Staten Generaal den 30 November aan de refpective Provinciën , bewerende dat zy waren bevoegt geweest, om den Raad uit te fluiten van het geven van Verlof, ieh, pi'iq-  MEMORIE over de MILITIE. 185 principalyk beroepende op de Refolutie den 16 Tunv eenomen op de Groote Zaal, volgens welke aan de Staten Generaal eigentlyk zoude m. cumberen de voornaamfie zorge, gefag, en directie over de Militie van den Staat, als zynde daar by de dispofitie over 't verkenen van de Patenten, en het bezorgen van de Frontieren van den Staat met de gevolgen en aankleven van dien aan haar ten principale gedefereert, alleen op -voorgaande Jdvis van den Raad, het welk zy ook verfilmden 'dat in deze zaak geobferveert zoude worden. Doch, om voorby te gaan, dat de Gedeputeerde van Vriesland tegen den Brief van nulliteit geprotefteert en die van Stad en Lande verklaart hebben ongelast te zyn, is bette verwonderen dat dc Staten Generaal zoo ras vergeten hadden den draat der deliberatien van de Vergadering van de Groote Zaal, want uit het Register van die Vergadering blykt, op eene cmwedcrfprekelyke wyfe, dat de Advifen in het eerst vry verdeelt waren, omtrent het Pomct van de directie en'dispofitie van Saken van Oorlog, en over het Folk van Oorlog , en dat eindelyk het werk tot fodanig onderling genoegen ingelchikt wierd, dat men blyvende by het onderlcheid, welk 13 February, wanneer het Poincc in formele deliberatie gelegt wierd, gemaakt was , tusfehen de dispofitie over 't verkenen van de Patenten , en de Generale directie en dispofitie van de Saken van Oorlog en over 't Volk van Oorlo.ten ware dat zy by ordre van de » Gcnerahteitontboden, (h) of binnen 's Lands ,, elders geemploieerd wierden. 'L?**? 7C1'l0Ven 9 om buiten 's L^ds te „ gaan zullen gegeven worden voor langer » &d al,s vooJ ,twee of uiterlyk drie Heere „ Maanden: (i) en, indien, om fonderlinge „ redenen, continuatie van Verlof verleend » mogt worden, fullen de geenen, welken „ de continuatie verkregen hebben , voor den „ovengen tyd geen Traftement genieten „ maar t zelve moeten uitkeeren ten profvt „ van de Regiments kas. F y ,, De Officieren-, welken tusfehen den i „ April en laatften Oftober abfent zyn van „ de Regimenten of Compagnien, fullen belo- >•> pens Cf> pfolutie Staten Generaal 24 Mey 171» yJ Refolutie Staten Generaal 24 Mey 1711 Tulv0r£e-(Oiïïier ,State"G«1^aa! 18 December W en « %ïf7mi??Z Staten van Hülland lb>  MEMORIE over de MILITIE. 19! „, pens tyds Van haare abfentie, haar Traóte„ ment misfen ten profyte van de Rcgiments„ Kas, Ck) 't zy dat het Leger te Veld is of „ niet, van wie zy ook het Verlof zouden „ mogen bekomen hebben, fonder dat eenige „ exceptie of excufe, hoe die ook zoude mo„ ge zyn, daar tegen fal geadmitteerd worden. „ De Gouverneurs en Commandeurs fullen „ geen Verloven geven aan de Officieren van „ haar onderhebbende Garnifoen, als na voor„ gaand fchriftelyk Advis van den Coloncl of „ commanderend Officier van 't Regiment, (0 „ en voor geen langer tyd , als uiterlyk 14 da„ gen, zonder dat zy zullen mogen toeflaan, Prolongatie van Verlof, of dat zy zullen ,, mogen in het geheel Verlof geven , wanneer „ het getal der Officieren van een Regiment, „ daar door foude vermindert worden bene„ den het getal van twee derde parten en daar „ onder een Hoofd-Officier. „ De Generaal van 't Leger, zal geen Ver„ loven geeven , voor langer tyd als voor een „ maand, en niet dan na ingenomen fchrifte-. , lyk Advis van den Colonel of commande,', renden Officier van het Regiment, f» er* „ zal boven dien geen Verloven geven, te„ gens het fcheiden van het Leger, waar door „ Hooge of Laage Regiments-Officieren gedis„ penfeert worden van te marcheeren met de „ Regimenten naar de Garnifoenen. ' b „ Als (k~) Refolutie Staten Generaal 5 July 1637. (/) Placaat 4 February 1599. op de Monftering Artikel 1. Reglement van zyne Majelteit van Groot Brittanje 25 April. Reiblutie Staten Generaal 31 Maart 1706, (»;) Refolutie Staten Generaal 31 Maart 170ó.  tgi VERZAMELING van STUKKEN &d< „ Als er Gedeputeerden te Velde in 't Le„ ger prafent fyn j (n) fal de Generaal van het „ Leger geen Verloven geven aan Hoogei" „ Officieren, als Colonels , dan met derzelver ,, approbatie. „ Een Generaal, commandeerende een De„ partement, en by fpeciale Refolutie geau„ thorifeert zynde tot het geven van Verlo„ ven, fal daar op moeten innemen het Ad* ,, vis, niet alleen van den Colonel of com„ mandeerenden Officier van het Regiment * „ maar ook van den Commandant van de Plaats „ van het Departement, alwaar het Regiment „ ligt, en geen Verloven verleenen (o)voor „ langer tyd als voor twee maanden, fonder „ die termyn te mogen prolongeren, en fal „ voorts, ten opfigte van het getal der Offi„ eieren , waar aan hy fal mogen Verlof geven, „ gebonden fyn, aan het geen hier boven ge,, flatueert is omtrent de Gouverneurs en Com- mandeurs. „ En fal al hetzelve geobferveert worden , „ door wie ook Verloven Verlcend-worden , „ met dat onderfcheid alleen, dat op de Ver„ foeken der Officieren der Switzcrfche en ,, Grifonfche Regimenten , om vérlof voor' Jan,, ger tyd, als voor een maand of zes weeken, ,5 het Advis van den Colonel of Generaafin„ genomen fal worden, welke by zyn Advis „ zal voegen , dat van den Colonel of com„ mandeerenden Officier van het Regiment. „ De (V) Refolutie van de Staten Generaal 15 Maart 1705. Artikel. 10. (0) Refolutie Staten Generaal 31 Maart 1713,  Memorie voor de militie. 103 ,, Dc Advifen op het ftuk van Verloven, 5, fullen onder anderen inhouden deoorzaaken, „ waar op het verzoek gefundeert is,metby„ voeging van redenen van wetenfehap, mits„ gaders expresfie van de tyd, welke de vef„ foeker is preefent geweest in't Garnifoen, Cf) „ en eindelyk, welke en hoedaanige Officie„ ren nog fullen blyven by het Regiment en „ Compagnie. '„ So lang als een Regiment te Velde geëm„ ploieerd word, of legt in een Departement, ,, waar over een Generaal commandeert met ,, Authorifatie om Verloven te moogen ver„ leenen, invoegen als boven, fullen geene „ Verloven gegeven worden aan de Officieren, „ als door den Generaal van het Leger of van „ het Departement refpeftivelyk. „ Aan de Officieren van de Militie , leggcn„ de op het fouverain Territoir van de Rem„ mende Provintien, zullen de Verloven ver„ leend worden , door , of van wegen de Sta„ ten van de Provincie, (q) op welkers Ter„ ritoir het Regiment of Compagnie legt, of, „ verleent zynde van Generaliteits wege, fullen de Vcrfoekers daarop moeten obtineren „ Attaché van dezelve Provincie. En zal „ voorts gefchreven worden aan de refpeclive Provinciën , ten einde, dat ze geen Ver„ loven zullen geven aan de Officieren haarer „ Repartitie, leggende in eene van de andere 3, Remmende Provinciën, in 't Resfort van de „ Ge- (/)) Refolutie Staten Generaal 6 February 1671. (7) Placaat 4 February 1599. op de Monltering. Refolutie Staten Generaal 12 July 1651. en 23 December i66$< N  ir/4 VERZAMELING van STUKKEN &d „ Generaliteit, in de Plaats van de Barrière, „ of elders buiten s'Lands. » De Verloven, die alleen uitgefonderd , „ welke in voegen als boven fullen verleend „ worden, door den Generaal van het Leger, „ door den Generaal commanderende in een „ Departement, en door de Gouverneurs en „ Commandeurs, zullen moeten geregiftreerd „ worden, ter Secretarye van den Raad van „ Staten, (f) op poene van nulliteit. „ Den Raad van Staten zal geen Verloven f, mogen doen regiftreren , dan die verleend 3y zyn, conform dit Reglement, (Y) en zal „ vooral letten, of de Regimenten daar door „ niet ontbloot worden van meer als een der- de part der Officieren, en van de Hoofd„ Officieren gerekent onder de twee derde „ parten , welke altyd moeten prafent zyn ; „ mitsgaders of de Verloven inhouden, dat 3, daar op Attaché verzogt en verkregen zal „ moeten worden van de Betaals Heeren, aan 3, welken het vry zal ftaan, de Attaché te wei3, geren. De Ritmeesters en Capiteinen, (t) zul„ len geen Verloven mogen geven aan haar ,, onderhebbende Ruiters of Soldaten, als met 3, kennis en confent, niet alleen van den Co- „ lo- f>) Refolutie Staten Generaal 23 December 1569. en Advis van Hollaiid 5 April 1658. 0) Refolutie Staten Generaal 12 July 1651. Refolutie Staten van Holland 28 September 7. Oftober 1651. (V) Placaat op de Monftering 4 February 1599. Artikel 15. Reglement van zyne Majeiteit van Groot-ürittannie 25. April 1701. Artikel 3. h. 9 & 10.  MEMORIE over de MILITIE. 19 ƒ lonel, of commanderenden Officier van 't „ Regiment; maar ook van den Gouverneur .,, of Commandeur, en dat voor geen langer „ tyd als voor een maand of fes weeken, „ nog ook aan meerder, als drie of uiteriyk „ vier Ruiters of Soldaten, te gelyk: en zul- len de Pascedullen niet alleen aangetekend s, worden op het Boek van den Ritmeester of „ Capitein, en op dat van den Major van het „ Regiment; maar ook op 't Boek van dert „ Auditeur Militair Van de plaats, 00 alwaar fe mede op de wederkomst van de Ruiters ,, en Soldaten zullen moeten gefuiverd wor- den, alles op poene van nulliteit der Ver- loven , van verbeurte der Leeningen , en van arbitrale correctie, en dat 't zelve zal ge,zet worden in den text der Pascedullen. „ De Colonels of commanderende Qfficie„ ren Van de Regimenten zullen viermaal in 3, 't jaar, namelyk tegen den 1 January, 1 „ April, 1 July en 1 Oétober, fenden aan den „ Raad van Staten (y) een diftinóte Lyst van „ alle de praefente' en Abfente Officieren en „ gemeene Ruiters en Soldaten van haar on„ derhebbende Regimenten, met de aanteke- ning niet alleen nevens de naamen der „ abfenten Officieren ; maar ook van die ? welken abfent geweest zyn binnen de ge„ pasfeerde drie maanden, van wie ze daar „ toe Verlof gehad hebben, en voor hoe lang; „ item (?.<) Inftructie voor de Auditeurs Militair Artikel -o. ()•) Advis van den Raad van Staten,op het Redres van de Militie 21 December 1657. Artikel 4. Provinciaal Advis van Holland 5 April 165Ü. N 3  i96 VERZAMELING van STUKKEN éceV „ item wanneer zy gereverteerd zyn of nog „ moeten reverteren, in conformiteit van de „ Verloven, en zullen die Lyst doen onder,, tekenen door den Major van het Regiment „ by forme van Extract uit zyn Boek, en in „ abfèntie van de Major, door den Officier, ,„welke het Boek houdt." Dit concept is gebleven buiten Conclufie,en alleen den 31 Maart 1714. tot ftuiting der disorders, die dagelyks toenamen door de abfentie der Officieren, by' de Staten Generaal vast gefteld, dat de Gouverneurs en Commandeurs geen Verloven aan de Ritmeesters en Capiteinen van haare Garnifoenen zullen mogen géven , als op fchriftelyk Advis Van den Colonel of commanderenden Officier van 'j Regiment, en voor geen langer tyd als voor twee maanden, binnen het Resfort van den Staat, en voor drie maanden, in de Plaatzen van de Barrière, en andere buiten 's Lands; dat dezelve geen Prolongatie van Verloven zullen mogen geven', en dat in 't geheel, geen Verloven zullen mogen geven, wanneer geen twee derc\eparten van de Officiers prafent zyn, en daaronder een Hoofd-Officier, dat alle de Verloven, alzo verleend wordende, zullen moeten worden geregiftreert door den Auditeur Militair, op poene van nulliteit: en dat den Raad, van Staten zal procederen, niet alleen tegens de Officieren, Welke fonder of boven haar Verlof abfent zyn, maar ook tegens de Gouverneurs en Commandeurs, welke Vzrloven zullen geven tegens de Ordre. ' Waar by den Raad van Staten eenige nadere Prrecautien voegde, den 7 Juny en 31 Augustus des zeiven jaars. TWAALF-  J MEMORIE over de MILITIE. 19? TWAALFDE CAPITTEL. Firn Monftering. II et 7'e Artikel van dc Inftructie van den Raad van Staten van den 18 Augustus 1584? zeat, dat om te voorkomen de franden die men tot daar toe gepleegt had, in het getal van het Krygsvolk, de Staten Generaal en de Raad, eenige getrouwe • Experte en Gequalificeerde Perfonen zoude ftellen tot Commisfarisfen , op zulke Inftructie als zyn Genade en de Raad daar op zouden maken, By het nde Artikel der Inftruótie van den 12 April 1588. enhyhet i^vandie van den 1.8 July 1651. (V) word aan den Raad van Staten opgclegt, Ordre te ftellen op de Monftering, en op de discipline Militair, over het Folk van Oorh .N Op (/) Staten Generaal 7 Qftobér 1662. Advïs van de Raad. yan Staten 13 dito. N 5  ao2 VERZAMELING van STUKKEN &c. op de Militie van dcrfelver refpective Repartiticn, om dat anderfints het 6. Artikel authorijeerende de Provinciën tot het Monfteren der Ruitcren en Knegten, ftaande tot lasten van de Generaliteit of op- de Repartitie van een andere Provintie, geen zin hebben zoude , in plaats dat het een zeer bequame zin heeft, wanneer men onderfteld, dat de Provinciën eigentlyk maar recht hebben om te Monfteren de Militie van haar refpeétive Repartitien , en dat het tweede Artikel van het Placaat alleen daar van fpreekt: maar dewyl 't oogmerk van de Monftering zeer ligt geëludeert kan worden, als maar een gedeelte van een Garnifoen gemonfterd word, zonder te mogen kennis nemen van de rest van het Garnifoen, dat daar om 't 6. Artikel de Provinciën authorifeert tot het Monfteren van alle de Militie zich bevindende ter zeiver plaats met die van haar Repartitie. Dat de Staten Generaal van geen ander begrip geweest zyn in het jaar i6$i. 't Nader Placaat op de Monftering, doen geconcipieert, doch ongearrefteert gebleven, gelyk gezegd is, authoriferende de Provinciën , om in de Steden en Plaatftn zoo van !t diftriét van de Generaliteit als van de Geünieerde Provinciën te Monfteren alle Ruiters en Knegten , aldaar Garnifoen houdende , foo die van haar eigen Repartitie, als ook die van eenige andere Provinciën zoude mogen zyn. En ten laatften dat nooit van wegen eeni°e Provinciën aan de Raad voorgekomen is, dat dezelve zoude meenen bevoegt te zyn , om allefmts in de Frontieren zoo binnen als buiten de Provinciën te doen Monfteren in Plaatfen daar  MEMORIE over de MILITIE. 203 daar geene Compagnien van haar Repartitie 1 leggen. i *. ji. Waar by de Raad had mogen voegen , dat de boven aangetoge Refolutien van den 10 Juny en 21 July 1588. de Monftering yan de Provinciën uitdrukkelyk bepalen tot het Folk van Oorlo? tot haren laste ftaande. _ Voorts ftaat orntrend dc Monftering van de Provinciën in acht te nemen 1. dat dezelve niet alleen geauthorifeert zyn om te Monfteren alle de -Militie, welke zich bevind in dezelve Plaats met eenige van haar Repartitie, maar dat het altyd aangcfien is voor een abuis in de Monftering , wanneer dc Provinciën alleen hebben doen Monfteren de Militie van haar eigen Repartitie , als te zien is by de Raad van Staten den 3 January 1633. 23 Maart 1634. en 15 February 1652. mitsgaders uit het Advis van den Raad, aan de Groote Vergadering van den 10 July 1651. o Dat de Provinciën, zullende Monfteren uit kragte van het 6 Artikel van 't Placaat, (k) den Raad van Staten ftecretelyk daar van moeten,, Adverteren om Confufie te fchouwen , t geen noch cxaótclyk gepraélifeert word1, door de Gecommitteerde Raden van Holland, misfclucn om dat dezelve in 'tjaar 1662. te Rhynbcrk «rehad hebben een proeve van dc Contulie fpruitende uit het niet geven der voorfchreve Advertentie. 4. Dat de Provinciën volgens meer gemeide°*6 Artikel moeten zenden aan den Raad van Staten de Rollen van de Monftering, ofn fe CÉ) Holland 21 July 16Ó2,  204 VERZAMELING van STUKKEN &c. te bevelen, dat de betaling daar na werde gedaan. Dit foude wel mogen fchynen maar te zien op de Monftering waar van in 't 6. Artikei principalyk gefproken word namelyk van de Ruitcren en Knechten ftaande tot laste van de Generaliteit of .op de Repartitie van een andere Provincie , ais die welke heeft gedaan Monfteren : doch uit het verfchil in't jaar 1626. gerefen tusfehen de Raad van Staten , en de Provincie van Holland , over het fluiten der Rollen blykt, dat men doe over en weder van verRand was, dat, volgens het Placaat, alle Rollen van de Monftering, door de Provinciën gedaan , fonder uitfonderinge moesten gezonden worden aan den Raad om gefloten te worden. Want als de Raad zich beklaagde dat de Provincie van Holland aan zich getrokken had het fluiten der Rollen van de Militie haarer Repartitie, cn aanwees dc Inconvenienten, die daar uit zouden volgen, beweerde Holland niet daar toe geregtigt te zyn, maar refolveerde alleen ter Generaliteit te doen inbrengen, (/) dat haar meening niet was, aan den Raad van Staten te onttrekken 'i gefag over 't Krygsvolk , over de Commisfarisfen , of over de andere Officiers, die zy zullen kunnen bevinden qualyk te doen, of't Land te verkorten, gelyk mede niet aan dezelve te onthouden de kennis van de fterkte der Compagnien, dewyl aan haar Edele yan alle Monfteringen Rollen moeten geleverd worden, en dat die yan Hollland te vreden zyn , van alle goeddoening op de Rollen , den wel gemelden Raad van tyd tot tyd PcrCZ) Holland 25 Juny 1626.  MEMORIE over de MILITIE. 205 Pertinente Notificatie te doen, maar dat de Provincie daar in niet anders heeft gedaan, dan t Tene diverfe andere Provinciën altoos gedaan Tien, eJniet tegenfiaande de Infifti>van den R,ad, aan haar gehouden hebben^ behalven, dat de Heeren van Holland te vreden zyn, en altoos wezen zullen, dien aangaande te agtervolgen al t •reen by de gefamentlyke Provinciën tot beter or%r geaccordeert en over een gekomen zal worden ■ En na dat dit verfchil lang geduurt had, (m) en verfcheide vrugteloofe devoiren gedaan waren, om de Provincie van Holland te bewegen , om de Rollen weder te fenden aan den Raad , om gefloten te worden,hebben de GecommitteerdeRaden in 'tiaar 1662. 't zelve aangenomen, als conform aan het meer gemelde 6. Artikel en de Staten het eeapprobeert, gelyk te zien is in de Refolutie der Staten van Holland 21 July 1662 enbydc Raad van Staten 19 dito daar in geinfereert. Het Landfchap Drenthe niet Geauthonfeerd zvnde by de voorfchrevc Placaten om te doen Monfteren , en in 't jaar 1636. 00 gezonden hebbende een Commisfaris om te s Bosch cn elders te Monfteren, fchreef de Raad van Staten daar over aan de Landfchap als over een onbehoorlyke zaak, die daar op twee Gedeputeerden zond aan den Raad, op welker Vertoog gerèfolveert wierd , dat de Landfchap zoude mogenaanftellen een Major op eenTractementvan ƒ 600: - tot het geleiden van het pasferend Krygsvolk,die ook van sLands wege f»0 Raad van Staten 23 Maart 15 Öftober 167,7. 25 November IÓ39- Staten Generaal 12 Mey 1637. (») Raad van Staten 25 April, 7 en y juny 1630.  töó verzameling van stukken &c. zoude gebruikt worden tot de Monftering op Commisfie van den Raad. Zeeland , om niet fubjeft te wefen aan de moejelykheden, die de Provinciën quamen nu en dan te ontmoeten in het Monfteren van Compagnien , niet zynde van haar Repartitie, heeft m den jaren 1634. en 1650. (0) zich voorfien van een open Afte van de Raad van Staten waar by aan alle Governeurs , Commandeurs , Majors, en anderen belast word te gedogen , en de behulpfame hand te bieden, dat alle de Compagnien van wat Repartitie die zoude mogen zyn, by de Commisfarisfen van de Provincie Zeeland Gemonfterd worden , mits dat de Commisfarisfen de Rollen van de gedane Monftering zouden hebben over ie zenden aan den Raad van Staten. Dat andere Provinciën (p) zich zouden voorfien hebben van gelyke Aften word niet gevonden, maar alleen dat dezelve zich aan de Staten Generaal of den Raad van Staten geaddresIcert(q) en redres verfogt hebben, wanneer haar in 't Monfteren ecnig belet bejegende , gelyk Holland in 't jaar 1637. wanneer haar Gecommitteerden tc Grol, en in't jaar i66*.(r) wanneer tc Maastricht oppofitie ontmoet hadden, en van 't jaar 1665. (s ) wanneer een Commisfaris door haar gezonden, om te Monfteren in den Brielle, en van 't jaar Ï6Ó3. o) 25 Oclober 1624. 2 January 1650. oo Raad van Staren 29 September 1 en KOctob. 16V c a.s dat by .t formeren van een Veldleger ook een Krygsraad geformeerd wierd voor den tyd van de Expeditie; welke Krygsraad geen kennis nam als van Saken in 't Lever voorvallende, en ophield met het fchciden van £ zelve , zonder naderhand te kunnen termineren de onafgedane zaken, (k) waar van een notabel exempel is, in de zaak yan den Heer van (Ji) 4 Maart 1655. CO Placaat en Ordonnantie van de Raad van Staten iS Apn! 166S. Artikel 12. '00 Afte van de Heeren Gedeputeerden te Velde < Mev  9 - MEMORIE over de MILITIE. 217 van Langerak, welke in 't jaar 1665. in 'tLe. ger te recht gefteld zynde, als pligtig aan dedood van de Zoon van den Rhyngraaf, (O en 't Leger gefcheiden zynde, voor dat de Kryreraad had kunnen de Saak afdoen , addresfeerde de Rhyngraaf zich by RequeRe aan de Staten Generaal verfoekende JuRitie, welke den 21 January 1666. den Raad verfogten een Hooge krygsraad te formeren , om den Heervan Langerak te recht te Rellen. Waar op de Raad den 1 February antwoordc, dat de Krygsraad niet meer in wezen was, vermits het fcheiden van 't Leger , en dat mitsdien deszelfs Macht cn Authoriteit 't eencn male was komen te Cesferen, en dat de Raad in deze zaak zoude Recht doen, zelf's, of door de Krygsraad by haar te formeren, Dc Relatie van de Krygsraden tot den Raad van Staten, of liever de Subordinatie derfelve onder den Raad, beRaat in de volgende Poinften. 1. Dat dezelve Recht doen na den Artikelbrief cn andre militaire Ordonnantiën , en Placaten, door den Raad van Staten (jn) geëmar neert, uit kragte van de bovenRaande gcne> ralc Dclatie van order te fiellen op de Militairs (7) Raad van Staten 29 January 1 February 1666. (,-,7) Raad van Staten 20 Augustus 17 September 158S. 13 Augustus 4 September 12 November 1^90. f4 December 1600. 28 April 15 December 1622. 28 Mey 2 September 1624. 25 Juny 1625. 3 Maart 1627. 7 February 1637. 3 Maart 1640. 3 july 1641. 11 December 1642. 24 February 1645. 21 july 3 Oftober 1648. 8 Maart 1649. 16 Tuny 1667. 18. 21. April t668. j O 5  ti8 VERZAMELING van STUKKEN&c. re Discipline en alle Excesfen onder 't Krygsvolk te ftraffen. Zonder dat ergens gevonden word, dat Macht gegeven is, aan de Capiteins Generaal tot het emaneren van Placaten, Reglementen en Ordonnantiën , op het ftuk van de Krygsdiscipline, en dat zelfs buiten kennis en deliberatie van den Raad van Staten, 't geen men egter dezelve heeft zien praófciferen , voornamelyk de laatste. 2. Dat van de Vonnisfen van de Krygsraaden Appel valt aan den Raad van Staten (rij die van den Hoogen Krygsraad niet uitgefloten , hoewel de Heeren Princen van Orange verfcheidemalen getragt hebben te beletten, het verkenen van Mandamenten in Cas d'Appel van Vonnisfen van den Hoogen Krygsraad. In 'tjaar 1624. CO als 't Dispuyt'vry hoog ging, is ter Vergadering van de Staten Gene-, raai voorgcdagen, dat Vonnisfen, ge wefen in 't Leger , den Raad niet prefent zynde , niet fouden Jppellabel wefen aan den Raad, foo in Civile als Militaire Saken, dat de Hooge Krygsraad buiten 't Leger geen kennis nemen Jouden van civile Saken, en dat van civile Saken in 't Leger, aangevangen en naderhand gedecideert, Appel vallen zouden aan den Raad, (p) doch de Raad nam geen genoegen met die Voorflag,en ging voort met de Saak, doe in queRie, doende den 2r November 1626. te niet het Vonnis van den Krygsraad. r k r< i> Twee («) De Regifters en Partye Boeken van den Raad vaa Staten, zyn vot van Exempelen. CO 9 Jniy 1624. O) Raad van Staten 14. 15. Juny en 27 Tuly 1624., en 21 November 1626. J • *  MEMORIE over de MILITIE. 219 Twee jaren daar na verfogt Prins Fredrik Hendrik (qj wederom dc intrekking van een Mandament in Cas d'Appel, van een Vonnis van Hoogen Krygsraad, doch aHegeerde alleen, dat de Impetrant revifie verfogt en geobtineerd had van den Krygsraad, voor het doen van verfoek om Appel zonder dc quahheatie van den Raad in dispuit te trekken. In t iaar 1647. O) maakte de Prins het dispuit weer levendig , doch de Raad maintineerde haar Recht, en ging voort met de Proceduuren. •> Beftaat de Subordinatie van de Krygsraden' onder den Raad van Staten daar in, dat dewyl de Militaire Juflitie eigentlyk gedefereerd is aan den Raad van Staten, en de Krygsraden geen andre Jurisdictie hebbende als die door den Raad van Staten aan haar gedemandeert is, waar van de bewyfen boven bygebra^t zyn, de Raad van Staten bevoegd is, ombter eerster inftantie kennis te nemen van Saken, ftaande ter kennis van de Krygsraden. Dit zoude kunnen bewefen worden , met menigvuldige exempelen, uit de Registers cn Partye Boeken van den Raad van Staten, maar het zal genoeg zyn , daar toe by tc brengen , de rects aangetoge zaak van de Heer van Langerak, waar over de Raad verfogt zynde , tc formeren een Hooge Krygsraad, antwoorde daar in te zullen recht doen, of zelfs, of door den 'vr,.„„c-vnnA hm hrtar te formeren : en de Saak van ccnlvlonfter Commisfaris, waar van aanftonds na- (j) Raad van Staten 21 July 1628. (r) 20 Mey 7. en 9 Augustus 1647.13 Augustus 1648.17 Mey 1650.  &2j Krygsraden in 't voorfchreeve geval, bepa„ len tot Krygszaaken : want wat is klaarder, ,, als dat die bcpaalingen, door eene Provincie „ gemoveert, en echter gelaten, zynde buiten „ de Refolutie van de gezamentlyke Provin3, cien van den 25 Maart deszelven jaars, waar„ by de judicatuure der Krygsraden in crimi„ neele Saken gereguleerd is; de gezamently„ ke Provinciën moeten geoordeelt hebben , „ dat de judicatuure over de Delicten door Mi„ litairen onderling begaan wordende, behoor. „ den te blyven aan de Krygsraden, fonder , onderfcheid of die Delicten de Krygszaa,, ken raaken of niet, en dat de Provincie van „ Overysfel, zich daaromtrent moet geinfor„ meerd hebben, met het fentiment van de an„ dere, dewyl geene de minste contradictiej „ of aantekening gevonden wordt in het Re„ gister. ,, Tot zoo klaare en zoo folemneeJc Refo„ lutie, als die van den 25 Maart 1651. by „ tc brengen, gelyk UE.in haar misfive doeri ,, de Refolutien van de Heeren Staten van Hol„ land en Wéstvriesland van den 30 Septem„ ber 1654. en 16 Mey ró68, wat is 't an„ ders als te laxeren de Refolutien van de Groo„ te Vergadering, en dezelve te doen af han,'j gen van de explicatie (zoomen anders Re,, folutien, zoo weinig overcenftemmendc met „ den klaaren letter van die van den 25 Maart „ 1651. kan noemen eene explicatie derzeive} ,, van ieder van de zeven Provinciën, in 't „ byzonder ! want wy vertrouwen niet, UE* „ van begrip zyn, dat de Provincie van BoU 3, land en Westvriesland hier omtrent eeflig P 2 y, voor=  228 VERZAMELING van STUKKEN &c. voorrecht heeft boven de anderen, en wy „ zyn zoo verzekerd , dat UE. niet zoude ac,, quiesceren in de explicatie van eene Provin„ cie in het byzonder, het zy Holland of eene „ andere, wanneer zy voor zich hadden den „ klaaren letter van eene Pvefolutie van de ge,, zamentlyke Bondgenonten, en de Provintia,, le explicatie daar tegen aanliep, dat wy ons ,, dien aangaande wel durven beroepen op UEd. ,, eige verklaaring." Ook zyn dc Staten Generaal notoirlyk geweest, van 't zelve begrip, wanneer zy den 18 Augustus 1655. 't verfoek van Johan Fredrik Schellaert van Oppendorp, zynde in Militairen dienst van den Hertog van Lotteringen, tenderende ten einde, dat geordonncert mogt worden, aan den Raad van Braband de erimineele citatie tegen hem verleend, af te doen, affloegen, met byvoeging, dat het Delicl by den Snpliant geperpetreert niet was een Militair , maar gemeen Deliïi, ook niet geperpetreert in 't Leger, of Garnifoen, mitsgaders niet (Nota) by den eenen Soldaat tegen den anderen. In het jaar 1714. viel 'er een Verfchil voor tusfehen de Magiftraat en de Krygsraad te 's Bosch, dat aanleiding gaf aan den Raad van Staten, om 't onderfcheid tusfehen de Jurisdictie der Krygsraden.in dc Steden ftem in Staat hebbende, en andere , op zyn dach te ftellen , in een Brief aan de Staten Generaal van den 12 February 1714. (Y) „ De Krygsraad te s' Bosch heeft aan ons „ ken- (V) Sie ook de Brief van don R.aad van Staten, aan de Staten Generaal van 30 October 1719.  MEMORIE over de MILITIE. 229 „ kennis gegeven, dat Uw Hoog Mogende „ aan haar gefonden hebben, om bericht,een „ misfive van de Magiftraat der Stad, welke „ aan bun difputeert het ftellen van een Cu,, rateur in den boedel van wylen Gerard van „ Poelgeest, in zyn leven Sergeant Major ten „ dienfte dezer Landen , binnen die Stad, al„ waar hy in Garnifoen was, overledèn: ver„ foekende onze ordre, wat zy fullen refcri„ beren aan Haar Hoog Mogende, nopende ,, dat conflict, van jurisdictie, waarop hebben,, de gedelibereert, hebben geoordeelt best te „ wezen, dat wy zelve U Hoog Mogende in„ formeren van de gelegenheid der zaak. „ U Hoog Mogende gelieven dan gediend„ te wezen, dat, dewyl de Militaire Officie- ren doorgaans geene de minste Relatie heb„ ben tot de Steden , waar in fe Garnifoen houden, en het Garnifoen een lichaam maakt, „ gefepareerd van dat der Burgers, welke ieder „ hebben haar aparte Rechter,het Garnifoen den , Militairen, de Burgers den Burgerlyken, van „ ouds af geufeerd is , dat gelyk de Burgers ,., te recht ftaan over alle Saken voor den Bur„ gerlyken Rechter, foo ook de Krygslieden „ voor den Militairen: zoo nogthans , dat Of„ ficieren , welken hier te Lande gehuist en 33 gegoed zyn, moeten te recht ftaan, over ci- vile Saken, voor hunnen domiciliairen Rech„ ter, waar heen ze ook mogen in Garnifoen „ gezonden worden , maar niet voor den Bur„ gerlyken Rechter van de Gamifoensplaats. „ Dat geene verandering gemaakt is in deze „ oude cn generale Ufantie by de bekende Re„ folutic van den 25 Maart 1651. genomen op P 3 >3 dc  230 VERZAMELING van STUKKEN &c. „ de groote Saai van 't Hof , als alleen ia „ opfigt van de Steden ftem in Staat hebben„ de; welke Refolutie diensvolgens notoir„ lyk dient tot confirmatie van die Ufan. „ tie, in opfigt van alle andere Steden; ge„ lyk dezelve Ufantie, dan ook federt alom „ in vigeur gebleven is: waarom wij, kort„ heidshalven jegenswoordig geenjander bewys „ zullen by brengen,als dat in het jaar 1666 „ -wanneer men van de fyde van den Cluirfurst „ van Brandenburg wilde brengen in het Trap„ taat, 't welk den 16 February van dat jaar " f ™en ls' cen Artikel 3 volgends 't welk « de Militie van U Hoog Mogende, le«gcn„ de in de Steden van 'c Land van Qce£*fou„ den te recht moeten ftaan, onder de Cleeffche toutique Overheid, in zaaien, die de Militie ,3 met concerneren , gelyk zulks in U Hoog „ Mogende eigen ftaat zoude worden geobfer veert, s, deze Raad , wiens Advis U Hoog Mo„ gende, daar over innamen, advifeerde, (y) 3, dat t zelve om zeer importante redenen foude 3, behooren gelaten te worden, by H jegenswoor„ dig gebruik: dat wel waar is ', dat in de ftaat „ der vereenigde Nederlanden, de Steden ftem in „ Staat hebbende,in eenige gevallen, over de Mu „ tee, in den haar en logerende, hebben en oefe„ nen jurisdictie : maar dat te confedereren ftaat, dat de macht, haar daar omtrent competerende, „ komt te deflueren uit 't Reeft van de Souverai„ mteit over de Militie, in welk Recht de gcmel„ te Steden , als integrerende Leden, zyn par„ ticiperende; en dat om die redenen hetzelve „ Rech$ QO Den 11 January 1666.  MEMORIE over de MILITIE. 231 „ Rechtaan de Steden inde refpeilive Provinciën, *een ftem in Staat hebbende niet word toegeftaan, ' veel min aan de Steden reforterende onder de „ Generaliteit, waar van het gevolg was, dat het voorfchreve Artikel gebleven is bui„ ten het Traftaat, het welk onwederfpreke„ Ivkbewyst. „ 1. Dat de Refolutie van den 25 Maart ,, 1651. in 't jaar 1661, dat is in een tyd, wan- neer niet te breede loop gelaten wierdt, aan „ de Militaire jurisdiaie, geen plaatfe in dc Stc„ den, geen ftem in Staat hebbende, gehad „ heeft of men moest zeggen, dat de Raad „ van Staten niet wist, wat ze aan U Hoog „ Mogende fchreef, en ten 2. dat U Hoog „.Mogende zoo wel als de Raad van verftand „ waren, dat die Refolutie geen plaats behoor„ de te hebben in de Steden , geen Rem in Staat hebbende. . , Dat onder de Refolutien , door de Magi„ Rraat van s'Bosch, bygebragt in haar mrs„ five aan U Hoog Mogende, wel een of „ twee ,en nameïyk,die van 21 January 1704, zyn, welke favorifcren het gcfuftineerde van „ de Magiftraat; maar dat de Refolutie van de „ folemneele Vergadering van de groote Saai, „ welke een foort van een Wet of Reglement is, en welke, gelyk fe confirmeert de oude ' Ufantic, ten opfigte van de Steden geen ftem „ in Staat hebbende , geconfirmeert is door , opgevolgde praclyk, zoo voor als naa de „ verandering, in de Regeering gevallen in 't , jaar 1672, behoort te overwegen, een of I, twee Refolutien , genomen op particuliere P 4 » ge-  232 VERZAMELING van STUKKEN &c. gevallen, en by welke het zoo ver van daar j, is, dat de Refolutie van de groote Saai ,en „ eeneUfantie foo oud als de Republiek voor„ bedagtelyk foude wezen ingetrokken , en ,, verandert, dat felve daar van niet gerept „ wordt in de Refolutien, door de Magiftraat 3, van s'Bosch bygebragt, tot een klaar bewys, dat U Hoog Mogende , waar aan felden zaaken van die natuur, geen gemeen„ fchap hebbende met de Staats deliberatien, „ voorkomen,niet zynverdagt geweest in hetne„ men derzelve,op hetonderfcheid tusfchenSte„ den ftem in Staat hebbende cn niet hebbende. „ En dat ook, om wat nader te komen tot 3, het geval in quEeftie, veel gevoegelyker , en te gelyk onkoftelyker is, wanneer è:n Officier, die niets gemeens heeft met de Stad, „ waarheen hy door U Hoog Mogende in Gar„ nifoen gefondenis, aldaar komt te overly3, den, dat deszelys equipagie, en wat hy verder by zich heeft, gadegeflagen en gebene, ,, hceerd worden, door den Krygsraad en Com3, misfaris van dien, beftaande uit perfonen, die allen een gemeen interest hebben , om 3, het voordeel en menage van den overleden j, te betrachten, als door de Gerechten , cn ,, dat menigmaal van flechte Garnifoen's plaat,, zen, het zy dat maar provifioneelyk moet geforgt worden , voor de nagelatene equipagie en meubilen, wegens de abfentie der ?, naastbeftaanden , of erfgenamen van den over. 3, leden, of dat die moeten te geld gemaakt, esi het provenu onder de crediteuren gedis33 tribueerd worden. 53 In  MEMORIE voor de MILITIE. 233 „ In voegen, dat U Hoog Mogende fien, „ dat de fuftenue van de Magiftraat van s'Bosch „ in delen aanloopt tegens de oude ufantie, „ geconfirmeert door een feer folemneele Re„ folutie, kracht van wet hebbende, en door „ de opgevolgde praftycq, mitsgaders tegens „.de billykheid en het intrest van U Hoog Mo„ gendc Militie , welke het fundament fyn van dc voorfchreve Ufantie en Refolutie: en fon„ der dat dc Magiftraat ergens in verkort „ wordt, alfo de Bondgenooten niet hebben behoeven te onderwerpen aan baare Judi„ cature de Militie, welke U Hoog Mogen,, de van tyd tot tyd fouden fenden nas'Bosch, „ niet om te maaken een gedeelte van het lic„ haam der Ingezetenen der Stad , nog om ,, eenige relatie te hebben tot dezelve, maar „ alleen, om fteh daar op te houden voor den „ dienst van U Hoog Mogende , van den „ eencn dag en uure tot de andere, en fub„ jeci; te wezen zoo wel aan het recht als aan „ het Krygsbedwang van de Officieren, door „ of van wegen U Hoog Mogende over haar geftelt. Dezen Brief commisforiaal gemaakt, en nevens die yan de Magiftraat en de Krygsraad in een conferentie geëxamineerd zynde , wierd de Magiftraat by Refolutie van 23 Maart in 't ongelyk gefteld, en de directie over den boedel van wylen den Heer van Poelgeest gelaten aan den Krygsraad, Maar hoewel uit dit alles genoegfaam blykt, dat de Krygsraden, uitgefondert die in de Steden ftem in Staat hebbende, kennis nemen van allerhande zaken, en niet maar alleen van MiP 5 &  234 VERZAMELING van STUKKEN ccc. litaire Deli&en, foo Raan egter de volgende exeptien aan te merken. 1. Dat de Militairen (z) moeten te recht ftaan voor den Burgerlyken Rechter over Delicten en andere Saken die voorgevallen zyn , voor dat zy zich begeven in Militairen dienst. 2. Dat de Militairen (a) moeten te recht ftaan over Saken rakende de Gemeene Middelen voor Gedelegeerde Rechters, tot de Judicature over de Gemeene Middelen , zonder dat de Krygsraden mogen daar van kennis nemen. 3. Dat de Militairen (b) welke hier te Lande Gehuisd en Gehoofd zyn, gelyk men zegt , of welke een Fixum Domicilium ; -hebben, behalven haar Garnifoen, moeten te recht ftaan, voor haar Domiciliairen Rechter over Saken niet rakende den Militairen dienst, fonder dat men egter vind gedecideert te w,efenof fodanige Militairen' gedagvaard wordende voor den Krygsraad over Saken van die natuur kunaen proponeren exeptie van Incompetentie en RejQvoi of niet. 4. Dat de Krygsraaden geen kennis mogen nemen (f) van de queestien tusfehen de Officieren en Solliciteurs Militair , fchoon dat die eenigermaten zyn te houden voor Mi^s) Raad van Staten 24 January 10 Maart 1636. (0) Refolutie Raad ,van Staten 13 Mey 4 en 6 Sept. ió"3t. có February 1641. 23 Mey 1646. 2p Jan. 1Ó48. 10 Juny 1649.4 January en 5 February 165-. (b) Voet ad Pand. tit. de Judic. 107. 108. (cj Raad van Staten 1 Augustus 1646.13 january 1654.  MEMORIE over de MILITIE. 235 Militaire Perfonen, als ftaande op de Rollen van de Compagnien , onder dc naam van Schryvers en in die qualiteit 's Lands gagie trekkende. Op deze wyfe heeft het gegaan met de Militaire Juftitie tot het jaar 1672. toe , wanneer de laatstoverleden Koning van Groot-Brittanien , Glorieufer gedachtenis, doe Prins van Orange, aangefteld zynde tot Capitein Generaal van den Staat, en zich bedienende van het faveur van den tyd, niet alleen den Hoogen Krygsraad deed herleven , en wel haast het zoo verbragt, dat NIEMAND DURFDE Provoceren aan den Raad van Staten , het zy van de Subalterne Krygsraden , of van de Hoogen Krygsraad, maar boven dien ZOO VER extendeerde, buiten de vorige palen , dc Jurisdictie der Krygsraden binnen de Provinciën, Qd) dat daar uit, menigvuldige disputen voorvielen^ met de Ordinaris Rechters , zoo ten aanficn van 't Civïl als van- 't Crimineel, gelyk erkend word in den Brief welke de Prins den 19 Mey 1675. fchreef aan de Staten of aan de Hoven van Juftitie van verfcheide Provinciën, doende daar by de vol- Qi) In een der ïïandfehrifcen na welke ik dezen druk. heb^oen vervaardigen vond ik de volgende Note met eene lougere, hand gefchreven. Men heeft gefustineert van wegen zyn Hoogheid, Succesfeur van Willem de 3de, dat de gedane voorflagen in 't jaar 1675. (tot welke men niet bevoegd was 0 tot voorkoming der menigvuldige disputen f welke men eerst Verwekt had) niet fynde ge accept eert de J-ufisdiïtie over alle Militaire Perfonen zoo in 't Crimineel als Ciril, den Militairen Rechter competeerde dat is; om dat gy my van myn goed beroofd , en naderhand aanUEd. om.'t gedecltelyk te rug te geven, en ik zulks weigere, uit hoofde dat gy tot niets zyt gerechtigd ,dan verjorygt gy door myne weigering 't recht om alles te behouden.  236 VERZAMELING van STUKKEN &c. volgende voorflagen , tot provifionele wegneming van die difputen, even als de Militaire JuJlitie geheel en alleen van hem dependeerde. „ Dat geen Politique of Burgerlyke Perfo„ nen , noch in Civile of in Crimineele Sa- ken, zouden worden geconvenieerd of aan„ gefproken voor de Krygsraad, ten ware de „ voornoemde Criminele Saken, fodanigen de„ lift impliceerden en met zig bragten , dat „ alleen tot kennisfe van den Krygsraad zou„ de behooren te fpeóteren. „ Dat in civile Saken alle Politique of Bur9, gerlyke Perfonen iets te eisfchen hebbende „ van Militaire Perfonen , hare Actie zouden „ moogen inftitueren voor den Ordinaris Civi„ len Rechter en dat de Militairen haar aldaar „ zouden moeten verantwoorden. „ Dat de Militairen, over Civile Saken elk „ van den anderen te eisfchen hebbende zu!x „ mede zouden moeten doen voor den Ordi- naris Civilen Rechter, maar zoo wanneer „ Militairen eenige questie zouden mogen heb„ ben over haar foldy of gagie , dat zelve zoude behoren te wordengecermineert van den „ genen, die van ouds daar toe zyn gequalifi- feert geweest. „ En ?oo wanneer ecnjge Militairen zopclen „ komen te begaan eenige Delicten, die men „ noemd gemeene Deliften, dat daar orntrend „ prceventie zoo voor de Burgerlyke als Mili», tairen Rechter behoorde plaats te hebben, zoo wanneer die Delicten zyn begaan aan „ of omtrent Burgerlyke Perfonen , of hare Goederen en Familien, invoegen dat de Rcchi, ter , 't zy Burgcrlyk, 't zy Militair, die » e^rst zoude mogen hebben gepravenieert, com-  MEMORIE over de MILITIE. 23? „ competent zoude behoren te wefen , zoo nogthans dat de Militaire Rechter , .nooit J tegens Politiaue of Burgerlyke Perfonen zou' de mogen Procederen, uitgenomen alleen „ in Deliaen,die alsvoorfchrevems, gantich „ en t'eenemale Militair zoude wefen. Dat „ ook, zoo wanneer in materie van Duel zou- de mogen voorvallen tusfehen een Militair " en Burgerlvk Perfóon , de Rechtspleging ' over de Burgerlyke Perfoon voor den Ordi- naris Rechter zoude behooren te worden ' voltrokken , maar zoo wanneer qucestie in 't " Crimineel zoude mogen voorvallen tus.chen '' twee Militairen, fonder dat Burgerlyke Per- fonen daar mede zullen wezen geinteres" Teert, of over Delicten die by den Rechter 9 genaamd en gehouden worden voor M1I1" fair, dat als dan de Judicature daar over al,, leen zoude behooren te competeren aan de " Militairen Rechter. . ■' 't Hof van Holland, waar aan oe Brief onder anderen geaddresfeerd wierd, antwoorde daar op met veel voorzigtigheid in fubflantie dat de Wettenen Privilegiën van 't Land, CO «* van de goede Ingezetenen van dien, haar verhinderden te kunnen opvolgen den inhoud des Briefs, en dat het Hof de eere had niet van Wetten te maken , maar zich te reguleeren na de gemaakte Wetten. De Staten van Utrecht in tegendeel zonden copie van den Brief aan 't Hof Provinciaal en aan alle de Subalterne Rechtbanken , om zich daar na te reguleren (ƒ). Wat effect de Brief elders gedaan heeft weet men niet. , Maar O) 30 Mey 16-5. (ƒ) Refolutien 2 Juny 1675.  23 8 VERZAMELING van STUKKEN &c. Maar hoe veel ook mag te zessen vallen nn de voorflagen, daar by gedaan ^^Jzald,? «Je attributen aan ;den8 MilitaRenS'ter is gemsfclyk veel kleinder als dat, Welk men exereerem" Zedeit heefc zicn Men kan vermoeden dat het niet weinig ee- contnbueerd heeft (g) om den Prins te dó^n ^ geheele directie van de Militaire Juftitie, met uitfluiting van den Raad van Staten dat de Staten Generaal daags na zyn aanftelling tot Capitein Generaal hem ver* logten , zich te willen informeren over 't over^eyen van de Steden Zwol en Deventer aan den Vy. and, en voorts tegen de fchuldigen te doen Procédéren als na behooren , niet tegenflaande het ocffenen van ftraffe over het onbehoorlyk overgeven van Steden en Sterkten:, expresfelyk aanbevolen is aan den Raad van Staten, by de Refolutie in 't RÏd orn" *f CaPrittd bfgebra^ en da£^e Raad om andere Exempelen voorby te gaan S C JT'i^9- (70 had te recht gefteld niet alleen de Officieren , welke Amersfoort hadden overgegeven , maar ook de Schout en Mag" ftiaats Perfonen die daar aan fchuldjg waren, en dat de Scaten ^ zeJve weinig weken geleden den 22 Juny 1672 Hol- velï°h È!ï GedePrCrden tCr Gencralite t JÏÏÏÏP ï "L', tGU fPoediSfte» te recht te d 5;r^Ten te Pj ocederen tegens de Officieren fchuldig aan het overgeven van Or- U) Staten Generaal 9 Ju!y 1672. 0») Staten Generaal 16. 21. ira Augustus 1629.  MEMORIE over de MILITIE. 239 Orfoy, Rynberk en andere Plaatfen, in dezelve geapprehendeert, of wel anderfints die te doen feilen in handen van den Raad van Staten, ten einde dat de gemelde Raad daar tegen mag Procederen en doen Procederen als na behooren. _ f Zyne Majefteit van Groot-Brittanien m t jaar 1702. overleden zynde, deed den Raad van Staten door Commisfarisfen nazien de Retro Afta op het Ruk van de Militaire Juftitie, en van den Hoogen Krygsraad , welke den 9 February 1703. na dat den 18 January provihonele ordre op het werk van den Krygsraad gefteld was rapporteerden dat haar niets zekers voorgekomen is nopende de inftelling van den Hoogen Krygsraad als £fc Videatur de Refolutie met een Memorie dienende tot Informatie op het ftuk van de Militaire Juftitie hier agter en Speciaal van den Hoogen Krygsraad , Gequoteerd Letter.A en B. VEER-  240 VERZAMELING van STUKKEN &c. VEERTIENDE CAPITTEL Vm het Verleenen van Pardon en Gratie. Het Pardonneren der Militaire Delicten , maar met de vinger aangeroert in de boven gemelde Refolutie , is te wefentlyken deel van 't gefag over de Militie, om niet wat breeder uitgehaald te werden. . De Militie zynde in dienst van de Generaliteit, of van de gefamentlyke Provinciën, gelyk bewezen is Capittel i. en de Militaire Delicten by gevolg begaan wordende tegen de Generaliteit, fchynd het verleen en van Pardon alleen toe te komen aan de Staten Generaal, als weelende een Afte van Souvereiniteit, en het is op die grond, dat de Raad van Staten , wordende in 't jaar 1605. (a) door Prins Mauritz verfogt, om Gratie voor den Rithmeestcr Reyhoven, antwoorde, dat door de Raad recht gedaan zynde, de Gratie Jiond by de Generale Staten , en in 't jaar 1607. (b) op gelyk verfoek van den Ambasfadeur van Vrankryk voor den Cornet Tarrieres, dat by haar Juftitie geadminiftreert word, en geen Gratie, (c) Hoewel men veel exempelen vind van Par- don- (/z) Raad van Staten 7 February 1605, (b) 7 November 1607. (Ó Sic ook de Raad van Staten 29 December 1604. 15 July 1605. 27. 2ö. 29 Juny en 24 July 160-. 2. %. 4 January 1619. 10 July 1627. en 17 Mey 1631.  MEMORIE over de MILITIE. 241 donnen en Gratiën door den Raad van Statert verleend. Men zie de Refoltie van den Raad van Staten 19 November 1588. 5 en 6 February, en 13 April 1591. 16 O&ober 1596- 17 J» ny, 15. f6 Augustus 1603. 31 January 1605. 20 December 1606. 14 February 1609. 20 July 1611. 24 Augustus 1612. 7 September 1613. 5. 8. 25. 27. February 1 Maart 1616. 23 Mey 28 November 5 December 1618. 16 Mey, 4. i4September 1619. 17 February 1626. 4 December 1627. 24 Maart 1628. 21 January 1630. 17 April 1631. 24 November 1638. 21. 28 Augustus 1643. 4 Augustus 1645. 23 January en '11 Mey 1646. En voort van ouds altyd gepraólifeert, dat de Staten Generaal geen Pardonnen verleend hebben aan Militairen als na ingenomen Advis van den Raad van Staten , Üitwyfens onder anderen de Relblurie van de Raad van Staten van den 11 February 1603. 24 July 1604. 9 en 13 February 16.0. 30 Sepcember 1612. 25 Juny en 19 O&ober 16^8. 8 January 1619. 17 Mey 1631. Uit hecRecht, dat de Staten Generaal hebben tot het verleenen van Pardon aan Militairen daar in gegrond zynde dat de Militie in dienst van de Generaliteit is, en dat de misdaden , welke de Militairen als fodanige begaan, begaan worden tegen de Generaliteit, aan welke diens-. volgens alleen toeftaat die te Rraffen, of de ftraf te remitteren, fchynt te volgen, dat het recht van de Generaliteit, of van de Staten Generaal om te Pardonneren niet'Extenübel is tot de gemeene Delicten door Militairen begaan wordende. ( Ma af  242 VERZAMELING van STUKKEN &c. Maar hier tegen Raat te confidereren, dat het recht van Pardonneren zoo ver gaat als van flraffen, en dewyl in 't voorgaande Capittel bewe'feais, dat niet alleen de Krygsraaden in Steden, geen Rem in ftaat hebbende, kennis neemen van gemeene Deliften, begaan wordende door Militairen , maar felfs in de Steden ftem in Staat hebbende , zoo wanneer gemeene Delicten begaan worden door Militaire Perfonen, onderling of de een tegen den ander, zoo volgt dat de Staten Generaal, uit welkers naam de Krygsraden recht doen , bevoegt zyn om Gratie te verkenen , van gemeene Delicten door de Militairen begaan wordende in de Plaatfen en Gevallen waar in de Krygsraden bevoegt zyn daar over recht te doen. Niet te min hebben de Heeren Staten van Holland in 't jaar 165 8.begrepen, dat het aan haar ftoud Pardon te verkenen van gemeene Deli&en, begaan op het Territoir van de Generaliteit, door Officieren van haar Repartitie en haar Onderdaanen. Want als Frederik d'Hinoiofa Vaendrig van een Compagnie,ftaande ter Repartitie van Holland, zich geaddresfeert had aan de Staten Generaal om Pardon van een Manfiag te Maastricht , de Plaats van desfelfs Garnifoen, begaan aaneen ander Officier, leide Holland (d) in deliberatie of niet by iiaar zoude kunnen wettelyk en vahdelyk gedisponeert worden op dat verfoek en andere van gelyke natuur; (e) en ordonneerde vervolgens, dat hy zoude hebben (V) Holland 5 Oaoher Holland 11 OcEober «$58. Advis van 't Hof 11 dito.  MEMORIE over de MILITIE. 243 ben 't voorfchreve verfoek by Rcqueste aan haar Edele te doen, hoewel 't Hof wiens È ivis de Staten daar over innamen, advrfeerden, dat het gevoegelykst zoude zyn, datby de Staten Generaal gedisponeerd wierd op het verfoek van de voorfchreven Vaendrig; zoo om dat de Jurisdictie van de Staten Generaal infonderheid was gevioleerd, door 't Delict:, als om dat het zyn bedenken had , of de Remisfie, welke Holland foude mogen veiieenen aan den Vaendrig hem foude kunnen prasftcren volkomen fecuriteit buiten derfelvcr gefag, en infonderheid op het Territoir van de Staten Generaal , oordeelende niet te min dat de Staten wel bevoegd waren omtc disponeren op het verfoek omdat de voorfchreve Frederik d'Hinoiofa wcfende geboren onder derzelver gehoorfaamheid , voor dezen daar onder gewoond hebbende en als nog in derfelver Bcfolding en Eed wefende moest gehouden worden als een Onderdaan van Holland, cn als noch onder derfelver gehoorfaamheid te hebben zyn Domiciiium als wezende niet anders als Reipublicce Caufa abfem. Doch hoe ver dit na Rechten beftaan kan, en of de Staten Generaal, en de andere Provinciën behoefden diergelyke Pardonnen van waarde te houden , word gelaten aan wyfer oordeel. Noch is 'er eene bedenking omtrent de macht van de Staten Generaal om te Pardonneren, of die namentlyk zoo ver gaat dat de Staten Generaal kunnen Pardon veiieenen aan de Delinquantcn gecondemneerc by Sententie van den Raad van Staten. Het geen aanleiding geeft Q 2 tot  244 VERZAMELING van STUKKEN &e, tot deze bedenking, is een notabel exempel in tjaar 1636. (f) voorgevallen :Jacob Fredrik van Renes tot Baar Canunnik te Kanten , cn wonende met Sauve Garde of Paspoort in de Provincie van Utrecht ondernomen hebbende met hulp van eenige Complicen , een ingeleten yan die Provincie te leveren in handen van den Vyand, wierd gevat, en op Refolutie van dc Staten Generaal gefteld ter Judicatuure van den Raad van Staten , (gj welke hem condemneerde ter dood met verbeurte van zyn goederen. Niet alleen verfcheide Vrienden van' aaniïen, die den Dclinquant in meer als eene Provincie had, verfogten voor hem Pardon van de Staten Generaal, maar de Koningin van Bohemen fchreef daar over tot twee malen toe zeer nadrukkelyk aan dezelve, en de Prins van Orange was 'er mede toe genegen. De Staten Generaal reiolveerden in 't eerst de Raad met dc zaak te laten geworden, maar doe het doodvonnis geveld was, fürgèerde» zy de Executie op Suggestie van den Prins cn fchenen te Inclineren tot het verfagteri van de ftraf, (Ji) dog de Gedeputeerden van Holland hielden de zaak op , en de Staten derzelver Principalen verftonden zoo weinig dat de Staten Generaal bevoegd waren om Gratie te verkenen, aan een Gecondemneerdcn bySen- ten- (ƒ) Staten Generaal 26. 2$. April, no ftjey', 10 2% c4. 27. 2800 funy, 16 July, 23 Augustus, 3 September en 23 October 1636. be??6ïnd statl'" '"' 30 ju"y' ,3> k' 19 septmi C'0 Holland 16 July 16^6.  MEMORIE over de MILITIE. 245" tcntic van den Raad van Staten dat fe ordonneerden , dat van harent wege met allen ernst zoude worden geinfifteerd, dat in de voorfchreve Saak geen dispenfatie ook geen Mitigatic vanftraj, tegen'de Sententie van den Raad van Staten, by Refolutie van de Vergadering van de Heeren Staten Generaal, gelyk dezelve ie gecompofeert , vermag te worden gedaan, ah daar toe geenfints volgens de ordre van de Regering zynde gequalificeert, dat integendeel den Raad van Staten, uit krUgte van de Unie, is geauthorifeert om juftitie te adminiftreren, als in het hoog ft e resfort, zonder fubjeet te wefen eenige Retra&atie uit hoojde van de Vergadering van de Heeren Staten Generaal , en fonderling niet in Criminele Saken , in welken Eectraor dinar is is geprocedeert, met by voeging, dat in geval de Provinciën daar op andere Refolutien zouden verftaan te nemen daar tegen uitdrufekelyk zoude werden geprotesteert, met Inftriie van het Protest in de Publique Refolutien ad Perpetuam rei Memoriam. Ook vind men niet dat de Staten Generaal voortgingen met het verfieenen van Gratie, (70 hoewel ,dc Executie der Sententie eens Lrefiirgecrd zynde, dc Raad de doodftraf fchynt gelaten te hebben buiten Executie en die allo op een indirecte wyze te hebben geconverteerd in een eeuwigdurende Gevangenis, waar iuc gemëfde Renes niet lang daar na ontkwam. D De Princcn van Orange hebben over lang Pardonnen verleend aan Militairen , (0 en zelfs worden in dc Notulen van den Raad van Sta- (,?) Aitzema 2de Doel 17 Boek' folio 488. (f) Raad van Staten 30 November, 1693. / ■ Q3  U6 VERZAMELING van STUKKEN &c. Staten van den 14 Oclobcr 1613. een. cxempel gevonden van een Pardon, door Prins Mauritz gegeven aan een Gecondemneerden by Sententie van de Raad van Staten, doch, 't zy dat dit een fingulier exempel is of niet, 't fchynt niet dat Prins Mauritz noch meende Gratie te kunnen verleenen tegen Sententien van den Raad van Staten , of dat de Raad begreep, dat hy daar toe recht had, wanneer de Prins in 't jaar 1605. gelyk gezegt. is Gratie verfogt van den Raad van Staten voor den Rithmecster Ryhoven, en de Raad antwooi> de dat de Gratie fiond aan de Generale Staten. Ook blykt uit verfcheide exempelen , (T) datPrfns Mauritz zich heeft laten gelegen zyn , omtrent het verleenen van Pardon, te volgen het goedvinden van den Raad van Staten , die hy icbynt begrepen te hebben, dat daar toe meerder recht, als hy, had. En 't verdiend grootelyks zyn opmerking dat de Prins noch in't jaar 1619. (I) nevens den Ambasfadeur van Engeland , ernftige InRantien deed by den Raad van Staten , ten einde dat die wilde Pardonneren , een Schots Luitenant Collonel, fchuldig aan gepkegt Geweld enManflag, en dat de Raad,niet goedvindende 't Pardon ,te verkenen de zaak renvoicci> de , niet aan de Prins, fchoon dat die fe gebragt had aan den Raad, maar aan de Staten Generaal, welke ook het Pardon verkenden na ingenomen Advis van den Raad van Staten. Hier (£) 5 en 8 January 1604. (/) Raad van Staten 8 Juny 1508. 23 Mey ióoi. 3 January iö"ip.  MEMORIE over de MILITIE. 247 Hier op kan met reden gevraagd worden wie de Princen van Orange gequalificcerd heeft tot het verleenen van Pardonnen en Gratiën. De Provincie van Holland zegt daar op den 5 Oftober 1658. dat voor dezen Remisfien zyn °cdui.delyk niet van ?t ftuk van de Militaire Juftitie, doch dat die begrepen is , onder de authoriteit, om te disponeren in Saken van Oorlog, en over 't Volk van Oorlog, by die Inftru&ien aan den Raad van Staten gegeven, blykt uit het 32 Artikel, van die van 't jaar 1588. en uit het 50 Artikel van die van 'tjaar 1651. , als waar by de Staten Generaal, referverende voor zich, en voor de Staten van dc refpeftive Provinciën , ieder voor foo veel haar aangaat, het Recht, om in tyden van nood, of de taken van st Land fulks vercifchende, zelve te mogen orderftellen op dc Saken , gefteld ter dispoütie van den Raad van Staten, uitdrukkclyk onder Q; 5 die  250 VERZAMELING van STUKKEN &c. 'die Saken noemen het houden van Discipline Militaire , en het Jlrafen van alle Excesfen De Raad van Staten heeft uit kragte van de ze Authoriteit gemaakt den Artikul Brief waar na noch ten huidigen dage Recht gedaan werd by a ie de Krygsraden, en verfcheide ,r ■dere Mihtaue Ordonnantiën en Piacaten S Recht gedaan fonder Interruptie in MiliS re Saken foo ter eerster inftantie, als by Appel van de Subalterne Krygsraden Q), fonder £n dere Oppofitie, als dat nu en dan het Recht van Appel van de Vonnisfen van den Hoogen Krygsraad gecontraverteerd is, door de He" ren Princen van Orange, hoogloffelykergedaS" tenis, waar van hier na zal gefproken werden Aangefteld, mede zonder Interruptie, de' meeste Officieren van de Militaire Juftitie cn namentlyk , de Advocaten Fiscaals over'hec Krygsvolk in verfcheide Provinciën , mitS ders de Auditeurs Militair en geweldige Pro voosten, in alle Frontieren, zoo ftem in Staat hebbende als andere, om te zwvgen van den Provoost Generaal, en anderen welker aanftef lm geflaneerd heeft, of door de tyd S an .dere handen geraakt is. y ■ En eindelyk Pardonnen en andere Gratiën veneend aan Militaire Dclinouantcn, (l) In dat Juiy 1641. n December 1643. J Fë&rv i£? 4 en 30 Oftober i4i8. 8 Maart ïVa ,k ty * 4£ 21 /l,ly " April ,668, $ De oen naaci van Staten 16 Oftober i5P5. 17 jm,y i5 tn ,l6  MEMORIE over de MILITIE. - 251 dat zelfs op verfoek en intercesfie van de Hcc- , ren Princen van Orange. . Van de Inftelling van den Hoogen Kiygsraad is (dat men Weet ) niets te vinden, m de Refters, anders als dat in een Refolutie van den Raad van Staten van den 9 Augustus 1647. aTeen ontwyffelbare faak geReld word, dat de Generale Staten van alle de gemarde Provincien gedefereert hebben aan den Raad >au b aten de jurisdictie over het Krygsvok , *n dat d e wederom by den Artikul Brief en andere MUalre Ordonnantiën, gedefereerd heeft aan den Krygsraad eenige Jurisdictie over VcliCten en Mefufen van het Krygsvolk , Jonder dat de Krygsraad van ymand anders een\ge junsami, fefri fchynd voorts te kunnen afgenomen werden uit die Refolutien, dat de Delatie yan den Raad engevolgelyk dc Inftelling van den Krygsratd vervat is in het 65 en 80 Artikel van den ^fwe^zoo zynde, zoude de IIoogcRrygs, raad niet anders wezen in haar Inftdhng als een Krygsraad tc Velde, 't geen ook geconformeerd word door andere bewyzen._ Wantin de Deliberatie, gehouden m t aai 1C07. over de aanftelling van een Prrehdent Maden Krygsraad, of, gelyk men doe fprak,vau el.Hoofd Van de Militaire Juftitie , werdImL. drukkelyk gewag gemaakt, Qd) fa een Jggï ^ïlfii 16-3. 31 léS«ésCt4óff; =0 December 1606. 14 "y^)%Mmo van Haar Hoog Mogende 16 July 1597-  2Jü VERZAMELING van STUKKEN &c. «» * IJijttm over 't Krygsvolk in don Lo. vSa£srrJ s—'L" <■« ™ f> t Geen ook de reden is, waarom de Com ffie P^fldent van de,i K^sraadS" houd dat die van den Veldmarfchalk\hrdez7 teniet venmndert, of daar ai g^S||l En het verdiend zyn opmerking, dat het Amnr na de dood van den Prrefident van Ho teri T fJlgW0"' voorgevallen, kort Sf ;| Sr meS' °PenS,eftaan heeft tot het jaa 1621. (f) wanneer het met het uitgaan van -denWl\1fiUA fchynt te,m°Sen bef]ote" morden , dat het Ampt onnodig geoordeeld wierd wanneer'er geen Leger te Veld S eTbv gevolg, dat de Krygsraad in die tyrhdc anders was , als een Krygsraad te Velde. Doch wat ook daar van zy, het blykt tu> de Registers dat dezelve lang voor 't jaar ïc0 haar refrdentie gehad heeft hier in den HaVe buiten tyde van expeditie, onder denaam v*m Groote of Hooge Krygsraad, of van Krygsr iad nevens zyn Excellentie. K 9§?^? Hebbende de-Raad van Staten (g) zich altyd zeer vember S/fffi'6 T de" Raad van S£;ltm « I*ï vember 102a. 23 Mey 1639. en 1 february 1666.  MEMORIE over de MILITIE. 253 zeer gevoelig getoond, wanneer zy heeft willen voeren de naam van Krygsraad der Vereenigde Nederlanden. Gelyk mede uit de Registers blykt , dat aan dien Krygsraad geappelleerd is , van Vonnisien van de Krygsraden in de Frontieren, foo wel als directelyk aan den Raad van Staten, (h) fonder dat daar over difpuit fehynt geweest te ZyDoch of aan den Raad van Staten Appel valt van de Vonnisfen van den Hoogen Krygsraad , is meermalen gecontroverteerd, door de Heeren Prince van Orange. In het jaar 1624-5 als het difpuit vry hoog ging, is ter Vergadering van Haar Hoog Mogende voorgeflagen, (0 dat Vonnisfen, gewe-, Jen in het Leger , den Raad niet prefent zynde , niet zouden Appellabel wezen aan den Raad , zoo in Civile als in Militaire Saken, dat de Hooge Krygsraad buiten 't Leger geen kennis nemen zoude van Civile Saken , en dat van Civile Saken in 't Leger aan gevangen en naderhand gedecideert Appel vallen zoude aan den Raad. Doch de Raad (*) nam geen genoegen met die voorflag , cn ging voort met de zaak,doe in quadtie, doende op den 21 November 1626, te niet het Vonnis van den Krygsraad. Twee jaren daar na , verfogt Prins Fredrik Hendrik CO wederom de intrekking van een 1 ^J Man- (K) Refolutie van den Raad van Staten 7 Mey 1624. co 9 lu'y l6a4- (F) Refolutie van den Raad van Staten 14. 15 Juny en 27 July 1624. en 21 November 1626. ('/) Refolutie van den Raad van Staten 21 July 1628.  254 VERZAMELING van STUKKEN &c. Mandament in cas d'Appel van een Vonnis van. den Hoogen Krygsraad, doch allegeerde alleen, dat de Impetrant Revifie verfogt en geobtineerd had van den Krygsraad voor het doen van verfoek om Appel, zonder de quahhcatie van den Raad in difpuit te trekken Maar in 'tjaar 1647. (m) maakte de Prins het difpuit weder levendig, doch de Raad röaintineerdc haar Recht, en ging voort met de Proceduren. Tusfehen de jaren 1650 en 1672. is 'er geen Permanente Hooge Krygsraad bekent: het zy dat fe gemortinceerd is door de Bondgenoten, gelyk gezegt word in eene Refolutie van den Raad van Staten den 16 December 1665., of datfe, zynde in haar begin niet anders als een Krygsraad tc Velde, en alleen door het gefag van de Heeren Princen van Orange, een permanente Rechtbank, en een Hof van Appel geworden, gecesfeert heeft zoo lang dat gefag cesfeerdc. Het laatste is wel het apparentfte, zoo om dat geen expresfe Refolutie van Mortificatie' gevonden word , als om dat in het Confent van Holland op de generale Petitie en ftaat van Oorlog voor het jaar 1664. gezogt word, dat vermits den Hoogen Krygraad althans 't eenemaal komt te ces/eren, en in geen gebruik is, de Prcsfielent of Super-Intendents plaats, van denfelveu Krygsraad , behoord afgefchaft en gemortificeert te worden, welke woorden eer- f>) Raad van Staten 20 Mey - en 9 Augustus t6±7i 13 Augustus f648* eu 17 Mey 1Ó50.  MEMORIE over de MILITIE. - 255 eerder infereren een ftilfwygendc, als een expresfe affchaffing van den Krygsraad. _ Werdende voor de rest tusfehen de jaren 1650 en 1672. niets'anders gevonden, als dat by het formeren van een Veldleger, (n) ook een Krygsraad geformeerd wierd voorden tyd van de expeditie, welke geen kennis nam als van Saken in het Leger voorvallende. En ophield met het fcheiden van het zelve, fonder naderhand te konnen termineren de onafgedane Saken. . ■ Waar van een notabel exempel is, (0) in de Saak van den Heer van Langerak, welke in 't jaar 1665. in het Leger dood geftoken hebbende den Zoon van den Ryngraaf, cn het Leger gefcheiden zynde, na dat de Krygsraad begonnen had kennis van de Saak te nemen. Addresfeerde de Ryngraaf zich by Requeftc aan Haar Hoog Mogende, verfoekende Juftitie, welke by Refolutie van den 21 January 1666. den Raad verfogten, een Hoogen Krygsraad te formeeren, om den Heer van Langerak te recht te ftellen. ; , , Waarop dc Raad den 1. der volgende maand antwoorde, dat de Krygsraad niet meer in wezen was, vermits het fcheiden van het Leger, en dat 'mitsdien deszelfs macht en authoriteit H eenemaal was komen te ccsferen, en dat de Raad in de Saak zoude recht doen , of zelfs, of door den Krysraad by haar te formeren. J Tus. 00 Placaat en Ordonnantie van den Raad van Staten 18 April 1668. Artikel 12. Afte van de Heeren Gedeputeerden en Gevolmaiititïden te Velde5 Mey en 3 juny i6ot>. (O Refolutie van tien Raad van Staten 29 January en 1 February 1666.  256 VERZAMELING van STUKKEN Tusfehen Haar Hoog Mogende en den Raad van buten, is nooit dispuit geweest, over de Militaire Juftitie, hebbende Haar Hoog Mogen oe, den Raad altyd erkend voor den Opperften Militairen Rechter, en dezelve gehandhaaft in de oefremng van hare ftirisdictie. Het geen niet alleen daar uit blykt, dat Haar Hoog Mogende aan den Raad geReld, of ) welke hem feitelyk gcaggresfeert had, in \ exerceren van zyn functie. Maar infonderheid mede daaruit, fY) datHaar Hoog Mogende noodig oordeelende het emaneren van Piacaten , tegen de Excesfen van het Rrygsvoik, enopandere diergelyke Poinften, öen Raad van Staten daar toe veriogt hebben ' Dat dezelve verfogt zynde, (t~) om Pardon door (ƒ>) Refolutie van de Staten Generaal 16 Augustus io'-o O) Refolutie van de Staten Generaal 12 JanüarV iov' Cr) Relolutie van Haar Hoog Mogende 1 Mey ' CO Refolutie van Haar Hoog Mogende 10 Juny 1588 =9 jurjr 1641. 18 February1 1645. 26 Augustus i<5/8- s Mey_i649. 15 July i6".5;. en 14 April 1668. CO Refolutie van den Raad van Staten 24 Maart 1624.  MEMORIE over de MILITIE. 257 tloor eenige Ruiters en Soldaten, by den Raad gefcntentiecrd, de Requefte gelteld hebben in handen van den Raad , om daar op na Communicatie met zyn Excellentie zulks te letten, als zy fouden te rade vinden voor den dienst Van 't Land. Dat in het jaar 1630.., Cu) wanneer met yyer gedisputeerd wierd, over het Appel van Sententien van den Raad, Haar Hoog Mogende felve geexcipicerd hebben van het Appel, de Criminele Sententiën op confes/ie gewezen , de Sententien in het ftuk der gemeens middelen, en die tusfehen Militairen in Saken de Militie rakende: En eindeling, dat Haar Hoog Mogende by Misfive van den 3 Maart 1668. de refpecfive Provinciën vërft>gt hebben, te defcreren aan het geene de Raad van Staten zoude ftatueren tegen Militaire Officieren, Excesfen begaande, op dat de Militaire discipline mogt herfteld en exaclelyk mogt geobferveerd worden. 't Is waar , dat deevengemelde Exceptien in de Saken van het Appel gefproten zyn uit een Voorflag,(V)door Gedeputeerden van Haar Hoog Mogende, met tusfchenlcoming van den Heer Prince van Orange, gedaan tot wegneming van het dispuit, over het Appel van Sententien van den Raad. En dat den Raad, (ir) geenfints tc vreden was, met dien Voorflag, allegcerende onder anderen, dat het ftuk van de gemeene middelen ■ en (é) Refolutie van Haar Hoog Mogende io january 1639'. fi') Refolutie Raad van Staten 12 January 1639. fyv) Refolutie Raad van Staten 12 january 1639; R  258 VERZAMELING van STUKKEN &c. en de Judicature over Militaire Perfonen,eenpartie van des Raads oude en ordinaire Functie is, die niet kan worden gecontroverteerd. Maar daarom laten die Exceptien niet na te Bevestigen, dat Haar Hoog Mogende altyd gelaten hebben aan den Raad de Militaire Juftitie. De Provincie van Holland en Westvriesland, zeer omfigtig in al wat de Juftitie en Jurisdictie raakt, heeft mede'altyd den Raad van Staten erkent voor de Opperfte Krygsraad, en fpecialyk tusfehen de jaren 1650 en 1672. Gelyk onder anderen daar uit blykt, (V) dat dezelve bevordert heeft, dat dc Saak van den Commandeur der Stad Wezel,en van den Sergeant Major Copes, boven aangeroerd, gefteld is aan de Judicature van den Raad. Dat dezelve by Staats Refolutie getoond heeft, haar genoegen aan den Heer van Brederode, Vcldmarfehalk van den Staat, ter fake van twee Refolutien, door hem by den Raad uitgewerkt, behelfende een Rilfwygende erkentenis van de Krygsraad, welke hy by Refolu-* tie der Heeren Staten van den 14 Augustus 1653. en 5 Mey 1654. (j) geauthorifeert waste formeren uit Officieren , garnifoen houdende in den Hage, en uit andere van de Repartitie van Holland aldaar Prefent, om JuRitie tc adminiftreren ovér Militaire Deliéten in den Hage begaan werdende. Maar infonderheid daar uit, dat dezelve by Re- (x) Refolutie van de Staten van Holland 10. 11 en 12 January 1652. (j) Refolutie van de Staten van Holland 8 Juny 1654.  MEMORIE over de MILITIE. 25$ Refolutie van 30 November 1669. geordonneert heeft aan de Heeren Gecommitteerde Raden in de beide Quartieren, alle Sententien , die by den Raad van Staten agtervolgens haar Inftru'étie tegen eenige Militaire Öfficieren of Soldaten, in dienst van deu Lande zynde, en op de Repartitie van de Provincie van Holland ftaande , albereids zoude mogen wefen, of in het toekomende noch worden uitgefproken, aanftonds op de eerste aanfchryving of bekendmaking van den Raad , na haar forme en inhoud te executeren, fonder foodanige Sententien, of de meriten van de Saak te examineren, veel min eenige kla?, ten van de gecondemneefden daar tegen te admïtteeren. De Militaire Delicten en Mefufen fchynen wel alleen te wezen het object van de Militaire Juftitie, en vervolgens van de Judicature der Krygsraden. Doch de Krygsraden hebben, zoo na als voor het jaar 1650. kennis GENOMEN, niet alleen van gemeeneDelicten, maar ook van Civile, cn zelfs Matrimonieele Saken, waar van de exempelen menigvuldig zyn. • Zonder dat verder daar tegen blykt voorzien te wezen, als ten opzigte van de Steden Rem in Staat hebbende, by Refolutie van de groote Zaal van den 25 Maart 1651. flatuercnde , dat de Commandeurs met de Krygsraad in de gemelde Steden niet verder zullen mogen gebruiken , noch extenderen de Militaire Jurisdictie, als over dc nalatigheid en overtreding. in Tochten en Wachten, overgaan aan den Vyand, defertie van de Compagnie, of verloop van de eene Compagnie onder de andere fonder Paspoort, mitsR 2 ga'  2Óo VERZAMELING va:: STUKKEN &e. gaders over Excesfen en Delicten, die de Officieren en Soldaten onderling , of de een tegen den anderen zullen komen te begaan, en VERDER NIET. Misfchien, dat de Provinciën yder in den haren noch nadere ordres op dat Poinet gefteld hebben, tot ftuiting van Indracht in de ordi naris Juftitie, gelyk de Provincie van Holland, gedaan heeft, by Refolutie van den 30 September 1654., doch daar van kan men niets zekers zeggen. ZynMajefteitvan Groot-Erittanje Glorieufer Gedachtenis, heeft in het jaar 1675. gefchreven, een Brief aan de Heeren Gecommitteerde Raden , of Hoven van Juftitie , zoo niet van alle, immers van verfcheide Provinciën en* onder anderen op den 19 Mey deszelven jaars aan het Hof van Holland, behelzende Voorflagen tot wegneming van disputen, over de Judicature van den Burgerlyken Rechter, over Militaire Perfonen , zoo in het Civiel als Crimineel. Wat effect deze Brief elders gedaan heeft weet men niet. Maar het antwoord van het Hof van Holland, kwam daar op uit, (s) dat de Wetten cn Privilegiën van 'tLand, en van dö goede Ingezetenen van dien , haar verhinderden van te kunnen opvolgen den inhoud des Briefs, en dat het Hof de eer had, niet van Wetten te maken, maar van zich tc reguleren na de gemaakte Wetten. Doch dewyl de Brief vry net diftingueert, de gevallen waar orntrend de disputen konncn ryzen tusfehen den Burgerlyken en Militairen Rechter, en Voorflagen inhoud, die onverge- iy- (s) 30 Mey 1675.  MEMORIE over de MILITIE. z6i ïyker minder gefag laten aan den Militairen Rechter , als men den Hoogen Krygsraad zedert heeft ZIEN excerceren , is zy geinfereerd aan het einde dezer , kunnende eenigermaten dienen tot een Plan van de deliberatien, welke hier na fouden mogen gehouden werden over de Jurisdictie der Krygsraden. (a) De Raad van Staten conüderercnde, dat de Saken door de dood van zyn Majeftcit van Groot-Brittanjc, weder gevallen waren in de 1 ermen van voor het jaar 1672. heeft den 18 January en 9 February 1703., genomen de volgende Refolutien op het beleid van de MfIitaire Juftitie. Donderdag den 18 January 1703, Op het Rapport van de Heeren Groeninx, van Hecck, Thefaurier Generaal Hop, en dc Secretaris van Slingeland, gecommitteerd by Refolutie van den 25 November laatstleden, tot het nazien der Retro-Aóh, op het ftuk van den Krygsraad , is na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat tot Expeditie der Saken, jegenswoordig Litispendent hangende voor den Hoogen Krygsraad, ondertusfehen, dat gedelibereerd wordt over het werk van den Krygsraad, dezelve zullen afgedaan worden, gedurende de Winter door een Krygsraad Extraordinaris te convoceren door den Prefident Unkel, zonder dat dezelve Krygsraad zal mogen aannemen, de kennisfe van eenige nieuwe Saken, het zyrauwelyks, of by Appel, endatde Raad (V) Dezen Brief van den 19 Mey 1675. is reeds geplaets? in 't voorige deel op 19 Mey 1675. R 3  %6% VERZAMELING van STUEEEN &c. Raad nader zal disponeren, over de afdoeninge der Saken, welke niet zullen getermineerd wefen, op het aangaan van de Campagne, weidende de bovengemelde Heeren Gecommitteerden verfogt te fpreken met den Pradldent Unkel, over de Executie dezer Pvefolutie, en Rapport te doen. Vry dag den 9 February 1703. De Heeren Groeninx, vanHeeck, Thefaurier Generaal Hop, en Secretaris van Slingeland, gecpmmitteert tot het nazien der RetroActa , op het ftuk van de Militaire Juftitie,en particulierlyk,nopende den Hoogen Krygsraad, hebben gerapporteert,dat haar NIETS ZEKERS voor gekomen is, nopende de Inftelling van den Hoogen Krygsraad, als alleen, dat in een Refolutie van den Raad van den 9 Augustus 1647. als een ontwyfelbare zaak gefteld word, dat den Hoogen Krygsraad geen andere Jurisdictie heeft, als by Delatie van den Raad van Staten: doch dat uit zeer veel Refolutien en andere Aften blykt, dat 'er veele jaren voor het jaar iöya. ,een Krygsraad geweest is, welke onder de naam van Groote , of Hooge Krygsraad, of van Krygsraad nevens zyn Excellentie, haar Sesfie gehouden heeft, hier in den Hage, buiten tyde van Expeditie, en waar aan geappelleerd wierd van de Vonnisfen der Krygsraden in de Frontieren, zoo wel ak aan den Raad van Staten, zynde verfcheide Mandamenten in Cas d'Appel,met dc Claufulen van Inhibitie by den Raad verleend, en Vonnisfen van den zeiven Krygsraad gecorrigeert, hoe- wel  MEMORIE over de MILITIE. 263 wel de Heeren Princen van Orange het ongaarne fagen, en meermalen verfogt hebben , dat zodanige Mandamenten niet mogten verleend werden : dat tusfehen de jaren 1650 en 1672. geen Hooge Krygsraad bekend is, het zy, dat fe gemortificeert is door de Bondgenoten, gelyk gefegt word, in een Refolutie van den Raad van 16 December 1665., of dat zy in haar begin niet anders zynde, als een Krygsraad te Velde , cn alleen door het gefag der Heeren Princen van Orange een Permanente Rechtbank geworden zynde, gecesfeert heeft, zoo lang dac gefag cesfeerde, en het Militair Commandement,buiten tydevan Expeditie, geëxerceerd wierd door den Raad van Staten, met communicatie, en veelfints op Refolutie van Haar Hoog Mogende, wordende in die jaren niet anders gevonden, dan dat by het formeren van een Veldleger, ook een Krygsraad geformeert wierd, voor de tyd van de Expeditie, welke geen kennis nam als van Saken in bet Leger voorvallende , en ophield met het fcheiden van het zelve, zonder naderhand te konncn termineren de onafgedane Saken , welke, of by den Raad afgedaan wierden, of by een extraordinaire Krygsraad , daar toe beroepen door Haar Edele Mogende: dat voor dc rest, niet alleen de Raad van Staten, als Opperfte Krygsraad, maar alle de Subalterne Krygsraden bevonden worden, van over zeer vele jaren, kennis GENOMEN te hebben, niet alleen van de Mefufes en Delicten begaan, tegen den Artikul Brief en andere Militaire Ordonnantiën en Placaten, maar van allerhande civile en particulierlyk mede van Huwelyks zaken, en van R 4 Iiv  264 VERZAMELING van STUKKEN &c. Infolvente Boedels van Militairen, en dat daar in gecontinueerd is na bet jaar 1650, zonder andere befnoejing, als dat by Refolutie van den 25 Maart 1651., genomen by extraordinarii Vergadering van dc. Bondgenoten, gehouden op de Groote Zaal van 't Hof van Holland, yerftaan is, dat de Commandeurs met dc Krygsraad in Steden ftem in Staat hebbende, niet verder zullen mogen gebruiken noch extenderen, de Militaire Jurisdictie als over de nalatigheid en overtredingen in Tochten en Wachten, overgaan aan den Vyand, defertie van de Compagnien of verloop van de eene Compagnie onder de andere zonder Paspoort, mitsgaders over alle Excesfen en Delicten, die de Officieren en Soldaten onderling , of de eene te; gen de andere zullen komen te begaan, en VERDER NIET: dat na het jaar 1650. alle de Vonnisfen van de Krygsraden, zoo in criminele^ als andere Saken geweest zyn, zonder dc Claufule van Approbatie en alleen behoudens het middel van Appel, in Saken, die Appcllabel zyn, na de gemeene Rechten: en eindelyk, dat zy wel verfcheide exempelen gevonden hebben van Pardonnen cn andere Gratiën, door den Raad verleend aan Militaire Delinquanten, zelfs op verfoek en intcrecsfie van de Heeren Princen van Orange, doch geen Refolutie of anderen grond, waar op het verleenen derzelve gefundeert is, waar op wezende gedelibereert, zyn gemelde Heeren bedankt voor de genomen moeite , en verfogt te formeren een Memorie van Retro Acta ,byhaar nagezien,en daar van te doen drukken een goed getal Exemplaren , pm te dienen tot informatie van de Heeren van de-,  MEMORIE over de MILITIE, 265 dezen Raad, en tot facilitering der Deliberatien welke by vervolg zouden mogen vallen, over het ftuk van de Militaire Juftitie, en is voorts goedgevonden en verftaan, datbyProvifie, cn zoo lang geen ordre zal gefteld wezen by de gefamentlyke Bondgenoten, op de Militaire Juftitie gevolgt zal worden de voet, die daar omtrent gehouden is, tusfehen de jaren 1650. en 1672. gelyk alomme gedaan word in meest alle andere geiegentheden, en dat diensvolgens de Krygsraad welke zal geformeerd worden by het famentrekken van het Leger, geen kennis zal nemen als alleen van Saken die in het Leger zullen voorvallen, en dat de Griffier van de Krygsraad aanftonds na het fcheiden van het Leger zal moeten overbrengen aan den Raad alle dc Criminele Procesfen, welke niet hebben kunnen in het Veld getermineerd worden, ten einde om te Rellen de vereischte order op het vervolg en afdoe , ning derzelve, en dat tot promptcr Expeditie van alle onafgedaane Saken, dezelve met het fcheiden van het Leger zullen devolveren aan de Qrdinaris Krygsraad van dc Plaats, alwaar de gedaagde Garnifoen gaat houden , of zoo daar geen behoorlyke Krygsraad is, gelyk gebeuren kan in Forten en Schanfcn, aan de Krygsraad van het Gouvernement, of Commandement, waar onder dezelve rcfortcren, of zoo ook daar geen genoegzaam Garnifoen js tot het formeren van een Krygsraad, aan, de Krygsraad van de naast gelegen Plaats, aaii welke de bovengemelde Griffier zal hebben met het fcheiden van het Leger geëvangelifeert over te zenden de notulen en dingtalen met R 5; do  %66 VERZAMELING van STUKKEN &c. de ftukken die onder hem zullen gefourneerd wezen: eneindeling dat aangefehreven zal worden en gelast, gelyk gelast word by dezen, aan de Commandeurs en Krygraden in de Steden Rem in Staat hebbende, prefifelyk te agtcrvolgen de bovengemelde Refolutie van de gczamentlyke Bondgenoten, waar van Copie aan haar zal gezonden worden, en aan alle Gouverneurs, Commandeurs en Krygsraden, indiftinftelyk , dat zy voortaan in alle Saken, fpeóterende te haarer kennis , zoo Criminele , als anderen, recht doen zoo als zy zullen oordeelen in goede Juftitie te behooren , zonderbaar Vonnisfen te zenden om Approbatie, als ftrydig met het oud gebruik , cn met de gewoone wys van Rechtspleging, voor behoudens niet te min, het middel van Appel in alle Saken die Appelabel zyn na de gemeene Reg, ten, en is op het ftuk van de Pardonnen cn Qratien geen Refolutie gevallen,' Co.  MEMORIE over de MILITIE. 267 Letter C. Memorie , dienende tot informatie op het ftuk 'van de Monftering. (ja) Het 7de . Artikul van de Inftructie van laad van Staten van den 18 Augustus 1584. zegt, dat om te voorkomen de frauden, die men tot daar toe gepleegd had in het getal van het Krygsvolk , zyne Genade en de Raad eenige getrouwe, expcrte, en gequalificeerde Perfonen zouden ftellen tot Commisfarisfen op zulke Inftructie als zyne Genade en den Raad daar op fouden maken. Byhet ude Artikul der Inftructie van den 12 April 1588. (b) en by het 19de van die van den 18 July 1651. word aan den Raad van Staten opgelegt ordre te ftellen op de Monftering, en op de Discipline Militair over het Volk van Oorlog, en dat het zelve betaald worde hoofd voor hoofd zoo veel het doenelyk zal wezen. En als den Raad kort na het arrefteren der Inftruftie van het jaar 1588. eenige vragen deed (/t) Geformeert na het overlyden van zyne Majefteit Willem de III. in liet jaar 1702. In de Misfive van den Raad aan Stad en Lande van den 8 Mey 1706. word fe ^ingehaald. (b~) Sie ook Artikul 32. van de Iuftruétie 1588. en Artikul 50. van die van 1651.  578 VERZAMELING van STUKKEN&c, deed aan Haar Hoog Mogende over verfcheide Poinéten van de Inftructie, antwoorde dezelve belangende 't zelve Poinft van de Monftering, (d) dat het beleid van dezelve toekomt aan de Raad van Staten, behoudens dat'het de Provinciën zal vryftaan , van harent wege mede het Volk van Oorlog tot haren laste ftaande, te doen monfteren by al dien zy daar in eenig abuis vinden, als het hen luiden fal believen. Welke woorden te meerder opmerking verdienen, om dat de aangetoge Refolutie van 10 Juny en 21 July 1588. moeten gehouden worden voor een gedeelte van de Inftruótie van den Raad, als genomen tot elucidatie van dezelve by de eigen Extra Ordinaris Vergadering, die in April te voren d'Inftruótie gemaakt had, want dat fe niet genomen zyn by de Vergadering van de Ordinaris Gecommitteerden ter Generaliteit, zoo die doe al gefeten heeft, gelyk het apparent is, blykt daar uit, dat die Vergadering op den 3 Augustus 1588. liet aanzeggen aan den Raad door den Griffier, dat de Heeren Staten Generaal (e) van meening waren in weinig dagen hare Vergadering te fcheiden en te vertrekken, na haar refpective principalenWaar op den Raad verfogt ( f) dat zy zouden gelieven haarc Vergadering noch voor weinig dagen te continueren. Pen Raad van Staten heeft uit kragte van dc vorenftaande Dclatie gemaakt de Placaten van (//) Refolutie Staten Generaal 10 Junyen 21 July 1588. (c) Refolutie Staten Generaal 3 en 6 Augustus 1588. Sie ook Refolutie van Staten Generaal van 25 April I588.  MEMORIE over de MILITIE. 269 1 van 8 Maart 1589" 4 February 1599. en 17 Augustus 1623. op het ftuk van de Monftering , om te zwygen van die welke den 10 January en 28 September 1587. gemaakt zyn door de Graaf van Lycester en den Raad. Wordende het Placaat van den 4 February 1599. tot nu toe gevolgt in het ftuk van de Monftering , want dat van den 17 Augustus 1623. (g) vcroorfaakte foo groote oplchudding onder het Krygsvolk , dat men genoodzaakt was het tc laten buiten executie. Sedert is wel ter Generaliteit Gedeliberccrt over een nader Plakaatop het ftuk van de Monftering namentlyk in 't jaar 1651. (7f) by de Groote Vergadering, doch de Raad van Staten wefen doe, en by een nadere gelegenheid in het jaar 1655. (0 f°0 klaar aan de fwarigheden, waarom het best was het te laten by bet Placaat van 't jaar 1599. f°° lang ais dö Provinciën niet beter pasten op de betaling der Soldyen, dat het tot 'nog toe daar by gebleven is. Zynde federt alleen eenige nadere Orders beraamt op het effectueren van dc MonRering en op het fuiveren der Rollen. Voorts heeft den Raad van Staten van tyd tot tyd de geheele Militie van den Staat doen MonReren, waar van de Orders, en Sccretc Rc- Qr) Refolutie Raad van Staten van 4. 6. en 19 December 1623. (/z) Brieven van den Raad van Staten aan Haar Hoog. Mogende den 10 July 1651. en 6 January 1655. (/) Refolutie van den Raad van Staten 2 january 162$, $ December 1637. 19 January 1638. 12 April 1645.  270 VERZAMELING van STUKKEN Registers en een menigte van Rollen , bewaard wordende ter Finantie van de Generaliteit getuigen zyn. En dat fonder onderfcheid van Garnifoenen, zelfs in den Hage (k) alwaar den Raad (omouder tyden voorby te gaan, wanneer onder anderen de Garden van de Princen van Orange, meermaal door den Raad in den Hage Gemonfterd is) verfcheide Monfteringen gedaan heeft tusfehen de jaaren 1650. en 1672. (/) zelfs over de Garden van de Staten, fchoon de Provincie van Holland in dien tyd feer jaloers was van het recht, haar als Betaals Heeren competerende over de Militie haarer Repartitie. Tot het doen van Generale Monfteringen, die meest alle jaren eens of tweemaal gedaan wierden, is nooit vaste tyd gefteld geweest, (wz) hebbende den Raad van Staten die gedaan, wanneer zy het nodig agten of des verfogt wierd door Haar Hoog Mogende, of ook wel door (/(•) Refolutie Raad van Stiften 7 July 1625. 2 December 1631. en 16 April 1632. (7) Den 31 Maart 1655. zyn door order van den Raad van Staten in den Hage Gemoniterd de Compagnien van Capitein Heer van Starrenberg, Paauw, Eeaumont en Percheval Den 21 February 1667. die van den Ruhmeester Heer van Langeveld. Den 29 Mey 1670. die van den Collonel van Beaumont, Luitenand Collonel de Bond, Sergeant Major Buis en Capitein van Treslong. Item die vanSergeant Major Heer van Langeveld en van den Rithmeester Heer van de Leek. (77;) Sie de'Refolutie van Haar Hoog Mogende ro'io en het Secreet Register van den Raad van Staten byna vasj jaar tot jaar tot 1673. incluis  MEMORIE over de MILITIE. ifi door particuliere Provinciën gelyk in de jaren 1632. en 1655. (») door Holland. Om beter de tyd van de Generale Monfteringen fecreet te houden , (0) is de directie derzelver, en het doen en afzenden der nodige Depêches, dikwyls aanbevolen, aan twee of drie Gecommitteerden by de Vergadering van den Raad van Staten. De Heeren fuccesfivelyk gaande wegens den Raad fj>) op de Verpagting van dc Generaliteits middelen , en op de Vifitatic van Fortificatiën en Magafynen zyn eens voor al Geau-1 thorifeert om de Militie Monstering of Revue ' te doen pasferen, het geen ook altyd in practy gebleven is. De Commisfarisfen die eengeasfigneertQuartier hebben, moeten, volgens de ordre op het effectueren van de Monftering by den Raad van Staten gearrefleerd den 14 April 1599. ten minsten alle maanden monfteren. De order is by den Raad vernieuwt in 't jaar 1625. (qj in conformiteit van Haar Hoog Mogende Refolutie van den 23 July en 14 July desfelven jaars, mitsgaders op verfoek van de Provincie van Holland. En (») Sie Register van den Raad van Staten 1 Deeember 1632. Sie Refolutie 18 Maart 1655. (0) Secrete Refolutien van den Raad vad Staten 29 October 1642. 10 December 1643. 20 April 1645. 9 January, 16 July en 13 December 1646. I September 1Ó4815 April 1651. 13 November 1652. 27 April 1656. 7 July 1662. 1 February 1Ö70. en 13 April 1Ó71. (?) Secrete Refolutie van den Raad van Staten 15 July i 656. 3 April 1657. Ords. Reg. 5 Maart 1 660 (?) Refolutie Raad van Staten 12 December 1Ó25.  4?.* VERZAMELING van STUKKEN &é.' En naderhand wederom in het jaar 1629. (?) Doch gelyk de ordre van 'tjaar 1599. buiten practyk was in 't jaar 1625. (s) zoo zyn de voorfchreve nader orders mede niet lang in praéfyk gebleven , waar van de flegte betaling i die met geen Extra practyk van dè Monftering beftaan kan , oorzaak Was. Sonder dat den Raad daarom nagelaten heeft de Militie feer dikwilste doen Monfteren, gelyk als onder anderen daar uit af te nemen is, dat dezelve in 't jaar 1628. (t) gerefolveerd 0 heeft, dat twee Heeren geprafideerr hebbende met den Thefaurier Generaal, en twee Commisfarisfen van de Finantic,een dach ter week fouden befoingceren over het examineren en fluiten der Rollen, en in het jaar 1637. (u) dat de Raad felfs daar toe foude vaceren alle maandagen,' als zynde het lluiten der Monfter Rollen een van de importantftc Befoinges van den Raadj het geen ook een gcruimen tyd gepraéf ifeerd is: Tot het effectueren van de Monftering, heeft den Raad niet alleen Heeren uit den haren en de Commisfarisfen van dc Monftering gebruikt, (v) en ten dien einde voor de laat-' fte gemaakt de Inftruótie en Orders van den 14 April 1599. waar op alle de .Commisfarisfen (Y) Refolutie van tien Raad van Staten 14 February 1629. (.() Sic Refolutie van den Raad van Staten 10 Oélober 1637. J3 July 1ö51. 6 January 1655. Refolutie Staten Generaal 16 Rfbruary 16ö1. (f) Refolutie Raad van Staten 1 November 1628. (u) Refolutie Raad van Staten 19 November 1637. (0 Refolutie Raad van Staten 28 Maart 1614. 24 January 16)5. 30 December 1637. en 7 january 1638.  MEMORIE over de MILITIE. 273 fen van de Monftering noch ten huidigen dage Eed doen, maar ook nu en dan den Fiscaal van de Generaliteit, en de Commifen van de Generaliteits Finantie, welkers Befoinges volgens de Inftruftie ten grooten deele beftaan in het Vifiteren en fluiten van de Monfterrolïen. De Generale Monfteringen gefchieden fomtyds op een dach alomme, fomtyds op verfcheide dagen , fodanig egter , dat geheim gehouden wierd (V) wanneer, en waar, eerst of laatst zoude Gemonftert worden. Dat Haar Hoog Mogende gequalifieeert zyn tot het doen van de Monftering lyd geen bedenken 5 doch, gelyk dezelve zeggen in de aangetoge Refolutien van 10 Juny en 21 July 1588. dat het beleid van de Monftering toekomt aan den Raad van Staten, foo hebben dezelve ook het beleid daar van aan den Raad gelaten. Wordende, dat men weet, geen exempelen gevonden van Monfteringen, die Haar Hoog Mogende gedaan hebben , (jxj maar wel dat dezelve noodig vindende het doen van Revue of Monftering haar meening aan den Raad hebben bekent gemaakt. De Staten van de Provinciën en derzelver Gecommitteerde Raden of Gedeputeerden Sta* ten fV) Sic Secrete Refolutie van den Raad van Staten 29 October 1642. 10 December 1643. 20 April 1645. 9 January 1646. en 15 April 1651. (.v) Refolutie Staten Generaal 5 Augustus 1538. 28 jüny, 14 July en 3 November 1625. 28 April 1627. 25 Oftobcr 1629. 30 October 1635. 2 January 1650. 27 January 1666.22 Maart 1Ó72. S  2?4 VERZAMELING van STUKKEN &c. ten zyn insgelyks bevoegt te Monfteren, niet alleen het Krygsvolk harer Repartitie waar toe de meergemelde Refolutien van den 10 Juny en 21 July 1588. de Monftering van de Provinciën bepalen, maar al het Krygsvolk ter zeiver plaats met dat van haar Repartitie , foo in de Provinciën als in het Diftrict van de Generaliteit als zynde daar toe Geauthorifeert by het 6^ Artikul van het Placaat van den 4 'February 1599- en by het 91e van dat van den 17 Augustus 1623. > Dc Landfchap Drenthe daar toe niet geauthorifeert zynde by de voorfchreve Placaten , en in het jaar 1636. gezonden hebbende een Commisfaris om te 's Bosch en elders te gaan Monfteren, fj) fchreef de Raad van Staten daar over aan de Landfchap als over een onbehoorlyke Saak, die daer op twee Gedeputeerden zond aan den Raad, op welkers Vertoog gerefolveert wierd , dat de Landfchap zoude mogen aanftellen een Major op een Traótement van ƒ 600 : - tot het geleiden van het pasferend Krygsvolk, die ook van'sLands wege zoude gebruikt worden , tot de Monftering op Commisfie van den Raad. JDoch hoewel dc Provinciën bevoegd zyn tot het Monfteren van alle de Militie, foo fchynen dezelve veeltyds maar gemonftert te hebben die van haar Repartitie. Want de Raad allegeerde in haar Advis (z) van • 60 Refolutie Raad van Staten 25 April en 7 en 0 Tuny 163Ü. J (V) Sie ook Refolutie Raad van Staten 3 Tanuarv ï'faa 23 Maart 1Ó52.' en 15 February 1652.  memorie over de militie. 275 Van den 10 July 1651. aan de Groote Vergadering, als een abuis in het ftuk van de Monftering, dat eenige Provinciën Commisfarisfen zendende in Garnifoenen daar veel Compagnien leggen van verfcheide Repartitien , dezelve alleen Monftering doen van de Compagnien ftaande op de Repartitie van de Provincie van waar zy gezonden worden. En de Gouverneur van Maastricht gaf in 't jaar 1662. (v) voor reden waarom hy fwarigheid maakte van te laten Monfteren door Gecommitteerden van de Provincie van Holland, de Compagnien ftaande op dc Repartitie van andere Provinciën, dat dusdanige Monftering buiten praótyk was. De klagte van Hoog Gemelde Provincie (jY) bragt te wege over dit voorval, dat de Raad van Staten aan de Gouverneurs en Commandeurs van alle de Frontieren en Garnifoenen foo buiten als binnen de Provinciën aanfchreefj dat zy voortaan haar pra?cife zouden hebben te reguleeren na het 2. en 6. Artikul van het Placaat van 4 February 1599. op het Ruk van de Monftering , cn over fulks te rcfpeéteren de Commisfarisfen van de Monftering, en andere die tot dc Monftering by de Hoog Mogende Heeren Staten Generaal van de Vereenigde Nederlanden , den Raad van Staten , en de Staten van de refpeétive Provinciën of haar Gecommitteerde Raden zullen zyn gelast, en by dezelve vermaand zynde , om Monftering en fV) Sie Refolutie van de Staten van Holland 14 July 1662. (Z>) 19 July 1662. s 3 .  276 VERZAMELING van STUKKEN en Revuë te doen , terftond zonder eenige weigering daar toe gereed te zyn, met het geheele Garnifoen, zoo van Ruiteren als Knegten , en Ronder eenige exceptie of diftinctie, van wat Repartitie dezelve zouden mogen zyn, op poene van casfatie en verdere arbitraire correctie, als zynde de Staten en Gecommitteerde Raden van de Refpective Provinciën by het 6. Artikul van het voorfchreve Placaat expresfelyk daar toe geauthorifeert. Dit aanfehryvens voldeed de Provincie van Holland , (V) maar die van Utrecht twyffclden, na het fchynd, .of het Recht van de Provinciën niet noch te* veel daar by befnoeit was, (d) om dat het fcheen te impliceren , dat de Provinciën niet mogten Monfteren, als daar Volk van haar Repartitie legt , (e) en deed derhalven door haar Gedeputeerden ter Vergadering van Haar Hoog Mogende verfoeken Elucidatie en Interpretatie op het 2. en 6. Artikul van het Placaat van het jaar 1599. De Raad, wiens advis (ƒ) Haar Hoog Mogende daar over innamen , advifeerde in fubftantie dat de MonRcring van de Provinciën , cigentlyk maar ziet op het Volk van elks Repartitie, en dat het Monfteren van dat, van de Repartitie van anderen, maar alleen gefchied, om te voorkomen , of te ontdekken de Fraudes die begaan kunnen worden , wanneer maar een gedeelte van een Garnifoen Gemonfterd word. Be- (V) Refolutie Staten van Holland 21 July 1662. fV) Refolutie Staten Generaal 7 Oétobef 1662. ( (a) Sande decif. Lib. 1. tlt: 4. def. 4. T 4  394 VERHANDELING VAN HET •» ventilantur ,penes eosefi decifio, five comilitoni ,, Mileslitemmoverit L. 2. §. 2. ff. de Re Mili„ tari, L. 6. Cod. de Jurisd: omnium Judicum, „ five NB. paganis de re fattove quopiam ad„ verfus Milites inftituerit atlionem d. L. 6. Cod: „ de Jurisdittione omnium Judicum , cum, ut „ fiupra dixi, atïor rei forum fequatur L. 2. 33 Cod: eodem. Het boven gefegde oordeelt men genoeg te zyn om te dienen tot een nader bewys en adltruéHe , dat na befchreeve Regten, welke gelyk hier vooren is aangehaalt, in de eerlte opkomst van de Republicq de Rigtfnoer zyn geweest, waar na de verfcheyde Regters hier te Lande fig moesten regulcercn , het eene incontestable waarheid is, dat aan den Militairen Regter de kennis in civile Saaken tusfehen Militairen en een attor paganus en Reus Militaris toekomt, ten ware aangetoont konde werden, dat dc gefamentlyke Bondgenoten die Judicature aan den Militairen Regter hier te Lande hadden benomen, het geen gewisfelyk niet te vinden is in de Initruétien , Wetten off Placcatendoor de Bondgenoten door den Raad van Staaten, als Opperfte Regter in Krygsfaaken, off op de Juftitie Militair gemaakt; men zal in tegendeel, behalven de generale authoriteit, die aan den Raad van Staaten , by defelver refpeftive Inftructien gedefereert is, om te disponeeren in Saaken van den Oorlog al feer vroeg, en namelyk by het 3. Articul van de Initruóhe van den 18 Aug. 1584. gewaar worden, dat de Raad van Staaten geauthorifeert is, om over het Krygsvolk, mitsgaders over alle generale en particuliere Overften, Bevelheb-  FORUM M I L 1 T A R E. 295 hebberen , Commisfarisfen en Officieren van den Oorlog te ftellen, en te onderhouden alle goede ordre en discipline NB. ook meede daar over Straffen, Regt en Juftitie te doen, en doen doen , fulks fy bevinden zullen te behooren. De Militaire Regters zyn door het gefag van de Princen van Orange (dj tot den jaare 1650. (e) in de voorgemelde Jurisdictie , conform aan de voorfchreeve Inftructie en dispofitie van het gemeene Regt, alomgemaintineert en gehandhaaft. Dog in den jaare 1651. is door de gefamentlyke Bondgenoten op de groote Zaal van t Hoff alhier extraordinair vergadert , in de voorgemelde generale Jurisdictie en Judicature gemaakt eene notable exceptie en limitatie in faveur van de Steeden ftem in Staat hebbende, in welkers opfigt by Refolutie van den 25 Maart 1651. geftatueert is: „ dat de Cor,„ mandcurs met den Krygsraad in de gemelde „ Stecden niet verder zullen gebrüyken rao„ gen nog extendeeren dc Militaire Jurisdictie, „ als over de nalaatigheid en overerceding ih „ togten en wagten, overgaan aan den vy„ and, defertie van Compagnien ofte verloop „ van de eene Compagnie in de andere ionder „Paspoort, mitsgaders over excesfen en deliften , die de Officieren cn Soldaten onderl, ling, off de eene tegens den anderen zullen „ komen te begaan en verder niet." Dit is de eerftc (ƒ) en eenigftc innovatie, be- (dj Deze zinfnede bevat eene duidelyke waarheid. (e$ 29 April 1589. ReC St. (ƒ) Zie Aentek. p. 289. T 5  20$ VERHANDELING van het bepaaling en exceptie, welke de Bondgenoten in faveur van de Steeden, ftem in Staat hebbende , gefamentlyk hebben gemaakt tegen het Forum Militare hier te Lande, voorvloeyende uyt het gemeene Regt, en de voorgemelde Inftructie van den Raad van Staaten, als hier vooren getoont is, en, gelyk een exceptie den Rcgul confirmeert, fo kan de voorgemelde Refolutie dienen tot bevestiging van het gefegde, en is defelve Refolutie even daarom niet ten onregten federt dien tyd angemerkt en bygebragt als de grond en ba fis, waarop federt den jaare 1651. in het diftriét van de Generaliteit aan de Militaire Regter gebleeven is de Judicatuure en Jurisdictie, foo als defelve by den Militairen Regter van den eerften opkomst van de Rcpublicq geoeffent is geweest, fo in Criminalibus als Civilibus. Om fulks in opfigt tot de laastgenoemde, welke alleen het onderwerp defer Verhandeling zyn, wat nader te bewyfen, fo zal men fig een weynig breeder uytlaaten omtrent de tyd, welke verloopen is tusfehen den jaare 1650. en 1072. om dat hetfelvs tydperk gemeenlyk in het oog gehouden, en in andere geleegenheeden opgevolgt is federt den jaare 1702. dat is, federt het affterven van den Ko, ping van Groot-Brittannien, Glorieufer Memorie. Jn die tusfehentyd vind men voor eerft een generale Refolutie van den Raad van Staaten van 29. April 1661. houdende „ dat, fo iemand „ op Soldaten in 's Lands dienften zynde, ietwes „ tc prajtendeeren meent te hebben,dat die moe3, ten betrokken en aangefproken werden voor „ den  FORUM M I L I T A R E. 297 „ den Krygsraad van haar Guarnifoen , als haar „ Competente Regter." Het is aanmerkelyk, dat de voorfchreeve Refolutie , genomen ter occaRe , dat een Soldaat van het Guarnifoen van Oostburg over eene Civile fchuld voor de Magiftraat aldaar in Regten betrokken wierd, by de Regtsgeleerden van die tyd, als gegront ophet gemeene Regt, en als onbetwistbaar in de praétyk geallegeert werd; Siet onder anderen een advys van Regtsgeleerde, die in den beginne van 'c jaar 1672. gefchreeven hebben, geinfereert by P. Bert in desfelfs Tractaat van Crimineele Saaken tit. 1. Num. 50. van gelyke word fulks geconfirmeert by een generale Refolutie van den Raad van Staaten van den 17. December 1664. „ dat de Judicature, Di„ rectie en opfigt over de Weduwen, Weezen „ en Boedclen van Militairen allcenlyk en pri„ vative competeert aan den Militairen Regter „ even en in diervoegen, als voor de Perfonen „ van dc Militairen felfs , en dien volgende de„ felve voor Perfoneele fchulden nergens anders „ konnen werden geconvenieert, dan voor den „ Militairen Regter." Ten anderen word fulks nader bevestigt met een notabel geval in den jaare 1666. voorkomende, het welk hier met de eygen woorden van een Misfive van den Raad van Staaten, gefchreeven aan Haar Hoog Mogende van den 12 February 1714. aangehaalt zal worden. „ Dat geen verandering gemaakt is in defe „ oude ende generale ufantie by de bekende „ Refolutie van den 25 Maart 1651. genomen „ op de groote Zaal van 't Hoff, als alleen in v opfigt van de Steeden Rem in Staat hebben. » de,  298 VERHANDELING van het „ de, welke Refolutie dienvolgens notoirlyk „ dient tot confirmatie van die Ufantie in op„ figt van alle andere Steeden, gelyk defelve Ufantie dan ook federt alom in vigeur gebleeven is , waar van wy kortheids halve „ geen ander bewys zullen bybrengen als dat 5, in het jaar 1666. wanneer men van de fyde „ van den Cheurfurst van Brandenburg wilde „ brengen in het Traétaat, het welk den 16 „ Febr. van dat jaar gefloten is, een Articul, „ volgens het welke de Militie van U Hoog „ Mog:, leggen in de Steeden van het Land ,, van Cleev, (g) zoude te regt moeten ftaan „ onder de Cleeffche Politicque Overheid, in ,, Saaken die de Militie niet concerneeren, ge,, lyk fulks in U Hoog Mog. eyge Staat zou„ de werden gcobferveert, defe Raad, wiens „ advys U Ploog Mogende daarover innamen, advifeerde , dat het felve om feer impor,,, tante reedenen zoude behooren gelaaten te „ worden by het jegenwoordig gebruyk: dat 33 wel waar is , dat in den Staat defer Ver,, eenigde Neederlanden de Steeden, ftem in „ Staat hebbende, in eenige gevallen over de ,, Militie in den haaren logeerende s hebben ,, en oeffenen Jurisdictie , maar dat te confide„ reeren ftaat, dat de magt haar daar omtrent ,, competeerende komt te deflueeren uyt het „ regt van Souverainitcit over de Militie , „ en welk regt de gemelde Steeden , als in„ tegreerende Leeden zyn participeerende en ,, dat om die reedenen bet felve regt aan de , Steeden in de relpcchve Provinciën geen „ ftem Qr) ii January icjócT.  FORUM M I L I T A R E. 299 „ ftem in Staat hebbende, niet word toege„ ftaan , veel min aan de Steeden resforteeren„ de onder de Generaliteit; waarvan het gevolg was, dat het voornoemde Articul ge„ biceven isbuyten het Traftaat: Het welk on,, wederfpreekelykbewyst:Eerftelyk dat de Re„ folutievan den 25Maertiö5i.in'tjaer 1666. „ dat is in een tyd, wanneer niette breedeloop „ gelaaten wierd aan de Militaire Juftitie, geen „ plaats had in de Steeden , geen ftem m Staat ,, hebbende, off men moet zeggen, dat de Raad „ van Staaten niet wist, wat fe aan U Hoog Mog. fchreev: En ten anderen, dat U Hoog ' Mogende fo wel als de Raad, van verftana ! waren, dat die Refolutie geen plaats behoor„ de te hebben, in de Steeden geen Rem ïïi Staat hebbende. # V „ Dat onder de Refolutien van de Magiftraat „ van 's Bosch bygebragt, in haare Misfive „ aan U Hoog Mog. wel een of twee zyn , en „ namelyk die van den 21 January 1704. wel„ ke favorifeeren het gefustineerde van te , Magiftraat , maar dat dc Refolutie van de folemneele 'Vergadering van de groote Zaal , welke een foort van een Wet off RegleT, ment is, en welke, gelykfe confirmeert de „ oude Ufantie ten opfigte van de Steeden geen Rem in Staat hebbende , geconfirmecit. is door de opgevolgde praftyk, fo voor,als na de verandering in de Regeering ge' vallen in het jaar 1672. behoort te over" weegen een off twee Refolutien genomen ! op particuliere gevallen , en by welke het foo ver van daer is , dat de Refolutie , van de groote Zaal, en een Uiantie fo oud " ais  300 Verhandeling van het „ als de Republieq, (Jtj zoude wefen Inge„ trokken , en verandert, dat felfs daarvan „ niet gerept werd in de Refole. door de Ma^ „ giRraat van 's Bosch bygebragt, tot een m klaar bewys, dat U Hoog Mogende, waar „ aan felden faaken van die natuur, geen ge„ meenfchap hebbende met Staats deliberatien, „ voorkomen , niet zyn verdagt geweest in „ het neemen derfelve op het onderfcheid „ tusfehen de Steeden ftem in Staat hebbende, 3, en niet hebbende»" Ten derden kan in materie van faken, gelyk is het voorgeftelde point, dat den Militairen Regter in Civile Saaken tusfehen het jaar 1650. en 1672. regt gedaan heeft tusfehen Burgers en Militairen, de laatRe Gedaagdens zynde , geen klaarder en overtuygender bewys bygebragt werden, dan de Registers en Partyboeken in den voorfchreeven tyd voor den Raad van Staaten gehouden, welke vol zyn van exempelen, dat den Raad Judicature en Jurisdictie geoeffent heeft in ailerley Civile Saaken, daar de Militaire Gedaagdens zyn geweest, en namelyk over fchulden tot lasten van Militairen; over concurrentie en prteferentie van Crediteuren in infolvente Boedels van Militairen , en felfs over Trouwbeloften en Matrimonieele Saaken; fonder dat ergens gevonden word , dat deswegens eenige de minfte oppofitie of contradictie is gefchiet; fulks, dat (//) Zynde' die ven II. IJ. M. van 26 Febr. 1649, 25 Maart 1654. # Jan- 1674. 12 Dëccrab. 1702. en 21 Jan. 1704. Itcw van Staaten van Holland van 25 February 1678.  FORUM MILITA RfË. 301 dat tot het bewyfen van het voorf. fait geruste posfesfie, en ongeiiiterrumpeerde'exercitie van de voorgemelde Judicature van den Raad van Staaten en Krygsraden , felfs met kennis eh voorweeten van Haar Hoog. Mog. gelyk uyt het aangehaalde geval van den jaare 1666. onwederfprèekelyk blykt, niets klaarder en overtuygende bygebragt zoude konnen worden. Men vertrouwt ,■ dat niemand, wie eenige kennis heeft van het gepasfeerde tusfehen den jaere 1672 en 1702. in fyne gedagten zal komen, dat onder het VEELVERMOGEND gefag van den laatften Capiteyn Generaal en Militair Opperhoofd, de voorgemelde Militaire Jurisdictie der Krygsraden zouden zyn vermindert; want het is fo verre van vermindering in de voorgemelde tusfehen tyd , dat in tegendeel de GROOTE TOELEG van Prins Wilhcm de derde geweest is de Jurisdictie der Krygsraden te VERMEERDEREN, (0 EN SÈLFS in de Provinciën en Steeden, ftem in Staat hebbende , wederom " te doen revoceeren en intrekken de voorgemelde Refolutie van den 25 Maart 1651. by de Solemneele Vergadering der gefamentlyke Bondgenoten genomen ; welke Refolutie den voorgemelden Prins feer te. gen de borst fchynt geweest te zyn, waarfchynelyk om geen andere reeden , als, om dat by experienfie bevonden was in wat fchrikkelyk verval de Militie in de Provinciën tusfehen de jaaren 1650 en 1672. geraakt was'; onder andere reedenen, om dat de Magiftraten (/) Niemand , die ter goede trouwe handelt, kan dit betwisten.  302 VERHANDELING van het ten in de Provintien door de Refolutie van de groote Zaal al de authoriteit en gefag over de Guarnifoenen in haare Steeden fig hebbende aangemaatigt , de discipline Militair daar door tot de uyterfte laagte vervallen is: die aanmaatiging van gezag over de Militie, in Steeden Rem in Staat hebbende , gaat nog ten huydigen dage fo verre, dat de Militie niet in de wapenen komen of exerceeren mag, fonder permisfie van de Magiftraten, en met een woord, dat de Magiftraten fig gedragen als Gouverneurs, waar van mogelyk het abuys in vervolg van tyden nog beklaagt zal worden , en in het droevige jaar 1672. maar al te veel gevoelt. Dog om by ons ftuk te blyven , dat de Prins al in den jaare 1675. de voorgemelde folemneele Refolutie der Bondgenoten in de Provintien gaarne te niete gedaan fag , blykt klaar uyt de voorflagen tot verfagting der Jurisdictie der Magifiraten over de Militie gedaan in desfelfs bekende Misfive van den 19 May 1675. aan het Hoff van Holland, (£) en aan de Staaten van Utrecht, welke laatfte de voorflagen aannaamen by derfelver Refolutie van den 2 Juny 1675. geinfereert by Anthonius Matthteus Jure Gladii Cap. 34. Dog het Hoff van Holland maekte daarin fwaarighdid , en vond niet raadfaam omtrent een point, de Jurisdictie, en fulks de Hoogheidvan de Provintie rakende, het minfte toe te geeven in een tyd, wanneer het noodfaakelyk was, dat de Prins in de hoogwigtige deli- (Jt) Deze Belydenis van een ieverig Voorflander der ongelimiteerde Militaire Jurisdictie,öelt de vues van Wille» lil. in een nieuw licht.  FORUM MILITARE. 303 libcratien, welke omtrent die tyd by de Staaten van Holland op 't tapyt waren, geen oppofitie ontmoete, en antwoorde daarom generalyk: „ Dat dc Wetten en Privilegiën van „ het Land, en van de goede Ingefeetene van „ dien haar verhinderden van te konnen op„ volgen den inhoud der voorfz. Briev, het „ Hoff de eer hebbende niet van Wetten te maken, maar van lig te reguleeren na de „ gemaakte Wetten." Buy ten de Provintien, daar de Prins geen oppofitie te wagten hadde, handhaafde hy niet alleen de voorige Jurisdictie der Krygsraaden, maar VERMEERDERDE die merkelyk , en, om onpartydig dc waarheid te erkennen, al te veel Q)> , Want behalven de groote authoriteit, (m) die de Hooge Krygsraad onder gemelde Prins gcoffent heeft, vind men een Ordonnantie van Hooggcmelden Prins, houdende, dat de Krygsraden zouden wyfen by arrest in alleCrimineele Saaken ; gelyk meede by arrest in Civile Saaken niet excedeerende eene fomma van honderd guldens, fo verre was het 'er van daan , dat Hooggemelde Prins de Civile Saaken zoude willen onderworpen hebben aan den langen en kostelyken train van de Ordinaris Juftitie in de Generaliteits Steeden. Na het overlyden van Hooggemelden Prins (n) heeft de Raad van Staaten een Refolutie ge- no- (/) Hoe duidelyk moét eerie Waarheid wezen, öm zulke! bekentenis derzelve beltryders uit den mond te wringen. O) 24 February 1687. 00 18 January 1703. ^  304 VERHANDELING van het nomen , waar door de Hooge Krygsraad Is vervallen, (o) en confidereerende dat de faaken door de dood van fyn MajeReit van GrootBrittanien weder gevalien waren in de termen van voor het jaar 1672. , is op het beleefd verfoek van de Militaire Juftitie by den Raad van Staaten genomen een Refolutie : „ om fo „ lang by de gefamentlyke Bondgenoten geen }, andere ordre geRelt zal worden op het 3, voorn, fubjecr., te volgen de voet die daar ,, omtrent gehouden is tusfehen den jaare „ 1650. en 1672. gelyk dien volgende ook aangefchreeven is aan de Krygsraden in de 3, Steeden Rem in Staat hebbende, prrecifc„ lyk te agtervolgen de boven gemelde Refo3> lutie van de gefamentlyke Bondgenoten van 3, jaare 1651. waarvan copie aan defelve ge3, fonden is." Sedert die tyd is by de Krygsraden in de Ge- ne- (0) Dit is 't juiste Woord die Krygsraad behoefde Biet afgefchaft te worden, uit hoofde dat ze nimmer wettiglyk aangefteld of by eenige Staats-Refolutie totidem verbis expresfétyk erkend was. Hier toe is noodig, gelyk Haer Ed. Mog. de Heeren van Zeeland in hunne Misfive aan H. H. Mog. van 14 April 1645. zig uitdrukken „dat „ daer over alvorens STAETSGEWYSE deliberatien en CONSENTEN van de Provintien zyn gegeven — by gelegenheid , dat eenige Scheeps-Kapiteinen van wegen wandevoir voor den Hoogen Krygs-Raed in den Haag waren gedagvaert , 't geen by de Staeten werdt gerefufeert, Sie II. D. BI. 24. Extracl uit de Notulen der Heeren Staten van Zeeland — en de verdere deliberatien over deze zaek 5. April fol. 172. der gedrukte Notulen, 7de fol. 179. de advifen der Leden 14 April 1645. fol. 197. fynde de conclufie, waer uit de gemelde Misfive aen H. H. Mog. is geproilueert.  FORÜMMILITARE. 305 neraliteits Frontieren ter eerRen inftantie , en by den Raad van Staaten in cas d'appel in alle Civile Saaken weder Juftitie geadminiftreert, op defelve wyfe als van den jaare 1650 en 1672. gefchiet is; in de Registers en party Boeken van den Raad zyn 'er ook exempelen van, en het felve is fo een bekende Saak , niet alleen in de practyk van de Raad van Staaten , maar is generalyk in alle Generaliteits Frontieren fo een gerecipieerde ufantie, dat men alom aldaar, gelyk hier by den Raad van Staaten , feer nieuw cn vreemd zoude ophooren , indien fulks in twyffcl getrokken word. De Refolutien welke federt den voorfz. jaare 1702. tot nu toe, en fulks byna wederom den tyd van byna een derde part van een eeuw genomen zyn, bevestigen defelve praéryk. Op de 8 October 1705. is by den Raad van Staaten, conform aan het oud gebruyk, geen fwaarigheid gemaakt te refolveercn en te ver» klaaren , dat dc Judicature over de Boedels van Militaire Perfonen , fchoon overlydende in Borgerhuylbn, en het Schouwen van derfelver Lyken, fchoon verongelukt op Steedelyke grond, toekomt aan de Krygsraad, in conformiteit van Haar Edele Mogende Refolutie van den 24 Juny 1659., en van oude en ongeinterrumpeerde praótyk in de Generaliteits Frontieren. Sonder dat het. accoord off transactie welke Graaff Jan van Hornes, Commandeur van Hulst in het jaar 1693. zoude mogen aangegaan hebben met de Magiftraat der Stad, hier tegen kan komen in confideratie , als zynde gemelde Commandeur niet gequalificeert V 2 ge-  3c6 VERHANDELING van het geweest tot het aangaan van fodanig een accoord off transactie. Haar Hoog Mogende , fonder felfs daar op ingenomen te hebben het advis van den Raad van Staaten, hebben op den 19. September 1713. gerefolveert ',, dat Militaire Perfonen ,, fiervende haare goederen, in cas van pu,, blicque Verkooping , door Auditeurs Mili„ tair, alwaar fy fterven, en niet door de ,, Vendumeesters verkogt moeten werden." En in den 1714. de Magiftraat van den Bosch formeelyk, by fchriftelyke deductie gecontesteert hebbende aan den Krygsraad aldaar de kennis van een infolvente Boedel dooreen Officier, aldaar Guarnifoen houdende nagelaaten, en den Raad van Staaten by Misfive den 12 February 1714. daar op geantwoort hebbende , is by Haar Hoog Mog. na volkomen kennis van faaken , het voorgemelde different den 23 'Maart daar aan volgende afgedaan in voordeel van de Krygsraad, eh derhalven de voorfz. faak aan defelve gelaaten, de faak afgedaan zynde by Haer II. Mog. kwam het Officie Fiscaal van Braband voor den dag, en voorgeevende by Couranten kennis gekreegen te hebben , dat voor de Krygsraad te 's Bosch concurrentie en praderentie zoude gehouden werden over den voorfchreeven Infolvente Boedel , addresfeerde fig aan den Raad van Braband, die aan het Officie Fiscaal van Braband ve'rleende een Mandament Poenaal, maar, fo dra de Raad van Staaten daar van kennis gekreegen, en aan den Raad van Braband gefchreeven hadde, dat de Raad van Staaten niet  FORUM M I L I T A R E. 307 gefint was aan dat Mandament te defereeren , acquieceerde de Raad van Braband daaraan: maar het voorfz. Officie Fiscaal fiende, dat by den Raad van Braband niet te doen was, meende, dat hetnog eens by H. H. Mog.moestwerden gewaagt; prcefenteerende aan defelve een Memorie in fubftantie bevattende defelve reedenen, welke by de Magiftraat van 's Bosch bygebragt , en door den Raad van Staaten wederlegt waren, en waar op de faak by voorgemelde Refolutie van Haar Hoog Mogende van den 23 Maart 1714. was afgedaan, het geen verder in de gemelde Memorie is geallegcert, boven het geen door de Magiftraat van 's Bosch albereyts'gcavanceert was, toont foo klaar aan de onkunde van 't voorfz. Officie Fiscaal in defe Materie, en is van fodanige doorfteckende ongefundeertheid , dat het niet verdient aangeroert, veel min wederlegt te werden; ook diende dit gehcele na- off klugtfpel van het Officie Fiscaal nergens anders toe, dan om de voorgemelde Memorie pro forma Commisforiaal te doen maken, en Commisforiaal te laaten blyven, fonder dat in festien jaaren, welke federt verloopen zyn, en geduurende , welke tyd door een goed getal Officieren, federt in haar Guarnifoen overleeden, de Jurisdictie der Krygsraaden in gelyke gevallen meer en meer bevestigt is, ooit ietwes daar omtrent, het zy van den Raad van Braband, het zy van het Officie Fiscaal, het zy van eenige Generaliteits Stad gerept, gcroertoff gekiaagt is, als alleen van de Magiftraat van Bergen op Zoom, welke in den jaare 1720. meede ietswes diergelyke begon op te vatten , dog welke kort B J V 3 daar  3o8 VERHANDELING van het daar na het fagtjes weer liet fakken. Uyt het gelegde is dit op temaken, dat de Krygsraad jn de Generaliteits Steeden by derfelver Jurisdictie in Civile faaken zyn gebleeven en gemaintineert niet alleen onder en door het gefag van Illultre en veel vermogende Opperhoofden der Militie, maar felfs ook in die tyden , wanneer de Militie geweest is fonder fodanige hooge Protecteurs, wanneer men van de oude gronden afgaande de Militie meer en meer heeft willen fubjeét maken aan de Magiftraten van de Steeden, en foogenaamde Gouverneurs en Commandeurs in derfelver Steeden, gelyk hier voorcn gefegt is, en ovcrfulks de tyden , waarin de Militie onder de Princen van Oranje is geweest, dat is van desfelfs eerfte opkomst tot den jaare 1650., en wederom van 1672. tot 1702., gevoegt werJ dende by de tyden waar in de Republicq fig fonder defelve Princen heeft bevonden, da: is van 1650. tot 1672., en wederom federt den voorfz. jaare 170-2. fo word uyt die farnenvoeging opgemaakt een gebruyk , een deugdelyk herkomen en ongcinterrumpcerde posfesfie van geen off weynig minder oudheid , dan de Republicq felfs. 'En alfo nu de qua;stie over het Forum Militare in Civilibus hier te Lande eens gebragt word tot eenige prjecifie, foo kan qualyk met waarheid daar van anders ietwes gefegt worden , als het volgende, namclyk Dat de Inftructien van den Raad van Staa. ten aan denfelven hebben gedefereert de Jurisdictie over de Militie in generale termen , fonder dat daar uyt off voor off tegen het 1  FORUM MILITARE. 3°9 Forum Militare in Civilibus hier te Lande anders , dan in generale termen geargumenteert kan worden. Dat eygentlyk het Romeynfche Regt, en het gebruyk daar op gefondeert de generale termen van voorgemelde InRru&ie hebben gefixeert, geëxpliceert en doen verftaan invoegen dat de Raad van Staaten als OpperRegtcrs, en de Krygsraden van oud heitot nu toe Recht hebben geoeffent, en nog oeffenen over de Militie in Civile Saaken , fonder andere bepaaling , dan die by de gefamentlyke Bondgenoten gemaakt is by derfelver bovengemelde Refolutie van de folemneele Vergadering op de Groote Zaal. Om nu fo oude paaien te verfetten, en fo oudelyke dcugdelykc herkomen, en generale gerecipieerde gewoonte te niet te doen, daar toe zoude gewisfelyk al feer Rerke en pragnante reedenen moeten by gebragt werden, en gewisfelyk geen mindere als de Raad van Staaten , en de Krygsraden (p) quaad recht doen , dat daar van bittere klagten ingebragt worden, dat daar tegen off geene remedie tevinden is , off gevonden zynde, niet geholpen heeft, en dat het by de Magiftraten en Ordinaris Burgerlyke Rechters beeter zoude <*aan, en daar door de remedie gevonden zoude zyn ; want het geen feer aanmerkelyk in defen is, en daarom altoos in 't oog gehouden (f) Men toetze de Jurisdictie des Militairen Richters «en deze vereischten. 1) Of ze kwaed Recht doen. "• 2) Of over dezebittereklagteningebragtwordenccc. &c. V 4  3io VERHANDELING van het den moet worden ; hier is geen quaestie off deliberatie van een Forum Militare: maar hier is de quaestie en deliberatie, (q~) off het ingeftelde Forum Miiitare moet verandert! Off een oude CoRume welke met Privilegiën en Grondwetten van den Lande doorgaans ega\yk geconfiderecrt, geconferveert en gemaintineert worden, geaboleert en te niete gedaan moet worden! En off een ingebeelde en arbitraire billykheid , gefundeert op onkunde en vooroordeel, dan off het gemeene Regt in defen pravaleeren moet. Men oordeelt niet noodig een Apologie voor de Judicature van den Raad van Staaten en van de Krygsraden hier te maken, dog men kan met waarheid feggen , dat , gelyk Jure Romano het Forum Militare is geintroduceert mere Litigantium , gelyk hier Voorcn uyt de L. 6, Cod. de Jurisd. omnum Judicum is aangemerkt, fo ook meenigmaal de Raad van Staaten met pratende van den Domiciliairen Regter Ovaar van in het vervolg gefproken zal werden) en ook met prateritie van andere Ordinaris Regters door middel van arT rest hy de Burgers, pretenfien hebbende ten laste van Militairen , is aangefogt geworden, om de faak voor den Raad van Staaten te brengen , de gewoonte daar van zynde, ab voorens dat eenig Mandament verleend word, de partyen tot accoord te induceeren, waardoor gemeenlyk geëfféctueert word , dat de faaken in der minne werden afgedaan, en dat op f» Dit moest bewezen worden, zo dra men 't Forum Militare verder uitbreid dan tot delicta ptre Militaria,  FORUM MILITARE. 3u op meenigvuldige Requesten welke van Burgers tegen Militairen over civile fchulden geprafenteert worden, feer felden een provifie van Juftitie verleent word, behalven dat de lange train van Procedeeren voor de Ordma, ris Regters, de meenigvuldige onkosten die daar door veroorfaakt werden , en de impresüe, welke de Borgers niet fonder reeden hebben, dat de Officieren niet gaarne over deugdelyke fchulden voor den Raad van Staaten compareeren, reedenen zyn welke veeltyds de Burgers uyt haar eyge verkiefing doen addres feeren aan den Raad van Staaten , gelyk luiks aldaar dagelyks voorkomt. • 1 ■■ Doch het geen de gepretendeerde hardigheid, welke tegen dat Priviiegium Forii, m Regten bekent, onder de naam van praefcnp. tio Fori, werd ingebragt , fo niet geheelyk wegneemt, ten minsten veel verfagt, is. Voor eerst, dat een Burger nooit met een Militair behoeft aan te gaan eenige handeling , dan onder renunciatie van het Priviiegium Fori, fiet onder anderen Voet de Jure Militari Cap. 7. ; ;1 . Ten anderen, dat de Militairen, welke hier te Lande gehuyst en gehooft zyn, off fixurn domicilum hebben, ook te regt ftaan over Civile Saaken voor haaren Domicihairen Reg ter- De eerRe van dc voorfz. twee aanmerkingen doet fien, dat een Burger, aan wien het Forum Militare niet aanftaat , eenig contraft van importantie willende aangaan met een Militair, fig altoos daar tegen pra> cautioneeren kan: de tweede doet fien, dat V 5 het  312 VERHANDELING VAN HET het Privilegium Militare hier te Lande nooit een obftacul zynde aan den Domlciliairen Regter om een Officier gehuyst off gehooft, off fixum domicilium hebbende over Civile Saaken voor hem te regt te doen ftaan eygentlyk de geheele gepretendeerde hardigheid van het Privilegium Militare, daar op zoude uitkomen, dat de Militairen overal in haare Guarnifoens plaatfen niet ook gefubjeóteert worden aan de Judicature van de Magiftraten van alle die Plaatfen , alwaar fe Guarnifoen moeten houden , tot welke Magiftraten en Plaatfen de Militie geen andere relatie altoos heeft , dan alleen dat fe daar voor een korten tyd Guarnifoen houd. De grootfte , fo niet de eenigfte objecie, welke tegen de Judicature der Krygsraden gemaakt word is , dat de Krygsraden gecompofeert zynde uyt Officieren, welke GEEN KENNIS HEBBEN VAN CIVILE SAAKEN: dit is feekerlyk een fwaarigheid van die natuur, dat daar aan niet genoeg geremedieert is, door het ftellen van een bequaam en ervaaren Practifyn tot Auditeur Militair by de refpeétive Krygsraden , welke volgens haar Eed en InftruéHe verpligt zyn de Krygsraden te dienen van haaren raad en advis; dog de meermalen aangehaalde Profesfor Voet de Jure Militari Cap. 7. geeft aan de hand een middel, waar door het voorfz. inconvenient geremedieert kan worden , quod fi forte, fegt hy, Militum prcefefti fint Juris imperiti et ignorant plane Legifiatorum placita, reperitintur Juris-Confiulti, ab illis confilia pofiulent, il-  FORUM MILITARE. 313 illorum fequantur nixam legibus, exemplis , rebusque Judicatis fultam fententiam , non id_ mdecoruni, non vitio vertendum &c. en het dient hier tot volkomen wegneeming van de voorgemelde fo populaire fwaarigheid , fyne l yfondere opmerking , dat de voorgemelde Raad in de praétyk gevolgt wierd , fodanig, dat genoegfaam nooit een faak van eenige importantie by de Krygsraden werd afgedaan , dan met advis van 's Lands en andere Advocaten, en dat mitsdien tegen de Krygsraden de voorgemelde fwaarigheid met geen meer fundament geallegeert kan worden , dan tegen een groot deel van de Ordinaris Rcgters hier te Lande, welke op gelyke wyfe regt doen. Defe Verhandeling is albereyts te lang gevallen , dan dat men fig nu hier nog breed zoude uytlaaten omtrent de rcedenen welke voor het Forum Militare in Civilibus in het Roomfche Regt, en by de Regtsgeleerden te vinden zyn , als meede omtrent de inconvenienten , welke het fubmitteeren der Militie aan de Burgerlyke Magiftraaten van haare Guarnifoens plaatfen ongevoelig na fig fleept, welke bereyds hier vooren met de vinger zyn aangeroert. Men kan egter met ftilfwygen niet voorby gaan eene reede, (rj welke van den beginne af aan veel gecontribueert heeft, om het Forum Militare, volgens de Roomfche Wetten met de voorfz. notabele uytfondering van het Forum Domicilii hier te Lande te introducee- ren, (r) Reeds breeder aengehaeld in de Memorie over de Miiide van den Staet, Hoofdft, XIH. El. 223.  314 VERHAND, van het FOR. MIL. ren, en welke nog heeden ten dage het voorfz:. Forum Militare noodfaakelyk maakt, namelyk, dat het groot getal van Engelfche Schotten , Franfchen en andere vreemde Officieren, die den Staat van het begin af heeft in dienst gehad hier te Lande niet gehuyst of gegoed zynde, en van den eenen dag tot den anderen van Guarnifoen veranderen altoos gemakkelyker in Regten betrokken hebben konnen worden voor den Militairen dan Burgerlyken Regter , fo in opfigt van 't vervolg der Proceduren, en voornamelyk van de executie der Vonnisfen by verandering der Guarnifoenen; de geheele Militie en alle de Krygsraden famen , resforteerende onder een Superieuren Regter, wiens gefag en Regtsbedwang aan geen Plaatfen bepaalt zyn, namelyk onder de Raad van Staaten. DRUK- /  DRUKFEILEN. De afgelegenheid van de Pers, en de fpoed om dit Ma