1096   D E WA NHOOPENDE CORPORAAL, of de Z W E T Z E R door den drank VERWONNEN. B L T S P E L. Judicare de aliis periculofizm> de fe utile tjuidera, fed valde difficile. il. P. T. B. Te AMSTERDAM, Ttt J. WEE GE, in de Kalverflraaé; hdcclxxxvii;   VO O R REED % AAN DEN LEEZER! l~Cen Boek zonder Opdragt is even ala een Dame zonder Coiffure en echter ben ik nooit meer met een opdragt verlegen geweest, dan by dit BJyfpel. He| zweet breekt my uit van verlegenheid! Aan wie zal ik het opdragen ? Doe ik het aan een Theologant, die zal zich gehoond vinden, door zyn naam te zien pronken voor een Comedie van een dronkemans gezelfchap, alzo de meeste van die Heeren zo advers zyn, om elkander vol te pooijen, dat het zelfs een Crimen hefen by hen zouden zyn. Doe ik het aan een Jurist, deeze zou zeggen; wat voordeel geeft my dit? hier is wel questie, maar niet om geld aan te A a yër.  iv VOORREED Fi verdienen, wyl de zaaken reeistem'ddelt zyn. Doe ik het aan een Medicus, deezè zal zeggen: Deeze opdragt is in myn nadeel, want indien de Menfchen, zo nu en dan hun maag &. &, eens ontlasten van overtollige niet wel verteerde fpyzen, dan mogen wy onze bul welaan den kapftokhangen en wat anders by de hand vatten. Doe ik hetaaneenuitdefchaarederPhilofophen, by voorbeeld een Astrologus* deeze zoude te onvredenzyn, en zeggen: ik bemoei my met geen ondermaanfche dingen — zulks is beneden onzefphercel Doe ik het aan een Mathematicus, daar moet alles zo regt, hoeks, fchuins, vierkant en in den haak zyn, dat hymyn werk gewis zal afkeuren zo 'er maar een letter in  VOORREED E. v fchreef in fiaat. Dus dat kan ook niet. Doe ik het aan een Literator, öi wat had ik dan niet een fchrikkelyke correctie te verwachten! —- Een prul van een Comedie aan my op te dragen, welke grimmelt van de fouten ! * Hoe komt het de Man in de gedachten ! Ik hou- de my ten hoogfte beledigt en zal nu zyne groove misflagen , tot zyn fchande, aan den da* leggen, ja, hem toonen wat het zeggen wil, een Criticus aan het- hoofd van zulk een vodde ter befcherming te doen pronken. 't Best is het dan: het aan my zeiven te doen, als zjTnde de Vader van het kind. Dronkenfchap heeft uitwerkingen waar over een nugter Mensch zich moet verA 3 won»  Vi VOORREED É. wonderen. De een is ryk, fchoonhyfchat arm is. De ander bezit al het verftand alleen, hoewel 'er veelen op een befloten plaats loopen, die hem daar omtrent zeer Verve den loef affieeken, zo fterk als Leeuwen zyn zommigen , daar zy flegts de kracht van een kind bezitten. Andere weder zyn fchoon en denken datAdoon de vlag voor hen zou moeten iïryken, met een woord, de meesten dronkaarts willen meestal alle de bekwaamheden gelyk hebben , welke een douzyn bekwaame Menfchennaauwlyks met elkander zouden kunnen bezitten; en daar zy , die door het nat van Bachus beftooven zyn, zich niet zelden met religie twisten inlaaten, zo dreb ik dit Bï.yfpel flegts inricht, niet om dee^  VOORREEDE. viï deeze of geene religie te gispen, maar om dezulken in hun belachelyk figuur voorteftellen en te gelyk aan te toonen, dat geen dronkaart, en vooral niet in den kroeg, bevoegt is, om over religie zaaken te fpreeken. Mag dit myn werk eenige verbetering in de levenswyze van zodaanige fnaaken te weeg brengen , dan zal ik my verheugen 'er eenig nut meê uitgericht te hebben, Hy fpiegelt zich toch zagt, die zich aan een an* der fpiegelt. Verder zal ik my weinig bekreunen aan 't geknibbel van vitzieke Criticusfen, en lachen terwyl zy zich, met een gefronst vooihoofd, aan myn werk vermoeijcn. VER-  VERTOONERSï CORPORAAL. SERGEANT. VREDËNBURG LfUGTH ART. HOSPES. KAATJE, Meid van den Hospes. {Het Tooneel verbeeld'een Kamer ineenHerierg)  l)E WANHOOPENDB CORPORAAL, OF de Z IV E T Z E R door den drank VERWONNEN. Dan —— eerst een fris glas wyn Gedronken. (hy geeft hem een glas wyn ,) Daar, myn vriend! 't zal uw gezondheid zyn. sergeant. Dat top ik, beste Vriend 1 een glaasje wyn te drinken. Dat komt my nooit onpas, kom anlaat ons eens klinken. corporaal, na dat ze eenige keer en gedronken , en gektonke» hebben. Allons! geef nog een fles vyf zes van 't beste zoort. sergeant. Braaf ook Corp'raal! zo gaat het hartzeer naar de koord. kaatje. Daar zyn 'er vier, myn Heer! nu kunt gy vast beginnen, Straks komt de Castelein met meerder wyn nog binnen. B s e t-  18 DE WANHOOPENDE CORPORAAL, SERGEANT, naar dat ze weder «enigen ket' ren gedronken hebben* Zie zo! nu ligt de grond. — nu van ons avontuur Gerprooken. fpreek nu op, van al uw zoet en zuur. corpora At: •k Heb twintig jaar gediend — het Land hier rond gezworven, Gevaaren uitgeftaan,doch nimmer iets verworven Van al wat ik verzogt. beloften kryg ik wel, Maar als het daar by blyft dan is 'i flegts apenfpel. Ik wanhoop dus, myn Vriend ! oaiooitteavan- i'eeren. kaatje. Dan denkt gy als Corperaal te moeten afmarcheeren, Wanneer monsfieur de dood uw komt bezoëken? corporaal. Ja' D at zit 'er voor my op. • kaatje. Kom ! kom! gy zult wel dra C-eholpen zyn, dat 's vast, of 't zou my ver ontfchieten, ou jy maar moed! laat u het wachten niet verdrieten. S 5 ü  B L T S P E L. | i9 SERGEANT. Hoe drommel kan het zyn , 'k kwam ook hier als Soldaat, Hadkennis vriend, of maagd, ja zelfs geen goede maat, Ik liep zo hier en daar wat trentelen en dwaalea En mogt toch met 'er haast Louis zyn gunst behaalen; . . Waar door 'k in korten tyd Sergeant wierd, flegts uit gunst, Want tegen jou gezeid, ik wist niets van de kunst Des krygs, 6 neen! 't is waar, ik keek elk trouw naar de oogen, Die my verheffen kon, door aanzien ,of vermogen, En bleef uit kit en kroeg CORPORAAL. Het laast' heb 'k ook gedaan, Maar op de leeningdag moet 'er een flesje ftaan. VIERDE TOONEEL. SERGEANT,CORPORAAL,KAATJE HOSPES. CORPORAAL. . Z° Hospes ben je daar, komfchenk nu uit den treuren, ' Wy moeten deezendagnueensterdeegbonneurett B 2 Q«-  ao DE WANHOOPENDECORPORAAL; (tegen de Sergeant") Avoes» dat gaat je voor! toe Hospes fchenk; maar voord! sergeant. Dat gaat fe na2r! corporaal. Jy bent een Kaerel van je woord! sergeant. En waarom niet? Ja, Vrind ik durf de boel wel toppen, Men nodigt my niet lang,of ik ben op de proppen. corporaal. Ik wist by dut en datniet, datje'erzoeen was, sep geant. Is 't waar? Neen Corporaal een volge- fchonken glas, Verbaast my nooit! myn Vriend! kaatje ttrzyde. Dat gaat hier vry wat lugtig , In eenen teug herraus, dat kan niet lang zo klugtig En grappig blyven • Neen ! de wyn gaat in den Man. De Geesten naar het hoofd ,de wysheid in de kan, Dat zal hier zeker zyn. cor-  B L TS P E L. 21 CORPORAAL. Schenk in, ik heb nog fchyven! Ik! ik blyf Corporaal, daar 'k leezen kan »a fchryven, Zoo'n twintig Jaaren lang! HOSPES. Ja vrind, zo gaat het veel, H'y die 't her meest verdient, krygst veel al't flegfte deel. VYFDE TOONEEL. SERGEANT, CORPORAAL, HOSPIS, L UGTHART. LUGTHART. Wel zo, dat gaat hier goed —— ik kon nooit beter komen, Als hier, want ik ben graag daar men de wyn ziet Uroomen. CORPORAAL. Daar, wil je Zuipen? daar ik! ik tra&eer van daag! L U GUUR T. Wel, zou ik niet Corp'raai! ik accepteer dat graag! B 3 Maar  c» DE WANHOOPENDE CORPORAAL. Maar hoe kom jy zo bly, zo lustig aan 't tracteeren , Heb jy van rleezen dag jou inkomst zien vermeeren ? CORPORAAL. Ik mogt de Duivel, 'k heb al twintigjaar gegaan Als Corporaal en 'k moet voor andren agtet ftaan, Die vry wat jonger zyn en lang die kundigheden Niet hebben, die ik heb. LUGTHART. Nou 't ergst is nou geléden, Niet waar? CORPORAAL. Het mogt de droes, 't was heden al weer mis , Daarknietandersdogt, ófik zou nu gewis , Sergeant geworden zyn. LUGT HART. Wel dat gaat, by me zooien, Nou ook te ver. Qterzyde,*) Die zot zyn harfens zyn acn dooien, Dat 's vast. Kom an, myn vriend! laat ons die fmert en pyn. .... Eens mi verjaagen met een frisfche roemer  B L T S P E L. aj corporaal. Ik ben niet acre van zints! lu gt hart. Braaf ook, want in het booste , En 't aller dolfle kwaad, kan ons de wyn toch trooste. (ter zyde) Of ik hem geeven zal! sergeant, tégen de Corpora*!. Maar zeg eens cammeraat, Waar gaat gy wel ter Kerk, als gy ter Kerke gaat ? corporaal. Wat wondre vraag is dat! te Kerk! wie heeft zyn leeven! Wie Duivel het die vraag jou in den mond ge- geeven? De Kerk doet in den dienst zo veel, als niet met al. lugthart. Dat is waarachtig zo, als ik het zeggen zal, Ga deur zo Corporaal! jy hebt gelyk! sergeant Wilt weetcn, Dat by die Roomsch is hier wei eensjcs wordt vergeten. B 4 coi-  34 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. 'CORPORAAL. Vergeeten zeg je! wel hoe duivel kan dat zyn? LUGTHART. Dat 's fchande! wagt, hier op past wel een roeuier wyn. CORPORAAL. Ja, by den hond zyn ziel! — vergeeten durfjy zeggen? Gy moet my deeze taal wat klaarder uit gaan leggen. SER GEANT. Gy weet de groote Kerk, in Neerland voerd 't gezag, Hoe wyd en zyt 't gebied van haar ook weezen mag; De Roorofche zal zy nooit in hooge Ambten (tellen, Om dat die door hun magt den Staat niet zouden kwellen. En dit is de oorzaak ligt, waar uit uw rampfpoed fpruit. c oR PoRAAL. Hoe duivel nou! 'tgeloof.' ———• dat kwam my nooit ter ooren , In twintig'jaaren kwam my dit nog nooit te vooie», Dat gy daar zegt. SER-  B L T S P E L. 35 sergeant. Nou ji dat kanwel zyn, myn Vriend! Maar 't paufelyk gezag heeft dat niet uitgediend, In deeze Landftreek? 1 corporaal. Wel, is dat daarom te zeggen, Dit hy die Roomsch is nou ook ftaêg moet agter leggen; serge a n t. Ja vast! corporaar. Ben jy dan geus nieuwbakken Heer Sergeant ? ser ge ant. Wel neen een Luterschman! corporaal. Dat 's boven mynverfiand 'k Dacht, dat men geus moest zyn, om ambten te optineeren? En jy een Luterschman komt hier voort in de kleeren. lugthart, tegen de Corperaal, Dat is alleen Louis dien dikken droes zyn fchuld. (tegen de Sergeant.} Heb jy ook zyn portier de handen niet gevuld, Eer jy dat ambtje kreeg? B 5 Ah  16 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. SERGEANT. i Dat is jou nooit gebleeken! LUGTHART, tegen de'Corporaal/lil. Hy is voor vast een Mof, en die hoeft niet te fpreeken. Als hy wat hebben wil, voornamentlyk, myn , Vriend, In Militaire dienst—daarkrygt hy't onverdiend. CORPORAAL. Dat hem de Duivel fla! SERGEANT. Wat preevelt gy te zaamen. LUGTHART, tegen de Sergeant. 'k Zeg dat hy drinken moet. f kern terzyden trekkende) Wy moeten 't zo beraamen, Dat hy ftraks ftyf Ugt. CORPORAAL. Maar Louis is nou toch weg! lugthart. Dat is hy, maar zyn geest, zeg maar dat ik het zeg. Zwerft toch nog overal. S E R g e A N T. Gy moet van hem nietpraaten, Zo hoonend ,ofgy zuil u»v bloed nogmocten laalen logt-  B L T S P E £. n lugthart. Nou, nou myn beste maat, Onftel je maar zo niet. word jy zo fchi'e- lyk kwaad ? Wel foei! dat ftaat niet mooy! sergeant. Leg niet met my te gekken; lugthart. Wel nou , wat zou het dan ? sergeant, de hand aan den Sabel Jlaande. Ik zal. ■ lugthart. De Sabel trekken! Kom an myn beste maat ! kom an dan ben ik klaar (zy trekken van leer} de hospes, tusfihen beiden komende. Hei, heeren! wat is dat, dat moet niet weezen... ( corporaal. maar Laat hen begaan!... hospes. Neen! neen! ik zou in fchade raaken. ZES-  a8 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. ZESDE TOONEEL. sergeant,corporaal,lugthart, hospes, kaatje. kaatje, verbaast "Wel hei! waar moet dit heen. — Kom wilt toch vreede maaken, lugthart. Neen neen dat hy noukome allons! ik ben gereed. kaatje. Neen neen (teek op Sergeant! sergeant. Nou 'k zal, om dat ik weet Dat hy een Zotskap is maar anders. lugthart. Mogt ik vreezen Niet waar Sergeant ? hospes. Kom! kom , 'er moet nou vrede weezen. kaatje tegen lugthart. Toe drink de kwestie af lugthart. Üm jou zal ik het doen. De  B L T S P E L 29 De corporaal, geeft hun elk een glas ÏVyn , en zy drinken. Wat nou Katryn! kaatje. Wel niets (zy gaat naar V einde van 't Tooneel.") lügthart, haar naar lopende. Neen, eerst een lekkre zoen. Myn fmodderfmoeltje! kaatje. Nou, myn Heer leg niet te mallen. lugthart. Ja! dat kan zulk een Meisje als jy bent niet gevallen ? ffjy kuscht haar nogtrtaals.') ZE.  jo DE VVANHOOPENDE CORPORAAL. ZEVENDE TOONEEL. SERGEANT, CORPORAAL, HOSPES , LUGTHART. , CORPORAAL. Nou ftilte, en nou nog eens met overleg gepraat. L 1 GTHART. Van drinken! ja dat'sgoed waarachtig, jadatftaat My wonder aan 'k ben blaauw, 'k zal altyd om jou denken. SERGEANT. Wel! als je zuipen wil, dan moet jy ook eens ichenken. HOSPES. Kom , Heeren ! als 't je blieft wanneer je wat mankeert, Spreek toch maar dadelyk wanneer je flegts begeert, Dat reediyk is, dan kunt ge bymyalles krygen. LUGTHART- Ook geld ?' HOI-  B L T S P E L 31 hospes. kyk naar myn oog! myn Heer wil daar van zwygen. CORPORAAL. Daar zuip! havoes Sergeant, dat blyf jy nou ook vast, Louis is nou toch weg. hospes. Zvvyg toch van deeze gast. Hy heeft verdiende Loon. Corporaal, op de Sergeantwyzende. Daarom moet hy ook fterven Sergeant geus moet men zyn, wilmen een ambtje ooit erven. sergeant. 'k Ben toch niet Roomsen, als gy. corporaal. Al ben ik Catolyk En jy eenLuterfchman, dat is daarom geen blyk Dat ik, zo wel als jy, ook geen Sergeant mogt worden! Öy zyt zo min als ik toch van der Geuzen orden. LUGTHART. Gy hebt gelyk Corp'raal, een man gelykalsgy, Die twintig jaaaren droeg, het Staaten liverey En  32 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. En zich zo wel gedroeg moest vast dien eer genieten, Dat men voor't alierminst hem Vaanderijj kon hieten. SERGEANT. Ja, maar men telt ons ook al onder *t grootfte foort. CORPORAAL. Wel Sinjeur Luterlchman weet jy wel waarjy hoord? SERGEANT. Wel nou! CORPORAAL. By Muiters die'en Kerk en Land beroerden , Ja, die de onnoosle leek, door duivels list vervoerden , Dat zyt gy Luterschman; en was ik Officier, Gy waart nog (legt Zoldaat, dat zweer 'kuby 't rapier SERGEANT. Ook gy, gy zoudt Soldaat, by my nog zyngebleeven, Jou zotskap daar jy bent wel wie heeft van zyn leeven .•.. HOSPES. Zagt Heeren fcheid toch uit, eer dat het hoo- gcr loopt, Hy  Ê L T S P E L 33 Ily moet panisch vreedzaam zyn, die hier een flesje koopt ; Een yder b'yft in 't zyn, men moet efkaê:-verdragen Al denkt men different » 'k hoor graag. om flesfen vraagen, 'Maar rot gekyf, geraas, gevecht in ëenen kroeg , Daar toe is 't laatste uur voor my nog veels te vroeg. LUGTHART. MW hy oleef twintig jaar Corpraal; en dat 's niet eerlyk. Wat dit en dat is dat! COSPORiAL, En was ik nog begeerlyk Dan was het nog wat aCrs,maar kyk dat ben ik niet LUGTHART. Wel neen dat ben je niet, jy was uit het verdriet Was jy flegts Luitenant. —— Maar nou eens1 " "ingefehonken En dan een boorde vol in eene leeggedronken,, HOSPES. Komt Heeren, als 't u blieft! CORPORAAL. Schenk ook voor jou eens ia Dan ben je een braave vent. c Érw.  34 DE WANHOPENDE COR.POR.AAt* hospes. Daar fpreek je naar myn zin Kyk! ik hen niet met al en 'k heb toch een Of* ficie. sergeant. Wat dan V hospes, met een trotfche houding. Wel.' fchenker, heer! van de edele Militie, sergeant. Geef daar zes flesfen op, en wenfch my ook geluk- Mst myn verhooging! corporaal. Hou! ik zuip niet op dat fiuk, sergeant. Dat heb jy in je keur, 'k zal u daar toe niet dwingen. hospes, ke fits gevende. Zie daar myn Heer Sergeant! wel 'k zou vaa vreugd wel fpringen , sergeant. Schenk ook een glas voor u. hospes, een diepe buiging makende. Als 't u belieft, myn Heer i lugthart. Nu zo veel franjes niet! —- h o 8-  Ê L T S P E L. is H os P ES. Dat eischt het punt van eer, ïlfor weet je wat, mya Vrind! ik kan eenhand dik groeijen. Wanneer 'k myn evenmensch in welftaud mag zien bloeijen. corp opaal. Een Luterschman verhoogt: dat kan ik niet ver* duuren ï 'k Heb twintig iaar gedient en ben ftaêg in dó luuren Géleegeh 9k wou de droes!....» HOSPES. Wel blyf maar die je bent! Nog-twintigjaarenenjy hebt joü gagement, Dan is je kost gekogt, dan kunt ge, als Heer* gaan wandelen j Of als het ügelust, het vistuig eensjes handelen, LUGTHART. Ka veertigjaargedknd, weljypraatmeêal wats Zou hy nogloopen met het zelfde kleed aan 't gatl Kom! kom! —<■ c or pöra AiJa 'k heb de ftok al veels te lang gedragen! LUGTHART. Hy moet nog Luit'nantzyn! ——— C a ♦er- iü  36 DE WANHOOP E NDE CORPORAAL. sergeant Maar de ergfte aller plagen Is de ontcvreedenheid, weet gy dat wel ? -— luct ha kt, op de Corporaal wyzende* Een Man Als hy, die op een top geheel de Krygsdienst kan, Die moe?t men, hymen zak, in 't eere kleed tcch fteeken. hospes. Ja 't gantfche Waereld rond, is immers volg:breken, (tegen de Corporaal) Misfchien wordt gy Sergeant van de oude Luidjes, Vriend! Of invalides... lugthart. Hy heeft beter post verdient! Wat duivel! was 't aan my.'k zou hem Kaptein nog maaken, En wef van dezen dag zou hydie vreugdefmaaken. hospes, ter zyden. Dan kon hy op een ftoel nog zitten aan de poort, En voeren, als Sergant, by de oude lui het woord: corporaal. Als ik na veertig jaar ook eerst kan avanfeeren, Dau  B L T S P E L. 3? Dan fterf ik deezen dag nog liever in deez'kleeren. (tegen de Sergeant.) Ik Corporaal, en jy een Luterfchman, Sergeant! sergeant. Dat ben ik ! ja! maar kyk ! je mot me niet choqueeren. Of 'k zei je mee dit (kalde lenden daadlykfaiee- ren. lugthart. Bedaar Sergeant! bedaar ! of anders , beste maat! Dan ben ik weêr je man; kyk! ben je een braaf Soldaat Sla dan geen dronke lui.... corporaal» Kom Hospes, wil maar fchenken! Een Luterschman Sergeant wie duivel zou dat denken! sergeant. Wy zyn ook proteftant, men maakt geen onderfel) eid. corporaal. Dat liegt gy door uw baart! lugthart. Dat 's voor de vuist gezeid! C 3 seb'  38 DE WANHOPENDE CORPORAAL* sergeant. Parbleu! dat gaat te ver, dat kan ik niet gedogen! k o s p e s, tegen de Sergea-nU Wel dat hy dronken is , ziet gy toch voor uwe oogeir. lugthart. Daar drinken wy eens op! • cor pqraal. Ta : wat was Luther toch ? —^ sergeant. Een, braaf een eerlyk man... corporaal. Een kaerel vol bedrog, Een die de Kerketugt niet langer wou verdragen, Ja, zonder Vrouw in niets, hoe braaf ook vondt behaagen. sergeant. Neen prul! hy zogt flegts orde in 't Kerkelyk gezag, En bragt veel guitery en feilen aan den dag! lugthart, lachende, Ha! ha! zo gaat het goedl hospes. Myn Heer, wil hen nie-t ftyven ! h 0S-.  B L T S P E L. 19 tüGTHART» op denSergeantwyzende. Als men niet vechten durft , dan moet men flegts maar kyven, Gelyk een appelwyf. CORPORAAL» Dat is zo Cammeraatl Maar 't vechten met de kling dat voegt een braaf Soldaat. Hy 's Lutersch.... SERGEANT. Ja! en kom voor deur dan zal'k u toonen ! Als dat een Luterschman zich van geen Paap laat hoonen, Al ben Jy dronken, kyk, dat fchrollen duurt te lang. lüHTHART. Allons, Corp'raal! altons! CORPORAAL, Wel kom ! ik ben niet bang! Hy jlaat zyn hand aan zyn Sabel en wil opftaan maar valt daadlyk omver, LUGTHART, lachende. Ha! fta! van zoo'ngefchil zou m' eenComedie maak en . HOSPES. Kom, vrinden! drinkthet of, —— Kom, toe laat al die zaaken... C 4 AGÏ-  4'o DE WANHOPENDE CORPERAAL, AG1 STE TOONEEL. SERGEANT, CORPORAAL, LUGTHART,-» hospes, viiEdenbur g9 fchiflyk opkomende. vrepenburg. Wel wat is hier te doen? -* kaatje. Ik ben 'er van ontfteld j v r g d e N b ü r g. Ik hoorde Huizen ver het vreefelyk geweld: — Vf zal een hoope volk hier voor het huis ver» gaéren. Als gy zo au blyft gaan.... kaatje. . . Och, Heeren! wilt bedaaren. LUQ1HART. Wel lieve Ka! 't is niets! KA A TJf.. 't Is evel neg niet fliil vrede n burg. Kom, laat ik fcheidsman zyn zeg my, wat 's uw geichil ? u OS'  B L T S P E L. 41 hospes, op den Corporaal wyzende. Hy heeft wat in he: hoofd en is niet wel te vre« den , Hy 2west 9 by hoog en laag!... lugthart. Hy zwest niet zonder reden Hy droeg reeds twintig jaar met roem het S tanten ftaal, Eu by den hond zyn ziel, hy 's nog maarCorp oraal. sergeant. Hy is een dronke lap,dieftadig zit te fchroileri corporaal, opftaande. Neen 'k ben niet dronken ! — wagt kaatje. Ja wagt hy moet weer rollen 1 ( de Corporaal valt om ver,) Daar ligt hy waarlyk al! lugthart. Die arme Corporaal, Maakt hier van dezen dag een bittre zegepraal. sergeant. Dat doethy, tmar hy 's 't waard, want hy ligt fhêg te morren \ Om dat ik hooger ben dan hy... . C 5 KA AT-  4a DE WANHOPENDE CORPORAAL. kaatje. Kom, niet te knorren, sergeant. 'k Wkrd in drie jaar Sergeant, ditfteekthem.. corporaal. Dat 's niet waar Gy liegt het «—►» neen ik zeg, ik diende twintig jaar, En nog ben 'k geen Sergeant! Moest ik dat ook niet weezen? vre den 3 u r g. 'Er is geeticenen wet daar gy dit in zult kezen. sergeant. Hoor! hy is Roomsen, myn Heer! nu weet men voorgewis,, Dat 'er voor hem dus niet veel groots te kry- genis..,. corporaal, Ja dat hebt gy, verwaand my in den neus gevreeven .... sergeant. En daarom maakt hy nou zoo'h of gedoclert leven! v redenburg. A'sfs hy Roomsch gezinddien braaven Corperaal Hy draagt voor 'tLand toch ook met moed het |ieldeïittaaj, COR-  B L 1 S P E L.. 43 corporaal. Voor twintig jaaren dienst, mogt ik nog niet verwerven, Om bier Sergeant te zyn: wie zou de moed niet derven Die zo lugthart' Kom fclienk maar in 't ichagryn moet aan een kant. -r— cor pora al. Dat 's goed maar geen gelukgewenscht aan dien Sergeant! Zou hier een Luterschman in eer en aanzien ftygen, En ik, al ben ik Roomsch, maar ftadig zitten zwygen. lugthart. Kom veegen we een bokaal gantsch leeg tot aan den grond. vredenburg , debokaalin de handhebbende. Nou Heeren, rust en vreê gezamentlyic in 't rond! lugthart. Braaf ook! hospes. En nou niet meer van het geloof te fpreeken, vredenburg. Rom, geeft elkaér de hand en laat de ruzie fteeken. Spreekt  44 DE WANHOPENDE CORPORAAL. Spreekt morgen, by den dag, daar liever 'tzaa- men van Het- is een teere zaak.... SERGEANT. Dat 's goed ik ben zyn muil! VREDENBURG. Hy is nu buiten ftaat om zich te defendeeren. SERGEANT. Op morgen moet hy ook den hoon my repareeren Die hy my heden doet; hy moet dan voor de punt! LUGTHART. Dat 's Goed! zoo'n grap word uenhemvanmy gegund! VREDENBURG. M iar was het niet het best, alsm'ukon 'tzaam yeréénen ? CORPORAAL. Ncïn , met geen Luterschman! fta vast myn trouwe beenen. - C/fy Svilopflaan maar valt naast zyn ftael) LUGTHART, tegen de Corporaal. Hoe , vaijc beste maat? CORPORAAL. Neen 'k weet wel wat ik doe. KAATJE, met Lugthart de Corporaal weder op zyn Jloel helpende. Blyf zitren Heer Corp'raa! gy zyt thans veel te moe. Hos*  B L T S P E L. 45 hospes, tegen de Sergeant. Hy *s rtrrmers buiten ftaat, wil u aan hem niet ftooren. sergeabït. *t Geduld is uit! LUgthart, Lachende. Ja, 't is niet meer omaantehooreni vredenburg. Kom drinkt de kwestie af: die twist moetbygeleid! Gy raakt beid' in arrest, zo zich het gerucht verfpieid. corporaal. Het wclzyn van den Paus moet dan nog eerst' gedronken! vredenburg. Pat 's goed! — kom Castelynï de glazen vol gefchonken! sergeant. Daar hou ik my niet aan.... lugthart. E;i 'k hou my aan de Wyn! VREDENSUrg, tegen den Sergeant. Nc-u kom!.... sergeant. Neen 't allereerst moet Lutersch welzyn zyn. vre  4$ DE WANHOPENDE CORPORAAL* VREDENBURG. Och! fehikt.het in, Sergeant! gy ziet hy wil toch dwingen , En blyft daar om geitaêg zyn ouden deun maar zingen; Hy is te ver i eeds weg, om hem te keer te gaan. — Toon dat gy wyzer zyt. — Ik bid u! laat u raênl CORPORAAL. De Paus moet 't eerst al zou het onderst boven, keeren! LUGTHART. Braaf o >k Corporaal: braaf ook: ■■ vvil u ter deeg vervvetren: VRÈDENBURG. Hoor, Vrienden: uw gefchil, dat is en blyft een twist Als gy zo voord blyft gaan , het wordt dan nooit beflist. Laat ik dus fcheidsman zyn. — vredenburg, tegen de Corporaal. Wil todh naar reden hooren* corporaal. ïk doe het niet.... hospes, tegen de Corporaal. Wel 't zal gantsch in uw voordeel, lugthart, tegen de Hospes. En in de jouwes ook ; V. dan lever jy w;êr wynl —• corporaal, tegen Fredenburg. Nou 'k laat het dan aan jou, kaatje. Zie zo dat 's braaf gefprooken : "tls beter dus, als flraks elkander dood geitookeri lugthart, Kaatje omarmende. Nou fchat! men fteekt wd een.3, als is het juist niet dood; vaat-  4* DE WANHOPENDE CORPORAAL; kaatje, zich los maakende. Kam 5 kom , je maalt altyd! LUGTHART. Alloos, (chenk wit en rood VE.EDENBUB.Gi na dat 'er tivee zeer goot ebo~ kaaien vol gefchonken, en aan de Corporaal, en de Sergeant overgeven zyn. lioorj —— 'tPausfelyke hoofd kwam 't eerst t2 compareeren Dus moet hem het eerst met deezen dronk ver- eeren! Dan wordt hcLutersch beurt, wyl die daarna de kerk Wou reformeeren. LUGTHART. Drink! dat is een heerlyk werk! HOSPES. Recht zo Lugthart! CORPORAAL. Dat doe 'k !zie daar! — VREDENBURG. Maar daar in tegen. Zal men de tweede keer voor Luter 't eerfle kegen. Die zelve roemer. HOSPES. Braaf! kyk, Lugthart! zo moet 't zyn» Dien  B L T S P E L 49 Kom Hospes, vul maar weêr ten rand toe de Pocaalenl lugtha rt. Gaat het nou na je zin, zeg lieve lekkre ka! kaatje. Dat weet ik en myn Heer — myn Heer die vraagt 'er na! lugthart, haar pakkende. Caronje! kaatje. Nou myn Heer! heb 'k't nouweêrgegeeten! hospes, ep de Corporaalwyzende * die met de roemer nog dronken in de hand zit. Als hy dat binnen lapt, dan zal hy het wel westen! lugthart. Allons nou Corporaal! sergeant. Ja zuip nou, 't is gezond|~ (De c orp or aal, drinkt het glas half leeg.") Neen broer niet hallef leeg, 't moet uittotaan den grond. corporaal. Ik zal het aanftonds doen, laat my een weinig rusten. D tüCT*  go DE WANHOOPENDE CORPORAAL, lugthar t. Kom, kom wat fcheelt 'er aan, allons, met nieuwe lusten! (De corporaal, drinkt het leeg) Zie zo! dat is 'er in! (tegen Fredenburg,) Nou jou beurt goeijen Heer! Drink jy nou de Pocaal eens tot ons aller eer.— sergeant. Ja dat is waarlyk goed. ■ vredenburg. Ei wilt my excuzeeren! lugthart. Gy bragt dit glas ter baan, en zoudt gy refufeeren! Neen, neen dat gaat zo niet! gymoet 'er aan, myn Vriend! vredenburg. Wel, als 't dan weezen moet Fiat! (hy drinkt) sergeant. Kom Hospes! diend U zclven ook eens meê. hospes. Zo hoor ik gaarne fpreeken. lugt-  B L T S P E L. 5i lugthart. Nou ja een glaasje Wyn zou hier den koop welbreeken! —— hospes. Myn Heer, Sergeant! ik wensen unog alsKa pitein. Te zien!... sergeant, na dat dt Hospes gedronken heeft. Nou voor de Meid ook zulk een roemer Wyn! kaatje. Ik dank u wel, myn Heer! sergeant. Als jy het hebt genooten. kaatje. ó Neen! de reuk alleen zoü haast omver my ftooten; 'k Laat {til ftaan, om zoo'n glas te leegen — neen, myn Heer!... lugthart. Nou, kaa lief! doet het maar. — kaatje. Neen 'k dank je j op myn eer. 'k Was morgen zeker dood! D 2 lc7gt-  <% DE WANHOOPENDE CORPORAAL. lugthart. Dat zou my duivels fpyten.———« Ik wou veel liever reis een nagtjc metjeflyteu , En jou sergeant, op den Corporaal, welk reeds in elkander zit, wyzende. Schenk voor myn Heer 'tPocaaltje daunuar vol. lugthart. Braaf ook! hospes. Als 't u belieft, myn Heer! VREDENBURG. Dat is te dol! sergeant. Hy zit nog overend.! corporaal, ftamelende. ja geef nog een Pocaaltje .... sergeant. Ja, 't is nou Lutherse!} beurt! kaatje. Zit vast nou Cbrporaaltje! corporaal. Nten 'k zei niet ftryken ï lugthart. Foei! Couragie! ser.  B L T S P E L. 53 sergeant, tegen de Corporaal die het glas half vol wilovergeeven. Neen 't moet uit! vredenburg. Neen verg hem nou niet meer, Ge ziet dat 't hem nu duit. corporaal. Neen 'k ftryk niet.... sergeant, tegen Vredenhurg. Neen, hy moet het nou ooit ledigpooijen. Al zou ik voor den droes 't hem nu in 't keel gat gooijen! (tegen de Corporaal.) Het is voor Luther Vriend! corporaal, het glas uitdrinkende. Zie daar het is.... (hy valt van zyn ftoel) lugthart. 'er in ! kaatje. Ja, 't zal lang duuren! — kyk, nou hebje 't na je zin! (naar hem kykende) Dat "s mooi hy 's waarlyk dood! — sergeant. Kom, kom je wordtgeneepenl D 3 Toe  54 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. Toe Hospes wil hem maar eens naar de ton toe fleepen. Vat aan — daar gaat hy. KAATJE j terwyl de Hospes en de Sergeant de Corporaal van '< Tooneel fleepen. Ho! daar komt de boel al aan! lugthart, kaatje kusfchende. Kom liever eens gezoend, en laat hem maar begaan ! sergeant, naar voor en komende. Weg is de Corporaal! hospes, naar voor en komende. 't Is oorlog in zyn darmen. lugthart. Wil Luther en de Paus elkaêrdan niet omarmen ! hospes. Dat fchynt wel. lugthart. Wel wie is 'er dan nou in den ban. hospes. Zy zyn zowelverëend dat ik't niet zeggen kan! lugthart. Te weeten in de ton V hospes. Neen meesten part by zyën, k aa t-  B L T S P E L. SS kaatje. Wel dat's zo waar als'kleefal evelniettelyen.' kaatje, maar 't eind van V Tconeel gelopen zy.idc te rug komende. Die arme Corporaal! och! hy is wa„r« lyk dood! ■ — lugthart. Loop frnodderfmoeltje lief! s e e g e a n t. Kom, kom, hy heeft geen nood» hospes, tegen Vredenburg. Dat wist gy, goeijen lieer! al vvonderlyk te draa« jen. sergeant. Daar lirrt nu dien Britteur wiens haan moest koning kraaijen. vredenburg. Op zulke wsaters , Vriend! daar vangt men zulke vis. l u g t h a r t. Wel nou, wat is dat nou dat hy eens dronken is ? vredenburg. Het doet ons zien, myn Vriend, dat hy een zot der zotten, Een rechte fuoeshaan is, wel waard om meé* te fpottcn. O"  55 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. (tegen de Hospes welke is gaan zien hoe het met de C-tperaaJ is.~) Hoe zit het toch met licm ? — hospes. 't Was of hy eerst begon! — En als ik hem nou maar alleen rcgeeren kon Dan was het niets, maar 'k kan hem waarlyk niet meer tillen; Hy is zo zwaar als Icod ! lugtha5t. Koman. koman wy willen Hem meê wel in het bed.... kaatje. Neen, Iaat dat zo lang ftaan. Tot hy met zyn gemors geheel heeft afgedaan; liet houd ligtaanfiondsop.... vredenburg. Ja laat het zo langblyven. kaatje. Als hy het bed bemorste, ik kreeg dan zeker kyven. l u g tha k t. D.it zou my fpyten ka] ■ Bergkant, tegen de Hospes die weder is gaan kyken. Wel Kameraad, hoe is 't? hos»  B L r S P E L. i? hospes. ?k Loof, by myn keel dat hy heeftin zynbroek gepist! LUGTHART. Ha! ha! wel wat is dat! hy moet het ergens hiaten. Als 't hem benaauwt! —- niet Ka! kaatje. Ja , jy hebt maklyk praaten. LUGTHART. Welja 't is ras weer droog. — 'c is beter als in 't bed. KAATJE. Nou dat geloof ik ook. vredenburg, tegen de Sergeant. Wel nu, myn Heer, ik wed, Dat hy die firyd met u niet ligt weêr zal beginnen. HOSPES. Maar hy was dezen dag ook gantsch niet by zyn zinnen. SERGEANT, Dan moet hy in de kroeg niet fpreeken van 't geloof. LUGTHAH T. Gy hebt gelyk Sergeant! in kroegen en ten hoov' Kan  58 DE WANHOOPENDE CORPORAAL. Kan men die zoort van munt niet makkelyk gedoogen. vredenburg. Hy deedt toch wat hy kon en fireedt naarzyn vermoogen, Stondt pal voor zyn geloof en liefde tot zyn heer; En zulk een yverzugt is dunkt my hem tot eer. SERGEANT. Maar hy heeft zelf den ftryd het allereerst begonnen. Doch, door den dronkenfehap hem niet voleinden konnen. V R E D E N E U R G. 't Is uw geluk geweest, dat gy hem hebt gefopt, öf hy had u gewis voor vast den mond geflopt, SERGEANT. Dat kan geen Duivel doen ! LUGTHART. Nou, nou, myn Heer Sergeantje, Word toch niet kwaad serge & n t , verftoord. Hoe gy! VREDEnbug , tegen de Sergeant. Kom, kom, hy is een kwandje. Dat  B L T S P E L 59 -Dat gaarne fait, allons, daar moet geen kwestie zyn! lugthart, tegen de Hospes die nog eens naar de Corporaal is gaan zien. Wel, geeft de Corporaal nog meerder van zyn' wyn. HOSPES. Van boven houd hy op, maar 't zou my niet vervyonderen Als hy verandert was, en turfde nou vm onderen. ■ Hy ruikt naar muskus, Vriend! sergeant. Dan heeft de Meid een fooi! KAATJE. Ik vereer die aan myn Heer! kaatje binnen) lugthart- Zie zo Sergeant! dat 's mooi! HOSPES. Nu moest men zonder dralen Dien armen Corporaal eens van zyn legplaats haaien En brengen hem, daar hy tot aan den heldren das Kan ronken. ° lugp-  6o DE WANHOÜPENDE CORPORAAL, lugthart. Kom ik help, hoe hy ook fpartlen mag. (hospes, Sergeant, en Lugthart binnen") vredenburg. Zo gaat het als men 't leed wil door den drank verbannen! Het lyf wordt levenloos, terwyl men in de kannen *t Verftand laat ja, men is daar byzyn geld nog kwyt, Waar voor men niets bekomt, dan wroeging fchande en fpyt. EINDE.