1159   KORT en ECHT V ;S R H A A 1^ VAN HET GEBEURDE BINNEN DE STAD G O E S, Sederd den 20 Augustus tot den 22 September 1795DOOR A. W. E G T E EL Bekragtigd door de in hunne posts n of geschorte — door ds Bttrgtry herstelde — daar na in hgtènis gezette — doek thans wederom , door de tryé Volh-Stem , gedeeltelyk hémelde Munidfalitat der boven gemelds Stad. TE BEKOOMEN: Te Goes, by 'f. Huisman; Middelburg, P. Git* ïtsftn; Vlisfingen. Corbelyn en Maarsman; Zierikzee, voai dér Thoorn, van Zetten en de Vos; en voorts , in Holland by de voornaamfte Boekverkopers.-   KORT en ECHT V E R H A , A ' Lr VAN HET GEBEURDE BINNEN DE STAD , Cx O É & ' ^^^y denken onzen braaven Landgenooteri geen ondiensc te zullen doen, met hun een wa'aragtfg «en zuiver verhaal te fchenken van het gebeurde binnen Goesfederd dén 20 Aügustus 17 95". tot op dato Oridergefchreven/eenegebeurtenis, welke0veraizo veel gcrügts gemaakt,en aller oogen naar zich getrokken heeft. Misfchich zullen lbmmige haaters van waarheid en vryheid eene pen, even beklad als hünrhart, gebruiken, om tegen dit 'óris^ verhaaï te fchryven ; dan wy betuigen haf/ alvóoreris, dat' 'h'èt voor ons te laag zyn zoude ;1!met"hun in cèrien' pemfêntwist te komen" •— dus', wat 'zy ook tegew'&it'Vns verhaal ondernemen mogten, wy züüen hurifrooiftint- woorden. Wy vertrouwen 'van het g-é/óftd:1vër- ■• ••■ . . , h [ibihyM lis jj • u & ia. A 3 itahd  )* 4 ):( ftand aller braaven, dat zy ons verhaal, bckragtigd5 door eene ganfche Municipaliteit, die de eer heeft, het vertrouwen haarer braave Burgers volkomen te bezitten, geloofwaardiger zullen achten, dan de logentaal van ecnigé weinige negten, die fomtyds onbefchaamd genoeg mogten zyn, hier tegen te fchryven. Dan, ter zaake. Toen op den 17 July dezes jaars dé Municïpa-' liteit der Stad Goes vernieuwd werd na dat alvoorens het Stem- en Regeerings-Reglement, door de vrye Burgcr-ftem op eene wettige wyze gefanclioneert was; verkozen veelen der toen aanzynde Municipale Leden, hunnen post niet langer waar te nemen — en wel om deze reden. Het 24^ Articul van het Regeerings-Reglement zc^t: — „ dat eene Comrnisfie van twee Leden, uit ,, de agt Kiezers door het Volk benoemd, volgends „ .het Stern-Reglement Art, 22. toegang zullen heb- . „ ben tot de Vergadering der Municipaliteit en die „ van het Committé de Justice, mits daar maaral„ leen oog en oorgetuigen zynde, en in geenen „ deele de vrye deliberatien van die Committes „ te mogen ftooren of hinderlyk zyn." Zy verkozen niet , ajtoos een paar toezieners te hebben in hunne Vergadering, en verklaarden „ dat zo dit Articul in werking moest gebragt worden , zy voor hunne posten bedankten. De Kiüzeï',, 4 jqr de vrye Volkstem op eene wettige j«yze verkozen, bedoten dan, anderen .iu hunne plaats als Municipalen aan te (tellen. Dan  M s X Dan hy,die het menschlyk hart kent, begrypt zeer ligt, dat alhoewel zy zelf verklaard hadden , op dit Regeerings-Reglement hunne posten niet verder te zullen aannemen, zy nogthans te onvrede waren, andere braave Burgers te zien opdaagen, welke op dit Reglement gerust den post van Municipaal aannamen, en met hun gantfehe hart.den eed van getrouwheid aan het Volk in handen der Kiezers afleiden. Wy denken te Menschlievend , om te vermoeden, datzy, die des van hunne posten ontzet waren,. in het vervolg kwaadaartig genoeg zouden geweest zyn, om de oorzaaken van alle deze volgende' rampfpoedige gebeurtenisfen te willen zyn dan, zeer zeker is het, dat 'er na dien tyd, eene party zich in Goes opgedaan heeft, die alle de oogmerken der toen wettig aangeftelde Municipaliteit en der goede Burgery dwarsboomde. Men ging de wettigheid van het Stem- en Regeerings-Reglement, betwisten, en men durfde in 't heimelyk zeggen -„ dat dit Stem- en Regeerings-Reglement, niet dan „ door een hoop Burgers in de wereld gefchopt %t>as"~ daar men zonneklaar overtuigd ware , dat die beide Reglementen op eene zeer wettige wyze door het ganfche Volk van Goes gefanclioneerd werden. Men fprak zelfs, dat de Municipaliteit onwettig aangefteld was. Lang had zulk eene party langs allerhande wegen gewoeld, met indenarmncming zelfs van zulken, die zich voor openlyke vyanden der tegeni A 3 woor-  woordige Conftkutie verklaarden. Ja men heeft, zo als in het vervolg van dit ons verhaal blyken zai, zelfs hulp gezogt by^oproermaakers van het fchrikjaar 1787. Het fcheurziek plan, zo lang in ftilte beraamd, bleek op Donderdag den 20 Augustus te moeten beginnen te werken. Op Donderdag den 20 Augustus dan , werd den Prcefident der Municipaliteit kennis gegceven , dat een zekere Procureur alhier,met naame J. Cru, op eene heimelyke wyze met een adres rondliep, en dat wel alleen by gedecideerde Orange Kalanten- Men verzogt 2an den Prcefident, daar voor zorg te dragen , wyl men in het zekere onderrigt was , dat- dit adres niet anders ten oogmerke had, dan , konde men het gedaan krygen, eeneganiche omkeering van het tegenwoordig ftads-beftuur. Op dit berigt vond de Prcefident zich verpligt, om naar deze zaak onderzoek te doen. Hy beleidc dan dien namiddag tegen 4 uur, Municipaliteit. De Vergadering geopend zynde, deed de Prcefident rapport van het aan hem bekend gemaakte , wegens het inhet heimelyk rondlopen van den Procureur J. Cru, met een adres. Op dit rapport befioot de Vergadering eenpaarig, den voornoemden Procureur by zich te ontbieden, en de waarheid van die alles te onderzoeken. toen  X 7 X Toen J. Cru in de Vergadering verfchenen was, vraagde de Prefident aan hem —„ of het waar was, dat „ hy, J. Cru met een zeker adres rondliep — „ waarop hy brutaal antwoordde — ja. Daar op weder aan J. Cru gevraagd zynde, waar dat adres was — antwoordde hy— „ dat is reeds over drieuuren aan „ de provifionele Reprasfentanten van Zeeland ver„ zonden." ", De Vergadering reeds in voorraad eenige bewyzeri in gewonnen hebbende over die zaak, en zeker onderrigt zynde, dat J. Cru dat Adres, nog geen halfuur geleden, nog aan iemand ter tékening aangeboden had, antwoordde aan J. Cru door den mond van den Prcefident, dat zy bcwyzen had, dat dit zyn gezegde een onwaarheid was; waar op hy weder antwoordde. •„ Ja.... ja .... maar ik heb het aan den Procureur Wagenaar, (*) die „ thans te Wolfaartsdyk (een Dorp, een uur circa „ van deze Stad gelegen) is, verzonden. " Dezen zich zeiven dus tegenfprekenden, en de vergadering verontwaardigd , voorgelogen te worden , als ook bezcffende, dat daar hy J. Cru zich met logens behielp, 'er zeker iets. nadeeligs voorde Burgcry in deze zaak zyn konde, fprak de Prcefident der Vergadering uit naam van alle de Leden , J. Cru dus aan. ■—• Gy (#) Een Procureur , hier cok Woonagtig — een man , die over eenigen tyd door de Municipaliteit gelast was , om eenige haatelyke Pezegden, als anderzins zyn bordje in te nemen — die zien door een Request daar over beklaagd had by de provifionele Repnxfentanten van Zeeland — die ook in dat Request ingewikkeld ovtr de onwettigheid vanhetStem- en Regeerinps - Reglement , zo wel als over de vvyze van aaniklling der Municipaliteic, geklaagd had. A 4  X 8 X Voor eerst — hebt gy als een Rustverftoorer oj3 eene clandestine wyze met een adres rondgelopen by zulken , die gedecideerde Vyanden dezer Conftitutie zyn. Ten anderen — hebt gy door uwe brutaliteit de orde dezer Vergadering gebroken. Ten derden — fchendt gyonze Vergadering door ons voor te liegen. Gy begrypt, dat 'er ons ten hoogden aan gelegen hgt, om de zaak te onderzoeken , en de rust der Stad te bev/aaren, waarom wy u,uit naam derVergadering, civil arrest aan zeggen, tot dat wy de zaak onderzogt zullen hebben. Daar op verzogten wy J. Cru, in de Burgerkamer te gaan tot nader orde, en belasten een Stadsbode, zo lang by "J. Cru te blyven. Daar J. Cru nu uit dc Raadzaal vertrokken was, bcfloten wy, wyl wy overtuigd waren , dat de Wetgevende en Uitvoerendemagt wel zeer van elkander onderfcheiden moeten zyn, om J. Cru aan het Committé de jfustice over te geven , ten einde onderzoek der zaake te doen. Ni dat wy dan het Committé de jfuftice haddeverzogt, te yergaderen, gaven wy J. Cru aan dat Committé'over, en floten daarop onze Vergadering. Het Committé' de Justice, J. Cru voor zich hebbende doen komen, verklaarde J. Cru — „datde Wit Hamer (*) de opftcller van dit Adres eigenlyk was, C*) Een Advocaat, een in het oude befiuur geweest zynde Regent hier te GoeSj thans ook alhier woonagtig.  was, en dat het door 17 Perfoonen (**) onderte= kendware, die hy allen by naame opnoemde. Na deze bekentenis , vraagde het Committé de Juftice aan % Cru, naar de Copie van dat Adres: dan hy antwoorde, dieniet te hebben, maar dat de Wit Hamer die had. Daar op zond dat Committé naar de Wit Hamer om die Copie, dan deze weigerde dezelve af te geven. Verder vraagde dat Committé' aan J. Cru, of dat Adres reeds weg was naar de provifionelc Rcprasfentanten van Zeeland, waarop hy antwoordde, ja. Nu befloot dat Committé, voornoemden J. Cru, onder handtasting te ontilaan, en deed dit ook daa* delyk. De Municipaliteit begreep, dat het zeer goed zyn zoudè, te Middelburg San den Prcefident van het Committé van Waakzaamheid kennis van dit voorval te geven, om dat, wanneer 'er zulk een Adres komen moge, in de Vergadering van de provifioneele Reprasfentariten van Zeeland , de Leden van dat Committé dus direót onderrigt zouden zyn van de zaak, als ook door welke lieden dac getekend was . die wy thans reeds kenden, door dien J. Cru die allen met naame, zo als gezegd, is, opgegeven had- Er (*} Deeze Tekenaars zyn niet alleen gedecideerde Orange Kalanten ;\ rmar 'er zyn 'er zelfs onder, die zich aan oproer hebbel', fcnuldig gemaakt -- gelyk Jan van Baaien, een der Tekenaars , die nog maar korts geleden door den Maire agter de grendels gezet is , om zyne oproerige gefprekkcu en oproerkreet. A 5  ):( lO ):( Er gingen dan twee onzer Leden, de Prcefident A. W. Egter, en de Burger C. Kuyper, naar Middelburg, pm aan den Prcefident van het Committé van Waakzaamheid, als vrienden, kennis te geven van het voorval met J. Cru. Deze twee Leden onzer Vergadering zyn dan ook direct naar Middelburg vertrokken; hebben den Burger C. Vis/er, Prcefident van het Committé van Waakzaamheid gefproken en hem het ganfche geval verhaald -— dan dit hebben zy niet in Commisiie van hunne zydc , noch aan C. Visfer als Prcefident, gedaan neen, alleen op eene amicale wyze ; en indien C. Visfer anders zegt, is hy een verdraaiër van de waarheid en van onze woorden. Tot dus verre bleef de zaak nog eenige dagen floepende, doch het duurde nier. lang, of dezelve had verdere gevolge::. Woensdag den 26 Auguflus, circa 12 uur en, verfchenen de Burgers C. Visfer en J. H. .Appelius, zich noemende eene Commisfie uit de Vergadering der provifioncle Reprcefentanten van Zeeland, in onze Stad. Onze lezers gelieven te bcgrypen, dat ten dien tyd de ReÖrgatiifatte der Vergadering van de provifioncle Reprcefentanten van Zeeland nog door het ganfche Zeeuwfche Volk geenzins voor wettig erkend was. Goes, ja de Hoofdflad Middelburg zelfs, had de Reörganifatie dier Vergadering nog niet voor zodanig erkend —— dus kon de Municipaliteit der Had  X u X flad Goes geenzins eene Commisfie erkennen, die onwettig gezonden werd door eene.nog niet gewettigde Vergadering. On wettig was die zo genaamde Commisfie gezonden, dewyl zy gezonden was, om zich in de domeftique zaaken van eenebyzondere Stad teil-eken — naamelyk, gelyk ftraks blyken zal, om onderzoek naar de oorzaak van dat Adres door die 17 Orangeteekenaars , te doen ; want, had de Vergadering der Provifionele Reprcefemanten van Zeeland bit— lykwil!enhandelen,a!sdan moest zulk een adres aan de Municipaliteit van Goes gezonden zyn, om te dienen daar op van berigt; maar men moest geenzins direct eene Commisfie afzenden te meer , daar men reeds verwittigd was , en van het Adres, en van de tekenaars van dat Adres. Door eene nog niet gewettigde Vergadering was die zo genaamde Commisfie gezonden , dit is klaar, wyl noch het Volk van Goes , noch van Middelburg , de Reorganifatie dier Vergadering voor wettig erkend had , en de Vergadering derhalven door het gantfche Zeeuwfche Volk nog niet, als wettig gereörganifeerd, erkend was, of werd. De Commisfie liet circa half 12 uuren, door een bode, die hen verzelde, by den Prcefident der Municipaliteit vragen , om hem te fpreken. Niet wetende, wat die Commisfie te zeggen had , liet de Prcefident antwoorden, hen tè zullen afwagten. Eenige oogenblikken daar na verfcheen die Commisfie ten zynen huize. Zy zeiden aan den Prse- n.  X 12 X fident, uit de Vergadering van de provifioncle Representanten van Zeeland in Commisfie naar Goes afgezonden te zyn; lieten hem dit door het voor den dag haaien Van eenige papieren in folio zien, en verzogten hem, om Municipaliteit te doen beleggen. De*Prrefident antwoordde hun, dat hy met hun in geene details wilde treden; dat hy Municipaliteit zoude doen beleggen, doch dat hy vreesde, dat men, indien zy zich pene Commisfie noemden hen wegzenden «oude; waar op die Commisfie naar haar Logement vertrok. De Municipaliteit beleid, en de Vergadering geopend zynde,kwamen C. Fis/eren J. H. Appdius in onze Vergadering. Zy vertoonden ons hunnen zo genaamden last, en zeiden , dat zy op een Adres van eenige Goesfche Burgers, door de Vergadering der provifionele Reprcefentanten van Zeeland, her waards in Commisfie gefield waren, om naar de klagten dier Burgers onderzoek te doen, of zy al, of niet regtmaatig waren ; dat zy volmagt hadden, om naar bevind van zaaken te handelen , en des noods de noodigedisfofitien te nemen. Deze trotfche toon van eene onwettige Commisfie mishaagde ons niet weinig. Wy gaven hun tot antwoord, zeer verwonderd te zyn, dat de provifionele Reprtefentanten van Zeeland eene Commisfie benoemd hadden,opeenAdres door 17 Orange Lieden alleen getekend; dat het ons tenhoogften verwonderde, dat men, volgends fiyle en  én gebruiken, dat adres niet aan onze vergadering' overhandigd had, om daar op te dienen van berigt; Wy zeiden verder, dat daar de Reörganifatie der Vergadering van de provifionele Reprsefentanten van Zeeland door het Volk van Goes nog niet voor wettig erkend was; wy, als Municipalen, hunne Commisfie niet vermogten of zouden erkennen; dat wy, niet tegenftaande dit, wel in een pour partir, mét hun komen wilden, en hun de zaak van dat Adres openleggen mits zy zich niet als Commisfie gedroegen — dat wy dan op eene amicale wyzemet hun zouden handelen , ten einde zy eenig rapport aan hunne Committenten konden doen over die zaak. Hier in dan kwamen wy over één: dan daar het nu laat op den middag werd, befloten wy, om te drie uuren vriendelyk by elkander te komen, waarna de Prcefident die Vergadering floot. Te drie uuren volgends affpraak vriendfchappelyk by elkander gekomen zynde, haalde C. Visfer het bewuste Adres uit zyn zak, en las het ons voor. Toen C. Visfer gedaan had met lezen, vraagden wy naar deTekenaars, zeggende, dat wy die reeds wisten, 'gelyk wy C, Visfer ook airede te Middelburg gezegd hadden, dat geene andere, dan eenige weinige Contra-Revolutionairen hier de Tekenaars van waren , en dat hy ons plaizier zoude doen, om ons de naamen der ondergetekenden voor te lezen; dat Wy hem dan van perfoon'tot perfoon op ons woord van eer af, toonen zouden, welke flëgtevoorwer- ': ' m pen  )•'( 14 X pen 'er onder die Tekenaars waren; dat onze ganfche vergadering naar recht en eed van het gedrag en de denkwyze dier perfoonen getuigen zoude. Dit nam die Commisfie aan, en begon ons denaamen dier Tekenaars een voor één voor te lezen ; waar op onze ganfche vergadering elk dier Tekenaars , door de denkwyze en het gedrag van yder dier perfoonen telkens in omvraag te brengen, naar waarheid aan die Commisfie affchilderde. Enfin, het flot was , dat wy allen eenpaarig van die Tekenaars getuigden , dat zy niet alleen alle voor gedecideerde Orange Kalanten- by ons en de Burgery te boek Honden ; maar dat 'er zelfs onder hen waren, welke zich openiyk nog jongstleden aan oproer hadden fchuldig gemaakt. Ziet hier, Lezers! het getuigenis van eene beè'edigde Vergadering, van eene gantfche Municipaliteit, omtrent die Tekenaars; en ziet dus, welke lieden zy waren. Wy dagten, gelyk billyk zoude geweest zyn, dat die Commisfiezich hier mede te vrede zoude gehouden hebben, als zich ten vollen kunnende verlaten op het getuigenis eener gantfche beëedigde Vergadering; wy dsgten, dat die Commisfie verblyd naar liunne Committenten-zoude te rugge gekeerd zyn; verheugd, datzu'k eene klagt tegen eeneMunicipaliteit niet, dan door weinige flegten iogebragt was; wy dagren, dar. dieCommisfiernuvertrokken zoude zyn, en naar behooren aan hunne Committenten rapport ' gedaan hebben. hun  X *s 'X Dan, neen de Burgers C. Visfer en J. H. Appelius , waren hier mede niet te vrede , cn toonden ten duidelykften, gelyk zy in hunne ganfche volgende handelwyze getoond hebben, dat zy partydig tegen ons handelden. Zy Wilden ons verder over de klagten wegens de onwettigheid van Stem- en Regerings - Reglement on* dervraagen, en op welk eene wyze die in de wereld gekomen waren , als ook, hoe wy met de zaak van J. Cru gehandeld hadden. Hier op antwoordden wy, dat dit geenzins het oogmerk onzer byëenfcomst was; datwy, voor eerst op geene interrogatien wilden gehoord zyn; en dat wy, ten anderen hun, zo zy iets wegens het Stem- of Regermgs- Réglement weten wilden, naar het Committé van Kiezers verwezen , als de bckragtigers van Stem- ca Regerings - Reglement, uit naam des Volks , én die genen, die ons uit naam des vryen en fouvrainea ' Volks van Goes ais Leden der Municipaliteit haddel aangefteld. De Burgers C. Visfer en J. H. Appelius verzogten ons dan, het Collegie van.Kiezers te mogen fpreken, waar op wy dat Collegie, dat in een andere kamer op het Raadhuis ook ,reeds vergaderd was, deden binnen komen. De Kiezers binnen gekomen zynde, wilde die Commisfie aan de Kiezers ook eenige vraagen wegens Stem- en Regerings - Reglement doen, na ook alvooreris zich als Commisfie uit de Ver.gaderin«- der rU)c;i y.'jhjyateu ,3 Ms$I neelioS-•;c;.',5--- v.v •■pref»  k is x provifionele Reprcefentantën van Zeeland, aan Kiezers voorgegeven te hebben j doch de Prcefident der Kiezers antwoordde hun; dat zyn Collegie hunne Commisfie niet erkennen kon; daar de Reörganifatie der Vergadering hunner Committenten nog niet voor wettig door het gantfche Zeeuwfche Volk, noch ook doorliet Volk van Goes erkend was.Dat het Collegie van Kiezers zich derhalven niet verpligtvond, om eenige opening van zaaken aan die Commisfie tè geven. Op dit antwoord ontftonden 'er eenige debatten. Onder deze debatten vatte de Prcefident der Municipaliteit het woord op , en zeide, dat daar de Municipaliteit zeer klaar zag, dat de Commisfie door verfcheiden omwegen de wettigheid van alles, wat'et federd den 17 July ]. 1. gebeurd was, in twyffel wilde trekken; dit gerchil ras beflegt zoude zyn, door aanftonds het Volk te doen oproepen, en de vrye Volks-Stem alles andermaals , ter overtuiging van de Commisfie, te laten beflisfen. Dit klonk hun niet wel in de ooren, én de Commisfie wilde het volftrekt niet. Zy zeiden ons, nog eenige dagen tot onderzoek van alles te zullen blyven, en daar zy vreesden, wyl de Prcefident der Municipaliteit van eene Volks- oproeping gefproken had, dat men altemets eene Volks- oproeping doen zoude, het geen hun zeker in hunne oogmerken nadeelig fcheen, verzogten zy de Kiezers, om (taande hun verblyf in Goes , geene Volks- oproeping té doen; zy zeiden zelf aan Kiezers, datzy desnoods de-  X 17 X het Collegie van Kiezers gelasten en ordonneerden^ om geene Volks- oproeping te doen, waar op de Prcefident van dat Collegie eenvouwig antwoordde, dat men eene Volks- oproeping doen zoude, wanneer men het noodig oordeelde. Na nog eenige debatten over en weder, vertrok die Commisfie des avonds circa half 8 uuren uit onze Vergadering naar huh Logement, wanneer de Burgers Kiezers ook vertrokken. Men moet weten , dat daar een gerugt zeer ras gebooren wordt, en de Commisfie veel opziens onder de Burgery veroorzaakt had, men reeds alömme vcrfpreidde, dat die gekomen was, om ons te removeren. Of dit gerugt al, of niet gegrond geweest zy, zal uit het vervolg van dit ons verhaal kunnen opgemaakt worden. Daar nu de Bnrgcry niet alleen ten vollen haare Municipaliteit met haar vertrouwen vereerd had, maar ook tevens beminde, deed zulk een gerugt eene verontwaardiging op het gelaat der Burgers „ jegens die Commisfie blyken. De Burger-krygsraad was zelfs dien avond reeds vergaderd, om van de Municipaliteit de reden der komst van die Commisfie, die zo veel reeds gerugts maakte, te vernemen. Een weinig na dat de Commisfie dan uit onze "Vergadering vertrokken was, werd de Prasfident: der Municipaliteit verzogt, om eens in den Krygsraad te willen komen, die, gelyk zo even gezegd is > vergaderd was. B De  X 13 X De Prfefideht' ging oögehbfikkefyk naar de ft Krygsraad. Hem werd gevraagd , dat daar de Burgers gehoord hadden , dat 'er eene Commisfie in de S-ad gekomen was, en in onze Vergadering audiëntie gehad bad, of de Krygsraad wel de reden haarer komst mogt weten, waarop dePrcefident de ganfche zaaken al het voorgevallene met die Commisfie verhaalde. De Kiygsraads - leden vraagden hem, dat daar zy en alle braave Burgers hunne Municipaliteit voor wettig erkenden, of zy met de Garde het genoegen zouden mogen hebben, om ons des anderen daags morgens den eed van getrouwheid te doen, ten einde hunne Municipaliteit in alle gevallen te befchermen. Hier opantwoordede Prcefident. „ dat hy uit naam der gantfche Municipaliteit, hun durfde verzekeren, dat zulk een edel aanbod de Municipaliteit van gevoelige dankbaarheid vervullen zoude. „ Hicropvertrok hy uit de Krygsraad , en deed hier van aan zyne Vergadering rapport. De Municipaliteit dit rapport gehoord hebbende, befloot, de Leden van den Krygsraad binnen te doen roepen. Die edele Burgers,in onze Vergadering verfchenen zynde, bedankte hen de Prasfident uit naam der ganfche Vergadering voor hunne getrouwheid , hen verzekerende , dat de Vergadering getroffen Was door die blyken van braafheid en deugd, tevens aan den Krygsraad bekend maa- i«Q-  X r9 X ferme , dat de Municipaliteit des anderendaags mof" gens te half 9 uuren vergaderd zoude zyn.Hierop ver» trokken die braave Burgers , waar na de Prcefident, oogenblikkelyk de Vergadering floot. Donderdag den, 27 Augustus 's morgens te 7 uur, kwam de Commandant der Burger-Garde by den Prcefident der Municipaliteit, hem kennis gevende, dat hy oordeelde, het beter te zyn, Alarm, dan Apel te doen flaan, om de Garde by een te krygen , doordien de boete,op het agter blyven, wanneer 'er Alarm geflagen wordt, grooteris, danby het flaan van Apel. Om alle verwarring voor te komen, fchreef de Prcefident aan den Franfchcn Commandant, dat hy zich niet verontrusten zoude, dat de Commandant der Stads-Garde aan den Prcefident kennis gegeven had, Alarm te doen flaan; dan, dat dit tot geen ander einde was, dan om de Garde by een te roepen, ter beflisfing eener huishoudelyke zaak door de vrye burger-ftem. Om 8 uuren, toen de Stads-Garde inde wapens was, marcheerden de onderfcheidene Compagnicn naar de groote Kerk , de verzamelplaats der Burgers, in geval van Volks oproepingen. Alle de gewapende Burgers daar vergaderd zynde, vroeg de Commandant hun, of zy hunne tegenwoordige Municipaliteit, als door de vrya Volks-Stem verkozen , en dus voor wettig, erkenden , en of zy bereid waren , haar in dien post den ccd van getrouwheid te doen, om haar in alle B 2 , teSl  X 29 X rechtmaatige aanvallen van het geweld te befchermen? Allen riepen zy als uit eencn mond, de tegenwoordige Municipaliteit voor wettig te erkennen, en dat zy niets vuurigcr wenschten, dan zulk een eed aan haare Municipaliteit te doen. Daar op marcheerde circa half s) uuren de Commandant der Scads-Garde met zyne wapenvoerende Burgers uit de groote Kerk naar het Raadhuis, voor het welke de gewapende Burgers zich in orde fchaarden. Daar waren wy, volgends affpraak met den Krygsraad , om dien tyd ook reeds vergaderd , en deden de raamen opfchuivcn. Na dat de braave Burgers op orde van hunnen Commandant het geweer geprefenteerd hadden, verfcheen de Municipaliteit met ongedekten hoofde voor de raamen. De Prcefident deed, uit naam der Municipaliteit, aan de braave Garde de volgende aanfpraak. „Fiere, Dappere Burgerschaar! „ Met welk eenoog van warme aandoening be„ fchouwen wy u, gewaapende Braaven! Uw tin„ telend helden-oog ftort onzer zielen moed in! „ Gy treedt toe tot uwe Reprsefentanten, tot „ de befchermers uwer geheiligde rechten. „ Misfchien — ja, meer dan misfehien, heeft uw „ oor met eecen knarfenden toon den verwoeden „ aanval gehoord, welken eenige weinige vryheid- „ haa-  X 21 x •„ haaters op uwe Souvrainiteit gedaan hebben. Gy 3, weet, edel denkenden! hoe eene verdervelyke fac„ tie woelt, om, konden zy hun heilloos oogmerk „ bereiken, u op nieuw misfehien aan eenen ver„ gulden keten vast te klinken. „ Weinigen flegten hebben door het tekenen van "if een zogenaamd adres aan de Reprcefentanten van „ Zeeland, u de fouvrainiteit in uwen boezem „ zoeken te betwisten. „ Weinigen willen uwe ftemme, uwe bcfiuiten, — ,, de ftemme, de bcfiuiten vaneenvry Volk, fmoo„ ren, en voor onwettig verklaaren. Zy willen „ ingewikkeld uwe gantfche Reprasfentatie voor on„ wettig verklaaren. ,, Dit ftaat thans aan uwe wyze beflisfing. —— „ Erkent gy ons, uwe Reprasfentanten, voor „ wettig Al of- N i e t ? „ Zo Neen, wy leggen onze posten in den fchoot „ der Burgery neder, en ons geweten zal ons „ rechtvaardigen, van nimmer iets tegen de Vry- heid ondernomen, of uwe rechten verkort te „ hebben. „ Maar erkent gy ons voor uwe wettige , door „ de vrye flem van het Volk van Goes verkozen, „ Reprsefcntanten — handhaaft ons dan akyd te* „ gen de kwaadaartige aanflagen. „ Dit wildet gy ons, uwe Reprsefentanten, ver- zekeren. „ Tot dat einde zyt gy hier verfchenen. fj Gy wüdet ons en der vryheid trouwe zweren; 1} 3 „ons  X 32 X v ons voor uwe wettige Reprcefentanten erkeni „ nen. „ Welaan dan, Braaven! betuigt ons — datgy ons. „ voor uwe wettige Reprafentanten erkent.''' w Zweert ons — dat gy ons befchermen zult tegen '19 die genen, die ooit ondernemen mogten, ons op eene „ onwettige wyze aan te randen, en dat gy altyd alles „ aanwenden zult, ter beveiliging en verdediging „ uwer vryheid, en uwer Reprafentanten. '* Zweert gy dit? Na dat de Garde volgends Krygs-wyze dezen eed had afgelegd, fprak de Prcefident nog deze, volgende woorden. ——> „ God, de God van recht en vryheid, heefc uwen eed hehoord! Blyfc aan uwe beloften,za plegtig voor het oog des Al wetenden afgelegd, „ getrouw. „ Dat uwe wapens de vryheid en ons befchermen! ,, Wy vertrouwen op uwe onderfteuning. „ Waakt, als vrye Menfchen , onvermoeid voor fa uwe vryheid en rechten! „ Dat immer uw glinsterend ftaal ontbloot zy, M zo lang de vryheid gevaar lope ! „ Altyd zy het zelve een liefelyke zonnefchyn „ in de oogen van vrye menfchen ■— maar een «* vernielende blikfem in de oogen van tyrannen! " Ziet hier,Lezers! de aanfpraak , door den Prcefi$em gedaan, woordelyk, Wy hebben dezelve b>r letter^  X 23 X lyk geplaatst, om te laten oordeelen, of 'er iets oproerigs in gevonden worde , en dan de zulken te befchaamen, wier kwaadaartig hare en logenryke mond boos en onbefchaamd genoeg geweest zyn, om te durven zeggen, dat de Prcefident der Municipaliteit eene oproerige aanfpraak gedaan, en het Volk opgewonden had. Tsu kan de Lezer daar over onpartydfg oordeelen. De Garde afgetrokken zynde, namen wy een befiuit met de Burgers Kiezers, om de niet wapendragende Bunrers ook op te roepen, ten einde het ander gedeelte des Ooefchen Volks ook af te vragen , of zy ons mede, als door de vrye Volks item verkozen , befchouwden al, öfnief, enofzy hunne Municipaliteit derhaiven al, of niet voor wettig eikenden? waar op zy dan konden antwoorden. Dit deden wy, om der Commisfie te toonen, wat de liem des Volks wilde; op dat die Commisfie dan rapport aan naare Committenten zoude kunnen doen, van het geene zy in Goes gehoord en gezien had. Wy deden dan met tromflag de Stemgeregtigde Burgery tegen half 12 uuren oproepen in de groote Kerk, Hier op fcheidde de Municipaliteit op reces, om tegen half 12 uuren weder te vergaderen. De Burgery vergaderde dan volgends oproeping in de groote Kerk, alwaar de Garde, na alvoorens zich ontwapend te hebben voor de kerk-deuren, ook jt 4 on-  X 24 X ongewapend (en geenzins gewapend, zo a's onbefchaamde Iafteraars en logenaars hebben durven verfpreiden) in de Vergadering. De Municipaliteit, volgends affpraak weder tegen half 12 uuren vergaderd zynde, gingen wy,ais particuliere Burgers, ook naar de groote Kerk. De Prcefident der Municipaliteit opende de Vergadering, en deed aan de Burgery verfiag, waarom deze oproeping gefchied was. Hy zeide — „ dat 'er zich zwarigheden van fommigen fchenen op te doen , als of de aanilelling van de Municipaliteit door de vrye item desGoefchen Volks verkozen , volgends het door de Burgery gefanclioneerue Stem- en RegeringReglement, niet wettig was; dat de Municipaliteit thans aan het ganfche Volk te beoordeelen gaf, of zy wettig aangefield was, en dus ook voor wettig door het Volk erkend werd , al of niet; dat, zo de Burgery ons niet voor wettig erkende, wy gewillig onze posten in den fchoot der Burgery zouden nederleggen, met een rein geweten, van nooit iets tegen de Vryheid of de rechten der Burgers ondernomen te hebben. Dan, zo de Burgery ons voor wettig erkende, dat wy dan, als waare Vaderen des volks, in onzen post zouden voortgaan, ter handhaaving der Vryheid en befcherming van der Burgeren-Rechten. „ Naauwelykshad de Prasfident gedaan met fpreken, of 'er ging eene algemeene vreugde kreet op. De braave Goefenaaren zeiden, dat zy hunne Municipaliteit voor wettig verklaarden; als zodanig erkenden  X 25 X den, en dat zy begeerden, dat wy in onze posteii biyven zouden. Thans meende de Prgeildent de Burgery, even als hy eenige uuren te vooren de Garde gedaan had , uit naam der Municipaliteit te bedanken voor het vertrouwen, dat de Burgery in ons ftelde; dochnaauwelyks was by wederom begonnen te fpreken, wanneer de Wit Hamer op een ftoel fprong, en iets wilde zeggen; dan, daar het Volk hem thans algemeen kende voor den opfteller van dat adres van die zeventien Orange-tekenaars gclyk J. Cru voor het Committé de Jujlice getuigd had , dathy, de Wit Hamer, dat adres opgefteld had —> daar derhalven , zeggen wy , de Burgery de Wit Hamer algemeen voor den opfteller van dat adres kende, werd de zelve zeer driftig, en wilde niet gedoogen, dathy fpreken zoude. Maar hy, in tegendeel, willende voortgaan met fpreken, ontving, eenige flagen. Of hy nu door te vallen, zo als men zegt, eene kwetzuur gekregen heeft, is onbekend; dan, dit is waar, dat hy bebloed de Kerk uitgegaan zy, zynde het Volk zo verbitterd op hem, dat hy zeker, ware 'er de Municipaliteit niet tusfchen gekomen , 'er zonder veele flagen niet zoude afgekomen zyn. De Vergadering der Burgery circa half i uuren gefcheidenzynde, hamen de Gardes hunne wapens, die zy voor de kerk-deuren afgelegd hadden, wederom op , en marcheerden in orde naar de Markt. De Municipaliteitging wederom gezamenlyk naar B s het  X 26 x het eindigen der burger-vergadering naar het Raadhuis, en daar wy gezien hadden, hoedanig de gemoederen verbitterd waren op de Wit Hamer, en die, die zy begrepen van zyneparty te zyn, kondigden wy aanftonds, terbewaaring der algemeene rust, eene Publicatie af, waarin wy eiken Burger waarfchuwden,om ftille te zyn; verklaarende wy, dat wy hem, die zich verftouten zoude, zynen Medeburger, het zy met woorden, ofdaaden,in perfoon of goederen, te beledigen, oogenblikkelyk, hy ware, wie hy ware, naar bevind van zaaken, rigoureus zouden doen ftraffen. Het gebeurde met de Wit Hamer verontwaardigde zeker de Municipaliteit, en zy nam ook aanftonds maatregels, om zulke excesfen te fluiten, gelyk de Lezer zien kan door het terftond af kondigen dier Publicatie. Dan, de Wit Hamer alleen, was de oorzaak van alles. De Wit Hamer was niet Stemgeregtigd; hy had zelfs, toen hem by het formeren der lysten der Stemgeregtigden, een kaartje als zodanig was te huis gezonden, zulks met een norsch compliment werdergegeven, zeggende, dathy dit niet noodig had, wyl hy onder het arrest der Leden van het oude beftuur, begrepen was. Wat deed hy derhalven dan in eene Vergadering , in welke niet, dan Stemgeregtigde Burgers waren opgeroepen? Nog meer —— toen deBurgery by het begin der ver-  X 2i x Vergadenngi e Wit Hamer in het oog kreeg, werd 'er van alle kansen geroepen : — „ de Wit Hamer de Kerk uit'. De Wit Hamer is in de Kerk. Wat doei die hier ? De Wit Hamer moet de Kerk uit / Was het nu niet dol van zulk een man, daar hy hoorde , en ztg, hoe het Volk omtrent hem gezind was, egter asiurant te blyven zitten; te meer, daar hy volftvekt indeVergadering niet behoorde, of vermogt te zyn ? Na dat deze Publicatie door ons afgekondigd was; kwamen de Officieren der Burger-Garde, welke op de markt nog in het geweer was, in onze Vergadering, zeggende, dat de Garde van de Municipaliteit vriendelyk zerzogt, dat zy allen die gene, welke tekenaars waren van dat Adres, het welk zo veel onrust verwekt had, op heeter daad zoude doen arrefteeren. De Municipaliteit antwoordde aan die Burger-Officieren, dat zy dat verzoek onmogelyk aanftonds bewilligen kondc; doch, dat 'er maatregels zouden genomen worden, om die, welke men als fchuldig konde houden, te doen ftrafferi. Dan, de Burger-Officieren verzogten ons, om zelf met de Garde te willen fpreken, waar na die Burgers vertrokken. Hier op befloot de '-Municipaliteit, en Corps naar de Markt te gaan, en in Perfoon met de gewapende Burgers te fpreken. Zo dra de Municipaliteit op de Markt gekomen was, formeerde de Garde een kring, en, na dat de Prcefident ftilte vezogt had, fprak hy de gewapende Burgers" dus aan. Br aa-  Braave Burgers! Wy hebben uw verzoek uit den mond uwer,. 5, Officieren gehoord, Medeburgers! Vertrouwt op ons; zyt gerust!'' w Het Patriotisme moet met geen geweld, ofon» regtvaardigheidverzeld gaan. Laten wy thans niets „ verrigten,hetgeen wy in anderen afgekeurd hebben; „ laat ons geene overhaaste flappen doen, welke ,, doorgaands met onregtvaardigheid gepaard gaan! „ Burgers! gedraagt u bedaard, en laat ons voor uw welzyn zorgen. Gy hebt dezen morgen ge„ toond, dat gy ons vertrouwt. Laat dan alles op ons berusten. Wy fpreken tot u, als tot onze ,, Vrienden en Broeders. Deze dag is zo fchoon „ begonnen, laatzy met geene misfiappen eindigen! Gy wilt immers niet, dat wy onrechtvaardi„ ge en onberaden befluiten zullen nemen. Laat dan de ganfche zaak dier tekenaars aan ons over ! „ Wy zullen die onderzoeken, en volgends „ uw verlangen billyk en rechtvaardig handelen. " De braave Burger-Garde toonde, als waare Patriotten , zich door hunne beftuurders te willen laten leiden. Zy beloofde de Municipaliteit, zich vreedzaam te zullen gedragen, waar na de kring geopend werd, en de Municipaliteit weder naar het Raadhuis ging. De Commandant bedankte thans zyne gewapende Braaven, en elk begaf zich in vrede naar zyn huis. Toen wy weder op het Raadhuis gekomen waren  H w y-i ren, liet de Commisfie audentie by ons vragen^ waar op hun geantwoord werd, dat wy do Burgers C, Visfer en J. H. Appelius wel audiëntie wilden geven, in qualiteit van particuliere Burgers, maar geenzins, als eene Commisfie. De Commisfie dan in onze Vergadering gekomen zynde, vatte de Burger C. Visfer het woord op, zeggende, dat die gebeurtenis van de Wit Barnet hun fpeet; dat hy ons toch verzogt, de rust der Stad te blyven bewaaren. Dat, daar zy meenden te vertrekken, zy niet konden nalaten, de Municipaliteit te bedanken voor derzelver vriendfchappelyke handelwyze jegens hen. Dat zy ons in onze posten Gods wyzenraad toewenschten, en dat zy vertrekkende , hunneperfonen inde voordduurendevriendfchap der Municipaliteit aanbevolen. Wy antwoordden hem, dat wy nooit eenig ander doelwit gehad hadden, dan het heil der Burgery te bevoorderen-, dat wy niets vuuriger wenschten,dan de rust en den vrede binnen deze Stad te bewaaren, en dat wy dat reeds heden morgen getoond hadden, door het afkondigen dier thans reeds geaffigeerde Publicatie; dat ons eenig geluk daar in beftond.om Volk en Stad gelukkig te maaken. Na nog eenige woordenwisfelingen, nam de Commisfie aller vriendelykst affcheid van ons, en ging weder naar haar Logement. Toen de Commisfie uit ons midden vertrokken was, floot de Prasfident de Vergadering, zynde het thans cïrca twee uuren, en wy vernamen, dat dé Com-  >:( 3° y< Commisfie te vier uuren hunne reis naar Middelburg aangenomen had. Des avonds ontving de Prcefident een brief vart den Secretaris der Municipaliteit, P. A. Osfewaarde, waar in hy verklaarde, zynen post neder teleggen. Eender Municipaüteits-leden nam daarop tottyd en wyle dien post waar. Dan , Lezer! wat was het gevolg van dat vriendclyk affcheid', dat de Commisfie van ons genomen had? Welk een rapport heefc C. Visfer in de Vergadering der Provifionele Reprsefenranten van Zeiand te Middelburg ingebragt? ... Hier zullen wy zwygen. Dan , dit is zeker, gelyk men uit het vervolg der gebeurtenisfen zien klaarblykelyk zien kan , dat de Commisfie een zeer onwaardig rapport, wegens het gebeurde in Goes, aan haare Committenten moet gedaan hebben. Thans was de Stad weder in rust: dan, die kalmte duurde niet lang , door dien 'er een gerugt ontftond, dat die Commisfie andermaals zoude wederkomen , van Franfche Troupes verzeld , en dat de Schepen , die die Troupes voeren moeiten, reeds te Vere ge- prest waren. Dit gerugt werd wel haast bevonden, waarheid te zyn. Op Zondag den 3d Augujlus, circa twee uuren, kwamen hier van Vere twee Compar-en Fran- fchen  >C si K fchen, zonder dat de Municipaliteit 'er eenige dö minfte legale voorkennis van gehad had, dan flegts eenige weinige uuren van te vooren. Daar op kwam die Commisfie ook binnen onze Stad, en men zag terftondeene Fraafchen Schild wagt voor haar Logement. Thans beftond de Commisfie uit drie Leden, zynde de Burger C. G. Byleveld, als derde Lid, by de zelve gevoegd. Te half zes uuren circa, zond de Commisfie den Staaten-bode , welken zy medegebracht had, naaiden Prcefideut der Municipaliteit, met verzoek aan hem, om eens by de Heeren van de Commisfie te komen* De Prcefident antwoordde , dat hy, in qualiteiê als Prcefident van de Municipaliteit van het vryo Volk van Goes, geenzins by de Heeken van de Commisfie komen kon ; dat, indien de Heeren van de Commisfie iets gewigtigs te zeggen hadden, zy zich dan aan zyn Kuis vervoegen moeften; doch, dat hy wel, als vriend, misfehien over een half uur, by de Heeuen van de Commisfie zoude zyn. Te half zeven uuren circa, ging de Prcefident naar de Heeren van de Commisfie, C. Visfer, y. H. Appelius en C. G. Byleveld. De Prcefident werd door de Heeren van de Commisfie met hoog verheven hoofden ontvangen. Zy ordonneerden hem, legen zeven uuren de Mnnicipaliteit te doen beleggen. De Prcefident antwoordde hun, dat dit niet zyn kon, wyl de mcefte Leren der  X 32 vc der Municipaliteit met den Zondag misfchien buiten de Stad waren, uit hoofde van het fchoone zomer weder. Dan, zy zeiden hem, dat het 'er niet op aan kwam, zo hy Municipaliteit had doen beleggen; al waren 'er dan maar drie, ja al waren 'er maar twee Leden : dat dit dan genoeg was. De Ptcefident weigerde nogthans, de Municipaliteit te doen beleggen, zeggende, dat twee of drie Leden geene Vergadering uitmaakten. Dan gevallig, zo als de Prcefident hier over fprak, zag hy den Burger D. Noel, een zyner Medeleden voor by het Logement gaan. Hier op trad de Prcefident naar de deur, riep voornoemden Burger; verhaalde hem , wat de Commisfie begeerde , en vraagde hem, wat hem, als Prcefident, hier in te doen ftond ? Na eenige woordenwisfeling befloot de Pra^fident.met toeflemming van voornoemden Burger; de Municipaliteit te doen beleggen, begrypende, dat, indien de Vergadering door abfentiefomtyds Van fommige Leden niet behoorelyk compleet was, de Prcefident alle befluiten kon opfchorten, en de Prefente Leden naar huis doen gaan. De Praefident dan weder naar binnen gaande by de Commisfie, zeide hun, dat hy Municipaliteit zoude doen beleggen. Zy verklaarde, dat zy nog eene Publicatie te doen hadden: dan, de Prcefident antwoordde, in géene details met hun te willen komen, waar op hy vertrok. De Municipaliteit te zeven uuren Vergaderd zynde  X 33 X de, en de Prcefident ziende dat de Vergadering genoegzaam voltallig was, opende hy de zelve, en deed rapport van het voorgevallene tusfchen hem en de Heeren van de Commisfie. Na dat wy eenige beduiten genomen hadden, hoe irt allen gevallen te zullen handelen met die Commisfie, verfcheeh dezelve in onze Vergadering. Thans haalde C Visfer, even als de voorigereis, weder eenige papieren in folio uit den zak, waar uit hy ons hoofdzaakelyk het volgende voorlas. Dat de Reprcefentanten van Zeiand met de hoogde verontwaardiging vernomen hadden al, het geen in Goes gebeurd wasdat zy tot het in orde itellen der zaaken andermaal in Ceminisfie benoemd hadden C Visfer en J. H. Appelius, met by voeging van C. G. Byleveld, omme te gaan naar Goes , ter effjning der zweevende gefchillen. Dat zy, Reprcefentanten des Zeeuwfchen Volks aan voornoemde Gecommitteerden eene ample rhagt gegeven hadden, tot uitvoering hunner heilryke oogmerken. Dat zy tot dat einde met het Committé van Waakzaamheid handelen konden , omdenoodigè dispotiën tér bereiking hunner oogmerken te nemen enz. enz. Daar C. Visfer nu juist Prcefident van het Committé van Waakzaamheid Was, is het hem zeker gelukt, zonder veel moeite, dat Committé te bewegen, Öm hem op zyn reis naar Goes twee Compagniën Franfchen mede te geven. Toén C, Visfer gedaan had met lezen, antwoordde C *t  'de Prcefident der Municipaliteit aan de Commisfie^ dat, daar zy eene Commisfie waren uit eene Vergadering, wier Reörganifatie noch door het gantfche Zeeuwfche Volk, noch door het Volk van Goes, voor wettig erkend was, de Municipaliteit van Goes derhalven hen, als zodanig eene Commisfie , als welke zy zeiden te zyn, geenzins er* kennen kon. Daar op antwoordden zy ons , hun plan ,het kostte , wat het kostte, te zullen uitvoeren; dat wy zien konden, dat zy door de voorige reis niet afgefchrikt waren , om weder te komen; want dat wy nu zagen, dat zy wederom hadden durven komen—-waar op de Prasfident antwoordde, dat het dan bleek, dat wy nog grooter helden waren, dan zy; want dat zy niet hadden durven weder komen, dan van Franfche Troupes verzeld ; dan dat wy, hoewel wy dit zagen, nogthans daar door niet afgefchrikt werden, en wy hen niet erkennen konden,noch zouden. Hier op vraagde C. Visfer, of de ganfche Vergadering zich, nopens het niet erkennen hunner Commisfie, by des Praefidents antwoord voegde? Hy fielde aan de Vergadering de onaangenaame gevolgen voor, welke voor ons, elk inzyn perfoon, uit de niet erkenning hunner Commisfie voortfpruiten zoude ; en na de gevolgen zo zwart mogelyk aan ons afgefchilderd te hebben, zeker om de leden der Municipaliteit, zo niet allen, ten minsten eenigen, tot het erkennen der Commisfie over te haalefl, eischte C. Visfer, dat de Praefident nogmaals het ë! of niet erkennen der Commisfie in omvraag brengen  gen eoude; zeker in de hoop, dar eenige leden der Municipaliteit , uit vrees voor de gevolgen, de Commisfie erkennen, of tegen het uitgebragte van den Prcefident presteeren zouden. De Prcefident antwoordde C. Visfer, dat het ukgêbragte van hem Prcefident reeds lang een befluit der geheele Vergadering was, en hy dus zulks niet meer in omvraag behoofde te brengen; doch dat nogthans, «m de Commisfie te overtuigen, hoe eenpaarig de Municipaliteit met elkander werkte, hy Prcefident het ia tegenwoordigheid der Commisfie nog eens in omvraag brengen zoude. Daar opbragt de Prcefident in omvraag andermsals ten overvloede, of mende Commisfie erkennen zoude, al of nie(\ en of'erookeen van de leden was, die zich niet conformeerde met het uitgebragte van den Prcefident ? Dit door den Prcefident hoofd voor hoofd afgevraagd zynde, verklaarden alle de leden der Municipaliteit zich te conformeren met het uitgebragte van den Prcefident, verklaarende de Municipaliteit unanim, de Commisfie niet te kunnen of zullen erkennen in dit geval, wyl het eene domeftique zaak was. Na eenige wedezydfche debatten, zeide C. Vis* fer, dat hy eene Publicatie te doen had, en hy "dus ons ordonneerde te doen kloppen* De Prcefident vraagde hem, of die Publicatie in de Vergadering der Provifionele Reprcefentanten van Zeeland gearrefteerd was, waar op C. G. Byleveld. C op  X 36 X op een fleren toon antwoordde: . „ dat zyn onze zaaken."—Hier opantwoordede Prcefident. — „ En wy doen, of laten geene Publicatie doen, dan die ons gedrukt ■ want deze die zy by zich hadden was ge- fchreven — volgends den gcwoonen weg door eenen Staaten-bode uit de Vergadering der Provifionele Reprcefentanten van Zeiand wordt toegezonden." Hier op zeide J. G. Byleveld: — „ zult gy laten kleppen — naarnelyk om te publiceren — of ik zal laten kleppen. " — Waar op de Prcefident weder antwoordde: — „ Wy zullen niet doen kleppen, en gy ook niet. Of vermeent gy hier de Souvrainiteit des Goefchen Volks te komen fchenden?" Nu rees C. Visfer in toorn op, en zeide met eene donderende item. — „ Burgers! ik zal uwe naa- men bekend maaken." Waar op de Prcefident antwoordde. ■ „ Wy hebben reeds door mis- fives en expresfes uwe onwaardige handelwyze door gansch Zeiand bekend gemaakt, en zullen uwe naamen met zwarte kooien voor het gantfche Bataaffche Volk tekenen," Thans zeide de Prcefident verder, dat onze Vergadering niet wyder met hun fpreken, of handelen konde, en dat hy hun, uit naam onzer Vergadering, verzogt, te vertrekken; waar na de Prcefident den Bode fchelden, om de deur der Raadzaal voor hun te openen, waar op de Commisfie vertrok, fluitende de Prcefident een weinig daar na de Vergadering. Maandag morgen den 31 Augustus, vertrok C. Vis-  ):( 37 X Visfer alleen naar Middelburg , blyvende J. H. Appelius en C. G. Byleveld nog in Goes. Dingsdag middag den i September ontving de Prcefident der Municipaliteit een brief van den in Goes Commanderenden Franfchen Officier, met verzoek, dat de Prcefident aan hem Franfchen, Commandant, de Sleutels der Stads Poorten, als ook die van het Kruid-magazyn wilde overhandigen. De Sleutels der Srads-Poorten berustten, in de dagen van het oude benuur, altyd ten huize van den Prcefident Burgemeester. Thans waren zy op dien voet in handen van den Prcefident der Municipaliteit.cn wat de Sleutels van het Kruid - magazyn betrof, die waren in handen Vari den Commandant der Stads Garde. Zo dra de Prcefident dezen brief van den Franfchen Commandant ontvangen had, liet hy aan"ftonds Municipaliteit beleggen. De Vergadering het rapport wegens dien brief van den Prcefident gehoord hebbende, befloot, aan het verzoelc van den Franfchen Commandant niet te voldoen, wyl de overgaaf dier Sleutels volftrekt ftrydig was met het recht der Stad en Burgery. Dit befluit genomen zynde, lieten wy den Franfchen Commandant by ons komen, en zeiden hem, dat de overgaaf dier Sleutels tegen de rechten deiStad en Burgery ftreed , en wy hem die dus geenzins overgeven konden, of mogten; maar, ziende dat de Franfche Commandant'er cp aandrong, zeg' gende , dat hy daar toe eene orde had van den in C 3 Zee-  X 38 ):< Zeeland commanderenden Franfchen Generaal, zelden wy hem verder, dat, indien hy die hebben wilde, dat hy dan de Sleutels met geweid van hcC huis vaa den Praefidcnt konde afnaaien; dat indien wy gedwongen werden door geweld, zulks een andere zaak was, en wy als dan konden vry gefproken worden, van niet vry willig het recht der Stad te heöben overgeven. Hy antwoordde ons — dat hy om een extract uit onze Refölutie verzogt, die hy per expresfe naar den in Zeiand commanderenden Franfchen Generaal afzenden zoude. Dit accorderden wy hem, en gaven hem die ter fïond. Hier mede vertrok de Franfchen Commandant, waarna de Prasfidcnt de Vergadering floot. Des namiddags te vier uuren circa, kwam de Commandant der Stads Garde by den Prcefident met een brief, welken hy zeide, zo oogenblikkelyk van den Franfchen Commandant ontvangen te hebben. Deze brief behelsde in zich een verzoek van den Franfchen Commandant aan den Commandant der Burger Garde , zoom de Sleutels der Stads-Poorten , als van het Kruid Magazyn, over te geven in handen van hem , Franfchen Commandant. Op dezen brief werd aan den Franfchen Commandant geantwoord — dat by Franfchen Commandant zeer wel wist, wat'er over het verzoek, aangaande de Sleutels, tusfehen hem en de Municipaliteit voorgevallen was. Dat de Sleutels der Stads Poorten onder den Prsefident der Municipaliteit berusten-  X 39 K tendc waren ~, en dat dus de Commandant der Burger Garde die aan hem niet bezorgen kon; dat, wat de Sleutels van het Kruid-magazyn betrof, de Commandant der Burger Garde die niet vermogt overtegeven, zonder fchriftelyke orde van de Municipaliteit. Dat men nooit die Sleutels zoude afgeren, dan door geweld daar toe gedwongen. Circa half vyf vuren, kwamen eenige Franfchen," zo Officieren als Onder-Officieren, by denPrsefident; toonden zeer misnoegd te zyn over het weigeren der Sleutels aan den Franfchen Commandant, zeggende een der Officieren, dat de Prcefident wel begreep , die over te zullen moeten geven; want dat, zo de Franfchen nu nog in Goes niet fterk genoeg waren, 'er nog elf honderd man komen zouden. De Prcefident zich dus gedwongen ziende, en gevallig eenige Leden der Municipaliteit juist toen by zich hebbende, die getuigen konden, dat hy metgeweld tot de overgaaf dier Sleutels gedwongen was, deed dan ook, onder approbatie van die Municipaliteits - leden , de Sleutels overbrengen by den Franfchen Commandant, en gaf naderhand, ook op last der Municipaliteit, eene fchriftelyke orde aan den Commandant der Burger Garde, om zyne Sleutels van het Kruid-magazyn ook mede te geven. Daar op liet de Prcefident wederom Municipaliteit beleggen; deed aan de Vergadering verflagvan het geen 'er voorgevallen was, en dat hy zich gedwongen gevonden had, de Sleutels over te geven; waar op die Vergadering weder fcheidde, C 3 V/oini'  ):< 40 ):( Woensdag den 22 September des morgens te halftwaalf uuren circa, ontving de Prcefident een brief van de Commisfie, en daar hy, om eene andere zaak, tegen dat uur de Municipaliteit had doen beleggen, en dus zo aanftonds naar de Vergadering meende te gaan, nam dezelve dien brief met zich. De Prcefident dien brief in de Vergadering geopend hebbende, was deze woordciyk van dezen inhoud: GELTKHEID, VRTIIE1D, BROEDERSCHAP, . „ De Burgers! Appelius eri Byleveld, Gecommit„ teerden van de Provifioneele Reprcefentanten van „ het Volk van Zeiand , aan den Burger Prcefident der „ Municipaliteit van Goes. Burger! „ Wy eifehen van u, in naam van onze Com„ mittentcn, dat gy, zonder verwyl, de Leden „ der Municipaliteit laat convoceren tegen half „ twaalf uuren , .omrae te compareren in de ordina„ ris Vergader-kamer, en dat gy aldaar ongeopend » voortbrengt de Misfive, welke gy bier ingefioten „ bekoomt, omme aldaar eerst geopend te worden. „ Voor de voldoening aan deze onze voordering, „ ftellen wy u, Burger Prcefident! perfoneel verant' woordelyk." Heil en iroederfchap ! Goes den 2 Sept. (was gct.) J. H. AppeHus. 1195- C G, Byleveld. Het Eerjie Jaar der Bataaffche Vryheid. Dien  x 4i y-c Dien ingeflooten brief, welke aan de Municipaliteit geaddresfeerd was, opende de Prcefident in de volle Vergadering, volgends den eisch van de Commisfie in den bovenftaanden brief, en zie hier ook' woordelyk den inhoud. ——- GELYKHEID, VRYHEID, BROEDERSCHAP/ De Burgers Appelius en Byleveld, Gecomrnkteerdens van de Provifionele Reprrefentanten van het Volk van ZelanJ, aan de Municipalueit der Stad Goes. Med EETjRGEns! „ Ten einde nogmaals een blyk te geven, dat „ wy niets willen onbeprocfc laten , om zonder „ meerder eclat, u lieden te rug te brengen van „ der leden gedrag, tot dus verre, ten opzigten „ der Provifionele Reprcefentanten van het Volk van „Zeiand, onze Committenten, gehouden, zullen „ wy ftondelyk in ulieder Vergadering verfchynen, „ en aldaar andennaals dêploiëren die fentimenten „ van Broederfchap, welke ons bezielen. „ Wy willen hier van uiieden niet onkundig la„ten, ten einde onze komst in ulieder Vergadec S p ring  4* ):( ring dat aecuil moge ontwaaren, waar op wy mee si zo veel recht aanfpraak kunnen maken. Heil en Broederfchap ! (Was get.) j. h. Appelio s. C. G. ByleveI/O. LrOES flen 2 September 1795» Het eerste Jaar der Bataafjche Vryheid. Wy hadden nog naauwelyks een befluit genomen, wanneer de Bode ons berigt kwam doen, dat de Commisfie daar was, verzeld door den Franfchen Commandant, en dat zy audiëntie verzogt. De Commisfie binnen gekomen zynde, doch tot onze verwondering zonder den Franfchen Commandant , nam die Commisfie plaats. De Burger J. H. Appelius deed ons een foort van aanfpraak, die hy ons voorlas , zeker opfchrift gefield, om de bekrompenheid zyner Memorie te gemoette komen, welke aanfpraak hoofdzakelyk behelsde: „ dat hy ons aanmaande, om anders te handelen, en hunne pending te erkennen; dat wy op de gevolgen moeiten zien, en dat hy ons verantwoordelyk ftelde voor onze Vrouwen en Kinderen „ waar naar hy opflond, zeggende, ons in onze deliberatiën niet hinderlyk te willen zyn,  X 43 X rer byvoegende: „ de Commisfie geeft ü ëé9k half uur tyd, om u nog te bedenken, en zal} dit verltreken zynde, weder komen. „ Na deze hartbrekenke aanfpraak en vaderlyké vermaaning, vertrok de Commisfie ; zeker in vera wagting, dat, daar zy ons geweten thans zodanig aangetast had , want het is toch wat te zeggen, iemand voor Vronw en Kinderen verantwoordeiyk te ftellen, wy ons bekeerd, en de Commisfie derhalven erkend zouden hebben. Een half uur daar na kwam de Commisfie weder5 èn vraagde ons naar ons befluit. De Prsefident antwoordde : — „ dat wy, als Manneöi va.n eer, by ons eens en rypelyk overwogen en ftandvaftig genomen befluit bleven; dat wy gezworen hadden, de rechten des Goefchen Volks te handhaaven ; dat wy , zo als wy reeds meer maaien huil verklaard hadden, hunne Commisfie niet erkenneri konden, in dit geval, wyl voor eerst dezelve toÊ eene domeftique zaak der Stad Goes betrekking had* en ten anderen, zy afgezonden ware, door eene Vergadering, wier Re'örganifatie noch door het ganfeïlê Zeeuwfche Volk, noch door het Volk van Goes Voor wettig erkend was: — ,, Zy antwoordden ons: — „ dat de MunicipaliteitvzP, Goes tog wel degelyk de Vergadering der provifio= nele Reprasfentanten van Zeeland erkend had, door twee Gedeputeerden van wegen de Municipa'itéii van Goes ter Staaten vergadering af te zenden, 'eft ie PablicatJën , welke ons van tyd tot tyd door dlè  *C 44 ):( Vergadering waren toegezonden, te publiceren, en te doen affigeren. Wy antwoordden daar op : — „ dat het een geheeï ander geval was, dat wy de vergadering der provifionele Reprasfentanten van Zeeland voor ons zelve, als Municipaliteits-leden , wel erkennen konden, en ook wilden, zo verre het provinciale zaaken betrof; maar, dat wy, uit naam van het Volk van Goes, hunne Commisfie in dit geval, zynde eene domeftique zaak, niet konden of vermogten te erkennen; dat deze ftap eene inbreuk op de rechten der Burgery zoude zyn, en dat wy derhal ven , om aan onzen Eed, welken wy aan het Volk van Goes gedaan hadden, getrouw te blyven, de Commisfie nooit erkennen zouden. " Hier op begon J. H. Appelius wederom iets voor te lezen, waar van den inhoud hoofdzakelyk deze was: — „ dat de Commisfie ons allen, uit naam der provifionele Repnefentanten van Zeeland, in onze posten furcheerde, en ordonneerde, om oogen- blikkelyk de Raadzaal te verlaten. „ waar op J. H. Appelius opftond; fchelde, en onzen Stadsbode, die op het fchellen binnenkwam, met eene donderende ftem toeriep „ 0nze Bode! " Hadden wy nu niet gevreesd, dat 'er misfchien veel Burgerbloed zoude gedroomd hebben, wy hadden nimmer op bevel van zulk eene Commisfie onze zifplaatferi verlaten. Dan wy wisten, hoe edel de Goefenaaren dagten. Wy wisten, dat dc  );( 45 X de braave Gardes hunnen, zo duur gezwooren Eed, van ons in alle gevallen te zullen befchermen, tegen de aan/lagen Van het geweld , het kostte , wat het wilde, indien wy hen ter onzer verdediging geroepen hadden, zoude volbracht hebben, en ter onzer beveiliging toegevlogen zyn. Wy wisten niet, of welligt, indien wy waren blyven zitten, de twee Compagniën Franfchen de een of andere orde van die Commisfie ontvangen hadden, en wat was dan anders daar uit te wagten geweest, dan Burgers Burgers, en vrienden vrienden te zien Aagten — want de Franfchen immers zyn onze vrienden, de aanbrengers onzer Vryheid, en wy vergeven hun gaarne , al dat gene , het welk zy op bevel van lieden, welke zich het opperzag aanmatigen, hebben moeten doen. Het befef dan van dit alles deed ons , om de rust der Stad te bewaaren, de zagtfte maatregels in dit hagchelyk tydftip nemen. Wy Honden derhalve op ; protefteerden tegen de geweldaadige handelwyze dier Commisfie, en, na door onzen Secretaris ons protest te hebben doen aantekenen, verlieten wy circa i uur het Raadhuis. Wy waren zo dra niet van het Raadhuis, of die Commisfie publiceerde de volgende Proclamatie. Pro-  X 4* X PROCLAMATIE. YRTHEID, GELTKHEID, BROEDERSCHAP, De Burgers Appelius, Visfer en Byleveld, Ge» committeerdens der Provifionele Reprtefentan«en van het Volk van Zeeland, allen den genen, die deze zullen zien of hooren lezen, Heil en Broederfcbap! doen te weten : dat de Provifioneele Repraefentanten van het Volk van Zeeland , door eene Commisfie uit de Municipaliteit dezer Stad, by den Praefident van hun Committé van Algemeen Welzyn, Waakzaamheid en Veiligheid, geïnformeerd van het gebeurde binnen dezelve, ter gelegenheid yan zeker Request, 't welk door fommige Ingezetenen aan hun zoude worden geprsefenteerd, vervolgens op den 25 der afgeloopene maand, een nader bericht van de gefteldheid van zaken binnen deze Stad hebben bekomen, en daar uit ontwaar zyn geworden, dat, onder het weldenkende gedeelte van de Burgery, eenig ongenoegen ontftaan eri zwarigheid gemaakt was, omtrent dewyze, op welke het Stemmings- en Regerings - Reglement binnen deze Stad is ingevoerd, en de verkiezing van de Leden van de Municipaliteit, het Collegie van Juftitie en Subalterne Collegien over eenige weeken is verricht; dat de voornoemde Proviiione= le Reprcefentanten, bezield met het heilzaam oog» merk  ):C 47 ):( saerk om alle dusdanige twisten in derzelver oor> fprong te fluiten, en allen zweem van verfchil tusfchen de Ingezetenen, ware het mogelyk, uit den weg te ruimen , reeds op evengeraelden 25 Auguftus, de Burgers Visfer en Appelius hebben gecommitteerd naar deze Stad, om, naar alles een behoorelyk onderzoek te doen, en met denoodige macht tot vriendelyke vereffening der verfchillen voorzien, welke zich dan ook des anderen daags naar herwaards hebben begeven, en een lange conferentie met de Vergaderde Municipaliteit en het Collegie van Kiezers, over het oogmerk hunner zending hebben gehad, en voornemens waren met het begonnen onderzoek voort te gaan , wanneer zy daar in verhinderd zyn geworden, eerst door de alleszints ongewone en tegen hunnen raad en protest aangelegde oproeping der Burgery, op den 37 derzelve maand, en vervolgends door het bloedige toneel, tot het welk dezelve aanleiding heeft gegeeven ; een toneel, welks herdenking elk waar Vaderlander met fpyt en verontwaardiging moet vervullen , daar de geheiligde zaak der Vryheid door eene daad onteerd is, welke alleen voegde aan de fnoode verkrachters van de te lang miskende Rechten van den Mensch, welke nog perfoonen nog eigendommen ontzagen , ter bereiking van hunne doemwaardige oogmerken ; dat ondertusfchen beide de eerstgenoemde Burgers, na dit gebeurde hebben begrepen , naderen last van de Provifionele Reprcefentanten van het Volk van Zeeland  X 48 X land te behoeven, welke hun op den 28 Auguftus daar aanvolgenden , met adjunftie van den Burger Byleveld, andermaals na deze Stad hebben afgevaardigd, om het begonnen onderzoek te voleindigen, en verder voorzien met zoodanige ampele en onbepaalde macht, als tot herftelling der eensgezindheid ert het maintien der waardigheid van de reprcefentative Vergadering van een vry en fativerain Volk zoude worden vereischt. Dat zich voorfchreven drie Gecommitteerdèns vervolgends ter volbrenging van hunnen last, op den 30 der afgelopene maand na herwaards hebben begeven, met het falutaire oogmerk, om in gevolge de intentie van hunne Committenten, welke toonen het welzyn van al de deelen van het Volk , het geen zy vertegenwoordigen, op het naauwfte tér harte te nemen, zoo ook, van hunne zyde, alles aan te wenden, om den hunnen opgedr2genen last op de meest vriendelyke wyze, en in concurrentie mee de Municipaliteit, welke op den 26 met de Commisfie reeds Befognes had aangelegd, te volvoeren; en dat zy, tevens de goede Burgery dezer Stad, nopensde redenen van hunnen komst, by Publicatie wilden informeeren, en verklaaren dat de Provinciale Vergadering , getrouw aan de door haar gedane verklaring wegens de Oppermacht van het geheele Volk, en de getrouwe handhaving van de Rechten van den Mensch en Burger, nimmer zoude duiden, dat eenige indragt op de Rechten van de vrye Burgery van Goes gedaan, of deszelfs wettige invloed op dB  X 49 X de keuze van hare Vertegenwoordigers werde ger maakt, en dat Gecommitteerdcns dus ook in de door hun te nemen maatregulen , voorfchreve grondbe* ginfeien nimmer zouden hebben uit het oog verloren, neen maar integendeel, in alles getragt dien invloed aan de vrye VoJksftem te geven, welke de töetsfteen der polit-que Vryheid is. Dat Gecommitteerdens, ten dien einde, hunné conferentien mee de Municipaliteit hebben getragt te hervatten, en aan dezelve kennis te geven van de Publicatie, welke door hun zoude worden gedaan3 en daar toe hunne medewerking te vragen: dan dat zy, tot hunne onbefchryfelyke verontwaardiging hebben moeten ondervinden, die zelve Municipaliteit, welke de wettige Provinciale Vertegenwoordiging alleszints had erkend,, en nog dagelyks erkend; die zelve Municipaliteit, welke haare Gedeputeerdens in de Vergadering van de Reprsfentanten heeft; die zelve Municipaliteit, welke met Gecommitteerdens in onderhandeling was getreeden; die zelve Municipaliteit, eindelyk, welke niet onkundig kan zyn, dat een gedeelte van de weldenkende Burgery verklaard heeft, al die genen, welke de wettigheid dejPrövifioneelcRepraefentanten in twyff.ving zoude trekken, te zullen befchomven als verhoorders van de openbaare rust, en benyders van qenafgémednen welvaart, terwyl de denkwyze van het oyerlge gëdeeiië, door haar ftib.wygen g'.-nocgzaarn is ge&anifestcer$,; .- .'-;c tegenftaan tl e dit alles van zich heen k innen r-rkrygcfi, om dè Nettigheidvaa déjzendmg mlGëeóni*  X 5° ):( mitteerdens ouder ailerleie frivole voorwendfels in twyffel te trekken, en hun het laten doen eererPublicatie te weigeren , hoe zeer tevens aanbiedende, zelve dusdanige publicatien af te kondigen, als hun door de provifionele Reprcefentanten zouden worden toegezonden, en dat de voorfchreve Municipaliteit zich wyders reeds te vooren had verftout, om adfiftentie van gewapende Burgers aan andere Steden te vraagen, tot weering van Gecommittcerdens, -en de ydelheid gehad heeft van zich een oogeablik te vleien, dat ook andere Steden in haare misdaadige oogmerken zouden hebben toegeftemd , en tot bereiking derzelve medegewerkt; eene daad welkers oogmerken Gecommitteerdcns voor als nog liefst niet willen doorgronden, doch welke, had dezelve immer effect geforteerd , vandc onberekenbaarste gevolgen zoude hebben kunnen zyn, en niet minder dan tot het plengen van Burgerbloed , ('t geen God altyd verhoede,) aanleiding zoude hebben gegeven ; dat ondertusfehen Gecommitteerdcns in ervaring van dit een en ander zynde gekomen , ongetwyfFeld gerechtigdzouden zyn geweest, om eene onverwylde en aan de eer der provinciale vertegenwoordiging geëvenredigde fatisfactie van die euveldaad te nemen,, en te zorgen, dat eensdeels de goede Burgery dezer Stad niet langer zoude ftaan onder het beduur van de zulke, welker oogmerk met voorbyzien van alle principes fcheen te zyn, zich op hunne waggelende Zetels ftaande te houden, door hunne Ingezetenen fteeds meer en meer op een dwaalweg te brengen, en  X 6"! X en eindelyk zo verre weg te fieepen, dat zy zouden worden genoodzaakt eene gemeene zaak met de Municipaliteit te maaken ;en anderdeels te zorgen, dat zy, welke men te recht als de hoofden van het geheele fpel kan aanmerken , wierden buiten ftaat gefield, onl eenig verder nadeel te doen, totdat nadere befchikkingen deswegens by de provifionele Reprcefentanten van het Volk van Zeeland zouden genomen zyn; dan dat Gecommitteerdcns verlangen in alles den zagften weg in te flaan, en zich ook zullen vergenoegen mee het nemen Van die maat-egulen, welke hangende de deliberatien hunner Committenten, tot de veiligheid van alle Ingezetenen onvermydelyk zyn : Zo is 't, dat Gecommitteerdcns, uit hoofde van de ampele en onbepaalde magt aan hun toevertrouwd, verklaaren voor eerst, de Municipaliteit dezer Stad, door provinciale reprcefentatie, provifioneel'en tot dat nader deswegens by de provifionele Reprcefentanten van het Volk van Zeelawd zal wezen gedisponeerd, 'in de 'ultöeffening 'van derzelver bediening, met al het geen van dezelve depehdeerd, te wezen gefurchcerd; interdiceren mitsdien aan 'dezelve, orh 'zich eenig. gedeelte van hunne functien teblyven aantrekken, op poene van als rerftoorders van de publjque rust op het rigoureuste'te worden geflrafc, ch' ordonneren dezelve, om aan de ftraks te melde provifionele Redering , al het geen tot hunne adminiftratie eenigzlnts betrekkelyk is, onverwyld te moeten overgeven. Ten tweeden: dat door Ons dezen middag om D 2 nalf  X s* X half twee uuren aan de Burgery eenige perfoonën ter approbatie zullen worden voorgedragen, om inmiddels en ter voorkoming van regelingloosheid de Municipaliteit inhaare werkzaamheid te vervangen tot dat deswegens nadere finale féhikkingen , zullen zyn gemaakt. Ten derden: dat de Maire , het Committé' van Junkie en alle Subalterne Collegicn fpiciaal wordt gelast, in de uitoefFening hunner functien provifiolieel te blyven voortvaren. Ten vierden-, dat alle goede Burgers èn Ingezetenen op het ernftigfte worden vermaand èn gelast, om zich foigneufelyk te wagten, van alle vmordenen daaden, welke eenigzints zouden kunnen (trekken tot ftooring van de publique fust , gelyk mede alle buitengewoone Vergaderingen van de Stedelyke Garde en Gewapende Manfchappen buiten kennis en goedkeuring van dé aan te (tellen provifionele Municipaliteit wel expresfelyk worden verboden, zullende die gene, welke Zoude worden bevonden op eenigerhande wyze contraire dezes te hebben gehandeld, daadelyk worden geapprehendeerd, éan de Juftitie overgegeven en zonder conniventie geftraft. En op dat niemand, hier van onkundig blyve, zal deze alomme worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks gewoon is te gefehieden* Ai*  X 53 H Aldus gedaan en gearrefteerd by Gecommitteef- dens voorengemeld, binnen de Stad Goes, den 2 September 1795. H« eerjie Jaar der, JBataaffche Vryheid. ifFm get.) I H. AfPEtiü». C. Visser,, Cz. C. G. BYLEVEiD. Wy zouden ons onzen tyd en moeite beklaagen met dit bovenftaande ftuk, ais ook dat, het geenwy onder den naam van Bekendmaaking in de Rotterdamfche Courant van den 17 September gezien heb-? ben, te wederleggen; ook zoude hier van een gantsch boekdeel worden. Wy zeggen alleen dit aan alle braave Bataven: —• '9i dat wy alle die ons befchuldigende pointen in die beide Hukken voorkomende , houden voor God onteerende logens en onwaarheden, die men oas% door verkeerde en vaüche rapporten te maaken, aan de Vergadering der Provifionele Representant ten van Zeeland, heeft ten laste gelegd; en houden hen, die zulke verfoeièlyke onwaarheden aan het oor der Zeeuwfche Reprasfentanten gebragt hebben, voor verraders hunner Medeburgeren, lasteraars logenaars en eerroovers , zo lang zy niet met bewyzen hunne'gezegden en aanbrengingen ftaaven kunnen. Na dat deze bovenftsande Prcclamath door C. GByl eveld van den Raadhuize was afgelezen, D 3 SiDS  3?C 54 X ging de Stads Omroeper rond, eene algemeene oproeping verkondigende, tegen twee uuren, in de groote Kerk. Te twee uuren de Burgery vergaderd zynde, zonder onderfcheid, tot zuiken toe dié men' plonderaars noemt, zeide J. H. Appelius tegen de vergaderde Burgers: — „ dat niemand hier fpreken mogt, maar d?t , na het fcheiden der. Vergadering, elk Burger die bezwaaren had, die aan de Commisfie in haar Logement inbrengen kon." Daar op ftelde hy aan de Burgery de tien in de deze onderftaande Publicatie uitgedrukte perfoónen,•'als Municipaliteitsleden ai interim, voor. Hier op fcheide deze opgeroepen meenigtei en de Commisfie ging met die Leden, die zy der Burgery als Municipalen had voorgefteld, en waar op de Burgery niets aangemerkt had, om dat niemand mogt fpreken, naar het Raadhuis, waar de Commisfie die leden, zonder-in het minst de ftem der Burgery te erkennen, in eed nam , waar na de Commisfie terltond deze volgende'Publicatie van den Raadhuize af las. C E-  X 55 X GELrKHElD, VRTHE1D, BROEDERSCHAP. P ÜBLICATIE. 10)e Burgers Appelius en Byleveld, Gecommitteerdens der Proviüoneele Reprcefentanten van het Volle van Zeeland, allen den geene die deeze zullen zien of hooren lezen; Heil en Broederschap! doen te weten : Dat ingevolge de Proclamatie heeden morgen door ons gedaan, wy tot voorkoming van Regeringloosheid, en tot weering van alle de onheilen die daar uit zouden moeten profluëeren, na alvorens dezelve aan de opgeroepene en vergaderde menigte in de groote Kerk, te hebben voorgeftelt, hebben aangeftelt en genomineert, gelyk wy aanftellen en nomineeren by dezen, omme hangende en gedurende de fchortfing der Municipaliteit, de fundtien daar van in alle haare deelen waar te neemen en uit te oeffenen, de Burgers : Piet er Osfewaarde, P. Z., Cornelis Dommcus, Leyn Dykwel, Piet ervan Kleynputte, Adnaan Boddingim, Jean Arnaud Bevier, Jehan Adriaan Ha* rinck, Jean Pierre Cêre, Jaqties Jenoteau , Jan Albert van Nieuwenhuyfe; tot Secretaris, den Burger Pieter Adriaan Osfewaarde. Welke voorfchrceven Post hebben aangenomen en dadelyk door ons beëedigd en in functie gefield zyn. D 4 kas*  )•( $6 ):( Laster voorts en beveelen eik en een iegelyk, Voorcruecve Burgers c!s ad ttmrhn waarnemende den Post van Muricipaliteits Leden, in alies te erkennen en te eerbiedigen, zonder zich tegen hunne rechtmatige beden in het minfte te verzetten; en emdelyk uitnodigende allen den genen welke eenige bezwaren, van welken aart ook, mogren hebben in te brengen of eluddatië te geven tegen of omtrent , het geen binnen deze Stad is gebeurd, zich op morgen te vervoegen by Gecommitteerden, w elke daar toe zullen vaceeren tfl het Logement de Goude Leeuw van des Voormiddags negen uuren rot des Nademiddag' om dne uuren, oP dat van alles behocrlyk rapport kunne gedaan, en door Üe prcvifoneeie Reprcefentanten van het Volk van Zeeland dusdanige maatreden genomen worden, als zy zullen vermenen te Dchooren. ' ;i :( 57 X ren hadden, gclyk algemeen klaar bleek; ook thans werd de op den iq Augustus voor zynen post bedankthebbende, Secretaris, P, A. Osfewaardc, op nieuws aangeftcid; tegen wejk Perfoon de Burgery, federd dat hy bedankte eer:en algemeencn haat had opgevat. Na onze turcheanfe leverden wy, behoorlyk door een Notaris en twee getuigen , een protest in, aan de Commisfie, tegen alle haarc verrigtingen. Ook leverde de Burgery een,protest in, ondertekend door verre over de twee honderd perfonen, het welk door eene deputatie uit de Burgery aan de Commisfie overhandigd werd. —* De Burgery verklaarde in dit adres:— „ verontwaardigd te zyn over de handelingen den Commisfie; te proteiteeren tegen alles, wat'er door dezelvegedasn was, hunne oude Municipaliteit wederom eisfebende; zeggende, nooit eene andere Municipaliteit te zullen erkennen, dan die, welke door hunne vrye Item verkozen was." Hoe klaar b!ykt de geest des Volks niet in het tekenen van dit protest; daar in den korten tyd van eenige uuren, reeds over de twee honderd perfonen dit getekend hadden. Daar de Burgery dit protest aan de Commisfie moest overgeven, en de Commisfie des anderendaags vertrekken zoude, had de burgery niet langer, dan flegts eenige weinige uuren ; was 'er langer tyd geweest voor de Burgery, als dan zoude zeker dit protest nog door een oneindig grootcr getal getekend zyn. Met deze (lukken, vertrok de Commisfie, na al V> S dit \  X 58 X die door hun in Goes verrigtc werk, naar Middelburg. Wy hebben verder niets, noch van ons protest, noch van het protest der Burgers vernomen, dus blykt het, dat een protest, door twee honden braave Patriotten getekend, en geprefenteerd, zo veel niet vermogt beeft, als een vuil adres van zeventien Orange tekenaars. Naderhand heeft ook het Commhté de Juflicc een protest ingelevert; dan, uit, en van dit alles is niets geworden. ..... Donderdag den 3 September werd hoe ver¬ re gaat het geweld niet! aan de gefurcheerde Municipaliteits-leden aangezegd door een Stadsbode, op orde van de door de Commisfie aangeftelde Municipaliteit, dat de gefurcheerde Municipaüteits-leden, hun Municipaal-teken, (*) zouden hebben af te leggen, en niet meer te dragen. Op deze orde, die de bode ons bragt, antwoordden •wy: — „ Dat wy geene andere Municipaliteit kenden , dan die, welke door de vrye volks-flem verkozen was; dat wy dus geene 01de van eene onwettige aangeftelde Municipaliteit aannamen, en, wat ons Municipaal teken betrof, dat dit een prefent was, het welk wy van de Goefche Meisjes ontfangen hadden, C*) DÜ; !• een Nationaal lint, vaar aan een kwastje van rond en zilrer 't geea wy op onze bom dragen. _ Die teken was ons door de jonge Maagden van Goes, ten zelfden tyd, toén die B«aaffehe Meisjes een n.eBW Vaandel 3a„ de Garde dezer Stad  X 59 M den, dat wy het niet zouden afleggen, voor dat het 'er met de 'pajonetten afgefloten werd" met. welk antwoord de Bode naar de onwettige Municipaliteit moest wederkeeren. Maandag.;dm g Septemb. wierd, met voorkennis van den Franfchen Commandant, en op ordre der WykhaeeSter» de Burgery.onder deze volgende woorden, by trommelflag opgeroepen. „ Met overftaarc „ van Wykmeesters worden alle weldenkende bur„ gers en ingezetenen dezer ftad ver zogt te compare„ ren in .de groote Kerk tegen half twaalf uuren; „ de leden der Garde, worden verzogt ongewapend j, te verfchynen." Tegen het uur der oproeping deed de Prcefident der onwettige Municipaliteit, P. Osjewaar de, de groote Kerk fluiten. De vergaderde Burgery hunne gewoone vergaderplaats gefloten vindende, op eene willekeurige orde van voornoemden P. Osjewaar de, vergaderde zeer vreedzaam op de groote Markt onder den Vry- heids - boom. Het volk, zeer te onvrede over de verrigtingen van fi H. Appelius en C. G. Byleveld, toondeelkander aan, dat hetvolftrekt ftrydig was met de Rechten van den Mensch , opgedrongen Reprcefentanten te ontvangen, in plaats, dat volgends de rechten van den mensch , het volk zyne eigen Vertegenwoordigers verkiezen moer. — Het volk zeide onderling. „ dat het dus zyne Municipaliteit weder, volgends de Rechten van den Mensch her- ftel-  X 60 X Rellen wilde, en dat het nooit eene Municipaliteft erkennen zoude, dan die het zelve daar gefteld hadden.^ De Burgery befloot dus eenpaarig , om terftond haare gefurcheerde Municipaliteit te herfleUen, en de onwettige daadelyk te remaneren. \ Daar op ging de ganfche Burgery, Mannen, Vrou-, wen en Kinderen naar het Raadhuis, en bragt de gefurcheerde Municipalitoits-leden, welke zich hier; en daar, ook uit oorzaak der oproeping, onder het midden der Burgers bevonden, naar het Raadhuis. Wy gingen dan ook met de Burgers naar het Stadshuis. De trappen tot voor de Vergaderzaal opgeklommen zynde, opende de Burgery de Raadzaal, en verzogtaande onwettige Mnnicipaliteit, die toen ook juist vergaderd was, de Raadzaal oogenblikkelyk te willen verlaten, het welk deze deed. Daar op herftelde de Burgery ons in onze posten, zeggende tegen ons : — „ Ziet, nu heeft de Burgery u herfteld ! Gaat nu niet meer daar van uwe plaatfen, dan door geweld, of vreest voor het Volk' Volbrengt uw Eed en Pligt."_ Toenwy dus onze' plaatfen genomen hadden , verzogten wy de Burgery, thans de Raadzaal ook te willen verlaten, ten einde wy in deze hagchelyke oogenblikken befluiten tot nut van het braave volk van Goes konden nemen, waar na wy de edele Goefrnaaren voor hunne trouw en liefde jegens ons bedankten , vernu nende voords een ieder, zich toch bejaard te gedragen. Nu was. els op eenoogenblik de Raadzaal ontruimd, en de bu:~  x «ï y.( Ibutgery verliet met een bly ho*zeeï ook verder het Raadhuis» J]y al dit gebeurde is 'er hiêmand in perfoon bf goederen beledigd irt tegendeel de burgery was zeer bedaard. Intüsfchen dat dit alles gebeurd was, had deFrafli fchen Commandant het Raadhuis aan alle kanten door zyne troupen doen bezetten. ' De onwettige Municipaliteit, welke op Orde der burgery de vergaderzaal verlaten had , was op eene andere kamer van het Stadhuis geretireerd, van waar zy ons de volgende ordonnantie zond, welke duswoordeïyk luidde. „De provifioneeie eh ad interim aangeftelde Mü„ nicipaliteit der Stad Goes, fommeèrt en gelast die perfoonen, welke thans onwettig ten Stad- huizé alhier fesiie hebben genomen, zich noe* „ mende leden der Municipaliteit, te vertrekkenj en zich geen deel van gezag aan te trekken* A&um, Goss, in de Vergadering van provifioneeie Municipaliteit — den 7 September 1795, des middags ten half twee uuren. Ter Ordonnantie van dezelve (was gei.) P. A. OSSEWAARDE. Wy deden hier op antwoorden. —— » Dat wy geene Municipaliteit kenden, dan die door het vryè volk van Goes daar gefteld was, en dat wy aan de on-  )•( -62 X onwettige Municipaliteit gelasten, om aanftonds.het Stadhuis te verlaten." Nu ontvingen wy een brief van den Franfchen Commandant, waar van den inhoud was: — „ dat hy gezien had de weigering, die wy gedaan hadden aan de Municipaliteit; — dat hy orde had, alle resfamblementcn te verbieden; dat het geene'er gebeurd was, niet anders dan eene oproerige daad ware; dat hy ons fomrneerde, om teritond te vertrekken, en dat, zo wy dit wegerden, hy gedwongen zoude zyn, om de noodige maatregels te nemen." Wy verzogten door den bode aan denFranfchenCommandant,tezeggen dathy eens by ons als Municipaliteit komen zoude; maar ontvingen tot antwoord: dat hy geene Municipaliteit kende, dan die, by welke hy thans was „ — zynde hy toen by de onwettige in de kamer. Men moet zich niet verwonderen, dat de Franfche Commandant dus fprak, en handelde, wanneer men weet, dat hy, yoor eerst als Franschman onze Conftitutie niet kende; en ten anderen, onze party van tyd tot tyd alles in het weik gefteld had, om de Franfchen op haare zyde te krygen. Wy, de Raadzaal niet Willende verlaten, werden aldaar gearrefteerd, gelyk ook de toen vergaderd zynde Burger Krvgs-raad, twee Kiezers, die volgends het Regerings-Reglement zittinginde Municipaliteit hadden, als ook een Lid van de Centrale vergadering. . Alle deze perfonen , ten getalle van  X 63 X van zeven en twintig, werden dus op orde van den Franfchen Commandant op het Raadhuis in arrest gefteld, doende hy Franfche Commandant, het Raadhuis rondom met fchildwagten bezetten. Alle de andere gearrefteerden werden , na een kort verhoor, door de Commisfie op vrye voeten gefteld. Dus bleven wy nu nog elf in getal Jrt arrest, als agt Leden der Municipaliteit, te weten de Prsefident A. W. Egt er, H. Rabinel, E. k% Piepersberg, A. van den Thoorn, D. Nocl, C. Mispelbfom, C. Barbier, Jz. en de Secretaris provifioneel, G. van der Hoek, —— zynde L. Krekelenberg en M. Gorfe, de overige Leden der Municipaliteit , op Maandag den 7 September by de oproeping, niet op de markt geweest, en C. Kuipers uit de Stad de Maire Z. M. Rimmers, één Kiezer, P. Engelje, terwyl onze andere Kiezer ook ontflagen werd . eindelyk de Burger Commandant ad interim G. Kodde. Des avonds te 6 uur circa, werd ons berigt gegeven, dat de Prsefident der Sociëteit een brief van den Franfchen Commandant ontvargen had , met orde, om de Sociëteit te fluiten, om de omftandigheden, waar in de Stad zich bevond. Wy hebben aan den Franfchen Commandant gevraagd : „ dat hy ons ons arrest fchriftelyk geven zoude, doch dit heeft hy niet willen doen." Des avonds is ook de Burgerwagt gefloten, en deze het optrekken verboden. Geen  X ^ K Geèh der Stads - bodens hebben op or.s fchellen , tot dien tyd toe willen komen. Diègtdèg den 8 September, des morgens te half Ü uuren ontvingen wy berigt, dat de onwettige Municipaliteit ftrèks weder vergaderen zoude. Hier öp befloten wy, alle de vertrekken ven het Raadhuis te fluiten, ten einde de onwettige Municipaliteit niet vergadeicn, of uit een vertrek Pubücatien afkondigen mogt, en floten dan ook daaJelyk alle vertrekken. Te 12 uur circa , kwam de Franfehe Commandant by ons, en gelastte ons, te vertrekken, mr.ar wy zeiden, dit niet te zullen doen, als ook, dat wy rhans immers op zyn ordre op gisteren waren gearrefttC' d. Te half i uur circa, zegen wy de onwettige Municipaliieit het Raadhuis opkomen, maar deaf zy geene vertr kken openvond, om te kunnen vergaderen, haar ook aanftonds weder, onverrigter zaaken vertrekken. Ma den middag liet een lid onzer vergadering., de Burger D. Noël, zynde een Media.:, aan den Franfchen Commandant vragen, om zyne zieken te mogen bezoeken, het geen de Commandant weigerde, waar op den Burger D Ntiïï ëaè den Franfchen Commandant geantwoord heeft : —— „ dat hy Commandant, zonder eenig menfchelyk gevoel j en onkundig was van de rechten van den mensch door de Franfehe Conventie gedecreteerd —- van welke  X 6S X kc een Articul zegt. Poet am een ander, dat gy met wilt dat aan u gedaan worde! —> en dat de Burger D. Nee/ de C. i verantwoordelyk fteld? voor het verlies zynsr zieken." Des avonds te ïo uuren, wert ons berigd dat die or.w; . ' . n. aiudt in'ct de FranP-hcn Commandant vergaderd was,enor', dat 'er geen ander vertrek open ware, op iegrtffie zitting hield. Die; vergadering is weder gefcheiden zonder zich met ons te bemoeiën. Dien avond kwam 'er ook een Staaten-bode van Middelburg, die zich met een Sf -is-bode voor de •ieur czer E?.adzaal plaatfte, ftaande nu ook reeds eene Ftat fc* e w*gt voor dezel ve. Wy vraegen terftond aan dien bode; „0p wiens orde hy daar voor de deur fier Raadzaal de wagt bied? " —— waar op hy antwoordde:—— „op orde van de Reprjefentarnën van Zeeland.", Dus werden wy tha-. ■ a«ór eene Staaten- een Stads-bode, en eene Franfehe 'wagt bewsskt. Wy werden zo naauw bt.vaa'd, dat die Staatenbode zelf met ons naar het fee- eet ging; en een maal het ly tje aflw dat hy by zich had en waar op onze naamen ftonden, om te zien of 'er geen een van ons forrvyds ontvlugr. wss. Woensdag den 9 September des morgens te xi uuren kwam de Commisfie weder van Middelburg; al wederom vermeerderd met een Lid, zyrde* 'er thans de Burger J. E. van der Pa/m> by, gevoegd. E T,  X 66 X Te half 12 vuren, vergaderde de Commisfie met de onwettige Municipaliteit op de griffie, en zo drazy vergaderd waren, ontvingen wy de volgende órde. GELYIvtlEID, VRYHEID, BROEDERSCHAP. v De Gecommitteerden van de provifionele Re„ prtefentanten van het Volk van Zeeland te Goes, „ gelasten de Burgers by den anderen gearrefteerd „ in de Vierfchaar aldaar, onmiddelyk aan-den bode „ zodanige Sleutels van het Stadhuis en van de ver„ trekken op het zelve over te geven, als zy gcza„ menlyk, of ieder hunner afzonderlyk in handen mog„ ten hebben." C. Fisser , Cjzr. (was get.~) J. H. Appelius. C. G. B tlevelb. Goes den 9 September J. H. VAN DER PALM. 1 79 5- Het eerste Jaar der Bataaffche Vryheid. Wy zeiden aan den bode, die ons deze orde bragr, dat wy terftond ook fchriftelyk zouden antwoorden, waar op die bode vertrok; maar aanftonds kwam  ):( 57 X kwam hy weder zeggende, dat hy last had, om terftond, tïtco, de fleutels te bezorgen, en dat een oogenblikte wagten, voor eene weigering zoude aangezien worden. Wy hadden reeds een fchriftelyk antwoord gereed, dan de bode geliefde het niet aan te nemen, en vertrok. Een weinig hier na ontvingen wy weder deze volgende orde: „ De Gecommitteerden van de provifionele Re„ praefentanten van het Volk van Zeeland te Goes, „ gelasten hier mede de Burgers D. No'él, C. Bar- bier, G. van der Hoek, H. Rabtnel, Z. M. Rim„mers, A. van den Thoorn, A. W. Egt er, C. „ Mispelblom, E. H. Pieper sberg, F. Zuidweg en „ P. Eng/fe, om op het voorlezen van deze orde, „ te volgen den bode van de Repra^lentanten, wel„ ke hun dezelve zal voorlezen, in zodanig vertrek „ van het Stadhuis, in het welk wy hebben goed„ gevonden, hun provifioneel te houden in arrest, „ en het weik hun zal worden aangewezen. \ (was get.) C. Visser, Cz. j. H. Appelius. C. G. Byleveld. GOES den 9 September j. H. van der Palm. ï 7 9 5- Het eerste Jaar der Bataaffchc Vryheid. E a w7  X <5S X Wy lieten tot antwoordaart de Commisfie geven:"— „ dat wy niet vertrekken zmden, maar, als mannen, aan ons eed en pligt getrouw blyven, door de Vergaderzaal niet te verlaten." — Daar op kwam een Fransch Officier binnen, en gelastte ons, hem te volgen , doch wy antwoordden .- . „ de Vergaderzaal niet te zullen verlaten, voor dat wy 'ermet de bajonetten afgefloten werden." — jNu ging de Franfehe Officier weg, en kwam weder met een detachement van 10 man Franfchen , nog een Officier en Sergeant. De Officier liet zyne manfehap voor de Balts front maaken, en vroeg nu andermaals ssn ons : — „ 0f wy de vergaderzaal wilden verlaten"? — waarop de Barger D. Noël antwoordde: — „ neen, liever ifterven, dan ontrouw aan onzen eed zyn!" — Hier op commandeerde de Fransch Officier twee man, ''ie binnen de Balie kwamen , en den Burger D. Noel met geweld uit de Raadzaal bragten. Tnans kwam die Officier naar den Prcefident en zeide: — allons, myn Heer de Pi Efident!" Deptasfident zeide:— „ ik ga niet, of ik moet ook twee man hebben" . daar op gaf de Officier bem eerige floten met den fabel, zeggende; „ allons, allons, foutre"\ De Prefident zeide vervo^ends •• ,, Ik protesteer tegen het geweld"— waarop de Officier antwoorde : — „ protesteer tegen de ftront " Zo werden wy al len met militair geweld e'e'n voor ée'n uit de Raadzaal gefleept, naar een onvolbouwd vertrek van het Stadhuis, waar nog geen vloer, maar  X «9 X maar enkel de zandgrond lag, vindende op die plaats zelfs hier en daar menfchelyke excrementen. Hier kregen wy , als eene genade, dén bank, om te kunnen zitten. Hier zaten wy, in het eerst zelfs met een Franfchen Schildwagtby ons, tot 's avonds circa 10 vuren, wanneer wy in de Burgerkamer overgcbragt werden. Alle de andere gearresteerden werden, na een kort verhoor, door de Corrmisfie op vrye voeren gefteld. Dus bleven wy nu nog, elf in getal, in arrest; als agt leden der Municipaliteit, te weten de Prtefident A. W. Egt er, H. Rahtnef, E. H Piepersberg , A. van den Thoom , D. Nocl, C Mispelblom , C, Barbier, J. Z. en den Secretaris provjfioneel, G. van der Hoek zynde L. Krekelenberg en M. Gcrfe de overige Lfden der Municipaliteit, op Maandag den 7 September , by de oproeping, niet op de markt geweest, en C. Kuipers uit de Stad •- de Maire Z. M. Rimmers, e'e'n Kiezer P. Engelfe , terwyl onze andere Kiezer ook ontflagen werd, en eindelykde BurgerGomman dan t ad interim G. Kodde. Des avonds ontvingen wy nog eene fchrif.e'yke orde van de Commisfie,om hun'sanderendaags middags te 11 uuren, een relaas te geven van het gene 'er op maandag den 7 September in Goes was gebeurd, aan welke orde wy voldaan hebben, uit bewustheid van bet redelyke, dien iag voorgevallen, E 3 en  X 7 o X en hetovertuigend bewys van het edel gedrag der braave Goefenaaren, het welk dit moest opleveren. Donderdag den 30 September, des morgens zonden wy naar de Commisfie, met verzoek, om dezelve eens te kunnen fpreken. De Commisfie kwam te halfi uur; gelyk wy nader vernaaien zullen. Des morgens te 10 uuren, kwam de Burgery, volgends een oproeping, daags te vooren door de onwettige Municipaliteit gedaan, in de groote Kerk by een, om te Memmen over het al of niet daarftellen eener Nationale Conventie, De Burgery vergaderd zynde , vatte een Burger met naame V?rvenne het woord, vragende : of men eene wettige zaak met onwettige] menfchen kon verrigten P Of men over de Vryheid handelen kon, zo lang de zoonen der Vryheid geketend waareh ? Of men zyne fïemmen kon geven, zo lang 'er zeven en twintig fiemmende perfenm opgefoten waren? Of men over het Patriottisme handelen kon, zo lang het kern van het Patriottisme in flaat van arrest was? Op deze vraagen antwoordde de Burgery, Meen. Daarop vraagde die Burger verder, of, indien wy hier niets wettigs konden verrigten, het dan niet beter was, in vrede te vertrekken? Toen zeide de Burgery, Ja. Daar op fcheidde de Vergadering, zonder haar ftem te willen uitbrengen, uitgezonderd, ongeveer twaalf perfoonen. De onwettige Municipaliteit op weg zynde naar de groote Kerk, om daar in orde de ftem der Burgers  X 7X X gers op te nemen omtrent het al of niet in wezen brengen eener Nationale Conventie , ftond geheel verflagen , de reeds gefcheiden menigte tegen te komen; welk openlyk, ten aanhooren der onwettige Municipaliteit, verklaarde, nergens in te willen , of zullen fee mm en , waar over het ook zyn mogt, alvoorens haare' wettige Municipaliteit ontflager, en weder in haare posten herfteld was. Onze lezers weten'zeker wel, dat de Zeeuwfche Volks Reprefentanten een rapport nitgebragt hebben over het ftuk eener Nationale Conventie. Dit rapport was zeer tegen eene Nationale Conventie. Na dat dit rapport in 't licht, en in alle plaatfen door den druk gemeen gemaakt was, verkendijgden de Zeeuwfche Volks Reprefentanten aan het Zeeuwfche Volk: — „ dat de Burgeryen, ieder in den haaren, voor Zaturdag den 12 September hunne ftem uitbrengen zouden, of zy voor het rapport, of voor eene Nationale Conventie ftemden, zullende die plaatfen, welke in het geheel niet geftemd zouden hebben, bcfchouwd worden, als zich poorhet rapport verklaard te hebben. De Goesfche Burgers' nu, welke verhinderd geworden zyn, hunne ftem uittebrengen nopens dit ftuk , heeft men gerekend , zich voor het rapport, en dus tegen eene Nationale Conventie verklaard te hebben; daar de braave Goefenaars wel hartelyk eene Nationale Conventie wenfehen; dezelve als h-t belioud van hunne Vryheid, en den ondergang van het despotique beuuur befchouwende. Hoe verE 4 keerd  X 72 X keerd wordt dus de Goesfche Volks-ftem niet aangetekend ! De Burgery dus dien morgen onverrigter zaaken fcheidende, vergaderden zich fomnfge burgers op de groote markt, zonder de alierminfte kwaade oogmerken, alleen om met elkander te preken, zeker over de tegenwoordige gefteltenis der.dingen. Dan, de vrye Burgers werden door de Franfchen, op wiens orde dit kan onderzogt worde-, met den fabel in de vuist, even als waren zy oproerigen, uit «jengejaagd; wordende ook twee braave Patriotten met kiinkfiagën door twee Officiers naar de Hoofdwagt gevoerd. Te half i uur, >smiddags, kwam de Commisfie by ons. Wy vraagden haar: — „ wa£ de rede van ons arrest was" ? - tevens verklaaren de: — „ dat wy de Burgery kenden, en dat zy, Commisfie ook in alles den Geest der Burgers klaar zien konden; dat de Stad thans regeringloos was, en het meer, dan tyd ware, dat 'er een einde aan alles gemaakt werd," De Commisfie zeide ons: - „ dat het nu te laqt op den middag was om verder met ons te handelen ; doch , dat zy ons dien dag nog nader fpreken zoude. Dat zy niets meer wenscheen, dan een middel ter fchikking met ons te beraamen, en dat wy eens daarover denken zouden, ofwy 'er ook geene fchikking op wisten;" - waarna de Commisfie vertrok.  X 73 X Te half$ vuren circa werd onze Stads Garde ontwapend, Bes avonds te vr werden wy in de Raadzaal by de Comniisiie geroepen. Wy dagten,volgens affpraak, thans vriendelyk net elkander te fpreken; dan, men begon ons op een listige wyze op interrogatorien te vragen. De Prseüderit antwoordde: — dat dit het oogmerk onzer byeenkomst niet was , eü dat wy door de Commisfis op geene interrogatorien wilden gehoord zyn" en de FiasCdtnc nog verder willende voordgaan, beet C. Visfer hem toe: —— „ zwyg zeg ik, of ik zal u agter af laten brengen, daar gy wiet gaarne wezen zult!" Het oogmerk onzer byeenkomst dus mislukt ziende, vertrokken wy weder naar de kamer van ons arrest. Vrydag den 11 September, des morgens liet de Commisfie onzen Secretaris, dien wy na het nederleggen van dien post door P. Osfewaarde gedaan, verzogt hadden, provifioneel als Secretaris te fungeeren, by haar roepen, hem gelastende, de papieren en Notulen aan den Secretaris over te geven. Met deze Boodfchap kwam onze Secretaris weder by ens, en zeide ons , dat hy aan de Commisfie aanftonds befcheid moest brengen. De Secretaris wederom by de Commisfie geroepen zynde, zeide aan de Commisfie: -— „ dat wy E § be-  X 74 X befloten hadden geene papieren af te geven aan eene Municipaliteit, welke wy niet erkenden; doch dat wy hier toe wel bereid waren, zo dra de. Burgery ons uit onzen eed verkoos teontflaan, en eene andere Municipaliteit te verkiezen. Dat wy dan zonder verwyl aan die Municipaliteit, als door de vrye ftemme des volks wettig verkozen, alles zouden overgeven, het geen onder ons, als tot onzen post behoorende, berustende was; maar dat wy onze papieren, die in allen gevalle de eenige wapens ter onzer verdediging waren, niet konden, of zouden overgeven aan eene, niet door de 'ftem van 'tVolk verkozen, en dus onwettige Municipaliteit. Nu wilde de Commisfie het Committé de Jusice gebruiken, om onzen Secretaris provifioneel, met geweld te noodzaaken, de papieren over te geven, doch de Leden van het Committé de Justice weigerden , als mannen van eer, zich tot zulk een geweldige daad te laten gebruiken; daar dat Committé' zo wel als wy, een dringend protest aan de Commisfie ook reeds overgegeven had. Dezen morgen kwam ook de bode der Commisfie by ons, en eischte ons op nieuws de fleutels van de vertrekken van 't Stadhuis af, welke wy gewillig gaven , doordien zy ons van geen nut meer konden zyn, wyl de Commisfie reeds lang eenige floten der deuren door een Smit had doen openbreken. Desavonds circa 10 uuren kwamen J. II Appelius en C. G. Byleveld zeer onverwagt in ons vertrek hui-  X 75 X ftuiven. Zy zeiden ons: — „ dat wy , ten uiterften morgen ogtend, de papieren aan de door hun aangeftelden Secretaris P. 'A. Osfewaarde, zouden hebben over te geven.. Dat zy, zo wy hier aan niet voldeden, andere maatregels nemen zouden; endatzy de papiereu rèquir eerden." > Hierop antwoordde bun de Prasfidcnt: — ,, dat wy ons door geene bedreigingen lieten affchrikken; dat wy aan onzen eed, aan het volk gedaan, getrouw zouden blyven, en dat wy door niemand ons geweten in requifitie lieten ftellen. Dat wy de papieren derhalven niet zouden overgeven, dan door geweld ' —waarop J. H.Appeïuts vraagde:—„ door welk eengeweld?" - De Prasfideiit antwoordde hier op : ■ „ door even zulk een geweid, als waar mede gy tot nog toe alles uitgevoerd hebt." —-— De Commisfie zeide nu; — „ dat zy zich verwonderde, dat wy thans aarfelden, om de papieren af te geven, daar wy heden morgen gewillig de neutels overgegeven hadden."-—Hier op antwoordde hun de Burger D.Noë/-. — „ dat, daar zy eenige floten hadden doen openbreken, die öeutels ons niets baaten konden." Wy betuigden dus, die papieren niet, als door geweld, te zullen overgeven , waar na de Prcefident de Commisfie toevoegde: — „ uwe handelingen zullen als een donderdag door de Republiek klinken ! "— waar op C. G.Byleveld hem antwoordde: — „ ja! en op den kop van hun, die 'er de hoofdrol in fpeelen" — wanneer de Prefident wederantwoord-  X 7tf X . Woor<*de: — «weet dan, dat zy, die gy daar voor houdt, geene vrees kennen, en de zaak zulten doorzetten." Met dit Compliment vertrok de Commisfie." Zaterdag dm 'fi September des morgens te 7 uuren arca is de Commisfie naar Middelburg vertrokken; blyvende wy (leeds door eene Scaatenbode dag en nagt in onze kamer, en een Franfehe wagt voor de kamerdeur, tot den einde van ons arrest bewaard. Nu werd ons berigt, dat alle de Schippers, ais ook de post, orde ontvangen hadden, om geene brieven voor ons mede te nemen, of vice ver/a, aan ons te bezorgen. ^ Des avonds circa 8 uuren, werd de Maire, Rimmers, die met ons te gelyk gearresteerd was, ontflagen, om da: hy eigenlyk , om zo te fpreken, geen lid van de Municipaliteit uitmaakte, en ook ten tyde, dat dit alles tusfehen ons en de Commisfie plaats gegrepen had, even als een onzer medeleden, de Burger C, Kuipers, uit de Stad geweest was. Maandag den 4 September deden wy aan den Griffier vragen, om de Publicatiè'n, door de Commisfie federd ons arrest gepubliceerd, te mogen hebben ; maar het antwoord wa=: — geene papieren aan ons te mogen geven. Hier zaten wy nu, zonder ons zeiven, of der burgery van nut te kunnen zyn; wy zagen ons vermeesterddoor geweld, en opgefioten, zonder met eenig mensch rnggefpraak te mogen houden. De bur-  X 77 X burgery was, als in een droom; geen mensch deed; om zo te fpreken, zyn huishoudelyke en fami/lepligten ,en de ftad was in verwarring. Dus wenschten wy aan alles eens een einde te mogen zien, om alle die wanordens te doen ophouden. De commisfie had ons ook gezegd, toen wy haar de laatfte maal fpraken, dat'er by de Repiasfentanten van Zeeland eene Rëfolutie genomen was," om aa-fchryving te doen aan den procurcur generaal in 's Hage, ten einde de zaak van vier onzer medeleden , te weten, des Presfident A. W. Egt er, H. Rabkel, E. E. Fiepersherg en den Secretaris proviüoneei.. G, van deniioek te onderzoeken, als ook de zaak van den Commandant der burger-garde, G. Kodde, die thans ook nog, benevens een Luitenant der garde. ƒ. Berger en des Commandants broeder, W. Kodde , crimineel op het Raadhuis gevangen zat, wa',r men die burgers, even lang als ons, in hegrénk gehouden heeft. De oorsaak, welke aanleiding tot deze Refo'.utie gegeven had, zoude zyn , om dat de eerstgenoemd* der bovenflaacde perfonen een brief had opgeftëld naar Zierikzee , waar in de handel wy ze der commisfie een weinig naïf was afgefciiilderd. — De twee volgende perfconen hadden een brief, dienaar den Franfchen Generaal verzonden was, mede vry nadrukkelyk opgefteid, uit het Nederduitsch in het Fransch overgezet, — want zy hadden dien brief nooit gefteld —- en de laatst genoemde der boven- ftaan-  )* 7S ):( ftaande perfonen, had, als Secretaris provifioneel alle ftukken ondertekend. Ook werd ons legaal berigt gegeven, dat onze tegenparty reeds over de 72 ftoop genever, aan de Franfchen uitgedeeld bad, en er ter goedmaaking dier onkosten een lyst van intekening rondging. Zie hier de misdaad van die vier leden, en den Commandant. Men had ons gezegd, dat; die Refolutie genomen, maar nog opgefchort was werkfieliig te maaken, om te zien , of'er nog niet een middel van fchikking omtrent de zaak kon gevonden worden. Men zeide ons, dat , indien wy eene foort van verklaaring wilden doen omtrent de ganfche zaak, als ook eene andere, van onze posten te zu'len nederleggen , en wel Ipeciaal, zo die door die vier perfonen, omtrent welke die refolutie genomen was, gefchiedde wy als dan zouden ontflagen, en de zaak gevonden zyn. Niemand, die tot hier toe ons ganfche gedrag, en onzen onverfchrokken geest gezien heeft, zal ons van lafhartige vrees verdenken. Neen — eene Municipaliteit, die zich met de bajonetten uit de Raadzaal durft doen dry ven, kan men van geene lafhartigheid befchuldigen. Wy hadden, zo lang dit het recht van het volk betrof, vastgehouden, en geftaan zonder te wyken. Maar nu kwam het op het recht voor ons in het byzonder aan. Nu konden wy, zo wy hoopten, door van ons recht voor ons zeiven iets afteltaan, dat der burgery volkomen behouden. Zou-  X 79 X Zouden wy aarzelen, om, zo wy iets ten nutte des volks konden verrigten, dat te doen? Neen, de burgery gelukkig te maaken, is altyd ons eenigfte doelwit geweest. Onze harten bloedden over den bejammerenswaardigen toeftand, in welken onze ftad zich bevond. Ons eenigfte verlangen was, om met opoffering van alle eigenbelang, onze ftad en burgery in rust te zien. Wat het nederleggen onzer posten aanging; konden wy hier door de rust der ftad doen herleeven, als dan zouden wy, als eigen grootheidzoekds, gehandeld hebben, zo wy dit geweigerd hadden. Dus, na een welberaaden overleg van ons allen, begrepen wy, volgends onzen pligt te handelen, zo wy de rust en het nut der burgery , door dit volgend declaratoir aan de Reprcefentanten van Zeeland overtegeven, bewerkten. Wy begrepen ook, dat, zo lange wy daar zaten, een dood üghaam waren, aan het welk de burgery niets met al had; daar wy voor de braave Goezenaaren, zo dra wy ontflagen zouden zyn , van meerder nut konden zyn. Dit alles rypelyk overwogen hebbende, zonden wy hetonderftaande declaratoir, door ons allen ondertekend, op Donderdag den 17 September naar Middelburg af; om op Vry dag den 18 September in de Vergadering der provifionele Reprxfentanten van Zeeland, te kunnen dienen. Wy ondergetekenden ledat niemand voorwende hier van onkundig te zyn, zal deze binnen de Stad Goes worafgakondigt en geaffigcerd, als naar ftyle. F 3 Al-  X 86 )=( Aldus gedaan en gearreftcerd in de Vergadering der Provifionele Reprcefentanten van het Volk van Zeeland in 't Hof aldaar, te Middelburg den 18 September 1795. Het Eerfte Jaar der Bataaffdie Vryheid. W. H. de BCVEREN, yt. Ter Ordonnantie van dezelve. F. E R M E R I N, Naar deze Publicatie las C Visfer f nog iets aan het Volk voor; dan, wy kunnen het origineel of Copie daar van aan onze lezeren nietmededeelen, wyl het alleen eenfoortvan aanfpraak doorhem zeiven vervaardigd, fcheen te zyn, temeer daar het niet geafilgeerd is, doch de hoofdzaakclyken inhoud was.- dathy het Volk bekend maakte, dat de ge-, wezen Municipaliteit van haare dwaaling was terugge gekomen, zo dat zy de Commisfie en de Rcprejc::tanten van Zeeland erkend had. Wat deze woorden zeggen willen, kunnen wy niet vatten; zy zyn t; duister voor ons, dan dat wy de waarheid daar van zouden zien. Wat de woorden betreft: dat wy van onze dwaaling zouden te rugge gekomen zyn, wy weten niet, dat wy gedwaald hebben; en zyn verzekerd, dat wy noch uit vrees, noch uit eene andere oorzaak om zo te fpreken, gedraait hebben. Neen, wy hebben als 1 ron-  X ®7 X ronde Vaderlanders, die zaak, welke ons altyd toegefchenen is, rechtvaardig te zyn, vastgehouden zonder iets van de rechten der burgery toegegeven te hebben. Wat de woorden aanbelangt: dal wy de wettigheid der Commisfie en der Reprefentanten van Zeeland erkend hadden. Wy hebben die wettigheid der Commisfie en der Reprefentanten van Zeeland nooit ontkend; maar wy hebben de Commisfie in dit geval voor onwettig gehouden, wyl het eene huishoudelyke zaak der Stad Goes, en zeer onderfcheiden van eene provintiaale zaak was; gelyk wy ook altyd wel duidclyk tegen de Commisfie gezegd hebben, dat wy haar in dit geval als eene huishoudelyke zaak betreflende , geenzins voor wettig konden verklaaren ; daar bovendien de Reorganifatie van de Provifioneele Reprasfentanten van Zeeland , noch door het Zeeuwfche Volk, noch door het Volk van Goes aiS toen nog voor wettig erkend was. en gaven hem deze fchriftelyke orde. „ De Burger G. van der Hoek, word by deze „ geordonneerd, door de Gecommitteerden der „ Provifionele. Reprcefentanten van het Volk van Zeeland binnen Goes, om in handen van den „ Stadsbode af te geven, de boeken, Chartres en „ papieren, behoorende tot de Secretarie der gemelde Stad. Aclum ; Goes) den ( was gct.') 20 Sept. 1795. C. V I S S E R. • Het eerfte Jaar dsr Ba- J. H. vast der PALVI. taaffche Vryheid. F 4 Des  X 83 ):( Des avonds te kalf 10 uur, wierden de Bur-ers D Noèl en A. van den Thoorn, twee onzer Medeleden by de Commisfie ontboden, de Commisfie zeide hun, dat zy terftond de fleutels der Geldkist, die zy in bewaaring hadden, zouden hebben overte geven. De Burger D. Noé'l antwoordde hun dat zy daar bereidwillig toe waren, want dat hy begreep, dat zy aan die neutels niets hadden,naardien de Commisfie zo wel de geldkist kon doen openbreken als zy dit ten aanzien der deuren van het Stadhuis gedaan had. Maandag den 21 September, des morgens circa half 8 uur, ging de Stads omroeper, met eene Stadsbode by zich rond, en la* de Burgery voor: — dat „ iedere Stemgerechtigde Burger by de oproeping een briefje met zich zoude hebben te brengen \ waar op de naamen van veertien perfonen moesten ftaan, die hy tot Kiezers benoemen wilde, om eene nieuwe Municipaliteit te kiezen.-" De Commisfie fchreef nu ook de Burgery voor hoe veel Kiezers zy benoemen moest, cn toonde* dus dat de tegenwoordige Kiezers, dus ook vervallen waren, Volgends het Stemreglement had de Burgery vier en twintig Kiezers uit haar midden aangefteld , van welke 'er agt werkende, en de overige rustende, waren; dus hadden wy Kiezers, door de vrye volkftem wettig verkozen. Dan neen — de Commisfie, zo als ;blyken zal, w:i-  X 8; )■ wilde die Kiezers niet, maar dwong de Burgery, om veertien nieuwe Kiezers te benoemen in plaats van de vier en twintig wettig verkozene, in hoope zeker, dat tot Kiezers thans andere lieden zouden benoemd worden; dan dit plan mislukte, en met dat ook alles, zo als den lezer in het vervolg zien zal. ! v Na dat de Burgery volgends Publicatie van den voorigen dag , ongeveer te negen uuren by een vergaderd was, verfcheen de Commisfie ,terwyl alvorens de deuren der kerk door eene Franfehe wagt bezet waren , circa te half tien uuren. J. H. van der Palm beklom den Predikftoel ; deed een füort van aanfpraak, welke zeer hoonend was vcor de in arrest geweest zynde Municipaliteits Leden, en welke meest het gebeurde in Goes betrof. Toen beklom C, Visfer, na dat J. H.vander Palm geëindigt had, den fpreekftoel, en verklaarde, hoofdzaakelyk aan het volk. Voor eerst — dat er niemand , hoe genaamd, zoude hebben te fpreken in deze Vergadering; dat dit ten emftigHen verzogt werd, zullende hy, die zich hier van niet weerhield , vooreen rebel aangezien, en als zodanig behandeld worden, zeggende C, Visfer verder , dat de Commisfie de vigoureusfle maatregels genomen had, om haar gezag te doen gelden. Ten anderen Dat het Stem en Rcgerings-Regtemenl op hielden, en voor gapende gehouden werF § den,  X 90 X den, tot dat de Reprcefentanten 'van Zeeland daaromtrend nadere fchikkingen zoude gemaakt hebben. Ten derden. Dat dewyl het Stem en RegcringsReglement nu door de Commisfie buiten werking gefield waren, en als niet aanwezig te zyn, gerekend werden, de Kiezers derhalven welke volgends.dat Reglement tot hier toe gefungeerd hadden, ook moesten gerekend worden, niet te zyn. Dat 'er dus nieuwe Kiezers behoorden verkozen te worden; dat de Commisfie dat getal op veertien ftelde. Thans begon C. Visfer, na de Burgery geordonneerd te hebbend zy veertien nieuwe Kiezers zoude kiezen, dezelve ook de wyze voor te fchryven , hoe die Kiezers moesten verkozen worden. C, Visfer, zeide aan de Burgery , dat hy ffcraks na dat hy gedaan zoude hebben met fpreken, eene der Kerkdeuren zoude doen fluiten.; dat hy dan met de Bus, die hy daar toe by zich had, aan de andere deur zoude gaan fiaan; dat de Burgers zich dan één voor één uit de Preek-Kerk in delVanóel-Kerk zouden begeven en in het voorbygaan hun briefje, waar op veertien perfonen die hy tot Kiezers benoemde, ft.or.den, in de bus fteken. Dan, alvoorens met dit alles voord te gaan, begreep C. Visfer zeker, dat de oude Kiezers en oude Municipaliteit uit hunnen eed moesten ontflagen worden, eer men tot het benoemen van anderen  x 9i H ren kon overgaan-, derhalven zeide C. Visfer: „ Dat hy allen , Kiezers, Municipalen, Gardes, &c. G?c. uic hunnen eed ontfloeg „ ais ook dat de gewezen Municipaliteit-, haaren post had 'neergelegd. Wy waren ook by dit alles tegenwoordig. Wy hadden aan onzen prtefident verzogt, voor ons het woord te voeren. Ons oogmerk was, dat dePrasfidcntonze Declaratie , (op Donderdag den 17 September naar de Reprcefentanten van Zeeland verzonden) in de Vergadering zoude voorlezen, en dan volgends het flot van dezelve, verklaaren, dat wy onze posten jn den fchoot der Burgery nederleiden. De Prcefident dan, na dat C. Visfer geëindigt had met fpreken, ook willende fpreken, verzogt aan C. Visfer het woord. C. Visfer antwoordde hem op een dreigenden toon, dat hy zwygen moest. Daar op vroeg de Prcefident aan C. Visfer: „ Of het een vry Burger in een Land van Vryheid niet geoorloofd was, in eene openbaare Volks-Vergadering te mogen fpreken? „—■ Waarop C. Visfer hem toeduwde jk ordonneer U zwyg 1 Hoort gy? Was deze behandeling nu volgends ons declaratoir het welk door de Reprcefentanten van Zeeland aangenomen, en waar op ons ontflaggegrond was ? Het Stem- en Regerings - Reglement werd thans door C. Visfer om verre geworpen; de Kiezers ver-  X 02 X verklaarde hy van hunnen post ontzet; de Municipaliteit , om zo te fpreken, geremovcerd. Wie gaf hem recht, dus met eene Burgery te handelen ? Wie gaf hem recht, de asfopiatie want ons declaratoir was niet anders, dan eene asfopiatie tusfchen ons, en de Reprcefentanten van Zeeland zo fchandelyk te verbreken, zo als den Lezer zien kan dat gefchied is, wanneer hy aandagtig ons declaratoir naleest, en dan de handeling van C. Visfer daar mede vergelykt. C. Visfer dan aan ieder een het fpreken Verboden hebbende, kwam van den fpreekftoei, en ging met een bode, die de bus zynde een oude groote blikke theebus droeg, aan de Kerk-deur ftaan, waar in ieder op commando, zyn briefje ter benoeming van Kieners ftak. Dit afgelopen zynde, ging de Commisfie met de bus in de Confiftorie, op aandrang van eenige Burgers, uit elke wyk der Stad, twee Burgers met zich nemende, die by het openen der briefjes zouden tegenwoordig zyn. Na dat de ftemmen aldaar opgenomen waren, bleek het, d at de vryheid getrouwe Goefenaaren, alleen uit hunne oude Kiezers gekozen hadden. Deze myn, om nieuweKiezers te erlangen was dus ook verkeerd voor onze tegenparty gefprongen. Toen men de Kiezers dus wist, beklom C. Visfer weder de fpreekftoei en las aan de Burgery de door de Burgers gefternde Kiezers af; waar op een alge-  X n X gemeene vreugde-kreet volgde, en de vergadering fcheidde. Dan nu zefde de Commisiie, dat 'er van die veertien verkozen Kiezers maar zeven werken moeiten, dus werd 'er geloot, wie van dezelve zouden aanblyven; en daar op gingen de zeven die aangebleven waren, met de Commisfie naar het Stadhuis. Na dat de Commisfie. met de Kiezers zitting genomen hadden, fprak de Commisfie in dezer voege tot dezelve: „ Dat zy Kiezers, nu een groot Werk gingen verrigten; dat zy voor al ïn de verkiezing eener Municipaliteit weten moeiten, dat zy daar omtrent voor de ganfche Burgery verantwoordelyk waren „ De Kiezers antwoordden hierop: „ geene perfonen als leden der Municipaliteit te zullen verkiezen, dan de zulken waar voor zy altyd by de Burgery zoude kunnen verantwoorden." De Commisfie had thans ook befloten, zo zy zeide om ia plaats van elf leden voor de Municipaliteit, volgens het 4 Art. van het Regerings - Reglement thans ilegts negen leden te doen verkiezen. Waarom zy deze verandering gemaakt hebben, weten wy niet; maar gisfchen, dat het geweest is, om toch niets uit het Stem- of Regerings-Reglement aan te haaien. Dan, wie gaf haar de magt, om dus de Burgery van Goes, wetten voor te fchryven? Alle deze fchikkingen moeten immers door het  X 94 X het Volkzelfs , en niet door een mes of drie Menfchen gemaakt worden ten minden dus zeggen de in deze Republiek zo plegtig afgekondigde Rechten van den Mensch. De Commisfie zeide tegen de Kiezers: -—- Dat zy verdagt moesten zyn van voor al geene van deze vier perfonen, als: A. W. Egter, H. Rabinel, E. H. Piepersberg en G. van der Hoek, te verkiezen; want dat die niet mogten verkozen worden of by deze gelegenheid niet verkiesbaar waren.5' De Kiezers antwoordden : „ — Dat het hun verwonderde, dat dit by de oproeping niet aan de Vergadering was bekend gemaakt. Dat de Kiezers zich dan hieromtrent aan de Burgery konden verantwoord hebben ,, Waar op C Visfer antwoordde; „ — Dat dit ih de Kerk niet bekend gemaakt was, om die vier perfonen niet ten toon te fielten, of bekend te maaken. Dan, lezer! dit kunnen wy niet Overkappen, zonder deze vraag te doen: „ —— heeft C Visfer het gelaten , van dit niet in de Kerk te zeggen ; om die vier leden, ofwel om zich zeiven niet verder ten toon ie fiellen of bekend te maaken ? De Kiezers zeiden nogthans aan deze Commisfie: '„ dat, wanneer dit een vast befluit was omtrent die vier leden, zy Kiezers dan een Schriftelyk beWys van de Commisfie vorderden , om de Burgery te kunnen toonen, dat de Commisfie hun verboden had, die vier leden in de Municipaliteit te benoemen;  ):C 95 )•( men; op dat dusdoende zy Kiezers , zich aan den Volke konden verantwoorden. Zulk een bewys vervaardigde JHvan der Palm aanftonds; gelyk wy het hier woordelyk, zo als het aan de Kiezers door de Commisfie gegeven is, doen volgen. „ De Gecommitteerden der Provifioneele Reprae„ fentanten van het Zeeuwfche Volk, informeren door dezen, de Burgers Kiezers; dat de Perfo„ nen van A. W. Egter , H.Rabiv.el, E. H.Piepers„ berg en G. van der Hoek, in de tegenwoordige „ verkiezing niet kunnen nog mogen benoemd wor- den. Heil en Broederfchap ! ( Was get.-) C. VISSER, Cz. j, H, van der PALM. Goes den 21 September 1795» Het eerste Jaar der Bataafjche Vryheid. Toen de Commisfie dit fchriftelyk bevel aan de Burgers Kiezers gegeven Hadden, verzogten zy dezen hun werk te gaan vervorderen 'er byvoegende dat zy Gecommitteerden, hun nu zoude abfenteren; maar dat de Kiezers, wanneer zy de Muni- ci»  X 9$ x cipaliteit verkozen zouden hebben, eerst de door hun benoemde Municipaliteits leden, aan de Commisfie moesten noemen, alvoorens die aan iemand anders bekend te maaken „ ——,Waar na de Commisfie naar haar Logement verrok. De Burgers Kiezers , den aan hun door de Commirfie gegeven fchriftelyken last, nader inziende; vonden zich bezwaard, dat die gefebreven last niet genoeg voldoende zyn mogt ter hunner verantwoording; wyl het geen befluit van de vergadering der provifionele Reprcefeniantcn van Zeeland, maar alleen eene orde van de Commisfie was. Zy zonden derhalven om de Commisfie, welke terftond by hun verfcheen. De Prcefident der Kiezers, G. Kodde die op Zondag nog crimineel gezeten had, maar nu als een braaf Patriot bekend, weder op nieuw tot Kiezer door de Burgery verkozen was, deed, uit naam der Kiezers, het woord, en zeide tegen de Commisfie: „Dat de Kiezers zich bezwaard vonden, den fchriftelyken last van de Commisfie op re volgen „ Waar op de Prcefident der Kiezers aan de Commisfie vroeg: „ of dien last, urn die vier leden niet te mogen benoemen , een befluit was, in de Vergadering der Provifionele Reprcefentanten genomen?" — Op deze vraag antwoordde C. Visfer „ dat zy Gecommitteerden voor dien last verantwoordelyk waren aan hunne Committenten , en dat indien zy dien hst maar mondeling aan Kie-  )!( 97 )'•( Kiezers hadden willen geven, de Kiezers daar mede te vrede hadden moeten zyn." waar naar de Commisfie andermaals vertrok. De Kiezers te half 8 uuren des avonds, hun werk verrigt hebbende, bleek het, dat die deugdzaame menfchen ook weder dein arrest geweest zynde Municipaliteits-leden verkozen hadden, behalven die vier leden, omtrent welke zy dien fchriftelyken last der Commisfie ontvangen hadden, hebbendé zy in derzelver plaatzen, cerelyke en rechtfehapen Patriotten geplaatst. Toen de Burgers Kiezers tot dus verre hun taak als braave Vaderlanders volbracht hadden, kwam de Commisfie weder by hen , aan welke zy de naamen der verkofen Miinicipaliteitsleden lieten zién. Daar op vroeg de Prsefidcnt der Kiezers : —• „ op welk een- voet de verkozen leden nu hunne posten moesten aanvaarden, wyl de Commisfie het Regeerings-rcglement voor flaapende had verklaard?" De Commisfie antwoordde : — ,s op dien zelfden voet, op welken de Municipaliteit even na de revolutie , eer 'er nog een Regeeringsreglèment in weezen was, hunnen post aanvaard had." Toen deden de Burgers Kiezers de nieuw verkozen leden door den Bode citeeren. Allen namen zy hunne posten aan, behalven twee, welke zeer gegronde redenen opgaven, waai Om z| dien post niet konden asnneemeh, Na dat de Kiezers die leden Verzogt hadden , om |Ö eene andere kamer te gaan, werd door de C m,, $- mis.  X 9 8 ):( misfie «a de Burgers Kiezers gepermitteerd, om twee andere leden in p)aatze Van die> we]ke yoor hunnen post bedankt hadden , te kiezen. Na das de Burgers Kiezers die twee' op nieuws verkozen leden wederom aan de Commisfie voorgedragen hadden, zeide C. Visfer ten opzigte van een dier twee Burgers met een barsch gelaat: — „ Burgers! gy zyt verantwoorddyk voor uwe verkiezing. Ik zie daar een man, dien gv verkozen hebt, die gearresteerd geweest is, om dat hy eene oproerige aanfpraak gedaan heeft.» Deze Burger , welke C. Visfer bedoelde , is een yverige Patriot. Dan, deze had, op maandag den 7 September, toen wy door het volk weder op het Stadhuis gebragt waren, aan het zelve die artikels uit de rechten van den mensch, welke zeggen, dat het Volk zyne eigen Reprefentanten-moet verkiezen , voorgelezen. Deze artikels had de voornoemde'Burger woor. delyk uit een gedrukt exemplaar, de Rechten van den Mensch op een papiertje uitgefchreven, en het volk voorgelezen. Zie daar dus,,wat die oproerige aanfpraak geweest is, welke C. Visfer bedoelde! Wy willen ,C. Visfer wel toegeven, dat hy dien Burger niet met voordagt als een oproerigen bcfchuldigd heeft, enhy, wy] hy het zelve niet gehoord heeft, naar dien hy ten dien tyde te Middelburg was, door vaifche berigten bedrogen zy • — dan het is ten hoogften lomp en onvoorzigtig, iemand, zonder vaste bewyzen te hebben, als een op-  X 59 X eproerigen, welke in het oog aller braaven een zeer flegt mensch is, af te fchetfen. Ook is 'er geen mensch, zo min gefchikt in onze ganfche Stad, om oproerige daaden te bedryven, als die Burger; terwyl hy by geheel de Burgery, ja by vriend ,en vyand , bekend ftaat, voor een gefchikt, zedig, bedaard , voorzigtig en zelfs , wat het Patriotisme aangaat zeer moderaat man. Na dat C. Visfer deze bovenftaande aanmerking omtrent dien Burger gemaakt had, vroeg de Prafident der Kiezers aan C. Visfer-.— „ of de Kiezers niet vry waren in hunne verkiezing?" — waarop C. Visfer — ja , antwoordde. Nu vroeg de Prcefident der Kiezers aan de Commisfie „ 0f die nieuw verkozen Mnnicipalkeit nu den eed niet moesten doen, zo als die in het Re- gerings-reglement vervat was." —'■ Dan, J. H. van der Palm zeide: „ dat de Kiezers niets uk het Regeerings-reglement vermogten aan te haaien." Nu zeide de Commisfie, dat zy terftond de oude Municipaliteit dat is de onwettige citee- ren, en uit hunnen eed ontilaan zoude, het welk ook aanftonds door dezelve ten uitvoer gebragt werd. De Commisfie verzogt nu aan de Kiezers, om de nieuw verkozen Municipaliteit op de Raadzaal te doen citeeren , ten einde haarden eed af te nemen. De nieuwe Municipaliteit geciteerd, eh vèrfcheenen zynde, werd haar de eed, die 'J. H. van der Palm gefchrevcn had, doch hoofdzaaklyk dezelfde was, als die, welke in het Regeerings-reglement ftaat, afgenomen. G 2 Dit  K ioo ).£ ■ Dit verngt zynde, zeide de Commisfie: — „ dat de Kiezers nu gerekend werden, hun werk volbragt te hebben, en dus voor deze verkiezing hadden afgedaan." .— Waar op en Commisfie en Kiezers henen gingen. Dingsdagden 22 September, des morgens vroeg, vertrok de Commisfie naar Middelburg. ' Voormiddag circa half 12 uuren vergaderde de Municipaliteit, waar na de verkozen Municipaalen aan den Volke door deze volgende Publicatie van den Raadhuize werden bekend gemaakt, waar op de Burgery eénen algemenen vreugde-kreet aanhefte daar zy haare wettige en in arrest geweest Zynde Municipaliteit'weder in haren post, door de vrye volkftem, zo verre de Commisfie die niet had kunnen fmoorén, herfteld zag. PU-"  ):( ioi X VRTHE1B, GELTKHE1B, BROEDERSCHAP, PUBLICATIE. De Provifionele Municipaliteit der Stad Goes, gisteren avond , na ten zeiven dage van wegens de Gecommitteerdcns van deProvifioneele Repraefen tanten des Volks van Zeeland, gedaane oproeping der Burgery, door de benoemde Kiezers verkooren zynde, tot Municipaliteits leden dcrzelve Stad , geeven by dezen aan alle hunne Medeburgeren, na toewenfehing van Heil en Broederfchap! te kennen, dat door dezelve Kiezers tot Municipaliteits leden zyn aangefteld en beëedigd, de Burgers: Dominicus Noël; Cornelis Mispelblom; Cornelis Kuyper ; Cornelis Barbier, Jans Zoon; Willem van der Hoek; Wilhelmus Qojldyk ; Adriaan van den Thoorn; Pieter Engel je en David Koning, Benjamins Zoon. En dat door hun uit derzelver midden zyn verkooren tot Prsefident van dezelve Municipaliteit de Burger Dominicus Noël, en tot Vice-Praïfident de Burger Cornelis Mispelblom. En nadien de Eendragt en ongeveinsde Broederfchap, kragtdadig kunnen medewerken rot v/elzyn van een Volk, dat door tweedragt en onmin zig zeiven verteerd; en het, Ons niét dan terThoogften aan- G 3 * ^-  X *0 2 >( genaam kan zyn, dat de ongelukkige verdeeldbeedcn welke zedert eerrigen tyd binnen deeze Stad hebben plaats gehad, en waaruit veclc onaangenaame gevolgen zyn voortgefproten, eens eindelyk een einde nemen, zo vermanen Wy TJIieden, en verzoeken op het ernftigfte, tot welwezen van de gantfche Burgery, dewyl anderfints voor den welvaard van dezelve het grootfte gevaar te vreezen is, en een ieder, van wat denkwys hy ook zy, een gedugten ondergang te wagten heeft, dat elk Burger, met aflegging van alle wraak en partyzugt, zig voortaan ftil en gerust gedrage en clkanderen onderling welmenend, de hand van Broederfchap toereike, gedagtig zynde, dat Eendragt niagt maakt; dat waar onderlinge Liefde en Broedermin gevonden word, ook de Vrecde en Welvaard is; dog dat een Maatfchappy, die tegen zig zeiyen verdeeld is, vergaat of verwoest word. Dit, wsarde Medeburgeren! dagten Wy van onzen plicht te zyn Ulieden voor te dragen, en op .het welmeenenst aan te bevelen; van onze zyde betuigende bereid te zyn, om ons, na het geen Wy by dezen hebben voorgehouden, te gedragen. En op dat niemand hier van onwetenheid voorwende , of zig veroorloove, om, tegen deze onze ferieufe Waarfchouwing, iets te ondernemen dat tm vemocring van de Publyke rust en veiligheid 1' kunnen flre-ken , 't geen, volgens de Placattr van zynde, ten Krengden zal worden ge- flraft,  M *°3, X ftrafc, zal deze worden gepubliceerd en na gewoonte geaffigeerd. / ' Aldus gedaan en geürrefteerd ter Vergadering van de Provifionele Municipaliteit der Stad Goes , den 22 September 1795; 't Eerjle Jaar der BataafJcht Vryheid. Ter Ordonnantie van dezelve. JACOBUS DOMINICUS, Secret. Provijioneel. Zie hieNederlanders! een waaragtig en echt verhaal van het gebeurde in Goes, Welk een braaf man zal aan de waarheid van alles, het welk hier nedergefteld is, twyffelen, wanneer wy onzen lezeren verklaaren, dat dit alles ter neder gefteld is, onder het oog en opzigt van eene gantfche beëedigde Municipaliteit, welke al , wat hier befchreven is, voor waaragtig te zyn, verklaart; gelyk zy verklaart by dezen. Bataven! oordeelt zelve over al het gebeurde in Goes. Leest en herleest deze weinige bladzyden, en gy zult 'er misfehieti nuttige lesfen voor u, in 't vervolg van tyden, in vinden. Wy hebben al het gepasfeerde in Goes hier eenvoudig verhaald. Het is geenzins ons oogmerk geweest, om door dit verhaal, onze tegenparty te willen beledigen. Neen, dan wy zyn verpligt geweest, onze door den laster bezwalkte Eer, als ook die der braave Goefenaaren, te redden. G 4 Hier-  X i«>4 X Hier toe hebben wy niets beter gedagt, dan fee, eenvoudig verheel van al het gebeurde in Goes^ te d.o.co , en nu laten wy gerust de gantfche Bataaffche Natie over dit alles oordeclen. Nederlanders! ach ! zinkt toch nimmer wederom in den doodflaap der flaaverny nederi Laten wy, fteeds nayverig op onze Vryheid, arends-oogen op, elkanders daaden en verrigtingen flaan^ Zweren wy voor altyd de Vryheid trouw, en den dood aan hun, die haar zouden durven fchenden. Wanneer dit vuur eens de harten van het Bataaffche Volk algemeen ontvlamt, zal Nederland, zujejjwy allen gelukkig zyn, naar dien wy vry ?uilen wezen,  ï) e VrymAn 'Ge'kl üisteeö; Jj^T*e hoe gerust de boefetn h Van waare Vryheïds Zoonen! Geen woên des dwangs ontrust hm hart „ Schoon ze in den kerker moneiï* De vrye hand wordt door 'i geweld — Wel hi den boet) gefloten), Maar 't fiere vryheid-minnend hart, ■Trotftert en tart despooteiu Geen rinkend yzer knelt de borst Van brave Burger-Vaderen. De man des rechts ziet zonder fchrtk Het angstig doods - uur twJ'réni  X. io6 X Wen hy voor 'sBurgers rechten firydt Veracht hy trotsch gevaaren, En zal in zulk een tydsgewrtgt Noch goed, noch leven fpaaren. Da»f doet geweld en onrecht hem Voor eenen fchepter bukken; Hy hukt als held ■ laat zich den khng Maar niet den moed ontrukken. Dus roept hy zyneti dwingland toe: » Gy gy levogt de zegel f> 't Is waar, 'k ben uw verwonnehng; „ Maar vrees voor zulk een zege. „ Zn  X io7 .):( „ Zie ——• zie tham de onfchuld neergeveld — Zie de ondeugd zegepraalen, „ Roem, roem hier ep,maar, dwingland! wett ,, Gy zult het duur letaalenf „ Schoon gy me aan duizend ketens klonkt, „ Doe ik die eenmaal fpringen; „ En zal u 't dubbel-fuydend Jiaal » I}t ?t gruwzaam harte wringen. „ De boosheid zwaait wel vaak den (laf; „ Maar die wordt ligt gebroken. „ Ja ! eenmaal wordt 't vertrapte recht, „ Hoe 't immer ga, gewroken. . ' Dus  Sus 'voelt de ziel des waar en helds Zich loven 't kt verheren. 'Het hart, van wanda&n onbewust, Zal Voor geen wandaan heven A. W. EGTER; Goes flen 16 September i 7 9 5-