ALMANAK r VOOR- HET SGHRIKKELJAARt I 79 6.  Met dit Jaar telt mes: Van de Schepping der Waereld .... 5745 _ de Zondvloed • • 4089 —— —- de Geboorte onzes Heeren .... I7915 ' - ce Joodfche Jaartelling . . • • 555^ ——— — de Hegira of Turkfche Jaartelling . . 12 l° Zonnencirkel is .......«•« ♦ r3 Het Guldengetal , • • • • 11 De Epaéta 20 De Zondagsletter • ^ Ssptuagefima 24 T311» Vastenavond ............ 9 Febr. i Paasfchen =7 Maai^i Hemelvaartsdag . 15 Maij. 1 Pinkfter • 27 —• Advent ...... s 27 Novwi De Lente, begint 20 Maartjy — Zomer ...••••.•«••• 21 Juniifi - Herfst 22 Sepr| «Winter aiDe*j    JA NU AR Y, Louwmaand, heeft XXXI Da «en. j 2 3 4 5 6 7! 9 IQ li 12 13 14 15 lö 17 i3 19 20 21 23 2, 24 25 20 27 23 29 so 31 Laat'ie Oudrt» Saturdag'den 2, 's morg. ten i mir. 22 min, Nieuwe Maan, Zond, den io9 's morg. ten 6 uur 25 min. zon-eclips. Eerfle Ouart. Zond. /«r. s Pieterftoel. Westzane ban. Fabianus. s Agniet, s Vir.cent. Oorfchot j. Sepltiagefima. s Paulus bekesrhig. Kortryk j. Tilburg j. Herentbaisj, Emmerik j. Geersbsrgen p» Sixagefima» Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag I Don.lerdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dngsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydsg i Saturdag { Zondag  FEBRUARY, Sprokkelmaand» heeft XXIX Dagen. i a 5 4 5 6 7 8 9 10 li 12 13 14 15 16 37 18 19 21 22 23 24 *5 26 3? 28 &9 | Nieuw: Maan , Maand, den 3, 's avonds ten 11 uur 20 min» Eerfte Qinrt. Dingsd. den 16, 's morg. ten i nut 54 min. Maand, den 22 's avonds ten 11 uur 22 min* De zon treed den 19, in Pifces, of de Visfchen, op ten 7 onder ten 5 uur. Gelder j. Maria Ligtmis* üeldorp p. Arnemuyd. j. j Agatha* s Dorothea, Qjiinquagefima» Gent p. Vasten' Avoni. Asdag. Befl.Jyd. Roermond j. Eulalia. Gregorius.. Qiiadra&eftma. Utr. Zwol p. Heusden 3. Oiiatert, Rees-j. Simeon. Ouatert. s Bonifac. 'fjuatertemp. Zwolp Remenifcere» s Pieterfloel, Heusden p. Deventer j. s Mathys. Neftor. Herenthals j. Oculi. Kuilenburg p. Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag. Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag  MAART, Lentemaand, heefc XXXI Dagen. i s 3 4 5 6 7 8 9 ii j 12 13 14 15 i ïó 117 u8 i»9 21 22 23 24 j 25 | Mfi 29 ! I §0 j 1 Laatfle Quaru Dingsd. den 1, 's avonds ten & uur 30 min. Nieuwe Maan, Woensd. den QvNamidd ten 1 uur 20 min. Eer He Quart* [ Woensd. den 16, 's morg. ten 9 uur 8 min. Volle Maan Woensd. den 23, namidd» 1 ten uur io min. Laatfie Qtiart, Dond. den 31, nsmidd. ten 2 uur 45 min. De Zon treed den 19, in dries, of de iam * maken» ie dag en nacht ven lang,op n onder ten uur. j Bourd. j. Emmerik pi Zwol 1. Lucius. Cafimirus, Let are. s Thomas. Amfl> lootd. Amft. uur. loot. Deventer Jeerm. Schiedam p. s Gregorius» Judka. Rommelsw. J. [ Horfen p. Loeren p. s Geertruida» v'ianen p. Maria Boodfchap, Palm Zondag, s Bencdiclus. Montfoorc p. Vollenh. pWitte Donderdag. Goede Vrydag. Lu dgerus. Paasschen. 2 Paasch Dag. , Zyp j. W>k p. e D^irinus. e Vêoifch, k. enp. J 0 Dingsdag Woensdag' Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag j Donderdag Vrydag Ssturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag' Vrydag Saturdag Zondag VJaandag )i ngsdag /Voensdag j donderdag j  APRIL, Grasmaand, heeft XXX Dagen. J 2 s l l 9, ÏO ii 12 33 34 16 17 lö 39 20 21 22 23 24 S5 26 £7 28 29 30 Nieuwe Mam* Vryd. du; 3 , 's morg. ;eü 12 uur. 22 min. Eerde Qnart, Dond. 'den 141 namidd. ten 4 uur. 22 min. Volle Maan , Vryd. den 22,' 's morg. ten 3>ur. 47 min. Laatfle Quart, Saturd. den 30, 's murg- t. ii 8 uur. io min. De Zon treed den iaturdag I Zondag ' 3  AUGUSTUS, Oogstmaand, heeft XXXI Dagen. i 2 s 4 5 6 i 9 io I n 12 13 14 15 16 17 18 19 20 2t 22 23 24 25 26 27 28 29 SO 3t Nieuwe üfrwz, Woensd. den 3 , 's morg. ten ó uur. 54 min. £>r/7£ Ouart. Woensd. den to, 's nrtdd'. ten 12 uur. 28 min. Volle 'Maan, Dond. den t3, namuld. ten 3 uur. 43 niin. Laatfle Ojiart. Dond. den 25 's avonds te9 , u.ir. 50 min. DeZoM treed dén 22 , in Virgo , of de Maagd, op ten 5 onder ten 7 uur. s V'ieters land. Porliuncula* 5 Dominicus» B/aria ter fnecuw. Transf. C.u i-iuylen ke. Domburg p« Vaflendag* s Lanr. Leeuw» p. Waalw. p. Vaft-éndag* 's Gravel, k. Hyacintus. Mammes. Hondsd. Eind. Ludow>cus. s B.wardus* Heemskerk k. Hartjesdag Haarl. p. Vaflendag. s Bartholotneus. sLudov. Abc p. Rotcerdam lootd. Cefarius. j il^ff/f. Muid. K sjan Onthoofding. Bommel ke. < Naaiden p. Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Sun, dag Zondig Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vryd.ig Saturdag Zondag Maarsdag Dingsdag Woensda g Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dings iag Woensdag  SEPTEMBER, Herfstmaand, heeft XXX Dagen. i 2 3 4 5 6 '9 8 9 lo li 12 13 14 «5 16 17 13 39 2o £1 22 2 3 24 '25 26 £7 23 29 3° Nieuwe Maan , Dond. den i, 's mm. ten 3 uur 56 min. Quartm} Vryriag~den 9> *s morg. ten ó uur 12 min. Folie Maan, Saturdag den 17, 's morg. ten 4 uur34 min. Laatjle Ckiart, Satuid. dcïi 24, 's morg. ten 3 uur 50 min. De Zon tr^ed den 22 in Libra of de Schaal, maaitendedeHerfftfnede dagen aacht evenlang I ">p en onder en 6 uur. s Gilles. Schoonrew. p. Kampen b. Abc, Weesp k. Nymeg, k. Alkm. p. Gend, Heylop. Blok. k. Maria Geboorte. VVotkitm j, Tertolen j. Aldev. Loenen k. Am ft. lo. Nim. k. Amfterd lootd. t Ve.heffiug. ^ Utregt leetm. Cornelius. s Lambert. Amfterdam k. Leyden leerm. Vuftendag. s Mattheas. Qimteru Leeuw. p. Quatertemper. Quatertz mper. Maarfeveen k< Thiel (Jcregt p. Bu1". Gorcum p. Gore., Zwol p. s Mich. Lingen j. f Weronim. Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maanaag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag  OCTOTCER , Wynmaand. heeft XXXI Dagen. i 2 3 4 5 6 7 8 9 io li 12 13 14 IS 16 I? 13 19 2c 2! go 23 14 25 26 2 7 28 £9 co 3» Saturdag Zondaq Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Suurdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag 1 Maandag sBavo. Amftel. Blsr. k. Leyden Ontzet. s Franciscus. Weesp p_. Mun. b« Goeree 3. Edam p. Alkmaar Ontzet* Ooftz. k. s Fiüor. Weesp b. Purmerent p. Sthagen b. Vianen b Wyk vark. Bo^re zatu dag. Heemskerk kerm. Amft., Haail, vaik. s Lucas. I Vianen b. 1 Hnarl. , Delft b. s Urfel. Alkmaar b. Akei floot kerm. Amfterdam b. Woerden p. Munn. Wyk b. Vajlendag. 1 s Sim. en Jud. I Edam b. I Elburg, Rheen kt ' Faftend. Med. p. Nieuwe Maan i Saturdag den 1, 's morg. ten 3 "ur a8 min. Eer/Ie Qjjart. Zondag den 9, 's morg. ten 1 uur 55 min* Folie Maan, Zondag den 16, 's nam. ten 4 "«r 24 min. Lttatfie Oiiart. Zondag den 23, 'smorg. ien 10 uur. 42 min. Nieuwe Maan, Zomiag den 30/s avonds ten5uur.38 m. De Zon treed den 22 , in Scörpio ot den Scorpioen, < p ten 7$ onder ten 5 uur.  NOVEMBER, Slagtmaand, heeft XXX Dagen. i 2 3 4 5 6 > 7 8 9 10 ir 12 i 13~ 14 I 15 16 i 17 18 19 ,20 21 22 23 24 2<ï 26 27 £3 20 30 Quart.. Maan f. den 7, 's avonds ten 9 uur 54 min, Volle Maan, Dingsd. den 15 > 's niorgo. ten 3 uur. 3S min. Laaifte Ouzrt» Maand, 'den 2j , 's avonds ren 7 uur 21 min. Nieuwe Maan } Dingsd. den 29, 's morg. ten 10 uur. 57 min. De Zon treed den 2i, in Sagitlarius of de Schutter, op ten 8 onder ten 4 uur. | Alderheiligcn» I Alderzielen, Gouda, Lis b* Dokkum j. Med, k. Pur. p. Leonardus. s IVilkbordiis. Breda. Weesp< b. Alkm. p. Ja. Schoorl b. s Maarten, Livinus. Sparend, ke» FT»orn h, Gorcum b. Munnikend. b. Lïs b. Huyfen p, s Elifabeth, Felix. Maria pref Leyd. b. s Cecilia. Munnikend. b. Lis b. Ed. Ia. s Cathrina. Velf. b. Vjym. p. Vlisf. b. 1 Advent. Befl. tyd. Hoorn b. Vaflendag. s Andries, Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag ■ Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag Donderdag Vrydag. Saturdag Zondag Maandag Dingsdag Woensdag  DECEMBER» Wintermaand, heeft XXXI Dagen. II 3 4 5 o 7 «! li 12 13 14 15 16 17 18 19 20 2' £1 23 24 is 2* at 2< 3< 3 Woensd. den 7 , nam. ten 4 uur i3 min. Volle Maan, Woensd. den 1 14, nam. ten 2 uu-. 32 min. MAAN «ECLIPS. Laatfte Qjtan. Woensd. den 2 t, 's morg. ten 6 uur. 40 m'm. Nieuwe Maan, Dond, den 29 « 's mo! g. ten 6 uur- 19 min* ZON ' ECLIPS. De Zon treed den 20 in Capfkowut. of den Steenbok, hebbende haar grootfte Zuider Declinatie, maa!s morg. ten 6 uur ,9 lente in de Indifche Zee, oP de zuiderbreedte van 65 . Itp de len&te van 105°. -«Uelpnndg verdtufteren. OpbLnen middag, engedeeltelijlcophetL^^de* jïiBUW-HoLiiAK» zichtbaar njn. yaorfchijn komsa. * * * VER.  co VERTREK der SCHUITEN, SCHEPEN, POSTWAGENS , enz. Van AMSTERDAM. Op Haarlem, gaar alle uüren een Schuit met Poort openen, tot H avonds ten 8 uuren, buiten de Haarlemmer Poort, en dagelyks de Marktfibuh van 't Water bij de Papenbrug, Op Leyden, alle morgen ten 10 uur een Kaag van de Overtoom, de Marktfibuh Zom. ten 5 en >s Winters ten 4 uur vnn 't Cingelbi, »t Latynfche School, 's avonds de Tlacbtfibuit ten 8 uur Vm de Reerebijt buitejJ de Poort. En over Haarlem van waar een Schuit vertrekt ten 8, 10, 12, t, 2l 4j 0 en ir uur. Q/> «He midd. tcn , Uljr van,tIlokljin)ten «ut van de Beerebijt, of overig, van waar een fchuit vertrekt na SHagé, ten half 4, 6, 8, halJ. „ half X, 3, s en half 7 uur. Ook rydc 'er een Postdag. van naar Vfflfc, en terug van den x, Febr. tot den 23 dito 's morg ten half 7 Van den ,4 Febr ^ ^ 2 Odob »s morg. ten 6 uur. Van den 3 Oclob. tot den *o dito 'smorg ten half 7. Van den 21 o(t tot den 5 Nov. ten 7 uur, Van dcn 6 Nor. tot den 14 dito ten '  ( 2 ) ■icn half 8. Van den 15 Nov. tot den 14 Febr. 'smorg. ten 9 uur (doch bij beflotm water rijdt 'er 'smidd. ten I uur nog een Wagen. NB. Het Comptoir der Postwagen word geh. te Jtnflerdam in de Beursfteeg, ïnJsUaga op 't Leu'fche Wagenveer in 't Voorhout Op Delft, een Schuit op dezelfde uuren en van dezelfde jplaatfen als op 'sUage. Op Rotterdam* alle midd. ren 12 uur een Schuit van 't Kokkin ten a uur van de Beerebijt, of over Delft, van ■waar alle uuren een Schuit vertrekt. Ook over Gouda, vanwaar een Postwagen rijdt van de ij Maart tot den 1 <0&ob. »s morg. ten 6, 8» ïoen 11, uur,'snamidd. len half 3, 4 en ƒ uur. Van den 1 O&ob. tot den 14 Maart »s morg. ten 7, 9 en 12 uur, 's midd. ten half 3, 4 «n $ uur. Op Gouda, in Maart, April, Sept, en Oc%. 's morg' ten S, en in Mai, Junij. Julij en Aug, ten 7 uur een Schuit' De Nachtfchuit 't geheele jaar's avonds ten 8 uur van der Bcerebjt, ook alle dagen de Tker van de Pijpemarkt. Op Schiedam, Dingsd en Dond. een Schuit ten iz uur van 't Rokkin, ten 3 uur van de Beerebijt, ook een Schuit over Rotterdam en Delft. Op Dordrecht, over Gouda of Rofterda»alle dagen van de eerfte plaats, een Schip 'a morg. ten 6 uui met vallend  C3) fcnd water of meuwe of volle Maan, en v,a de ^ e plaats met , begi„ Van de ^ * der Maan, 's morg. ten i,,tP * . "warnar ■««.o. •« begin v;" ; gMi "ast'v,,s - « -&--^<— dngel bij deLuth.^*' of "" "* ^ * «He dagen 's morg Te'n 6 °f OV« ^< ™ waar teSchuitopderrLTen^rydt'°fmCt Bla*« t,„ „ *Ww' vaD Welke ]aatft« plaats ten 9 uur een of ^ gaat< uur een Schuit van de Heereer^ k ^ 2 ofover^^vanwJvTr,;^ ütrechtfeftr' voorm r,n < ^{ Maatt tot half O&ob. totTalf M " ,,3midd* 5 ^ - tot half Maart voormidd ten 7 cn «midd ten , nnx een Wagen rydt. 3 terf -'T*' a,1C UUrC" Ce" Schuït' b**™ - Win. om.ddags teniaunr, vandcNi«uweSMd«Berbc«e ^ P*rmer«* over , Zomers ten 6, g „ 1. 4 en 6 uur, en 's Winters ten S. g , i e„ „ „ ' *  (4 ) Op Edam over Buikfloot. Zomers een SchuTt ten 6, 9.' i, % en 5 uur, 's Winters ten 7. 2, 3 en 4 uur.De Maiktfchuit 's midd. ten I uur van de Texelfche Kaaiï. op Monnikendam, met de Schuit op Edam. De Marktfchoit Zomers ten t , 's Winters 's midd. ten 1 uur van de Alkmaarder Stijger. 0p Hoorn over Buik/loot, Zomers een Schuit ten 6, S , 9 » II, t, 2 . 2 en 4 uur en de Nachtfchuit met boomüuiten, 's Winters de eerde Schuit ten 7, en ten 4 uur geen Schuit. Ook een Schip alle avonden voor Boomfluiten van de Nieuwe Brug. 0p Medenblik, 'S Maand, en woensd 'S midd. ten t uur oen Schuit van de Niewe Brug , en Saturd. 's midd, ten 4 uur een Schip: of over Hoorn, van waar alle middagen een Postwagen rijdt, en dagelijks een Marktfchuit vertrekt. 0p Enkhuizen* alle avonden een Schip, of over Hoorn. van waar een Postwagen rijdt, en voormidd. ten 9 en II uur'een Zeilfcbuit gaat. O» Alkmaar, alle morgen een Schip ten 9 > en's Maand, nam ten i uur van 't Water; of over Haarlem, vanwaar alle morgen ten 9 uureu een Postwagen rijdt. 0p Crommenie, Maand. Woensd. en Vrijd ten 2 uut ten Schuit, vau de Haringpakkers Tooren. OP Broek in fr*s Winters ten 7, 9, 11, 1, 3 , en 5 uur een Schuit, van de Princegragt by den Amftel, van waar bij toewater een Postwagen rydt. Op mesp, van half Maart tot halfOdtob. Zond.tenS,' 8, 10, half 3 en half 6 uur, in de Week ten 6, 9, half 2, half 4 en half 6 uur. Half O&ob. tot hal (Maart Zond. ten 8 , 10 , half 3 en half 5 uur; in de Week ten S , 10," half 2, half 4 en half S uur een Schuit, van de Princc'gragt by den Amftel. * a  co %p 't Graveland, alle dagen ten tuur , behalven Zondags. Op Woerden,'$Maandags en Donderdag een Schuit, ten Iz uur van de Colv. Burgwal, en ten 3 uur van de Beerebijt, Op Loenen en Maarfin, alle dagen behalven Zondags * midd. ten 1» uur, ofj maal daags met de Utrechtfe Schuit. Op Utrecht, alle dagen 's morg. ten 7., 's nam. tent en »s avonds 8 uur een Schuit, van dc Achrergtagt bij de Ütrechtfe Poort, doch »s Wint. 's morg. ten 8 uur. De Marktfik. ten 4 uur van 't Cingel, ook rijdt'er bij beflooten watereen r„tw. van de Achtcrgragt en een van de Rcgelieis Breftraat. OP Smewoort, 's morg. ten 8 uur een Schip , van 't Water bij de Vrouweft. uitgenomen 's Maand, 's wint. alleen Zond. Dingsd. Dond. en Saturd. of over Utrecht, van waar zond. Woensd. Vrijd. en Saturd. 's morg. ten 7 en 's namid. ten 4 ««r een Pottwagr» rijdt en dagelijks ten 4 uuren cn Kar. Op m}k te Duurftede, 's Maand, ten 3 uur van 't Cingel , bij dc Hetftceg een Schuit, of ovet Utrecht van waar dagelijks een IVagen rijdt.. Op Ysfelftein, 's Maand. nam. ten 3 uur een Schuit van't Cingel bij 't Lat. School, en ten 6 uur van de Beereb. of over Utrecht, vanwaar zom. ten 3 en's Wint.ten 2uur een Schuit gaar. Op Arnhem en terug, rijdt alle dagen een r»stw. zom. ten  C 7) ten 6 uur. 's Wiut. met Poort openen te Amfl. van »t Giugel bij de Beulingfluis, of over Utrecht waar'smorg. ten 7 uur een Postwagen riidt. Op Nijmegen, alle Woensd. een Schip., van 't Cingel bij de Luth. N4 Kerk of over Utrecht van waar 's morg. ten 7 en 3 uur, ook van daar op Arnhem , vaa waar voorm. ten 8 en nam ten 2 xmr Postwagens rijden. Op Harderwijk, alle avonden een Schip, een uur vooe Boomfluiten van de Slijpfteenen Op Zutphen en Deventer, over Harderio , van waar '« morg. een Postwagen ri]dt, een uur na het aankomen van de Amfterdamfe Beurtman. Op Nieuwkerk, Elburg en Deventer, Dingsd. Dond. ca Saturdag een Schip, een uur voor Boomfluiten. Op Zwol, alle avonden een Schip, van de Oude Brug, doch in Dec. en Jan alleen Dingsd Dond. en Saturd. ea by befloten water een Postwagen van 't Weesper Veld. Op Haspelt, Zomers Maand. Woensd. en Vryd., doch 's Winters Maard. en Vryd. een uur voor *t luiden der Boomklok, een Schip van de Oude Brug, of alle avonden niet de Zwoljcbe Beurtman, Op Meppelt, Steenwyk en BMziel, Dingsd. en Satlird. *S avonds voor Boomil. een Schip, vandeMeppeirche Stygcr. Op FollerMven , Dingsd, een Schip (zie v*rdcr Meppelt j * op  (s) O* Ctmptn, Zomers, Maand Woensd. en Vryd. een Sehip, >s Winters Dingsd. en Vryd. (zie verder Zwof) Op Harlingm, alle avonien, doch van de u Nov tot li Feb. Maand. Woensd. en Vryd. voor Boomfl. een Schip van de Nieuwe Brug, van waar dagelyks gelegenheid is, om na al!e de Vriefihe plaatfen te reizen. Op Uinhpen, Maand. Woensd en Vryd. een Kaag van de Onüe Teertuinen. Op Stavoortn, alle avonden met Eoomluiden een Schip Van 't Water, voor de Kapelfteeg. Op Dokkum, alle weken een Schip, van deHaiingpakkers Toren. Op Leeuwaarden, Zond. en Dond. 's rrorg met het opeBeu der Boom een Schip, of over Haringen, van w aar's n;org. ten 4 en 9, nam. ten 1 en 4 uur eenTrekfcbuitgasu Op de Lemmer, alle avonden een Schip van de PapenBrug , van waar ïnsgelyks aile dagen Schuiten op alle Vriefihe plaatfen gaan- Op Groningen over de Lemmer , van waaralle dagen na't aankomen der Beurtnan een Postuegen en een Schipgaat* Op Middelburg over Rotterdam, van Waar alle dagen een Schip gaat, Cp Bn-da, alle Woensd. avond een Schip van 't Cingel by dc Toren, of over Gornkhun of Utrecht, van waar al'e niOrgcn een Ponwagen rydt. Op  C-9) Op Heusden, Woensd. avond een &bip van 't Cingel by de Bergftraat. Op Bergen op den Zoom over Rotterdam cn Donrecht, 2 maal *» Weeks een Sc£/p. Op Bosch, alle Saturd. avond een Schip, van de Cingel by de Toren, of over Utrecht, van waar Maand. Woensd, Vxijd. en Saturd. 's morg. ten 6 uur ten Postwagen r^dt. Op Texel, Din^s.1. Dond. en Saturd. een Kaag, van de Texdfche Kaaij. Op Brusjel, om de 8 dagea een &4#>, van * Cingel by de Toren. Op Duinkerken, om de 3 weeken een Schip van 't Cingel , over de Bergftraat. Verders gaan alle Maandagen, wanneer het te amster.»am groote Marktdag is , velheiden d o a p $ c h v iten, meest alle ten 12 uur van het Water, het Rokkin , den A;r.ftel, het Cingel cai, m • m * S AAN-  < lo ) AANKOMST der POSTEN te Amflerdam. Alie dagen van Haar'cm , Leyden , den Hang, •Rotterdam en verdere Zuid-en Noordhollandfche Stedent Dorpen en omleggende Plaatzen, als mede van Texel cn de Helder. Zondag , van Duitschland , Keulen , Luik , Gelderland, Kleefsland , Emmerik, Munfter en Westphalen. Maandag, van Hambu:g, Zweeden, Dene.nark. Poolen , 't geheele Noorden, Ereemen, Luik, Aken en Maaftricht. Ook geheel Oostvriesland, Groningen en Overïjsfel. Dingsdag, van Vrankrijk , Spanje , Portugal, Braband, Vlaanderen en Zeeland. Woensdag, van Ital. Duitschl. Luik , Aken en Maaftricht. Donderdag even als Zondag, als mede van geheel Vrietland, Groningen en Overysfel. Vrijdag, van Vrankrijk, Spanje, Portugal, Hamb. Zw eeden, Denemarken, Poolen, 't geheele Noorden, Breemen, Luik, Aken, Maaftticbt en geheel Oostvriesland. * VER-  (ii) VERTREK dbr POSTEN Van Amflerdam, Van het Generaale post comitou, op de Voor. kurgwal, achter het Stadhuis Mie avonden , op de Helder, Texel en 't Vlie ten half 8 uur. Op Zuidholland , Utrecht en de Generaliteits Steden ten 8 uur, doch op 'sHage, Haarlem en geheel Noordhoüand ten half 9 uur. Zondag, Dingsdag en Vrijdag , op Maaftricht , Lui* en Aken , 's avonds ten 8 uur. Maandagen Vrijdag, opZe eland met deLandpost, 'savonds .ten 8 uur Dingsdag en Saturdag, op Groningen, Campen en Deventer, 's avonds ten half 8 uur. Dingsdag en Vrijdag. 0? Italien, Duitschland, Keulen, Bergsland, Gelderland, Cleefsland, Emmerik, de Oostzee, Rusland, Poolen, Pruisfen cn Sileficn., 's middags ten i uur. Dingsdag en Saturdag. Op Hamburg, Zweeden, Denemarken, 't geheel Noorden, de Oostzee, Pruisfen, Poolen, Sfiefici, Hanover, Bronswijk, Nieuburg, Oostvriesland en Ovenjsfel, 's avonds ten half 7 uur. Maait'  ( 12 ) Maandag en Donderdag. Op Portugal en Spanje, 's avonds ten 8 uur. Maandag en Donderdag. Op Vrankrijk, 's av. ten hal f9 uur. Maandag, Donderdag en Vrijdag. Op Braband, Rijifel Cn Fransen Vlaanderen, s'avonds ten half 9 uur. Dfngsdag en Vrijdag. Op Groot.Brittannieu , 's avonds ten half 9 uur. Op Ameiiea, over Vrankrijk, de eerfte Dooderdag in de maand, 's avonds ten half 9 uur. VERTREK der EOSTEN van Leyden. Alle AVonbeh op alle Zuid- en Noordholland* fiche Sreeden, 't sticht van Utrecht, Breda, '6 Bosch, Geertruidenberg en Zeeland ten 8 uur. Dingsdag en Vrijdag, naar Gelderland, Venlo , Kleef, Breslau, Gulik, Mafïjk, Keulen, Munfteren Westphalen 'smorg, ten 11 uur. • Op Lotteringen, Zwitzcrland, Geneve, Piernont , Hésfén , Lunenturg , Ssxen , Markbrandenburg , Pomeren, piuisfen , Dantzig, Tcolcn , Rusland, [Silcfiën, Bohemen, Hongarijen en alle Oostentijkfche Landen , als ook op Zwol, Bentheim, Embden,^Oostvrie£land, Lingen, Oldeuburg, Bremen,Hsmfcurgj, Lubek, Holftein, Zweeden, Dencmajkcn enz. 's midd.  < IS ) »idd. ten li tmr. - Op Braband, Vlaanderen „Heoego». wen en verdere Oostenrijkfche Nederlanden, Bergen op Zoom, Steenbergen en Vrankrijk namiddag ten half* uur. - Op Engeland, Schotland en Ierland, >s Bosch , Maaftricht, Luik, Aken, Luxemburg, Limburg, Namen, Sedan en verdere Steeden in Champagne ; als mede op O/erijsfel, Vriesland, Groningen, Drenthe en Twenthe, 's avonds ten half 10 uur. Donderdag,, op Vrankr j*,Spanje, nam. ten half i uur. Saturdag, op Zwol, Bënthef*, Embden ,Oostvriesland, Ltngei*> OUenburg, Bremeu, Hamburg, Lubefc, jHolftein, Denemarken, Zweden en verdere Noordfche geWesten, 's midd. ten ia uur. - Naar Overijsfel, Vriesland , Groningen, Drenthe enTwenthe, >s avonds ten half io uur.  C '4) VERTREK bbr POSTEN,. Van 's Gravenhage. Alle Avonden op alle Steden van Zuidholl» Zeeland.. 'sSoscb. Breda. Geertruidenb. endeProv. van Utrecht s'ar.. ten 8 uur. Op Amft. en geheel Noordholland ten 9 uur* Dingsd. en Vrijdag, op Geldcrl Duitschl. Pool. Honga* rien, Boheerren. Zwitzerl, Ital. en Turkijan, s'midd. ten 12 uur. Op Grootbritt. s'av, ten 10 uur. Dingsd, en Saturdag. op. Vriesl. Groning. Overüsfel cn Embden s'av. ten 8 uur. Op Denemarken en Hamburg, s'midd* ten 12 uur. Zond. Dingsd. en Vrijd. op sBoseh. Maastr, Eindhof» en Tilburg, s'av. ten 8 uur. Dingsd. op Vrankr. Brab. Vlaand. Bergen op Zoom. Steenbergen, de Willemftad , enz. Donderd. op Spanje en Portugal. AANKOMST der POSTEN in s'Graveubage Zond. en Dnnderd. uit Duitschl. Denemsrk. Zweeden ffool Hongarijen Zwitzerl. en Gelderland, Maandag. Vrijd. uit Hamburg, enz. Dingsd. en Vrijd. uit Braband en Vrankrijk. Woensdag uit Duitschland. Italien en Zwitzerland, Jrijdag. uit Spanje en Portugal. Uit Ingeland naai dt wind is, TEM*  C 15 } VERTREK der POSTEPf van Rotterdam. Alle Avonden, op Breda. s'Biisrh * - r°r ?recht tcn haif 9 - - ^s; «oct b«, «eder brief een ftuivi gegeven worden. en ^ *ay. op Hamb. mits Amflerd AW. en Savonds op Vranfcr.jfct Af *W D^A W. en ^ vav.opBraband en Vlaand Dl** en ^ s'av. op Grootbnttanien '* Dingsd. en Vrijd. op geh. Duitschl pruisf " I looi. Rusl. Zwccd.Denem, en ^ *~ I half 11 uur. ^«.tzerl.s'morg, ten 4«* Donderd. en op pottugal en I doch /W»*» tot Antwerpen. ' AANKOMST der POSTEN *e Rotterdam, Alle moroen, uit Amfterdam, Haarl lW « M verdere Zuidholl: Steden. «*W>orA -W. cn Donderd. uit geh. Duitschl. vTahr p Pool Rusland, Zweed. Denen, e^j^ JHpf en rf/M uit Vrankrijk. firab en V ' ***** cn Saturd. uit Hamburg. * VJaan^n. Uit Engeland naar de wïnd HET  C r<5) HET LUIDEN der POORTKLOKKEN. Van jimfterdam. 't verlangen. 3t verkorten. 'smo.j's av. 'smo. s av. Den22jan. half 7'halfs Den 8Aug. hall 5 half 8 8 Febr. 6; 5 25 5 7 «,4 _ half 6 half 6 oSep. half 6 half 7 14Maan. si 6 21 — half 6i, ,r $ C8 5 half 7 I3 0fc. 6 half Ö 10 April, halfs 7 21 ~'half"7, ,r 5 22—- half 5 half 8 6Nov 7 half 5 7Maij. 4! 8 Vnn 7 Maij tot 8 Aug. blijv. de Poorten, tot's av. half ic uuren open. Van HAARLEM en ENKHUIZEN. *t verlangen, 't verkorten. 'smo.f'sav. i'smo 's av. Pen 8.Tan. iidf 7 half 5 Den2Öjulij. 4 8 iFebr 6 5 14 Aug 4 half 8 jg 6 half 6 22 --- half 5 half 8 23 half 6 half 6 29 —— half 5 7 4 Maart, half 6 6 IsSëpt. 5 half 7 Ti 5 6 2,5 5 6 18 5 half 7 1 Oct. half 6 6 1 April 'ialf 5 7 ïo •—— half 6 half 6 J6 half s tialf 8 18 <5 half 6 ao , 4 half 8 25 .— 6 S 1 Maij. 4 8 joNov. half 7 5 so . half 4 half 9 13 — half 7 halfs 30 —■ 7 half 5 ^Dec. 7 4 Be Groote Uoot, Zi/J en Kennemer Poorten zyn alle avonden tot 11 uur open : en de Spaarwouder tot het aankootnen det laatfte Trekfchuit. Elk der poorten kan men na II uur", voor 30 Stuiv, doen openen.  MENGELINGEN l h PROZA kn POËZIJ.   Wij hebben het genoeg,, oflzeti geëerde Lé,«,«., bij den aanvang van dit j,a,, weder een kleine.^ «Mmg jm Pton _ M Dicbt{lakken .H dic Jaarb0£kje , 11 " bl,edan,C We!k ™i «n« vleijen durven, dat over geheel even behagen zal ais het voorige. Wij betu-gen tevens onzen hartel.jken dank aan die kundige Na weldenkende Vrouwen, die ons met de vernuftige KETS"' eT8^ —^vanl Wer e raet zo veel ,uïheid en ijver bi; aanhoudend- C^L" derfte"nen'te^'h—bijzonderaaa. g naam aiZIJn, wanneerzij? d.tloflijkvoetfpoorfteeds - vervolgende, ons -er en meer met zoda ,geftü,j g heven te vereeren , die rechtreeks ^ 2,n ^ ^ b"»*»*«. waarin Wi; door de Voorziend heid  feeid gefield zijn; om dus dit ons Werkje, van tijd tot tijd, meer en meer te doen beantwoorden aan het oogmerk, dat wij ons, bij den aanvang van hetzelve, hadden voorgefteld. Veele fluVjes, die wi} door dc kortheid van ons bedek, dit jaar -moeten achter wege laten, hoopén wij in een vclgeiïd jaar te plaatfen. Wij verzoeken de fluitjes voor den laatftsn Julij 1796,.te mogen ontvnngén. Qclib. 1T95. I)E WED.' J. DOI. L. * * n    C i ) 't'' SI L V I A, O F DE ERKENDE ONSCHULD. De angst van den akeligften dag bad Siivïa fiegts eea zeer dikwerf afgebroken rust vergund. Haare oogen openden zich alleen om het fchriklijke van haar droevig noodlot te aanfchonwen. De eerfte ft raai en der zonne verfpreidden een fombèr licht rondsom haar. Z\] vertoonden haar niets dan vier met fpinnewebben behangen rflnuren, een ellendig leger van vergaan ftroo, een aarden kruik metvuil water, en een ft uk zwart brood. In de overweldigende finarte van haar hart viel deeze fchoone gevangene op haare kniên. Een ftroom van traanen vloeide over haare heete wangen. Barmhartige God! riep zij uit, ftuit toch eindelijk den loop mijner rampen, of geef mij fterkte van zie! om die te draagen. Uwe oordeelen zijn zwaar, maarzij zijn rechtriaau'g, Gij ftrafc mij thans, omdat ik aan aadere voor.  C O werpen den wierook heb toegezwaaid, dien ik alleen aan n verfchuldigd was Zij gaf z ch geheel en al aan de droefgeestigfte gedachten over. Het was ook in de daad een allerbeklagenswaardigfte toeftand voor een meisje, dat"in het volle genot van de vermaaken deezes levens was opgevoed-, voor een meisje, dat met de vleijende bekoorlijkheden eener iuneemende gedaante ongemeen veel bevalligheid van geesten alle de voorrechten van een verheven ziel deed gepaard gaan.» Nog eenige ogenblikken bleef zij in deeze treffende houding, toen de deuren der gevangenis geopend wierden. 'Er kwam eene aanzienlijke vrouw binnen, die door ouderdom en deugd even eerwaardig was. Door loutere menfcheuliefde gedreeven, was zij aan deeze plaats der rouwklachte gekomen. Zij zag de gevangene , en gevoelde op dit ogenblik die harmonie der eenaemmige zielen, welke het eene hart aan het ander bindt. Zo veele natuurlijke bekoorlijkheden roesten op een gevoelig welgeplaatst hart terflond indruk tnaaken Zij kwam zachtjes naar Silm toe, omhelsde haar, wischte haare traaaenaf, en Uct geen middel onbeproefd om haar te troosten. Doch troostgronden hechten met fchiehik op den mensen, die in het ongeluk verzonken is.  C 3 ) is. En met dit al verwierf deeze eerwaardige Vrouw, reeds bij het eerste bezoek, het gantfche vertrouwen van Silvia, Zij had nu eene wijkplaats voor haare zielfmarte gevonden. Haar gantfche hart ftönd voor deeze menschlievende Vrouwe open. Zij' gevoelde een fterke verligting van haare fmarte in het volgend onopgefmukt verhaal. Ik ben te Parijs van ouderen geboren , die wel niet «eer rijk waren, doch echter een onbekrompen bedaar» hadden. Aan mijne opvoeding wierd niets gefpaard. Mijn verftaud begon zich nauwiijks te ontwikkelen , toen men mij de bekwaamde meesters in allo takken» der fchoone kunsten en fraaije wetenfehappea gaf. Mijne ouderen vonden ook geen reden om berouw te hebben over de kosten die zij aan mij bedeed hadden. Ik liet geen les vruchteloos voor mij liggen. - God» waarom beu ik ook uiet de waarfchouwingen en lesfen miiner deugdzaame moeder gevolgd? Gijznlt a'TtijdE rijk zijn, zeide zij mij dikwils, wanneer gij wijsheid en eer nooit uit het oog verliest5 deeze beide fakkels moeten alle de daaden uwes levens verlichten, üa. fchoonheid is flogts van korten duur. Hoe groot moet niet het berouw zijn van haar, die deeze uiterlijke bekoorlijkheden misbruikt heeft, en nu, in plaat? A 2 ft  (O fe van vleijende wierook, verachting en fchancle inoogst. Aan de hulde van aanbiddende dwaazen gewoon, die bet hoogfte geluk van ijdele vrouwen uitmaaken , vervalt zij in wanhoop , zo ras men haare bevalligheden niet meer ericent. En hoe toch zou eene dwaaze coquette zich zelve genoeg kunnen zijn, wanneer aanbidders , vermaaken en verftrooijiugett verdweenen zijn? Verdriet, knaging van het geweeten en eene verveelende eenzaamheid hebben derzelver plaats ingenomen. Zo gaat het der Ondeugd. Het voorledene grieft haar , het tegenwoordige verwekt haar afkeer, en voor het toekomftige fiddert zij.-Deeze redenen der beste moeder drongen tot in het binnenfte van mijn getroffen hart. Ik gevoelde den gantichen nadruk van dezelven. Maar kan een meisje, in wier boezem een gevoelig hart klopt, wel in het toekomftige voor de beroeringen van dit hart borg ftaan? Ik had mijn zeventiende jaar bereikt, en kende nog niets dan de eenvormige vermaaken van een ingetogen leven $ eu nu - nu verdween met de ontluikende hartstocht der liefde alle rust mijner ziele. Op zekeren zomerfchen avond na een zeer heeten dag, begavent mijne moeder en ik otfl naar een klein boschje, waardoor een beekje kreckelde, om frisfche lucht te fchep-  C 5 ) fcheppeti. Deeze wandeling wierd weinig bezon , daarom gaven wij die ook boven de overigen telkens de voorkeur. Een jong heer , die zeer rijk gekleed was, en zich voornamelijk door de fchoonheid van zijn leest, en de edele trekken van zijn gejaa£ onder. fcheidde, trok door zijne blikken de mijnen, tot zich. Ik was den gantfeben avond vciftropid en in gedacb." ten. Het beeld van den onbekenden hield mij op dé swngenaamfte wijze bezig, en ik leidde mij vroegtijdig te bed, om mij ongeftoord aan deeze voortellingen verder te kunnen overlaaten. Toen ik den volgenden morgen mijn vengfter opende, was liet juist deeze fchoone jongeling, die mij het eerst in het oog viel. Hij zat met een boek in de hand aan het vengtter', dat vlak over het mijne was. Zo ras hij mij zag, ftond hij eerbiedig op. Ik bloosde, en bevond mij in oee ne geringe verlegenheid. Eindelijk ging ik heeo, doch bemerkte ras , dat onder de metste gewaarwordingen, diemij beftormden, bet vermaak om hem te zien niet het minste was. Toen ik in mijne kamer tem. kwam dat deezen dag zeer dikwerf gebeurde, zag ik celkenf met een inwendig genoegen mijnen onbekenden in een en dezelfde houding "weder. Des daags daaraan vvierd ik door eene oude Vrouw, bij het uitgaan van de Kerk, A 3 aan-  aangehouden. Zij verzogt mij zeer vriendelijk den brieF aanteneemen , dien men haar ter befteiling had aanvertrouwd. Ik bleef eeuigc ©ogenblikken beiluireloos - eindelijk had ik de zwakheid het aanhoudende verzoek oer briefbeftelfter gehoor te gecven. Dit was mijn eerste raisftap, en tevens de bron van alle mijne tegenwoordige rampen. Ik was jong en zonder ondervinding. Mijn hart opende zich de eerstemaal voor de zachte aandoeningen der ontluikende hartstocht, en dce« zetocflaud had iets behaaglijks, iets ftreelendc voor mij, dat ik te vooren nooit zo gevoeld had. Zodra ik te huis kwam, was mijn èerite zorg den brief te ieezen, die van deezen inhoud was. „ Ik heb u gezien, lieve Silvia! Dit is genoeg om n te bewijzen , dat ik u bemin. Laat intusfehen deeze taal, die buiten twijfel nog nieuw voor n is, n niet ontrusten. De dag kan niet zuiverer zijn dan mijn hart, cn dit hart leeft alleen voor u. Dc geluksgoederen waren mi; voorheen iets zeer onverfchillig , doch thans rijn zij mij zeer dierbaar geworden , daar zii mij in Haat ltellen , u iets te kunnen aanbieden. Indien de geboorte flegts de werkii g van het geval is; zo aal zij mij toch thans ia zoverre genoegen geevenals ik in u die fijm-  (7 ) ffjropathie van gevoelens ontdekken raag, die alleen het geluk mijnes levens kan uitmaaken." Baron van M. Ik ben niet in flaat, om u met woorden aftefchilde. ren , wat mijn hart bij het leezen van dien brief gevoelde. Mijn antwoord bewees maar al te klaar, welke drift dat hart geheel had ingenomen. Op den eerden brief volgden nog meeidere. Het kwam zelf zo ver dat mijn minnaar een huis huurde, daar hij mij heetten lokte. Ik kon hem, docht mij toen, die beleefdheid toch niet weigeren om hem voor eenige ogenblikken te fpreeken. Ik had echter de uiterile grenzen der fthaamte nog niet overtreeden. ÏVIen verlochent niet bij den eerden ftorm der driften de gropdftelltngeu, die opvoeding en eer in onze ziel geplant hebben. De herhaalde beden van eeuen minnaar waren nog niet vermogend geweest mij in deezen afgrond neenedortcn. Hij verzekerde mij eeriatfg een brief te verwach < ten van zijne ouders, zo hij zich vleide met de toedemming van ons huwelijk, en was dan bereid zijn gantfche nart voor mijne moeder te openen. Hoe dwaas was ik , dat ik dit niet terdond van hem vorderde. Doch niets is zekcrer dan dat dc eerde misdap altijd nog meerdere naar zich fléept. Eindelijk kwam deeze A 4 ver.  <8> verwachte brief. In plaats van de toeftemming tot ons* huwelijk te geeven, beval men mijn minnaar te huis te komen, om zijn huwelijk met de freule van L. te voltrekken, die jong, van uoogen rang, eene eifgenaame van aanzienlijke goederen, cn buitendien, bij ds bekoorlijke vorming, met het beminuehjkfle karakter begaafd was. >Denk eens, welke aandoeningen ik bij dien blief gevoelde. Hït klamme zweet ftond op mijn gelaat; alles wierd beneveld voor mijne oogen, en ï< viel in een onmacht, die mijn leven in gevaat fcheen te brengen. Toen ik weder bij mij zelve kwam , zag ik mijn minnaar mijne handen met zijne traanen befproeijen. Vrees niets, lieffte silvia, zeide hij met veel tederheid, ik ben eeuwig de uwe, - Niets zal in ftaat zijn mij van u te fcheiden. Alle de fchatten der aarde zijn , zonder mijn salvia, voor mij een verachtelijk goed. Ik zal mij aan de voeten van uwe moeder werpen. Van haar alleen verwacht ik mijn leven. B'laar, zeideik,zijt gij wel llsrk genoeg om over u zelycn te kunnen gebieden, van alle de lcbitcercnde voordeeleu,die u het voorgeflagen huwelijk aaubiedeu,aan mijne liefde opteofferen, cn u aile de o.iaangenaamli,ed«n van te leur geilelde ouderen te troosten ? - ür zijn x-vkete vstbindteuisfeo, * &l tïie, fehooa in 't ge-  C9) geheim geflooten , echter daarom niets van haare kracht en heiligheid verliezen. - Neen, mijnheer! tot-zit keéa huwelijk zal mjjue moeder nooit haare toeftemming geeveu. Zij is wel goed, maar bezit tevens eene edele trots, die de deugd altijd eigen is. Gij zoudt deeze edeldenkende moeder ten hoogden door uw voordel beledigea, ah zij vernam, dat de bloedverwanten van mijn minnaar zich tegen zijne verbindtenis met mij verzetten. • Vergun mij dan, liefde sir.vn! dat ik u alleen mijn geluk mag verfphuldigd zijn. Geef mij uw hand,en omfangde mijne! Mijnpenfioen, datikkrijge, zal tot ons onderhoud voldoende zijn, De tijd is niet meer verre af, dat ik van eenigen mijner goederen zelve bezit kan neemea. - En gij kunt waagen mij een voordel van dien aart te doen? Zou ik mijn vaders huis verlaaten en u vo'gen? Wat zou dit.anders zijn, dan met eigen banden den dolk ia mijns moeders hart te dooten? Neen! liever wil ik duizendmaal derven! - Wat zal ik u verder zeggen, Mevrouw! om n niet langer in de onzekerheid te iaaten ? Na cenen tegendand van drie dagen zegcnpraalde toch mijne liefdeover mijne vrees. Ik gaf het verlangen van mijn minnaar cn den aandrang van mi,n eigen hart gehoor; vooraf ftclJe ik echter twee voorwaarden vast, die A 5 naauw»  ( io ) tiaauwkenrig moesten nagekomen worden. . De eerde was, dat wij terftond trouwen moesten; de tweede, dat mij mijn minnaar in de eenzaamheid zon laaten lecven. De Baron , thans mijn man, bragt mij in deeze ftad, huurde voor ons eene wooning, die wel netjes maar niet minder dan prachtig was. Een kamenier en lijfknecht was al onze bediening. Ik wierd door mijn man bemind, dien ik aanbad; aan al het noodwendige had ik ook overvloed, en ik leidde in de daad een vergenoegd leven. IVIaar is de mensch wel geboren om altijd gelukkig te zijn? Weinig tijd na ons huwelijk, kreeg mijn man bevel om bij het Regiment te komen, dat naar . . . gaan zou. Dc g^nrgfte weigering zou een vlek voor zijn eer geweest ïijn, Hij liet mij in eene vreemde ftad, zonder bloedverwandten, zonder vrienden , en zonder eenïgs befcherming, alleen na. Echter 7f>g ik maar al te wel de ncoizakelijkheid van zijn vertrek voor oogen, en raadde het hem zelfs aan. Hij gaf mij een aanzienlijke fomme gc-ids voor mijne uitgaven, en beloofde mij vlijtig te leb-rijven, en na het afloopen van den ve'dtocht terftond weder bij mij te komen, ik leidde het inge* togenfte leven van de waereld, en hezegt noch openbaare wandclplaatfen noch fchouwfpcUn De leclure ca  C ii) en borduurwerk waren mijne geliefdfte bezigheden, dé brieven van mijn man mijne eenigfte nooit. Ik ging nojit anders nic dan naar de kerk, om aldaar in den fchoot van een alomtegenwoordig God mijn gantfche hart te kunnen uitfehuddeu. Zes maanden waren 'er op deeze wijze verlopen, toen ik 's avonds niet een beklemd hart en traanen in de oogen in mijn kamer trad. Een Courier had het berigt van ccn bloedigen flag, doch daarbij geen brief van de beminde oorzaak van mijn lijden gebragt Ik wierp mij op mijnen ftoel neder, en gaf mij geheel aan mijne droefheid over. Biet fchrik gevoelde ik een alterpijnelijkfte afmatting die van eene bedwelming gevolgd wierd , die mij een voorbode des doods fcheen te zijn. Ik zonk in onmacht van mijnen ftoel op den gron !. Hemel! Waarom moest ik het licht weder aanfehouwen V • Vergeef het mij, Mevrouw! wanneer de aanvallen van vertwijfeling fomtijds mijne ziel beltonnen ; doch ik zoek ze te overwinnen. Het hoogde Weezen alleen kan het getal mijner dagen befternmen. Op hem, den Alwetende, ftel ik al mijn vertrouwen. Hij zal mij kracht verleeutq om mijne fcluiklijke maar wel verdiende rampen te kunnen draagen. Het eindperk mijns leven* kan niet verre meer af zijn - Toen  C 32 ) *Ioen ik weder bij mij zelve kwam , vernam ik, dat ik verlost, maar te ortijdig en ongelukkig verlost Was Ik begeerde de vrucht mijner Ltfde te zien, ik wilde die omhelzen, en met mijne traanen bc-fyroeijen. Men antwoordde mij niet. ,, Zo is bij dan dood, de lieveling van mijn hart ?" fchreeuwcle ik. In 't ogenblik kwam een wacht in mijn kamer, en bragt mij, zonder eenig aebt te liaan op mijnen toeftand en traanen, nrar deeze plaats dtr verfchrikking. Het overige weet gij, Mevrouw ! Deeze vrouw, wier hart van menfchcnliefde blaakte, wierd door dit verhaal inwendig getroffen. Zij omhelsde de gevangene tcderlijk, Stel u gerust mijn kind] Het getuigen van ons hart, dat zich niets te verwijten heeft, is een zeer groote weldaad, en leenigt het grievende onzer rampen. Zij nam hierop affcheid van s i lvxa en verzogt haar eenige onderfteuning te willen aanncemen. Zij zond haar allerhande huisgeraad, liet een ledikant met een bed voor haar opflaanj voorzag haar van allerleie levensmiddelen , en kwam dikv erf bij Imr eeten. Silvja beminde de lectuur^ zij [af haar de beste zedelijke gefchriften; in 't kort deeze vcrecringswaardige Vjouw wendde alles aan om haare ongelukken te verzachten. Ach, Mevrouw! riep  (13) riep de beminnelijke gevangene uit, fchoon ik vooruit konde zien, dat ik den fchandeüjken dood, dien men voor mij bereidt, ZOu kunnen ontgaan , zo Züu to& mijn levenstijd nooit lang genoeg zijn , om u voor uwe weldaaden te danken; de hemel vergeldde het u! Ieder baad, die mij nog aan da wajreld boeit, is ver', broken. Ik heb den man verloren , dieu ik 'aanbad,' die mij alles in allen was, Tegen zijn eigen vermoe' den nam hij mijne eer mede in 'tgraf. Het offer eetier affchuwelijkefamenfweering^eonfchuldige vrucht van de tederfte liefde, heeft mogelijk op de wreedfre Wijze moeten Omkomen. Wat zou mij «a toch naar een langer leven doen wenfchen ? - - Eindelijk moest de ongelukkige silvia voor haare rechters verfcbijaen. Haare bekoorlijkheden troffen hen. De oprecht, heid was op haar gelaat gefchildcrd. Onder de neer* flachtige trekken van een diep in rouw gedompeld hart ftraalde echter nog altijd dat edele en befcheidene vertrouwen door, 't welk alleen aan de onfchuld eigen is. Haar gedrag was ftandvastig en bedaard. De fchotiwplaats , die haar nieuw en vreemd voorkwam , ontftelde haar een weinig in den beginne; doch zij troostte zich ras. - Ik ben oafchnldig, mijne fjeeren! Dat is, met drie woorden, de gantfche gefehiedenis vaa  ( T4 ) van mijn gevangenis. Had ik wel, als een liefhebbende gade en tederbartige moeder, de beul van mijn eigen kind kunnen zijn? Verfcheidene vragen, waardoor men haar zocht uittthooren, beantwoordde zij met alle nauwkeurigheid. De waarheid zelve had niet anders kunnen fpreeken. Doch de uitfpraaken der getuigen varen allen tegen haar. De wet veroordeelde haar. Weenende onderteekendeu de rechters bet vonnis van baaren beklaaglijken dood. bilvi a vernam bet zonder verfchrikking, en zeif met een zeker foort van vergenoegen. Men zal zich hierover des te minder verwonderen , wanneet men de tederheid nadenkt, met weke zij baaren man beminde, en de ongelukken, van welken zij reeds lang omringd was. Zij had nog eenig geld overig, en liet haare weldoenfter, die wegens eenige onpasfelijkheid niet uitgaan kor.de, om verlof vraagej» ,zulks onder de arme gevangenen te mogen uitdeeleD. Aan haare moeder febreef zij den vol. gende brief: Laat u mijn noodlot niet meer ontrusten. Ik verfchijn thans voor den hoogden rechter; die ziet tot in bet binnenfte van mijn hart en kent mijne onfcbuld. Ik faieek om zijne genade. Hij ftrekt zijn hand verzoend «aar mij uit, en ik ben bereid voor zijnen rechterftoel te  te verfcirijnea. Deeze troostende gedachte zal n het verlies eener dochter helpen draagen, die door het ongeluk vervolgd was, maar die midden in den loop haa. rer misdagen toch altijd met de grootde tederheid aan haare voortreflijke moeder dacht. Haare onderwerping aan den Godlijken wil, de be Vastheid van haar onfcbuld en haare ftandvaatigheid van ziel verlieten haar niet in die fchriklijke ogenblikken, waarin alle krachten der ziele vernietigd lchijneri te' zijn, waarde aannadering van een affchuwJijften doo'd den misdadiger het ijafelijkiïe voorgevoel 0f eene gantfche verdoving doet ondervinden. Neen.' deeze ogenblikken waren voor sil via ogenblikken van tevredenheid en kalmte van ziel. De Geestelijke, die haar ver. gezelde, dond verbaasd, bij haar zo veel hartvochtig] heid en zachtmoedigheid, zo veel dandvastigheid en teder gevoel, zo veel inneemende icboonheid en oaverfcbitligheid jegens de waereld vereenigd te vinden. Terwijl hij in traanen wegfinolt, genoot de gewaande misdaadigder de volkomenfte rust der ziele. Met naar dea hemel opgerichte oogen wachtte zij het t-jdflip af, dat een einde zou maaken aan den loop van haare ellende. Uit haare hoopvolle oogen draalde eene Godlij. ke vreugde, die de voorbode der hemelfche gelukzaligheid  ( iö > .heid is- Het volk vergezelde haar met gantfche fchaai ren naar haare gerechtsplaats. De meesten waren door den roem van de fchoöne gevangene uitgelokt. Eer silvia het fcliavot befteeg, dagt zij, dat hét goed zijn zoude nog cere kleine aanfpraak te houden. Haar voordragt, vol kracht en bevalligheid, lokte flroomen van traanen uit de oogen aller aanwezenden. - Dit is de taal tier ohfehuld. Wie had ooit de ondeugd zo edel gezien ? Het is een engel! Hoe barbaarsch, hoe onrechtvaardig is het, haar ter dood veroordeeld te hebben. - Dus luidde de taal des volks. Na dat sixrt a haar gebed verricht had, wendde zij zich tot den fcherprechter. Neem hier, mijn vriend, deeze beurs, (die zij hem toereikte) ik zou gaarne meer doen, als ik rijk ware. Blaar zoek toch mijne fmart, zo veel mogelijk, te verkorten. Hoe hard deeze mecsch ook anders zijn mogt, zo was hij toch hier ten uitér. fte getroffen. Dit Jaatfte tooncel had in het hart van den aanfehouwer een diepen indruk gemaakt. Op eenmaal hoorde men door duizend Hemmen, pardon ! pardon ! roepen. De Scherprechter wist van vrees niet, wat bij doen zoude. Het geruiseh wierd boe langer hoe fterker en verkondigde een nabijzijnde opftand. Hierop drong zich een man door het volk, wiens ouder-  C i? ) derdom cn achtbaar gelaat hem even eerwaardig maakte». Als het nog tijd is, riep hij den Scherprechter toe , zo red een onfchuldige het leven, vier eenige misdaad de fchoonheid is. Ik ontmoette eenige fchreden van hier eene ftervende vrouw. ,, De hemel ftraft mij , «eide zij mij, dat ik het werktuig der alieraffchilwïijkftc famenfweering geweest ben. silvia is niet ftraffchuldig. De nadere omftandigheden en het bewijs van het geen ik zeg, zult gij in deeze papieren vinden, die ik u hiermede toevertrouw, ik heb ze in haast gefchreven. Loop fchielijk Mijnheer! ik vrees dat gij anders te laat komt". - Dit nieuws verfpreidde zich in een ogenblik. Een algemeen vreusdegefchrei der omftanders en het herhaalde klappen van veele duizend handen vereenigde zich met elkander. Hoe prachtig flraalt de fchoonhcid, wanneer de deugd baaren glans vergezelt! Zoras de gerechtsperfoonen het volk tot zwiigen gebragt hadden, toen wierd het volgende bericht met luide ilemrae voorgeleezen: „ Welke beweegreden zon mij in de laatfle ogenbleken mijnes levens van de belijdenis der waarheid afhouden? silvia is onfchnldig. dorine, de dochter der vrouwe,bij wie zijinwoont, is alleen misdaad.*, £j gevoelde voor Sn.v1AS gemaal eeoe «ptembaw harts»  f iS ) hartstocht, die zij door den docd deezer onfchuldige hoopte te bevredigen. Ik heb re fnoodtieid gehad de onfchuld zelve aanteklagen. Doch ik bid God en de wacreld ftcrvende om genade cn vergifnis." c HARtOTTA ciiauekska. De rechter liet sïlvia terflond van de gerechtsplaats weder naar de gevangenis terugvoeren. Het volk volgde haar, de lucht weergalmde van ccn luid vreugdegefchrei. Deeze fchriklijke da^ was in eea dag van zegepraal veranderd. Doch sïlvia bevond zich op verre ca nog niet in (laat om aan dc algemeene vreugde deel te kunnen neemen. De droefheid had in haar ziel al te diepe wortelen gefchoten. De fmart was het eerdgst gevoel, dat op haar indruk maakte Men kan zich Ihjt voordellen, dat de bovengemelde weidaadïge Vrouw baar niet het laatst besogt; doch alle haare troostgron. den waren vruchteloos. Wees verzekerd. Mevrouw, antwoorde sïlvia , mijne dankbaarheid voor uwe welclaaden is grooter dan ik u ooit zeggen kanj maar ik gevoel dat ik niet lang meer zal keven. Dc Itrnfbaare cHahlotte ftierf kort daarna, toen zij den rechter van de u aarheid van haar aangeeven overtuigd had. dorike werd op liet ogenblik in hechtenis geneen , zo als zij gereedheid maakte tot haar ver* trek, /.  (TP) trek, hetgeen niet weinig den argwaan bevestigde 't wek het verhaal van charenska te.en haar verwedt had. Echter veroorloofden de wétt;n nee si-lvia los te laaten, eer nog de gewoone plegtighedeh waren in acht genomen Had zij het algemeene verlangen gehoor gegeven ,ea Wn.s haare gevangenis nooit ledig geworden. Een ieder Wilde haar zien en haar zijn dienst aanbieden. De harten en bcurfeïi van een ieder, die haar kenden, fto.iden ten haare n dienst. In ieder ander geval zon sïlvia dc bewijzen der hoogachting, die men hg ar vu alle kanten gaf, getroffen hebbe». Maar nu was baar* tot droefheid geflemde ziel niet vatbaar voor dit geroi.gen. Zij wilde niemand anders zien dan de eerwaardige vrouwe. Zekeren dag, ,c,'at zij bij eikanderen waren, wlerd eensklaps de deur geopend,-en eene a: n ,:ername ftemnië liet zich hooren: ,, Waar is z-j dan? Waar is mij i sïlvia? Hemel! in welk een toefland, op wek ecne-plaats vind ik haar weder : Zij is echter nog de m'j :e, ik omhels haar, en niets ral mij weder van haar fcheiden.-" . Niet dan dc levendigfle verbeeldingskracht, niet dan hetaandotniijkfte hart kan zich een juist begrip van shvia's verrukking vormen. Het was haar man, deeze 20 buninde man, dien.zij reeds B 2 Jarig  C 20) lang voor dood gehouden had. De twee echtgenoot*» vereenigden hunne zuchten, vermengden hunne traanen,, en vergaten in elkanders omhelzingen alle de ongemak, ken die zij hadden uitgedaan. De goede vrouwe weende met ben , en omnelsde ze beurtelings. Zoras de eerde ontroeringen van vreugde een weinig bedaard waren, zeide de Baron :Gij hebt, dierbaarde Gads, zekerlijk den brief niet gekregen, dien ik u onmiddelbaar, naar mijne bekomen wonde, fchreef?-Welk eene rei van fchriklij. ke rampen zou daardoor zijn verhoed geworden !• riep siLViAjDORiNE heeft hem gewis onderfchept. 1 Kom fchielijk, verlaat deeze plaats der verfchrikking! riep de Baron, ik breng u thans de order, die u in voorige vrijheid delt. Don KE,dat monder, heeft baar misdaad reeds bekend , en verwacht nu haar welverdiende draf. De goede Fame, die in deeze dad een aanzienlijken rang en veele rijkdommen bezat, bood dit paar eebtge«ooten haar huis tot wooning aan. De voorflag wierd aangenomen, en zij kreeg ongemerkt zo veel vriendfebap voor de deugdzaame sïlvia, dat zij haar, daar »ij geene erfgenamen had , het grootde deel van haar vermogen maakte. Zij leefden n de naauwde vetceni(•inS met eikanderen. De bemiunejiswaardige sïlvia had  bad haaren msn, die na den dood van zijn vader ee* bezitter van aanzienlijke goederen geworden was, roet i twee welgevormde zootien befchonken, 'Er Ontbrak niets aan bet geluk van silv ia, dan baaren man, zijne moeder en haare weldoenfter te famcn vetecnigd te zien. Ook dit gelukte haar. Dc Hoofdbezigheid var* deeze vier waardige perfóonen was , de ongelukkiger! bijteftaan. De febrandere inrichting van hun huisbou- . den ftelde bun in daat, deeze grootmoedige neiging ci-beUomp enjte kunnen voldoen, ca andere meafeben van nut te zijn. Zo vieïde oafcbnld, in de zorgeüjkde ogenblikken der verdrukking, de luiscerr jktte zege, cn de ondeugd haare w elverdiende draffe ten deel. Schoon dat Wezen aller wezens, die de gantfche fcluppmg meteen enkelen wrnk van het oog bedien, fomtijds het tegendeel toelast, zo moeten wij ons met een dillen eerbied aan zijne wijsheid en rechtvaardigheid onderwerpen, cn ons nooit? veimectcn in zijne verborgene oogmerken tloonedringen. Dc ichijn bedriegt dikwerf. Dc dwaahng ftreeft ons l-tdendig op zn^ic. Ons doorzicht is zeer bepaald; en een rechter heeft alle voorzichtigheid en oplettendheid nodig om den digten fluijcr optcheffen, ede ce ■wakheid veibergt. B 3 ODE  C 22 ) ODE »KU K 4 6 S S f. C H T E H ISSfc VAK CHARLOTTE CORDET. "W"a::r moed de deugd bezielt, Van ze alles ovcrwinnea , Ontvonkt ze ons hart voor 't VaderLnd, D*n vormt zij maagden tot heldinnen, pan waapent zulfc een t!euc.d de zac'ite vrouwehand. Laat vrij de booswicht, door bioedgiengheid gedreeven, Een poos eten vr jen mensch door beulen doen vergaan, Hij zal,op zjiie beurt, voor *t heilig y, raa> z*-aard ree-ven, Hem gnjpt jechtvaeruïgheid met (taaien vuisten tan. Oeeu onmenscb kan zich veilig waanen, Hij word: gecrofl'ïii, eer hij 't vveec; Hij oorzaak van veel bittre traanen, V^n traanen , die hij ftroomen deedt. H :m treft beledigde eer inst felle en di.-ps flaagen, Ais haar de ftcra der menschheii wenkt; Als?t aardrijk, eiiull jkmoe een nunster i»e er te J«ta-.-.en, AsaMsm de* moed des le*uws dc kracht des t'jjers unetm. Ge •    ( 23 ) CeheiJjgde onfchuld! trotsch durft gij uw kruin veiheffen, Zodra gij moe gefart, de mensclierd wreekeu moet, Uw dolk ter wraak gefcherptkan bloedig- doodlijk tuffen, Dan fiddert else beulenftoeti - 3M ar at, een monster uit den afgrond opgedonderd, Tot geesfel van den Gal - tot geesfel van Natuur, Mis'cider van een volk, vaak door Enroop bewondeid, Mar at, {leeds voortgezweept door een onzalig vuur, Hadt duizend weezcns reeds onfchuidig 011 doen koomen, IJadt duizend offers reeds onfchuidig oingebragt, M au at , die overal het laauwe bloed deedt ftroomen, Wierdt eindlijk, op zijn beurt, door eene vi'ouw geflacht. Schoon ongemerkt voor oog, waselkmetfchrikbtvangeu , 0,n hem en robespieRbes w oen; Dan, daar het heil des lands fcheen van hun aftehangen, Dorst niemand aanflag op die moordenaars te doen. Niet een gezin ontkwam hun woeden • Bier moorden zij een Gaedc - een vader of Gemaal, Daar tiet den zij 't fchavot van 't bloed der kinderen bloeden, 't Bukte alles voor hun vreeslijk Haal. Te midd .-n in zijn Zegtnpiaalen Wi.6 Vrankiijkt voik n;c:. v'hjj E 4 M  C 24) M A r ft t, in fchijn van recht, doet elk ten grave daalea - Die flechts een vriend der natie zij. liet 1 oodgekerm van duizend weezen Strekte eindiijk aan natuur tot hoon , God wenkt j ftraks is de held , de moedige, verwezen, Die *t monster bonzsn moet van zijn gedachten throon. Cii.uLOTTE corbet, door het edelst vuurgedreeven, Treedt toe en - wreekt haar Vaderland, Zij wapent haren arm, ontziet gevaar noch Ieeven, En drukt hem haare pook in 't lillend ingewand. Zij treft marat . hjj gilt en zinkt aan haare voeten, Nog brult hij woede en wraak, bij 'c weemlen van den dood; Hij roept \terhulpl men koomt en grijpt, op 't eerst ontmoeten, De moedige cordet, die 'i eerloos bloed vergoot. Gelijk een Seraph, die, ter wraake toegevloo^en, Tot wraak der mensshiijnheid Z;jne onfehuid kent en voelt, die flechts uit mededoogen Den dolk voor 'c fdiuldig hart bereid , Zuo tlaat ciiarlotts ook daar; braveert der tijgren boosheid, En zegt met eeuen moed , die elk barbaar verzet: Ik ben zijn moordnaares, ik kende zijns loosheid, Eu heb. door dcezea moord, 'c geme'cneb^st gered; • Nog  ( =5 ) Nog omtoogen met een fluier Van gevloekte dwingiandi;", Sleuren dees verbliade Gallen, Gallen, flechts in fchijn toen vrij5 »t [Moedig meisjen woedend heenen, En verguist door 't raazend rot Voert men haar, als meufchenmoordfler Vloekend op een fchandfchavot - ■1 In dee's geduchten ftoud, fchoon door den dood omgeeven» Behoud die groots ziel haar waare heldenmoed, Geen Guillotthit doet haar beeveo , Zij is 'c die, op 'c fchwot, haar beulen iü'dren doet' Zij fpreefct, en met aandachtige ooren Hoort elk haar taal 5 Di flim eens Engels fcheen in aller hart te booren, De deugd hernam haar zegepraal. Zij fpreekt: Mijn Vaderland' - mijn dappre landgenooteu ! Ik heb, in fchij 1, den dood verdiend; Doch, denk aan mij; MAR. AT heeft fibu.'dloos bloed vergooten, Hij was een moordenaar - nooit was hij Vranferijk's vriend. E.nmaal zivt gij mijn doei bezeilen, Mij danken voer dien moord , Eenmaal zult ge, uit mijn graf, nog mijnen naam verheffen. Als waare vrijheid n bekoort! B 5 Ik  ( 26 ) Ik derf, en flerf vernoegd; i*. heb mijn land gewrooken, En de onfcbuld recht gedaan , De fakkel uwer wraak moog thans zijn aan geil 00 ':en, Die wraak za', hoop ik, ras tot grootheid overflaan. Zo fprak die fiere maagd, in 't uitterfte uur des leevens Haar fchoonheid haare ramp doordrong der volken hart, Ecu Uil gemor, verzeld van vloek eu zegen tevens, Veredelde natuur - verzachte cordets fir.art! De Rechter wenkt: een beul treeci toe om baar te ontzielen Gewillig bukt zij neer voor 't zwaard, Gewillig wil zij nederknielen, Daar haar geen dood vervaart. Doch, toen een vuige hand haar boezem wilde ontblooten Beroid.n tot de ftiaf; Durft zij, door de eer genoopt, die vuige van zich ftooten , En keert verachtelijk zijn laa^e onteering af; Doe mij, fpreekt zij vol vuur, mijne eerbaarheid niet derven, Ik heb altijd op aard den plicht der eer betracht, Hoon mijne kiesebbeid niet, au 'k voor dit xolkmoet fterven , Heb eerbied voor de deugd vau 'i' vrouwelijk geflagt '• Een taal, zo waarlijk groot, o&tzct haar moordtnaaren, Zij deinzen, en cordet ontbloot, met eigen hand , Haar hals zover zij moest, en ziet - die drom bsrbaaren Houd  (=7 ) Hemd voor haar grootheid fland. Zij knielt - zij zucht tot God, en wacht getroost ha ar lijden; De koort fpringt los - de bijl valt neer..,. : Haar englenziel vermoeid - veredeld door haar ilriideii , Ontvlucht dees nietige aard, en vliedt naar hooger fpheer, '. Dus ftierf die groote ziel, een beter heülot waardig; Een lot dat thans den Gal, verlicht door haaren moed, Haar, even edel als rechtvaardig, i In Vrankrijks Pantheon haar beeld erlangen doet. De Beeldtuis van mar at kost Hechts de Gallen hoonen, J Dat van ciiaulotte is grootsch, en fpreekt voorVrankrijks eer. Republikeinen dui ven toonen, Dat nooit der heldendeugd knielt voor't vooroordeel neérj] Mogc a'tijd dan in'teiud de waarheid ze^envieren ! Zie dair de weusch derdeugd-de wenschvan 'tvaderland» , De moed, hoe ook verdrukt, ?al 't volk altijd veriieren, Wiens hart voor hoger orden brand! O vrouwen! laat cii&rlotte aan u en 't menschdomleeren, Hoe llerk 't gevoel van plicht een edel hart gebied, Plet die gevoel bezield, kunt gij 5c gevaar braveeren > Dan vieest gij, in den dooi, den Öag des nucdlots niet 1 Z. * HET  . OS) het ONWEDER Som ia.' gii, wier rart In al n jn vreugd cn fmart IVIet zoo veel teerheid deelt; Die mijn vertrouwen ftreelt. Ail leen mij thans het oor! Hoor mijn sopkia! hoor Hoe , op den ratd van 't graf, Gods gunst mij uitkomst gar. ' 3£ Ging onlangs , door bet Veld, N*ar 't naaste dorp; verzeid Van eene vriendenfchaar, De lucht was drukkend zwaar; Geen enkel koeitjen, dat Verfrtsfching bord, geen blael Datfritfelde in \ut rond, Daar alles roerloos itoud. Al-  Alleoskens brak de lucht, Een raat'lend, dof gerucht Wierd in 't veifchiet gehoord; Elk riep, maakt voort! maakt voort! Daar reeds de do uier mort, De regen nederflort. Het was, maakt fpoed! maakt fpoedi Eer 't onheil ons ontmoet. In 't eind genaakten wij Het vriendendak, Hoe blij , Hoe dankbaar was ons hart» Zoo lang door vrees bsnart! Dan ach! het dreigend leed, 't Welk ftraks ons vluchten deed? Groeide aan van uur tot uur Door 't meerd'rend bkkfernvanej Nu fctreen ons dorp het doel Van 't fchriklijk lucbtgewoel» Gefchokt door flag op flag; >t Scheen thans zijn' jongften dag. Els-  Elk dorp'Iing ftond bedeesd* Voer have en erv' bevreesd, En ik, s o p n ia.' - ik Was ipraa.eloos van fchrik. i>och nu eerst naakte ons »t leed, Een flair, dien 'k nooit vergeet, Een biaauwe bJufemfcbicht Viel ncér voor oi s gezigt! Hij viel, en viel nabij! O' waarom niet op mij? Waarom trof flechts dit vuur Een naastgelegen fchuur? YVasrom? . Bo/» ééns, waarom? S op hi« J ik verftom, En val gevoelvol r.cêr Voor aller fcheps'kti Fleer! Straks riep ik, God is groot! Nu vluchte ik in zijn fchoot Vtrirouwend, welgemoed Eu juichend, God is goed» Hoe  ( 3- ) Hoe zalig is het lot Van elk die in dien God Een' vriend en vader ziet, O >k als hij blikfcihs fchiet! Dar zich de ltorm verhtff' D.u hem die blikfem' ue-iT* Gïen nood, hij is bereia 2 ju einde is Zaligheid! H. W. M. D. m * * cue.  C 32 ) CHELONIS. Ciielonis was de dochter van den Spartaanfchen Koning, leonibes, en de Gemalin van cleukkrotos. Haar vader wierd aangeklaagd, nam de vlucht en verloor de Kouinglijke ^waardigheid, die haar gemaal cleombrotus in zijn plaats verkreeg, chelonis bevond zich in een droevigflen toeffcnd. Zij nu est of haaien ongehikkigen vader, dien zij met eene kinderlijke tederheid beminde , óf haar gemaal, dien z;j niet minder teder liefhad, verlaatert. - Waartoe zou zij nu befluitcn? - Het ongeluk van haar vsder tefliste tas haaien keus. Zij ging met haar vader in ballirgfchap, cn verliet haaren gelukkigen gemaal. Zo werd deeze edele Spartaanfche vrouw- een model van kindetliefdc, dat de bewondering ve:d;'ent van a'le eeuwen. Maar, zalmen zeggen, wie weet of Zij haaien echtgenoot wel zo zeer beminde ? Of zij nictreeds lang op euie gelegenheid gewacht had, om zich van hem te feheiCen - In zulk een geval, beken ik, zou deeze opoferirg juist niet zeer groot zijn en geene bewondering Acrdicncn. Maar neenj Dc kans veikeerde. Lbomes e &  Csi5 *» es wierd uit zijne ballingfchap terug geroepen, w Vader der Menfchen! Geef mij mijne wenfcherj} Laat ira ncr die vrci.gd Mijn harte bekoren , Di« hier word geboren Bj 't oefTnen der deugd. C, v, ». II. geb,1 v, Tg  C ) D E MO Z D Sn HUWELIJKSTROUW TAK LUCIA MIRANDA. ï^e beroemde sbbastiaaw cabot, die, toen bij ia Engelfcben dienst was, ia den jaare 1496 , Newfonndland, en vervolgens in Spaanfcbeu dienst, Paraguaij ontdekte, en aldaar zelf eene vesting, naar zij-ea naam genoemd, oprechtte, bad dezelve, toen hij naaf Spanje wierd opontboden, in den jaare 1527 moeten verhaten, en het Commando aanNUKO dc lari als bcvelhcbberovergegeven. lara die maar al te wel inaag , hoe gevaarlijk zijn toeftand was midden onder go veele volken, op welker onderdaanigheid hij flegts in zo \e;re hoopeu konde, zolang hij in fUat zow *ïjn ben door eeweld in toom te honden, was terftond bedagt, om de Timbuneefen , zijne digtstbijgelegene nabuaren, op zijne zijde te trekken, en een tesbond van vrieadfehap. mt t hen aantïgaan, waar omtrent  (39 ) treilt zijne poogïngcn niet vruchteloos uitvielen. Dit verbond echter v. ierd wel ras, door een ongelukkig toeval, dat hij met geene mogelijkheid bad kunnen^ vooruitzien, van een beklaaglijk gevolfr. De Gefcbie* dcnis neemt hier eene romaneske gedaante aan, zonder echter iets van de zijde der waarheid aftegaan. m angora, de Cacieque der ïimbuneefen, bezogc ïneermaalen den bevelhebber. Eenmaal had hij gelegen* beid gehad, zekere Spaanfcbe vrouw, met naame l uc i a Miranda, de gemalin van een der voornaamfte bevelhebbers van deze Vesting, sebastia AH hortado genaamd, te zien, en wierd fmoorlijk op haar verliefd. Zij bemerkte zeer ras deeze zijne zucht, en vas fchrander genoeg cm ligt intezien , wat zij van deeze ongetemde hartstocht van een woesten Wilde, wiens vriendfehap de beveilebber uit gewigt'ge redenen ODtaien moest, te duchten had. Haar ceitte zerge vas dus ?lle gelegenheden te vermijden cm ba;.r ie laaten zien , en beftendig op ha .re hoede te zijn. mango ra duidde niets van dit alles ten zijnen aiéeele, maar vleide z.ch veeleer, dat, als hij zc maar eens kor.de fpreeken, hij haar zeer ligt tot alle z;jn« oogmerken zou mnnen overhaalcn. Ten dien einde podiide hij iiüriabo hem te komen bezoeken , en vcï»  C 40 ) verzocht hem zijne vrouw midetebrengen. De Spanjaard wendde tot zijne verontschuldiging voor, dat hij, zonder verlof van den bevelhebber, niet uit de vesting gaan dorst, en dat zijn aanzoek dieswegens vruchteloos zou weezen. Dit antwoord deed den Cacieque genoeg inzien, dat hij zich niets gunttig,dan door den dood van hurtado, belooven konde» Terwijl hij van deezen fcbaudelijkeu aanflag zwanger Ring, vernam hij, dat hcjrtado met vijftig foldaaten afgezonden wierd om levensmiddelen te haaien. De zwakte der Spaaufche bezetting was eene ich'oone gelegenheid, die bij dacht zich niet uit de handen te m»eten laaten wringen. Hij verfamelde vier duizend Indiaanen, en plaatfte ze in een zeer bedekt moeras , dat niet verre van de vesting af was. Hierop vertoonde hij zig met dertig man, die met levensmiddelen voorzien waren , voor de poort van dezelve , en liet den bevelhebber zeggen, dat, dewijl hij tijding gekregen had, dat men in de vesting gebrek aan levensmiddelen had, hij eenen genoegzaamen voorraad mede bia#t, zo dat zij de aankomst van hunne daarna uitgezonden lieden bedaard konden afwachten. De niets kwaads vermoedende lari ontving hen met alle bei'.jijsen van dankbaarheid en erkentelijkheid, en wilds  «Te hem met zijn volk vergasten. Dc Cac'eqne, dié niet anders verwacht had, had zijn gevolg, dat hem vergezelde, de nodige onderichting, en hen, die hij agter zich gelaten had, eeu lens gegeven. Het gastmaal vong vrolijk aan, en duurde tot laat in den nacht. Nadat eindelik de Spanjaards den| voorflagl gedaas hadden om zich ter rust te begeeven, gaf mangora de eerfte leus, om namelijk het magazijn in brand te fteeken, als de bevelhebbers zich naar huis zouden begeeven hebben. Dit bevel wierd met zo veel fnelbeid uitgevoerd, dat niemand het gewaar wierd. De Commandant was nauwlijks te bed , of hij hoorde het gefchreeuw van eenige foldaaten, die de vlam reed.s fcagen opgaan. Alle de Spanjaards liepen naar het magazijn, en de Indiaanen naman dit ogenblik waar, om hen aantevallen, Veelen wierden uedergeveld, eer zij een recht bezef van de zaak hadden * en daar de vierduizend mannen, die intusfehen waren aangerukt, tegelijker tijd binnen de vesting gelaaten wierden, was deeze wel ras met moord en bloed geverwd. Ondec al dit gewoel wierd de Commandant, die reeds gawond was, den trouwloozen Cacieque, die zich over het gelukkig gevolg zijner verraaderij fcheen te verheugen, gewaar, Ylings vloog hij met een woeC 5 dende  (' 42 ) öende drift iiafl* hem toe, en doorlink berrs met zijne» degen. ]\Teer beda^t om zich te wreeken, dan voor *i;n eigen leven te zorgen, hield hij niet op den ver* rader herhaalde wonden toetebnng.-n ., totdat hij hem den geest ?ag geeven; en daar hij ze'f van de Barbaaren , die hem omcinseld hadden, doorboord wierd, Viel hij bijna op »t zelfde ogenblik dood ter aarde neder* Nu waren 'er in de vesting alleen nog overig de ongelukkige m ï r a hd a , a's de onfchuldige ourïaak van zulk een droevig fchouwfpel, vier andere vrouwen en even ro veele kinderen , welke geboeid voor s i r ip a , den broeder en opvolger van den eaoïeque', gevoerd wierden. Op het gezicht van W ir a n r> a gevoelde hij dezelfde harsttocht, die zijn broeder het leven gekost had. Hij behield haar van de kleine hoop der gevangenen alleen voor zich, en liet haar fchieliik ontboeijen. „ Gij z:jt geen fla?in meer, zeide hij haar, gij zijt vrij; het ftaat alleen aan u, „ om aan mijne zijde te regeeren, en ik denk niet dat gij blind genoeg zijt om een behoeftig en hu peloo* „ rnsn den voorr?ng te geeven boven het Opperhoofd ,n, van een machtig volk, die u de heetfehnppij over ti hem zclven cn over dat gantfche volk aanbiedt." «Irak lx behoefde niet te twijfelen, of haar wei> ge-  ( 43 ) gerend antwoord zon hanr r.ap het gevaar blootfteflen , van haare overige dagen in de h.irdfte flavernij doortebrengen Doch zij ftond geen ogenblik in beraad tnsfchen plicht en vrees. Zij gaf den Cacieque een Int woord, dat recht gefchikt was om hem in toorn té óben ontbranden, in hoop, om hierdoor zijne liefde in haat en woede te veranderen, en haare eer door eefl fchielijken dood in veiligheid te Hellen. Zij vergt ftte zich, Haar tegenfland omtvlatrde des te meer den hartstocht van si r i pa. Hij wanhoopte nog niet geheel en al aan een goed gevo g, en bleef hiar met alle zacht-"' zinnigheid en vriei delijkh .id bejeg nen. Hij dreef zelfs deezen eerbied voor haare fchoonheid zo verre , dat het bijeen Wilde verbaasdheid moest verwekken. Eenige dagen daarna kwam iicrtïado aan het hoofd eener uitgelezen manfchap aao, en vcxfchrikre hevig, toen hij aan de plaats, waar hij de vesting gelaatcn had, niet dan puin en" asfche vond. Zijn eerlte zorg wr*> Onze zinlijke driften zijn een gefchenk der weldaidiee Natuur. Gelijk eene groote, wijze en goedertte«ne kunstenaaresfe, vormt zij dezelve M bekoorlik gedaanten,;, om bet leven bietdoor « trap tot trap «et fteeds nieuwe genietingen te , ke„. Dan de menscb, die toomloos haare oogm,r.ea vooruit fnelt, de verbeven betrekkingen v.n z1jnbed..n door wellust ontbindt, berooft zich zeiven van de ge LrabSbei,,welkezij, volgbaar wijze bedoelingen, voor hem had ontworpen. De jongeling , zo lange bij door de zinlijkheid nog „«bedwelmd is, draagt, gelijk het meisjen.l inhet ,nivet hart, eenen hemel van gewaarwordingen. Geh dc ^ölifche Harp door eiken adem des Zephijts geroerd  (47 ) •Md, zo beeven zijne zenuwen , in zacht. trilïiBg9B^0<* *• minste indrukzelen van vreugde en frhoane Natuur Des oehtend, verrcbjJ>E hem de zon. als eene weder! -erende vriendin, en wekt eiken zbner polsflagen tot «eu^de. In de armen der vnendlchap wijdt hij lic[j Dan fiaat h„ des avonds op ee„e„ heuv.i , ziet rfe ton, na volein hgde IüopbaaiI> ^ ^ üerwaarts zinken, en bidt; Dat dus, ó Vader der Natuur, Ook mijne loop ten einde fnelle. De ma„ lokt hem fa hetfomber woud t01 ernstige be ) fr'ièr voor de gelukkigen ter genieting veréênigd; Dan leidt zij haare kinderen van deezen hoogen trap van gelukzaligheid neder tot de zachte genoegens van liet huislijk leven ; koestert en oelTeot de fchoonfte aandoeningen in eene onoploslijke tedere vriendfchap, in dankbaarheid en kinderlijke liefde , in bevallige deugd , en bindt dan aan deezegewaarwordingcn , van tijd tot tijd , geduurig vaster de groote hoope der onfterfiijkheid. De buitenfpoorige jongeling daarentegen heeft geen'e kracht om zijnen eigen haard met moeite te bouwen, en een meisjen van zijn hartin zijn huis in te voeren. Hij kiest, naar eene koele welvoeglijkheid, bebuwelijkt, om de raeer.igte van zijne overige zinlijke behoeftens te voldoen , een aanzienlijk vermogen , en terwijl noch hij, noch zijne Egaê de ilreelende gewaarwordingen der waare liefde kennen, leven en derven zij zonderde zoetheid van het huislijk geluk ooit geproefd, en voorde onllerflijkheid eene bronwel van gelukzaligheid inde veredeling van het gevoel voor waarheid en liefde hier beneden te hebben opgefpoord. Het verlies van alle deeze genietingen is het verfchriklijk gevolg van het zedenbederf. En terwijl ik mijn Vaderland aanzie, vraage ik t Waar van daan deeare alles veiftoorende losbandigheid bij een Volk"', ■D' wiens*  ( 5° > wiens natuurde gcaartheid zoo bedaard en voor de vtrhevcofte deugden zoo vatbaar is? Welke vermetele band heeft de fcboone trekken van befcheidenheid cn kniscbheid uitlietbeeldderBatavierenweggeveegd?Hoe „lons Nederland van het verfchrikliikde kwaad, van eene ontzenuwende zinlijkheid worden gered, daar de bedorvenheid van het vrouwelijk gedacht zo algemeen geworden is 2 Eertijds kon de ligtvaardige jonge, ling den kamp der deugd en hartstocht ia het zuiver hart van het Bataaffche meisjen maar zelden tot zijn voordeel bevredigen thans wordt de onfchuldige jongeling door dartele meisjens en vrouwen het eerst verleid! Ci]"Vaders cn Moeders, gij, die zorgvuldig opgevoede jongelingen, in den bloei hunner jeugd, uit uwe armen in dewaereldlaatgaan, hoe zullen zijtotüterugkeeren? Alsgedaantena,dieaaa{de waereld gcene kracht meer kunnen geeven, man-, gelijk de bedelaars, flechts willen ontfangen 1 En waar van caan nu dit algemeen verderf van het vrouwlijfc gedacht? Wanneer de fchaamte eerst van de onfcbuld geweken en ue hartstocht van zijn lastige behoedder bevrijd' is dan bouwt het bedorven vernuft vojr den „ensch een leerdelfel, in bet welk hij voor de aanvallen vaa het geweten beveiligd, onbcioi6d alk »,oe we»-  CsO fchen voldoet. Fe deugd, heet het daar, welke eenea wachter behoeft, is de fchiJdwacht niet waardig. - Waaneer Gij dit voorwerp uwer wenfchen niet verleidt, dan wordt het eene„ anderen ten deel. - Matiging, voor. zichtigheid en de hulp der geneesheeren hebben in onze dagen de gevolgen van lichaamlijke kwaaien tot ijdeJe fchrikbeelden gemaakt. Ik volge, in de voldoening van mijne driften, de Item der Natuur. - Dit leerftelzel duurt flechts zóó lang, als de hartstocht woedt; zodra ' deeze onmagtig !s geworden, verftrooit het berouw < den nevel der reden. Gij hebt de ftem der natuur miskent, zegt dan de ongelukkige tot zich zeiven. Ook het oafcfcaldigfte meisjen heeft hartstocht ; maar de natuur heeft haar daarentegen de fchaamte tot eene mag* tige befchermfler gegeven. Waren alle jongelingen befcheiden, haare onfchuld zoude niet verleid worden. Wat anderen kwaad doen, is voor Ugeene verontfchuldt" ging , omdat het uw pligt is , zo veel gij voor uw aandeel kunt, ter vermindering van he* kwaad toe te brengen. Ik dwaas, wilde voorzichtig en matig zijn, daar ik aan de heerfchappij van de drift, als een flaaf' onderworpen was! Van de kunst van den Geneesheer verwachtte ik de volheid der levenskracht weder,welke de Natuur maar eens geeft, en welke, waaneer zij verD 2 fpil:  fpilt is, gceoe macht U kan wedèrgeeven ! Ach, hrt berouw vergiftigt den ongelukkigen van mi af aan het xachtc vergenoegen des harte, de matte ziel heefeden moed, zijn blik de waardigheid en helderheid verlooren, en de fchoonfte bloemen van het leven bloeien voor hem nimmer wederj OHO o a.    C S3 > aaw bb TROUW sn BURGERDEUGD van ELSJE van HOU WENING, is dit gezang gtbeiligd. Niet n, wien reeds der vorften weelde, Bij de aanvang van uw leven , ftreeide, U word geen enkle toon gewijd. Niet n, die, met bekoorlijkheden Bcgunftigd, fteeds word aangebeden, Bemind, gevleid word ea benijd. Mijn zangfter trotsch op burf,erdeugde, Voelt zig bezield door edle vreugde, Terwijl ze op waare grootheid Haart, Een grootheid, door zig zelf gewonnen, Nooit door de laster asngefchonnen, En eiken Nederlander waardj  ( 54) Van houwening, uw zuivre trouwe Maakte u de uitmuntendfte der vrouwe} Men eer heldinnen zonder tal! Een boei, gefmeed door vorstenhanden, JJeitond gij moedig aan te randen, Uw trouw ftond in gevaren pal. Als 'c veldviooltje, in 't gras verfcboolen, Zijn geur en kleuren houd verhooien, Totdat een Wandlaar zoetend plukt} Bleef ge ongekend in al uw waarde , Tot de onfpoed aan uw meester paarde, Toen hebt ge uw naam san 't niet ontrukt. Gij zaagt zijn dierbre vrijheid vluchten, .Zijn gade aan zijne zijde zuchten, En deelde in al hun boezem imart; Gij vreesde voor u zelf geen boeien, IVÏaar voelde liefde en trouwe gloeien In *t moedig deugd beminnend hart. Gij gij, ontrukte een febat van grootheid Aan dwinglatidij, aan list en fnoodheidj Alwaar va groot naar waarde praalt, WaM  (55 ) Waar reigersbergen word verheven, Ziet ge u rechtmatige eere geeven, Word ook uw deugd met roem omdraait. Gij wilt, in bange kerkermuuren, Hun treurig noodlot mee verduurenj Dat lage zielen, tuk op goud, Den glans meer dan hun meesters ceren; Uw voorbeeld, elsje, moet hun leerenj Dat deugd alleen den prijs behoud. Van Reigersbergen wijdde u traanen, Daar gij haar Gade een weg zoudt baanea, Die niet dao tot hun redding ftrektj Zij fluit de Kist met eigen handen, „ Ach, zegt zij, fnoode dwingelanden, „ Dat dit gewicht geen aandacht wekti En tsu, nu met een kloppend harte, Vol hoop en angst, vol vreugd en fraarte, Omhelst zij u , getrouwe maagd 1 Mijn dierbre! zegt zij: „ gij ault waken » En mij zijn banden helpen flaken, »> Welaau dan hier dient niets vertraagd! Uw.  (s«) 'Uw fiere deugd ziet geen gevaren, De handen der geweldenaren Vervoeren zelf die dierbre fchat; JNamv zijt ge er mede op 't vlak der (hoornen,, ©f'r fein, door u in acht genomen, Word door mar.ia ras bevat. In ft eind, wie fchetst al uw ontroering., Wie maalt uw eedle geestvervoering Daar gij uw beer in vrijheid ziet ? Een vrijheid, die uw trouw hem baande, Daar vreugde uit uw oogen traande, Nu bij een eind der rampen ziet. Zocht me immer blijk van dcugdentrouwe db groot vond ze in het hart dier vrouwe* Waar Nederland te recht op roemt j De dw'nglandij mag kluisters fmedeu, Der vrouwen moed kan die vertreden, Wanneer haar deugd de dwangzucht doefflH Vervolging mag vaak doornen zaaien, De liefde en trouw doet roozen maaien, Hun licht breekt aan door 't zwart vetfehietj Do  C 57 ) De deugd prijkt heerlijk bij een kluiste*, Ja, Loeveftcijn I uw aklig duister Verdooft, de trouw van elsjs niet. Aan u wierd dus mijn zang geheiligd,| Die 't wonder van Euroop beveiligt, Uw troaw blinkt door alle eeuwen been; Ceea purper, om uw leên gehangen, Geen goud der kroon verhief mijn zangen, Maar trouw en burgerdeugd alleen. Uw voorbeeld leer de nageflachten Elk in hun kring de deugd betrachten, Opdat hun naarn als de uwe prijk; 'k Zie fchijnverdienste fraalend zinken, En waare grootheid heerlijk blinken , Ze omhelst u, zeggend: wees gelijk {  (5®) Si LOF fik EENZAAMHEID. Bemt'r.liike eenzaamheid! Die mij tot vreugd geleid, Gij fpoort mij aan tot zingenj Hoe melde ik best uw lof? 6 Bron van jnichecs ftof Voor edle flervelingenl Hoe lilimt in uw genot, Mijn kalme ziel tot God' Hier kan ik, vrij vai- 't woelen: Der wufte zinlijkheid, Die mij zoo vaak verleid, Met vreugd mijn aanzijn voelen* Hier zet ik ongeftoord Mijn dichtbefpiegling voort. 'k Zie mij door niets verhindren, \ Vaart  ( 59 ) 't Vuurt al mijn denkkragt aan, Een blijden toon te liaan, ■Niets kan mijn heil vermindren* Hergeeven aan mij zelf, Sla ik naar 't luchtgewelf Geheel verdikt mijne Oogen, Het fchittrend morgenrood, Daar 't heir der dampen vlood, Haud mij gantsch opgetoge», Zie ik \ ontluikend groen, In 't lieflijkst jaarfaizoen, Den top der bergen kronen, Als 't dor geboomt verjeugt De leute cn haar geneugt Zich weder komt vertonen. Als gij uw voorraadfchuur, Weldadige Natuur! Ontfluitvoor alle raenfchen, *k Heb dan in eenzaamheid Mijn hart aan u gewijd Eu mijne lieflle wenfcken > Zoo  <öo) Zoo in dit blij verfchiet Mijn oog een traan ontvliet, 't Is wellust voor mijn harte Ik ben geheel gevoel, En heb, bij 't heerlijkst doel, Geen denkbeeld zelf van finarte* Bloos hier, 6 ftervelingl Die daagiijks in den kring Van wufte zinvermaken Uw hoogflen wellust vindt, Geen eenzaamheid bemint, . Maar baar genot blijtt wraken. & Bron van alle vreugd, Die voortvloeit nit de deugd, Doe mij geftadig trac .ten Naar zulk een kalme geest. Dat 'Jt eenzaam - onbevreesd - Mijn fterfuur kan verwachten! C. v. P. H. geb« v. L. E M I-  f ffï) EMIL1A aan LEO NOR E, OVBR H«THOWE1IjKS_GBlüKi &J vraagt beste Vriendin I naap ,de Waarom veelal het Huwelijk, het welk gij all eene der' weld.d,gfte inftellingen van de, Schepper befchonvvt f;We.,Di; Stemming voldoet, daarnet *elve,in ftede van een bron van aardfche geb/J,^ " >jn , dJe deeze wereld tot een Eden hervormen *oest, zoo va.k voor den fterveling een poe] van jaJ -eren opent, eo deeze aarde in een woefty. herfchZ Wma he£ IeTen ee" ondraaglijke last wordt? aan! ik zal n de oorzaken dezer onheilen trachten J ontdekken en mijne gedachten over die onderwerp aaa ir^"; eD Wel?ifit ZÜ,lende ^ndaa^ *», dat w daarna met mij z„lt infiem ^ " dat de weldad.gde mfteJlfag der Godheid niet Lu derzelver doel en beften,*!,,* beantwoorde. Indedaad , mijn Vriendin! het huwelijk » voorze_ fc- «e klingen van J «£^2 liefde  ( 6i ï liefde en goedheid is voor zijne fchepzeTen; en hun geluk alleen op alle wijzen bevordert. Te recht zegt zeker Schrijver: het groot/ie geluk van den mensch bejïaat in te beminnen en bemind te worden, deeze neiging maakt hem vatbaar voor de genieting van 't hoogde geluk, en indien twee eenftemmige harten door welwillenheid, oprechtheid, en belangneniing in elkanders geluk ,yeree«igde pogingen aanwenden , wanneer in voorfpoed hun eerftensmig dank-offer aon den Almagtigen word toege4 brsgt, en zij in tegenfpoed elkander onderdennen, en opwekken tot bedaarde onderwerping aan 's Hoogden wil, dan is het huwelijk een bron van genoegen en zaligheid , verre boven mijn vermogen u te befebrijven. JYlaar, aan den auderen kant, wanneer gouddorst en {linkfche oogmerken den band des Echts knopen, en het hart bij de gewigt'gde verbindtenis onverfchilüg cn koud blijft, - wanneer twee in fmaak en denkwijze geheel te^et ihijdige echtgenoten zijn tYaam verbonden, en wrevel en argwaan de hoofdrol fpelen, dan, mijne vriendin ! dan is het huwelijk eene ondraaglijke kluister, na?r welkers ontfiaking men reikhalst, en een flard , waarbij in akeligheid niets kan vergeleken worden. Dat ondertusfehen bet huwelijk veelal niet dat is, wat het zijn kon, daarvan fchijnt gij niet ongenegen te zijn,  C ^3 j Eijn, om de fchuld geheel aan de mannen te geven. 9, De meesten,»' zegt mijn vriendin befchouwen zich „ zeiven als Heeren van 't gefchapene, eu zien de „ vrouwen aan als een minder looit vau wezens, die „ gefchikt zijn, om hare behoeften te ,voldoen, hare „ huishouding waartenemen , kinderen op te voeden „ enz. Hunne trotsheid eischt dat de vrouw onbepaald hunne begeertens volbrengt, en berooft haar van j, alle genoegens en vermaken, die baar het leven zou* „ den kunnen veraangenamen. Vanhier, dat veele „ vrouwen hare vermaken zelve zoeken moeten , en ,, die best genieten in het afzijn van haare mannen, die ,, haar geftadig hun bi.jzijn onttrekken, en de ftir*fte „ afkeer tonen van alle huizelijke genoegens. Van hier „ da neiging tor kwaadfprekenheid, die men de vrou», wen te laste legt, ea geen wonder! Haar gevoelig „ hart, verhard wordende door de ruwe behandeling „ harer meesters, ontlast haar fpijt en ongenoegen op „ de ontfchuldigfte voorwerpen, en alle wegen ter voi- doening van de zucht om te behagen (onze fexe „ zoo natuurlij* eigen) afgefneden ziende, zoekt zij in „ *t berispen harer medemenfehen uittemunten en langs „ dezen weg eenigen roem te verwerven". - 'X Is waar mijne Vriendin! deae tekening is niet ge- heel  ( 64 ) heel en al van waarheid ontbloot, veele mannen zijn,, ja, zoo verbasterd, dat zij de waarde der vrouwen niet' kennen,en haar met onverfchiliighcid,zoo niet met verachting behandelen. Mair, is uw oordeel omtrent hun echter niet wat al te partijdig? Zouden veele vrouwen tot zulk een behandeling zeiven niet veel aanleiding geven? Hoe menig een vrouw bederft, door haar oplopeuheid, een man die door beleid en zichtmoedigbeid' de beste man des werelds zou geworden zijn? - Hoe jaagt de grilligheid van een overdreven zindelijke huisvrouw den man ten huize uit, wanneer hij zich, na verloop zijner veelal lastige en onaangenaarae bezigheden, met zijne Echtvriendin een aangenaam uur van rust en ftilte wi'.de verfchaffen ? - Hoe word de man niet veelal van waar huifeüjk geluk beroofd door het aanhoudend gekijf met kinderen en dienstboden, en dit' niet alleen, maar word bij niet veelal verplicht deel aan 't gefchil te nemen, en de eer der vrouwe , hoeweinig hij ook van de zaak onderricht is, met de grootfte eenzijdigheid te handhaven? En, verkiest hij zulksniet, wat is natuurlijker, daar in dat geval de z:g beledigd achtende vrouwe in fcherpe woorden tegen hemuitvaart, dan dat hij verplicht woro zijne uitfpanningen. in 't afzijn zijner gade en buiten zijne woning te zoeken, ,  C 65 ) ken daar hij te» minften rust, en een vrolijk geieifch» ' vind? - Maar verder. Hoe menigeen vrouw, be | stele, door ijdele modezucht, befchonwt den man die l «aar verfpijJiugen ziende> de gevo]gen die deMlye oq_ ' vermiideiijk na zien moeten flepen voor ogen houd, '-eeu ciran die haaral,e Door de weelde ten eenenmale bedorven , . ora zij onvatbaar voor reden, ziet tijden noch omftanö'gneden aan, en, blijft de man bij zijn befluit volharden, om ten haren genoegen z.jne huishouding niet in 1 dtn grond te helpen, dan verzuimt zij gecne gelegenheid iora hem het leven onaangenaam te niakea, en den band ; der liefde hoe langer zo meerder te verfcheuren . Gij ziet, mijn waardfte dat ik niet blind' ben voor de gebreken onzer Sexe, en geloof mij, indien ik hierin •Wilde uitweiden, 'er zon een ruun veld voor handen zijn. Liever wil ik de bronnen dezer onheilen trachten opsporen, en de gevolgen, die zeer natuurlijk daar uit voortvloeijen, aan uwe overdenking overlaten. Moet men , mijn waardfte ! moet men de oorzaken der ongelukkige huwlijken niet voornamenl.jk zoeken in de opvoeding die veele moeders aan hare dochters geven? Waar is dat onderricht in de huishoudkunde jfur die aanleiding om eenmaal waardige echtgenoten E en — -uuaw vswVtitGi» geven? Waar is dat onderricht in de huishoudkunde ,  CÖ6) cn moeders te worden? - Hou menig meisje heeft niet „I-en een afkeer van de zoo hoogstnodige huishoudfettade, maat bemoeit zich ook met niets dan het geen tot haar opfebik en vermaken behoort; zij gelooft cat de geheele wereld van haar afhanglijk is, en zich alles naar haar ijdelbeid fehikken moet, omdat haar moeder haar alles inwilligt, en zich geheel van haar afhanglijfc maakt - Onkundig van hare toekomende beftemming , befchöuwt zij alle lesfen, dié haar door deze en die welmenend, gegeven worden, als onnodige berispingen, en ziet elk, die het wel met haar meent, als een knorrig meubel aan. Van hier, dat ook door haar in een' minnaar yenvagt word alles wat hare neigingen bevredigt, zonder op zijne denkwijze , en wezenlijke waarde te letten; en daar hij voor het huwlijk op hare wenken vloog, en hare begeerten, al waren dezelve nog zoo onbillijk, zonder teEenfpraak opvolgde, verandert ook ras na het huwlijk, deze gedienftigs minnaar] in een knorrig en onbeleefd man, en dit huwlijk wordt dan een van dierampzalige verbindtenisfen, Avier aanwezen u zoo veel bevreemding veroorzaakte. Mogten dan toch alle moeders, die het welzijn van hare iochters waarlijk ter harte gaat, dezelve met haar goed voor-  f 67) voorbeeld eti lesfen vormen voor hare beftemming, op dat zij eenmaal bare echtgenoten gelukkig maken, en 1 aan de Maatfchappije een wezenlijk voordeel konden aanbrengen. O J da* deugd en braafheid bij de Nederlandfche meisjes eens d3 voorkeur kregen boven ijdelheid, modezucht, en verwaarlozing van hare ware en verhevene beftemming, en de verwijfde Saletjonker een voorwerp wierd van algemeene befpotting; dat hare verbeterde fmaak en gezond verftand den iaden weetniet deden blozen, cn geen man hare achting verwierf elan die braaf en rechtfchapen was; dan zouden, 'er ge.vis geene ongelukkige huwlijken meer gevonden worden, rftaar,de teclerde overeendemming ce harten verbindende, de zachtde harmonie in de huisgezinnen wonen, en het kroost, uit het zelve gefproien, door dat voorbeeld geleerd in hetvoetfpoorder ouderen tredende, zoude aan de weldadigde inrichting der Godheid, aan hare bedemping voldoan, en'een grote mate van geluk over het IVIeiischdom. worden uitgedort. Z'.e daar mijne Vriendin 1 iets ter uwer overdenking, bij een volgende gelegenheid fchrijve ik u nader over dit onderwerp. E M ILIA, E 3  (63) MARIA vin UTRECHT Echtgenoote van 's lands advokaat ] OH AN vak OLDENBARNEVELO, Echtvriendinnen, tedre Moeder?, Vrouwen, groot door liefde en deugd, Spiegelt vrij uwe edle trekken In dit beeld, der Englen vreugd ! Spiegelt vrij uw waare grootheid , Die in tedre zachtheid fmelt, Lees de trouw der minnende onfcbuld, In de Gae van Barheveid! Echtvriendinnen, tedre Moeders, Groot in vreugd en tegenfpoed, Ziet de trouw der min veradeld Tot onwriivbre heldenmoed. - 2ii e j    (op ) Zie maru'5 wislend leven, 't Spreidt geen middaglicht in 't rond, Maar de aandoenelijkfte fchoonheid Van een Zomer-avonddord 't Zwoegend hart, door leed gefolterd, Rust in Godvrugts rozenfcbauw. Moed en iijdzaame d iu rampen' Schenken zoelen hemeldaauw. Komt, mijn treurende vriendinnen , Voor wier oog geen bloennje ontlu kt, Voor wier oog de flaauwde fcheemring Zelfs in zwarte wanhoop duikt! Blijde voorfpoed fchuwt uw traanen, •Ach! wan-om de vivu-d gedooid? Waarom langer 'c hare der vriendfehap Met uw jammerklacht doorboort? Komt, mijn treurende vriendinnen, Neemt uw eigen grootheid weer, Zie het graf van 't lang voorleden, t W ord een wieg voor eeuwige eer.' Ja; het graf mijn d,ukgenooteu, Leertit ons hoe de derflijkheid, E 3 Door  C70 ) Door gefchiedknrde n'tfcbijteld, Klimt tot Engten Majesteit. Keert terug vervloge jaaren, Keert rog eenmaal uit bet niet, Ademt nog den troost der Godvrucht, Over 't pijnelijkst verdriet! Treedtn wij sraria's ïeefperk, Aan de deugd geheiligd, in, De eindpaal pronkt met glwrfèl , Groots omftraald door Hemelmin. Kcmt, m;jn treurende vriendinnen, Droogt uw hecte traanen af, Ademt weer in zachte kalmte,- Bij m aria's vreedzaam gr*f! *\ Wislend lot der moedige onfcbuld Zweeft ontwikkeld voor ons oog, Zie haar (lil gefchreide traanen Scbittrènd als Gods regenboog. d»Echtvriendin van Neerland* Wellust Kent den angst der tederheid, Daar zij voor haar Gaede en Telgen Vruchtloos om belcherming fchreit. Ilee  Hoe ftandvastig blijft baar groot'.cid , In den feilen ftonn des Staats, 'k Zie de Majesteit der onfehuid In haar traanen weergeka?tsr. Altijd minzaam, fLr, en edel, Kent haar trauw geen eigenbaat, Plei.cnd voor het recht der onfiduild. Gruwt haar hart van helsch verraad, Jn den bloeij der lentejaaren Schonk tS aria Ijart en hand Vol gevoel ypoj 't oog der Godheii, Aan den roem van *t Vaderland. Beekjes , vol genieting, ruischten Vreugd cn huiszelijke rust, Bloeiden ftraks, ais rozenblosjes, Door den daauw der hoop gekust. Barsiveld wiens trouw wiens ijver Nooit voor list of goudzucht zwigt, Ziet in zijn vernoegde woning 't Dankaltaar der min geftigt; Blij.ie Telgen fireelen vleitnd fiem de zorgen van 't gelaat, E * Daaj  ( n) Baar het hart der liefde weerhelft Voor zijn heil aandoenlijk flait. -*t Kroost dat aan haar vrijen boezem Zorgloos om befchermir-g vleit, "Wekt Bataaffchen moed en grootheid, Door vernoegde onnoozelheid. „ Barneveld! 'k less in die trekjes Zegt maria: „ reeds uw Beeld, „ 'k Lees uw liefde in 't fchuldloos lachje, Dat op 't ftaamlend mondje fpeelt, „ Barnevet-d! die He\e lipjes „ Zuigen vrijen boezerameik, „ Nimmer worde ons kroost vergiftigd „ Door des dwinglar.ds zwi] nelkelk"! BaRneveld omhelst zji weerhelft, 't Zuigend wigtje lacht hem aan, Ja! Natuur doet't fchuldloos hartja Als het hart der oudren liaan! Goede God! een nacht van jamren Rijst langs vaale wolken op; Angst en fmart, verpesten 't leven; Eindüjk klimt de rouw ten top, Eiu-  (73 ) Eir dlij\ fmoort de zachte fchaduw In de duisternis des doods, Waar het vuur der wraakzucit blikftmt 9 Op den val der Vrijheid grootsch. O, Mar ia.' 'k voel uw lijden, *k Zie u wanklend aan het graf; 't Leven fchud van loomc vleuglen Zilvre grijsheid op n af; Jeugd en krachten zijn verdweenen, Vruchtloos zoekt ge uw Echtgenoot, "VVreedh.'id fcheurt hem uit uw armen, En ontzegt natuur den dood. Wraak verrast het vluchterd leven ■Aan den rand van 't vreedzaam graf, Doemt het, om in bloed te fmoren, 't Sterfuur draagt het merk der ftraf. 't Merk tier ftraf.' neen' moordziek dwingland' D'onfchuld (luimert op 't fchavot, Bij den glans van 't Sikkrend moordzwaart, Vaart de vrije ziel tot God. Kan war ia kruipend beedlen Om vergifnis voor haar vriend, E 5 Om  (74) Om vergifnis? -• daar zijn onfcbuld Eerbied, liefde, en roem verdient». Keen! zij fmoort baar boezemklachten, Maar wat zie ik, ecdle vrouw! Knielt gij voor den beul uw» Echtvriend.* Juicht bij in uw zielenrouw J Ja! gij knielt en fmeekt om 't lecven Van e«n afgedwaalden zoon, Die nog kottl, zoo fchoon, zoo vlekloos, Sclrtterde aan uw Huwlijks kroon! Hier vertoont zig al uw grootheid, Daar natuur om deernis Ichreit Wraak bewolkt de deugd uws lieflings, *k Hoor, hoe ge om vergifnis pleit. Vruchtloos weent zij 1 Gaeèe en Tclge*-, 'c Moederhart blijft, brekend , groot - Heerschzucht kent geen roem,geen deernis, Maar bied >i offer aan den dood. P. M. * * * SA*  (75) SAMENSPRAAK tusschek Mevrouw S. en mevrouw A. Over het Leezen. TVT e v r o u w S. Ik kaft waarlijk mijn Vriendin , na »t fcbijnt, nooit eens komen zien of ik heb alt j '.het misnoegen van haar in heiire h&uh te fïoor  (76- ) heb in mijn huishouden wel andere noodige bezigheeden, dat ilc de Boekoefening wel aan anderen, die 'er tijd en gelegenheid toe hebben , moet overlaaten. Mevrouw S. Ik vind u toch altijd bezig met leezen, en wat is leezeu anders dan Boekoefening , of kan men zig in boeken oefenen zonder te leezen? Mevrouw A. Wel, als ge cu toch zo uitpluizen wilt, dan ja, moet ik u toeftemmen dat men z*g ia geen boek oefenen k:in, zonder te leezen, maar dan zult gij mij ook 'moeten toeftaan, dat men een boek wel leer zen ?-.an , zonder zig daar in te oefenen. Mevrouw S, Dat durveik nog niet toeftemmen, voor ge mij uwe meening hieromtrent wat nader verklaard hebt, Mevrouw A. Ik begriip dat oefenen inboeken, en wel boekoefening eene aanlecring van eenige Weetenfehap of een gedeelte derzelve betekent; als men dan zulke boeken leest,waarin geen v*'eeteiifc:i8p voor gedragen wordt, dan dunkt mij kan m?n niet zeggen 7ig in boeken te oefenen- Ik voor mij lees alleen tot iiitlpanning en tijdverdriif, om mij, a's ik eens wat uist heb van mijo huishoudelijke bezigheeden , wat te ve'poozeii; maar dan lees ik geen boeken over Weetenfcbappen of Stuuiën, dat zou mij in plaats van mij te diver- tee-  2?. ^ a"dere 2°rgen' ket hoofd geheel op hol helpen. Ook heb ik V geen, lüit * °? «e« grpoten afkeer tegen^ vrvuwm ' M-aoowS. Geverval, hier ookte^ndiohec meerite, eMe pedante m ^ ^ ^ >n d,n een W,^^. clit ZH,t ge ^en veele nuttige boeken geleezen te hebben, kan een* -o - ren allen tijde tot fieraad en nnttig gebruik vetteen. - Maar a,s ge dan geene hoeken tot oefe*»g leest, wat leest ge dan toch ZO aanhoudend? M.vaoow A. Ik lees gaarne Ronia„s en ^ y;ra,len' b* »« gednnrig nieuwsgierig jordt gemaakt, hoe het af zal loopen: zie dat is nu £ de daad mijc grootfte vermaak; daarom lees ik ook niet liever dau z„,ke verhaalen> dia riec 1 rooge zedelesfen opgevuld zijn, .aar zLe die", J« begin tot het einde beknopt afloopen, en gedaurig de aandagt met gebeurteuisfen bezig houden * ,M7OUwS' M^ wat vrugt fchept'ge aanuie hebt ge dan Ult zulk een Roman geleerd, wat h b^ |r u,t opgegaard dat den tijd vergoeden kan, weJ£ IU « deszelfs leelanre hefteed hebt, en welbij toc het  f 78) het aanleeren van eenige nuttige kundigheid had lianen bezigen? Mevrouw A. Ja wat zal ik daarop ant.voerden, ik heb wel in dien tijd niets geleerd, en zo riri ik het boek uit heb, begin ik ook weder een ander, waar door de inhoud van het eerfte geheel uit mijn geheugen gewiicht raakt, maar ik heb mij vermaakt en daardoor den tijd niet geheel onnut doorgebragt. Mevrouw S. Maat zoudt ge den tijd niet nog 1 beter doorgebragt hebben, als ge u tevens vermaakt en tevens met het aanleeren vaa eenige nuttige kundigheid uwe kennis vermeerderd hadt? Mij dan^i*. Mevrouw A. Dat is zeeker zo; doch % meen i bereids geze?d tc hebben, dat & geen lult. heb W droo^e Hidoriën of boeken over Wcetcnfchappen | fchrijvende; zoo dat ik mij daarin zeekërlijk niet zou kunnen vertnaaken. Mevrouw S. Hebt ge dafl wel eens een goed ge^ fcbreeven Hiftorie, eene fraaije zedelijk óf duidelijke „atun.knndige Verhandeling geteezen? Hebt ge onzd nieuwere Reisbefchrijvingen, zo door Europa als andere Waerelddeelen, wel ooit in handen gekreegen* Zulke boeken zijn nuttig en verrnaakelijk tevens, en- , ' . . laa-  ( 79 ) laaten ten allen tijde fpooren van derzelver lecïuure uaa; men kan derzelver inhoud onmogelijk geheel vergeeten; en worde door de dagelijkfche gefprekken, immer in Gezelfchappen, waarin wat meer dan enkel geomberd wordt, daar aan geduurïg herinnerd. — Hier door wordt de vrouw een zoo veel te aangenaamer gezelfchap voor den man; en de verfmaading, waarmede veele verwaande mannen op de vrouwen nederzien, verliest derzelver grond; die anders indedaad niet ontkend kan w rden plaats te hebben; want eene vrouw die in dezen verlichten en befchaafden tijd, waarin zo eene veelvuldige gelegenheid tot het verkrijgen van nuttige kundigheden is, nog van dezelve verftooken blijft, doet riet veel eer aan heirré fejte, en kan, hoe zeer ook in andere opzichten als eene fatfoenlijke Dame alom ge-acht, bij" lieden van finaak dien ingang n'et vinden, welken zij met eene meer algemeene kundigheid zie 'zoude kunnen verwerven. Eïviouw A. Gij zegt mij daar dingen, die mij waarlijk reeds menigmaal zo voorgekomen zijn. Dik:wijls zoude ik mij gaarne in eénig discours gemengd' 'hebben, zoo ik flegts niet gevreesd hadde mijne volftrekte onkunde van de zaak, waar over gefprooken Wertlt, aan den dag te leggen. Ik verkoos dan lieve! te  ( 3o> te zwijgen, tot bit discours over huishoudelijke of aadere, binnen mijn kring zig bevindende zaaken, begon te loopen. Doch ik kan met ontkennen dat ik fommige Dames dikwijls benijd hcbbe, als ik hoorde met hoe veel oordeel cn kunde ze dikwijls een discours over een of ander Werk, Gefchiedcnis, Dicht- of Tooneeltluk of iets diergelijks, konden voeren. Dikwijls heb ik wel verlangd in mijn jeugd daartoe meer opgeleid te zijn, en, in plaats van veele mij thands volftrekt onnutte oefeningen, lever wat meer in de Bittonen, Aardrijks- en Natuurkunde oncerweezen te lijn geweest. Do h wijl ik mij dan weder voorftelde, dat het nu toch te laat en ik niet meer in ftaat ware om diergelijke voor mij geheel nieuwe za.ken aateleeren, heb ik mij daar nooit eenige moeite toe gegceven: ik mogt 'er echter gaarne van hoort a fpreeken, cn dat doet mij nog al denken, dat ik, in gevalle mij flegcs een bevallig Auteur in die vakkeu in handen kwame, nog al finaak in dezelve zonde vinden. Mevrouw S. Ik verzeeker u zo dra ge eens een onderhoudende Reisbefchrijving, gelijk die van baKetti en anderen geleezen zult hebben, zult ge wel dra meer fmaak in waarlijk grondige lcéïure verkrijgen. Ge kun: niet beter doen dan den aanvang der• * zei-  ( 8r ) zelve met Reisbefchrijvingeu of waare Gebeurtenisfen jaantevangen, wijl die ook veel in zig hebben dat de nieuwsgierigheid opwekt en geduurig naar het verdere ran het verhaal doet verlangen, en het voordeel dac imen uit dezelve boven de Romans trekt, is, dac ■men, na dezelve geieezen te hebben, met derzelver inhoud gedunrig anderen eenig wezenlijk, nuttig en aangenaam onderhoud verfcbaffen kan; daar weinige zig aan het verhaal van den inhoud eener Roman haten gelegen liggen. — Ik verwerp echter bet leezen van Romans niet geheel; maar zonde 'er volftrekt geen gebruik van maaken, alvoorens het oordeel door het leezen van grondiger werken meer befchaafd ware, en dit zo zijnde, zoude men van zelve wel de beste en nuttigde uitkiezen, wijl de onnutte, op de tweede of derde bladzijde, reeds voor den oordeelkundigen hun leken draagen, en niet uitgeleezen kunnen worden: onder de Romans, welke ik, na dat men zig door Tiet leezen vau andere boeken het oordeel gevormd heeft, aanprijzen zoude, verdienen zulke de eerfte plaats, waar bij de Roman, of het verdichte Gcfchiedverhaal, ilegts ter inkleeding dient van verfcheiden izedelijke waarheden, wel voorgedragene en gegronde ■wijsgeerige gevoelens, natuurlijke uitgebeelde in da F maat-  maatfchappij gewigtige Charactirs enz. Zulke Romans vermaaken en leeren tevens, en kunnen dus met vrug(_ echter altoos na de vordering in meer ernstige kundigheden, geleezen worden. Maar integendeel komen mij zulke Romans niet alleen tijdkwistend, maar zelfs hoogstfchadelijk aan de goede zeden,-voor, welke niets dan laffe tederheden , onnatuurlijke en onder de menfehen onmooglijke Characters , zo wel van deugd als ondeugd, voordraagen; famenkomsten van omflan» cigheden daarftellen , "welke door eene natuurlijke aan* e;nfchakeling van oorzaaken en gevoelen, gelijk toch de voorvallen in het menfchelij're leven zig voordoen, o.imogeliji nr.rerekenen zijn, maar die geduurig, bij wijze van een onverwagten fchok,den verilomptenaartdacht moeten opwekken , en dikwijls' nret omftandigheden verzeld gaan, welke geen ce minfte ontwikken ling kunnen dulden, zonder zig als geheel ongerijmd cn op een plompe wijze verdicht, voortedoen. Zoo nu zu'.k een Roman, hoe opgefchikt met overdreevene fpreekwijzen, uitroepingen en fchijnfehoonheden, hij ook moge zijn, niets anders leerzaams noch wijsgeerigs vervat, dan is deszelfs lecluur een ijdele tijdkwisting; en zo zijn Jer onder de tien, die wij van vreemde Natiën overgeuoomen, hebben, ten muitten  C s3 > zeven, Onder de niittigfte Romans betrek Ik die va» PiELDiNo,deClarisfa van RicHARnsoNjdeRomans van Juffir. v/o ut, SALTZMANen diergelijke werken, waar in wat meer dan ilegts een verdicht levensverhaal gevonden wordt, 'c welk in die boeken alleenlijk dient ' om de nuttige leering voor ieder bevallig te maaken en de pil van leering met het verguldfel der zonderlinge en de nieuwsgierigheid opwekkende voorvallen te omkleeden, Ge zult die zeekerlijk jonder de menigte ook; al onder de oogen gehad hebben. Me-v. A Die van JufFr: wol ff heb ik geleezen; Heure Sara Burgerhart fmaakte mi}, na ik mij herjnuer,meer dan de Willem Levend en de Brieven van Blaukaart, die waren mij beiden-wat te droog-, 'er kwaraea zo veel zaaken in voor, die eigenlijk geen Historie opleverden , dat ik 'er weinig van verftond; nu kan bet zeer wel zijn , dat zij, die meer leclure van een anderen aart gehad hebben, daar beter mede te regt kunnen _geraaken; doch voor mijd aandeel, ik moest zeer dikwijls zeggen ; dat is mij te geleerd'. Mbv: S. Dit is ook de eenige reden van uw' weerzin tegen die plaatzen geweest; maar als ge mij wilt belooven van een weinig geduld in den eerden aanvang tegebruiken, zal ik u yan uwen» na het mij voorkomt, verkeerF a den  («4 ) den en beuzelagtigen fmaak weldra geneezeti, en u boeken leenen,waardoor ge tevens vermaakten nuttig geleerd kunt worden; en die u daatora tot geene Scavante of Pedant» zullen vormen , maar integendeel u den naam eener kundige en verftandige Dame, dien gij reeds om veele andere redenen verdient, overal waardig zullen maaken. JMev: A. O! doe dat toch, mijn Waarde! en kom, zo dikwijls als ge 't maar eens uitbreeken kunt, mij xien; ten einde ik mijne vorderingen aan U kunne mededeelen, en mijne vraagen over eene of andere zaaken gerustelijk kunne opperen? Mevr S. Ik ben zo blijde u omtrent uwe boeken op den regteu weg gebragt te hebben , dat ik niet in gebreke zal blijven u terftond eenige nuttige en aangenaame werken te zenden, en weldra het gene ge daar uit aangeleerd hebt, met vermaak zal komen verneemen, - O N G, R O-  (8S) ROMEN BEHOUDEN, Door bet vermogen der Moede Rliefde; Of Gefprek tusfcben CAJUS MARCIUS CORIOLANUS, e n 2 ij n e moeder V.Otü'MNli, VOXtOM R 14 lijn maucius! mijn zoon! heb deernis met mijn fmart, I Droeg negen maenden u met kommer onder 't hart, deed, in angst en wee, u 't levenslicht aanfchouwcn. ftreelcie, in al mijn zorg ik mij met dat vertrouwen, F 3 Dat  ( 36 ) Dat gij, geliefde zoon! aan mij, bedrukte vrouw, In de ouderdom ten troost en blijdfehap(hekkenzou, Maar fchooii vooruitgezicht! gij zijt in rook vervlogen. 6 Blijde hoop ! gij hebt dit moederhart bedrogen , Daar deze ontalfte zoon,zoo ftetk door mij geliefd, Door zijn ontmensebt gedrag mijn bange ziel doorgrieft. Leerde ik u niet, Barbaar' bij 't fchetfen uwer plichten, Wat gij voor Vaderland,,en Vrijheid moest verrichten? Pleng, was altoos mijn taal, gewillig eens uw uleed Voor 't dierbaar" Vaderland, dat u befchermt en voed. Strijdvoorbetheildesvolfts,op/tyoetfpooruwervadreri, Voelt gij hun heldenbloed niet fpelen in uwe adren ? Ontaarte telg eens Teams, wiens glorie de eeuwen tart! Gij drijft het günftrend zwaard de Vrijheid door het hart. ] Uw arm, die Romen fteeds van'tdwangjulfrkon bevrijden, Zie '< tlians voor dwinglandij en overheerfching ftrijden, Terwijl de Raad en *t Volk de vloek der Goden fmeekt , Op hem die 't heil des volks zoo wreed naar't harte (leekt. *t ls waar, gij moogt u van ondankbaarheid beklagen, Gij zaagt u door den Raad in ballingfchap verjagen, Uw trouw en deugd miskend. Ten prooi aan fciiande cn franaa. Zwoer gij den oidergang van Rome*s vrijen ftaat. De    ( 87) ■De zucht naar wraak deed u het Vaderland vcrgecten , 'Zij bande eer, en plicht, en deugd, uit uw geweten , I Gij bleef gevoelloos voer de ftem der geestlijkheid, [. De tedre Hnwlijkstrotiw heefc u vergeefs gevleid,... Maar kunt ge uw moeder zien, voor u in ftof gebogen ? |Zal ook haar bange klagt niets op uw ziel vermogen? I Herroep uw wreed befluit, mijn Marcius, mijn Zoon.' ; Geeft Vaderland de vrede, u zelve een eerekroon, Eü ftel de lage wraak voor eeuwig uit uw zinnen ; Laat u door 't bang geween eens grijze moeders winnen , i Geloof mij, waarde zoon! dc wraak verfchaft geen vreug:l, : Keen 't weldoen fchept alleen den fterveling geneuöt, Bie ware kalmte cn rust in zijn gemoed kan kweken, Die hij verbannen zou, met zich op 't ftrengst te wreken, I 't Verbeven zij uw roem, opdat het Vaderland I Tot uwe eeuwige eer een zegenftandaart plant, pn ik, die hoop dat eens mijn poging moog gelukken , RJ, mijn geliefde zoon ! weer aan mijn hart mag drukken 1 CoRIOLANÜS. I Houd op! gij zegeviert, fchoon ik van gramfebap blaak, I »k Scem uwe bede toe, 'k fta af van allen wraak. |Gij zijt ter goeder uur voor Rome's heil gekomen. |Mija moeder! keer terug naar 't n verbeidend Romen; F 4 .Zeg  (88 ) Zeg san den Raad en 't Volk dat uwe klagt alleen Mijn onverbküijk hart heeft tot haar heil verbeen. Zeg, dat uw zoon de vrede aan Rome heeft hergeven , Omdat zijn hart natuur niet langer kon weerilreven , Zeg, dat zij ft heil des Lands en haar behoudenis Aan mijne moederliefde alleen verfehuldigd is. Zie hier ö Vrouwen! die, van 'slevensprilfte morgen, Voor 't hulpbehoevend kroost met angst en wee moet zorgen, Uw moeite en vlijt beloond. Hier zegepraalt Natuur, Zij ftrekte aan Romens Staat ten vasten pamuiur, 7ij deed haar in haar vest een eere-tempel bouwen, Eu wijde ze aan *t geluk en welvaart van de vrouwen. C. v. d. H. geb. v. Lj Ds  C S9) De eer of schakde is aak geen rins of stand verbondeh. Een ge/prek. Vit bet Engelscb van L. P o p a. c ^o let te was omtrent vijftien jaaren oud. De natuur had haar een al fe hoog denkbeeld van zich zelve gegeven, en de opvoeding had haaren trots en hoogmoed nog meer aangekweekt. Dit ongelukkig naturel vertoonde zich bij alle gelegenheden, in de dagelijkfche verkeering en omgang. Nooit kon zij eenige tegenfpraak dulden van iemand die zij voor haar geringer hield, en , wanneer deeze zich niet terftond onderwierp, dan liet zij zich in haare gantfche hoogheid zien en bejegende die met eene trotfche verachting. Nooit fprak zij tegen haar vaders bedienden dan op een heersch ■ zuchtïgen, beveelenden toon, en verfmaade de zachtere taal van een minzaam voorkomen. Eüphrokiüs ging gisteren met haar \p den tuin wandelen, toen de tuinman baar een ruiker brast, dien zij hem belast had te plukken. Stommeling, graauwde zij hem F S toes  C 90 > toe, toen hij baar den ruiker overgaf, welke wonderlijke bloemen bebt gij daar uitgezogt, en methoe weinig fmaak hebt-gij die iaamgebonden ! - Berisp toch den man zo hard niet, zeide iophrokiob, omdat uw fmaak van den zij«fen verfchilt. Hij dacht u een wezenlijk genoegen' te geeven , en zijne welmeenende bedoeling verdient meer uwen dank dan uwe berisping Dank? hervatte c olette op een verachtlijken toon. Hij wordt voor zijn dienst betaald, enhetis zijn plicht om dit te doen. - En als hij dit feu doet, zo heeft hij zich ook van zijn plicht gekweeten , antwoordde kop h noNius. De verplichting is dus ook van zijne zijde vervuld, en gij hebt-deswegenS even zo weinig recht om hem te fchelden , daar bij uwe bevelen naar z«a beste vermogen heeft nagekomen, als hij zou hebben, om m?er loon van uw vader te elfeben dan men «et hem bedongen heeft - ja maar, zeide cole t Te, bij hwaa ons afhangïijk, en verdient zijn brood door zijn daagiijkfehen arbeid. - Dit b.ood, antwoordde e«phnonius, is de rechtniaatige prijs van zijnen arbeid; en als hij niets meer van u geniet, dan is de reekeniog tusfehen u beiden afgedaan. Maar een edelmoedig mensch heeft altoos mededogen met bet noodlot vandien, die voor hun nut of vermaak moeten arbeiden. Hij verligt altijd  f 91 ) altijd hunnen last, behandelc hun minzaam en-vriendelqkj zoekt overal hun voordeel en geluk te bevorderen; en verbergt, zo veel als mogelijk is, het aanftootelijke van hunne dienstbaarheid en zijne heerfchappij voorbunue oogen. Het onderfcheid tusfchen fland en rijkdom bèfchouwt hij als louter toevallig; en , fcboon de tegenwoordige inrichting der menschelijke maatfchappïj vordert, dat 'er ook houtfcloovers en waterdraagers zijn moeten, zo vergeet hij toch nooit dat alle menfchen van natuure gelijk zijn , dat zij kinderen van denzelfden God en vader, broeders van hetzelfde zedelijk huisgezin, en erfgenamen eener zalige ónlterfelijkheid zijn. Een gedrag , dat op zulke gron.'Hellingen gebouwd is, verfchaft eesen beer rechten, die men noch met geld koopen, noch met arbeid betaalen kan. Zijne genegenheid kan alleen door liefde, zijne minzaamheid flegts door dankbaarheid, en zijn vertrouwen door den dienst van het hart vergolden worden - Coletts hoorde de.-ze voortellingen met verbaasdheid aan. De gedachte van zich tot zekere gelijkheid met haar vaders gezin vernederd te zien, trof haat door de ziel. - büph ao» i as bemerkte haare verlegenheid, en zette zijn gefprek dus voort- - Wat de gedaante en fameaftel v^n ons lichaan betreft, most  ( 92 ) gij mij toch bekennen dat zij met u eene voTkomee gelijkheid hebben, ja mogelijk dat zij u, ten opzichte van hunne gezondheid, derkte en vlugheid, nog verre overtreffen,; Zij kunnen de hitte van den zomer en de koude van den winter, de vermoeijing van den arbeid en het lijden van den honger uitftaan, terwijl gij bij de geringde guurheid des weders verkouden raakt, telkens uwen eetlust voldoen moet , en geen vermoedenden arbeid verdraagen kunt. Dus vermeerdert uw hooger ftand flegts uwe behoeften, en vermindert uwe perfoneele vermogens om die te voldoen. Gij zijt, ten opzichte van uw voedfel, kleedicg, en woo. ning van de vlijt en de kunst van duizenden afhanglijk. - Bij dat weord afbanglijk ftond colette verbaast te kijken i en zij verzogt eophronjos zijne gedachte nader te willen vterklaaren. - Gij zult u dan hoop ik, wel gelieven te herinneren, dat, als ik uwen trots vernedere , dit op uw eigen verzoek gefchiedt? Gij weet immers wel, waaruit het brood ontftaat; maar mogelijk hebt gij nooit dit eenvoudig en gemeen artikel uw aandacht waardig geacht. De Landman en ziju gezin drooit de zaaden in de vooren , en oogst hetkooren, als het rijp geworden is, in, verfamelt het tot fchooven , dorscht het, en zondert het kaf van  ( 93 ) ■van de tarwe af. Tot deezen arbeid worden de ploeg de egge, de zeizen, de wagen, de dorscdvlegel, en de fchop vereischt; alle werktuigen, die weder ontelbaare handen zo wel tot vervaardiging van dezelven, als tot bewerking der hoofditoffen, waaruit zij gemaakt zijn, vereisfchen. Men neeme, bij voorbeeld, den ploeg. Die beftaat uit ijzer en hout. Het ijzer wordt nit de ingewanden der aarde gegraven, en is mogelijk uit Zweeden of America het eerst tot ons gebragt; Dat ijzer moet gebroken, gefmolten, in ftaaven gegooten worden , eer het metaal voor dea kunstenaar gefchikt is, die het dan eerst tot zijn oogmerk bewerken kan. Alle deeze dingen nu kunnen weder niet zonder oven, blaasbalgen, kooien en een menigte werktuigen cn hulpmiddelen gefchieden. Hier vinden weder onderafdelingen plaats, en gij ziet berglieden, timmerluiden, fchïppers, fmelters, kolenbranders, metzelanrs fmids enz. hunnen arbeid vereenigea om één ploegijzer te voltooijen. Het andere deel van den ploeg wordt meestendeels van esfchen - of eikenhout gemaakt , en daartoe behoort het planten en vellen van den boom, het zaagen en timmeren , het geen alles weder zijn man vereischt, om niet te fpreeken vaa alle die kunstenaars, die  (94) . die ben [weder daartoe da werktuigen vervaardiges moeten. - Is nu de tarwe van het kaf afgezonderd, dan wordt het in zakken gedaan en naar de molen gezonden. Die zakten worden van hennip vervaardigd, dat door veelvuldige landen gaan moet, eer het de weever krijgt, wiens weefgetouw en fchietfpoel weder de aAeid van verfcheidêné kunstenaar* is. Hetzelfde vindt ook plaats bij de molen, welkers gebouw Oit al te veel deele» beibat, om hier optenoemen. Is het meel nu, ra zo veel tijd, konst en moeite gereed, dan meet het weder met water, gest en zout gemengd en in den oven gebakken worden. De gest 01 dei fielt weder verfcheiden voorafgaande omilandigheden om bet te doen öntftaan. Zout krijgt men of tan zeewater, of uit de zoutbronnen, of het wordt in kristallen gedaante in Mijnen onder de aarde gevonden. Wij hebben te Nördwich in Engeland de menigvuldige bewerkingen gezien , waardoor het gaan moet, en dc menigte van menfehen die met de bereiding van hetzelve bezig zijn. De bakker gebruikt een fchoffel, takfcebosfen de buil, en een oven, en dit alles geeft weder aan verfcheidene handwerken bezigheid. Euphroni os zweeg hier, en zag met genoegen dat deeze zijne vooiftelling bij co&bttk «enigen  m3a'* Het fchi^> voet hij voort, dat gij do verphchungen gevoelt, die gij voor ieder beet.ebfood. d«eu « uw mond neemt, aan dHizeodea fchuldl «* Gaa nu met uw nadenken nog varder, en befchonw eens op dezelfde wijze de overige artikelen van »wen fp.js en drank, de gemakken en aangenaamheden. vaQ -uwe wooning en huisgeraaden. mer aIle de verfchiüende, deelen van «we feeding, cn gij znltbevinden,dat het wer„ >t geen hier aan beftced wordt, alle bereekenjng te boven gaar..(f) Gij hebt mij boven mijne eifle„e waarde, waarop ik ^gefield had, zeide coiette fchertzende verre verheven , daar gij mi, hebt aangetoond, dat zo veele lieden in mijn dienst liaan; en tt,„ leer, inplaat. ft van mij tot demoedigheid te vernederen , fchiint ' veel eer dat gsene in. mij te rechtvaardigen , bei ' ■ gij troschheid noemt. I EüPHR0 «1^ antwoordde, dat dit eene zonder- ' pnge toepasfing van zijne gronden was; want wanneer af. Ct) Een enkele naald, hoe gering men die ook fCoat «uoet door agttien verfchiilen.de handen *aan eer ■ fideel gereed is. eer Z1>  ( s,0 , , , ■> van den arbeid van anderen en derzelver *7T°ZZZ n den uidv^ on.e.inda.eid, ' L«è of'b den ftaat der zinneloosheid daarme'este reden hebben. Want onder zulke om,„. de meeste te. „.Maden van «eden onttaen. «d. ^ .„deren, zonder oas door teBen befclmfEove„ dien aanzie,, in den teSenw£« a.„ ftatd des ^ . t^ntdatdnizend « - 6°; */! "t l\em werkzaam zijn; en dat ,iine, medemenfehen voor hem v. ^ ^ ziin laace hm meer arbeid en vli)t gei ' 1. zen van menig een Monarch „pdeKns.er.van Air ea P H vermogen van nw vader »ierd door den ..oe^n v ... zime vooronderen met cete verworven. l« li e"he hezitvan het geen gij bebt, z«o de pri,. » Inen arbeid, maar het heftaan va. nweo tanner „Kir bewerkt bij den grond, en loiet meer vluchten, Niet meer in uw armen ijlen; Neen nu kan is niet dan derven In die aklig hol. Heiland,aan uw kruis gebogen Smeekt mijn ziel u om vergeeving; Ach! vergeeving voor een liefde Die mij derven doet. Of ben ik zo diep gevallen, ls mijn misdaad zo afgrijslijk, Dat ge uw oogen vol genade Van mij wenden moet; Zijn dan die ontmensebte dweepers, Deze Staat en kerkberoerders, Die me uit es w ijs armen rukten, Heilig in uw oog? Keen, uw Priesters zijn Godlozen Die den naam van heilig dragen, Die .rap 't hart der onfchuld trappen , * Naar hun kloosterwet, Wa»  Was mi^n luwij ook een monster, Die de laagfle gruweldaden Met een cboorkleed had omfluierd, Hij zou heilig zija. -Zo hij van die overfpeelers Mjne min voor goud gekocht had, Mij verlaagd had tot zijn bijzit, Enwjj was hun vrind. Maar dan was hij niet uw liefling, Dan bezielde hem uw geest niet, Dan zou hij uw kruis onteeren, Als het Priesterrok Eöwij, gij zult ook wel fterven, Kloosteriist en kloosterwoede , Die mij martlen in dees kerker, Hi gen naar uw bloed. Of zult gij u als die huichlaar», In een enge Cel befluiten, En met helfche geesten ftrijden, Zo als b lis tan deed. G 4 Zult  C 104 ) Zuh gij hl den arm dier vrouwen, Die geen eer noch liefde kennen, Uw vermoorde Gae vergeten: Deugdzame edw ij? neen » Neen , de Munnik moog 't outer ficchten, »t Welk de Godheid zelfgericht had, 't Oveifpel een tempel bouwen: Gij betreed hem niet* Hij moog* 't over oud geflachtboek, Van der Vorsten miagfchap opilaan, Met zijn maaïziek brein ontcbfieren x Gij bemint en huwt. Om z'jn Goudzucht te verzaden, Steil' hij huwlijksliefde gr.nz n : O, dc godheid haat dit grerzen, Zo als g j die haat. Dan mijn edwij! ik moet frerven».. O, hoe vrolijk zal ik fterven, Daar ik toch met u mijn Gade, Hier niet even mogt. O,  O, bemin een andre Ga!e, Deugdzaame edwij, zijt gelukkig! Ik verwacht van mijne beulen 't Graf voor 't huwlijksbed. Ja mijn graf is reeds pmfloten, Reeds heeft sdsstas al mijn leden Suierthj* uit elkaêr doen rukken - En w ij, Adder niet! ~ Morgen - 't feest van mijn geboorte Eeimaal vierde ik 't aan uw zijde, Morgen fltpeu, bij dat feestlicht, Mor stars mij naar 't graf» Ed av ij f neen ik zal niet beven, 'k Zal in 'c graf zo vreedfaam flapen, Als ik fiiép voor zestien Jaren In miju moeders fchoot. M. P. E. geb.|W. * * G s Twee»  ( 106 ) Tweede vervolg van de NADERE sn UITGEBREIDE OPHELDERINGEN op de REGELEN LIGC11AAMLIJKE OPVOEDING der KINDER EN. Zie Almanak voor Vrouwen voor 't Jaar x795* Over bet Tanden, De Tandïng, hoe gering doorgaans gea?', is veèlts'.jds, uitermaaten gevaarlijk ■- Sommigen Kinderen berokkent ze bet bederf hunner Gezondheid $ fomraigen, het verlies van hun leven. - De fterflijften, de gehaate fterflijften, ilaaven mijn gezsgde. Dau men zal vraa- gen  (1°7 ) gen , en deeze vraag is alzins natuurlijk. Hoe beveiligt men de Kinderen best, voor deeze, den ouderen zoo fmertelijke , gebeurcenisfen ? - Mijn antwoord is. - Ik weet niets beter dan het gebruik van zagte Buikzuiverende , en ligt vcrdoovende Hulpmiddelen- dan de beilrijking des Tandvleesch, met een mengzel van Honig en een weinig Citroen Sapi dan de eindelijke doorvlijming van hetzelve, ophet Toppunt eens geuoeg blijkbaar doorboorenden Tand. - Dit alles voor het minst is oneindig nuttiger, dan het aanwenden van zeeker bijgeloovig Halstooizel, waaraan ik merke, dat zeer veelen onzer Fatzoenlijke vrouwen al haar vertrouwen hegten. Kinderen moeten niet flaapen by beiaarden, vetl min bij zeer oude of ziekelijke menjcheu. In waarheid, zegd Ballaxfird, de laatften zullen er aig beter bij bevinden , om dat de ongevoelige doorwaaszeraing der Kinderen, zagt, en voordeelig voor hun is, en de zagtheid hunner veezelen onderhoud. - Het Kind in tegendeel lijd er veel van , dooi het verlies 'c welk het ondergaat. Het word rank es mager, en zal er ongetwijfeld ziek van worden. - Dit  (ioS) Dit alles gebeurt, sis Kinderen flegts flaapen bij oude Lieden. - Wat moet derbalven niet gebeuren, als ze flaapen bij zieken ? - Het zelfde waarlijk, 't gene drie Turkfche Hondjes gebeurde, welke de eer hadden te flaapen bij een Podagreus Geteesneer : té weettn, datze het flagtoffer worden der wretde geBeegeaheid van bunnen ilaapgenoor. Over bet Loopcn, Deeze Beweeging , moet van tijd tot tijd, vermeerderd worden. Zij verfterkt de vaste Deelen, bevordert den omloop der vogten, begunftigt de fpijsverteering, de Doorwaaszeming, en geeft het Ligchaam Gezondheid en fterkte. - Van eene zagte Beweeging, waar mede men begint, gaat men allcngskens, en evenredig aan de vermeerlering van kragten , over tot eene fterkere. - Ket is beter, de Kinderen vreijelijk te doen omloopen , dan hun te veel te bepaalen san hunne kamer. - Men moet dit z^lf doen in allerlei gefteldheden van het weer, om hen te beter te gewennen aan de dagelijks daarin voorvallende veranderingen. - Niemand toch, leeft 'er, die niet meermaalen verplicht is zijne Gezondheid bloot te üellea aan de on-  ( ioy ) ongenade van weer en wind; of die zig altoos daar voor kan in agt neeraen. - Hij flegts heeft, er geen gevoel van, die van Jongs af gt-leefd heeft als de Jmphihia\ en zig nu eens gekoaftert in de Zon , dan eens gcdompelt als in een Zee van Regen: die zig onverfchillig heeft bloot geftelt aan mooglijke veranderingen van den Dampkring. Over de Kleeding. Een kind moet in den Zomer ligt, los, en luchtig, in den Winter eenigzins zwaarder, meer gedooten en warmer gekleed word:n. - Nimmer egter moet eenig deel van deszelfs Ligchaam, geprangd, gebroeid, of in zijue vreije Beweeging bedwongen v/orden. 'er zijn Genee;heeren die willen, dat men her, hoofd der kinderen altoos zal warm houden; - 'er zijn anderen, die zulks afkeuren; en in tegendeel een ontbloot hoofd , een hoofd waar van zelfs het hair zeer kort is afgefnedea, aanprijzen. - ls het noodig een deezer beiden te volgen, dat men dan de laasten den voorrang geeve 1 mij egter , behaagt best het middenmaatige. - De borst, d; buik, en de beenen , moet men op eenen gelijken voet dekkeu; en het eene dee.  C HO ) deezer deelen5 niet warnier kleeden, dan het andere.. Dit is alleen noodzaaklijkst. - Wat er van onze kinderen worden zal, die men naar den fmaak onzer Eeuw, met eenen geheel naakten hals en borst, zeifs in den Winter, bloot ftelt aan de iu;hc , inmiddels de overige deelen van hun ligcuaam doorgaans warm genoeg gekleed zijn, en ze binnens huis in zeer wsrme ver. trekken leven i moet de tijd leeren. - Ik voor mij vreeze, en geloove deeze vrees niet ongegrond te zijn, datze het getal der teedngagtigen, aanmerkiijk zulle» helpeu vermeerderen. - Het Kind in gevaar zijnde van te vallen weetniet bij de arm ofgeheft werden. Nooit dan roet ontroering zie ik een vallend jong kind , bij de eene hand of arm in zijnen val weerhouden; of, als het reeds op den grond bgt, opheifcn. De fckouder kan dus ontwrigt, de beenderen van dea Aïb\ gebrooken, en het gewrigt der Hand verwrongen worden - Dit kan niet flegts gebeuren, maar het verwondert mij zelfs, dat het niet even zoo dikmaaien gebeurt, als men het doet, - Het zal niemand verwon, deren als men zig verbeeldt , de tederheid van het Been-  ( IX I ) Bsengeftel, de ffapheid der banden, de kragtloosheM, der fpieren van bet kind; ea daar tegen ftelt, de zwaarte van deszelis ligchaam, en de oogenbliklijke , zoo wel als regtiheek* ftrijJige, werking, van twee zeer aanzienlijke vermogens 5 dien van den val naamlijk, en van de opligcing. - Men verbiede derfulveoj ftrengelijk, de minnen, de kindermeiden, en alle anderen,aan wien een kind wordt toevertrouwd, deeze zoo verderflijke handelwijs - en itaa haar liever toe, het kind over te laaterr aan zijnen val,'welke inderdaad , veel minder nadeel zal aanbrengen, al* de geleidfter flegts in agt neemt, deeze eenigzins op te volgen, door een Kgte vooroverbuiging van haar ligchaam: iets waarvan men, zeker, haar cm weinig moeite kan onderrigten. CDe verdere ophelderingen in een volgend Jaarboekje.; LIJST  LUST bes. STUKJES. Sïlvia, of de ei kende onfchuld. . . Bladz. I Ode. ter Nagedachtenisfc van Charlotte Cobdet. 22 Het onweder. . • * C hel on is. . • • • 32 I Nachtgedachten bij de befchouwing djr Zee. 3É De Moed en Huwlijkstrouw van Loc ia MIkan da. . . » De ontwerpen der Natuur, een fragment. . 4? 1 Aan de Trouw en burgerdeugd van Elsje van H o u w e n < n g. . . ° 5^ 1 De Lof der Eenzaamheid. . . • 58 1 Emilia aan Leonore, over bet Huzvlijks geluk. 61 Maria vjii Utrecht, echtgenoot e van 'sLatids Advocaat J o h a n Van O l d e n b a r n e V e l d. 63 Samenfpraak tusfchen Mevr. S. en Mevr. A. over bet Leezen. • • ♦ * f Romen behouden door het vermogen der Moederliefde , of gefprek tusfchen C a j u s Marcius CoRiolanos en zijne M-jed.-r Volumnia. 8s De eer of fchande is aaa geen rang of ftand verbonden. • • • Klacht van E l g iv a gemalin van E d w i j in haare gevangenis. . . . 991 Tweede vervo'g der uitgebreide Regelen ter Lig- èbaamlijke Opvoeding der kin leren* ioim