Besluiten
van de
TWEEDE KAMER
e n
decre ete n
van het
VERTEGENWOORDIGEND LlCHAAM
des
BATAAFSCHEN VOLKS. XXI. Deel. APRIL iSooi
Iö den HAAG, ter 'sLands Drukkery igê$






CO g
GELTKHEID, V R t H E ï Dt BROEDERSCHAP.
Dingsdag den i April i^go,
HÉT zès0e JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEIBtf
P R M S I D E.
By onpasfelykheid van den Burger Repnefencanc H. Quesnel, den Burger Rêpnefentant C, Floren.
Tegenwoordig de Burgers Reprasfentancen.
J. A. Krieger. D. d de Leeuw. S.van Hoogflraicn. J. Lublink, de 'Jongs* L. J. Pitringa. M. Siderïns-
C. van Lennep. J, Tomas.
K. Havens.
G* J. G. Bacot.
D. Hoitsma.
N. van Fofeest. J. Sé Wentholt.
Ji de Joncheere. B. Storm. H. Hogewah J. CramerF. Govers. H. van AndeL B. ten Pol. J. Busch. J. van Rees. fff* C. de Crane. P. Linthorst.
i H S È N t
Mcc permisfic.
J. II. Siecama. J. C. Druman. A. Ploos van AmfteU
Wegens ziekte.
II, OuesnëL
De Deereeten, op Saturdag den 29 Maart gene* men, zyn gerefumeerd en gearresteerd.
A t*



» ! APRIL 1800.
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be» Vind der BataafTche Kepubliek, aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gefchreeven alhier in den Hage, den 27 Maart 1.1.; daarby inzendende een Exemplaar in plano, van de Publicatie, by hetzelve Bewind, volgens Decreet van de Tweede Kamer van den 22 Mam J.I., gearresteerd omtrent de prolongatie der Heffing van een half pCt., ten behoeve van den Levantfchen Handel, boven't Landrecht, op Goederen uit de Levant in de Republiek aangevoerd wordende.
En heeft de Vergadering goedgevonden, deeze Misfive aan te neemen voor Notificatie, en de Publicatie in de Nationaale Cancelarye te deponeeren.
Is geleezen een Extradl uit het Register der Befluiten van de Ecrfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 28 Maart I.I.; daarby Copielyk inzendende, eene Misfive van het Uitvoerend Bewind,beirekkelyk eenen voorfiag tot het oproepen der Stemgerechtigde Burgers in de refpeclive Gemeentens, tot het verkiezen van nieuwe Leden voor de Gemeente Beftuuren, en wyders voorflaande eenige voorzieningen tegen zodanige Burgers, welke weigeren zullen de aan hun opgedragen Posten rot Leden dei Gemeeme-Beftuuren te aanvaarden.
En is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is gelezen een ExtracT: uit het Register der Befluiten van de Eer [te Kamer, van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 31 Maart li.; genomen op de Requeste van Manekus Beyers en Steur, verzocht hebbende permisfie om



I APRIL 1803,
3
negen Lasten Erwten, vóór dato der Publicatie van zi December 1 '99. afgelaaden geweest, naar Embden te mogen verzenden.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Ts geleezen de Requeste van Manskus Beyers en jj Steur, Kooplieden te Maasfluis ; daarby , met „ allegatie van redenen , verzoekende permisfie, om „ negen Lasten Erwten , in het Schip de Goede Hoop, „ Schipper Jurgen Jans, vóór dato der Publicatie
van S2 December 1799 afgelaaden geweest, naar 55 Embden te mogen verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat omtrent „ alle zaaken , de Commercie concerneeren de , niet „ te fpoedig kan worden gedisponeerd, heeft deeze iy Vergadering verklaard, dat 'er is, onverwylds „ noódzaaklykheid"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van on* verwyfde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwyide noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Be fluit; houdende:
„ En voords daadlyk beflooten, het verzoek by „ voorfz. Requeste gedaan, mits deezen te-accordee« ren» en dienvolgende aan hun Requestrancen te „ permitteeren, om negen Lasten Erwten , in her „ Schip de Goede Hoop , Schipper Jurgen Jans, w vóór dato der Publicatie van den 12 December A fl » *799



4
I APRIL 1800.
si 1799 afgelaaden geweest, naar Embden te mogen „ verzenden, onder deeze mits, dat de Requestran„ ten aan het Commisfariaat der Convoyen en Licen-
ten, waaronder zy behooren, ten duidelykften zul* ^ len doen blyken, en onder folemneelen Eede ver. „ klaaren, dat voorfz. party Erwten is geladen ge„ weest, vóór en aleer de Publicatie van hec Uitvoert end Bewind, van den ia December 1799, te „ Maasfluis voorn, is gepubliceerd geweest, zullen„ de by mankement van dien de voorfz. permisfie ge„ houden worden als niet geaccordeerd te zyn.
„ En zalExtracT: deezes,met by voeging van voorfz. „ Requeste en Bylagen, in originali, worden gezonden ,, aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu-
bliek, om hier aan de nodige Executie te gee „ ven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomflig het 60. Ar t x der Staatsregeling , tst bekragtiging worden ge„ zonden aan de tweede Kamer, met en benevens „ de voornoemde Kequeste en Bylaagen, in origi„ nali.n
En voords over hec voorfchreeve Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevol^* Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Sta&rsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal dit bekragtigd Beiluk, ingevolge Art. 6 '. der Staatsregeling, mee de Requeste en Bylagen, on« verwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forrca, aan de Eer/Ie Kamer, {zèndèf refumtie.)
U



i APRIL 1800.
5
Is geleezen een Extraft uit hec Register der Befluiten van de Eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bacaafïchea Volks, van den 27 Maarc l.i.; genomen, na gehoord te hebben ds confideratien en hec ad vis van het Uitvoerend Bewind, als mede hec Rapporc van eene Perfoneele Commisfie, die beide alhier geleezen zyn, op de Requescen van J. D. Sweerts de Landas, verzogc hebbende approbatie van zeekere Collatie van een Cannonniks plaats, in het Cappitcel van St. Pieter te Oirfchot, op des Requeftrancs minderjaarigen Zoon J, L. J* B. Sweerts de Landas geconfereerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbenS5 de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, op „ den 3 January 1.1. benoemd, om te dienen vancon„ fideracien en advis, op eene Misfive van hec Uitvoe* „ rend Bewind der Bataaffche Republiek, gefchree„ ven alhier den 20 December des afgeloopen jaars,
fub No jij daarby advifeerende op de Requeste j, van J. D. Sweerts de Landas; verzogt hebbende „ approbatie van zeekere Collatie van een Cannon„ niks plaats, in het Capictel van St. Pieter te Oir„ fchot, op des Requeftrants minderjaarigen Zoon, „ J. L. J. B* Sweerts de Landas, geconfereerd, „ en van welke Misfive de drie leezingen, als op den „ 24 en 30 December des afgeloopen jaars, en 3 „ January I.I., hebben plaats gehad.
„ Overweegende , dat de Collacoor, blykens bo„ vengemelde Misfive van hec Uitverend Bewind % „ by hec oude Beiluur gerechtigd is geweest tot hec „ doen van voorfz. Collatie.
A 3 „ Orer.



6 i APRIL 1800.
„ Overweegende, dat, vermits het Wetgeevend „ Lichaam der Bataaffche Republiek tot hier roe gee„ ne flnaale uitfpraak, wegens het in werking bren„ gen van de vierde en vyfde der additioneele Articu-
len der Staatsregeling en andere Geestelyke Funda,, tien en goederen gedaan heeft, de befchikkingen „ daarvan nog meest op den ouden voetzyn verbleven.
„ Overweegende eindejyk, dat de Collatie zelve in ,, de vereischte orde is.
„ Befluit:
„ De Collatie van een Canonniks plaats, in het „ Capittel van St. Pieter te Oir fchot, door Lode. » wyk Jan Baptist Sweerts de Landas, aan zyn Klein„ zoon Jacob Lodewyk Jan Babiist Sweerts de Lan„ das gedaan, by provifie, en tot zo lange het Verte„ genw Lichaam des Bataaflchen Volks eene finaale uit» „ fpraak , omrrent het in werking brengen van de „ vierde en vyfde Articulen der Staatsregeling en an„ dere Geestelyke Fundatiën en Goederen, zal ge. „ daan hebben, te approbeeren.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van „ de voorfchreevcn Requeste en Bylagen, in ori„ ginali, worden gezonden aan het Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek, om hier aan „ de noodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomflig Articul 6a „ der Staatsregeling, ter fanclie aan de Tweede Kajj mer worden gezonden , met en benevens het „ in deezen uitgebragt Rapport, de voorfz. IViisfive „ van het Uitvoerend Bewind, en de verdere Stuk,, ken daar toe relatif, alles in originaïi.
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer bly.
ken



i APRIL 1800. 7
ken te zyn gefchied , is de tweede leezing deezer Scukken by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 4. April eerstkomenden.
Is gelezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het VertegenwoordigendLichaam des Bataaffchen Volks, van den 58 Maart f&. houdende een veranderd Befluit, betreklyk de verdeeling der Gemeente Beflunren, in plaatfevan een Befluit van denzelven dage, op den 29 daaraan volgenden aan deeze Kamer ingezonden, en in de Notulen van dien dag geinfereerd.
Zynde van den volgenden inhoud.
„ Aan de orde van den dag zynde, het op dan «4 Maart 1.1. ter deezer Vergadering uitgebragc „ Rapport, door de Burgers Repraifentanten Lee. II mam en verdere, by Decreet van den 17 te voo„ ren, Gecommitteerden, ten examen van een Ex„ tract uit het Register der Decreeten van de Tweede „ Kamer, van den 13 der gemelde maand, daarby „ aan deeze Kamer andermaal onbekragtigd cerug ge„ zonden hebbende haar bef luit van denöFebr. 1.1., „ houdende eene verdeeling van de Departementen „ en Ringen der Bataaffche Republiek in Gemeenten; „ als mede een Reglement op de verkiezing der Ge„ meente-Beftuuren, en eene Inttruclie, waar naar , dezelven zich in hunne werkzaamheden zullen moeten gedragen; als mede nog, ingevolge hec boven„ gemeld Decreet, van den ijMaart, geëxamineerd „ hebbende de Requeste van M. Pruys c. f, alle „ Rotter aamfche Burgers, hoofdzaaklyk getendeerd „ hebbende, om aan de Grondvergadering zelve gee„ ne benoeming van Leden voor het Beltuur te deA 4 » raan*



i
i APRIL 1800.
„ mandeeren, maar zulks geheel en al over te laatea „ aan Kiezers, door de Grondvergaderingen te benoe„ men , en verder, zo als by voorfz. Requeste en in „ de Notulen van den 17 Maart zo even gemeld , „ breeder ftaat vermeld
„ Heeft de Vergadering, zich eonformeerende j, met voorfz, Rapport, voor zo veel het bovenge„ meld onbekragtigd terug-gezonden befluit betreft, „ goedgevonden en verffaan, by deezen te perfiftee„ ren by het befluit, op den ö February 1.1 deesen „ aangaande genomen, voor zo verre naamelyk de „ verdeeling der Gemeentens, als mede de lnftruétie „ voor de Geraeente-Beftuuren en Polder-Direflien 5S betreft.
„ En is voords beflooten, met verwerping van dat „ gedeelte van het Kapport, het welk betrekking „ heeft op de Requsste van M. Pruys c. [., even „ gemeld Request, benevens het Reglement op de „verkiezing der Gemeen te- Beftuuren , andermaal, „ in originali, te fteJien in handen van bovenge„ melde Commisfie, met verzoek, om dienaangaan„ de der Vergadering te dienen van confideratien en a, ad vis.
„ En zal Extraét deezes worden gezonden aan de Tweede Kamer, tot informatie, met byvoeging „ van het in deezen uitgebragt Rapport, in origi„ tiali, als bevattende in zich de tegenbedenkingen „ deezer Kamer, op de aangevoerde redenen van wei„ gering van bekragtiging van het gemeld befluit; „ gelyk mede met byvoeging van alle de daar „ toe betrelikelyk zynde ftukken, mede in origi* v nal'u
» gdjk Extrsft aan den Burger Reprsefentant sp Leemans, als €ersibenoemden in, de voorfchree*
» ven



i APRIL 1800. 9 „ ven Commisfie, tot informatie, {zonder refunp
En heefc de Prafident geproponeerd, het bovengemelde Befluit weder terug te geeven, en dit veranderd Befluit tot een voorwerp van deliberatie deezer Vergadering te maaken.
Waarop gedelibereerd zynde, ie beflooten, het voong Befluit aan de Eerfte Kamer te doen uiteee. ven, en dit laatfle ingezonden Befluit, ingevolge Art 27 van het Reglement B. der Staatsregeling, opoverl morgen in overweeging te neemen, en hetzelveinmiddels te ftellen m handen van de Burgers Reprefentanten van Hoogflraaten, de Leeuw en Linthorst om daaromtrent te dienen van derzeiver confideratiea en advis.
Zullende ExtracT: van dit Decreet met hetzelve Be. fluit, worden gezonden aan den BurgerReprsfentanc van Hoegftraaten, tot informatie.
En is al wyders goedgevonden Extraét van die De: creet te zenden aan den Secretaris deezer Kamer, toe informatie en naricht. W
Is geleezen een Extraft uit het Register der Beflmten van de Eerfte Kamer van het gend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 28 Maart ü., waarby dezelve aan deeze Kamer inzendt, eene Nominatie van twee Perfoonen , teneinde uit dezelve door deeze Vergadering een Lid worde verkooren ter vervulling van een? vacatuure nhet Committé van Rechtsoeffening van de Beemfter.
Zynde dit Befluit van den volgenden inhoud:
„ De Stembriefjes der Leden opgehaald zynde tot A S hec



ï APRIL 1800»
„ het reduceeren op twee Perfoonen van de Nominatie „ uit vier Burgeis, door het Committé van Rechts„ oeffening van deBeetnfier, per Misfive, op den 24 „ deezer ter Vergadering ingezonden, in de Notu„ len van dien dag geïnfereerd, en tot heeden ge„ houden in advis; is, na opneeming der ftemmen, „ gebleeken, dat op het tweetal voornoemd , n ten einde daar uit door de Tweede Kamer „ een perfoon worde benoemd, ter vervulling der in „ het gemelde Committé exteerende vacatuure, ge„ bragt zyn, de Burgers, Laurens Konyn en Jan „ de Fries.
„ En zal dit tweetal by Extraft deezes ten voorzeg» „ den einde worden gezonden aan de Tweede Kamer, „ met en benevens Copie der voornoemde Misfive.
Waarop de Vergadering de eleftie van een Lid ïn gemeld Committé uit voorfz. Nominatie heeft bepaald op aanftaanden Donderdag, den 3 April.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede leezingen van de volgende Befluiten van de Eerste Ka* mer gefchied:
Voor eerst: Van het Befluit van den 25 Maart 1.1.9 op de Requeste van H. P. leichuis, om Brieven van Creatie als Notaris.
Ten tweeden: Van het Befluit van den 25 Maart 1.1., betrekkelyk het affchaffen der Jura en Leges op de refpeclive Secretaryen.
Ten derden: Van het Befluit van den 26 Maart



I APRIL 1800.
tt
1.1 , op de Requeste van G. J. van Perfyn, om, continuatie van Penfioen.
Ten vierden: Van hec Befluit van den 26 Maarc JiLj op de Requeste van W. O. Bloys van Treslong , om een dedomagement.
Ten vyfden: Van hec Befluit van den 26 Maarc 1.1., op de Requeste. van den Subfdruit ProcureurGeneraal en Dienaars van den Hove van Juftitie, te Utrecht, om een Premie, wegens eenegedaane apprehenfie.
En heeft de Vergadering de derde leezing van alle deeze Befluicen bepaald, op Vrydag, den 4 April eerstkomenden.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 20 Maarc 1.1., waar van de eerde leezing op den 25 en de tweede lezing op den 28 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec Belïuic dier Kamer op de Reques;e van Gecommitreerdens uit de Mum» cipaliceiten van DusfenMunflerkerk en Dus/en Mailkerk, Emmikhoven, IVaardhayzen en de HUI, Almkerk, Sleewyk, Uitwyk, de Werken Ryswyk en Giesfnn; waarby aan de Repuestranten ten behoeven van Ingezetenen van gemelde Oorpen worde geaccordeerd, om binnen den cyd van vier weeken, de verfchuldigde Fournisfementen in de Geldheffing van vier ten honderd, als nog op te brengen en te betaalen, en zulks onder hec geno: van behooriyke Recepisfen en Quitantien.
We*



i APRIL 1800.
Welk Befluic in de Notulen van den 25 Maarc 1.1. is geïnfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens Art. £2. Liit. e van hec Reglemenc B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be» fluit, en veranaert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd befluit, ingevolge Are. 69. der Staatsregeling, mee de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind en cevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende ExtracTt van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nacionaale Rekening, coc informatie,
Is voor de derde maal geleezen een Extracc uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 2.0 Maart 11., waarvan de eerfte leezing op den 25, en de tweede leezing op den 28 daar aan volgende zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van de Municipaliceic van Vlymen\ waarby aan dezelve wordt geaccordeerd, om binnen den cyd van vier weeken, de vier eerfte Termynen der Geldheffing van vier ten honderd, al nog op te brengen en te betaalen, en zulks onder hec genot v an behoorlyke Recepisfen en Quitantien.
Welk Befluic in de Notulen van den 24 Maart 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32 Are. Lit. e. van hec Reglement B. der Scaatstegeiing, gedecreteerd.
De



I APRIL 1800.
13
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgemeld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet,
En zal die bekragcigd liefluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, mee de Requeste en Bylaageri onverwyid worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en tevens een af. fchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfle Kamer.
Zullende Extraét van die Decreec worden gezonden, aan Commisfcrisfen der Nationaale Rekening, toe informatie.
Js voor de derde maal geleezen een Extraét uk het Regifter der Befluiten" van de Eerfis Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 30 Maarc laacftieeden , waar van de eerfte leezing op den 26, en de tweede leezing op den 29 daar aan volgende zyn gei'chied, houdende hec Befluic dier Kamer debeflisfing omtrent de gefchillen, over de naasting van de Kerkgebouwen te Haarlem.
Welk befluit in de Notulen van den 26 Maarc 1.1. is geïofereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis, en gefield in handen van eene perfoneele Commisfie, befiaande uie de Burgers Reprro fencanten de Leeuw, Storm en Hoitsma, mez verdoek van de Vergadering omtrent hetzelve van oasre conlideratien en advis te dienen.
En zal Extraét van dit Decreet met het Befluic, en de daarby behoorende (takken, worden gezonden aan den Burger Reprsefencauc de Leeuw, om te (trétken tot informatie.
I«



14 i APRIL 1800.
Is by refumtie gedelibereerd over het Rapport van de Burgers Reprjefentanten van Foreest, en verdere, by Decreet van den 5 8 Maart J.I., gecommitteerd zynde Leden, ten examen van een befluit van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den ij cevooren, genomen op eenige Requesten van ingezetenen zo in het voormalig Gewest Friesland^ als in den Lande van W alcheren\ en houdende hetzelve befluit eene autöfifatie op het Uitvoerend Bewind, om in zekere gevalien gunftig te mogen disponeeren, op verzoeken van zodanige gewnp-nde Burgers, welke zich ter goeder trouwe aan den Militairen denst hebben onttrokken.
Welk Rapport in de Notulen van den 26 Maart 11., is geïnfereerd.
En heeft de Vergadering zich met de conclufie van het voorfz. Rapport geconformeerd, en de onvervulde noodzaaklykhsid van hetzelve Befluic bereids op den iö Maart 1.1. bekragtigd zynde, als nu ten aanzien van hec Befluit zelve, ingevolge Art. 32. Liet. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd :
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgejteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd befluic, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , met nlle de Requesten by het Befluic gemeld, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een uffchrifc van hetzelve, in behoorlyke föfflia, aan de Eerfte Kamer.
Waarna de Prasfident de Vergadering fcheidt, en adjourneerc tot morgen op den middag.



C 15 )
GELTKHEID, V R T H E ƒ Dt BROEDERSCHAP.
Woensdag den 2 April i8ooé
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYH2IDs
P R JE, S I D E.
By onpasfelykheid van den Burger Reprsefentant H.Quesnel, den Burger Repraïfèntant C. Floren.
Tegenwoordig de Burgers ReprEefeneanten.
J. A. Krieger. D. C. de Leeuw. S van Hoogflraten. J. Lublink de Jonge. L. J. Vitringa, M. Siderius. C van Lennep. J. Tomas. K. Havens. G. J. G. Bacot. D Hoittma. N. van Foreest. J. S. Wentholt.
den Burger Reprsefentant
J. de Joncheere. £. Storm. H. Hogewal. J. Cramer. F. Govers. H. van Andel. B. ten Pol. J. Busch. J. van Rees. W. C. de Crane. P. Linthorst.
ABSENT.
Met pennisfie.
J. H. Siccama. J. C. Druman. A. Ploos van AmftttL
Wegens ziekte.
ti. Qjiesnel.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn gerefumeerd en gearresteerd.
B ia



16
s APRIL 1800;
Is geleezen een Extract uit het Register der Beflui» ten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1 April laatstleden; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van den Hove van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, dat mede alhier geleezen is, op de Requeste van Hardeman de Meyer en Joost de Meyer, verzogt hebbende dat'thet Vertegenwoordigend Lichaam mogte behagen , de tegen der Supplianten Broeder Jan de Meyer bepaalde ftraf van bannisfement te willen herroepen, en alzo aan denzelven verleenen rappel van ban, pro Deo.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
j3 Is geleezen eene Misfive van Prafident en Raa„ den in den Hove van--Juftitie over de voormalige „ Gewesten Holland en Zeeland, gefchreeven alhier „ den 28 Maart 1.1.; houdende, ingevolge van, en „ ter voldoening aan het Decreet, van den -16 der gem. „ maand, derzei ver eonfideratien en advis, op de Reques„ te van Hardeman de Meyer en Joost de Meyer,Bar' „ gers en Inwooners der Stad Dordreeht; daarby ver3, zogt hebbende, dat 't het Vertegenwoordigend Li„ chaam mogte behaagen, de tegen der Supplianten „ Broeder Jan de Meyer bepaalde ftraf van bannisfe„ ment te willen herroepen, en alzo aan denselven ,, verleenen rappel van ban pro Deo.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat ten dien„ fte der Juflitie, nopens hec onderhavig verzoek, eene „ fpoedige dispofitie behoort te worden genomen, „ heeft de Vergadering verklaard, dat 'er ïs onver'
wylde noodzaaklykheid,
En



—
s APRIL 1800, 17
En gedelibereerd zynde over de verklaring van on* verwylde noodzaaklykheid^ in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd :
De Tweede Kamer, overweegende dat deredenen, door de Eerfte Kamer bygebragt , voldoende zyn , bekragtigt de verklaaring van onverwylde nood' zaïklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende:
„ En voords, conform het advis van den boven„ gem. Hove van Jultitie, daadeiyk beflooten, hetvon-
nis van de Kamer Judicieel der Stad Dordrecht en „ de Merwede, in dato 7 April 1770, tegen den „ voorn. Jan de Meyer geweezen, voor zo verre hec „ bannislemenc betreft, mids deezen te furcheeren, „ zo lange by in den ftaat van zinneloosheid, waarin „ hy tegenwoordig ongelukkiglyk verfeert, zal ver„ blyven, mids dezelve Jan de Meyer, gaduurende „ dien tyd, ten kofte van de bovengem. Supplianten „ worde geplaatst en bewaard ineen Verbeter- of Zin„ neloosheid, binnen het voormalig Gewest Holland,
en alzo blyve onder het toezicht van voorfz. Kamer „ Judicieel der Stad Dordrecht en de Merwede, en „ mids.de meergem. Jan de Meyer, zo dra hy van „ zyne zinneloosheid mogte zyn herfteld, gehouden „ en verplicht zyn, om aan het hem opgelegde ban, „ nisfement te voldoen.
„ Zullende hec Decreet, deswegens te nemen, aan „ de voormelde Supplianten gratis en pro Deo wor„ den uitgereikt
„ En zal Extraét deezes, met byvoeging van „ de voorfchreeve Requeste en Bylagen,^ in orU „ ginali, worden gezonden aan het Uitvoerend BeBa SJ wind



i8 ï APRIL 1800,
33 wind der Bataaffche Republiek, ten einde hiervan
„ de Kamer Judicieel der Stad Dordrecht ea de Mer-
„ wede te informeeren.
„ Zullende dit Befluit, overëenkomflig het 60 Art. der Staatsregeling, ter bekragtigirtg worden
„ gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens voorn. Misfive en Requeste/» originali, pro De».
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 3a Litt. e van het Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor ge field Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet..
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 6). der Staatsregeling, mee de Requeste en Bylagen, onverwyid worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchriftvan hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks , van 28 Maart LL; genomen, na gehoord te hebben het bericht, de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat meede alhier geleezen is , op de Requeste van de Dorps-Armvoogden te Oldeborn, verzogt hebbende reftitutie van de van wegens gemelde Armen in de Jaareri 1795 en 1796 voorgefchoten, en ten Requelte vermelde Penningen.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud.
„ By refuratie gedelibereerd zynde, over eene Mis„ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re-
„ pu-



a APRIL 1800;
i9
„ publiek, gefchreeven alhier, den 17 Maart 1. I., „ fub No. ||, en den 9.0 daaraanvolgende, ter deezer , Vergadering geleezen ; houdende, ingevolge van „ en ter voldoening aan hec Decreet van den 25 „ Febr. te vooren, deszelfs bericht, eonfideratien en
advis, op de Requefte van de Dorps - Armvoogden „ te Oldeborn', daarby verzogc hebbende, dat aan „ hun mogte worden gerefticueerd, de van wegensge„ melde Armen in de Jaaren 1795 en 1796, op last „ der toenmalige Reprsefencanten van hec Volk van „ Friesland, aan den Lande voorgefchotene Pennin,j gen , ten Requefte vermeld.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Mis* „ 11 ve op den 24 deezer en heden gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, conform hec advis, be floot en, n het verzoek, by voorfz. Requefte gedaan, by deeM zen te accordeeren, en dien volgens hec Uitvoerend „ Bewind te autorifeeren, om de Financieele Com»
misfie over hec voormalig Gewest Friesland te qua„ lificeeren, om aan bovengemelde Dorps Armvoog„ den te doen uitbetaalen, de aan den Lande voor„ gefchotene en ten Requefte gemelde één duizend „ agt honderd en agt Guldens, benevens de daarop „ verfcheenen inceresfen, mee intrekking echter van
de daar voor afgegeeven Obligatien.
„ En zal Extraét deezes, met byvoeging van voorfz. ,, Requefte en Bylagen, in originali, worden ge,, zonden aan hec Uitvoerend Bewind.
„ En gelyk Extraét aan Commisfarisièn tot de Na„ tionaaie Rekeningen, toe derzelver informatie en na« „ richt.
„ Zullende dit Befluic , ingevolge Arcicul 60 „ der Staatsregeling, eer bekrachtiging worden gezonden aan de Tweede Kamer van hec VertegenB 3 „ woor-



» APRIL 1800.
s, woordigend Lichaam, met en benevens voorfz. Misfive en Requeste, in originali.'"
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag den 5 April eerstkomenden.
En voorts gedecreteerd, dezelve inmiddels te Hellen in handen van de Burgers Reprefentanten Siderius, Cramer en Baeot, om daaromtrent der Vergadering te dienen van derzelver eonfideratien en advis.
Zullende Extract van die Decreet, met alle de daar toe behoorende Stukken, worden gezonden aan den Burger Repraifentant Siderius, tot informatie, (zon* der refumtie.")
Is geleezen een Extraét uit het Register derBefluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1 April 1.1.; genoomen, na gehoord te hebben de confide, raden en het advis van het Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van J. C. van Hoorn, verzogt hebbende, dat het Collegium Medicum Pharmaceuticum alhier in den Haag,mog te worde gelast tot het afneemenvan Aes Requeltrancs Examen als Apothecar.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, overeeneMis„ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche „ Republiek, gefchreeven alhier den 21 Maart 1.1., lub No x\j, en den 25 daaraanvolgende ter deezer Vergadering geleezen; houdende, ingevolge van, 5, en ter voldoening aan het Decreet van den 11 der s, gemelde Maand, deszelfs eonfideratien en advis, op



% APRIL i8oo.
KI
„ de Requefte van Jan Cornelis van Hoorn, geboo„ ren binnen de Stad Delft; daarby verzogt hebben„ de, dat hec Collegium Medicum Pharmaceuticum, „ alhier in den Haag, mogte worden gelast tot hec „ afneemen van des Requeftrants examen als Apothe-
car, ten einde ais zodanig te kunnen fungeeren.
„ En de tweede en derde leezing van voorfchree,, ve Misfive op den 28 Maarc en heden gefchiedzyn„ de, heefc de Vergadering, conform hec advis van „ bovengemeld Bewind, bejlooten, des voorn. Re-
queftrants verzoek by deezen te accordeeren, en „ dien volgende hec Uitvoerend Bewind te autorifee„ ren, om hec Collegium Medicum Pharmaceuti„ cum alhier, te gelaften, om van den Requeftranc „ het examen als Apothecar af te neemen, ten einde
om vervolgens alhier als zodanig te kunnen fungee99 ren.
„ En zal Extraét deezes worden gezonden aan hec „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, toe j, informatie.
„ Zullende die Befluic, overeenkomftig hec 60 „ Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer van hec „ Veitegenwoordigend Lichaam, mee en benevens „ de voorzegde Misfive en Requeftej, in originali."
En daar de drie leezïngen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stuk* ken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag den 5 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit hec Register der Befluïten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des üacaaffchen Volks, van den 28 Maart B 4 l 1.;



32 s APRIL i8o3.
I. 1.; genoomen, na gehoord te hebben het bericht van het Departern. Beduur van de Eems, als mede het Rapport van eene perfoneele Commisfie, die beide mede alhier geleezen zyn, op deRequeftevan het Hervormd Kerkgenootfchap te PFoldendorp, verzogt hebbende, om by de Staatsregeling te worden gemaintineerd, en dat de aanftelling van H. Epkes, ftrydig met dezelve verklaard , en de keuze, door 'c gemeld Kerkgenootfchap gedaan , geapprobeerd mogte worden &c, Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over het Rapport van de Burgers Reprefentanten Steyn Parvé, „ en verdere, Gecommitteerden, by Decreet van den „ 18 February UK, ten examen van eene Misfive van „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, van den 14 te vooren, fub No. daar nevens, „ ingevolge Decreet van den 23 O&ober des afgeio„ pen Jaars, overgelegd hebbende het bericht van het „ Departementaal Beftuur van de Eems, door den ^ Agent van Inwendige Policie gerequireerd, op de „ Requeste van het Hervormd Kerkgenootfchap te „ Woldendorp, daarby verzogt hebbende, om by de „ Staatsregeling te mogen worden gemaintineerd, en „ dat de aanftelling van HajaEpkes, ftrydig met dezelve verklaard, en de keuze, door 't gemelde „ Kerkgenootfchap gedaan, geapprobeerd mogte wor„ den , of, by eene Wet-bepaald, door wien de ver,, kiezing van Ketkelyke Ambtenaaren behoord te gefchieden. 6 „ En zynde het voorfz. Rapport op den 14 Maart „ laatstleden alhier ter Vergadering uitgebragt, en „ in de Notulen van dien dag geïnfereerd. „ En de tweede en derde leezing van hetzelve,
» °P



a APRIL 1800. &3
„ op den 24 daaraanvolgende en heden gefchied zyn,, de, heelt de Vergadering, zich met het daarby „ voorgeflaagen Concept - Befluic conformeerende , „ mee weglaating echter van eenige woorden in heï laatfle conderans, ook aldus befloten.
,, De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebbende „ hec Rapporc eener Perfoneele Commisfie, in 9J welker handen, by Decreec van den 18 February SJ laatstleden was gefield, eene Misfive van het Uitn voerend Bewind der Bataaffche Republiek, geJ5 fchreeven alhier, den 14 bevoorens, fub No. n daar nevens, ingevolge Decreec van den 23 Oéto„ ber des afgelopen Jaars, overleggende hec bericht, „ van het Departementaal Belluur van de Eems% J5 door den Agent van Inwendige Poiicie gerequireerd, n op de Requeste van hec Hervormd Kerkgenootfchap n te PFoldendorp, daarby verzogt hebbende, om by J5 de Staatsregeling te worden gemaintineerd, en dat J5 de aanftelling van Ha ja Epkes, ft.ydig mee de„ zelve verklaard, en de keuze door het gemelde „ Kerkgenootfchap gedaan, geapprobeerd moge won. „ den, of by een Wet bepaald, door wien de ver„ kiezing van Kerkelyke Ambcenaaren behoord ce ge„ fchieden.
y „ En in aanmerking neemende, dat, ingevolge „ Publicatie van den 11 Oélober 1795?, hec Hervormd „ Kerkgenootfchap in hec ongefloorde bezit van hec „ Plaatfelyk Kerkgebouw en Fastory behoord te blyj, ven.
„ Overweegende, dat midsdien aan hetzelve priva-, „ tive de beheering en adminifh atie deswegens com5, peteerd.
B 5 53



s4
% APRIL 1800.
„ Overweegende wyders, dac volgens Decreet „ van hec Vertegenwoordigend Lichaam, in dato 30 „ November 1798, de refpeftive Kerkgenoocfchapn pen,.met opzicht toe de beheering en eigendom ,s der Kerkgebouwen en Pasioryhuizen der voormaals „ Heerfchende Kerk, uit geene andere Leden kun,, nen beftaan, dan uit zodanigen, welken Ëurgeriyk v gedomicilieerd zyn in die Stad, Dorp of Plaats,
alwaar dusdanige Gebouwen gevonden worden.
,s Overweegende, dat de ten Requeste gemelde ,3 Mevrouw Wychel 7 als niet deelgenoote, geen in., vloed, veel min eenige aanftelling van Kerkvoog„ den in het onderhavige geval kan uitoeffenen.
3, Befluit:
„ Dat zal worden verklaard, zo als verklaard wordt „ by en mits deeze, dac de aanftelling van Roelof „ Pieter s, tot Kerkvoogd te Woldendorp, op den ,1 6 February 1799, door het Hervormd Kerkge-
nootfehap gedaan, wordt geapprobeerd; mitsgas, ders, dat de aanftelling van Haja Epkes, tot ,5 evengemelden Post, op den 8 dier maand, door „ Mevrouw Wychel, als ftrydig tegens de Staatsre„ geling, en daarop gebafeerde Publicatie en De„ creecen, is kragtelocs en van onwaarde; en einde-
lyk, dat omtrent het laatfte gedeelte des verzoeks, 5, omtrent de bepaaling by eene Wet, door wie de
keuze van de Kerkclyke Ambtenaaren, overeenv komftig den geesc der Staatsregeling, zal behooren „ te gefchieden, zulks, op grond van het geallei% gueerde ten deeze, aan de dispoficie van ieder x\ Ke-rkgenootfchap wordt overgeiaaten.
En zal hier van by Excradt deezes, aan hec
« Uit»



a April 1800; as
93 Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek fy worden Kennis gegeeven, zo tot deszelfs infor„ marie, als oiii daaraan de nodige executie te geh ven«
„ Zullende dit Befluit, overeenkomflig het 6a „ Articul der Staatsregeling aan de Tweede Ka. „ mer ter fanctie worden gezonden, met en be„ nevens het in deezen uitgebragt Rapport, en alle 5, de daar toe relative Stukken, alles in originali"
En daar de drie leezingen by de Eer/Ie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken, by deeze Vergadering bepaald, op Sacufdag den 5 April eerstkomenden.
Is gelezen een Extraét uit het Register der Beflui* ten van de Eerfte Kamer, van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van dert 'zSfteri Maart 1.1.; genomen, na gehoord ce hebben het Rap. port van eene Perfoneele Commisfie i dat meedé alhier geleezen is, houdende de beflisfing, wegens dé ontftaane gefchiüen t over de naasting van het Kerkge-, bouw te Wouw.
Welk befluic is van den volgenden inhoud:
„ By ïefumtit gedelibereerd zynde over hec Rapu „ port van de Burgers Reprtefentanten Steyn Parvê± 55 en verdere, by Decreeten van den ioDec. i> 9 January en 15 November des afgeloopen Jaars* „ Gecommitteerden , ten examen :
Vcbt eerst: van eene Misfive van de Municipaliceic „ van Wouw, Lande van Bergen op den Zoom, daar„ by overgezonden hebbende alle de Hukken,- becrek„ lyk het Kerkgebouw ter voorzegder Plaatfe; en B 6 # voorts?



3ê a APRIL 1800.
J5 voorts verzogt, dat, terwyl tusfchen de respeétive „ Kerkgenootfchappen dier Gemeente geen vergeJyk „ is kunnen getroffen worden, de beflisfing dien aan„ gaande door het Vertegenwoordigend Lichaam.
„ Ten tweeden: van de Requeste van J. J. San-' „ dcrs en anderen , alle Gecommitteerden van hec „ Roomsch Catholyke Kerkgenootfchap te Wouw „ voorn.; verzogt hebbende, om, ten fpoedigften, „ in het bezit en gebruik te worden gefteld der Kerk, „ cum annexis, ter voorfz, Plaatfe itaande; en
,, Ten derden: van de Requerte van J. P. van El* „ jakker en anderen , alle Ingezetenen van Wouw
voornoemd; verzogt hebbende, dat nopens voor„ zegde zaak eene fpoedige dispolitie mogte worden
genoomen.
„ En zynde hetzelve Rapport den 14 deezer alhier „ ter deezer Vergadering uitgebragt, en in de Notu» „ len van dien dag geïnfereerd.
„ En de tweede en derde lezing van hetzelve „ op den 24 daaraanvolgende en heden gefchied zyn.
de, heeft de Vergadering, zich met het daar hy „ voorgeflagen Conceptbefluit conformeerende, met
weglaating echter van de laatfte periode, ook aldus
bef looien:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de hét Rapport eener perfoneele Commisfie, in ,, wier handen om ctcfideratien en advis zjn gefield ,, drie onderfcheidene/idresfen, zo van de JViunicipaJ5 liteit, als van Gecommicteerdens des Roomfchen „ Kerkgenootfchaps van Wouw, Lande van Bergen
up den Zoom, ten geleide van ailede flukken,üe„ uekijk het PJaatfeiyk Kerkgebouw aldaar.
«„ Ea



s APRIL j8ooi a?
En overweegende, dat niet gebleeken nog gefus„ tineerd zynde, dat her. Kerkgebouw te IVouw uit de „ afzonderiyke Kas der Hervormde Gemeente zoude „ zyn aangebouwd, en mids dien is vallende indetermen van den rïdeder additioneele Art. van de Staats. „ regeling, welke aan 'c Plaacfeiyk Beftuur overlaat, ,, om deswegens tusfchen de respeétive Kerkgenoot„ fchappen een vergelyk te treffen.
„ Overweegende, dat, wanneer zodanig vergelyk J5 niet kan worden getroffen, gelyk zulks ten deezen „ plaats heeft, het Vertegenwoordigend Lichaam be„ hoort te beflisfen, volgens de Staatsregeling.
Overweegende, dac hetRoomsch CatholykKerkgenootfchap te Wouw, sis verrede meerderheid van • Zielen hebbende, tot de voorkeuze en naairing is J5 getechtigd.
„ Overweegende eindclyk, dat de bedenkingen der ,, Hervormden tegen het Plan van Schikking aange„ voerd, niet van dien aart en gewigt zyn, dat hetzel» „ ve, uitdien hoofde, geheel zoude behooren te wor« „ den afgekeurd.
„ Befluit:
„ Dat drie maanden, na dat het in deezen gevallen „ Decreet ter kennïsfe van de belanghebbende Kerk„ genootfchappen zal zyn gebragc, (of wel zo veel „ vroeger of laater, als parthyen onderling zouden „ mogen convenieeren,) het voorfz. Kerkgebouw, „ als door het Roomsch Catholyk Kerkgenootfchap „ welen wettig zynde genaast, met den hoogcn Autaar, ,, Predik en andere Gefloekens, zal overgaan aan, ,, en ten allen tyde verblyven onder de bezitting, ba„ heering en het fpeciaal onderhoud van Jaacscgemelde ,, Kerkgenootfchap, alles op den voet by hetóde der £ 7 „ addi-



as s APRIL 1800,
additioneele Articulen vascgefteld, en zulks onder de navolgende bepaalingen:
„ 1.) Hec Kerkgebouw met den aankleeve vart „ dien j midsgaders den bogen Autaar, Pre„ dik-en andere Geftoelcens, getauxeerdzyn„ de op eene fomma van ƒ 00,205, zal hec „ Roomsch aan hec Gereformeerd Kerkge„ nootfchap, in de proportie van 2622 tegen rt 44 hielen, gehouden zyn uittekeeren zoda„ nig gedeelte van die fomma, als aan hetzelve „ in evengemelde evenredigheid competeert, ,, en wel dadelyk in ééns, by de aanvaarding ,, van het Kerkgebouw.
0 2.) De Kerkelyke Goederen en Fondfen zullen ,, alvorens worden berekend en gecauxeerd, op „ den voet, en in conformiteic van het De„ creec des Vertegenwoordigenden Lichaams, „ van den 14 February 1799, waarvan, zo „ veel nodig, Copie,- nevens hec in deezen te „ neemen Decreec zal worden gevoegd, en zal „ de lom van hec geheel tauxaac dier Goede. „ ren en Fondfen, na aftrek der lallen, die al „ mede, ingevolge hetzelve Decreet, zal moeten gefchieden,enalzo ook diederuitkeering „ daar mede niet minder ook hec eventueel voordeeiig flot der Kerkrekeningen moeten wor„ den verhoogd, zo als blyken zal te behoo,, ren; zullende de uitkeering ook hier van, „ in gelyke proportie als voorgem., dadelyk „ by den afftand en in eens moeten worden ge„ daan.
»• sO ^et Kerkhof zal, na gedaane tauxatie, in,, dien zulks nog niet gefchied mogt zyn, me„ de tegen proportioneele uitkeering aan het „ naaftend Kerkgenootfchap' overgaan; doch
dien



a APRIL 180©.
„ dien onverminderd moeten bly^en dienen toe „ eene algemeene Begraafplaats, op zodanigen,
voet, als tot dusverre heeft plaats gehadj, „ en behoudens het recht der Eigenaars , om„ trent' particuliere Begraafplaatfen op hetzela ve> terwyl, voor zo ver'er in de Kerk ook „ zodanige mogten gevonden worden, dezei„ ve zullen blyven in eigendom en gebruik der
wettige Eigenaars, welke daar van, zonder „ hunne toeftemming, niet zullen mogen wor^s 9, den ontzet, ten zy de noodzaaklykheid „ door het Vertegenwoordigend Lichaam er,, kend, zulks mogte vorderen, en door eene
nadere wet of dispolitie daaromtrent zal we». „ zen voorzien. 4°) 95 Nog eeniSe Baaien of Schulden, behalven „ die by hec Plan van Schikking reeds zyn 5J opgegeevén, naderhand bevonden worden„ de, zal deswegens gelyke befchikking, als ,y omtrent de reeds opgegeevene, tenopzich. „ te der tauxatie en verdeeling, tusfehen de „ refpeétive Kerkgenootfchappen moecen plaats „ hebben.
'„ Wordende dezelve eindelyk gelasc, zich naar „ den inhoud deezes, en de alzo gemaakte beilisGng
van hec Vertegenwoordigend Lichaam ftiptelyk te t£ gedragen.
„ En zal Extraét deezes worden gezonden aan „ het voorn. Uitvoerend Bewind der Bataaffche „ Republiek, ten einde hier aan de nodige execuJ5 tie te geeven.
„ Zullende dit Befluic, ingevolge het 6o Art* „ der Staatsregeling, ter fanétie worden gezonden, J5 aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend
» Lii



'io a APRIL iSoo.
;3 Lichaam des Bataaffchen Volks, met en benevens het in deezen uitgebragt Rapport en «ie ïfr&ken daartoe relatif, alies in originali.'"
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag den 5 April eerstkomenden.
De Burger Reprrefentant Lublink de Jonge, en verdere, by Decreet van den a3 February 1,1., gecommitteerd zynde Leden, ten examen van een befluic van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 21 February ].!., houdende eene [nftrudie voor den Raad der Afiacifche Bezittingen en Etablisfementen.
Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport:
Fiat infertlo. (*~)
En is goedgevonden, hec voorfz. Rapport te doen drukken en aan de Leden te distribueeren, en is hec zelve voorts agt dagen na de distributie gefield aan de orde van den dag.
En zal Extract van dit Decreet, met het voorn. Rapport, worden gezonden aan den Burger Reprajfentant Siderïus, als aan het hoofd der Commune tot de zaaken der Drukkery, tot informatie.
Is by refumtie gedelibereerd over het Rapport van
de
C) Zit de Byfaag.



a APRIL 1800. 31
de Burgers Reprcefentanten van Rees, en verdere, by Decreet van den 27 Augustus 1799, gecommitteerd zynde Leden, ten examen van een befluic van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 15 derzeive maand, houdende eene toelage van fchadevergoeding voor de Ingezetenen der Sreden, Dorpen en Juris. dictie van de Willemft'ad, Fynaart en Heyningen, voor geledene Oorlogsrampen en fchadens, in dejaaren 1793, 1794. en 1795.
En zynde hetzelve Rapport den 26 Maart 1.1; ter deezer Vergadering uitgebragt, en in de Notulen van dien dag geïnfereerd.
En heeft de Vergadering zich met de conclufie van hec voorfz. Rapporc geconformeerd, en de derdelee • zing van hec bovengemelde befluic op den 27 Augustus 1. i. gefchied zynde, als nu ten aanzien van hetzelve, ingevolge Art. 32. Lit. e. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteldBe* (luit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Arcicul 69 der Scaacsregeling, onverwyld, worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer.
De Burgers Reprajfentanten Linthorst, en verdere, by Decreet van den 12 February 1.1., gecommitteerd zynde Leden, ten examen van een befluit van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 7 February I.I., waarby dezelve heefc verklaard, te perfifleeren by haar befluic van den 9 April 1799, becrekkelyk het verkoopen
der



3a
s APRIL 1800.
der Domein-Goederen van de gewieezen Gewesten.
Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport:
BURGERS REPRESENTANTEN!
Het behaagde Ulieden by Befluit van den 12 February 11. te flellen in handen van uwe Medeleden de Burgers Siccama, van Hoogftraten en den Spreeker een Belluit, by de Eerfte Kamer den 7 te vooren genomen, waarby die Kamer perfifteert by derzelver Befluit van 9 April 1799, betreklyk het verkoopen van Domeingoederen van de gewezene Gewesten, en alzo niet berust in de re« den van weigering , door deeze Kamer, by Befluit van den 23 January deezes Jaars, aan haar ingezonden,ten einde daarop der Vergadering te dienen van hunne eonfideratien en advis.
Deeze zaak nu reeds van ï8 Oftober 1798 , wanneer door den Burger Reprasfentant Verbeek het voordel tot de verkoop in de Eerfte Kamer gedaan, is aanhangig, zal uwe Commisfie met een woord aan het geheugen hernieuwen , om zich vervolgens in het voldoen aan den haar opgelegden last des te beter te doen verdaan.
Het za even gementioneerde Voordel, ten zeiven dage by de Eerfte Kamer in handen uwer Perfoneele Commisfie gefield zynde , hadt ten gevolde, dat op dienzelven Voordragt by die Kamer den 9 April wieid genomen het navolgend Befluit:
„ Dat alle zodanige Landeryen, Bosfchen en Huizen, behoorende tot de Domeingoederen van het Bataaffche Volk , welke niet ten behoeve en gebruike
„ van den Staat moeten blyven geconferveerd, fuccesfivelyk in kleine Perceelen, publiek aan de meest-
M biedende zullen worden ve kogt.
I „ Dat het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu-
•„ bliek, zo ras mogelyk, aan het Vertegenwoordigend
m Li-



3 APRIL 1800.
33
I Lichaam zal voordragen de wyzen , op welken, en de I ,, tyd wanneer; als mede, welke Perceelen daarvan nog I „ geduurende den loop van dit Jaar, in veiling zullen I „ kunnen worden gebragt, en daarmede Jaarlyks en elk „ Jaar zal continueercn ; ref rveerende ■het Ver.'
tegenwoordigenJ Lichaam aan zich, om ten aanzien ,, van her gebruik der Penningen, van deezeverkogte Goederen provenieerenie, zodanige nadere dispofuie „ te ntemen, als hetzelve zal nodig oordeelen tebehooren."
Dit Befluit Commisforiaal gemaakt , is by Rapport van 16 January deezes Jaars, door de Commisfie een Decreet van weigering voorgedragen, waarmede de Kamer zich, na gehoudtn deliberatien , op den 23 daaraanvolgende heeft vereenigd, en alzo het Befluit van de Eerfte Kamer onbekragtigd terug gezonden, op gronden :
1. Dat de generaale benaaming van Land ryen, eenige meerde» e bepaalingen vereischte, zo van derzslver foort als plaatfen van ligging.
2. Dat het nog geen tyd fchynt om aan die verkoop te beginnen , maar beter was te wachten , tot na den
,, Vreede, en het in te voeren Stelfel van Belasting.
3. ,, Dat 'er by dit Befluit niet bepaald word, welk ,, gebruik van de daar uit te provenieeren Penningen zal
worden gemaakt. — En
4. „ Dat de Periode van te doene Vcordra^t tweeder„ ley uitlegging fchynt te kunnen veelen, en dus voor „ explicatie vatbaar is."
Het alzo onbekragtigd Befluit by de Ee/fte Ka-ner terug gekomen zynde en in handen van dezelve Commisfia gefield , heeft die Commiffie voor het oor der Vergadering de redenen van weigering wederlegd, en de Kamer, na dezelve in overweeging genoomcn te hsbben, zich daarmede vereenigd, en geperfideerd by haar Be* ! fluit van den 9 April, opzigtens deeze zaak genomen, op gronden:
(Infertie van de wederlegging op de vier redenen van weigering.)
Het onderwerp van overweeging door de verfchilletn"^
ge-



34
a APRIL 1800.
gevoelens der Kaner in deezen (laat gebrast, zullen uwe Gecommitteerden zich a-ileen bepaalen to: dat gedeelte dat nog eenige vereffening fchynt te behaeven.
De noodzaaklykheid van den Verkoop dier Goederen , die het Gcmeene Land ontbeeren kan , is volkomen toegedaan , en de verfchillende denkbeelden over en omtrent die gedeeltens die behooren te worden geconferveerd, kunnen, wanneer dezelve ter verkoop zullen worden voorgedragen, dan nog in het midden gebragt, en van de Lyst der te verkoopeue Goederen worden geroyeerd.
Zo dat de zwaarigheid die by deeze Kamer omtrent dit gedeelte gerefideerd heeft , daar voor (vermeenen uwe Gecommitteerden te mogen zeggen) is uit den weg geruimd.
Dan de tyd die als gefchikt tot deezen Verkoop moet worden gereekend, en waaromtren-1 de denkbeelden zo veel verfchillen als denkbeelden verfchillen kunnen, is alleen tot opruiming bygebragt, dat men de waarde der te verkoopene Goederen zal bepaalen , en wanneer dezelve zo veel niet zullen kunnen opbrengen, de verkoop ophouden.
Uwe Gecommitteerden willen wel erkennen dat daar door kan worden voorgekomen, dat 's Lands Goederen niet worden weggefchonken, maar zyn tevens overtuigd, dat het de denkbeeldige waarde der Goederen (die iu de meeste Koopen geraadpleegd wordt,) verminderd, zo dra als het opgehouden moet worden. — waarom zy zig in particuliere gevallen daar niet aan zouden blootftellen; doch daar het opgehouden Perceel of ft.uk goed, des noods ook onverkogt en aan den Lande verblyven kan, is hier de zwaarigheid minder, voor het minfte is dezelve niet van dat gewigt, om daarom geheel den verkoop agter te laaten, dat by verdere weigering om het Befluit van de Eerfte Kamer te bekragtigen, het gevolg zoude zyn.
In de derde plaats moeten uwe Gecommitteerden aan» meiken, dat hoe zeer het wenfchelyk was, dat men de geideu, uit deeze verkoop fpruitende , konde afzonderen en bepaalen tot inkoop van voor den Lande drukkende Effecten , of voldoening van wettige en verouderde
Schul-



a APRIL 1800.
35
Schulden, aan daar door ongelukkig geworden Ingezetenen enz.
Het intusfc'ien aan den anderen kant onzeker is, of zodanige dispofitie kaa worden naargekomen, waarom ook uwe Gecommitteerden vermeenen, dat men dit aan het gevoelen van de Jlerfte Kamer moet toegeven , en 'er zeker in den tyd, de besteen meeste convenable dispolïtiën over «ieeze gelden zullen kunnen worden genomen, zonder aan de beste intentie eenige attainte toe te brengen.
Eindelyk is ook door de Eerfte Kamer opgeruimd, de vierde reden van weigering , en in de door het Uitvoerend Bewind te doene voordragt, kan alles nader worden garemarqueerd.
Het is uwe Gecommitteerden dus voorgekomen, dat, gelyk zy de eer hadden te reflefteeten , het nog overgebleeven verfchil alleen beftaat, in de tydsbepaaiing; en dan neemen zy de vryheid te herhaalen, het geen door hun is geavanceerd, dar daar 'er te verkiezen valt, verkoop op deeze wyze of geen verkoop, zy rot het eerlte moesten overhellen; al waarom zy zich verplat gevoelen Ulieden te advil'eeren, met vernietiging van Uiicder Decreet , van den 23 January, in deezen genomen , tot de bekragtiging van het beflnit, by de Eerfte Kamer, betrekkelyk het verkoopen der Domein-Goederen van de voormalige Gewesten, genomen.
Onderwerpende &c
P. Linthorst.
S van hoogftraaten.
Den Burger Siccama met verlof abfent zynde, heeft dit Rapport niet kunnen mede onderteekenen, doch met het gevoelen zich vereenigd,
Waarop gelibereerd zynde, engebleeken, datgeene twee derden van de aanwezende Leden zich tegens



%6 2 APRIL 1800.
de conclufie van hec Rapporc cot bekragtiging van hetzelve befluic verklaard hebben, heeft de Vergadering zich met die conclufie geconformeerd, haar Decreet van weigering, van den 23 January vernietigd, en ingevolge Art. 32. Leer. e. van het Reglement 13. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyid worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Ka tner,
Waa rna de Prajfident de Vergadering fcheidc, en adjourneerc tot morgen op den middag.



C i )
QELTKHEID, VRTHEID% BROEDERSCHAP.
ExtraSI uit het Register der
Decreeten van de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks.
Woensdag den 2. April i8ooa Het zesde jaar der Bataaffche Vryheid,
De Burger Reprcefentanc Lublink de Jonge, en verdere, by Decreet van den 28. February laatstleden , Gecommitteerd zynde Leden, ter Examen van een Befluit van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 21. February laatstleden, houdende eene Inftruclie voor den Raad der Afiatifche Bezittingen en Etablisfementen, hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport.
(Eiat wfertio.y
En is goedgevonden , hetzelve te doen Drukken , en aan de Leden te 'distribueeren, En is hetzelve agt dagen na de distributie, gefield aan de order van den dag.
Zullende ExtracT: van dit Decreet, met het voorn. Rapport worden gezonden aan den Burger Reprarfentant Siderius, als aan het hoofd van de Commisfie tot de zaaken der Drukkery , tot infbsmatie.
Accordeert met voorfz. Register A






- c ' v
BYLAGEw/ de Decreeten ratt den a. April 1800»
Burgers Representanten !
Uwe perfoneele Commisfie kwyt zich thans van den «Senden last, haar, by uwe Refolutie van den 28. Februarv deezes jaars opgelegd, om u wegens een Meflutt ^T^rliTKamer y van den 21. te vooren, behelzende £n Co&tStouftie voor den Raad der Afiatifche Berfnineen en Etablisfementen, te dienen van haar confidera én en advis; een last, BurgersRepratfentamen! waarvan uwe Commisfie al het gewigt gevoelde, «o to «y vï. «AM- d«i eeest brast, welke een aanzienlyke bron vïn ?Lanïs SLt hierin betrokken is; hoe veel invloed dezdve op den bloei van onzen Handel altoos gehad heeft en nog kan hebben; hoe veele Ingezetenen en Corïoratiën in ons Gemeeneb'est, eertyds in ïdeszelfs voorF lY^Wen ennu, helaas! het deerlyk verval daarvan SSto^S?', bovenal, hoe de thans gelegde gronden Sïe'uwè inrichting waarfchynlyk, over het gelukkif of rampzalig lot d°ièr belangryke Bezittingen en de wLaart van ons Vaderland dajruit voortvloeijende„ voor de toekomst zullen moeten beflisfen.
Het is waar, onze hoofdtaak is thans de Reyifie van hef on werp eenerlnftruftie, door het Uitvoerend Bewind met eenI meesterlyke hand gefchetst, en door een Commisfie van fcherpziende en naauwkeunge Leden der Eerfte
ï„'een vooroordeel verbluft te worden, uwe Commishe



C a, >
vkijen,.daar het toch alle derzelver JLeden alleen, om waarheid, om het, belang des Volks dat zy v7rie4rJ woordigen, te doen is. 3 vcm»eu
Üwe CommisiTe mag echter voor u niet ontveinzen' dat de èiéesten der bedenkingen, welke by haar in den beginne oprezen , door een nadere WehouwhVvan het geheel; en dc onderlinge vergelyking der verfcheide deelen, vry...veel van baar gewigt ..verboren. En eeen ■wonder :: ae verfcheide ^trekkingen toch van het he(W der Afiatifche Etablisfementen, LSfig" fchc.de zeer verlchillende oogpunten doen- beichouwen Immers, aan de édne zyde, een Lichaam, uit hoofde* van deszeife. zonderlingen oirfprong .en vestinging, berucht door een weêrgaêlooze vermenging van werkzaamheden en van magt; een Comptoir £ yk het Uitvoerend Bewind te recht aanmerkt, en te lelyk een Oorlogende Mogendheid; Subalterne Ambtenaren, met legislative magt voorzien j Diplomatie, Tustitie Politie en Mihtairgezadi, in de zelfde handen \-Z Aan de anoere zyde een Staatsregeling, op de heilige grond.7nflT ^dHykheid e» Vryheid, op volkomen Eénéft Ondeelbaarheid gegrond, geheel ongelykflagtig met den ganttchen geest van het Afiatisch Beftuurfzo we ZTnw de.Ind'èn> en» evenwel, een Staatsregeling, die nu het eenige fundament uitmaakt, en mag uitmaal ken, waarop het gantfche gebouw, van'dat Bewind Solt worden opgetrokken;-is het wel te verwonderen dat men .telkens .iets aantreft, waartegen , men opziet', het geen men wel anders zou wenfehen; doch dat ftraks weder word opgelost, opgewogen, door eeu SLvefl den,. we, indien wy die, eerst 'ontmoet hadden ons even zeer met zwarigheden zou benard, even zeèr tot gegronde bedenkingen aanleiding gegeven hebben? — enhet is, uit dien hoofde, Outegenlg^Jyk, dat men hier telkens het geheel, jaist in dien famenhang, " on_ derden-nooddwang van de gegeven bepaalde Inltanf'heden moet befchouwen. WJMitafe*
Zo deed het Uitvoerend Êewind; zo deed d- fö* Kamer,; en uwe perfoneele Commisfie, Burgers kebrekmanten! heeft, op dat geleide, &/vzorS^5^



[ 3 1
- „ mé ü tltitffi ntèt zd zeer over het .algetiieene k^^'^SlSèS^ia ovcreenkomttig met de
tóV^-^^eenige b^onderhedenhaare
fe^ff^^ülX^é Plaats, in aanmerking, het r En dan komt n de eer, e Wf»^^,^ In.
Seke-±Se?44"Si^i een voorwerp, hetgeen geZ6t^ omblondere attentie verdient, vermits het te meer ™%J85K£ m moeiiylc onderwerp, (gelyk
Pr'^nlsS d r Wr A» zegt) zich minder Itellig de Comfflisüe g«w - Wenlchen ert
Ar.^ in^ nde i; hetzelve geheel aan de !tt£S«KS Lichaam overgelaten; voor eel reden te meer, om dit voorlid deste
D- "SSS^Oost-Indifche Handel en Bezittingen, by welke ?U i? wordt dat dé Provintle of het Departement te liepaal cl wordt, aar ox u vervolg* altoos zal
^«''^ doene ^Vennï e°ri^ verzegd nlen vïn Goederen, aanbouw vaa
deetemerld medegevS in L rampen zyner MedebürgeÈn'nS^ehïï heeft uitgefchud; geen onpartydig beoo Eleï ZélS. Wy, Zal 'er gevonden worden, die met fleeler, zessc.r j, lot der Inwooiieren Van MV'W*/aangedann ,s ovei het ot rteri hoeWe) mi^
zo £gvan^allé bt*en, omrtandigh8den
. gïlnde" " S«u2s d& door de Staatsregel
bevinaen, vau .1 en'die het te wenfehen wa*
fc STX^S ito * |S



C 4 j
Staatsregeling, hiervoor op een iniïm <«i~ u i worde, fchaddoos gefield, Vh Ser h t o^°1S parten moge, die^onaangenaame aandoeni gen her on nieuw te mo :en verlevendigen, 'sLands uirg^SLXiS
S e Sor^V'noV otfS** ^'g'f'SWn
by de de.beranën over de fcbaevergoedine va ?\sLmS Ingezeten, door ie rampen van den: Oo log geleden in onze harten . ging mt welke tomelende* tongïn de meesten onza-«,E en zo veele andere harde B e fluiten bekracutigura. Maar toen moesten, gelyk nu gy h« gemis der Burgcry van Zee land, de'opwellingenwu om TOedelyden zwygen voor den gebiedenden toon ïa °n! «en phcht, ons door de Staatsregeling voorgeschreven Die Staatsregeling zegt toch duidelyk ,&en w"inSteS fte Artikel dat zy van de gewezen Óost-Indifche C pagme fpreekt, met zo veele woorden: „ De Sooven „ voormalsjan die Compagnie verleend, gffl „ nictrgct. — ftelhger, klaarer kan het niet worden Uitgedrukt; - en wat zyn het anders, da. "„Ik Oc rooyen, welke d,e m Malb urg reclaWrcnfo ,c I tusfchen is onzes oordeels, door cfe Co.mnis.ie da S fie Kamer xe recht aangemerkt , met bc.rekkïng lot de Refo utie van Hun Hoog Mog., Vil„ 24. December T70T Waarop ,ich die van Middelburg beroken, da , al S die Refolutie ook „og by ^ Nationaa/e feg^KS Verbindende kracht geweest, dit, na het aan 1 m n der Staatsregeling, is opgehouden; dat die StóaSSnl? Welke nu ten rlchtfhoer van het ge^jfflgff& moet yerftrekken, geheel iets anders is dan een Co.itraï hetwelk voorheen met de Stad van Middclbw-l wi«Ï3 aangegaan Hier komt by, dat andereltefSSS gelyke gronden, foortgelyke voorrechten zouden \ Za vorderen, waarvan wy allen de funeste gevold Waarften inzien en gevoelen; weshalven wy b? «ra VQonge drangredenen zullen herhaai.n, of die dóór S
van Middelburg niet kan worden geaccordeerd, „nu Ö %k .het «voelen va» üwfCjp^fe 0]!geve^
du



( $ )
dat,-door het laatfte additamcnt van het tweede Art. aan dje"'van Midlellurg en alïe zodanige Steden, welke meer of min in de zelfde omllandigbeden verfeeren . niks is toegedaan, wat zy immer van van de ruimde uiileggins der Staatsregeling konden verwagten; en wy vleijen ons ZQ veel te meer, dat het effect aan de bedoelde venvagtlng zal beantwoorden, als het zeker is , dat de verlprefding van algemeene welvaart, zeer wel met de oogmerken van het bellier der Afiatifche Bezittingen kan gep-uird ga.<n, en den Lande algemeen voordeel aanbrengen, vooral wanneer de Raad,.naar maate die minder aan letrerlyke voorfchriften gebonden is, te vryer naar de omltandigheden, en dus tot grooter nut kan handelen.
Wat het getal der Leden van den Raad betreft, is het gewisfelyk Uwe Commisfie mede voorgekomen, dat een arbeid, , zo wel voorheen, als thans nog door een merklyk grooter getal (waaronder indedaad ook werkzaame-mannen) verricht, te omflagtig is, om door zo weinige handen verrieht te worden; — doch hiertegen komt, aan den anderen kant, in aanmerking, dat, behalven de hoognoodige bezuiniging van 'sLands Kas, ook de tegenwoordige vervallen toeftand der gewezen Oost-Indifche Compagnie , minder werkzaamheden vordert, en dat het, bovendien,'by een wenfchclykc restitutie van onze ontnomen Bezittingen, of een gelukkige/ uitbreiding van den Afiatifchen Handel, altoos aan het Uitvoerend Bewind vryftaat zodanige voorllagen aan het Wetgevend Lichaam te doen , als de omftandigheden noodzaaklyk kunnen maaken, immers rot zo lans, dat by een reviiie der Staatsregeling, des noods, hierin door een grooter getal Leden kan worden voorzien , w.iarvan ivy alsdan de onvermydelyke noodzaaklykluid hartelyk durven wenfehen.
Van den zelfden aart is een [andere bedenking, dat, .volgens Art, 6. niet meer dan twee Leden van den Raad te gelyk afwezig mogen zyn, het geen echter, .-dom- een taevalligen famenloop van omfkiudighen , onmogelyk k*n worden, wanneer 'er naamelyk, ten zelfden tyde, dat \x een Commisfie by het Uitvoerend Bewind wordt gfffe» Q/iireerd, een andere, by voorbeeld, in Zalr.ndlsiu zyn, A 4 teil



C 4 j
êefl ander tly het invallen of expeolëeren van fcherjefi In leXel km vereischt worden; — alsmede, dat, «oigenS t jf-V9/ ' ie , dL'r dhe DePartementen,.naamelvk tot de Indiiche Zafikeu, tot den Koophandel en Zeevaart en tot dat van Finanticn, zal bdhan uit drie Leden;'tertvyl het immers van zeiven in de oogen valt ' dn- de werkzaamheden dier drie Hietfeheïde Departement», te Veroaazend veel van elkander verfchillen, om onder een gelyk getal van Ledeii verdeeld te moeten blyven- — doch op deeze tweevoudige bedenking moeten wv m •fleeïeereti, dat, ten opzichte van het eeriftb, de regel 1 nood breekt wet, is in het oog gehouden, doOÏJfietTbr* voegfel, ten zy dan dat de Raad zulk een ahfentie noodig oordeelt; en omtrent het tweede, willen wy gaarne met de Commisfie van de Eerfte Kamer vertrouwen, dat de Leden van den Raad elkander onderling, zo veel moge* lyk, het werk gemaklyk zullen maaken, en de een cf li anderen, 'sLands behing zulks vorderende, de behulpzame hand biedert*
In het ii. Art. vindt uwe Commisfie, ophttllot gewèg gemaakt van een CommcrcieComptoir van het Departement van koophandel en Zeevaart, dat met dc Commie'en ch verdere liedienden lot deMagazvnen binnen deReouhlkk , zal itaah onder deszelfs opzicht, (gelykluidend met het voorltel van het n. Art. in de Concept-Inlbuftie van het Uitvoerend Bewind). Van zulk een Commercie-Cornptoif vindt men nergens eenige andere meutie gemaakt, wasr* int me» deszelfs aart en werkzaamheden zou kunnen afleiden; ~~ misfehien is dit echter een benaaming, by het Eeitier oer Indiiche zaaken genoeg Lekend; tnisfetrert eene dier Sub:commisliën, waarvoor het gemelde Departement de beho'jrlyke fchikkingen, tot deszelfs meeste nut, zal maaken, en behoort dus meerder tot het Re'We* mcmairc, dan wel tot de Inflriiftie zelvej weshalven zich dus ook uwe Comn.isfie hierömtrenttot verdere sfimlff-rkir» gen onbevoegd rekent. Van meer gewist is zekerlyk het gerequifeerde in het i . -'dat cle ^'iad naamelyk aan 't Uitvoerend Bewind zal inzenden een naauwkeurige Lyst van de posten der iiooge Regeermg, en andere hoogere en laagere Ambte-
nai-



C 7 )
rfaaren in Indien, met byvoeging van derzelver werkzaamheden, thflë'menfen en emolüri|ehtèn; een wak, waa-» lyk., naai- het oordeel vair deskundigen, zo.moeilyk eri ömfl.ietig, dat men het, wysfclyk, onder geen nadere bepaaling, dan fiechts zo fpoedig docnlyk heeft gebragt; ma-u-ook een'voordragt omtrent de bepaaling, welke dér voorfehreven Posten, Ambten en Bedieningen, door het Uitvoerend Bewind, op voordragt van den Raad, wélke door den Raad zelve, en welke door den Gouverneur Generaal en de hooge Regeering in' het vervolg zullen worden begeeven. Indedaad, . wanneer men overweegt, het gewigtige van fommigèn dier posten, — her oogpunt, Xvaarüit men gewoon is dezelven , vooral onder de Indiaajien , te.befchouwen , — de misbruiken, die hieromtrent plegen plaats te hebben, — de nadéelige invloeden, die hieruit, zo voor de ondèrfcheide politieke als commerciëele betrekkingen kunnen ontftaan , — en de funeste gevolgen , die dit Voor het algemeen belang dier aanzienlyke Maatfchappy kan na zich ileepen,— dit alles meriteert gèwisfelyk de hoogde zorg Van het Wetgevend Lichaam; doch ook hier zal uwe Commisfie niet anticipeereu op onze toekomffige raadpleegingen, tot zo langde Raad naamelyk, volgens het zelfde Artikel, hieromtrent een gemotiveerde voordragt aan het Uitvoerend Bewind zal gedaan , en dat Bewind daarvan gebruik gemaakt hebben, in een nieuw Charter, volgens het voorfchrift van het 249. Art. der Staatsregeling; het geen alsdan aan het Vertegenwoordigend Lichaam ter bekrachtiging zal worden aangeboden. Uwe Commisfie, die van de byzondere ftrekking, vorm en ingrediënten Van zulk een Charterz'xah geen genoegzaam klaare denkbeelden kan vormen, dewyl haar niets gelyfcibortigs % ohze Diplomatie bekend is, zal ook, in ÓfWagiing van hetzelve, haar oordeel tot zo lang moeten opfchorten.
In liet Hot van. het 19. Art. wordt gelégd, rWfiiemand'uer Leden van den Raad, of derzelver Ministers én Bedienden, in cenige commerciëele betrekking zal mogen Haan, met de Ingezetenen der lndifche Bezi'tii'gen , n'o'fch zich als'deszelfs frecöuftituëcrde laaten'emploveereti, onverminderd — volgens een hater tiyvojgfel, ö^'pföpdtUi • -io// 1 A % vtv)



C 8 >
v.in!een' dëf Leden van feEerJle Kamer, —onverminderd ki$ geflatuterde in het 239. Art. der Staatsregeling. Dat Artikel zegt ondertusfchen reeds duidelyk, dat de Leden noch hunne Ministers, geen eigenaars van Plantagiën of Gronden in de Coloniën inogen zyn (ziende inzonderheid op de West-Indifche Bezittingen) noch ook eenige andere Ambten of Bedieningen waarnemen. Dit byvoegfel fchynt dus eer een confirmatie dan een referve, welke laatfte men misfchien yan de uitdrukking des onverminderd, zou vermoeden. 'Er blyft echter geen zwarigheid over, wanneer man het geftatueerde in dit Artikel, als een fupplement, even als of 'er ftond boven en behalven het 339. Art* der Staatsregeling, opvat.
In het 27. Art. wordt bepaald, dat de Raad jaarlyks een algemeen veriiag aan het Uitvoerend Bewind zal inleveren , van den Haat der zaaken in Indiën, zo in het po-" litieke, den algemeenen en byzonderen Handel, als betreklyk de defenfie en der politieke relatiën, zonder eenige uitzondering. Het fpreekt van zeiven, dat dit verflag zaaken moet behelzen, van de tederfte natuur, en die, uit haaren aart, met de diepfte geheimhouding moeten worden behandeld; en dit was ook de reden, dat, wanneer by het Bewind der gewezen Oost-Indifche Compagnie , dit jaarlyks verflag aan Hun Hoog Mog. wierd gedaan, zulks altoos mondeling, niet fchriftelyk gefchiedde; — echter vervalt, immers gedeeltelyk, de ingebragte bedenking, wanneer men overweegt, dat dit gedetailleerd verflag alleenlyk ter kennis wordt gebragt van het Uitvoerend Bewind, en dat Bewind onder geen verdere verpligti ig ligt, dan om daarvan een algemeen verflag aan het Wetgevend Lichaam intcleveren; waardoor dan het divulgeeren van het geen volltrektelyk fecreet moet blyven4 kan worden voorgekomen.
Ook is de Raad, volgens het 29. Art. verpligt, jaarlyks, en wel vóór den eerften September, by de inzending der begrooting van het geen de Raad (volgens het yionraande 28. Art.) zal oordeelen geduurende het volgende jaar noodig te hebben, een raaming overteleggen van de inkomften, welke van den Handel, of uit anderen hoofde , geduurende het volgende jaar zullen kunnen worden



den geïncasfeereï. Wie ziet niet, Burgers Reprtefentanten! wanneer men overweegt, al het onzekere, dat by. deeze raaming plaats moet hebben, voortvioeijcndc uit de onderfcheide berichten die uit de Indien kunnen inloopen, — uit de gebeurlyke veranderingen in de retouren — uit het verfchil in de pryzen der goederen; — wie ziet niet, hoe weinig men zich op zulk een raaming zal kunnen verhaten, hoeweinig hieruit is optemaaken ? —• Evenwel, indien menby zulk een opgave niet meer vordert, dan kan gepra:s* teerd worden; indien het zeker is , dat toch eenige Artikelen kunnen worden opgegeven, en de mi" zekere Hechts//0.^morie, uitgetrokken; en indien men 'er by in aanmerking neemt, dat deeze opgave aan het Uitvoerend Bewind zal moeten gefehieden vóór den eerften September, ten einde dit daarvan eenig gebruik kan maaken, by het ontwerpen der Petitie (door hetzelve, achtervolgens het 214, Art. deiStaatsregeling, in het begin van Oétober inteleveren) dan. zal men echter, ondanks het gebrekkige, het gedeeltelyke nut daarvan, niet willen ontkennen.
Het moet ook eenigzins vreemd voorkomen, dat Art. 30. den Raar: belast wordt, met de jaarlykfche betaaling van Renten en Aflosfmgen, ten lasten der gewezen Oost-, Indifche Compagnieloopende, en dat hiermede, onder de byzondere verantwoording van den Raad, zal worden gecontinneerd, tot dat die fchulden zullen weezen afbetaald , of daarvoor Nationale Schuldbrieven zullen zyn uitgegeven. Waarom, moet men natuurlyk vraagen, gefchiedt dit niet, gelyk met alle andere Generaliteits Fondfen, ter Nationale Thefaurie? «— Ook deeze bedenking zal weldra verdwynen, wanneer men befeft, dat, zo lang de Converfie der verfcheide Nationale Schuldbrieven nog niet is afgelopen, de Schulden der gewezen Oost-Indifche Compagnie in het zelfde aspect: komen, als die der afzondcrlyke voorige Gewesten, op welke Registers zodanige Schuldbrieven niet gevonden worden, en dus ter voorkoming van verwarring dient te gefehieden, zo hng, tot dat, na* de algemeene Converfie, alles op de Nationale Thefaurie kan betaald worden.
Eindelyk moet uwe Commisfie nog reflecteeren, dat in het 64. of laatfte Art. aan het Vertegenwoordigend Ligchaam de faculteit wordt; gclaaten, om, op Voafiftel i
hei



li 18 j
Hét Uitvoerend Bewind, in deeze InilrUciië zódanige UE phatie of verbetering te maaken, als hetzelvëzaï vermee- ' rren te behooren; - doch, indien dit naar dei, lettermoer' worden opgevat, is het zeker, dat geen veranderingen bv het Vertegenwoordigend Lichaam in aanmerking zouden mogen komen, door wien dezelven ook, buiten het Uit ' ro ■ ■ Bewind, wierden v o gefla'geh : -~'tVe.nwel 'daar' het Vertegenwoordigend Ligchaan: altóós in de termen is" gelyk uit een zeer gewoone cyhofure confteert, om aan" het Uitvoerend Bewind optedragen van elk gegeven onder werp eenig voorftel'te doen, wordt'hierdoor ook zekeflvk d« Ichynbaar defect uit den weg geruimd. J
Ziet daar, Burgers Reprasiéntante»f Ö'e gëneéïè masfa der bedenkingen, welke uwe 'Cobniisfie, by het onderzoek der bewuste Concept-Irrftrufltié zvn voor den geest'gekomen , bedenkingen echter, die wy Vertrouwen dat°y wel met dezelve zult gelieven te waürdecren naar dèrzelver mtnufique gehalte, als zwaarigheden , :waai voor zy zélve de Qplosing heeft gemeend te vinden, otf die zy ook wel als ophelderende omfchryvingen kan befchouwen welkè wanneer zy in den finaak van hët^TOegènw^rffifeWl Lrgchaam mogten vallen, eerder aïs verklaringen van de opgenoemde Artikelen der Concept - Inffiüftia zouden kunnen worden aangemerkt, en dus geenszins van dien aart, dat zy als, redenen zouden mogen gelden, om de fancbe van het Befluit der Eerfte Kamer tt weigeren Uwe Commisfie vindt zich integendeel onbezwaard om n ter bekrachting van hetzelve te advïfeeren. '
JOHs. LUBLINK, de Jonge. SAMUEL van HOOGSTRATEN., J. db JONCHEERE.



(37)
GELTKHÈID, FRTHÈim BROEDERSCHAP.
Donderdag den 3 April 1800.
tiET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYtfei&j
P R IE S I D E.
By onpasfelykheid van den Burger Repnefentanc H. Oussnel, den Burger Repncfentant C. Floren.
Tegenwoordig dé Burgers ReprEefencanteri,
J- A. Kriegeri D. C. de Leeuw. S. van Hoogftraten. J. Lublink de Jonge. L. J. Fitringa. BI. Siderius. C. van Lennep. J. Tomas. K. Hovens. G. J. G. Bacoi. O. Hoitsma. iV. van Foreest. f. de Joncheere.
B. Stornt. H. Hogewal. J. Cramer. F. Govers. H. van Andel. B. ten Pol. J. Busch. J. van Rees. IF. C. de Crans. P. Linthorst.
A B S E N Te-
Met permisfie.
J. Hé Ssccama. J. C. Druman. A. Ploos van AmfteL J. Si Wentholt.
Wegens ziekte. tii Quesnel.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn gere» lumeerd en gearresteerd*
^ Is



33 j APRIL 1800.
I3 geleezen een Extraft uit het Register der Beiluften van te Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den a April LI., daarby Copiëlyk inzendende eene Misfive van de Municipaliteit der Stad ^mfterdam, betrekkelyk derzelver bevoorens gedaane verzoek tot ontflag van hunn» Posten.
Eb is dezelve aangenomen voor notificatie.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Beflui' ten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 2 April 1. 1. ; genoomen , na gehoord te hebben de eonfideratien en advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van J. Kreps en anderen; houdende veiklaaring, dat het aan de Kooplieden in Moes- en 'luin Zaaden zal vryftaan, cm onder zekere bepaalingen, in kleine quandieiren , Peulen, Doperwten, Tuin- ol Gioote Boonen, mits« gaders Sry- of Stamboonen te mogen uitvoeren, en dtt dus dezelve onder het verbod van uitvoer, vermeld by de Publicatie van den 24 Febr. 1.1., niet zyn gecornprehendeerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
Is geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, gefchreeven ai» „ hier den 28 Maarc 11., fub No. 'fj; houdende,in„ gevolge van en ter voldoening aan het Decreet van „ den 17 daar te vooren, deszelfs eonfideratien en ad* * „ vis, op de Requefte van '}. Kreps,Zoon&Comp,,' 55 Voorhelm & Schneevoogd en Simon Post, allen „ Kooplieden in Moes- en Tuinzaaden te Haarlem-, „ verzogt hebbende, dat, betreklyk de Publicatie van



3 APRIL 180&
99
defi 24 February I.I., by dewelke de uitvoer van „ Tarwe , Rogge, Erwten en Bóonen verboden „ wordt, zodanige nadere bepaalingen rflogten wor-
den gearresteerd, waarby de uicvoer in kleine quan„ titeiteh van Peulen, Doperwten, Tuin- of Groote95 Boonen; mitsgaders Sny- of Stamboonen, ónder s, zekere mitfen cegens misbruiken, wederom worde •5 vrygefteld en gepermitteerd,
„ En in aanmerking genomen zynde, dat de dis« ,, politie op dusdanige verzoeken, als het önderha„ vige , uit deszelfs aart, allen fpoed vordert, „ heeft de Vergadering verklaard, dat "er is, om „ verwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de vcrklaaririg van on± verwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de rede1tien , door de Eerfie Kamer bygebragt, voldoendi zyn, bekragtigt de verklaaring van onvërwjldA noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit} hou»; dende:
En voords, conform het advis vati bovengemeld! SJ Bewind, beflooten, mits deezen te verklaaren, dat SJ het aan de Kooplieden in Moes- en Tuinzaaden* „ zal Vry ftaan, om in kleine quancitëiten Peulen *
Dopërwten, Tuin. en Grooteboonen, micsgaders „ Sny- of Stamboonen, temogen uitvoeren, en duS
dat dezelve onder het verbod van uitvoer, vermeld „ by de Publicatie van den 24 February 1.1., nietzyn * gecomprehendeerd, desnogthans, dat dezelve Uit'* G 2 voe£



4©
3 APRIL 1800.
M voer van zodanige kleine panyen Peulvrugten , niet anders zal mogen plaats hebben, dan na dac ten „ Comptoire der Convoyen en Licencen, ter Plaatfe „ van waar dezelve worden afgezonden, zal zyn geëxS} hibeerd een declaratoir,onder prefentatie vanEede, 3, afgegeeven door zodanig Koopman in Moes- en ,5 Tuinzaaden, welke de verzending zal willen effec„ tuëeren, dat dezeive Peulvrugten met geen ander 5, oogmerk worden verzonden, dan om tedienenvoor „ Moeszaaden, en geenzins voor Mondbehoefcens, „ aan hem geordonneerd zyn. „ En zal Extraét deezes, met byvoeging van voorfchreeve Requefte in originali, worden gezonden „ aan het Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Republiek, om daar aan de noodige executie te geeven. „ Zullende dit Befluit, overeenkomftig hec öo Art. „ der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezon* den aan de Tweede Kamer, met en benevens „ voorfz. Misfive en Requefte, in originali"
En voords over het voorfz. Befluic zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litr. e. van het Reglemenc B. oer Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
• En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requefte, onverwyid worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, entevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma,aan de Eerfie Kamer.
. Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfis Kamer van het Venegenwoor-
d>



3 APRIL 1800. 41
digend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 1 April I.L; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en advis van hec UitvoerendBewind, als mede het Rapport van eene Perfoneele Corsmisfia, die beide medé alhier geleezen zyn, op de Requefte van de Kerkenraad der Gereformeerde Gemeence te Utrecht, verzogt hebbende, dat, hangende de delibe» racien over de asfignatie der Tractementen der UoogJeeraaren en Leeraaren der voormaals heerfchende Kerk, voor het vervolg inmiddels order moge worden gefield, dac de op den 22 November 1799 verfcheenen quartaalen , prompcelyk werden voldaan &c. Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend js Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben» „ de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, in
welker handen by befluit van den 21 Maart 1.1.
was gefield, eene Misfive van het Uitvoerend Be» ,3 wind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier, „ den 18 daar te vooren, fub No. *£a; houdende „ ter voldoening aan het befluit van den 14 February, „ deszelfs eonfideratien en advis, op de Requeste ,j van den Kerkenraad der Gereformeerde Gemeence „ te Utrecht, daarby na herhaaling van derzelver, „ op den 22 November des afgeloopen Jaars gedaan „ Adres, verzogt hebbende, dar, hangende de deli-
beratien over de asfignatie der Traétementen der „ Hoogleeraaren en Leeraaren der voormaals heer* „ fchende Kerk, voor hec vervolg, inmiddels orde „ mogt worden gefteld, dat de toen verfcheenen „ quartaalen prompcelyk worden voldaan , en voords „ als in de Requeste is vermeld.
„ Overweegende , dat tegen de vertraaging der C 3 „ be-



ja 3 APRIL i8oa.
■ betaaling van de Traétementen enz,, volgens Art. i ?n 2, der additioneele Arcicuien tot de Staatsregeling niet te fpoedig kan worden voorzien, verklaard, dat in deezen beftaat, onverwylde nood-
,s zaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van om yerwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering , ingevolge Am 32. Litt. b. van het Reglement fi. der Scaatsregeling, gedecreteerd:
Be Tweede Kamer, overweegende, dat deredenen, tfoor de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde nood' Zaakiykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende;
„ Voords overweegende, dac het gebrek aan de benoodigde penningen by de Comptoiren, volgens *' Publicatie van den 11 Oétober 17^8 verpligt, om 11 de Traétementen en Peniioenen der Hoogleeraaren S5 en Leeraaren enz., by voorfchot te voldoen, niet 3, behoord te ftrekken tot prejudicie der Gemeente, a, welke deeze Traétementen en Per.fioenen 7<an den „ Lande hebben re pretendeeren.
,3 Be/luit!
L Het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu* bliek te autorifeeren en te gelasten, zo als gefchied door deezen, om, tot betaaling van de reeds ver-
" fcheenen en vervolgens te verfchynen Traétementen en Peniioenen, der Hoogleeraaren en Leeraaren
11 der voormaals heerichende Kerk, of derzelver We.
w duwen, benevens de Kindergelden in hec 2de per
95 a<*~



3 APRIL 1800;
43
^ additioneele Arriculen tot de Staatsregeling gemeld, „ zich binnen Utrecht, als op zodanige andere Plaatv5 fen, alwaar aan het Bewind zal gebleekcn zyn, 99 om by wyze van voorfchot aan den Lande, vol,5 gens Publicatie voornoemd, de betaaling te doen , „ voor zo verre die Traélementen en Penlioenen niet ,, door 's Lands Ontfangers alreeds worden betaald, „ te adfigneeren zodanige 's Lands Comptoiren in de „ refpeéïive Depanementen, als hier toe door hunne „ locale fituatie, en het toereikend beloop van hun„ nen ontfang, gefehikt zullen worden bevonden; „ wordende het Decreet van den 29 September 1798, „ by Publicatie van den 11 Oétober deszelven Jaars, „ aan den Volke bekend gemaakt, in zo verre, zo „ veel des noods veranderd en geampliëerd.
„ En zalExcraét deezes, met byvoeging van voorfz. ,, Requefte , in originali, worden gezonden aan ,, het Uitvoerend Bewind, tot informatie.
,, Zullende dit Befluit, overeenkomftig Art, 60. der
Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens hec in
deezen uitgebragt Rapport, en alle de ftukken, „ in originali."
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibe* reerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32 Lite. e van het Keglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluit, ingevolge Articul 6j. der Staatsregeling , mee de Requesce , onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend BeC 4 vind%



44
S APRIL 1800.
wind, en tevens een affchrifcvan hetzelve, in behoorlyke forraa, aan de Eerfie Kamer.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Beduiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den i Apiil 1. J. \ genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dac mede alhier geleezen is; op de Requeste van J. P. Pfeiffer; verzogt hebbende om continuatie van Pennoen.
Welk Befluit is yan den volgenden inhoud:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend jj Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport eener perfoneele Commisfie, tot het „ Werk der Penfioenen, in een Committé Generaal „ benoemd, gelast om der Vergadering te dienen van „ eonfideratien en advis , op de iu haare handen ge-
(telde Requeste van Js. Philip Pfeiffer, g-3penfio„ neerd Capirein, in dienst der Bataaffche Kepubliek; 9, verzoekende, met de continuatie van het aan hem, „ door het voormaalig Bondgenootfchap te Lande, „ toegelegd Penfioen, te worden beguniligd.
„ Overweegende de urgeerende omltandigheden , „ waarin de Suppliant, door hec langduurig gemis ,, van zyn Penfioen, zich bevind, verklaard, dac 'er ,s beftaat onverwylde noodzaaklykheid?
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheidin hetzelve vervat , heeft dee?e Vergadering, ingevolge Are. 32 Lite. h van het Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:



3 APRIL 1800.
45
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfie Kamer by^ebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfl-: Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
„ Overweegende, dat de Suppliant aan alle de „ vereischtens, die tot het bekomen van Penfioen ,i worden gevorderd, heeft voldaan;
„ Befluit'
„ Dac Johar.nes Philip Pfeifer, Officier by dè „ Nationaale Armée in dienst deezer Republiek, zal 5) worden gebragt op de Penfioenlyst, en gepenfio,, neerd op den voec, als by Decreec van den 19 Ju„ iy is bepaald.
„ En zal Üxtraéf. deezes, mee byvoeging van voorfz. „ Kequesce en Bylage, in originali, worden gezon„ den aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re„ publiek , om hier aan de nodige executie te geven.
„ Als mede gelyk Extraét aan de Com.nisfarisfen
tot de Nationaale Rekening, tot informatie.
„ Zullende dit Befluit , overeenkomftig Art. 60. „ der fccaacsregeling, aan de Tweede Kamer van „ hec Vertegenwoordigend Lichaam des Ba:aaffchen „ Volks, ter bekragtiging worden gezonden, met en „ benevens het in deezen uitgebragt Rapport, en „ alle de Huiken daar toe relacif, in originali"
En voorts over het voorfchreven Befluic zelf gede. libereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Licc. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
C 5 ' De



4<J 3 APRIL iSco.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteli Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Scaacsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind y en tevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Reekening, tot informatie.
Is geleezen een ExtracT: uit het Register der Befltiiten van de Eet ft e Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 31 Maart 1.1., genomen, na gehoord ce hebben het Rap* port van eene Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op eene Misfive van de Municipaliteit te Koo% aan de Zaan ; verzogt hebbende approbatie tot het heffen van een extra Prik van ƒ 14 over deezen loopenden jaare.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumcie gedelibereerd zynde over het Rap„ port van de Burgers Reprxfentanten van Galenen „ verdere, by Decreec van den 11 deezer, Gecom„ mitteerden, ten examen van eene Misfive van de „ Municipaliteit te Koog aan de Zaan, van den 3 „ tevooren; daarby verzogt hebbende approbatie,
cot het heffen van een extra Prik van ƒ 14, over , deezen loopenden jaare , en zulks tot vinding van „ het te kort koomende, aan derzelver Plaatfeiyke
Kasfe.
„ En zynde het voorn. Rapport op den 19 Maart „ j.1. alhier ter Vergadering uicgebragt en in de No" tuien van dien dag geïnfereerd.
,, En



3 APRIL 1800. 47
„ En de tweede en derde leezing daar van, op den „ 25 daaraanvolgends , • en heden gefchied zynde , „ heeft deeze Kamer, ^zich met het daarby vcorgefla„ gen Concept-Befluit conformeerende , ook aldus „ beflooten;
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport eener Perfoneele Commisfie , by Be„ fluit van den 11 deezer benoemd, ten einde te exa„ mineeren eene Misfive van de Municipaliteit te „ Koog aan de Zaan, gefchreesren aldaar den 8 te ,, vooren; daarby aan deeze Vergadering verzoeken„ de approbatie, tot het heffen van een extra Prik ,, over deezen loopenden jaare ï8oo, door hun, met „ Gevolmachtigden uit de Stembevoegde Ingezetenen
gearresteerd.
„ Overweegende , dat het heften van zodanige „ Prikken zyn gebafeerd op het relatif vermogen der Ingezeetenen;
,5 Befluit.
„ Het verzoek der Supplianten te accordeeren.
„ En zal Extraét deezes, met byvoeging van Co.
pie van voorzegde Misfive, worden gezonden aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche RepubL. ;-., „ om hier aan de nodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomstig het (k 1 „ der Staatsregeling , ter bekragtiging worden s „ den aan de Tweeae Kamer, met en bene ver „ in deezen uitgebragc Kapport, en alle de ftufci „ daar toe relatif, alles in originali.'\
C 6



48
3 APRIL 1800.
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamer Myken te zyn gefchied, is de tweede leesing van dit Befluit, by deeze Vergadering bepaald, opDingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Ëxtracï uit het Register der BefluU ten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 31 Maart 1. ). ; genomen, na gehoord te hebben het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op de Requeste V3n J. Silo , Commis ter Recherche te Delft; verzogc hebbende in dien Post te worden gecontinueerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Nader by reftimtie gedelibereerd zynde, over J5 het, op den 28 deezer in advis gehouden Rapport Sj van de Burgers Reprasfentanten Verhoyfen en ver9j dere, by Decreet van den 2.1 February 1.1., Ge-
committeerden, ten examen van de Requeste van J5 Jan Silo, Commis ter Recherche te Delft; zich „ beklaagd hebbende, over de Hefolutie van de Fi„ nancieele Commisfie, over het voormaalig Gewest „ Holland, van den 11. January deezes jaars; waar-
by hy, ter zaake van niet vóór of op den 31 July „ 1798 in het Stemregister te zyn ingefchreeven, van „ voorfz. Post is gedimitteerd, en voorts verzogt „ hebbende, dat bet Decreec van den 2 July 1799» „ op hem van geen applicatie mogte worden gemaakt;
als mede, dar de bovengemelde Refolutie ingetrok„ ken, en hy Suppliant alzo in zyn voorigen Post „ mogte worden gecontinueerd.
„ En zynde het voorfz. Rapport op den 14 dee* M zer alhier ter Vergadering uitgebragt. en in de No^ tulen van dien dag geïnfereerd. En



j APRIL .800.
49
„ En de tweede en derde leezing van het voorfz. „ Rapport, op den 24 en 28 daaraanvolgende reeds
gefchied zynde, heeft de Vergadering, zonder zich " te expiiceeren over het eerfte gedeelte van het daar5 by voorgeflagen Concept-Beiluit, „ dat namelyk
„ de voornoemde Requeftrant, door zyne infol-
„ ventie niet zoude behooren te worden verftaan, 9? „ deszelfs Stembevoegdheid te hebben verbeurd, en M „ nog ter infchryving behoord te worden toegelaaSJ „ ten," hetzelve Befluic aldus veranderd, gearres„ teerd;
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende het Rapport van eene perfoneele Commisfie, in 9> wier handen, by Befluic van den 21 February hier 9J ne vooren, om eonfideratien en advis was gefield 99 de Requeste van % Silo, Commis ter Recherche, SJ te Delft, daarby zich beklaagd hebbende over de 9J Refolucie van de Financieele Commisfie, over hec „ voormaalig Gewest Holland, van den 22 january 9S 1.1., waarby hy, ter zaake van niet vóór of op den n 3l Ju'y 1798 hl hec Stemregister te zyn ingefchree« s5 ven, van voorfz. Post is gedimitceerd ;en voorts ;met 95 allegatie van redenen, verzoekende, dat de toepas95 fing van voorfz. Art. der Staatsregeling, en mits99 dien het Decreet van 2 July 1790 op hem geen J9 plaats hebbe ; mitsgaders, dat de Refolutie van de 99 Financieele Commisfie over het voormaalig Gewest „Holland, van 22 January deezes Jaars, vervallen, „ en alzo aan hem gegund worde, zynen Post te blyven behouden, met verzoek van he; nodige bewys „ deswegens.
C 7 ,, Over-



S APRIL 1800,
„Overweegende, dac de Requestrant, als de ver„ eischten ter infchryving in hec Stemregister, niec „ bezittende, buiten de mogelykheid is geweest, om „ aan dien Burgerplicht te kunnen voldoen;
„ Befluit:
„ Dac zal worden verklaard, zo als gefchied by „ en mits deezen, dac het Decreec van s July .5799 „ op den Requestrant niet kan worden toegepast, en „ gevolgelyk bevoegd word verklaard, om deszelfs „ Post als Commis ter Recherche te Delft te kunnen „ blyven behouden; komende alzo de Refolucie van „ de Financieels; Commisfie over hec voorm. Gewest „ Holland, in dato 22 January 1. h, een laste van den „ Requefiranc genomen, hierdoor ce vervallen,
„ En zal hier van by Extract deezes aan het Uit„ voerend Bewind worden kennis gegeeven, zo om „ daar aan de nodige executie tegeeven, als tot des-
zelfs naricht, respeétivelyk.
„ Als mede gelyk Extraét aan de Nationaale Re„ kenkamer, ten zeiven einde.
„ Zullende dit Befluit, overëenkomfiig het 60 Ar* „ tykel der Staatsregeling, ter bekragtiging wor* „ den gezonden aan de Tweede Kamer, met en be„ nevens hec in deezen uitgebragc Rapport, en alle „ de ftukken daartoe relatif, in originali"
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede lezing van dit befluit by deeze Vergadering bepaald op üingsdag den 8 April eerstkomenden.
Aan de orde van den dag zynde, de benoeming van
een



3 APRIL 1800.
51
een Perfoon, tot Lid in hec Committé van Rechtsoeffening van de Beemfter, uic de Nominatie, door de Eerfie Kamer, by haar Befluic van den 28 Maarc 1.1, ingezonden, den 1 April daar aan volgende by deeze Kamer ingekomen en in de Notulen van dien dag geïnfereerd, is door deeze Vergadering uic dezelve Nominatie verkooren , de Burger Laurens Konyn.
Wordende gemelde Burger by deeze tot Lid van het Committé van RechtsoefFening van de Beemfter benoemd en aangefteld.
En zal Extraét van dit Decreet worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, om daaraan de noodige executie te geeven, alsook een affchrifc van heczelve aan de Eerfte Kamer van bet Vertegenwoordigend Lichaam, toe informatie.
Aan de Orde van den dag zynde, het Befluic van de Eerfte Kamer vair het Vertegenwoordigend Lic* haam des Bataaffchen Volks, van den 28. Maart 1.1., den 1. deezer alhier ingekomen, en in de Notulen van dien dag geïnfereerd, waarby weigemeid-i Kamer heefc verklaard, te perfilteeren by derzelver befluic van den 6 February laatstleeden, voor zo vérre naamlyk de verdeeling der Gemeentens, alsmede de Inltruétie voor de Gemeente-Beltuuren, en Polder Direéticn betreft.
£n is daarop gehoord het Rapport van de Burgers Reprsefentanten van Hoogftraaien , en verdere, by Decreec van den 1. deezer, Gecom mieree.» d zynde Leden, ten examen van hec voorfz, Befluit.
Welk Rapport is van den volgenden inhoud:
BUK-



3 APRIL 18:3a,
BURGERS REPRESENTANTEN!
Op den 1 deezer Maand, is ter deezer Katner geleezen een extracT: uit het Register der Be/luiten van de Eerde Kamer van htt Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaf, fchen Volks, den 28 Maart laatstleedengenomen, opeen den 04. daar te vooren ter dier Vergadering uitgebragt Rapport, van eene perfoneele Commisfie, in welker handen was gefteld een extract uit het Register van Ulieder Decreeten, van den 13. derzelve Maand, daarby aan de Eerfte Kamer o-nbekragtigd terug gezonden hebbende haar Beftuit van den 6. February 11.5 houdende eene verdeeling van de Departementen en Ringen der Bataaffche Republiek in Gemeentens, als mede een Reglement op de Verkiezing der Gemeente Beftuureri, en eene IuftruCtie, Waarnaar dezelve zich in hunne werkzaamheden zullen moeten gedragen; als mede de Requeste van M. Pruis, c.j:, tendeerende tot alteratie vuu het by die Kamer gearrefteerd Reglement, op de verkiezing van de Leden der Gemeente Beftuuren, en van de gevolmagtigden uit de Burgery, en met welk Rapport de Eerfie Kamer zich, voor zo veel hetzelve onbekiagtigd rerug gezonden Befluit betreft, conformeerende, heeft goedgevonden en verftaan , te perfifteeren by haar voifchreeven Befluit, op den 6. February laatstleeoen, deezen aangaande genomen, vo-^r zo verre uamelyk de vc deeling der Gemeen' lens ; a's m :de de Inftruclie voor de Gemeente Beftuuren , en het Rej<ement op de verkiezing van Belluurders der zaaken van de Ingelanden, La?uleigenaars of Geërfden betreft; telfens hetzelve door de perfoneele Commisfie aldaar uitgebragt Rapport, als bevattende in zich de tegenbeder.kïngen der Eerfte Kamer, op de aangevoerde redenen van weigering der bekragtiging van het gemeld Beftuit , aan deeze Kamer inzendende; en wyders beflu tende de bovengemelde Requeste van M. Pruys cum fuis, benevens het Reglement op de verkiezing der Gemeet.te Beftuuren, andermaal in handen van diezelfde haare Perfoneele Commisfie te (tellen, ten fine van eonfideratien en advis.
En heeft deeze Vergadering ten zeiven dage, ingevolge
Art.



8 APRIL 1800.
53
Art, 47. van het Reglement L;tt. B. d:r Staatsregeling, bepaald , her voorl'ehreeven Befluit in overweeging te zullen neernen, op Donderdag den 3. April, en voords goedgevonden, hetzelve te Hellen in banden haarer Medeleden van Hoogftraaten, de Leeuw en Linthorst, om te dienen van derzelver eonfideratien en advs,
Uwe Gecommitteerden , aan deezen last met den meesten ipoed voldoende, hebben de eer te rapporteeren, dat zy de tegenbedenkingen der Eerfte Kamer, op de door deeze Kamer aangevoerde redenen van weigering, welke Zich tot een tweetal bepaalen, beiden de Infiruclie voor de Gea;eente Beltuureu concerneerende, geëxamineerd en overwogen hebbende, daarin geene argumenten heb. ben aangetroffen, welke niet reeds by het Rapport van de Commisfie der Eerfte Kamer, welke ten grondflagvan het door Uiieden onbekragtigd terug gezonden Befluic, van denóFebr. 1.1., getragt heeft, althans voor zo veel het wezenlyke der zaak aanbelangt, gebezigd zyn, of althans by gelegenheid der discusfien, over deszelfs al of viet bekragtiging, ter deezer Kamer door fommige Spreekers, en meer byzonder door den Burger Reprrefentant VUringa zyn aangevoerd geworden, zonder dat dezelve argumenten de meerderheid der Leden van deeze Kamer als tGen hebben kunnen overhaalen , om zich met het geVoelen der Eerfte Ktmer te vereenigen.
Omtrent Uheder eerfte reden van weigering; ,, Dat „ het 46, Articul der Inftnwftie voor de Gemeente Be-
ituuren, niet overeenkomt met het 154 Articul der „ Staatsregeling," erkent wel de Eerfte Kamer, dat, wil men aan de bloote letter blyven hangen , dat dan het 46. Artykel niet zo ruim gefteld is als het 154. Artykel der Staatsregeling wel zoude fchynen te vorderen ; doch geeft teff.ms de redenen op, waarom dezelve vermeend, dat zodanige letterlyke explicatie aan dat Articul te geven, geen gezonden zin noch eenig bedoeld oogmerk kan opleveren , en dus geenzins de waare bedoeling der Staatsregel!ng zyn kan , beweerende op dien grond, dat dit gedeelte van het 154. Art, der Staatsregeling, op de Leden der Departementaale, en geenzins op de Leden der Gemeente' Beftuuren toegepast mut worden. — Dan , ook deeze zelfde argumenten, hehr
Cy-



54
g APRIL 1800;
Cylieden by de voorige discusfien reeds, ia deeze Vergadering, in de advifen uwer Medeleden, tot folutie deezer redenen van weigering, hooren bybrengen.
Even eens is het gelegen, met de tegenbedenkingen! op uwe tweede reden van weigering; ,, Dat by derzelver Inftruétie in de Adminiftratie der ongeamalgameerde Plaatfelyke Eigendommen , Schulden en Financiën van by„ eengevoegde Gemeentens, niet genoegzaam en overeen„ komllig het 40. Art. der Burgerlyke en Staatkundige „ grondregelen is voorzien;" vermits ook reeds het beftaanbaaare van dat gedeelte dier Inftruétie, met het 40. Art. der Burgerlyke en Staatkundige Grondregels, op genoegzaam dezelfde gronden, door een der Leden deezer Vergadering, by gelegenheid der voorige discusliën s ïs getragt tc beweeren , als zulks nu by deeze tegenbedenkingen word ondernomen, en hoe zeer Uwe Gecommitteerden, gaarne der waarheid hulde doende, wel wilJen erkennen, dat eenige dier argumenten zeer veel van het onbellaaiibaare van dat gedeelte der Inftruétieinet het meergenoemde 40. Articul der Grondregels fchynen optelosfen, is het 'er integendeel verre af, dat zy zouden kunnen toeflaan, de gegrondheid van dat gedeelte der tegenbedenkingen van de Eerfte Kamer, waarby word beweerd , dat van het daarltellen van afzonderlyke plaatfelyke F.nantiëcle direct ën , het gevolg zoude moeten zyn, dat in elke gecombineerde Gemeente, een klein Fccderatif Bundgenootlchap zoude worden gevormd, en in elk zodanig Gemeente-Befluur het Finantiëele beBaan der voormaalige Staaten Generaal, met de deliberatiën over de quoten en alle de daaruit volgende ongerymdheden , zouden doen herleven, veimits ,byaldien de Eerfte Kamer had kunnen bciluien, aan liet verlangen van deeze Kamer ten deezen opzichten te gemoet te komen, daar door gtene de tninfte atteinte wierd toegebragt aan het 107. Art. der InltruétU ,by welk uitdrukkelykis vastgefield, da!: alle zodanige geineenfcbappelyke behoeften van dg gekitte Gemeente, uit geene Fondfen gevonden kunnende worden, door het Gemeente - Beltuur, met overleg van de gevolmagtigden uit de Burgery zullen worden oingeflageu over ailt de ingezetenen van de Qaèsthte, na
.al*



3 APRIL i8o3. r55
alvorens over de wyze van otnflag de bekrachtiging van het Departementaal Beftuur bekomen te hebben ; vermits derhalven uwe reden van weigering alleen gewag maakte van de Adminiftratie der onge amalgameer de Plaatfelyke Eigendommen, Schulden en Finantiën, en geenzins het vinden van zodanige gemeer.fchappelyüe behoeften voor de geheele Gemeente ten doelwit had, kan dan ook deeze , in de tegenbedenkinge, voorkomende uitweiding, over de te dugtene kleine Fcederative Bondgenootlchappen niet geconfidereerd worden, als in deezen van eenige applicatie te zyn, veel min eene opzettelyke wederlegging te vereisfchen.
Uwe Gecommitteerden, Burgers Repnefentanten! Ulie» den als nu van hunne confideratiëu, ©uitrent de tegenbedenkingen der Eerfte Kamer hebbende medegedeeld, vinden zy, hoe hartelyk zy ook wenfqhen, dat dit gedeelte der Staatsregeling, eindelyk eenmaal in werking gebragt worde, geene vryheid dezelve aan Ulieden voorteHellen, als uwe redenen van weigering der bekrachtiging van het befluit der Eerfte Kamer, geheel en al folveerende, en Ulieden alzo op grond dier tegenbedenkingen af? leen, als nu tot de bekrachtiging van hetzelve te advifeeren. Dan de overweeging van de noodzaaklykheid , om door eene fpoedige organifatie van de Conltitutioneele Gemeente-Beftuuren , de zaaken alomme op eenen vasten en geregelden voet te brengen, en daar door tellens de Ingezetenen binnen de geheele Republiek , wederom te herftellen, in de uitoeftèning van derzelver onvervreemdbaar recht, tot een wettige en geregelde aanftelling van derzelver Gemeente Beftuuren. — De, uit de niet alom behoorlyk georganifeerde, veel al gebrekkig te zamen gefielde, en iucomplete Gemeente Beftuuren of Municipaliteiten voortvloeiende, verwaarlooziujj der byzondere belangen van alle die deelen, welke het geheel onzer Maatfchappy uitmaaken , voor te komen. — De billyke grieve weg te nemen van zo veele Burgers, welke zederd een zo geruimen tyd, op eene gantsch onregelmatige en inconftitutioneele wyze, tot Leden der Gemeente Beftuuren of Collegien van Rechtsoeffening zyn aangefteld, of veel eer geprest geworden. —- De verde-
l *. •



§6 g APRIL 1800,
dere Conftitutioneele organifatie en introductie der RechterUke Alacht (vvaar.au é.z nuttigheid, ja uooizaaklykheid voor Ulieden niet zsl behoeven te worden aan-
ged.ongen) zo veel mogeiyk te befpoedigen. . De
lterke aandrang van het Umaerend Bewind, (by derzelver Misfive op den 1. deezer maai-d,alhier geleezen) tot het daarftellen van eene Interm diaire maatregel, om door eene wettige aanftelling van Plaatfelyke Beftuu'en , door de Stembevoegde Burgers, deajgemeene verwarring, welke eeue langer verwylde voorziening , in deezen ten gevolge zoude hebben, voor te komen; en het bezef der bezwaaren , aan welke het daarftellen van zulk eene Intermediaire maatregel onderhevig zoude zyn. •-De magt eindelyk aan het Vertegenwoordigend Lichaam gerefervcerd, om het Reglement en de Inftruétie voor de Gemeente Beftuuren, ten allen tyde zodanig te kunnen altereeren, als door de ondervinding zal worden geleerd noodig te zya. Alle deeze overweegingen, zeggen wy, zyn ons van dat gewigt voorgekomen, dat wy op grond derzelve eenparig van gevoelen zyn, Ulieden als nu te moeten adviièeren, dat Gylieden, Ü vergenoegende met de bewustheid, dat ieder Lid dezer Kamer, naar zyn beste inzien, getragt heeft, deeze zaak tot eene voorliet algemeen,meest voordeelige afkomst te helpen beltieren, thans ook deeze weinige poincten , omtrent welke de Her fit Kamer alleen is blyven difficulteeren, haar befluit relatif de Inftructie voor de Gemeente Beftuuren , naar uw verlangen inteiichten, zoud behoeven toe te geven , en mitsdien, in afwagting van een door de Eerfie Kamer nieuw te arrefteeren, en aan deeze Kamer ter bekrachtiging intezenden , Reglement op de verkiezing van de Leden der Gemeente Brftuuren , en van de gevolmagtigde uit de Burgery; met vernietiging van Ulieder op den 13. uiaart laatstleden genomen Decreet van weigering, het onderhavig befluit der Eerfte Kamer, waarby dezelve veiklaard te perfilreeren , by het befluit van den 6. February laatstleden, deezen aangaande genomen, voor zo verre n.amlyk , de verdeeling der Gemeentens, alsmede de Inftmftie voor de Gemeente Beftuuren, en het Reglement op de verkiezing van Beftuurder: der zaaken van de Ingelan • den, Landeigenaars cf geërfden betreft, zoud behooren tt bekrachtigen. En



3 APRIL 1800. 3?
En hier mede Burgers Repraafentanten! de zaak ten principaale afgehandeld hebbende, p'lyft ons nog over Ulieden onze confideratie te fuppediteeren, aangaande eenige Scbryf- en Druk fouten , welke in deverdee/ingder Republiek in Gemeenten zyn ingelloopen , en op pag. \o, van het gedrukt Rapport der perfoneele Commisfie van de Eerfte Kamer ouder het oog van beide Kamers zyn gebragt, ten einde dezelve by deeze gelegenheid te verhelpen ; wordende daarby opgegeven te zyn de drie volgende:
„ In het vierde Departement, is tot Hoofdplaats van
eene Gemeente gefield ; ., Thamen moet zyn Uithoorn.
„ In het 7. Departement 7. Ring, (kat: „ Hoofdplaats Groesbeek moet zyn Beek.
,, In het 8. Departement 5. Ring , (laat: ,, Hoofdplaats Drimmelen , moet zyn Mide."
Wat dan de eerfie deezer fouten betreft, is ons byon. frontatie, van het laarfie gearrefteerde en op den 8, February laatstleden, aan deeze Kamer te bekrachtiging ingezonden befluit, tegens dat welk op den 21. Aususrus des voorleden jaars, ter deezer Vergadering was ontfaugen, gebleeken, dat hetzelve in de daad eene drakfoutis, itaande in dit laatfie genoemde , op pag. 40. van het gedrukte Stuk Uithoorn, als Hoofdplaats van dat Gemeente Beduur.
Dan wat de tweede en derde fouten betreft, deeze zyn ons by examinatie gebleeken , geene drukfouten te zyn, en derhalven als voorfchryffoutett opgegeven, geconfidereerd te moeten worden; gelyk dan ook dezelve opgave, als zodanige alleszins word gejuftificeerd, doordien op de bepaaling van Groesbeek en ürimmelen tot Hoofdplaatfen , alleszins van applicatie zouden zyn, de eonfideratien door uwe perfoneele Commisfie, op het eerst ingezonden Plan van yerdeslipg, by derzelver qp den 22. November des voorigen jaars, ter deezer Vergadering uitgebragtrapport geluppediteerd, en aldaar van pag. 7 tot 54 van het gedrukte ftuk voorkomende, en welke ten bafis gefirekt hebben , van dat gedeelte van uwe toenmaalige tvvesde reden van weigering, by welke is aangemerkt: „ dat
„ in



$3 3 APRIL ï8oó.
„ in de bepaaling van fommige Hoofdplaatfen-, het meeste „ geryf en gemak der gezamenlyke Ingezetenen , totééne „ Gemeente vereenigd wordende, is uit het oog verloo-
ren." en wel voor zo veel Beek, in deezen boven Groesbeek , tot Hoofdplaats te verkiezen zy, uit confideratie dat Beek, in het midden-punt der tot dit Gemeente Beduur gecombineerde Plaatfen gelegen is, terwyl Groesbeek daarentegen niet alleen aan deszelfs ZuidOosterlyke liniite, maar daarenboven op de uiterfte grensfcheiding der Republiek, tegen het Kleeffche gelegen is, én betreffende de preferentie aan Made boven Drimmelen toe te kennen; uit hoefde dat de geconcentreerde bevolking van Made, blykens het Rapport over de verdeeling der Republiek in Departementen en Ringen, op den 12. Oclober 1798., in de Eerfte Kamer uitgebragt, 869. Zielen beloopt, terwyl de meer verfpreidde bewooners van Drimmelen en Smndhazen, te zamen niet meer dan 263 Zielen opleverden.
En het is dan ook uit conGderatie van het een eh ander , dat uwe Gecommitteerden van advis zyn , dat deeze Vergadering tot de bekragiiging van het Befluit der Eerfte Kamer overgaande, derzelver Secretaris zoude kunnen en behooren te qualifieeeren, om de concert met dien der Eerfte Kamer, de drie voorfz, druk- en fchryffouten, in het Plan van verdeeling ingefloopen, te rectificeren.
Alles echter met onderwerping aan Ulieder beter oordeel.
Samuel van Hoogftratent D. C. de Leeuw. P. Linthorst.
Waarop gedelibereerd en gebleeken zynde,dat geene twee derde der prefente Leden, voor het peififteeren by het Decreet van weigering ftemden, heeft de Vergadering zich met de conclufie van het voorfz. Rapport geconformeerd, en derzelver Decreet van
wei-



3 APRIL 1809; 59
weigering, van den 13 Maart laatstleden, by deeze vernietigende, als nu, ten aanzien van het bovengemeld befluit van den 6 February laatstleden, voor zo verre de verdeeling der Gemeentens, als mede de Inftructie voor de Gemeente Beftuuren, en het Reglement op de verkiezingen van Beftuurderen der zaaken van de Ingelanden, Landeigenaars of geërfdens betreft, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Twee de Kamer bekragtigt het voor ge field befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art, 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrifd van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
En^ is de Secretaris gelast, alvoorens de, in hec Rapport, gementioneerde druk-en fchryf fouten, de conferc met den Secretaris van de Eerfie Kamer, in het Decreet, te veranderen.
En is wyders befloten het bovenftaand Rapport te doen drukken, en aan de Leden te distribuëeren.
En zal Extract van dit Decreet, metCopievan het Rapporr, worden gezonden aan den Burger Reprsefentant Siderius, als aan het hoofd derCommküie toe de zaaken der Drukkery, tot informatie.
Waarna de Prsefident de Vergadering fcheidr, en adjourneert tot morgen op den middag.






(6i)
SELTKHEID, V R 2 H E ƒ D, BROEDERSCHAP.
Fr] dag den 4 April 1800,
«ET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEITJïi
P R JE S I D E.
By onpasfelykheid van den Burger Reprafentanc H. Quesnel, den Burger Repraïfentant C. Floren.
Tegenwoordig de Burgers Repraefentancen.
J. A. Krieger. D. C. de Leeuw. S. van Hoogflraten. J. Lublink, de Jongs. L. J. Pitringa. M. Siderius. C. van Lennep. J. Tomas. K. Hovens.
C. J. G. Bacot.
D. Hoitsma.
N. van Foreest. J. S. Wentholt,
J. de JoHcheere. B. Storm. H. Hogewal. J. Cramer^ F. Govers. H. van Andcl. B. Ten Pol. i J. Busch. J. van Rees. IK C. de Crane. P. Linthorst.
ABSENT.
Met permisfie»
J. LI. Siccama. J. C. Druman. A. Ploos van AmüeU
Wegens ziekte.
H. Quesnel.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn ge* refumecrd en gearresteerd.
© li



(Js 4 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uit hec Register der Beflulten van de Eerfie Kamerve hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volk, van den 31 Maart 1.L; genoomen , na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, als mede het Rapport van eene Perfoneele CommisGe, die beide mede alhier geleezen zyn, op de Requeste van A» van fVyk en andere, alle Ingezeetenen van de Dorpen Wyk en Veen en van P. van der Horst en andere, alle Ingezeetenen van de Dorpen Gende* ren, Daveren, Drongelen, Eethe, Meeuwe en Babilonienbroek, waarby aan dezelven word geaccordeerd, om binnen den tyd van vier weeken de verfchuldigde Furnisfementen in de gedecreteerde Geldheffing van vier ten Honderd, onder het genot van Recepislen, temogen betaalen.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
By ïefumtie gedelibereerd zynde over het Rap • „ port van de Burgers Reprrefencancen Lewe en ver5J dere, by Decreet van den 4 deezer, GecommitJ5 teerden, ten examen van eene Misfive van hec Uit-
voerend Bewind der Bataaffche Republiek, ge. „ fchreeven alhier den February IJ., fub No. 'f| „ en daarby, ingevolge Decreec van den n der
evengenielde Maand Febr., advifeerende op de Re„ quefte van A. van fVyk en anderen, alle Ingezece„ nen van de Dorpen fVyk en Veen, en van B. van „ der Horst en anderen, alle Ingezetenen van de „ Dorpen Genderen, Dover en,Drongelen ^Eethui,
Meeuwen en Babilonienbroek, alle gelegen in den ,5 Lande van Heusden; daar by verzogt hebbende, ,5 dac mogcen worden buiten elïecl: gefield de refpeétive „ Cal-anges, aan de Supplianten door de Commisfie
,5 van



4 APRIL 1800. 6$
g van onderzoek naar den richtigen opbrengst in de „ op den 30 Nov. 1798 gearreftearde Heffing van 4 ,, pCt,, wegens derzelver non voldoening , opge55 legd, en dezelve daar van gracieufelyk gelibe. 5, reerd, &c.
En zynde het voorf?. Rapport op den 20 Maart
alhier ter Vergadering uitgebragc en in de Notu« ,5 len van dien dag geïnfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daarvan, op den ,, 25 daaraanvolgende en heden gefchied zynde, heeft ,, de Vergadering, zich mee het daarby voorgefla5, gen ConcepcBelluic conformeerende, ook aldus be,, floten:
,, De Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend s, Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben5, de het Rapporc eener perfoneele Commisfie, in ,, wier handen, by befluic van den 4 Maart 1.1., is
gefield, eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind, „ in dato den 28 Febr. 1.1., fub No. *f$ en 'ff; hou-
dende favorabel advis, op de Requefien van A.van ,, ïVyk, en anderen, allen ingezetenen van de Dor„ pen Wyk en Veen; als mede van B. van der Horst ,, en anderen, allen Ingezetenen van de Dorpen Gen-
deren, Daveren, Drongelen, Eethen, Meeuwen
en Babilonienbroek, allen gelegen in den Lande „ van Heusdsn ; daarby verzoekende , dac mogcen „ worden buiten effecT: gefield, de refpective Calan-
ges, aan de Supplianten door de Commisfie van „ Onderzoek naar den lichtigen Opbrengst, in de op
den 30 November 179 1 gearrefteerde Geldheffing' „ van 4 pCt,, wegens het niet voldoen derzelve, op„ gelegd, en dezelve daar van gratieufelyk gelibe„ reerd; en dat yoorts eene convenable Termyn D 3 55 aan



S4 4 APRIL 1800.
aan de Supplianten moge worden geaccordeerd,binneö „ welken zy het verfchuldigde aan de voorfz. Heffin-
ge zullen kunnen betaalen, voor zodanige fomme, „ als waarop een ieder der Supplianten by gemelde
Commisfie van Onderzoek actuëelyk, (de poena.
liteiten daar van afgetrokken,) zyn getauxeerd; ea „ dat, hangende de deliberaden, alles, wat de exe. '„ cutie, de tauxatien en bekeuringen betreft, inmid,1 dels worde gehouden in date en furebeance.
„ Overweegende, dat het Vertegenwoordigend Li„ chaam, by Decreet van den 16 Febr. 1799, haa„ ren wil en begeerte heeft aan den dag gelegd, om „ eenige faciliteit omtrent den tyd der Opbrengst van , de verfchuldigde Termynen, ten behoeve vanzoda11 nige Ingezetenen, als de rampfpoedige gevolgen
der bekende Overlhoomingen in hec voorige Win„ terfaifoen getroffen hebben, te willen verlee.
nen.
„ Befluit t
„ Der Requestranren verzoek, zo als hetzelve fa , liggende, te declinecren, doch niettemin aan de^, zeiven te accordeeren by deezen, om binnen den ' tyd van vier weeken , na dat het Decreet zal zyn
gevallen, de "erfehuldigde Fournisferoencen in de " gedecreteerde Geldheffbge van vier ten honderd, " al nog ten Compcoire der Gemeenelands Middelen " te Gorinchem te beiaalen, en zulks onder behoor11 lyke Recepisfen en Quicantien voor de Fournisfe-
mencen, door den Oncfanger af te geven.
„ En zal Extraét deezes, mee byvoeging vanvoor„ fchreeven Reque^ce , in originali , worden „ gezonden aan het Uitvoerend Bevind der Ba-
„ taaf-



4 APRIL 1800, «5
caafïche Republiek, om hier aan de aoodigeexe*; 93 cutie te geeven.
„ Alsmede gelyk ExcracT: gezonden worden aan „ Commisfarisfen ter Nationaale Rekeningen, om 9, te ftrekken tot informatie.
,, En zal dit Befluit, voor zoveel hec laatflegedeeU „ te betreft, overeenkomftig hec 60 Articul der Scaats-
regeling, aan de Tweede Kamer eer fanccie worden „ gezonden , met en benevens hec in deezen uitge,, bragt Rapport en de Hukken daar toe relatif, alles „ in originali.
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Hukken by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag, den 8 April eerstkomenden.
' Is geleezen een ExcracT: uit het Register der Be. fluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 31 Maarc 1.1., genomen, na gehoord ce hebben de confideracien en hec advis van hec Uitvoerend Bewind, als mede het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, die beide alhier geleezen zyn, op de Requesten van B. Timmer en anderen, allen verzogt hebbende om continuatie van Penfioen. Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refuratie gedelibereerd zynde, over het RapM pere van de Burgers Reprseientanten van Veen9 „ en verdere, by Decreec van den 27 Febr. en , Maart 1.1. ,9 Gecommitteerden, ten examen van twee Misfives 5, van hec Uitvoerend Bewind, daarby, onder ande«, ren, advifeerende op de Requeste van Benjamin D 3 5? Tim-



66 4 A p R 1 L *8o°'
„ Timmer en anderen, alle gewezen'sLandsBedien. „ den, respectivelyk verzogc hebbende, om conti. „ nuacie van hec aan hun respectivelyk coegelegd Penfioen,
„ En zynde hec voorfz. Rapport op den 1,9 Maart „ laatstleden alhier ter Vergadering uitgebragt, en „ in de Notulen van dien dag geïnfereerd.
„ En de tweede en derdeleezmg van voorfz. Rapport „ op den s6 daaraanvolgende en heden gefchied zyn„ de , heefc de Vergadering, zich met het daarby ,, voorgeflaagen Concept-Befluic conformeerende , 4, ook aldus befloten:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend \, Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, in „ wier handen, by filccesfive Belluiten van den 17 „ February en 3 Maarc l.L, om eonfideratien en ad,, vis, gefield zyn onderfcheidene Misfives van het „ Uitvoerend Bewind, van den 2% en 27 February „ deezes Jaars, voor zo verre daarby respectivelyk ge„ advifeerd word, op de Requeste van Benjamin „ Timmer, Adriaan de Graaf, Jacob de Bruin, „ Andries Ver burg, Petronella Kalte,Simon Bak„ kef, Jacob Piet er s, Taike Jans Broek, Marti' „ nus Meill, Abraham Poutfema en van Rinfe „ Sytfes, allen verzoekende om continuatie van Pen-
fioen en Gagemenc respectivelyk.
„ Overweegende, dat alle de Requefixanten alle „ de vereischtens bezitten, die by de Staatsregeling „ en kragtens dezelve genomen Decreecen, tot het M behouden van Penfioen,worden gevorderd.
v> Be*



4 APRIL 1800. 6/
„ Befluit: • - -
„ Dat aan Benjamin Timmer, geweezen Adfiftent ,% en Deurwaarder ten Compcoire der befchreeven
Middelen te Weesp, aan Adriaan de Graaf en
Jacob de Bruin, beiden woonende te Geertruy-
denberg, aan /indries Verburg, izRaamsdonk,
en aan Petronella Kalte, Huisvrouw van Jacob „ Moelaar d, woonende te Zevenbergen, allen ge-
weezen Ontfangers van 't Pasfagiegeld, in het Di„ {friet van den Overwaterfchen Ring, —. aan St* ,, mon Bakker, geweezen Gaarder van des Gemee„ nelands Befchreeven en Onbefchreeven Middelen ,, te Jisp, — aan Jacob Pieters , Taike Jans „ Broek, Martinus Meill, Abraham Pontfema en ,, Rinfe Sytfes, alle gewezen Executeuren en Adfi„ ftencen in hec voormalig Gewest Friesland en in
dac Gewesc woonachtig —— by continuatie „ zal worden betaald , hec aan hun respeccive„ lyk toegelegd Penfioen of Gagemenc, tot zo„ danige fomme, als voorheen aan ieder hunner „ is betaald, echter provifioneel niet langer, dan „ tot ultimo Maart, den dag van heden, ongepreju,, dicieerd de deliberatien over de propofitie van den „ Burger Reprajfentant de Sonnaville, nopens de be„ paling der Penfioenen gedaan,
„ En zal Extract deezes worden gezonden aan „ hec voorn, Uitvoerend Bewind der Bacaaffche
Republiek, ten einde hier aan de nodige execu-
tie te geeven,
„ En gelyk Extract aan Commisfarisfen tot cïe „ Nationaale Heekeningen , tot derzelver informa„ tie.
„ Zullende dit Befiuic, overeenkoraftig hec 6o>Art.
D 4 „ der



68 4 A P R I L iSooi
^ der Staatsregeling , ter bekragtiging worden gé» „ zonden aan de Tweede Kamer, van het Vertegen. ,i woordigeud Lichaam^met en benevens het in deezen uicgebragt Rapport, en de ftukken, daar toe j, relatif/alles in originali"
„ En is voords goedgevonden en verftaan (na de t, bekrachtiging van bovenftaand befluit) voorfz.
Misfive, Requesten en Bylagen,wederom in ori„ ginaü, te ftellen in handen van bovengemelde „ Commisfie, om by derzelver deswegens uittebren„ gen generaal Rapport het nodige reguard te liaan. „ En zal Extract deezes worden gezonden aan den Burger Reprasfentant van Veen, als eerstbenoemden in voorfz. Commisfie, tot informatie.
En daar de drie leegingen by de Eerfie Kamer blyIsen te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken, by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 8 April eerst kon? enden.
h geleezen een Extraét uit het Register der Beduiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Voiks van den i April ïaatstleeden; genomen, na gehoord te hebben de coniïderatïen en het advis van de Hove van juftitie, over de voormalige Gewesten Heiland en Zeeland. «5at meetle alhier geleezen is, op de Requeste van H. PV. Hcnke, verzocht hebbende Brieven van creasie ais Nota-ris.
Welk befluit ia van den volgenden inhoud:
£ By refumrie gedelibereerd zynde over eene Mis^ live van Prefidcnt en Kaaden, in den Hove van Sï Jufiitie ovsr de voormalige {^«resten Holland en
ss Zet'



4 APRIL 1800. 69
„ Zeeland, gefchreeven alhier den 21 Maarc laatsc„ leeden, en den 25 daar aan volgende ter deezer „ Vergadering voor de eerfteraaal geleezen, houden„ de, ingevolge van, en ter voldoeninge aan hec „ Decreet van den 17 der gemelde maand Maart, „ derzelver eonfideratien en advis, op de Requeste „ van ff. W. Henke, woonende te Amflerdam; daar» ^7» gemunieerd met favorabele Brieven van voor» „ fchryvinge van de Municipaliteit der Stad Amfler* „ dam voornoemd, verzogt hebbende, dac het Vertegenwoordigend Lichaam aan hem Requestranc „ gelieve te verleenen, Brieven van creatie als Nota» ris-
„ En de tweedeen derde leezing van voorfz, Misfive 5J op den 28 der gemelde maand en heden gefchied „ zynde, heeft de Vergadering beflooten, conform het „ advis van den bovengem.Hove vanj uftitie, het verzoek „ by voorzegde Requeste gedaan, mits deezen te ac9J cordeeren, en dienvolgende ten behoeve van den voornoemden H. W. Henke, de door hem verzogce Brieven van creatie ais Notaris, in behoorlyke for* ?J ma te doen depêcheeren, ten einde vervolgens naar SJ gewoonte by voornoemden Hove beëdigd, en 9S van eene Acte van Admisfie voorzien te wor„ den.
„ En zal Extract, deezes, met byvoeging van Co» 9J pie van voorzegde Misfive, mitsgaders de Requeste w en daarby overgelegde favorabele Brieven van voorw fchryvinge, in originali, worden gezonden aan „ hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, j5 om daar aan de nodige executie te geeven.
Zullende dit Deiluit, ingevolge het 60 rmicu! der
Staatsregeling , ter bekragciging worden gezori„ den aan de Tweede Kamer, met en benevens D 5 „het



7° 4 APRIL i8oo>
„ het in deezen uitgebragt Rapport en de {lukken „ daar toe relatif, alles in originali."
En daar de drie ieezingen by de Eerfte Kamer. blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit Befluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks van den i April 1.1., genomen op de Requeste van P. van der Zande, verzogt hebbende om Brieven van venia <staiis.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud.
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over de Re„ queste van Pieter van der Zande, woonende te „ Pynaker, oud ruim 21 jaaren, den 25 Maart laatst„ leeden, alhier ter Vergadering voor de eerfte maal „ geleezen; daarby, gemunieerd met favorabele Brie. „ ven van voorfchryving, van de Municipaliteit van Pynaker voornoemd; verzogt hebbende, dat het » Vertegenwoordigend Lichaam aan hem Requestrant „ geliefde te verleenen, Brieven van venia cetatis.
„ En de tweede en derde lezing daarvan, op den „ 28 dergemelden maand en heden gefchied zynde, „ heeft de Vergadering beflocen, het verzoek by „ voorfz. Requeste gedaan, mits dezen te accordee• ren» en dienvolgens ten behoeve van voornoemden „ Requestrant, de door hem verzogce brieven van „ venia atatis in behoorlyke forma te doen depê. ,3 cheeren.
„ Ten welke einde Extract deezes, met byvoeging
» van



4 APRIL iSoo,
, va» voorfz Requeste en Bylaage, in originali y " aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaf .ene RepuH bliek zal worden gezonden, om hier aan de nodige „ executie te geeven.
„ Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 60 Art. „ der Staatsregeling, ter fandtie worden gezonden,
aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, mee en benevens ., voorfchreeve Requeste en Bylaage, alles in ori-
ginali.
En daar de drie leezingen by is Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de cweede leezing van dit Be. fluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1 April laatstleeden, genomen op de Requeste van C, J. Kooy, verzochc hebbende Brieven van venia at at is.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud.
„ By refumtie gedelibereerd zynde over de Requefte
van Cornelia Johanna Kooy, woonende te MaasS5 ftuis, oud ruim ao Jaaren, den 25 Maarc laatslee» „ den, alhier ter Vergadering voor de eerfte maal „ geleezen; daarby, gemunieerd met favorableBrie. „ ven van voorfchryving van de Municipaliteit van „ Maas/luis, verzogt hebbende , dac het Vertegen-
woordigend Lichaam aan haar Requeftrante gelieve „ ce verleenen Brieven van venia atatis.
„ En de tweede en derde leezing daar van, op den
» -8



7» 4 APRIL 1800;
„ a8 der gemelde maand en heden gefchied zynde ,, heeft de Vergadering befloten, het verzoek by & voorfz Requeste gedaan, mits deezen te accordee„ ren, en dienvolgens ten behoeve van voornoem» rfeRequestrante, de door haar verzogce brieven vaa » venia atatu in behoorlyke forma te doen dep £• 55 cheeren.
Ten welken einde Extract deezes, met byvoeS5 ging van voorfz. Requeste en Bylaagen, in origis, nali, zal worden gezonden aan het Uitvoerend Bei5 vind der Bataaffche Republiek, om hier aan de no,5 dige executie te geven.
,, Zullende dit Befluic , ingevolge Articul 60 der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden ge„ zonden aan de Tweede Kamer van het Vertegen.
woordigend Lichaam, mee en benevens de voorfz. sé Requefte en Bylaagen, in originali.
\ En **** de dn"e Jeezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit befluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag de» 8 Apnl eerftkoomenden.
Volgens de Orde vsh den dag, is de tweede Iet*
ging gefchied:
Vaor eer ft: Van bet befluit van de Eerfte Kame* mn den 17 Maart Jaacsdeeden, op de Requefte va» J. JJ. bveerts de Landas, om approbatie vaneen
Collatie.
En heeft de Vergadering de derde leezing van dit beüun oepaaid op Dingsdag den « April eerftkoomencen*



4 APRIL 1800.
73
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 Maart II., waarvan de eerfte leezing op den 29 Maart, en de tweede leezing op den 1 April daar aan volgende zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van Mr. Covert Joan van Perfyn, verzogt hebbende conti' nuatie van het aan hem toegelegd Penfioen.
Welk Befluic in de Notulen van den 39 Maarc l.h is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32 Art. Lit. e. van het Reglement B. der Staacsregefing, gedecreteerd.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 691 der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen toe de Nationaale Rekening, tot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer v.in het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 26 Maarc laatftleeden, waar Van de eerfte leezing op den %j Maart, en de tweede leezing op den 1 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende het Befluic dier Kamer op de Requeste van W O. Bioys van Treslong, Capicein ter Zee, verzogt hebbenae een cedomagemenc wegens



H 4 APRIL 1800,
getis den aankoop van Vivres, welke hy geduurende 2yn verblyf in de West-Indien , ten behoeve der Equipagie had moeten aankoopen,
Welk^ Befluit in de Notulen van den 29 Maarc 1.1. is geïnfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens Art. 32. Liet. e, van het Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind en tevens een affebrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extract, van die Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, cot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 26 Maart 1,1., waar van de eerfie leezing op den 29 Maarr, en de tweede leezing op den 1 April daar aan volgende zyn gefchied, houdende hec befluit dier Kamer op de Requeste van D. Blik* man, Subflitut Procureur Generaal van den Move van JufHtie over hec voormalig Gewest Utrecht, en op die van H. Matthys, jf. van Schalk en Z. Portengen, Dienaars by deewnHove, verzogt hebbende, dac aan hun mogce worden voldoen, zekere Pra> mie, wegens eene gedaane apprehenfie van een dcodflager.
Welk Befluit in de Notulen van den 29 Maarc 1.!. is geimèreerd: Waar-



4 APRIL igco. 73
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het ga Art. Litt. e van het Reglemenc B der Scaatsrege» ling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt ket voorgemeld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requeste onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde reaal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 Maart 1.1., waar van de eerfte leezing op den ü8 Maart , en de tweede leezing op den 1 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van A. Telchuys, verzogt hebbende brieven van Creatie als Notaris.
Welk Befluit in de Notulen van den 28 Maarc 1.1. is geïnfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 52. Art. Litt. e. van het Reglement B, der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Be-t fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit'bekragtigd Befluic, ingevohre Art. 69, der Staatsregeling, met Copie der Misfive by het befluit gemeld en de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
h



?6* 4 APRIL rSoo.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hee Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 Maart 1.1., waar van de eerfte leezing op den 29 Maart, en de tweede leezing op den 1 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende het Beftuit dier Kamer eenige bepaalingen, betrekkelyk het affchaffen der betaalingen van leges op de Secretarye van het Uitvoerend Bewind en op die van de Agentfchappen.
Welk_ befluit in de Notulen van den 29 Maart 1.1. is geïnfereerd:
Waarop gelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis tot morgen.
De Vergadering, ingevolge Art. 25. van haar Re. git ment van Orde, overgegaan zynde tot de benoeming van eenen Prefidenc voor de volgende veertien dagen, is daartoe geltemd de Burger Reprefentant N. van Foreest.
En is gedecreteerd, hier van by Extract deezes kennis te geeven, zoo aan de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataalfchen Volks, als aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , om te ftrekken tot informatie, {zonder re/uw tie.)
Waarna de Prsefident de Vergadering fcheidt, cn adjourneert tot morgen voor den middag ten elf u wen*



C 77 >
GELTKHEID, V R T H E I Di BROEDERSCHAP.
Saturdag den 5 April 1800»
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYH&IDv]
P R JE S I D E.
By onpasfelykheid van den Burger Reprasfentant H.Quesnel, den Burger Reprasfentant C. Fleren.
Tegenwoordig de Burgers Reprasfencamen.
J. A. Krieger. U. C, de Leeuw. S. van Hoogftraten. L. J. Vitringa. M. Si der lus.
C, van Lennep. J. Tomas.
K. Llovens.
G. y. G. Bscot.
D. Hoitsma. 2V. van Foreest. J. S. Wemholt. J. de Joncheere.
; B. Storm. H. Hogewal. J. Cramer. F. Govers. H. van Andelt B. ten Pol. J. Busch. J. van Rees. W. C. de Crane; P. Linthorst.
ABSENT,
Mee permisfie»
J. H. Siccama. J. C. Druman. A. Ploos van Amfteh J. Lublink de Jonge.
Wegens ziekte.
11. Quesnel.
De Decreeren, op gisteren genomen, zyn gere» fumeerd en gearresceerd.
E Is



78
5 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfis Kamer van bet Vertegenwoordi. gend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 4 April 1.1., daarby kennis gevende, dac dezelve tot Praefident voor de eerstkomende veertien dagen heeft benoemd , den Burger Repraefentanc N. J. 0£huyfen.
En is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is gelezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 2 April 1.1 , daarby Copielyk inzendende eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, houdende kennisgeving, dat hetzelve Bewind had anngefteld twee Commandanten, over de rechter- en linkervleugel van dedefenfie deezer Republiek te Water, onder het oppertoezicht van den Agent der Marine.
En is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is geleezen een Extract uic het Register der Befluiten van dn Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 4 April 1.1.; genomen op de Requeste van R. van Ling, verzoekende permisfie, om twee lasten Bo.onen, vóór dato der Publicatie van den 12 December 1799 ingeladen geweest, naar Embden te verzenden. °
Zynde van den volgenden inhoud.
„ Is geleezen de Requeste van Ryk van Ling, » Koopman te Amfteldam ; daarby met allegatie van „ redenen verzoekende, permisfie, om twee lasten „ Boonen, vóór dato der Publicatie van den 12 De-
•x. cem«



5 APRIL i8co,
79
cember 1799 afgelaaden geweest, naar Embden te mogen verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac omtrent alle zaaken, de Commercie concerneerende , niet „ te fpoedig kan worden gedisponeerd, heefc deeze )y Vergadering verklaard, dat 'er is, onverwylde
noodzaaklykheid"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Keglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de redefi"n, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende Zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende j
„ En voords daadelyk bsflooten, hec verzoek, by „ voorfz. Requeste gedaan, mits deezen re accordee„ ren , en dienvolgende aan hem Requestrant te per« ma'tceerea, om twee lasten Boonen, vóór dito der „.Publicatie van den 12 December 1799 afgelaaden „ geweest, nanr Embden te verzenden, onder deeze „ mits, dat de Requescrant ten Comptoire der Con„ voyen en Licenten te Amfleldam, ten duidelyk„ tien zal doen blyken, en onder folemneelen Eede „ verklaaren, dac voorn, lasten Boonen zyn gelaaden sf geweest, vóór en alëer de Publicatie van het Uit„ voerend Bewind, van den *2 December de* afge„ loopen Jaars, is gepubliceerd geweest, zullende, „ by manquement van dien, de voornoemde per„ misfie gehouden worden, als niet geaccordeerd te
» «yn.
E « » Eö



8o
5 APRIL 1800.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging- van „ de voorfchreeven Requeste en Bylagen, in ori„ ginaii , worden g-zonden aan hec Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek, om hier aan „ de noodige executie te geeven,
„ Zullende dit Befluit, overéénkom ftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer van het „ Vei tegen woordigend Lichaam, mee en benevens » de voorzegde Requefte en Bylaage , in origiM nali."
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereeid zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art, 32, Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
. De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Dcercet.
En zal die bekragtigd Befluir, ingevolge Art. 6g. der Staatsregeling, mee do Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer, {zonder refumtie.)
Is gelezen een Extract uic hec Register der Beflui» ten van de Eerfie Kamer, van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 4 April 11,; genoomen op de Requeste van Gosch en Lothes, en anderen, verzoekende permisfie, om eenige psrtyen Erwten en Boonen, vóór dato der Publicatie van den 11 December 1799 ingeladen geweest, na.ar Hamburg te verzenden.
Welk Befluu is van den volgenden inhoud:
» Is



5 APRIL i8ooi §i
, ïs geleezen de Requeste van Gosch en Lothes^ ' A- Meyerink, G. Mit horst, Petemeyer en Bos» " fevaen, en Torner, alle woonende te Amfleldam, " A. C. en B. van Eeden, woonende te Haarlem $ " daarby , met allegacie van redenen , verzoekende " permisfie, om een kasje Erwten, een zak dito, " cwee baaien dito, vier zakken dito, en een zak " Wicceboonen, vyf zakken Boonen eh vier zakken ' Erwten, een vat dito en drie vaten Erwten enBooten, vóór dato der Publicatie van den sa Decem,-
ber »799 afgelaaden geweest, naar Hamburg te „ verzenden.
En in aanmerking genomer zynde, dat, allezaa, ken, de Commercie concernerende, uit baaren " aart fpoed vorderen , heefc deeze Vergadering , verklaard , dat 'er is, onverwylde noodzaaklyk,„ heid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b, van hec Reglement B, der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfie Kamer bygebragi, voldoends zyn , bekragtigt de verklaaring van mverwylas, noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
„ En voords daadlyk beflosten, het verzoek by voorfz. Requeste gedaan, mits deezen te accordee11 ren, en dien volgende aan hun Requestrancen te ,1 permitteeren, om een kasje Erwcen , een zak „ dito, twee baaien dito, vier zakken dito en een E 3 „ tok



8* $ APRIL 1800.
„ zak Witteboonen, vyf zakken Boonen en vier zak„ ken Erwten, een zak dito, en drie vaten Erwten „ en Boonen, alle vóór dato der Publicatie van n den 12 December 1799 afgeladen geweest, naar „ Hamburg te verzenden , onder deeze mits, dac de „ refpedive Requestranten, aan hec Commisfariaac h der Convoyen en Licencen, waar onder zy behoo„ ren, ten duidelykften zullen doen blyken, en on„ der folemneelen Eede verklaaren, dac de voorfz. „ partyen Erwten en Boonen zyn geladen geweest, » v°df en alëer de Publicatie van het Uitvoerend „ Bewind, van den 12 December £709, te Am„ fitldam en Haarlem voornoemd, is gepubliceerd „ geweest; zullende, by manquement van dien, de „ voorfz, permisfie gehouden worden als niet geac„ cordeerd te zyn.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorzegde Requefte en Bylagen, in originali, „ worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, st ten einde daar aan de noodige executie te gee35 ven.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge het 60 Art. der „ Staatsregeling ter fanclie gezonden worden aan de „ Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend „ Ligchaam des BacaafTchen Volks , mee en „ benevens de voorfz. Requefte en Bylagen, alles „ in originali."
En voorrs over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lic e, van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: ö b> b
Be Tweede Kamer bekragtigt het voorgejleld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En"



5 APRIL 1800. 8|
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69 der Staatsregeling, met de Requerte en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is geleezen een ExtracT: uit hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 4 April L %.% genoomen, na gehoord te hebben hec Rapporc van eene perfoneele Commisfie , dat mede alhier geleezen is, op de Requeften van A. ten Cate, verzogc hebbende om eene Genever-Stokery te Almelo ce mogen exerceeren.
Welk Befluic was van den volgenden inhoud :
„ De Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ hec Rapporc eener Perfoneele Commisfie, op
de Requefte van Adr. ten Cate, Burger en Inwoo" ner van Almelo, in hec Deparcement van den Qit" den Tsfel, by befluic van den 28 Maart 1.1. in der" zeiver handen gefteld, daarby zich beklagende over „ het Decreet deezer Vergaderinge, by het welk zyn „ voorig verzoek tot de vrye Exercitie, of liever „ continuatie van eene by hem Requeftrant reeds aan„ gelegde Geneverbrandery in Almelo voornoemd, is „ gedeclineerd; en voorts, om nader by de Requefte ,„ aangevoerde redenen, verzoekende, dat aan hem „ de vrye Exercitie van zyne Geneverftokerye als „ nog moge wórden gepermitteerd, en het Uitvoe„rend Bewind geautorifeerd, om, ingevalle van „ eene nieuwe Verpagting, welke in hec laacfte van „ de maand April gewoonlyk pleeg te gefehieden, E 4 » de



84
5 APRIL i8oa
„ de Commisfie toe de Adminiftratie der Financiën „ over het voorm. Gewest Overysfel te gelasten, daarvan alsdan by de Verpagcinge de noodige kennis ce „ geeven, of hem tot hec Genever ftoken te admit„ teeren, zo, en in diervoegen en onder zulke bepaa„ lingen, als overeenkomftig de gronden van recht en „ gelykheid geoordeeld zal worden te behooren; en „ dac eindelyk deezen aangaande, uit hoofde van de „ kort op handen zynde Verpagtinge, fpoedig moge 55 worden gedeponeerd; en in aanmerking genomen „ zynde, dac hec belang van de Ingezecenen van hec „ voorm. Gewesc Overysfel, zo wel als hec belang „ van hec Land, wegens de kort op handen zynde „ Expiratie der oude Pagte, en hec doen eener nieu93 we Verpagtinge, vorderen, dat 'er in deeze fooedig s, worde gedisponeerd, verklaart , dat 'er beft'aac on33 verwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Lite. b, van het Reglement B. der ScaacsregeJing, gedecreceerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat deredenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
„ Voorts overweegende, dat het 53 Art, der Alge„ meene Beginfelen van de ScaacsregeJing aan elk „ Burger wei hec regc toekent, om zodanige Fabriek „ of irafiek op ce rigten, ais hy verkiezen zal; doch 1, bet Venegenwoordigeud Lichaam tevens gelast,
„ om



5 APRIL 1800.
B5
„ om te zorgen, dac onder anderen ook de goede „ orde worde verzekerd.
Overweegende, dac hec Vertegenwoordigend Li„ chaam aan dit gedeeice van deszelfs pligc niet zou-
de voldoen, indien heczelve niec de nodige voor„ zieningen en bepalingen daarftelde, om te belec-
ten, dat niet, door eene al ce ruime explicatie van „ dit Art., 'sLands Financien aanmerkelyk worden „ benadeeld.
„Overweegende, dac dienvolgens, alvorens op „ het Request van deezen Burger kan worden gedis,, poneerd, het behoort te worden uitgemaakt,of het
onbepaald coelacen van Genever Branderyen, in het „ voormalig Gewesc Overysfel, voor'sLands Finan„ cien zeer nadeeiig zyn zoude.
,, Overweegende eindelyk, dac daar van by de aan„ ftaande Verpagtinge eene voldoende proef kan wor,, den genomen,
„ En zich conformeerende met hec advys van haare
Perfoneele Commisfie..
„ Befluit'.
„ Het verzoek van dien Burger voor als nog te „ houden in advis; en inmiddels,het Uitvoerend Be„ vrind der Bacaaffche Republiek te auchorifeeren, „ gelyk hetzelve geauchorifeerd worde by deeze , om „ de Commisfie tot de Adminiftratie der Financien ia ,, het voormalig Gewest Overysfel aan ce fchryven en „ te gelasten, om, zo fpoedig mogelyk, de Verpag„ ting van het middel op de gebrande Wateren aldaar „ te doen op tweederly wyzen, namentlyk op den „ oudsn voec, of met algemeene vryheid om, geduu-
rende deeze Pagt, Branderyen in dat voormalig GeE 5 5? wesc



65 5 APRIL i8oo,
„ west te mogen oprigten en in Verkoop te brenger», „ en onder deeze fpeciaale condicie: dat de Verpag„ ters, geriuurende een zekeren bepaalden cyd aan „ zich behouden het regc, om de Pagt te gunnen aan „ die geene van dePagters, welke hetzelve zal ver„ kiezen, en dat inmiddels de Bieders tot dien tyd „ hun gedaan bod zuilen moeten geftand doen; en „ dat van den afloop deezer alzo gedaane dubbele „ Verpagting dadelyk zal worden kennisfe gegeeven „ aan hec Vertegenwoordigend Lichaam der Bataaf. „ fcle Republiek, en dac het Uitvoerend Bewind „ daarvan dadelyk berigt zal geeven aan de Eerfie „ Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des ,, Bataaffchen Volks, ten einde hec eerfte alzo in „ ftaat worde gefield, om, na genoegzame kennisfe „ van zaaken te hebben bekomen, op de voorfz. Re„ quefte zodanig te kunnen disponeeren, als hetzelve „ zal oordeelen het meest met hec belang van hec Ba-
taaniche Volk, en dat der byzondere Ingezetenen „ overeenkomende te zyn.
„ En zal Extract deezes worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ten
einde daar aan de nodige Executie te geven. ' „ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Articul 60 „ der Staatsregeling, ter fanécie aan de Tweede Ka,s mer worden gezonden , met en benevens het
in deezen uitgebragt Rapporc,en de verdere Stuk„ ken, alles in originali.
Waarop gedelibereerd zynde, is hetzelve Befluit gehouden in advys tot Dingsdag aanftaanden, den 8. deezer.
Is geleezen een Extract uic het Register derBeflui»
ten



5 APRIL 1800. Z?
ren van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 2 April 1.1.; genoomen, na gehoord ce hebben hec Rapport van eene perfoneele Commisfie, dac mede alhier ge» leezen U, op de Requefie van de Municipaliceic van JSlunea, mitsgaders op ecneivlislive van hec Gemeente Beftuur van Bakel, houdende verzoek, tot verklaaring omtrent het Jagen op Hey - Broek Moeras en andere inculte gronden.
Welk Bclluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben-
de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, om „ te dienen van eonfideratien en advis, op de Reques„ te der Municipaiiteic van Nunen, mitsgaders op de „ MEfive van hec Gemeente Befiuur van Bakel, bei„ de in hec Deparcement van den Dommel, by be„ fluit van den 13 December 1799, een fine voorn. ,, in baare handen gefield, houdende verzoek toe ver„ klaring, omtrent hec Jagen op Hey - Broek Moe„ ras en andere inculte gronden, onder de refpeclive „ resforts dier Gemeentens gehorende, en voor wel. „ ker fuperflcieel gebruik een zekere Jaarlykfche „ Chyns of recognicie, ten Cornpcoire der Domei„ nen, door de gezamendyke Ingezetenen reeds is, „ en al nog worde uitbetaald, zynde hec desaangaande
te vooren uitgebragc Pvapporc, den 31 January, „ 10 en 24 February l.L, voor de eerfie, tweedeen „ derde maal geleezen.
Overweegende, dat by de Burgerlyke en Staat„ kundige Grondbegir.fels vóór de A&e van Scaatsre„ geiing geplaatst, mitsgaders by de Decreecen van „ hec Vertegenwoordigend Lichaam en foeciaal by
„ Pu-



5 APRIL 1800;
„ Publicatie van het ÜitvoerendSewind, ia dato 28 „ Oétober 1799, Haat omfchreeven, dat de huur-
ders en gebruikers by uitfluiring tot het Jagen, op „ de door hun gebruikte gronden zyn bevoegd, ver-
klaard en aldus gerechtigd
„ Overweegende dat het aanbetalen van eenjaar„ lykfc5 e Chyns ol recognitie ten Comptoirc der
Domeinen, voor hec fuperficieel gebruik der Hey.
Broek Moeras en andere inculte gronden, onder „ hec resfort eener Burgerlyke Gemeente gelegen, „ ais eene wezeniyke huur moet worden geconfide»
reerd.
„ Be/luit:
„ Dac zal worden verklaard, zo als verklaard wordt r„ by en mies deezen, dat de gezarnentlyke Ingezete„ nen der Burgerlyke Gemeenten van Nunen en Ba„ kcl respeclive, mitsgaders de gezamenlyke Ingezc„ tenen van iedere Burgerlyke Gemeente, welke voor „ het fuperficieele of andere gebruik van Hey- Broek„ Moeras of andere inculte gronden, onder het res. „ forr dier Gemeentens gelegen, eene Jaarlykfche „ Chyns of recognitie een Comptoire der Domeinen, „ waartoe zy behooren, betaalen, privative en met „ uitfluiting van alle andere buitengezetenen, tot hec
Jagen en Vogelen, op zodanige gronden bevoegd „ en gerechtigd zyn, mitsgaders dat de Secretarisfen „ dier Gemeenten onbevoegd zyn, om aan eenige „ Perfoonen , zynde buicengezetenen van die Ga„ meenten, eenig blyk van aangifte en regiftratuur, „ en gevolglyk eene bevoegdheid der Jagc, op de ,, hier voorgenoemd gemelde inculte gronden ce mo„ gen uitreiken, blyvende in alles onverminderden
on-



5 APRIL 1800; 89
y, onverlet zodanig recht, als de Ingezetenen van Helmond en Aarle, als mede Eigenaaren der „ Gemeence vanBakel, ten aanzien van hec medege„ bruik der incuke gronden, onder laacscgem. plaacs „ gelegen, zouden kunnen fultineeren.
,, En zal hiervan by Extract worden kennis gegeM ven aan hec Uitvoerend Bewind der óaceafkhe Re„ publiek, ten fine van executie,en cot deszelfs in' formatie.
„ Zullende dit Befluic, overeenkomfh'g het 60 Articul der Staatsregeling aan de Tweede Ka. „ mer ter fanctie worden gezonden, raet en be„ nevens het in deezen, en het op den 31 January „ 1.1., ter zaake voorfz. uitgebragt Rapport, en alle .„ de daar toe relative Stukken, alles in originali"
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken, by deeze Vergadering bepaald, op Dingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit hec Register der Be» fluiten van de Eerfte Kamer van her Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van 2 April 1.1. ; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, als mede hec Rapporc van eene Poifoneele Commisfie , die beide mede alhier geleezen zyn, op de Requefien van ti. Chatelein, M. van Aken en T. Klein, verzocht hebbende continuatie van Penfioen.
Welk bellyK i* vafi den volgenden inhoud:
By refunuie gedelibereerd zynde, over het Rapport van de Burgers Reprefentanten van Veen,
„ en



9®
5 APRIL 1800,
„ en verdere, Gecommitteerden, by Decreet van den ,, li February I.J., ten examen van eene Misfive van „ her Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ van den 6 te voren, fub No. houdende, inge-
volge van, en ter voldoening aan de Decreeten, „ van den 55, s6 en 28 Juny des jaars 179a, des,, zelfs eonfideratien en advis, op de Requefie yan „ Henry Chatelain, gewezen Commis van deGraaf„ lykheids Tollen te Gorinchem,en van Mr. Adolph
Heshuyzen, gewezen Ofitfanger van de Tollen te „ Haarlem; van Mattliys van Aaken, gewezen „ Roeyer en Tolknegt van de gemonificeenle Graaf„ lykheids Tollen te Gorinchem voorn., en eindelyk „ van Frederik Klein, mede in laatftgem. qualiteit „ gefungeerd hebbende, zynde door de eerfte, der. „ de en v:erde gemelde Supplianten verzogt continua. „ tie van het aan hun relpeelivelyk toegelegd Pen„ fioen, en door den tweeden gem. Suppliant conti. ,, nuatie van hec aan hem Jaarlyks geaccordeerd de„ dorragement of fchadevergoeding.
„ En zynde hec voorn. Rapporc op den 24 Maart „ 1.1. alhier eer Vergadering uitgebragc en in de No„ culen van dien dag geïnfereerci.
„ En de tweede end.rde Leezing daarvan, op den ,, s8 daar aan volgende en heden, gefchied zynde, „ heefc de Vergadering, zich mee het daarby voorge„ Hagen Concept Befluit conformeerende, ook aldus „ beflooten:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Li* ,, chaam des Bat.Volks, gehoord hebbende het Rapport ., eener Perfoneele Commisfie , in wier handen, by Be„ fluit van den 11 Febr. 1.1,, ten fine van confidera„ tien en advis, gefield was, eene Misfive van hec
„ Uit-



5 APRIL 1800.
51
„ Uitvoerend Bewind, gefchreeven alhier, den 6 „ bevorens, lub No. houdende, ingevolge van „ en ter voldoening aan de Decreeten van den 25, „ 26 en 28 juny des afgelopen jaars, deszelfs favo„ rabel advis, op de Requefte van Henry Chatelain, n gewezen Commis van de Graaflykheids Tollen, te „ Gorinchem; van Mr. Adolph Heshuyzen, gewe„ zen Onrfanger van de Tollen te Haarlem; van „ Matthys van Aken, gewezen Roeyer en Tolknegc „ van de vernietigde Graaflykheids Tollen te Gurinchem; en eindelyk van Frederik Klein, mede in laatstgem. qualiteit gefungeerd hebbende; de eer„ fte, derde en vierde, verzoekende om continuatie „ van het hun toegelegd Jaarlyks Penfioen, en de ,, tweede Requeftrant om continuatie van het Jaarlyks „ aan hem geaccordeerd dedomagement of fchadever„ goeding.
„ Overweegende, dac uic legaale bewyzen con„ fteerc, dat de Requeftranten Henry Chatelain, „ Matthys van Aken en Frederik Klein, alle de „ vereischcens hebben, welke by de Staatsregeling, ,, en kragtens dezelve genomen Decreeten, toe hec
behoud van Penfioen worden gerequireerd.
. „ Befluit:
„ Aan Plenry Chatelain, gewezen Commis van „ de Graaflykheids Tollen ce Gorinchem, aan Mat»
thys vzn Aken en Frederik Klein, geweezen „ Koeyers en Tolknegcs van de vernietigde Tollen ce „ Gorinchem voom., en alle aldaar woonachtig, ce „ accordeeren de continuatie van hec aan hun toege-
legd Penfioen; en zulks aan den eerftgemelden te» gen /S^0» en aan den tweeden en derden, ieder
« f 050



9» 5 APRIL iSoo.
»? / 25° Jaarlyks, echter nier anders, dan provifio„ nee) tot ultimo Maart i.J., en ongepraejudfcieerd „ de deliberatien over de Propoficie van den Burger „ Reprasfentanc de Sonnaville, nopens de bepaalin" 5, der Per-fioenen gedaan.
,, Befluit wyders:
„ Hec verzoek van Mr. Adolph Heshuyzen, gewe„ zen Ontfanger van de Tollen te Haarlem, te de„ clineëren en te wyzen van de hand, zo als het ligt; „ uit hoofde de gewezen Bediendens der afgefchafte „ Tollen zyn gepenfioneerd, en hy Requeftrant, te„ gen de gronden der Staatsregeling,by continuatie, „ uitfiuicender wyze, niet kan worden gededoma„ geérd.
„ En zal Extracï deezes, ten aanzien van de geac„ cordeerde Penfioenen, worden gezonden aan hec
Uitvoeretia Bewind der Bataaffche Republiek,coc „ informatie,
„ Als mede gelyk Extract, aan Commisfarisfender
Nationaale Rekeningen, ten zeiven einde.
„ Zullende die Befluit, voor zo veel hec eerfte ge„ deeJte betreft, overëenkomftig het 6o Artykel ,, der Staatsregeling, ter bekragtiging worden ge„ zonden aan de Tweede Kamer, met en benevens ,, het in deezen uitgebragc Rapporc, en de ftukken „ daartoe relatif, alles in origitiali."
„ En is voords gedecreteerd, ('na de bekragtiging „ van bovenftaand Befluic) de voorfz, Requefte en „ Bylcgen van H. Chatelain, M. van Aken en "F. ,, Klein, in originali, te ftellen in handen van bo„ vengem. Commisfie, om daarop, by derzelver „ finaal Rapporc het noodig reguard te flaan.



5 APRIL 1800;
n
u, En zal Extraél deezes worden gezonden aan den „ Burger Reprcefenranc van Veen, aIs,eerif.benoem« ... den in voorfz. Commisfie, tot informatie.
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer, ftukken bepaald op üingsdag,den 6 April, eersckomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des bataaffchen Volks, van den % April 1.1.; genoomen na geboord te hebben hec Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op de door het Uitvoerend Bewind overgelegde Requescen van J. Korthals, verzocht hebbende continuatie van Penfioen.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud :
„ By refumtie gedelibereerd zynde over het Rap„ port van de Burgers Reprtefencanien van Veen era
verdere, by Decreet van den 14 Maarc 1.1., Ge„ committeerden, ten examen van eene Misfive van „ hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek „ „ van den 10 te vooren, fub No. fj-, daarby, mee „ deszelfs favorabel appuy , ter dispoficie van hec „ Vertegenwoordigend Lichaam overgelegd hebben*
de, de Requeste van Jan Korthals, geweezen „ folknegc op de verniecigde Tollen van Geervliet, „ op de principaale Wagt ce Dordrecht ; daarby „ verzogc hebbende continuatie van het aan hem „ in die qualiteit toegelegd Penfioen, a ƒ fcgo
's jaars.
„ xin zynde hetzelve Rapport, den 24 Maart U.;* F w ter



9* 5 APRIL i8co.
„ ter deezer Vergadering uicgebragc, en in de Notulen van dien dag geinfereerd. i
,, En de tweede en derde leezing daar van, op den „28 daaraanvolgende , en heden gefchied zynde , „ heeft deeze Kamer, zich met het daarby voorgefla„ gen Concept-Befluit conformeerende , ook aldus
beflooten;
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend 55 Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben. „ de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, in
welker handen by befluit van den 14 Maart 1.1. „ ten fine van eonfideratien en advis, was gefield „ eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Ba„ taaffche Republiek, gefchreeven alhier, deniobe„ vorens, fub No. Jij daarby met deszelfs favorabel „ appuy, ter dispofitie van het Vertegenwoordigend „ Lichaam overleggende , de Requeste van Jan „ Korthals, gewezen Tolknegt op de vernietigde Tol„ Jen van Geervliet, op de principaale Wagt ce Dor9, drecht, om geavanceerde redenen verzoekende, met
de continuatie van het aan hem, door de provifioneele „ Reprafentanien van hec voorm. Gewest Holland, „ in den Jaare 1795 , by de vernietiging van de ge„ melde 'lol, geaccordeerd jaarlyks Penfioen a , ƒ 250 te mogen worden gebeneficeerd.
„ Overweegende, dat uit iegaale bewyzen tenRe„ queste overgelegd, confteert; dat de Requeflranc „ alle de vereischtens heeft, welke by de Staatsre35 geling, en krachcens dezelve genomen Decreeten, „ tot het behouden van Penfioen worden gerequi„ reerd.
„ Be.



5 APRIL i8co.
95
„ Be fluit \
„ Aan Jan Korthals, geweezen Tolknecht op de
vernietigde Tollen van Geervliet, op de principaa-
le Wacht van Dordrecht te accordeeren de conti„ nuatie van het aan hem verleende Penfioen, tegens •5/250 Jaarlyks, echter niet anders, dan provifio„ neel tot ultimo LVJaart 1.1 , en ongeprasjudiciëercjde
deliberatien over de Propofitie door den Burger Re„ prsefentanc de Sonnaville, nopens de bepaalingen M der Penfioenen gedaan.
„ En zal Extract deezes worden gezonden aan het „ voorn. Uitvoerend Bewind, ten einde hier aan de „ noodige executie te geven.
„ nis mede gelyk Extract aanCommisfarisfen tot de „ Nationaale Rekeningen, tot informatie.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomllig het 60 Ar„ ticul der Staatsregeling, ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens „ hec in deezen uitgebragt Rapport, en alle de daar-
toe betreklyk zynde Stukken, in originali.
„ En is voords goedgevonden en verftaan, (na de „ bekrachtiging van bovenftaand Befluic,) voorfz. Mis» ., five, Requeste en Bylagen, in originali, weder„ om op nieuw te ftelien in handen van de bovenge„ melde Commisfie, om by derzelver deswegens uit ,, ce brengen generaal Rapport, het noodig reguard „ te flaan.
„ Ten welken einde Extract deezes, voor zo veel „ dat gedeelte aangaat, zal worden gefield in handen „ van den Burger Reprajfentant van Veen , als ,, eerstbenoemden in voorfz. Commisfie, tot infor-
made."
F » En



p6
5 APRIL 1800;
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede ieezing deezer Stukken, by deeze Vergadering bepaald , opDingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Ex'raót uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegen woordigend Lighaam desBaraaffcben Volks, van den i April 1L; genomen na gehoord te hebben het bericht, de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind dat mede alhier geleezen is, op de Requeste van de Lecen des Kerkenraads van de Hervormde Gemeente te I/leerkerk; verzogt hebbende, dat de door voorzegde Gemeente aangeftelde Kerkmeester, in dezelve Bediening moge worden gemaintineerd, enz.
Welk Befluic is van den volgenden'inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, overeeneMis„ live van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche „ Republiek, gefchreeven alhier den -p Maart 1.1., v fob No gf, en den 24. daaraanvolgende eer deezer „ Vergadering geleezen; houdende, ingevolge van, n en ter voldoening aan hec Decreec van den 29 No„ vember 1798, deszelfs bericht, confideracienenad„ vis, op de Requeste van J. Bres/er ƒ, allen Le3S den des Kerkenraads van de Hervormde Gemeente „ te Meerkerk ; daarby verzogc hebbende, dac de * door voorfz. Gemeente aangeftelde Kerkmeester „ /'. Uttenkogaert, in dezelve Bediening moge wor-
den gemaintineerd, en de Municipjiiieit van ge„ melde Plaats aangefchreeven, om dcnzelveti onver„ hmd-'d daarin te raaien, tot dat het Vertegenwoor0 digend Lichaam de klagten door hem Requestrant/



5 APRIL 1800; 97
n tegen voorfz. Municipaliteit ingebragt, zoude hebben beflist.
„ En de tweede en derde leezing van voorfenree ve Misfive op den 28 Maarc h 1, en heden gefchied " zynde heeft de Vergadering , conform het advis " van bovengemeld Bewind , be/looten , de keuze " vaneenen Kerkmeester door hec Gemeence Befiuur " van Meerkerk, en eenige weinige op deszelfs we" dtrrechtelyke convocatie opgekomen lieden gedaan, " en op den Perfoon van F. van der Heiden uitge" bragc, by deezen voor nul en van onwaarde te hou" den, en integendeel de verkiezng van den Kerk93 meester B. Uitenbogaert, by zeer groote racer" derheid van ftemmen uit de ganfche Gemeente, " behoorlyk door den Kerkenraad en de Kerkelyke " Commisfie opgeroepen , als wettig en conform de " cegenswoordige orde van zaaken gedaan, te confide» " reeren, en voords het Uitvoerend Bewind, mids " deezen.ee autorifeeren, om het voorfz. Gimeente" Befiuur aan te fchryven en te gelasten, den laatst" genoemden in de waarnecming vjn zy nen Post niet " ie hinderen, en zich zorgvuldig te wagcen, van " eenigzins, door zich in hec Kerkelyke lieftuur te " willen indringen, te anticipeeren op ce S aa.tsrege" lmg, en hec daarby aan de Requeflrancen toege" kend recht van eigendom, bezit en behèering der Kerk en Panory goederen en effecten ofpenuingen, " hoe ook genaamd, of op eenige vrye oenoeming , der Kerkelyke Amptenaaren.
„ En zal ExcracT: deezes, met byvoeging van de „ voorfz. Requeste en Bylaagen, in originali, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba* \\ taaffche Republiek, toe informatie.
Zullende dit Befluic, overeenkomflig het 60 Art.
F 3 » <*er



pS s APRIL 1800.
„ der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens „ voorfz. Misfive en Requefte, in originali."
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Hukken by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 8 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1 April laatstleden; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van den Hove van Ju. fticie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, dat mede alhier geleezen is, op de Requeste van J. Schellinkhout; verzogt hebbende om Brieven van Creatie als Notaris.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over eene Mis„ five van Pra?fidenc en Raaden, in den Hove van „ Juftitie over de voownaalige Gewesten Holland en „ Zeeland, gefchreeven alhier den 20 Maarc 11., en ,> den 24 daaraanvolgende alhier ter Vergadering voor „ de eerfte maal geleezen; houdende, ingevolge van „ en ter voldoening aan het Decreet van den 11 daar „ te vooren, derzelver eonfideratien en advis, op de s, Requeste van Jan Schellinkhout, woonende te „ Oudorp, daaiby, gemunieerd met favorabele Brie„ ven van voorfchryving van de Municipaliteit te Oa„ dorp voorn., verzogt hebbende, dat het Vertegen„ woordigend Lichaam, aan hem Requeftrantgelieve „ te verkenen, Brieven van Creatie als Notaris.
„ En



5 APRIL 180e.
99
„ En de tweede en derde leezing daar van op den „ 27 der gemelde maand Maart en heden gefchied zyn. „ de, heeft de Vergadering, conform hec advis van „ bovengem. Hove, befloten , het verzoek, by „ voorfz. Requeste gedaan, by deezen te accordee» „ ren, endienvolgende, ten behoeve van voorn. Re» ,', queflrant, de door hem verzogce Brieven van Crea„ tie als Notaris, in behoorlyke forma, te doen de" pecheeren, ten einde vervolgens naar gewoonte by W voorn. Hove beëedigd, en van eene Aéte van Ad.
misfie voorzien te worden.
„ En zal Extraét deezes, mee byvoeging van
Copie der voorzegde Misfive, mitsgaders de daarby " overgelegde Requeste, favorabele Brieven vanvoor" fchryving en Bylagen , in originali, worden ge, zonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche "Republiek, om hier aan de nodige executie ie „ geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomstig het 60 Art. „ der Staatsregeling , ter bekragtiging worden gezon„ den aan de Tweede Kamer van 't Vertegenwoor„ digend Lichaam, met en benevens alle de Hukken ,, daar toe relatif, in originali.'
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied , is de'tweede lezing deezer Stuk. ken, by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 8 April eerstkomenden.
Volgens de orde van den dag, zyn de tweede Iee« zingen van de volgende Befluiten van de Eerfte Kamer gefchied:
Voor eerst x Vaa hec Befluit van den I April II., F 4 op



loo 5 APRIL iSoo.
op de Requefte van % C. van Hoorn; verzogt hebbende, dat hec Collegium Pfiarmaceuticum van den Hage mag worden geautorifeerd, om hem, niettegenitaande hy geene vier jaaren alhier in een Winkel heeft geflaan, zyn examen af te neemen.
Ten tweeden: Van hec Befluit van den 28 Maarc Wouw naasti«g van het Kerkgebouw te
Ten derden: Van het Be/luit van den 28 Maart '„7?f bl de aanfei!inS van ff. Epkes als Kerkvoogd te ïVeidendorp, word geapprobeerd.
Ten vierden: Van het Befluit van den 28 Maarc U. f op de Requefte van Dorps voogden teOlaeboorn, om relticutie van voorgefchoten Gelden.
En heeft de Vergadering de derde leezing van alle deeze Befluicen bepaald, op Dinesdag den 8 April eerstkomenden. ö
Is by refumtie gedelibereerd over her Befluic der Ütrfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 Maart 11.; houoende eenige bepaalingen; betrekkelyk hec affchaffen der betaalmgen van Leges op de Secretarie van hec Uitvoerend Bewind, en op die van de Apentfchappen; welk Befluic alhier op gisteren voor de derde maal is geleezen, en als toen in advis gehouden, keeft deeze Vergadering, als nu, ingevolge Art. ga. Lier.van hec Reglement B. der Staatsregeling, ge-
De



5 APRIL 1800.
lol
De Tweede Kamer hekragtigt het voor gefield Be; fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd wefluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Ka-, tner.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, toe informatie.
De Burgers Reprasfenranten Wentholt en verdere, by Decreec van den 20 Maart laatsdeeden, Gecommitteerd zynde Leden, ten examen van een, ;ten dien dage, gedaan Voordel door de Burgers Repraïfentanten Hovens, Siccama en Linthorst, betrekkelyk eenige bedenkingen over de raadpleegüsgen van het Plan van Algemeene Belastingen; en wyders voordragende, de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam op de vriendelyklle wyze te verzoeken , derzelver deliberatien over dac belangryk onderwerp, zo veel moogiyk, te befpoedigen.
Hebben ter Vergadering uitgebragc het navolgend Rapport:
BURGERS REPRESENTANTEN I
Het was op den 20 der afgeweeken maand Maart, dat de Burgers Keprasfentanten Havens, Siccama en Linthorst, Leden deezer Kamer, ter Vergadering een voorftel deeden, daar toe tendeerende, dat 'ereenmaalmogtworden voorzien, dat deeze Kamer over zaaken van algemeene boogde aangelegenheid, met zo veel overhaasting, als waar toe de nood der afdoening dezelve meeraiaalea had F 5 68-



5 APRIL 1800.
genoopt, niet behoefde te raadpleegen en te befluiten zonderling met opzicht tot de financieele belangens, wier aangaande door het vooruitzicht in de berekenin» hoé verre de gewoone, of vastgeftelde buitengewoone m'iddelen kunnen ftrekken, en wanneer nieuwe noodig zyn zulks koude en behoorde te worden voorgekomen.
Het was by dat voorftel, dac voornoemde Leden den aandagt deezer Vergadering al verder bepaalden by het belangryk voorfchrift der Staatsregeling, de daarftelling van het nieuw ftelfel van Algemeene Belastingen, met herinnering tevens van den tyd, binnen welken hetzelve, raar luid van Art. aij. des 6. titels, alömtne moet ingevoerd en in werking zyn.
Het behaagde deeze Vergadering, ten dage voornoemd, dat voorftel te ftellen in handen van derzelver Medeleden van Hoogftraten, Sideriu; en den Spreker , ten einde daaromtrent te dienen van eonfideratien en advis, doende hetzelve inmiddels drukken en aan de Leden distribuëe. ren.
Dit laatfte dispenfeert over zulks uwe Commisfie van eene woordelyke infertie des voorftels zeiven , als aan alle de Leden , zo van deeze als der Eerfte Kamer bekenden in handen.
Dezelve kan alzo, het oog fteeds gevestigd houdende op de redenen en motiven, by het meeraangetogen voorftel vervat, al aanftonds overgaan , om voorhaareconfideratie , omtrent het eerste poiu cl, te zeggen, dar zy volkomen inftemt met de Onderteekenaarsvan hetzelve, dat 'er tegens alle overhaasting, in het beöordeelen van — en befluiten — zonderling over finantiëele belangens en maatregelen , zo veel mogelyk, behoort te worden voorzien en dezelve voorgekomen.
De Eerfte Kamer, Burgers Vertegenwoordigers! heeft niet minder het onaangenaame, als in onderfcheiden opzichten nadeelige, hec welk in het moeten nemen van overhaaste Befluiten, nopens's Lands behoeftens, gelegen is, zo zeer gepenetreerd, dat zy zich heeft verplicht geacht, ook dat poinób, ten onderzoek naar de oorzaaken, en tot voorkoming, dat zulks niet verder plaats hebbé, te moeten ftellen in handen eener perfoneele Commis-



S APRIL 1800.
103
misfie, by befluiten van den 7 en 13 der voorige maand, dasr toe benoemd , dewelke dan ook bereids, op den 18. daaraanvolgende, in Committé General deswegens Rapport heeft uitgebragt, het welk voords gedrukt , en aan de Leden deezer Vergadering medegedistribuëerd zynde geworden , alzo insgelyks aan dezelven kennelyk is.
Even daarom, dat aan uwe Commisfie het eerfte poinct, by het meergenoemde voorftel vervat, nog des te belang, ryker is geworden , en dat gedeelte van hetzelve nu zodanig is worden gejustificeerd, dat 'er geene andere drangredenen of motiven door uwe Commisfie behoeven toegedaan te worden.
Maar ook even daarom, en in het vast vertrouwen , dat de Eer/te hamer niet zal nalaten, over dat 20 hoogst belangryk Rapport, haare deliberatiën te befpoedigen, en het deswegens te nemen Befluit aan deeze Kamer, ter oyerweeging en bekrachtiging, intezenden, is uwe Co omistie van "gevoelen , dat, zo de Vergadering zich met heldoor naar ten einde deezes uittebrengen Advis mogt vereenden» dat alsdan ten deezen eeniglyk en met weinijren, d.iaröp behoorde te worden aangedrongen, dat de Eerfte Kamer hetzelve, zo dra mogelyk, wilde voornemen, eu tot een Befluit brengen.
Het tweede gedeelte des voorfz. voorftels , hetwelk niet alleen tot en met het eerfte in een zeker verbandftaat,— daartoe bydraagt , maar waarop ook wederom van hec eerfte, een zekeren drang tot verplichting in debefpoediging en volbrenging van het tweede beoogde , de'Jaarfteiling van het nieuw (teifel van algemeens belastingen nederdaalt , bevat zodanig een gefc'netst betoog van het nuttige en noodzaaldyke, in het belang voor het algemeen, toe desze'fs voltoo:jin«; dat zy den aaneengefchakelden keeïen der aan elkander geklonken bondige redenen, door tusfehenvoeging van een of anderen minderen fchakel, zoude vreezen te verzwakken.
■ Hierom, dat uwe Commisfie san het belangeloos befin-gnemend oogmerk der Voorftcllers hulde doende, terwyl zy hetzelve willen, aan de Eerfte Kamer toekent , niettemin , daar de Commisfie der Eerfie Ka.vser met dat belangryk en zo veel omvattend werk bezwaard ,enfteeds
werk-



io4 § APRIL 1800.
werkzaam bezig , by derzelver den 13 Maart jongstleden uitgebragt, en vervolgens gedrukt Uapport, betr-kkelyk liet Middel van het Klein Zegel, zich op pag. iualdus heeft verklaard: wv vleijen ons, dat heL nieuwe ftelfel t, van algemeene Belastingen, met, of in den aan;ar,g van „ het volgende jaar zal kunnen worden in werking gebragt," en dat de Voorftellers het zo nuttig heiizaame, als noodzaakelyke in de vervroeging ter daarftelling, gegrond op de leer van bevinding door proefneming, nader aandringen, en even daarom zo wenfchelyk begceren , dat dit aangelegen weik, zo al niet met de maand 3tify* immers met October vclgende mogte voltooid zyn. — Op dat eene proeve, geduurende zes, of drie maanden van die jaar, genomen, meerder, dan bereekeisbaar mogelyk, zeker (lelie, zoal niet in allese:; over net geheel, nogtans in veele opzigten het geen men in 1801. van de algemeene
belastingen te verwasten hebhe, welks derzelv^n te
verhogen, — welke te verminderen, en tot welkeen» boog. \a die zouden optebrengen zyn , teneinde dusdoende buitengewoone heffingen, en andere omy ige of fchadelyke maatregelen, zo veel doenlyk, te voorkomen, althans te kunnen verminderen.
Daar m=n alvorens het Rapport der perfoneele Conirm.'ik" van de Eerste Kamer, nopens de invoering van het Klein Zegel, maar behoeft inte uen, om volkomen overtuigd te worden vart de waarheid, e;i het belangrpke in
den Voordragt van uwe Medeleden gelegen, ais waar
int ten klaarden blykt, dat, bevoorer s de daar (telling van hetPlan van algemeene belastingen, naauwlyks een eenig middel, zonder in ongelykheid en bezwaar van het eene gedeelte boven het andere te vervallen, over het geheel, 7.0 dat hetzelve caa lelyk wuke , kan worden ingevoerd.
Daar eindelyk de noodzaaklykheid, ter voortreffende befpoediging, vau wegens de verantwoordelykheid, om de Wets wille A t. 211 der Staatsreg. het vourfle! zo zeer ondersteunt, zo is het, dat uwe Commisüe geene zwaarigheid maakt Ulieden ie aoviferen , om , naar aanleiding van lie-zelve, met welks waare beöoging zy mag vernauwen , dat deeac Vergadering met de Vuorftelleis
ai



5 APRIL a8oo; 105
al erl gehesi is inftemmende, aan de Eerfte Kamer op eene gepaste wyze te kennen ce geven , den wenscli en begeertes deezer Kamér,! dat toch dit allerhelsngrykst werk, zc» fpoedig mooglyk, worde voordgezet, voleind , en alzo dat gedeelte der Staatsregeling in werking geraakt.
Zulks toch kan aan dezelve, die daar mede, even zo weinig als de Voorftellers, eenige inculpatie van nalatig»' heid of verzuim, eenig wantrouwen, als zoude de Eerfte Kamer, of derzelver Commisfiën, niet met gepasten yver in deezen werkzaam zyn, voorhebben te bedoelen, nim« mer ten kwaaden geduid worden.
Het belang der zaake; de Voordragt daar toe door eenige Leden uit derzelver midden gedaan; de verandwoordelykheid , ook van deeze Kamer zyn, bv de goede v<;r« ftandhouding, dewelke zich lleeds tusfchen de twee Kamers heefc betoond,daar tegens ten genoegzaamen waarboig.
Er blyfc uwe Commisfie alzo niets overig, dan de meest gepaste wyze voortedragen, op welke deeze Kamer, naar aanleiding van het gedaane Voorftel, in het ter kennis brengtn van derzelver vvensch en begeerte aan de Eersta Kamer, zoude behooren te vervaaren.
En dan is het aan uwe Commisfie voorgekomen, dat zulks behoorde te gefehieden by Misfive.
Behalven toch dat het belang en gewicht der zaake zulks* fchynt te vorderen, zal deeze, naar haar inzien aan do egards, welke beide Kameren voor eikanderen bebooren te betoonen, in deezen tevens wel bet meest beantwoorden:
Üwe Commisfie, die hier mede aan haaren last in zo» verre verhoopr voldaan te hebben, onderwerptderzelvert gevceien aan Ulieder beter oordeel, terwyl zy, byaldiert de Vergadering hetzelve mogte aauneemen en daar mede als zodanig inftemnien, vaardig is, om ook de daartoe als dan behoorende Concept-Mislive tc produceeren.
Alles echter met onderwerping aan Ulieder beter oor» deel.
. J. S. Wentholt. Samue! van Hoogftraten, M. Siderius,
En



ïofi 5 APRIL 1800.
En is goedgevonden, het voorfz. Rapport te doen drukken en aan de Leden te distribueeren , en is het zelve twee dagen na de distributie gefield aan de orde van den dag.
En zal Extract van dit Decreet, met het voorfz. Rapport, worden gezonden aan den Burger Repraj^ fentant Siderius, als aan het hoofd der Commisfie tot de zaaken der Diukkery, tot informatie.
De Praefident legt zyn Prsffdium neder, fcheidt de Vergadering , en adjourneert dezelve tot aanflaanden Dingsdag den 8 April, op den middag.



C ^7 )
GELTKHEID, V R $ H Ê I Dl BROEDERSCHAP.
Dingsdag den 8 April 1800,
HET ZE3DE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEID*
PR^SIDE.
Den Burger Repnefencanc
N. van Foreest.
I Tegenwoordig de Burgers Reprafencanten.
M. Siderius. J. de Joncheere. S. van Hoogflraten, D. C. de Leeuw* D. Hoitsma. J. A. Kr leger. IC. Hovens. C, van Lennep. P. Linthorst. G„ J. G. Bacot. F. Govers. J. S. IVentholt. /ƒ. van Andel. J. van Rees.
|De Pfcefident N. van Foreest, aanvaart zyn Praefidiun.
i_B "\e Decreeten, op Saturdag c'en 5 deezer genj» „XJr men> zYn gerefumeerd en gearresteerd.
U Is
I B. Ten Pol. j H. Hogewal. I J. Cramer \TV. C. de Cran el j J. Busch. i J. Tom as. I B, Storm. 1 L. J. Pitringa.
ABSENT^
Met permisfie.
J. H. Siccama. J C. Druman: J". Lublink, de Jonge*] C, Floren.
Wegens ziekte. H. Quesnel.
Zonder permisfie: A. Ploos van Amfiel»



lof; 8 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 4 April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is; op eene lvlisfive van de Raden in den Hove van Jnftitie, in het voormalig Gewest Stad en Lande, daarby proponeerende, om door dezelve tot de Organifatie der Rechtelyke Machete laatencontinueeren, de door voorn. HoYe provifioneel aangeftelde Perfoonen, tot waarneming der in die Misfive vermelde vaceerende Rechterftoelen.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende het Rapport eener perfoneele Commisfie, op eene " Misfive van de Raaden in den Hove van Juftitie, in het voorm. Gewest Stad en Lande, gefchreven te Groningen den 25 Maart 1.1 , om geallegueerde „redenen de vryheid nemende, der Vergadeiing te „ proponeeren, om door dezelve tot de Organifatie „ der Rechterlyke Machc te laaten continueeren de „ door voorn. Hove provifioneel aangeftelde Peifoo„ nen tot de waarneming der in die Misfive vern melde vaceerende Rechterftoelen.
„ Overweegende, dat het geen de Juftitie raakt, „ fpoedig behoort beflist te worden, verklaart, dac 'er ten deezen beftaat onverwylde noodzaaklek„ hsid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat , heeft deeze Vergaaering, ingevolge Art. 32. Litt. h
van



8 APRIL 1800.
ÏO0
van hec Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekrachtigt de 'verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgendbeftait, houdende;
„ Voorts overweegende, dac door de Raden van
hec Hof van juftitie in hec voormalig Gewest Stad " en Lande, tot voorkoming van ftagnatie in de Ad. ' miniftratie der Juftitie te recht eene provifioneele ,j voorziening is gedaan , toe de waarneeming van J5 eenige in het Oldampt vaceerende Rechcftoeien.
„ Overweegende, dat, uic hoofde van de aanftaann de organifuie van de Rechcerlyke Macht, de per„ foonen, welke tot deeze vaceerende Ponen zou. Js den moecen worden benoemd, fiegts eenen korten a tyd zouden kunnen fungeeren.
„ Overweegende, dat het daarom moeyelyk Zal 59 zyn voorden Hove voornoemd, om eene nomina» J5 tie van gefchikte perfoonen, welke zich tot die „ Posten kunnen laten empioyeeren, te formeerën eri „ aan deeze Kamer in re zenden.
„ En eindelyk overweegende, dat door de conci-
nuatie van die Perfoonen, welke door den Hove „ pioviiioneel zyn benoemd , de inconveniencen in „ het verkiezen van andere Perfoonen kunnen worden
voorgekomen, en aan de Adminiftratie der Juftitie ,, geen nadeel zal worden toegebragc.
„ Beftuit:
Te beruften in de navolgende provifioneele aanG 2 flel-



lio 8 APRIL i8óo.
„ {tellingen , door de Raden in het Hof van Juftitie
„ van het voormalig Gewest Stad*n Lande gedaan, „ als van den Burger Lucas Johannes Spandau du j, Cellis, tot de Adminiftratie van de Rechtftoel van „ het Klei Oldampt, van den Burger Mr, Abram ,, Jfüning, tot de waarneeming van de Rechtftoelen „van Lpperfum, Apphgaddm, Tjainsmeer en „ Opmeraa , hec Lands ter Eefler Recht in hec „ Leer me;: fier Recht, cum annexis, van gemelden M Burger L J. Spandau du Cellis, voor den Recbt„ ftoel van Parmfüm, IVeiwert, LItnkes, Otter,5 dum en Met huwen, aN mede die van Delfzyl, en „ eindelyk in de aanftelling van den Burger Mr. Otto
Gf»Vg Fd-tman';\.oi bediening van den Rechtftoel „ van Cantcs, Stetswert en Eppenhuyzen;en dien* „ volgens de Raaden in hec voorfz. Mof te liberee„ ren, om eene nominatie van vier Perfoonen, tot „ vervuiling van deeze opgenoemde Rechtftoelen,aan „ deeze Kamer in te zenden, en de Perfoonen, door
den?elven Hove, tot de waarneeining derzelve „ Rechtftoelen benoemd, in deeze hunne funftien „ provifioncel ce laren continueeren, tot zo lange ,, door het Vertegenwoordigend Lichaam anders zal „ warden gedisponeerd, óf door cie nieuwe organi,, fatie der Rechterlyke Macht, in deezen verande„ ring zrl worden gemaakt
En zal Extract deezes worden gezonden nan hec
Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ten ,, einde hier van aan de Raaden in hec Hof van Ju„ ftitie van Stad en Lande, kennisfe te doen gee» ven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Art, 6o. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging woiden gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens het in
dee-



8 APRIL 1800;
ui
„ deezen uitgebragt Rapport, en de voorfz. Misflve,
in originali"
En voorts over het voorfchreeven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgemeld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. <5o. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een alfchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Ka? tner. {zonder re/umtie.)
Is geleezen een Extract uic het Regifler der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van heden; genoomen op de Requefte van J. H. Hens, verzocht hebbende Pardon en remisüe van de ItrafFe des doods, wegens de misdaad van Defertie, en hangende de deiiberatien daar over, provifioneele furcheancc van de executie der Sentencic des Doods,
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
,, Is geleezen de Requefle van Johan Hendrik „ Hans, Soldaat in de derde Compagnie van hec ,, tweede Bataillon der zesde halve Brigade , ten ,, dienfee deezer Republiek, thans Gedetineerde by „ den Geweldigen Provoosc ce Groningen; houden* „ de, dat hy, by Vonnis van den Rrygsraad des „ Guarnifoens ce Groningen voorn., in dato 14 Ja«
nuaryl.1., en den 24 IViaarc daaraanvolgende, door „ de Hooge Militaire Vierichaar der Bacaalfcfie ReO 3 » put-



ffl 8 A P R I L 1800.
„ publiek geapprobeerd, is gecondcmneerd gêWor* „ den, om door den Scherprechter met de koorde te „ worden geftraft, dnt 'er de dood na volgr, ter zaa-
ke hy Gedetineerde, op den iöDec 1799, zich
heeft lchuldig gemankt, aan de misdaad van Defer„ tie, terwyi hy de Wacht had, gepaard mee het „ medeneemen van eenige Compagnies Goederen; en „ voorts met allegatie van redenen verzoekende, dac „ bet 't Vertegenwoordigend Lichaam moge behaa„ gen, aan hem Gedetineerden deszelfs voorft. mis-
daad, genadiglyk te willen pardonneeren, en hem „ <?e ftraf des doods remitteeren, mee zodanige miti„ gatie van verdere ftraffe deswegens, als bevonden „ zal worden te behooren; met eindelyk verzoek, ., dat, hangende de deliberatien hier over, piovifio„ neel moge worden gefurcheerd, de executie der ,, Sententie des doods, door bovengemelde Krygs„ raad tegen hem geveld, en dit alles, vermits des Gedetineerdens notoir onvermogen, pro Deo.
„ En in aanmerking genomen zynde, dar een ver„ zoek om furcheance van executie, van een Vonnis
des doods, tot welke de Gedecineerde ter zaake „ voorfz. is gecondemneerd geworden, uit deszelfs 5, aart allen fpoed vordert, ten einde hier door te
preveniëeren, dat het verzoek ten principaale, niet „ infruétueus worde, heefc de Vergadering verklaard, „ dat 'er is, onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde Pioodzaaklykhe-d, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are- 32. Litt. b, van het Uegiement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kanier. overweegende, dat de redenen, door d? Eerfte Kamer bygebragt, voldoende
zyn,



8 APRIL 1800, i»3
tên. hekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
En voorts daadelyk befloten, des voorn. Gede• 'ineerdens laatfte verzoek, by deezen te accordee" ren, en diensvolgens aan hem te verleenen fur" cheance van de executie van hec doodvonnis, het '' welk ten zvnen opzichte door de Guarmfoens Krygsraad te Groningen is geveld geworden, en zulks hangende de deliberatien des Vertegen',; wtordigenden Lichaams, over de hier bovenge„ melde verzoeken ten principaalen.
En zal Extract deezes worden gezonden aan het voorn. Uitvoerend Bewind der Bataaffche " Republiek, ten einde hier aan de nodige execu-
" Zullende dit Befluit, overeenkomftighec 60 Art. „ der Staatsregeling , ter bekragtiging worden ge.
zonden aan de Tweede Kamer, van het Vertegen. „ woordigeud Lichaam,met en benevelde voo.zeg„ de Requefte en Byhge, in originali.
En is voords goedgevonden en verftian (na de
bekrachtiging van bovenftaand befluic) voorlz. " Requefte en Bylage, in originali, te zenden aan
de Hooge Militaire Vierfchaar der Bataaffche Re, publiek, om, met terugzending van dezelven,be, trekkelyk de verzoeken ten principaale , daarom„ crent der Vergadering te dienen van eonfideratien„ en advis, pro Deo.
En voords over het voorfchreven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge G 4 Art*



|ï# 8 APRIL 1800.
Arr. 32. Lite. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefl.ld Be(luit, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie )
Is geleezen een Extraft uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van heden, genomen op de Requeste van J Driesfen en zyne Huisvrouwe H. Mulders; verzogc hebbende micigarie van ftraf voor hun Zoon Johannes Driesfen, wegens de misdaad van defertie, tn dat, hangende de "deliberatien hierover, aan hunne gemelden Zoon furcheance van execinie van de ftraf, welke hem ter zaake voorfz zoude kunnen worden opgelegd, moge worden verleend.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud;
» Is geleezen de Requeste van Jan Driesfen en » zvne Huisvrouw htlena Mulders,dmby, gemu„ nieerd met favorabele Brieven van Voorfchryvinp „ van het Gemeente Beftuur van Oud-Gastel, alwaar „ zy Requeftranten woonachtig zyr, verzoekende, „ dat hec Vertegenwoordigend Lichaam gelieve te „ verleenen mitigacie van ftraf, aan hun Requsftran„ ten Zoon Jchannes Driesfen, thans Gedeaneer„ den te Coeverden, wegens de misdaad van defertie. » aJs J3ger van de tweede Compagnie van het derde „ Eataillpn jagers, giwrnifoen houdende te Coeverden
„ \co;n.



8 april 1800.
"5
„ voorn., en dat, hangende de deliberatien hierover, J9 aan hunnen gemelden Zoon moge worden verleend „ furcheance van executie van de ftraf, welke hem, ,5 ter zaake voorfz. zoude kunnen worden opgelegd.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat een verJ5 zoek om furcheance van executie eener ftraf, tot J} welke de Ouderen van den voornoemden gedetineer. M den bedugt zyn, dat derzelver Zoon, wegens zyne J5 begaane misdaad van defertie, zal worden gecons? demneerd, notoir en uit deszelfs aarc is een point, jj hetwelk allen fpoed vereischc, ten einde het eerzoek
ten principaaie niet intruótues worde, heefc de Ver„ gadering verklaard , dac 'er is onverwylde noodn zaaklynheid"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onyerwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering , ingevolge Are 32. Litt. b. van ha Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd :
De Tweede Kamer, overweegende, dat deredenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde nood' zaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende;
„ En voorts daadelyk bedocen, der voornoemde „ Requeftrancen laatfte verzoek, voor deizelver Zoon
gedaan, mids deezen te accordeeren, en dienvol„ gende te furcheeren, de executie van al zodanig „ Vonnis, welk ten opzichten van Johannes Dries* ,, fen, ter zaake zyner begaane misdaad van defertie, „ door de Krygsraad te Coeverden zoude kunnen worw den geflagen, en zulka hangende de deliberatien G 5 „ des



ii6 8 APRIL 1800.
j? des Vertegenwoordigende!! Lichaams over hec verzoek een principaale.
„ En zal ExcracT: deezes aan het Uitvoerend Be„ vind der Bataafiche Republiek worden gezonden,
om daar aan de nodige Executie ce geeven,
„ builende dit befluic , overeenkomflig hec 60 „ Art. der Staatsregeling ter bekragtiging worden ,, gezonden aan de Tweede Kamer van 'c Vertegen-
woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , met „ en benevens de voorfz. Bequeste en Bylaage , .5 in originali"
„ Ën is voords gedecreteerd, (na bekragtiging van „ bovenftasnde Befluit,) voorfz. -Requefte en Byla5, ge, in originali, te zenden aan de Hooge Mili„ taire Vierfchaar der Bataaffche Republiek, om, ,, met terugzending van dezelven, becreklyk hec ver„ zoek ten principaale, der Vergadering te dienen ,. van coniideiatien en advis."
En voorts over het voorfz. Befluic zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolgeArt. 3a Litt. e van hec Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69, der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer. {Zonder refümtie,')
Is geleezen een ExtracT uic het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vercegenwoordi» gend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den f
April



8 APRIL 1803.
II?
April f. J. ; genoomen , m gehoord te hebben de eonfideratien en advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is , op d& Requefte van ïVenhuyfen en Lièbe; verzogt hebbende vrjen mvoer van tien'Kisten Thee Boey enz.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be. "wind der Bataaffche Republiek, gefchreeven ai" hier den 3 deezer, fubNo.^; houdende, ingevol" ge van en ter voldoening aan het Decreet van den " t8 Maart 11., deszelfs eonfideratien en advis op de " Requefte van Veenhuyzen en Lièbe, Kooplieden te Amper dam; houdende, dat zy Requeftranten, in het afgeloopen jaar, van de Kooplieden Warendorp en van Marwyk aldaar hadden gekogt tien kisten Thee Boey, en dezelve ter verkoop naar ,, Hamburg hadden verzonden , doch vervolgens, „ by gebrek van debiet aldaar, naar Embden, aan „ een Correspondent doen transporteeren, en al we„ der met hec ongelukkig gevolg, dat zich op die Plaats itsgelyks geene Koopers hadden opgedaan; „ en voords verzogt hebbende, dat de hier boven ge„ melde tien kisten Thee Boey vryelyk binnen deeze „ Republiek mogten worden ingevoerd, en dat mits„ deen dezelve niet worde befchouwd als vreemde „ Thee, waarvan de invoer, by Publicatie van 33 „ December 1799, is verboden.
En in aanmerking genomen zynde, dac de dis„ pofitie op dusdanige,verzoeken, als hec onderfr. „ vige , uic deszelfs aart, allen fpoed^ vordert, heeft de Vergadering verklaard, da:'er is, fl«„ verwylde noodzaaklykheid.
En



iiS
S APRIL 1800.
En gedelibereerd zynde over de verldaaring van o«. verwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. Van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
„ En voords, conform het advis van bovengemeld „ Bewind, daadelyk befiooten, het verzoek, by „ voorfz. Requeste gedaan, mits deezen te accordeerert „ en dienvolgende aan de Requeftranten te permic,, teeren, om de voorfz. tien kisten Thee-Boey te „ zenden van Embden aan het adres van 'c Departe,v ment van Commercie en Equipage uit het Com„ mitté tot den Oost-indifchen Handel en Bezittingen „ te Amfterdam, om door hetzelve opgeflagen, en „ vervolgens door hec voorfchreeve Committé, by „ de eerde openbaare veiling , verkogc te worden „ voor rekening der Requeftranten , onder betaaling „ van zodanige maacige recognitie, als nader door „ hec gemelde Committé zal kunnen bepaald en aan ,, de Requeftranten, des begecrende, bevorens op,; gegeeven worden.
„ En zal Extract, deezes, mee byvoeging van de „ voorfz. Requeste, in originali, worden gezon„ dep aan het Uitvoerend Bewind fox Bataaffche Re„ publiek , om hier aan de noodige executie te gee • ,, ven."
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Art. co. „ der Staatsregeling, aan de Tweede Kamer van
„ hec



8 APRIL 1800. 119
„ bet Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, ter bekragtiging worden gezonden, met en
,*, benevens de voorfchreeve iViisfive en Requeste, ia originali'''
En voorts over het voorfchreven Befluit zelf gede. libereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32 Litt. e. van hec Regiement B. der Staatsregeling gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge Are. 69 der Scaacsregeling, met de Requeste , onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind,. en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma aan de Eerfte Kamer. {Zonder refumtie.9
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegen woordi» gend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 7 A'Jrii 1.1.; genomen opdeRequefte van W.D. Möhle, verzoekende furcheance van betaaling , Procedures en Executien voor den tyd van een Jaar, en hangende de deliberatien, provifioneele furcheance eer zaake voorfz.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Ts geleezen de Requeste van Willem Diedei ter „ Möhfai Koopman te Amfterdam; houdende, da: „ hy Suppliant door de llagnatie en ftremming van „ den West-Indifchen Handel, hec uicblyven van re „ mi fes, . failisfemencen van debiteuren en and tefttai „ den Oorlog en tydsomihndigheden coe ce (èhryvet, „ onheilèa, zodanige fchade en winstderving, mits-
»? ga-



1ÏO
8 APRIL 1800,
„ gaderg gemis van Penningen «ndervindc , dat hy „ buiten ftaat is, om zyne Crediceuren voor het te„ genwoordige zo promptelyk, als hy wel wenschte, „ te kunnen voldoen, en voords om aangevoerde re„ denen verzoekende, dac 't het Wetgevend Lichaam „ moge behagen aam hem Suppliant ce willen verlee„ nen furcheance van betaaling;, midsgaders van alle „ gerechcelyke Procedures en Execucien voor den tyd „ van één Jaar; en hangende de deliberatien hier over „ provifioneele furcheance ter zaake voorfz.
„ En is daar nevens geleezen eene Misfive van de „ Municipaliteit van Amfterdam, gefchreeven aldaar „ den 31 Maart 1.1-, daarby bovenliaand verzoek ap* „ puyeerende.
„ En in aanmerking genoomen zynde, dac een ver,, zoek om furcheance van gerechcelyke Pourfuites, „ met welken de Suppliant wordt bedreigd, notoir uic ,, deszelfs aart is een point, het welk allen fpoed vor* „ derc, ten einde hier door te prrevenieeren, dat des,, zelfs verzoek ten principale voor hem niet irifruc. „ tueus worde, heeft de Vergadering verklaard, dat „ 'er ia onverwylde noodzakelykheid."
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noo izaaklykheid, in hetzelve vervat, beeft deeze Vergadering, imrevolge Articul 32 Ut. b. van hec Reglement B- der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Kerft e Kamer bygebragt, voldoende zyn , bekragtigt de verklaar ing van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
« En



8 APRIL 18:0. iai
En voords daadelyk befloten, des voornoemden Suppüancs laatfte verzoek, by deezen te accordee" ren en dienvolgende aan hem te verleenen furK cheance van beiaaling, midsgaders van alle gerech" telvke procedures en executiën ter zaake bovenge" „./ld en zulks hangende de deliberatien des Verte" ecnwoordigenden Lichaams over hec verzoek van " obtiën dier furcheance, voor den tyd van één
Ï&3T
" En zal Extraét deezes worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu" bliek, om daar aan de noodige executie te gee-
" Zullende dit Befluic, overeenkomftig hec 60 Are.
der Staatsregeling, ter fanftie worden gezonden " aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend " Lichaam des Bataaffchen Volks, mee en benevens " voorfchreeve Requeste en Misfive, alles tn ort-
" fc £n is voords gedecreteerd, (na de bekragtiging \ta bovenflaand befluic) voorfz. Requefte en Mis" five, in originali, te zenden aan PneGdenc en " Raaden in den Hove van Juftitie over de voorma" lige Gewesten Holland en Zeeland, om, mee te. " nazending derzelven, betrekkelyk het verzoek ten £ principaale, der Vergadering te dienen van bericht, " confideratiën en advis.
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
J Ën



aa 8 APRIL 1800.
En zal die bekragtigd Befluit, ingevolge Are 6g der Sraatsregeling, onverwyld worden gezonden aan Uitvoerend Bewind, en tevens een afichrifc van berzpjve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, {zonder refumtie.)
Is geleezen een Extract uic her Register der Be. fluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den a April l.l,; genomen, na gehoord te hebben hec Rap. pon van eene Perfoneele Commisfie, dac mede alhier geleezen is, waarby dezelve Kamer verklaart, ce berusten in de redenen van weigering, vervae by Decreec van deeze Vergadercng, van den 31 January I.J., genomen op een befluic dier Kamer, van den 21 daar te voi/ren ; houdende een aucorifacie op de Commisfie toe Adminiftiatie der Financiën over het voormals Gewesc Zeeland, coc den verkoop van 18 Gemeeten en 182 Roeden Lands, en voorts ter voorfz. zaake een nieuw befluic inzendende, hec weik is van den volgenden inhoud:
„ Byrefumcïe gedelibereerd zynde, over het Rap„ port van de Burgers Reprefentancen Verbeek, en „ verdere by Decreec van den4Feb!uary 1.1., Ge, „ committeerden, ten examen van een Extract uic „ het Regiiter der Decreeten vau AsTweedeKamer, „ van den 31 January deezes Jairs; daarby derzelver „ janéhegeweigerd hebbende, op het befluic deezer „ Kamer, van den 21 der gemelde maand January: „ houdende hetzelve befluic eene autorifatie op de „ Coramisue toe adminiftratie der Financiën, over „ hec vooimalig Gewest Zeeland, coc'den verk-jop
,, van



8 APRIL 1800. iag
■n van 18 gemeeten en 182 roeden Lands , gelegen in „ het Eiland Noord-Beveland.
„ En zynde het voorfz. Rapport op den »4 Maarc „laatstleden alhier ter Vergadering uicgebragc, en „ in de Notulen van dien dag geïnfereerd.
En de tweede en derde leezing van voorfz. Rapporc „ op den $8 daaraanvolgende en heden gefchied zyn„ de, heefc de Vergadering, zich mee hec daarby „ voorgeflaagen Concepc -Befluit conforme erende , „ ook aldus befloten:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Licïraam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapporc haarer Perfoneele CommisGe, in „ wier handen, op den 4 February 1.!., was gefield, „ een Extract uic het Regifter der Decreeten van de „ Tweede Kamer, van den 31 January deeses Jaars, „ daarby derzelver fanctie geweigerd hebbende, op „ een beüuic deezer Kamer, van den 2t der gemelde „ maand January, genomen op eene Misfive van het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, «, gefchreeven alhier, den 30 September 11 , fub „ No. 17 ; daarby ter dispofitie van liet Vertegen. „ woordigendLichaam overgelegd hebbende, Copie „ eener Misfive, door Commisfarisfen tocde Admini* '„ flratie der Financiën over hec voormalig Gewest „ Zeeland, den 27 Aug. 1799, aan den Agent van „ Financiën gezonden, houdende verzoek , om auto* „ rifacie tot den verkoop van eenige perceelen Lands. „ in onderfcheide Polders van het Eiland Noord-Be* 5, vtland gelegen, te zamen bedragende de grootte „ van 18 gemet en 182 roeden; en hebbende het ge,, melde Bewind voorgedragen, om de verzogte au.
H » tori*



194 8 APRIL 1800.
„ torifatie tot voorzegde verkoop, aan de gemelde
Commisfarisfen te accordeeren.
„ Overweegende, dat de bedoelde Landen, uit
hoofde dat zy in onderfcheiden Polders by kleine „ gedeelten gelegen zyn, geen genoegzaaraen Pagt „ kunnen opbeuren, daar dezelve verkogc wordende, „ wegens den hoogen prys der Landen, in het alge„ meen waarfchynlyk eene aanmerkelyke quanciteit „ Penningen voor 's Lands Kas zouden opleveren.
„ En voords overweegende, dat by bet befluit „ deezer Kamer, van den 21 January 1.1., niet ge» „ zorgd is, voor de verdere aanlegging der uit die ,, verkoop te proveniëeren Penningen, ten behoeve „ van het Comptoir der Geestelyke Goederen van „ Walcheren en Noord'Beveland.
„ Befluit:
,, Te berusten in de redenen van weigering door „ de Tweede Kamer, ter zaake voorfz. aangevoerd, „ en voords de CommisGe tot Adminiftratie der Fi» ,, nanciën van het voormalig Gewest Zeeland te au„ torifeeren, tot den verkoop van eenige perceelen „ Lands, in onderfcheidene Polders van het Eiland „ Noord-Beveland gelegen, als: ,, In den Nieuwen Polder van „ Cato. . . . 1 Gemet i64Roeden
„ ln Nieuw Campen . 25 _>
„ In de Vliet er Polder . 3 —— 190*
„ In de Hoorn Polder . g 218
In de Rys Polder . . 3 183
„ En in de Vrouwe Monda
„ Polder . . 3 ■ 127
„ Te zamen uicmaakende 18 Gemet a8a Roeden.
„ En



8 APRIL igoo»
I»3
I, Ën zulks tegens dé expiratie van het laatst ver„ pagtjaar, zullende zyn op den i Oétober van die „ loopeilde Jaar l8oo,' zullende de Penningen, uic „ deezé verkoop provemëerende, daadelyk ten mees„ ten voordeele van hec Comptoir der Geeftelykö
Goederen van Walcheren en Noord-Beveland wor-
den aangelegd.
3, En zal Extraét deezes, met byvoeging der by
de Misfive van hec Uitvoerend Bewind overgelegde „ Misfive van de Commisfie tot de Adminifiratie der j, Financiën over hec voormaalig Gewest Zeeland, 3, in originali, worden gezonden aan hec Uitvoü
rend Bewind der Bataaffche Republiek, om daaj
aan de nodige executie te geeven.
„ Als mede gelyk ExcracT: aan Commisfarisfen tot de 5j Nationaale Rekening , toe informatie.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge hec 60 Articul der „ Staatsregeling , ter bekragtiging worden gezon3, den aan de Tweede Kamer, mee en benevens ,5 het in deezen uicgebragc Rapport, en de Itukken ,5 daartoe relatif, alles in originali.'"'
En daar de drie leeziögen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van die befluic by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 11 April eerfikoomenden.
Is geleezen een Extract uic hec Regiscer der Befluiten van de Eerfie Kamervan hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Vols, van den 31 Maart 1.1.; genoomen , na gehoord te hebben de confideracien en hec advis vati het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de ; equelte van H.
Stel, cumfuis, verzocht hebbende om den Dyfe H % ter



lao* 8 APRIL 1800.
ter Waterweeringe van Paterswolde, te mogen v«r«
breeden en verhoogen, benevens een vaste Ophaalbrug op het Harehfche Diep te mogen leggen &c., en dat de kosten daartoe, aan hun uit 'sLands Kas rcogcen worden geaccordeerd.
Welk Befltrit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis.
five van het Uitvoerënd Bewind der Bataaffche Re-
publiek, gefchreeven alhier den 21 Maart laatstl., „ fub No. 'jl, en den 25 daar aan volgende ter dee-
zer Vergadering geleezen; houdende , ingevolge }J van en ter voldoeninge aan het Decreet van den 7 ,} Maart des afgelopen jaars, deszelfs bericht, conJ} fideratien en advis, op de Requefte van Hendrik „ Jttns Stel c. f, allen Ingezetenen van Belden en n Paterswolde, in het voormalig Landfchap Drenn the, daarby verzogt hebbende, om den Dy!; ter 5} Warerweerrnge van Paterswolde co: aan het Han renfche Diep, ter difhntie van een half aur, te n mogen verbreeden en verhoogen, benevr-rs eene J5 vaste Ophaalbrug op het HarenJ'cht Diep ce mo, gen leggen, en om van daar een üyk over het LaM ge Land te verhoogen, toe aan de hooge grond, J3 waardoor men op de grooce weg komc, die van „ Haren naar Groningen leidt; en dat, dewyl de „.kosten, volgens eene naauwkeurige beree!:e:dng, ,5 daartoe, zouden bedragen de fomma van drie óuh S) zend gulden, en zy Requeftranten voor hec groot» „ fte gedeelte daarcoe onmagcig zyn, aan hun, ter „ bereiking van derzelver oogmerk, zodanige fomme
uic 's Lands Kas moge worden geaccordeerd.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Misfive „ op den 31 Maarc laatftleeden en heden gefchied
i4 zyn



8 APRIL i80o.< ï?fc
: zynde, heeft de Vergadering, conform het advis van ! bovengem. Bewind, beflooten, aan de voorfz. Requeitrancen, by deezen te accordeeren, om den 1 Hoornfchen Dyk op de by het Requeft vermelde Plaatzen te verhoogen en te verzwaaren, ten einde " eene betere en kortere weg van Eelden, Pater s!, volde en verdere omliggende Dorpen, naar Gro„ ningen te verkrygen, egter onder de navolgende „ bepaalingen: . ,
i.f„ Daczy, wanneer hun een gedeelte Aarde, uit de afgraaving van Groningen komende, *' (het welk dit jaar niet veel van aanbelang " zal zyn,) tot verhooging en verzwaring ,, van den Hoornfchen Dyk en verdere weg tot Haren, worde geaccordeerd, zulks Z zonder kosten van den Lande moet gefchie-
O./'DaTzy moeten zorg draagen, dat de ondiep, tens in het Vaarwater weggenomen, en daty , door hun in de bewerking der Aarde aan " den Hoornfchen Dyk zeiven, de behulpzaa. " me hand verleend worde, en 3.) Dat de voor hun over het Harenfche Diep , te leggen Brug, ten hunnen koste zal moe» " ten worden gemaakt en onderhouden. „ En"heeft de Vergadering, voorts overweegen„ de, dat het accordeeren van het hier bovengemen,, tioneerd fubfidie, vermits de voormelde weg, „ geenzins als eene gemeene Postweg, waarby het „ Algemeen geinteresfeerd is,kan worden befchouwd „ aanleiding lot meer dergelyke verzoeken, en dus „ het bezwaaren van 'sLands Financiën zoude kun„ nen ten gevolge hebben, conform hetzelve advis, „ gedecreteerd, der bovengemelde Requeltranten ge- da^a verzoek, om fubfidie van ƒ3joc, tot goedH 3 w..0»:



' 8 A P a I L i8oq.
making der kosten wegens voorn, zaak, mirs d:zen te declineeren en te wyzen van de htpid, „ En zal ExcracT: deezes, met byvoeging van voor„ fchreeve Requefte in originali, worden gezonden a9 wnhetUitvoerend BcwindderBacaaficheRepubliek, j, om daar aan de noodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, voor zo veel het eerfte ge„ deelte betreft, overëenkomftig het 6o Art. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens de voorn. Misfive en Requeste originali.
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken, by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 11 April eerstkomenden.
Is geleezen een ExtracT uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 3 April laatstleeden; genomen, na gehoord re hebben de eonfideratien en her advies van het Uitvoerend Bewind, alsmede hec Rapport van eene perfoneele Commisfie, die mede alhier geleezen zyn, op, de Requeste van Mr- S. A. Tengbergen,, geweezen Land-Rencmeefter in hec voormaligQuartier vkh'Züt* phen, waar by de Commisfarisfen tot de Financie óver de Domeinen van hec voormalig Gewest Gelder* land, worden gequalificeerd, om wanneer de Requeftrant tot recouvre van eenige Thynfen en Stedigheeden, den weg van Rechten zou willen inflaan.den Momhoir van hetzelve Gewest te mogen authorifeeren, om zich mee den Suppliant, ten kosten van den Lande, in lite te voegen.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
» By



8 APRIL 1800. 129
iv, refuratie gedelibereerd zynde, over het Rap" de Burgers Repraïfentancen van Galen,
„ port van de' ^« ^Pj Maarc laaftcleeden „ en verdere, by Decreet van 4
" ^r&S'^ 5«S? der Bataaffche Repu. " Sk vat^ d n o te voren, fub No. *t houden„ bliek , van oen,10 voidoening aan hec De-
„ de, »H6«™'^b'e°r des afgelopen Jaars,
" ™\J' J« bJarrier van ^«^»; daarby, ter „ in het voorm. ^uartier van £rrnelde bereeken„ bekoming van de tenReqtóte-eerm.1
» Se " firztef vePr°z^ hebbede, geauchori„ brengen deraelven, ve™ b d lver Debiceu-
* ^of GÏSnTÏ ko'stSr Domeinen te agee-
* ^%ynTcVoon^
" Enzvnde het voorfz. Rapporto? den a* Maart ï'l. .ïhtar ter Vergadering uicgebragc, en in de No-
5 «53 ttffl^f- - °P den cn ue upden gefchied zynde, heet:
„ de het Rapport van eene Vet one: 1 ndg
befluit van den ^X^^^oerend „ te examineeren eene Mislive van ens
Bert»', gefchreeven alhier den 10 bevor , l fub No. houdende deszelf* b.ncht, con^ ^



130 8 APRIL 1800.
„ tien en advis, op de Requefte van Mr. J A Ten«. „ bergen, geweezen Lard.Rencraeefter der Domei„ neu, in het voorm. Quarcier van Zutphen; daar„ by, ter bekoming van de ten 'iequefte vermeide „ berekende en niet ontfangen Poften, en weder in „ het licht brengen derzei ven, verzogt hebbende, ge„ authonfeerd te mogen worden , tegens derzelver 55 Debiteuren of Goederen, op kosten der Domeinen « teageeren, of dat aan hem mogen worden uicge55 keerd zodanigen fommen, als uir de Rekeningen komt „ te blyken, door hem en wylen zynen Schoonvader „ van den jaare 1701, wegens voorzeide Poften in3) gebragc te zyn.
„ Overweegende, dat hoe zeer de Suppliant aan 9, den eenen kant by bet aanvaarden van zyn Post „ heeft geweeten, dac hy verplicht was, geduurende 55 die zyne bediening, alle Thynfen en Sredigheden, „ in de vorige Rekeningen zyner Pradecesfeuren be*
" Y0??en» e?die &y de eerfte Rekening waren daarge. „ iteld, offchoon door hem niet ontfangen, mee een „ vol boek te moeten verantwoorden,en als ontfangst „ inbrengen, hec echter aan den anderen kant eene har„ digheid zoude wezen, dat, daar hy die fchade in „ zynen opgemelden Pose heefc geleden, hy niet, even „ als andere Rencmeescers, in een gelyk geval ver„ feerende, toe recouvre derzei ven, eenigermace zou. „ de worden ce gemoec gekomen.
V 0verweegende, dac bovendien het belang des „ Lands allefints vordert, dat die verdonkerde ïhyn„ ien en Scedigheden weder uitvindig worden ge. „ maakt. 0 *
,, Overweegende eindelyk, dat de nodige aurori„ lanen, ten dien einde alcyd door de voorn. Reken„ kamer op den Momboir zyn verleend geworden.



8 APRIL 1800, 131
53 Befluit:
Het verzoek van den Requeftranc te declineeren, zo als het is liggende; doch dien onverminderd de ' Commisfarisfen tot de Financie, over de Domei" nen van het voormalig Gewest Gelderland, aan " ce fchryven en te qualificeeren, om, byaldieo de " Suppliant, tot recouvie van meergem. Ihynfen en " Stedigheden, den weg van Rechten zou willen in* ','flaan, en zich deswegens by Requefte, met de " nodige bewyzen gemunieerd,aan Hunl. vervoegen, " in dat geval, zo 'er termen tot hec inftrueeren eener "\ afiie en voeginge mogten bevonden worden, den '* Momboir van dac gewezen Gewest te kunnen en ce " mogen autorifeeren, om zich mee den Supplianc, '? een kosten van den Lande, in lite te voegen, " , En zalExtradl deezes, mee byvoeging vanvoorf.
Requeste en Bylaagen , in originali , worden " gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba11 caafiche Republiek, om hiér aan de noodige exe., cutie te ge even.
' . Als mede gelyk Extracl aan de Commisfarisfen
tot de Nationaale Rekening, tot informatie. " „ Zullende dit befluic, voor zo veel hec laacfte ge, deelce betreft , ingevolge Art. 60 der Staatsrege' ling, ter bekragtiging worden gezonden aan de " Tweede Kamer, mee en benevens het in deezen " uitgebragc Rapporc en de Stukken daartoe relatif, „ alles in originali.
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Vrydat£ den 11 April eerstkomenden.
6 H s Is



13»
8 APRIL 1800.
Ts geleezen een Extract uit her Register der Bef]utten van de Eerste Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den g April 11.; genoomen na gehoord te hebben de confi, derac.en en hec advis van hec Uitvoerend Bewind dat mede alhier geleezen is , op de Requefte van A. Anthonysdr» Jansfen* Weduwe van C. J. Emmen verzocht hebbende verlof toe ontgronding van zèeker ten Requeste gemelde Perceel Lands.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over eene Mis„ five van hec Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Re„ publiek, gefchreeven alhier den 21 Maart 1.1., fub „ No. 'ff ; cn den 25 daar aanvolgende ter d'ezer „ Vergadering geleezen; houdende ingevolge van en „ ter voldoening aan het Decreet, van den 23 Januari ry te vooren, deszelfs eonfideratien en advis, op „ de Requeste van Anthonetta Anthonysdr. Jans» Jen, Weduwe van C. J. Emmen, woonende te
Dongen, Departement den Dommel; daarby ver„ zogt hebbende verlof tot oncgronding van zeker „ ten Requefte gemeld perceel Lands.
„ En de tweede en derae leezing van voorfz. Mis„ five op den 31 Maart 1.1. en heden gefchied zyn„ de , heeft de Vergadering, conform hec advis van „ hec bovengem. Bewind, beflooten, der voorn. Sup„ pliantes verzoe't by deezen te accordeeren, en dien„ volgende aan haar te permicceeren, om ce mogen „ ontgronden de wescelyke helft van de door haar in „ eigendom bezecen wordende perceel Hooiland, „ grooc omtrent twintig Loopzaat, oost de Dons.e, „ west de Grotnendykfche Haven, zuiden de We„ duwe van Amoldus van Son, en noorden Willem
„ Cloon,



8 APRIL 1809,
133
Clootr, gelegen onder de Jurisdiftie van Oost er kout, "in den Dongendykfclten Polder aldaar; onder dee" ze mits echter, dat de Suppliante zich in deezen zal
moeren gedragen naar de Ordonnantie, den 30 Sep. " tember 1716, ten opzichte der ontgrondingen, " door de toenmaaiige Staaten Generaal gearres,.
„ ceerd. . ,
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de voorfz. Requeste, in originali, worden gezonden " aan het Uitvoerend Bewind der RacaafMe Repu9 bliek, om hier aan de nodige executie te geeven. " Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 60 Ar-> „ Heul der Staatsregeling ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en bene„ vens voorfchreeve M&Üvé en Requefte , tn ort„ ginalir
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamerblyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Vrydag, den i 1 April eerstkomenden.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede leezingen van de. volgende Befluiten van de Eerste Kamer gefchied:
Voor eerst: Van het Befluit van den 31 Maart 1.1., waarby wordt verklaard dat hst Decreet van den a July <799 niet toepasfelyk is op J. Silo, en hy bevoegd is om zyn Post, als Commis ter recherche te Delft, te blyven waarneemen.
Ten tweeden: Van het Befluit van den 31 Maart 1.1., op eene Misfive van de MunicipaUceic te Koog aan H 6 de



m 8 APRIL i8oo,
^Z^, om approbatie van een Plaaefelyke Belas-
Tenjcrden, Van het BefJuit van den 31 Maart
IL, op de Requefte van kVyk c. f y^rbv
aan hun wordt geaccordeerd, hunne^^fourmVfern^Sea van de efgeJoopene Geldheffing da nog ce rnoTen £ taaien, onder het genoc van Recepisfen. g .
Ten vyfden : Van het Befluit van den ,1 Maart laatstleeden, op de Requefte van B. Timmeren In. i^eren, orn continuatie van Penfioen.
Ten zesden: Van het Befluic van den 1 April 11., op de Reqeefte van P. van der San den, om ve. ma at at is.
Ten zevenden-. Van het Befluic van den i April 11., op de Requefte van N. IV. Henke, om Brieven van Creatie ais Notaris.
Ten agtflen-. Van hec Belluic van den 1 April II op de Requefte van de Leden van den Kerkenraad van de Hervormde Gemeente ce Meerkerk - verzon hebbende, dat de door de voorfz Gemeente aangeftelde Kerkmeester in dezelve Bediening moge worden *e. maincineerd. 0 b
Ten negenden'. Van het Befluit van den e April 11., op de Requefte van de Municipaliteit van Nunen,
en



8 APRIL 1800. 135
en op eene Misfive van de Municipaliteit van Bakel, om verklaaiing omtrent het jaagen op Hey- BroekMoeras en andere inculce Landen.
Ten tienden: Van het Befluit van den 2 April II. op de Requefte van H. Schatelain, M, van Aken en T. Klein, om continuatie van hunne Penfioenen.
Ten elfden: Van het Befluit van den a April 11., op de Requefte van J. Korthals, om continuatie van Penfioen.
Ten twaalfden: Van het Befluit van den 2 April 11., op de Requ-ften van J. Chellinkhout, om Brieven van Creatie als Notaris.
En heeft de Vergadering de derde leezing van alle deeze Befluiten bepaald op Vrydag den n April eerft. koomenden.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks Van den a8 Maart I.I., waarvan de eerfte leezing op den a April , en de tweede leezing op den % April daar aan volgende zyn gefchied, houdende het Befluic dier Kamer op de Requeste van het Hervormde Kerkgenootfchap te Woldendorp, verzochc hebbende om by de Staacsregeling ce worden gemaintineerd, en dac de aanftelling van H. Epkes ftrydig mee dezelve verklaard, en de keuze door 'c gem. Kerkgenootfchap gedaan, geapprobeerd mozce worden enz. °
Welk



8 APRIL 1800.
Welk Befluit in de Notulen van den a April hl. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Lit. e. van het ReglementB, der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer bekragtigt het voor ge field Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 6> der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een ExcracT: uic hec Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaf, fchen Volks , van den 28 Maart laatftleeden, waar van de eerrte leezing op den 1 April, en de tweede leezing op den 5 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende hec Defluic dier Kamer de beflisfing over de gefchillen, wegens de naasting van het Kerkgebouw te Wouw.
Welk befluit in de Notulen van den 2 April 1 \. is geinfereerd: _
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Lit. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Articul éo der Staatsregeling, onverwyld, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrrft van hetzelve , in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer.



8 APRIL 18.0.
nf
Is voor de derde maal geleezen een ExcracT; uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1 flipt» 1.1. , waar van de eerfte leezing op den a April en de tweede leezing op den 5 daaraanvolgenden zyn gefchied, houdende hec Befluit dier Kamer op de Requeste van J. C. van Hoorn, ver» zocht hebbende dac het Collegium Medico Pharmaceuficum, alhier in den Hage moge worden gelast, coc hec afneemen van des Requeftrancs Examen als Apothecar.
Welk Befluit in de Notulen van den 2 April 1.1, is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het aa. Art. Litt. e, van hec Reglement B. der Staats; egeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Be» fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69, der Staatsregeling, met de Requeste onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba. taaffche Republiek , en cevens een affchrift van hec zelve, in behooilyke forma, aan de Eerfie Kamer, (zonder refumtie.)
1 Is voor de derde maal geleezen een ExtraéT: uit het Register der Befluicen van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 27 Maarc 1.1., waarvan de eerfte leezing op den 1 April , en de tweede leezing op den 4 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van J. D. Sweerts de Landas, verzocht hebbende approbatie van zekere Collatie van een Canonniksplaats in
hec



ï3& 8 APRIL 1800;
het Capittel van St. Pieter te Oirfchot, op des Rei queftrants minderjarigen Zoon J. L. J. B. Sweerts da Landas geconfereerd.
Welk Befluit in de Notulen van den 1 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32. Art. Litt. e. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Are. 69. der ScaacsregeJing, mee de Requesce en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bevind, en tevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic hec Register der Befluicen van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 28 Maarc 1.1., waar van de eerfte leezing op den 2 April , en de cweede leezing op den 5 April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van de DorpsArmvoogden te Qldenboorn, verzogt hebbende restitutie van de van wegens gemelde Armen in den Jaare *795 en 1796. aan den Lande voorgefchoten en een Requefte vermelde Penningen.
Welk Befluic in de Notulen van den 2 April 1.1. ïs geïnfëreerd:
Waarop gedelibereerd zynde , is hetzelve gehouden in advis, tot de Comn-.islie, in deeze zaak benoemd, rapport zal hebben uitgebrachc.
L by refumtie gedelibereerd over een Befluit van de



8 APRIL 1800.
*39
Berfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volkslvan den 4 April IJ. genoomen op de Requeste van A. Ten Cate, verzocht hebbende permisfie om eene GeneverStokeryete^/ff?e/o teexerceeren.
Welk befluit alhier op den 5 deezer is ingekoomen, en in de Notulen van dien dag geinfereerd:
En de onverwylde noodzaaklykheid van hetzelve op gemelde 5 deezer reeds bekragtigd zynde, heefc de Vergadering als nu omtrent het Befluit zelve, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.y
Is by refumtie gedelibereerd over het Rapport van de Burgers Reprasfentanten Wentholt, en verdere, by Decreet van den 15 Maart 1.1., gecommitteerd zynde Leden, ten examen van de redenen van onverwylde noodzaaklykheid, geplaatst aan het hoofd van een befluic van de Eerfte Kamer, van den 14 daar te vooren, beerekkelyk de door den Raad der Stad Zierikzee verzogte uitfpraak, nopens het permicteeren aan den Burger A. Buyze, van hec oprichten eener Leerlooyery, als mede in eventum, om te advifeefen over hec befluic zelf.
Welk Rapporc alhier op den 29 Maarc 1.1. is uitgebragt en in de Notulen van dien dag geinfereerd.
En heeft de Vergadering zich met de conclufie van
hec



149
8 A P R I L s8oo,
het voorfz. Rapport, omtrent de onverwylde noodzaaklykheid, c onformeerende, ingevolge Art. 32, Liet. b. van het Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfie Kamer bygebragt, voldoende t.yn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde nood* zaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het Befluit;
En voords over de conclufie van hetzelve Rapport omtrent bet befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft de Vergadering zich in zo verre daar mede geconformeerd, dat dezelve heeft gedecreteerd, hec befluit niet te zullen bekragcigen, maar cevens de Comrnisfie verzogt, eene nadere extenfie van het Decreet van weigering, der Vergadering voor te ftellen.
En zal) Extraét van dit Decreet, mee alle de daar toe behoorende rtukken worden gezonden aan den Burger Reprsefencant Wentholt, toe informatie.
Waarna de Prasfident de Vergadering fcheidt, en adjourneert tot morgen op den middag.



C Hi )
G E L T K H E I D, V R ï H E 1 0, BROEDERSCHAP.
Woensdag den 9 April 1800.
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHËI3»
De Decreeten, op gisteren genjmen, zyn gere» fumeerd en gearresteerd.
ï . Ik
P R JE S I D E.
Den Burgor Reprefentanr
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Repraefemanten.
M. Siderius.
J. da Joncheere.
S. vak Hoogjlraten.
D. C de Leeuw.
D, Plousma,
J. A. Krieger.
IC Hovens.
C van Lennep.
P. Lintho'st.
G. J. G. Bacot.
F, Govers.
J. S. IVemholt.
A. Ploos van Am/lel.
LI. van Andel.
I J. van Rees. j B. ten Pol.
H. Hogewal.
J. Cramer.
IV. C. de Cranei
J. Busch.
J. Tomas.
E. Storm.
L. J. Fitringa,
ABSENT.
Met permisfie.
J. H. Siccama. J. C Druman J. Lublink de Jongs* C. Bloren.
Wegens ziekte.
H. Quesnel.



142
9 APRIL 1800,
Is geleezen een Extraft uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigtnd Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 8 ^pril 11 , genomen op eene Misfive van het Gemeente Befiuur der Stad Culemborg, waarby aan dezelve word verleerd provifioneele furcheance der uitbetaaling van de belfce van eene Belasting, ter fomma van ƒ 550 aan het Comptoir der Ordinaris en Extraordinaris middelen aldaar.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van het Gemeente Be-
„ ftuur der flad Culemborg, gefchreeven aldaar den „ 5 deezer; houdende, dat hetzelve Gemeence Be„ Huur op den a Janujry II. verzogc had, om by De» „ crèer te obtineeren de affchafiing en vernietiging „ e'ener met de thans gevestigde orde van zaaken firys, dende Belasting, op de Inwooneren van gemelde „ Itad , en thans met aliegatie van redenen verzoe„ kende, om provifioneele, doch onbepaalde furche-
ance der uitberaaling, van de helft van de voorfz. „ Belasting, ter fomma van ƒ 550, aan bec Comp„ toir der Ordinaris en Excraordinaris Middelen aldaar, „ immers tot zo lange, dat ncpens bovengemeld ver„ zoek door hec Vertegenwoordigend Lichaam eene n finaale dispofitie zal zyn genomen,
„En. heefc de Vergadering, overweegende, dat „ alle verzoeken om fmcheance uic haaren aaae fpoed „ veeisfehen, verklaard, dat 'er ten deezen beltaac „ onverwylde noodzaaklykheid:'
En- gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve ver-ac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lite. b. van
het



9 APRIL 1800;
*43
hetReglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de rede. nen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoend* zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden» de:
„ En voorts overweegende, dac reeds favorabel op }} het verzoek by voorfz. Misfive gemeld, by een BeJ5 fluit deezer Kamer is gedisponeerd, maar dat het-
zelve, uit hoofde van hec onbepaalde by dat Be„ fluit, en uit ktachte van den 194 Articul derStaats„ regeling, by de Tweede Kamer niet is bekrach*
tigd, en 'er dus een ander Befluic by deeze Kamer 5, zal dienen te worden genomen , bef loten , aan „ het Gemeente Befiuur der ibd Culemborg inmid„ dels, en hangende de deliberatien van hec Verte» „ genwoordigend Lichaam , over het bovengemeld „ verzoek, mits deezen te verleenen provifioneele fur„ cheance der uitbetaaling, van de helfte der voorfz, „ Belasting , ter fomma van vyfnonderd en vyfcig ,, Guldens, aan hec Compcoir der Ordinaris en Ex• „ traordinaris Middelen te Culemborg voornoemd.
„ En zal Extraét deezes, mee Copie van voorO*. „ Misfive, worden gezonden aan hec Uitvoerend u Bewind der Bataaffche Republiek, om deswegens „ de nodige aanfehryving te doen.
„ Alsmede gelyk ExcracT; gezonden wórden aan „ Commisfarisfen ter Nationaale Rekeningen, tot
derzelver informatie.
,, Zullende die Befluit, ingevolge hec 6*0 Arr. der „ Staatsregeling ter fanóHe gezonden worden aan de Ia „ Twee-



144
9 APRIL 1800.
„ Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend „ Ligchaam des Bataaffchen Volks , met en „ benevens de voorichreeve Misfive, in origi» „ na li."
„ En is voords gedecreteerd , na de bekragtiging „ van bovenftaand Befluit, voorfz. Misfive, in ori„ ginali, te ftellen in handen van de Burgers Repre. ,, fefitanten van Galen en verdere, tot voorfz. zaak „ Gecommitteerden, tot informatie "
En voords over het woorfchr. Befluit zelf gedelibe» reerd zynde, heefc deeze Veigadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling,
gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgejieli Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Are. 69. der Staatsregeling, n.ecCopie der Misfive, onverwyld worden gezenden aan hec Uitvoerend Bewinden cevens een affchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma,aan de Eerfte Kamer.
Zullende r:x net van die Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen tot de Nationaale Rekening, tot informatie.
Is geleesen een Extraft uit het Register der Eefluiten van de Eer/ie Kamer van het Ver tegen woordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 4 April l. I. ; genomen, na gehoord ce hebben bet Rapporc van eene Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen ij, houdende eene Inftruciie voor de Secretarisfen. by de Deparcementaale Beftuuren, a!sïfceede bepaaiing v-n de Geëmployeerden* voor de
Se»



9 april 1800,
*4S
Secretarve dier Beftuuren, en derzelver Traétemenren, en voords hec Traélement voor den Commisfarh by meergem. Beftuuren, en dac van deszelfs Secrecaris of Clercq.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud.
„ By lefumcie. gedelibereerd zynde over het Rsp„ poTt van de Burgers Repraji'encanten Leemans en „ verdere, by Decreeten van den 1; December j79>» „ ij January, 20 en 24 February l.L, G>*comrait« „ teerden, een examen van vier LVIislives van hec Uit„ voerend Bewind der Bataaffche Republiek; hou* „ dende verdoeken, om aan de respeeTrive Geësn* „ ployeerden der Deparcemencaale Beftuuren van de ,, Delf, Schelde en Maas, en den Jmftel, ver„ meerdering van derzelver Traétementen ceaccordee„ ren; verder eenen Voordrage, om geautorifeerd te ,, worden, ten einde elk der Commisfarisfen van de „ Deparcemencaale Beftuuren van hetzelve vermogen, „ voor 's Lands rekening, een Bode aan te uküen, „ op een Tractement van ƒ 1 100 daags; en voords „ ten flo:te, esne herinnering van de toén op handen
zynde expiratie van het Decreet óns Vercegenwoor. „ digenden LiclVaatras.; van den 14 February 1799» „ met omerwylde nondzaakelykheid genomen,'waar„ by ue >nftructie voor de Secrerarisfen der Dep-"'ce. „ meiicaale Beftuuren, alsmede het aantal der Geëm» ,, ployeérden by dezelven, benevens derzslver voet
en wyze van belo^ning is vastgeftcld,
„ En zvnde hst voorfz. Rapporc op den 21 Maart „ 1.1. alhier, ter Vergadering? uitgebragt en in de Nam,5 len van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daarvan, op de» I 3 ï dee»



ï4c5 9 APRIL 1800.
*, 1 dèezer en heden gefchied zynde, heefc de Ver* », gadering , zich mee hec daarby voorgeflagen Con« *, cepc-Befluic conformeerende", ook aldus befloö* j» ten:
„ De Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend 'K Lichaam des Bataaffchen Volks overwogen hebbende, dat hec Decreec van hec Vertegenwoordigend Lichaam van den 14 February 1799 , waarby de InftrucTie voor de Secrecarisfen der Deparcemencaale „ Beftuuren» als medehetaantalderGeëmployeerdens „ by dezelve, benevens derzelver voet en wyze van belooning, is vastgelteld, is genomen, na verklaa„ ring van onverwylde noodzaakelykheid, en mits„ dien volgens het 70 Articul der Staatsregeling, 3, kracht van Wet heeft verlooren.
„ Voords gedelibereerd hebbende over het Rapport „ haarer perfoneele Commisfie, op verfcheide ver,9 zoeken door eenige Geëmployeerdens der Departemeataale Beftuuren van de Delf, den AniftJelenvau Schelde en Maas, om verhooging van Traclement gedaan; als mede op eene 1V1 is five van hec Uitvoer „ rend Bewind, van den 29 November 1799,daarby „ voordragende, aan de Commisfarisfen by de De^ partementaale Beftuuren elk een afzonderlyke Bode SJ op een daggeld van eene Gulden tien Stuivers toe « te ftaan.
,s Overweegende, dat de ondervinding in debyDen creet van den 14 February 1799 gcarrefteerde Inftrudtie voor de Secrecarisfen, geene feilen heefc doen ontdekken, welke verandering behoe„ ven.
K Overweegende, dat by de daarilelling van hec L. . »» nieu-



9 APRIL i8do. Ï47
7, nieuwe ftélfel van Belastingen, de FinancieeleCommisfiën in de onderfcbeide voormalige Gewesten zullen ophouden, en een gedeelte van derzelver werkzaamheden zal worden overgebragc by de De„ partementaale Beftuuren, waar door waarfchynlyk „ nog eenige Geëmployeerdens zullen benoodigd „ zyn, en mitsdien alsdan in deeze organifatie veran„ dering zal behooren gemaakt te worden.
„ Overweegende, dat de Deparcemen taaie Beftuuren „ door het 13 Art. der Inftruétie, in de gelegenheid ,, -gefteld zyn, om, wanneer het werk voor de cegen„ woordige Geëmployeerden al te veelvuldig rnogt „ zyn, daar in door het employeeren van een of meer „ Bladfcbryvers te kunnen voorzien.
„ Overweegende, dat aan de Commisfarisfen van „ het Uitvoerend Bewind by de Depa'rcementaale Be„ ftuuren, by voorfz. Decreec, van den 14 February », 1799» i"eeds fS°° Guldens voor een Clercq is ge~ „ accordeerd , en dac deszelfs werkzaamheden zo „ veelvuldig niet zyn, of dezelve zoude tevens ook „ wel kunnen verrichten die werkzaamheden , waar „ voor een Bode worde voorgefteld.
„ Befluit*
35 Van nieuws te arrefteeren, de Inftruétie voor den „ Secretaris, als mede de voet van Organifatie en wyze
van betaaling der Geëmployeerden by de Departe„ mencaale Beftuuren, 20 als dezelve hier na volgE ,, geinfereerd.
I 4 M



1$ ,9 APRIL 1800.
INSTRUCTIE voor de Secretarisfen by de Departentcntaale .Beftuuren.
Art. r. "
Zy zullen niet alleen moeten' bezitten alle de vereiscbtens, by de Staatsregeling bepaald, maar ook moeten zyn Inboorlingen der ^ataafïche Repubfiek ,de Franfcbe Tnal verftaande, de Iaacfte zes jaaren in dezelve gewoond hebbende, van een goed zedelyk gedrag en onbefproken handel zynde , en detcenwo^rdige orde van zaaken volkomen toegedaan:° " (Deeze bepaling flaic echter geenzins uit die Burgers, welke in en na den jaare 17S7, om politieke vervolgingen uit hun Vaderland geweken zynde, vóór den jaare 1791, daarin zyn wedergekeerd, noch ook die geencn, welke voor 's Lands belangen, of ter voortzetting hunner ftudiën unlundig zyn geweest.)
Arr. 4.
In bet algemeen zullen zy verpligc zyn tot de nauw, Iceungfte orde in het notuleeren der handelingen van de Departementaale Befluureft , ten einde de gehouden Registers, zo wegens het Adminiftrative van het tfeiluur, als van de voibragte Expeditiën der Wett-n en Bevelen, hun, door het Uitvoerend Bewind toege. zonden, indejuifte orde, ieder zes maanden, véértien dagen lang, de Ingezeetenen van ieder Deparceoitm zouden kunnen worden voorgelegd.
Arr. 3,
Zy zullen derbalven, zonder eenig verzuim, altoos de Vergaderingen der Departemenca.de Beftuuren, op
de



9 APRIL 1800.
149
de daar toe bepaalde tyden, moeten bywoönen, en
nimmer, zonder verlof van den cydelyken Voorzitter < daar van afwezig mogen zyn, noch buiten de Hoofdplaats van het Befiuur mogen vernagcen; in welk geVal , by ziekte of by het Beduur wettig geoordeelde redenen, hy verpügt zal zyh , voor de behoorlyke waai neeming Van alie de deelen van zyn Post, behdorlyk te zorgen , en zynen Commis de Vergadering tot verrichting zyner functie zal moeten waarneemen.
Art. 4.
Hy zal, des gerequireerd , verplicht zyn, te adfiltceren by de byzondere werkzaamheden, welke dé Leden der Beftuuren zouden mogen goedvinden onder zich ce verdeelen, en voor dezelve zodanige ConcepcRapporcen $ Misfives , als anderszins, in gefchrifce Hellen, als daar uit zouden mogen voortfpruicen.
Art. 5.
Hy zal gehouden zyn, alle Stukken, aan hec Departementaal Beduur geadresfeerd, welke hem mog* teh ter hsnd geiteld worden, daadelyk over te geven, of te bezorgen aan den tydelyken Voorzitter*
Art. 6
Hy zal in de Vergadering zieh niet mogen mengen in de deliberatien, over de Adminiftratie vart hec Deparcemenc, noch iecs mondelings voordragen, dan na bekomen toestemming van den tydelyken Praïlldenc,en de genome Befluiten der Vergadering opteekenen, en zorgen, dac dezelve nauwkeurig in de Noculen worden gebragc^ en dac wyders van alle ter Vergadering voorgeleezen en in overweeging gebragce Stuk* I 5 ken,



«5° 9 APRIL 1800.
ken, behoorlyke melding worde gemaakc, het zy door dezelve woordeiyk daarin tepiaacfen, hec zy door eene behoorlyke excenfie, naar de zaak zulks vordert, of de Vergadering of derzelver Prajfident zulks begeert.
Art 7.
Hy zal de aldus geëxtendeerde Notulen in de eerst, volgende Vergadering overluid en duidelyk voorleezen, ten einde dezelve worden gerefumeerd; voords zal hy zorgen, dat de aldus gerefumeerde Notulen ia 't net, en met de uiterfte nauwkeurigheid worden overgefchreeven, om op den tyd, by de Staatsregeling bepaald, in 't openbaar den Volke te worden voorgelegd.
Art. 8.
Hy zal de Extenfien der Befluiten, die zonder refumtie genomen zyn, geiyk ook de Misfives of andere (lukken daar uit voortvloeyende, voor de afzending, aan den tydelyken Pra:fident ter beoordeeling overge* ven of doen overgeven.
Art. 9.
Hy zal het oppertoezicht rebben over alle de Be. ampten en Suppoosten rer Secretarie, en over derzelver werkzaamheden, en zorg dragen, dat ieder zyn pligt behoorlyk en getrouw betragte, en verpligczyn eenige ontrouw, moedwil of grove abuizen ondek' kende, daar van daadelyk aan den tydelyken Prajfident kennis te geven.
Art. 10.
Hy za! inzonderheid verplicht zyn te zorgen, dat de expeditie der wetten en beveelen, door 't Uitvoerend



9 APRIL 1800,
151
rend Bewind, aan het Beduur toegezonden, op hst van hetzelve, met den meesten fpoed, en op deminsc kostbaarfte wyze door het geheele Departement gefchiede; en, dat wyders alle de Misfives, uit befluiten der Vergadering voortvloeyende , ten fpoedigften worden gereed gemaakt, getekend, door den Praeildent geparapheerd en verzonden.
Art. ïi.
Her zal geene andere Bediening, benevens het Se» cretariaat, op welke manier, of onder wat voorwendzei, mogen bekleeden, noch in dienst of betaaling van iemand anders mogen zyn, gelyk noch hy, noch iemand van zyn huis,direél ofindirecteenig deel zal mo» gen hebben in eenigerhande Beftedingen, Aannenvngen, Leverantien, Verpachtingen of foortgelyke Engagementen, waarin de Adminiftratie van het Depar* tement rechtftreeks of zydelings geïnceresfeerd is, noch eenige aétien of prcetenfien, ten laste van den Lande, uic byzondere Contracten voortfpruitende, mogen kopen, overnemen of beleenen, direct of indirect.
Art. 12.
Hy zal zich moeten te vrede houden met het Tractemenc op zyne Bediening, door het Vertegenwoordigend Lichaam, bepaald, zonder eenige andere voordeden of emolumenten, onder welken titui ook, te mogen genieten,* — zullende in het vervolg, geene betaalingen van eenige Jura of Leges ter Secrecary* der Deparrementaale Beftuuren plaats hebben, op pcene van casfatie voor die geene, welke zich, des ongeacht, aan het vorderen daar van zoude mogen fchuldig maken, maar dat in diens plaacfe zal worden volI 6 daan4



15» 9 APRIL 1800.
daan, en door een ieder betaald het recht van het Klein-Zegel, naar zodanigen voet en voorfchrifc, als door het Vertegenwoordigend Lichaam, by de nieuws te formeeren Ordonnantie op dat middel, nader zal worden vastgefteld , zo nogcans, dat inmiddels, en tot dat deeze Ordonnantie in werking gebragt zal zyn, met de invordering en betaling dier Leges en Jura zal worden gecontinueerd, en de Penningen daar van, federt de Organifatie der Departementaale Beftuuren reeds ingevorderd, (en waar over by het Decreet van 14 February 1-790, het Vertegenwoordigend Lichaam zich de nadere dispofirje heeft behouden,) en nog verder jn te vorderen, door de refpeétive Secretarisfen, op hunne verantwoordelykheid, na afloop van elke twee maanden in 'sLands Casfe zullen moeten worden overgebragt, en ter Nationaale Rekenkamer verantwoord,
Art. 13.
Hy zal geene Perfonen, in dienst der Secretarie, in functie mogen ftellen, of in daggelden employeeren, dan die, welke door het Beftuur nodig geoordeeld woraen, de vereischten en de noodige bekwaamheden daar toe te bezitten.
Arr. 14.
Hy zal tot eenigen vaceerenden Post of Ambt, of Commisfie, noch openlyk, noch onder de hand, iemand mogen aanbevelen.
Arr. 15.
Hy zal gehouden zyn, alle inbreuk op de Staatsregeling, mitsgaders alles wat zopde kunnen ftrekken



9 APRIL 1800.
153
toe ondermyning der algemeene belangens, tot vernietiging of omkeering der tegenwoordige orde van zaaken, zo ras het ter zyner kennis komt, aan het Beduur mede te deelen.
Art. 16.
Voor bet aanvaarden van zyncn Post zal hy in ban. den van den Voorzitter ter Vergadering^ van hec Beduur moeten afleggen den navolgenden Eed:
„ Ik beloove en zweere plechtig, mynen Post van Secretaris van het Departementaal Beduur, met al myn vermogen, overeen„ komdig myne Inftruétie, getrouw en yve„ rig te zullen waarnemen; dat ik my ftiptelyk zal gedragen naar den inhoud van her ,3 Placaac, by de voormalige Scaacen der Ver„ eenigde Nederlanden, op den 10 Decem„ ber 1715» tegen het geven en nemen van „ verboden giften, gaven en gefchenken, ge„ arredeerd.
„ Ik verklaare en zweere, dat ik direételyk „ of indireételyk, om het voorfz. Ampt te „verkrygen, aan eenig Perfoon, het zy in „ of buiten het Beduur, onder welk pranexc „ of naam hetzelve zoude kunnen gefehieden, „ geene giften of gaven hebbe geprefenteerd , „beloofd, noch gegeven, noch beloven, „ noch geven zal, door my zelve, of een an„ der, en ingeval immer, tot myne kennis „ moge komen, dat zulks door anderen voor „ my, buiten myn weten, ware gedaan, dat I 7 i » *



'S* 9 APRIL 1800.
„ ik als dan daar van ten eerften aan het Be„ ftuur zai kennis geven."
Dai bdoove en zweere ik.
Art. 17.
^°P/°,7dr£lgC Va" hec Uitvoerend Bewind, zal door hec Vertegenwoordigend Lichaam deeze Inftruc tie zodanig kunnen worden geïnterpreteerd, gede.
wrenVoVdSHeerd' dS ^> * Aan eik der Deparrementaale Beftuuren zal, tot volbrenging hunner werkzaamheden, worden gègeeven een Secretaris, een Commis, twee Clercquen een kamerbewaarder, welke te gelyk Concherge van hec Gebouw voor de Vergadering gefchikt,0 zyn zal en overal waar zulks gevoeglyk zal kunnen ge-
De belooning voor den Secretaris zal zyn een jaarlyks traclernent van . . 3 f ' Voor den Commis ' *_ Voor den eerften Clercq " . Voor den tweeden Clercq . ." 8co Voor den Kamerbewaarder en Concherge 800 Voor elk der Bodens . . 6oo
zonder meer. » De Departemencaale Beftuuren worden gelast, tot voorfz. Bedieningen geene Perfoonen aan te ftellen, weke in zich niet vereenigen de navolgende vereischten:
Dat zy zyn Bataaffche Stemgerrchtigde Burgers de tegenswoordige Conftirucioneele orde van zaaken volkomen toegedaan, van een goed zedelyk gedrag,
eer-



9 APRIL iffoo.
'55
eerlyk beftaan, en gefchikt voor de Posten, welke men hun wil doen bekleeden.
En worden dezelve Beftuuren voords aangemaand, den voorrang te geven aan de zodanigen, welke tans by de Adminiftrative Beftuuren in iunclie zyn, en door hunne kunde, yver en goed gedrag, zich waardig gemaakt hebben by voortduuring gebenificeerd te worden, en daar door mede te werken, dat geene verdienftelyke Burgers, buiten hunne fchuld, ongelukkig worden; dat 'sLands belangen, door de aanftelling van ervaaren Perfoonen, worden bevorderd, en dat fhec Vertegenwoordigend Lichaam niet door menigvuldige Adresfen, om Penfioenen of Dedomagemencen worden geadieerd.
Dat het Tracfemenc voor elk der Commisfarisfen, door het Uitvoerend Bewind, ingevolge de Staatsregeling, by de Departementaale Beftuuren te benoemen, zal zyn jaarlyks . . ƒ 3500
En voor derzelver Secretaris of Klerk . 500
Nogthanc met deeze bepaaling, dat, wanneer net Uitvoerend Bewind mogt goedvinden, nog een of meer Comm^farisfen in elk Departement by de Gemeente - Beftuuren aanceftellen, en mitsdien deezen Commisfaris by het Departementaal Befiuur van een gedeelte zyner werkzaamheden te ontladen, in dat geval hec Traetement voor de Commisfarisfen by de Departementaale Beduurcn zal zyn jaarlyks cw^e duizend en vyf honderd en voor deszelfs Clercq drie honderd gulden, zonder in allen givalle ietwes voor fchryflooren in rekening te mogen brengen, en word hun voor reiskoftsn en verteeringen, op last van hec Uitvoerend Bewind gedaan, zeven gulden daags toegelegd.
,3 En



15«
9, APRIL 1800.
„ En is voorcs gedecreteerd, de gedaane verzoe„ ken, tot vermeerdering van Traétementen, alsme„ de de voordragt van het Uitvoerend Bewind, tot „ hetaanftellen van een Bode by elk der Commisfa-
risfen by de Departementaale Beftuuren, te decli-
neeren en te wyzen van de hand.
,, En zal Extraét deezes, worden gezonden aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , ,, om hier aan de nodige executie te geeven;
„ En gelyk Extraét aan de Gommisfarisfen tot de „ Naticmaale Rekening , tot informatie.
,, Zullende dit Belluit, voor zo veel het eerfte ge,, deel te betreft , overëenkomftig het 60 Artykel ,, der Staatsregeling, ter bekragtiging Worden ge* ,, zonden aan de Tweede Kamer, met en benevens „ het in deezen uitgebragt Rapport, en de ftukken „ daartoe relatif, alles in Originali:*
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer, blykén te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag den ia April eerstkomenden.
Is gelezen een Extraét uit hét Register der Befluiten van de Eerfte Kamer, van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 4 April 1 1 : genomen, na gehoord te hebben het door het Uitvoerend Bewind ingezonden bericht van de Municipaliteit van Lekkerkerk, als mede het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, die beide mede aU hier geleezen zyn, op de Requeften Van P. J. Brd* venboer, verzogt hebbende als nog in het Scemregister te worden ingefchreèvêtï.
Welk



g APRIL ïSoo, 1
I Welk Befluic was van den volgenden inhoud:
„ By refumcie gedelibereerd zynde, over hec Rap, „ pon van de Burgers Reprasfencancen de SonnaviU „ le en verdere, by Decreec van den 3 September „ des afgeloopen Jaars, Gecommitteerden, ten exa„ men van eene Misfive van het Uitvoerend Bewind „ der Bataaffche Republiek, van den 29 Auguftus te „ vooren, fub No. 220; daarby, ingevolge Decreec van den 1 der gemelde Maand Auguftus, overgelegd hebbende, het by den Agent van Inwendige Policie ingekomen bericht van de Municipaliteit van Lekker„ kerk, gerequireerdop de Requefte van P J. Bra„ veboer; daarby verzogt hebbende, dat voorfchree„ ve iVJunicipaliteic mogt worden gelasc, hem Re„ queftranc al nog in het Stemregifter te doeninfchryP ven.
„ En zynde het voorn. Rapport op den 27 Maait „ 1.1. alhier ter Vergadering uirgebragt en in de No* ,, tulen van dien dag geinfereerd.
,, En de tweede en d^rde Leezing daarvan, op den eerften April laatstleden en heden, gefchied zynde, ,, heefc de Vergadering, zich met het daarby voorge„ flagen Concept Befluic conformeerende, ook aldus „ bwflooten:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben,,.de het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, be. „ noemd om ce dienen an eonfideratien en advis, op „ de Requefte van P. J. Bravenboer, ce Lekkerkerk', „ daaiby verzogc hebbende, dat de Municipaliteit van }, Lekkerkerk voorn, mogce worden gelast, hem Stip-
„ piiant



>j8 9 APRIL i8ec
„ pliant al nog in het Sremregifter in te icbryven, als M mede op hec daarby overgelegd bericht, den 3 SepS3 tember 1799 aan deeze Kamer ingezonden.
n Overweegende, dat de reden, waarom de MunU M cipalireic voorn, den Requeftrant geweigerd heefc in 9} bet Stemregifter toe te laater;, alleen bellaar in eene SJ befchuldiging tegen geraelden Requeftrant, welke S5 niet alleen onbeweezen, maar door den publieken
Aanklager van dien aart bevonden is, dat hy omss trenc dezelve geen den minden grond gevonden heefc, J} om over dusdanige zaak, R. O , hec recht van het M Bataaffche Volk te kunnen waameeraen.
„ Overweegende, dar her 13 Art. Lic. I.derStaats» 95 legeling, niet eerder van applicatie zyn kan, ten „ zy iemand door een rechcerlyk Decreet in ftaat van „ befchuldiging gefield zy, en waar van m dit geval, n door het aangehaalde van den publieken aanklager,
het tegendeel blykt.
„ Overweegende, dac 'er anderzins geene de minK Me redenen z\n, waarom aan deezen Requeftrant hec Stemrecht zoude behooren geweigerd ce worden;
„ Befluit:
„ Hec voorfz. verzoek van den Requeftrant te ac» }J cordeeren; en word raids diende iViunicipaliteicvan 5J Lekkerkerk gelast, om Pieter Joosten Braveni} boer, aldaar woonachtig, na het afleggen der ge„ vordeVde verklaaring , tot de infehryving in bet w Stemregifter toe te laaten.
„ En zal Ex'.ract deezes, met byvoeging van ^ de voorlcbreeven Requeste en Bylagen, in ori' 5J gitiali , worden gezonden aan het Uitvoerend
„ Be-



9 APRIL 1800,
«55
~ Bewind der Bataaffche Republiek, om hier aan „ de noodige executie te geeven.
Zullende die Befluic, overeenkomftig het 6a „ Articul der Staatsregeling aan de Tweede Ka.
mer eer fanctie worden gezonden, met en be11 nevens hec in deezen uitgebragt Rapport, en al„ le de daar toe relative Stukken, alles in origi» „ »«//."
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kot. er blyken ce zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken, by deeze Vergadering bepaald, op Saturdag den 12 April eerstkomenden.
Is gehoord het Rrpport van den Burger Reprefentant Siderïus en verdere , by Decreet van den 23 Maatt II. gecommitteerd zynde Leden , ten examen van een Nieuw Befluic van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaafichen Volks, van den 14 derzelve maand; houdende een verbod tot den uitvoer, mitsgaders bepaalingen op den doorvoer door de voormaalige Gewesten, van alle Miscfpecien; welke Gecommitceerdens, na te hebben aan. gemerkt, dat het bezwaar deezer Kamer by derzelver Decreet van weigering van den % October des afgeloopen J3ar« open gelegd is weg genomen, in zo verre de Haardasfche, Straatvulnis en Secreetmest betreft, en weike onder het verbod van Mistfpecien, bydit Befluit zyn uitgezonderd, tot bekragtiging van hetzelve advifeeren.
En heefc de Vergadering zich met de conduite van het Yoorfz. Rapporc geconformeerd, en de derdeleezing van het gemelde befluic alhier op den 28 Maart



$00 '
9 APRIL 1800.
I. i. gèfchied- zynde, als nu ten aanzien van hetzel.
ve, ingevolge Art. 31. Lu. e. van het Reglement B. coer Staatsregeling, gedecreteerd.:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld B&.
puit, en verandert hetzelve in een Decreet. ■
En zal dit bekiagtigd Befluit, ingevolge Art, 6±. .der Staatsregeling , met de by het BeOuir gemelde
Kequesren , onverwyld worden gezonden' aan het
Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van 'hetzelve, in benoörlyke forma, aan de Eerfie ■ILamer.
De Burger Repvajfemam Wentholt produceert,
uit naam van de Commisfie, welke op gisteren was verzogt eene nieuwe extenfie voorre ftellen, van het D-creet van weigering van het Befluic ,der terfle Katzer, van den 14 iVlaarc 11., omtrent bet permicteertn a-in den Bu-ger A. Buyze, hec oprigcen eener Leerlooyery ce Zierikzee, nee navolgend Concept Decreet van weigering:
De Tweede Kamer overweegende, dat byaldien de Staatsregeling, a's eene IVet in aeeze zo klaaren cuidelyk (preekt, dat dezelve g-ene verklaarir.g ■behoeft, als dan ce Raad van Ziet ikzee. ceniglyk had behooren te zyn verweezen geworden tot de dhidelyke letter van de iVct.
-Qvciweegende, dat zo wanneer de Staatsregeling als eene IP'et in deezen, niet zodttmg klajr en d-Adelyk is, en over zulks vernhtaring behoef:, dat als dan dezelve niet door byzondere cisp fuiven op hyzondere adresfen omtrent byzonde>e gevallen, waardoor men al ligtelyk-tot ongelykheid en onwillige onbiliykhiid kan vervallen., maar door eene,
gan-



9 APRIL i8oo. \6ï
ganrche geheele en op zich zelve», beftaande volko* me vei klam ing ia en tot alles zoude behoor en te
gefehieden.
• Overweegende eindeiyk, dat het eerfte confiie* ran^-, dat naamelyr. geene uitfluitende voorrechten mogen worden gecontinueetd, niet is overeenkom* ft tg met de Letter van het 5 Artikel van de grond' regelen aer Staatsregeling,
Bekragtigd het nevemgaande Befluit niet Waarop gedelibereerd zynde, heefc de Vergade» ring het voorgeftelde Decreec van weigering geadop» teerd en alzo gedecreteerd.
En zal heczelve Befluic, met de daartoe behoorende ftukken en ExtracT: van dit Decreec van weigering, onverwyld aan de Eerfie Kamer worden terug ge* zonden.
Waarna de Prasfident de Vergadering fcheidt tot morgen op den middag, converteerende dezelve in» middeis in een Committé Generaal.






GELTKHEID, V R <ï HEID, BROEDERSCHAP.
Donderdag den 10 April 1800,
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEID.
P R M S I D E.
Den Burger Reprsefencant
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Repiaifentancen.
M Slderius. J. de Juncheere. S.van ticogftraten. D. C. de Leeuw. D. Hoitsma. J. A. Krieger. K. Hovens. C. van Lennep. P. Linthorst.
G. J. G. Bacot. F. Govers.
J. S. Wentholt.. A. Ploos van AmdeU
H. van And el.
, J. van Rees. j B. Ten Pol. 1 H. Hogewal. ! J. Cramer \ W. C. de Crane. \ 3' Busch. 3- Tom as.
B. Storm.
L. 3' Pitringa.
ABSENT.
Met permisfie.
3- H. Siccama. 3' C. Druman. J- Lublink, de 3ong**
C. Floren.
Wegens ziekte. H. Quesnel.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn gere» fumeerd en gearresteerd.



164
io APRIL 1800.
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gefchreeven alhier in den Hagey den 7 April 1.1.; daarby inzendende een Exemplaar, in plano, van de Publicatie, by hetzelve Bewind volgens Decreet van de Tweede Kamer van den 3 April 1.1., gearrefteerd omtrent eene explicatie van de Publicatie van den 24 February 1.1., en vryftelling voor de Kooplieden in Moes- en Tuinzaaden, van den uitvoer van Peulvrugten &c.
En heeft de Vergadering goedgevonden, deeze Misfive aan te neemen voor Notificatie, en de Publicatie in de Nationaale Cancelarye te deponeeren.
Is geleezen een Extraét. uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1.1.; genomen op de Requeste van Feyth en Seemann, verzogt hebbende permisfie, om honderd vaten Oud Yzer naar Dantzig te verzenden.
Welk Rapporc is van den vplgeriden inhoud:
Is geleezen de Requefte van . . . Feyth en . . . „ Seemann, Kooplieden te Am field firn; daarby ver„ zoekende permisfie, om honderd vaten Oud-Yzer j, met de eersc vercrekkende Schepen naar Dantzig te verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat omtrent „ alle zaaken, de Commercie concerneeiende, niet ,5 te fpoedig kan worden gedisponeerd, heefc deeze
Vergadering verklaard, dac 'er is, onverwylde „ noodzaaklykheid"
En



io APRIL 1803, 165
En gedelibereerd zynde over de verklaring van onverwylde noodzaaklykheid', in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Arr. 32. Lite. b, van hec Reglement B. der Scaatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat deredenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden-; de:
„ En voords daadlyk bef loot en, het verzoek by „ voorfz. Requeste gedaan, mits deezen ce accordee„ ren, en dienvolgende aan hun Requescranten ce „ permicceeren, om de voorfz. honderd vaten Oud„ Yzer, mee de eersc vertrekkende Schepen naar !s Dantzig ce verzenden, onder deeze bepaaling, dac „ door de Requeftranten, ten Comptoire van deCon,, voyen en Licenten ce Amfleldam , zal moecen „ worden gefield, fufficiente cautie, voor de drie „ dubbelde waarde van hec ee verzenden Oud Yzer, „ en binnen den tyd van zes maanden, te rekenen van „ den dag van hec in deezen te neemen Decreec, be„ hoorlyk bewys zullen moeten exhibeeren, dat hec „ voorfz. Yzer aan de Smederyen ce Dantzig is af„ geladen, om aldaar tot Land- en Bouwgereedfchap„ pen verwerkt te worden.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorzegde Requefte en Bylagen, in originali, „ worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, „ ten einde daar aan de noodige executie te gee„ ven.
„Zullende dit Befluic, overëenkomftig het 6b „ Articul der Scaacsregeling, ter bekragtiging worK 2 „ den



ïf5t5
ro APRIL 1800.
J5 den gezonden aan de TweeJe Kamer van het „ Veitegeiwoordigend Lichaam, met en benevens „ de voorzegde Requefte en bylagen, in origin nali."
En voords over het voorfc^reeve Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art, 32. Litt e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt hetvoorgejteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigdBeQuit, ingevolge Art. 69der Staatsregeling, met de Requerte en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfle Kamer, (zonder refumtie.")
Is geleezen een Fxtrarft uic het Register der Beduiten van de Eerfte Kamer van h.;r Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, vun den 9 April 1 ]., genomen, op df Requefte: van J. Bosman, waarby aon hem wordt geaccordeerd furcheance van betaaling aan zvne Crediteuren, en vooras het Uitvoerend Bewind geautorifeerd , om de nodige orders te ftellen, da' des Suppiiants Vaartuig uit het arrest worde ontflagen
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
,, Is geleezen deRequeflevan Jan Bosman, Schip. „ per, woonende té Doesburg, in het voormalig Ge. „ wesc Gelderland; daarby, mee allegitie van rede„ nen, verzoekende, dat aan hem Supplianc becaa-
ling mogt worden gedaan van al zulke prstenfien,
» als



io APRIL 1800; "167
als hy, ten Iade van den Lande is hebbende, we-
gens presfing van zyn Schip, op ordre van het vo„ rige Gouvernement, in de jaaren 1795 en e799,of
dat hem Supplianc moge worden verleend furchean" ce van betaaling aan zyne Crediteuren, welke, ter " oorzaake hy dezelve niet voldoen kan, door dien V hy zyne te goedhebbende Penningen, wegens voorfz" presfingen, niet ontfangen heeft, zyn Vaartuig of „ Schip aan de Nieuwe Sluis hebben doen arrettee-,
ren.
' „ En in aanmerking genomen zynde, dac de bïllyfc„ heid vordert, dac, eer voorkoming van des Suppli,, ants tocaale ruïne, deezen aangaande fpoedig worde „ gedisponeerd, heefc de Vergadering verklaard, dac „ 'er is onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onvervulde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32, Lit. b. van het Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
Be Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eer [ie Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerlle Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
„ En voords daadelyk beflooten , aan den voor„ noemden Supplianc by deezen ce accordeeren fur„ cheance van betaaling aan zyne Crediceuren, en „ zulks hangende de deliberacien van hec Vertegen„ woordigend Lichaam over des Suppliants verzoek, „ om obtien van betaaling, wegens bovengemelde ge„ prafteerde dienden; wordende voords het Uitvoe,', j end Bewind by deezen geautorifeerd, om de noK 3 » di-



ï6% ïo APRIL j8oo.
„ dige orders te ftellen, dat des Suppliants Vaartuig
of Schip uit het arrest worde ontflagen.
,s En zal hiervan by Extraét worden kennis gege94 ven aan het Uitvoerend Bewind der Battiaffche Re„ publiek, 20 toe informatie refpeétivelyk, als om 5, daar aan de nodige executie te geeven.
^ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Articul <5d 5, der Staatsregeling, ter fanélie aan de tweede Ka'» mer worden gezonden , met en benevens de
voorfz. Requefte en Bylagen, in originali. En is voords gedecreteerd, (na de bekragtiging s, van bovenftaand Uefluic) de voorfz, Requefte en
Bylagen, in originali, te zenden aan het Uitvoe* „ rend Bewind, om, met terugzending derzei ven, 3, betrekkelyk her verzoek ten principaale, der Verj, gadering te dienen van eonfideratien en advis.
En voords over het voorfz, Befluit zelf gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis , en gefteld in banden van de Burgers Rèprsefentaöten Bacot, van Rees en Storm, om de Vergadering van derzeiver eonfideratien en advis tc dienen.
Zullende ExcracT: van dit Decreet roet het voorfz. befluit en de daar coe behoorendo ftukken, worden gezonden aan den Burger Reprsefentanc Bacot> tot informacie. (zonder refmntief)
Is geleezen feen Extract uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks; van den 8 April U.; genoomen na gehoord te hebben het door het Uitvoerend Bewind ingezonden Bericht van den Rentmeefter van het Capittel ce Xanten, alsmede het Rapport van eene perfoneele Cominisfie, die
bei ie



jto APRIL 1800. i6$
beide mede alhier geleezen zyn, op de Requefêen van J. H. E. Esler, predikant in de Gereformeerde Gemeente te Neftrik, Kient en Balgoye; verzogc 'nebbende dac bovengemelde Rentmeelter moge worden gelast, aan hem deszelfs agterftallig iraclement te voldoen &c.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud :
„ De Eerfie Kamer van bet Vertegenwoordigend. j5 Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbenw de 'het Kapporc eener Perfoneele Commisfie, in s, welker handen by befluit van den 10 April van
't voorig Jaar was gefield, eene Misfive van net " Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ge-
febreeven alhier, den 4 daar te vooren, tcn gdeide J9 van deszelfs benchr, gerequireerd door den Agent t) van Inwendige Policie van den Rencmeelïer Van rt 59 Capittel ce Xanten, op de Requefle van ff. H.E. 99 Ester, Predikant in de Gereformeerde Gemeente J5 te Neflrik , Kient en-Balgoy, geleegen in hec „ voormalig Quartier van Nymeegen, daarby verzogc J5 hebbende , dac bovengemelde Rentmeelter moge J5 worden gelast, om hem deszelfs agcerftallig Traéte„ menc ten fpoedigflen te voldoen, en daar mede „ conform de Scaatsregeling te continascren.
„ Overweegesde, dac de Requeftrant reeds te Ian■ ge naar de betaling van zyn Traétemenc gowagc „ heefc, verklaard dac 'er is onverv/yide noodzaak„ lykheid..
En gedelibereerd zynde over de vc-rklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Litt. b. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: K 4 De



i/o
ïo APRIL 1800;
1 De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragi, voldoende zyn , bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende ;
„ „ Voorts overweegende, dat de Requeftrant zon„ der voldoende redenen is verftoken gebleeven van „ het jaarlyks Tractement van drie honderd Guldens, door den Rencmeefter van 't Capitcel van Xanten, „ voormaals aan den Predikant van Neftrik, Kient „ en Balgoy betaald.
„ Befluit:
„ Hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repus5 bliek te gelaster,, zo als hetzelve gelasc word by J5 deezen, om de nodige orders re ftellen dac hetjaar„, lyks Tractement van J. H. E. Esler, Predikant „ van de Gereformeerde Gemeence te Neftrik, in zo 3, verre hem tot hier toe door den Rencmeefter van 'c „ Capittel van Xanten niet is voldaan, zederc de aan•
vaarding van zyn beroep reeds verfcheenen en nog ce „ verfchynen, richtig werde aanbetaald.
,, En zal Extraét deezes worden gezonden zo aan „ het Uitvoerend BewMd der Bataaffche Republiek, „ als ook aan Commisfarisfen ter Nationaale Reke„ ning, respeétivelyk tot informatie.
„.Zullende dit Befluit,overeenkomftig Arr. 60. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging woiden gezonden „ aan de 'Iweede Kamer, mee en benevens hec in „ deezen uirgebragt Kapporc, en alle de ftukken daar-
toe relatif, in originali."
En



io APRIL 1800. 171
En voorts over hec voorfchreeven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De 'Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Be/luit, en verandert hetzelve ineen Decreet.
En zal du bekragtigd Bel la i o volge Art. 69. der Staatsregeling, onveiwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, entevens een affehrifr.vaa hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Kerft e Kamer.
Zullende Excraét van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationale rekening tot informatie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den / April 1. 1 ; genoomen, na gehoord te hebben het Rapport van eene perfoneele Commisfie , dac mede alhier geleezen is, waar by dezelve verklaarc te perfifteêten by haar befluic van den 20 February 1 B genoomen op eene Misfive van de Municipaliteit van Qudet*Amftal\ verzocht hebbende approbatie op een door haar gefiai meerd Plan van Plaatfelyke Belascing , en her. w \ by decreec van weigering van deeze Vergadering ra den 13 Maart 1.1. aan welgemelde Kamer onbe krach, tigd was terug gezonden.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Aan de orde van den dag zynde het, op den 3 „ Maart laatstleden , uitgebragt Rapport doordeBur„ gers Repraefentanten van Galen en verdere, byI >a„ creet van den 17 der gemelde maand., Gecomm.'c
n tecr"



17a lo APRIL 1800.
„ teerden, ten examen van een Extiadt uit het Register „ der Decreeten van de Tweede Kamer j daarby aan „ deeze Kamer, onbekragtigd terug gezonden hebben„ de hun Befluit van den 20 February 1.1., genomen „ op eene Misfive van de Municipaliteit van Oudern Amftel, verzogt hebbende approbatie op een door „ haar geformeerd Plan en Plaatslyke Belasting.
„ Heeft de Vergadering, zich confoimeerende met n het voorfchreeve Rapport, goedgevonden en verj, ftaan, mits deezen te peifilleeren by haar Befiuit „ op den voorzegden 20 February, ter zaake voorfz.
genomen.
„ Waarvan Extract deezes, met het in deezen uic« „ gebragt Rapport, als in zich bevattende de tegen-
bedenkingen op de redenen van weigering door de
Tweede Kamer, by derzelver Decreet van den {3 Si Maart Li., ter zake voorfz. aangevoerd, en alle de
ftukken, daar toe relatif, in originali, worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, tot informatie."
En heeft de Vergadering bepaald ingevolge Are. 27 van het Reglement B. der Staatsregeling hetzelve in overweeging te zullen neemen op aanftaanden Saturdag den 12 April.
En is voorts goedgevonden, het voorn. Befluit te ftellen in handen van de Burgers Reprefentanten Ploos van Amftel, Floren en Linthorst, om de Vergadering deswegens te dienen van confideraiien en advi?.
Zullende Extract van die Decreet, met gemelde Befiuit en de daartoe behoorende Stukken, worden gezonden aan den Burger Repraïfentant Ploos van Abtfiel, tot informatie.
Is



io APRIL i8co. 173
Ts gehoord het Rapport van den Burger Reprajfemant Siderius, en verdere by Decreec van dan 2 deezer gecommicceerd zynde Leeden, een examen van een Befluic van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam, van den ao Maarc 1.1.; genoomen op de Requefte van Dorps-Armvoogden te O/denboorn, verzogc hebbende reftitutie van de van wegens gemelde Armen, in den Jaare 1795 en 19» voorgefchoten en ten Requeften vermelde Permingen; advifeerende de gem. Gecommitceerdens tot bekragtiging van het voorn. Eelluic.
En heefc de Vergadering zich met dac geadvifeerde geconformeerd, en de derde leezing van hetzelve Befluit, op den 8 deezer Maand alhier gefchied zynde, als nu ingevolge Art. 32. Liet. e van hec Regiemenc B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met deRequesteen Bylagen onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewinden tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extraét van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informacie.
De Burger Reprajfentant Vttringa , en verdere , by Decreec van den 19 Febr. laatstleeden, Gecommicceerd zynde Leden, ten examen vaneen Befluit van de Eerfie Kamer, van den 14. daar te vooren, houdende eene Wet, en Verdere bepaalingen omtrent den Muncflag en het generaale Muntweezen deezer Republiek.
Heb-



174
io APRIL 1800.
Hebben ter Vergadering uitgebragt her. navolgend Rapport:
Fiat infertio, (*)
En is goedgevonden, het voorfz Rapport te doen drukken en aan de Leden te distribueeren , en is het zelve veertien dagen na de distributie gefield aan de orde van den dag.
En zal Ex radt van dit Decreet, met het voorfz. Rapport, worden gebonden am den Burger Reprsefentart Siderius. als aan het hoofd der Commisfie tot de zaaken der Diukkery , tot informatie.
Waar na de Prjefident de Vergadering fcheid: en adjourneert tot morgen op den middag, dezelve inmiddels converteerende in Committé generaal.
(*) Zit de Bylaag*



BI'LAGE tot dc Decreeten van 10, April i8oa
Burgers Vertegenwoordigers!
Op den 19. February deezes jaars heeft het Uwlieden behaagd in handen van Uwe Mede-leden Wttringa, Wentholt en van hennep , te ftejlen een befluit der Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataavfchen Volks , 'van den 14. daar te vooren , waar van vervolgens de tweede, en derde leezingen op den 22, en 23. der gemelde Maand alhier gefchied zyn, betrekkelyk tot het maken van de mdige Wetten, en "bepalingen , omtrent den Muntflag, en het s/gemeen Muntweezen deezer Republiek, om daaromtrent der Vergadering te dienen van derzelver eonfideratien en advies.
Uwe Commisfie dit befluit der Eerfte Kamer, en de daar toe behorende Stukken overwogen hebbende, moet, alvoorens over te gaan, 0111 hare bedenkingen omtrent deszelvs onderfchcidene deeicn, en leden, aan de Vergifderïhg mede te deelen, in het algemeen aamerken: Dat onze Voorouderen reeds by het aangaan der Unie van Utrecht hebben begrepen , hoe noodzakelyk het ware , dat de Bondgenoten zich omtrent de bepaling van den loop des Gelds met elkander verftonden', daar zy toen al by ondervinding geleerd hadden, welke nadéelen de ongelykheid in dat ftuk veroorzaakte in Gewesten, die het gemeen belang zoo naauw vereenigde.
Daarom wierdt hy het \i. Articul van dat verbond vastgefield, dat de Provinciën zich met den anderen zouden conformeren , op den Cours van den Geldt, naar uitwyzen van alzulke Ordonnantiën, als men daarop ten allereerften maken zaude, die de een, zonder denpnder niet zoude mogen veranderen.
Het isechteruitdegefchiedenisfen van ons Vaderland genoeg bekend, dat, nahetaangaan deezer Unie, nocheen geruime tyd verlopen is, alvorens men eene vaste orde, omtrent den loop des Gelds beraamd heeft -— en, dat in het vervolg, niet flechts onderfcheidene Steden, die zich het recht der zogenaamde Ryksmunten toeeigenden, te meerA uu-



C » )
nialen hebben gedreven — dat zy ongehouden waren, om zich naar de bepaling van het 12. Articul des Utrecht{"dien Verbonds te gedragen — maar, dat ook de Staten van het voormalig Gewest Zeeland zich hebben bevoegd geoordeeld, om op eigen gezag, en zonder Confent hunner UondgeHoten daarin verandering te maken.
Ündertusfchen is dat Articul der Unie wel eens door zptnmigeii in deezer voege uitgelegd, als of het ftuk der Muiite, en al het geene daar toe betrekking hadt, onder dc Gewesten was gemeen gemaakt — doch, daar deeze inteipreratie niet (Irookte met de Seuverainiteit, waar op elke Provincie in den'bare zoo naaryverig was, heeft men doorgaans (taande gehouden, dat de meening van het gemelde be.iing g'.ene andere geweest is, dan dat, mitz blyvendc yder Gt-west in het bezit van het zo gezegd regaal der Miïnte , en de dispofitie over alles, wat den Muntflag, en. lu i. Alimtwcezen betrof, in den Cowr* van het Geld', waanneer eenmaal daaromtrent eene vaste Cynofure zoude zyn daargeltèld, geene verandering zoude worden gemaakt, dan met algemeene toeftemniing der Gewesten. Cd)
Dan,-hoe zeer elk der,Bondgenoten het recht moge hebben behouden , om in zoo,veele plaatzen, als hy zoude jfBOgeii goedvinden, of daar toe met uitfluiting van anderen geregtigd waren, te doen munten, en desaangaande zodanige fHiikkingen te maken, als hy te rade zoude worden , zo bJykt evenwel uit de op.regting eener algemeen.e A7uf,tl:amer —- en derzelver werkzaamheden: gelyk mede uit de Wetten, en ordres, die van tyd, tot tyd, op het Huk der Munt gema-akt ,en daargéfteld zyn, (als onder anderen , het Placaat en Bericht fchrift van Hun Hoog mo£. voor de Muntmeesters van dato den 11 Aug. 11559. en het vi- der Reglement van Raden, en Generaal-Meester en van de Munten in dato 24 Dcc. 1609.) dat, gelyk (&) te recht
door
1» Men zie onder anderen den Auteur van het Publiek gthed, 3. Pee! pag. m. 314.
(/■O P. Paulus Ferklaringe der Unie van Utrecht 2. Deel ad Art. 12. pag. zi% Zie voortz den tegenwoordige» Staat f-V l'tr/enfgde Nederl. i. Deel Bladz. 137. en volg'.



C 3 )
door een kundig Schryver is aangemerkt, de raadpfeglrj* gen, en befluiten der Bondgenoten zich met bepaald hebben tot den Cours, of evaluatie van het Geld*
Met dat al is het verre daar van daan , dat onder de voormalige Regering zodanige verordeningen zelvs ten opzien» te van den Muntflag zouden gemaakt, zyn , als het algemeen belang der zoo naauw verbondene Gewesten met de daad fcheen te vorderen; zynde het eene bekende zaak, dat er fteeds eene ongelykheid heeft plaats gehadt, niet alleenlyk in den Stemoel, maar ook in den omtrek, dikte, ja wat meer is, in hei: alloy van de Muntfpeciën in de ver* fehillende Munt-fabrieken verwerkt zynde.
By de verandering van den voi'm van het Beftuür in deeze Landen , moest derhalven dit aangelegen onderwerp* noodwendig den aandacht van de Auteüren der Staatsregeling naar zich trekken: en men begreep te recht, dat althands het aangenomen beginzel van eenheid niet gedoogde — dat eenig onderfcheid zoude konnen plaatz hebben in den Muntflag der Muntfpeciën binnen dit Gemenebest»
Uit dien hoofde wietdt by het 59. Articul der Algemeene Burgerlyke, en Staatkundige Grondbeginzelen voor de Aete van Staatsregeling geplaatst, met zoo veele Woorden Vastgefteld, dat ten aanzien van alle Muntfpec'ën een gelyke Munt/lag door ie ganfcheRepubliek zoude worden vast*
"Ter voldoening aan dit voorfchrift der Conftitutie, oordeelde het Uitvoerend Bewind, zich verplicht tot het doen eener Voordracht, wegens de nieuwe te maken fehikkingeh, en inrichtingen omtrent den Muntflag, en teVehs ten opzichte van het generaal Muntwezen van dit Gemenebest: gelyk dan ook dat voorftel gelegenheid heeft gegeven tot het befluit der Ecrffe Kamer, hetwelk het tegenwoordig onderwerp onzer overweging opleverd.
Intusfchen moet "het van zelvs in het oog lopen , dat by bet zo evengemeld Befluit. doof de Eerfte Kamer ondcrfcheidene gew!cbtige pointen tot het (luk derMüilte, of hetMuntwezen betrekkelvk, zyn vastgefteldwaaromtrent by het zo even aangehaalde 59. Articul der Bi&gerlyke, tn Staatkundige grondbeginzelen fzyade het eenige, het wel k deezen ajmgaande in de Conftitutie gevonden wordt) 5* té A a iU\-



C 4 3
flellig bepaald is — als onder anderen, dat met vernietiging van alk de tot noch toe beftaan hebbende Munten, niet meer dan eene Munt zal beftaan, — dat dezelve- zal werken voor rekening van de Bataaffche Republiek, en binnen Amfieldam geplaatst worden, enz.
Deeze aanmerking maken wy geenzins, om daar door te willen aanduiden , dat al het geen' het Muntwezen betreft), by de invoering van eenen gelyken Muntflag in dit Gemenebest, niet tevens zoude konnen, en moeten geregeld worden; terwyl wy met de Eerfie Kamer gaarne in» ftemmen, dat het Vertegenwoordigend Lichaam niet alleenlyk uit krachte van Art. 50. Ut. /. der Acte van .Staatsregeling beyoegd, maar ook uit hoofde van deszelvs beftemming ontwyvelbaar verplicht is, om zodanige verordeningen daar te Hellen, als zouden mogen vereischt worden, om den Muntflag onder zodanige goede direftie, en toeverzicht te brengen, dat deszelvs Crediet ten vollen verzekerd worde; —- doch, daar de Conftitutie alle de fchikkingen ten deezen opzichte aan de Wetgevende Vergaderingen heeft overgelaten, zo mag men hier uit billyk afleiden, dat dezelven eene volkomene vryheid hebben, om in diervoege te disponeeren , als, naryp beraad bevonden wordt met het algemeen belang meest overeenkomftig te zyn,
En wat vordert nu in deezen dat algemeen belang des Lands?
Dit nader te onderzoeken — het Befluit van de Eerfte Kamer daar aan te toetfen — en de vruchten van hare overweging der Vergadering mede te deelen — is de taak, die Gyl. aan Uwl. Commisfie hebt opgelegd: en daartoe zullen de volgende hoofdzaken in aanmerking komen.
1°. Of het al, o/niet- raadzaam zy, om met vernietiging van alle de Munten in de verfchillende Steden der voormalige Gewesten, als nech aanwezig zynde, vast te ftellen , dat er in het vervolg niet meer zal beftaan, dan eene Nationale Munt, — werkende voor Nationale rekening? —
11°. Waar de Munt, of Munten, die in het vervolg zal\ of zullen beftaan , behoord, of behoren geplaatst te worden?
III9. Of deeze Kamer zich met de verdere fchikkingen, en bepalingen, omtrent den Muntflag, en het Muntweezen by
hit



( 5 )
hit onderhevig Befluit der Eerfte Kamer voorgefteld, al of
itf^é#$$S& «se mm p r
Uitvoerend Bewind zich by deszelvs voordracht beyverd, orS op m derfcheidene gronden te betogen aande eene zyde riXdelyke gevolgen, die-uit de menigvuldigheid der MiSniyÜVOO?Wöten, en aan den anderen kant de voöïdeelen , die men met rede zoude konnen vervvachten Sen het Vertegenwoordigend Lichaam bepaalde dal er voortaan {kchts «>« enkele Munt in deeze RcpuW,fik zou de beftaan, werkende voor rekening van het Land, mitz deeze Fabriek behoorlyk ingericht, cn onder eene goede
^'ondefïtdSnfdie voor deeze inftellinge pieften zouden voornamelyk in aanmerking komen tr de eerfte plaat het minder bezwaar van s'Lands financiën, alzoo f voo-eftelde vereenvoudiging natuurlyk ten gevolge zoude hebben, dat men zeer veel zoude konnen befparen i het onderhoud der Gebouwen, - in het bezoldigen der Ambtenaren, en der Werklieden, - gelyk ook m het bekostigen der Gereedfchappen, Stempels, Vuur Licht enz hi zoo verre zelvs, dat de kosten der nu beftaande
Munten langs dien wé W M zoudfu W,°rden IZ' Serd: hebbende deeze Fabrieken door derze ver menig, naar de gedagten van ^ Bewtnd f^rh^ rwdèeld waarvan het gevolg geweest was, dat het Land ^£LhkSt derzelver inftandhouding niet alleenlyk, voor £3 of ten deele aOlaud hadt moeten doen, van zvn recht op cien Muntflag, maar ook aanmerkelyke kosten aanwenden, om een geheel verval voortekomeii:zodame dat de Munten op den tegenwoord.gen voet, in ftède va tot voordeel van het Land te ftrekken, kostbare lSnosten waren geworden: terwyl daarenboven op eene weC ïchte Munt door dertig Muntgezellen meerder werk zoude konnen worden ai gemaakt, dan, .wanneet die Sfde hoeveelheid van Goud, en Zilver op dne, of v er Munten verdeeld, door v.vtig moest worden afgewerkt
Ten tweeden, dat, wanneer fechts eene Munt voor rekening van den Lande onder behoorlyke toezicht wierdt Sgefteld - het Crediet van de Bataavfche Mutf peeu* A 3



C 6 )
béter zónde wordén ftaande gehouden — gemerkt dezelven, alsdan gelyk van Stempel — van Vorm — en deugdzamer zouden zyn, als ook derzelver innerlyke waarde beter zullen behelzen —en eindelyk tie namaking, of vervalfchin » der Munten aanmerkelyk moeijelyker zal worden — door welk een en ander dan het groot oogmerk van den Muntflag zotidé worden bereikt, —
Ten derden, dat, wanneer flechts in eene Munt voor sLands rekening gewerkt wordt, alsdan zoude vervallen het fchadt lyk monopolie, het welk door de Contraéten van de Speciehandclaaren met de Muntmeesters veroorzaakt Wierdt, en waar van het gevolg zoude zyn geweest, dat veele Ingezetenen zelvs wederhouden wierden, om voor hunne rekening te laten munten; gemerkt de Muntmeesters by voorkeur tierieven de geenen, van welken zy genoegzaam w.rk brkomen, en waar by zy zeiven dikwyls perfoneel interen hebben; terwyl by dit alles noch zoude moeten worden gevoegd, dat de onderfcheidene Muntmeesters, of geheel, of gedeeltelyk voor eigene rekening werkende, zich veele fraudes, en contraventiïniièbben veroorloofd , welken met derzelver nadeelige gevolgen in het brede door het Bewind zyn opgegeven.
Dan het zal niet genoeg zyn de voornaamfte gronden of motiven, die voor het daarllellen van eene enkele Munt, voor Nationale rekening werkende, zyn aangevoerd, alzoo by elkander te hebben getrokken: maar, om aan ÜJwl. Intentie te voldoen, zyn wy ook verplicht, om de bedenkingen , die ons langs verfchillende wegen daar tcgens zyn voorgekomen, getrouwelyk voortedragen: ten einde Vervolgens, na overweging van het geen aan de eene. en andere zyde in het midden is gebragt, ook onze gedagten; met de gronden, waarop dezelven berusten, Uwiiedeiï mede té deelerw
Efë gcwigtiglte eonfideratien voor het tegengefield seVöeleii komen dan naar ons inzien, daar op neder,
A. Dat het geenzins zoo breed zoude gelegen zyn mn het vermeend voordeel van 's Lands financiële belanden in de vernietiging van alle de thans beftaande Munten' en het daarftellen van eene enkele Munt, inzonderheid in eene Stad,-of PlaatZj, alwaar tot dus verre geejie Muntfabriek aanwezig is.
Da



Daar toe zoude dan het volgende in aanmerking kömen i I". Dat het wel aan de eene zyde eene algemeene waarheid is, dat de vereeniging, of ineenl'melting vnn onderfcheidene Fabrieken, eene bezuiniging moet te weeg brengen: en dat zulks mede op de Munten, die alhier als Fabrieken behoren bel'chouwd te Worden, toepasfelyk is, maar dat men aan den an~ deren kant ook zoude moeten in het oog houden, dat in onderfcheideue Steden, voor de refpeclive Munten, met grote kosten, de vercischte localen in gereedheid gebragt, en tot dus verre onderhouden zyn; welken, by aldien het voorgelteld Plan mochte worden ter executie gelegd, veelal zonder eenig wezentlyk nut zouden moeten worden onderhouden , of auderzins vervallen, terwyl dezelven aan byzondere Perzonen verkogt wordende, daar van waarichynelyk zeer weinig zal proveniëeren. jf. Dat in zommige der voormalige Gewesten, met de Muntmeesters; voor onderfcheidene jaren overeenkomften, of Contracten zyn aangegaan, welken aan hen eene billyke aanfpraak op fchadeioosftelling^ zouden geeven, voorzoo verre dezelven niet worden nagekomen — gelyk zulks ook wellicht door zommige geëmployeerdens niet zonder grond zoutig konnen gefehieden. 3°. Dat niet zoo zeer door de menigvuldigheid der Munten zoude zyn veroorzaakt, dat het Land van deszelvs zogezegd keerlyk rtcht op den Muntflag geheel, of gedeeltelykheeft affland gedaanten bovendien aanmerkelyke kosten tot inftandhouding van dezelven heeft moeten aanwenden — maar aan den hogeren prys van het goud, en zilver Muntmateriaal, zedert de inflrucii'èn voor de Muntmeesters zyn vastgefteld: zodanig, dat het al over lange volltrekt onmogelyk was geworden, om het zelve op den daar by bepaalden voet aan de Munten te leveren, en het welk dan ook hadt veroorzaakt, dat zommige munten geheel hebben moeten (tilftaan, en dat elders het Gouvernement is verplicht geweest, om de Muntmeesters, ten einde het MuntA 4 vve-



C 8 )
wezen voor eene algehele vernietiging te behoeden , ©p de gemelde wyze te gemoet te komen. 4*. Dat, hoe zeer men niet zoude konnen tegenfpreken , dat het belang van het land niet gedoogd, om alle de thands beltaande Munten geheel, oï.ten deele voor Nationale rekening gaande te houden, daar uit echter niet volgt, dat 'er Hechts eene enkele Munt zoude behooren te beilaan, en men op die wyze , als het ware vau het eene uilerite tot het ander zoude moeten vervallen. 50. Dat het wyders eene onbewezene onderltelling zoude zyn, dat op eene wel ingerichte Munt, eene veel grotere hoeveelheid van Goud en Zilver door mindere handen zoude konnen worden afgemaakt, dan, wanneer die zelfde quantiteit op onderfcheidene Munten verdeeld, door meerdere handen moest worden afgewerkt.
Dat zulks wel ten deele zoude afhangen van de wyze, waarop eene Munifabrick, welke alle de anderen zoudt vervangen, alsdan zal worden geregeld, en vau den aart der directie, welke daaromtrent zal plaatz hebben — maar dat evenwel de uitkomst^ hieromtrent wellicht aan de verwachting niet zoude konnen beantwoorden. 6°. Dat het ook verre daar van daan zoude zyn, dat, - indien het plan, om die eene Munt voor Nationale Rekening te laten werken, gevolgd wierdt, dezelve tot eenen minderen lastpost voor het Land zoude verflrekken — gemerkt als dan niet Hechts voor rekening der gemeene zaak zouden komen de turv, de kroefen, de kolen, het (Terk water, de wynftecn, het zout, koperrood, lood, koper, oly, enz. waar in de Muntmeesters als noch hunne aandeelen volgens de beltaande Contracten moeten dragen , maar ook de bezoldiging der Gezellen, Smelters, en Arbeiders, ais mede het aankopen, en onderhouden van Paarden enz.: al het welk nu meest al door de Muntmeesters voor het geheel uit hunne byzondere beurfen bekostigd wordt. Dat ondertusfehen (de menfehen, befchouwd wordende



C 9 *>
Jende zoodanig, als zy doorgaans zyn) de zaken Teel beter zullen behartigd worden, wanneer de Fabrieken de geenen,.die daarvan de directie hebben , geheel, of gedeeltelyk aangaan — en by gevolg ook de Muntmeesters, zoo zy perjoneel by het voortzetten van dezelven geïnteresfeerd zyn, zich meerder zullen toeleggen, om alle de belanghebbenden ten fpoedigften met het Muntwerk te gerieven, en zich wyders op eene minder kostbare wyze van werklieden, als mede van de vereischte materialen, en de verdere benodigdheden zullen voorzien, dan , byaldien die voor rekening van den Lande worden aaugekogt. 7*. Behalven dit alles wordt noch door zommigen in twyvel getrokken, of het wel mogelyk zoude zyn, om in eene Fabriek alle dc belanghebbenden , 'inzonderheid de Handelaren in Speciën, met den vereischten fpoed te gerieven, — zynde zelvs door het Uitvoerend Bewind erkend, dat de algemeene Vrede van Hubersburg in het jaar 1763. eene zoo grote hoeveelheid van Muntmaterialen naar dit Gemenebest deedt toevloeijen , dat men daar mede geenen weg wist, en de "Munten niet genoeg konden va'werken: gelyk mede, of zodanige Fabriek wel door een hoofd zoude kunnen gedirigeerd worden— en of eindelyk geene reflexie verdiende, dat, om aan de aanvrage van Speciën, inzonderheid van de zodanigen, die voor de Commercie ter overzending buitenss Lands , van tyd tot tyd verëischt wierden, dadelyk te voldoen, eene merkelyke voorraad, en dus ook een aauzienelyk voorfchot , of Capitaal verëischt wordt, — het welk niet alleen een groten interest verteerd, maar bovendien door het dalen van den prys van het Muntmateriaal eene zeer wezentlyke fchade voor het Land zoude konnen veroorzaken.
B. Belangende den tweeden grond, waar op het adviesvan het Uitvoerend Bewind , en het Befluit der Eerfie Kamer in dit opzicht gebouwd zyn, (namelyk de bevoordering van de meerdere gelykheid in den Stempel, en vorm
der



L *• J
der Muntfpeciën, als ook van derzelver meerdere deugdzaamheid, gevoegd by de grotere moeyelykheid in de namaking , of vervalfching der Munten) zyn de volgende aaumtrkingen Uwe Commisfie voorgekomen.
a. ) Dat de ongelykhei-1 van den Stempel, zoo verre de
eene Munt dien platter, en de andere dikker heeft, (gelyk het geval zoude zyn omtrent enkele Guldens , en drie Guldens) zeer gevoegelyk by eene nieuws Ordonnantie zoude konnen verbeterd worden, zonder dat het daarom noodig zoude weezen , eene enkele Munt voor Nationale rekening werkende vast te ftellen — door namelyk aan ydere Munt van 'sLands wegen een geapprobeerden Stempel, tot een richtfnoer, of model op te geven.
b. ) Dat, hoe zeer 'er eenige ongelykheid, niet alleen-
lyk in den Stempel, omtrek, en dikte, maar ook in het alloy van de Speciën, in de onderfcheidene thands beltaande Muntfabrieken verwerkt wordende, heeft plaatz gehadt, en zelvs als noch blyvt voortduren , het evenwel verre daar van daan zoude zyn, dat de Bataavfche Muntfpeciën derzelver Crediet buiten 'sLands daar door zouden verloren hebben , of dat onze Munten met de daad in fraayheid, en zuiverheid, voor die der Engelfchen, Franfchen of Keizerlyken zouden behoeven te wyken, daar zelvs door de Engelfchen (hoe jaloers ook op eent natiovale preferentie) erkend wordt, dat onze Landge» , noten de Geldfp'eciën nooit inwendig verminderen, noch de gehalte der Nationale Munten bederven, — ofeenigen invoer van flechte Gelden toelaten — en dat dit alles aan onze Speciën in andere Landen Crediet geert — dat daar uit verder voortvloeyde, dat wy minder valsch geld hebben, en NB. naast de Engelfchen, de beste, ofzuiverfle metalen tot ons geld bezigen, en eindelyk dat de onzen in derzelver kennis gansch niet onbedreven zyn, — aan welke maximes dan ook onder anderen door eenen voornamen Engelfchen Schryver over de Commercie (William Pitty) de meerdere overvloed van geld, die in geiiikkiger tyden by de Bataavfche Natie, meerder,
als



( II )
•als by andere Volkeren beeft plaats gehadt, en de voormalige bloey van onzen Handel worden toegeschreven — terwyl de beroemde Montesquieu in zyn voortrelfelyk werk, de PEfprit des Loix, Tom 3. Liv. 2i. Chap. 10. .van het toenmaalig Crediet onzer Natie het volgend merkwaardig getuigenis geevt, pour fixer la valeur relative des mammies, les diverfes nations fe regleront beaucoup fur celie , qui a le plus d^ ar gent: fi elle a autant d''ar gent, que toutes les autres enfemble, il faudra bien, que chacune aille fe mlfurér avec elle , ce qui fera, qdelles fe régleront d peu prés entr' elles, cnmme tiles fe font mêfarées avec la Nation Principale; dans Vétat actuel de i'univers, (1743) c''est la Hollande, qui est cette Nation, dont nous parlons. Dat wyders de ondervinding heeft doen zien, hoe zeer de Speciën in deeze Republiek gemunt, in andere Landen gezogt, en geaccrediteerd zyn —■ daar men niet zoude .konnen ontkennen, dat, ingevalle men by voorbeeld in de Landen aan de Oostzee, een nadelig gehalte in de Ryksdalers alhier gefiagen befpeurde , of by het herfmelten derzelven geene rekening vondt, de klagten deswegen zich reeds over lange zouden hebben doen horen : terwyl het daar en tegen eene bekende zaak was, dat dezelven hun Crediet behouden, en de verzending naar buiten 'sLands veel eerder vermeerderd, dan verminderd wierdt.
c.) Dat door het daarftellen van eene Munt voor Nationale Rekening werkende niet zoude konnen bereikt worden het groot oogmerk, door het Uitvoerend Bewind bedoeld — namelyk, dat de Republiek, zodra de pryzen van het Muntmateriaal zulks zullen toelaten, zal worden voorzien van meerdere fraaye, zuivere, welgemunte, en goéd gekartelde Speciën enz. — daar men, alle de Speciën'volkomen rond, en gelykwigtig willende maken, de mogelykheid hier van in gewone tyden zoude behoren te berekenen- — en inzonderheid naargaan, hoe veel 'er dan aan Kroelen, Turf, en Arbeidsloonen, tot de herfmeltingen zal verëischt worden, en hoe lanere het werk zal onderhanden zyn.
Ten



C )
Ten dien opzichte brengt men in het midden, dat de Pietmolcn ftilltaande, ondanks de menigte der handen, die men bezigt, niets verder zoude kunnen worden verricht, voor dat eerst wederom de ongelyke Haten gefmolten, gegoten , en bekwaam zyn, om de Gezellen te doen voortwerken — dat ondertusfehen het retour, van bette vormunten Materiaal' dan zoo lange zoude agter blyven, dat de Neg itiantcn, die hetzelve aan de Fabriek bezorgd hebben — met teebt t'onvrede, dat hunne Capitalen een zoo geruimen tyd renteloos blyven, zoo zy tot geene andere, of tweede Munt hunne toevlucht konnen nemen, van den Speciehandel zullen moeten 'afzien, — het welk 'niet anders, dan van een hoogst nadeclig gevolg voor het algemeen belang zoude konnen zyn.
d.) Dat eindelyk door het Uitvoerend Bewind met zoo veele woorden erkend zynde, en de ondervinding geleerd hebbende, dat in de vreemde Munten, ook daar flechts eene Muntfabriek , onder het onmiddelyk opzicht van het Gouvernement, en voor deszelvs rekening werkende gevonden wordt, (b. v. in Engeland) — die volkomene gelykheid der Speciën'niet kan worden geëffectueerd, — deeze omlhandigheid zekerlyk geen vooruitzicht geevt — dat merr hier te Lande, wanneer men zich mede tot eene Munt bepaald, betere Speciën zal fabricecren. C. Daar is op dit refpect noch overig, dat wy kortelyk opgeven de voornaamlte refiexien, tegens den derden hoofdgrond, waar op het voorftel van het Uitvoerend Bewind berust, en welke, (gelyk wy hier voren hebben gezien) ontleend is uit At fraudes, en eontrarentien der «-mderfcheidene Muntmeesters, en derzelver nadeelige gevolgen , die het bewind aan de menigvuldigheid der Munten voornamelyk toifcbryft. Dezelven zyn hoofdzaakeiyk hier in gelegen , i°. Dat niet zoude konnen beweezcii worden, dat uit de Contraéten tusfehen dc Speciehandelaren, en de Muntmeesters , eert zoo fchadelyk Monopolie zoude geboren worden, als het Uitvoerend Bewind by de 'meergemelde Voordragt vooronderlteld heeft, —
dat



[ i3 ]
dat daarentegen (inzonderheid te Utrecht, alwaar de voornaamfte Handelaren in Speciën hunne Muntmaterialen laten verwerken) allen dezelven door de Muntmeesters op gelyken voet behandeld worden, — en dat ook geenzins anderen , die zulks verkiezen, buiten de Specie handelaren, door zodanige overeenkomften zouden verhinderd worden, om zich van die Fabriek te bedienen: zynde zeer voorname Huizen van Negotie te Amfterdam, die men onder de cigentlyk gezegde Specie Handelaren niet kati rangfehikken, zedert veele jaaren aan die Munt bekend — terwyl noch het belang van het Land, noch het voordeel van de Munt zouden gedogen, om voor een yder, die dat zoude mogen begeren, eene geringe hoeveelheid, b.v., van ioo-tn. Zilver, of van 25 a 30 m. Goud te verwerken, en^zoo dit niettemin in die voorgeftclde eene Nationale Muntfahriek zoude moeten gefehieden, dan aan Materialen, Daggelden enz. meerder in een jaar zoude worden ten koste gelegd, als daartoe in alle de fes Munten , die hier te Lande hebben beftaan, te zanten, in verfcheidene jaren was befteed. . Dat deklagten, en bezwaren, wegens Contraventiën, en fraudes, die door de Muntmeesters zouden gepleegd worden, als b. v. het pynigen van het gehalte, ofgewigt, enz.,almede op geene voldoende bewyzen zoude berusten, — terwyl, om alle diergelyke praétyken voor te komen, reeds by het oprichten der Munten gepaste voorzorgen waren .verordend — zynde onder anderen in ydere Munt een Esfayenr, en Waardyn anngefteld, om toe te zien, dat de Speciën overeenkomftig de Inftructiën der Muntmeesters worden gemaakt, en zoo wel in bet alloy, als in het gewicht daar aan beantwoorden : dat alzoo geene Speciën op het Comptoir van den Muntmeester mogen gebragt worden, ten zy dezelve vooraf door den EsCayeur zyn ge'êsfayeerd— en ook geene worden afgegeven, dan, na dat die alvorens door den Waardyn zyn opgewogen,
terwyl bovendien- eene proportïoneele quantiteit in
. ze-



t J4 3
zekere wel gcflotene, en verzegelde busfche wordt bewaard, om daar na by de opening van dezelve door den Esfayeur Generaal wederom gewogen, en geësfayecrd te worden: het welk voorheen pleeg te geleideden ten overfhaan der Raden, en Muntmeesters Generaal der Unie, — en als nu van den Agent der Financiën: zoo als men eensgelyks, ten einde alle vervaifching te beletten, hadt ingevoerd, dat by elke Jaars yerwisfeling, door den Esfayeur van de Bank it Amfterdam, op yder ftuk van de parthy, een proev genomen, en door hem van zyne bevinding Rapport gedaan wordt, — Dat de ondcrftclling van het Uitvoerend Bewind, dat de geenen, die het konstje uitoefiénen, om de Speciën te bicquetleren, de zware uittcwippen enz., zich het Helst z'otfqéri bedienen van den Muntmeester, die het flordigst werkt, in allen gevalle niets zoude konnen afdoen ten r.adeele van die Munten, welken gedurende de laatste tien Jaren gebloeid hebben, (zynde dt Noordhellandfthe, en de UtrechtfcJte) terwyl daar van het tegendeel uit de fuccesfivelyk zoo aan het voormalig, als aan het tegenwoordig Beftuur gedane verantwoording der Muntbusfchen zoude konnen blyken: gelyk men ook niet sonde mogen prcefumeren, dat de Bank van Amfterdam , toen dezelve in de laatstgemelde Fabriek ten jar? i794r verfchcidene Millioenen drie Guldens liet munten, ofwel.de Oostrludifche Compagnie, die mede van dezelve heeft gebruik gemaakt, zich by voorkeuze van de flordiglte Muntmeesters zouden hebben bediend , om zodanig voordeel te bejagen , Dat wyders de jaloufie van de onderfcheideneMuntmeesters, uit'ccnen zuchtvoor hun perfoneelbelang freboren.'welke zoo nadelig zoude zyn voor het Land, eivjoorhet UitvoerendBewind, aan dethands beltaande inrichtingen wordt toegefchreven, alleenlyk zoude konnen vooronderlteld worden tusfehen de Noordhollandfchen , tn dien van Utrecht plaatz te hebben; doch dat dit nadeel meer denkbeeldig, dan wezentlyk zoude zyn, t- dewyl die Munten
tien



( «5 )
tien jaren door malkander gerekend, beiden genoegzaam even fterk hebben gewerkt, — en, wat hier van ook moge zyn, zodanige naaryver noch altoos minder fchadelyk zoude wezen, als het monopolie, het welk uit het daarftellen van eene uitfluitende Munt waarfchynelyk zoude voortfpruiten , 5R. Dat eindelyk, wanneer men zelvs zónde moeten toegeven, dat alle de misbruiken, en kwade practyken door het Uitvoerend Bewind opgegeven , met de daad hadden plaatz gehadt, en dat tegens zoortgelyke fraudes, door de thands beltaande Wetten, of door de Inftructiën der Muntmeesters niet genoegzaam zoude zyn voorzien — daaruit alleenlyk zoude volgen, dat 'er eene herziening, en verbetering van dezelven verëischt wordt, maar niet (gelyk het Uitvoerend Bewind beweerd) dat alle die gebreken niet anders zouden konnen worden herftcld, als door het vernietigen van alle de t'hans beltaande Munten, en het oprichten van eene algemeene Nationale Muntfabriek, Dat integendeel het voorbee'd van Engeland hier boven reeds aangehaald zoude (trekken ten bewyze, dat men onder andereu het bicquetteren der Muntfpeciën enz. langs dien weg niet kan beletten, — terwyl men met grond zoude mogen vooronderftellen, dat men geene middelen aldaar zal hebben onbeproefd gelaten, om diergelyke practyken door middel van eene goede directie te keer te gaan —
Dat, byaldien het Bewind evenwel zoude vermeenen in ftaat te zyn, om door een behoorlyk toezicht hier te Lande, alle die verkeerde manoeuvres, en misbruiken voor te komen, mitz men zich tot eene Nationale Muntfabriek bepaalde, in dat geval, alvorens hier toe te befluiten, de aart, en natuur van de directie, die men zoude wjjieti daarftellen, nader behoorde opengelegd te worden, ten einde het Vertegenwoordigend Lichaam van derzelver waarfchynelyke guede uitwerking zoude konnen verzekerd zyn.
Uwe Commisfie zal de beoordéeling van aüe de vooracdragene bedenkingen tegens dit gedeelte van het Bijluit ier Eerfte Kamer, welken v • uit hooide vau de beiaugi'vfcj B hei i



C K5 )
beid dér 'zake heeft getracht in derzelver kracht voortedellen , zeer gaarne aan de wysheid harer Medeleeden overlaten — zy moet intusfchen erkennen, dat verfcheidene van dezelven haar zyn voorgekomen van dien aart te weezen , dat het niet gemakkelyk valt in deezen eene keuze te doen, ja dat het verre daar van daan is, dat alle zwarigheden,' of twyvelingen (welk gevoelen men ook zoude mogen omhelzen) ten vollen zouden konnen worden opgelost — en zy heeft dus lange geaarzeld, alvorens zich te bepalen, hoedanig door haar op dit gewigtig point aan de Vergadering behoorde te worden geadvifeerd.
Doch, na het een, en ander (zoo verre haar doenelyk was) gewikt, en gewogen te hebben, zoude zy het meest overhellen, om zich te vereenigen met het voorftel der Eerfte Kamer, dat met vernietiging van alle Munten thands in de voormalige Gewesten beftaande, 'er in het vervolg niet meer zal beftaan, dan eene Nationale Munt, werkende voor rekening van de Bataavfche Natie.*
Zonder alles wat daar tegens is ingebragt, ftukswyze optenemen, waar toe zy ook vermeend uit hoofde van den haar opgedragenen last rikt gehouden te zyn ,zalzyalleenlyk opgeven de voornaamfte gronden, en motivcn, welken haar voor het zoo evengemeld gevoelen doen ftemmen, —
Zy heeft dan, Burgers Vertegenwoordigers! in de eer/ie plaatz. in aanmerking genomen, dat het voor het algemeen belang, van het land niet raadzaam kan zyn, (gelyk ook door geen der Leden van de Eerfte Kamer, die zich tegens het voorftel van het Uitvoerend Bewind verklaard hebben, ja zelfs niet dóór andere Burgers — die by de inftandhouding van de thands beftaande inrichtingen meerder, of minder interest zouden konnen hebben, is beweerd,) dat alle de als nog fubfifterendeMunttn zouden moeten worden gaande gehouden, maar dat integendeel eene Vermindering, of vereenvoudiging derzelven dienftig, ennoodzakelyk is: daar de ondervinding genoegzaam heeft aan den dag gelegd, dat die menigvuldigheid aan de eene zyde ten gevolge heeft, dat deeze Fabrieken elkander moeten benadeelen, dewyl in geweone tyden geen genoegzaam werk voorhanden is /om die allen, of de meesten daar van gaande te houden, en aan den anderen kant fchadelyk is voor



(• 17 >
het land, het welk, behalvcn het onderhoud der Gebouwen, en het dragen van deszelfs aandeel in de Materialen, als mede de geheele, of gedeeltelyke afftand van zyn recht op den Muntflag, t'elkens tot het verleenen vanSubfidien aan onderfcheidene Muntmeesters is verplicht geweest.
Hoezeer het dan ook eene waarheid zy, dat in zommige plaatzen, alwaar de Munten gevonden worden, daar toe gefchikte Localen voorhanden zyn, welken'men met groote kosten, tot dat einde ingericht, en tot dus verre onderhouden heeft, — gelyk mede, dat van die Gebouwen, althands niet alomme, een nuttig gebruik voor de gemeene zaak konnende worden gemaakt, men wellicht genoodzaakt zal zyn, om daar over op eene min voordeelige wyze te dhponeeren, — en eindelyk noch, dat ten aanzien van zommige Fabrieken, Contracten met de Muntmeesters beftaan, die aan hen eenige aanfpraak op fchadeloosftelling zouden konnen geeven, en dat dit insgelyks het geval zoude mogen zyn, ten aanzien vau zommige Geëmploijeerdens, zoo verre die niet op nieuws zouden konnen geplaatst worden, (dan het welk voor het tegenwoordige geen object van onderzoek is,) nochthans deeze omftandigheden geene redenen, of motiven konnen opleveren, om alle de als noch aanwezige Munten, of de meesten van dezelven, te doen ftandhouden.
Daarenboven is het naar eene gezonde Staatkunde buiten alle bedenking, dat men mei de meeste waarfchynelykheid uit de vereenvoudiging, of vermindering der Munten, op den duur meerdere voordeden , of althans mindere i'chade voor die Fabrieken zeiven , en voor het gemeene land konnende verwagten, als uit de continuatie van allen dezelven op den tegenwoordigen voet, — de kortftondige , of minder notabele nadeelen, en kosten, die, uit de vernietiging der meeste Munten zouden mogen voortfpruitea , geene redenen opleveren, die het fpoedig daarftellen van de nodige maatreguleu , ter bereiking van het evengemeld heilzaam einde, zouden behoren te verhinderen.
Het komt 'er dan naar het inzien van uwe Commisfie in dit opzicht niet zoo zeer op aan, of, ea in hoe verre de ongelykheid in den Stempel, omtrek, en dikte, ja zelvs in het alloy van de Munt-Speciën, — gelyk mede B 2 de



( 5
de fraudes, en Contraventiën der Muntmeestereii, al of wetde gevolgen zyn geweest van de tot dus verre beftaan hebbende inrichtingen, noch ook, of men door de betere executie van de thans beftaande Wetten, en Inftruftiën . althands door eene herzieninge van dezelven , de gemelde gebreken grotendeels zoude konnen herftellen, — dewyl het toch altoos waar moet blyven, dat de menigvuldigheid der Munten, (op welken goeden voet die ook mogen zyn ingericht,) om de hier bovengemelde redenen nimmer Voordelig, maar altoos fchadelyk zal weezen.
Eeven weinig zoude men alhier toepasfelyk konnen maken de op zich zelvs onwederfprekelyke maxime, dat de Souveram verplicht zynde alomme welvaart te veripreiden, en in de voordeden uit den handel, en de Fabrieken fprmtende, zoo veele plaatzen van het Gemenebest , als immer mogelyk is, te doen deden, _ het gevolgelyk eene hardigheid,of onbillykheidzoudeweezen, om die Steden, alwaar tot dus verre de Munten hebben beltaan , daar van te ontzetten, zonder de fchade hierdoor veroorzaakt wordende, op de eene, of andere wyze te vergoeden: dewyl zelvs onderfteld wordende, dat de voordeden van deeze Fabrieken voor de Steden, alwaar che zich als noch bevinden, van een wezentlyk belang zyn, (waar van ftraks nader) deeze regel ongetwyveld gewyzigd wordt — door het belang van het algemeen — als zullende niemand met eenigen fchyn van grond konnen lochenen, dat men, om het zelve naar waarde te fchatten het geheel moet overzien, en zich niet bepalen bv het interest van zommige byzondere deden in het afsetrok. kene. °
Uwe Commisfie wordt ook in haar gevoelen verfterkt, wanneer zy in de tweede plaats den toeftand van de thands beftaande Munt-fabrieken in ogenfehyn neemt, waaromtrent zy vermeend zich veilig te mogen verlaten op de berichten van het Uitvoerend Bewind, die ook door niemand zyn wederfproken , en althans ten dede door de Tabellen, nevens deszelvs voordracht gevoegd , worden bevestigd.
m daar mede is het dan zoo gelegen; „ dat de Munt te „ Lampen ~ (welks pofitie zeer ongimflig is) van de om„ leggende plaatzen geen werk bekomt, — terwyl de af-
» ge-



C «9 I
gelegenheid, ea het moeijelyk transport dezelve heroven „ van het werk voor de Commercie, gelyk ook aldaar ze» „ dert jaren, weinig, of byna niets zoude verwerkt zyn,— „ Dat die te Harderwyk (fchoon wel iets beter gelegen) „ voor het overige in dezelfde termen valt —' Dat die te „ Dordrecht al mede afgelegen, alleen in aanmerking komt, „ wanneer de andere Munten niet voldoende zyn: waar by zoude moeten worden gevoegd , dat bare pofitie zeer ongunftig is, voor al in den winter, en boven dien in „ meer dan een jaar aldaar niets was verwerkt: hebbende „ de Muntgezellen noch onlangs van den Lande fu.bfidie „ genoten,'en zynde deeze Munt in vorige tyden alleen door het pecunieel vermogen van de Muntmeesters gaan» 5^ de gehouden; en voor derzelver particuliere rekening i, zeer veele goude Speciën verwerkt — terwyl die fabriek J anderzints meer, als zeven agtfte gedeelten van den tyd. „ ledig zoude hebben gedaan. — Dat wyders die te Middelburg het werk, het welk daar zedert jaren is verricht, ^ te danken heeft aan de uitgifte der Ryksdalers a 53. ,) Stuivers, zonder welke deeze Munt al mede niet aan den gang hadt konnen blyven, en hebbende ook de Muntje meesters noch onlangs een Sub/idie verzocht. — Dat al* ; zoo noch alleenlyk overig blyven de Utrechtfehe, en ' Noordhollandfche Munten, die zekerlyk voor den han" del het best gefchikt leggen, en het meeste Muntmate„ riaal verwerken".
Maar, indien het zodanig met de .als noch beftaande Munten gefteld is, dan lydt het naar de gedagten van uwe Commisfie geene bedenking, dat ook daar in een gewigtig mtiev gelegen is, om ten minften de meeste van dezelven, als Fabrieken, die geen aftrek, of debiet hebben, — die geene, of geringe welvaart verfpreiden in de Steden, alwaar dezelven zich bevinden — en die voor het Land alt'hands op den duur kostbare lastposten moeten zyn, zoo dra mogelyk te vernietigen, zonder dat men daar van zoude konnen wederhouden worden door de gefchiktheid der loca^ len, noch door de aanfpi'aak, die zommige Geëmployeerdens op fchadeloosftelling zouden konnen maken, noch eiadely* door het belang, het welk zommige Ingezetenen dier plaatzen, by derzelver in ftandhouding zouden hebben.
£ 3 Maaj



Maar men zal misfchien aanmerken — dat hier uit evenwel geenzints zoude volgen, dat 'er niet meer, dan eem tnkele algetneene Munt mott beftaan — noch ook, dat dezelve zoude behorèn te werken voor Nationale Rekening — en, daar deeze reflexie op zich zelve k/??ongegrond zoude zyn: zoo zullen wy by die twee zaken alhier eenige ogenblikken moeten ftil Maan.
Belangende A# eerfte, doet zich natuurlyk die bedenking op, dat de Utrechtfche, en Noordhollandfche Munten (gcïyk hier boven gezegd is) voor den handel het bestgefchikt zynde, en gedurende verfcheidene jaren het meeste Muntmateriaal verwerkt hebbende, dienvolgende op eenen verbeterden voet zouden konnen aangehouden worden.
Doch, behalven dat ten opzichte van de Noordhollandfche Munt, dan poch eene verandering noodzakelyk zoude zyn, dewyl die'zich niet altyd op eene, en dezelfde plaatz bevindt, maar om de tien jaren tusfehen de Steden Hoorn, Medemblik, en Enkhuyzen verwisfeki, het welk verfcheidene moeijelykhedeH, en meerdere kosten aan onderhoud van gebouwen in de onderfcheidene Steden , als anderzints, ten gevolge moet hebben : zoo heeft uwe Commisfie gemeend , de daarftelling van eene enkele wel ingerichte Munt, en de vernietiging van alle .de overigen, te moeten aanraden hoofdzakelyk om de volgende redenen , , • Voor eerst, dat eene Muntfabriek kan geacht worden voor dit Land voldoende, of genoegzaam te zyn.
En ten tweeden, dat dit waar zynde , het ook voor het ■gemeen belang voordeeligst zal weezen , om zich daar toe Xe bepalen.
Wanneer wy Munt voldoende, of genoegzaam oordeelen, dan fpreekt het van zelvs, dat wy tevens onder•ftellen zodanige .inrichtingen, waardoor aan het oogmerk van dusdanige Fabriek wordt beantwoord, en mitzdien ook alle de belanghebbenden met den meest mogelyken fpóed konnen gerievd worden, — welk een , en ander men by het formeren, en daarftellen der Inftructien voor de Muntmeesters, Waardynen, en Esfayeurs, die het Uitvoerend Bewind op den voet, en wyze by het onderhevig befluit voorgefteld , ter goedkeuring aan het Vertegenwoordigend 'Lichaam zal voordragen, zorgvuldig zal beboeren in het oog te houden.
In



i ft- -)
Intusfchen wordt d< or dï gecnen, die een tegengefteld
^voelen omhelzen, niet ftéllig beweerd, dat het ondoenelvk of imprdticabd zoude wcezen, om *»« Munt daarteftellen , die W het geene hier te Lande wordt bewerkt, zal konnen volftaau, mitz daar aan in alle opzichten de wreischte uitgebreidheid worde gegeven, — terwyl de Sds beftaande Munten daartoe zekerlyk m dat geval ongenoegzaam zouden zyn.
t-ouwens de waarheid, en zekerheid van deeze onderiFeilinK moet aaiillonds in het oog lopen, wanneer men v\ch uit het geen wy hier boven hebben voorgedragen Snnerd eAyk, dat van de fhands beftaande Munten 'er flechts ftu& zyn , die doorgaans genoegzaam werk hebben, om dezelven gaande.te houden — want d»t vastilaande zal men' gemakkelyk konnen begrypen , dat ineen* Fabriek, die- meerder geëxtendeerd , en daar toe verder behoorlyk aangelegd is, alle de werkzaamheden konnen verricht wordèn, welken twee van dezelven van mindere uitgebreidheid, vau tyd tot tyd hebben bezig gehouden: gelyk ook geene voldoende grond fchynt voorhanden te zvn, om te onderftellen, dat derzelver Jirefre niet aan 'een Ihoofd, mits hy behoorlyke adfijlentte lyihbz, zoude kunnen vertrouwd worden, daar ved omllagtiger Departementen flechts door ecnen Opperbewindsman beftiuird worden — en ten anderen , ciat m vencheideiieCommcrcieerende Landen van grotere uitgeftrektheid , als dit Gemenebest, en by zonder in Engeland, met, meer, dan eene Nationale Munt voorhanden is, — welke by ondervinding is gebleken toereikende te zyn voor alle de oogmerken eener zoo belangryke Fabriek. —\ ■
Ad aum. Indien wy nu voor beweezen mogen Iiout Jen dat eene Muntfabriek voor dit Gemenebest kan volftaiu', dan zal het ook met moeyelyk vallen, om te betogen ,dat zodanige inftdlmg voor het Land het meest vooi> deelig is. ■ . , '" J
Daar toch de Munten alhier uit het gezichtspunt van Fabrieken moeten befchouwd worden, zoo kan men, met tegenfpreken, dat door de meest mogelyke vereenvoudiging, en ineenfmelting van veden, die van eenen gelyken liïx zyn, eene merkdyke bezuiniging .in alles,, wat tot '' ' Ji 4 dei--



C *2 )
ï^g*SS*hmAins vereischc wordt' möet wordea THctts&al mede onlochenbaar, dat aan de tegenwoordig Munten door de onderfcheidene Gewesten, ofSaatzef waar in dezelve gevonden worden, aanzienelyKroroen sjaarlvks zyn te koste gelegd - zoo wel tot^nSioud der Gebouwen , en tot een gedeelte der Materialen 3s int hoofde dat aan de Muntgezellen in die FabS lï emplojeerd wordende, welken veeltyds uit gebrek aa werk Vye.mg, of mets kouden verdienen, uit de voorheen Provinciale, of Stedelyke Kasfen, fukfidie» zyn verleend
Daar men nu gemakkelyk kan begrypen, dat in eene Munt door een minder getal van Gezellen , meerder werk kan worden afgemaakt, dan , wanneer b.v.die zelfde hoeveelheid van Goud, en Zilver, tusfchen twee, of drie Fabrieken verdeeld zynde, door een grooter aantal van handen moet worden bewerkt: gelyk mede dat w groter de parthyen van het Gou£ en Zifver 'zyn 'di?n fmeltmg, en zuivering gebragt worden, ook des te voor? deehger, en gemakkelyker derzelver bewerkinge zyn moet
^g^oSS.™1*gedasten hkr mede dft ^ ™
Indien 'er evenwel noch eenige twyvelingmochte overte blyyen zoo zoude men, by al het geen reeds isZZl. merkt konnen voegen, _'dat over de Munten ee gl ftadig toezicht van wegens de hoogstgeitelde Macht bchoord plaatz te hebben, uit hoofde f dat de Muntfla* en het Muntwezen onaffcheidbaar verknocht zyn meVhet belang, en het Crediet van den Staat - en dat altoos een aanmerkelyk gedeelte van de kosten tot inftandhoudine van dezelven door het Land zoude moeten worden gedra? gen al is het, dat zy met geheel voor Nationale rekening werken: waar uit men dus met recht rnag afleiden dat deeze Fabrieken met konnen gelyk gefield worden met anderen, waaromtrent zodanig opzicht niet verëischt wordt, of tot welker onderhoud door de gemeene zaak weini°of mets wordt bygedragen: en by nader gevolg, dat om! trent de eerstgemeide alzulke bepalingen fonncn, en m l gen gemaakt worden, als met het algemeen belang het meest overeenkomen, zonder dat aan eenige Gemeenten,
of



C *3 )
tof byzondere Burgers in het Gemenebest, een wezentlyfe Ongelyk wordt gedaan, bf dezelven zich deswëgais over verkorting, of benadeeling van die rechten, waarop zy eene billyke aanfpraak hebben, met. rede konnen beklagen;
De bedenkinge, dat het daarftellen van eène Nationale Muntgelegenheidzoudc geven tot een zog'enaamdiJ/s/z^o//^ moet daar mede dan ook van zelvs vervaMen, voorzoo verre fhèri door dit Monopolie verftaat, dat het uitfluitend recht, óm Speciën in dit Gemenebest te munten aan eene Fabriek zal, warden vastgehecht: maar by aldieii men daar medé mocht bedoelen de nadeelige gevolgen, die uit eerte verkeerde directie vam die Fabriek vóór de Ingezetenen van clecze Republiek, en verdere belanghebbenden, zouden konnen ontdaan, zal men by de nieuwe inrichting van dezelve, en by de ïridructien dei- Geëmployeerdens daar tegens zoo veel ïnpgelylt moeten voorzien..
Intusfcheh moet de iloodzakélykheid , oiri een fchadelyk Monopolie -te keer te gaan , naar ons inzien eenë fterke , en gewigtige drangrede voor deeze Vergader ring opleveren, om, wanneer dezelve tot het daarft Hen van eene Nationale Munt befluit, zich ook in zoo verre te vereënigen met het denkbeeld der Eerde Kamer, dat die Munt zal moeten werken geheel en al voor Nationale Rekening, (het welk het tweede duk was, waar by wy den aahdagt van onze Medeleeden op dit poihcl: moeiten bepalen) —'■ dewyl men als dan de beste gelegenheid zal hebben, — om tegens ' zódanige vërdervelyke praétyk te voorzien.
Daar en boven komt in dit öpzicfit in aanmerking, dat niemand geheel voor zyne eigene rekening, en zonder bydragen van het Land te genieten, zal ondernemen, om eene Fabriek van dien aart op tè richten, en gaande' 'te houden: gelyk het ook niet raadzaam zoude zyn voor de Hoogsgeconflitueerde Macht, om, by aldieri de een of ander zulks onvermoedelyk zoude willen beproeven^ zich dat te laten welgevallen, ëu dus met de daad alleenlyk de vrage is , — of de Munt, g EftEEL , of ten DeelË voor Nationale Rekening zal werken?
Met eerfte fchynt ons onder zekere bepaling tot aanmoediging der Muntmeesters, (waar van wy hief na zullen
„i B 5 haas



r 84 1
handelen) voor het gemeen belang bet raadzaamst te zyn , zoo wel om de reeds bygebragte rede, als uit hoof.le, "dat men alsdan alle de hier boven opgegevene fchaadeiyke gevolgen — welken uit het te verre gedreven eigen belang der Muntmeesters, of uit de door hun aangewende pogingen , om langs dien weg op alle mogtlyke wyzen een genoegzaam middel van befTaan te vinden, voor den Muntflag, en het Muntwezen van dit Gemenebest naar de gedagren van het Uitvoerend Bewind gefproten zyn, of ait'harids daar uit konnen voorifpruiten, — meerder zullen voorgekomen worden: en men in allen gévalle, beter in ftaat zal zyn , om door ecnen. directen invlojd, en inzage, zoo veel doenèlyk te zorgen, dat het Crediet van den Muntflag, en van het Mu..tweezen, w.iar aan het Land zoo veel gelegén legt, worde (taande gehouden, —gelyk pok' de voorbelden van andere Commerciëerende Natiën, die de Beste Munten hebben, deeze inflelling fchynen aan te pryzen.
. Het is wel eene waarheid, dat, wanneer dit Plan gevolgd wordt, alle de materialen, waar in de MuntmeesTer nu voor de helfre moet dragen, alsdan geheel en al zullen komen ten laste van het Land, en dat het zelfde zoude plaatz hebben ten opzichte van de Gezellen, Smelters, Arbeiders, enz., niitzgaders het aankopen, en onderhouden van Paarden, die de Muntmeesters naar de r'bands beftaande inrichtingen meest al uit hunne byzondere beurfen moeten bekostigen — béharvèn, dat het Land. niisfchien tot eenig voorfchot, om voorraad van Speciën te hebben, teneinde1 aan deaanvraage der Commercie te voldoen, zoude konnen verplicht worden, (welk laatste uwe Commisiie in 'ie; midden zal laten) — doch deeze kosten, cn dat rifico zonden door de voordcelen van een goede, en zuinige behering, en in allen gevalle door de meerdere verzekering yan het zoo belahgryk Credjet van s'Lands Muntflag , en Muntweezen, aan ae gemeene zaak wellicht rykelvk konnen wórden vergoed, —
Eindelyk willen wv ook giarre roegeven, dat de Menfchen veelal zoo gefteld zyn, dat, wanneer eene Fabriek hun zeiven aangaat, zy zich dikwyls meerder zullen beyveren, om alle fpaarzaamheid, zoo voel doenèlyk, te be-
trach-



( ^5 )
trachten, alle geoorloofde winsten te behalen, — en een
yder met den meesten fpoed te gerieven : dan ingevalle zy eenen bepaalden loon genieten, zonder direct te'deeicn ïtt eenige gevolgen van den voordeligen, of «adcligen toeltandvan he^pand aan hunne zorgen toevertrouwd— doch, zooverre het aanwenden der meest gepaste middelen, om door een goed toeverzicht den Bewindsman totzyncn plicht te hou ;en, niet genoegzaam wordt geoordeeld , zonde men , buiten het vast Tj:aél:emehf, gevöegelyk door het vergunnen van Zekere vóOrdeeléh per Ce/ito , of per mille geev.nredh'd aan de meerdere, "f mindere werkzaamheden, die in de Fabriek iucceslivelvk zullen plaatz hebben, of aan de meerdere, of mindere hoeveelheid van Goud, en Zilver, die in de Munt zal bewerkt worden — fpoorllagen konnen geeven voor eenen aanhoudenden yver.
II. Het geene wy tot dus verre hebben verhandeld doet natuurlykde vrage ontryfen, waar dan die algemeene Nationale Munt, tot welke de Eerfie Kamer befloten , en ook «we Commisfie geadvifeerd, heeft, zoude behoren geplaatzt te worden — en dit brengt ons dan van zelvs tot de tweede hoofdzaak, die by den aanvang van dit Rapport is voorgeftcld.
De Eerfie Kamer heeft overcenkomftig de voordracht van 'het Uitvoerend Bewind zich tot de Stad Jmfie/dambcpdzld, en het komt dus daar op aan, of deeze Kamer z;ch ook met dat gedeelte vau het onderhevig Befiuit kan, en behoord te vereenigen? , ,. .„ ,
Uwe Commisfie heeft in de overweging van dit Itnk, zich om de reeds hier boven opgegevene redenen, wederom verplicht gevonden, om pret ioo zeer op hei byzonder interest van de eene, of andere Gemeente, of van particuliere Ingezetenen te reflecteren, maar allecnlyk te onderzoeken, wat het belang van het geheel ook in dil opzicht fcheen te vorderen?
Indien toch alhier alleenlyk in c<~.nfideratie kwam, welke Gemeente uit hoofde van hare byzondere omltandighcdtn , <ie meeste aanf'praak zoude hebben, op zodanige voordeelen, als hare Ingezetenen door middel van de Munt konnen genieten, (die evenwel, wanneer men dezelven in haren gehelen omvang aandagtig befchouwd, van geen zoo li 6 groot



groot belang zyn) zoude zy deeze Kamernict durven aanraden , om dit gedeelte van het Befluit der Ècrffe Kamtr te lanctioneren, en alzoo de Nationale Munt te dóén vestigen in eene Stad, diealt'hauds in gewoone rydentie meeste refources heeft, om aan hare bewoners óuderfcheidene middelen van beitaan te verfchaffen.
Integendeel zoude het allèzints billyk, en redelyk zyn, pm, wanneer dit behoudens het algemeen welzyn zoude konpen gefehieden, aan eene plaatz., die in zulke avantages minder kan deelen, ten deezen opzichte de voorkeuze te geven — en uwe Commisfie zoude Uwl. alsdan daar toe gaarne hebben voorgedragen eene der plaatzen, alwaar de tegenwoordige Munten bellaan , en byzonder eene der zodanigen , die het best tot den handel gelegen zyn, en alT Waar het meeste Muntmateriaal gedurende de laaste jaren verwerkt is — in welk geval eene van de drie Nooidhollandfche Steden, of wel de Stad Utrecht zekerlyk het allermeest in conlideratie zoude komen: terwyl voor twee yan de eerstgemelden (te weten Hoorn, en Enkhuyzen) zekerlyk zouden pleiten de importante verliezen, die dezelven uit hóófde der veranderde inrich inaen, zoo ten aanzien van de Qost-, en VVest-Indii'che Compagnie, als van de Admiraliteiten, zedert de jonglte "omwending geleden hebhen: doch de laatstgenoemde (nanielyk Utrecht) zoo wel dour haar meest gumlige gelegenheid, als door een pieer gefchiki, locaal voor de Muntfabriek, zich zoude aanpryzen
Maar behalven, dat altoos aanmerkelyke kosten zouden moeten worden aangewend, om eeve der tegenwoordige Munten tot eene algemeene Nationale Munt te bekwamen, vooral, wanneer de keuze op eene der Noordhollandfche Steden mi ch X lleh: zoo fchynt het ons toe, dat, byaldïen thèn de [\ fëhoüwd; uit het gezichtspuncTr, van eene Nationale F- (liet Welk toch alhier het
ware is) het in dit opzichtyobrnamèlyk daarop aankomt — waar ter plaatze men zich de meeste \oordcelen, of het meeste debiet van dezelve zoude konnen beloven?
Nu lydt het aan de eene zyde geene tegehfpraak, dat verre de meeste Speciën vnor Amfteldamfche Kooplieden, het zv voor hunne eigene rekening, of wel als Comroisüonariü'en yan buitenlandfchè Huizen, gemunt worden.



C 27 )
- De gemelde Stad is toch (zoo als naar waarheid door het Uitvoerend Bewind by deszelfs meergemelde Voordracht Wordt aangemerkt) de'hoofdplaatz van onzen Munthandel — genoegzaam al het Goud en Zilver uit vreemde Gewesten wordt derwaai tzheen gevoerd, om vtrkogt, of wel in de Bank ge' bragt te worden , — meest alle verzendingen van Ducaten, Ryksdalers,— onze zogenaamde Negotie-penningen , die wel zë< en agtffe vanonze Munten opleveren, gefchieaen va>i daar — Vreemdelingen, Esfaijeurs, en Makelaars zyn daar aden by de hand: de Bank, door welker verfchotten de Munthandel zoo abnmerkelyk wordt bevorderd, befiaat aldaar — De Raad 'der Afiaiijché Bezittingen zal in die Stad zynen Zetel vestigen — even als Hst Committé van den Oost-Indifcken 'Handel thands aldaar rëfideerd — terwyl het getioeg bekend is, welke hoeveelheid der Speciën in dien handel verëischt wordt, enz.
Aan den anderen kant is het even zeker, dat het voor den handel in Speciën van groot belang is , om de moeite, en kosten van tranfpórt zoo viel mogelyk te beiparen», en dat ook de daartoe|betrekkelyke transactiën, of onderhandelingen (.die meest ter beurië van Amfteldam gefloten worden) zekerhud, en fpoed vereisfehen, gemerkt het dikwyls ten dien opzichte op eenen dag, ja op een uur int hoofde der ryting, of daling van het Goud, of Zilver Muntmateriaal, zoude konnen aankomen: en wy moeten dien volgende met de Eerffi JCamer inftemmen, dat, wanneer de Munt elders geplaatzt wierdt, men aan de meeste Inwoners der Republiek eeu wezentlyk ongeriev, en fepade zoude veroorzaken
Alle deeze t'zamenlopende om Handigheden zyn m het Oog van uwe Commisfie dan ook zoo voldingende, dat zy, narvpe overweging, geene vryheid vindt, om Uwl. tot den "Zetel eener algemeene Nationale Munt eene andere Stad , of Plaat?, als die zedert lange vermaarde Koopftad, aantepryzen. ,
Mem kan toch uit andere Fabrieken tot deeze _ geen gevolg afleiden ; want gelyk het aan de eene zyde onbillyk, onlhatkundig, en ftrydig met het interest tier gemeene zaak zoude zyn, £bd men alle de Fabrieken bmnen dc muuren van Amfteldam wilde doen concentreren', uit hoou.e 15 l dat



r 28 )
«lat veele, ja wellicht dc meeste voortbrengzels van dit gedeelte der Nationale induftrie, aldaar tot verféhillehde èindens, en verzendingen worden gedebiteerd, of afgeleverd: zoo zoude liet aan den anderen kant even zeer tegens het Nationaal belang aanlojen, indien men het befluit nam, om eene algemeene Munt, die, volgens het betoogde (•.vaar aan wy ons als nu gedragen) onder het direét toeverzicht van het Gouvernement, voor rekening van den lande behoord te werken, ter contemplatie der belangens Van de eene, of andere Gemeente, elders te vestigen, oan op zodanige plaatz , alwaar men om de hier boven aangehaalde redenen de grootfte voordeden van dezelve vuur het Gemenebest zoude konnen te gemoet zien.
Dat wyders de meer kostbare leveuswyze te Amfteldam ccnigen invloed zoude konnen maken op de arbeidslonen, kan even weinig eene bedenking opleveren van dien aart, dat dezelve tegens alle de bovengemelde avantages zoude ko.inen opwegen; daar men toch in het vestigen van eene Fabriek van zodanigen aart, eu natuur, als deeze is , niet kan zoeken naar eene plaatz, daar de hand van den Werkman juist het beste koop is, — en bovendien het onderfcheid in de kostbaarheid der levenswyze tusfcllen Amfteldam, en de Steden, die daar toe als dan het meest zouden gelegen zyn, niet van een groot belang fchynt.
Voor het overige is aan uwe Commisfie noch van ter zyde voorgekomen, dat zommige Ingezetenen van Amfteldam . die zich op den Specie-handel in het byzonder toeleugen, niet alleenlyk verre af zouden zyn,"van zich te beklagen, over de moeite, en kosren van tranfport, of vrachtlonen, welken noodwendig moeien worden aangewend, wanneer zy hunne Materialen b: v: naar Utrecht , of naar eene der Noordhollandfche Steden moeten vervoeren, om aldaar te doen Vermunten, of over eenig rilico, waar aan zy langs dien weg worden blootgefteld , of eindelyk over eenige vertraging , die daar door zoude V re Tzaakt worden, ten opzichte vau onderhandelingen, wdken zekerheid en fpoed yereisfehen, — en uit dien hoofde zouden verlangen, dat de Nationale Munt naar Amfteldam wierdt overgebragt: maar zelvs veel liever
zou-



C *9 )
zouden zien, dat de refidentie van dezelve in eene der eerstgemclde plaatzen gevestigd wierdt.
Dan de echtheid zelvs van die berichten vooronderdeld zynde , zoo zouden wy het verlangen van deeze Ingezetenen niet kontien overeenbrengen .met den aart der zake, en de ware belangens zoo van het land, als der Comratrcie in het algemeen: welken in dit opzicht (zop wy vermeenen) hier boven op onwederlegbare gronden aangeweezen, en breder door het Uitvoerend Bewind betoogd zvn- waarom het ons dan ook is toegefcheenen, dat de begeerte van deeze handelaren zeer waarfchynelyk uit byzondere inzichten zal voortfprmten, waar op de Hoogstgeconflituccrde Macht, voor welke de Nationale welvaart de hoogde Wet is , geen reguard , kan noch mag 11e-
"Tl'et voordel van de Eerfte Kamer zoude in dit opzbht 'naar het inzien uwer Commisfie noch aan meerdere zwarigheden onderhevig zyn, indien de kosten, welken verëischt worden voor een gefchikt locaal der Nationale Munte binnen Amfteldam, en het geene daar toe verder behoord, moesten komen ten laste van de gemeene zaak — gelyk mede, indien het gevolg van deeze .inrichting zoude |vn — dat zodanige Beampten, en Bedienden der Munten in de voormalige Gewesten, welken blyken van kunde en vver hebben gegeven, allen van hunne kostwinningen zouden worden verdoken, het welk (hoe zeer dit het aevol» zy van byzondere omdandigheden) altoos als eene hardigheid moet worden befchouwd — en , zoo verre zom'rnio-en eene aanfpraak op dedommagement- of Penftoemonden mogen hebben, (het geen onze taak met is te onderzoeken) op die wyze At zoo uitgeputte Nationale Kas noch meerder zoude worden bezwaard. "...
Doch aan beide deeze bedenkingen is by het Beftuit deT Eerfte Kamer wysfelyk te gemoet gekomen — daar ten opzichte van het eerfte is in het oog gehouden die bil yke mavime, dat de Gemeente , die de pecuniêele voordeden, en in allen gevalle een zeer wezentlyk genev voor deCommerciëele betrekkingen harer Ingezetenen uit de nieuwe inrichting zoude genieten, ook het geen tot het daardellen van dezelve binnen hare muren verëischt wordt, behoord
te



( 3° )
te bezorgen';, en te bekostigen — en pverzulks de plaatzing der Munt binnen Amfteldam te recht is vastgehecht aan eene voorwaarde, (waaraan de Municipaliteit dier Stad ook volgends het Rapport der ,perfoneele Commisfie vau de Eerfte Kamer bereid is te voldoen) „ dat het oenoodigd t, engefchikt locaal, en we! zodanig, en in dieti Haat, ais „ tot de dadelyke uitoefening yah den MuntÜag wordt ge„ vorderd, door de Gemeente van Amfteldam gratis, en „ buiten kosten van den Lande, ter dispofttie van het Uit„ voerend Bewind zal worden gefield, — zynde het ge„ melde Bewind dienvolgende gelast, Om behoorlyk zorgè „ te dragen voor de gefchiktheid van het bovengemelde lo „ caal tot eene algemeene Munt verëischt wordende, als „ mede tot het overbrengen der gereedfchappen , en bruik„ bare werktuigen — het fluiten der Muntbu;fchen op, „ en met den dag van het openen, en in werking brengen „ der nieuweNationale Munt, en het verantwoorden derzel„ ve, zonder vertraging of oponthoud te Veroorzaken, e Ml
Met betrekking tot de tweede hief voren aangetogene reflexie — wordt daar by de heilzame, en aenui'tabele bepaling voorgedragen — d.at by de eventueele-- organifatie der algemeene Nationale Munt by voorkeur zullen worden aangebeld , en geplaatzt alle zodanige Beampten en Bedienden der Munten in de voormalige Gewesten, welken de .nodige vereischten, en bekwaamheden daar toe bezitten, om in hunne refpeftive c/ualiteiten ten dienste vandenLandc re worden geëmployeerd: waar mede wy ons dan ook gaarne vereenigen.
III. Uwe Commisfie zal nu overgaan tot de behandeling yan het derde, eii laas-te hoofdflUk, het Welk zy zich by den aanvang van dit Rapport hadt voorgeftcld, en betrekkelyk ks tot de verdere fchikkingen ten opzichte vaa den Muntllag, en het Muntweezen, in het onderhevig^ fluit der Eerfte Kamer Vervat.
Zy vereenigd zich daaromtrent in de eerfte plaatz met de gedagtén van het Uitvoerend Bewind, en dei1 Eerfte Kamer , dat het algemeen belang ///«vordert, noch zelvs gedoogd} „om den a/loj, en Cours der Standpenningen te veranderen, en dat inzonderheid uit eeng vermindering van derzelvef waarde, voor dit Gemenebest in zynen Handel, en voor-
fpoed,



( 3« >
fpoed, de nadeligfte gevolgen zouden1 voortfprmten, (daar' de Wisfelzich dadelyk richt naar de waarde van den Standpenning met betrekking tot die van andere Landen) terwyl de bedenkingen, die daar tegens in het midden konnen Worden gebragt, by de voordragt van het gemelde Bewind óp eene voldoende wyze zyn uit den weg geruimd, waar toe wy ons dienvolgende alhier gedragen.
Trouwens, hoe gevaarlyk en fchaadelyk dusdanige operatie zy voor het Crediet van eenen Staat, is door deskundigen te meermalen op onwrikbare gronden betoogd, — inzonderheid moeten wy aan onze Medelede» in dat opZicht ter overweging aanpryzen de juiste aanmerkingen van den fchranderen de Montesquieu, de f Esprit des Loix Tom, 3. Liv. 22. Chap. 10. fqq.
In de tweede plaatz maken wy geene zwarigheid, om met de Eerfte Kamer in te (temmen, dat by eene nieuwe inrichting der Nationale Mant,de nieuwe Speciën, zoo veel mogelyk, behoren te worden bepaald tot zodanige (ómmen, als zich onderling het best verdeelen , en de'verwis* feling gemakkelyk maken.
De decimale, of tiende verdeeling hier toe het best ge* fchikt zynde, en met den geest der Staatsregeling hetmeest overeenftemmende, zal dan ook volgens het onderhevig Befluit worden daargefteld, met uitzonderiug van de kopere Munte, waaromtrent dezelve voor als noch niet zal konnen worden ingevoerd: geiyk zulks ook ten dien opzichte van minder aanbelang, en minder noodzakelyk fchynt, ja zelvs wellicht verwarringe, en ongeriev zoude konnen veroorzaken. —
Voor het overige zyn ons geene bedenkingen voorgeko* men tegens de bepaling van den Muntflag tot die Speciën , zo© voor de Stand-, als voor de Negotie penningen, welken in het Be/luit der Eerfte Kamer zyn omfchreven, en het geen daar toe verder betrekkelyk is, noch eindelyk ten aanzien van de pcenaliteiten , welken daar by zyn vastge* fteld tegens de geenen, die onder eenigerley voorwendzel, by panhyen, of Hy gedeelten zouden mogen verfmelten den Gouden, of Zilveren Standpenning, of zyne deelen. of ook met denzelven handel dryven tot hogere of lagere pryzen, enz.
Wy



C 3* )
Wy hebben wel uil de aan ons ter hand gefielde Stukken vernomen , dat door een der Leden van de Eerfte Kamer a.ui die Vergadering is in confnieratie gegeven, — of niet de oude Ryksdal ~ even gelyk de nieuwe, alleen Negotiepenning ter betaling behoorde te-konnen, gegeven , en genomen worden, op zodanigen voet, ah de Uit gever, en Ontvanger buiten sLands met elkander zouden overeenkomen: en dat door een ander Lid een voorftel is gedaan met betrekkinge tot den tyd, geduürende welkende thans beftaande Speciën ah noch in omloop zullen blyyen.
Doch de aanmerkingen, welken in het een, .en ander opzicht daar tegens by het Rapport der perfoneele Commisfie' van de gemelde Kamer in dato den ai', January laatstleden, zyn voorgedragen, en die wy onnodig oordeelen alhier te herhalen, zyn ons zoo gewigtig voorgekomen, dat wy deeze Kamer niet zouden durven aanraden, om zich met tie gedagten der-Voorftellers te ver-, eenigen.-.teiwyl wy.hét eerfte als nodeloos b.efchouwen, en ten aanzien van het laaste geen genoegzameii grond yindeu om de bepaling by het 59. Articul der Bureerlyke, en Staatkundige Grondbeginselen, daargefteld, dat 'tr ten aanzien van alle Muntfpeciën een gelyke Muntflag door de geheele Republiek zal worden ingevoerd, tot de thans beftaande, en in circulatie zynde Speciën betrekkelyk te maken, — (gelyk ook iii allen gevalle het Vertegenwoordigend Lichaam by machte biyvt, om daaromtrent zodanige verandering ie. maken, als in tyd, en wyleu 'dien'ftig en met 's Lands belangens óvereenkomftig zal worden bevonden.
Er is noch alleenlyk overig, dat wy den aandagt van Onze Medeleden bepalen by dat gedeelte van het Bell uit der Eerfte Kamer, waar by dezelve heeft voor^efteld, dat de Zeeuwfche Ryksdaler, na verloop van zes maanden, 71a de Publicatie deezes, niet anders zal gangbaar zyn, dan tegen twee en vyftig Stuivers, en zyne gedeelten naar mlvenant, en dat dezelve, na evengemelften tyd van zes maanden, tot geen hogere n prys anders, dan by weder zy dfche overeenkomst in betaling zal kunnen worden gegeven, of behoeven te worden aangenomen, al ware het dan ook
ori-



C 33 5
ander veorWendzel, dat de Contracten, Overeenkomflen, rf Leverantien, op welker grond, de betaling gedaan, of gevorderd wtrdt, zouden mogen zyn aangegaan tyde, dat ie Ryksdalers op publiek gezag, tegen drie en vyftig Stuivers waren gangbaar gefield, en binnen den tyd van zes ■maanden zo even gemeld, met uitzondering alleen van het geval, dat uitdrukkelyk mogte wezen geftipuleerd betaling
teruggave van een zeker getal Ryksdalers, onverminderd de verandering, welke in derzelver Cours mogt voorkomen, als wanneer aan zodanige engagementen door deezen met zoude gederogeerd worden, zonder dat echter zulke bepalingen ,''omtrent eenige Muntfpeciën, voor het vervolg zullen gemaakt, of uit dezelven geageerd worden , als welken allen worden verklaard te zullen zyn krachteloos en van onwaarde-enz. , ,.
Hoe fchadelyk voor de Ingezetenen van het voormalig Gewest Zeeland de verhooging van den Cours van den Ryksdaler, en deszelvs gedeelten, inzonderheid de laaste 'van den jare 1762 tot 53 Huivers, geweest.zy, is aaneen yder genoeg bekend, en ook door het Uitvoerend Bewind by deszelvs voordracht betoogd.
Trouwens .zy, die in vroegeren tyd de pen hebben ongevat, om op de best mogelyke wyze te bewefen, dat die gewezene Provincie op eigen gezag , -dat is zonder toeftemming der overige Bondgenoten, in den loop des gelds verandering heeft mogen maken, en daar toe, als -het ware, tot zelvs behoud zoude zyn genoodzaakt geweest _ door verfchillende omltandigheden, welken dat Gewest byna van alle Spec-ién zouden ontbloot hebben,, cn, ten einde ook het buiten die.Provincie zenden, als mede het verfmelten van dien Penning voortekomen: het peen men begreep, dat , zelvs volgens de toenmalige Cours (voor het jaar 1762) noch met voordeel zoude konnen gefehieden, — hebben evenwel met zoo veele woorden moeten erkennen, dat byzonder de laastgemelde verhoging vau den Ryksdaler tot 53 Stuivers , en van deszelvs gedeelten, die men door een voorondertfteld gebrek aan payement Specie, vervolgens heeft doen munten, niet alleenlyk tot merkelyk nadeel van de Provincie, en derzelver Ingezetenen, maar zelfs tot itrem-
ming



C 34 )
ftiing van den Koophandel verftrekte: en dat zulks ia het oog loopt, indien men flechts naargaat, dat op de tWee derde ueeleh, die buiten de Provincie meerder moeten betaald worden, dan dezelve te ontvangen heeft en het geen jaarlyks importante fommen beloopt, door elkander genomen, 2 prCt. verloren wordt, naardien de Ingezetenen der overige Provinciën zwarigheid maken den zilveren Ducaat of Ryksdaler hoger, dan tot 52 St! of 2 prCt. verlies, te ontvangen — en, wanneer de betalingen, by gebrek vaii andere Speciën in Wisfels moeten gefehieden, welken door de houders geproportioneerd worden naar den loop des gelds,moest men wederom dezelfde fchade Van 2 prCt. lyden.
Doch, wat daar ook van zyn moge, het js in allen gevalle, naar het inzien van uwe Commisfie, buiten bedenking, dat de tegenwoordige orde van zaken in dit Gemeenebest — het aangenomen principe van eenheid — en het voorfchrift der Staatsregeling, niet gedogen, dat de Zeeuwfche Ryksdalers en deszelvs gedeelten, na dat eenmaal de Muntflag zal zyn vastgefteld — in dat Gewest tot een hogeren cours zouden gangbaar zyn, als in de overige Voormalige Provinciën.
De verdere fchikkingen dienaangaande by het befluit van de Eerfte Kamer voorgefteld, namelyk, dat dezelve, na verloop van zes maanden tot geenen hogeren cours anders , dan hy wederzydfche overeenkomst zal konnen worden aangenomen, zelvs niet opgrond, dat de Contracten of overeenkomflen, welker voldoening gevorderd wordt, ten tyde, wanneer de Ryksdaler tot 53 Jiulvers gangbaar was, zouden Zyn aangegaan, is wel aan eenige bedenking onderhevig voor zoo verre dezelve bepaling aan byzondere Perzonen in dat voormalig Gewest eenig nadeel zouden konnen veroorzaken, zonder dat zy gelegenheid hebben,om deswegen Ichadeloos gefteld te worden; doch, daar het aan de eene zyde noodzakelyk is eenen vasten termyn te bepalen, na verloop van welken men niet gehouden zal zyn deezen penning, en deszelfs gedeelten anders, «Jan naar den als nu vastteftellen cours aantenemen, en di' naangaande tot affnyding van te duchten verfchillen, eene algemeene cynsfure behoord plaatz te hebben, mitz-
ga-



C 35 )
gaders aan den anderen kant het land met geene fchaevergoedingen uit dien hoofde kan, of behoord te worden belast: zoo is deeze zwarigheid in ons oog niet van zoo veel belang, dat wy deswegen deeze Kamer zouden konnen adviferen, om zich met die maatregul door de Eerfte Kamer voorgeilagen niet te vereenigen.
Hier mede vertrouwen wy aan den ons opgedragen last naar ons vermogen te hebben voldaan; terwyl wy op grond van alle de bovengemelde eonfideratien vermeenen Uwl. de bekrachtiging van het onderhevig befluit der Eerfte Kamer in alle deszelfs deelen, en Leden te moeten aanraden.
Onderwerpende niet te min enz.
L. J. VITRINGA. J. S. WENTHOLT.
CORNELIS van LENN1P. '






C 175 )
GELYK HEID, V R 1 H E I D, BROEDERSCHAP.
Vrydag den n April 1800.
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEIO.
P R JE S I D E.
Den Burger Reprsefentant
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Reprasfencanten.
M. Siderius. J. de Joncheere. S. van Hoogftraten. D. C, de Leeuw. D. Hoitsma. J. A. Krieger. K. Hovens. G van hennep. P. Linthorst.
G. J. G. Bacot. F. Govers.
J. S. Wentholt.
A. Ploos van Am ft el.
H. van Andel.
J. van Rees. H. Hogewal. J. Cramer. IV. C. de Crane. jf. Busch. J. Tomas.
B. Storm.
L. J. Vitringa.
ABSENT.
Met permisfie.
J. H. Siccama. J. C. Drnman. J. Lublink de Jonge.
C. Fleren. B. ten Pol.
Wegens ziekte.
H. Quesnel.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn gerefumeerd en gearresteerd.



175 ii APRIL i8óo.
Is geleezen een Extiact uit her Register dei Befluiten van de 'Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April Li.; genomen, na gehooid te hebben het Rap. porr van eene Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleexen is, houdende de inrichting van de Heffing op de in kom tien,
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende 4, het Rapport eener perfoneele Commisfie» by Be„ fiui: van dtm 17 February en 3 Maart gelast, te diej, nen van eonfideratien en advis,op eene iViisfivevan „ her Uitvoerend Bewind, van den 11 daar tevooren, „ houdende een Voordragt, betrekkelyk de middelen om m bet te kort op de Staatsbehoeftens voor die lopende Jaar te voorzien, mitsgaders de Kequefie van d. Stolhtr, Leeraar der Remonftranten te Rotteraam, verzoekende dac alle Leeraars, zo veel „ hunne Tractememen betreft, van de betaaling der Heffing op de Inkomften friogten worden vrygefield. ,« Overweegende, dat debyzonderheden van degear. ,, reftéerde Heffing fpoedig ter kennis van de Ingeze„ tenen behoosen te worden gebragt verklaart., dat 'er is onverwylde noo&za'aklykheid,
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van e«verwylde noodzaaklykheid'., in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van her Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De 'Tweede Kamer, overweegende dat de redenen , door de Eerfie'Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwy.de
nood-



it APRIL, iSooï fft
Noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit ?; ho§* dende:
„ Voords overweegende, dat dë behoórjykë esecti^ a, tié van de Heffing, by wyze van voorfcuot op d$ j, Bezittingen, ingevolge de Publicatie van bet Uit* „ voerend Bewind, van den 15 Maart 1.1. d2 bepaa,, ling van'verfcheidene byzonderheden vordert, ter
verzekering Van het belang der Ingezetenen, er* ter „ riclitige invordering van 'sLands Inkorhften, pnverê ü minderd de nadere bepalingen, welke by hetVer5, tegenwoordigend Lichaam zullen worden gemaakt* ,, betrekiyk de inrichting van ds Heffing op de taé
komften.
j, Befluit:
é, Te arrefteeren de navolgende pom&ëaè
Art. », , Ieder k^ezeten deezer Republiek, welke meer f 50Ö i» eigendom bezit, het zy hy tQt een huisgezir? SehócK1., by anderen of op zich zelve irtwoonc, hec zy h> zyne Goederen en Bezittingen zelfs beheer:^ .of onder de vocgdy of curatêeie yart anderen ftacr, of de adminiftratie zyner Goederen aan anderen is opgedragen , zal aan den Lande by wyze van yoorfchöt opbrengen drie ten honderd der reëele waarde van zytj Capitaal en Bezittingen , zo als dezelve ?yn zal ,qp dèh dug dei- Publicatie deezes, höedanige die ^yn , g$ waar gelegen, volgens de wyze van tauxarie, by deeg; #e Publicatie bepaald; zynde derhaiven daar onde? piede begreepen de Qjederen van Weezegij fngezëte»



178
li APRIL 1800.
nen van deeze Republiek zynde, en alhier te huis behoorende, en by Weetmeesteren geadminiftreerd wordende, in opzicht van ieder Wees afzonderiyk het zy by Weesmeesteren of Gecommitteerden derzeive, of ook wel by een of meerder Suppoosten, ©f de by hun aangeftelde Adminiftrateuren; zo mede van Goederen, aankomende Ingezetenen van deeze Republiek, welke zints eenige Jaaren vermist, en welkers heven of dood dus onbekend zyn; gelyk mede van Goederen, behoorende aan gewezen Gildens, Confreriën ol andere Corporatiën; Goederen , welken aan Armen of Weeskinderen, in Godshuizen gealimenteerd wordende, opgekomen zyn, en in het generaal, van alle Goederen, Ingezetenen van deeze Kepubliek toekomende, hoe ook genaamd, of onder welken titul bezeeten, zodanig, dat van deeze Heffing, by wyze van voorfchot, geene Goederen vry of geëximeerd zyn,* dan die van zulke Fundatiën en Gedichten, welke alleen tot onderhoud van arme en behoeftige Ingezetenen dienen.
Art. a.
Voor de fournisfementen in evengemelde Heffing, by wyze van voorfchor, zullen worden afgegeeven Recepisfen, rentende drie ten honderd in het Jaar, en welke Interest zal ingaan op den eerften dag van de maand, waarïn het fournisfement gefchied, en voortloopen tot op den dag dat dezelve zullen worden afof ingelost.
Art. 3.
Voorfz. Heffing by voorfchot zal moeten worden opgebragt in de drie volgende Termynen:
Het eerfte, vóór of uiterlyk op den 10 Mey eerst* komenden.
Het



li APRIL 1800.
i?9
Het tweede, vóór of uicerlyk op den 10 July daaraanvolgenden,,
Het derde, vóór of uicerlyk op den 10 Oclober deezes Jaars.
Art, 4.
Alle Ingezeetenen van dit Gemeenebest ƒ400 00 of daar boven, doch beneden de ƒ 600 0-0 jaarlyks Inkomen hebbende, zullen gehouden zyn te betaalen twee ren honderd; alle Ingezetenen, /oooo-o. en daar boven , doch beneden de ƒ800 o»oinkomen hebbende, zullen moeten opbrengen vier ten honderd, en alle Ingezetenen ƒ800 0-0 en daar boven inkomen hebbende, zeven ten honderd van het inkomen, het welk zy geduurende den Jaare 1709 hebben gehad, en zulks als dongraluit,by wyze van Quotifatie over hunne inkomften en verteeringen.
Alle dienftdoende Militairen , beneden den rang van Capitein, worden, zo veel hunne Traétementen betreft, van de betaaling in de Heffing op de Inkomften, vry gefteld,
Art. 5.
De Heffing van 1, 4 en 7 pCt. op de Inkomften zal worden opgebragc op de twee volgende Termynen; drie ten honderd van die geenen, welkeƒ800 o en daarenboven inkomen hebben, en twee pCt. voor de geenen, welker Inkomften de ƒ 600 0 o en daar boven, doch beneden de ƒ 800 o o belopen, voor of uiterlyk op den 15 December deezes Jaars; vier pCt. voor die geenen, welker inkomen meer dan ƒ800 0-0 belopen, twee pCt. voor hun, welker inkomen/öoo o en daar boven, doch beneden de ƒ800-0 o bedraagt, en twee pCt. voor hun,die ƒ400 0-0 en daar boven, doch beneden de ƒ600-0 o aan revenues hebben gehad, voor of uicerlyk op den 31 January 1801.
L 3 Art. 6.



fftjj st APRIL I8ecü
Art. fjé
Voor het bedragen van deezë voorbetaaling, zul* leb aan ieder Geldfcbiecer worden afgegeeven Quitantiën en kecepisfen» welke laatfte vervolgens zuiiea Worden geconverteerd in Bataaffche Obiigarien, rentesds tegen drie ten honderd in het jaar, oir) te Worden afgelost op den voet» ftraks nader te bepaalen j zullende de Intereft op alle deeze Reeepisfen ingaan» rnet den eefften dag van de maand, in welke het fsjurnisfement is gedaan.
Art. ji
Tot fecuriteir en onderpand van deeze Heffing, by wyze van voorfchot, word de jaailykfche Heffing van % ten honderd op de Inkomften vermeerderd met i ten honderd, en aldus gebragt op 4 ten honderd, te beginnen, met den Jaare 1001. Het één pro Cent, waarrsede voorfchreeve Heffing word vermeerderd» zal eeniglyk zyn beftemd, om de jaarlykfche Renten van de thans gedecreteerde Heffing by wyze van voor.* fchot te vinden» en voorts dienen tot af- of inlosfing van deeze Negotiatie. Zullende met de aflosfing by wyZe vari uitlooting een aanvang worden gemaakt, uicerlyk in den jaare 1802. Na de geheele mortifica. tie der Obligatien, gefprooten uit de Heffing by anticipatie, den 30 November 17^8 en 29 Oktober ï 09 gepubliceerd, zal de Heffing van 4 pro Cent op de jnkomlfen blyven voortduuren» tot dac deeze Heffing van 3 pro Cent by wyze van voorfchot, in voege als hier boven gemeld, geheel zal weezen gemortificeerd ; zullende jaarlyks door het Uitvoerend Bewind aan het Vertegenwoordigend Lichaam een verflag van het montant der gedaane af- en inlosfmgen, en van het bedragen der nog loopendc Obligatien worden gedaan,



ii APRIL 1800, 181
daan, ten einde de Heffing op de Inkomften worde opgeheven, zo dra de geheele mortificatie zal zyn
daargefteld.
0 Art 8.
Het furnisfemenc van drie ten honderd, by wyze van voorfchot, zal moeten gefehieden van het zuiver beloop der waarde van ieders Bezitttingen en üigen. dommen, volgens de tauxatie hier nader te bepaalen. En zullen onder deeze tauxatie moeten gebragt worden alle Bezittingen en Eigendommen , zo roerende als onroerende, hoe ook genaamd en waar gelegen, het zy rente gevende of niet , zonder eenige uitzondering zullende het echter elk en iegelyk ;;ry ftaan, van het beloop der waarde van zyne Bezittingen en Eigendommen temogen aftrekken, alle Schulden, welke hy ten zynen laften, zo binnen als bu.ten 'sLands, zoude mogen hebben, zynde het yoorneemen, dat deeze Heffing zal gaan over het zuivere en effedive beloop van de Bezittingen en Eigendommen der Ingezetenen, zo na moogelyk te bepaalen, als ieder in confeientie zal bevinden te behooren.
Art. 9.
Om de Ingezetenen te gemoet te komen, m hes maaken van een overflag hunner Bezittingen en Eigen, dommen, en alle fcrupuleusheid dien aangaande weg te neemen, zal worden venaard, zo als verklaard word mits deezen; dat een iegelyk verplicht zal zyn, ren aanzien van de Effefteo die hy bezie zo bnnen als buiten 'sLands, waarop een Cours ot Prys Cou. rant is, die by zich zeiven te tauxeeren, mar de waarde en de Cours of Prys Courant , die daarvan op den 14 Maart 1.1. is geweest, en door B:edigde Makelaar* Jen fpeedigften, op last van het Uitvoerend Bevtni L 4



18* ii APRIL 1800.
geformeerd , en onder deszelfs opzicht bekend eemaakt zal worden, dat, met betrekking der vafte Goederen , zo binnen als buiten 'sLands gelegen een legelyk die by zich zeiven zal mogen tauxeeren raar rato van derzelver opkomften, die een ieder van zyne vafte Goederen trekt, of zelfs gebruikende, zoude kunnen trekken, en zulks tegen de Pennin* twintig, zodanig, dat ieder vyf guldens, zuivere op°. komften tegens honderd Guldens Capitaal zal worden berekend en daar van drie ten honderd in deeze Heffing gefurneerd, en zulks na aftrek alleenlyk van alle Lands en andere Lasten, waar mede zodanige vafte Goederen mogten zyn bezwaard; als mede van al zulke onvermydelyke koften, welke, zo tot het bekomen van deeze opkomften, als tot confervatie der vafte goederen zyn aangewend en hefteed geworden, en zonder eenige verdere uitgaven, van welken aart ook, hier onder te begrypen, dat deeze berekening der op' komften, ten aanzien van Bosfchen en andere Houtge wasfen, welke, na zeker getal jaaren , worden geveld, in diervoegen zal moeten gefehieden, dat 't product der laatfte velling tot grondflag zal worden gelegd; berekenende hetzelve voorts over die jaaren welke tusfehen de laatfte vellingen de naastvoorgaande zyn verioopen; zullende dus van een Bosch of ander zodanig Houtgewas, dewelke by de laatfte veiling voor negentig guldens is verkogt of waardig geweest! en negen jaaren ce vooren mede is gevallen, naar rato van tien guldens revenuen, of van twee honderd guldens capitaal moeten gefurneerd worden, en aldus van meerdere of mindere jaaren tusfehen 'shands, naar evenredigheid. -
Dat, opzichtelyk Bosfchen van opgaande boomen of andere diergelyke Houtgewasfen, welke of niet
dan



li APRIL 1800. 183
dat! na een onbepaald getal van jaaren worden geveld, of nog niec zyn gevallen; ais mede zodanige andere vaste Panden, welke meer tot vermaak dienen, dan om daarvan opkomften ce genieten; en dezulke, waar van geene berekening naar rato van derzelver opbrengst kan worden gemaakt, zullen worden gewaardeerd naar zodanigen prys, als waar voor derzelver Bezicters die op den 15 Maart 1.1. zouien hebben willen afftaan.
Dat voords de opkomften van alle andere vaste goederen zullen moeten berekend worden volgens hetproduet der laatfte vyf jaaren, door eikanderen gerekend, en dus naar een vyfde van die jaaren in deeze Heffing worden betaald.
Dat, byaldien eenig Bezitter van vaste Goederen, zommige , of alle dezelve rog niet, geduurende de laatfte vyf jaaren, in eigendom heefc gehad, hy verplicht zal zyn , den voorfz, omflag te maaken over die jaaren, geduurende dewelke hy die heefc bezeten.
. Dat, ten respecle van alle roerende goederen en gelden , de berekening zal moeten gefehieden naar derzelver effeótive waarde, zo als een iegclyk die op den 15 Maart deezes jaars heefc bezeren, en volgens den prys, waar voor hy dezelve als coen zoude hebben willen overgeeven.
Dar, mee betrekking van goederen, die eenig gevaar of rifico loopen, gelyk Schepen en Koopmanschappen; mitsgaders Cargafoen-Goederen, die actueel in Zee zyn, een cyde dat hy zyn overdag maakt, een iegelyk die by zich zelve zal mogen cauxeeren, ten bedrage van de Asfurancie, die hy daarop heefc laacen doen, of zo hy die in 'c geheel of ren deele niec heeft laacen asfureeren , voor zo ver 'er, naar maace, dat L 5 hy



104 ïi APRIL 1800.
hy die in gemoede door de loopende riilco minde? waardig fchac van de oprechte en reëeJe waarde van dien.
i Dat Jnfchulden, uitfïaande Gelden, Actiën en Cre» diten, ten laste vsn Particulieren, zo Binnen als Bulten 'sLands, die dubieus zouden mogen wezen, zullen mogen gerekend worden naar de waarde waar voor men dezelve in gemoede tauxeert.
Dar Goederen, waar voor de Bezitter eene byzondere affectie heefc, gaande boven den ordinairen prys of waarde, nogthans in den te maaken overdag niet hooger dan tegen den ordinairen prys of waarde genomen en gerekend zulien behoeven ce worden.
Art. ro.
Van de Goederen in Fideï Commis of Lyfrocht be* ze ten wordende, waar van het expeftatif of de Eigendom aan Ingezetenen van deeze Republiek behoord, zal in de voorfz. voorbetaaling gefourneerd moeten worden, op gelyke wyze en voet, als van alle andere Goederen; doch afzonderlyk, en op zich z?iven, behoudens dienaangaande, aan den Contribuant zyn regres , tot vergoeding van al het geen gefourneerd is, ten laste van den Fideï Commisfairen Erfgenaam, of van den geenen, aan wien de Eigendom gemaakt is, by de overlevering of uitkeering derzelve Goederen, welk regres tot vergoeding zal plaats hebben , niettegenliaande zulke of diergetyke kortingen byTeftament verboden waren, waar aan mits deezen word gederogeerd; zullende van alie andere Goederen, in Fideï Commis of Lyfrocht bezeten wordende, waar van Buicehgezetenen het expecrarif op den Eigendom hebben , niet* in deeze voorbetaaling worden gefourmeid,
Art. iï«



ii APRIL 1806*; 185 Art, 11.
Het geetï op den voet by den voorgaanden Art. is bepaald, van Goederen in Fideï Commi» of Lyfcogc bezeten, moet worden opgebragt, zal uic die Goederen zelve voldaan mogen worden, en ten dien efnde zal zo veel van die Goederen door den tegenwoordjgen Bezitter of Lyftochter, zo ver het mooglykis, met voorkennis van den geenen» die het e&pecratief heefc, mogen worden verkogt, Of Op dezelve genegocieerd, onder fpe.ciaal verband van dezelve Goederen, als hec moncant van hec gefourneerde zal kotnerl te bedragen, ten welken einde de Municipaliteiren van lieden en Plaatfen, alwaar de Tegenwoordige Bezitters of Lyfcochters woonen, ofwel de Gerechtshoven in de voorroaalige Gewesten, daar, waar* de Plaatfelyke o.mftandigheden zulks vereisfchen, fpeciaal worden geautoriseerd , om by appoindcemenc op derzelver fchriftelyk verzoek, gemunieerd met bewyzen van derzelver pofitive, en des n.oods onder de verdere nodige praecautien, confenc ce geeven , tos hec verkoopen of beieenen van zodanige Goederen.
Art. 11.
Van Goederen, toekomende aan minderjaarigen, waar van de Ouders, of de langstlefcvende van dezèlven, de vrugten en Jnteresfen genieten, coc alimenta* tie dér Kinderen , en dus ook niet langer, dan tot derzelver meerderjaarigheid of trouwdag toe, zal in deeze Heffing moeten gefourneerd worden , uit het Capitaal der Kinderen, en niet uit de vfugcen; gelyk mede geen Vader of Moeder, eenige Goederen / het zy roerende of onroerende, van Kindskinderen of verdere üefcendencen, zal vermogen re donateeren, of op eenige andere wyze overdragen ; om daar door de
Hef-



■ 86 li APRIL 1800'
Heffing, ten aanzien dier Goederen, te ontduiken, maar verpligt zyn, dezelve te berekenen.
Art. 13.
Van Goederen, nagelaaten by Ingezeetenen deezer Republiek, en onder Adininiltrateuren binnen dezelve beruftende waartoe, by Telïament, als Erfgenaamen geroepen zyn Perfoonen, die, na verloop van zeekere Jaaren , of na het exteeren van zeekere Conditiën , in leeven zullen bevonden worden, en in welker opzicht gevolgelyk onzeeker is , wie de Erfgenaamen, na expiratie van voorfz. tyd, weezen zullen, en of dezelve Ingezeetenen van deeze Republiek zyn zullen, dan niet, zal. door de Admihiftrateuren het fournisfement in deeze voorbetaaling ten vollen moeten worden gedaan, gelyk ook zal moeten gefehieden van Goederen, onder Adminiftrateurs binnen deeze Republiek beruftende, waarvan de Eigenaars, Ingezeete» nen deezer Republiek geweest zynde, al eenige Jaaren vermist zyn geweest, fchoon men niet weet, wie tot dezelve, indien de Eigenaars niet opdagen, gerechtigd zullen zyn.
Art. 14.
Ten aanzien van deezg, Heffing, zullen Weesmeesters of derzelver Suppooilen, Voogden, Curateurs en Adminiftrateurs vaneen anders Goederen, zich ftiptelyk moeten houden aan de bepaalingen in deezen gemaakt, en niets mogen declareeren voor de moeite of vacatiën, die«y ter deezer zaake hebben gehad;alles met qualificatie om te verkoopen of te negotieeren, zo veel als zy, ter voldoening hunner fournisfemen* ten, in derzeiver qualiteit zullen nodig hebben, zon» der meer; zo ais mede Hypochecauën, welke mede ten
voorfz.



li APRIL 1800. 187
voorfz. einde zullen gefehieden , van den 4often Pen» ning, of anderen foortlyken Impost, daar, waar dezelve gebruikelyk zyn, zullen wezen bevryd; mits dat onder Eede, of ten aanzien van de zodanige, wier godsdienftige gevoelens zulks niet gedoogt, metwaare woorden, in plaats van Eede, verklaard worde, dat de alzo opgenomen Penningen tot fournisfemenc in deeze Heffing alleen, en tot geene andere eindens hoe» genaamd, gebruikt zullen worden.
Art. 15.
Ten aanzien van de wyze, waarop een ieder in de Heffing op de Inkomften zal moeten bètaalen, zal nader by bet Vertegenwoordigend Lichaam worden be" paald.
Algemeene bepaalingen. Art. 16.
By overlyden van Ingezetenen deezer Republiek, die tot het fournisfement in deeze Heffing op de Inkomften en Bezittingen gehouden zyn, byaldien hun overlyden voorvalt, eer dat zyde bovengemelde fournisfementen geheel of ten deele hebben gedaan,zullen derzelver Erfgenaamen, Executeurs of Boclredders, gehouden zyn, alles, het geen de overledene had moeten opleggen,te voldoen,en vervolgens de geheele betaaling te verantwoorden.
Art. 17.
Alle Perfoonen Ingezetenen van dit Gemeenebest geweest zynde, en zich nu buiten hetzelve bevindende, het zy met der woon, of door eene abfentie voor zekeren tyd, zullen gehouden zyn, in deeze Heffing
en



fc%É n APRIL iSeoi
en Voörbetaalihg, op den voet van dit Decreet, të concribueeren, en hunne èontributie te verantwoorden, ten waa-ra dezelve i-eeds een jaar eh zes weeken i vóór het emaneeren deezes, waren abfent gefeest.
En zullen de geenen, die, voor dat zy ten vollen aan hunne verpjigting öffifrent deeze Heffing en Voorfcecaaiing hebben voldaan, zoudeh begeeren, met 'er woon buiten de Republiek te vertrekken, by Arrest tor het voldoen aan hunne verpligcing worden gehou? den, tot dat zy ten vollen voldaan, of caurie gefield zullen hebben,
Art 18.
De geenen dié uit andere Landen, sa het nëemeri van dit Decreet, zich binnen di-eze Republiek liëSéf zetten, zullen niec gehouden zyn te fourneeren in de voorfz. VoorbecaaJing en Heffing van * 4 en 7 pCuj, van eeu ieders Inkomften.,
Art. 19.
Perfoonen, Ingezetenen van dit Gèmeeaebest zynde, doch geen vast domicilie in hetzelve houdende + maar nu in deeze, dan in geené Plaats, voor een tyd hun verblyf houdende, het zy zich geneereu mee ter Zee ce vaaren, of in andere omzwervende leveriswys, zuilen gehouden zyn ., aan den inhoud vati dit Decreet te voldoen, ter Plaatfe daar zy zich bevirjdea, ten waare zy deeden blykerj, elders ia die Gemeenebesc, aan hunne verpjigting voldaan te hebben, en by nala. tigheid of onwilligheid, zullen zy, voor hun vertrek, daar toe by Arrest wordes gehouden,
Art' 2©#
De fournisfetnenten in ê§ VQQSht He/S&g* m of de



is APRIL 1800* 189
inkomften, als by wyze van voorfchot, in evenredigheid van een ieders Eigendommen en Bezitcingen * zullen gefehieden:
Voor eerst: in Fourneer-Billetten, gefprooten uit de Anticipatie, by Publicatie van den 15 Maart gear» refteerd,
Ten tweeden: in comptante Goude en Zilvere Spei cien, zullende de Zeeuwfche Ryxdaalders alomme, waar dezelve anderszins niet worden aangenomen, toe 52 Stuivers kunnen worden gefourneerd, met uiczondering van het voorm. Gewest Zeeland, ten aanzien van fournisfementen in dat voorm. Gewesc gedaan, als van welke de Zeeuwfche Muntfpeciën zullen worden aangenomen tegen den cours tot nu toe in het voorm. Gewest Zeeland gehruikelyk, tenware» da5 voor den afloop deezer Heffing, de Zeeuwfche Rykdaalders, ingevolge eenig genomen Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, niec meerder tegen den cours van 53 Stuivers, in hec voorm. Gewesc Zee* kind konden worden aangenomen.
Ten derden', in Nationaal Beleenbank-geld, het welk in alle de termynen voor de helft van hec fouraibfement zal worden aangenomen.
Are. 21.
Hec zal aan een ieder vryftaan, om zyne fournisfementen in de Heffing by wyze van voorfchot zelve te doen, of door anderen te iaacen doen , zonder gehouden ce zyn ce declareeren, dac de fournisfemencen voor zyn rekening gedaan worden; zullende de Quitancien ter keuze van den Foumeerder ook. kunnen worden genomen op naam, op ieccer, of in blanco; echter rnet dien verftande, dac een ieder, zo veel raooglyk zal moeten fourneeren onder dac Diftrict, onder he.c
Welk



lp* ii APRIL i8oo.
welk by in cas van gemeene Middelen resforteerc, en met byvoeging van de Plaats, waar hec fonrnisfement word gedaan , zo als de Quitancien al mede zullen worden afgegeven, tot zodanig een grootte, als een ieder verkiest.
Art. 22.
Het zal aan elk Ingezecen vryftaan; om zich zelve, ten aanzien van de Heffing, by wyze van voorfchot op de Bezittingen, te quotifeeren, mids daaromtrent ter goeder trouw, als mede mee de meelte accuratesfe te werk gaande, en in de daar toe rond te zenden Billietcen , invullende de juilte fom, welke door hem moet worden gefourneerd, volgens de bepaalingen by Art. 12 geliipuieerd.
Arr. 23.
Ten einde te zorgen, dat zich een ieder in deezen naar behooren van deszelfs plicht kwyte, zal hec Gemeente-Beltuur van elke Stad of Plaats, binnen «4 dagen na de afkondiging deezes, aan elk Ingezeten doen rondzenden een gedrukt Billet, waar in dezelve verplicht zal zyn incevuilen, wac door hem moer. worden becaald, op den voec in hec even voorgaand Art» gemeld, gelyk ook of hy eenige Goederen voor andere adminütreert, onder weiken tieul ook, voor welke hy verplicht zoude zyn, ingevolge de bovenftaande Art. in de Heffing by wyze van voorfchot op de Bezittingen te betaalen, en wac voor dezelve moet worden voldaan, als mede of hy eenige Perfoonen by zich inwoonende heeft, welk befluic hy gehouden zal zyn , met zyn voor- en toenaam te ondertekenen; terwyl die geenen, welke minder dan ƒ 500 aan eigendom bezitten, en welke uit deezen hoofde niet verplicht
zyn



ii APRIL 1806. ï$t
2yn de Heffing by wyze van voorfchot op de Bezittingen te betaalen. zulks op het evengemelde Declaratoir zullen moeten te kennen geeven, en dat mede met derzelver voor- en toenaam zullen moeten onderteekenen ; of wei zo veel aangaac zodanige Ingezeetenen , die hunne naamteekening niec kunnen fchry. ven, zullen dezelve verplicht zyn, hun gewoon merk daar onder te fchryven, in priefentie van een getüxgen, die zulks mede zal moecen onderceekenen, alles echcer in *cvasce vercrouwen, dat ook dezulke, welke uic voorfchreeven hoofde niet verplicht mogten zyn in deeze Heffing, by wyze van voorfchot, ce four« neeren, meerder hunne Vaderlandsliefde, dan hunne ftncle verplichting gehoor zullen geeven , en zich beyveren, om het hunne, een ieder naar zyn vermo» gen, tot redding van her Vaderland by te dragen.
Art. 24.
Om den omflag van evengemelde Quotifacie Billet; ten, zal door een ieder moeten worden gefteld enortderceekend, en ten aanzien van die geenen, welke niec kunnen fchryven, mee hun gewoon merk bevestigd, in prcefencie van een Getuigen, die zulks mede zal moecen onderceekenen, hec volgend Declaratoirs
„ Declareere ik ondergeteekende, (of fourneeren„ de in een betrekking van Voogd , AdminiltraceUr S5 of diergelyke, mee uitdrukking van den Perfoon of „ Goederen, waarvoor hy fourneert , na eenen ge„ maakcen overflag van myue Eigendommen en Be„ ziccingen, my gebragc en geclasfificeerd te hebben „ tot die fomma, waarcoe ik, ingevolge bee vöor„ fchrifc van de Publicatie, van hec Uitvoerend Bad „ wind der Bataaffche Republiek, van den . . . M



192 li APRIL 1800.
M ' . -. my zelve heb moeten tauxeeren, en daar„ om geene zwaarigheid te maaken op de ee'fte re» j5 quifitie, hetzelve met folemneelen Eedey of wel 5, ten aanzien van zodanige, wier Godsdienftige geS3 voelens zulks niet gedoogd, niet waare woorden „ in plaatfe van Eede ie bevestigen , zo als ik nog op „ dezelfde plechtige wyze verklaare, dat ik gtene „ Goederen voor andere Perfoonen, Ingezeetenen ,5 van dit Gemeenebest, adminiftreere, hec zyinqua5, liteitvan Voogd, Curator, Adminiftrateur, of on. w der welken ticul het ook zoude mogen zyn,voor 55 welke ik de aangifte niec heb gedaan."
Art. 25.
De gemelde Billetten zuilen binnen den tyd van zes weken daar na worden afgehaald in beflocen Busfen, en alsdan alzo ingevuld en ondertekend, verzegeld cerug gegeven moecen worden, op poene, dac die geenen, welke bevonden zouden mogen worden daar aan mee te hebben voldaan, zullen wordengeconfidereerd, zich aan deeze Heffing, by wyze van voorfchot te hebben onttrokken, en mitsdien, na eene gedaane fommatie van wegens hec Gemeence Be!tuur,om daar aan als nog binnen de eersckomende 24 uuren ce voldoen, daartoe by gyzeiing zullen worden geconltringeerd, en dac seffens hun Boedel dadelyk zal worden gebragt onder fequeitracie, ten ware zy zouden kunnen aantoonen door wettige redenen en omlhndigheden daar» in verhinderd te zyn geweest, hec welk zal worden overgelacen aan het oordeel van de Plaatfelyke Municipaliteit , of van de Commufie uic haar midden daar toe ce benoemen.
Art. se>»



ii APRIL 1800. 103
Arr. 16.
Daar eene ongelukkige ondervinding heeft geleerd, dat, hoe zeer de meefte Ingezetenen van het Bataafsch Gemeenebest, de huu opgelegde lasten gewillig en met alle getrouwigheid hebben opgebragr, fommige andere echter, ten dien opzichte zich deels aan eene onverfchoonlyke achteloosheid, deels aan een llrafwaardig plichtverzuim hebben fchuldig gemaakt, en daar door den last op de fchouderen hunner Medeburgeren niet weinig gedrukc, en dus noodzaaklyk gemaakt, de voorzorg tegen ftegce praclyk te verdubbelen, en de braven de verzekering van een gelykenopbrengst te geven, zal het Vertegenwoordigend Ligchaam, op voordrage van hec Uitvoerend Bewind', nadere bepalingen maken, omtrent de meest gefchikce en minst koftbaare wyze van onderzoek, of zich een ieder in deezen van zyn plicht heeft gekweeten; zullende daarby fpeciaal worden in hec oog gehouden, dac deBeziccingen van de afzonderlyke Ingezetenen niec nodeloos worden bekend gemaakt; en dat met alle befcheidenheid worde gehandeld, ten aanzien van de ingevulde Quotilatie Billetcen, welke provifioneel verzegeld onder de refpeftive Gemeente Beftuuren zullen blyven berusten; om na hec afloopen van hec onderzoek, hec welk echter mee al dien ernst en vigeur zal worden uirgeoeffend, welke het belang des Lands vorderc, te worden cerug gegeven of vernietigd.
Art, 27.
De zodanigen, welke zich,- ten aanzien van de Heffing van 3 een honderd, by wyze van voorfchot op de Bezittingen,niec naarbehooren van hunne verpiicr. ting mogten hebben gekweeten, en zulks, hec zy voor zich zelve, hec zy in eenige qualiteit moetende M z fourjj



194
li APRIL 1800;
fourneeren, zullen ondergaan de volgende pcenaliceiten ï Voor eerst: die geenen, welke na voorafgaand onderzoek, zullen worden bevonden zich niet naar be» hooren te hebben gequotifeerd, zullen naar billykheid, en overëenkomftig de reëele waarde hunner Bezittingen, worden vermeerderd, en zich op 90 Guld. gequotifeerd hebbende, en, na onderzoek, geoordeeld wordende 100 fchuldig te zyn , drie maal 10 Guldens moeten betaalen, als 10 Guld. voor fuppletie van hec geen te weinig was'gefourneerd, en tweemaal dac montant als pcenaliteit of boete, zo dat een ieder, die bevonden zal worden zich te laag gequotifeerd te hebben, verpligc zal zyn te betaalen drie maal zo veel, als waar toe zy anderfints gehouden zouden zyn geweest, voor het geen hun quotifatie te laag zal worden bevonden; alles onverminderd de pcenaliceiten, in welke zy mogten zyn vervallen , door dat geen, hetwelk zy,agtervolgens hunne eigen quotifatie, moeten betaalen, of in het geheel niet, of niet op de geflelde Termynen te hebben opgebragt.
Ten tweeden: die geenen, welke voor hec aflopen van den derden Termyn niet hebben opgebragt de geheele fom, welke zy, ingevolge hunne quotifatie, verfchuldigd zyn, zullen verplicht zyn hec dubbelde te betaalen van hec geen door hun had behooren ce zyn gefourneerd, en wel in deezer voegen, dac hy, die 90 Guld. moest opbrengen, en maar 60 Guldens heeft gefourneerd, nog zal moeten betaalen 30 Guld. voor het ce korc gefourneerde, en 30 Guld, als boete, dat hy aan zyne vei plichcing niec had voldaan.
Ten derden: die geenen, welke voor hec aflopen Van den derden Termyn, doch op lacere Termynen fourneeren dac geen , wac zy verplicht waren in ieder Termyn te voldoen, dac is, ten miniien een pCt. van
de



ïi APRIL i8c©;
ï95
de waarde hunner Bezittingen, zullen boven diennpg verplicht te betaalen een derde van hun verfchuldigde in ieder Termyn, zodanig, dat de geen, die een gedeelte van den eerden Termyn eerst by den tweeden betaalt, boven dien zal moeten opbrengen één deide van het geen by hem in den eerden Termyn te weinig is gefourneerd ; en dat de geen die zyn fournisfemenc inden eerden Termyn geheel of gedeeltelyk verfchuifc, tot op den derden Termyn, boven dien zal moeten opbrengen twee derde van het geen in den eerden en één derde van het geen in den tweeden Termyn had moeten worden voldaan.'
Zullende dus de geen die 90 Guldens in het geheel moetende betalen, dezelve eerst fourneert in den derden termyn» boven dien nog moeten opbrengen 30 Guld., ais ao Guld, voor twee derde, wegens hec niec tydig fourneeren van den eerden, en to Guld., wegens hec niec tydig fourneeren van den tweeden Termyn; en aldus in evenredigheid van een ieders fburnisfement, en geheel of gedeeltelyk vertraagde betaling.
Al het geen, uic hoofde van de bepaalitigen van dee. zenArc.,zal worden opgebragt,word betaald als boete, zonder dat daar voor rentegevende Recepisfen zullen worden afgegeven.
Arr. a8.
Het Uitvoerend Bewind word gelast, met het maken van alle zodanige fchikkingen, als tot het behoorlyk executeeren van dit Decreet noodzaaklyk zyn, en in hec byzonder, al het geen betrekkelyk is tot het doen vervaardigen en uitgeven van een Prys Couranc, het bepalen van de plaacfe van oncfang, hec benoemen van Omfangers of Commisfarisfen tot oncfangsc, hec M 3 for:



I0f?
ii APRIL 1800.
formeeren en arrefteeren der nodige Inftructien voor dezelven, hec arrefteeren van Formulieren van Quicantien, Recepislèn, Obligatien, en Billietten van Aangiften, mee hec geen verder tot de executie deezes behoord.
Voords word het Uitvoerend Bewind gelast, binnen den kortst mogelyken tyd, door hetzelve, naar omftandigheden te bepalen , te doen aanbecalen en aanzuiveren alle agterftanden en reftanten van belasting aan den Lande, voor den 31 December van het afgelopen Jaar verfchuldigd; met aanfehryving aan het Bewind, om daar toe een naderen voordrage aan het Vertegenwoordigend Lichaam te doen.
„ En zal ExcracT: deezes worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek,
mitsgaders, gelyk Extract aan Commisfarisfen tot de „ Nationaale Rekeningen, respectivelyk tot informa» „ tie en naricht; en met last aan het voorn. Bewind, „ om daar aan de nodige Executie te geeven, en de
28 Art. by Publicatie ter kennis van de Ingezetenen
te brengen.
„ Wordende voords het verzoek van den Burgert. K Stolker, Leeraar der Remonftrantenceil<tf*mjfcz»z; „ daarby verzogt hebbende, dat alle Leeraaren, zo veel
hunne Traétementen betreft, van de buitengewoone „ Heffing op de Inkomften,mogcenworden vrygefteld, ,3 mits deezen gedeclineerd en geweezen van de hand.
,, En zal die Befluic, voor zo veel de by deeze ge95 arrefteerde bepaalingen, omtrent de gedecreteerde „ Heffing aangaat, overeenkomftig hec 60 Are. der Scaacs„ regeling, aan de Tweede Kamer ter fanctie worden „ gezonden, zo veel de 28 Are, hier voren gemeld, 3, betreft, met en benevens hec in deezen uicgebragt
„ Rap-



ii APRIL 1800. 197
„ Rapport en de Misfive van het Uitvoerend Bewind „ van den 11 February, en de deswegens geprodu„ ceerde redactiën, alles in originali.
En voorts over het voorfz Befluit zelv gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis en gefield iri handen van de Burgers Reprcefentancen Linthorst^ van Hotgftraten en Hogewal, om de Vergadering omtrenc. hetzelve van eonfideratien en advis te dienen.
Zullende Extract van dit Decreet, met hetzelve Befluit en alle de daar toe behoorende ftukken worden gezonden aan den Burger Repraefencant Linthorst tot informatie.
En is voorts goedgevonden de veranderingen in het gemeld Befluic te doen drukken en aan de Leeden te distribueeren, ten welken einde Extract deezes, met Copie dier veranderingen zal worden gezonden aan den Burger Reprsfentant Siderius, als aan het hoofd van de Commisfie tot de zaaken eer Drukkerye , tot informatie, (zonder refumtie.')
Is geleezen een Extract uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 10" April 1. 1.; genomen, op de Requefte van H.Hovy, verzocht hebbende prolongatie van nog drie Maanden tot den uitvoer van hec oncbreekende yan Tachtig Duyzend Ducacen, aan hem by Decreec van den 14 Jan, 1.1. geaccordeerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud.
„ Is geleezen de Requefte van Hendrik Hovy, „ Koopman te Amfteldam, houdende, dat aan herh M 4 „ Re-



;ij)S tt APRIL i8oq.
„ Requeftrant, by Decreet van het Vertegenwoor» 9» digend Lichaam van dato 14. january IJ., permisfie „ is verieend, om tachtig duizend Ducaa^en , na het
doen munten derzelven, in ondesfcneidene partyen
naar Hamburg of Berlyn te verzenden, en zulks „ onder anderen, onder deeze bepaaling, dat hy ge-
houden zoude zyn, binnen den tyd van drie maan9J den, te rekenen van den dag van het als toen geno« „ men Decreet,de verzogte uicvoer te moeten doen, 55 °P P0^ van het verder effect der aan hem ve.lern„ de permisfie te verliezen; dac hy equeftrant niet 35 meer dan een gedeelw van die Ducaaten heeft kun9? nen uitvoeren; diensvolgens de vryheid neemt te „ verzoeken, dat het Vertegenwoordigend Lichaam a, aan hem Requeftrant gelieve te verleenen prolon35 gade van nog drie maanden, om het ontbreekende „ yan gemelde tachtig duizend Dueaaten , gemunc „ zynde, des voldoende aan die conditiën , by hec 5, voorfchr. Deceec van den 14 January deezes jaars 33 vermeld, naar Hamburg of Eerl,n ,e verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat het voor „ hem Requeftrant van zeer veel belang is, dac hier„ omtrent Ipoedig worde gedisponeerd, heeft de Ver,3 gadering verklaard, dat 'er is, onverwylde nood-
zaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring vsn onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Arcicul 32. Lic. b. van het Reglement B. der ScaacsregeJing, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redetien, door de Eerjle Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaar ing van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst
aan



ïi APRIL 1800;
199
aan het hoofd van het velgend Befluit: houden, de:
„ En voorts daadelyk bbflooten, des Requeftrants ' verzoek mits deezen te accordeeren, en diensvol" gens aan hem te verleenen, prolongatie van drie " maanden , te rekenen van den dag van het in deezen
te neemen Decreet, om het ontbreekende van ge^ melde tachtig duizend Ducaa'en, gemunt zynde,
naar Hamburg of Berlyn te verzenden, mits zich ge» „ dragende aan de conditiën, by het voorfz, De,1 creet van den 14 January deezo Jaars vermeld.
, En zal Extract, deezes, met byvoeging van de „voorfz. Requeste, in originali, worden gezon3, den aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re5, publiek, [ora hier aan de noodige executie te gee-;
»' ven" A
„ Zullende dit befluit, overeenkomflig het 60
„ Art. der Staatsregeling ter bekragtiging worden
„ gezonden aan de Tweede Kamer van 't Vertegen-
woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , met
„ en benevens de voorfz. Requeste, in origina.
ss li." (zonder refumtie.*)
En voorts over het voorfchreven Befluic zelf gede. libereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Li cc. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtist het voorgemeld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Staatsregeling, met de Requeste, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forum aan Eerfie Kamer. (Zonder refumtie.')
M 5 h



'SCO
ii APRIL iSco.
Is geleezen een Extract- uit het Register der Beflat. ten van de Eet/ie Kamer van hec Vercegenwoordi. gend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den to April 1.1 ; genomen op de Requefte van % Dankerts, verzogt hebbende prolongatie van nog 'drie Maanden tot navoer van hec nog ontbreekende van vyftig duyzend Ducacen, waartoe aan dezelve, by Decreec van den 14 January 1.1., permisfie is verleend.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen de Requefte van J. Dankerts,Koop„ man te Amfteldam; houdende, dat aan hem Re„ queftranc, by Decreet van het Vertegenwoordigend w Lichaam, van dato 14 January 1.1,, permisfie is 9i verleend, om vyftig duizend Ducaaten,na het doen J5 munten derzelven, in onderfcheidene partyen naar 5J Hamburg of Berlyn ce verzenden, en zulks onder ,5 a"deren, onder deeze bepaaling, dat hy gehouden 9J zoude zyn, binnen den cyd van driemaanden, ce 9, rekenen van den dag van het als toen genomen De,5 creet, de verzogce uitvoer te moeten doen,oppoe95 ne van het verder effect der aan hem verleende per> „ misfie te verliezen; dat hy Requeftrant niec meer „ dan een gering gedeelte van die Ducaacen heefc „ kunnen uitvoeren; diensvolgens de vryheid neemt „ te verzoeken, dat hec Vertegenwoordigend Lig„ chaam aan nem Requeftrant gelieve te verleenen, „ prolongacie van nog drie maanden, om hec oncbree„ kende van gemelde vyftig duizend Ducaacen, gemunc „ zynde, des voldoende aan de condicien by hec voorfz. ,j Decreet van den 14 January deezes Jaars vermeld, naar Hamburg of Berlyn, ce verzenden, „ En in aanmerking genomen zynde, dat het voor „ hem Requeftrant van hec grooefte belang is, dac n deezen aangaande fpoedig worde gedisponeerd,heefc
» de



i APRIL 1809. 2or
5S de Vergadering verklaard, dat 'er is onverwyldé
„ noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervat , heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 3a, Litt. h van hec Reglement B der Staatsregeling, gedecre*
^.Dtf Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfie Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekrachtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgendbcftuit, houdende;
En voorts daadelyk beftooten, des Requelïrants verzoek, mits deezen te accordeeren, endiensvoi" gens aan hem te verleenen, prolongatie van nog " drie maanden, te rekenen van den dag van het ra. " deezen te neemen Decreec, om het ontbreekende " van gemelde vyftig duizend Ducaacen , gemunt " zynde, naar Hamburg of Berlyn ce verzenden, " mits zich gedragende aaa de conditiën, by het voorfz. Decreet van den 14 january deezes jaars vermeld. „ En zal Extradt deezes, mee byvoeging van voorfchreeve Requefte, in originali, worden gezon' den aan hec Uitvoerend bewind, ten einde hier " aan de noodige executie ce geven,
„ Zullende die Befluic, overeenkomftig hec 60 Ar„ tieul der Staatsregeling, ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens „ da voorfz. Requefte, in originali.
En voords over het voorfchr. Befluit zelf gedelibe. reerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge .^rc,
32,



«o» ïi APRIL 1800;
'Sa. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: ö
De Tweede Kamer bekragtigt het vooVgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requefte, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma,aan de Eerfte Kamer, (zonder re/ümtie.)
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 10 April ]].; genomen op de Requefhn van Couderc Brands en Changuion; verzogc hebbende prolongatie van nog drie maanden, tot den uitvoer van hec nog ontbreekende van tweehonderdduizend Ducaacen, waartoe aan dezelve by Decreec van den 14 January 1.1., permisfie is verleend.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„, Is geleezen de Requefte van Couderc, Brands en is Changuion, Kooplieden te Amfterdam-, houden. n de« d£»c aan de Requeftrancen, by Decreec van hec „ Vertegenwoordigend Lichaam, van dato 14 Jan. 11. „ permisfie is verleend, om twee honderd duizend
Ducaaten , na het munten derzei ven, in onderfchei99 den Fa"yen naar Hamburg of Berlyn ce. zenden , ,5 en zulks onder andeien onder deeze bepaaling, dat „ zy gehouden zyn, binnen den tyd van drie maan. „ den, te rekenen van den dag van hec als coen ge„ nomen Decreet, de_ verzogce uitvoer te moeten
doen, op pecne van'hec verder efFect der aan hun
verleende permiilie ce verliezen, dac zy Requeftran-
» ^0



ii APRIL l8oo; 40$
j, ten niet meer dan een zeker gedeelte van die Dü„ cacen hebben kunnen uitvoeren, diensvolgends de „ Vryheid neetnen te verzoeken, dac hec Vertegen» „ woordigend Lichaam aan hun Reque llran een gelie,, ve ce verleenen, prolongatie van nog drie maan„ den, om het ontbreekende van gemelde twee hon„ derd duizend Ducaacen, gemunc zynde, des vol-' „ doende aan de conditiën by het voorfz. Decreet van „ den 14 January drezes jaars vermeld, naar Ham„ burg of Berlyn te zenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat hec voor „ de Requeftranten van hec groorlle aanbelang is, „ dat op het onderhavig verzoek fpoedig worde gedis„ poneerd, heefc deeze Vergadering verklaard, dac „ 'er is onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van oni yerwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreceerck
De Tweede Kamer, overweegende dat de rede. n*n, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, doo>- de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden»; de:
,, En voorts daadelyk beftoHen, der Requeftranten verzoek, mits deezen te accordeeren, en dienvoi„ gende aan hun te verleenen prolongacie van nog drie „ maanden, te rekenen van den dag van hec in deezen „ te neemen Decreet,om het ontbreekende van getn. twee honderd duizend Ducaacen, gemun: zynde, naar Hamburg of Berlyn ce verzenden, mies zich
•» ge-



204 iï APRIL 180c?.
„ gedraagende aan de conditiën by hec voorfz. De„ creec van den 14 January deezes jaars vermeld.
„ En zal ExcracT: deezes, met byvoeging van „ de voptfchreeven Requeste en Bylagen, in ori„ ginali, worden gezonden aan hec Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek, om hier aan „ de noodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluic, overëenkomftig het 60 v Articul der ScaacsregeJing, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer van hec ,? Vei tegen woordigend Lichaam, met en benevens „de vooifz. Requefte, in originali."
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd z"ynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. o2 Lit e. van hét Reglement B. der Staatsregeling, g°e. decreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69.der Staatsregeling, mee de Requeste", onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer, {zonder refumti'e.')
Is geleezen een ExcracT: uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, wnarby het Departementaal Gerichtshof van den Ouden Tsfel word geauchorifeerd, om kennis te neemen en recht te fpreeken, nopens de applicatie van
het



ii APRIL i8co. 205
het 35 Art. van de algemeene begïnfelen voor de Acte van Staatsregeling geplaatst, betrekkelyk den Perfoon van A. li. C. van Dongen, welke geprefumeerd word in de termen van dat Articul te vallen.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van her Vertegenwoordigend , Lichaam des Bataalfchen Volks, gehoord hebbende hec Rapport van eene Perfoneele Commisfie, by " befluit van den 24. Febr. 1.1. benoemd, om te dienen van eonfideratien en advis, op eene in der* zeiver handen gefielde Misfive van hec Uiivoerend ' Bewind, gefchreeven alhier, den 19 bevorens, fub No. 'ij; om daarby aangevoerde redenen ver. " zoekende, dac hec Vertegenwoordigend Lichaam gelieve te decideeren, of'er een Rechtbank zal behooren ce worden daargefteld, ten einde ce onderzo^. „ ken, of onder hec 35 Are. der algemeene beginze» len voor de Staatsregeling geplaatst, ook verftaan „ kunnen worden ce behooren, zekere Goederen van „ A. B. C. van Dongen, zich in 1795 buiten deeze Repubiik geabfenteerd, weiken ten Sterf huize van „ zyne nu wylen Huisvrouw jjohanna Sippima van, „ Heerd, te Deventer overleeden, waar van hy uni „ verfeele Erfgenaam was geworden, zyn berultende „ en door de Municipaliceic van die Stad waren ver. „ zsgeld geworden.
„ Overweegende, dat deeze zaak, als rakende de „ Juftitie, uic haaren aart fpoed verëischt, verklaart, „ dac 'er is onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczeive vervac, heeft deeze Vergadering, iogevoige Art» 32. Lite, b. van
hét



r*o6 ii APRIL 1800:
het Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan. bet hoofd van het volgend Befluit, houdende;
„ Voords overweegende, dat by Decreet van het ',, Vertegenwoordigend Lichaam , van den ïo !Viey „ l79V •> de Cognitie over de applicatie van bet 35 Art. M van de algemeene beginzelen voor de Sraatsre^eling 5J geplaatst, is gedemandeerd, by uitfluiting aan de S5 Provinciaale, en daar na aan de Deparcemencaale a Gerechtshoven.
t „ Overweegende, dat in het voorm. Gewest Over' «s ytfó ëeen Provinciaal Gerechtshof exteert.
„ Overweegende, dat hec Departementaal Gerechts» 55 hof van den Ouden Tsfel coc hier coe alleen gequay. lificeerd is, om kennis te neemen, omtrent de mis9J dryven, tegen de Publicatie van den 23 Augultus s> l799 gepleegd, zelf met uitfluiting onder anderen w van de Stad Deventer.
Overweegende eindelyk, dac het nodig is, om L; eenige voorzieninge ce doen,een einde in heconder„ havig geval, en alle anderen van gelyken aarc, in„ gevolge Decreec van den 10 tVley 1799, kan wor» ,5 den gehandeld, ook op zodanige Plaacfen, alwaar
thans geene daarby bedoelde Rechters exceeren.
„ Befluit:
„ Het Departementaal Gerechtshof van den Ouden „ Tsfel, refideerende te Campen, te aucorifeeren,zo
» stil



ii APRIL 1800; «o/
„ als gefchiedt by deezen, om kennis te fieemen ea K recht te fpreeken, nopens de applicatie van het 35 Art. van de algemeene beginfelen vóór de Staatsre„ geling geplaatst, in het voorhanden zynde geval te Deventer, alwaar geprefumeerd wordt, in de termen van dat Art. te vallen, dePeifoon van /intnoo» Bernard Coenraadvan Dongen, wiens Huisvrouw Johanna Sippima van Heerd aldaar is overleeden, ! en hem tot univerfeelen Erfgenaam had gemaakt, ter' wyl de Municipaliteit als nu de Scerfhuis-Goederen ■ had doen verzegelen, gelyk mede in alle anderege„ vallen in het voorm. Gewest Overysfel, en het „ voorm. Gewest Drenthe, wanneer over de applica» „ tie van voorfz. 35 Art. queftie is, en zulks ter tyd, „ en zo lang de Rechterlyke Macht volgens de Staats. „ regeling niet zal zyn georganifeerd.
,, En zal Extract van dit befluic worden gezonden aaa „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ,, om hier aan de nodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge het 60 Articul def „ Staatsregeling , ter bekragciging worden gezon„ den aan de Tweede Kamer, met en benevens S5 het in deezen uitgebragt Rapport, en de Misfive „ van het Bewind, in originali,''''
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32 Liet. e van het Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefield bs* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 6"q» der Staacsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift N vaa



goS ii APRIL 1800.
van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is gelezen een Extract uit het Register der Bef lui» ten van de Eerfte Kamer, van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 9 April 11 ; genomen, na gehoord te hebben hec Rapcort van eene perfoneele Commisfie, darmede alhier geleezen is, op eene Misfive van hec Départs .mentaal Gerechtshof van den Ouden Isfeh waarby wordt verklaard, dat het Prefidentfchap in het Juftiiieeie in het voorm. Landfchap Drenthe moet worden gehouden voor gemortificeerd, enz.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende " het Rapport van haare perfoneele Commisfie, by Decreet van den 17 Febr. 1.1. gecommitteerd, ten " examen van eene Mislive van het Departementaal 55 Gerechtshol van den Ouden Tsfel, in dato Campen den 13 February te vooren; daarby verzoekende, *' de welmeenmg deezer Vergadering te mogen ver' neemen, of, en zo ja, in hoe verre door het De" creet van 30 January jongscl., de pose van Prajfident " in het Juftitiëele, in hec voormalig Gewesc Drenthe mede moec worden gehouden voor gemortifi" ceerd, of wel de petfoon van Mr. j. C. van Ros„feu, thans met dien post bekleed, ce zyn vervallen.
Overweegende, dat al het geene eene noodzaakelyke ftrekking heefc, om den loop der Juftitie een " ongehinderden vooregang te doen hebben; fpoed „ verëischt, en dat alle twyffeüngen, met betrekking
tof



li APRIL i8oö. acp
95' tot da bevordering daar van, by mogelykheid kunj, tiende ontdaan, 20 dra mogelyk behooren te wori3 den uit der, weg geruimd, vcrklaarc, dac ia deezen ,, bedaat onverwylde noodzaaklykheid.
En gedeJibereetd zynde over de verklaring van onverwylde noodzaaklykheid,. in hetzelve vervat, heeft deeze Veigadering , ingevolge Art. 32. Litt. b. van hec Reglement B. der"Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat deredenen, door de Eer{le Kamer bygebragt, Voldoende zyn, bekragtigt de vei klaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit', houdende:
„ Overweegende voords, dat het düidelvk en ver„ klaard oogmerk van het Wetgevend Lichaam, by deszelfs Decreec van 30 January 1,1., is geweest, ,, om de kennisneeming en beoordeeling van alle Ci,, viie en Crimioeele zaaken, te vooren tot de Jurisdiclie van den Kcltoel en Lottinge van het voormalig LandfchapDwzM* behoord hebbende, aan het Gerechtshof in hec Deparcemenc van den Ouden „ Tsj'el op te dragen en over te brengen.
„ Overweegende, dat, hoe zeer in fommige by,, zondere werkzaamheden, de post van Praotidenc in „ het JuÜiciëele van hec voormalig Landfchap, van die vandenEtdoel en Lottinge, als zodanige belchouwd, moge zyn onderfcheiden geweest; dezelven ech9, ter, als in hec onmiddelykst verband daande tot de' „ luflide in hec algemeen, zo al niet toe den EMtoel „ in het particulier behooren geconfidereerd te wor„ den, en die post derhal ven als zodanig by voorfz* IS s „ Da.



bio ii APRIL 1S00.
Decreet moet gehouden worden te zyn verniel a «gd.
„ Overweegende al verder, dat by hetzelve De«' „ creet aan meergemelde Hof in generaale termen is
verleend qualificatie , om zodanige provifioueele ,} fchikkingen te beraamen, dat de Adminiftratie der „ Juftitie, zo in het Burgerlyke als lyfftrafFelyke, „ eenen onbeleramerden en behoorlyken voortgang
gewinne.
,, Overweegende, dat het alzo evident is, dat het„ zelve Hof, voor zo verre het eenige autorifatie, „ 't zy op den gewezen Prasfident in het Juftitiëele, „ of eenigen dergelyken voormajigen Amptenaar of „ ander Perfoon in dat gewezen Gewest, tot de lo„ caale adminiftratie der Juftitie volftrekt noodzaaklyk „ en dienftig mogt oordeelen, daartoe by hetzelve
Decreec genoegzaam is gequalificeerd.
„ Befluit.'
„ Dac van wege het Wetgevend Lichaam aan het ,, voorfz. Hof zal worden te kennen gegeeven, dat ,,, het Prrefidentfchap in het Juftitiëele in het voorm. „ Landfchap Drenthe, als zodanig by het voorfz. ,, Decreet moet worden gehouden voor gemortiii„ ceerd.
„ Met overlaating niet te min aan het voorfz, Hof, „ om zodanige provifioneele en intermediaire quaJifi,, catien op daartoe gefchikte Burgers te verleenen , „ als heczelve ter rkhtige adminiftratie der Civile en ,, Crimineele Juftitie, met al het geene daartoe be„ trekking heeft, naar vereisch der Tocaale omftandig. „ heden in hec voorm. Landfchap Drenthe noodzaak* „ lyk en dienftig mogt oordeelen.
„ Ea



li APRIL 1800;
En zal Extraét deezes vwrden gezonden aan « het Uitvoerend Bewind der bataaffche Republiek, ten einde het bovengemeld Departementaal GeV, rechthof van den Ouden Ysfel hier van te informeer
" ^"zullende dit Befluit, overëenkomftig het 60 Artykel der Staatsregeling, ter bekragtiging wor-
" den gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens het in deezen uitgebragt Rapport, en de
,, voorfz. Misfive daar toe behoorende, * °rtg* nali.n
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art.\i Litt. e. van het Reglement B. der Staatse
geiof ttTeZ^Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een pareet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aa» het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerjte turner.
Is eeleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de EetBe Kamer van het Vertegenwoordigen* Lichaam des Bataaffchen Volk, van den 10 April hl- genoomen, na gehoord te hebben de confideracien en het advis &van het Uitvoerend Bewmd, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van ten Officier en het Gemeente-Beftuur van Groot UtU, verzost hebbende autonfatie tot den verkoop, het zy publiek of uit de hand, van zekere ter Secretarie aldaar beruftende Recepisfen. Wéfo



£!2
li APRIL 1800.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van hec Uil voerend Be„ wtnd der Bataaffche Republiek, gefchre'even al„ hier den 7 deezer, fubNo.|f; houdende, ingevol„ ge van èn ter voldoening aan hec Decreet van den „ 26 February deezes {aars, deszelfs eonfideratien en „ advis op de Requefte van den Officier en het Gemeen„ teB,ftuur van Groot Lith, in het Departement van „ de. Dommel, daarby verzogt hebbende autorifatie „ cot den verkoop, het zy publiek of uit de'hand, van ,, zekere ten Requefte omfchreeven en ter Secretarie „ aldaar beruftende Recepisfen.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac, vermits „ de coeftand van hec voorzegd Gemeente Beftuur,ten „ aanzien van deszelfs Financien, zeer ongunftig is, „ als mede vermids de Brieven van atcerminatie, welke „ heczelve Beftuur verkreegen heefc, eerlang haan ce „ expireeren, en hetzelve alzo in nadeelige Procedu•, res ftaat gewikkeld te worden, eenefpoedige dispó,. ficie deezen aangaande vereischc worde, heefc dé „ Vergadering verklaard, dat'er is onverwylde nood„ zaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art, 32. Liet. b. van het Reglement B. der ScaacsregeJing, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redeven, door de Eerfie Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende; J '
s? Ln



o APRIL .Soa *i%
„ En^voords conform het advis, daadelyk befloo-
ten, het verzoek, door den Officier en het Gemeen" te Beftuur van Groot Lith gedaan, mids aeezen te l accordeeren, en dienvolgende het Uitvoerend Be' whd te autorifeeren, om heczelve Beftuur te quali.. ficeeren, om voor rekening en ten benoeven van " deszelfs Gemeente, publieken vooralle man, ofte „ volgens pryscourant temogen verkopeneehefomma ' van twee duizend, negen honderd en negentig gulH deos aan Recepisfen, renteode 4 pCt., door hec
voorm. ntermediair Adminiftrarif Beftuur van hec " voormalig Gewest Bataafsch Brahanduitgegeven,
in den jaare 1798,voor overgenomen Oorlogslaftea " en Asfignaten, en welke Recepisfen aan hec voorrrr. " Beftuur zyn coebehoorende en ter Secrecarye aldaar " beruftende, mids echter, dac voor de verkooping *' der gedacht' Recepisfen geene Jura, ten laften der " Gemeente of Koopers, zuilen mogen worden geree„ kend, zullende gemelde fomma moeten ftrekken tot
aflosfing van een gedeelte der noodwendige fchul" den, welke becaald moeten worden, ingevolge de " een Requefte gemelde Brieven van atterminutie en " respyt, welke mee den 7 Juny aanftaanden zullen j5 expireeren.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorfz. Requeste, in originali, worden gezonden „ aan het Uitvoerend Bewind der Bataaficne Repu„ bliek.
„ En gelyk Extraét aan Commisfarisfen toe de „ Nationaale Reekeningen , respedivelyk tot derzeiver informatie.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Ar* „ tieul der Staatsregeling ter bekia^rigin r. worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en bene* N 4 » vens



si4 H APRIL iSoo.
'h vens voorfchreeve Misfive en Requefte,, in ori> w ginali."
En voorts over het voorfchreeven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgemeld 'Befluit, en verandert hetzelve ineen Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Are. 69. der Staatsregeling, met de Requeste onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer. i Zullende Extract van die Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationale Rekening toe informatie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiïen van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 8 April Hs; genomen na gehoord te hebben het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op diverfe Requeften van Gemeentens Fefluuren in het voorm. Gewest Bataafsch ■ Braband, alle getendeerd hebbende, om uit hoofde van geleeden rampen door den Oorlog remis ce erlangen op de Verpondingen , Gemeene Middelen , of restitutie van dien.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud 1
t* Nader by refumtie gedelibereerd zynde over het W °P den 2 Augustus des afgelopen jaars in advis gew houden, en pp den 17 July te voorea uirgebwgt
„ Rap-



ii APRIL 1800. «15
Rapport, door de Burgers Reprsfentanten Verhees
en verdere,by onderfcheiden Decreeten Gecommit3, teerden, ten examen van diverfe Requesten van Ge-
meente Beftuuren in het voormalig Gewest Bataafsck 9J Braband; allen getendeerd hebbende, om, uic 35 hoofde van geledene rampen door den Oorlog, re* 3, mis te erlangen op de Verpondingen , Gemeene „ Middelen, of wel restitutie van dien.
j, En hetzelve Rapport, op den 17 en 26 July en 33 2 Augustus 1799, reeds voor de eerfte, tweede en „ derdemaal geleezen zynde, heeft de Vergadeiing, a, zich met het daarby voorgellaagen Concept-Befluic „ conformeerende, ook aldus befloten:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend 3. Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende >5 her Rapport haarer Perfoneele Commisfie ,uit tiaar 33 midden benoemd, in wier handen, by fuccesfivebe„ fluiten gefield zyn onderfcheidene Requesten van J5 Gemeentens Beftuuren , in het voormalig Gewest ,3 Bataafsch Braband, allen tendeerende, om, uit 3j hoofde van geledene rampen door den Oorlog, re-
mis te erlangen op de Verpondingen, Gemeene 33 Middelen en Beden, of wel restitutie van dien.
En in aanmerking genomen zynde,dat bydeCon„ ftitueerende Vergadering, in dato 6 April 1798, ,, een generaal richtfnoer en maatftaf dien aangaande is 33 voorgefchreeven.
yj Overweegende, dat, alwaar hetzelve recht ex»
teert, ook dezelve befchikking behoort plaats te £j hebben.
,3 Befluit'.
w Dat, in conformiteit van den voordragt van het -
N r „ Uit'



éiS ii APRIL 1S00.
„ Uitvoerend Bewind, en op grond van hec Decreec „ der Conftitueerende Vergadering, in dato 6 April „ 1798, by dispofitie op de Requeste door de voor,-, gemelde Gemeentens Beftuuren, in hec voormalig „ Gewesc Bataafsch Braband, om remis geprajfen" „ teerd, zal worden geaccordeerd en verleend, zoals geaccordeerd en veileend worde mits deezen, inma„ niere als volgc:
1. } „ Dat, conform de voordragt V3n hecUitvoe»
,, rend Bewind, aandeiViunicipaliteirvan/Zetf. „ ze, ten benoeve van haareGemeente worde
geremitteerd 9 maanden op de Verponding, „ Beden en Gemeene Middelen, over den jaare „ Ï794, te korten over de chans verfcheenen, „ en nog te verfchynen, nog lopende onbecaal-
de termynen van Verponding, Beden en Ge„ meene Middelen
2. ) Dat aan de Municipaliteit van dezesGehuch-
„ ten, ten behoeve haarer Gemeente, in voe„ gen als voor, worden gererair teerd 9 maan„ den Verponding, Beden en Gemeene Mid„ delen, over den jaare 1^94, ce konen als vooren,
3. ) „ Dat aan de Municipalkeic van St. Michieh
„ Gestel, invoege voorfz., worde geremit33 teerd eene fomma van ƒ596,op de VerponJ5 ding van 1794, die door het Committé te ,, Lande, by Refolutievan den 15 November 1797, aan baar, minder dan 9 maanden, volgens het Decreet van den 6 April 1798, is SJ geremitteerd, te korten over de thans ver,3 fcheenen en nog te verfchynen nog lopende onbetaalde termynen van Verponding, Beden en Gemeene Middelen. 4,) „ Dat



ii APRIL i8ce>, &if
4. ) ,5 Dat aan de Municipaliteit van Leende, even
als aan die van Lissze, wórden geremitteerd „ 9 maanden op de Verponding, Beden en „ Gemeene Middelen, over den Jaare 1794, „ te korten als voorfz, is.
5. ) ,5 Dat aan de Municipaliteit van Hshmnd,
n ten behoeve van haare Gemeence, worden „ geremitteerd 9 maanden op de Verponding
en Gemeene Middelen; dan dat daar van zal „ worden afgetrokken en gekorc de fomma van » /--30-»>by Refolutie van den 17 Meyi/97, „ door het geweezen Committé ce Lande, ge-
remicteerd, ce konen als voorfz. is, op de „ nog lopende onbecaalde termynen.
6. ) „ Dac aan de Municipaliteic van Bakel, ten
behoeve van haare Gemeente, worden ge„ remicceerd 9 maanden op de Verponding en „ Gemeene Middelen, over den jaare 1794»
te korten als voorfz. is, op de nog lopende „ onbetaalde termynen.
7. ) „ Dat aan de Municipaliteic van Rosmalen, ten
„ behoeve van haare Gemeente,worden geremic- ' „ teerd over den jaare 1794., 9 maanden Beden, „ op de Verponding ƒx31: n : 12, en op de Ge„ meene Middelen ƒ467:40:12, welken door hec „ geweezen Commictévan hec Algemeen Bondgenooefchap ie Lande, aan die Gemeence ,, minder is geremicceerd, dan by Decreec van ,, den 6 April 1798 haar is toegekend,ce kor„ een als voorfz is, op de nog lopende onbe« „ taalde termynen.
8. ) „ Dat aan de Municipaliteic van Valkenswaart,
„ een behoeve van haare Gemeence worden „ geremitteerd, negen maanden op de Ver-
„ pon-



su8 ii APRIL 1800.
„ ponding en Gemeene Middelen, over den „ Jaare 1794, te korten als voorfz. is, op de ,, thans verfcheenen en nog te verfchynen nog
lopende onbetaalde 'lermynenvan VerponI ,, ding en Gemeene Middelen.
O.} „ Dat aan de Municipaliteit van IVaalre, ten ,, behoeve van haare Gemeente, worden ge,, remitteerd, negen maanden op de Verpon»
ding en Gemeene Middelen, over den Jaa-
re 1794. te korten als voorfz is, op de „ thans verfcheenen en nog te verfchynen nog „ loopende onbetaalde Termynen vanVerpon,, ding en Gemeene Middelen. IQ.) „ Dat aan de Municipaliteit van Aalst, ten „ behoeve van haare Gemeente, worden ge„ remitteerd, negen maanden op de Verpon-
ding en Gemeene Middelen, over den jaa„ re 1794, te korten als voorfz. is, op de „ thans vericheenen en nog te verfchynen nog „ loopende onbetaalde Termynen van Verpon„ ding en Gemeene Middelen. II*) ™ Dat aan de Municipaliteir van Sterkfel, „ ten behoeve van haare Gemeente, worden „ geremitteerd, negen maanden op de Ver» „ ponding, over den Jaare 179*, te korten al» „ voorfz. is, op de thans verfcheenen en nog „ te verfchynen, nog loopende en onbetaal-
de Termynen van Verponding; betreffende „ de gemeene Middelen, is Sterk/el ten Comp. „ toiie niet aangeichreeven, maar de Ingezee„ renen van Sterk/el betaalen die onder Bdlar* „ heefe.
12.) „ Dat aan de Municipaliteit van Scheyndel, „ ten behoeve van haare Gemeente, worden



ïi APRIL i8oo.(
019
57 geremitteerd, zes maanden op de Verpon.
ding, en negen maanden op de gemeene ,, Middelen, mits daarvan zal worden gekort ' 3, en afgetrokken, de fomma van ƒ3000,, ,3 die by Refolutievan 27 Maart 1797, door ,, het geweezen Committé van het algemeen 3, Bondgenootfchap te Lande, aan haar is ge3, remitteerd, te korten, zo als voorfz. is, 3, over de thans verfcheenen en nog te ver*
fchynen nog loopende onbetaalde Termynen „ van Verponding en gemeene Middelen. Be.
treffende het verzoek, om een toelaag van 3, ƒ 5000 , tot aflosfing van haare opgezegde ,, Capitaalen, tegens overgave van zo veele ,, Asfignaaten, als in Dorps Kasfe bevonden ,3 worden, en dat, geduurende de deliberatien ,3 over dit verzoek, geene Procedures toe res* „ titutie van Capitaalen, ten lafte van de Ge« „ meente van Scheyndel (taande, zullen mo,3 gen worden geëntameerd, wordt verzogt
furcheance; welk verzoek by deezen wordt M gedeclineerd en geweezen van de hand.
13. ) Dat aan de Municipaliteit van St. Oeden-
,y rode worden geremitteerd, in voegen als voorfz., negen maanden op de Verponding en Beden, over den Jaare 1794, mits daar van zal worden gekort en afgetrokken, hec remis , door hec geweezen Committé te ,, Lande, ter fomma van ƒ 2000, op den 23 January 1797 aan haar verleend, te korcen, ,, als voorfz. is, over de chans verfcheenen en ,, nog ee verfchynen nog loopende onbetaalde „ Termynen van Verponding en Beden.
14.) „ Dat aan de Municipaliteit van Peekei, in
,3 voe.



■Stss> 11 APRIL iHcöJ.
Voege als voorfz. , worden geremitteerd, negen maanden Verponding cn Beden, over „ den Jaare 179*, mits daarvan zal worden „ gekoi c en afgetrokken bet remis, door hec p gewezen Committé te Lande, ter fomma 55 van ƒ 2800, op de Verpondingen, ƒ200 „ op de Beden, den 24 Fehruary 1797 aan „ haar is verleend, te korten als voorfz. is, „ over de thans verfcheenen en nog te verfchy„ nen nog loopende onbetaalde Termynen van „ Verponding en Beden. „ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorzegde Requefte en Bylagen, in originali, „ worden gezonden aan hec voorn. Uitvoerend „ Bewind, ten einde daar aan de noodige executie te geeven.
y Als mede gelyk Extract aan Commisfarisfen tor de 3, Nationaale Rekening , tot informatie.
„ Zullende die Befluit, overeenkomftig het 60 „ /irticul der Staatsregeling aan de Tweede Ka. „ mer eer fanclie worden gezonden, mee en be„ nevens hec in deezen uitgebragt Rapport, en al,, le de daar toe relative Stukken, alles in origU „ nali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de cweede leezing van die Befluic by deeze Vergadering bepaald op Donderdag dert 17 April eeisckomenden.
Is geleezen een Extract Uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den b April jaatsdeeden; genomen, na gehooid te heb-
„ ben



II APRIL 1800, aai
ben hec Rapporc van eene perfoneele Commisfie, dax mede alhier geleezen is, op een aantal Requefien van G-'tneeme Beftuuren in Baraafsch Braband, allen getendeerd hebbende, om uit hoofde van geleeden Oorlogsrampen te mogen erlangen, temufie op d$ Verponding, Beeden en gemeene-Middelen. Welk Befiui: is van' den volgenden inhouds
s, ByieTumcie gedelibereerd zynde over het Rapporc 3, van de Burgers Repraefemanten i''e'hees en verdere Gecommitteerden, by Decreet van den l$M§k>',*%Q'<)* en diverfe anderen, verzogt zyade der Vergadering „ te advifeeren, op een aantal Requejkn </an Ge„ meente Befiunren, in Bataaj'sck Braband; aiien getendeeid hebbende, om, uic hoofde van gelee■ „ dene Oorlogsrampen, te mogen erlangen remis op „ de Verponding, Beeden en Gemeene Middelen. „ En zynde het voorfz. Rapport op den 24 Maarc laatstleden alhier ter Vergadering uicgebragc, en n in de Notulen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Rapporc op den a deezer en heden , gefchied zyn„ de, heeft de Vergadering, zich mee het daarby voorgeflaagen Concept-Befluic conformeerende , onder beneficie echcer, van een addicamenc, door ,, den Burger Repraefencanc van Galen gefuppedi„ teerd, en dienvolgende hetzelve Befluic aldus gearreerd.
1 „ De Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebüen„ de hec Rapporc eener Perfoneele Commisfie , uit „ haar midden benoemd, in welker handen, by be„ Hui; van den 15 Febr. en a Aug. 1799, en verder



99%
li APRIL 1800;
,5 by fuccesfive Befluiten zyn gefield, onderfcheidet» „ Requefien van Gemeentens Beftuuren in het voor„ malig Gewesc Bataafsch Braband, allen tendee-
rende, om, uit hoofde van geleden rampen door ,, den Oorlog, remis te erlangen op de Verponding, v Beeden en Gemeene Middelen.
., En in aanmerking genomen zynde, dat by de „ Conftitueerende Vergadering,in dato 6 April 1798, „ eenj generaal richtfnoer en maacftaf dienaangaande is
voorgtfchreevena
„ Overweegende, dat het Vertegenwoordigend „ Lichaam, op den 6 Oétober, den 6 November „ 1798> op den 1 February, 20 Maart,en 10 Juny » l799f aan verfcbeiden Gemeenten in Bataafsch „ Braband het effëét van het Decreet van de Conftt,, tueerende Vergadering, van den 6 April 1798, „ heefc toegekend. „ Overweegende, dar, alwaar hetzelve recht exteett, ook dezelve befchikking behoort plaats te „ hebben.
„ Overweegende, dat deeze zaak eene fpoedige af, doening vereischc, om de Nationaale Rekenkamer in „ ftaat te ftellen, om de Rekeningen der refpeétive „ Ontfangers op te nemen en te fluiten.
„ Befluit'.
„ Om alle de Requefien en Bylagen, in originali „ te ftellen in handen van het Uitvoerend Bewind, „ met autorifatie op hetzelve Bewind, om binnen „ den kortft mogelyken tyd, aan alle Gemeentens in „ het voormalig Geweft Bataafsch Braband, welke „ het eöèét van het Decreet van de voormalige Con„ ftitueerende Vergadering, van den 6 Aprii 1798,
» nog



ii APRIL i8oa.
*33
SJ nog niec genocen hebben,, even gelyk alle andere ,5 Gemeencens, welke hec efïec"t yan hec voorfz. Decreec, van den 6 April 1798, dooi- hec Vertegen. „ woordigend Lichaam is coegekend, ce doen genie3j ten, in zo verre namenlyk zodanige Gemeentens, „ ingevolge Decreet van de voormalige Nationaale Vergadering, de dato 14 April 179', zich voor „ den eeiftenjuny des gem; Jaars 1797 zouden heb„ ben geadresfeerd.
„ En zal Extraét deezes, mee byvoeging vanvoorf. Requeste en Bylaagen , in originali , worden „ gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba,, taaffche Republiek, om hier aan de noodige exe,3 cutie ce geeven.
3, Als mede gelyk ExcracT: aan de Commisfarisfen ,3 tot de Nationaale Rekening, rot informatie. „ Zullende die Befluic, overeenkoniftig Are, 60. der Scaatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden ,, aan de Tweede Kamer , mee en benevens hec in ,, deezen uicgebragt Rapporc, en alle de ftukken daar3, toe relatif, in originali^
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer blyken ce zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
. M geleezen een ExrracT: uir het Register der Befhiicen van de Eerfte Kamer van her Vercegenwoor . digendLichaam des Bataaffchen Volks, van i April IJ.; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefien van £ Richer, Weduwe van J. H, Kegel, verzocht hebbende conciO nu.



224
li APRIL 1800;
nuatie van de by Decreec van den 10 Mey 1799tc$* gelegde Gratificatie.
Welk befl»*t is van den volgenden inhoud i
By refutntie gedelibereerd zynde over eene Mis3, five van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche ReJ3 publiek, gefchreeven alhier den 34 Maart laatst!.,
lub No. en den 27 daar aan volgende ter dee„ zer Vergadering geleezen; houdende , ingevolge „ van en ter voldoeninge aan hec Decreec van den 10 „ der gemelde Maand, deszelfs eonfideratien en advis, „ op de Requefte van Sufanna Richer, Weduwe „van 'j. H. Ketel, in leeven Postillon of Courier, „ in dienst deezer Republiek; daarby verzogt hebben-
de, om met de continuatie der aan haar, by De„ creet van den 10 Mey 1799 toegelegde Gratificatie „ van ƒ 25, te mogen worden begunltigd.
,, En de tweede en derde lening van voorfz. Misa live op den 2 deezer cn heden gefchied zynde, heefc „ de Vergadering, conform het sdvis van bet boven* ,5 gèm Bewind, befloten, aan de vooifz. Supplian-
tc, over den afgeloopen jaare 1797, wederom eene „ Gratificatie van vyf'en-twintig gulden, by deezen toe
te leggen; mee autorif .tie op hec Uitvoerend Be" a wind, om ten behoeve van haar de nodige Ordon-
nantie deswegens te do^n dcrêcheeren ; zullende *n de dispoluien ter zaake vooifz. vallende, aan de „ Supphaate gratis en pro Deo worden uicgegee. „ ven.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van voor„ fchreeve Requefte in originali, worden gezonden „ aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek.
„ Als mede gelyk Extract aan Commisfarisfen tot „ de Nationaale Rekeningen, respeéïivelyk tot der„ zeiver informatie. Zul-



li A P R t L ïSoöi 125
,, Zullende dit Befluit, ingevolge het 60 Art. dei*
„ Staatsregeling, ter fanétie aan de Tweede Kante? „ worden gezonden, met en benevens de voorfchreej „ ve Misfive en Requeste, in originali"
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamet blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit Befluit by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den -7 April, eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét Uit net Register der Befluiten van de Eerste Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 81 April 1 1. , genoomen na gehoord te hebben het door het Uitvoerend Bewind ingezonden bericht van dei Finaecieele Commisfie over het voormaalig Gewest Holland; als mede het Rapport van eene Perfoneelé Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van F. C. Soldaan, waarby word verklaard, dat het Decreec van den 2 July 1799, op hem Suppliant niet coepasfelyk is, en hy bevoegd verklaard, om in deszelfs pose te blyven continueeren.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
By refumciegedelibereerd zynde, over het Rapjj, port van de Burgers Reprasfentanten Verhoyfeneti 5} verdere, by Decreet van den 27 February 11. , 5} Gecommicceerden 5 ten examen van eene Misfive 5} van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche RepuSJ bliek, van den 22 te vooren , fub No. 'f daar„ nevens, ingevolge Decreet van den 14 january 55 deezes jaars, ingezonden hebbende, het door den 3, Agent van Inwendige Policie, van de Financieele 5, Commisfie over het voorm. Gewest Holland ge* O 2 ,s re;



n<i6 tt APRIL 1800*
„ requireerd bericht, op d% Requefte van F* C. SoU n daan, woonende alhier in den Hage; verzogt heb„ bende, om ten opzichte van zyne infchryving in ,. het Stemregister', te worden gehouden voor dili-
gent, mitsgaders dat mogte worden gefurcheerd, „ de door den Agent van Financie aan de bovengem. „ Commisfie gedaane aanfchryving, ten einde den „ Suppliant van zyne Bediening als Adfiftent en Deur„ waarder der gemeene Middelen, ten Compcoire „ van Turf en Kooien alhier, niet worde ontzet.
„ En zynde het voorfz. Rapport op den 27 Maart „ 1.1. alhier ter Vergadering uitgebragt en indeNotu„ len van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daarvan , op den „ a deezer en heden gefchied zynde, heeft de Ver„ gadering, zich met het daarby voorgefiagen Con„ cept-Befluit conformeerende, ook aldus befloo„ ten:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend
Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben9. de het Rapport eener perfoneele Commisfie, in „ wier handen, by Decreet van den 27 February 1.1.,
om eonfideratien en advis was gefield, eene ten dien 9, dage in deeze Vergadering geleezen Misfive van het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ge„ fchreven alhier, den 22 bevorens, fob No. 'fi, „ daarnevens, ingevolge Decreet van den 14 January x 1.1., inzendende het door den Agent van Pohcie „ van de Financieele Commisfie over het voorm. Ge„ west Holland, gerequireerde bericht, op de Re-
quefte van F. C. Soldaan, woonende alhier in den „ Hage; verzogt hebbende, om ten opzigte van zy,, ne infchryving in het Stemregister, te worden gei " „ hou-



H APRIL 1800; j*7
li houden voor diligent; mitsgaders, dat mogte wor» „ den gefurcheerd, de door den Agent van Financie „ aan de bovengem, Commisfie gedaane aanfchryving,
ten einde de Suppliant van zyne Bediening als Adfi" ftenc en Deurwaarder, ten Comptoire van Turf en „ Kolen alfaier, niec worde ontzet.
„ En in aanmeiking neemende, dat hec bewuste „ Decreet van a July 1799 alleen toepasfelyk is op „zodanige Amptenaaren, welke en de verëischcen, „ en de gelegenheid eer infchryving in hec Stemregis„ ter, vóór of uiterlyk op den 31 July 1798, in zig „ vereenigden.
„ Overweegende, dat de Requeftrant des tyds , „ uit hoofde van het aan hem verleende beneficie van „ cesfie, mitsgaders, uic hoofde der nonvoldoening „ van het agcerwezen zyner Crediceuren, de verëisch„ ten by de Staatsregeling, ter infchryving in het „ Stemregifter, niec bezac.
„ Overweegende, dac uit eene overgelegde Copie„ Aóte van Burgerfchap, van de daadelyke infehry. „ ving des Requeftrancs in hec Stemregifter, volko» „ men is gebleeken;
,j Befluit'.
„ Dac zal worden verklaard, zoals verklaard wordt „ by en mies deezen, dar hec Decreet van a July •>•> 1799* °P Christiaan Frederik Soldaan niet tos„ pasfeiyk is, en mitsdien de Requeftrant bevoegd „ verklaard, om deszelfs Poft, als Adfiftent en Deur„ waarder, ten Comptoire van Turf en Kooien, al« „ bier in den Hage, te blyven continueeren.
„ En zal Extract deezes, worden gezonden aan „ hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, O 3 „ mies-



gaf lx APRIL 1800.
r mitsgaders, gelyk Extract aan Commisfarisfen tot „ de Nationaale Rekeningen, zo om daar aan deno„ d'ge executie te geeven, als toe informatie, res-
pectivelvk-
„ Zullendedicbefluit, ingevolge Are. 60 derStaacsregeling, ter bekragtiging worden gezonden aan de " Tweede Kamer, met en benevens het in deezen " uicgebragc Rapporc en de Bylaagen, in prigi* „ nali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van die befluit by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den ij April eerftkoomenden.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede leejingen van de volgende Belluicen van de Eerste Kamer gefchied:
Vooreerst: Van het Befluit van den a April LI., waar by de Eerfte Kamer een nieuw Befluic inzendc over den Verkoop van 18 gemeeten en 182 Roeden Land in Zeeland,
Ten tweeden: Van het Befluic van den 3 April LL, op de Requetle van H J. Stele./., verzocht hebbende om een Dyk by Paterswolde ce mogen verhoogen en een brug over hec Haren/che Diep ce mogen leggen op "sLands koflen.
Ten derden', van het Befluit van den 3 April l.L, op de Requefte van J. A. Tengbergen, geweezen Retitmeefter jn 't Carrier van Zutphen, verzocht
heb-



„ APRIL 1800; aa9
Ebbende, om ter bekoming van berekende en niet SSn«n poften.iegens derzelver Debiteuren of Goe- ,
deren op ^en der Domeinen 16 &
Ton vierden: van het Befluit van den 3 April U., op de Requdle van ™ verlof »c ont-
Ronding van een Perceel Land.
vn heeft de Vergadering de derde leezing van al,f deeze BefluitenSbePaald op Donderdag den l? April eerstkomenden.
Ts voor de derde maal geleezen een Excraft uit het
Redster der Befluiten van de Eerfte Kamer van het
Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, Vertegenwuu & de eeffte ]ee Qp
van deVDrif en ce tweede leezing op den 3 ïnril daa' an volgenden zyn gefchied, houdende tl Beflu t dier Kamer op de Requeste van Ben- Timmen en anderen, alle gewezen 's Lands Sïnd^ns, "fpeaivelyk verzogt hebbende om con-
^^KSffiSa van ü, *
iSgWafr^^ ^de> ^ge« hf
3o Art. van het Reglement B. der Scaacsrege-.
l^De fwTel'lamer bekragtigt hetvoorgefteldBeHuit en verandert hetzelve in een Decreet
van hetzelve , in behoorlyke forma , aan de her* fte Kamer. Q ^ %^



S3® ii APRIL 1800.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening tot informatie. °
h voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks van den a April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 5 April en de tweede leezing op den bdaaraanyolgenden zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van ƒƒ, Chatelein, van M van Aken, en van T. Klein, verzogt hebbende con-* tinuatie van hunne Pennoenen.
Welk Befluic in de Notulen van den * Anril 1.1. is geinfereerd: 5 P
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het «3 Are. Lit.*. van hec ReglementB. der Scaacsrege. lmg, gedecreteerd. &
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 60 der Scaacsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Ka* vier. 1
Zullende ExcracT: van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen tot de Nationaale Rekening, tot informatie. °
Js voor de derde maal geleezen een ExcracT: uit het Regiller der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 3 April laatflleeden waar van de eerfte leezing op den 5 April, en de
twee-



iï APRIL lèóa. «3$
tweede leezing op den 8 April daar aan volgenden zyri gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op dë Requefte van J. Korthals, verzogt hebbende continuatie van Penfioen.
Welk Befluit in de Notulen van den 5 April 1.1; is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het ■g ï. Art. Litt. 'e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Twee&e Kamer bekragtigt het voorgefteld Be' fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Arr. 6$ der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aart het Uitvoerend Bewind, en tevens een alfchrift van hetzelve , in behoorlyke forma, aan de Eerfte Ka-
^Z'ïllende Extraft Van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfea der Nationaale Rekening, tot in.
lormatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Vólks i van den ai Maart 1.1., waar van de eerfte leezing op den 4 April en de tweede lezing op den 8 daaraanvol» oendé zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requefte van y?. van IVyk en andere, alle Ingezeieneo van de Dorpen IVyk en Veen, en van B. van der Horst en anderen, alle Ingezetenen van de Dorpen Genderen, Dover en, Dron gelen, Eet hen; Meeuwen en Babilonienbroek, waar by aan dezelven word geaccordeerd, om binnen den tyd van4 weeken) de verfchuldigde Fdurnisfementen in de Geldheffing varj vier ten honderd, al nog ten Comptoire der Gemeene» O 5 landi



23» ii APRIL 1803.
lands Middelen te Gorinchem te betaalen, onder bet genot van behoorlyke Recepisfen en Quitancien,
Welk Befluit in de Noculen van den 4 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: 0
De "Iweede Kamer bekragtigt het voor ge field befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Articu! 69. der Staatsregeling, met de voorfz. Requefte" onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en tevens een affchrift van 'c zelve, in behoorlyke forma, aan de Eerste Kamer.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, roe informatie.
Js voorde derdemaaj geleezen een Extraét uic.hec Re. gister der Befluicen van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 2 April JaacftJ., waar van de eerfte leezing op den 5 en de tweede leezing op den 8 daar aan volgende zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van de Municipaliceit van Nunetty mitsgaders op de Misfive van het GemeenreBeftuur van Bakel, houdende verzoek coc verklaring, omtrent hec jagen op Hey Broek- Moeras en andere inculce Gronden.
Welk befluic in de Nocnlen van den 5 April 1.1. is geinfereerd:
Waar op gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec f2. Are. Liet. e. van het Reglement B. der Staats''regeling, gedecreteerd; j)s



li APRIL 1800. S33
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluit, ingevolge Are, 69 der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een afïehrifc van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Register der Beiluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den t April 1. 1., waar van de eerfte leezing op den 5 en de tweede leezing op den 8 daar aan volgenden zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van A. Bresfer cum fitis, allen Leden des Kerkenraads van de Hervormde Gemeente te Meerkerk, verzogt hebbende, dat de door voorfz. Gemeente aangeftelde Kerknseefterin dezelve^ bediening mogt worden gemaintineerd, enz.
Welk Befluit in de Notulen van den 5 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het gp. Art. Lite. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, gedecreceerd: ,
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be' wind, en tevens een affchrifc van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, O 6 va»



II APRIL 1800.
yaq den 31 Maart 1.1.; waarvan de eerfte leezing op den s April , en de tweede leezing op den 8 April daar aan vozende zyn gefchied , houdende het Befluit dier Kamer op de Misfive van de Munic'p^itejt te Koog aan de Zaan, verzogt hebbende approbatie tot het heffen van een extra Prik van ƒ 14 voor deez?n lopenden Jaare.
Welk Befluit in de Notulen van den 3 April 1.1. is eeïnfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het gs Arr. Lit. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede. Kamer bekragtigt het voor ge field Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevoige Articul 69 der .Staatsregeling, met Copie van de Misfive onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewina\ en tevens een affchrift van hetzelve i« behoorlyke forma aan de Eerfl.e Kamer:.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Regifter der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den z April 1,1,, waar van de eerfte leezing op den 5, en de tweede leezing op den 8 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec befluic dier Kamer op de Requeften van J. Schellinkhout, verzogt hebbende Brieven van Creatie als Notaris.
Welk befluic in de Notulen van den 5 April hl ïs geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Lite, e. van het Reglement B. oer Staatsregeling, gedecreteerd: " -
D%



ii APRIL 1800. a$5
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 6cj der Staatsregeling, mee Copie van de Mislive en de Requefte en verdere ftukken by het Befluit gemeld, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be* wind, en tevens een affchrift van heczelve , in behootlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluicen van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den i April 1. L, waar van de eerfte leezing cp den 4, en de tweede leezing op den 8 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requefte van H. IV. Henken, verzogc hebbende Brieven van Creatie als Notaris. ....
Welk Befluic in de Notulen van den 4 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32. Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling» gedecreteerd: n u n*
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Jiefluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekrageigd befluic, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling, met Copie der Misfive en de Requeste en by het Befluic gemelde Stukken, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be* wind, en tevens een affchrift van heczelve, in be» hoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Rc-gilter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bacaaffchen O ƒ Volks



SS* li APRIL ^1800.
Volks van den 1 April J. I„ waar Van de eerft leezing op den 4 , en de tweede Jeezing op den 8 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec Bef luk dier kamer op de Requeste van C. J. Kooy, verzogt hebbende Brieven van venia atatis ë Welk Befluic in de Notulen van den 4 April LI. is geinfereerd: v ■
Waarop gedelibereerd zynde, is, agcervolgens Art. ja. Litt. e. van hec Reglement B der Scaacsrege. Iirg , gedecreteerd: ö
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgeteld Befluit, en veranaert hetzelve ineen Decreet.
En zal dit bekragtigd befluit, ingevolge Art, 60 der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onver-' wyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer,
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks van den 1 April 1.1., waar van de eerfte leezing op oen 4, en de tweede leezing op den 8 daar aan vol. gende zyn gefchied, houdende hec befluit dier Kamer op de Requeste van P. van der Zanden, verzogt hebbende Brieven van venia atatis.
Welk Befluic in de Notulen van den 4 April 11 ;s geinièreerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het ?«. Art. Luk e. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: b
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgeftel Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Bèflüit, ingevolge Art. "sodar
Sïaais-



li APRIL 1800; *3T
Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be* wind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Baiaaffchen Volks, van den 31 Maart 11., waai van de eerfte leezing op den 3 April, en de tweede leezing op den 8 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende het befluic dier Kamer op de Requefte van J. Silo, waarby wordt verklaard, dat het Decreet van den 2 July 1799,op den Requeftrant niet kan worden toegepast en hy bevoegd verklaard, om deszelfs pose als Commis eer recherche te Delft te kunnen blyven behouden.
Welk Befluit in de Notulen van den 3 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis coc morgen,
Is by refumtie gedelibereerd over het Rapport van den Burger Reprefenrant Lublink de Jonge, en verdere by Decreet van den 18 February 1.1 , Gecommitceerd zynde Leden een examen van een Befluic van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam van den ai daar te vooren, houdende eene Inftruétie voor den Raad der Afiatifche Beziccingen en Ecablisfemencen.
Welk Rapport op den 2 deezer maand alhier is uitgebragc, en in de Notulen van dien dag geinfereerd.
En heefc de Vergadering zich met de conclufie van hetzelve geconformeerd, en de derde lee?ing van het bovengemelde Befluit, op den 7 Maart 11. gefchied
zyn«



238 tl APRIL 1800,
zynde, als nu omtrent hetzelve, ingevolge Art. 32.Litr. e van het Reglement B der Staatsregeling,gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Deer eet,
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der ScaacsregeJing, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Ka* mer,
Zullende Extraét van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Reekening, tot informatie.
De Burgers Reprsefentancen Krieger, en verdere by Decreec van den £4 Maart laacstleden Gecommitteerd zynde Leden een examen van een Befluic van da Eerfte Kamer van den 7 daar te vooren, houdende een Reglemenc of Ordonnantie, waar naar de Gouden Zilverfmeden, ,en andere in Goud en Zilver Negotie doende Perfoouen , zich zullen hebben te ge. dragen.
Hebben ter Vergadering uicgebragt hec navolgend Rapporc:
BURGERS REPRESENTANTEN!
By befluit deezer Kamer van den 14 der afgeloopenè maand Maarc heeft dezelve in handen baar'er Leden Havens, Vitringa en den Spreeker, om confilêfatiën en advis gefield een befluit der Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 7 derzelve maand;houdende,dat de Eerfte Kamerhzmstende in de redenen van weigering, waar by deeze Kamer by Decreet van den 27. July 1799' niet kad bekrachtigd het befluit der Eetfie Kamer van den 30 Mey 1700. houden-



ïi APRIL 1800; as?
dende een Reglement of Ordonnantie , waarnaar de Goud en Z'lverfmeeden binnen de Bataaffche Republiek, mitsgaders zodanige Winkeliers of an iere Perfoonen , die in gemaakt Goud- en Zilverwerk Negotie doen of Han« deldryven, zicli zullen hebben te gedragen; met vernietiging van alle Placaaten, Ordonnantiën, Keuren, en wat van dien aart zoude mogen weezen; een ander en naier befluit voordraagt.
De redenen van weisering door deeze Kamer, by derzelver voornoemde befluit van den 27 July gearrefteerd , zyn vervat in de volgende bewoordingen:
Geëxamineerd de volgende aanmerkingen en bezwaaren aan haare Commisfie ingezonden.
(Fiat infertio.)
,, En overweegende dat (hoezeer misfchien fommige „ niet zullen kunnen worden weggenomen , zonder we„ der in andere te vervallen; het echter billyken behoor-
lyk zy, dezelve by het vastftellen van eene wet, wel-
ke, op het belang en middel van beftaan van zeer vee» ,, le Ingezetenen, den grootlïen invloed heeft, of ge-
heel, of zo veel mogelyk te voorkomen en opterui.
men.
,, Overweegende dat 'het vorderen van een Eed , „ welke zy, van wien dezelve gevorderd zoude wor„ den, verklaaren niet te kunnen houden,, onbillyk en „ fchadelyk, of wanneer dezelve geclaufuleerd wordt, „ overtollig en onnut is."
De Commisfie zal beginnen met de Vergadering eerftelyk voortedragen, de eonfideratien, in hoe verre aan de eerfte reden van weigering by dit nader befluit is voldaan; vervolgens de eer hebben de tegenbedenkingen, opzientens de tweede reden van weigering, aan de Vergadering met haare confideratiën opregeven; en op een en ander haar advis gronden; zullende ten dien einde de beide gedrukte Rapporten volgen.
- Op/.ichtens het teekeneu van het oud werk met een rfuilfche A., was by deeze Karttit aangemerkt: de kasten;



i4« ïï APRIL 1800:
ten; het verfchil wat al of niet moet, en kan gekeurd worden; .en de ondoenlykheid, in zo verre fommige Stukken van overledene Meesters mogten voor handen zyn; hier tegen zegt de Eerfte Kamer', de kosten zyn noodig om bedrog voorrekomen ; de verfchillen zouden moeten gezogt worden, en de wet duidelyk, dat de te» genswoordige Kasthouders of Werkmeefter daarop zyn merk moet ftellen , en niet de eerfte maker.
De Commisfie confidereert de bedenkingen opzichtens de kosten, en de te vreezene verfchillen, genoegzaam opgehelderd; edoch het gereflecteerde, betrekkelyk het meesterteken, is, onder verbetering niet zodanig opgeklaard ; daar het egter zeker is, dat alle Werk, in zo verre zulks doenlyk is geweest, met het teeken van den Werkmeester is geteekend, waartoe alle de voorige wetten ten fterkften verpligten; en daar nu de wet alleen eischt, dat het alvorens ter Keurkamer te zenden, ooi 'er de duitfche A. opteflaan , met het Meesterteeken zal zyn geteekend, zo is hier volftrekt geen nieuw teken nodig, maar het oude dat daarop ftaat volkomen voldoende; en door deeze confideratiën dan ook de bedenking dienaangaande gecesfeerd.
En hoe meer men in het oog houdt, dat deeze wet over de geheele Republiek moet werken, en in verfcheidene voormalige Provinciën de kleine keur nimmer werd gekeurd, maar alleen door den Meester zeiven geftempeld, hoe meer men overtuigd wordt dat zonder het voorfz. tekenen van liet oude Werk, het bedrog niet voorteko* men is.
Het gereflecteerde by deeze Kamer, opzichtens, de Artkiden'i, 2 , 6, 7, 8, 9, 10 en 12, is by het nader befluit der Eerfie Kamer grootendecls te gernoet gekoBi-n, door opklaarende byvoegfels, of door tegenbedenkinge zodanig weggenomen, dat uwe Commisfie daarby Biets naders heeft te voegeH,
Opzichtens Art. 13. was by deeze Kamer opgegeven, dat 'er algemeene klagten wegens te lagen prys van het groote Keur Goud waren ingekomen ; ook dienaangaande sein uwe Commisfie de ophelderingen genoegzaam; —— eu alhoewel op het bepaalde by dat Art., dat 'er kleine
Ksur



li APRIL 1800; S4Ï
JCeur Zilver, van 9 Penningen 8 Gryn zoude verwerkt worden, door deeze Kamer als haare aanmerking is opgegeeven: ,, dat het verwerken en merken van Zilver van 9 Penningen en 8 Gryn , tot veel nadeel en bedrog aanleiding zal geven, en de grootfte verwarring veroorzaaken." Zo moet uwe Commisfie de tegenbedenkingen der Eerfte Kamer echter voor genoegzaam houden, en bovendien voor haare confideratiën 'er by voegen : dat de bedenking om geen drie maar flegts twee Zilverkeuren te hebben, ontwyffelbaar ook moest gelden, om ilegts twee en niet drie Goudkeuren te hebben; te meer, dewyl de Goudproef op den toets vry wat moeyelyker is, dan die van het Zilver, en tegen het ftatuëeren van drieërley Goudkeuren zyn echter geene bedenkingen gemaakt, waar door zeker die, tegei;s drieërley Zilver komen te cesfeeren , en haar kragt verliezen.
En aangaande het te vreezen bedrog, dat zoude kunnen plaats hebben, dewyl het Zilver van 9 Penningen 8 Gryn, voortaan met die teekens zal gekeurd worden, dewelke tot hier toe in het voormalig Holland, tot da keuring van 10 Pennings Zilver werden gebezigd, confidereert de Commisfie, dat by de introductie van dit Reglement alomme een gelyke Keurletter zal worden gebruikt , en bovendien in elke Stad of Plaats een nieuw Plaatfelyk teeken; dit een en ander, aile bedrog en misleiding ten deezen voorkomt.
De veranderingen die vervolgens in het nader Befluit voorkomen , en de tegenbedenkingen , die by het Rapport der Commisfie uic de Eerfte Kamer worden gemaakt, op Art. 14, 15, 16, 17, 19, 25, 35 en 36, acht uwe Commisfie voldoende; als mede de tegenbedenking op Art. 45, opzichtens hetwelk deeze Kamer had aangemerkt: dat de loonen , op de Keuren gefield, doorgaans te laag, onevenredig, en niet klaar genoeg gefield en onderfcheiden zyn ;" voorllaande om die per Centsgewyze van den Arbeidsloon te bepaalen, —• Uwe Commisfie vindc, herzegt dezelve, de tegeubedenkinge, tegen dit zeker gewigtig Articul, zodanig afdoende, dat, hoe gewichtig het ook zy, dezelve geene eonfideratien van meerder aandrang daarby heeft te voegen.
De



2,43 li APRIL 1800»
De aanmerkingen deezer Kamer op de Articulsn.^, gt en 56, zyn mede door invoeging in de wet of oploslinge in het Rapport*, komen te cesfeeren.
Als nu overgaande tot de tweede reden van weigering, opzichtens den Eed, die by Arr. 61 en 63, onder dezelve bewoordingen wordt voorgedragen , by het nader b . fluit der Eerfte Kamer, als die vervat waren by derzelver befluit van den 30 Mey 1799, zo vindt de Commisfie zich genooddrongen, om de tegenbedenkingen die de Commisfie Act Eerfte Kamer, zo op bladz. 2, als Made. 10, van het gedrukte Rapport voordraagt, als voldoende te achten; daarby confidereerende, dat veele aanmerkingen van deeze Kamer in derzelver Decreet van den 27 July 1799 geinfereerd, by dit nader befluit der Eerfte Kamer , zyn opgeheven en weggenomen, en het ook een afdoende reflectie kan geacht worden, dat wetten van Policie over Neeriugen en Handteeringen, niet allen kunnen gerigtzyn, ten faveure en ten genoegen dier geenen, dewelke zodanige Neeringe en Handteering exetceeren; maar wel grootendeels, daarin gevonden moet worden : „ een waarborg voor het algemeen belang van den Staat ,, en deszelfs Ingezetenen, tegen het byzonder belang
der geenen, ten wier opzichten die wetten worden ,, geftatuëerd, (zo als de Commisfie der Eerfte Kamer
op voornoemde bladz. aanmerkt,")
Zo vermeent uwe Commisfie, dat om alle de hier vooren aangehaalde redenen, deeze Kamer als nu het onderhavig Befluit der Eerfte Kamer zou ie behooren te bekrachtigen , waar toe zy dc vryheid neemt te advifeeren.
En daar dit de eerfie wet van algemeene policie is, die op de Neeringe en Handteeringe, ingevolge het laatfte gedeelte van Art. 53 der Grondbeginfelen vóór de Acte van Staatsregeling ftaatte worden geïntroduceerd, en ook daar te boven over een der aaogelegendfte takken loopt, zo achtte de Commisfie het noodig, dewyl dat zy veela aanmerkingen heeft ontvangen, over een drukfout in Art. 46 vau het gedrukte Rapport der Eerfte Kamer ingeflopen, daar van by deeze mentie (e moeten maaketp; in het gedrukt Rapport ftaat: met fpaciaaïe exprèsfté van het gewigt van ieder Jtukt voor waar een onuitvoerlyk werk;
edoch



■
li APRIL 1800. «43
edoch hier moet geleezen worden, zo als in het gefchreeven Befluit en Reglement, by de Eerfte Kamer gearresfteerd, ftaat uitgedrukt, te weten : met fpeciaale expresfie van het gewigt en getal der Stukken, en hier door zyn alle bezwaaren tegens dit Art. vervallen.
Vertrouwende aan de begeerte der Kamer te hebben voldaan, onderwerpt de Commisfie die haar geadvifeerde aan derzelver meerder oordeel.}
(was geteekend)
J A, Ktieger.
K. Hovens.
L. jf* Fitringa*
En is goedgevonden, hec voorfz. Rapport te doen drukken en aan de Leden te distribueeren , en is hec zelve agt dagen na de discributie gefield aan de orde van den dag,
En zal Extract van dit Decreet, met het voorfz. Rapport, worden gezonden aan den Burger Repraifentanc Siderius, als aan het hoofd der Commi-fie tot de zaaken der Drukkery, cot informatie.
Waar na de Prsefident de Vergadering fcheidc en adjourneerc tot morgen voor den middag, ten elf uuren.
-






C*45 )
GELYK HEID, V R ï H È / D% BROEDERSCHAP.
Saturdag den ia April 1800,
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEIÖi
W. C. de Crane. J. Busch. J. Tomas.
B. Storm.
L. J. Pitringa.
ABSENT*
Met permisfie.
J. H. Siccama. J. C. Druman. J. Lublink, de Jongh
C. Floren. B. Ten Pol. K. Hovens. M. Sideriuu
Wegens, riekte*
H. Qutsnel. J. van ReeSè
P R JE S I D E.
Den Burger Reprsefentant
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Repraafencanten;
J. de Joncheere. S. van Hvogliraten. D. C. de LeeuWi D. Hoitsma. J. A. Krieger.
G, van Lennep. P. Linthtrst.
' G. J. G. Bacot. F. Covers. J. S. Wentholt. A. Ploos v m Am (iel. LI. van Andel.
H. Hogewah J. Cramer,
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn g&ré» fumecrd en gearresteerd.



S4Ö
12 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 10 April 11., genomen, op de Requefte van J. Hartfinck, verzochc hebbende opheffing der furcheance, ^an hem op den 31 July 1799 verleend.
En is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Butaaifchen Volks, van den 11 April 1. L; genoomen, na gehoord te hebben het Rapport van eene perfoneele Commisfie , dac mede alhier geleezen i', op tere Misfive van het Uitvoerend Bewind waarby word geapp.-obcerd het verrigte door hetzelve Bewind, ten aanzien van de Financieele Com« misfie in hec voormalig Gewesc Zeeland, relatief zekere betaling op derzelver aanvrage gedaan; en houdende voorts een autorifarie op meergem. Bewind, om geduurende nog twee Maanden de meeft dringende betalingen te doen. c
Welk befluit is van den volgenden inhoud:
,, De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de bet Rapport haarer Perfoneele Commisfie, by „ befluit van den a deezer loopende Maand gelasr, „ te dienen van confideraien en advis, op eene ten dien dage ingekomen Misfive van het Uitvoerend Bewind, van den 29 Maarc te vooren , fub No. '||; „ daarby coramuniceerende , dac de Commisfie toe '1 Adnviniflracie der Financiën in hec voormalig Gewest „ Zeeland, op haare aanvraage, door hec Bewind is „ gcautonfeerd,01nu.ee de gewoone becaalingen voort
„ te



12 APRIL 1800,
Hf
- te gaan,ttiettegenftaande de autorifatie, by Decreet " varfhet Vertegenwoordigend Lichaam * van den 8 " January,voor drie maanden verleend, met denlaac
5 Hen Maart geëxpireerd is, en tevens voordragende* " deze autorifatie te prolongeeren, tot dat de alge" meene be^rooting der Staatsbehoeften voor deezen " laare zal zyn gearrefteerd.
Overweegende, dat alie deliberatien, welke ftrek-
■ ken kunnen om ftagnatie in de Adminiftratie der Financien voor te komen, uit haaren aart fpoed ',l vereislchen, verklaard, dat 'ei ÏS) onverwylde nood-, „ zaaklykheid.
; En gedelibereerd zynde over de verkfaaring van 0»yerwylde noodzaaklykhüd, in hetzelve vervat, heefc ceeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd: De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen f door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekranlgt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aanhef hoofd van het volgend Befluit:
Overweegende, dat de redenen, welke het Verij 'cgenwoordigend Lichaam hebben bewoogen, het " Bewind, by Decreet van den H January, te autori" feeren, om met de gewoone betaalingen, geduu" rende de drie eerfte maanden van dit Jaar, voort te gaan, tot op het arrefteeren der algemeene begroo„ ting, dezelfde zyn.
j5 Beftuit :
Onder approbatie van het verrigtte door het É2« 99 rr pft „ wiüdj



9*8 » APRIL 1800;
„ wind, ten aanzien van de Commisfie tot Admini„ ftratie der Financiën in het voorm. Gewed Zeeland ,, de autorifatie, by Decreet van pen 8 January dee. „ zes Jaars, op het Bewind verleend, tot het ordon-
neeren der gewoone en meert dringende betaiingen, ,, geduurende de maanden January, February en „ Maart, te prolongeeren, voor den tyd van nog „ twee maanden, en dus tot en met den 31 Mey ,, eerflkomenden, of zoveel eerder, als de algemeene „ begrooting der Staatsbehoeften, voor deezen lo„ penden Jaaie ,by het Vertegenwoordigend Lichaam „ zal zyn gearrefteerd.
,, En zal Excradl deezes worden gezonden, aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche «Republiek, „ en Commisfarisfen tot de Nationaale Rekeningen, „ tot informatie en naricht,
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Articul 60 „ der Staatsregeling, ter fanclie aan de Tweede Ka,s mer woudenj gezonden , met en benevens de „ Misfive van hec Bewind, en hec in deezen uicge„ b'ragc Rapport, in originali.
En voords over hec voorfchreven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Lite. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be< fluit, en veranaert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extraét van dit Decreec worden gezon-
,, den



is APRIL i3o9.
249
den aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening» tot informatie, (zonder refumtie.')
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eer fis Kamer van het Vertegen woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van demi April 1.1.; genomen, na gehoord ie hebben hetllapport van eene Perfoneele Commisfie, dac mede alhier geleezen is, op de door het UitvoerendBewind ingezonden Requefte van J. Guingnard,daarby uitnaam van hec Gemeence-Beftuur en Armbezorgers van Buttingen verzogt hebbende, dat in den nood der Armen aldaar moge worden voorzien.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaflchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport haarer Perfoneele Commisfie tot het „ Armen-Beftuur, in welkers handen, by Befluit van „ den 34 Maarc jongstl. , was gsfteld, eene Misfive
van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek, gefchreeven alhier den 19 te vooren, fub „ No. »if; daarby, ten gevolge van het 171 Articul „ der Staatsregeling, ter dispoficie van hec Vercegen„ woordigend Lichaam overleggende, de door het „ Departementaal Beftuur van Schelde en Maas aan „ hetzelve Bewind gezonden Requeste van JofepJt ,, Guingnard; daarby, uit naam van het Gemeente„ Beftuur en Armbezorgers van Buttingen, verzoe,, kende, met allegatie van redenen, dat in den nood „ der Armen aldaar moge worden voorzien.
„ En Overweegende, dat de nood dier Armen „ zeer groot is, en dus eene fpoedige voorziening „ verëischt, ais reeds tien maanden door zelfs behoefP 3 n



S50 >* APRIL 1800,
„ tige Liedeu uic bunnen foberen ftait gevoed envor* „ zorgd zynde, welke onophoudelyk inileeren toe „ voldoening der aanbefteedingen, verklaart, dat'er ten deezen belhac, onverwylde noodzaaklykï? heid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van 0»verwykle: noodzaaklykheid, in heczelve veivat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Are. 32, Lit. b, van bet Reglement 13. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eer He Kamer gcplaat.t aan fyjst hoofd van hit yo/gsnd Befluit, houdende:
,, Voords overweegende, het door Jofeph Guing,, nard, uitnaam vau het Gemeence-Beftuur enArm-
bezorgers van Buttingen, by den Kequefte gepo-
leerde, dat 'er in die Gemeente zeer weinige ge< 3, goede Lieden zyn, als kunnende in de Claslè der„ zelve (biykens de Quohieren van het Famiile^eld}.
alleen vier Huisgezinnen gerekend worden, en van %, welke drie derzelve hunne Pagthoeven nog hoogst %, belast waren , en de overige Ingezetenen Arbei„ ders, onder welke de meesten armoedig, en met 5, een talryk Huisgezin van Kinderen bezwaard.
,, Overweegende, dac, toe voldoening en gaande,, houding der behoefcens dier Armen, voor dit Jaar „ zal noodig zyn , ten minlien en zo fpaar;:aam dGen» „ lyk, berekend, eene fomma van veertig ponden ?, Viaams, welke Penningen mitsdien door voorn. ,, weinige gegoede Ingezetenen zouden moeten wor-
V 0ver*



ia APRIL 1800. «251
„ Overweegende , dac deeze Gemeente al mede „ eene aanmerkelyke fomma voor hec aanwerven van „ Manfchappen, ten dienfte der Armée, gecontri„ buëerd heeft, het geen byna geheel door die ver * ,, mogendilen gefchied was.
,. Overweegende eindelyk, dat 'er ook geene fub„ fidie uit 's Lands Casfe kan worden verleend, zo „ om der gevolgen wille, als voornaamlyk wegens „ derzelver groote penurie.
,, Befluit:
„ In dit Gnguliere geval, uit hoofde der byzondere „ door den Requeftrant, uit naam van hec Gemeente„ Beftuur en Armbezorgers van Buttingen, by den „ Requefte nadere geallegueerde redenen, van het „ declinatoir Befluit, de dato 19 Febr. 1.1-, ten op„ zichte der verkoop van een zeker partytjeWeyland, „ groot 1 gemet en 135 roeden, aftegaan en hetzelve „ als nu te accordeeren, gelyk gefchied mits deezen; „ ten einde uit het provenue dier Penningen, de be„ zorging der behoefcens der Armen van Buttingen „ gaande ce houden en in den nooddruft dier Geali„ menieerden te voorzien, mits van den afloop en het ,', provenue van dien aan het Uitvoerend Bewind ,, kennis gevende.
„ En zal ExcracT: deezes, met byvoeging van „ de voorfchreeven Requefte , in originali , „ worden gezonden aan het voorn. Uitvoerend „ Bewind, ten einde daar aan de noodige execu„ cie ce geeven.
„ Zullende dit Befluic, overëenkomftig het 60 „ Artykel der Staatsregeling, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer, met en beP 4 » ne*



i» APRIL i8oa
nevens het in deezen uicgebragc Rapport, en de voorfz, Requefte, in originali"
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekrastigt het voorbehield Befluit, en verandert hetzelve 'in een Decreet.
En zal die bekragtigd BefJuic, ingevolge Are. 69. der Staacsregeling, mee de Requefte, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en «evens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer, (zonder refumiie.y
Is geleezen een Extract uit het Register der Be. fluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lighaam des BataafTchea Volks, van den 11 April 1.1.; genomen, na gehoord ce hebben hec Rap. port van eene Perfoneele Commisfie, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van Drosfaard en Municipaliteit der Stad Eindhoven, als Opperprovifoiren van de Armen aldaar, verzogt hebbende aucorifacie tot den verkoop van zeker Huis en Hof, de Armen aldaar toebehoorende enz. Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
w üe Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende » het Rapport van eene perfoneele Commisfie, op. „ de Requefte van Drosfaard en Municipaliteit der Stad v Eindhoven, Opperprovifoiren van de Armen al$ fl»r>, daarby verzogc hebbende autorifatie tot den



sa APRIL iSoo. *5$
„ verkoop van zeker Huis en Hof, den Armen aldaar „ toebehoorende enz.
„ Overweegende, dat aan het nadeelig Hot der Ar„ men Kastevan Eindhoven, niette fpoedig te gemoet „ gekomen kan worden, ten einde in de drukkendile „ behoeftens der Armen van die Gemeente fpoedig „ kan voorzien worden, verklaart, dat 'er in deeze „ beftaac onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervac, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Lite. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Eerfie Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring Van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden de:
„En voords overweegende , dat door het onlangs ,, overlyden van zekere Weduwe van Pieren, de al„ gemeene Armen van Eindhoven in vollen eigen-
dom heeft verkregen, een Huis en Hof door gemel„ de Weduwe den 6 September 179* aan ge meiden „ Armen gecedeerd en opgedragen, onder refervevan „ derzelver gebruik, haar leven lang geduurende.
„ Overweegende, dat gemelde Huizinge thans,uit „ hoofde van deszelfs bouwvalligheid , genoegzaam „ onbewoonbaar is, dac derhalven geene voordeelen „ van hetzelve kunnen proflueeren, ten zy daar aan „ aanmerkelyke reparacien en opbouwingen gefchie„ den.
En eindelyk overweegende , dat de algemeene P 5 » Ar-



ia APRIL 1S00.
,, Armen Kasfe van Eindhoven thans in zodanig agter„ vveezen geraakt is, dat zy buiten ilaac is gemeide ,i reparatien en opbouvringen te doen.
„ Befluit'.
„ Aan Drosfaard en Municipaliteit der Stad Eind. „ hoven, als Opperprovifoiren van den Armen aldaar,
in deeze hunne qualiteit te verleenen autorifatie en „ permisfie, om gemelde Huis en Hof, na voorafgaan,, de en behoorlyke veilingen, publick te verkoopen,
en den Koper aan te veften, ten einde de daar van „ provenieerende Penningen in de ai0emeene Kasfe
van den Armen te Horten.
„ Onder deeze mids nogthans, dat zy aan het Uk' „ voerend Bewind zullen kennis geeven van den af„ loop der Verkooping,en hecemploi der Penningen, „ die daar van zullen komen.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van „voorfz. Rcquefie, in originali, worden gezonden „ aan het Uitvotrend Bewind der Bataaffche Repu • „ bliek, tot informatie.
„ Zullende dit Befluit, overëenkomftig het 60 Art. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens het indce. „ zen uitgebragt Rapport en Requeste in originali.
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedeÜbe, reerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Licc. e. van het Reglement B. eer Staatsregeling gedecreteerd:
Be Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Beften en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befiuk, ingevolge Art. 69.
der



ia APRIL 1800; S5S
der Staatsregeling, met de voorfz. Requeste , onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van het zelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer, (zonder refumtie.')
Is geleezen een Extract, uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegen woordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1.1.; genomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van Gecommitteerdens der Geërfdens van den Polder den Ham en Ryskampen, verzogt hebnende oclroy tot het onc. gronden van de zogenaamde Baat/cue Steeg.
Welk Befluit is van den volgenden innoud;
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier den if Maart I.J., fub No. 'ii ^ en den 31 daar aan volgende ter deezer Verga„ dering geleezen,■ houdende, ingevolge van, en ter v voldoening aan het Decreet, van den 6 February „ te voeren, deszelfs eonfideratien en advis, op de „ Requefte van Gecommitteerden der Gfërfden van „ de Polder den Ham en Ryskampen, resforteeren. „ de onder Cromvoort, Quartier van Oosterwyk , „ Meyerye van den Bosch; daarby verzogt hebben,, de OcTroy, tot hec ontgronden van de zogenaamde Baatfche Steeg, ten Requefte in het breede oma, fchreeven.
„ En de tweede en derde lezing van voorfz. Mis9, five op den '3 deezer en heden gefchied zynde,
heefc de Vergadering, conform hec advis van hec n bovengemeld Bewind, beflocen, der voornoemde
„ Re-



«15'5 19 APRIL 180a»;
„ Requeftranten verzoek by deezen te accordeeren, en „ dien volgende aan hun te verleenen oclroy, om te ,, mogen ontgronden en uitmoeren de in de Polder van den Ham en Ryskampen zich bevindende ftreep ,, Lands, gelegen tusfchen wederzydfche als nu uit« gemoerde Landeryen, bevorens gediend hebbende tot een Steeg, van ouds genaamd de Baatfche „ Steeg; doch zulks onder deeze voorwaarden : j.} ,, Dat zy, ten genoegen der Municipaliteit van „ Cromvoort, ingevolge Refolutie der voor,, malige Raaden van Staaten, van den 14AU„ guftus 1603 en Publicatie van den 30 rtov. ,, 1716 , genoegzaame cautie zullen moeten „ ftellen voor de Verpondingen en verdere las„ ten, op hec uittemoeren Perceel ftaande of „ zullende ftaan.
2. ) „ Dat zy geen uitgeftooken Grond of Turf zul-
„ len mogen vervoeren buicen de Bataaffche „ Republiek, En
3. ) „ Dac zy gehouden zullen zyn , hec geobtineer-
,, de Octro> en de Acte van Cautie, ten Comp. ,, toire van den Rencmeefter der Domeinen al« „ daar, te laaten regifteeren. „ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorfz. Requeste en Bylagen, in originali, worden „ gezonden aan hetUitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, om, ten behoeve der Requeftranten, „ de noodige Brieven van Octroy te doen depêchee„ ren.
„ Zuüende die Befluit, overeenkomftig het 60 Ar„ tieul der ScaacsregeJing ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en bene« „ vens voorfchreeve Misuve en Requefte , in ori„ ginali:\
En



ia APRIL i8oa.
257
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede lezing deezerStukken, by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
Is gelezen een Extract uit het Register der Beflui* ten van de Eerfte Kamer, van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 9 April 11.; genomen, na gehoord te hebben het Rapport van eene perfoneele Commisfie, da: mede alhier geleezen is, op de Requelle van H. de Ridderen. C. Roelofs, verzocht hebbende om continuatie van Penfioen.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Byiefnmcie gedelibereerd zynde over het Rapport S5 van de BurgersReprselenrancen vanVeenen verdere „ Gecommitteerden, by Decreec van den 14. Maarc „ laacstleden, verzogt zynde der Vergadering nader „ te advifeeren, op de in derzelver handen gefielde ,, Requefle van de Weduwe H. de Ridder en C. ,, Roelofs; daarby verzogt hebbende, continuatie van „ het Penfioen, hetwelk aan ieder van haar, ce-fom» „ ma van tachtig gulden, is toegelegd geworden.
„ En zynde het voorn. Rapport op den 1 April „ 1.1. alhier ter Vergadering uitgebragt en in de No„ tulen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en darde Leezing daarvan, op den „ vierden deezer, en heden, gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, zich met hec daarby voorge„ flagen Concept Befluit conformeerende, ook aldus
befioocen:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend
Li.



258 ia APRIL 1800.
w Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport van haare perfoneele Commisfie, in „ wier handen, by Befluic van den 14 deezer, an55 dermaal gefteld was de Requefien van de Weduwen „ H. de Ridder en C. Roelofs; daarby verzogt heb„ bende,dac zy Suppic. mcgten wordenbegunftigd met „ de continuacie van het Penfioen, hec welk ieder „ van haar, ter fomma van tachtig gulden, zedert „ den jaare 1777, jaarlyks genoten heefc, een einde „ deeze Vergadering nader daaromtrenc te dienen van „ eonfideratien en advis.
„ Overweegende, dat'ergeene termen voorhanden „ zyn, om op het verzoek van de Kequeilranten favo„ rabel ce disponeeren, uit hoofde zy geene zodanige „ dienften aan de Republiek beweezen hebben, die „ hen op de continuatie van hec haar in den jaare •>•> l77? geaccordeerde Penfioen aanfpraak kunnen „ doen maaken; dan dat hec nieccemin eene hardig. „ heid involveerc, dar. de Requeftranten op éénmaal „ van die zo geringe fufiencatie zouden worden ver„ ftooken, daar zy in zeer behoeftige omftandighe„ den verkeeren, oud en gebrekkelyk, en alzo bui„ ten ftaac zyn zich zelfs hec noodig levensonderhoud „ aantefchaffen.
„ Befluit:
„ Het verzoek der Requeftranten, zo als hetzelve „ is liggende, ce declineeren en te wyzen van de „ hand; doch niettemin aan ieder van haar te accor„ deeren eene Gracificacie van Tachtig guldens, in „ ééns.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van voorf, „ Requefte en Bylaage, in originali, worden ge-
?> zon*



ia APRIL 1800.
259
„ zonden aan het Uitvoerend Bewind, om hier aan „ de nodige executie te geeven.
„ Als mede gelyk Excract aan Commisfarisfen tot de „ Nationaale Rekening , tot informatie.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 ,, Articul der Staatsregeling aan de Tweede Ka. „ mer ter fanclie worden gezonden, met en be„ nevens het in deezen uitgebragt Rapport, en al„ le de daar toe relative Stukken, alles in origi„ nali"
En daar de drie leezingen by de Eerfte Kamer, blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer .ftukken by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April laatstleeden; genomen, op de Requefte van Mr. IV. J. Armenault, verzocht hebbende Brieven van Creatie als Notaris.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud.
,, By refumtie gedelibereerd zynde over de Reques„ te van Mr. IV. J. Armenault, Advocaat voor den „ Hove van Juftitie over het voormalig Geweft Ut„ recht, oud ai Jaaren, blykens extract auchcnciek „ uic het Doopregifter der Hervormde Kerk te Ut,, recht voorn., den 1 April jongftl. alhier eer Ver„ gadering voor de eerfte maal geleezen; daarby, ge-
munieerd met favorabele Brieven van voorfchryving „ van voorn. Hove, verzogt hebbende, dac hec Ver„ tegenwoordigend Lichaam aan hem Requeftrant ge-
„ lief-



arjo
is APRIL 1800.
,, liefde te verleenen Brieven van Creatie als Nöta^ » ris.
En de tweede en derde leezing daar van op den „ 4 der gemelde maand en heden gefchied zynde, heeft de Vergadering befloten, het verzoek , by voorfz. Requefte gedaan, mits deezen te accordee„ ren, en dienvolgens ten behoeve van voorn, Rej, queftrant de door hem verzogce Brieven van Creatie als Notaris* in behoorlyke forma ce doen depê* cheeren, en hem Requeftrant dierhalven te dispen„ feeren van de Wee, voorkomende in gem. Brieven 3, van voorfchryvinge, van dato 1 Nov. 1769, waar„ by is bepaald en vaftgefteld, dat 'er toe hec obci„ neeren var. admisfie als Notaris verëischt word, de „ ouderdom van 25 Jaaren, mitsgaders 4 Jaaren op ,, een Notarieel Comptoir de practyk te hebben ge„ oeftend, als zynde hy Requeftrant in de onmoog„ lykheid van te kunnen voldoen aan de beiden zü „ evengenoemde requifiten.
„ En zal Extracl deezes worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ met byvoeging van de voorfz. Requefte en Bylage* „ in originali, om hier aan de nodige executie ce „ geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Ar„ tieul der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van het Vertegen,, woordigend Lichaam , met en benevens de vooifz.
Requefte en Bylage, in originali.
En daar de drie leezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken, by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
Ia



£a APRIL iHo> ïBk
Is geleezen een Extract uic het Register der BetiuU ten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordii' gend Lighaam des Bataaffchen Volks van den 9 Apriï laatstleeden; genomèn, na gehoord te hebben de con* lideratien en het advis van de Hove van Juftitiê in Gelderland, dat meede alhier geleezen is op dé Requefte van D. du Bots, verzocht hebbende * dal aan zyn Zoon B. du Bots mogten worden verleend Brie* Ven van venia oetatis.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis9, five van het Hof van Juftitie in Gelderland, gë,j fchreeven te Arnhem den 11 Maart 1.1., en den 31 55 daar aanvolgende alhier ter Vergadering voor de eerftemaal geleezen; houdende ingevolge van, en „ ter voldoening aan het Decreet van den 15 Novem„ ber 1799» deszelfs eonfideratien en advis, op dé » Requefte van Daniël du Bois, woonende te Zut», „ phen; daaib'y verzogt hebbende, dat aan des ReH „ queftrants Zoon, Bernard du Bois, oud byna iS „ jaaren , mogten worden verleend Brieven van vèhiet » atatls.
„ En de tweede en derde leezing van voorn. Misfi„ vè, op den 3 deezer en heden gefchied zynde, heeft
de Vergadering, conform het advis van bovengem.' ,5 Hove, beflootën, het verzoek, by voorfz.Requefte
gedaan, mits deezeh te accordeeren, en dienvol„ gens ten behoeve van voorn. Bernardus du Bois, „ de nodige Brieven van vtn'ta atatis in behoorlyke „ forma te doen depêcheereh.
,, En zal Extract deezes, met byvoeging van Co» „ pie der voorfchreeve Misfive, mitsgaders de Requefte „ en Bylagen, in originali, worden gezonden aan hét



sga 13 APRIL 1800.
Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, ten " einde bier aan de nodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge het 60 Articul der „ Staatsregeling , ter bekragtiging worden gezon-
den aan de Tweede Kamer, met en benevens " de voorfz. Misfive, Requefte en Bylagen, in ort„ ginalun
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Donderdag, den 17 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1.1. genomen op de Requeste van J. M. Ë. Moolenberg, 'verzocht hebbende Brieven van venia atatis.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
By refumtie gedelibereerd zynde over de Requeste van jacobaMaria Elifabeth Moolenberg, woo" nende re Amfterdam, oud iuim 21 jaaren, den " 21 April j.1. alhier ter Vergadering voor de ceifte " maal geleezen; daarby, geraunieerd met favorabele " Brieven van voorfchryvinge van hec Committé van " Algemeen Welzyn der Stad Amfterdam voornoemd , " verzogt hebbende, dac hec Vercegenwoordigend " Lichaam aan haar Requeftrante geliefde ce verleenen „ Brieven van venia atatis.
, En de tweede en derde leezing daar van,op den 4 der gemelde maand en heden gefchied zynde, " heeft de Vergadering befiooten, hec verzoek, by 2 voorfz. Requefte gedaan, mies deezen te accor-
«» dee-



ta APRIL tm; éfy
deereh, ën dienvolgens ten behoeve vati voorn* j, Requestrance, de door haar verzogce Brieven vaft - j, venia atatis in behoorlyke Forma te doen depejs cheeren.
„ Ten welken einde Extract deezes, met byvoé„ ging van voorfz. Requeste en Bylagen , in origind* j, //, zal worden gezunden aan het Uitvoerend Be* j3 wind der üacaaffche Republiek, om hier aan dé „ noodige execucie te geven.
„ Zullende dit Üéflüic, overeenkomftig Art. 6oi „ der ^aacsregeling, ter bekrachtiging worden ge*
zonden aan de Tweede Kamer, mee en beneeveni
de gemelde Requefte en Byiaagen, in originali.%\
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamet blyken ce zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken, by deeze Vergadering bepaald, op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der B&? fluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaf/ehert Volks van den 9 I pril 1.1.5 genoomen op de s.equeste van A. de Leurt verzogt hebbende om Brieven van venia atatis.
Welk Befluit is van den Volgenden inhoud:
,, By refumtie gedelibereerd zynde, over de Res quefte van Acirt te Leur, oud tusfehen de 20 en „ 21 Jaaren, den » April j 1. alhier ter Vergadering „ v«or de eerfte maal geleezen ,* daarby, gemuniëerd 5, met favorabele Brieven van voorfchryving, van de „ Municipaliteit van Hendrik Ido Ambagt voorn., „ verzogt hebbende, dac het Vertegenwoordigend ,, Lichaam aan hem Requeftrant geliefde te verlee,, nen, Brieven van venia atatis.
Q3 érJÈê



s6*
is APRIL 1800.
„ En de tweede en derde leezing daar van , op den »» 4 der gemelde maand en heden gefchied zynde, „ heefc de Vergadering beftoten, hec verzoek, by ,, voorfz. Requelte gedaan, mits deezen te accordee9, ren, en dienvolgens ten behoeve van voornoemden „ Requeftrant de door hem verzogte Brieven van „ venia atatis in behoorlyke forma te doen depê-
cheeren.
„ En zal Extracl deezes, met byvoeging van de „voorfz. Requeste en Bylage, in originali, wor„ den gezonden aan het Uitvoerend Bewind dér Ba„ taaffche Republiek , om hier aan de noodige exé„ cutie te geeven.
„ Zullende dit befluic, overeenkomftig het 66 Art. der Staatsregeling ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van 't Vertegen„ woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , met „ en benevens de voorfz. Requeste eh Bylagen s 5, in originali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blykente zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Donderdag den \7 April eerstkomenden.
Is gelezen een Extract uit het Register der Bef lui» ten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den u April 1.1 , waarby dezelve aan deeze Kamer inzend eene Nominatie van twee Perfoonen, ten einde uit dezelve door deeze Kamer ter vervulling van eene vacatuure in het Collegie van Schepenen der Stede Goederede, een Lid worde verkooren.
Welk Befluit is van den volgenden inhcud:



i* APRIL 1800. i6£
„ De Stembriefjes der Leden opgehaald zynde tot „ het reduceeren op twee Perfoonen, aan de No„ minatie uic vier Burgers, door Schepenen derScede
Goedereede, per JVlisfive, op den 8 deezer maand „ April, eer Vergadering ingezonden, in de Noculen
van dien dag geinfereerd, en tot heden gehouden in ,, advis, is na opneeming der Hemmen gebleeken,
dat op het tweetal voornoemd, ten einde daar uit ,, door de Tweede Kamer een Perfoon werde be < ., noemd, ter vervulling der in het gemeld Collegie „ exteerende vacatuure, gebragt zyn, de Burgers „ Jan Laauwe en Daniël Koek Dz.
„ En zal dit tweetal by Extracl deezes ten voor,, zegden einde worden gezonden aan de Tweede Ka„ mer, met en benevens Copie der voornoemde? „ Misfive,
Waarop de Vergadering de ele&ie van een Lid in gemeld Collegie' uit voorfz. Nominatie heeft be. paald, op aa.nftaanden Donderdag den 17 April.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweed* Ieezingen van de volgende Befluiten van de Eerfta Kamer gefchied:
Foor eertt: Van het Befluit van den 4 April IJ.» houdende de Inftructie voor den Secretaris by de DeparcementaaleBeftuuren,en bepaalingen van deGeëm» pioyeerdens op de Secrecary &c.
Ten tweeden: Van het Befluit van den 4 April I.I., op dc Requefte van P. J. Brayenboer,' om in hec jS-iemregiscer ce worden ingefchreeven.
Q 3 Ei?



atfé iz APRIL i9oq;
■ En heeft de Vergadering, de derde leezing van alle deeze Befluiten bepaald, op Donderdag den 17 April eerstkomenden.
Aan de Orde van den dag zynde, het Befluic van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam, van den 7 April 11., waarby dezelve perfi. fleert hy een voorig Befluic, van den 20 February deezes Jaars, genomen op eene LYHslive van de Municipaliteic van Ouder-Amftel, verzoet hebbende approbatie op een door haar geformeerd Plan vian Plaatièlyke Belasting.
En is heczelve gehouden in advis, toe de Commisfie, in deeze zaak benoemd, Rapport zal hebben tiicgebragc.
En is voords op voorflel van den Prsefidenc gede» creceerd, den Burger Repra?fentanc Covers by da voorfz. I ommisfie by deeze ce asfumeeren.
-Zullende Extraét deezes worden gezonden, aan den Burger Reprasfencant Covers, totinformatie.
By refumtie gedelibereerd zynde over een Befluit van de Eerfte Kamer van den 31 Maart 1.1.; genomen pp de Requesre van J. Silo, betjekkelyk deszelfs Stemrecht op gisteren alhier, vooi de derde maal geleezen, en aU toen gehouden in advis.
Is hetzelve als nog in advis gehouden, en gefield ïn handen van de Burgers Repraïfentancen de Leeuw, Fitringa en Crameip, om de Vergadering omtrent hetzelve van eonfideratien en advis ce dienen.
Zullende Extracl van die Decreec mee het voorfz. befluic en alle de daar coe behoorende ftukken, worden gezonden aan den Burger Reprajfencan: d:Leeuw, iot üifqnnatie.



12 A P R ÏL 1800; act?
ïs gehoord het Rapport van den Burger Reprasfenrant de Leeuw en verdere, by Decreet van den i deezer, Gecommitteerd zyn de Leden ten examen van een Befluit van de Eerfie Kamer van den ao Maart 1.1., betrekkelyk de gefchillen over de naasting der Kerkgebouwen te Haarlem.
En is hetzelve gehouden in advis tot aanftaanden Donderdag den 17 April.
De Burger Repraïfentant Linthorst en verdere, by Decreet van gisteren, Gecommitteerd zynde Leden ten examen van een Befluit van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam van den 9 deezer Maand, houdende de inrichting van de op den 14 Maart 1.1. gearrefteerde Geldhefnng.
Hebben ter Vergadering uitgebragt, het hier n*,? Tolgend Rapport:
BURGERS VERTEGENWOORDIGERS!
Het behaagde Ulieden by Befluit van den 11. deezer, in handen uwer Medeleden, van Hoogflraten, Hegewal en den Spreeker , na voorafgegaane bekragtiging der onverwylde noodzaakelykheid, te ftellen, een Befluit by de Eerfte Kamer den 9. daar te vooren genomen, omvattende een voorfchrift, waarnaar de gedecreteerde Heffing van 3 per Cent op de Bezittingen, en 2, 4 en 7 per Cent op de Inkomften zal worden geheven, ten einde der Vergadering daaromtrent te dienen van hunne eonfideratien en advis.
Uwe Gecommitteerden zullen , zo veel dekortheid des tyds aan hun de mogelykheid heeft gelaaten , om aan UI. geëerden last te voldoen , daar aan trachten te beantwoorden , en de fpoed , aan hunne zyd; gemaaktzal by Ulieder toegeevenheid pleiten voor het gebrekkige, 'twelk zy zeiven gevoelen, dat in de behandeling van Q 4 zulk



?<S$ ï* APRIL 1800;
zulk een gewigtige zaak, voor hun onvermyielyk is.
De Wet van den 15 Maart laatstleeden Helde eene,, door den nood des Lands en de onkeerbaarheid der om|tandigheden,, gewettigde Qejdheïïing vast, beftaande j,n eepe vordering van elk Ingezeeten, meerder aan waarde in bezitting hebbende dan ƒ 500., dat die, by wyze van Voorfchot , daar van zouden opbrengen drie ten üon* derd, en' dat 'daar voor elk jaar, tot fchadeloosftelling van het gemis , tot die reftismie of aflosfing aan Interest zouden worden gegeeven drie per Cent. — Dat deeze op%e hengen i gelden in dtie Termynen zouden worden ge., fourneerd, als 10 Mey, ro July en 10 Oétober aanftaanden.
Dat daar te boven van de Inkomften, als Don gratuit, zoude worden opgebragt, 2, 4 en 7 per Cent, als vau f 400 tot ƒ600, twee, van f 600 tot / 800, vier, en 'ƒ800:-en daarboven zeven, welke twee laatfte Ciasfen ia twee termynen zullen kunnnen voldaan worden , als, tot ^5 December aanftaandeg, en vóór 31 January 18.01, wanneer tevens de twee per Cent zal moeten worden voldaan, te berekenen wat de Inkomften betreft over den Jaare 1709, en wat de. Bezittingen, aangaat, zo als derzelver waarde op 15 Maart 1800 bevonden wierd.
üwe Gecommitteerden hebben vó^.r alles van hunnen iplicht geoordeeld, om te onderzoeken, of het te beoordeelen Befiyit overeenkomftig de Wet was, en of door de wyze van uitvoering het voorgeftelde. oogmerk, dat de "Wetgeever gevoed heeft, zoude worden bereikt, dat is, of de Jast zo gelyk mogelyk zal worden gedragen, en fjf de voorzorgen tegen de fraudes genoegzaam zyn.
Wat dan betreft' de Wer, vinden uwe Gecommitteerden dat de vyf eerfte Articulen', vervattende het zo evengeïjoemde, als by repetitie aan het hoofd van heczelve ftaan uitgedrukt, en dat alzo ook dezelve uitzonderingen daarby gemaakt, hier in uniform gevonden worden, waarom ook de confideratie, die uwe Gecommitteerden' zien echter veiplicht vinden omtrent dat gedeelte te maay.en , riiet anders kan worden aangemerkt als eene reflectie, die by het vastftellen der gronden had behooren te worden ge.p.aakt j, ea nu niet kan worden, gevorderd,



Ï9 APRIL i8öö. flo^
em dat daar tegen by de Eerfte Kamer de letter van dè Wet zoude kunnen warden gereclameerd; — dézelvé beftaat, Burgers Repraefentanten! hierin, dat Ai vryftelTngen aan het flot van den i A'tykel bepaald, zicri niet verder üitft t kken , als tot Fundatiën er Ge/lichten j welken alleen tót onderhoud van arme en behoeftige Ingezeetenen dienen.
Het is aan uwe Gecommitteerden voorgekomen , dat' de Fondfen of Sommen , waaruit de onkosten , vallendé óp den Eeredienst, moeten Worden goedgemaakt, insgelyks hadden behooren te worden vrygeftel 1. Dan, gelyk uwe Gecommitteerden reeds hebben aangemerkt, daar de letter van de Wet van 15 Miart de uitzonderingen bepaalde, durven zy aan UI. niet voordragen, om op deezé «xtenüe ie infteeren.
Wat nu betreft het gelyk dragen van de opgelegde lasten, is uwe Gecomuii-teerdeti in het byzonder in betoog gevallen, het eérfte gedeelte van Art. 9. daar de wyze dmfchreeven worde , waar naar de Bezitters van v^ste Goederen * hunne Eigenaom.neil zullen kunnen en moeten waardeeren; dit voorfchrift van een geheel anderen: aart zynde als in de Publicatie van 30 November 1798 dien aangaande gevonden wordt, heeft de a-udacht vart uwe Commisiie opgewekt , om te ondèrzoeken of de daarin gemaalde verandering, in de daad tot meerdere evenredig'iei;, tit meerdere gelykneid in her dragen der lasten zoude bevordetlyk zyn, en dan is aan hun, bovert de moëielykhêid en onduid iykheid die 'er, op deeze wyze uitgeo ffend wordende, in gevonden zal worden, nog voorgekomen, dat het den last ongelyk, in de plaats van meerder, gelyk Zou doen dragen, en alzo bettegenovergeftel e van de bedoeling ten gevoUe heoben.
Het is toch ontegerzeglyk waar, dar meri by de Wet bedoeld heeft, dat een iegelyk van de reëele waarde zyner bezbtingert , om het even waarin dezelve beftaan, 3 ten Hondetd zoulë opbrengen, dat zegt, iiaar het inzien yan Uwe Commisiie eenvoudig, dat van een goed, dat op den 15 Maart Itfoo, Burgers Vertegenwoordigers! f ioco in den verkoop of afibnd waardig was, dat daar 'vau ƒ' 30 zal moeten worden opgebragt , eu dat dé Q 5 waar?



?7©.
ïa APRIL 180,0,
waarde naar tauxatie moet gefehieden, en dat wel van ontiereekenbaare Goederen, tegen öe Prys waar voor mea dezelve zoude willen afftaan; daar ingevolge dit voorfchrift, van het eene goed tè veel eh van 'het andere te geinig zoude worden opgebragt. Burgers Vertegenwoordigers ! Veenlanden, die, voor dat dezelven worden ingeltooken, foms zeër flegte Grasvelden zyn , en daarduor weinig of niet opbrengen , zouden, ver beneden de waarde gefchat worden, en daarentegen zoude een Gebouw of Huizing, men neame de cours hiervan in deeze Rtfidentie eens ten voorbeeld , daar do r dubbeld de waarde worden berekend , daar. het zeer mooglyk is, door de laage Kooppryzen en de hooge Huurgelden der "Huizen, dat men 10 per Cent van zvn geld op deeze Wyze btlegt, thans maakt, dat intusfchen nimmer het oogmerk van de Wet kan zyn, die alleen kan willen, 4at, en van het Veenland, en van een Huis , in deeze Rtfidentie zal worden opgebragt naar gelang der innerlyIte waarde ; en zoude het niet drukkende, zyn voor den ïnduitrieufen man, wiens grond gelyk in waarde met die. fan zyn gebuur is, maar waarvan hy door vlyt en arbeid meer gewin geniet, dat hy daarom meerder zal wordeu belast, en hoe toch zal deze bereekening gaan over goederen , die in eenige jaaren niets hebben afgebragt, Burgers Vertegenwoordigen,! Plantazen in de Cofonien gelegen, waar zal men eindigen met te zeggen', tot zoverT moet dit goed berekend wordsn naar het geene het afbrengt, en van daar zal men beginnen het als een pand van vermaak of goed van Luxe te befchouwen, zal de man, wiens vermogen hem toelaaten een buitengoed te houden, dat hem rog een half op drie vierde per Cent opbrengt, nu deeze afbrengt, de waarde van dat «oed berekenen, en zal daar en tegen de man , die jaarlyksch, 5, 8, 1,0 per Cent en foms meerder boven het daaringeïegde Capitaal, tot onderhoud van hetzelve daarby boet, hier'van dan zo veel meer als de waarde innerlyk is, moeten opbrengen; waar is de regel in deeze meiure te vinden? waar de li'.ie waarlangs de rechtvaardigheid zpude kunnen uitfpraak doen? Uwe Gecommitteerden lebben ook te vergeeöch in de confideraus eenige Mo-



ia APRIL i8o«; *?f
tiven voor de keuze tot deeze meiure gevonden, en houden, of liever moeten het derhalven daarvoor houde i, dat dit de misverftanden en de trouwlootheden aankweeken zal, en het verwagtte effect van de Heffing, voor al als men daaroy in het oog houd, wac onder de by de Wet geoorloofde aftrekkingen , op deeze wyze kan worden verkragt , zeer aanmerkelyk kunnen benadeelen, dat in alle Heffingen maar allernyzonderst in deeze moet worden betracht, wyl het te kort, of al het geene beneden het benodigde word opgebragt, by een toenemend bezwaar vervolg! al weder op deeze of geene wyze over de Ingezeetenen zal moeten worden omgeflagen.
Uwe Gecommitteerden gevoelen wel dat de beweegreden van deeze verandering ontfprongen is , tegen den Handelaar in Papier, en hoewel het waar is, dat zy, die doQr hun vermogen en het doen van dezen handel, delast niet alleen weeten van zich te keeren, maar eenige zelve uit het onvermogen van hunne meede Ingezetenen groot gewin trekken kan, men 'er nimmer by in het oog verlieze de fchaaden door die geene geleeden , die fintsj jaaren hun vermogen alleen belfond in het geene zy of hunne voorzaaten aan den Lande hadden opgefchooten, waarvan de waarde tot byna op een derde, immers niet meer dan twee vyfde verminderd is, en dat het in de gevolgen eene onloochenbaare waarheid in zich bevat, dat de vermeerdering van Papieren Schatten allengs de nog ingebeclden waarde die dezelve bezeten hebben, doen wegvallen.
Om alle welke redenen zy in gevoelen omtrent dit gedeelte van het Befluit, by de Eerfie Kamer genoomen, zoude moeten verfchillen
Wat al verder de voorzieningen aanbelangt, kunnen zy niet dan admireeren het geene daaromtrent in den iS, Ait. is gefield, echter veroorloven zy zich de vryheid te reflecteeren, dat by eene kleine exrenfie ook zoude kunnen worden voorzien, dat van die Boedels die by het emaneeren van de Wet van 15 Maart verdorven, maar onverdeeld waren, ook zoude moeten worden voldaan, gelyk als van die Boedels, welke door overlyden van de Bezitters na het emaneeren der We* zal moeten gefehieden. Eitt.



19 APRIL 1800S
Éindelyk wat aanbelangt de voorzorgen tegen de frauies, hadden uwe Gecommitteerden wel gewenscht, dat by de Wet de wyze van onderzoek was bepaald geworden — dan ziende op de pcenaliteiten, en het geen in de volgende Artikelen daaromtrent is vastgefteld, moeten zy Zich gerust houden, dat het Vertegsnwoordigend Lig'chaam daar in, op de kragtdadigfte en tevens völdoeoenfte wyze by eene nadere bepaaling wel zal voorzien, gelyk zy ook haar oordeél moeten opichorten, over en omtrent de wyze waarop de a, 4 en 7 pro Cent van dè Inkomsten Zullen geheven worden, daar voor als nog geene andere vastftelling als daaromtrent by de Wet van i5 Maart reêds is gemaakt van voorhanden is, en by net Vertegenwoordigend Lichaam blyft gcreferveerd.
Hoe gaarne nu , Burgers Vertegenwoordigers , Uwe Gecommitteerden* alle de by hun opgerezen bedenkingen hadden willen opruimen, om a4zo ter btlpoediging Van deeze zaak aan Ulieden de bekragtiging te kunnen aanraden, hebben zy zich hier toe ziende op het eerfte deel van Art. 9. tot hun leedweezen buiten ftaat bevonden, te wel overtuigd, dat her sll. en bedoelde wit, dat is het best effiit van de meiure en het gelykdragendc van den last door de gemaakte verandering niet kan worden bereikt; wasrom zy als nu Ulieden zullende dienen van advis. aan Uheder oordeel onderwerpen het volgend Concept-Rcfluir van weigering.
,. De Tweede Kamer overweegende, dat in het voorfchrift waar naar de waarde der vaste Goederen en Bezittingen, (in Art. 9. van de geprojecteerde wet óm' fchreeven) zal worden bepaald en vastgefteld, noch " de eïgenlyk gezegde waarde der Bezittingen uitdrukt * l, noch°de gelykheid die in het dragen van dergelyke lasten wordt verëischt bevordert. , Maar daarentegen aan veele misverftanden en kwaadM 'williahejd kan worden dienstbaar gemaakt. „ Bekt agt igt het nevensgaande Befluit niet"
P. Linthorst.
Samuel van Hocgftraaten.
Hermanus Hogewal.
Waar*"



U APRIL 1800? 07$
er 1 1
Waarop gedelibereerd zynde, heefc de Vergadering zich mee de conclufie van hec voorfz. Rapporc geconformeerd, en de onverwylde noodzaak' lykheid van hec bovengemelde Befluic bereids op gisteren bekragcigd zynde, als nu, ingevolge Are. 32.; Liee. b. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, omtrent het Befluit zelf genomen het navolgend Decreee yan weigering.
Be Tweede Kamer overweegende, dat in het voor/chrift waar naar de waarde der vaste Goederen en Bezittingen, (in Art, 9. van de geprojecteerde IVet omflehreeven) zal worden bepaald en vastgefteld, noch de eigenlyk gezegde waarde der Bezittingen uitdrukt, noch de gelykheid die in het dragen van dergelyke lasten wordt verëischt bevordert, maar daarentegen aan veele misverftanden en kwaadwilligheid kan worden dienstbaar ge*, maakt.
Bekragtigt het nevensgaande Befluit niet.
En zal Extract van dit Decreet, met Copie van het; bovengemeld Rapport, mee hec niec bekragcigd Be. fluit, en alle de daarcoe behoorende ftukken onverwyld aan de Eerfte Kamer worden terug gezonden, (zonder refumtie ')
Is by refumtie. gedelibereerd over hec Rapport door de Burgers Repraïfentancen IVentholt, van HoogftraOten en Siderius, by Decreet Commisforiaal, van den 20 Maarc 1.1., gecommicceerd zynde, om te dienen van confideracien en advis, op een Voorftel door de Burgers Reprasfencancen Hovens, Siccama en Linthorst, ten dien dage rer deezer Vergadering gedaan.
En zynde hetzelve Rapport den 5 April I. L,
ter



s* A P RIL 1809,
ter deezer Vergadering uitgebragt, en in de Notulen van dien dag geinfereerd.
En heefc de Vergadering befloten, de Concept. Misfive van welgemelde Commisfie in overweeging te neemen.
En is daarop geleezen dezelve Concept-Misfive» zynde van den volgenden inhoud:
Be Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks,
aan
Be Eerfte Kamer. BURGERS REPRESENTANTEN!
Het was op den 20 der afgeweeken Maand Maart, dat de Burgers Reprzcfentanten Hovens, Siccama en Linthorst, Leden deezer Kamer, ter Vergadering een Voorftjl dee« den, daar toe tendeerende:
Dat 'er eenmaal mogte worden voorzien, dat deeze Kamer over zaaken van hoogst algemeene aangelegenheid, met zo veel overhaasting, als waar toe de nood van afdoening dezelve meermaalen hadt genoopt, niet behoefde te raadpleegen en befluiten, zonderling met opzigte tot de Finantieele belangens, wier aangaande door het vooruitzicht in de bereekeniog, hoe verre de gewoone ofvastgefielde buitengewoone middelen kunnen ftrekken, en wanneer nieuwe nodig zyn, zulks konde en behoorde te worden voorgekomen, — en by welk Voorftel al verder onder de aandagt deezer Vergadering wierd gebragt het belangryk voorfebrift der Staatsregeling, in de daarftelRug van het nieuw ftelzel van algemeene belastingen, met herinnering tevens van den tyd, binnen welken hetzelve, saar luid van Art. 211 des 6 Tylels, alomme moet ingevoerd en in werking zyn. Het



It APRIL 180e;
«75
Het is ten gevolge van dien, na gehoord rapport der Perfoneele Commisfie uic ons midden, dar wy ons met hetzelve geconformeerd hebbende, nier hebben kinnen afzyn Ulieder aandagt op de twee by dat Voorftel v orkomende poinéten, voor een oogenblik te bepaalen., en, daar mede beezig te houden.
Het gewicht van het eerfte, Burgers Vertegenwoordigers! hebt Gydeden met hec onaangenaame ei fomsfchadelyke, het welk daar mede vergezeld gaat, en tot gevolg heefc, zo zeer en z> meenigmaal ondervonden, dat de noodzaaklykheid tot eene zo veel mogelyke voorziening en voorkoming, dat zulks voortaan geen plaats hebbe , wel geen anderen drangreden zal behoeven, dan den wensch en begeerte deezer Kamer, dar het deswegens op den iS der voorige Maand ra een Committé Generaal uitgebragt Rapport uwer Perfoneele Commisfie, zo fpoedig mogelyk, ter deliberatie worden voorgenomen, daar over een Befluit valle, en aan deeze Kamer ter fanctie wierde ingezonden.
Het tweede, niet minder belangryk poinct, hoezeer wy ons over!ui.?d houdende, dat alleen het o.mflag ige, het mogelyke, het welke zich aan alle kanten in de volbrenging voo doet, oorzaak is van het noodwendig ver» wyl, verplicht ons echter, uit ho >fde van de no<.'dzakelyk geworden voordzetting en volcooijing van hit by de Staatsregeling gewiid, binnen een hep-ald n tyd gewild werkend ftelzel van algemeene belastingen, om Ulieder Vergadering, oa dat wy zomen onveramwoordelyk zyn, by deeze brief te moeten ad ëer.-n.
Wy zullen de drangredenen van nuttigheid en noodzaaklykheid, veele in getalle, cn van veel gewigts, by het Voorftel aan den anderen verboiden, te zaam en op zich zeiven van wtare waarde, leideude alle en eenieder dcrzelven, tot overtuiging van eene volft ekte noodzaaklykhei I, tot befpoedigin? van dit zo aa geleegen hetalgemeen belang — den ftaat elk indivi lu in dezelve aangaand, en betreffend deel der Staatsregeling, onder hec doorzichtig oog van uwe Vergadering niet behoeven te brengen, nogtluns, daar uwe Perfoneele Commisfie, by haar Raoport vau den 13 Maart jongstleden, nopens de
ia-



'i7ê n APRIL 1800.
invoering van het middel van het Klein Zegel, na ae« voorafgegaan vertoog van het moeijelyke en de zwaarigheden, dewelke bereids in de invoering van dat eenig af« zonderlyk middel gelegen is, zich op Pag. ji. in deeze? voegen verklaart:
i ,, Wy vleien ons, dat het nieuwe ftelzel vanalgemee» ,, ne belastingen , met of in den aanvang van het volgend Jaar zal kunnen worden in werking gebragt.
ün het evenwel in de eerlle plaats niet te om kennen is, dat geene voorafgaande beg'ooiiug, by verre na een zeker beioop, op welk men vast kan gaan , zal kunnen opleveren, maar dat eene proeve, geduurende zes of drie maanden , van dit jaar genomen, zo al niet in alles en over het geheel nogthans,in veele opzichten eene vrygoe. de berekening zoude aan de hand geeven, van het geen men in i8ot van de algemeene belastingen te wagten hadde. Behalven dat zodanig eene proeve die gebreken zoude kunnen aan de hand geven, dewelke o imiddelyk verbetering behoefden, en een zekere uitkomst meer zeker maakende, tevens het moeijelyke ter vinding van die middelen, dewelke tot beftryding der onvermydbaarebei hoeftens, bovendien noodwendig te zyn zoude bevonden worden, merkelyk doen verminderen.
Dat daar beneevens en in de tweede plaats, het voorfehrift der wet Art. au, binnen twee jaaren na deszelfs aanneeming, de invoering van het nieuwe ftelzel gebiedende, na een verloop van volle twee jaaren, z;lfs gereekend, van dat deeze Vergadering Zitring heeft genoomen, nog niet volbragt zynde, het Vertegenwoordigend Lichaam zich teegens de wet zelve minder zoude kunnen verantwoorden.
Zoo verplicht ons het algemeen belang en de Wet tot het doen afgaan van deeze Misfive.
Want hoe zeer wy ons ook mogen overtuigd heuden , dat Ulieder Vergaderingen deszelfs Commislien met den meest genaften yver, in de voordzetiiag der bewerking van het fte!.'.el van algemeene belaftingen , lot voltoojing yverig werkzaam beezig zyn.
Zoo kan het deeze Kamer nimmer ten kwaade geduid worden, dat zy een voorftel van eenige liaarer Medelee,.
den«



xa APRIL iSoo,
den, daartoe dienende gedaan, en met gewichtige reedenen bekleed , aannerhie , en daar aan al het gevolg eh mögelyk effect, het welk de voorftellers zoo welmeenend in derzelver oogmerken en bedoelingen zich da?rvan' beloofd hadden , doen toekoömen ; om al het welk dan , en teevens gelet op de verantwoordelykheid, dewelke: in deezen op het geheele Vertegenw. Lichaam zoude nederkomen; wy ons gehouden rekenen met al dien aandrang, die het gewicht der zaaken vordert, by Ulieden te infteeren en te verzoeken , niet alleen dat ten aanzien van het eerfte poinct het Rapport Uwer perfoneele Commisfie daar toe betrekkelyk en op den ïS Maart jongstleeden bereids uitgebragt, fpoedig worde behandel!, ten befluite gebragt , en aan deeze Kamer ter bekragtiging ingezonden. Maar ook , dat het zoo aangeleegen werk,
het ftelzel van algemeene beladingen , het welk zodanig een invloed op het gantsch beftaan des Bataaffchen Volks heeft, dat men hetzeb'e als een voornaam gedeelte van, het waare weezen der Staatsregeling mag befchouwen, met den meesten fpoed worde voortgezet en zo mogelyk met de maand July aanftaande voltooid.
Met verklaaiing aan de zyde van deeze Kamer, dat dezelve, Ulieder Befluiten over dit onderwerp ter haaret overweeging gekemeu zynde, niet zal nalaaten, de raadplegingen daar overmet den onafgebrokenften vlyt te zullen voordzetten, op dat de zoo vvenfehelylee orde in deeze tot Hand koome, eu de gewigtige voo-deelen daar uit te wagten, by het Bataaffche Volk genooten worden.
Wy eindigen deeze enz.
Uwe Commisfie onderwerpt den inhoud deezes aan het beter ojrdctd der Vergadering.
J. S. Wentholt. Samuel van lloigtlraten* M. Siderius.
Waarop gedelibereerd zynde, heeft de Vergadering
zig



378 ta APRIL i8ocn
zig met den inhoüd van bovenftaande Misfive geconi formeerd en bellooten dezelve aan de Eerfte Kamer Van hec Vertegenwoordigend Lichaam alcezenden. . En zal Extract van dit Decreec met bovenftaande Misfive en een Exemplaar van hec gelrükt Vooiftel van de BurgersRepraifentanten Hovens, Siccamaen Linthorst-,gelyk ook een Exemplaar van hec gedrukte Rapporr van de Burgers Repraefe canten Wetholt, van Hoogftraten en Siderius, aan de Eerffe Kamer Van het Vertegenwoordigend Lichaam worden toegezonden, (zonder re/umtiei)
Waarna de Frasfident dé Vergadering fcheidc en adjourneert tot aanltaanden Donderdag den 17 April qp den middag, converteercnde dezelve inmiddels in een Committé Generaal.



( *79 O
GELTKHEID, F R 2 HEID* BROEDERSCHAP.
Donderdag den 17 April 1800.
HÉT ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEI0.
P R JE S I D E.
Den Burger Reprsefemant
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Reprsfencanten.
11. Quesnel.
S. van Hoogftraten.
D. C. de Leeuw.
D. Hoititna.
J. A. Krieger.
K. Hovens.
C. van Lennep.
P. Linthorst.
G. J. G. Bacot. F. Gavers.
jf. ft. Wentholt.
A. Ploos van Amfiel.
J. van Rees.
H. tiogewal.
W. C. de Crane. jf. Busch. J. Tom as.
B. Storm.
L. J. Vitringa.
ABSENT.
Met permisfie.
J. C. Draman. J. H. Siccama.
C. Fleren.
J. Lublink de jfongeé J. de Joncheere. B. ten Pol. M. Siderius. H. van Andel.
Wegens ziekte.
J. Cramer.
De Decreeten, op Zaturdag den ia April geno* men, zyn gerefumeerd en gearresteerd.
R
li



17 APRIL 180©.
Is geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend Be•wind der BataalTehe Republiek, aan de Tweede Ka* mer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gefchreeven alhier in den Hage, den u April 1.1.; daarby inzendende een Exemplaar, in plano, van de Publicacie, by heczelve Bewind volgens Decreet van de Tweede Kamer van den 8 April 1.1», gearrefteerd omtrent de bepaaling, dat de keuze van Kerkelyke Amptenaaren ter dispoficie van ieder Kei kgencoefchap in den zynen worde overgelaater„
En heefc de Vergadering goedgevonden, deeze Misfive aan ce neemen voor Notificatie, en de Publicatie in de Nationaale Caneelarye te deponeeren.
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be* wir.d der Bataaftehe Republiek, gefchreeven alhier in den Hage, op gisteren, houdende kennisgeving, dat het Vocrzitterfchap by hetzelve Bewind, geduurende de volgende maand, zal worden bekleed door den Buiger Diredcur A. W. Iioeth.
En is dezelve aangenomen voor Notificatie.
Is geleezen een Extracl: uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van bet Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks van heeden; genomen, na gehoord te hebben het Rapporc van eene pttlbneele Commisfie, dac meede alhier geleezen is, waar by dezelve verklaarc te beruften in de reeden van weigering van den 1 a deezer maand, daarby aan welgemelde Kamer onbekragcigd terug gezonden hebbende derzelver Befluic van den 9 daar re vooren, om» trend de vasiftcliing der byzonderheden van de Heffing, den 14 Maarc deezes jaars gearrefieerd , en voorts te dier zaake een nieuw befluit inzendende.
Welk



17 APRIL t8dt>; abi
Welk Befluic is van den volgenden inhoud i
By refumtie gedelibereerd zynde over hec dfJ gilleren in advis gehouden Rapporc van de Burgers Reprafentancen sfppelius en verdere, by Decreeg „ van den 14 April 1.1., GecommhceerdeH, ten exa„ men van een Extraét uic het Regifter der Decree„ ren van de Iweede Kamer, van den sa te vooren? 9> daarby aan deez>? Kamer onbek-agrig.I tWMig gezonden hebbende haar Befluic, van den 9 der gemelde „ maand April, umcrenc de vasifcelling der byzonderheden van de Heffing, den 14 Maarc 1.1., gearresreerd.
„ Heefc de Vergadering, zich mee hetzelve Rap„ porc cönformeerende , het daarby voogeflageti „ Concept Befluic, mec eenige veranderingen, gear-
refteerd.
De Eerfte Kamer van lier VertégenwoordigenJ „ Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebben„ de hec Rapporc eerier Perfoneele Commisfie , Uic haar midden benoemd, by beflui: van den i+ deezer joopeudc maand gelast, te dienen van conilde-* raden en ad/is, op een Befluic van de Tweede Ka. „ mer-, van den 12 te vooren, houdende deszeifs „ redenen van weigering ter bekrachtiging van hec i> Befluic den 9 derzelve maand, by deezé Kamer genomen,betrekkelyk fommige byzonderheden def „ gearrelteerde Héfu*o?j op eene Misfive vau hec „ Uitvoerend Bewind van den it daar ce vooren, „ houdende een Voordragt, betrekkelyk de midd^„ kn om in het kort op de Sraacsbahoefcens van die lopende jaar te voorzien, mitsgaders een Requeft „ van A. Stalker, Leeraar der Remonltrancen te Rotterdam, verzoekende dac alle Leeraars, zo veel R a M hun-



a8a 17 APRIL 1809»
,, hunne Traktementen betreft, van de betaaling der Heffing op Inkomften, mogcen worden vrygefteld. ,, Overweegende, dat de by zonderheden van de ,, gearrefteerde Heifing fpoedig ter kennis van de In» „ gezetenen behooren te worden gebragt, verklaart „ dat 'er is, onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de redert"n, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden? de:
„ Voorts overweegende, dat ter behoorlyke exe> ,, curie van de Heffing by wyze van voorfchot op de „ Bezittingen, ingevolge de Publicatie van het Uit-
voerend Bewind, van den 15 Maarc 1.1., de bepaa„ ling van verfcheide byzonderheden vordert, ter „ verzekering van het belang der Ingezetenen, en ter „ richtige invordering van 'sLands Inkomften, on„ verminderd de nadere bepaalingen, welke by hec „ Vertegenwoordigend Lichaam zullen worden ge„ maakt, op de Inkomften; en beruftende in de re„ denen van weigering der Tweede Kamer.
„ Befluit:
Onder inhsefie der vyf volgende Articulen der bovengemelde Pnblicatie.
Ieder



17 APRIL i8ooi 983 Art. 1.
Ieder Ingezeten deezer Republiek, welke meer dan f500 in Eigendom bezit, het zy hy tot een Huisgezin behoort, by anderen of op zich zei ven inwoont, het zy hy zyne Goederen en Bezittingen zelve beheert, of onder Voogdy of Curaceelen van anderen flaat, of de Adminiftratie zyner Goederen aan anderen is opgedragen , zal aan den Lande, by wyze van voorfchot, opbrengen drie ten honderd, ter reëele waarde van zyn Capitaal en Bezittingen, zo als dezelve geweest is op den 15 Maart deezes Jaars, hoedanig die zyn en waar gelegen , volgens de wyze van Tauxatie by deeze Publicatie bepaald, zynde derhalven daar onder medebegreepan, de Goederen van Weezen, Ingezetenen van deeze Republiek zynde, of alhier te huis behoorende , en by Weesmeefteren geadminiftreerd wordende, in opzicht van iedere Wees afzonderlyk; zullende de becaaling gefehieden door Weesmeefteren of Gecommitteerden derzelve, of ook gefielde Adminiftrateuren, zo als mede deeze betaaliog zal moeten gefehieden van de Goederen aankomende Ingezetenen van deeze Republiek, welke zints eenige Jaaren vermist, en welkers leeven of dood dus onbekend zyn; gelyk mede van Goederen, behoorende aan gewezeneGildens, Confreriën of andere Corporatien, Goederen , welke aan Armen of Weeskinderen, in Godshuizen gealimenteerd wordende, opgekomen zyn, en in hec generaal, van alle Goederen, Ingezetenen van deeze Republiek toekomende, hoe ook genaamd, of onder welke titul bezeeten, zodanig,.dat van deeze Heffing geene Goederen vry of geëximeerd zyn, dan die van zulke Corporatien, Fondatien en Geftigten, welke alléén tot onderhoud van arme en behoeftige Ingezetenen dienen,of verder adpios u/us zyn beftemd, R 3 daar



»8t J7 APRIL 1800.
daar onder mede begrecpcn de Goederen van gewezen Güdens of andere Corporatien, voor zo verre dezelve alleen toe bovengem, eindens ftrekken.
Art. 2.
Voor de fournisfcmer.ttn in evengemelde Heffing by wyze van voorfchot, zullen worden afgegeven Recepisfen, rentende drie ten honderd in het Jaar, en welker Inrresfe zal ingaan op den eerflen dag van de maand, waarin het fournisfemenc is gefchied en voortlopen, tot den dag dac dezelve zullen worden af- of ingelost.
Art. 3. •
Voorfz. Heffing by voorfchot, zal moeten worden opgebragt in de drie volgende Termynen:
Het eerfte, vóór of uicerlyk op den 10 Mey eerftkomende.
Hec tweede, vóór of uicerlyk op den 10 July daaraanvolgenden.
Het derde, vóór of uicerlyk op den jo Oétober deezes Jaars,
Art. 4. • Alle Ingezeetenen van dit Gemeenebest ƒ400 o o. ©f daar boven, doch beneden de f 6o.;-c"-o'jaarlyks inkomen hebbende, zullen gehouden zyn ce betaalen Ewee ten honderd; alle Ingezetenen, /'600-0-0. en daar boven , doch beneden de /8oo*o»oinkomen hebbende, zullen moeten opbrengen vier ten honderd, en aiie Ingezetenen ƒ 800-o-o en daarboven inkomen hebbende, zeven ten honderd van het inkomen, hec welkzy geduurende den Jaare j739 hebben gehad, ©n zulks als don gratuit ,by wyze van Quotifatie over hunne relative inkomften en verceeringen.
AUe dienftdoende Militairen , beneden den rang
van



17 APRIL i8co.
285
vanCapitein, worden, zo veel hunne Tracl-ementen betreft, van de betaaling in de Heffing op de Inkomften, vrygefteld.
Art. 5.
De Heffing van a, 4 en 7 pCt. op de Inkomften zal worden opgebragt op de twee volgende Termynen; drie teD honderd van die geenen, welke ƒ 8-o o en daarenboven inkomen hebben, en twee pCt. voor de geenen, welker'Inkomften /óoo-o o en daar boven, doch beneden de ƒ800 o o belopen, voor of uicerlyk op den 15 December deezes Jaars; vier pCt, voor die geenen, welker inkomen meer dan ƒ800 o-* belopen, twee pCt. voor hun, welker inkomen/oop o en daar boven, doch beneden de ƒ800-0 o bedraagt, en twee pCt. voor hun,die ƒ400 0-0 en daar boven, doch beneden de f6oo-o-o aan revenuen hebben gehad, voor of uicerlyk op den 31 January 1801.
Art. 6.
Voor her bedragen van de Heffing, by wyze van voorfchot op de bezittingen, zullen aan ieder Geldfchiecer worden afgegeven Quitanticn en Recepisfen, welke laatfte vervolgeus zullen worden geconverteerd in Bataaffche Obligatien, rentende tegen drie ten honderd in het jaar, om te worden afgelost op den voet ftraks nader te bepaalen ; zullen de interes: op alle dee2e Recepisfen ingaan met den eerften dag van de maand jn welke het fournisfement is gedaan.
Art. 7.
Tot fecuriteit en onderpand van deeze Heffing , by wyze van voorfchot, word de jaarlykfehe Heffing van a een honderd op de Inkomften vermeerderd met 1 red
R 4 &W?



a86 17 APRIL 1800.
honderd, en aldus gebragt op 4 ten honderd , ce beginnen mee den jaare 1801. Het één pro Cent, waar mede voorfz. Heffing word vermeerderd, zal eeniglyk zyn beftemd om de Jaarlykfehe Renten van de thans gedecreteerde Heffing by wyze van voorfchot, te vinden, en voorts dienen tot af- of inlosfing van deeze Negociatie. Zullende met de aflosfing, by wyze van uitloting, een aanvang worden gemaakt, uiterlyk in den jaare afcoa. Na de geheele mortificatie der Obligatien, gefproocen uic de Heffing by anticipatie, den 30 November 1:798, en 29 Oétober 1797 gepubliceerd, zal de Heffing van 4 pro Cent, op de Inkomften blyven voortduuren, toe dac deeze Helling van 3 pro Cenc by wyze van voorfchot, in voegen als hier boven gemeld, geheel zal weezen gemortificeerd; zullende jaarlyks door hec Uitvoerend Bewind aan hec Vertegenwoordigend Lichaam , een verflag van hec moncanr der gedaane af en inlosfingen, en van het bedraagen der nog loopende Obligatien worden gedaan; ten einde de Heffing op de Inkomften worde opgeheven, zo dra de geheele mortificatie zal zyn daargefteld.
Art. 8.
Het Fournisfement van drie een honderd by wyze van voorfchoc, zal moeten gefehieden van hec zuiver beloop der waarde van ieders Bezittingen en Eigendommen , volgens de Tauxatie hier nader te bepaalen. En zullen onder deeze Tauxatie moeten gebragt worden alle Bezittingen en Eigendommen, zo roerende als onroerende, hoe ook genaamd en waar gelegen, het zy Rente geevende of niet, zonder eenige uitzondering; zullende hec echter elk en iegeiyk vry ftaan, van hec beloop der waarde van zyne Bezittingen en Eigendommen te mogen aftrekken, alle Schulden,
wel-



17 APRIL 1800.
a8r
welke hy ten zynen hften, zo binnen als buiten 'sLands zoude mogen hebben; zynde bet voorneemen dat deeze Heffing zal gaan over het zuiver en effeftive beloop, van de Bezittingen en Eigendommen der Ingezetenen, zo na mogelyk te bepaalen, als ieder in confcientie zal bevinden te behooren.
Art. 9,
Om de Ingezetenen te gemoet te komen, in het maaken van den overdag hunner Bezittingen en Eigendommen, en alle fcrupuleusheid dien aangaande weg te neemen , zal worden verklaard, zo als verklaard wordt mits deezen: dat een iegelyk verpligc zal zyn, ten aanzien van de Effecten die hy bezit, zo binnen als buiten 's Lands, waarop een Cours of Prys-Courani js, die by zich zeiven tetauxceren, naar de waardeen de Cours of Prys Courant, die daar van op den 15 Maart 1.1 is geweest, en door beëedigde Miakelaars, ten fpoedigiten, op lasc van hec Uitvoerend Bevind opgemaakt, en onder deszelfs opzicht bekend gemaakc zal worden; dat cenopzigte van de Goederen, zo binnen als buiten 'sLands, waarop geen Cours of frysCourant is, een iegelyk die by zich zeiven zal mogen tauxeeren, naar raco der laaclte Pryzen van koopen of verkoopen, die van diergelyke Goederen door anderen gedaan zyn, of wel coc zodanige waarde,als waar voor hy dezelven, ten tyde wanneer hy zyn overdag maakc, en welke cyd, in alle die gevallen moec gerekend worden, op den 15 Maart deezes jaars, zoude willen afdaan;dac ten respeéte van Goederen, die eenig gevaar of iifico loopcn , gelyk Schepen en Koopmanfchappen, mitsgaders Cargafoen-Goederen, die actueel in Zee zyn, ten tyde dac hy zyn o verflag maakt, een iegelyk die by zichzelven zal mogen tauxeeren, een R 5 be-



485
17 APRIL 1800.
bedrage van de Asfurantie die hy daarop heefc laaten doen, of zo hy die in 't geheel of ten deele niec heefc laacen asfureeren, voor zo ver 'er naar maace dac hy die in gemoede, door de lopende riïico, minderwaardig fchac van de oprechte eii reëele waarde van dien ; dat Infchalden , ukthande Geiden, Aftien enCredieten, ten latten van Particulieren, zo binnen als buiten 'sLands, die dubieus zouden mogen weezen, zullen mogen gerekend worden naar de waarde, waar voor men dezelve in gemoede cauxeert; dat Goederen, waar voorde Bezitter eene byzonde affectie heefc, gaande boven den ordinairen prys of waarde, nogchans inden te maaken overdag, niec hooger dan tegen den ordinairen prys of waarde, genomen en gerekend zullen behoeven ce worden.
Are 10.
Van de Goederen in Fideï Commis of Lyfcogc bezeten wordende, waarvan hec expeétacif of de eigendom aan Ingezetenen van deeze Republiek behoorc, z:l tl de voorfz. voorbccaaling gefourneerd moeten worden, op geiyke wyze en voet, als van alle andere Goederen; doch afzon derly k , en op zich zeiven, behoudens dienaangaande, aan den Contribuant zyn regre?, toï vergoeding van al hec geen gefourneerd is ten lasten van den Fideï Commisfatren Erfgenaam, of van den geenen aan wien de eigendom gemaakt is, by de overlevering of uitkeering derzelve Goederen, welk regres tot vergoeding zal plaats hebben , niettegsnftaande zulke of diergeiyke korringen by Testament verboden waren, waar aan mi-s deezen wordt geder6*ee*d ; zuiiende van alle andere Goederen in Fidü Co «mis of Lyftogt bezeten wordeade , waar van Buite^czeienea hk expech:if af den eigendom hebben,



17 A P R I L i8ao. - Q8?
ben, niets in deeze voorbetaaling worden gefourneerd. Arr. n.
Het geen op den voet by de voorgaande Arr. is bepaald, van Goederen in Fideï Commis of Lyfto«-t bezeten, moet worden opgebragt, zal uit die Goederen zelve voldaan mogen word.n, en ten dien einde zal zo veel van die Goederen door den teremvoordi. gen Bezitter of Lyftogter zo ver het mogelvk is, met,, voorkennis van den geenen, die hec expeélacif heefc» mogen worden verkogc, of op dezelve genegotiëerd, onder fpeciaai vei band van dezelve Goederen, als het montant van het gefourneerde zal komen ce bedragen; ten welken einde de Municipaliceiten van Steden en Plaatfen, alwaar de tegenwoordige Bezitters of Lyfcogters woonen, of wel de Gerechtshoven in de voormaalige Gewesten, daar, waar ce Plaatfelyke omftandigneden zulks vereisfehen , fpeciaai warden geau:ori!'eerd, om by appoiuftement op derzeber fchriftelyk verzoek, gerouniéerd met bewyzen van der zeiver pofiuve, en des noods onder de verdere nodige precauüen, confent te geeven tot het verkoopen of beleenen van zodanige Goederen.
Art. 12.
Van Goederen, toekomende aan minderiaari<Ten waar van de Ouders, of de langstlevende van dezefven, ds Vrugten en Interesten genieten, coc alimentatie der Kinderen, en dus ook niet langer, dan tot derzelver meerderjaarigheid of trouwdag cos, zal in deeze Heffing moeten gefourneerd worden , uic het Kapitaal dér Kinderen, en niec uit de Vrugren;geen Vader of Moeder, zal vermoogen eenige Goederen, hec zy roeren, de of onroerende, aan Kind, Kinderen, of verdere
de



sgo 17 APRIL iSoo.
decendenten te donateeren, of op eenige andere wyze overdragen, om daar door de Heffing, ten aanzien dier Goederen te ontduiken, maar verpiichc zyn dezelve ce berekenen.
Art, 13.
Van Goederen, nagelaaten by Ingezetenen deezer Republiek, en onder Adminillrateuren binnen dezelve berustende, waar toe, by Testament, als Erfgenaamen geroepen zyn Perfoonen, die, na verloop van zekere jaaren, of na het exteeren van zekere Conditiën, in leeven zullen bevonden worden, en in welker opzicht gevolgelyk onzeker is, wie de Erfgenaamen na expiratie van voorfz. tyd wezen zullen, en of dezelve Ingezetenen van deeze Republiek zyn zullen, dan niet, zal door de Adminillrateuren het fournisferaent in deeze voorbetaaüng ten vollen moeten worden gedaan; gelyk ook zal moeten gefehieden van Goederen, onder Adminiltrateurs binnen deeze Republiek beruflende, waar van de Eigenaars, Ingezetenen deezer Republiek geweest zynde, al eenige Jaaren vermist zyn geweest, fchoon men niet weec, wie roe dezelve, indien de Eigenaars niec opdagen, geregcigd zullen zyn.
Art. 14.
Weesmeesteren, of derzelver Suppoosten, Voogden, Curateurs en Adminiltrateurs van een anders Goederen, zullen zich fliptelyk moeten houden aan de bepaalingen in deezen gemaakt, en niets mogen declareeren voor de moeite of vacatiën, die zy ter deezer zaake hebben gehad; alles met qualificatie om te verkoopen of te negotiëeren; zo veel als zy, ter voldoening hunner fournisfementen, in derzelver qualiteit, zullen noodig hebben, zonder meer; zo als
me»



i7 APRIL .8oo. dpi
mede alle Hypothecatiën , welke ten voorfchreeven einde zullen gefehieden, van den 4<3(ten Pen* ning, of anderen foorilyken Impost, daar, waar dezelve gebruikelyk zyn, zullen wezen bevryd ; mits dat onder Eede, of ten aanzien van de zodanige, wier godsdienrtige gevoelens zulks niec gedoogen, met waafe woorden, in plaats van Eede, verklaard worde, dat de alzo opgenomen Penningen toe fournisfement in deeze Heffing alleen, en tot geene andere eindens hoegenaamd, gebruikt zullen worden.
Arr. 15.
Ten aanzien van de wyze, waarop een ieder in de Heffing op de Inkomften zal moeten betaalen, zal nader by hec Vertegenwoordigend Lichaam worden bepaald.
Algemeene bepaalingen. Arr. 16.
By overlyden van Ingezetenen deezer Republiek, die coc hec fournisfemenc in deeze Heffing op de Inkomften en Bezittingen gehouden zyn, byaldien hun overlyden voorvale, eer dat zyde bovengemelde fournisfementen geheel of een deeie hebben gedaan,zuilen derzelver Erfgenaamen, Executeurs of Boelredders, gehouden zyn, alles, hec geen de overledene had moeten opleggen,te voldoen,en vervolgens de geheele beraaling ce verantwoorden, zo als de becaalingdoor de gezamentlyke Erfgenaamen, Executeurs of Boedelredders, almede zal moeten gefehieden, wegens alle Boedels, voor de Publicatie deezes gevallen, en over welke nog geene geheele fcheiding of verdeeling is gefchied.
Art. 17.
Alle Perfoonen, Ingezetenen van dit Gemeenebest
ge-



tj)ft t? APRIL 1800.
geweest zynde, en zich nu büiten hetzelve bevindende» hec zy mer der woon, of door eene abfencie voor" zekeren tyd, zuilen gehouden zyn, in deeze Heffing en voorbetaaiing op den voer van dit Decreet te con» tribuëeren, en hunne contributie te verantwoorden, ten ware dezelve iceds een jaar en zes weeken voor het emaneeren deezes waren abfenc geweest.
En zullen de geenen, die, voordat zy ten vollen can hunne verpligting omtrent deeze Heffing en Voorbetaaiing hebben voldaan, zouden begeeren mee 'er woon buicen de Republiek te vertrekken, by arrest rot hec voldoen aan hunne verpligting worden gehouden, tot dat zy ten vollen voldaan, of cautie gefteld zullen hebben.
Art. 18,
De geenen die uic andere Landen, na her neemen van die Decreec, zich binnen deeze Republiek neder zetten, zullen niet gehouoen zyn te foiiiUtercn in oe voorfz. Voor betaaling en Heffing, van 2,4 en j pCt. van egn ieders Inkomften.
Art. Tg.
Perfoooen, Ingezetenen van dit Gemeenebest zynde, doch geen vasc Domicilie in herzëlve houdende, maar rm in deeze, dan in geene Plaats voor een tyd hon verblyf houdende, hec zy zich geneereil mee ter Zee te vaaren of in andere omzwervende Levenswys, zaïlen gehouden zyn, aan den inhoud van dit Decreec te voldoen ier plaatfe daar zy zich bevinden, ten vvaie zy cecden biyken elders in dit Gemeenebest aan hunce verplichting voldaan te hebben, en by nalatigheid of onwilligheid, zullen zy vour hun vertrek daar 10e by arrest worden gehouden.
Arr. 20.
De foumlsfementen m de voorfz. Ikffing, zo op de
in-



i7 APRIL i8öö; s^j
ïnkomften, als by wyze van voorfchot, in evenredigheid van een ieders Eigendommen en Bezittingen, zullen gefehieden:
Voor eerstx In Fourneer-Billetten, gefprooten uic de Anticipatie, by Publicatie van den 15 Maart gearrefteerd.
Ten tweeden'. In comptante Goude en ZilvereSpecien, zullende de Zeeuwfche Ryxdaalders alomme, waar dezelve anderzins niet worden aangenomen, tot 52 Stuivers kunnen worden gefourneerd, met uitzondering vau het voormalig Gewest Zeeland, ten aanzien van fournisfementen, in da?: voormalig Gewestgedaan, als van welke de Zeeuwfche Muntfpeciën zulien worden aangenomen tegen den cours tot nu toe in her voormalig Gewest Zeeland gebruikelyk , ten ware dac de cours der Zeeuwfche Ryxdaalders, iri het voormalig Gewest Zeeland, tegen 53 Huivers , voor den afloop van deeze 1-Jtffing, moge worden veranderd.
Ten dcrdemln ÏVationaalBeleenbank geld, hetwelk in alle dé Termynen voor de helft van het fouraislepnent zal worden aangenomen.
Arr. <zi.
Het za! ann ieder v/y liaan, om zyne fourrmfemen. ten h de Utffing by wyze van voorfchot zelve te doe» of door andere te laaten doen, zonder gehouden te zyn te declaieeren, dat de Fournisfementen voor
zyr.c rekening gedaan worden; zullende de Qui.
tan tien ter keuze van den Fout neerder ook kunnen woideo genomen op naam, op let.er, of in blanco; echter mer dien verfijnde, dat een ieder zo veelmogciyk zal moeren fourneeren onder dac ÖiftriA, onder het welk hy in ca» van gemeene Middelen resfortCert, en tjaei byvoeging van de Haatf, waar hec föurnNé»
aatat



39+
17 APRIL 1800.
ment word gedaan 4 zo als de Quirantien al mede zullen worden afgegeven, tot zodanig een grootte, als een ieder verkiesc.
Art. 22.
Met zal aan elk Ingezeten vrjfhan, om zich zelve, ten aanzien van de Heffing, by wyze van voorfchot op de Bezittingen, te quorilëeren, mids daaromtrent ter goeder trouw, als mede met de meeite accuracesfe te werk gaande, en in de daar toe rond te zenden Billenen , invallende de juilte fom, welke door hem moec worden gefourneerd.
Arr. 23.
Ten einde te zorgen, cat zich een ieder in deezen naar behooren van deszelfs plicht kwyte, zal hec Gemeente-Beduur van elke Str-d of Plaats, binnen 14 dagen na de afkondiging deezes, aan eik Ingezeten doen rondzenden een gedrukc Billet, waar in dezelve verplichc zal zyn intevullen, wat door hem moer. worden betaald, op den voet in het even voorgaand Art. gemeld, gelyk ook of hy eenige Goederen voor ande • re adminiltreert, onder welken tieul ook, voor welke hy verplichc zoude zyn, ingevolge de bovenftaande Art. in de Hefiing by wyze van voorfchoc op de Bezittingen te betaalen, en wac voor dezelve moec worden voldaan, als mede of hy eenige Perfoonen by zich inwoonende heefc, welk Billet hy gehouden zal zyn, met zyn voor- en toenaam te ondertekenen; terwyl die geenen, welke minder dan ƒ500 aan eigendom bezitten, en welke uic deezen hoofde niet verplichc zyn in de Heffing by wyze van voorfchot op de Bezittingen te betaalen. zulks op hec evengemelde Decla-
ra.



APRIL 1800,
«95
wroir zullen moeten te kennen geeven, en dat mede met derzelver voor- en toenaam zullen moeten onderteekenen ; of wel zo veel aangaat zodanige Ingezeetenen, die hunne naamteekening niet kunnen fchryven, zullen dezelve verplicht zyn, hun gewoon merk daar onder te ftellen, in praïfencie van een geiuigen, die zulks mede zal moeten onderteekenen, alles echter in 'c vaste vertrouwen, dat ook dezulken, welke uit voorfchreeven hoofde niet verplicht mogten zyn in deeze Heffing, by wyze van voorfchot, te fourneeren, meerder hunne Vaderlandsliefde, dan hunne ftricle verplichting gehoor zullen geeven , en zich beyveren, om het hunne, eenieder naar zyn vermogen, tot redding van her Vaderland by ce dragen.
Art. 24.
Om den omllag van evengemelde Quotifatie Billetter» , zal door een ieder moeten worden gefteld en onderteekend, en een aanzien van die geenen, welke niet kunnen fchryven, met hun gewoon merk bevestigd, in prasfenrie van een Getuigen, die zulks mede zal moeten onderteekenen, hec volgend Declaratoir:
„ Declareere ik ondergeceekende, (of fourneeren >s de in eene betrekking van Voogd, Adminiftrateur „ of diergelyke, mee uicdrukking van den Perfoon of „ Goederen, waarvoor hy fourneerc , na eenen geiS maakten overdag van myne Eigendommen en Be5) zitcingen, my gebragt en geclaslifi^eeid te hebben ,5 tot die fommn, waarcoe ik, ingevolge hec voor„ fchrifc van d.» Publicatie van hec Uitvoerend Be» „ wind der Bataaffche Republiek , van den . . . v . . my zelve heb moecen eauxeeren, en daarom „ ook geene zwaarigheid te maaken op de eet (ie re»
s „ qni-



i7 APRIL 1800.
quificie, hetzelve met folemneelen Eede, of wel S5 ten aandien van zodanige, wier Godsdienftige gej, voelens zulks niet gedoogen, met waare woorden „ in plaatfe van Eede ie bevestigen, zo als ik nog op „ dezelfde plechtige wyze veiklaare, dat ik geene „ Goederen voor andere Perfoonen , Ingezeetenen „ van dit Gemeenebest, adminiftreere, hec zyinqua„ liteicvan Voogd, Curacor, Adminiftrateur, of on„ der welken titul hec ook zoude mogen zyn,voor „ welke ik de aangifte niec heb gedaan."
Art. 25.
De gemelde Billetten zullen binnen den tyd van zes weken daar na worden afgehaald in belloten Busfen, en alsdan alzo ingevuld en ondertekend, verzegeld terug gegeven moecen worden, op poene, dat die geenen, welke bevonden zouden mogen worden daar aan nïecce hebben voldaan, zullen wordengeconfidereerd, zich aan deeze Heffing, by wyze van voorfchot te hebben onttrokken, en mitsdien, na eene gedarme fommatie van wegens het Gemeente Befiuur, om daar aan als nog binnen de eerstkomende 24. uuren te voldoen, daartoe by gyzeling zullen worden geconftringeerd* en dat (effens hun Boedel dadelyk zal worden gebragt onder fcqueftratie, ten ware zy zouden kunnen aantoonen door wettige redenen en omrtandigheden daar» in verhinderd te zyn geweest, hec welk zal worden overgelaten aan het oordeel van de Plaatfelyke Municipaliteic, of van de Commisfie uic haar midden daar toe te benoemen.
Arr. 16.
Daar eene ongelukkige ondervinding heeft gelesrd, dat, hoe zeer de meelle ingezetenen van hec 13a-
taafxh



if APRIL 180a.
i97
taafsch Gemeenebest, de hun opgelegde lasten gewillig en met alle gecrouwigheid hebben opgebragt, fommige andere echter, ten dien opzichte zich deels aan eene onverfchoonlyke achteloosheid, deels aan een ffrafwaardig plichtverzuim hebben fchaldig gemaakt, en daar door den last op de fchouderen hunner Mede burgeren niet weinig gedrukt, en dus noodzaaklyk gemaakt, de voorzorg tegen flegte practyk te verdubbelen, en de braven de verzekering van een gelykenopbrengst te geven, zal het Vertegenwoordigend Ligchaam, op voordragt van het Uitvoerend Bevind, nadere bepalingen maken, omtrent de meestgefchikte en minst koftbaare wyze van onderzoek, of zich een ieder in deezen van zyn plicht heefc gekweeten; zullende daarby fpeciaai worden in hec oog gehouden, dat de Beziccingen van de afzonderlyke Ingezetenen niec nodeloos worden bekend gemaakt; en dat met alle befcheidenheid worde gehandeld, ten aanzien van de ingevulde Quotifatie Billeccen , welke provifioneel verzegeld onder de refpeétive Gemeente Beftuuren zullen blyven beruscen; om na hec afloopen van hec onderzoek , dac met al dien ernsc en vigeur zal worden uitgeoefend, welke het belang des Lanis vordert, ce worden cerug gegeven of verniecigd.
Art. §7.
De zodanigen, welke zich, een aanzien van de Heffing van 3 ten honderd, by wyze van voorfchot op de Bezittingen,nic: naarbehooren van hunne verpligting mogten hebben gekweecen, en zulks, hec zy voor zich zelve, hec zy in eenige quaikeic moetende fourneeren, zullen ondergaan dï volgende pcenaliceken.
P'oor eerst: die geenen, welke na voorafgaand onderzoek, zuilen worden bevonden zich niec naar be.
S a hoo-



ao8 17 APRIL 1800.
hooren te hebben gequotifeerd, zullen naar biJIykheid, en overëenkomftig de rcëele waarde hunner Bezittingen, worden vermeerderd, en verpligt zyn te betaaien, drie maal zo veel, a's waar toe zy anderfints ge* houden zouden zyn geweesc, voor het geen hunne quotifatie te laag zal worden bevonden; alles onverminderd de poenaliteiten, in welke zy mogten zyn vervallen, door dat geen, hetwelk zy, agtervolgens hunne eigen quotifatie, moesten betaalen, ofin het geheel niet, of niet op de gefielde Termynen te hebben opgebragt. Zodat iemand, wtlke zich op 90 Guld. gequotifeerd hebbende, na onderzoek bevonden wordt roofchuldig te zyn, drie maal «o Guld. moeten betaalen, als iq Guld. voor fuppletie van hec geen te weinig was gefourneerd, cn 20 of tweemaal zoveel, als boete van de te laage Quitantie.
2 en weed:n: die geenen, welke voor het aflopen van den derden Termyn niet hebben opgebragc de geheele fem, welke zy, ingevolge hunne quotifatie, verfchuldigd zyn, zullen verplichc zyn hec dubbeld te betaalen van het geen door hun had behi oren te zyn gefourneerd, en wel in deezer voegen, dac hy, die90Guld. moest opbrengen, en maar 60 Guld. tneft gefourneerd,nog zal moeten betaalen 60 Guld ,dat is 3c Guld. voor het te kort gefourneerde, en 30 Gald. ais boete, dat hy aan zyne veipligting niet heeft voldaan.
Ten derden: die geenen, welke voor het aflopen van den derden Termyn, doch op latere Termynen fourneeren dat geen , wat zy verplichc waren in ieder Termyn te voldoen, dat is, ten minden een pCt. van de waarde hunner Bezittingen,.zullen boven dien nog \ erpligt zyn te betaalen een derde van hun vei Ichuldigde in ieder Termyn, zodanig, dat de geen, die ten ge.
deel-



17 APRIL 1800.
-99
deelce van den eerden Termyn eerst by den tweeden betaalt, boven dien zal moeten opbrengen één deide van het geen by hem in den eerden Termyn te weinig is gefourneerd ; en dit de geen, die zyn fournisfemenc in den eerden Termyn geheel of gedeeltelyk verfchuift, toe op den derden Termyn, boven dien zal moeten opbrengen twee derde van het geen in den eerden en één derde van het geen in den tweeden Termyn had moeten worden voldaan.
Zullende dus de geen die 90 Guldens in hec geheel moetende betalen, dezelve eersc fourneert in den derden termyn, boven dien nog moeten opbrengen 30 Guld., als 10 Guid. voor twee derde, wegens het niet tydig fourneeren van den eerden, en io Guld., wegens hec niet tydig fourneeren van den tweeden Termyn'; en aldus in evenredigheid van een ieders fournisfemenc, en geheel of gedeeltelyk vertraagde betaling.
Al hec geen, uithoofde van de bepaalingen van dee« zen Art. zal worden opgebragt, word betaald als boete, zonder dac daar voor rentegevende Recepisfen zullen worden afgegeven.
Arr. a<?.
Het Uitvoerend Bewind word gelast, met het maken van alle zodanige fcbikkin.ren, als toe hec behoorlyk execureeren van die Decreec noodzaakiyk zyn, en in hec byzonder, al hec gejn betrekkelyk is cot het doen vervaardigen en uitgeven van een Prys Couranc, het bepalen van de plaatfe van oncfang, hec benoemen van Onifangers of Commisfarisfen tot ontfangst, het formceren en arredeeren der nodige Indruccien voor dezelven, bet arredeeren van FormuliereuvanQuicantien, Recepisfen, Obligatien, en Billetten van Aan^ S 3 Sif"



3C9 i? APRIL iSoo,
gifte, met hes; geen verder tot de executie deezes behoort.
Art. 99.
Voords word het Uitvoerend Bewind gelast, binnen den kortst mogelyken tyd, door hetzelve, naar omftandigheden te bepalen , te do-n aanbetalen en aanzuiveren alle agterftandcn en relïanren van belasting aan den Lande, voor den 31 December .799 verfchuidigd; mee aanfehryving aan het Bewind, om daar toe , des noodig oordeelende , een naderen voordragt aan het Vertegenwoordigend Lichaam te doen.
. Wordende voords het verzoek van den Burger A. Stolker, Leeraar der Remonliranten te Rotterdam, betrekkelyk de vryftelling van de Leeraaren der onderfcheidene Gezindheden, van de Hélling op de lukorr.ften, gedecimeerd en gewezen vau de hand.
„ En zal dit Befluit, voor zo veel de gearrefteerde n bepaalingen der Helling en gegeeven last betreft, „ worden gezonden zo aan hec Uitvoerend Bewind „ der Bataaffche Republiek , als aan Commisfaris-
fen tot de Nationaale Rekeningen, respeótivelyk 3, tot informatie en naricht; en met last aan hec Uit' 3) voerend Bewind, om daar aan de nodige Execu. „ tie te geeven, en de 30 eerfte Art. by Publicatie „ ter kennis van de Ingezetenen te brengen.
„ Zullende die Befluic mede worden gezonden aan
de Tweede Kamer van hec Vertegenwoordigend 3J Lichaam des Bacaaffchen Volks , overeenkomftig ,5 hec 60 Are. der Staatsregeling, ter fanctie, zo veel 3, de 31 Arr., hier vooren gemeld, betreft, met en „ benevens dit Rapporc en de Misfive van het Uit„ voerend Bewind', van den u February, en de
des»



17 APRIL 1800. 301
„ deswegens geproduceerde redaftien, alles in origi • „ nali. *
En voords over het voorfcbreeve Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Liet, e. van het Reglement B. der Scaaure. geling, gedecreteerd: t
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Arcicul 69. der Seaatsregeling , onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Kerft e Kamer.
Zullende Ëxtra& van dit Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nacionaale Rekening coc informatie, (zonder refumtie )
Is geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den \(» April 11.; genomen,op de Requefte van J. Machielfe, verzogt hebbende Brieven van Gratie of de tegens 'hem bepaalde ftraffe des doods ce converceeren in die van eenige Jaaren confinemenc, en, hangende de deliberatien furcheance van het tegens hem geflagendoodyonnis. .
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ ïs geleezen de Requefte van Joh. Machielfe, gedetineerden op de Stads gevangen Poorc van den " Bosch, Depznemem van de Do'.nmel; daarby zyne " aandoening ce kennen gevende, over het Decreec " deezer Vergadering, by hec welk gedeclineerd en S 4 » van



30a 17 APRIL 1800.
„ van de hand is gewezen, zyn, op den 31 Maart „ 11., gedaan verzoek, om gratie of mitigade vande „ ftrafje des doods, wegens hec tteeien van Beyen. „ Hokken, mee levendige Beyen; en voords op na-
deie gronden, ten Req.ieile aangevoerd, ander„ maal verzoekende, dac 't hec Vertegenwoordigend ,s Lichaam moge behagen, aan hem gedetineerden, „ rer zaake voor/z., ce willen verleenen Brieven van „ gratie of mitigatie van de ftraffo des doods, deswe„ gens te willen converteeren in die van eenige Jaa» ren corfinemenc , en dac, hangende de deliberatien ,s hierover, aan hem moge worden geaccordeerdfur„ cheance van executie van hec voorfz. doodvonnis, „ tot welk hy door de Municipaliteic van tien Bosch
is verweezen geworden.
,, En in aanmeiking genomen zynde, dac een ver„ zoek om furcheance van de executie vin een Von-
nts des doods, uit deszelfs aarc is een potnet, het „ welk ailen fpoed verëischt, beeft de Vergadering
verklaard, dat 'eris onverwylde noodzaaklykheid?
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Articul 32. Lic. b. van hec Reglement B. der Scaarsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Eerfie Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de. Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit: houdend? ï
„ En voorts daadclyk beflooten, des Requeltrants y laadïe verzoek, mits deezen ce accordeeren, eu
,, dien'



17 APRIL 1800.
303
„ dienvolgens te furcheeren de executie van het vonM nis des doods, tot welke ftraflè hy door de Munici„ paliteit van den Bosch, ter zaake voorfz. is gecon„ demneerd geworden, en zulks hangende de deli„ beratien van het Vertegenwoordigend Lichaam
over het bovengemelde verzoek ten principaale.
„ En zal hier van by Extraét deezes worden kenn nis gegeven aan het Uitvoerend\Bewind der Bataaf„ fche Republiek, om deswegens de noodige aan-
fchryving te doen.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Art. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens de voorfz. „ Kequeite en Bylagen, in originali.
„ En is voords gedecreteerd, (na de bekragtiging J} van bovenftaand Befluit) de voorfz, Requefte en „ Bylagen, in originali, te zenden aan den Hove „ van Juftitie over Ik-c voorm. Gewest Bataafsch
Braband, om, met terugzending van dezelven, „ betrekkelyk het verzoek ten principaale, daarom„ trent der Vergadering ce dienen van bericht en „ eonfideratien.
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling
gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit en verandert hef zelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befiuic, ingevolge Articul 69 der Scaacsrejjeiing, onverwyid, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en teveis een aiichrift v;:n hetzelve, in behoorlyke forma , aan'de Kerfje Kanicr. {zonder refuntie j
$ 5 Is



3®+
17 APRIL 1800.
Is geleezen eon Extracl uit het Register der Befluiten vau de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Voiks, van den 16 April \. 1,; genoomen, op de Requefte van J. de Reus, verzocht hebbende Abolitie of Pardon, ter zaake van de misdaad van Defertie, of wel mitigatie van ilraffe dieswegens, en hangende de deliberatien, furcheance yan Executie van de Sententie des Doods.
Welk befluit is van den volgenden inhoud:
ïs geleezen de Requefte van Jasp:n de Reus, oud 27Jaaren, gebooren van Haestrecht, gediend hebbende als lYiacroos op 'sLands Schip van üor" log, Washington, thans gedetineerden alhier in ,1 dellaage; om daarby aangevoerde redenen , ver.
zoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam „ aan hem gedetineerden gelieve ce verleenen abohae „ of pardon, over zyn ten Requefte gemeld misdryf, „ waar over hy tot de ftralfe des doods, by Sencenrie „ van den Hoogen Zee-Krygsraad alhier, is gecon,9 demneerd geworden, of wel zodanige mirigane van „ ftraffe deswegens, als het Ve-tegenwoordigend Li„ chaam, naar bevind van zaaken zal oordeelen cebe„ hooren, en dac, hangende de deliberatien hier over 55 aan hem gedetineerden moge worden geaccordeerd „ furcheance van executie der vooriz. Sententie, en „ zulks alles pro Deo.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat een ver„ zoek om furcheance van executie eens doodvonnis, . welk binnen weinige dagen ftaat ter uitvoer gebragt 9 te worden, uit haaren aart allen fpoed vordert, „ heeft de Vergadering verklaard, du'er is, onver.. w}lde ncouzaaklykkdd..
En



17 APRIL 1800.
305
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen , door de Eerfie Kamer by gebragt, voldoende zyn9 bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid , door de Eerjte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende:
„ En voords daadelyk beflooten, des GedetineerJ5 dens laacite verzoek mids deezen te accordeeren , en n dien volgende te lurcheeren de executie van de ftraffe
des doods, tot welke hy,by Sententie van den Hloo« 5J gen Zee Krygsraad alhier is verwezen geworden, n en zulks hangende de deliberatien des Vertegenwe>or« ^ digenden Licbaams, over het hiir bovengemeld ver* J5 zoek ten principaale; zullende de dispofi:ie desweJ5 gens proviüoneel valiende, ten behoeve van den gen detineerden gratis eu pro deo worden uitgereikt.
„ En zal Extraét deezes worden gezonden aan het , Uitvoerend Bewind tel Bataaffche Republiek, om SJ deswegens de nodige aanfehryving re doen.
„ Zullende dit befluic, ingevolge Are. 60 der Scaat:sre» JS geling, rer bekragciging worden gezonden aam de J5 'tweede Kamer, mee en benevens de voorfz* Re ■
quelte, in originali''''
„ En is voords gedecreceerd (na de bekragtiging „ van bovenltaand Befluit) de voorfchreeve Requelte „ in originali, ce zenden aan den Hoogen 2*ee. „ Krygsraad alhier, om, mee terugzending van de„ zelve, betrekkelyk hec verzoek een principaale, „ daaromtrent der Vergadering te dienen vaa conli de„ ratien c,n advis.



$c5 1? APRIL 1800.
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art, 33 Liet. e van het Keglenrenc B der Scaacsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are, 69. der ^Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een affchrift van hetzelve, in behoorlvke forrha, aan de Eerfie Kamer, (zonder refumtie.)
h geleezen een Fxtract uit her Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Ve; tegenwoordi ■ genei Lichaam des Bataaffchen Voiks , van den 16 April 1. L; genomen, op de Requelte van IV. van Brïvnen en Zoonen, verzochc hebbende, permisfie om dertig vaccn oud Yzer naar Dantzig ce verzenden.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud.
„ Is geleezen de Requelte van Willem van Brie„ nen en Zoonen, Kooplieden ce ^Imflerdam; daar
by verzoekende permisfie, om cerug Vaten oud „ j :?er mee de eerltvertrekkende Schepen naar Dam„ zig te mogen verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac omtrend
alle zaaken, de Commercie concerneeiende, niec ,5 te fpoedig kan worden gedisponeerd, heeft de Ver„ gndering veildaard, dac 'er is, onverwylde nood* rj zuakiykhcii.
En gedelibereerd zynde over de verklaarïng van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat y
heefc



i? APRIL 180c.
33/
heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b van het Reglement B der Staatsregeling, gedecre* teerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redeven, door de Eerfie Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekrachtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst, aan het hoofd van het volgend befluit, houdende.*
„En voorts dadelyk btfloten, het verzoek, by vaorfk, „ Requefte gedaan, mies deezen te accordeeren, en „ diensvolgende aan de Requeftranten te permieceeren , „ om de bovengem. dertig Vaten oud tfzer met de eerft„ vertrekkende Schepen naar Dantzig te verzenden, „ onder deeze mus, dat door de Requeftranten, ten „ Comptoire der Convoyen en Licenten te Amfter* „ dam, zal moeten worden gefteld fufficienie cautie „ voor de 3 dubbelde waarde van het te verwenden
oud Yzer, en binnen den tyd van zes maanden, te „ rekenen van den dag van hec in deezen te neemen „ Decreet, behooilyk bewys zullen moeten exhibee„ ren, dac hetzelve oud 1 z;r aan de Smederyen te „ Dar.tzig is afgelaaden , om aldaar tot Land- en „ Bouwgereedfchappen verwerkt ce worden.
„ En zal Extraét deezes, mee byvoeging van voor„ fchreeve Requefte en Bylage, in originali, wor„ den gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, ten „ einde hier aan de noodige execucie ce geven.
„ Zullende die Befluic, overeenkomftig hec 60 Ar„ tieul der Scaacsregeling, eer bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, mee en benevens „ de voorfz. Requefte en Bylage, in originali.
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd
zyn-



go? 17 APRIL 1800.
syticle, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lic e. van hec Reglement B. der Scaacsregeling, ge* deci eceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Bef uit, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling,met de Requefte en Bylage, onverwyld worden gezonden aan het UitvoerendBewind,cn tevens een siffchrifc van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de F,erfte Kamer, (zonder refumtie.")
Is geleezen een Extracl uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 11.; genomen op de Requefte van Jan en Syze Bart enComp.', verzogt hebbende permisfie, om twee en twintig en vyf en twincig Lasten Haver, vóór dacoder Publicatie van den 12 December i/Qj afgeladen geweest , naar Embden te verzenden.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over de op den 1 1 deezer in advis gehouden Requelte van Jan en „ Syze Bart en Comp. , Kooplieden te Jppinga„ dam; daarby verzogc hebbende permislie, om „ twee en twintig en vyf en cwincig Lascen Haver, „ vóór dato der Publicatie van den 11 December jj 1799 afgeladen geweest,naar Embden te verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat omcrenc „alle zaaken, de Commercie concerneerende, niec „ te fpoedig kan worden gedisponeerd, heefc deeze ,y Vergadering verklaard, dac 'er is, onverwylde „ noodzaaklykheid."
En



17 APRIL iSoo»
En gedelibereerd zynde over de verklaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Arr. 32. Licc. b. van hec Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreceerd:
Be Tweede Kamer , overweegende dat deredenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekragtigt de ver klaar ing van onverwylde noodzaaklykheid, door ds Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende:
„ En voords daadlyk beflooten, hec verzoek by J5 voorfz. Requeste gedaan, mits deezen ce accordee„ rens .en dien volgende aan hun Requescrancen ce 55 permirteeren, om de voornoemde twee partyen van „ twee en twintig en Vyf en twintig Lascen Haver, „ vóór dato der Publicatie van ia December 179?, „ afgelaaden geweest, naar Embden te mogen ver„ zenden, onder deeze mids, dat de Requeftranten „ aan hec Commisfariaat der Convoyen en Licencen, „ waaronder zy behooren, ten duidelykften zuilen „ moeten doen blyken, en onder folemneelen Eede „ verklaaren , dat voornoemde Haver is geiaaden ge„ weesc, vóór en aleer de Publicatie van hec Uitvoe„ rend Bewind van den 12 December 1799, te Ter. ,, munterzyl (alwaar de Requeftranten coc uitvoer „ van voornoemde Haver de nodige Pasporcen heb. „ ben gelige,) is gepubliceerd geweest; zullende, M by manquemenc van dien, de voornoemde permis„ fie gehouden worden als niec geaccordeerd ce zyn.
„ En zal Extraét deezes, met byvoeging van „ de voorfchreeven Requeste en Bylagen, in ori„ ginali , worden gezonden aan het Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek, om hier aan
de noodige executie te geeven. Zal-



$to i; APRIL 1800*
,s Zullende dit Befluit, overeenkomftig het éd n Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wof-
den gezonden aan de Tweede Kamer van het 9, Veitegenwoordigend Lichaam, met en benevens
de voorfz. Requefte en Bylagen, in originali."
En voorts over hec voorfchreven Befluic zelf gedebereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtist het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreèt.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Scaacsregeling, mee de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Be» wind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 10 April 1.1.; genoomen na gehoord ce hebben, hec Rapporc van eene perfoneele Commisfie, dat med» alhier geleezen is, op de Requefte van J. J. Ster' kenburg; verzogt hebbende permisfie, om de Belasting op de Scookketels, als mede de weekelykfche Impofitien op de Graanen, alleen te bepaalen van den »u afgeloopen eerlten Auguftus.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van her Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaifchcn Volks, gehoord hebben„ de het Rapporc van eene Perfoneele Commisfie, op „ den 11 November des voorleeden jaars benoemd,
„ om



17 APRIL 1800. s»«
9»om der Vergadering te dienen van eonfideratien en „ advis, op zeekere Requefte door den Burger Jan „ 'joekes Sterkenburgh , woonachtig te Leeuwar„ üen, in het voormaalig Gewest Friesland, aan „ deeze Vergadering d.?n 17 July JJ. gepreienceerd , » waarvan de drie Ieezingen reeds gefchied zyn op „ den 17 July, 7 en n November des afgeloopen „jaars; en daarby, om geallegueerde reaunen, ver„ zoekende, dat aan hem Suppliant mo^te worden „ gepermitteerd, om de Bel-ftmg op de Scookketels » gelfcgd, alsmede de weekelykfche impo'icie op de „ Grainen, alleen te betalen van den nu afgeloopen „ eerften Auguftus 11 , op welken dacum hy zyne Ge„ neverftokery beeft beginnenceexercee;en, alfchooa „ dezelve door hem is aangekogt, en aan hem in ei„ gendom overgedragen in de maand Mey daar te „ vooren,
„ En in aanmerking genomen zynde, dat debillyk„ heid medebrengt, dac de Impofitiën, op Fabrieken „ en Trafieken gelegd, zo veel mogeiyk, flegcswor„ den becaald, |p evenredigheid.van hec geene in de« „ ad ven word verwerkc en gebruikt, en dus althans as niet worden becaald over een cydperk, hec welke
het in werking brengen van zodanig een Fabriek en „ Trafiek is voorafgegaan; en daarby overweegende, „ dac de tydsomftandigheden, die maatregelen, wel» ke een noodwendig gevolg zullen moeten zyn, „ van het geheti in werking brengen van ailed-groni,p beginfelen , vóór de A<fte van Staatsregeling ge.' » P!?acsc, vorderen, dat de reeds zo bezwaarde Gïm » neverftookeryen in het voormaalig Gewesc Fries» ,s land, niec baicen noodzaak worden gedrukt.
„ Overweegende,dat tevens alle befcbikking, ftrekT .., ken»



3»*
-7 APRIL 1800.
„ kende tót het maaken van uitzondering op reeds be„ ftaande Wetten, eigenaartig tot de werkzaamheden „ van het Vertegenwoordigend Lighaam behoort;
„ Befluit:
„ Aan den Requeftrant Jan Joekes Sterkenburgh ,? te vergunnen, gelyk zulks gefchiedt bydeezen: dat „ het door hem verfchuldigdeKetelgeld, van zynGe-
neverftokery , ftaande op Kamminga-bsuren te „ Leeuwarden, welke met den 1 Mëyi799 in wer*
king heeft moeten worden gebragt, zal beginnen „ met den 1 Auguftus 1799,en hy dus zal geëximeerd „ blyven, van het betaalen van een vierde-jaar Ketelgeld, „ gelyk ook insgelyks van het betaalen van weekelyk„ fche impofuiën van Graanen, die door onduidelykheid ,, der Wet konden gefuftineerd worden, door hem te „ moeten worden betaald , blyvende hy Supplianc ,, voor het overige verbonden en verplicht* om, na ,, den 1 Auguftus 1799, aan alle zodanige bepaaün„ gen, in hec voormaalig Gewest Friesland, ten aan» ,, zien der Geneverftokeryen en gebrande Wateren „ gemaakt, te voldoen.
„ En zal Extraét deezes, met byvoegins; vanvoorf.
Requerte , in originali , worden gezonden aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek , om hier aan de noodige executie ce gee. „ vtn.
„ Als mede gelyk Extraét aan de Commisfarisfen m tot de Nationaale Rekening, tor informatie.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Art. 60. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging woiden gezonden „ aan de 'Iweede Kamer, mee en benevens het in
„ dee-



17 APRIL 1800. 3,3
** deezen uitgebragt Rapport, en alle de ftukken daartoe relatif, in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den aa April eerstkomenden.
Is geleezen een Extracl uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van n April 11 • genoomen, na gehoord te hebben de confideracien* en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van Mr. C. G. Hultman, geweezen Eerften Griffier van den Hove van Jufticie over hec voormaalig Gewesc Gelderland, verzochc hebbende dac aan hem mog'e worden geac cordeerd, eene fomma van vyf honderd Guldens, ten einde daaruit den Excraordinairen Klerk by den Hove. te kunnen voldoen.
Welk befluit ia van den volgenden inhoud: ei
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis. „ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re„ publiek, gefchreeven alhier den 39 Maart laatsd., „ fub No. 'fj, en den 2 April daar aan volgende eer „ deezer Vergadering geleezen ; houdende , inge„ volge van en ter voldoeninge aan hec Oecreet van ,, den 17 Maarc te vooren, deszelfs eonfideratien en „ advis, op de Requefte van Mr. Carel Gerard „ Hultman, geweezen Eerften Gïiffier van den Ho„ ve van Jufticie over het voormaalig Gewesc Gelder-
land, daarby verzocht hebbende, dac aan hem T a » Re-



-I4 17 APRIL 1800.
„ Requeftrant moge worden geaccordeerd eene fom„ ma van 500 Guldens, ten einde daar door in ttaat l te worden gefteld, den Ekcfaordinairen Klerk, ter Griffie van bovengemelden Hove geëraployeerd ge„ weesc Zynde, deszelfs te goed hebbende Pennin„ gen te kunnen voldoen.
„ En de tweede en derde lezing van voorfz. Misfive op den 8 deezer en heden gefchied zynde, heeft " de Vergadering, conform het advis van hecboven» " gem.. Bewind, beflocen, des voornoemden Re„ queftrants verzoek by deezen ce accordeeren, en „ dienvolgende het Uitvoerend Bewind ce autori„ feeren, om, ren behoeve van den voornoemden Re„ queftrant, te doen depêcheeren eene Ordonnantie, „ ter fomma van 500 Guldens, om daar uit bovenge„ melde betsaling te kunnen voldoen
„ Én zal Extraét deezes, met byvoeging van voor„ fchreeve Requefte en'Bvlagen, in otigir.ali, wor„ den gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba„ taaffche Republiek, respeétivelyk tot derzelver in„ formatie en nariebe,
„ Als mede gelyk Extraét aan Commisfarisfen coc ,t de Nationaale Rekeningen, ten zelfden einde.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 „ Artykel der Scaacsregeling, ter bekragciging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer, met en be„ nevens de voorfz. Misfive en Requefte in ori,, ginali"
En daar de drie Ieezingen by de Ee> fle Kamer blylen te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit He* f uit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 32 Aprii eerstkomenden.
r Vol



17 APRIL 1800.
3ï5
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede Ieezingen van de volgende Befluiten van de Eerste Kouter gefchied:
Voor eerst: Van het Befluit van den 8 April tl., op de Hequefte van5.Richer,om continuatie van een Gratificatie.
Ten tweedenx Van het Befluit van den 8 April hl;, op de Requefte van F. C. Soldaan, om ten opzichte van zyn infchryving in het Stemregister te worden gehouden voor diligent.
Ten der den \ van het Befluit van den 8 April 1.1., op de Requefte van eenige Gemeence Beftuuren van Bataafsch Braband, om remisfie van Verponding,
Ten vierden; Van het Befluit van den 9 April II., op de Requefte van Gecommitteerde Geërfdens van de Polder de Ham eu Ryskamp, om Oétrooy tot ontgronding.
Ten vyfden: Van het Befluit van den 9 April 11., op de Requefte van H. de Ridder en C. Roelofs, om Penfioenen,
Ten zesden-. Van het Beflaic van den 9 April Ih, op de Requefte van IV. J. Arntenault, om brieven van Creatie als Notaris.
T 3 Ten



3l6 17 APRIL 1809.
Ten zevenden'. Van het Befluit van den O April 11., op de Requefte van D. du Bots, om venia atatis voor zyn Zoon B. du Bois.
Ten a°tften: Van het Befluit van den 9 April 11., op de Requefte van E. Molenbergen, om venia atatis.
Ten negenden : Van het Befluit van den 9. April H., op de Requefte van A. de Leur, om venia atatis.
En heeft de Vergadering de derde leezing van alle deeze Befluiten bepaald op Dingsdag den 22 April eerftkomeuden.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 2 April laacftleeden , waar van de eerfte leezing op den 8 April, en de tweede leezing op den 11 daaraan volgende zyn ge. fchied, houdende het be fitte dier Kamer eene autorifatie tot verkoop van eenige perceelen Lands, op de Commisfie tot Adminiftratie der Financien in hec voormalie Gewest Zeeland.
Welk Befluit in de Notulen van den 8 April '1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 35. Art. Lit.f. van hec ReglemencB. der Scaacsregeiing, gedecreceerd. '' ' '
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet. ^



17 APRIL 1800, 317
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Misfive van de Commisfie der Financien bovengemeld, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extraét. van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen tot de Nationaale Rekening, tot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den a April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 8 April en de tweede leezing op den 11 daaraanvolgenden zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van Mr. J. A. Tengbergen, gewezen Landrencmeescer in het voorm. Quartier van Zutphen, waarby de Commisfarisfen tot de Financien over de Domeinen van het voorm. Gewest Gelderland worden gequalificeerd, om, byaldien den Suppliant coc recouvre van zekere Thynfen en Stedigheden, den weg van rechten zou willen inflaan, de Momboir van dat gewezen Gewest te kunnen autorifeeren, om zich mee den Supplianc ten koste van den Lande in lite te voegen.
Welk Befluit in de Notulen van den 8 April 1.1. is geïnlereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32. Art Lite. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
T 4 En



3-8
17 APRIL 1800.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 60. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be~ wind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie . Kamer.
Zullende Extracl van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informatie.
Ï3 voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 3 April 1.1., waar van de eerfie leezing op den 8 April , en. de tweede leezing op den 1 April daar aan volgende zyn gefchied , houdende het Befluic dier Kamer op de Requefte van H. J. Stel c. f., waarby onder zekere bepaaling wordt geaccordeerd, om de Haranfche Dyk te mogen verhoogen en verzwaaren, en een Brug op het Haranfche Diep re mogen leggen.
Welk Befluit in de Notulen van den 8 April 1.1. Is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32 Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en vet andert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , met de voorfz. Requefte, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en tevens een affchrift van 't zelve> in behoorlyke forma, aan de Eerste Kamer.
Is



17 APRIL i8or>» c,i£
1$ voorde derdemaal geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 3 April laacftl., waar van de eerfte leezing op den 8 en de tweede leezing op den 11 daar aan volgende zyn gefchied, houdende hec Befluit dier Kamer op de Requeste van Anthonetta AnthO' nysdr. Jansfcn, Wed, van Cs. Emmen, verzogt hebbende verlof, tot oticgronding van zeker ten Requefte omfchreeven perceel Lands.
Welk befluic in de Noculen van den 8 April 1.1, is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agcervolgens hec 32. Art, Lier. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
tv, zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge Arr. 69. der Staatsregeling, mee de voorfz. Requeste , onver, wyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hec zelve, in behoorlyke forma, aan ds Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Voiks, van den 4 April 1. 1., waar van de eerfte leezing op den 9 en de cweede leezing op den 11 daar aan volgenden syn gefchied, houdende het Befluic dier Kamer op de Requeste van P. J. Bravcnboer, verzogc hebbende, dac de Municipaliteit van Lekkerkerk mogte worden gelast, hem al nog in hec Stemregister es doen infehryven.
T 5 Welk



3io 17 APRIL 1800.
Welk Befluit in de Notulen van den o April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens Art. 32. Liet. e van het Reglement B der Staatsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be • fluit, en verandert hetzelve ineen Decreet.
En zal dit bekragtigd befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan her Uitvoerend Bewind en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extraét uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks van den 4 April 1. 1., waar van de eerfte leezing op den 9, en de tweede leezing op den 12 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec Befluit dier Kamer eene Inftruétie voor de Secretarisfen by de Deparcementaale Beftuuren, als mede bepaalingen van de Geëmployeerdens voor de Secretarie dier Beftuuren en derzelver Traétementen j en voords het Traétement voor denCommisfaris by meergemelde Beftuuren en dac van deszelfs Secretaris of Clercq.
Welk Befluit in de Noculen van den 9 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis tot morgen,
Aan de orde van den dag zynde de benoeming van «en Perfoon tot Lid in het Collegie van Scheepenen der Steede Goedereede, uic de nominatie door de
Eert



\7 APRIL ï8oo, gat
Eerfte Kamer, by baar Befluic van den ï i April 11. ingezonden, den 12 dier maand by deeze Kamer inge. komen, en in de Notulen van dien dag geinfereerd. is door deeze Vergadering uic dezelve Nominatie verkooren, de Burger Jan Laauwe.
Wordende de gemelde Burger by deeze toe Lid van het Collegie van Scheepenen der Steede Goede» reede benoemd en aangefteld.
En Zal ExcracT: van dit Decreet worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu» bliek, om daar aan de nodige Executie te geeven; als ook een affchrift van hetzelve aan de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam, coc informatie.
Is by refumtie gedelibereerd over het Rapporc van den Burger Reprefentanc de Leeuw, en verdere by Decreet van den i April 1.1 , Gecommitteerd zynde Leden een examen van een Befluic van de Eerfie Ka* mer van hec Vercegenwoordigend Lichaam van den 20 tVjaarc daar ce vooren, houdende de beflisfing over de ontftaane gefchillen, wegens de naafiing der Kerkgebouwen ce Haarlem,
Welk Rapporc op den 12 deezer alhier is uicgebragc, en coc heden gehouden in advis.
Zynde heczelve van den volgenden inhoud:
BURGERS REPRESENTANTEN!
By befluit Commisforiaal van den 17 April zyn Uwe Medeleden de Leeuw, Storm en Hoitsma, gelast te dienen van confideraeien en advis over hee op den 20 Maart T 6 ge.



gaa i? APRIL 1800.
genomen Befluit der Eerfte Kamer , betrekkelyk de ontftaane gellhillen over de naasting der Hervormde Kerkgebouwen , te Haarlem.
Om hier aan te voldoen, befcbouwen Uwe Gecommitterden, het onnodig te herhanlen, al wat zo duidelykals naauwkeurig omtrent het beloop dier zaak door den Burger Repraafentant Steyn Parvé en verdere, Gecommitteerden der Eerste Kamer, op den ó Maart dsezes Jaars is gerapporteerd, te meer, daar de inhoud van dat Rapport Ulieden bekend is, vermits hetzelve is gedrukt en aan alle Leden rond gedeeld.
Uwe Gecommitteerden , Burgers Reprrcfentsnten ! moeten Ulieden echter doen opmerken, dat, wat 'er ook tusi'chen Leden van het Roomsch Catholyke Kerkgenootfchap te Haarlem heeft plaats gehad, het geheele gefchü, ten tyde van liet uitbrengen van het Rapport door Gecommitteerden in de Eerste Kamer, niet de zaak" zelve, maar alleen de form betref, en welke form al verder maar alleen beftond om aan een aantal van ruim 400 Leden, die zich verklaard hebben tegen de wyze, waarop de zeven Pastoors voor hunne Gemeente van de pecuniëele voordeelen en Kerkgebouwen hebben afgezien, de geiegendheid te geven, om ten aanzien hunner Proteftantfchq Medebroederen te doen blyken , dat zy met dezelfde edelmoe igheid bezield zyn, als de Pastoors, met wie zy het over de wyze, waarop door hun voor het geheel Roomsch Catholyk Kerkgenootfchap afftand is gedaan, oneens geweest zynde, daar d®or zouden kunnen befchouwd worden, eene mingunstige denkwyze jegens hunne Proteftantfche Medebroederen te bezitten. aangezien hunne oppofitie tegen ce handelwyze der Pastoors hen brengt onder een zeker vermoeden, van niet even gewillig en bereid te zyn, om in de afftand van de pecuniëele voordeelen en Kerkgebouwen toe te Hemmen.
Dit, Burgeis Repra?lèntanten, is de waare ftaat der zaak naar het inzien van Uwe Gecommitteerden, wy belioeven dierhalven Uwe aandagt niet bezig te houden met een nader onderzoek van al het geene in het Rapport der Commisfie voorkomt, maar moeten ons alleeulyk bepaalen



17 APRIL 1800, s»3
!en tot het doelwit der Eerste Kamer, en de overweging of het Btfluit da.ir aan voldoet.
Het doelwit der Eerste Kamer is , volgens het gefielde op Pagina 32. van het Rapport: om de zaak als zaak voor vereffend en afgedaan te houden, doch, om aan de Re quesitanten, dienmvetmindeid en in co verre zy zulks mogen verkiezen , gelegenheid te laaten , om als nog zodanige bhken hunner edelmoedigheid , wegens de afftand der Ketkgettouien , en pecunieele voordeden van dien, en zulks ten behoeve hunner Pi otestantfche Meaebutgeren, by de Mu* niapaliteit injezenden, als zy raadzaam zullen oordeelen.
De Eerfte Kamer is dus voornem ns om met infehikkelykheid omtrei t de 1! equestranten te disponeeren, het zal 'er dus in de tweede plaats op aankomen, of het Be» fluit aan dat voorneemen volaoet, eri dan vragen Uwe Gecommitteerden : of het fiefluit wel eengfints aan de verwagiing der Kequestranten beanrwoort? of het dispofitief voor hun is gratietis en aannectnelyk, of het niet veel eer beneemt al het geene de Requestranten bedoelen met die uitö-ffening van hu« ne edelmoedigheid omtrent Inmne Proteftantfcbe Medeburgers ? de gelegendheid om blyken van edelmoedigheid te geven , behoort immers vtrvat te worden in eene dispofitie, die meer vryheid ovtrlaat om die blyken al of niet te geven, dan in het Befluit is ;oegeltaan, en het toeftaan van blyken van edelmoedigheid by de Municipaliteit in te zenden, zo als de R.questranten raadzaam zullen oordeelen, behoort op geene onheufche mamer, by wyje van ordonnatoir te worden voorgefebrewen. Het komt alhier alleen aan, om aan ruim 400 Lïdemaaten der Roomsch Catholyke Gemeente, te Haarlem, gelegenheid te geven om eene verklaring te doen, waar door zy aan den dag leggen, dat al wac zy ook mogen hebben gdusrinec-d tegen Leden van hm ns Gemeente, geeniints eene mindere wel villendheid of edelmoedigheid jegens hunne Proteftantfche Meddhurger-n inh udt, dun andere L?den van het Roomsch Catholyke Kerkgenootfchap hebben betoond, ten einde daar dour uit den weg te ruimen, al het vermoede;! ,dat zoude kunnen beftaan, als iiaedc hunftutenueenigeftrek-
kiag



314 i? APRIL 1800.
king gehad tegen het Gereformeerd Kerkgenootfchap, terwyl hetzelve alleen gevoerd is tegen die geenen van hun eigen Kerkgenootfchap , dewelken zy vermeenen hunne magt als Beftuurders van de tydelyke goederen der Gemeente te hebben overfchreeden. Men kan dierhalven aan ruim 400 Haarlemfche Ingezetenen genoegen geven , zonder de zaak zelve in twyfFel te trekken, en zonder het verrichte doot de Paftoors in hunne qualiteit te beoordeelen, en dan vragen uwe Gecommitteerden, of het niet overwaardig is, voor de zorg van het Vertegenwoordigend Lichaam , om de misnoegdheid van ruim 400 Ingezeetenen, door de bewoordingen van een Befluit voor te komen, vooral wanneer men verzekerd is, door de reeds gedaane declaratien der Requeftranten, van volkomen te approbeeren het afftaan der pecuniëele voordeelen en Kerken aan de Gereformeer len, dat zy thans alken maar werken om hunne welwillendheid aan hunne Gereformeerde Medeburgers te kunnen manifefleeren; doch, Burgers Repraafentanten ! het hangt alleen af van de wyze waarop hun daartoe gelegenheid wordt gegeeven om hun voorneemen te kunnen werkftellig maaken , is dezelve voor de Requeftranten (tuitende, dan zullen zy na het genoomen Decreet liil zitten, en hel aantal misnoegdei in den Lande vermeerderen, doch is het Decreet in zodanige bewoorlingen vervat, dat de Requeftranten daardoor worden te gemoed gekomen en hun gelegenheid gegeeven, om, zonder veriieedering, hun wezentlyk en genianifefteerd doelwit te bereiken, dan zal men het misnoegen van 400 haarlemfche Ingezeetenen hebben voorgekoomen en uit den weg geruimd; op het Befluit zelf, moeten uwe Gecommitteerde aanmerken , dat het eerste gedeelte van hetzelve reeds de zaak finaal afdoet, vóór dat de Reqtiestranten gelegenheid hebben, hu"ne Verklaaring te doen, en daardoor wordt alle merire aan de edelmoedigheid der Rtqueltranten , naar het inzien van uwe Commisfie benoornen; terwyl het laatfte gedeele eene bewilliging inhoudt, om blyken van edelmoedigheid en goedkeuring te prsesteeren , wanneer het reeds te laat is, eu waardoor het edelmoedige, vriendelyke en min-
zaa-



17 APRIL i8m2 §s$
zaame, dat in de verklaaring kan geleegen zyn, geheel vervak, om welke een en andere reeden uwe Gecommitinitieerden het Belluit aanmerken als te raauw en te koel met opzigt tot de Requeftranten.
Daar nu uwe Gecommitteerden begrypen, dat het Befluit zoo als het ligt, geene andereftrekking kan hebben, dan om Requeftranten moedeloos te maaken en te weerhouden van het afleggen van die Verklaaring, waartoe zy hartelyk wenfchen gelegenheid te hebben, en het Befluit, in andere bewoor üngen wordende genoomen, het een en ander zoude voorkomen; zoo vinden zyzich verplicht Ulieden, Burgers Vertegenwoordigers! teadvifeeren,tot niet bekragtiging van het Betluit, en dit advis met de volzende reedenen van weigerisg, aan U beter oordeel te onderwerpen.
De Tweede Kamer overweegende, dat het Befluit, ten annzien van de form, aangaande de ontftaane gefchillen over de Kerkgebouwen en pecuniëele voordtelen der voormaals heerf:hende Kerk te Haarlem, niet voldoet aan de bedoeling; overweegende dat het gefchil egter gemakkelyk uit den weg geruimd kan worden, byaldien het Uitvoerend Bewind wordt aangefchreeven , om de Munici-palkeit van Haarlem te gelasten, de BurgersN. H, Koek c.J., dewelke zieh over die zaak aan het Vertegenwoordigend Lichaam hebben geadresfeerd, voor zich te ontbieden en af te vragen , welke nadere Verklaring zy hebben in te brengen, waar mede dan deeze geheele zaak, zelfs ook omtrend de form, is vereffend en afgeloopen ; wanneer die Verklaaring overeenkomftig is met de gemamfefteerde edelmoedigheid der Requeftranten, jegens hunne Prneftantfche Medeburgerenen Stadgenooten, terwyl het Vertegenwoordigend Lichaam, anderfints omtrend het verzoek der Requeftranten , zodanige nadere dispoflne aan zich reft-rveert, alt het zal vermeenen te behooW5 ——
Over-



3*6
17 APRIL 1800;
i Overwegende dat aldus dezelfde bedoeling op et»! aanneemelyker wyze worde bereikt. Bekragtigt het nevensgaande Befluit niet.
D. C. de Leenw. B. Storm. Dirk Hoittnia.
En heefc de Vergadeiing zich met de Conclufïa van hec voorfz. Rapport geconformeerd, en dien volgens, ten aanzien van hec bovengem. Befluic, hec welk alhier op den 1 April 1. 1. voor de derde maal is geleezen, ingevolge ftrt, 31. Lic. d. van hec Reglement B. der Staatsregeling genoomen, hec navolgend Decreet van weigering
Be Tweede Kamer overweegende, dat het Befluit, ten aanzien van de form, aangaande de ontflaane gefch llen over de Kerkgebouwen en pecuniëele voordeelen der voormaals heerfchende Kerk te Haarlem, niet voldoet aan de bedoelingen.
Overwegende dat het gefchilechter gemakkelyk uit den weg geruimd kan worden, byaldien hetUitvoerend Bewind wordt aangefchreeven,om de Municipaliteit yan Haarlem te gelasten, de Burgers LV. H. Koek c. f., dewelke zich over die zaak aan het Fertegenwaordi* gend Lichaam hebben geadresfeerd, voor zich te ontbieden en af te vragen, welke nadere verklaring zy hebben in te brengen, waar mede dan deeze ge
hee-



17 APRIL iSoq. ja?
heele zaak, zelfs ook omtrent de form is vereffend en afgeloopen, wanneer dieverkiaaring overeenkomftig is met de gemanifesteerde edelmoedigheid der Requestr anten jegens hunne Protestan'fche Mede" Burgers en Stadgenooten, terwyl het Vertegenwoordigend Lichaam anderzins, omtrent het verzoek der Requestranten, zodanige nadere dispofitie aan zich referveert, als het zal vermeenen te behooren.
Overweegende, dat aldus dezelfde bedoeling op eene aanneemelyker wyze wordt bereikt.
Bekragtigt het nevensgaande Be ft uit niet.
En zal Extract van die Decreet, mee infertie van het alhier uitgebragt Rapport, met het niet bekragtigd Befluit en alle de daar toe gehoorende Stukken, aan de Eerfte Kamer worde toe- en terug gezonden.
Waar na de Prjeildent de Vergadering fcheidr, en adjonrneerc toe morgen op den middag, dezelve inmiddels convet teerende in een Committé Generaal.






■
C 3*9 )
GELTKHEJD, VET HEI tl BROEDERSCHAP*
Vrydag den 18 April 1800,
het zesde jaar der bataafsche vrvheib
De Decreeten, op gisteren genomen, &vn gera. fumeerd en gearresteerd. *
P R M S I D E.
Den Burger Reprsfentant
iVi ïw; Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Repraden:anten.
Quesnel. ■S. van Hoogftraten* D. C. de Leeuw. D, Hoitsma. J. A. Krieger. C* van Lennep. P. Linthorst.
G. f. G. Bacot. F. Govers,
J. S. dVentholt.
A. Ploos van Amftel.
J. van Rees.
H. Hogewal. C. Fleren.
f. C. de Crane.
J. Busch.
J. Tomas.
B. Storm.
L. J. Vitringa.
ABSENT.
Met permisfie.
' J* C. Druman. J. H. Siccama. K. F/ovens.
J. Lublink de Jonge» J. de Joncheere. B. ten Pol. M. Siderius. H. van Andel.
Wegens ziekte.
J. Cf amen



S3°
18 APRIL 1800.
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be* wind der Bacaaffche Republiek, aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gefchreven alhier in den Haag, den ia April II.; daarby inzendende een Exemplaar in piano van de lublicatie, by hetzelve Bewind, volgens Decreec van de Tweede Kamer, van den 9 A pril II., gearrefteei d, omtrent hec verbod van den uic. veer van alle Mesc, bchalven deHaard>asch, Vuilnis en Seereec-roesr.
En heefc de Veigadcring goedgevonden , deeze» Misfive aan ce neemen voor notificatie, en'de Publicatie in de Nationaale Cancelary ce deponeeren.
Is geleezen een Extracl ui: het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 11., genomen, op de Requefte van J. Jonk* vei zocht hebbende Suppletie van Let Moederlyk Cokfént, ten einde zyn voorgenomen Huweiyk met M. Boifcliard t& kunnen voftrekfien.
Welk Befluit iï van d£n volgenden inhoud.
„ ïs geleezen de Requefte van Jacshus Jonk, oud „ 32 jaaren, gebooren uit Bokrcrven, Sergeant on„ der het .nde Bataillonfder ifle halve Brigade Bacaaf„ Iche infanterie, thans g'uarnifoeo houdende alhier;
daarby pm geallegueerde redenen verzoekende, dac „ het Vciccgenwoordigend Lichaam gelieve ce fup-
pleeren hec moederlyk confenc, ten behoeve vaa
hem Suppliant, ten einde hy zyn voorgenomen „ HüwefVk i:.ot Maria Bosckard, gebooren enwoo„ nendc alhier, zoude kunnen voltrekken.
„ Eu in aanmerking geuomen zrade, dat uic hec
5J be.



i8 APRIL i?oo.' 33f
„ bericht van het Gemeente Beftuur van den Haag, ,, door het Uitvoerend Bewind gerequireerd, op „ een vorig Hequesc, door de voorn. Maria Bos„ chard alfeen geprefenteerd, en welk bericht den ,, 3 deezer lopende maand is ingezonden geweest, „ geconfteerd heefc, dat de pofitiven, daar in vervac, ,, der waarheid conform waren, heefc deeze Kamer, „ offchoon dac verzoek als toen gedeclineerd hebben,, de, als nu, een einde de deliberatien over voorn, „ zaak ce befpoedigen, verklaard, dac 'er is onverwylde noodzaaklykheid."
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32, Lit. b. van hec Reglement B. oer Scaacsregeling, gedecreteerd:
Be Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eer/ie Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid , door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Bef uit, houdende:
„ En voorts daadlyk befioten, des voornoemden ,, Suppliants verzoek by deezen te accordeeren, ea „ dienvolgens, ten behoeve van denzelven, ce fup,, pleeren hec Rïoederlyk Confeuc, hec welk hy bui-
ten fiaac is ie produceeren, om zyn voorgenomen „ Huweiyk met bovengemelde Maria Boschard te
kunnen voltrekken; met verdere permisfie aan hun
beiden,om ais nu zich in den Echten Scaac ce kun-
nen begeeven.
,, En zal ExcracT: deezes, mee byvoeging van voor£ Requelie, & origin&li, weiden gezonden aan V ï „ hec



§3* 18 APRIL i8oo.
,, het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ om hier aan de nodige executie te geeven.
n Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 6q
i iticul der Staatsregeling, eer fanctie worden ge„ zonden aan de Tweede Kamer, met en bene-"
vens de voorfz. Requefte en de Misfive en Byia» „ gen van het Uitvoerend Bewind, den 3 April 1.1.,
aangaande deeze zaak, ter Vergadering ingekomen, „ alles in originali"
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedeübereeid zynde, heeft deeze Vergadeiing, ingevolge Are. 32. Litt. e. van hec Reglemenc B. der Siaaesregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
'En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are. 69. der Staatsregeling, mee de Uequefte, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoo-lyke forma , aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.')
Is geleezen een Extracl- uic her Register der Be» fluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Voiks, van den u April 1.1.i genomen, na gehooid te hebben de confideratien en het advis van het Uitvoerend Bewinl, als mede het Kapporc van eene perfoneele Commisfie , die beide mede alhier geleezen zyn, op de Requefte van J. Bildercyk, verzogt hebbende dat de Collatie Van een der Beneficiën of Capelleryën, ftaande in de
Ca-



18 APRIL i8co.
S33
Capelle of Cboor in de St. Joris Kerk in den Bosch. mogt worden geapprobeerd. Welk BeOuic is van den volgenden inhoud:
tt By refumtie gedelibereerd zynde, over het Rap„ port van de Burgers Reprazfentanten Guljé en „verdere, by Decreet van den 31 July tl. , „ Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive il van het Uitvoerend Bewind der Baraaffche R.pu„ bliek, van den 26 te vooren, fub No. 216; hou„ dende, ingevolge van en ter voldoening aan hec „ Decreet, van den 6 Juny des gemelden Jaars, des«, zelfs confidi.rarien en advis, op de Requefte van ,> Ifaac Bilderdyk, woonende te A-nfleldam; daar» ,, by verzogt het>>ende, dit de collatie van een der „ Beneficiën of Capellaryen door Gysbert Back, in „ leeven Canunnick in de St. Jans Kerk te *s Bosch, „ gefundeerd op ?eker Aucaar, ftaande in de Capelle „ of Choor van dezelve Kerk, van ouds genaamd hec „ Back-s Choor, moge worden geapprobeerd en ge,> cotifirmeerd, ten dien effecte, dac hy, even als ,, zulks in voorige gevallen geobferveerd is, hec in-
komen van dien moge genieten, van en mee den „ 28 juny ï7jS, zynde de dag V3n dezelve collatie,
en zulks onder den eed en requifiten, daar coe „ ft iande.
,, En zynde hec voorfz. Rapporc op den 3 April „ 1.1. alhier eer Vergadering uicgebragc en indeNoiu„ len van dien dag geinfereerd.
„ Kn de tweede en derde leezing daarvan,' op den 8 daar aan volgende, en heden gefchied zynde, „ heefede Vergadering, zich mee hec daarby voor„ gefiagen Concept-Befluic conformeerende, ook # aldus- beflooeen:
. V 3 „De



334 18 APRIL 1800.
De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend
I Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben' de de eonfideratien en advis eener perfoneele Com-
misfie, in wier handen, ten fine van eonfideratien en advis, by Befluit van den %t July 17095 was „ gefield, eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind » der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier den 26 te vooren, fub No. 316; houdende, ingevol„ ge van en ter voldoening aan het Decreet van den ' 6 Juny 1.1., deszelfs eonfideratien en advis, op de
II Requeste van Ifaac Bilderdyk, woonende tejmfier aam, daarby verzogc hebbende, zo als in hec
„ hoofd deezes.
Overweegende, dat Debora Duizenddaalders, SJ thans Weduwe van Jan van Soest, is Bezicceresfe „ van die Weide of Kamp Lands, aan welk her_;«f l, patronatus van bovengemelde Beneficie is geaccro. „ cheerd, en dat zy in hec Collacor-, Patronaat of ,1 Gifcerfchap gefuccedeerd en geapprobeerd is, by „ Refolude van Hun Hoog Mogenden, de dato 13 November 1783.
„ Befluit:
De Collatie van een der Beneficiën of Cappella• 'yen, door Gysbert Back, inleeven Canunnikvan " de St. JansKerk inden Bosch, gefundeerd opzeke" ren Autaar, ftaande in de Capelle of Choor der" zelve Kerk, van ouds genaamd hec Back's Choor, " gedaan door Debora Duizenddaalders, chans We" duwe van Jan van Soest, op Ifaac Bilderdyk, woonende ce Amfteldam, by provifie en tot zo " lan^e hec Wetgevend Lichaam der Bataaffche Re'* publiek finaale uitfpraak zal gedaan hebben .over



18 APRIL 1800.
SS5
., het in werking brengen van de 4 en 5 der Addicio*
„ neele Articulen der Staatsregeling en andere Gees„ telyke Fundatiën en Goederen, te approbeereo; „ met dien verftande , dac de gebeneficeerde I/abc „ Bilderdyk bet inkomen van dien zal genieten, van „ en met'den 28 Juny 1798, zynde de dag van de„ zelve Collatie, en zulks onder den eed en requifi. „ ten daar toe ftaande.
„ En zal Extract deezes worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Republiek, „ mee byvoeging van de voorfz. Requefte en Bylage, ,, in originali, om hier aan de nodige execude te „ geeven.
„ Zullende die Befluit, overeenkomftig Articul 60 „ der Staatsregeling, ter fanctie aan de Tweede Ka,5 mer worden gezonden , mee en benevens bet „ in deezen uitgebragt Rapport, de Misfive van het „ Uitvoerend Bewind, en verdere ftukken, alles/'» p originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer bJy • ken te zyn gefchied, is de tweede leezing van die befluic by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 22 April eerftkoomenden.
Is geleezen een Extratft uit het Register der Befluilen van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volk, van den n April 1.1.; genoomen , na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bswh.d, dat mede alhier geleezen is, op de Kequefte van A. Egberts c f., verzocht hebbende, dac eoner sihoog ng op den prys der Boser - Vaaten SïQgs? jorden genei d.
V 4 ^elk



$36 18 APRIL 1800.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud ;
i „ By refumtie gedeh'bereèrd zynde over eene Migfive. .^Wan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu. ^ bliek, gefchreeven alhier den i 8 Maarc l.f, fub No.
,5f,. en den 2 April daar'aan Volgende ter deezer. ,} Vergadering geleezen; houdende, ingevolge van „ en eer voldoening aan hec Decreec», van den 11 w February 11 , deszelfs eonfideratien en advis, op „ de Requefte van Anna Egberis c. f., alle Kuy» Pers> respedivelyk woonende ce Wolvega, Oldel. e, ryne en Heereveen, in hec voormaalig Gewesc
Friesland; daarby Verzocht hebbende, dat eene S5 verhooging op den prys der Boter Vaaten mogte „ worden gefield, al ware hec flegts Van 5 ftuivers op „ een Vierendeel, 2 ftuiv. op een Kinnetje, en een „ ftuiv. op een half Kinnetje; en zulks onder zoda„ nige bepalingen, als in heczelve Kequest in'cbree„ de zyn uitgedrukt.
„ En de tweede en derde leezing daar van, op „ den f deezer en heden gefchied zynde, heefc „ de Vergadering, conform het advis van het bo„ vengemeld Bewind, befloten , het verzoek , by „ voorfz. Requefte gedaan, mits deezen te accordeen ren, en mitsdien, by alceracie van het 8 Art. der „ Publicatie Van het voormalig Provinciaal Beftuur „ van Friesland, van den 23 Juny Ï799, te veris klaaren, dac provifioneel, en coc nadere dispofitie, H deKuypers in gemeld voorm. Gewest zullen genie}, ten voor een vierendeel Ton 38 ftuiv., voor een
zogenaamd Kinnetje i<5 ftuivers, en vooreen half „ Kinnetje «o ftuivers, blyvende de verdere inhoud „ van hec voornoemde 8 Art., en het overige der a gem. Publicatie, in kragc en vigeür.
„ En



18 APRIL i8jO. 33?
En zal Extracl: deezes, mer byvoegfng vau de ,, voorfz. Requeste en Bylagen, in origina'i, worden „ gezonden aan heiUitvoerend Bewind der Bataaf ene „ Republiek , om deswegens de noodige Publicatie M in het voorm. Gewest Friesland te doen emanee.
99 ren'
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Ar„ ticul der Staatsregeling ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer, met en bene» „ vens voorfchreeve Misfive en Requefte , in ori,, ginaU."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gelchied, is de tweede leezing van dit Befluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsda^ den 22 April, eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Beflui. ten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den n April 1.1.; genomen, na gehoord te hebben het berigr, de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van F.Hendriks, Weduwe van der Ster; verzoen hebbende met eenigen onderftand, by wy?e van PenHoen of Gratificatie, te mogen worden begunftigd.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis. „ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche He. „ publiek , gefchreeven al hier den 29 Maarc 1.1, „ fub No. *■!£; en den a April daaraanvolgende ter „ deezer Vergadering geleezen; houdende, yjgevol,. ge van en ter voldoening aan het Decreec van den V 5 „ia Fe-



g33 iS APRIL i»co.
„ 12 February te vooren , deszelfs bericht, confid>95 raricn en advis op de Requefte van Francina hen* 3)deriks, Weduwe van der Ster, wonende alhier in 9j de Haags; daarby, uit hoofde van .haare omftan. J5 digheden, waarin zy zich door het omkomen van >5.haare drie Zoons, in dienst deezer Republiek , beM vond, verzogt hebbende met eenigen onderftand, „ by wyze van Penfioen of Gratificatie, te mogen „ worden begunftigd.
En de tweede en derde leezing daar van op den IS, 7 deezer en heden gefchied zynde, heeft de Ver„ gadering, conform het advis, befloten ,hec Uitvoe* „ rerul Bewind mids deezen ce autorifeeren, om de J3 nodige orders te ftellen, dat aan voorn, Suppliante as worde uitbetaald de Gratificatie, aan Weduwen van J5 gefneuvelde SoIdaacen,in deniaacften Velftogc, coe,, gelegd; zullende de dispofiticn, eer zaake voorfz. S5 vallende , aan de Suppliante gratis en pro Beo J5 worden uicgereikc.
En zal Extracl deezes worden gezonden, aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, J5 met byvoeging van de voorichreeve Requefte en „ Byiaage, in originali, coc deszelfs informatie en „ naricht,
„ En gelyk ExcracT: aan de Commisfarisfen tot de „ Nationaale Rekeningen, een zei ven einde.
„ Zullende die Befluic, ingevolge hec 60 Art. der „ Scaacsregeling, ter fanéfte aan de Tweede Kamer
worden gezonden, mee en benevens de voorfebrees, ve iMisfive en Requeste, in originali"
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de cweede lezing van die 're* fliiic, by deeze Vergadering bepaald op Üingsdag den 32 Al?*1} eersckomendeij. is



i8 APRIL 1800.
339
Is gelezen een Extracl uit hec Register der Bef lui» ten van de Eerfte Kamer, Van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 11 April 1 1.; genomen, na gehóórd te hebben het Rapporc van eene perfoneele Commisfie, dat-mede alhier geleezen is, houdende de beflisfing over de oneftaans gefchillen, wegens de naafting van hec Kerkgebouw én Paftoryhuis te Zomeren. ' Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
By tefumtiegedelibereerd zynde over hetRapport
van de Burgers Reprsefentancen Steyn Parvê, en «« verdere, by Decreec van den 7 November en ió „ December 1798, Gecommitteerden, ten examen „ van de Requelte, zo van de Municipaliteic, als van „ Commisfarisfen uic hec Hervormd Kerkgenootfchap „ te Zomeren, in hec voorm. Gewest Bataafsch „ Braband, relatif de omftaane gefchillen over de „ naalting van het Kerkgebouw en Paftoryhuis der
voormaals prredomineerende Kerk aldaar.
„ En zynde het voorn. Rapport op den 2 April „ HY. alhier ter Vergadering uitgebragt en in de No„ tuien van dien dag geïnlèreerd.
,, En de tweede en dsrde Leezing van heczelve op den 8 daaraanvolgende en heden gefchied zynde $ „ heefc de Vergadering, zich' met het daarby voorge„ Hagen Concept Befluic confurmeerende, ook aldus „ bcfloocen:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport eener perfoneele Commisfie, in wier „ handen, by Decreec van den 7 December 1798,
om eonfideratien en advis, midsgaqers tot iriloimaV 6 M tie5



S4o i8 APRIL 1800*
tie, zyn gefield de Requefien, zo van de Munici. „ Panteic, ais van Commisfarisfen uic het Hervormd
Kerkgenootfchap ce Zomeren, in bet voormalie >* f?**" SataafscA Braband, relatif de ontflaane „ gefchillen over de naafling van het Kerkgebouw en „ 1 aitoryfiuis der voormaals Heerfchende Kerk al,j daar.
,, En in aanmerking nemende, dat uit geene der » bukken gebleeken is, dac het Kerkgebouw enPas« tory te Zomeren voorn., uit de afzonderlyke Casfe „ van eenig Kerkgenootfchap ?oude zyn aangebouwd, „ en alzo aan eenig derzei ven, in wettig Eigendom „ zoude toebehooren.
„ Overweegende, dat by ontflentenis van dusdanig „ bewys, hec Kerkgebouw en Pallory der voormaals „ heericbende Kerk aldaar, mids dien behoortonder „ de zocamgen, welke, ingevolge hec 6 der additio„ rreele Articulen toe de Acte van Staatsregeling, aan „ de befchikking van het Plaatfelyk Beftuur zyn over*> eeiaate"'om deswegens tusfehen de respeccive Kerk„ genoocichuppen eenig vergelyk te treffen.
„ Overweegende dat, volgens hetzelfde 6 Articul, „ de grondflag van dit vergelyk zyn moet, bccgroocst „ aartül Leden der onderfcheidene Kerkgenoorlchap.
pen, hec welk alzo de rclative meerderheid van Zie„ len memaakr, en waar aanderhalven de voorkeuze " Teert6"1 ^ naaffing eener Kerk compe-
„ Overweegende, dat geene bedenkingen hier tegen 5> of tegen de Plans van Schikkingen zyn ingebragt* „ welke van dien aart en kragt zyn, om de beflisfing m van hec Vertegenwoordigend Lichaam ten deeze niec sj oaar te Hellen.



18 APRIL 1800.
341
ï9 Befluit t
„ Dat bet Plaaefelyk Kerkgebouw en Palroryhui,, zinge der voorm. heerfchende Kerk te Zomeren, 5, in het voorm, Gewelt Bataafsch»Braband, inge„ volge het 6 der Addicioneele Art. tot de Acte van „ Staatsregeling, door het Roomsch Catholyk Kerk» 95 genootfchap, als uitmakende de relative meerder* Sj heid van Zielen, wel en wettig zyn genaast, en dat ,, hetzelve Kerkgebouw en Pafioryhuiziog zal over,5 gaan en ten allen tyde verblyven, onder de behee,5 ring, bezitting en het fpeciaai onderhoud van het ,5 Roomfche Kerkgenootfchap, alles op den voet, ,5 en invoegen als by het zelfde 6 Articul is vallge5, field, en wyders onder de volgende bepaalingen:
i.) Het Kerkgebouw en Paitoryhuis getauxeerd ,5 zynde eene fomma van ƒ5921, zal het ,5 Roomfche aan het Hervormde Kerkgenooc5, fchap, in de proportie van 39 tegens 2404. ,5 Zielen, gehouden zyn uictekeeren zodanig ,5 gedeelte van die fomma, als aan hetzelve in de evengenoemde evenredigheid competeerc, en zulks in eens, daadelyk by hec 5, aanvaarden van het Kerkgebouw,
ö.) De Baten en Fondfen, mitsgaders het bari„ ge fioc op de rekening, welke by het Plan 5, zyn opgegeven, en toe het Kerkgebouw be,5 hooren, zullen te gelyk met de Gebouwen aan hec naaftend Kerkgenootfchap overgaan, zo rogtnns, dat omtrend de berekening of .5 tauxatie derzeïven zal worden gehand-dd , ,5 ingevolge hec Decreet van het VertegenV 7 wcor-



iS APRIL i»oo;
„.woordïgend Lichaam, vod der* 14 Februa* sa ry '79,?» en voorcs almede zodanig zalwor„ den uirgekeerd, als hec aandeel van hec af„ ftanddoende Kerkgenootfchap, in de boven„ gem. proportie zal bevonden worden te be„ dragen.
3. ) De Stoelen, Banken, Rredikiloel en verde.
„ re Meubilen, in zo verre geen particuliere 0 ss eigendommen 2yn, zullen, als onder de
„ tauxatie van het Kerkgebouw be^reepen, ,, zonder verdere uitkeering, al mede aan hec J5 naallend Kerkgenootfchap overgaan.
4. ) „ Hec Kerkhof zal, na gedaane tauxatie, in-
„ dien zulks nog niet mogce zyn gefchied, n ITiedc «egen geiyke proportioneele üukee„ ring, zo als boven gemeld is, aan hec naas„ tend Kerkgenootfchap overgaan, doch dien t9 onverminderd moeten blyven dienen, zo als „ by hec Plan van vergelyk is voorgefchree„ ven, tot eene algemeene Begraafplaacs voor » ieder Kerkdjenootlcbap,zonder ohderfcheid, 33 GP even zodanige voet en wyze, als tot hkr » toc heefc plaats gehad, en behoudens hec J5 recht der eigenaaren, omtrend particuliere „ Begraafplaacfën op hetzelve, terwyl, voor „ zo verre in de Kerk ook zodanige mogten „ gevonden worden, dezelve iallen blyven in „ volkomen eigendom, en een gebruike van ,5 de tygenaaren, welke daarvan, zonder derzei ver vry willige toeltemming, niet zullen «. mogen worden ontzet, of tot eenige afkoop ,3 woiden geconilringeerd, ten zy"de nood-
„ zaak



i8 APRIL iSooi
„ zaaklykheid daarvan , by het Vertegenwoor • ,9 digend Lichaam erkend, zulks mogte vot„ deren, en door eene nadere Wet of dispoS„ tie daaromtrend zal zyn voorzien.
5. ) „ Het Kerkgebouw zaf, drie maanden na dat
„ hec in deezen te neemen Decreet ter ken„ nis van de refpective Kerkgenootfchappea „ zal zyn gebragt, doorliet Hervormd Kerk„ genootfchap worden ontruimd, en ter ds<
poficie van het naaftend Keikgenootlchap „ worden gefteld —- met en benevens de
Goederen en F.tTecten, welke vallen in de ,, termen, om mee de Kerk aan het naaftend „ Kerkgenootfchap ce moeten overgaan, gelyk „ ook eindelyk hec Paftoryhuis, zo nogebans, „ dac, indien hec dadelyk bewoond wordt, het op „ de ordinaire verhuizens tyd, in den aanftaan„ den jaare 1801 zal moeten worden inge,9 ruimd; alles echter onverminderd zolanige ,, nadere fchikkingen, als de refpective Kerk. „ genootfehappen, omtrend die alles, oüder,, ling zullen willen bepaalen.
6. ) „ Dat, indien naderhand mogce worden be-
,, vonden, dac co: de Kerk eenige andere Ba. „ een, Goederen of Voordeelen behooreu, ,, dan by de tauxatie of Plan zyn opgegeeven „ en berekend, dezelve zullen worden gecon„ fidereerd, als hec eigendom der refpective „ Kerkgenootfchappen , welke daarop rechr „ en aanfpraak zullen hebben; gelyk mode, indien naderhand mogte bevonden worden, dat ten lafte der Kerk nog eenige Schulden
J5 U"



S44
18 APRIL 1800.
of Prjetcnfien mogren exteeren, dezelve na,, derband zullen worden gebragt ten iafte van de Leden der refpeclive Kerkgenootfchap„ pen, welke daar over ten allen tyde aanfpraakelyk zullen zyn; alles echter, mee dien „ verftande, dat dezelve Bacen zo wel als de „ Schulden , na behoorlyke Berekening of „ Tauxarie, even als of die oncdekking vóór
„ de gedaane naarling ware gefchied, in
„ hec eerfte geval regen eene nadere uickee„ ring, en in het laatfte geval, regens eene „ evenredige refticucie, aan het naaftend Kerk„ genoocichap zullen overgaan. ,, Wordende eindelyk de refpeclive Kerkgenooe(choppen gelast, om zich naar den inhoud deezes, en de alzo gedaane beflisfing van het Vertegen„ woordigend Lichaam ftiptelyk te gedragen,- gelyk „ ook, voor zo verre in hetzelve door die Befluit „ geene verandering is gemaakt, naar den inhoud van „ de Plans van Schikking, door de Municipaliceie van „ Zomeren aan de refpeclive Kerkgenoocfchappen aldaar overgegeven, dewelke, in zo verre, by doe,, ze worden geapprobeerd en bekragtigd.
„ ün zal, ren einde zulks effect forreere, Excract ^ deezes werden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, een einde daar aan de noodige execu„ tie te geeven.
,-, Zullende die Befluit, overeenkomftig het 60 Ar„ ticui der Staatsregeling, ter hekrcchiiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van het Vertegen„ wooriigend lichaam, met en benevens hec in dee%, uirgebiagt Rapport, en alle de ftukken daar toe rfe&tif 1 in originali*
En



18 APRIL 1800.
S45
En daar de drie Ieezingen by dê Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede Jeezing deezer ftukken, by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 22 April eersikomenden.
De Vergadering, ingevolge Art. 25 van haar Reglement van Orde, overgegaan zynde tot de benoeming van eenen Prajfidenc voor de volgende veercien dagen, is daar toe geftemd de Burger Reprïefentant K' Iiovens.
En is gedecreteerd, hier van by Extract deezes kennis te geven, zo aan de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, als aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , om te ftrekken tot informatie, (zonder refumtie,')
Is by refumtie gedelibereerd over een befluit van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam, van den 14 April 11 ; houdende eene Inftruétie voor de Secretarisfen by de Departementaale Beftuuren, als mede bepaaiing van de Geëmployeerdens voor de Secretaryen dier Beftuuren; en voords het Tractement voor den Commisfaris by meergemelde Beftuuren, en dat van deszelfs Secretaris of Clercq.
Welk befluit op gisteren alhier voor de derde maal is geleezen, en toe heden gehouden in advis, is hetzelve als nog in advis gehouden, en gefield in handen van de Burgers Reprefentanten Bloos van Amftel, Vitringa en Linthorst, om de Vergadering van derzelver eonfideratien en advis te dienen.
Zullende Extract van die Decreet, met gemelde Befluic en de daartoe behoorende Stukken, worden



34^
iS APRIL 1800.
gezonden aan den Burger Reprcefentant Ploos van /Jmjlel, tot informatie.
De Burgers Repraïfentanten Bacot, en verdere by Decreec van den 10 April laatstleden Gecommicreerd zynde Leden, ten examen van een Befluic van de' Eerfie Kamer van het Vercegenwoordigend Lichaam , van den 9 daar ce vooren, genomen op de Requefte van J. Bosman, waarby aan hem is geaccordeerd, furcheance van becaaling aan zjne Crediteuren; en voords hec Uitvoerend Bewind geaucorifeerd, om de noodige orders re ftellen, dac des Suppliants Vaartuig uic het arrest werde ontflagen.
Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapporc:
BURGERS REPRESENTANTEN! -
Op den 10 deezer behaagde het UI. in handen uwer Medeleden van Rees, Stórm en den Spreeker, ten einde u re dienen van hunne aanmerkingen en raade daaromtrent , re ftellen een Befluit van de Eerfte Kdmer, van den 9 daar te vooren , na de onverwylde noodzaaklykheid van hetzelve te hebben bekragtigd, dit Befluit was genomen op de Requeste van Jan Bosman, Schipper, woonende te Doesburg, in bet voorig Gewesc Gelderland, hem verkenende furcheance van beraaling aan zyne Crediteuren, en autoriserende het Uitloerend Bewind, om de nodige orders te ftellen, dat des Suppliants Vaartuig uit het arTest werde ontflagen, hetwelk 'er door zyne Crediteuren Jan Costir en Albrrt Westenbrink, aan de Nieuwe Sluis by Zwart Sluis ge|eegen, op was gelegd.
De Grot den, waarop de Suppliant zyn verzoek vestigt , om betaa.'ipg te erlangen , of anders ten minden furcheance intuefchen te verkrvgeu, en ontllag van zyn
Schip



ï8 APRIL iSoa. 347
Schip zyn deeze dat hy , geprest door het voorig Gouvernement l ter betaaling eene Obligatie , groot ƒ 1000, heeft ontvangen , doch welke zyne Crediteuren voor geen ƒ600 hebben willen aanneemen, dat hy vervolgens, geprest in den Jaare 1795, door de Franfche Troupen , van ƒ1700 Hollandsch, die hy te vorderen hadt, tot nog toe volftrekt niets had ontvangen, dat hy eindelyk ook geprest door het tegenwoordige Gouvernement in den laatst voorledetien ïaare 1799, mede van hetzelve eene fora van f 100 te vorderen, doch nog niet ontfangen hadt; dat hy reeds voor lang aan zyne Crediteuren had moeten betaalen een deugdelyke lchuld van ƒ2100, doch wegens deeze herhaalde presfingen en wanbetaalmg, hier toe buiten ftaat gefield zynde, dit het ongelukkig ge'volg voor hem beeft gehad, van het voorzeide arrest op zyn Schip, terwyl hy van dit middel zyner kostwinning verftooken , ■voor zvn Vrouw en negen Kinderen, op geen mogelyke wyze het onontbeerlyk onderhoud kan bekomen.
De omftandigheden van deezen Man zyn dus in der daad zeer beklagenswaardig, vooral wanneer men het tabyk Buisgezin in aanmerking neemt , het welk hy te onderhouden heeft, en het gevoel van mededogen zaldus ve\Jigt wel eene voornaame beweegreden by de Eerfie Kamei zyn geweest, om de verzogte furcheance van.betaa3ing toe te ftaan.
Dan, hoe zeer ook uwe gelastigden in dit mededogen deelert-, en gaarne wenscheen U tot debekragtigtng van dit Befluit te kunnen aanranden, zo moeten zy echter erkennen zich door de gewigtigfte redenen tot het tegendeel genoodzaakt te zien.
Daar het Befluit alleen de verzogte furcheance verleent, is het niet nodig ftil te ftaan by de ongepastheid van het verzoek om betaaling, die hy alleen, wegens de laatste geringe fom van ƒ 100 by dit Gouvernement beeft te vorderen, en waarvan, zulks duchtig zynde, de betaaling hem ongetwyfeld niet geweigerd zal worden ; want wat de presfing door het voorig Gouvernement betreft, daar voor heeft hy reeds zyne betaaling ontfangen, en niemand zal toch de verplichting beweeren, om nu ook nog daarenboven de daaling, die de Obligatie, waarmede



348
18 APRIL igoo.-
de hy betaald is, ondergaan heeft, aan hem te voldoen. Even weinig kan het Gouvernement verplat wor len gehouden, om, wegens de presfing, door de Franfch- Armee in 1795 gefchied, die fchuU van Frankryk voordes, zelfs rekening te neemen.
Eene ernltige intercesfis is alles wat hetzelve in deezen kan doen , en ook by herhaaling reeds heefc aangewend, doch door de omlbn tig ïeden des tyds, tot nog toe zonder een gewenschten uitflig. Vast moet dit intusfehen den Suppi ant en eene menigte andere Schippers nevens hem , zeer hard en drukkend ,v Hen; maar, Burgers Vertegenwoordigers! kan zulks ons wangen om zyne Crediteuren van hun goed en bi lyk recht te berooven ? kan het de onrechtvaardigheid billyken, waa^ door men den hst des onheils flechis willekeurig van den hals des eenen op des anderen hals zou f;huiven? kunnen niet ook dc;ze Crediteuren veelligt dit geld benoodigj zyn , om 'er de hunne mede te voldoen, teneinde niet ?elven door deezen ook a;, ter vol gd te worden. Dan wat hier ook van ?y, alle orde, alle vertrouwen, de grond, met een woord, van alle Maatfchappelyke handelingen, valt weg, wanneer men ophoudt zich op de zekerheid van zyn wettig verkreegen recht te kunnen verhaten , en uit, op een zo losl'en grond, door eigen 'unkelyke polhieke befchikkingen, van kragt en werking kan w.irden beroofd, uwe gelastigde achten het overbodig het onrechtmatige hier van,het nadeeiige voor het algemeen, en ve ongelynende voot de daarby in hun recht verkorten, breedvoeriger te betoogen; zy vermeenen veel eer te moogen overgaan, om liet volgend Concept Bdluic van weigering aan UI. oordeel te onderwerpen.
De Tweede Kamer overweegende, dat hier geene voldoende gronneii zyn, om de Crediteuren van hun wettig recht te verfteeken. t Bekragtigt liet nevensgaande Befluit niet»
G. J. G. Bacot.
B< Storm. Joh. van Rees.
Eu



18 APRIL 1S00. 349
En heeft de Vergadering met de conclufie van het voorfz. Rapport zich geconformeerd, en de onver' wylde noodzaaklykheid van het bovengemelde Befluit bereids op den to deezer maand bekrag igd zynde, als nu ten aanzien van het Befluit zelf, ingevolge Art. . 2. Litt. d van het Reglement B. d:r Staatsregeling, genomen het volgend Decreec van weigering.
De Tweede Kamer, overweegende, dat hier geene voldoende gronden zyn, om de'Crediteuren van hun wettig i echt te verfteeken.
Bekragtigt het nevensgaande Befluit niet.
En zal Bxcracl van dit Decreec van weigering, met infeuie van het alhier uicgebragt Rapporc, mechecniet bekragtigdPefluic en de daar coe gehoorende ftukken, aan de Eerfte Kamer worden coe- en terug gezonden.
Waar na de Prcefidenc de Vergadering fcheid1: en adjourreerc tot morgen voor den middag, ten eif uuren , dezel/e inmiddels converteerende in Committé Geaeraal.






C S5i )
GELTKHELD, V R 1 H\ E I D± BROEDERSCHAP.
Saturdag den 19 April 1800,
HET ZESDE TA AR DER BATAAFSCHE VRYHEID.
P R JE S I D E.
Den Burger Repnefencant
N. van Foreest.
Tegenwoordig de Burgers Reprsfentancen.
H. Quesnel.
S. van Hoogflraten.
D. C. de Leeuw.
D Hoitsma.
J. A. Krieger.
K. Hovens.
C. van Lennep.
F. Linthorst,
G. J. G. Bacot. J. S. Wentholt.
A. Ploos van Amftel, J. van Rees.
H. Hogewal.
W. C. de Crane.
J. Busch. J. Tomas.
B. Storm.
L. J. Pitringa.
ABSENT.
Met permisfie,
J. C. Druman. J. H. Siccama.
C. Floren.
J. Lublink, de Jonge» J. de Joncheere. B. Ten Pol. M. Siderius* H. van Andel.
Wegens ziekte.
J. CramerF. Covers.
TP\e Decreeten, op gisteren genomen, zyn gere* JLJ' fumeerd en gearresteerd,
X II



35*
19 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uit hes Register der Befluiren van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 18 April laatstleeden; houdende kennisgeeving, dat dezelve voor de eerftvolgende veertien dagen tot Pr»fhjenc heeft benoemd den Burger Repraïfentant ƒ?. Cefterus.
En is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 18 April 1.1.; genomen, op een Voordragt van de Com. misfie van Toezicht en Policie; houdende eenige bepaalingen ten opzichte der viering van den dag der aanneeming van de Staatsregeling, zynde den 23 deezer maand.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordts„ gend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord ' hebbende een Voordragt van haare Commisfie van 'n Toezicht en PoHcie, ten opzichte der viering van „ den dag der aanneeming van de Staatsregeling, zyn-
de den 23 deezer loopende maand.
„ En överweegende, dat de kortheid des tyds in „ deezen een fpoedig befluic vordert, verklaart dat „ ten deezen beltaac onverwylde noodzaaklykheid"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onyetwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd :
De



19 APRIL 1800.
353
He Tweede Kamer, overweegende, dat deredenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde nood' zaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Be/luit, houdende;
„ Voorts overweegende, dat hec de hoogst Verte„ genwoordigende Macht aliefints becaamc, door haar „ voorbeeld aan het genoemdeBataalfche Volk een open„ lykeblyk ce geven,van hec belang dac dezelve ftelc, „ en de geheele Natie behoorc te Hellen, in eene ge„ beurtenis, welke voor hec Volk, dac zy de eer heefc „ te reprsefenteeren, van het grootile gewigc is.
„ Befluit:
„ Dac de dag van den 23 April eerftkomende, zyn„ de die, waarop de Scaacsregeling door hec Bacaaf„ fche Volk plechtig is aangenomen, door de beide „ Kamers van het Vertegenwoordigend Lichaam zal 3J worden gevierd, en wel op de volgende wyze.
„ De Leden van het Vertegenwoordigend Lichaam „ zullen zich een dien dage, op een bepaald uur en „ gelyktydig, in hunneAncicbambres, en vervolgens „ en corps, mee hunne respeétive Prajfidemen ver* „ zeld, door den Boodfchapper van Scaac, Kamerbe„ waarders en Bodens voorgegaan , naar derzelver „ Vergaderzaalen begeeven.
„ De respe&ive Prcelidenten zullen, na het ope„ nen der Vergadering, eene eer gelegenheid pasfeh„ de aanlpraak doen, na hec eindigen van dezelve, „ zonder verder eenige ftukken, dan die van deuicer„ fte presfance mogcen zyn, in deliberatie ce blen. „ gen, de Vergadering wederom doen fcheiden.
X 2 „ De



354 >9 APRIL 1800.
„ De beide Commisfien van Toezicht en Policie, „zullen, zo onderling als ieder in het byzonder, de „ nodige order ïlel'en, dat, zo door het paradeeren „ als n;uficeeren der Lyfwagc, als door andere gepas-
te maa-.regeien en fchikkingui, de luider van deeze i} plechtigheid, zo vetl mogelyk worde vermeer„ derd, zonder ech.er daar toe eenige onkoften te i,, befleeden.
„ Wordende voords aan hec voorn. Uitvoerend „ Bewind overgelaaten , om ter gelegenheid van dien „ dog, In den zyn en zodanige convenabele arrange„ mcnten , mies buiten kollen van den Lande, re „ maaken, als hetzelve zal oordeelen, meest dien„ fiig en gefchikt te weezen, alles met inhaafie van „ het Befluit onzer Kamers, waarby hec Bewind is
aargefchreeven, om tot het in werking brengen van „ Are 63. der Burgerlyke cn Staatkundige grondrege„ len voor de Acfe van Staatsregeling geplaatst, de ,, nodige Voordtacht fe doen.
En zal Extract deezes, mee en benevens Co„ pie van de gedaane Voordragt, worden gezonden „ aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek, om hier aan de noodige executie te gee,j ven.
„ hullende dit befluic , overeenkomftig het 60 „ Art, der Sraatsregeling ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van 't Vertegen„ woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , mee „ en beoevens de Voordragt, in originali"
En voorts over het voorfchreeven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
JDe



19 APRIL 1800,
-55
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld. Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are. 69. der Scaacsregeling, mee Copie van de Voordragt, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en cevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, {zonder refumtie.')
Is geleezen een Extract uit hec Register der BeOat* een van de Eerste Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaalfchen Volks, van den 18 April 11.; genoomen na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte val P. Westmulder en Zoon', verzocht hebbende permisfie, om ter agterlhllige becaaünge van vier honderd Las* ten Tarwe en honderd Lasten Rogge, dertigduizend Ducaaten naar Koningsbergen te verzenden.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend Be,, wind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier „ den ig deezer fub No, jl; houdende ingevolge van ,, en eer voidpening aan hec Decreec van den 3 1 Maarc „ 11., deszeiii eonfideratien en advis, op de Reques„ ce van P. Westmulder & Zoon, Kooplieden ce „Amfteldam; daarby verzogt hebbende, dataanïiun „ Requeftranten, aan wien bereids, by Decreec van ,3 hec Vertegenwoordigend Lichaam, van den 31 De„ cember 1799, is coegeftaan geworden, om voor
vier honderd Laften faiwe en honderd Lasten Rpgsj gc> cwee en dertig duizend Ducaacen naar Konings.
bergen ce zenden, op nieuw permisfie mogte worX 3 „ den -



35<S 19 APRIL 1800.
,5 den verleend, om voor de gem. partyen Tarwe en „ Rogge, buiten de bereids uitgevoerde twee duizend „ Ducaaten, nog, over Wezel en Berlyn, naar Ko,, ningsbergen , de agcerftallige dertig duizend Du„ caacer te verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat het voor „ de Requeftranten van veel belang is, dat deezen „ aangaande fpoedig worde gedisponeerd, heeft de
Vergadering verklaard , dat 'er is, onverwylde S5 noodzaaklykheid."
F En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Lite. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen , door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Beftuit; houdende :
,, En voords, conform het advis van bovengem. ,3 Bewind, beflocen, hee verzoek by voorfz. Re„ quesee gedaan , mies deezen ee accordeeren , en ,5 dienvolgende aan de Requeftrancen, onder de ge„ woone bepaalingen, te permitteeren, om, eer be33 taaling van de voorfz. paityen Tarwe en Rogge, S5 de agterftallige dertig duizend Ducaaten, over We-
zei en Berlyn, naar Koningsbergen te verzenden.
,, En zal Extraét deezes , met byvoeging van „ de voorfchreeve Requefte, in originali, worden
gezonden aan hee Uitvoerend Bewind der Bataaf3, fche Republiek, ten einde hier aan de nodigeexecu„ tie te geeven. J5 Zul-



i9 A PRIL 1800.
357
„ Zullende dit Befluic, ingevolge hec 60 Articul deiScaacsregeling , ter bekragciging worden gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens " de voorfz. Misfive en Requefte, in originali;''
En voords over hec voorfchreven Befluic zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 3a. Lite. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, gedecreeeerd:
Be Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be> fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are. 69. der Staatsregeling , mee de Requefte, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke [forma , aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.)
Is geleezen een Extracl: uic hec Regiscer der Befluicen van de Eerfte Kamer van heeVercegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den iö April hl. genomen op eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind; daarby in overweeging geevende hec arrefteeren eener 9a Lotery.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
Is geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek, gefchreeven al„ hier den !5 deezer, fub No. )f; daarby, uithoof„ de dac de 91 Generaliceics, nu Bataaffche Locerye „ een einde loopc, in overweeging geevende hec on. „ verwyld arrefteeren eener 92 Locerye.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac hec Fi„ nancieel belang van den Lande vorderc, dac deezen
aangaande fpoedig worde gedisponeerd , heefc de X 4 „ Ver-



3$3 '19 APRIL 1800.
„ Vergadering verklaard, dat'er is, onverwylde nood„ zaaklykheid;''
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de redetien, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde ■noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende:
„ En voords, conform den Voordragt, daadelyk '55 befloten, by deezen te arrefteeren, de 92 GeneraM liteits nu Bataaffche Loterye, met overlaating aan 35 heiUitvoerendBewind, om dezelve Loterye in te 9, voeren, overeenkomftig zodanigeengeregeld Plan, 9, als in voorige Jaaren desaangaande gebruikelyk is s, geweest.
,, En zal Extraét deezes, worden gezonden, zo aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repn3, bliek voorn., als mede aan Commisfarisfen tor de a, Nationaale Rekening , tot derzelver informatie en 9S naricht.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Art. 60.
der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden ge3, zonden aan de 'Tweede Kamer, me: en beneevens s, de gemelde Misfive, in {originali"
En voorts over het voorfchreven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lit:. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreteerd; Be



ip APRIL ï8oo.
359
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* ftuit, en verandert hetzelve in een Decreet,
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Articul 69 der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een affchrift van heczelve in behoorlyke forma aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extracl: van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, coc informacie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Eefluiten van de Eerfte Kamer van hec Verregen woordigend Lichaam de.s liucaaffchen Volks, van den to April 11.; genomen na gehoord te hebben hec Rapporc van eene perfoneele CommLfie, dac mede alhier ge* leezen is, op een door het Uitvoerend Bewind inge» zonden Requefr van A. C. 1'ick en lit is confurten;. zich beklaagd hebbende, dat zeeker incidenteel geding, hangende voor het Gerechte van Watineperyueen en Dinxterveen, door nalatigheid deradviieurs niet was afgedaan
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ D-' Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend
Lichaam des llatuaffchen Volks, genuord hebben» „ de het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, in „ welker handen by befluic van den 24 F ebruary 11,
was gefield eene Misfive v;:n hec Uitvoerend Be„ wind, gefchreeven alhier den 20 daar te vooren, „ fub No, '4£; daorby ter dispoficie van 't Vertegen >
woordigend Lichaam inzendende een Requefi aan J? den /igent van jullide geprefenteerd door A. C. Fick
en litis corforten, woonende te Geit kom, in hec X 5 voorm,



3Öa
19 APRIL i8co;
„ voorm. Geweft Overysfel; zich beklaagd hebben» de, dac zeker incidenteel geding, hangende voor „ het Gerechc Wanneperveen en Binxterveen, hec ?, welk reeds in hec begin van den Jaare 1798 was ge„ fJoocen, tot nu toe niec was afgedaan, door nala„ tigheid van de Advifeurs; alles breeder in gedacht© Misfive en bygaande Stukken vermeld. ,, Overweegende, dac de Jufticie geene vertraaging toelaat, verklaart ten deezen ce beftaan onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 3a. Licc. b. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
Be Tweede Kamer, overweegende, dat de rede. men, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende %yn , bekragtigt de verklaaring van onverwylde ■noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
Voorts overweegende, dat by Refolmien van „ Ridderfchap en Steden in hec voorm. Geweft Over-
ysfel, van den 16 Maart 1706 en 12 April 172-}, „ het toezicht over de vertraaging en hec beieezen en
afdoen der Procesfen en hec verwyzen in de daarop „ geftelde boeten is opgedragen aan de Gedeputeerde „ Scaacen van dac voormalig Geweft.
„ Overweegende, dac, het Collegie van Gedepu„ teerde Staaten daar niec meer aanweezig zynde,
thans ten uiterften nodig is-, hetzelve in deeze door
een ander te doen vervangen
„ Overweegende, dac daar toe het Departeraen>
„ taal



t9 APRIL i8dö.' 36*.
„ raai Gerechtshof van den Ouden Tsfêt wel het ,, meeft gefchikc is.
„ Befluit'.
„ Het Departementaal Gerechtshof Van den Oudeiï „ Tsflel, refideerende te Campen, te autorifeeren„ gelyk gefchied by deezen, om zo in het geval van „ A. C, Piek en lith conforten, woonende te Geit„ hom, in het voormalig Geweft Overysfel,omtrent „ zeker incidenteel geding, hangende voor het Ge» „ recht van Wanneperveen en Binxterveen, als in alle andere vooi komende gevallen in dat voormalig ,, Geweft aan zich te trekken hec toezicht en de no7i dige voorziening, wegens de afdoening van Pro. „ cesfen, welke ter beleezing zyn verzonden, op de„ zelve wyze, als bevorens uit kragte van de Refo„ lutien van Ridderfchap en Steeden in hec voorm. ., Geweft Overysfel, de dato 16 Maart 1706 en 12 „ April 1725, by de Gedeputeerde Staaten van dac v, voormalig Geweft is gefchied, en zulks ter tyd en „ zolange de nieuwe Organifatie van de ReChcerlyk& „ Macht niet is in werking gebragc.
En zal Extracl: deezes worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Republiek, ten „ fine van executie.
„ Zullende du Befluit, overeenkomftig het óö Articul der Scaacsregeling, eer bekragciging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer van het „ Veicegenwoordigend Lichaam, mee en benevens „ hec in deezen uitgebragc Rapport, en de Stukken „ daartoe relatif, in originali."
En voord3 over het voorfz. Befluic zelf gedeübeX 6 reerd



362 19 APRIL 1800,
reerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32, Lite. e. van het Reglement B. eer Scaacsregeling gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be' fluit en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd BefJuic, ingevolge Arcicul 69 der Staatsregeling< onverwyld, worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en ceve^s een affchrift van hetzelve , in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer.
Is geleezen een Extracl: uit het Register der Befluiten van de Eerftfi Kenter van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Üataaffeheü) Volks, van den 18 April 11,; genomen, op eene door hec Uitvoerend Bewind overgelegde Misfive van den Raad der Gemeente van iaaarderadcel, waarby worde bepaald, dac aan den Burger £. li. Bovnp.ra zal worden gerefiitueerd de iinpo t van vier Runaa-iJeelten aan onderfcheidene behoeftige Ingezetenen van hec gemeld Difificl uicge-
Welk Befluit is van d-m volgenden inhoud:
Is geleezen eene Mi-five van hec UitvoerendBe„ wind.tex Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier „ den 15 deezer, fub No. JJ; daarby, meceenenfa„ vornbden voordrage, ter dispöfiïie van het Verte„ genwoordigend Lichaam overleggende eene Misfive ., van den Raad der Gemeente van Idaarderadeel, „ aan de Commisiie 10c de Adminiftratie der Financien in het voormalig Gewesc briesiand; houden* „ de, dac door een Ingezeten van hec gemeld Diftrict „ was ingediend een Requesc, met verzoek, om ge„ libereerd te worden van den impofitien van vier Run-



i9 A P R I L 1800. 363
„ derbeeften , door denzelven mildaadig uitgedeeld „ aan onderfcheiden behoeftige Ingezetenen van dac „ Diftricc, waarvan de vereischte aanga ve en irnpo„ fitien,naar 'sLands Lysc, bad voldaan.
,, En in aanmerking genomen zynde, dat niet te „ fpoedig, over al wac liefdadigheid faciliteert, kan „ worden gedisponeerd, heefc de Vergadering^ ver„ klaart, dat'er is onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art* 32. Lite. b. van hec Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer, overweegende^, dat de redenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid', door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
„ En voords, conform den voordrage, daadelyk „ bcflooten, hec Uitvoerend Bewind by deezen ceau„ eorifeeren, om de Commisfie coc de Adminiftratie „ der Financien over hec voormalig Gewesc Fries„ land ce qualificeeren, een einde de nodige orders te „ ftellen, dac aan den Burger Eesge H. Boonftra, ,, woonachtig in den Dorpe Grouw, welke bovenge. „ melde menschlievende daad aan zyne behoeftige iVle„ deburgers in hec voorzegde Diftricc heelc uicgeoe„ fend, worden gerefticueerd de Impolicien, welke „ hy, wegens vierRunderbeeften,naar 'sLandsLysr, „ ce Grouw voorn, heefc voldaan; wordende hy der-
halven, volgens deszelfs verzoek, by deeze gelibe,1 reerd van de vooifz. Impofitien»
X 7 „En



36*
i? A P R i L iSöo.
„ En zal Extract deezes, met terugzending van de „ voorfz. Misfive en Bylagen van den Raad voornoemd, „ worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der „ Bataaffche Republiek.
„ En gelyk Extracl aan Commisfarisfen tot de
Nationaale Reekeningen , respeclivelyk tot deris, zeiver informatie en narichr»
„ Zullende dit Belluit, overeenkomftig het 60 Art. der „ Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens de voorfz. „ Misfive en Bylagen, in originali.
En voorts over het voorfchreven Befluic zelf gede. bereerd zynde, heeft deeze Vergadering', ingevolge Are. 32. Liet. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeiing, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Arr. 60 der Scaacsregeling , met de by hec befluicgem.Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Be< wind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte KamWK
Zullende Extracc van die Decreec warden gezonden aan Commisfarisfen der Na ioniale Rekening, coc in* formatie»
Is geleezen een Extra& uic her Regiscer der Belbiten van de Eerfte Kanier van hec Vertegenwoordi. gend Lichaam des Bacaaflchen Volks , van den 18 April 1. 1.; genomen, op de Requefte van J. Stee» Und, Weduwe wylen J. H. Metting, verzogc hebbende te worden ontheven van alle boecen, welke zy Uï zaake van het betaalen aan de afgelopen Geldhef*



19 APRIL i8co. 36*5
fing mogte hebben geïncurreerd, en zy ten dien aanzien mogce worden gehouden voor diligent. Welk Befluit is van den volgenden inhoud*
„ Is geleezen de Requefte van Jocomina Steelani, \, Wed. wylen den Med. Doclor Johan Hendrik Met„ fing, woonende te Breda; daarby verzoekende, „ dac het Vertegenwoordigend Lichaam, in aanmer-
king nemende haar Suppliants bereidwilligheid, om 55 aan de laatstafgeiopen Geldheffing te fourneeren, J5 ingevolge de Quotifatie, deswegens geformeerd , en n de ten Requefte omfchreeven ongelukken, welke „ geheel buiten haar toedoen haar Suppliante nu ge. „ troffen, en in de aanbetaaling aan voorfz. Heffing „ verhinderd hebben, behaage moge, haar Suppliante s, te willen ontheffen van alle boeten, welke zy hier
door zoude mogen hebben geïncurreerd, en haar „ wegens de verdere aanbetaaling van haar verfchul„ digde, overeenkomftig de Quotifatie, te willen ver,5 klaaren voor diligent.
„ En in overweeging genomen zynde, de onge„ lukkige omftandigheden, waarin de voorn, Suppiin ante verfeerc, heefc de Vergadering, ten einde de „ dispolïtie op hec onderhavig verzoek ce befpoedi. „ gen, verklaard, dac 'er x& onverwylde noodzaaklyk„ acid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van on « verwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heefc deeze Vergadering, imrevolge Arcicul 32. Lic. b. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de rede* nen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaar ing van onverwylde
naga*



3™
19 APRIL 1800.
noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst van het hoofd van het volgend Befluit: houden, de:
n En voorts daadelyk be floot en, de voorn. Sup. 5, pliante mids deezen te verklaaren voor diligent, we„ gens derzelver verfchuldigde aan de afgelopen Geld3v heffing, ingevolge het Quotifatie-Billec, door haar „ deswegens geformeerd en ingegeeven , en zulkshan„ gende de deliberatien des Vertegenwoordigenden
Lichaams over hec verzoek, om gelibereeid teworn den van alle zulke boecen, als zy wegens het niet „ voldoen aan dezelve Heffing zoude mogen hebben » geïncurreerd.
„ En zal Extract deezes worden gezonden
aan het Uitvoerend Bewind der Bacaaflche Re-
publiek, om, eer zaake vooifchreeve, de noodige 9i annfehryving te doen, aan de Commistie roconder,» zoek naar een richrigen opbrengse der Geldheflin55 gen in den vyfdèn Ring van hec Deparcemenc van 3? Schelde en Maas.
En gelyk Extract aan de Commisfarisfen tot de
Nationaale Rekening, tot informatie.
„ Zullende dit befluit, ingevolge Arr. 60 derScaacsre-
geling, ter bekragtiging worden gezonden aan de „ 'Iwiede Kamer, mee en benevens de voorfz. Re-
quefte en Bylagen, in originali "
„ En is voords gedecreteerd, (na de bekragtiging „ van bovenihand Befluit) de voorfz, Requefte en
bylagen, in criginati, te feilen in handen van de „ Burgers Reprallntanren Scheffer, Kmphorst en
Datosta Athias.on*. daaromtrent der Vergadering ce „ dienen van cohlideratien en advis.
En



Ï9 APRIL 1800. 367
En voorts over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32 Liet. e van hec Reglemenc B der Scaacsregeling, gedecreceerd:
DeTweede Kamer bekragtigt het voorgefteld befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are. 69, der Scaacsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een affchrift van tieczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
t*. Zullende Exrraft van die Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationale Rekening coc informatie.
De Burger Reprsefentanc van Hoogftraten en verdere by Decreec van den 25 Maarc LI. gecommieceerd zynde Leeden, een examen van een ten dien dage gedaan Voorftel van den Burger Reprsfencanc Busck, becrekkelyk hec eer kennis brengen der Leeden van Rapporcen, welke by deeze Kamer zyn uicgebragc, den volgende dag in deliberatie zullen koomen.
Hehben eer Vergadering uicgebragc, hec hier navolgend Rapporc:
BURGERS REPRESENTANTEN l
Op den 25 Maarc 1.1. behaagde het Ulieden,in handen van de Commisfie toe Infpec~tie en Politie der Vergaderzaal, om eonfideratien en advis te ftellen, eene ten zeiven dage door den Burger Reprafentant Busck gedaane i'ropolitie, vervat in de volgende bewoordingen:
Daar we heeden wederom in het geval zytj „ geweest , dat onderfcheidene Rapporten zyn „ uitgebragt, waar van immers de meefte Leeden
„ nitt



368 19 APRIL 1800*
niet waaren geprevenieerd, en dus niet voorbe'| reid, om het geen ze hier over hadden gedagt, " te recapituleeren; Hel ik voor: „ dat, het " zy door den Voorzitter , 't zy door den Se" ' cretaris, of op eene andere wyze, ter ken" " nisfe der Vergadering koome , immers zo " '! veel mogelyk , welke Rapporten den volgen\\ '„ den dag zullen worden uit- of in deliberatie „ gebragt." " Ter voldoening aan uwen gerefpefteerden last, heeft uwe Commisfie de eer te rapporteeren, dat haar by examinatiè deezer propofitie is' toegefchreeven, dat de Hukken, welke de Voorfteller verlangt, dat daags te' vooren ter kennisfe der Vergadering zullen worden gebragt, zyu de volgende: ^ gH J wdke den voigenden dag zullen worden uitgebragt. en 3.) Rabporten, welke den volgenden dag zullen ' worden in deliberatie gebragt. En wvders, dat de daar by voorgeflagen wyze , op welke dezelve Rapporten telkens tegen den volgenden dag ter kennisfe "der Vergadering zouden moeten koomen, is drieërlei, te weeten:
1.) Het zy door den Voorzitter. a.) Het zy door den Secretaris. O Of op eene andere wyze. En eindelyk te moeten opmerken de grond, waarop dit voorgetelde is gebouwd, zynde deeze: „ ten einde de Leeden daar door voorbereid zouden kunnen zyn , \\ om het geen zy daar over hadden gedagt, te recapitu-
" Wat "liet eerfie der twee by de Propofitie bedoelde (lukken, de Rapporten namentlyk , welke den volgenden dag zullen worden uitgebragt, betreft, (en welke Rapporten in de motive der propofitie alleen opgenoemd zynde, als de hoofdaanleiding tot hei doen derzelve geconfidèreerd moet worden) heeft uwe Commisfie de eer Je remarqueeren.dat noch te Voorzitter .noch teSecretariS in de mogelykheid zyn, dezelve, daags voor dat die zullen worden uitgebragt, ter kennisfe der Vergadering



19 APRIL 1800. 359
te doen koomen, en zulks, vermits zy zelve daar van geene voorkennisfe hebben,- de andere wyze, op welke zulks dan nog zoude kunnen geleideden , zoude derhalven geene andere kunnen zyn dan deeze, dat de Leeden der Commisfiën, welke in het geval zyn, eenig Rapport te moeten uitbrengen, zelve met die kennisgeeving zouden moeten worden gechargeerd; dog om deeze die verplichting opteleggen, ook dit is aan uwe Commisfie voorgekoomen , aan te veele difliculteiten onderheevig, en van te weinig noodzaaklykheid te zyn, om Ulieden daar toe te advifeeren, zie hier de bedenkingen , welke ons deeze aangaande zyn voor den geest opgekoomen. I.) De onzekerheid, of het Lid der Commisfie met het ftellen van het Rapport, welk men voorneemens is , den volgenden dag" uittebrengen, gechargeerd, in de gelegenheid zal zyn geweest, hetzelve in geree ibéid te hebben, a.) De onzekerheid, of niet by de refumtie van zodanig geconcipieerd Rapport, door de Leeden def Commisfie zodanige bedenkingen op 't zelve zullen worden gemaakt, welke het finaal arrefteeren en onderteekenen daarvan , een of meer dagen zoude kunnen verfchuiven.
3. ) Het abfent blyven van een of meer Leeden der
Commisfie, welker pretentie in het Befoigne ter refumtie van 't Rapport en ter Vergadering, tot hetbywoonen der deliberatien, tegen den bepaal» den dag was verwagt.
4. ) Het beneemen der meest gepafte gelegenheid ont
Rapporten over zaaken , welke niet byzonder presfeeren, op zodanig een dag uittebrengen, wan^ neer de duurzaamheid der Zitting niet door veele nieuw ingekomene, of aan de orde van den dag zynde ftukken, te lange is gerekt, of door het houden van een Committé generaal, ftaat gerekt te worden.
5. ) Het omflagtige eindelyk van eene zodanige nade-
dere bepaaiing ol voorziening, kunnende een deezen aangaande te neemen Befluit,niet anders worden geconfidereerd, dan als eene Acipliatie op het'
Re-



S7®
19 APRIL 1800.
Reglement van Orde deezer Vergadering, als zynde by hetzelve alles wat omtrend en door de Commisfien moet worden geobferveerd en gereguleerd, en welk nader Befluit dus ook, overeenkomftig het 59. Articul der Staatsregeling, aan de Eerfte Kamer ter beKragtiging zoude moeten worden ingezonden.
En bier mede onze bedenkingen, aangaande de difficulteiten, welke wy vermeenen in zodanige nadere b>ipaalingen , omtrent Rapporten , welke den volgenden dag zullen worden uitgebragt, opgegeeven hebbende, blyft on* nog over rede., te geeven van de weinige noodzaaklykheid, welke wy vermeenen daar voor te extceren.
Volgens het oogmerk van den voorfteller, zoude dezelve moeten (trekken, „ ten .«dndedeLeden voortebereiden,om het geen 2e over die Rapporten hadden gedagt, te recapi" tuleeren" doch wy kunnen niet zien hoe het mogelyk zal zyn dit oogmerk volkomen te bereiken ; de Leden kennisfe bekomen hebbende dat over eene zaak den volgenden dag Rapport zal worden uitgebragt, kunnen zich wel voorbereiden, om het geen ze over de zaak, waar over het Rapport moetroulteren, hadden gedagt te recapitu/eeren* ja zy kunnen zich met die recapitulatie zelve occupeeren, doch nimmer zal zich die voorbereiding of dadelyke recapitulatie kunnen extendeeren tot het Rapport, welk den volgenden dag zal worden uitgebragt, zelve, dat is, tot de confn'eratien en het advis, in een nog niet uitgebragt Rapport vervat, en over welke de Leden dus nog niet in de gelegenheid zyn geweest te kunnen denken , waar voor dan ook geene recapitulatievm het daar over gedagte of eenige voorbereiding tot die recapitulatie plaatshebben kan. .
De gewoone wyze van delibereeren by deze Vergadering, Is daar en boven van dien aart, dat dezelve een voldoend bewys voor de onnoodzaaklykheid eener deezen aangaande nader te maaken bepaaling opleevert, voUens dezelve immers, wordf, wanneer by het uitbrengen van eer Rapport, de daar in voorkomende conöderatien en argume.nten der Leden niet klaar of convincant genoeg voorkomen; of wanneer de Leden zich de recapitulatie
va»



19 APRIL i8ooi
37»
Van al het geen wat zoover de zaak als zaak hadden ge« dagt, niet fpoedig g noeg kunnen voor den geest brengen, of wanneer eindelyk de zaak der Verga lering tebelangryk en te bedenkelyk toefchynt, om dezelve dadelyk te beilisfehen , dan immers zeggen wy befluit de Vergadering gereedelyk, dat zodanig Rapport zal warden gedrukt, en eenige dagen na de distributie aan de orde van den dag gefield , of ook wel om het Bjfluit op het uitgebragt Rapport, tot de volgende Vergadering uit te ftellen, als waar toe, volgens het 11 Articul van het Reglement van orde, de begeer e van vyf Leden niet alleen toereikend is , maar het welk zelfs, zeer presfante zaalten alleen uitgezonderd, niet dan zelden aan de inftantie van een enkeld Lid zal worden geweigerd,
Wy zullen Ulieder attentie niet zo lang behoeven te occupeeren met het tweede foort van ftukken, in de propofitie vermeld , de Rapporten namentlyk , welke den volgenden dag zullen worden in deliberatie gebragt, maar vertrouwen dat het voldoende zal zyn, Ulieden omtrend deeze alleen te erinneren, dat by het 9 Articul litt. D van het Reglement van Orde, uitdrukkelyk is bepaald ; dat de Voorzitter in elke Vergadering zal aan-
zeggen, welke zaaken de volgende fesfie aan de order
., van den dag zyn ," • onder welke zaaken het vaa
zelve fpreekt, dar Rapporten , weiken den volgenden dag moeten worden in deliberatie gebragt, mede gecompre. hendeerd zyn ; en dat dus omtrend dezelve geene nadere bepaaling word verëischt.
Kn het is op grond van deeze eonfideratien, dat uwe Commisfie, Ulieden zullende dienen van advis, van gedagien zoude zyn, dat deeze Vergadering en het gedaane voorftel zouie behooren te difficulteeren.
Alles echter met gepaste onderwerping aan Ulisdsrmeer penetrant oordeel.
Samuel van Hoog(iraten, y. A. Krieger.
{De Burger Reprafentant de jencheere by het tee*
ke



J73 19 APRIL 1800.
kenen van liet Rapport met permisfie abfent, doch zich voor deszelfs vertrek met de Conclufie hebbende geconformeerd.)
En heeft de Vergadering zich met de Conclufie van het voorfz. Rapport geconformeerd, en dienvolgens gedecreteerd, in het bovengemelde Voorftel te difficulteeren.
Waarna de Praefident de Vergadering fcheidc en adjourneert tot aanftaanden Dingsdag den aa April converteerende dezelve inmiddels in een Committé Generaalj



C 3?s 3
GÊLTKHELD, V R 2 H E £ tk BROEDERSCHAP.
Dingsdag den 22 April 1800.
HET ZESDE JAAR DER. BATAAFSCHE VRYHEIÖ.
De Decreeten, op Sacürdag den 19 April U. ge> nomen, zyn gerefuraeerd en gearresteerd.
v u
P R JÉ S I D E. Den Burger Reprsfentant K. HovenSè
Tegenwoordig de Burgers ReprEefemanten,
J. A. Krieger. B. Storm. S. van Hoogflraten. N. van Foreest.
G. J. G. Baeot.
H. QuesneL
C van Lennep.
J. van Rees.
A. Ploos van Amftel.
P. Linthorst.
D. Hoitsma.
J. S. Wentholt.
F. Govers.
y. Buseh.
y. Lublink de yonget, y. Cramer. W. C. de Crane. D. C. de Leeuw. L. J. Vitringa.
ABSENT*
Met permisfies
J. C. Druman. y. H. Siccama. C. Fleren, y. Tom as. y. de Joncheere<. B. ten Pol. M. Siderius. H. Ho ge wal. H. van Andsl.



374
n APRIL 1800,
Is geleezen een Extract uit het Register der BeiTüiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den ai April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, waarby hetzelve Bewind worde aangefchreeven en gelast, om ce zorgen, dac alle de cot nu toe gehecvene bèlalHngen», voor zo verre dezelve eiec door fpeciaale Decreeten zyn afgefchaft, by voorduu» ring worden ingevorderd &c.
Welk-Befluit is van den volgenden inhoud:
„ De Eerfte Kêmer van her Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffcheti Volks, gehoord hebbenM de het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, by „ Befluit van den 18 April i 1 , gelast, te dienen van „ confideracien en advis, op eene Misfive van het „ Uitvoerend Bewind, van den 15 daar te vooren, „ fub No. f£, daarby voordragende hec provifioneel „ voortduuren der oude belafiingen, by een Heilige en duidelyk gemotiveerde wet te bepaalen , op grond, „ dac by zommige Ingezetenen in het voormalig Ge „ west Stad en Lande, volgens hec ingekoomen be„. licht van de Ccmmisfie tot Admiilifiratie der Fi „ nancie, in dac voormalig Gewest, hec denkbeeld „ zoude zyn cn liaan, dat alle oude Belafiingen, op 9, grond van den ai 1 Art. der Acte van Staat-regeling, ,, met den 23 April deezes Jaars zouden zyn afgefchafc.
, Overweegende, dat het fpoedig invallen van den ,, £.3 April, ook vordert, dat een Befluic, deezen „ aangaande, zonder eenige verrajng worde geno-
inen, 'Orklaurc, dat'er is onverwylde noodzaak9) lykheid. En



ss APRIL 1800.
B75
En gedelibereerd zynde; over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervac, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32, Lie. b. van hec Reglemenc 13. der Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de E*rfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde nooizaaklykheid, door de Eer/Ie Kamer geplaatst aan het hoofd van hst volgend Befluit, houdende:
„ Voords overweegende, dac, hoe zeer de 211
Are., hier vooren gemeld, hec affchaffen der oude ,, beladingen zo uitdrukkelyk verbindt aan hec geheel „ invoeren van hec nieuw ftelfel van algemeene belas„ tingen, dac hec van zelfs fpreekc, dac de eerfte bly„ ven vooreduuren, coc dac de laaclte zal zyn gear» „ refteerd en alomme in werking gebragt, en dac daar ,, eene Ipeciaale wee deezen aangaande onnoodzaaklyk „ is; daar hec even zo bekend is, dac voorfz. nieuw
ftelfel nog niec heefc kunnen worden ingevoerd, als „ dac de redenen voor deeze vertraging, die in hec „ gewigc van hec werk, en dus in den aarc der zaak ,, zelve gelegen zyn, by een ieder moeten in hec oog
loopen ; doch dar hec echrer nuctig en noodzaakly,, ker is, hec Uitvoerend Bewind van die gevoelen „ van hec Vertegenwoordigend Lichaam te doen ken„ nis riraagen, mee aanfehryving en qualificatie aan „ hetzelve, om de richcige invordering der oude be. „ iaflicgen ce vorderen en handhaven.
„ Befluit:
„ Te difficulteeren in den gedaanen voordragt van „ hec Uitvoerend Bewind, 01a daaromtrent by een



376* aa APRIL 1800.
ftellige wet eenige bepaalingen te maaken; doch
voorfz. Bewind dien onverminderd wel expresfelyk „ aan te fchryven en te gelaften, om te zorgen, dat „ alle de tot nu toe gehevene Beladingen, voor zo „ ver dezelve by geene fpeciaale Decreeten mogren „ zyn afgefchaft, richtig en overeenkomftig devigee,, rende wetten , by voortduuring worden ingevor,, derd, met autorifatie op voorfz. Bewind, om „ van de intentie van het Vertegenwoordigend Li„ chaam, des noods, by Publicatie of Notificatie re „ deen kennis dragen, in zulke ftreeken, waar eeni-
ge bedenking by de Ingezetenen deswegens mogt „ ontftaan , welke op geene andere eflicatieufe wyze
mogt kunnen worden tegengegaan.
„ En zal Extract deezes worden gezonden, aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek.
„ En gelyk Extract aan de Commisfarisfen tot de „Nationaale Rekeningen» tot informatie en naricht,
en om daar aan de nodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluic, overeenkomftig hec 60 Ar„ tieul der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van het Vertegen ,, woordigend Lichaam , met en benevens de Misfive „ van hec Uitvoerend Bewind, en het in deezen
uitgebragt Rapporc, in originali.
En voords over hec voorfchreeve Befluic zelf gede. libereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Litt, e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgejteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , onverwyld worden gezonden



22 APRIL i8co.
3??
den aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zuilende Extracl van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening tot informatie, (zonder refumtie.)
Is geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van heden; genomen op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, waarby hetzelve wordt geautorifeerd, om aan den Generaal Augereau de coeftemming te geven, tot het doen byëen komen en doortrekken van eenige by deszelfs Misfive gemelde Franfche Troupes, in en door deeze Refidentie.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier, ,, den 21 deezér, fub No. '||; houdende, dat door „ den Generaal Augereau aan hetzelve Bewind was „ voorgedragen, dat de dienst der defenfie van deeze 35 Republiek vordert:
l.) » Den inmarsch van hec eerfte Bataillön der 49 w Halve Brigade Franfche Troupes binnen Delft 35 en Rotterdam, om van daar te vertrekken naar 's Bosch. * 2.) ,3 Het vertrek van het tweedeBataülon der ge„ melde 49 Halve Brigade, uit den Haag ,5 naar Delft en Rotterdam, om vervolgens ,3 mede naar de gemelde destinatie te vertrek» „ ken.
3.J „ Den inmarsch van.vier honderd Paarden, Y 3 „ be.



S78 » APRIL 1800.
„ behoorende tot het vierde Regiment Franfche Dragondersin den Haag; en het vertrek van dezelven met hec evengemelde tweede Bataillon der 49 Halve Brigade, „ mede over Delft en Rotterdam. En 4.) „ Den inmarsch van een Bataillon der 2.9 Hal„ ve Brigade Franfche Troupes, binnen dee„ zeRefidencie, om ce remplaceeren hetmeer„ gemeld tweede Bataillon der 49 Halve Bri„ gade.
- Verzoekende het Uitvoerend Bewind voorn., ■H conform hec 118 Arr. der Staatsregeling, de toe-
.lemming van hec Vertegenwoordigend Lichaam, " tot het doen byëen komen en doortrekken van ge„ melde Troupes.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac de dienst „ van den Lande vordeic, dac deezen aangaande fpoe„ dig worde gedisponeerd, heefc de Vergadering ver„ kiaarc, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat , heefc deeze Vergadering, ingevolge Art. 32, Licc. b van hec Keglemenc B der Staatsregeling, gedecreteerd :
De Tweede Kamer, overweegende, dat de rede. nen, door de Eerfte Kamer bygehragt, voldoende zyn, bekrachtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aart het hoofd van het volgendbefluit, houdende:
„ En voords daadelyk beftooten, hec Uitvoerend Bewind by deezen te autorifeeren , om den Gene. raai Augereau de toefternnüing ce geven, toe het
doen



aa APRIL 1800.
379
„ doen byëen komen en doortrekken van de hier bo„ vengenoemde Troupes.
,, Waar van by Extract deezes aan het Uitvoer end „ Bewind der Bataaffche Republiek zal worden ken93 nis gegeeven.
,, Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 60 Ar,, ticul der Staatsregeling, ter bekragtiging worden ,, gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens ,, de voorfz. Misfive, in originali.
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. e. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Arcicul 69. der Scaatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een ' affchrift van heczelve, in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.)
Is geleezen een Extract uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den ai April laatstleden; genomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de hequefte van de Gebroeders Cohen en Comp., en van Benediclus en Mozes Lehman Jacobs, daarby ieder af" zcnderlyk verzogt hebbende, permisfie, om na dac de in elk Requefte vermelde Goude Muntmateriaalen ter waarde van tweemaal honderd duizend Ducaaten, Y 4 ia



gSo 9» APRIL i8oo.
in zo veele Nederland fche Ducaaten zullen zyn go munt, dezelve in onderfcheide parthyen naar Hamburg of Berlyn te zenden.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be • '„ wind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier ,, den \ j deezer fub No. »~if; houdende ingevolge van j, en ter voldoening aan de Decreeten van den 28 Maart „ 11., deszelfs eonfideratien en advis, op de Reques,s ten van de Gebroeders Cohen en Cornp,, en van „ BenediSlus en Mozes Lehman Jacobs,, KooplieJ3 den te Amfteldam ; daarby, ieder afzonderlyk, „ verzoekende permisfie, om, na dat de in elk der
Requefien vermelde goude Muntmateriaalen, ter „ waarde van tweemaal honderd duizend Ducaaten, s, in zo veele Nederlandfche Ducaaten zullen zyn ge,, munt, dezelve tweemaal twee honderd duizendDu„ caaten in onderfcheiden partyen naar Hamburg of
Berlyn te zenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat omtrend K alle zaaken, de Commercie concerneerende, niet JS te fpoedig kan worden gedisponeerd, heeft de VerSJ gadering verklaard, dat 'er is, onverwylde nood. ^ zaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lite. k. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreeeerd.
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen» door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde tseodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst
aan



as' APRIL ib'oo. 381
san het hoofd van het volgend Befluit 1 houdende;
En "ïoords, conform hec advis van bovengemeld Bewind, daadelyk bejlooten , de verzoeken, by „ voorfz. Requefien gedaan, zo als dezelve zyn lig„ gende, mies deezen te accordeeren, en dienvol„ gende aan de Requeftranten ce permitteeren, om, „ na dac de gouie Murumateriaalen, refpectivelyk „ ter waarde van cweemaal honderd duizend Ducaa„ een, in zo veele Nederiandfche Ducaacen zullen „ zyn gemunc, dezelve cwee pareyen, beftaande ieder in „ cweemaal honderd duizend Ducaacen, in onder" „ fcheiden pareyen naar Hamburg of Berlyn ce ver,, zenden,onder deeze mits, dac denCommisfaris coe „ hec werk der Convoyen enLicencen ce Amfteldam, „ door een Certificaac van den Muntmeester, door „ wien het bedoelde vreemd Muntmateriaal in Ne„ derlandfche Ducaacen zal worden vermunc, worde beweezen, dac de voorfz. quantiteic vreemd Munt» „ maeeriaal by hem is verwerkt en gemunc cocNeder„ landfche Ducaacen, mee opgave der quanciceic, om , „ op vercoon van die Cereificaac, een Paspoorc coc „ uicvoer te verkrygen, om aan het laatfte Compcoir „ te worden ingetrokken; wordende hec Uitvoerend „ Btwind mies deezen aangefchreeven, de richcige ,, execucie daar van re verzekeren, zodanig, dac by ,, de Munten en Convoyen en Licenten ftiptelyk aan „ de door de Requeftranten voorgeflagen Conditiën „ worde voldaan, zonder te onderzoeken, of hy, ,, een wiens behosve devermuncing van vreemd Goud „ in Ducaaten gefchiedc, ook de invoerder van hec„ zelve geweesc is.
„ En zal Extracl: deezes, mee byvoeging vanvoorf.
Y 5 „ Re-



g8a 2fl APRIL 1800.
„ Requeste , in originali , worden gezonden aan » het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek , om hier aan de noodige executie te gee. w ven.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge hec 60 Are. der „ Staatsregeling, ter fanfrie aan de Tweede Kamer 3S worden gezonden, met en benevens de voorichreeS5 ve Misfive en Requesten, ia originali"
En voorts over het voorfchreeven Befluic zelf
gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Liet. e. van hecKeglemencB. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
Ln zal die békiagtigd Liei luie , . ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , mee de Requelte, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek.,' en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, {zonder refumtie.)
Ts geleezen een ExcracT: uic her Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des bacaaffchen Volks, van den -7 April 1.1., bevattende eer? algemeen voorfchrift vobr de Grond- Dilbiét- en Rings-vcrgaderiogen van de Bataaffche Republiek.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
., By refumtie gedelibereerd zynde over het Deereer, ,, door hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaf,, fehen Volks, den 13 Mey de.« vootigen jaars met „ onyerwylde noodzaaklykheid genomen, bevattende



aa APRIL i°o<?,
S83
„ een algemeen voorfchiïf: voor de Grond-, Diftridls„ en Ringsvergaderingen van de Bacaaffche Repu" „ bliek,
„ Heeft de Vergadering, na dat hetzelve Decreet „ op den 8 en 11 April 11. en heden voor de eerfie , „ tweedt en derde maal geleezen is geworden, be,, flooten, by deezen op nieuw te arrefteeren het hier
navolgend
Algemeen Voorfchrift voor de Grond-, jDifiri&s- en Rings Vergaderingen , getrokken uit de Staatsregeling, hei Reglement Litt. A., en ontwerpen, ingevolge eenige door het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gemaakte nadere bepaa~ lingen.
Voor de Grond-Vergaderingen, Arr. 1.
De Grondvergaderingen, voor de keuzen in het Vertegenwoordigend Lichaam , tegen den laatftcn Dingsdag der Maand Mey, en die voor de Departementaale Beftuuren, regen den laatften Dingsdag in de Maand Juny van ieder jaar, door het Uitvoerend Bewind opgeroepen, en op het door het Gemeente - Beftuur bepaalde uur, die dagen faamgekomen zynde, zal een quartier uurs daar na, in ieder derzelven, door debyeen vergaderde Burgers worden uitgemaakt, wie de oudfte en jongfte in jaaren van de prefenten is, om als provilióneel Voorzitter en Secretaris te fungeeren, waar van zy oudfte en jongfte nogthans, om redenet?, door de Grondvergadering voldoende geoordeeld.,
ver-



3^4
22 APRIL 1800.
verfchoond kunnen worden, en opgevolgd door den naastvolgenden in jaaren.
Art. 2.
In elke Grondvergadering worden door den Secretaris de naamen der Stemhebbende Burgers, daar toe behoorende, volgens eene Lyst doorliet GemeenteBeltuur aan den Voorzitter toegezonden, geleezen, die der agtergeblevenen aangetekend, en het getal der aanwezenden opgemaakt.
Art. 3.
Niemand wordt geadmitteerd dan die , ingevolge Art. 20 der Staatsregeling, het bewys van zyne Stembevoegdheid vertoont, noch toegelaaten tot het uitbrengen van zyn ftem, dan alleen in de Grond vergaring, tot welke hy behoort.
Art. 4.
Overeenkomftig Articul 23 der Staatsregeling, wordt niemand gewapend, nog met eenige uniform, of teken van Ambt, Bediening of waardigheid toegelaaten.
Art. 5.
Iemand der aawezenden eenige bedenking hebbende, nopens de bevoegdheid van eenig prefent Burger, om zyn ftem uittebrengen, zal verplicht zyn, zulks, vóór de ftemming tot Stemopnemers, voor te dragen, in welk geval de Grondvergadering, ingevolge Art. 17 der Staatsregeling, uitfpraak zal doen.
Art. 6.
By geheime ftemming, worden vyf Stemopneemers benoemd, die by de eerfte ftemming de meerderheid
heb-



sa APRIL 1800, 385
hebben, zyn de benoemden; hy die de meeste ftem" men heefc, zal als Voorzitter fungeeren, en tot de verdere werkzaamheden der Stemöpneemers, als het waarneemen der functie van Secretaris, hec houden van de Contra-Lysc enz , zal hec aan benoemden ftaan, zulks onderling te regtilen, en, by verfchil daar over, by onderlinge ftemming te beflisfen,
Are. 7.
Deeze benoemd zynde, wordt niemand, onder welk voorwendzel ook, in de Vergadering n?eer coegelaacen, noch kan zich iemand daar uit verwyderen, dan mee toeftemming van den Voorzicter.
Are. 8.
De Voorziccer openc de Vergadering in deezer voege:
„ Hec werk, Medeburgers, waar toe wy „ chans geroepen zyn, vorderc de plechcige „ herinnering van hec belang, dac'er voor ons ,, en voor alle onze Medeburgers, wier zaak „ wy alhier waarneemen, ligc in de gelukkige „ keuze vaneenen man, op wiens fchouders, „ benevens anderen, mee hem in hec Beftuur
te plaatzen, deszelfs gewigtige lasc zal rus„ een. Dac dan hec bezef van die belang, en „ van onze duure verplichcing, ons alles doe „ eer zyde zecren, wac ons beleccen zou , zo„ danig eenen ce benoemen, coegedaan aan „ de heilige beginzelen en voorfchrifcen onzer „ Scaatsregeiing, dien elk onzer, in ge„ moede, ah den braafften en kundigften tot ,, zulk eenen aanmerkelyken pose befchouwr, „ ten einde elk onzer een gecusc gewee-
„ ten



£85 22 APRIL 1800.
„ ten hebbe voor God en het Vaderland!
„ Ik maak dus geene zwaarigheid, om op „ nieuw de volgende Verklaaring afteleggen:
„ ,, ik verklaar eenen oeveranderlyken af„ „ keer te hebben van het Scadhouderfchap, „ „ Fcederalisme , de Ariftocratie en de Re„ „ geeringloosheid. — Ik beloof, dac ik, „ „ in alle de benoemingen, die ik heden zal „ „ doen, niemand Hemmen zal, dien ik in ,, ,, waarheid geloove, een aanhanger van hec ,, „ Stadhouderlyk en Fcederatif Beftuur, of „ „ voorftander van Ariftocratie en Regeering„ „ loosheid te zyn.
„ Die verklaar ik op myne Burgercrouw.
Arr. 9.
Deeze verklaaring ligt gefchreeven of gedrukt op de Tafel, aan welke de Voorzirrer geplaatst is, en ieder der Stembevoegden legt, hy den aanvang der werkzaamheden, zyne haud op deeze Verklaaring, en zegt, terwyl dezelve daarop rusc, overluid;
., Dit verklaar ik."
Art. 10.
De Grordvergaderingen verrichten nimmer eenige daad, dan die, waar toe zy, he: zy door de Staatsregeling , het zy door eene byzondere Wet van het Vertegenwoordigend Lichaam, zyn opgeroepen en zaam gekomen.
Art. ir.
De Stemüpneemers letten naauwkeurig, dat niet tegen het 22 Articul der Staatsregeling worde aangegaan, waarby is vastgefteld, dac in de Grondvergaderingen niemand, of regcsftieeks,ofvan ter zyde worde
aan-



art APRIL 1800.
387
aanbevoolen, en ook de ftipcfte geheimhouding, omtrent de ftemming, in acht genomen*
Arr. 12.
De Voorzitter of Secretaris leest, (ingeval eener* keuze voor het Vertegenwoordigend Lichaam) het 32. en 33 Articul der Staatsregeling aan de Grondvergadering voor, zynde van den volgenden inhoud, „ Toe Leden van die Lichaam zyn verkiesbaarallen, die in zich vereenigen de navolgende vereischten: a ) „ Dac zy zyn Stembevoegde Burgers. k) ,, Dac zy den ouderdom van dertig Jaa-
,, ren een vollen bereikc hebben. cj „ Dat zy binnen deeze Republiek, zo als „ die vóór dén Jaare 5795 beftond, of na „ deezen beftaan zal, gebooren zyn, enal„ daar, geduurende de laatfte tien Jaaren , „ of, zo elders gebooren, geduurende de laarfte vyf tien jaaren, hunne vafte woon,, plaats genad hebben. Dre laatfte lluit geenzins uic die Burgers, die, in en na den Jaare 1787, om policieke vervolgingen, uic hun Vaderland „ geweeken zynde, vóór den Jaare 1796" daar in zyn wedergekeerd.) „ Toe Leden van die Lichaam zyn niec verkiesbaar: aj , Leden van hec Uitvoerend Bewind, dan ,, drie Jaaren na hunne afcreeding uic het„ zelve
b) „ Allen, die zich aan eenigen Kerklyken ,, Eerdiensc verbonden, of aan esnig openbaar onderwys toegewyd hebben; ren zy „ dezelven, alvorens, vrywillig afftand doen van deeze hunne bedieningen."
En



388
/ as APRIL 1800.
En ingeval van eene keuze voor de Departementaale Beftuuren, worde geleezen het tweede gedeelte van het 156.cn het geheele 157 Art. der Staatsregeling, luidende:
,, Deeze (re weeten de Departementaale Beftuur. „ ders) moeten zyn Stembevoegde Burgers, ten vol„ len vyf-en twintig Jaaren oud, en, zedert de laac„ fte zes Jaaren, Inwooners van het Departement,5, waarin zy gekozen zyn.
(„ Dit laatfte fluit geenzins uit die Burgers, die in en na den Jaare om politieke vervolgingen
uit het Departement, den Vaderlande ontweek en „ zyn, en vóór den Jaare 1796, in het Vaderland „ zyn terug gekeerd.")
,», Tot dit Beftuur, echter, worden niet gekoozen Burgers, die aan eenigen Kerklyken eerdienst ver„ bonden, of aan eenig openbaar onderwys zyn toe,, gewyd, ten zy dezelven, alvoorens, vrywillig af. ., ftand doen van deeze hunne Bedieningen."
„ De Voorzitter herinnert in beide gevallen de Ver* gadering, dat de te benoemene Perfoonen, geene ,, Leden van de Grondvergadering, waarin gefterad „ wordt, mogen zyn»
Arr. 13.
Dê Voorzitter, Secretaris, en drie Sremopnemers* brengen het eerst hunne ftem uit, zonder deswegens onder elkanderen eenige raadpleegingen te houden.
Art 14.
De Secretaris, na alvoorens aan ieder der Srembe* voegden een Nummer te hebben doen trekken , tee» kent het zelve onder het oog van hem, die het getrokken heeft , op den hoek van een Briefjen, vouwt
dien



aa APRIL 1S00. 389
dien hoek toe, en verzegelt denzelven naar befcooren. Art. 15.
Ieder fchryft, in tegenwoordigheid der Stemopneemers, den Perfoon, dien hy Hemt, met uitdrukking van deszelfs naam en toenaam, of met zodanige andere aanduiding, als denzelven kenbaar maakt, op het gezegde Briefjen; fteekt het in eene daar toe beftemde Busfe, die behoorlyk gefloten is, en waar van de Sleutel, geduurende de ftemming, by den Voorr zitter bewaard blyfe.
Art. 16.
By, die niet kan leezen en fchryven, meldt den Perfoon , dien by wil Memmen, met uitdrukking van deszelfs naam en toenaam, of met andere voegzaams aanduiding, aan den Secretaris, en aan hem, die de Contra Lyst houdt. De Secretaris fchryft zulks voor hem ©p het Stembrief jen, vertoont dit aan hem, die de Contra Lyst houdc, en laac het door den Stemme? zelf in de Busfe fteeken.
Art. 17.
Na het inkomen van alle Briefjens, opentde Voorzitter, in tegenwoordigheid der Stemmers, de Busfe, neemt de Briefjens één voor één daar uit, en ftel? dezelven ter hand aan den derden Scemopneemer, dis tot het opleezen der naamen benoemd is,
Art. 18.
Deeze is gehouden den naam, op ieder Briefjen gefchreeven, oyerluid op te leezen, en aan den Secretaris, en hem, die de Contra Lyst houdt, te ver* toonen, welke beiden, ieder op zyne Stem-Lyst, df npmeia «ameeteien.
3 *?»



aa APRIL 1800.
Art, 19,
In geval by het opleezen van eenig Briefjen blykc, dat iemand in de aanduiding van den Perfoon, een misflag had begaan, wordt het Nummer door den Voorzitter ontzegeld, en de Stemmer opgeroepen, om zich nader te verklaaren.
Art. 20.
Hy, die de volflrekte meerderheid van Hemmen, (dat is, ten minflen ééne meer dan de helft, van alle de Hemmen) heefc, is de benoemde.
Art. 21.
Wanneer niemand de volflrekre meerderheid heefc, zullen alle de geftemden op nieuw worden voorgeleezen, ten einde daar uit één benoemd worde.
Arr. 22.
By de tweede flemming, zulk eene meerderheid geene plaats hebbende , worden de drie, die de meerte Hemmen hebben, tot eene derde Hemming voorgedragen.
Art, 23.
By de derde flemming is hy, die demeefle Hemmen heefc, fchoon geene volflrektemeerderheid hebbende, benoemd.
(Wanneer in het geval, by Art. 2a en 23 opgegea» ven, de Hemmen mogten Heeken, beflisc hec lot.)
Art. 24.
By elke herHemming worden alvoorens de voorige Stembriefjes in een omflag verzegeld, en, na afloop der zitting, verbrand.
Art. 25.



sa APRIL 7800. 391 Art. 25.
Zo dra de benoeming van eenen Vertegenwoordiger, en op dezelfde wyze van deszelfs Plaacsvervanger, of wei de benoeming voor het Departementaal Beftuur is afgeloopen , gaat de Grondvergadering over tot het mede op gelyke wyze benoemen vaneen Kiezer en Plaatsvervanger.
Art. 06.
De benoemde Kiezer en Plaatsvervanger leggen, onverwyld en openlyk, in hunne Grondvergadering, af, de volgende belofte:
„ Ik beloof, dac ik nimmer myne ftem zal „ geven, dan aan bekwaame en deugdzaame „ Mannen, die devereischtens, by de Scaaes„ regeling bepaald, bezitten; en dac ik, als „ Kiezer, niemand zal benoemen, wien ik „ houde te zyn, een Aanhanger van hec Stad* „ honderl)k of F'tederatif"Beftuur, ofVoor„ ftander van Ariftocratie of Regeeringloos; „ luid.
„ Dit verklaar ik." Are, -27,
Staande dezelfde Vergadering, en daadlyk na hec afloopen der verkiezing, worde aan den Kiezer en Plaatsvervanger een Lascbiief gegeeven, geteekend door den Voorzicter en drie Leden der Grondvergadering, en wel die No. t, 2 en 3, getrokken hebben, of zo een van deeze niec zoude mogen kunnen fchryven, of een dier Nummers door den Voorziceei getrokken was, alsdan door hem of hun, die he. volgende Nummer of Nummers hebben getrokken, Z % zyn-



39* 22 APRIL 1800.
zynde gemélde Lastbrief van den navolgenden ie.' houd?
„ De Grondvergadering van .
3, itemt tot Vertegenwoordiger des Bataaffchen
„ Volks en, tot deszelfs
„ Plaatsvervanger ...... en, ten
„ einde deeze ftemming, volgens de Staaesregeling, van kragt zy, ontbiedc zy denBur-
„ ger om als Kiezer, en
den Burger des noods
„ als Plaatsvervrnger, van haaren wege, op
„ de Diftriéts Vergadering te
„ te verfchynen," By dë verkiezing voor de Departementaale Beftuuren, wordt in deezen Lastbrief de nodige verandering gemaakt, en voor het woord Diftri&s-Vergadering, Rings-Vergadering gefteld.
Are. 28.
De Kiezers bedanken nimmer voor den hun opgelegden Jast, dan om redenen, welke by de Grondvergaderingen, waardoor zy benoemd zyn, worden aangenomen.
Arr. 29.
De Voorfz. werkzaamheden afgeloopen, of ook de ftemming over zodanige andere zaak volbragt zynde, waar toe de Grondvergadering, by de Staatsregeling, of door eene byzonde;e Wet van het Vertegenwoordigend Lichaam mogt zyn opgeroepen, worde het verhandelde in gefchrift gefteld, en door den Voorzitter, Secretaris en de drie Stemëpneemers onderreXend , waarna de Vergadering door den Voorzitter
oogen-



22 APRIL 1800;
«ogenbliklyk gefcheiden worde, en gaat dezelve onverwyld uit een.
De Voorzitter en Secretaris zorgen, dat het in ge« fchrifr gefielde verhandelde of verbaal, — de door hec Gemeente Beftuur bezorgde Lyst van de geenen, die tot de Grondvergadering behooren, met het Exem* plaar der Staatsregeling, en van dit Befluit dadelyk» aan het Gemeente Beftuur worde ter hand gefield.
Voor de Kiesvergaderingen, zo van de Diflrie^ ten als Ringen.
Art. 1.
De Kiezers bevinden zich, voor eene keuze voor het Vertegenwoordigend Lichaam, op denderden dag, en voor eene keuze voor het Departementaal Beftuur, op den tweeden dag, op de plaats hunner befternming; ter goedmaaking der reiskosten, wordt alleen aan de Kiezers, in beide gevallen, voor ieder uur afHands, toegelegd ééne gulden; hetwelk dus verftaan moet worden: dat voor ieder uur afftands heen reize , ééne gulden, en voor elk uur afftands weder-reize. insgelyks ééne gulden, van wegen den Lande, door de respeótive Gemeente Beftuuren, alwaar Diftricts» of Ringsvergaderingen gehouden worden, aan ieder der Kiezers, die in zodanig geval verfeert, by hec fcheideu der Districis. of Ringsvergaderingen zal woj* den uitbetaald.
Are. 2.
Zy geeven hunnen Lastbrief aan eene daar roe benoemde Commisfie van het Plaatslyk Beftuur, alwaar de Distriéts- of Ringsvergadering gehouden wordt, ter oaarziening over, waarvan, na een naauwkeurig onZ 3 det?



394 aa APRIL 1800.
derzoek, of daarby, aan al hec gerequireerde by de Staatsregeling, is voldaan, een geaurencifeerd blyk op iederen Lastbrief worde gefield; en behandigen die voorts in de Kiesvergaderjng aan den provifioneelen Voorzircer, zullende alle de Kiezers, welker Credentiaal door hec Gemeente beftuur is gevifeerd, eer Vergadering moeten worden toegelaacen.
Arr. 3.
' Indien in eene Grondvergadering!, ten opzichce van de Benoemden voor hec Vertegenwoordigend Liehaam of voor de Departemencaale Beftuuren, cegen de Scaacsregeling moge zyn gehandeld, waar door de benoeming in de Kiesvergadering niec in aanmerking zoude mogen komen, en de Kiezer echter weccig was verkooren, zal die mede ter ftemming moeeen worden toegelaacen.
Are. 4.
Wanneer de Kiezer verhinderd worde, eer DiftrictsofRingsvergaderingce verfchynen, draagc hy dien pose cp aan zynen Plaacsvervanger.
Are. 5.
Ook deezen wordende verhinderd, draagt hyzorg, dat de door zyne Grondvergadering benoemde Perfoon aan de Vergadering van Kiezers kenbaar worde, en zend, tot bewys der egcheid, zynen lastbrief.
Art. 6.
De Vergadering van Kiezers conftitueerc zich op denzelfden voec, als voor de Grondvergaderingen, hier voor by Art. 1. 4. 6. 7. 8. en 9. is bepaald, voor zo veel hetzelve in deeze van applicatie kan zyn.
Art.



sa APRIL i8oa,
395
Art. 7.
De Kiesvergaderingen verrigten nimmer eenige daad, dan die, waar toe zy, hec zy door de Scaacsregeling» hec zy door eene byzondere Wet van het Vertegenwoordigend Lichaam, zyn opgeroepen en zaamgekomen.
Art. 8.
De Stemopneemers zien naauwkeurig toe, dat by de ftemming in deKiesvergadering niemand, of'regtftreeks of van ter zyde, worde aanbevolen, en ook de ftiptfte geheimhouding, omtrent de ftemming, in acht genomen.
Art. 9.
De Voorzitter doec alle de, door de onderfcheiden Grondvergaderingen van dat Diftridt of Ring, benoemde Perfoonen op een Lyst brengen, en der Vergadering voorleezen.
Art. 10.
Zo iemand door eene volftrekte meerderheid (dat is, door ééne ftem meer dan de helft) der Grondvergaderingen is benoemd, is de keus gedaan.
Art. 11.
Zo niemand door de volftrekte meerderheid is benoemd, worden de drie, door de meesten van alle Grondvergaderingen benoemd, op eene Lyst gebragt.
Wanneer tot hec voltallig maaken van het drietal, de Hemmen fteeken, beflist het loc.
Art. 12.
Zo 'er geen drie Perfoonen door meer dan eene Z 4 Grond*



39$ t#; APRIL iSoö.
Grondvergadering benoemd zyn, worden uit de andeire benoemde Perfoonen, by befloocen Briefjens, één Of twee tot het Drietal, by eene betiekkelyke meerderheid van ftemmen, benoemd.
Art. 13.
Zo niemand der voorgedragenen, door meer dan eene.Grondvergadering, ware benoemd, wordt uit alle de benoemde Perfoonen een Drietal op dezelfde wyze daargeftcld.
Art. 14.
Uit het gemaakte Drietal wordt, zo Voor het Vertegenwoordigend Lichaam, als voor de Departementaaie Beftuuren, de keuze door de Kiezers, by eene volftrekte meerderheid gedaan.
Arr. f§.
De wyze van benoeming gefchfedt overeenkomftig het geen hiervóór, voor de Grondvergaderingen,by Art. 13 tot 24 ingeflooten, is voorgefchreeven.
Arr. 16.
Zo iemand der Kiezers zó veele ftemmen der Grond* vergaderingen heeft bekomen, dat hy op het Drietal moet worden geplaatst, of daar op door zyne Me. dekrezérs gefteld wordt, begeeft hy zich by de ftemming daar uit, buiten de Vergadering, zonder dat zyn Plaatsvervanger, in dit geval, in zyn plaats zal optreeden,
Art. 17.
De benoeming van een Lid voor het Vertegen, woordigend Lichaam en van deszelfs Plaatsvervanger, aede in voege vooifz. gefchied zynde, doet de Voor!
zit>



aa APRIL iSooi 397
ziccer een Credemiaal voor de benoemden", door den Secrstaris opmaaken, van den navolgenden inhoud: De Vergadering van Kiezers uic veertig Grondvergaderingen , van het Diftricl van der Bataaffche Republiek, ontbiedt, ingevolge der Acte van Staatsregeling, den Burger woonende ten einde zich ce vervoegen
als Lid by het Vertegenwoordigend Lichaam der Bataaffche Republiek.
of '
ten einde als Plaatsvervanger van den Burger
wanneer hy daartoe moge worden opgeroepen, zich te vervoegen by hec Vertegenwoordigend Lichaam der Bataaffche Republiek. By eene verkiezing voor de Deparcementaale Beftuuren , worde in die credemiaal de nodige verandering gemaakt.
Art. IS.
Deeze Credentiaalen worden door den Voorzitter en door den Secretaris mee die cwee Leden der Kiesvergadering, geceekend, welke No. i en 2 hebben getrokken, indien dezelve kunnen fchryven, en zich aan deezen plicht niec omtrekken , of, indien die nummers niec door den VoorziccerofSecrecaris gecrokken zyn, in welke gevallen hy of zy die he: volgende nummer of nummers getrokken hebben, de Creden> tiaalen eekenen; en worden de Credentiaalen vervolgens onverwyld aan de gekozenen coegezonden.
Art. 19.
Van de gedaane benoemingen en het verhandelde Worde een korr Verbaal geiteld, en hetzelve, van we. gens de Diftrirfts- Vergadering, mee een brief aan hec 2 5 Ver.



398 sa APRIL 1800.
Vertegenwoordigend Lichaam en aan het Uitvoerend Bewind gezonden, op gelyke wyze onderceekend, als in het naastvoorgaande Artikel is gemeld.
En van wegen de Rings-Vergaderingen aan hec (7/7voerend Bewind, en aan de respeclive Deparcemen» taaie Beftuuren, waaronder de Ring behoort.
Art. 20.
De Voorzitter zorgt, dac de door het Gemeente Beftuur bezorgde ftukken wederom aan hetzelve eer hand komen; — ftelc aan ieder Kiezer deszelfs Credemiaal ter hand; •— verklaart dat de werkzaamheden der Vergadering geëindigd zyn , en fcheidt dezelve; waarna de Kiezers onverwyld uic een gaan.
En wyders: de respeótive Gemeente Beftuuren te gelasten, om zorge te dragen, dac alle de invoege voorfz. opceroepene Grondvergaderingen, van goede en behoorlyke locaalen worden voorzien. — Dac in dezelven altyd voorhanden is, één exemplaar van de Aéte van Scaacsregeling, eendico van dit Befluic, ééne preciefe lysc van alle die geenen, welke in hec Scemregiscer ingefchreeven zynde, tot de Grondvergadering behooren; één Bus, die met een fleutel kan worden gefloten, eenig Lak, Ouwels, en de verdere nodige Schryfisehoefcens, Terwyl de Gemeence Beftuuren van zodanige Plaacfen , alwaar Diftrifts- of Rings • vergaderingen gehouden worden , insgelyks moecen zorgen, dat dezelve Vergaderingen in een goed Locaal worden ontfangen, en dat daar mede eene Acte van Scaacsregeling , een exemplaar van dit Befluic, een Bus als boven, Lak, Ouwels, en de verëischte Schryfbehoefcens gevonden worden, alsook, dat by het fcheidenderKiesvergadering, een van deszelfs ge-
qua-



aa APRIL 180a
399
qualificeerden by de hand is, om aan de prefenee Kiezers, aan wien uit hoofde van Arr. %u van hec Reglemenc A., coc goedmaaking van reiskosten, voor ieder uur afftands, ééne Gulden is toegelegd, op den voec als in Are. i. voor de Kiesvergaderingen, zo van de Üiftriclen als Ringen is gezegd, af ce geeven, zullende zodanige Gemeence Beftuuren van de respective afi'tanden, te vooren een rooftcr doen vervaardigen , en daar naar de voorfz. betaalingen berekenen en doen verrigcen.
„ En zil Excracl van dit Beflnit, worden gezon■ den aan het Uitvoerend Bevind der Bataaffche ReJ5 publiek, ten einde van deeze nader genomen dis ■ J5 pofitie voor het vervolg, by de éérst te doene « Publicatie tot oproeping van de Grondvergaderin„ gen> voor de keuze van het Vertegenwoordigend
Lichaam, daarvan aan den Volke kennis te geeJ} ven, met autorifatie op hetzelve, om die Bel luie, is wanneer hetzelve door de Tweede Kamer zal beJ5 kracheigd zyn , in genoegzaamen getale te doen 5J drukken , en hec nodig getal Exemplaaren, aan n ieder der Gemeente Beftuuren , ten (poedigften, 9J te doen eoekomen , een einde daarvan in alle ce 95 houdene Grond-, Diftricts-, en Rings-Vergaderin„ gen, door dezelven een Exemplaar zal kunnen worj, den bezorgd.
„ Zullende die Befluic , overeenkomftig hec co „ Are. der Scaacsregeling, eer fanccie worden gezon„ den aan de Tweede Kamer van hec Vercegen. „ woordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, mee „ en benevens hec affchrift van hec hier boven ge„ meld Decreec, waarop de Leezingen ftaan geno„ teerd."



4ed aa APRIL i8oo£
En daar de drie Ieezingen by de, Eerftfe Kafoer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer Stukken , by deeze Vergadering bepaald, op Vry« dag den 16 April eerstkomenden.
En voords goedgevonden en verftaan, hetzelve te flellen in handen van de Burgers Reprafentanten Busch, Ploos van Amftelen Storm, om deswegens te dienen van eonfideratien en advis.
Zullende Extracl: van dit Decreec, met het voorfz. Befluit, worden gezonden aan den Burger Repra;feiuanc Busch , ' toc informatie.
Is geleezen een Extracl: uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volk, van den 17 April hl.; genoomen, na gehoord te hebben hec bericht, de eonfideratien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Kequefte vjn A C. de Batist, Weduwe van G. Menu, verzogc hebbende, de ten Requefte gemelde affchryving van Verpondinge over eenige Druiplanden in de August a Polder.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis» üve van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re» s, publiek , gefchreeven alhier den 2 April 1.1-» h fub No. rf, en den 7 daar aan volgende ter „ deezer Vergadering geleezen; houdende, ingevol„ ge van en ter voldoening aan het Decreec van den « C14 January te vooren, deszelfs bericht, confidera„ tien en advis, op de Requefte van Anna Cathat ina „ de Batist* Weduwe van G. Menu; daarby ver^ ,s zon hebbende, dat haar en andere Ingelanden Biog-



a2 APRIL iBoo', 4oi
,3 te worden geaccordeerd, de ten Requelte gemelde 33 affchryving van Verpondinge over eenige Druip»
landen, in de Au^usca Polder, gelegen onder de „ Jurisdictie van Borchvhet en Zuidgeest, in het Si Marquizaat van Bergen op den-Zoom.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Mis„ op den ii deezer en heden gefchied zynde, heefc
de Vergadering, conform het advis, bedoren, der
voorfz. Requeftrante verzoek by deezen ce accor„ deeren, en diensvolgens het Uitvoerend Bewind 5, te aucorifeeren, om de noodige orders ce ftellen,
dat haar Conringenc, als mede dat der overige zo3, genaamde Druiplanden ten Quohiere van Verpon5, dingen worden afgefchreeven, en hec deswegens «3 zederc eenige Jaaren ten onrechce ingevorderde aan •3 dezelve gerestitueerd.
„ En zal Extraét deezes, mee byvoeging van de „ voorfchreeve Requefte, in originali, worden ge„ zonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bacaaffche „ Republiek.
„ En gelyk Extraét aan Commisfarisfen coc de „ Nationaale Rekeningen, resneftivelyk toe derzelver „ informatie en naricht
,, Zullende die Befluic, overeenkomftig hec 6o „ Arcykel der Staatsregeling, ter bekragciging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer, mee en be„ nevens de voorfz. Misfive en Requefte , in ori„ gmali."
En daar de drie Ieezingen by de Eer ft' Kamer blyken te zyn gefchied, is de cweede leezing van dit Hefluic by deeze Vergadering bepaald op Vrydag, den 35 April eerstkomenden.
En is voords goedgevonden dezelve inmiddels te
ftel.



4©2 22 APRIL i8oo.
ftellen in banden van de Burgers Repraïfenrancen Vi* tringa, de Crane en van Rees, om daaromtrent te dienen van derzelver confiderarien en advis.
Zullende Extraét van dit Decreet, met het voorfz, Befluit, en de daar toe behoorende ftukken, worden gezonden aan den Burger Reprsefencanc Vitringa, toe informatie.
Is geleezen een Extract uit hec Register der Befluiten van de Eerste Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 17 April 1L; genoomen na gehoord te hebben de confideracien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van D. de Boer, verzogc hebbende, het maaken van eenige fchikkingen, nopens de betaaling van het Amprgeld, door hem als ad interim aangeftelden Dykgraaf van de Beemfter te betaalen.
Welk befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive „ van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repun bliek, gefchreeven alhier den 3 April 1.1 , fub No. 5J en den 7 daar aan volgende eer deezer Vergan dering geleezen; houdende, ingevolge van en eer „ voldoening aan hec Decreec, van den 7 January te „ vooren, deszelfs eonfideratien en advis, op de ReJ5 quefte van. Dirk de Boer, daarby verzogc hebbenS5 de, dac, opzchtelyk het Ampcgeld, door hem als „ ad interim aangeftelden Dykgraaf van de Peemfter „ ee becaalen, zodanige fchhtkingen mog'.en worden \ „ gemaakc, als het Vertegenwoordigend Lichaam naar I
brilykheid oordeelen zoude te behooren; of wel j „ dac hy effectief in dien Pose cegen becaaling van hec
n ge-



2a APRIL 1800.
403
„ gewoone Ampcgeld van ƒ1000, eens worde gecon„ tinueerd, en hem daar voor afgegeeven een Schuld„ brief, rentende 2^ ten honderd 's Jaars. fe „ En de tweede en derde leezing van voorfz. „Misfive, op den 11 deezer en heden gefchied „ zynde, heeft de Vergadering, conform het advis „ van het bovengem. Bewind, met opzicht tot deszelfs K eerfte verzoek, befloten^n Requeftrant mits deezen „ tot doleantie te admïtteeren, en hem overzulks toe te „ laten, om aan de Municipaliteit van de Beemfter on,, der Eede op te geven, het montanc der zuivere reve„ nuën van deszelfs bovengemelde Bediening, zederc „ den tydzyner aanftelling op den 1 % Juny 1/95 toe „ den 12 Juny 1 99, ten einde dac moncant, over „ die vier Jaaren zynde omgeflagen, naar het Jaar„ lyks beloop daar van door den Requeftrant hec ,. Amptgeld tot agt ten honderd te worden betaald; „ verklaarende voords de Vergadering, dat des bo' „ vengemelden Requeftrants tweede verzoek om con„ tinuatie in zyne voorfz. Bediening, geen onderwerp „ haarer deliberatien kan uitmaaken.
„ En zal Extracl deezes worden gezonden aan hec „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ mee byvoeging van de voorfz. Requefte en Bylage,' „ in originali, om deswegens de nodige aanfehry,, ving te doen.
„ En gelyk Extract aan de Commisfarisfen tot de „ Nationaale Rekening, tot informatie.
„ Zullende die befiuic, overeenkomftig hec 60 „ Are, der Staatsregeling eer bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van" 'c Vertegen„ woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , 'mee „ en henevens de voorfz, Misfive en Requeste, in 9, originali;''
En



4o4 M APRIL 1800.
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede lezing van die tefluit, by deeze Vergadering bepaald op Vrydag, den 25 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 17 April lil.; genomen, na gehooid te hebben de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van Jf. Hulfebosch , verzogt hebbende remis van zyn verfchuldigde Landbelasting.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
- By refamrïe gedelibereerd zynde over eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re" publiek, gefchreeven alhier den 2 April laatst!., " fub No. -,4» en den 7 daar aan volgende ter " deezer Vergadering geleezen ; houdende , ingevolge van èn ter voldoeninge aan hec Hecreet van " den 11 Maart ce vooren, deszelfs eonfideratien en " advis, op de Requefte vam IJ. tlulzebosch, " woonende or.der Ommen, in het Departement Z van den Ouden Ttfel; daarby verzogt hebbende, , dat aan hem zyne verfchuldigde Landsfclutting, „ ter fomma van ƒ 28-18-4» mogte worden gere„ mitceerd. X En de tweede en derde leezmg van voorn iVlisave op den ri deezer en heden gefchied zynde, hetft " de Vergadering conform het advis van bovengem. Z Bewind, beflolen, den voorn.Suppliant, ter zaake " voorn., mits dóezen te begünftigen mee eene Gra* „ tifieaüe, (doch niet mee eene lUmisfie, zo als hy
^1 vsr*



sa APRIL ï»oo.
4-5
„ verzogc heeft) ter fomma van ƒ 28 -18*4 , te kor-
„ ten op deszelfs agterftallige fchlild
En zal Extracl: deezes, mee byvoeging van de voorfz. Requesteen Bylagen, in originali, worden ,5 gezonden aan hezUitvoerend bewind der Bataaf che ,5 Republiek , om daar aan de noodige executie ce n geven,
ip En gelyk Extract aan Commisfarisfen toe de Na„ donaale Rekeningen, cot informacie.
Zullende die Befluic, overeenkomftig het do Ar*
tieul der Scaacsregeling eer bekragtiging worden S5 gezonden aan de Tweede Kamer, mee en bene» „ vens voorfchreeve Misüve en Requefte , in ori* „ ginali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn geichied, is de cweede leezing van die Befluic by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 2a April eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit hec Register der Beflui* een van de Eerfte Kamer van het Vereegenwoordrgend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 16 April 11.; genomen na gehoord te hebben de eonfideratien en advis van het Uitvoerend Bewind, als me< de hec Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van P, van Mil en A. Ketkhof,' verzoche hebbende remis van Pachcpenningen, van Novale Tienden.
Welk befluif i« van den volgenden inhoud;
By refumtie gedelibereerd zynde, over hef Rapporc van de Burgers Repra:fencanten Verhees en „ verdere, by Decreec van den 25 Maarc 1.1. w Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive Aa. „ vaa



4o6
aa APRIL 1800.
„ van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu,, bliek, van den 21 te vooren, fub No. hou„ dende ingevolge van en ter voldoening aan het De„ creet van den 31 December 1799, deszelfs advis, j, op de Requefte van Pieter van Mil en Ar noldus „ Kerkhojf; daarby verzogt hebbende remis der „ Pachrpenningen van de novale Thienden, geheven „ wordende onder Nuland, in het Departement van „ den Dommel.
,, En zynde het voorfz. Rapport op den 4 April „ 1.1. alhier ter Vergadering uitgebragt en indeNotu-
len van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daarvan , op den „ 9 daar aan volgende, en heden gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, zich met het daarby voor„ geflagen Concept-Befluit conformeerende, ook „ aldus beflooten:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, uit „ hun midden benoemd, in welker handen by befluit „ van den 25 Maart 11. was gefleld eene Misfive van
het Uitvoerend Bewind, van den 21 ce vooren, „ houdende deszelfs eonfideratien en advis op de Re-
quefte van Pieter van Mil en Ar noldus Kerkhof;
daarby verzogt hebbende, uit hoofde eener gelees, dene ramplpoed door brand en watervloed, remis„ fie der Pagtpenningen van de novale Tienden gehe„ ven wordende, ender Nuland, Deparcemenc van „ den Dommel.
„ Overweegende, dat de Thiend Graanen van de
gepachte Thienden, zo door brand als hec hooge „ water zyn geruïneerd, en 'er voor de Supplianten ,é genoegzaam niecs is overgebleeven,
„ Over-



aa APRIL 180& 4©?
,. Overweegende, dat de Supplianten daar door iri „ armoede gedompeld zyn.
,, Befluit:
„ Om, conform de Voordragt van het Uitvoerend „ Bewind, aan de Supplianten te remitteeren de be-
dongen Pachtpenningen der novale Thienden voor„ noemd, over den Oogst vah 1791* ter fomma van
ƒ' 126, als mede de l isten van Verpöndirig van de„ zelve Thienden, ter fomma van drie guldens.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van „de voot fchi-eeven Requeste en Bylagen, in ori„ gihali , worden gezonden aan het Uitvoerend s5 Bewind der Bataaffche Republiek j om hier aan ,5 de noodige executie te geeven.
Als mede gelyk Extracl: aan de Cómmisfarisfea j} tot de Nationaale Rekening, tot informatie.
„ Zullende die Befluit, overeenkomftig Articul r5q „ eet Staatsregeling, ter fanétie aan de Tweede Ka* „ mer worden gezonden , met en benevens het „ in deezen uitgebragt Rapporc, de voorfz. iVlisöves
Requefte en Bylagen, Bles in originali^
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kdmet Blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van die Befluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 25 April, eerstkomenden.
Is gelezen eert Extraét uit het Register dér BefM» ten van de Eerfte Kamer, van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 11.5 genomen, na gehoord te hebben het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat wede alhier Aa é ge-



4o8 M APRIL 1800.
geleezen is, op de Requefte van P. de Ruiter, Veerman van het Veer voor de Stad Grave, verzogt hebbende dat de wettigheid van eene door hem opgegeeve Pretentie mogt worden onderzogt, en dien aangaande naar bevind van zaken gedisponeerd. Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over bet Rap„ pon van de Burgers Reprsefentanten van den Braak, „ en verdere, by Decreet van den 10 April 1.1,, Ge„ committeerden, ten examen van de Requefte van „ P. de Ruyter, Eigenaar en Veerman van :het Veer „ over de Maze voor de Stad Grave; daarby verzogt „ hebbende, dat de wettigheid eener door hem opge„ geven pretentie a ƒ 747-12, ten laste van den Lan„ de mogte worden onderzögr, en dienaangaande zo. „ danig gedisponeerd, als bevonden zal worden te „ behoren.
„ En zynde het voorn. Rapport op den 3 April „ 1.1. .alhier ter Vergadering uitgebragt en in de No„ tulen van dien dag ge'ïnfereerd.
„ En de tweede en derde Leezing daarvan , op den „ 9 daaraanvolgende , en heden gefchied zynde , „ heeft de Vergadering, zich met het daarby voorge „ flagen Concept Befluic, conformeerende, ook aldus
befloocen:
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport eener perfoneele Commisfie, op het .., Requeft van P. de Ruyter, by Befluic van den 10 5, April .799, in derzelver handen gefield, en daarby „ verzoekende, dac eene daarby opgegeven precenfie w voor hec overvaaren van Franfche troepen, van 27
n Ju-



aa APRIL 1800. 409
„ Juny tot 5 Auguftus 1795, aan hem mag worden
„ voldaan. _
En overweegende, dat, hoezeer de Franfche
troepen eerst met den 1 Mey 1795, in foldy der * unie zyn getreden, en in de marsch en transport " koften derzelver, daar te vooren veelal Provinciaal " of Plaatfelyk is voorzien, en dienvolgens zulks in " de voormalige Generaliteits Landen, na het Publi" ceeren van het Traétaat van Vreede en Alliantie, " tusfchen de Franfche en Bataaffche Republieken,
van Generaliteits wegen behoort te gefehieden.
„ Be/luit:
Het Uitvoerend Bewind aan te fchryven en te autorifeeren, voorfz. pretentie in zo verre die in order " en liquide bevonden wordt, te doen voldoen, daar „ en zo het behoort.
„ En zal Extraét deezes worden gezonden aan. „ het Uitvoerend Bewind ter Bataaffche Republiek, „ met byvoeging vau voorf. Requefte en Bylage, ia „ originali, tot deszelfs informatie.
Als mede gelyk Extraét aan Commisfarisfen tot „ de Nationaale Rekeningen, ten zeiven einde. „ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer van het ^Vertegenwoordigend Lichaam, mee en benevens „ het in deezen uitgebragt Rapport, de voorfz. Re* „ quefte en Bylagen, alles in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit beAa 3 fluit



4io aa APRIL i8oo,
fluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag de« 35 April eerflkoomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van her Vercegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van 11 April 11.; genoomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en hec advis van het Uitvoerend Bewind, als mede hec Rapporc van eene Perfooneie Commisfie, die beide mede alhier geleezen zyn , op de Requefte van J, H. Beukers, verzocht hebbende mee een Penfioen te mogen worden begunstigd.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde, over hetRap„ porc van de Burgers Reprasfentanten de Sonnavilk „ en verdere, by Decreet van den 23 January 1.1., Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek, van den 20 te vooren, fub No, s|; houdent, de, ingevolge van en ter voldoening aan het De. „ creet, van den 11 November des afgeloopen jaars, „ deszelfs eonfideratien en advis, op de Requefte van ,, J. Bi. Beukers■ , geweezen Kamerbewaardei en Con„ cierge op 't Landhuis in 't voormalig Gewest Friet* „ land; daarby verzogt hebbende met eenen ande„ ren Pose, of wel mee een Penfioen ce mogen wor,9 den begunsei^d.
„ En zynde hec voorfz, Rapporc op den 3 April „jongstleden alhier eer Vergadering uicgebragc, en „ in de Noculen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daarvan op. den 9, ja daaraanvolgende en heden gefchied zynde, heefc
„ de



aa APRIL 1830. 4*1
de Vergadering, zich met het daarby voorgeflaal gen Concept-Befluic conformeerende, ook aldus „ beflooten.
De Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende * het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, op den ?' 11January 1.1. benoemd, op de Misfive van het e/**l voerend Bewind der Bataaffche Republiek , gefchreeven den 20 January 1800, fub No. advlfteSe op de Requelte van J. H. Beukers , geweezen Kamerbewaarder en Conciërge op t Landhuis in 'c voormalig Gawesc Friesland; daarby Z verzogc hebbende mee eenen anderen Pose, of mee ' een Penfioen te worden begunftigd. " En overweegende, dat zig in deeze Requeftrant n ruime maaee alle die verëischeens bevinden, de" welke volgens de Scaacsregeling tot hec bekomen " van eenig Penfioen gerequïreerd worden.
„ Befluit'.
1 Aan J. H. Beukers, geweezen Kamerbewaarder „ "n Conciërge op 'e Landhuis, in 'c voormalig Ge"west Friesland, te accordeeren een Penfioen,1
/ 400 in 'c Jaar, ongeprejudicieerd de deliberatien ' over de propofitie van den Burger Repraïfencanc de 11 Sonnaville, nopens de bepaling der Penfioenen ge-
" ^ En zal Extracc deezes, mee byvoeging van de „ voorfz. Kequesee en Bylagen, in originali, wor' den gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Ba. taaffche Republiek, ten fine van Üxecuae.
* Aa 4 » A,s



4ia
22, APRIL 1800.
„ Als mede gelyk Extraft aan Commisfarisfen tot de s, Nationaale Reekeningen, tot informatie.
,, Zullende dit Befluic, overeenkomftig hec 60 Art. der M Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden „ aan de Tweede Kamer, met en benevens het indee,, zen _ uitgebragt R.pport, en de ftukken daartoe re-
Jacif, in originali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit Befluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 35 April eerstkomenden.
Is geleezen een Kxcraét uit her Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vercegenwoordrgend Lichaam des tiacaaffchen Volks,van den ij April 1. 1.; genomen na gehoord ce hebben hec bericht, de eonfideratien en hec advis van net Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van IV Knuppel, Weduwe van C. /L Harderwyk', verzocht hebbende te worden vrygefteld van alle peenalittiren, welke zy, wegens het niec vertoonen haa< ler Recepisfen en Qukamien derlaatftafgcloopen Geldheffing zoude hebben geincurreerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mij. „ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche ,, Republiek, gefchreeven alhier den 4 April 1. 1., „ fub No. ||, en den 8 daar aan volgende ter deezer „ Vergadering geleezen; houdende, ingevolge van J3 en ter voldoeninge aan het Decreet van den 6 9» Maari -e vooren, deszelfs bericht, eonfideratien en
„ ad-



aa APRIL 1800. 413
advis* op de Requelte van tVynanda Knuppel, ' Weduwe van C, A. Harderwyk, wooncode even " buiten de ftad Amersfoort; daarby verzogc heb' bende ce mögen worden vrygefteld van alle pcenali*' celten, wëlkè zy, wegens het niet vercoonen haa-
rer Recepisfen én Quitahtien der laatft afgeloopen £ Géldheffing, aan de Commisfie tot onderzoek naar J5 den richtigen opbrengst in dezelve, ce Amersfoort 5J voorn., zoude hebben geïncurreerd, als zynde de 5, gemelde Papieren aan haar Suppliatice op eene zo„ danige faeheufe wyze oncnomen, als ten Requefte J5 omfchreeven ftaat.
j, En de tweede en derde lezing van voorfz* Mis*
five op den 11 deezer en heden gefcbied zynde, ,5 heeft de Vergadering, in aanmerking neemende,
dat de Commisfie tot onderzoek naar den riehcigen
opbrengst in de refpective ©eldheffingen, over den „ 4den Ring Van het Departement van den Rhyn, gee. ,i ne bedenking heeft over des Suppliant» quotifatie,
eh 'er geen twyflëi wegens de echtheid van haar ge,5 pofeerde overblyfc, conform het advis van het bo* „ vcngem. Bewind, befloten, derzelver verzoek by „ deezen ce accordeeren, en dienvolgens voornoem95 de Commisfie te gelaften, de Suppliante, wegens ,j de non Exhibitie haarer Recepisfen en Quitantien, „ nie;: te beboecen, met verklaaring, dat zy ter zaa55 ke vóorfz. niet zal behoeven te prsfteeren den Eed, „ door haar desaangaande geprefenteerd.
„ En zal Extraét deezes, met byvoeging vaa „ voorlchreeve Requefte, in originali, worden ge-
zonden aan bet Uitvoerend Bewind der Bataaf3} fche Republiek, om deswegeus de noodige aan* w fchryving te doen.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge het 60 Articul de/ „ Staacwegeling , ter bekragtiging worden gezonAa 5 „ dei»



"414 sa APRIL i8oa,
„ den aan de Tweede Kamer, mee en benevens „ de voorfz. Misfive en Requelte, in originali;''
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede ieezing van dit Befluit, by'deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 26 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 11.; genomen, na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van den Hove van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, dat mede alhier geleezen is op de Requefte van C. van Diggelen, S. van Diggelen en G. yan Hattum, alle verzogc hebbende Brieven van creatie als Notaris.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis\, five van Prasfidenc en Raden, in den Hove van Jus5, titie over de voormalige' Gewesten Holland en Zee-> ,0 land, gefchreeven alhier, den 3 .April l.L, en „ den 4 daar aanvolgende alhier ter Vergadering voor „ de eerftemaal geleezen; houdende ingevolge van,
en ter voldoening aan het Decreet van den 11 Maart „ 1. 1., deszelfs eonfideratien en advis, op de Re5, quefte van Clafinus van Diggelen, Secretaris der ,5 StncKen Lande van Zevenbergen; Staats vanDig„ gelen,Schout en Secretaris van Giefén; enGerar,,- dus van Hattem, Schout en Secretaris van Slie„ drecht; allen verzogt hebbende om Brieven van „ Creatie als Notaris.
„ En de tweede en derde leezing van voorn. Mis*
9, ÜVt



sa APRIL i8oo.
4«5
„ five, -op den 9 dezer en heden gefchied zynde, ,j heefc de Vergadering, conform hec advis van bo-
vengemelde Hove, befloocen, de verzoeken, by „ voorfz. Requefien gedaan, mits deezen te accor„ deeren, en dienvolgens, ten behoeve van ieder „ van dezelven, de door hun respectivelyk verzogce „ Brieven van Creatie als Notaris in behoorlyke for„ ma te doen depecheeren; ten einde vervolgens „ naar gewoonte by voorfz. Hove beëedigd , en van „ eene acte van admisfie voorzien te worden.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van Copie „ der voorfchreeve Misfive van bovengemelden Hove, „ mitsgaders de Requefien en Bylagen, in originali', 9i worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der „ Bataaffche Republiek, ten einde hier aan de noodi„ ge executie te geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 „ Articul der Scaacsregeling, ter fanctie worden ge„ zonden aan de Tweede Kamer van het Verte„ woordigend Lichaam, met en benevens de voorfz. „ Misfive, Requefte en Bylagen, in originali:'
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit befluic, by deeze Vergadering bepaald, op Vrydag den 25 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 16 April 1. 1.; genoomen, ca gehoord te hebben de eonfideratien en hec advis van den Hove van Jufticie over de voorrnaalige Gewesten Holland en Zeeland, dac medé alhier geleezen is, op de Requefte van^f. van KlaverAa 6 ntj'



4.6" *a APRIL 1800.
wyde, verzocht hebbende Brieven van Creatie als Notaris.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mïs„ five van Prajfident en Raaden in den Hove van Jus-
titie over de voormalige Gewesten Holland enZee~ v land, gefchreeven alhier den 3 deezer, en den 4 „ daar aanvolgende alhier ter Vergadering voor de s, eerstemaal geleezen; houdende , ingevolge van, „ en ter voldoening aan het Decreet, van den ? 9 Maart v 1.1., deszelfs eonfideratien en advis, op deReques„ te van Albert van Klaverwyde, Secretaris van Soeyg terwoude, daarby verzogt hebbende Brieven van
Creatie als Notaris.
,, En de tweede en derde leezing daar van, op den „ 9 der gemelde maand en heden gefchied zynde,
heefc de Vergadering, conform het advis van br> „ vengemelden Hove, befloten, het verzoek , by „ voorfis. Rcyuelte gedaan, mits deezen te accordee-
ren, en dienvolgens ten behoeve van voornoemden „ Requeftrant de door hem verzogte Brieven van „ Creatie als Notaris in behoorlyke forma te doen
depêcheeren, ten einde vervolgens door voorn. Ho,, ve beëedigd , en van een Acte van Adro-slie voor„ zien te worden.
„ Ten welken einde Extract deezes, met byvoen gmS van Copie van voorfz. Misfive van bovenge„ melde Hove, mitsgaders de Requeste en Bylagen, ,5 in originali, zal worden gezonden aan het Uit* voerend Bewind der Bataaffche Republiek , ora „ hier aan de noodige executie re geven.
„ Zullende dit befluit, overeenkomftig het 60 Arr. » dèr Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezon-
den



aa APRIL 1800.
417
den aan de Tweede Kamer, met en benevens de „ voorfz. Misfive, Requefte en Bylagen, in ertgt* „ nali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer* blyken te zyn gefchied , is de tweede leezing van die Befluic by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den 23 April eerstkomenden.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede Ieezingen van de volgende Befluiten van de. Eerste Ka.' mer gefchied:
Voor eerst: Van hec Befluit van den 10 April LI., op de H equefte van J. J. Sterkenburg , om permisfie om de belasting op de Stookketels en de weekiykfche impofitie op de Graanen, alleen ce bepaalen op den 1 Augustus.
Ten tweeden'. Van hec Befluic van den 11 April I.I., op de Requefte van C. G. Hultman, om ƒ 500. om een extra Klerk te voldoen.
Ten derden'. van hec Befluic van den 11 April 1 Lj op de Requefte van J. Bildcrdyk, verzochc hebben* de approbatie van een Coliacie van een Beneficie.
Ten vierden: Van hec Befluic van den 11 April II., becrekkelyk de gefchillen over hec Kerkgebouw , te Zomeren.
Ten vyfden\ Van hec Befluic van den Ji April 11., op de Requefte van F. tiendriks, om een Gratificatie.
Aa 7 Ten



4!§
12 APRIL 1800.
Ten zesden-. Van hec Befluic van den 11 April Tl.., op de Requefte van A. Egbers c. f., allen Kuipe;s om verhooging van de prys der Boter- Vaaten.
En heefc de Vergadering de derde leesing van alle deeze Befluiten bepaald op Vrydag den 25 April eerflkomenden.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit hec Register der Befluiten vah de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks , van den 8 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 11, en de cweede lezing op den 17 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec befluic dier Kamer op diverfe Requefien van Gemeence Beftuuren in hec voorm. Gewesc Bataafsch Braband; alle gerendeerd hebbende, om, uic hoofde van geleden rampen door den Oorlog remis te erlangen op de Verponding en Gemeene iViiddelen, of wel refticucie van dien. • Welk Befluit in de Noculen van den 8 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32. Art. Litt. e. van hec Regiemenc B. der Scaacsregeling ; gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd befluic, ingevolge Articul 69. der Scaatsregeiing, mee de Requeste en Bylalage, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind , en tevens een uffchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extract: van dit Deaeec worden gezonde» aan Co«;misfarisfen der Nationaale Rekening, coc informatie.
Is



ss APRIL 1800. 419
Is voor de derde maal geleezen een Extract ui: het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 8 April laatftleeden, waar van de eerfte leezing op den 11 April, en de tweede leezing op den 17 daar aan volgende zyn ge. fchied, houdende hec befluic dier Kamer op. een aantal Requesten van Gemeence Beftuuren in Bataafsch Braband, alle getendeerd hebbende, om uic hoofde van geleeden Oorlogs- rampen te mogen erlangen remis op de Verponding, Beeden en Gemeene Midr delen.
Welk befluit in de Notulen van den 11 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Lit. e. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd befluic, ingevolge Art. 69. der Scaacsregeling, mee de Requesce en Bylage, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Be* wind, en cevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende ExcracT: van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen tot de Nacionaale Rekening, coc informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 8 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 11 April en de tweede leezing op den I7daaraanvolgenden zyn gefchied, houdende het Befluic dier
Ka-



420
aa APRIL 1B00»
Kamer op de Requeste van F. C. Soldaan; waarby wordt verklaard. dac het Decreet van den 2 Ju!y 1799- °P hem niet coepasfelyk is, en hy micsdien bevoegd verklaard, om in deszelfs post als Adfiftent en Deurwaarder, een Comptoire van Turf en Kooien in tien Hage , te blyven continueeren.
Welk Befkiit in de Noculen van den 11 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hei 32. Art. Licc. e. van het Reglemenc B. der Seaatsregefing, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Be* fluit, en verandert hetzelve in een Decreet. , En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Arr. op» der Sraatsregeling, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een affchrift vart heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende ExcracT: van die Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nacionaale Rekening, cot informacie.
Is voor de derde maal geleezen een Extraee uic het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den p April 1.1.,; waar van de eerfte leezing op den 12, en de cweede ieezing op den 17 daaraan volgende zyn gefchied , houdende hec befluit dier Kamer op de Requefte van de Weduwe//, de Ridder en C. Roelofs, verzocht hebbende continuatie van Penfioen.
Welk Befluic in de Noculen van den 1 2 April 11» is geïnferèêrd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het
32 Arr.



aa APRIL 1800.
421
32 Art. Lit. e. van hst Regiement B. der Scaacsrege* ling, gedecreteerd:
Ds Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet,
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 6). der Sraacsregeling , met deRequefte en Bylage, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be■wind, en tevens een affchrift van hetzelve , in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extraét van dit Decreec worden gezonden, aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 8 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 11 April , en de tweede leezing op den 17 April daar aan volgende zyn gefchied, houdende het Befluit dier Kamer op de Requefte van S. Richer, Wed van J. H. Kegel, verzogt hebbende, om met de continuatie van de aan haar bevoorens toegelegde Gratificatie te worden begunftigd.
Welk Befluit in de Noculen van den 11 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 52 Are. Liet. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , met de voorfz. Requefte, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en tevens een
af



4a* az APRIL iRoo.
affchrift van 't zelve, in behoorlyke forma, aan de Eerste Kamer.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informatie,
Is voor de derde maal geleezen een Extracl: uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 12, en de tweede leezing op den 17 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende het befluit dier Kamer op de Requeften van Gecommitteerdens der Geerfdens van den Polder den Ham en Roskampen, verzogc hebbende Oétroy tot het ingronden van de zogenaamde Bataaffche Steeg.
Welk befluit in de Notulen van den 12 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 39 Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit. en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve., in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extraét uic hec Regiscer der Befluicen van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 9 April 1. 1., waar van de eerfte leezing op den 12 April , en de tweede leezing op den 17
April



<xz APRIL 1800.
4*3
April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van Mr. W* J. Armenault, verzogc hebbende Brieven van Creatie als Notaris.
Welk befluic in de Notulen van den 12 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art, Lit. e. van hec Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be(luit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluit, ingevolge Are. 69 der Scaacsregeling, mee de Requefte en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Be* wind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Excracc uic hec Regifter der Befluicen van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 9 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 12, en de tweede leezing op den 17 daar aan vol. gende zyn gefchied, houdende het befluic dier Kamer op de Requesce van D. du Bois , verzogc hebben, de Brieven van venia atatis yoor zyn Zoon B. du Bois.
Welk Befluic in de Noculen van den ia April LL is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 3 2. Are. Licc. e. van hec Reglemenc B. der ScaacsregeJing, gedecreeeerd:
De Tweede Kamer bekragtigt hei voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En



424 32 APRIL 1800.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69 de* Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Be* wind, en tevens een afïchritt van hetzelve, in behgprlykc forma, aan de Eerfie Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl: uit het Regifter der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 9 April 11., waar van de eerfte leezing op den 12 April, en de tweede lezing op den 17 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende het befluit dier Kamer op de Requefte van J. M, E. Molenberg, verzogt hebbende Brieven van venia atatis.
Welk Befluit in de Noculen van den 12 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 3a Art. Lit. e. van het Reglement B. der Scaacsrege* ling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Are.69. der Scaacsregeling, mee de Requefte en Bylage, onverwyld worden gezonden aan hec UitvoerendBewind.en cevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een ExtracT uic hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, ▼an den 9 April 1. 1,, waar van de eerfte leezing op den »a, en de tweede leezing op den 17 daaraanvolgende zyn gefchied, houdende het Befluit dier
Ka«



as APRIL ïgoa,
425
Kamer op de Requefte van A. de Leur, verzogc hebbende Brieven van venia atatis.
Welk Befluic in de Notulen van den ia April LI. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32. ArcLicc. e. van hec Reglemenc B. der Scaacsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be~ fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Are* 69 der Staatsregeling, mee de Reqnefte en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Waar na de Prsefident de Vergadering fcheidt, en adjourneerc tot morgen voor den middag, ten half cwaalfuuren, dezelve inmiddels converceerende ineen Commicté Generaal.






C 4*? )
GELTKHEID, V R 2 H E 1 D. BROEDERSCHAP. *
Woensdag den 23 April 1800;
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEI©,'
P R JE S I D E. Den Burger Repraefentant /r. Hovens.
Tegenwoordig de Burgers Reprajfencanten.
J. A. Krieger. B. Storm. S. van Hoogftraten. IV. van Foreest.
G. 3. G. Bacot.
H. Quesnel.
C van Lennep.
J. van Rees.
A. Ploos van Amjlel.
P. Linthorst.
D. Hoitsma.
J. S. Wentholt.
3' Busch.
3' Lublink de 3nge.
J. Cramer. IV. C. de Crane. D. C. de Leeuw. L. 3. Fitringa.
ABSENT.
Mer permisfie.
H. Hogewal, M. Siderius. J de Joncheera. J. C. Druman. II. van Andel.
B. ten Pol.
C. Bloren.
J. H. Siccama. J. Tomas.
Wegens ziekte.
F. Gevers.
Bb
De



4aS 23 APRIL 1800.'
De Leden op derzelver Plaatfen opgetreeden zynde, doet dePrsefident de navolgende Aanfpraak:
BURGER.S VERTEGENWOORDIGERS!
■Warmeer wy in bet voorleden Jaar den eerften -VerjaarSa. vande aanneminge onzer Staarsregehug vierden , hield ons de waardige Voorzitter deezer kamer de gepastheid ïoor oogen vau het vieren Van Nationaale i-eesten , en hoe de da*, welken Wy nu weder bekeven, rot zulk een Feest Svzondèt gekrukt zytmaër colt de wil van het Vertegenwoordiaead Lichaam op nieuws uitgenrukt, in zyn Uecreet van den 19 deezer, röepc ons tot die Viennge en noopt mV, docr uwe keuze alhier gezeten, orn, ter deeïe gelegenheid, en met betrekking op dezelve, tot Ute ïnreeken Dan , weinig geféhikt, als ik ben, om in het oneS te fpr'eken , zoude ik uwe keuze ongelukkig Semen moeten, indien Gy van oordeel waart, dat aan Set oogmerk van dee*en dag niet dan met eene eierfyke eu wel doorwrofte Aaufpnak zoud, kunnen voldaan worden mvne vermogens zyn hiertoe te zwak . Maar Gy Verklaart, bv uw Decreet, dat uwebedoelingeis,,, eenopenlykbly* te geven van het belang, welk het Vertegenwoordigend V Lichaam fielt, en de geheele Natie behoort te pelten m eene gebeuren is van het grootst gewtgt vtor-hetValk, Ha' wv de eere hebben te reprejenteeren. Lu dan, tóeburirs! leene ik my gaarne, om de tolkte zyn vau itwt gevoelens, ook de myne.
Welke gebeurenis kan toch voor een Vols van meerder Eevvi-t zyn, dan zich een vasten vorm van f.c uiurte Sefl , van welk, en het Algemeen , en zo veel byzonTer belang, geheellykafhangen? Welkeg,wi?,tigcr voor doVertegen woordieers van een Volk, dar. een vakten recelmaat verkreegen te hebben, orn het beleid van zaaken Sn in te rigten? Dewyl wy dan deezen erkennen m dt anaenomen Staatsregeling, zal ik, by de blyde herden?inH dier sebeurenis, uwe harten trachten op te wekken krtteene bedaarde vrohkheid; geene .ndare aandoeötoge tmmers kan ons beter voegen by een Nationaal Feest, ihetMyk op zich zeiven, maat te vieren m ouiftandighe-
I



1$ APRIL 1800. 425
den, welke het vooruitzicht op toekomend'geluk, door een dikken nevel van bekommernisfen nog te zeer verdonkeren , omftandigheden alleen te boven te komen djor bedaarde moed, en met een harte, vrolyk door ue bewustheid van wel gedaan te hebben.
Verheugen wy ons dan daarin, dat de vorm van ons Beftuur, gegrond op de aangenomen Staatsregeling, geduurende het afgelopen jaar, ongekrenkt bewaard gebleven is; dat geene beroeringen van binnen dien verwrikt, de vyandlyke aanval dien niet omver geworpen hebben; dat die zelve vyandelyke aanval, zo gelukkig afgekeerd, ter bevestiging geftrekt heefc van het ingefteld Beftuur; want toch de werkzaamheden van het Uitvoerend Bewind, de bedaarde ftandhoudinge der Wetgevende Vergadering,op zo weinig uuren afftands van het Toneel des Krygs , hebben de uitbarstingen des gewoels van hun , die zich heil voorfpellen uit de bmkeeringe der tegenwoordige Orde
van zaaken, terug gehouden of fpoedig beteugeld; .
Hebben het vertrouwen van die Vaderlanders , welke zodanigen ommekeer als de noodlottigfte gebeurenjs bei'chouwen,verfterkt en bevestigd; hebben de volyverigfte zamen werkinge van onciergefchikie Geconftitueerde Mach ten opgevoerd tot eene hoogte van vaardigheid , beleid en Itandvastigheid, welke van de meest geoefende Verzorgers van Mond- en Krygs-behoefren, naauwlyks kunnen geëvenaard worden; hebben den moed onzer Verdedigers, Inlanders en Bondgenooten, in het ongelyk ftrydperk, aangevuurd tot het uitftekendst betoon van onverfebrokken dapperheid, terwyl de weldaadige hand der menschJievenheid de ongelukkige flagtoffers van het wreed Oorlog alle mogelyke vevzagtinge in ruime maate toereikte,
Verheugen wy ons, dat wy re midden der rampen, welke ons beliepen, zyn faande" gebleven, dat wy de ontzettende uitgaven „ tot on^e verdeedMflg onvsraydelyk, hebben kunnen draden,en de betaalingen der meest dringende behoeften rot hiertoe gaatidè houden; hoe veele opollerii-gen dit cok gekost hebbe, hoe veele het nog kosten inoett- welk wel geplaatst Vaderlandsch^art zal zich niet die aften getroosten , ohi bet voorgefteld dot] - de verze-
•Sl-ii?2" x'n'd(X cn °aafiJaus^ytbeid Hmtfu*
Be 3 Ver*



43© sg A P R IJL 1800»
Verheugen wy ons, dat, na twee geftrenge Winters, en één min dan gewoonlyk vrugtbaaren Zomer, gebrek aan dè meest nodige behoeftens ons niet gekneld neeit, en derzelver prylen by ons veel lager gebleven zy.i dan by andere Volken, zelfs by dat, Welks Vlooten onverhinderd uit alle oorden konden famenbrengen, t geen ons onthouden vvierd of afgefneden. . , ., .
Verheugen wy ons, dat orde en eenftemmigheid ito onze Vergaderingen (leeds Hand gehouden hebben, dat het vuur van leevendiger driften, nu en dan ontvlamd, weldra gedoofd wierd, door befcheidenheid en bedaard nadenken, dat aller poogingen, fchoon gewyzigd door verfchillende begrippen , zich lteeds één doelwit, het meeste heil van 't algemeen , voorftelden.
En zouden wy dan , met dit gevoelen bezield, en na het genot van zo veel goeds, gebooren tut dit vast belluuv, wanhoopen aan het behoud des Vaderlands ? Neen , Burgers Vertegenwoordigers! gaan wy rustig en onvermoeid voort op den weg , ons in de Staatsregèling afgebakend; deeze getrouwlyk te volgen, ook daar, waar wy foms wel liever eene andere Leidsvrouw hadden, is onze plïgt; de zwaarighcden, welke uit de flipte naleeving hairer voorfchriften nu en dan voorkomen, zyn niet ter onzer veiantwoordinge, zy moeten gedragen worden, tot dat het Bataafseri Volk, ten tyde der herzieninge, die opheife; zouden wy daarin den uitgedrukten Volks-wu vöortuitloopen, of, boven de voorgefchreven veranderingen, meerdere invoeren, het te veel aangematigd gez?2 of het onaangenaame, welk die nieuwigheden opleverden, zoude onze verantwoordinge bezwaarlyker maaken Het kan wel niet anders zyn, of by zo grooteomkëérnige in den loop des Bewinds van de hoofd -tot de mindere raderen toe, moeten botzingen ontltaan, welke niet dan met der tyd verholpen kunnen Worden , veele byzondere belangen moeten lyden doer het daarftellen, immers bedoelen , van grooter algemeen goed; ongenoegen en klagten geboren worden, welke met moeite gelenigd, met dan met omzichtig beleid geftild kunnen worden ,• hier, zeker, rust op ons een zwaare Last, maar die ons niet moet doen terug deinzen, noch weerhouden ,van bet overig gedeelte van onzen taak met yver ea voorzichtig*



43 APRIL ï8cö; i%%
tigheid nftewerken, offchoen ook daaruit nieuwe hindeifnisien ontftaan mogen.
Niet mi o der moeten wy palftaan tegen de gevaaren ,dsa ons van buiten omringen, deeze afteweeren vordert eene infpanninge van kragten, waarlyk boven ons vermogen, indien een gewenschte Vreede niet weldra derzelver ontfpanninge eenigermaate gehenge, maar ook moedeloosheid en verflauwinge in het aanwenden vau gepaste middelen verbetert onzen toeltand niet.
Dragen wy dan geduldig de rampen, die wy ons zelvea niet berokkend hebben. Gctrooften wy ons opofferingen, welker de Vryheid alleen waardig is. Maar boven al, Medebroeders! laaten eerlykheid en goede trouw het richtfnoer zyn onzer handelingen, jegens het Volk, 't welk wy Vertegenwoordigen, jegens onze magtige Bondgenoote, jegens andere Volken , ook jegens onze Vyanden!
Laaten, eindelyk, alle onze daaden, byzondere niet min dan openlyke, de onwederfpreeklyklte kenmerken dragen onzer eikentenisfe van een Opperwezen, welk wy ook by elke Vergadering, als algenoegzaam aanroepen, en als den wyzen en liefderyken Beftuurder onzer handelingen, en derzelver uitkomden eerbiedigen; dan mogen wyons, by het aanwenden onzer beste poogingen , op deszelfs Algoede Voorzienigheid gerustlyk verlaaten , en met bedaarde Vrolykheid den Dag te gemoet zien, welke Vrede, Rust, en Welvaart moge aanbrengen aan het Bataafsch Gemeenebest!
En is goedgevonden, de voorfz. Aanfpraak te doen drukken en aan de Leden te distribueeren; te'n welken einde Extract vau dit Decreet, met dezelve Aanfpraak, zal worden gezonden aan den Burger Reprajfentanc Siderïus, als aan hec hoofd der Commisfie tot de zaaken der Drukkery, tcc informatie. ( Zonder refumtie.')
Waarna de Prsefidenc de Vergadering fcheidr, en adjourneerc coc morgen op den raiddag.






C 433 J
GELTKHEID, V R 1 HEID. BROEDERSCHAP.
Donderdag den 24 April 1800,
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEID*
| J. Cramer
! W. C. de Crane.
D. C. de Leeuw.
L. J. Pitringa.
ABSENT.
Mee permisfie,»
J. C. Druman. 3' H. Siccama. C. Floren. 3' Tomas. 3- de 3oncheerei B. Ten Pol. M. Siderius. H. Hogewal. H. van Andel.
Wegens ziekte*
F. Govers.
P R iE S 1 D E. Den Burger Repraïfentanc K. Hovens.
Tegenwoordig de Burgers Reprajfencancen.
3' Krieger.
B. Storm.
S. van Hoogflraten. N. van Foreest.
G. 3. G. Bacot.
H. Quesnei.
C. van Lennep. 3. van Rees.
A. Pioos van Atnfiel, P. Linthorst. D Hoitsma. 3. S. Wentholt. 3- Busch.
3> Lublink > de 3onge.
De Decreeten, op Dingsdag den 22 April I.l. ge« nomen, zyn gereiumeerd en gearresteerd.
Cc De



434
fl.4 APRIL 1800;
De Burger J. Alberda, verkozen R&prsefentant ter Kiezers Vergadering van het Diftrict Harlingen, verfchynt ter Vergadering, legt in handen van den Prsefident de Verklaaring, by Art. 36 der Staatsregeling voorgefchreeven , af, en neemt in qualiteit van Vertegenwoordiger des Bataaffchen Volks, fesfie in deeze Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam.
En zal hiervan, by Extract deezes, worden kennis gegeeven, aan de Eerfie Kamer van hec gemeld Vertegenwoordigend Lichaam, aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en aan Commisfariifender Nationaale Rekeningen, om respectivelyk te ftrekken coc derzelver informatie en naricht.
Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, aan de Tweede Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gefchreeven alhier in den Hage, den 19 April 1,1.; diarby inzendende een Exemplaar, in plano, van de Publicatie, by hetzelve Bewind volgens Decreet van de Tweede Kamer van den 17 April LI., gearrefteerd omtrent de bepaalingen wegers de Heffing op de Bezittingen en Inkomften.
En heefc de Vergadering goedgevonden, deeze Misfive aan ce neemen voor Notificatie, en de Fublicucie in de Nacionaale Cancelarye ie deponeeren.
Is geleezen een Fxcracf. uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van heden; genomen op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, waarby heczelve wordt geaurori.'eerd, om aan den Generaal Augereau d& noodige coeftemming te
ver-



94 APRIL 1800.
435?
verleenen , tot het efteótueeren van de by gemelde Misfive opgeeven geprojecteerde mouvementen vaa Troupes,
Weik Befluic is van den volgenden inhoud:
„ I-geleezen «ene Misfive van het Uitvoerend Be* „ wind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier, ,, op gisteren, fub No. litL B.; houdende, dat, na dat by heczelve Bewind was ingekomen hec Decreet „ van hec Verregenwoordigend Lichaam, van den 22 1 deezer, by hec welk de noodige autorifatie en toei „ ftemming was verleend, coc de daarin in hetbreede , „ omfchreevene Deplacemenren van Troupes, binnen „ de drie uuren afftands deezer Refidencie, hec Be„ wind voornoemd ontfangen had eene Mislive van „ den Agenc van Oorlog, daarby communiceerende , dac de Generaal Augereau had convenabel geöor„ deeld, eenige veranderingen in de prajecteerende „ mouvementen ce maaken, waar door hec 3 Bacail„ Ion der 29 halve Biigade de beweeging zoude doen, „ welke anderzins door hec 2 Bacaillon der 49 halve „ Brigade zoude zyn verricht, en mitsdien uit haar „ tegenwoordig Guarnifoen van Utrecht vertrekken, „ om vier Compagnien derzelve naar den Haag, en » vyf Compagnien naar Rotterdam te worden gede„ cacheerd; terwyl hec 1 Bataillon der 7 halve Bri„ gade Bataaffche Troupes, thans in Guarnifoen te „ Leyden, van daar vertrekkende, op heden te Delft I zoude aankomen , om den volgenden dag over den f, Briel naar Voorne en de Goede Rheede -e marchee„ ren; verzoekende het Uitvoerend Bewind derhal„ ven , ter voldoening aan het «t8 Are. der Scaacsre» geling, dat coc hec effeccueeren dujr aldus verander* Cc % „ de



436 H APRIL 1800,
M de mouvementen de noodige autorifatie moge wor„ den verleend.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat het on- ■ „ derhavig verzoek is, van dien aarc, dat de dispofi„ tie, deswegens te neemen , allen fpoed vordert, „ heefc de Vergadering verklaard, dat'er is, onver„ wylde noodzaaklykheid. <
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van on -. verwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Articul 32. Lit, b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
Be Tweede Kamer, overweegende dat de rede- ■ nen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst' aan het hoofd van het velgend Befluit: houdende:
En voorts daadelyk beflooten, het Uitvoerend „ Bewind te autorifeeren , gelyk hetzelve geaucoiifeerd wordt by deezen, om aan den Generaal Jugereau de noodige toeftemming te verleenen, tot „ hec effectueeren der door denzelven hier boven om" fchreeven geprojecteerde mouvementen van Troupes.
„ Waarvan by Extract deezes aan het Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek zal worden ken • „ nis gegeven.
„ Zullende dit Beiluic , ingevolge het Co Art. „ der Scaacsregeling , ter bekrachciging worden ge' zonden aen de Tweede Kamer van hec Verregen„ woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, mee
J5



34 APRIL 1800.
43?
en beneevens de voorfchreeve Misfive, in origi' „ na li,"
En voords over het voorfz. Befluic zelf gedelibe. reerd zynde, heefc deeze Vergadering , ingevolge Art. 32. Licc. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Arcicul 69 der Scaacsregeling, onverwyld, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve , in behoorlyke forma , aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.)
Is geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lighaam des Bacaaffchen Volks van den 22 April 1.1.; genoomen , na gehoord te hebben het Rapport eener Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is; houdende eenige bepaalingen, waar op de Regimenten Duitfche Troepen, in dienst en foldy der Bataaffche Republiek worden gehouden.
Welk befluit is van den volgenden inhoud.
„ De Eerfte Kamer van her Vertegenwoordigend ,5 Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, „ in welker handen, by Befluit van den 31 Maart 11 , „ ten einde deeze Vergadering te dienen van confide-
ratien en advis, is gefield geworden eene Misfive „ van het Uitvoerend Bewind, van den 25 daar te „ vooren, fub No. 'ff; houdende, in voldoe-
ning aan het derde lid van 't Decreet van het Ver* Cc 3 „te-



433
34 APRIL 1800.
„ tegenwoordigend Lichaam, de dato 7 January, be» „ treklyk de Organifatie der Bataaffche Armée, eene „ Voordragt, op welke wyze de regimenten Duit-
fche Troupes, in diensten foldy deezer Republiek, 55 ten meeiten nutte van den Lande, volgens de Ca„ pitulatien, of op eenen anderen meer nuttigen voer „ in dienst zouden kunnen en behooren te worden S5 gehouden, en op welke wyze dezelve zouden kun-
nen en behooren te worden geörganifeerd en beSi taald.
,, Overweegende, dat de vervulling en naarkoming „ der plecitig aangegaane Verbindtenisfen geen ver,3 wyl toelaat, en de ongelykheid in de betaaling der 5, Troupes, waardoor een gedeelte der Arrrée den „ behoorlyken onclerlland mist, immers vóór het ope-
nen der Campagne behoorc te worden herlïeld, „ verklaart, dat 'er is onverwylde noodzaakclyk-
heid."
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32. Litt. b. van
het Reglement B der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer , overweegende, dat de redenen, door de Eerfie Kamer by gebragt, voldoende zyn , bekragtigt de verklaaring van onverwylde •noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houdende :
Overweegende , dat, hoe zeer vóór eenen ge» '„ flooren Vreede, of wanneer de Recruuten vry en „ onverhinderd uit Duitschland naar herwjards kun„ nen worden getransporteerd , de gelegenheid ais
„ on-



54 APRIL 1800;
43S>
"„ ongefchikc moge worden geacht, orn de Duitfche „ Troupes, in dienst der Bataaffche Republiek, op „ den voet der Nationaale Armee te Organifeeren, ,, of de noodige onderhandelingen daar coe mee de „ Voriten van Waldeck en Saxen Gotha te entamee„ ren, niettemin de Troupes van een en dezelfde j, Armée op gelyken voet behooren te wo,den behan'„ deld en betaald, zal men gelyke dienllen van de,, zeiven willen vergen.
„ Overweegende, dac agtervolgens de TiaHsaclien „ met die beide Duitfche Vorftengeflooten, liet eene „ is van die voorwaarden, op welke deeze Corpfen „ in diensc van den Lande zyn overgenomen en geën„ gageerd geworden.
,, Dat zy namelyk : „ ten opzigte van Trademen. „ n ten, Soldyen en extraordinaire Douceuren* zo « „ in tyden van Vreede, ais in tyden van Oorlog, ,? ,5 gelyk ook met relatie tot alle afkortingen van „ „ mankeerende Manfchappen ofie anderen, op den „ „ zelfden voet zullen behandeld worden, als de „ ,. overige Nationaale Regimenten."
Befluit'.
1 Dac de vyf Bacaillons van den Furft van Wal„ deck, in diensten foldy der Baraaflche Republiek, „ als mede het Regiment van Saxen Gotha, onder „ de hier navolgende bepaalingen, zullen worden ge« „5 bragt op den zelfden voet van betaaling der Bataaf'n fche Nationaale Armée , waarmede dan ook alle „ andere toelaagen, toe hier roe aan dezelve gegee„ ven, ter zeiver tyd komen te vervallen.
Cc 4 Ar«i



44o
*4 APRIL 1800.
Articul li
„ Aan de Vorften, als eigenaars hunner Regimen„ ten en Compagnien, zal hec Traécement worden „ gelaacen op den voet, waarop dezelve tot nu cue 5, zyn becaald geworden.
Art. 2.
„ De Traftemencen voor de Capiceins-Comman„ danten der Grenadier Compagnien zullen worden „ verhoogd tot op ƒ 1202 :4:6.
Art. g.
„ Alle Hoofd-Officieren, Generaals zynde, welke „ hunne Compagnien by de Uataillons hebben, en „ niet by dezelve dienen, zal derzelver Hoofd-Offi„ ciers- en Capiceins Traftemenc worden gelaaten, „ in voegen als het thans by hun worde genocen; zul„ lende dus by hun overlyden niec anders als de Com» pagnien vacant gereekend worden.
Are. 4.
„ Alle Hoofd-Officieren, Capiceinen en Subalter„ ne Officieren, welke verplicht zyn by de Corpfen ,, te dienen, en door ouderdom zich daar toe buicen „ ftaae bevinden, zullen worden gepenfioneerd, even „ als de Bacaaffche Officieren, onder zodanige bepaa,, lingen, als het Wetgeevend Lichaam, by voorval„ lende gelegendheden, gefchikt zal oordeelen.
Art. 5.
,, De Colonels, commandeerende de Regimenten „ van Waldeck en Saxen Gotha , zullen genieten „ één Gulden per dag meerder als de Lieutenant-Co-
lonels der Nationaale Armée, het Capiceins Tracte-
„ ment



24 APRIL 1800.
4+1
„ ment daar onder begreepen; wordende derzelver Tractement alzo bepaald op ƒ 3365:19:11.
Art 6.
„ 'Er zullen niet meer dan vier dienende Hoofd. „ Officieren per Regiment of twee per Bataillon mogen „ zyn, en dus by de eerfte Bataillons van de twee „ Regimenten van Waldeck, en het. Regiment van „ Saxen Cotha een Colonel, commar.deerende het „ Regiment, en één Major, en by hec 5 Bataillon „ van Waldeck, een Lieutenant-Colonel en een Ma„ jor; zullende echter de tegenwoordige Colonel H. „ van Heldring, dat Bataillon als Colonel blyven „ commandeeien, en hec Traétemenc als Lieutenant„ Colonel genieten, maar na overlyden of vacature
niec meer worden geremplaceerd.
Art. 7
„ Alle dienende Hoofd-Officieren, behalven de „ commandcerende Colonels, waar voor debepaa. „ ling in Articul 5 hier vooren is omfchreeven, worde „ eene toelage by hunne Capiceins Traétementen, coc „ de door hnn bekleed wordende rangen, geaccor„ deerd, waar door derzelver Traétemencen, worden „ geëvenredigd aan dat van een Bacaafsch Hoofd„ Officier, in dien zelfden rang dienende , terwyl » de Capiteinen , Subaicerne Officieren, en voores » allen' weJke by voorfchreeve Compagnien zyn die„ nende, worden gebragc op denzeifden voet van be-
taahng, als de Bataaffche Troupen.
Arr. 8.
De Adjudanten , ontilagen wordende van de verplichting, by de oude Armée ftandgrypende, van Cc 5 J5 een



—
44a 94 APRIL 1800,
' een Paard, ten gebruike te moeten houden, word n derzelver Traclemenc van agt honderd en veertig 59 Guldens op zes honderd twee Guldens en vyfcien „ Stuivers gebragt, behaiven het Equipememgeid, 't JS welk voor dezelve, even eens als voor de Adjudan» }) ten by de Nationaale Armée zal worden toegedaan.
Arr. 9.
„ De geneeskundige inrichting zal by deeze Trou« - pes op denzelfden voet worden gefield, als by de
Nationaale Armée, zo dat de Chirurgyns-Majorpro" portioneel met toevoeging van twee Eleves zullen
worden gefield op heczelve Traélement als de Chi-
rurgyns-Major en Eleves,, daar by voorde laatfte \3 augmencatie hebben genoten, en onder dezelve or^ der* van het Bureau van Gezondheid ftaan, echter „ buiten 'c recht van aanftelling van Chirurgyns-Ma» „ jor, welke aan den Vorst van Waldeck en den Her,5 tog van Saxen Gotha compeceerc.
Art. 10.
„ De Predikanten zullen blyven op het Traftement s> van ƒ 600-0-0 's jaars.
Art. ir.
„ De Tamboers-Major en Hoboïsten zullen op den „ voec van betaaling worden gefteld als die van de Ba» „ caaffche Nationale Troupes.
Art. ia.
„ By het 5 bataillon van Waldeck ééne Compagnie r„ meerdpr zynde, als by de overige üaraUlons, zynde „ eene Compagnie Jagers (waarvan in de Capitulatie
geen melding word gemaakt), zo zal dat Bataillon



84 APRIL 1800,
445
„ worden gebragt op zeven Compagnien; en deeze „ zynde ligte Infinterie, de Jagers daarby blyven ge„ conferveerd, zo als die thans is zamengefteld, ech„ ter zonder Capitein Commandant, en de Grenadier „ Compagnie gereduceerd , zullende de uitvallende „ Officieren uit dit Bataillon de vacante plaatzen in dit s, of andere Bataillons vervullen, en de Onder-Officie. „ ren en Gemeenen in de overige Compagnien worden „ geincorporeerd.
Arr. 13.
„ Wanneer het Reglement van Oeconomie voor de 5, Corpfen, gefundeerd op de Wet, by Decreet van „ het Vertegenwoordigend Lichaam, dé dato 7 Tuny „ laatsrleden omcrent de Bataaffche Armée genomen, „ zal zyn geïntroduceerd, zullen deeze Troupes mede' „ zich naar hetzelve moeten reguleeren, zullende te „ dier tyd opgelyken voet deSoliicireurs Militair wor • „ den afgefchaft en die Troupes betaald worden door
hec Bureau, 'c welk met de betaling der Bataaflche
Troupes is gechargeerd.
Art, 14.
,, De Quartiermeesters zuilen by deeze Baraillons „ Duitfche Troupes niet eerder worden aangefteld ais
hec nieuwe Reglement van Oeconomie in werking „ zal zyn gebragt en derzelver Traétementen mede ge • ft rekend worden naar den voet, waar op die voor de
laatlte augmentatie by de Nationale Armée waren gesj fteld.
Art. 15.
„ Geene Vaandrigs zullen voortian by de Compag. „ nien deezer Duitfche '1 roupes worden aangefHd n en allen . welke by de te doene Promotiën geen
„ Lieu-



444 S4 APRIL i8oou
„ Lieutenants zullen worden, toe Sous-Lieutenanta ,j worden aangefteld.
Art. |&
„ Omtrent alle bepalingen, bierïnne nietgementio' „ neerd, blyven de Capiculatien met de Proprietairen „ deezer Corpfen gefloten in haar volle kragt , en
welke ook by deeze fchikkingen zelfs geöbferveerd „ worden.
„ En zal Extraét deezes aan het Uitvoerend Be„ wind worden toegezonden, ten einde daarvan aan „ den Vorst van Waldeck en den Hertog van Saxen
Gotha. kennis te geeven, of des noods onderhan}5 delingen deswegens te entameeren, en de compleJ5 teering deezer Corpfen als eene verplichting van de „ andere zyde, zo veel moogelyk te bewerken, met M autorifatie tevens op hetzelve Bewind, omme tot „ befpoediging en gelukkige afdoening deezer zaak, „ in deeze bepaalingen zodanige verfchikkingen of ver„ anderingen te maaken, als de omftandig heden en „ 's Lands belangen zullen vorderen, mits de kosten
daarvan het beloop deezer niet komen te exce-
deeren.
„ Zullende mede gelyk Extract dezes aan Commis. „ farisfen tot de Nationaale Rekening worden toege-
zonden, tot derzelver informatie.
„ En zal dit Befluic, overeenkomftig het 60 Ar« „ tieul der Staatsregeling, rer bekrachtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van het Vertegen^ woordigend Lichaam, met en benevens het in de* „ zen uitgebragt Rapport en de Misfive en Bylagen 55 daar toe betrekkelyk, alles in originali:''
Et



S4 APRIL 1800.
445
En voords over hec voorfchr. Befluic zelf gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden in advis, enge» fteld in handen van de Burgers Keprsfentancen van Foreest , Linthorst en van Hoogftraten, om de Veigadering van derzelver eonfideratien en advis te dienen.
Zullende Extract van dit Decreet mee het Befluit, en de daarby behoorende ftukken, worden gezonden aan den Burger Repnefentant van Foreest, tot infor. made.
Is geleezen een Excraét uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den sa April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, waarby de uitvoer van Hollandsch Zeildoek naar alle neucraale Landen wordt vrygefteld.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
De Burgers Repraafentanten Couperus en verdere, „ by Secreec Decreec van den a Nov. 179 ■> Gecom-
micteerden, een examen van een Excracc uic hec Ra„ gister der Decreecen van de Tweede Kamer , „ van den 30 Occober ce vooren; daarby aan deeze ,, Kamer onbekragcigd cerug gezonden hebbende, haar ,, Befluic van den 19. der laatstgemelde maand, geno» „ men op eene Propofitie van den Burger Reprsefen,, tanc Ockhuyfen, by gelegenheid van hec aan deeze „ Kamer gtdaan verzoek, door de Weduwe P. Hoeft „ (?» Zoon, om Zeildoek naar Breemen en Embden ,, te verzenden, op den 11 April 1.1., ter zaake voorfz., „ in een Committé Generaal, uitgebragc hebbende
» een



446
24 april 1800.
„ een Rapporc, tendeerende toe hec perfifteeren by „ het bovengemelde Befluit van den 19 Oétober ï> 1798.
,, Heefc de Vergadering, na dac over hetzelve Rap55 port, den 17 daaraanvolgende, by de Tweede Ka„ mer insgelyks in een Commicté Generaal, gedeli. „ bereerd was geworden, des aangaande gearrefteerd, „ het navolgend Befluic:
„ De Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend
Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebben„ de hec Rapporc eener Perfoneele Commisfie , op „ eene Propofitie door den Burger Reprteftntanc Ock,5 hityfen, op den 30 Auguscus des Jaars 1798, ge,, daan, en cendeerende,om onder zeekere ceneemen „ precaucien en bepaalingen, den uicvoervan Inlandsch „ gefabriceerd Zeildoek naar Neucraale Havens ce „ permineeren; als mede, op eene Misfive van hec 55 Uitvoerend Bewind, van den 12 October des gew melden Jaars, houdende deszelfs conüderacien cn „ advis, op de Requesce van de Wed. P. Hoofd en ,, Zoon, Kooplieden ce Westzaanen, op den 4 dier „ maand aan deeze Vergadering geprefenceerd; daarby
verzogc hebbende permisfie , toe den uitvoer van „ 150 rollen Hollandsen- Zeildoek naar Breemen, en „ aoo dito rollen naar iimbden, zynde hetzelve ad. „ vis favorabel, en tendeerende, om niec alleen aan „ de Weduwe p. Hoofd en Zoon derzelver verzoek ,, ce accordeeren, maar cevens, dac mee alteratie van ,, hec Decreet van den 10 Juny 1:96 de uitvoer van
Zeildoek naar IMeutraale Landen algemeen be-
hoorde te worden vry gelaaten.
„ Overweegende , dac hec belang deezer Tak van „ Commercie en van veifcheidene Bataaffche Ingeze-
•> te-



34 APRIL i8co. $4f
» tenen vorderen, dat deeze zaak niet langer worde M vertraagd, verklaart dac 'er is onverwylde nood„ zaaklykheid."
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art, 32. Litt. h. van het Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houden, de:
„ Overweegende, dac de redenen die ren tyde der „ eerfte Nationaale Vergadering tot de belemmerint» 8en en voorzieningen, mee betrekking coc deezen „ Handel en Uitvoer, coc hec Decreec van den iojuny ,, 1796 hebbende aanleiding gegeeven, chans geheel „ cesfeeren.
„ Overweegende, dat hec befang van hec Vaderland „ vorderc, om op alle inooglyke en gepasce wyzeden „ welvaar c van Koophandel en F abrieken ce bevorderen ,., en in ftand ce houden.
„ Overweegende, dac hec verbod van Uicvoer van » Holiands Zeildoek, naar Noitcraale Havens, verre „ van onze Vyanden tebenadeeien ofafbreuk cedoen, „ alleen ftrekc om den bloey dier belangryke Fabriek' „ en den daaruic voortvloeiende^ Handel ce beiemrne„ ren, en eindelyk deszelfs geheeien ondergang te „ veroorzaaken , en dac micsdien die uitvoer onder de „ nodige precautien behoort ce worden open gefield. ,, Overweegende eindelyk,. dac door efikacieufe
„ maar-



'445 34 APRIL ï8oo.
, maatregelen en gepafie ftraffen , kan en moet worden *\ gezorgd, dat de permisfie om Hollandsch Zeildoek naar Neutraale Landen te mogen uitvoeren , niee " misbruikt worde tot eenen misdaadigen Handel met \, het vyandig Engeland;
n Befluit'.
!,) „ Dat, met alteratie van het Decreet dereer„ He Nationaale Vergadering, in dato r^Juny „ 179Ö, waarby de permisfie tot den uicvoer „ van Zeildoek zich enkel bepaalt tot St. „ Thomas, Baltimore, Philadelphia, Lis„fabon, Portugal en Braband, mitsgaders „ met alteratie van het nader Decreet, van „ de voorn. Vergadering, in dato 11 Novem • ,', ber 1796, waarby de uitvoer 1 aar Zve& < den en Deenemarken is foegeftaan , de „ uitvoer van Hollandsch Zeildoek naar al ie „ Neutraale Landen, wordt vrygelaaten en „ opengefteld, met dien verftande nogthans, „ dat het Uitvoerend Bewind zal worden ge. „ aucorifeerd en gelasr, alle die voorzorgen „ teneemen, en cautie te doen Hellen, wcl„ ke hetzelve nodig zal vinóen om te verhoe„ den, dat in de Bataaffche Republiek, door „ dien uitvoer eenig gebrek ten dien opzichte ,, kome te ontflaan , of eenige misdaadige „ handel met onze Vyanden plaats grypen. a.) ,, Dat, ten einde dien Handel te verhoeden, „ ieder Ingezeten der Bataaffche Republiek, „ hy zy wie hy zy, die bevonden en over„ tuigd moge worden Hollandsch Zeildoek „ naar Engeland vervoerd, of met Engelfche
„ ln-



34 APRIL 1800;
449
,, Ingezetenen daar in eenigen handel gedre„ ven te hebben, geconfidereerd zal worden „ mee den Vyand te hebben geheuld, en on„ der verbeurte, der Goederen , den Vader. „ landfche grond onwaardig, met bannisfe„ ment zal worden geftiafc. „ En is voords goedgevonden en verdaan, hecver„ zoek van de Wed. P. Hooft en Zoon, Kooplieden „ te fïestzaanen, om 150 Hollen Hollandsch Zeil„ doek naar Breemen, en 200 dito Hollen naar Emb„ den te verzenden, (voor zo verre hetzelve nog mosje „ beftaan) uic hoofde van bovengemeld Befluic te „ houden voor vervallen.
,, En1 zal Extraét deezes worden gezonden aan „ hec Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Republiek „ toe deszelfs informatie en naricht, en om hieraan „ de nodige executie en publiciteit te geeven.
„ Zullende die befluit, overeenkomftig her 60 „ Art. der Staatsregeling ter bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van 't Vertegen„ woordigend Lichaam des Bataaffchen Volks m-c „ en benevens het in deezen uitgebragte Rapport' „ en de verdere ftukken daar toe relatif, alles in ori. 5, gtr:ati.
En voords over het voorfebreeven Befluit zelf eede; hbereerd zynde, heeft deeze Vergadering, mgJolge Ar . 32. Lite e. van het Reglement B. derótaar*regehng, gedecreteerd: wotaa^re-
ttJh ÏTJf Kfm\ heir*gtig* het voor gefieldBe* Jluit, en verandert hetzelve in een becreet
En za] die bekragtigd Befluic, ingevolge' Articul 69 der Staatsregeling, onverwyld wSngezöS aan hee Uitvoerend Bewind, en eevens een aftcS Dd van



45© M APRIL 1800.
van hetzelve in behoorlyke forma aan de Eerfie Kamer, (zonder refumtie.)
Is geleezen een Extracl uit het Register der Bedui, ten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 21 April 11.; genomen, na gehoord te hebbeu het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, daarby voordragende, om de posten van ƒ38,4795 voor de Traétementen der Leden, Ministers en verdere Bedienden van den Hove van Juftitie in Gelderland, en die van ƒ 17,000, wegens kosten der Juftitie aldaar, en beide op de begrooting van den Jaare >799 gebragt, de eerfte met ƒ2500, en de tweede met ƒ 13,000 te augmenteeren.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud.
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend x Lichaam des Bataaffchen Volks, ingevolge Befluic „ van den 7 Maart LI., gehoord hebbende het Rap„ port van haare perfoneele Commisfie, op eene Mis„ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re,, pubiiek, van den 22 February te vooren; houden„ de voordrage, om de posten van ƒ 3^,479, voor „ Traclememen der Leden, Ministers en verdere Be„ dienden, van den Hove van Jufticie in het voorm. „ Gewesc Gelderland, op de begrooting over 1799 „ geaccordeerd, mee ƒ2,500, en die van ƒ 17,000, „ wegens kosten der juftitie aldaar, met/'13,000 te „ augmenteeren, en waar van de drie Ieezingen op „ den 27 February, 4 en 7 Maart deezes Jaars zyn „ gedaan.
„ En overweegende, dat door de plaats gehad
„ heb-



24 APRIL 1800*
45*
hebbende omftandigheden, op de Grenzen van bet „ voorm. Gewest Gelderland, hec Hof van Juftitie „ aldaar, gedurende den gewoonen vacantietyd, extra. „ ordinair is moeten byëen komen, en daar rioör de ,, prasfenrie-gelden zyn verrneerdf rd; als mede dat „ hier door de kosten tot adminiftratie der jufticie hoo„ ger zyn geloopen , dan waarop dezelve by hec doen „ der petitie voor den Jaare 1709 zyn gecalculeerd geworden.
,, Befluit:
„ Zich met den gedaanen voordragt van bet Uit* „ voerend Bewind te conformeeren, en dienvolgens „ de post van/38,479, onder de 17de fomme der „ begrooting voor den Jaare i799, voor Traétemen„ ten der Leden, Ministers en verdere Bedienden van het „ Hof vanjuftitie inGelderlandgeaccordeGrs, ce verho„ gen met ƒ 2,500, als ook die van ƒ 17,000, voor „ kosten toe de jufticie enz , mede aldaar toegedaan* „ te augmenceeren mee ƒ13,000.
„ En zal ExcracT deezes worden gezonden, zo „ aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek voorn., als mede aan Commisfarisfen tof de „ iNacionaale Rekening, refpeécivelyk toe informaeie „ en narichc.
„ Zullende die Befluic , overeenkomftig ,oee 6» P Are. der Staatsregeling, ter fanctie words/&~^n„ den aan de Tweede Kamer van hét /e«egen« „ woordigend Lichaam des Bacaaffchen Vrfks» «fle'< „ en benevens voorfz. Misfive van het lilVo^ena. „ Bewind, als mede eene Misflve van he. aof Van «, Jufticie van Gelderland, den 9 April jM. alhier ter Dd a „ Ver-



45»
24 A P R I L 1800.
„ Vergadering geleezen, en het ten deezen uitgebragt „ Rapport, alles in originali:''
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag, den 29 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Beflaiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den i8 April I.I.; genomen op een voordragt van eene perfoneele Commisfie, die mede alhier geleezen is; houdende bepaaling tot hec doen uitbetaalen van hec Penfioen, toe ultimo Maart 1.1., aan den Burger T.Schilperoord.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eenen „ voordragt van de Commotie tot her werk der Poli' „ tiekc Pennoenen, betrekkelyk herdoen uitbetaalen
van het Penfioen, coc ulcimo Maarc LL, aan den l, Burger TielemanSchilperoord, Opziender over de
manuande van de Compcoiren van 's Lands Gemee„ ne Middelen enz. te Rotterdam.
En zynde denzelven voordrage, op den 7 April „ 1.1. alhier ter Vergadering gedaan, en in de No,. tuier»van dien dag geinfereerd.
^.JEfï-dte tweede en derde leezing daar van ,
op dehwi daaraanvolgende, en heden gefchied „ zynde,, heefc de Vergadering, zich met denzelven „ voordrage conformeerende, het daarby geëxhibeerd „ Concept-Befluic, aldus luidende, gearrefteerd:
,, De



34 APRIL 180»,
453
„ De Eerfte Kamer van het Vercegenwoordi9J gend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord .>5 hebbende een Voordragt van haare Gecommicceer„ den tot het werk der politieke Penfioenen; cendee„ deerende, om aan Tieleman Schilperoord, gewe„ zen Opziender over de manuatie van dc Comptoiren
van 's Lands Gemeene Middelen, en over 'sLands „ Recht op de gezegelde en ongezegelde Billetcen, „ binnen Rotterdam en resforte van dien, uit hoof„ de dac reeds favorabel op den 3 3 February deezes „ Jaars, op deszelfs verzoek, tot continnatie van zyn ,, Penfioen, was geadvifeerd, en op dat advis, ten „ zynen aanzien, door öyzondere omfhndigheden niet „ was gedisponeerd, te accordeeren de continna„ tie van deszelfs Penfioen, tot ultimo Maart nu ;, laatstl.
„ Overweegende, dac uic legaale bewyzen, teq s, Requefte overgelegd, is gebleeken, dat Tieleman „ Schilperoord alle de vereischcens bezit, die by de „ Staatsregeling, en kragrens dezelve genomen De„ creeten, tot het behouden van Penfioeu, wordea „ gerequireerd.
„ Befluit:
,, Aan Tieleman Schilperoord te accordeeren, dc „ continuatie van hec aan hem toegelegd Penlioen, „ en zulks, voor zo veel den Lande concerneert, „ tegen ƒ 1000 's Jaars, echter niec anders dan provj,, fioneel, tot ultimo Maarc 11 , ongeprsejudiciëerd ,, de deliberatien dtezer Vergadering, over de pro„ poficie van den Burger li eprjefencant de Sonna? „ ville, omcrent de bepaaling der Penfioenen ge» » daan.
Dd 3 „ E»



454
34 APRIL 1800*
Fn zal Excraft deezes worden gezonden, aan 'het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek. . .
Als mede gelyk Extraét aan de Commisfarisfen „ tot de Nationaale Rekening, refpeétivelyk tot derzelver informatie.
„ Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wor" den gezonden aan de Tweede Kamer van het " Veitegenwoordigend Lichaam, mee en benevens „ deezen Voordragt, in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te.zyn gefchied, is de tweede leezing van die befluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 29 April eerftkoomenden.
Is geleezen een ExtscT: uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordïgend Lighaam des Bataaffchen Volks van den 18 April laatstleeden; genomen , na gehoord te hebbende eonfideratien en hec advis van den Hove van juftitie over de voormalige Gewescen Holland en Zeeland, dac meede alhier ge'eezen is op de Requefte van P. Elders en M. S. Schonenbohch, Echcelieden, verzocht hebbende ontflag van Fidei-Commis.
Welk befluit is van den volgenden inhoud:
„ Nader by refumtie gedelibereerd zynde, over „ eene op den 16 deezer in advis gehouden Misfive „ van Pitefidenr en Raaden, in den Hove van juftitie „ over de voormaalige Gewescen Hollanden Zeeland, „ gefchreeven alhier den 05 Maart 11. V houdende, ingevolge van. en ter voldoening aan het Decreec - e „ van



24 APRIL 1800.
455
„ van den 3 December 1798, derzelver dbnfideratien „ en advis, op de Requeste van Pieter Elders en ,, Margharetha Sibilla Schoonenbosch, Ecbce lie„ den, in gemeenfchap van Goederen getrouwd, en „ woonende te Amfterdam; daarby verzogt bebben,, de, ontflag van 't Fideï-Commisfair verband, van „ zekere ten Requeste omfclireeve Obligatien en aan„ deel, in eene filiale portie, met dien band bezwaard, „ door wylen der RequeftrantenrespeftivenVaderen
Schoonvader Anthony Schoonenbosch , laatftelyk „ in Huwelyk gehad hebbende Geertrui Graauw, „ by Aóte Codicillair van 27 February 1790, en zulks ,, om het verkoops-provenue derzelve te doen ftrek„ ken tot aflosling van twee Capitaalen, (Scheepen ,, kennisfeb) gehypothequeerd op zeekere Perceelen,
der Requeltranten toebehoorende , en vervolgens ,, het gemeld Fideï-Commisfair veiband, op die Per> ,, ceelen over te brengen , alles ampel ten Requeste „ vermeld.
„ En de eerste, tweede en derde lezingen van ,, voorfz. iVlisfive op den 4,10 en 16 deezer gefchied „ zynde, heeft de Vergadering, in aanmerking ge„ nomen hebbende, dac de Weduwe van Anthony ,, Schoonenbosch, Geertrui Graauw, in de maand „ December 179.) is komen re overlyden, en dac hec
vrugcgebruik, waarin zy door denzelven Anthony ,, Schoonenbosch by zyne Tescamencaire dispofitie was ,, gefteld, zynde komen een einde te neemen, derhal„ ven van haare zyde tegen het by voorfz. Requeste „ gedaan verzoek van de Reouescrancen , geene te„ genfpraak meer kan worden gedaan; — conform ,, hec advis van bovengemelden Hove van Juftitie, be„ Hooien, der voorn. Requescranten verzoek, mies „ deezen te accordeeren met dien verftande en ten Dd 4 diea



94 APRIL 1800;
„ dien efFeéte, dac het Fideï-Commisfair verband, ,, waar mede zy zich bezwaard bevinden de onderhavige ,, Obligatien,die voor hec Capicaal van zeven duizend „ gulden zyn belegd geworden, mitsgaders hec Ca3, pitaal of Kindsgedeelte, ter fomma van drie duizend 3, gulden,waarvan bovengemelde Anthony Schoonew ,, bosch aan zyne Huisvrouw Geertrui Graauw , ufu* „ j'ruci ad vitam heefc gefp ooken, by deeze wor„ den opgeheven, en overgebragt op de een Requeste „ omfchreeve Perceelen, beltaande in twee Huizen 3, en derzelver Erven, micsgaders twee Wooningen „ daartegenover, ftaande en gelegen op Vloeyenmrg „ of de Dwarsgragt, over de jooden Vleeschtial <n 3J de 1'urgang; één Huis en Erve, mede op Vloeyen' }, burg over de Jooden Vieesch-hal, daar de i'utin de „ ; evel ftaac; en Jaacfïelyk, één Huis en Erve, op „ de korte Houtgragt of Stroomarkt, daar Antwer„ pen in de gevel Haai., alle binnen Amfterdam; en „ zulks onder de volgende expresfe micfën en con* 3, ditiën:
Eerstelyk, dat de Kooppenningen, welke van „ dezelve aangekogce en alzo van hec fideï commis„ fair verband, het welk daar op door den vooifz. „ Testateur Anthony Schoonenbosch, by deszelfs acte „ codicillair in dato 27 February 1790 was gelegd, 3, ontflagene Obligatien zuilen provenieeren , geheel „ en al zuilen worden geëmployeerd'ter afloslinge van „ de twee Scheepenen kennisfen, waarmede dezelve „ Perceelen zyn bezwaard, de eene gepasfeerd op den „ 3 November ■ 95, ten behoeve van wylen Nico-
laas van Nes> groot eene capicaale fomma van „ vier duizend zes honderd Guldens, en de andere 3, ter fomma van zes duizend Guldens, beiden by het
Request van de Requestranten vermeld,
» Ten



24 APRIL 1800»
457
s, Ten tweeden, dat de Requeftranten van den over-
brengst van dit Fidti-Commisfair verband op de ge„ melde Perceelen, naar ftyle JocaaLte Amfterdam „ gebruikelyk, ter Secrerary aldaar zullen doen maaM ken behoorlyke aanceekening, en alzo de voorfz. „ Perceelen aldaar zullen affeéteeren, met een ver5J band, dat dezelve Perceelen door de Requeftranten
niet zullen mogen worden verkogc, belasc of be„zwaard, geheel of ten deelen, diredl of indiredt, „ buiten concurrentie, coeftemming of bewilliging 9, van Albenus van Coots,, Johannes Anthonius „ van ^ Lank en Anthony Hanekamp, in qualiteit
als Executeurs van den Teftamente van voornoemJ} den Anthony Schoonenbosch, ofte derzelver Suc„ cesfeuren in der cyd, geduurende het verband, op „ een gedeelte van der Kequeftrances Erfporcie gen legd. Sn
„ Ten derden, dac de Requeftranten tor meerdere» SJ fecuriceic, zo van de voorfz. Executeuren, in der„ zelvei qualiteit, als van die geenen, welke tot de „ tien duizend Guldens (voor weiken de Erfportie „ van de rweede Requeftrante door haaren Vader An„ tkony Schoonenbosch, met Fideï-Commis is be„ zwaard,) uit hoofde van datFideï-Commisfair verband „ cafu quo, gerechtigd zuilen kunnen zyn, jaarlyks „ de voorn. Perceelen ten hunnen koften zullen rnoe„ ren laaten verzeekeren, voor en tot zodanige fom„ ma, als nodig zal zyn, om alle fchade der alzo ver„ bonden Perceelen, door brand of andere onheilen
onverhooptelyk overkomende , wederom van de „ verzeekeraars ce recouvreeren en rerug re oncfan» „ gen; immers, en in allen gevalle ten minften, voor „ en tot eene fomma van tien duizend Guldens toe; „ wordende voords de meergemelde Executeuren vau ' Dd 5 „ het



458
24 APRIL 1800.
„ het Teftamenc van Anthony Schoonenbosch, by 9 deezen gequalificeerd, om die Obligatien, onder ,} hen beruftende, het zy in eens, ofte wel naarmaate J5 de respeétive aflosfingen der twee genegotieerde SJ Capitaalen, in de voornoemde Scheepenen kennis„ fen vervat, zulks zullen komen te vorderen, ten
meeften pryze, het zy publiek, ofte uit de hand M te verkoopen , en te gelde te maaken , en het pron venu van dien, tot aflosfinge van de gezegde Schee-
penen kennisfen te employeeren; met verdere auto-
rifatie op de dikwerf genoemde Executeuren van n het Teftament van Anthony Schoonenbosch, om w het aandeel, het welk aan de tweede Requeftrante 95 competeert in het Capitaal of Kindsgedeelte, waar n van hyaan zyne Weduwe, haar Jeeven langgeduun rende, het vrugtgebruik befprooken had, aan de 9J Requeftranten af te geeven ; des echter, dat zy 55 Executeuren gehouden zullen zyn, om daarvan M eene fomma van drie duizend Gulden af te zonde-
ren, ofte, zo zulks reeds geheel belegd mogt zyn, „ zodanig gedeelte van Obligatien, als daar toe nodig 3, zal zyn, mede publiek, of uit de hand, in voegen n voormeld, te gelde te maaken, en het provenu „ daarvan, mede te employeeren tot aftasting der „ beiden hier vooren gemelde Scheepenen kennisfen.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de „ voorfz. Requeste, in originali, worden gezonden „ aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu. „ bliek, ten einde, ten behoeve der Requeftranten, J5 de nodige Brieven van Octrooy in optimd forma ce „ doen depêcheeren.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 Ar'„ ticul der Scaacsregeling ter bekragtiging worden n gezonden aan de Tweede Kamer, met en bene«
„ veas



24 APRIL 1800.
459
„ vens voorfchreeve Misfive en Requefte, in ori„ ginaU."
En daar de drie Ieezingen- by de Eerfie Kamer blyken ce zyn gefchied, is de tweede leezing van die Befluic by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 29 April eerstkomenden.
Is geleezen een Extracl uic hec Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 3 8 April L L; genoomen, ra gehoord te hebben de eonfideratien en hec advis van den Hove van Juftitie over devoormaalige Gewescen Holland en Zeeland, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van P. Kroon, verzocht hebbende ontllag van Fideï Commis
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Nader by refumtie gedelibereerd zynde over eene n op den 16 April laaftleeden in advis gehouden Mis„ five van Prrefidene en Raaden in den Hove van Jus„ citie over de voormalige Gewescen Holland en Zee» land* gefchreeven alhier den 2 April laacftleeden, „ houdende , ingevolge van, en eer voldoening aan „ hec Decreec, van den 21 Maarc ce vooren, derzei. „ ver eonfideratien en advis, op de Requefte van Pie„ ter tje Kroon, woonende ce Am fier dam; daarby „ verzogc hebbende, dac zeeker Huis en Erve mogte „ worden ontflagen uic den band van Fideï Commis, » laaE°p by den 'ieftamente van wylen Magteldvan 99 jutfaas, door welke hetzelve Huis en Erve aan „ haar Suppliante was gepralegateerd, gelegd, ten M dien effeécee, dat zy met en over denzelven kan han-
„ de-



46® 24 APRIL 1800.
„ delen en disponeeren, als met en over haar vry en
n eigen Soed-
,, En de tweede en derde leezing van voorfz Mis-
five, op den 4, yen 16 deezer gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, conform het advis van bo-
vengemelden Hove van Jufticie , befloten , der ,, voorn. Requeftrances verzoek, by deezen ce ac„ cordeeren, en dienvolgens het Huis en Erve, by „ de voorfz. Requefte gemeld, te ontdaan van den „ band van Fideï-Commis, daarop by het Teftamenc
van de bovengemelde Magteld van Jutfaas, ge„ legd, ten dien effecle, dat zy Suppliante, met ,, en over hetzelve Huis en Erve moge handelen en
disponeeien, als met en over haar vry en eigen goed.
„ En zal Extracl: deezes, met byvoeging van M de voorfchreeven Requeste en Bylagen, in ori3, ginaii , worden gezonden aan het Uitvoerend „ Bewind der '. Bataaffche Republiek , ten einde ,
ten behoeve der Suppliante , de nodige Brieven „ van Oetrooy, in cptirnd formd, te doen depêcnee5, ren.
„ Zullende dit Befluit, ingevolge hec 60 Articul der „, Scaacsregeling , ter bekragciging worden gezon„ den aan de Tweede Kamer, met en benevens J5 de voorfz. iVlisfive en Requefte, in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit Befluic, by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 29 April eerstkomenden.
Is gelezen een Extracl uit het Register der Beflui* ten van de Eerfie Kamer, van hec Vertegenwoordigend



34 APRIL 180©; 4tu
gend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 18 April 1 L; genomen, na gehoord te hebben de conil* deratien en hec advis van den Hove van Jufticie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeïand, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van J. Claasz. Bus, en O. Claasz. Bus, verzogc hebbende Brieven van venia atatis. Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van Prsefidenc en RaaJ5 den in den Hove van Jufticie over de voormalige „ Gewescen Hollanden Zeeland, gefchreeven alhier „ den 12 deezer; daarby ter voldoening aan hec Den creec van den 17 Maarc 1.1., favorabel advifeerende J} op de Requefte van 'jan Claasz. Bus en Dirk n Claasz> Bus, oud 90 en byna 2.2 Jaaren, verzogc 95 hebbende, dac hec Vertegenwoordigend Lichaam 9J aan hun Requeftranten geliefde te verleenen Brieven S5 van venia atatis,.
„ En in aanmerking genomen zynde, dac vanvoor9J fchreeven Requeften bereids de drie Ieezingen, als „ op den 7, ï2 en 17 Maarc deezes Jaars hebben „ plaacs gehadi heefc de Vergadering, conform hec „ advis van bovengeroelden Hove, befloocen, der „ Requeftranten verzoek mi;s deezen ce accordeeren, „ en dienvolgens ten behoeve van ieder derzelven, „ de door hun verzogte Brieven van venia atatis, „ in behoorlyke forma ce doen depêcheeren.
„ Ten welken einde Extraét deezes, mee byvoe„ ging van Copie van voorfz. Misfive van bovenge„ melden Hove, mitsgaders de Requesce en Byla„ gen, in originali, Z3l worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , „ 001 daar aan de noodige executie te geven.
•j 2ul«



4<Sa 94 APRIL 1800."
„ Zullende die Befluit, overeenkomftig het 6d „ Articul der Staatsregeling, ter fanctie worden ge-
zonden aan de Tweede Kamer van het Vertew woordigend Lichaam, met en benevens de voorfz. S3 Misfive, en alle de ftukken daar toe relatif, in „ originali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit befluit, by deeze Vergadering bepaald, op Dingsdag den 29 April eerstkomenden.
Waar na de Prasfident de Vergadering fcheidt, en adjourneerc toe morgen op den middag.



C463 )
BROEDERSCHAP. ' Vry dag den s5 April 1800.
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEID»
P R & S I D E.
Den Burger Repnefentam K. Hovens.
Tegenwoordig de Burgers Reprcefencanten.
3' Krieger. B. Storm. S. van Hoogftraten. iV. van Foreest.
G. 'f. G, Bacot.
H. Quesnel.
C van Lennep.
J. van Rees.
A. Ploos van Amftel.
P. Linthorst.
D Hoitsma.
% S. PVentholt.
jf. Busch.
S Lublink de Jonge.
3' Cramer. W. C. de Crane. D. C. de Leeuw. L. 3. fitringa.
ABSENT.
Met permisfie.
J. C. Druman. 3- H. Siccama. C. Floren. 3- Tomas. ! 3 de Joncheere. B. ten Pol. M. Siderius. ff. Hogewal. H. van Andel. J. Alberda.
Wegens ziekte. F. Govers.
Ëe De



4«4 *5 APRIL 1800,
De Vergadering geopend zynde, is geleezen een ExVna uit hee Register der Befluicen van de i*£ van het Vertegenwoordigend Lac: aam des£ taafïcben Volks, van den sa April II., daar by aan deeze Vergadering kennisgevende, dac welgem kamer St IiS de Commisfie van Toezigt en Politie over da'VeTgaderzaai heeft benoemd den Burger RepnefentsBt G.C. Méyners, in plaats van den Burger Reprasfentant van Rooyen. .
£n is hetzelve aangenomen voor Notificatie.
Is geleezen een Extraa uic het Register der Befluiten vtn de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordu «nd Lichaam des Bataaffchen Volks , van den »+ Aoril 1. U genomen na gehoord te hebben de confideatien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefte van van den Broek en Comp., verzocht hebbende permisfie om vier duizend Bosfen Roey-Yzer naar Portugal ce mogen verzenden. .
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
, Is seleezeneene Misfive van hec Uitvoerend Be„ J/a/der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier t den ai deezer, fub No. houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet, van den 10 April j.1., deszelfs confidentie, en advis, op " de Requeste van van den Broek en Comp., woo; wvAok Amfterdam;daarby verzogc hebbendeper'„ misfie om vTer duizend bosfen Roey-Yzer naaï
Portugal te mogen verzenden. " „ En in aanmerking genomen zynde, dat omtrend „alle zaaken, de Commercie betreffende niet te " fpoedig kan worden gedisponeerd, heefc de Verg



as APRIL i$ooi g£
„ derïng verklaard, dat 'er is, onverwylde noodzaak» TJ lykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van on* verwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Arr. 32, Lit. \ vaQ het Reglement ü. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat deredenen,, dom- de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende 'zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid , door de Eerfie Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
„ En voorts, conform hec advis van bovengemeld „ Bewind, dadelyk be floten, het verzoek, by voorfz* „ Requelte gedaan, mits deezen te accordeeren,'ea „ diensvolgende aan de Requeftranten te permicceeren, » om vier duizend bosien Roey - xzer naar Portugal 9, te verzenden, onder deeze mits, dat de Requeftrans, ten, ten Comptoire der Convoyen en Licenten te „ Amfterdam , zuilen moeten ftellen fufficiente „ cautie voor het montant der drie dubbelde waarde 53 van het ce verzenden Roey-Yzer, ten behoeve van „ den Lande, dac, binnen den cyd van zes maanden, » te rekenen van den dag van het in deezen ce neemen ,s Decreec, mee voldoende bewyzen, ce neemen >-v » den «acaaffche Coniul ol Commisfaris, en. by ee„ breeken van dien , by de Regeering der Plaats z%I „ worden geverifieerd, dac heczelve Roey-Yzer in „ Portugal aangekomen en opgelost is, en dac de p Kequescranten daarenboven, Voorden Commisfaris „ tot hec Werk der Convoyen en Licenten te Am'ler. „ dam, onder foiemneelen Eede, zullen moeten ver|l klaren, dac hec hunne intentie niec is, dit Roey-Yzer Ee" „na



466 *5 APRIL 1800.
nu of immer in het vervolg naar Engeland, of ten dienste der Engelfchen te doen vervoeren, en \\ dat dit met hunne toeftemming en medeweecen ook " nimmer gefehieden zal.
En zal Extraét deezes, met byvoeging van voor • fchreeven Requelte, in originali, woraen gezonden aan hec Uitvoerend Bewind , om hier aan !! de noodige executie te geven. ...
Zullende dit Belluic, overeenkomftig Art. 60. der „Staatsregeling, ter bekragtiging aan de Tweede KaL mer worden gezonden, met en benevens de voor* fchreeven Misfive en Requeste, in originali.
En voorts over het voorfchreven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art 3L S«. van het Reglement B. der Scaacsreselina, gedecreteerd: run,.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet. 3 En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Staatsregeling, mee de Requefte, onverwyldwor. den gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en te. vens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
Is geleezen een Exerad uit het Register der Befluiten vin de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Uch«un des Bataaffchen Volks, van den ,4 April li; genomen, cp de Requefte van P-W.Pop Yen verzoche hebbende permisfie, om yyfuen dmÏ5 ponden oud Yzer naar Dantzig te verzenden. Welk Befluic is van den volgenoen inhoud.
» 4



as APRIL i8oo. ^
„ Is geleezen de Requelie van Pieter W. Poppen „ Koopman ce Amfteldam; daarby, mee allegatie van „ redenen, verzoekende permisfie, om vyftien dui„ zend ponden oud Yzer, mee de eerst vertrekkende „ Schepen, naar Dantzig te verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat, omtrent „ alle zaaken, de Commercie concernserende, niec „ te fpoedig kan worden gedisponeerd, heeft deez* f. Vergadering verklaard, dac 'er is , onverwylde „ noodzaaklykheid"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in 'hetzelve vervat , Heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Licc 1 teerd- RegkmenC B der Staatsregeling, gedecre-
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoende zyn, bekrachtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgendbeftuit, houdende.-
„ En voords, daadelyk befioten, hec verzoek by „ voorlz, Requeste gedaan , mies deezen te accor,5 deeren, en dienvolgende aan hem te permicteeren „ om met de eerst vertrekkende Schepen vyftien dui„ zend ponden oud Yzer naar Dantzig te verzenden, „ onder deeze mies, dardoor den Requeftranc, een " Jr°™Pt0Ire van de Convoyen en Licenten ce Am„ fteldam, zal moecen worden gefteid fufficience eau» tie, voor de drie dubbelde waarde van hec ce ver„ zenden oud Yzer,.zullende hy, binnen den eydvan » zes maanden, ce reekenen van den dag van hec in deezen ce neemen Decreec, behoorlyk bewys moeEe 3 „een



*68
35 APRIL 1800.
ten exhrbeeren, dat hetzelve oud Yzer aan de Smederyen te Dantzig is afgelaaden, om aldaar tot Land en Bouwgereedfchappen verwerkt te worden. ' , En zal Extraét deezes, met byvoeging van voorfchreeven Requefte en Bylage, in originali* " worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der " Bataaffche Republiek, om hieraan de noodige ' executie te geeven.
Zullende dit Befluit, overeenkomftig Articul 60 der Staatsregeling, ter fanétie aan de Tweede Ka'! mer worden gezonden , met en benevens de j, voorfchreeven Requefte, in originali"
En voords over het voorfchreven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 3a. Litt. <?. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kanter bekragtigt het voorgefteld Be> fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met de Requefte en Bylage, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bevnnd, "en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke ;forma, aan de Eerfie Kamer.
Is gelezen een Extract uit hec Register der Bef luiten van de Eerfie Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den sa April l.i-, waarby dezelve aan deeze Kamer inzendt eene Nominatie van twee Perfoonen, ren einde uit dezelve door deeze Kamer, eer vervulling van eene vacatuure in hec Collegie van Schepenen der Stede Brouwershaven, een Lid worde verkooren.
Zynde dat befluit vau den volgenden inhoud.
„De



S5 APRIL 1800; 4tTp
}, De Stembriefjes der Leden opgehaald zynde tor „ het reduceeren op twee Perfoonen, van de No» „ minacie uit vier Burgers, door Schepenen der Stede „ Brouwershaven, per Misfive, op den 18 deezer maand „ April, ter Vergadering ingezonden, in de Noculen „ van dien dag geinfereerd , en tot heden gehouden in „ advis, is, na opneeming der (temmen, gebJeekee, „ dat op het tweetal voornoemd, ten einde daar uic ,, door de Tweede Kamer een Perfoon werde be • . „ noemd, ter vervulling der in hec gemeld Collegie „ exreerende vacacuure, gebragc zyn, de Burgers „ Cornelis van der Velde en Johannes Grim, „ En zal die tweetal, by Extract deezes, ren voor» zegden einde, worden gezonden aan dcTvyesde Ka„ mer, met en benevens Copie der vojruoemde „ Misfive.
Waarop de Vergadering de ele&ie van een Lid in gemeld Collegie uic voorfz. Nominatie heefc be. paald, op aanftaanden Donderdag den 29 April.
Volgens de Orde van den dag, zyn de tweede Ieezingen van de volgende Befluiten vaa d& Ferfts Kamer gefchied;
Foor eerst: Van het Befluic van den 17 April J.I., houdende .een voorfchrift voor de Grond-, Diftrlftsen Ringsvergaderingen.
Ten tweeden: Van hec Befluit van den 17 April 1.1., op de Requefte van A, C de Batist, om affchryying van Verponding van Landen in de Augusta Polder,
Ee 4 Ten



47<? ss APRIL 1800.
Ten derden: van hec Befluic van den 17 April 11., op de Requefte van D. de Boer, om eenige fchikkingen, ten aanzien van becaaJing van het Ampcgeld, als ad interim Dykgraaf van de Beemfter.
Ten vierden: Van hec F5efluic van den 17 April 11., op de Requefte van H. Huizebosch, om remis.
Ten vyfden: Van hec Befluic van den 16 April II., op de Requefte van P. van Mil en H. Kerkhof, om remis.
Ten zesdenx Van hec Befluic van den i5 April 11., op de Requefte van P. de Ruiter, om onderzoek en dispoficie op een cegoed hebbende precenfie.
Ten zevenden: van het Befluic van den 16 April I.I., op de Requefte J. H. Beukers, om een Penfioen.
Ten agtften: Van hec Befluic van den 17 April I.I., op de Requefte van IV. Knuppel, om te worden vry gefield van de pcenaliceiten, door het niec vei toonen der Recepisfen en Quitantien, wegens de afgeloopen Geldheffing geïncurreerd,
7en negenden'. Van hecBefluicvan den ï 6 April II,, op de Requefte van C, en £. van Diggelen, en van J. van Hartlum, om Brieven van Creatie als No» taris.
Ten tienden: Van het Befluit van den 16 April II., op de Requtfte van A. Klaverwyde, om Brieven van Cteacie als Notaris.



*S APRIL 1800. 471
En heeft de Vergadering de derde leezing van alle deeze Befluiten bepaald op Dingsdag den 20 Aorii eerftkomenden. . • T
ïs voor de derde maal geleezen een Extract uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks van den 11 April 11., waar van de eerfte leezing op den 17, en de tweede leezing op'den 2a daar aan vol, gende zyn gefchied, houdende het befluit dier Kamer op de Requeste van Mr. C. G. Hultman, verzogt Hebbende, dat aan hem mogt worden geaccordeerd eene fomma van vyf hondeid Gddens, om daar uit een extraoï dinairen Clercq, ter Griffie van den Hove van Juftitie in Gelderland geëmployeerd geweest, deszelfs te goed hebbende Penningen te kunnen voldoen.
Welk Befluic in de Notulen van den 17 April II is geinièreerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec An' Lla' e- vaa ^t Reglement B. der Staatsregeling, gedecreceerd: 0
DeTweede Kamer bekragtigt hei voorgefteld BeJluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 60 der Scaacsregeling , met de Requefte en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Be. mnd, en tevens een affchrift van heczelve, in behooriyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extraft van dit Decreet worden gezonden formacienmi$fariSfen ^ NationaaIe Rekeni°g» tot in-
Is voor de derde maal geleezen een ExcracT: uit hec Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Ee5 Verr



fti »5 APRIL 1800;
Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den n April U» waarvan de eerfte leezing op den 18 April , en de tweede leezing op den as April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende iet Befluic dier Kamer op de Requeste van T. Hendriks, Weduwe van der Star, verzogc hebbende, met eenigen onderftand by wyze van Penfioen of Gratificatie te mogen worden begunftigd,
Welk befluic in de Notulen van den 17 April Lijs geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Arc.Lic, e. van het Reglement B. der Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voor gefield Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Scaacsregeling, met de Requesce en Bylagen, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchi-ifc van heczelve, in beioorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Ex^rncc van die Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informatie»
ls voor de derde maal geleezen een Extraét uic het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaflchen Volks, van den n April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 18, en de tweede leezing op den »adaaraanvolsende zyn gefchied, houdende hec befluic dier KaÏut op de R equefte van A. \lerts cfl, alle Kuiper, in het voormalig Gewest Friesland, verzogc hebbende, dat eene verhooging op den prys der t>oter-Va. ten worde geitel d, wdk



as APRIL 1800.
473
Welk befluit in de Notulen van den 18 April LI. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 3a Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
• De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd befluit, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylalage, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind , en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 11 April 1.1., waar van de eerite leezing op den 18 April en de tweede leezingop den 2sdaaraanvolgenden zyn gefchied, houdende hec Befluit dier Kamer op de Requefle van J. Bilderdyk, verzogt hebbende, dat de Collatie van een der Beneficiën of Capellareyen, door G. Back, in de St, Jans Kerk te V Bosch, gefundeerd op zekere Autaar'in dezelve Kerk, mogte worden geapprobeerd &c.
Welk Befluic in de Notulen van den 18 April IJ, is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32. Are. Lite. e. van hec Keglemenc B. der Scaacsregeling. gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be* fluit, en veranden hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd befluic, ingevolge Art. 69, der Staatsregeling, met de Requeste en Bjlage, oti-
ver-



474
35 APRIL l8oo.
verwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl: uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 11 April laatftleeden, waar van de eerfte leezing op den 18 April, en de tweede leezing op den daaraan volgende zyn gefchied, houdende het befluit dier Kamer de bef lis» fing over de naasting van het Kerkgebouw en Pascoryhuis ce Zomeren.
Welk befluic in de Notulen van den u April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32 Art. Lit. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Scaacsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluicen van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den u April 1.1., waar van. de eerfte leezing op den 17, en de tweede lezing opden as daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec befluic dier Kamer op de Requefte van jf.J. Sterkenburg, verzogt hebben»



i$ APRIL 18oo.
4?5
bende permisfie, om de belasting op de Srook-ketels, als mede de weekelykfche Contributie op de Graanen alleen ce bepaalen van den nu afgeloopen eerften Auguftus.
Welk befluic in de Notulen van den 17 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is heczelve gehouden in advis, en gefield in handen van eene'Perfoneele Commisfie, beftaande uic de Burgers Reprafencancen van Rees, Hoitsma en Bacot, mee verzoek van de Vergadering omcrenc hetzelve van haare conlideracien en advis ce dienen.
Zullende Extracl van die Deereer, mee het voorfz. Befluic, en de daar coe behoorende ftukken, worden gezonden aan den Burger Reprsfencant van Rees, om te ftrekken toe informatie.
By ïefumtie gedelibereerd zynde over het Rapporc van den Burger Reprsefencanc Krieger, en verdere Gecommtiteerden, ten examen van een befluit van de Eerste Kamer, van den 7 Maart 1.1., houdende een Reglement of Ordonnantie, waar naar de Goud» en Zilverfmeeden zich zullen hebben ce gedragen.
Is heczelve gehouden in advis tot aanftaanden Donderdag den 1 Mey.
Waarna de Praïfident de Vergadering fcheidt, en adjourneert tot morgen voor den middag een elf uuten.






C 477 )
C E L T K H E F D, V R 7 H E I ZU
BROEDERSCH AP. ^
Saturdag den 26 April 1800,
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEIB,
I % Lublink, de Jongen I .ƒ. Cramer
IV. G «fe O*»*.
ZX C. <sfe Leeuw,
L. J. Pitringa.
ABSENT,
Met permisfie;
J. C. Druman. 3' H. Siccama* C Floren. 3. Tom as. 3 de 3oncheerei H. Hogewal. H. yan Andel. 3- Alberda.
Wegens ziekws
F. Covers.
M. Sidcrius*
P R M S I D E. Den Burger Repnefentan K. Hovens.
Tegenwoordig de Bur gers Reprrefencanten.
3' A. Krieger.
B. Storm. S.van Hoogflraten. N. yan Foreest. G 3- G. Bacot. Ft. Quesnei.
C. van Lennep. 3. van Rees.
A. Ploos van Amflel. P. Linthorst.
B. Ten Pol. Z> Hoitsma.
3- S. Went holt. 3' Busch.
De Decreeten, op gisteren genomen, zyn gé?*, fumeerd en gearresteerd. 6 '
l' f r-



4?8
96 APRIL 1800.
Is geieezen een Extracl uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 85 April 1.1,; waarby het Uitvoerend Bewind wordt geaucorifeerd, tot het doen uitbetaalen van het vierendeel jaars Tractement, verfcheenen geweest den laatften Maarc j.l., aan de Geëmployeerdens van hetzelve Bewind en die der Agentfchappen &c.
Welk befluit is van den volgenden inhoud.
„ De Eersto Kamer van het Vertegenwoordigend ' Lichaam des Bacaaffchen Volks, ingevolge deszelfs .. befluiten van den 19 Maart en 11 April, beide j.l.
fub No. f| en ff; gehoord hebbende het Rapport J5 van haare perfoneele Commisfie, op twee onder» „ fcheiden Misfives van het Uitvoerend'Bewind', van _ den 15 Maart en 10 April mede 11,, beide tendee„ rende, om geaucorifeerd te mogen worden, tocbe„ taaling der Traclemencen aan de Geëmployeerdens „ op de Secrecaris van het Bewind, en der refpeclive „ Agentfchappen, op den voet van het Decreec van
het Vertegenwoordigend Lichaam, van den 24 3, January 1.1.
',, En overweegende, dat hetquartaal van derzelver „ Traccementen reeds met den laacfien Maart j fi is „ vervallen, en de omflandigheden van vericheidene „ deezer Geëmployeerdens eene fpoedige voldoening „ vorderen, verklaart, dat 'er ten deezen befhiac, ,5 onverwylde noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervac, heeft deeze Vergadering, ingevolge Are. 32. Lirr. b. van het ReglementB. der Staatsregeling, gedecreteerd:
Be



26" APRIL 1800; 470
De Tweede Kamer, overweegende dat deredenen » //oor Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn* bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid , dfoor <sfe Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit; houden; de:
„ Voorts overweegende, dat deeze Geëmployeer„ dens, geduurende de deliberatien van het Verte» „ genwoordigend Lichaam, over het Plan van Orga,, nifatie der Secretarie van hec Uitvoerend Bewind^ ,, en van de Bureaux der refpective Agentfchappen, „ niet zonder voldoening van hunne appoinclemencen ,, kunnen worden gelaaten, maar dat hieromtrent „ naar billykheid behoort voorzien te worden.
,j Befluit:
„ Het Uitvoerend Bewind te aucorifeeren, om aan , de onderfcheidene Geëmployeerdens ter Secretarie ., van heczelve Bewind, mee de verdere Bedienden» „ op de Bureaux der refpeclive Agenefcbappen tedoeu „ uitbetaalen , een quartaai van derzelver fraclemen„ ten, verfcheenen geweesc mee den kanten Maart „ j.l.; met dien verftande nogthans, dar hec geen zy „ by deeze beeaaling meerder mogcen hebben genoo» „ ten, dan het welk hun z^ worden toegelegd, aan „ de volgende quarcaalen zal worden gekorc, wor. „ dende CommHarisfen eer iVacionaale Kekening wel „ expresfdyk gel :sc, om daarop ter zyner ryd behoor. „ lyke rcfkxie te flaan.
„ Zullende voords de Traclemencen van de Geëm„ ployeerdens, welke by de aauftaande Organifatie Ff 2 „ van



48a APRIL 1800.
van hurine Posten mogcen worden verlaaeen, op
den tegenswoordigen voet worden voldoen.
„ En zal Extract deezes worden gezonden, zo 9$ aan hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu,? bliek voorn., als mede aan Commisfarisfen tor de „ Nationaale Rekening, refpeftiv'elyk co: informatie „ en naricht.
„ Zullende dit Befluit , overeenkomftig het 6a u Art. der Staatsregeling, ter fanctie worden gezon„ den aan de Tweede Kamer van hec Vertegen. w woordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, mee v en benevens voorfz. IVJisfives en het in deezen uic„ georagr Rapporc, in originali"
En voords over hec voorfz, Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Are. 3a. Licc. e. van hec Reglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Amcul 69. der Scaacsregeling, onverwyld worden gebonden aan hec Uitvoerend Bewind, en tevenseen affchrift van heczelve , in behoorlyke forma 1 aan de Eerfte Kamer.
Zullende ExcracT: van die Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nacionaale Rekening, coc' informatie.
Is geleezen een Extracl uic het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegcnwoor digend Lighaam des Bacaaffchen Volks van den i< Aprü 1.1.; genoomen , na gehoord ce hebben hec
Rap-



a<5 APRIL 1800;
48J
Rapport eener Perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, waaiby het Uitvoerend Bewind wordt geaucorifeerd, om de zaaken van de Capiteinea P. van Gorcum en L. H. v. d. Herp, Jitispendent voor de Hooge Militaire Vierfchaar, naar de oude, fchoon thans vernietigde manier van procedeeren, te deen voorczerten en termineeren.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend u Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapporc van haare perfoneele Commisfie, „ in welker handen by Befluic van den 16 deezer „ was gefield, eene Misfive van het Uitvoerend Be„ wind der Bataaffche Republiek, van den u be„ voorens; daarby voordragende, om hetzelve Be„ wind te autorifeeren, ten einde de twee zaaken van ,, de Capiteinen P. van Gorcum en L. IB van der „ Herp, voor de Hooge Militaire Vierfchaar thans „ Beispendenc, naar de oude fchoon thans vernietigde manier van procedeeren, te doen voortzetten en „ termineeren.
Overweegende, de fpoed, welke in de voorrzet„ ting van alle Julhtiëeie zaaken wordt verëischt, „ verklaart, dat 'er ten deezen beflaac, onverwylde, „ noodzaaklykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheidin hetzelve vervat, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art-. 32. Lite b. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde, •F f 3 no.ea%



4?a ï5 APRIL 1800;
noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende:
,, Voords overweegende, dat de proceduures in de zaaken van P. van Gorcum, Capitein in 't 2de „ Bataillon Jagers, en van L, H, van der Herp, „ Capitein by hetzelfde Bataillon, reeds vóór de in. ,, troduclie van het Reglement op de Krygscugt, van „ den 16 Juny 1799, mitsgaders vóór de Organifatie „ van de Hooge Militaire Vierfchaar, voor de toen,, malige 's Lands Advocaaten , als te dier tyd belast „ met de Judicatuure Militaire, zyn aangevangen, „ conform de als toen plaats hebbende manier van pro« cedeeren.
„ Overweegende, dat dezelve proceduures reeds ,, zo verre zyn gevorderd, dat hec termineeren en „ finaal afdoen derzelven mee meerder fpoed naar de„ zelve oude manier kan worden geëffectueerd.
„ Overweegende, dat daar door juist bereikt zal „ worden , het oogmerk , 't welk hec Vercegen-
woordigend Lichaam zigïn 'c daarftellen van het ge-
melde Reglement van Krygstugt heefc voorgefteld, }, terwyl uit de flipte obfervantie van heczelve Regle„ ment, van den cegenwoordigen ftaac van dezelve
zaaken, het tegenovergefteldevan dat doelwic zou„ de geboren worden.
,, Overweegende, dac mitsdien alle vertraaging van „ de juftitie, welke niet dan toe prejudicie van 'sLands „ belang, en 'c incresc der Beklaagdens kan uidopen, „ door eene behoorlyke voorziening worde voorge„ komen.
„ Overweegende, dat hee Uitvoerend Bewind, '„ buiten eene ujtdrnkkeljLke dispoütie van 'c Wetge-
„ vend



a6 APRIL 1800. 483
venct Lichaam, de werking van een nieuwlings in train gebragce Wet niec kan doen ophouden.
„ Befluit:
„ Het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek te autorifeeren, gelyk heczelve geaucorifeerd ., wordt by deezen, ten einde de bovengemelde zaa,, ken der Capiceinen P. van Gorcum en L- H. van „ der Herp, voor 's Lands Advocaaten aangevangen, „ en chans voor de Hooge Militaire Vierfchaar aan„ hacgig, naar de oude, anderzins chans vernietigde „ manier van procedeeren, worden voorcgezec en een einde geprofequeerd.
„ En zal Excrarft deezes worden gezonden aan het ,, Uitvoerend Bewind, om hier aan de noodige exe. „ tie te geven.
„ En zal die Befluit, overeenkomftig het 60 Ar„ tieul der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van hec Vertegen,, woordigend Lichaam , met en benevens het in dea„ zen uitgebragt Rapport en de voorfz. Misfive, „ in originali"
En voords over het voorfz. Befluit zelf gedeiibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 32.Liet. e. van hec Reglemenc B. aer Scaacsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt kei voorgefteld Befluit en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Ikfiuic, ingevolge Articul 69 der Staatsregeling, onverwyld, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, eo tevens een alfchrif'c Ff 4 vas



4«4 a<S APRIL 1800.
van hetzelve, in behoorlyke forma , aan de Eer* Jie Kamer.
Is geleezen een Extracl: uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, hec Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op drie Requesten, als: j°. van Beftuurders van Gereformeerde Diaconie Armen ce Maasftuis, om permisfie toe het openen van eene Negotiatie, by forme van Lotery. a^. Op de Requeste van de Municipaliteit van Delftshaven, om ten behoeven der Armen Beftuuren, een by de Requesce overgelegd Plan van Geld-Negociatie, by wyze van Loterye in werking ce brengen; en 30. op de Requeste van Jan de Kok en anderen, om confent,ten behoeve van hec Weeshuis ce Vlaardingen, in eene Toncine Negociacie enz.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud :
„ De Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend vs9 Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapporc haarer Perfoneele Commisfie, in welker „ handen, op den 9, 10 en 17 April j.l., gefteld waren
drie Requesten ais: iy. de Requesce van Beftuur.,, ders van de GereformeerdeDiaconie- Armen ce Maas» daarbjr verzogc hebbende permisfie toe het
„ openen van eene iNegodaeie by form van Locery, ,, ten bedrage van eenmaal honderd duizend guldens, M en zulks onder verband van cweemaal honderd dui„ zend guldens Bataaffche Effecten; <j°. de Requeste
van de Municipaliteic van Delftshaven ; verzogc p hebbende conlènc voor de respective Armen-Be-
ftuu-



&6 APRIL 1800. 4g5
?> ftunrén aldaar, tot het in werking bretigén van zeker j> ten Requeste overgelegd plan, van Gêidne<t>tiatie' ,> by wyze van Lotery &c; en 30. de Requesce van »» Jacob de Kok en anderen, alle Regenten Van hee >ï Weeshuis der ftede Flaardingen; verzogc hebbent, de dat rnogce worden geconfen teerd in eene door », hun Requeftranten geformeerde Tontine-Negociaj, cie, grooc honderd vyftig duizend guldens aan Gemeenelands efFecTen &c.
„ En overweegende, dat de nood der Armen, tot wier onderfteuning de voordeelen deezer Lotery
„ dienen zouden, zo ce Maas/luis als re Vldar dingen en Delfshaven, cot die hoogte geftegen is, dac in
„ dezelve ten fpoedigften behoort ce worden voor-
„ zien, verklaart dac 'er is onverwylde noodzakelyk*
,5 held"
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van 'onvgrwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervac, heefc deeze Vergadering , ingevolge Are, 32. Liet. b. van het Reglemenc B. der Staatsregeling , gedecreteerd :
De Tweede Kamer, overweegende, dat deredenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit, houdende;
„ Overweegende, dat in deeze Lotery niec worden gevonden, die nadeeien, welke het Vertegen-
„ woordigend Lichaam tot het Verbieden van alle particuliere Loteryën nu onlangs hebben geper»
9, moveerd.
„ Overweegende, dat, wanneer deeze Armen of Ff 5 „hec



486 a6 APRIL 1800.
„ het Weeshuis van Vlaardingen met de voor- en „ nadeelen al eens aan den Lande mogten komen, „ deeze Negotiatie nimmer voor het Land nadelig zyn „ zoude.
„ Befluit \
„ Aan de Befluurders der Gereformeerde DiaconieArmen te Maasfluts te verleenen, permisfie tot hec 5, openen van eene Negotiatie by form van Lotery, „ ten bedrage van éénmaal honderd duizend guldens, „ en zulks onder verband van tweemaal honderd dui„ zend guldens Bataaffche efFecTen, na verloop van „ 5 jaaren afcelosfen, mits dat alle voordeelen, uic „ deeze Negotiatie zullende prevenieeren,zullen wor„ den geftorc in de Cas der Gereformeerde Diaconie„ Armen, te Maasfluis, en voorts nog onder condi„ tie, dat aan de DirecTeuren der Roomsch Catholy. „ ke, en Joodfcbe Armbeftuuren, daar ter plaatze, zal worden uitgekeerd, zo veel als hec aandeel naar rato der bevolking dier onderfcheidene gezindheden zal bedragen.
„ Aan de respecTïve Armbeftuuren te Delfshaven „ toe te ftaan, hec in werking brengen van eene Geld ■ „ Negotiatie, by wyze van Locery, beftaande uic 3300 „ aandeelen of pryzen, geheel zonder nieten, en 24 „ premien, verdeeld in drieClasfen, waarvan getrok„ ken zullen worden in de eeifte Clasfe 300; in de
tweede Clasfe 600; en in de derde ClasfeJa 2400 „ aandeelen, of pryzen, en zulks tot zo lange'erdoor „ eene generaale te introduceeren cynofure, ten aan„ zien der behoeften van de Armen , zal zyn voorzien, „ of zo veel korter als het Vertegenwoordigend Lig„ chaam zal nodig oordeelen, onder voorwaarde, dat
„ al-



a<5 APRIL 1800,
48?
»> alle de voordeelen, uic deeze Locery pro venieerende, » zullen komen een profyee van de respecTive Armen, » der onderfcheiden gezindten te Delfshaven.
„ Aan de Regenten van het Weeshuis der Stede 5, Vlaaraingen, te permitceeren hec doen eener door »> hun Requeftranten geformeerde Tontine-Negocia■>•> tie, grooc ƒ 150,000, onder verband van ƒ 300,00c?. >, aan gemeene Lands Obligatien, en voores om de
uic die Negotiatie ce proflueeren fchuldbekentenisfen, ,, zonder het gebruik van 'sLands Zegel, temogen ,) uitgeven, nog de voordeelen uit deeze Negotiatie
proveniëerende, zullen komen ten voordeeie van hec
Weeshuis der ftede Vlaardingen; alles echter on„ der deeze condicie of voorwaarde, dac opgemelde ,, Negociacien niec zullen mogen ftrydig zyn, met dac ,, gedeelte der Publicatie van hec Uitvoerend Bewind ,, der Bataaffche Republiek, var» den 17 Maarc I.I., „ waarby bepaald is, dat onder het verbod niec wor„ den bedoeld, zodanige Negotiatien, waarby pra;« ,, mien worden uirgeloofd , welke een behoeve van „ fteden, plaaczen of corporatiën, na bekomen con„ fent en eoeftemming van het Vertegenwoordigend „ Lichaam, zullen kunnen plaats hebben, des nog» ,3 thans dat by dezelve wel prsemienboven dealgemee„ ne fora van den inleg te genieten, doch in geene gevallen eenige nieten of pryzen die de uitgave minder dan de inleg zoude doen bedragen, zullen worden gedoogd.
„ Dac de crekking van deeze Loteryën zal moeeen gefehieden, ren overftaan van de Municipaliteit van „ de plaats, alwaar de trekking gefchiedc,of een mins„ een van eene Commisfie uic dezelve, welke Muni„ cipaüteic zal gehouden zyn, toecezien, dac alles rig« tig en naar behoren gefchiede, ten meescen voorFf 6 „ dee.



$83 sö APRIL l8oo.
deele van den Armen, tot welker profyt de Nego. ' tiatie is ingerigt.
„ En zal Extract deezes, met byvoeging van de ,, voorfz. Requeste en Bylagen, in originali, wor„ den gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Ba„ taafiche Republiek, om daar aan de nodige Execu„ tie te geven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig bet 60 Ar-
cicul der Staatsregeling, aan de Tweede Kamer „ van het Vertegenwoordigend Lichaam, worden ge„ zonden ter bekragtiging, met en benevens het in „ deezen uitgebragt Rapport en Bylagen , alles in „ originali."
En over het voorfchr. Befluit zelf gedelibereerd zynde,' is hetzelve gehouden in advis, en gefteld in handen van de Burgers Reprsefentanten de Leeuw, Lublink de Jonge en Crarner, om de Vergadering yan derzelver eonfideratien en advis te dienen.
Zullende Extracl van dit Decreet met het Befluit, en de ftukken daartoe relatief, worden gezonden aan den Burger Reprsefencant de Leeuw, tot informatie. (zot% der refumtie.)
F' Is geleezen een Extract uit het Register der Be* fluiten van de Eerfte Kamer van her Vertegenwoor* digend Lichaam des Bataaffchen Volks, van 12 April 11. ; genoomen, na gehoord te hebben het bericht, de eonfideratien en het advis van het Uitvoerend Bewind, als mede het Rapport van eene Perfoonele Commisfie , die beide mede alhier geleezen zyn , op eene Misfive van IV. Pafehen, Officier des Ambts Bredevoort', verzocht hebbende elucidacie , betrekkelyk het adfumeeren van afgetreeden Municipaliceits-leden , tot hec pasfeeren van Actens. Welk



so* A P R I L 1800. 483
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtje gedelibereerd zynde, over het Rap„ port van de Burgers Reprasfentancen Vitringa, en „ verdere, by Decreet van den atf January 1.1.» „ Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive
van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek, gefchreeven alhier den 24 te vooren, fub „ No. 'li; houdende, ingevolge van en ter voldoe.
ning aan het Decreec, van den 12 Augustus des af„ geloopen jaars, deszelfs bericht, eonfideratien en „ advis, op eene Misfive van IV. Pafchen, Officier ,, des Ambts Breedevoort; daarby verzogc hebben,, de gtëlucideerd ce mogen worden , of hy provifio. 9J neel zal kunnen voortgaan, mee uit de afgetreeden „ Leden der Municipaliteic van Bredevoort, Win,, terswyk, Aalten en Ligtenvoorden, Leden tot „ de Scheepensbank te kiezen, dan of hy eene No„ minacie van een genoegzaam aantal Stemgerechtigde ,5 Burgers ter Electie zal overzenden,
„ En zynde hec voorfz, Rapporc op den 9 April „ jongstleden alhier ter Vergadering uitgebragt, en
in de Notulen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daar van op den 16 „ daaraanvolgende en heden gefchied zynde, heeft „ de Vergadering, zich met het daarby voorgeflaa. „ gen Concept-Befluic conformeerende, ook aldus „ beflooten.
„ De Eerfie Kamer van hec Vercegenwoordigend „ Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebben„ de het Rapporc eener Perfoneele Commisfie, uic„ gebragt uic krachte eener Refolucie Commisforiaal, „ van den 25 January 1.1., op eene Misfive van hec Ff 7 „ Uit-



49°
s6 APRIL 1800.
„ Uitvoerend Bewind, van den 24 te vooren, en w de Bylaagen daar toe betrekkelyk; houdende der. „ zeiver eonfideratien en advis op zeekere Misfive J5 van den Officier des Ambrs Bredevoort, W Pd' j, fchen; daarby verzogt hebbende elucidacie, ofhy M provifioneel zal voortgaan, uic de afgetreeden Le» ,5 den der Municipaliteic van Bredevoort, Winters* ,» wyk, Aalten en Lichtenvoorden, Leden toe de „ Gerechtsbank te kiezen, dan wel, of hy eene No„ minatie van een genoegzaam aantal Stemgerechtigde
Burgers, ter Eleftie zal overzenden.
„ Overweegende, dat hec belang der Jufticie, en K de geruftftelling der Ingezeetenen in deezen vorn derc, dac dezelve zo veel mogeiyk verzeekerd wor. „ den, van de beflaanbaarheid (zoverre deformaan„ gaatO der handelingen, welken zy hebben gepas„ feerd of verleeden, voor Gereches Perfoonen, wel • J5 ker legaliteic of weccige aanftelling, op deeze of ,, geene gronden, in hec vervolg mogt kunnen wor*
den, in twyffel getrokken.
„ Overweegende verder, dat 'er vóór de revolutie '„ van i7<,-5 geene vafteGerichts-perfoonen, fpeciaai
in de Heerlykheid Bredevoort bekend waren, maar „ dat het den tydelyken Officier vry ftond, by hec „ plegen van diverfe Aften, verfchillende Gerichts,5 perfoonen Keurnooten te mogen adfumeeren.
Overweegende, dat by een Landelyk Reglement, 55 van den jaare 1795, in hec voorm. Gewesc Gelder3J land, hierin eenige verandering is gemaakt, en die 55 Gerechcelyke werkzaamheden aan de respecrive ,5 Municipaliceicen, in alle Diftricten aangefteld, zyn 5, gedemandeerd.
,, Overweegende al verder, dac by de reorganifatie ,5 na den bekenden 22 january 1798 in dat Diftrict



i6 APRIL 1800,
49*
„ die verandering is gemaakt, dac de respective Mu« „ nicipaliteic afgefchafc, en over hec geheele Ambt „ flegcs één Beftuur zynde aangefteld, dit ten gevolge „ heefc moecen hebben, dac daar, en in verfcheidene „ Diftriccen geene Leden van zodanig Ambcsbeftuur „ woonachcig waren, en dus de nabuurigfteu, zich „ tot hec plegen van elke enkelde Acte tegen een al„ Iergeringst falaris naar die respective Plaacfen zou„ den hebben moecen begeeven, hec welk dan ook „ de weigering van verfcheidene zodanige Leden in „ die gevallen ten gevolge had gehad, in welk defect „ voorgemelde Officier door de voorfz. adfumtie had „ moeten voorzien.
„ Overweegende, dat de finaale organifacie der J9 Rechterlyke Macht met fnelie fchreeden nadert, eh ,5 het dus min dringend of nodig kan worden be» ,a fchouwc, voor een zo korten tyd bierïn eenige al„ toos omflagcige verandering daar ce ftellen.
,, Overweegende eindelyk, dac Leden, welke al„ leen flegcs in civile zaaken den Gerichtsbank uit„ maaken, geenzins kunnen aangemerkc worden als
een Collegie, waaromtrent het Decreec van hec Ver* „ tegenwoordigend Lichaam van 18 Occobcr 179^, „ bet inzenden eener Nominatie gebiedc;
„ BcMuii:
„ Den Officier van hec Ambt Bredevoort, W. „ Pafchen, te doen gelascen en ce qualiiiceeren, om , „ (cot dac in deezen door hec Vercegenwoordigend „ Lichaam nader zal zyn gedisponeerd,) in die ge« „ vallen, dac 'er geene Leden van hec Ambcs Ge-
meence Beftuur voor handen zyn, als dan tot hec „ fpannen der Bank, Stemgerechtigde Leden, uic die
33 by



49i 26 APRIL j8oo.
5, by de organifatie van den jaare 1798 afgecreedene
Municipaliceicen, te blyven adfumeeren.
,, Ën zal Extract deezes, mee byvoeging van Co» „ pie van voorfz. Misfive, worden gezonden aan hec
Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ zo tot deszelfs informatie en naricht, ais om des,, wegens de nodige 'aanfehryving ce doen.
s5 Zullende die Befluit, overeenkomftig hec 60 „ Articul der Staatsregeling, eer fanctie worden ge„ zonden aan de Tweede Kamer van het Verre. 55 woordigend Lichaam, met en benevens herindee,, zen uicgebragte Rapporc, en de voorfz. Misfive, 55 in originali"
' En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken ce zyn gefchied, is de eweede leezing van die befluic, by deeze Vergadering bepaald, op Dingsdag den 29 April eersckomenden.
Is geleezen een Extract uic het Register der Befluiten van de Eerste Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , van den 22 April 11.; genoomen na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dac mede alhier geleezen is, op de Requefla van W. Lomnselaers en andere; verzogt hebbende prolongatie, wegens hec regc der revenuen op de Waag ce Bergeyk.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zyndeover eene Misfive s5 van hec Uitvoerend Bewind der Baeaaffche Repu,5 bliek, gefchreeven alhier den 7 April I.L, fub No. ,5 j4; en den to daar aan volgende eer deezer Verga-
3i de-



at> APRIL i8co.
493
- M dering geleezen; houdende, ingevolge van en ter 3, voldoening aan hec Decreet, van den 8 January ce
vooren, deszelfs eonfideratien en advis, op de Re„ quefte van Wouter Lommelaers en anderen, res„ peccivelyk Hoofdman en Dekenen van de St. Joris „ Schutcery van Bergeyk , in het Departement den „ Dommel; daarby verzocht hebbende prolongatie, „ voor den tyd van 35 Jaaren, te reekenen zyn aan„ yang genomen te hebben, met hec begin deezes
jaars, van het aan de Schutcery aldaar, wegens de „ revenuen der Waag ce Bergeyk voornoemd, door w den voormaaligen Raad van Scaacen aan dezelve ver-
leend Octroy.
En de tweede en derde Ieezingen van ,, voorfz. iVJisfive op den 6 deezer en heden gefchied „ zynde, heefc de Vergadering, conform hec advis „ van hec bovengemelde Bewind, beftooten: hec proj, venu der Waag ce Bergeyk, als een Gemeencens „ Eigendom, voor altyi, mies deezen coe ce kennen, „ aan hec Gemeente Beftuur aldaar , ten einde uic „ hetzelve provenu, even gelyk voorheen, te betaa„ len, den Chyns, ten Comptoire der Domeinen en „ het Eykloon, met verdere magc, om hec rescee„ rende van hec gemelde provenue, te befteeden een „ meeften nucce dier Gemeente, onder behoorlyke „ reekening en verantwoording.
„ En zal Extracl deezes , met byvoeging van ,, de vóorfchreeven Requefte, in originali, worden „ gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bacaaf. „ fche Republiek, een einde nier aan de nodigeexeeu,, tie te geeven.
„ Als mede gelyk Extract aan de Commisfarisfea „ coc de Nacionaale Rekening, coe informatie.
Zullende dit Befiuic, overeenkomftig het 60 » Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging wor-
„ den



494 *5 AP RI L 1800;
5J den gezonden aan de Tweede Kamer van het „ Vei tegen woordigend Lichaam, met en benevens „ de voorfz. Misfive en Requefte, in originali."
Én daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit befluit by deeze Vergadering bepaald op Dingsdag den 29 April eerflkoomenden.
De Burger Reprjefentant de Leeuwen verdere, by Decreec van ia April 11,, Gecommitreerd zynde Leden, ten examen van een Befluic van de Eerfie Ka* mer van hec Vertegenwoordigend Lichaam van den 31 Maarc 11., genomen op de Requefte van Jan Silo , betrekkelyk deszelfs Stemrecht.
Hebben ter Vergadering uitgebragt, het hier nar volgend Rapport:
BURGERS REPRESENTANTEN!
yan Silo, 's Lands Bediende ter Recherche te Delft, beeft zich by Requeste aun de Eerfie Kamer van het Verteiienwoordigena Lichaam des Bataaffchen' Volks geadresi'ecrd, om te klagen over eene RelblutievandeFinanrëele Commisfie, over het voormaalig Gewest Holland, waar by hy, ter zaake van voor of op den 31. July 1798- ia het Stemregister niet te zyn ingefchreeveu, van voorfchreeven Post is gedimitteer-i geworden;
De Requestrant heefc zedert 1782., en dus 18. jaaren lang zyn Ampt ge.rouw waargenomen , en heeft thans den ouderdom van 68. jaaren bereikt; vóór de aanneming der Cpnftitutie,ishy als Stemgerechtigd Burger'in de Grondvergaderingen gecompareerd, en ook als zodanig in dezelven opgeroepen, doch de Municipaliteit heeft hem, na de aanneming der Conftitutie, vermeent niet te kunnen admitteeren tot infchryving in het Stemregister, uit hoofde van ; iiifoivéutle, hebbende hy in 1780, zynen Boedel ten behoeve



s6 APRIL i8co.
495
vc zyner Crediteuren geabandonneerd, dewelke dan ook door den Gerechte der Stad Delft onder curateele is gefield geworden, doch niet toereikende zynde om zyne Crediteuren daaruit te voldoen , en hy buiten iiaat zynde daar ver* der iets aan te kunnen toebrengen , zo is de Requestrant onvermogend gebleeven, om zyne Schuldëisfchers volkomen te betaalen.
Dan, Burgers Repraefenranten! deeze iniblventie is geheel buiten het toedoen van den Requestrant, alleen veroorzaakt door het flegte gedrag van zyne Huisvrouw, waarom de Requestrant zich vleit, dat de bedoeling d'er Siaa-sregeling niet is om eenen onfchuldigen ongelukkig te maken, of dezelve toepasfelyk te maken op de voor hem treffende omfiandigheid, dewelke 20Jaaren te vooren heeft beftaan , als mede dat het Decreet van 2 July 1799, op hem niet is applicabel; verzoekende dier.balven, dat by Suppliant verklaard worde niet te vallen in de termen van het 10 Art. der Staatsregeling , en dat mitsdien het (Jecreet van 2 July 1799, op den Suppliant niet is applicabel — immers en in alle gevallen, dat ere Refolntie der Finantiële Commisfie van het voormaalig Gewest Holland worde ingerrokken , en hem vergund zynen gemelden Post te mogen blyven behouden.
Op welk Request door de Eerfte Kamer het volgend befluit is gearrefteerd.
{Fiat Infertio.~)
Dit Befluit ter deezer Vergadering voor de derde maal geluezen zynde, wierden uwe Medeleden de Leeuw, Fitringa en Kramer gelast, Ulieden deswegens ie dienen van eonfideratien en advis , dewdke , om hier aan te voldoen , even eens als de perfoneele Commisfie der E'rste Kamer, in haarRapport, van 14 Maart, hetwelk vrrvolgens gedrukt en gedistribueerd is, aig zt/llen bepaalen tot hel tweeledig verzoek van den Requeflraut; en vervolgens httBefluit, door deeerlte genomen , onderzoeken uit welke twje poiiicTen zy vertrouwen, Ulieden, Burgers Re'prasfentanten ! in (laat te ftellen, om hèt'geaie zy vervolgens zuilen advifeeren, te kunnen beoordeeien,
het



49«
a6 APRIL 1809;
het een en ander echter overlaarende aan uwe nadere
ovcrweeging en meerder doorzicht.
Het zai onnoodig wezen te herhaaien, al wat in hetgediukte Rapport, ten voordeeie van den Requetlranr, wordt aangehaald, om te beweeren, dat Art. io.en 13. Litr. h. der Staatsregeling voor modificatie vatbaar zyn; uwe Gecommitteerden kunnen niet nalaaten daar nog by te voegen , dat het hun zeer bedenkelyk is voorgekomen , ol die Art. der Staatsregeling wel op het geval van den Requeftrant kunnen toegepast worden, zonder daardoor ann dezelven eene agteruitwerkende kragt te geeven. Uwe Gecommitteerden, Burgers Reprsefentanten! zyn dus verre van pngunftig te denken, omtrent het verzoek vau den Requeftrant, doch begrypen , dat, nivoorens ten zynen voordeeie een finaal Decreet genomen worde , waar door, het zy uitd:ukkelyk, het zy by gevolgtrekking verklaard wordt, dat dc voorn. Art. dej- Staatsregeling op zyn geval niet tnepasfelyk zyn, het Wetgevend Lichaam gemelde Arr. behoort te verklaaren, ten eindealle de geenen, cie met den Requeftrant in een gelyk geval ftaan, niec alleen op dezelfde wyze behandeld worden, maar ook vooraf mogen worden onderricht, dat zy op een gunltig Befluit kunnen ftaat maaken, zonder door de duiaehke letter dei-Staatsregeling weerhouden teworden, van zich aan het Vertegenwoordigend Lichaam te adresfecren , en öp dat het neemen vau Decreeten op gelyke gevallen, meer afhange van eene gedecreteerde maatregel, dan telkens van eene herhaal e beoordeejing by appel jiominsl in de twee Kamers, waar van de uitkomst alleen afhange van de afwezigheid der geenan, die in een voorgaand geval de meerderheid hebben uitgemaakt.
Omnent het tweede gedeelte van het verzoek van den Requeftrant, dat naamlyk het Decreet van den 2 July *799 * op den Suppliant niet is applicabel, Itemt uwe Comjrtitfie volkomen in roet het Rapport der Commisfie van de Eerste Kamer, zo dat,byaJdien de Requeftrant, om zyn post te kunnen behouden , alleen maar behoorde verklaard te worden, nier te vallen in de termen van dat Decreet, uwe Commisfie UI. daadelvk zoude advifeyen tot bekrachtiging van het Befluit, doch wanneer uien het genomea
Be.



&6 APRIL 1800.
49?
Befluit onderzoekt, zal men dïreft bemerken, dat hetzelve eene verdere (trekking heeft, en dit zullen uwe Gecommitteerden U thans, als het tweede poinét van hunne eonfideratien , moeten voordragen.
Het is genoegzaam aangenome/i, dat men meer de Befluiten zeïven beoordeeld, dan^Wel de confiderans die dezelven voorafgaan ,anders zoude uwe Commisfie aanmerken, dat het Befluit, genomen zynde alleen uit overweeging , dat de Requestrant alle de vereischtens der infchfvtiKg in het Stemregister niet bezittende, huiten de moogiykheid is geweest, om aan die Burgerplicht te kunnen voldoen, alleen Haat op een gedeelte van hec verzoek, riaamlyk om te verklaaren , dat het Decreet van den a Jfuly 1759, op den Requestrant niet is applicabel, als mede dat dit conhderans ook even eens van applicatie is , op alle de geenen, die volgens de Staatsregeling van hec Stemrecht zyn uitgefloten , als zynde ook buiten de mooglykheid geweest, om aan die Burgerplicht van infchryving in het Stemregister te voldoen, doch uwe Commisfie wil deeze aanmerking niet doen gelden, on» dat het conlideraus even min een gedeelte van het Befluit uitmaakt, ais het geene in het Extract der Befluiten van dien dag is voorafgegaan, dat naamlyk, de Vergadering het Befluit gearrellecrd heelt, zonder zich te expliceeren, ofdellequeilrant deszelfs (tembevoegdheid door zyne infolventie zoude hebben verbeurd, en nog tot de infehryring zoude behooren te worden toegelaacen; waarom dan ook uwe Commisfie liever veikiest, hel Befluit zelf te onderzoeken, en dan vindt zy haare aanmerking, op het confidej&ftS gemaakt, ook op het Befluit te kunnen maaken, want om dat het Decreet van ('en 0. July 1799 op den Requestrant riet kan rooiden toegepast, zo wordt hy gevolge! jk bevoegd verklaard enz.
Zo dat hei Befluit wezenlyk genomen is, als of de bevoegdheid van den Requeftrant, om zyn post te behouden , alleenlyk moet beoordeeld worden uit het genomen L'ecree-t van den a July 1799.
Het komt dkrliajve.11, Burgers Repraefentanten! aan uwe Commisfie onder verbetering voor, dar Art. ;o. en
-ft



49&
aö* APRIL 180a
13. def Staatsregeling, voornanmlyk in confideratiekouït om te beoordeelen, of de Requeftrant zyn post kan blyven behouden , zo dat het ten rniniten onvoorzichtig zoude zyn, om zo fteltig en onbepaald oen Requeltrant bevoegd teverkiaaren ,0111 deszelfs post te kunnen blyven behouden; en dusdoende op eene indirecte wyze de Staatsregeling te expliceereu, vóór dat hec Wetgevend Lichaam zal geoordeeld hebben, of aan Art. 10. en 13. Litt, h. eene gunltige verklaaring kan worden gegeeven, vooralle de geenen , die door rampen , waar tegen zy zich niet hebben kunnen behoeden , bankbrcukig zyn geworden; of meer bepaald voor zodanigen, wier Boedels zonder bun toedoen, vóór het aanneemen der Staatsregeling, zyn hïfolvent geworden.
Om alle welke eonfideratien, Burgers Re prafentanten I uwe Commisfie niet van zich kan verkrygen, Ulieden tot bekragtiging van het Befluit te ndvif.eren , maar integendeel de vryheid neemt^ om het navolgend Decreet Van weigering voor te dragen.
De Tweede Kamer overwegende, dat aan Jan Silo te Delft, by befluit van den 31 Maart 1P00, op eene ftellige en onbepaalde wyze , het recht wordt toegekend, om zyn post te behouden.
Overweegende, dat het VertegenwoordigendLichaam , alvoorens Art. 13. Litt. h., en by gevolg ook Art. 10. der Staatsregeling, by een Decreet behoorde te yerklaaren , en liet geene daar verder uit moet voortvlo- ij- n te bepaalen , op dat alle Amptenaaren, uie in dezelfde termen vallen, de gelegenheid mogen bekomen , om op dezelfde wyze, uithoofde yan eeh'genomen Decreet, te worden behandeld.
Overwecsende, dat dierhnlven het Befluit, omtrent Jan Silo, alleeniyk provifioiieei behoorde genomen ie zyn; ofwel zodanig gefteUl, dar nit hetzelve geen gevolg kan getrokken worden, als of de Requeftrant diaat door volkomen wordt be oegd verklaard , om zyn post te behouden, zonder de pi ofte reftrve, met betrekking tot Art. io. en 13. Litt. h. der Siaacsiegeling.
Mem



&6 APRIL 1800.
459
Bekragtigt het nevensgaand: Befluit niet.
D. C. de Leenw. L. ff. Vitringa* jf. Cramer.
En is goedgevonden het voorfz. Rapport te doen drukken en aan de Leden te distribueeren, en is hetzelve drie dagen na de distributie, gefield aan de orde van den dag.
Zullende Extraét van dit Decreet, met het voorfz. Rapport worden gezonden aan den Burger Reprafentant Siderius., als aan het hoofd van de Commisfie tot de zaaken der Drukkery, tot informatie.
Waarna de Prtefident de Vergadering fcheidc en adjourneert tot aanftaanden Dingsdag den 29 April op den middag.






ÜELYRHEID, V R* HElÜi BROEDERSCH AR,
Dingsdag den 29 April 1800.
Het zesde jaar der bataafsche vryheib;
De Decreeten, op Zaturdag 1 I. genomen, zyrj gereiumeerd en gearresteerd.
Ps %
P R 1 S I D E.
Den Burger Reprsefentant K. Hovens*
Tegenwoordig de Burgers Reprcefentancen.
J. A. Krieger* B. Storm, S. van Hoogflraten. N. van Foreest.
G. G. Bacot. 11. Ouesnel.
C van Lennep. J. van Rees.
H. van Andel.
A. Ploos van Amftel. I). Iloitsma. J. S. IVentholt. F. Govers. J. Busch.
3. Lublink de Jonge^ J, Cramer. . IV. C. de Crafte. D. C. de Leeuw. L. J. Vitringa.
ABS E N fj
I
Met permisfie,
J, C. Druman. J. LI. Siccama. C. Floren. J. Tomas. J, de Joncheere^ B. ten Pol. H. FlogewaL J. Alberda. P. Linthorst.
Wegens ziekte.!
M. Siderius.



502
39 APRIL 1800.
Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordig gend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den a8 April laatstleden; genomen, na gehoord te hebben het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van H, Gildemeester, verzoekende permisfie, om tien duizend Bosfen Roey-Yzer naar Portugal te verzenden.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be„ wind dér Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier „ den 26 deezer, fub No. fff*; houdende, ingevolge ,, van en ter voldoening aan het Decreet, van dén ,, 16 April j.l., deszelfs eonfideratien en advis, op
de Requeste van Hendrik Gildemeester, Koop,, man te Amfterdam; daarby verzogt hebbende per„ misfieom tien duizend bosfen Roey-Yzer inonder„ fcheidene partyen naar Portugal ze mogen verzenden.
„ En in aanmerking genomen zynde, dat omtrend „ alle zaaken , de Commercie betreffende , niet te „ fpoedig kan worden gedisponeerd, heeft de VergatJ dermgverklaard, dat 'er is, onverwylde noodzaak-
lykheid.
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vei vat, heeftdeeze Vergadering, ingevolge Art. §2, Lit. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd :
De Tweede Kamer, overweegende, dat de redenen, door de Eerfte Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde noodzaaklykheid , door de Eerfie Kamer geplaatst aan hst hoofd van het volgend Befluit, houdende:
„ Eu



,29 APRIL i8oo<, $o$
„ En voorts, conform he: advis van bovengemeld 5, Bewind, dadelyk btfloten, het verzoek, by voorfz. 5j Requefte gedaan, mies deezen ce accordeeren, en J5 dienwölgende aan hem Requeftrant te permitceeren, - óm cie» duizend boslen Roey-ï'zer, in onderJ} fcheidene pareyen naar Portugal ce verzenden, onti der deeze mies, dac de Kequeftranc, ten Compcoirè }} der Convoyen en Licenten ee Amfterdam , zal J5 moeten ftellen fufficrente cautie voor hec man* w cant der drie dubbt-lde waarde van hec ce verzenJ} den Koey-Yzer, ten behoeve van den Lande, dac J5 binnen den cyd van zes maanden, ce rekenen vart J5 den dag van hec in deezen ce neemen Decreec, j, mee voldoende bewyzen, te neemen by den Bacaaffchen Conful ui Commisfaris, en , by ge}J breeken van dien , by de Regeering der Plaacs, jj geverifieerd , dac heczelve ce Portugal aange35 komen en aldaar opgelosc is, zullende de Re* *g quescran: daarenboven, voor den Commisfaris toe „ hec Werk der Convoyen en Licenten ce Amfter* 1, dam voorn., onder folemneelen Eede, moecen verklaaren, dac hec zyne intencie niec is, die Roey-* Yzer, nu ol immer in hec vervoig naar Engeland, of ren diëtiste der Engelfchen ee doen it vervoeren, en dac die mee zyne eoeftemming en
medewetten nimmer gefehieden zal. . „ En zal Extract deezes, mee byvoeging van voorfchreeven Requefte, in originali, worden gëzonden aan hec Uitvoerend Bewind , om hier aan de noodige execucie te geven. „• Zullende die Befluic,overeenkomftigAru 6o. der Staacsregeling, eer bekragtiging aan de Tweede Ka* „ mer woiden gezonden, mee en benevens de voor-* j, ieüreeven Misfive en Requesce, in originali"
Gg a En



29 APRIL 1800.'
En voorts over hét voorfchréven Befluit zelf gedelibereerd zynde, heefc deeze Vergadering, ingevolge Art, 32. Licc. e. van het Reglement B. der Scaacsregeling, sredecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld BeJlttit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69 der Staatsregeling, mee de Requefte, onverwyld wor» den gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer, (zonder refumtie.}
Is geleezen een Extraét utt het Register der Befluiten van. de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks, van den 28 April 11.; genomen op de Requefte van Mr, //. Calkoen en A. Boddens als gefielde, en Mr. C. IV. Dekker als gcasfumeerdc en gefurrogeerdé Execuceuren van den Teftamente van wylen C Ploos van Am ft el Jacr Corn. zoöïi; verzocht hebbende, wegens de fournisfementen in den 5 Terrrryn der afgeloopen Geldheffing te worden gehouden voor diligenc ; en voores verklaaring , zy niec gehouden en verplicht zyn, om van de eene helft van dezelve Boedel, en waar de Eigen, dom aan de Kinderen van J. C. Ploos van Amftel, woonende in hec Graaffchap Bentheim is opgekomen , in dén vyfden Termyn van den opbrengse van de Bezicdngen. ce becaalen.
Wélk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ Is geleezen dè Requefte van Mr. H. Calkoen en „ Albertus Boddens, in qualiteic als gêftelde, en „ Mr, Cornelis Willem Dekker, als by Acte op den „ 24 December 1798,, voor den Notaris Jonathan
„ Baak



99 APRIL ïSoo;
'595
Baak en getuigen te Amteldam gepasfeerd, gead„ fumeerde en geiurrogeerde Executeur van den Tes„ tamente van wyien Cornelis Ploos van Amfld „ Cornelisz., op den 2 Nov. 1798, voor den Np„ taris Cornelis Willem Decker en Getuigen, me„ de tz Amfteldam gepaslèerd, mitsgaders Directeurs „ van zyn Sterfhuis en Bezorgers van zyne Begraaf-
fenis,' tot Redderaars van zyn Boedel, om die tot \, finaale liquiditeit te brengen, als mede tot Voog„ den o/er de onmondigen , die by zyne nalaaten„ fchap geinteresfeerd bevonden zouden worden, en „ tot Adminiftrateurs van alle derzelver van.hemeenig. „ zins te erven of te verkrygen Goederen, geduu„ rende ieders minderjaarigheid, mitsgaders tot Ad„ miniftrateurs van het by voorfz, Teftamenc met ufu„ fruct belast Capitaal, geduurende hec leeven van „ de Vrugccrekker en Vrugccrekfter respective, en cot ,, de uitkeering der zuivere vrugcen, revenuen en in„ teresfen, en ycors cm al dat geen te doen en te „ verrichten, hetwelk ter zaake vermeld eenigzins „ zouden wordei; verëischt, mecfecluhevan de Wees„ kamer der Stad Amfteldam, en woonende de Rc„ queitranren in dezelve Stad; houdende, dac zy Rey, queftraruen in hunne opgemelde qualiceic, op hun „ te kennen geeven, by drie onderfcheidene Deer ee-
ten van hec Vertegenwoordigeiid Lichaam zyn düi» „ gend verklaard, wegens hec gund zy qq. van den „ voorzegden Boedel tn Nalaatenichap , ingevolge „ de Publicatie v^n hec Uitvoerend Bewind, iu ca„ to 30 November 1798, in de ade, 3de en 4de „ Termynen, van de by dezelve gearrefteerde Geld„ behing, te betaalen, verfchuldigd waren, en zulks „ tot den laarften deezer loopende maand, en dac wel voornaamenlyk op fundament * dat in gemelGg 3 de



565 APRIL 1800.
,s de Boedel en Nalaacenfcbap was een uitgeftrekt „ en zeer aanzienlyk Cabinet van Schilderyen , Tee„ keningen en Prentwerken, waarvan zy Requeftran. „ ten qq zich buiten ftaat ocvonien, om de juiste ,. of zelfs prajfumtfve waarde te bepaalen, en tnits„ dien ook eene begrooting des voornoemden Boe„ deis te maaken, voor en a'ëer hetzelve Cabinet pu„ bliek zoude zyn verkogt, en te gelde gemaakt zyn„ de, de eflective en juiste waarde daar van zoude wor* den gefixeerd, en dus uicgeimakt , hoe veel van „ hetzelve moest betaald worden; dac, hoezeer het,, zelve Cabinec als nu op den g Maarc en volgende „ dagen te Amfteldam opemlyk is verkogt geworden, „ en zy Requescrancen qq., daar door nu wel in ftaat se zyn gefteld geworden, om, zo van het provenue j, daar van, als van het overige gedeelte des Boedels, de 20e, 3de en 4de Termynen der voorfz. Heffing „ te kunnen betaalen, en ook effeétiveiyk deeze hunne „ verpligting voor den laacften deezer maand zullen „ naarkornen, dezelven echier buicen ftaac zyn, om „ aan hunne geheele verpligcing te voldoen, uithoof„ de dar Arnout de Lange, wonende te Amfteldam, „ fustineerende, gerechcigd ce zyn, toe het kostbaar „ en alöm bekend Prentwerk van Rembrand van „ Rhyn, en deszelfs Discipelen en Navolgers, en het „ welk een aanzienlyk gedeelte van het meergemeld „ Cabinet uitmaakce, coc bekooming van heczelve je,, gens hun Requescrancen qq. voor hec Collegie van „Juftitie ce Amftelaam Procedures heefc geëncameerd , „ en door welke zy Requeftranten qq verhinderd zyn „ geworden, om dit zo important werk met het ove„ rige gedeelte van her Cabinec te verkopen, en alzo „ thans buicen ftaat zyn, om daar van de juiste of zelfs „ praefumtive waarde ce bepalen, en dus daar van mede
„ voor



ao APRIL 1800: §c?
„ vooi alsnog verfchuldigde Termynen te fourneeren ; „ terwyl daarenboven, zo lang niet zal zyn uitgemaakt, „ of hetzelve Prentwerk, als een eigendom van den „ Boedel, dan wel als .een eigendom van den voorn. s, A. de Lange moet geconfidereerd worden, zy Re„ queftranten qq. zich onbevoegd rekenen, om van ,j hetzelve in de voorfz. Heffing te betaalen, en dus te „ raade zyn geworden, om zich deswegens nader aan SJ het Vertegenwoordigend Lichaam te adresleeren, „ en van hetzelve eene continuatie van de voorfz. deli„ gent verklaaring, voor zo verre zulks het Prentwerk
van Rembrand betreft, te verzoeken; verzoekende ,, zy Requeftranten in bovengem. qualiteit, dat het „ Vertegenwoordigend Lichaam, in aanfchouw nee„ mende, dat dezelve reden om welke hetzelve hun, „ wegens deezen opbrengst in de Heffing van de Be,5 zittingen, heeft verklaard voor diligent, als nog ex„ teert, omtrent het onverkogte Prentwerk van Rem„ brand van Rhyn, hun Requeftranten qq., zo veel „ dit werk aangaat, gelieve re verklaaren voor dili„ gent, en zulks tot tyd en wylen by uirerlyk gewys„ de zal zyn gedecideerd, dat dit Werk een EffecT: „ van den voorfz. Boedel van C. Ploos van Am ft el „ J.Cz. is; en dat voorts om redenen ren voorfz. Re„ quefte gedetailleerd, het welgemelde Lichaam ge„ lieve te verklaaren, dat zy Requeftranten qq niet
gehouden en verplicht zyn, om van de eene helft 5, van den voorn. Boedel, en waarvan de eigendom „ aan de Kinderen van Sufanna C. Ploos van Amftel, „ Huisvrouw van C, F. van Nes, in het Graaffchap „ Bentheim, is opgekomen, in den 5 Termyn van „ den opbrengst van de Bezittingen, ingevolge dePu„ blicatie van het Uitvoerend Bewind, in dato 19 „ Oétober t7>9» te betaalen 1 en dac, hangende de Gg 4 „ de-



29 APRIL iHool
„ deliberatien hier over, zy Requeftranten^., met „ opzicht tot het betaalen van den vyfden Termyn, ^ voor zo verre zulks de wederhelft betreft, mogen „ worden verklaard voor diligent. „ En in aanmerking genomen zynde , dat ten opzichte van de Requeftranten op overmorgen het „ Effect ftaat te cesfeeren, der laatfte by hun geöbti„ neerde deligent verkiaaring, heeft de Vergadering „ ten deezen de onverwylde noodzaaklykheid gearrefteerd."
En gedelibereerd zynde over de verkiaaring vanotf. verwylde noodzaaklykheid, in heczelve vervat, heefc deeze Vergadering, ingevolge Articul 32. Lit. b. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer, overweegende dat de redenen, door de Eerfie Kamer by gebragt, voldoende zyn, bekragtigt de verklaaring van onverwylde ■noodzaaklykheid'-, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het velgend Befluit: houden, de:
;,' En voorts daadlyk beflooten, der voorn.Reques'„ trancen eerscgemeld verzoek by deezen te accordeer „ ren, en oienvolgcnde hun in derzelver hier boven
omfchreeven qualiceic, eer zaake by heczelve ver„ zoek gemeld, te verklaaren voor diligenc, en zulks 55 tot tyd en wylen by uiterlyk gewysde zal zyn gede„ cidcerd, dac hec onverkogte Prencwerk van Rem„ brand van Rhyn een ËrFecT: van den Boedel van s, C. Ploos van AmftelJ.Cz. is.
„ En is voorts gedecreteerd, de voorn. Requeftran„ ten, niet derzelver tweede verzoek, mits deezen te w renvoyeeren naar de Publicatie, den 29 Oétober



29 APRIL 1800. 50|}
betrekkelyk den vyfden rermyn van de op. „ brengsc op de Beziccingen geëmaneerd.
„ En zalExtraót deezes, mee byvoeging van voorfz " LCeqüerlf ' in ori&nali > worden gezonden aan „het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bhek , om hier aan de noodige executie t* we „ ven. ' & "
„ Als mede gelyk Extract aan Commisfarisfen tot ,, de IManonaale Rekeningen, tot informatie
,, Zullende die Befluit, voor zo veel het eerfte -c„ deelte betreft , overeenkomftig bet 60 Are der „ Staatsregeling, ter fanéïie worden gezonden' rum „ de Tweede Kamer van het Véhegénwoonfigünd „ Lichaam ces Bataaffchen Volks, mtz en benepens is de voorfchreeve Requesce, in originali."
En voorts over hec voorfchreeven Befluft ze-f gedelibereerd zynde, heeft deeze Vergadering, "inoevolge Are. 32. Lite. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
£>em Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld JieJIutt, en verandert hetzelve in een Decreet
En zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge 'Articul 69. der Scaacsregeling, met de Requelfte
/WW , W°rde" geZOnden aan hec Uitvoerend S«hWf der,Bata,afrchc «publiek, en tevens een aflchnft van heczelve, in behoorlyke forma, aan. de frerjie kamer.
Zullcnde_ gjfoift van die Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, coc informacie. (zonder refumtie.) b'
Is geleezen een Extract uic her Register der Befbrten van de Eerfte Kamer van hec Verclgenwoordi.
GS 5 gend



5lf> 59 APRIL 1800.
eend Lichaam des Bacaaffchen Volks ,van den ai April 1. 1.; genomen na gehoord te hebben ;het Rapport van eene Perfoneele Commisfie dat mede alhier geleezen is, waarby dezelve verklaart te berulten in d> redenen van weigering, vervat by Decreet van deeze Vergadering, van den 14 Maart 11.; daarby aan welgemelde Kamer onbekragtigd terug gezonden heb' bende derzelver Befiuit van den 2 daar te vooren, genomen op eene Misfive van den Raad van Ztertkzee', daarby de uitfpraak verzocht hebbende, of zy den'Burger A. Buyze moet permitceeren, hec oprigten eener Leerloyerye, enz.
Wélk Befluit is van den volgenden inhoud:
De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, gehoord hebben" de het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, in Z welker handen, by Befluic van den 14 April was gefield een Excracc uit hec Regifter der Decreeten, houdende redenen van weigering der Tweede Kamer, op het aan haar den 14 Maart toegezonden " Befluit, gevallen op eene Misfive van den Raad van " Zieiïkzee, pefchrcevenaldaar den zbevorens,daar" by de uitforaak verr.ogt hebbende, of zy den Bureer Adriaan Buyze moet permitteeren, becopng. " fen eener Leerloyery, niettegenftaande in denjaare " 1787, aan den Burger Johannes ïehzner, voor ;i den tyd van a5 J»*'e°> het exclulif regc van eene !! dusdaanige Fabricq te exerceeren, was vergund. Overweegende, dat de redenen (immers en vooral de laatften) waarom de Tweede Kamer haare fanc,, tie geweigerd heefc, van dien aart zyn, dat men in dezelve behoort re berusten.



19 APRIL 1800. %u
„ Befluit:
,, In de redenen van weigering, door de Tweede „ Kamer aangevoerd, te berusten, en verder
„ Overweegende, dat aan ieder Ingezeeren, zo * fpoedig mogelyk, die voorrechten moeten worden *, toegekend, welke de Staatregeiing aan de hand »» geerc.
. j, Befluit:
„ Dac 'er beftaac onverwylde noodzaaklykheid*
En gedelibereerd zynde over de verklaaring van oni verwylde noodzaaklykheid, in hetzelve vervat heeft deeze Vergadering, ingevolge Art. 33. Litt. *. van het Regiemem B. der Staatsregeling, gedecreteerd. ^„fWef §amaer> over^gende dat de redei n»n, door de Eerfte Kamer bygebragt, voldoend» zyn bekragtigt de verklaaring van omerwv/Z noodzaaklykheid, door de Eerfte Kamer geplaatst aan het hoofd van het volgend Befluit?'Laden'
Overweegende, dac hec mee de geesc d«r Staars. i, regeimg zoude ftryden, be,imftairL^St
m den jaare r/87, door den Raad van Zierikzee „ aan de„ Burger Johannes Fitzner verleg , te „ concnueeren, temeer, daar door de vernieten? ;,' bSreagc.n 61 'SLands Financien wo™0fg„ Overweegende, dac hec ieder behoorc vrvceftaan danige Traficq 0f Fabriek op ce rigten , ais hy'
„ zal
■



sl& s9 APRIL 1800.
„ Wl verkiezen, mits niet aanloopende tegen 'sLands „ Financien.
„ Befluit:
' Te verklaaren by deezen, dat het exclufif OcSov door den Raad van Zierikzee, in den jaare I787 aan Johannes Fitzner, tot het met uit-
* fluiting van alle andere opzichten eener Leerloyery, , Turfmaakery en Lymkookery verleend, door het
aanneemen der Staatsregeling, is komen te ver" vallen en dat alzo de Raad van Ztertkzee ver-
* pligt is, het verzoek van Adriaan Buyze te ac.
? i En zul Extraft deezes, met Copie van de voorfcbreeve Misfive , mitsgaders de daarby overgeleg. " de Requefte, in originali, worden gezonden aan g het ülvoerlnd Bewind der Bataaffche Repubhek, g om daarvan den gemelden Raad kennis»^ geeven ' „ Zullende dit Befiuit.overeenkomftrg het 60 Art, der
„ Staatsregeling, ter bekragtiging morden gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens het indeezen uitgeDragt Rapport, en de ftukken daartoe re-
w latif, in originali."
En voorts over het voorfchreeve Befluic zelf gedelibereerd zynde, is hetzelve gehouden ru advis,, en gefteld in handen van de Burgen Rcprefcnontm %Mak, de Crane en van Andel, om deswegens de Vergadering van eonfideratien en advis te dienen.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan den Burger Repraïlentant iVenthoL, tot informatie. jg
" • ni. mr Vier mer. uit-



ao. APRIL 1800. 5i3
Is geleezen een Extracl: uit hét Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 24 April 1 h\ genomen, na gehoord te hebben het Rap. port van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, houdende eenige bepaalingen der wyze, waarop voortaan op verzoeken om dispenfatie van Wetten of Echtördeningen, waarby Huwelyken tusfchen Perfoonen, eikanderen door Affiniteit of Zwa« gerfchap beftaande, zal worden gedisponeerd.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over het Rap„ port van de Burgers Reprafentanten van Foreest, „ en verdere, by Decreet van den 29 April 1.1., Ge„ committeerden, verzogtzynde, eenen naderen Voor„ dragt te doen, aangaande de bepaalingen of modi„ ficatien, nopens het verleenen der dispenfatiën van „ Wetten of Echtördeningen , waarby Huwelyken tusfchen Perfoonen, eikanderen door Affiniteit of Zwagerfchap in den tweeden, derden of vederen „ graad beftaande, zullen worden geaccordeerd.
En zynde het voorn. Rapport op den 17 April „ 3.1. alhier ter Vergadering uitgebragt en in de No„ tulen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde Leezing daarvan , op den „ 21 daaraanvolgende, en heden gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, zich met hec daarby voorgef, flagen ConcepcBefiuic conformeerende, ook aldus ii beflooten:
u Dé Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend' * Lichaam des Bataafichen Volks, gehoord hebbende „ het Rapporc éener perfoneele Commisfie, op de
„ Vraa-



5H APRIL 1800.
Vraa<reh, of en in hóe verre 'er termen 2yn, om al« Ü lerarien te maaken in de Politieke ordonnantie van
de voorm. Staacen van Holland, van den 1 .«pril 1 i<8o ; ^lyk mede in andere diergelyke prohibitive
* Wetten op Echtördeningen , in de onderfcheiden
* voormaaüge Gewesten zynde, waarby Huwelyken ? tusfchen Perfoonen, eikanderen in den tweeden en Aderden graad van Zwagerfchap beftaande, zyn
M verboden. . ^
Overweegende, dat door de Staaten van de voormalig Gewescen, van tyd tot tyd, en zedert de " aanneeming van de Staatsregeling , ook door de " Hooesteeconftitueerae Magt, te meermaalen dis" peniauèn van zodanige Wetten zyn verleend " P overweegende, dat, hoe zeer in het algemeen waar is, dat door het verleenen van mengvuld.ga *' dispe ifatien, de kragt der Wet merkelyk word ver" zwokt, en het in het generaal voor verkreuk ge? houden worde, eene Wet, welke men meent dat > "ene verandering kan en behoort te ondergaan, «1 vernietigen, als dezelve door hec verleenen van dis* tyd tot tvd te verlammen , 'er echte
P omftandigheden kunnen zyn, waarin het beter « 2 voor de Maacfchappy, eene uiczondenng op deezen
ah-emeenen regel te maaken. ï Overweegende, dat dit geval thans voor handen ?s daar de werkzaamheden, zo wel van de Opftel" Iers als van de Beoordeelaars van hec voor het Ba* " fch Volk vervaardigd wordende nieuwe Wet. '* boek zoude worden vooruit geloopen , indien dee" ze Weuen nu veranderd wierden; en dat hec, hoe " zeer n ec waarfchynlyk, echcer mogeiyk zyn zoude " a r Lwealzovooï eene korte poos veranderde WetJnfiXm door andere zouden vervangen wor-



29 APRIL 1800. gjg
„ den, waaruit niet dan onzekerheden voor ede Inge„ zetenen,en nadeeiige gevolgen voor de Maacfchap. „ py kunnen voorcvloeyea , welke beide behooren vermyd te worden.
„ Overweegende,dat foortgelykeHuwelyken,door „ de Hoog>tgeconfticueerde IVJachc, geduurende een „ geruimen tyd, van den Zeedelyken kant belchouwd „ zynde, als geoorloofd, en nier ftrydig met het oew lang der Maatfchappy, de gelykheid vordert, dat
in het verleenen van dispenfatien, door het Verte. „ genwoordigend Lichaam, eenen vasten voecgevo]-d „ word. 0
„ Overweegende, dat, fchoon zederc een geruimen Si tyd veele dispenfatien van deeze Wee zyn geac
cordeerd, 'er echter gevallen kunnen zyn, waar„ in het belang der Maatfchappy zoude vereifchen, „ dat dezelve niet zouden behooren verleend ce wor! „ den.
„ Overweegende, dat onder deeze gevallen althans »9 zeker behoort, wanneer een om permisfie verzoekt, „ om mee zyn Nigt, geene Weduwe zynde, waar to over hv Voogd geweest is, of welke, wegens den „ byna Vaderlyken eerbied aan Oomen verfchuldigd, „ zoude kunnen gereekend worden, niet volkomen „ vry ce zyn, otii volgens eigen keuze te handelen.
Overweegende,, dat het dienvolgens van nut kan „ geregend wordén , dat het Vertegenwoordigend ti Lichaam, door bet Gerechtshof, waar onder de „ Requeftranten behooren, omtrent de waarheid der *s pohtiven van de Requesten, en ook omtrent andere
omftandigheden, welke kunnen plaats hebben *i wordt voorgelicht, daar het als geheel overbodig ,5 moet befesouwd worden, om eonfideratien of het „ advis van de refpeclive Hoven, op dusdanige ver-
« mi



$i6 2j APRIL 1800.
foekeh in te neemen, daar de Vergadering toch " bSoSens weet, dat dezelve, zo lang de Wetten ' niet zyn ingetrokken, niet anders dan dechnato,r
kunnen zyn ;. en zich conformeerende met het Rap-
port van de Perfoneele Commisfie:
Befluit:
Dat op verzoek om dispenfatie van Wetten of Echtördeningen, waarby Huwelyken rusfchen Per" foonen, eikanderen door Affiniteit of Zwagerfchap f Hen tweeden, derden of verderen *read beftaanV de, zullen worden gezonden aan het Gerechts-Hof " van het Departement waaronder de Hequeftramen " behaoren, om bericht, omtrent de waarheid der f «SSven van het Request, omtrent den ouderdom der Requeftranten, en omtrent de vraag, of er ook byzondere redenen aanweezig zyn, waarom diergelyk eene dispenfatie niet zoude behooren re wor,
" ^Diral^diergelyke verzoeken, tegen welke by het ingekomen bericht geene byzondere redenen " zyn nfebragt, provif.oneel en tot dat het nieuwe " Wetboek vo'or het Bataafche Volk zal weeeen deer" gefteld, zullen worden geaccordeerd, met uitzon' dering alleen van de zodanigen, waarby een Oom verzoekt te huwen met eene aangetrouwde N gt, vveike, Weduwe zynde, den ouderdom vancjojaa. V, ren nog niet bereikt heeft.
" „ Zullende dit Befluit, ingevolge het «o. Art. „der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden ge ,rtndPn aan de Tweede Kamer van hec Vertegen;^%td tiShi des taMi WJftJg „ en benevens hec in deezen uitgebragt Rapport, w> ft eriginali."



£9 APRIL 1800. $tf
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van die Befluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag den si Mey eerstkomenden,
En voorts goedgevonden, hetzelve te ftellen in banden van de Burgers Reprjefentanten Bacot, van Rees en Cramer, om deswegens te dienen van derzelver eonfideratien en advis.
Zullende Excracc van dit Decreet, met dezelve ftukken, worden gezonden aan den Burger Reprsè* fencant Bacot, tot informatie.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordi» gend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 11.; genomen na gehoord re hebben de eonfideratien en advis van het Uitvoerend Bewind, als me. de het Rapport van eene perfoneele Commisfie, die beide mede alhier geleezen zyn, op de Requefte van het Dyk-Collegie van de Mmilia Polder, verzocht hebbende approbatie op zeker door hun mee 's Land9 Geautorifeerden, J. van der Poel en J. Timmerman aangegaan Contract, nopens het herftel der groote Sluis of Verlaat te Drummeien,
Weik befluk is van den volgenden inhoudt
By refumtie gedelibereerd zynde, over het Rapport van de Burgers Reprasfencancen Leemans en J5 verdere, by Decreec van den 2 Augustus 1799, 55 Gecommitceerden , ten examen van eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffche Repu„ bliek, gefchreeven alhier, den 29 July ce vooren, », fub No. 235; houdende ingevolge van en ter volHh n doe»



giS s5> APRIL 1800;
„ doening aan het Decreet van den 16 der gemelde „ Maand July, deszelfs eonfideratien en advis, op de „ Requelte van het Dyk Collegie van den Mmiiia „ Polder, by Geertruydenberg; daarby verzogc heb-
bende de approbatie van het Vertegenwoordigend „ Lichaam, op zeker door hun met 's Lands Geauco„ rifeerden, J. van Je Poel en J. Timmerman aann gegaan Contract, nopens het herflel der grooce Sluis „ of Verlaat te Drummeien.
„ En zynde het voorfz. Rapport op den n dee„ zer alhier ter Vergadering .uitgebragt en indeNotu„ len van dien dag geinfereerd.
En de tweede en derde leezing daarvan., op den
17 daaraan volgende, en heden gefchied zynde, „ heeft de Vergadering, zich mee hec daarby voor-
geflagen Concept-Befluic conformeerende, -ook „ aldus befloocen*.
De Eerfte Kamer van bet Vertegenwoordigend 9. Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebbende „ het Rapport van eene perfoneele Commisfie , op
eene rVJhfive van hec Uitvoerend Bewind der Ba.„ .caaffche Republiek , van den 0.9 July 1799; hou.„ den de deszelfs confïderaeien en advis, opeen Re-
quest van hetDyk-Collegievan den Mmiiia P-older ,,5 by Geertruidenberg; daarby verzogc hebbende de ,5 aj pr ;b: tie van hec Vertegenwoordigend Lichaam., „ op z ' er door hetzelve met des Lands Geautori„ feerden, jf. van der Poel en Jan Timmerman,
aangegaan Contract, nopens hec herltel der grsoce „ Muis of Verlaac te Drummeien.
„ Overweegende, dat de defecten aan deeze Slt?is „.gedeeltelyk .zyn veroorzaakt door de.geformeerèö
„ Inaa-



APRIL ipo» §iy
g3 Inundatie in den jaare 1794, voor w.-Ike door de? „ voormalige Scaacen yan Holland fch.< ieloosfteihpg „ is beloofd, welke door nee tegenwoordig sïouver3, nement, ten opz.ichce yan anderen, ook is naarge„ komen geworden.
Overweegende, dat eenige deezer defecten ech„ ter meerder aan ouderdom derzelver oorfprong ver» „ fchuidiget zyn, dan wel aan' de geformeerde•Inun». datien roegefchreeven kunnen worden.
Overweegende, dat niec alleen het belang van de „ Fortificatie Gsertruidenl/erg7m^r ook de Visfctje. „ ryen, herkomftig uit de Domeinen van den Vorst ,» van SNa«fau,de confervacie deezer Sluis in derzelver. v tegenwoordige ruimte vorderen.' 'r._4'.
5, Bejlnïf.
„ Het Contract, tusfeheo de Requeftranten {e& ,, .voorfchreevene 'sLands Geautorifeerden aangegaan1 w in zo verre te approbeeren, 'dac 'het herftel der cweé ,, andere defecte' Sluizen, ais .mede yan alle de Heui ,, lcrj, binnen den Polder gelegen, zal zyn ien blyven „ voor rekening yan des Polders Kasfe; dat het Ge„ meene Land daar tegen de voorfz Grooce Sluis of „ Verlaat 'te ' Orummekh zal doen' herftellen';'docli „ dat tqc hetyporfz. herftej, uitPolderSjCasfe, de helf: ^er ,, onkosten, aan den Lande, in conyenable Termynen» „ binnen den tyd van drié jaaren, na yoltoöymg vari
hec werk, zal moeten worde:? gerembourfeard j zul99 lende aan hetzelve 'DyIt-C^llêgfe, by wége yan liv CjuidatieP wpiden geleeden dac geene', y/aartoè zy,
by * '<efóiutien' van'hec voormalig Hollandsen Be» v Huur , zyn geautorifeeM geworden s' ah mede in Ha » " ' ' 'r oL
i : <-. J ff ■ fr



5io
29 APRIL 1800.
redelykheid dat geene, het welk hetzelve Collegie , tot het leggen van èen Duiker door den Dyk,
„ wegens de geftopre uitwatering, heefc uicgefcho-
» ten.
„ Wordende het Uitvoerend Bewind geaucorifeerd, „ aan alles, tot dit Befluit behoorende, executie te „ geeven , en voorts te zorgen, dac aan die rembour,, femenc en verrekening naauwkeurig worde voldaan, „ en by gebreke van dien gelast, de voorfz. Pennin„ gen, naar rigeur der Wetten , te doen invorderen; „ gelyk mede Commisfarisfen der Nationaale Rekeningen geautorifeerd worden, de penningen , tot deeze reparatie benodigd, afcefchryven op de post van ƒ 300,000 , onder de zevende fomme van de „ algemeene Begrooting der Scaacsbehoefcens voorden jaare 1799» ten behoeve van den Wacerftaat geac„ cordeerd.
„ En zal Extracl: van dit Befluit, worden gezon„ den aan het Uitvoerend Bewind.
„ Als mede gelyk Extracl aan Commisfarisfen tot de „ Nationaale Reekeningen, tot informatie, en om „ zich daar naar te gedragen.
,, Zullende dit Befluit, overeenkomftig het 60 ,, Artykel der Sraatsregeling, ter bekragtiging wor„ den gezonden aan de Tweede Kamer, mee en be„ nevens het in deezen uicgebragc Rapporc, en alle
de daar toe betreklyk zynde Scukken , in ori-
ginali."
En daar de drie lezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede lezing van die Ee» lluic, by deeze Vergadering bepaald op Vrydag, den a Mey eersckomenden.
Is



tg APRIL 1800.
Is geleezen een ExcracT: uic her Register der Befluicen van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lighaam des Bacaaffchen Voiks, van den 24. April I.I.; genomen op een Voordragt van hec Uitvoerend Bewind, ten einde geaucorifeerd te worden om het Dyk-Collegie van den Royalen Polder, nog voor tien Jaaren ce continueeren, by zeekere in de voorfz. Voordragt vermelde Concesfie.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis*
five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re„ publiek, gefchreeven alhier den 11 April Iaatstl., „ fub No. jf , en den 16 daar aan volgende ter „ deezer Vergadering geleezen ; daarby, om aan„ gevoerde redenen , voorgedragen hebbende, om n geautorifeerd te worden, om het Dyk Collegie van „ den Royaaien Polder, geleegen onder de Domei-
nen van de Zwaluwe, nog voor tien agtereen vol» „ gende Jaaren te continueeren, by zekere in de voorfz. „ Misfive gemelde Concesfie van den geweezen Do„ mem Raad van den 21 Mey 1766, zo betrekkelyk „ de voorlanden onder de Niervaart, als Zwaluwe; „ en zulks onder zekere daarby opgegeeven mies.
„ En de tweede en derde lezing van voorfz. Mis„ five op den 21 deezer en heden gefchied zynde, „ heefede Vergadering, conform den Voordrage, be„ flocen, hee Uitvoerend Bewind by deezen ee au„ torifeeren, om hec voorzegd Dyk Collegie nog voor „ cien agcereenvolgende Jaaren ee continueeren, by ,, de Concesfie van den geweezen Domein-Raad van „ den 21 Mey 1766, zo betreklyk de Voorlanden „ onder de Niervaart als Zwaluwe, mits nogthans, H h 3 „ dat



0S* i& A P R i t 1800;
^ dac,na verloop van die ien Jaaren, dezelve groti. ,» deri, zódanig als die. dan. beplant zullen vvordetK „ bevonden, roet derzelver beplantingen zullen gehou„ den moeten worden, wederom té zyn yërvallen, f, zo aan liet Domein van de Niervaart, als Zwaluwe. 5, En Extracl deezes worden gezonden* zo aan hec Uiivoere* d Be-Wind.voornoemd, als aan Commis„ farisfen toe de Nationaale Rekeningen, respeelivé5, lyk , tot derzelver informatie en naricht
„ Zullende dit Befluit, ovérëerikomltig het 00 Ar* •3, ticul der Staatsregeling., eer bekrag.iging worden 3, gezonden aan de Tweede Kamer, mee én benevens 3, de voorfz. Misfive, in originali.
Èn dasr de drié leèzihgért by de Eerfie Kamer blyKen tè zyn gefchied, is de tweede leezing van die Befluit, by dee?e Vergadéring bepaald op Vrydag den 2 Mei eerstkomenden.
Is geleezen eert Extracl uic hec Register der Befluiten van de Eerfie Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volk , van den 24 April 3.1.; genoomen, na gehodrd ce hebben de eonfideratien en hèe advis Van het Uitvoerend Btmt.d dac mede alhier geleezen is* op deUequelle van J Mei' kert\ verzocht hebbende verkiaaring dac zyn Zoori P. Melkert, niec vaje in de eermen der Publieacie van den 8 Janüary 1,!., houdende* maacregeleu rer beteugeling van de toe den dlense des Vaderlands opgeroepen Leden der Burgermachc.
Welk Bellede is van den volgenden inhoud:
,3 By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis|g five vari liet Uitvoerend Bewind der Bataaffche He-



99 APRIL, i8ooi 59$
H Mbliek , gefchreeven alhier den 12 April irh*
1 fub No. f|5 en den 17 daar aan volgende ter. ' deezer Vergadering geleezen; houdende, ingevol9' ge van en ter voldoening aan het Decreet van den
' t7 Maarc ce vooren, deszelfs eonfideratien en advis
2 op de Requefte van Jan Melkert, woonende te " Gouda; daarby verzogc hebbende;, dac mogce wor-
den verklaard, dat zyn Zoon Pieter Melker't, niec " vale in de termen der Publicatie van den 8 January 3! 1.1., houdende maacregulen eer beteugeling van de 9 toe den dienst des Vaderlands opgeroepen, en on" willige Leden der Gewapende Burgermagc; en dac, 9 immers en in allen gevalle, indien onverhoopcelyk, 9' eigens den Hipten fecieï van de Wee, moge worden * begreepen , dac gemelde zvn Zoon door deszelfs 'gedrag hadr geïncurreerd eene of andere ftraffe. by ! de voorzegde Publicatie bepaald, als dan zyn Zoon 11 daar van' mogte worden gedispenfeerd en onchee-
*s Ven. rf „ En de tweede en derde leezing van voorn, Misfive, op den 21 d- ezeren heden gefchied zynde,heefc " de Vergadering, conform hec advis van bovengem.
Bewind, befloten , hec verzoek, door den voorn. " Supplianc voor deszelfs Zoon Pieter Mdkertj^^ daan, by deezen ee accordeeren, en denzei veudien" volgence te releveeren van het verzuim, door hem 11 gepleegd, dojr zich niec ^en beboorlyken tyd aan „ den Raad van Discipline van nee Bactaillon, waareoe „ hy behoorc, aan te geeven; mee lasc echcer aan den „ voorn. Raad, om den gemelaen Pieter Melkert als „ nog te vonnisfen, even als had hy van de faculceic „ oni" zich aan te geeven, agtervolgens de bovenga„ melde Publicatie, behoorlyk gebruik gemaakt, en Hb 4 » hem



524 ij» APRIL 1800.
» hem aldus mee veertien dagen Huis- of Provoost„ Arrest, of minder, naar exigentie van zaaken, te ftrafien,
,, En zal Extract deezes, met byvoeging van voorfz, » Requeste en Bylagen, in originali, worden fjezon'
den aan het voornoemd Uitvoerend Bewind der „ Bataaffche Republiek * om hier aan de noodige j, executie te geven.
„ Zullende dit befluit, overeenkomftig het 60 Art, s, der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezon„ den aan de Tweede Kamer, met en benevens de „ voorfz, Misfive en Requefte, in originali.''''
' En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer clyken te feyn gefchied, is de tweede leezing van dit Befluit , by deeze Vergadering bepaald, op Vry. dag den a Mey eerstkomenden.
Is geleezen een Extradt uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffchen Volks van den 24 April 1, 1.; genoomen , na gehoord te hebben de eonfideratien en hec advis, van hec Uitvoerend Be* Wtnd dat mede alhier geleezen is, op de Requefte van de Leden Convencuaalen van hec Kloofter St. Agatha, inden Lande van Cuyk, verzogc hebbende auchonfacie op hec voorn. Bewind, om aan hun te verleenen continuatie der Pacht of Admodiatie van hec voorn. Klooster &c.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refamtie gedelibereerd zynde over eene Mism five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche,
u Re-



sp APRIL 180a. §nj
„ Republiek, gefchreeven alhier den n April 1. ]., M fub No. ff, en den 16 daar aan volgende eer deezer n Vergadering geleezen; houdende, ingevolge van „ en ter voldoeninge aanvhec Decreec van den 19 „ February te vooren,deszelfs conllderatien en advis, „ op de Kequeste van de Leden Conventualen van „ het Kioofter St. Agettha; daarby verzogc hebben„ de, dac hec Bewind voorn, mogte worden geauco« „ rifeerd, ten einde aan hun Requeftranten voor den „ ryd van twaalf Jaaren, gerekend te zyn ingegaan „ met den 1 Sepr. 1797, te verleenen continuatie der „ Pacht of Admodiatie van het voorn. Klooster; en » a,,e c)e Goederen daar tos en onder behoorende, en „ wel voor een verminderde Pachrprys, in plaats van „ ƒ 1700, voor ƒ 1200 'sJaars, oi op zodanige an„ deregunftige fchikking, als bevonden zal worden „ te behooren.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Mis„ op den 21 deezer en heden gefchied zynde, heeft „ de Vergadering, conform het advis van bovengem," „ Bewind, befloten, hec Uitvoerend Bewind mits „ deezen ce aucorifeeren, om aan de voorn. Reques„ tranten te verleenen concinuacie van Pachc van het „ Kioofter en Goederen van St. Agat/ta, in alles, „ op den voet en tegens dezelfde prys van zeventien „ honderd Guldens 'sJaars, als by hec laatfte Admo„ diatie-Contract, in dato >io September 1785, ver„ meld ftaac, en dus mede onder referve, om aan de zyde „ der Verpachters, na verloop der eerfte zes Jaaren, 35 die Pachc ce mogen opzeggen.
„ En zal Extract deezes , met byvoeginp- van „ de voorfchreeven Requefte en Bylage, in origina„ //, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind •j der Bataaffche Republiek.
Hf> 5 „ Als



39 APRIL i8aé*
„ Als mede gejyk Extract aarl de Cömmisfarisfesj ^, tot de Nationaale Rekening, respectivelyk tot der-
zeiver informatie en naricht,
,j Zullende , overeenkomftig het 60 Articul der ^Staatsregeling, dit Befhfii* ter bekragtiging wor,5 den gezonden aan de Tweede Kamer van het
Veitegenwo.qrdigend Lichaam, met en benevens !*» ds voorfz. Misfive en Requefte,- in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyfcen te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit befluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag deri e iViei eerftkoomenden.
Is geleezen een Extract uit hst Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 1$ April 1.1 ; genomen, op de Requefte van C.H.Huisv>an, verzocht hebbende Brieven van venia at*lis.
Welk Eefluic is van den volgenden inhoud:
j, By refumtie gedelibereerd zynde, over de Requefte van Cornelis iluibregt Huisman, oud ruim 21 jaaren, woonende te Spykenis, den 17 „ April j 1. alhier ter Vergadering v»or de eerfte „ maal geleezen» daarby, gemuniëerd met favorabele Brieven van voorfcbryving, van de Municipaliteit j, van Spykenit in Braband, verzogc hebbende, „ dat het Vertegenwoordigend Lichaam aan hem „ Kequeftrant geliefde te "verleenen , Brieven vari ,5 venia atatis.
„ Ln de tweede en derde leezing van voorfz. u Kfdueste, op den 21 deezer en heden gefchied
„ zyn-



a9 APRIL 1800. 597
j, zynde heefc.de. Vergadering, befloten, her ver„ zoek, by voorfz, Requefte gedaan, mits deezeü ,-, ce accordeeren, en diepsvolgens ten behoeve van „ voorn. Requeftrant de door hein vcrzogre Brieven ,;, van venia ètatis ih behborlyka' forma te doen dé,;, pêcheeren.
„En zal Extraét deezes, mèc byvoeging van „ de vporfchreeven Requeste en Bylagen, in ori„ ginali , worden gezonden aan het Uitvoerend „ Bewind der Bataaffche Republiek $ ten einde „ hier aan de noodige executie te geeven.
„ Zullende dit Befluic, ingevolge het 60 /irticulder „ Staatsregeling , ter bekragtiging werden gëfson„ den aan de Tweèdè Kamer, mee en benevens
dé vöorfi?. Requefte en Bylagen, in originali*
Eh daar de drie léézingen by de Eerfte kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing van dit J3é fluit by deeze Vergadering bepaald op Vrydag, den a lVley eerstkomenden^
Is geleézén eèn Extract uit het Register" dér BeA fluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des b'ataaffchen Volks, van den 2,5 ftphl lf.,- waarby dezelve aan deeze Kamer «zendt eene Nominatie van twee Perfoonen, ten éinde uit deztlve door deeze Kamer, eer vervulling van een vacatuur ih hec Collegie vari Schepenen van Budd. een Lid Worde verkoórén.
Zynde dac Befluic van den volgenden inhoud*:
,. De Stembriefjes der Leden opgehaald zynda tot 1, hec redueeeren op twee Peifoonen, van dé No-
„ mi-



528 29 A p R 1 L l8o°»
minatie uic vier Burgers, door hec Collegie van „ Schepenen van Budel, per Misfive, op den 22 dee» v zer maand April, ter Vergadering ingezonden, in „ de Notulen van dien dag geinfereerd, en toe heden }, gehouden in advis, is, na opneeming der ftemmen, , gebleeken, dat op het tweetal voorn., ten einde daar
uit door de Tweede Kamer een Perfoon werde be' „ noemd, ter vervulling der in het gemeld Collegie „ exteerende vacatuure, veroorzaakt door den Bur„ ger Antonie Gommer Gommers, welke geweigerd „ heefc hec Lidmaatfchap in hetzelve Collegie te ac,, cepteeren, gebragt zyn, de Burgers Hendrik „ Kcekhofs en Wilhelmus Beckers-
,, En zal dit tweetal, by Extraét deezes, ten voor„ zegden einde, worden gezonden aan dsTweede Ka» „ mer, mee en benevens Copie der voornoemde „ Misfive.
Waarop de Vergadering de eleétie van een Lid in gemeld Collegie uit voorfz. Nominatie heefc bepaald, op aanftaanden Vrydag den 2 Mey.
Volgens de Orde van den dag, ayn de eweede Ieezingen van de volgende Befluiten van de Eerfte, Kamer gefchied:
Voor eerst'. Van hec Befluic van den 18 April 1.1., houdende eene bepaaling, om aan T. Schilperoord, deszelfs Penfioen toe ultimo Maarc te doen betaalen.
Ten tweedent Van het Befluit van den 18 April 1.1., op de Requefte van P. Elders en M. S. Schoonen»
bergt



89 APRIL 1B00, 529
terg, verzocht hebbende ontflag van Fidcï*Com» mis.
Ten derden', van bet Befluit van den 18 April I.I., op de Requefte van P. Kroon, om ontflag van FideïCommis.
Ten vierden: Van het Befluit van den 18 April li., op de Requefte van J. Claasz. Bus en O. Claasz. Bus, om venia atatis.
Ten vyfden: Van het Befluit van den 22 April II., waarby qualificatie wordt verleend op W. Pasfchen^ Officier in het Ampt Breedevoort, tot hec asfumee* ren' van afgetreeden Municipaliceirs • Leden.
Ten zesden: Van hec Befluit van den 22 April 11., op de Requefte van W. Lommelaers, om prolongatie van het Octrooy van de revenuen der Waag voor de Schutcery te Bergeyck.
Ten zevenden: van het Befluit van den 22 April 1.1., bepaalende eene toelaage aan den Hove van Jufticie in Gelderland.
En heeft de Vergadering, de derde leezing van alle deeze Befluiten bepaald , op Vrydag den 2 Mey eerstkomenden.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Regifter der Befluicen van de Eerfte Kamer van het Vercegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, van den 17 April 1.1., waar van de eerfte leezing op
den



f3?
stg APRIL ï8op.
den as, en de rweede leezing op den 25 daar aan vol* .gende zyn gefchied, houdende hec befluic dier Kamer pp de Requesce van D. de Boer? verzogt hebbende, het' maaken van eenige fchikkingen, nopens "de betaaling van het Amptgeld, door hem, als ad interim aangeftelden Dykgraaf van de Beemfter, te betaalen.'
■Welk Befluit in de Noculen van dè# 22 Aja^l 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agieryolgens hec 32. Art. Liet. e. van het Regiement B. der Staatsregeling., gedecreteerd.:
De Tweede Kamer bekragtigt hei voorgefteld ï?£» fluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd Bejluic, ingevolge Are. 69 der Staatsregeling , mee de Requfre en Bylagen f onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Beftiisd y en tevens een affchrifc van hetzelve, in be« hoorlyKe 'forma, aan dé Eerfie Kamér.
Zullende Extract van die Decreet wórden gezonden aan Cammhfarisien der Nationaale Rekening, coc informatie. V
Is voor de derde rranl geleezen een Extracjt uit her, Register der Befluiten van de Eetfte Kamer van hec VertegenwoordigendjUqhaara des Bataat^en Volks, van den 17 April 1.1, waar yan do eeill. leezing op den 22 April , en de''tweede leezing op den a£ April daar aan volgenden zyn gefchied, houdende bet Befluit .dier Kamer c.p c]p Requefte van flB Jtuêzebêsch, verzogt ^hebbende, remis van zyne ver. fcr.uïöigde Landfchatcing.
We& befluit jh cjé Noculen vap den 22 ^prü IJ, is geïufeieérd:
Waars



S9 APRIL 1800. S$£.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec ga Art. Lit. e van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be» (luit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragcigd Befluit, ingevolge Art, 69. der Staatsregeling, met de Requeste en Bylagen t onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, ea tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfie Kamer.
Zullende Extract van dit Decreet worden gezonden aan Commisfarisfen der Nationaale Rekening, tot informatie*
Is voor de derde maal geleezen een Extracl; uit hec Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den e-', en de tweede leezing op den 25daaraanvolgende zyn gefchied, houdende hec befiuir. dier Kamer op de Requefte van p van Mil en A. Kerkhof , verzogt hebbende remis van Pachcpenningen.
Welk befluic fa de Notulen van den 22. April 1.1. ïs gemfereerd.
'Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens-bec $2 Are. Lite. e. van hec Reglemenc' B. der Staatsregeling, gedecreceerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit. en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragcigd befluic, ingevolge Areieal 69. der Staatsregdmg, met de Reqaestè en Byi.3lage, onverwyld woeden gezonden 'aan het Uitvoerend



29 , m P R i L i8ooè
rend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende Extract van die Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen der Nacionaale Reekening, tot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een ExcracT: uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 16 April 1.1. , waar van de eerfte leezing op den 22 April en de tweede leezing op den 25 daaraanvolgenden zyn gefchied, houdende het Befluit dief Kamer op de Requefte van H. Beukers, verzogt hebbende , met een Penfioen ce worden begunftigd,
Welk Befluit in de Notulen van den 2 2 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens het 32. Are. Litt. e. van het Keglemenc B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Be' ft uit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd befluic, ingevolge Art. 69» der Scaacsregeling, mee de Requeste en Bylage, onverwyld worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, en cevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Zullende ExcracT: van dit Decreec worden gezonden aan Commisfarisfen tot de Nationaale Rekening, tot informatie.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl uit het Regifter der Befluiten van de Eerfte Kamer
van



19 APRIL 1800; 53$
van bet Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 17 April laacft'eeden , waar van de eerde leezing op den 23 April, en de tweede leezing op den 25 daar aan volgende zyn gefchied, houdende het befluit dier Kamer een algemeen voorfchrift voor de GrondDiftrift en Ringsvergaderingen van de Bataaffche Republiek.
Welk befluit in de Notulen van den 22 April 1.1. is geinfereerd:
£n is daarop gehoord hec Rapport van de Burgers Reprrefentanten Busch, en verdere, by Decreec va» den 22 deezer gecommitteerd zynde Leden, ten examen van hetzelve befluit, in welk Rapporc welgemel. de Commisfie der Vergadering advifeerc, hetzelve befluit te bekragcigen.
Waarop gedelibereerd zynde, heeft de Vergadering zich met de conclufie van dat Rapporc geconformeerd, cn agtervolgens hec 32 Art. Lit. e. van hec Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd.
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
Én zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift vau hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte K#* mer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 17 April 1.1., waar van de eerfts leezing op den 22, en decweedelezing opden 25 daaraanvoL u'ende zyn gefchied, houdende her befluic dier Kamer op de Requefte van IV. Kluppel, Wed. C. //. r ' U Mi



29 APRIL 1800."
derwyk, verzogt hebbende te worden vrygefteld van alle r_cenaliteiten, welke zv wegens bet niet vertoonen baai er Recepisfen en Qaitantien der laatst afgelopen Geldheffing zoude hebben geincurreerd.
Welk Befluit in de Notulen van den 22 April 1.1. is geinfereerd.
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens hec 32 Art. Litt. e. van het Reglement B. der Staatsregeling, gedecreteerd:
De 1 wee de Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Articul 69. der Staatsregeling , met de voorfz. Requefte, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, en tevens eera affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voorde derdemaal geleezen eenExtracT: uit bet Re • gister der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Voiks, van dm 16 April laacfll., waar van de eerfte leezing cp dïii 23 en de tweede leezing op den 25 daar a.i 11 volgende zyn gefchied, houdende hec Befluic d er K irncr op de Requeste van C. van Diggelen, J. van Diggelen en G. van Hat tem , alle verzogc hebbende Brieven van Creatie als Nocarisfen.
Welk befluit in de Noculen van den 22 April 1.1. is gunforeerd:
Waar op gedelibereerd zynde, is, agcervolgens het £2. Art. Lite. e. van het Reglement B. der Staatsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit, er. verandert hetzelve in een Decreet.
En



29 APRIL 1800.
535
En zal dit bekragtigd Befluit, ingevolge Art. 69. der Staatsregeling, met Copie der Misfive, Requeste en Bylage by het Befluic gemeld, onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind» en tevens een affchrift van het zelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extract uic be t Regiscer der Befluicen van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataalfchen Volks, van den 16 April 1.1., waar van de eerfte leezing op den 02 en de tweede leezing op den 25 daar aan volgenden zyn gefchied, houdende hec Befluic dier Kamer op de Requeste van A. Klaver wy de, verzogc hebbende Brieven van Creacie als Notaris.
Welk Befluic in de Noculen van den 22 April 1.1. is geinfereerd:
Waarop gedelibereerd zynde, is, agtervolgens Art. 32. Litt. e van het Reglement B der Scaacsregeling , gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Befluit , en verandert hetzelve in een Decreet.
En zal die bekragtigd befluic, ingevolge Art, 69, der Staatsregeling, met Copie der Misfive en de Requeste en Bylagen by het Befluit gemeld , onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind én tevens een affchrift van heczelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
Is voor de derde maal geleezen een Extracl: uit hec Regifter derBefluiren van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bacaaffchen Volks van den 16 April hu, waar van de eerfte leezing op dui 22 , en de tweede leezmg op den 25 li 2 daar-



g34 59 APRIL igósi1
daaraan volgen de zyn gefchied ^ houdende het Befluit dier Kamer op de Requeste van A. C. Batist, Wed. ■van G. Menu, verzogc hebbende de ten Requeste ge« pielde affchryving van Verponding over eenige DruipLanden in de Augusia Polder.
Welk Befiuit in de Noculen van den 22 April 3.1. is geinfereerd.
. Waarop gedelibereerd zynde, is heizelve gehouden 5n advis, toe de Commisfie, in deeze zaak benoemd, Kapporc zal hebben uicgebragc.
Aan de orde van den dag zynde de benoeming van éen Perfoon toe Lid in hec Collegie van Scheepenen der Stede Brouwershaven, uic de nominacie door de Eerfte Kamer, by haar Befluic van den 22 April 11* ingezonden, den 25 dier maand by deeze Kamer inge» komen, en in de Noculen van dien dag geinfereerd, is door deeze Vergadering uic dezelve Nominacie verkooren, de Burger Cornelis van der Velde.
Wordende de gemelde Burger by deeze cot Lid Van het Collegie van Scheepenen der Scede Brouwershaven benoemd en aaogefleid*
En zal Extract van die Decreec wórden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Bacaaffche Republiek, om daar aan de nodige lixecucie ce geeven; als ook een affchrift van heczelve aan de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam, coc informatie.
Is gehoord het Rapporc van den Burger Reprsefen-
lanc Bu.ch en verdere, by Decreec van ,den 28 Maarc ] i., Üecomnritreerd zynde Leden , cenexan;en van een Befluit van de Eerfte Kamer van hec Vercegenwoordigend Lichaam des Baauffehen Volks, den 18 daar



jèp A j? R I L têöOi 5S7
rfe Vooren genoomen op de Requefte van J, Kier ert C. Mourick; verzogt hebbende Ocïroy en Permisfie, om, binnen dm Bosch, op de capitaale Wal *ce mogen erigeeren; een Wind- Koren Molen; advifeerende de gem. Gecommitreerdens tot bekragtiging. van dit Be» fluit.
En heefc de Vérgadering zich met dat geadvifeérdé geconformeerd, en de derde leezing van evengemeld Befluit, op den atf Maarc hl. gefchied zynde* als hu omtrent hetzelve; ingevolge Art. 32. Liet. è Van het Reglement B. der Staatsregeling,gedecreteerd:
De Tweede Kamer bekragtigt het voorgefteld Beduit, en verandert hetzelve ih een Decreet.
En zal dit bekragcigd Befluic, ingevolge Are 69.' der Staatsregeling; mee de Requeste onverwyld worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, en tevens een affchrift van hetzelve, in behoorlyke forma, aan de Eerfte Kamer.
De Burger Reprajfentant van Ho'ógftraten en ver» dere by Decreec van" den 26 deezer Gecommitteerd zynde Leeden, ten examert van een befluit van de Eêrfte Kamer van hec Vercegenwbordigend Lichaam des Bataaffchen Volks van den 25 daar ce voöleh gehomén.
1.) öp de Requefte van Beftuurders Van de Gereformeerde Diaconie Armen töc Maasflüis, om permisfie tot het openen van eene Negotiatie, by forme Van Lotery.
2.3 Op de Reqiielte van de Municipaliteit van Delfshaven, om, een behoeven der Armen-Befiüürert aldaar, een by de Requefte overgelegd plan van Negotiatie by wyze van Loterye in werking te brengen: en



538 s9 A P R I L 1800,
3.) Op de Requefte van Regenten van her Weesfiuys der ftede Vlaardingen, om confent in eene Ton • tine Negotiatie»
Hebben ter Vergadering uitgebragt, het hier na* Volgend Rapporc:
BURGERS REPRESENTANTEN!
Den 25 April 11. is met onverwylde noodzaakelykheid, by de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaffche Volks, bef loten:
(Fiat infertio.y
Van welk Befluit, deeze Kamer daags daar aan de on* verwylde noodzaakelykheid heefc bekragtigd, en de Burgers Reprtefentanten de Leeuw , Lublinck de Jonge en Cramer, gelast, om over het Befluit zelve te dienen yan eonfideratien en advis.
Uwe Gecommitteerden hebben de onderfcheidene Requesten geëxamineerd, en bevonden , eerftelyk ,dat, deBejUuurders over de Gereformeerde Diaconie Armen te Maasfluis permisfie verzoeken toe het openen van eene Negotiatie van eenmaal honderd duizend Guldens gevestigd op tweemaal honderd duizend Giildens Capitaal Bataaffche Effecten , by forme van Lotery of verdeeling af te losfen, na verloop vau vyf [aar, tegen een behoorlyken interesfe, mits den inhoud der Publicatie van het Uitloerend Bewind- in dato 17 Maart deezes Jaars niet uit het oog verliezende, en het voordeel, na aftrek van alle onkosten, daar door te genieten, te ftorten in de Cas der Gereformeerde Diaconie-Armen , onder voorwaarden van aan de Roomfche Catholyke en Joodfche Armen-Beftuuren zo veel uit te keeren, als tiet aandeel voor die gezindheden , naar rato van hun aantal, zal bedragen, en voor zo veel dat aandeel by voorige gelegendheden onderling js geconvenieerd en vastgefteld. Omtrent dit verzoek vinden uwe Gecommitteerden zich vcrpligt aan te merken, dat 1 i 4 het'



2.9
APRIL 180a 039
hetzelve is te algemeen , en zonder dat 'er ean plan yart uitvoering is by gevoegd, fet welk alleen Uwe Gecotrimitteerdens doet difficulteeren , om het daarop gevalle befluit te bekostigen, te ni.er, om dat het onzeker is, op hoe hoog de jaarlykfehe Intresfen zullen gefteld wor, den; of de Diaconie zelfs nog Bataaffche r ffecten bezit, om mede tot onderpand te dienen , en dus deeze ^egQtiatie des te zekerder fe doen gelukken , dan wel, o» te tweemaal honderd duizend gulden Bataaflchen Ertecten uit deeze Negotiatie aan te koopen , alleen maar kun.net* (trékken tot onderpand; en eindelyk, op wat wyze atlosling zal volbragt kunnen worden.
Ten tweeden : dat de Municipaliteit van Delf steven verzoekt voor de Regenten van het algemeen Armbeiluur aldaar, het oprichten eener Loterye, mede met m achtneemitig der Publicatie van 17 Maart, zullende die Lqterve, volgens een daarby overgelegd Plan, beftaan jq drie. Clasien , waar van de inleg voor de eerfte bepaald _is op, 10, voorde tweede op 16, envoo.r de derde op 10 ftuivers % terwyl de ontvangst ook geheel wordt uitgedeeld aan Pryzen en Prcemien zonder Nieten, zynde de iaagfteprys voor de eerfte Clasfe gefteld op 15 ftuivers, vc-ot de tweede op 1 gulden, en voor de derde op 10 ftuivers, zo dat al het voordeel van deeze Lotery alleen beftaat in, eene korting van rapCc., op eene fomma van f5zp> V"> maakende den geheele ontfangst.
Uwe Gecommitteerdens, Burgers Reprajfentanten, zyn van gedagten , dat het befluit op dit verzoek zoude kunnen worden bekragtigd , vermits zy de Publicatie yan 17 Maart zodanig vermeenen te kunnen uitleggen, dat dezelve daarmede niet als ftrydig kan worden aangemerkt; dat de hooge nood der Armen te Delfshaven, een dadelyk middel tot onderftand vordert; — en eindelyk uit aanmerkinge, dat deeze Negotiatie by wyze van Lotery geene aanraerkelyke fomma bedraagt, als zig bepaalende tot ƒ 5250.
Uwe Gecommitteerden hadden dan ook wel gemensent een middel te kunnen uitdenken, om dit verzoek ten fpoedigfte te kunnen doen effect, forteee , doch, aangezien het befluit der Eerste Kamer gen 0 " is op drie onder.
■ • ' fchei-



3o A P R ï L 1800.
547
„ cordeeren, des voorn. Suppliants verzoek, om te „ mogen verveenen zeven honderd Roeden van een „ en een halve Morgen Lands, zynde Veenland, aan „ hem Suppliant in eigendom toebehoorende,en welke zyn geleegen onder den Gerechte van Corten„ hoef,, (trekkende van een Camp Lands, aan hem „ mede in eigendom competeerende, westwaards op 7, tot aan de Veendobbe toe, belend ten zuiden Ma„ thys Straalman, en ten noorden Corver Hoofd, „ en zulks met dispenfatie van het generaal Regie„ ment van verveening onder Cortenhoef voorn.; wor„ dende de verleende concesfie ter verveening echter aan hem Supplianc geaccordeerd, onder de na„ volgende bepaalingen. „ 1.) Dat de verveening zal moeten gefehieden „ ooltwaards aan, ter lengte coc dac daar de, „ aan de zuidzyde gelegen, Veendobbe'of ,, Verveening is geëindigd, en waar van de „ overgebleeven Akker en Wateren chans be„ hoorc aan Gerrit Hofkamp. „ 2.) Dac de Verveender zal gehouden zyn, hecce „ verveenen gedeelce ce verwaarborgen coc „ driehonderd Guldens per Morgen, endaar „ en boven becaalen moecen vyf Stuivers van „ ieder Roede Slik, uit het te verveenen ftulc „ Land wordende geveend, ten behoeve van „ den Gemeenen Armen van Certenhoef. '■ En „ 3.) Dat de Verveender in het te verveenen (tuk ,, Lands, zal moeten formeeren eene genoeg„ zaame doorfnydinge of blind, tot zodanige „ wydce, als door de Municipaliteic van Cor» ,, tenhoef zal worden bepaald, zodanig, daC ,, dezelve genoegzaam mee de Aarde van hec „ te verveenen gedeelte zal kunnen worden Kk 3 „ge-



543
go APRIL 1800.
» gedigc, en daar door een fufficicnte Akker „ geformeerd, en welke digting de Verveender zal gehouden zyn behoorlyk te efFeétu„ eeren, en niec vermogen eenige Aarde van „ hec te verveenen gedeelte te vervoeren, of in de Dobbes te werpen, maar alle dezelve „ gebruiken coc verfterking en aanplemping van voorfchreeven Akker. „ En zal Extraét deezes, mee byvoeging van „ voorfchreeven Requelte, in originali, worden ge„ zonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche 9, Republiek, om hieraan de noodige executie te „ geeven.
„ Zullende dit Befluit, overeenkomftig Articul 60 „ der Staatsregeling, eer fanétie aan de Tweede Ka53 mer worden gezonden , mee en benevens de „ voorfchreeven Misfive en Requefte, in originali."
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken ee zyn gefchied, is de cweede leezing deezer ftukken, by deeze Vergadering bepaald, op Saturdag den 3 Mey eersckomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 April 1.1.; genoomen na gehoord te hebben, het Rapport van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is, op de Requeste van J. Bader, verzoge hebbende cominuacie van Penfioen.
Welk Befluic is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over het Rap3, port van de Burgers Reprjelèntantcn van Veen,
,» en



$o APRIL i8ö». §49
en verdere, by Decreet van den i April IJ., Ge.
" committeerden, ten examen van de Requelte van 'fok. B-'der,gewezen Bode van de voorm. Scaaten
" van Holland en IVest Friesland; daarby verzogt
„ hebbende continuatie van het aan hem Requeftrant, ' in die qualiteit, toegelegd Penfioen. „ En zyndé het voorn. Kapporc op den 18 April
„ U alhier ter Vergadering uitgebragt en in de Notulen van dien dag geinfereerd.
En de tweede en derde Leezing daarvan , op den 28 daaraanvolgenden, en heden gefchied zynde ,
" heefc de Vergadering, zich met hec daarby voorgeflagen Concepc Befluit conformeetende, ook aldus
„ beflooten:
De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoor l hebbende " hec Rapporc eener perfoneele Commisfie, in wier " handen gefield was de Requefte van Johannes Ba" der gewezen Bode van de voormalige Scaaten van " Holland en West Friesland, en woonende alhier „ in de Haage, daarby, om geavanceerde redenen, Z verzoekende, met de concinuacie van het by hem
genoten wordend Penfioen ce mogen wordenbegun„ rtigd, cot ultimo December des gepasfeerden Jaars, „ by hem genoten. ...
En overweegende, dat m 't legaal bewys con-
lieert dat de Requeftrant alle de vereischtens be" zie, die by de Scaacsregeling, en kragtens dezelve
genomen Decreeten, worden gerequireerd.
„ Befluit:
„ Aan den Requeftrant te accordeeren, de continuKk 4 » alie



55° S° APRIL j8oo.
„ atfe van hec aan hem coegelegd Penfioen, eer fom„ ma van 500 Guldens jaarlyks, en zulks provifioneel „ coc ultimo Maan 11., en ongeprrejudicieerd de deli„ beiatien van hec Vertegenwoordigend Lichaam , 93 over de propofitie van den Burger Repraefemanc de „ Sonnaville, nopens de bepaaling dier Penfioenen gedaan.,
„ En za! Extracl deezes worden gezonden zo aan „ het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, r> als aan Commisfarisfen tot de Nationaale Rekenin' „ gen, respectivelyk tot derzelver informatie.
„ Zullende die Befluic, overeenkomftig het 60'Art. der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden aan de Tweede Kamer, met en benevens het indeezen uitgebragt Rapport, en de ftukken daarcoe ren Jacil, in originali,"
,, En is voords gedecreteerd (na de bekragtiging „ van bovenftaand Befluic) de voorfchreeve Requefte „ en Bylagen, in originali, andermaal re ftellen in » handen van voorfz. Commisfie, om by derzelver „ ter deezer zaak uhtebrengen generaal Rapport, he: nodig reguard te flaan.
Ten welken einde Extradt deezes, voor zo veel „ dac gedeelte becreft, zal worden gelteld in handen van den Burger Reprasfentant van Veen, als eerscbenoemden in de gezegde Commisfie, tocinforma,3 tie.
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede leezing deezer ftukken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag, den 3 Mey eerstkomenden,
Is



$o APRIL i'Soo.
is gebragt, om dienaangaande ais nog uitfpraak „ te doen.
Befluit:
„ Drie maanden, na dat het ten deezen te vallen „ Decreet ter kennis der refpeclive Kerkgenootfchap„ pen te Osf zal zyn gebragt, ofwel zo veel vroe„ ger of Inater, als pareyen onderling mogtenconve,, niëeren, zal het Plaatfelyk Kerkgebouw aldaar, „ met alle deszelfs baaten en lasten, mitsgaders het „ Orgel, Predikftoel en andere inmeubile Goederen, „ in zo verre die geen wettig eigendom van het Her„ vormd Kerkgenootfchap, of Leden ven dien zyn , „ overgaan aan het Roomsch Catholyk Kerkgersooc„ fchap, om ten allen tyde onder het bezit, de be„ beering en het fpeciaai onderhoud dier Gemeence „ re verblyven, en zulks onder de navolgende be.
paaüngen:
A. „ De Roomsch Catholyke Gemeente zal ver-
pligt zyn, aan de Hervormde en Mofaïfche Kerkgenoocfchappen uit ce keeren, zodanig „ gedeelte der waarde, waarop die Kerkge„ bouw, Orgel en inmeubels, volgens het Plan door de Municipalireic ingezonden, ,, is getauxeerd, en zuiks in evenredigheid „ van 289Ó, cegens 54 en 32 Zielen, van hec „ Rosmsch tegens de Hervormde en iVïofaï* ,, fche Kerkgenoocfchappen refpective; en „ zulks in ééns daadelyk by den afftand, „ door hec Hervormd Kerkgenoocfchap ce „ doen.
B. „ De Kerkelyke Goederen en Fondfen zullen „ alvoorens worden berekend en getauxeerd ,-
„ in



554 3° APRIL 1800,
„ in conformiteit van het Decreet vanhetVer„ cegenwoordigend Lichaam, van den 14 Fe-
bruary 179 waar van Copie neffens het een „ deezen te ntemeri Decreec zal worden ge-
voegd; en het geheel montant, na aftrek >5 der lallen, en byvoeging van het voordeelig 9J flot der laatfte gedaane of nog te doe„ ne Kelkenrekening over 1'99, in gelyke 35 evenredige verdeeling, als voormeld, moe-
ten gefehieden; blyvende nogthans aan het j, Hervormd Kerkgenootfchap vry en onverlet, „ om, indien'er onder de Kerkelyke Goede,3 ren worden gevonden , waarop hetzelve ,5 eenig privatif recht van eigendom mogte lus,5 tineeren , als nog binnen 14 dagen na beko5, men kennis van het in deezen gevallen De„ creet, ten genoegen van het Gemeente Be„ ftuur nader te bewyzen, dat dezelve Goedej, ren, of een gedeelte van dien, behooren „ onder die geene, welke, volgens het 4 en „ 5 der Addicioneele Articulen, van de naas„ ting zyn geëximeerd, en alzo niet kunnen 5, gecompuceerd worden onder de zodanige, „ welke, volgens het benende Decreet van „ het Vertegenwoordigend Lichaam , van den „ 30 November 17^8, aan het naaftend Kerk„ genootfehap moeten overgaan, behoudens
aan de respeclive Kerkgenootfchappen, om, „ wanneer zich met de decifie van 't Gemeen„ te-Beftuur ter dier zaake mogte bezwaard
achcen, als dan binnen gelyke 14 dagen, „ na die gevallen decifie, zich deswegens aan „ het Vertegenwoordigend Lichaam te adres„ lèeren.
C. „ Het



556
go APRIL 1800.
„ Wordende het Plaatfelyk Beftuur te Osfgelast, ,s na dienaangaande mee het Beltuur te Heeschtehib-
ben gecorrespondeerd, en al het bepaalde, by de „ Additioneele Arciculen der Staatsregeling, en de „ daaruit gerefulceerde Publicatien van den 12 July >, 1/9^, opzichtens hec Paftoryhuis ce Osf voormeld, „ te hebben verricht, en alle gefchikte middelen tot „ een minnclyk vergelyk ce hebben geëmpioyeerd, „ by onverhoopte non reülire, de ftukken en befchei„ den dienaangaande, aan hec Vertegenwoordigend
Lichaam eer decifie in te zenden.
„ En zal Excract deezes worden gezonden aan s) hec Uitvoerend Bewind der Bacaafiche Republiek, ,, om hier aan de nodige executie ee geeven.
„ Zullende die befluic, overeenkomftig hee 60 ,, Are. der Staatsregeling eer bekragtiging worden „ gezonden aan de Tweede Kamer van 'c Vercegen ■
woordigend Lichaam des Bacaaffchen Volks , in „ zo verre de gedaane beflisfing becreft, met en be. ,, nevens hec in deezen uicgebragie Rapporc en By« „ lagen, alles in originali"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfie Kamer, blyken te zyn gefchied, is de cvveede leezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Saturdag den 3 IVley eerstkomenden.
Op voorftel van den Prasfidenc, is coc Lid in de Commisfie van ïoezichc en Policie over de Vergaderzaal benoemd de Burger Reprafencanc de Leeuw, in plaaes van den Burger Reprsefencanc van HoogBramen.
Zullende deeze Commisfie voor de navolgende drie Maanden beftaan uic de Burgers Reprjefeneancen de foncheere en de Leeuw. Waar



30 APRIL 1800.
Sb7
Waar van by Extracl: deezes zal worden kennis ge* geeven aan den Burger Repraifencanc de Leeuv.
En zal mede ExcracT: van die Decreet worden gezonden aan de Eerfte Kamer van 'c Vertegenwoordigend Lichaam, tot informatie.
Op voorftel van den Prsefrdent, is tot Lid in de Commisfie van de Drukkerye benoemd de Burger Reprsefencant van Rees, in plaacs van den Burger Reprasfencanc Siderius-
Zullende deeze Commisfie voor de navolgende drie Maanden beftaan uic de Burgers Kepraifentan.en Linthorst, Cramer en van Rees.
Waar van by Extraét deezes zal worden kennis gegeeven aan den Burger Reprsefencam van Rees
En zal mede üxtract van die Decreec worden gezonden aan de Eerfte Kamer van 'c Venegenwoordigend Lichaam, tot informatie.
Op voorftel van den Prsefident, is tot Lid in de Commisfie tot de Nacionuale Bibliotheek voor de volgende drie Maanden benoemd, de Burger Reprcefentanc Lublink de Jonge, in plaacs van den Burger Repraafentanc van Lennep.
Waar van by Fxcraét deezes aan den Burger Repraifentant Lublink de Jonge zal worden kennis gsgeeven,
En zal mede Extract van die Decreec worden ger zonden aan de Eerfte Kamer van 'c Vertegen woordigend Lichaam, coc informacie.
_Waar na de Prffifidenc de Vergadering fcheidc, en. adjourneerc coc morgen op den middag.












54© 20 APRIL i8o3*
fcheidene Requesten, en dat het dierhalven wezerittyk zyn drie onderfcheidene Befluiten, die naar het inzien yan uwe Commisfie niet alle kunnen bekragtigd worden. Zo brengt ook de Werkzaamheid van de twee Kamers een üitftel medé aan de favorable dispolitie voor die Van Delfshaven.
Ten derden: dat de Régenten .van het Weeshuis der Stad Flaardingen, om redenen , dat het getal der Kinderen jn het gemelde Huis, zelen weinige Jaaren met twee derden is vermeerderd, terwyl de Effeéten , by hetzelve' Voorhanden , geheel verpand zyn voor eene gedaane Negotiatie,en geene inkomften van de Visfcheryé meer ontfangen worden, verzoeken om eene Negotiatie te mogen doeri Van f 150,000 , beftaande uit 3000 aandeelen, a ƒ50. , ieder zo te verdeden, dat, door de uitlooting, voor icöö aandeelen, worden genooten Obligatien a 3 pCr, Intresfen , bedragende aan Pryzen en Prajiiiien zonder Nieten, (zo zelfs , dat de minste prys gelyk is aan de geheele aandeel; eene fomma van ƒ 100,000, en voor de overige 2000 Aandeelen in ftervende Lyfrenten , Brieven byWyze van Toiltiüe in 10 Clasfe van ouderdom verdeeld, geevende teri eerfte van a| tot 5 pCt. IntereSfe , zullende de 300b Aandeelen , of ƒ 150,000 worden befteed tot Aankoop vari f ioó.ooö 's Lands Effeclen, rentende a a| pe.- Cent* f ioöjcoo dito a 3A per Cent* en nog f 100,000 a 5 per Cent; alle welke Effecten tot zekerheid der Deëlneemers zullen verbonden worden 5 en voorts onder zodanige nadere Conditiën, als in een bygevoegd gedrukt Bericht bepaald is; verzoekende de Requestranten om alle fchuldbekentenisfen zonder Zegel te mogen uitgeeven.
Uwe Gecommitteerden, Burgers Reprajfeotanten , oordeelen , dat de Publicatie van 17 Maan tegen panicüliere óf onderhandfcheLoteryen in deezen, zelfs in den (.rikt* Iten zin is geobferveerd ,eii dit, gevoegd by de armoedige omftandigheden van het Weeshuis, zouden voldoende re* denen zyn, om deeze Kamer te permoveeren tot bekragtiging van het Befluit, ware het niet dat de aanmerkelyke fom van ƒ 150,009, in den geldloozen tyd ,dien, wy bekeven, eene gegronde vreeze opleverde , of wel voor deeze geheele fom zal worden ingefchreeven J en in dat
ge-



<^ APRIL 1800, 545
geval zien uwe Gecommitteerden geene genoegzaams voorzorg, ter verzeekering voor de geere, die in dtcze Negotiatie hebben deel genoomen. U.ve Gecorni.rii:teer« den achten het echter pii^tmaatif, dat de Geldfch'eters a in alle gevallen, volkomen zeelter wolden gelteld, en vermeenen dierhalven, dat in het Deer et, waarby de de verzogte Negotiatie zal worden toegedaan , behoorde bepaald té worden, dat geene 'sLands Rfl'eclen z. ileu worden aangekogt, en dus deeze Nego iatie geen voorTgaffg Zal hebben , dan , nadat voor de geheele f>m wan ƒ 150,000 zal zyn iiigt'fchreven ten zy de deelneemtrs voor eene mindere l>m daartoe 'expresfe'yk hunne ?oé~ llcmming kwamen te geven, zullende alle andere desbegeereiide hunne infchryving kunnen indekken, c;i ra geval zy reeds hadden betaald hun fournisfement wederom gegeeven worden.
Na deeze eonfideratien aan Ül. Burgers ReprseTewtiiB» teü gefuppediteerd, en aan uwe nadere överWeejjuig te hebben ovcrgelaaten j neemen Uwe Gecininii'tccrdeti de vryheid het volgend Decreet van weigering voor tc dragen y en aan Uw wyzer oordeel te onderwerpen.
Da Tweede Kamer overweegende, dat, ter bew deeVuig van het verzoek door de Belhiur Iers over e Gereformeerde Diaconie Armen te M<;asftuis , een üitge.vcrkt Plan of Beric'u onibreekt.
Overweegende, dat voor de deeineprhers in de Negotiatie ten behoeven van het Weeshuis der Stad P'laaraingèri, geene genoegzaame zekerheid gevonden wor 'r, in géval voor de geheeii fom van ƒ150,000 niet wierd ïngefchreeven.
Bekrachtigt het nevensgaand Hefluit niet.
ƒ>. C de Leemt* y. Lublink de y, Cr imer.
li S En



<S4£ ao APRIL 1800.
En heefc de Vergadering zich mee de Conclufie van hec voorfz. Rapporc geconformeerd, en de on. yerwylde noodzaaklykheid'van hec bovengem. Befluic op den 16 deezer bekragcigd zynde, ais nu, een aanzien van het Befluic zelf, ingevolge Are. 32. Lic. d. van het Reglemenc B. der Scaacsregeling, genoomen hec navolgend Decreec van weigering.
De Tweede Kamer overweegende, dat, ter beoordeeling van het verzoek door de Befiuurders ever de Gereformeerde Diaconie Armen te Maasfluis, een uitgewerkt Plan of Bericht ontbreekt.
Overweegende, dat voor de Deelneemers in de Negotiatie ten behoeve van het Weeshuis der Stad Vlaardingen , geene genoegzaame zeekerheid gevonden wordt* in geval voor de geheele fom van f 150,000. niet wierd ingefchreeven.
Bekragtigt het nevensgaand Befluit niet.
En zal Extract van die Decreec, mee infercie van hee alhier uitgebragc Rapporc, mee hec niec bekragtigd Befluic en alle de daar coe gehoorende Stukken, aan de Eerfie Kamer worden cerug gezonden.
Waar na de Prazfidenc de Vergadering fcheidc en aajourneert toe morgen op den middag, inmiddels dezelve converceerecde in een Committé Generaal.



C 543 )
ft E h r K H F. T T). F R <r PI W. È T\
BROEDERSCHAP* Woensdag den 30 April 1800,
HET ZESDE JAAR DER BATAAFSCHE VRYHEIDi.'
P R M S I D E.
Den Burger Repr&fencani K. Hovens.
Tegenwoordig de Buf gers Reprsefentanten.
J. A. Krieger.
B. Storm.
S. van Hoogflraten.
G. J. G. Bacot>
H. QuesneL
C. van Lennep. J. van Rees. H. van Andel.
A. Ploos van Amflel. P. Linthorst. D Hoitsma. J. S. Wentholt. F. Govers, 3. Busch.
3. Lublink, de Jonge» 3- Cramer W« C. de Crane. D. C'. de Leeuw. L. 3' Pitringa.
ABSENT*
Met permisfie*
3- C. Druman. N. van Foreest. 3' H. Siccama. C Floren. 3. Tomas. 3. de 3oncheere. B. Ten Pol. H. Hogewal. 3> Alberda.
Wegens ziekte*
M. Siderius.
De Decreeten, op gisteren genomen * zyn gerê* fumeerd en gearresteerd.
Kk L?



544
30 APRIL 1800.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eerste Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bacaaifchen Volks , van den 25 April II.; genoomen na gehoord te hebben de eonfideratien en het advis van hec Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requelte van Mr. C. Wygaers en C. Leemans, verzogt hebbende confent om uit derzelver Landeryen de zich daar in be. vindende Moer ce doen uithaaltn.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive ■ van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, gefchreeven alhier den n deezer, fub No. " ££; en den 16 daar aan volgenden ter deezer Vergadering geleezen; houdeu^e, ingevolge van en eer 9J voldoening aan hec Decreet van den 3 Maarc tevoo„ ren, deszelfs eonfideratien en advis, op de Requeste van Mr. Cornelis Wygaers, woonende in den Bosch, en Cenradus Leemans, woonende te J5 Baartwyk; daarby verzogc hebbende confenc, om de uic derzelver ten Requeile gemelde Landeryen .. de zich daar in bevindende Moer te doen uithaa-
33
„ len.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz Mis. „ five, op den 22 deezer en heden gefchied zynde, heefc „ de Vergade! ing, conform het advis van bovengem. „ Bewind, befloocen, der voorn. Suppiianren verz vk
by deezen te accordeeren, en dienvolgendeaanh.ua „ te verleenen permisfie, cot hec uithaaien van Moer s, uit de helft in drie en een halve morgen Hooy- of „ Moerland, genaamd Hekkenkamp, op hec Polder„ boek van den Ham resforceerende onder Cromvoort „ bekend No. 35, aan de Supplianten in eigendom
„ com-



35 APRIL 1800.
545
covripëteerende, en uit eene mofgen agter de oude s, Hoeven, in No. 52, benevens uit eene morgen j, Kerkengeer, in No. 76,als mede uit eene morgen, „ vyf honc, twaalf en een halve roede,of de helft in „ drie vierde in Monis Camp, groot in het geheel vyf morgen, cp gemelde Poldarboek alzo bekend No. 6S$ „ aan den eerstgenoemden Suppliant toebehooren* 55 de; doch zulks echfer alleenlykonder de navolgen* ,5 de gewoone bepaalingen:
jj i.) Dat zy Supplianten, volgens refoluden van den geweezen Raad van Staaten, van 14 „ Aug. 1683 cn 3 November 17iö, ten genoege van de daar by belanghebbenden, zul„ len moeten Hellen genoegzame cautie voof J3 de Verponding, Polder- en andere laden, jj °P gemeide Perceelen gefteld, of mogten ,,, ftellen.
55 2.) Dac zy geen uitgeftooken grond of turf bui„ ten de Bataaffche Republiek zullen mogen vervoeren.
£ 3,) Dat zy gehouden zullen zyn, de verkregena permisfie, nevens voorfz. Acle van Cautie , ten Comptoire van den 'sLands ReacmeeS' „ eer der Domeinen van hec voormalig GewesC ,, Bataafieh Brakand te laaten regiftreeren. ,, En zal hxtracc deezes, mee byvoeging van ds voorfchreeven uequesce , in originali , worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind der Baeaufiche Republiek, om daar aan de nodige Execu5, tie ce geven.
„ Zullende dit Befluic, overeenkomftig het 60 „ Articul der Scaacsregeling, eer fanctie worden ge9, zonden aan de Tweede Kamer van hec VerteKk a „ woor--



545
30 APRIL 1800.
„ woordigend Lichaam, met en benevens de voorfz, „ Misfive en Requesce, in originali.'"
En daar de drie Ieezingen by de Eerfte Kamer blyken te zyn gefchied, is de tweede Jeezing deezer Stukken by deeze Vergadering bepaald op Sacurdag den 3 Mey eerstkomenden.
Is geleezen een Extract uit het Register der Befluiten van de Eeifte Kamer van her Vercegenwoor. digend Lichaam des Bataaffchen Volks, van 24 April 11.; genoomen, na gehoord te hebben hec bericht, de confideiatien en het advis van het Uitvoerend Bewind, dat mede alhier geleezen is, op de Requefie van J. yan Zuilen, verzogc hebbende confenc coc hec verveenen van een ftuk Land.
Zynde hetzelve van den volgenden inhoud:
,, By refumtie gedelibereerd zynde over eene Mis„ five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Re„ publiek, gefchreeven alhier den 10 April 1.1 , fub
No, -en den 10 daar aan volgende ter deezer ,, Vergadering geleezen; houdende ingevolge van en
ter voldoening aan hec Decreec van den 7 Maart ce „ vooren, deszelfs bericht, eonfideratien en advis, ,, op de Requefte van Jan van Zuylen, woonende
te ^ Gravenland; daarby verzogc hebbende con*
ftnc, coc het verveenen van zeker by hetzelve Re. „ quesc omfchreeven ftuk Lands.
„ En de tweede en derde leezing van voorfz. Mis„ five', op den ai deezer en heden gefchied zynde, „ heefc de Vergadering, conform hec advis van het „ bovengem. Bewind, befloocen, by deezen te ac-;
v cor-



30 APRIL 1800,
55«
Is geleezen een Extraét uit het Register der Befluï, ten van de Eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 25 April 1 lv; genomen, na gehoord te hebben het Rapporc van eene perfoneele Commisfie, dat mede alhier geleezen is; houdende de beflisfing wegens de naasting van het Hervormd Kerkgebouw te Osf.
Welk Befluit is van den volgenden inhoud:
„ By refumtie gedelibereerd zynde over het Rap„ port van de Burgers Repraïfentancen Steyn Parvé,
en verdei e, by Decreet van den 9 Nsvember 1798,
Gecommitteerden, ten examen van de Requefte van „ de Municipaliteic van Of/", Quarcier van Maasland. „ Meyery van 's Bosch ; daarby ingezonden hebben-
de, het Plan van Schikking, wegens de naasting „ van het Hervormd Kerkgebouw ter gezegde Plaatfe, „ mee verzoek, van dienaangaande eene fpoedige be„ flisfing des VertegenwoordigendenLichaams ce mo„ gen erlangen.
„ En zynde hec voorfz. Rapporc op den 9 April „jongstleden alhier ter Vergadering uitgebragt, en „ in de Notulen van dien dag geinfereerd.
„ En de tweede en derde leezing daar van op den 21 „ daaraanvolgenden en heden gefchied zynde, heefc „ de Vergadering, zich met hec daarby voorgedaa„ gen Concepc-Befluic, onder beneficie echcer van.
een addicamenc door den Burger Reprasfentanc „ Schluiter gefuppediceerd, om een flocce van de 3, bepaaling B ce plaacfen, conformeerende, ook „ aldus befloocen:
„ De Eerfte Kamer van hec Vertegenwoordigend „ Lichaam des Bacaaffchen Volks, gehoord hebben?
Kk 5 „ de



5f>* 3° APRIL 1800.
„de het Rapport eener Perfoneele Commisfie, uit haar midden benoemd, om ce dienen van confide„ raticn en advis, op hec Adres en daarby gehoorige „ Stukken der Municipaliteit van Osf, Quartier van „ Maasland, Meyerye van den Bosch, op den 9 „ November 1798» ten voorzegden einde in derzel„ -er handen gefield, daarby inzendende het Plan „ van Schikking, wegens het Plaatfelyk Kerkgebouw „ en Pastoryhuis, en de daarop gegeeven antwoor* 5, den der refpedtive Kerkgenootfchappen, verzoe„ ketide de beflisfing van het Wetgevend Lichaam.
„ En overweegende, dat het Kerkgebouw te Osf „ voorn., behoort onder de zodanige, waaromtrent „ niet is geblceken, dat dezelve is een privaac en ,, wettig eigendom van eenig Kerkgenootfchap, en „ mitsdien is vallende in de termen van den óden der „ Addiiioneele Articulen der Staatsregeling, welke „ aan het Piaatfelyk Beftuur overlaat, om deswegens „ tusfehen de refpeclive Kerkgenootfchappen een vergelyk te treffen.
„ Dat het Roomsch Catholyk Kerkgenootfchap te „ Osf, als verre de groote meerderheid ukmaakende, „ tot de voorkeuze en naasting is gerechtigd.
„ Dac de bederkingen door het Hervormd Kerkge„ nootschap, tegen voorfz Plan gemaakt, deels zyn
ongegrond en van geene toepasfing, deels komen te
vervallen.
„ Dac by de bereekening der Kerkgoederen niec is „ in acht genomen, het geen by Decreec van 14 Fe» „ bruary 17^9 is vasrgefteld, noch hec geene op„ zichcens de Kerkhoven en Begraafplaatfen is be. „ paald.
„ Eindelyk overweegende, dat by de ftukken, de „ befchikking opzichtens de Pastory, niet in die orde
„ is



3o APRIL 1800.
555
C. „ Hec Kerkhof zal na gedaane tauxatie, indien „ zulks nog niet gefchied moge zyn, cegens
gelyke proportioneele uitkeering aan hec „ naaftend Kerkgenootfchap overgaan; doch „ dien onverminderd moeten blyven dienen „ tot eene algemeene Begraafplaats, op zoda„ nige Wet, als tot dus verre heeft plaars ge» „ had; zullende de eigene Graavenin de Kerk,
die door aankoop, erfmaaking, ofopeeni„ ge andere legaale wyze zyn verkreegen , bly„ ven in eigendom en gebruik der wettige Ei„ genaars, welke daar van zonder hunne toe„ ftemming niet zullen mogen worden ontzet, „ ten zy de noodzaaklykheid, door het Verce„ geawoordigend Lichaam erkend,zulks moge ,, vorderen, en door een nadere wet of dispo„ fitie, daaromtrenc moge zyn voorzien.
D. „ In cas by de Wee,opzichtens de Thienden, „ eenige fchaadeloosftelling aan den Geeftely„ ken Thiendheffer te Osf', voor hec niec ver,, der, des noodig, contribueeren in hec on„ derhoud der Kerk mogce worden opgelegd, „ of anderszins nog eenige baaten of fchulden, „ behalven die by hec Plan van Schikking voor„ meid , reeds zyn opgegeeven , naderhand „ mogcen bevonden worden, zal deswegens „ gelyke befchikking, als omcrenc de reeds „ opgegeevene, zo wel cauxaeie, berekeeing, „ als verdeeiing tusfehen de respeétive Kerk„ genootfehappen moecen plaats hebben.
„ En worden de onderfcheidene Kerkgenoocfchap„ pen ce Osf gelasc, zich naar den inhoud deezes, en „ de alzo gedaane beflisfing van hee Verce^enwoordi„ gend Lichaam ftiptelyk ce gedragen.
„ Wor-