STAAT
DER
FINANCIE,
VAN DE
REPUBLIEK.






STAAT
der
FINANCIE
van de
REPUBLIEK
der
VEREENIGDE NEDERLANDEN;
behelzende de resolutien der respect1ve provincie», genomen op het generaal rapport van de pebsomeele commissie van het
DEFENCIE-WEEZEN,
IN dato 21 mei I7S>0, ten gevolge van haai hoog mog. resolutie van den 4 mfi I785' benevens andere stukken daar toe behoorende.
vierde deel.
Te AMSTELDAM, bij JO HANNES ALLART.
UDCCXCII.






L Y S T
van alle de stukken, welke in dit vierde deel geplaatst zyn.
Extract uit het Register van de Refolutien der. Heeren Staaten van Zeeland, genomen op het Rapport door de Heeren van de eerfte perfoneele Commisfie, op den 21 Mei 1790, raa'cende het werk van de Quotes.
bl. 2
Memorie , dienende tot advis van wegens de Heeren Staaten van Zeeland op het derde Hoofddeel van het Rapport van de Commisfie tot de Quotes ter Vergadering van haar Hoog Mog. uitgebragt, handelende over de Staaten van Oorlog, en behelzende de Posten , waar op eenige remuques vallen , elucidatien gevraagd worden, of waarin de Provincie van Zeeland zwaarigheid maakt, conform de by het Rapport gevoegde Schemaas van een ordinairen en extraordinairen Staat van Oorlog te confenteeren. . . bl. 8
Extract uit de Refolutien van de Ed. Mog. Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, over ' het zelfde onderwerp. . bl. 13 * 3 Ex-



v* LYST der STUKKEN.
Extract uit de Refolutien, ook des aangaande janomen, by hun Ed Gr. Moe. de Herren Staaten van Holland en IVestfriesland. bl. 4b
Reflexien op het Schema van de Staaten van 0orloS- • • bl. 56
Extract uit het Refolutie-Boek der Edele Mog. Heeren Staaten van Vrieüand, op het bovengemelde point der Quotes. bl. 61
Van Gelderland. . . bl. 75
Van Overysfel. . . bl 113
Van Stad en Lande. . . y. 127
Resolutie van Utrecht, genomen op het advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten der refpeélive Provinciën genomen op het werk der Quotes. bl. j'43
Resolutie van de Provincie van Overysfel, op het zelfde advis. . bl. 155
Resolutie van de Edele Mug. Heeren Sraaten van Stad en Lande, op het zelfde point.
.bl. 163
Van Holland en tPestjrusland. bl. i7t
Van Zeeland. . . bl. 182
Van



LYST der STUKKEN. yn
Van Gelderland. . . bl. 189
Van Friesland. . . • bl. 218
Extract tót bet Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Sraaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, op de ingebragte Refolutien van de refpective Provinciën, op het advis, voorgemeld, bl. 227
Memorie van den ftaat der deliberatiën van de Rondgenooten over de pointen van het Rapport van de Perfoneele Commisfie over het Financieweezen, dewelke aangeroerd, en verhandeld zyn in het zelfde Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staaten . . bl. 248
Resolutie van de Provincie Friesland, op een nader Rapport over het werk van de Quotes, en de Schryfloonen van de Griffie van haar Hoog Mogende. . bl. 276
Resolutie van de Provincie van Gelderland, op het zelfde nader Rapport over het werk van de Quotes. . . bl. 280
Extract uit het Register van de Refolutien der Heeren Staaten van Zeeland, desaangaande. .bl. 298
Van Overysfel op het zelfde point. bl. 302
Van Utrecht. . . • bl. 309
Van



vin LYST der STUKKEN.
Van Stad en Lande. -. . bl. 317
Van Holland en Westfriesland. ; bl. 320
Resolutie der Staaten Generaal op de laatstgemelde fuccesfive ingebragte Refolutien.
bl. 324
Nadere Memorie van den ftaat der deliberatien van de Bondgenooten over de Pointen van het Rapport van de Perfoneele Commisfie over het Financieweezen van de Unie, die vervat zyn in het Advis van Zyne Hoog. heid en den Raad van Staate, den 22 February 1791 ter Vergadering haar Hoog Mogende ingebragt , en nader aangeroerd en verhandeld in het Rapport, den 21 Ociober van het gemelde jaar in dezelfde Vergadering gedaan. . bl. 34a
Extract uit het Reces des Landdags in April en Mey 1792 , binnen de Stad Zutphen extraordinairis gehouden over het zelfde onderwerp. . . bl. 347
Van Holland en Westfriesland. . bl. 356
Van Vriesland; . . . bl. 358
Van Overysfel. i . . bl. 359
Van Stad en Lande. . . . bl. 361
GE-



GENERAAL RAPPORT
VAN HET
FINANCIE-WEEZEN
Extraft uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staa* ten Generaal der Vereenigde Neder' landen.
Mart is den 16 Augustus 1790.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van_ Zeeland j hebben ter Vergaderinge ingebragt en laareri leezen, de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, hunne Principaa'en , - genomen op het Rapport door de Heeren van de eerfte Perfoneele Commisfie, op den 21 May laarstleeden alhier ter Vergaderinge uitgebragt, raakende het werk van de Quotes1 èn het Finantieweezen van den Staat,, volgende de voorfchreeve Refolutie hier na geïnfëreerd.
Fiat Infertioi
Waar op gedelibereerd zynde is goedgevonden en verdaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gefield zal wo? den in handen van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Fïnancie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed. zelfs te nomirieeren, te vifiteeren, examïneeren en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
IV. deel, a En'



» GENERAAL RAPPORT VAN
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, dewelke zich op het vo rfchreeve fubject noch niet hebben verklaard , mits deezen verzogt, hun daar toe meede te wilien bekwaamen.
Accordeert met voorfz. Regisrer.
Extraft uit het Register van de Refolu* tien der Heeren Staaten vm Zeeland»
Dea 9 Augusty 1790.
By refumtie gedelibereerr. zynde op haar Hoog Mog. Misfive van den 31 May laatstleeden , dienende tot geleide van het Rapport, door de Heeren Gedeputeerden tot de perfoneele Com» misfie over bet reguieeren der Qjjntes en het onderzoek van bet Finanticweezen van de Generaliteit , benevens Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Scaate en Generaliteits «'leekenkamer , ten zelve dage ter Vergaderinge van haar Hoog Mog. uitgebragt, houdende gemelde Misfive inftantien aan de Bondgenooten, om uit hoofde van het algemeen belang voor het dieibaar Vaderland hunne refpedtive Refolutien op het zelve Rapport ten fpoedigften, immers voor her begin, of uiterlyk het midden van de maand Augusty aanftaande, ter Genera'iteit in te zenden, ten einde den Raad van Staate bekwaame tyd en gelegendhïid te geeven, om, zoo dra doenlyk, den Staat van Oorlog te formeeren, en aan haar Hoog Mog. over te brengen: Is goedgevonden enverftaan, de Heeren ordinaire Gedepu! eerden van wegens deeze Provincie ter Generaliteit te authorifeeren en gelasten aldaar te declareeren:
Dat het hun Edele Mogende niet anders dan zeer aangenaam kan zyn, eens eindelyk de vrugt te zien van hunne welmeenende poogingen by circulaire Misfive van den 3 May 1784 aan de Hooge Bon 'geneoteu voorgelield, waar uit ook byzonder het voorfz. Rapport is voortgevloeid. Dat hun Edele Mogende, alvoorens ter zaake
te



HET FINANCIE-WÉEZEN.' $
te treeden , de Heeren Gedeputeerden der Hooge Bondgenoo en, die van den Raad van Staate en Generalireir Reekenkamer,bedanken voor der/.elver aanhoudenden yver ën werkzaamheid in de uitvoering van dit omllagdg werk aangewend ; en vnoral op eene byzonuere wyze hunne dankbaarheid moeten betuigen aan zyne Doorluchtige Hoogheid, die aoo veel toegebragc heeft , om door zyne onvermoeide poogingen , en veel vermogenden invloed , de belangens van alle dé Bóndgenooten te confolideeren, en aldus deeze zaake tot een gelukkig einde te brengen.
Dat hun Edele Mogende, als nü overgaande' tót de objecten in het më?rgemelde Rapporr vermeld , op het eerfte Hoofddeel moeten verklaafen; vóór eerst, dat hoe zeer onkundig van het Finaritieel vermogen , waarin ieder der andere Provinciën in overhelling van Zeeland ftaat, echter met volkomene fiducie zullen berusten in de gronden en motiven, waarop de vëranderingen in de refpective Quotes worden voorgefteld, en diens volgens bewilligen in den aanflag voor haare Provincie bepaald, ten bedrage van /.}-l6- ó iri de ordinaire en extraordinaire Staaten van Oorlog, en van ƒ4-0 4. in de eventueele extraordinaire Lasten van de Unie. En voorts confenteeren, dat tot foulagement van de Finantien der refpective Provinciën, de Generaliteits Ca^fe in de eerstgemelde Lasten worden bezwaard niet ƒ 4-8-8 in ƒ ioo-o-a.
Ten tweeden, dat hun Edele Mogende bereid zyn met de overige Bóndgenooten te concurreeren, om de Quotes, vólgens de gemaakte Repartitie te reguieereu voor den tyd van vyf en twintig jaaren, en daar in geduurende dien tyd éen perpetueel Confènt te draagen, zoo dat dezelve niet anden worden aangezien, dan als eene Repartitie van geconfèhteerde Lasten, mits hëe totaal beloop van de beide Staaten Vari Uorlog, waar over dit Confent zig zal uitftrekken,!uiter« lyk en des noods niet excedeere de iomme vRn A 2 der-



* GENERAAL RAPPORT VAN
dertien en een halfmilüoenen, maar wel zooveel minder,als bevonden zal worden zonder ondienst van den Land» moge'yk te w?'»n; en dat de temporaire Ponen , op den exrraordinaris Sraat van Oorlog geplaatst, en die uit hunnen aart niet perpetueel zyn, en door nirfterving als anderzints mogten komen te cejfeeren, door geene an lere zullen mogen worden geremplaceerd , als met confent v;in de Bóndgenooten; terwyl hun Edele Mogende genegen zyn haare Finantien, zoo veel mogelvk, te verbe 'eren, en al verder aanneemen, en op den voet by het Rapport voorgeflagen, zich verhinden om de Lasten in hunne Provincie geheeven wordende niet re verminde» ren, of dezelve met equivalente middelen te remplaceeren.
Ten derden , dat hun Edele Mogende bereid zyn , om met concurrentie der andere Provinciën j te bewilligen in het verlangen van de Heeren Staaten van Gelderland, tendeerende om voortaan twee Gedeputeerden in plaats van één te mogen committeeren in den Raad van Staate.
Dat hun Edele Mogende , ten vierden , niet kunnen ontkennen de uutti jheid der middelen van afkomst en conftrainte, by het Rapport voorgelegen, en uit dien hoofde bereid zyn . zich daar aan gemeenfcliappelyk met de overige Provinciën te adfubjecteeren.
Ten vyfden, dat betreffende het point der liquidatie vnn Posten , door het Comptoir Generaal van de Unie, zedert den jatre 1783 voor eénige Provinciën betaald, hun Edele Mo.ende inttem* • men met bygebragte redenen , om die fommen niet rerug te vorderen: maar dat nie' kunnen ad« micteeren de uitzonderingen ten d<zen opzichte by het Rapport gemaakt, nochte in eetiige refti. tutie over het voorleedene uit dien hoofde bewilligen , even zoo min ais zy kunnen ad»oueeren, dat het niet repeteeren van zoodanige Gelden als remisfien zouden kunnen aangemerkt worden , vermits deeze Provincie geen Confent gedraagen
heb.



HET FINANCIE-WEEZEN. 5
hebbende in de opgenoemde Posten , ook geene geboudenrheid tot praftatie derzelve gecontrao teerd heeft
Dat hun Edele Mogende hier rneede afgehandeld h( bbend ' het eerfte Hoofddeel van het Rap. port, omtrent het tweede, handelende over den ftaat van de Generaliteits Kas, het employ van dezelve, en re middelen tot verbeeteringvan de Generaliteits inkom ften , mitsgaders befpaaringen der .uitgaaven, remarqueeren, dat hoe belanaryk die cnderfcheiden Posten mogen zyn, de korthe d des tyds niet heeft toegelaaten de deliberatien daar op voor als nog voort te zetten, en tot de nodige ma;uriti-it te brengen: Dat hun Edele Mog. daarom zullen referveeren, om nader en zo dra mogelyk daar op te refolveeren, en zich ter Generaliteit te uiten.
Dat a's nu overgaande tot hef derde Hoofddeel, hande'ende over de Staaten van Oorlog, hun Edele Mog. moeten te kennen geeven.
Voor eerst, dat zy zig conformeeren met den voorflag, om het Corps Artillerie min kostbaar te toen zyn, en met genoegen de nadere Confideratien van zyne Doorluchtige Hoogheid daar Omtrent zullen mwagfen.
Ten tweeden, dat deeze Provincie niet kan accordeeren het verzoek aan haar by het Rapport gedaan , om het montant der twee Atftens van verzoek, voormaals door den Raad van Staate verleend, ten behoeve van het Sr. Anna Gasthuis binnen Sluis in Vlaanderen te betaa'en, uit hoofde van de confequentie die daar uit ten op. zigte van objecten van dergelt/ken aart, coo voor deeze als andere Provinciën zoude kunnen reful* teeren.
Ten derden , dat op het Point der kortingen van Traftementen en Penfioenen, als meede der Leges, die wegens Militaire Commisfien worden betaald, hun Edele Mog. vermeenen , dat aan ieder der refpeótive Provinciën de vrye dispolitie, om by haare adtueele praclyk daar omA 3 trer.t



<? GENERAAL RAPPORT VAN
trent te verblyven, behoort gelaaten te worden, en dat deeze Provincie die faculteit blyft reclameeren , zonder zig tpt de yoprgeflaagene veraa» dering te verpligten.
Dat zop veel aangaat de beide Sthemaas van nieuwe Staaten van Oorlog, deeae Provincie bereid is dezelve te aggregeren , echter onder beuefc'e van zoodanige rtflexien, als vervat zyn in eene Memorie by deeze Refolutie gevoegd, waar aan' hun Edele Mpg, zte kortheidshaiven refereeren.
Dat aangaande het vierde Hoofddeel van het Raprorr, handelende over het neg >t'eeren door de General;te t voor reeke ing van de refpecïive Provmcien in tyde van Oorlog. hun Edele Mog. geene zwarigheid maaken, om in het ter nedergeftelde te berusten.
Dat hun Edele Mog. refèrveeren , in gevalle een of meer der Bóndgenooten zwarigheid tnaaken, om door hun Confent dit groot e.i gewigüg werk te bekragtigen , zig alsdan omtrent de gedraagen Cornernen ongehouden te rekenen , even als of dezelve nooit gedraagen waren, het geen hun Edele Mog. echter hartelyk wenfchen, dar tor voorkoming van den tptaalen ondergang van den S'aat, en waar van de gevolgen niet te voorzien zyn, nooit gebeuren zal, maar da in fcegendeel door eene gewen.schfe eensgezindheid de bereidwilligheid daar zal zyn, om de gemeeoe Lakten, na yders vermogen, met eenparige Schouders te draagen ; dat de welvaart daar door rneneeme, de bloei herleeve, en dat het Nageflagt met dankbaarheid erkennende de maatregulên door hunne Voorvadf ren wyslyk genomen, de vmgiëp mos-en plukken van de gelukkige Regeeringsfurm , die men naast God aan de Grondleggers van dit Gemeenebest in dit gezeegend Land te danken beeft, en waar in het zelve onlangs zqo »ig'baar door de Goddelyke Voorzienigheid tot bewondering van desze f Vrienden en tot fpyt van zyue Vyanden bevestigd is.
Dat



HET FINANCIE WEEZEN.
Dat eindelyk bun Edele Mogende goedgevonden hebben te declareeren, dat zy in de betaalingen op de thans loopende Stjiaten van Oorlog hun Confent, het geen niet verder als tot den 9 September aanftaande bepaald is , zullen extendeeren , uiterlyk tot het uiteinde van dit ja.tr, in die billyke hoop en verwagting, dat door de toekomst der Hooge Bóndgenooten, het Point van het draagen der gemeenfèhappelyke Lasten van de Unie, alsdan tot onderling genoegen zal weezen getermineerd , terwyl deeze Provincie by ontftentenis van dien zig in de verpligting zal vinden, om haar verder bezwaar, en daar uit volgende rotaale ruïne voor te komen, door hnaren aanflag niet verder te confenteeren , als op den voet van ƒ 3-16-0 in ƒ loo-o-o by het Rapport voorgeflagen.
En zal Extract deezer Refolutia, benevens Copie van de Memorie, dienende tot Advis op de beide Schemass van de Staaten van Oorlog, aan de welgemelde Heeren ordinaire Gedeputeer. den deezer "Provincie ter Generaliteit tot derzelver informatie en narigt worden gezonden.
("Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Register.
(Was get.)
W. A. DE BBVERBN.
A 4 i a*.



8 GENERAAL RAPPORT VAN
Memorie , dienende tot advis van wegens de Heeren Staaten van Zeeland ot het derde Hoofddeel van het Rapport van de Commisjie tot de Qttotes ter Verga- • èering van haar Hoog Mog. overgebragt, handelende ever de Staaten van Oorlog, en behelzende de Posten, waar op eenige remarques vallen, elucidatien gevraagd worden , of waar in de Provincie van Zeeland zwaarigheid maakt, conform de by het Rapport gevoegde Schemaas van een ordinairen en extraordinairen Staat van Oorlog te con* fenteer en , zullende de reflexien na de leidraad dei zelve behan* delt worden»
1. A /f et rektie tot de beide Schemaas van " 1V1 de Staaten van Oorlog, is de Provincie van Zeeland bereid zig ré conformeeren met het PJan van vei heetering voor de Armée. zoo als Het zelve daar in tft nedergeiteld is, agtervolgen? Zyn Hoog. hrjds Propofitie van oen 17 Maart 1789, doch meent dat uit aanmerking van de hooge lommen, waar toe dezelve gel ragt zyn, zonder ondifst van den Lande, en tot ontlasting der Finantien van dt- onderfchdde Provinciën, daar van provifioneel l>f-hooren re worden afgelasten Het Regi» ment Luikfcbe Dragonders, het Regiment Husfaaren met derzelver refpeQive Staven.
2, Omtrert de inrigtinge en kosten, voor eer Corps Mariniers gebragt, zoude deeze Provii cie (in conformiteit van het geene daar orotrtaji <iem %amht op den 3 May L^^Tfar aasr v <- ^og Mog. is
voor-



HET FINANCIE-WEEZEN.
9
voorgedraagen) gaarn zien, dat meerdere menage werde betragt , gelyk de nadere vóörflag van zyn Hoogheid, in dato den 27 January deezes jaars, heeft doen hoopen: En men geeft in bedenkinge of ren dee2en refpecte niet eenigzints in aatmcrkinge zoude kome» het Plan, te vinden in haar Hoog Mog. Notulen van den 8 February 1698.
3. Dat hun Edele Mog. hun verlangen te kennen geeven , dat de MiniMer aan het Hof van Engeland tot den iasre 1771 altoos geftaan hebbende ter Repartitie van
' ce Provincie van Zeeland, weder daar op gebragt werde.
4. Men vraagt van wegens deeze Provincie , welke Steden men verllaat te be. hooren tot de Linie van defeniie, en be« grypt, dat daar toe zeekerlyk behooren de Steden Tholen , Vlisfingen en Veere, en dat dus de Majors derzeive op den ordinairen Staat van Oorlog moeten blyven, waar op reeds ten jaare 1595 en 1596 zyn gefield geweest, dog indien de Bóndgenooten difficulteeren hier toe te bewilligen , is de Provincie van Zeeland be. reid gemelde Majors voor haar rekening te neemen, mits de andere Provinciën zig dan ook met de betaalingen van de Ma» jors der Steden binnen hunne refpeétive Provinciën belasten.
De Major op het Fort aan de Batfe Kade met naame Walter Johan Bruce, door zyn Hoogheid aangefield zynde , behoord dus als zoodanig op» den ordinatren Staat van Oorlog gebragt te worden.
Zoo ook de Commisfie aldaar met name Hendrik Deekr, reeds aangefield en in functie zynde.
5. Word in confideratie gegeeven , of de
* 3 vet-



?o GENERAAL RAPPORT VAN
vermeerdering der Tractementen van de Directeurs en Ingenieurs, zoo als dezelve hier is ter needer gefield , voorttan niet zoude kunnen gereguleerd worden volgens den voorflag van zyn Hoogheid en den Raad van Staate, op den 13 April 1781 aan haar Hoog Mog. gedaan , en waar in zes Provinciën confecutivelyk geconfenteerd hebben, ter fomme van ƒ '5700-0-0 's jaars, in plaats van ƒ 22000-0-0 aan hun by haar Hoog Mog. Rsfolutie vaa den 15 May 1786 toegelegd, het geen een jaarlykfche befpaaring van ƒ 16300-0-0 zal opleveren , konnende het meerdere, het geen door de tegenwoordige Bezit» ters thans genooten word, op den extraordinairen Staat van Oorlog werden ge. bragt, om met hun overlyden of defifte» ment te cesfeeren.
6. Het Fort aan de Batze Kade bezet zynde met twee Compagnien Infantery is 'er aldaar een geweldige Provoost aangefield, genaamd Nicolaas Pfarrer, die dus ook op den ordinairen Staat van Oorlog, op een Tractement van ƒ 300-0-0 moet geplaatst worden,
7. Op den extraordinairen Staat behooren geroyeerd te worden de Majors te Tho]en , Vlisfingen en Veere, vermits dezelve op den ordinairen Staat behooren gebragt te worden, kunnende al verder van deezen Staat geroyeerd worden de Majors van LiHo en Liefkenshoek als niet meer betaald wordende.
3. De Provoost te Lillo kan meede ge. royeerd worden , zynde dezelve Perfoon aangefield op het Fort aan de Batze Kade.
9. Onder het Capittel van andere onkosten van den Oorlog komt een Pjst van ƒ 300008-0-0 tot verbeetering van de
4c



fJET FINANCIE-WEEZEN. u
defenfie der Frontieren vin rlen Sraar, en om de Magazynen van bet nood e Gefchut en verdere voorbad te kunn-n voorzien; hun Edele M >g. rema quee. ren, dat dee?e Post geheel r^uw is, zynde de F >rtifica ien al.yd door den Raad van Staaten onderhouden , en de nieuwe ook doorgaans door de g«n»-.raliteit bekostigd; men zoude daarom r>r' fereeren deeze Post van dan Staat v>r O >rlog af te laaten , en in gevalle 'er n uwe Fortificatiën mogttn h >odie zyn, oen Raad van Siaafen verzoeken, dat by «Xtraordinaire Petitiën voor fe draagcn. ie. Omtrent den laatfien Post van den extraordinairen Staat van Oorlog, beringende / laoooo voor Interesfen van gt negotieerde Capiraalen, kan ne Provincie van Zeeland voor a'suog geen C-Mtfent dtaa« gen, tot dat aan haar volleedig zal weezen gebleeken, dat de ho >fdf mirre tot dat einde , waar toe opseaeeven word, door de Generaliteit is genegotieerd , en dat deeze lnteresfen, zonder ondiepst van den Lande, niet tot laste van d§ Gene* raliteita Cas kunnen worden gelaaten.
Ex»



*2 GENERAAL RAPPORT VAN
ExtraEl uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Sraaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Lunee den 16 Augustus 1790.
De aanweezenden Heer Gedeputeerde van de Provii cie van U:recht, heeft ter Vergaderinge ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van, hooggemelde Provincie, zynf Prinnpaalen, genomen op het Rapport door de Heeren van de eerfle Perfonef>!e Commisfie, op den ai May laatstleeden, alhier ter Vergaderinge uitgebragt, raakende het werk van. de Quotes en het Finantievveezen van de Genaraliteit , volgende de voorfz. Refolutie hier na geinfereerd.
Fiat Infer io.
Waarop gedeübereert zynde , is goedgevonden en verdaan , dat Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Weideren , en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Fmatuie., om met en nevens eenige Herren Gecommitteerden uit den Raad van Staate by haar Ed. zelfs te nomineeren ,*te vifiteeren, examineeren en van alles alhier ter Vergaderinge rapporr te doen.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën , welke zich op het voorfz. fubject noch niet hebben verklaatd , mits deezen verzocht hun daar toe meede te Wiilen bekwamen.
Accordeert met voorfz. Register.
jBx.



HET FINANCIE-WEEZEN. i$
Extratï uit de Refolutien van de Ed. Mog. Heeren Staaten 's bands van Utrecht.
Mercurii den 4 Augustus 1790.
D? Staaten van den Lande van Utrecht , by refuntie gedelibereerd hebbende op het Rapport door de Heeren van de eerde Perfoneele Commisfie op den 21 May deezes jaars ter Vergadering van hun Hoog Mogende uitgebragt , raalcende het Finantieweezen van deeze R.epubliek, hebben, na ingenomen confideratien en advis van de Heeren derzelver Gecommitteerden tot de middelen , en ter Kamer van Finantie , en na voorgaande fpeciaale befchryving van alle de Leden der Regeering goedgevonden en verftaan , ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. te declareeren:
Dat hun Edele Mogende na zoo veele krag* tige en gereïcereerde in (tanden tot vermindering van de Quote deezer Provintie by onderfcheide geleegenheden ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. gedaan , niet dan met de uiterfte vergenoeginge gezien hebben, dat de doleantien over den al te hoogen aanflag dezer Provincie in de lasten van het Bondgenootfchap, gevoegd by de klagten der Heeren Staaten van de andeie Provinciën over het zelfde onderwerp , van die gewenschte uitwerking by alle de Bóndgenooten zyn geweest, dat dezelve overtuigd van de noodzaakelykheid tot eene rivifie der Quotes, eindelyk hebben geoordeeld, dat tot wegneeminge van de plaats hebbende onevenredigheid banden aan het werk bshoorden te worden geflagen, ea daar toe eene plechtige en buitengewoone Commisfie is gedecerneerd geworden, dat hun Edele Mogende die niettegenitaande da dringende nood deezer Provincie, en de evidentie van het groot bezwaar , echter altyd afkeerig waren van alle «igendunkelyke afwyzingen en verminderingen,
in



*4 GENERAAL ftAPPOR.T VANf
in Tiet byzonder, zoo lange op een goed lucc s van rle geëntameerde B;fognes en Confertntié i konde worden gehoopt , nier dan met een rc khalzehd verlangen den uitflag dier Cohfereriüen te gerooet henben gezien:
Dat hun E !. Mog; dan onlangs dit genoegen hebbende geftnaakt, Ook geen öogenblik'hebben genteend te moeten verzuimen om" het uicgebragte Rapport van de voorfz. eerfte Perfoneele Commisfie in ernfïige överweèginge te neémen^ en ais nu gefefolveerd hebben zich op den voet van het vooriz. gerapporteerde op navolgende wyze te verklaaren.
Met opzicht rot de eerfte afdeelinge , raakende de Provinciaale OWa's in de Lasten van het B Tidgenöotfehsp.
Dat hoé zeer hun Ed; Mog. vermeenen reeden te Hebben om te mogen twyfelen , of de toegedagte Quota deezer Provincie wel in eene behoorlyke evenredigheid ftaat met die van de meeste andere Provinciën, ook dan , wanneer de aöuéele ftaat der Finantien in ieder van dezelve tot een grondflag gelegd word , zonder eens in aanmerking te neemen de exorbitante Lasten t welke in deeze Provincie boven alle de andereri geneeven worden.
En hoe zeer hun Ed. Mog. om die reede geprefereerd zouden hebben de Re-Introd tietje van aeneraale en eenuaarig? middelen , overeenkomftig den duideiyken Letter van het Verbond van Unie, en óok riet denken kunnen , dat de zwaarigheden daar tegen geopperd ^ in zoo verre die art het Rapport zyn kenbaar geworden, nnoverkomelyk zyn zouden , indien maar by alle de Bóndgenooten eere gelyke cordaatheid en bereidwilligheid gevonden word om de lasten vai- het i_em ene Bondgenootfchap met eenpaarige fchouderen te helpen draagên : hoe zeer ook hun Ed. Mog niet verbergen kunnen derjelver bevrp^mdirg Over de importante vermindering der Quota van de Provincie van Zeeland,
eei.e'



HET FIN ANCÏE-WEEZEN.
ts
eene Provincie in vermoge.i, Rykdommen, middelen van beftaan en resfources verre ftfperieuf aan de Provincie van Utrecht, hun Ed, Mo?4 nochthans uit aanmerking van de veelvuldige moeite , die Zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Erffladhouder der Unie in deeze moeyc* lyke zaak wel heeft gelieven te neemen , en overtuigd van de hooge noodzaakelykheiü , dat een afkomst van deeze deliberatien gemaakt werde , bereid zyn de verdeeling der Quota's, zoo als dezelve , conform den voorflag van Zyne Doorluchtige Hoogheid by het Rapport geproponeerd is, en word aangepreezen , met concurrentie van de andere Bóndgenooten te approbeeren , en in dien gevalle de Quota dezer Provincie tot ƒ 4-10-o in het nonderd van het montant der ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog, en op ƒ 4-15-2 in het honderd van het montant van alle extraordinaire Petitiën bepaald, aan te neemen , in hjope en verwagtinge, dat de Provinciaale Finantien in ftaat zullen bevonden worden die Quote , zoo in het ordinaire als excrordinaire te kunnen fupporteeren, gelyk hun Ed. Mog. dezelve Quote in die verwagtitige aanneemeii by deeze , oy provifie voor den tyd van de eerstkomende vyf en twintig jaaren : als meede te confenteeren , dat het Comptoir Genetaal der Unie belast werde met eene Q.iota van ƒ 4 - 8 - 2 in het honderd van het montant der ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog, alles op den voet , als by het Rapport der eerlte Perfoneele Commisfie is voorgeflagen.
Dat hun Ed. Mog, al mede bereid zyn te con. feuteeren in de ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog , voor eenen gelyken tyd van vyf en twintig jaaren , of voor zoo lange , als dt Quota's met gemeene bewilliging zullen weezen vastgefteld, mits dac dezelve wel minder, maar niet meer zullen mogen bedraagen dan dertien en een half miilioenen , en dat de tempo-
raire



16 GENERAAL RAPPORT VAN
raire of uit (ter ven de Posten, voor zoo verre dezelve jaarlyks verminderen, met geene anderen' zullen mogen aangevuld worden , dan met gemeen confent van de Bóndgenooten.
D't hun Edele Mog. nopens den voordragt van onderling engagement, tot voortduuring of remplacement der plaats hebbende belastingen, gaam erkennen willen, dat het Provinciën, welker Quota's verhoogd werden, niet te vergen is, derzelver Ingezetenen met nieuwe Lasten te bezwaaren, om die der andere Provir.cien van het draagen van mterlere Lasten te bevryden , dan namelyk, wanneer die nieuwe Lasten zoudeti /urpas feereu tte Lasten die in andere Provinciën, Jpecialyk die, welker Quota's verligt worden, reeds in train zyn ; dat'hun Edele Mog. zeer aliëen zyn van dieigelyke pretenfien, ten lasten van derzelver Mede-bondgenooten , en vertrouwen daar van ten allen tyde, en ook nu nog door derzelver inftantiën tot de Re-Introductie van generaals en eenpaarige middelen van belastitige de overruigendlte bewyzen gegeeven te' hebben; dat ook hun Edele M°g., zoo wanneer de ordinaris Staaten van Oorlog op dertien en een half millioenen gebragt worden, wel voorzien, dat, niettegenüaande de vermindering ven' de Quota deezer Provincie wel verre van aan eene affchsffing of vermindering van Lasten , hoe reedelyk en billyk zulks zyn zoude, immers voor zoo veel die Lasten furpasfeeren, die, welke in andere, ook zelfs in de meest vermogende Provinciën geheeven worden, en voor zoo veel dezelve hebben moeten worden geintroduceerd, om den al te hoogen aanflag in de Quote op te brengen , te kunnen denken, zig veel eer in de noodzakelykheid zullen bevinden, om ferieufe deliberatien aan te leggen, ten einde te onderzoeken, of ook mogelyk zal zyn de Pro. vinciaale Finantien nog al meer te beneficeeren, waar van, zoo wel, als van al het geene eenige relatie heefc tot den ftaat der Provinciaale
Fr-



HET FINANCIE-WEEZEN. ij
Finantien, hun Edele Mog. ten allen tyden bereid zullen gevonden worden den Heer Erfftadhouder dezer Provincie, zoo dikwils zulks door Hoogstdenzelven gevraagd zal worden, de vereischte opening te geeven , vertrouwende hun Edele Mog. dat hier in by geene der Bóndgenooten zal worden gedifficulteerd; dan dat hun Ed. Mog. , zoo lange aan derzelver inftantien tot de Re-Introduétie van generaale en eenparige middelen van belasting niet voldaan werd, en zulk een groote ongelykheid ten dezen opzigte blyft plaats hebben, geen mede directie der Bóndgenooten, onder welke benaaming zulks ook zyn mogte , in de adminiftratie der Finantien deezer Provincie kunnen admitteeren, veel min concurreeien, om door eenige Bondgenootfchappelyke Verbintenis aan die ongelykheid eene legaliteit te geeven, die dezelve volgens het Verbond van Unie, en den waren aart van alle Bondgeoootfchappen nimmer hebben moet.
Dat, zoo' veel aangaat de readmisfie van een tweede Gecommitteerde , wegens de Provincie van Gelderland in her. Collegie van den Raad van Staate, hun Ed. Mog. geen zwarigheid zu'* len maaken zulks te accordeeren, mits ook aan deeze Provincie het zelfde recht om een tweede Gecommitteerde in dit Collegie te mogen hebben, geconferveerd blyve, geiyk dezelve die recht altoos gehad, meer dan eens daar van gebruik gemaakt, en by alle benoemingen , zoo ook by die van den aétueel Gecommitteerde wegens deze Provincie, aan zig voorbehouden heeft, en welk recht immers als nu met geen fchyn van reede aan deeze Provincie kan worden betwist , zoo wanneer aan de Provincie van Zeeland, offchoon minder dan die van Utrecht, in de gemeene Lasten der Unie zullende contribueeren, twee Gecommitteerden in het zelve Collegie gelaaren worden.
Dat, wat betreft de geproponeerde middelen van afkomst, en cjnitrainte, hoe zeer hun EieIV. DEEL. B le



18 GENERAAL RAPPORT VAN
le Mog. niet kunnen doorzien, dat dezelve op die wyzen , als thans voorgelteld zyn , aan de venvagringe der Bóndgenooten , tot wegneeming van zulk een groot gebrek in de Regeering deezer Landen , zullen kunuen voldoen , nogtans zig daar tegen niet zullen aankanten, om dezelve met concurrentie van alle de andere Bandgenooten te helpen arresteeren.
Dat, met betrekkinge tot de liquidatie der Posten, welke door het Comptoir Generaal der Unie zedert den jaare 1783 voor eenige Provinciën zyn voorgefdtooten , en het daar omtrent geadvifeerde by het Rapport in conformiré van den VoorOag van Zyne Doorluchtige Hoogheid, hun Edele Mog. niet ongeneegen zyn, om met de andere Bóndgenooten in deeze te concurreeren , doch tevens niet kunnen nalaaten by deeze gelegenheid ten (rerktte te indeeren, dat ook aan deeze Provincie , die ter vermyding van groorere verwarringen in het Bondgenootfchap, in plaatfe van op het voetfpoor van andere verlicht wordende Provinciën zich zelve te helpen, wd geprastereerd heef: op den bezwaarenden voet te blyven contribueerjn, doch niet anders, dan onder die expresfe referve , om, na dat de revifte der Quota's zoude zyn geëffectueerd, zoo~ danige fomme van penningen, a/s door het verminderen der Provinciale Quote zoude blyken te veel betaald te zyn op 'volgends Petitiën en Confenten, ten behoeve van het gemeen te doen, wederom in te houden, e;i te korten , en alzos het zelfde effeSt te genieten voor het bezwaard Finantieweezen, als het welke anderen hunner Mede-Bond genooten bereids, en niet zonder nadeel van de gemecne defetifie goedvinden zich zelve te bezorgen ; ook dieswegens eenige vergoeding gefchiede , als mede , dat aan dezelve gerestitueerd worden de kosten , die geimpendeerd hebben moeten worden tot onderhoud van een Corps Huifkaren, geduurende de plaats gehad hebbende Troübles, geformeerd uit over-
ge-



HET FiNANCIE-WEEZEN. 19
geloopen Manichnppen uit het Corps van den Rhyngraaf van Salra, en zedert dien tyd ten behoeve van het gemeené Bondgenoo fchap aangehouden, immers zeedert den 22. October 17 87, wanneer hun Edele Mog. daar van ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. hebben opening gedaan, en verzogt omtrent derzelver al of niet in diensthouding, de intentie, der Bóndgenooten te mogen verftaan.
Dit hun Edele Mog. hier mede overgaande tot de tweede afdeeling van het Rapport, raakende de Generaliteits Kitsfe, met veel genoegen hebben gezien den voordeeligen ftaat, waar inne zich de Generaliteits Finantien bevinden, en waar door dezelve in ftaat zyn de Bóndgenooten efliccieufelyk te fubleveeren, in het draagen van de Lasten der Unie.
En alzoo dat behalven aan de langduurige Vreedenstyd, die de Republicq heeft mogen genieten , ook voornamelyk geattribueerd moet worden aan de goede directie van den Raad van Staate, hun Edele Mog. ook niet kunnen nalaaten derzelver contentement daar over aan het gemelde Collegie te betuigen , wel verzeekerd zynde, dat het zelve daar in wel zal willen continueeren.
En dewyl hun Edele Mog. hier vooren reeds geconfenteerd hebben in den toeleg eener Quote van ƒ 4 - 8 • a in het honderd , van het montant der ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog door het Comptoir Generaal van de Unie voortaan te furneeren, hun Edele Mog. zich insgelyks verklaaren te conformeeren met het geproponeerde, aangaande alle de nog overig zynde Lyfrenten, zoo die bevoorens op het Subfidie van de Barrière geaffecteerd geweest zyn, a's die voor reekening van de Provinciën zyn genegotieerd geworden , mitsgaders eenige Posten van weinig belang , by het Rapport gefpecificeert, ten einde alle dezelve voor reekening van het Comptoir Generaal worden övergelaaB s ten,



« GENERAAL RAPPORT VAN
ten, en de Provinciën daar van gelibereerd, erf» de zulks in compenfatie van het- profyt, het welk gevallen is, zeedert veele jaaren op de Lyfrenten, geaffecteerd op het Subfidie van de Barrière , die , hoewel afgeftorven, echter als zoodanig niet zyn opgegeeven.
Dat hun Ed. Mog. voorts met de Heeren van de Perfoneele Commisfie volkomen infiemmen, dat het belang van dit Gemeenebest volftrekt vorderd , dat de Kas van de Generaliteit altoos in een goeden ftaat blyve , om in tyden van nood , wanneer het niet zelden in de Provinciën ontbreekt aan Geld en Crediet, van wezendlyke dienst tot behoud van het Vaderland te kunnen zyn , en dat ligtelyk begrypen , zal zulks op den duur kunnen plaats hebben , na een zoo important bezwaar, als nu op die Kas gebragt zal worden, het van de grootfte nood. zakelykheid zyn zal, de voorllagen by het Rapport gedaan, zoo tot verbetering der Inkomfien,als vermindering der gewoone Uitgaven , ten fpoedigfte te arresteeren , en dit zoo veel te meer, zoo wanneer de Agterftallen, die de Generaliteit van deeze en geene Provinciën te vorderen heeft, en welker voldoeninge anderzints een groote voorraad van Penningen in het Generaliteits Comptoir gebragt zoude hebben op den voet van het geadvifeerde by het Rapoort, in conformité van den voorOag van Zyne Doorluchtige Hoogheid worden geremitteerd.
Dan dat onder deeze remisfie onder anderen niet zynde begreepen een oude fcliuld, ten lasten van de Provincie van Zeeland , tor fomma van ƒ ijjoooo wegens Renten en Iuteresftn van genegocieerde Capitaalen , breeder by het Rapport gemeld, hun Ed. Mog. van gedagten zyn, dat door hun Hoog Mog. aan de Heeren Staaten van Zeeland by Misfive behoort te worden voorgehouden de ongegrondheid van derzelver fustenue deezen aangaande , en het Collegie ter Admiraliteit te Amfterdarn aangefchreven, op
den



HET FINANCIE-WEEZEN. ai
den voet als by het Rapport word voorgedraagen, vertrouwende hun Ed. Mog. voorts, dat ook de Heeren Staaten van Stad en Lande gee» ne zwaarigheid zullen maaken, om te zyner .tyd omtrend de voldoeninge van agterftallige Renten, zeederd het jaar 1691 tot 31 December 1714., ter fomme van ƒ 188894 * 3 * 9 > aaH de Generaliteit genoegen te geeven.
Dat hun Ed. Mog, wyders in overweging genomen hebbende alle de middelen , die by het Rapport , zoo tot verbeetering der Inkomfien, als tot vermindering der Uitgaven, aan de Bóndgenooten werden voorgefteld , geene zwaarigheid vinden , te aanzien van de eerfte te verklaaren.
Dat wel aan hun Ed. Mog. niet ongefchikt is voorgekomen de verkooping der Staaten Dorpen in het Resfort van de Generaliteit (voor zoo veel zulks zonder andere inconvênienten te veroorzaaken zal kunnen gefchieden) onder het genot van het recht van de Jacht, en Visfcherye , en met de middelbaare en laage Jurisdictie, en overzulks als Ambachtsheerlykheden; ten welken einde de Raad van Staaten zoude behooren te worden verzogt te dienen van advis, op welke wyze dit zoude kunnen worden werkftellig gemaakt, althans dat hun Ed. Mog. van begrip zyn, dat tegen den verkoop deezer Dorpen veel minder bedenkinge kan vallen, als tegen die van de Thienden , waar in hun Ed. Mog., om redenen by het Rapport vermeld , niet gaarne confenteeren zouden , ten ware zig in een of ander Dorp finguliere redenen mogten opdoen , die het zelve zouden aanraaden, dan het welk hun Edele Mog. zoo wel als den verkoop van Landeryen en Huizen verkiezen over te laaten" aan de prudentie van den Raad van Staaten, om daar omtrent zoodanig te handelen , als dezelve met 's Lands welzyn meest overeenkomMig zal oordeelen.
Dog aangezien door het employ van deeze B 3 mid-



c2 GENERAAL RAPPORT VAN
middelen , wel eenmaal eenig Geld in de Cas van de Generaliteit zoude inkomen , maar deïehfe tot geen duurzaam beneficie voor de Inkomflen van dit Comptoir kunnen vertrekken , dat hun Ed. Mog. daarom van gedagten zyn , dat voornaamentlyk in aanmeikinge behooren genornen te worden die middelen, waar door het jaarlyfcsch Inkomen van het zelve Comptoir kan vermeerderd, en de Generaliteits Financiën op den ciuur gebeneficeerd en verbeetfrd worden.
Dat het aan hun Edele Mog. is voorgekomen , dat daar toe in de allereerfte ■ plaats in aanmerking zouden kunnen komen het beneficeeren van ie generaale middelen , en het heffen van dezelve op eenen egaalen voet in het geheele resfort van de Generaliteit ; dan alzoo uit het Rapport der P.erfoneele Commisfie bleek , dat daar over by den Raad van Staaten reeds ferieüle deiiberatien zyn aangelegd , hun Ed. Mog. bereid zyn het zelve aan de goede directie van den Raad over te laaten , met inftantie om de aangevange ddiberatien daar over te willen continueeien , dan dat bun Ed. Mog. inmiddels van gedagten zyn , dar het middel van den sio'len, 4often en Sofien Penning generaalyk behoord te worden geintroduceert, ook in die Plaatfen , alwaar her zelve tot hier toe niet ge. vorderd word , alzoo hun Edele Mog. geene redenen kunnen uitdenken, waarom het eene District boven het andere van dien last op den duur g'libercerd zoude blyven, daar in tegendeel zoodanige oit'derfcheid'ng niet nalaaten kan een groote hardigheid op te keveren, en van zeer nadeelige confequentien te zyn voor die Districten , alwaar die lasr gevorderd word.
Dat hun Ed. Mog. met opzigt tot de continuatie of discontinuatie van den Tol van Groot Uth te Venlo , gevorderd wordende , als van zeer geringe importantie, zig geen party zullen (tellen; doch met relatie tot het middel van des Generaliteits Klein Zegel, van gedagten
zyn,



HET FINANCIE-WÉÉZEN.
-3
zyuj dat het zelve aanmerkelyk kan en behoord te worden gébïiïeficeerd, en derbaiven zig verpligt oordeden ten fterkfte te iufteeren; dat niet alleen dit middel generaalyk over het geheele resfort van de Generaliteit geintroduceerd, maar ook de deliberatien met den Raad van Staaten over de verbetering van dit middel en het formeeren van een nieuwe Ordonnantie , waar na het zelve gevorderd zal worden , ten fpoedigtte geëntameerd , en ter conclufie gebracht mogen worden , waar toe hun Ed. Mog. wel durven aanpryfen den voer, waar op het zelve middel in deeze Provincie geheven word.
Dat wyders hun Ed. Mog. met opzigt tot de middelen , vallende in de Forten, Steden en Landen, begrepen onder het zoogenaamde Committimus , hoe zeer uit de origineele Aéle van den jaare is88, als nu geproduceerd, en waar van eene Copie onder de Bylaage fub Litt. B. gevoegd is , ten klaarften komt te blyken , dat daar by alleen het befiier over de middelen aan Gecommitteerde Raaden van Zeeland, by provi* fie, en tot wederzeggen toe is opgedragen, nogthans geene bedenkingen zullen dragen, dat ook het genot dier middelen aan dezelve Provincie gelaateh worde, zoo uit hoofde van de langduurige po&fesfie , als om dat het rendement dier middelen (in gevolge van de verklaaring van de Heeren Gedeputeerden van Zeeland) onder de Inkomften dier Provincie , zoo als dezelve , aan Zyne Doorl. Hoogheid zyn opgegee. ven, en waar op by de berekening der Quota van Zeeland, waarfchynlyk zal zyn reguard genomen , is gebracht geworden , onverminderd nogthans alle zoodanige rechten , als hun Hoog Mog. en den Raad van Staaten over hst zelve District, competeeren, en mits de Provincie van Zeeland tegen het genot der Inkomften draage de kosten van al het geene tot defenfie dier Landen , en fpeciaiyk van de Stad en Landen van Axel , tegen eenen Vyandelyken aanval in B 4 het



a4 GENERAAL RAPPORT VAN
het vervolg zal nodig geoordeeld worden , in conformité van het geen dien aangaande by het Rapport is voorgedragen.
Dat wyders hun Ed. Mog. pasfeerende het genarreerde aangaande de generaale middelen in de Stad en Eilanden van de Willemflad, als meede in de Graaffchappen van Buuten, Culemborg en Leerdam , nogthans geene redenen vinden , waarom de Stad en Baronnie van Ysfelftein zoude gelibereerd worden van de betaa. ling der Contributie van 3000 gis. jaarlyks door haar van den jaare 1585 tot den jaare 1749 toe, (met intermislle van eenige jaaren wegens de Franfche overheering, en eene geleden Inundatie) aan de Generaliteit betaald, en welke Contributie aan baar by hun Hoog Mog. Refolutie van 7 Juny 1753 wederom voor twee verlopen jaaren , maar niet verder is geremitteerd geworden, en dat bun Ed. Mog. daarom vermeenen, dat deeze Contributie wederom promptelyk ten Comptoire Generaal van de Unie behoord te worden gefurneerd.
Dat hun Ed. Mog. ten aanzien van de Amptgelden van des Generaliteits Amptenaaren met de Heeren van de Perfoneele Commisfie van gevoelen zyn, dat geene particuliere Provinciën bevoegd zyn tot het helfen van eenige belastin' gen, onder welke benaaminge zulks ook zoude mogen weezen, van de Traktementen der Generaliteits Amptenaaren, maar dat dezelve behooren te komen ten profyte van het geheele Bondgenootfchap, ten wiens lasten die Traclementen ftaan, en over zulks zig conformeeren met den vootflag by het Rapport gedaan, ten einde, de Heeren Staaten van de refpeciive Provinciën door hun Hoog Mog, worden verzogt van deeze Provinciaale heffing , voor zoo verre dezelve by hun plaats heeft, af te zien, en dezelve over te laaten ten voordee'e van de Unie, geiyk hun Ed. Mog., voor zoo veel deeze Provincie aangaat.



HET FINANCIE-WEEZEN. ay
gaaf, zig daar toe met gevolg van alle de andere Provinciën bereid verklaaren.
Confenteerende hun Ed. Mog. al meede, dat een Amprgeld in het resfort van de Generaliteit worde geïntroduceerd, gaande over alle Amptenaaren , welke door hun Hoog Mog., den Raad van Staaten, en de Collegien ter Admiraliteit in het vervolg zullen worden aangefield in de Generaliteits Landen , en dat b?t zelve gefixeerd worde op een jaar Tractement , of Inkomften der Amptenaaren. En alzoo deeze Amptgeldert niet kunnen worden bepaald, zonder eene prascife kennis van het beloop der Tractementen en Inkomften deezer Ampten , dat vnn de refpeéKve Amptenaaren, door hun Hoog Mogende aangefield , worde gerequireerd eene Opgaave van de TrafTlementen, en verdere voordeden aan derzelver Ampten verknogt, en de Collegien ter Admiraliteit aangefchreeven , om het zelve te requireeren van de Amptenaaren , die door hun in het resfort van de Generaliteit worden aangefield, en vervolgens aan hun Hoog Mog. kennis te geven , welke die Ampten zyn , en op hoe veel de revenuen van dien by de voorfz. Opgaave zyn begroot, terwyl in de hier over te houden -Conferentien met den Raad van Staaten door dezelve zullen kunnen worden opgegeeven de Traélementen van de Amptenaaren, die by dat Collegie aangefttU worden.
Dat hun Edele Mogende hier meede overgaande tot de poinSten van menage, by het Rapport voorgedragen, waar door de uitgaaven van het Comptoir Generaal der Unie zullen kunnen worden verminderd, geene zwaarigheid maaken zig met alle dezelve , zoo en in diervoegen als by het Rapport is geproponeert te conformeeren ten dien ettecle.
Dat de Commisfie uit hun Hoog Mogende naar Staats Vlaanderen voortaan alleenlyk door twee, in plaatfe van drie, of vier Heeren bekleed werde.
B 5 Dat



ac5 GENERAAL RAPPORT VAN
Dat omtrent de Schryfloonen in de Griffie, en in de Comptoiren van den Commis , den expedieerenden Clcrcq, en het werk der Tranflaaten , de geproponeerde fchikkingen , en arrangementen van nu af aan worden vastgefteld, met dien verftande nochthans , dat tot een dedommage. ment van het voordeel, het welk de Griffier by vervolg volgens den tegenwoordigen voet in plaatfe der Schryfloonen zoude genieten , aan denzelven zal worden toegelegd eene fomme van ƒ21000 's jaars, loco ƒ 16000: zoo als by het Rapport word geproponeerd , gelyk meede aan den Commis voor het gemis der Schryfloonen f 55°° > 'oco / 4°oo , en aan ieder der twee expedieerenae Ciercquen ƒ 3500, loco 2500, 200 als insgelyks by het Rapport was voorgeflagen, dat ook voor ieder Biadzyde , houdende 3a regulen ter heeler Blad , en op ieder regul 36 a 40 Letters, aan ieder Clercq zal worden goedgedaan zeven ftuivers , en in een andere Taal, als de Nederduhfche, agt ftuivers, loco vyf en zes ftuivers. zoo als meede is voorgeflagen geworden.
Dat voorts hun Ed. Mog. in bedenking geven , of ten aanzien van het geene door de Commisfie, conform den voorflag van den Heer Griffier aan dezelve gedaan, word geproponeerd, dat voortaan geene Copien zullen mogen gefchreevin worden van ontcyffierde Brieven, maar dat de Heeren Gedeputeerden zig zullen moeten vergenoegen met de eenvoudige leblure van dezelve, en alleenlyk de vryheid hebben, om daar uit korte aanteekening te maaken, niet eenige uitzondering behoord te worden gemaakt, en daar onder niet begrepen zoodanige ontcyfferde Brieven van groote aangelegenheid , waar over deliberatien in de Provinciën moeten gehouden, of communicatie daar van gegeeven worden, houdende hun Ed. Mog. zig ook verzeekert, dat het voorgedrageiie met opzigt tot het copieeren in de re* fptStive Comptoiren van de Griffie ten laste van
den



HET FIN ANC IE-WEE ZEN. a7
den Lande van geene andere Stukken dan die ter Vergadering van hun Hoog Mogende zyn ingekomen, of tot dezelve te behooren; zig niet txten. deerd tot zulke Stukken, van de grootfte aangelegendheid voor het behoud van de Republicq, als wel eens (in gevolge vari de remarque van den Heer Griffier daar op gemaakt,) voor Zyne Hoogheid en den Raadpenfionaris van Holland gcfchreeven hebben moeten worden.
Dat voorts hun Ed- Mog. met opzicht tot het onderhoud van de vertrekken van hun Hoog Mog., in het aanftellcn van een Opzichter over dezelve , zich conformeerende met het geene d:ar omtrent by het Rapport word geadvifeerr, meede van gedagten zyn, dat de Post van Hofmeester , en de bedieningen van de vier Trompetters van den Staat by de eerfte vacatures kunnen worden gemortificeerd.
Terwyl de toeleg van ƒ 42-17-0 's jaars aan de Provinciaale Ciercquen aan hün Edele Mogende van te weinig belang is voorgekomen om de continuatie of discontinuatie van dezelve niet over ter laaten aan de Vergadering van haar Hoog Mogende , ten einde daar over te disponeeren, zoo als redelyk en billyk geoordeeld zal worden.
Gelyk hun Ed. Mog. ook geene zwarigheid maken zich te conformeereh met het geene by het Rapport , relatif de Traktementen van den Heer Thefaurier Generaal , van de beide Commi efen ter Secretarye, van den tweeden Commis ter Thefaurie , en van den Chartermeester van den Raad van Staate , als meede van de Com:niefen van de Generaliteits Finantie , én van het Kusfengeld aan de Leden der Generaliteits Reekenkamer word voorgedragen.
En ook niet ongeneegen zyn , zoo veel aangaat de geproponeerde verbeeteringen van de Posttn der Secretaris/en , en de Ciercquen van de Generaliteits Reekenkamer met de meede Bóndgenooten te concurreeren tot alle zoodanige
fchik-



28 GENERAAL RAPPORT VAN
fchikkingen , als redelyk en billyk zullen geoordeeld worden.
Zynde hun Ed. Mog. insgelyks van begrip, dat ter wegneeming van alle wettig bezwaar voor de Raaden in het Hof van Braband de frohibitoire Refolutien van hun Hoog Mogende van tyd tot tyd genomen , tegen de aanflelling van extraordinaire Raaden in het zelve Hof voortaan punéluelyk behooren te worden nagekomen , en de verdere fchikkingen by het Rapport voorgeflaagen tot verbetering van den ftaat der Raaden in dat Hof by hun Hoog Mogende in ernllige overweeging genomen om daar op vervolgens te refolveeren, zoo als in reedelykheid én billykheid zal dienftig worden geoordeeld , zoo als ook hun Edele Mog. het geadvifeerde by het Rapport omtrent de vermindering van het inkomen van den Ontfanger Generaal der Unie roet 2400 jaarlyks aan denzelven by hun Hoog Mog. Refolutien van den iy Juny 1720 en 26 February 1735 , toegelegd en gecontinueerd voor het heffen en adminiftreeren van den honderdften penning op alle Obligatien en Rentebrieven, boven en behalven de redudlie van het CollecTdoon der Loterye op een half per cent, te voeren by den Raad gerefolveerd, en nu reeds zedert de aanflelling van den tegenwoordigen Ontfanger Generaal in train gebragt zynde, pasfeerende , zich voorts wel kunnen conformeeren met den voorfkg der Commisfie, om den Raad van Staate te verzoeken by voorkomende gelegenheid, wanneer zy oordeelèu zal, dat zulks gevoeglyk za] kunnen gefchieden, een bekwaam gebouw tragten te aquireeren , om te dienen voor een vast en permanent Comptoir der Unie en om als dan te overleggen , welke vermindering in dien gevalle, omtrent het inkomen van den Ontfanger Generaal uit hoofde der kosten van zoodanig Comptoir na redelykheid en billykheid , als dan noch zal konrjen en bekooren te worden gemaakt.
Ter-



HET FINANCIE-WEEZEN. 40
Terwyl behalven eenige andere pointen van menage met betrekking tot dit Comptoir voorgedragen, en welke aan de befchikking van den Raad van Staate zoude kunnen worden overgelaaten , van nu af aan behoord te worden vastgefteld , dat, de bedieningen van den Commis en Clercq belast met de betaalinge der Lyfrenten , als meede de Post van Deurwaarder van het Comptoir der Unie by de eerfte vacatures zullen w>rden gemortificeerd.
Dat ook hun Edele Mog. geene bedenkingen dragen omtrent het geadvifeerde met relatie tot de Schryfbehoeftens , de Almanakken en Courantgelden , de Kaarsfen, de Post en Boden/oenen , en de Bedienden van des Generaliteits Klein-Zegel, en van gedagten zyn , dat alle de pointen van menage daar omtrent by het Rap. port voorgefteld , by hun Hoog Mog. behooren te worden gearresteerd.
En met opzicht tot de affchaffing of menage» ment van eenige Huishuuren der Huizen die jaarlyks door Commisfien , zoo van hun Hoog Mog. als van den Raad van Staaten gebruikt worden , hun Ed. Mog. zich insgelyks conformeeren met het geadvifeerde , voor het opzeggen der Huizen te Breda, Grave en Venlo, en tevens van gedagten zyn, clat de Raad van Staaten behoord te worden verzocht om derzelver deliberatien te continueeren over het geene tot meerdere menage op dit point ten aanzien van de overige Huizen zoude kunnen gefchieden.
Conformeercnde hun Edele Mogende zich insgelyks met de geproponeerde vermindering der Traktementen van eenige Ontfangers en Rentmeesters , namelyk van den Raad , en Rentmeester Generaal der Beeden van Braband, in het Kwartier van Antwerpen , den Raad en Rentmeester Generaal der Episcopaale Goederen in de Stad en Myerye van 's- Bosch , ais meede van de Geestelyke Goederen in het Kwartier van Maasland, den Ontfanger der gemeene Middelen
van



So GENERAAL RAPPORT VAN
van Hulst en Hitster Ambvgt , den Ontfanger der gemeene Middelen over de Stad van 's Hertogenbosch , Schanfen en Prydom van dien , de Ontfitngers der gemeene Middelen over Peelland, en der Verpondingen over Kempeland, de Ontfanger s van den lolien en giften Penning in de Baronnie van Breda, en in de Stad en Marquizaat yan Bergen op Zoom, gelyk ook van de Ontfangers der Verpondingen in de Stad en Marquizaat van Bergen op Zoom, in de Stad en Landen van Steenbergen, en de Heerlykheid Princeiand, van den Ontfanger der gemeene Middelen over Sas van Gend, Philippine en onderhoorige Polders, en van de Ontf wgers der Verpondingen in het Overkwartier van Vlaanderen, van de Kerkelyke Goede?en te Aardenburg en Oostburg, van den Ontfanger van 's Lands gemeene Middelen over de Stad Gr ave en der Landen van Cuyk, als meede van die van de Geestelyke Goederen in het Kwartier van Peelland, confenteereiide hun Ed. Mog. dat omtrent alle deeze Amptenaaren by de eerfte vacatures geintroduceert wordende verminderingen der Traclementeu en andere pointen van menage, by het Rapport voorgefteld.
Terwyl hun Ed. Mog. alleenlyk met opzicht tot de geproponeerde verandering in dj kosten der refpeétive Reekeningen in bedenking geeven, of niet van eene bepaling der Schryfljonen per blad, grooter misbruik gemaakt , en meerder moeite in de examinatie van dezelve veroorzaakt zal worden , dan dat by continuatie voor Sciiryfloon dier Reekeningen bepaalde fommen uit uitgave geleeden worden, althans , dat de ondervinding daar van hun Edele Mog. binnen deeze Provincie het laatfte heeft doen prateretren boven het eerfte.
Dat ook hun Edele Mogeode wyJers geen de minfte zwarigheid vinden in de combinatie van de Comptoiren der gemeene Middelen over Peel* land en Kempeland, als meede iti die van de Verpondingen over dit beide Kwartieren,
ten



HET FINANCTE-WEEZEN. 31
ten einde dezelve refpeclivelyk by da eerfte va» catures door den Langstleevende en' vervolgens altyd door een Perfoon waargenomen worden, en daarenboven van gedagren zyn, dat de Raad van Staate behoord te worden verzocht, om by aldien zy in het vervolg mogte bevinden, datnoch eenige andere combinatiën zonder ondienst van den Lande konden plaats grypen , dezelve als dan te willen introduceeren: terwyl hun Ed. Mog. in dien gevalie van begrip zyn, dac in da Borgtogten voor de differente Comptoiren by des Raads Refolutien van 24 April 1721, en 21 November 1732 geregulerd wel eenige verandering zcude kunnen worden gemaakt , alzoo ten allen tyde van den Raad van Staate afhangt, geen grooter fomme van Penningen in handen van de fubalterne Ontfangers en Rentmeesters te laaten verblyven, dan dezelve goedvind:
Dat eindelyk hun Edele Mogende meede van gedagten zynde , dat de Raad van Staaten behoord te worden verzocht de Post van Opzigter over de Fortificatiën te Maastricht by de eerfte vacature te mortifkeeren, zich conr'ormeeren met het geadvifeerde omtrent co. onregelmatige verhooging der cours van den Ryxdasldei, door de Provincie van Zeeland propria auStvritate van tyd tot tyd gedaan ; en overtuigt van de noodzakelykheid , dat eenige verandering gemaakt worde in deu cours van den gouden en zilveren Standpenning met de Heerch van de eerfte Perfoneele Commisfie , van gedagten zyn, dat de Raaden en Generaalmeesters van de Munten by hun Hoog Mog. behoorden te worden verzocht, om in overleg te neemen, en hun Hoog Mog. te dienen van derzelver confideratien over de mecvst gevoeglyke wyze , op welke, zonder ondienst van den Lande aan het bezwaar van de Provincie van Zeeland ten deezen opzichte , en het welke aanleiding tot deeze eigendunkelyke verhoging van den Ryxdaalder gegeeven heeft, zoude kunnen worden te gemoet gekomen , het
*y



32 GENERAAL RAPPORT VAN
zy door den cours van den Standpenning gene. ralyk eenigzints te verhogen , ofte wel eene nieuwe Standpenning te munten , ofte op zoodanige andere wyze, als dezelve Raaden en Generaalmeesters meest nuttig en dienftig zullen oordeelen.
En hier meede komende tot de derde afdeeling van het Rapport , concerneerende de ordU naris en extraordinaris Staaten van Oorlog.
Hebben hun Edele Mog. zig meermaals fpe. cialyk by derzelver Confenten in de Petitiën, over de jaaren 1754, i?55 en 1756, geuit, over de gebreeken die in de Staaten van Oorlog zoo lange hebben plaats gehad, en waar door dezelve (zoo als de Heeren van de Commisfie by derzelver Rapport te regt aanmerken) •wel eene uitwendige vertooning hebben van eene zoo verregaande Arithmetifche nauwkeurigheid, dat niemand der Bóndgenooten niet eene enkele ftuivtr boven zyne Quota fchynt bezwaard tezyn, maar nogthans vol zyn van inwendige onevenheeden, welke eene groote ongelykheid in het dragen der algemeene Lasten veroorzaaken, en zullen thans derzelver gedraagen remarques niet herhaalen , maar tot de pointen , by het Rap. port vermeld, toetreedende, verklaaren hun Edele Mog. bereid te zyn om met de andere Bóndgenooten te concurreeren, tot wsgneeming van alle de opgegeeven gebreeken.
Dat derhalven hun Edele Mog. met opzigt tot die , welke als algemeene gebreeken by het Rapport zyn voorgefteld, geen zwaarigheid maaken te corfenteeren, dat alle zogenaamde doode posten, die niet betaald worden, maar tot hier toe by de Provinciën geprofiteerd zyn, gelyk ook alle onnodige posten , die behoudens de noodzaakelyke defenfie van den Lande kunnen worden gemist , voortaan van den Staat van Oorlog werden afgelaaten , en voorts ten einde het vertrouwen tusfchen de Bóndgenooten hoe langer hoe meer te verfterken, en de egaliteit
ia



HET FINANCTE-WÉEZËN.
32
in bet draagen der generaale Lasten des te meer te conftateeren, niet ongeneegen zyn met de andere Bóndgenooten te concurreeren tot het vas-ftellen van eene jaarlykfche liquidatie over alle die Posten van den extraordinaris Staat van Oor-; log, ofte eenige andere extraordinaire Petitiën s die onder de beheering van den Raad van Staate (taande niet effeélivelyk zyn uitgegeeven, of betaald , en wel tot die bepaalde einden , waar toe dezelve eigentlyk moeten dienen.
En dat, ten einde de Raad van Staaten werde in ftaat gefield deeze liquidatie op te maaken, jaarlyks voor de laatfte dag van de maand Maart , door elk der Bóndgenooten , en het Landfchap Drenthe , aan gemelde Raad werde overgezonden eene fpecifique Notitie of Declaratie van alle de betaalingen , door elk der Bóndgenooten , of het voorfz. Landfchap, ^ op ieder van de verfchillende. Capittels van den extraordinaris Staat van Oorlog gedaan, ten einde dezelve geëxamineert, en tegen de gedepecheerde Aflens van verzoek geconfronteert zynde , vervolgens by Appoindlement van denzelven Raade gezonden te worden aan de Generaliteits Reekenkamer, om dezelve te liquideeren, en by den volgenden extraordinaris Staat, op dem voet by het Rapport vermeld j verreekend en geëgalifeerd te worden ; dat ook generalyk. werde gearresteert, dat geene betaalingen door de Provinciën en het Landfchap Drenthe zullen mogen gedaanj ofte aan haar in betaalingë geleden worden van eenige Posten op de Staaten van-Oorlog (taande, dan op Aflens van verzoek, door den Raad van Staaten te verkenen, met uitzondering nogtars van de Sóldyen der Militie, en eenige andere Posten by het Rapport opgenoemt, of nader te bepaalen.
En ten aanzien van zoodanige Posten , die niet onder de beheering van den Raad , maar van eenige particuliere Provinciën ftaan, en dezelve Provii-cien, begeerende het belïuur daar . deel, C over



34 GENERAAL RAPPORT VAN
over aan zig te behouden, dat dezelve zullen kunnen volftaan , met jaarlyks aan den Raad van Staate te zenden eene Specificatie van de betaalinge , door haar in die Posten gedaan, tot de einden , waar toe dezelve op den Staat van Oorlog gebragt zyn, op dat daar uit kan gezien worden, of de volle Quote der Provinciën daar aan hefteed is, en zoo by de eene of andere dier Provinciën eenig overfchot mogte bevonden worden, de Raad van Staaten in dat geval van dat overfchot zal mogen gebruik maaken , tot betaaling van het geene in eene andere Provincie, in dewelke de beheering aan haar is gelaaten, te kort mogte gekomen zyn.
Dat ook hun Edele Mog. confidereerende , dat niets ftrydiger is met de regelen eener gezonde Staatkunde, niets nadeeliger voor het behoud van den Staat, en voor de bewaaringe van deszelfs onafhankelykheid, dan dat de defenfie van het Land werde dependent gemaakt van jaarlykfche vrywillige Confenten, bereid zyn met de Bóndgenooten te concurreeren, ten ein» de een zoo groot defecl: in de Unie, het welk zoo langen tyd heeft plaats gehad , eenmaal weggenomen, en de Staaten van Oorlog, zoo en in dier voege als dezelve nu geconfenteerd zullen worden, niet anders geconfidereerd worden dan als eene rep.ntitie van geconfenteerde Lasten , met dien verftande nogthans , dat de temporsire en mtffervende Lasten van den extraordinairen Slaat met geene anderen zuilen mogen worden aangevuld, ten zy met ernpaarige bewilliging der Bóndgenooten.
Dat voorts hun Edele Mogende met opzigt tot de Militie van den Staat converieeren, dat dezelve in alle de Provinciën op eenen gelyken voet behoort behandeld te worden , en daarom wtl mogen lyden dat die Provinciën , dewelke nog eeniae maanden ten agteren zyn in de betaalinge der Soldyen, werden verzogr die agter. Hallen te willen zuiveren, gelyk hun Edele Mog.
de-



HET FINANCIE-WEEZEN. s$
dezelve reeds gezuiverd hebben , als meede dat de Officieren en Bedienden, welker Tradtementen op den Staat van Oorlog gevonden worden, en dewelke hier van niet fpeciaal zyn uitgezonden , verpligt werden jaarlyks voor den 15 November aan den Raad van Staateh te zenden behoorlyke Atteftatien de vita ; en voorts gaarne zullen concurreeren , ren einde zoo met opzigt tot de kortingen , als de Gagementen der Geappointeerden, en Logjsgelden eene generaale en eenpaarige voet werde vastgefteld, het zy op die wyze, als daar omtrent by het Rapport word voorgedraagen, of anders zoo als met gemeene bewilliging der Bóndgenooten nader gereguleerd zal worden.
Dat hun Edele Mog. zig conformeerende met het geadvifeerde omtrent de huur van het Huis, toebehoorende aan Sr. Anna Gasthuis , te Sluis in Vlaanderen, als nu zullende overgaan tot de befchouwing van de geprojecteerde Schema's van den ordinairen en extraordinairen Staat van Oorkg, onder de Bylaagen van het Rapport fub Lirt. R. 1. en R. 2. overgelegd.
Met opzigt tot den ordinaris Staat verklaaren te inhtereeren derzelver Refolutie van den 28 April laatstleeden, op den ......... daar
aan volgende , ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende uitgebragt, raakende de fterkte, inrigting en betaaling der Armée , zoo als dezelve by het laatfte Plan van Zyne Hoogheid op den 17 Maart 1789 aan de Bóndgenooten is voorgedraagen, als meede derzelver Refolutie op het Rapport van de Heeren der tweede Perfoneele Commisfie op heeden genomen, zoo veel aangaat het Corps d'Artillerye, en het Corps Pontonniers , onder afwagtinge van alle zoodanige verdere verminderingen, als door Zyne Doorluchtige Hoogheid in het voorgeflagen Plan,zoo met relatie tot het Corps Mariniers, als anders nog mogten worden geproponeerd. Gelyk hun Edele Mogende insgelyks met opC 2 zigt



30
GENERAAL RAPPORT VAN
zigt tot het geadvifeerde , aangaande de Ministers buiten 's Lands, en het onvervuld laaten by vacatures van de Posten van Ministers te Regensburg , by den Keurvorst van de Paltz, als mede van den Secretaris, waarneemende de zaaken aan het Hof van den Keurvorst van Mentz, en het geproponeerde, om aan het Hof van Petersburg voortaan alleen te houden een Minister met het Character van extraordinaris Envoyé en Plenipotentiaris , als meede met opzicht tot de geproponeerde veranderingen in het Reglement van den jaare 1700 voor de Ambasfaden en Commisfien buiten 's Lands , en het aanftellen van eenige Secrerarisléu d'Ambasfade, of Legations Secretarisfen , bereid zyn met de andere Bóndgenooten te concurreeren.
Dat hun Edele Mog. omtrent alle de andere Posten op het Schema van den Ordinaris Staat van Oorlog gebragt geene bedenkingen zullen dragen, genegen zynde te confenteeren , dat de Post voor de Defroyementen, als meede dia voor Secreete Correspondentiegelden , hoe zeer vooral de eerstgemelde uit haacen aart gefchikt voor een jaarlykfche Liquidatie , en daarom gevoeglykst op den extraordinairen Staat hebbende moeten gebragt worden, nochthans om reedenen by het Rapport gemeld op den ordinaris Staat van Oorlog , en alzulks buiten Liquidatie blyve, mits nochthans dezelve post op gelyke wyze als voorheen heefc plaats gehad, ook nu we> derom gerepartitieerd worde.
Dat hun Edele Mog. met opzicht tot alle de posten, gebragt op den extraordinaris Staat van Oorlog , zich voor het tegenwoordige bepaalen zullen tot de navolgende remarques.
Den eerften , dat hun Edele Mog. veronderftellen, dat de posten voor de Militie , ten behoeven van de Colonie van Surinamen , voortaan over alle de Provinciën , het Landfchap Drenthe en de Generaliteit gerepartitieerd, immers door alle dezelve met ecnpaarighcid gedragen
1



HET FINANCIE-WEEZEN.
3'/
gen zullen worden , in welke gevallen alleen hun Ed. Mog. zich bereid verklaaren daar in te confenteeren.
Ten tweeden, dat hun Edele Mog. met de Heeren van de Perfoneele Commisfie van gedagten zyn , dat de huur van het Huis van Prins Maurits kan worden opgezegd , én vervolgens die Post van den Staat van Oorlog afgelaaten, immers dat dezelve daar op niet hoger behoord gebragt te worden, dan effedtive betaald.
Dat ook ten derden hun Ed. Mog. begrypen, dat de Losrenten ter fomme van ƒ 58600-0-ó ten fpoedigften behooren te werden afgelost , en dezelve meede van den Staat van Oorlog geligt , en dat dienvolgens de Raad van Staaten behoord te werden verzocht eene Petitie te formeer;n ter fomme van ƒ 772000-0-0, om daar uit de voorfchreeve losfinge te doen.
Dat ten vierden met opzicht tot de Post van ƒ i5cc03-0-0 voor Penfioenen van Officieren, door ouderdom , of anderzints buiten (laat geraakt den Lande langer te dienen, hun Edele Mog.' als noch inhsereeren derzelver Refolutie van den sg April laatstleeden hier boven aangehaald.
Dat ook ten vyfden het geen by het Rapport met opzicht tot de Post van ƒ 10000-0-0 voor het onderhoud van eenige Franfche Vrouwen van conditie, om de Religie herwaards gevlugr, word voorgedraagen, door hun Hoog Mogende werde gerefolveerd, en die Post ook in het vervolg van den Staat van Oorlog worde afgelaaten. *
Dat ten zesden , zoo veel aangaat de Post van ƒ 3©cOdo-o-o tot verbeetering der Frontieren , en aanvulling der Magazynen van den Staat , hun Ed. Mogende niét ongenegen zyn, met gevolg van alle de andere Provinciën daar in te confenteeren , of anders vermeenen, dat deeze Post van den extraordinaris Staat afgelaaten wordende , de Raad van Staaten zoude beC 3 hoo-



38 GENERAAL RAPPORT VAN
hooren te worden verzocht, des niet te min alle mogelyke fpoed met die Werken te maaken , en de noodige Gelden daar toe te petitionee. ren.
Dat eindelyk ten zevenden , hun Edele Mog. ook wel genegen zyn tg confenteeren in de Post van één millioen guldens voor de Marine, in die hoope en vaste verwagting , dat de redresfen in de adminiftratie van de zaaken van de Zee by het Rapport van de tweede Perfoneele Commisfie voorgeilagen , en met de overtuigendlle redenen aangedrongen , eerlang zuilen worku ten tffeéte gebragt.
Hun Edele Mogende zich alzoo over den voornamen inhoud van de drie eerfte afdeelingen van het Rapport hebbende verklaard en als nu moetende overgaan om zich te expliceeren omtrent de vierde of laatfte afdeeling , handelende over den voorfiag door de Provincie van Zeeland by haare Refolutie van den 4 December 1784 , den 15 daar aan volgende ter Generaliteit gedaan , tendeereude tot het tiegotieeren in tyd van Oorlog door de Generaliteit tot laste van de Provinciën, en tot het bepaalen van een generaal Fonds om interes/en daar uit te vinden.
Zullen omtrent dit point alleen kortelyk reflefteeren , dat hoe zeer hun Edele Mogende alk reeden hebben om te wenfchen , dat de kosten van extraordinaire middelen van defenfie niet door extraordinaire Petitiën in het vervol» behoefden eevorderd te worden, maar op een andere de Financiën der Provinciën niet bezwarende wyze , konden gevonden worden, nadien hun Eiele Mog. ten deezen aanzien voor hunne Bóndgenooten opentlyk moeten verklaaren, dat zoo wauieer d^eze Provincie na den tegenwoor' digen aanflag van ƒ 4 - 10 - o in het honderd, haare Quote in de jaailykfche Lasten van de Unie ter lomrne van dertien en een half millioenen zal betaalen , het niet te voorzien is, dat eenig
over-



HET.-FIN ANC IE-WEEZEN.
39
overfchot van belang voorhanden zal weezen, om zonder nieuw 'bezwaar voor de Finamien, zoodanige extraordinaire Lasten te fuppnrteeren , dat echter hun Edele Mogende op erond van de by het Rapport geallegueerde coi iideratien meede veiligst oordeelen , provilicneel by den ouden voet te blyven , immers zoo lange, tot dat de refpeclive Bóndgenooten tot de reïntrodudlie van generaale middelen van belasting , overeenkomftig den waaren aart , en den duidelyken letter van de Unie van Utrecht zullen kunnen befluiten , als wanneer ieder der Bondgenooten volkomen zal gerekend kunnen worden , naar maate van deszelfs reëel vermogen, in de Lasten van het Bondgenootfchap te con. tri^ueeren. .
Hun Edele Mog. zig hier meede, in gevolge en ter voldoeninge van de exhortatie van hun Hoog Mog. vervat by Misfive van den tl Mey laatstleeden , als meede van het gemanifesteerd verlangen van de Heeren Rapporteurs op den geheelen inhoud van dit gewigtig Stuk , zoo fpoedig mogelyk, en rondelyk hebbende verklaart, verfaeren in dat regtmatig vertrouwen, dat by alle de andere Bóndgenooten hier op insgelyks fpoedige en vrugtbaare Refolutien zullen worden genomen, ten einde de veelvuldige moeite, door de Heeren van de Commisfie genomen , en den yver, waar meede dezelve dit groo. te en moeielyke werk ten besten van het lieve Vaderland hebben ten einde gebragt , zoo wel als de gewenschte msfchenkomst van zyne Doorluchtige Hoogheid haare belooninge mogen vinden in de fpoedige herftellinge van eene meerdere evenreedigheid in het dragen der Lasten tusfchen de refpeöive Bóndgenooten en in de wegneeming en verbeetering van de gebreeken, welke in het Finantieweezen van de Republicq zoo lange hebben plaats gehad, en zoo duidelyk zyn aangeweezen : Inzonderheid ook , ten einde de C 4 Raad



40 GENERAAL RAPPORT-VAN
Raid van Staate eerlang door hun Hoog Mogende in ftaat werde gefield, om, overeenkom, ftig de overgelegde Schema's, onder zoodanige vermindering , als daar op eenigzints zullen kuiler» vallen , de ordinaris en extraordinaris St-iaten van Oorlog op te maaken , terwyl hua Ed, Mog. by omitentenisfe daar van, van begrip zyn, dsft gemelde Raad in dien gevalle met primo October behoorde te werden verzogt den voorgen Staat van Oorlog op de best mogelyke wyze te for^eeren , en ter Vergadering v»n hun Hoog Mog. voor het einde van dit jaar over te brengen, nadien hun Edele Mog. moeten declareeren, niet langer, dan tot het uiteinde van dir jaar op den ouden , en den zoo zeer bezwarei de voer, te zullen, of te kunnen bly= ven codtinaeeren.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Refolutie.
(Was get.)
H. A. LAAS»
Ex.



HET FINANCIE-WEEZEN.
41
ExtraSl uit het Register der Refolutien van de Koog Mogende Heeren Staa~ ten Generaal der fereenigde Nederlanden.
Mercurii den 25 Augustus 1790.
THV Heeren Gedeputeerden van de Provincie van JL/ Holland en Westvriesland, hebben ter_Vergadering ingebragt en laaten lezen , de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie , hunne Principaalen, op het Rapport, door de eerfte Perforeele Commisfie, tot het onderzoek der Provinciaale Quotes , en van liet Financiewezen van de Generaliteit, op den 21 Mey laatstleden alhier ter Vergaderirge uitgebragt; volgende de voorfz. Refolutie hier na geïtifereert.
Fiat infertio.
Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verdaan , dat Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie , om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden ■ uit den Raai van Staate, by haar Ed. zelfs te nomineeren, te vifiteeren , examineeren, en van alles alhier ter Vergadering rapport te doen.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Pro. vincien, welke zig op het voorfz. fubjecT: nog niet heb. ben verklaard, mis deezen verzogt, hun daar toe meede te willen bekwamen.
Accordeert met voorfz. Register.
C 5 E»i



41 GENERAAL RAPPORT VAN
Exfiié} uit de Refolutien vin de Heeren Staaten van Holland en iVestvriesland, in hun Edele Groot Mogende Vergadering genoomen op
Fiyd,;g den 23 Augustus 1790.
TP\e Rar.dperfionnris heeft: ter Vergadering geIrapporteerd de confideratien en het advis van de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Financien, hebbende, in gevolge en ter voldoeninge van hun Ed. Gr. Mog. Refolutie Commisforiaal van den 24 Juny dezes jaars , met de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Haee en te Hoorn refideerende, mitsgaders de Heeren wegens hun Edele Gr. Mog. tot de Perfoneele Commisfie van de Quotes ge. ërnployeerd geweest, in gecontinueerde Befognes geëxamineerd het Rapport nopens het werk van de Quotes en het Financieweezen , op den 21 Mey te voren ter Generaliteit uitgebragt, en aan hun Ed. Gr. Mog. zoo wel, als aan de overige Bóndgenooten toegezonden.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden der refpective Steden , uit naam en van wegens Burgemeefteren en Vroedfcbappen derzelver Steden, geapprobeerd en gearresteerd de navolgende extenfie van het advys en confent deezer Provincie , om ter Generaliteit te worden geopend.
Hun Ei. Gr. Mog. de Heeren S'aaten van Holland en Westvriesiand , ontfangen en geëxamineerd hebbende het Generaal Rapport van de Perfonreie Commisfie tot het reguleeren der Quotes van de refpeQive Provinciën, en onderzoek van de Generaliters Financien , ter Vergadering van hun Hoog Mogende gedaan den ai Mey l»atstleeden, hebben gemeend, eerst en vooral te moeteu bVpaaten de ordre, welke, raar haar



HET FINANCTE-WEEZE N. 43
inzien in de deliberatien over deeze materie behoord gehouden te worden ; dewyl anders dezelve , zoo door haare importantie rds door de uitgebreidheid en verfcheidenheid van objecten , zeer ligteiyk verwarring en langwyligheid zou kunnen veroorzaaken.
Het is hun Ed. Gr. Mog. voorgekomen, dat, om met een goede ordre en hope van een fpoedige afkomst te werk te gaan, eerst en vooral behoord onderzogt en vastgefteld te worden , welke de Lasten zyn, die door de gezamentlyke Bóndgenooten behooren uitgemaakt te worden , om de Eer en Onafhankelykheid van den Staat , de veiligheid haarer Frontieren , en de protectie der Ingezeetenen te maintine'eren ; en dat het tweede HoofdpoincT: deezer deliberatie behoord te zyn, op welke wyze , en in. welke proportie die noodzaakelyke depenfes zullen worden gefurneerd.
Het zou (naar het oordeel van hun Ed. Gr. Mogende) verkeerd gehandeld zyn, indien men deeze ordre van deliberatie wilde in verteeren, en eerst nagaan, wat de Financiën kunnen dragen, om vervolgers het beloop der Lasten van de noodzaakelyke defenfie daar aan te proportioneeren ; want behalven dat de beantwoording van die vraag, hoe veel de Financien van yder der Bóndgenooten kunnen dragen ? zeer moeyejyk is, en een altoos duurende (tof van altercatie opleverd, zoo moeten hun Edele Groot Mog. aanmerken , dat het in deezen alleen aankomt op de keuze van een deezer twee alternativen, te weeten : of de Repubiicq een Independente Mogentheid wil blyven , en voldoen aan de betrekkingen en vereischten, die daar toe verpligten, dan of zy zig op een minderen voet wil zetten, en haare extftentie aan de wisfelvalligheid der gebeurtenisfen overlaaten ? het laatfte te kiezen, kan niet opkomen in het hart van een regt geaart Nederlander, wiens Voorouders goed en bloed opgezet hebben, om de Vryheid
en



44 GENERAAL RAPPORT VAN
en Onafhankelykheid te verkrygen , en wiens Vaderland nog op ver na niet ontbreekt de middelen en resfources , om die Vryheid en O^af* hankelykbeid , onder Gods Zegen, met luifter te bandhaaven.
Men knn noch mag derhalven niet anders dan het eerde kiezen; maar wanneer men een zeker einde zoekt te bereiken, moet men ook de middelen daar ftellen en gebruiken, en gebrekkige middelen , of minder dan de noodzakelykheid vorderd, daar toe te willen gebruiken , is even eens, als of men niets deedt , en door zulke maatregulen zoude men, zonder het te zeggen, in der daad vallen in de confequentie vari de Vryheid en Jndependentie van den Staat ten prooy te geven.
Maar aan den anderen kant is het ook zeker, dat de Beftierders van een Staat, vooral van een Repubücq , alles behooren af te fnyden, óttt overtollig is, en geen wezenilyk kenmerk \4n noodzaakelykheid heeft ; ten welken opzigte men vertrouwen meet ftellen in de geenen, wier post en pligt meede brengt, deeze objecten te kennen, en aan de Leden van her. Bondgenootschap voor te ftellen.
Hun Edele Gr. Mog. deeze zaak uit dit oog. punt belcbouwende , en in die ordte haare deiiberatien op het Rapport aanleggende , hebben geremarqueert, dat het Rapport zelve vier Hoofddeelen bevat; waar van het eerfte rouleerd over de proportie , welke voor het vervolg behoord vastgefteld te worden in de Quotes, en over de Conditiën , die tot meerder vastigheid van het verbond der Unie daar meede behóorsn gepaard te gaan;
Het tweede behelst een uitgebreid onderzoek naar de gefbeidheid der Financien van de Generaliteit, en de middelen, waar door dezelve kunnen verbeterd worden.
Het derde object handeld over de Staaten van depenfes van de Rspublyk, van ouds Staat van
Oor-



HET FINANCIE-WEEZEN. 45
Oorlog genoemd, om drt de Republyk, by haare opkomst en nog lang daar na , in een geduurigen Oorlog was, terwyl teffetis een nieuw Ontwerp wordt opgegeeven , van 'den voet , waar op deeze Staaten van Oorlog in het vervolg behooren ingericht te worden.
Het vierde Hoofdpoinét is alleen betrekkelyk tot een geproponeerde van de Provincie van Zeeland , over het doen van Negociatie op het Comptoir-Generaal van de Unie voor rekening van de Provinciën.
Van deeze vier onderfcheide objecten zyn het eerfte en het derde , op de gronden hier voren gelegd, ten naauwften aan elkander verbonden, en van derzelver vereenigde behandeling hangd de order of confufie van de Republyk af: Hun Edele Groot Mog. willen gaarne erkennen de importantie van het tweede poinét , maar deszelfs behandeling kan, zonder dat groot gevaar, tot nadere gelegentheid uitgefteld worden ; dewyl voor het tegenwoordige de Bóndgenooten genoeg hebben aan de verzekering , dat de Generaliteits Kas, onder de voorzigtige adminiftratie die dezelve thans beftuurd, dragen kan, dat gedeelte der Lasten van het Bondgenootfchap, waar toe by het Rapport geadvifeerd wordt ; boven en behalven de Lyfrenten, zoo die bevorens op het fnbfidie van de Barrière geaffecteerd waren , als die voor rekeninst der Provinciën genegotieerd zyn ; terwyl de Bóndgenooten zig van nu af aan, behooren te verpligten, om zoo dra de eerfte noodzaakelyke Poincten zullen zyn afgedaan , ook dit Poincr. met yver ter hand te nemen , en op de best mogelyke wyze tot afkomst te brengen.
Gelyk ook het vierde Hoofipoinct, betrekkelyk tot het geproponeerde van de Provincie van Zeeland als dan fpoedig zal kunnen afgedaan worden.
Hun Edele Gr. Mog. vervolgens toetreeden. de, om haare gevoelens op het eerfte en derde
deë-



46 GENERAAL RAPPORT VAN
deezer HoofdpoincTen te verklaaren, hebben met bet tiiterfte genoegen gezien dat de Heeren Gecommitteerden van de Bóndgenooten , zig niet alleen bezig gehouden hebben met het reguleeren van een nieuwe proportie in de contributien ten behoeven van den Gemeenen Staat; maar ook met de middelen tot wegruiming van die desordres in het Stuk der Confenten en der Furnisfementen, waar aan de Republyk, zoo veeie jaaren heeft gelaboreerd , en die vroeg of laat, haaren val zouden moeten veroorzaken.
Hun Edele Groot Mog. zullen zig niet inlaaten in reflexien op de voorgeflaagen proportie tusfchen de Provinciën, als moetende onderftellen, dat Zyne Doorl. Hoogheid , aan wien de noodige opening van de refpeétive Financiën gegeeven is, zoo veel evenredigheid in dien voorflag za) gebragt hebben , als met den aart van dit omilagtig werk befhmbaar was; (voor welke moeite hun Edele Gr. Mogende Zyne Doorl. Hoogheid hartgrondig bedanken) gelyk ook, hoe hezwaarend de verhooging van de Quote van Holland en Westvriesland voor de Financiën deezer Provincie moge zyn, en hoe zeer het noodzaakelyk zal worden nieuwe of ver. hoogde belastingen te introduceeren, om de Fi« narden in ftaat te Hellen, hun Edele Gr. Mog. tegenwoordig daar over geen onnutte klagten 7ullen voortbrengen , al wederom in de onder, ftelling , dat de zaaken op geen andere wyze hebben kunnen ten einde gebragt worden.
En het is op deezen grond alleen , dat hun Ed. Gr. Mog. bereidwillig zyn om de Quote, by den voorllag van Zyne Hoogheid en het Rapport gepiojecleerd , naamlyk in de ordinaire en extraordinaire Staaten van Oorlog tot ƒ62» 1 • o, en in de Petitiën tot ƒ 65- li - 10 in de honderd guldens , aan te neemen , mitsgaders om met de Bóndgenooten te concurreeren , dat de Raad van Siaate worde geauthorifeerd , ordre te Hellen op de betaaling van het aandeel , het
welk



HET FINANCIE-WEEZEN.
4?
welk volgens evengemelden voorfJag en Rapport, op de Generaliteits Kas zoude worden geasfigneerd: mits het één en ander niet gerekend wor» de in te gaan , dan na dat de nieuwe Staaten van Oorlog zullen zyn geformeerd, en de repartitie door de Provinciën aangenomen , met welken arbeid hun Ed. Gr. Mogende verwagten, dat alle mogelyke fpoed zal gemaakt worden , en dat de Provinciën, inmiddels en tot zoo lang, behooren te continueeren in de betaaling van de nog loopende Staaten van Oorlog, volgens de oude proportie der Quotes.
Dan nogthans huu Edele Gr. Mogende dit groot bezwaar op haare Finantien neemen, willen zy dit niet geconfidereerd hebben als een zaak, die voor haare Provincie zeer gemakkelyk is, en nog veel miader als een verpligting boven de andere Bóndgenooten; maar eenig en alleen als een facrifice voor de goede ordre , en tot compleete verzorging vau de noodige middelen ter defenfie van den Staat; zoodanig dat zy dan ook vertrouwen recht te hebben , om deeze goede ordre en vastfielling van toereikende middelen , a's de heilzaame gevolgen van haare infehikkelykheid, te verwachten; dewyl het de Republiek weinig baaten zoude, indien de langduurige deliberatien van de Commisfie niets anders effectueerden, dan dat eenige Provinciën ontlast, en twee andere met de Generaliteits Kas belast wierden , wanneer ondertusfehen de ftaat van defenfie bieef fluccueeren, de Petitiën buiten conclufie en zonder betaaling werden gelaaten, en de Finantien van de ontlaste Provinciën zeifs , by de eerde fchok zoodanig in het naauw gebragt, dat de Republiek zonder nieuwe en extraordinaire etibrts , geen wederftand zoude kunnen bieden.
Hun Edele Gr. Mogende derhalven dit bezwaar van Quote op zig neemende, maakt n het zelve vast aan de drie navolgende Conditiën, welke door de Gecommitteerden deezer Provin.
cie



43
GENERAAL RAPPORT VAN
cie reeds meermaalen in de Befognes tot de Quotes zyn voorgeteld en aangedrongen, naameiyk:
1. Dat de kosten van de ordinaire defenfie van den Staat, zoo te Warer als te Lande, permanent voor zeektren termyn van jaaren zullen worden vastgefteld, op zoodanig een voet , als met overleg van Zyne Hoogheid en den Raad van S:.aate, tot veiligheid van den Staat, en protectie van des^elfs Commercie cn Buitenlandfche Bezittingen , noodzaakelyk zal geoordeeld worden.
2. Dat wanneer de noodzaakplykheid vorderd Extraordinaire Petitiën te doen , bekwaame middelen zullen worden beraamd, om dezelve ter conclulie te brengen, en rigtig te doen furneeren.
3. Dat de generaale maafi van de Finantien van het Bondgenootfchap zal worden vermeerderd, zoodanig dat de Provinciën zig niet alleen verpligten , haare inkomften te continueeren, op de hoogte waar op ze thans zyn , maar boven dien een excedent van Finantie te maaken, om in tyd van rust haaien inwendigen ftaat te verbeeteren, en in tyd van Oorlog iets voor handen te hebben, waar uit de eerfte benodigtheden kunnen gevonden worden.
Deeze drie Conditiën nader uitbreidende, declareeren hun Edele Gr. Mogende geneegen te zyn, het Schema van de beide Staaten van Oorlog over het geheel genomen, te leggen tot een grondflag van het montant der kosten van de gemeene defenfie van den Staat , in afwagting van de Repartitie, welke daar van over de Provincien, het Landfchap Drenthe en de Generaliteits Kas, zal gemaakt worden; en zy zullen na de examinaüe van deeze Repartitie, zig nader expliceeren over den termyn van jaaren j voor welken , zy den alzo gef'ormeerden Staat zouden willen aanneemen en helpen vastitellen.
la



HET F1NANCIE-WEEZEN. $9
: In het byzonder conformeeren hun Edele Gr. Mogende zich met de drie Pointen by het gedrukte Rapport bladz. 2o6.(*) voorgeileldals voornaame gronden, waar op het geheele werk van den Staat van Oorlog berust, en zonder welke de gemaakte veranderingen geen reëel nut kunnen te weeg brengen: te weeten
1. Dat de Staaten van Oorlog, zoo lang a!s de termyn voor welken dezelve aange« noomen zullen zyn (het welk een zeker getal van jaaren, ten muitten van vyf en twintig jaaren, behoord te weezen) onveranderd moeten blyven fubfifteeren, en dat de uitftervende of temporaire Lasten van den extraordinairen Staat, niet zullen mogen aangevuld worden, als met eenpaarige bewilliging van de Bóndgenooten. s Dat geene betaaiingen door de Provinciën en het Landfchap Drenthe van eenige Posten op den Staat van Oorlog ftaande , zullen gedaan of geleden worden, dan op Aften van verzoek van den Raad van Staate; met uitzondering van eenige opgenoemde Posten. 3. Dat alle jaaren over de Posten op den Extraordinaris Staat gebragt, door de Bóndgenooten zal moeten worden verantwoord en geliquideerd , op den voet als aldaar breeder wordt opgegeeveo. Nochthans hebben hun Edele Groot Mogende eenige refleftien op zommige Posten , in diervoegen als dezelve op het Schema van de Staaten yan Oorlog zyn gebragt, waar aan zy verlangen,' dat voldaan zal worden, voor dat haare bereid! willigheid tot aanneeming van dezelve Staaten en van de Quote , die Holland by het, vervol» daar in dragen zoude, voor een gaaf' confent wor°. den gehouden: deeze Refiexien zyn begreepen in een byzondere Memorie aan dit Provintiaal advis geannexeerd, en waar toe gerefereerd wprd. Wyders belangende de twee overige Pointen,
(*) Zie éns II. Deei, Blad». 130. IV. deel. D



Jo GENERAAL RAPPORT VAN
aan welke hun Edele Groot Mogende als conditiën fine qua non, haare acceptatie van het bezwaar der Quote hebben verbonden , naamelyk de middelen om tot een afkomst van Confenten en tot contrainte van furnïsfement te geraaken, mitsgaders het vermeerderen van de generaale Masfa der Finantien van het Bondgenootfchap, hebben hun Edele Groot Mogende daar mede vergeleeken het geene op die refpecten in den laatften voorflag van Zyne Doorluchtige Hoogheid en in het Rapport der Commisfie gezegd is, en daar uit wel geremarqueerd, dat aan deeze gewigtige Pointen eenigermaate voldaan is ; maar ook dat , indien de Bóndgenooten waarlyk de goede ordre en de vastigheid van den Staat begeeren , de geproponeerde middelen veel kragtiger hadden behooren te zyn, en niet zoodanig geclaufuleerd , dat van zommige de klem geheel verboren wordt.
Hun Edele Groot Mogende zich echter ook deeze middelen laatende welgevallen by gebrek van berere, zyn bereid zich met de verdere voorflagen van Zyne Hoogheid by het Rapport aangepreezen, te conformeeren, onder deeze tWos veranderingen, naamelyk , datop bladz. 42. (_*) van het gedrukte Rapport; daar gefprooken word van het getal der Provintien , die geconfenteerd moeten hebben in een Petitie, voor dat de niet geconfenteerd hebbende mogen geadhorteerd worden tot Confent, dit getal niet worde bepaald op vyf, maar op vier Provinciën, gelyk in den voorflag van Zyne Doorluchtige Hoogheid en in het Rapport van het gecontraheerd Befogne was geproponeerd; waar omtrent by geene van de Provinciën eenige zwarigheid kon worden gemaakt, alzoo het effect van het Confent der vier Provintien ten aanzien van de drie anderen, niet verder gaat, dan dezelve in het geval te ftellen van nader geadhorteerd te kunnen worden.
Ten tweeden, dat in de extenfie der middelen van afkomst, niet moeten gevolgd worden de
WÖOT'
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 81.



HET FINANCIE-WEEZEN» £*
woorden van het Rapport van het gecontraheerd Befögne, den i2February 1790 gedaan, by het welk de bepaaling van den tyd van negen weeken, na welke het object van een gedaane Petitie effect raag forteeren, eenigzints duister geplaatst word in zulk een zamenhang , als of heit effect forteeren ook moest afhangen van het Confent van vyf Provinciën, daar hun Ed. Gr. Mogende van begrip zyn, dat de noodzakelykheid van de onvermydelyke prseparatien , die 'er gemaakt moeten worden, vereischt, dat men binnen zeekeren bepaalden tyd weete , of de zaak, waar voor de Petitie gedaan is, voortgang kan hebben of niet: en dus , dat dezelve klaarlvk behoord uitgedrukt te worden, gelyk in den Voorflag van Zyne Hoogheid gedaan is , zoo dat het object van een Petitie voor gearresteerd moet gehouden worden, na verloop van negen weeken voor zoo verre als het regardeert de Provinciën die gecortfenteert hebben, of die , welke geen Refolutie hebbende ingebragt, voor geconfenteerd worden gehouden.
Wyders aangaande de middelen, om de Provintien te houden by haare verplichting om de eens aangenomen Jasten op te brengen, zyn hun Fd. Gr. Mog. van oordeel , dat wanneer eeq Provintié , zonder wetrige rcedenen, (waar van moet blyken aan de Commisfie door hun Hoog Mog. naar die Provincie te benoemen) weigerig of in gebreke bleef de voorfchreeve Lasten op te brengen, in dien gevalle de Gedeputeerden van zoodanige Provintié, zoo ter Vergadering van hun Hoog Moe als in de verdere Generaliteits Collegien daaruit behooren te 'worden geweerd, met dat effect, als door Zyne Doorluchtige Hoogheid is voorgeflagen by. deszelfs eerfte Propofide van 3 April 1789.
En eindelyk zyn hun Edele Groot Mogende op de vooren gelegde gronden bereid te accorderen in de kwytfchelding der verfchoien geiden ü % dyor



52 GENERAAL RAPPORT VAN
door de Generaliteit voor zommïge Provintien: mits de voornoemde Provintien dan ook aanneemen, om ten minften zorg re draagen voor de Voldoening der Posten op bladz. 43 (*) gemeld, welke Zyne Doorluchtige Hoogheid declareerd niet begreepen te hebben onder den voordat van kwytfchelding van de gemelde Provinciën: gelyk hun Edele Groot Mogende onder de voorfz. kwy fchelding ook in geenen deele comprehendeeren de agterftaden van dezelve Provinciën op Petitiën tot de zaaken van de Zee gedaan; welke a^terftalien moeten gezuiverd worden , of ten minften door convenable fchikkingen gereguleerd, indien men de Admiraliteits Finantien wil in ftaat houden, om de ordinaire protectie aan de Commercie van de Republiek te geeven.
Hun Kdele Groot Mogende agreëeren ook de admisfie van een tweeden Gedeputeerden wegens de Provintié van Gelderland in den Raad van Staate , waar van door Zyne Hoogheid in den meergemelden voorflag mentie gemaakt wordt, en zulks als een inchikkelykheid voor het verlangen van een Bondgenoot, die by deeze gelegenheid ook eenig bezwaar van Quote zoude opgelegd worden: en mitsdien voor zoo lang als de Heeren Staaten van Gelderland met deeze vere hoogde Quote zullen bezwaard zyn, maar geenzints a s de recuperatie van een regt , dat aan hooggemelde Heeren Staaten competeert, en in welks genot zy uit dien hoofde behoorden herfteld te worden.
Tot dus verre alleenlyk zynde gehandeld over de ingrediënten in het generaal Rapport over de Quotes voorkomende, willen hun Edele Groot Mogende dit niet opaevat hebben, als of zy een minder aa belang Helden in de fchikkingen met opzicht tot ret Beftier van de Marine en van den Oor og te Lande, door de Heeren van de Commisfie tot het Uefenfi weezen by hun generaal Rapport van 28 Oclober 1789 voorgedraagen :
in
(*) Zie en, /. Deel, Bladz. 83.



HET FINANCTE-IVEEZEN.
53
in tegendeel confidereeren zy het als een zaak van onvermydelyke noodziakelykheid, dat door de Bóndgenooten daar omtrent een generaale determinatie worde gemaakt; gelyk zy reeds goedgevonden hebben, het poindr van hét Beftier der Marine te ftellen in handen der Hollandfche Raaden en Ministers van ieder der drie Collegien ter Admiraliteit in deeze Provintié refideerende, ten einde ieder in den haaren te examineeren, en hun Edele Groot Mogende te fuppediteeren hunne confideratien en advis, by drie distindte Advifen, ,, fpeciaal op het P,an van een algemeen beftier ,, voor de zaaken van de Zee , gecombineerd ,, met de af chalting van de tegenwoordige Co!,, legien ter Admiraliteit, gelyk het zelve by het „ voornoemde Rapport in het breede is voorge„ draagen, als mede op de nuttige en heilzaame „ gevolgen, welke de voornoemde Heeren zich „ van dit Plan belooven , in tegenoverftelling ,, van het beftier, het welk tegenwoordig plaats „ heeft , of in gevolge de Inftruftie voor de ,, Admiraliteits Collegien behoord plaats te heb,, ben," en zoo dra deeze Confideratien zulle» ingekomen zyn, zullen hun Edele Groot Mogende met allen yver en fpoed die deliberatien voordzetten , en maken geene bedenking te verklaren, gelyk hier voren ten opzicht van de Generaliteits Kas gezegt is, dat de Bóndgenooten van nu af aan, maatreguien zouden behooren te neemen, om immediaat na het afdoen der tegenwoordige Poincten van deliberatie, ook de andere zoo evengemeld tot afkomst te breagen.
Hun Ede!e Groot Mog. zig op zulk een cordate wyze over deeze importante onderwerpen expliceerende, ver;rouwen, dat de Bondgenooten het zullen aanmerken, a's een doorflaand bewys van de opregte genegenheid der Provincie van Holland en Westvriesland, tot confervatie van de goede order en vastigheid van den gemeenen Staat: dat zy gepostponeerd hebben het beD s lang



f4 GENERAAL RAPPORT VAN
lang van haare reeds te veel ren behoeve van heS
Bondgenootfchap bezwaarde Finantien.
Dat zy daar gelr.aten hebben de immenfe betaalingen, waar toe zy door het Non-Confent van fommige Provinciën, zig hebben moeten belasten , om de verdeediging van de Republicq te handhaven ; dat zy zelfs tegenwoordig een meenigte van reflexien hebben opgeofferd, welke zy anders op verfcheide fchikkingen van de Staaten van Oorlog, en op de nieuwe Repartitie van de Quotes hadden kunnen maken: en dat zy dit alles hebben gedaan in de verwagting, dat alle de Bóndgenooten, en fpeciaal die, welke zoo aanmerkelyk verpligt zyn , dat voorbeeld zullen volgen en begrypen , dat het niet mogelyk is, in een zaak van zulk een omflag als deeze , alle pointen zoodanig te fchikken, dat ieder Lid van de Unie in alles zyn begeerte kan verkrygen:
Eindelyk cordeelen hun Edele Groot Mog., dat alle de Bóndgenooten overvloedige redenen hebben, om te laudeeren den yver en naauwkeurigheid, waar mede de Heeren , die tot deeze Commisfie gevaceerd hebben, hunnen moeielyken arbeid hebben verrigt, en zy fchroomen niet tc zeggen, dat alle de Regenten van de Republ;cq zig gerust kunnen verzekeren, dat het tydftip, waar in het mogelyk was, eenige groote gebreken in het zamenftel der Confoederatie te verbeteren , nooit nader by is geweest dan tegenwoordig ; maar ook dat wanneer men dit tydfiip laat voorby fchieten, de confufie in den Staat nooit nader by is geweest, ja dat 'er naauwlyks iets anders cverblyft, dan een disfolutie van die gelukkige banden, welke de grootheid en den welvaart van de Republicq hebben te weeg gebragt ; terwyl de Posteriteit de oorzaaken van onze ruïne nagarnde, zig zal moeten verwonderen, dat een Lund, het welk een roem onder alle de Souveraine Mogendheden geweest is, het welk de Middelen neg niet veilooren had, om bet te bly-
ven



HET FINANCIE-WEEZEN. 5S
ven, enkel door gebrek aan ordre en klem in het zaamenftel der Confederatie, dat is, door de onmoge'ykheid, om de onderfcheiden gevoelens der Bóndgenooten in Finantieele objeóten te vereenigen , is te gronde gegaan.
(Onder ftond)
Accordeert met de voorfz. Refolutien.
(Getekend)
C. CLOTTKRBOOKE.
D é Rtm



56 GENERAAL RAPPORT VAN
Volgers het Schema bedraagt de ordinaris Staat van Oor-
Elog ƒ.0347107 8 o Reflexien op de Schema
extra van de Staaten ' van'
ordi- Oorlog,
naris 330'3°? '° o
/i35484Hii8| «
!• !V/Ten oordeelt, dat het RegiIVJ. ment Luikfche Dragonders voor eerst zou kunnen agterblyven, tot dat men ziet, welk een
i | keerde zaaken aldaar zullen neemen, het welk een vermindering maakt
7nA i c" : K12^'?! oi o
Ln de Staf van datj J Regiment - . j 6§76| o o
jf i38i95j °j °
Dat voorts de kosten van de Armée op den Staat van Oorlog uitgetrokken behooren te worden op den voet als door zyn Hoogheid geproponeert is.
|« Dat in de onkosten van het Corps Ma'iniers uitgetrokken op ƒ 553352 - ty - 8, ook een ver. mindering zou kunnen vallen, omtrent den voet van inrigting, blyvende nogtbans het getal der Manfchappen, waar op Zyn Hoogheid moet verzogt worden , nader deszelfs gedachten re laaten gaan ; des nogthans. dat de vermindering der bovengemelde fom, welke door een onkostbaarder voet van inrigting zou kunnen gemaakt worden, behoord
GENERAAL RAPPORT VAN



HET FINANCIE-WEEZEN.
57
hoord gevoegd re worden by de fora voor Equipage en aanbouw geaffecteerd, welke op den duur zal be. vonden worden onmogelyk fufficient te zyn, om de noodzaakelyke kosten van de beveiliging ter Zee goed te maaken.
3. De ordinaire Staat moet vermeer» dert worden met het Appointement van den benoemden Envoyé aan het Hof van Rusland; en in het generaal behooren alle de Posten, raakende de buitenlandfche Ministers, Predikanten, &c. in de fommen uitgetrokken te worden, fchoon dezelve thans vaceeren, dewyl anders de ordinaire Staat van Uorlog variabel zou zyn.
4. De extraordinaire Staat moet ook vermeerdert worden met de kosten van het vyfde Batiaillon van Waldek.
5. De Post van den Secretaris de Swart op den extraordinaris Staat te brengen.
6. Voor de Defroyementen en Ministers buiten 's Lands uitgetrokken ƒ 130000 - o • o, dit behoord te zyn f 170000 - o - o , en alleen op Holland te repartitieeren.
Wanneer men de jaaren neemt, waar in minder dan de Quote betaald is, moet men, om juist te zyn, ook reekenen de jaaren, waar in meerder betaald is, gelyk altoos gebeurt in tyden van Oorlog, en men moet die jaaren door malkanD 5 der



SS GENERAAL RAPPORT VAN
der flaan , en dan heeft Holland in agtien jaaren , van 1770 tot 1787 , betaald jaarlyks de fom van ... - ƒ 223219I13 4 En op de Post van de Ministers buiten 's Lands de-
clareerende . 48195 6 6 f 271414 19 10
En de Quote was Defroye inenten -I237464I0I0 Mini-| I I
fters 1 | |
declar«| 5oooo|ojo
«——— •— 287464 0 o
Dus was gepro.1 teert - - 16050 o o
De betaaling hier voren was - - ƒ271414 O o
Waar af de Posten, die als permanent op denStaar van Oorlog gebragt zyn - - 101625 o o
Dus zal de betaaling nog blyven — —
jaarlyks - -J, ƒ 169789 o o
7, Gedeputeerden buiten 's Lands. Ho'land mag wel lyden, dat de Posten , die aan de Gedeputeerden buiten 's Lands uit de Defroyementen plagun betaald te worden, voort, aan op den ordinaris Staat van Oorlog worden gebragt, mits de voorflag tot vervulling van die Posten bly-



HET FJNANCIE-WEEZEN. 59
blyve op den voet als van ouds gebruikelyk is geweest; en wyders, dat in het quantum, waar op die Posten altoos gereekend zyn , geen verandering in den aanilag werde gemaakt, dan by vacature , wanneer daar op met gemeene bewilliging van de Bóndgenooten kan worden gerefolveerd.
8. Secreete dienften. Het is niet te ontkennen, dat door fpaarzaamheid en goed overleg de Post van ƒ 77428 • o • o, die daar voor plagt uitgetrokken te worden, niet geabforbeerd is, en de Provincie van Holland oordeelt meede , dat dezelve voortaan op ƒ 40000 -0-0 worde gefteld, mits alleen ter repartitie van Holland.
p. Dat de Logiesgelden voor de Militie op een egale voet, conform het Plan by het Rapport voorgeflagen, by de refpeétive Provinciën, in welke in Guarnifoen gelegd worden, behooren betaald te worden, doch niet als een Provinciale Last, vermits men oordeelt, dat de Provinciën , welke het voordeel van de Militie genieten, ook gehouden en verpligt zyn, de last van de Logies- of Serviesgelden derzelve te voldoen, waar door het totaal der lasten van den Staat van Oorlog met ƒ298174 - 3 • 9 zal vermindert worden.



60
GENERAAL RAPPORT VAN
Extraü uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,
Mart is den 5 OElobtr 1790.
T"V Heeren Gedeputeerden van de Provincie van JL/ Vriesland hebben ter Vergaderinge ingebragr, en laaten leezen, de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, hunne Principaalen, genomen op het Rapport, door de Heeren van de eerde Perfoneele Commisfie, op den 21 Mey laatstleden alhier ter Vergaderinge uitgebragt; raakende het werk van de Quotes en het Financiewezen van de Generaliteit- volgende de voorfchreeve Refolutie hier na geïnfereert'
Fiat infertio.
Waar op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Refolutie gefteld zal worden m handen van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mog Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed. zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en v'an alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provin. cien, welke zig op het voorfz. fubjedr. nog niet hebben verklaard, mits deezen verzogt, hun daar tce mede te willen bekwamen.
J ccordeert met voorfz. Register.
Gt-



HET FINANCIE-WEEZEN. ör
Geëxtraheert uit het Refolutie-Boek der Edelt Mog. Heeren Staaten van Friesland.
Ontfangen een Misfive van hun Hoog Mogen, de de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,gefchreeven in *s Hage den a i Mey deezes jaars, waar by aan hun Ed. Mog. hebben overgezonden het Rapport, aldaar ter Vergaderinge uitgebragt, door de Heeren, by Refolutie van den 4 Mey 1785 gecommitteert, tot het nader reguleeren der Provinciaale Quotes in evenreedigheid van de ware vermogens der Bóndgenooten tot het dragen der Lasten van het geheele Bondgenootfchap , en tot onderzoek van den Staat der Generaliteits Kasfe , en het gebruik, het welk daar van , tot foulaas van de Bóndgenooten, met betrekking van de generaale defenfie van den Lande, zoude kunnen gemaakt worden.
Is, na deliberatie, en gehoort het Rapport, door de Heeren, by Staats - Refolutie van den 20 Augustus laatstleeden daar toe gecommitteert, hee opgemelde Generaliteits Rapport geëxamineert, hebbende, ter Vergaderinge uitgebragt, goedgevonden en verftaan, vvelgedagte Heeren Gecommitteerden te bedanken voor derzelver genomene moeite en gedaan Rapport, het zelve te approbeeren, en voorts de Heeren deezer Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit te authorifeeren en te gelasten, gelyk dezelve worden geauthorifeert en gelast by deezen, ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende te declareeren ; dat , fchoon hun Edele Mogende met reden eene grootere verminderinge der Quota deezer Provincie hadden moeten verwagten, en wel ten minften tot op ƒ 8-13-3, ook geenzints twyffelen , of, indien de ware vermogens der refpeftive Provinciën hadden kunnen worden uitgevonden, men - van hun geene hoogere contributie zoude hebben kunnen vergen, of hun van eigendunkelyke af-
wy.



62 GENERAAL RAPPORT VAN
wyzinge befchuldigen, echter, om tot een hoogstnodige afkomst van zaaken te komen, en uit een byzondere confideratie voor den voorflag, gedaan door Zyne Hoogheid , welke hun Edele Mogende daar voor , en voor de aangewende vlyt, tot beflisfinge der gefchillen, benevens de Heeren van de Commisfie, Raad van Staate en Generaliteits Reekenkamer voor hunne moeite en aangebragte hulp alle erkentenis en dankbaarheid betuigen, hebben gerefolveerd, de Quota deezer Provincie , en die van de Generaliteits Kasfa, zoodanig als door hooggedagte Zyne Hoogheid zyn geproponeerd, en op pag. 40 en 41 (*) van het gedrukte Rapport voorkomen, ten opzigte van de Staaten van Oorlog en extraordinaire Petitiën, aan te neemen voor den tyd van vyf en twintig jaaren, in die verwagtinge, dat alle de Bóndgenooten in de geprojecteerde Quotes zullen bewilligen, dog dat hun Edele Mogende , in gevalle zulks niet mogte gebeuren, niet hooger dan tot ƒ 8-13-3 kunnen betaalen.
Dat hun Edele Mogende verders confenteeren in bet formeeren van Staaten van Oorlog op den voorgeflagenen voet, voor den tyd van vyf en twintig jaaren, met byvoeging echter, dat, nog de Finantien deezer Provincie, nog de vermogens der Ingezeetenen toereikende zyn, om em Quote tot ƒ 9-7-0 in dertien en een half mtllioen te dragen.
Dat hun Edele Mogende voorts altoos aan ge . naam zal zyn, de Provintiaale Finantien te verbeeteren, en geen vooruitzigt hebbende, om de lasten te kunnen verminderen, wanneer geene meerdere dan de geprojecteerde verligtinge in hunne Quota bekomen, de Propofitie van Zyne Hoogheid, tot continuatie der Lasten, ofte wel, om tot geene verminderinge daar van te befluiten, zullen annneemen op dien voet, als die in het Rapport word voorgellagen, niet tegengaande hun Edele Mogende altoos hebben geklaagt, en als nog fubtineeren, dat hunne Ingezeetenen
bo«
(*) Zit ons I. Detl, Blad». 78 en 79.



HET FINANCIE-WEEZEN.
63
boven anderen zyn belast, gelyk zulks voldoende gebleeken is , uit de opgaven en comparatie der Lasten, welke in de refpecYive Provinciën worden geheeven.
Dat hun Edele Mogende, aangaande het admitteeren van een tweede Gecommitteerde wegens Geldetland in den Raad van Staate, geneegen zyn, met concurrentie der andere Bóndgenooten , daar in te accordeeren , des dat zulks niet opereere omtrent Praeteniien, die andere Provinciën daar toe mede zouden willen formeeren , aangezien hun Edele Mog. van oordeel zyn , dat van een grooter getal Leden in den Raad , nog berer beftier, nog prompter expeditie van zaaken verwagt moet worden.
Dat hun Edele Mogende , ten opzigte van de middelen van afkomst en conftrainte , niet ongeneegen zyn, zig met concurrentie der andere Bóndgenooten daar aan te onderwerpen, dog dat anderszints ook, indien de Bóndgenooten daar toe meer mogten inclineeren, het getal der Provinciën, welke zullen moeten hebben geconienteert in eene Petitie , voor dat de difïïculteerende zullen mogen worden geadhorteerd, tot het inbrengen van gaave Confenten , wel willen ftellen op vier.
Dat , betreffende de liquidatie der Posten , welke door het Comptoir Generaal voor eenige Provinciën zoude zyn voorgefchooten, hun Edele Mog. de redenen , om die fommen niet te repeteeren, gefundeerd vinden, en zig der bal ven met de voorilag van Zyne Hoogheid, en van de Commisfie wel willen conformeeren , zonder zulks echter te kunnen confidereeren als eene remisfie, dewyl by hun Edele Mogende in de Posten , waar voor dat verfchot zoude zyn gefchied , geen Confent is gedraagen , en daar geen fchuld is , ook geene remisfie plaats kan vinden.
Dan dat dezelve zig zullen laaten vinden en
niet



64 GENERAAL RAPPORT VAN
niet weigeren, om , wanneer de zaaken in het Rapport voorgefteld, ter conclufie zullen zyn gebragt, de Quotes gereguleerd zullen zyn, en dadelyk by alle de Bóndgenooten zullen worden gefurneerd, van dien tyd af overeenkomftig hunne aangenomene Quota te betaalen.
lt In de Penfioenen van de Officieren der Corpfen , tot welkers oprigtinge de onlusten, die met wylen Zyne Keizerlyke Majefteit hebben gefubfifteert, aanleidinge hebben gegeeven. »i In de Interesten van de Capitaalen , die, in gevolge hun Hoog Mogende Refolutien van den n July 1786 en 8 January 1787, ten Comptoire Generaal van de Unie weezentlyk-zyn genegotieerd. En 3. In de Subfidien, dewelke in den jaare 1788 aan de Heeren Markgrave van Brandenburg Anfpach, en Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg zyn roegezegt, breeder in het Rapport befchreeven , zynde hun Edele Mog. echter niet geneegen, eenig nadeel te draagen in de a;quivalenten, die aan verfcheidene Officieren, tot uitkoop van derzelver Penfioenen mogen zyn verflrekt, en in gevolge hun Hoog Mogende Refolutie van den 3 Mey 1786 , op den Staat van Oorlog gebragt zyn. Dat hun Edele Mogende wyders met het hoogfte genoegen hebbende gezien , dat het Comptoir Generaal van de Unie onder het vigilant opzigt en de beftendige goede directie van den Raad van Staate, in die firuatie is bevonden, dat eene vry aanmerkelyke contributie uit de gemeene Finantien de Republicq tot de Generaliteits Lasten zal kunnen worden gedaan, en in de gemelde geproponeerde Quota tot ƒ 4*8-a hier vooren geconfenteert hebbende, zig daar en boven wel kunnen conformeeren met de voorflag, om voor reekeninge van de Generaliteit te
nee*



HET FÏNANCIS-WEEZEN. $5
neemen alle de nog overig zynde Lyfrenten , door de Heeren van de Commisfie pag, 63 (*) opgenoemd.
• Dat hun Edele Mog,, omtrent defchuld, ten laste van de Provincie van Zeeland pag. 64 ft) voorkomende, vermeenen, dat het voorgellagene ten dien opzigte diende te worden geëffectueerd.
Dat hun Edele Mogende altoos aangenaam zal zyn, dat de Generaliteits Finantien van tyd tot tyd zyn en worden verbeetert, en kunnen gevolgelyk de , daar toe fpeciaal, voorgeflagene middelen, als de verkopinge der Staaten, Dorpen, Tienden, Landeryen en Huizen wel goedkeuren , indien de Raad vin Staate geleegentheid zal vinden, zulks tot het voorgeftelde einde te kunnen ter uitvoer brengen.
Dat hun Edele Mog. ook het beraamen van middelen tot verbeeteringen der Inkomften in Staats - Braband , en in de andere Generaliteits. Landen kunnen overlaaten aan de goede direc, tie van den Raad voornoemd , niet twyffelende of dezelve zal daar in ten allen tyden in het oog houden, de byzondere Accoorden, en verkreegene Regten , welke aldaar mogten exfteeren,
Dat hun Edele Mog. de redenen , tot ophef van dén ToL van. groot Lith , te Venlo thans wordende gecollecteerd , gegrond vindende , de gedaane Voorflag approbeeren-, en zig verders ten opzigte van de andere. Inkomften van de Generaliteit, en het geene in het Rapport pag. 85 tot reo (§) voorkomt, kunneu conformeerens en van de Provinciaale heffing der Amprgelden, met concurrentie der Bóndgenooten, wel willen afzien.
Dat hun Edele Mog,, ten aanzien van de
Gee-
(** Zie ons I. Deel » Bladz. 115.
($) —— «—— —— —— 351 en vervelgens,
IV. SEELn ]£



66 GENERAAL RAPPORT VAN
Gteftelyke Goederen in de Baronnie van Breda, Commitfien na Maaftrichr, en Staats-Vlaanderen , de Grffie van hun Hoog Mog. en het geene voorts tot pag. 122 (*) voorkomt, en omtrent de voorflagen , daar toe relatif, gedaan , geene zwrangheid vinden , daar in toe te (temmen ; dog in cc fideratie geeven, of, omtrent het geproponeerde op pag. 110 in fine en m (f) inpriHcipïo niet die veranderinge diende gemaakt te worden, dat die Stukken en Brieven, waar over deliberatien in de Provinciën moeten gehouden worden, of waar van communicatie aan de Bond. genot ti n moet worden gegeeven, op Lands kosten moe'en gelchreeven worden.
Dat hun Edele Mog. in de Propofitie , aangaande de Secretarisfen en Ciercquen ter Secretarie van de Reekenkamer op pag. 122 gedaan, ten minften voor als nog , en terwyl men over de verbeetering der Inkomften delibereert, moeten difficulteeren.
Dan dat dezelve wel kunnen goedkeuren de geproponeerde fchikkingen aangaande het Hof van Braband, en het geen voorts ten opzigte van het Comptoir Generaal en andere zaaken op pag. 124—139 (§) vooikomt ,en in het byzonder, om de exhortatie aan de Heeren Staaten van Zeeland te doen , concerneerende het verlies van de Generaliteit op de Zeeuwfche Ryksdaalder, welke exhortatie ook verwagt moet worden van vrugt te zullen zyn , daar de Quota dier Provircie volgers de gedaane Propofitie zoo aanzienelyk zal worden vermindert, en mogen hun Edele Mogende derhalven niet twyffelen, of de hooggemelde Heeren Staaten zullen voortaan zig, zoo omtrent het Muntweezen als anderzints, overeenkomftig den aart der Unie, en het gerefolvetrde by het Bondgenootfchap, gelyk andere, gedragen.
Dat
(*) In ons I. Deel tet Bladz. 210,
(fj /. Deel, Bladz. 191 en vervolgens
(§) ——— —— . 2J3 en vervolgens.



HET FINANCIE-WEEZEN. cf
Dat hun Edele Mog. voorts, aangaande de in het Rapport opgenoemde algemeene gebreeken in de Staat van Oorlog, en daar tegen voorges ftelde remedien, in het generaal met de Heeren van de Commisfie van dezelfde gedachten zyn, en omtrend de byzondere gebreeken , zig mede conformeeren ten opzigte van den vierde en vyf. de Man per Compagnie en van de deficieerende Manfchappen.
Dat hun Edele Mog. de betaalinge der Artilleristen op den voet, als pag. 164 (*) word geproponeerd, goedkeuren , en omtrent het minder kostbaar Plan de confideratien van Zyne Hoogheid met verlangen afwagten.
Dat hun Edele Mog. zig conformeeren met het gerapporteerde , raakende de post voor de Westindifche Compagnie, doch difficulteeren in het admitteeren op den Staat van *t>orlog van het Subfulie voor de Colonie van Surinamen, als zynde eene byzondere eigendom , waar van de Lasten niet Bondgenootfchappelyk behooren te worden gedraagen, en moeten hun Edele Mog. dienaangaande perfifteeren by hunne Refolutie van den 17 February 1697.
Dat hun Edele Mog., ten aanzien van het Capittel der Militaire Tracfementen, pag. 167— 172. (f) voorkomende, zig met het Rapport conformeeren, gelyk mede doen omtrent de Capittels der Gedeputeerden buiten 's Lands en andere, die tot pag. 197 (§) voorkomen ; doch dat ten opzigte van dac der Appointds hun Edele Mog; wel confenteeren in de voorllag , om de post tot 300000 guldens op den Staat van Oorlog te brengen, maar onder deeze Conditie, dat dezelve zal worden verdeelt naar proportie van het getal der Militie, ter repartitie van elke Provincie fiaande, en dat de Gedeputeerde Staaten
of
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 280.
(t) — 284—293.
(§) In ons I. Deel tot 332.



«S GÉNÉRAAL RAPPORT VAN
of Gecommitteerde Raaden van de refpeétive Provinciën en het Landfchap Drenthe, aan welke de uitdeelinge van de Appointementen gelyk Voorheen behoord te verblyven , zullen worden verpligt, om jaarlyks aan den Raad van Staate over te zenden een Staat van het montant aan geld , in het afgeloopen jaar betaald , met distindie Verklaaringen , dat het uitgegeevene aan niemand, dan aan geappointeerde Militaire, Onderofficieren en Soldaaten is bedeed , tot zoodanige fommen, als in het Rapport refpeétivelyk worden voorgeflagen ; met dien verftande , dat op deeze post geene overbetaalinge zal gefchieden, nog kunnen worden gebragt in liquidatie, maar dat zulks in cas van mindere betaalinge zal plaats hebben.
Dat hun Edele Mog. , omtrent de Logisgelden, van oordeel zyn , dat voor de Militie op een egaale voet, conform het Plan, by het Rapport voorgeflagen, door de refpeetive Provinciën, of door de Generaliteit, in welke in Guarnifoen gelegt word, behooren te worden betaald, doch niet als een Bondgenootfchappelyke, maar als een Provintiaale of Territoriaale last, vermits hun Edele Mog. begrypen , dat de Provinciën of de Generaliteits Landen, welke het voordeel van de Militie, door het Guarnifoen houden aldaar, genieten, ook gehouden en verpligt zyn de last van de Logis- en Serviesgelden aan dezelve te voldoen , en dat derhalven deeze geheele post van den Staat van Oorlog moet worden afgelaaten; terwyl hun Edele Mog. aanbieden , te continueeren in het geeven van Logisgelden aan de Militie, in deeze Provincie leggende, of gelegd wordende, op zoodanigen voet9 als met concurrentie der Bóndgenooten zal worden bepaald en geprsesteerd.
Dat hun Edele Mog., aangaande het Capittel der andera onkosten van den Oorlog, als Scheepsvragten &c. op pag. 315—8*5 (*) gemeld, zig
wel
(_*) Zie ons l Deel, Bladz. 36a tot II.Deel, Bladz. 15-



HET FIN ANCTE-WEEZEN. Sfj
wel met het Rapport kunnen conformeeren en ook admirteeren dc post van 130000 guldens 's jaars voor de Defroyementen , des dat deeze post Quoteswyze op de Provinciën werde gerepartitieerd , op den extraordinaris Staat van Oorlog gebragt, en tusfchen de Bóndgenooten geliquideert werde.
Dat hun Edele Mogende omtrent het raifon» nement op pag. »28 tot 038, met relatie tot de Post van 200000 guldens voor de Fortificatiën binnen de Provinciën, niet kunnen afzyn te remarqaeeren, dat aldaar als dubieus gefield word, of 'er wel eigentlyk gezeide Fortificatiewerken in deeze Provincie worden gevonden.
Dat nun Edele Mogende affirmeeren , dat 'er zoodanige zyn , en dat de Provincie aan agt Steden tot onderhoud van haare Fortificatiewer. ken jaarlyks, reeds zeedert het begin van de Republiek, by wege van admodiatie, betaald een fomma van acooo guldens.
Dat hun Edele Mogende zig met den voorflag omtrent genoemde Post conformeeren, doch in die verwagtinge, dat gedagte 20000 guldens, wanneer de betaalinge, in voegen vooifchreeven gedaan, zal worden gedoceerd, by den Raad van Staate in liquidatie gevalideert zal worden, houdende hun Edele Mogende, by ontftentenis van dien, hun confent in deeze Post als niet ge= draagen.
Dat hun Edele Mogende, de aflatinge van de Post voor de Fortificatiën buiten de Provinciën, thans op den Staat van Oorlog wordende gevonden, goedkeuren; en zig wyders conformeeren met het Rapport, voor zoo yerre de Magazynen en andere Ponen betreft , waar van pag„ 242 tot 264 (*) gefprooken word.
Dat hun Edele Mogende, ten aanzien van de Post tot onderhoud der Gierbruggen , van oordeel zyn, dat dezelve zoude kunnen worden af-
ge-
1 (*) Zie ons Ih Deel, Bladz. 42*— ?tt E 3



7o GENERAAL RAPPORT VAN
gelaaten, en in plaats daar van gebragt de gages van de Compagnie Pontonniers ad 4106 guldens, tot welke fomma thans worden betaald.
Dat hun Edele Mogende, aangaande de Posten voor huur van het Huis van Prins Maurits van Nasfau , mifen van Jultitie voor de Raad van Vlaanderen, en Apothecar te Coeverden, pag. 2Ö5 — 269 (*) gemeld, zig conformeeren met het Rapport, en voorts confenteeren in het geheel afleggen van de Schuld der Losrenten, pag. 26^—275 (1) voorkomende, in dier voegen als by het Rapport word geproponeerd.
Dat hun Edele Mogende zig insgelyks conformeeren met het zelve RappOrt, ten opzigte van de Lyfpenfioehen, Officieren van de Munt, gereformeerde Officieren , en omtrent het aflaaten van den Staat, of Lyst van alle de Capitaalen &c. pag. 276 — 283 (§) gedagt.
Dat öok approbeenn , dat de. vaste Posten, op den extraordinaris Staat van Oorlog over het jaar 1787 voorkomende , voortaan op den ordinaris Staat worden gebragt , gelyk mede de Intresten van de Capitaalen, tot voldoeninge van het geftipuleerrie aan wylen den Roomsch Keizer , indien die Capitaalen tot dat einde en tot het beloop van die fomma dadelyk genegotieerd en geëmployeerd zyn.
Dat hun Edele Mogende wel kunnen goedkeuren het geproponeerde omtrent de kortingen op de Soldye-Ordonnantien en Militaire Traciementen , dan dat ttn opzigte van de Leges en Jura, in de byzondere Provii cien wordende gevorderd, vermeenen, dat, daar de Ritmeefters en Capitainen op detze Provincie gerepartitieerd van beeter Conditie zyn, dan wel op de meeste der andere , dat potnc provifioneel te kunnen houden in deliberatie.
Dat wyders het Schema der beide Staaten van
Oor»
(*) Zie ons II. Deel, Bladz. 82—86. (t) 97—?oS



HET FINANCIE-WEEZEN.
tt
Oorlog betreffende, hun E Iele Mogende volkomen bereidwillig en geneegen zouden zyn , de. zelve , ten minften voor zoo verre bet grootte gedeelte , te approbeeren en door hunne medewerkinge tot ftand te brengen, doch dat zig tot hun leedweezen niet in ftaat vinden uit de tegenswoordige Finantien hunne Quota tegen ƒ g - 7 - O daar toe te furneeren , en ook van hunne Ingezeetenen geene meerdere Lasten vorderen kunnen, als reeds door dezelve gedraagen worden.
Dat hun Edele Mogende de inrigting van de Armée, zoo als door Zyne Doorluchtige Hoogheid op den 17 Maart 1789 voorgedraagen is, approbeeren , doch hoe ongaarne ook moeten difficulteeren in de oprigtinge en admisfie op den Staat van Oorlog van de nieuwe op te rig. tene Regimenten Luikfche Dragonders, Husfaaren , ligte Troupes en het geen daar toe relatief is.
Dat hun Edele Mogende de kosten van de Compagnie Pontonniers niet hooger kunnen aanneemem als ter fomma van 4106 guldens, gelyk boven is gezegt:
En dat, om reedenen hier vooren bygebragr, vermeenen , dat de Post van de Logisgelden geheel moet worden afgelaaten-
Dat hun Edele Mogende het C:>rps Mariniers, zoodanig als op het Schema voorkomt, wegens da kostbaarheid van het zelve moeten afwyzen, dan niet ongeneegen zyn, om, met concurrentie der Bóndgenooten, Zyne Doorluchtige Hoogheid te verzoeken , een Plan te willen formeeren en aan hun Hoog Mogende te prrefeteeren, waar door de Zee-Capitainen, Lieutenants, Dek» Officieren en een bepaald getal Canonniers, aan de Wal en buiten Scheepsdienst zynde , een vast beftaan worde bezorgt, en zy teffens verpligt altoos by der hand en gereed te zyn, om terftond geëmployeerd te kunnen worden, waar toe hun Edele Mogende pro quota zouden wilÈ 4 len



GENERAAL RAPPORT VAN
len confenteeren in een Post van ajeooo gul* dens.
" Dat hun Edele Mogende ook op den extraordinaris Staar van Oorlog, om hier vooren geallegueerde reedenen, moeten afwyzen de Post van ƒ 36000 -0-0 voor de Militie , ten behoeven van de Colonie Surinamen , en die van ƒ 300000 - o - 0, tot verbeeteringe van de defenfie der Erontieren van den Stanr &c. dewyl de Fortificatiën hit de Generaliteits Kasfe door den Raad van Staate tot nu toe zyn onderhouden , en de nieuwe meest al door dezelve bekostigt , en zouden derhal ven , wanneer deeze Pest op den 'Srait van Oorlog vvierde gebragt, de Quota uit de Generaliteits Kasfe, tot ^4-8-2 te furneeren , daar door aanmerkelyk worden verminderd, en de refpeclive Provinciën minder gefoulageerd , kunnende hun E^- Mog. ook, daar het profyt van de Loteryen tot de Fortificatiën en Magazynen is g?destineerd, te minder in gedagte Post bewilligen , en zouden liever proponeeren eene vergrootinge -der Loteryen , welke na derzelver begrip, buiten eenig gevaar omtrent het debiet der Loten, en zonder eenige hoegenaamds aftrek van kosten, wegens de Collecte zoude kunnen gefchieden « en dus het I voordeel daar van zuiver in het Comptoir Generaal komen, ofte anderzints , dat, in cas 'er nieuwe Fortificatiewerken vereischt zullen wonden , daar toe ex;raordtnaris Petitiën worden geformeerd.
Dar hun Edele Mogende wyders op den extraordinaris Staat van Oorlog zullen admitteeren de Post Van een Milüoen, tot vindinge der kosten van eene jaarlykfche Equipagie, aanbouw en reparatie van Schepen , in die zeekere verwagtinge, dat 'er by de Bóndgenooten het noodige redres zal gemaakt worden in de defecten, thans in de ariminifirarie der Marine , en in de per. ceptie van de middelen te Water fubfifieerende.
En eindfiyk, dat hun Edele Mogende wyders
in



HET F1NANCIE-WEEZEN.
in de overige Posten, die als op de Staaten van Oorlog moetende blyven, worden voorgedraagen, zullen confenteeren , wel verftaande nogthans , dat hun Ed. Mogende, wanneer de zaaken van den Staat van Oorlog zullen zyn gereguleerd, geconcludeerd en de Staaten zelve geformeerd, aan zig referveeren eene vrye deliberatie omtrent de repartitie der Posten over de refpeclive Provinciën te doen, verwagtende, dat dezelve by» zonder de Militie en Defroyementen , aangaande , zoo egaal mogelyk gefchieden zal; terwyl hun Edele Mogende zig wyders laaten welgevallen de liquidatie, zoo als dezelve pag. 297/ en 2p8 (*) is voorgefteld.
En eindelyk, dat hun Edele Mogende omtrent de Propofitie van de Heeren Staaten van Zeeland , over het doen van Negotiatien ten Comptoire Generaal van de Unie , voor reekeninge van de Provinciën, by gevreesden Oorlog, zig conformeeren met meergedagte Rapport.
En zal Extract deezes aan de Heeren Gecommitteerden deezer Provincie ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende worden gezonden, om zig daar na te gedraagen.
Aldus gerefolveerd op het Landfchapshuis den 30 September 1790.
(Onder ftond)
Accordeerd met voorfz. Boek,
In kennisfe van My,
(Was get.)
J. VAN ID3INGA.
Ex.
C) Zie ons II. Deel, Bladz'. 132 en vervolgens, E 5



,74 GENERAAL RAPPORT VAN
ExtraEl ait het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Martis den 19 Oftober 1790.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland , hebben ter Vergaderinge iogebragt en laaien leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hongiremelJe Provincie, hunne Principaalen, genomen op rut Rapport door de Heeren van de eerfte fV'Cjtreele Commisfie op den ai May laatstleeden , alhier tér Vergaderinge imtrebragt , raakende het werk van de Quotes en net Finaniieweezen van de Generaliteit; volgende de voorfchreeve Refolutie hier na geinfereerr.
Fiat Infertio.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en veidaan, dat Cop;e van de voorfchreeve Rcfdutie gefield zal worden in banden van de Heeren vin Welderen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de znaken' van de Finantie , om met en nevens een'ge H-eren Gecommitteerden uit den Raad van Staa e , ny haar Ed. zelfs te nomineeren , vili:eeren, examineertn , en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provintien , welke zich op het voorfchreeve fubject nog niet hebben verklaard , mits deezen verzocht hun daar toe meede te willen bekwaaman.
Accordeert met voorfz. Register.



HET FINANCIE-WEEZEN. 7S
Extraft uit het Reces des Landdags Exhibitum in Oftober 1790, by continuatie den ipOcbo- binnen de Stad Arnhem extraorber 1750. dinaris gehouden.
Veneris den 8 Oftober 1793.
TTaar Edele Mogende geëxamineert habbende XJ. het Rapport der perfoneele Commisfie , den ai May laatstleeden ter Vergadering van haar Hoog 'Mog. uitgebragt, omtrent het werk der Provinclaale Quotes en het Finantieweezen der Republiek , voorts omtrent het zelve gehoord hebbende het gerapporteerde en de contideratien van haare Edele Mogende Gecommitteerden , by Refolutie Commisforiaal van den 16 Ju!y deezes jaars benoemd , hebben na rype deliberatie , op de aangeleegene onderwerpen daar by vervat, goedgevonden en verftaan, derzelver Gecommitteerden ter Generaliteit te authorifeeren , om ter Vergadering van haar Hoog Mogende van wegens deeze Provintié te verklaaren , als volgt.
De Staaten des Furftendoms Gelre en Graaffchaps Zutphen , ontfangen en geëxamineert hebbende het Rapport der perfoneele Commisfie tot het reguleeren der Quotes van de refpeftive Provinciën en het onderzoek der Financiën van de Generaliteit , den 21 May deezes jaars ter Vergadering van haar Hoog Mogende uitgebragt, en zich al nu op die gewigtige zaaken zullende exphceeren, doen , bevorens daar toe overgaan, de Gecommitteerden uit de refpedtive Provinciën , mitsgaders uit den Raad van Staate en Generaliteits Reekenkamer, de voorfz. Statelyke Commisfie hebbende waargenomen , voor derzelver veelvuldige moeite , groote naauwkeurigheid en aangewende devoiren ten beste van den Lande , bedanken , en in het byzonder haare dankzegging betuigen aan Zyne Doorluchtiglte Hoogheid den HeereErfftadhouder, voor hoogst-
des-



76 GENERAAL RAPPORT VAN
deszelfs aanhoudende zorg en iever tot wel» zyn van het Vaderland , jn den ioop deezer Commisfie , zoo onvermoeid en met zoo veel nadruk betoond,
Terwyl haar Edele Mogende verders verklaaren, dat, gelyk dezelve beftendige blyken ge» geeven hebben van haare welmeenende gezindheid , om deeze Republiek by haare dierbaare voorregten van ' vryheid en onafhangelykheid , deszelis wettige Confiitutie en den Band der Unie te helpen bewaaren , en geen gelegentheid voorby hebben laten gsan , orn zulks, zoo veel in haar vermogen is geweest, met dasden te betoonen , dus ook met gevoelens van innig genoegen gezien hebben , dat deeze perfoneele Commisfie , als mede die tot het Defenïïeweezen van de Republiek , beide aaagelegt over de gewigrigfte onderwerpen , die met het behoud van voorfz. dierbaare Panden, in zoo een nauw verband ftaan , en waar door de voornaamfte gebreeken van het Lichaam van Staat verbetert konnen worden , tot een gelukkig einde hebben mogen worden gebragt , in zoo verre , dat het reiultat van dezelve thans ter overweeginge van de Hooge Bóndgenooten gekomen is.
Dat haar Edele Mogende begrypen , dat, na dat het de Voorzienigheid gunftig behaagt heeft, om onlangs het zoo zeer wankelende gebouw van deeze Republiek op zyn vorig fundament te vestigen, en thans nieuwe gelegentheid gegeeven word, om door gepaste ma"tregulen het zelve meer en meer te verfierken en van die onregelmatigheden te zuiveren , welke voortduurende voor geen minder onheil , dan het afgeweekene zouden moeten doen dugten , vooral thans het tydftip daar te weezen , dat welmeentnde en met vereenigde iever moet gearbeid worden, om van de voorgeflagene middeien het beste gebruik te maken , en daar op toe te leggen , dat dezelve tot een i gewenscht befluit geraakea.
Rat



HET FINANCIE-WEEZEN. 77
Dat men, naar het oordeel van haar Edele Mozende om dat oogmerk te bereiken, met alleen behoord raad te pleegen met de maate van zyn vermogen, ea na vereisen, van dien ra agt te neemen, dat het onnodige vermeid, en alleen het noodzakelyke daar gefteld werde , maar dat ook de eer, vryheid en independent» van den Staat , met de veiligheid der Ingezeetenen ea van haare Bezittingen, zoo zeer aan de Bóndgenooten moeten en zullen ter herte gaan, dat ïeene pogingen te moeyelyk zullen befchouwd worden, om zich daar van te verzeeieren en alzo te bewaaren het geene door het beleid ert den heldenmoed der Stigters van dit Gemeenebest, met opoffering van Goed en Bloed onder Gods zegen verkregen is.
Immers , dat dit de grondbeginzelen zyn , met welke haar Edele Mogende zyn getreeden tot de overweginge vsn de aangelegene zaaken, waar over zy zien al nu nader by deezen zuilen, uiten, voor zoo veel dezelve in het Rapport vart de eerfte perfoneele Commisfie voorkomen, met oogmerk, om ook thans, hoewel by een atzonderlyke Refolutie, zich omtrent het Rapport der perfoneele Commisfie tot het Defenfieweezen van de Republiek te expliceeren.
Dat haar Edele Mogende zich dan alhier over het eerfte verklaarende , daar omtrent zullen volgen de ordre der Hoofddeelen, zoo als die in het gemelde Rapport gefchikt zyn: , En dus in de eerfte plaats.
Omtrent het point der P/ovinciaale Quotes* en het geene tot ontlasting der Provinciën , uit de Kas van de Generaliteit zoude worden gefourneerd , voor de Bóndgenooten niet mogen verbergen , dat, daar deeze Provincie met infpanniag van al haar vermogen zich gekweeten heeft , om haare aanfiag in de Lasten van de gemeene defenfie , zoo ordinaire ais extraordinaire , volvaardig op te brengen , en om zulks by aanhoudendheid te mogen doen, zich gevonden



7§ GENERAAL RAPPORT VAN
den heeft in de verplichtinge , om niet alleen een zeer accurate en voorbeeldige perceptie der middelen van Finarcie in agt te neemen , maar ook de uiterfte fpaarzaamheid in haare huishoudelyke zaaken heeft moeten oeffenen, door zich te onthouden van verfcheidene aanmerkelyke verbeeteringen van deszelfs inwendig beftaan, die met hoop van fucces zouden kunnen zyn by de hand genomen, ja zelfs van nodige voor« zieningen omtrent plaats hebbende gebreeken , alleen uit bezef van deszelfs geringe resfources en daar mede gepaard gaande bekommering , van niet fomwylen buiten ftaat te geraaken, om deszelfs aandeel voor het Bondgenootfchap te kunnen opbrengen.
Haar Edele Mogende dus , offchoon zich niet meede onder de Provinciën over een al te hogen aanflag klagende , geplaatst hebben, ech' ter hadden gehoopt, dat men geen zwaarderen . last op haare fchouderen zouden hebben tragten te leggen.
Ten minften niet eene zoo aanmerkelyke , als by het Rapport word voorgeflagen de vermeerdering van agt ftuivers en zeven deniers in de ordinaris en extrordinaris Staat van Oorlog en van vyftien ftuivers en zes deniers in de Petitiën uitbrengende , en een des te grooteren last opkeverende voor de Provincie , na maate dat de beide Staaten van Oorlog eene aanzienelyke fomme boven de voorige ftaan te bedragen.
Het welke dus voorzeker niet weinig moet drukken eene Provincie, wiens grootfle gedeelte eene zeer Ichraalen oort is , die voornamemlyk haar beftaan van den Landbouw en Veeteeld hebben moet, daar het ontbreekt aan Fabrieken en Manufactuuren , en daar de weinige, die 'er worden aangelegd, door de belastingen in andere Provinciën derzelver opgang verhinderd word, welke ook geen noemenswaardig deel heeft in de groote voordeelen van de Navigatie en Commeic e, alwaar boven dien den geringen
ban-



HET FINANCIE-WEEZEN. 7p
handel die 'er is , nog gedrukt word door een rigoureufe heffing der Convoyen en Licenten , zeer ongelyk aan die , welke in verfcheidene andere Provinciën plaais heeft , en die van al het geene uit den haare tot de zaaken van de Zee word opgebragt ,. het welk alles buiten haar Territoir befteed word , geen terugkeerend genot heeft , die boven dien veele noodwendigheden uit de Provincie van Holland moet haaien, na dat aldaar reeds van dezelve onderfcheidene Impolitien zyn genoten, het welk alles een fchaarfche circulatie van Penningen en maar fobere middelen van beftaan voor de In- en Opgezeetenen deezer Provincie veroorzaakt , inzonderheid door de rykdom , pragt en welvaart , welke zich in andere Provinciën , zoo door den Handel en Fabrieken , als meenigte van Amptenaaren gevestigd heeft, in dezelve niet word gevonden.
Dat het haar Edele Mogende dierhalven , daar het geen voorfchreeven den naneeligen invloed heeft op de middelen van Financie in haare Provincie, welkers Kwartieren zich boven dien wegens derzelver fitutatie in de omftandig. heden bevinden , van geen genoegzaame ftaat op de jaarlykfche Producten der Landeryen, immers voor een groot gedeelte van dezelve te kunnen maken, behalven dat de droevige ondervinding haar voorheen maar al te zeer geleerd heeft , dat in cas van -ruptüre met buitenlandfche Mogendheden mede het eerst voor een aanval van den Vyand blootgefteld zyn, aan geene redenen ontbreeken, om haare huiverigheid omtrent het aanneemea van deezen voorilag aan den dag te leggen.
Te meer , om dat haare Provincie met dia van Holland en Westvriesland de eenigfte zynde , welker Quota verhoogd word , deeze verhoginge noathans niet geëvenredigd is aan ue refpective Quotes , welke beide de Provinciën tot dus verre gehad hebben , maar dat de voor.
ge-



«o GENERAAL RAPPORT VAN
«flagepe verhoginge voor de Provincie van Gelderland van agt ftuivers en zeven deniers in de Staaten van Oorlog, en van vyftien ftuivers en zei deniers voor de Petitiën, aanmerkclyk hooger is , na proportie van haar oude Quota ad / 5.12. 3 als de verhoging voor de Provincie van Holland van drie gulden veertien ftuivers negen en drie quart deniers in de Staaten van Oorlog, en van zeven guldens vyf ftuivers zeven en drie quart deniers in de Petitiën, iia proportie van deszelfs voorige Quota ad ƒ 58-6-a$ komt te bedragen.
En dat ook , hoe zeer de verhoging voor de Provincie van Holland en Westvriesland zich in den eerften opflag voordoet, van veel cor.fi. deratie te zyn , de zaak nogthans vry wat van gedaante veranderd , waaneer daar by in aanmerking genomen word , dat welgemelde Provincie door de thans voorgeflagene middelen meerder gerustheid bekomt... van niet zoo ligt door het agteriyk blyven van deeze of geene der andere Provinciën in een disproportie omtrent het opbrengen der Lasten van het Bondgenootfchap te vervallen , ea boven dien noch' het vooruitzigt heeft, dat twee aanzienlyke nieuwe posten ten dienfte van de Marine op. de Staacen van Oorlog ftaan geplaatst te worden , het geen by dezelve Provincie zoó lang gezogt is , doch waar tegens deeze en verdere niet equipeerende Provinciën gewigtige reedenen gehad hebben , zoo dat daar toe niet hebben kunnen overgaan ; en waar toe thans tot importante vermeerdering der Lasten van het Bondgenootfchap gerefolveerd wordende , zulks niet anders dan doorflaande blyken van sroote toegevendheid , ten einde een harmonieufe afkomst van zaaken te bereiken, kan worden befchouwd.
Dat haar Ed. Mog. mitsdien wel by herhaalinge mogen zeggen ftoffe te hebben, om zie over den gedanen voorfiag van vermeerdering der Quota haarer Provincie te kunnen bezwaaren.
ïn.



HET FINANCIE.WEEZEN. §f
Inzonderheid daar haar Edele Mog., hoe zeer zig ook overtuigt houden, dat zyfie Doorlucr* tige Hoogheid , na zoo veelvuldige moeite en devoiren in deezen moeielykfte zaak te hebben aangewend, dezelve tot geen nadere top van infchikking heeft kunnen brengen, nogthans in die vaste denkbeelden Haan , dat, tetwyl zy , om de zoo even aangehaalde redenen, een al te groote fpaarzaamheid in de bezorging van het innerlyk beftaan haarer Provincie geoeffend hebben , en in tegendeel verfcheidene andere Provinciën geen kosten hebben ontzien, tot derzelver verbeetering, deeze haare verregaande zuinigheid by het opmaaken van de Balance omtrent het overfchot der middelen van Financte, na aftrek der huishoudelyke Lasten, en daar uit afgeleide proportie der refpective Quotes, aan de Provincie van Gelderland tot aanmerkelyk nadeel, en daar tegens de ruime fpendatie in andere Provinciën, aan.dezelve tot wezentlyke advantage verfirekt heeft.
Dog dat haar Edele Mog,, onaangezien dit alles, in de veronderftellinge , dat de zaken op geen anderen voet hebben kunnen worden voor. bereid, om tot continentie te geraaken, en dat 'er geen beter weg overig blyfc , om dezelve ten einde te brengen; voorts in hoope, dat eenmaal op de ingebragte bezwaren deezer Provincie , wegens de in de Provincie van Holland plaats hebbende belastinge op het tranfitoire van noodwendigheden alhier niet konnende gemist worden, zal worden gereguardeerd, en dat ook ter Generaliteit eindelyk zal gehoor gegeeven worden aan de herhaalde inftantien van haar Edele Mog. tot vergoeding van het gemis der Tolgeregtigheid van zoodane Goederen, de Tolcomptoiren in deeze Provincie pasfeerende, waar Van by haar Hoog Mog. den vrydom word geaccordeert; voorts in de veronderftelling, dat de onderfcheidene pointen van verbetering en menage; zoo by deeze Commisfie, als by die van IV. deel. F het



E2 GENERAAL RAPPORT VAN
het Defenfieweezen, ten oirbaare van het Bondgenootfchap voorgeflagen, zullen aangenomen en ten effecte gefteld worden, uit bezef der dringende noodzakelykheid, uit zugt voor het behoud van het Vaderland en yverige begeerte tot bewaaring en bevestiging van den band der Unie , bereid zyn , zig de verdeeling der Quotes , zoo als dezelve overeenkomftig den voorflag van zyn Doorluchtige Hoogheid by het Rapport is geproponeerd, met concurrentie van alle de andere Bóndgenooten, te laaten welgevallen, en alsdan de Quota deezer Provincie tot/6-o-Io in het honderd van het montant der ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog, en op ƒ 6-7-9 in het honderd van het montant der extraordinaire Petitiën aan te neemen: en wel voor den tyd (fchoon haar Edele Mog. wegens den verhoogden aanflag en verdere aangehaalde redenen als anderzints, liever zouden gezien hebben, dat dieswegens geene vaste bepalinge gemaakt wierd) van de eerstvolgende vyf en twintig jaaren, wanneer alle de overige Bóndgenooten zig daar voor mede zullen verklaaren.
Dat haar Edele Mog. wyders niet alleen gelet hebbende op de gunftige informatien by het Rapport omtrent den ftaat der Financien van het Comptoir Generaal, maar ook byzonder mede in aanmerking hebbende genomen het aanmerkelyk fupport, het welke het zelve , zoo door het plaatfen van een nieuwe post van driemaal honderd duizend guldens op den extraordinaris Staat van Oorlog tot verbetering der defenfie van de Frontieren , en om de Magazynen van het nodige te voorzien, als door de voorgeflagene verbetering en vermeerdering der middelen van Financie en pointen van menage , te verwagten heeft , uit dien hoofde en in die veronderstelling confenteeren , dat het Comptoir Generaal van de Unie belast werde met een Quote van f 4- 8- 2 van het honderd in het montant van de ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog,



HET FINANCIE-WEEZËN. 03
log, eensgelyks voor den tyd van de eerstkd. mende vyf en twintig jaaren; gelyk ook dat ge. melde Comptoir werde belast met de Lyfrenten , zöo die bevoorens öp het fubfidie van de Barrière geaffecteerd zyn geweeat , als dié Voor rekening van de Provinciën genegötieerd zyn j, mitsgaders met nog eenige posten van weinig aanbelang by het Rapport gespecificeerd.
Dat haar Edele Mog. al verder bereid zullert bevonden worden, om in de te formeeren Staa» ten van Oorlog voor zekeren bepaalden tyd te confenteeren , mits dezelve wel minder* maar niet meerder zullen bedragen dan dertien en eeri halve millioen; met refrrve , om , na dat haar Edele Mogende zig over het Plan van dé Arroée, door zyn Doorluchtige Hoogheid den 17 Maart 1789 aan haar Hoog Mog. overgegeeVen. zullen hebben verklaard, en de voorfchreeve Staaten van Oorlog en daar by vervatte re*i partitie gezien en geapprobeerd zullen hebben, zig nader over het getal van jaren , geduuréndé welke dezelve voor permanent zullen aanneemen, te espliceeren; hoopende nogthans té zullen konnen concurreeren , om die voor dezelve tyd als de Quotes te bepaalen.
Met dien verftande, dat de temporaire óf uitftervende Posten , die jaarlyks verminderen met geen andere zullen mogen worden aangevuld j dan met algemeen confent van de Bondgenoo. ten.
Voorts met beding, dat geene betaaiingeh doof de Provinciën en het Landfchap Drenthe zullen mogen gedaan, of aan dezelve in betaalinge geleeden worden van eenige Posten , op de Staaten van Oorlog (taande, dan bp AÉfce van verzoek , door den Raad van Staate te verleenen $ met uitzondering nogthans van de Soldyen der Militie en eenige andere posten , by het Rapport opgenbemt öf nader te bepalen, als m ede in die verwagting , dat ten aanzien van geringe posten welke de fom , door haar Hoog Mog;
F 3 te



84 GENERAAL RAPPORT VAN
te bepaalen, niet zullen excedeeren , de Acte van verzoek, zonder ontgeltenis zullen worden geëxpedieerr.
Gelyk ook, dat over alle Posten op de extraordinaris Staat van Oorlog gebragt, door de Bóndgenooten jaarlyks zal moeren verantwoord en geliquideert worden, in voegen by het Rapport is voorgeflagen.
Conformeerende zig haar Edele Mog. wyders met den Voorflag , by het Rapport , dat jaarlyks door den Raad van Staate geformeert, en aan haar Hoog Mog. ingezonden werde een Staat van de betaalingen , die op de posten , ten laste van de Generaliteit gebragt , in vder jaar zullen zyn gedaan , op dat daar uit blyke, jn hoe verre het beloop van die posten geëmployeerd is, ten einde daar over vervolgens , even als over de posten , die ter repartitie van de Provinciën en Drenthe gebragt zyn , mogen worden geliquideert.
Dat, belangende de verdere pointen van deeze eerfte afdeelinge, haar Edele Mog. de bepaalinge van middelen van afkomst en conjlrain. te, als nuttig en noodzaakelyk voor het Bondgenootfchap befcfirmwen , en dat, hoe zeer , wanneer derzelver aandagt vestigen op haar verhoogden aanflag in verhoogde lasten , in vergelykh g van derzelver geringe resfources, niet weinig fchroomagtig zouden moeten zyn , om haare toeftemming tot deeze middelen te geeven , echter al weder in deezen uit haare voorige principes werkzaam zynde, zig bereid verklaaren, om met gelyke concurrentie van alle de andere Bóndgenooten zig met den Voorflag, invoegen die door de Commisfie zoo ten reguarde der middelen van afkomst, als van conftrainte, by het Rapport is gedaan, te conformeeren.
En dat , wat verders aanbetreft den Voorflag van zyn Doorluchtige Hoogheid , by het Rapport voorkomende , tot een onderling engagement der Provinciën, om, ftaande den termyn
dee-



HET FINANCIE-WEEZEN. 8?
deezer nieuwe repartitie, geen lasten in den haaren af te fchaffen, zonder dezelve door andere sequipollente middelen te remplaceeren, ten ware zulks met gemeen confent der Bóndgenooten werde goedgevonden; en ten tweeden , dat ieder der Provinciën in den haaren zoodanige nieuwe middelen , boven de reeds in train zynde zal opftellen en datelyk heffen , als in tyd •van Vreede tot verbeetering van de Financien kunnen dienen, om in tyd van Oorlog een fomma voor handen te hebben tot goedmaaking van de eerst noodzaakelyke depenfes.
Haar Edele Mog. wegens de verhoogde Quote deezer Provincie, met het zelve regt, als de Provincie van Holland, op zoodane verzeekering en engagement van de vyf andere Provinciën zouden kunnen infteeren , echter in aanmerking neemende, dat de beheering der inwendige huishoudinge en de adminiitratie der Financien aan de Staaten van yder Gewest pjïvatif comp'teerd, zoo een engagement van haar Meede-Bóndgenooten , voor zoo veel haar betreft, niet zullen vergen, in verwagtinge en vertrouwen, dat refpeciivelyk alle haare kragten zullen infpannen, om aan deeze faluraire oogmerken van zyne Doorluchtige Hoogheid te voldoen; gelyk haar Edele Mogende, offchoon niet gezind om aan haare Bóndgenooten eenige infaage in haare Financien , of eenije inftemminge tot het op- of afzetten van lasten toe te ftaan , echter kunnen verzeekeren, dat , wel verre van eenige verlig' ting aan haare Ingezeetenen door het affchaffen van lasten te zullen kunnen toebrengen, veel eer met allen ernst bedagt zullen moeten zyn op het invoeren van nieuwe , en zoo veel mogelyk de verbeetering der oude.
Dat wyders haar Ed. Mog. by het ter continentie, komen van alle deeze pointen , meede zullen concurreeren, om, in gevolge den voorflag van Zyn Doorluchtige Hoogheid, geene re. ftitutie te vorderen van zoodanige Penningen, F 3 als



8<5 GENERAAL RAPPORT VAN
als feedert den jaare 1783 uit de Kas van de Generaliteit voor eenige Provinciën gefourneerd zyn , mits dat die Provinciën , in gevolge den- . zeiven Voorflag, zig engageeren tot het helpen, dragen der Lasten, pag. 43 en 44 (*) van het Rapport vermeld.
Zullende Haar Edele Mogende zig , met betrekking tot deeze Provincie, voor zoo veel de door den Raad van Staate genegotieerde penningen , uit hoofde van haar Hoog Mogende fuc» cesfive Refolutien, ter beta-ling van het beloofde aan den Keizer aanbetreft , zig hier na onder de derde Afdeelinge expliceeren.
Dat haar Edele Mogende laatftelyk , en om hier meede van deeze eerfte Afdeeling af te ftap- > pen , in dezelve met genoegen hebben gezien, dat de Commisfie de inftantien van deeze Provincie ter Generaliteit, ten einde aan een tweede Gecommitteerde uit dezelve in den Raad van Staate fesfie varleend worde , daar by (fchoon zulks volgens den aart der zaake geen gemeenfchap met de behandeling van het Poinét der Quotes is hebbende) aan de Bóndgenooten hernnnerd , als door haar Edele Mogende gedaan tot recuperatie van een recht dat aan de Provincie zedert de erectie van den Raad heeft gecompeteert, en in welkers genot dezelve uit dien i hoofde behoord herfteld te worden.
Het geen dan ook aan haar Edele Mogende I aanleiding geeft, om dit Poinrft nogmaals aan de j ierieufe deliberatien van haare Mede-Bondgenoo. j ten voor te dragen, in vertrouwen dat daar op, 1 volgens derzelver jequitable denkbeelden, vrugt- ] baare Refolutien zullen gelieven te neemen.
Dat hier mede overgaande tot de tweede Afdeelinge van het Rapport, handelende, over de\ Generaliteits Kas, haar Edele Mogende uit dit gedeelte van het Rapport met veel genoegen hebben vernomen den gunftigen toeftand , waar in zig
de
(*) Zie ons L Deel, Bladz. 83. enz.



HET FINANCIE-WEEZEN. 87
de Financiën van de Generaliteit zyn bevindende , zoodanig dat in ftaat zyn een aanmerkelyk gedeelte toe te brengen tot het dragen der lasten van het Bondgenootfchap , het welk eensdeels aan een langduurig genot van Vreede, en anderdeels aan de goede direftie van den Haai van Staate, waar omtrent haar Edele Mogende, die op de continuatie van dien vertrouwen, niet kunnen nalaaten, derzelver genoegen aan welgemelde Collegie dieswegens te betuigen, behoord geattribueerd te worden.
Dat haar Edele Mogende volkomen conve. nieeren met het geene door de Commisfie in het Rapport word voorgefteld, dat het ware belang der Bóndgenooten vorderd , dat de Kas van de Generaliteit beftendig in een goede ftaat word bewaart, op dat in tyden van Oorlog, wanneer niet zelden het geld, de zenuw van dezelve, zoo wel als het nodige Crediet , om het te bekomen, aan de Provinciën ontbreekt, dezelve als dan kan toefchieten , en uit groote ongeleegentheeden redden : en dat haar Edele Mogende zoo uit dien hoofde , als uit aanmerkinge, dat deeze Kas thans een aanmerkelyk bezwaar word opgelegr, van oordeel zyn , d*. geen tyd behoord verzuimt te worden, om de voorflagen by het Rapport zoo tot vermeerdering van het inkomen, als tot vermindering der uitgaaven, vast te ftellen.
Te meer, daar 'er wegens de gedaane Propofitie van Zyne Doorluchtige Hoogheid , om de penningen, welke zaderd eenige jJaren voor Provincien uit de Kas van de Generaliteit zyn gefutneert, te remitteerea, geen reltitutie van dezelven te wagten is; waar onder haar Edele Mogende nogthans overeenkomftig het Rapport, niet begrypen de oude fchuld ten laste van de Province van Zeeland, ter fumma van ƒ 1550000.0-0, wegens renten en intresfen van genegotieerde Capitaalen, maar dat dieswegens diende gehandeld te worden, als daar by geproponeert,
F 4 Ter-



St GENERAAL RAPPORT VAN
Terwyl haar Edele Mogende verders niet tnogen twyffelen , of de Heeren Staaten van Stad en Lande zullen bereid bevonden worden , om ter zyner tyd ten aanzien der voldoeninge van agterftallige renten zeederd den jaare 1691 tot den 31 December 1714 ter fumma van ƒ 188894-3-9 beboorlyk genoegen te geeven.
Gelyk haar Edele Mogende al verder onder deeze remisfie niet begrypen de fumma van ƒ 217307-14-7 , welke de Provincie van Gelderland, volgens de Staaten van egalifatie, naar inhoud der Refolutie van haar Hoog Mogends van den 25 December 1746, door den Raad van Staate, wegens de refpective augmentatien van 's Lands Mi'He geformeerd, te boven gekomen is , en welke de Provincie van Vriesland , als dieswegens een merkelyke fomme zynde verfchuld gebleeven, ter verffening der Quotes ten behoeven van Gelderland nog moet opbrengen, en ten Comptoire Generaal fourneeren of anders aan deeze Provincie terug geeven
Dat haar Edele Mogende verders onnodig oordeelen, om zig in het byzonder ren aanzien van alle de voorgeflage middelen van verbetering der inkomften en vermindering der uitgave van ftuk tot ftuk te expliceeren , maar na overweeging, die alle, met uitzondering alleen van de hier na gemelde zeer gepast vindende , zig volkomen met dezelve voegen , zoodanig echter , dat tot beeter verftand van derzelver intentie zig omtrent eenige weinige nader zullen verklaaren en wel voor eerst met betrekking tot de Poincten van verbetering der Inkomften.
Dat haar Edele Mogende van begrip zyn , dat aan de goede directie van den Raad van Staate behoorde te worden overgelaaten , om ten aanzien van het verkoopen der zoogenoemde Staaten , Dorpen , Landeryen en Hui. zen , pag. 69. (*) van het Rapport gementio-1
neerd s
f) Zie ons I. Deel, Bladz. 128.



HET FINANCIE-WEEZEN. 80
neerd , zoodanig te handelen , als ten meeften nutte der Financien van de Generaliteit zal oordeelen te kunnen (trekken, zynde het aan haar Edele Mogende voorgekomen , de verkopinge van voorgemelde effecten ver prasferabel te weezen boven die van de Thienden.
Maar dat voornaamemlyk dienftig is die mid. delen by de hand te neemen , waar door het jaarlyks inkomen van het Comptoir van de Generaliteit word vermeerderd, en deszelfs Financien op den duur kunnen worden verbeeterd.
En dat inzonderheid tot dat einde den Raad van Staate diende te worden verzogt , om deszelfs reeds begonnene deliberatien over het bene* ficeeren van de generaale Middelen en het heffen van dezelve op een egalen voet door het geheele resfort van de Generaliteit te continueeren, en op de beste wyze ten einde te brengen, op dat zulks vervolgens op authoriteit van haar Hoog Mogende na behooren zal kunnen worden geïntroduceerd.
Terwyl haar Edele Mogende verders van oordeel zyn , dat het middel van den zoflen, poften en boften Penning over het generaal behoord te worden in train gebragt , mede in die plaatlèn , daar het zelve niet word gevorderd, op dat het eene Diftrict van de Generaliteit geen vrydom boven het ander genieten moge.
Ea wyders , ten aanzien van den Lithfchen Toll, te Venloo gecollecteerd wordende , ver» meenen , dat dezelve , om reedenen , by het Rapport geallugeerd , en van gering rendement zynde, behoorde te worden opgeheeven.
Dat voorts haar Edele Mogende, ten aanzien van het middel van des Generaliteits Klein Zegel, van gedagten zyn , dat de deliberatien over de verbeetering van daf middel en het formeeren van een nieuwe Ordonnantie voor bet zelve ten fpoedigften dienden aangevangen en ter conclufie gebragt, voorts dat het zelve óver het geheel resfort van de Generaliteits Landen behoorde geïntroduceerd te worden : Edoch het een en F 5 an»



90 GENERAAL RAPPORT VAN
andere op zoodanige tyd als de Raad van Sta»» te daar toe het gefchikfte zal oordeelen.
Dat ook haar Edele Mogende uit het Rapport gezien hebbende het aangeleegen voordeel voor den Lande fpruitende uit de Generaliteits Loterye , van oordeel zyn , dat haar Hoog Mogen* de , overeenkomftig het Rapport, by circulaire Misfives aan de Heeren Staaten der refpective Provinciën derzelver inftantien tegens alle Provintiaale of andere diergelyke Geld-Loteryen met nadruk behoorden te vernieuwen : zynde haar Edele Mogende met concurrentie der andere Bóndgenooten bereid« zich te verbinden , om dezelve in den haaren niet te admitteeren , mee inftantie nogthans , dat den Ontfanger Generaal gelast worde, om de Gequalificeerde Collecteurs der Generaliteits Loterye in deeze Provincie van een genoegzaam aantal Loten te voorzien na mate van derzelver debiet of anderfints, na proportie van de Quote deezer Provincie in de Jasten van het Bondgenootfchap, met verklaring nochthans , dat, zoo wanneer by alle de Provinciën tot affebnffinge of weering van zodanige Loteryen niet mogt worden gerefolveerd haar Edele Mogende als dan zich gerefolveerd houden , om ook in deeze Provincie dieswegens naar goedvinden te handelen.
Dat met opzicht tot de middelen vallende in de Forten, Steden en Landen, begreepen onder het zogenaamde Committimus , over welke in den jaare 1588 door den Raad van Staaten het beftier der middelen aan Gecommitteerde Raden van de Heeren Staaten van Zeeland by prtvifte en tot wederzeggens toe is opgedraagen , haar Edele Mogende kunnen lyden , dat het beftier en genot dier middelen op dien zelfden voet gelaaten worde, als tot hier roe heeft plaats gehad; niet zoo zeer uit hoofde van eene lang* duurige posfesfie , welke dog op geen anderen voet kan befchouwd worden , te zyn gecontinueerd , als waarop dezelve in den beginnen was verkreegen, maar op de informatie, dat het
ren-



HET F1NANCIE-WEEZEN. 91
rendement dier middelen onder de inkomften van de Provincie van Zeeland aan Zyne Doorl. Koogheid is opgegeeven.
Zoo dat waarfchynlyk daarop meede by de bereekening der Quota van die Provincie zal weezen gecalculeerd : zulks nochthans onverkort alle zodane Rechten als haar Hoog Mogende en den Raad van Staate over het zelve Dillrict. competeeren, en met beding, dat de Provincie van Zeeland tegens het genot der inkomften, draage de kosten van al het geene tot defenfie dier Landen en inzonderheid van de Stad en Landen van Axel tegens een Vyandelyken aan» val in het vervolg zal worden nodig geoordeeld, en voorts overeenkomftig het geen daar van by het Rapport is voorgedragen.
Dat betreffende de Contributie van Tsfelftein, haar Edele Mogende van gedagten zyn , dat overeenkomftig het eerfte gedeelte van het geadvifeerde by het Rapport, de Conferentien by haar Hoog Mogende Refolutie van den 18 May 1757 reeds gedecerneert, hoe eerder zoo beter genouden , en deeze zaak op de een of andere wyze afgedaan worde , zoo als de billykheid en het belang van het Land zal komen te vorderen.
Dat haar Edele Mogende inzonderheid tot ftyving van des Generaliteits Finantien , ten uiterften noodzakelyk en dienftig is voorgekomen, dat de Amptgelden van des Generaliteits Amptenaaren, in de Provinciën reüdeerende, ten behoeven van de Generaliteit geheeven worden: en inttemmen met de gedagten van de Commisfie by het Rapport vervat, dat geen particuliere Provinciën bevoegd zyn tot het heffen van eenige belastingen , onder welke benoemingen zulks ook zoude mogen weezen van de Traktementen der Generaliteits Amptenaaren , en dat dezelve, als involveerende een afwyking van de egaliteit, die tusfchen de Bóndgenooten moet plaats hebben , behoord op te houden, en de voordeelen daar van by het Bondgenootfcbap geprofiteerd.
Dat haar Edele Mogende dit misbruik by de
mees*



9% GENERAAL RAPPORT VAN
meeste Provinciën in train gebragt thans wentellen afgefchaft en zodanig Amptgeld in de Generaliteits Kas overgebragt te zien , in het begrip (taande, dat zulks als een regt, even zo zeer als dat van perceptie der vrugten van een gemeenfchappelyk effect., door den eenen Bondgenoot van den anderen Bondgenoot kan gereclameerd worden , mits zyn bereidwilligheid betoonende, om, zoo zulks ook in zyn Provincie mogt zyn nagevolgt, het zelve eensgelyks aldaar te redresfeeren.
Dat haar Edele Mogende op deezen voet by de andere Bóndgenooten aanhouden , om gezamentlyk te befluiten dat zodane Provinciaale belastingen op de Traktementen der Generaliteits Amptenaaren mogen worden ingetrokken , en dezelve overgelaaten ten voordeele van de Unie, op dat de Generaliteits Kas alzo moge erlangen een genot , het welk tot dezelve volgens den aart der zaake gehooreude is.
Gelyk haar Edele Mogende wyders zeer redelyk en convenabel vinden en alzo confenteeren, dat 'meede in het Resfort van de Generaliteit een ! Amptgeld werde ingevoerd voor alle de Amptenaaren , welke door haar Hoog Mogende, den Raad van Staate en de Collegien ter Admiraliteit, of wel de op te rigtene Raad ter Admira. liteit, in het vervolg in de Generaliteits Landen zullen worden aangelteld; en dat tot introductie van het zelve werde gebruik gemaakt van het geen hier toe by het Rapport is opgegeeven.
Dat, betreffende de poinften van Menage, door de Commisfie by het Rapport , pag. 102 lot 139 incluis (*_), gsproponeert , haar Edele Mog. zig om de daar by refpectivelyk geallegeerde reedenen , zoo als hier voren reeds met een woord gezegd, conformeerende, van gedagten zyn, dat dezelve alle in der voegen behoorden te worden gepractifeert, en daar toe by deezen
(*) Zie tns I. Deel, Bladz. 178-239.



HET FINANCIE-WEEZEN. 9J
zen haar confent verkenen, alleen onder deeze weinige modificatien :
Dat onder het Articul van de Schryfloonen ter Griffie van haar Hoog Mogende vermeenen zouden,
Dat de toelaag aan de twee etfpedieerende Ciercquen, pag. 109 (*) van het Rapport, op 2500 guldem 's jaars voor ieder voorgeflagen, behoorde te worden verhoogd tot 3000 guldens voor ieder van dezelve.
Voorts , dat aan ieder der thans fungeerende Ciercquen van den Griffier, tot dedommagement van het geen door de thans voorgeflagene verandering zullen misfen , jaarlyks werde toegelegd de fomma van «50 guldens , zoo lang zy die post zullen waarneemen , doch dat egter deeze toelaag by vacature behoord te cesfeeren, en niet by de fuccedeerende Ciercquen genooten worden.
Dat haar Edele Mogende voor het overige op de voorilagen der Commisfie omtrent de Schryfloonen geene reflexien hebbende , zich daar meede conformeeren , verkiezende de Memorie van den Griffier van haar Hoog Mog., in het ftcreet Befogne overgegeeven, en door de Gecommitteerden deezer Provincie ter Generaliteit overgenomen , onaangeroerd te laaten en met ftilzwygen voorbyte gaan, alleenlyk op verzoek van de Gecommitteerden uit haar Ed. M ig» tot de eerfte perfoneele Commisfie tot elucidatie van het geen pag. 105. en in principio van pag. 106. (f) gevonden word, hier nog byvoegende , dat het bezwaar , waar van aldaar gewaagt word, niet beftaat in het aanbelleden van het affchryven voor een minder prys (het welk nergens gcpofeerr word) alzo dit aanbefleden of niet aanbefte ien aan de Gecommitteerden onverfchillig was, maar daar in, dat, daar voor een
Vel
(*) Zie ons t. Deel, Bladz. 190.



94 GENERAAL RAPPORT VAN
Vel van ty Regels op ieder Bladzyde■> volgens het Reglement van 1661 , zes ftuivers betaald wierd , thans een Vei van 32 Regels op ieder Bladzyde, drie guldens aan her Land kost, zoo dat, invoegen by het Rapport word geremar. queert , wanneer daar van aan de Clercq dertig ftuivers word uitgekeert , zulks een ruime belooning voor hem uitmaakt alzoo het werk voor veel minder als twee derde kon aanbefteed worden: gelyk zulks over bekend is, en de Gecommitteerden na eigen ondervinding van het geene zy aan hunne beöedigde Clerken in 's Hage betaald hebben, kunnen affirmeeren.
Dat ten aanzien van de jaarlykfche toeleg van ƒ 42-17-0 aan ieder der zeven Provinciaale Clerken "s jaarlyks betaald wordende , haar Ed. Mogende vermeenen , dat een object van die geringe importantie , geen fpeciaale voorziening nodig heeft, maar dat het aan haar Hoog Mog. behoorde te worden overgelaaten , om over de continuatie of discontinuatie van dien te refolveeren , als zullen oordeelen te behooren , des dat in allen gevalle de thans fungeerende Clerken daar van b'yven jouiSfeeren.
Dat, belangende de fooi van negentig guldens jaarlyks aan ieder Lid der Vergadering van haar Hoog Mogende betaald werdende, in plaats van Scbryf en Comptoirbehoeftens, en waar omtrent de Commisfie proponeert , om zulks alleen aan zes Gecommitteerden deezer Provincie goed te doen , haar Edele Mogende moeten remarqueeren ; dat by de Memorie van de Generaliteits Reekenkamer daar toe geen voorflag word gedaan , maar dat zelfs in tegendeel daar by het argument word aan de hand gegeeven, om zulks
te raaren op uen ouaen voet, namentiytc:
Terwyl de voorfz. toeleg door haar Hoog ,, Mogende is gedaan by uitkoop, iu plaats „ van Schryfbehoeftens , Couranten en Alma-
nakken, en vervolgens aan alle de Leden, aan ,, welke dezelve bevoorens ge'eevert wierden."
Geryk zulks uit haar Hoog Mogende fucces-



HET FINANCIE-WEEZEN.
95
five Refolutien van den 24 Juny en 7 Jnly 1738 te zien is.
En dat haar Edele Mogende derhalven van oordeel zyn , dat dit point behoord gelaten te worden , zoo als het by die opgemelde Refolu* tien is bepaald.
Te meer, daar het zelve in de andere Generaliteits Collegien eensgelyks alzoo gepraétifeerd word , door ieder Lid van zodane Emolumenten te laaten jouïsfeeren ; verklaarende overzulks haar Edele Mog. niet te kunnen toeftemmen, dat in deezen eene verandering, alleen werkende ten prasjudicie van haare Gecommitteerden, gemaakt werde ; maar te begrypen , dat indien de andere Bóndgenooten mogten vermeenen, dat ook in dit opzigt, de menage moet gezogt worden, zulks als dan generaal behoord te zyn, gaande over alle de Leden der Vergadering van haar Hoog Mog. , zoo dat deeze toeleg in het geheel worde ingetrokken en afgefchaft, wanneer geene der Provinciën zig daar over beklaagen kan, en de befpaaring van eenige aangeleegendhcid word.
Dat, betreffende den voorflag der Commisfie tot de aanftelling van een derde Secretaris van de Rekenkamer, en de vermeerdering van het Traktement van den eerften Secretaris, als meede van de twee oudfie Ciercquen van de Secretary aldaar, haar Ed. Mog., fchoon zulks devieert van het groot oogmerk der praefente deliberatien , niet ongeneegen zullen worden bevonden, om hier omtrend met de Bóndgenooten in overleg te komen tot alle zoodanige fchikkingen , als redelyk en billyk zullen worden geoordeeld.
Dat laatftelyk haar Ed. Mog. zig volkomen voegen met het geadvifeerde door de Commisfie , omtrend de onregelmaatige verhooging der cours van den Ryxdaalder door de Provincie van Zeeland eigener authoriteit fuccesfivelyk gedaan , en befeffende de waarfchynlyke noodza.
ke-



o<5 GENERAAL RAPPORT VAN
kelykheid, dat eenige verandering gemaakt werde in de cours van de goude en zilvere Stand* penning, overeenkomftig den voorflag by htt Rapport van gedachten zvn, dat de Raaden en Generaalmeefters van de Munten door haar Hoog Mog. behoorden te worden verzogt, om in overleg te neemen, en vervolgens haar Hoog Mog. te dienen van confideratien over de meestvoegelyke wyze, op welke men zonder ondienst van den Lande aan het bezwaar van de Provincie van Zeeland, het welke aanleiding tot de voorfz. verhooging van den Ryxdaalder gegeeven heeft, zoude kunnen te gemoet komen, het zy doot den cours van den Standpenning generalyk eenigzints te verhoogen, of een nieuwe Standpenning te munten , of wel op zoodanige andere wyze , als dezelve Raaden en Generaalmeefters meest nuttig en dienfiig zouden oordeelen , ten einde daar omtrend als dan door haar Hoog Mog. zoodanig zoude konnen worden gerefolveerd, als bevonden zal worden te behooren.
Dat haar Edele Mog. hier meede overgaande tot de derde afdeeling van het Rapport, handelende over den Staat van Oorlog, by examinatie van het zelve over het generaal genomen , met genoegen hebben gezien, dat daar by word voorgeflagen bet redres der notabelfte gebreeken, waar aan de voorfz. ftaat tot dus verre heeft gelaboreerd, en tot welkers verbeetering door haar Edele Mog. by fuccesfive Refolutien, fpeciaal die van den 18 Mey 1/53 en 09 April 1755 is aangehouden, dienende, om den Staat van Oorlog te zuiveren, zoo van de doode als onnodige Posten, voorts om ongelyke betaalingen op fommige Posten voor te komen, en de temporaire of uitftervende Posten op den extraordinaris Staat van Oorlog te brengen.
Dat haar Edele Mog. bevonden hebbende, dat uit dien heofde verfcheidene Posten, voormaals in de repartitie van deeze Provincie op den or» dinaris Staat van Oorlog geftaan hebbende, van
de-



HET FINANCIE-WE EZEN.
97
dezelve voor, het vervolg afgelaaten, en op dan. extraordinaris Staat van Oorlog geplaatst zouden wórden.
, Als onder het Capittel van Wagtmees. . ters en Majors. De Major van Thiel, de Major van Bommel en de Major van St. Andries.
Onder het Capittel van Artillerie , Vivres en Magazynen. , De Commis te Thiel, de Commis te Bommel , de Commis te Sr. Andries en de Conductor van 's Lands Militie door de Provincie van Gelderland pasfeerende.
Onder het Capittel van Officieren van Jufiitie. . ■ , ..,
De Gerigtfchryver in het Graaffchap Zutphen. . De Provoost te Thiel, de Provoost te Bommel en de Provoost te St. Andries.
En onder het Capittel van Ministers en Schoolmeeffers. . De Predikant te St. Andries, nevens de Schoolmeefter aldaar en die te. 's Gravenweert;, .
Daar op moeten aanmerken, dat de afvvyzing yan alle deeze Posten en de vermindering van Bedieningen in haare Provincie , daar door zullende veroorzaakt worden, haar Edele Mog.' niet onverfchillig kan zyn ; behniven datJter behouding van verfcbejdene van dezelve op den ordinaris Staat reflexien gemaakt en reedenen geallegueerd zouden kunnen worden ; doch dat haar E-'ele Mog. bezeffende , dat de afkomst van zaaken daar dpor niet zoude worden bevorderd, zig daar van thans zullen onthouden ,' eu in de voorgeflagene fchikkingen ten aanzien van deeze opgenoemde Posten berusten, mits, dat niet alleen de overige, Bóndgenooten zig met het rojeeren der Posten in haare Provinciën van den. ordinaris. Staat van Oorlog., zoo als door de Commisfie geproponeert, meede laaten welgevallen; maar ook in verwagting dat de andere v.oornaame poinélen van befpaaringe op den Staat IV. deel. G van



98 GENERAAL RAPPORT VAN
van Oorlog , mitsgaders van menage en verbeetering van des Generaliteits Finantien, in de tweede afdeelinge van het Rapport voorgeflagen, eensgelyks by de Bóndgenooten aangenomen , en alzoo ter conclufie gebragt worden.
Doch dat haar Edele Moö. zig egter verpligt vinden, omtrent eenige Posten deezer Provincie, welkers nut en noodzakelykheid voor den Lande evident is , het geen zeïfs by het rapport niet heeft kunnen tegen gefproken worden , en aan welke egter door de Commisfie geen plaats op den Staat van Oorlog gegeeven is, haare inftantien daar toe by de Bóndgenooten te doen.
Deze zyn het Tractement voor de Gouver' tteurs der Steden Nymegen en Arnhem, en van de Commandeurs in de Steden Zutphen en Doesburg , geconfidereerd het buiten tegenfpraak en ten overvloede by het Rapport betoogd is , dat gemelde Steden zyn Frontieren van den Staat.
En dat, vermits de aanftelling dezer Gouver* neurs en Commandeurs niet gefchied ten particuliere reguarde van de Provincie van Gelderland , maar ten beste van het gemeene Land, waarom dezelve ook niet onder de directe Ordres van de Provincie van Gelderland , maar van de Generaliteit gefield worden ; 'er geen reden kan gevonden worden , waarom voor deze posten in Steden van een integreerend Lid van het Bondgenootfchap minder het Traktement , het zy onder de benaaming van Gouverneur of Commandeur (want voor een van beide word in yder Stad het Traktement maar gevraagd) op den Staat van Oorlog zouden worden gefield , als in de Fron tier ite den in de Generaliteit.
Zonder dat hier in eenige de minlte verandering ka" geven de allegatie, in het Rapport pag. 170. 0\) voorkomende, dat de Gouverneurs
van
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 289.



HET FINANCIE-WEEZEN. 90
van Heusden en Coeverden zich meede in het geval bevinden , van ook niet op den Staat vari Oorlóg te iraan-, dewyl, óp zyn best genomen, daar uit niet anders zoude kunnen volgen, dart dat ook voor dezelve een Tractement op den Staat van Oorlog zoude dienen gebragt te worden.
En dat ook in dat opzicht immers niet de vraag kan weezen , of deze posten te voren op den Staat van Oorlog geftaan hebben want zulks zoude dan voor een generaale Cynofure moeten aangenomen worden , en daar 'door zouden dan verfcheidene aanmerkelyk voorflageh tot verbetering der defenfie van de Republiek vervallen : En zouden aan den anderen kant, indien dat de zaak moest beflisfen^ veele onnodigë posten , die te voren op den Staat van Oorlog geftaan hebben, 'er thans op moeten verbly ven % maar kan en moet de bepaalinge in dezen al. leen afhangen van de vraage , of deeze posten voor den dienst van het Land gevorderd worden.
Welkers affirmative volkomen zeker zynde ^ haar Edele Mogende ook mogen te gemoetzieni en mits dezen inffeeren , dat convenable Tractementen voor de gementioneerde posten bepaald j en op den Ordinaris. Staat van Oorlog gefteld worden.
Dat haar Edele Mogende wyders wel met genoegen uit het Rapport hebben gezien, dat de Rivieren Rhyn , Waal en Ysfel te regt door dë Commisfie worden aangemerkt, niet alleen als middelen ter bevordering der binnenlandfchê Commercie , niaar teilèns als een natuurlyké Barrière en Sterkte voor de Republiek in tyd van Oorlog, dog dat haar Edele Mogende teffens uit dien zeiven hoofde hadden mogen verwagten, dat de post voor de Ryswerkets te 's Gra* vemvecrd tot dus verre op den Staat van Oorlog geftaan hebbende, geene refiexie omtrent de continuatie van dien zoude onderhevig geweest zyn.
G 2 Daaf



ioo GENERAAL RAPPORT VAN
Daar dcch het gehee'e Bondgenootfchap daar aan ten hoogden is gelegen, dat die Stromen in , goeden ftaat gehouden worden , waar van het noodlottig jaar van 167»., wanneer de geheele Franïche Heirmagt by Lobuh den Rhyn doorwadende, deze Gewesten inviel, tot een doerflaand bewys kan verftrekken.
En daar de zorg voor die Stromen voornamentlyk beltaat in het brengen en houden van een zekere evenredigheid in de qnantiteit van Water op die onderfcheidene Takken van de Boven Rivier, en het tegengaan van de beletfekn , welks daar aan door verzandingen of verloop van dezelve koenen hinderiyk zyn.
Dat haar Edele Mogende dus met reeden infteeren, dat deze post, hoewel niet onder baars oude benaamingen voor de Ryswerken te 's Gravenweerd, als zynde de verdeelinge van de Roven Rivier thans te Pannerden , maar voor het onderhoud der Ryswerken tot verdiepinge en beneficeering van den Nederrhyn en Tsfelfiroom niet alleen tot laste van de Generaliteit verblyve , maar zelfs mer een convenable fomme ten behoeve van de Provinciën zich met de zaaken van de Rivieren chargeerende, verhoogd werde, vermits de Provincie van Gelderland tot de voor aaugetogene eindens 's jaarlyks boven dezelve importante kosten heeft moeten aanwenden, en by continuatie zal moeten inpendeeren.
Immers , dat wanneer onverhooptlyk by de ■ andere Bóndgenooten mogt worden begrepen , dat deeze post van den Staat van Oorlog behoorde te worden afgelaten , dan egter ter zake van het groot belang , het geen alk de Provinciën hebben by een evenredige verdeelinge van het Water tot algemeene defenfie van de Republicq , de kosten , die tot behoud van de diepte dezer Rivieren ten algemeenen defenfie moeten worden aangewend , gevonden mo. gen worden uit de post tot de Fortificatiën 0
Fronf



HET FINANCIE-WEEZEN. ipi
Frontieren, en aan de Provinciën , welke daar toe zullen contribueeren , en van welke het niet te vergen is, om door het gemis van deeze post van den Staat van Oorlog, haare Financien in het draagen der kosten van de Rivieren nog meer dan te vooren te hezwaaren , gevalideerd, en in liquidatie toegelaaten worden.
Dat haar Edele Mog. zig wyders zullende bepaalen omtrent de verdere voorflagen der Commisfie in deeze derde afdeelinge voorkomende, met dezelve begrypen, dat de Staaten van Oorlog voor den tyd van jaaren, over welke die met gemeene bewilliging der Bóndgenooten zullen worden vastgefteld, behooren befchouwd te worden , als een repartitie van geconfenteerde lasten , met dien verftande nogthans , dat de temporaire en uitftervende posten met geene andere zullen mogen worden aangevuld, als met een» paarige toeltemminge van alle de Provinciën.
Dat met opzigt tot de Militie van den S:aat, haar Edele Mog. overtuigd zynde van de nuttigheid , dat dezelve door alle de Bóndgenooten op een egalen voet worde behanield , en daarom niet kunnen disconvenieeren van den voorflag, dat die Provinciën, alwaar men met de betaalinge van de Militie nog eenigen tyd ten agteren is, verzogt werden haare agterflallen te willen zuiveren.
En dat ook haar Edele Mog. zig niet zulten.' onttrekken , om zoo ten opzigte van de kortingen, als van de gagementen der Geappoin&eerdens, mitsgaders omtrent de betaalir.ge der Lagisgdden met de overige 'Bóndgenooten een generaale en eenparige voet te beraamen, het zy, zoo als zulks door de Commisfie is voorgeflagen, of zoo als anders met gemeene bewilliging der Bóndgenooten zal kunnen- werden vastgefteld, met dien verftande nogthans, ten aanzien van de Logiesgelden , dat haar Edele Mog. die liever zouden gezien hebben, dat de post, daar toe voorheen gedesrineerd , zqo een aanmerke»
g 3 iy-



?09 GENERAAL RAPPORT VAN
lyke vermindering niet ondergaan hadde, niet zouden kunnen inftemmen, dat dezelve nog meerder wierde gerabbateerd , ook zeer allicen zyn van de gedagten, dat zulks als een Provinciaals Last zoude kunnen beichouwd worden, wegens het voordeel , het welk in de Provinciën van de Militie genooten word.
Inzonderheid, daar in deeze Provincie de Fi* narcien van dezelve (het welk haar Edele Mog. gaarne erkennen) grootelyks gefterkt worden door de Confumtie van de Troupes, aldaar in Guarnifoen, zoo dat zulks een der voornaamlte resfources' voor haar is, welke ook voornamentiyk heeft gecontribueerd tot het montant, waar op het prövenue van haare Financien by de refpective Opgaven is gecalculeerd, het geen den verhoogden aanfiag deezer Provincie in de Quotes ten gevolge heeft gehad , zoo dat haar Edele Mog. niet zouden kunnen verftaan , om haare Financien ten tweedemaale te bezwaaren, door 4 e betaalinge der Logiesgelden van de Militie, weikers genot aanleiding tot de verhoging van haanen aanflag gegeeven heeft; en welke dezelve niet zouden hebben kunnen aanneemen , indien zig niet vleiden met de hoop, van by continua» tie met een goed aantal Militie in haare Provincie te zullen worden voorzien.
Dat haar Edele Mog. zig met een woord cot> I formeerende met het geadvifeerde by de Corr.- I misfie, omtrent de huur van het Buis, toebe- \ hoorende aan St. Anna Gasthuis te Sluis in \ Vlaanderen, als nu zullen overgaan ter befchouWin ge der geprojecl^er.ie Schema's van den or. 1 dinaris en ex'raordinaris Sraat van Oorlog, onder de Bylaagen van het Rapport ervintelyk.
Waar omtrent hasr Edele Mog. zig eenigzints zullen kunnen bekortigen, om dat ten aanzien , vun de posten, welke op het Schema van den 1 Ordinairs Staat , in nnarvolging van het Plan yin de Armée, door Zyne Doorluchtige Hoogheid den 17 Maart 1789 ter Vergadering van
haar-



HET FIN ANCIE-WEEZEN. ao3
haar Hoog Mog. overgeeeeven , zyn geplaatst geworden, haar Edele M' gende by afzonderlyke Refolutie zich zullen expliceeren.
Verklaarende over zulks haar Edele Mog. met betrekking tot de Ministers buiten 's Lands , zig ie conformeeren met het geadvifeerde door de Commisfie, en de dien conform gebragie posten op den Ordinaris Staat van Oorlog, in vertrouwen , dat in cas van vacature de fuccedeerende Ministers door ha2r Hoog Mug. , na meefie gefchiktheid der Perfoonen, zig daar toe voordoende en de inclinatie der Leden vtritoren , en aangefield zullen worden ; voorts dat fchoon over deze en andere posten van Tractementen op den Ordinaris Staat doorgaans geeh liquidatie tusfchen de Provinciën ftaat gehouden te worden, zulks echter , ten aanzien van die alle zoo in dit als in andere Capiuelen zal moeten plaats hebben, wanneer de een of andere post eenige meer dan gewcone tyd mogte vacant blyven, en alzo de betaalinge van het Tractement ftilftaan.
Terwyl haar Edele Mog., in aanzien van de Post vo'.r fecreete Correjpondentien, konnen lyden dat dezelve tot het montant, a's voorgeflagen, om redenen, by het Rapport geallegueert, op den ordiaaris Staat van Oorlog geplaatst, en buiten liquidatie gehouden worde.
Dog ten reguarde van de post voor D;froyementen moeten aanmeiken, dezelve , na het inzien van haar Edele Mog. vooral niet te laag geftdd te zyn, wanneer in agt word genomen , dat in den tyd van den jaare 1770 tot den jaare 1784 incluis, waar over dezelve is gecalculeeit, de betalingen, uit deeze post gedaan, van importantie moeten geweest zyn, inzonderheid over de laatfte jaaren van dat tydvak , wegens een tweeden Ambasfadeur in Vrankryk , twee extraordinaris Ambasfades na Rusland en de onlusten met den Keizer.
En dat ook de befparingen, welke pag. 178 G 4 ea



m GENERAAL RAPPORT VAN
en 179 C) van het Rapport door eenige veranderingen in het Reglement van den jaare 1700, voor de Ambasfaden en Commisiieii buiten 's Lands wordende vastgefteld , eene vermicdering der uitgaven zullen opleeveren. '
Dat voorts haar Edele Mog. geen redenen vinden , waarom deéze post niet egaal over alle de Provinciën Quotes gewyze zoude worden gerepartitïeert, immers dat de zwaarigheid daar tegens in het Rapporc pag. 290 (f) geoppert, wegens de moeyelykheden , om alsdan de Provinciën tot een byllag voor'een of ander Minister te beweegeii , niet zeer gewigtig voorkomt , daar dog het algemeen belang vordert, om van de Penningen van hét Bondgenootfchap riet te ruimfchótig of zonder góede redenen te disponeeren, behalven dat ook nog deeze zwaarigheid konde worden opgeruimt, indien de Provinciën zig éngageerden, om jaarlyks ieder haar Quote ten Comptoire van de Generaliteit te fourneeren , en zig t< ffens verbonden , om de dispofitie over die Penningen aan het befluit van de meerderheid der Provinciën te onderwerpen.
Tot welk laatfte haar Edele Mogende in allen gevalle eerder zouden verkiezen over te gaan, dan de beheerinj van zoo een aanmerkelyke lom van dertienmaalnontierd duizend guld., en wel in een zaak van die natuur, alleen aan een enkelde Provincie over te laten; waarom dan ook in dezelve confenteeien, mits de repartitie over alle de Provinciën gefchierie, met offerte om tot het Accrochement zoo even gemeld , met de Bóndgenooten te corcurreeren , of dat anderzints deeze post op de Quote van de Generaliteits Kas werde gebragt.
: Dat haar Edele Mog. wyders bereid zyn , ha2r confent te verleenen omtrent de overige tot hier
toe
(*) Zie ons I Deel, Bladz. 302. en ver». (Jj Zie om tl. Deel, Bladz. isi.



HET FIN ANCIE-WEEZEN. 105
toe gewoonc posten thans weder op het Schema van den ordinaris Staat van Oorlog gefield, als mede in het Corps Pontonniers , overefnkomftig het Plan daar van door de Commisfie tot het Defenfieweezen voorgeflagen, en de post dien conform op het Schema van den Staat van Oorlog gebragt , dog dat zig verpligt vinden omtrent de fom, aldaar voor het Corps Artille* rie uitgetrokken ad ƒ 513281-10-0 te remarqueeren, dat het Plan ter verbetering van dat Corps, daar onier mede voor twee Compagnien oude Artilleristen , by het provifioneel Rapport van opgemelde Commisfie den 13 February 1787 ter Vergadering van haar Hoog Mog. uitgebragt, zig te zamen maar bedraagt ƒ 471803 -3-13,
En dat mitsdien haar Edele Mog. welke by Refolutie van den 3 Mey 1787 , den 13 dito ter Generaliteit ingebragt , zig met het zelve hebben geconformeert, vermeenen by derzelver vooraangetogene Refolutie te moeten verblyven.
Dat wyders haar Edele Mog. niet konnen nalaten , ten reguarde der Traktementen van de Directeurs en Ingenieurs aan te merken, dat de voorflag welke omtrent dezelve door Zyn Doorluchtige Hoogheid en den Raad van Staate den 13 Apriï 1781 aan haar Hoog Mog. is gedaan, en waar' in als toen door zes Provinciën is geconfenteert, de fom van 16500 minder bedraagt, dan het geen daar voor by haar Hoog Mog. Refolutie van den 15 Mey 1786", bepaald is; en dat haar Ed. Mog. overzulks zouden in bedenking geeven of niet het gemelde Plan van 13 April 1781 diende te worden geprasfereert, én de tegenwoordige Bexitters van het meerdere van dien met het furplus op den exrraordinaris Staat van Oorlog geplaatst, ten einde by vacature op te houden.
Dat nu haar Edele Mog. zig verders omtrent G 5 het



ï«S GENERAAL RAPPORT VAN
het Schema van den extraordinaris Staat vanOorlog zullende uitlaten. haar bepaalen tot de navolgende remarques.
Ten eerften, Jat veronderstellen, dat de posten voor de Militie van de Colonie Surinamen voortaan door alle de Provinciën , het Landfcnap Drenthe , en de Generaliteit met eenparigheid gedragen zullen worden , als wanneer haar Edele Mogende zig bereid verklaaren, daar in re confenteeren.
Ten tweeden , dat zig ten aanzien der huur van het Huis van Prins Maurits met het rapport conformeerende , vermeenen , dat dezelve behoord te worden opgezegt, en vervolgens die post van den Staat van Oorlog gelaten.
Ten derden , dat haar Edele Mog. van oordeel zyn , dat de Losrenten ter fomma van 38600 guldens overeenkomftig den voorflag pag. 275 (*) van het Rapport , ten fpoedigften behooren te worden afgelosr, ten einde van den Staat van Oorlog te worden geligt , en aat daar toe den Raad van Staaten diend verzogt te worden, de nodige Petitie te formeeren , om daar uit die aflosfinge te doen.
£)at haar Edele Mog. alhier voorby gaande de post van ijoooo guldens , voor Pennoenen voor Officieren gedestineert, ten einde zig daar over als tot het Pian van de Armée gehoorende nader te verklaaren : ten vierden met opzigt tot de post van icooo guldens voor het ondeihoud van eenige Frajtfche Frouwen van Conditie zig conformeeren met het voorgedntgene by het Rnpport, ten einde overeen-komftig het zeive by haar Hoog Mog, werde gerefolveerd , en die post. ook" in het vervolg van den Staat van Oorlog gelaten.
Dat, ten vyfden, haar Edele Mog. uit overreding der nuttigheid van een jaarlyks Campe>
ment
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 97.



HET FINANCIE-WEEZEN. i0j-
ment voor een gedeelie van de Trouppes van den Staat, confenteeren in het plaatfen van een post van 50000 guldens, op den extraordinaris Staat van Oorlog, tot goedmaking van de kosten, daar toe vereischt zullende worden.
Dat, wat ten zesden aangaat , de post van 300000 guldens , tot verbeetering der Frontieren en aanvulling der Magazynen van den Staat, haar Edele Mogende daar in bewilligen, in verwagting , dat overeenkomftig het geadvifeerde by het Rapport van de Commisfie tot het Defenfiweezen pag. 83, de Plaatfen en Sterkten uitmaakende het uitertte Frontier van den Staat, ten allen tyden behooriyk voorzien worden en blvven; en dat, als ibidem pag. 84. terwyl het Plan van Dïfenfie niet te ge]yk en op eenmaal kan worden uitgevoerd , deszelfs begin gemaakt werde met die PJaatfen, welke het uiterfte Froir.ier van den S^aat uitmaaken , en zoo luccesfivelyk tot de binnen Frontieren overgegaan werde, voorts onder conditie, dat deeze post zoo als behoord voor het eeheel gefield worde onder het bellier van den Raad van Staate, over de Provinciën gerepartitieert , en daar over de jaarlykfche liquidatie tusfchen dezelve gehouden worden : of anderzints , dat dezelve op de Qnota van de Gene. raliteits Kas geadfigneert weide.
Dat ten zeevenden , betreffende de post van een millioen voor eeji jaarlykfche Equipage voorts voor aanbouw en reparatie van Schepen haar Edele Mog. niet zullen allegueeren verfcheidene aanmerkingen op dezelve , welke den aart der zaake aan de hand geeft; en die haar Edele Mog. wanneer alleen op het byzonder belang van haar eigene. Provincie kwamen te reiiecteeren, terug zouden houden, om in deeze post te bewilligen: doch dat zoo als te vo-
ren



108 GENERAAL RAPPORT VAN
ren veelvuldige blyken gegeeven hebben , hoe zeer ^anr dt zaaken van de Zee zoo wel als die te Lande ter harten gaan ; or k thans tot een doorllaand bewys van dien en om aan het verlangen van een ander haarer mede Bonlge-^ nooten te beantwoorden, voorts om ook door deeze haare infchikkelykheid een gelukkige afkomst van zaaken voor het Bondgenootfchap te bevorderen, met'terug ftellinge van andere wezentlyke confideratien, bereid zyn, deeze opoffering te doen, en met concurrentie van alle de andere Provircien in deeze post te confenteeren, zoodanig egter, dat haar Edele Mog. vertrouwen , en in die vaste verwagting zyn, da't de redresfen in de adminiftratie der zaaken van de Zee , bv het Rapport der Commisfie van het Defenfie weezen voorgeflagen , en met de overtuigenfte reedenen aangedrongen , zonder tydverzuim zullen worden beflooten en ter uitvoer gebragt , en alzoo met ter daad getoond, het waare oogmeik te zyn, om het algemeene belang te behartigen.
Dat haiftelyk, voor zoo veel aangaat de post van 12CC00 guldens, op het Schema van den extraor inaris Staat geplaatst , tot vinding der Interesfen van het door de Raad van Staate genegotieerde Capitaal ter be'aaling , zoo van het verfchuldigde aan den Keizer , als van een Capitaal van 420350 guldens , tot voldoening der' Aanritsgelden 'voor de Brunswykfche , Arfpachfche en Meklenburgfche Troupts ; haar Ed, Mogende die twee onderftbéidene obji dien in Öttderfcheiden opzigten moeten befchouwen,- alzo wat het laatile , het Capitaal van 420.550 gulders aanbetreft, haar Edele Mog. in de Ne. gotiatie bewilligd hebbende , zig verpligt reekenen, en ook bereid zyn, om, wanneer dezelve zal zyn gebleeken , werkelyk door den Raad tot dat einde het gemelde Capitaal genegotieerd,
en



HET FLNANCIE-WEEZEN.
en daar van emploi gemaakt te zyn tot betaalinge dier Aanritsgelden, alsdan haar aandeel in de jaarlykfche Interesfen , of ook anderzints in het Capitaal zelve tot afdoening van deeze Schuld te fumeeren.
Doch dat het ■Capitaal ter afdoening van het beloofde aan Zyne Keizerlyke Majefteit van eei geheel andere natuur is, als tot welkers Negotiatie haar Edele Mog, geenzints haar Confent verleend hebben, alzoo weinig als tot het Tractaat van Fontainebleau , waar van dezelve een gevolg is geweest. Zoo dat haar Edele Mog. op goed fundament zig deeze geheele zaak zouden kunnen onttrekken, doch dat, om ook in dit opzigt by haare gemanifesteerde principes van infchikkelykheid te verblyven , niet aliëen zyn, om dezelve in dier voegen op te neemen, als of mede in het geallegueerde Traktaat bewilligd hadden; doch zyn dan van oordeel, dat van haar geen betaa'iinge van Interesfen kan worden gevergd , ten zy haar volkomen gebleeken zy, dat de hoofdfom, tot dat einde genegotieerd, en teffens gebruikt is.
Zullende haar EJele Mogende, wanneer zig daar van kunnen overtuigd houden , en de andere Bóndgenooten mede in deeze post confenteerden, zig omtrend dezelve niet onttrekken.
Dat hier mede de voornaamite poin&eu , in de drie eerfte afdeelingen van het Rapport vervat , verhandeld zynde , haar lide^e Mogende thans overgaande tot de laat/Ie afdeeling, inhoudende de confideratien van de Commisfie over de Propofitie .van Zeeland, van den 9 December 1784, over het doen van Negotiatien ten Comptoire Generaal van de Unie , voor re. kening van de Provinciën in tyden van gevreesden Oorlog, omtrend denzelve aanmerken.
Dat hoe zeer het ook voor de Provincie van Gelderland, en die met haar in het geval fiaan van geringe resfources te hebben, zeer wenfche'
lyk



aio GENERAAL RAPPORT VAN
lyk zoude zyn , dat een middel buiten haar meerder bezwaar kan worden uitgedagt, tot het vinden van zoodanige fommen als in tyden van Oorlog, hoven de gewoone kosten van defenfie van den Lande worden vereischt, om zig in postuur te ftellen tot afkeering van vyandelyke aanvallen , haar Edele Mogende egter de bedenkingen, by het Rapport tegens deeze Propofitie jngebragt, zoo gewigtig zyn voorgekomen, dat genoodzaakt worden , zig met de gedagten van <ie Commisfie te moeten voegen, om namentlyk het by den ouden voet te laaten verblyven, zoo dat de kosten van extraordinaris middelen van defenfie by extraordinaire Petitiën gevraagd , en door de Bóndgenooten zoo lang mogelyk gefurneerd worden ; hoewel haar Ed. Mog. hier by niet mogen verbergen , haar flegt vooruitzigt omtrent het vermogen van haare Provincie, reeds met zoo een zwaare Quote in hoogere Staaten van Oorlog ftaande, aangeilagen te worden , om in tyden van Oorlog tot nog zwaardere lasten te kunnen concurreeren, daar het haar Edele Mogende echter nimmer aan de goede wil zal ontbreeken, om alle efforts te doen tot verdediging van het Vaderland.
Dat haar Edele Mog. hier mede zig op deeze gewigtige zaaken cordaat, en met een oprechte begeerte, om het groote but, de bevordering van de eenigheid en het onderling ver. trouwen der Bóndgenooten, de verbeetering der gebreeken , de meerdere vastigheid der Conftitutie, en het geluk van den Staat te bereiken, zig verklaard hebbende , het zelve wederkeerig van haare Bóndgenooten mogen verwagten , hertelyk wenfchende , dat eerlang een heilzaam befluit omtrend dezelve zal kunnen worden genomen ; waar van het tegendeel de Voorbode van den ondergang der Republiek zoude weezen , wanneer nogthans aan haar Edele Mogende die gerustheid ovefblyven zoude, van na
haar



HET FINANCIE-WEEZEN.
haar vermogen alles tot behoud van dezelve te hebben toegebragt.
En zal hier van Extract aan de Gecommitteerden deezer Provincie ter Generaliteit werden ingezonden , om daar van ter Vergadering van haar Hoog Mog. de nodige opening te doen.
(Onder flond)
Pro vero Extraclu.
(Getekend)
BKUN. JOH. BOPF.
Ex.



tX2 GENERAAL RAPPORT VAN
ExtraSl uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Veneris den 22 OBoher 1790.
T"\e Heeren Gedeputeerden van de Provincie van OverI J ysfel, hebben ter Vergaderinge ingebragt en laaten kizen, de Refolutie van de Heeren Staaten van hoogsemelde Provincie , hunne Principaaien , genomen op het Rapport, door de Heeren van de eerfte Perfoneele Commisfie, op den 21 Mey laatstleeden alhier ter Veraaderin*e uitgebragt , raakende het werk _ der Quotes en het Finantie-Weezen van de Generaliteit; volgende de voorfz. Refolutie hier na geïnfereerd.
Fiat Infertio.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verdaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gefteld zal wo.den in handen van de Heeren van Weldenn, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en van' alles alhier ter Vergaderinge ra; port te doen.
En word de aanweezende Heet Gedeputeerde van de Provincie van Stad en Lande, welke dg cp het voorfz. fubieór, nog niet heeft verklaard, mits deezen verzegt, insselvks de Refolutie van de Heeren Staaten , zyne Principaaien, daar op, zoo fpoedig mogelyk, te willen uitwerken, en alhier ter Vergaderinge inbrengen.
Accordeert met het voorfz. Register.
Ex.



HET FINANCIE-WEEZEN. 113
Extract uit het Register der Refolutien van Ridderfchap m Steden yan Overysftl.
Campen den 18 Ocïober 1790.
By refumtie gedelibereert zynde op het Generaal Rapport, door de Perfoneele Commisfie over het reguleeren van de Quotes, en het onderzoek van het Financieweezen der Generaliteit, ter Vergadering van hun Hoog Mog. gedaan op den 21 Mey deezes jaars, ten gevolge yan hunner Hoog Mog. Refolutie van den 4. Mey T785, *n alhier gecommuniceerd by eene Misfive van hunne Hoog Mog. van den zelfden 21 Mey deezes jaars, en daar over gehoord zynde de Advifen van alle de Leden ; is goedgevonden, de Haeren Gecommitteerden wegens deeze Provin-, cie ter Generaliteit aan te fchryven, om ter Vergaderinge van hunne Hoog Mog. te declareeren, dat Ridderfchap en Steden, na attente examinatie, hebben bevonden, dat voorfz. ampel Rapport over het geheel wel beantwoord aan de verwagting, welke men, met alle reeden, van den langduurigen en onvermoeiden arbeid van zoo veele Staats- en Financiekundige Mannen had opgevat: dat dus zoo wel het geheele Gemeenebest , als deeze Provincie in het byzonder, dehoogde veipügting heeft aan den yver, de kundigheid, en het geduld van de Heeren Gecommitteerden der onderfcheide Provinciën tot de gemelde eerfte perfoneele Commisfie, en van de Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate en de Generali'eits Reekenkamer, welke by de voornoemde Commisfie hebben geadfifteerd, en van die hooge Collegien zelve, welke nim*mer geweigerd hebben alle noodige en vereischce opening te geeven van alles, waar omtrent derzelver onderrigting en voorligting verzogt wierd, en byzonder van zyne Hoogheid den Heere Prince Erffiadhouder, welke door hoo^stdeszelfs IV. üfiEi. H kragt-



n4. GENERAAL RAPPORT VAN
kragtdadige poogingen, naauwkeurig en onzydig onderzoek der betrekkelyke huishoudelyke gefteldheid van elke Provincie, en van de Generaliteit, en herhaalde voorflaagen, heeft uitgemaakt, dat gezegde Commisfie, na veel overleg en deliberatie, ten laatfte nog, ten opzigt van het groote en voornaame poinél van de Quotes, eene bepaalde fchikking en reegeling aan de hooge Bóndgenooten heeft kunnen voordraagen: gelyk dan hunne Edele Mogende aan alle deeze Heeren en Collegien, en aan zyne Hoogheid hier mede desvveegens hunne verfchuldigde dankbaarheid betuigen.
Dat zy, in het oog houdende de hoofdoogmerken en gronden , welke de Bóndgenooten zig hebben voorgefteld by het delegeeren eener perfoneele Commisfie tot revifie der Quotes , en herfiêl van het Financieweezen van het gemeene Bondgenootfchap , ten einde de lasten , welke dezelve te draagen hebben, in het vervolg met meer zeekerheid en evenreedigheid te fchraagen , zig ook , by het onderzoek van voorfz. Rapport, op ieder poinct daar by voorkomende, die principes hadden voorgefteld , en dien conform hun advis over gemelde poincten ingerigt.
Op deeze gronden en principes maaken hunne Ed. Mog. geen zwaarigheid , gemelde generaal, Rapport, zoo als het legt , en uitgebragt is, te i laudeeren en te approbeeren, en in het zelve te confenteeren, in dat vast vertrouwen, dat ook alle de overige Bóndgenooten even eens bereid bevonden zullen worden , om dc fchikkingen, by het zelve voorgeflaagen, te amplecteeren zonder eenige referve; doch by ontftentenis van dien, niet willen gehouden worden, eenig Confent gedraagen te nebben, veel min zig te hebben willen verbinden in eenige gedeelten, zoo het geheel niet mogt worden geadopteerd, egter altyd geneegen blyvende, om, zoo ver in eenige mindere poinóten verfchillende gedachten plaats hebben,



HET FINANCIE-WEEZEN. nj
ben, zig. zoo veel mogelyk te fchikken, en billyke confideratien aan te neemen.
Dus willen bun Edele Mogende ten beste van de gantfche Republiek gaarne eenige Sacrificie doen, en niet dringen op alzulke Confideratien en Remarques, als zy anders, zeer gefundeert, zouden kunnen en moeten maaken , ware het niet , dat de bewaaring der goede harmonie , welke thans zoo gelukkig tusfchen de Hooge Bóndgenooten fubfifteert, hen permoveerde, om liever wat meer toe te geeven, dan ftyf op hun regt te blyven ftaan, en' daar door geleegentheid te geeven, dat de welberaamde fchikkingen der Commisfie vertraagd of opgehouden worden.
Immers al aanftonds, ten opzigte der Quote, waar op deeze Provincie voor het vervolg zal gefield worden, kunnen hunne Edele Mogende geenzint» vinden dat deeze Provincie verligt , maar in tegendeel bemerken maar al te duidelyk dat dezelve bezwaard is; en, daar haare resfources iri haar zelve genoegzaam geene zyn, dat zy zeer zeeker varpligt zullen zyn hunne Ingezeetenen met meerder Lasten te bezwaaren dan die zyn, welke thans , en zulks niet zonder veel moeite, gedraagen worden.
Hoe zeer zy dan billyke reedenen hadden ge. had om te verwachten , dat hunne Provinciale Quote , tot hier toe gedraagen , eerder verliet dan verhoogd zoude zyn geworden, gelyk zy en hunne Gecommitteerden in de eerfie Perfoneele Commtsfie niet nagelaaten hebben, by alle gepaste geleegenheden, op verligting in de voorige dragelyker Quote „ aan te dringen , willen zy evenwel, met postpofitie van alle andere Confi. deratien, en geheel en voornaamenlyk in het oog hebbende de zoo nodige a!s billyke afkomst, en herftelling van all« ongelykheid in het draagen der lasten van de Unie, die tot hiertoe, tot zoo aanmerkelyk agterdeel van de waare gronden van vereeniging en Bondgenootfcbap, hebben plaats gehad, wel confenteeren in de voorgeflageneQuoH a te



iirj GENERAAL RAPPORT VAN
te van ƒ 3 - 9 - 6 in het honderd, in den Ordinairen en extraordinairen Staat van Oorlog, en van f 3 - 13 - 5 in de extraordinaire Petitiën; als mede in het bepaalen der Quotes voor de andere Provinciën , voor het Landfchap Drenthe en voor de Generaliteit; doch niet dan in afwagting, dat, gelyk gezegd is, alle de overige Bóndgenooten even gaaf en ongeckufuleerd in de Quotes , op welke zy thans by het Rapport gelteld zyn, confenteeren, en aan de middelen van afkomst en conftraincle, aireede beraamd, of als nog met gemeene bewilliging te beraamen, zig onderwerpen, en dat dit Confent in geenen gevalle langer verbinde, dan voor den tyd van volle vyf en twintig jaaren, te reekenen van den dag af op welken de nieuwe repartitie der Quotes ter Generaliteit ter conclufie gebragt, of welke met algemeen confent zal vastgefteld worden, zoo dat hunne Edele Mogende geenzints aannee. men de bygevoegde bepaaling, welke voorkomt in het Rapport bl. 41 (*), of voor zot lang als de Quotes met gemeene bewilliging op geenen anderen voet zullen zyn gereguleerd, en bl. 296 aan het eind (f), of voor zoo lang als de Quotes niet met gemeene bewilliging op eenen anderen voet zullen zyn gereguleerd; dat ook de fomme van het totaal beloop der beide Staaten va» Oorlog niet meerder bedraagen dan dertien en een halve millioen, maar wel zoo veel minder, als men zonder ondienst van den Lande bevinden zal doenlyk re zyn, en dat de temporaire en de uitltervende posten, voor zoo ver dezelve jaar. lyks verminderen, met geene andere zullen mogen aangevuld worden, dan met Confent der Bóndgenooten; dat tevens alle gepaste middelen, tot beneh'ceering der Generaliteits Kas, ten eerften in deliberatie gelegd en fpoedig ter aonclufie
Se.
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 79. (t) Zit ons II. Deel, Blad». 131.



HET F INANCTE-WEEZEN. 117
gebragt worden , en eindelyk, dat na verloop van twee en twintig jaar, convenable middelen zullen worden beraamd, om, na het uiteinde van die vyf en twintig jaaren, voor welke thans geconfenteerd word , wederom op nieuw, voor een bepaald getal van jaaren , zulk eene repartitie van de Quotes te maaken, als naar deu betrekkelyken Haat, waar in de onderfcheide Provinciën zig alsdan bevinden zul'en, raadzaam en billyk zal bevonden worden; terwyl hunne Edele Mog. aan den eenen kant gegronde vrees hebben, dat deeze Provincie niet dan met veel moeite en embarras, zelfs geduurende den tjd van vyf en twintig jaar, die Quote, waar op zy thans ge* field word, zal kunnen draagen, en aan den anderen kant, hartelyk wenl'chen en hoopen, dat althans de Provincie van Zeeland, welke thans zoo aanmerkelyk verligt word , alsdan in ftaat zal zyn , om wederom tot verligting van deeze en andere Provinciën iets te kunnen by brengen.
Hunne Edele Mog. hebben tot hunne fmert en leedweezen geen vooruitzigr., dat zy zullen kunnen in bedenking neemen, om eenige thans plaa's hebbende belastingen af te fchaffen, zonder dezelve althans door tquiva'ente middelen te remplaceeren ; daar zy in tegendeel, gelyk reeds gezegd is, wel genoodzaakt zullen zyn, hunne Ingezeetenen hooger, dan thans, te bezwaaren, indien zy aan hunne engagementen promptelyk voldoen zu len ,• hoe zeer het hun Edele Mog. alleraangenaamst zal zyn, hunne Provinciaale Finantien door alle mogelyke en niet te zeer drukkende middelen te kunnen verbeeteren , en zy niet weigeren zullen , dien aangaande aan den Heere Erfltadhouder de noodige 01 ening te geeven , ge yk zy niet alleen , nevens de overige Bóndgenooten, zig gaarne tot het een en ander willen verbinden , maar ook oordeelen, dat, zonder zoodanige onderlinge verbintenis, geene genoegzaame zeekerheid voor het duurzaam fourH 3 nis-



118
GENERAAL RAPPORT VAN
nisfement der aangenome Quotes kan verkreegen worden.
Hunne Edele Mog. zullen zig niet oppofeeren tegen de inftantien van de Provincie van Gelderland, om een tweeden Gecommitteerden in den Raad van Staate te zenden; onder dit beding egter, dat ook aan deeze Provincie het zelfde regt niet worde geweigerd of onthouden , vooral, wanneer ook aan de Provincie van Utrecht een tweede Gecommitteerde in dat Coliegie toegeftaan , en aan die van Zeeland gelaaten word; daar toch deeze Provincie thans niet veel minder draagen zal in de Lasten der Unie, dan die van . Zeeland, immers , en in allen geval , dat dit plaats hebbe zoo lang, als de Epoque duuren zal, in welke de Lasten der Unie op de nu voorgemelde wyze zullen gedraagen worden.
Omtrent de middelen van afkomst en conftrain&e zullen hunne Edele Mog. niet weigeren de fchikkingen, by het Rapport voorgefteld, mee de overige Uondgenooten te bepaalen, hoewel zy gegronde redenen van vrees hebben, dat de voorgellagene middelen, of onvoldoende, ofmogeiy'c zelfs by de uitkomst, nadeelig zullen bevonden worden; weihalven zy a'snog wel wenfehen, dac men tot het beraamen van beeter en eflicacieufcr middelen by de Bóndgenooten kon convenieert;,; tot welker uitdenking en daarftelling zy zig niet ongeneegen zullen betoouen.
Gelyk hunne Edele Motr^jook-a^wil'cn
jcKtcticu , in tuiuuriuney; «ss vrniK UonCJwï genooten , m de renmfie -.Uy p^#|§f^ door ht c, Comptoir Generaal der t - •, k_>. u let ialp
1703 vnor eenige f'rovirtcien voorgefchooren * mjts dat die Provinciën volgens den voorflag in bet Rap;:orr, en volgens de nadere c!ixid_.t;to.| van Zyne Hoogheid, vervolgens de Laste-- h.-,'-': pen draagen, welke de irevo jen , ■ n ; i'.u. -
onlusten met wjlen Zyno KruL-r Ma:tft:-;i':'! byzonder ook, pa evenrecdigheid, dnu^qSfee



HET F1NANCIE-WEEZEN. 119
equivalenten , die aan verfcheidene Officieren, tot uitkoop van derzelver Penfioenen, verftrekt zyn ; en in de Subfidien , welke in den jaare 1788 aan de Heeren Markgrave van Brandenburg-Anfpach , en Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg zyn toegezegd.
Ten opzigte van het tweede Hoofdpunt! van meergemelde Rapport, betrekkelyk tot den ftaat der Generaliteits Kas, hebben hunne Edele Mog. met het grootfte genoegen gezien den voordeeligen ftaat, waar in gemelde Fonds, door de goede directie van den Raad van Staate, niettegenftaande de groote uitgaven en zwaare Negotiatien, welke men in de laatfte jaaren genoodzaakt is geweest te doen, zig alsnog bevindt, en willen om die reeden wel confenteeren, gelyk reeds boven gezegd is, dat de Generaliteits Kas voortaan ook haare Quote drage, tegen ƒ 4 - 8 - 2 in het honderd, in den ordinaris en extraordinaris Staat van Oorlog, zonder boven dien immer in eenige meerdere Lasten , wanneer daar toe in het vervolg befloten mogt worden, noch ook in de Petitiën iets te draagen: als meede, dat voor derzelver reekening blyven alle de nog overig zynde Lyfrenten , zoo die bevoorens op het Subfidie der Barrière geaffecteerd waren, als die voor reekening der Provinciën genegotieerd zyn; en zulks tegen het profyt, dat gevallen is op de Lyfrenten , die, hoewel afgeftorven, egter als zodanig niet opgegeeven zyn, mitsgaders nog eenige kleine posten van den Staat van Oorlog van weinig belang, welke vervolgens by het dikwerf gemelde Rapport worden opgegeeven.
Dan, in aanmerking neemende de groote aangelegenheid van dit algemeene Fonds , welke meermaalen , in tyd van nood , tot een veilig Plegtanker voor den Staat verftrekt heeft, kunnen hunne Ed. Mog. niets anders, dan ten fterkften infteeren op alle convenabele en practicabele poinéten van redres en menage, welke by het H 4 meer-



Ï20
GENERAAL RAPPORT VAN
meergemelde Rapport worden voorgeflagen , en welke hunne Edele Mog. in het algemeen goedkeuren en amplecleeren , en ten nadrukkelykften recommandeeren , dat dien aangaande de nodige deliberatien ten fpoedigften geëntameerd, en ter conclufie worden gebragt.
Hunne Edele Mog. zullen zig derhalven onthouden van eene fpeciale receniie dier middelen van beneficeering der Generaliteits Kas , welke by het Rapport omftandig en uitvoerig opgegeeven zyn , en dezelven alle aan de prudentie en yver der Heeren Gecommitteerden ter Gene» raliteit, en in den Raad van Staate , gerustelyk overlasten , en met de overige hooge Bondge» nooren gaarne concurreeren tot alle zodanige vastftellingen; alleenlyk kunnen zy zig niet dispenfeeren , van meer byzonder aan te pryzen , en te infteeren op de introductie van convenabele Ambtgelden voor alle die geene , welke voortaan met eenige Bedieningen , ftaande ter Collatie van hunne Hoog Mog. , of van eenig Collegie van de Generaliteit gebeneficeerd worden ; deeze toch zyn niet alleen een billyk, reedelyk , en weinig of niet drukkend middel van Financie, op zig zelve , maar ook allergefchiktst , om , zonder iemands weezendlyk bezwaar , de Generaliteits Kas kragtdadig te Herken ; weshalven hunne Edele Mog. en op de fpoedige regelingen uitvoering derzelve ten fterkften infteeren, en tevens niet durven twyffelen, of de overige Bóndgenooten zullen met hun volkomen overtuigd zyn van de onreedelykheid en incongruiteit van Provinciale belastingen van honderdften Penning of dergelyke op de Generaliteits Ambten; gelyk dan ook hunne Edele Mog. in die hoop en verwagting , dat ook de andere Provinciën daar van wel zullen willen renuncieeren , voor hunne Provincie voortaan gewillig afzien van alle zulke Emolumenten , als welke daar uit tot hier toe gepercipieerd zyn.
De



HET FINANCIE-WEEZEN. itr
De Commisfie , welke om de twee jaaren na Staats - Vlaanderen gezonden word , oordeelen hunne Edele Mogende, dat niet zonder ondienst van den Lande afgefchaft kan worden ; hoewel «en 'er wel toe zoude kunnen komen, om dezelve flegts door twee Heeren te doen bekleeden, of in dezelve nog eenige andere nuttige verbeeteringen , met de overige Bóndgenooten, te introduceeren.
Hunne Edele Mog. zouden ook wel eenige meerder menage in de Schryfloonen ter Griffie van hunne Hoog Mog. wenfchen betragt te zien; mits de expeditie der zaaken , of de dienst des gemeenen Lands, door geene te groote of verkeerde befpaaringen eenigzints benadeeld of vertraagd worde.
Waar meede overgaande tot de derde afdeeling van het generaal Rapport, betreffende den Staat van Oorlog , kunnen hunne Edele Mog., onder referve nochthans van eenige bedenkingen , tot welken men zoo ftraks zal overgaan, zig zeer wel conformeeren , zoo .met de generaale, als met de particuliere remarques en fchikkingen , ten dien opzichte gemaakt , vooral met dat gewigtig principe , dat de Militie van den Staat zyn Trouppes van de Generaliteit , en met de noodzakelyke gevolgen , daar uit zoo evidentelyk proflueerende , als namelyk, dat dezelve derhalven overal op een gelyken voet behoren betaald , en, zoo min mogelyk bezwaard se worden ; al waarom ook de korting der deficieerende Manfchappen , en de korting of de Soldyen , op alle Reparritien , op den zelfden voet behoord te gefchieden ; en wel, indien de voorflag der tweede perfoneele Commisfie , om de Militie van den Staat direct door de Generaliteit te doen betaaJen , by de Bóndgenooten niet geamplecteerd word , als dan op den voet, door de eerfte Commisfie , by het onderhoorige H 5 Rap-



122 GENERAAL RAPPORT VAN
Rapport, bladz- 285 en *86. (*) voorgeflagen, welke hunne Edele Mogende met de overige Bóndgenooten gaarne zullen helpen arresteeren, en in practyk brengen : Dog wanneer eenige andere Provinciën mogten voortgaan met meerdere kortingen te doen , dan in deeze Provincie plaats hebben , dan zullen hunne Edele Mog. zich genoodzaakt zien , dezelfde kortingen ook in deeze Provincie te introduceeren, welke plaats hebbende in die Provincie , waar in het meest afgetrokken word.
De bedenkingen , welke hunne Edele Mog. zyn voorgekomen omtrent eenige byzonderheeden, die hunnens oordeels veranderd of verplaatst dienden te worden, betreflën:
Voor eerst de kosten van de Gedeputeerden buiten *s Lands , dewelke, uit hunnen aart, op den extraordinaris Staat van Oorlog gebragt, en aan liquidatie fubject gemaakt behooren te worden , daar toch dezelve hooger, of minder hoog loopen, naar dat den dienst van den Lande , en de gefteldheid van Europa vereischten.
Ten tweeden, van gelyken aart zyn de beide posten van de Defroyementen , en van de fecreete Correspondentien , welke tog ook noodwendig jaarlyks varieeren ; en om die reeden, volgens de by het Rapport gelegde gronden, op den extraordinairen Staat van Oorlog behooren. Dan , indien onverhoopt hier toe niet kan verflaan worden , dan vertrouwt men ten min. lien , dat de Repartitie van de Defroyementen ook voortaan op dien voet zal gefchieden, als tot hier toe plaats gehad heeft.
Ten dertien difïïculteeren hunne Ed. Mogende als nog, om genoeg bekende, en door.andere reeds geallegueerde reedenen, in de oprigting van een Corps Luikfche Dragonders. Ten vierden, het Corps Mariniers vertrouwen
hun-
(*) Zie ons II. Deel, Bladz. 112 enz.



HET FINANCIE-VVEEZEN. 125
hunne Edele Mogende , dat wel op een min kostbaaren voet, het zy volgens het Plan, in de Registers van hunne Hoog Mogende , van den 8 February 1698 te vinden , of volgens eenig ander, door Zyne Hoogheid nader te ontwerpen , zal kunnen ingerigt werden.
Ten vyf den , daar hunne Edele Mogende, als Territoriaale Souverainen, voortaan de Predicanten en Schoolmeesters te Blokzyl en Svvarte Sluis geheel voor hunne reekening neemen , eischt de billykheid en egaliteit, dat ook de Predicant van Delfzyl niet door de Generaliteit, maar door den Territoriaalen Souverain betaald worde, daar dezelve tog notoirlyk veel minder , of liever geheel niet , ten nutte van het weinige Guarnizoen aldaar , maar wel ten behoeve der Ingezeetenen, gehouden word.
In het gemeen voegen hunne Edele Mogende hier nog by hun billyk verlangen en verwachting , dat over alles , zoo veel mogelyk, eene juiste liquidatie plaats hebbe, dewyl daar door alleen kan uitgewerkt worden , dat de eene Provincie zich niet bevoordeele ten kosten der anderen , welke als dan ook wederom haare maatregelen neemen zouden , om zich niet te laaten benadeelen; zynde hunne Edele Mogende ongenegen, om op eenige posten, ten prejudicie der Bóndgenooten te profiteeren , en verwagtende het zelfde van de goede trouw en de cordaatheid der Meede - Bóndgenooten ; en in die verwagting kunnen hunne Edele Mogende zich laaten welgevallen het geene , zoo wel ten opzicht der Appoinctes, als der Magazynen en der Fortificatiën by het Rapport gefield is , daar tog, om alleen van de laatfien te fpreeken , ingeval eene grooter fom nodig is , dan op den Staat van Oorlog is bepaald, of wanneer de Reparatie , verbetering of extenlie der Werken, meerder uitgaaf vereischt, het kort kan gevonden worden uit het geene by andere Provinciën
op



124
GENERAAL RAPPORT VAN
op dien post overfchiet ; moetende , in allen geval, aan den Raad van Staate de discusfie gelasten worden van het geene al, of niet voor Fortificatie gereputeerd word : Immers hunne Edele Mogende verwagten niet, dat iemand der Bóndgenooten zal willen contefteeren , dat alle Posten of Articulen, welke de gemeene defenfie of Militie , en derzelver onderhoud en fournitures raaken, Bondgenootfchappelyke Lasten zyn, en als zodanige behoren gemeen te zyn, en nimmer als huis-lasten van eenige Provincie kunnen of moeten aangemerkt worden. En om deeze reden kunnen zy niet anders , dan ten fterkfien infteeren , dat de post van de Ltgiesgelden op den Staat van Oorlog geplaatst blvve , waar voor te meer reden is, daar deLand-Provincien, welke geen onmiddelyk voordeel van de Marine genieten , echter haare Quotes daar toe furneeren, en het ligten van dien post van het onvermydlyk gevolg zoude zyn, dat de Troupes, in deeze Provincie Guarnifoen houdende , geen Logiesgelden zouden kunnen genieten , vermits hunne Edele Mogende niet zouden kunnen refolveeren , hunne reeds zoo zeer en boven mate bezwaarde Provincie met deezen last te bezwaaren: Gelyk daar en tegen hunne Edele Mogende , ten blyke van hunne bereidwilligheid, om m de defenfie te Water te helpen bekostigen, hier ] meede confenteeren , dat een Millioen jaarlyks 1 voor de Marine op den Staat van Oorlog gebragt f worde; mits echter, ten allereerften, de nodige redretfen in de huishouding der Admiraliteiten worden bewerkftelligt, op dien voet, welke by het Rapport der tweede Perfoneele Commisfie zoo duidelyk voorgedraagen, en zoo kragtig aangedrongen is , dat niet wel een ander Plan, welk beter, menageufer en voor 's Lands dienst nuttiger zy , te wagten fchynen ; mits ook de weinige Commercie onzer Provinciën niet gedrukt worde, door in andere Provinciën Imposten



HET FlNANCIE-WEEZEN. 115
ten te heffen van Koopwaaren , welke alleen door, of langs dezelve naar deze Provincie pas-, feeren.
Ten opzichte der vierde Afdeeling van het generaal Rapport, hebben hunne Edele Mogende niets in te brengen tegen de redenen, waarom de Propofitie van de Provincie Zeeland, aldaar gemeld, niet aanneemlyk geoordeeld is.
En zal hier van , by Extract deezes, aan de Heeren, wegens deeze Provincie ter Generaliteit gecommitteerd , kennis gegeeven worden tot derzelver naricht.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Register.
(Wai get.)
II. TTDEMAN.



126 GENERAAL RAPPORT VAN
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Neder' landen.
Martis den 16 November 1790.
De aanweezende Heer Gedeputeerde van de Provincie van Stad en Lande, heeft ter Vergaderinge ingebragt en laaten leezen , de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, zyne Principaaien , genomen op het Rapport door de Heeren van de eerfte Perfoneele Commisfie, op den ar May laatstleeden , alhier ter Vergaderinge uitgebragt; raakend» het werk van de Quotes en het Finantieweezen van de Generaliteit; volgende de voorfchreve Refolutie hier na geïnfereerd.
Fiat lufertio.
Waarop gedeübereert zynde , is goedgevonden en verftaan , dat Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Weideren , en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Finantie , om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed. zelfs te nomineeren , te vifiteeren, en examiueeren, de Befoignes daar op ten fpoedigften voort te zetten, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
Accordeert met voorfz. Register.
Ex-



HET FINANCIE-WEEZEN. a2?
Extracl uit het Register der Re. Exhibitum folutien van de Edele Mogende demüNov. Heeren Staaten van Stad en 1790. Lande.
Prydag den 12 November 1790.
De Heeren Siaaten van Stad en Lande gehoord hebbende het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staate en dezer Provincie Finances, welke in gevolge en ter voidoeninge agn de Refolutie commisforiaal van den 9 July dezes jaar» nader hadden geëxamineerd het Rapport der eerfte Perfoneele Commisfie, omtrent het werk der Provinciaale Quotes en het Financiewezen der Republicq, op den 21 Mey bevorens ter Vergadering van hun Hoog Mogende uitgebragt, hebben, na gehoudene deliberatie, goedgevonden en verftaan, de Heeren ter Vergaderinge van haar Hoog Mog., wegens deeze Provincie te authorifeeren, om ter hooggemelde Vergadering te verklaaren.
Dat de Heeren Staaten van Stad en Lande met zeer veel genoegen hebben opgemerkt den yver en werkzaamheid, waar mede de Heersn van voorfz. Commisfie, mitsgaders Zyne üoorluchtigfte Hoogheid , de Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, en van de Generaliteits Reekenkamar zig znlk een geruimen tyd onledig hebben gehouden, om yder het haare te corjtribueeren , ten einde zaken van zoo veel gewigt en importantie, als in voorgeroerde omflagtig Rapport! behandeld worden, tot de meefte mogelyke klaarheid en confidentie te brengen en aldus een folide grondflag te leggen, op welke de bloei en welvaart van de Republicq gevestigd , de banden der Unie te vaster toel-I ftrengeld, de harmonie en eensgezindheid onder de Bóndgenooten aangekweekt, en aldus ge. gronde hoope gegeeven kan worden , dat het
dier-



m Generaal rapport van
dierbaar Vaderland onder den Zegen des Allerhoogften tot deszelfs vorigen luider zal geraafcen.
Dat dieswegens hun Edele Mogende aan gemelde Heeren voor derzelver onvermoeiden yver en werkzaamheid, en inzonderheid aan Zyne Doorluchtigfte Hoogheid voor Hoogstdeszelfs ge» ftaadige zorge , om de verfchillende gevoelens der Bóndgenooten , omtrent zommige pointen door gepaste en billyke middelen te concilieeren , hunne dankbaarheid betuigen, en tot een doorflaand bewys van diens welmenentheid zig tot een Wet hebben gemaakt, om niet buiten noodzaake in eenig point te devieeren van de fentimenten en advifen, in het Rapport ten toon gefpreid , ten einde aldus zoo weinig mogelyk eenige verhindering of vertraging aan de conclufie van dit heilzaam werk toe te brengen.
Dat om die reden, hoe zeer ook hun Edele Mogende altoos van oordeel zyn geweest, en nog zyn , dat de eenige folide grond tot regeling der Quotes , geproportioneert na een yders vermogen , alleen te vinden is in de onderlinge communicatie en opgave van de zuivere ftaat der Provinciaale Finances in haare Ontfang en Uitgaave, met derzelver manier van perceptie en beheering, op dat uit de baatige flotten, de refpective vermogens van alle de Provinciën met volkomen zekerheid opgemaakt, en aldus een yders Quote accuraat konde worden bepaald; overzulks gaarne hadden gezien , dat alle de Bóndgenooten tot het geeven van zoodane opening hadden gelieven te concurreeren ; te meer daar de Refolutie van hun Hoog Mogende van den 4 May 1785, met eenparigheid genomen, zulks ten duidelykften mede bragte, des niet te min als nu berustende in de opening , welke f dien aangaande aan Zyne Doorluchtige Hooghtid
gegeeven is , en vertrouwende , dat de bepaa- !
ling, door Hoogstdezelve omtrent de Quotes
mtt alle mogelyke accuratesfe gemaakt zal zyn, .
met I



HET FINANCIE-WEE2EN.
met concurrentie van de andere Bóndgenooten 1 de verdeeiing der Quotes , zoo als dezelve in hetj Rapport pag. 40 en 41 (*) word aangeprezen, zig laaten welgevallen , en aldus te approbeeren, dat de Quote dezer Provincie op ƒ j-7-S in het honderd van het montant der ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog, en op ƒ 5-13-10 in het honderd vah het montant van alle extraordinaire Petitiën worde bepaald ; als mede. dat het Comptoir Generaal der Unie met een Quote van ƒ 4-8-2 in het honderd, van het montant in de ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog werde belast, in dier voegen, als by het Rapport is voorgefteld; en dat hun Edele Mogende deezen voorllag voor den tyd van vyf en twintig jaaren aannemen.
Dat hun Edele Mogende mede genegen zyn, ptn voor een gelyken tyd. van vyf en twintig jaaren te confenteeren in de ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog , mits dat dezelve wel minder , maar niet meer zullen mogen bedragen , dan dertien en een half millioen; en, dat de temporaire of uitftervende posten j voor zoo verre dezelve jaarlyks verminderen , zonder gemeen confent der Bóndgenooten, met geene andere zullen mogen worden aangevuld.
Voorts onder die mits , en in die billyke fuppofitie, dat wegens deze Provincie de losfing van Capitaalen aan de Generaliteit geduurende dien tyd zal ftil ftaan , doch blyvende de ftaat van employ omtrent de verfchuldigde jaarlykfche Renten in zyn volle kragt en waarde, even als het zelve zederd eenige jaafen is gppracV» feerd ; naardien deze Provincie in de voiitrekte onmogelykheid is., om dit Confent in den Staat van Oorlog te dragen , èn te gelyk die losfing te doen , terwyl boven dien zig genoodzaakt vinden , om vaa dit Confent , voor dén tyd van vyf en twintig jaaren in zo verre te exi-
mei-
(*) Zie ensl. Deel, BUdx.fZ, eh veré, IV. D&EL. f



'io GENERAAL RAPPORT VAN
meeren de post -a een millioen , zo tot vinding der kosten van eene jaarlykfche Equipage, Aanbouw en reparatie van Schepen op de extraordinaris Staat van Oorlog is gebragt, als waar omtrent hun Edele Mogende het Confent wel uitdrukkelyk aan volgende Voorwaarden accrocheeren.
Ten eerften, dat ten fpoedigften vrugtbaare Befognes worden aangelegd, en ten einde gebragt , om de nodige redresfen in de huishouding der Admiraliteiten te bevorderen , het zy op den voet, welke by het Rapport van de tweede Perfoneele Commisfie tot het Defenfieweezen van de Republiek is voorgedragen , het zy op zodane andere wyze , als de hoge Bondgenoten meest convenabel zullen vinden.
Ten tweeden , dat de bronnen , waar uit deze Provincie haar voornaam fte beftaan moet vinden , zynde de Landbouw en Veeteeld, niet door andere Provinciën werden geflopt, direct noch indirect, het zy door het uitloven van praemien op het invoeren van Rundvee van buiten de Republiek , het zy op eenige andere wyze , als waar door de welmeening der hoge Bondgenoten in het leggen der lasten op het van buiten inkomend Rundvee ter favorifeering van de inlandfche Veeteeld geëludeerd en te niete word gemaakt, zo als de Ingezetenen dezer Provincie nu reeds zedert eenige jaaren tot hunne overgrote fchade ondervonden hebben.
7e» derden , dat de Landproducten dezer Provincie met geene ongehoorde belastingen by den doorvoer in andere Provinciën gedrukt en bezwaard worden , zo als zelfs opzigtelyk de Aardappelen , na Holland en elders wordende
ver-



HET FINANCIE-WEEZEN. sji
vervoerd , in de Provincie van Vriesland plaats vind: waar door de binnenlandfche Commercie met andere Provinciën .op eene aUerongelukkigfte wyze Word belemmerd , en bet welk even weinig inet de regten der Unie beftaanbaar is ; als het Uitloven van prjemien op Goederen, by de Lysten met inkomende regten bé« zwaard;
Daar nu hün Edele Mogende zoo nieenigmalen over voorfchreeve demarches hunne klngten by de hoge Bondgenoten, met verzoek van het nodig redres , hebben ingebragt; doch daar van tot dus verre geen het minfte effect, hebben mogen erlangen , en zy tot hun leedweezen maar al te wel befpeupen, dat by verdere voorcduuring van zulks ^ of zomtyds nog wel meerder bezwaaren , hunne goede Ingezetenen té zeer gedrukt, en té verre agter uit zullen ge. raaken , om de zo zwaar geheven wordende Landslasten te kunnen opbrengen , e,n waar door by confequentie van dien deze Provincie hiede buiten ftaat moet geraaken t om haar aan. deel in dertien en een half millioen te dragen „ en de verdere lasten van de Unie tè hoeden, zo vinden hunne Edele Mogende ter voorkoming der onheilen , welke deeze Provincie té wagten heeft, zich in de volftrekte aoodzakelykheid , om , hoe ongaarne ook, te declareeren; dat, wanneer by verder vervolg voorfz. klagten niet worden weggenomen , zy zich bui» ten ftaat bevinden, om hun aandeel in een millioen voor de Marine gednurende den tyd van vyf en twintig jaarep te dragen , en dat dieswegens hun Edele Mogende wel voor dé èerftemaal gemeide post op den Staat va*n Öorê log voor één jaar willen adniitteeren ; in hope^ dat intusfchen aan het hier voren vermelde verlangen dér Heeren Staaten voldaan zal worden; als wanneer zy mede geneegen zullen worden' bevonden $ óm voor ^ de resteerende vier èti ï i twiné



13a GENERAAL RAPPORT VAN
twintig jaaren daar in Confent te dragen ; doch wanneer onverhoopt daar aan piet mogre worden voldaan , referveeren hun Edele Mogende aan zich zo verre hunne Quote in deeze post van de Marine betreft, alle jaar de vrye deliberatie daar omtrent, om dezelve te accepteeren, of af te wyzen , zo als noodzakelyk en meest convenabel zullen vinden.
Dat hun Edele Mogende wyders te wel bevroedende de moejelvkheid , om wegens de zo zeer gedelabreerde Financien hunner Provincie, hun Provinciaal Comptoir aan de gang te houden , zich in geenen deele eenige mogelyke vermindering der lasten, in hunne Provincie geheven wordende, durven imagineeren; maar integendeel genoodzaakt zynde , om ten eerften alle mogelyke middelen by der hand te neemen, welke eenigzints tot vermeerdering van de jaarlykfche ontfangst en vermindering der uitgave itrekken kunnen , zich gaarne conform Rapport met de overige Provinciën willen engageeren , om de plaats hebbende belastingen , except het geval van onvoorziene calamiteiten , te doen voortduuren , of door sequivalente middelen te remplaceeren , en tot het geene verders aldaar by het Rapport word voorgefteld.
Dat hun Edele Mogende belangende het admitteeren van een tweede Gecommitteerde wegens de Provincie van Gelderland in den Raad van State, in aanmerking , dat gemelde Provincie daar van in het begin van de Republiek lange ?aren heeft gejouïsfeerd , geneegen zyn, met de overige Provinciën zulks te bewilligen.
Dat hun Edele Mogende de middelen van afkomst en conftrainte , invoegen by het Rapport voorgefteld, met concurrentie der overige Bondgenoten wel kunnen arresteeren en zich daar aan onderwerpen ; doch teffens wel mogen leiden, dat het getal der Provinciën, welke zullen moeten hebben gpconfenteerd in eene Petitie, voor dat andere Provinciën tot het inbrengen
van



HET FINANCIE-WEEZEN. i33
van gaave Confenfen zullen mogen worden geadhorteerd , conform de voorflag van Zyne Hoogheid op vier Provinciën worde bepaald.
Dat met opzichte van de liquidatie der Pos» ten, welke door het Comptoir Generaal van de Unie , zedert het jaar 1783 by forme van Leening voor eenige Provinciën zyn voorgefchoten, hun Edele Mogende , hoe zeer ook daar op 'veelvuldige en gegronde reflexien gemaakt zouden kunnen worden , ter beroning van hunne infchikkelykheid, en opregte geneegendheid, om een gewenschte afkomst van zaaken te helpen bevorderen, wel willen toelaten , dat die fchulden aan dezelve Provinciën worden geremitteerd , onder die expresfe Voorwaarde , dat de. zelve dan ook anneemen en zorge draagen voor de voldoening der Posten op pag. 43 en 44 (*) vermeld , welke Zyne Doorluchtige Hoogheid verklaard onder den voorflag van kwytfchelding niet begreepen te hebben.
Dat hun Edele Mogende zich conformeeren met het Rapport betrekkelyk het overneemen voor reekening van de Generaliteit van alle de nog overig zynde Lyfrenten , zo die bevorens op het fubfidie der Barrière geaffecteerd waren als die, welke voor reekening van de Provinciën genegotieerd zyn , en zulks tegens het profyr, dat gevallen is op-de Lyfrenten, die hoe wel . afgeftorven echter als zodanig niet zyn opge. geeven , mitsgaders eenige kleine Posten van den Staat van Oorlog van weinig belang in voegen op Bladzyde f03 (f) breeder vermeld'.
Dat hun Edele Mogeuae de voorflag omtrent de Schulden ten lasten van de Provincie van Zeeland ter fomma van ƒ 1550000-0-0 oppag. 64 (§) voorkomende, als meede opzigtelyk het
Col-
(*) Zie ons L Deel, Bladz, 83. I 3



tS4 GENERAAL RAPPORT VAN
Col'egie ter Admiraliteit in Amfteidam, op pag» 66 (*) te vinden , goedkeuren , en betrekke]yk de Post ten laste van hunne Provincie s ƒ 1^8891:3-9, pag. 67 en 68 ff) te vinden , vermeenen hier niet gevergd te kunnen worden , pm zich verder te engageeren, als voor zo verre na afbetaling van de geheele Staat van employ getoond kan worden , dat deeze Provincie daar toe is verpligt.
Dat hun Edele Mogende ten vollen geconvinceerd van1 de hoge noodzakelykheid en het groot belang om des Generaliteits Financien van tyd tot tyd en op alle mogelyke wyze te verbeeteren, geen zwarigheid vinden , om de middelen , daar toe' by het Rapport voorgeflagen, als de Verkoping der Staaten - Dorpen , Thienden , Landeryen en Huizen te aroplecteeren en voor goed re houden , indien de Raad van Staten bekwame geleegentheid voorkomt, om zulks alles tot het bedoelde einde ten effect, te brengen.
Dat hun Edele Mogende het beneficeeren van de generaale Middelen , en het heffen van dezelve op eenen egalen voet, in het geheele Resfort yan de Generaliteit ; over zulks het bersmen van middelen tot verbeetering der inkomften in Staats Braband , en andere Generaliteits Landen gaarne aan de goede directie van den Raad van Staate overlaten , met verzoek , om de daar over aangevangene deliberatien te willen continueeren; mits met betrekking tot de Heerlykbeid Wedde en Westerwoldjngeland , gelyk elders, het zelve gefchiede , overeenkomftig de vermogens der Ingezetenen en de waarde der Lanoen ; als wanneer men vertrouwd , dat dit Landfchap voor die verbeetering niet fuscepti6e] is.
Dat voorts hnn Edele Mogende door dit Confent
(t) Zie om 1. Deel, Bladz. 119,
',t) —— — —— iW.



HET FINANCIE-WEEZEN. 135
fent niet willen gehouden worden als te accedeeren tot een fustenue , als of Westerwoldingeland moeste befchouwd worden even als de andeie Generaliteits Landen: neen, maar dat dezelve dit Confent draagende, de betrekking, welke deeze Provincie of ook de Raad van Staate op Westerwolde mogte hebben of foutineeren hun te competeeren , in hunne volkomene waarde laten , zonder hier door aan hunne fustenues , bevorens gedaan en gemanifesteerd , iets te derogeeren.
Dat hun Edele Mogende zich meede conformeeren met het Rapport , betrekkelyk de Lithfche Tol , te Venlo wordende gecollecteerd ; des Generaliteits Klein Zegel , profyt van de Loterye , Posten in reekening van den Oritfanger Generaal alleen by Memorie gebragt : de Middelen provenieerende uit de Landen , geleegen onder het zogenaamde Committiraus: de Middelen vallende in de Stad en het Eiland van de Willemftad ; de contributie van Ysfelftein, de contributien van Buiren , Culemburg en Leerdam, en de Ambagtsgelden, waar over van Bladz. 83 tot 100 (*) gehandeld word.
Dat hun Edele Mogende ten opzigte van de Geestelyke Goederen in de Baronnie van Breda, Commitfien van haar Hoog Mogende na Maastricht en Staats-Vlaandereu ; de Schryflonen der Griffie van hun Hoog Mogende, het werk der Cyffers en Translaten , het onderhoud der Vertrekken , behoorende tot de Vergadering van haar Hoog Mogende; de Hofmeester van Staat; de Trompetrers van Staat; de jaarlykfche toeleg aan zeven Provinciaale Ciercquen ; de jaarlykfche Commisfien uit den Raad van Staate; het Tractement van den Heer Thefaurier Generaal; de Commifen ter Thefaurie en Secretarie „ en van den Chartermeester van den Raad; de Commifen
(*) In ons I. Deel, Bladz, 14$—175. 14



J3<J GENERAAL RAPPORT VAN
nitfen van de Generaliteits Finances, en het Kusfengeld voor de Leden van de Generaliteits Reekenkamer zig met het gadvifeerde der Heeren Gecommitteerden conformeeren, en wel kunnen gedogen, dat de geproponeerde fchikkingen en arrangementen van nu af aan worden vastgefteld ; dog opzigtelyk het geproponeerde, dat voortaan geen Copien zullen mogen gefchreeven worden van ontcijferde Brieven, maar dat de Hoeren Gedeputeerden zig zullen moeten vergenoegen met de eenvoudige Itciure van dezelve, en alleenlyk de vryheid hebben , om daar uit korte aanteekeningen te maaken.
Zyn hun Edele Mogende met de Heeren Staa« ten van Utrecht volkomen eens, dat daar onder hiet behooren begreepen te worden zoodane ontcyiferde Brieven van groote aangeleegentheid , waar over deliberatien in de Provinciën moeten gehouden, of waar van communicatie gegeeven dien ie te worden.
Dat, aangaande de Secretsrisfen en Ciercquen ter Secretarye van de Reekenkamer, en het gt en daar omtrent bladzyde 122 (*) word geproponeerd, het hun Edele Mog. voor als nog niet gefchikt voorkomt , zig daar over te expliceeren , en dieswegens gemelde Propofitie by proviiie in deliberatie houden.
Dat hun Edele Mogende approbeeren de voorgeflagene fchikkingen aangaande de Traclementen in het Hof van BraHand; het Comptoir Generaal der Unie ; het Tmctement van den Ontfanger Generaal , de Commifen en Bt dienden van het Comptoir , de Schryfbehoeftens, de Post- en Bodenloonen , de Commisfaris en Bedienden van het klein Zegel, de affchaffingen der Huishuuren te Breda, Grave en Venlo; de vermindering van de Tra elementen van fommige Comptabelen; combinatiën der Comptoiren; Mortificatie der Opzigtersplaats te Maaftricht; en in
fpe-
(*) Zie ons J.Deel, Bladz. ai®.



HET FINANCIE-WEEZEN. 137
fpecie de exhortatie aan de Heeren Staaten van Zeeland te doen omtrent het verlies van de Ge. neraliteit op de Zeeuwfche Ryksdaalders , door een onregelmaatige verhooging in de Cours van dezelve by die Provincie eigener authoriteit gedaan.
Dat hun Edele Mogende, belangende de al. gemeene gebreeken in den Staat van Oorlog, by het Rapport vermeld, en de daar tegens voorgefielde remedien, over het algemeen genomen, met de Heeren Gecommitteerden van dezelve gedagten zyn , en omtrent de byzondere gebreeken ten opzigte van de vierde en vyfde Man per Compagnie , en van de deficieerende Man» fchappen zig insgelyks mee het geproponeerde conformeeren.
Dat hun Edele Mogende de betaaling der Artilleristen, invoegen pag. 164 (*) geproponeerd, approbeeren, onder inwagting van de confideratien van Zyne Doorluchtige Hoogheid omtrent het minder kostbaar Plan.
Dat hun Edele Mogende zig conformeeren met het gerapporteerde, betrekkelyk de Post voor de Westindifche Compagnie, als mede voor de Militie ten behoeven van de Colonie van Surinamen ; mits dezelve voortaan over alle de Provinciën, het Landfchap Drenthe, en de Generaliteit gerepartitieerd, en aldus ooor alle dezelve na evenreedigheid gedraagen worden.
Dat hun Edele Mogende mede approbeeren, en zig conformeeren omtrent het geadvifeerde by het Rapport betrekkelyk de Militaire Tractementen, waarvan bladzyde 167 tot 179 (f) gehandeld word; mitsgaders met het voorgedagene omtrent de Appointés, des dat met relatie tot deeze Provincie de dispoütie over de uitdeeling der Appoinctementen, gelyk dus verre practicabel is geweest , aan de Heeren Staaten verbly-
ve:
(*) Zie ons I. Deel, Bladz. 280.
(|J ■ 284 Ut 304.
I 5



138 GENERAAL RAPPORT VAN
ve: als mede men het voorgeftelde by het Rapi port. betrekkelyk de Logisgelden binnen en buiren de Provinciën ; en voorts met het geadvifeerde , concerneerende de Scheepsvragten, vacarien en reiskosten van Officieren, kosten van Militaire Juftkie, alle andere voorvallende zaaken van Oorlog , Spie- en Bodeloonen , benevens Turf en Kaarsfen in de Frontieren op Overysfel.
Dat hun Edele Mogende de Post van f 130000-0-0 wegens Defroyementen wel kunnen admitteeren , des dat dezelve op den extraordinaris Staat van Oorlog gebragt en op den vorigen voet onder de zeven Provinciën worde verdeeld , willende hun Edele Mogende wel aan de Heeren Gede. puteerden ter Vergadering van hun Hoog Mogende wegens deeze Provincie overlaaten, om uit die Post telkens ter concurrenter fomma Defroyementen te verleenen, zonder fpeciaale authorifatie van hun Edele Mogende.
Dat omtrent de Post voor de Fortificatiën binnen de Provinciën , waar over van bladzyde 228 tot 238 (*) gefprooken word , hun Edele Mogende zig wel met het Rapport conformeeren ; echter daar door niet gereekend willen worden , te advoueereu de aanhaalingen en confequentien , welke in de Pramisfen tot dit Stuk in het Rapport gefield zyn en voorkomen. %
Dat hun Ed. Mog. approbeeren de aflaating van den Staat van Oorlog van de Post voor de Fortificatiën buiten de Provinciën , en zig conlormetren met het geadvifeerde by het Rapport, concerneerende de Magazynen , en de daar toe behoorende Posten, als Kruid, Lood en Lonten ; benevens de Scheeps- en Wagenvragten van Zyne Hoogheid; Turf en Kaarsfen te 'sGraveuwaard en St. Andries; Turf en Kaarsfen te Bommel; Ryswerk van 's Gravenwaard; Secreete Correfpondentie; Turf en Kaarsfen in de Forten buiten Holland; Turf en Kaarsfen binnen
Sluis
(*) Zie ens II. Deel, Blads. 19 tot 36.



HET FIN ANCIE-WEEZEN. 13$
Sluis &c. , en de Turf en Kaarsfen in de Ommerfchans , invoegen zulks alles van pag. 238 tot 264 (*) verhandeld word.
Dat hun Edele Mogende zig mede conformeeren met het Rapport, ten aanzien van de Post tot ondejhoua van de Gierbruggen, voor zoo verre daar by word geproponeerd , om dezelve uit den Staat van Oorlog te ligten, en daar voor te brengen de kosten of Gages van de Comragnie Pontonniers.
Dat betrekkelyk de Huure van het Huis van Prins Maurits, hun Edele Mogende met de Heeren van de Perfoneele Commisfie van oordeel zyn, dat die Post kan worden gemenageerd, en de Huure van dit Huis behoorde te worden opgezegd ; als mede met opzigt tot het geadvifeerde nopens de Mifen van Juftitie voor de Raad van Vlaanderen, en Apothecar te Coeverden zig met derzelver idéés conformeeren. En tefFens confenteeren in het afleggen der Losrenten, van Bladz. 269 tot 276 (f) in het Rapport gefpedficeerd.
Dat hun Edele Mogende zig conformeeren met het Rapport , belangende het Capittel van de Lyfpenfioenen ; Officieren van de Munte; Ryksmunten , en Gereformeerde Officieren; en me ie confenteeren in het aflaaten van den Staat van Oorlog der Lyst van de Capitaaien, genegotieerd ten Comptoire Generaal van de Unie zeedard Anno 1690, voor reekening en ten laste van de zeeven Provinciën , en het Landfchap Drenthe; zoo op dubbelde en drie dubbelde intresfen , als op twintigjaarige Renten en Lyfrenten, by wegen van Loterye, invoegen Bladzyde 28 2 (§) vermeld.
Dat hun Edele Mogende met relatie tot de Posten, welke in de vier laatfie Capittelen van
den
(*) Zie ons II Deel, Bladz. 37—78. (t) 87~97-
108.



£40 GENERAAL RAPPORT VAN
den Extraordinaris Staat over het jaar 1787 voorkomen, en als permanente Posten befchouwd kunnen worden , waar van 'er drie de verhooging der Traktementen van Ingenieurs, de Soldyen van her vierde Battaillon Artillerie, en het Tractement van den Major van voorfz. BattaiL Ion, bevatten, en de vierde de intresfen van Capitaalen, tot voldoening van het geftipuleerde aan wylen den Roomfchen Keizer corcerneerd , zig het geadvifeerde daar omtrent op pag. 283 (*) van het Rapport laaten welgevallen en het zelve approbeeren.
Dat, betrekkelyk de kortingen van de Soldy. Ordonnantiën en van de Militaire Tractemenren hun Edele Mogende wel geneegen zyn, om met de overige Bóndgenooten opzigtelyk de kortingen , welke aangaande de deficieerende Manfchappen behoorden te gefchieden, een vaste voet te beraamen ; doch zoo verre de /Equivalenten, Officiegelden, en gewoone korting op de Soldy-Ordonnantien betreft, welke in deeze Provincie zyn geïntroduceerd , niet kunnen re. folveeren , om daar in eenige verandering toe te Jaaten, en zulks op den ouden voet moeten laaten verblyven.
Dat hun Edele Mogende het opgegeeven Schema der beide Staaten van Oorlog goedkeuren en sccepteercn; zoo verre dezelve tegens de in deazen door hun Edele Mogende gedeclareerde intentie niet ftrvdig worden bevonden.
Dat hun Edele Mogende aldus mede goedkeuren de inrigting van de Armée, zoo als door Zyne Doorl. Hoogheid op den 17 Maart 1780 aan de Bondgenoten is voorgeflagen ; dog teflens van oordeel zyn , dat met het oprigten van het Regiment Luikfche Dragonders behoorde te worden gefuperfedeerd, en verders aan de nadere overweeging van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate overgelaten , wat nog verder
met
(*) Zit tns II. Deel, Bladz. ico.



HET FINANCIE-WEEZEN. H+
met het minde ondienst van den Lünde kan worden gemenageerd.
Dat hun Edele Mogende het Corps Mariniers zodanig , als het zelve op het Schema van den ordinaris Staat van Oorlog voorkomt , te kost. baar en te bezwarend voor hunne Financien vindende, om de daar voor gefielde Post geheel te admitteeren . van oordeel zyn , dat Zyne Doorluchtige Hoogheid verzogt diende te worden Hoogstdeszelfs gedagten te willen laten gaan over een min kostbaren voet van inrigtin?.
Dat hun Edele Mogende admitteeren ©p den Extraordinaris Staat van Oorlosj de post van ƒ 300000 -0-0 's jaars tot verbetering van de defenfie der Frontieren , en om de Magazynen van het nodige gefchut en verdere voorraad te kunnen voorzien ; dog onder die uitdrukkelyke voorwaarde, dat de verbetering der nieuwe Werken in deeze Provincie op de hoogte van Helpen , onder het opzigt van den Raad van State teffens daar uit gevonden zal worden.
Dat hun Edele Mogende voor bet eerstvolgende jaar meede zullen aanneemen de Post van een Millioen tot vinding der kosten van een jaarlyks Equipage , reparatie en aanbouw van Schepen : in die billyke hoop en verwagting, dat inmiddels aan die Voorwaarden , waar aan hun confent hier voren hebben geaccrocheerd zal worden voldaan, op dat de geringe Commer« eie uit hunne Provincie niet verders tegen de Regten van de Unie gegeneerd , ja genoegzaam vernietigd worde.'
Dat hun Edele Mogende zig hier vooren met het Rapnort van de Heeren van de eerfte Perfoneele C>oïmisfie, opzigtelvk de algemeene gebreeken in de Staaten van Oorlog hebbende geconformeerd , en aldus geconfenteerd in het veri nietigen van alle zogenaamde doode Posten, en alle onnodige, die, behoudens de noodzakèlyke defenfie, van den Lande kunnen worden gemist,
* ten



U* GENERAAL RAPPORT VAN
ten einde alle mogelyke egaliteit tusfchen dé Bóndgenooten te bewerken, ook geen zwarigheid maaken, om met de overige Bondgenoo en te concurreeren tot het vastltellen van eene jaarlykfche Liquidatie over alie de Posten van den Extraordinaris Staat van Oorlog , en zig dieswegen met het voorgeftelde by het Rapport, betrekkelyk gemelde jaarlykfche Liquidatie conformeeren.
Dat eindelyk hun Edele Mogende zig insge. lyks conformeeren met het Rapport, aangaande de Propofitie van de Heeren Staaten van Zeeland , over het doen van Negotiatien, ten Couptoire Generaal van de Unie, voor reekening van de Provincie in tyd van Oorlog,
(Onder ftond)
Col/, Cotic.
(Was get.)
C* J. ALBÉRDAi
Secr.
N, B. Naar orde der Stukken zoude hier moeten vol; gen, eene Misfive van H. H. Mog. aan de Provinciën, van aa February 1791, met het Conciliatoir-Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate; doch deeze Stukken zyn den Leezer reeds medegedeeld in ons III Deel. Bladz. 253 , en vervolgens.
J?Jr»



HET FINANCTE-WEEZEN. i4S
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Mart is den 29 Maart 1791.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Utrecht, hebben ter Vergaderinge ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemeide Provincie , hunne Principaaien, genomen op het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , ter. Vergaderinge van haar Hoog Mog. uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten der refpeétive Provinciën , genomen op het Rapport, den 21 Mey 1700 alhier ter Vergaderinge gedaan door de Heeren van de perfoneele Commisfie, welke tot het reguleeren der Provinciale Quotes in de Lasten van het Bondge. nootfchap , en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit, is gechargeerd geweest: en op de Rapporten, raakende de Grirfie, op den 10 December 1790, en den 17 January deezes loopenden jaars it^i ter Vergadering van haar Hoog Mogende uitgebragt; volgende de voorfchreve Refolutie hier na ge. infereerd.
Extract uit de Refolutien van de Ed. Mog. Heeren Staaten 's Lands van Utrecht.
Mercurii 23 Maart 1791.
Gehoord het Rapport van de Heeren van Wolphaarsdyk , en andere hunner Edele Mogende Gecommitteerden tot de Middelen, die, in gevolge en ter voldoemnge aan de Refolutie van de Heeren hunner Edele Mog. ordinaris Gedeputeerden
Refoliu tie van Utrecht op het Rap. port van de Quotes ËrV.



*44 GENERAAL RAPPORT VAN
den van den 8 Maart laatstleeden , met en be« nevens de Heeren Gecommitteerden ter Kamere van Financie , hadden geëxamineerd huneer Hoog Mogende Misfive van den 92 February deezes jaars, dienende ten geleide en appuy van een Rapport, door de Heeren van Welde* ren en andere hunner Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de Financie . met en benevens een omftandig Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van State , ten zeiven dage ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten der refpective Provinciën genomen op bet Rapport , den at May 1793 ter Vergadering van hun Hoos Mogende gedaan , door de Heeren van de Perfoneele Commisfie , welke tot het reguleeren der Provinciaale Quotes in de Lasten van het Bondgenootfchap , en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit is gedeeerneerd geweest, zo als dezelve Refolutien fucccsfivelyk ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende waren ingebragt.
Gelyk ook op de twee Rapporten den 10 December 1750 en den 17 January deezes jaars ter Vergadering van hun Hoog Mogende gedaan , nopens den finarcieelen vüe» , waar op de Ampten van Griffier en Commis van hun Hooz Mogende , mitsgaders de Schryflonen in de Griffie , en in het Comptoir van den Commis en Directeur voortaan zouden behooren te Worden beraamd en gereguleerd : als mede gelet op de Requeste, door den tegenwoordigen Commis den 20 December laatstleeden aan hun Hoog Mogende gepraefënteerd, inhoudende eenige bedenkingen tegen de fchikkingen by het eerstgemelde Rapport geproponeerd , zö veel zyn Comptoir aangaat; alle welke Stukken by hun Edele Mog. Refolutien van den na December, van den 9 january en den 9 February laatstleeden mede in derzelver handen waren gefield.
Is, na deliberatie, goedgevonden, de Gecom»
Bric-



HET FINANCIE-WEEZEN. 145
mitteerden deezer Provincie ter Generaliteit te authorifeeren , om ter Vergaderinge van hun Hoog Mog, opening te doen en te verklaaren.
Dat hun Edele Mogende gepenetreerd van het groot belang, dat 'er voor de Republiek in gele gen is, dat de Quotes in de Lasten van het Bondgenootfchap ten fnoedigften wierden geregu'eerd, de voet, op welke de Armee van den Staat zoude worden geformeerd en betaa'd, gearrefteerd, en de verdere Lasten van de Unie beraamd en vastgefteld; de eerfte zyn geweest, welke hunne Refolutie op de Rapporten van de Heeren van de beide Perfoneele Commisfien, zoo tot revifie der Quotes en van het Financiewezen der Generaliteit, a's van het Defenfiewezen, ter Vergadering van hun Hoog Mog. hebben ingebragt.
Dat hun Edele Mogende met ter zyde ftelling van verfcheide confideratien, welke hadden kunnen worden gemaakt en gedraagen, indien dezelve het algemeen belang van het dierbaar Vaderland aan het byzonder belang van deeze Provincie telkens hadden willen onderfchikken, met de meest mogelyke toegevendheid zodanig hebben gerefolveerd, dat met grond konden verwagten, dat wanneer de Refolutien van de Heeren Staaten der andere Provinciën insgelyks zoo tydig en met gelyke infchftkelykheid waren genomen, de aangelegen onderwerpen, welke in het Rapport van de Heeren van de eerfte Perfoneele Commisfie zyn behandeld, reeds voor lange meest al hun beflag zouden hebben bekomen.
_ Dan dat bun Edele Mogende met leedwezen uit de fuccesfivelyk ingebragte Refolutien der Heeren Staaten der andere Provinciën hebben gezien de verfchillende begrippen, waar in de Bóndgenooten over deeze en geene poincten verfeeren, en welke alleen oorzaak zyn geweest, dat fpeciaal de poinclen van het reguleeren der Quotes, en de verbeetering van de Militaire Magt van den Staat tot geene conclufie hebben kunnen worden gebragt.
IV. düel. k Dat



145 GENERAAL RAPPORT VAN
Dat dit oponthoud overzulks geenzints aan hun Edele Mogende kunnende worden geattribueerd, dezelve ook geen deel hebben aan de gevolgen, welke de vertraaginge van de afdoeninge yan deeze zoo belangryke onderwerpen aireede mogten hebben gehad of nog mogten hebben.
Dat hun Edele Mogende intusfchen met erkentenisfe hebben gezien , de menigvuldige moeite, welke Zyne Hoogheid en de Raad van Staate hebben genomen , om de verfchillende begrippen der Bóndgenooten te concilieeren , en de conclufie van die aangeleegen Poindten te faciliteeren.
Dat het hun Edele Mogende, die Zyne Hoogheid cn den Raad van Staate voor derzelver betoonden yver ten beste van het Vaderland bedanken, dies te aangenaamer geweest is den uitllag deezer Befoigr.es. by hun Hoog Mogende mee den Raad van Staate aangelegd, te verneemen, om dat hun Edele Mog. alle mogelyke efforts hebbende gedaan, om, ter voorkoming van nieuwe vei warringen, tot hier toe op den ouden bezwaarden voer in de lasten van het Bondgenootschap te blyven contribueeren, daar inne niet wel langer zouden hebben kunnen voortgaan, maar, hoe ongaari e ook, eindelyk genoodzaakt zouden z\ n geworden , op het voetfpoor van andere Bóndgenooten, ook hunne Provincie eenig foulaas te bezorgen.
Dan dat hun Edele Mogende dit zoo lange willende uitftellen, als mnar eenigzints mogelyk is, fteeds beftuurd door denzelven geest van toegeevendheid, welke onophoudelyk derzelver belluiten hadden gekenmerkt, bereid waren, alle mogelyke cieference voor de begrippen der Bondgenooien te betoonen, zoo verre zulks met de gefteidheid deezer Provincie, en het bekrompen Finantieel vermogen van dezelve maar eenigzints kan worden gecompasfeerd , en thans by hun Hoog Mogende Refolutie van den 22 February laatstleeden wederom eene vernieuwde preuve
om-



HET FINANCÏE-WEEZEN. i4?
ontfangende van den onvermoeiden arbeid en yver, waar mede Zyne Hoogheid en den Raad van Staate zig hebben b:ezig gehouden, om aan de bezwaaren der Bóndgenooten te gemoet te komen, zig ook dit be?.waar voor hunne Provincie nog wel eenige maanden willen getroosten, en aanneemen in de gewoone betaalingen van de Militie en andere lasten van het Bondgenootfchap , uit de Staaten van Oorlog proflueerende, op den ouden voet te continueeren tot den 1 July aanftaande, ofte wel tot het ingaan van de eerfte Heerenmaand dair na, in dat vertrouwen nogthans , dat dit de laatftemaal zal zyn, dat zulks gevergd zal wo den, en dar, zoo onverhooptelyk het poincl der Quotes als dan nog niet finalyk gearrefteerd mogte zyn, de Raad van Staate provifioneelyk wel zal willen zorgen voor de betaalingen der twee Compagnien Zwitfers en Mecklenburgfche Troupes, zoo als die ter Repartitie van deeze Provincie zyn gebragt, alzoo hun Edele Mog. dezelve na dien tyd niet wel langer zullen kunnen blyven betaalen ; vermeenende hun Edele Mog. met alle regt dit te mogen vorderen, daar het niet aan hun geimputeerd kan worden, dat niet reeds zeederd lange een afkomst van deeze zaak is gemaakt, als hebbende zig op het Rapport der Perfoneele Commisfie tot de Revifie der Quotes met zoo veel promptitude en cordaatheid geëxpliceerd, dat ook by het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Sraate daar op weinig of geen remarque zyn gemaakt.
Dat hun Edele Mogende derzelver mede Bóndgenooten daar inne wederom willende voorgaan, en met hun Hoog Mogende Gedeputeerden volkomen inftemmende, dat, zoo ek der Bondge. nooten op zyn ftuk blyft ftaan, en geene onderlinge infchikkelykheid en toegeevendheid plaatfe heeft, de belangryke Poinclen by het Rapport van de eerfte Perioneele Commisfie, en nu nader by het Advis van Zyne Hoogheid en den llaad van Staate vervat, nimmer tot conclufie gebragt, R « ofte



Ï48 GENERAAL RAPPORT VAN
ofte de verwarringen, die by ontftentenisfe daar van onvermydelyk te verwagten zyn, en den ondergang van de Republiek zouden kunnen na zig fleepen, voorgekomen zullen kunnen worden , geene zwarigheid maaken, onder inhrefie van derzelver Refolutie van den 4 Augustus 1790, den 16 daar aan volgende ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende ingebragt, in zoo' verre daar in by deeze geene verandering gemaakt word, na. der te verklaaren, dat zy zig conformeeren met alle de Poinften, zoo die betrekking hebben op het werk der Quotes, als die, welke concernee • ren de inrigting van de Armée, en van een Corps Scheeps - Artilleristen, als mede de voet, waar op dezelve en andere Zee«Officieren voortaan zullen worden betaald, en alle de andere Posten, op het Schema van beide de Staaten van Oorlog gefield, zoo an in diervoegen, als alle dezelve by het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate worden voorgedraagen, confenteerende dat dezelve op dien voet worden ter conclufie gebragt , onverminderd nogthans eenige weinige remarques , die hun Ed, Mog. zig verpligt oordeelen, aan de nadere overweeging hun. ner Mede-Bondgenooten voor te dragen , dog die zy, om geen oponthoud te geven, bereid zyn te fubmitteeren aan het nader oordeel of decifie van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, beftaande in de navolgende:
Ten eerfte, met opzigt tot de Middelen van Contrainte, of de bepaaling, dat, wanneer eene bezending aan de eene of andere Provincie zal zyn gedaan, en dezelve, binnen negen weeken na de afzending, geen effecï zal hebben gehad, aanflonds , na dat daar van Rapport zal zyn gedaan, de Gedeputeerden van die Provincie, zoo ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende, als in de verdere Generaliteits Collegien zullen worden geweerd uit dezelve Vergaderingen en Collegien , niet zoo verftaan moest worden ? Dat tevens uit dat Rapport zoude moeten blyken ,
dat



HET FINANCIE-WEE ZEN.
149
dat de non-betaaling van zoodanige Provincie, niet aan zuiver onvermogen , maar aan onwil was toe te ichryven, terwyl het ten hoogden onbillyk en onregtvaardig zyn zoude, een Bondgenoot , die door onvoorziene toevallen en desaflres waarlyk onmagtig was geworden tè betaalen, om die reden uit de Generaliteits Collegien uit te fluiten?
Ten tweeden , met opzigt tot de Post voor de Defroyementen, vinden hun Edele Mogende zig verpligt v aan hunne Mede-Bondgenooten in overweeging te geeven, daar dog het oogmerk van alle redres in de Staaten van Oorlog zyn moet, eene zoo veel mogelyke egaliteit in her dragen der gemeene' Lasten te introduceeren, of het wel redelyk zyn zoude, het montant voor deeze Post te bereekenen , na eene veertigjaarige Epoque, geduurende dewelke eene aaneenfchakeling van Buitenlandfche Commisfien en Bezendingen hebben plaats gehad, meer dan ooit te vooren, en of het niet billyker zyn zoude, deeze Post te bereekenen na de betaalingen op dezelve in vroegere veertig jaaren , of geduurende de eene en andere Epoque te zamen, en dus over tagtig jaar, ofe wel over den geheelen tyd, dat deeze Post op den Staat van Oorlog is bekend geweest, in alle weike geva'len hun Edele Mogende vertrouwen, dat die Post, na aftrek van het geen bevorens daar uit betaald, en nu op den ordinaris Staat van Oorlog overgebragt is, de lomme van ƒ 130000-0-0, by het Rapport van de eerfte Perfoneele Commisfie daar voor gefield, niet zal kunnen furmonteeren.
Ten derden, ten aanzien van de verminderde Kosten van het Corps Mariniers, ten beloope van ƒ 255472-15-8, en welke fomme Zyne Hoogheid en de Raad van Staate proponeereo, dat of geheel, of voor een groot gedeelte, by het Mil> hoen , op den extraordinaris Staat van. Oorlog voor de Marine gebragr, gevoelt diende te worden , moeten hun Ed. Mog. inhaereeren derzelver K 3 De-



i5o GENERAAL RAPPORT VAN
Declaratoir, by Refolutie van den 4 Augustus 1790, op het Rapport van de tweede Perfoneele Commisfie gedaan, en verklaaren, als nog bereid te zyn , naar al hun vermogen te contribueeren tot herfiel van 's Lands Marine, al moefien de kosten daar van furpasfeeyen de fommen, waar op dezelve by het voornoemde Rapport gecalculeerd zyn,zoo maar de voorgeflagen Redresfen in de adminiftratie der Zeezaaken, ofte zoodanige andere, die nog beter mogten geoordeeld worden , dadelyk worden geïntroduceerd , en waar omtrent hun Edele Mogende op het kragtiglie infteeren, dat de Befognes hoe eer zoo beter mogen worden geëntameerd en voortgezet, terwyl het hun Edele Mogende niet redelyk voorkomt, zoo lange zulks niet gefchied is, de fomme van een Millioen daar mede te vergrooten, ten ware nogthans bntrengewoone omfiandigheeden extraordinaire Effbrts kwamen te vorderen, dan in welke gevallen dezelve by extraordinaire Petitiën kunnen worden gevonden.
Ten vierden, omtrent de iaarlykfcke Liquida. tie„ twyffelen hun Edele Mogende, of dezelve wel van alle Posten zonder onderfcheid jaarlyks zal kunnen gefchieden, als by voorbeeld de Post van een Millioen voor de Marine, de driemaal honderd duizend guldens voor de Fortificatiën &c., daar dog in het eene jaar meerder Equipagie nodig is, dan in het andere, en ook de kosten van de Fortfxatien niet jaarlyks dezelfde kunnen zyn, en zouden daarom in bedenkinge geeven, of ten aanzien van deeze en andere Posten van gelyke na uur niet zoude kunnen voldaan, dat de 'Raad van Staate verzogt wierde, jaarlyks by den extraordinaris Staat van Oorlog te voegen eene Notitie van het geen in het afgeloopen jaar uit die Posten betaald is, of nog betaald moet worden, tot informatie van de Bóndgenooten , immeis , dat over dezelve niet jaarlyks, maar over een zeeker getal van jaaren geliquideerd werde.
Ten



HET FINANCIE-WE EZ EN. iSi
Ten vyfden, met betrekkinge tot de remarque van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , dat geene Provincie zig ftellig heefc geëxpliceerd, over de veranderingen, die by bet Rapport van de Commisfie zyn voorgeflagen, dat in -het Reglement van de Binnen en Buitenlandfche CornmisJien zouden behooren te worden gemaakt , veel min over eene betere belooning van de Secretarisfen der Ministers, of liever de aanftelling van eenige Secretaris/en de Ambasfade, of Legations Secretarisfen, refleéteeren hun Edele Mogende, dat zy by hunne Refolutie van den 4 Augustus, 3790, zig bereid verklaard hebbende, om, met opzigt tot de geproponeerde veranderingen in het Reglement van den jaare 1700, voor de Ambasfaden en Commisfien buiten 's Lands en het aanftellen van eenige Secretarisfen de Ambasfade of Legations - Secretarisfen de Ambasfade, of Legations- Secretarisfen met de andere Bóndgenooten te concurreeren, over zulks vermeenen, zig daar omtrent klaar genoeg te hebben geuit, en daar by als nog te perfifteeren • zoo als hun Edele Mogende ten zesden ook geene reflexie gemaakt hebbende op het ftellen van de Trompetters van den Staat op de extraordinaris Staat van Oorlog, geduurende hun leven, van geene an dere gedagten geweest zyn , dan dat derzelver Plaatfen , by vacature, niet wederom behooren te worden vervuld.
Eindelyk ten zeevenden, hebben hun Edele Mog. met genoegen gezien, dat Zyne Hoogheid en den Raad van Staate geene onbillykheid fchynen te vinden in de inftantien, door hun Edele Mogende by derzelver meergemelde Refolutie van 4 Augustus 1790 gedaan, en by het Slot van de agtfte Afdeeling van het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate geënarreerd, immers dezelve met ftilzwygen voorby gaan , en alleenlyk reflecteeren, dat dezelve voor nieuwe Objecten van deliberatie kunnen worden gehou» den.
K 4 Ea



152 GENERAAL RAPPORT VAN
En alzoo hun Edele Mogende overtuigt zyn van de billykheid en regtmaatigheid, dat door het Bo-dgenootfchap, op welke wyze zu'.ks dan tok moge gefchieden, daar aan voldaan werde, ten einde aan de eene zyde deeze Provincie niet ?lleen de fchade kome te lyden van de vertraaginge der afdoèning van zaaken, en aan de andere zyde, de yver en trouwe van alle de Leden van het Bondgcnootfchap opgewekt worden, om in benauwde ryden door exuaordinare en derzelver vermogen te boven gaande Eiforts liever geduurende eenigen tyd de zaaken gaande te houden, dan verwarringen te veroorzaaken, vertrouwen hun Edele Mogende , dat de Bóndgenooten dit ook aldus met hun begrypen, en geene zwaarigheid zullen maaken, ten rieezen opzigte ook aan deeze Provincie eenige voldoening te geeven, en welke des te redelyker zal voorkomen, naar maate andere Provinciën , door de niet afdoeninge van het Poinct der Quotes, aanmerkelyk geprofiteert, en deeze Provincie zoo veel meer en langer boven vermogen bezwaard is gebleeven.
En is wyders goedgevonden , dat de Heeren Gecommitteerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit by deeze geleegentheid, ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende zullen infteeren, dat de Bóndgenooten , welke zig over dat gedeelte van het Rapport van de Heeien van de eerfte Perfoneele Commisfie , raakende de verbeetering van de Finantien van de Generaliteit , nog niet hebben geëxpliceerd mogen worden vérzogt, om zig ten lpoedigften mede op dat fubjeci te verklaaren, ten einde deGeneraliteiisKasje , by aanvolg van. tyd, zoo veel te bee er in ftaat gefield wierde, om niet alleen in ordinaire, maar ook in onverhoopte extraordinaire gevallen, tot verligting van de Finantien der Bondgenoo- , ten, te kunnen medewerken.
Rn is verder veiftaan, door welgemelde Heeren Gecommitteerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit te doen declareeren» dat hun Edele
Mqg-,



HET FINANCIE-WEE2EN. i5s
Mog., ten aanzien van den Finantieelen voet, waar op de Ambten van Griffier en Commis van hun Hoog Mogende , en twee expedieerende Clecquen, mitsgaders de Schryfloonen in de Griffie en in het Comptoir van den Commis en Directeur voor aan zouden behooren te worden beraamd en gereguleerd, zig conformeeren met de Rapporten, op dat fubject den Jo December 1790, en den 17 January deezes jaars ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende uitgebragt; dan dat hun Edele Mogende, met opzigt tot de Post van den Commis, gareflecteerd hebbende, dat hoe zeer hunner Hoog Mogende Gedeputeerden, by der~ zeiver Rapport van den 17 January deezes jaars, vermeenen, dat het verzoek van den tegenwoordig gen Commis, by Requeste gedaan, zoude behoo* ren te worden gedeclineerd, niet te min aan den Commis van hun Hoog Mogende in der tyd zoude kuninen worden vry celaaten, om , indien tegen ver wagting het inkomen van zyn ambt,door het gebne hx voor. het notuleeken zoude moeten betaal en, zeer merkelyk mo gte verminderen, zulks aan hun Hoog Mogende voor. te draagen, wanneer daar op favorabele reflectie
zoude b2h00ren te worden geslaagen , prffi-
ferabel zouden oordeelen, in plaatfe van de vryheid, hier by aan den Commis in der tyd overgelaaten, dat de fomma van ƒ 1500 - o - o, by het eerfte Rapport van den 10 December 1790 voorgeflaagen voor het notu'eeren eenigzints werde verhoogd , en op ƒ acoo -0-0 gefield ten einde aan de eene zyde alle geleegeudheden worden geamputeerd tot het vraagen van Faveurs en de introductie van inkruipingen, en aan de andere zyde de Commis in der tyd, door deeze ruimere belooning, des te meer aanmoediging vinde, om Luiden tot zodanig werk bekwaam cemaaken. Cünder ftond)
Accordeert met voorfz. Refolutien, (Was get.) h. a. laan.
K 5 Waar



154 GENERAAL RAPPORT VAN
Waar op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Re'olutie gezonden zal werden ann den Raad van Staate, om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, welke zich op het voonz. fubjeft nou niet hebben verklaard, mits deezen verzogt, hun daar toe meede te willeH bekwamen.
Accordeert met voorfz. Register.
Mm-



HET FINANCIE-WEEZEN.
>5S
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,
Martis den 19 April 1791.
De aanwezende Heer Gedeputeerde van de RefoluProvincïe van Overysfel, heeft ter Verga- tie van deringe van hun Hoog Mogende ina;ebragt ende Pra. laaten leezen, de Refolutie van de Heeren Staa- vincis ten van hooggemelde Provincie, zyne Principaa- van len, genomen op het Advis van Zyne Hoog- yyerjsheid en den Raad van Staate, ter Vergaderinge/" ' °P van haar Hoog Mogende uitgebragt op de Refo- ' lutien van de Heeren Staaten der refpedtive Pro-^™ vinden, genomen op het Rapport, den at May ^ dg 1790 alhier ter Vergaderinge gedaan door de Hee. A,i0tes ren van de Perfoneele Commisfie , welke tot £»c# het reguleeren der Provinciaale Quotes in de Lasten van het Rondgenootfchap, en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit, is gechargeerd geweest; volgende de voorfchreeve Refolutie hier na geïnfereerr.
Fiat infertio.
Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Refolutie , mitsgaders Copie van de Refolutie van de Heeren Staaten van de Provincie van Utrecht, op den 19 Maart laatstleeden, alhier ter Vergaderinge ingebragt, voor zo veel dezelve als het voorfchreeve point betreft, gelteld zal worden in harden van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Móg Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , by haar Ed. zelfs te nomineeren, te vifiteeren , examineeren, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
En



i56 GENERAAL RAPPORT VAN
En worden de Heeren Gedeputeerden van da Provinciën, welke zig op liet voorfz. fubject nog niet hebben verklaard, mits deezen verzogt, hun daar toe mede te willen bekwamen.
Accordeert met voorfz. Register.
Extract uit het Register der RefoExhibitum tutten van Ridderfchap en Steden 10 April den , de Staaten van Overys1791. fel-
Zwolle den 16 April nor.
TPVe Heeren de Droste van Zalland, en andera \_J hunner Edele Mogende Gecommitteerden .tot de zaaken van de Financie,, ingevolge en ter voldoening van derzelver Refolutie commisioriaal van den 19 Maart jongstleeden , hebbende geëxamineerd '-er.'Advis Conciliatoir van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , betrekkelyk de Refolutien van de refpeclive Provinciën, op het Rapport der Perfoneele Commisfie over de Quotes," op den 22 February daar te voren ter Vergaderinge van haar Woox Mogende uitgebragt.
Hebban ter Vergaderinge gerapporteerd , dat in agting genomen zynde, dat alle verdere uitftellen over eene finnale conclufte op het Huk der Quotes, met den aankleven van dien, niet anciers dan tot aanmerkelyke venprrrrinvan 's Eands gemeene be1?»*.:,'.:; en oneindige verwarringen in de gevolgen kan aanleiding geven en gedyen; van a'dvyfè zouden wezen, dat' Ridflèrfcbap en Steden hunne Gedeputeerden ter Generaliteit zouden behooren nr.n te rchryven en te qualifleeeren , om ter Vergaderde van h:<ar Hoog Mogende te verklaaren , dat gaarne alles willende toebrengen, het geen de afkomst van eene zo gewigtige matwie kan bevorderen, verkoren hebben, op eenige



het FIN ANCIE-WEEZEN. ï5?
nige weinige poinclen hunne nadere gevoelens open te leggen, de overige, welke zoo by hun vorig Advis van den iSOftober 1790, als tegenwoordig onaangeroerd zyn gelaaten, of waar in nog van eenige der Provinciën mogten discrepeeren, onderwerpende aan het conciliatoir of deiinitif Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, vertrouwende, dat de Provinciën, welke in het zelfde geval zyn, dien weg van afkomst ook wel zullen infiaan, waar toe althans Ridderfchap en Steden door het voorgemelde conciliatoir Advis zelfs zyn geanimeerd geworden , als hebbende daar in opgemerkt, den ongemeenen en onvermoeiden yver en arbeid , door Zyne Hoogheid en den Raad daar by aangewend, waar voor zy zich billyk alle dankbaarheid yan de Bóndgenooten verworven hebben , en zulks dus zonder agterdenken aan dezelve ban worden geremitteerd:
Dat zy echter onder die poinclen om dringen..; redenen moeten uitzonderen, en daar door niet wel kunnen of mogen defereeren aan de inftantie by Zyne Hoogheid en den Raad van Staate in de finaale Periode van de 5de §. van het conciliatoir Advis gedaan; maar dat Ridderfchap en Steden in tegendeel, daar zy in hunne Advifen en Confenten niet anders voor oogen hebben en houden, dan eene perfecte, en zoo na mogelyke egaliteit tusfchen de refpeclive Bóndgenooten, met afwering van al het geen aan zig zelfs of eenige der Bóndgenooten prrcjudicabel zoude kunnen worden , onder inhtEfie van hun Advis en Confent by Re folutie van 18 Oftober 1790 uitgedrukt , en den 22 daar aan volgende ter Vergadering van hun Hoo; Mogende ingebragt, daar by moeten perfi. fteeren, en als nog verklaaren, in de voldoening der Quotes op den nieuwen voet tót geen langer Termyn, dan die van vyf en twintig jaaren te kunnen bewilligen , zelfs met by voeging, waar mede zy teffens hun voorgemelde Advis en Confent nader expliceeren , dat wel mogen lyden,
niet



158 GENERAAL RAPPORT VAN
niet alleen, maar vermeenen als een noodzaakelyk requifit te moeten aandringen, dat van nu af aan word vastgefteld, dat met het uiteinde van het twee en twintigfte, immers uiterlyk in den loop van het drie en twintigfte jaar de refpeftive Provinciën en Generaliteit gehouden zullen zyn, als dan weder op nieuw gelyke opening van den ftaat haarer Financien te moeten doen, ten einde voor de expiratie van meergemelde Termyn van vyf en twintig jaaren beoordeeld en bepaald moge worden, of de refpective Quotes der Provinciën en Generaliteit op dezelfde voet zullen kunnen en moeten verblyven, ofte wel, dat daar in ver» andeiing en verichikking, zoo ja, welke zalftand moeten grypen, op dat het een en ander voor de expiratie voorgemeld , behoorlyk kan afgelopen zyn, slle prsejudicie en bezwaar voorgekomen, en anderszints te dugtene verwarringen verwyderd worden.
Dat , by zoo verre bedenken zoude konnen worden gedraagen , of de verzeekering , by de 4 § van het Conciliatoir Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van 22 February laatstleeden , wel fufficient genoeg zoude zyn, om daar in met volkomen fiducie te kunnen berusten , Ridderfchap en Steden wel kunnen toeftaan, ook zich zeifs in gelykheid met de overige Bóndgenooten daar toe wel willen verpligten, dat jaarlyks door de reipeétive Provinciën aan den Heere Erfftadhouder in der tyd, als l'rovinciaalen Erfftadhouder, opening worde gegeeven, of verklaaring afgelegd , dat haare inkomften door geene vermin' dering zyn afgenoomen, en boven dien geftadig arbeiden, om een excedent van inkomften te ver* krygen , ten einde alle vreeze en verdenking voor het tegendeel benomen worden , de Provinciën tevtns gerust gefield, dat met finceriteit worde agtervolgt, het geen by het arresteeren der nieu' we proportie en Quotes met den aankleeven van dien , is aangenoomen en verzeekerd.
Dat, met betrekking der Logisgelden , met
aan-



HET FINANCTE-WEEZEN. %S9
aangenaamheid hebben befpeurd, dat de gedagten van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate op deeze Materie §. 2. van het Conciliatoir Advis voorkomende, co-incideeren met het geene, waar op by deeze Provincie is aangedrongen; dat zy derhalven ook mogen vertrouwen , dat zulks den gewenschten invloed op de Heeren Staaten van Holland en Vriesland zal mogen hebben, ten einde deeze Last voortaan zonder verdere haefitatie Bondgenootfchappelyk zal blyven gedragen worden.
Dat, by zoo verre daar op nog reflectie mogte vallen uit hoofde , dat hier of daar zwaarder Logysgelden moeiten worden voldaan, zoo als omtrent het Haagfche Guarnilben, zoo men berigt is , plaats heeft, kunnen Ridderfchap en Steden zeer wel daar in concurreeren en bewilligen , dat het zelve in computatie kome , gevalideerd en geliquideerd worde volgens de order van den Lande.
Ridderfchap en Steden dog (om dit eens vooral voor gezegt en geinfinueerd te houden^ houden het daar voor, dat al het geen tot de Militie, Fortificatie en Defenfie, en het geene daar toe betrekking heeft, nodig is , en vereischt word , van de primitive Confiitutie deezer Republicq , alzoo heeft gefubfisteerd, of daar na Bondgenootfchappelyk daar toe gebragt of ingewilligd is, ook als zoodanig moet geconfidereerd en met gemeene fchouderen gedraagen worden.
Dat , relatif het verzoek van Zyne Hoogheid en den Raad in fine van §. 7. gedaan, ten einde zig de overige Provinciën met den voorflag van Zyne Hoogheid en de gedagten van de Provincie van Holland en Westvriesland, van Vriesland , en Stad en Lande mogen conformeeren , en dus het getal der Provinciën, die in eene Petitie moeten hebben geconfenteert, voor dat de andere tot het inbrengen van gaave Confenten mogen worden geadhorteerd, werde bepaald ep vier, — Ridderfchap en Steden geen zwang-



360 GENERAAL RAPPORT VAN
righeid maaken , daar in met die drie voorfz." Provinciën in te ftemmen.
Dat Ridderfchap en Steden alle mogelyke toegeevendheid willende gebruiken , niet verder op hunne gevoelens op §. 17. en 19 , by voorig Advis gemanifesteerd, zullen blyven ftaan, maar by deezen verklaaren, zig het geproponeerde by het Conciliatoir Advis op dit fubjecT: te zullen laaten welgevallen; dan dat, hoe zeer zy wenschten in het geallegueerde over §. 18. zoo veel grond te vinden, om ook daar vaiï ter contemplatie van een of meer hunner Bóndgenooten te kunnen afgaan, moeten zy rondborftig betuigen, met alleen zulks daar in niet te vinden , maar in tegendeel verfterkt te zyn in hun verlangen, om ook op dit Poincl égaliteit en billykheid te zien obferveeren, en dat de Bóndgenooten naauw« keurig overweegeride al het geene op deeze Materie te zeggen valt, zig zullen overreeden, om ook in deezen eene repartitie, het zy als van ouds , het zy op de voorgeflagen voet, of ten minften liquidatie te admitteeren, is het niet van jaar tot jaar, dan om de vier of vyf jaaren; — Ridderfchap en Steden kunnen ter goeder trouwe met vinden, dat de redenen , welke op dit Stuk te berde gebragt zyn, zoo veel overtuiging kunnen geeven, dat men daar van kan afzien.
Men zal dog immers zoo veel gewigt aan de Repartitie op eene Provincie niet willen hech- , ten, dat aan alle de overige alle mede-participa- 1 tie op dit Poincf met den aankleeven van Uien f zoude worden afgefneeden, en het beftier en ] applicatie alleen aan het welgevallen van eene verbleeven; dit echter zoude het gevolg onbe. twistbaar zyn, en 'er zoude geene hotgenaamde concurrentie meer overblyven voor dc niet gerepartitieerdè^grovincien, zoo zelfs eene liquidatie I ter zyde wlerd gezet, alzoo dan in effecte derzeiver Refolutien, het zy ze negatif of affirma- ] tif aan het voorftel waren , van geen de minfte { etficacie konden zyn, of gefield worden.
Dit 1



HET FIN ANCIE-WEEZEN. i6t
Dit dog ware niet te compasleeren met haare waardigheid in het Bondgenootfchap., waarom het moeielyk word, zoodanige mede-Competentie af te ftaan 4 zonder te renuntieeren aan een voorrecht, het welk hun voorkomt onaffcheidbaar aan haare exiftentie in hit Bondgenootfchap te zyn: — Dan hier toe kunnen zy Komen, en zy verklaaren het by deezen, dat zy alle toegeeventheid en infchikkelykheid gebruikende, gaarne aan de inclinatie der gerepartitieerde Provin. cie of Provinciën , naar maate men den ouden of nieuwen voet verkiest te volgen in de byzondere gevallen , zoo veel maar doenlyk is, wil te gemoet komen ; zoo maar de liquidatie plaats hebbe, geene bondige redenen voor handen zynde , om dit Poinö te excipieeren van alle de overigen, waar in egaliteit en liquidatie plaats heeft; — De natuur van deeze Post duld ook in der daad niet, dat dezelve in de fomme, daar over uitgetrokken, als onveranderlyk aangemerkt kan worden, geconfidereerd na de omftandigheeden , de eene boven de andere Epoque derzelver vermeerdering of vermindering noodzaakelyk maaken kan, en geene Provincie voor- of nadeel van dezelve moet hebben , en het is ook daarom , dat men onnodig acht, zig angstvallig te bekommeren over de bereekening, of eene meerdere fomme daar voor behoord te worden uitgetrokken, het welk, zoo niet zoude zyn, indien men van de liquidatie kon afftappen en aan het voorftel voldoen.
Ridderfchap en Steden willen dit liefst niet verder aandringen , of zig omftandiger explicee. ren, ten ware men koude vooruit zien , dat zy tot fmgulariteit zouden worden gebragt , wanneer zy zig zouden moeten overreeden, om niet tegen den ftroom van het geheele Bondgenootfchap vast te houden, aan het geene dezelve alle begrypen te kunnen worden toegegeeven: Intusfchen moeten zy als nog verwagten, dat deeze Post, het zy op eene of meer ProvinIV. DEet, L den 4



J
löa GENERAAL RAPPORT VAN
eten, het^zy op den Ordinaris, het zy op dea Extraordinaris Staat gebragt, liquidatie zal onderworpen en gedaan worden na , en in conformiteit van de Ordres van den Lande.
Dat eindelyk Ridderfchap en Steden alleen nog moeten herinneren , dat niet verhoopen door de onbuigzaamheid of mindere infchikkelykheid van deeze of geene Provinciën in Poinclen van esfentie, en waar by deeze Provincie alleen of met andere te notabele pra:judicie zoude kornen lyden, genoodzaakt te zullen worden, derzelver conditioneel Confent, by het voorig Ar» vis uitgedrukt, te reclameeren, en zig in zco een geval voor niet verbonden te rekenen , terwyl zy anderzints, de overige verfchillende fertimenten met toeftemming der Provinciën, het zy door toeseeventheid , het zv door de cenciBatie of definitie van Zyne Hoogheid en den Raad vereffend zynde , ten vollen daar by zulL-n berusten , en zig ook daar door verbonden achten.
Waar op gedelibereerd zynde , hebben Ridderfchap en Steden zig met voorfz. Rapport ge« 1 conformeert, uitgezonderd het Poincl, in het Conciliatoir Rapport gefield aangaande den tweeden Gecommitteerden in den Raad van Staate aan de Provincie Gelderland te concedeeren, welk als nog word gehouden in advis.
(Onder ftond)
Accordeerd met voorfz. Register.
By abfentie van de Griffier.
Was geteekend,
D. OUEYSEN.
Ex-



HET FINANCIE-WEEZSN. i$3
I Extract aft hst Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal d^r Fercenigae Nederlanden'*
Mercurii den 27 Jpril 1791.
De aanwezende Heer Gedeputeerde van de Refgt^ Provincie van Stad en Lande , heelt ter Ue va^ Vergaderinge van haar Hoog Mogende inge- de i>ro. bragt en laaten leezen de Refolutie van de Hee- vincte ' ren Staaten van hooggemelde Provincie , zyne van Principaaien, genomen op her Advis van, Zyne Stad en Hoogheid en den Raad van Staate, ter Verga- Lande , deringe van haar Hoog Mogende uitgeoragt op op het de Refolutien van de Heeren Staaten van de Raprefpective Provinciën, genomen op het Rap-portvan port, den 21 Mey 1793'alhier ter Versaderin- fetwerk ge gedaan door de Hoeren van de perfoneele van de Commisfie, welke tot het reguleeren der Pro- fö*0"* viociaals Quotes in de Lasten van het Bond. £>f« gen>otfchap, en her. onderzoeken van de Fi» hanc:en van de Generaliteir, is gechargeerd gewet st: volgende de voorfz. Refolutie hierna geïi.ferejrd.
ExtraSl uit het Register der Refolutien van de Edele Mog. Heeren Staaten van Stad e& Lande:
Woensdag den 20 April 1791.
De Heeren Staaten van Stad en Linde gedelibereerd hebbende over het Rap. port der Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staate ent deezer Provincie Finances, welke; in gevolge' en ter voldoemnge aan de Refolutie c >rn• inisforiaal van de jongstverlopene maand.; hadden geëxamineerd het conciliatoir Ad» L è wié



1Ó4 GENERAAL RAPPORT VAN
vis van Zyn Hoogheid ea den Raad van Staate, op den 22 February dezes jaars ter Vergadering van haar Hoog Mogende ingebragt, over de Refolutien by de Heeren Staaten der refpective Provinciën genomen, op het Rapport van de Heeren Gecommitteerden tot het reguleeren der Provinciale Quotes, in de Lasten van het Bondgenootfchap en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit, den 21 Mey 1790 ter Vergaderinge van haar Hoog Mogende gedaan; hebben, na gehoudene deliberatie, goedgevonden en verftaan , de Heeren Gedeputeerden ter Vergadering van haar Hoog Mogende wegens deeze Provincie te authorifeeren , om ter hooggemelde Vergadering te verklaaren.
Dat de Heeren Staaten van Stad en Lande met betrekkinge tot deeze voor het gantfche Bondgenootfchap interesfante materie in het algemeen moeten opmerken , dat het meer dan tyd is, dat de onderfcheidene Provinciën over deeze zoo aangelegene zaak zig finaal expliceeren op zodanige wyze, dat de grond van werkzaamheid allezints gepaard ga met zulk een geest van toegeeflykheid, welke getuigenis draagt, dat men Provinciale belangens en begrippen zoo veel immer mogelyk , kan en wil opofferen aan het algemeen belang van de Republiek, en zulks te meer, daar de onvermoeide yver en vlyt van Zyne Hoogheid en de Raad van Staate, in deezen zoo zigtbaar aan den dag is gelegd , dat het allezints betamelyk is, dat ook de Bóndgenooten zulks met dankbaarheid erkennende, met die zelfde welwillendheid aangedaan zyn, om deeze gewigtige objecten , met de meest mogelyke fpoed tot een gewenscht einde te helpen brengen.
Dat de Heeren Staaten van Stad en Lande, op deeze gronden werkzaam , hun bevorens ingebragte Refolutie op het ftuk der Quotes van den 12 November 1790, zoo verre die by deeze niet word veranderd, inhsreeren, en voorts
om-



HET FINANCIE.WEEZEN. ié5
omtrent de gedaane remarques in het Advis Conciliatoir moeten antwoorden.
Dat met opzigt tot het gereflecteerde op pag. ii. (*) circa finem, en 12 in principio van dat Advis het zelfde daar toe fchynt te tendeeren, om aan te toonen, dat de Generaliteit by het ftilftaan der losfing van Capitaalen eenig nadeel zoude lyden, doordien een fomma van ƒ 188894-3-9 (over welkers deugdelykheid meermaalen gefchil is geweest) daar door in voldoening wierde vertraagd ; en dat hier aan zoude te gemoet worden gekomen door het maaken van convenabele fchikkingen, met daar op jaarlyks negen duizend guldens af te losfen.
Dat hun Edele Mog. daar op antwoorden, dat deeze ftilftand van losfing alleen om die reden moeten inhsereeren , om dat hunne Provin. ciale Financien niet gedogen, om in de gewoone losfing te continueeren, en te gelyk hun aandeel in de dertien en een half millioen te voldoen.
Dat zy evenwel , om een blyk van welwillendheid te geeven in den voorflag by het Conciliatoir Advis gedaan, wel willen treeden , en diens conform met den Raad van Staate dadelyk overgaan tot het bepaalen en onderzoeken van de deugdelykheid deezer fchulden van ƒ 188894 - 3"9> en zig verbinden om op deeze fchulden, indien ze deugdelyk word bevonden, alle jaaren negen duizend guldens af te doen.
En dat hun Eiele Mogende geduurende dat onderzoek, of in gevalle van ongegrondheid dier pretenfie , gemelde negen duizend guldens Jaarlyks wel willen aflosfen , op de ordinaire Capi. taaien, in plaatfe van de gewoone losfing, mits hun Edele Mogende vry blyven, om in cas van onverhoopt onvermogen , geduurende de vyf en twintig jaaren, ook de rtilltand der losfing deezer negen duizend guldens te vragen.
Dat
(*) Zie ons III. Deel, Bladz, 370, en virv. L S



jó6 GENERAAL RAPPORT VAN
Dat hun Edele Mogende omtrent de pasfags § 7. pag. 13 (*) moeten aanmerken , dat zy veronderftellen, dat het Advis Conciliatoir op die plaatfe overeenkomt met het geene in het Rapport der Perfoneele Commisfie tot de Quotes op dat fabjecl gezegt word; zoo dat na afloop der gedaane bezending het weeren der Heeren Gedeputeerden uit de Generaliteits Collegien g°en plaats zal hebben, indien door d;e bezending het onvermogen der gebrekkige Provincie confteert; alles op den voet en wyze als in het Rapport der Perfoneele Commisfie tot de Quotes gefield is; en waar mede hun E J. Mog. zig hebben geconformeerd; naardien geene middelen yan conltrainte hoe ook genaamd, naar den aart van het Bondgenootfchap , immer tegens een welwillend, maar onmagtig Bondgenoot te pasfe komen of geadhibeerd kunnen worden.
Dat met opzigt tot de post van de Defroy^ inenten , en üe confideratien deswegens pag. 45 en 4Ó(f) in het Conciliatoir Advis geopperd, de Heeren Staaten van Stad en Lande hadden gemeend , en nog vermeenen, dat de zwarigheden in deeze zaak door hun geadvifeerde by vorige Refolutie, met de dispofiiie daar over aan de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteit over te laaten, waren weggenomen; dan daar dit objeér. hun van zoo veel aanbelang niet voorkomt, om daar door eenig rerai dement van afdoening te yeroorzaaken , hun Ed. Mog. wel willen concurreeren , zoo alle Provinciën daar toe geneega'n zyn , om met deeze post conform het Advis van Zyne Hoogheid en de Raad van Staate te handelen.
Dat omtrent het geadvifeerde by de Raad van Staare opzigtelyk de Predikant en Schoolmeefter te Delfiyl,, de Heeren Staaten van Stad en Lande wel hadden gewenscht, de remarques daar
om-
(*) Zie ons III. Deel, Bladz. 27a.



HET FINANCIE-WEEZEN. jd>
omtrent op pag. 54 (*) voorkomende , nier te hebben gerencontreert, eensdeel, om overtuigd te blyven, dat by de Raad van Staate dezelve infchikkelykheid te vinden was , welke dezelve Provinciën zoo zeer aanraden, als mede, om de principes van hun Ed. Mog. in alle deelen geconftateert te zien, waar by zoo dikmaals infteeren, om van het geadvifeerde der Perfoneele Commisfie, zoo min mogelyk af te wyken: anderdeels , om dat de Heeren Staaten van Stad en Lande daar uit ontdekken de vrugt hunner toegeeflvkheid , in het niet remarqueeren op de woorden .wanneer de Generaliteit derzelver dienst veor de JMilitie , aldaar Garnifoen houdende, noodig oordeelt.
Woorden, die wel is waar, het Rapport van de Perfoneele Commisfie zyn inverlyvet, maar welke in de Dag-Notulen dier Commisfie, wanneer over deeze zaak opzettelyk is gebefoigneert, niet voorkomen , dat hun Ed. Mog. zig zulten onthouden deswegens reflexie te maken; dog 'er alleen moeten byvoegen , dat zy zig dienaangaande met het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Quotes blyven conformeeren, en in allen gevallen gaarne voor nu als dan aan het Advis van Zyne Hoogheid willen overlaaten, of het met de billykheid beftaanbaar zy, een dus. daanig gebruik van die aangehaalde woorden te maken, als de Heeren Raaden van Staate fchynen te indigiteeren.
Dat met opzigt tot de Appmntès % 26 voorkoaiende, de Heeren Staaten van Stad en Lande , welke by hun vorige Refolutie de beheering der Appointeme'iten aan zig zelve hebben gereferveerd , alleen met oogmerk om daar door"de voet van ordre, dus verre in de Provincie altyd geobferveerd , te behouden , thans, alsnog daar voor advifeerende, en zulks inhse-
ree-
<*) Zie ent lil. Deel, Blad». 330 e» vent. L4



m GENERAAL RAPPORT VAN
reerende , zig verder met de geadvifeerde voorzieningen , en het verdere voorgeftelde in het Conciliatoir Advis wel kunnen conformeeren, ten éinde de directie der Appointementen aan exacte en eenparige regelen van asquiteit gebonden zy.
Dat met relatie tot her bygebragte omtrent de 300000 gis. voor Fortificatiën en Magazynen, en het geen dienaangaande pag. 57, 58 en 59 (*) van het Conciliatoir Advis voorkomt, de Heeren Staaten van Stad en Lande vermeenen, dat die fomme op den Staat van Oorlog geplaatst, en niet uit extraordinaire Petitiën gevonden moet worden , eensdeels , om dat de defenfie der Republicq, in geval van nood, niet gefchieden kan, zoo men van het Terrein , de legging, en dus de Fortificatiën geen gebruik maakt, en anderdeels, om dat extraordinaire Con. fenten tot zaaken van berekenbaare en gewisfe uoodzaakelykheid niet moeten dienen; t.e minder, alzoo dezelve niet kunnen (trekken tot een vast fonds en bafis op welk de Raad van Staate een bepaald , aaneengefchakeld en kostbaar Plan kan executeeren; het welk nogthans alleen in het brengen van dusdaane post op den Staat van Oorlog gevonden word.
Dat roet opzigt tot de post van een millioen voor een jaarlyks Equipage , aanbouw en rep*ratie van Schepen , § 29 voorkomende , hun Ed. rviog. van hun bevorens gerefolveerde op die fiuk betrekkelyk , het daar by eerst aangeroerde accrochemeut in zoo verre wel kunnen terug komen , dat zy in die post gaaf confenteeren voor den tyd van vyf en twintig jaaren, pf de fubfifientie der tegenwoordige omilandigheden ; aangezien zy in de zekere verwagting zyn, dat het ftuk der verbeteringen van de Admiraliteit (waar oyer ajsnu het advis yan den
Heer
(*) Zie ons UU Deel, Bladz. 335 , en very.



HET FINANCIE-WEEZEN. i6d
Heer Admiraal gevraagd is , en de zaak verder is gemaakt commisforiaal) ten eerfte met yver begonnen, en ten einde gebragt zal worden.
En dat wat betreft het andere accrochement, hun Edele Mogende ook deswegens in deeze post voor de Marine een gaaf confent zullen dragen , en zich by deeze alleen voorbehouden het voorfz. confent te kunnen intrekken, en de furnisfementen daar toe agter te houden, indien een of ander Provincie by tydsvervolg zodanige belastingen mogte continueeren, of nieuwe foortgelyke introduceeren , als by hun vorige Refolutie op het Rapport der Perfoneele Commisfie zyn gedetailleerd , naardien het volftrekt onmogelyk is , het Provinciaale aandeel in 's Lands Lasten en vereischtens te furneeren , zo niet de bronnen der welvaard dezer Provincie naar den aart van het Bondgenootfchap blyven pnbelemmerd en onbezwaard.
Dat hun Edele Mogende zig hier meede op voorfz. pointen met zo veel infchikkelykheid als eenigzints van hun verwagt konde worden , hebbende geëxpliceerd ; zig verder met het gefielde in het Advis Conciliatoir § 32. voor zo veel dat alles pointen van ordre be'nelst conformeeren, en daar by accedeeren tot een'nader onderzoek over bet aanftellen van LegationsSecretarisfen, zo als in fine van die § word voorgedragen.
Dat hun Edele Mogende zig meede conformeeren met de verandering in het Plan van de Armée van den Staat , gelyk ook het Corps Mariniers , invoegen by dit Conciliatoir Advis van Zyne Hoogheid en de Raad van S aate is voorgefteld : dan dat hun Edele Mog, ook niet kunnen afzyn ten fterkften te infteeren, dat alle Provinciën zig mogen expliceeren op het voorgebragte door de Perfoneele Commisfie tot de Quotes omtrent de verbetering der Generaliteits 1? manden , daar het toch eene onlochenbare waarheid is , dat het onverantwoordelyk zoude k 5 zyn,



170 GENERAAL RAPPORT VAN
zyn , irdien de Raad wan Staate door het niet ijjoedig rTolveeren der Provinciën op die pointen buiten ftaat wierd gehouden , om aan haare gemanifesteerde werkzaamheid tot verbeetering en vermeerdering van 's Lands Inkomften ten dezen opzigte te kunnen voidoen.
Al waarom de Heeren S*aaren van Stad en Lande hunne inffantien by die van Zyne Hoogheid en de Raad van Staate Paragraaph g gedaan , moetende voegen , ten einde de Heeren S-aatcn van Holiand en Westvriesland, en van Z<el»i d mede desweeens hunne Advifen uitbrengen, en aan gemelde biliyke inflantien, zo fpoedig mogelyk voldoen. (Onder ftotn1)
CoJL Cottcord.
(Getekent)
E. J. ALBERDA.
Secrets.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaa'n , mits deezen te verzoeken de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, welke zig op het voorfz. fubject nog niet hebben verklaard , hun daar toe mede te willen bekwamen.
En dat dien onverminderd , Copie van de voorfz. Refolutie , gefteld zal worden in handen van de Heeren van Weideren , en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie , om, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed. zelfs te nomineeren, te vifueeren , examineeren , en van alles alhier ter Ves> gaderinge rapport te doen.
Accordeert met vootf*:. Register.
Ex-.



HET FINANCIE-WEEZEN. 17S
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staa* ten Generaal der Fereenigde Nederlanden,
Lunee den 23 Mey 1791.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie Refofc van Holland en WestvriesJand , hebben tie van ter Vergaderinge van haar Hoog Mog. ingebragt Holland en laaten leezen de Refolutie van de Heertn over het Staaten van hooggemelde Provincie hunne Prin- Werk cipaalen, genomen op het Advis van Zyne H og. **» da heid en den Raad van Staate , ter Vergadering Qpotes. van haar Hoog Mog. uitgebragt op de Refdutien van de Heeren Staaten van de refpective Provinciën genomen op het Rapport , den 21 Mey 1790 alhier ter Vergaderinge gedaan, door re Heeren van de Perfoneele Commisfie, welke tot het reguleeren der Provinciale Quotes in ce Lasten van het Bondgenootfchap e^ het onicrzoeken van de Financien van de Generaliteit, is gechargeert geweest; volgende de voorfz. Refolutie hier na geïnfereert.
Extract: uit de Refolutien van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, in hun Edele Groot Mogende Vergadering ge. noomen op
Woensdag den 18 Mey 1791.
By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport den y deezer ter Vergadering uitgebragt, door de Heeren van de Ridder, lchap en verdere hun Ed. Groot Mog Gecommitteerden tot de zaaken van de Financien, hebbende, in gevolge en ter voldoening yan bun Edele Groot Mog. Refilntie commisforiaal van den 1© Maart 1791
met



m GENERAAL RAPPORT VAN
met de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende , mitsgaders de Heeren wegens hun Edele Groot Mog. tot de Perfoneele Commisfie over het reguleeren van de Quotes der Provinciën in de Lasten van de Unie en het onderzoeken van de Financie van de Generaliteit geëmplojeerd geweest, geëxami. neerd de Misfive van de Heeren Staaten Generaal van den 22 February te vooren , met het daar nevens gevoegde Rapport van de Heeren hunne Gedeputeerden, op het Conciliatoir Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, op de ingebragte Refolutien van de Heeren Staaten van de refpecfive Provinciën, op het Rapport derzelve Perfoneele Commisfie; als mede over het Plan door Zyne Hoogheid tot het opregten van een Corps Mariniers en ter verbetering der Armée van den Staat den 17 Maart 1789 voorgedraagen; als mede het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren daar op, by Misfive van den 1 April, volgens hun Edele Groot Mog. requifitie van den 18 Maart te vooren, aan'de Staats Leden toegezonden.
Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen , mitsgaders de Gedeputeerden van de refpective Steden, uit den naam en van wegens Burgemeefteren en Vroedfchappen van dezelve Steden, geconfenteerd en bewilligd, gelyk hun Ed. Groot Mog. confenteeren en bewilligen by deeze, om ter Generaliteit te doen declareeren, dat het voorfz. Rapport, over het algemeen genomen , de bewyzen opleevert van den onvermoeiden arbeid van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , in het concilieeren der verfchillende fentimenten der Provinciën, over de gewigtige onderwerpen, welke daar in verhandeld worden : dat hun Edele Groot Mog. met dezelve gevoelens bezield zynde , van haare zyde alle mogelyke infchikkelykheid zullen gebruiken; ge. perfuadeerd zynde , dat zonder onderlinge toe-
gee-



HET FINANCIE-WEEZEN. ,?3
geevendheid deeze importante deliberatie , waar by de eer, de zeekerheid, de rust en ordre van den Staat zoo zeer geinteresfeerd zyn, niet kan worden afgedaan.
Dat hun Edele Groot Mog. nogthans niet kunnen nalaaten op eenige voorname poinéten van haar voorig Advis, den 20 Augustus laatstleeden ter Generaliteit uitgebragt, te blyven infteeren , niet om dat daar in eenig avantage voor de Provincie van Holland en Westvriesland in het byzonder geleegen is, maar om dat zy derzelver vastftelling befchouwen als onaffcheidbaar van het oogmerk dat de Bóndgenooten moeten vooronderfteld worden met deeze deliberatien gehad te hebben; dewyl het (gelyk hun Ed. Groot Mog. zig reeds by het gemelde Advis hebben uitgedrukt} aan de Republiek weinig baaten zoude, indien deeze langduurige raadpleegingen niet anders hadden uitgewerkt, dan dat eenige Provinciën ontlast, en andere met de Generaliteits Kas belast wierden, zoo ondertusfchen de ftaat van defenfie moest blyven fluctueeren, de middelen tot afdoening van zaaken kragteloos gelaaten worden , en de Financien van het geheele Ligchaam van den Staat niet worden verfterkt.
Dat hun Edele Groot Mog. op deeze poino* ten infteeren , niet alleen met het recht, dat aan ieder der Bóndgenooten competeert, maar ook met den betamelyken invloed , welke zy vertrouwen, dat aan haare, zoo ongelyk grooter contributie in de gemeene Lasten , niet zal geweigerd worden, voornamentlyk by een geleegenheid als deeze , waar in zy haare Financien zoo aanmerkelyk bezwaren, om daar door de nodige en lang gewenschte verbeetering der gebreken in het Bondgenootfchap te bevorderen.
Dat onder deeze pointen in de eerfte plaats behoren de drie Conditiën , aan welke hun Ed. Gr. Mogende de aarmeemitig van het bezwaar
der



tn GENERAAL RAPPORT VAN
der Provinciale Quote hebben vast gemaakt , namelyk:
j. Dat de kosten van de ordinaire defenfie van den Staat op een toereikenden voet en voor een zeekeren termyn van jaaren worden vastgefteld.
2. Dat *er bekwaame middelen moeten zyn , om in extraordinaire gevallen de Provinciën tot de Contributie te verpligten.
3. Dat de generaale masfa der Financien van het Bondgenootfchap moet vermeerderd worden , niet alleen door de verzekering dat de Bondgenoten de tegenwoordige Lasten in den haaren zullen blyven heffen, maar ook een convenabel verfchot zullen maaken , om in tyd van nood te kunnen dienen.
Dat wanneer hun Edele Gr. Mog. nu met deeze Conditiën vergelyken het geeae door de refpeélive Provinciën geadvifeerd is , en het refultat in het conciliatoir Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate daar uit getrokken, zy niet gevonden hebben die compleete voldoening welke haar gerust kan ftellen , dat de Finantieele Last , welke Holland zoude op zich neemen , deeze heilzame gevolgen voor den gemeenen Staat zal te weege brengen; want dat voor eerst hun Edele Gr Mog. zig wel bereid gefoond hebben , om de verhoogde Quote voor een zekeren termyn van jaaren op zig te neemen , en zelfs dien termy i te bepalen tot vyf en twintig jaren ï maar ongerieegen zyn , daar by te voegen de ongedetermineerd: claufule tot zoo lan<* als dt Quotes met gemeene bewilliging op geen anderen voet zullen gereguleerd zyn ; om dat zy deeze verfchikking der Q ïotes maar befchouwen als een hulpmiddel voor de tegenwoordige omftandigheden, ten einde de klagendï Provinciën gelegendheid te geeven , om tot verademing te komen , en door het wel aan 1 g-
gen



HET FINANCIE. WEE ZEN. 175
gen van haare inwendige resfources, na verloop van dien termyn , wederom zo.ïanige Quote op zig te neemen , als zy dan zullen kunnen draagen , terwyl in het tegen overgefteMg geval, wanneer de Quotes ouvtranderlyk wierden gefixeerd , toe zoo lang als dezelve met getreene bewilliging op geen anderen voet gereguleer4 waren , het niet onmogelyk moet gefteli worden , dat die gemeene bewiiüging moejelyk zoude te bekomen zyn , waar door de Last altoos zou blyven op de du verhoogde Provinciën in de Generaliteits Kas.
Dat derhalven behoorde vastgefteld te worden , dat eenige tyd voor het ten einde loopeu van den termyn van vyf en twintig jaaren , de Provinciën wederom dezelve opening van haare Financien zuilen doen , als nu gedaan is , en deliberatien aaogelgd, om te oordeelen , of de Quotes moeren blyven, dan wel veranderd worden.
Dat voor zoo veel aangaat de groaden , waar op de zeekerheid van den Staat van Oorlog , als bevattende de ordinaire middelen van defenfie , moet berusten , hun Edele Gr. Mog, wel gewenscht hadden, «at de Bondgenoten zig me meerder klaarheid daar op hadden geëxpliceerd * maar niet te min met Zyne Hoogheid en dea Raad van State het daar voor houeen , dat dezelve zig hebben geconformeerd roet alie de poinften ten dien opzigte in het groot Rapport der Perfoneele Commisfie voorgedragen , en ia het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad § 32. nader aangedrongen , welke pointen hun Edele Gr. Mog. alle aanneemen als pointen vart ordre , voor zoo verre op eenige van dezelve ia dit Provinciaal Advis geen reflexte gemaakt is.
Dat de tweede conditie, namelyk het vastftellen der middelen van afkomst en zogenaamde conftrainte wel eenigermate word voldaan, maar dat het te wenfehea is, dat de tyden nooit
ino«



176 GENERAAL RAPPORT VAN
mogen komen, waar in men de ongenoegzaam' heid der geproponeerde middelen zal bevinden.
Dat het derde Hoofdpoinér. of Conditie , namelyk de onderlinge gerustheid welke de Provinciën aan malkander behoren te geeven, dat zy haare Financien continueel verbeeteren , van te veel importantie is, om ligtelyk voorby te Happen.
Dat, wel is waar , Zyne Hoogheid en de Raad van Staate oordeelen dat genoegen moet genomen worden met de verzeekering van genoegzaam alle de Provinciën, dat wel verre van eenige verligting aan hare Ingezetenen, door het affchaffen van lasten te zullen kunnen toebrengen , zy veel eer bedagt zullen moeten zyn, op het invoeren van nieuwe en zoo veel mogelyk verbeeteren der oude : dog dat hun Edele Gr. Mog. nogthans met al het vertrouwen dat zy in de Bondgenoten ftellen, van begrip zyn, dat 'er eenig middel behoord vastgefteld te worden s waar door , onverminderd de onaf hankelykheid Van de Provinciën , een meerder gerustheid omtrent zulk een voornaam Poinft kan worden gegeeven : welk middel daar in zoude kunnen beftaan, dat ieder der Provinciën , het zy jaarlyks of zo dikwyls als het zal gerequireerd worden , aan den Heer Prins Erfftadhouder, in der tyd , als Provincialen Erfftadhouder , opening geeve of een verklaring aflegge , dat haare Inkomften door geen vermindering of affchaffing van Lasten zyn afgenomen, en dat zy geduurig werkzaam zyn, om een excedent van inkomften boven de Uitgaven te verkrygen : hun Edele Gr. Mog. maken geen bedenking zich nevens de Bóndgenooten daar toe te verpligten , en zyn van oordeel, dat Zyne Hoogheid de Heer Prins Erfftadhouder , in de betrekking waar in hoogdezelve ftaat tot de Unie , behoorde te worden verzogt, om wanneer by deeze of geene van de Provinciën eenig gebrek bevonden' wierd, daar van kennis te geeven aan de Vergackring van
hun



HET FINANCIE-WEEZENi 177
hun Hoog Mogende, ten einde als dan zodanig ge Provincie te houden by haare verpligting, door foortgelyke middelen als zullen vastgefteld worden, om de Provinciën te noodzaaken tot het draagen der eens geconfenteerde Lasten.
Dat hun Edele Groot Mog. alhier ook voor gerepeteerd houden het geen by het Advis van 20 Augustus 1790 is gezegd , met opzigt tot de admisfie van een tweede Gedeputeerde van de Provincie van Gelderland in de Raad van Staate, namelyk, dat zy deeze admisfie agreëeren als een infchikkelykheid voor het verlangen van een Bondgenoot, die by deeze geleegenheid ook eenig bezwaar van Quote zoude opgelegd worden; en mitsdien voor zoo lang als de Heeren Staaten van Gelderland met deeze verhoog» de Quote zullen bezwaard zyn , maar geenzins als de recuperatie van een recht, dat aan hooggemelde Heeren Staaten competeert, en in welks genot zy uit dien hoofde behoorden herfield te worden.
Dat vervolgens hun Edele Groot Mog. overgaande tot de details van de Staaten van Oorlog, adopteeren de verandering in het Plan van de Armee, by het Conciliatoir Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate voorgeflagen, gelyk ook de verandering in het op te rigten Corps Mariniers , en het geene daar verder toe behoord; maar niet kunnen afgaan van haare reflexie, by het Advis van den 20 Augustus 1790 gemaakt, dat de vermindering van de fom, voor dat Corps uitgetrokken, behoord gevoegd te worden by de fom voor Equipage en Aanbouw geaffecteerd , welke laatfte anderzints zal bevonden worden onmogelyk fufficient te zyn , om de noodzakelyke kosten tot beveiliging ter Zee goed te maaken : terwyl het by ieder de grootfte verwondering moet baaien, dat een Republyk op de Commercie gegrond, en veele Overzeefche Bezittingen hebbende , waar door ze. natuurlyk een Zee-Mogendheid moet zyn, deel. M fit.



178 GENERAAL RAPPORT VAN
ettelyke millioenen fpendeert aan het onderhoud van een Staat van Oorlog te Lande, en naauwlyks het tiende gedeelte van die kosten affecteert tot de defenfie ter Zee, zonder welke zy niet befiaan kan.
Dat deeze reflexie ook natuurlyk leid tot het geene door zomtnige Provinciën geadvifeerd is, omtrent de Post van f 36000-0-0, ten behoeve van de Colonie van Surinamen , ten welken opzigte de redenen door Zyne Hoogheid en den Raad §. 23. geallegueerd, concludent moeten voorkomen aan de Provinciën die deeze Post hebben gedifficulteert, waar by hun Edele Gr. Mogende nog aanmerken, dat de Lasten van de Unie niet alleen regardeeren de defenfie van den Staat hier te Lande, maar ook haare Buitenlandfche Bezittingen, en de Eigendommen van alle de Ingezetenen, die onder de protectie van den Staat zyn; eu dat de Ingezetenen van de Colonien , die het hunne toebrengen tot de prolpeiiteit van de Republiek, ook aanfpraak op derzelver befcherming mogen maaken.
Dat, betreffende het Poinct van de Logysgelden, hun Edele Gr. Mogende van oordeel zyn geweest, dat dezelve wel behooren betaald te worden , op een eenpaarigen voer, zoo als by alle de Provinciën zal zyn aangenomen, doch niet als een Bondgenootfchappelyke , maar als een Provinciale Last; en met verwondering gezien hebben uit het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate §. 2, dat indien de Provinciën niet te beweegen zyn , daar van af te zien, de voorgeflagen Quotes niet zullen kunnen worden gearresteerd , en zulks om reede, dat de betaalingen aan Servies- of Logisgelden, door de Provinciën gedaan, niet zyn atgetrokken van de opgaaf haarer Inkomften en Huishoudelyke Lasten.
Dat ondertusfchen de Provincie van Holland en Westvriesland in het zeive geval verfeert, om dat zy in de ca'culatie hoe veel de verhoog-



HET FlNANCIE-WEEZEN. i79
de Quote haar kosten zoude , gerekend heeft, dat de betaaling dier Ongelden zoude blyven Provinciaal, en naar mate van de grootte der Guarnifoenen in elke Provincie , dat is geproportioneerd naar het profyt dat een Provincie geniet van de Militie by haar in Guarnifoen liggende , gelyk ook daarom de Provincie van Holland aan het Guarnifoen in den Hage, wegens de meerdere duurte aldaar , een dubbel Servies heeft betaald ; zoo dat, wanneer van dit principe word afgegaan, hun Edele Groot Mog. geen redenen zien , waarom zy aan eenig Guarnifoen , Provinciaal, hooger Servies zouden betaalen, dan haar Quote in de Post, voor dit refpect op den Staat van Oorlog uitgetrokken, bedraagt; en daar zy wel geperfuadeerd zyn, dat het Guarnifoen van den Haag met het ordinair Logiesgeld niet beftaan kan , verlangen hun Edele Gr. Mogende, dat de Bóndgenooten zig hieromtrent op een billyke wyze zullen verftaan, terwyl zy, by ontftentenis van dien, zouden moeten perfifteeren by haar eertte fentiment, om de Logisgelden Provinciaal te laaten, als geen minder redenen hebbende dan de Heeren Staaten van Gelderland , om haare Finantien niet ten tweedemaale te bezwaar en door de betaaling der Logiesgelden.
Dat wyders hun Edele Groot Mog. zig uit toegeeflykheid zullen laaten welgevallen, het geene by het Conciliatoir Advys van Zyne Hoogheid en den Raad is geallegeerd, met opzigt tot de verdere reflexien , by haar Provinciaal Advys van 20 Augustus 1790, op zommige posten van het Schema der Staaten van Oorlog gemaakt, als namelyk, omtrent de Buitenlandfche Minifters, Predikanten &c. in het voorfz. Conciliatoir Advys, §.17, Defroyementen, $. 18. Gedeputeerden buiten 's Lands , §. 17. Secreete dienlten , $. 19. Appoinétés, %. 2.6. En voor zoo veel aangaat de afchafling der Trompetters van den Staat ("indien de Bondgenooteu daar roe inclineeren §. ao, in fine.
M a Trom-



18(9 GENERAAL RAPPORT VAN
Dat eindelyk met betrekking tot verbeetering der Inkomften van de Generaliteit , en vermindering der Uitgaven, waar op in het Advys van Zyne Hoogheid en den Raad §. o. nader word aangedrongen, hun Edele Gr. Mog. bereid zyn, om met concurrentie van de Bóndgenooten, daar op een vrugtbaare Refolutie te helpen neemen, als komende de meeste van die poinclen aan hun Edele Groot Mog. voor , zeer nuttig en noodzaakelyk te zyn, immers voor zoo verre op dezelve geen byzondere Rapporten zyn uitgebragt; nogthans ten aanzien van het geavanceerde by het groot Rapport der Perfoneele Commisfie bl. 99 (*), dat de Heeren Staaten der relpeüive Provinciën door hun Hoog Mog. behooren verzogt te worden, om af te zien van het hetfen van belastingen van Generaliteits Ampten , in de Provinciën bekleed wordende , moe. ten hun Ed. Gr. Mog. de Bóndgenooten pra:venieeren, dat daar omtrent in haare Provincie geen verandering kan worden gemaakt, ten ware de Quote van Holland en Westvriesland aan de andere kant met zoo veel verminderd wierd, als het montant van die belastingen bedraagd, terwyl hun Edele Groot Mog. vertrouwen, dat de Bóndgenooten te redelyk zyn , om niet toe te ftemmen, dat een Provincie , die met een zoo groote verhooging van Quote bezwaard word, niet behoord afgenomen te worden dat geene waar door zy dit bezwaar gedeeltelyk moet goed maaken; en te minder, wanneer men confidereerd de excesfive Lasten , die Holland in deeze laatlle tyden voor de Unie heefc moeten draagen, waarin de andere Provinciën geheel niets, of zeer weinig gecontribueerd hebben. (Onder itond)
Accordeert met de voorfz. Refolutien. (GetekenQ
C. CLOTTEB.BO0KE.
Waar
(*) Zie cm I. Deel, Bladz, 174. en vet v.



HET FINANCIE-WEEZEN. 181
Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , mits deezen te verzoeken de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, welke zich op het voorfz. fubjecT: noch niet hebben verklaard , hun daar toe mede te willen bekwamen.
En dat dien onverminderd Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , by haar E. zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
Zullende insgelyks Copie van dezelve Refolutie, voorzoo veel aangaat de daar by vermelde middelen van verbeetering der inkomften en vermindering der uitgaven van de Generaliteit, gefield worden in handen van de meergemelde Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie , om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate en de Generaliteits Reekenkamer , by haar E. zelfs te nomineeren, te vifiteeren , examineeren en van alles alhier ter Vergadering rapport te doen.
Accordeert met voorfz. Register.
M 3 Ex.



18*
GENERAAL RAPPORT VAN
Extratl uit het Register der Refolutie van de Hoog Mogende Hteren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,
Veneris den 27 May 1791.
Refolu- TpVe Heeren Gedeputeerden van de Provincie tie van van Zeeland , hebben ter Vergaderinge Zeelant Van haar Hoog Mogende ingebragt en laaten ever het leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van Werk hooggemelde Provincie hunne Principaaien , van de genornen op het Advis van Zyne Hoogheid en Quotes. den Raad van Staate, ter Vergadering van haar Hoog Mogende uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten van de refpecfive Provinciën genomen op het Rapport, den 21 May 1790 alhier ter Vergaderinge gedaan , door de Heeren van de Perfoneele Commisfie , welke tot het reguleeren der Provinciaale Quotes in de Lasten van het Bondgenootfchap -en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit , is gechargeert geweest; volgende de voorfz. Relblutie hier na geïnfereert.
ExtraSl uit het Register van de , Refolutien der Heeren Staaten van Zeeland.
Den 23 May 1791.
By refumtie zynde gedelibereerd, op het Rapport van het Befogne den 21 April ü jongstleeden ter Vergrdering van hun Edele I Mogende uitgebragt , over het eerfte Point I van befchryvinge, en op al het geene daar toe zyne relatie heeft , is goedgevonden en verftaan , de Heeren ordinaire G.deputeerden deezer Provincie ter Generaliteit aan te fchryven en te authorifeeren , gelyk
ge-



HET FINANCIE.WEE ZEN.
183
gefchied by deeze ; om aldaar te declareeren: dat, daar het Rapport, den 22 February deezes jaars ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende uitgebragt, en het daar by gevoegd Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, op de fuccesfive ingebragte Refolutien van de Heeren Staaten der refpective Provinciën op het Rapport van de Perfoneele Commisfie , tot het reguleeren van de Quote gedecerneerd , den 21 May van het voorleeden jaar ter hooggemelde Vergaderinge gedaan, nieuwe bewyzen opleevert van den onvermoeiden arbeid van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , in het concilieeren der verfchillende fentimenten van de onderfcheidene Provinciën over deeze importante materie , hun Edele Mogende daar voor derzelver dankbaarheid betuigen, en bereid zyn, zoo veel infchikkelykheid plaats te geeven, als maar eenigzints met den aart der deliberatien , en de Financieele omftandigheeden hunner Provincie overeen te brengen is, daar een der voornaamfte beweegreedenen deezer infchikkelykheid gevonden word in het verlangen van afkomst, en om gedechargeerd te worden van dien last, die zedert langen tyd het vermogen der Financien overtroffen heeft.
Dat, belangende den voordragt in de prasmisfen van het Rapport gedaan , om de Bondgenoten te verzoeken , om by continuatie van den tyd van zes maanden , en dus tot den eerden July aanftaande , of wel tot het ingaan van de eerlte Heeremaand daar na ordre te ftellen op de betaling van de Militie en verdere Lasten van de Unie, zoo als die, geduurende het afgeloopen jaar betaald zyn , hun Edele Mogende geen de minde redenen hebben , om het gedragen Confent , tot den 1 January laatstleeden, verder te prolongeeren op den tot hier toe bezwaarden voet, tot den 1 July aanftaande of wel tot het ingaan van de eerfte Heeremaand daar na , en dat om hun Edele Mogende tot M 4 zo-



184 GENERAAL RAPPORT VAN
zodanig nader Confent over te haaien , veel en alleen zal toebrengen de conclufie van een nieuwen Staat van Oorlog op den voorfz. tyd, terwyl hun Edele Mogende de Bóndgenooten niet onkundig willen laaten , dat 'er bereids binnen deeze Provincie gezorgd is , om wel aan de eene zyde door eene betaling van de meest nodige posten der Militie de confufie voor te komen , maar tevens om by onverhoopt en langer dilay te kunnen afwyzen zodanige posten, die de Quote van de Provincie volgens den geproponeerden en by haar aangenomen aanflag te boven gaan.
Dat hun Edele Mogende zouden verkiezen, dat het getal der Provinciën, die in eene Petitie moeten nebben geconfenteert voor dat de andere tot het inbrengen van gave Confenten mogen worden geadhorteerd , conform het vorige Rapport bepaald blyve op vyf, ten zy aile de Provinciën dit op vier zouden willen verminderen in welken geval hun Edele Mogende bereid zyn daar toe te concurreeren.
Dat ten opzigte der redenen zoo door Zyne Hoogheid, als door de Perfoneele Commisfie bygebragt, om niet re rug te vorderen, het geen door het Comptoir Generaal van de Unie, zederd het jaar 1783 voor eenige Provinciën is betaald , hun Edele Mogende niet nader overtuigd zyn van de verpligting tot eenige reftitutie, dog dat niet te min bereid zyn , om Confent te dragen , dat de Penfioenen van de Officieren der Corpfen , tor weikers oprigting de onlusten , die met den Keizer hebben gefubfifieerd, aanleiding hebben gegeeven , voor het toekomende op den extraordinairen Staat van Oorlog werden gebragt , en hunne Qjota daar in zullen dragen, voor zoo verre die fenfioenen nog weikelyk moeten betaald worden.
Gelyk mede in de intresfen van de Capitaalen, die, in gevolge haar Hoog Mog. Refolutie yan den 11 July 1706 en 8 January 1787 wezent-
lyfe



HET F1NA NCIE-WE EZ EN. 185
lyk zyn genegotieerd, bedragende ƒ 120000-0-0, ofichooü hun Edele Mog. geene volleedige elucidatien bekomen hebben , dat de hoofdfbm tot de einde waar toe dezelve opgegeeven is, door de Generaliteit dadelyk is genegotieerd, nog ook ■niet, dat die interesfen , zonder ondienst van den Lande , niet tot lasten van de Generaliteits Kas kunnen worden gelaaten.
Dat hun Edele Mog. ten aanzien van de Subfidien, dewelke in 1788 aan den Markgraaf van Brandenburg Anfpach, de Hertogen van B unswyk en Mecklenburg zyn toegezegd, dezelve al mede op goede gronden voor het voorleedene zouden kunnen afwyzen , dog echter uit een principe van toegeeventheid, in den loop deezer deliberatien aangenomen , geneegen zyn , daar omtrent met den Raad van Staate in reedelyke fchikkingen te komen.
Dat hier mede afgehandelt zynde , de Poin» ten, betrekkelyk de Quote deezer Provincie in de Lasten van de Unie , in .zoo verre als hun Edele Mogende nodig agten zig daar op nader te hebben moeten verklaaren, hier nog alleen zullen hyvoegen, dat bereid blyven, om over de middelen v*n verbeetering der inkomften , en vermindering der uitgaven van de Generaliteit in overleg te komen, en hun advis daar op ter bekwaame geleegentheid zullen inbrengen. —. Dat in zoo verre dit nader Rapport handeld over de Staaten van Oorlog , en in het byzonder op het Schema van dezelve by het voorig Rapport voorgedraagen , hun Edele Mog. wel gewenscht hadden , dat 'er zonder ondienst van den Lande eene meerdere menage en vermindering op onderfcheide posten , en wel volgens bevorens opgegeeve aanmerkingen hadden kunnen plaats hebben, dog dat zy, uit hoofde van verfcheide bygebragte redenen zig grotendeels met het Rapport zuilen conformeeren , en dus in het algemeen berusten in den voet, waar op de Armée van den Staat voor het vervolg zal M 5 zyn



185 GENERAAL RAPPORT VAN
zyn ingerigt; en in de verminderingen, die het Advis van Zyn Hoogheid en den Raad van Staaten aan de hand geeven ; dat dienvolgens ook Confent dragen in de oprigting van een Corps Mariniers conform het Plan by het Rapport voorgedragen, gelyk mede, dat de post van een millioen guldens, die door de Commisfie van de Quotes is voorgedragen tot vinding der kosten van een jaarlykfche Equipage, en voorts tot aanbouw en reparatie van Schepen, zoo niet geheel, ten minften gedeelteiyk verhoogd worde met de fom , dewelke op het Corps Mariniers zal worden geprofiteerd. — Dat hun Edele Mog. afgaande van derzelver geadvifeerde, om den Minister aan het Hof van Engeland wederom op derzelver repartitie te brengen, daar op niet verder zullen infteeren , onder die fpeciaale mits , dat de voorflag tot vervulling van dien post blyven moet op den voet, als van ouds gebrui. kelyk is geweest. —. Dog dat hun Edele Mog. nogmaals moeten infteeren, dat den Major der Stad Tholen van nu en in het vervolg gelaaten werde op den ordinairen Staat van Oorlog, alzoo daar voor geene mindere redenen, dan voor de admisfie des Majors van Vlisfingen en Veere exfteeren : terwyl het met grond kan worden vastgefteld, dat, fchoon de Vesting van Bergen op Zoom moet geconiidereerd worden , als de \ Sleutel van Zeeland aan de Landzyde , de pofitie van het Eiland van Tholen , hoe zeer eenig- j zints gedetacheerd van het vaste Land, nogthaus door de communicatie daar mede, van geen gering nut by voorkomende occurrentien van de defenfie van de voornoemde Vesting kan ftrek- j ken, en dat dit juist de reden is, dat hun Edele Mog., begrypende het gewigt van eene goe- I de, geregelde en vertrouwde correfpondentie tusfchen de' Stad Tholen en Bergen op Zoom, in tyd dippen van rupture, van oordeel zyn, dat de uitoeffening dier correfpondentie best word opgedragen aan zoodanig vertrouwd Perfoon, die
als I



HET FINANCIE-WEEZEN. 187
als kundig van de locaale lituatie, ook het best in ftaat is , om dezelve op een gereegelde voet te houden. — Confènteerende hun Edele Mog. om de vier Trompetters van den Staat te Iaiten uirfterven, en de thans in leeven zynde op den extraordinaris Staat van Oorlog over te brengen.
Dat hun Edele Mog. geen remarques hebben op de bepaaling van het quanmm van de post van de Defroyementen van de Generaliteit, en dus daar in zullen berusten.
Dog dat hun Edele Mog. blyven difiiculteeren , zig de betaaling van de twee Actiën van verzoek, ten behoeven van het Gasthuis te Sluis en Vlaanderen aan te trekken.
Dat hun Edele Mog. eindelyk, hoewel geenzints advoueerende, dat de nieuwe Werken tot verbeetering van de defenfie van de Frontieren van ftaat, en om de Magazynen van het nodige Gefciiut en verderen Voorraad te voorzien, niet wel fomwylen uit de Generaliteits Kas zouden zyn bekostigt, confenteeren , dat de post van ƒ 300000-0.© daar toe beraamd , gebragt werde op den Staat van Oorlog , om daar door aan den eenen kant dezelve Kas te gemoet te komen, en aan de andere zyde de Provinciën niet lig. telyk, en zoo min mogelyk met extraordinaire Petitiën te bezwaaren.
Dat hun Edele Mog. echter fpeciaal refervee. ren derzelver vrye deliberatien ten aanzien der repartitien der beide Staaten van Oorlog , zonder te willen gereekend worden , zig op eenige posten derzelve, als onder die bepaaling te hebben ingelaaten.
En zal Extract deezer Refolutie , aan welgemelde Heeren ordinaire Gedeputeerden, om daar van ter Vergadering van hun Hoog Mog. opening te geeven , zonder nadere refumtie, worden gezonden.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Register. Was geteekent, w, a. de be veren.
Waar



Ï88
GENERAAL RAPPORT VAN
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan , mits deezen te verzoeken de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, welke zich op het voorfz. fubjecï noch niet hebben verklaard, hun daar toe mede te willen bekwaamen.
En dat dien onverminderd Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar E. zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren en van alles alhier ter Vergaderinge rapport Vi doen.
Zullende insgelyks Copie van dezelve Refolutie, voor zoo veel aangaat de daar by vermelde middelen van verbeetering der inkomften en vermindering der uitgaaven van de Generaliteit, gefield worden in handen van de meergemelde Heeren van Weideren en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie , om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate en de Generaliteits Reekenkamer, by haar E. zelfs te nomineeren, te vifiteeren , examineeren en van alles alhier ter Vergade. ring rapport te doen.
Accordeert met voorfz. Register,
Ex-



HET FINANCIE-WEEZEN.
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Vencris den 3 Juny 1701.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie Refoluvan Gelderland, hebben ter Vergaderinge tie van van haar Hoog Mogende ingebragt en laaten de Proleezin de Refolutie van de Heeren Staaten van vihcié hooggemelde Provincie, hunne Principaaien, ge- vanGelnomen op het Advis van Zyne Hoogheid en derland den Raad van Staate , ter Vergaderinge van °P haar Hoog Mogende uitgebragt op de Refolu- RaP' tien van de Heeren Staaten van de refpective Port, . Provinciën, genomen op het Rapport, den ai vanf>et Mey 1790 alhier ter Vergaderinge 'gedaan , door w.Q de Heeren van de Perfoneele Commisfie, welke fr<~&°' tot het reguleeren der Provinciale Quotes in de Lasten van het Bondgenootfchap, en het onderzoeken van de Financien van de Generaliteit, is gechargeerd geweest: volgende de voorfz. Refolutie hier na geïnfereerd.
Fiat infertio.
Waar op gedelibereert zynde, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland de voorfz. Refolutie Copielyk overgenomen, om in den haaren breeder gecommuniceert te worden , met byvoeging, dat zy met verwondering gehoord hadden de exhortatie by deeze Refolutie der Heeren Staateu van Gelderland aan de Heeren Staaten hunne Principaaien gedaan, ten einde een fpoedige Refolutie uit te brengen op de voorflagen van de Perfoneele Commisfie tot b^neficeering der Generaliteits Middelen, dewyl de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland daar omtrent in geenen deele agterlyk zyn, en zig by hoogst
der-



ioo GENERAAL RAPPORT VAN
derzelver Refolutie van den 18 Mey laatstleeden, met zoo veel cordaatheil en faciliteit daar op geëxpliceerd hebben , dat zy genoegzaam alle die voorflagen , als nuttig en noodzakelyk hebben geadopteerd.
En is dien onverminderd goedgtvonden en verftaan , mits deezen te verzoeken de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën , welke zig op het voorfchreeve fubjeél nog niet hebben verklaard, hun daar toe meede te willen bekwamen.
Dat voorts Copie van de voorfz. Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Randwyk, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar E. zelrs te nomineeren, te vifiteeren , examineeren , en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
Zullende insgelyks Copie van dezelve Refolutie, voor zo» veel aangaat de daar by vermelde middelen van verbeetering der Inkomften en vermindering der Uitgaven van d* Generaliteit, gefield worden in handen van de Heeren van Randwyk, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om', met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, en de Generalitsits Reekenkamer, by haar E. zelfs te nomineeren , te vifiteeren, examineeren , ea van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
Aantee- T"\e Heeren Gedeputeerden van de Provincie kening van Gelderland hebben de voorfchreeve
van de Aanteekening van de Heeren Gedeputeerden Heeren vai) de Provincie van Holland en WestvriesGedepu- jaiK} Copielyk overgenomen, om in den haaren teerden Dreec|er ^ecommuniceeit te worden ; hebbtnde van de rfe meergemelde Heeren Gedeputeerden van Holtrovm- jjnd eo Westvnesland derzelver gedaane AanGelder. iet'keilillS fceïnhccreert.
iand' Accordeert met voorfz.
Register.
Ex-



HET FINANCTE-WEEZEN. 101
Extract uit het Reces des Landdags Exhibitum in Mey 1791 , by continuatie den 3 Juny extraordinarie binnen de Stad 1791. Nymegen gehouden.
Veneris den 27 Mey 1791.
Is gehoord het rapport van Jan Elias van Lyn« den, Burggraaf, Richter en Dykgraaf des Ryks, en Richter der Stad Nymegen , en andere hun Edele Mog. Gecommitteerdens , in gevolge en ter voldoeninge van derzelver Refolutie commisforiaal van den 18 April jongstleden , geëxamineerd hebbende de Misfive van hun Hoog Mogende van den ei February deezes jaars , waar by hoogstdezelve aan hun Ed. Mogende , mitsgaders aan de verdere Bóndgenooten zyn inzendende het Rapport op het Advys van Zyne Hoogheid en den Raad van Staa» te, betrekkelyk de Refolutien van de refpeclive Provinciën, op het Rapport der Perfoneele Commisfie over de Quotes , en concerneerende wyders het Plan tot het opregten van een Corps Mariniers, gelyk mede van verbeetering der Armée van den Staat, met zeer inftantelyk verzoek van hun Hoog Mogende, dat hun Edele Mogende , met den mees ten ernst en aandrang de belangryke poindten , in het voorfz. Advys behandeld, zouden willen overwegen , en daar op hoe eer hoe liever zodanig refolveeren , dat het voorfchreeve werk eindelyk ter conclufie zoude kunnen worden gebragt, en dat hunne Ed. Mog. Refolutie, zoo tydig mogte worden ingebragt, dat nog voor de laattte zes maanden van dit loopende jaar nieuwe Staaten van Oorlog zouden kunnen worden geformeerd , met verder verzoek, dat hun Ed. Mogende inmiddels by provifie tot den eerltcn July aanftaande, of wel tot het ingaan van de eerfte Heeremaand daar na , zouden willen continueeren in de be« taalinge van de Militie ea verdere Lasten van
de



t92 GENERAAL RAPPORT VAN
dc Unie, zoo als die, geduurende het afgelopene jaar betaald zyn.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben hun Edele Mog. welgemelde Gecommitteerdens voor hunne genomene moeite en gedaan rapport be« dankt, en vervolgens op het voorfchreeve fubject gerefolveerd volgender wyze:
De Staaten des Furftendoms Gelre en Graaffchaps Zutphen, geleezen en geëxamineerd hebbende hunne Hoog Mog. Misfive van den S2 February deezes jaars, dienende ten geleide en appuy van een Rapport, door hoogst derzelver Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, met en benevens een omftandig Conciliatoir Advys van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , ten zeiven dage ter Vergadering van hun f loog Mog. uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten der refpective Provintien , be. trekkelyk tot de Quotes , en raakende verder het Plan tot het oprigten van een Corps Mariniers, en de verbeetering der Staats Armée.
Hebben , na gehoudene deliberatie, goedge. vonden, de Gecommitteerdens van wegens dee. ze Provincie ter Generaliteit te authorifeeren, gelyk dezelve geauthorifëerd worden kragt deezes, om ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. te openen
Dat hun Edele Mogende met alle aandagt gerefledteerd hebbende op de gewigtige onderwer. pen in het voorfchreeve Rapport, en het daar toe fpecteerpnde Conciliatoir Advys verhandeld, met hun Hoog Mog. volkomen convenieeren, uan de eene zyde van het groet belang, dat 'er voor de Republiek in gelegen is, dat de Quotes in de Lasten vau het Bondgenootfchap ten fpoecliglten worden gereguleerd, de voet, op welke jfre Arrrée van den Staat zal worden geformeerd "en betaald, gearresteerd, en de veraere Lasten van de Unie beraamd en vastgefteld.
En aan de andere zyde , van de genoegzame onmogelykhcid , dat al het zelve tot een ge»
wentcht



HET FIN ANCIE-WEEZEN. ip3
Wenscht einde zoude kunnen worden gebragt, indien elk der Bóndgenooten op zyn ftuk blyfc Haan, en by de Refolutien, door hun genomen, perfifteeren.
Dat hun Edele Mogende uit dit oogpunt deeze zaak befchouwende , en uit deeze grondbeginzelen werkzaam zynde , de bedenkingen en remarques op die gewigtige pointen , nu nader by het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate vervat, voornamentlyk de geene welke betrekking hebben op de confideratien, doof hun Ed. Mog. by derzelver Refolutie van den 8 Ocfober des afgeloopenen jaars gemaakt, met ter zyde Helling van alle byzondere belangen hadden overwogen, en bereid waren , met de meest mogelyke toegevendheid en infchikkelykheid, zoo verre zulks met de gefteldheid deezer Provincie , en het bekrompen financieel vermogen van dezelve maar eenigzints kan worden gecompasfeerd, te concurreeren tot al het geen, waar door die belangryke onderwerpen ten beste van het Vaderland eerlang haar beflag zullen mogen bekomen.
Dat hun Edele Mogende zig dan daar op verklaarende, zullen volgen de ordre, by het gemelde Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate gehouden , en dus met dankerkentenisfe voor den onvermoeiden arbeid en yver, waar mede hooggedagte Zyne Hoogheid en den Raad zig hebben bezig gehouden , om de verfchillende fentimenten der Provinciën te concilieeren , in de eerfte plaats, ten aanzien van de Servies- of Logisgelden voor de Militie, in het voorfz. Conciliatoir Advis §. 2 voorkómende, moeten aanmerken.
Dat hun Édele Mogende , hoe zeer ook genegen zynde alle mogelyke deference voor de begrippen hunner Bóndgenooten te betoonen , zig nogthans genoodzaakt vinden hunne vorige zo gewigtige confideratien te inhaereeren, en ten fterkften te blyven infteeren, dat, gelyk van de allereerIV, deel. N fte



194 GENERAAL RAPPORT VAN
fte tyden van de Republiek af, de Logisgelden, als een Bondgenootfchappelyke last, door de gezamentlyke Provinciën zyn gedragen , ook al nog een Post voor dezelve op den Staat van Oorlog verblyve.
Vertrouwende hun Edele Mogende, dat, daar roet genoegen hebben mogen zien , dat de reedelykheid van haare fufteijue ten deezen by het Conciliatoir Advis erkend word , zulks by de Heer<-n Staaten van de Provinciën van Holland en • Westvriesland en van Vriesland moge hebben den gewenschten invloed : om van her verfchillend begrip , waar in , omtrent de Logisgelden gevallen zyn , af te zien , dewyl het ligten van dien Post van het onvermydelyk gevolg zoude zyn , dat de Trouppes , in deeze Provincie Guarnifoen houdende , geen Logisgelden zouden kunnen genieten , vermits van hun Edele Mogende niet kan gevergt worden , en dezelve ook nimmermeer zullen kunnen verdaan haare Financien ten tweedemaal te bezwaaren , door de bef aaiing der Logisgelden van de Militie , welker genot aanleiding tot verhoging van haaren aanflag gegeeven heeft , zullende echter hun Edele Mogende niet onwillig bevonden worden omtrent de beraalinge van dien , niet als een Provinciaale of Territoriaale, maar als een Generaliteits last, met de Bóndgenooten een eenparigen voet te beraamen , op zodanige wyze , als het billykst zal kunnen worden vastgefteld.
Dat ten aanzien van de 3 §. hun Edele Mogende onnodig agten zig nader te expliceeren omtrent het begrip, by derzelver gemelde Refolutie van den 8 Oélober laatstleeden vervat, dat namentlyk de Generaliteits Kas een aanmerkelyk fupport zoude te verwagten hebben , d or het plaatfen van een nieuwe Post van driemaal honderd duizend guldens , op den extraordinaris Staat van Oorlog, tot verbetering van de defenfit der Frontieren , en om de Magazynen van
het



HET F1NANCIE-WEEZEN. 195
het nodige te voorzien ; dewyl bun Edele Mog. vertrouwen , dat uit hoofde van de goede Adminiftratie van den Raad van Staaten, door welkers devoiren het Comptoir Generaal zig in dien voordeeligen ftaat bevind , die Kas niet alleen zal kunnen blyven continueeren , het voorfz. aandeel in de Quotes , tot foulagement van de Financien der refpeétive Provinciën te furnee. ren; maar dat, die goede directie van den Raad voortduurende, de aanmerkelyke Ftirnisfementen daar uit gedaan , wel zullen worden te boven gekomen, zodanig, dat hun Edele Mogende zig reffens vleien , dat de middelen van verbetering der inkomften en vermindering der uitgaavert gearresteerd zynde , by vervolg van tyden in het Comptoir Generaal gevonden zullen worden die refources, die zoo dikwyls aan de Republiek zyn te ftade gekomen.
Dog dat echter, tot wegneeming van de bedenking omtrent derzelver begrip , by den Raad opgegeeven , hier nog by voegen :
Dat het Rapport, den 15 December 1784 ter Vergadering van hun Hoog Mogende gedaan , en het daar by overgegeeven Pras-Advis van den Raad van Staate en de Generaliteits Reekenkamer , hun Edele Mogende aanleidinge hebben gegeeven, om te veronderftellen, dat het Corap, toir Generaal een aanmerkelyk fupport zal verkrygen , door het plaatfen van een nieuwe Pose tot verbetering der Frontieren en aanvulling der Magazynen, aangezien by het gemelde Pra*. Advis uitdrukkelyk en by herhaling word voorgedragen , hoe het profyt van de Loteryen van tyd tot tyd , als onder anderen in 17G2 , 1781 en 178a gediend hadde tot verbetering der Fortificatiën en Magazynenh zodanig, dat, volgens dat zelve Prae-Advis zederd den jaare 1762 meer dan zes Millioenen uit dat profyt tot de Fortificatiën en Magazynen zyn geëmployeerd.
En waar uit men vertrouwt, dat zal komen te blyken , dat de veronderftdling van hun Ed.
N % Ma-



i-otj GENERAAL RAPPORT VAN
Mogende niet ten eenemaal van grond is ont« bloot; terwyl hun Edele- Mogende zig conformeeren met de voorflag, om de Posten in deze 3 §. voorkomende , mede tot lasten van het Comptoir Generaal van de Unie te laaten.
Dat met opzigt tot het getal van jaaren, voor welken hun Edele Mogende de voldoeninge van de Quotes op de nieuwe voet en de te formeeren Staaten van Oorlog zouden willen aannemen en helpen vastftellen , hun Edele Mogende uit het voorfz. Conciliatoir Pras-Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staaten §. 5 , wel met genoegen hebben gezien , dat, omtrent de repartitie van de lasten , zoo veel mogelyk is , in het oog zal gehouden worden het geen aan de Bóndgenooten zal aangenaam zyn, en dat ia het byzonder de Militie in de meeste evenreedigheid over de Provinciën zal worden ver» deeld.
Dat hun Edele Mogende ook daar in met Zyne Hoogheid en den Raad van Staate convenieeren, dat het jaarlyks formeeren van de Staaten van Oorlog, van den beginne der Republiek af, aan den Raad van Staate is overgelaaten.
Maar tenens vermeenen , dat het gansch niet onverfchillig voor de Provincie kan befchouwd worden, of 'er jaarlyks Staaten van Oorlog wor- I den geformeerd , dan of de geheele nieuwe Staten als een repartitie van geconfenteerde lasten voor den tyd van vyf en twintig jaaren bepaald worden.
Daar in het eerfte geval, geleegentheid is, de repartitie van dezelve na behooren , vooral ten aanzien der Militie , jaarlyks te kunnen reguleeren , het welk in het laatfte geval moetende cesfeeren , hun Edele Mogende als nog eene vrye deliberatie omtrent die repartitie , en op welke wyze die voor de eerfte reize zoude gedaan worden, genoodzaakt zyn aan zig te referveeren.
Dat hun Edele Mogende dan wel geneegen
zyn,



HET FINANCTE-WEEZEN. 197
zyn, dien termyn te bepaalen tot vyf en twintig jaaren , onder de reftnctien, by derzelver gemélde Refolutie van den 8 October 1750 vervar;
Maar zwarigheid maaken , daar by te voegen de ongedetermineerde Claufule, tot zoo lang ah de Quotes met gemeene bewilliging op geen anderen voet zullen gereguleerd zyn, om dat zy met de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland en van Overysfel deeze verfchikking des Quotes maar befchouwen als een hulpmiddel voor de tegenwoordige omftandigheeden , ten einde de klagende Provinciën geleegentheid te geeven, om tot verademing te bekomen , en door het wè! aanleggen van haare inwendige refources, na verloop van dien termyn wederom zodanige Quote op zig te neemen , als zy dan zullen kunnen draagen.
Dat derhalven in dit geval behoorde vastgefteld te worden , dat eenigen tyd voor het ten einde loopen van den termyn van vyf en twintig jaaren de Provinciën wederom opening van haare Financien zullen doen , en deliberatien worden aangelegt, om te oordeelen , of de Quotes moeten blyven, dan wel veranderd wordeii ; voorts , dat , wanneer den eene of andere Provincie zig als overmogend mogte aangeeven, 'er van nu af aan de wyze behoord bepaald te worden , op welke zodanige Provinciën van haar onvermogen zal moeten doen blyken in een tyd binnen welke zulks zal moeten worden onderzogt en finaal afgedaan zyn , gearresteerd, alzo van zo eene Provincie niet te vergen is , om zig weezentlyk buiten ftaat bevindende, de aan haar opgelegde lasten te dragen , dezelve dien ongeagt te blyven torsfen.
Dat belangende de Admisfie van een tweede Gecommitteerde, wegens deeze Provincie in den Raad van Staate, waar van in de 6 §. meldinge gemaakt woid, hun Edele Mogende met genoegea hebben gezien , dat by geene Provincie N 3 zwa-



m GENERAAL RAPPORT VAN
zwarigheid is gemaakt, deeze Provincie te her. «ellen in het genot van een recht, het welk zederd de erectie van den Raad aan dezelve heeft gecorapeteerd.
Daar omtrent de middelen , om tot een afkomst van Confenten te geraaken, in de deliberatien over de te doene Petitiën , het zy tot Equipagie van Schepen van Oorlog , het zy tot andere objecten , de gemeene defenfie van het Bondgenootfchap concerneerende , als meede omtrent die van Confhrainte , hun Edele Mog. veel bedenking blyven dragen omtrent het getal der Provinciën, die 'er vereischt zuilen worden, om de voorfz. middelen van afkomst in het werk te doen ftellen , waar van de redenen by de meervermogende Provinciën , wegens het meerder belang , dat de eene in de defenfie te Lande , en de andere in die ter Zee, en in de protectie van de Commercie heeft, ligtelyk kunnen gevoeld worden: en waarom hun Ed. Mogo wegens het groot belang deezer Provincie moeten perfifïeeren by de verandeiing, door de Perfoneele Commisfie in den voorflag , door Zvne Hoogheid gedaan , gemaakt , en dat gevolglyk het getal der Provinciën , die eene Petitie moeten hebben geconfenteert, voor dat de niet geconfenteert hebbende tot bet inbrengen van gaave Confenten mogen worden geadhorteerd bepaald blyve op vyf Provinciën.
Voorts dat , met opzigt tot de zogenaamde Conltrainte tot furnisfement, hun Ed. Mogende zig zouden conformeeren met het geadvifeerde van de Provincie van Utrecht , vermeenende het ten hoogften onbiilyk te weezen, een Bond' cenoot , die door onvoorziene toevallen en desastres waarlyk onmagtig was geworden te beraalen , en van welkers zuiver onvermogen was ponfteerende, om die reden uit de Generaliteits Collegien uit te fluiten.
Dat , met betrekking tot de 8 §., daar de ■itaat der Financiën van de Provinciën van Zeekind



HET FINANCIE-WEEZEN. 199
land en Vriesland aan hun Edele Mogende ten eenemaal onbekend is , en hun Ed. Mog. dus niet kunnen oordeelen , of de middelen en re. fources van die twee Provinciën zodanig zyn uitgeput, dat dezelven buiten ftaat zyn , om haar aandeel te betaalen in de Penfioenen van de Officieren der Corpfen , tot welkers opnch. ting de onlusten , die met den Keizer hebben gefubfifteerd , aanleiding hebben gegeeven , zy dit PoincT: overlaaten aan de beflisüng van Zyne Doorluchtige Hoogheid, in dat vast vertrouwen nogthans , dat welgemelde twee Provinciën zig niet zullen onttrekken aan het betaalen van hun aandeel in de fubfidien aan den Markgraaf van Brandenburg Anfpach, en de Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg verfchuldigd, en dat hun Edele Mogende dienvolgens, uit overweeging van de reedenen, door Zyne Hoogheid en den Raad van Staaten aangevoerd , van gedag, ten zyn , dat hooggemelde Heeren Staaten vaa Zeeland en Vriesland zouden behooren te worden geadhorteerd, van hunne genomene Refolutie af te zien , en de betaalinge van die Subfidien aan hoogstdezelve nader zoude kunnen worden gerecommandeerd.
Dat voorts, met relatie tot de middelen van verbeetering der inkomften , en vermindering der uitgaaven van de Generaliteit, waar van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland en van Zeeland , de behandeling tot nader geleegenheid hebben uitgefteld , hun Edele Mogende vermeenen, dat dit PoincT:, als een HoofdObject der deliberatien van de eerfte Perfoneele Commisfie geweest zynde, aan de overige Poincten verknogt en daar van onaffcheidbaar is.
En tot eene nadere adftruftie van dit hun fentiment moeten doen remarqueeren.
Dat den aanflag van de Generaliteits Kas op ƒ 4-8-3, in het ƒ 100-0-0 is gefchied, niet alleen op grond van den aftueelen Staat haarer Finantien , maar tevens in het vooruitzigt der N 4 z«r



200
GENERAAL RAPPORT VAN
zeer waarfcbynlyke kans van verbeetering derzelver , door de middelen by het Rapport der voorfz. Commisfie voorgeflagen , fpeciaal door het brengen ten haaren privativen voordeele van zoodane iource, welke uit de Generaliteits Ampten en Bedieningen haaren oorfprong trekkende, tot nu toe door particuliere Leden van het Bondgenootfchap zyn genoten.
Dat hun Edele Mogende over zulks oordeelen , dat het vastflellen der Quote van de Ge. neraliteit, te gelyk met de middelen van verbeetering der inkomften en vermindering der uitgaaven behoorde te worden gearresteerd, moetende hun Edele Mogende, wanneer zulks niet raogt gefchieden, zig volkomen onfchuldig houden aan het onverhoopt eventueel verval , daar uit als dan moetende profltieeren; ook zig onverpligt agten tot eenige verdere engagementen ter beneficeering van dezelve , vooral met betrekking tot het weezen van Provinciaale Loteryen voorgefiagen, zoo lang moeten zien , dat de werkzaamheid van eene zoo omflagtige ComHiisfie , byzonderlyk mede tot het beneficeeren van de Generaliteits miidelen aangelegt, al nu by den waarfchynlyk aanftaande afloop der de. liberatien als ter zyde gefteld, immers met veel onverfchilligheid behandeld zoude worden.
Dat hun Edele Mogende derhalven moeten infteeren , dat de Heeren Staaten van Holland en Westfriesland en van Zeeland mogen worden verzogt , om ten fpoedigften mede op dat fubjedt haare Refolutien in te brengen , ten einde de Generaliteits Kas niet alleen tot furnisfement van haar aandeel zoo veel te beeter in ftaat gefteld worde, maar ook om by vervolg van tyd in onverhoopte extraordinaire gevallen , tot ver' hgting van de Financien der Bóndgenooten te kunnen medewerken.
Dat hun Edele Mogende hier mede toetreedende tot de reflexien , met betrekking tot de btmen van Oorlog en het Schema van dezelve,
daar



HET FINANCIE-WE EZ EN. ioi
daar omtrent al mede de ordre zullen volsen , welke by het Conciliatoir-Advis van Zyne Hoogheid en de» Raad van Staate is vervat.
En wel voor eerst, aangaande de Militie van den Staat, en het Plan van verbeetering van de Armee; dat hun Edele Mogende zig reeds daar over hebbende geëxpliceerd, zig ten dien op?iete tot hunne voorige Refolutie refereeren , hoe zeer ook gewenscht hadden,, dat de reduéti- van zoo een groot aantal van Coropsgnien , waar door de bevordering van een meenigte thans in dienst zynde jonge Officieren , en het vooiuitzigt van andere, die zig in net vervolg aan 's Lands dienst zouden willen toewyen, word afgefneeden , had kunnen voorgekomen woraen ; zullende hun Edele Mogende de verandering in het zelve , gelyk by het Advis en Rappen is voorgeflagen , als gefchikt na den tegenswooriigen toeftand der Financien van de Provii cien, met concurrentie der andere Bóndgenooten zig latten welgevallen, onder zoodanige veranderingen nogthans als met gemetn overleg zullen dienflig en nodig geoordeeld worden; en onder welke veranderingen hun EdeJe Mo*, zouien vermeenen gebragt te kunnen worden'de voorflag, aangaande de Soldye van de Kanonniers , welke als een genoegzaam middel van beftaan uitleeverende, zoude kunnen gelaaten worden op den tegenwoordigen voet, gelyk in het Plan, door de Commisfie tot het Defenfieweezen is voorgefteld.
Dat wyders, met relatie tot de Post van één honderd en vyfeig duizend guldens voor Penfioenen van Officiers gedestineerd §. 11, welke Post hun Edele Mogende by derzelver Refolutie van den 8 Odtober 1790 hebben vermeend laager te kunnen gefteld en provifioneel op honderd duizend guldens bepaald te worden , zig dezelve zullen laaten welgevallen, in verwag. ting , dat die Post by vervolg van tyd zal kunnen worden verminderd , immers , dac by zoo N 5 verre



aoa GENERAAL RAPPORT VAN
verre de voorfz. fomma niet mogt worden ge» abforbeert, het profyt, dat daar op zoud*. mogen vallen , zoo en in diervoegen . als in het Conciliatoir - Advys word voorgenraagen , een Object van liquidatie tusfchen dé Provinciën zal opleeveren.
Dat omtrent de 12 §, raakende de voet, op welke in het vervolg zoude behooren te worden gekort de Manfchappen , die van tyd tot tyd aan de Armée zullen onibreeken, hun Edele Mogende al nog ten fterkften infteeren , dat de Troupes van den Staat , ten dien opzigte alle, op den zelfden voet, en dus het eene Corps , niet guiiftiger dan het andere, behandeld worde.
Dat voorts ten aanzien van de kortingen, welke onder verfchillende benaamingen geheeven worden van de Soldyen van de Militie, en van de Militaire Tractementen en Penfioenen, mitsgaders omtrent de Jura of leges, die in de onderfcheide Comptoiren en Secretarycn gevorderd worden , en waar omtrent de Heeren Staaten van Zeeland en Stad en Lande zig verklaaren , ongeneegen te zyn , eenige verandering toe te laaten, en die van Vriesland het Poinct van de Leges en Jura in deliberatie hebben gehouden, hun Edele Mogende perfifteerende by hunne dei wegens ngebragte Refolutie, met Zyne Hoogheid en den Raad van Staate convenieeren, dat de Sraaren van Zeeland en Stad en Lande, met allen aandrang zouden behooren te worden aan* gemaand , om zig omtrent de kortingen op de Soldyen en Militaire Tractementen met de gedaane voorflagen te conformeeren , en dezelve, benevens de Staaten van Vriesland verder verzogt, om, indien zy al ongeneegen mogten zyn, van zig in opzigt van de Leges en Jura met de gedaane voorflagen te vereenigen , die Leges en Jura ieder in den haare te verminderen, m voegen by het voorfz. Conciliatoir - Advys met meerderen vervat.
Gelyk ten opzigte van het nieuw Plan van
een



HET FINANCIE - W E E Z E N. 1 203
een Corps Pontonniers §. 14. voorkomende; en de voet van betaalinge van het zelve, hun Edele Mogende zig conformeeren met de verandering, daar in door Zyne Hoogheid en den Raad van Staaten voorgeflagen.
Dat, met relatie tot het bygebragte omtrent de herhaalde inftantien door en van wegens deeze Provincie, ten einde convenabele Tractementen voor de Gouverneurs of Commandeurs van de Steden Nymeegen , Arnhem , Zutphen en Doesburg op den Staat van Oorlog, en dus ten lasten van het Bondgenootfchap worde gebragt, hun Edele Mogende , by/ aldien het antwoord op dezelve aan hun eenigzints voldoende was voorgekomen, zig daar meede zouden te vreeden gehouden , en hunne inftantien niet ver. nieuwd hebben.
Dog daar het zelve aan hun Edele Mogende ongegrond is toegefcheenen , en de voorige Staaten van Oorlog' niet geftrekt hebben tot eea rigtfnoer, waar na het Schema en de nieuwe Staaten zyn ingerigt, vermits daar op eene meenigte van Posten zyn afgelaaten, die op de voorige zyn geplaatst geweest, vermeenen hun Edele Mogende , dat in deezen alleen in confideratie behoord te komen , of de billykheid en de natuur der zaake niet vorderd, dat deeze Tractementen , die niet zyn tot het Huishoudelyk nut van de Provincie van Gelderland alleen , maar tot dat van het geheele Bondgenootfchap, ook tot lasten van het zelve gebragt worden; vertrouwende, dat de vergelyking van de commandeerende Officieren in de Provincie van Utrecht en Vriesland , met die in Gelderland, en het gevolg dat daar uit getrokken word , in deezen niet allefints overeenkomftig , of tegen elkander overftaande zal gevonden worden.
Aangezien de twee eerstgemelde Provinciën wegers haare legging nimmer voor Frontieren van den Staat zyn gehouden , en daarom ook de Steden Utrecht en Leeuwaarden met de Ves.
ting>



304 GENERAAL RAPPORT VALs
tingwerken zyn voorzien , daar in tegendeel de Steden van Nymegen , Zutphen , Doesburg en Arnhem niet alleen zyn gerbrtificeerd, maar ook op de Frontieren geleegen , en voornamentlyk dienen tot dekking en veiligheid van andere, meer binnenwaards liggende Provinciën; alwaarom hun Edele Mogende, ongeagt het eenpaarig begrip van de overige Bóndgenooten, dat Poiiift niet kunnen laaten vaaren , of houden voor afgedaan , als niets anders vorderende , dan het geen regt en billykheid komt mede te brengen; terwyl hun Edele Mogende het gevolg, getrokken uit de opgaave der inkomften en Huishoudelyke lasten, aan Zyne Hoogheid gedaan, niet als een generaale rigtfnoer kunnen admitteeren, en by den Raad van Staate , met opzigt tot het (filftaan van de losfing der Capitaalen voor reekening van de Provincie van Stad en Lande, ten Comptoire Generaal van de Unie genegotieerd , ook niet als zoodanig fchynt geadmitteerd ie worden.
Immers dat het argument van den Raad omtrent de opgaave der Huislasten niet flrookt met haare roegeeventheid aan Stad en Lande, om aan dezelve te gemoet te komen door het maaken van convenable fchikkingen tot het rembourfement dier fommen, en om daar op flegts nepen duizend guldens jaarlyks te doen aflosfen.
Dat , betreffende de verdere details van de Staaten van Oorlog , hun Edele Mogende wel zouden adopteeren her veranderde Plan van het op te rigten Corps Mariniers en h;t geen daar toe verder behoort by den 16 §. voorkomende.
Dan dat in dit nadere Plan voorgeflagen wordende, om de Zee-Officieren te asllgneeren op de relpecf ive Admiraliteiten , daar door uit het oog fchynen verlooren te worden de voorgeflagene verbeeteringen en befpaaring in het Huishoudelyke der Admiraliteiten, en de infmelting van dezelve tot één Collegie.
Dat hun Edele Mogende echter daar aan zoo « zee?



HET FINANCIE-WEEZEN. 295
zeer hegten, en die zaak van dat gevvigt en nuttigheid aanzien, dat zy vermeenen, dat het oprigten van een Corps Mariniers daar mede onaflcheidelyk moet gepaard gaan, en dat zy zig in het eene buiten het andere niet kunnen ingeeven, ook niet van zig kunnen verkrygen, om zelfs op den voorigen voet te blyven betaalen; de ondervinding geleerd hebbende, dat twee Admiraliteiten genoegzaam onvermogend zyn tot het voldoen haarer wettige Crediteuren , en de Financien der overige zoo zeer gedelabreert , dat uit haar gewoona inkomften niets tot weezentlyke protectie der Commercie kunnen presteeren ; vertrouwende han Edele Mog. , dat» wanneer de voorgeflaagene middelen van verbetering haar beflag zullen verkreegen hebben, als dan de fom van een millioen voor Equipage , aanbouw en reparatie van Schepen geaffecteerd, en die de fom , door de Commisfie van het Defenfieweezen nodig geoordeelt, nog ver te boven gaat , toereikende zal bevonden worde», tot in ftandhoudinge van de Marine, immers in tyd van Vreede.
Dat hun Edele Mog. derhalven in den voorflag om de vermindering van de fom voor de kosten van het Corps Mariniers uitgetrokken, ten beloope van ƒ 25547a - 15 - 8, of geheel, of voor een groot gedeelte , by het millioen voor de Marine te doen voegen , zig niet kunnen geeven, en van gevoelen zyn, dat de Staat van Oorlog met deeze fom zal kunnen worden vermindert , inhsereerende derzelver Declaratoir by Refolutie van den 8 October 1790, op het Rapport van de tweede perfoneele Commisfie gedaan, met verklaaringe, dat, wanneer buitengewoone omftandigheden extraordinaire efforts kwamen te vorderen, en de fom van een millioen voor de Marine bevonden mogte worden niet toereikende te weezen, geneegen zullen zyn naar al hun vermogen te contribueeren, en zoo veel de Financien haarer Provincie zullen toe-
laa-



ao6 GENERAAL RAPtPORT VAN
laaten , tot herftel van 's Lands Marine mede te werken, zoo maar de voorgeflagen redresTen in de adminiftratie der Zeezaaken, ofte zoodanige andere , die nog beeter mogten geoordeelt worden, dadelyk worden geintroduceert, en waar omtrent hun Edele Mogende op het kragtigfte infteeren, dat de Befognes over dit Stuk (waar over alsnu het advis van den Heer Admiraal Generaal gewaagt is, en de zaak verder gemaakt is commisforiaal,) hoe eerder zoo beeter met allen iever moge worden geëntameert, voortgezet en ten einde gebragt, aggreëerende hun Edele Mogende nogthans den voorflag tot de aanftellinge van een Adjudant van de Marine , en de bepaalinge van deszelfs Tractement op vyf en twintig honderd guldens.
Dat, ten reguarde van het vacant blyven der Tractementen van Gedeputeerden buiten 's Lands en de liquidatien tusfchen de Provinciën ten dien opzigte te houden , hun Edele Mog. genoegen neemen met het expediënt, door Zyne Hoog. heid en den Raad van Staaten voorgeflagen , namentlyk, dat, indien eenig Tractement, op de ordinaris Staat van Oorlog ftaande, eeneu meer dan gewoonen tyd zoude mogen vaceeren, daar over tusfchen de Provinciën zal worden geliquideert, en dat voor eenen meer dan gewoonen tyd gehouden worde een geheel jaar na het jaar, waar in de vacature is ontftaan.
Dat hun Edele Mog. voorts omtrent den voet, waar op de vervulling van die posten zoude moeten gefchieden, inhasreeren het geadvifeerde door de eerfte perfoneele Commisfie, in vertrouwen , dat in cas van vacature de fuccedeerende Ministers door hun Hoog Mogende verkooren en aangefield zullen worden.
Gelyk hun Edele Mogende ook alsnog moeten blyven infteeren, dat de plaatfen van Predikant, op den ordinaris Staat van Oorlog ftaande , die zeedert veele jaaren onbegeeven zyn, by bekwaame geleegentheid worden vervuld, en
de



HET FIN ANC IE-WEE ZEN. 207
de fommen daar voor op den voorfchreeven Staat uitgetrokken.
Dat, belangende den voorflag van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate by Je .8 §. vervat, om voor de defroyementen van de Generaliteit voortaan te brengen eene ibrnme van één honderd en vyftig duizend guldens op den ordinaris Staat van Oorlog, en wel geheel ter Repartitie van de Provincie van Holland , hun Edele Mog. zig genoodzaakt vinden te perfideren by hun geadvifeerde, by Refolutie van den 8 v'ét-ober laatstleeden op die materie uitgedrukt, alnog verklaarende, dat hun geene reedenen zyn voorgekomen , waarom die post zoude wor (en verhoogd , of waarom dezelve niet egaal over alle de Provinciën Quotesgewyze zoude worden gerepartitieert; immers dat de zwarigheden, daar tegens geoppert, kunnen worden opgeruimr, indien de Provinciën jaarlyks ieder haare Quote in deeze post ten Comptoire van de Generaliteit kwamen te fürneeren , met overlaating aan de Bóndgenooten , om daar over by meerderheid te disponeeren, of anderzints, indien deeze poft op de Quote van de Generaliteits Kas werde gebragt, zoodanig egter, dat deeze post, het zy op den ordinaris , het zy op den extraordinaris Staat gebragt wordende, liquidatie zal zyn onderworpen, na en in conformiteit van de ordres van den Lande.
Zullende hun Edele Mog. dan ook van de onzydigheid van den Raad van Staate verwagten, dat een post, van aart als deeze, niet op eene Provincie alleen gerepartitieert zal worden.
Dat hun Edele Mog. zig verder laaten welgevallen , dat een Major , een Commis en een Provoost op het Fort te Bath, met de daar toe gedeiigneerde Tractementen op den ordinaris Staat van Oorlog worden gebragt , maar geenzints convenieeren van de reden , waarom de Majors in de Steden Vlisfingen en Veere op den ordinairen Staat van Oorlog zouden behooren



soS GENERAAL RAPPORT VAN
ren te blyven ; perfifteerende overzulks by hun geadvifeerde, ten reguarde van de Majors in de Steden Thiel en Bommel, voormaals in de Repartitie van deeze Provincie op den ordinaris S aat van Oorlog geftaan hebbende , alzoo hun E^. Mog. in de afwyzinge van deeze Posten niet anders hebben bewilligt, dan , mits niet
a iccn ue overige uondgenooten het royeeren der posten in haare Provinciën van den ordinaris S.aat van Oorlog, zoo als door de eerfte peribnede Commisfie is geproponeert, en dus de , Provincie van Zeeland het royeeren van de Majors te Vlisfingen en Veere zig meede laaten welgevallen, maar ook in die vaste verwagting, dat de verdere daar by vermelde pointen van rneaage en verbeteringen der Generaliteits Financien zullen worden aangenomen en ter conclufie gebragt.
Dat wyders hun Ed. Mog. geen reflaxie gemaakt hebbende op het ftellen van de Trompetters van den Staat op den extraordinaris Staat van Oorlog, geduurende hun leeven, van geene andere gedagten geweest zyn, dan dat derzelver plaatfen by vacature niet wederom behooren vervult te worden.
Dog zig als nu daar op nader expliceerende , aan derzelver Gecommitteerdens ter Generaliteit overlaaten, om ten aanzien van het aanhouden, of affchaffen deezer Bediendens, en dus aangaande de mortificatie der Tractementen , na de inclinatie der overige Bóndgenooten te handelen.
Dat , belangende de twee Aften van verzoek tot laste van de Provincie van Zeeland, te zaamen bedragende vier en twintig honderd guldens, ten behoeve van het Gasthuis te Sluis in Vlaanderen gedepecheert , in voldoening van twaalf uaren huur van een huizing', hpr vAu*
Gasthuis toeb.hoorende , hun Ed. Mog., daar riet redclyk zoude zyn de betaalinge van een zodane dugJge fchuld van huur aan een Godshuis



HET FIN AN CIE -WEE 'ZE Ni
huis te verwygeren , zig met de gedagten van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, om de betaaling van de voorfchreeve Acten nader aan de Heeren Staaten van Zeeland tè recommandeeren, kunnen conformeeren.
Dat , met opzigt tot de TraElementen van de Directeurs en Ingenieurs §. 22. voorgedragen j hun Ed. Mog. , om de t>y het Conciliatoir» Advis bygebragte zwarigheid, en dat de zaak eenigzints buiten haar geheel is , van hunne bevoorens gemaakte remarques zullen afzien, en zig met de overige vyf Provinciën voegende, op het veranderen van dien voet van betaalinge niet verder zullen inlleeren.
Dar, met relatie tot deSubiïJie van/jöccio-o-o ten behoeve van de Colonie van Surinamen j pp het Schema van( den exrraordinaris Staat van Oorlog , in conformiteit van. voorige Stapten Van Oorlog gebragt, hun. Ed. Mog. vermeenen! dat de reedenen door Zyne Hoogheid en den Raad van Staaten, 23 geallegueert, zodanig concludent aan de Provincie van Viiesland, die jn hut aduvtteeren van deeze post zwarigheid heeft gemaakt, moeten voorkomen , dat niet mogen twyffefen , of die Provincie zal in de betaaling van het voorfz. Subfidie bewilligen, èn daar in hun aandeel opbrengen. 5 Terwyl hun Ed. Mog. offchoori de Provincie yan Gelderland zekerlyk minder voordeel by de Colonie van . Surinamen als de Provincie vaü Vriesland heeft, uit confideratie , dat de lasten van het Bondgenootfchap niet beiaald, worderi na maate van het belang, dat de eene hovende andere in deeze of geene zaak heeft , zig deeze last niet willen onttrekken , en dienvolgens haare Refolutie, ten deezen opzigte genomen, blyven inha;feeren.
Dat wyders hun Ed. Mog. zig conformeeren' met de overtuigende redenen van Zyne. Hoog» beid en den Raad van Staate , by het Concilia... toir Advis § 24. omrent de Predicant te Delf. IV. oézL Ö ±jjj



Éïo GENERAAL RAPPORT VAN
zyl, de Nederduitfche en Frarifche Predikanten* onder bet Kruis en de Predikant te Yzendyk, overeenkomftig het Advis van de Heeren Staaten van Overysfel bygebragt.
Mitsgaders her geen omtrent het vyfde Battaillon van den Fuist van Waldek in den 25 §. is geallegueert , en meede met opzigt tot de post voor Appointès , oude Impotents en verfninkte Soldaaten , zig met den voorflag en fchikking , by het Conciliatoir Advis vervar , onder inhaefle van haar gerefolveerde , voor het toekomende , of het vervolg van tyd , conformeeren.
Dat, concerneerende de post van driemaal honderd duizend guldens , tot verbetert,> van de defenfie der Frontieren , en aanvulling der Magazynen, in de 27 §. van het Conciliatoir Advis , hun Edele Mog. vermeenen', dat die fomme op den Staat van Oorlog , als een vaste post moet geplaatst, en niet uit extraordinaire Petitiën gevonden worden, op dat de Raad van Staate zeeker zy , wat 'er jaarlyks betreed kan worden tot Werken , waar aan de Republiek zoo een groot belang heeft, en waar van haare veiligheid zoo zeer is afhangende , en dat overzulks de Heeren Staaten van de Provinciën van Zeeland en van Vriesland behooren te worderi verzogt, van haare bedenkingen af te zien , en zig, relatief dit point, tot voorkominge der moejelykheeden, die door het aflaaten van deeze Post van den Staat van Oorlog te verwagrerï zyn , met de overige Bóndgenooten te conformeeren.
Voorts dat, wat de Loterye betreft, de verbetering en directie van dat Fonds aan de Raad van Staate verder by continuatie zoude behoren te worden overgelaaten.
Dat , met reiatie tot de reflexie , gevallen by de Heeren Staaten van Vriesland op de post voor onderhoud van de Fortificatiën binnen de Provinciën. Hun Edele Mogende zig confor-
inte»



HET FINANCIE.WEE ZEN.
*3E
meeren mat de confideratien van . Zyn Hooghei.! en den Raad van Staate by J 28 voorkomende.
En dat. belangende de post van een millioen voor een jaarlykfche Equipage, § qq, hun Edele Mog. inhxreeren haare daar omtrent genomene RefMutie , en wel expresfelyk het geen op de 16 5» aangaande het Corps Mariniers, gedeclareert hebben , gelyk hun Ed. Mog.' alnog inhasreerende derzelver meergemelde Refolutie van den 8 Oclober laatstleeden, ten fterkften infteeren, dat aan de twee overige pointen, by de Refolutie van de Heeren.. Staaten van Stad en Lande , raakende de belastingen der Landproducten van die Provincie, by den doorvoer na andere Provinciën , welke Refolutie zy voor de hunne aanneemen, voldaan werde. i v Want dac hun Edele. Mog.-eene algemeene vrye Handel tusfchen alle Ingezeetenen yan deezen Staat met alle haare Waren , Goederen en KooDmanfchappen; inzonderheid van haïre eigene Fabricquen en Producten van het Land , altoos hebben aangemerkt en gehouden als het yoornaamfte fundament van derzelver welftand en prosperiteif. - .
En. dat het belasten van de Goederen en Producten in de eene Provincie gevallen, en in eene andere vervoert en aldaar verhandelt wordende , of door dezelve doorpasfeerende, boven die der eisen Ingezeetenen, niet anders kan worden geconfidereert als een notoir ongelyk , en wezentlyk bezwaar die rfe eene Provincie aan da andere of derzelver Ingezeetenen komt aan te doen, en het welk.niet overeen te brengen is met het Bondgenootfchap , harmonie ■ en , Vriendnabuür-. lykheid,; die tusfchen de Leden van een en de« zelfde Republicq , welkers grondflag gevèstigt is op Vryheid en vryen Handel, behoord te beftaan , noch te comrjasfeeren is met het actiënde Articul van de Unie , waar by de zaamentlyke Bóndgenooten zig hebben verhonden ,. .orrx de wederzydfche Ingezeetenen niet te bezvyaaO e . ren/



*r* GENERAAL RAPPORT VAN
ren, of andere lasten op tè leggen boven de geenen , welke haare eigenè Ingezeetenen betaalen.
Dat , met opzigt tot het gereflecteerde in de 30 §, betrekkelyk het brengen van een post van een honderd en twintig duizend guldens op den Staat van Oorlog wegens interesfen van vier millioenen , tot betaaling van het verfchuldigde aan den Keizer, hun Edele Mogende moeten aanmerken.
Dat dit point wel met de vereischte attentie, hoe zeer daar aan by het Conciliatoir-Advis febynt getwyffelt te worden , hebben overwogen , ook fpeciaal geëxamineert de elucidatien door Heeren Gecommitteerdens uk den Raad, ten aanzien van deeze Negociatie aan de Commisfie gegeeven, en in de Dag-Notulen dier Commisfie geinfereert; dan hoe groot en uitgeftrekt ook het vertrouwen van hun Edele Mog. moge zyn in de goede directie en het ieverig behartigen van den Raad van Staate omtrent de Generaliteits Financien , dat vertrouwen nogthans bepaalder en het onderzoek natunrlykcr word, wanneer het belang van de Provircie met dat van de Generaliteit tegens elkander als aanftooten, of in eene Collifie komen.
Dat hun Edele Mog. daarom ook gemeend hebben, zonder de waarheid van het gerapporteerde van de Heeren Gecommitteerdens uit den Raad van Staate in twyffel te trekken , niet aK leen bevoegt, maar zelfs verpligt te zyn, nader blyk te vragen van eene zoo aanmerkelyke Negociatie, als is die van vier millioenen', buiten derzelver voorkennis en toeftemming gedaan; te? meer daar noch van de tyd noch van de wyze deezer Negociatie by het Rapport is gebleeken.
Dat uit het Rapport by hun Edele Mog. al verder in bedenking is gekomen. of de drie millioenen , aan de Oostindifche Compagnie verftrekt , die gevolgelyk uit de Generaliteits Kas hebben kunnen gemist worden, en die men ver-
OU-



HET FINANCIE-WEEZEN. =13
onderfteld, dat thans zullen zyn afgelost , niet zouden kunnen worden geëmpioyeert, zoo niet geheel, immers voor het grootrte gedeelte tot betaaling van de vier millioenen.
Al waarouime hun Edele Mog. ook vertrouwen , dat men hun ten beste zal houden , daar zy zig reeds in het geval bevinden , van die Provinciën , welke, volgens het geacivanceerde by het Conciliatoir Advis, pag. 18.(*) zig moeten getrooften , dat al het voordeel , het welk uit het Comptoir Generaal te trekken is , door eenige weiniae van hunne Meede-Bondgenooten word getrokken , zig ongeneegen vinden , om nog boven dien in het gevjl gefteld te worden, van haar eigen geld Interesfen te moeten betaalen, het geen dog het geval zyn zoude, indien 'er genoegzaame Penningen in de gemeene Cas voorhanden mogten wezen, om die fchuld af te losfen.
Dat hun Edele Mogende verder, met relat'e tot de post van tien duizend guldens , ter Repartitie van Gelderland, Utrecht en Overysfel, zeedert den jaare 1710 gebragt tot reparatie en onderhoud van de Ryswerken te 's Gravenwaerd en den Tsfelflroom, dan welke fomme op verre Tia niet toervkende is tot onderhoud van deeze importante Werken, met leedweezen hebben moeten zien , dat dezelve , gelyk meer andere posten, waar by de Provincie van Gelderland is geinteresfeert , direct worden geweezen van de hand, en overzulks op die msterie haare vorige inftantien moeten biyven inhtereeren.
Want dat de re-marques daar omtrent in de 31 § voorkomende, dat naraentlyk by admisfie van die Post ook andere Provinciën even zeer zouden kunnen fustineeren , dat insgelyfe op haare repartitie behoorde gebragt te worden een Post voor de Rys- of Zeewe:ken , binnen dezelve geleegen, «een ftet-k kunnen houden; alzo die Rys- en Zeewerken in andere Provinciën
ia
(*) Zie ons HL Deel, Blad*. 074. O 3



fft «5ENERAAL RAPPORT VAfsT
in gelykheid (laan m:-t de Dvken en Waterwee leen in deeze Provincie , welke alken tot eigefr veiligheid van deeze en die Provinciën zyn dienende , en welkers reparatie en onderbond behooren en moeren blyven tot de byzondere Huishoudelyke lasten van ieder Provincie.
Dog dat de beide Rivier-takken van Rhyn en Ysfel, en om die te behouden, op de bebooriyke diepte tot defenfie van het Land, van de oudfte tyden af, tot dekking, niet zoo zeer van deeze Provincie alleen, als- wel van het geheele Frontier, gediend hebban.
Dat hun Eteie Mogende rierhalven niet zullen herhaalen het geen door derzelver Gecomrouteerdens dien aangaande in de dag Notulen der eerfte p2rfoneele Commisfie is geiiifereerd, nog het geen by derzelver Refolutie van den 8 Oftoher laatstleeden is vervat, in vertrouwen, dat de Raad van Staate met hun zal moeten convenieeren , dat de uiterfte Frontieren , die aan deez; zyde van de Republicq door de Rivieren worden gefavonfeerd , waar voor -men na alle maximes het beste een Vysnl kan ftuiten , en alzoo verder middelen tot d.iienfie beraamen, van de uiterfte aangeleegentheid zyn.
Dat dus niet alleen het particulier welweezen van deeze Provincie vererécht, dat die- Stroomen in goeden ilaar gehou ien worden , maar ook het gemeene Intrest van alle binnen leg. Rgiide Provinciën , die nooit verre genoeg een Vyand van hunne Grenzen kunnen eloigneeren, zulks vorderd.
Dat hun Edele Mogende verder vermeenen, dat het Argument uit de opgaave van den Staat der Provicciaale Financier, aan Zyne Hoogheid o.'ergeleeverd , mtr door de betaalingen , die thans jatrlvks voor de Ryswerken van NederRhyn en Ysfel worden gedaan , onder de Huislatten begreepen ; en zuiver Provinciaal zouden geworden zyn, mede op andere Provinciën zoude quadreeren , en dat des niet te min door welgemelde Raad van Staate daar omtrent toegeeyeüthéia gebruikt word, Dat



HET FINANCIE-WEEZEN. ai§
Dat eindelyk , ten aanzien van de generaale reflexien , in de 12 § bygebragt, omtrent de Refolutien van de' retpeftive Provinciën op het Rapport der Perfoneele Commisfie , hun Edele Mogende met Zyne Hoogheid en den Raad van Staaren convenieeren in de redenen, waarom zoude mogen en moeten wofrlen opgemaakt, dat de Provinciën in het generaal approbeeren alle Posten, op het Schema van de Staaten van Oorlog gebragt, voor zoo verre in hunne reeds genomen Refolutien op dezelve geen redexien gemaakt hebben.
Dan dat hun Edele Mogende met voorby kunnen met een woord aan te merken, dat onder het woord van geringe Posten, in derzelver Refolutie van den 8 Oftober 1790 vermeld , waar voor geene Aften van verzoek zouden behoeven te worden gedepecheerd , immers zonder ontgeltenisfe geëxpedieerd , behooren de Karvragten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden , gekeverd Stroo voor de Militie , Tolgelden der pasfeerende Militie , Huishnuren en onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen , Rodeloonen ten diende van den Lande, Vuur en Licht op de Wachten , en diergelyke , waar omtrent vermeenen , dat de Provinciën zullen mogen kunnen voldaan , met jaarlyks aan den Raad over te zenden Specificatiën van de betaalinge , die zy zullen hebben gedaan.
En dat hun Edele Mogende wyders, ten asnzien van de Post tot vinding der kosten van eene jaarlykfche Equipagie, aanbouw en reparatie van Schepen van Oorlog, mitsgaders de Interesfen van ce vier Millioenen ten Ccmptoire Generaal van de Unie genegotieerd, op pag. 67. (*) voorkomende, inhcereeren het geen dien aangaande op de 16 en 30 $. hebben gedecla-, reerd.
Dat
(*-) Zie ons UI. Deel, Bladz. 343, °4



ijitf GENERAAL RAPPORT VAN
Dat hun E Iele Migsnde , belangende de, jaarlykfche liquidatie óver allé de Posten var, den. extraordinaris Svaat , zig conformeren met de confideratien der EfeetiMI Staaten 's Lands van ötrecht, vermanen te, dat, ten aanzien van de Post van éi 1 Millioen voor de Marine, de drierbna! honderf duiïenf gillens voor de Fortificatiën en1 andere Posten var gelyke natuur, zoufen kunnen volfhan, dat de Raid van Staate verzogt worde jaarlyks by den ex raorlinaris Staat van O >r!og te voegen een Notitie van het geen in het afgeloopen jaar uit die Posten betaald is , of nog betaald moet worden , tot informatie van de Bondge looten , immers , dat over dezelve zo niet jaarlvks, dm o/er een zeker getal van jaaren, geliquideerd werdé.
Dat eindelyk , ten aanzien vin de remarque yan Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, dat geene Provincie zig Heilig heeft geëxoliceert over de verandermgeri, die by het Rappórt van de Commisfie zyn voorgeflagen, dat ia her Re. glement van de Binnen en Ruitenlandfcfie Commisfren zou ie behwi-vn te worden gehaakt , fpectaal over de aanftelling van eenige Secreta' £isf»n d'Ambasfafe of Legations-Secretarisfen, bun E». Mog. vermeenen zig , met opsigt tot die geproponeerle veranderingen by hunne Refolutie van den'8 Octob'er laatstleeden pa» at klaar genoeg te hiSSe» geuit, en over zulki daar by als nog perfifberen , terwyl hun Edele Mageiide bereidwillig zyn, om ten aanzien vsn het aartftellén vair Secretarisfen d'Ambasfade of Legations-Secretarisfen met de andere Provucien te concurreeren , zo a!s ten meelten nutte van den' Lande zal bevonden Worden, te behooren.
Dit bun Edele Mogen te vermeenende zig hier mede op de voorfz. Poin&en met 'zo veel toegeeventheid , als eenigzints van hun gevorderd konde worden, te hebben geëxpliceerd, en hertelyk wenlcliende , dat eerlang omtrent dezelve een heiièaam befluit moge genoometf worden ,
voorts
Jtk



HET FINANCTE-WEEZEN. ai?
voorts confidereerende dat de Refolutie der re« fp<6tive Provinciën mogelyk niet tyding genoeg zullen inkomen , om caar na ordre te ftellen op de betaalinge van de Militie en vetdere lasten van de Unie voor den i Juiy aanftaande, of wel voor het ingaan van de eertte Heerenmaand daar na, overeenkomftig de voordragt in de Introduel: e van het Conciliatoir-Advys gedaan, goedgevonden hebben derzelver Gecommitteerdens ter Generaliteit in dat geval te suthorifeeren, om tot hec uiteinde deeses jaars in ce continuatie van de gewoone betaalingen van de Militie en verdere lasten van de Unie , uit de Staaten van Oorlog proflueerende , en van de betaaling der Militie, door de Provincie van Vriesland afgeweezen , uit de Kas van de Generaliteit , op den voet als die geduurende het afgeloopen jaar betaald zyn , met concurrentie der andere Provinciën te confenteeren , onder zodanige geringe veranderingen , als in den laatst geformeerden extraordinaris Staat van Oorlog zyn voorgevallen, en op de Lyst, by het Rapport onder No. l. gevoegt, vermeld 'vorden.
En zal hier van Extract aan de Gecommitteerdens deezer Provincie ter Generaliteit worden ingezonden , ten einde daar van ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende de nodige ope. ning te doen.
(Onder ftond)
In fidem ExtraSlf. (Getekend)
J. IN DE BSTOUW.
O S JE*.



213 GENERAAL RAPPORT VAN
Refolutie van de Provincievan Vries, land, op het Conti li ai oir
over het Rap. port van het Werk dei Qua-
ExtraB uit het Register der Refohi' Hen van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Martis den 14. Juny 1791.
T^V Heeren Gedeputeerden van de ProvinL/ cie van Vriesland, hebben ter Vergaderinge van haar Hoog Mogende ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie , hunne Principaaien, genomen op het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , ter Vergaderinge van haar Haog Mog. uitgebragt op de Refolutien van de Heeren Staaten van de refpeétive ProAncien', genomen op het Rapport, den 21 Mey 175:0 alhier ter Vergaderinge gedaan door Ai Heeren van de perfoneele Commisfie, welke ot het reguleeren der Provinciale Quotes in de Lasten van het Bondgenootfchap, en het onderrokken van de Financien van de Generaliteit , s gechargeerd geweest: volgende de vocrfchre. /e RefoiUÜe hier na geinfereerd.
Geëxtraheert uit het Refolutie* Boek der Edele Mogende Heeren Staaten van Vriesland.
I^Nntfangen eene Misfive van hun Hoog Mogende de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , gefchreeven in 's Hage den 12 February dezes jaars, waar by aan hun jidele Mog. overzonden het Rapport, ten zeiven dage aldaar ter Vergaderinge uitgebragt, inhoudende het geadvifeerde van Zyn Hoogheid en den Raad van Staate betrekkelyk tot de Quotes, en raakende het Plan voor een Corps Mariniers , en verbetering van de Armee van den Staat.
Is 5



HET FINANCIE-WEEZEN. ai$
Is, na deliberatie, en gehoord het Rapport, door de Heeren , by Staats Refolutie van den ï8 Maart laatstleeden daar toe gecommitteerl, het opgedagte Generaliteits Rapport geëxamineerd hebbende, ter Vergadering van hun Edele Mog. voorgedragen , goedgevonden en verftaan , de Heeren deezer Provincie Gecommitteerden ter Generali.eit, te authorifeeren en re gelasttn, gelyk dezelve gesuihorifeerd en gelast worden by dezen, ter hooggedagte Vergaderinge van hun Hoog Mog. te dtclareeren , dat hun Ed. Mog. tot de continuaiie in de betaalinge der Militie in dier voegen, als by hun Ed. Mog. ter repartitie is aangenomen en betaald word, de nodige Ordres hebben gefteld.
En voorts, aangaande het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad boven gemeld , dat hun Edele Mog. niet nodig oordeeknde , zig aangaande § t. by deezen nader te verklaaren, niet kunnen afzien van hunnen Voorfiag omtrent de 'Logisgelden $ a. voorkomende, gedaan by Refoiutie van den 30 September 1790 , als allezints op de billykheid fteunende, en hun Edele Mog. in tegendeel voorkomt, dat met de aequite'it niet te compasfeeren is, dat by deeze Provincie Logisgelden zullen worden betaald aan Troupes , elders Guarnifoen houdende.
Dat hun Edele Mog, , ten opzigte van het brengen van de post op den Staat van Oorlog ter defenfie van de Frontieren , en om de Magazynen van het nodige te voorzien , § e. gemeld, moeten perfifteeren by hun gedeclareerde, als kunnende die post niét admitteeren.
Dat hun Edele Mog. voorbygaan het geen % 4. omtrent de continuatie der Lasten en verbetering der Provinciaale Financien voorkomt , waar over dezelve zig reeds hebben geëxpliceerd , gelyk mede den inhoud van § 5, 'ten opzigte van het vast/lellen der Staaten var. Oor. log voor den tyd van vyf en twintig jaaren, uit dien hoofde kunnen pasleeten, fpecieai echter
aan



*3a GENERAAL RAPPORT VAN
aan zig referveeren de vrye deliberatien, omtrent de repartitie der posten , die op den Staat van Oorlog zullen worden gebragt.
Dar hun Edele Mogende de admisfie van de tweede Gecommitteerde wegens Gelderland in de Raad van Staate , waar van § 6. gefproken word , meede willen brengen ter conclufie, zoo dra de andere poinclen kunnen worden afgedaan, en omtrent de ganfche zaak eene Conclufie zal kunnen worden geformeerd.
Dat hun Edele Mogende vermeenen , dat zig aangaande de middelen van afkomst § 7. ge. dagt , niet nader behoeven te exph'ceeren, gelyk mede niet zouden doen omtrent'§ 8., ware hét met, dat hun Edele Mog. hadden gezien, dat va voorfz. Advis de woorden van hunne Refojutie in eene andere zin waren gefteld , als daar m voorkomen, waar door dezelve zig dan gedrongen vinden , met alle menagement alleen te remarqueeren : dat hoofdzakelyk hebben gezegd en thans herhaalen , dat die reedenen ten •minften ten hunnen reguarde gefundeert vonden , dewyl niet verder verpligt waren te betaalen als gecenfenteert hadden, en derhalven, dat het neemen van die posten ten laste van het Comptoir Generaal niet wilden hebben geconfi' dereert , als eene Remissie , daar ten hunnen vpzigte geen fchuld zynde , ook geen remisfie plaats kende vinden.
Doch dat, wanneer de zaaken in het Rapport voorgefteld , ter conclufie zouden zyn gebragt, de Quotes gereguleert zouden zyn , en dadelyk by alle de Bóndgenooten zouden worden gefur. necrt , zig als dan zouden laaten vinden, en van die tyd af hunne aangenomene Quote betalen, primo in de Penfioenen enz.
Kunnende hun Edele Mog. voorts niet begrypen, op wat grond in die Paragraaph gezegd word , dat Zyn Hoogheid en den Raad erken, tien , dat 'er tusfchen het gedrag der gemelde. Provinciën dat enderfcheid plaats heeft , dat
Zee*



HET FINANCIE-WEEZEN. 9gï
Zeeland niet heeft afgeweezen pasten, in dewelke zy had geconfenteerd , gelyk door Friesland gedaan is , aangezien hun Edele Mog. vermeenen , niet in gebreken te zyn gebleven , te furneeren , voor zoo verre confent hebben gedragen , en niet weeten , posten afgeweezen te hebben, waar in geconfenteerd hadden.
Dat bun Edele Mog. omtrent § 9 , handelende over de middelen van verbeeteringe der inkomften en verminderinge der uitgaven van de Generaliteit, perlilteeien by hunne voorige Refolutien , en zig voorts conformeeren met het geredresfeerd Plan ter verbetering van de Ar. mée, zoo als § 10. word voorgedragen, des dat niet verder werde aangedrongen op hun Edele Mog. confent in andere posten, waar in by hun niet is , of by deezen niet zal worden geconfenteerd , terwyl uit confideratie van de bekrompene toeftand van de Financien van deeze Provincie, en daar uit voorkomende vrees , van by af'al van tyden hunne Q tote tot ƒ 9 - 7 - 0 niet te zullen kunnen prrefteeren , hun Edele Mog. nog byzonder aangenaam zoude zyn , indien by Zyne Hoogheid op voorfchreeve Plan • zonder merkelyke ondienst van den Lande eenige menage van aanbelang , het zy door vermindering van Subalterne en Onder-Officieren , by de Compagnien, ofte op eene andere wyze konden gevonden worden.
Dat hun Edele Mog. ten opzigte van $ 11. 12 en 13. aai??aande de Penfioenen voor oude en impotente Officieren, kortinge der deficieerende Manfchappen, en kortinge van de Soldyen en Militaire Tractementen, mitsgaders Leges eri Jura , perfifteeren by meergedagte hunne Refolutie van den 30 September 1790.
En aangaande het Corps Pontonniers § 14. vooikomende, zig met de overige Provinciën zullen conformeeren.
Zynde met relatie tot § 15. met Zyn Hoogheid en den Raad van dezelfde gedagten omtrent
de



Sa» GENERAAL RAPPORT VAN
de Trn&ementen voor de Gouverneurs of Oom* mandeurs van Nymegen , Arnhem, Zutphen er. Doesburg.
Dat hun Edele Mog. zig zullen conformeeren met de Plans , door Zyne Hoogheid voorgedragen , tot oprigting van een Corps Artilleristen, en aangaande de Tractementen voor meerder Capiteinen , Commandeurs &c, $ 16. gevonden wordende. Dog dat moeten difficulteeren in den daar by gedaanen Voorflag om de fomma van ƒ 255472 - 8 . | , welke dat Plan minder zoude bedraagen , a!s dat van den jVare 1789 , tot verhooginge van de Post, voor de Marine te gebruiken.
Dat hun Edele Mog. aangaande § 17, handelende over de Gedeputeerden buiten Lands zig wederom conformeeren met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad , en approbterea het expediënt , aldaar voorgeflagen , (dog dntt belangende de post van de Defroyementen ,§180 voorkomende ,j moeten perfiAeeren by hunne voorfchreeve Refolutie) zonder zig egter te opponeeren tegens de bepalingen daar van op eene jaarlykfche fomma van 15C000 guldens.
Dat hun Edele Mog. omtrent de post voor fecreete dienflen § ip.' gedagt, verblyven by meergemelde hunne Refolutie, en nopens de, Majors der Steden Tholen , Vlisfingen , Fe ere &c. § ao. genoemd , zig conformeeren met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad, en nopens het geen verder in die § en § 21. voorkomt , v;rblyve by hunne voorfchreeve Refolutie.
Dat hun Edele M02. § ea, nopens de Traktementen van de Direêeurs en Ingenieurs, hou. dende voor afgehandeld in het admitteeren van het Subfidie van 36000 guldens , ten behoeve van de Colonie van Surinamen , § 23 voorkomende, moeten blyven difficulteeren.
, Dat hun Edele Mogende, ten opzigte van de Ministers en Schoolmeesters, § 24'. gemeld, per-,
fi=



HET FINANCIE-WEEZEN. asj
fifleeren by voorige Refolutie, en omtrent $ 25 , concerneerende het vyfde Bactalilon van de Furst van Waldek, zig conformeeren met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad.
Dog dat, aangaande de AppoinSteerdens t"oU' de , impotente en verminkte Soldaaten , waar van § 26, geiprooken word, geene genoegzaame redenen vinden, om daar omtrent van Refolutie te veranderen , aangezien hun Edele Mog. als nog van oordeel zyn , dat een diftincfe vcrklaaring , dat het uitlgegeevene aan niemand, dan aan geappoinSleerde Militairen, Onder-Officier enen Soldaaten is hefteed, tot zoodanige fommen, als in het Rapport reipeclivelyk worden voorger Hagen, voldoende zal zyn, zonder dat juist van de Gedeputeerde Staaten of Gecommitteerde Raaden werde gevergd , als het waare, een ge» detailleerd Rapport, aan de Raad van Staate daar van jaarlyks te doen.
Dat hun Edele Mog. zig , aangaande de post van drie honderd duizend guldens, tot ver beeteringe van de defenjie der Frontieren , hier vooren op § 3. reeds geëxpliceerd hehbende , omtrent § 27. alleen tot beantwoordinge van de periode op pag. jo (*) van het gedrukte Advis wordende gevonden , namentlyk : dat Zyn Hoogheid en de Raad niet begrypen , op wat grond hun Edele Mogende vermeenen, dat eene vergrootinge der Loteryen buiten eenig gevaar , omtrent het debiet der Loten , zoude kunnen worden getenteert , tot elucidatie zeggen , dat die hunne, fustenue hier op gegrond is, dat gedagte Loten door de refpeclive Collecteurs by den aanvang van de thans loopende Loterye hebben kunnen worden gedebiteerd tegens 82 Carolyguldens, en dus met een importante winst van zeven guldens op ieder Lot , daar zy dezelve aan het Comptoir Generaal regens 75 per Lot betaalen , geiyk hun Edele Mog. moeten
vef*-
(*) Zie ons Ut, Deel, Bladz, 338, en verv.



*M OENERAAL RAPPORT YAN
veronderftelien , terwyl hun onbekend ij , dat iemand tusfchen beiden komt , of met eenia Rchr kan komen, welke daar van iets mi» genieten , daar de Ontfanger Generaal, en in zyn Perzoon zyne Bedienden voor de Co'lecte 's Lands wege worden voldaan! en indien by ver» grootinge der Loterye eenige vrees voor het debiet der Loten zig mogte opioen, zouden de Bóndgenooten daar tegen kunnen waaken , door het niet toelaaten van andere Loteryen of Negociatien by wege van Lotery in de refpeftive Provinciën , waar tegén htin Edele Mog. met concurrentie der Bóndgenooten zig reedi hebben verklaard, de hand te wülen bieden.
Dat hun Edele Mog. ten opzigte van § 28, alwaar omtrent de post voor onderhoud van dl Fortificatiën binnen de Provinciën, en andere zaaken , de Staaten van Oorlog aangaande gehandeld word , moeten perfifteeren by hunne voorige Refolutie , en fpeciaal inha;reeren hun gezegde, met relatie tot de 20000 guldens welke zy jaarlyks aan agt Steden in hunne Provincie betaalen.
Dat hun Edele Mogende omtrent de post van een millioen guldens, tot vinding der konen van een jaarlykfche Equipage , aanbouw en reparatie van Schepen , § 29. gemeld , mede periiiteeren by hunne gemeHe Refolutie, dog tevens herhaalen hun gezegde, daar in voorkomende., namendyk: dat daar toe confent dragen, in die zeekere ver', wagtinge, dat 'er by de Bóndgenooten het nodige redres zal gemaakt Worden in de defecten, thans in de adminifiratie der Marine, en in de perceptie van de middelen te Water fubfifleerende.
Dat hun Edele Mog., ten opzigte van de post van honderd twintig duizend guldens tot intresfen Van vier millioenen tot het verfchuldigde aan den Keizer, en Aanritsgelden voor de Br unswykfiche , Anfpachfche en Mecklenburgfiche Troupes^ insgelyks perfifteeren by hunne voorfchreeve RefoJutie.
Da?



HET FINANCIE-WEEZEN. *2j
Dat dezelve zig voorts conformeeren met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad, omtrent de tien duizend guldens tot reparatie en onderhoud van de Ryswerken te 's Grayenweert en de» Tsfelftroom, § 31. gemeld.
En eindelyk, dat hun Edele Mog. nopens het vastftellen van een generaals regel, dat geënt betaalinge door de Provinciën gedaan, of aan de Provinciën door de Generaliteit in uitgaave op de ordinaris en extraordinaris Staaten van Oorlog gevalideert zullen worden , dan op Aflens van verzoek, door den Raad van Staate te verkenen, en andere zaaken, § 32. voorkomende, verblyven by hunne vooren gemelde Refolutie van den 30 September 1790, in welke hun Edele Mogende zig omtrent alle de posten in het generaal Rapport van de Perfoneele Commisfie van het Financievveezen , den ai May 1790 ter Vergadering» van hun Hoog Mogende overhandigd , hebbea verklaard.'
En zal Extract deezes aan de Heeren deezer Provincie Gecommitteerden ter Gtneraliteit worden gezonden , om zich daar na te gedraagen.
Aldus gerefolveerd op het Landfchaps Huis , den 10 Juny 1791.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfchreeve Boek.
(Lager fiond)
In kennisfe van my,
(Getcekend)
J. VAN IDSINQA.
IV. EEEL.
?
Waar



4afj GENERAAL RAPPORT VAN
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gefield zal worden in handen van de Heeren van Heeckeren tot de Cloefe, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financien , om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Ed. zelf te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en van alles- alhier ter Vergaderinge ra, port te doen.
Zullende insgelyks Copie van dezelve Refolutie, voor zoo veel aangaat de daar by vermelde middelen van ver • betering der Ifikomfien en vermindering der Uitgaaven van de Generaliteit , gefield worden in handen van de Heeren van Heeckeren rot de Coefe, en andere haar Hoog Mog, Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie j om, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, en de Generaliteits Reekenkamer, by haar Ed. zelf te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergadering* rapport te doen.
En aangezien als nu de Refolutien van de refpedtive Provinciën op het voorfchreeve Advis van Zyn Hoogheid en den Raad vau Staate zyn ingekomen, worden meergemelde Heeren haar Hoog Mogende Gedeputeerden mits deezen verzocht, het Befogne op alle dezelve gedecerneerd, ten fpoedigfie te houden en voort te zet. ten.
Accordeert met het voorfz. Register.
Ex.



HET FINANCIE-WEEZEN. 227
ExtraSl ait het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Veneris den 21 Ocloher i7or.
"p\e Heeren van Weideren en andere hunner Hoog Mog. L/ Gedeputeerden rot de zaaken van de Finantie hebbende, in gevolge en ter voldoening aan haar Hoo' Mogende Refolutien van den 29 Maart, 19 en 27 Aprii° 24 en 27 Mey, mitsgaders van den 3 en 14 Juny deel zes jaars 1791, met ende nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de luccesiivelyk ingebragte Refolutien van de Heeren Staaten van de refpedtive Provinciën op het advis van Zvn Hoogheid en den Raad van Staate , den 22 February laatstleeden, ter Vergadering van haar Hoog Mog. aangebragt, op alle de bedenkingen die in de Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten, genoomen op het Rap. port van de Perfoneele Commisfie, die tot het regul'eeren van de Quotes van de Provinciën in da Lasten van de Unie, en hec onderzoeken van de Finantie van de Generaliteit is gedecerneerd geweest , over het zelve Rapport, voor zoo veel betreft de voorfz, Quotes en het bepaalen van de Lasten van de Unie zelve als me de oyer het Plan van Zyne Hoogheid , tot verbeeterine van de Armee van den Staat, den 17 Maart 1789 ter Ver gadering van haar Hoog Mog. geüxhibeerd, gevonden wierden, en by welk Advis teffens zyn voorgedragen de nadere gedagten van Zyne Hoogheid over het voorfz Plan ter verbeetering van d; Armée, en een nieuw Plan tot opngting van zes Compagnien Scheeps-Artilleriften en het fixeeren van een convenabel getal van Traftementen, voor meerder Capiteinen, Commandeurs of Capi. tem Lieutenants en Lieutenants , dan in de voorfz Compagnien geplaatst zouden kunnen worden, mitsgaders voor eenige Schippers en Stuurlieden , als meede een Plan,naar het welke het Corps Artilleriften in diens»van den Staat zoude kunnen en behooren te worden geformeerd en betaald, en eindelyk eene geringe verhooP 2 ' ging



223
GENERAAL RAPPORT VAN
ging van de Traftementen der Capiteinen en verdere Officieren in de Compagnien van het Regiment Mi' neurs;
Hebben ter Vergadering gerapporteert, dat in de conferentie over het voorfz. werk gehouden, door de Heeren Gecommitteerden uir den Raad van Staate is overgegeeven eene Memorie van den (laat der deliberatien van de Bóndgenooten, over de pointen in het voorfz. Advis aangeroerd en verhandeld, en daar by voorgedraagen, dat uit die Memorie blykt, dat 'er eenige pointen zyn, omtrent welke alle de Provinciën in dezelfde begrippen liaan, en die vervolgens met de overige, die in het Rapport van de Perfoneele Commisfie voorkomen, en op welke door de gezamentlyke Bóndgenooten geene bedenkingen gemaakt zyn , ter conclufie zouden kunnen worden gebragt, indien de Provincie van Holiand en Westvriesland niet alles daar aan had geaccrocheert, dat te gelyk wierden vastgefteld eenige zaaken by die Provincie als onvermydelyke pointen van ordre geconfldereerd, welke de verandering der Quotes behooren te verzeilen; dat daar en boven en al had dat accroche» ment geen plaats, het aan Zyne Hoogheid en den Raad bedenkelyk is voorgekomen een gedeelte van dat omflagtig werk te concludeeren, terwyl verfcheide andere, weinig minder noodzakelyke pointen onafgedaan zouden blyven, ende zulks te meer, om dat 'er onder die conclufibele pointen een en ander is, het welk door eenige verandering in dezelve te maaken , fcheen te kunnen dienen , om de Provinciën omtrent andere pointen te vereenigen, en dat daarom Zyne Hoogheid en de Raad van gedagten zyn, dat de Provinciën zig onderling over alles zouden behooren te verdaan , tan einde hoe eer hoe liever eene afkomst zoude kunnen worden semaakt van de deliberatien die van zoo veel belang zyn, en. reeds te lang onafgedaan zyn geb:eeven; dat om het zelve zoo vee! mogelyk te bevorderen, Zyne Hoogheid, die niets met meer lever behartigt, dan dat het voorfz. weik met de meefte harmonie ten fpoedigde ter conclufie moge worden gebragt, nader heef'c overwogen, of niet opzigteiyk de pointen, waar omtrent de Provinciën nog van verlchiliende gedagten zyn , immers in opzigt
van



HET FINANCIE -WE E Z E N.
219
van zommige van dien, eenig nader voordel zoude kunnen worden gedaan, waar door aan de verlangens van zommige Provinciën voldaan, de zwarigheden door andere gemaakt uit den weg geruimt, en dus een middel daar gefield wierd , om eenpaarige Refolutien van de Provinciën uit te werken; en dat Z\ne Hoogheid ver* volgens 'ter kennis en deliberatie van den Raad heeft gebragt, dat daar Hoogstdezelve uit de gemelde Refolutien heeft gezien, dat de meefte, zoo niet alle de Provinciën , by continuatie verlangen, dat het beloop der Bondgenootfchappelyke Lasten, die de Staaten van Oor' log zullen uitmaaken, werde verlaagd, en in het byzonder , dat meer dan eene Provincie gaarne zoude zien , dat in het Plan van de Armée nog eenige verandering tot meerder menage konde worden gemaakt, mitsgaders dat-de Provincie van Gelderland wel gewenscht had, dat de reductie v»n een zoo groot getal van Compagnien, als het voorgeftelde Plan medebrengt , waar door de bevor;ering van een meenigte thans in dienst zynde jonge Officieren, en het vooruitzigt van andere, die zig in het vervolg aan 's Lands dienst zouden wifen toewyden, word afgefneeden, had kunnen worden voorgekomen , en daar Zyne Koogheid daar by geinformeert is, dat zulks ook aan andere Provinciën aangenaam zyn zoude , Hoogstdezelve het door hem voorgedraagen Plan op nieuws heefc gerefumeert, en hoe zeer als nog oordeeid, dat het zelve het meest gefchikt is voor 's Lands dienst, echter alleen cm aan de Bóndgenooten zoo veel mogelyk genoegen te geeven en de afdoening van het generaale werk te bevorderen , zig bepaald heeft, om 'nader voor.te fiaan, dat de Nationaale, Duitfche en Walfche Infanterie met eenige weinige veranderingen blyve geconfiitueert, zoo als dezelve tegenwoordig is, enoverzu.ks ieder Regiment befia uit twee Battaillons, en ieder Battaillon uit eene Compagnie Grenadiers en zes Compagnien Musquettiers van dezelfde fierkte als tegenwoordig, met dat onderfcheid alleen, dat in ieder Compagnie een Corporaal meerder, en een gemeene minder gehouden werde.
Dat voorts Zyne Hoogheid van gedagten is, dat de Traktementen van de Subalterne Officieren en Gemeenen P 3 zul'.



230 GENERAAL RAPPORT VAN
zullen behooren te worden verhoogd , zoo als in het Plan tot verbetering van de Arraée den 17 Maart 1789 ter Vergadering van haar Hoog Mog. geëxhibeerd , is voorgedragen, dog dat, nu de Compagnien niet zullen worden verfterkt, geen effedt behoort te forteeren, de daar by mede voorgedragene verhooging van elf ftuivers op de Soldye van yder Sergeant, Corporaal, Tambour, Pyper en Gemeene, ten behoeven van den Capitein, om denzelven te gemoed te komen in de kosten van de recruteeiïng, die naar maare eene Compagnie verfterkt word, zoo veel te grooter bezwaar voor den Capitein uitleeveren; dat vervolgens elke Compagnie Grenadiers en Mufquetiers zoude behooren te worden geformeerd en betaald volgens den Staat, door gemelde Heeren Gecommitteerden overgelegd , en geteekend met de Letter A.
Dat de Staaven zouden behooren te beftaan en betaald te worden, zoo als in het Plan van 1789 is voorgefteld.
Dat het Regiment Guardes te voet by continuatie zoude behooren te beftaan uit twee Bataillons , en ieder Battaillon uit eene Compagnie Grenadiers en zes Compagnien Mu quetiers, en de Tradtementen en Soldyen van de Officieren , Onder - Officieren en Gemeenen te worden verhoogd overeenkomftig het Plan, in 5789 VQOrgedraagen, uitgenomen de elf ftuivers, ten behoeve van den Capitein tot goedmaaking van de kosten van de Recruteering om reden hier boven gemeld, en dat mitsdien ieder Compagnie zoude behooren te worden geformeerd en betaald volgens den Staat, mede geëxhibeerd en geteekend met de Letter B; dan dat daar omtrent te remarqueeren is.
Eerftelyk, dat de Gage van den Chirurgyn of Frater, voor den welken in voorige Plans gebr8gt is ƒ 21-0-0, met zes guldens is verhoogt, en dus gebragt op ƒ27-0-o, om dat ieder Capitein aan den Chirurgyn dadelyk betaalt ƒ24-0-0, en 'er dan nog niets voor de Monteering overig is, het geen tot nn toe gevonden word uit het geen de Capitein , door middel van de twintig Man gratificatie, die aan denzelven worden goedgedaan, dan het welk voortaan zoude cesfeeren, van het beloop van de Ordonnantie van Soldye over houdt. En
Ten



HET F1NANCIE-WEEZEN. a3i
Ten tweeden, dat voor den Man voor de Staf gebragt is/16-12-0, daar tot nu toe voor denzelven niet meer is goedgedaan, dan/13-10-0, het welk dus is verhoogt met ƒ3-a-o, om dat bevonden is, dat de Capitein tegenwoordig boven en behalven de voorfz. zes guldens, voor den ; Chirurgyn / 3 -: - ia meer overhoudt van de Ordonnantie van Soldye, dan hy overhouden zal, indien de Compagnie voortaan word betaald volgens de gemelde Lyst, geteekend met de Letter B.
Voorts dat de Staf van het voorfz. Regiment zoude behooren te worden gecomponeerd en betaald overeenkomftig den Staat, geteekend met de Letter C.
Da: Zyne Hoogheid verder als nog van gedagten is, dat de zes Compagnien Musquetiers van het tweede Battaillon van het Regiment van den Coilonel van Dam aouden behooren te worden gereduceerd, en de Officieren van dezelve gefield op Penfioen; dat de Compagnie Grenadiers van het zelve zoude behooren te worden gevoegt by het eerfte Battaillon van het tweede Regiment Orange-Nasfau, en daar by aangeworven zes Compagnien Musquettiers, om te zaamen uit te maaken een nieuw Regiment van twee Battaillons.
Dat de zes Compagnien Musquettiers van het eerfte Battaillon van het gemelde Regiment van den Coilonel van Dam zouden behooren te worden gevoegt by heE tweede Battaillon van het gemelde tweede Regiment Orange-Nasfau, en daar by aangeworven eene Compagnie Grenaiïïers, om dus uit te maaken een Ordinaris Regiment van twee Battaillons.
En dat de Lyf-Compagnie van den Coilonel van Dam zoude behooren te worden gevoegt by het Battaillon Walfche Grenadiers, het welk mitsdien van het Regiment Walen zoude worden gefepareerd, om 'er van te formeeren een Battaillon van agt Compagnien, te weeten, twee Grenadiers en zes Musquettiers van dezelfde fterkte, als de andere Compagnien Nationaale Infanterie , waar by zouden behooren te worden aangefteld : 1 Colonel.
1 Lieutenant - Colonel. 1 Major, i Adjudant,
P 4 1 Cht-



23a GENERAAL RAPPORT VAN
I Chirurgyn-Major. En I Tambour-Major; als mede i Capellaan.
En dat het voorfz. Battaillon met de Staf zoude behooren te worden betaald volgens den Sraat, insgelyks geëxhibeerd en getekend met de Letter D.
Dat de Compagnien Jaagers, die tot nu toe by de Provincie yan Holland en Wes'vriesland zyn aang-houden , in dienst van de Generaliteit behooren te worden overgenoomen, en daar van geformeerd een Battaillon van vier Compagnien, ieder fterk:
I Capitein.
I Lieutenant.
I Tweede Lieutenant.
I Vaandrig.
4 Sergeanten.
i Capitein des Armes.
1 Gevryte C rporaal.
2 Hoornblaazers. 6 Corporaals.
i Solliciteur. Ea 6o Jagers.
Dat daar en boven by twee van dezelve zoude behooren te worden aangelleld.
I Capitein - Commandant, en by het Battaillon. i Lieutenant-Coilonel. I Major.
i Adjudant. En I Chirurgyn.
Dat, dewyl die Compagnien van dezelfde fterkte zouden zyn , als by het Plan van 1789 is voorgeflagen, overeenkomftig het zelve voor ieder Sergeant, den Capitein des Armes, den Gevrycen Corporaal, ieder Corporaal , Hoornblaazer en Gemeene aan den Capitein zouden behooren te worden toegelegd elf ftuivers tea twee en veertig dagen, en derzelver Soldye daar mede verhoogt.
Dat mitsdien die Compagnie» en de Officieren van de Staf zouden behooren te worden betaald volgens den Staat, al mede geëxhibeerd en geteekend met de Letter E.
En



HET F1NANCIE-WEEZE N\ S33
En dat liet voorfz. Battaillon provifioneel op zig zelve zoude kunnen blyven.
Dat voor het overige de Cavallerie, Dragonders en Husfaaren zouden behooren te blwen, zo als voorgeflagen is in het Advis, den at February deezes jiars 1791, ter Vergadering van haar Hoog Mogende overgebragt, en dus het Regiment Guardes te paard gebragt op agt Compagnien.
Door alle welke veranderingen de kosten van het Ilan, tot verbeetering van de Armee in 1789 voorgedraagen , zouden worden verminderd met een fomme van ƒ 22OCJ5-12-1, zo als breeder kan worden gezien uit de bereelcening , insgelyks geëxhibeerd, en geteekend met de Letter F.
Dat Zyne Hoogheid al verder van gedagten is, dat in geval de, Bóndgenooten goedvinden eenige menage te vinden op de post van een honderd en vyfcig duizend guldens voor Penfioenen van Officieren geprojecteerd dezelve met dertig duizend gu'dens zoude kunnen worden verminderd , welke vermindering zoude kunnen beftaan in 4 Penfioenen van-i ƒ1500 olo'uitmakende ƒ60001010
M Penfioenen k - 900 o|o| ji7ooloo
4 Penfioenen è - 000 ojo| "4Co|o o
16 Penfioenen a -, 4oc o.ol 0400 0 0
emoJPenfioeuen a -I 500 o|o| 30CO o o
Welke te zareen bedragen (*) —j^coTo'o ö
Dat echter Zyne Hoogheid zig verpligt rekend' de" Bondgenooen te waarlchouwen, dat het af dan niet mogelyk zal zyn alle de Officieren die by de Regim»nten niet kunnen dienen, te penfioneeren.
Dat Zyne Hoogheid nog van gedagten is, dat het voldoende zal wezen, dat by het Corps Scheeps Artilleriften behalven een Luitenant Admiraal, aan wien de Infpectie, of het Commaedo van het zelve zoude worden gegeeven , twee Vlag-Officieren benoemd werden, om het zelve Corps onder den Luitenant Admiraal te commandeeren, waar door nog eene fomma van twaalfhonderd guldens, op dit Corps zoude worden uitgefpaard, en dus
met
(*) De optelling bedraagt f echts f 29500/ wy hebben echter '/ 01 igineel gevolgd. F 5



231
GENERAAL RAPPORT VAN
met de vermindering, die omtrent de kosten van het zei. ve den 22 February laatstleden is voorgedraagen , in het geheel zoude worden geprofiteerd eene fomma van f .256672-15-8, dog dat van dat profyt eene fomma van tagug duizend guldens zoude behooren te worden gevoegd by het millioen guldens, dat voor de kosten van eene jaarlykfche Equipage, mitsgaders aanbouw en reparatie van Schepen is gedestineerd.
Dat de Raad de voorfchreeve Voorflagen overwogen, en in het byzonder gelet hebbende op de motiven, die Zyne Hoogheid bewogen hebben om dezelve te doen, zig geredelyk daar mede heeft geconformeerd, en met Zyne Hoogheid vertrouwd, dat dezelve zullen contri. bue< ren, om de vrfchillende begrippen van de Bondgejiooten te vereenigen, en dus een einde te maaken van de deliberatien over het belangryk werk van de Quotes en de Staaten van Oorlog.
Voorts dar het aan Zyne Hoogheid en den Raad by continuatie voiftrekt noodzaakelyk voorkomt, dat de geprojecteerde post voor Logisgelden van de Militie op oen Staat van Oorlog gebragt werde, dog dat bet terfens rtdelyk is, dat aan de Provincie van Holland werde gevalideerd het dubbeld Servies , dat dezelve genoodzsakt is aan het Gusrni'oen van den Haag te verltrek. ken, cn dat dus de gemelde post met het beioop van dat dubbeld Servis, het welk gerekend word te belopen op eene fomma van/520:0- o'- o werde verhoogd.
Bat de p: st voor de Defroyementen zoude behooren te worden gebragt op den ordinaris Staat van Oorlog, en dus aan geene liquidatie onderhevig gemaakt , dog dat dezelve over de zeven Provinciën en de Generaiiteit behoorde ie worden gerepartitieerd op den tot nu toe gebruikelykcn voet, dat namentiyk de helft ten laste van de Provincie van Holland, en de wederhelft ten lasre van de zeven Provinciën en de Generaliteit naar derzelver Quotes werde gebragt, en dat voorts de voorfchreve post behoord te worden verhoogd tot op / 185000.
Dat de post van driemaal honderd duizend guldens, gefchikt tot verbetering van de defenfie der Frortieren, en tot voorziening der Magazynen in de Ft ontierfieden, rut* het nodige Gefchut en verdere Voorraad , zoude
kun-



HET FlNANCIE-WEEZEN. 235
kannen worden verminderd met negentig duizend guldens, en dus gebragt op twee honderd en tien duizend guldens, niet zoo zeer om dat de fomme van drie Tonnen Gouds te hoog zoude zyn genomen, als om te voldoen aan het verlangen van de Provincie van Vriesland, en dat celfs om die Provincie te engageeren om in de gemelde post van twee honderd en tien duizend guldens te confenteeren, dezelve zal kunnen worden ontlast van de betaaling van hel aandeel, dat zy zederd veele jaaren gedraagen heefc in de kosten van het oiid^rhouJ van de Schansfen in Westwoldingerland en van de zogenaamde Staatenzyl aan den Dollaart, en het zelve aandeel gelaten voor rekening van di Generaliteit, na dat over de betalingen to: nu toe gedaan eene Liquidatie gemaakt, en het geen de Generaliteit voor de gemelde Provincie iii ' het verfchot zoude mogen zyn, vereffend zal wezen, terwyl de gemelde Provincie dan ook zal dienen te renuncieeren aan alle meede directie over die Werken.
Êndelykdat Zyne Hoogheid begrypt, dac ook aan de inftantien van de Provincie van Zeeland omtrent de Majors in de Steden Tholen , Vlisfingen en Veere behoord te worden voldaan, en die Majors over zulks op den ordinaris Staat van Oorlog gelaaten , dog dat dan ook op den zeiven Staat zullen behoren te worden gelaaten de Majors in de Steden Thiel, Bommel, de Clundert en Harlingen.
Door alle welke veranderingen en uitfpariugen het Schemavar.de Staaten van Oorlog, het w.2ik nevens het Rapport van de eerfte Perfoneele Commisfie is overgelegd , zoude worden verminderd met de fomma van ƒ440728- 7- ic", en de eerst te formeerea Staaten van Oorlog, mitsdien bedragen ƒ 131.45823-14-if, volgens de berekening door de Heeren Gecommitteerden uit den Raad eindelyk meede geëxhibeerd, en geteekend met de Letter G.
Dat dezelve Heeren Gecommitteerden verder hebben | voorgedragen dat hooggemelde Zyne Hoogheid en de Raad niet hebben nageiaaten, hunne gedagten meede te laten gaan over de andere Pointen, in het Advis van deti 22 February deezes jaars verhandeld, omtrent welke de
Ad-
II



236 GENERAAL R A P P O R T VA N
Advifen van de refpcctive Provinciën van eikanderen verfchillen , en van begrip zyn, dat
Met opzigt tot de nadere inftantien door dc Provincie van Holland gedaan, ten einde een middel tnot>e worden beraamd, waar door onverminderd de onafhinkelykheid van de Provinciën eene meerder gerustheid werde gegeeven , aat de Financiën van de refpebtive Provinciën continueel verbetert werden, zoude kunnen en behooren te worden vastgefteld, dat door ieder Provincie jaarlyks of zoo dikwyls het zal gerequireerd worden , aan den Heer Erfftadhouder in der tyd zal moeten worden gedaan eene verklaring, dat haare Inkomften door geene vermindering of üfchaffing van Lasten zyn afgenomen, en dat zy gefta ig werkzaam zyn om een excedent van Inkomften boven de Uitgaven te verkrygen.
Dat met opzigt tot de bedenking, die by zommige Provinciën is gemaakt, om in de Staaten van Oorlog, die eerlang geformeerd zullen worden, re confenteeren voor den tyd van vyf en twintig jaaren, of voor zoo lang als de Qjiotes met gemeene bewilliging op geenen andereu voet zullen zyn gereguleerd, de nieuwe Quotes zouden behooren te worden gearresteerd voor den ryd van vyf en twintig jaaren, d >g dat téffens zoude behoren te worden vastgefteld , dat met het einde van het twee en twintigfte jaar de refpective Provinciën van haare Financien, en den Raad van Staate van die van de Generaliteit gehouden zullen zyn op nieuws opening te doen , des, dat indien met de expiratie van de vyf en twintig jaaren geen nieuwe Quotes gereguleerd zullen zyn , in het draagen van de Lasten, maar de voorige by provifie zal worden gecontinueerd , ten einde moge worden voorgekomen de verwarring , die anderzints onvermydelyk zoude ontftaan, en de ondergang van de Republiek ten gevolge zoude kunnen hebben.
Dat met opzigt tot de wyze, op welke eene Provincie, die zig als onvermogend zoude mogen opgeeven, daarvan zal moeten doen blyken, en da tyd binnen welke zulks enderzogt en finaal afgedaan zoude moeten zyn, welk een en ander naar het begrip van de Provincie van Gelderland van nu af aan zoude behoren te worden bepaald,
by



HET FINANCÏE-WEEZEN. «237
by de Refolutie op het Rapport van de Perfoneele Commisfie te neemen, zoude kunnen worden vastgefteld, dat wanneer een Provincie zig als onvermogend zal opgeven en aanbieden den ftaat van haare Financie aan Heeren Gedeputeerden van haar Hoog Mogende en Gecommitteerden van den Raad van Staate open te leggen, op requifitie van de Heeren Gedeputeerden en Gecommitteerden , die tot het onderzoek dier Financien benoemd zullen zyn , en zig daar toe in die Provincie bevinden , zullen moeten worden geëxhibeerd de Origineele Rekeningen van de refpeftive Comptoiren in dezelve , die over de tien laatft verloopen jaaren zullen zyn opgenomen en genoten , en dat door de Rendanten van die Rekeningen op den Eed by den aanvang hnnner Bediening gedaan, zullen moeten worden gegeeven zodanige elucidatien omtrent den ftaat hunner Comptoirfti , als van dezelve zullen worden gerequireerd, en dat in geval aan de Heeren Gedeputeerden en Gecommitteerden in het voorfchreeve onderzoek eenige verhindering moge worden toegebragt , of eenige van de Stukken , door dezelve gerequireerd, zou-ien mogen worden geweigerd, het daar voor zal worden gehouden, dat de Financie van zodanige Provincie niet is in dien ftaat, dat dezelve zig uit dien hoofde aan haare verpligïing omtrent het Bondgenootfchap kan onttrekken,
En dat dezelve derhalv'en door de gearretteerde mid« delen van conttrainte zal kunnen worden verpligt baar aandeel in de vastgeftelde Lasten op te brengen, 'terwyl de tyd, binnen welke het voorfchreeve onderzoek zoude behooren te zyn afgelopen, en daar van een rapport uitgebragt by de Voorflag door Zyne Hoogheid aan de Perfoneele Commisfie gedaan, en waar meede dezelve zig heeft geconformeerd, is bepaald uiterlyk op vier maanden.
Dat met opzigt tot de repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog, waar omtrent zommige Provinciën haare vrye deliberatien hebben gereferveerd, die repartitie aan Zyne Hoogheid en den Raad van Staate behoort te worden overgelaaten, dog dat de refpective Provinciën zullen behouden de faculteit, die zy buiten twyffel hebben, om ter Vergadering vaa haar Hoog Mjgende
in



238 GENERAAL RAPPORT VAN
in te brengen de remarques, die by haar op de gemaakte repartitie zyn gevallen, zodanig nogihans, dat zy voor de beraahng der Posten, ter haarer repartitie gebrast zullen moeten zorgen, tot dat op de ingebra^te remarques, na gehoude conferentie met Gecommitteerden uit den Raad van Staate en ingenomen confideratien vanZvr.e Hoogheid, gerefolveerd zal weezen.
Dat, wat aangaat de inftantien van de Provincie van Stad en Lande, om met de losfing der Capitaalen voor rekening van dezelve ten Comptoire Generaal van de Unie genegotieerd, te mogen fiil ftaan geduurende de vyf en twintig jaaren , voor dewelke de Staaten van Oorlog waarfchynlyk zullen worden gearrcfleerd, <renoegen zoude kunnen worden genomen met den voorllag door gemelde Provincie gedaan, in dat vertrouwen, dac de intentie van dezelve is, om bet onderzoek van de gehoudentheid van de Provincie om aan de Generaliteit te betaalen de fomma van f 188894-3-9, die de Raad iustineert, dat dezelve wegens de agtèrftaliige Interesfen voor het jaar 1715 nog fchuldig is, dadelyk by hand te neemen, en dat de fomme, dewelke laatftelyk tot betaaling der Lyfrenten is gefourneerd, niet tot losfing op de ordinaris Capitaalen zal worden gebruikt, voor dat
het voorfchreeve different uitgemaakt zal zyn , en
dat ten dien einde by het bewilligen in de verzogte fiilftand van losfing teffens zoude behooren te worden vastgefield, dat de deugdelykheid van de voorfchreeve Schuld binnen den tyd van een jaar onderzogt en uitgemaakt zal worden , en in geval de Schuld deugdeiyk bevonden word, over de kwyiing van dezelve convenabele fchikkingen met den Raad van Staate zullen worden gemaakt en dac, in geval binnen den tyd van één jaar het different over de voorfchreeve Schuld niet zal zyn uit den weg geruimd, het zelve door Zyne Hoogheid zal worden gedecideerd.
Dat in de admisfie van eenen tweeden Gecommitteerden wegens de Provincie van Gelderland in den Raad van Staate door alle de Provinciën gaaf zoude behooren te worden bewilligr.
Dat ten aanzien van de bedenking d:'e de Provincie!! van Gelderland en van Zeeland, en vcornamentlyk de
eerst-



HET FINANCIE-WEEZEN. 239
eerstgemelde dragen. omtrent het getal der Provinciën , die in eene Petitie zullen moeten hebben geconfienteen, voer dat de andere tot het inbrengen van gaave Confien* ten mogen worden geadhorteert, en de verder voor ge/la. gen middelen in het werk gefield, zoude behooren te wordan vastgefteld, dat in geval vyf Provinciën geconfenteert of ongereed gebleeven zyn , en dus gehouden worden voor geconfenteert te hebben, doch de Refolutien van de andere Provincie in die termen liggen, dat geen gaave Conclufie kan worden geformeerd , de gebreekige Provincie*) by eene Misfive van de Vergadering van haar Hoog Mogende ten fterkften zullen worden geadhorteert, om binnen zekeren te bepaalen tyd haare gaave Conlënten in te brengen, en wanneer dezelve daar aan niet defereeren , dat als dan eene bezending van eenige Leden uit de Vergadering van haar Hoog Mog. en van den Raad van Staate naar zodanige Provincie of Provinciën zal worden gezonden , en dat zoo dezelve bezending geen effect, heeft, vervolgens met overleg van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate zal wordea gerefolveerd, we'ke middelen naar gelang der omftandigheeden overeenkomftig de Unie van Utrecht verder omtrent zodanige Provincie of Provinciën zullen behooren te worderi in het werk gefteld, om dezelve te engageeren, om aan het verlangen hunner Mede Bóndgenooten te voldoen, en in eene zodanige Petitie te confenteeren blyvende nogthans uitgezonderd het middel van Militaire Executie en alle andere middelen van geweld; en dat in geval alleen vier Provinciën of geconfenteerd of ongereed gebleeven zyn, en dus gehouden worden voor geconfenteert te hebben, doch de Refolutien van de andere Provinciën in die termen leggen. dac geene gaave Conclufie kan worden geformeerd , de gebreekige Provinciën , en by eene Misfive van haar Hoog Mogende wel mèede ten fterkften zullen worden geadhorteerd , om binnen zekeren te bepaalen tyd haare gaave Confenten in te brengen, en wanneer dezelve daar aan niet defereeren , als dan eene bezending van eenige Leden ui: de Vergadering van haar Hoog Mogende en uic den Raad van Staate naar zodanige Provincie of Provinciën zal worden gedaan , doch dat zoo dezelve bezending
geen



ü4o GENERAAL RAPPORT VAN
geen effect, heeft , het daar by zal worden gelaarett , zonder dat verder eenige middelen zullen worden in hec werk gefteld, om de gebreekïge Provinciën te engageeren , om in eene zodanige Petitie te confenteeren.
i )at ondertusfchen in beide de voorfchreeve gevallen , het object, waar toe de Petitie gedaan is, na verloop van den termyn van negen weeken zal worden gehouden voor gearrefteert, en ter executie gebragt, zullende da Provinciën, zoo wel die geconfenreert hebben, als die nagelaten hebben hunne Refolutie in te brengen, gehouden zyn haare Quotes te furne:ren, zonder zig te behelpen met de exceptie, dat zommige Provinciën in het geheel niet of gebrekkig geconfenteerd hebben, of dat de Petitie niet geconc'udeerd heef kunnen worden, en zulks* onder het verband, als omtrent de middelen van conilrainte, in het Rapport van de Perfoneele Commisfie is voorgedraagen.
Dat met opzigt tot de middelen van conftrainte overeenkomfiig de confideratien van zommige Provinciën behoord te worden vastgefield, dat wanneer een bezending aan de eene of andere Provincie gedaan zal zyn, en dezelve geen effect zal hebben gehad, de Gedeputeerden van zodanige Provincie, zoo ter Vergadering van haar Hoog Mogende, als in de verdere Generaliteits Collegien , nogthans uit die Vergadering en Collegien niet zullen worden geweerd, ten zy uit het Rapporc van de afgelegde Commi'fie blyke, dat de non betaling van die Provincie niet aan zuiver onvermogen , maar aan onwilligheid is toe te fchryven.
Dat de Staaten van de Provinciën van Zeeland en Vriesland nader behooren te worden verzogt en aangemaand , de eerstgemelde , om nopens de betaaling van haare Quote in de Stibfidien aan den Markgraaf van Brandenburg Anfpach , en de Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg verfproken, de nodige voorziening te doen , vermits de Kas van de Generaliteit reeds zeer meikelyk voor dezelve Provincie in verfchot is , en zig niet meer in ftaat bevind, om voor dezelve te avanceeren , het geen ze op de voorfz. Subfidien fchuldig is, en de Provincie van Vriesland, om te voldoen de drie
pa



HET FINANCIE.WEEZEN. S41
;per cent, die dezelve op de voorfz. Subfidien heefr in. gehouden: dat de Staaten van Gelderland behooren té worden verzogt, om af te zien van hunne inftantien, ten einde convenabele TraBementen voor de Gouverneurs of'Commandeurs in de Steden Nymegen, Arnhem, Zut* phen en Doesburg, als meede een post voor het onderhoud der Ryswerken tot verdieping van den Neder Rhyn en Tsfel op den Staat van Oorlog gebragt werden, of dat de kosten, die tot behoud van de diepte der gemelde Rivieren moeten worden aangewend, gévondeft worden uit de po^t rot de Fortiiicatiën en Frör.tieren, naardien by de begróoting van die post daar op niet is gerekend, en dezelve ten dien einde te minder toereikende is, nd Zyne Hoogheid en de Raad om een afkomst van deeze deliberatien te maaken, zig hèeft verpligt gevonden om' èen verminde ing vön dezelve voor te liaan.
Daf de Staaten van Zeeland nader zoüde behooren fe worden verzogt, om de twee bewuste ABen van verzoek ten behoeve van het Gasthuis te Sluis in Vlaanderen gedepecheert, te wi'Jen voldoen, zoo uit hoofde, dat der* zeiver beloop is van geen groot belang, als in cönfideratie , dat het voorfchreeve Gasthuis door het Rapport van de Perfoneele Commisfie , en door hét begrip niet alleen van Zyne Hoogheid en den Raad, maar ook van Üaar Hoog Mog., een als het ware meerder regt heeft verkreëgert, om op de voorfz. betaaling aan te houden en dat het aanzien, van de Regeering niet fchynt te per' mitteeren, dat niettegenftaande dat alles eene diergelyké prerenfie zonder aileguatie van eenige reeden Werde ge • rejedteerr.
Dat het Subfldie van zes en dertig duizend guldens ten behoeve yan de Colonie Suriname, op den Staat vari Oorlog gebragt, en de Staaten van Vries'and nader ver» zogt zullen behooren te wórden, om in het brengen vari de voorfz. post te bewilligen.
Dat met opzigt tot den Predikant èn Schoolmeeséer tè Delfzyl, zonder te treéden in eene discusfie van het geen daar omtrent in de Refolutie van Stad en Lande voorkomt, de Heeren Staaten Van dezelve Provincie zouden behooren te worden verzogt, om in nadere over«reeging te willen neemen, dat by het-Rappdrt van .dé'
ÏV. dbkl, q



«43 GENERAAL RAPPORT VAN
Perfoneele Commisfie zynde begreepen, dac het onderhoud der Bediendens van de Gereformeerde Gemeente is een last, die vast is aan het Territoir, en dat derhalven de Predikant en Schoolmeester op Sc. Andries; de Schoolmeester te 's Gravenwaart, de Predikanten en Schoolmeesters te Blokzyl, Swartfluis en Coeverden , als meede de Predikant te Yzendyk voortaan door de Terricoriaale Overheden zouden behooren te worden betaald, de Staaten van Gelderland en Overysfel zig dien conform met die betaaling wel willen chargeeren, doch tevens van begrip zyn. dat op gdykheid van reedenea en gronden dan ook de Predikant te Delfzyl, alwaar de Heeren Sraten van Stad en Lande de Tenitoriaale Souverainiteit hebben , door gemelde Provincie zouden behooren bitaald te worden , terwyl van de billykheid van gemelde Heeren Staa en mag worden vertrouwd , dar dezelve door die nadere overweeging zullen worden cepermoveerd , om een blyk te geeven van hunne deference voor de gemelde niet ongegronde begrippen van hunne Bóndgenooten, en door het aanneemen der betaaling van gemelde Predikant en Schoolmeester te Delfzyl, alle verdere discu>fie op dit point te doen cesfeeren.
Dat dewyl omtrent de wyze , op welke aan den Raad van Staate zullen worden opgegeeven , de betaalingen , die door de refpective Provinciën en hec Landlchap Drenthe uit de posten voor de Appointis over ieder jaar zullen zyn gedaan , de Provincie van Vr.eshnd van oordeel blyfc, dat het uirgegeevcne aan niemand , dan geappointeerde Militaire Onder-O.ficiereri en Soldaaten is betreed toe zodanige zomme als in het Rapporc is voorgeflagen, voldoende zal zyn, en dewyl geene van de andere Provinciën zig daaromtrent heeft geüxpliceert , aan hec verlangen van de Staaten van Vriesland zoude kunnen worden voldaan , en mitsdien afgezien van het overzenden van zodanige Lyst als by het Rapport van de Perfoneele Commisfie is voorgeichreeven, en dac vervolgens zoude behooren te worden vastgeltelt, dat door de Staaten of door de Gedeputeerde Staaten of Gecommitteerde Raaden van de refpective Provinciën en het Landfchap Drenthe jaarlyks aan den
Raad



HET FiNANCIE-WEEZEN. $43
Raad van Staate zal moéten wórden overgezonden eéri Staat van het n ontant in Geld , in het afgeioopen jaar betaald, met d;ftinéte Verklaaringen , dat het uitj;égeeveie aan niemand dan aan geappointeerde Mlitaire Dnder-Öfficieren, Paükers, Trompetters, Muzikanten, Tambours, Pypers en gemeene Ruiters, Dragonders, Husfaren, Grenadiers , Mmquttiers, Jagers; Artilleris.ten en Mineurs is betaald, tot zodanige zomme, als overkomibg liet Rapport van de Perfoneele Commisfie zal zyn gearresteert ; des dat door de Staaten of door de Gedeputeerde Staaten of Gecommitteerde Raaden boven gemeld, of door derzelver Commitfirisfen tot de Appoinrés jaarlyks aan den Heer Erfftadhouder van derzelver Provincie of Landfchap, zal worden gezonden een Lyst van de Perzoonen welke uie de voóricireeve post betaald worden , met uitdrukking van het geen door een yder van dezelve genoten word ; voorts een Lyst van de geene , die in het afgeloópe jaar overleeden zyn , mitsgaders een Lyst van de geene; die dezelve hebben geremplaceerd , met melding van de qualiteit, in weike en van het Corps, Regiment óf Compagnie, onder welke zy gediend hebben , op dat dé Heer Erfftadhouder in der tyd , des gevraagd zynde j zoo aan haar Höog Mogende , als aan den Raad van Staate de nodige verzekering zal kunnen geeven, dat Van het bedragen van de voorfchreeve pose geen ëmploy Word gemaakt, dat met de intentie van de gezamentlyke Bóndgenooten niet overeenkomftig is.
Dat aan de Provincie van Vriesland niet behoort te worden gevilideerd, het geen aan agi Steden in dezelve tot onderhoud van de Fot tijicaiieWerken , by wyzè van admodiatie wordt betaald , doch dat van at post yan twee honderd duizend guldens, die voor onderhoud fan de Fortificatiën binnen de Provinciën , en aetzelVer Frontieren by continuatie op den Staat van Oorlog zal worden gebragt eene zomma van twintig duizend guldens ten laste van gemelde Provincie zal behooren te worden gerepartitieerd, zonder dat dezelve ge urn .en. zal zyn in haare Q iote met de overige Bondgenoóten te liquideeren , doch dat daar tegen zal behooren aan te neemen, om zoo lang aan tiaar die post op .deri O, % Stsia*



94f GENERAAL RAPPORT VAN
Staat van Oorlog in diervoegen word gevalideerd , de1 kos'en van alle de Fnrtificatiewerken , die zy tot defenfie van haare Provincie zoude willen maken , ten haaren privativen laste neemen , zonder ten dien opzigte eenig pecunieel fecours der Bóndgenooten te vragen, zoo dat de voorfchreeve zomma aan gemelde Provincie als by uitkoop van zodanige Lasten zoude worden goedgedaan.
Dat de post van een millioen guldens voor de kosten' yan eene jaarlykfche Equipage , mitsgaders aanbouw en reparatie van Schepen, verhoogd met tagtig duizend guldens, zoo als hier boven is voorgedragen , op den Staat van Oorlog zal behooren te worden gebragt , en de Bóndgenooten verzogt, om daar in gaaf te bewilligen , terwyl Zyne Hoogheid en de Raad vertrouwen „ dat de deliberatien over het redresfeeren van de defecten , die in de adminiftratie van de Zaaken van de Zee plaats hebben , verder voortgezet , en tot een gewenscht eide gebragt zullen worden, en dat de Heeren Staaten van Stad en Lande uit oorzaake van eenig verfchil , dat zy met den eenen of anderen van hunne Bóndgenooten zouden mogen hebben , hun eens gegeeven confent nimmer zullen intrekken.
Dat de Interesfen van de zommt van vier millioenen guldens, die toi vinding van eene meerdere zomme van agt millioenen guldens , aan den Keizer , volgens het Traktaat van Ftntainebleau voldaan, dadelyk zyn genegocieerd, op den Staat van Oorlog behooren te worden gebragt; en dat de Staaten van Gelderland , vari Zeeland en van Vriesland, die, hoe zeer nog niet volkomen overtuigd fchynen , dat de voorfz. zomme dadelyk ia geneg icieerd, echter niet hebben opgegeeven, hoedanig bewys zy tot hunne verdere convictie verlangen , dat geproduceerd zal worden , zullen behooren te worden verzogt, zig te willen herinneren , dat na dat eerst op een Schema van eenen extraordinaris Staat van Oirlog , in gevolge de fiicceifive Refolutien van haar Hoog Mog. waren gebragt de Interesfen van de betaalde agt millioenen , en daar en boven van het beloop van de Aanritsgelden voor de Brunswykfche , Anfpachfche en Meklenburgfche Trouppes, by de Per-



HET F1NANCIE-WEEZEN. 44*
fbneele Commisfie begreepen is , dat dewyl niet meer dan vier millioenen dadeiyk genegocieerd waren , ook alleen de Interesfen van die zomme op den Staat van Oorlog behoorden gebragt te worden , terwyl tot betaaling van de overige vier millioenen onder andere geëmployeerd waren de Gelden, door de Oost-Indifche Compagnie gereftitueerd , en vervolgens niet langer te aarfelen, om daar in te bewilligen.
Dat overeenkomftig de bedenking van de Provincie van Utrecht, betrekkelyk tot de liquidatie van de posten van den extraordinaris Staat van Oorlog, behoord te worden vastgefteld.
Dat over de post van een millioen en tagtig duizend guldens voor de Marine, van tweemaal honderd en tien duizend guldens tot verbetering van de Fronrieren yan de Republiek, en voorziening van de Magazynen, en andere van gelyken aart , die by de ondervinding het best zullen kunnen worden opgegeeven , niet Jaarlyks , maar alleen om de vyf jaaren , zal worden geliquideerd , dan dat door den Raad van Staate jaarlyks nevens den extraordinaris Staat van Oorlog zal worden gevoegd eene Notitie van het geen in hit afgeloopen jaar uit die posten betaald is.
Dat met opzigt tot de aanmerking van de Provincie van Gelderland , dat onder de geringe posten, waar van volgens derzelver begrip geen Aften van verzoek zouden behoeven te worden geëxpedieerd , immers zonder ontgeltenis geëxpedieerd, zouden moeten worden gereekend de Karrevragten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden, het geleverd Stroo voor de Militie , de Tolgelden der doorpasfeerende Miüm tie, Huishuuren en tnderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen, — Bodenloonen ten dienfïe van den Lande , Vuur en Licht in de Wagten en diergelyke: behoord te worden vastgefteld , dat op grond van de reedenen , in de Memorie van den ftaat der deliberatien , hier boven gemeld, gedeluceerd; ten laste van de Unie nier kunnen worden geleden, de Karrevragten, noch de Tol- en Weggelden der doorpasfeerende Mi. litie , als meede niet de kosten van Vuur en Licht in de Wagten , en dat van kleine Veergelden, Huishuuren en onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen, Q 3 van



*K GENERAAL RAPPORT VAN
van Bodenloonen , en in het generaal van alle gedaans betaa'ingen, behoorlyke fpecificatien , met de vereischte bewyzen voorzien , door die geene, dewelke daar van betaaling zullen verlangen , aan den Raad van Staate zullen moeten wordsn gepraïfenteerd ,* om by den Raad en de Generaliteits Rekenkamer gevifiteerd ^ geëxamineerd en geliquideerd te worden, naar de Ordre van den Lande , en' vervolgens in voldoening van dezelve de nodige Aften van verzoek tot de zommen, waar op geliquideerd zullen zyn ^ gedepecheerd te wor«. d/n.
Dat dewyl de veranderingen in het Reglement op de. Binnen- en Buitenlandfche Commisfien te maaken , en de aanftelling van Secretarisfen yan Ambasfade en Legations-Secretarisfen , zoo als het een en an^er in het Rapport van de Perfoneele Commisfie is voorge«< dragen , nadere deliberatie vereisfchen , en van dien «art zyn, dat de Concïulie van het werk van de Quo-. tes en van de Staten van Oorlog daar naar niet behoeven te wagten, eene Conferentie met Gecommitteerden w\ den Raad van State en de Generaliteits Reekenkamer zoude behooren te worden gedecerneerd, om de voorfz. Poinclen nader te examineeren , en van hunne confideratien ter Vergadering van hunjcioog Mogende rapport te doen.
En dat van gelyke eene Conferentie met Gecommitteerden uit den Raad yan State zoude behooren te worden gedecerneerd , om te examineeren, eerftelyk , het geen in da Refolutien , in het hoofd deezes gemeld, voorkomt over de kortingen die in de refpeElive Provinciën op de Soldyen en Militaire Tractementen plaats hebben, en omtrent de Jura of Leges, die in de onderfcheiden Comptoiren en Secretarien gevorderd worden.
En ten tweede de herhaalde inftantien van de Provincie, van Utrecht , om eer,ige vergoeding uit hoefde, van den bezwaar en den voet , op welke in de Lasten van de Unie aanhoudend heeft gecontribueerd , en re'fitutie van de get.npendeerde kosten tot onderhoud va» era'Corps Husfaaren, geduurende de gefubft/leerd heb. bende trou'oles geformeerd, immers zeederd den as
Of*



HET FINANCIE-WEEZEN. *\i
Ottober 1787 , wanneer daar van ter Vergadering Van haar Hoog Mogende opening is gedaan , en van hunne confideratien ter Vergadering rapport te doen. . .
En eindelyk dat de Heeren Staten van de Provinciën van Vriesland en van Stad en Lande behooren te worden verzogt, om zig te bepaalen op de uirr-ebragte Rapporten over de Schryfloonen van de Griffie, en hunne Refolutien op dat fubjeft ter Vergadering van haar Hoog Mogende te willen doen inbrengen.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan , dat het voorfchreeve gerapporteerde by Misfive zal worden gebragt ter kennis van de Heeren Staaten van de refpecYive Provinciën , met vriendelyk en emftig verzoek , het zelve in prompte deliberatie te neemen , en derzelver Refolutien daar op met al den fpoed, die de natuur der zake meede brengt , aan haar Hoog Mogende te laten toekomen.
Accordeert met voorfi. Register.
Q4



GENERAAL RAPPORT VAN
Memorie van den ftaat der deliberatien van de Bóndgenooten over de pointen van het Rapport van de Perfoneele Commisfie over het Financieweezen, dewelke aangeroerd, ende verhandelt zyn in het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate den 22 February 1701 . ter Vergadering van haar Hoog Mog. in gebragt.
Vooraf moet worden genoteerd , dat in het voorfz. Advis alieen is gehandeld over die Pointen, omtrent welke by den eenen of den anderen der Bóndgenooten bedenkingen waren gemoveerd, en die dus niet geconcludeerd konden worden.
Van die Pointen nu zyn , met opzigt tot de volgende, zo men zig niet vergist, uit den weg geruimd de bedenkingen die daar omtrent waren gemaakt , en de Provinciën dus in het zelfde begrip gekomen.
Te weeten:
§, 10. Het Plan door Zyne Hoogheid voorgedragen tot verbetering van de Armée , zodanig echter dat de Provinciën van Gelderland en Vriesland by haare Refolutie betuigen . dat het haar aangenaam zoude zyn, indien daar in nog eenige veranderingen tot menage zouden kunnen worden gemaakt, waar toe Gelder'and voorflaat de Soldye van de Cannonniers te laa'en op den tegenwoordigen voet , en Vriesland her verminderen der Subalterne en Onder-Officieren.
$. II. Het brengen van een Post van honderd en vyftig duizend guldens voor Penfioenen van Officiereu op den voet van het Advis.
J. 12. De voet op welke in het Rapport van de Commisfie is voorgedraagen, dat zouden behooren te worden gekort de Man-
fchap°



HET §> M.
§• 17. S: 19.
S. 2C
§« 22.
Met
van Z\ is het
(
FINANCIE-WEEZEN. 540
fchappen, die van tyd tot tyd aan de I roupes van den Staat zullen ontbreken.
Het Plan van een Corps Pontonniers, zo als m het Rapport van de Commisfie is voorgedragen onder de geringe veran. deringen in het Advis opgegeeven.
Her geen met opzigt tot het Capittel van Gedeputeerden buiten 's Lands is voorgedragen.
De post voor fecreete dienften zo als die in het Rapport van de Commisfie is voorgefteld.
De mortificatie van de bedieningen van de Trompetters van den Staar.
De T aétementen van de Directeurs en Ingenieurs.
Ea ejuaelyk alle de Pointen in de 02fie §. van het Advis opgeteld . uitgenomen de veranderingen in het Reglement op de binnen- en buitenlandfche Commisfien die in het Rapport van de Perfoneele Commisfie zyn voorgedragen, en de aarltelhng van Secretarisfen van Ambasfade en Legations Secretarisfen; dat daar by mede is in bedenken gegeeven , welke beide poindten nadere deliberatie vereis, fchen.
de overige poinclen, die in het Advis ne Hoogheid en den Raad voorkomen zo gelegen. '
Dat in opzigt van de Logisgelden de Provincie van Overysfel alleen zig geëxpliceerd heeft over den voet op welke Holland gedeclareerd heeft te kunnen bewilligen , dat dezelven op den Staat van Jorlog gebragt werden.
En dac Vriesland perfifieert by haare »edagten, dat dezelven voor eene Provintiaale Last moeten worden gehouden om :eden dat het mét de billykheid niet te ttmpasfeeren zoude zyn , dat zy LogisQ 5 gel-



$J0 GENERAAL RAPPORT VAN
5. 4S- 5-
gelden zoude betalen aan Troupes el* ders Guarnifoen houdende.
Dat geene der Provinciën zig geëxpliw ceerd heeft, gelyk dat ook geene heeft kunnen doen , over de nadere inftantien van Holland, ten einde een middel moge worden vastgefteld, waar door onverminderd de Onafhankelykheid van de Provinciën, eene meerdere gerustheid werde gegeeven omtrent het continueel verbeteren der Financien, en over het middel door dezelve Provincie daar toe voorgeflagen.
Dat Gelderland , Holland en Overysfel zig ongenegen hebben verklaard om de nieuwe Quotes te bepaalen voor vyf en twintig jaaren , met de ongedetermineerde Claufule, tot zoo lang als dezelve met gemeene bewilliging op geenen ande*. ren voet zullen gereguleerd zyn, waar by Overysfel voegt, dat zoude behooren te worden vastgefteld, dat met het einde van het twee en twintigfte jaar de Provinciën en de Generaliteit gehouden zul- I len zyn op nieuws gelyke opening van den ftaat haarer Financie te geeven als nu gegeeven is.
En Gelderland daar en boven, dat van hu af aan behoort bepaald te worden de wyze , op welke eene Provincie die zig als onvermogend zal aangeven, van haar onvermogen zal moetên doen blyken, en de tyd binnen welke zulks onderzogt'en finaal afgedaan zal moeten zyn.
Doch dat de andere Provinciën op de voorfchreeve Claufule geen bedenking maaken.
Voorts dat Gelderland , Zeeland en Vriesland by herhaaling referveeren haare vrye deliberatien over de wyze van repartitie der posten op de Staaten van Oorlogs



HET FIN A NCIE-WEEZEN. t»x
log, het welk , indien daar omtrent niet
eenige bepaalingen worden gemaakt, meur; we (lof tot altercatie zal geven, terwyl,
de zaak wel ingezien zynde , indien i'e Militie evenredig, dat is in proportie van de Quotes, word gerepartitieerd, 'er
waarfchynelyk geen post zal zyn , in de repartitie van welke de gemelde Provinciën eenig belang ftellen.
Dat, met opzigt tot den tweeden Gedeputeerden van Gelderland in oen Raad van Staate, Holland voor gerepeteerd houdt , het geen daar omtrent (jedeclareerd is in het Advis van co Augustus.
En dat Overysfel dat Poincft voor als nog in advis houd.
_ Dat geene van de Provinciën zig heeft uitgelaaten over het verlangen van de Provincie van Stad en Lande, om de losfing van de Capitaalen voor reekening van dezelve ten Comptoire Generaal van de Unie genegotieerd , geduurende den termyn van vyf en twintig jaaren te laaten ftilftaan , terwyl daar omtrent door gemelde Provincie by haare laatfte Refolutie word verklaard , dat bereid is , om overeenkomftig den voorflag, by het Advis van Zyne Koogheid en den Raad van den 22 February deezes jaars gedaan , met den Raad dadelyk over te gaan tot het bepaalen en onderzoeken van de deugdelykheid van haare Schuld wegens achteiftallige Intresfen voor den jaare 1715, zig verbindende, om op die Schuld, indien ze deugdelyk word bevonden, jaarlyks negen duizend guldens , doch met die verdere notabele by voeging, dat geduurenüe dat onderzoek, of in gevalle van ongegrondheid dier pratenfie, de gemelde negeu duizend guldens jaarlyks wel wil
af.



GENERAAL RAPPORT VAN
§• 7-
aflosfen op de ordinaire Capitaalen iti plaats van de gewoone losfing.
Dat, met opzigt tot de middelen van afkomst, Holland, Vriesland, Overysfelj en Stad en Lande van gedagten zyn, dat het getal der Provinciën, die in eene Petitie moeten hebben geconfenteerd, voor dat de andere tot het inbrengen van de gaave Confenten mogen worden geadhorteerd , bepaald behoort te worden op vier.
Dat Gelderland en Zeeland verkiezen , dat het zelve volgens het Rapport van de Commisfie bepaald blyve op vyf, zodanig echter , dat Zeeland verklaart bereid te zyn, om, in geval alle de Provinciën het op vier zullen willen verminderen , daar toe te concurreeren.
En dat Utrecht, zig daar omtrent niet heeft uitgelaaten.
Dat daar tegen Utrecht met opzigt tot de middelen van Confirainte, heeft voorgedraagen , of de bepaaling, dat, wanneer eene bezending aan de een or' ande» re Provincie gedaan, geen effect zal hebben gehad , aanfionds na dar daar van rapport zal zvn gedaan, de Gedeputeerden van die Provincie , zo ter Vergadering van hasr Hoog Mogende, als in de verdere Generaliteits Collegien uit die Vergadering en Collegien zullen worden geweerd, niet zo verfiaan moet worden, dar ttffens uit dat Rapport zoude moeten blyken, dat de non betaaling van zodanige Provincie niet aan zuiver onvermo-! gen , maar aan onwilligheid was toe te fchryven-
Dat Gelderland en Stad en Lande zig daar mede hebben geconformeerd; doch de andere Provinciën zig daar omtrent niet uitgelaaten.
S.2,



HET FINANCIE - W EEZEN.
§♦ 8.
Dat ten aanzien van de Subfidien, aan den Markgraaf van Brandenburg Anfpach, en de Hertogen van BrunsWyk en ^leckJenbnrg verfprooken , de Provincie van Zeeland zig geneegen verklaard heeft, om daar omtrent met den Raad van Staate in redelyke fchikkingen te komen.
Doch dat Vriesland perfifteert by haaf voorig begrip, dat is, dat wanneer de zaaken, in het Rapport van de Commisfie voorgefteld , ter conclufie gebragt, de Quotes gereguleerd en dadelyk door alle de Bóndgenooten gefurneerd zullen zyn, zig als dan zal laaten vinden , en van dien tyd af haare aangenomen Quote betaaien.
Voorts dat geene van dé Provinciën zig heeft uitgelaaten over de inftantien van de Provincie van Utrecht , om eenige vergoeding, uit hoofde van dèn bezwaarenden voet , waar op in de lasten van de Unie aanhoudend heeft gecontribueerd, en refiitutie van de geïmpendeerde kosten tot onderhoud van een Corps Husfaarena immers zederd den 22 October 1787.
Dat omrrent de kortingen , die aan de Soldyen, Militaire Tractementen en Penfioenen door de Betaalsheeren worden gedaan , als mede de Jura of Leges, diein de onderfcheiden Comptoiren en Secretarien Worden gevorderd , de Staaten van Zeeland en Stad en Lande , die by hunne Refolutien op het Rapport van de Commisfie zig verklaard hebben ongeneegen te zyn, om eenige verandering in het een en ander foort van Lasten toe te laa. ten , zig daar op niet nader hebben geëxpliceerd.
En, dat de Staaren van Vriesland, die het Poinót van de Leges en Jura in de-
li-



ê$4 GENERAAL RAPPORT VAN
S- 16.
liberatie hadden gehouden 9 by die Refolutie hebben geperfifteert.
Dat over de inftantien van de Staaten van Gelderland , ten einde convenablé Tradtementen voor de Gouverneurs of Commandeurs in de Steden Nymeegen, Arnhem, Zutpaen en Doesburgh op den Staat van Oorlog mogen worden gebragt, geene van de Provinciën zig heefi geëxpliceerd , dan alleen Vriesland , die zig met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad heeft geconformeerd , terwyl Gelderland op nieuw op het voorfz. P0L6I; fterk heeft aangedrongen.
Dat Gelderland vermeent , dal de oprichting van een Corps Mariniers onaf» fcheidelyk gepaard moet gaan met de verbeetering en befpaaring in het Huishoudelyke der Admiraliteiten , en de infmel» ting van dezelve tot een Collegie, en zig dus in het eene buiten het ander niet kan ingeeven , gelyk mede niet in den voorflag om het geen op het voorfz. Corps volgens het laatfte Plan zal worden geprofiteerd j of geheel of gedeelrelyk te voegen by het millioen voor de Marine.
Dat de overige Provinciën confenteeren in de oprigting van het voorfz. Corps volgende het Plan by het Advis voorgedraagen.
Dat Holland nader infteert, dat de fom welke het Corps Mariniers volgende hec laatfte Plan minder zal kosren dan volgens dat van 1780 werde gevoegd by het millioen voor Equipage en Aanbouw geaffecteerd.
Dat Zeeland confenteert dat het zelve millioen zo niet geheel ten minfte gedeeltelik werd verhoogd met de fom ne
dié



HE'
5. 18
$. 20,
r FINANCIE-WEEZEN. 4||
die op het Corps Mariniers zal worden geprofiteerd.
Dat üverysfel en Stad en Lande zig 'er niet over hebben uitgelaaten.
Dat Vriesland daar in difficulteert en Utrecht inhsereerd haar Declaratoir by Refolutie van den 4 Augustus 1790 op het Rapport van de tweede Perfoneele Commisfie gedaan.
Dat Gelderland omtrent de Post van de Defroyementen perfifieert by haare Refolutie van 8 Oclober 179®.
Dat Holland zich zal laaten welgevallen dat dezelve Post op honderd en vyftig duizend guldens werde gebragt.
Dat Zeeland geene remarques heeft op de bepaaling van het Quantum.
Dat Utrecht vermeend dat die Post niet hooger dan op honderd én dertig duizend guldens behoort te worden uitgetrokken.
Dat Vriesland perfifteert by haare voorige Refolutie zonder zich te oppofeeren tegen de bepaaling van de Post op honderd en vyftig duizend guldens.
Dat Overysfel infieert dat de Post het zy op een of meer Provinciën, het zy op den ordinaris of extraordinaris Staat gebragt, liquidatie werde onderworpen.
En Stad en Lande nog vermeent dat de zwarigheden , die zig in die zaak op doen , door haar geadvifeerde by voorige Refolutie met de dispofitie daar over aan de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteit over te laaten, zouden zyn weggenomen.
Dat met opzicht tot de voorflag omtrent de Majors in de Steden Vlisfingen en Veere, de Provincie van Gelderland perfifteert by haar geadvifeerde ten reguarde van de Majors in de Steden Thiel en Bommel, en verklaard in de aflaating van die Posten niet anders te hebben
be-



*56 GENERAAL RAPPORT VAN
bewilligd , dan mits de overige Bóndgenooten zich het royeeren der Posten iri hunne Provinciën, zo als door de Commisfie is geproponeerd, en du§- de Provii;de van Zeeland het roveeren van de Majors te Vlisfingen en Veeie mede laaten welgevallen.
Dat Zeeland infteert dat ook de Majors te Tholen op den ordinairen Staat van Oorlog gelaaten werde.
Dat Vriesland zig omtrent dé Majors te Tholen , Vlisfingen en Veere conformeerd met het Advis.
. En dat de andere Provinciën zich 'er* niet over hebben geëxpliceerd.
§. 21. Dat omtrent de betaaling van de twee Aétes van verzoek op de Provincie van Zeeland ten behoeve van het Gasthuis re Sluis in Vlaanderen gedep^cheerd , de Provincie van Gelderland zich conformeerd met het AJvis, en Vriesland met het rapport van de Perfoneeh Commisfie, doch dat Zeeland blyft difficulteeren in die betaaling.
§. «3. Dat Vriesland in het admitteeren vari het Subfidie ten behoevé van de Colonie van Surinamen blyft difficulteeren.
§. 24. Dat Stad en Lande cpzigtelyk de predikant en Schoolmeefter te Delf/.yl zig blyft conformeeren met het Rapport vari de Commisfie tot de Quotes.
Gelderland daar tegen met het Advis van Zyne Doogheid en den Raad.
En Vriesland wederom met het Rap. port van de Commisfie.
§. 26. Dat, met opzigt tot de Post voor Appointés. Vriesland van oordeel blyft, dat eene diftinéte verklaaring, dat het uitgegeevene aan niemand dan aan Geappoincteerde Militaire Onderofficieren en Soldaaten is befteed , tot zodanige fom als in
het



HE'. §• *7»
$. 28. 5- 29.
S. so.
ÏV. DMU
r F1NANCIE-WEEZEN. 357
het Rapport is voorgeflagen , voldoende zal zyn.
Dat Zeeland confenteert , dat de Post van drie honderd duizend guldens , tot verbeetering van de defenfie van de Frontieren &c. op den Staat van Oorlog gebragt werde.
Doch dat Vriesland perfifieert by haar gedeclareerde, als kunnende die Post niet admitteeren.
Dat daar en tegen Gelderland en Stad en Lande vermeenen dat de gemelde fom» me op den Staat van Oorlog moet worden geplaatst, en niet uit extraordinaire Petitiën moet gevonden worden.
En dat de andere Provinciën zig 'er niet over hebben uitgelaaten.
Dat de Provincie van Vriesland perfifieert by haare Refolutie van den 30 September 1790, daar toe tendeerende, dat aan dezelve zal worden gevalideerd de fomme van twintig duizend guldens , die zy jaarlyks aan agt Steden in haare Provincie betaald.
Dat met opzigt tot de Post van een millioen voor Equipagie en Aanbouw de Provinciën van Gelderland en Vriesland perfifieerea by haare voorige Refolutien,
En Stad en Lande afziende ven haare bevoorens gemaakte accrochementen , in de voorfz. Post gaaf confenteert, doch zig voorbehoud het zelve te kunnen intrekken , indien eene of andere Provincie in het vervolg zodanige belastingen mogt continueeren, of diergelyke nieuwe introduceeren , als by voorige Refolutie zyn gedetailleerd.
Dat omtrent de post der Interesfen van de vier millioenen ter betaaling van hee verfchuldigde aan den Keizer genegocieerd , Gelderland zig uitdnükt op eene R wv.



tjq GENERAAL RAPPORT VAN
wyze, dat niet klaar is op te maaken ^ waar lieenen ze wil, doch dat het fchynt, dat ze verlangd nader geïnformeerd te' worden, of niet de drie millioenen , die aan de Oost-Indifche Compagnie zyn verftrekt , zoo niet geheel ten minfte voor het grootfte gedeelte tot betailing van de voorfz. vier millioenen zouden kunnen worden geënployeerd;
Dat Zeeland zig bereid verklaart in de. voorfchrëve interesfen haare Quote te draagen.
En dat Vriesland perfifteert by haare vooTige Refolutie, waar by geapprobeerd heeft , dat de vóorfz. Interesfen op den Staat van. Oorlog gebragt werden , indien de Capitaalen , tot het voorfz. einde en tot het beloop van die fomme dadelyk genegocieerd en geëmployeerd zyn.
Dat de Povincie van Gelderland blyft inhaereeren haare voorige inftantien , ten einde de post van tien duizend guldens , voor onderhout en reparatie der Ryswerken te 's Graven weert en den Y.^felftroom, o? den Staat van Oorlog geftaan hebbende, daar op verblyve onder de benaming: voor het onderhoud der Ryswerken tot verdieping van den Nederrhyn en Ysfel, en zelfs met eene convenabele fomme verhoogd werde, of dat de kosten , die tot betaaling van de Dieptens der gemelde Rivieren moeten worden aangewend , gevonden werden uit de post tot de Fortificatiën of Frontieren. ' Dat Vriesland zig met het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad conformeerd, en dat geene van de andere Provinciën zig daar over heeft uitgelaaten.
Voorts heef: de Provincie van Utrecht betrekkelyk tot de Liquidatie van de pos%ti\ van den Extraordinaris Staat van Oorlog



HET FINANCIE-WEEZEN. «J$>
log in bedenken gegeeven , of ten aan» zien van de post van een millioen voor de Marine , van drie honderd duizend guldens voor de Fortificatiën en andere van gelyke natuur niet zoude kunnen volftaan , dat de Raad van Staate jaarlyks bv den Extraordinaris Staat voegde eene Notitie van het geene in het afgelopen jaar , uit die posten betaald is , of nog betaald moet worden, immers dat over dezelve niet jaarlyks, maar over een zeker getal van jaaren geliquideerd werde.
Waar mede de Provincie van Gelderland zig heeft geconformeerd.
Terwyl geene van de andere Provin» cien zig daar over heeft uitgelaaten.
Eindelyk merkt de Provincie van Gelderland aan , dat onder de geringe posten , waar voor volgens haar begrip geen Aéten van verzoek zouden behoeven te worden gedepecheerd, immer zonder ontgeltenis geëxpedieerd, behooren de KarreVragten der door pasfeerende Militie, de kleine Veergelden , geleverd Stroo voor de Militie, Huishuuren en onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen , Bodenloonen ten dienfte van den Lande, Vuur en Licht op de Wagten en dierselyke, wa*ar omtrent de gemelde Provii cie ver-» meend , dat de Provinciën zullen mogen voldaan met jaarlyks aan den Raad oveE te zenden fpeciflcatien van de betaalingen, die zy zullen hebben gedaan.
Doch daar omtrent valt te remarqueeren , dat volgens de ïnftruftie v«n de Generaliteits Rekenkamer , geene betaalingen kunnen worden gedaan of geleden, zonder voorgaande Liquidatie by dezelve Kamer.
Daar en boven is het zeer bedenkelyk, in hoe verre de voorfz. kosten tot lasten E s



tfo GENERAAL RAPPORT VAN
van de Generaliteit kunnen worden gebragt , immers is de Raad vnn begrip , dat aan de doorpasfeerende Militie volgens het Marsch Reglement een Kar per Compagnie door de Ingezetenen jtratis moet ^worden geleverd, en dat de Karren of Wagens, die roeerder worden gerequireerd , door de Militie moeten worden betaald.
Pat geen Tol- of Weggelden van de
«yiuitie moeten worden gevorderd, tot zo verre dat wanneer by'rie gemelde Provincie in het jaar 1753 was bepaald , hoe. veel door de doorpasfeerende Militie op den Tol tusfchen Nymeegen en Arnhem zoude moeten worden betaald, de Raad by Refolutie van den 14 Juny van dat jaar, na ingenomen te hebben de hoogWyze confideratien van haare Koninglyke. Hoogheid, heef b-greepen, daaraan niet te kunnen acqnielceeren, en zelf? aan de Collonels of commandeerende Officieren van de Regimenten Cavallerie , Dragoneiers, infanterie, Artillerie en Mineurs in dienst van den Staat, is gelast, om aan de Ordonnantie op den voorfz. Tol gemaakt , noch in het betaalen van den Tol , noch in het geeven van de Verklaaring daar by gemefl, te obtempereeiren.
E^en weinig kunnen worden geleeden de kosten van Vt,ul' **" Licht op de Wagten , vermits die koeten nooit door de Generaliteit gedraagen zyn, en zulks kan voor het toekomende te minder plaats vinden, om dat de Commisfie tot hec werk yan de Quotes, niet regenfbande de infiantien van de Gedeputeerden van Overysfel begreepen heeft, dat daar voor geen Poit op den Staat van Oorlog behoorde



HÉT FINANCIE-WÈEZEN. aöi
te worden gebragt, en die 'er reeds op Ronden, voortaan afgelaaten worden. .
Voor het overige begrypt men niet , welke Posten van Huishuuren en Onderhoud van Ammunitie- en Provoosthuizen, de gemelde Provincie in het oog heeft.
Gelyk mede niet hoedanige Bodenloonen in de Provinciën kunnen voorvalien? die ten laste van dé Generaliteit kunnen worden gebragt. <■„■,,
En derhalven zal by den Raad en Rekenkamer zwarigheid worden g-maakt, bm de voorfz. Post zonder Acten vdri verzoek ; te vaiideeren. ,
Wat de expeditie zonder óntgeltenis aangaat , daar omtrent is het by de gemelde Collegien gebruikelyk vanDeciaratien, die zoo een geringe fomma bedragen ; dat op 2een Zegel behoeven té worden gefchreeven, als mede indien dezelve alleen in verfchotteu bèftaan, geeii Leges te vorderen;
R 3 Een



252 GENERAAL RAPPORT VAN
A^, Ben Regiment ordinaris Infanterie zal be¬
ftaan uit twee Battaillons ieder van zeven Compagnien, te weeten: eene Grenadier en zes Musquettier Compagnien,
Eene Compagnie Grenadiers zal beftaan uit
Ten 42 dagen. In het Jaar.
1 Capitein - ƒ Ij3 o 0 l Capitein Commandant • 83 o o l Lieutenant 60 o o
1 Tweede Lieu¬
tenant , of
Vaandrig - 54 o o
3 Sergeanten ie¬
der a ƒ 94-0-0 72 o ©
2 Tambours ie
der a ƒ 14-13-0 29 6 o 1 Sollicitéur - 12 o o
4 Corporaals ie¬
der a ƒ 18-j-o 73 o ó 44 Grenadiers ieder £1/14-13-0 644 f2 o
3ö Hoofden,waar van de Soldyen bedraagent ƒ1183 l% 0 Eene Cimpagnie Musquettiers zal beftaan uit 1 [Capitein - ƒ 158 o 0
1 Lieutenant - 60 o o j Vaandrig - 54 o o
3 Sergeanten ie¬
der a ƒ04-0-0 7a o o
2 Tambours ie
dera/14-1-0 28 2 o I Sollicitéur - i; o o
4 Corporaals ie
dera/i7-i3-o 70 12 ^ o 4c Gemeenen ie.
der a/14-1-0 56a °j o
J3 / 1016



HE T FINANCIE-WE E ZEN; 2*3
ft 4 tiet
53 Hoofden waar | I
van d« Soldyen bedraageii ƒ 1016 14 o I 6 6
En d' 6
Comp. 318 Hoofden -ƒ6100 4 o 58 Hoofden van de Compagnie Grena1 diers. - - 1185 18 o
Het Battaillon 3^6 Hoofden -ƒ7286 2 o 2 2
752 Hoofden - /1457a t, o f È26Ö3P 7 ïf
Önder-
itaf » 5 Hoofden.
Kosten van
de groote en „
kleine Staf - —-- - - ?Co8 o o
Dus een
Regim.
van - 757 Hoofden" in
het. jaar zal ,
kosten - - /134247 i|
34 _ _ __H
En de 34
Üegim.25738 Hoofden! - - - ƒ.564410 2 ic|



s64
GENERAAL RAPPORT VAN
Het Regiment Guardes te Foet zal beftaan uit twee Battaillons, ieder van zeeven Compagnien, te weeten: eene Grenadier en zes Musquettier Compagnien.
Eene Compagnie Grenadiers zal beftaan uit
Ten 4i dagen. In het Jaar.
i Capitein - f 308 o 0
1 Capitein Com¬
mandant - 127 c o
2 Tweede Lieu-
tenants iedei
a/So-o-c 160 o o
3 Sergeanten ie¬
der a ƒ 33-0-0 £Q o o I Capitein des
Armes - 31 12 c
1 Gefryte Cor-
poraal - 30 2 o 5 Corporaals ieder a/aj-8o 127 c o
2 Tambours ie¬
der a/iS-ó-o 36 ia o l Pyper - - 18 6 o I Chirurgyn of
Frater . 27 o o 1 Sollicitéur • 13 16 o
1 Man voor de
Staf - - ió 12 o 55 Grenadiers ieder aƒ 18-6 0 ioc<5 10 0
Dus een -—— — —■
Comp. 75 Hoofden - ƒ2001 10 o
2 2 En de i ——
Comp. r . Grena»
diers - 150 Hoofden -[ƒ4003 o o
Ee-



HET FINANCIE-WEEZEN. 265
Eene Compagnie Musquettiers zoude beftaan uit
Tea 42 dagen. I In het Jaar.
J Capitein . ƒ 308 o o 1 1 Lieutenant - 92 o o 1 1 Tweede Lieu- 1
tenant - 80 o o 1 Vaandrig - 80 o o 3 Sergeanten ieder a/33-0-0 99 o o 1 Capitein' des
Armes - 31 c c
1 Gefryte Cor-
poraal - 29 10 o
5 Corporaals ie-
der a/24-16 o I24 O o
2 Tambours ie-
| dera/i7-i4-o 35 8 o
1 Pyper - - 17 14 c I Chirurgyn of
Frater - 27 c o
1 S >lliciteur - 13 16 o
1 Man voor de
Staf - - 16 12 o 4S Gemeenen ie I der aƒ 17-14-0 849 12 o
Dus eene —— ■
Comp. 68 Hoofden waar van de Soldyen bedraagen ƒ1803 12 o
6 6
En de 6 -—- 1 1
Comp. 408 Hoofden - /ioSai 12 o 7j Hoofden van de Compag.
Grenadiers - aooi 10 o
Het Bit
taillon 483 Hoofden - ƒ12823 2 o
2 2
966 l/2J<546 4 o
R 5 966



«06 GENERAAL RAPPORT VAN
C. Staf Van net Regiment Guardes
te Voet.
In het Jaar.
i Coilonel • . - ƒ 4800 ol o 11 Eerfte Lieutenant Coilonel 192c o o
1 Tweede Lieuten. Coilonel 144c o o
2 Majors iedèr a ƒ420-o-o 8;o o o f 2 Adiudantenied.a/uoo-o-o 2400 c o
Onderitafi3J 2 Chsiru^vns M!ïors ieder.
Hoofden. 1 r^6o0;?-.° * * I2^° c 0 1 1 lambour Major - - 2:88 o o
1,8 Muiicanten - - 2184 c o
ƒ15072 o\ o
Re-
966 Hoofden - ƒ25646 4 o Hier by het furplus voor / vierCapiteins Com mandjeder a/35-oo maakt voor
vier » - 140 o o
Onder. ƒ25786 4 o ƒ224094 7 1^
ftaf » 13 Hoofden.
1 Kosten van de grote en kleine Staf - —• - 1 15072 o o
Dus 't
Reg« 919 Hoofden, en zal in het j aai
kosten - - - ƒ239166 7 1*



HET FINANCTE-WEEZEN. 267
J)m Regiment Waaien zoude beftaan uit
twee Compagnien Grenadiers en zes Compagnien Musquettiers , te z«« men fterk 437 Hoofden.
Eene Compagnie Grenadiers zoude beftaan uit
ITen 42 dagen. In het Jaar. . Capitein - ƒ 158 o o 1 Capitein Commandant - 83 o o 1 Lieutenant - 60 c o J Tweede Lieutenant - 54 o o
3 Sergeanten ie¬
der a/a4-o-o 72 o c «ITambours ieder 3/14-13-0 29 6 o
1 Sollicitéur . 12 0 o
4 Corporaals ie¬
der a/18-5-0 73 o o
2 Caders ieder
a ƒ 29-6-0 58 12 0 42 Gemeenen ieder a/15-13-0 615 6 0
Dus een Comp. 58 Hoofden waar van de Soldy
bedraagen - ƒ1215 4 O 2 2
En de 2
Comp. 116 — —- — ƒ2430 8 c ƒ21121 c g Transponeer ƒ 21121 t 8
E*.



868
GENERAAL RAPPORT VAN
Ten 42 dagen. | In liet Jaar»
_ _ . Pr.Transport- ƒ21121 ö 8
EeneCsmpagmei
Musquetizrs.
1 Capitein - f Ij8 0 c 1 'lieutenant - 60 o o
1 Vaandrig - J4 o o
3 Sergeanten ie¬
der a ƒ 24-00 72 o 0
2 Tambours ie¬
der a f 14-10 c8 2 o
1 Sollicitéur - 12 o o
4 Corporaals ie
der a/i 7-13-0 70 12 o
2 Cadecs ieder a
ƒ 28- 2-0 - 56 4 o 38 Genieeneu ie-
I der 3/14-1-0 533 r-8 0
Dus eene—
Comp. 53 Hoofden waar van de Soldy
bedraagen - / 1044 16 o 6 0
En de 6 — —
Comp. 31b — — — f62.1.8 ïó o 54478 17U1
Staf. In liet jaar.
Een Collone! f2 4C0I 01 o li Ef-ti Lieucen.
Coilonel - 960 o o Een Major - 360 o o fEenAi'iu lam 84c o o Onderilaf 3 (Een Chiru12 Comp. < gyn Major - 480 0 o Gren. 116 iEenTambour
t Maïor - 168 o o EenCapellaan öoo o o
5808 0 o
Dus het — - j
Reg. 437 —^ =s = Sa - - fmnoi 3 9?
Vi,r



HET FINANCTE-WEE]ZEN. 969
32. Vier Compagnien Jagers.
Iedere Compagnie zoude beftaan uit
Ten 42 dagen. In het Jaar.
l Capitein - f 158 o c
3 E-rfte Lieute¬
nant - - 60 o 0
1 Tweede Lieutenant - 54 o c
1 Vaandrig J4 o o
4 Sergeanten ie-
dera/aS-6-o 113 4 o
1 Capitein des
Armes - *6 18 o
1 Gefryte korporaal - 25 8 o
s Hoornblafers,
ied è/i8-l-o 36 2 o
6 Corporaals ieder a/22-n-o 135 6 o
1 Soliiciteur - 12 o o 60 Jagers ieder a
ƒ 18-1-o - 1083 o o
Dus eene Comp. 79 Hoofden waar van de Soldyen bedraagen f 1757 18 0 4 4
En de 4
Comp. 316 —: m£ — ƒ7031 12 g
2 Curt. Com¬
mandanten ieder ifBfro-o 166 0 c 1
Trans — Ij
poneer3iS —: — —ƒ719713 © ƒ 62550(11[5«
De



2J0
GENERAAL RAPPORT VAN
De Stafztude !n a=t ja»r. In het Jaar.
Pr. Trans- beftaan uit . ,
'porc 318 - - - — . . ƒ62550 u I Lieutenant
Coilonel • 960 o o
1 Major - 360 o 0
Onderüaf 2>lAd.Mant. 840 o o
li Chirurgyn 480 o c
564S o o
320 Hoofden - — . . ƒ65190 11
f. Bereekening der Kosten van het bovenftaan-
de Plan en van het profyt van het zelve , in vergelyking van het geen dit gedeelte van de Armée zoude kosten., volgens het Plan van den 17 Maart 1789.
Paard. Hoofd.
4364 y>>7? FV Cavallerie zoude blyven op denzelven voet, als by net Cpnciliatoii Plan van den 22 february 1791.
;n dus kosten • —— - - ƒx503002 15 <i?
Ho,,f.i. De Infanterie
yjv, Het Regimei t
GuT'dtïste voet ƒ239166 7 1!; 2573?' P)e 34 ordinaris .
Regimenten - 45644101 a io\ 437 Het Regimeni
Walen - 81408 y 9*
32c Oe vier Compagnien J gers - 65190 l\ y\ : 9 Capeljaatpn ieder a /6zo o-c 54C0 o o
' 4QVT57Ï J> 2i
/'04585/b 0 jr
Ca-



HET FINANCIE-WEEZEN. 271
Cavallerie. Transport . — • - I/6458578I °14«?
Paatd.iHoofd. Wanneer men \ j
— —— nu ri!er mede 473614318 v-rgelykt het ,
Plan van dec Infanterie, 17 Maarti789,l
het geen men 28136 gevolgd heeft,
by het formee-
ren van het
Schema van
den ordinaris
Staat van Oorlog, en volgens
welk Plan de
Cavalkrie en|
Infanterie zou- ,, den kosten - — - • /S678633 » ftl
Zoo blykt.dat de kosten van het thsns geprojecteerde Plan minder bedraagen dan die van het Plan van 17 Maart 1789 s
eene fomma J van • • — - * f 22°°5J 12 i.f
V0I5



m GENERAAL RAPPORT VAN
G.
V7olgens het Schema i
* van de Staaten van
Oorlog, het welk ne- I
yens het Rapport van j
de eerfte Perfoneele
Commisfie is overge-
legd, zoude de ordinaris Staat, op welke
de Ca vallede, Dra
gonders , Husfaaren
en Nationaale, Duit-
fche en Walfche Infanterie is gebragt,
naar het Plan den 17
Maarr 1789 aan haar
Hoog Mog. voorge-
draagen, beloopen op /i<524fIo7 8 5 £n de extraordinaris
Staat op 330130? 10 9
En dus beide te zaamen op - • /r 3548414 19 a Doch volgens het Advis van Zjne Hoo>>1 heid en den Raad van Staate, den22February 1791 uitgebragt, zoude boven het geei door de daar by voorgedraagen verandering, 111 het Plan van ƒ £T"?g; 10 c T7^9 zoude worden 0*4C 0 0 geprefheert, dan hei
— welk onder het hiei
/ 519521 'c o na te melden profyt t '/ r is ^ is begreeoen op het
3 ■ _ Corps Aicilleristen .
f o4ey 1 8 het welk op hei
■ n VOOlfd.
Transporteer -l/i3548414I ly a



HET FINANCIE-WEEZEN. «73
Per Transport -ƒ1354841419 a
voorfz. Schema is gef " bragt ter fomma van
f 5l9521 - 10-0 nog wordén geprofiteerd - 9469 1 8
Dus zouden de Staaten van Oorlog bedraagen ƒ13538945 17 6 f 47064 8 o Daar en tegen zoude 3120 o o de verandering* by
het voorfz. Advis
f 50184 8 o voorgedraagen om52440 12 6 trent het Corps Mari-
■ niers, het welk op het
f 2256 4 6 voorfzi Schema is gebragt tot ƒ 50184- 8-0, een bezwaar opieeveren van - - 4256 4 6 Ook moet op den Staat van Oorlog worden uitgetrokken hetTractement van den extraordinaris Envoyé in Rusland, het welk op het Schema by Me. morie is gebragt, bedraagende - - 21900 o o De Post voor de Defroyementen , waar voor op het Schema is gebragt eene fom van ƒ 130000-0-o, zoude verhoogd worden tot ƒ 185000-0-0, en dus vermeerderd met - - 55000 o «
Van gelyke zoude de post voor de Marine, waar voor is uitgetrok
Transporteer - ƒ13018102 2 ""e
IV. DEEL. S



§74. GENERAAL RAPPORT VAN
J Per Transport -1/13618102 2 •
trokkenƒroooooo-o-o geaugmenteert worden met - - 80000 o o
En die van de Logisgelden met - - 32000 o o
Voorts zouden by continuatie op den Staat van Oorlog worden gelaaten de Predicanten onder het Kruis, welker Traktementen bedraagen - - 1200 o O
En voor hun leeven op den extraordinaris Staat worden gebragt
[)e Predicant te Delfzyl met • - ƒ joo o 0
De Schoolmeeiter aldaar met - 150 o 0
En de Predicant te Yzendykemet 60O o o
■ 1 1250 o o
Voorts zal nog op den extraordinaris Staat van Oorlog moeten worden gebragt het GeneraalsTraétement van den Heer Erfprins tot - - loooo c o
Erf vervolgens zouden de Staaten van Oorlog bedraagen - ƒ13742552 2 o Vot-
Transporteer -ƒ13742552 2 9



HET FINANCTE-WEEZEN. a7*
Per Transport - /ij74»552 2 o
Volgens rle nadere gedagten van Zyne Hoogheid zoude op het Plan van de Armée worden geprofi teerd - .ƒ220055 12 ijf
Op het Corps Mariniers- 256672 15 8|
Op de post . tot de Fortificatiën - 90000 o o
Op die vooi Penfioenen 30000 o o
-— 596728 7 10J
'A3595559 2 o En dus zouden de Staaten 13145823 14 1? van Oorlog bedraagen - ƒ13145823 14 if ——— En geprofiteerd worden 1 «-
i 449728 7 »« ƒ449728-7-10?.
I I Jfc.



276 GENERAAL RAPPORT VAN
Refolutie van ie Provincievan Friesland,op het nader Rapportover het werk van de Quotes. en de Schryfloonenvan de Griffie van baar Hoog Mogende.
Extract uit het Register der Refolutie» van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Fereenigde Nederlanden.
Lun<x den 31 OÜober 1791.
D« Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Vriesland , hebben ter Vergaderinge ngebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, runne Principaaien, genomen op het Rapport, ien 21 deezer lopende maand alhier ter Vergalering uitgebragt, raakende het werk van de Provinciale Quotes; mitsgaders op de Rapporen, op den 10 December 1790, en den 17 fanuary laatstleden ; raakende de Griffie , ter Vergaderinge van haar Hoog Mogende uitgebragt; volgende de voorfchreeve Refolutie hier na geïnfereerd.
Geëxtraheert uit het RefolutieBoek der Ed. Mog. Heeren Staaten van Friesland.
Ontfangen een Misfive van hun Hoog Mosrende de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , gefchreven in 's Hage den 21 deezer maand , houdende, dat de Heeren derzelver Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, by diverfe fuccesfivelyk genomen Refolutien verzogt zynde, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , te examineeren de ingebragte Refolutien der Heeren Staaten van de refpective Provinciën , op het Advis van Zyn Hoogheid en den Raad van den 22 February laatstleden , ter Vergaderinge ingebragt op de verfcheidene Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten, genomen op
het



HET FINANCIE-WEEZEN.
«77
het Rapport van de Perfoneele Commisfie , die tot het reguleeren van de Quotes der Provinciën en het onderzoeken van de Financie van de Generaüteit was sredecerneerd geweest , een nader Rapport aan hun hadden gedaan , in fubftantie tendeerende, om, ten opzigte van de Poincten, waar omtrent de Provinciën nog van yerfchillende gedagten waren , immers in opzigte van fommige van dien eenii; nader voordel te doen, waar door aan de verlangens van fommige Provinciën voldaan , de zwarigheden , door andere gemaakt , uit den weg geruimd , en dus een middel daar gefield wierd , om in die groote zaak eenparige Refolutien van de Provinciën uit te werken.
Dat hun Hoog Mogende , om van hunne kant alle mogelyke acceleratie aan dat gewigtig werk by te zetten , gemeend hadden , geen ogenblik te moeten verzuimen, om het voorfchreeve Rapport ter kennis van hun Edele Mog. en van de andere Bóndgenooten te brengen , en daar van een' gedrukt Exemplaar over te zenden , met verzoek , dat het zelve in ernftige en prompte deliberatie geliefden te neemen, en hun met alle fpoed , die de natuur van het werk medebragt, van derzelver befluit te informeeren , op dat zig mogten verheugen , binnen korten door eenpaarige en cordaate Refolutien te zien termineeren die onzekerheid en fluctuatie, die zedert een geruimen tyd in de allergewigtigfie gelegendheden had plaats gehad ; alles breder in de voorfz. Misfive voorkomende.
Is, na deliberatie, en gehoord het Rapport, door de Heeren hun Edele Mogende Gecommitteerden , met Heeren Commisfarisfen uit het Collegie der Heeren Gedeputeerden en uit 's Lands Reekenkamer, mitsgaders de Heeren wegens deeze Provincie gefungeerd hebbende tor het reguleeren van de Quotes der refpective P,ovincien, en het onderzoeK omtrent de Generaliteits Kas, den inhoud van het gedagte Rapport geëxamiS 3 ueerd



«7* GENERAAL RAPPORT VAN
neerd hebbende , ter Vergadering uitgebragt. goedgevonden en verftaan , de Heeren deeze? Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit te gelasten , gelyk gefchied by deezen , om , namens deeze Provincie , ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende te declareeren, dat, alfchoon hun Ed. Mogende aangaande de posten, in voorIchrevi Conciliatoir Rapport vermeld , fpeciaal van de Logisgelden, en die tot verbetering der fcroimeren en Magazynen, perfiiteeren by hunne gevoelens, in de Refolutien van den 30 September 1790, den 5 Oftober daar aan volgende ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende inge. bragt, en van den 10 Juny 1791 , den 14 van die maand aldaar geproduceerd, gemanifesteerd, hun Ed. Mogende egter, uit aanmerking van de ongemeene vlyt en yver, waar mede Zyne Hoogheid de verfchillende begrippen der Bóndgenooten heeft getragt ten algemeenen nutte te concdieeren , en uit condescendance voor Hoogst denielven, zig met dat Conciliatoir Rapport zullen conformeeren, onder deeze fpeciafe Conditie, dat het zelvt pro ut jacet eenpaarig door alle de Provinciën werde geaggreëerd, by ontlfentenis van welks hun Ed. Mogende dit hun confent houden voor niet gedragen, en alsdan perfifteerta by de Refolutien , boven gemeld, terwyl hun Ed. Mogende in allen gevalle de vrye deliberatien, aangaande de repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog , wanneer die door Zyne Hoogheid en de Raad van Staate zal zyn gereguleerd, aan zig referveeren.
Dat hun Edele Mogende wyders, ten opzigte der Schryfloonen van de Griffie van hun Hoog Mog. , waar omtrent hoogstdezelve , volgens het flot van gemelde Conciliatoir Rapport zyn verzogt, om zig te bepaalen, welgemelde hunne Gecommitteeraen ter Generaliteit authorifeeren, om zig wegens deeze Provincie met de Refolutie van de Heeren Staaten van Utrecht, den 23 Maart deezes jaars genomen , en den ay daar
aan



HET FINANCIE-WEEZEN. 270
aan volgende ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende ingebragt, te conformeeren.
En zal Extract, deezes worden gezonden aan welgemelde Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit , om zig daar naar te gedragen.
Aldus gerefolveerd op het Landfchaps fluts den 27 Oftober 1791.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Boek.
(Lager ftond)
In kennisfe van my,
(GetekeriO
J. VAM IDSINOA.
Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gezonden zal worden aan den Raad van Staate, om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën , welke zig op de beide voorfchreeve Subjecten nog niet hebben verklaard , verzogt, hun daar toe mede te willen bekwamen.
(Onder Rond)
Accordeert met het voorfz. Register.
S 4
Ex-



*8o GENERAAL RAPPORT VAN
Refolu-, lie van de Provincievan Celderland, op het naderRapportoyer bet werk van de Quotes.
Extratï uit het Register der Refolutie van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,
Luna den 5 December 1791.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland, hebben ter Vergaderinge ingebragt en laaten lezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie , hunne Principaaien , genomen op het Rapport den 21 Oétober laatstleden alhier ter Vergaderinge uitgebragt , raakende het werk van de Provinciaale Quotes; volgende de voorfchreven Refolutie hier na geïnfereerd,
ExtraEl uit het Reges des Landdags , in November 1791 extraordinarie binnen de Stad Nymegen gehouden.
Lunce den 28 November 1791.
Is gehoord het rapport van Jan Elias van Lynden, Burggraaf, Richter en Dykgraaf des Ryks, en Richter der Stad Nymegen , en andere hunner Ed. Mog. Ge committeerden» , by derzelver Refolutie commisioriaal van den 18 April dezes jaars benoemd, houdende, dat zy op verfchryVinge van den Hove Provinciaal van den 1 «lezes maands , in gevolge en ter voldoeninsre aan 's Landfchaps Refolutie van den 27 Maarr, den 8 October daar aan volgende gtiiiiisreerd , den 16 deezes en eenige volgende dagen nagezien cn geëxamineerd hadden eene Misfive van hun Hoog Mog. van den 21 October laatstleden, totBvlaage hebbende het nader Conciliaioir Rapport , ten selveiia.dage ter Generaliteit uit-
ge-



HET F1NANCIE-WEEZEN. a8ï
gebragt , door de Heeren Hoogstderzelver Ge. deputeerden tot de zaaken van de Financie, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerdens uit den Raad vari Staate, geëxamineerd hebbende de fuccesfive Refolutien van de refpedt-ive * Provinciën, op het Advys van Zyne Hoogheid en de Raad van Staate van den 22 February dezes jaars 1791 , met verzoek en ernftige inftantien , om daar omtrent ten fpoedigften eene vrugtbaare Refolutie te nemen.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben hun Edele Mogende welgemelde Gecommitteerdens voor derzelver genomene moeite en gedaan rapport bedankt , en vervolgens op het gunt voor» ïchreeve gerefolveerd volgender wyze.
Ontfangen een Misfive van hun Hoog Mogende, gefchreven in den Hage den 21 October laatstleden , houdende, dat de Heeren derzelver Gedeputeerden tot de zaaken van de Financien , by diverfe fuccesfivelyk genomene Refolutien verzogt zynde, om, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerdens uit den Raad van Staate, te examineeren de ingebragte Refolutien der Heeren Staaten van de refpedtive Provinciën, op het Advys yan Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , van den 22 February laatst» leden, ter Vergaderinge ingebragt, op de verfcheidene Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten , genomen op het Rap» port van de Perfoneele Commisfie , die tot het reguleeren van de Quotes der Provinciën, en het onderzoeken van de Financie van de Generaliteit was gedecerneerd geweest, een nader Rapport aan hun hadden gedaan, in fubftantie tendeerende , om ten opzigte van de poinéten , waar omtrent de Provinciën tog van verfcbillende gedagten waren, S 5 im-



382
GENERAAL RAPPORT VAN
immers in opzigt van zommige van dien, eenig nader voorftel te doen , waar door aan de verlangens van zommige Provinciën -voldaan, de zwarigheden , door andere gemaakt, uit den weg geruimd, en dus een middel daar gefield wierd , om in die groote zaak eenparige Refolutien van de Provinciën uit te werken.
Dat hun Hoog Mogende, om van hunne kant alle mogelyke acceleratie aan dit gewigtig werk by te zetten , gemeend hadden geen ogenblik te moeten verzuimen , om het voorfchreve Rapport te brengen ter kennisfe van hun Edele Mogende, en van de andere Bóndgenooten, met verzoek , om het zelve in ernftige en prompte deliberatie te neemen , en hun met alle fpoed , die de natuur van het werk mede bragt, van derzelver befluit te informeeren , op dat zig mogten verheugen, binnen korte door eenpaarige en cordate Refolutien te zien termineeren die onzekerheid en fluctuatie , die zedert een geruimen tyd in de allergewigtigfte aangelegentheden had plaats gehad, en waar door de Republicq aan zo dringende gevaaren was bloot gefield , dat het te verwonderen was , dat de zaaken tot nog toe buiten confuiie en totaal verloop hadden kunnen worden gehouden.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben hun Edele Mogende, om te betonen niet alken, hoe zeer de gewigtige onderwerpen , in het voorfchreve nader Conciliatoir Rapport verhandeld , die zy mede aanmerken als de grondflag, waar van voornaamentlyk het welvaaren en behoud van dezen Staat is dependeerende , hun ten harten gaan ; maar ook om te beantwoorden aan de onvermoeide zorg en yver, waar mede Zyne Hoogheid en de
Raad



HET FINANCIE-WEEZEN. sgj
Raad van Staate de verfch llende begrippen der Bóndgenooten hebben getragt ten algemeenen nutte te concilieeren, goedgevonden , de Gecommitteerdens van wegens deeze Provincie ter Vergadering van hun Hoog Mog. te gelasten , gelyk dezelve gelast worden kragt deezes, om ter hooggedagte Vergadering te openen.
Dat hun Edele Mogende met alie toegeevendheid, voor zoo verre de gefield, hein deezer Provincie , en deszelfs be. krompen financieel vermogen zulks toelaaten, gaarne alles willen toebrengen, het geen de afkomst van zoo eene belangryke materie kan bevorderen , en dienvolgens hunne gevoelens en bedenkingen open leg. gende, wederom volgen zullen de ordre, waar by die gewigtige poinclen in dit nader Conciliatoir Rapport zyn voorge. dragen.
Dat hun Edele Mogende dan mee betrekking tot den voorflag ter verbetering van de Armèe van den Staat, en de verandering , daar by tot meerdere menage gemaakt, met aangenaamheid hebben befpeurd, dat de gedagten van Zyn Hoogheid coïocidef ren met de geene, waar op by deeze Provincie is aangedrongen , en dat daar door is voorgekomen de reduc tie van een zoo groot getal van Compagnien, als het vorige Plan medebragt.
Dat hun Edele Mog. dus die voorflagen geëxamineerd, en gelet hebbende op de motiven, die Zyn Hoogheid bewogen hebben , om dezelve te doen , zig met het Plan, zoo als is voorgedragen, conformeeren , het Corps Scheeps Artilleristen daar onder mede begrepen.
Dat hun Ed. Mogende vervolgens ten aanzien van het vinden van eenige menage op de post van een honderd en vyftig
dut«



*8a GENERAAL RAPPORT VAN
duizend guldens voer Penfioenen van Officieren geprojecteerd, zig zullen fchikken na de meeste inclinatie van de Bóndgenooten , het zy om dien post te laaten verblyven', het zy om die te verminderen met de voorgeflagen fom van dertig duizend guldens.
Dat hun E lele Mogende wyders hun bevorens ingebragte Refolutien op het (tuk der Logysgelden van de Militie inhrereerende , daar in concurreeren en bewillig gen, dat, by zoo verre dubbeld of zwaarder Logysgeld omtrent het Guarnifoen van den Haag plaats heeft, het zelve in computatie kome en geliquideert worde, volgens de ordre van den Lande, en dat dus de gemelde post met het beloop van dat dubbeld Servis voor het Guarnifoen van den Haag, het welk gerekend word te belopen op een fomme van twee en dertig duizend guldens" verhoogd, en aan de Provincie van Holland werde gevalideerd.
Dat , belangende het brengen van de ; post voor de Dsfi oyementen op den ordinaris Staat van Oorlog, waar door dezelve aan geen Liquidatie zoude worden onderhevig gemaakt, en het repartitieeren van die post over de zeven Provinciën en de Generaliteit op den tot nu toe gebruikelyke voet , dat namentlyk de helft tot lasten van de Provincie van Holland, en de wederhelft ten laste van de zeven Provinciën en de Generaliteit, naar derzelver Quotes werde gebragt, mitsgaders dat die post zoude behoren te worden veihoogd tot op ƒ .185000 -0-0, hun Edele Mog. geene redenen of moüven op dit ftuk zyn voorgekomen , welke hun zouden permoveeren , om van derzelver Refolutie van den 8 October 1790, den
27



HET FINANCIE-WEEZEN. »S§
27 Mey 1791 nader geïnhaereerd , voor alsnog af te gaan, hoe zeer ook wenschten gronden te mogen hebben , om daar in ter contemplatie van een of meerder hunner Bóndgenooten faciliteit te kunnen betoonen, en den voorflag, by dit nader Conciliatoir gedaan , te amplefteeren , gelyk hun El. Mogende ook uit die principes geftadig werkzaam blyven.
Dat , betreffende de vermindering van de post van driemaal honderd duizend guldens, gefchikt tot verbetering van de defenfie der Frontieren , en voorziening van de Magazynen in de Frontierfleden van het nodige Gefchut en verdere Voorraad, met negentig duizend guldens, en dus het brengen van dezelve op twee honderd en tien duizend guldens, hun Edele Mog. gaarne hadden gezien , dat de fomme van driemaal honderd duizend guldens kwame te verblyven , zoo nogthans , dat niet ongenegen zullen bevonden worden , zig te voegen na de inclinatie en het verlangen der andere Bondgenooten, indien tot deeze vermindering tendeeren.
Verklaarende hun Edele Mogende verders te kunnen lyden, dat aan de inftantien van de Provincie van Zeeland omtrent de Majors in de Steden Tholen, Vlisfingen en Veere werde voldaan , en die Majors overzulks op den Staat van Oorlog gelaaten; doch dat dan ook op denzelven Staat gelaaten worden de Ma. jors in de Steden Thiel, Bommel, de Clundert en Harlingen.
Dat, omtrent de nadere inftantien door de Provincie van Holland gedaan, ten einde een middel moge worden beraamt, waar door onvermindert de onafhankelykheid van de Provinciën, eene meerde.
re



*96 GENERAAL RAPPORT VAN
re gerustheid werde gegeeven, dat de PInantien van de refpective Provinciën continueel verbeetert worden ; en het vastftellen, dat door ieder Provincie jaarlyks of zoo dikwyls het zal gerequireert worden, aan den Heer Erfftadhouder in der tyd zal moeten worden gedaan, eene verklaaring, dat haare inkomften door geene vermindering of affchafling van lasten zyn afgenomen, en zy zig geftadig bevlytigen, om een Excedent van de inkomften boven de uirgaven te verkrygen, hun Edele Mog. moeten inhaereeren , hun voorig Declaratoir by Refolutie van den 8 October 1790 vervat, te meer, daar wegens de verhoogde Quote deezer Provincie, met het zelfde regt , als de Provincie van Holland op zodanige verzeekering van de vyf andere Piovincien zouden kunnen infteeren , doch dat hun Edele Mogende , daar de beheering der inwendige huishouding en de adminiftratie der Financien aan de Staaten van ieder Provincie privatief competeert, zoo een verzeekering van haare Meede Bóndgenooten niet zullen vergen , in verwagting , dat refpectivelyk geftadig werkzaam zullen zyn , om een Excedent van inkomften boven de uitgaven te verkrygen, gelyk hun Edele Mogende offchoon niet gezind om aan haare Bóndgenooten eenige inzage in haar Financien , of eenige inftemming tot het op of afzetten van lasten toe te ftaan , op het invoeren van nieuwe, en zoo veel mogelyk, de verbetering der oude lasten, met ernst zullen moeten bedagt zyn.
Dat , met opzigt tot het arrefteeren der nieuwe Qi/ote voor den tyd van vyf en twintig jaaren , en het tellens daar by vastfteilen, dat met het einde van het
twee



HET FINANCIE-WEEVZEN. 28?
twee en twintig/Ie jaar de refpective Provinciën aan haare Financiën, en de Raai van Staate van die van de Generaliteit, gehouden zullen zyn, op nieuws opening te doen, des, dat indien met de expiratie van de vyf en twintig jaaren geene nieu» we Quotes gereguleert zullen zyn, in het dragen van de Lasten , de voorige by provifie zal worden gecontinueert , hun Edele Mogende zig met dien voorflag in zoo verre conformeeren, dat teffens werde vastgefteld, dat met het twee en twintigfte jaar de Provinciën en de Raad van Staate refpective gehouden zullen zyn op nieuws opening te doen, en dat ten einde het reguleeren der nieuwe Qnotes , of het continueeren der voorige, niet in het onzeeker blyve , het onderzoek voor expiratie van het vyf en twintigfte jaar zal moeten zyii afgedaan , en het voortduurende der voorige Quotes , of de bepaalingen van nieuwe, getermineert.
Dat, met opzigt tot de wyze op welke eene Provincie die zig voor onvermogend zoude mogen opgeeven , van haar onver* mogen zal behooren te doen blyken , en de tyd, binnen welke zulks oncierzogt en finaal afgedaan zoude moeten zyn , hun Edele Mogende het expediënt, door Zyn Hoogheid en de Raad van Staate voorgeflaagen , zeer voldoende is voorgekoomen.
Dat hun Edele Mogende , ten opzigte tot de Repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog , moeten periifteeren by hunne vorige Refolutie, terwyl het voorgeflagene expediënt by het Conciliatoir Rapport geen voldoende gerustheid geeft, en hun Edele Mogende overzulks de vrye deliberatien , aangaande de Repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog
wan-



GENERAAL RAPPORT VAN
wanneer die door Zyn Hoogheid en den Raan van Staate zal zyn gereguleert, aan zig referveeren.
Dat , wat aangaat de inftantien van Stad en Lande , om met de losfing der Capitaalen voor reekening van dezelve, ten Comptoire Generaal van de Unie genegotieerd , te mogen flil ftaan, geduurende de vyf en twintig jaaren , voor dewelke de Staaten van Oorlog waarfchyn» lyk zullen werden gearrefteert, hun Edele Mogende geneegen zyn , aan die inllantien te.defereereH op den voet, als door Zyn Hoogheid en den Raad is voorgeflaagen.
Dat omtrent de admisfie van eenen tweeden Gecommitteerden wegens deeze Provincie in den Raad van Staate , hun Edele Mogende zig niet nader zullen uitlaaten, maar by hun gedeclareerde alzints blyven perfifteeren,-
Dat met relatie tot de middelen , om tot een afkomst van Confenten te geraaken, hun Edele Mogende, om geen verder oponthoud omtrent dit Poincf te geeven , zig den voorflag van Zyn Hoogheid en den Raad van Staaten zullen laaten welgevallen , hoe zeer zig daar in ook veel bedenkingen voordoen , en een tergiverfeerende Provincie daar door van beter conditie zoude worden , dan die geene, die een fpoedig confent komen in te brengen.
Dat nogthans de middelen van afkomst op de voorgeflagene wyze zynde vastgefteld , hun Edele -Mogende zig de middelen van confirainSte dan ook zullen laaten welgevallen, op den voet , als by het Conciliatoir Rapport vervat, zodanig echter , dat , zoo ras eene Provincie , welkers Gedeputeerden , uit de Vergaderinge



HET F1NANCIE-WÈEZEN. 280
ringe van hun Hoog Mogende , en uit de verdere Generaliteits Collegien zullen zyn geweerd , zal hebben voldaan , derzelver Gedeputeerden wederom dadelyk in de Generaliteits Collegien, zondereen object vdn deliberatien te worden, op den vorigen voet fesfie zullen neemen.
Dat hun Edele Mog. 2ig vervolgens volkomen conformeeren , dat de Staaten van de Provinciën van Zeeland en Vriesland , nader worden verzogt, en Bondgenootichappelyk aangemaand de eerstgemelde, om nopens de betaaling van haare Quote in de Subfidien aan den Markgraf van Brandenburg Anfpach, en de Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg verfprooken , de noodige voorziening te doen , en de Provincie van Vriesland , om te voldoen de drie per cent, die dezelve op de voorfchreeve Subfidien heeft; ingehouden.
Dat wat betreft de Tractementen voer de Gouverneurs of Commandeurs in de Steden Nymegen , Arnhem , Zutphen en Doesburg, als meede de post tot verdieping en behoorlyk onderhoud van den Neder-Rhyn en Tsfel, hun Edele Mogende met leedweezen hebben gezien de weinige ingresile , die hunne billyke inftantien , om deezen Posten op den S'aat van Oorlog te brengen, gevonden hebben.
Dat hun Edele Mogende hunne overtuigende redenen , daar toe bygebragt, thans niet zullen herhaalen , maar zig zoo zeer ten gemeenen nutte van het Bondgenootfchap bezwaarende, en daar door van hunnen kant alles doende, wat in hun vermogen is , wederkerig verwagten , dat de Bóndgenooten haare Provincie niet langer alleen zullen belast laten IV. deel. T met



«go GENERAAL RAPPORT VAN
met deeze betaalingen , en dat zoo wel de laatstgemelde Post op den Staar van Oorlog verblyve, als voor de eerstgemelde een convenable zomme daar op ge» bragt werde; infteerende hun Edele Mogende met allen ernst, dat aan dit haar billyk verlangen werde voldaan.
Dat hun Edele Mogende zig al verder conformeeren met de redenen , door Zyn Hoogheid en den Raad van Staate aangevoert , om de Staaten van Zeeland de voldoening der twee bewuste Abten van verzoek ten behoeve van het Gasthuis te Sluis in Vlaanderen gedepecheert , te recommandeeren.
Gelyk hun Edele Mogende met opzigt tot den Predikant en Schoolmeester te Delfzyl, vermeenen, dat de Heeren Staaten van Stad en Lande behooren verzogt te worden , om in navolging van het geen by andere Provinciën is gedaan, van hun begrip af te zien , en door her aanneemen der betaaling van gemelde Predikant en Schoolmeester alle verdere disculie op dit point te doen cesfeeren.
Dat hun Edele Mogende aangaande de wyze, op welke aan den Raad van Staaten «uilen worden opgegeeven de betaalingen, die doer de refpective Provinciën en de Landfchap Drenthe uit de Posten voor de Appointées over ieder jaar zullen zyn gedaan, en het inzenden van Lysten aan Zyne Hoogheid van de Peribonen, welke uit de voorfchreeve Post betaald worden, zig zullen laaten welgevallen het Advys van Zyne Hoogheid en den Raad.
Dat omtrent het geadvifeerde by de Raad van Staate, opzigtelyk eene zomma van twintig duizend guldens t*it de Post van twee honderd duizend guldens , die , voor



HET FINANCIE-WEEZEN. agi
voor onderhoud van de Fortificatiën binnen de Provinciën, en derzelver Frontieren by continuatie op den Scaat van Oorlog zal worden gebragt, ten laste van de Provincie van Vriesland te repartitieeren, zonder dat dezelve gehouden zal zyn, in haare Quota met de overige Bóndgenooten te liquideeren , hun Edele Mogende aan Zyne Hoogheid en den Raad van Staate zullen overlaaten , om voor de Provincie van Vriesland zodane fom te bepaalen , als zullen oordeelen nodig te zyn , tot onderhoud van de FortificatieWerken binnen die Provincie , en die dezelve tot defenfie van haare P-ovincie zouden willen aanleggen, onder de bepalingen nogthans by hét Conciliatoir Rapport vervat.
Dat wyders omtrent het brengen op den Staat van Oorlog van een Post van één millioen guldens voor de kosten van een jaarlykfche Equipagie , mitsgaders Aanbouw en Reparatie van Schepen, en het verhoogen van dezelve met tagtig duizend guldens , zoo als by het nader Conciliatoir Rapport is voorgedragen , hun Edele Mogende zig refereeren tot het geene by haare Refolutie van den 27 May deezes jaars hebben geadvanceerd, dat namentlyk deeze post op den Staat van Oorlog niet kan worden vastgefteld, en hun Edele Mogende niet willen gehouden worden daar in geconfenteerd te hebben, bevorens de voorgedaeene redresfen, ten aanzien van de Admiraliteiten en Adminiftratie van de zaaken van de Zee, werkelyk zyn tot fhvj.i gebragt.
Moerende hun Edele Mogende, zoo met betrekking tot deezè Post,"als met relatie tot andere voor het *ar:tfche Bondgenootfchap imeresfante Poinclen , met Zvne Hoogheid en den Raad van Staate voikoT 2 mep



ïo2 GENERAAL RAPPORT VAN
men inRemmen , dat, offchoon 'er fommige mogten zyn, die ter conclufie kunnen worden gebragt, hét nogthans bedenkelyk zoude voorkomen een gedeelte te concludeeren, terwyl verfcheide andere onafgedaan zouden blyven.
Dat hun Edele Mogende over zulks perfifteeren by haare gemelde Refolutie, doch echter, om al wederom in deezen blyken van haare infchiklykheid te geeven , en de afkomst van zaaken te be. vorderen, met concurrentie der andere Provinciën , confenteeren voor dan tyd van één of twee jaaren , haare Quote in een millioen jaarlyks te furneeren, in die billyke verwagting , dat de voorgeflagene verbeteringen en befparingen in hetHuisboudelyke der Admiraliteiten , en een algemeen redres der zaaken van de Zee , zonder verzuim by de hand zullen genomen, en hoe eerder zoo beter werkftellig gemaakt worden : alzo hun Edele Mog. geen meerderen last op zich kunnen neemen , en haare Financien bezwaaren, zonder dat teffens de zoo hoog nodige befparingen dadelyk worden ingevoerd , als wanneer hun Edele Mogende gewillig zullen bevonden worden, om met al hun vermogen mede te' werken tot al het geen voor den bloei van het Zeewezen, en de Commercie deezer Landen zal geoordeeld worden te kunnen llrekken.
Verklaarende hun Edele Mogende al wyders , wanneer aan haar verlangen in deezen zal zyn voldaan , niet alleen niet ongeneegen te zullen weezen , om , met concurrentie der andere Bóndgenooten zich over het plaatfen van deezen Post van een millioen op den extraordinaris Staat van Oorlog , en over de voorgeflagene verhooging van denzelven met tagtig duizend guldens, en het employ van dien
ten



HET FINANCIE-WEEZEN.
293
ten voordeele van de Marine, te expliceeren , maar zig zelfs daar toe ook in dat geval te verbinden.
Dat, met relatie tot het bygebragte omtrent de interesfen van de zomme van vier millioenen guldens, die tot vinding van eene meerdere zomme van agt millioenen guldens aan den Keizer , volgens het Tractaat van Fontainebleau voldaan, dadelyk zyn genegotieerd , en het brengen van dezelve op den Staat van Oorlog , hun Edele Mogende , hoe zeer het hun ook bedenkelyk is voorgekomen Negotiatien van die aangelegentheid , ter Generaliteit buiten haare concurrentie gedaan , te homologueeren , echter in dit iingulier geval ter bevordering van afdoening zullen toegeeven , en genoegen neemende met de verzeekering van den Raad van Staate, bewilligen , dat de interesfen van dezelve op den Staat van Oorlog worden gebragt.
Dat, betrekkelyk tot de liquidatie over de Posten op den extraordinaris Staat van Oorlog , hun Edele Mogende zich conformeeren met de bedenkingen van de Provincie van Utrecht , om over de by het Rapport vermelde Posten , wanneer met gemeene bewilliging der Bóndgenooten op dezelve zyn gebragt , niet jaarlyks, maar alleen om de vyf jaaren , re liquideeren, en dat door den Raad van Staate jaarlyks nevens den extraordinaris Staat van Oorlog worde gevoegt een Notitie van het geen in het afgeloopen jaar refpectivelyR uit die Post is betaald.
Dat, met opzigt tot de aanmerking van deeze Provincie dat onder de geringe Posten , waar van geen Aften van verzoek zoude behoeven te worden geêxpedieert, immers zonder ontgeltenis gedepêcheerd, zouden moeten gerekend worden de Kar* T 3 vrag-



«94 GENERAAL RAPPORT VAN
vragten der doorpasfeerende Militie , de kleine Veergelden , her. gekeverde Stroo voor de Militie, Huishuuren , en onderhoud van Ammunitie en Provoost-Huizen. Booden-Loonen ten dienfte van den Lande , Vuur en Licht in de Wagten en diergelyke , hun Edele Mogende moeten inhéereeren hunne voorige Refolutie, alzo het hun voorkomt dat de redenen, die in de Memorie van den Staat der deliberatien gevoegt agter het Conciliatoir Rapport , worden opgegeeven, waarom deeze Posten niet kunnen geleeden worden, om dat namentlyk dezelve nimmer door de Generaliteit zyn gedraagen , ten eenemaal abufif zyn , en de Raad van Staate van het tegendeel van dien kan worden geëlucideerd , onder anderen uit de Declaratien, by de Generaliteits Reekenkamer opgenomen en geflooten, waar by de Karvragten voor doorpasfeerende Militie, voor Stroo , Vuur en Licht in de Wagten, als mede Brug- en Veergeld zyn goedgedaan.
Dat al verder welgemelde Raad uit die Declaratien zal kunnen worden geïnformeerd, welke Magazynen, Ammunitieen Provoost-Huizen het zyn, welke hun Edele Mogende by haare Refolutie van den 27 Mey deezes jaars hebben in het oog gehad, waar van aan den Raad insgelyks kan confteeren ; om dat die nog jaarlyks op een loopende Acte van verzoek betaald worden.
Dat ook wel volgens het thans plaats hebbende gebruik van ieder Compagnie Dragonders en Infanterie by haaren Uitof Doortogt, een Kar , befpannen met «en Paard, tot Tranfport van haare Zieken en Bagage moet worden geleevert, zonder gehouden te zyn, daar voor eenige betaalinge te doen, en alzo ten laste
van



HET FINANCIE-WEEZEN. 29?
van den Lande, maar dat hun Edele Mogende daarom ook by het inbrengen van haare Confenten in den Staat van Oorlog hebben geinfteert, dat deswegens de Post van Scheepsyragten en Reiskosten, uit welke deeze betaalinge vallen, met eene convenable fomme moge worden verhoogd: gelyk dan ook den by het Rapport der Perfoneele Commisfie voorgeflagene_ Post van dertig duizend guldens fpeciaal is berekend en gedestineerd, om daar uit deeze betaalinge te doen.
Dat de Registers van den Raad ook zullen moeten uitwyzen, dat de Tol- of Weg- en Brug-gelden voor de marcheerende Militie ten laste van het gemeene Land zyn gebragt , en dat hun Edele Mogende, ten aanzien van de gegeevene Ordres door den Raad aan de commandeerende Officieren, om niet te obtempereeren aan de Ordonnantie , op den Tol tusfchen Nymeegen en Arnhem gemaakt, wanneer zy zig in het geval zullen bevinden, zig refereeren tot derzelver Misfives aan welgemelde Raad van den ao Oétober 1753 en 5 April 1754.
Dat echter hun Edele Mogende deezen allen ongeagt, en om verder blyken van toegeeventheid te geeven, afzien van de vergoedinge van Vuur en Licht in de Wagten van die Steden, daar de Militie in Guarnifoen ligt, terwyl zulks niet willen geëxtendeerd hebben voor de doorpasfeerende Militie , aangezien zulks een al te groot bezwaar voor deeze Provincie zoude uitmaaken , vermits de meefte Marschrouten van en naar andere Provinciën en de Generaliteits Landen door deeze Provincie vallen ; en hun Edele Mog. daarom ook haare Ingezetenen, van wien het niet te vergen is grooter lasten dan andere te draagen, niet kunnen beT 4 zwaaT



295 GENERAAL RAPPORT VAN
zwaaren met Kar- en Wagenvragten der inkomende , uitgaande of doorpasfeerende Müitie, het welk ook ten eenemaal ftrydig zoude zyn met het tot hier toe plaats gehad hebbende gebruik.
Dat, ten aanzien van het maaken van veranderingen in het Reglement op de Binnen- en Buitenlandfche Commisfien , en de aanftelling van Secretarisfen van Ambasfade en Legations • Secretarisfen , hun Edele Mogende zig laaten welgevallen , dat in een Conferentie met Gecommitteerdens uit den Raad^van Staate en de Generaliteits Rekenkamer de voorfz. Poinften hoe eerder zo beter worden onderzogt, en van hunne Confideratien ter Vergadering van hun Hoog Mogende Rapport gedaan; gelyk hun Edele'Mogende zig al mede conformeeren , dat eene conferentie met Gecommitteerdens uit den Raad van Staate worde gedecerneerd, om zo doenlyk de Kortingen , die in de refpe&ive Provinciën op de Soldyen en Militaire Tratlementen plaats hebben , en de Jura of Leges, die in de ondeifchei' den Comptoiren en Secretarien gevorderd worden , op eenen gelyken voet te bepaalen.
Dat van gelyke eene conferentie worde gedecerneerd, om te examineeren de herhaalde inftantien van de Provincie van Utrecht, en op wat wyze dezelve rejlitutie te doen erlangen van de geimpen* deerde kosten tot onderhoud van een Corps Husfaarett, geduurende de gefubfiiteerend hebbende Troubles geformeerd, immers federd den tyd , dac daar van ter Vergadering van hun Hoog Mogende is opening gedaan.
Dat voorts hun Edele Mogende zich laaten welgevallen, dat de Heeren Staafen van Stad en Lande worden verzogt9
om



HET FINANCIE-WEEZEN. 197
om zich te bepaalen op de uitgebragte Rapporten over de Schryfloonen van de Griffie, en hunne Refolutie op dat fubject ter Vergadering van hun Hoog Mogende te willen doen inbrengen.
Dat eindelyk hun Edele Mogende, vermits met relatie tot de Middelen ven ver' beetering der inkomften en vermindering der Uitgaaven van de Generaliteit, by het nader Conciliatoir Rapport niet word gewaagt, al nog verwagten, dat dit Poinét, als een Hoofd-Object der deliberatien van de eerfte Perfoneele Commisfie geweest zynde , niet zal worden uit het oog ver. looren , en daar omtrent hunne gedaane inftantien ten fterkften herhaalen.
En zal hier van Extract aan welgemelde Gecommitteerdens ter Generaliteit worden toegezonden, om daar van de ver. eischte opening te doen.
(Onder ftond)
In fidem ExtracJi. Geteekend,
j. IN DE BOTOUW.
Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gezonden zal worden aan den Raad van Staate , om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën welke zig op het voorfchreeve fubject nog niet hebben verklaart, mits dezen verzogt, hun daar toe mede te willen bekwamen.
(Onder ftond}
Accordeert met voorfz. Register.
T 5 Ex-



293 GENERAAL RAPPORT VAN
ExtraSt uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Lunce den j December 1791.
Refolu- Y*\£ Heeren Gedeputeerden van de Provincie tie van \_J Van Zeeland , hebben ter Vergaderinge Zeelant ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de ever het Heeren Staaten van hooggemelde provincie , Werk nunne Principaaien , genomen op het Rapport, van de den SI Oétober laatstleeden , alhier ter Vergailuotes. dering uitgebragt, raakende het Werk van de
Provinciaale Quotes, volgende de voorfchreeve
Refolutie hier na geïnfereerd.
ExtraSt uit het Register van de Refolutien der Heeren Staaten van Zeeland.
Den a8 November 1791.
By refumrie zynde gedelibereerd, op het Staats Rapport den 21 deezer Maand ter Vergadering van hun Edele Mogende uitgebragt , op de Misfive van hun Hoog Mogende van den 21 October laatstleeden, en Conciliatoir Generaliteits Rapport, over de onderfcheidene Advifen der Provinciën, op het Werk der Quotes; en op al het geene verder daar toe behoort en daar by is vermeld,.is goédgevonden en verftaan, dat de Heeren ordinaire Gedeputeerden deezer Provincie , ter Generaliteit zullen worden geinftrueerd en gelast, zoo als ge» fchied by deeze, aldaar te declareeren: dat hun Edele Mogende met veel genoegen uit dit nader Rapport opmerken de nieuwe blyken van den yver en waakzaamheid van
Zyne



HET FINANCIE-WEEZEN. ap?
Zyne Hoogheid , om dit importante Werk met den meesten fpoed en harmonie ten einde te helpen brengen , en dat zy daar door te meer worden aangemoedigd , om met gelyke infchikkelykheid , als bereids in den loop deezer zaak ïs betoond, hieromtrent te refolveeren.
Dat hun Edele Mogende , uit hoofde van de beftiptheid haarer Financiën, met aangenaamheid hebben gezien de vermindering van het totaal der beide Staaten van Oorlog, met byna een half millioen, en dat zy bereid zyn tot. de conclufie van dit nader Rapport te concurreeren , onder beneficie der navolgende refleclieu.
Dat hun Edele Mogende zig laaten welgevalJen de alteratien , by dit Rapport voorgellagen en fpeciaal betredende de inrigting der "Armé ±, het Corps Scheeps-Artilleristen, de Logisgelden, Defroyementen, Frontieren, mitsgaders de Majors in de Zeeuwfche, Gelderiche en andere Steden , en dus meede fpeciaal perfifieeren by hun geadvifeerde ter Generaliteit, aangaande de continuatie van de Majorsplaats der Stad Tholen, op den ordinairen Staat van Oorlog.
Dat met opzigt tot de repartie der Lasten van de Unie, hun Edele Mogende volkomen inftemmen, dat het formeerm daar van aan Zyn Hoogheid en den Raad van Staaten behoord te worden overgelaaten, en dat zy deeze Repartitie met verlangen te gemoet zullen zien ; dat zy zig echter niet kunnen verpligten , om eenige betaahngen op de nieuwe Staaten van Oorlog te doen , alvorens dezelve te hebben geëxamineerd en geapprobeerd; zynde de noodzakelykheid daar toe zoo veel grooter , als de grondflag tot eenen vasten en voortduurendeji voet van betaalinge overtreft den jaarlykfchen aanflag , die Zyn Hoogheid en den Raad van Staate gewoon zyn ter Generaliteit over te brengen, en waar op de refpeétive Provinciën , altoos hunne deliberatien laaten gaan , alvoorens Confenten te dragen.
Dat,



300 GENERAAL RAPPORT VAN
Dat , zoo veel betreft de Quote deezer Pro» vti'cie in de Subfidien aan de Markgraaf van B'antlenburg, Anfpach en de Hertogen van Brunswyk en Mecklenburg verfproken, hun Ed. Mogende zig voor als nog niet verder kunnen inlaaten , als by haare Refolutie van den 9 Augustus 1790 is vermeld.
Dat hun Edele Mogende zig eenigzints-verwonderen , nader te worden aangemaand tot voldoeninge van verouderde en nieuwlings voorge bragt e psetenfie van het Gasthuis te Sluis in Vlaanderen , en dat zy om reeds geallegeerde reedenen verwagten, van op dit Point, het geen buiten direct, belang van het Bondgenootfchap is, niet verder seprgsfeerd te worden.
Dat hun Edele Mogende geneegen zyn , om aan het verlangen van de Provincie van Vriesland , met opzigt tot haare Fortificatie-verken, te voldoen , op den voet by het Rapport voorgeflagen , behoudens dat de Post van /2coooo-o-o waar uit de zomme moet worden gevonden , in ge'yke proporrie tusfchen de overige Provinciën werde gerepartitieerd , en dat aan zodanige der Bóndgenooten , welke verkiezen , onder de ge. ftipuleerde verpüstingen , niet te liquideeren , gelyke faculteit daar toe, als aan Vriesland, zal worden gelaaten.
Dat hun Edele Mogende confenteeren , dat uit de befpaaringe op het Corps Mariniers of Scheepp-Artilleristen gemaakt, eene zomma van ƒ ?ooo© • o - o werde gevoegd by het millioen tot jaarlykfche Equipagie, reparatie en aanbouw van Schepen gefchikt ; terwyl hun Edele Mog. in het vast vertrouwen zyn, dat op deeze beide refpecten , het gewoone , een zesde , aan het Collegie ter Admiraliteit , in haare Provincie refideerende , zal worden toebedeeld , om door het zelve gcëmployeerd te worden , houdende hunne hier vooren aangehaalde referve omtrent derzelver vrye deliberatien, op de repartitien dei
beide



HET FINANCIE-WEEZEN. 3oi
beide Staaten van Oorlog, ook ten deeze van eene byzondere applicatie.
En zal Extract deezer Refolutie aan welgemelde Heeren ordinaire Gedeputeerden , en aan die van de Provinciaale Reekenkamer, tot der» zeiver informatie en narigt refpeétivelyk worden gezonden.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Register.
(Getekend)
W. A. DE BEVEREN.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan , dat Copie van de voorfchreeve Refolutie gezonden zal worden aan den Raad van Staate , om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, welke zig op het voorfchreve fubject nog niet hebben verklaard , mits deeze verzogt hun daar toe meede te willen bekwaamen.
Accordeert met het voorfz. Register.



Soa GENERAAL RAPP O RT VAN
ExtraEl uit het Register der Refolu. tien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Martis den 6 December, 1791.
Refolu- T"Ne Heeren Gedeputeerden van de Provincie tte van J|_/ van Overysfel hebben ter Vergadering inOverys gebragt en laaten leezen de Refolutie van de Jflov'r Heeren Staaten van hooggemelde Provincie,
hunne Principaaien, genomen op het Rapport, van de den 21 0ftober laatstleden alhier ter VergadeQuotes rinR uitgebragt, raakende het Werk van de Pró' vinciaale Quotes; volgende de voorfz. Refolutie
hier na geinfereert.
ExtraEl uit het Register der Refolutien van Ridderfchap en Steden de Staaten van Overysfel.
Zwol den 24 November, 1791.
De Heeren de Droste van Zalland en andere hunner Edele Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van Financie , hebbende , in gevolge en ter voldoeninge van derzelver Refolutie commisforiaal van den 22 deezer nteand , geëxamineert het conciliatoir Rapport over het Werk der Provinciaale Quotes , ter Vergadering van hunne Hoog Mog., uitgebragt den 21 October deezes jaars, en by Misfive van hunne Hoog Mog. van dien dag, aan de Heeren Staaren deezer Provincie verzonden, met ernftig verzoek van prompte deliberatie en fpoedige Refolutie; hebben ter Vergadering gerapporteerd, dat zy wel wederom met de opregtfte aandoening van dankbaarheid ontwaard hebben ds 'onvermoeide pogingen van Zyne Hoogheid en den Raad ' van



HET FINANCIE-WEEZEN. 303
van Staate, om, zoo veel mogelyk, de discrepeerende fentimenten der Bóndgenooten te vereenigen , en dit gewigtig Werk eindelyk eens tot eene gewenschte afkomst te brengen; dat zy ook , overtuigd van de r.oodzaakelykheid, om dienaangaande eens iets vast te ftellen , van advife zouden zyn, dat Ridderfchap en Steden, door eenig discrepeerend fèntiment, de lang verwagte conclufie van dit omilagtig en aangeleegen ftuk geen oogenblik behooren te retardeeren , en daarom zoo gaaf, als in eene materie van dien aart en die extenfie mogelyk is , te confenteeren, en de conclufie van alle die zoo meenigvuldige en aangeleegene poinften , welke by dit concilitoir Rapport zyn voorgedraagen , en door alle de Bóndgenooten gezamentlyk aireede geapprobeerd en aangenomen zyn , en , zonder ondienst en benadeeling van de Republicq in het gemeen , en van deeze Provincie in het byzonder, kunnen geftatueerd worden: —» dat zy ook met genoegen hadden gezien , dat 'er reflectie genomen is, niet alleen op de ongeneegenheid deezer Provincie , om de nieuwe Quotes te helpen bepaalen voor vyf en twintig jaaren , met de ongedetermineerde claufule tot zoo lang als dezelve met gemeene bewilliging op geenen anderen voet zullen gereguleert zyn, welke ongenegenheid deeze Provincie met die van Gelderland en Holland gemeen had: maar ook op het byzonder byvoegzel van deeze Provincie , dat naamlyk zoude behooran te worden vastgefteld, dat met het «inde van het twee en twintigfte jaar de Provinciën en de Generaliteit gehouden zullen zyn , op nieuws gelyke opening van den ftaat haarer Financien te geeven als nu gegeeven is : welk geheele byvoegfel in het laatfte conciliatoir Rapport bladz. 8 (*} is overgenomen ; doch met deeze byvoeging: dat, naamlyk ,, indien met de expiratie van de
(*) Zie ons HL Deel, Bladz, 265,



304 GENERAAL RAPPORT VAN
vyf en twintig jaaren geene nieuwe Quotes „ gereguleerd zullen zyn , in het draagen van „ de Lasten naar de vorige by provifie zal wor„ den gecontinueerd , ten einde moge worden „ voorgekomen de verwarring , dié a'nderzints ,, onvermydelyk zoude ontdaan, en den onder» „ gang van de Republicq ten gevolge zoude „ kunnen hebben." —-
Dat zy Heeren Gecommitteerden deeze by. voeging oordeelen van dien aart te zyn, dat door de onbepaalde belofte , om by provifie te continueeren in de daad eene even zeer, zoo niet nog meer ongedetermineerde claufule word gemaakt, als die was (volgers de Memorie van den ftaat der deliberatien § 5.) welke men heeft willen vermyden: daar tog eene contenuatie van de voorige Quotes , by provifie ha de vyf en twintig jaar het confent geheel onbepaald extendeert en ten gevolge zoude hebben, dat die zelfde verwarring welke men vreest, zoude gebooren worden , door dien zeer te dugten is, dat de Provinciën, welke minder zwaar belast geworden zyn , 'er zeer op uit zouden zyn, om voor altyd maar by provifie te continueeren in het draagen van hunne verligte Quotes: — dat men echter , om alle infchiklykheid te gebruiken , ook den termyn nog wel voor een enkel jaar zoude kunnen verlengen : en düs het byvoegfel zal behouden , als maar agter de woorden by provifie , worde ingevoerd nog voor een jaar. —
Dat zy Heeren wel gewenscht hadden , dat meer reflexie geflagen ware op het geene van wege dezer Piovincie is opgemerkt en aangedrongen ten opzigte van de post voor de Defroyementen : omtrent welken men nog niet anders advifeeren kan , dan dat Ridderfchap en Steden hunne voorige Refolutie behooren te inhaereeren ; daar 'er niets is voortgebragt, waar door de gronden van deezer zyds gefouteneerde eenigzints zouden verzwakt zyn: ■—^ en, daar
de



HET FINANCIE-WEEZEN, g8s
de voet, op welken dezelve, a's nu , in gëvol« ge het conciliatoir Rapport ^ zoude worden be= taald, natüurlyk van dien aart is, dat daar döoï de gronden by het redres der abuifen.op den Staat van Oorlog aangenomen, naamlyk.; eene proportioneele egaliteit in bet draagen der Lasten van de Unie, met het geene daar uit voort» vloeit en daar aan verknogt is » en het doen èesfeeren van alle doode- en fmokkel - posten 5 geheel omgeworpen of elufoir gemaakt worden; «— Dat, in het gemeen $ Ridderfchap en Steden aan zig dienen te behouden en te.referveeren hunne vfye deliberatien omtrent da, repartitie dér Lasten, op de Staaten van Oorlog te brengen; zodanig, dat zy niet aanneemen voor de betaaiing der- posten , ter hunner repartitie gebragt, langer dan een jaar te zprgeu , wanneer zy zig door een of andere post bezwaard mogten vinden. —; Dat uien niet kan.nalaarèn te remarqueeren het fingulier Contrast, welk zig voordoet op bladz. 10 (*), alwaar' men i in het geval,- wanneer vier Provirc:en of geconfimteerd hebben, of ongereed gebleeven zyjjj voorfteld ,• dat de gebrekige Provinciën en by Misfive van hunne Hoog Mog. , en door eene" plegtige bezending, zuilen worden aangemaand, en ten fterkfte geadhorteerd, om, binnen zeké=" ren te bepaalen tyd haate sr,aave Confenten in re brengen: dog, zoo dat alles niet helpt,' dan za£ men het 'er by laaten, en zullen evenwel dé gewillige Provinciën gehouden zyn, hunne Quotes te fourneefen, al heeft de Petitie niet geconcludeerd kunnen worden: —— èen Contrast" dat ten duidelyklten aantoont de weinige kragt èn de on'oereikendhe'id van het .omfhgtig êfnl kostbaar middel van bezending ,- om iets uit te werken ,• kunnende het niet anders , dan zeer Onaangenaam zyn , onder die Provinciën zig té
. (*) Zie ons III. Deel, Bladz. 274. *V. BK.E£. V



300 GENERAAL RAPPORT VAN
bevinden, welke zulke vrugtelooze bezendingen moeten helpen doen : en evenwel voor zig zeiven en andere fourneeren , al waarom het te vreezen is, dat men voortaan al meer declina. toire Refolutien zal zien neemen, dan nog wel voorheen plaats hadden: en om welke en ande« re redenen men al van den beginne by Ons 'er voor geweest is , om kragtdadige middelen van afkomst te beraamen , en welke men als nog zoude wenfchen geïntroduceerd te zien. • Dat Ridderfchap en Steden als nog behooren te in. hajreeren derzelver gemanifesteerd verlangen omtrent de verbetering van het beftuur van het Zeeweezen , waar omtrent ook Zyne Hoogheid en de Raad van Staate vertrouwen , dat de deliberatien verder voortgezet , en tot een gewenscht einde gebragt zullen worden , welke verbetering van zoo dringende noodzaakelykheid is, dat het aan den eenen kant naau. welyk is te vergen , dat men den Staat van Oorlog met den post van een millioen en tagtig duizend guldens zoude laaten belasten voor jaarlykfche Equipage voor en aleer de bekende defecten en abuizen in de beftuuring der Admiraliteiten geredresfeerd zullen zyn : waar toe van nu af aan behoorlyke termyn dient gefield te worden; hoe zeer men aan den anderen kant geenzints voornemens is, om de Marine te aban» donneeren: maar van nu af aan wel wil verzeekeren , dat dezelfde fom inmiddels gefourneerd zal worden , om tot opbeuring der Marine gebruikt te worden: zynde Ridderfchap en Steden ook niet ongeneegen te concurreeren tot alle zodanige reedelyke fchikkingen, welke zullen voorgefteld worden tot afbetaaling van gepretendeerde agterftallen, en welke zoude kunnen dienen, om het geredresfeerd Zeebeftier in ftaat te ftellen, om aan deszelfs oogmerk te voldoen. — Dat men, eindelyk ook van wegen Ridderfchap en Steden behoore te infteeren, dat de Karre-
viag-



HET FINANCIE-WEEZEtf. $oj
vragten, geleeverd Stroo enz. voor de doorpasJèerende Militie vooitaan nog op den Staat vari Oorlog geleeden , en naar billyke fchikkingen, aan de Generaliteit in reekening mogen gebragt worden: dewyl anders hier door de Ingezetenen .van Onze Provincie , die , wegens haare fituatie, voor veele doormarfchen open ligt, zeer boven die der andere Provinciën en boven regt moeten bezwaard worden.
Onder inhèfie en beneficie van deeze remarqües, met voorby gaan van eenige anderen, welken nog met grond zouden kunnen gemaakt worden , zouden welgemelde Gecommitteerdera van advyfe zyn, dat Ridderfchap en Steden zouden behooren te confenteeren in de conclufie op voorfz. Rapport over het Werk der Quotes: zoo dat Ridderfchap en Steden als nu vastelyk hoopen en vertrouwen, dat om geene reeden de gewenschte conclufie langer zal vertraagd worden , en niet twyifelen , of indien 'er nog eenige zwaarigheden mogten overblyven^ dezelve op de gevoeglykfle wyze, door alle redeiyke middelen van inductie en perfuafie, zullen worden uit den weg geruimd, waartoe Ridderfchap' en Steden allezints geneegen zullen worden bevonden. Ln dat hier van aan de Heeren
Gedeputeerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit behoore te worden kennis gegeeven/ ten einde daar van ter Vergadering van hunnl Hoog Mog. opening te doen.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben zig de Ridderfchap en Steden met voorfz. Rapport geconformeerd en gerefolveerd ,, de Heeren. Gecommitteerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit te aüthorifeeren en te gelasten , gelylé gèfchied by deezen, om ter Vergaderinge vari hunne Hoog Mogende te verklaaren , dat, by aldien door de overige Bóndgenooten in vooriz.' conciliatoir Rapport met de boven gemaakte remarqües niet eenpaarig worde geconfenteerd, ajss dan dit Confent worde gehouden voor niet geV i dra^



308 GENERAAL RAPPORT VAN
draagen : — als meede, om by de Bondgenor> ten aan te dringen op eene gelyke behandeling, als aan de Provincie van Gelderland gefchied, en op de opheffing van de bezwaarende opofferingen , welke aan deeze Provincie in de jaaren 1674 en 1675 zyn afgeperst, met allegatie van de billykheid deezer inflantie, nademaal ook deeze Provincie, niettegenftaande haare bezwaarde Financie, in haare Quote word verhoogd, waar tegen aan andere Provinciën aanzienelyke voordeden worden toegeftaan: gelyk aan de Provincie van Gelderland een tweede Gecommitteerde in den Raad van Staate word geaccordeerd , welken dezelve by de readinisfie in de Unie verlooren had.
(Onder Hond)
Accordeert met het voorfz. Register,
Geteekent,
VS. TEYBEMAW.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Rtfiduüe gezonden zal worden aan den Raad van Staate, om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
Ei worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën , welke zig op het voorfz. fubject nog niet hebben verklaard, mits deze verzogt hun daar toe mede te willen bekwaamen.
Accordeert met het voorfz. Register.
Ex*



HET FINANCTE-WEEZEN. 30»
Extract uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Martis den 13 December, 1701,
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie Refoluvan Utrecht hebben ter Vergadering in. tic van gebragt en laaten kezen de Refolutie van de Utrecht Heeren Staaten van hooggemelde Provincie , over het hunne Principaaien, genomen op het Rapport, deu 21 October laatstleeden alhier ter Vergade- van ^e ring uitgebragt , raakende het Werk van de Ql">tes. Provinciaale Quotes ; vo'gende de voorfz. Refolutie hier na geïnfereert.
Extract uit de Refolutien van de Edele 'Mog. Heeren Staaten 's Lands van Utrecht.
Mercurii den 7 December, 1791.
Gehoord het Rapport van de Heeren van Wolphaarsdyk , en andere hunner Edele Mog. Gecommitteerden tot de middelen en ter Kameren van Financie , die , in gevolge en tot voldoeninge aan hun Edele Mog. Refolutie van den 2 November laatstleeden , hadden geëxamineert hun Hoog Mog. Misfive van den 21 Oc tober daar te vooren, dienende ten geleide van een nader Rapport van de Heeren van Weideren , en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie , met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, ten zeiven dage ter Vergadering van hun Hoog Mog. uitgebragt, betrekkelyk de fuccesfivelyk ingekomen Refolutien van de Heeren Staaten van de refpective provin.
V 3 qiens



tlQ GENERAAL RAPPORT VAN
cien , genomen op het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Sraate den 22 February deezes jaars ter Vergaderinge van welgemelde » hun Hoog Mog. ingediend, en de verfcheidene Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten, genomen op het Rapport van de Perfoneele Commisfie, die tot het reguleeren van de Quotes van de refpective Provinciën en het onderzoeken van de Financie van de Generaliteit is gedecerneerd geweest, in fubfiantie tendeerende, om ten opzigte van de pointen, waar omtrent de Provinciën nog van verfchillende gedagten zyn, immers in opzigt van fommige van dien, eenig nader vqoritel te doen, waar door aan de verlangens van fommige Provinciën voldaan, de zwarigheden door anderen gemaakt, uit den weg geruimd, en dus een middel daar gefield werd, om in deeze groote zaak eenpaarige Refolutien* van de Provinciën uit te werken;
' Is, na deliberatie, goedgevondén de Gedepu» teerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit te authorifeeren, om ter Vergadering van hun Hoog Mog, opening te doen, en te verklaaren:
' Dat hun Edele Mog. l»y derzelver Refolutie van den 23 Maart deezes jaars , genomen op het Advis conciliatoir van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate van den 22 February daar t^e vooren , uit deference voor hunne Bóndgenooten, en uit eene zuivere zucht, om met ter zyde llellinge van veifcheide confideratien, waar toe het byzondere belang van deeze Poovincie aanleiding kon geeven, het algemeen belang van het Vaderland te helpen bevorderen, geen zwarig. beid hebben gemaakt, om onder inhajfie van derzelver Refolutie van den 4 Augustus des voorleedeu jaars 1790, in zoo verre daar in by die Refo'utie geene 'verandering gemaakt werd, zig re conformeeren met alle de pointen , zoo die betrekking hebben op het Werk der Guiotes,
Is die, welke concerneeren de inrichting van ad Armee, en van een Corps Scheeps Artille-
|«  - . ■ ■ •> - "ris-



HET FINANCIE-WEEZEN. 3ÏI
risten , als mede den voet, waar op dezelve, en andere Zee-Officieren voortaan zouden worden betaald , en alle de andere posten op het Schema van beide Staaten van Oorlog geltelt , zoo en in diervoegen , ais alle dezelve by het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate zyn voorgedragen , en voorts te confenteeren , dat dezelve op dien voet ter corclufie wierden gebragt, onvermindert eenige weinige remarques , aan het nader oordeel en decifie van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate als toen gefubmitteerd.
Dat hun Edele Mogende vermeend hadden, met grond te kunnen hoopen, dat de menigvuldige moeite, door Zyne Hoogheid en den Raad van Staate in het conciUeeren van de verfchillende begrippen der Bondgenooteu genomen , van die heilzaame uitwerking zoude zyn geweest, dat gelyke toegeevendheid by de Heeren Staaten der andere Provinciën daar uit zouden ontftaan, en eenpaarige Refolutien omtrent deeze groote zaak zoude zyn uitgewerkt.
Dan, dat hun Edele Mogende met leedwezen hebben ondervonden, dat de dispariteit der fentimenten van de Heeren Staaten van verfcheide Provinciën de conclufie tot hier toe heeft vertraagt , en veroorzaakt heeft, dat hun Hoog Mogende benevens Zyne Hoogheid en den Raad van Staate andermaal zig de moeite hebben moeten geeven , om op middelen van conciliatie bedagt te zyn.
Dat hun Edele "Mogende , met erkentenisfe bezielt voor den onvermoeiden arbeid van Zyn Hoogheid , waar mede hoogstdezelve getragt heeft, zodanige conciliatoire voorfiellingen op nieuw te doen , om deeze allergewigtigite aangelegenheden van het Vaderland met de meeste harmonie ter conclufie te doen brengen, ook nu bereid zyn , om op dit nader conciliatoir Rapport zig cordaat te verklaaren, en aan hunne Bóndgenooten een vernieuwd bewys te geeV 4 ves



$t\ GENERAAL RAPPORT VAN
yen van hunne toegcevendheid en van hunns gezindheid , om aan het algemeen belang alles toe te geeven , wat maar eenigzints met de byzondere gefteldheid en belangen van deeze Provincie kan worden over een gebragt,
Dat hun Edele M >g. hoe zeer als nog met Zyne Hoogheid van begrip zyn, dat het vorige Plan van inrigtinge der Armc'e , zoo ais hec zelve door hoogstdezelve was voorgedragen, het ineest voor !-s Lands dienst gefchikt was , en, daarom gewenscht hadden, dat het zelve by d; andere Provinciën ook was aangenomen , niet te min genegen zyn , ten fine van afkomst , om met de Heeren S aaien der andere Provin. cien te confenteeren , dat de Armere van den Staat werde geformeerd op den voet , zoo als by dit Rapport is geproponeerd.
Dac hun Edele Mog. , agreëarende, de gepro. poneerde menage , ten opzigte yan het Corps Scheeps-Anilleristen , ook niet ongenegen zyn „ de zomma van tagtig duizend guldens te admitteeren op den Staat van Oorlog , boven het millioen guldens, het welk voor de kosten van eene jaarlykfcne Èqu>page , miisgaders aanbouw en reparatie van Schepen is gedestineerd , in dia vaste verwagtinge , dat de voorgeflagen redres fen in de admiuiitratie en het beleid der Zeezaaken , zoo als die by het Rapport van de tweede Peifonwle Commisfje zyn gedaan , ofte zodanige andere , die nog beter mogten worden geoordeeld , dadelyk zullen worden geïntroduceerd, op dat de Lasten, tot de zaaken vrn de Zee gedestineerd , met vrugteloos verfpilt, maar tot dien eii.den waarlyk bedeed mogen worden, waar toe dezelve worden opgebragt.
Dat hun Edele Mog., met opzigt tot de post voor Logiesgelden van de Militie , meede niet onreedeiyk oordeelen , dat aan de Provincie van Holland het dubbeld Servies , ten behoeve van bet Guarnifoen van den Haag, werde gevalideerd, dan dat zy vertrouwen, dac de Eond-
• ge.



HET FINANCIE-WEEZEN. 3i3
genooten mede niet ongeneegen zullen bevonden worden, om deeze Provincie in redelykheid te gemoet ie komen wegens het meerdere Serviesgeld, het welk aan het Guarnifoen der Stad Utrecht , zedert eenige jaaren , heeft moeten worden gegeeven.
Dat hun Edele Mog. derzelver confideratien, omtrent de post voor de Defroyementen , by voorige Refolutie van den 23 Maart laatstleeden gemaakt, als nog moeten inhaereeren, an daarom verwagt hadden , dat by de andere Provinciën cp geene verhooginge derzelver zoude zyn gemfteert, dan dat hun Edele Mog. echter, om aan hunne Bóndgenooten ook hier omrrent genoegen te geeven , zig tegen de Conclufie van dit Point , conform den als nu gedaanen voorllag, niet zullen verzetten.
Dat hun Edele Mogende zig ook zullen laaten welgevallen, dat de post voor de Frontieren en Magazynen tot op aiooco guldens werde vermindert , en confenteeren, dat de Provincie Vriesland , na gedaane liquidatie met de Generaliteit , tegen overgifte van de directie werde ontlast van het onderhoud der Schantfen in Westwoldingerland , en van de zogenaamde i>taaten-Zyl aan den Dollaart, gelyk ook dat de Majors in de Steden Tholen , Vlisfingen en Veere als meede van Thiel, Bommel, de Glundert en Harlingen op den ordinaris Staat werden gelaaten, offchoon hun Edele Mog. wel gewenscht hadden , dat by het vastftellen der zoo lang gedefidereerde Redresfen van de Staaten van Oorlog, niet aanftonds de voet ware gelegt geworden tot rt introductie van eene der grootfte g.-breeken, die in dezelve hebben plaats gehad , door het admitteeren van zogenaamde Smokkel of andere onnodige Posten , als nu ten aanzien van de Defroyementen, de twintig duizend guldens aan de Provincie van Vriesland voor uitkoop der kosten van de Fortificatiewerken binnen die Provincie , en eenige MajoriV $ tei.



3i4 GENERAAL RAPPORT VAN
teilen van ongefortificeer.de Steden en Forten zal plaats hebben.
. Dat hun Edele Mog. wyders , omtrent het Point van de verbetering van de Financien , zig by derzelver Refolutie van den 4 Augusty 1790 zoo cordaat hebbende verklaart, vertrouwen dat daar by de nodige gerustftellinge voor de Bóndgenooten zal worden gevonden.
Dat hun Edele Mog. zoo veel aangaat de readmisfie van eene tweede Gscommitteerde wegens de Provincie van Gelderland , in het Collegie van den Raad van Staate , geene zwarigheid zullen maaken, daar in te bewilligen, mits ook aan deeze Provincie het zelve regt, om een tweede Gecommitteerde in dit Collegie te mogen hebben , geconferveert bly ve, gelyk dezelve dit regt altoos gehad, meer dan eens daar van gebruik gemaakt, en by alle benoemingen zig voorbehouden heeft, zoo als hun Edele Mogende by derzelver Refolutie van den 4 Augusty 1790, breeder hebben aangetoond.
Dat hun Edele Mog. voor het overige, ten aanzien van de verdere Peinten, by dit Rapport Conciliatoir voorgedragen , onder inhatfie van derzelver Refolutie van den 4 Augusty 1790 en 23 Maart 1791 , in zoo verre daar in by deeze geene verandering word gemaakt , zig niet zullen onttrekken , om tot de Conclufie derzelve te concurreeren , mits nogthans dezelve meede alzoo by de andere Bóndgenooten werden geagreëert, terwyl hun Edele Mog. anderzints ten dien opzigte aan zig referveereii , derzelver nadere deliberatie , en zig voorbehouden het genot van alle zodanige andere voordeden , als by eenige der Bóndgenooten nog mogten worden bedongen.
Dat hun Edele Mog., cm van hunne zyde geene de minfte aanleiding tot vertraginge vasa de conclufie van deeze allergewigtigfte zaak te geeven, derzelver confent in de byzondere pointen , by dit Rapport vermeld, niet hebben
wii-



HET FINANCIE-WEEZEN, ^
willen uitftellen , tot dat insgelyks aan de zoo billyke en herhaalde inftantien van deeze Provincie zoude zyn voldaan , om vergoeding uit hoofde van den bezwaarenden voet, op welken in de Lasten van de Unie aanhoudend heeft gecontribueert, en reftitutie van de geimpendeerde kosten tot onderhoud van een Corps Husfaren, immers zedert den 22 October 1787, wanneer daar van ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. opening is gegeeven, offchoon hun Edele Mog. verwagt hadden, dat by dit Rapport ook convenabele voorftellingen omtrent deeze Pointen door hunne Hoog Mog. Gedeputeerden zouden zyn gedaan even gelyk welgemelde Heeren daar by aan de bezwaaren der andere Provinciën hebben getragt te gemoet te komen, aan welke inftantien zoo veel te gereeder behoorde te worden voldaan: naar maate aan dee» ze Provincie de niet afdoening van deeze ge* wigtige onderwerpen niet kan worden geattribueert, en dezelve eeniglyk door de discrepeerende gevoelens der Bóndgenooten genoodzaakt is geworden , om, tot voorkominge van verwarringen , zoo veel langer boven vermogen in de Lasten van de Unie te blyven contribueeren: dan dat hun Edele Mogende , zig verzeekert houdende van de regtmaatigheid deezer zaak, uit aanmerking van de aaquiteit hunner Bóndgenooten , meenen te mogen vastftellen , dat zy bereid zullen bevonden worden, om deeze Provincie hier inne genoegen te geeven, gelyk hun Edele Mog. zig fteeds , en nu by vernieuwing bereidwillig getoond hebbende, aan de bezwaaren hunner Bóndgenooten te defereeren , en daarom derzelver confent daar aan niet hebben willen verbinden.
Dat hun Edele Mog. voorts hoopen, dat omtrent alle de Financieele Pointen en Redresfen , in de Financien der Generaliteit, zoo als die by het Rapport van de eerfta perfoneele Commisfie zyn voorgeflagen, fpoedige en vrugt-
bare



3I6 GENERAAL RAPPORT VAN
bare Refolutien genomen zullen worden, en zig,1 ten aanzien van de byzondere Pointen , referee* ren tot hunne Refolutien , op dit fubject den 4 Augusty des voorigen jaars genomen , en den ïó daar aan volgende ter Generaliteit ingebragt.
Dat hun Edele Mogende eindelyk niet kunnen nalaaten , op het kragtigfte te infteeren , dat, indien onverhooptelyk de Bóndgenooten niet eenpaarig in dit Rapport Conciliatoir mogten bewilligen, de conclufie van zodanige voornaame Pointen , waar op alle de Bóndgenooten het eens zyn , niet langer moge worden uitgefteld, op dat niet verder door retardement eindelyk alles in verwarring geraake , en door het fluctueeren van de allergewigtigfte belangen , de Republiek aan de zorgelykfte gevaaren werde blootgefteld.-
Zullende ten fine voorfz. Extract deezer aan de Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit worden toegezonden.
(Onder ftond)
Accordeert met voorfz. Register, (Ge tekent)
H. A. LAAN.
Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Refolutie gezonden zal worden aan den Raad van Staate , om te ftrekken tot derzelver narigtinge.
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën Holland en West vriesland en van Stad en Lande, welke zig op het voorfz. fubjecT. nog niet hebben verklaard, mits deeze verzogt, hun daar toe meede te willen bekwaamen.
Accordeert* met het voorfz. Register.



HET FINANCIE-WEEZEN. 3l?
ExtraB uit het Register der Refolutien van de Hoog Moger.de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,
Veneris den 23 December, 179.'.
T"*\e Heeren Gedeputeerden van de Provincie van JL^ Stad en Lande , hebben ter Vergadering ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, hunne Principalen, genomen op het Rapport, den 21 Oétober laatstleeden aihier ter Vergaderinge uitgebragt, raakende het werk van de Provinciale Quotes ; mitsgaders op de Rapporten op den 10 December 1790, en den 17 January laatstleeden , raikende de Griffie , ter Vergaderinge van haar Hoog Mo?, uitgebragt ; volgende de vooifz. Refolutie hier na gt miereen:
Extract uit het Refolutie-Boek der Edele Mogende Heeren Staaten van Stad en Lande.
Dingsdag den 20 December, 179r.
T3y refumtie gedelibereert zynde op de Misfive j > van de Heeren Staaten Generaal van den 21 Oétober deezes jiars, en het Conciliaioir Generaliteits Rapport over het werk der Quotes, met den aankleeven van dien, daar by overgezonden^ is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerden wegens deeze Provincie ter Generaliteit te gelasten , zoo als gefchied by deeze, om, in naame deezer Provincie, ter Vergadering van haar Hoog Mogande te declareereu , cat hun Edele Mogende om een proeve te geeven van den indruk , die de overreeding in hun gemaakt heeft, van het volibrekt belang van het Vaderland by de fpoedige afdoening deezer zaak, alle refkxien ter zyde ftellen , die het welzyn hunner Provincie anders vorderen zOude, op ee-
ni*



3ig GENERAAL RAPPÖRT VAN
■ nige Pointen van dat Conciliatoir Rapport te' maaken; denkende, dat de onvermoeide pogingen eh iever van Zyn Hoogheid, in deezen weder gemanifesteerd, op geene beetere wyze dankbaarlyk beantwoord kunnen worden, als door , onder aflegging van byzondere refleclien , mede te werken, tot dat oogmerk, óm deeze deliberatien harmonieus ten einde te brengen.
Dat hun Edele Mog. zig uit dien hoofde met het gemelde Conciliatoir Rapport conformeereni en de fchikkingen, daar in vervat ("mits óok andere Provinciën het zelve aanneemèn) amplecteeren, onder deeze eene bedenking en referve, dat hun Ed. Mog. niet kunnen afzien van het voorbehouden Regt, om hun confent op de post voor de Marine, ter fomme van ƒ io8cooo-o-d te rugge te roepen, indien de een of ander der Bóndgenooten weder mogte goedvinden, zooda» nige bezwaarnisfen op hunne Lands-Producten te leggen, als by hun ingebragte Refolutie van den 20 April 1791 , en ook de vorige van den 12 November 1750, breeder is aangeweezen, aangezien de ligging hunner Provincie dit volftrekt vordert, en de conditie hunner Ingezeetenen willekeurig word , indien derzelver Producten, de Republiek ingevoert, op die wyze aan belastingen, tegen den aart van het Bondgenootfchap, bloot ftaan.
Dat hun Edele Mog. evenwel ook in deezen alle toegeeflykheid willen adhibeeren , en voor nu, alsdan declareeren , dat aan den Heer Erfftadhouder in dèr tyd de Arbitrage mag zyn opgedraagen, om te decideeren, of in het onverhoopt geval, de redenen van het ingetrokkene confent niet overeen komen mee de meening der boven aangehaalde Refolutien, en het belang deezer Provincie.
Dat hun Edele Mog. zig buiten dit eene, met alle voorflagen in het Advis Conciliatoir, gelyk boven, conformeerende, hier bv evenwel moeten opmerken, en de Mee de - Bóndgenooten iri
cór-



HET FINANCIE-WEEZEN. STfi
cordate overweeging geeven, of het niet meer dan tyd word om met ernst en gezetheid toe te
, treeden , om aan 's Lands welzyn te werken door aan het Zeeweezen zoodanige esfentieelè verbeetenngen toe te brengen, ais dezelve vordert, en daar voor fusceptibel is, daar het niet geloochent ban worden , dat de interieure conftruétie en Finantieele omftandigheden van de Collegien ter Admiraliteit zoodanig om verbeetering roepen, dat het te vreezen ftaat, dat buiten een fpoedige en voldoende hulp, het tegens. woordige foulaas door een vaste post op den Staat van Oorlog zelfs de nadeeligfte gevolgen kan en zal na zig fleepen , aangezien op dien voet, onder het dekzel eener ruimere beheeringe , de inwendige gehreeken niet alleen zuilen voortduuren , maar zelfs aangroejen.
Dat hun Edele Mog. eindelyk, met opzigt tot de Schryfloonen van de Griffie van hun Hooff Mog. de aanweezende Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit authorifeeren, om zig wegens
• deeze Provincie te conformeeren met het eead vifeerde der Heeren Staaten van Vriesland en" de Refolutie der Heeren Staaten van Utrecht op dit fubjeft den 29 Maart deezes jaars ter Generaliteit ingebragt.
(Onder ftond) Col!. Conc.
(Was geteekent)
E. J> ALBERDA, Sec.
Waar op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verftaan dat Copie van de voorfz. Refolutie gezonden zal worden aan de Raad van Staate, om te ftrekken tot derzelver narigtinge. -"woten
En worden de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland, welke zig ODTw voorfz. eerfte fubjecf nog niet hebben verklaart , mi> deezen verzogt, hun daar toe mede te willen bekwamen. a
Accord«ert met voorfz.- Register.
Ex.



ga© GENERAAL RAPPORT VAN
Extratï uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staa* ten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Lima den 19 Maart 1792.
De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland, hebben ter Vergaderinge ingebragt en laaten leezen de Refolutie van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, hunne Principaaien, genomen op het Rapport, den 21 Oétober laatstleeden alhier ter Vergaderinge uitgebragt, rakende het Werk van de Provinciale Quotes; volgende de voorfz, Refolutie hier na geïnfereert.
Extract uit de Refolutien van dé Heeren Staaten van Holland en IVestvriesland, in hun Edele Groot Mogende Vergadering ge* noemen op
Vrydag den 23' December, 179(.
By refumtie gedelibereert zynde op het Rap. port , den 10 der voorleeden maar.d ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Finarcie, hebbende, in gevolge en ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoliir'e commisforiaal van den s te vooren, met de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende, mitsgaders de Heeren wegers hun Edele Groot Mog. tot de perfoneele Commisfie over het reguleeren van de Quotes der Provinciën en het onderzoek van de Financien der Generaliteit geümployeert geweest, geëxamineert de Misfive van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden van den 21 Oétober laatstleeden, waar nevens gezonden hebben een nader Rappor;



HÉT FIN ANCIE-WEEZEN. $ii
port van de Heeren hunne Gecommitteerden ori de fuccesfive ingebragte Refolutien van de Heeren Staaten van de refpedtive Provinciën op het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad vari Staate van den 22 February deezes jaars , op het Rapport der gemelde perfoneele Commisfie, dienende dit nader Rapport tot conciliatie der différente fentimenten van de Provinciën over deeze zoo lang getraineerde en importante zaak.
Is goedgevonden en verftaan j dac van wegen* hun Edele Groot Mog. ter Generaliteit zal worden gedeclareert: dat aan hun Edele Groot Mog. by de deliberatie op dit Rapport j verfcheidene reflexien zyn voorgekomen, die met veel grond en gepastheid van wegens de Provincie van Holland en Westvriesland zouden kunnen gemaakt worden, voot zöo verrej namelyk aau de eene zyde , of geheel niet, of gebrekkig is voldaan aan de inftantien van hun Edele Groot Mog. by oe advifen den 20 Augusty 1790, en 23 Mey 1791, als nocdzaakelyk voor de vastigheid van den Staat voorgedragen j terwyl aan de andere zyde by dit Rnpport j aan fommige Provinciën a^amages worden toegevoegt die niet genei aal zyn voor alle de Bóndgenooten , en zelfs deri Raat der defenfie van de Republiek in fommige öpzigten verzwakken; doch dat hun Edele Groot Mog. confidereerende dat het loffelyk oogmerk van het gemelde Rapport is, de verfchiilende fentimenten der Provinciën te vereenigen , om eenmaal een afeinde te maaken van een werk,' dat, zonder oneer en gevaar van den gantfchen Staat , niet langer kan iraineeren $ en te gelyk erkennende den cmvermoeiden aibeid, welke Zyfte Doorluchtige Hoogheid zig tot het zelve oog» merk gegeeven heeft , waar door hoogdezelve het Bohdgénodtfchap ,op nieuw aan hem heeft verpligt; om die reedenen voor het tegenwoordige praeiereereri haare reflexien terug te houden.; in vertrouwen, dat by de andere Provinciën dezelve toegeeilykheid en geest van infchikkéWk-IV. CEEL. X- Mé



3S2 GENERAAL RAPPORT VAN
heid zal worden gevonden: dat hun Edele Groot Mog. mitsdien in alle de voorflagen by het gemelde Rapport gedaan, zullen berusten , en op dien voet tot de conclufie van de aldaar gemelde, en verdere' concluüble pointen zullen concurreeren, met voorbehouding nogthans van de verklaaring op de drie navolgende pointen.
Voor eerst , dat by aldien hun Edele Groot Mog. accordeeren in het vastltellen der Quotes voor vyf en twintig jaaren, met byvoeging van de opening der Financien van de refpecfive Provinciën, op het einde van het twee en twintigfte jaar, by het Rapport breeder gemeld, zy hier mede voor zoo veel de Provincie van Holland aangaat, geen andere opening kunnen admitteeren , dan gelyk die in het tegenwoordig geval gedaan is, namelyk aan Zyne Doorluchtige Hoogheid als Erfftadhouder van Holland en .Westvriesland.
Ten anderen, dat de acceptatie van de nieuwe Quote over evengemelde termyn van jaaren, en het berusten in de posten , thans voor de' Marine op den Staat van Oorlog gedestineert, alleenlyk gefchied in dat volkomen vertrouwen,' dat de Bóndgenooten in de extraordinaire Petitiën tot de Zee , welke onvermydelyk wegens de infuffifance der geaffecteerde fom, te verwagten zyn, zullen confenteeren en rigiig furneeren; terwyl hun Edele Gr. Mog. niet willen verbergen , dat zoo de Provincie van Holland onverhoopt weder in het geval moest komen , van den last der defenfie ter Zee genoegzaam alleen op den hals te hebben , dezelve zig dan ook teffens in de noodzakelykheid zou bevinden, om haare Financien langs eenen anderen weg fchadeloos te houden.
Dat, ten derde, hun Edele Groot Mog. zig zeer bereid verklaaren , om kragtdadig mede te werken tot een generaal herfrel der gebreken, die in de adminiftratie van het Zeeweezen mogten zyn ingeiloopen , maar ook begrypen, dat
dit



HET FINANCIE-VVEEZEN. §d§
dit herftel behoord gepaarr te gaan met dé billyke voldoening der pratenfien , die de Adesiraliteits Collegien wegens reëel gepresteerde dienflen ten laste van de Provinciën hebben, en wier gemis de Financien der Collegien zoodanig gederangeert heeft , dat dezelve by vervolg meer en meer in de ongeleegendheid zyn geraakt, oni dat geene te prsesteeren, het welk de dienst vari het Land van haar vorderde.
(Onder ftónd)
Accordeert met de voorfz. Refolutien.
Waar op gedelibereert en alsnu de Refolutien vari dé Heeren Staaten van de refpective Provinciën op het Voorfchreeve fubjeér. ingekomen zynde ; is goedgevonden en verltaan, dat Copie van de voorfchreeve Refolutie , mitsgaders van de Refolutien van de overige Provinciën, gelyk dezelve refpectivelyk alhier ter Vergadering zyn ingekomen, op den 31 Oétober, 5, 6, 13 en 03 December des gepasfeerden jaars , gefteld zal Vvorden in handen van de Heeren Torck van Roofendaal, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar E. zelfs te nomineeren , te vifiteeren , examineeren , daar op in te neemen de confideratien en het hoogwys advis van Zyne Hoogheid , en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
De Heeren Gedeputeerden van de zes andere Provinciën iiebben geinbajreert, de Refolutien van de Heeren Staaten hunne Principaaien , dien aangaande alhier ter Vergadering ingebragt.
Accordeert'met het voorfz;' Register;
x 2 Ex*



3*4
GENERAAL RAPPORT VAN
ExtraSt uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Mercurii den 30 Mey, 179a.
T*\e Heeren Torck van Roofendaal en andere haar JL/ Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Finantie , hebbende , in gevolge en ter voldoening aan aar Hoog Mogende Refolutie van-den 19 Maart lasf-tleeden, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , geëexamineerd de fuccesfivelyk ingebragte Refolutien van de Staaten van de refpective Provinciën op het Rapport , den 21 October van het afgeloopen jaar 1791 ter Vergadering van haar Hoog Mogende gedaan over de Poinclen, die verhandeld zyn in het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate, den 21 Febtuary van het zeilde jaar uitgebragt, op alle de bedenkingen, die gevonden wierden in de Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten genomen op het Rapport van de Perfoneele Commisfie . die rot het reguleeren van de Quotes van de Provincien in de lasten van de Unie en bet onderzoeken van de Finantie van de Generaliteit is gedecerneerd geweest, en omtrent welke alle de Provinciën nog niet zyn gekomen in het zelfde begrip ; hebben ter Verga, dering yerapporteerd, dat in de conleremie , over het voorfz. Werk gehouden door de Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, is overgegeeven eene nadere Memorie van den Raar der deliberarien van de Bóndgenooten over de voorfz. Poinéten, welke Merno. rie aan het einde deezes fbnu geinfereert, en daar by voorgedragen, dat Zyne Hoogheid en den Raad by examen van de voorfz. Refolutien met veel genoegen gezien hebben, dat de Articulen omtrent welke de Advifen van de refpective Provinciën nog van eikanderen veTfchillen , gebragt zyn tot een zoo klein getal , dat zy meenen zig te mogen vleien , dat de Quotes van de refpective Provinciën in de lasten van het Bondgenootfchap, en die lasten zelve, eerlang zullen kunnen
wor-



HET FlNANCTE-WEEZEN.' 3ay
worden vastgefteld, en dus een einde gemaakt van deliberatien, die van zoo veel belang zyn voor de eer en het aanzien van den Staat.
Want dat Zyne Hoogheid en den Raad zig verzekerd houden , dat de Staaten 's Lands van Utrecht, die zoo veel infchikkelykheid in de voorfz deliberaden hebben toegebragt, en zoo veel toegeeflykheid voor de verfchillende begrippen van hunne Mede-Bondgenooten hebben getoond, niet zullen blyven infteeren, dat haar Provincie in redelykheid worde te gemoet gekomen wegens het meerder Servisgeld, het welk aan het Gtiarnifoen der Stad Utrecht zeedert eenige jaaren heeft moeten worden gegeeven, maar wel zullen willen coniidereeren, dat het niet is zeedert weinige jaaren, m?ar zeedert eenen langen tyd, dat aan het Guarnifoen van den Haag dubbeld Servisgeld. is goedgedaan , en dat 'er in Holland ook meer dan ééne Stad is, alwaafc men verpligt is het Guarnifoen boven het ordinaris Servis? geld te gemoet te komen, en dat derhalve» de Provincie van Holland met evenveel regt zoude kunnen verlangen daar omtrent gefoulageerd te worden ; dat het mitsdien van zeer veel gevolg zoude zyn , indien het voorfz. Poincl tot een nieuw object der deltbera*ien van de Bóndgenooten wierd gemaakt , en de conclufie van het gantfche Werk, in welker afdoening hooggemelde Heeren Staaten te meermaalen betuigd hebben, zoo veel belang te ftellen, zeer merkelyk zoude worden vertraagt , terwyl alle de Provinciën in de goeddoening van dubbeld Servies aan de Provincie van Holland , ten behoeven van het Guarnifoen van den Haag, hebben bewilligt, en het misfchien nog onzeeker is , of aan het Guarnifoen der Stad Utrecht by continuatie meer dan ordinair Servisgeid zal behoeven te worden gegeeven.
Dat hooggemelde Heeren Staaten, die zoo wel als die van Gelderland nog eenig bedenken dragen, om te concurreeren tot het vastftellen, dat door elke Pro* vincie jaarlyks of zoo dikwyls het zal worden gerequireert , aan den lieer Erfjladheuder in der tyd zal moeten worden gedaan eene verklaaring dat haare inkomfien door geene vermindering of affchaffing van lasX 3 ' ten



3z6 GENERAAL RAPPORT VANJ
ten zyn afgenoomen , en dat zy ge/ïadig werkzaam zyn, om een excedent van inkomften boven de uitgaven, te verkrygen, niet langer zullen aarzelen, om zig ook daar omtrent té conformeeren met de gedagten van hunne Meede-Bondgenooren, aangesien zy dog beide verklaren , dat zy, wel vtrre van aan eene affchalfing ofvermindering van Lasten te kunnen denken, veeïëeer bedagt zullen moeten zyn , op het invoeren van nieuws , en het zoo veel mogelyk verbeeteren der oude Lasten , gelyk de Staaten van Gelderland zig in hunne Refolutie van den 28 November 1791 uitdrukken, of ten rsiiiftpn op het nog al meer beneficeeren van de Provinciale Financien, zoo als de Staaten 's Lands van Utrecht in die van den 4 Aujusty j 790 , tot dewelke zy zig by de laatfte van den 7 December 1791 refereeren, te kennen geeven.
Gelyk ook het geeven van de voorgeftelde verklaring aan den Heer Erfltadhouder, aan wien immers de inzage in het Stuk van de Financie van gemelde Pro^ vinden competeert , geen de minfte atteinte toebrengt aan de beheering der inwendige Huishouding en de administratie der Financie, zoo als het de andere Provinciën mede begrypen, die, als het anders ware, daar in ongetwyffdt niet zouden hebben bewilligt , terwyl eindelyk het oogmerk van zoodanige verklaring alleen is, om aan het Staats Gebouw in opzigt van de Financien eenige meerder vastigheid te geeven dan het tegenwoordig heeft; waar by voor do Staaten 's Lands van Utrecht nog een motif kan worden gevoegt, dac het aan die Provinciën, welker Quote verhoogt word, niet te vergen is haare Ingezeetenen met nieuwe Lasten'te bezwaren , om die der andere Provinciën van h;t dragen van meerder Lasten te bevryden, gelyk gemalde Heeren Staaten by de aangehaalde Refolutie van 4 Augusty 1790 erkennen , en het algemeen bekend is, dat de Provincie van Holland en Westvriesland het niet gelaten heeft by de verklaringen van het geen ze genoodzaakt zoude zyn te doen , maar daddyk reeds yerl'cheide Middelen zeer merkelyk heeft verhoogt, en waarfchynelyk nog andere zal moeten verhoogen. ' Dat aan zyne Hoogheid en den Raad wel niet is



HET FINANCIE-WEEZEN. 3»7
geëchapeert, dat de Staaten van Utrecht hunne zoo evengemelde erkentenis bepalen aan het geval, wanneer de nieuwe Lasten , die door eene Provincie , welker Quote is verhoogt, zouden moeten worden ingevoerd , houden furpasfeeren de Lasten die in andere Provinciën, fpeciahk die, welker Quote verligt word, reeds in train zyn, en dat, wanneer dezelve te kennen geeven dat wel verre zyn van aan eene affchamng ot vermindering van Lasten te kunnen denken , daar by voegen de volgende woorden , hoe reedelyk en billyk zulks zyn zoude, immers voor zoo veel die Lasten furpasfeeren , die , welke in andere , ook zelfs in ae meest vermogende Provinciën gehteven worden, en voor zoo veel dezelve hebben moeten worden geintroduceert, om den al te hoogen aanflag in de Quote op te brengen , doch dat Zyne Hoogheid en ae Raad , zonder zig over die Helling zelve uit te laaten , daar omtrent alleen moeten remarqueeren , dat het aan hun zeer bezwaarlyk, zoo niet onmogelyk voorkomt, te betoosen dat de Lasten in eene Provincie , welker Quote is verligt zouden furpasfeeren die , welke in andere Provinciën , zelfs in de meest vermogende Provinciën worden geheeven , want dat het niet genoeg zoude zyn te toonen , dat een of ander middel, ja zelfs , dat alle de Middelen in eene en andere Stad hooger zyn, dan in andere Provinciën , maar dat zoude moeten worden beweezen, dat alle de Middelen over eene geheele Provincie hooger zyn , dan die over eene andere Provincie worden ingevordert , en dat verder Zyne Hoogheid en de Raad aan de Bóndgenooten m bedenken geeven, of de affchaffing en zelfs de vermindering van een Last in eene Provincie , welker Quote vermindert is , niet zoude opleveren een fterk vermoeden zoo al geen bewys , dat dezelve Provincie meerder was verligt, dan had behoeven te gefchieden.
Dat Zyne Hoogheid en de Raad even zeer vertrouwen dat de Staaten van Gelderland, aan dewelke het maintien van de Hoogheid van haare Provincie en van de egaliteit tusfchen de Provinciën nog meer ter harte gaat, dan eenig pecunieel belang, wel zullen afzien van hunne vordering , dat de Tractementen van



|t| GENERAAL RAPPORT VAN
de Gouverneurs of Commandeurs in de Sleden Nyme* gen , Arnhem , Zutphen en Doesburg 0p den Staat van Oorlog werden gebragt, en dat , by continuatie op denzelven verblyve de post, die op den nog loopenden Staat tot verdieping en behoorlyk onderhoud van den Neder-Rhyn en Ysfel gevonden word , in geval by al het geen daar omtrent bevoorens is voorgefteld , ia confideratie zullen gelieven te neemen , eerltelyk , dat de Provincie van Gelderland alleen met die betaalingen niet word belast gelaaten , gelyk in haare Refolutie van den 28 November 1791 , word gezegt, maar dat geen Tractemenren van Gouverneurs of Commandeurs in eene eenige Provincie op den Staat van Oorlog gevonden worden , en dat tot nu toe geen post tot verdieping van eene eenige Rivier op den nieuwen Staat van Oorlog gebragt zal worden ; en ten tweeden dat, zoo de voorfchreeve Tractementen eens mogten bedragen de zomme van agt duizend guldens, het wellt nog piet is opgegeeven , en de post tot verdieping van den Neder-Rhyn en Ysfel by continuatie op den Staat van Oorlog zoude worden gelaaten , het geen te zamen 7011de bedragen eene zomme van ƒ11737 - 17 - o, de Quote van de Provincie in het beloop'van de Lasten, 200 als het by het laatfte Rapport is bereekent, in de daad zoude worden vermindert met eene ftuiver en ruim nepen deniers , zoo dat derzelver tegenwoordige Quote alleen zoude worden verhoogt met zes ftuivers en agt dtnieis ; en dus minder dan hooggemelde Heeren Staaten zelve in hunne Refolutie van den 19 Octo. ber 1790 hebben te kennen gegeeven te begrypen, dac dezelve verhoogt zoude kunnen worden, om evenredig te zyn met de verhooging van de Quote van de Provincie van Holland en Westvriesland.
Dat Zyne Hoogheid en de Raad wel hebben gere» marqueert , dat de Staaten van Zeeland verklaart'heb • ben , geueegen re zyn , om aan het verlangen van de Provincie van Friesland-, met opzigt tot haar Fortiji. catiewerken , te voldoen op den roet , by het Rappgrt voorgeflaagen, behoudens dat de post van f 200000-0-0 ytaar. uit de fomme moet worden gevonden , in gelyke proportie tusfchen de overige Provinciën werde gere-
pat'



HET FINANCIE-WEEZEN. 335
partitieert , en dat aan zoodanige der Bóndgenooten , Welke verkiezen , onder de geftipuleei de verpligtingen niet te liquideeren , gelyke faculteit daar toe, als aan Vriesland zal worden gelaaten ; doch dat Zyne Hoogheid en de Raad zig niet kunnen verbeelden, dat, daar geene van de Provinciën , die zig in het zelfde geval met Zeeland bevinden , de voorfchreeve faculteit vordert, de laatstgemelde alleen die faculteit zoude reclameeren , maar integendeel van de befcheidenheid en cordaatheid van de Staaten van dezelve Provincie verwagten , dat dezelve zig te vrede zullen houden met de geprojecteerde importante vermindering van harre Quote , zonder dezelve door het profyt , dat op de voorfchreeve post zouden kunnen hebben, verder nog meerder te verminderen , en dat dezelve vervolgens niet b&Titeeren zullen , om van de voorfchreeve voorbehouding af te zien , ten einde de afdoening van het Werk der Quote, waar in dezelve een zoo weezemlyk belang hebben, niet langer vertraagt werde, waar voor te meer reden is , om dat, by aldien de Raad geen gebruik zoude kunnen maaken van het geen van de Quote van zommige Provinciën in de voorfz. post zal overfchieten , rot betaling der kosten van het onderhoud der Fortificatiën in die Provinciën , in dewelke de beheering over dezelve aan haar is gelaren , g°Jyk by het Rapport van de Perfoneele Commisfie is voorgeflagen , de aanflag van de Provincie van Gelderland en misfchïeh ook die van Overysfel zal moeten worden verhoogt, nadien de ondervinding geleerd heeft, dat zodra eenige extraordinaire reparatien aan het een of ander Werk of G-botivv in die Provinciën moeten worden gedaan , de koeten daar van uit de Quote van de eerstgemelde Provincie geenzints , en uit die van de laatstgemelde maar even kunnen worden gevonden terwyl de meergemelde post voor het overige, volgens het. voorfchreeve Rapport over de refpective Provin. eten zal worden gerepartitieert, na de Quotes, zoo als die zullen worden gcëiablisfeert.
Dat Zyne Hoogheid en de Raad verder van gedagten zyn dat, dewyl de Staaten van Gelderland en Overysfel zwarigheid maken , om te bewilligen , dat X 5 by



33© G.ENERAAL RAPPORT VAN
by het arresteeren van de nieuwe Quotes voor vyf ef& twintig jaaren , teff'ens werde vastgefteld, dat indien met de expiratie van dien tyd geen nieuwe Quotes gereguleerd zullen' zyn , in het dragen van de Lasten naar de voorige by provifie zal worden gecontinueert , "overeenkomftig de gedagten van de Staaten van de eerstgemelde Provincie , waar meede die van Overysfel zig waarfchynelyk wel zullen willen conformeeren, de nieuwe Quotes zouden behooren fe worden gearrefteerd voor den tyd van vyf en twintig jaaren, en teffens be» paald , dat met het einde van het twee en twintigfte jaar de refpective Provinciën van haare Financien , en de Raad van Staate van die van de Generaliteit gehouden zullen zyn , op nieuws opening te doen , en dat dat onderzoek voor de expiratie van de vyf en'twintig jaaren zal moeten zyn algedaan , en het voortduuren der voorige Quotes , of' de bepaaling van nieuwe getermineert.
Dat Zyne Hoogheid en de Raad onnodig oordeelen, om te releveeren , dat zommige Provinciën by continuatie aan zig hebben gereferveerd haare vrye deliberatien ever de repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog, ten dien ellecte, dat geene betalingen van de posten , ten haaren laste gebragt , zullen doen , voor dat de repartitie geëxamineerd en geapprobeerd zullen hebben , aangezien de ernftige meening van Zyne Hoogheid en de Raad is, om die repartitie zoodanig te fchikken, dat aan de reedelyke verlangens van alle de Provinciën zal zyn voldaan, en zy zig vleyeu, daarin te zullen Hagen , en van de wyze van repartitie zoo goede rederen te zullen kunnen geeven , dac met dezelve genoegen zal worden genomen,
Dat verder al mede, overeenkomftig het verlangen van de Staaten van Gelderland, het welk op de hoogfte billykheid is gegrond , zoude kunnen en behooren te worden vastgefteld , dat zoo ras eene Provincie, welkers Gedeputeerden uit de Vergadering van haar Hoog Mog. ,'en uit de verdere Generaliteits-Collegien zullen zyn geweerd , aan haare verpligting zal hebben voldaan , derzelver Gedeputeerden wederom dadelyk in de Generaliteits Collegien , zonder een object van de-
li-



w
HET F1NANCIE-WEEZEN. 33ï
Sberatie te worden, op den voorigen voet Sesfie zullen kunnen neemen.
Dan dat daar by zoude behooren te worden gevoegt,' dat aan den Raad van Staate zal moeten zyn gebleeken, dat zodanige Provincie aan haare verpligting voldaan heeft, en dat dezelve Raad gehouden zal zyn daar van met den eerfien aan haar Hoog Mogende kennis te geeven.
Dat vervolgens alleen drie Poindten resteeren, dewelke nog tot geen effenheid zyn gebragt. namentlykj
Het brengen op den Staat van Oorlog van een Post van één millioen guldens, voor de kosten van een jaar* lykfche Equipage, mitsgaders aanbouw en reparatie van Schepen van Oorlog, en het verhoogen van dezelve wet tagtig duizend guldens uit het profyt, dat op het Corps Scheeps - Artilleristen , volgens het laatfte Plan door Zyne Hoogheid voorgedragen, znl vallen, hebbende de Provincie van Gelderland alleen geconfenteert voor den tyd van een of twee jaaren, haare Quote in één millioen guldens jaarlyks te fourneeren, in die verwagting, dat de voorgeflagen verbeteringen en befpaanngen in het Huishoudelyke der Admiraliteiten en een algemeen redres der zaaken van de Zee , zonder verzuim by de hand genomen, en hoe eer zoo beter werkftellig gemaakt zullen worden, en zig bereid verklaart , om, wanneer aan haar verlangen in deeze zal zyn voldaan , te bewilligen , dat de voorfz! Post tot één millioen en tagtig duizend guldens, op den extraordinaris Staat van Oorlog gebragt worde.
Het bepaalen van de fomme , die voor de Defroyementen , op den Staat van Oorlog zoude worden gebragt, en de wyze van repartitie van dezelve, hebbende de Provinciën van Gelderland en Overysfel zig daar omtrent nog niet met hunne Mede-Bóndgenooten gevoegd. 6
En de inftantien van de Provincie van Gelderland. ten einde aan haar zoude worden gevalideerd de Karrevragten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden , het gekeverde Stroo voor de Militie, Tolgelden der doorpasfeerende Militie, de Huishuur en en onderhoud van Ammunitie en Provoost-Huizen, Bodenlos-
m



33* GENERAAL RAPPORT VAN
Joonen, ten dienfte van den Lande, Vuur en Ligt iri de IVagteu voor de doorpasfeerende Militie , en dier. gelyke , als mede dat dezelve zonder Aften van verzoek zullen kunnen worden betaald , immers dat de Aften zonder ortgeltenis, zullen worden geëxpedieerd, waar omtrent geene van de andere Provinciën zig hebben geëxpliceerd, dan alleen die van Overysfel, welke insgelyks verlangt, dat de Karre-Vrachten, geleeverd Stroo enz. voor de doorpasfeerende Militie voortaan op den Staar van Ootlog geleden , en naar billyke fchikkingen aan de Generaliteit in reekening gebragt mogen worden.
Doch dat Zyne Hoogheid en de Raad zig vleyen,' omtrent de voorfchreeve poinöen zodanige voorflagen te kunnen doen , dat alle de provinciën , die zy zig verzekerd houden, dat, even'zeer overtuigt van de noodzakelykheid , om van het belangryk Werk der Quotes hoe eer hoe 1 ever een einde te maaken , en geneegen zyn, om daar toe alle mogelyke faciliteit toe te brengen, met dezelve genoegen zullen neemen.
Dat , met opzigt tot het eerfte van de voorfchreevé drie potneten , niet nodig zal zyn na te gaan de fuccesfive Refdutien, by de Staaten van Gelderland dasr omtrent genomen, hoe zeer by derzelver laatfte Refolutie van den 28 November laatstleden tot de vorige word gerefereerd, maar dat het genoeg zal wezen te remarqneeren, dat alk; de Provinciën met die van Gelderland , verlangen , dat het onderzoek der voorgeflagen vetbe'eringen en befparingen in het Huishoudelyke van de Collegien ter Admiraliteit, en van een algemeen redres der zaaken van de Zee, zonder verzuim, worde by de hand genomen, en d;.t in het byzonder de Staaten van Holland en Westvriesland, die zekerlyk in dat redres geen minder, ja veeleer het grootfle belang hebben , nog laatftelyk by hunne Refolutie van den 23 December van het afgeloopen jaar 1791, zich zeer bereid hebben verklaard, om kragtdadig mede te werken tot een generaal herftel der gebreeken , die in de Admjrriftratie van het Zeèwèezen mogten zyn ingeflopen, en dat overzulks geen twyffel kan overblyven , of dat voorfchreeve onderzoek met den eerften zal worden by
de



HET FIN ANC IE-WEEZEN. 333
de hand-genomen, en met iever doorgezet; en dat op grond van dien Zyne Hoogheid en de Raad van gedag* ten zyn , dat op den extraordin aris Staat van 0>rlog zoude behooren te worden gebragt de geprojecteerde post van een millioen en tagtig duizend guldens, voor de kosten van een jaarlykfche Equipagie, Aanbouw en reparatie van Schepen van Oorlog , en dat de beide Staaten van Oorlog, even als de Quotes, voor den tyd van vyf en twintig jaaren zouden kunnen en behooren te worden gearresteert, zoodanig nogthans, dat, in* dien tegen verwagting het onderzoek van het Zeeweezen, binnen den tyd van twee jaaren , niet met ernst mogt worden by de hand genomen, en uit dien hoofde de Provincie van Gelderland of eenige andere mogt difficulteeren, om haare Quote in de voorfchreeve post by continuatie op te brengen, de geheele Staaten van Uorlog zullen worden gehouden alleen voor twee jaaren gearresteert te zyn, aangezien met het arresteeren van Staaten van Oorlog voor vyf en twintig jaaren niet wel is overeen te brengen een confent in eene post van die Staaten van Oorlog voor twee jaaren , terwyl Zyne Hoogheid en de Raad als nog vertrouwen , dat de Staaten van Stad en Lande niet zullen geraken in het geval, van hun confent in de voorfchreeve post, uit oorzaak van eenig verfchil, dat zy met den eenen of anderen van hunne Bóndgenooten zouden mogen hebben , te willen intrekken , en 'er dus geen noodzaak zal zyn, om te delibereeren over derzelver Declaratoir van bereidwilligheid, om aan Zyne Hoogheid op te dragen de decifie, of daar toe redenen zyn.
Dat het ten aanzien van de Post voor de Defroyeinenten al mede niet nodig zal weezen te onderzoeken, of de begrippen van de Provinciën van Gelderland en Overysfel daar omtrent volkomen iiulemmen, maar dat het genoeg zal zyn te remarqueeren , dat de Staaten van Gelderland voornamentlyk daar op infteeren , dat de Post niet op den tot nu toe gebruikelyken voet, maar egaal over alle de Provinciën naar de ce arresteeren Ouotes worde gerepartitieerd , en dat de Staaten van Overysfel , by hunne Refolutie van den j6 April van het afgeloopen jaar 1791 uitdrukkelyk hebben verklaard .



334 GENERAAL RAPPORT VAN
klaard, dat zy, indien tot fingulariteit mogten worderi gebragt, zig zouden moeten overreeden, om niet tegeri den ftroom van het geheele Bondgenootfchap vast te houden, aan het geen dezelve alle begrypen te kunnen worden toegegeeven.
Dat vervolgens Zyne Hoogheid en de R.aad hebben geconfidereerd, dat de overige Provinciën hebben bewil. ligt in den voorflag die by het Rapport, den 21 October van het afgeloopen jaar 1791 uitgebragt, is gedaan, om namentlyk in de voorfz, post te brengen op den ors dinaris Staat, en dus aan geene liquidatie onderheevig; te maken; voorts om dezelve over de zeven Provinciën en de Generaliteit te repartitieeren op den tot nu toe gebruikelyken voet, en te verhoogen tot op een honderd en vyf en tagtig duizend guldens, waar in derhalven de Quote van de Provincie van Holland en Westvrïesland zoude hebben bedragen de zomme vau één honderd en vyftig duizend guldens, die by de 18 §. van het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad , den 22 February 1791 ter Vergadering van haar Hoog Mogende overgeleeverd, is voorgefteld, dat op den ordinaris Staat van Oorlog en geheel ter repartitie van de Provincie vart holland zoude worden gebragt.
En dat om nu het verlangen van de Provincie van Gelderland met dat van Holland te vereenigen , Zyne Hoogheid en de Raad van gedagten zyn , dat de meergemelde Post, op den ordinaris Staat van Oorlog wordende gebragt, zoude behooren te worden vernoogt tot op ƒ 241740 -10 - 7Tï*j , en niet naar den tot nu toe gebruikelyken voet, maar egaal over de zeven Provinciën en de Generaliteit naar de te arresteeren Quotes gerepartitieerd, zullende de Quote van de Provincie van Holland daar in wederom bedragen de voorfchreeve zomme van één honderd en vyftig duizend guldens , zonder dat de andere Provinciën door de verhooging van de Post zullen worden bezwaard , het geen 'niet zal behoeven te worden betoogt, als zeer gemakkelyk door dezelve zullende worden opgemerkt, waarom dan ook Zyne Hoogheid en de Raad vertrouwen, dat by geene van de Provinciën in den voorfz. voorllag eenige zwarigheid zal worden gemaakt.
Dat



HET FINANCIE-WEËZEN. 53:
Dat, aangaande ds Karrevragten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden, het geleverde Stroo voor de Militie, de Tolgelden der doorpasfeerende Militie, de Huishauren en het onderhoud van Ammunitie en Pro* voosthuizen, de Bodenloonen'ten dienfie van den Lande, het Vuur en Licht in de Wagten ,
Alleen moet worden geremarqueerd, dat in ds Refolutie van de Staaten van Gelderland den 28 November van het afgeleopen jaar 1791 genomen , word gepofeerd, dat in de Memorie van den Staat der deliberatien, geVoegt agter het Rapport den 21 Oétober daar te vooren ter Vergadering van haar Hoog Mogende uitgebragt , zoude zyn opgegeeven, dat die Posten nimmer door de Generaliteit zyn gedragen;
Doch dat zulks in die Memorie alleen word gezegt omtrent de kosten van Leverantie van Vuur en Licht in de Wagten , en dat het zeer twyifelachtig is, of het tegendeel uit declaratien, by de Generaliteits Reekenkamer opgenomen en gefloten, wel zoude kunnen worden beweezen, welke moeite echter zal kunnen worden gefpaard, dewyl hooggemelde Heeren Staaten om blyken te geeven van toegeevendheid, afzien van de vergoeding van Vuur en Licht in de Wagten van die Steden , daar de Militie in Guarnifoen ligt, omtrent welke kosten alleen in de voorfz. Memorie gezesd is, dat dezelve nimmer door de Generaliteit zyn gedragen.
Dat verder niec zal behoeven te worden onderzogt, of de Karrevragten der doorpasfeerende Militie, het geleverde Stroo aan dezelve, en het Vuur en Licht voor de Wagten van die Militie, het zy voor, het zy na het jaar 1750, wanneer hec Marsch-Reglement in de Provinciën is gepubliceerd, door de Generaliteit aan de Provincie van Gelderland zyn goedgedaan, aangezien Zyne Hoogheid en de Raad gaarne erkennen, dat de Karrevragten voor de doorpasfeerende Militie een groot bezwaar opleeveren, voornamentlyk voor die Provinciën „ die door haare locale ütuatie aan Doormarlchen van Troupes onderhevig zyn.
En dat daarom ook Zyne Hoogheid en de Raad van gedagten zyn, dat met het ingaan van de eerst te for. meeren Staaten van Oorlog, njet aJleen aan de Provinciën



336 GENERAAL RAPPORT VAN
tien van Gelderland en Overysfel, maar in het generaal zoude behooren te worden goedgedaan de Karren, die volgens het Marsch-Reglement aan de Militie gratis moeten worden geleeverd,.a!s meede het Stroo, Vuur en Licht s dat voor de docrmarcheerende Militie in de Wagten zal zyn verzorgt, en die kosten gevonden uit de Post van dertig duizend guldens, die voor Scheepsen Wagenvragten tot vervoering van het Krygsvolk eti Ammunitie van Oorlog op den extraordinaris Staat van Oorlog zal worden gebragt.
Doch dat Zyne Hoogheid en de Raad als nog van begrip zyn, dat geen Tol of Weg- en Bruggelden, tert jasten van de Unie behooren te worden geleden, vermits dezelve nergens worden goedgedaan, uitgezonderd nogthans de Bruggelden van Scheepsbruggen over Rivieren , die altoos betaald worden, om dat ten mins en zedert omtrent- honderd jaaren in gebruik is te betaalen de kosten van het overzetren van de Militie over de Rivieren, het zy door middel van Ponten of Aken, het zy over Scheepsbruggen.
Dat men wel gezien heeft, dat in de Refolutie van de Staaten van Gelderland word gezegt, dat de Registers van den Raad zouden moeten uttwyzen , dat de Tol- of Weg- en Bruggelden voor de dcormarcheerende Militie, ten lasten van hec gemeene Land zyn gebragt, en dac daar by, ten aanzien van de Ordres, door den Raad in den jaare 1733 gegeeven, aan de commandee • rende Officieren van de Regimenten in dienst van den Staat, om niet te obremrereeren aan de Ordonnantie op den Tol , tusfchen Nymegen en Arnhem gearresteert , waar van melding is gemaakt in de Memorie van den Staat der deliberatien, die gevoegt is agter het Rapport, den 21 Oélober laatstleeden ter Vergadering van haar Hoog Mogende uitgebragt, word gerefereerd tot de Misüves aan den Raad van 20 Oétober 1753 en 5 April •754-
Doch dat, als in de Misfive van den 20 Oétober 3753» was gezegt, dat wel exempelen van goedgedaane To'len of Weggelden voor marcheerende Troupes uit Act en van verzoek van den Raad zouden aan te wyzen', en in deszelfs eige Registers te vinden zyn, de Raad
daai



HET FINANCIE-WEEZEN. 337
daar op in haare Misfive van den 11 January 1754 heeft geantwoord, dat die voorbeelden in haare Registers te vergeefs waren gezogt, en daarom verlangt-, dat die exempelen mogten worden gefuppediteerc , maar met geen ander gevolg, dan dat by de Misfive van de Staaten van Gelderland van den 5 April 1774, overgezonden zyn •drie Deciaratien van den Pagter van het tweede Veer tegen over Doesburg, wegens het pasfeeren en overvaaren van Militie in de voorige Eeuw, waar omtrent geen de minfte quseftie was, als zynde by den Raad erkent, dat de Veergelden voor het pasfeeren van Militie over Scheepsbruggen door het gemeene Land betaald worden.
En dac men derhal ven wel mag houden voor uitgemaakt, dat geene voorbeelden hebben kunnen worden gefuppediteerd, dac andere Tol-, Weg- of Bruggelden, dan over Scheepsbruggen voor marcheerende 'froupes door het gemeene Land betaald zyn.
Eindelyk, dat Tol-, Weg- of Bruggelden niet kunnen worden gelyk gefield met Sluisgelden , want dat, zo deze al worden betaald, zulks gefchied van de Schepen, die door de Sluisen pasfeeren, en niet van de Militie, d e in dezelve worden getransporteert, waar by nog moet worden aangemerkt, dac Sluisgelden een objeft van veel minder belang opleeveren, dan de Tol-, Weg- en Brugge geiden zouden zyn, indien die betaald moeften worden.
Dal men niet begrypt, hoedanige Bodenloonen in de .Provinciën kunnen plaats hebben, die tot laste van hec 'Bondgenootfchap zouden behooren te worden gebragt, doch dat in alle gevalle dit zeeker is, dat volgens het Rapport van de Commisfie tot het Werk vati de Quotes voortaan van den Staat van Oorlog zullen worden afge. laaten de Posten, die tot betaaling van Bodenloonen toe nu toe op den Staat van Oorlog ftaan, en dac daar toe geene nieuwe Posten op denzelven moeten worden gebragt.
Dat, wat aangaat de Huishuur en en het onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen, alle dezelve ongetwyffeld zullen worden goedgedaan, indien zoodanige Hui-
IV. deel. Y ze-tt



858 GENERAAL RAPPORT VAN
zen by continuatie door het gemeene Land gebruikt, en door de Verhuurders onderhouden worden.
Dat voor het overige, dewyl de Staaten van Gelderland by hunne laatfte Refolutie de voorige inhtereeren, by dewelke zy onder anderen ook hadden aangemerkt, dar van de Karrevragten der doorpasfeerende Militie , en andere bovengemelde Posten geen Aften van verzoek zouden behoeven te worden gedepêcheerd, immers zonder ontgeltenis geëxpedieerd , alhier moet worden herhaald, het geen reed-- in het Rapport van den 21 October laatst eeden , en de daar agtergevoegde Memorie is geallegueerd, dat namentlyk , volgens de Jnftruftie van de Generaliteits Rekenkamer, geene betsalingen kunnen worden gedaan of geleeden, zonder voorga inde liquidatie by dezelve Kamer, en dat over zulks van alle gedaane betaalingen behoorlyke fpeciflcatien,met de vereischte bewyzen voorzien , door die geene , dewelke daar van rembourfement zullen verlangen, aan den Raad van Staate zullen moeten worden geprsfenteert, om by denzelven Raad en de Generaliteits Reekenkamer gevifiteert, geëxamineerd en geliquideerd te worden naar de Ordre van den Lande , en vervolgens, in voldoening van dezelve, de nodige Aften van verzoek tot de fomme, waar op geliquideerd zullen zyn, gedepêcheerd te worden.
A:s mede, dat ten aanzien van de expeditie zonder ontgeltenis het by de gemelde Collegien gebruikelyk is, om van Deciaratien, die eene zoo geringe lomme bedragen dat op geen Zeegel behoeven te worden gefchreeven, gelyk ook, indien dezelve alleen in verfchotten beftaan , geene Leges te vorderen.
Waar by tegenwoordig nog kan worden gevoegt, dat de ondervinding waarlchynelyk wel leeren zal, dat de Karrevragten der doorpasfeerende Militie , het Stroo, Vuur en Licht, dat voor de Wagten van dezelve zal worden geieevert, niet voor geringe Posten kunuen worden gehouden.
Laatfteiyk, dat Zyne Hoogheid en de Raad wel heb» ben gerem rqueert, dat de Staaten van Overys/el by hun. ne Reiölutie van den 24 November van het afgeloopen
jaar



HET FINANCIE-WEEZEN. 33SS
Jaar aandringen op eene gelyke behandeling, als aan de Provincie van Gelderland gelchied, en op de opheffing van de bezwaarende opofferingen , welke aan dezelve Provincie in de jaaren 1674 en 1675 zyn afgeperst, doch oordeelen het zelve met ftilzwygen te kunnen pasfeeren , dewyl niet opgegeeven is, van welke opofferingen de opheffing word verlangt.
Gelyk mede de zonderlinge reflexie, die in het flot van de voorfz Refolutie voorkomt, dat namentlyk dezelve Provincie, niet tegenftaande haare bezwaarde Finantie in haare Quote word verhoogt, waar tegen aan andere Provinciën aanzienelyke voordeelen worden toe» geftaan , gelyk aan de Provincie van Gelderland een tweede Gecommiiteerden in den Raad van Staate word geaccordeerd, welken dezelve by de readmisfie in de Unie verlooren had , aangezien hoe ook de Provincie de verhooging van haare Quote reekenen mag, dezelve zulks mee andere Provinciën gelyk heeft, en ze in allen gevalle van het beloop van de Staaten van Oorlog ia het honderd minder zal betalen, dan tot nu toe gedaan heeft, terwyl ze ook by de readmisfie in de Unie geen tweeden Gecommitteerden in den Raad van Staate verlooren heeft.
Y %
Na-



34»
GENERAAL RAPPORT VAN
Nadere Memorie van den ftaat der deliberatien van de Bóndgenooten over de Pointen van het Rapport van de Perfoneele Commisfie over het Financie' weezen van de Unie, die vervat zyn in het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , den 22 February 1791 ter Vergadering van haar Hoog Mogende ingebragt, en nader zyn aangeroert en verhandelt in het Rapport, den 21 Gclober van het gemelde jaar in dezelfde Vergadering gedaan.
Omtrent de rheefte van de voorfz. pointen hebben de Staaten van de refpective Provinciën zig by haare Refolutien, op het voorfchree» ve Rapport genomen , geconformeert , met het geen voor de gedagten 'van Zyne Hoogheid en den Raad in het zelve Rapport is voorgedragen, immers geene zoodanige bedenkingen gtopperd of zwarigheden gemoveerd, dat die pointen niet ter conciufie zouden kunnen gebragt worden.
En dewyl, by vergelyking van deeze Memorie met die, welke agter het voorfchreeve Rapport is gevoegt, zeer gemakkelyk zal kunnen worden opgemaakt, welke die pointen zyn, zal het niet nodig zyn, dezelve alhier te vermelden, maar genoeg wezen, dat aangeteekend worden zoodanige pointen, die of op nieuws door deeze of geene Provincie zyn voorgefteld, of omtrent wel. ke nog niet zyn geapplaneerd, noch uit den weg gei uimt de dilficulteiten, die by eene en andere der Provinciën gemaakt zyn. §. 2. Met opzigt tot de Logiesgelden van de Militie hebben de Staaten 't Lands van Utrecht gedeclareerd, dat zy meede niet onreedelyk oordeelen, dat aan de Provincie van Holland dubbeld Servies ten behoeven van het Guarnifoen van den Haag, werde gevalideerd, dog daar by gevoegd,
dat



HET FINANCIE-WEEZEN. 341
dat zy ven rouwen, dat de Bóndgenooten mede niet ongeneegen zullen worden gevonden , om die Provincie in redelykheid re gemoed te komen wegens het meerdere Serviesgeld, het welk aan het Guarnifoen der Stad Utrecht , zeedert eenige jaaren heeft moeten worden gegeeven.
§. 4. De Staaten van Gelderland dragen eenig bedenken, om in gevolge het geadvifeerde by het laatfte Rapport vast te ftellen, dat door ieder Provincie jaarlyks, of zoo dikwyls het zal gerequireerd worden, aan den Heer Erfftadhouder in der tyd zal moeten worden gedaan eene verklaring, dat haare inkomften door geene verminde■ ring of affchaffing van Lasten zyn afgenomen , en dat zy geftadig werkzaam zyn om een excedent van Inkomften boven de Uiigaven te verkrygen.
En de Staaten 's Lands van Utrecht vertrouwen , dat in het geen zy by hunne Refo'utie van den 4 Augustus 1790 hebben verklaard, de noodige gerustheid voor de Bóndgenooten zal worden gevonden.
§. 5. Met de gedaane voorflag om de nieuwe Quotes voor vyf en twintig jaaren te arresieeren, en daar by teffens vast te ftellen , dat met het einde van hec twee en twintigfte jaar de refpective Provinciën van haare Financien, en de Raad van Staate van die van de Generaliteit gehouden zullen zyn , op nieuws opening te doen, dog dat indien met de expiratie van rt vyf en twintig jaaren geen nieuwe Quotes gereguleerd zullen zyn , in het draagen van de Lasten naar de voorige by provifie zal worden gecontinueert. conformeeren zig de Staaten van Gelderland in zoo verre , dat teffens werde vastgefteld , dat met het twee en twintigfte jaar de Provinciën en de Raad van Staate reY 3 fpec-



34S
GENERAAL RAPPORT VAN
fpeöive gehouden zulten zyn, op nieuws opening te doen, en dat ten eirde het reguleeren der nieuwe Quotes of het continueeren der voorige niet in het onzeker blyve, het onderzoek voor de expiratie van het vyf en twintigfte jaar zal moeten zyn afgedaan, en het voortduuren der voorige Quotes of de bepaiinge van nieuwe getermineerd.
De Staaten van Overysfel oordeelen dat door de onbepaalde belofte om by provijte te continueeren in hét dragen van de Lasten naar de voorige Quotes , indien met de expiratie van de vyf en twintig jaren geen nieuwe gereguleerd zullen zyn, een even zeer, zoo niet nog meer ongedetermineerde Claufule word gemaakt, dan die was, welke dezelve hadden wil'en vermyden, dog dat men, om alle infchikkelykheid te gebruiken, den termyn nog wel voor een enke! jaar zoude kunnen verlengen, en dus vastftellen, dat, indien met de expiratie van de vyf en twintig jaaren geen nieuwe Quotes gereguleerd zullen zyn , in het dragen der Lasten naar de voorige by provifie nog een jaar zal worden gecontinueerd.
En omtrent de repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog , perfifteeren de Staaten van Gelderland by hunne voorige Refolutie, terwyl het expediënt, by het Rapport voorgeflagen, geen volkomen gerustheid geeft, en referveeren overzulks aan zig de vrye deliberatie aangaande die repartitie, wanneer dezelve door Zyn Hoogheid en den Raad van Staate geregu. leerd zal zyn.
De Staaten van Zeeland ftemmen wel in, dat de repartitie der Lasten aan Zyne Hoogheid en den Raad behoort te worden overgelaaten, dog declareeren echter,
dat



HET FINANCTE-WEEZEN.
343
dat zy zie; niet kunnen verpligten , om eenige betalingen op de nieuwe Staaten van Oorlog te doen, alvoorens dezelve te hebben geëxamineer1 en geapprobeert.
De Staaten van Vriesland referveeren mede aan zig de vrye deliberatien aangaande de repartitie der Lasten op de Staaten van Oorlog, wann°er die door Zyne Hoogheid en den Raad van Staate zyn geregu'eerd.
En de Staaten van Overysfel, hoe zeer die bevoorens, daar omtrent geene remar. ques hebben gemaakt, referveeren echter by hunne laatfte Refolutie meede hunne vrye deliberatien over de repartitie der Lasten, zodanig, dat niet aanneemen voor de betaling der posten ter hunner repartitie gebragt, langer dan een jaar te zorgen, wanneer zy zig door de een of ander post bezwaard mogten vinden. 5. 7. De Staaten van Gelderland zullen zig de voorgeflagen middelen van conftrainte op den voet als by het Rapport vervat, laaten welgevallen , zodanig egter , dat zoo ras eene Provincie, welkers Gedeputeerden uit de Vergadering van haar Hoog Mogende en uit de verdere Generaliteits Collegien zullen zyn geweerd , zal hebben voldaan, derzelver Gedeputeerden wederom dadelyk in de Generaliteits Collegien, zonder een objeft van deliberatien te worden , op den vorigen voet fesfie zullen neemen.
§'. 15. De Staaten van Gelderland infteeren met en ernst, dat voor de Traöementen van de 31. Gouverneurs of Commandeurs in de Steeden Nymegen, Arnhem,Zutphen en Doesburg , eene convenabele fomme op den Staat van Oorlog gebragt werde.
En de post tot verdieping en behoorlyk onderhoud van den Needer-Rhyn en YsY 4 iel ,



344 GENERAAL RAPPORT VAN
fel, op denzelven ftaande, daar op ver*
blyve.
S- 16. Omtrent her brengen op den Staat van en (Jorog van een post van een millioen gul29. dens voor de kosten van een jaarlvkfche r-qu-papie, mitsgaders Aanbouw en'rteparatie van Schepen, en het verhoogen van dezelve met tagtig duizend guldens, refereeren zig de Staaten van Gelderland tot het geen by haare Refolutie van den 27 Mey 170; hebben .geavanceerd, dat nanientlyk die post op den Staat van Oorlog niet kan worden vastgefteld, en haar Edeie Mogende niet willen gehouden worden daar m geconfenteerd te hebben, bevoorens de vorrgeflage ledresfen ren aanzien van de Admiraliteiren en Adminiftratie van «e zaaken van de Zee, werkelvk zyn tot Hand gebragt; doch confeme-rer niet te min voor den tyd van een of tw e jaaren haare Quote in een millioen jaarlyks te tourneeren, in die billyke verwagting, dat de voorgeflagen verbeeteringen en bef aringen in het Huishoudelyke der Admiraliteiten, en een algemeen redres der zaaken van de Zee, zonder verzuim by de hand zullen genomen, en hoe eerder zoo beter werkftelüg gemaakt worden.
En verklaaren wyders, wanneer aan hun verlangen in deeze zal zyn voldaan, niet alleen niet ongeneegen te zullen weezen, om met concurrentie der andere Bondge. rooten, zig over het plaatfen van deeze post van één millioen op den extraordinaris Staat van Oorlog en over de voorgeflagen verhooging van denzelve met tagtig duizend gu'dens te expliceeren, maar zig zelfs daar toe ook in dat geval te verbinden.
Rn de S aaten van Stad en Lande decla. reeren , niet te kunnen afzien van hun
voor-



HET FINANCIE-WEEZEN, 34S
voorbehouden regt, om hun confent in de post voor de Marine ter fomme van één millioen en tagtig duizend guldens, terug te roepen , indien de een of ander der Bóndgenooten weder mogt goedvinden zodanige bezwaarnisfen op hunne Lands Producten te leggen , als by hunne iugebragte Refolutien van 12 November 1790 en 20 April 1791 is aangeweezen; doch neclareeren, dat aan den Heer Erfdadhouder in der tyd de arbitrage mag zyn opgedragen om te decideeren, of in het onverhoopte geval de redenen van het ingetrokken confent niet overeen komen met de meening der boven aangehaalde Refolutien en het belang der Provinciën.
§• 18. Betreffende de post voor de Defroyementen, perfifteeren de Staaten van Gelderland by hunne Refolutien van den 8 Oef ober 1790 en 17 Mey 17-91.
En die van Overysfel inhjereeren van gelyke hunne vorige Refolutie.
S- 28. De Staaten van Zeeland verklaaren ge. neegen te zyn, om aan het verlangen van de Provincie van Vriesland , met opzigt tot haare Forrificatiewerken te voldoen op den voet by het Rapport voorgeflagen behoudens, dat de post van ƒ 200000-0-0' waar uit de fomme moet Worden gevon! den, in gelyke proportie tusfchen de overige Provinciën werde gerepartitieert, en dat aan zodanige der Bóndgenooten, welke verkiezen onder de geltipuleerde verpligtingen niet te liquideeren, gelyke faculteit daar toe , als aan Vriseland zal worden gelaaten.
En eindelyk inha;reeren de Staaten van Gelderland hunne vorige Refolutie omtrein hec valideeren van de Karren-Vrag. ten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden, het gekeverde Stroo vuor de Y 5 Mi.



34ö GENERAAL RAPPORT VAN
Militie, de Tolgelden der doorpasfeerende Militie, Huishuuren en onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen , Bodenloonen ten diei fte van den Lande, Vuur en Ligt in de Wagten en diergelyke, eri infteeren vervolgens, dat dezelve zonder Adten van verzoek zullen kunnen worden betaald , immers , dat de AcTren zonder ontfteltenis zullen worden geëxpedieert, zodanig egter, dat dezelve afzien van de vergoeding van Vuur en Ligt in de Wagten van die Steden , daar de M'litie in Guarnifoen ligt, het geen nogthans niet willen geëxtendeerd hebben tot de doorpasfeerende Militie.
En infteeren die van Overysfel, dat de Karren - Vragten , geleevert Strpo enz. voor de doorpasfeerende Militie voortaan nog op den Staat van Oorlog geleeden« en naar bdlyke fchikkirgen aan de Generaliteit in reekening mogen gebragt worden.
En hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provin. cicn van Ce'derland , Hol and en Westvriesland, Vriesland , Overysfel en van Stad en Lande, ten aanzien van het voorfchreeve gerapporteerde, alhier ter Vergadering ingebrjgt en Laten leezen de Refolutien van de Heeren Staaten van ho ggemelde Prov'ncie, hunne refpective Piir c paaien, op het voorfz. fubjeét bereids genomen, getyk dezelven hier na volgen geinlëreerd.
Ex-



HET FINANCIE-WEEZEN. 347
Extract uie het Reces des Landr.gs in April en Mey 1792, binnen de Stad Zutphen extraordinairis gehouden.
Jovis den 3 Mey, 1792.
Jan Elias van Lynden, Burggraaf, Richter en Dykgraaf des Ryks, en Richter der Stad Nymegen , en andere' hunner Edele Mog. Gecommitteerdens by derzelver Refolutie commi-foriaal van deu i3 April 1791 benoemd; hebben ter Vergadering gerapporteert; dat zy op ver'chryvinge van de Prsfidiale Kamer van den 15 dezes maands in gevolge en ter voldoening aan 's Landfchaps Refolutie van den 28 November des gepasfeerden jaars gefchied, den 23 dezes, en eenige volgende dagen geëxamineert hadden een Rapport, by haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Financie, met en benevens eenige Gecommitteerdens uit den Raad van Staate na voorafgegaane examinatie van defuccesfivelyk ingebragte Refolutien van de Staaren van de refpective Provinciën op het Rapporc van den ai Oétober 1791 nopens het Werk van de Quotes met den aankleeven van dien geproje&eert, ten aanzien van alzulke poinéten, waar omtrent alle de Provinciën nog niet waren gekomen in het zelfde begrip; welk project Rapporc aan de Gecommitteerdens van wegens deze Provincie ter Generaliteit door opgemelde haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Financie onder 's hands was gecommuniceerr, met verzoek om het zelve ter deliberatie van de Heeren Staaten van deze Provincie te brengen, ten einde van haar Ed. Mog, intentie daar omtrent tot des te meerder befpoediging der afkomst van dit zoo aangelegen werk voor af te mogen wezen gein formeert.
En dat zy Gecommitteerdens vermeenen zouden, dat om aan he; door deeze behandeling bedoelde oogmerk te beantwoorden, haar Edele
Mo-



348 GENERAAL RAPPORT VAN
Mogende derzelver Gecommitteerdens ter Generaliteit by Refolutie zouden behooren te auétorileeren, om vooraf in het Refogne, en vervolgens wanneer het voorfz. Concept Conciliatoir Rapport ter Vergadering van haar Hoog Mog. zal worden uitgebragt , namens de Heeren Staaten deezer Provincie, aldaar te declareeren en te openen. —
Dat haar Edele Mog. welke by haare fuccesfivelyk op dit fubject ingebragte Refolutien altoos genoeg getoond hadden te gevoelen het gewigt eener fpoedige en harmonieufe afkomst van een zaak, waar van de vastigheid, en het aanzien der Republicq afhangt, uit de nadere Memorie van den ftaat der deliberatien, en den voordragt van Zyn Hoogheid , en den Raad van Staate met het uitterst genoegen hadden vernomen, dat de Articulen , omtrent welke de Advyfèn van de re. fpeflive Provinciën nog van eikanderen verfchillen, gebragt waren rot zoo een klein getal, dat men zig mogte vleyen, dat de Quotes van de refpective Provinciën in de Lasten van het Bond. genootfchap, en die Lasten zelve, eerlang zouden kunnen worden vasrgefteld.
Dat haar Edele Mogende in die begrippen geftadig volhardende . dan ook gaarne door voort» duurende infchikkelykheid alles zullen bydragen, wat maar eenigzints zal kunnen dienen tot ontruiming van de weinig nog differentiale poinften, voor zoo verre van hun mogten dependeeren.
Dat haar Rdele Mogende, om hier van wederom nieuwe proeven re geeven, en zi^ op deeze nog overgeblevene pondten zullende expliceeren na de Ordre in het gemelde Concept Rapport VO"rkomende , dan in opzigt rot het eerfte betrekkelyk eene verklaaring door ieder Provincie jaarlyks , of zoo dikwyls het zal gerequireerd worden, aan den Heer Erfstadhouder in der tyd te doen.
,, Dat haare Inkomften door geene verminde„ ring of affchaffing van Lasten zyn afgenomen,
» en



HET FINANOIE-WEEZEN. 349
j, en dat zy geftadig werkzaam zyn om een ex-
cedent van Inkomften boven de Uitgaven te „ verkrygen,"
Hoe zeer alsnog moeten blyven inhoereeren, de motiven hier tegens by derzelver Refolutien van den 8 Oétober 1790 en 28 November 1791 aangevoert, en dat 'er zig vooral geen redenen voordoen, om een dergelyk Declaratoir te vergen van zulke Provinciën, welke in haare Quote werkelyk zyn verhoogd geworden; zy nogthans , om aan het dienaangaande gemanifesteerde verlangen te gemoet te komen, mede bereid zullen bevonden worden, aan den Heere Erfftadhouder jn der tyd van nu af aan, en ook jaarlyks wanneer het mogt gerequireert worden, die verklaringe te doen, mits zulks mogelyks door de andere Bóndgenooten kome te gefchieden.
Dat wat betreft de Traktementen voor de Gouverneurs en Commandeurs, als meede de pist tof verdiepinge , en behoorlek onderhoud van den Nederrhyn en Ysfel, haar Edele Mogende wel aan den eenen kant met genoegen uit het Concept-Rapport befpeurd hebben de Juftitie, welke Zyn Hoogheid en den Raad van Staate van deeze Provincie doen wedervaren , aangaande het gewigt dat zy ftellen in de confervatie der hoogheid hunner Provincie, en van de egaliteit tusfchen alle de Bóndgenooten ; zonder welk een en ander zy ook by aanhoudentheid vermeenen , dat de voortduuring van den gezeegenden band der Unie niet zal kunnen blyven fubfifteeren.
Doch dat haar Edele Mogende aan den anderen kant niet minder onverfchillig zynde om het pecunieel belang van deeze Provincie op een redelyke en billyke wyze in het oog te houden, zig dan ook verpligt vinden, om , op de gronden by de voorige ingebragte Refolutien genoeg gededuceert alnog nader te infteeren, dat, daar tog de gemelde Steden als gefortificeerde Frontierplaatfen moeten worden aangemerkt, en het niet met de billykheid over een te brengen is, dat
be-



:jo generaal rapport van
beha'ven het nndeelige dat hier uit door haare locale fituatie refulteert, dezelve nog boven dien alleen zouden worden bezwaard met kosten wel. ke niet voor haare privative defenfie, maar ten voordeele en ter behoudenis van het geheele Bondgenootfchap worden aangewend, overzulks de vooifchreeve Traktementen in het vervolg op den Staat van Oorlog werden gebragt, en dat de post voor de verdieninge, en het onderhoud van den Nederrhyn en Ysfel, waar voor dezelfde redenen zyn, daar op voortaan verblyve.
Van welke nadere inftantien haar Edele Mog. oordeelen niet te kunnen weerhouden worden , door het geen by het Concept Rapport in de tweede plaats hier tegen is geallegeert; nademaal wanneer de daar by gemaakte bereekening eene rede moest opleveren tot afwyzing van deeze posten, zulks wederom zoude billyken de klagten van de Provincie van Gelderland, dat deeze n». mentlyk haare bezwaarde Quote zuiver, en zonder eenige ver'igting daar tegen te ontfangen , zoude moeten te berde brengen; terwyl andere Provinciën, en daar onder zelfs zulke welke in haaren aanflag merkelyk verligt zyn , van dergelyke Argumenten en uitrekeningen zyn verfchoond
gebleven.
Dan, zoo onverhooptelyk deeze herhaalde , zoo regtmatige, inftantien reeds by Misfives van den 19 Juny 1749 aan hun Hoog Mogende, en wylen Zyne Doorluchtige HoogheidGlorieufer Memorie , vervat , en by het revideeren der Quotes gereitereerc, by continuatie mogten worden afgeweezen.
Dat haar Edele Mogende als dan declareeren de gemelde Posten niet anders of verder te zullen betaalen als de omftandigheeden van tyden en zaaken zullen medebrengen, gelyk de voorfchreeve Tractementen ook by ieder Quartier afzon derlyk, en niet anders dan by provifie, en perfoneel tot heden toe zyn geaccordeerd geworden.
Dat



HET FINANCIE-WEEZEN. 351
Dat baar Edele Mogende wyders met het zelfde genoegen hebben gezien, dat Zyne Hoogheid en de Raad by het Conlept- Rapport mede van gedagten zyn , dat het arresteeren der nieuwe Quotes voor vyf en twintig jaaren zal behooren te geichieden op den voet , en met het accro< chement of de bepaaling by haar Edele Mogende Refolutie van den 28 November 1791 vervat.
Gelyk het haar Edele Mogende niet minder aangenaam geweest is, daar uit verders te vernet men , dat Zyne Hoogheid, en de Raad de repartitie der lasten op de Staaten van Oorlog, waar omtrent haar Edele Mogende derzelver vrye deliberatien met de andere Bóndgenooten blyven referveeren, zodanig vermeenen te zullen fchikken, dat aan de redelyke verlangens van alle de Provinciën zal kunnen worden 'voldaan.
Dat ook vervolgens Zyne Hoogheid en den Raad als eene zaak op de hoogde billykheid gegrond , befchouwd hebben het verlangen van haar Edele Mogende.
Dat, namentlyk, zoo ras eene Provincie, „ welkers Gedeputeerden uit de Vergadering van „ haar Hoog Mogende, en uit de verdere Ge„ neraliteits • Collegien zullen zyn geweert, aan „ haare verpligting zal hebben voldaan, derzelver „ Gedeputeerden wederom dadelyk in de Gene,, raliteits-Collegien zonder een object van deli„ beratie te worden , op den voongen voet ,, Sesfie zullen kunnen neemen.
Dat haar Edele Mogende zig ook met de Additie in het Confept-Rapport ervintelyk, dat namentlyk aan den Raad van Staate zal moeten zyn gebleeken dat zodanige Provincie aan haare verpligting voldaan heeft, en dat de Raad gehouden zal zyn daar van met den eerften aan haar Hoog Mogende kennis te geeven. wel kunnen voegen , mits onder dit Additament niet worde begreepen het geval:
„ Wanneer de een of andere Provincie door
„ eene



35* GENERAAL RAPPORT VAN
j, eene hofiile invafie , of andere ongelukkige „ omfiandtgheeden in de onmogelykheid geraakt „ is, om aan haar verpligting te kunnen vol„ doen."
Dat, betreffende het brengen op den Staat van Oorlog, van een '°ost van één millioen guldens voor de kosten van een jaarlyksch Equipage, mitsgaders aanbouw en reparatie van Schepen van Oorlog , en het verhoogen van dezelve met tagtig duizend guldens. haar Edele Mogende uit de Pramisfen van de Periode in het ConceptRapport daar toe relatief, wel mer blydfchap vernomen hebben, dat by Zyne Hoogheid, en den Raad geen twyffel meer over blyft, dat het daar mede gecombineerd herftel der gebreeken in de Adrainiftratie van het Zeeweezen, waar na alle de overige Provinciën met die van Gelderland even zeer verlangden met den eerften by de hand genomen, en met yver zal worden doorge• zet, doch dat het weinig effect, welk men ongeacht een verloop van meer dan twee jaaren na het deswegen door de tweede Perfoneele Commisfie uitgebragt Rapport daar van gezien heeft, aan haar Edele Mogende niet geheel kan ontneemen de bekommering, of wel het ten deezen eigentlyk gebuteerd Redres, waar in haar Edele Mog. geenzints kunnen toegeeven , dat de Provincie van Holland meerder belang dan de Land Provinciën hebben zoude , aan alle even zeer ter harte gaat.
Dat haar Edele Mogende over zulks , en om de verdere te vooren op dit onderwerp geavanceerde redenen by haare Refolutie van den 28 November 1791 , zoo omtrent de tyd en wyze van het Confent in de millioen, als omtrent het oogmerk van het Employ der tagtig duizend guldens, welk by het Confept-Rapport niet conform de intentie van die Refolutie fchynt uitgedrukt, zig genoodzaakt zien te moeten perfifteeren; wyders van oordeel zynde , dat het conditioneel Confent van deeze Post voor den tyd
van



HET FINANCIE-WEEZEN.
351
van een of twee jaaren op den Extraordinaris Staat van Oorlog, welke tog jaarlyks aan ver. andering onderheavig is, geen gevoeglyke grond opleeverd, waarom de ordinaris Staat van Oorlog, welke alleen in vaste uitgemaakte Posten beftaat, dien onverminderd niet zoo wel als dt Quotes voor den tyd van vyf en twintig jaaren zoude mogen gearrefteerd worden.
Weshalven haar Edele Mogende dan ook ver. hoopen , dat met de Conclufie van dit poindt op geen andere voet, dan by haare meer aangehaalde Refolutie is vermeld, zal worden voortgevaren.
Nademaal tog, hoe langer de defecten in het Zeeweezen blyven fubfifteeren , onder anderen ook deeze Provincie zoo veel te meer huiverig worden moet in het dragen-van confent tot eventueele extraordinaire Zee-Petitien, en haar Edele Mogende zig dienvolgens ook daar omtrent niet zouden kunnen onderwerpen aan de beraam* de middelen van afkomst en confirainte.
,, Dat met opzigt tot de post voor de defro-
jementen , en de nadere Voorflag door Zyn „ Hoogheid en den Raad gedaan , dat nament„ lyk die post op den ordinaris Staat van Oorj, log wordende gebragt, zoude worden verhoogd
tot op f 241740-10-7, egaal over de zeven „ Provinciën en de Generaliteit gerepartitieert.'1
Haar Edele Mogende om te vooren gedetailleerde redenen, wel gewenscht hadden , dat de fom op honderd vyftig duizend gu'dens was bepaald gebleeven , doch ziende de infchikkelykheid van hunne Mede-Bondgenooten , en hartelyk na een afkomst verlangende , zig dan ook tegen de Conclufle, conform den gemelden voorflag, niet langer zullen verzetten.
Dat eindelyk:
,, Aangaande de Karrevragten der doorpasfee„ rende Militie , de kleine Veergelden, het ge.
leeverd Stroo voor de Militie , de Tolgeldera „ der doorpasfeerende Militie, de Huishuuren, IV. debu Z ea



354
GENERAAL RAPPORT VAN
en het onderhoud van Ammunitie- en Provoost,, huizen , de Bodeloonen ten dienfte van den Lande, en het Vuur en Licht in de Wachten." haar Edele Mogende het onnodig oordeelen , om ten aanzien van zommige dier Posten, te weeten de Karrevragten , het gekeverd Stroo, Vuur en Licht in de Wachten voor de doorpasfeerende Militie, de Huishuuren, en het onderhoud voor Ammunitie en Provoosthuizen in nadere discusfie te treeden.
Nademaal by het Concept Rapport daar omtrent genoegen gegeeven word, en het ook niet anders dan billyk zal kunnen geagt worden, om wanneer de post van dertig duizend guldens niet toereikende bevonden wierde , dezelve in redelykheid te verhoogen.
Dat haar Edele Mogende dienvolgens dan ook vertrouwen, dat alle de Bóndgenooten geredelyk zullen inftemmen , dat met het ingaan van de eerst te formeeren Staaten van Oorlog, niet alleen aan de Provinciën van Gelderland en Overysfel , maar in het generaal volgens de thans gebruikelyke voet zullen behooren te worden goedgedaan de Karren, die volgens het MarschReglement, of andere ten dien opzigte vigeerende pracTyk, aan de Militie gratis worden geleeverd; Als mede het Stroo, Vuur en Licht, dat voor de doormarcheerende Militie in de Wagten zal zyn verzorgt.
Dan dat haar Edele Mogende ook verders begrypen, dat de voldoening dier kosten, als ten aanzien der Karren doorgaans uit een aantal kleine posten beftaande , voor zoo veel haare Provincie aangaat , even gelyk tot dus verre heeft plaats gehad, door de Gedeputeerde Staaten der refpective Quartieren zal behooren te gefchieden, egter met dien verftande , dat wegens zooriane Verfchotttn, jaarlyks, of ten minften om de twee jaaren, zonder fout, zal worden geliquideerd, en zoodane fom, welke alsdan zal blyken overbetaald te zyn, zonder uitftel gevalideerd. Dat voor het overige haar Edele Mogende zig
ge-



HET FINANCIE-WEEZEN. 35$
gevleid hadden , dat het lyden van de Tol- en Weggelden ten lasten van de Unie geen verdere bedenking zoude hebben ontmoet , terwyl -ter vermyding van langwylige discusfie van dit poinct, alleen word aangemerkt, dat gelyk de billykheid der iuftenue van Gelderland in den aait der zaak zelve is gegrond , zoo ook ten allen tyde de voldoening , of reftitutie dier Gelden door de refpective Quartieren uit de post, daar voor fpeciaal mede op den Siaat van Oorlog geaffecteerd, gefchied is, en dat zelfs uit het gepofeerde by het Concept-Rapport met relatie tot de Sluisgelden indisputabel moet worden geinfereert, dat, zoo niet van de Militie zelve, immers van de Karren, Wagens, of ander Rytuig by den togt dier Militie gebruikt wordende, de Tol- en Weggelden behooren te worden voldaan; vermits die Rytuigsn ten dien opzigte niet alleen met de Schepen , waar in de Militie getransporteert word, in evenredigheid ftaan, maar het ook zeker is, dat de Landwegen op welke de Tollen- of Weggelden leggen, en die niet als met zwaare kosten worden onderhouden , veel meer door de pasfage van dikwyls zwaar beladene Rytuigen en Artillery worden bedorven , als de Sluifen door den doorvaart van eenige Schepen.
Waar op gedelibereerd , en welgemelde Gecommitteerdens voor hunne genomene moeite en gedaan rapport bedankt zynde , hebben haar Edele Mogende zig daar mede volkomen conformeerende, het zelve in eene Refolutie geconverteerd; zullende daar van Extract aan de Gecommitteerdens ter Generaliteit worden ingezonden, met last, om zig na den inhoude van dien ftiptelyk te gedragen.
(Onder ftond)
Pro vero Extra&u. (Ge tekent)
B. GÜTJ3. PLEGH^R. Z 2 Ex*



f56 GENERAAL RAPPORT VAN
Extracl uit de Refolutien van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland , in hun Edele Groot Mogende Vergadering genomen op
Woensdag den 9 Mey 1792.
Gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 16 der voorleede maand , waar by aan de Leden van hun Edele Groot Mogende Vergadering hebben toegezonden een Concept-Rapport van een préparatoir gehouden Befogne ter Generaliteit op de fuccesfivelyk ingebragte Refolutien van de Heeren Staaten der refpective Provinciën, op het Rapport den 21 Oétober van het gepasfeerde jaar ter Vergadering van hun Hoog Mogende gedaan, relatif tot het reguleeren van de Quotes der Provinciën in de Lasten van de Unie.
Is goedgevonden en verftaan, de Heeren hun Edele Groot Mogende Gedeputeerden ter Generaliteit by deeze te qualificeeren , om, als her voorfz. Concept-Rapport tor conclufie kan worden gebragt , daar toe van wegens hun Edele Groot Mogende , tot bevordering der afkomst van deeze zoo gewigtige zaak, te concurreeren. op den voet , en onder fpeciaal beding van de drie navolgende pointen :
Foor eerst, dat, by aldien hun Edele Groot Mogende accordeeren in het vaitltellen der Quotes voor vyf en twintig jaaren , met byvoeging van de opening der Financien van de refpective Provinciën, op het einde van het twee en twintiglle jaar, by het Rapport van den 21 October laatstleeden breeder gemeld, zy hier mede, voor zoo veel de Provincie van Holland aangaat, geen ander opening kunnen admitteeren , dan gelyk die in het tegenwoordig geval gedaan is, namelyk aan Zyne Doorluchtige Hoogheid , als Erfftadhouder van Holland en West vriesland. Ten anderen , dat de acceptatie van de nieuwe



HET FINANCIE-WEEZEN. 357
we Quote voor evengemelde termyn van jaaren, en het berusten in de Posten , thans voor de Marine op den Staat van Oorlog gedestineerd , alleen gefchied in dat volkomen vertrouwen , dat de Bóndgenooten in de extraordinaire Petitiën tor de Zee, welke onvermydelyk, w-gens de infuffifance der geaffecteerde fom, te verwag. ten zyn , zullen confenreeren en rigtig furneeren; terwyl hun Edele Groot Mog. niet willen verbergen, dat, zoo de Provincie van Holland onverhoopt weder in het geval moest komen, van den last der defenfie ter Zee genoegzaam alleen op den hals te hebben, dezelve zig dan ook teffens in de noódzakelykheid zou bevinden, om haare Financien langs eenen anderen weg fchadeloos te houden.
Dat, ten derde, hun Edele Groot Mogende zig zeer bereid verklaaren, om kragtdadig mede te werken tot een generaal herfte] der gebreeken , die in de Adminiftratie van het Zeeweezen mogten zyn ingeflopen, maar ook begrypen, dat dit herftel behoort gepaard te gaan met de bil lyke voldoening der Prsetenfien, die de Admiraliteits-Collegien weger s reëel geprsefteerde dienHen ten laste van de Provinciën hebben, en wier gemis de Financien der Collegien zoodanig gederangeerd heeft , dat dezelve by vervolg meer en meer in de ongelegenneid zyn geraakt , om dat geene te prcelteeren , het welk de dienst van het Land van haar vorderde.
(Onder Rond,)
Accordeert met de voorfz, Refolutien,
Z 3 £?«-



358 GENERAAL RAPPORT VAN
Geëxtrabeert uit het Refolutie ■ Boek der Edele Mogende Heeren Staaten van Vriesland.
Door den Heere van Groveftins , mede Gecommitteerde ter Vergaderinge van hun Hoog Mogende wegens deeze Provincie, met de andere hun Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Finantie, in tegenwoordigheid van Zyne Doorluchtige Hoogheid en de Heeren van de Raad van Staate hebbende bygewoond het B.foigne tot het reguleeren der Quotes van de Provinciën , overgezonden zynde een Con« cept-Conctliaroir, aldaar uitgebragt, hetwelk, indien het zelve by de refpeftive Provinciën mogte worden goedgekeurd , dadelyk in een Rapport zoude kunnen worden veranderd en geconcludeerd , zonder dat het wederom op nieuws ter deliberatie gebragt wierde , het geen Zyne Hoogheid en de Raad mede zeer aangenaam zoude zyn, aangezien de noodzakelykheid van een fpoedige afdoening in een zaak van zoo veel belang voor de eer en het aanzien van den Staat.
Is gehoord het Rapport,. door de Heeren hun Edele Mog. Gecommitteerden in het minder getal met Commisfarisfën uit het Coilegie en 's Lands Reekenkamer, mitsgaders geweezen Gecommitteerden tot de beide Perfoneele Commisfien over de Quotes en het Defenfieweezen, op gemelde overgezonden Concept-Conciliatoir Rapport geëxamineerd hebbende, ter Vergadering uitgebragt, goedgevonden en verftaan , de Heeren deezer Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit aan te fchryven, dat hun Edele Mog. het voornoemde Concept-Conciliatoir approbeeren , en dezelve authorifeeren , gelyk gefchied by deezen, om , wanneer ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. een Rapport, zakelyk overeenkomende met meergedagte Concept, zal worden uitgebragt , zig daar mede , namens deeze Provincie, te conformeeren.
En



HET FINANCIE-WEEZEN. 359
En zal daar toe Extract deezes aan welgemelde Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit werden gezonden.
Aldus gerefolveert op het Landfchapshuis den 12 May, 1792.
(Onder ftond)
Accordeerd met voorfz. Boek. (Lager ftond}
In kennisfe van Myt (Gèteekent)
J. VAN IDSINGA.
Extract uit het Register der Refelutien van Ridderfchap en Steden, de Staaten van Overysfel.
Deventer den 17 April, 1792.
De Heeren Drost van Zalland, en andere hunner Edele Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van Finantie , ingevolge en ter voldoening van derzelver Refolutie commisforiaal van den 10 deezer maand , hebbende geëxamineerd de Misfive van Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit, gefchreeven in 's Hage den 7 daar te vooren, hebbende tot Bylage, een Concept - Conciliatoir Rapport van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , op de fuccesfivelyk ingebragte Refolutien van de Staaten van de refpective Provinciën op het Rapport, den 21 Oétober 1791 ter Vergadering van hunne Hoog Mogende gedaan, over de Pointen, die verban» deld zyn in het Advis van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , den 21 February van het zelfde jaar uitgebragt op alle de bedenkingen, die gevonden worden in de Refolutien van hooggemelde Heeren Staaten , genomen op het Z 4 Rap*



3^o GENERAAL RAPPORT VAN
Rapport van de Perfoneele Commisfie die tot het reguleeren van de Quotes van de Provinciën in de lasten van de Unie en het onderzoeken van de Generaliteits Finantie is gedecerneert geweest , en omtrent welke alle de Provinciën nog niet zyn gekomen in het zelfde begrip : hebben ter Vergadering gerapporteerd , dat zy van Advife zouden zyn , dat van wegen Ridderfchap en Steden aan de Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit zeude behooren te worden aangefchreeven, om te dienen tot derzelver Inftru'ftie, dat dezelven onder de hand in het Befoigne van hunne Hoog Mog. zouden kunnen en mogen declareeren , dat ter acceleratie van de zoo lang getraineerde en zoo noodzakelyke afdoening van het vastffellen der Provinciaale Quotes , met de gevolgen daar van, — wanneer alle de overige Provinciën tot gelyke faciliteit bereid bevonden worden, Ridderfchap en Steden, geene zwarigheid maken, om hen Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit mits deezen te authorifeeren en te gelasten, om in voorfchreeve Concept-Conciliatoir Rapport, wanneer het zelve ter Vergadering van hun Hoog Mog. zal uitgebragt worden, namens deeze Provincie , te confenteeren , en het zelve ter conclufie te helpen brengen : met voorby gaan van alle zodanige remarques, welke men anderzints op voorfchreeve Concept-Rapport met grond zoude kunnen maken; alleenlyk infteerende, dat het onderzoek van het Zeeweezen niet alleen , zoo als by het zelve word gezegt , binnen den tyd van twee jaaren met ernst worde by de hand genomen , maar ook ten einde gebragt, zonder welke hoogstnodige afdoening van zaaken , Ridderfchap en Steden zig niet verder zullen verbonden houden , dan geduurende de eerstkomende twee jaaren ; en referveerende nogmaals Ridderfchap en Steden aan zig hunne vrye deliberatie over de repartitie der lasten op de Staaten van Oorlog, waar omtrent echter
der



HET FINANCIE-WEEZEN. 3«i
dezelven op den voet, by het Concept-Rapport voorgedragen , zig zeer faciel zullen betoonen: terwyl men eindelyk niet kan nalaten , zig te verwonderen over den fchyn van ignorantie welke by het flot van voorfchreeve ConceptRapport voorkomt, aangaande de bezwarende opofferingen , aldaar gemeld , welker opheffing begeerd was : aangezien dezelve niet onbekend kunnen zyn aan iemand welke geen Vreemdeling is in de Registers van hun Hoog Mog. van de voorige Eeuw.
Waar op gedelibereerd zynde, hebben zig Ridderfchap en Steden met voorfz. Rapport geconformeerd, °
(Onder Rond)
Accordeert met voorfchreeve Register.
(Getekent)
M. TYDKMAN.
■EntraSl uit het Register der Refolw tien van de Edele Mogende Heeren Staaten yan Stad en Lande.
Dingsdag den i May, 179».
Gedelibereerd zynde op het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staate en deezer Provincie Finances , nopens het Concept van een Conciliatoir Rapport over het Werk der Quotes; luidende als volgt: v
Z 5 Raf>



362 GENERAAL RAPPORT VAN
Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staate , en deezer Provincie Finances.
EDELE MOGENDE HEEREN!
In gevolge en ter volrloeninge aan de Refolutie commisforiaal in data den 17 deezer maand, door de Heeren Uw Edele Mogende Gecommitteerden zynde geëxamineert het Concept van een Conciliatoir Rapport, door de Heeren hun Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de financie , na gehoudene Conferentie met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , en ingenoomen Advis van Zyn Hoogheid ter vereemging der verfch'llende fentimenten van de refpective Bóndgenooten , over het Werk der Quotes ontworpen; en in het Secreet Befogne gecommuaiceert, met oogmerk, om eer en aboorens het zelve als een Rapport ter Tafel van hun Hoog Mogende m te brengen , dien aangaande van de welmeeninge der Bóndgenooten geinformeert te worden , welk Concept vervolgens door de Heeren Uw Edele Mogende Gedeputeerden ter Generaliteit by Misfive. van den 7 deezer naar herwaards is overgezonden , ten einde daar op de orders van Uw Edele Mogende af te wagten, hebben de Heeren Gecommitteerden de eer te rapporteeren, dat in het zekere vertrouwen, dat het gemelde Conciliatoir Rapport, by alle de Bóndgenooten zal worden aangenomen, en daarmede het beiangryk werk van de vastftellinge der Quotes met den aankleeve <van dien gedetermineerd , van gedagten zouden zyn, dat de Heeren Uw Édele Mogen-



HET FINANCIE-WEEZEN. jfj3
gende Gedeputeerden ter Generaliteit behoorden te worden geauthorifeerd , om, wanneer het meergemelde Concept-Rapport door de Heeren hun Hoog Mogende Gedeputeerden , als een Rapport op de" gebruikelyke wyze ter hooggemelde Vergaderinge zal worden ingebragt , zig alsdan met het zelve te conformeeren , en daar van aan de Heeren Leeden van het Befoigne vooraf kennis te geeven. , Hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande zig met het uitgebragte Rapport geconformeert.
(Ouder Rond)
Coll. Conc.
Geteekent,
E. LEWE.
flïcr.
Hebbende de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland zig mede met het voorfchreeve Rapport geconformeerd, mits blyvende in zyn geheel de vrye deliberatien van de Heeren Staaten hunne Principalen op de repartitie van de Staaten van Oorlog.
En hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Utrecht, ten aanzien van het meergemelde Rapport, ter Vergadering voorgedragen en bekent gemaakt , door de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie hunne Principalen bereids gelast te zyn, om dien aangaande ter Vergadering van haar Hoog Mogende uit Hoogstderzelver naam te verklaren, dat hooggemelde Heeren Staaten uit het ConceptRapport (door hun Heeren Gedeputeerden aan dezelven in der tyd toegezonden, om door dezelven te worden geinftrueerd , hoe zig te ge-
dra-



3C4 GENERAAL RAPPORT VAN
dragen wanneer het zelve ter Vergadering van haar Hoog Mogende zoude worden ingebragt) zoo wel als uit de fuccesfivelyk ingekomen Refolutien der Heeren Staaten van de refpective Provinciën , met veel genoegen hebben sezien, dat de pointen, omtrent welke de Advifen van de refpective Provinciën nog van elkander ve>fchillen, weinige in getal waren, zoo dat 'er thans zig hoope fcheen op te doen, dat de Quotes van de Provinciën in de Lasten van het Bondgenootfchap en die Lasten xelve, eerlang zouden kunnen worden vastgefteld, en dat zy dienvolgens , ter bevorderinge van de conclufie van dit aangelegen onderwerp, aan welkers vastftellinge het belang en de welvaart van het Vaderland zoo nauw is verbonden , wederom alle mogelyke faciliteit zouden toebrengen , in zoo verre met de gefteldheid van hunne Provincie en derzelver zoo zeer bezwaarde Financien maar eenigzints zal kunnen worden overeen gebragt.
Dan dat zy niet voorby kunnen eenige confiiferatien op de byzondere pointen, by dit Rap. port verhandeld, te maken.
Dat, ten aanzien van het eerfte point, by het voorfchreeve Rapport voorkomende, relatif tot hunne inftantien by voorige Refolutie van den 7 December laatstleden gedaan , om in redelykheid te worden te gemoed gekomen wegens het meerder Serviesgeld, het welk aan hes Garnifoen der Stad Utrecht zedert eenige jaaren heeft moeten worden gegeeven , en de remarques, daar op by het Rapport gemaakt, hooggemelde Heeren Staaten, hoe zeer de billykheid hier van nader zoude kunnen worden geadftrueert, en de confideratien , daar op gemaakt, wederlegt, echter , om geen fchyn te geeven , van eenig oponthoud aan de conclufie van het gantfche Werk toe te brengen , al wederom, ten bewyze van derzelver gezindheid , om ten nutte van het algemeen , het pecunieel interest van deeze Provincie, (zoo veel eenigzints ge-
fchie-



HET FINANCIE-WEEZEN. 36-
fchieden kan,) voorby te zien, yan deeze inftantien zouden glisfeeren.
Dat met opzigt tot bet tweede point, rakende de verbetering der Financien, en het geeven van de voorgeftelde verklaring daar omtrent tot voortduuring of remplacement der plaats hebbende belastingen , hooggemelde Heeren Staaten met iurprife hebben opgemerkt, dat op hunne genoegdoende verklaringe, by Hoogstderzelver Refolutie van den 4 Augustus 1790 gedaan, thans reflexien worden gemaakt, daar by de voorige Conciliatoir Advifen hier op geene confideratien zyn gedragen , en dienvolgens hunne bevreemding deswegen moeten te kennen geeven , en geenzints kunnen admitteeren de confequentien , welke by dit Rapport uit de Refolutie van den 4 Augustus 1790 worden getrokken , alzoo zy Heeren Staaten in het begrip ftaan, dat, nadien het aan de Perfoneele Commisfie ter revifie der Quotes door convincante bewyzen volledig gebleekeh is , dat hunne Provincie te hoog in de Lasten van de Unie was aangeflagen, het daarom onnodig was op nieuw te betoogen , dat alle de middelen ever deeze Provincie hoeger zyn, dan die over eene andere Provincie worden ingevorderd, hoe zeer zy Heeren Staaten zig verzekerd houden, dat, wanneer het rendement van de Middelen van hunne en andere Provinciën wierd berekend naar het getal en het vermogen der Ingezeetenen, welke dezelve, en andere Provinciën , ook zelfs de meest vermogende, bevatten, het daar uit zoude onfteeren, dat door ieder Ingezeeten, hoofd voor hoofd , in dezelve Provmcie meer aan Lasten word betaald , dan in anderen , ook zelfs de meest vermogende Provinciën.
Dat die reflexien met weinig gratie hebben kunnen gemaakt, en van geen applicatie zullen bevonden worden op de voorfz. hunne Provincie , die fteeds (Tchoon ahyd te vergeefs) aangedrongen heeft op de rei'atroduöie van generale



366 GÉNERAAL RAPPORT VAN
le en eenparige Middelen van belasting, overeenkomftig den waren aart en de duidelyke letter der Unie van Utrecht , en zig nimmer onttrokken heeft, om zoo getrouw , en met zoo veel yver , als een der andere Bóndgenooten , haare Quote , offchoon haar vermogen verre te boven gaande , tot ftuur der gemeene zaken op te brengen, en daar toe de Lasten zoodanig te verhoogen, dat dezelve niet over eene en andere Srad, maar over het geheel genoomen, hooger zyn , en furpasfeeren die van andere meervermogende Provinciën.
Dat hooggemelde Heeren Statten alsnog voorzien , dat, niet tegenftaande de vermindering van de Quote , wel verre van aan eene affchaffing of vermindering van Lasten te kunnen denken , (hoe redelyk en billyk zulks ook zyn zoude , immers voor zoo veel die Lasten furpasfeeren die , welke in andere , ook zelfs in de meest vermogende Provinciën geheven worden, en voor zoo veel dezelve zyn geïntroduceert, om den al te hoogen aanflag in de Quote op< te brengen) by aanhoudentheid op het beueficeeren van 's Lands Financien zal moeten worden gedagt, en de meest mogelyke fpaarzaamheid in het Huishoudelyk beftier by continuatie in agt genomen.
Dat zy vertrouwen, dat derzelver Declaratoi* ten deezen opzigte by voorige Refohrtien gedaan , by de Bóndgenooten voor genoegzaam en gerustftellend zal worden gehouden , en ten allen tyde bereid zullen gevonden worden , om aan den Heer Erfftadhouder deezer Provincie, zoo dikwyls zulks door hoogstdenzelven gevraagt zal worden , de vereischte opening te geeven van al het geene eenige relatie heeft tot den Staat der Provinciale Financien, en van de Maatregulen , tot verbetering van dezelve in het werk gefteld.
Dat hooggemelde Heeren Staaten, met betrek, king tot de volgende Pointen, by het Concept-
Rap-



HET FINANCIE-WEEZEN. 367
Rapport voorkomende tot op Bladzyde 6. tot de Conclufie derzelve met gevolg van de andere Londgenooten zouden concurreeren.
En, zoo veel aangaat de by het meergemelde Rapport gedane voorflagen tot vereffening van de drie Pointen, omtrent welke de Staaten van de refpeöive Provinciën nog van gevoelen verfcnillen; namentlyk
1. Het brengen op den Staat van Oorlog van één millioen guldens , voor de kosten van een jaarlykfche Equipagie, mitsgaders aanbouw en reparatie van Schepen van Oorlog, en het verhoogen van dezelve met tagtig duizend guldens. 3. Het bepalen van de fomme , die voor de Defroyementen op den Staat van Oorlog zoude worden gebragt. En 3. De inftantien van de Provincie van Gelderland , ten einde haar zouden worden gevalideerd de Karrevragten der doorpasfeerende Militie, de kleine Veergelden, het geleeverde Stroo voor de Militie, Tolgelden der doorpasfeereade Militie , de Huishuuren en Onderhoud van Ammunitie en Provoosthuizen, Bodenloonen ten dienfie van den Lande , Vuur en Licht in de Wagten voor de doorpasfee. rende Militie, en diergelyke. — Aangezien by hooggemelde Heeren Staaten by derzelver Refolutien van den 4 Augustus 1790, 23 Maart en 7 December 1791, omtrent het eerfte van die Pointen bereids Confent is gedragen , in verwagting , dat een algemeen Redres in het beftier van de zaaken van de Zee zonder tydverzuim zoude worden by de hand genemen en dadelyk geëffectueerd; en , naardien de voorflagen , op dat refpecr. als nu gedaan, niet ongefchikt zyn voorgekomen , om aan de eene zyde dat Werk te befpoedigen, en aan de andere zyde , om aan de Bóndgenooten eenige
meer.



3<5S GENERAAL RAPPORT VAN
meerdere gerustfiellinge omtrent de uitvoeringe van hec zelve te geeven, zy Heeren Staaten tot de Conclufie van dit Point op den geproponeer. den voet zullen concurreeren.
Dar, relatif het tweede Point, aangezien zy by hunne laatstgemelde Refolutie van den 7 De. cember des voorleeden jaars, ten gevalle van de Bóndgenooten reeds zig niet ongeneegen hebben verklaard, om in de als toen geproponeerde ver. hooging van de Post op den Staat van Oorlog voor de Defroyementen te confenteeren, cd, offchoon dezelve redenen als nogexteeren, waarom hooggemelde Heeren Staaten zouden verkiezen dat deeze Post op den Staat van Oorlog wierd gebragt ter fomme, van het Rapport van de Perfoneele Commisfie geproponeerd, zy egter wel inclineeren , om ten genoege , en met gevolg van de andere Bóndgenooten , tot de verhoogïng van deeze Post op den voet van dit Rapport mede te concurreeren.
En dat eindelyk, betreffende het derde nog onvereflende Point , meer hooggemelde Heeren Staaten in de voorgeflagene Modificatien zullen berusten.
Waar op gedelibereerd zynde , hebben de Heeren Gedeputeerden van de refpective Provinciën zig met bet voorfz. Rapport, onder inhEefie van de vooifz. hunne refpective Refolutien en Propofitien , geconformeerd , en vervolgens in agting genomen zynde , dat de Staaten van de refpective Provinciën als nu , hebben bewilligt in de bepaaling van de Quotes of aandeden , die de gezamentlyke Provinciën , het Landfchap Drenthe en het resfort van de Generaliteit, in de gewoone , en de Provinciën met het Landfchap Drenthe , in de bmtengewoone lasten van de Unie, in het vervolg zullen behooren te dragen , zoo als die door Zyne Hoogheid is ontworpen, en voorgedragen aan de Perlöneele Cotnmisne , die tot het reguleeren der Provinciaale Quotes in de lasten van het Bondgenootfchap en het onderzoeken van de Fi-
nan-



HET FINANCIE.WEE ZEN.
369
nantie van de Generaliteit is gedecerneerd geweest , mitsgaders door die Commisfie geamplecteerc en in haar'Rapport , den 21 May 1790 ter Vergadering van haar Hoog Mog. gedaan, is aangepreezen.
Dat ook hooggemelde Heeren Staaten hebben gecon. fenteert in den ftaat der Lasten en de verdere voorflagen , daar omtrent door gemelde Commisfiï by haar Rapport gedaan , onder de veranderingen, daar in na dien tyd gemaakt.
En dat vervolgens al het geen, betreffende de Quotes en de Staaten van Oorlog , in de eerfte en derde afdeeling van voorfchreeve Rapport is vervat, overeenkomftig het zelve , en de nadere confideratien en advifen van Zyne Hoogheid en den Raad van Staate , daar over uitgebragt, ter conclufie kan worden gebragt; is goedgevonden en verfiaan, dat de bovengemelde Heeren haar Hoog Mogende Gedeputeerden, zullen worden verzogt, gelyk verzogt worden by deeze, om met ende nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Edele zelfs te nomineeren, te examineeren en te overweegen , hoedanige Refolutie als nu op het voorfchreeve Rapport van de voorfchreeve Commisfie , het advis door Zyne Hoogheid en den Raad den 22 February 1791, mitsgaders de Rapporten van de nadere confideratien van Zyne Hoogheid en den Raad den 21 Oétober 1791 , en heden ter Vergadering van haar Hoog Mogende overgeleeverd en gedaan , zouden behooren te worden genomen , om het voorfchreeve Werk ten effecte te brengen , en van alles alhier ter Vergadering rapport te doen.
Accordeert met voorfchreeve Register.
IV. DEEL,
As