STUKKEN, RAKENDE D E PROCEDURES, VOOR DEN HOVE VAN HOLLAND, WEGENS HET VOORGEVALLENE T E ROTTERDAM IN DEN JAARS I787.  JEn général il faudroit, en jugeant, féparer les hommes des a&ions. Celles - ci doivent toujours être jugées avec rigueur; ceux-la fouvent avec indulgence. II y a une grande différence entre mal-faire & être blamabk d'avoïr mal-fait. Moins la vérité d'un principe a été généralement reconnue, dans le temps dans lequel on a agi, moins on dok être condamné dV voir méconnu ce principe en agiffant. Les hommes n'agiffent pas d'après la réalité des chofes : ils ne peuvent agir, que d'après les impreflions que ces chofes font fur leur efprit. Ce n'eft pas la conviaion des autres, c'eft la nötre, qui nous guide, U Comtc de Windisch-Gratz.  Extraói uit de Rotterdamfche Couranten van 24 en 2 6 April en 1 Afq/ 1787. jAcmfterdam den 32 April. Gisteren morgen ten 11 uren alhier de Vroedfchap belegd zijnde, begaf zich eene peputatie ujt den Burger-Krijgsraad, Vaderlandfche en Burger-Sociëteiten naar •het Raadhuis en leverden aldaar in het volgend Request i Edele Groot Achtbare Heeren) De Comparanten, allen Hoofd-Officiéren dev Burgerij, eri alle Leden van den Grooten Krijgsraad dezer Stad, vinden zich, zoo voor zich -Leiyen, en voor verre het groot/Ie gedeelte hunner Schutters, als op den allerfterkften aa?2drang van vele Duizenden van hunne Medeburgers en Stadge"woten3hïev bij het Raadhuis vergaderdin de al. A Iëi«  co ïcrvolftrcktfte noodzakelijkheid, aan dezen Achtbren Raad in te brengen en te declareren. Dat zij met gedagte hunne Schutters, Medeburgers en Stadgenooten, op de gevoeligfte wijze zijn getroffen geworden, door het befef van den akeligen toeftand, waar in het lieve Vaderland, de onwaardeerbare Vrijheid, de Rust en Veiligheid dezer Stad, en cindlijk al wat hun lief en dierbaar is, in'dit hachlijk tijdftip gebragt is; een tijdftip, waar op zij een tastbaar gevaar gevoelen , dat het gcheele werk van Herftelling en Verbetering van onze Conftitutie, welks gewenschte vordering reeds aan elk braaf Regent en welmecnend Burger de blijdfte vooruitzigtcn opleverde, door eenen allergeweldigften fchok eensklaps zoude om verre geftooten en vernietigd worden, indien zulks niet tijdig door eene cordate en bedaarde, doch tevens kragtige, werking van de Burgerij verhoed en voorgekomen wierd. Dat zij zich wel met die gerustftellende hoop gevleid hadden, dat dezemagtige Stad, door haren uitftekenden invloed en vermogen, op eenc cördate wijze 's Lands goede zake dermate zoude gehandhaaft hebben, dat de waggelende Vrijheid eens éénmaal op een vasten voet gegrondvest, e^i daar door die allernadeeligfte onzekerheid en ongerustheid, welke tans meer en meer toeneemt, onder de Ingezetenen weggenomen, en de Burgerlijke rust en eendragt, bloei en welvaart her- fteld  C 3 J ftekl en duurzaam bewaard zouden zijn geworden. Dat zoo vurig en wclmeenend als deze vervvagting bij hun geweest is, zij daar in tot nog toe even fmertelijk zijn te leur gefteld geworden ; daar zij, tot hunne grievende fmerte en billijke bekommering, wel verre van in dezen Achtbren Raad een vast volftandig en duurzaam Staatsbeginfel te zien plaats hebben, integendeel van tijd tot tijd, ja bijkans van dag tot dag, derzelver deJiberatien en befluiten dermate zien wankelen en draaijen, dat, en de Achtbaarheid dezer Vergadering daar door verkleind word, en te gelijk dat gewigt verliest, waar door het lieve Vaderland in deszelfs uiterfte nood meer dan eens gered is» en tans kan en moet gered worden. Dat zij Comparanten, en met hun alle de Duizenden, die tans beiloten hebben de Vrijheid van het Vaderland, en den Welvaart van deze Stad, te verzekeren en te beveiligen, de pprzaak van de jammerlijke gefteldheid van dezen Achtbren Raad , met alle deszelfs nadeelige uitwerkingen, daar in gelegen vinden, dat er in dezelve zich een partij bevind, waar van de Voorftanders zoodanige beginzelen vast houden, welke geheel inloopen tegen 'die Heilzame Staatsgronden, welke eene andere partij in dezen zelfden Raad is toegedaan, en welke Staatsgronden, als bevorderlijk voor de ware Burgerlijke Vrijheid, overeen  C4 ) komen met den vufigen wenscli en verlangen van verre het grootfte gedeelte van de Goede Burgcrije, en waar voor de Brave Burgerije aan die Leden alle gevoelens van de hartelijkfte dankbaarheid toedraagt; dat déze twee overgeftclde werkingen in dezen Achtbren Raad, indien zij Comparanten, met behulp der Goede Burgerije, zulks niet tijdig wilden voorkomen, baarblijklijk eene zoo droevige uitwerking zouden veroorzaken, dat 'liet mistrouwen der Burgerije, het welk noodwendig, door eene voortdurende onzekerheid ovef hare gewigtigfte belangen, reeds 'tot eene'zeer groote mate heeft moeten klimmen, wel dra tót-dat uiterfte zoude komen, dat er de •fchroómlijkfte Tocneelen binnen deze Stad te vrezen, ja onmisbaar te verwagten zijn. Dat derhalven zij Comparanten, voor zich, voor voornoemde Schutters, en op aandrang vait zoo vele Duizenden hunner Mede-Burgers en Stadgenootcn, ter voorkoming van anders te dugtene onheilen, en om zich aan geen onverantwoordelijk verzuim fchuldlg te maken, in de volftrckfte verpligtingc zijn, om, zoo voor zich, als voor voornoemde hunne Schutters, Mede-Burgers en Stadgenootcn, te vergen en te infteeren, dat die Leden van dezen Achtbren Raad, tegen wien het mistrouwen der Burgerij zich wel bet meeste bepaalt, zich van nu voortaan befchouwen, als omfkigen van hunne posten als Raden de-  C-50 dezer Stad, ten einde daar door de anders zoo zeer te dugtene gevolgen van dat mistrouwen, % welk het aanblijven van die Leden allergevaarlijkst maakt, voor te kon-,en. Dat zij voor deze Leden van den Raad, welker aanblijven zij om voorzegde redenen thans ten uiterften gevaarlijk rekenen, houden de Keepen ,*) en alzoo dezelve van nu aan verklaren en houden als geene Raden dezer Stad meer te zijn, en dienvolgens infteeren , dat dcrzelver plaatfen, als d or c eze tusfchenkomstdcr Burgerij opengevallen zjndc, onverminderd de Privilegiën dezer Stad, < fee het recht der Burgerij in het toekomende, door den Achtbren Raad ten allcrfpoedigften met zoo vele brave, en bij de Burgerij vertrouwde, Burgers worden aangevuld, en waar toe zij dus den Achtbren Raad inftantelijk verzoeken te willen procedeeren; terwijl zij van den anderen kant op het plegtigfteverklaren, dat zij Comparanten volvaardig zijn, cm niet alleen niet te dulden, dat aan voornoemde negen' Heeren eenige hindernis, overlast, veel min per- fo (*) Om alle haatelijkheid te vermijden, en aan niemand eenige onaangenaamheid toetebrengen, heeft de uitgever, wiens oogmerk niet is de gemoederen te verbitteren, maar te verzagten, best geoordeeld uit deze en alle de voigende Hukken, alle naamen uitte A 3  CO foneel geweld gedaan worde, gelijk zij zulks mede gerustlijk van alle hunne Schutters, MedeBurgers en Stadgenooten verwagten, maar integendeel dezelve ten alle tijde, als mannen van eer, kragtdadig te beveiligen en te befchermen, in die billijke verwagting, dat de geheele Natie , zoo wel als voorfchreve Hecren, dezen ftap der Burgerij zal aanmerken, als eene pligtmatige en noodzaaklijke daad van zelfs behoud, ter voorkoming van 'sLands wisfen val , en ter nog tijdige bewaring van de gevaarloopende rust, orde en veiligheid in deze magtige Stad. Verzoekende eindelijk nog de Comparanten voor zich , voor voornoemde hunne Schutters , Medeburgers en Stadgenooten, dat dit Declaratoir woordelijk in de Notulen van dezen Achtbaren Raad worde geinfereerd, op dat nu en altoos blijke , dat de voornoemde Heeren , door deze bedaarde en plegtige tusfchenkomstder Burgerije, van hunne Posten fis Raden verlaten zijn, en dat van dit alzoo geinfereerde aan de Ondergeteekenden zittens Vergadering behoorlijk Extrad gegeven worde , ten einde zij Ondergeteekenden, voornoemde hunne Schutters, Medeburgers en Stadgenooten, vervuld van genoegen en dankbaarheid voor dezen Achtbaren Raad, naar hunne woningen te rug mogen keren. Gedurende deze gebeurdtenis, (tonden voor én op het Stadhuis drie Compagnien Burgers in ue Wa-  co Wapenen, gelijk ook in diverfe Kerken en onderïcheiden Loopplaatfen, wel 40 andere Compagnien in het geweer waren. De toevloed vanmenfchen was verbazend, dan alles gefchiedde zonder eenige opfchudding , en des avonds ten half 8 uren, als wanneer de Raad nog vergaderd was, •wierdt de volgende Refolutie afgegeven: ExtraB uit de Refoïuticn van de Vroed' fchap der Stad Amfterdam. Den 21 April 1787. Bij het uitgaan van de Vroedfchap door eenige Perfoonen aan den Burgemeester Hooft overhandigd zijnde een Adres, is, hoe zeer het zelve niet op de ordinaire en legale wijze ter kennisfe van denzelven gebragt was, na gedane omvrage, bij meerderheid, goedgevonden en verdaan het bovengemelde Request te lezen ; en is verders, het zelve gelezen zijnde, goedgevonden en verftaan Heeren Burgemeesteren te verzoeken aan de Overhandigers van het gemelde Request te antwoorden, dat het zelve geen poincr. van Deli* beratie van dezen Achtbaren Raad kan uitleveren, als zijnde de Vroedfchap niet gequalificeerd, om hare Mede-Leden van derzelver Raadplaatfen te deposfideeren, ftrijdende zulks tegen de Refolutie van Hunne Ed. Groot Mog. van den 9 Augustus 1658. A 4 En  C 'o ) En zal verder Extract dezes gegeven worden aan de Overhandigers van het bovengemelde Request. Verklarende voorts de Raden, welken de Refolutie hebben genomen, en welker plaatfcn niet zijn vervallen verklaard , met den Krijgsraad en de Burgerij dezer Siad te zullen medewerken ter bewaring van derzelver ware belangens, rust en veiligheid. (**) Rotterdam den 23 April. Heden morgen ten half agt uren kwamen alle de Compagnien van de Schutterij dezer Stad , ingevolge eene order van t de Ed. Groot Achtb. Heeren van de We h , op verfchillende plaatfen, onder de Wapenen. Omtrent 10 uren zag men eene Commisiic van den Burger Krijgsraad, de Geconftitueerden, en een groot aantal Leden van de Vaderlrmdfche Sociëteit, welke laatften in het Zwart gekleed waren, uit het gemelde Societeits-Huis , in ftaatfie , naar het Stadhuis gaan; wordende de trein voorgegaan en gefloten door een Detachement uit de Schutterij. Dei CO In dc Amfterdamfche Courant van dezen zelfden dag, zegt de Schrijver verzogt te zijn ter kennisfe van bet algemeen te brengen, iets, het geen bij het [vorenffcande] gedrukt ExtraèT: niet gemeld wordt, naamlijk „ dat tot de Deliberatien over het bovengcv noemd Request, noch tot het nemen van die Refolutle , niet gecoicurreerd, maar daar tegen met „ refervevan aantcekeningen demarche geprotesteerd „s hebben de [zeven aldaar genoemde~] Reercn,  (9) Dezen middag ten 5 uren, de bovengemelde Commisüe van het Stadhuis te rug gekomen, en een gedeelte van de Schutterij afgetrokken zijnde , vernam men , dat er zeven Heeren Raden, tegen dcrzelver Protest, geremoveerdwaren, te weten de Heeren en dat in derzelvcr plaatfen waren aangefteld en beëedigd de Heeren Dit is alles wat wij tot nog toe, betreklijk deze gebeurtenis, kunnen melden. Rotterdam den 24 April. In onze vorige Courant, uit hoofde van de kortheid des tijds, maar met een woord gewag gemaakt hebbende van het geen alhier op Maandag den 23 dezer is voorgevallen , zullen wij thans daar van, voor zoo veel zulks ter onzer kennis gekomen is, een naauwkeuriger Berigt mededeelcn, met agterlating echter van eenige mindere omftandigheden , welke tot het wezen der zake geene betrekking hebben. Het was op Zondag den 22 dezer, dat er in den Krijgsraad van de Schutterij dezer Stad wierd genomen de volgende Refolutie. ExtraSt uit de Kefolutien van den grooten Krijgsraad der Schutterij te Rotterdam, gehouden op Zondag den 22 Af ril 1-87. „ Is na ampele deliberatie goedgevonden en e, gerefolveerd , dat eene aanzienlijke Commisfie A £ fJ van  C 10) „ van dezen Krijgsraad, beftaande inalledepne„ fente Heeren Kapiteinen en Vaandrigs met den „'Secretaris , zich op morgen, verzeld met de „ Heeren Ifaac Hubcrt CS., (*) zal vervoegen in „ de Kamer van de Vroedfchap dezer Stad en „ aldaar, bij monde van den Secretaris , de vol„ gende Voordragt doen, als waar toe dezelve s, bij deze word geauthorifeerd en gelast. Edele Groot Achtbare Heeren! Het is in mijne qualiteit als Secretaris van den Grooten Krijgsraad dezer Stad en op cxpresfe last van hetzelve Collegie , waar van eene aanzienlijke en talrijke Commisfie, geadfifteerd met de Geconftituëerden van een aantal andere, waar onder veeIe der Notabelfte Kooplieden en Burgers of Ingezetenen dezer Stad, op eene folemneele wijze alhier verfchenen is, dat ik op mij heb moeten nemen aan dit Collegie, uit onzer aller naam, het volgende voor te dragen: Alles wat binnen deze Republijk , binnen deze Provincie, ja binnen deze Stad, federt eenigen tijd, gefchied, ge fchreven en openlijk gezegd is, cn fpeciaal de gewigtige gebeurtenis, onlangs te Am- (*) Namelijk de gezamenlijke Geconftituëerden van ruim I2C0 Burgers en Ingezetenen, die gemakshalve doorgaands, wierden aangeduid, met den.naam van Jj: ttubert C. S , om dat die Heer de meest bejaarde zijnde, in derzelver gepraefenteerde Requesten, gewoonlijk eerst genoemd wierd, fchoon eigenlijk de prsefidcnt van die Geconftituëerden was, de natemcldene Kornelis van den Bosch.  C ii ) Amftcrdam voorgevallen, moet UEd.GrootAchtb.» en alle andere Leden der Regeering, overtuigd hebben , dat de blinddoek van de oogen der Natie nu geheel ïs afgevallen, en dat het tijdftip geboren is, waar in niemand zich vleijen kan langer te kunnen tegenhouden zoodanige hervormde ofnieuwe inrigtingen, als dienftig geoordeeld worden , niet om de Oude Confttfutie te veranderen , maar om dezelve te zuiveren van de gebreken, door nonobfervantie van de Conftitutie, in de Rcgeeringsform ingeflopen. De Cuiiftimtie der Regeering van deze Stad ent Provincie heeft altijd beftaan in een Souverein, die de Collegien en Amptenaars van Magiftratuur en Juftitie aanftelde of deedt aanftellen, en de verdere Rechten der Oppermagt uitocffende, doch gebonden was aan het in acht nemen van alle Rechten en Privilegiën, welke de Ingezetenen van elke Stad, Plaats ofDiftricr., de eene boven de anderen, van tijd tottijd, bij Handvesten als snders, hadden verkregen. Eene zoo geborneerde Oppermagt vereischte noodzaaklijk, endeed van tijd tot tijd, naarmate door het aangroeijend vermogen des Volks , ook die bijzondere Voorrechten gewigtiger vvier1 den, en te gelijk de onmooglijkheid toenam van dezelve hoofd voor hoofd te bewaren, fter- ker worden eene tweede Magt, het andere gedeelte onzer Conftitutie , —- naamlijk, een repre- ien.  Tentatief van het Volk, geconfidcreerd als Onderzaten , om te letten , dat de bekleeders der Souvereine Magt niet inpisteerden op de wettige Volksrechten. Voor het Jaar 1581. was de evengemelde Souveraine Magt in handen der Graaven, Hertogen of zoogenaamde Landsheeren, die, - wanneer zij buiten 's Lands waren, dezelve lieten bekleeden door Landvoogden, Gouverneurs of Stadhouders, wier Jaatfte hier in Holland was Prins Willem van Orange, dien wij doorgaans noemen Prins Willem den Eer/lcn, en tot dien zelfden tijd (wanneer de laatfte Graaf wierd afgezworen) bezaten de Vroedfchaps-'Collegien in de Steden alleenlijk die tweede Magt, waar van ik zoo even fprak, van naamlijk te ftrekken tot een Contre-poids tegen de Opper-Heeren of derzelver Amptenaars, die de Volksrechten veronachtzaamden. Na of door de afzweering van den Tijran, keerde deszelfs Souverain gezag terug aan het Volk, het welk dus geheel vrij was, om het zelve geheel vernietigd te laten, ,— en een nieuwe Conftitutie of Regeerings-form vastte ftellen, even als in onze dagen door de verdrukte Amerikanen, die zich van deBritfcheOppermagt hebben vrij gevogten, is gefchied. Maar ■ de verpligting, waar onder men zich bij vroegere Overeenkomften, en fpeciaaj • 1 . bij  Os) bij de Unk van Utrecht, door de Reprefcntanien der Gemeenicns van de bijzondere Sleden aangegaan , had gelegd, om elkanders Privile- gien, waar mede de eene Plaats boven de andere bevoorregt was, in hun geheel te laten, —|—zonder welk beding te maken, en na te komen » men het nooit zou hebben kunnen eens worden, noch blijven , om tegen den Overheericher pal te (laan. - Die verpligting, zeg ik, maakte het noodzaaklijk om de Oude Conftitutie in wezen te houden, en zich alleen, zoo veel mooglijk, zeker te ftellen tegen het misbruik, dat bij ven» volg op nieuw van de Souveraine Magt gemaakt zou kunnen worden. Dit dagt men eerstte bereiken door een nieuwen Graaf of Heer , op zekere bepaalde Conditiën, aan te nemen >. Doch toen die gevaarlijke proef, door den dood van Prins Willem, verviel, en andere getenteerde opdragten van dien aart,medenietreusfeer- den, was het gereeufte middel om de ad- miniftratie en uitoeffening der Souvereine Magt te demandeerea aan een Collegie , het welk de geheele onverdeelde Masfa des volks, als bezitter van alle de wettige Rechten der afgezwooren Graaven, zoude reprefenteeren en alzoo gebieden over dat zelfde volk, geconfidereerd als Ingezetenen van de onderfcheidene StedekenPlaatfen,en als Bezitters van de onderfcheidene meerdere of mindere voorrechten , welke zij van de vorige Sou-  C 14 ) Souverainen hadden verkregen, in de betrekking van Onderzaten, en als zoodanige behouden wilden. Tot zulk een Souverein- of dèn Souverein Verbeeldend-Collegie was natuurlijk het gefchiktfte de Vergadering der Staaten van elke Provincie, ■ dat is die afgezondenen uit de voornaam- fte Steden en Plaatfen, welke tot dien tijd toe de diverfe ftaaten of rangen des volks hadden gereprsfenteerd, om deszelfs Rechten tegen de Graaven of Graaflijke Amptenaars te handhaven. Deze toch hadden de meeste kundigheid der zaaken, welke zij te behandelen hadden — en bezaten het wel verdiend vertrouwen der Gemeente. Dit raakte dus ongevoelig, per tacitum confenfum, en zonder een expresfe opdragt van de zijde des volks, alzoo in trein, en de langdurigheid van den Spaanfchen Oorlog, en daar uit volgende onzekerheid , of en wanneer de gedane afzweering van den Graaf het volkomenfte effect fortecren zoude, was oorzaak, dat men niet tijdig "genoeg bedagt was, (ten minften in deze Provincie) om, daar men de Oude Conftitutie in ftand hield, en het Graaflijk gezag alleen van Perfoon veranderde, door het op de Ridderfchap en Vroedfchaps - Collegien , of derzelver Gedeputeerden ter Dagvaart, -over te brengen , de magt en last, welke die Collegien tot hier toe bezeten hadden, om de Rechten des volks tegen die van den  den Souverain te handhaven, en te conferveeren ,nu voortaan uit die handen, welke van toen af daar toe niet neutraal genoeg meer waren, te nemen, en nieuwe Gemeentslieden te creëren , om dat geene te verrigten, het welk de Vroedfchappen bevorens tegen den Graaf, of deszelfs Amptenaars, gewoon en verpligt waren, doch nu tegen hen zeiven, als integreerende Leden van dat Collegie , het welk 's Graven Perfoon en Rechten reprefenteert en uitoeffent, niet meer konden in het werk ftellen. Dan, Mijne Heeren ! dat uitftel, : hoe lang ook begroeid, is geenfins eene derogatie van dat gedeelte der oude Conftitutie, welke vordert, dat het Volk zulke Gemeentsluiden moet hebben tot toezienders tegen het misbruik , het welk door alle eeuwen gemaakt is, en gemaakt zal worden, van het Oppergezag, in welke menfchelijke handen het zelve ook gefteld zoude mogen zijn. Uit het verwaarloozen van dat gedeelte onzer Conftitutie zijn alle de Volksberoeringen geiproten, welke onze Republijk altijd in onrust gehouden hebben, en nog houden. Die bewegingen ontftonden altijd, en ontfhan nog, uit de voorkeuze, welke de eene partij gaf aan het Stadhouderlijk bewind, en de andere aan eene Staten Regeering, zonder Stadhouder; als men een Stadhouder had, voelde men het juk  jiikvaiihera en deszelfs Hovelingen, —als men ér geen had, voelde men het juk van eenige weinige Familicn, die alles met zooveel önbefcheid beheerschten , datveelen, die anders wel verder zouden gezien hebben, zich haasteden, om heul •■en troost te vinden in de herftelling van het Stadhouderfchap. Maar —- wat was het gevolg ? 'iê niet enkel een verandering maar een verdubbeling van het kwaad, dat. men gehoopt had te ontgaan. —— Niet enkel de Stadhouder, of deszelfs dienaars, deden van tijd tot tijd nieuwe ingrepen op de Rechten des Volks, maar ook vele dier Regenten , die tegen het misbruik zijner magt hadden behooren te waken, warenhem daar in behulpzaam, om op hunne beurt ook door hem te worden in Haat gefield, om-dezelfde haatlijke Ariftocratie over hunne minderen, en over allen, die door zulk eene lage ambitie niet bezield wierden, ten top te voeren, even als in de vorige Stadhouderlooze tijden. Dit alles zou niet hebben kunnen gebeuren , indien men altijd voorzien was geweest van VolksReprefentanten , welke, den eerften misftap te keer gaande, daar door den tweeden belet, en alzoo verhoed zouden hebben, dat er reden gegeven wierde om ongewoone omwentelingen te verlangen. Had-  C m Hadden zoodanige waardige Volksvrienden diV onwaardige Regenten, die , om hun hof bij den Stadhouder temaken, alles aan hem overgaven, en zulks uit zclfsbehoud moesten doen , daar in te keer kunnen gaan: hadden zij de eerfte recommandatie , welke door den een of anderen Hoveling, op 'sPrinfen naam, gehafardeert is, doen feponceren, de tweede was waarichijnlijk nimmer gefchied! Men zou zich wederzijdsch van alle inkruipingen gewagt hebben; 1 de hooga Bzklecdcrs der Souverainileit zouden die magt on~ gefchonden behouden hebben, en de Stadhouder zon hebben blijven genieten die perfoneele liefde, welkt de onfeilbare belooning is van elk verheven Standsperfoon, die het algemeen boy en zijn bijzonder ba. lang bevordert. Hij kan geen eerlijk Man zijn, Mijne Heeren! die met ons niet wenscht de zaaken in die gunftige fituatie herfteid, en alle de tegenwoordigeOneenigheden weggenomen te zien! Om dat heilzaam einde te bereiken, is,door d» Heeren Oud-Schepenen Hubert en de Monchij C. S., verzogt, door den grooten Krijgsraad dezer Stad! aangedrongen, en door een aanzienlijk gedeelte vart dit Collegie, benevens alle de Heeren Schepenen, te famen uitmakende de meerderheid van die drie Collegien, welke van ouds tot het vragen vaji nieuwe Privilegiën of verandering der oude geconcurreerd hebben, aan den Souverein favoraB v bel  c ï8 ) bel voorgedragen, een verzoek om auginentatJe van dit Collegie tot het primitivc getal van XL. i waar door wij bedoelden te verbreken het fchadelijk effect van die in het oog loöpende verkleefdheid, welke de Meerderheit aan elkanders fentimenten, ofwel aan die van derzelver hoofden , betoont. Tenzelven einde heeft ook geftrekt de loflijke poging van negen Leden van dit Collegie, om de Magiftraats-bcftelliijg niet meer aan des Stadhouders keuze, maar aan het Opperwezen zelve, over te laten, door zulk eene Loting, als bij het laatfte Octroij is geprxferibeerd, en om de vacante Vroedfchaps-plaatfen mede te vervullen, zonder tusfehenkomst van den Stadhouder. Maar, dewijl een goed Regent van niets dan van -zijn Eed enPligt afhanglijk moet zijn, en zijne verheffing alleen te danken moet hebben aan het credit, dat bij door zijne talenten, en het wel aanleggen van dezelven, en zijn eigen gedrag,verworven heeft, ftrekte al mede tot datzelfde goed oogmerk de beroemde Propofitie, door de Stad Haarlem , ter Souveraine Vergadering gedaan, om naamlijk een betaamlijken en voorzigtig bepaalden Volks-invloed , in de keuze der Regeeringsperfoonen , op een eenparigen voet, vast te '{tellen. ■ Maar . . . hoe zijn alle die belangrijke Objecten bij de Meerderheid van dit Collegie behandeld j  C 19) dcld! Met hoeveel verachting heeft dezelve neergezien op dat notabel gedeelte van hare Mede-Burgers, het welk gemeend heeft zich voor dezelvente moeten interesfeeren? Tot welk eene hoogte heeft men die verachting niet gepousfeerd , met het laatfte Request door de reeds genoemde Heeren Oud- Schepenen C. S. aan den Souverain geprefenteerd, ten einde de Deliberatien over de Commisfie, tér uitvoering van de evengemglde Haaiiemfche Propofitie, mogten worden gereëntameerd, alken door de Stem van deze Stad te doen feponeeren: daar men immers niets verloren, en ten minften eenig eguard voor ruim twaalf honderd uwer Burgers getoond zou. hebben, met (daar toch negen andere Steden het zelve overnamen) dat voorzigtig voorbeeld te volgen, zoo ais de Schiedamfche Deputatie, met een evengelijk Request van hare Burgerij, mede heeft gedaan. De Krijgsraad , uit alle deze en veele andere gedragingen van de meerderheid dezer Vroedfchap, klaarlijk ziende , dat die meerderheid haar erigineel inftitut vergeten heeft of voorbij ziet, en zich niet meer aanmerkt als Repnefentanteri van een vrij volk , maar als eigendunkelijke Beheerfchers van het zelve, heeft begrepen zülks niet langer metftilzvvijgen temogen aanzien, maaf het meest gefchikte en bevoegde lighaam in deze Stad te zijn, om als het tweede Reprefentatief B a óet  C -° > rfer geheele Burgerij, zoo lang de FaarlemfchePropofnie nog buten effeft gehouden word , te ageeren, en de nodige adiiftentie en medewerking te vcrleenen aan de redelijke Volks-Srem van ■alle die notabele Mede - Burgers en Ingezetenen, die reeds in Jamtarij dezes Jaars, bij een Request aan den Souverein zeiven, hebben doen declaree-ren : „ dat zij en hunne Committenten in dat „ denkbeeld verfeeren, dat verfcheiden thans fun„ gecrende Raaden in de Vroedfchap zich hebben „ fchuldig gemaakt aan zoodanig wangedrag en „ verzuim, en daar door het vertrouwen der voor„ naamfte Burgerij in zooverre verbeurd hebben, „ dat het bellier der Stedelijke zaaken, noch de „ Item der Stad over 's Lands belangens , niet „ meer kan worden overgelaten aaneen Collegie, „ waar in zulke Raden met hunne afhangelingen „ en blinde navolgers de Meerderheid uitmaken, „ en alle cordate pogingen hunner brave Mede„ Leden op de hardnekkigfte Wijze dwarsboo„ men. Op welk Adres, men weet, dat de Meerderheid der neutrale .Leden van het groot Befoigne favorabel heeft geadvifeerd, en dat dus geen Declinatoir Rapport zou zijn uitgebragt, indien ai weder dezelfde Heeren geen middel gevonden hadden, om hunn' eigen Mem, in hunne eigene zaak, te doen computeeren, en de Hemmen der curdatc Aiafterdanü'che .renfionarislén te doen, zwij-  zwijgen, door de overmagt van drie gedeclareei, de Volksvijanden, die toen in den Raad der Stad Anifterdam dezelfde verderfiijke rol fpeelden, als •de Leden, welke ih dit Collegie alles d,vvingcn naar hunnen wil, of eigenlijk naar den wil van den Meefter, aan wiens begeertens zij zich op de laagftc wijs verflaven. Die Volks-vijanden hebben te Amfterdam het loon hunner fchandelijke werken ontvangen, door den Krijgsraad en de Notabele.Burgerij dier Stad, welke, op laatstleden zaturda^, zich-openlijk vpoc de Rechten des Volks in de for-esfe gefield-, .en aan hunne Regenten gecoond hecfivhet onderfcheidte kennen tusfehen de Conftitutie of Regeoringïforra: van onze Republijk, en die van Venetien, si »aani- (§) Men ziet van achteren wel met leed, dat veele der bc-veuftaando uitdrukkingen hadden kunnen en fcehooren gemenageerd te worden; Maar —- wie was, in die dagen, koel genoeg'om do vereischte bedagtzaamheid te betragtcn? ■■ voor al in zoo veel overhaasting, als waarmede dit flut,'na de bekomene tijding van 't geen op den 2ifte April te Amfterdam gebeurd was, heeft moeten ontworpen wptderi? JVu echter kon de Uitgever er niets van aflaten, wilde hij voldoen aan zijne intentie, om door alle de wederzijdfche ftukken in huurt geheel uittegevcn, den Lezsi in ftaat te ftellen om een neutfaal B i oor-  Cao n'aamiijk aan den Raad van Amfterdam deze voordra gt te doen. Qiier volgde het Request, het wttk hiervoor bl, i reeds geplaatst is.) Dezelfde redenen deen de Krijgsraad en de met haar inftemmende Burgerij ook heden in deze Kamer dezelfde woorden gebruiken. 'Zij hóuderi voor ten uiterfte nadeelig het !3n|$ï aanblijven van- de Heeren .en verk-laren dozclven van nu af niet meer-te zijn Raden in deze Vroedfchap, en dieshalven te begeeren en te v:rwr.gten, dat zij zich van dit oogenblik van 'de waarneming van alles wat tot die Posten behoort, of waar toe die qualiteit vereischt wordt, (waar onder oordeel te vellen, over de merite van die RenVotien, en of de Heeren, die zich daar door beledigd ach-< ten, zich zelven niet de grootfte eer zouden aandoen, met uit eigen beweging te effectuecren, dat geene vervolgingen plaats hadden tegen de zulken, die maar voor een gedeelte uitvoerders geweest zijn van een daad , welke in dien tijd door een veel grooter getal medeburgers van allerlcie rang begeerd, geadvöuëerd en gcadminiculecrd, ja door den Souverain zelve niet afgekeurd, maar integendeel gecorroboreerd en geprotegeerd wierd ? ———■ zoq 'als uit de volgende fhikken blijken zal.  C*3 ) / der de Krijgsraad eri Geconftituëerden niet rangeeren de Ampten van Bailluw en Dijkgraaf van Schietend , als tot wcli;e de radicale qualiteit van Vroedfchap niet wordt gerequireeïd,") zullen ohr - houden, zonder zich op eenige wijze tegen deze verlatinge , waar door zij ook ipfo facla van hunnen gedanen Eed onillagcn zijn , te verzetten , ■direct noch indirect ; in welk geval de Krijgsraad bij dezen hun toezegt te zullen zorgen voor de volkomenfte veiligheid van derzelver Perfoonen, Huisgezinnen en Goederen, en niet te zullen toelaten, maar met alle de magt hunner Schutterij en verdere weldenkende Medeburgers te keer gaan, alle geweld en overlast of hindernis , welke hun, fchoon onvermoedelijk, doop fommige onbezonnen ofte driftige ijveraars, of ook door kwaadwilligen, die daar mede onze goede zaak zouden tragten te bcnadcelen, aangedaan of bedreigd zouden mogen worden. Het recht tot de vervulling der vacerend© Vroedfchaps - Plaatfen competeert-, uit den aart der zake, en uit kragte der primitive inftellinge van dat Collegie, aan de Burgerij , doch is. bij volgende Handvesten , en fpeciaal ook bij het laatfte Octroij van Anno 1615, gedemandeerdaan de overige Leden van dit Collegie zelve ; dit Octroij is door de wederzijdfche Partijen nog onlangs gereclameerd, en erkend te moeten in obfer? B 4 VMUg  C =4 ) rvnnttC blijven, zoo lang er on eene legale wijze gcenc verandering in gemaakt word. De Krijgsraad en Burgerij verzoekt dieshalve de niet verlatene, en thans alhiei pnefente, Leden dezer wettig geconvoceerde Vroedfchaps-Vergadering, om voor het fchciden clcrzelve zeven nieuwe Raden aan te Hellen en te beé'edigen, en infteert daar op ten Itcrkften en crnftigften, dewijl dit Collegie thans , vooral in do critique om Handigheden onzer Republijk, te zwak is, om het gewoone tijdsverloop, of het fcellen van dagen tot de vervulling, te kunnen lijden; welke, volgens de Privilegiën , wel binnen zes weken moei, doch ten allen tijde,en dus ook ib'cü, mag gefchieden, 'terwijl er thans ook te minder reden van uitftej is, omdat de Krijgsraad en Burgerij UEd. Achtb. hoofd voor hoofd, op den eed, bij de aanvaarding uwer Posten, tot nakoming van Stads Privilegiën , gedaan, fommcert om zich, in de te doene fubpletie te gedrsgen conform de letter van het evengemelde Octroij van Anno 1615, en dus geene Electie aan den Heer Stadhouder dezer Provincie over te laten , waar toe Zijne Hoogheid zelf, door het geven eener zoogenaamde Adte van non : raïjuditie, bij de Electie van den jongden Raad, den Heer van Ijzen doorn „ getoond heeft geen Recht te hebben, zijnde de Krijgsraad en Burgerij het in dit opzigt volkomen eens met de woorden, in eene Mislive van dc-  dezen Raad aan Hun Ed. Groot Mog. van dato a April dezes jaars voorkomende. „ Deminfre inbreuk op de Privilegiën, in weer„ wil van de gepriviligeerden, (dat is in dezen de „ Burgerij, voor of in wier naam dat Octroij is ge„ vraagd) , al was het onder de claufule van non „ prxjuditie, is hoogstfchadelijk, en veroorzaakt „ verwarring — door dezelve in hare werking te „ herftellen loopt een Souverein (en even min een „ Vroedfchaps-Collegie) geen het minfle gevaar, „ om zich te comaromitteeren ■ zich daar aan „ ftiptelijk te houden is de eenige middelweg, „ om zoo wel hen, die dezelve reclameeren, als „ hen die daar van verfchillen, tot rust te bren- gen- • Die rust, op algameene eendragt en vertrouwen gevestigd, wenfehen en bidden wij, dat de God onzer Vaderen eenmaal aan dit goede, doch thans ongelukkige Land, zal herfclienken. Daar toe bezweren wij alle de aanblijvende Leden van dezen Raad het hunne aan te wenden; de tcgenswoordige gebeurtenis en het volgende gedrag van Ulieden, van de nieuw aan te Hellen Raaden, en van ons allen, zal veel, zeer veel, kunnen toebrengen, om hetfubfilleerend wantrouwen en ongenoegen weg te nemen , en de van ons in -meening verfchillende Mede Burgers met ons weder te vereenigen, en in de oude vriendfehap en gemeenzaamheid te doen verkeeren» S 3 La-  (ü6 ) Laten wij allen, Mijne Heeren! ben door fprekende daden overtuigen, dat wij tot den tegen.woordigen jlap niet gekomen zijn uit eigenbelang, jioch uit perfoncele haat tegen de verlaten Heeren , of iemand hunner, maar alleen uit een opregt befef van de voljlrekte noodzaaklijkheid, en geydlgtijke J>ligt, om dit voor ons zeer onaangename middel te gebruiken, als het eenige, waar door te keer gegaan konden worden die Machinatien, waar mede onze Partijen op het punt Monden' aan onze vrijheid een laatfte en onhcrftelbare wonde toe te brengen. Wij, Ed. Gr. Achtb. Heeren! betuigen hier ten aanhooren van het Alwetend Opperwezen, het welk onze harten, onze innig/Ie gedag ten kent, dat_ wij geene nieuwigheden bedoelen, nofih naar'cer.ige verandering ftaan, dar. alleen in het her Hel van bevorens wettig bezetene doch verwaarloosde Rechten: — dat wij het Stadhouders-Ampt niet vernietigd noch .op. een ander Perfoon oyergebragt, noch ook lot een ijdclcn eertijtel, zonder magt of invloed, gemaakt rillen hebben; — dat wij de heer/chende Kprk mede niet benadeeld, maar in tegendeel gehanclhaajd willen hebben bij de openlijke Godsdienst-Oefening Lcere in het laatfle Nationale Sijnode te Dordrecht vastgejleld, behoudens de Christelijke Verdraagzaamheid jegens de andere Gezintens, welke bij den Souverain zijn toegelaten of geconniveerd; — maar dat ons voernaamfte verlangen tendeert om cctte  eene Regeering te hebben, beftaande uit Perfoonen, die hunne aanftclling niet aan een Stadhouder of eenig ander individu, aan wien zij uit dien hoofde verpligt en dus af hanglijkzijn , te danken hebben, maar alleen,aan de achting en genegenheid, welke zij', door hunne talenten en daaden, bij hunne Mede-Burgers hebben verkregen en behouden. En op dat van deze onze verrigting en betuiging openlijke en zekere kennis gedragen moge worden,- verzoeker) wij, dat deze,onze voordragt, waar van wij, ten dien einde, een affchrift overgeven , in het Register van dit Collegie werde geïnfereerd, en van Stadswege gedrukt, gelijk wij tenens verzieken, dat, ter gerustftelling van ons en de verdere'Leden van den Krijgsraad, benevens' onze Schutters en andere met ons inftemmende Burgers en Ingezetenen, eene nieuwe Deputatie uit dit Collegie ter Vergadering van Hun Ed. Groot Mog. gezonden worde, met revocatie van de'vorige, en dat de Refolutien, bij U Ed, Groot Achtb. op heden te nemen, ftaande Vergadering gerefumeerd en bij Copie authenticq aan ons. medegedeeld worde, eer wij van clkanderen fcheiden. „ Zijnde voorts aan die Commisfie gedeman■ deerd, om de voorfchreven Kamer niettever' laten dan te gelijk met de ontflagen Heeren, en p geene Leden uit dat Collegie te laten vertrekf} ken, voor de nieuwe Raden aangefteld en beëe-  h dlgdzijn, envoords dezelve Commisfie geautho-„ rifeerd om alles te verrigten wat, pro re nata, „ zal worden geoordeeld dienftig te zijn, om de „ voorfclireven Remotie en nieuwe aanftelling ef„ fect. te doen forteeren, raids egter zich van alle „ geweldige daaden onthoudende, zoo lang die „ tot hunne eigene lijfsverweering, niet noodzaak„ lijk zijn, hebbende de prrefente Leden van den „Krijgsraad eikanderen, als mannen van eer, w beloofd de Perfoonen, Familien en Goederen -„ van allen en een ijgelijk hunner, en van dea „ Secretaris, van de aanblijvende en nieuw aan „ te ftellen Vroedfchappen, vin de Heeren Ge„ conftituëerden, en van derzelver Conftituanten, „ te zullen guarandeeren en bevrijden tegen alle „ geweld, dat hen ten gevolge van , of uit wraak „ over,deze onderneming zal overkomen, zonder „ zich daar van, om lief of leed, te zullen onttrek. x ken. Aldus gerefolveerd en ftaande Vergadering o-erelumeerd cn geapprobeerd op den ai April „ 1787 (zijnde door alle de prefente Leden, ten „ getale van 67, onderteekend.) Ingevolge van dien zag men des maandags morgens, na dat reeds ten half agt uren, alle de Compagnien der Schutterij, op order yan de Ed. Groot Jchtb. Heeren van de Weth, in de Wapenen gekomen, e» zich op verfclüliende plaatfen van dc  Cao) ;: ie Stad geposteerd hadden, omtrent ro uren, fle voorgemelde Commisfie uit den Krijgsraad, de Geconftituëerden, en een groot aantal Conftituanten, uit de Vaderlandfche Sociëteit op de Wijnhaven , in ftaatfie naar het Stadhuis gaan, wordende de trein voorgegaan en gefloten door een detachement uit de Schutterij. Op het Raadhuis gekomen, en in de Vergadering van de Vroedfchap gehoor verzogt en zulks toegeftaan zijnde, deedt de Heer Mr. Hendrik Amolct Kreet, Secretaris van den Krijgsraad, de bovenftaande voordrage, tot welke dezelve bij de gemelde Refolurie van den Krijgsraad geauthorifeerd. en gelast was. Na die aanfpreak begeerde de Vroedfchap , dafe de Commisfie zoude buitenftaan , ten einde over derzelver voordragt te raadplegen, dan de Commisfie weigerde zulks, ten zij de voorgenoemde zeven Heeren Raaden mede buiten ftonden , als bij dezelve reeds aangemerkt zijnde van hunne Posten verlaten te wezen. De Commisfie blijvende weigeren buiten te aftaan, verklaarden de zeven hier voorgenoemde Raaden , dat zij tegen dit alles ten allerfterkftea protefteerden, terwijl de andere zeven Raaden, die met de voorgemelde Heeren de meerderheid uitmaakten, zich beriepen op Hunner Ed. Groot Mogende Refolutie van den 9 Augustus 1658 , volgens welke geene Leden der Regeeringen het rechjt  ( 3° ) recht hebben om dcrzelvcr Mcdc-Raaden te removeeren ; doch de Commisfie bier op goant.woord hebbende, dat zij zulks ook niet van ge1 melde Heeren vergde, als het daar voor houdende, dat de Rcmotie reeds daad! ijk gefchied was .door de Burgerij, infteerde dezelve dat er zoude worden voortgegaan met de aanftelling der nieuwe Raaden, ,en hier tce door de meerderheid deiniet verlatene Leden der Vroedfchap , na zeer 'veelc woordemvisfelingen ,benoemd zijnde de Heeren wierden gemelde Heeren,door (Meieren uit de Schutterij van hunne huizen afgehaald, op het Raadhuis gebragt, en in den Eed genomen. Na het beëedigen en fesfie nemen der voorgemelde Heeren, wierd er door de Commisfie >erzogt, dat de vorige Deputatie, welke van wegeri deze Stad ter Vergadering van Hunne Ed Groot Mog. was gecommitteerd , zoude gerevoceerd cri eene nieuwe Deputatie benoemd worden , het welk vervolgens gefchiedde , wordende daartoe gecommitteerd de Heer Burgemeester Boogckrt en de Heeren Vroedfchappen , -j Eenige Compagnien van de Schutterij bleven voords, niet alleen dien gehcclen dag en volgenden nagt in de Wapenen, maar bezetten ook tot heden toe beurtelings het Stadhuis, (voor-het welke twee metale Veldftukken geplaatst zijn,) be-' ne-  C 31 } nevens verfcheiden andere posten; ïntusfchen is alles ftil in de Stad. 's Morgens ten 9 uuren was door den Heer Kornetis van den Bosch , in de Vaderlandfche Sociëteit, gedaan de volgende aanfpraak: Mijne Heeren, waarde Mede-Vader/anders en Stadgenooten ! Naa 't oeffenen van een taai geduld, en het vergeefs aanwenden van alle zagter middelen ter reddinge van onze pericliteerende vrijheid, is eindlijk het tijdftip gekomen, waar in men zich volftrekt genoodzaakt ziet, wil men niet alles verloren geven, tot het doen van eenen fterken en zeer gewigtigen ftap. De Wel Ed. Manhafte Krijgsraad dezer Stad en Heeren Geconfittueerden zijn gerefolveerd, met goedkeuringe en medewerkinge hunner Conjlituenten, op heden eenige Leden der Vroedfchap te removceren. Zij zullen dit doen op den voorgang van het magtig Amfterdam, alwaar zulks voorleden zaturdag gefchied is. God zij geloofd dat dit aldaar is geëffectueerd, dewijl aan den eenen kant onze toeftand geen verdei'uitilcl gedoogt, en aan de andere zijde deze demarche alhier, zonder van het foutien van Amfterdam ter Staatsvergaderinge verzekerd te zijn» hoogstgevaarlijk zou wezen, en ligtlijk gevolgen kun-  kunnen hebben, die, behoorlijk ingedagt, den ftoutmoedigftcn moeten doen lidderen. " Thans kunnen wij, met gegronde hoop van Stad en Vaderland er door te behouden, tot dezen aïïer^ewigtigftcn Hap overgaan. Laat het ons doen , Mine Heeren, met moed , maar tevens met alle bedaardheid en bezadigdheid! Dat niemand uwer zich cenig woord ontvallen late, veel min zich eenige daad veroorloove, waar dooreen blaam op deze onze verrigting zou kunnen gelegd worden! Dat niemand de Heeren, die geremoveerd zullen worden, met hand of vinger aan rake , of eenig bits woord toevoege ! Dat niemand' zijnen anders denkenden Mede-Burger bij deze gelegenheit terge of onheusch bejegene , maar veebeer eenige belediging, hem van dien kant aangedaan, zoo veel mooglijk zij, grootmoediglijk verdrage ! Dat alle de Schutters, die in de Wapenen zullen komen , zich diep in den geest prenten hunne verpligting tot ftrikte obediëntie aan hunne Officieren, en dus geen geweld gebruiken dan op derzelver uitdruklijken last! Vergunt mij , Mijne Heeren , ulieden te herinneren dat wij Christenen zijn, dat er zelfs Christen-Leeraars onder ons gevonden worden! Als zoodanigen voegt het ons, ter dezer gelegenheid te gedenken aan de Schriftuurli ke Les: „ Alle bittcr* heid, en toornigheid, en graml'chap, en ge< „ roep , en lastering, zij van u geweerd, met alle  C 33 ) „ alle boosheid." Onze z'elen, Mijne Vaderland*fche Broeders, moeten thans niet met haat, met bitterheid, met wraakzugt, vervuld zijn. Daar ■door zou déze onze anders wettige en prijslijke verrigting bezoedeld, en mishaaglijk in dè oogen van het Opperwezen worden, in wiens ontzaglijke tegenwoordigheid wij dit gewigtig werk Haan ter Uitvoering te brengen, en wiens dierbaren zegen wij nodig hebben, zullen wij er wel in flagen, en ér de gewenschte gevolgen van verwagten mogen. Pat dan alleen ware vaderlandsliefde, dat alleen de overtuiging van de onvermijdelijke noodzaaklijkheid, waarin wij ons bevinden, cm tot zulk een allergewigtigitcn flap over te gaan, willen wij Stad en Land behouden, onze drijfveer zij, zonder inmengfel van eenigen peifoonlijken haat fef wraakgierigheid; zoo mogen wij vertrouwen, dat ons bcdrif Welgevallig zal zijn aan den Öpperregeerder der Weereld, en met zijn Godlijké goedkeuring en zegen zal bekroond worden. Dat dan (dit wenfehen, dit bidden wij) 's Hemélé gunstrijke Voorzienigheid onze gewigtige onderneming voorfpoedig make! Dat hij onze tegenpartijders met ontzag, met vreeze, vervulle! Dat zij de Manhafte Schutterij bevrijde van de droevige noodzaaklijkheid om geweld met geweld af te keeren! God geve dus dat alles gelukkiglijk en in eene bedaarde orde afloope, en dat wij en ©ns Nageflagt de gezegende vrugten voor het lie-  C 34 ) ve Vaderland, van deze onze venïgting met blijdschap en dankbaarheid plukken mogen. Het zij .zoo! . De-Heeren, die gcremoveerd zullen worden, zijn zes of zeven van die agt, ten opzigte van welken wij in ons Request aan Hun Ed. Groot Mog., in dato i\ Januarij dezes jaar«,, hebben verklaard van begrip te zijn, dat de Vroedfchap dezer Stad ten fpoedigftcn van die Leden behoorde gezuiverd, of immers van derzelver overheerfchenden invloed ontheven, te worden, en welken wij hebben verzogt dat provifioneel niet ter Staatsvergadering mogtcn worden geadmitteerd, te weten Van deze agt Haan zes of zeven geremoveerd te worden, naar dat de omftandigheden zich ten Raadhuize zullen opdoen. In het Committé van den Krijgsraad, en in het Collegie van Heeren Geconftituëerden, is hier over ampel en langdurig gedelibereerd, en men heeft zich niet, dan na rijp beraad,op de gemelde wijze geiermineerd.  C 35 j ExtraM uit de Refohitien van de Heeren Staat en van Holland en West-Vriesland in Hun Edele Groot Mog. Vergadèringe genoomcn op Woensdag den 25 April 1787. Cndentiaal van Rotterdam en Mkfive, van Burgemeestercn dier Stad aan den Raad-Penfwnaris op 't fubjctt der geremoveerde en nieuw aangeftelde Vroedjchapptn. 't Credcntiaal voor forkeel gehouden, en met de Misfive bij 9 Leden Oyergenomen. Js gelezen het navolgend Credentiaal, door de Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam ter Vergadering geëxhibeerd.  Extraft uit de Refa/utien van de Vroedfchap der Stad Rotterdam, genomen in Htiat Ed. Gr. Achlb. Vergadering op Maandag den 23 April 1787. Ter Vergadering van Har.r Ed. Groot Mog. ■zijn na voorgaande deliben-.tie Gedeputeerd, zoo als Gedeputeerd worden bij dezen, voor de noch overige dagen van deze lopende Maand, federt den «3 tot den 30 April t*&7, beide ingeflotcn: de Heeren Mr Regeerende Burge- meesteren, • alle Raden in de Vroedfchap, midsgaders Mr Raad en Pcn- fionarïs dezer Stad; met last om op alle voorvallende zaken ter Hooggemelde Vergadering zodaanig te advil'eeren,als ten meesten dienfte van den Lande zullen bevinden te behoren; Zullende voor goed, vast en van waarde worden gehouden , alle 't gene door welgemelde Heeren Gedeputeerden ter Hooggemelde Vergadering zal worden gedaan en verricht: En wordende door dezeingetrokken de Deputatie ter meergem. Vergadering van HaarEd. Groot Mog. op den a6 Januarij J787, bij de Vroedfchap dezer Stad gearresteerd. Accordeert met voorfz. Rcfolutic. (Onder ftond,) Bij mij als Secretaris. ' (Was gèteekendO w- Wt vaf! , En  C 37) En heeft de Raad-Penfionnris, ter gelegenheid der lecture van 'tvoorfz. Credentiaal,gecoittmunl" ceerd een Misfive van Burgemeestercn en Regeerders der gemelde Stad van den 23 dezer aan hem gefchreven, op 't fubject der remotie va» zeven Vroedfcaappen, en de fuppletie van derzeiver plaatzen, en het gebeurde bij die gelegenheid ; in de navolgende Misfive vervat. Hoog Edele Qejlrenge Heer! Heden morgen, op derzelver verzoek, ter Vergadering van de Vroedfchap dezer Stad, acces zijnde verleend aan een aantal Opper- en OnderOfficieren van dezer Stads Schutterij als Gecommitteerden van den Krijgsraad , mitsgaders aan de Geconftituëerden van meer dan 1200 Burgers en Ingezetenen dezer Stad; hebben dezelve gezamentlijk, bij monde van Mr. H. A. Kreet als Secretaris van den-Krijgsraad, aan de Vergadering yan de Vroedfchap voorgedragen: dat zij als ten uiterften nadeelig voor de welvaart en belangens dezer Stad en Burgerij hielden het langer aanblijven in de Vroedfchap dezer Stad, van de als toen mede aanwezende Heeren alle Raden in de Vroedfchap: C 3 ' Ver-  C 38) Verklarende zij Gecommitteerden 'en Geconftituëerden, in namen van derzelver Committenten en Conftituenten, de voorn, zeven Heeren niet meer te zijn Raaden in deze Vroedfchap, endierhalven te begeeren en te verwagtcn, Öatzij van dit oogenblik, van de waarneming van alles wat tot die posten behoort, of waar toe die qualiteit vereischt wordt, zich zullen onthouden, (waartoe den Krijgsraad en Geconftituëerden niet rangeeren de qualiteit van Üijkgraa'f en Hoogheemraad van Schieland) zonder zich op eenige wi ze tegen deze verlatinge, waardoor zij ook ipfo jdcto van hunnen gedanen Eed ontflagen zijn , te verzetten, direct..noch indireft; Verzoekende en infteerende zij Gecommittcerdens en Geccr.ltitueerdens, uit naam der Krijgsraad en Burgerij, dieshalve aan de verdere Leden der Vroedfchap, dat deze zeven vacante plaatzen op heden zouden worden gefuppleerd, conform 't Octrooij aan deze Stad in den Jare 1Ó15 verleend, bij directe aanviel ling. Op welke voordracht en begeerte eenige debatten zijnde gerezen, en door de gemelde Heeren tegen derzelver voorfz. remotie zijnde geprotefteerd, hebben vervolgens de verdere zestien (*) aan- <*) Er waren drie Heeren abfent— dus is zestien hier een notoire fchrijf- oï drukfaut, — Er moest ftaan: n heeft  (39) aanwezende Raaden in de Vroedfchap de vorengem. zeven Raadsplaatzen gehouden voor vacant , en dezelve gefuppleerd met de volgende Heeren, te weten welke zeven Heeren , op verzoek van gem. Commisfie, inmediatelijk den Eed als Raaden in de Vroedfchap in handen van den Hoofd-Officier dezer Stad hebbende afgelegd, is door de alstoen zijnde Vroedfchap Vergadering , ter Vergadering van Hun Ed, Groot Mog. van wegens deze Stad gedeputeerd, voor de noch overige dagen van deze lopende Maand, zedert den 23 tot den 30 April 1787. beide incluis, de Heeren Raad en Penfionaris dezer Stad , en dienvolgende, op verzoek van gem. Commisfie , voorts goedgevonden door deze in te trekken de deputatie ter Dagvaart op den 26 Januarij 1787. bij de Vroedfchap dezer Stad gearrefteerd, zoo als U Hoog Ed. Geftr. ook zal confteeren uit het Credentiaal, 't welk door gem. Heeren aan U Hoog Ed. Geilr. zal worden geëxhibeerd, waar van Wij nodig geoordeeld hebben U Hoog Ed. Geftr. bij dezen kennis te ge. ven, ten einde de gem. Heeren ....... ter Ver- „ heeft vervofgends de meerderheid der verdere „ veertien aanwezende Raaden in de Vroedfchap de ' „ vorengemefde zeven Raadsplaatfen gehouden voo? t vacant en dezelve gei'ubpleerd. w».i > C4  (40) Vergadering van Hun Ed. Groot Mog. niet meerder zouden worden geadmitteerd. Waarmede Wij U Hoog Ed. Geftr. bevelen in de befcherminge Godes en blijven Hoog Edele Gzfinng* Heer! (Ouderdom) 11 Hoog Edele Geftrenge goeRottcrdam de Vrienden, den 23 April Burgemeesteren enRegeer- 1787. cfers der Stad Rotterdam. (Lager ftond) Ter Ordonnantie van dezelve, (Was- getekend) /F. H'. van Bcrekel. Waarop gedelibereerd, en bij de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, als mede de Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Gorinchan, hrielle, Hoorn, Enkhuijzen, Edam en Mcdetiblik hetzelve Credentiaal voor onwettig, en daartegen het Credentiaal van den ja Februarij laatstleden voor Wettig erkend en verklaard zijnde: terwijl de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht , Haarlem, Leyden, Amfterdam, Schiedam, Schoenhoven , Alkmaar, Monnickcndam en Parkerende van Advis waren, dat het thans ingediend Credentiaal, als op hetwelk quoad formam geene Conüderatien konden gemaakt worden , als  formeel en wettig behoorde te worden verklaard, cn bij dc Heeren Gedeputeerden der Stad Gouda, het zelve Credentiaal overgenomen zijnde ; Is goedgevonden en verftaan het voorfz. Credentiaal als formeel en wettig bij deeze te houden ; en is dien onverminderd Copie daar van verzogt bij de Heeren Gedeputeerden der Stad Gouda s om daarop te verftaan de intentie van de Heeren hunne Principaalen, waarbij zig als toen gevoegd hebben de Heeren van de Ridderfchap , en de Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Gorinchem, Brie-He , Hoorn, Enchuyzcn, Edam en Medenblik ; terwijl de S:cm yah Rotterdam niet in Compuratie heeft kunnen komen, vermits dc Prafentie van twee D:putatien , die over en weder elkander de Wettigheid der comparitie qucrellecrden, en de Heeren Gedeputeerden der Stat Gouda bij de Refumptie van hunne Overneming hebben afgezien. Accordeert met de voorfz. Rcfolutien. C,5 JSx»  C40 Extrafl uit de Refolutien van de Heeren Staat en van Holland en West-Vriesland\ in Hun Edele Groot Mogende Vergaderinge genomen op Woensdag den 25 April 1787. Misfive van c. f., te Rotterdam met, een narrè van 'f gister voorgevallene m de Vroedfchap aldaar; en de Requeste der Oud-Schepenen c. f., om redres in het gebeurde aldaar. Overgenomen. Onrfangen een Misfive van gefchre- ven te Rotterdam den dezer, met een narré van 't voorgevallene in de Vroedfchap aldaar; breedejc hier na geinfereerd. Edele Groot Mogende Heeren! Wij hebben de eer aan UEd. Groot Mog. te addresfeeren een narré van de gebeurtenis, op giste?  C 43 } ter binnen deze vStad, en in onze wettig belegde Vroedfcliaps-Vergadering, voorgevallen. Uw Ed. Groot Mog. zullen uit hetzelve vernemen, dat eenige hoofden onzer Schutterij, geaccompagneerd met omtrent 240 Burgers, zich en Corps naar het Raadhuis begeven hebbende, eene kleine Commisfie uit dezelve ter kamer van Bar* gemeesteren heeft verzocht, om in de Vroedfchap een mondeling addres te doen, dat die Commisfie , aangegroeid tot een getal van 40 of meer Perioonen, ter gemelde Vergadering heeft binnen gedaan, en bij monde van den Advocaat Mr. Hendrik ArnoldKreet, die voor gaf aldaar te paroisieeren als Secretaris van den Krijgsraad, heeft bedaan te denuntieeren, dat zij, of zoo zij zich onbevoegdelijk uitdrukten, de Burgerij dezer Stad, had goedgevonden, de zeven Raden te removeeren, en te houden voor vervallen van hunne Vroedfchapsplaatfen; zonder te hebben willen dulden dat over dat voordel eenige, veel min vrije, deliberatie in de Vroedfchap zou worden gehouden, terwijl zij, de kamer bezet houdende, weigerden van daar te gaan, tenzij die zeven alzoo onwettig geremoveerde Raaden tevens opdonden en heen gingen, al verder aandringende, dat ilico zeven nieuwe Raaden zouden worden aangedeld en beëedigd. Het gevolg hier van is geweest, dat acht van onze Mede-Raaden van zich hebben kunnen ver: krij.- \  C 44 ) fctijggB, aan deze zo irreguliere al? violente demarches toe te geven, en, fchoon zij zich eerst geheten, als daar toe ongereed te zijn, echter onmiddelijk daar na over te gaan tot eene pr«tenfe electie van zeven PeiTonen, volgens een Lijstje aan hun door den voorn. Advocaat Kreet gefuppediteerd; dczelvcn in weerwil der oppofitie van ons allen, en dus van de Meerderheid der Wettige Vroedfchap, door den Hoofd Officier, in prafentie van de onder hen zich bevindende twee Regeerende Burgemeesteren, in den Eed ta laten nemen; en onmiddelijk daar op in functie te deen treden, en met dezelven pratenfelijk teconcludeeren tot revocatie der qualifïcatie op de tegenwoordige, enaanftelling van nieuwe, Gedeputeerdens ter Vergadering van U Edele Groot Mogende , zonder dat onze Mede-Raaden, zich van dit alles hebben laten te rug houden, noch door onze Repnefentaticn van de irregulariteit van eene «oo ongehoorde handeling, noch door dadelijk geproduceerde bewijzen, dat een notabel aantal Schutteren het gedrag hunner Mede-Schutteren desavoueerde, en dat het grootfte getal der Burgerij alle verandering in de Vroedfchap afkeurde, noch eindelijk door de proteffatien van nulliteit, informaliteit, geweld en overheerfching bij ons alle daartegen gedaan, gemerkt men de precautie had gebruikt, om genoegzaam de gantfehc Schutterij, immers meer dan 20 Compaguien, in *i ' de  C45) de Wapenen te brengen, en dooreen goed deel derzelver het Raadhuis, gelijk ook met diverfe detachementen de Poorten en andere posten, te doen bezetten. Daar wij dierhalven, als uitmakende de wettige Meerderheid van de Vroedfchap dezer Stad, in deze zoo geweldadige demarches, ten aanzien van zeven onzer mede ondergeteekende Mede-Leden, geenzints kunnen of willen berusten, en wij voor al mede niet kunnen advoueeren, de wettigheid van de voorengemelde aanltelling van dezelve nieuwe Gedeputeerdens ter Vergadering vaiiÜEd. Gr. Mog., tot welkers deputatie wij nimmer hebben, geconcurreerd, of eenige Inftrucrie aan dezelve gegeveni hebben wij dus ook vermeend, dit alles ter kemhsfe van UEd. Gr. Móg. te moeten brengen, en daar nevens wel expresfelijk «e moeten protefteeren van nulliteiten illegaliteit dier aanftelling van dezelve Gecommitteerdens; en mitsdien ook tegens al het geen, van wegens de Vroedfchap dezer Stad, door hun ter Vergadering van Uw Ed. Gr. Mog. zoude mogen werden, voorgedragen, vertrouwende, dat UEd-Gr.Mog. zich, met dezelve onwettige Gecommitteerden* van wegens onze Stad, in gene delibcratien hoe ook genaarde zullen inlaten, daar wij de conciufie, welke op hunlieder voordellen bij UEd. Gr. Mog. op 4e voorkomende delibemien zoude mogen  C 46 ) gen vallen, voor geheel onwettig en onbegaanbaar zullen houden. Waar mede wij, na UEd Gr. Mog. in de protectie des Allerhoogften te hebben aanbevolen, de Eer hebben ons te onderteekenen. Edele Groot Mogende Heeren'. • (Onder ftond) Rotterdam UEd. Groot Mogende Onderdaden April nige cn zeer Gehoorzame Die1787. naren (Was geteekendy . i - De toedracht der zaaken, waar aan bij de nevensgevoegde Misfive van de Meerderheid der ' wettige Vroedfchap van Rotterdam word gerefereerd, belbaat hoofdzakelijk hier in: Na dat op Maandag den 2,3 April 17S7. de Schutterij vroegtijdig iii de Wapenen was gebracht , en alle de Poorten der Stad, als mede de toegangen tot het Raadhuis en het Raadhuis zelve, door de gewapende Schutterij bezet waren, vergaderde de Vroedfchap , die van dit alles geene de minfte legale kennisfe had , veel min ter wèlker oorzake deze buitengewone toeftel plaats haddc, uitgezonderd dat de Heer Prefident-Burgemeesters  C47) ter, op den verzoeke van den Heer Hooft-OfEJ. cier, des Zondag in den namiddag ten huize van voorfz. Heer Hoofd-Officier verzocht zijnde, ëföaar kennisfe bekomen had , dat twee Compagnien , maar geenfins degeheele,of genoegfaamde geheele Schutterij, in de-Wapenen Hond gebracht te worden, ter zake men eenige Addresfen uit de Schutterij aan de Vroedfchap verwachtende was, 'dan van welke informatie, of wat de voorfz. lieer Prafident - Burgemeester ter dier tijd ten huize .van den voorfz. Heer Hoofd-Officier ook verder .mocht vernomen hebben, denzei ven Heer Prafident Burgemeester onder verplichting van fecretesfe gebracht zijnde , aan de Vroedfchap geen 'opening gefchied is. '. Voor het aangaan dezer Vroedfchaps - Vergadejfingï die ten 10 uuren des morgens belegd was, hadden zich de Oud - Schepenen ^. Hubert en ■Pieter de Monchy, met eenige andere Leden der Vaderlandfche Sociëteit, ten getale van circa 24© Burgers, {*) als mede eenige Opperhoofden dér Schut- <*) Een veel grooter getal gaf haare goedkeuring op al 't verrigtte te kennen , door ene expresfe corhjnii'fie, welke op den- n Me ij aan de Geconflitu-' eerden , en Gecommitteerden van den Krijgsraad , en den S jcretaris, deze aanfpraak deedt: „ Dcplestige „ gebeurtei'is van den 23ften April, binnen deze „ Stad voorgevallen , heeft alle derzelver Inwoo. » nej,  148 -) 3c!ltittenj, öndêr het Hatelijk geleiden vm ceri F tacheffient Schutters, uit de voorfz. Sociëteit * j.,ece a&su liet Raadhuis bege\en. En „ ners mcr ""rfjhilïc.ide aandoeningen vervul '. Ie„ der weimeenend 'en nader.kend Ingezeten heeft „ te dier gelegenheid hartgrondig moeten bejam„ meren de droevige onlusten en partojTchappen , „ door welke het dierbaar Vaderland gefchokt en „ gefolterd M'ordt , en waardocr Gijl;eden , mijne „ tJeérèri ! in de voor U onaangenaame ncodzaa- - „ kelijkheid gedrongen zijt "eworden, om, navoor- • „ gang der magtigftc Stad onzer Provincie, in naam „ van het achtbaar Ligchaam dezer Stads S-hutte„ rij, en van een zeer aanzienlijk gedeelte eer -joe„ de Burgerij, dewelke gijlieden ontegenzeggelijk „ tepraefenteërt ,een' ftaptè doéti, zekerlijk zoo lterk „ en gewiatig, dat het wcnfchelijk ware datdezel„ ve nimmer had behoeven te gelehieden. ■ „ Dc Conftituenten hebben al het gewigt en de „ gevoigen van denzelven gevoeld, en begrepen , „ hoe veel arbeid, zorg en moeite, dcszelOs bcra„ ming, voortgang en uitvoering, aan uüederi allen „ heeft moeten veroorzaken. Van een gedeelte . „ derzelven zijn -de meesten hunner oog- en oorge- „ tuigen gewect, — en herinneren zich nog „ met eerbied en ontzag, de blijken uwer zuivere „ Vaderlandsliefde, voorbeeldige bedaardheid, pn„ verRhrokkenc ftandvastighcid, en alle de . „ verdere Statelijke plegüghedsn van dezen altoos „ gedenkwaardigen dag. „ Aan  C 49 ) En deden vervolgens, na alvorens audiëntie in Burgemeestéren Kamer verzocht en geobtineerd te hebben , door Heeren Burgemeesteren bij de Vroed- „ Arm de wijze maatregelen, door ulieden gemeen. „ zameriiand genomen en ter uitvoer gebragt, er„ kcnne;i zij het, naast den zegen van bet Opper. „ wezen , en het troed beleid dezer Stads Msgi„ftraat, vcrfchuldigd te zijn, dat alles, zondi r „ fc'hjja of fchaduw van geweld.aan iemands Pcrfoon „ of Bezittingen , en met vermijding van alle de „ üsfeïijkheden , welke zo dikwerf Burgertwisten „ verzeilen, — is afgelopen: zodanig zelfs. „ dat zuiken onder de gcremovcerde Raaden , die „ zich naar de oogenhlikken des tijds verftandig wis„ ten te fehikken, bij hunnen aftocht van het Raad„ huis; een uitgeleide hebben aangetroffen, dcwcl„ kc, zco iets, behoorde in ftaat geweest te zijn, „ om hun betere denkbeelden van hunne aldaar ver„ gaderde Medeburgers, en de zaak, die zij hand^ „ haaiden, intcboezemen. „ Aan dezeifde oorzaaken, en vooral aan den bo„ ven onzen lof verhevenen ijver en getrouwheid „ der gewapende Schutterijc , danken zij het, dat „ gedurende en na dien tijd, tot opdittegenwoor„ dig oogenrj.Uk, de rust op deallervolkomcnitcwij„ ze, in d:;ze Stad is bewaard gebleven , in weer„ wil van vcele gewigtige omftandiglïeden , dewel„ kc intusfehen in dezelve, bij de gewoone jaar„ lijkfehe veranderinge der Regering, hebben móe„ ten gebeuren. D De  C 50 ) Vroedfchap verzoeken, dat zij als Gecommitteerden van de Schutterij en van een notabel gedeelte van de Burgerij, aan de Vroedfchap een voorftel heb- „ De overweging: van een en ander heeft henlic„ den dan ook aangefboord en bewogen , om, bij „ deze zeer bijzondere gelegenheid, eenige Per„ foonen uit hun midden te committceren , ten eih" „ de U , Wel Ed. Manhaftc Heeren Gecommittcer,, dens uit den Krijgsraad dezer Stad , emU , Weledele „ Heeren , derzelver Gcconftitueerdcns in derzelver „ naam, op een plcgtigc wijze, daarvoor hunnegc„ voeiens van dankbaarheid en erkentenis te betuigen. „Wij, de hiertoe benoemden, rekenen hetthans „ ons zelvcn tot eer en genoegen, dien last met alle „ oprechtheid en welmeenendhcid aan ulieden , „ Mijne Heeren! te mogen uitvoeren, Hoe groot, „ boe edel is het vergenoegen , aan het weldoen „ verbonden! Hoe vergroot, hoe veredeld nog „ dat vergenoegen, wanneer men, na welgedaan „ te hebben , zich met de goedkeuring van God en „ Menfchen vereerd en begundigd vindt! De Al„ magtige fpreke voor zich zeiven tot ulieden al„ len in zegening! Maar wij verheugen ons , op dit „ oogenblik, de mond te mogen zijn, die u van de „ volkomcnfte goedkeuring uwer waardffe Mede„ burgeren , over uw gehouden gedrag bij deze „ gebeurtenis, op de allerftefkïfe wijze verzekert. „ Smaakt dit genoegen thans- in alle deszelfs uitgc„ ftréktheTcf, en laat het ulieden allen ten fpoorfla„ ge verftrekken, om met geen minder ijver en har- » te-  C 50 hebbende te doen, daar toe in de Vergadering der'Vroedfchap, na het lezen der Refumtie, en alvorens rapport van het voorgevallene ter Staats- ver „ tclijkheid , en met de volkomenfte eensgezind„ heid, in de tegenwoordige nog hagchelijke cra„ Handigheden der gemccne zaaken , iiet heil onzer „ Burgerlijke Maatfcbappij te helpen bevorderen , en „ op goede gronden bevestigen. Zo zullen wij en „ onze Committenten, hoedanig dan ook den ein„ delijken uitflag uwer pogingen zijn moge, u al„ toos toejuichen als de edelmoedige Voorftandcrs „ onzer Rechten en Vrijheid; en onzekindcren met - „ eerbied uwe naamen lecren kennen, terwijl wij „'hun uwe roemrijke daaden vertellen. 1 Zö ea[ - „ zelfs, wanneer uwe pogingen naar onzen wensen, „ gelukken, het Nageflagt dier Medeburgeren , dc„ welke tegenwoordig , uit onkunde of dwaling „ (want dc msnfchenliefde- verbied ons bij de hees„ ten hunner nog haatclijker oorzaakc-n te onder„ ftellen) uwen arbeid veragten en tegenwerken, „ —— uwe nagedagtenis zegenen, en in eerchou„ den voor de veiligheid en het geluk , welke zij „ alsdan in de Burgerlijke famënleving genieten zul» len- „ Ook nog een enkel woord tot TJ, Weledel „ Heer! (hier rigtte de Spreker zig tot den Secre„ taris van den Krijgsraad) die in dit geval, gelijk „ in menigvuldige anderen , zoo overtuigende blij„ ken gegeven hebt van uwe verknogthcid aan onze „ algemecne en Stedelijke belangens , dewelke gij Da- „ bij  C 50 ' vergadering gedaan wierd, zoude toegelaten worden. Bij welke gelegenheid Heeren Bur- gemeesteren de Vroedfchap teffensinformeerden, dar „ bij veele gelegenheden door uwen raad en me„ dewerking hebt helpen fchragen. Onze Coinmittcn„ ten hebben ons gelast, ook aan u te zeggen, dat „ zij uwe ongeinecne kundigheden en vermogens „ hoog waarderen, maar nog meer in u verëeren „ den loifclijken ijver , om dezelve ten algemeenen . „ nutte aanteleggen ; dat zij aanju gedenken , en r vuurig wenfehen fteeds onveranderlijk aan U te „ zullen kunnen blijyea gedenken, als aan den de- „ gelijken Man , den regtfehapen Burger, p den weldoener zijner Tijdgenoten. Vervolgens wierdt aan den Secretaris ter hand gefield een Declaratoir , op pergament gefehreven, en door meer dan 700 Burgers en Ingezetenen, waar onder veele van den eerden rang (buiten de Regeering, den Krijgsraad, en Geconftituëerden) en ook veelen van een gevorderden Ouderdom , en bekend voor luiden van een bedaard zwaarwegend cara£ter, geteekend , behelzende een dankzegging aan de Leden van den grootcn Krijgsraad, derzelver Secretaris en Geconftituëerden , voor het verrigtte op den 23 April 1787 'twelk hij, om niemand in ongelegenheid te brengen , thans nog niet aan 't Publijeq zal mededceien , maar in der tijd zal kunnen dienen tot t cwijs, dat de voornoemde Secretaris niet verdiende te M orden befchouwd , als een aanvoerder van een  C 53 ) datzij Heeren Burgemeesteren aan de voorfz'. Gccommittcerdens voorgehouden hebbende.de ordrc,bij de Vroedfchap gewoonlijk in achtgenomen wordende, om niet te dcliberecrcn op mondelinge voordellen, maar dat die verzoeken aldaar fchriftelijk yereischt wierden,.dit echter de voorfz. Gecommitteerdens niet had te rug gehouden van hunne inftantien, tot het doen van een mondeling voordel. Waarop H. Burgem. verder informeerden, van hunne zijde te hebben gerequireerd eenige opening van het geen waartoe het voorfz. voordel relatief dond te zijn, en daarop tot antwoord te hebben bekomen, dat het zelve hoofd- een hoop muitziek gepeupel of jonge ligthoofden, maar als de medeuitvoerder der ('t zij dan wel of kwalijk beredeneerde , en wettige of onwettige) begeerte van een aanzienlijk getal zijner voornaamfte Medeburgeren; 't geen, in allen gevalle, zal kunnen ftrekken, om zijne gedagtenis bij de nakomelingfehap niet in oncers te doen zijn. Sehoon men hem nu crimineel heeft willen ftraffen over iets, 't geen zijne befehuldigers zeiven niet hooger kunnen befchouwen, dan als eene volksdwaling, waar in de halve natie, of immers een groot gedeelte derzelve, ja de meerderheid der Staatsvergadering, te dier tijd verfeerde en welke aan hem niet meer dan' aan duizend anderen kan worden geimputeerd. ï> 3  C54) hoofdzakelijk zoude roulecren, overhetRecmest vmJ.Hubert, c.f. nu'onlangs aan Hun Ed. Gr Mog. geprefentcert, voor het rcè'ntamcercn der deliberstien aangaande de benoeming vanGecommittcerdens tot het ede Lid der bekende Propofitie van Haarlem , welk Request ook met de Stem , van wegens deze Stad ter Vergadering uitgebracht, was gefeponeerd. De Vroedfchap vervolgens gedelibereerd hebbende , over dit gecommuniceerde van Heeren Burgemeesteren, is, met genoegzaameeenpaarighcid *aa alle de Pr&fente Leden, goedgevonden, de voorfz. Commisfie in de Vroedfchap te admitteeren, mits deszelfs mondelinge voordracht alzoo doende, dat dezelve door den Secretaris behoorlijk konde worden genotuleert. Waarop de meergem. Commisfie, ten getale van circa 40, binnen gedaan, en de voorfz. Refolutic aan hun aangezegt zijnde, is daar op bij monde van den Advocaat Mr. Hendrik Amold Kreet geantwoord, dat die voorzorgc overbodig was, aangezien de Copic van zijn Voordracht aan de Vergadering zoude worden gelaten. Waar na de voorfz. Advocaat Kreet, zeggende in qualiteit van Secretaris der Krijgsraad te fpreken, heeft gedaan eene uitluftige redenvoering, die befloten wierd met de aanzegging: 1. Dat zij de Heeren Raden remo- veerden en verklaarden van hunne Raadsplaatfcn verlaten 'te zijn, 2, Be-  C 55 ) c. Begeerehdc voorts dat door de'overblijvende 14 prrefente Vrocdfcliappen, directelijk zoude worden voortgeprocedeerd zonder Dagftelling, veel min bij wijze van Nominatie , tot een aanftelling van zeven andere Raaden, teffens immediatelijk in Eed te nemen en in functie te ftellen. 3. Dat eindelijk bet Credentiaal van Gcdeputecrdens ter Dagvaart, meede zoude worden gcrevoccerd, en andere Gedeputccrdens benoemd. Al bet welk Zij Gecommitfeerdens bij monde als voren requirccrden te moeten gefchieden, alvorens van den anderen te fcheiden. Na deze denunciatie requireerden wijders de voorfz- Gecommitteerdens, in maniere als voren, dat de zeven door Hun alzo van Hunne'Vroedfchapsplaats Geremoveerde Raaden de Raadzaal zoude verlaten. — Waar tegen dezelven hebben gedeclareerd, dat zij de voorfz. Schutters of Burgers onbevoegd hielden tot een diergelijke daad, dat zij, wettig aangeftelde Vroedfchappen zijnde, niet voornemens waren hunne Plaatzen te verlaten , en zich daar van door niemand zouden doen of laten deposfedercn. Welke inftantien de HeerPrsefident-Burgemeester ....... de Heer Burgemeester ... . . ., en de verdere Meerderheid der Vroedfchap ook ■mochten doen, ten einde hun de VroedfchapsB 4 Ka-  Kamer mocht vrij en onbelemmerd gelaten worden, deze alle wasen te vergeefs. — De voorfchrevcn Advocaat Kreet, met de verdere medeftanders in dezen , begrepen even zeer ter Vrbedfchaps-Kamer te mogen en te moeten verblijven (f), als de op voorzeide onbevoegde wijze bij Ct) Dit ftondt duidelijk in zijn geteekenden last zie boven bi- 27. Een der zeven Heeren zeide herhaalde maaien dat hij zijn plaats niet zoude verlaten, ten ware men hem met geveld uit de Kamer wilde drangen, en daar op heeft de Secretaris van den Krijgsraad telkens en bij herhaaling geantwoord, dat dit nooit gebeuren zoude , dat niemand der Heeren eenig geweld te wachten liadde , dat de commisfie aan haar last voldecdt met even zoolang in de kamer te blijven als de zeven Heeren, doch dat aan niemand derzelve eenig leet zoude géfchTè. den, veel min eene geweldige aantasting hunner perfoonen; dat men hun Ed. geenszins vergde in de Remotie te acquiesceeren , of over de wettigheid derzelve thans te disputccren; dat hun Ed. zulk een fterk Protest konden doen of rcfer- veeren als hun Ed. goedvonden; maar dat de commisfie van den Krijgsraad alleenlijk moest aanmerken, dat het woord geweld niet te pas kwam > dewijl er geen geweld gebruiktwas , ofzoudewor- cien en dat, zoo de zeven Heeren verkoren in de kamer te blijven, de commisfie dan aan de overige Heeren verzogt, om over de gedaane verzoeken , in prcefentie van die commisfie , zoo wel als  (57) bij hun geremoveerde Raaden, die zij, even als zich zelfs'als private Pcrfonen wilden aangemerkt hebben. — En wanneer, na een en andere altcrcatien, de Prafident Burgemeester de Vergadering fcheidde, en men zich vervolgens meende te retirecren, wiCrd zulks onder geaffecteerde Protestatieh, dat men zich alzoo aan ongemak zoude expo- ■. neren, feitelijk belet, postcerende zich voorfz. i Gecommitteerdens voor den ingang der Kamerdeure. (*) Inals van de gemelde zeven Heeren, tedelibereeren, dewijl er toch niets in was, dat geheim konde of moeste blijven , fchoon de commisfie bereid bleef om buiten te ftaan , zoodra die Heeren zulks deden; dat dit niet tot hun Ed. prejudicie zoude fcrekken, als of zij daar door in 't geen bij de overige Heeren befloten mogte worden, hadden toegelïemd of berust, dewijl men zich daar op nimmer zoude beroepen , noch aan die Heeren beletten hunn' vermeend Recht, te doen gelden , indien Hun Ed. dagten dat de Burgerij het Recht niet had tot discontinuatie van hen, die uit naam-en van wegc dezelve waren aangefteld.' Daar op proponeerde een der zeven Heeren aan den Praefident Burgemeester om de Vergadering te fcheiden .— 't geen door zijn E. toegeftemd , doch door de twee volgende Heeren geweigerd wierdt, — en dus niet wettig konde gefehieden. ——• CO Dit vereischt eenige opheldering — de Gecommitteerden van den Krijgsraad en de GeconffltueerDS den  C 58 ) Inmiddels vond den tweeden Burgemeester * goed, het Prrcfidium op zich té nemen, of fchoon den Prrcfideiit Burgemeester zijn plaats bleef behouden, en vtjorts met den Heer Burgemeester ........ voort te procedeeren (NB. onder protestatie quafi, dat zij zich niet inlieten over de wettigheid of onwettigheid der remotie) tot de Electie van zeven andere Raaden, bij den voorfz. Advocaat (?) Kreet, op een den begrepen dat er hen aan gelegen was, dat het Collegie niette onvoltallig wierdt, om over hunne verzoeken te kunnen votecren en eoncludecren , en daarom oppofeerden zij zich met woorden , maar geenszins feitelijk , tegen het uitgaan , niet van de gemelde zeven Heeren , maar van twee of drie anderen , die zich ook , zonder over eenig geweid te klaagen, lieten disponceren , om weder plaats te nemen , en vervolgends in de gedaane omvragen mede hunn' gevoelen geuit hebben. ($) Dit, en 't geen in de even voorgaande Misfive bl.44. rcg. 8. gezegd wordt is erroneus , dat lijstje ('twelk nog in wezen en in neutrale bewaaring is) behelsde negentien onderfcheidene naamen ; welke op verzoek van den toen Praefideerenden Burgemeester door de Geconftituëerden wierden opgegeven , ais, naar hunn' oordeel, gefchikte Perfoonen , tot Raaden in de Vroedfchap. Het is in dc Raadkamer zelve met potloot gefchreven door één der Geconftituëerden. — Deze hebben niet gepro■-■ tcs-  C 59 ) een daar toe op dat moment, zöo het fcheen, geformeert Lijstje opgegeven, mede onder protestatie dat zij daar op niet bedacht waren geweest. I Alle de overige Raden, met naamc de Heer Pra:fident Burgemeester , de Heer Burgemeester •> de Heeren „ , protesteerden van nulliteit,, illegaliteit, geweld en ovemeerfchingen deden noch de Requesten uit naam van een groot deel Schutters, en van Geconftituëerden van een niet min notabel gedeelte der Burgerij, voorleezen, waar uit evidentelijk confteerdc, hoe weinig deze zich met deze conduites hunner Mede-Burgers conformeerden, (jf) —— Doch alles was tevergeefs. Na de bekende regel filcnt inter ar- ma leges, gingen de voorfz. agt Raaden voort, 'met deze pratenfe Electie. De testeerd dat zij daarop niet bedagt waren geweest, maar de Secretaris van den Krijgsraad heeft herhaalde maaien gedeclareerd , dat hij, noch de commisfie van den Krijgsraad , geen last had zich daar mede te bemoeien,—\ zoo als hij ook niet heeft gedaan. (ff) Deze Requesten hadden geene de minfte betrekking tot het gebeurde op dezen dag ——maarwaren ingericht tegen het verzoek om de Vroedfchap tot XL te augmenteeren, en over de Magiftraats-beftelling. — Men kan die vinden in de N; NederI: Jaarb: van Apr; 1787 bl:78o,  C öo ) Dc Advocaat Kreet depecheerde C**) eenige Officieren van de Schutterij, om de alzbo onwettig geëligeerde Raaden, beitaande in de Perfooi ■ te ontbieden; de tweede én derde Burgemecstercn , alsmede de Hoofdofficier gingen voort, niet tegengaande de interdictie van de Meerderheid der Vroedfchap Ook dit is erroneus. Een der Stads Boden was door één der Heeren Burgemeesteren binnen gefcheld, en gelast, de zeven nieuwgekozen Heeren te gaan ontbieden, één der andere Heerenverboodt hem dit; van beide zijden wierden die bevelen even aftel li g en (terk hem aangezegd ; de man was baarblijkelijk verlegen wicn te gehoorzaamen. En dit gaf aanleiding , dat door eenige Leden der Krijgsraads - Commisfie , en niet door den Secretaris (die niet bevoegd en nooit gewoon was , Schutt.rs , veel min Officieren ergens heen te depecheeren) or der gclleld wierd, om de geëligeerde Heeren tc doen verzoeken boven te komen, en zulks uit kragte der au&orifatie, door den Krijgsraad aan die talrijke Commisfie gegeven, om alles te verrigfen, wat pro re nata dienflig geoordeeld zoude worden , om de voorfz. Remotie en nieuwe aan/lelling (door de overige Leden ,dcr Vroedfchap gedaan zijnde, zie de Refolutie hier boven bl. 28.) cffeU te doen forteeren, tnids zich van alle gewetdige daaden onthoudende, m  jfchap aan den Heer Hoofd-OiTicier gedaan," met het pratenfelijk in Eed te nemen der geëligeerffai&t en deze, onder het voorlezen van ze¬ kere protestatie, houdende, zoo veel men begrer pen. heeft, dat zij de wettigheid van hunne Aanstelling voor rekening en ter verantwoording lieten van die dezelve deden, of gedaan ,hadden, namen vervolgens Sesfie, .,• fa i Waar na men alverder even Wederrechtelijk, en op gelijke ufurpeerende wijze, met deze alzoo onwettig aangeftej.de %atten^ is voortgeprocedeert tot de revocatie van het Credentiaal en het benoemen van andere Gedeputeerdens, alles ten overftaan, en genoegzaam onder directie (§§) van ' den- meergemclden Advocaat Kreet met deszelfs Commisfie, en onder pro.teftatie van de bovengemelde dertien Raaden, en dus de Meerderheid der Wettige Vroedfchap, zoo voor als na, van nulliteit, illegaliteit, geweld, overheerfching, als mede v.m niet verantwoordelijk te willen zijn voor de gevolgen; het welk laatfte door den Advocaat Kreet en zijne mede-ftanders voor een fJD Wat daar mede gemeend, wordt, weet men niet. ■ Noch de commisfie, noch de Secretaris, heeft in deze benoeming van nieuwe Gedeputeerden ter dagvaart zich ingelaten, of iets anders gedaan, dan het verzoek te erïnneren, daar toe bij het ftet zijner voorfz. aanfpraak bl. 27 gedaan,  C62J een bedreiging ■zijnde opgenomen,' door hun is gerescontreerd, met aanzegging, dat zij alïecönibustie, als gevolgen van deze conduites, aan de zeven geremoveerde Ileeren fzoo zij zeiden) zouden attribueeren, en dezelve op hun zouden ver. halen, (ftt) - Dit is in het kort, zoo veel de gelegenheid van tijd heeft toegelaten, eeir f&bilantiëel Verhaal van het gebeurde in' de VroCdfchaps-Vergadering, terwijl men verder zich rcferveert, daar van omfhtndiger relaas C*") te geven, met de nodige Elucidatien. ' Thans (tft) Een der zeven Heeren had zich laten ontvallen , dat er uit deze gebeurtenis een bloedbad in de Stad ontftaan zou , of te wagten, ofte vrezen , was — en daar op is , niet door de Commisfie , noch door den Secretarjs, geantwoord in dier voege als hier verhaald wordt. Maar er fproot een particuliere woordenwisfeling uit, tusfehendieri Heer en een der Officieren, die hem het onvoorzichtige van die uitdrukking, welke een bedreiging fcheen in te houden, met eenigen icver onder't oog . bragt. £***-) Men weet niet, dat er iets anders, uit kragte dezer referve, is ingekomen, dan het nader Expo/ daar in niet ten fpocdigfte word voorzien, en een billijk uitzicht op een rechterlijk onderzoek van al het gebeurde behouden. Weshalven de Supplianten de vrijheid neme» zich te keeren tot Uw Ed. Groot Mog., met ootmoedig, doch niet min allerernftigst, verzoek, dat het Uw Ed, Groot Mog. behage aan deze Stad en Burgerij ten fpoedigfle redres van al het gebeurde te verzorgen, door al zulke prompte en efficacieufe voorzieningen, als UEd. Groot Mog., na derzelver hooge Wijsheid, in dit fingulier ge., val, nodig zullen oordeelen, en dat inmiddels de voorfz. Pratenfelijk aangeftelde en onwettig beeedigde Raaden? ter Vergadering van U Edele E 3 Groot  C 70) Groot Mogende niet zullen worden geadmitteerd. (Onder ftond.) 't Welk doende, enz. (Was geteekend, . Waarop gedelibereerd zijnde, hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen Copie van de Misfive en Requeste verzogt, om dezelve in de Ordre nader te examineeren, als mede de Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Gouda, Gorinehem, Briellc, Hoorn, Enkhuyzen, Edam en Medemblik, om daar op te verftaan de intentie van de Heeren hunne Principaalen; terwijl de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht, Haarlem, jLeyden , Amfterdam , Rotterdam , Schiedam, Schionhoven, Alkmaar, Monnickendam en Purtnerende, van Advis zijn geweest, dat den Inhoud der voorfz. Mislive en Requeste, als mereDomestijcq, geen object vandeliberatie konde uitleveren. Accordeert met de voorfz. Refoïutien, Ex*  (70 ExtraB uit de Refoïutien van de Heeren Staaten van Holland en West -Vriesland, in Hun Ed. Groot Mogende Vergaderinge genomen op Vrijdag den 2 7 April 1787. Op de Propofitie van Rotterdam, concernetrende de Magijlraatsheftelling; geperfijleerd bij Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van 29 dezer: van H laatfte Lid Copie aan de Leden, dio de ftukken van 25 April hebben overgenomen; en aanfchrijving aan Burgemeester en en Vroedschappen van Rotterdam, om hun voornemen nopens een Burgemeester in plaats van den Heer niet te be- werkftelligen. J)e Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam hebben ter Vergadering gedaan , en vervolgens in Gefchriftc overgegeven, de navolgende Propoütie. „ _ E 4 De  O) De ïleeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam hebben in naam, en op expresfelast, van de Heeren hunne Principalen in de Vergadering voorgedragen , dat in de Vroedfchap aldaar gedelibereerd zijnde op de provifioneele Dispoütie over de aanftaande Magiftraats verandering der voorfzStad, vervat bij Hun Ed. Gr. Mog. Relolutiedcn 2,0 dezer genomen, en bij refumptic den 24 ge■arrefteerd ; — de Vroedfchap zich verlegen had gevonden met de executie vanevengenoemdeRe" •folutie , dewijl de redenen welke door eenige Raaden, toen uitmakende de Minderheid derzelver Vroedfchap, bij hunne fuccesfieve Misfives van 5 April 1786 en 22 Maart 1787, aan Hun Ed. Gr. Mog- zijn geadduceerd, en om welke door Hoogstdezelve tot de voorfz. provifioneele Dispofitie is overgegaan, thans niet meer extceren, naardien XVI Leden, en dus de Meerderheid der Vroedfchap, nu in dat zelfde gevoelen ftaan , 't welk te vooren door de evcngcmclde Minderheid wierd gefoveerd ; namelijk, dat de Magiftraats beftelling te Rotterdam niet anders kan noch mag gefchicden dan conform het Octrooij van 13 December 1650, en dat dieshalven op den 29 April bij vijf Leden van de Vroedfchap, door Boontrekkinge uitteloteu, moet worden geformeerd eene Nominatie van vier Leden der Vroedfchap , om daar uit twee Burgemecsteren, en van vier andere Perfoonen, om daar uit twee Schepenen voor de»  ( 73 ) den tijd van twee Jaaren, in de plaatzen der Heesren die twee jaren gefungeerd hebben , bij het Lot te worden geë'ligeerd , door middel eener tweede Boontrekkinge Dat wijders , op dezelfde manier, behoort te worden vervuld de vacante plaats van den gewezen Burgemeester die, op den 23 dezer maand van de Radicale Qualiteit van Vroedfchap geremoveerd zi nde , volgens Stadsprivilegiën het Burgemeester Ambt niet meer kan bekleeden , en wel al mede volgens Stads Privilegiën op denzelfden dag der gewoone Magiftraats - verandering. Dat voorts de Schepen van Oort, die maar één Jaar heeft gefungeerd, liefst van dien postzoude zijn ontflagen, waar omtrent de Vroedfchap, hoe zeer ongaarne, thans meer faciliteit zou kunnen betooncn, in aanmerking nemende, dat daardoor het getal der aanblijvende Schepenen weder op vier , en dat der afgaande op drie gebracht zoude worden , en dus voldaan aan het zelfde Oélroij d'Anno 1650, 't welk praafcribeert, dat in't eene Jaar drie, en in 't andere vier nieuwe Schepenen, uit een dubbel tal aangefteld moeten worden. Dat de Heeren hunne Principalen zich over zulks indispenfabel verplicht hebben gevonden, dit alles te brengen tot kennis van hun Ed. Gr. Mog., en teffens te declareeren, dat zij.'vertrouwen, dat Hoogst dcsclvea thans wei aan de Vroedfchap  C74) eter Stad Rotterdam zullen gelieven over te laten, om het voorfz. Octroij in alles op te volgen, en dus den Burgemeester Bichon , nevens de vier overige Schepenen, die met den Heer van Oort ©aar een Jaar gefungeerd hebben, noch voor een Jaar te continueeren, en voords op den 29 dezer te procedeeren ;tot de gewoone Boonaekkinge , ter Nominatie en Electie van drie Burgemeesteren cn drie Schepenen, en dat Hun Ed. Groot Mog. zulks praefereerende boven een provifioneele dispofitie, waarbij alleen uit volftrekte noodzaaklijkfceid (welke nu niet meer exteert) de werking van Stads-Privilegiën, wierdt opgefchort, daar Biede Hoogstderzelver Refolutie van den ao dezer wel zullen gelieven te houden voor vervallen, En hebben de voorn. Gedeput. voords gedeclareerd , dat hunne Principaalen, nu in dezelfde termen verfeerende, als de Meerderheid der Vroedfchap van de Steden Dordrecht, Schotnhovcn , Alkmaar en Purmerendt, zich wel kunnen laten welgevallen, dat Hun Ed. Groot Mog. tot confervatie van het vermeend Recht van den IleereErfftadhouder, tot het doen der Electie van Burgemeesteren en Schepenen uit de Nominatie door Boonheeren geformeerd, die Electie voor deze maal zeiven verrichten, even als in de voorfz. vier Steden is gepractifeerd , edoch niet anders dan ender de ernftigfte inftantien, dat de principale qiiïeftieover dat Recht ten fpoedigften, immers Ka-  C 75 > binnen dit lopende Jaar, werde getermineerd s ten welken einde de Vroedfchap thans ver-» klaart zjch tot de Memorie van Negen Heeren uit hun Collegie, op den 10 April laatstl. ter deze? Vergadering ingekomen, te refereeren, en met den adioud yw dien volkomen te conformeeren. Laatstelijk l.enben de meergem. Gedeputeerdca n< ch gedeclareerd, dat, ingevalle Hun Ed.Groot Po . (tnvevhonptelijk mochten goedvinden de voorfz. Refolutie van den 20 dezer noch effect. t$ doen forteeren, de Vroedfchap van Rotterdam dan op den 39 dezer zal procedeeren, om door boontrekkingc te vervullen de vacante plaats van den gewezen Burgemeester . . . , ten ware Hun Ed. Groot Mog. mochten goedvinden, omme op morgen te maken eene Nominatie van zes Raden uk hun Collegie,ten einde daar uit drie nieuwe Bur» gemeesteren gekozen, en op den 1 Meijdag in functie gefield te worden. Waar op gedelibereerd zijnde , is goedgevonden en verftaan , te perüfteeren bij Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van den 20 dezer , en dat dien conform de Nominatien van Burgemeesteren en Schepenen der Stad Rotterdam op morgen door Hun Ed. Groot Mog. zullen worden geformeerd; zullende het laatfte lid derzelve Propolitie, over het vervullen der vacante plaats van den gewezen Burgemeester . . . , als concerneerende de ftuk&cn op den 2.5 dezer maand bij negen L«deu overge-  Bómen, Copielijk in handen van die Leden worden gefteld; en Öurgemeesteren en Vroedschappen van Rotterdam daar van kennis gegeven, met aanfehrijving, dat Hun Ed. Groot Mog. verwachten, dat welgemelde Burgemeestercn en Vroedfchappen, in Confideratie hier van, hun gededèclareerd voornemen , om op den 29 April door middel van boontrekking een Burgemeester in plaats van den Heer «... te verkiezen, niet sullen werkftellig. maken. Aanteekening der Ridderfchap en zeven Steden. f De Heeren van de Ridderfchap en Edelen, als mede de Heeren Gedeputeerden d«r Steden Delft, Gorinehem, Brielte, Hoorn, Enckhuizen, Edam en Medemblik hebben geperfifteerd bij hun protest en aanteekening van den 25 dezer, en tot de voorfz, Refolutie niet geconcurreerd. Aanteekening der Stad Rotterdam. r De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam hebben, met inlKcfic der gedane Propofitie , tot de voorfz. Refolutie , zoo als dezelve is leggende, niet geconcurreerd. Accordeert met voorfz,. Refolutie,  C 77 > Extract uit de Refoïutien van de Heeren Staat en van Holland en West - Vriesland y in Hun Edele Groot Mog. Vergaderinge genomen op Donderdag den 3 Meij v 1787. Misfive van Bur gemetst er èn van Rotterdam, over de Vroedfchaps-Vergaderingen. Overgenomen. Ontvangen een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rotterdam, gefchreven aldaar den a dezer, houdende, dat zij indegefteldheid van zaaken, bij die Misfive omfchreven, raadzaamst hadden geoordeeld, de convocatie eener Vroedfchaps-Vergadering te moeten dilaijeeren, tot dat zij met zoodanige ordres van Hun Ed. Gr. M»g. zouden worden voorzien waar-  C 78 ) Waardoor zij in ftaat gefield wierden een zoodanige Vergadering te kunnen convoceeren, breeder bier na geinfereerd: Edele Greot Af ogende Heeren! Daar het convoceeren, of doen belegjren van Vroedfchaps-Vergaderingen van bet departement van Burgemeesters-kamer is, kunnen wij, indien de meerderheid van onze kamer, (de Heeren 81clion en vanBeëftingh [*]) confequent aan z'cüi zelfs zal blijven, daar toe niet convoceeren, zoo danige Perfoonen, welke op den 23 April laatstleden, door acht onzer mede Raaden pra; enfelijk zijn aangefteld, en tegen welke aanltellingen dezelve meerderheid onzer kamer van nulliteit, en illegaliteit heeft geproteftcerd. Van de andere zijde vinden wij ons belemmerd daartoe te convoceeren die onzer mede Raaden, welke de voorfz. meerderheid onzer kamer als wettige Vrocdfchaps Leden confidereert, om dat wij on.- bekom icren , dat aan dezelven geen vrij acces tot het bijwoo- ncn da, [*3 Om deze Misfive met^e«^»fco««; vori e bl. 37 te kunnen overeenbrengen, dient men te létten, dat te Rotterdam jaarlijks de helft van liet Cohesie van Heeren Burgemeesteren afgaat, en door and.re Le-«len der Vroedfchap wordt opgevolgd, en nat iien volgends een der bovengenoemde Heeren, op den l Mcij dezes jaars, was aangekomen.  C 79 ) nen dier vergaderingen, buiten interventie van U Ed. Gr. Mog., zal worden gelaten. In die gefteldheid van zaaken hebben wij raadzaamst geoordeeld, de convocatie eener Vroedfchaps Vergadering te moeten dilaijeeren, totdat wij met zoodanige Ordres van UEd Groot Mog. zullen worden voorzien, waardoor wij in Haat gefield worden eene zoodanige Vergadering t$ kunnen convoceeren. In afvvagting van zoodanige ordre, bevelen wij UEd. Groot Mog. in de protectie Godes, en blij ven Edele Groot Mogende Heeren! (Onderftont) U Edele Groot Mog. onderda* Rotterdam nige Dienaren den 2 Meij Burgemeesteren en Regeer- ders der Stad Rotterdam. (Lager ftondj) Ter Ordonnantie van dezelve, (Was getekend) W. W. van BercJuI. I Waarop gedelibereerd zijnde, hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen copie van de voorfz. misfive verzogt, om dezelve in de Ordre nader te examineeren, als mede de Heeren Gedeputeerden der Stad Gorinchem om daarop te verftaan de intentie van de Heeren hunne princi- paa-  paaien, terwijl de Heeren Gedeputeerden der Ste-* den Dordrecht, Haarlem, Amfterdam , Rotterdam, Schiedam, Schoonhoven, Alkmaar, Monnickendam en Purmcrende hebben geinhxreerd hunn'' advies, op de (lukken van den 25 April geuit, en dienvolgens van gedachten zijn geweest, dat den inhoud der voorfz. misfive, als mere dcmestijcq, geen objecr. van deliberatie konde uitleveren. Aanteekening van zes Sleden. De Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Brielle, Hoorn, Enchuyfen, Edam en Meden blik, hebben gedeclareerd, dat de Heeren, hunne Principaalen, hen hadden geauctorifeerd om met •alle kragt van redenen te infteeren, dat all' het geen op den 2,3 der gepasfeerde maand, bij gelegenheid der praetenfe remotie van zeven Raaden jn.de Vroedfchap der Stad Rotterdam, was voorgevallen, bij provifie mogt worden vernietigd, en buiten alle effect, gefield, en alles aldaar weder werde gebragt op den voet, zoo als het zelve was geweest voor den gemelden 23 April. Accordeert met de voorfz. Refoïutien,  ExtraB uit de Refoïutien van de Heeren Sta at en van Holland en Wést-Vriesland, in Hun Edele Groot Mogende Vergaderinge genomen op Donderdag den 3 Meij 1787. Misfive van c. f., te Rotterdam met een nader expofé van *t narré bij hunnt Misfive van 25 April, ever *t voorgevallene in de Vroedfchap. Overgenomen, Ontvangen een Misfive van — -—. gefclireven te Rotterdam den 2 dezer, met een nader expofé van het kort narré bij hunne Misfive van den 2.5 April laatstleden , breder hierna geinfereerd. F Md*  £a*e/e Groot Mogende Heeren ! Ons refereerende aan het kort narré va» het voorgevallene alhier op Maandag den 23 April l.'L, het geen wij de eer gehad hebben bij onze 'Misfive van den ar ter Tafel van UEd Groot Mog. over te brengen, zonder dat daarop, voor als nog, bij Uw Ed. Groot Mog. eenige dispofitie is,gevallen ; kunnen wij niet voorbij, ons, nogmaals en nader, bij UEd. Groot Mog. te addres•feeren, en de ongelegendheid waar in uitmakende de meerderheid der wettige Vroedfchap dezer Stad, gebragtzijn, en welke dagelijks meer en meer toeneemt, nader te expofeeren. Het is UEd. Groot Mog. bekend, hoe 8 onzer Mede -Raden (en geenszins 16 , gelijk men, zoo wij vertrouwen , bij inadvertentie , altijd echter abufivelijk en tegen de waarheid, bij Misfive in dato den 23 April , op naam van Burgemeesteren en Regeerders , doch buiten kennis van den voorzittende Burgemeester,aan den Heer Raad-Pcirfionaris heeft geïnformeerd} hebben hunnen goedvinden, tcgens de uitdrukkelijke Refolutie van deze Souveraine Vergadering van den 9 Augustus 1658 , en tcgens de Privilegiën en Octroijen dezer Stad, ingevolge van welke de Vroedfchappen voor hun leren, of poorterfchap geduurende , zijn aangefteld , te concurrcercn tot ofte corroboreerenen tehomologecren eene alleszins onwettige  C 83 ) fcige reraotie van 7 hunner Mede-Raaden, gedaas quafi' bij aanzegging van den Advocaat Kreet, als daar toe, zoo hij zeide, van wegens den Burger-Krijgsraad en Hubert en Pt .de MonchijC. S. verzogt en gelast: — Immers daar deze onze 8 Mede-Raaden , op die alleszins gehazardeerde en onbeftaanbare demarche van den voorfz. Advocaat Kreet C. S. , zich gereed getoond hebben iramediatelijk , niettegenftaande de ernftige protesten van alle de overige aanwezende Raaden, voi rt te pn.cedeeren tot eene pretenfe fuppletie, daar involgende zoodanige opgave van perfoonen, als ter gelijker tijd door den meergem. Advocaat Kreet C S. (*) wierd gefuppediteerd , zoo zijn de faitcn onzer Mede - Raaden met die van den Advocaat Kreet C. S. zoo zeer aan den anderen yerknogt, dat ze niet te onderfcheidenzijn, door wie zij verricht zijn, en de pretenfe remotie , welke tournure men ook daar aan zou trachten te geven , even zoo zeer het werk onzer MedeRaaden als dat van den Advocaat Kreet C. S.; en van gelijke is de pretenfe fuppletie, en beëediging in diervoege als dezelve met eene voorbed» delooze prascipitance, zonder dagftelling, dus zonder befchrjving der abfente Leden, zonder dat aan deze pretenfe nieuwe Raden de poinctenvan order. P'3 Zie de aanteekening hier voor bl. 58, Fa'  order zijn voorhouden, zonder dat van de betaling van het Ambtgeld, (**) bij recepisfe van den Ontvanger , gebleken is, om nu niet te zeggen, zonder voorgaande Nominatie, heeft plaats gehad, even zeer het.iverk van den Advocaat Kreet C. S. als van onze Mede - Raaden. Na dit voorgevallene op maandag den S3 April hebben wij nu verder moeten ondervinden, dat er zoogenaapide Vrocdfchaps - Vergaderingen belegd en gehouden worden, waar in de alzoo preiéafelijk' aangcflelde zeven Raaden in plaats van èg alzöo of quafi'géremoyeerdert, worden geconvoceerd, en in welke pretenfe Vrocdfchaps-Vergaderingen de gemcene belangëns van den Lande worden verhandeld , alles ten duidelijklle bewijzen , dat men de zoo feitelijke als onwettige reanotie en fuppletie, meent te fouteneeren, en daarin zelve, ondanks onze wettige en gemanifesteerde oppofitie, feitelijk wil blijven voordvaren. Wij hebben geen oogmerk, Ed. Groot Mog. HeeTen, om de gronden van den Advocaat Kreet C. 5. geallegueerd te debatteeren, noch ons teelar* gecren op welk eene wederrechtelijke wijze dezelve Advocaat Kreet-, zijn bijzonder Sijsthema van Regeering, of dat van zijne ongequalifkeerd» committenten, aan het hoofd der gewapende Schut- téojej [**] De Heer Hoofd-Öfficier rapporteerde aan de Vroedfchap , dat hem was gebleken, dat de daar toe verdichte fomir.es in de bank gedepofitèerd waren.  C *5) terije, en 'geholpen door onze 8 Mede-Raaden, hier ter Stede via f act i heeft getracht te introducecrcn ; liefst willen Wij aan het oordeel van andere overlaten, wat qualificatie men te geven hebbe aan diergelijke voorbeeldelozeondernemingen, tcgens wel en wettig verkregen en in vtr(di obfcryantia zijnde Octroijcn , Wetten of Ordonnantiën, en laten de gratuite asfumtien en fpeculatien, bij dcri meergem. Advocaat Kreet, in zijn a'anfpraak te dier gelegenheid in onze Vergadering gedaan » voorgefteld, aangaande de vcrvallene Souverainitcit van den laatfteh Graaf en de uitoefFening van dien bij UEd. Groot Mog., voor rekeningen ter verantwoording van die dezelve voordbrengen, of doen voordbrengen , maar kunnen niet geloven, dat, welk een invloed aan het Volk zoude mogen of kunnen toegefchrevcn wórden, (tot onderzoek van welk gewichtig onderwerp cleliberatien bij UEd. Groot Mog. zijn aangelegd) daar uit aftcleiden , of bij voorraad vast te Hellen is, deactueelc bevoegdheid, om, zonder het Volk gehoord te hebben, willekeurig een ongewettigde Volks - Reprefentatie op ziqh te nemen, of dia. toe te kennen aan de Burger -Krijgsraaden, het. zij alleen , het zij met eenige andere Burgers ,„ ten dien effecte, dat deze, hoe zeer door Schut-, ter- en Burger Eed aan de Regeeringen verbonden, zich niet Hechts nevens, maar ook boven, dezelve, Hellende, vermogend zouden zijn, de F 3 Re-*  Regenten in de Steden aftefteilen, en ook dada* lijk wederom andere aanteftcllcn of te doen aan* ftellen. Hoe zoude toch zoodanige regel in deze Pr< vi - ■ tie, of omtrent eenige Stad van dezelve. ' ri plaats hebben? Immers, kunnen > Raaden elkander,regens wi-en dank nu van] ;- nen Eed ontdaan? Kan een j ehe< I C< ije» gie van Vroedfchappen zulks geen. enkel Lid doen? En is dit, zelfs raa den aart der z. u!: , zoo wel als naar den uirgcdjuk.cn vvil van deze Souveraine Vergadering, even onbeftaar.bsrr? — Hoe veel minder kunnen fan daar toe ondergefchikte q ialiteiten , zoo als die van BurgerOfficieren', —- h pê veei minder .private per fodncn, door gewapende Schutterijen gedekt, bevoegd gehouden worden? Daar dan de Ondergetrekenden door hunnen Eed, tot maintien en CónFéryagé der gevestigde Regeringform, verbeiden zijn, al zoo wal, als om de gemeene zanken van den Lande van ÜoUand en West - Friesland', en het profijt en oorbaar der Stad, waar in zij tot Vroedfchappen zijn aangeitcld, gedurende' hun Leven of Poorterfchap als Vroedfchappen te helpen bevorderen, zokunnen zij zich, zoo verre zj dan alzoo onwettig of quafi geremoveerd zijn , nrttt van hunnen Eed als Vroedfchappen, bij de aanvaarding hunner Vroed, fchaps - Ambten , afgelegd , entdagen houden ; noch  C»7) noch die van de Ondergetekenden ,-• die zonder onder deze pretenfe remotie begrepen te zijn , al bet voorgevallene op maandag den 23 April alhier voor onwettig, nul, en van onwaarde verklaard hebben , de pretenfelijkgeremovcerdePva-, den anders blijven aanzien, dan als hunne MedeRaden, met wicn zij, en met geene anderen, ingevolge hunne Eed en Plicht als Vroedfchappen, mogen en moeten deliberecren. De Ondergeteckcnden in dit begrip van hunnen" bezworen plicht ftaande, is het in de geileldheid van zaaken, waar in zij zich bevinden, van het alleruiterst belang, dat UEd. Groot Mog., door* Hoogstdcrzclvcr fpoedigc en onverwijlde tusfehenkomst, hen gelieven in ftaat te Hellen, om hunne functien van Vroedfchappen, met en nevens' hunne wettige Mede - Raaden, vrij en onbelemmerd tc kunnen waarnemen, op dat zij, en bijzonder die van hun, welke alzoo prctenfelijk zijn geremoveerd, niet zouden genoodzaakt zijn toevlucht tot middelen van Rechten te nemen (daar cr, in dit geval; geene Stedelijke of andere Domeftijeque middelen bij de hand zijn, om répara-tien van alle de irregulariteiten en informaliteiten te bekomen) ten einde deze onwettige of pretenfe remotie en fuppletie, zoo zeer ilrijdig met de tvaare Volks-Stem. dezer Stad, het geen, des vereischt, niet moeielijk te bewijzen zal vallen, als vooral onbegaanbaar met 's Lands en Stads F 4 £c<  C 88 ) Bezwooren Rechten en Fundamentecle Wetten, voor nul en van onwaarde te doen verklaren. Wij belluiten deze, Ed. Groot Mog. Heeren! met ernftige inftantien , dat UEd. Groot Mog., door eene fpoedige en onverwijlde tusfchenkótóst, ons in onze ongelegenheden, tot reparatie onzer grieven , alzoo zullen gelieven te fubvenieeren , als UDd. Groot Mog. naar Hoogstderzelver Wijsheid, tot Confervatie van de Hoogheid en Digniteit van UEd. Groot Mog. Souveraine Verga deling, e» van de Rechten en Vrijheden van alle de Leden, die dezelve helpen Compofeeren, welke bij deze Deliberatien niet onverfchillig kunnen gehouden worden, behoudens een ieders recht, zullen oordeelen te behoren. Waarmede wij, na UEd. Groot Mog. in de Protectie des Allerhoógftcn te hebben aanbevolen, de Eer hebben ons te onderteekenen. Edele Groot Mogende Heer en! (Onderftood) Rotterdam UEdele Groot Mogende zeer den 3 Meij Gehoorzaame Dienaaren, 1787. (Was geteekend,) De Heer Mos/el niet hebbende kunnen adiifteeren bij de Deliberatien over bovenftaande Misfive, maar daar van kennis bekomen hebbende, na d^t dezelve verzonden was, heeft verklaart , dat  flat hij deszelfs inhoud volkomen tocftemt, en va» gevoelen is, dat, zoo ooit alles aan de Volksftern gelaten moet worden, dezelve in zijn geheel moet geraadpleegd worden, waar van twaalfhon-" dert, 't zij Schutters, 't zij Burgers , maar een klein gedeelte is. ' Waarop gedelibereerd zijnde, hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen Copie van de voorfz. Misfive verzocht, om dezelve in de Ordre nader te examineercn, als mede de Heeren Gedeputeerden der Stad Gorinchem , om daarop te verftaan de intentie van de Heeren hunne PrincipaaTen, terwijl de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht , Haarlem , Amfterdam , Rotterdam , Schiedam , Schoonhoven , Alkmaar , Munnickendam en Partnerendc hebben geïnhaleerd hun Advis op de Stukken van den 25 April laatstleden geüit, en dienvolgens van gedachten zijn geweest, dat den inhoud der voorfz. Misfive , als mere domestijcq, geen objeót van deliberatie konde uitleveren. Aanteekening van zes Steden. De Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Brielle , Hoorn , Enckhuizen , Edam en Medenblik, hebben geinhcercerd hun declaratoir op dc vorige Refolutie gedaan. F < AtTfr  C 90 ) 1 Aanteekening van Rotterdam. De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam zijn van Advis geweest, dat de voorfz. Misfive behoorde te worden gefeponeerd, vermits zeven der Onderteekenaars, als private perfoonen, geheel onbevoegd zijn zich bij Misfive aan Hun Edl Groot Mog. te addresfeeren. Accordeert met de voorfz. Refoïutien, Misi  C 91 > Misfive van vijf Raaden in de Vroedfchap, aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam. Groot Achtbaare Heeren 1 X^. ceds een en andermaal geconvoceerd zijnde tot Vroedfchaps Vergadering, waartoe wij geïnformeerd zijn dat onze Mede-Raaden —— zijn geconvoceerd, maar waar bij in tegendeel zeven andere Perfoonen, quafi als Vroedfchappen, geconvoceerd zijn, hebben wij niet langer willen afzijn UEd. Groot Achtb. te declareeren, dat wij, houdende alle deze Vergaderingen voor onwettig, en al wat daar in mogt befloten- worden voor nul en van onwaarde, daarin niet kunnen compareeren, gereed zijnde en blijvende, om bij de Befoignes en Vergaderingen van de Vroedfchappen, tg  te adfisteeren, wanneer-daar toe alleen wettige Leden, en geene anderen, zullen geconvoceerd worden, protesteerende tevens van alle de verwarringen cn nadeelige gevolgen, die, door het niet convoceeren der wettige Vroedfchaps-Vergaderingen, mogten worden veroorzaakt, dezelve latende voor rekening en ter verantwoording van "UEd. Groot Achtb. \ Waar mede wij UEd. Groot Achtb. hevelen in de befcherminge Godcs en blijven Edele, Groot Achtbaare Heeren ! Rotterdam U Ed. Groot Achtb. Dienstwilden 6 Meij lige en Gehoorzame Dienaaren . 1787. en Medebroederen in Rade (geteekend") -——» ——. De ondergeteekende, regeerende Btirgemee.nsren, (*) en Mede-Vroedfchappen der Stad Rotterdam, gezien hebbende de misfive van vijf hunner Mede-Raaden aan Heeren Burgemeesteren gefchreven in dato den 6 Meij 1787, verklaren zich daar mede ia hunne qualiteit van Vroed- fchap- r*] Zie de aanteekening op de Misfive bi. 7?.  c 93 y fchappen volkomen te conformeeren, en vervol gens in hunne qualiteit van Burgemeesteren niet te kunnen concurreeren tot de convocatie van eene vergadering van Vroedfchappen, anders gecompofeerd, als waarbij de voorlchreven vijf Heeren zeggen, en zelve verklaaren, gereed te zijn te compareeren; latende alle contrarie handelingen , zoo van convocatie als deliberatie van of in Vergaderingen, die zij voor geen wettige Vroed*' fchaps vergaderingen kunnen houden, voor rekening en verantwoording van die daartoe gelegenheid geven of daarbij adfisteeren. Rotterdam den 7 Meij 1787. (geteekend) n*m mm n-m —«-"«?  C 54 ) Extracl uit de Refoïutien van de Heeren Staaten van Holland en West -Vriesland in Hun Ed. Groot Mogende Vergaderinge genomen op Vrijdag den 11 Meij 1787. Verklaard, dat de zaak bij de Misfive van c. f., en bij de Requeste den- Oud-Schepenen c. f. als mede bij de Misfivzs van Burgemeesteren van Rotterdam, over het geleurde, nopens de remotie van zeven Raaden en derzelver plaatsvervulling ; mitsgaders tmtrént de VreedfchapsVergaderingen, als mere d^nestijcq, geen object van Hun Ed. Groot Mog. deliberatie kan zijn. Bij refumtie gedelibereerd zijnde op de Misfive van , gefchreven te Rttterdam, den 24 der vooilede Maand, houdende L 1  ( 95 ) de een narré van het voorgevallene daags te voorn, Enchuizen, Edam en Medenblik hebben geinhereerd derzelver Declaratoir op den 3 dezer Maand, bij gelegenheid van de deliberatien over de als toen ingekomen Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rotterdam gedaan, en als toen in de Notulen geinfereèrd, en mitsdien in het nemen van de bovengemelde Refolutie niet geconcurreerd, daartegens geprotesteerd, en gereferveerd zoodanige Aanteekening, als zij te raden zouden worden. Aanteekening van Gorinchem. De Heeren Gedeputeerden der Stad Gorinchem hebben gedeclareerd, dat de Heeren hunne Principalen van gedagtcn zijnde geweest, dat Hun Ed. Groot Mog. zich het gebeurde te Rotterdam, wel degelijk zouden behoren aantetrekken, en daar in de vcreischtc voorziening doen, ten einde alles wederom werde herftcld in denvorigenftaat, on-  C 99 ) OnVermiridei"cl als dan Hoogstderzelver delibera. tien over de aldaar fubfisteerende verfchillen, zij mitsdien de bovengaande Refolutie hebben gecontradiceerd, de nadeelige gevolgen, welke daar uit kunnen voortvloeijen, voor rekening en ter verantwoording gelaten van die Leden, welke tot dezelve hebben geconcurreerd, en eindelijk aan de Heeren hunne Principaalen zodanige nadere ' Aanteekening gereferveerd, als die zouden mogen nodig vinden. Accordeert met voorfz. Refoiutiens G 3 Ex.  ( 100 ") Exlracl uit de Refoïutien van de Heeren Staat en van Holland en West-Vriesland, in Hun Edele Groot Mog. Vergaderinge genoomen op Vrijdag den 2 2 Meij 1787. Electie van een Burgemeester te Rotterdam. 1 Ontfangen cen Misfive van Burgemeesteren eB Vroedfchappen der Stad Rotterdam, gefchreven aldaar den ai dezer, waar bij, uit kragte der Verklaring van Hun Ed. Groot Mog. op den n dezer, dat de zaak, raakende de remotie van zeven Raaden der Vroedfchap aldaar, en derzelver plaatsvervulling door anderen, als mere Domesticq, geen object voor Hun Ed. Groot Mog. deliberatien kon uitleveren, gemeend hebbende volgens het Octroij van den 19 November 1658 aan ' . ' de.  C ioi ) dezelve Stad verleend, ten ipoedigften te moeten voortprocedeeren totfuppletie der nog vaceerende Burgemeestersplaats in plaats van Mr. voor de nog manqueerende tijd, tot den ifte Meij 1788, aan Hun Ed. Groot Mog. toezenden de geformeerde Nominatie in de navolgende Misfive vervat, in dit finguliere geval, bij provifioneele voorziening, Hun Ed. Groot Mog. Electie uit de voorfz. Nominatie verzoeken, Edele Groot Mogende Heeren! UEd. Groot Mog. bij Hoogstdcrzelver Refolutie van den 71 Meij laatstleden, welke aan 0n9 tot Onze informatie en naricht is toegezonden, verklaard hebbende: „ dat de zaak, rakende de „ remotie van zeven Raden van de Vroedfchap „ alhier, en derzelver plaats-vulling door ande„ ren, als mere domesticq zijnde, geen obje&voor „ de deliberatien van UEd. Groot Mog. kan uit„ leveren " Hebben Wij dan ook gemeend, ingevolge van t Octroij van den 19 November 1658 aan deze Stad verleend, als nu ten fpoedigfte te moeten procedeeren tot de fuppletie van de thans noch vaceerende Burgemeesters-plaats dezer Stad, in plaats van den Heer — —, voor de noch manqueerende tijd, en dus tot den 1 Meij 1788. Achtervolgens van 't welke, op heden (nadat daartoe alvorens behoorlijk is dag gefteld) door G 3 vijf  ' ( 103 ) vijf Boonheeren uit dc Leden Onzer Vergadering1 bij loting verkoren, (*) eene Nominatie geformeerd, en'daar op gebracht zijnde de Heer . . • en de Heer Zoo nemen Wij de vrijheid om UEd. Groot Mog. bij dezen te verzoeken, dat door Hoogstdezelve,in confideratie van de deliberatien, dewelken als noch zijn hangende over het gefustincerde recht van zijn Hoogheid tot het doen der Electie, en ten einde daar aan geen attcinte werdc toegebracht, voor deze reize en in dit fin gulier geval, bij wege van provifioneele voorzicninge, één uit de, voorenftaande Nominatie moge worden geé'ligeerd, om in de voorfz. vaceerende plaats, voor dc noch manqueerende tijd als Burgemeester, ten dienfte dezer Stad en den Lande, tot den i Meij 1788 gecmploijeerd te worden. Waarmede Wij UEd. Groot Mog. bevelen in de befcherminge Godes en blijven, Edele Groot Mogende Heeren.' (Onder ftond) UEd. Groot Mog. onRotterdam derdanige Dienaren den 21 Meij Burgemeesteren en . ^87. Vroedfchappen der Stad Rotterdam. (Lager ftond) Ter Ordonnantie van Dezelven, (Was getekend) W. W. van Bcrckcl En f^fj J)rie derzelve waren oude, en de twee andere pieuw,e (op den 23 April beecdigdc) Raaden,  ( i°3 ) En is daar benevens gelezen dc Requeste van JMfo » als uit kfagte en ingevolge Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van den ai April 1786, wettig aangelteld als Burgemeester det Stad Rotterdam voor den tijd van twee Jaaren en zulks van Meij 178Ö tot Meij 1788, om de daar bi bier na breeder geallegueerde redenen verzoekende, dat uit de onwettig genomineerde Nominatie geen Electie tot bet Burgemeesterfchap ia 'des Suppliants plaats mogte worden gedaan. Aan dc Ed. Groot Mogende Heeren Staten van Holland en West-Vriesland. : Geeft onderdaniglijk te kennen Mr. —- —- — . , als uit krachte en ingevolge de Refolutie van UEd. Groot Mogende in dato ai April 1786 wettig aangefteld zijnde tot Burgemeester der Stad Rotterdam, voor • den tijd van twee Jaren, ende zulks van Meij 1786 tot Meij 1788, Dat, daar UEd. Groot Mogende bij Refolutie , in dato den 11 dezer maand Meij, op de Addresfen aan UEd. Groot Mogende gemaakt nopens liet gene op den 33 April laatstleden in de Vroedfchap der gemelde Stjjd was voorgevallen, beftaande in het feitelijk rèmoveeren van den Suppliant , en noch zes Raaden uit de gemelde Vroedfchap, verklaard hebben, dat die zaxk^ tih men G 4 4f  C 104 ) dtmefticq zijnde, geen object voor de deliberatien van UEd. Groot Mog. kan uitleveren, hij Suppliant billijk had mogen verwachten, dat zijne mede Raaden zich zouden hebben geabftincerd van alle pogingen, om bij fub- en obreptie van UEd. Groot Mog. te obtineerendispoiitien, welke, onder reverentie, met Hoogstderzelver opgemelde Refolutie-declaratoir niet te compasfeeren zouden zijn. Dan alzoo eenigen zijner mede-Raden echter van zich hebben kunnen verkrijgen , om eene Nominatie te formeerentot fuppletie van deprretenfe vacature in het Burgemeesterfchap, waartoe de Suppliant, ingevolge opgemelde Refolutie van UEd. Groot Mogende van den 11 April 1786, voor den tijd van twee Jaren en over zulks tot Meij 1788 is aangefleld geworden, en de gemelde zijne mede-Raaden, door het' pnefentecren van die Nominatie en het verzoeken van Electie uit dezelve, van UEd. Groot Mogende trachten ta bekomen een dispofitie, welke niet Hechts zou invoiaceren de dadelijke homologatie van een zaak, welker wettigheid of onwettigheid UEd. Groot Mogende hebben goedgevonden niet te decideeren, maar waar door die zaak, welke volgens Hoogstderzelver opgemelde Refolutie tucre domesticq verklaard is, zoude worden gebracht buiten haar geheel, cn buiten het bereik of mogelijk«Km &* «in.» »;•! -'.n buklètvt • held  C 105 ) leid 'lener domesticque behandeling; (£) zo<3 is hij Suppliant te rade geworden, zich te kecren tot UEd. Groot Mog., onderdaniglijk verzoekende, dat ($") Dit gevolg was niet tegcnt-efpreken — en echter/ zijn Hun Ed. Groot Mogende na de lecture van dit Request, voortgegaan, met de ele&ie van een nieuwen Burgemeester, wel met expresfe refervö van het gefustineerd recht van Z: H: en van de Vroedfchap, omtrent het doen dier Elccticn, do.lt NB. zonder eenige bijvoeging, dat de, gedaans ■ Remotie daar 'mede niet verftaan moefti worden, dadelijk gehomologeerd, of de-nettigheid ofonzvet? tigheid derzelve gedecideerd, of aan een judicièel of politijcq onderzoek onttrokken te zijn. Hoe kan men ooit fterkerbewijs hebben van des -Souverains intentie, dat die Remotien, geen verder onderzoek onderhevig zouden zijn ? En hoe ^It-kan er dan fèdert die Refolutie nog zijn ovBfgeble* ^i-ven een Recht van de Ilooge Overheid, —> 'twelfc nu, uit naam van dien zelfden Souverain, kan worden geprofequeerd ? — De intrekking van die """^.en andere Refoïutien kan geene terugwerkende ■"""^ kracht'hebben in nadeel van ingezetenen, die ..er zich toen op betrouwd hebben, en, zoo men »^f^té dier tijd tegen hen geageerd hadde, zich zou■^''^den hebben kunden verdedigen, op gronden, en beroepen op perfooncn, die hen nu, na het verr \ -lóóp van zoo veel tijd, en tusfehengekomen oml^^andïghèéen'^ ontvallen zijn. — G 5 Di»  C 106 3 dat liet UEd. Groot Mogende behage, uit de voorfz. onwettig geformeerde Nominatie geen Electie tot bet Burgemeesterfchap in de plaatze van den Suppliant te doen. (Onderftond) 't Welk doende &c. (Was getekend) ' Waar op gedelibereerd zijnde, hebben Hun Ed, Groot Mogende, onverminderd en ongeprrejudicicerd het wederzijds geluflincerde zoo van Zijn Hoogheid als van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Rotterdam, ten opzigte der electie, m zonder daar aan de mintle atteinte te geven, in het De Heer Erfftadhouder zelf, fchoon die Refoiutie aan toen heerfchende cabaalcn toefchrijvende, bij deszelfs Declaratoir van 26 Meij 1787, erkent echter dat ze bij meerderheid genomen Was'. —« ■ *En meer dan dat concerneert den ingezeten niet, om er effect van te hebben, te meer, daar die meerderheid exteerde zonder de Steden Amfterdam en Rotterdam, in welke toen nog maar alleen Remoticn gedaan waren, mede te tellen, — En het is zekerlijk ook. op dien zelfden grond geweest, dat de Wethoud. rfehap van Rotterdam den 20fte Meij verklaard heeft van begrip te zijn, dat de gedane Remotie niet meer veranderd konde - worden, zoo als conftcert uit het volgende ftuk blj^ar //„  C io7 ) het voor handen zijnde geval, bij deze, uit elft voorfz. Nominatie tot Burgemeester derStad/c0/ierdam, tot den i Meij 1788 , in plaats van den voorn. Mr, gccligeerd En zal van de voorfz. Electie aan den Hoofdofficier der Stad Rotterdam kennis worden gegeven, om den geeïigeerden Burgemeester te beeedigen en in zijne functie te inftallceren, als me-, de Extract dezer worden gegeven aan Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Rotterdam tot derzelver naricht. 1 Aanteekening van de Ridderfchap. De Heeren van de Ridderfchap en Edelen hebben gedeclareerd, dat daar dc Heer ingevolge Haar Ed. Groot Mogende Refolutie van den ai April 1786 door Zijn Doorl. Hoogheid den Hcere Erfftadhouder voor den tijd van twee Taaien is geéligeerd, 't welk door Hun Ed. Groot Mogende, op den 28 April dezes Jaars, door't maken" van een Nominatie van vier Pcrfoonen ter Electie alleen van twee Burgemeesteren, is geconfirmeerd, en dus dien Heer wettig door Hun Ed Groot Mogende gecontinueerd, zij Heeren van de Ridderfchap ingeenen deele kunnen procedceren tot het nemen van eenige Refolutie ten fine van  ( 108 ) tfan Electie uit de thans 'ingekcmene Nominatie, als begrijpende dat aanloopt tegens de aan. gehaalde Refoïutien van Hun Ed. Groot Mog. Aanteekening van zes Steden. De Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Briefte, Hoorn, Bakhuizen, Edam en Meden* Mik, hebben zig bij de voorfz. Aanteekening gevoegd. Aanteekening van Gorinchem. De Heeren Gedeputeerden der Stad Gorinchem ïiebben zig, ingevolge de last van de Heeren hunne Principaalen, in de voorfz. deliberatie niet ingelaten. Accordeert met voorfz. Refoïutien.  c ï°9 3 Misfive van dezelfde xiv Heeren als bl. 81 aan de Heeren Schout, Bur • gemeesteren en Schepenen der Stad Rotterdam, £/2 Refolutie op dezelve. Edele Groot Achtbaare Heeren! J~Jet is UEd. Groot Achtb. bekend, hoedeondergeteekenden met en nevens de verdere wettige Leden der Vroedfchap, op maandag den «3 April 1.1. wettig ter Vroedfchap geconvoceerd,en alicn vergaderd zijnde, hebben moeten ondervinden, dat zekere Commisfie van den Burger-Krijgsraad, en van eenige andere Burgers, hebbende verzogt en geobtineerd om ter Vroedfchaps Vergadering binnen te ftaan, ten einde, zoo zij aan Heeren Burgemeesteren hadden te verftaan gegeven, een voorftel te doen , [f] rakende eene gedecerneerdfe Commisfie bij Haar Ed. Groot Mog. de Heeren Sta*' [t] Zie !pr foor.bl: 19: reg: 5,  C ui ) Staaten van Holland cn Westvriesland, aaflgaaötlc de Volksreprajfentatie, van die gelegenheid in zooverre hebben geabufeerd, dat zij bij monde van den Adv. Kreet, zeven der ondergeteekenden van hunne Raadsplaatfen prtetenfelijk vervallen Verklaard hebben, cn dczelven, met behulp van acht anderen Raaden * tegen de Protesten der dertien overige aanwezende R aaden, prajtenfelijk hebben doen fuppleeren , alles onder dekking der Schutterij, destijds op een finguliere wijze, waaromtrent men zich liefst niet wil uitlaten, in de wapenen gebragt. Het is UEd. Groot Achtb. al verder bekend, dat de Ondergeteekenden vervolgends zich deswegens, zoo gezamenlijk, als Heeren Burgemeesteren afzonderlijk, aan Haar Ed. Groot Mfg. geaddresfeerd hebbende, bij Hoogstdezelven begrepen is, dat deze zaak mere clomesiicq zijnde, geen object van deliberatien voor hoogstdczelvc konde uitleveren. De Ondergeteekenden hebben dieshalven ge-' oordeeld zich te moeten addresfeeren aan UEd. Groot Achtb.;, vertrouwende dat UEd.Groot Achtb. de Protesten der wettige meerderheid van de Vroedfchap op den 23 April 1.1., zoo tcgens de pratenfe remotie en fuppletie , als tegens alle de verrigtingen van den Advocaat Kreet C. S. en van de minderheid der toenmalige wettig vergaderde Vroedfchap, van gelijke waarde zullen ge-  C ni ) fielievtn te "houden, als alle wettige Refoluüïkk der wettige Vroedfchap, volgens de adviefender groote meerderheid genomen , en mitsdien verzoekende . dat UEd. Groot Achtb. geene zwaarigheid zullen gelieven te maaken, door derzelver gczach de wettige Vroedfchap te helpen maintineerert, en overzulks te effectueeren , dat dezelve met effect kan worden geconvoceerd , zoodaaBio; als dezelve öp den 23 April 1.1. is geconvoc e 1 geweest , en aan de Leden vrije Deliberatien, midsgadel's vrij acces en reces tot het R adhtit*, gelaten. "VN aar mede wij UEd. Groot Achtb, in de be'füjerrnmge Godcs aanbevelen en blijven, Edele Groot Achtbaare Heeren "UFi. Groot Achtb. Dienstwillige* (geteekend) -1—■ Extracl uit het Register der Re* folutien van de Edele Groot Achtbare Heeren van de Welk, der Stad Rotterdam. Vergadering van de Weth. gehouden of Dingsdag den 29 Meij 1787. Op heden gedelibereerd zijnde, over de Misfive den'26 dezer aan deze Vergadering gepnefenteerd, en waarover, venaids de incompleetheid der-  C "O derzelve , de Deliberatien tot beden waren uit.gefield, en in ach tin ge genomen zi jnde, dat bij deze Vergadering op Misfivens aan dezelve gefchreven door een of meer privaate perfoonen , 't zij dat dezelve geweest, zijn, of nog zijn, Leden van eenig Collegie binnen deze Stad, of elders, niet wel Deliberatien noch Refcriptien kunnen vallen, naardien alle verzoeken door dusdanige aan deze Vergadering behooren te worden gedaan bij Request gemunieerd met behoorlijk zegel, is echter uit aanmerking dat onder de teekenaars van voorfz. Misfive zich bevinden de Heeren en Regeerende Burgemeesteren dezer Stad, en dien volgens mede Leden van deze Vergadering goedgevonden en verdaan de voorfz. Misfive niet te rug te geven, noch geheel te houden buiten Deliberatie, gelijk anderzins gevoeglijkst zoude hebben behooren te gefchicden, maarnaamens deze Vergadering aan voorgemelde Heeren en te declareeren , dat deze Vergadering yan begrip is, dat het voorgevallene linnen deze Stad op den 23 April laatstleden niet meer kan worden veranderd, (*)en dat dienvolgens, al C*0 Reeds op den 21 Meij had de Weth, uit dooi den Krijgsraad geformeerde Nominatien , twee nieuwe Capiteinen der Schutterij geéligeerd, in de plaat-, fen van twee Capiteinen, die op den 23 April tot Raaden in de Vroedfchap waren aangefteld.  C Ui ) ai was het verzoek in meergemelde 'Misfive ver» vat, bij Requeste aan deze Vergadering gedaan, door dezelve daar in niets meer zoude kunnen worden gedaan, zijnde voorts gerefblveerd deze Refolutie te houden voor gerefumeerd, en dat daar van aan de voorfz. Heeren en ■ zal worden gegeven Extract, ter hunner naricht. Accordeert met de voorfz. Refolutie.  Extracï uit de Rotterdamfche Couranten van den 5 en ïo Jidij 1787. ^(/"oerden den 3 Juli'. Het volgend Stuk, het welk reeds door veele Commandanten in hunnen naam cn die van hunne Manfchappen onderteekend is, ftaat morgen ter Vergadering van Hunne Edele Groot Mog. ingeleverd te worden: Declaratoir der gewapende Burger-Corpfeu, tot bejeherming van het Vaderland en dc Vrijheid uitgetrokken. Daar de gewapende Burger in dezen hoogstdringenden nood van het lieve Vaderland is uit. getrokken, ter befcherming van hetzelve en tot behoud der Vrijheid, en hij zijn Have en Goederen, zijn Vrouw en Kinderen, en alles wat hem lief en dierbaarst is, heeft agtergelaten, onder de béjfcherniiqg der Wetten en de handhaving der Jus- •  C ïi5 ) Justitie ; — en daar het te vrezen is, dat zij, die tot heden hun verfoeilijk werk maakten, om het min doorzigtig gedeelte der Natie te misleiden, en tot fchandelijke daaden van oproer en geweld aan te hitzen, nu, gedurende hunne afwezigheid, zich zouden willen bedienen, om deze hunne vuile bedoelingen door te zetten; zoo willen wij, door dit ons Declaratoir3 alle onze Mede-Burgers , van wat ftaat, rang of denkwijze zij mogen zijn, ernftig Waarfchiuven, en van ons fericus voornemen berichten; en declaréeren wij ondergetcckende Commandanten van uitgetrokken Corpfen en Detachementen, met voorkennis, volkomen en eensgezinde toeilemming van onze onderhebbende Manfchappen, en dus in hunnen en onzen naam, ten dezen effeften, dat wij alle infultcs, oproeren, plunderingen en gëweldadigheden, aan onze nagelaten Vrouwen, Kinderen, Nabeftaanden of Goederen aangedaan wordende, zullen aanmerken, als aan onze Perfoohen zelve te zijn gelchied; — dat wij hetzelfde zullen doen. ten opzigten der Perfoonen, Familien en Goederen van zoodanige onzer brave Mede-Burgeren, die, of fchoon niet met ons uitgetrokken, egter bekend zijn voor ware Vaderlanders, die onze goede zaak in hunne onderfcheiden betrekkingen met Woorden en daaden getrouwelijk hebben voorgeftaan en aangeklee fd; dat wij vervolgens alle Staats-Perfoouen, Regenten van Steden en van II 3 het-  C n6 ) het Platte Land, Officieren en verdere Hand- I havcrs der justitie, die zullen blijken geven, dat zij met flappe handen de Justitie handhouden tot I ftuiting van oproeren, geweld en plundering, of fi ten dezen met draaijerijen en geveinsdheid tewerk I gaan, of hunne traagheid, onverfchilligheid en k onwil, met den glimp van activiteit zullen pogen I te vergoelijken, zullen houden voor fchuldig aan I meineed en verraad aan den Lande; — dat wij f indelijk ook hun, die de heimelijke roervinken |t cn aanftokers zullen zijn, om 't even van wat ftaat I of rang ze mogen zijn, en wij zeer wel weten te I onderkennen, zullen houden voor vijanden van | het Vaderland, en dat wij, na dat wij de open- f bare aanranders enzer Vrijheid, onder Gods ze- I gen , zuilen hebben in hunnen euvelmoed beteu- I geld, niet zullen uit den anderen gaan, maar dat I Wij zullen bijeen blijven, tot zoo lange, dat wij, I den een voor den ander, en allen gezamentlijk l[t voor malkander , op hun , die onze Vrouwen , I Kinderen, Nabeftaanden of Goederen; of de Per- I foor.cn , Goederen en Familicn van onze welden- tó kende Mede-Burgeren mogten aangerand, bele- i digd of geplunderd hebben ; ofte op hun, die bij I gebrek aan tijdige voorzorge , of behoorlijke en I pligtfchuldige adminiftratic der Juftitïe, daartoe I medegewerkt, of het zelve heimlijk zullen heb- if ben aangeftookt, ons zullen gewroken hebben, M ca ons ten vollen verhaald voor alle beledigingen I  | en fchaden voorfchreven Gp hunne Perfoonen of ' Goederen. En op dat niemand dit ons voornemen onbeI kend zij, maar zich wachte voor de gevolgen van onze rechtmatige gevoeligheid, hebben wij goed | gevonden, dit Declaratoir in de Nieuwspapieren te doen plaatfen, hetzelve zoo voor ons als in naam van onze onderhebbende Manfchap met on. ze naamteekening bekragtigende, het welk wij van dezelfde kragt en waarde houden, als of wij zulks hoofd voor hoofd met plegtigen Eede hadden geftaafd. Rotterdam den 9 Julïj.j De groote Krijgsraad van dc Schutterij te Rotterdam, gezien hebbende het Declaratoir van veele Commandanten van uitgetrokken Burger - Corps, (*) in dezer Stads Cou- (*) Die dit fluk onpartijdig en naauwkeurig leest, en :;. met het vorige vergelijkt, zal klaarlijk zien en zich overtuigd vinden, dat de waare intentie is geweest, |* wel aan de eene zijje te voldoen aan de onwêerI-ftaanbaarc begeerte van hen, die voor het Wber|> denfche Declaratoir ieverden, maar echter hetzelve § merkelijk te verzagten, en in effecte te doen uitlopen, op het doen (cafu quö) van enkele arreflen, I welke aan Rechterlijke cognitie fubject zouden zijn, ' ■ hebbende men, met dit inzicht, in 1,plaats der •woorden, zoo lange tot -mij —— ons } ; zullen gewroken hebben, en ons ten vollen verli 3 ha 0ld  C i-ii ) Courant van den 3 dezer en in verfcheiden andere» geplaatst, en in aanmerking nemende , dat do Commandanten der Rotterdamfche Schutters 1 ter bezetting van de Vecren te Crimpen op de Lek cn op den IJsfel gcderachcerd, het zelve De- haald voor alle beledigingen en fchaden, «§ gebruik gemaakt van de gewoone exrenfie van all« - actes van arrest te Rotterdam, ten einde daar aaM te verhaalen alle leet enfehade &c, 't welk aïf daar nooit verftaan wordt als eene bedreiging, dat de arrestant zelf via facli dat verhaal zal doenjj maar alleen, als een opgave, wat hij in Rechten vorderen, en na bekomen vonniste, door middel van Exfecutic op dc gearresteerde perfoonen of goederen , vcrhaalcn zal. ■ . Ook moet de Wethouderfchap het in dier voegq: hebben opgevat, dewijl op een Request van acht Oud-Schepenen, die daarbij exhibeerden een Eïcm.| plaar van 't voorfz: Declaratoir, en kennis gavefl dat het zelve docr een Provoost van den Grootefl Krijgsraad der Schutterij ten huize van ieder hunner was gebragt, met eerbiedig en infcantelijk verzoek dat het Hun Ed. Groot Achtb. zoude gelieven voorzieninge te doen, tegen alle moeijclijkhe» den, weikc door een vermoeden waar voor nis; alleen geen bewijs, maar zelfs geene bewijsbaarheid is, omdat er niet de allerminfte grond voor is, aan de Ondergeteekenden zoude kunnen bejegenen, en, dezelve te doen jouisfeeren van zoodanige protectie en beveiliging, als waarop ieder vrijgeboren  C "9 ) Declaratoir niet wel mede kunnen teckenen, dewijl het aanzeggingen en voornemens vervat, welke, hoe zeer alleszins o? goede gronden ftcunynde, en uit een lofüjkenijvervoortfpruitende, . eduer van dien aart zijn, dat ze niet met effect. Bu,.er recht van aanfpraak .heeft-Door Hun Ed- Groot Acnth: (.zonder, wegens dat Declaratoir van den Krijgsraad bericht of verantwoordmg e vorderen, of daar tegen misnoegen te toonen ,of Int ^od tc doen) alleenlijk is gedisponeerd, als volgt: mt'raïï uk de Refoïutien van de Édele Groet Achtbare Heeren van de Weth der Stad Rotterdam* Donderdag den 19 Julij 1787. Is .ehoord het rapport van de Heeren &c. —Waar op gedelibereerd zijnde, is, conform het nSz Rapport goedgevonden en verftaan, dat aan Cs ppUa'U bij Extract Refolutie van dezever,:Zl Zal worden kennis gegeven, dat Hun Ed. ' £ A rtb ezien hebbende de betuigingen door de SXten bij derzelver Request gedaan, dat deTiniets n eer wenfehen, dan om alle oproerig* zelve mets meer ^ te verhinderen , TZ'ZreZdat zoowel de Supplianten als alle V nt Z-s en ingezetenen dezer Stad, di» ^Zlt^Burgers 'gedragen, en geenztns door daaden toonen tezijnzoodamge, alsM  C I20 ) gedaan of geprobeerd kunnen worden door Detachementen, welke niet uitmaken het gchceie lichaam, of immers de groote meerderheid van die Schutterij, of dat Genootfchap, tot welke zij behooren, heeft noodig geoordeeld, na hier op de het Declaratoir bij der Supplianten Reqveft geannexeerd, worden bedoeld, kunnen Jlaat maten te zuilen jouiffieren van zoodanige protectie en bcvnügmgj waarop ied,r vrijgeboren Lurcer recht vanaen/praak heeft; terwijl Hun Ed.- Groot Achtbzoodanige perfoonen, als vijanden van 't Vaderland confidereerende, nimmer onder hunne protectie Zoolden kunnen nemen, „ernaar integendeel als perturbateurs der rust en oproermakers ten SenÏ . Hen moeten vervolgen en ftrarTen. — Dat wijders aan den Grooten Krijgsraad dezer Stad zal Worde„ gegeven Cppie van 't Request der Supplianten alsmede Copie van de Refolutie daarop, ten reguarde der Supplianten, tij deze Verga,enng Fenomen, en teffens by die Refolutie aan den Grooten KrijWraad zal worden verzegt en des noods gelast, om,re zoodra dezelve ondetrigt zal zijn van eenige cor' respondentic, aanflag, aanzetting, of bcvordering over en van zulke daaden, v^aardoor binnen deze Stad of Provnnie de rust zoude worden geftrord of derzelver Burgers oflnwooners, of iemand van ■ dezelve zoude worden gedreigd, of in gevaar Ce bragt van eenige moeijenis, invafic, moord of Plundering; daar van ten fpocdiglien, zondereen:* tijdverzuim, aan deze Vergadering tennis te geven opdat, de Rust en Zekerheid worde bewaard, allé on-  ( I2Ï ) ós gevoelens van het meerdertal hunner welden» kende Schutters, door middel van de groote Vergadering der Unie, te hebben ingenomen, met v.ol xorncn en eensgezinde tocftemming van dezelve, als mede van de Officiers en Schutters , de vooroproer en moedwil gefluit,.cn alle kwaad voor.ga..komen,, cn de JcLuldlgen Exemplair te kunnen doen firaffen, door h ttn, aan wien de qdminiftratie der jfujlitie is toevertrouwd. Accor'ieert met voorfz. Refoïutien. [get-] van Zuijlen van Nijevelt. Dezelfde omzichtigheid is in acht genomen, in het Declaratoir van de Amfterdaml'er.e Vergadering (geplaatst in de Zuid-Hollandfche Courant van den 27fee Au :>.:st: 1787,) en uitgebragt op ene propo'fitie, welke zich veel verder uitltrekte, namelijk: „ om de uitgetrokkene en nog uittctrekkene Man„ fchappen van de gewapende Corps, welke zielig „ of in de Guarnizoenen, of in het Campeijient be„ vinden, of nog verd.-r op het zelve zuilen uit„ trekken,, t.Q erkennen als de gewapende Burger„ macht van deze Provincie, haar verrigtte tot „ dus verre te approbeeren, en te guarandeeren, „ a/i' het geene dezelve bij vervolg', bepaaljelifk ' „.tot medewerking aan of tot Executie van de oog„ merken en Refoïutien dezer Vergadering zullen „ verrigten, of doen verrigtcn. —r— Men begreep namelijk, dat de Vergadering, alle de verrigtingen van die gewapende Corps, of Campementen, niet kennende, bij gevolg pok niet kon H 5 be*  voorfchrcven thans uitgetrokken Detachementen compofeerende , deze openlijke verklaringe te doen : "Dat de Krijgsraad zeer wel onderrigt is , en hij vervolg onderrigt zal worden,, wie binnen deze Stad beoordeelen, veel min approbceren, en voords wel guarantie kon belooven op de exfecutie van harre eigene Refoïutien , indien zij ooit zoodair'ge Refoïutien nam, welke een dadelijke exfecutie vereischi ten (waartoe, zoo veel de uitgever dezes wist, en nog weet, de Intentie dier Vergadering zich niet uitfixekte, en waar van uit Refoïutien en Misljves van dien tijd kan blijken, dat voornaame Leden, bij naame de Krijgsraaden van Haarlem en Rotterdam, zeer afkeerig waren ,) maar geenszins, op alle daaden, welke dé voorfz: Corps zouden goedvinden zeiven te verrigten of door anderen te doen verrigten, tot médewerking aan of Exfecutie niet alléén van de Refoïutien der Vergadering, maar ook van de oogmerken, welke de gewapende Corps, daar aan (Tomtijds bij misvatting) zouden kunnen toefchrijven. En daarom bepaalde zich de Vergadering om alleen „ te laudeeren en approbeeren alle „ de haar (té dier tijd) bekende verrigtingen van „ de voorfz: Manfchappen &c. en tot ene belofte, ■ „ om ten allen tijde door alle mogelijke middelen te „beveiligen, al 't geen verder door die Manfchap„ pen enz. zoude worden ondernomen, ftrekkende '„ om de Refoïutien en gedeclareerde infentienvan „ deze Vergadering te executeeren of fecundee« „ ren_——— enz."  met de Autheurs, Hoofden ofMedeftander* des rcwcldige daaden, welke in vcrfcheidcnGeW derfche en Zeeuwfche Steden zijn ondernomen 4 o/and-re bekende vijanden van.den Lande, direft of indirect, -bij monde of gefchrifte, corres'ndééren en derzelver vcrfoeijlijke raadflagen helLtt b'vordereu, en ten dien einde misbruik maLri van bet blind vertrouwen, het welk dooreen gedeelte der kleine , eenvoudige, onkundige, of -remeente in hen word gefteld. ^Mlven de Krijgsraad op die bedoelde Perfoonen een wakend oog zal houden en doen houden, en niet afwagtcri tot deze Stad zelve he* tooneel word van hunne vuile inzigten, maar , L ( wel haast, zoo Wij van Gods gunftigen Zegen hopen en verwagten, geheel zullen ophouden, en Wij thans hebben buiten effeét gefteld de Plakaaten of Publicatien, waar door de Voorftanders en Beminnaars van Zijne Doorluchtige Hoogheid en Hoogstdeszelfs Vorstlijk huis, wanneer zij op eenigerhande wijze, al ware het zelfs door woorden of door in derzelver aart en statuur enverfchillige daaden , blijken van hunne ver-  C 1*8 ) Vcrknogtheid en aanklevinge aan Hoogstdeszelfs' Perfoon of belangen gaven, aan zwaare ftraffenl wierden blootgcfteld, en daar d:;or is veroorzaakt,' dat veele , anderfins goed; en welmeenende , Inèn Opgezetenen, welke hunnen ijver voor die, niet het heil des Lands zoozeer overeenkomende, zaake niet kunnende bedwingen , de voorfchreven Plakaaten in het een of ander opzigt overtreden hadden, in de Gévangénisfen geworpen, en uit hóófde van Rechterlijke Vonnisten $ Ibmmige aan den Lijve, andere met Confmement, andere ïöet Bannisfement gcllraft zijn geworden, en dat ook andere , uit vreze van vervolgd cn geftraft te zuilen worden , uit het Land gevlugt zijn , en het onbillijk zoude zijn, dat iemand ter zake van ijver, voor het geen Wij thans erkennen, de ware Conftitutie cn belangen des Vaderlands te zijn, zoude blijven li den, of eenige onaangename gevolgen ondervinden. (*) Zoo C) Het zou zeker hard zijn geftraft te worden, over een daad, welke niet door dc Souvcrain , in wiens «aam men geftraft wordt zelvcn, ni^ar allèèn door deszelfs voorzaat, als misdaadig befcfouwd en verklaard was; fchoon men ten tijde van het plegen dier daad voorshands wist, dat men tégen den wil van den toen regeerenden Souvcrain zondigde; Maar. is het dan nijt nog harder geftraft te worden , over een daad, welke, ten tijde , toen ze gepleegd wiord, door den Sonverain niet gelaakt, niaargecorroboreerd . en lang naderhand door deBzeHs Opvolger eerst afgö-tsard en onwettig verklaard is 2 ■  C i?-9 3 £00 is 't, dat Wij, met rijpe deliberatie, h* ftigekomen Ad /ijs van Onzen Kove, hebben goedgévondea -te verkenen, gelijk Wij verleenen mits dezen , aan alle en een iegelijk, welke, uit hoofde van aankleving aan of ijver voor de belangen van het Doorluchtig Vorstlijk Huis van Orange , het zij voor of na het cmanceren van de bovengemelde Onze Plakaten of Publicaticn , zich aan eenige onrustige bewegingen of oproerigheden , of aan iets van het geene bij de voorfchreven Plakaten is verboden, op eenigerhande wijze hebben fchuldig gemaakt, eene Amnestie of volkomen vergevinge en uitwisfinge van alles, wat z:j daar door tegen Ons zouden mogert hebben ovt ftreckn en misdaan; verklaren wi}* ders allé Proceduren, uit dien hoofde tegen dezeiven. aangevangen , hetzij dezelven nog hangende, of reeds getermineerd mogen zijn , voor vervallen ; vernietigende bij deze 'allé Vonnisfen tegen de zoodahigen om zulke overtredingen of misdaden gewezen ; het zij dezelven reeds zijn geëxecuteerd of niet; met hcrftcllinge der Gec< ndemneerden en Geëxecuteerden in derzelver eer en rcclnen, Oven als of zij die overtredingen of misdaaden niet hadden begaan. Bevelen en gelasten de refpedtive Officieren en Gerechten , om die genen , welken uit zulkeh hoofde in hunne Gévangénisfen, of uit kragte van hunne Vonnisfen in eenig Confinement zijn, daaï uit ilieo kosteloos te ontllaan en te doen relaxeeR ren t  C 130 ) ren , mitsgaders alle om zulke redenen aangevangen Proccdurcntcftaken, endeterzoodaanige laakéri gebannen cn onverliinderd te laten te rug komen, en als alle andere Ingezetenen de vrije inwooninge cn'alle andere rechten en voorrechten genieten , in vervvagting, dat dezelve zich zullen gedragen als ftille en vreedzame Ingezetenen , voor welke de weg van Rechten , maar niet die van eigenwillige wraak , open ftaat, En interdiceren wel expresfelijk Onzen Prokureur-Generaal en alle andere Officieren iemand, wie hij zij, ter zake voorfchreven ooit of ooit in eeniger maniere te bemoeilijken, of in het rustig envrcedig genot van deze Onze amnestie en vergevinge teitooren of hinderlijk te zijnj welverftaandc nogtans, dat onder deze Onze amnestie niet begré pen zijn de zoodanige, die, onder voorwendzei van zugt voor de goede zaak , zich aan Moord , Roof, Dieflhüen Fallïteiten, of eenig ander niet tot oproerigheid, behoorende, maar op zich zelfs gaande, delict hebben fchuldig gemaakt, als dewelke Wij hier door geenzins willen bevrijden van •de door zoodanig delict verdienele, of aan dezelve bij Vonnisfe opgelegde en geinfligeerae draffen. En, op dat ni^ndhier van ignorantie pretendere, zo lasten cn bevelen wij, dat deze alommc zal gepubliccerd cn geaffigeerd worden, daar zulks behoort, en te gefchieekn gebruikelijk is. Gedaan in der. I lage onder het klein Zegel van den Lande, den £7 Serf 1787. (ond.) TerOrdonn.vsn de Staten, "'(was getekend) C. CLO TTERBOOKE. li.v»  Extract tiit de Refoïutien van de Heeren Staaten van HoU land en West -Vriesland, in Hun Edele Groot Mog. Vergaderinge genomen op. Woensdag den 3 October 1787. Ontfangen een Misfive van Prefident en Raaden» van denHove, op heden gefchreven, houdende &c. hier na geinfereerd. Edele Groot Mogende Heeren! Wij hebben outfangen UEd. Groot Mog. Misfive en Refolutie van den 26 dezer voorleden maand, waarbij UEd. Groot Mog. hebben goedgevonden cn verftaan, dat de Declaratoiren, Propefiticn en voordragten aan UEd. Groot Mog. I 2 gt«  C im ) gedaan , en bij UEd. Groot Mog. (*) Refolutie van den 23 derzelver maand vermeld, aan on* in originah zouden worden toegezonden, en dat, voor zoo verre dezelve aan de Regceringen der Steden waren gedaan, Burgemeesters en Regeerders van de refpective Steden dezer Provincie zouden worden aangefchreven , om zulks ten jpoedigften aan ons te fuppediteeren. Ingevolge van welke Refolutie dan ook aan ons zijn ter hand gekome negentien ftuks addresfen door zom- [*j Die Refolutie luidde als volgt: De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam proroneeren, of niet, in aanmerking van de verfcheiden Declaratoiren, Propoft én, cn A7oordragtcn, zoo in de Steden, als in dc'Souvcraine Vergaderingvan Hun Ed: Groot Mog:, doorfommige gewapende Schutterijen, Genootfchappen, Burger-Sa' «ietciten of door derzelver Gecommitteerden of doof • Wien ook gedaan, waar in de verregaanJlie, omgehoordfte, en onregtvaardigfte bedreigingen, zelf aan UEa: Gfoot Mog:, voorkomen, den Hove Provinciaal niet behoorde te worden vcizogt en gelast, om alle dezelve behoorlijk te examinceren, en UEd: Gr.Mog: te dienen van hunne confidcratien en advies , wat in dezen, toi-rust van den Lande, tot veiligheid van UEd: Gr: Mog:, of van alle andere Regeeringen , of Perfoonen , die daarin genoemd of bedoeld zijn, zoude kunnen cn behooren te worden gedaan; Het geen dien conform geconcludeerd, en aan den Hove Provinciaal verzonden is.  C 133 ) zommïge Schutterijen, Geriootfchappen, Burger-focieteiten of derzelver Gecommitteerden , en anderen aan de Sotiveraine Vergadering van UEd. Groot Mog. gedaan. Wij Lebben Ed. Groot Mog. Heeren ! offchocn tot nog toe ons niet zijn gefuppediteerd eenige Declaratoiren, Propofitien of voordragtcn in de Steden gedaan, echter gemeend, ter fpoediger voldoening aan het door UEd. Groot Mog. bij Hoogstderzelver Refolutie van den 22. September 11. van ons gerequiree/de , geen tijd te moeten verzuimen , om de gemelde door UEd. Groot Mog. aan ons toegezonden addresfen te examineeren, ten einde ons alzoo in (laat te fielleu , om deswegens voorloopig aan UEd. Groot Mog. te kunnen dienen van onze confideratien cn advijs. Ten dien einde moeten wij remarquecren, dat het aan ons is voorgekomen , dat alle de voorfchreven addresfen, wel verre dat dezelve zouden zijn ingerigt overeenkomftig den eerbied en die achting, welke een ieder Ingezeten aan zijnen Souverain, in het gemeen, en de Leden dezelve Conftitueerende, inhetbijzonder, gelijk ook aan die gecnen , welke van wegens dezelve niet de eminentfte charges zijn bekleed, is verfchuldigd , en van alle Ingezetenen met recht geëischt en gevorderd wordt, alle dezelve, één mogelijk 'uitgezonderd, (**) integendeel de een meerder de an- De Uitgever vertrouwt, dat hij zich niet'te veei R. 3 vleit,  C 134 ) f •ander minder zijn doormengd van zeer onbetnamlijke, beledigende en hoonende, uitdrukkingen, zoo wel 'met opzicht tot liet Suuvcrain gezag van UEd. Groot Mog. zeiven, als ten reguarde van den Perfoon van zijne Doorluchtige Hoogheid, den Heer Prins Erfftadhouder, midsgaders ooi; van de Heeren Staaten van andere Provinciën; en dat zelfs ook daarin verfcheiden , weinig met de gevestigde Conftitutie van dezen Lande overcenftemmende, zoo al niet dezelve geheel en al ondermijnende, redeneeringen en gevolgtrekkingen worden gevonden, ten dien cfTcctc , dat alle dezelve wel zouden verdienen aan een geftreiag onderzoek te worden gefubmitteerd. Dan, Ed' Groot Mog. Heeren! nadien bij de voorgemelde uwer Ed. Groot Mog. Refolutie alleen fchijnen bedoeld te worden zoodanige Declaratoiren. Propofitien en Voordragten , in welken dc verre* gaandfte ongehoordftc en onregtvaardigfte bedreigingen, zelfs aan UEd, Groot Mog. Vergadering, voorkomen, hebben wij gemeend, ten dezen onze attentie ook vöornaamlijk te moeten vestigen; Van dezen aart dan, Ed. Groot Mog. Heeren,. zijn ons in het bijzonder voorgekomen te zijn, voer vleit, met te onderftcllen, dat hier bedoeld wordt het door hem qq. geteekende Request in dato iSeptemb: 1786 \het £fitf/'g/7 deputeerden der Steden Haarlem, Lenden , Schiedam en Alkmaar, om daarop te verftaan de intentie van de Heeren hunne Principaalcn, cn dat voords aan gemelden Hove in originali zullen werden gezonden de bij derzelver Misfive verzogte addresfen onder de notulen van Hun Ed. Groot Mog. den 1 December 1786 en 4 Julij 1787 en nog een Request van Burgers van Hoorn on» derde notulen van den 17 November 1786. Accordeert met dc voorfz. Refoïutien*1  C 139 > ExtraS uit de Refoïutien van de Heeren Staatcn van Holland en West-Vriesland, in Hun Edele Groot Mogende Vergaderinge genomen op Zaturdag den 3 Afovember 1787. J3ij refumtie gedelibereerd zijnde op bet rapport, den 12 der voorleden maand ter Vergadering uitgebragt, door de Heeren van de Ridderfchap en verdere Hun Ed. Groot Mog. Gecom'mitteerden tot het groot befoignc, hebbende, ingevolge en tot voldoening aan Hun Ed. Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 3 tevoren, met Commisfarisferi van den Hove geëxamineerd de Misfive van den Prefident en Raaden van gemelde Hove ten zeiven dage gefchreven, waarbij, volgens Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van den 'Sé September, hadden gefuppediteerd derzelver V001>  ( I4° ) Voorlopige confideratien, omtrent 't geen dat nopen.? de Declaratoiren, Refoïutien en Voordragten , aan Hun Ed. Groot Mog. gedaan , en bij Refolutie van den 22 der laatstgemelde maand aan den Hove in originali gezonden, tot rust van den Lande, tot veiligheid van Kun Ed. Groot Mog. zeiven, of van alle Regeeringen of Perfoonen die daarin bedoeld of genoemd zijn , zoude kunnen en behooren gedsan te worden ; is goedgevonden en verftaan: I. Dat de addresfen, in dc Misfive van den Hove gemeld, zullen gefteld worden in banden van den Procureur Generaal en van de Officieren der refpcclive Steden enBailliuwen ten platten lande, daar dezelve geformeerd en getcekend zijn , midsPadrrs daar de Auteurs, Onderteekenaars derzelve, en verdere Perfoonen daar in deel gehad hebbende woonachtig zijn, ten einde daaromtrent zoodaanig te handelen, als het recht van de Kooge Overheid zal vereifchen. II. Dat zoodanige gewapende Genootfehappen door welke of uit welkers naam diergelijke addresfen zijn gedaaan , zullen worden ontwapend en gedisfolveerd &c. III. Dat overal alle diftintfive teekenen der Schutterijen zullen worden afgefchaft &c. IV. Dat alle Burgerfocicteiten , Genootfchappen en andere Corporatie* ofBijeenkom- ' ften  C -4- > ften, welke deel gehad hebben in de on-. wettige zoogenaamde Volksvergaderingen, daadelijk zullen woiden gedisfolveerd en vernietigd &c. Dat in het bijzonder zal onderzoek gedaan worden na de oprigters van zoodaanige Sociëteiten, midsgaders op de,wijze, waarop zij dit hebben gedaan, en hoe dezelve zich verder gedragen hebben terwijl ook al verder zal geinquireerd worden op de Gecommitteerden en Geconftituëerden , zoo van zoodaanige Sociëteiten als van andere Corporatien , onder welke benaaming die ook mogten zijn voorgekomen, welke mede in de voorfz. addresfen, het zij direcl of indirect, deel gehad hebben, of dezelve zich in die Posten ingedrongen, en hoe zich verder gedragen hebben; alle welke Gecommitteerden en Geconftituëerden bij dezen worden verklaard gedefungeerd te hebben. Dat ook zal worden geinquireerd op de aan• leggers en uitfehrijvers van de zoogenaamde Volks- of der zoogenaamde Genootfehappen-Vergaderingen , inzonderheid op die van de laatste Vergaderingen te Leijden en Amfterdam gehou* den; en, dat alzoo mede zal worden geinquireerd, op de zoogenaamde Commisfie der gewapende Burgercorps tot expeditie der Militaire zaaken, de Commandanten , en verder die geenen , welke in de zogenaamde Burgerlegertjes eenige autoritei*  C H* > telt geoeflend hebben, gelijk mede nopens het geene door dezelve bij die gelegenheid is verligt en uitgevoerd. Alles met dien ver [lande , dat, iagevalle Procedures tcgens eenige Ingezetenen , uit hoefde van deze Refolutie, zouden moete?rforden geëntameerd, dezelve Ingezetenen voor hunnen dagelijkjehen en competenten Rechter, zullen moeten worden opgeroepen, en te recht gefield. v En zal Extract dezer gezonden worden aan de Prafidenten en Raaden van dén Hoogen Raade en van den Hove Provinciaal, als mede aan Burgemeesteren en Regeerders van de Steden en de Gerechten ten platten lande, midsgaders aan de refpeftive Hoofdofficieren en Bailliuwen in de ■Steden en ten platten lande, tot derzelver nalicht refpeftive , en om zich daar naar te rëgüleeren. Accordeert met dc voorü. Refoïutien*  C -43 3 Extratï uit de Refoïutien van de Heeren Staaten van Holland en West-Vriesland i in Hun Ed. Groot Mogende Vergaderinge genomen op Vrijdag den 30 November De Heer van Wasfenaar , Hèer van Starrea- fcfirgt en verdere Hun Ed. Groot Mog. Geconu mitteerdeti tot de zaaken van de Juftitie hebben , ingevolge en ter voldoening van Hun Ed. Groot $fog; Refolutie Commisforiaal van den 48 dezer, wet°Comrnisfarisfen van den Hove geëxamineerd het ten gemelden dage geproponeerde door de Heeren Gedeputeerden van Rotterdam, teneinde Hun Ed. Groot Mog. tot wegneming der inconvcnièntca, uit h.et baawaar der tegenwoordige Schs-  C 144 3 ' Schcpenfloe!, om te delibereeren overdesddfes. fen, relatief tot Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van den 3 te voren, aan den Hoofd-Officier aldaar aangeschreven, en tot bevordering der Justitie dc voorfz. zaaken, met den gevolge en aankleven van dien, even ais volgens Refolutie van den 17 October laastledén in. een geval te Delft, m dit fpcciaal geval, voor zoo veel dezelve anderzins ter eert er inftantic door Schepenen van Rotterdam zoude moeten worden beregt, onverminderd en zonder prejudicie van de Privilegiën van de refpe », fchat Previlegie eerbiedig reclameerden, het ef„ fect van dien volftrekt te onthouden." .  C 147 ) dam, tot hun informatie en narigt refpect^ Ve. CD Accordeert met de voorfz. Refoïutien, (geteekend) C. Qlotterbookê, Ct) De Propoütie in 't hoofd dezer Refolutie gemeld luidde als volgt: De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam, hebben uit den naam en van wegens de Heeren hunne principaalen aan Hun Ed. Gr. Mog. voorgedragen: Dat van wegens de Schepensftoel der gemelde Stad tot kennis van Burgemeesteren . en door deze insgelijks ter kennis van de Vroedfchap was gebragt, dat de Hoofd Officier derzelve Stad ter kamer van Schepenen hebbende gecommuniceerd den inhoud der Refolutie van Hun Ed. Groot Mog. van den 3 dezer maand, op de poincten in» het voorlopig advis van den Hove, nopens het geen ten aanzien der Decla'ratoit en, Proppfitien, en Voordragten aan H&n Ed. Gr. Mog. gedaan, en hy Refolutie van den 22 September laatstleden aan den Hove gezonden, tot rust van den Lande,' tot veiligheid van Hun Ed. Gr- Mog. zeiven, of van alle Regeeringen of Perfoonen , di# daarin bedoeld.! of genoemd zijn, zouden kunnen en behooren gedaan te worden, mitsgaders de misfive van HunEd* Gr. Mog- van den 21 daaraan vólgende, aan voorn. Hoofd-Offlcier gezonden, teil geleide der addresfen. relatief tot de bovengemelde Refolutie van den 3 dezer maand,' de vooifz. Schepenftocl, zopdaanig Ka  C 148 ) 4?s dezelve tegenwoordig (§) is gcconftifuè'erd, zich bezwaard vondt om ter zaake bovengemeld in eenige deliberatie te treden, in confideratie dat dezel\e zich niet behoorlijk in ftaat of neutraat genoeg oordeelde, uit meer ais eenen hoofde, om in dc voorfz. zaaken het Rechterlijk Officie naar behooren te kunnen waarnemen, inftcerende dat derhalvcn daarin op de meest convenabele wijze mogt worden voorzien; dat de Heeren hunne principaalen dan ook wel hadden overwogen, door welke middelen het gevoeglijkst aan het voorfz. inconvenient zoude kunnen worden te gemoef gekomen , zonder eeni. ge krenking der Rechten en Privilegiën van de Ingezetenen hunner Stad, en midsdien in de eerfle plaats hunne gedagten wel hadden laten gaan of daar aan door de aanftelling ener andere Schepens /loei, of ook by wege van Suppletie, in navolging van het gunt onlangs door de Heeren Gedeputeerden der Stad Delft aan Hun Ed: Gr: Mog: in een diergelijk geval was voorgeflagen, door andere gequalijïceerde zich neutraal oordeeiende perfoonen t uit Ingezetenen hunner Stad, zoude kunnen worden geremedieerd; dan dat dezelve ook daarin, zoo v . door (§) Deze Schcpens-ftoel was eerst in O&ober 1787 geheel nieuw aangefteld, na dato van 's Hofs voorlopigadvies van den 3dcndier maand bl. 131, waarbij dc daar in gemelde procedures aan de Stedelijke Rechtbanken wierden overgelaten. .— Had men toen niet mogen verwagten, dat, bij 't nomineeren dief'nieuweSchepenen, de keuze gevallen zou zijn op de zulken, die zich neutraal keuden om het Rechterambt ie kunnen bckleeden, over die zaaken, welke "men reeds wist of konde voorzien dat geïnfiitueemfronden te worden-  door de moeilykheid en gtnbegzaame onmoogelykheid tot het vinden van daartoe gequalifireerde Perfoonen, binnen hunne Stad, dié zich in de gem. zaake meer neutraal zouden oordeelen, dmdc tegenwoordige Schopens ftocl, als ter-zaake van de haatelykheid en daar Uit voortvloeiende ongenegenheid om zich tot het waarnemen der Rechterlijke functicn, fpeeia'lijk in de voorfz. zaaken, te leenen, zeer veele, cn naar hunn' inzien onoverkomelijke, zwaarigheden hadden ontmoet, om 'welke de Heeren hunne Princp alen hadden gemeend, naar een ander meer uitvocrlijk en gepast middel te moeten uitzien, ten welken einde hun Heeren Gedeputeerden hadden gelast om aan Hun Ed. Gr. Mog. in bedenken te geven,of Hoogstdezelve niet gouden kunnen goedvinden, om, evengelijk ?ls bij Hun Ed. Gr. Mog. Refolutie van den 17 October laatstleden, in het voorfz. geval der Stad Delft is goedgevonden en verftaan, tot -wegneming van de voorfz. inconvenienten, en ten einde de adminiJlratie der Justitie in de voorfz. zaaken door het misbruik van dilatoire exceptien, incidenten of fustenucn , tot welke de tegenwoordige gefteldheid der voorfz. $'ch epen s foei menigvuldige pretexten zoude kunnen aan de hand geven, niet werde geJlremd, de voorfz. zaaken met de gevolgen en aankleven van dien, in dit fpeciaal geval, voorzoo veel dezelve anderszins ter eerfter inftantie door Schepenen van Rotterdam zouden moeten worden berecht, onverminderd en zonder eenige pray'udicie van de Privilegiën van de refpective Steden en da rechten der Ingezetenen van dien, en fpeciaal van de Stad Rotterdam, en blijvende dezelve voor het overige onverkort en in haar geheel, te renvoiieeron aan de iudicatuure van den Hove Provintiaal» ^ K3 m+  Placaat van Amnestie. Omtrent de geenen, welke zig gemengd hebben in de ramp/poedige Verdeeldhi.dtn, waar door deeze Provintie onlangs zoo aanmerkelijk is beroerd, en zulks onder zoodanige ■uitzonderingen, als de rust en veiligheid des Lands, en de uitoeffening evner ongekrenkte Justitie, vereisfchen. Den IS Februari] 1788, De Staten van Holland en Westvriesland , allen den geenen die deeze zullen zien of hooren Jeezen, doen te weeten ; alzo zijn Hoogheid, op den 11 November laatstleden, ter onzer Vergadering verfchenen zynde, aan ons heeft gedaan een Propofitie, tendeerende tot het emaneeren van een Placaat van Amnestie omtrent de geenen , welke zig gemengd hebben in de rampfpoedige verdeeldheden, waar door deeze Provintie onlangs zoo aanmerkelijk is beroerd, en zulks onder zoodaanige uitzonderingen, als de rust en veiligheid des Lands, en de uitoeffening eener ongekrenkte Juftitie, vereisfchen; waar in Zijn Hoogheid  C 15- ) beid nogthans alleen het oog gehad heeft op de beleedigingen aan ons, aan de refpeftive Regenten der Steden , en aan de Juftitie aangedaan , met voorbij gaan van die geene welke Zijn Hoogheid zelve, en hoogst deszelfs Koninglijke Gemalin, zoo zwaarlijk geinjurieerd enbeleedigd hebben. Zoo is 't, dat Wij daar op ingenomen hebben de Confideratien van onzen Hove, ons conformeerende met den hoofdzaakelijken inhoud van welgemelde Propoiitie, in aanmerking genomen hebben, dat verre de meeste van on^e Ingezetenen, welke zig in de bovengemelde Beroerten hebben gemengd, zijn aangefpoord, verleid, bedroogen of gedwongen door Perfoonen, die uit hoofde van haar aanzien of vooronderftelde kundigheeden , van meerder invloed op de Gemeente zijn, en welke denfehoonen naam van vrijheid en verbetering misbruikende, eene verandering in de Conftitutie en Regeringsform van den Lande hebben getragt te bewerken, om alzo deeze Provincie onder hun, met een genoegzaam willekeurig gezag, te beheerfchen. Weshalven wij alle zoodaanige Ingezetenen, welke zig zonder een verkeerd opzet, in de voorfz. Beroerten hebben ingelaaten , willende befchouwen als voorwerpen van clementie , aan alle dezelve, en een ieder van hun, verleenen een volkomen Amneftie en Vergiffenis van het K 4 gunt  ( 152- ) gunt ter zaake voorfz. door hen is gedaan cn ge* committeerde uitgenomen alleenlijk die geene, welke als de voornaamftc oorzaaken, bewerker» of aanftookers van dezelve Beroerten moeten worden aangemerkt; voor hocdaanige wij houden, en voor als nog, van onze Gratie en Vergiffenis uitfluiten (ten dien cffecte dat de Juftitie ten hunnen opzigte in ha-are volle werking en uitoeftening word gelaaten ,) de navolgende: te weten: Alle zodanige Regenten , Leden ofMinifters der Regeering , of hooge Collegien des Lands , zo in Politie als Juftitie., welke i. door verleiding van andere minkundige Ingezetenen , met geld, beloften of bedreigingen, hebben getragt een omkeering in !s.Lands Conftitutie en RegeeTingsform te bewerken. 3. WJke door ongeoorlofde Correspondenticn met vreemden, geconfpircerd cn geïntrigueerd hebben, om tot zulk een verfoeilijk einde, vreemd Krijgsvolk in het Land te brengen; of wolkeden naam en de autoriteit van den Souverain misbruikt hebben in onderhandelingen met vreemde Mogendheden. 3. Welke door het uitvinden of bedriegelijk verfpreiden van onwaaragtigc gcrugten van Vij. andelijkc desfeinen tegen deeze Provincie , het Land met fchrik hebben vervuld, en gebragt tot ccn ll;aat van dcfenlie, welke geheel noodeloos iod itf-v iatiftrgr • -■ ■ sÜfcMaA ta^oü:ovy^  ( 153 ) was, en waar door 's Lands Penningen op een onverantwoordelijke wijze zijn verfpild. 4. Welke de Opftellcrs zijn geweest van de acte van Verbintenis in de maand Augustus 1786 te Amfterdam begonnen te teekenen, of welke de hand gehad hebben in het doen van Propofitien in zoogenaamde Volks - Vergaderingen tot omkeering van de Conftitutie, en fpeciaal de Propoütie gedaan in zodanige Vergadering den 17 Julij 1787. Gelijk Wij mede van deeze Onze Amneftie cn Vergiffenis, voor als mog, uitzonderen alle zodanige Perfoonen, het zij dezelve zijn Regenten, Leden of Ministers der Collegien van Regeering en Juftitie , het zij particuliere Perfoonen, welke de Aucteurs en Aanvoerders zijn geweest van de afzetting der wettige Regenten, of der geenen, die tot de Nominatie van Regenten in fommige Steden en Plaatfen waren geregtigd ; wijders die last gegeevcn hebben tot het verzamelen cn optrekken van Burgerlegertjes, mitsgaders die derzelver Operatien hebben beftierd, het Oppercommando over dezelve gevoerd, of als zoogenaamde Secretarisfen daar bij gefungeerd hebben; als mede de Aucteurs en Aanvoerders der gee. ncn, die de Regenten, welke op een onwettige wijze waren geremovcerd , benevens fommige hunner mede Ingezetenen naderhand feitelijk hebben aangehouden, gearresteerd, of op eene enorme wijze bedreigd; voorts de geenen, welke last K 5 ge-  Ó54 ) l gegeven'hebben tot het berooven van 's Lands Magazijnen, zig meester te ma aken van de poorten der Steden , buiten kennis en toeftemming van de Regeering, of op eenige andere feitelijke wijze de Deliberatien der wettige Regente te ftremmen; wijders die last gegeven hebben tot het openzetten der Sluizen, en doorfteken der Dijken om het land te inundeeren, na dat onze Refolutie om geene refiftentie te doen aan de Troüpes van Zijne Pruisfifche Majefteit ter hunner kennis was gekomen. Alle Predikanten, en Geestelijken van andere Godsdienitigegezindhecden, welke, verzaakende de pligten van hunne Bedieningen, als exerceerende Leden van Genootfehappen van Wapenhandel zijn uitgetrokken, of welke bij de feitelijke Remotie der wettige Regenten in perfoon hebben geadfifteerd ; de Directeurs en Schrijvers der Hiftorifche, Vaderlandfche, beide Nederlandfche, ZuidhollandfcheCouranten,PolitiqueKruijer en Spectator met den Bril; en eindelijk de zoodanigen, die zig aan Doodfiag, en openbaare Daaden van Geweld tegen hunne meede Burgers, of andere zwaare Excesfen van dien aart, hebben fchuldig gemaakt. Dog zal het, onverminderd deeze uitzonderingen, aan een ieder, die mogt twijfelen, of hij ook onder deeze uitgezonderde Clasfen zoude kunnen geagt worden te behooren, vrij ftaan zig .binnen den  ( -55 ) den tijd van drie Maanden, na de Publicatie dee-, zes, aan Ons te addresfeereu ■> met fpeciaal verzoek, om mede in de Amnestie begrepen te worden: waar op Wij als dan zullen disponeeren, gelijk Wij, naar bevind van zaaken, zullen oordeelen te behooren. En ten einde door het uitoeffenen van een prompte en voorbeeldige Straf, geëvenreedigd aan het gewigt en dé omftandigheeden der Wanbedrijven, waar aan de uitgezonderden bij deeze Amnestie zig hebben fchuldig gemaakt, aan de Justitie genoegdoening gefchiede, en anderen van foortgelijke Euveldaaden mogen werden afgefchrikt. Zoo is 't, dat Wij, bij herhaaling van Onze voorige ordres, aan alle Onze Officieren crimineele Jurisdictie exerceerende, op het errrftigfte aanbevelen, naar de uitgezonderde Hoofd aanleggers en Bewerkers van den verderflijken toeleg tot verandering der Conftitutie en Regeeringsform, een naauwkeurig onderzoek te doen, en het regt van de Hooge Overigheid tegen dezelve waar te neemen; gelijk Wij mede aan Onze Hoven van Justitie en andere Regtbanken, voor Welke deeze Actiën zullen worden geinftituëerd, ev«n nadrukkelijk aanbevelen, eene prompte, en met 's Lands Wetten overeeukomftige, Justitie te doen.  C -56") En op dat wijders deze Onze Amnestie geene verhindering moge toebrengen aan hetzoo hoognodig Iosmaakcn en vernietigen der vcrclerifclifke Factie cn Cabaal, waar door dit Gemeenebcst op den oever van deszelfs ondergang gebragt is; en dewijl dezelve Amnestie ook gefchikt is, cn tot haar gevolg behoord te hebben, dat dc gemoederen der Ingezetenen tot bedaardheid gebragt, en de zo gewenschte Rust herfteld werde, zoo willen en begeeren Wij voorts, ingevolge Onze Refolutie van den 3 November des voorlceden jaars 1787, waar bij is goedgevonden, dat alle Burger-Sociëteiten, Genootfehappen of andere Corporatien, en bijeenkomften, welke deel gehad _ hebben in de onwettige zoogenaamde Volks-Vergaderingen , dadelijk zouden worden gedisfolvecrd en vernietigd; dat Onze Procureur Generaal en refpective Officieren ten fterkften zullen vigileeren tegen het weder oprigten van al zulke Sociëteiten en Genoodfchappen, waar in zaaken van Politie, of Staats- Stadhouderlijk en Stedelijk beÜuur, tot onderwerpen van deliberatie of befchikking zouden worden gemaakt, mitsgaders tegen die geenen, welke tot voorfz: eindens, onder welke benaamjng of pretexten dezelve ook mogten vooikomen, weder opgerigt zouden mogen zijn, Interdiceeren nogmaals op het nadrukkelijks?; *lien Predikanten cn Geestelijken van allerlei Ge. 2 in ér  C -57 ) zindheid, voortaan eenige zaaken van Staat ofRepeering op den Predikftoel, of in hunne Kerkelijke bijeenkomften, Huisbezoekingen en Catechïfatien te* verhandelen, of hunnen invloed op de Gemeente ten.-dj en einde te misbruiken;' gelijk Wij mede crnftiglijk verbieden,hetmaaken,drukken , debiteeren en disfemineeren van Pasquillen en Spotprinten, mitsgaders het infereeren van. fpotagtige, hekelende of tergende, periodens, hetzij bij forme van Brieven, als anders, in Couranten of periodique Gefchilften; als zaaken alle nergens anders toe ftrekkende, dan om de animo* fiteit en onderlinge verbittering in de gemoederen te blijven aankweeken. Verbieden mede wel expresfelijk allen en een iegelijk om de Lieden, welke bij deze Onze gratie hebben geobtineerd, of iemand, wie het ook zij, op eenigerhande wijze fmadelijk te bejegenen, of in Perfoon of Goederen te beledigen, terwijl Wij teffens verwagten, dat dezelve aan hunne zijde zig mede zorgvuldig zullen onthouden van al dat geene, het welk billijk aanftoot of nieuwe oorzaak tot verbittering zoude kunnen geven: Zullende dezelve, ingevalle zig op nieuw aan eenig misdrijf van gelijken aart, als waar van zij bij dezen vergiffenis bekomen, mogten fchuldig maaken, als dan niet alleen ter oorzaak van dit hun nieuw, maar ook om de voorige wanbedrijven, naar exigentie van zaaken geftraft worw den;  C 158.) den: gelijk mede Onze hoogde indignatie zullen incu-reeren, en naar rigeur van Regt en Wetten dezer Landen zullen worden geftraft de zoodanigen, welke dit Ons Placaat in eenigè der hier bevorens geexpresfeerde Poincten zullen komen te overtreder, of tegen'te gaan. Gelasten en bevelen derhalven Onzen Procureur Generaal en Officieren, zoo in de Steden als ten Platten Lande, en generalijk alle Regenten, Magiftraten, Geregten en Onderzaten, tegenwoordige en toekomende, zig naar den inhoud dezer te reguleeren, en een iegelijk (buiten de voorfz. uitgezonderden) het effect en gevolg van deeze Onze Amnestie rustelijk en Vredelijk telaate'n geniéten; hun verbiedende tegen iemand, ter oorzaak, of over iet dat daar toe betrekkelijk is, eénige de minfte recherche, veel meer eenige befchuldiging of actie, aan te ftellen of bereids begonnen zijnde verder te vervolgen , nademaal Wij. verftaan, dat alle dezelve, uit kragt van deeze Onze Amnestie kwijt gefcholden en ontoegereekend blijven; mitsgaders in eeuwige vergetenheid zuilen worden gefield, behoudens nogthans zoodanige civile adien aan die Onzër befchadigde Onderzaten, als tot herftelling van de toegebragte fchadens hun in Regten zullen competeeren. Des zal een iegelijk, die uit vreeze. voor de vervolging van de Justitie uit het Land gewee'ken was, en nu van deeze Onze Gratie zal willen pro_ ft-  C 159 ) fiteeren, gehouden zijn, binnen den tijd van dfié maanden na het publiceeren deezes tot zijne voorige woonplaats te rug te keeren, oppcene van het . effect derzelver Gratie te verliezen; ten ware hij naderhand wettige redenen konde allegeeren ?' waarom de wederkomst binnen den gemelden tijd niet mogelijk is geweest, waarover de Magiflrraat van zijne woonplaats zal oordeelen. Vermaanende voor het overige allen en een iegelijk Onzer Onderzaaten tot verzaking, niet alleen van de pernitieufe drift ter onderneming of bewerking van nieuwigheden, maar ook van alle losbandigheid, aanftootelijke gedragingen, gedisfipeerde en ongeregelde levenswijze, en generalijk van allen redenloozen handel en wandel, waar toe de meergedagte tfoubles eene meer dan gemeene aanleiding hebben gegeven: en dat een iegelijk zigbevlijtige,om de daar door grootelijks veroorzaakte verwaarloozing van Godsdienftige en Burgerlijke Pligten, met een tegen overgefteld gedrag en wandel te boeten en beteren, op dat een iegelijk deelgenoot zijn moge van den als dan over Land en Volk billijk te verwagten Zegen des Allerhoogften: voorts, om bij alle gelegenheden, en in alle opzigten, elka^nderen heusfchelijk te bejegenen,en in goede verftandhouding te leven, zonder zig door verfchillende benoemingen, of' afgezonderde bijeenkomften, van den anderen te willen onderfchejden; en alzs>een ieder, zooveel in.  C 160 ) in licm is 'het zijne tot herfïel van de onderlinge1 harmonie en eensgezindheid te helpen toebrengen, en zig jegens Ons, als Hooge Overheid, omtrent Zijne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Erf-Stadhouder, hunne refpective Regenten, Magiftraaten en allen anderen, die in hoogheid over hun geiteld zijn, met betamelijk ontzag eerbied, gehoorzaamheid en onderwerping te.gedragen, en generalijk in en omtrent alles te. leven en handelen, zoo als vredelievende, getrouwe en gehoorzaame Onderzaaten en Burgers betaamd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie praetendeere, zoo lasten enbegecren Wij dat deeze alojmue zal worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelijk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande, den 15 Februarij 1788. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten, (Was gefceekend,} C. Chuerhoks. Vla*  C iö-i } Placaat van Amnestie van 24 Februarij 1788. l)e Staaten varl Holland en Westvriesland, al* len den geenen, die deeze zullen zien of hoon» leézen, falut doen te weeten j dat wij met de tiitterfte aandoeninge van tijd tot tijd hebben vernomen, dat veele onzer Ingezetenen zo in de Steden als ten platten Lande, aan welken Wij bij Onze publicatie van den 27 September 1787 > uit zonderlinge gratie wel hebben willen verleenen volkomen vergeving en uitwisfmg van alles1" hetwelk door hen, uit hoofde van "aankleeving aan, en ijver voor, de belangen van het Vorftehjk Huis van Orange, mogte zijn misdreven, in plaatfe van zig als ftille en vreedzaame Ingezetenen te gedraagen,en alzoo de vrugten van de gelukkige omwenteling van zaaken te genieten, de Onrust en Wanorde fteeds blijven voeden, door andere hunne Medeburgeren, welke van hun in denkwijze over de gezegende Conftitutie verfchiih tai *  len, of verfchild hebben, in hunne Perfoonen en Goederen kwalijk te bejegenen en te mishandelen, en hunne verkleefdheid aan het Doorlugtig Huis van Orange, tot een voorwendfel van allerleije daaden van geweld te misbruiken. Dat dezelve Onze Ingezetenen Onze aan hun vertoonde clementie aldus zeer ondankbaar beantwoorden, zig zeiven bloot ftellen aan de regtmaatige vervolgingen der Crimineele Juftitie, en aan de geftrengheid der Straffen, door Ons bi] verfcheiden Wetten, tegens zodanige buitenfpoorigheeden geftatueerd, welke Straffen door Ons aanmerklijk zouden moeten worden verzwaard , en met de uiterfte ftrengheid ten uitvoer gebragt, indien ongelukkiglijk een fteeds voortduurende moedwil en wreevel onder Onze Ingezetenen voortging , waar door langs den kortften en zekerften weg de ondergang van dit gezegend Land zouden worden bewerkt. Dan, daar wij , alvoorens over te gaan tot die peftrengheid, welke zulk eene handelwijze zoude vorderen, de gemoederen van alle Onze Ingezetenen, ware het mogelijk, tot bedaardheid en meedewerking tot herftelling van de Rust, door den weg van zagtheid, en gepaste clementie wenschtcn te brengen, en wij daar van op nieuws hebben goedgevonden, een doordraaiend bewijs te gecvcn door het verkenen van amnestie en vergiffenis aan zodanigen van Onze ln«  Ingezetenen, welke zig door onkunde of misleiding hebben gemengd in de beroenens , welke tct omkeering van 's Lands Conftitutie zijn ondernomen. ZOO IS 'T, dat wij , voor de laatfte reize een proef willen neem en, of Onze Ingezetenen, welke hunne aankleeving aan de Oude Conftitu tie , en aan de belangens van zijn Doorlugtige Hoogheid., onzen geliefden Erfftadhouder, zoo fehandclijk hebben bezoeteld , door op nieuws Onze Souveraine gunst en goedertierenheid te ondervinden, gebragt zullen kunnen worden tot die bedaardheid en rust, zonder welke alle maatregulen, tot behoud des lieven Vaderlands genomen, van geene vrugt kunnen zijn ; hebben goedgevonden en verftaan, na daar op ingenomen hebbendé de Confideratie en het Advis van Onzen Hove, uit zonderlinge gratie, zoodanige van Onze Ingezetenen , welke zig ter zaake der feclert een geruimen tijd plaats gehad hebbende Partijfchappen mogten hebben fchuldig gemaakt aan het pleegen van infolentien, aan de Perloohett of Goederen van hunne Medeburgeren, etf uit hoofde van dit- misdrijf , het welk Wij met de uiterfte indignatie en verfoeijing befchouwert, in Crimineele Procedures zijn of zouden kunnen worden ingewikkeld , voor ditmaal willende aanmerken als voorwerpen van clementie, aan dezelve en een iegelijk van hun, te verlée-' L 3 neas  C IÖ4) hen, gelijk Wij verleenen bij deezen, eene volkomen amnestie, en vergiffenis van het geene "ter zaake voorfz. door hun is gecommitteerd , faict uitwisfing van alles wat zij daar door tegen Ons zoude mogen hebben misdreven , verklaaFëhÖe alle Procedures uit dien hoofde, tegens dezelve aangevangen, het zij dezelve nog hangende, of reeds getermineerd zouden mogen zijn, voor vervallen. Bevelen cn gelasten de respcftive Officieren en Gerechten , alle uit dien hoofde aangevangen Procedures te ftaaken, cn interdiceercn wel expresfelijk Onzen Procureur Generaal en alle andere Officieren , iemand wie hij zij , ter. zaake van zoodanig misdrijf, waar van bij deezen vergiffenis heeft bekomen, in eenige maniere te bemoeijclijken,maar den zeiven het effeeft en gevolg van deeze Onze Amnestie ruftelijk en vreedelijk te laaten genieten : welverftaande, dat onder deeze Amnestie niet zullen zijn begrepen de geenen , welke zig aan het gcweldadigvervoeren vanhunne Mede - Ingezetenen, ofte aan moord, roof, ofte diefftal, mogten hebben fchuldig gemaakt. En ten einde niemand van Onze Ingezetenen, wie hij zij, en welke denkwijze hij in de plaats gehad hebbende verdeeldheden mogte hebben gevolgd, uit Onze aan hun zoo bij Placaat van den 15 Februarij 1788, als bij deezen betoonde clementie , en r verleende vergiffenis , eenige hoop  C 165 > hoop op ftraffeloosheid' voor het toekomende j verkeerdelijk aileide, en met Onze goedertierenheid zig vleijende, op nieuws aan eenige rustver.ftoorende wanbedrijven,onder welk fchoonfchijncnd voorwendzel zulks zoude moogen zijn, fchuldig maake. ZOO IS 'T, dat wij nogmaals op het aller ernftigfle allen cn een iegelijk wien het -behoud des Vaderlands en zijn eigen welzijn en leven dierbaar is, vermaauen en wanrfchuwen, . om zig van nu voortaan als ftille en vreedzaame Ingezetenen te gedraagen, en zig zorgvuldig te wagten van alle fmaadelijke bejegeningen, of mishandelingen van de Perfoonen of Goederen van iemand, van zijne Medeburgeren of Ingezetenen, wie hij zij, cn in het algemeen van alle aoodanige .rustverfloorcmle daaden en bedrijven , welke bij onze voorige Publicatien , en bijzonder bij die van den 13 December 1787 , zoo fcherpelijk zijn verboden , alzo Wij willen en begeeren, dat dezelve Onze Publicatien , voor het toekomende, in hunne volle kragt en werking zullen blijven, en de Overtreders aan alle de geftrengheid yan de Straffen en Pamaliteitea daar bij gefield zullen worden overgelaaten , zonder eenige het allerminile gratie, oogluiking» of verfchooning. Ordomieeren en gelasten derhalven wel uitdrukkelijk Onzen Procureur Generaal en alle andere Officieren van onzen Lande, van nu voor, L 3 ta.au  C 166 ) taan met de uiterfte geftrengheid , te procedeeren tegens die geenen , welken zig aan een of .ander der voorfz. wanbedrijven mogten fchuïdig maaken, en de voornoemde Onze Publicatien , bijzonder die van den t& December 1787, pra> cifelijk te executeeren, op pame , dat de Officieren en Justicieren, die in deezen nalaatig zijn, niet alleen van bunne Posten zullen worden ontzet, maar boven dien , na vercisch van . zaaken, zullen worden geftraft, bevelende Onzen Procureur Generaal, op het gedrag van de refpective Officieren naauwkeurig acht te neemen. Gelijk Wij mede wel ernftig gelasten aan alle Schouten en Gerechten ten Platten Lande , om, het geen contrarie de voormelde Onze Publicatien door hen zoude mogen worden ontdekt, ten fpoedigften te brengen ter kennisfe van den Officier van hunne Plaats of District, en denzelven tot nafpooring en ontdekking van de Schulp digen, zooveel mogelijk, de behulpzaame hand te bieden , op pame van in deezen nalaatig zijnde, naar vereisch van zaaken, zelfs met privatie van hunne Officien , te worden gecorrigeerd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeeren Wij , dat deeze alomme zal worden gepubliceerd cn ge-  C i<57) geaffigeerd daar zulks behoord en te gefchieden, gebruikelijk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande den at Februarij 1788. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,} C. Clooterbooke, L4 Co-  Copie Ediclale Citatie den 2 5 Febr. 1788 na klokjlag op de pui je van de groote Zaal van den Hove in 's Hage gedaan, en op de deur aldaar aangeplakt, kragte van zeker mandement crimineel, met dt slaufule van edicte ad va/vas curia , in dat'9 den 1 Februari] 1788 van den Edelen Hove van Holland, Zeeland O en Vriesland, geimpetreerd bij (*) Hoe zeer liet Hof niet alleen dezen titul voert, maar ook daadelijk jurisdictie heeft, zoo wel over Zeeland als over Holland, fchoon in fommige opzichten met eenig onderfeheid , volgens de convcntien tusfchcn de beide Provinciën ; is het echter, uit de evenvcorgaande Refolutie, en uit den aart der zaaken welke daarbij aan den Hove Provmciaai £iin gedelegeerd, of gerenvoijeerd, zeker, dat het -" ' - zelve  C 169 ) bij den Procureur Généraal over de voorfz. landen, Zoo is "t", dat ik ondergefz. Jean Jeremic Vaisjbire, eerde Deurwaarder van wclgcmelden Hove, van wegens de Hooge Overheid, mits dezen dagvaarde Mr. Hendrik Arnbld Kreet, Advocaat, gewoond hebbende te Rotterdam, docliNÜ voortvluchtig zijnde, (**) in Perfoon, op pcene van Ban, te compareeren voor welgemeldcn Hove Zelve Hof in dezen alleen kan befchouwd worden als een Hallandfche Rechtbank. Trouwens de zoogenaamde cas Royaux (de misdaaden zelfs van gekwetfre Majefteit,) kunnen, niet begaan worden, dan alleen tegen dien Souverain, wiens onderzaat men is; of op wiens grond-gebied men misdaan he ft: en bijgevolg kan ook de ftraf derzelve zich niet uitftrekken, buiten het territoir van dien Souverain, wiens Majefteit of Hoogheid wordt geoordeeld gekwetst of beledigd te zijn. -— Dit heeft thans -hier geen breedcre adftructie nodig. ■— Dat de reden, waarom men in gemeene-deliclen, als diefflal, falfiteit, en diergeiijke, fomtijds verder kan gaan, in dezen geen plaats heeft, begrijpt iedert die er maar even op doordenkt. (**) Dit is naar Rechten niet bewijsbaar; want hij is nooit ten zijnen woonhuize geciteerd, veel min gezogt; en,al ware zulks gefchied, en hij niet gevonden, dan zou daar uit nog niet volgen , dat hij te dier tijd voortvluchtig of zelfs uitlandig was, veel min dat hij zulks op den iften Februarij reeds geweest ' Vfas. h 5  ve, op Maandag zullende zijn den 7 April 178S, omme te aanhooren zoodanigen cisch en conclufie crimineel, als de voorn. Impetrant, terzake in den mandamente gemeld, tegen hem zal willen doen en nemen, en voorts te procedeeren als naar Rechten. Aftum den 25 Februarij 1788. Cgeteckend) 3°. J. Vaisfairc. Aan  C ij* ) Aan de Edele Groot Mogende Heeren Staat en van Holland en V/est-Vriesland. G eeft met fchuldigen eerbied te kennen Mr. H, A. Kreet, geboren Burger en Invvooner der Stad Amfterdam, dat hij nimmer in zijn privé, of ah particulier, zich met zaaken van *s Lands Regecring heeft bemoeid, nooit heeft gefchreven, of deel gehad in het fchrijven of uitgeven van, eenig boek, blaadje of pasfage in enige nieuwspapieren of periodijeque of andere pamphlets, direct- noch indirect, noch ook uit zich zeiven eenig addres of ander gefchrift heeft opgefteld, ora het teckenen en inleveren van dien vervolgends aan anderen aanteraaden, of fmakelijk te maken. Maar dat hij (evengelijk veele andere Practizijns) gemeend heeft zijnen dienst als Advocaat niet te mogen weigeren aan zoodanige Collegien  c m > gien (*) of Leden van Collegien, die hem nu of dan tot het extendeeren van enig protest, bericht of (*) Bij zeker in druk uitgegeven Rapport van dato ia April I788 vindt de Uitgever ia een ongunftig licht voorgemeld : „ dat hij een verzoek en conimis„ He van Heeren Schepenen der Stad Rotterdam van „ den r3December 1786 had aangenomen, en alzoo „ de waarneming van het Officie aanvaard, in „ ce« zaak, waar van , noch uit de notulen der Wet„ houderfchap, noch uit het Register der Grimineelo „ bcfoignes van Schepenen, iets anders komt te blij„ ken, dan dat één der Schepenen zoo veele mon. „ delmge informatien in de Weth gegeven had die „ nogthans niet genotuleerd waren, dat men'wel „ geioovcn mogt &c. — 't Is zoo, — dat hij die commisfie heeft aangenomen, - maar niet dat hij zich ooit geüit heeft, of hij m die zaak een crimineele actie vond? — veel min tegen wien ? — en welke provifie van justitie hij deswege R. O. zoude verzoeken? Het fpreekt immers van zelfs, dat de informatien, welke van die zaak in handen van Heeren Schepenen waren door dat Collegie niet aan hem gereveleerd, en dus' ook door hem niet beoordeeld konden worden voor lujde commisfie, waar toe hij verzogt was, aangenomen en beëedigd had De Heer DHonorè zal ook geene meerdere ouvertures gehad hebben -I en heeft dus die commisfie mede geaccepteerd ' m t onzekere, of hij ftof tot eene actie zou vinden 4sn niet — Het waarnemen van 't Officie beftaat -r ; ooki  C 173 O of memorie, hebben verzogt, om van dezelve> door hen naar welgevallen gealtereerd zijnde» zoo- oók , en wel in de eer/le plaats, in het nemen van prscerlente informatien ter ontdekking zoo wel van onfchttld, als van fchuld, d'ezelve fcrupuleus te examineercn , cndan zich te bepalen, — of en wat er verder van wege de Hooge Overheid behoort te gefchieden ? — Dit verrigt hebbende, had de uitgever aan Heeren Schepenen ' kunnen* declareeren, dat hij, of u t den aart van het gebeurde, of uit defect van bewijs, in Rechte geen grond vondt om ter dier zaake R. O, als accufator publicus te ageereri, en daarmede had hij dan in die commisfie ■ gedefungeerd» —- Maar eigentlijk gefproken — heeft hij de waarneming van 't Officie nooit aanvaard, gelijk de Heer DHonore, die, zoo als 't Rapport zegt, tot het doen van zijn Eed was overgekomen, —« dewijl hij, wel verre van zich tot het doen van den Eed te fistecren, integendeel, zoo als in 't zelfde Rapport almede geadvotieerd wordt, enige ccmfideratlen tegen enige articulen zijner Inftructie heeft gemoveerd, waar mede die zaak is blijven Heken!— Men had er nog kunnen bijvoegen dat de meeste dier confideratien tot zijn genoegen zijn afgedaan, bij ene Refolutie van de Vroedfchap, NB.ytórdege, beurtenis van 23 April 1787, — doch dat hij, om eene bij hem overgeblevene diffictiitelt, zich nader, aan Schee  C 174 ) zoodanig gebruik te maken, als zij ter hunner intentie dienftig oordeelden ; en dat hij op diert zelfden voet ook heeft gediend de Geconftituëerden van een aantal voorname Burgers en Ingezetenen zijner toenmalige woonplaats Rotterdam, welke qualiteit bij de Vroedfchap en Wethouderfchap van die Stad was erkend; zoo als hetla;,tstgemelde Collegie aan UEd. Groot Mog. bij zekere gelegenheid heeft vertoond. Dat hij Suppliant nimmer is geweest Lid, 't zij in naam of daad, van eenig gewapend Genootfchap, (§) en ook direct noch indirect, geen auc- Schepenen geaddresfeerd, en, zoo lang die niet weggenomen was, zich van het waarnemen der Commisfie geexcufeerd heeft. CD Het vrijcorps te Rotterdam is eigenlijk nooit gewapend geweest, maar gedisfolveerd eer het een wezenlijk beftaan had- De fuppiiant heeft, blijkends den datum bij zijne naamteekening (taande, daar in geen deel genomen, dan na dat het zelve den 14 Januarij 1784, bij de weth. was gepermitteerd —— en alles , wat hij in dat corps verrigt heeft , is geweest, dat hij in twee of drie vergaderingen, (doch niet in die van 27 April) is prafent geweest, en in eene derzelve, met Dhr* be* velhebber Abraham Verstolk en anderen , heeft helpen ontwerpen en vastftellen het Declaratoir, 't welk op den 6 Maij 1784 door evengemelden Heer aan  C i75 ) aucteur, aanvoerder of medehelper van derzelver ondernemingen, ja zelfs nooit voor zoodanig Genootfchap eenig opftel hoegenaamd geconcipieerd of aan Heeren Commisfarisfen van de weth is overgeleverd, behelzende een defadveu en ronde af keuringe van zekere door een der Leden begaane onvoorzichtigheid, en duidelijke belofte van te zullen effectueeren, dat niemand der Leden zou achterlijk blijven de boeten hunner abfentie in de burgerwacht te betalen , en dat opftel had , zoo als Dhr. Verstolk toen verzekerde, aan hun Ed. Groot Achtb. zeer voldaan. Dezelfde Heer, nevens de toenmaalige Hoofdofficier, voor wien de Suppliant te dier tijd de eere had als Advocaat vrij veele moeitens te doen, (trouwens uit dien hoofde moest hij bij meer Heeren in goede gedagten zijn) zal zich kunnen erinneren den trouwhart'gen en ernffigen raad hun Ed. ten zijnen huize gegeven, om namelijk , door het effeaueeren eener onverwijlde rcforme in de Schutterij, de Leden van 't voorfz: Corps te dis-poneeren, om van 't zelve, als dan niet meer nodig zijnde, aftezien.' Had men dezen weg gelieven inteflaan , dan zou men de gebeurtenis van den 10 Julij, cn het daar uit geproflueerde Request van een goed getal Burgers On 't welk hij echter geen het minde deel heeft gehad) aan den Souverain gepnefenteerd, met ilV Tt geen daarop gevolgd is, hebben kunnen prseveaieeren: ■■«- ,  C I-O öf geëxterideefd, veel min ietwes verligt hééft' in, of ten behoeve van, een burger-legertie. (f) Dat hij in Meij 1786 door den grooten Krijgsraad der Schutterij te Rotterdam aangefteld en bi} de Wethouderfchap erkend zijnde als Secretaris van dat Collegie, op een vast tractement, en onder de expresfe verpligting van voor 't zelve te moeten concipiëeren, extcndceren, en reekenen 'alle memorien, berichten, addresfen, en andere fchriftuuren, welke hem gelast zouden worden, hij dus, in die qualiteit zich niet heeft kunnen of mogen onttrekken, van 't geen door hem, pp Refolutie en AuctQiifatie of ordre van dien Krijgsraad of deszelfs Gecommitteerden , van tijd tot tijd is verrigt, en 't welk naar alle Recht en Reden CO Dat dit geene geaffecteerde ontkentcnis , maar' met zijne waare denkwijze overeenkomftig is, kan | overtuigend blijken uit het hier voor bi: 162 ree's . gemelde Request, door hem in naam en last van . de Rotterdamfchc Geconftituëerden geteekend, en opden 1 September 1786 aan Hun Ed. Groot Mog: Ij gepraefenteerd, waar in hij ten.fterkften openlegt .. de gevreesde gevolgen vaai het uittrekken van geWapende Burgers. Trouwens het is te Rotterdam i aan ieder .bekend, dat hij tegen dat uittrekken zich zoo langjnogelijk gcoppofeerd, en daar door veele on vrienden gemaakt heeft; " ■  IC W ) den ftondt ter verantwoording van zijne voornoemde principaal en. Dat de gemelde Krijgsraad, in Augustus 1787, door de Gecommitteerden uit de Provinciale Vergadering der gewapende Burgercorps tot de Militaire zaaken, te Woerden refideerende , bij Misfive genodigd zijnde tot eene Generaale Vergadering van Krijgsraaden, Genootfehappen, Geconftituëerden uit de Burgerijen &c. te Amfterdam te houden, (*) belloten heeft een hunner MéCO Uit de Extracten, C. en E. gevoegd bij eene Memorie van den Hr. Advocaat Fiscaal van Braband en den Lande van Overmaazü, aan Hun Hoog Mog. geëxhibeerd den 28 Januarij 1788, zou het kunnen fchijnen , als of alle de daar in gemelde bijeenkomften en deliberatien aan eene en dezelfde Vergadering , in fuccesfive recesfen , moesten worden toegefchreven. Doch dit is verre' van daar, .— de algemeene provinciale Vergadering te Jlni~ ~ /Ierdam van Krijgsraaden en andere, gewapende en ongewapende , corporatien is voor 't allereerst gehouden den 24 en 25 Auguftus 1787. en heeft niets gemeens met de vroegere Vergaderingen te Leijden, Dordrecht, Utrecfa en Delft gehouden, ën welke almede van onderfcheiden aart waren, — dezelve wierd. gecontinueerd tot den 17 September ■,: en is toen ook nog eenige dagen bij een. geweest; — doch heeft over de.psinéten, waar op  Medeleden , nevens hem fuppliant dentfaards te committeeren , waar toe de voornoemde Krijgsraad, welke bevorens nooit een lid dier Provinciale Vergaderingen geweest was , voornamelijk is overgegaan door het bekomen bericht, dat het legertje, 't welk, uit de gewapende Genootfehappen gecompofeerd, was bij een getrokken, gemunieerd was met patenten of voorfchrijvens van UEd. Groot Mog. Gecommitteerden tot dafenfie dezer Provincie en der Stad Utrecht, 'gelijk de meeste dier Genootfehappen ook reeds lange te voren door UEd. Groot Mog. waren genomen in Hoogstderzelver fpeciale protectie. Dat hij in die Vergadering, (welke bij conti* nuatie ook op den 17 September en eenige volgende dagen haare, fesfien gehouden heeft, doch op den 26 dier maand , oogenbliklijk na dat UEd. Groot Mog. placaat van den aaften te Amfterdam was bekend geworden, gefcheiden is,) door den wil van de meerderheid der Leden , zich wel niet heeft kunnen ontllaan van fommige commisiïen op zich te nemen, en ook als mede Secretaris te fungeeren; doch in die qualiteit niets, dan een klein gedeelte der notulen , heeft ze befchreven was, of eenig gedeelte derzelve, volftrekt niet gedelibereerd , dan alleen over het vierde poin&, 't welk gedeclineerd en afgekeurd is.  C i?9 ) gecoucheerd, en geen het minite deel heeft gehad aan het Request , (*) 't welk in de voorfz. Vergadering gearresteerd , en in het laatst van Augustus ter tafel van UEd. Groot Mog. is ingeleverd 5 waar tegen hij fuppl. en zijn mede Gecommitteerde , van wege den Krijgsraad der Stad Rotterdam , zelfs een protest in de notulen heeft doen infereeren , zoo als ook door veele andere der voornaamfte Leden is gedaan ; en dat het ftellen van zijn naam onder de notulen van die Vergadering niet anders is gefchied , dan om daar door de echtheid derzelve te conftateeren; terwijl daar uit geenszins volgde, noch geciicieerd konde worden, dat de fuppliant zich met alT deninhoude van dezelve had geconformeerd; waar van het tegendeel genoeg bekend was , en door hem bij dezen naar waarheid wordt gedeclareerd. Dat hij, uit hoofde van alle zijne voorfz. verrigtingen, niet kunnende verwagten eenige pourfuite of bcfchuldiging, dan ook met alle gerustheid naar Rotterdam zou zijn geretourneerd 5 doch op de bekomen tijding dat de Schutterijen Krijgsraad aldaar gedisfolveerd , en dus zijn ambt vervallen was , en dat in die Stad diverfe Leden van den Krijgsraad veele onaangenaamheden hadden moeten pndergaan, wel- O Zie hier yaor bi. 1^5. reg. 3 en 4, M a  C i3© ) welke hen genoodzaakt hadden zich naar elders te retireeren, waar toe zijn huisgezin mede had moeten beiluiten, te raade is geworden in zijne geboorte ftad Amlterdam te blijven en zijn domicilie te vestigen , en, bemerkende dat dit niet genoeg bekend was geworden, zulks openlijk in de Rotterdamfche Courant herhaalde maaien heeft geannonceerd, (f) Dat, gelijk hij dus niet als fugitijf aangemerkt konde worden , hij ook vertrouwde niet gecomprehendeerd te kunnen worden 4 UEd. Gr. Mog. Refol. van 30N0V. 1787.0 bij 1 - welCO Bij de volgende Advertentie, ftaande inde Rotterdamfche Couranten van 5, 8, 10 en 12 Januarij 1788. Mr. H. A- Kreet, Advocaat, gewoond hebbende te Rotterdam, adverteert, om alle misverftand en het verdwalen vsn brieven voortekomen, dat hij op zondag den 16 September 1787, om affaires, naar * Amfterdam vertrokken zijnde, en aldaar vernomen hebbende, dat de Rotterdamfche Schutterij en Krijgsraad , waar van hij het Secretarisampt bekleedde , was gedisfolveerd, het befluit genomen heeft te Amfterdam, waar hij een ingeboren poorter is, te blijven en zijn vaste domicilie te houden , en ten dien einde reeds op den i6 September aldaar zijn Burgereed gedaan , en een huis voor verfcheideri jaaren gehuurd heeft, 'twelk hij reeds lange met zijne familie bewoont , ftaande op de Keizersgrags-lover den ouden Schouburg, -- waar een ieder ver- zogt wordt deszelfs brieven te addresfeeren. (*) Zie hier veor bl. 143.  C 181 ) Welke uit hoofde der gejlcldheid ven zaaken binntft de Stad Rotterdam (namelijk , dat de meerderheid der Schepensbank aldaar zelve gedeclareerdhadde vereischte neutraliteit niet te bezitten) aan. den Hove is gedelegeerd dc judicature over dia zaaken, welke anderszins ter eerjler inftantie door Schepenen van Rotterdam zouden moeten worden heregt; 't welk de fuppliant begreep op hem niet applicabel te zijn, naardien hij reeds in de maand September 1787, toen er nog geene de minde aanftalte van eenige criminceie procedures plaats had, een huis voor verfcheiden jaaïe'n te Amfterdam gehuurd, aldaar zijn Burgereed vernieuwd, eh zijn domicilie overgeb'ragt , en zich daar door aan de judicatuure van 'Heeren Schepenen dier Stad gcfubjecteerd had , waan door hij pra^cifelijk viel in de termen van UEdGroot Mog. placaaten van 15 September en 16 December 1678. bij welke gedeclareert is ^, dat „ het in den lande van Holland en'Westvries„ land een indisputabel recht is, dat geen ingc-* „ zeten van denzelven Lande, niet fugitief wezende , ncch ook in flagranti delïcto geattra„ peerd wordende, geapprehendeerd ofte recht „ gefteld mogen worden, anders dan door deur „ Officier, en voor den Rechter, beiden irt har? „ reguard ordinaris dagelijks en competent zijn„ de , en dat tot de recherche en judicature tl over de delicten alleen zijn gequalificeerd* m 3 m  C 18a )! ,. de. Officieren en Rechters over liet territoir, „ waaronder de.delmquanten woonachtig zijn, „ (zonder dat er bij ftaat : of ten ti.de van het s, bedrijven van eenig vermeend delict geweest „ zijn", 't welk bekend is dat naar onze Landrechten geen jurisdictie geeft over perfoonen, die, gelijk de fuppliant, onvervolgd, en onbezaakt, zich onder een ander Rechter ter woon begevenhe bben, —- Dat echter de fuppliant op woensdag den :,o Januarij 1788, ter kamer van Heeren Burgemeesteren der ..Stad Amfterdam ontboden en gecompareerd zijnde, de fmert heeft gehad van aldaar te vernemen, dat bij Hun Ed. Groot Achtb., uit hoofde van (abuüeve) informatien tot nadeel van den fuppliant ontvangen, gerefolveerd was , deszelfs burgerrecht in te trekken, wordende hem tellens aangeraaden zich buiten de Stad Amfterdr:m te begeven , dewijl hij in moelelijkheden zou kunnen gcraaken , tegen welke Hun Ed. Groot Achtb. hem riet zouden kunnen beveiligen , tot welk vertrek hem echter wierd geaccordeerd een termijn van acht dagen. Dat de fuppliant daar tegen wtl het nodige tot zijne juftiücatie en confervatje van zijn wettig Poorterreeht geallegeerd, doch niettemin geoordeeld heeft bij provifie aan den voorfz. raad te moeten defereeren, als kunnende hem zulks in geenerlei opzicht prajudicieeren, te meer, daar  ( 183) daar hij uit het rapport van UEd. Groet Mog, groot befoignc van dato 34 Jan. 1788 te gcmoet zag eene amnestie , niet bevattende zoodanige uitzonderingen, welke op hem fuppl. appücabeï gemaakt konden worden. Dat hij, nu gezien hebbende UEd. Groot Mog. placaat van 15 Febr. laatstleden, zich volkomen in zijne voorfz. verwagting bevestigrf vindt, als zijnde hij nimmer geweest een auatcur , (ecrfte oorzaak , uitvinder, uitdenker of bewerker) noch ook aanvoerder der bedoelde Remotien, maar alleen een der mede - overbrengers van de gedeclareerde begrippen van een. groot getal Burgers, die door hunne perfoonlijke apparitie toonden zulks te begeeren, enreeds. lange te voren, in hunne dagelijkfche en open-' lijke gefprekken die begeerte hadden gemanifesteerd, zoodanig, dat derzelver Geconftituëerden cn vervolgends de Krijgsraad , nevens de fuppliant, wel verre van die meenigte daar toe aart te zetten of aan te voeren, integendeel gemeend? hebben te moeten bedagt zijn op een gefchikt middel om 't zelve te praevenieeren, en ten dieii einde hunn' werk hebben gemaakt, om op eene wettige wijze van UEd. Groot Mog. te obtineeren, eene augmentatie der Vroedfchap van hunne Stad, tot het primitieve getal van XL; dochwelk verzoek niet is geweest van het gewenschte fucces, terwijl de evengemelde Remotien , te M 4 di»r  C 18+) dia* tijd in een gunftiger licht wierden befchouwd5, ja zelfs bij UEd. Gioot Mog. niet afgekeurd, maar integendeel gecorroboreerd, zoo door dezelve te yerkharen domestijcq, (*) en dus voor zaakena in welke het Recht der Hooge Overheid niet was gep concerneerd, als door de nieuwe Raaden als comparanten ter Souveraine Vergadering van UEd. Gr. Mog. te admitteeren, en in die qualiteit den gewoo* nen Eed af te nemen, en vervolgends ook uit eene,, door Boonheeren geformeerde en aan UEd. Groot Mog. geprsefenteerde, nominatie, in plaatfe van een der geremoveerde Raaden, die , ingevolge eene vroegere Refolutie .en uit eene nominatie van UEd. Groot Mog., door den Heere Erfiladhouder voor twee achter een volgende • jaaren tot Burgemeester was geëligeerd en aangefteld, en nog geen volkomen jaar gefungeerd had,een nieuwen Burgemeester te eligeeren, en aan den Hoofdofficier aan te fchrijven om denzelven te beëedigen eninfun&ie te {tellen ; en zulks, na dat UEd. Groot Mog., zoo door eene Misiive van Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam, aan den Heere Raad Penfionaris, (f) als door zekere propofitie van Hee-? ren Gedeputeerden derzelve ftad, (§) van het ge* beurdealdaar echte en volledige kennisfe bekomen, en daar. van ook door een en ander addresvande ■ é ita ■: vQt (*) Zie Hier voor bh 96. 0) Zie, Hier voor bf 37. iP Zie Hier voor bl. 73.  . ( ï25 ) vorige Regenten, fj) ampele, doch in fommige op» zichten crroneufe , informatien, fpeciaal ten reguarde van den fuppliant, (*} ontvangen hadden. Dat de fuppliant zich in zijn voorfz. begrip, van niet te vallen in de termen der uitzonderingen van UEd. Groot Mog. gemelde placaat, te meer verftcrkt vindt, dewijl in'tzelve geenementiege.•maakt wordt van Krijgsraad'en of'Ministers derzelve, en het nogthans', zoo uit de evengenoemde Hukken, als uit de Rotterdamfche Courant (**) van den z6 Apr.i737,wèreldlondigis geweest, dat de fuppliant tot de remotie te Rotterdam niet heeft geconcurreerd, dan in zijne qualiteit als Secretaris , cnopexpresfe last, van den grooten Krijgsraad der Schut, 'terij, welks Leden, ten getale vari 67, hem hadden gemunleerd met eene hoofd voor hotfd geteekende Refolutie, behelzende den voordragt welke hij gelast wierdt woordelijk in de Vroedfchap uit te fpreken, en welke bcfloten wierdt met eene plegtige betuiging, (***) van niet te bedoelen eni- v v: •. ; •* " ' (§■) Zie Hier voor bl. 42-61. en £1.— rjO Zie de aantekeningen bl. 58. 60 en 69. Zie hier voor bl. 10: (***) Dat dit zijn waare gevoelen was, en altijd ge» bleven is, weet ieder die met hem heeft omgegaan; — Men herdenke boe hij de bovenftaande betuiging telkens met allen ernst heeft gereclameerd en aangedrongen, als er gefproken wierd van Z.H. als Stadhouder te fuspendeeren. -5 Hoe kunnen nu M 5 Bup*  C 186) 'nieuwigheden!fa te'voeren, noch het Erf-. --lïadhouderfchap te vernietigen , op een ander per- I—Mfagw*'» die zoo denken, geoordeeld worden ge- -^-^^.••vaiirlijk te zijn voor de rust en veiligheid van den ^-^^•--Staat ? daar bijna alle de gewezen Regenten , die <*^-r*; niet hen dezelfde, en mogelijk.fterkere, fuftenuen gevoerd hebben, in alle de HollandfcheSteden, niet -^^----r alleen ui lihnnc woonplaaLfen mogen blijven, maar ■-^^J^M^ bij hunn* ontflag „ ingevolge Hun Ed. Groot Mog- au'etorifarie en Refolutie van 31 Oaober i787 „ door den Heere Erfftadhouder zijn genomen in Z. „ H.Jpeciale protectie en fiiuveguarde, met verkla„ ring, dat zij door dat ontflag niet zullen worden „ gekwetst- of benadeeld in hunnen goeden naam „ of faam, veel min dat dezelve daar uitzuilenmo„ gen worden geftispicieerd, zich .in de Regeering „ van Land of Stad niet naar behooren gedragen te „ hebben, met expresfe interdiaie hen daarover te „ betigten &c." — Die Heeren (tonden in hunn' Hurgereed met den fuppliant en deszelfs, principaa. . len gelijk, en hadden bovendien nog als Regenten Zich bij een naderen Eed aan den Lande verbon- den. Befchouwt men dan die Heeren, als ter goe~ -^^_j^-der trouw gedwaald hebbende , zonder dat men --~~~~\_^Jien vergt zulks zeiven te erkennen; mogt dan ook ^^^--^e fuppliant zich niet vleicnsdat hem een gelijke "behandeling zou wedervaren? — en dat genoegen .zou worden genomen met zijne vrijwillige verhuizing uit Rotterdam, waar door hij meer verloor, .' ian éenig- geremoveerd Regent of Ambtenaar door 'tgemis va'd deszelfs posten? —— 'tis waar drie der  ■ perfoon overtebrengen, of tot een blooten titul zonder gezach of invloed te maken , noch ook om eenige verandering te veroorzaaken in den* opcnbaarcn Godsdienst, zoo als dezelve bij het Nationale Sijnode hier te Lande is vastgefteld; ten klaaren blijke dat des Suppliants principaalen, en dus ook even min de fuppliant zelf, .-niet getragt hebben eene verandering in de conftitutie 6c liegeeringsform van den Lande ie bewerken. '•• : . " . ... . Dat ook uit dc voorfz. amnestie door UEd. Groot Mog. niet zijn uitgefloten alle die Regenten en Ministers van dezelve, die, fchoon geene Audteurs of Aanvoerders van de voorfz. Remotien geweest zijnde, echter, daaromtrent vrijwillig hebben gehouden zoodaanig gedrag, en zul- der Rotterdamfche Regenten zijn mede crimineel vervolgd ; maar ook deze zouden, zoomin als de fuppliant of deszelfs committenten , hebben gedaan of kunnen doen , 't geen hen nu tot misdaad gerekend wordt , indien het niet geweest ware over_j -eenkomftig de toenmalige denkwijze van de meerderheid der Regenten in de mee/te en grootste Ste— den, en van fommige, zelfs niet geremoveerde, der ■—-"hoogde ftandsperfoonen of ambtenaars van de Provin-cic, zoo als gebleken is uit de Staats-Refoïutien van 25 April, 3, 11, 22 en 29 Meij 1787. en uit het fuccesfleve admitteeren en beëedigen der nieuwe Raaden van Amfterdam en Rotterdam als comparanten ter dagvaart. ■■ ■ »  ( m j ^ülkè ''Mistri verrigt, Zonder welke die Rem«tien geen:het minfte effect zouden hebben kunnen tbrteeren, en die ovcrzulks daar toe even zoo veel, zoo niet meer,' dan de Krijgsraaden en derzelver Ministers, hebben gecontribueerd, te meer, daar het in de wapenen komen der Burger-Compagnien niet heeft kunnen gefchieden , en ook niet is gefchied, dan op bewilliging en autoriteit <$&n dc wethouderfchap , zoo als de klagende Regenten zeiven bij hunn' addres aan UEd. Groot Mog. hebben te kennen gegeven, en erkend. -' Dat de Suppliant even min is geweest auBevr of verder -van 'feitelijke aanhoudingen, arresten-, 'of enorme bedreigingen aan Regenten of anderen, en ook' niet weet, dat dezelve te Rotter dam hebben p bats gehad , dewijl zeker Declaratoir van den Krijgsraad aldaar op den 7 Julij 1787. door acht Gecommitteerden geteekend cn uitgegeven, (*) tegen niemandperfoneel was ïngcrigt, en de fuppliant (die't zelve als Secretaris zouheEben moeten teekenen, indien 'tljem geordoneerd was 'geweest) naar waarheid kan verklaaren, dat de Krijgsraad en Commisfie van dien daar mede geene andere intentie heeft gehad, dan om zoodanige perfoonen, als t'eeniger tijd in de termen van dat Declaratoir zouden mogen vallen, met derzelver goederen in de Stad te houden, en aan de werkzaamheid der wettige-en ordinaire Juftitie, maar ►wot-»'.u.-:/i-^na xacinsfifüA n i geeus. (*) Zie Hier voor bl. 117. j  ( .89) geenszinsaaneigendunkelijkewraakoefeniiigen bkoo* te ftellen, (*) zijnde van 't zelve Declaratoir niet enkel aan de perfoonen, die zich deswege aan de Wethouderfchap hebben beklaagd , maar ook aan anderen , ja zelfs aan alle de Leden van dat Collegie , een gedrukt exemplaar vanwege den Krijgsraad ter hand gefteld. Dat om alle deze redenen de fuppliant, die zich zeiven volkomen bewust is , %ich zonder een verkeerd opzet in de. voorfz. zaaken te hebben ingelaten , en getoond heeft daar mede niets voor zich zeiven te ambitioneereu of bedoelen, . ■ ■ en die ook niet uit .v.reeze vcor vervolgingen van de juftitie, maar alleen op de aanzegging door Heeren Burgemeefteren der Stad Amfterdam aan hem gedaan, zich voor een korten tijd buiten dezelve Stad begeven heeft, met voorne: men, om, naardien zijn huis te Rotterdam reeds door een ander huurder geoccupeerd was, weder in zijne voorfz. geboorteplaats te retourueeren, zoodra welgemelde Heeren^,Burgemeefteren, gedesabufeerd zijnde nopends de verkeerde, infor. matiën ten zijnen opzichte ontvangen, hem het genot van zijn Recht van Poorterfchap of inwo. ning in die Stad weder zullen gelieven te accordeeren, zich ten dien einde reeds aan Hun Edele Groot Achtb. zou hebben geaddresfeerd, indien hy niet tot zyne uiterfte verbaazing vernomen had, C*j Zie de aantekening bier voor n8-  C 190 ) fvad, dat reeds op Vrijdag den 1 Februari j Ctoen hij nog met kennis en permisfie van Heeren Burgemeesteren van Amfterdam zich binnen die ,Stad mogt onthouden, en dus aan zijn aldaar genoeg bekende woonhuis op de gewoone wijs gedagvaard konde worden ,) tegen hem van den Hove van Holland , Zeeland en Westvriesland bij den Procureur Generaal over de voorfz. Landen was geimpetreerd een mandament crimineel met de claufule van edicte ad valvas curias, uit kragte van 't welk hij op den 25 derzelve maand , door den eerften Deurwaarder Jean Jeremie Vaisfiere, van wegens de Hooge Overheid is gedagvaard in perfoon, op poene van ban, te compareeren, voor welgemelden Hove op maandag den 7 April 1788. omme te aanhooren zoodanigen eisch en conclufie crimineel, als de voorfz. Impetrant, ter zake in den mandamente gemeld, tegen hem zal willen doen en nemen, en voorts te procedeeren als naar Rechten; wordende de fuppliant bij die citatie omfchreven als Advocaat gewoond hebbende te Rotterdam, doch nu voortvluchtig zijnde , zonder te gewaagen van zijn latere woonplaats Amfterdam, waar van hij dus moet fupponeeren dat de Procureur Generaal niet geïnformeerd is geweest, hoezeer zijne verhuizing derwaards alomme door de couranten was bekend geworden, en ook nog fpeciaal te Rotterdam, door de gewoone afkondiging der kerkelijke attestatien, aldaar aan hem, zijne hui»-  C 191 ) huisvrouw cn dogter verleend , en aan de opzieneren der hervormde gemeente te Amfterdam geaddresfeerd. Dat dc Suppliant nu in aanmerking nemende dat het voorfz. mandament bij den Hove is verleend lange voor UEd. Groot Mog. placaat van den 15 Februarij, en om alle de redenen, welke hij dc vrijheid heeft genomen bij dezen Requeste te detaillceren, vastelijk vertrouwende, dat het UEd. Groot Mog. intentie niet is geweest 7 hem fuppl. te comprehendeeren in de uitzonderingen bij dat placaat vervat, te raade is geworden z c • te keeren tot UEd. Groot Mog., ootmoediglijk verzoekende, dat het UEd. Groot Mog. gelieve te verklaaren, en aan den Hove aantefchrijven, dat de fuppliant bij UEd. Groot Mog. pla. caat van amnestie den 15 Februarij 1788 geëmaneerd niet is uitgefloten, en dat midsdien het op den iften derzelve maand tegen hem verleende mandament crimineel moet worden gehouden voor vervallen, en inmiddels, hangende UEd. Groot Mog. deliberatien over dit verzoek, heteffe&van 't zelve mandament en alle procedures ter dierjaake worden gefurcheerd, ?t welk doende &c§ ■Ex*  ExtraB uit de Refoïutien van de Heeren Staat en van Hoh land en West Vriesland, in Hun Edele Groot Mog. Vergaderinge genomen op Saturdag den 5 April 1788, Op de initantien van verfcheide Leden is naa voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat de Requesten op gisteren aan Hun Ed. Groot Mog. geprajfenteerd Primo door &c. Secunde-, Mr. H. A. Kreet. ■ Tertio &c. alle tendeerende om in de amnestie van 15 Februarij laatstleeden begrepen te zijn, en onthevening van crimineele Procedures deswegens, met furcheance van dezelven, en waarvan de twee eerfte waren ©vergenomen, en negen anderen  ( iy3 ) gezonden aan 't Hof, cm advis, als nu alle El zullen worden geëxamineerd door de Heeren van de Ridderfchap cn verdere Hun Ed. Groot Mog' Gecommitteerden tot de zaaken van de Justitie met Commisfarisfen van den Hove, om het zelve befoigne in de toekomende week te houden, waar" toe dezelve Requesten in originali op heden aan den Hove zullen worden gezonden, met verzoek om zig tot het zelve befogne te pnepareeren, en de vergadering daarop in de toekomende week gediend van derzelver confideratien cn advis, met iurcheance inmiddels van de Procedures tegens de Supplianten der refpecbive Requesten reeds geëntameerd, of hangende Hun Ëd, Groot Mog. dc* iiberatien te entameeren. Accordeert met de voorfz. Refolutie zoo veel 't geëxtraheerde aangaat. Cgetcekend) C. Cloitcrboske. N Aan  C *94 ) Aan de Ed. Gr. Achtb. Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad AmJierdam. G eeft eerbiedig te kermen Mr. H. A. Kreet geboren Burger en Inwooner dezer Stad, dat hy Suppliant (eenige jaaren te Rotterdam gewoond hebbende) de vrijheid heeft genomen zich op den 66 September 1787 te pncfenteeren ter Kamer van UEd. Groot Achtb. en aldaar te exhibeeren de Poortercedulle van wijlen zijnen Vader, en Doopcedulle van hem Suppl., waar van copie authenticq annex, en daar op verzogt heeft als ingeboren Poorter overgeteekend en beëedigt te worden , 't geen hem ook, onder betaling der gewoone kosten, is geaccordeerd geworden, blijkende de Ce-  C 195 ) Cedulle hem daar van verleend en hy Copie Authcnticq mede ten dezen geannexeerd. (*) Dat P O O R T E R E E D. Deze moet ter Secretarije worden aangeteekend CO Dat i\r eert gy, dat gy een goed en getrouw Poot' ter deezer Stede, den Burgemeefteren en Regeerders in der tijd onderdanigwefen fult, in waken, bijten „ en andre befchermenisfen en lasten decfer Steede u goedwillig hebben fult, deefe goede Steede voor't quaad < dat gij fult vernemen , waarfchouwen cn tot alle welvaart, met raad en daad naar allen u vcrmoogen vorderen en helpen fult: En voorts alles ful£ doen en laaten, dat een goed Poorter fchuldig is te doen en te laaten. Soo waarlijk moet u God almachtig helpen. Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam is gebleken dat Hendrik Arnold Kreet Advocaat, Zoon van Jan Kreet, in leven Wijnkoper en Poorter alhier, is een ingeboren Poorter derfelver Steede; belastende derhalveneen ijegelijk hem daar zoor te erkennen, en te laaten genieten, 't recht en privilegiën den Burgeren alhier competeerendeActum in Amfterdam den, 26 Septemher 1787. ^geteekend) iW, Huydecoper.  Os>0 Dat hij dit verzoek gedaan hebbende met een waar animus domicilii transtnutandi, cn om binnen deze zijne geboorte Stad zijne vaste woonplaats te vestigen, cn als een ftil burger en privaat perfopn te leven, ten dien einde ten zeiven dage heeft gehuurd een huis binnen deze Stad , voor den tijd van drie en een half jaar , ingaande primo November dcszelven jaars , zoo als Uit Jen inhoud en dagteekening dezer Poorterccdul. Je is zichtbaar, dat dezelve niet begrepen is, noch konde worden, in dc volgende naderhand te Amjjierdam gedaane Publicatie: De Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam adverteeren aan een iegelijk, dien zulks aangaat, dat de Poortercedtillcn metfchenking van het koopgeld, uitgegeven den 28ften September, 2, 3, 4 en 5 OQober, doch geantidateerd op den 19 September 1787, alsmede alien die het Poorterrecht gefchonken zijn op den 4, 5, 6 en g O&ober 1787, worden gehouden voor nul en van onwaarde, zijnde derzelver naamen op de lijst der Poortcren ter Thefaurie Ordinaris en Secretarie dezer Stede geroijeerd; cn dat dienvolgens de zoo. danige voor geene Burgers kunnen erkend worden , cn dus ook uit dien hoofde van 't Recht cn protectie waar van dcBurgers dezer Stadgewoon zijntcjouisfecren , geen gebruik kunnen maaken. Amfteldam den 31 üctober 1787. Ter Ordonnantie van Haar Ed Graat Achtb. bovengenoemd' (was geteekend) . \y. H uitree oper. ..  C m 3 als confteert uit dc copie huurcedulle mede ten dezen gevoegd. Dat hij dicshalvc geene de minile intentie gehad hebbende, om binnen deze Stad maar een hort temporair verblijf te houden, dan ook niet bedoeld heeft eenige epargne te betragten, gin* trent het geen dóór hem, ter zaake van zijne aanneming en beëediging als Poorter, betaald moest worden, gelijk hem-ook ten dien opzichte gee-.. ne de minfte kwijtfcheldinge of fcheuking is gedaan of aangeboden , —— terwijl hij gcreedehjk zou hebben-betaald, cn nog bereid is te betaalcn, 't geen deswege vanhemgcre,quircerdwas of zal wordëril' Dat hij vervolgends met zijne familie de voorfz. gehuurde huizinge ook met der daad heeft betrokken en blijven bewooncn, en zulks openlijk in couranten geadverteerd. Doch dat hij, op den 30 Januarij 11 voorU^f Groot Achtb. gerequireerd en verfchenen dc fmert heeft gehad van te vernemen, dat aa n l LdGroot Achtb. zoodanige (hoe zeer abuficvej informatien ten nadeele van den fuppl. waren gcfubpediteerd, welke UEd. Groot Achtb. hadden gemoveerd zijn Poorterrecht intetrekken, (*j en dat «...1 .' , , hem C8 '/ Intrekken van een Poorterrecht is geheel iets .anders, dan iemand de Stad ontzeggen, 'of imcoomng weigeren. - Dit laatfte is niet gefchied,. De N 3 ' Meer  C 198 ) hem teffens wferd aangeraaden, zich buiten deze Stad te begeven, waar toe hem echter w'rerd geaccordeerd een termijn van acht dagen. Dat daarop gevolgd zijnde een mandament crimineel , reeds op den eerften Febr. door den Procureur Generaal tcgens hem germpetreerd, van den Hove van Holland, 't welk, onder reverentie , nimmer kan zijn des fuppliants competente Rechter ter cerüer inftantie , doch voor het exploicteeren van dat mandament geëmaneerd Zijnde Hun Ed. Groot Mog, Placaat van 15 Febr. 11- Heer Burgemeester van de Poll gebruikte tegen hem deze vriendelijke woorden: Laat ik U nu raaden, niet als Burgemeester. maar ah vriend, als Jan van de Poll, begeef U buiten de Stad, u-art ge zoudt in moeielijkheden kunnen gérètaks» waartegen Burgemeesteren U niet zouden kunnen protegeeren. -—> En toen de Suppliant daarop verzogt, of hij dan echter niet nog éenigen tijd van Hun. Ed. Groot Achtb. protectie zou mogen jouisfeeren wjerd hem zulks gecoucedeerd voor nog 'acht dagen. — Maar ... op den tweeden dag daarna, 1 Fe■bruarij, impetreerde de Procureur Generaal reeds tegen hem een mandement crimineel, met de clauTule van Editie ad valvas Curi  c 199) laatstleden, de fuppl. gemeend heeft, alvorens UEd. Gr, Achtb. met eenig addres lastig te vallen, zich te moeten keeren tot hun Ed. Groot Mog. met zoodanig verzoek, als bij dat Placaat word vrij gelaten aan een ijder, die twijffelcn mogt, of hij onder de daarbij uitgezonderde Clasfen zoude kunnen geacht worden te behooren. Dat hij nu vernomen hebbende, dat het zelve Request, op den 4 April ter Vergadering van hun Ed. Groot Mog. gelezen zijnde, door de Heeren Gedeputeerden dezer Stad is overgenomen , vermeent zich niet te mogen onthouden, van aan UEd. Groot Achtb. het volgende ten zijnen faveure voor te dragen. Dat de abufieve informatien, om welke, zco als UEd. Groot Achtb. aan den fuppl. hebben gelieven te kennen te geven , deszelfs poorterrecht is ingetrokken, hier inne beftonden. 1. Dat des fuppl. Vader, Jan Kreet, zijn poorterrecht verwoond, en te Rotterdam geftorven zoude zijn. 2. Dat de fuppl. zich het poorterrecht onwaardig zou hebben gemaakt, door zijn gehouden gedrag, zoo te Rotterdam ,. concurreerd, of het efFecb derzelve bevorderd hebben, maar alleen de aueteurs en aanvoerders dier Remotien. En dat hij, noch aucleur, noch aanvoerder van dezelve is geweest, heeft bijnaar waarheid gedemonftreerd bij zijn voorfz. Request, in 't welke door hem wordt opengelegd, wat niet en wat wel door hem gepleegd is, > en aangetoond, niet dat die gepleegde daaden * uit hoofde van eenige bijgekomene omftandigheden verfchoonbaar zijn; maar, dat dezelve bij Hun Ed. Groot Mog. Placaat van 15 Februarij niet ah ftrafbaar zijn uitgefloten-. Hij zegt niet: „ ik ben wel geweest aucteur en aanvoerder van Remotien of van enorme bedreigingen &c. maar „ ik iheenë om deze of geene reden of omftan;, digheid, dat ik deswege behoore te worden „ vrijgcfteld of verfchoond " maar , hij draagt inet den vereilchten eerbied aan den Souverain Voor. (t) Dat hij in zijri privé, of als particulier niets verrigt heeft. O) Dat de daad of daaden , door hem, iö. zijne qualiteit als Secretaris van den Krijgsraad der Rotterdamfche Schutterij, gepleegd * niet van dien aart zijn, dat men hein kari noemen eeh aUSteur of aanvoerder, hoofdaan. legger of bewerker der Remotien of van enóf- me bedreigingen, en dat hij dus bij hét O > ' Pli*  Placaat van 15 Febr. niet uitdruklijk geneemei zijnde onder de uitgezonderden* bij gevolg begrepen is in den text van dat Placaat, als behoorende onder die geenen, die „ zich zonder een verkeerd opzet in de voorfz. ,, zaaken hebben ingelaten , en niet getragt ,, hebben verandering in de constitutie en „ Regeeringsform van den Lande te bewer- „ ken. 3. Dat hy dieshalven met reden fuftineert: en alleen om het contraire begrip van den Hove of Procureur Generaal, die een mandament, voor dato van dat Placaat geimpetreerd, na het zelve tegen' den Suppliant heeft' doen exploicteeren, twijfelt: of de door hem gepleegde daad klaar genoeg in 't voorfz. Placaat is aan» gewezen, en of die daad, op zich zelve befchouwd, van dien aart is, dat dezelve onder de uitgezonderde bedryven is begrepen, en daarom verzoekt dat Hun Ed. Groot Mog. gelieven te verklaaren en aan den Hove aan te fchrijven, dat hij bij hoogstderzelver Placaat van 15 Febr. niet is uitgefloten. Zijne bijgevoegde raifonnementen, uit de eigene daaden der vorige Staatsvergaderingen gededuceerd, zijn door hem almede niet geëmploijeerd, om iets, dat bij het Placaat uitgezonderd en aan de Pourfuites der Juftitie overgelaten is, teverfchoo- mn, maar om te to©nen dat hij de woorden vaa  On > van"dat Placaat niet captieus expliceert, maar hl tegendeel opvat in den waaren en bepaalden zin * welke men mag en moet iupponeeren dat de Souverain zelf bedoeld heeft. (*_) .—- Een Souverain toch kan wel voor 't vervolg van denkwijze Veranderen, en ftraf baar verklaaren 't .—geen te voren niet verboden was. . Maar Hij ; —-kan niet doen ftraffen daaden 4 door Hém zei ven j --goedgekeurd, ja door Hem zeiven mede verrigt. L^—~~Sthoon de Perfoonen, die in eene veelhoofdige ■ ^-ilegeering de Souverainiteit bekleeden, veran^-deren, blijven hoogtsdezelve echter altijd uitma* ; -—ken eene en dezelfde perfona moralis, welke haare i ^-eigene vorige, daaden en gevoelens wel voor het .^-toekomende kan veranderen, maar niet veroordeelden , (**) noch onderwerpen aan het oordeel van Reg- C*) De Suppliant toch kan naar waarheid betuigen , dat hy niets gedaan heeft dan in hel vast en -welmeenend vertrouwen, dat hy volmaaktelyk vol* deed aan de intentie van hen, welke in die da "en de dadelijke Reprafentanten van den Souverain varen, en de legiflatieve macht in handen hadéén, zoo als Heeren Gecommitteerde Raaden van het Noorderquartier zich, ten opzigte van eenige hunner medeleden , uiten, bij zeker Rapport aan Hun Ed. Groot Mog. van dato 27 Febr. 1788. Zie de aanteekening hier voor bl. 128, C*) Dat dit ook het gevoelen is van Staatsleden,, t hm ait het volgende; Extract uit de Refoïutien varl 0 * " d«  C "9 ) Regters, die uit naam en van wege dienzclfden Souverain Recht doen. En daar tegen kan men niet , de Heeren XL Raaden en Vroedfchappen deiStad Delft in Hun Ed. Groot Achtb, Vergadering genomen op Dingsdag den 5 Aug- 1788. „ de Heeren XL Raaden dezer Stad, expresfclijk ge„ convoceerd, om te delibereeren over deadviefett „ van den Hove op de Requeste van F W.Buijfer&c — „ dat de Regeering dezer Stad ook niet konde nalaa* „ ten hier bij te voegen dat deze daad, van geweld „ ook nimmer door eene voor afgaande Staats Refo„ lutie, van de meerderheid der Staatsleden van het " gepasfeerde jaar, quafi was gewettigd geworden, zoo als ten opzichte van het removeeren van wettige „ Regenten, doorliet domestijcq verklaar en van die ' daad te Rotterdam , bij verfcheiden Leden der " Vergadering van Holland als nu wierdt gefuflineerd; maar dat deze enorme daad van geweld " afzonderlijk moest worden befchouwd, en dat &c. - En dit zelfde raifonnement vindt men ook in het Prreadvijs van deEd.Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden in dato 5 September 1788. op de Requesten van diverfe Officieren, om effect te hebben van de aan hen beloofde protectiewat aangaat de Officieren die, (den 21 November "1787) gedimitteerd zijn, alleen, om dat zij op " order van Hun Ed. Groot Mog. in-de Provincie * Utrecht zijn gemarcheerd, zonder de gewoon» "attachés, de Gecommitteerde Raaden begrijpen, " dat de aan hen (bij verfcheiden gelegenheden, en „ bijzonder bij Hun Ed. Groot Mag- Refoïutien van  C ais > «tiet objiciecren, dat de meerderheid der Staatsvergadering van Holland, federt 24 April tot 17 Sep- „ 10 Meij en 27 Julij 1787.) toegezegde protectie en „ fchadeloos - Helling door Hun Ed, Groot Mog. » niet kan worden geweigerd, voor zoo verre zij „ zich dezelve niet hebben onwaardig gemaakt :■ „ naardien liet onbegaanbaar is met het denk„ beeld, dat een ieder zich van een Souverain „ moet vormen, en niet; ais tot het geboren wor„ den van een al/er gegrond/1 en fchadelijkfl wan„ trouwen zoude ftrekken , te onder (lellen, dat de ,, Souverain, offchoon de zaaken bij verhaa/ling m nu niet HS*. het regtc oogpunt befchouwende, be„ lojte doende, welke bij een bedaarder en beter „ inzien door hen niet gedaan zo.uae zijn gewor;, den, doaraan geen geil and zoude doen, iriids „ die geenen , aan welke zoodanige belofte ge„ daan/nogte wezen, aan hunne zijde exactelijk na„ komen die voorwaarden, waarop de .elve bclof„ ten zijn gegrond ; Eu dat deze fchadeloosilel„ Hng zich dienvolgende zou behooren te bepaici „ tot die geenen onder dezelve Officieren , welke, „niet alleen ten aanzien van de executie der voorfz. „ ordres, maar ook federt bij aanhoudendheid aan „ alle de opgevolgde bevelen van Hun Ed. Gr ooi: „ Mag. hebben gehoorzaamd. 'tGeen dan ook bij de Heeren Staaten zelvenisgeadopteerd, in de Refolutie van aojanuaiïj 1789. waar bij Pennoenen zijn toegelegd, aan zoodanige Officieren die in Meij 1787. en vervolgends aan de porti-* O 3 at-  ( 114 ) September 1787 zou hebben bcftaan in eene eabaleufe factie, wier daaden en beft uiten alle voor cutter e ordres van de toenmaalige Regeering dezer Provincie heb'ien geobedieerd , en bij de omwenteling ook weder aan den last van Hun Ed. Groot Mog. om zich tegen de Pruifilche Troupes niet te yerweeren, dadelijk hebben voldaan, na dat hin die ordres zijn bekend geworden. Men pasfe dit toe op den Suppliant, en die met - hem gelijk Haan. j- Hun Ed, Groot Mog. had- - den den ri Meij 1787. de Remotie verklaard mere - - demsstijcq. «*• De Wethouderfchap te Rotterdam had&den 29 derzelve maand verklaard, dat dezelve niet fineer kon worden veranderd, en het verdoek van ^_--de klagers daar mede afgewezen. ■ Hun Ed, ^•Groot Mog. hadden de nieuwe Raaden in hunne ^^ouveraine Vergadering Sesfie vergund en beëedigd , „.ja zelfs door het eligecren van een nieuwen Burge_^,.meester, Qriièt tegenfbaande de repraefentatien , hier boven b!. 103 te zien) de remotie ten allerfterkften ^,-cn met de daad gecorroboreerd : Eerst op ..den 22 September zijn die Refoïutien ingetrokken. * Hoe kan nu die intrekking, tegen welke de Suppliant, noch iemand , iets ondernomen heeft, ' hem priveeren van 't effect der vorige Souveraine verklaaringen, door welke hij tegen alle vervolgingen gedekt was ? Nog eens: Hun Ed. Groot Mog. hadden bij veels fuccesficve Refoïutien de meeste Schutterijen en Genootfehappen , (en daar onder ook fpeciaal de Rot. ïcrdamfche Schutterij) in Hoogstderzelver proteetia  C 2*5 ) ' voor nul en van onwaarde gehouden zouden moeten worden ; want i. Zou genomen, — derzelver Requesten gunftig ja met dankzegging ontvangen, derzelver Provinciale Vergaderingen niet geïgnoreerd , maar integendeel door het aannemen en in deliberat c breien van derzelver addresfen erkend. Een Staats - Commisfie had met derzelver Gecommitteerden meer. maaien gebefoigneerd, en aan derzelver veldlegerr jes was , in Zuid Holland door die Commisfie, en in Noord .Holland door Hoeren Gecommitteerde Raaden, een patent of voor/cl rijven verleend, waarop dc Re:.ceringen van voornaame (temmende Steden aan 't zelve doortocht geaccordeerd hadden, even als aan troupes van den Staat. — Dat Hun Ed. Groot Mog. Refolutie van den 20 en Publicatie van den 22 September 1787, waarbij alledk-Genootfchappen worden gedisfolveerd , en de Leden vermaand van alle verdere ondernemingen altezien enz., te Amfterdam eerst in October is gepubliceerd, en dat de Haarlemfche en andere Couranten, in welke die Publicatie ftondt, eerst op den 26 Septemberte Amfterdam zijn uitgegeven, is zoo notoir dat niemand het kan tegenfpreken. En op dien zelfden dag heeft »ie Vergadering- van Gecommitteerden uit dc Schutterijen , Genootfehappen, Geconftituëerden &c. te Amfterdam , eenpaarig „ befloten uit hoofde der „ disfolutie van de gewapende Genootfehappen , en „ der Publ,eatie van de Heeren Staaten van Holland , van den 22 September, welke heden, door midO 4 „ del  Zou daar uit volgen, dat er geduurende dien tijd geen Souverain in Holland geweest was,, 't welk „ del van de Haarlemfche Courant van gisteren , „ dezen mofgen alhier uitgegeven, tot kennis van „ de Leden is gekomen, die Vergadering niet lan„ gcr te continueeren , maar van elkandercn ie, „ fcheiden. — De leden van die Vergadering vallen dus mede in de voorfz- termen , van zoo voel na , als voor deomtven teling, bij aanhoudendheid afle de opgevolgde bevelen van Hun Ed Groot Mog. te hebben geJioorzaamd, en mogten dieshalven vertrouwen, niet gelijk gefield te zullen worden met die geenen , tegen welke het voorfz. Placaat van 22 September 1787. disponeert, waar bij hun Ed. Groot Mog^ s, verklaren allen en een iegelijk , wie hij ook zij, „ welke met raad of daad zal mede Averken, om „ verders, (dat is na het publiceeren van die „ verklaringe in elke Stad) tegens de wettige en van „ ouds gevestigde Conftituiie eenigeindragt te doen, „ of te helpen bevorderen, of de herftelling van de „ rust , eendragt , en harmonie binnen deze Pro„ vincie zouden willen dwarsboomen , te houden v voor wederftrevers van de waare prosperiteit van » den Lande, en als Perturbateurs van de publieke „ Rust1, waar tegens wij willen dat, als de zoodaa„ nigen, ten ftrengften zal worden geprocedeerd s „ en zij naar exigeiuie van zaaken werden &%•  't welk in de uiterfte abfurditeit zou uh> lopen. (3) Ook mjliteert daar tegen onder anderen, dat op den 25 April 1787, over het admitteeren der nieuwe Rotterdamfche deputatie , ter Staatsvergadering gevoteerd is , zonder dc ftem van die Stad mede te computeeren, en dus alleen door dc Leden, die voor de Remotie dezelve Vergadering reeds gecompofeerd hadden (*) en (3) dat de Heer Erfltadhouder zelf, na het admitteren dier deputatie, de Souverainiteit der Vergadering heeft erkend, door op het aanfehrijven, en uit eene nominatie, van Hun Ed. Groot Mog. de elegie van nieuwe Burgemeesteren en Schepenen der Stad Rotterdam te doen, en aan den Heer Hoofd - QflTcier Gevers te zenden. (4) Gelijk ook de disfentieereude Leden, namelijk de Heeren van de Ridderfchap en van Delft, Briele, Hoorn, Enkhuilen, Edam en Medenblik, in derzelver aanteekening van dato 22. Meij 1787. (**) de wettigheid van evengemelde nominatie , en van Hun Ed. Groot Mog. Vergadering van de,n 28 Aprjl des- (*) Zie hier voor bl. 41. C**) Zie hier voor bl. 107. O c  C ai8 3 deszelvenjaars, hebben geadvoueerd, en daar uit geraifonneerd (*), < Omtrent het flot of dispofitief van de voqrfz, Requeste (**) ftaat nog te remarquecren : Dat uit des fuppliants fuftenue, dat hij bij het voorfz. Placaat niet uitgefloten , maar daar inne gecomprehendeerd, is , van zelfs proflueert, dat 'hij niet heeft kunnen verzoeken, daar inne gecomprehendeerd te worden; 't welk zoudeinvolveeren , een nieuwe , nadere of particuliere gratie, welke geaccordeerd, maar ook geweigerd zou kunnen worden, en waar door hij dus vaneen erger natuur zoude kunnen worden, dan nu hij reeds heeft geacquireerd dat Recht, 't welk het Placaat van 15 Februarij geeft aan allen, die niet pitdruklijk daar bij zijn uitgefloten ; en 't welk hij nu maar enkel behoeft te allegeeren. Doch welke allegatie hij niet behoeft te doen 'in judicia contradiélorio, maar heeft mogen doen bij Request aan den Souverain zeiven, ten einde, door een aanfehrijven aan den refpectiven Rechter, de fuppliant van dat reeds verkregen recht te doen -(*) Zo als het tegenwoordige Collegie van Heeren Gecommitteerde Raaden, bij het bovengemelde praeadvies bl.213. ook toont te erkennen de wettigheid der Siaatsvergaderingen van den 10 Meij en 27 Julij 1787. C**) Zie hier boven bl. (f*.  C 219 ) doen jouisfeeren; omdat Hun Ed. Groot Mog. bij de voorfz. Publicatie van 17 April zeiven declareeren ,, te hebben verboden , dat tegen de niet ,, uitgeflotene eenige dc mmfte actie of befchul- diging in Rechten zoude worden aangefteld, of „ aangefteld zijnde verder zoude worden vervolgd. Welke verbod de fuppl. had gehoopt, en zich nog vleit, voor hem van 't zelfde effeét te zullen zijn, als voor zoo veele anderen, die, uitkragte van mandamenten, voor den 15 Februarij verleend , crimineel geciteerd zijnde tegens rechtdagen, welke nadien dag in vielen, het genoegen gehad hebben, dat ten gevolge der generale amnestie, bij voorfz. Placaat verleend, zelfs zonder eenig fpeciaal verzoek, hunne naamen ex officio van de rol gelaten , en zij dus van die procedures gelibe» reerd zijn. Ex.  ( '32® ) Extracl uit het Register der Rejolutien van de Heeren Staat cn' van Holland en West -Vriesland, in Hun Ed. Groot Mogende Vergaderinge genomen, op Woensdag den 2 Julij 1788. C311tvJ!rgcn een Misfive van de Prefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 23 der voorleden maand, houdende, tot voldoening van Hun Ed, Groot Mog'. Refolutie van den s April laatstleden, derzelver confideratiea en advis op de daar bij te ruggaande Requeste , daags te vooren aan Hun Ed. Groot Mog gepra> fenteerd door Mr. Hendrik Arnold Kreet, zich qualificeerende geboren Burger en Iiiwoonder der Stad Amfterdam , en verzoekende dat heê Hun Eek Groot Mog, gelieve te vcrklaarcn , en  C aai 5 Bat) den Hove aan te fchrijven, dat de fuppliant bij Hun Ed. Groot Mog. Placaat van Amnestie, den £5 Februarij dezes jaars 178.8. geëmaneerd, niet is uitgefloten; en dat mitsdien het op den eerHen derzelver maand tegen hem verleende mandament crimineel moet worden gehouden voor vervallen ; en inmiddels, hangende Hun Ed. Groot Mog- Deliberatie over dit verzoek, het effect van 't zelve mandament, en alle procedures ter dier zaake, wcrde gefurcheerd ; welke furcheancebij voorfz. Refolutie van April aan den fuppliant is verleend. Waar op gedelibereerd zijnde is goedgevonden en verdaan des fuppliants verzoek bij de voorfz» Requeste gedaan bij deze te wijzen van de hand, en dienvolgende de furcheance opteheffen, waar van aan den Procureur Generaal zal worden kennis gegeven y met vrijlaating nogtans aan detifu^ fliant, om in judicio zoodanige defenfie te doen, als hij zal te raaden worden. Accordeert met de voorfz. Register [geteekend] C. Clotterbooke. Wat hier op gevolgd zij , is te zien uit het volgende Request, reeds den 20 Augustus gepraifenteerd, doch ter Vergadering eerst gelezen »p den dier maand, jan  Aan de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Vriesland, (j"eeft met allen eerbied te kennen Mr. II. A, Kreet, geboren Burger en Inwooner der Stad Amfterdam, dat hij de vrijheid heeft genomen, op den 3 April dezes jaars, een ampel Request aan UEd. Groot Mog. te praifenteeren , en op de ledenen, daar bij in 't breede en naar waarheid gedetailleerd, te verzoeken, dat het UEd Groot Mog. zoude gelieven te verklaaren , en den Hove aantefchrijven , dat de fuppliant bij UEd. Groot Mog. Placaat van amnestie van den 15 Febr. 1788 niet was uitgefloten , en dat mitsdien het op den iften derzelve maand tegen hem verleende mandament crimineel, moest worden ge* houden voor vervallen, en inmiddels, hangend© UEd. Groot Mog. Deliberatien over dat verzoek, liet, effect van 't zelve mandament, cn alle proce- du.  C ^3 ) dures ter dier zaake, werden gefurcheerd, met dat gevolg, dat UEd. Groot Mog. op den 5 A;,ril hebben goedgevonden en verftaan, dat het zelve Request zoude worden geëxamineerd door de Heeren van de Ridderfchap en verdere Hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie met Commisfarisfen van den Hove , met furcheance inmiddels van de Procedures tegen den fuppliant reeds geëntameerd, of hangende Hun Ed. Groot Mog. Deliberatien te entameeren. Dat de fuppliant daar van wel heeft gehad dit provifioneel effect, dat op den aan den fuppliant gepraefigeerden rechtdag, zijnde geweest den 7 derzelve maand April, de voorfz. crimineele inftantie door het Hof ex officio is geftateerd ; doch dat de fuppliant niet te min heeft moeten ondervinden, dat op een mandament van arrest op des fuppl. onroerende goederen, bij den Procureur Generaal van welgemelden Hove geimpetreerd, en niets anders dan een gevolg van 't voorfz. mandament crimineel zijnde, echter op den 26 Meij default tegen hem is verleend, en Voörtgeprocedeerd, even of de voorfz. generale furcheance door UEd. Groot Mog. aan den fuppliant niet verleend ware geweest. Dat vervolgends UEd Groot Mog. op den 1 Jülij dezes jaars gedelibereerd hebbende % op de t^n zelve» dage ingekoraene confideratien en advies  c 224; vies van Prefïdent en Raaden van den Hove op des fuppliants voorfz. Request, Lebben goedgevonden en verftaan, des fup 1. verzoek te wijzen van de hand, en dicnvolgende de furcheance op te heffen , en daar van aan den Piocurcur Generaal kenhis te geven , met vrijlating nogthant aan den fuppliant, om in judicia zoodanige dcfcnfie te doen, als hij zoude te raade worden. Dat de fuppliant die dispofitie van UEd. Groot Mog. op den 5 Julij hebbende ontvangen , en niets anders kunnende verwagten , dan dat nu van wege den Procureur Generaal aan hem , 't zij bij nieuwe citatie of immers bij behoorlijke advertentie , een nadere rechtdag zoude werden geprasfigeerd, ten zelvcn einde, als waar toe hij tegen den 7 April was gedagvaard geweest, ilico bedagt is geweest zich te prcepareeren , omme ten dien dage van de voorfz. a:quitabcle vrijlatinge van UEd. Groot Mog. teprofiteeren; doch kort daar op met de uiterfte verbaazinge is ontwaar geworden , dat reeds op den 7 derzelve maand Julij, zonder eenige praallabele waarfchouwing , ja zelfs zonder dat eene nieuwe prsefentatie tegen den fuppliant was ter rolle gefteld, na het aflopen der crimineele rolle van dien dag . de prad'entatie van den 7 April was opgelezen * en op inftantie van den Procureur Generaal, door Heeren Commisfarisfen, tegen den fuppliant verkend default, en zglks niet tcgenftaande zijn Pre-»  C '^5 ) Procureur met alle decentie hadde gefólltcitéeftf» dat door een kortuitftel, al was het maar van acht dagen, de fuppliant in de mogelijkheid gefteld mogte worden, om te kunnen compareeren , of zoodanig verzoek aan den Hove te doen , als hij te rade zou werden, ten einde van de bovengemelde vrijlatinge effect te hebben. . Dat de fuppliant al verder vernomen heeft , dat ingevolge van dien , ook het tweede default op het voorfz. arrest verleend, en hij, in dat cag tegen den 2, en in cas crimineel tegens den '6 September, op nieuw, bij edicle ad valvas curia; is gedagvaard, omme te zien wijzen het verder proffit van voorfz. defaultc dcc. Dat de fuppliant, eerbiedig vertrouwende, dat dit alles direételijk aanloopt tegen de intentie van UEd. Groot Mog., gemanifesteerd in de zoo ex, presfe, als allezins rechtmatige en billijke, vrijlatinge aan den fuppliant, om injudiciozoodanige» éWenfle te doen , als hij te raade zal worden , zich dan ook verpligt heeft gevonden zulks te brengen tot kennis van UEd. Groot Mog., cn daar" Op Hoogstderzelver vborzieninge teimpioreeren. Wcshalvcn cle füppliam zich bij dezen keert tot UEd. Groot Mog , ootmocdiglijk verzoekende, dat het UEd. Groot Mog. gelieve aan denHove aan te fchrijven; omme de beide inftantien van den Procureur Generaal tegen den fuppliant te fteÜea in dien ftaat, waar in dezelve waren op den 5 P Apri,  April 1788. toen UEd. Groot Mog. de procedure* tegen den fuppliant geëntameerd , of hangenda UEd. Groot Mog. deliberatien, te entamecren heb» ben gefurcheerd, en voords de nodige ordre te ftellen , dat uit hoofde der 0 hclfinge van die furcheance, op den 3 Julij bij UEd. Groot Mog. gerefolveerd, tegen den fuppl. niet vverde voortgeprocedeerd dan op nieuwe, aan hem tijdelijk gepivefigeerde, rechtdagen , (*) met die vrijlatinge wel- (*) Dit Request is wel niet voor den fuppliant, doch echter voor anderen , nog van eenig nu: geweekt; want op den 12 September 1788- heeft de Procureur Generaal , aan den Procureur, die voor twee Geconftituëerden van Rotterdam, tegen welke een mandament Van dagvaarding in perfoon tegen 7 Julij verleend, was , mede een Request aan de Heeren Staaten gepraefjnteerd had, waar op den 2 Julij furcheance. verleend, doch 't geen vervolgends op den 5 September ook afgewezen was , geadverteerd , dat hij die zaaken op den. 23 dier maand zou prajenteer en , om verzoek te doen of default te begeer en — daar tegen' dei fuppl. op den 9 September reeds het tweede defaut gevraagd en verleend was; Deze onderfcheidene behandeling kan men niet zoeken daar in, dat tegen die Geconftituëerden maar dagvaarding in perfoon; doch tegen den fuppliant een mandament crimineel, was verleend — vvaut dit laatste tbort van mandementen ftclt den geenen, tegen wien het disponeert, wel in 't gevaar van geapprchendeerd te kunnen worden, ten allen tijde  ( 2^7 3 welke bij UEd. Groot Mog. evengemelde Refoknie aan bet afwijzen van zijn vorige verzoek is geaccrocheerd, en dat inmiddels, hangende UEd. Groot Mog. deliberatien over dezen Requeste 5 alle verdere procedures van den Procureur Generaal tegen den fuppl. op nieuw werden gefurtheerd. 't welk doende &c. -- als hij gevonden wordt, maar hetver'ptigt hem niet óm vroeger te compareeren, dan den dag welke hem ten dien einde, door een Deurwaarder , even en in dezelfde termen als aan Gedaagdens in perfoon; bij edicte is gepraügeerd. Nu was die dag (7 April) geduurende de furcheance, welke door — den Souverain op den 5 dier maand gëordoneerd en ' op den 2 Julij opgeheven is, verlopen, Het was „-dus per rerum naturam een onmogelijkheid, dat „ hij op dien dag nog konde compareeren, — en de aart der zaake vorderde mitsdien van zelfs , -dat de Procureur Generaal hem op de eene of andere wijs .liet weten, op welken naderen dag hij nu nog aan zijne citatie zou kunnen voldoen ; even als op den bevorens geprajfigeerdenRegtdag, op welken hij niet Willekeurig, maar op góedvinden van dén Souverain selven, abibnt gebleven was- Het verzuim van zulk eene - advertentie (lelde hem in 't zelfde geval, als een gedaagde , in wiens afte van citatie geene of een abulieve dag van Rechten ftaat uitgedrukt, cn die dus niet weet, wanneer zijn partij of de Regter hem wagt. — P % E.x*  C «8 ) Extract uit het Register der Rejolutien van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland in Hun Ed. Groot Mog. Vergadering genomen op Vrijdag den 29 Augustus 1788. Xs gelezen de navolgende reques:e van Mr. Hendrik Arnold Kreet, zig noemende geboren Burger en Imvoondcr der Stad Amfterdam, om de daar bij geallegeerde reden verzoekende , dat Hun Ed. Groot Mog. aan den Hove gelieven aan te fchrijven, om de berde inftantien van den Procureur Generaal tegen den fuppliant te Hellen in dien ftaat, waar in dezelve waaren op den 7 April ï'788. toen hun Ed. Groot Mog. de procedures tegen den fuppl. geëntameerd of hangende HunEd. Groot Mog. deliberatien te entameeren , hadden  C 129 ) gefurcheerd , cn voorts de nodige ordres te (lellen, dat, uit hoofde der opheffinge van die furcheance op den a füfi bij Hun Ed. Groot Mog. gereiblveerd, tegen'den'fuppl. niet werde voortgeprocedeerd, dan op nieuwe aan hem tijdelijk geprafigeerde rcgtdagen , .-en met die vrijlating , welke bij Hun Ed Groot Mog. Refolutie aan het afwijzen van zijn voorig verzoek is geaccrocheerd; en dat inmiddels, hangende HunEd. Groot Mog. deliberatien over dezen Requeste, alle verdere procedures van den- Procureur Generaal, tegen den fuppl. op nieuw werden gefurcheerd. Fiat infertio. Waarop gedelibereerd , en door de Heeren Gedeputeerden der Stad Amfterdam gedesadvoueerd zijnde de qualiteit, (*, die de iuppliant zich als In- i*") Men herlezc en overwege den inhoud van zijn Request, hier boven bl. 194. en oordeeie , of zijn temporair en onvrijwillig verblijf buiten Amfterdam, hem het Recht beneemt, om zich hangende den procesfe, nog te bhiven noemen, geboren Burger en Inwooner van die Stad ? — Men denke eens na: op welken grond, bij Hun Ed. Groot Mog. Placaat van 30 September I788yhet fournisfement ' van den 25 penn. gevorderd wordt, van allen, die nog geen jaar en zes weeken voor het emaneeren van dat Placaat abfent geweest waren ? en volgens welk verfterfrecht de boedels van hem, en p .3 'm  ( *3o ) Inwoonder derzelve .Stad adfcribeert, is voorts goedgevonden en verftaan de voorf'. Requeste te jenvoijeeren aan den Prailldent en Raaden van den Hove , om naa-r flijle voor den Hove gebruikelijk (fj voort te rr< cedecren , en zal hier van .kennis worden gegeten aan den Procureur Gene.raai, tot zijne informatie. i ï-' - -b ••133S3§ 21 i'JOSÏJV -'fioov ull-s. ".:.' -y >i<,: Accordeert met 't voorfz. Register tto fgete.ekend] C,. Clotterbookc. andere diergelijk* abfenten , verdeeld zouden moeten worden, indien zij, zonder lijfserven en zonder testament, overleden? of men van hunne. En'genaamen dan in Holland den impost op da colla.erale fhcecsfie, wegens goederen buiten die -■ fProyincie gelegen, niet zoude vorderen ? enz. enz, Door deze woorden verloor de fuppliant eens- kiaps al bet effect of nut van de ciau/ule der vorige Refolutie van den 2 Julij , waar bij aan hem was vrijgelaten, om in judicia zoodanige defen- fte te doe als hij te raade zou worden. ■ Want, door het, aar zune meening te vroeg, en zeer zeker buiten zijn jchuld , verleende default 'twelk hij niet 'ad ku. nen voorkomen, deWfHhet p/ujiquement. onmogdV]'; was , dat hij op den 8 JuITj ter Roile vm het Hof In 'sHage konde compa„ rezren, was hij ver/ioken van de exceptie dec/ina- ttir,  C 231 ) foir, welke hij bij zijne Requesten (hier voor bladz. 171 en 194.) getoond hadde, in de eerftcplaats in het oog te hebben , en zich vieidde, dat, na behoorlijke aduructie , in judicio , rechtmaatig bevonden en geadmitteerd zoude worden , zoo op de gronden bij voorfz. Requesten door hem geallegeerd, als op de ontwijrfelbaaro gevoelens van 't Hef zelve, 'twelk in eene Rcmonltrantie aan Hun Ed. Groot Mog over.de zaak van Mowand in dato 6 April 1786. zich in dezer voege heeft uitgedrukt. „ dat de ingezetenen van 's Hage, Edel, geprivili„ gcerd en Burger, het zelfde recht hebben, om „ de befcherming der vetten, waar vsn de Ordi„ n ris fifHtie het bolwerk is, te genieten , als da „ Ingezetenen Dan eenige andere ftad of plaats m „ het gantfche land, en dat mitsdien , zoo lang dcr„ zeiver Privilegiën niet verbeurd zijn verklaard„ 0, geene aftrekking van derzelver Or dinar is , dage„ lijkfche en competente Regters, of van dc Ordina„ ri.s Juftitie, omtrent hen mag plaats hebben, indien „ dezelve niet even eens plaats heeft omtrent alle an„ dere Ingezetenen des Lands. „ Dit Acuut op de algemeenheid van het Privilegie de w non evocando, het welk te bekend is allen Ingeze„ tenen des Lands te competeeren , dan dat het no„ digzou zijn het zelve te adftru^eren , en het welk 5, zoo fterk is, dat, volgens het geen Hun Ed Groot „ Mog. zeiven gedeclareerd hebben in Hoogsrderzel„ ver Placaat van 5 Oftobenósó, 's Lands' Ingezete.fc nen, zonder verkorting van het Recht, haar ver.„ mogens de Privilegiën van den Lande competeerenZ van de vcgrzeide Jurisdiiïie niet kunnen of P 4 » ver-  „ vermogen ie vierden geè'ximeerd, &c. —— als me„ ria op de algemeenheid van her geen Hun Ed. Greot „ Mog. bij hoogstderzelver Placaat van 15 September „ 1677 hebben verklaard een indisputabel Recht te „ zijn, dat geene Ingezetenen van denzetoen Lande, p niet fugïtief wezende , nochte ook in flagrant t' „ delicto geattrap eerd wordende, ger pprehendeerd „ oi te recht pcfteld mogen worden, anders, dan „ door den Officier, ende voor den Rechter, betv. dc'z *'* !,aar rcgt'ard or dinar is, dagelijks ende „ competent zijnde ; welk recht dus even eens aan „ de refpective Ingezetenen van 's Hage, als aan die „ van alle andere plaatfen, toekomt, waar uit volgt, „ dat zij daar van door geene andere pr/eve^„ tie, dan dcor de zoodanige, welke dcorapprehen„ fie in flagrant/ gefchicd , zouden mogen worden „ afgetrokken. —- En deze exceptie, van appreheiifte„ in jlagranti, ziet eigenlijk niet op het geval vam ., praventie , door iemand die geen Ordinaris Rcg„ ter is, maar door den Ordinaris Rcgter loei de„ ücii commisfl, in m elk geval de Ingezeten, hoe „ zeer afgetrokken van deszelfs dagelijkfchen Rcg„ ter, echter alt'j.i blijft bij de Ordinaris Juftitie , eii „ dus, pófitis terminis van het middel van hippel, „ aan den gemeencn Ordinaris hoogeren Rechter,kan „ jouisfeereh Wel is waar , dat het Hof fufti- „ neert , dat de cas Royaux , uit de refpective Pri- „ v'.legien gijn gerefbrveerd, jn dien zin dat „ de zelve bij ree 8 art. van de mftructie , en dus bij „ een Landwet, aan het Hof, tanquam judici fupo'„ riori orditiarid zijn toegekend , waar door dus de „ Ingezetenen niet worden afgetrokken van de Ordi- » na-  5 233 )■ „ naris Juftitie ; dog wij remarquee'ren, —m „ dat de Steden (tem in Hun Ed. Groot Mog. Vergadering hebbende , die fuftenue van het Hof „ meest, altijd ten fterkften hebben tegengegaan, in- w zonderheid de Stad Dordrecht —— Leijdeu &c . „ welke niet konden zkn , hoe zulks was overcente-» „ brengen met het Piacaat van j.5 Sopt. 1677. en daar „ op gevolgde Refolutie van 16 Dec. 1678. nadien ^ daar inne mede geen exceptie van eenig crimen K te vinden , of.by iiiatie uit te haaien «• „ Daar nu bij de Steden, ter Vergadering van Hun Ed. „ Groot Mog. compareerende, wordt gefuftineerd , en „ op Hun Ed. Groot Mog. eigen declaratoiren ge„ tundeerd, dat zelfs de referv tic, die het Hof fusti„ neerde door de Graven gedaan, en de cognitie daar „ van aan het Hof bij het 8 art. van dc inftructie ge„ demandeerd te zijn, niet mogt derogeeren aan de „ generaliteit der jurisdictie aan de Schepenen-Banken „ gegeven, hoe zouden dan nu &c. Wat verder , in 't zelfde (luk, zegt het Hof nog : „ Het is immers zeker, dat een Burger, die gevangen „ worJt wegens hoog verraad, daardoor zijn recht „ van volle defenfie niet verliest. Indien het tegen- „ deel waar was , zou daar uit volgen , dat de „ Burgerlijke voorrechten juist iemand zouden bege„ ven op het tijdftip, wanneer hij derzelver werking „ het meest van noden heeft, cn dus ijdele klanken „ zijn. Want zoo lang een Burger niet gepecceerd „ heeft, of befchuldigd wordt van gepecceerd te heb„ hen, is het jus de non evocaudo, en het recht van a volle verdediging onnut voor hem. Maar, wanneer P 5 ,M  C 234 ) ., fcfj in die termen komt, dan eerst komen die voor„ rechten hem te ftade, dan eerst is de gelegenheid „ geboren , dat hij er zich met effect vsn konne en „ moge bedienen. Wat zouden dan toch die voor„ rechten beteekenen, indien hij begrepen moest wor„ den , dezelve door die daad , welke hem in de „ omftandigheden brengt om er gebrmk van tekumen „ maken, ipfo faêlo Vel ipfo jure verbeurd te hebben ?" 't Is wel zoo, dat het Hof, all* het voorfz al. leenlijk aanvoert tegen het Collegie van Heeren Ge' committeerde Raaden, 't welk door het Hof befchouwd wordt als geene ordinaire jurisdictie hebbende, noch ordinaris justitie administreetende, terwijl het Hof meent , over de zoogenaemdc cas Roijaux, bij pneventie te kunnen jugeereu, zonderde ingezetenen der Steden in het privilegie de non evo» can.o te benadeelen, om dat het Hof ordinaris justitie oeffent , dat is, zich aen de vastgeftelde wetten en costuemen of wijzen van procedeeren verhonden houdt, Uit welken hoofde, het Hof zich dan ook telt onder de Ordinaris Regtcrs. — ftfaer, dat er een zeeresfenticel onderfcheid is. tusfehen ordinaris justitie en ordinaire jurisdi&ie, ■ is vooi1 lange geremarqueerd, en treflijs aang»* drongen, door Heeren Schepenen der Stad Amfterdam, bij eene, door 't Hof zelve gelaudeerde Misfive aan Hun Ed. Groot Mog. in dato 3 September Ï75Ö die ook in een nadere Memorie van confideratien, van den 28 derzelve maand, zich omtrent de voorfz cas Ro'jaux aen Hoogstdezelven, in dezer voege uitdrukken: „ Niemand kan onbewust „ zijn, Welke bewegingen Hun Ed» Groot Mog. pla- n cSat  C 235 ) v caat cn gedeclareerde grondwet van dato .15 Sejrs „ tember 1677 . heeft gemaakt. " Bijzondei lijk heeft „ de Raad Provinciaal zich deswegens bij een zeer am- .„ pele Misfive aan Hun Ei. Groot Mog. geaddresfeerd, „ en onder anderen voorgcfteld: Of Hunne El. Gtooc „ Mog. daar vair zonden verftaan te excludeeren zpo„ daanige crimina, die gemeenlijk genoemd wonden „ des cas Royeaux, mitsgaders de verjaarde delicten, „ V-n aanzien .van alle dewelke het Hof was verraee- .w nende, dat dejudicatuur, zonder aanfehouw van het u domicilium der Delinqttanten, ter eerder inftantie „ aan den Hove zoude competeeren. Maar Hun Ed „ Groot Mog.. hebben goedgevonden op eenmaal-alle „ de genoemde bedenkingen aftefnijden, en bij nader „ placaat in dato 16 December 1678 pofitive, en zon„ der eenige de minfte uitzondering of limitatie, tc „ verklaaren: dat tot de rocherche en judtcatuure over „ de delicten alleen zijn gequalificeerd de Officie„ ren en Regters over het territoir, waaronder de De. „ linquanten woonagtig zij <: Dcfereerende zelf aan de_ „ zen Domiciliairen Regter, die met een notabele 0111„ fchrijving den Compeienten wordt genoemd, het „ oordeel en de faculteit, om, in dubieufe gevallen, „ ten aanzien van de termen van het gezegde Pla„ eaat voorkomende, te distingueeren, en recht te „ doen, zoo als dezelve in goede justitie zoude ver. „ meenen te behooren. Hier worden dan de ge-, ,, vallen, bij onvoorzichtige uitleggers van de inftructie „ van den Hove, uit vreemde maximes ontleend en „ genoemd des cas Royeanx, zonder eenige bepaling „ en met opzicht tot de gantfche Provincie, erkend té y ftaan oider den Officier en Rechter, beiden ordinair ö en dagelijks, ——„ Hoe  C 236 3 Hoe zeer dan het Hof ordinaris justitie oeffene, of de ordinaire forme van procedecren in acht neme, ■ en m dien zin, een ordinaris Regter zijn moge,— is het zelve echter geenszins , de ordinaire, dageiykfche, en competente Rechter der Burgers en Ingezetenen van dc S:eden . ter eerfter inft ntie, maar alleen in cas d'appel welke die.shalven niet behooren, en volgens voorfz. Staatswetten niet mogen, ontzet worden van het faveur, of zoo als't Hof zelf erkent, dat onvervreemdbaar Recht der Inf •[ gezetenen, van eerst vot>r den Rechter hunner woonplans gehoord en gevonnisd te worden, en da.rna, poftis terminis, re mogen -jouisfecren van het door 't Hof zelf geroemde , en als een voorrecht geconfi- • dercerde, middel wan appel. Dit toch zou het groote en irreparabele grief zijn voor Stedelingen, die bij delegatie of bij overgifte der Stedelijke Rechtbanken, zonder hunne eigene toeftemming, voor het Hof wierden teregt gefield: waeromtrent het Hof zelf bij de meergemelde remonftrantie, aenmerkt, dat aen de overweging van Hun Ed. Gr. Mog. niet behoeft te worden voorgedragen „ welk een uitnemend Voorrecht het middel van hooger beroep is voor een befchuldigden, die niet, of niet „ volledig geconfesfèerd heeft, en welk een groot „ prajudicie het ovcrzulks voorhemis , daarvan ver„ ftoken te z;jn. —— [mmers dit blijft altijd waar, en op alle Rechtbanken., uit feilbaaremenfchen befiaande , applicabel, ook dan, wanneer dezelve éénerleie form van procedeeren ia acht nemen. 3n, —■ zoo die Exceptie al eens wierde gerejecteerd da*.  C 237 ) dan wierdt tem, door in zijne zaak dc /fij'voor iu,fi Hove gebruikelyk plaats te geven, de fustenue afgefneden, dat het Hof in djzen het Rechterambt oeffende, uit kragte der delegatie van 30 November 1787 ,(hier voor bl. 143) en niet uit hoofde van eigene competentie, om ter eerjler injlantie daarover te cognosceeren. Dit, dagt hij, kon niet qusestieus zijn . bij het Hof, 't welk, nevens de Procure r Generaal, zich anders de zaak der Remotien wel eerder zou hebben aangetrokken. Daar de geheele tpe- dragt derzelve algemeen wereldkundig was. ■ v In den zomer 1787 is hij zelf verfcheiden maaien in üe Comparitiekamers van den Hove geweest, en aldaar door den Heer Procureur Generaal 't Hoen, en door meer dan ééien der nu nog fungeerende Heeren Raaden, minzaam aangefproken, ennaarzijn welftand gevraagd, (een blijk van achting, 't welk geen Lid van een Gerechtshof openiijk zal geven aan een voorwerp van crimineele pourfuites ) Schoon die Heeren nimmer getoond hebben de toen heerfchende gevoelens te zij.i toegedaan , maar wel het tegendeel. Waarom zouden Hun El Mog. dan piet zoo wel over de Remotien gevigileerd hebben, als over het Declaratoir der gewapende Burgercorps van den 3Julij? (zie hier voor bl. 135.) Een van beiden moet waar zijn: of, dat het Hof de Souveraine Refolutie van u Meij, waarbij de Rotterdamfche Remotie is verklaard een domestijcq object te zijn, heeft gerefpecteerd, als een dadelijk blijk, dat de Hooge Overheid, zich daar in niet ge«tncerneerd oordeelde, ——1 gelijk dit v/aarlijk ts  Eertijd door HunEd. Gr. Mo-^ zoo begrepen wierdt, ■— en dan beeft de intrekking dier Refolutie alleen iunnen dienen, om de Regeering voor 't vervolg op den ouden voet te herftellen, gelijk gefehiedis , maar niet om een Recht, 't welk de Hooge Overheid eens verklaard had niet te hebben, of 't welk zij in dat geval reeds had afgedaan, weder te doen herleven, in nadeel van particulierén, die zich op dat gevoelen hunner Regenten hadden betrouwd. Of het Hof en de Procureur Generaal inoeten te dier tijd begrepen hebben , dat daar over in de eerde plaats door den judex loei moest gecognosceerd worden. « Is dit nu zoo, —— gelijk het Hof zulks mede, met ter zijde (telling, voor dit maal, van vorige fuftenuen , heeft overgegeven bij het voorlopig advis van den 3 öctober, en 't welk dien conform " bij HunE-k Mog. op den 3 November is goedgevonden en verftaan, — zié hier voor bl. 77. en bl. 142.) en zijn naderhand, ten opzichte van enkele (leden , op verzoek of ten gevalle der plaatslijke Rechtbanken, en wel te Rotterdam, naardien de meerderheid der Schepensftoel zich zelve recufeerde, in dat fp;ciale geva), gelet op dc gefteldheid van zaaken binnen die Stad, aan den judicature van den Hove gerenvoi- f jeerd die zaaken, welke bij UEd. Groot Mog. Refolutie van 30 November (hier voor bl. 143.) bedoeld zijn, dog met deze expresfe en fterkc bijvoeging: „ voor zo veel dezelve ander zins ter eerjler inflantie „ door Schepenen van Rotterdam zouden moeten „ werden berecht, onverminderd en zonder prae- ' „ judicie van de Privilegiën van de Refpective Ste„ den , en de Rechten van de Ingezetenen van „ dieu  M dien, en fpeciaal van gemelde Stad Rotterdam, en v blijvende dezelve voor het overige onverkort en „ in haar geheel. 1 1 ■ Dan zou de fuppliant gemeend hebben, daarop met de uiterlte fiducie te mogen fundeeren een verzoek, om eveneens behandeld te worden, als men, indien dje delegatie niet gcfchied ware, hem zou hebben moeien behandelen voor zijn ordinaris dagelijkfchen en cpmpetenten Rechter, dat is volgends de crimineele practijcq, welke bij de Schepensbanken geobferveerd wordt , en niet volgends de ftijl van den Hove, en dat hem dieshalven wierde gegeven , niet eopie van het te kennen geven van den Procureur Generaal, waarop door denzelven het mandament crimineel tegen hem is verzogt, of van dat mandament zelve , maar alleen expres [ie van de daaden, ter zaake van welke dat mandament is verleend en hij dienvolgends gehoord zal moeten worden. — Daar voor militeerde, nqar zijn begrip : l *n 't generaal, dat er geene goede of billijke reden is uittedenken, waarom bij't Hof niet zou mogen of behooren plaats te hebben, 't geen bij de andere crimineele Rechtbanken, volgens ordonantie van den Souverain, moet gefchieden. Daar her dezelfde Souverain is, wiens Recht, zoo bij 't Hof als bij die vierfchaaren , word waargenomen , en er in dit opzicht geen waar onderfcheid plaats heeft, tusfehen een befchuldigden, tegen wien een mandement van apprehenfie of van perfooneele dagvaarding verleend is dan alleen deflylvan den Hove, welke, hoe oud ook' echter niet onfeilbaar is. Bon T verhaalt ergens, in. zijn tractaat van crimineele zaaken, dat er een tijd geweest  O-P) weest is, waar in de ftijl van't Hof medebragt, dat aen gedaagden in perfoon ofgevange ie, die in ordinair1 proces ontvangen waren , niet wierd geaccordeerd copie van de viaagpoincten, waar op zij gehoord waren , maar alleen van derzelver gegeven antwoorden, om dat de laatste van hen, doch de eerde van den Proc. Generaal afkomftig warén , en hem toebehoorden. D'.t is, zonder tusfehenkomst van den Souverain , veranderd d or 't Hof zelve , 't welk zich dus te dier tijd bevoegd heeft geoordeeld , om dengebruikelijken ftijl te postponeeren aan de overtuiging van reden en billijkheid. Nu is dereden, waarom een Ged. de poincten zijner befchuldiging behoort te weten , overal dezelfde , namelijk dat geen befchuldigde verpiigt is te antwoorden over andere faiten , dan waarover het decreet of mandament tegen hem verleend is ; — welke faiten hij dus voor af tijdig behoort te weten. Dat dit zoo wel bij het Hof, als bij de neder Gerechten t moet plaats hebben , heeft de Hooge Raad ten dirkHen beweerd in de zaak van A. van der Mi:.len. II Speciaal is dat verzoek gefundeerd, in casvan zulk eene delegatie als de tcgenwoord ge , welke niet uit hoofde van de geaccufeerden plaats heeft, iraar alleen proflueert uit de perfoonen der Regters ter eerfterinftantie. De Gedaagden buiten wierichul i ditis, behooren er die.s halve van geen erger natuur door te worden, maar bij't Hof alles te genieten, wat zij in hunne Stad hadden moeten gemeten ■ 't Hof, in dezen lubintreerende in de plaats en vcrpligting van Schepenen, behoorde zich ookin alles te conformeeren mot die Ordonnantiën Rechten enCostu. men 3  men, welke door Schepenen geobferveerd moeten worden. Zoo de Gedaagden door bet ongeluk der tijden , zich ai moeten getroosten eene intentie te verliezen, zij moeten echier daar door zoo min mogelijk verliezen , en dieshilven moet 'er, behalven de plaats cn - perfoonen der Rechtbank , voor hen geene verandering hoe genaamd plaats hebben , in alles wat hen ter eerder inftantie in hunne Stad zou zijn geaccordeerd. UI.Een aUcrbijzonderfte reden, waarom het Hof 'tvoorfz. verzoek behoorde te accordeeren, —— is daar iri gelegen, dat ter zaake van de publijcque onlusten, waar uit deze procedures proflueeren-, door den Souverain is verleend een gensraale amnestie,met eenige uitzonderingen, niet xan perfoonen maar vanfaitc,nf. welke bij dat placaat zoo worden omfclireven, dar 'er tusfehen den Procureur Geneiaal en een of ander der geenen , tegen welke hij procedeert, ligtelijk dispuut kan vallen , ofzulk een gedaagde uit datPlacaat van amnestie, al of niet uitgefloten,is. Ieder Gedaagde moet dus vrijheid en gelegenheid hebben om het laatste te fuftineeren — de Souverain rei;- voijeert hem daar mede naar het judicium, —. Hoe zal hij nu die fuftenue doen gelden , dan door de woorden van 't Placaat te vergelijken met de befchrijvmi: der faiten, welke, in het tegen' hem verleende mandement, hem als misdaad worden aangefchreveo ? Men zegge niet: -—— hij kan die exceptie van amnestie proponeeren na'tverhoor; —dan weet' hij, uitde hem voorgehouden vraagen , wat de Pr. Gen. hem R te  C ) te laste logt; —— of na dat de Pr. Gen. tegen hem zal hebben elsch gedaan; welke hem dan ten dien einde, voor de Sententie, zal worden gecommuceerd. Want. daar mede zouden zij, die dan eerst verklaard zouden worden, in dat placaat van amnesti: benepen te zijn, m daar van met volkomen maar ' alleen gedeeltelijk, profiteeren dewijl Hun Ed. Groot--M-og- zclven bij Publicatie 17 April 1788. declareèren te hebben verboden „ dat tegen de niet „ uitgeflotene' eenige de minde actie of befchuldi„ ging in Rechten zoude worden aangefteld , of „ aangefteld zijnde zouden worden vervolgd, zoo als'bij het Placaat van 15 Febr. aan de Officieren, ' crimineelc jurisdictie exerceerêridë , ook maar alleen word aanbevolen, onderzoek te doen naar, en 't recht der Hooge Overheid waar tc nemen tegen, de uitgezonderde Hoofdaanlcggcrs &c. Men moet dus voor alle proces, vooralle verhoor , gelegenheid hebben te allegeerén cn deduceeren , dat dc Gedaagde onder die uitgezonderden niet behoort, en dus pronteeren moet van het voorfz. verbod. Maar .... het tegen den Gedaagde verleende default, en de ftijl van den Hove, aan welke de laatfte Refolutie van Hun Ed. Gr Mog- hem fubjecteerde, ftelde hem buiten de mogelijkheid, om iets van dit alles te doen voordragen.- Ook deedt de Re¬ folutie in dito 5 September 1788, waar bij diergelijke verzoeken, van twee Rotterdamfche Geconftituëerden, zijn gewezen van de hand, conform en of de gronden van een advies van den Hove, en de justitie onverlet is gelaten, volgens den flyl voofden Ho'  C 243 ) Hove gebruikafyk, hem alle hoop van fucc'es verïfé* zen; en 'crfchiet dieshalven thans voor hem nietfan" ders over, dan aftewagtcn, of de tentenden van ' Hof met die van de Stedelijke Sjhepensbankctyzulleii overéénkomen, dan of inmiddels nog de tijd zal komen, in welken men wcnscht dat heidagt zal worden, cn ingang zal vinden, de'fehoone taal van CICERO pro Marcello: , jNtJfc&a est TANTA vis, TANTA COPlA, QtL® non ferro ac viribus debilitari frangique possit; verum animum vincere, ir.a- cundiam cohibere , victoriam tempera re * adversarium nobilitate •> ingenio, virtute pr/estantem , non modo extollëre jacentem, sed etiam ampmficare ejus pristinam dignitatem ; h/ec qui faciat, non ego eum cum summis vlr-is comparem, sed similu* Mum Deo judico. —— R % Cv*  c m i CCW AEIQUID CLEMENTER, MANSUETE, JUSTE, MODERATE, SAPIENTER FACTUM, IN IRACÜNDI-A PRjESERTÏlf, QU.E EST INIMICa CONSL LIO, ET IN VICTORIA, QjtWB NATURA INSOLENS ET SUPERBA EST, AUT AUDIMUS , AUT LEGI" MUS, QUO STUDIO INCENDIMÜR, NON MODO 1N GEST1S REBUS, SED ETIAM IN FICTIS, UT EOS S.1epe, OUOS NUNQUAM VIDIMUS, DIUGAMUS ? Te vero, quem pr^sentem intuemur, cujus mentem, SENSUSOüE, ET os CERNIMUS, tft QUICQUID be ELI FORTUNA RELIQUUM REIPUBUCM FECERIT, io ESSE SALVUM VELK, QCIBUS LAUDIEUS EFFEREMUS? QUIBUS STUDIIS PR0SEQUEMUR? OUA BENEVOLENTIA COMPLECTE" MTT» * mi Dit  C345) Dit animum vincere, adyerfarium jaccntcni extollere, & quicquid bclli fortuna reïiquum reipublica fecerit, id falvum veile, hadtzekerlijk Prins Willem de I in het oog, toen hij aan de Vrouwe Gouvernante dezer Nederlanden deedt voorhouden: (f) hoc unum monitum" v£- (*) Nicol. Burgündii histor. Belg. lib, jrr. pag. 326. edit. 1633. Ieder weet, dat het woord jimnéstie eigenlijk niet beteekent vergifnis , maar vergetelheid, van de Griekfche woorden a privariv. en /uv^f memoria, -zoo als ook tf/Avijyaf, cujus memoria non fw per est, oblivioni traditus , oblivione deleties. — Dit bedoelde Cicero in initio Philippica L~ zeggende: —> „ quantum in me fuit ject „fundamenta pacis: Athenicnflumque „ renovavi veuis cxemplum: 'Grajcum etiarrt „ verbum ufurpavi, quo tum in fedandis discor„ diis erat ufa civitas illa, atque omn e m me- „ horiak discordiarum oblivione „sempiterna delendam censui." Het voorbeeld, 't geen hij in 't oog had, was dat van T h a a s ij b u l u s-, waar van men leest R 3 bil  C ) "f£lim, solidam pacem haberi non posse , nisi ex tota gente concilium contrahens ReX pr^teritarum rerum gratiam S P O N T E fecerit; Quippe eam NEMO PETITLIRUS est, nisi ut ex propria confessione nocens esse sustineat. bij Valer. Maxim. lib'. IV. cap. I. Extern. §.4. „ infignem deinde reftitutione libertatis victo- „riam clario rem aliqtiantO MODEKA- „ tionis laude FECiT. Plebis enim fcitum „ interpofuit, nequa prateritarum rerum „ mentio fieret. Haec oblivio; quam Athe„ nienfes ^wvjjr/aiv voeant, concussum et „ labentem civitatis statum , in „ PRISTINUM HABITUM REVOCAVIT. DE LEZER gelieve de ingeflopen drukfeilen te verbeteren-, en vooral de volgende: bladz. 72 reg. 21 ftaat gefoveerd , Voor gefoveerd bladz. 161 reg. 3 ftaat 24'voor 21. 17^, bladz. 179 onder aan in de aantekening ftaat^©57 t welk moet zijnj&gr l2>S ,»ladz.2i4reg. 13 ftaat demestijcq, in plaats van domestijcq..     Ëij den Drukker dezes zijn, onder anderen, gedrukt, en uitgegeven: Verzameling van Stukken, betrekkelijk de té Rotterdam gerendeerd hebbende Commisfie van hun Ed. Gr. Mog. in de Jaaren 1784, 1785 en 1786, met het Raport en de Bijlagen, 7 deeleii, in gr. 8°. ƒ 17 : — : _ Het Raport en de Bijlagen , afzonderlijk ƒ 3 : 10 : — Verzameling van Staats- en Stadsftukken, iri den jaare 1787, betrekkelijk de Regeering der Stad Rotterdam, gepasfeerd; tot een vervolg op de laatstgemelde, in gr. 8°. a / 1 : 16 : »