N0. 125. V R IJ H E I D , GELIJKHEID, BROEDERSCHAP. PUBLICATIE tot prolongatie der praemien op den Invoer van Tarwe en Rogge in deeze Provin tie, enz. Gearre~ fteerd den 20, Januarij 1796. Het tweede Jaar der Bataaffche Vrijheid. D k provisioneel! representanten van het volk van holland, allen den geenen die deeze zullen zien of hooren leezen, Heil en Broederfchap ! doen te weeten: Dat wij zederd den aanvang van ons beftuur geconfidereerd hebbende, dat voor het algemeen belang der Ingezetenen van deeze Provintie, de voorraad van Graanen, welke binnen dezelve voor handen was, zoo veel mogelijk moes;: geconferveerd, en de toevoer van dezelven van buiten 's Lands op de meest gepaste wijze gefaciliteerd worden; dienvolgende ons verplat hebben gevonden op dit gewigtig objeft onzen bijzonderen aandacht ze restigen, ten einde alzoo de duurte en fchaarsheid der eerfte noodwendigheden, zoo vee! de tijdsomftandighed.en gedoogden, te doen ophouden, en in het vervolg te prceveniëeren. Dat wij, om dit heilzaam oogmerk te bereiken, aan de eene zijde hebben vermeend, zoo bij onze Publicatie van den 13. Februari] van het voorleeden jaar, als bij onze aanfehrijvinge van den 22. Meij daar aan volgenden, en laatilelijk bij onze Publicatie van den 30 Junij deszelven jaars, paaien te moeten Hellen aan de zeer groote confumtie van Graanen, welke in dc Mou- te-  terijën en Kownwijnftookerijën, binnen deeze Provin, tie plaats had, terwijl wij tevens heuben noodi$ geoordeeld bij onze Publicktie van den 0.9. Meij 1795. op de daar bij vastgeftelde poenaliteiten te verbieden om eenige Tarwe, Rogge, Boekweit of Gerst, in fpccie of gemaalen, het zij dezelve in deeze Provintie gewasfik, of daar binnen van elders zoude mogen aangevoerd zijn zonder onze fpeciaaie permisfie nie: alleen buiten deeze Republiek, maar ook bij provifie, tot dat door ons nader zoude gedisponeerd zijn, tiaar eenige Plaats geleden buiten het Territoir van deeze Provintie te verzenden, of te vervoeren, welk verbod bij onze nadere Publicatie van dato den 30 Jumj ™orz., mitsgaders van den 10. Augustus en een ao. Oftober darrÖaanvolgenden is geïnhsereerd; met bijvoeging van zoodanige andere prascautien, als het best geichikt waren om te beletten dat onze goede intentie door. jrcen kwaaie praótijken of indirefte middelen zouden worden elufoir gemaakt* gelijk wij ook al verder bij onze Publicatie van den 19. November van het voorleeden jaar deswegens alle verkoopingen op leevering zoo van Tarwe als 'van Rogge provifionccl voor den tijd van zes maanden hebben geïnterdiceerd. Dar. wij aan den anderen kant, onverminderd alle de ïiier voorengrafteldé voorzieningen, ten einde den toevoer van de noodzaakajkfte Levensmiddelen zoo veel doenli'k was te begunftigen, hebben goedgevonden bij onze hier voorengemelde Publicatie van den 29. Mei] van het afteioopen jaar i795, tebeloovcn ccne piaemïè van vij'tig'caroli Guldens voor elke Last iarwe; dertig caroli Guldens voor elke Last óngfedroogdc Kogge- dertig 'Huivers per honderd ponden Tarwe Meel, en'twintig ftuivers per honderd ponden Rogge Meel, die na dato van het emaneeren van dezelve tot den laatften September van het gemelde jaar 1795. moeflooten, van .buiten 's Lands in éene der Havens van deeze Provintie respeftivelijk zouden worden incebra^t, can welke tijd bij onze nadere Publicatie van den 10. Augustus daaraanvoigenden, tot den laatften December 'deszelven jaars is geprolongeerd, terwijl wü naderhand in aanmerking genomen hebbende, «iatbij de Kooplieden in deeze Provintie bij het gee*  < 3 > ,ven van ordres eenige vrees zoude kunnen ontftaan, dac de verwacht wordende Schepen niet het verloopen Saifoen, het zij door contrariewinden, of wel door andere desastefs, waar aan de Zeeman onderhevig is-, ■welligt zouden genoodzaakt zijn in eene andere Haven^ dan die van hunne destim.tie, binnen te loopen, door welk oponthoud de gezegde Kooplieden van het genot der pramien geheel en al zouden Wórden gefrustreerd, tot aanmoediginge van zoodanige Handélaaren -te' raade geworden zijn,' bij onze Publicatie van den ■20. October 1795, ten reguarde van alle da hier bovengemelde Graanen, die'na den 31. December van het zelve jaar in cene der Havens van deeze Pr3vinr •tie zouden binnen komen, de halve pramien in voege voorz. door ons uirgeioofd, onder zekere bepaalingen, aan hun te accordeeren. Dat gelijk wij als nog bij aanhoudendheid werkzaam zijn, en geduurende ons beftuur {leeds blijven zullen om alte gepaste maatregelen in het werk te Hellen, die ecnigzins zouden kunnen dienen, ten einde ons oogmerk in deezen ten algemeenen beste van het Volk van Holland re bereiken, wij ook tevens van alle welmeenendc Ingezetenen van deeze Provintie, die zich bevinden in de gelegenheid, om door de bevordering van den toevoer der Graanen derzelver voorraad te helpen vermeerderen, met alten grond mogen 'verwachten, dat zij ons in dee/.e zoo belangrijke poo-gingen, zoo veel in hun is, zullen onderfteunen, ten einde daar door de hoogc prijzen der noodzaaklijklce Levensmiddelen meer en meer te doen daalen, en te gei ijk alle vrees voor verdere fcbaarsheid., of voor een totaal gebrek, die bij fommigen zoude mogen plaats hebben, of zoude kunnen opkomen, ten eene. rnaale te verwijderen, gelijk wij inzonderheid bij dee*7.e op het ernffigifce uitnoodigen zoodanige van onze Medeburgers, welken eenigen handel drijven in Graanen, om met eenen Vaderlandfchen ijver, geëvenred'gd.aan het gewigt der zaake, met ons mede te werken, ten einde alle die gevreesde onheilen, onder Gods genadigen zegen , bij aanhoudendheid af te wenden , en zich alzoo in die betrekkingc, waarin zij geplaatst zijn, te kwijten van derzelver dieibaarfle ver- piig-  4 4 > pligtingen jegens het Vaderland en hunne mede Ingezetenen. Dat wij, ten einde om van onze zijde hun daar toe zoo veel moo?elijk aantemoedigen, naar ingewonnen advijs van onze Committés van Algemeen Welzijn, Koophandel en Zeevaart, Vivres, en Algemeenc Waakzaamheid hebben goedgevonden, de Prasmien bij onze Publicatie van den 29. Meij van het voorleeden feu 1-95, door ons rcspectivelijk uitgeloofd, waar van dé rijd bij onze nadere Publicatie van den 10. Au ïusrus des zeiven Jaars tot den 31. December laatstleed^n is Caroli Guldens voor elk Lasc we en 15. gelijke Guldens van elk Last ongedroogde J&oage welke respeótivelijk geduurende gemelden tijd, in een der Havens deezer Provintie over Zee zullen worden ingevoerd. En 00 dat aan deeze onze goede intentie ten nutte der Inrózetenen, zoo veel mogelijk zal kunnen worden voldaan, zal deeze alomme worden gepubliceerd en geanigeerd, ter piaatfe, alwaar zulks te doen ge- den Hage, onder het klein Zegel van den Lande, den 20. Januarij 1796. Het tweedejaar der Bataaffche Vrijheid. J. NUHOUT van der VEEN, vt. Ter ordonnantie van dezelve, DIRK di WEILLE.