N9. XV.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
PUBLICATIE van het intermediair uitvoerend bewind der bataafsche republiek,
bij welke het Decreet der Conititnëerende Vergadering van den 8. Februari]', en de Publicatie van den 12. April, beide l. L, ten opzichte van dis leden der tweede Nationaale Vergadering, welke na den 12. Januari] l. I. bij Misfive verklaard hebben, zich van de verdere bij wooning der Deliberatiën dier Vergadering te. onttrekken, krachteloos gemaakt, en buiten effect gcfteld worden. Gedr~ re ft'eerd den 3. Julij 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrij\ , heid,
ÏÏet intermediair uitvoerend bewind der bataafsche republiek, aan de Ingezetenen der/elve Republiek , Heil en Broederfchap! doet tc weeten:
Dat het Intermediair Wetgeevend Lighaam des Ba« taaflchen Volks, overwoogen hebbende, dat het Decreet der Conftituëerende Vergadering van den 8. Februari] dee~ zes Jaars, en dienvolgers de Publicatie van den ja. April h 1. ten opzichte der Burgers, welke geweest zijn Leden der tweede Nationaale Vergadering, en, onmiddeüjfc na den 22. Januari] 1. 1. bij Misfive hebben verklaard zi»h van de verdere bijwooning der Deliberatiën



< * >
miër, dier gemelde Vergadering te onttrekken„iet mee de regebn van biürkheid en rechtvaardigheid be. ftaanbaar Z!Jn geweest, en dat dezelve door het Deereer yan het Intermediair Wetgeevend Lighaam, van den I3jwy 1.1. waar bij aile zulke Decreeten en bepaa" linpen worden* vermengd, waar door zoodaanigeBaï fiers van het Stemrecht worden beroofd , die anders volgens de Staatsregeling daar toe bevoegd zijn, S moeten gereekendworden buiten effeél gefteld te zijn • heett gedecreteerd en mitsdien Heilig bepaald- dar h~ voorzegde Decreet der Conftituëerfnd?Vergadering van den 8. Fcbruarij deezes Jaars, en dienvoTgen fê ïubhcatie van den i,. April 1. 1. voorn, door het De creet van den» Jun M 1 geheel krachteloos gemaakt en buiten effect gefteld zijn. Sc"»aajtt
(•elastende dienvolgens het voorn. Bewind, dat deeze ZtlksWb°erhdoorta.fkek0ndlgd e" aangeplakC> S
bII^^S 3> JU1IJ'l79B' Het kierde Jaar der CWas geparapheerd,)
J. J- A. G O G E L, vt. ( Onder ftond )
Ter ordonnantie van hetzelve, (Was geteekend)
S. DASSEVAEL,



Ne. XVI
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
PUBLICATIE van het intermediair uitvoerend bewind der bataafsche republiek»
tot het tegengaan der onwillige
SCHIPPERS, VISSCHliRS en LOOTSLIE-
den, en derzelver knechts, welke, ten dierfle van den Lande, met hunwe schepen gerequireerd worden. Gearrejleerd den 4, Julij 1798. Het vierde Jaar der Bataafjche Vrijheid.
T-JET intermediair uitvoerend bewinb
der bataafsche republiek, aan de Ingezetenen derzeive Republiek, Heil en Broederichap ! doet te weeten:
Dat het Intermediair Wetgeevend Lighaam, in 0» verweeging geromen hebbende oe menigvuldige klakten welke luccesüvelijk zijn ingekomen omtrent de verregaande onwilligheid van verfcheiden Schippers, "Vi9ichers en Lootslieden, en derzelver Knechts, welke ten diende van het dierbaar Vaderland met hunne Schepen zijn gerequireerd , niettegenftaande de heThaa de en ferieufe vermaaningen, aan hunne verpibting, urn den Lande ten diende te'ftaan, nochtans op de vveêrbarstigfte wijze zich hier aan zoeken te onttrekken , — bij Decreet van den 2. Julij 1. 1. heeft goedgevonden en gedecreteerd:
Dat



Dat alle .Schfepers, Visfchera en Lootslieden als mede. derzelver Knechts refpeftivelijk, op de Kussen of ™en"tndÏT- ^an de Sr no¬
dende en SST? W00nende' of zich «Idaar bevinoende, en amde Ingezetenen van dit Gemeenebes* oP het ernftigfte niet alleen zijn vennaand m"ar el
SSfhS °do'o T ?kwijlS 215 bi* voorrende gelegenheden, door de Gemeente Bejiuuren of Mu^rpahteiten of wel door 'sLands Officieren op zoodaamge Plaatfen het bevel voerende, ten de^lvan den Lantk eene Requifirie za! gelchiedep van de Schepen of Vaartuigen, door hungevoerd wordend» of waar toe «j örhooren, daaraan terftond te voldoen voorbehoudens echter zoodaanige fcbadeloosfle Cen*
Zullende voorts alle die geehen', welke zich aan den dienst van den Lande , din ft of indirect * zouden mogen _ onttrekken, ot liet gebruik- va:, derzelver Schepen of* Vaartu.gen, mitsgaders van hunne Perfoonenom to benuur van dezelven te dienen, zouden moren weï geren naar bevind van zaaken en omftandighèden, oh het allemgoureust worden geftraft. *
Dat wijders alle zoodaanige Perfoonen, welke zouden mogen beklaagd worden, van zich W,'overtreed?J van het hier vooren vastgeftelde, ibhuldig gemaakt e hebben of we op de daad zullen worden bevonden zoowel door of op last der Militaire Officieren, op de Pfearfèn . alwaar de befchuldigden woonachtig ziin of gevonden worden het bevel voerende, als mede"door of op last der refpedtivcGemcente-Beftuuren en Collegien van Juniue van dezelve Plaatfen of Diftri&en (als weken allen daar toe bij praeyentie competent en op derzelver verantwoordlijkiieid verpikt worden verklaard ; direct zuilen worden ?eapprehendeerd, en vervojaei»; onder fecuure bewaaring overgebragt naar de tendentie van het Hof van Juditie, waar onder de Woonplaaxien van de Beklaagden zijn behoorende, om aan het zelve overgeleverd en aldaar te recht g^lle'd te wornen; aoch voor zoo veel het voonnaalig Gewest
O ver-



♦€ 3 >
överiisfèl betreft, (zoo lange er geen Departementaal Gerechtshof mede over dat geweezen Gewest, zal. geörganifeerd zijn) aan den hoogden CrimineelenRechter van het Didrift of de Plaats waar onder de Beklaag» denbehooren; zullende dien onverminderd de Schepen en Vaartuigen der Onwilliger^ daadelijk en de fa£toy ten diende van den-Lande worden gebruikt.
Dat al verders de Hoven van Juditie over de refpective voormaalige Gewesten, en de Crimineele Rechters in het geweezen Gewest Overijsiel, welke in deezen refpeftivelijk. competent zijn verklaard, allen bij deeze zijn gelast, om daadlijk en zonder eenig verwijl, zelfs met postpofitie van alle andere zaalcen en bezigheden , het misdrijf, waar van de Perfoonen, welks uit den hier voorengemelden hoofde zullen geapprehendeerd en aan dezelve overgeleeverd zijn, worden befchuldtgd, te doen onderzoeken, mitsgaders dat onderzoek op de kortde wijze, die, behoudens eene goede Juditie, mogelijk is, te voltrekken, en de Schuldigen, tot de door hun vérdiendé draffen', te condemneeren; zullende de Publieke Aanklaagers, welke bij de v'oorfz. refpeftive Hoven en Rechters in funftie zijn, mede in deezen het recht van het Bataaffche Volk moeten waarneemen en handhaaven.
En eindelijk, dat, zoo dra de Sententiën of Vonnisfen ,ten laste van de fchuldigen zijn geweezen, dezelven, ingevalle zij tot eenige openbaare lijfstraffen zouden mogen gecondemneerd zijn, onder fecuure bewaaring zullen worden terug gezonden naar derzelver refpeftive woonplaatlèn, ten einde de gedecerneerde draffen aldaar aan hun ter executie te brengen, waar voor de Rechters, in deeze gefungeerd hebbende, zorgc zullen moeten draagen.
Gelastende dienvolgens het voorn. Bewind, dat deeze zal worden afgekondigd en. aangeplakt, alörame waar zulks behoort," en'met verderen'last aan den Agentvan de Juditie, om te zorgen, dat aan de nakoming hier van, diptelijk de hand worde gehouden.
[n



< 4 >
In den Haag, den 4. Julij I7o3. Het vierde Jaar lier Bataaffche Vrijheid.
£ Was geparapheerd)
R. W. TADEMA, vr.
(Qnder flond)
Ter ordonnantie van hetzelve , (Was geteekend)
S. DASSEVAEL.



N°. XVII.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP-
EXTRACT uit het Register der Befluiten van het in tekmediair uitvoerend bewind der bataafsche republiek, betreffende de wijze van het verkiezen va» plaatsvervangers van de te kiezen Vertegenwoordigers des Bataaffchen Volks. Genomen den 5. Julij 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrijheid.
In aanmerking genomen zijnde, dat er verrchillende Interpretatien zouden kunnen plaats hebben, omtrent het verkiezen van Plaatsvervangers van de te kiezen Vertegenwoordigers des Bataaffchen Volks, is beflooten : dat volgens het 34 Artikel van het Reglement Litt. A. tot de Adte van Staatsregeling behoorende, de Plaatsvervangers van de te kiezen Vertegenwoordigers, op dezelfde wijze in de Grondvergaderingen zul-
len



len moeten worden benoemd, ais de Vertegenwoordigers .zelve.
(Was geparapheerd)
R. W. T A D A M A, vt.
(Onder ftond)
Ter ordo'nnantie van hetzelve,
(Was geteekend)
S. DASSEVAEL.