I   HEDENDAAGSCHE HISTORIE O F TEGENWOORDIGE STAAT VAN ALLE VOLKEREN; Behelzende de Befchryving der VEREENIGDE NEDERLANDEN, En wel in 't byzonder van OVERYSSEL. Met Printverbeeldingen verfierd. Jfle DEEL, Ijle STUK. Te AMSTERDAM, LEIDEN, DORD. en HJRLTNGEN, By P. Schouten, J. de Groot, G. Warnars, S. en J. Luchtmans, A. en P. Blusse', • en V. van der Plaats, mdcclxxxi. Met Privilegie.   INHOUD DER HOOFDSTUKKEN, VAN HET Ijle DEEL, Ijle en Ilde STUK. EERSTE HOOOFDSTUK. Ligging , Wateren , Grootte , Bevolking , Lugtsgejieldheid, Aart der Gronden, Voortbrengzelen , Zeden der Inwoners. Bladz. i TWEEDE HOOFDSTUK. Kort begrip der Hiftorie van Overysfel. 54 DERDE HOOFDSTUK. Regering van Overysfel onder de Bisfchoppen en volgende Landsheeren. Overgang der Oppermagt van den Landsheer op Ridderfchap en Steden. 191 VIERDE "HOOFDSTUK. Hiftorie van de Overysfeljche Regering zedert het verlaten van de Spaanfche Heerfchappy tot op het jaar 1748. — 216 VYF-  INHOUD der HOOFDSTUKKEN. VYFDE HOOFDSTUK. Van de Vergadering der Staten. — 254 ZESDE HOOFDSTUK. Tan de buitenlandfche Kommisfien. — 34? ZEVENDE HOOFDSTUK. Over de Kvmmisfien in 't gemeen*. — 391 AGTSTE HOOFDSTUK. Van de Gedeputeerde Staten , of van het Kollegk der Ordinaris Gedeputeerden* 424  TEGENWOORDIGE STAAT VAN O VERYSSEL. EERSTE HOOFDSTUK. Ligging , Wattren , Grootte , Bevolking , Lugtsgefteldheid, Aart der Gronden, Voortbrengzelen, "Leden der Inwoners. T\c Provincie van Overyssel, de zesde Ligging; II in rang onder de vcreenigdc Gewesten , grenft ten Noorden aan Friesland , ten Noord-ooften aan Drente , ten Ooften aan de graaffchap Bentheim, ten Zuid-ooften aan het Bisdom van Munfter, ten Zuiden en Zuid-wellen aan Gelderland, en ten Weften aan de Zuidër Zee. Nadien de gronden, op de grenzen gelegen, op vele plaatzen onaangeroerd gebleven zyn , was het natuurlyk dat hier uit gefchiilen geboren werden , cn dat dezen aanleiding gaven tot verdragen , waar by die grenzen naaukeuriger zyn afgetcekend. Met het aflopen der vorige eeuw is de fcheiding tuflehen 'eenen hoek des Schoutampts van den Hardenberg en Drente by overeenkomt! vaftgeftcld (a). B O) Dan in de Venen, welken ten dcele onderr'üuüeT* dat Schoutampt en ten deele tot de gemel-St- 1 Novi> de Landfchap behooren , is nog ecnige onzekerheid overgebleven (b). Dit had ook nog . (io onlangs plaats ten aanzien der grenzen tüs.^*^, fchen de Graaffchap Bentheim en het zelfde Go*fr&*» A ci». ren van A Schout»  2 Tegenwoordige Staat hoging, Schoutampt benevens de Heerlykheid Almelo tutten in en net Gerigte van Ootmarflum, welken egter de Rejti. thans met fteenen palen zyn afgezet, diejaar- tn St.' ïo. lyks door de wcderzydfche Schouten en o».i7j«. Rigters moeten worden nagezien (c). De au. 23. fcheiding tuflchcn het Bisdom van Munfter en ^e Gerigten van Oldenzaal, Enfchede en i7to. Haaksbergen, waar over al in den jare 1696 Auflt. eene overeenkomft getroffen was , is in nog jüjfter bepaald (d): gelyk mede 177+. ' weinig later de gefchiilen over de grenzen pJiklt. tu^hen de Gelderfche Heerlykheid Borkelo êerGede'p. en het laatftgenoemde Gerigte volkomen zyn r^afgedaan (e). 1775- Het gebruik der Zuider-zee heeft geen zuider-zee minder gelegenheid tot twiften gegeven, dan de verdeeling van den grond. Keizer Karei had in den jare 1545, ten behoeve der Landen van Utrecht en Overyffel. Oétroi verleend , dat niemand voortaan daar met netten, welker maazen geen vyf duim wyd waren , zoude mogen viflehen : dan eenige Hollandfche Steden hem vertoond hebbende , dat zy oudtyds , tot het vangen van kleinen vifch, netten met veel enger maazen pleegden te gebruiken, en nog gebruikten , veroorloofde hy haar ruim twee jaar daarna, onder zeker bepalingen, tot hare „ viffchery te gebruiken, de netten die zy „ 'er van ouds toe pleegden te gebrui„ ken, doch geene Cheynetten of Seynerie." Dit gaf wederom aanleiding tot geduurige klagten van den kant der Overyffelfchen. Eindelyk kwam men in een gezet pleitge-  van OVERYSSEL 3 geding (i) voor denGrooten Raad te Meche-^;CIKÖ* len, die in Lentemaand des jaars 1559 derwyze uitfpraak deed, dat de Steden van Holland , langs de Zuider-zee gelegen , niet mogten viffchen in den mond der Riviere van Overyflel , noch op de Kamper zanden, op de diepte van drie en een halve ellen waters by gemcenen vloed , noch ook in 't Zwarte Water of mond der Vcgt, van de Voorft op waards naar Genemuidcn toe , van het ccne land tot het andere (f). Dan Rid- c0 dcrichap en Steden klaagden zedert herhaalde reizen , dat de Hollandfche Water-^s^ ^ fchipperen niet alleen onbehoorlyke enge '/iardéZ". netten gebruikten* maar ook, dit vonnis^2u,biverfmadende , binnen hunne palen kwamen vilTchen , en de netten en ftallen der Ovcryflèlfèhe viffchers vernielden (*}. De me-? f *3 nigte van Steur en vooral van Zalm, welke r.C!', li in vorige dagen in de Zuider-zee te vangen s- Au8was, kon het toen mcêr dan heden der raoei-m te waardig maken anderen het regt van vis-cnz' Ichen te betwiften. Ook lagen de Geldcrfchen , zo wel als die van ons Geweft, op het ft.uk van viffchery meermalen met de Hollanders overhoop: en dit was de oorzaak waarom by het befluit der Algemeene Staten van den twintigften van Grasmaand des jaars 1674 , nopens de herftelling der overheerde Geweiten genomen, bedongen A 2 werd, (r) Op de Stadhuizen van Kampen ■ en Zwolle vindt men nog eenc kaart van de Zuider-zee , mec de aangrenzende Landen , ingevolge eene Interlocu-" ïoire Sententie des Grooten Raads , hangende dit geding , vervaardigd.  4 Tegenwoordige Staat enz.GINe' werd' " dat Gelderland en OveryfTel Hol„ land zouden geruft ftellen wegens het bezit der viffchery in de Zuider-zee en het „ Zwarte-water, en dat voortaan alle hin„ dernis, den Ingezetenen van laatftgemelde „ Provincie eenigen tyd herwaards daar omCg) „ trent aangedaan, zoude ophouden" (g). faB^'Nogttens belettede dit niet , dat weinig jaren daar na wederom nieuwe oneenigheden br37.3D'over dit ftuk tuiTchen de Hollanders en de rt Wa_ is duidelyk afgebeeld in derzelver Wapen.t;c» Jer beftaande in ecnen rooden Leeuw, op eenProvinc'e' gouden veld met eene Rivier doorfneden. De verzanding van den YlTel, ter plaatze daar hy zig in de zee ftort, heeft veroorzaakt , dat hy thans niet dan kleine en alleen tot de binncnlanfche vaart dienende fchepen dragc. Het blykt, dat de Regering van Kampen al in den jare 1540 aan de verdieping van den mond der rivier heeft doen arbeiden, en dat dezelve naderhand , in 1600 en 1637 , wederom aanmerkelyke (i,) fommen tot het zelfde einde heeft bc-^f^» fteed (h). Dan de oorzaak van het kwaad 3-p. A 3 niet  ê Tegenwoordige Staat ticGiNG, niet kunnende weggenomen worden , trok sni' de op nieuws toenemende ftremming van de vaart ook de aandagt tot zig van andere aan den Yflel gelegen Steden. Doesburg, Zutphen en Deventer zonden in 't jaar 1659 afgevaardigden naar Kampen , waar men eerlang middelen van herftel beraamde en ook met der daad deed aanwenden. Doch die van de eerftgcmelde Stad lieten het werk al in den aanvang vaaren ; en die van Zutphen zig mede langzamerhand daar aan onttrekkende , viel de laffc geheel op de twee Overyffelfche Steden. Te vergeeffch wendden dezen hare vlyt aan ten einde Amftcrdam , welke Stad zy oordeelden by den handel op den Yffel belarigs genoeg hier toe te hebben 3 over te halen, om in hare onderneming te deelen. Geen beter uitflag had haar aanzoek tot onderftand by de Algemeene Staten en den Raad van State. . AIlecnlyk verwierven zy vier of vyf duizend guldens van de Admiraliteit te Amfterl}l dam (i)3 welken niet beletten konden, fan'ff1 dat zy zig , ter voortzetting van het beMmr.ts c-onnen werk, in merkelyke fcbuld fteken A-uil iq o ^.'1*70.moeiten, fchoon zy, met voorkennis der $87,'^' Gelderfehe Steden , al zedert den jare 1661, egter met eenige tufichenpoozingen, eene zekere belafting, onder den naam van Maftgeld, van alle opkomende en uitgaande beladen Schepen gewoon waren te eifchen , en dezelve in 1677 no§ ^adden verhoogd. Het ergfte was, dat men , niet tegenftaande alle aangewende moeite en boften j in den aanvang der tegenwoordige eeuw  van OVERYSSEL. 7 eeuw nog zo weinig uitwerking daar vanLicoiNc, befpeurde , dat men bcfloot 'er de handenenz* af te trekken. Weinig jaren later. werd evenwel het werk wederom opgevat; doch ook toen met zo flegten uitflag , dat men het eindelyk geheel liet dryven. De Yffel verdeelt zjg, even beneden Kampen, in twee groote armen , welker weftelykfte , zig op nieuws fplitzende, met verfcheidcn monden in de zee uitwatert. Al de arbeid . was tot nu toe aan eenen dezer monden, hoewel niet altoos aan den zelfden, befteed: doch toen men omtrent het jaar 1733 befpeurde , dat het zand , in plaats van af te nemen, „ van het vafte land tot digt on„ der Schokland jaarlyks vermeerderde, en „ zig wel veertien of vyftien honderd roe„ den verre had uitgebreid eer men eenig „ beginzel van diepte vernemen kon" , Haakte men, gelyk wy gezegd hebben, dit werk, en befloot de uitwatering van den Ooftelyken arm des ftrooms, het Ganzediep geheten, waar men had opgemerkt dat de verzanding afnam, bevaarbaar te maken. Hier toe verbonden zig Raad en Gemeente der beide Steden by een nieuw verdrag, volgens welk dit Diep eerlang in zynen tegenwoordigen ftaat gebragt werd, en daar in, uit de opkomften van het Maftgeld , word onderhouden. Of de onlangs gedane doorfnyding van de zogenaamde Plei by Weftervoort, waar door het water meer regtftreeks uit den Ryn in den Yflel valt, iets kunne toebrengen om dit onderhoud A 4 ge-  8 Tegenwoordige Staat L.cchtG, gemaldyker te maken, zal de tyd moeten ,nz' leeren. Van ouds werd op den YlTel een tol geheven , die, of naar zynen aart, of naaide plaats daar men hem ontving, de Katentol , of, gelyk wy fomtyds gefpeld vinden , de Kotertol genoemd is. Keizer Otto de I. fchonk denzelven in 't jaar 973 aan de Abtdye te Elten , en deze gaf denzelven in 1241 in erfpagt aan de Stad Deventer, welke, na dat de verandering in de munt en de waarde van 't geld verandering in den pagtpenning noodzaaklyk gemaakt had , vele jaren herwaards met drie (,k) honderd en twintig Kareis guldens en vyf ■mgenaar ftuivers is betaald (k). Een andere tol, bu^ia*.11' eertyds door ■ de Roomfche Keizers aan va» Hau^ het Kapittel van S. Picter te Utrecht geuTs- n" fchonken, en te Deventer geheven, werd hBydfa^n,'m dcn Jarc 1217 afgeftaan aan Biflchop li q. M.' Otto van der Lippe, en behoudt tot heden s8°* toe den naam van den BilTchops tol. De gemelde Stad , welke denzelven al zedert het midden der veertiende eeuw in pand0)^ fchap had bezeten (1), kreeg daar van, zo bi. wel als van de gruit en verfcheiden andere sjgèn543.BhTchoplyke inkomften, in 1401 (m) mede (m) 'de erfpagt voor tweehondert oude Frank%4™ ryldche Schilden h jaars (2). Deze tol ffh.ü s. ig tweevoudig , namelyk te water en te lande. De watertol , die hier alleen in aan- (a) De pagt van tollen en grinten, enz. wordt nog i'aarlyks door de Stad aan het Landrentampt van Zal land betaald.' ' ., "'•  van O VERYSSEL 9 aanmerking komt , wordt geheven van aller. IGCINS , goederen, de turf thans uitgezonderd, wel-enïken voorby de plaats gevoerd worden, waar de Koerhuisbcek, boven Deventer , in den Yflbl valt , terwyl men den Katentol geeft van al dat de Stad zelve of het veer te Koten voorbygaat. In beide tollen wordt evenveel betaald (n). Van beiden zyn de^C/O goederen der Burgers van Deventer, Kam-Md?buö9 pen, Zwolle, Zutphen en Doesburg; van den Biffchopstol die van alle Ingezetenen der gemelde vyf Steden, zo wel als van geheel Overyflel, van de Stad Nymegen, van de Steden en het platte land van de Veluwe en de Graaffchap Zutphen, van Amfterdam, en van de Stad Staveren, be-0/v£^ vryd. De Burgers van Nymegen, Arn-"*«*«i hem en Deutichem genieten insgelyks Viy-Sjj^ heid van den Katentol, wanneer hunne^m-ioi. waren te Deventer worden geloft. SX&njU. van Amersfoort betalen ieder tol half (o),16^- ^ en die van Hattem naar inhoud eener byi n*>gt*o** zondere overeenkomft , den zesden van^^i; Oogftmaand des jaars 1612 daar over ge-en maakt. Zodanig is de tegenwoordige toe-Dumfor, ftand van zaken. Het zoude ons te verre leiden, indien we de gefchiilen, welke de nen Chron. heffing van den Katentol in 't byzonder ^"^t'"' in vroeger dagen, met Amfterdam en an- CO* dere Hollandfche Steden (p), met Amers-f^fe, foort (q), en met Harderwyk (r) bexok-**"^' kend heeft, als ook den twifl: met de FHeÖw.*i£.D* zen over beide tollen gerezen (s) , hicr^^ omftandig wilden ontvouwen. Liever mel-Jid. op' den wy nog eene andere geringe belafting!^en A 5 .van  io Tegenwoordige Staat ligging, van drie Huivers, welke te Deventer, onenz' der den naam van Roertol, van alle vaartuigen die een roer voeren gevorderd wordt. De fchcpen , in de drie Overyffelfche Hoofdlieden, te Zutphen, of te Doesburg te huis hoorende , zyn ook hier van geheel , en die van Nymegen , Arnhem en Deutichem, wanneer zy by de Stad loffen, doch niet wanneer zy voorby zeilen, uitgezonderd. Die van Harderwyk betalen zeOri2. v.en duiten Ct). Te Kampen, waar een bovenMn-diergelyke Roertol plaats heeft, werd insg d. gelyks de Biffchopstol, omtrent ten zelfden tyde als te Deventer, door Fredrik van r,(Vf Blankenheim aan de Stad verleend (u}, Van Hat- . , , , , v- J 3 tum,zwoi.en is ook zedert in derzelver bezit geblef^^ven, Op het einde der zeftiende eeuw en 159. lagen Deventer en Kampen met Amfterdam en de Steden van 't Noorderkwartier over deze BilTchopstollen in een gefchil, waar fragJ2ar,van ons de mtu"ag niet is voorgekomen O). aid. 4 ft. 'Van de onluften, welken de Kamper Wa- fai. 89. tertoj ^ »t voorfle gedeelte dier eeuw veroorzaakte , zullen wy hier na gelegenheid vinden te fpreken; zo wel als van de herhaalde , fchoon vergeeffche, poogingen der Gelderfche Vorften, om foortgelykc tollen op den Yffel in te voeren. schipbeek. Eene plaats , reeds in den brief fan 't jaar 1046, waarby Deventer en Amelande aan den Biffchop van Utrecht opgedragen worden , onder de benoeming van Hunne voorkomende, zal den naam hebben ontvangen van, of gegeven aan, de Hunepa, of Hoenepe'i een beekje, welke van ouds her 3  van OVERYSSEL. ir her van den Twcntfchcn kant naar De-Liecrn», venter vlietende, zig daar in den Yflel ftor-enz* tede (w), en welk, in het voorfte ge- (W) deelte der dertiende eeuw tot eene fchei-^f^ ding tuflchen de Gelderfche en Stigtfche le-w.443.en gers gediend hebbende , door dat toeval in+ °" de Gedenkfchriften van dien tyd eene kleine vermaardheid heeft behouden (x). Dit co beekje , zcdert met andere wateren ver-ffj,^. eenigd zynde, heeft zynen ouden naam, p. 1?. thans alleen in het Kloofter ter Hunnepe bewaard , verloren, en met dien van Markclfche Schipbeek , of eenvoudig van Schipbeek, verwiflcld. Volgens haren hedendaagfchen loop befchouwd , komt deze beek uit Munfterland in het Gerigte van Haaksbergen , waar zy, begonnen zynde bevaarbaar te worden, zig buiten de grenzen onzer Provincie begeeft; doch eerlang, de Heerlykheid Borkelo befproeid hebbende , valt zy , in het Gerigte van Diepenheim, wederom op Overyffelfchen grond , en behoudt dien tot aan Deventer toe. Schoon des zomers dikwerf onbruikbaar zynde , brengt zy nogthans veel werkzaamheid voort met betrekking tot den handel op deze Stad , welke ook zedert ondenkelyke tyden derzelver bevaarbaarheid heeft getragt te bevorderen , en daar in nog met zware kosten , door het onderhoud van Huizen en bruggen veroorzaakt, blyft volharden. Op het jaar 1402 vinden we al aangeteekend , dat men de Schipbeek tuflchen Diepenheim en Holten door graven zogt te verbeteren; en het blykt uit geloofwaardige Hukken , M3 dat  12 Xegeritowdige Staat Liqcmo, dat de gemelde Stad zig de zogenaamde MZ- Landevv-eeren (y) , wat lager de oevers zkDum- der Beek uitmakende , reeds in vroege tyiï'lold' den in eiSenciom had verkregen. Uit krart van eenen openen brief van Koning Filips, op den zeventienden van Lentemaand des jaars 1576 geteekend , waar by aan die van Deventer het regt gegeven wordt, niet alleen om de Schipbeek naar goedvinden te iJiila. verwyden en te verdiepen (z), maar ook ventri*,p.om eene Schouwe op dezelve te leggen, 4 5' ftelt de Magiftraat jaarlyks uit zyn midden eenen Dykgraaf cn twee Heimeraden aan , welken, benevens eenen van Stads Secretaliffen, eens in het voorjaar , en eens in den herfft, die Schouwe verrigten. Deze begint op de hoogte van het Stcedje Diepenheim , en gaat tot aan de Stad. In het Kerfpel van Markelo heeft de Erf-markenrigter , in het Schoutampt van Holten en Bathmen de Schout, het regt om zig als Heimeraad by de Schouwe te voegen: gelyk de Burgemeefteren van Goor en Diepenheim de zoogenaamde Goorfche beek , zynde eene ftreng van de Schipbeek welke van het Wefterflier naar Goor loopt , mede door hunne afgevaardigden helpen bezigtigen. Het zelfde regt genieten de eigenaren van de huizen Wcldam, Diepenheim en Westerfiier, ieder in derzclver kring. De Schouwe , geene byzondere keuren hebbende, regelt zig in hare uitfpraken naar het Dykregt van Zalland. Dezelve gaat , zo als uit het gezegde is af te nemen , niet door deHeerlykheid Borkelo ; nogthans had Deventer  van OVERYSSEL 13 ter van ouds het regt, welk in den jureLiecw*, 1747 nader by onderlinge overeenkomft be-cnI* paald is , om ook daar de beek in eenen bevaarbaren ftaat te onderhouden. Verfcheiden kleine binnenlandfche wateren zyn dienftbaar aan den Koophandel van Zwolle. Vier Weteringen , geichikt om het Zallandfche binnenwater af te voeren, en allen in haren loop de zelfde ftreek met den Yflel houdende, worden voortgaande langzamerhand bevaarbaar , vereenigen zig eindclyk niet verre boven deze Stad , en geven , met eene ftreng van de Vegt, waar xm vervolgens zal gefproken wedden, na dat zy de Stad doorfneden hebben , den oorfprong aan het Zwarte-water. Zigzwar». Noordwaards van Zwolle uitftrekkende ,water- * befpoelt deze ftroom Haflelt en Zwartfluis, en Hort beneden Genemuiden door het Zwol- ' fche Diep in de Zuider-zee. Dat dezelve al van oude tyden af bekwaam zy geweeft 'om Schepen te dragen, kan aan weinig twyffeling onderhevig zyn: doch de vaart CO nam hier voornamelyk toe, na dat de Koop-!zl~.i. handel zig , in het laatfte der vyftiende en j^0in den aanvang der zeftiende eeuw, van 169" °n Kampen naar Zwolle begon te verleggen (a). Scir\}ert% Te Haflelt wordt een tol geheven , van^*™-' welken de Harderwyker Schippers fteeds zynn^'ma' vrygehouden (b). De Vegt, welke, volgens fommiger ver- Vesc- < haal. haren naam zoude ontleend hebben y van «enen Priefter , onder de regering van Geiden Frankifchen Koning Odemar in dezel-^J*ve verdronken (c), en die, naar het be-pa«. i.'a» toog*"'30'  14 Tegenwoordige Staat Ligging, toog van den Heer Menfo Alting (d), niet enz- met den Vidrus , by Ptolemseus gemeld,in mut. behoort verward te worden , ontftaat in eerman', het Munfterfche Ampt Horftmar, en valt, p*Pia3"'na eerft de Graaffchap Bentheim bezogt te & pan. 2. hebben , in onze Provincie, waar zy, met p'1 7' eene groote menigte van kronkelingen, langs den Hardcnberg, Ommen en Dalffen voortvlietende , zig eindelyk tuflchen Zwolle en Haflelt in het Zwarte-water verheft. Dan eer zy hier komt mift zy een gedeelte van haar water , het welk door een Kanaal, ruim een half uur gaans lang, in den jare jöoo gegraven (i) en de Nieuwe Vegt genoemd , naar Zwolle afloopt. Hier door bekwam deze Stad met de Vegt eene gemeenfchap, welke van de grootfte nuttigheid is voor haren zo inheemfchen als buitenlandfchen handel. De goederen, daar ingefcheept, worden tot aan den Hardenbcrg, of , wanneer de toevloed van water groot genoeg is, zelfs tot Noorthoorn toe opgevoerd , om van daar met wagens tot aan het zo genaamde poft-kanaal, welk, voor eenige jaren gegraven, van de rivier de Embs tot aan de Stad Munfter gaat, en dcor middel van dit Kanaal tot aan de laaftgenoem- de (i) Raad en Gemeente nam hier toe het beiluit den 2. Jan. 1600, en dit werd ook nog in 't zelfde jaar ter uitvoer gebragt, zo dat men den 2 September reeds bepaalde, hoe veel tol van de houtvlotten en fchuiten, de Nieuwe Vegt gebruikende, zoude gevorderd worden. Twee j.aren daar na egter werd het werk tot grooter volmaaktheid gebragt, en de vaart met de nodige Sluizen voorzien. Zie Refol. vitif Raad en Gemeente van den 1 Maart 1602.  van O VER Y SS EL. 15 de Stad, verbragt te worden. Om een denk-Ltccuis, beeld te vormen van het voordeel welkenz* Zwolle in 't byzondcr , met opzigt tot de Provincie zelve , uit deze vaart trekt, heeft men maar het oog te flaan niet alleen op haren eigen loop , maar ook op het aantal van beekjes in het Kwartier van Twente , die zig, fommigen onmiddelyk, de meeften door middel van de Regge, in de Vegt ontlaften , en honderden van Schuiten helpen in geduurige beweging houden. Ondertuffchen, daar deze beekjes meeft allen in de Venen en Broeklanden ontftaan , en dus hun water onmiddelyk aan den regen te danken hebben , heeft dit ten gevolge, dat zy de Vegt fomwylen in zeer korten tyd onmatig doen zwellen ; waar door dezelve dan eene zo fterke drift aanneemt, dat zy niet dan met vele moeite en kosten binnen hare oevers wordt bedwongen. Het kan , daar de verwyding onzer Zeegaten thans zo veel opzigt baart, niet onvoeglyk zyn hier in 't voorbygaan aan te merken, dat de vloed , dien men voor eene halve eeuw op de Vegt by de Berkmer brug , dat is op de hoogte van Zwolle , naauwlyks befpeurde, tegenwoordig by ftil weder het water daar wel eenen voet doet ryzen , en te Dalfzen reeds kan waargenomen worden. Wat de Regge betreffe: een ftreng van Re2se' de Schipbeek , van Goor komende, en de Aa, de wateren uit de Heerlykheid Almelo afvoerende, vereenigen zig niet verre van het Steedje RylTen; en de dus gevormde beek  l6 Tegenwoordige Staat tióoiNG, beek, vervolgens den Naam van Regge aaneaz' genomen hebbende, valt een half uur gaans beneden Ommen , gelyk vvy zeiden , in de Vegt. Dat die beek reeds voor vier eeuwen tot het voeren van fchuiten gediend heeft , blykt uit. eenen brief, door Fredrik van Blankenheim in den jare 1404 aan die van Zwolle gegeven , in welken wy lezen; „ dat alle hoer Borghere die nu of hier „ naamaals om oer neringe myt "potten „ varen in die Vechte ende in die Regde Ce) ,5 vry foelen varen" (e). ï"m,2wóu By Nieuwenhuis , eene Stad in de Graafu i'd. bi. fchap Bentheim, geeft de Dinkel haar wa2?+' ter aan de Vegt over, na dat zy, zo v als deze in Munfterland gclmren , ::. deelte van Twente, bi ;.. ; y anderewi-heid Lage, in haren looj ' 1 Lr [■ c. teren- Het Meppeler Diep , uit de vercentging van de Havelter Aa en,,,,.,,,,,; „,, , de , heeft zyne uit, Mh} Kjfofa . fluis in het Zwarte-waj Ijj^J^ ' s wyker An , insge! ^^WgSÊ*^ Lende , uit Friefland komci: Ie die Provincie van de onze j;;;;;. -, ; , lopen regtftreeks, de eerfte door de haven van Blokzyl, de andere by de Kuinder , in de Zee. Naar mate men de Veengraveryen in Drente voortzet, wordt de toevloed van water naar Overylfel grooter : en dezelve is in de laatfte jaren zodanig vermeerderd , dat hier uit, ten zy de nodige hulpmiddelen in 't werk gefteld wierden, voor de Ingezetenen van het Kwartier van Vollenhove inzonderheid, de zorglykfte uitzig- ten  van O VERYSSËL 17 ten zouden moeten ontftaan. Het weder-ligcins; zyds belang heeft ook aanleiding gegevenenz' tot het houden van veelvuldige onderhandelingen tuflchen daar toe benoemde Gemagtigden van de Staten van ons Geweft en X'an de Landfchap Drente, ten einde de vereifchte fchikkingen mogten beraamd worden om aan de Drenrfche wateren eenen gereeder aftogt te bezorgen. Dan ongelukkiglyk had zig met deze zaak een gefchil vermengd, 't welk , zelf niet kunnende vereffend worden , tevens belet heeft dat men wegens de afleiding van het water overèenkwame. Eén der voorregten, in den jare 1395 door Biflchop Fredrik van Blankenheim aan de Landfchap verleend > was de grondflag , waar op door die van Drente gebouwd werd. „ Voert," dus luidt het, „ fullen alle luide onfes Landes 3i van Drente van diefen dage voert tolle„ vry vairen ende koemen toe waiter ende s, to lande doer alle onfen tollen (f)." CO ' Dit, beweerden ze, moeit hun nog hedenamIvLs ten dage , uit hoofde van het eerlte artikelu- p- 3+5* der Unie van Utrecht, te ftade komen, en£f^.u. gevolglyk hunne Ingezetenen van de tollen0- bL IO* en belaftingen , welken onder verfcheiden benamingen van de voorby varende fchepen te Zwartefluis gevorderd worden, en gemeenlyk onder den naam van de Turftollen bekend zyn, bevryden. Van den kant van Overyflel werd hier tegen wel vertoond , dat dit voorregt even weinig als de anderen , by den zelfden brief vervat, thans meêr konde gehouden worden van kragt te B zyn;  1$ Tegenwoordige Staat Ligging, zyn; dat den Staten van deze Provincie enz' het regt, om op hunnen eigen bodem naar goeddunken beladingen te heffen, met geenen beter fchyn konde betwift worden dan aan de overige Bondgenoten, die het zelve , als verknogt aan de oppermagt, van den aanvang der ftaatsregering af, onbelemmerd hadden geoeffend ; en dat deze belastingen , waar mede die van Drente zig thans bezwaard rekenden , reeds met en' voor de grondlegging van ons Gemeenebeft waren in gebruik ge weeft en door henzei ven betaald : doch het bleef by wederzydfche vertoogen, en eindelyk werden de onderhandelingen in den jare 1779 geheel afgebroken (2)» Ook benoemden de ftaten van dit Geweft zedert eenigen uit hunne Leden, ter afzonderlyke beraming van het gene hier, Cp tot verhoeding der nadeelen door den overRidd. en laft der Drentfche wateren gedreigd, zoude sted. 5. dienen in 't werk gefteld te worden Ce). Apr. 1780. _ n • • KhJ Grootte. -Lte lengte dezer Provincie, genomen van het punt waar de Graaffchap Bentheim en Munfterland tegen dezelve aanftoten, tot aan dat waar zy te gelyk aan Friefland en de Zee paalt, mag men begrooten op ruim veertien gemeene mylen van vyftien in eenen graad ; en de grootfte breedte, gerekend van ( 2) Om een denkbeeld te hebben, hoe verre men het geduurende deze onderhandelingen was eens geworden , en hoe verre men nog verfchilde , kan men het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Drentfche •wateren , te vinden in de Refolut. van Ridd. en Sted. van den 20. OtJ. 1779, raadpleegen, waar het één en ander van punt tot punt is opgegeven.  van OVERYSSEL. 19 van de grenzen der Graaffchap Zutphen bo- liccinc, ven Deventer tot aan de Landfchap Drententen Noordweften van Koeverden, op ruim agt diergelyke mylen: dan de iaatfte is zeer verfchillcnde , en kan in dat gedeelte des Kwartiers van Vollenhove, waar Overyffel finalft is , naauwlyks anderhalve myle halen. De vierkante inhoud zal drie of vier en zeftig mylen belopen. Op deze uitgebreidheid van grond, waar dan dat gedeelte van het eiland Schokland, welk aan deze Provincie toebehoort , moet bygerekend worden , vindt men, behalven drie groote Steden , welken altoos , en twee kleiner , welken alleen in fommige gevallen ftem in ftaat hebben , nog vyftien kleine Steedjes , benevens twee en veertig Dorpen en Schanzen die met openbare kerken voorzien zyn, en waar van eenigen veel beter vertooning maken dan fommigen dier Steedjes. Wat het getal der Ingezetenen betreffe, Bevolking; gelooven wy niet verre van de waarheid te zullen afvvykcn, wanneer we het op honderd en agt duizend (3 ) bepalen: en dit B 2 aan- (3) Volgens eene tafel in ZuszmUchs Gocldel. orde in de veranderingen van 't menjch. geflagt, §. 461 en 465. vindt men in een land, waar in 28930 menfehen woonen, een getal van 9629 perfonen die beneden , en van 19301 die boven de 17 jaren oud zyn 't welk na genoeg daar op uitkoomt, dat het getal der laatHen tot dat der eerften ftaat als 2 tegen 1. By de telling nu, die in den jare r7<54 gefchied is ten einde nieuwe Regifters van het Hoofdgeld op te maken , verkreeg men een getal van 7118a perfonen welken hun volle zeventiende jaar bereikt hadden. Dan , de- wyl  2o . Tegenwoordige Staat Ligging, aangenomen zynde zoude ieder vierkante cnz' Geographifche myl, de geheele Provincie door elkander geflagen , 1700 menfchen , of daaromtrent, bevatten £4). Deze trap van bevolking is in der daad vry aanzienlyk , indien we dezelve met fommige andere Staten van Europa vergelyken. Portugal en Spanje , door de goudmynen der nieuwe wereld uitgeput en door 't bygeloof beftierd , kunnen naauwlyks op de helft, 't rampzalig Ierland, door zyn eigen zufterryk onderdrukt , kan maar op ruim een derde deel eener zodanige volkrykheid boogen; en die van geheel Europa in 't gemeen wordt niet hooger aangeflagen dan tegen 756 perfonen op de myl. Ondertusfchen zouden wy aan den anderen kant ook verfcheiden Landen kunnen opnoemen, welker evenredige volkrykheid de Overyffclfche verre overtreft. Frankryk , om maar by één buitenlands voorbeeld teblyven, hoe zeer het wyl het byzonder belang noodwendig de waare menigte hier en daar moeft doen verkleinen, en de verdonkering in dit geval niet zeer moeilyk zyn kon; dewyl daar boven de bewoners van 't eiland Schokland , als niet betalende , buiten de telling gebleven zyn, meenen we dit getal geruftelyk een weinig te mogen vergrooten en te Hellen op - - 72000 wanneer men , op den grond der bovenftaande berekening , voor het getal der kinderen onder de 17 jaar zal verkrygen - - - 36000 en dus voor de geheele bevolking. - 108000 Men moet aanmerken, dat niet de bezettingen, maar wel de overige krygslieden , binnen de Provincie wonende , in de telling begrepen zyn. (4) Op de onderftelling namelyk, dat dc Provincie 631 vierkante mylen bevatte.  van OVERYSSEL. 21 het geagt worde naar mate zyner uitge-Ligginc, ftrektheid flegt bevolkt te zyn, voedt tweeenz* honderd en vyftig menfchen, en daar over op de myl meerder dan ons Geweft (5). B 3 Dan (5) Wy freunen hier op de tafel van den vierkanten inhoud der Europifche ryken , zo als dezelve uit het werk van Thomas Templemann in Engelfche mylen door Zusmilch is opgegeven , en op de begrootingen van den laatftgenoemden nopens de volkrykheid dier landen. Volgens dezen bevat. Vierkante En-Vierk. Menfchen in Menfchen op gelfehe mylen Duitfche 't geheel. de Vierk. Duitvan 60 in een mylen van fche myl. graad. 15 in een graad. Portugal 47,851 2990 2,500,000 835 Spanje 148,218 9263 7,500,000 810 Ierland 27j457 1,034,182 602 of nog iets min,, der, wyl dè menfchen van 't gehele land geteld, doch de eilandjes niet by den grond gerekend zyn.. luropa 2,749*349 17:834 130,000,000 756 Frankryk; 130,837 8677 17,000.000 1050 Wy zouden , ons der moeite van de berekening getrooflen willende , deze vergelykingen wel verder hebben kunnen voortzetten: doch dit fcheen niet zo zeer met den aart van dit werk te ltrooken , en wy - oordeelen het bygebragte genoeg te zyn, om den Lezer van de betrekkelyke volkrykheid dezer Provincie eenig denkbeeld te doen vormen. Dit blad was reeds ter drukpers gegeven, toen ons het Compte rendu au Roi van, den Heer Necker in de hand viel. Dezelve fchat de bevolking van Frankryk op 24 Millioenen. Veelligt zyn in deze berekening landen begrepen, welken, toen de vorige gefchiedde, nog niet onder 't Franfche ryk konden geteld worden. Hoe het zy, het onderfcheid tuflchen de volkrykheid van.  22 Tegenwoordige Staat ï-Tr.oiNG, Dan de ongelykheid wordt ftcrker wanneer mz' men de bevolking der vereenigde Nederlanden in 't gemeen vergelykt met die van onze Provincie op zig zelve : want onderfield zynde dat de zeven Provinciën zes honderd vyf en twintig vierkante mylen beflaan , en maar twee millioenen inwooners (6) bevatten , zal men vinden , dat O vervan dat gebied en van onze Provincie wordt op dezen voet grooter dan wy het hier hebben opgegeven. (6) De Schryvers zyn het in de begrooting van het getal der Ingezetenen van de zeven Provinciën «iet eens ; en in der daad kan deze, zo lang we geen meerder zekerheid omtrent den ftaat der bevolking van ieder byzonder Geweft hebben , niet anders dan op gillingen ruften. Struyk floeg dit getal aan op 2f millioenen. Kerffeboom nog hooger : doch Ztiszmilch (g. 384.) begreep dat de eerfte het naaft by de waarheid kwam , en in Bufchings Geographie vinden we het begroot op ruim twee millioenen. Wy hebben het ronde getal genomen, niet alleen om dat grooter naauwkeurigheid zo min tot ons oogmerk nodig als gemaklyk te verkrygen ware, maar ook nademaal wy veilig meencn te mogen onderftellen, dat de volkrykheid van ons Vaderland zedert het fchryven van „Struyk eerder zal verminderd dan aangewaffen zyn. De Heer Griffier van rJen Heuvel heeft uit de fterflyften van twee voorname Steden opgemaakt, dat, zedert den jare 1720, de eene omtrent 6000, en de andere boven de 12000 perfonen was afgenomen ; Verhand, over het onderfteupen der gemeene Jnduftrie, bl. 81. en zommige andeyen behoeft men maar te zien, om van deze treurige waarheid overtuigd te worden. Aanmerkelyk js in 't byzonder het onderfcheid tuflchen de evenredige bevolking der Provinciën van Friefland en Over^ yflel. Do grond van Friefland, de binnen-wateren (daar onder begrepen , is door dies kundigen berekend PP 3°3s §65, 625. vierkante Rynlandfcne roeden; zi onder vele C 2 an- by den huize Grimberg , naby Ryffen gelegen , gebakken , welke zo ligt is , dat hy op water dr^it, Katech. der Nat. 3. D. bl. 220. (8) Sommigen moet men zelfs, dewyl ze anders Ontilbaar zyn zouden , doen fpringen.. Zie een voorbeeld in het Antwoord van .den zei/den Schryver op den rand aangehaald , bl. 268. Of hier op dien zeer grooten fteen gezien wordt, welke voor dertig of ineêr jaren op den Markeier berg lag, is ons onb«" kendi  3 6 Tegenwoordige Staat Ligging, anderen in den zelfden omtrek opgedole:iz- ven , den grootften miiTchien welken ons Land heeft uitgeleverd, als mede van eene ongemeene foort van Yzer-erts, welke insgelyks daar ter plaatze aangetroffen wordt, en waar uit men mogelyk ftaf yzer zoude fk) kunnen maken (/k). De gewoone foort Anrwoord jjgt jn ve]e ftreken op eene geringe diepte vraag over onder de korft der aarde , en heeft voor ^""^'•vyfentwintig of dertig jaren- binnen Delict vader- venter eene Yzerfmeltery doen oprigten , ^•wfe welke nog heden ftand houdt. tmawï ^at een §e^eelce van ^en Overyffelfchen Mautiïmp- grond uit venen beftaat, hebben we in 't piemx\aao voorbygaan reeds doen zien. Die van het 2it.bi! 'Kwartier van Voüenhove geven den bes~69- ten, en "in der daad koflelyken, turf. De Maflebroeker turf is doorgaans minder aangezien , doch ook eene zeer goede brandltof. In de hooger op liggende landen van Zalland en in Twente valt de lange loffe turf, welke , veel fponsagtiger van aart zynde, wel geene goede kolen, maar groote hitte aan den haard geeft , en wegens zynen kleiner prys meeftal van den gemeenen man gebrand wordt. Voor de opgepronkte vertrekken der ryken is dezelve, wegens de meerder ligtheid en het fterk afftuiven zyner afch , ook niet zo zeer gefchikt. Van de befte foort gaat een goed deel naar Holland. De Provincie van Groningen voert ons daar tegen wederom iets van den haren toe , en Friesland levert eene aanmerkelyke hoeveelheid langen turf aan onze brouweryen. Wanneer  van OVERYSSEL. 37 neer men eerft in Overyffel met de veen-L IGGINC, gravery begonnen hebbe, valt niet wel teeiiz* bepalen, wordende dit door fommigen tot de dertiende eeuw gebragt, door anderen tot het begin van de veertiende (1). CO Vafter gaat het , dat de Staten van djtf^T/tom. Geweft omtrent de oirbaarheid van den-P-^8. uitvoer van turf niet altoos even gunftig hebben gedagt. By de overdragt van hetzelve aan Karei den V. in den jare 1528. ' bedong men onder anderen , dat by voorraad in de drie naafte jaren van Pafchen tot S. Lamberts dag geen turf uit den Overftigte zoude mogen gebragt worden, op verbeurte van fchip en goed ; of dat de Keizer aanftonds van ieder laft , die uitgevoerd werd , ten zynen behoeve zoude heffen eenen ouden fchild ; op dattett „ Landt van Oueryffel" , deze reden gaf men, „ van brande binnen den Lande ver„ fien blyve (m)." Nog vinden we, ruimA C»> honderd jaren later, het brengen van turfftldorf. buiten de Provincie, jaarlyks , voor den 3"r- . n . «" -t l 1 Univ. torn. tweeentwintigiten van Sproskelmaand en iv. m apna den vyfentwintigften van SJagtmaand,^!' p* herhaaldelyk verboden (n). Dan toen die (n) van Holland , reeds jaren lang eenen ini-j^f^S. poft geheven hebbende op den turf, die uitstaten vun Friesland, Groningen, Overyffel en Dren-^5£rf'ver.. te kwam, naderhand goedvonden dien niet»ieuw«'*» .alleen met den tienden penning te verhoo %^r' gen, maar ook denzelven,'onder den naam van ontgrondinge en' uitvaart , te leggen op den turf, welken men blootelyk doorvoerde om in Zeeland en de Generaliteits C 3 lan-  ' 3 8 Tegenwoordige Staat landen van Vlaanderen ën Braband gelöft te worden , befloten Ridderfchap en Steden , in den jare 1684 3 eene bezending tot dit einde uit Friesland ontvangen hebbende, gezamentlyk met die Provincie en Groningen hier over by de Staten van Holland vertoogen te doen; nadien men het vreemd vond, dat eenige andere Provincie , dan die waar de ontgronding en uitvaart dadelyk plaats had , uit hoofde van dezelven eenige bezwaren zoude invoeren, en dit tevens onbeftaanbaar keurde met het gene by de Utrechtfche veri?4?l™eeni§inS was verfproken (0). Naderhand MUaVat hebben de Staten van dit Geweft van tyd %ed'jprmi°l ^ Schikkingen gemaakt, ten einde 1684. p. hetzelve , zo in de gemeene middelen als Perltr. in andere opzigten, door het vergraven in h'art dei' turflantlen geen nadeel lyden mogt (9). Jg, j 5.' ' Wan- (9) Zie de Publicatie van den 18 April 1712, agter 't Landrecht N. 67. welke egter door eene andere van den 3 April 1732. is afgefchaft. Volgens deze laatfte geeft de eigenaar voor 'ieder vierkante roede eenen halven ftuiver, en ontvangt daar voor eerieu Rentebrief ten lafte van de Provincie , van welken bcm de rente moet betaald worden zo lang hy van zynen kant de Verponding en Leening van het vergraven land voldoet. Ook is zorg gedragen voor de zekerheid der dyken , met wier onderhoud fommige vergraven landeryen belaft waren. Zie de Publkaden van den 20. April 1736, en van den 16 Maart 1737. Wanneer in later tyd de eigenaren der veengronden in Maftebroek, onder den naam van KoekKoekslanden bekend, verlof verzogten , om dezelven Ce verturven, zyn 'daar op andere fchikkingen beraamd , zo om voor de Provincie, ten aanzien van, de I.arids fchattingeu • als yoor de Polder zelve, ftn. Wc-  van OVERYSSEL. 39 Wanneer wy , de venen tot hier toer.tGGis« als bronnen van handel en welvaart be-eM" fchouwd hebbende, ons voor een oogenblik mee de befpiegelingen der Natuurkundigen nopens dit onderwerp willen verluftigan, zullen wy bevinden, dat dezelven hier, zo wel als elders, getuigenis medebrengen van de groote veranderingen, welken onze Vaderlandiche grond in vorige dagen heeft geleden (p). In verfcheiden plaat-Co£iO zen namelyk heeft men in deze venen a- BrugMammen van boomen (10) aangetroffen:^^ en tevens zynde opgemerkt, dat derzei ver tation &c. toppen allen Zuidooftwaards gekeerd lagen,™Jlvan heeft men befloten , dat zy ten bewyze '< G™™£ ftrekten van den vervaarlyken ftorm, die^,jTi£ op het einde der zevende eeuw , uit hetbl'5'4. Noordweften waaiende , het zogenaamde Bofch van Ongenade op eenmaal zoude hebben verwoeft (q). Dan het blyve den (q? kenners, welken dit ftuk met voordagtcVfm.vm onderzogten , aanbevolen te befliffen , of fl«* » deze omwenteling aan zulk eene late ge- 69' MWWW itoftrif grandia, cets, faas.  van OVERYSSEL. 41 ten niet alleen met boter , zo tot eigen ligging vertier als tot den uitvoer, maar ook metcnz' vette runderen voorzien, en daar boven eene aanzienlyke hoeveelheid van hooi uitleveren. Dit laatfte valt 'er evenwel niet genoeg om aan 't binnenlands vertier te voldoen, en het te kort komende wordt, gelyk wy reeds aanroerden, van buiten aangebragt. Het zelfde heeft plaats ten aanzien van fommige foorten van koren, by voorbeeld haver en tarwe , welke laatfte inzonderheid maar in zeer weinige plaatzen wordt verbouwd. De gerft, overal aan te treffen , is egter nergens de voorname zaak; maar deze beftaat in boekweit en rogge, wier teelt genoegzaam is om den uitvoer te dulden. Aardappelen worden in Twente, en in een gedeelte van Zalland, vooral in de buurtfchap der Stad Deventer, in menigte voortgebragt. Wortelen tieren in vele ftreken , doch komen nergens zo vroegtydig als in de nabyheid van Zwolle, van waar ook andere plaatzen daar mede worden gefpyzigd. De bloemkool valt hier veelal kleiner dan wel elders , doch vergoedt dit gebrek door haren aangenamer fmaak. De vroege rapen worden ons met fcheepsladingen uit Holland toegevoerd, dewyl de onzen, fchoon veel fmaaklyker, later aankomen. Vooral munten uit de zogenaamde rogge-knollen , waar mede een gedeelte der landeryen, die met rogge heilagen geweeft zyn , ftraks na den oogft worden bezaaid. Een ander gedeelte dier landeryen dient voor de fpurrie, eene plant C 5 die  42 Tegenwoordige Staat ihccmG, die eene goede , hoewel kortftondige , konft-weide maakt, welke in die ftreken, waar mangel aan gras hcerfcbt, in 't najaar .grootelyks te ftade koomt, wannéér zy niet door eene te fchielyke vorft, waar tegen dit kruid weinig beltand is, wordt verdorven. Tabak zag men hier voor korte jaren maar zeer zeldzaam groeien; dan de buitenfpoorige duurte dezer waar, door den oorlog tuflchen Grootbrittanje en de Amerikaanfche Volkplantingen ont« ftaan, heeft velen aangezet om dezelve te kweeken. Sommigen zyn ondertuffchen van gevoelen , dat de Provincie, over 'c geheel genomen , hier uit luttel voordeels trekt. Hoe het zy, men mag uit de toevalligheid van deze teelt waarfchynlyk beiluiten, dat dezelve te gelyk met hare aanleidende oorzaak zal ophouden. De hennep, hoewel niet onbekend in Overyffel, is 'er egter op verre na niet zo menigvuldig als het vlas, waar van de boeren doorgaans ten minften zo veel verbouwen, als tot gebruik van hun gezin gevorderd wordt. Ten opzigte van de vrugtboomen hebben wy weinig byzonders aan te teekenen. Alleenlyk meent men waargenomen te hebban , dat de peerboom hier doorgaans min welig dan elders vvaft. De grond weigert voor 't overige niet alle foorten , die tot gerief of verfnapering begeerd worden , te voeden. Jammer is het onderwyl, dat de ingezetenen zig niet fterkcr op de boomkweekery, als eenen tak van handel, toeleggen: want het fchynt natuurlyk, dat de jon-  van OVERYSSEL, 43 jonge boomen , uit de zelfde foort vanLiGcmc, grond voortgekomen, by 't verpooten be-enz* ter zouden tieren , dan die, uit Holland aangebragt, of in een veel zwaarder aarde gewaifen , of door kragt van meft tot waifen gedwongen zyn. Dat de tamme kaftanje-boom, indien deszelfs teelt verder werd doorgezet, een voortbrengzel van belang voor dit Geweft zoude worden kunnen , mag men uit den eerpenning , onlangs door den Oeconomifchen tak der Haarlemfche Maatfchappy aan den Heer Druman toegewezen, waarfchynlyk befluiten. Te gelyk met de vrugtboomen leveren ons de Hollanders eene merkelyke hoeveelheid van elzen-plantzoen, het welk, eerft tot dekking van nieuwe plantaadjen gediend hebbende, vervolgens goeden brand geeft. Dan deze gerieflykheid trekt men voornamelyk van den eik, die, tot kreupelbofch aangelegd, en om de negen of tien jaren gehouwen , zo veel hakhout, of, gelyk men 't hier noemt, akkermaalshout uitlevert, dat daar uit eene aanzienlyke verzending naar Holland kan vallen. De fchors van dit hout maakt eenen anderen tak van handel, en 't is bekend, dat de run, daar van gemalen, veel beter hoedanigheid heeft dan die van oude boomen voortkoomt. In alle de Kwartieren vindt men diergelyke boffchen , doch verre de meeftcn in Zalland; en wel voornamelyk in de nabyheid der rivieren , om reden dat hunne waarde, wegens de vragtkoften , naar evenredig-  44 Tegenwoordige Staat Jjjwsw», digheid hunnes afftands van dezelven, vermindert. In 't algemeen is het geoorloofd te zeggen , dat men hier geenerhande foort van hout, aan ons Vaderland eigen , en tot den haard of tot timmering gefchikt, vergeeffch zal zoeken. De Populier , zo gretig tot het maken van hoosblokken, of, gelyk men in Overyffel fpreekt , van klompen gevraagd, wordt thans meer dan te voren aangekweekt. De eik, in gemeenfchap met den denneboom en den beukeboom , eene reeks van jaren onze buitenplaatzen befchaduwd hebbende, verrykt eindelyk den laatften eigenaar, en geeft ftoffe ter bearbeiding aan werkhuizen en werven. Evenwel verbeelde men zig niet, dat al het kanthout, welk deze Provincie aan de anderen verkoopt , binnen haren omtrek zy gegroeid, want een aanZienlyk deel wordt uit de bofchryker ftreken van Munfterland en van elders aangevoerd, en langs de beken met vlotten, te Deventer en te Zwolle voornamelyk, ter markt gebragt. Uitgebreide boffchen toch zyn hier maar weinig te vinden , en het Noorden moet dit Geweft zo wel als anderen , met planken en ander timmerhout gerieven. Zekerlyk zoude zo wel de uitvoer als het invoeren van deze noodwendigheid kleiner zyn , indien men hier niet maar met zeer weinige zaagmolens voorzien ware. Grooter overvloed , en veel grooter dan tot eigen vertier nodig is , heerfcht hier in de teen of rwyg , welke, meeftal aan de oevers in de uiterwaarden gewaffens ten  van OVERYSSEL. 45 ten deele tot manden verarbeid, ten deele Liesweg onverwerkt, wordt uitgevoerd. ellZ• Gaarne zouden wy den Lezer ook eenig verflag geven van de mindere planten die van zelfs voortkomen , ten minften van de byzonderheden welken daar omtrent de aandagt der Liefhebberen mogten verdienen : dan hier mangelt het ons aan alle hulpmiddelen , zynde 'er geene onder de menigvuldige takken van Geleerdheid, waar op men zig tot nu toe in Overyffel zo weing heeft toegelegd als op de Natuurlyke Hiftorie. De reden hier van is misfchien niet verre te zoeken. Die wetenfchap vordert niet alleen boeken , maar ook kruidhoven en koftbare verzamelingen, welken men naauwlyks ergens , dan by de Hooge Schooien, en in de groote Steden, waar rykdom , met leerzugt , of fomtyds met ydelen hoogmoed gepaard, kabinetten oprigt, kan hopen aan te treffen. Men vergenoege zig dan op dit onderwerp met deze ééne byzonderheid , dat een bofch in de Heerlykheid &tlk morülies voortbrengt, en dat deze ook, voor zo veel wy weten, de eenigfte plaats van onze Provincie is daar dezelven groeien (12). De Ci2) Het eenigfte werk, onzes wetens, betrekkelyk tot de Kruidkunde dezer Provincie, met opzet gef::ireven, is II. BfutHarint Index Plantarum circa Zwollam in Tranfyfalania crefctnHufa , in 1660. of 1662 uitgekomen ; en dit is ons nog niet anders, dan uit de opgave van de Schryvers over de Natuurlyke Hiftorie onzes Vaderlands door de Heeren Nozeman en Martinet , ter beantwoording der Vragé van de Haariemfcjie Maatfchappy, gedaan, bekend.  46 Tegenwoordige Staat LrGGING, De zelfde reden, die ons belet omtrent enz- het groeiend ryk genoegzame opheldering te geven , geldt insgelyks met opzigt tot de Dieren , en wy zyn ook in dit ftuk genoodzaakt het by ettelyke loffe aanmerkingen te laten beruften. Het kwartier van Twente geeft ons die, ten aanzien van de huisdieren, aan de hand , dat de paarden, runderen en fchapen daar doorgaans veel kleiner vallen dan elders. In vergoeding egter is het Twentfche fchapenvieefch van veel aangenamer fmaak. Men heeft reeds voor ons opgeteekend, dat de blaauwe katten, zo veel omftreeks Vollenhove, Blokzyl, en elders gevonden, en van daar naar Noordholland overgevoerd en daar verkogt wordende , op fommige andere plaatzen zelden of nooit gezien zyn; als ook dat derzelver hair eigenlyk afchgraauw is met zwartagtige bruine punten, en haar alleen door de mengeling der kleuren blaauw doet fchyMarthet nen Wilde katten zyn , zo wel als in de aan- herten en zwynen, vreemdelingen in Overtel *bT yrï*e*: en men in 't gemeen zeggen, 210. en dat het land te zeer van uitgebreide bosieTmt?'fcnen ontbloot is, om aan het grove wild ii.D.w. en ander vernielend gedierte genoegzame fchuilplaatzen te verleenen. De Wolf is zedert eene reeks van jaren uit dit geweft verbannen , doch de Vos , fchoon men zyn hoofd op prjTs gefield hebbe, is zo wel als de Otter , die in 't zelfde lot deelt , nog niet ten eenenmale uitgeroeid. Daffen en Egels worden hier beiden, maar1 niet menigvuldig, Eekhoornen en Vleder-  van OVERYSSEL. 47 muizen in veel grooter getal, aangetroffen.ligow», De Konynen huisveften • op vele plaatzen ,enzdan zo verre van hun, gelyk wel elders, openbare befcherming te geven , doet elk liever zyn beft om hen , als fchsdclyke gaften , te verdryven. Het vleefch van deze dieren wordt in Overyffel , waar de Hazen overvloedig en zeer lekker zyn, van weinigen geagt. Ook worden zy niet onder 't wild begrepen, en mogen dus ten allen tydc gevangen worden, terwyl de jagt op hazen en patryzen van den eerften dag des jaars tot .aan den zeventienden van Herfftmaand gefloten is. Behalven deze vogelen biedt de Houtihep , de Waterfncp, de Lyfter, de Kwartel, de Vink, zig elk op zyne,beurt aan , zo tot een voorwerp van uitfpanning , als tot eene fchotel op den difch. Men kan 'er de wilde Eendvogels by voegen, welken in tot dat oogmerk vervaardigde kooien, hier en daar, in menigte worden gevangen. In den omtrek van het fteedje Diepenheim ziet men thans overvloed van Ringelduiven, hoewel dezelven daar , weinig jaren geleden , nog zeer fchaarfch waren. Kieviten , wier eieren zelfs eenen kleinen tak van neering maken , vindt men in alle ftreken , doch de Kemphanen niet dan op de lage landen in Vollenhove en aan den benedenkant der Stad Zwolle. Onder de wilde vogelen, die geen, althans geen onmiddelyk, nut aan den menfeh geven , telt men de kleine Valkjes, meer dan eene foort van Uilen, Raven, Kraaien, Bon-  48 Tegenwoordige 'Staat LiooiN», Bontekraaien , Kerkkaauwen, Markolven $ *"z' Wielewalen, Spegten, Hoppen, Koekkoeken, Reigers. De Ojevaar, doorgaansin Overyffel Heilever, en in Twente Stork, genaamd, is 'er; fchoon hy hier en daar de gewoone herbergzaamheid ondervindt , in geenen grooten getale. De Nagtegaal in tegendeel, een ander begunftigde vogel, is de byna ftandvaftige bewoner onzer bosfchen en tuinen , en zyne menigte bevrydt hem veelal voor het flaaffche voorregt van anderen uit eenen kerker te vermaken. Ten aanzien van het tamme gevogelte hebben wy niets byzonders aan te teekenen , ten zy men het aantal van Ganzen, welk, vet gemaakt, te Deventer, en vooral te Zwolle , in Slagtmaand ter markt gebragt, en voor een goed gedeelte buiten de Provincie verzonden wordt, als zodanig wilde aanmerken. Deze ganzen zyn veel kleiner dan die in de Provincie van Groningen worden aan gefokt. Wy eindigen deze gebrekkige berigten met een woord omtrent de viffchery. De Kamper baars heeft de zelfde foort van vermaardheid als die van het Haarlemmer meer. De fnoek daar tegen wordt lekkerer gehouden , wanneer hy hooger op den Yffel naaiden kant van Deventer gevangen is. In 't algemeen behoeft de Yffel-vifch in blankheid voor geen andere te wyken. Het is bekend , dat de Spiering in 't voorjaar die rivier bezoekt, en denzelven , nu min dan meerder hoog , veelal tot diep in Gelderland opklimt. Zyn getal verfchilt in onder- fchei-  van OVERYSSEL 49 fcbeiden jaren al zo zeer als zyn togt: zelden ucmv*, egter is hy zo fchaars, dat ook de geringe lie-mz' den zig niet rykelyk daar.mede kunnen vergallen; en men heeft tyden gehad, waar in dezelve omtrent Deventer zo menigvuldig gevangen werd, dat men hem , bykans geen geld waardig , met wagens vol hooger op , tot in Munfterland en elders toe , verzond. Wy vinden aangeteekend , dat in den jare 1465 een diergelyke overvloed op de Vegt heerfchte (s). Deze vifch toch zwemt, uit^Cy^ de Zuiderzee, zo wel als den Yffel YiettmnZwoiie, Zwarte-water op , dan , eerlang de Vegt u- bL ontmoetende, verlaat hy genen ftroom byna ten eenenmale , om dezen te volgen. Dies kundigen fchryvén deze verkiezing toe aan de fterker drift van 't laatftgenoemde riviertje; opgemerkt hebbende, dat de Spiering de Vegt zelve hooger oploopt , naar evenredigheid van den aandrang die het bovenwater daar in den ftroom te wege brengt. By laag water namelyk gebeurt het, dat hy naauwlyks tot Ommen klimt, terwyl hy in het tegengefteld geval zelfs tot boven den Hardenberg befpeurd wordt. Ook heeft men, het geen deze meening nader beveiligt , waargenomen, dat die enkele gevallen, wanneer de Spiering gedeeltelyk, de Vegt voorby ftrcevende , tot aan of boven Zwolle langs het Zwarte-water voortgaat, juift dan plaats, hebben, als de weteringen, waar aan deze rivier voornamelyk haar beftaan fchuldig is , het meefte water afvoeren. De zelfde aanmerking wil men dat ook ten aanzien van andere viffchen ftcek houdt, en D dat  5° Tegenwoordige Staat LtsoiNG, dat elke rivier meerder of minder vifchryk eaz- is naar mate van den fterker of zwakker aandrang van haren ftroom. Dit aangenomen , valt het gemakkelyk reden te geven , waarom de viflchery op den Yflel, by die van vorige tyden vergeleken , zo zeer verflapt is. Ondertuflchen hoort men de zelfde klagten, hoe fnel deze ook afftroome , omtrent de viffchery op de Vegt: doch dit wyt men aan de veelvulde lagen, welken den viffchen in het benedenfte gedeelte van 't Zwarte-water, meerder dan voor eene halve eeuw herwaards , gelegd, en waar door zy gevangen worden,' eer zy den mond van dit riviertje kunnen bereiken. Der inge- Het viffchen geeft een beftaan aan een fcsdryf, en goed gedeelte der ingezetenen van Kampen, Zwartfluis, Vollenhove , en andere plaatzen , voor welken , door hare ligging aan Zee of rivieren ; daar toe gelegenheid wordt aangeboden. In de lage ftreken van 't Kwartier van Vollenhove , in 't Maftebroek , in den omtrek van Kampen, bemoeit men zig vooral met de veefokkery. In het bovendeel van Zalland en in, Twente is de landbouw de hoofdzaak, met welken men in 't laatftgenoemde Kwartier de fabrieken heeft weten te paaren. Dezen , wier voornaamfte zetel te Almelo en te Enfchede geveftigd is, beftaan in het maken van linnen, van fervetgoed, waar in men byna de konft fchynt uitgeput te hebben, en van zulke goederen die uit garen en kattoen ge-  van OVERYSSEL. 51 geweven worden. Beide deze ftoffen moe-LiGGiwj, ten van elders worden aangevoerd, terwyleni* wy de wolle , eon voortbrengsel van onzen eigen grond , wederom aan buitenlanders verkopen. Men vindt egter ook wolfabrieken in de groote Steden , wier ingezetenen zig voor 't overige met aller| bande handwerken , met den koophandel, en fommigen zelfs met den akkerbouw, geneeren. Dan van dit alles hopen wy in \ vervolg van dit werk , naar gelang de befchryving der byzondere plaatzen daar toe aanleiding geven zal, een weinig omftandiger te fprcken. Wy zouden nu hier mede dit Hoofddeel Zedcn' 1 laten aflopen, indien we niet vermoedden, 1 dat men hier ook eenig verflag van den aart en de zeden der Inwoneren van dit Geweft verwagten zal: eene taak, welke wy ondertusfchen liever wilden ontduiken. Zulk een tafereel met algemeene trekken te malen dient veelal meerder om de verbeel1 dingskragt en konft des fchilders ten toon te fpreiden, dan om juifte denkbeelden te I geven van het karakter eens volks: in by; zonderheden te treden vordert kundigheden 1 die bezwaarlyk te bekomen zyn , en mis1 fchien vergelykingen welken het dikwyls ; zo hatelyk als moeilyk is te maken. Het i is niet genoeg tot dit oogmerk de zaaien i der vermogenden bezogt te hebben , want 1 de hier nodige ftoffe fchuilt even zo zeer : in het werkhuis van den ambagtsman en in 1 des landmans ftulp. Weinig landftreken zyn over hunne geheele uitgestrektheid aan zig D % zei-  5% Tegenwoordige Staat iicci.fG, zeiven zo gelyk , en de Provincie van Oenz. veryffel in 't byzonder is het niet, dat zy geene gelegenheid geven tot groote verscheidenheid in de levenswyze en gevolglyk tot verfchillende vooroordeelen, deugden en gebreken. Een Vollenhovenfche viffcher die op zee zyn leven flyt, en, een Twentfche boer die naauvvlyks van de zee heeft hooren reppen , zullen , by vergelyking , bevonden worden verder van elkander af te ftaan , dan de ingezetenen van de geheele Provincie in 't gemeen genomen van die van eene der overige Vereenigde Geweften. Daar de voorwerpen van hunne dagelykfche befchouwing , van hunne hoop, van hunne vrees , zo oneindig onderfcheiden zyn, kan men geene meerder eenparigheid onderftellen in hunne denkbeelden, in hunnen omgang , in hunne uitzigten. Gelyk in alle landen de Hoofdlieden aan het gros der natie den toon geven, zo kan men ook van het befchaafder deel der Overyffelfchen zeggen , dat zy zig fteeds meer en meêr toeleggen , om , met aflegging van Provinciale byzonderheden , de Hollanders te evenaren. Vooral ftraalt dit door in de taal, welker uitfpraak in de gezelfchappen der aanzienlyken langzamerhand meerder Hollandfch begint te klinken. Voor het overige is deze navolging eene zaak, die Overyffel zo zeer met andere oorden onzes Va, derlands gemeen heeft, dat wy daar op niet langer behoeven ftil te ftaan. Liever voegen wy hier eene andere aanmerking by, welke fomrnigen oordeelen op genoegzame on-  van O VERYSSEL 53 ondervinding te fteunen; dat men namelyk liggino, in deze Provincie, naar evenredigheid, wei-enz' niger lieden dan elders aantreft, welker ooren voor de muzyk gefchikt zyn, en welken zig met de oeffening van die konft vermaken. Indien wy tot vroeger dagen wilden opklimmen , en de daden onzer voorouderen in herfchouw nemen , zouden we tot lof derzelven kunnen aanvoeren, dat zy, geduurende de overheerfching van Karei den V. en deszelfs zoon Filips , hunne regten en voorregten fteeds met zo veel moed en i onwankelbaarheid verdedigd hebben, als de < omftandigheden des tyds konden gedoogen. 1 Welk in de middeleeuwen het karakter der ( OveryiTelfchen ge weeft zy, welke poogingen ï zy in 't werk gefteld hebben , om hunne \ voorregten uit te breiden , en hunne regI ten ten aanzien van hunne Landsheeren te lbewaren, zal eeniger mate uit de volgende Jfchets hunner Hiftorie kunnen opgemaakt (worden; en men beoordeele ook daar uit, i met hoe veel grond een oud Gefcbiedfchry\ver hen nu als dapper en ftandvaftig heb- Ct^ ;be geprezen (t), dan wegens hunne woes-£fefo, p. tte , en noch geeftelyk noch wereldlyk ge-240, mweld fchroomende, ityfzinnigheid nebbe ge-/^"^, blaakt (u). *s4.' D s TWEE-  54 Tegenwoordige Staat Hiftorie. TWEEDE HOOFDSTUK, Kort begrip der Historie van OVERYSSEL. CO T"V ^rukteren °f Broekteren , die , geJS,ïidT"JL/ !yk men wil, naar den broekagtigen bvDumbaraan des lands dus genoemd werden, waren mrfiti.e"Ae oudfte bewoners dezer ftreken van wel?T//'ó/?'ken de gedenk^cnriften gewagen. Na dat ' y?.' l'wage- dit volk , zig langen tyd in de oorlogen, ""JTmT door de Romeinen in deze Gewellen ge$. [4.'not.'voerd , dapperlyk hebbende gekweten, einl%caGef-M^ door de wapenen zyner nabuuren uitman ub.i.geroeid of van daar verdreven was (a), Óffsrhaus •fchynen dezelven, althans grootendeels, in r«Sr-bezit Senomen te zyn door de Chamaven{b') yoiZrs. fnen Anzibariën (c). Ook is 't niet 'onwaar. ^S":fchvnlvk' dat de Tubanten eenen hoek van /. Maat- ons hedendaagfch Twente hebben beflagen a?ft.bï'.Cd> Dezen met vele andere Germanifche : ï93.enz. Volkeren vereenigd, ten tyde van Keizer j Dumb. aid. Gallienus, onder den gemeenen naam van I ?aÉTZ Frankln » °P het Komeinfch Gebied aannoc/ö! 'gevallen zynde, en zig, na eene reeks van ^i'U-wiffeIvalliSe oorlogen, op het einde der ^./»/«■. p.vyfde eeuw, in Gallië geveftigt hebbende, '•^ werden deze en de byliggende landftreken j»/*p.a«.ingenomen,door de Neder-fajfen of Friefen Ce) , en vervolgens onder de algemeene W«r£benaaming van Fries!ani begrepen. 4 Na de verdeeling van 't Frankifche Ryk tus-  van OVERYSSEL. 55 fuiTchen de zoonen van Clovis, vindt ffienHisTo*js, dat de Friezen fomtyds voor, en op ande- 5U* re tyden tegen, die Koningen, welken Auftrafië of Oolifrankryk te beurt gevallen was, de wapenen hebben opgevat; tot dat Chlotaris de II, het ganfch gebied der Franken wederom onder zyne magt vereenigd hebbende , door zyne overwinningen den weg baande , langs welken zy ten eenenmale aan zynen zoon Dagobert werden onderworpen. Ten tyde van dezen Koning mag men aannemen dat de prediking van het Chriften geloof voor 't eerft tot in OveryiTel is doorgedrongen (f) ; doch de-DJ2r zelve was van weinig vrugt: en 't is twyf- aid. felagtig of het Chriftendom onder Biffchop willebrord daar merkelyken aanwas hebbe bekomen (g). Deze Willebrord door deFc,f^,_ gunft van den Groothofmeefter van Frank-"™ Geryk, Pepyn , de Aartsbiffchoplyke waardig-kwoiie*?. heid verkregen, en zynen zetel te Utrecht^ ^H°oft* geveftigd hebbende, leide ondertuffchen den grondflag tot die magt, welke zyne opvol- 95' gers hebben verkregen , na dat zulk een aanzienlyk deel der thans vereenigde Geweften, en daar onder ook deze Provincie, allengskens, door de milddadigheid van onderfcheiden Vollen, onder hun zo wereldlyk als geeftelyk regtsgebied was gekomen. Meerder voortgang fchynt de Bekeering gemaakt te hebben toen Winfrid , onder den naam van bonifacius, tot Biffchop was m. verheven (h) : zo dat aan den daar «fo^^L voortvloeienden haat die verwoede inval der tu„, aid. §• ongeloovige Saxers voornamelyk toegefchreD 4 ven  5<5 Tegenwoordige Staat Historw. ven wordt, welken deze Landftreek in 't gemeen zo zwaar , en Deventer in 't byzonder met_ hare geheele qmkeering , moeft bezuuren (i). gregorius, de opvolger van *!HooruL?onifacius in 'c Utrechts kerkbeftier, zond Lebuinus en Marcellinus af om aan den Yflel3 ' ftroom het geloof voort te planten. De laatfte ging tot in Twente , en vérderi zelfs tot aan de Wezer toe , daar mede voort. De eerfte ftjgte een bedehuis binnen Deventer, 't welk eerlang door eenen nieuwen inval der Saxers verwoeft , doch na derzelver aftogt door hem zeiven herbouwd werd. Ondertuffchen was het Frankifch ryk, en £». '£ bewind over ons Geweft, Karei den Grooten in handen gekomen, die meêr dan eens tegen de Saxers , onder hunnen Hertog Wetekmd , had te ftryden. Overwonnen zynde ftonden dezelven , belofte en eed verbrekende , telkens wederom op , en hadden het reeds eenmaal , in 't laaft van f*H deze agtfte eeuw, zo verre gebrast dat het grootfte gedeelte dezer Provincie door hen overhcerd , en de Chriftelyke Godsdienft, met verwoefting van kerken en verdryving yan predikers, van daar was uitgeroeid : en dit is, vermoedelyk , het tydihp geweeft, omtrent welk de Zalla'nders, de Saxifche regeringsvorm aangenomen 'hebbende , jaarlyks eenigen uit hun naar de Wezer begonden af te vaardigen , om met de, andere Saxers te raadpleegen over hunne gemeene belangen, Eindelyk egter gelukte M Sp m voJk.?,' m herhaalde'zege,. aan.  van OVERYSSEL. 57 zig te onderwerpen , en velen hunner hetHisToru*. Chriftendom te doen omhelzen , eene zaak die Ludger, thans tot eerften Biffchop van Munfter aarigefteld, niet weinig door zyne onvermoeide poogingen, zo hier als elders, hielp bevorderen. Sedert dezen tyd vindt men tot lang daar na, by de oude Gefchiedfchryv'ers , van de Zallanders onder den naam van Saxers gewaagd : 't welk daar aan zal toegefchreven moeten worden, dat een CO goed aantal uit dit laatftgemelde volk toeöH^o&ftfï hier te lande gebleven zy , en zig onder deen 3. oude inwoners vermengd hebbe (k) ; o£ZmafJ.\. dat Wetekind zelve, door 's OverwinnaarsIIO0Ilft-§gunft, in 't gebied over een gedeelte van (*) Zalland zy gebleven (*). De Keizer, want)™ Leo de III. had Karei inmiddels tot die6- Hootaft. waardigheid te Rome gekroond , zig tegenbl' 800.' volgende afvalligheden der overwonnenen willende dekken , vond het yflyk middel van hen door de vrees voor het heimelyk of Veemgerigt te bedwingen. De Veem-fchepenen, dus noemde men hen die deze regtbank bekleedden , vonniften onverhoord , zonder aanzien van rang, allen die door onbekende en overal omzwervende verfpieders wegens eedbreuk , afvalligheid van den Godsdienff , of andere misdaden , werden aangeklaagd ; en de befchuldigde zag zig gegrepen, gedoemd, en niet zelden met den ftrop aan eenen boom gehegt , voor dat hy iets van eene klagte tegen zynen perfoon had vernomen. Anderen willen, dat de oorfprong van deze gerigten in later tyden is te zoeken (t), Hoe het zy, dit misbruik, /v.fXLD 5 in V  58 Tegenwoordige Staat Historie, in 't eerft nog door de voorzigtige keuze mirt exer-zo van Rigters als aanbrengers gematigd , 'ILtpZ'doch vervolgens tot de hatelykfte dwing. §• 13. landy overflaande, heeft zelfs tot in de veer- tiende eeuw in dit Landfchap ftand gehounJila. den C1)- vent! uiufi. De begrippen van Arius omtrent het leerM.Vmhïf®^- der Driee'enheid waren, in het voorfte Landtrecht gedeelte der negende eeuw , ook tot aan ^1v:"'V'den Yflel doorgedrongen : maar Biffchop Deel, art. Fredrik wift . door het voorfchryven eener geloofsleuzewaar aan ieder zig in dezen houden zoude, derzelver voortgang te beletten. Van grooter gevolg waren de invallen der Noormannen , die in deze en het begin der volgende eeuw zulke aanmerkelyke veroveringen irt deze landen maakten : want fchoon wy geene naauwkeurige berigten hebben , in welke mate onze Provincie daar aan bloot gefteld geweefb zy ; weten wy nogthans dat dit volk Deventer zelve , de eenigfte plaats wier fterkte haar beveiligen 882. konde , in den jare agthonderd tweeëntagniéal tig 5 ingenomen heeft (m). Meêr andere Devent. voorname fteden van ons Vaderland moeHooftft.' ften insgelyks herhaaldelyk voor de magt der Noormannen bukken, en onder dezen ook de Stad Utrecht , zo dat Biffchop 00°' radboud , die in 't jaar 900 den Biffchop.lyken ftoel beklom , genoodzaakt was zyDimblr nen zetel binnen Deventer te veftigen (n}: «/Aiiooftft doch baldrik , Grave van Goor , en naderhand Radbouds opvolger, wilt den woesten hoop van daar te verdry ven 3 en zig zei-  van OVERYSSEL. 59 zelven te herftellen; Utrecht werd doormsTOMi. veftingwerken beter beveiligd ; en men bekwam ten laatften eene ruft , welke deze ftreken geduurende eene reeks van jaren van toen af hebben genoten, en welke den Kerkvoogden gelegenheid fchynt gegeven te hebben , van hunne magt, ook in dit geweft, langzamerhand uit te breiden. Immers vinden we van Biffchop Baldrik aangeteekend, dat hy , in 't midden dezer tiende eeuw de Stad Oldenzaal met nieuwe muuren verfterkt, en 'er een Kapittel van Kanunniken (o;) geftigt hebbe ( o ); en dat hem, van Kei- Dumbar zer Otho den I, een uitfluitend regt tot def^o™ jagt in het Vollenhovenfche Bos wierd ge 2tIfchonken (p). De zelfde Keizer beveiligde °.«. ook de giftbrieven , waar by Zwentibold, émg, Koning van Lotharinge , en Keizer Hendrik ? ^^, de Vogelaar, te voren , de onderzaten des 65Utrechtfchen ftoels van 't betalen van zekere tollen en andere belaflingen , die te Deventer gevorderd werden , hadden ontheven (q) ; en later gaf Otto de III. aan^^CO Baldrik het regt tot dien tol binnen laatftge-i)",r«rbi. melde ftad, welke federt, tot heden toe, on-2a3en23i. der den naam van den Biffchops tol is bekend ge- 975weeft (r). Dan grooter giften waren voor Bis- o) fchop bernulf bewaard: want dezen fchonkf^; Keizer Henrïk de III, eerft het Graaffchap ' Umbalaho, dat is Vollenhove , volgens 't eenparig gevoelen der Oudheidskundingen (s), rs) en naderhand zyn regt tot Deventer en ee-^'J!; ne Landftreek in Amelande , welke z\gt™g. 1.1. rondsom die Stad uitftrekte , en een aan- 1045. zienlyk deel der 'tegenwoordige Veluwe , een  tfo Tegenwoordige Staat HKToruE.een minder van ons Zalland , en een nog kleiner van het Graaffchap Zutphen, bevatDurmtl tede (t). w. Bernulf, de eenentwintigde der Utrechtfche Kerkvoogden, en, gelyk we zagen, ' de eerfte wiens wereldlyk gezag in deze ftreken in aanmerking koomt, werd opgevolgd °5+- door Willem den I , voornamelyk bekend door zyne verknogtheid aan Keizer Henrik den IV , wien hy , met zyne Friefche keurbenden , uit het Neder- en Opperftigt getrokken , in deszelfs oorlogen tegen de Saxers onderfteunde. koenraad, die l0?6. na Willem , door 's Keizers invloed , tot Biffchop verheven was, volgde, meteenen voor hem gelukkigen uitflag , de zelfde belangen. Tot in zynen tyd fchynt het voornaamfte gedeelte van Zalland , dat te weten , welk niet onder den naam van eene Landftreek in Amelande aan Bernulf gefchonken was, onder de nakomelingen van den Saxifchen Hertog Wetekind te zyn gebleven : doch wanneer Egbert , Markgraaf van Meiffen, tegen Henrik geoorloogd hebbende en herhaaldelyk overwonnen zynde, door de Ryks Staten, als een openbare ruftverftoorer veroordeeld, en zyne goederen, waar onder zig het «Graaffchap Islegouwe , of Zalland , bevond , ten behoeve des Kei- ' zers, verbeurd verklaard waren, ftond deze , in erkentenis van Koenraads dienften, k>8G. dit Graaffchap kort daar op af aan den Utrechtfchen ftoel. Of Egbert, op de betooning van berouw , benevens zyne andere bezittingen, waar in hy door Henrik eerlang her-  van OVERYSSEL. 6ï herfteld werd, Zalland ook terug bekomen histori*.hebbe, is, fchoon wel te vermoeden, niet volkome zeker : maar vaft gaat het, dat hy, na op 't nieuw de wapenen tegen den Keizer opgevatte hebben, in den jare 1089, Io8$door ettelyke ruiters van 't leven beroofd werd, en dat federt het gemeld gebied onder de Utrechtfche Bilfchoppen is gebleven (v). O) De vreedzame tyden, welken dit Geweft ^mjwo'n» onder den volgenden Kerkvoogd burchard1- d- blgenoot, werden onder deszelfs opvolger96"107' godebald, van nieuwe beroerten gevolgd. Deze, met Keizer Henrik den V. in twift geraakt en door denzelven in hegtenis gezet zynde , liet zig , van daar ontkomen, door Petronella, moeder en voogdes van ussden minderjarigen Grave Dirk den VI. van Holland, ligtelyk bewegen, om, met den Saxifchen Hertog Lotharius en den Biffchop van Munfter , de wapenen tegen den Keizer op te vatten. Straks zakt Henrik, hier van de lugt gekregen hebbende , met een leger langs den Rhyn af, overmeeftert Deventer benevens verfcheiden andere Biffchoplyke fteden , en berent Schulenburg, een fterk flot in Zalland aan het riviertje de Regge gelegen , voor dat de verbondenen tyd gehad hadden om zig tegen zyne veroveringen te dekken. Ook zoude deze fterkte wel dra voor zyn geweld hebben moeten bukken , indien Lotharius, na vergeeffche progingen om hem van daar te doen opbreken, niet eindelyk op zyne beurt de herwinning van Deventer ondernomen en met zulken yver  6i Tegenwoordige Staat ttsTOME. yver in 't werk gefield had , dat de Keizer, fchoon Stads Ingezetenen zig moediglyk verweerden , genoodzaakt wieTd , om dit te beletten, van zyn eigen voornemen af te zien. Op de nadering van Henriks krygsmagt Haakte de Hertog zyne belegering , en toog langs Schulenburg naar Duitsland, na dat hy die vefting in beter ftaat van tegenweer had gefield. De Keizer bleef onderwyl in 't bezit van Deventer : en 't is niet zeker, of Godebald die ftad eerft na dezelfs dood, maar twee jaren later voorgevallen , dan reeds Cw) eerder te rug bekomen hebbe (w). Gode*7el7.t,iMd zelve overleed maar weinig jaren daar 446. na, en werd opgevolgd door herman van uts. kuik, ten wiens tyde wy niets merkwaardigs , tot onze Provincie betreklyk , vinden aangeteekend. Eenige Groningfche en Drentfche onlusten , onder Hermans opvolger herbert voorgevallen , hadden ten gevolge , dat Otto, Graaf van Bentheim , op den Biffchop te onvrede , in Overyffel viel en geene geringe verwoeftingen aanrigtte. Maar Hugo de Boter, broeder van Heer Jan van Arkel , tot hulp des Kerkvoogds met eene bende toegefchoten zynde , flelde dezen in BeL,\. ftaat> vo]gens fommigen.by Heemze aan de •49- . Vegt(x), volgens anderen niet ver van curolyk tyOotmarffum (y) eenen veldflag te waagen, sumbar, dje hem zo wel gelukte , dat hy niet al- anal torn., 0 ...... 2. 0. 214.leen eene volkomen overwinning behaalde, pfióï?fo'maar ook den Grave zeiven gevangen kreeg '1144. en naar Utrecht deed in verzekering brengen;  van OVERYSSEL. 63 gen ; waar uit dezelve niet ontflagen werd, historie. voor dat Graaf Dirk de VI. van Holland, wiens Echtgenoot eene Zufter van Otto was , met Herbert, dien hy door 't belegeren der laatftgenoemde ftad zeer in 't naauw gebragt had, een verbond van vrede had gefloten. Nog gewagen de Hiftoriefchryvers van eenen Brabandfchen kryg , ten tyde van dezen Biffchop voorgevallen , waar in de Heeren van Grimberg en Voërft , de tegengeftelde zyden gekoren hebbende, geene onaanzienelyke rollen hadden gefpeeld. Dan van meerder belang is het aan te teekenen , dat Herbert Keizer Koenraad den III. wilt te bewegen , om aan de Utrechtfche n«; Kerken het regt te fchenken van hare Biffchoppen te kiezen, en dat deze gifte door Paus Eugenius den III. werd bekragtigd (z). He^p Dit toch was eene bron van eene menigte xl%.' *' oneenigheden , die vervolgens by gelegenheid der verkiezingen voorvielen ; gelyk men al aanftonds op Herberts overlyden on- ns». dervond. De Graaf van Holland en andere Grooten ondcrfteunden den aanhang van herman van hoorne. In tegendeel wilden de Utrechtfche en Deventerlche Burgery , en de Ingezetenen van het platte land, Fredrïk met den Hoevel tot de Biflchoppelyke waardigheid bevorderd hebben. Dan de invloed der laatften woog niet op tegen der eerften magt. De Graaf plaatfte Herman door geweld van wapenen op den zetel , in welks bezit hem de Keizer en de Paus, by regtely- ke  64 Tegenwoordige Staat HisTORiK.ke uitfpraak, beveiligden (a) , doch waar (a) toe hy, door zyne onbekwaamheid en vad^^u.zigheid , zo luttel gefchikt was, dat, on447- der zyn bellier, niet alleen de uiterfte ongeregeldheden in het Stigt voorvielen, maar zelfs partyfchappen geboren wierden, welken CtO eeuwen lang nebben geduurd (b). %h'Haa, De vervulling van den ftoel na Hermans i>. 169. 'dood verdeelde het Kapittel andermaal; en de »5ö. ' tegenwoordigheid van den Keizer zeiven was nodig , om de ftemmen ten behoeve van Cc) GODEfRiD van rheenen te vereenigen (c). f3kaèJda,^e Groninger en andere onluften, in welken p-i/i. 'deze Biffchop gewikkeld werd , hebben geenen genoegzamen invloed op ons Geweft gehad , om daar van byzonderlyk te fpreken: doch hetzelve heeft waarfchynlyk in de rampen , die de zware ftorm en de daar door veroorzaakte overftrooming van 1170. het zeewater, in den jare 1170, aanbragVad^rï ten Cd)s met zo vele andere ftreken dezer tnjtt vu Landen gedeeld. Wat hier van zy , wy b.§. xxi.yjnden aangeteekend , dat de zelfde vloed, zig mede over Noordbeveland uitgeftrekt hebbende , eenen hoop Overyffelfchen aanleiding gaf derwaards te trekken , en 'er, na dat zy een goed gedeelte gronds bedykt en droog gemaakt hadden , drie dorpen aan te leggen , welken egter federt wederom Ce) door de zee zyn verzwolgen (e). Het is zwoiiÉTonzeker, of dit tot de tyden van Godefrids d. bi. 109. opvolger , dan van hem zeiven moet ge bragt worden: maar hy was het, dien Vol- ' lenhove, in den jare 1165, de ftigting van een  van OVERYSSEL. 65 een kafteel, ter dekking tegen de Friezen, histori». had te danken fjf). cp Van erger gevolgen voor de rufï van dit^ftom, Geweft waren de gefchiilen van boudewyn,2-p-2,4. die na Godefrid tot Biffchop werd gewyd. Il78* De Hertog van Braband verzuimde de Veluwe , die hy van den Utrechtfchen ftoel i ter leen had , en die Graaf Gerard van Gelder van hem als een agterleen bezat, naar behooren te verheffen. Dit tot een voorwendzel nemende , taft Boudewyn dat Landfchap gewapender hand aan , en brengt het eerlang, voor dat Gerard hem tegenftand konde bicden, onder zyne magt. Dan < dezen onvcrhoedfchen inval moeft Deventer I bezuuren; welke ftad de Graaf reeds vier dagen had belegerd, toen het Keizer Fre1 drik den I. gelukte , onder zekere voorwaarden, eenen ftilftand van wapenen, voor 1 ettelyke jaren , tuffchen de ftrydenden te 1 doen fluiten, Hier op werd de ftad bevryd, 1 en bleef verder ongemoeid, tot dat, met 1 Gerards dood, het bewind over Gelder1 land en Zutphen in handen van deszelfs broe( der Otto was gekomen. Toen gaf een nieu1 we inval des Biffchops in des Graven landen, 1 waar hy en zyne bondgenoten alles of plunk derden of vernielden, aan dezen aanleiding, 1 om Deventer , werwaards de roof verIvvoerd was , herhaaldelyk , te berennen : ( ook begon men het daar binnen reeds kwaad t te krygen , wanneer de Keizer andermaal teen verdrag bewerkte , volgens welk de 1 vyandelykheden geftaakt werden , en Otto iin 't bezit der Veluwe blyven zoude , tot E dat  66 Tegenwoordige Staat iifSTORiE.dat het gefchil in eene algemeene Ryks» vergadering was beliegt. Deze vrede duurde ondertuffchcn maar weinige jaren : want de Drentfche onlusten , waar zig de Kerkvoogd vervolgens ingewikkeld zag, veroorzaakten, dat hy, zekere voor hem nadeelige uitkomften aan Otto wytende , wederom in deszelfs Landen viel en een groot deel der Veluwe verwoefte. Dit werd niet ongewroken door den Grave geleden. In Twente gerukt zynde , waar ten dien tyde de Biiïchop het fg) gebied voerde (g} , verbrandt hy de ftad %kHcZ', Ootmarffum benevens ettelyke fterkten , en ip- ^3. flaat daar na het beleg voor Deventer; welke plaats hy reeds verfcheiden dagen met alle kragt gebeukt hadde, toen de Hertog van Braband , die , door 't weigeren der leenverheffing van de Veluwe , den grond tot alle deze onheilen gelegd had , tot 's Biffchops byftand toegefchoten, de twiftenden overhaalde om de wapenen neder te leggen, en hunne gefchiilen te verblyven aan (h) Keizer Henrik den VI, die dezelven ook u. vervolgens , door zyne uitfpraak , beflis«8 te (h). Kort hier op overleed Biffchop Boudewyn , van wien fommige Gefchiedfchryvers nog verhalen, dat hy, méér dan éénen oorlog gevoerd hebbende tegen de Graven van de Kuinder , welk landfchap toen de eilanden Urk en Ens mede in zig ('O bevattede (i), ten laatften op die voor hem ffkZ'iX voordeelige voorwaarde met dezelven ver, ii-I10C'k' zoend. werd , dat, by gebrek van mannelyk oh; in der Graven huis, het Graaffchap aan de  van OVERYSSEL. 67 de Utrechtfche Kerk zoude vervallen (k).nlSToaiB. Valt gaat het ondertuffchen , dat het geval dezer voorwaarde nimmer heeft plaats genacl- Dirk, Domprooft van Utrecht, en Ar-^Z' ** noud, Prooftvan Deventer, betwiftedenthans elkander den Myter : wordende de eerfle door den Grave van Holland , Dirk den VII, met de Utrechtfchen , de laatfte door den Grave van Gelder met de Overyffelfchen, gedragen. De Keizer wees de mededingers naar Rome, en ftelde inmiddels het Bisdom, ter beftieringe, in handen van Grave Dirk. Deze, de Biflchoppelyke inkomften willende doen invorderen, vond wel geenen tegenftand ten aanzien van het Nederftigt; maar niets waste bekomen uit Overyffel (1), welk Otto ^ay over 's Keizers fchikking te onvrede, in zyn6lf, ' p* geweld en befcherming had genomen (m). Het gevolg was, dat men beiderzyds de wa-^0») penen opvattede , elkanders landen poogde n^veis' te vernielen, en ten laatften tot een hoofd-^ms- en treffen kwam , waar in Graaf Dirk eene volkomen overwinning behaalde. L'e dood fn> der beide Prooften, die in Italië ovo^e-««« d+ den (n), maakte een einde van deze ge-l™/'' p' fchillcn : en dirk van der aare werd , »o8. met algemeene Hemmen, tot Biffchop van Utrecht verkoren. Deze, zyn Bisdom berooid en met fchuld beladen vindende, ftak naar Friefland over, op hoop van zig daar door der Ingezetenen mildadigheid te redden : doch dit mishaagde zo zeer aan Willem , die 'er toen het Graailyk gebied voerde , dat hy Dirk in E a ver-  68 Tegenwoordige Staat Historie, verzekering deed nemen. De Kerkvoogd vond egcer ftraks middel om te ontkomen, en draalde niet dezen hoon, door het vyandelyk aanvallen van Willems landen , te wreeken. Hier toe wifthyden Grave van de Kuinder mede voor zig in 'c harnas te jagen. Dan het ontbrak den Friefchen Grave ook niet aan genoegzame hulpe. Zyn broeder , Graaf Dirk van Holland, viel in het ÏNederftigt ; terwyl zyn Schoonvader, Otto van Gelder, met het innemen van Deventer begonnen hebbende, vervolgens geheel Overyffel aan zyne beheerfching onderwierp. Slegt ftond het derhalven met des Biflchops zaken gefchapen : maar het ongeval der beide Graven , die elders , door lift , gevangen genomen werden , veranderde zynen kans. Toen op nieuws een Ieger byéén getrokken, en een gedeelte van Holland, benevens de Veluwe, afgelopen hebbende, floeg hy het beleg voor Zutphen; en zo dra zig deze Stad aan hem had overgegeven , opende Deventer vrywillig hare . poorten. Een verdrag, vervolgens tuflchen Grave Willem en Biffchop Dirk getroffen, herftelde hier eindelyk de ruft. Dirk van der Aare overleed te Deventer uw, hi den jare 1212. (o), en otto de I., die jfcftr, \?} zïnen opvolger verkoren werd , volgde Sevéot.bijsém in 't graf, êer de Paus de nodige vrygeving verleend had ter aanvaarding van den 2.P.223, myter , tot welken hy anders, uit hoofde £eka%, zyner jongheid, onbevoegd was (p). ->l5, V0lSencie betlZe Viel Op OTTO VAN DER, lippe , wiens onruftig bellier velen dervoor-  van OVERYSSEL. 69 voornaamfte ingezetenen van ons geweft , iijstorik; tot hunne groote fchade , ondervonden* Al in den ,'aanvang zyner regering gaf hem een zivare opftand in 't land van Vollenhove de handen vol werks ; en hy dempte dien niet dan met vele moeite , na dat hy de meefte goederen der Edelen , ge wapen- ^ der hand , hadde verwoeft (q). Geduuren •*«*• '«de den kruistogt, welken hy vervolgens métwrtftö.' Grave Willem van Holland ondernam (r)>£f' M"?h' heerfchte 'er onder 't bewind van *s Bif-cap' 1 * fchops broeder , Herman van der Lippe, D 177*' ten den Heer van Buckhorft gefterkt. De- 2 ze toen zeer vermogende Edellieden hieldenv. mphm: ede zyde van Grave Gerard, aan wien de^^j"-* 1 laatfte ook het Advokaatlchap van Zalland, tom. T. p. uvelk hy , zo 'i fchynt, van denzelven ter**'* Heen bezat, en waar op de Biffchop ookp- 92. & iregt voorwendde, in koop afftond (v).fgt* pn' jIDe Graaf verhaalde het ongelyk, zyfien™^-'*^"" LLeenmannen aangedaan, door de onderza-IÖ"sV^.' p' E 3 ten  70 Tegenwoordige Staat Historie, ten des Kerkvoogds , en vooral de Deventerfche Kooplieden, met het invorderen van eenen tol op den Ryn by Lobed, welke hem van Keizer Fredrik den II. te voren tSkPadvergund was (w), in derzelver handel te utd. Pag. beknellen. Dit baarde klagten op den Ryksaoa"p' dag. De Keizer werd genoodzaakt zyne vergunning te ontveinzen, en het heffen CO van den tol aan den Grave te verbieden 00. dam p. 195 Doch dit was van geene vrugt; en de on*ö94for!uften groeiden eerlang tot zulk eene hoogDevent bi te , dat men wederzyds dezelve met het 45T& 4581 zwaard zogt te beflegten. Otto , zyne hulpbenden te Deventer verzameld hebbende , trok den Zallanderen , met Gerards en andere uitheemfche manfchap onderfteund , te gemoet, en had het geluk hen niet verre van Zwolle, na een hevig treffen , zodanig te verftrooien, dat het ganfche Landfchap open bleef liggen voor zyne wraak. Ook oeffende hy dezelve, volgens zyne gewoonte, met geene fpaarzame hand. De 'drie floten, van Buckhorft en de beide Voerflen, werden veroverd en in puinhopen veranderd, en alle de andere Edelen uit hunne bezittingen verjaagd. Der verdrevenen toevlugt was het gebied des Graven van Gelder, die al zyn vermogen in 't werk ftelde , om Otto het behaalde voordeel ten duurflen te doen misgelden. Door middel van een verbond met den Grave van Holland, bewerkte hy, dat het ftigt ook van dien kant werd aangetaft : terwyl hy zelve , met verfche hulp van elders verfterkt3 zig tot eenen nieuwen  vm OVERYSSEL 71 Wen aanval gereed maakte. Van zynen historie. kant begaf Otto zig insgelyks , na nog eenige manfchap van den Aartsbiffchóp van Bre- 'O men, zynen broeder, bekomen te hebben,,^^nê in het veld. Het riviertje de Hunepa, nu de Schipbeek genaamd, fcheidde de we-ï^. 2.Cap! derzydfche legers , wanneer de Biffchop , %ftfeX der vyanden overmagt bezeffende , gera- uur. Matden vond met de zynen de wyk te nemen [^'&a2£ naar Deventer; welk Gerard zig reeds in 'CO ftaat ftelde te omcingelen, toen de Onver-^Tkat* wagte tuffchenkomft en 't gezag van Koen- f*^"* raad, Biffchop van Porto, hén beiden over- i7""& haalde, om in een vriendelyk verdrag tef™^ora> bewilligen (y). In 't algemeen kwam men 2. p. 224. eerft overéén in een verbond van onder- ö;^2 linge vrede en befcherming, terWyl de lo 'f^^f' pende gefchiilen door ten dien einde te be-',l'7' &ag' noemen fcheidslieden vereffend zouden wor- é^f'1- ai den (z). Dit gefchiedde vervolgens van iy9.' tyd tot tyd. Onder anderen deed de Graa£D^*0 afftand van het invorderen van den tol (a) ipud Heen werd het Advokaatfchap van Zalland in ^;^ vollen eigendom toegewezen aan den Bisn»«y^ fchop (b), die daar tegen het Graaffchap Anai p.9'2. van Stevere (1), welk Gerard tot hier tOft*-,f^J; van hem ter leen gehouden had , op den E 4 zeff- (1) Wy vinden dezen naam reeds in een brief van den jare 1046, waar Stevere als een der grenzen van de Landftreek Amelande voorkomt, by Dumbar Devent, bl 443- 't welk ook door den Heer Alting in Notit. Germ. ïnf. P. II. p. 165- was aangemerkt. Doch de brief, waar uit wy deze omftandighcid bybrerigen , fchynt dien fchryver niet onder 't oog tö zyn gekomen.  72 ' Tegenwoordige Staat histowe. zelfden voet moeit, opdragen aan den Her- tog van Lotharingen, van wien de Graaf het aff. UJ 'c vervolg ter leen zoude bezitten (c). ul-YTn 2 .Verzoening was voor den Biffchop pag. 22Ö. van die vrugt, dat, toen hy kort daar op, ter oorzake der Groningfche onluften, genoodzaakt wierd de wapenen tegen Rudolf van Koevorden op te vatten , zo wel de Graven van Gelder en Holland , als de Heeren van Voerft, Buckhorft, en eene menigte andere Overyffelfche Edelen, hem ter hulpe toefchoten. Ondertuffchen belettede dit niet, dat deze kryg voor hem ongelukkigft Haagde. Rudolf, die, na eerft de Stad Groningen ingenomen te hebben en vervolgens van daar te zyn verdreven, dezelve nu andermaal belegerde , liet wel, op het aannaderen van Otto , deze onderneming varen , en week naar Koevorden te rug: maar hy wift zig niet ver van daar zo voordeelig te legeren, dat de Biffchoplyken, hem onvoorzigtig aantaftende , ten eenenmale door hem verflagen werden. 132<5- Otto zelve verloor hier, benevens eene ) menigte van voorname Edelen , het le- Reyii Da- VQÏÏ (d). 17-Dum- WlLLEBRAND VAN OLDENBURG was te- w'ms VenS de °PvoI§er van Otto, en de wreker * ü' ' van deszelfs dood. Den kryg tegen Rudolf voortzettende , noodzaakte hy dezen een verdrag aan te nemen, volgens welk dezelve Koevorden en 't Huis te Laar aan hem moeft overgeven. Het laatfte deed hy Hegten: maar Koevorden wift Rudolf door lift wederom in zyne handen te bekomen. Dit gaf  OVERYSSEL. 73 gaf aanleiding tot eenen nieuwen oorlog, histomx, Om de grenzen van Overyffel te dekken, ftigtte de Biffchop, door de milddadigheid der Zwollenaren geholpen , een nieuw Kafleel aan den Hardenberg ; en was reeds met de zynen op de been , om den vyand aan te vallen , wanneer , op Rudolfs aanzoek , een ftilftand van wapenen getroffen werd , welke dezen egter het leven kofte. Want, geduurende denzelven zig vertrouwelyk en zonder geleide by Willebrand vervoegd hebbende , werd hy door deszelfs volk wreedaartig van kant geholpen. Door deze fchendaad werd de kryg feller dan ooit te voren ontftoken , en dezelve was nog niet geëindigd , toen de Biffchop te Zwolle , welk hy om der Ingezetenen trouwe te vergelden , en zeker niet min om zig te- 1233. gen de magt der Edelen te fterken, met ftads geregtigheid befchonken had , onder de nederlagen zyner benden, overleed (e). CO Eene kruisvaart , op Pauslyk bevel tegen pj^23!2'.!' de Stadingers , een volk aan de Wezer ¥£!^""i wonende , onder voorwendzel van kette-d.'wrns* rye , door 't aanblazen des Aartsbiffchopsen vo,svan Bremen , met wien zy over zekere regten in gefchil lagen , gepredikt , en flrenglyk uitgevoerd (f) , deed egter den^CO Drentenaren bemerken, hoe gevaarlyk hetzy#^fvni. met de Geeftelyken te twiften , en befluitenB- §-a4otto den III, Willebrands opvolger, om vrede te verzoeken. Tot dit befluit zal ook de hertogt van Grave Floris den IV. van Holland , 's Biffchops broeder , die met aanzienlyke benden van Stade te rug E 5 kwam,  74 Tegenwoordige Staat Historie, kwam , niet weinig toegebragt hebben* 1234. fjoe het Zy , Otto bewilligde , onder zeCg5 kere voorwaarden , in hunne bede £g)ï mu'rfj"' doch de ruft kan van geenen langen duur Frif.iib.x. ge weeft zyn , dewyl wy hen niet lang in prmc na -pjorjs om]jomen t wederom door den Biffchop beoorloogd en ondergebragt vin££)\den (h). 76. 'p ' Gelyk de aanvang , was ook het einde dezer regering onruftig , door de ftroperyen, die door den Grave van Goor op de de bezittingen van Otto aangeregt werden, doch hem zeiven het duurft te Haan kwamen. De klagten des Kerkvoogds , aan den Roomfch-Koning, Willem den II. van Holland , dieswege gedaan , vonden zo veel ingang , dat deze den Grave eerft deed dagvaarden , en , toen hy niet verfcheen , gewapenderhand aanviel , gevan1248. gen nam , en van 't bezit zynes Graaffchaps, ten behoeve der Utrechtfche KerHeda\. be ' waar van ^ het ter leen hield (i), ui. ubi" verfteken verklaarde (k). Gelukkiger lot derSusV1' viei omtrent ten zelfden tyde te beurt aan Buchei. Ommen , welk met ftads geregtigheid benof.' y.17' giftigd , en , waarfchynlyk , tevens met (•k) veften werd omgeven (1). Dumbar, Niet lang hier na overleed Biffchop -Otto, AnaU torn. , ° , . . l 2.p.232. en werd opgevolgd door gosewyn van amstel , dien men , het zy uit hoofde van n CP voorgewende of ware onbekwaamheid tot de beftieringe , eerlang noodzaakte den myter p> 3I7- af te ftaan aan henrik van vianden. Dit joeg de Heeren van Amftel en Woerden, hier over hevig gebelgd, ylings in 't harnas,  van OVERYSSEL. 75 nas, en gaf den Grave van Goor, uit zynehistorie. hegtenis geflaakt, en aan andere misnoegde Edelen van dit Geweft , gelegenheid zig met dezelven te verbinden , om dus bunnen moed tegen den Utrechtfchen zetel te koelen. Dan alle deze tegenftreevers des nieuwen Kerkvoogds werden in eenen voor hem gunftigen veldflag gevangen gemaakt, en zy hier door genoopt met hem een ver- (m) drag van vrede aan te gaan, welk egter R# korten tyd werd onderhouden. De ftraksa™&pumwederom" uitberftende kryg was heviger dan^/^-p.te voren; en eindigde niet, voor dat, doorc/«V^,--' tuffchenkomft van onzydige Vorften , een^f™ nieuw verbond bewerkt werd (m). Onder 1257. dit alles was en bleef de Graaf van Goor (n, van zyne aloude bezittinge beroofd. z\e DumB. Behalven eenige geeftelyke geftigten (n),*^^*' wordt de eerfte aanleg van Kamperveen iv.Boekö. door fommigen tot Henriks tyden ge-"00^" bragt (o), terwyl anderen daar van, alszie^yreeds by 't leven van Biffchop Willebrandp' ~(p) voorgevallen , gewagen (p). Ook vindt f™;a> men , dat Goor omtrent dit tydperk ftads ' 1262. voorregten ontvangen hebbe (q) , zonder (q) dat wy , uit hoofde der twyffelagtigheidM's' van Henriks fterfjaar , met zekerheid zeggen kunnen , of die door hem , 't welk egter waarfchynlykft is , of door jan van nassau , welken na hem het Bisdom te beurt viel, zyn verleend. Vafter gaat het, wsdat Genemuiden eene gunft van den zq\ï-vaniIat. den aart aan den laatftgenoemden had te^^danken (r). HÖotdit.' Wan-§- *•  7 6 Tegenwoordige Staat historie. Wanneer men uitzondert, het geen fommigen verhalen, dat de ftad Kampen, om1280. trent dezen tyd, in eenen oorlog met De(s) nemarken of Noorwegen zoude gewikkeld S,f fweeft (s) ; fchynt ons geweft, on2. P. 233. der het beltier van dezen Kerkvoogd, den *™a*umvrede genoten, en Deventer hem zelfs tot eene verblyfplaats geftrekt te hebben, toen Gysbrecht van Amftel , aan 't hoofd der Kennemers, de ftad Utrecht had overweldigd , en dezelve eenen geruimen tyd onJiJuL der bedwang hield (t). Dan van meerder vtnt.p.26.belang is het, op de berigten, welken wy p,93-van den toenemenden bloei des koophandels in het later gedeelte van deze dertiende eeuw aantreffen , ons oog te veftigen. De fcheepvaart, die zo lang bykans alleen door de Italianen geoeffend was, begon zig , met de opkomft en den aanwas der Steden, ook tot de Noordelyke ftreken van Europa , en met name tót de' Robertfon, Nederlanden uit breiden (u) : en het ver- cLia^ond ' .door die van ^ubek en Hamburg, voT.i.pagiin den jare 1241. , tot onderlinge bevei336o'.edit. ]i§in§ van hunnen handel, gefloten, leide in 40. den grondflag van die beroemde verbindtenis, tot welke de verwarringen , ten tyde van het groote tuffchenryk geboren , vervolgens aanleiding gaven, en die federt den naam van Hanze-verbond, gedragen heeft. Ieder, namelyk, bezefte den invloed van zamengevoegde magt; en de bloei der twee genoemde fteden ftrekte anderen tot eene proeve van de groote voordeden die uit eene algemeener vereeniging waren te wag-  van OVERYSSEL. 77 wagten. De uitkomft beantwoordde aan historie. het doel. Van tyd tot tyd werd de Hanze uitgeftrekter; en het was lang voor het (V) einde .dezer eeuw, toen men tagtig ftedenffi,!^* onder dezelve konde tellen (v). Ook lStom: 1 per. het zeker, dat eenigen onzer Overyffel-8" §'I2, fche fteden, alsDeventer, Kampen, Zwolle (w) en Haffeit (w) , onder de Hanze-fteden , ™ Schraf: en wel onder dat gedeelte derzei ven welk^7/^. de Keulfche kreits genaamd werd, behoor-*'111* *• den (x) : dan de tyd , in welken dezen ' 'm' zig daar onder begeven nebben, wordt niet (x) zo gemakkelyk bepaald. Verfcheiden om-lvee":ff^_ Handigheden intuffchen zyn 'er, die der ge- busp.Hannen gilling waarfchynlyk maken , volgensfv.'cap!"'. welke onze fteden al vroegtydig onder de leden der Hanze zouden zyn begrepen ge- . (y) weeft (y). Immers had men bier in 't va\A-ulttZn den dezer eeuw, reeds eenen welgeveftigden;üd-§• }• handel op Vlaanderen , waar onze koop- (Vi lieden, wyn, bier, zout, granen, en an-.$?*^£ dere noodwendigheden , in 't byzonder Schraf. ' ook haring , die toen op de Noordfche^c.bU i kuiten gevangen en door hen van daar geI haald werd (z), en veelligt ook wolle '(BiJ'fyanaJttum 1 overvloedig wiften te vertieren : ja deze^^ handel was van zulk een belang, dat by§. 1. 1 de aandagt des Graven van Holland, Fioris 1 den V., tot zig trok, die, om denzelven 1 van daar op zyne landen , en vooral naar^'p^. I Dordrecht, te lokken , aan de kooplieden vent. bu 1 van Deventer , Kampen, Zwolle, Wih-^muT i hem , en meerder nabuurige plaatzon, infl/^ 8. den jare 1276. (b), en twee jaren later"014^' nog  78 Tegenwoordige Staat Historie, nog afzonderlyk aan de eerftgenoemden (c), aanmerklyke voorregten verleende. Al Dumhar vroeger , wil men , dat de Handel der ^bl* Zwollenaren , door het ryden der zogenaamde Hefle-wagens op hunne ftad , groet) telyks zoude hebben toegenomen (f). Ook c/^bi?'OTblykt het aanzienwaarin ten dien tyde reeds *#* onze groote Steden, by ander handeldryvenden gehouden werden , daar uit , dat de ftad Harderwyk , zo met Hamburg , als met Reinoldsburg , in gefchiilen geraakt zynde, de befliffing derzelve, in den jare 1280. aan hare fchepenen werd verCd) bleven (d). De Amfterdammers dreven , dïfi.'b.^y het opkomen hunner ftad, mede koopbi.VeiM-handel op fommigen der Overyffelfche fteSi^den (e) , wier vaart op de Ooftzeefche kuften van genoegzaam gewigt was , om re5 haar ook van de Noordfche Vorften vooryaderi.mii regten te doen verkrygen. Althans vinden 10"e'5 3°*we , dat Koning Erik de VIII. van Denemarken , in 't begin der veertiende of 't einde der dertiende eeuw , de kooplieden van Deventer in hunnen handel op Schoonen merkelyk hebbe begunftigd (2). In (2) De hier bedoelde voorregtsbrief is ons niet onder 't oog gekomen ; maar Brumanus rer. TranfijJ. apud Dumbar torn. i. Anal. p. 118. fchynt, uit zyn vertrouwelyk verhaal, denzelven gezien te hebben. Hoe dit zy , het is naauwlyks te begrypen , dat dit voorregt, gelyk deze febryver verhaalt, in eenen uitfluitenden handel zoude kunnen beftaan hebben; daar het blykt, dat Erik, in 1316, aan die van Zutphen en Harderwyk ook gunften verleend hebbe, om hunnen handel op Schoonen te bevorderen. Zie SchraJJert Befchryv. van Harderwyk I. D. bl. 145.  van OVERYSSEL. 79 In 't algemeen ftraalt de Geeft van koop- histome. handel in de verrigtingen van dit tydperk ten zigtbaarften door. Van hier dat men te Deventer den bekenden Katen-tol, dien Keizer Otto in 't jaar 973. aan het fticht te Elten gefchonken had , in den jare 1241. tot ftads behoef in erfpagt nam (f), enuSllr de daar aan gehegte voordeden vervolgens , JT w. tegen zulken die 'er inbreuk op doen wil-466den, zo yverig verdedigde (g): dat de Cg) drie hoofdfteden en Haflelt, door herhaaldf^'. b^6} beklag , zo 't fchynt, wegens het drukken 539-' der Twentfche tollen, van Biffchop Jan van Dieft, in 1328, vrydom van dezelven wiften te bekomen (h): dat men poogin- c"0 gen aanwendde om de handwerken te be-£™^m> vorderen, door van tyd tot tyd gilden op2- p«* te rigten en dezelven met voorregten te25'* befchenken (i): en wat meer op dit ftuk cij bygebragt zoude kunnen worden , waar van D*de beknoptheid onzes befteks verbiedt bree-». HoofUd. der te fpreken. Dan , op dat wy den draad der gefchiedeniffen dus wederom hervatten, bleef deze Provincie onder Jan van Naffau bevryd van het zwaard des oorlogs,'zy bleef het, niet voor de woede eener ontzaglyke overftrooming , die , in Lentemaand des jaars 1285, door eenen ftrengen vorft gevolgd, de hoop der Landlieden vernielde, en, zo ^ hier als elders, eene ongewoone fchaarsheidco»/;«/a*. veroorzaakte (Y) : een onheil welk waar-^™'^ fchynlyk , nog dies te fterker zal gedrukt'» iém» hebben, nadien het Bisdom, door 't wap^mfh.o, beftier des Kerkvoogds, reeds buiten dat io7- was  80 Tegenwoordige Staat historie, was uitgeput. Hoe het zy , dit beftier naai. koftte Jan van Naifau den myter (1), die 2'3i'288 °Pgedragen werd aan jan van zyrik , ten wiens tyde wy niet aanmerkelyks , hier omftreeks gebeurd , aangeteekend vinden, indien men eenen tweeden watervloed uitzondert , die Gelderland, Friefland en Oconthult. veryflel in den herft des jaars 1290. knelchron. de (m). Ook werd deze Biffchop, weinig Menton. p-jar£n jater . naar ejders verp]aatfl. y en foQt 1296. willem van mechelen in zyne waardigheid vervangen. Tweemaal diende dit Geweft, geduurende de korte en onruftige regering dezes Kerkvoogds, denzelven tot eene wykplaats: i297- eens na eenen ongelukkigen veldtogt, dien hy in Holland gevoerd had (n) ; en an(„) dermaal na dat hy, binnen de ftad Utrecht Beka, p. zelve byna een geheel jaar gevangen ge102' houden , niet dan door eenen opftand , welken de landlieden voor hem verwekten, ihd'P was ontt,omen 00- Eindelyk wikkelde hy aa7.3'p' de Overyffelfchen zelve in den kryg; doch met eenen voor hun fchadelyken en voor zig zei ven verderfiyken uitflag : want, vergeeffche poogingen gedaan hebbende om binnen Utrecht toegelaten te worden , 1301. raakte hy niet verre van daar met de Hollanders handgemeen , en verloor 'er, met bJix? adCeUe men'§te der zyner) > het leven (p). Bekam,aP. Zyn dood voorfpelde geen meerder ruft, Ue5ia''ï'a{n^t hoofde der verdeeldheid die zig aan' ' 'flonds over de verkiezing van eenen opvolger openbaarde. Dan guy , broeder van Jan den II., Grave van Holland, den ver-  van OVERYSSEL. 8r vermogendften aanhang op zyne zyde heb- historié. bende , beklom den zetel , en noodzaakte zynen mededinger , Adolf van Waldek, . naar Overyfièl de wyk te nemen (q). Dö^, f. i Ingezetenen van dit Geweft deden onderwyh°5. I geene poogingen tot Adolfs voordeel, en i in der daad zy fleten hunnen tyd beter i dan met kryg te voeren om de keuze van i eenen Heer. De zware overftroomingen, namelyk , van de vorige eeuw hadden hier, j gelyk wc boven zagen, geene geringe ver' woeftingen aangeregt : en fommigen wil1 len zelfs , dat de Eilanden Urk en Schok! land toen van het vafte land zouden zyn I gefchcurd (r) ; welk gevoelen wy egrer/?w;/4«, i niet op ons nemen te verdedigen. Wat^*t^' 1 hier van zy , de geleden nadeelen deden Dimt*r 4: .den Biffchop en de Overyffelfchcn befluiten'^"l (de flegte dyken , van ter Honnepe , een^'*^; i uur gaans boven Deventer gelegen , aP^V^/n» l tot aan de zee , in eenen weerbaren ftaat"^J- ^ ite brengen: en by deze gelegenheid werd,bi. 539. i met goedvinden van riddere ende knapen enu de dat mene land, in eene vergadering op kden Spoolder-berg, tuffchen Zwolle en den I30,, ! Ylfel , door Guy een Dykregt ingevoerd, 1 welk nog heden onder de benaming van tden Guy en Dykbrief bekend is (s). In 'tD!l^]rA. i voorby gaan verdient ,het aanmerking, dat»«/. iom. < deze vergadering de oudfte Overyffelfche^^^' I Landdag is , waar van wy befcheid hebben gevonden (t). 'Ja**» De vredes tyd, waar in dit werk verrigt zwaiu 1. 'werd, duurde ondertuffchen niet langer dan °'w'I5+v itoe den jare 1311; wanneer de Biffchop, F dia  %2 Tegenwoordige Staat historie, die niet alleen een haat tegen de Friezen opgevat hadde, maar ook door heerfehzugt gedreven werd om de Stellingwervers onder zyne magt te brengen, beftond eene fterkte op dezer grondgebied, aan het land van Vollenhove grenzende , te doen oprigten, waar mede hy hen, onder voorwendzel van een oud regt, welk zyne voorzaten van de Keizers verkregen hadden, meende in den um."ek- teugel te houden (u). Het werk was nog "risè iib' onvo'to°^ > toen hy van hier vertrok om ■ i"'c\n ' de vermaarde Kerkvergadering van Vienne prïac. Dy te wonen. Zyn afzyn , gevolgd door een gerugt van zynen dood , bemoedigde de Stellingwerveren ; welken de vyandelykheden aanvingen door 't begonnen werk ten gronde toe te flegten, en voortzetteden door 't beleg te Haan voor het Bisfcboplyk flot te Vollenhove. Dit werd fel door hen beftormd , doch ook, door den flotvoogd Herman , dapperlyk verdedigd. De Belegering had reeds eenen geruimen tyd geduurd , toen de Biffchop, met een aanzienlyk leger, te fchepe naderde tot ontzet. Gerard , Prooft van Deventer, broeder des flotvoogds, had den Biffchop, die nog in Frankryk was, van den toeftand der belegerden kennis gegeven : waar op hy , zonder uitftel, naar Holland was gekeerd. Hier had Graaf Willem zo veel volks byeen gebragt, dat Guy zig in ftaat vond, om het onzet te ondernemen. De ontdekking van de Biffchoplyke vloot, die j vaft de Zuider-zee overftak, wakkerde zo zeer den moed der burgtzaten, dat zy ee- ne n I  van OVERYSSEL. 83 acn uitval deden, in welken wel vyfhon-histomk; derd Friezen fneuvelden, terwyl de overigen de vlugt namen. De Biffchop was ondertuffchen geland niet verre van Vollenhove , alwaar zyne Hollandfche knegten door eenige Overyffelfchen verfterkt werden. Toen de benden verzameld waren, was de dag te ver verlopen om iets te ondernemen. Men bcfloot derhalven eerft des anderendaags op te trekken , de vlugtende Friezen te vervolgen , en alles in Stellingwerf, te vuur en te zwaard , te verdelgen. Doch des nagts ontftond 'er zulk een geweldige ftorm , van hevigen plasregen verzeld, dat de wegen den volgenden dag ten eenen male onbruikbaar waren. De Biffchop deed derhalven den voorgenomen togt ftaken: en de Hollanders keerden eerlang met 1r}^e}Mr hunne fchepen wederom naar huis (v). Ookj£**»£ kwamen de Stellingwervers in onderhandeling§' I7j0' met den . Biffchop , die , behalven vergoeding der fchade , door die van Vollenhove geleden, en eenige landen in Yffelham, Steenwyk en daar omtrent liggende , nog fw3 het regtsgebied en de tydelyke regtsoefFe-c^'^. ning over eene zekere ftreek lands (3) van hun tuUm a' vorderde , en het fteedje Steenwyk zelf als zyn tafelgoed aangemerkt wilde heb-4to. ben (w). Hier op volgde een verdrag, 't welk in 't jaar 1313. getroffen werd : en federt bleef alles hier in ruft, fchoon Guy, F 2 om (3) JurisdiBionem £? juftliiavitemporalem de Ögèrsgropo usque Haffelersdyck in parochiis de Steemvyck & Yffelhamne & parochiis dependaitibus &C.  84 Tegenwoordige Staat Historie, om zyne fchulden te verminderen , naar Frankryk keerde, en daar tot in den jare 1317. met fpaarzaamhcid leefde. Zyne weBeka, \. derkomft werd nog in 't zelfde jaar gevolgd door zynen dood (x). Verfcheiden Gefchiedfchryvers brengen eenen verfchriklyke peft en eenen daar op gevolgden zwaren hongersnood tot de tyden van dezen Biffchop ; gelyk mede eene meer dan gewoone vrugtbaarheid, welke de bevolking van ons Geweft zeer bevorderd hadde. Het dorp Giethoorn zoude thans , volgens dezelven , door den toevloed van nieuwe inwoners, zynen oorMeLl i.i.%ong ontvangen hebben , en het turffteBuduL ad ken zoude hier toen voor het eerfte beDumV37' gonnen z}7n. Dan andere berigten plaatzen Mat. wm. fezQ gebeurteniffen reeds in de voorgaande ~*p'24' eeuw (y). Vafter gaat het , dat het kaCz) lteel te Goor eene der fterkten was , die Heda, p. door Guys voorzorg } ter beveiliging van het Bisdom , werden geftigt Cz). Van de twee naaftvolgende Biflchoppen, fredrik van zyrik en JaCOB van ouds- !322. hoorn, die beiden in het zelfde jaar overleden , valt weinig hier te verhalen; dan dat de eerfte , door zig met zware fchulden te beladen , niet luttel toebragt ter vermeerdering van die afhanglykheid , tot welke wy de Utrechtfche Kerkvoogden van dezen tyd vervallen zien , en welke dermate aangroeide , dat eindelyk aan jan van diest weinig meêr dan de vertooning der Biffoppelyke waardigheid overbleef. Deze , tegen den zin des Kapittels, welk Jan van  van OVERYSSEL. 85 van Bronkhorft verkoren had , door den Riston*, invloed des Hertogs van Braband en der i Graven van Holland en van Gelder , op | Pauffelyk gezag, den zetel beklommen hebi bende , vond zig in den aanvang reeds zo nfbanglyk van den Grave van Holland, Willem den III., dat hy plegtig moeit belooven , zelfs in zaken het Stigt betreffende niets van belang, buiten dezes raad, (^ te zullen ondernemen (a). Naderhand deed zie zynen 1 meêr dan een voorval des Graven gezag/^f/by ] nog hooger ryzen. De Biffchop had van den ****** (Grave aanmerkelyke fommen opgenomen,vTp.347"' 1 waar voor hy in den jare 1327. een groot ideel van 't Nederftigt aan denzelven ver} pandde: en twee jaren later was hy zo diep 'n fchulden geraakt , dat hy alle de in; romften zyns Bisdoms , op tweeduizend :ponden na , die hem tot zyn onderhoud ^werden toegelegd, aan dien Grave en zyne landere fchuldeifchers afftaan moeft. WiljJem gedoogde niet dat 'er iets in 't Stigt liegen zynen zin uitgevoerd werd. De Stad Utrecht , in 't zelfde jaar, het huis van (fan van Ligtenberg aangeflagen en in 't obenbaar verkogt hebbende , nam de Graaf mt zo euvel, dat hy Ligtenberg verlof gaf >m , met Hollandfche manfchap gefterkt, vraak te nemen over 't leed hem aangelaan. Utrecht moeft federt drie duizend oonden opbrengen om zig met den Grave :e verzoenen , en Kampen werd genoodlaakt hem driehonderd ponden jaarlyks te O) ïelooven (b). W\%. I De beflommerde omftandighedcn , waar F 3 in  $6 Tegenwoordige Staat historie.in de Biffchop zig bevond, lieten hem dus niet toe paien te zetten aan de verregaande oneenighedcn, die thans het Overftigt beroerden. Reeds in den jare 1324 had Zwolle het droevig lot ondergaan van door eenen hoop volks, uit een der nabuurige floten afgezonden, in brand gelloken te worden, zo dat de geheele ftad, eenige weinige huizen uitgezonderd, daar by in de afeh raakte. In 't algemeen wordt dit aan 't beitel van Heer Zweder van Voerft toegefchreven (c). Weinig jaren later raakte de BisvauHnttumfchop zelve, met dezen en den Heer van zTlotait' ^ecntercn > m hevige onmin over het bedy^l02°. t-ken van 't Maftebrock: en fchoon dezelve, door fommiger bemiddeling, eerlang werd bygelegd, op voorwaarde , dat de Maftebrocker landen in haren ouden ftaat zouden blyven liggen, en de bezitters by hun B^ntar*vor'g regc bewaard worden (d); gefchien«'ktoiu.2-dé dit egter niet , voor dat het fteedje p. Ommen de woede dezer Hceren op het yslykfte had bezuurd. Des nagts namelyk op I33°' hetzelve aangevallen zynde, hadden zy her in brand geftoken , en waren niet weder (e) afgetrokken, voor datzy deszelfs veften tót *£fm p' den grond toe hadden geflegt (e). Het Slot te Diepenheim, op de grenzen van 't Overftigt gelegen, bragt thans, van tyd tot tyd, ook merkelyke fchade toe aan deszelfs ingezetenen. Om zig van dezen overlaft te ontdoen , befloot de Biffchop van dit Slot, met de Stad en 't land van ,ï53«« den zelfden naam, door koop zig meefter 59 maken ? en , tot het vinden der ver-, eifclv  van OVERYSSEL. 87 : eifchte penningen, eenige andere goederen historie; I te verkopen. Van de zelfde eigenaren kogt (o hy mede de Graaffchap van Dalem (0:&t^2' S gelyk hy drie jaren vroeger het kafteel den Buchel. ei Rutenberg , benevens verfcheiden ande-fI£*?"'p* . Te, zo in deze Provincie als elders gele■ gen, goederen, van den Grave van Bent- vid. CA/rr- hem had bekomen (g). Volgens fommiger^j?^ aanteekening is Enfchede, tot nog toe door P. 241. de Graven van Solms bezeten , omtrent dit tydpunt ook aan den Utrechtfchen ftoel Bramen. overgedragen (h) : dan de ftrydigheid der. berigten noopt ons dit in 't midden te laten (i). Het zelfde doen wy ten opzigte örniir der redenen die Jan van Dieft kunnen be-f>£™™' wogen hebben, om zulk een gering plaatsje als Graf horft met Stads geregtigheid te be- 1333. fchenken (k) : hoewel 't ons niet onwaarfchynlyk voorkomt, dat hy , zo door dit middel , als door 't fchenken van voorreg- 31dc^ ten aan andere fteden (1) , zig tegen de =53. magt en den wrevel der Edelen poogde te Herken. , Ondertuffchen verliepen evenwel zynevid.(/}^. zaken hoe langer zo meer. Reeds in denp- «s». jare 1334. vinden we de Graven van Gelder en van Holland^ in onderhandeling om 'sBiffchops fchulden'te betalen,- waar voor Mathui de eerfte het Overftigt , de ander het Ne-^-^* derftigt, in bezit zoude nemen (m). De " uitvoering hier van bleef egter fteken • maar twee jaren hier na fchoot Reinoud, toen Graaf en naderhand Hertog van Gelder, de geheele fomme , die de Biffchop, onder anderen , tot het loffen zyner inF 4 kom-  SS Tegenwoordige Staat H»Tor.,..komften , welken wy hem. in 1329. aan zyne fchuldeifchcrs zagen verbinden, fchynt gebruikt te hebben. Voor deze penningen verpandde de Kerkvoogd aan den Grave, met toeftemming van de voornaamfte Edelen ^ en S^eden' welken den pandbrief met hunne . zegelen bekragtigden , ten naaften by ons ganfche Geweft; alleen voor zig behoudende het onlangs aangekogte Diepenheim, en de Itad Kampen , die reeds te voren aan den Grave van Holland cynsbaar geworden was. Diepenheim zelf ftelde hy onder beicherming des Graven, die het, des noods, ter beveiliging der overige Janden , zoude DnmbJr magen gebruiken (*). Graaf Reinoud , dus, onder anderen, van de ftad en het flot van Vollenhove meefter geworden, oordeelde thans de gelegenheid geboren , om zyne oude eifchen op de Friezen door de wapenen te doen - ge,Jen- De ^ns fcheen te fchooner, nadien de Snezen zeiven door binnenlandfche oneenigheden waren verdeeld. Dan dezen zy nen toeleg merkende, befloten hem Voor te komen; en , met ter zyde ftellin^ der onderhnge_ gefchiilen , zig verecnigd hebbende , vielen zy aan op des Graven nog over t land verfpreide benden, welken zv ligtelyk vernoegen. Vollenhove zelf werd deerlyk door hen afgelopen. Het ontbrak qus den Grave aan geene aanleiding om de wapenen op te vatten, en hy fmeeddc het ontwerp om den Friezen hun voordeel ten duurften betaald te zetten. Aanftonds ver* zamelt hy? met behulp der Stigtfchen, een - .• Ie-  Ivan OVERYSSEL. 89 leger , en trekt daar mede tegen hen op. historie. I Ook leed het niet lang of de wederzydI fche benden raakten flaags. Niet verre van i1 Vollenhove elkander ontmoet zynde, gelukI te het Reinoud zyne vyanden te overwin- (-„y nen en geene geringe flagting onder de-^umani zclven te maken: doch de ovewinning zei-^xl'lfh. ve kwam hem zo duur te ftaan , dat hyi'fl'p-^0. tevens den luft verloor om verder iets te-i»*«L'P? gen de Friezen te ondernemen (n). n& n*1,1 Weinig jaren hierna ging door Reinouds dood de regering van Gelderland over op : zynen zoon , ook Reinoud geheten , ten 1343. .' wiens tyde wy de bezitting der verpan1 de Overyffelfche plaatzen wederom tot de ^ Kerkvoogden van Utrecht zullen zien keeren. Jan van Dieft was al vroeger , in het jaar 1340, overleden , en Nikolaas de Caputio , een Romeinfch Edelman, die idoor Pauffelyk gezag tot deszelfs opvolgersJfJp. was aangefteld (o) , vernomen hebbende 1,7.' :ldat hy 't wereldlyk bellier in perfoon zoupde moeten gaan waarnemen , verkoos heiver , in 't volgende jaar , van den zetel ïafftand te doen, en jan van arkel daar (toe aan den Paus te bevelen. Jan van Arkel , tot Biffchop verheven, • (izag zig meer in naam dan in de daad Heer ivan ons Geweft. Bedagt derhalven om de .verpande plaatzen in te Ioffen, en egter de penningen, daar toe vercifcht, ontbeexende, befloot hy zig naar Grenoble te be•geven , en daar eenigen tyd met fpaarzaamPheid te leven. Dan een oorlog, hem door Idcn Grave van Holland aangedaan, nood- 1545. F 5 zaak-  9® Tegenwoordige Staat Historie, zaakte hem eerlang huisvvaards te keeren ("p). Hier op zogt en verkreeg hy den byftand iitd«P,\. van zyne Overffigtfche onderzaten , en 242. bragt, door de milddadigheid van dezen , en door andere middelen , zo veel gelds te Ï345. zamen, dat hy in 't volgende jaar een groot gedeelte der lospenningen, die zeftigduizcnd gouden Gelderfche ryders bedroegen, betalen konde. Tot zekerheid van 't onbetaalde ftelde hy den Hertoge van Gelder de Cn) Utrechtfche floten ter Horft en Stoutenburg Traj"'np! in. handen (q). Ten zelfde tyde kogt hy, mtth. A- jloe zeer ook van geld ontbloot, de Heerp. 360. lykheid Lage , en hegtte dezelve aan O?iT\"m~ very^Q\: maar buiten ftaat zynde de ver11.'p.266-koperen op den geftelden dag te voldoen, verwekte deze onvoorzigtigheid hem vele Cr) onluften , die niet dan door de werkelyke ff^Tö betaling der koopspenningen werden ge' ',''2 9'ftild (f). Hier tegen had hy "t geluk eene Cs) hevige onmin, die tien jaren her waards tuso'evntiv fchen die van Deventer en Amfterdam geb.nooititlfmeuld had, en over 't betalen der tollen 14 en ontftaan was, door een verdrag uit den weg te helpen (s). Ondertuffchen bicven zyne eigen zaken 1348. fteeds verward , en by zyne terug komft van eenen tweeden togt naar Frankryk vond hy den ftaat zyner geldmiddelen eerder verergerd dan verbeterd (*). Nog in 't zelfde jaar bezig zynde in 't Nederftigt tegen de Hollanders te oorlpgen , viel Gysbert j./*L/vvan Bronkhorft inmiddels in Twente en c'i/o«.verbrandde het flot te Goor: maar gelukcï'Pff&9.kiglyk trof de Biffchop, door tuffchenkomft van '  van OVERYSSEL. 91 ï van eenige nabuurige Grooten , met de historie. ; eerftgemelden een beftand, en had dus gelegenheid zig op Gysbert te wreken. Zonder dralen rukt hy met een talryk leger in 't Zutphenfche , plondert en verwoeft 1 deszelfs daar gelegen bezittingen, en fteekt [ op zyne beurt den brand in 't fteedje Borkelo. Dan dit verwekte hem de wederwraak des Hertogs van Gelder, die, met zynen broeder Eduard , Gysbert te hulp fchoot , en den Biffchop den oorlog aanzeide. Jan van Arkel bezefce de onmogelykheid van zo vele magtige vyanden door zyn eigen fchraal vermogen het hoofd te te bieden: weshalven hy befloot de verdediging van Zalland, Twente en Diepenheim aan Fredrik van der Eze te betrouwen , tetfwyl hy de Heeren van Voerft en van de Kuinder ook in zyne belangens had overgehaald. Deze fchikkingen waren wel van die uitwerking , dat men in den volgenden jare het eens werd over een "349verdrag van vrede (t) ; doch deden weinig af om den Kerkvoogd uit zyne verlè-jy^Op< genheid te redden. Zweder van Voerft 243fcfe* maakte hem eene rekening van vyf duizend I oude fchilden , welken hy in de belegering ' van het huis te Keppel belteed had; en de fomme , die Fredrik van der Eze wegens aangewende krygskoften inbragt , was zo overmatig, dat aan het afdoen derzelve niet was te denken. Zy bedroeg twee en veertig duizend en twee honderd diergelyke fchilden , waar voor de Biffchop genoodzaakt was dat gene, 't welk hy eerft aan Fre-  9* Tegenwoordige Staat HOTo«*.Fredriks befcherming bevolen had, nu aan denzelven m pandfehap over te geven: dus OO ?„hyLVan SeheeI Overyffel niets dan het j.&uiiis Vollenhovenfche in eigen bezit hield (h. • JJeze pandfehap werd nog verzwaard uit mta ï van eenen nieuwen oorlog , die wi,*Lib. fredrik tegen den Heer van Steinfurt en vn.p.806. eenige anderen kort daar na had uit te houden , en waar voor hy den. Biffchop we- j.iLMuaerom een aanzienelyke fomme in rekenine -.«P.I0.bragt ^ ? In 't Nederftigt ftonden des' Biffchops zaken weinig beter. Zweder van Uterloo en vyf andere voorname Edelen hadden ook daar reeds de voornaamfte Iterkten in handen : doch hier mede niet vergenoegd, deden zy nog verder zulke buitenfpoorige eifchen, dat de Biffchop , buiten ftaat dezelven m te willigen , en tevens nergens uitkomft ziende , het befluit nam om 't bewind der zaken aan eenen ftedehoudcr over te geven, en met een klein gevolgde wyk_ te nemen naar Rome. Hier bleef hy tot in 't jaar 1351, wanneer de gemelde zes Heeren , die inmiddels al wat zy konden onder zig geflagen hadden , de Geeftelykheid overhaalden om hem naar Utrecht te rug te ontbieden: met geen ander oogmerk waarfchynlyk , dan om hunne eifchen op nieuws te doen gelden. Maar thans namen de zaken eenen gunftiger keer. Met vreemh de hulp onderfteund, raakte hy, zo door zagte als gewelddadige middelen, eerlang wederom in 't bezit der voornaamfte Neder1354. ff igtfche floten: waar na hy ook middel vond om  vëh OVERYSSEL. 93 I om de Heeren van Voerft en van der Eze, hhtow*. I die vry wat van hunne vorige rekeningen - ^L\u \ vallen lieten , af te betalen, en dus de ver-d.' ha. ' | pande Overyffelfche plaatzen andermaal m^Êt.8'" - zyne handen te krygen (w). In het zelfde xxx.c'ap. jaar fchonk hy Stads geregtigheden aan Vol-L^S" lenhove , onder voorwaarden , die ter ver-^L** [ fterking van zyn gezag tegen de op het j!t'Zvl \ platte land wonende Edelen konden ftrek-^f^ I-ken (x) : gelyk hy twee jaren vroeger ,3- p'. 1 uit een diergelyk inzigt, met de fteden De-248c'x) \ venter, Kampen en Zwolle een naauw ■VQX-Dumh«'r, !bond van onderlinge verdediging was inge-irt. ™7™'. :gaan, 't welk voornamelyk dienen moeftD£p 'om den koophandel te beveiligen en het"fl%»1fbt. ■ aanleggen van nieuwe floten in deze Pro-g*^ ■ vincis kragtdadig te Ituiten (y). Zwolle, i. Thans fchenen alle dingen onzen Kerk-D'b1,166' i voogd naar wenfch te Hagen. Herman van fMeerveld, die uit het Munfterfche in Oiveryflel eenen inval gedaan had, betaalde ^hy deszelfs plonderingen ten duurfte , tot idat, door tuffchenkomft van anderen, de vrede werd herfteld. Insgelyks temde hy CO jde wederfpannige Ingezetenen van YM-^ub!^' iham , welken zig met de Friezen verbon-xxx-cïpIden hadden en zig aan zyn gebied onttrekken iwilden : zo dat dezelven eerlang genood-y££ïf' zaakt waren zig wederom aan hem te on-isc. ' derwerpen (z). En dit alles werd verrigt, iniet tegenftaande eenen zwaren kryg, dien ihy met den Grave van Holland te voeren Cw} ihad, en waar door onze Provincie ook^"* ;geene kleine verwoeftinge moeft onder-S?'p' Êgaan (*). Met het afleggen zyner fchulden en  94 Tegenwoordige Staat Historie, en het vernederen van zyne meefte tegen» ftanders, had hy nu zyne geldmiddelen op zulk eenen goeden voet gebragt, dat hy niet alleen vele dingen, die door den ver warden ftaat der zaken in wanorde geraakt waren, herftellen konde , maar ook tevens bedagt zyn om zig te dekken tegen verder geweld. Hier toe diende het verfterken i358. van het fteedje den Hardenberg, waar mede hy de Drenters zogt in bedwang te hou' den (a) ; als ook het optrekken van een i3«o. Slot niet verre van Bathmen en de Gelderfche grenzen , dat naar zynen naam Dnmblr, Arkelftein genaamd werd(b), en welk hy, enai. tom. met eenen gezegelden brief aan de voors8i.pas* gemelde drie Steden , voor zig en zyne opvolgers , beloofde nimmer van het Stigt Heda^ te ztm"en vervreemden. Niet tegenftaande 246? P' deze belofte verpandde hy egter , kort daar na , dit kafteel aan Henrik StakenDuLbar, borch, 't welk vervolgens niet weinig na1.1'. p. 291. deel berokkende aan ons Geweft (c). Ondertuffchen werden des Biffchops ondernetuchei. adiningen fteeds met eenen gelukkigen uitflag ,_p-bekroond. De Heeren van Rede, die het 253. u> n. jiu.g gaterfl00 0f saasfeid ? njet verre van Oldenzaal, van ouds bezeten hadden (d), en thans het omliggend land met hunne ftrooperyen ontrufteden , hield hy , door chfott. het oprigten van een blokhuis in hunne ««s.J.^buurfchap, wel dra dermate in toom, dat 254?' P' zy in een verdrag bewilligden , volgens 't welk en hun kafteel en het blokhuis werden geflegt (e). Geen beter lot trof de Stellingswervers met die van Stecnwykerwoud en  van OVERYSSEL. 95 rn de Ommelanden. Het verdrag, doorhistomk. I Guy in 't begin dezer eeuw met dit volk in; gegaan, was reeds lang vergeten, en zy ï hadden zig nu al jaren herwaards aan de ge- II hoorzaamheid des Biffchops onttrokken, wan- fineer Jan van Arkel ondernam ben tot on- :: derwerping te dwingen. Dit koftte hem [ eenen bloedigen veldllag, in welken hy cgl ter de overwinning behaalde ; waar na hy \ zynen tegenftanderen eene zware fchatting :opleide. Niet lang daar na begon de geeft ivan oproer zig wel op 't nieuw onder hen CO tc vertoonen ; dan dezelve werd ftraks èooxf.fièid' .3 de vaardige wraak des Biffchops , die an-u^oa dermaa! in hunne landen viel en hunne be-cap'. 8. zittingen ten buit ftelde , gefmoord (f). Tot de maatregelen, welken wy dezen I Biffchop zagen nemen , om een tegenwigt te cgeven aan de overbodige magt der Edelen, Pfchynt ook te behooren , dat hy zig door IKeizer Karei den IV, by openen brieve, i'wift te doen magtigen, om in Zalland en JTwente eenen Vryftoel op tc rigten en de idaar toe vereifchte amptenaren aan te fielden : daar de uitgebreide regtsdwang , wel;kcn die Vryftoelen zig in deze tyden aanimatigdcn , onder zynen invloed geoeffend Pwordende , eigenaartig moeft gefchikt zyn, oom allen , die zig tegen hem zouden wilIden verzetten, in meerder onderwerping te houden. Vaft gaat het, dat deze Keizerl|yke gunft hier te lande weinig werd geLifmaakt, en dat noch Jan van Arkel, noch kzyne opvolgers, voor verre in de naaft•Ikomende eeuw, het daar toe hebben kunnen  9 6"' Tegenwoordige Staat Historie, nen brengen , dat zulk eene regtbank dadclyk tot ftand geraakte (g). Ook meenen we met eenigen grond te mogen onderftellen, dat deze poogingen ter uitbreiding van CO het Biffchoppelyk gezag , ten minften voor fjf^'een gedeelte , aanleiding gegeven hebben ii. p. 283. tot die beroerten , welken ftraks hier op tv. Bm'f'in ons Geweft ontftonden , en niet dan Hooftft. door de gewelddadigfte middelen konden worden gedempt. Zweder van Voerft namelyk , de magtigfte der Overyffelfche Edelen , telde , behalven het kafteel waar van hy den naam droeg , en welk door geen ander hier omftreeks in fterkte werd geëvenaard , ook het huis te Keppel onder zyne aanzienlyke bezittingen; en gebruikte die beide, om 's Biffchops onderzaten van daar allerwege te beftooken , en door roof en afperffmgen tot de deerniswaardigfte uiterften te brengen. Vriendelyke vertogen hier tegen waren van geene vrugt : dus dat 'er voor den Kerkvoogd niets overfchoot, dan geweld met geweld te keeren, en openlyk den oorlog tegen Heer Zweder te verklaren. Dan, was de Biffchop, uit hoofde van 't gemeen belang, hier in van den byftand der ftad Zwolle verze- I kerd , en gelukte het hem Deventer en Kampen door beloften mede daar toe over te halen : het ontbrak zynen tegendinger ook niet aan een groot aantal van medeftanders, onder welken die van Rechteren voor allen verdienen genoemd te zyn. Met dézen gefterkt ondernam hy, in 't midden van Wynmaand , op eenen vroegen mor- gen !  van OVERYSSEL. 97 ren eene der voorlieden van Zwolle in historib. >rand te fteken , en zjn volk, in eene ■linderlaag te plaatzen , van waar het de ioefchietende burgery onvoorziens zoude ii;unnen overvallen. De lift befloeg in zo 'erre naar wenfch, dat de uitgetogen bur;ers in der daad , na eenen korten wederland , werden geflagen , en genoodzaakt, iet agterlating van vele voorname gevanenen , hunne veiligheid agter ftads ringmuren te zoeken: dan hier tegen hadden e vlugtenden het genoegen Heer Zweder elven , dien zy van hunnen kant in 't evegt gegrepen hadden , met zig binnen ie muuren te voeren. Dit was het beinzel der vernedering van dezen hoogharigcn man. Op de mare van dit voorval oeg de Biffchop ylings het beleg voor 't lot te Voerft,. in hoop van met de verelging van deze fterkce , Zweders vooraamften toeverlaat , te gelyk een einde in deze onluiten te maken.. Het te verre erlopen jaargetyde egter ,. zo wel als de 'einige genaakbaarheid van deze buiten at meêr dan gemeen verfterkte veiling, eed de onderneming vrugteloos aflopen, ie Biffchop trok af, met het voornemen m dezelve in een gunftiger tydftip te heratten. Dit gefchiedde in den zomer des olgenden jaars ; na dat hy den tuflchen- 13S2. yd befteed had om , met hulp van een root aantal zyner vrienden, een aanzienyk leger op de been te brengen , en de :ereifchte oorlogsgevaarten in gereedheid iï krygcn. Van den kant der bezettelingen G was  g§ Tegenwoordige Staat ïiisTOiUE. was ook niets verzuimd welk tot de hal,: I ftarrigfte ver weering konde dienen : en hetfl Hond gefchapen , dat men , met de aan-fl nadering van den winter, andermaal onver-B rigter zake zoude hebben moeten opbreken,!] indien een nieuwe vond des Biffchops niea' eindelyk den moed der belegerden geheel! had doen zinken. Door middel van zekeS; re werktuigen , liet hy allerlei vuiligheid,!] yiiet alleen in het kafteel, maar ook voor-I namelyk in deszelfs gragten werpen , cnll noodzaakte dus zyne vyanden , wegens ge-lj brek aan water, en door den flank ontftaJI ne ziekten, zeiven voorflagen van verdrag, li te komen aanbieden , welken van zyne i zyde ook geredelyk werden aanvaard, In-1 gevolge hier van trok de bezetting uit, en I: kreeg Jan van Arkel het fiot in handen , jj het welk hy aanftonds tot den grond toe deed i flegten. Zweder , wiens magt nu geheel I was gebroken , overleefde zyne grootheid I maar korten tyd, en flierf in den. aanvang I Ï3S3., van 't naaftkomend jaar, twee zonen ag-Jl terlatende die zig niet lang daar na met ' cio onzen Kerkvoogd verzoenden (h). OmtrenMj fwlf/den zelfden tyd onderwierp Herman, GraS i).F,qoWft.ve van de Kuindcr, die ongetwyffeld me-jl de in Zweders belangen geweeft was , zig I aan den Biffchop , en beloofde hem eenenH jaarlykfehen cyns in boter te zullen betaï m jen (•)• S'VomT Het aanmerkelyklle punt van den zoen,* u. p. 30c. brief tuffchen Jan van Arkel en Zweders zo j * " nen, die nog voor handen is, betrof het be-M dyken van een vry uitgebreid ftuk moeras-.  van OVERYSSEL. 99 iifigen gronds , tuffchen de fteden Kam-His-roK». jpen en Zwolle gelegen en het Maftebroek genaamd. Biffchop Jan van Dieft had hier lover, gelyk wy boven aanteekenden, reeds inet Heer Zweder in gefchil gelegen , en Volgens eene minnelyke uitfpraak, tuffchen len laatftgemelden en Jan van Arkel in den are 1349. gefchied , zoude die bedyking :oen al hebben moeten in 't werk gefield ivorden(i) : doch hier van was niets ge- <-;) nomen. Thans floeg men 'er met grooter£™''^n',firnft de hand aan, fchoon de drie Steden ,ir.P. 274'. tiaar toe aangezogt , geenen zin toonden im 'er zig mede te bemoeien. Drieëndertig hoeven lands, te zamen omtrent zeven luizend morgen uitmakende , werden met benen dyk omgeven , en gedeeltelyk aan de Meeren van Voerft, gedeeltelyk aan den Biffchop, toegewezen , welke laatfte zyn andeel met de helft der tienden aan S. Harten, en de wederhelft der tienden aan 't vapittel van S. Lebuinus te Deventer, opiroeg. Evenwel kreeg dit werk zyn vol .leflag niet dan in het volgende jaar (k) , mDJJal 1. iat Tan van Arkel reeds was verplaatft naar'-p =95-«n •l. , t .7 -i tt Devtnier, :et Bisdom van Luik , en in dat van Ut-4.b.Hoofa. echt opgevolgd door jan van vernen-11* s0urg , van wiens verrigtingen wy nu zul311 hebben te fpreken. Eer wy egter van ;en eerftgemelden geheel afftappen , moeien we met een woord aanmerken, dat de ongerymde befchuldigingen , waar mede :en zynen tyde de Joden overladen werden , als of zy door de ganfche Chriften wereld het water hadden zoeken te vergifG 2 ti-  ioo Tegenwoordige Staat Historie, tigen , en dergelyk yflykheden meer verrigt hadden (1), ook tot dit Geweft blykt MacSlbis overgeflagen geweeft te zyn: daar we aange-, op Mos- teekend vinden , dat verfcheiden van dat g^LS.'ongelukkig volk, in't jaar 1349, te ZwoU p.bi, 244. Je , uit godsdienftlgen yver , zyn ver-r f , brand (m). Jan van Arkel was reeds BisvanHattum fchop van Luik , toen door Keizer Karei to^vttfl'.den ' °Pzyne bede, den Utrechtfchen Kerkvoogden het regt der munte werd ge(n) fchonken (n). faTwm.t Jan van Vernenburg, den Munfterfchen p. 300. zetel voor dien van Utrecht verwiffeld hebbende , maakte den aanvang zyner regering vermaard door de vaftllelling van 1353* verfcheiden wetten, welken voornamelyk de regten en regtspleegingen in Twente betroffen, en in 't vervolg gedeeltelyk ten grondflag ftrekten , waar op men het LandT regt dezer Provincie bouwde (4). Omtrent den zelfden tyd nam hy wraak vaH die van Veelen en Broekhuizen, twee aanzienlyke Weftfaalfche huizen , die eenen in- C4) Melchior Winhoff gaf , in 't midden der zestiende eeuw, eenige uittrekzels uit de regtsverordejiingen , zo van dezen Biffchop als van David van Bourgondie , met bygevoegde ophelderingen , in 't licht , onder den titel van Landtrecbt van Averiffel: en 't is bekend, dat A Matthaeus die artikelen, welken Winhoff uit Vernenburgs brief getrokken had, andermaal uitgegeven en met aanteekeningen opgehelderd heeft, Anal. tom. III. p. 761. De oorfpronglyke Landbrief, nimmer onzes wetens in druk verf ;henen, is, op naam van den Biffchop en van ridderen, knapen, manne en denftmanne en 't gemend lant van Twmtfo , gegeven te Vollenhove ia 1365 dei- I ymendages in den crucedagen.  van OVERYSSEL. 101 ; inval gedaan en verfcheiden Overyffelfche histokh. i dorpen geplonderd hadden , door op zyne j beurt hunne bezittingen aan te taftcn, en ;hen , na nog grooter verwoeftingen daar aangeregt te hebben , te noodzaken om :hem vergoeding van fchade te geven (o). c«0 iWt later moeiten Fredrik en Evet vanf^*» p' Llekeren, welken de huizen van Rechteren^ ' ;en Almelo bezaten en eenigen tyd met den [Biffchop in oorlog geweeft waren, zig ook bnet denzelven verzoenen , en flonden by 1367. Iden daar van gemaakten verdrags brief geeine geringe voordeden aan hem af (p)./)j4> Hier tegen had de kryg met Herman vanvandcReckfêfwickel en verfcheiden andere Heeren een»"&™Byfatzeer ramdfpoedig einde: want dezen, hem^c-131' tte Goor overrompeld en gevangen geno-' :nen hebbende , ontfloegen hem niet dan 13 voor een overmatig losgeld , om welk te oekomen hy gedrongen was, behalven het ^anfche Nederftigt, ook Vollenhove in 't Dveryffelffche te verpanden (q). Een hevige oorlog, die, ten tyde van de* y.enKerkvoogd, tuffchen de Hanze fteden ^s:^Jf^X' wValdemar den III, koning van Denemarken , de Heka, p. vas ontftoken, en jaren lang geduurd had,pf;5ffa* pindigde ook nog voor zynen dood. De ,'ereenigde Steden namelyk hadden hare nagt den Denen derwyze doen gevoelen, ■ dat de grooten des Ryks, by 's Vorffen aflezen , het geraden vonden een verbond •«iet dezelven te fluiten , waar in zy aan! denlyke voorregten aan haar verfpraken. I37o. itJehalven eene uitgebreide vryheid van koophandel en ontheffing der bezwaren uit G 3 de  102 Tegenweerdige Staat Hisxsx.ii. de oeftening van het ftran dregt geboren jl wordende , vergunde men haren ingezete- II nen, in byzondere landftreken des ryks uïtfl hun midden Voogden of Regters te mogen I aanftellen , welken, ten aanzien van bur- • gerlyke zaken en van geringer misdaden, j volgens hunne eigen wetten , onder hen i zouden vonniffen. Verfcheiden Nederland- 1 fche fteden , en onder dezen Deventer,!, Kampen, Zwolle en Haflelt, worden met! (r) name genoemd in den verdrags brief (r)>!| ^^bi.dicn VValdemar niet naliet vervolgens te 1 5i9- ' bekragtigen, en die naderhand, niet alleen,?! in den jare 1375 , door zynen kleinzoonfl (s) en opvolger Olaus , maar ook door ver-B ■ fcheiden andere Deenfche Koningen, in lal w- n(>. ter tyden , is vernieuwd (s). Een ander I: tlTrmnif. verbond , ten zelfden tyde met Hakwyn, | p* IS4- Koning van Noorwegen, opgerigt, en on- | der anderen door Everhard Bofen, Burge- I Rtvü Da- meefter van Kampen , geteekend , ftrekte J vschr'affrt'mede met weinig om den handel der Han* I au. ze-fteden te bevorderen (t). Toen Jan van Vernenburg in den jare 137r.ll overleden was, viel de keuze der Kanun- ! niken gedeeltelyk op Zweder van UteriooJ en gedeeltelyk op Arnold van Hoorne, die, het gezag van het opperhoofd derl kerke te Rome op zyne zyde hebbende J met der daad den Utrechtfchen zetel be-| („) klom (u). Maar een klein gedeelte zyner 1 i)""larb\ verr'Stmgen heeft betrekking op ons geweft. 1 w'"' 'Herbern van Putten, die eene ftreek van 1 de Veluwe by Elburg bezat, en van daar, j volgens de gewoonte dezer tyden , zyne 1 roo- I  van OVERYSSEL. 103 roe-verven in het Stigt had geoeffend, vond urSTOE.re. v iet thans van zyn belang des Biffchops Vriendfchap te verwerven: doch dezelve wns 1373. :o weinig rekkelyk omtrent cle voorwaar- jlen, dat zyne aanbieding zelfs, om, volgens de uitfpraak der Sleden Deventer, Kam- jben en Zwolle, vergoeding van ichade te ;even, werd van de hand gewezen. We(erzydfche verftoordheid was het gevolg Ier onderhandeling. Wat later evenwel felukte het Herbefn een verdrag van vriend'chap te treffen met de ftad Kampen, aan i3?S« velke, zo wel ais aan de twee andere Stelen , de weigering van den Kerkvoogd lutèl had gefmaakt. Maar dit was van korien duur. Eene ontmoeting tc Kamperzeen, waar by cenigen van Herberns volk foor de boeren afgemaakt werden, had ten :evolge, dat hy den Kampenaren , aan irelken hy, buiten reden , het ongeval te x'tc leide, plegtig den oorlog verklaaric. Dezen, zig eerll door een nieuw verjond (v) van de onderftcuning der beide (v) mdere Steden verzekerd hebbende, troffentwiHaËïm vervolgens met Arnold, die tot dit einde *• linnen hunne muuren gekomen was, eene ' "19' overeenkomt om Herbern met zamengebegde kragten aan te vallen. Ook floeg ,Qen ftraks het beleg voor des Edelmans ierk verfchanfte Hot Puttenftein, welk hy tveken lang wel dapperlyk verdedigde , doch eindelyk genoodzaakt werd aan zyne yyanden over tc geven, te gelyk met zynen oerfoon. Gevanglyk naar Kampen geleid yynde , werd hy niet lang daar na wederG 4 om  104 Tegenwoordige Staat historie, om geflaakt , onder voorwaarde , dat het flor, ten gronde toe zoude worden afgebrosikhte\- ken' eene voorwaarde die ook onmiddelyk hvrff,Geiii.door de uitvoering werd gevolgd (w). vni*B?bi. Geduurende deze onluften , in den ja156. en re 1374 , ondervond dit Geweft de woev°s' de der wateren , in eene mate welke (*) alle voorgaande overftroomingen, voor zo I De"liT.bi.vene mcnfchelyk geheugen reikte, over548. ' 'trof (*). Of de loffe van Vollenhove,^ door Jan van Vernenburg, gelyk we boven . Twi- «,zagen> verpand, tot de vroeger of later ja- • n«i. 11. p.ren van dezes Biffchops bewind £x) moete 131 &3°7'gebragt worden; dan of de eer hier van glV ••^aan zvnen 0Pvolger toekome (y) , is ons I ^v«?i* niet voldoende gebleken. ciffonJRe. ^eze opvolger was floris van weve- ] kap'.iid. likhoven , die, door de verplaatzing van 1379. Arnold naar het Bisdom van Luik, op den Utrechtfchen zetel geraakte, en wiens werkzame tyden ons overvloediger fchryfftoffe zullen aan de hand geven. Ëvert van Esfep , aan het riviertje de Vegt in 't ker- \ fpel van Ommen een meer dan gemeen fterk flot bezittende, had al lang door zy' ne rooveryen en kwellingen het geduld der ingezetenen van Zalland dermate uitge- \ put , dat men thans begon bedagt te zyn ; om hem zynen wrevel en fchraapzugt be- 1 taald te zetten. Den ftorm ziende nade- | ren, gelukte het hem wel, reeds vroeg in de lente des jaars 1380, een verbond met de ftad Kampen te treffen , volgens welk men wederzyds elkander geene fchade mogt i toebrengen, dan na eene maand te voren \ pleg- :  van OVERYSSEL. 105 plegtig den oorlog te hebben aangekon-historib.' digd (z): doch deze voorzorg kwam hem tegen de overmagt zyner vyanden luttel te fta-^ Vj*. de. Deventer en Zwolle floegen de handenvmtr. p. zamen met den nieuwen krygshaftigen Kerk-82, voogd , die , behalven zyne Overyifelfche leenmannen , zig ook nog met eene niet onaanzienlyke uitiieemfche hulp hadde gefterkt. Op den derden van Bloeimaand werd Eerde , dezen naam droeg Everts kafteel, door het vereenigd en talryk leger ingefloten , en met eene hevigheid , naar deszelfs fterkte geëvenredigd , tot op den agtentwintigften belegerd, wanneer het by verdrag overging. Men kwam hier in overeen , dat Evert eenige weken tyd zoude hebben , om niet alleen zyne goederen te verbrengen, maar ook het getimmer welk hy van zyn flot wilde laten afbreken , en dat, die verftreken zynde, de Biffchop met het overige naar zyn goeddunken zoude mogen handelen. Volgens het laatftgemelde punt werd alles tot den grond toe door den brand vernield. Drie andere floten , Azoelen namelyk , Lage en Gerner, ondergingen ftraks daar op het zelfde lot (a) : en waarfchynlyk zoudeflJjj zig dit mede tot het huis te Laar , h&.Dwnt.bU welk de Deventerfchen inzonderheid vyan-55*- « dig waren , hebben uitgeftrekt , indien 3i5. niet Egbert, deszelfs bezitter , het hoofd had in den fchoot gelegd, en door een onderwerpelyk verdrag den flag gekeerd C^)-A/fJ] , Zweder van Schuilenborch , Heer vinRey;iD'a.' het kafteel ter Molen, die met zyne magen^-p-» G 5 waar-  io6 Tegenweordige Staat Histohie. waarfchynlyk onder de helpers van Evert van Effen geteld was , en die, wegens het ter dood brengen van twee zyner on,38t. derhoorigen, eenen byzonderen wrok tegen den Biilchop voedde , moeft in dei; volgenden jare zyne vyandelykheden eveneens met de verwoefting van zyn huis betalen : en fchoon hy en de zynen niet nalieten hunne poogingen in 't werk te ftellen om hier van vergoeding te bekomen, fchynt deze zaak geene verder gevolgen te hebben gehad (c). m.p. 84, De lezer zal hebben gade gefiagen, dat eenigen tyd herwaards het innemen der floten van 's Lands Edelen fteeds door derzelver ganfehelyke vernieling werd gevolgd. Zo weinig als den overigen Vorften van dit tydperk konde den Utrechtfchen Kerkvoogden de opmerking ontglippen, dat niets der oeffening van hun gezag zo zeer in den weg ftond, als de geeft van onaf hanglykheid welke onder deze Edelen verfpreid was; en dat die geeft geen valler fteunzel had, dan de veiligheid wt lke zulke floten aan hunne bezitters en derzelver aanhangeren beloofden. Natuurlyk was het derhalven op de uitroejing , of althans vermindering, van zodanige fchuilplaatzen bedagt te zyn: en waarlyk, zo ooit de heerfchzugtige bedoelingen van de Grooten deiaarde met het nut der onderdanen gepaard gingen , deden zy dit in het tegenwoordig geval. De begeerte tot onaf hanglykheid, waar van wy gewaagden , was niet geboren uit een geregeld bezef van de voor- dee-  van OVERYSSEL. 107 deelen der ware vryheid ; maar liever uit historis. drift tot volmaakte toomloosheid , en het ongeftraft pleegen van roof en allerlei geweld. De onveiligheid, hier door veroorzaakt , drukte inzonderheid den koophandel, aan welken de Steden hare opkomft en rykdom te danken hadden : en dezen konden niet voorby zien , hoe zeer die rykdom alleen haar in ftaat ftelde, om hare voorregten van tyd tot tyd door de Landsheeren te doen vermeerderen , en haren invloed in 's Lands zaken ongemerkt uit te breiden. Schoon uit onderfcheiden inzigten , was dus het belang 'der Steden hier met dat der Vorften verbonden. Dit had reeds in den jare 1352. eene plegtige overeenkomft te wege gebragt tuffchen Jan van Arkel en de Steden Deventer , Kampen en Zwolle. Men zoude eendragtelyk beletten , dat iemand in Zalland, buiten hun verlof, nieuwe veilingen aanleide , of de ouden vermeerderde; men zoude zelfs niet toelaten, dat iemand , buiten 's lands , doch zo na op de grenzen dat 'er hinder van te dugten ware , iets diergelyks ondername; en men zoude kragtdadig zorgen , dat de ingezetenen van land of fteden , zo wel als de vreemde kooplieden, voor alle geweld werden bevryd. Dan dit verbond (d) _ CO kon geene genoegzame uitwerking hebben,Vo0rbT.r dewyl het alleen voor den tyd van drie ja-93. ren was ingegaan. Thans floot Floris van Wevelikhoven , om de verwoefting der floten van duurzamer invloed te doen zyn, met  108 Tegenwoordige Staat historie-met dezelfde Steden een verbond , waar van het eindigen niet bepaald was , en waar in het punt, uit het voorgemelde, Dumlar, betreffende de veftingen in Zalland, aange«eU2«P*ha ' van meuws vaftgefteld werd (e). Hoe venl bi. fterk men zig hier aan hield kan blyken 5öo. uit de brieven, in de jaren 1389. en 1442. co door de Heeren van Rutenborg (f) , en ja\Anai\uvsx 1391. door den Heer van Buckhorft af- Wven > waar by zy beloven hunne flo- ft*,8oten nlCt Verder te zulIen verfterken dan •het hun thans door den Biffchop en de drie Steden vergund was , en dezelven ook nimmer ten nadeele van dezen te zul- De Steden , niet voldaan met deze befnoejing van de magt der Edelen ; zogten ook , zo veel mogelyk , haar gezag uit te breiden over die fterkten , welken de Biffchoppen zeiven tot 's Lands beveiliging onderhielden , en de geduurige geldeioosheid dezer Heeren ftelde haar tot het bereiken van dit en diergelyke oogmerken in ftaat. Henrik van Stakenborch had uit het kafteel den Arkelftein , welk hy in pandfehap bezat, zo veel roof en verwoefting in Zalland aangeregt , dat de Kerkvoogd ernftig begon bedagt te zyn om hetzelve te loffen. De penningen, hier toe vereifcht, werden hem door de drie Steden , in den jare 1380 , geredelyk opgefchoten: doch van zyne zyde moeft hy beloven , dat de Kaftelein, daar op te zetten, in ééne van de drie burger zyn, en zo wel in haren als zynen eed ftaan zoude. Die van Deventer be-  van OVERYSSEL. 109 bedongen boven dit alles nog een gewigtig histom». \ punt: dat namelyk , zo dikwerf een der eigenaren van een Overyffelfch Slot ge] weid pleegde , de Biffchop gehouden zou|i de zyn , op hun ontbod , zyne magt by I die der fteden te voegen , en hetzelve ; zo lang te belegeren , tot dat men het ingehnomen, of althans genoegzame voldoening ' verkregen hadde (h). Deze beloften wer- •■>.' ze pandfehap werd door zynen opvolger }-<*tf.bJ.««* liin 1394, op nieuws bekragtigd (*). Wat Hater verfprak hy aan Deventer in het by- '3831 zonder , dat de kaftelein van zyn huis iWaardenborg te Holten altoos een harer 1 burgeren zyn, in haren eed ftaan, en het ï^elve, by 't openvallen des Bisdoms, aan haar  iio Tegenwoordige Staat HHTowi.haar verantwoorden zoude (1). Eindelyk kan men hier, om in den ftaatkundigen ^t'^gj geeft dezer tyden eenig inzigt te krygen, 'nog byvoegen , dat de drie Steden zig thans ook plegtig aan elkander verbonden, om geenen burger toe te laten de bewaaring van eenig flot op zig te nemen, zonder verlof van Schepenen en Raad van (m) deszelfs ftadt (m). Cm»*, w. Deze eensgeziendheid der drie Steden leed S . middelerwyl geene kleine inbreuk, door een gefchil over de plaats waar de Klaringe gehouden , dat is , waar de Provinciale Bank van beroep gefpannen behoorde te worden. Deventer dreef, hier toe uitfluitende beregtigd te zyn , terwyl de twee anderen ftaande hielden , dat de Biflchoppen , van ouds her, in dit ftuk naar hun goeddunken en omftandigheid van zaken hadden gehandeld, en te gelyk vorderden, dat de eerftgemelde daar omtrent geen voorregt boven haar zoude genieten. De beflifling des Kerkvoogds , die , uit hoofde van den eed, door Stads Schepenen, volgens de gewoonte dier tyden, afgelegd, in , (n) den jare 1383, naar den zin van Deventer |*^'^uitfpraak deed fji), had geene andere uit' 'werking, dan dat ze de gemosderen nog meerder verwyderde. Kampen en Zwolle ,385. floten , na eenig tydsverloop, twee afzonderlyke verbonden (o), waarby zy elkan- jj'^ der beloofden , niet alleen onderling hare 22801224.voorregten te zullen handhaven, maar ook de vonnillen, op de Klaringe te Deventer tegen hare burgeren uitgefproken, met alle ha-  vm OVERYSSEL. ui hare magt te zullen wederftaan; ten zy de historie, Biffchop haar plegtig verzekerde , een half jaar daar na te Kampen, en nog een half I jaar later te Zwolle, insgelyks Klaringe te zullen houden. De ftandvaftigheid van dit beiluit deed wel den Kerkvoogd dermate wankelen , dat hy kort daar op zyne beflifling introk, en de geëifchte verzekering met der daad aan de twee Steden verleende (p) : doch dit was van geringen duur, Cp) daar die van D venter hem ftraks weder-m blom tot hunne zyde wiften over te halen,a29en2H' en , nog in 't midden van 't zelfde jaar, eene nieuwe, en zelfs uitgebreider, bevestiging van het hun toegekende voorregt te doen afgeven (q). Uit alle omftandigheden blykt, dat deze Stad zig ten hoogften M. bi. aan de behoudenis van dit voorregt liet lj£bi**£ gelegen liggen, zo wel als dat haar invloedbl- s«4» zig in dit tydperk zeer verre uitftrekte. Onder anderen bewyft dit ook de brief, dien zy , in 't volgend jaar, van Keizer Wenceslaus verwierf, waarby hare voorregten in 't gemeen , en in 't byzonder i i dat van de Klaringe , beveftigd worden, i en waar in we tevens de dienften, die zy den Ryke bewezen had, met lof aangehaald - » vinden (Y). Wat hier van zy, zeker isflwxLr, I het, dat Kampen en Zwolle, na vergeef-lld' J fche ftribbelingen, zig ten laatften, in den i jare 1392, genoodzaakt zagen, het be- (tj i twilïe voorregt aan hare mededingfter by^- b'.bezegelde brieven toe te kennen (s). On-/&»«T, 1 dertuffchen was deze onmin waarfcbvnlvkZl>'0//''1;!ife oorzaak, waarom die beide Steden, 1nD.bi.38j, het  U2 Tegenwoordige Staat histomï.het jaar 1385, zig niet met den Biffchop en de ftad Deventer voegden in de aanneminge van den Weftphaalichen Landvrede, die zo zigtbaar ter bevordering van de algemeene veiligheid , inzonderheid die van den reiziger en koopman, ftrekken moeft. Dit hulpmiddel, met meerder anderen uitgedagt om de openbare geweldenaryen te beteugelen en fterker klem aan den regtsdwang by te zetten, had Keizer Karei IV. stwit °P 'c voorbeeld van anderen (t), reeds in Corp. Hi/i. 1371. ingevoerd: en thans nam Biffchop S^ïixiFloris het, te gelyk met verfcheiden nafta. 6.§. buurige Grooten en Steden, niet alleen aan voor zig zeiven (*), maar hy wilde ook, (♦) dat niemand Kaftelein van een zyner flo$fê'c0j"ten, of Amptman van Twente , zyn zoumu'.Bent- de, ten zy hy dien Landvrede mede be^"«p.'ió. zworen hadde , en dat die Amptman , of %oï %'"dQ Kafteleinen , hun aanbevolen land of flom. No. flot aan zyne opvolgers niet zouden overleiis. veren , dan na dat zy het zelfde gedaan Cu. en daar van hunne brieven , volgens zyn Bumbar voorbeeld , aan de ftad Deventer hadden ,id.bi.545 gegeven (u). Het fteedje Ommen , welks vernieling wy op het jaar 1330. aangeteekend hebben, deelde thans mede in des Kerkvoogds gunftbewyzen : doende hy hetzelve met I*86- veften voorzien, ten zelfden tyde wanneer (v) hy aan den Hardenberg bezig was met het Bumbar, optimmeren van een fterk kafteel (v). Zyn zif.'iïe'ia,volgend werk beftond in het verdeelen van p. 260. eenige gemeene landen in Vollenhove : by i3tf. welke gelegenheid hy eenige regten beraamde  van OVERYSSEL. 113 de omtrent het afgraven van naaft elkan-HisTo^wj der gelegen kmderycn, en teveris de ingezetenen in hunne oude willekeuren beves- ^J';*7^, ! tigde (vv). Het flot te Vollenhove werd." 'p^1 ' - ook merkelyk door hem verbeterd (x). DechLl. i vernietiging van den zo algemeen gevolg-?•* ; den Wcftphaalfchen Landvrede door KeizerMknk.As Wenceslaus gaf, waarfchynlyk , aanlejdinj^'5'8'^ :tot het verdrag, welk hy twee jaren later I3g9. aanging met den Grave van Benthem , en ivolgens 't welk zy elkander geene fchade ^Jjj> { .zouden toebrengen uit hunne landen (y)./"^.p.?s<5. Ook fcheen het voor Biffchop Floris be}ft"£f H in  114 Tegenwoordige Staat Historie, in 't zelfde jaar ontftaan , had ten gevolge , dat° verfcheiden anderen ons Geweft insgelyks , zo als men toen fprak, ontzeiden. Onder dezen was de Graaf van der Mark , die, by Diepenheim in Overyffel gevallen zynde , naar Deventer afzakte, doch op weg zo wel door de landzaten ontvangen werd , dat hy zyne veiligheid in eenen ftillen aftogt moefte zoeken. Diderik van Bronkhorft , kort hier na den oorlog aan 't Stigt verklaard hebbende, en by Markel zynde ingedrongen , was niet gelukkiger in zyne onderneming. Een gedeelte zyner benden , mede naar Deventer in aantogt, viel by Bathmen in eene hinderlaag , en werd deerlyk afgemaakt of op de vlugt gedreven. De overigen, by Goor gelegerd , vonden 't raadzaam, op de aannadering der zegepralende Overyffelfchen , naar huis te keeren. Hy zelve verzogt eerlang de vernieuwing des vredes dien hy had gebroken. Een vyandelyke togt, uit dit Geweft , omtrent dezen tyd , tegen 's Biffchops vyanden te Groenlo ondernomen , van omitandigheden ontbloot zynde, Rev\ïm- vel'dient naauwlyks te worden aangetee^".p.tökend : en van den kryg met den Heer ^«7c1«">an Ulft valt ook weinig meêr te zeggen, •>>- 34. "dan dat dezelve, niet voor den jare 1393, f^btfeidoor een verdrag, op 't kafteel aan den Haren om. denberg gefloten, eindigde (c). Ter zelf1353. de plaatze eindigde Floris van Wevelikhoven ook eerlang zyn leven (5). Fre- [ Cs) Voorbedagtelyk hebben we geen gewag ge- maakt  van OVERYSSEL. 1:5 Fredrik van blankenhetm , ook on-Histori*.:der anderen door toedoen der DeventerFchen (d) , ter vervulling van de open-^Ü ftaande waardigheid verkoren, beveiligde,«w.t>i.623, maar gewoonte, de v®orregten onzer Steden (c) , en rigtede kort daar op zynen tögt naar Weftphalen, om den Heeren van 1394' Raesvelt , hunne ftrooperyen , die zy in fe; dit geweft gepleegd hadden, betaald te zet-v><™eurtcnilTen gaven ons geene aanleiding öm dezelve :e onderftellen. Het tegendeel deden zelfs de woorden van Heda in Florcntio, p. 2ö0. AJmiuiJlravit din&a Jlrenue et prudenter , cunilas arces et oppida Euifcopatus, annona, cceterisque necejjafiis fulcita, in lijera potefhte fuccefforis dimitcens.  u6 Tegenwoordige Staat Historie, de Landfchap Drente , welken door Rei-;; nold van Koevorden in pandfehap bezeten: werden, was niet zo gemaklyk ter uitvoei ring te brengen. Reinolds ftandvaftige weiili (-g5 gering noodzaakte den Kerkvoogd zyne goederen te verzetten fg) en de hulp der Oit Nabil, p. rr-iri r. i • y ■ \ 262. veryllellche Steden in te roepen , ten em-fl de een leger op de been te brengen, waarJl 1395- mede hy het flot konde dwingen. -Egter]! viel het zelve hem eerlang in handen, wan-ll ^ neer ook de Drenters zig aan hem onder-1 Duvthar i- wierpen, en hy hen in hunne oude regtenli &347.3+3 beveiligde (h). Vergeeffch duurden del] poogingen van Reinold om zyn bezit tel| herwinnen tot in den jare 1397, toen hetfi den' Hertoge van Gelder gelukte de twis- ; i tenden te verzoenen. De Biffchop behield . ^ Koevorden en Drente, waar tegen hy aan 1 Dumbar, Reinold over vyf jaren eene fomme gelds Ëqq.PD^betalen moeft, die door de drie Steden zou* vantr, bi.de worden opgefchoten; gelyk gefchiede (i)., °7' Aanmerkelyk is de brief, welken dezen,: voor haren kragtdadigen byftand, van Bis-1 m ' fchop Fredrik by deze gelegenheid verkrel ; gen: want, behalvcn dat hy de tol-vry-j heid, welke hare burgers overal binnen hetl Stigt genoten, mede tot in Drente uitftrek-fl • te, ftelde hy den Amptman en Kafteleinij van Koevorden in haren eed , en beloof-1' MM.6vt(.$9 > niet alleen dit flot nimmer te zullen Ij oé"fuf verzetten > maar °°k dat die Amptman al- -| Uniy. torn. toos uit Drente of uit Zalland zoude wor- i ^,A''P'den verkoren (k). Dit laatfte punt gaf aan- 9 leiding tot eene fchikking van later dagen, 8 volgens welke het Droftampt van Drente,» open-11  van OVERYSSEL. 117 openvallende , naar zekere vaftgeftelde beuren, met eenen edelen uit die Landfchap, »f met eenen edelen uit Overyffel moet vorden vervuld (7>). • De onderwerping van Drente had al /roeger veroorzaakt , dat de Kerkvoogd n een verbond trad met de Friezen uit len lande van Stellingwerf en anderen, vaarby hy onder velen beloofde , aan afertog Albregt van Holland, die toen eeicn oorlog tegen Friesland beraamde, geeH 3 nen ' (O Deze fchikking is niet tot ftand gekomen, dan ia vele ftribbeÜngen , welken het te lang zoude val- > eh hier te verhalen. Eene overeenkomft, in den are 1668. tuflchen wederzyds afgevaardigen ontworren, behelsde, dat de Landfchap Drente de twee eer ■ |ien en Overyffel de derde , daar na Drente de drie ölgenden en Overyffel de vierde beurte zoude heben„ en dat zo vervolgens, op de zelfde wyze , de erde en vierde beurt altoos aan deze Provincie zouLc vervallen; zo egter , dat die van Overyffel op hunf.e beurten twee perfonen zouden benoemen , waar ie de Drenters eenen moeiten kiezen, zie Refol. van iidd. en Sted. 3 Nov. 1668. Dit ontwerp , waar in Lieerder, ons tegenwoordig oogmerk niet rakende, ervat was, behaagde wel niet aan alle de Leden der )veryffelfche Regeringe ; en vooral niet aan de Edeen uit het Kwartier van Zalland, welken uit hoof:.e der bewoordinge in den aangehaalden brie! van iUflchop Eredxik, zig alleen, uit deze Provincie, tot Et Droftaaipt bevoegd agteden. Zie Refol. 28 Mei, i Jan. 1669. 31 Jan. 1670. I Jun. 13 Dec. 1671. [.2. Abr. 1681. Doch hetzelve is evenwel naderuand agtervolgd; eu heeft Drente federt twee Di-pscn uit deze Provincie ontvangen, den eerften in :ten jare 1685 , -At Refol. 3 Maart 1686. en den I weeden, na dat drie Drentfche beurten waren voorgegaan, in 1748. zie Refol. 22. 29. Nov. 1748. De ,egenwoordige Droft is wederom op de eerfte beurt *an Drente aangcfteld.  ii8 Tegenwoordige Staat historie, nen doortogt door het Stigt tc zullen ver- 1 gunnen. De Hertog , dus genoodzaakt zyne I henden over zee aan te voeren , landde in het gebied van Herman van de Kuindcr , cn welke zig te voren al aan hem onderwor-'f KfPen ha<3» cn leverde daar, van dezen by-lj S32-33Ó. geftaan , den Friezen eenen voordee]i°en| flag (1). Uit dit voorval was op te maken , tot welk einde de Kuinder, indien 4/m4^ze eens Seheel onder Hollandfche heerfchap-1 liumbarA-py viel, zoude kunnen dienen. Hier voorl s«;.in'f.P'bevrcesd (m), was de Biffchop ook aan-1 ftonds bedagt deze landftreek onder zyn ei-1 Brlrnln i genT §ebiecl te brengen,- het welk veelligt 1 *wP.i53.te beter gelukte, om dat, naar fommiger 1 verhaal (n), de ingezetenen zelve op Heer * Herman te onvrede waren. De koop werd j fo) dan eerlang gefloten (o) : doch het liep S t t0t 111 den 'are I4°7 , eer de werkete§ • e' lyke opdragt aan hem gefchiedde. De drie Steden , wier penningen den Biffchop hier toe in ftaat gcfteld hadden, werden met eenige voorregten in het nieuw verkregen Op land begunftigd (p). pai ii. p. Al aanftonds gaf dit nieuw bezit aanlei-'l ^ ding tot nieuwe onluften met de nabuuri, ge Stellingwerver Friezen, welken zig metl den Kerkvoogd over de betaling van zekc- I re erfpagt, wegens in Yffelham gelegen i landen, niet verftaan konden, en de inge-'ï ketenen van Yirelham over indragt op hun- H ne weidegronden betigttcn. Men nam wederzyds zyne toevlugt tot de wapenen* I en toen die alleen onderlinge nadeelen aanl bragten, befloot men de zaak aan fcheids-  Mn OVERYSSEL. 119 Jiedcn te geven. Door dezen werd in denHisTowK. ijare 1408. de pagt geregeld en de verdere : gefchiilen vereffend (q) : doch Fredriks ■'• heerfchzugt deed den oorlog vyf jaren later u^miat nog heviger dan te voren ontbranden, en . ° , ,'• ïi Lib. XVII. niets dan eene gevoelige nederlage , ge-p. 253. • paard met de vrees van de ganfche magt0™^1-1, is- der Friezen op den hals te krygen, was inl>'i9°' laat hem andermaal in het kiezen van . chcidslieden te doen bewilligen. Toen co 01 cwam men overeen in eenen wederzyd-^™"^1chen koop en verkoop der landeryen waar' tit de onmin was gefproten (r) ; en de ; iïiffchop beloofde plegtig aan onze drie Ste- Br£fnn ■ ten, het geld, uit dien hoofde te ontvan-^»-^^ . :ren, tot timmennge aan de Kuinder te zul- Un I4i8. Icfteden (•). M- s> Het jaar 1398. had zig inmiddels door wee rampen, te weten eerft door eeneüumb.Derroote overftrooming (s) , en vervolgens^- bU oor eene vernielende peft (t), doen geoelcn. In 't volgende jaar floot de Kerk- 1399oogd een verdedigend verbond met de iteden Utrecht en Amersfoort, benevens CO i e drie Overyffelfche Hoofdlieden , hetzt'u&,iJ*. reik twintig jaren ftand zoude grypen (u).257)mtrent den zelfden tyd hingen deze vyf tcden hare zegelen aan eene minnelyke^jO :: vvercenkomft tuffchen hem en de ftad Gro-cmim.c^ ingen (v) ; doch dezelve werd bykans o dra verbroken als ze was gemaakt. Ons (» eftek gedoogt niet , de onluften , in Aaezen tyd tuffchen de Groningers en den Itrechtfehen ftoel, zo over zaken vanregtsrebied als over de huldiging plaats gehad H 4 heb-  I2« Tegenwoordige Staat Histowi.hebbende, naar vereifch op te geven CwVi alleen maken wy daar van , in 't voorby ! *.c&i*wj. nif,'f' om d* om uit geloofSs rei>. ui- waardige ltukken en aanteekeningen is ge ^P.47bfeken , dat de Overyffelfchen, en in den Wnga kryg den Biffchop bygeftaan, en in de on~n0Pderhandelingen daar over gehouden gedeeld 1405 en hebben. Wtiilr °P het einde van deze eeuw fx} vetJ W>. nieuwde Fredrik van Blankenheim het Dyk• regt van Zalland, zo als het door zyvan tut. nen voorzaat Guy in den aanvang der vol ^«"•rige was ingevoerd (y) , en voegde, met] de afgezondenen uit de Ridderfchap en d iScÜoi d/ie ,StCCl-e" > verfcheiden nieuwe punte f£%»;te* by 00- De haatlykheid der heimely ïom.iv.p.ke gengten had uitgewerkt, dat men, a 7' in den jare 1394 , te Deventer de Veem >) fchepenen van den ftoel des Raads had uit ^.P.42i.gefloten (*) : en de klagten over de on regtveerdigheden, waar toe dezelve in Zal Drmhar land en Vollenhove aanleiding sraven lip ^.^.pen zo hoog , dat de Biffchop in Vbëgh der volgende eeuw, de palen dezer re?tbanken , zo veel 't hem mogelvk was, bël I4°" FC1?u ' /n te Se]yk beloofde het geheele CO hr\? by ^ oude regten en gewoonten te u° fCn -(a> By een bier na te melden S^:verbond , in den jare 142*. tuffchen Jan „£u.P.van Beieren en den ütrechrfchen Kerk-' joogd gefloten , vinden we bedongen, dat SW* ie!mel?e Srgten in 'c geh« geen zouden hebben. Ook fthvnen zy 4fi9- thans allengsjes te zyn verdwenen Vb) Wy teekenen alleen met een woord aan „| dat I  van OVERYSSEL. fóf rdat het Klooftcr te Sipkelo in iq.06. werd hi«torif., * gegrondvaff (c) ; dat onze drie Steden met ,de Stad van Utrecht een gefchil tuffchen Dl^Qr .een Biffchop en Amersfoort in 1409. door wip. 382. hare uitfpraak ten einde bragten (d); en dat de Kerkvoogd twee jaar daar na binnen *4n' 1 Deventer de landregten , vryheden en ge- ^ fv/oonten van Twente op nieuws by een j;brief (e) bekragtigde. Een andere brief, dien^S? hy niet lang te voren aan de Stad Zwolle ^p^s2* by gelegenheid dat deze hem ter yerkry■ginge van eene woning aldaar behulpzaam CO Was, had afgegeven (f) , is hierom aari;™^?ff' merkelyk, dewyl zyne geldeloosheid ten de- " izcn tyde daar uit duidelyk is af te nemen. Te Zutphen had men thans eenen nieuwen, (tol op den Yffel ingevoerd, welken de drie''('7y "uihoofdfteden van Overyffel weigerden te bctaden. Hier over beklaagde zig de Hertog van Gelder, en bragt, by die gelegenheid, nog I4IS" ' imeer andere bezwaren in tegen de Stad Dc- (O penter (g): doch, door de goede bëffie-g^;/r. ting des Aartsbiffchops van Keulen, fchyntL.B.p.392. ).hy zig met dezelve reeds in den jare 1417. no lover alles verffaan te hebben (h); hoewelf™*"mit „1 , , v'*.'•■•■« •»» tintos •anderen , nog veel later, van het duureh idezer gefchiilen fpreken (i> In 't laatft-*f*• M[gemelde jaar kogt de Biffchop het regt van"' ïhet Kater of Koter veer, welk egter nietpomen.t. slang in zyne handen bleef, en vervolgens9,p'423iftuks wyze in die der Stad Zwolle is geko-^,/]^., imen(k). Nog in flagtmaand des zelfden tum , au. sjaars (1) viel Everwyn van Guterfwyk ^f6'™ Idie naderhand Graaf van Benthem werd, f{* )by Ootmarffum in Twente, en ristte mét-****, p. II 5 roo-472'  ï22 Tegenwoordige. Staat Krttoars. roe-ven en branden zulk eene verwoeftinet' aan, dat Biffchop Fredrik hem een regtmal tig voorwerp keurde van zyne wraak. Ge- .«> n J"e- den bvftand der d^ Steden. floeS ,hy W de volgende lente het belel voor t Slot te Nyenhuis, welk hem niet dan na verfcheiden weken by verdrag in handen viel. Ingevolge hier van zoude hy het flot met de ftad Nyenhuis en het Keripel van Ulzen, geduurende vyf jaren, bv wyze van pandfehap bezitten , en daar na Lverwyn alles voor 8300. Rynfche guldens mogen loffen. Deze loffe is egter later, althans niet voor 1429, gefchied. De Bis- i fchop en de Steden fielden eenen Kaftelein r«n ^A^m aan om het verwonnene te i£ÖL beft'e:'en <»• Het jaar i4l8. is inzoneTuT96'k I vermaard » wegens een Hanze-verftl*Z'M.jd» te Lubek door zesenveertig Ste- . den' waar onder verfcheiden Nederlandfchen, en onder dezen ook de drie Overyffelfche Hoofdlieden , ter voortzetting en beveiliteng(n)n ^ Semeencn kooPhandel geflo- 1 rlrü Hun, die in de Kerkelyke Gefchiedenis- \ W. xn.fen ervaren zyn, is de verregaande byge•koovigheid welke in dit tydperfc ganfeh ü.mopa beheerfchte, niet onbekend: en de menigte yan Godsdienftige ftigtingen, wel- 1 ker grondflagen thans van tyd tot tyd ook m Overyffel gelegd werden, kunnen ons overtuigen, dat dit kwaad hier niet minder dan elders zynen invloed deed gevoelen. De verftandigften egter bemerkten, welke gevolgen te wagten waren, indien men de Gecs-  van OVERYSSEL. i23 jGeeftclykheid in het opftapelen van ryk- Hjitomi, idommen onverhinderd liet voortgaan: en de IRcgcring van Zwolle , door een byzonder .geval daar toe, zo 't fchynt, aanleiding gekregen hebbende , had toen reeds moeds ;genoeg, om by eene openbare wet de ver- va,}%]t. rkryging van onroerende goederen den Gee- "<«> «» iftelyken te ontzeggen (o); waar in zy na-ookw.'^ï töërhand door anderen werd gevolgd (p).eB3!3'" Thans moeft ons Geweft de verdeeldheden tuffchen de Hoekfchen en Kabbeljaauwfchen , welken Holland federt eenigen tyd zo zeer beroerd hadden, helpen bezuuren. De fteden Utrecht en Amersfoort, verftoord fp) ;pp Hertoge Jan van Beieren, die, niet is-^ai.n.'9; genftaande den zoen, met haar, zo wel als 446. *^».tnet Vrouwe Jacoba , in den aanvang deSraS^ ;jaars 1419, getroffen, toeliet dat haar han-'* del door de Hollanders bekommerd werd, ien die zelfs met Reinoud van Gelder een verbond gemaakt had om in 't Nederftigt ie vallen , vervoegden zig om onderftand i>by den Biffchop en de drie Overyffelfche >Steden. Deze laatftcn toonden hier toe in t't eerft weinig genegenheid: dan bemerkende de belemmering van hare vaart langs de Zuider-zee, en tevens fterk aangezogt wordende door den Biffchop, die zeer op Jan ►van Beieren gebeten was , lieten zy zig o- Cq) verhalen om in den oorlog deel te ne-c^/w" imen. Nog is 'er een brief (q) voorhanden ^m**.*.* waar in de Kerkvoogd aan de Stad Deventer belooft gcencn vrede buiten haar te izullen maken. Evenwel vindt men niet, dat 1de Overyffelfchen in dezen kryg, te lande, i iets  124 Tegenwoordige Staat iets hebben verrigt. Te water voerden zyv allerlei noodwendigheden naar het Neder-i ftigt, waar aan het daar ontbrak.. Ook fta- 1 ken die van Kampen en Zwolle over naar \ rXt. \ eiIand Marken , welk zy pionderden en i m. xn. plat brandden: doch terwyl zy den buit I cns./^leheep bragten, werden zv door de Hoorn- I &|£>. ,f Gorters en eenige Waterlanders overl\i 11' , en ten deeIe gcvMgen genomen, h2uuT, ten deele verflagen. Hierop ftevende Heraid.bi.3*?.tog Jan met eene vloot naar Overyffel, die j zonder iets uit te rigten wederom naar huis 1 keerde. De Gelderlchen deden mede van 1 hunnen kant eenen inval in dit Geweft; dan 1 :{ dezelve was ook van geen merkelyk gevolg, I en kort hier op kwam men in onderhan- I deling en trof den vrede (r). Onderwyl had men hier eenen Kruistogt ! yanHatmmtegen de Husfiten gepredikt: met welken *«.bi.S3g.lIjrTflag is ons niet gebleken (s). Geen 0 meerder verflag vinden we wegens de verDumb. /./.ngtingen van den Vryftoel te Goor, in het i d^&wM* H2 r. tot ftand gebragt door Fredrik BHooicft.van Blankenheim, den eenigften Biffchop die gebruik gemaakt fchynt te h?bben van fu:) de magt , ten dezen opzigte , in 't mid- .S^den Jdel'T1VroriSe eeuw> door den Keizer aan den Utrechtfchen zetel gefchonken (t). CO Geduurende den zomer van dit jaar heerfchtó.bi.34i.te hier de peft (u) : en in den aanvang < rw) des Jaars volgde op eenen feilen vorft r.mmaH. een alles vernielende watervloed (v) , v'"u die, volgens fommiger (w) aantcekening, eene tweede peftzieke na zig fleepte. Deze rampen overleefde de Kerkvoogd nie*. I Hy 1  van OVERYSSEL. 125 Hy overleed (x) in wynmaand van het zelfde jaar, in welks aanvang hy aan die van Has- ' .feit vergunde, „ dat fy, " gelyk de brief luidt, „ met hoeren offen en goede, alle jm.fi , „ onfen ftraetcn binnen onfen Landen ge, „ bruiken" mogten even als de andere fte, den pleegden te doen (y). De Geeftelykheid verkoos, met meerderihcid van Hemmen , rudolf van diep-t^w, hout, tot opvolger van Fredrik: doch defl^-u-?* Paus, Martyn de V, weigerde hem te beiveftigen, cn droeg het Bisdom op aan Ra':ban, Biffchop van Spiers. Van daar langtóuurige onluftcn, zo aan deze als gindfebe 0p slv/c;zyde van den Yflel, in 't Stigt. Na veel-tor3 da£ vuldige raadpleegingen werd hier door de'424" [Edelen en de drie Hoofdlieden , benevens die van Oldenzaal , te Deventer vergaderd (z), beiloten, dat men Rudolf in de hoedanigheid van Poftulaat openlyk zoude 'irè/y^ L;erkennen en handhaven: terwyl de Hertog)fp:Wf van Kleef en de Graaf van Bcnthem hun iverfpraken daar in behulpzaam te zullen &cA-M-** «vezen, cn tevens dat de Poftulaat de Over•yflelfche floten wederom zoude inruimen, dndien de Kerkvergadering, waar op hy C10 (zig beroepen had , hem den. myter ontzei- lldM^lt tde (a). Rudolf zelve deed plegtige belofïte aan de drie Steden, van 's Lands regten :en voorregten ongefchonden te zullen beswaren (b). Onder tuflchen wift Zweder ivan Kuilenburg den Biflchop van Spiers [tc bewegen om hem deszelfs regt af te Sftaan, en den Paus om hem daar in te bbeveftigen. Doch, fchoon men zig te U- trecht  Ï2<5 Tegenwoordige Stam Historie.trecht aan deze fchikking onderwierp, had, (cy dit hier geene andere uitwerking, dan dat ™t%%'AQ Ridderfchap en de drie Steden zig nog j naauwer ter handhaving van Rudolf veree- | Cd) nigden (c) , en zig met hem op de uit- 1 èS. i. P.fPraak ecner Kerkvergadering beriepen, j Sto*'.eqq'Met §een meerder vmël verbood Zweder ! and. III.p. alle kerkelyke dienften in de plaatzen die i ffaüZT hem niet wilden erkennen: want de Gees- 1 cu. 1,1.348. telyken werden gedwongen om, of de dien- 1 en 355. ften te blyven waarnemen, of uit Overyffel 1 opMa'ana te vertrekken; welk laatfte de meeften fchy- 1 nasim.cn'nen zig te hebben getrooft (d). Den Re- 1 juda. genten.zeiven werd (e) een eed van getrouwheid aan den Poftulaat opgelegd (f); I *J&L*en deze °P het einde van dit jaar, met w. 349. verfcheiden Grooten van zynen aanhan"-, te I Deventer gekomen zynde, floot daar"een Revius, p. verbond met 's lands Staten, welk hem op 29- t nieuw in de regering beveiligde (g). >| In den zomer des volgenden jaars werd Zweder ook in 't Nederftigt verftoten: I waar op de Ridderfchap en de Stad van | Utrecht zig met de Ridderfchap van Over- ï yflel en Drente , benevens de Steden De- 1 venter , Kampen , Zwolle cn Oïdenzaal, j M™ eendragtig ten voordeele van Rudolf ver- I «««/.v.p. bonden (h). De Hertogen Filips van I 43' Bourgondie en Arnold van Gelder, Zwe- 1 co ders zyde aankleevende, verklaarden toen den ] °°rl0§ fn }TSti^ waar°P de Overyffel- 1 scuerd. «fl lenen , den Hertoge van Kleef en den Grave 1 Hv!M.s.vanBenthcm hunner belofte indagtig maakten 1 en om byftand aanzogten. De laatfte toonde Zig gewillig (i); dog de vrees voor Arnold I ver. 1  van OVERYSSEL. 127 •eroorzaakte , dat de eerfte de wapenen historie. iet voor, maar tegen dit Geweft, op-grf£\a* attede (k). Eerlang vielen de Overyffel:hen , door anderen geholpen, herhaalde - yan Ut. Joyk in de Veluwe , waar zy zo kwalyk^j^; iiuis hielden, dat den Gelderfchen de kryg>w rerdroot (1). Ook liep deze niet zeer f^ts. •oordeelig voor Filips , welke daarop , 0 wel als Hertog Arnold , Zweders zaak i^s. aarcn liet, en met den Poftulaat een be- CO :and trof (m). Dit beftand werd met den ifertogc van Gelder in 't midden des vol-L- 'rx. pjenden jaars (n) , en met Filips in den43ï(m) invang van 1430, in eenen vaften vrede f}",'"'/^'^ icranderd. Evenwel bleef Paus Martyn de 1. n. u. efangen van Zweder aankleeven, en her-364" aaide het banvonnis te voren door dezen »4j»» Hr Rudolfs aanhangers uitgefproken (o). jan Eugcen de IV. wiens gunft de Poftulat gewonnen had, deed dat vonnis ophefpn en beveftigde deszelfs verkiezing (p): aar op hy te Vollenhove tot Biffchop ge- au.b\?zz*. vyd werd , en federt in het bezit des^fth-"r' dsdoms bleef. Na Zweders dood verko-a^r *p" ;n eenige uitgeweken Kanonniken Walra- en van Meurs; doch deze werd van wei-y"m"*^ igen erkend (q ), en de Paus zond in den iioomn. ■re 1437. gemagtigden, welken thans (i>; B,^?aU, 1 tegenftclling van het geen te voren ge - u. 435. ea mird was, den ban uitfpraken over allenm'tum,bu e Rudolf in het bezit van den Utrecht- 361hen zetel poogden te hinderen. vadeV. 1! Straks na de inwyding willigden de Over-^fj.™' [ffelfchen den Biffchop eene bede in, waar ' (r)' oe men vindt dat die van Zalland alleen guit2i'Au" 3672."  izS Tegenwoordige Staat iiisTORii. 3672. fchilden opbragten (s). Van zyncs 1 kant hekragtigde de Kerkvoogd , naar ge- 1 uit(ii«- woontc j de voorregten der Steden (7), 1 Tek. m. s welken , hoezeer ook met huislyke onlus- I ten bezet , egter in den jare 1427 nog middel vonden om de oneenigheden, tus(t) fchen de Stad Groningen en ettelykc Omujuiga, meianders heerfchende,. althans voor eenen f.T blc/'^yd ,' te dempen (t). Reeds voor zyne 348. beveiliging door Paus Eugeen, namélyk in 't jaar 1431, had Rudolf eenen, briefmejsJkvlndeéQ door de Stad Kampen bezegeld, afgegcte? GnSc yen > waar % wv een Dykregt voor de Zalvan Over- liker dyken vinden vervat (u). yfly. •vyat jatel. ^ te weten jn tjen aanvang' des jaars 1433 , onderging een gedeelte van ons Geweft eene yslyke verwoefring dooide overftrooming des Yffels, veroorzaakt door de menigvuldige fnecuw, van Herken vorft I (7) Den brief ,1211 Zwolle gegeven vindt men by 1 den Heer van Haitum , Gefchied. van Zwolle , 1. D. I bl. 363. Die ,■ welke aan Deventer verleend werd, 1 vaa'den 7. Apr. 1433» n°3 "iet door-den druk gc- 1 meen gemaakt , behelft , de volgende aanmerkelykc 1 •woorden. ,, Soe wes die Schepenen ende Rade der 1 „ Stad van Deventer , die in der tyt fyn, mit hoeren 1 „ eeden.up den heiligen willen behoelden voer hoer ■ j, vryheit, ■ voer hoer recht, voer hoeren oelde ge- m „, wdente ende befittingen, dat wy fy ende die Stad 1 „ van Deventer voirgen. ghemeenlicke dair ynnc hoel- m „ den ende laten zoelen , ende enz." Evenwel be- 1 heizen dezelven geene nieuwigheid; dewyl het zelfdo M reeds in'eenen brief, die bykans eene eeuw ouder m is, kan gelezen worden, by Dwnbar Devent. bl. I not. b. Men mag onderftellen , dat Kampen insge- M lyks zulken beveftigings-brief zal ontvangen hebben: 1 dan gebrek aan berigten ftclt ons buiten ftaat, i^l met zekerheid omtrent deze Stad tc mélden.  ven OVERYSSEL. 129 ivorft verzeld, op 't einde des vorigen jaars historie. gevallen (v). Maar drie jaar daar na ver- 143e. iiielde een diergelyke ramp de gewalïen in ;de Betuwe en het Stigt dermate , dat 'er (v) ;groote duurte op volgde, welke nog ver-f^'''*' v' \ zwaard werd doordien de Wandaalfche Stelden eene menigte Hollandfche en Zeeuwfche fchepen , om granen te halen uitgeiruft, aangehouden of genomen, en prys iverklaard hadden. De fchaarsheid, oorzaak laan het gebruik van flegt voedzel gevenjde, werd gevolgd door eene peft-ziekte, die fW) in 1440. nog niet ophield deze {treken te/^iiB jiontvolken (w). Veelligt gaven deze over- §. 29.niooftroomingen aanleiding tot de raadplee-'^/SS 'ging, in den jare 1437, op den Spoolder-«.y.bi.376." berg over dykzaken gehouden (x) : dan (x) | dezelve belettede niet dat het onftuimigc/<-'-k> s^ö. !voorjaar van 1446. wederom eene doorbraak tuffchen Kampen en Wilfum, bene-4w.bi.394; vens vele andere nadeelen , veroorzaak-^^fn te (y),. Ook fchynt de peft byna zonder^.' Icuffchenpoozing dit geweft, tot in den jare 1450. (z), of zelfs tot in 1453. &>?JifeLm doorkruift te hebben: indien men niet He- pw.bi.4a4. ver ftellen wille , dat door de onkunde nJjlL, dier tyden vele kwalen met den naam van^- ppeft beftempeld zyn , welken daar van in der daad verfchilden. Zeker is het , dat men die benaming gegeven vindt aan eene ziekte van ganfeh anderen aart , die kort daar na onze ingezetenen aantaftte (*), en f*> zo vieeslyk was , dat te Deventer zelfsV«/J%1!£'£ s vele leden des Raads, om zig voor deI zei-  ïjo Tegenwoordige Staat IfaTPwe.zelve te behoeden , de ftad verlieten. By alle deze onheilen voegden zig in 't najaar van 1454. zo zware regenvlagen, dat zy de hoop des landmans ten eenen male verydelden , en dat men te Deventer door plegtige ommegangen droogte van dep He. fM mei poogde te verwerven (b). Dan het • fftJcfiA. s. wordt tyd van het verhaal dezer natuurlyke rampen af te ftappen, en tot die genen te keeren , welken het menfchdom piet ophoudt zig zelf te berokkenen, door de onderlinge botzing der hartstogten of ilrydige belangen. De drie groote Steden befloten in den jare 1436 , met overleg des Kerkvoogds, geen deel te nemen in den oorlog , die thans tuffchen den Hertoge van Kleef ep den Biffchop van Munfter begon te ontbranden; en gaven aan beiden fchriftelyke *JvC\wnkenms van liaar Gefluit (c> Doch flaagden zy in zig onzydig te houden ten aanzién van dezen kryg , zy hadden werks. ff s'f'■ genoeg om zig van de nadeelen , die van genen anderen kant haren koophandel dreig- I den, te bevryden- De oneenigheden, welken al lang tuffchen de Wandaalfche Steden en de Hollanders cn Zeeuwen ge(d) fmeuld hadden , en omtrent dezen tyd tot | ï-vtxu b Ppenhare vyandelykheden uitborften , zyn c 29; ï;i' eidery (d) naar vereifch befchrevep. Al- 1 w$ leen melden we, volgens fommiger ver(c) haal , dat de vrugteloze onderhandelingen hrmr.an jn den jare 1437. £ot derzelver afdoening ÈjSti beproefd , pinnen Deventer zyn gehouilfr den Ce) ? ^ mede 5 dat ter zelfder ftede  van OVERYSSEL. 131 naderhand wederom eene byeenkomfl: heeft histqms» plaats gehad , om den toen getroffan wapenfïilftand in eenen vaften vrede te ver- 1 anderen (Q. Het fchynt, dat onze lands-mJJJ09 lieden zig als middelaars hier in gedragen 1445:hebben , en tevens, dat die van Holland len Zeeland dezelven verdagt hielden, van imeêr naar de zyde hunner vyanden dan naar de hunne te hellen (g). Miffchien ,^ bragt de naaryver wegens den voorfpoedi- Dumtarjh gen handel der OverylPelfchen ook het zy-1'" 426' ne toe : doch vaft gaat het, dat zo wel de Zeeuwen als Hollanders, aleer zy de Oofterlingen op 't lyf vielen , reeds verfcheiden fchepen aan de onzen hadden ontweldigd. Dit blykt uit een verdrag , in 1438. (h) tuffchen verfcheiden Hollandfche fteden en die van ons Geweft gefloten, en door Hertoge Filips beveftigd (i) , waar ay de laatftgenoemden , behalven herftel-denyuny> jng van de geleden fchade , bedongen, weftwaards naar alle plaatzen in Engeland en Schotland te mogen varen, en daar telgen aan de Hollanders den vryen handel pp den Yflel toeftonden , onder voorwaarde egter, dat dezen, zonder bekomen verof, geen koorn, op Stigtfchen grond gewaden, zouden kopen of uitvoeren. De inbeuk op dit verdrag , door de Hollanders gemaakt, gaf naderhand 'aanleiding tot een mder, waar by de onbelemmerde fcheeps- 1441. /aart, niet alleen ten westen , maar ook ooftwaards naar de Noordfche ryken , aan,K/^onze kooplieden werd verfproken (k).^>«'A ban ook deze overeenkomft werd maar fo- ' ^ I 2 Ier*  132 Tegenwoordige Staat ïiisïonre. berlyk onderhouden: en dit verwekte hier 1443. eindeJyk zulk eenen haat tegen de Hollanders, dat de drie Steden niet alleen befloten ins. gelyks derzelver koophandel te belemmeren y maar zelfs wetten vaftftelden , volgeris welken geen Hollander tot Burger mogt worden aangenomen. De Kampers , aan welken verfcheiden- ryk geladen fchepen ontnomen waren , lieten daar boven, ter hunner fchaê-verhaling , twee kruiffers uitlopen: maar die van Deventer en Zwolle hadden, zo wel als de Ridderfchap, hier , zo veel tegen , dat zy genoodzaakt waren hun voornemen te ftaken. Het verder gevolg van deze oneenigheden , indien men het nemen van een Deventerfch fchip «door ük mb. die van Wierlngen , in 1446, uitzon'ee\va) dert CO» vinden we nergens opgegeven; vanfiauumraazr wel , dat de wetten betreffende het elf^f/L'burgcrregt naderhand, vroeger of later, in 9top.io6.de onderfcheiden Steden, zyn verzagt of *I23' vernietigd (m).?44s- Uit een verbond van vriendfehap, met de Munfterfchen door het Opperftigt en (n) Biffchop Rudolf ingegaan (n), verneemt Matthai men fat laatftgenoemde toen in on- . &Kal. toni. 7 ö V. p. s4. min geraakt was met den Aartsbiffchop van Keulen, welke omtrent dezen tyd een zeker zwervend volk, onder den naam van Dravanten bekend, in zyne bezolding had genomen : eene oroftandigheid die wy hier aanftippen , niet alleen dewyl men vindt \ Bumah thans , zo hier als elders in deze lan- ] Vtr.faaf.deé, voor dit volk niet luttel bekomme- : fi^ bl' ring was opgevat (o), m^ar ook uit hoof-  Vafi OVERYSSEL. 133 de van ons vermoeden, dat de zogenaamde historie,i Egyptenaren of gewaande Heidenen, tegen welken naderhand de Plakaten , zo in het Duitfche ryk, als elders (p), en byzonder • ook in Overyffel (8) , met zulke ftreng- cp~) heid gewaakt hebban, hunne afkomff,, of^™ 1 althans het voorbeeld eens zwervenden cap; jivens, van deze Dravanten hebben ont-31' leend. De groote Steden hadden langzamerhand i het voorregt verkregen , dat de Kafteleins I of Amptlieden der voornaamfte floten zö |iWel aan haar als aan de Biffchöppen den iteed van getrouwheid moeien afleggen. In iden jare 1450. gaf Rudolf haar niet alleen ihet zelfde regt ten aanzien van het huis te Vollenhove (q) , maar hy bevefJgdewJ/«?^ haar ook, en wel ten zelfden dage, in ha-ctó-bl-4°3* re regten ten aanzien der overige , floten, en beloofde tevens, haar in hare goe ;e Gewoonten en Landregten niet te zullen laten verkorten O'). De fleste oeffening des CO regts ten platten lande had hem hier toe J^;"1 gedrongen: want wV vinden, dat de Steden zig toen reeds verbonden hadden, om lille verongelykingen , welken haar , haren ingezetenen, of naren meieren, door den ^. Kerkvoogd of zyne Amptlieden ert -Rig* iters, met betrekking tot het Landregt aan- pffjsT bedaan werden , met lyf en goed te we-P'f'-'^A derftaan (s> Ondertuflchen fchynt des{om. 'iv. I 3 Bis> w- P' 0 357. (8) Het oudfte Overyflelfch Plakaat j my op dit onderwerp bekend , is van den 15 Maart iCrix, het haatfte van den 3. Septemb. 1749. Twéj anderen pyn te vinden agter *t Landregt N. 39. en 71.  134 ' Tegenwoordige Staat Biffchops belofte maar flegt agtervolgd te zyn ; nadien we nog eene gelykluidende overeenkomlt der Steden van den jare 1452. 145=. ontmoeten. Op den zelfden dag floten dezen ook nog een ander verbond, waar uit j blykt, dat nog gewigtiger reden haar misnoegen tegen Rudolf had ontftoken. Hier in klagen zy, dat de Biffchop, niet alleen buiten toeftemming van Ridderfchap en Steden, maar ook tegen bare bede, in den oorlog tuffchen die van Munfter en den ' Grave van Benthem deel genomen had, en verbinden zig om , met verweigering aan hem van allen byftand, eikanderen tegen , alle zwarigheid , die haar uit dien hoofde overkomen mogt, getrouwelyk te befchermen. De Kerkvoogd, namclyk, had door tuffchenkomft van den Kardinaal Nikolaas van Cufa , welke thans , als afgezant van den Paus, deze landen, en in 't byzonder ook ons geweft, doortrok, om , ter gelegenheid van het Jubeljaar, vergeving van zonden aan te kondigen en tevens de ingeflopen misbruiken onder de Geeftelyken I gjtusv.&i hervormen (t) , met Walraven van mi. va' Meurs, die in weerwil der ftad tot Biffchop xüi.cft>ï.van Munfter gekoren was, een verdrag .35.' ' 'getroffen , volgens welk de eerfte Walraven moeft helpen in 't bezit ftellen, en deze vervolgens het Bisdom , tegen zeker genot, aan Koenraat van Diephout, broeders zoon van Rudolf en Prooft des Kapittels van Deventer, zoude overgeven. Te voren reeds had hy veel gelds gefpild ©m zynen Neve tot dien zetel te doen kie-  van OVERYSSEL. 135 kiezen, en thans ftak hy zig door het voe-historie. : ren van dezen oorlog zo diep in fchulden, terwyl hy tevens de gemoederen zo van geeftelyken als wereldlyken vervreemde , dat hy in de benardfte omftandigheden geraakt was 3 toen hy in den jare 1455. te ( . Vollenhove overleed (u). vanHatii^A Ten tyde van Biffchop Rudolf, en ver-ae„^igf' volgens van david van bourgondte , had Matthmen hier geduurig te worftelen tegen de\Tp. 127I 1 poogihgen der Vrygraven. Volgens het4i3-&5'3* bevelfchrift, door Keizer Fredrik den III. in den jare 1442. gegeven , mogt wel nieymand voor de heimelyke gerigten gedag•Vaard Worden , dan zulken waar tegpn men voor hunne eigen of andere gewoonlyke firj regtbanken geen regt konde verkrygen (v) : bumfpt lldoch des on^eagc zogten zy nog telkens de'^ntóT iburgers onzer Steden aan hunne Stoelen te jonderwerpen , en hadden dezelven fteeds Werks genoeg om hunne kwellingen te ontlduiken. Dit blykt uit het voorgevallene pet Seine Elfching, welke omtrent het jaar 1448. de burgers der drie Hoofdlieden voor >w1 senen Vryftoel had doen dagen Cw). DaeyeHtiattitë van Deventer , zig ook met den geeltely-^f ^£9Si icen arm dekken willende, verkregen reeds :ni45i, dat's Pauflen Legaat, Nikolaas van Tufa, het Keizerlyk gebod ten hunnen opfeigte beveiligde (x) : en toen Bernard Hafe twaalf j iren daarna ondernomen nv&Pfë***'* eenige Kampers voor eenen Gelderfchen Vryftoel te trekken , vervoegden de drie Steden , benevens de Stad Groningen, zig nh den Paus zei ven om eene diergelyke beI 4 ves-  13 6 Tegenwoordige Staat historie.veftiging te erlangen , welke zy ook bekwamen (y). Ondertuffchen had Kampen «w.W58i.ziS beklaagd by Biffchop David , en deze ' ooi. ' 's lands Staten op den Spoolderbcrg byeen geroepen , waar men alle dagingen van de ingezetenen voor heimelykegerigten onwettig verklaarde, en zig onderling befcherming toezeide, wegens alle zwarigheden, die daar • uit mogten ontdaan. Het fchynt, dat de Ridderfchap en de Steden, eenige jaren vroeger , ook reeds een diergelyk verbond hadanHatt ^en ge^oten (z)- Door 'dit befluit en 's bi. 4iy. 'Pauffen bulle bemoedigd, fchreef de Kerkvoogd eenen dreigenden brief aan Diderik Conick , den Gelderfchen Vrygrave ; dan deze ftoorde zig aan dit alles zo weinig , dat men nog tot minnelyke wegen moeft toevlugt nemen , en den klager bewegen, om zynen eifch voor Biffchop David, als mede door den Keizer tot Vrygraaf aange, (.») gefteld zynde (a), te vervoleen Cb). Van ui. geene beter uitwerking was in den volgenvani£t\i«ztm ïare 's Kerkvoogds fchryven aan den ««U.420. Vrygrave Johan* Hakenberg , voor wiens gerigt ettelyke burgers van Deventer waren gedagvaard; en de Stad bediende zig van eenen anderen uitheemfchen Vryftoel, om zig voor het vermogen des eerften te dekte) ken (c). Weinige jaren later , toen de S^bisVs Biffchop aan Diderik Conick, voor wien 'wederom eenige Zwollenaren verdaagd waren , te kennen had gegeven , dat dezen voor hem , als hunnen eigen Vrygrave , zouden te regt ftaan, moeft de Stad hem Ichadeloosftelling belooven, wegens al dat hem  van OVERYSSEL. 137 hem uit dien hoofde mogte overkomen (d). Hums. Dan in den jare 1472, wanneer Jan Droegefpot alle de ingezetenen van Deventer , va„H^tlim ónder de zeventig en boven de veertien ja- a'u. 11. d. 1 ren oud, voor eenen Vryftoel te Teck-bl*151 nichuifen deed te regt te roepen , toonde 1 men grooter moed : want de Officiaal des Utrechtfchcn Biifchops fchroomde toen niet, ? zo tegen den klager als den Vrygrave zeiven, by plegtig vonnis, den kerkelyken ban uit te fpreken (e). Ondertuffchen toontDJj2, dit alles, hoe weinig de Steden, met alle«^.bi.ssV I hare voorregten , in ftaat waren om zig, 1 door eigen kragt, tegen de ondernemingen : der vermogende Vrygraven te befchermen. David van Bourgondie raakte niet dan na ■ veel ftribbelens in het vredig bezit van den Stigtfchen zetel. Een natuurlyke zoon zynde van Hertoge Filips den I, Grave van Holland, had deze reeds voor Rudolfs dood maatregelen genomen om hem te verzeke;ren van de opvolging. Hier tegen werd 1 Hertog Steven van Beieren door den AartsI biffchop van Keulen , waar dezelve Kamonnik was, en den Hertoge van Gelder, lider Geeftelykheid aangeprezen. Evenwel viel de keuze , bykans met eenparige ffem- . imen, op den Utrechtfchen Domprooft (f) Gysbrecht van Brederode. Dan Filips wift^. Hemte" bewerken , dat de Paus zynen zoon ,"p'nf$ar • toen Biffchop van Terouanne, tot Biffchop Ami. 1. p. van Utrecht aanftelde (f), en bragt het ,m' zo door onderhandeling als geweld van wa- ï45g, penen , ook eerlang zo verre, dat GysI $ brecht  138 Tegenwoordige Staat Historie.brecht afftand. deed (g) , en David in "t Nederftigt werd erkend en ingehuldigd (h> uJtkhr, Ondertuflchen hadden de Overyflelfchen , Amorf. p. in plaats van op Filips vermaningen agt té 30 ' geven, een heimelyk verbond gemaakt met Arnoud , Hertoge van Gelder , en denzelrh) ven daar by tot hunnen Heere aangeno- St xm men 5 mits hy aanftonds den oorlog ver15.^.*u-ij!klaarde aan den Hertoge van Bourgondie, en hen volgens hunne oude wetten en voorregten regeerde. Men kwam zelfs overeen, om by den Keizer en denRoomfchen ftoel te bewerken, dat Gelderland en Overyffel zamen gevoegd en als één Geweft aangemerkt mogten worden , en, zo dit niet gelukte , dat Arnoud ook het geeftelyk bellier, door middel van eenen Suffragaan, zoude op zig nemen (i). Wy teekenen dit verbond alleen aan wegens zynen aanmerkelyimmal. ken inhoud: want van elders blykt, dat ep.uunéarArnold van zynen kant daaraan nooit heeft 195.' '9 voldaan , en dat de Hollandfche benden , kort hier op door zyn gebied ter belegering van Deventer aanrukkende, daar veeleer alle gerief dan afbreuk hebben ontmoet. Eer Filips, tot dit beleg befloot, had hy die van Overyffel nogmaals aangezogt om zynen zoon aan te nemen, maar toen dezelven daar toe niet wilden verftaan, dan onder beding, dat Adolf, zoon des sikhién- Hertogs van Gelder, twaalf jaren als Mornet Gix'ker over ben gebieden zouden , nam hy B.bw^toevlugt tot den kryg (k), welke, na dat Deventer de belegering eenige weken verduurd  van OVERYSSEL. j39 duurd had, by verdrag eindigde (1). Ver-hist©s.«. fcheiden brieven , wederzyds by deze gelegenheid afgegeven , zyn nog voor handen. Filips zoenbrief was gerigt aan deW-pStad Deventer en de andere Steden des4°'" Overftigts (m). David beveftigde de voor- (m) regten en gewoonten aan de Ridderfchap,J'"^^* Deventer, Kampen, Zwolle, Groningen,4i8.' Oldenzaal en de andere Steden , benevens de Landregten van het geheele Opperftigt,^0;)^ met name van Zalland, Vollenhove, T te en Drente (n) ; en beloofde hun geenen lalt of moeienis te zullen aandoen, uitred» _ hoofde van het verbond, welk hy mh%?f$X Gysbrecht van Brederodc en de Staten des Nederftigts had gefloten (o). Hier tegen C?) erkenden onze drie Steden, benevens Gro-f."o.&z*. ningen, hem voor hunnen Heere, met be-M- slofte van hem binnen drie weken te huldi- . gen (p) , en gaven eenen wederkeerigensw/w; zoenbrief aan den Hertoge van Bourgon-Jf^"* die (q). Eenigen tyd hier na gefchiedde^ «&s«. de plegtige inhuldiging eerft te Deventer,M' s* toen te Kampen , vervolgens te Zwolle, ^ en laatftélyk , door de Ridderfchap cn de;W*M* kleine fteden, op den Spoolderberg; waar awnt.M.6. na de Biffchop ten zelfden einde zyne reis voortzetcede naar Drente (r). Wy hadden boven reeds gelegenheid mei- f*l ding te maken van de klagten , welken de1I0, * flegte ftaat der regtsoeffening ten platten lande, onder Rudolfs beftier , veroorzaakte. Thans waren de misbruiken in dit ftuk tot die hoogte geklommen , en roovery en gewelddadigheid dermate de geeft des tyds  140 Tegenwoordige Staat Historie, tyds geworden , dat de voorbeelden derzeiven de gedenkfchriften vervullen. Daar perfoonlyke veiligheid voor den reiziger ophield , moeft de koophandel , wiens waardy de ftedelingen ten vollen inzagen, geene geringe belemmeringen ontmoeten. Die van de Graaffchap Zutphen vielen byzonderlyk klagtig over de Amptlieden van Zalland en Twente : en fchoon Biffchop David niet naliet derzclver wrevel door fcherpe (S) bevelfchriften (s) te beteugelen, oordeelde T0y%%.men eSter hier teSen nadruklyker te moem. s. 'ten voorzien. Daar werd dan , tuffchen Heer Henrik van Wifch , Rigter en Droft des Lands van Zutphen , met de Graaffchapfche Steden ter eene , en onze drie Hoofdlieden benevens Oldenzaal , Ootmarffum, Goor , Delden en Enfchede ter andere zyde, een verbond gefloten, hoofdzakeb.k behelzende , dat men wederzyds opregte poogingen doen zoude om de geweldenaryen tegen te gaan ; dat men hen , die dezelven pleegden , ook op des anders grondgebied zoude mogen vervol(t) gen, dat in de kleine Steden geene,, heeren mLla" M nocn j°nckeren > de des anders vyant ende hem to mechtig weren", zouden fill en worden toegelaten ; en dat eifchen of beDmgsd. „azwaren, welken men op of tegen elkander °VrZj. in 't vervolg hebben mogt, door de Stedach pnri. den. Zutphen en Deventer in vriendfchap 4 G'zouden worden vereffend (t). De zware oneenigheden , die jaren herwaards tuffchen de Steden Utrecht en Amersfoort hadden plaats gehad, zo wel als de  van OVERYSSEL. 141 de twift, waar in David met de laatftge " Historie, i noemde ftad vervallen was, werden, door uitfpraak van gemagtigden uit onze drie 1J^6-' Steden , thans gelukkiglyk ten einde ge; bragt (u): doch eenigen tyd hier na fchynt£«™z«, : de vricndfchap tulfchen Amersfoort en twee^'^u* van dezelven , Deventer en Zwolle, me-4i9-e«43°. de niet op den beften voet gedaan te hebben (v) , fchoon ons de byzonderhedenTOJ^L,3 1 der grieven niet genoegzaan zyn gebleken.",,-bl"»3°. Ten dezen tvde verklaarde Rudolf van Laar den oorlog aan Deventer en Kampen (w) : doch de twee Steden vonden middel de gevolgen hier van in de geboor- (w) te te fmooren. Bitter van Raasveld , eenen ^Z"*'P" Munfterfchen Edelman van groot vermogen, die, op de Overyffelfchen verftoord, Twente met vangen en pionderen in rep en roere zettede, te verzoenen, was geene zo gemaklyke zaak^, Men bragt wel eenige knegten tegen heravop de been, maar niet genoeg om zynerf^voortgang tc fluiten. Ook zogt men liever den weg van onderhandeling : en het gelukte Biffchop David al in de lente des jaars 1463. een beftand met Bitter te treffen, welk vervol-, gens in eenen vallen vrede werd veran-uit jfej. derd (x). Dan men had ook aan andere^; kanten voor de gemeene veiligheid te zor-den5'oitnb. gen. Immers had het verbond, met de Zut-^^;; phenfehen ingegaan, nog maar gebrekkig^»'> aan het oogmerk beantwoord. De zelfde1403'w's' klagten werden eerlang ' wederzyds her- i4g4. . baald; daar verfcheiden Edelen , zo wel als anderen, waar van fommigen zelfs den  142 Tegenweerdige Staat HisTORK.den oorlog aan die van Overyffel verklaard hadden, niet ophielden her. een en het ander Geweft door hunne invallen onveilig te maken. Men befloot dan tot eene (?) hernieuwing van het verbond (y): en dit f^tiTzal waarfchynlyk geholpen hebben om de to"ym6llmin vermogenden te temmen. Wat het thans ia hand magtiger Heeren tot reden te brengen, kan uit eene treffende gebeurtenis van dit tydperk blyken. Woker van Keppel, Heer van Verwoolde, met zynen zwager Wolf yanltterfum, eenen Edelman uit Overyffel , over de verdeeling van den ouderlyken boedel in gefchil geraakt zynde, had zig gelaten het zelve door afgevaardigden uit de drie Steden binnen Deventer te willen laten befliffen, en zelfs brieven van vrygeleide van deze ftad voor zynen mededinger verworven. Dan, toen deze naar Deventer op weg was , viel hy hem gewapender hand op 't lyf, en voeide hem , na twee van deszelfs knegten doodlyk gewond te hebben , met twee anderen gevanglyk naar zyn flot. De Steden namen dit wel zeer euvel op , en Bifichop David liet niet na zig de zaak ook aan te trekken: maar met al dit duurde het tot in den jare 1466, eer men, door tuflehenkomft des Hertogen van Gelder, de flaaking van Heer Wolf konde bewerken. Voor zyn ontflag moeft hy nog onder eede belooven, zig op Wolters eerfte ontbod weder in hegtenis te zullen begeven. Dit ontbod kwam ook : doch de Regeering van Zwolle had, om den  van OVERYSSEL. 143 den afgeperften eed kragteloos te maken, hkxorh, Wolf van Itterfum in eene gemakkelyke gevangenis gefloten , waar hy jaren lang zitten bleef, en verfcheiden kinderen by ^ zyne huisvrouw verwekte (z). Het vreemdRevm, p, klinkend verdrag , omtrent ten zelfden ty-J^q. %„ . de door de drie Steden met Gysbert vann,ut,m Ir» !!Bronkhorft ingegaan , zal onze aanmerking?/^'1,42. in nog fterker licht zetten. Deze Edelman namelyk onving van ieder der Steden ! honderd Poftulaats guldens , en beloofde daar voor, dati noch hy noch iemand der zy: nen, zo lang deze penningen niet te ruggegei ven waren, iets tegen haar, of in 't gemeen tegen het Overftigt, ,, myt gewalt, roe,ve , branden , venckeniffe , noch myt ,„ ander faeken" , zoude ondernemen (a}. , De vriendfehap onzer Steden met de ^«,61.9, IZutphenfchen bleef vervolgens ongekrenkt ivoortduuren : en wanneer Karei van J473Bourgondie zig gereed maakte om zig j;met geweld in Gelderland te doen huldingen (b-), toonden zy zig aanftonds bereid om denzelven het hoofd te helpen bieden.mji. xm. , Dan daar des Hertogs overmagt de Gel-B,bl l4°' jlderfchen zelve eerlang bukken deed , warren zy ook genoodzaakt vergeving van het i;bedrevene te fmeeken , welke 'zy ook be- (c) ;kwamen (c). Het is waarfchynlyk, dAtva"Haitm* :Biflchop David, als de natuurlyke broeder ?9'.D" bl" 'van Hertoge Karei, deze verstandhouding -met de Gelderfchen zal hebben afgekeurd: want toen de Hertog , niet lang daar na, HH, :zig de Keulfche oneenigheden , ter bereiding zyner heerfchzugtige bedoelingen , poog-  144 Tegenwoordige Staat histori*. poogde ten nutte te maken (d) , liet hy Cd) zo wel hier als in het Nederftigt afkondi/raf'xiv §en' dat niemand °P verbeurte van lyf en i! bi. ^B-goed, den Keulenaars eenige hulpe mogte bewyzen (e). In het zelfde jaar ondernam ü.v™2 hy de inftelling van den berugten Raad utr. iearKvau de Schyve, dus genoemd naar de gêné.0' W' daante der tafel aan1 welke de Regters zaten , waar van wy , zo veel ons bekrompen befbek toelaat, een weinig omftandiger zullen fpreken. De Kerkvoogd, wel doorziende hoe zeer j de bewaaring van der ingezetenen voorregten verbonden was aan de onderhouding der aloude wetten en gewoonten, had zig in 't Nederftigt al vroeg gehaat gemaakt door zyne poogingen om de Franfche en Bourgondifche wyze van regtspleegingen in 1 te voeren (f). In Overyffel had hy van Bede, P. dezen aart nog niets begonnen, en alleen, 292.&feq.met icennjs van de Ridderfchap en de drie Steden , in 't jaar i455> eenen korten Landbrief, eenige weinige punten , de Landen Dyk-regten betreffende, afgekondigd (g). Dan de flag, dus lang uitgefteld, trof dies f°rï' jlr' te gevoeliger. De veelvuldige misbruiken uaiv. tom.in de oeffening der geregtigheid gaven hem 1v-p-333.gerede aanleiding om zig by den Keizer te « beklagen , en , daar hy dezelve, volgens zyn belang, ten breedften uitmat, verkreeg hy van dezen in den jare 1473 , een be- \ velfchrift, onder anderen inhoudende, dat ; men zig in alle zaken , die niet by beroep voor den Keizer zeiven getrokken waren, J op des Biffchops Raad zoude mogen beroe- | peh \  van OVERYSSEL. 145 pen (h). Zig meefter te maken van de regtbanken, welken den eigendom, de vry- c-M heid , het leven zelf der ingezetenen fei^ww handen hebben, is een zagte doch gewifl&p:m-Rrij ftap tot het willekeurig gebied. Ook vcr^f*/"' zuimde de Kerkvoogd geenszins van 's Kei-C*"'- "nd 1 zers gunft gebruik te maken, en veftigdc al No. 59. p. In den aanvang des volgenden jaars eenenm*298, iRaad of Geregtshof, welks leden, door hem gekoren , hem van de hand moeiten vliegen. Aan deze regtbank, die den naam van het Regt der Schyve kreeg, zoude men pn alle bezvvaringe door 't ganfche Stigt mogen beroepen (i). Daar dit Geregtshof te (0 Utrecht zelfs, waar het gehouden werd,^^** ten hoogften hatelyk was, vair het ligt te°79bevroeden, met welk een oog het by de Groningers en in ons Geweft moeft worden aangezien. Ondertuflchen waren fommigen, die hunne pleitzaken verloren hadden , niet ongenegen om door middel van aetzelve gunltiger uitfpraak te zoeken; te pin daar dit een zekere weg was om zig n Davids gunft te dringen , welke al zyn vermogen infpande tot handhaving van den nieuwen Raad. Doch het algemeen misnoegen was te groot, inzonderheid dat der steden ; en te Utrecht was het tot openbare vyandlykheid uitgeborften , toen de (-k^ biffchop zig in 't midden van den jare 1477.Revius, Pt iet overhalen, om het Regt der Schyve te"%^/*; vernietigen (k). &'I,'J^ Niet lang hier na kwam de Kerkvoogd t0m. m. lil Overyffel , waar de ingezetenen , door^J^;''^ ;e kwellingen en onregtvaardigheden derD.wsM. K Ampt-  I46 Tegenwoordige Staat historie. Amptlieden en Rigters ten einde van hun geduld gebragt, luidkeels riepen om herflel. De drie Steden in 't byzonder hadden zig plegtig verbonden zulk een herftel by den Biffchop , ook ten kofte van lyf en goed, te bewerken. Dit was van zo veel uitwerking , dat deze niet alleen beloofde, de oude regten en voorregten te zullen handhaven, en de Amptlieden en Rigters tot betragting van hunnen pligt te zullen houden , maar ook toeliet, dat allen, die zig verongelykt agteden, hunne zaken op nieuws , door Gemagtigdcn uit 's lands Staten en eenen van 's Bilfchois Raden , zouden mogen laten onderzoeken. Voor deze vierfchaar werden de Amptlieden en Rigters te regt gefteld , en fommigen tot betaaling van groote geldboeten verwezen. Dus voor het voorledene gezorgd hebbende , was men ook bedagt op het i4?3. toekomende ; want dc Biffchop beraamde, (13 met de Ridderfchap en de drie HoofdfteRcvius, p. den , eenen nieuwen Landbrief, waar in Hattml het oude Landregt werd vermeerderd en ■ h.D.M. verbeterd (1) , en die duidelyke merktee- , 24'o) kenen draagt van de omftandigheden des . for/öbfTtvds waar *n ny werc* §emaa^t Cm)* jur. tinto* Thans hadden de Gelderfchen, na het in%p.VP. fneuvelen van Hertoge Karei van Bourgon335. ' die , de wapenen wederom opgevat (n). p-S"'] Dan , daar Hertog Maximiliaan reeds verïf^biXi8* ^heiden fteden tot gehoorzaamheid gedwon-. * gen had, waren die van Harderwyk, Hattum en Elburg ook bedagt om zig met I i4«o. denzelven te verzoenen; 't welk, door be- mid-  van O VERYSSE L. 147 middeling van Biffchop David cn onze Ste- msiemaé den, ook eerlang gelukte (o). Min voor- 00 fpoedig daagden dezen, in de twee volgen-f^yy.* de jaren , met hare poogingen om dm*""*1**Kerkvoogd zeiven te bevredigen met U-if'o.Vi. itrecht (p) , waar hy zyn gezag dermate48;verloren had, dat hy zig niet langer bm-moZ,,, :nen de Stad durfde onthouden. In tegen-!;' g*"? deel liepen de onluften hier zo hoog , dat p. 128. de Biffchop binnen Amersfoort gevangen -aakte, en niet, dan na dat Maximiliaan de 1483. ffad Utrecht had ingenomen, in zynen zelel herfteld werd (q). Ten einde de wederzydfche landen voor itlle gewelddadigheden , zo gemeen in deze ff>fi- xiv. ^euw, te hoeden, en den landzaten in hun-2I*4.'e^1" ijae onderlinge regtsvorderingen goed regt te 23<»loen geworden, lloot David benevens Ridlerfchap en Steden, in den jare 1484, een ienjarig verdrag van vrede en vriendfchap met het Bisdom van Munfter. De voorwaarden, in hetzelve vervat, kwamen i'oornamelyk hier op uit: dat men elkanler „ myt veeden, naeme, rove, brande, , off andere avergreppen" niet zoude bebhadigen; dat de wederzydfche klagten en ifchen voor de gewoone Regters, of, door taar toe verkoren Raden , in der minne , ouden worden afgedaan; en dat die genen, ran welken men op deze wyze voldoening rlangen kon, met geen heimelyk regt vervolgd zouden mogen worden (r). MaarMJtJh\ iet kwaad was te diep geworteld om zig<™«/ tam. ;o dra te laten uitroeien, en veroorzaakte -p-1-* lier jaren later wederom een verbond met Ka de  148 Tegenwoordige Staat KisTORiE.de Gelderfchen, volgens welk men de fchryvers van brandbrieven en andere boosdoeners wederkeerig op elkanders grondgebied fs) mogt vervolgen en grypen (s). OnderJjf • p'tuflchen zien we, dat men ten dezen tyde ' het gebrekkige van de ftaatsgefteldheid en I wetgeving gevoelde, en tevens poogde te verhelpen. Dit blykt mede uit de verbete- 1 ring der Dykregten, welken de Biflchop be- f nevens de Ridderfchap van Zalland en de 1435. drie Hoofdlieden , kort na de fluiting van het verdrag met de Munfterfchen, beraam(o de (t). In den jare 1494. werd een veel %rfPT\."aanzie)dyker vermeerdering van de zelfde ! p.423." regten ingevoerd; en het is opmerkelyk, dat dit toen niet alleen op naam van de 1 boven genoemden, maar op dien van „ die I Cu-) „ kleine Steden mit den ghemeynen Lan- I s/rf.p,425.„ de", gefchiedde (u). Het regt van zilver te munten was door de Stad Deventer, en waarfchynlyk ook door Kampen, reeds in den aanvang dezer eeuw geoeffend, en de Zwolfchen, fchoon I zeiven geen geld flaande, hadden egter telkens de raadpleegingen over het munten Cv) met de andere Steden bygewoond (v). Sf of buThans fchonk Keizer Frederik de III. aan \ 48-^"«"»de eerftgemelde Stad het regt om ook goud p' 2' te flaan (w) , en niet lang daar na aan 1486. Zwolle het regt om zo wel goud als zil- I veTr te munten (x). w.6t. Inmiddels had men wederom ruime flofyJinltumte om over de moedwilligheid en roofzugt fi&M&>. van vele Gelderfche Edelen te klagen. Ruim eeoe eeuw geleden zagen we die van Kamden,  van OVERYSSEL. 149 pen , door de andere Overyffelfchen on-ms-roM*; derfteund, het flot Puttenflein veroveren en tot den grond toe flesten Cv). Vol-. (y3„ r . ° , , 0 , \J " ~* Boven bh gens iommiger verhaal zoude omtrent de-103. zen tyd het zelfde nog eens gebeurd zyn, en daar aan de vyandfchap der Heeren van Putten tegen de Kampers moeten toegeschreven worden (z) : doch de Gelder- c=0' èhe gefchiedfchriften , hier van zwvsren-0""/^ de, geven andere redenen, waarom dezeu.P.447. Heeren, met meer anderen verbonden, het^";j'p' 10 zeer op die Stad geladen hadden (a). Dndertuflchen was hun vermogen te klein,Pwfmom hunnen wrok voldoening te geven. \\k'x.%'. Maar, toen zy zig naderhand met de Hee-55l> •en van Wifch verbonden hadden ,' werd le zaak van ernftiger aart. Dezen, voorvendende dat Rudolf van Diephout eene ;roote fomme gelds van hunnen vader opgenomen had , eifchten dezelve van het ttigt te rug, en voegden by hunnen eifch icdreigingen , welken zy , toen men hun 'oldoening weigerde , ook niet nalieten, act daden te agtervolgen. Het Nederftigt eed den eerften aanval. Dan het fchynt -oornamelyk gemunt te zyn geweeft op de )veryflêlfchen. Ondertuffchen ftrekten hun3e vyandelykheden en ftrooperyen zig ook lit tot die van de Veluwe en van de Graaffchap Zutphen ; en dit gaf aanleiding at de laatften met ons Geweft de handen n één floegen , om een einde van dezen fryg te maken. Straks werden de twee oten ter Borch en Wildenburch , beiden mo lan de Heeren van Wifch toebehoorende, K 3 het  150 Tegenwoordige Staat i-iisTo.R]E.het eerfte door de Zutphcnfchen, het ander door de Overyffelfchen, belegerd, en wel met zo veel ernft, dat de gebroeders Cb) zig genoodzaakt zagen, fchoon tegen hun- zit pon- nen zin » vrede te maken en van hunnen tan. i.i. p-p^h af te zien (b). usl p 148. Twee jaren na dit gebeurde heerfchte in n"uöbïrdeze gewe^eni eene groote duurte, welke, 1 65. ' ' gelyk méérmaals, door eene befmettelykte Moon?n, ziekte werd gevolgd (c). De peft had bi. 63. zig reeds te voren, geduurende het beftier tandt- van David van Bourgondie , verfcheiden §m,l\D- reizen in Overyffd doen gevoelen; gelyk Moonen', men in de gedenkfehriften , op de jaren w,fo *458 (d) > 1468 (e), 1483 (f) , en | vanHattum 1^4. (g), aangeteekend kan vinden. In't lg.D W' voorbygaan verdient ter dezer plaatze de . (O Koninglyke Landvrede (h) gemeld te worbi. 60. den , welke in den jare 1495. op den v£*£„. Ryksdag te Worms werd ingevoerd: dewyl te^. m. s. de Nederlanden , en daar onder ook ons U-ïnhojr Geweft , volgens de overeenkomft in den landtrvan'yzxQ. 1548. te Augsburg getroffen, op ze, \'begin." kere voorwaarden, met den naam van den 0}ff "Kreits der JBourgondifche Erflanden , onder «pa'è'epi-het Ryk begrepen wordende, tevens ver^pp-l-,inpligt werden denzelven, zo als die ver-1 (iO volgens hcrhaaldelyk vernieuwd en verbeclr^Hifl'M^ was CO' te onderhouden (k> xTeftï'v'' David van bourgondie . in Grasmaand des | §.'s2. va-jaars 1496 , het leven afgelegd hebbende, deden zig twee mededingers op tot de m' ' 'opengevallen waardigheid. De Hertog van ; Rleef, de Biffchop van Munfter, en ande-, r?n , zouden dezelve gaarne aan Heer FV lip*  van OVERYSSEL 151 lips van Kleef hebben zien opdragen , en histome. de eerftgemelde had zelfs gezanten naar Deventer gezonden , om die Stad tot deszelfs begunftiging te bewegen. Dan de O, veryffelfchen hadden geenen zin zig met '. de verkiezing te bemoeien (1); en de mag- uit /iLtiger voorfpraak van Keizer Maximiliaan en'erf,M-S* 1 Aartïhertoge Filips had invloeds genoeg op : de Utrechtfche Geeftelykheid, om dezelve^™5 1 met eene ongewoone eenparigheid (m) te 315. ' doen vallen pp fredrik van baden (n), A. die vervolgens, met groote plegtigheid, ma, ióm. eerft te Utrecht (o) , en daarna in onzeu' fó)21* i drie Hoofdlieden, werd ingehuldigd (p).^'AP1 Het was dus de gunft van den Huize van^c'p) , Ooftenryk , welke dezen Biffchop op den f™':sv-J' 1 zetel plaatfte: doch het was ook de heerfch-/tof8, rik van Wifch , die agt jaren geleden met wederzin zyne eifchen op het Stigt had laten varen, keurde dit eene bekwame gelegenheid om dezelven met meerder nadruk te hervatten. Hy vereenigde zig dan andermaal met de Heeren van Putten , nam de heerloze menigte in zynen dienft , en viel, na den oorlog aan die van Overyffel verklaard te hebben, in Twente, waar hy Goor innam, en alles met rooven en branden in rep en roere zettede. De Overyffelfchen gaven hier van aanftonds kennis aan hunnen Biffchop , deze aan den Hertoge van Gelder , wiens landen ook niet geheel van den woeden hoop verfchoond waren gebleven. Het gevolg der onderhandeling was een verhond van verdediging tulfchen de beide Heeren en de voor, \ naamfte wederzydfche. Steden; de verzameling van genoegzame krygsmagt een gevolg van het verbond. Deze egter kon niet zo fpoedig hyeen gebragt worden , dat Heer Henrik niet reeds in Zalland was gevallen, en daar op dezelfde wyze huishield als to forep in Twente, De vyanden fchrocra- I den  van OVERYSSEL. 153 den zelfs niet tot onder de muuren vanHisTou*. Deventer te ftroopen. Dan hunne ftoutheid bekwam hun kwalyk : want het Gelderfche en Overyffelfche leger viel hen eerlang op 't lyf, en verfloeg of verftrooiide hen geheel en al. De gevangenen wer. :den als gemeene misdadigers behandeld, ge- co .vonnisd, en met eenen fchandelyken doodPb"xi' [geftraft (s). Evenwel maakte Biffchop 630. Dum- Fredrik geene zwarigheid zig eerlang van n.r'P. ^o! de zelfde benden te bedienen. Dezen name- ™niïauum dyk hadden zig in het gebied des Herto-67'.^l, gen van Kleef wederom vereenigd, en wa-p> I57~ •ren op deszelfs aanfpooring in het Neder- -m» iftigt gevallen; doch toen de Kerkvoogd hun beter voorwaarden aanbood, haalde hy ihen ligtelyk over, om tot zyne zyde over te gaan, en den Hertoge zeiven te beftryden. De Bilfchop daar boven , niet alleen met geld en krygsbehoeften, maar ook met een goed getal manfchap, door de Overyffelfchen onderfteund zynde, trok verlvolgens in Kleefsland , en oeffende op de deerlykfte wyze wraak, tot dat eenige na-. iburige Heeren, tuffchen beiden komende, leerlt eene wapenfchorfing, en vervolgens 150». jden vrede, wiften te bewerken (t). Hier co mede eindigde de dienft der omgekogte huur-^ ^ ilingen, weiben, geene vrienden kennendeh\-7*. dan die hen betaalden, hunnen wrevel aan-™'/.'Jï«ftonds aan Overyffel zelf deden gevoelen ,^fj- ad jen het kloofter ter Honnepe jammerlyk324'. «?.' vernielden (u\. Gelukkiglyk werden zynC;u;) itraks daar op door die van Groningen Devent. w. K 5 aan-462'  154 Tegenwoordige Staat Histowe. aangenomen, en dus ons Geweft van hun Cv) verloft (v). f111 'c voorbygaan teekenen we aan, dat iib. 40. in de Biffchop benevens Ridderfchap en Ste*nnc" den de Dykregcen , kort voor het affterven van zynen voorzaat ingevoerd, in dit jaar nader beveftigde (9). Ook verdient het onze opmerking, dat, de Groningers, welken onlangs wederom aan Biffchop Fredrik hulde gedaan hadden , hem ten dezen tyde om byftand aanzoekende tegen den Hertog van Saxen, de Kerkvoogd, de ne- . teligheid der zaak inziende, daar over eene •1502. algemeene vergadering der Staten van beide zyden des Yffels uitfchreef, die herhaaldeRirius, p.lyk binnen Utrecht werd gehouden (w): l6*- deze toch was eene van die zeldzame gelegenheden, by welken de Staten der beide Geweften , Utrecht en Overyffel, ter dagvaart vereenigd aangetroffen worden. Na eene ongewoone warmte in het laatfte van dit jaar, had men, zo hier als elC*) ders (x), in den beginne van het volgenï.Lp'-'éis.de eenen zo hevigen vorft, en daar op 1503. geduurendc de lente en den zomer zo groote droogte , dat de mislukte oogft fchaarsheid van lecftogt, deze befmettelyke ziekten veroorzaakte , welken eene menigte van ff0™ '■• menfchen ten grave fleepten (y). Hattitm II. Het beftand , tuffchen den Aartshertog D.w.77. Filips en Karei van Egmond, Hertog van r , : Get (9) Zie Puf end. Obferv. Juris Univ. torn. IV. ia app. p. 436. waar alleenlyk de jaartallen kwalyk zyn I uitgedrukt.  van OVERYSSEL. 155 Gelder, in den jare 1499, getroffen, had historiï. niet lang ftand gehouden, en onze Hoofdlieden begonnen reeds de uitwerkzelen van den hervatten oorlog in de belemmering van haren koophandel te gevoelen , toen Filips, om zyn vyanden meer in 't naauw te brengen , den Hollanderen allen handel ;imet die van Gelderland verbood. Maximiliaan ging nog verder. Hy belfond het zelfde verbod, uit hoofde van zyn Keizerlyk gezag, tot alle de landen, die den Utrechtfchen Biffchop onderhoorig waren , uit te breiden: en vervolgens bemerkende ü dat de ingezetenen van ons Geweft dit niet 1 naar zynen zin in agt namen, deed hy in ; zyne landen, zo wel als zyn zoon in Holland en Zeeland, afkondigen, dat niemand eenige levensmiddelen of krygstuig, het zy naar Gelderland , het zy naar Overyffel, zoude mogen vervoeren. Om .hier aan klem \e geven , werd de Zuider-zee bezet I met gewapende fchepen, welken den Kampers eerlang een koftbaar geladen fchip ontweldigden. Ook leden onze kooplieden zo veel afbreuk te lande, dat Biffchop' Fredrik bewogen werd, om by een fmeekfchrift aan den Aartshertoge het intrekken deigegeven bevelen te verzoeken. Men bekwam dan ook eenige verligting; doch het was nog lang eer de handel wederom in zyne oude vryheid werd herfteld. '. Van den anderen kant werden de Overyffelfchen ook geplaagd door die van Gel■ derland, en liet Hertog Karei hunne fchepen te Hattem aanhouden. Deze namelyk had  i$6 Tegenwoordige Staat H«TORiE.had eenigen tyd geleden met den Aartshertoge getwift over het Kafteel Oyen of Renoyen , en toen was hetzelve Fredrik van Baden , als fcheidsman, ter bewaringe in handen gefield : doch de Biffchop had het zig federt door den Stadhouder van Grave laten ontweldigen. Dit Hak Karei j>dllu.'m dcn krop COj zo wel als de onderP.fe4.req. werping der Overylfelfchen aan 's Keizers l'lT.verbod omtrent den koophandel, waarom ratfp.165.hy ook verklaarde, zo lang als zy hier aan gehoorzaamden, niet te zullen dulden, dat zynen vyanden door hen eenige toevoer werd aangebragt. Maar de invloed van 't Ooftenrykfche Huis op het Stigt was reeds tot die maat gekomen 3 dat bier weinig anders te doen viel dan agt te geven op deszelfs wenken. Een Keizerlyk bevelfchrift was thans genoeg om den Biffchop van Utrecht, wiens voorzaten zo dikwerf op gelyken voet met de Graven van Holland 1505- gedongen hadden, in Filips leger tegen de C») Gelderfchen te doen dienen (a). Een anify.'po'n-'der was voldoende om onze drie Steden 62o'rèqP'te doen befluiten , de aflaats-penningen, welken op bevel van Paus Alexander den VI. verzameld , doch wegens deszelfs tusstrivii fchenkomenden dood niet naar Rome overcarp. wji. gemaakt waren (b), aan Gemagtigden van xr^ftPe3';Maximiliaan tót te reiken ; hoe zeer ook §. a. de Biffchop beweerde, dat niemand dan hy Revius, p. daar over te befchikken had (c). Wy vinUat'tum den korten tvd na dezen wederom eenen H.D.bl.81.aflaat in ons Geweft gepredikt, en het geld daar  yan OVERYSSEL. 157 daar van gekomen naar Lyfland verzonden historie. te zyn (d). cd) Terwyl Biffchop Fredrik in den Gelder- ****** *■ fchen oorlog gewikkeld was, werd hy, zo17* ' wel als de Staten yan Utrecht en Overysi fel , herhaaldelyk om onderftand aangezogt door de Stad Groningen , welke geenen. :kans meer zag, om zig voor de overheerfching des Hertogen van Saxen met eigen magt te bevryden. Dit gaf aanleiding tot veelvuldige raadpleegingen en onderhandelingen ; byzonderlyk ook in dit Geweft, waar men gaarne zoude gezien hebben dat 1 Groningen aan het Stigt gehegt gebleven ,ware. Doch de vrees voor den Keizer beJettede , dat men iets met 'er daad durfde ondernemen. In eene byeenkomft, op 't llaatfte van Hooimaand binnen Deventer gehouden, drongen de Groningfche Afgevaardigden wel hunne zaak zo fterk aan , dat men.hun eindelyk hulp toezeide (e): maar CO toet'bleef by beloften, en niet lang daar nahmm»'. ontving de Kerkvoogd een ftreng bevel- 6*u schrift van Maximiliaan , dat hy, op verbeurte van alle zyne heerfchaps-regten (f),rega!iL. zig met het wereldlyk gebied van Gronin-^ IfU jgen niet zoude bemoeien (g). De Stad,cww// dus genoodzaakt voor zig zelve te zorgen,ka.'™f$s en egter eenen weerzin hebbende om ziguj." aan den Hertog over te geven , befloot lsot. zig aan Edzard, Grave van Ooftfriefland , ^«O ie onderwerpen (h). Vervolgens kregenm.&'i^ onze kooplieden wederom meerder ruimte 1507. voor hunnen handel, na dat het Keizerlyk^jL. (rerbod daaromtrent was ingetrokken (*i iC * K J bl. Sa. nog-  158" Tegenwoordige Stadt HisTORm nogthans beklaagden zy zig federt over de kwellingen, welken zy te Hattem te lyden hadden , waar hunne fchepen moeiten onderzogt worden; en namen eindelyk het befluit, om, zo lang bier tegen niet voorzien werd, geene fchepen meer van KamC!ü pen opwaards te laten zeilen fk). Men tevius, p- vindt aangeteekend , dat de Overyffelfche fcheepsvaart zig ten dezen tyde tot in Span(O je uitbreidde (1). Ook kregen de ingezeJml n.p. tenen in 1511. van Koning Karei cn den 45°- Keizer uitdrukkelyk, voor den tyd van een jaar, verlof, om in alle derzelver landen handel te dryven, zonder aanfpreeklyk te zyn van'mttum voor de fchulden die hunne Steden in den u-bi. 97- Gelderfchen oorlog hadden gemaakt (m). 1508. Deze oorlog begon met de onverhoedfche overrompeling van het Slot in de Kuinder door den Hertog van Gelder, onder voorwendzel, dat hy. hetzelve niet langer wilde inhouden , dan tot dat hem het Kafteel Oyen wederom zoude zyn in handen gefteld. Nogthans blykt van elders , dat Karei uit meerder oorzaken, misnoegen te(n) gen de Overyffelfchen had opgevat (n). £Kw.Hoe dit zy, hy bleef, na ook nog eenen Gefch. xi.vergeeffchen aanflag op Vollenhove gemaakt B'§c'o9)' te hebben (o) , maar korten tyd meefter Dumiar,^ van net veroverde Slot, welk de Biffchop, ''P' 'geholpen door de burgery van Kampen, hernam. Deventer en Zwolle, fchoon aangezogt, hadden geene manfehap gezonden. 1 In 't algemeen ook had men in Overyffelweinig zin om zig in eenen kryg te wikkelen ; weshalven de Staten den weg van on- I  van OVERYSSEL. 159 |onderhandeling poogden in te flaan. DitHirrouE. ::gelukte in zo verre, dat men in den aanivang des volgenden jaars eenen ftilftand I5*»* ;|van wapenen trof, welke tot den eerften jvan Oogftmaand zoude aanhouden: doch de jbyeenkomften , die geduurende denzelven, iter vereffening der wederzydfche bezwaren, laangelegd werden, liepen vrugteloos af QÜ-jJ&f (De Koning van Denemarken, juift nu twee-i. l ' duizend knegten , welken hem in eenen :oorlog tegen de Hanzefteden (q) dienden, 'afgedankt hebbende , gaf den Hertoge van faft- xv. iGelder fchoone gelegenheid om de vyan-B'^"v* Idelykhcden te hervatten. Door zyn heiimelyk bedryf viel deze bende, onder aanroering van eenen Henrik de Groote, in iOverylfel, en veroverde Genemuiden. Een iindere hoop zwervers, onzeker door wiens beleid , voorwendende niet dan den door:ogt te begeeren, floeg elders aan 't pionderen , en had het geluk een veel grooter getal landzaten , niet verre van het klooster Sibkeloo , te overwinnen. Hier mede egter trok dezelve af (r} .- doch Henrik p« de Groote , door de Gelderfchen onder-179" fteund , zig toegeruft hebbende om op de Zuider-zee te fchuimen , deed den onzen so veel afbreuk , dat men ernftig bedagt werd om hem van daar te verneftelen. Ook kweten die van Kampen, welken meelt van hem geleden hadden , zig zo dapper , dat hy eerlang genoodzaakt was de plaats te Iverlaten (s). Ondertuffchen had de laatft (*) genoemde Stad door het onthalzen van ee-' aige Gclderfche krygsgevangenen, eene daad ' die  lóo Tegenwoordige Staat HisTORut.die zelfs in Overyffel niet algemeen was goedgekeurd , den Hertog dermate verbitterd , dat hy federt verklaarde bereidwillig te zyn om zig met den Biffchop te verzoenen, indien deze de handen van de Steden wilde aftrekken en de Kampers daar voor helpen ftraffen. Straks vereenigde hy ook zyn leger met dat van Henrik de Groote, en toog, na eenen vergeeffchen aanflag op' Deventer gemaakt te hebben, in Twente, waar hy eerft Goor en naderhand Olden(t) denzaal vermeefterde (.t). Lage en Die- i hu°"o!' penheim vervolgens insgelyks.in zyne han- ] den gevallen zynde, trok hy naar den zee- \ kant te rug, en ftak den brand in Kamper- ; veen. Inmiddels zaten Biffchop Fredrik en de Staten van ons Geweft niet ftil. Zy floten tegen den gemeenen vyand , Karei , 'een. verbond met Floris van Egmond, Stadhou(n) der van Gelderland wegens den Keizer (u): \ ^HmsIs Z^ beraamden middelen om de nodige man'fchap op de been te krygen , waar toe de onderftand , door den Biffchop van Osna- 1 brug aangeboden , zeer te ftade kwam: en zy fchreven fchattingen uit om de onkoften des oorlogs daar mede goed te maken; terwyl de drie Steden aannamen de vereifchte (v) penningen by voorraad uitte fchieten (y), 1 iTaTen den Kloofteren zelfs de leening van eene 93. aanzienlyke fomme werd opgelegd. Het Nederftigt, tot hulp aangezogt, deed niets j dan eenige poogingen om het gefchil in der minne te vereffenen, welken, zo wel als 1 de aanbieding der Zutphenfchen ten zelfden ein-1  wn OVERYSSEL. 161 einde, van geenerhande vrugt waren. Denm-onn» ;Overyffelfchen dan, zig genoegzaam in ftaat gefteld hebbende, keerden hunne wapenen in de eerfte plaats tegen de Veluwe, waar ;zy herhaaldelyk invielen , tot Nieuwkerk :toe doordrongen , en den Gelderfchen de plondering, in Twente aangeregt, rykelyk (betaald zetteden. Twente zelf kreeg vervoligens zyne beurt, en het gelukte den Biffchop Ide veroverde plaatzen wederom aan den vyand te ontweldigen. Oldenzaal alleen moeft egter eene belegering van verfcheiden maanden koften : dan de overgave van deze Iplaats gaf den onzen de handen vry , om ook in de Graaffchap Zutphen hunnen jmoed te koelen , en , naar de wyze des ityds, alles te vuur en te zwaarde te verinielen (w). De krygsbedryven geleken (w) meerder naar de uitwerkzelen van geterg-A;rj^£ de wraakluft , dan naar het middel dooreb xm.p. welberaden ftaatkunde , ter bereiking harerj^uT' oogmerken, aangewend. Hoe het zy, dezelven namen hier mede een einde. Karel van Gelder , die geduurende dezelven ook nog eenen vergeeffchen aanflag ge» fmeed had om de Stad Kampen te overrompelen , verlangde, zo wel ais de Utrechtfche Kerkvoogd, naar ruft. Men trof x5«« dan eerlang een bettand, onder voorwaarde, dat alle de wederzydfche eifchen, by iwyze van regtsgeding, voor twee wereldjtyke Vorften opengelegd , en door dezelven , zonder tegenfpraak, beflift zouden worden. Dit niet tegenftaande hadden on:ze Steden eerlang wederom zware klagten L te-  1Ó2 Tegenwoordige Staat Historie, gen den Hertog in te brengen , uit hoofde der tollen , die op zynen laft te Hattem van de voorby varende fchepen wer(x) den gevo derd (x\ In de ichattingen , ter voortzetting van dezen oorlog uitgéfchreven , had de Landfchap Drente een merkelyk aandeel moeten dragen : en Roelof van Munfter, die het Droftampt van Koeverden van wegë den Biffchop en de drie Steden in pandfehap hield , had door de opbeuring derzelven , en tevens door den opgezetenen zware breuken af te perffen , zig zeiven grootelyks weten te verryken. Dit ftelde hem in ftaat om by Meppelt een koftbaar huis te bouwen , en hetzelve met wallen en gragcen te verfterken. Waarfchynlyk keurde hy dit nodig, dewyl hy, in de belangens van Grave Edzard van Ooftfriesland ftaande, zig niet veel goeds van Fredrik van Baden en de Overyffclfchen konde beloven. Ook kreeg hy eerlang tot het flegten dier veftingwerken bevel van onze drie Steden , welken , toen hy daar aan weigerde te gehoorzamen , dit zei ven met geweld ter utvoering bragten. Hier op wilde Roelof haar den oorlog verklaren: doch de tulfchenkomft van fommigen zyner vrienden, die zig als borgen voor zyn ge*512- drag ingelaten hadden , bewerkte, dat hy vrywillig zyn ampt nederleide, en het huis te Koeverden , tegen betaling zyner opge- j fchoten pandpenningen , ontruimde. Ondertuffchen bleek het ras dat hy zig nies dan lp fchyn had laten bevredigen; want maa?  van OVERYSSEL. 163 maar weinig dagen na zynen aftogt nam historw; hy het flot by verraffing wederom in (y). (y) Eenigen tyd te voren, te weten in Zo-j^f*» mermaand dezes zelfden jaars , had BisI fchop Fredrik met de Ridderfchap en de Steden Utrecht , Amersfoort, Rhenen en Wyk te Duurftede uit het Nederftigt, en met de Ridderfchap der Landen van Zalland, Twente, Vollenhove en Drente, benevens de Steden Deventer , Kampen en Zwolle, mede van wege de kleine Steden, uit het Opperftigt, een eeuwigduurend verbond getroffen , waar van de aanmerkenswaardige inhoud voornamelyk op dezen zin loopt. „ De verbinteniffen, door de Le„ den voortyds met andere Heeren, of Landen ingegaan, zouden in volle waarde blyven. De Staten van beide zyden " des Yffels zouden voortaan over alle „ Stigts en Lands zaken gezamentlyk be„ raadflagen : en hier toe zouden hunne Afgevaardigden ten minften eenmaal in t jaar en wel beurtelings binnen Utrecht ' of in Overyffel, vergaderen. Wanneer eenen der Bondgenooten onregt of ge', weid gefchiedde, moeften de ovengen „ de betering daar van helpen bewerken; ,', en dit niet gelukkende zoude men eenparig de wapens opvatten. Ook zoude „ niemand eenig afzonderlyk verdrag met „ anderen fluiten, welk eenig nadeel kon „ toebrengen aan dit verbond. Eindelyk i „ zouden alle gefchiilen, tuffchen de we„ derzydfche Leden ontftaande, aan de uit„ fpraak van eenigen der overigen moeten L 2 }> wor"  1(54 Tegenwoordige Staat Kkstoiub.,, worden verbleven (z)." Uithoofde van (z) deze verbindtenis befloten die van het Nedtrfwa{p.ftiSc den onzen hulp te zenden om Roe457-' ' 'lof te temmen. Nog voor het einde des jaars floeg men het beleg voor het flot te Koeverden ; doch de bezetting verdedigde i£ij. zig zo we), dat hetzelve eerft na drie maanden overging. Roelofs huis te Meppelt, te voren alleen ontmanteld, werd thans tot den grond afgebroken. Hy daar tegen , onderfteund door Grave Edzard, belemmerde met eenige fchepen de vaart op de Zuider-zee , en deed herhaalde invallen , niet alleen in Drente, maar ook in Overyffel. In Twente overrompelde hy Goor; in Zalland ftelde hy Ommen, en het bygelegen land tuffchen dat fteedje en Zwolle, (a) onder zware brandfehattingen (a). Dan bi.f1™»"'. deze plondcringen namen een einde na dat vanHauum&Q Biffchop en de Staten van ons Geweft rto.pt'iBarnet Hertoge Joris van Saxen, als Erfftad& houder van Friefland £b) , een twintigjaS.fleniiiga, Tig verbond van onderlinge verdediging en blfl) koophandel gefloten hebbende (c) , denvan Hat- zelven vergund hadden binnen hunne grenio7.' zen een leger te verzamelen , en deze i5n. daar mede vervolgens naar Groningerland getrokken was, met oogmerk om hetzelve en de Stad aan den Grave van Ooftfries5£K)^land te ontweldigen (d). w..*»?* Ondertuflchen verklaarden de Groningers, zo dra dit verbond tot hunne kennis gekomen was, den oorlog aan den Biflchop ,(e) en het Stigt (e). Graaf Edzard van zyhl' nen kant , zig te zwak gevoelende tegen den  v*n OVERYSSEL. 165 den Hertog van Saxen, zogt hulp by Ka-n^TORUi rel van Gelder; die hem dezelve ook toezeide (f) , doch méér met oogmerk om (f) zyne eigen belangens te bevorderen MiA^l2&u 1 die van den Grave. Dit oogmerk bleek 1 niet lang naderhand; want Hertog Karei, 1 een leger op de been gebragt en door ' Twente en Drente naar Groningen gezonden hebbende, wift het zo te beleggen, 1 dat de Groningers genoodzaakt werden hem , imet verzaking van Grave Edzard , voor IHeer aan te nemen (g). Straks zoude hy ;zig toen ook van Koeverden en geheel f£.^. IDrente meefter gemaakt hebben, indien niet"°' Ide Biffchop, geholpen door de OveryflelTchen, zyne benden doen aanrukken en don !;toeleg gefluit had (h). Beter gelukten zy- CO , ne poogingen tegen den Hertog van Sax-w""'*' :en, welken hy dermate in 'i naauw bragt, dat dezelve om onderftand te zoeken naar Duitfchland toog , en zyne knegten in 't Groningfche onbetaald liet. Het gevolg hier van was, dat een groot aantal van ; lldit volk , onder den naam van den zwar\(ten hoep bekend , gindfch en herwaarts, iom zig te geneeren, aan 't ftroopen floeg. Ons Geweft kreeg onder anderen ook zyn Ideel in hunnen moedwil , waar zy doortrokken , om zig verder naar Utrecht en I5I5> Holland te begeven. In 't volgend jaar keerden zy, met meer ander heerloos volk ■verfterkt, op de zelfde» wyze, door Over- CO yflel naar Friefland te rug (i). De be-al'Z?'' Idekte bedoelingen van Hertog Karei hiel-'^^siden onze Landslieden thans ook ileeds iri1.ip.4fo L 3 on-  i6"6 Tegenwoordige Staat Historie, ongeruff.heid ; want, fchoon dezelve wel ontkende eenig deel te hebben in de vyandelykheden waar mede zekere Frans Vos de drie Steden bedreigde , waren zy zeer in twyffel of een hoop krygsvolk , welke onder Jan van Diepenbroek in Twente op buit rondzworf, niet heimelyk op zyne be- ' OO velen pafte (k). Remx, p. qaarne Zoude de Hertog gezien hebben, ' (lat de ruiling der wederzydfche Bisdommen, waar over Fredrik van Baden met den Kerkvoogd van Metz, zufters zoon van Karei, in onderhandeling getreden was , tot ftand gebragt had kunnen worden. Doch Maximiliaan , die niets yveriger zogt dan het Stigt van zig en zynen kleinzoon Karei fteeds afhanglyker te maken , vond middel niet alleen om dit voornemen te ftuiten , maar haalde zelfs Biffchop Fredrik over, om den Utrechtfchen zetel aan filips van bourgondie , broeder van wylen Biilchop j') David, in te ruimen (1). De Staten van 3i8.C'P* het Nederftigt, hier van verwittigd, toonden weinig zin te hebben tot het aannemen van dezen nieuwen Heer. Die van < veryffel, fchoon ook door Keizerlyke Gezan1516. ten aangezogt , ontdoken by aanhoudendheid zig omtrent deze zaak te verklaren. Een weigerend antwoord was gevaarlyk uit hoofde van des Keizers overmagt , welke men wel voorzien konde dat niet gefpaard zoude worden , om de voorgenomen overgave des Bisdoms met geweld door te dryven. Om te bewilligen was men veelligt hier niet meerder genegen dan aan de over- zy-  van OVERYSSEL. 367 ! zj'de des Yffels: en behalven dit maakten historie. ; de bedreigingen des Hertogen van Gelder, I wiens belangen zo regtftreeks regen die van i Maximiliaan gekant waren , hetzelve van ;: geen min zorglyk uitzigt. Karei had niet i alleen werkelyk een leger in Friesland , 1 welk ieder oogenblik op het Kwartier van 1 Vollenhove konde aanvallen, maar nam niet 1517. lang daar na nog eenen aanzie, lyken hoop heerloze knegten in zynen dienft, dien hy gebood naar den kant van Deventer af te zakken. Zy namen hunnen togt dodr Twente , overmeefterden op eene verraderlyke wyze het fteedje Goor, en zouden Oldenzaal milfchien het zelfde lot hebben doen 1 ondergaan, indien de drie groote Steden niet met allen fpoed de nodige verfterking der; waards gezonden hadden. Nogthans bleef de Hertog by zyne betuiging, van niets vyandelyks tegen den Biifchop of zyne lan. den te willen ondernemen , en het volk zcttede zynen togt ook eerlang naar Efj^^jjO land voort (m). 198-803. * De Keizer en Koning Karei, 's Pauffen toeftemming voor geld gekogt hebbende Cn), G.,^"^0. 1 hadden middelerwyl de Staten van Utrechtyiomagus overgehaald , om Filips, zonder medewer- X/ï'Óra! king der Overyüelfchen (o), tot Biffchop i. p ^3. aan te nemen. De onde. handelingen hier rJ,"!S\ p, over gehouden toonen ten duidelykften, hoe 2°3. : zeer het de toeleg was om den invloed des Konings meêr en meer in 'c Stigt uit te breiden Cp)- Deszelfs belofte, dat hy de in- (P) gezetenen van het Land van Utrecht zou-^"^mu' de befchermen, cn behandelen niet alleen L 4 als  I6S Tegenwoordige Staat -HfsToiuE.als zyne nabuuren, maar als of zy zyne eigen onderzaten waren , en dat hy hen in alle verbinteniffen zoude doen begrypen, is ge- \ m/\. noeg om dit te doen zien Cq)- Het be166. fluit des Nederftigts werd eerlang door Overyffel gevolgd, en de drie Steden zonden elke eenen geheimfchryver naar Utrecht , om den nieuwen Billchop by de inhuldiging te begroeten, en ter fpoedige komft herwaarts uit te nodigen. Dit geƒ O fchiedde in Bloeimaand Qrj: doch het liep f£ p- aan tot in Wynmaand eer hy ons geweft bezogt. Toen werd hy eerft afzondelyk in de drie Steden , en vervolgens op den Mr.lth. rek Spoolder-berg door de Ridderfchap en de firipf'v kleine Steden van Zalland, gehuldigd (s). 353.Revius Filips van Bourgondie, die den poft van ji p- Admiraal van de Zee onder Kening Ka- |[[ öer.No- rel bekleedde (t) , en nimmer tot den u i^o'&^57. geeflelyken ftaat was opgeleid , werd eerft i ,5lS> in den beginne dfs volgenden jaars geor- |< dend , en vervolgens tot Biffchop inge- |( .(u) wyd (u). Zyn aart en bekwaamheden wor- ■ m; p" den door twee zyner tydgenoten , Wilhel- 1 mus Heda en Gerardus Noviomagus, zo I onderfcheiden opgegeven, dat het dér moei- i te waardig is dcrzelver getuigeniffen te ver- M gelyken. Terwyl de eerfte alle des Bis- li lchops verrigtingen, zo wel als de rampen 11 ons Geweft overgekomen, aan fchraapzugt, | onkunde , en het luifteren naar verkeerde 1 raadgevingen , wil toegefchreven hebben , moet men uit den laatftgenoemden befluiten, , dat dezelve, boven het bygeloof des tyds II verheven, eene fterke neiging toonde tot do ■  van OVERYSSEL. 16*9 de geleerdheid en fraaie konften , en dat historie. deszelfs denkwyze niet ongunftig was voor ide uitbreiding der leer van Luther , wel- :ke thans in onze geweften ingang begon te vinden ; daar hy de misbruiken, ter kerke ingeflopen , niet alleen doorzag, imaar ook zyne gedagten gaan liet over der- ■ zeiver verbetering (v). Onder zyne eer-^Jj/ , fte verrigtingen, met betrekking tot Over-W- xvi: ;yffel , was het uitgeven van eenen Land-B"^ 8' iforief, waar in eenige verordeningen ter verdediging des Lands , en tevens -eenige uitbreidingen dèr Landregten , worden ge- 1 vonden (w). (w)- Het was omtrent dezen tyd , dat eenAp. Pufmi hoop knegten , welken onder Fredrik van$£ &. :Baden gediend hadden en kwalyk betaald1.01^ ifwaren , Twente en Zalland afliepen , 01- 349. denzaal benevens het Kafteel te Lage overmeefterden, en met hunne rooveryen niet op hielden, voor dat men hun eenige voldoening had gegeven (x). Dit voorval,R (O^ Ihoedanigen in dit tydperk zeer gemeen [[waren, doet te vreemder voorkomen, datl8s* :Biffcbop Filips thans in verfcheiden kleine ISteden zo van Zalland als Twente de ves- ^ tingen deed flegten (y); te meerder, daarö««»w, hy zig in tegendeel ernftig toeleide om óc™f™™i. 'Nederftigtfche Sloten te verfterken (z).4ööKoning Karei zoude gaarne een onbepaald g.NovïohI . verbond tegen alle zyne en des Stigts vy-P*l86, sanden met den Kerkvoogd hebben ingegaan: [dan deze wees den voorflag heufchelyk van lcde hand , nadien de Sraten aan beide zyhden des Yffels bcdugt waren > dat zy daar L 5 door  170 Tegenwoordige Staat historie, door nog meer dan te voren afhanglyk zouden worden van het Ooftenrykfche I (a) huis (a). Met de Gelderfchen floot men I Bij. in jn jen jare ï^ip. eene overeenkomft, volgens welke men wederzyds de misdadi- 1 (b) gen in elkanders landen mogt vervolgen (b). uj5i.De Biffchop was ten dezen tyde in gefchü Momten, geraakt met den Grave van Yfenburg, die, •" 75' eenige aanfpraak op ons Geweft voorwen- I dende , derwaarts met een leger afzakte. I Dan de Hertog van Gelder weigerde denzeiven den doortogt door zyne. landen, f en deze zaak fchynt geene verder gevol- I srJuelh. §en gehad te hebben (c> Met dit alles Geu. Ge', bleef de goede ve-ftandhouding tuffchen Fi- I 356;lips en den Hertoge maar van korten duur. De ftad Kampen, welke fteeds in bezit I geweeft was eenen tol op den Yflel, haar \ door Biffchop Fredrik van Blankenheim afgeftaan, te heffen, had eenige jaren her- I waards beweerd; dat dit haar regt zig zo verre in zee uitftrekte als het water niet dieper was dan drie en eene halve elle, en' dat gevolglyk de fchepen die in of uit het I Zwarte-water kwamen, zo wel als die den I Yflel bevoeren, tot betaaling van dezen tol verpligt waren. De koophandel namelyk, welke zig, zo het fchynt, langzamerhand van Kampen naar Zwolle verlegd had , moeft noodwendig de vaart op het Zwarte-water in evenredigheid doen toenemen; I te meer nog daar men, van dezen ftroom gebruik makende, het tolhuis te Kampen niet behoefde aan te doen. Ligtelyk begrypt men, hoe zeer dit de inkomften van de-  van OVERYSSEL. 171 leze Stad krenken moeft, en hoe veel be-historie. ang zy had den tol ook aan den mond van t /.warte-water te vorderen. De Zwolchen in tegendeel kreten dit uit voor eene lieuwigheid , en weigerden volftiektelyk ;ig daar aan te onderwerpen. Van weder•ydfche vertogen kwam men tot daden. 'len Zwolfch Schip werd door die van is«>. Campen gewapender hand genomen ; en oen dezen niet te bewegen waren om het;elve te flaken, namen de Zwolfchen eeni;e Kamper burgers gevangen. Vergeeffch xagtede de Raad van Deventer zyne twis:ende nabuuren te vergelyken. Vergeeffch teonden de Staten van het Nederftigt , tot iet zelfde oogmerk , hunne gezanten hervaards. De Biffchop zelve poogde vrug-.eloos den voortgang des gefchils door zyn fezag te fluiten. Men bewerkte wel, dat de gevangen burgers los gelaten werden , tn dat het aangehouden fcfu'p wederom in des eigenaars handen kwam: doch men kon niet beletten, dat de twee Steden zig, hanjgende deze onderhandelingen, als om ftryd tegen elkander wapenden , en elkander by Llle gelegenheden vyandelyk behandelden. Dit duurde tot in den aanvang des volgenden jaars, wanneer Koning Karei, on- 1521iiangs tot de Keizerlyke waardigheid ver|heven, haar vermaande zig aan de uitfpraak i van haren Landsheer en de Staten van het !Nederftigt en van Overyffel te onderwerpen, en inmidddels alle krygsbedryf te fta;ken. Toen gaven zy in der daad ieder hare belangen, in gefchrift gefteld, aa de fcheids-  17 s Tegenwoordige Staat HisTORn.fcheidslieden over: dan een misverftand» tuffchen den Biffchop en de Staten zeiven opgerezen , was oorzaak dat eene behoorlyKe uitfpraak niet zo fpoedig volgde, of die van Zwolle hadden gelegenheid eenen aanflag ie doen uitberften, welke de hoop zelfs tot een vergelyk moeft fmooren. Een zeker wantrouwen, het zy met het zy zonder grond, door de Wethouderfchap van deze Stad tegen den Biffchop en den Keizer opgevat, deed dezelve in heimelyke onderhandeling treden met Hertoge Karel van Gelder, die zig deze gelegenheid, om den Huize van Ooftenryk afbreuk te doen, niet liet ontflippen. Men trof dan eene overeenkomft , welker voornaamfte punten behelsden : dat de Stad zig zoude Hellen onder des Hertogs befcherminge , en dat zy van twee Vorften, haar door den Hertoge aangeboden, éénen, ten behoeve van den H. Marten en van het Roomfche Ryk, tot haren Landvorft zoude aannemen , op hoop dat deze vervolgens Bisfchop van het geheele Stigt worden mogt, het welk men met allen vlyt zoude helpen bewerken ; waar tegen Karei de Kampers moefle ftraffen, en hen noodzaken om van de vordering des tols af te zien. Op den agtften van Hooimaand werd dit verdrag geteekend , en ten zelfden dage ontfloegen de Zwolfchen zig openlyk van den eed aan Biffchop Filips gedaan. Des nagts te voren hadden zy, die dit werk voornamelyk dreven , gezogt zig met verraffing van "de Stad Halfelc meelter te maken j maar de onder- j ne- ;  ven OVERYSSEL. 173 üjmeming was mislukt. Twee of drie dagen historie. 1 later overvielen zy eenige Edelen, die, op Ide mare der omwenteling, te Nyerbrugge, som te raadpleegen , vergaderd waren, en ilnamen verfcheiden van dezelven gevangen. 'iVervolgens vernielden zy ettelyke adelyke inaby gelegen huizen. Kortom zy gedroegen zig federt als vyanden van allen die 'pg der gehoorzaamheid aan den Kerkvoogd ilniet hadden onttrokken. De Stad Haffelt, mie men niet had kunnen overhalen óm des ■afïertogs zyde te kiezen , werd aanftonds 1 jwederom belegerd: doch na weinig dagen, ■ jdoor de landlieden uit Vollenhove benevens iÈe Kamper burgery, ontzet. Hier op wierp ' Karei eenen hoop volks in Genemuiden, om Ijius den toevoer aan Haflelt af te fnyden, I ra eenen nieuwen kans tegen dit Steedje ' re wagen: eene onderneming die even weiving als de vorigen gelukte ; dewyl de Bisiichop, na lang dralen, met onderftand uit '{Holland, in Wynmaand te Kampen aangekomen, hem noodzaakte andermaal het beeg op te breken. Ondertuflchen hadden i ::yne wapenen elders meerder voorfpoed. ïen klein Overyflelfch leger , op de Vepwe ftroopende, werd geheellyk door hem a;eflagen. Hy ftelde Drente onder brand; chatting , liep Twente af, en veroverde ;:enige floten in den omtrek van Devenl|er(.d), welkeStadhy ook uittwee blokhui- c<0 ten, aan den gindfchen kant des Yffels opge-uXf' worpen, met alle magt poogde te knellen (e). II Niet minder deden de rampen des oorlogs snc/,/elh. |;ig gevoelen aan die van Zwolle. Des Bis- ^g!,-361 fchops  174. " Tegenwoordige Staat historie, fchops benden, den vyanden alle mogelyke afbreuk doende , ftaken eene der voortsas. fteden in brand. De Keizer, by wien de Stad zig vergeeffch wegéns haren afval zogt te regtvaardigen, verklaarde haar, te gelyk met de Gelderfchen en Friezen, voor op- | roerig. Ook zond hy een goed getal knegten onder Jurriaan Schenk naar Overyffel, dié de Gelderfchen eerlang uit twee fchans- f zen , de één by Zwolle de ander by Has-1 feit gel« gen, verjaagd hebbende, den Zwollenaaren , welken door het affnyden des toevoers tevens gebrek aan levensmiddelen begonden te gevoelen, den moed deden zinken. Om denzelven wederom op te beu- f ren ondernamen de Gelderfchen de belege- j ring van Steenwyk : doch deze ongelukkig beflagen, en voorts tyding ingelopen zynde dat Genemuiden, door Schenk berend , op het punt ftond van veroverd te worden , gaf men byna alle hoop verloren. In dezen ftaat der zaken kwam Hertog Karel ter goeder uure te Zwolle. Ylings verzamelde hy eene aanzienlyke magt, toog daar 'mede naar Genemuiden, viel aan op de belegeraren, en verfloeg het leger van| Schenk dermate, dat hy in 't vervolg geenen wederftand van het z lve behoefde te vrezen. Toen de handen ruim hebbende, dwong hy kort daar op de Stad en het Slot Koeverden in Drente zig aan hem over te geven, en vermeefterde de huizen Grams-f bergen en Diepenheim in Twente. De twee Steden, Deventer en Kampen, weinig hulpe van den Biffchop ontvangen, de,  van OVERYSSEL. 175 de, en thans ook meêr en meer door denmsTORBE. Hertog benaauwd wordende, bcfloten eindeiyk zig met dezen te verdragen. By de voorwaarden van den vrede, die op den vierden van Wynmaand getroffen werd, beloofden zy, ^eenerhanden byftand meêr aan den Biffchop van Utrecht tegen den Hertog te zullen vereenen , en geenen nieuwen Kerkvoogd te sullen aannemen, dan die, ten genoegen des Hertogs, beloofde, met hem in vrede en eendragt te willen leven. Karei verfprak haar zyne aefcherming, ook tegen den Biffchop zeiven. jZulken uit de Ridderfchap, de kleine Steden :n Vlekken des Overftigts, als zig hier in by ie twee Steden voegden, werden in het verIrag begrepen. Deze vrede, door den Herrog met weinig goede trouwe en door de aeide Steden uit nood aangegaan , was verre /an de ruft te herdeden. Inzonderheid gaarde het laatftgemelde punt al aanftonds aevige gefchiilen. Verfcheiden plaatzen van ms Geweft , daar onder de Steden Haselt, Steenwyk, Oldenzaal , Vollenhove, varen nog getrouw g bleven aan Biffchop filips. Thans dreven de Gelderfchen en ^wolfchen, dat Deventer en Kampen de:elven moeften overhalen om het verbond e omhelzen , of anders de fchade , hun ran dezelven toegebragt wordende, te vergoeden : terwyl de twee Steden met regt taande hielden , daar toe noch in ftaat, aoch uit hoofde van het verdrag gehouden :e zyn. Dit, gevoegd by meerder andere oezwaarniffen , gaf aanleiding tot veelvulilige onderhandelingen , welke allen even vrug-  iy6 Tegenweardige Staat Hktohw.vrugteloos afliepen, en den Hertog derma152J. te verbitterden, dat by niet alleen alle ge- ' meenfehap tuflchen zyne onderdanen en de Overyffelfchen affneed , maar ook de inkomften der Edelen en twee Steden in beflag nam , en derzei ver goederen, in Gelderland liggende, verbeurd verklaarde. Reeds te voren bad hy zig eerder als Vorlr. dan als Befchermheer der Overyffelfchen gedragen. Berend van Hakvoord, j Droft van Zutphen, had hy tot Stadhouder j van ons Geweft, en Jacob ten Sterte tot j Rentmeefter van Zalland, aangefteld, welke laatfte alles, dat te voren aan den Bisfchop betaald werd, ten behoeve van KaCQ rel invorderde (f). Met dit alles paarde j P fiy het uitfehryven van fchattingen , wel- 1 ken, van dag tot dag , zwaarder werden, | en door de uitgeputte ingezetenen minder , konden worden opgebragt. De Steden Deventer en Kampen , dus in 't naauw gebragt, zouden niets liever gezien hebben, dan dat Filips haar uit deze onderdrukking had kunnen verloffen. Te Zwolle zelve, waar trouwens de algemeene ftem nimmer voor Hertog Karei geweeft was , begon men openlyker tegen die genen, welken de Stad aan 's Biffchops gehoorzaamheid onttrokken hadden , te morren In der daad was deze Stad nog in grooter engte gebragt dan de anderen. Het was den Gelderfchen wel gelukt Steenwyk te overweldigen ; doch zy hadden de plaats weinig weken daar na wederom verlaten , en de 1 bezetting van Haflelt, fteeds aan Filips zy- I del  van OVERYSSEL. 177 ie gebleven , deed den Zwollenaren, door ihsTowisi lies rondsom de Stad weg te ftroopcn , Ie grootfte' afbreuk. Alle nering ftond te Zwolle ftil, alle handel in de Nederlanden vas den Burgeren van 's Keizers wege vertoden. Het misnoegen nam nog fterker toe, ia dat Karei, dien men fteeds geweigerd lad bezetting in de Stad te leggen , hoewel •crgeeffch, getragt had drie vendelen knegen by verrafling daar binnen te werpen ; 'ooral daar men van hem , die thans ook eheel Friefland verloren had, zig luttel Jyftands meêr durfde belooven. Eindelyk aakten met den aanvang des volgenden jaars h*¥ e Gclderfchgczinde Regenten van het kusen. Sommigen van dezelven weken zelfs* veiligheids halve, buiten de Stad. Andeen egter van den zelfden aanhang willen ;e Burgery te overtuigen, dat de Hertog, 1 perfoon daar komende, de vervallen za:en zoude herftellen. Op den vierden van lentemaand ftak Karei van Hattem over den Tflel, doch , tegen zyn gegeven woord* met en aanmerkelyk getal knegten, welken hy net zig ter Stad hoopte te doen intrekken; )it mislukte. Hy zelve geraakte binnen de joort, maar de gewapende burgers floten iet Krygsvolk buiten: en toen, zynen aanlag verydeld ziende, en zig niet veilig bin'ien de Stad agtende , trok hy des anderen daags , zonder iets wezenlyks verrigt te nebben , naar Gelderland te rug , met oog'inerk om zig op 't gevoeligfte over dezen aoon te wreeken. Zy , die te Zwolle des Biffchops belangen M aan»  17 S Tegenwoordige Staat HisTopae. aankleefden , waren al in den afgelopen jare in hdmelyke onderhandeling getreden met de twee andere Steden. De vrees voor den Hertog maakte , dat zy thans by dezelven aandrongen op het fpoedig fluiten van een verbond. Op den elfden van Grasmaand werd hetzelve geteekend; belovende de drie Steden daar by , ten eeuwigen dage aan het Stigt van Utrecht en aan elkander getrouw te blyven, elkanders voorregten in waarde te houden , en elkander met alle magt, in 't byzonder ook de Stad Zwolle tegen den Hertog van Gelder, de PufÉd. behulpzame hand te zullen bieden (g). Eer obf. fitr. dit tot ftand kwam had Karei reeds voor laatft[v1nApp.genoemc,e Stad het beleg gefJagen : doch p-353. weinig hoop ziende om dezelve te bemagtigen, deed hy zelve , onder bemiddeling van Deventer en Kampen , den eerften voorflag tot een vergelyk, welk eerlang werd getroffen. De Hertog en de Stad zouden, volgens hetzelve , zig wederzyds van alle vyandelykheden onthouden , hunne gefchiilen aan onzydige fcheidslieden verblyven, en den handel voor beiderzyds ingezetenen openftellen. Ondertuffchen zouden die van Zwolle met den huize van Bourgondie, of deszelfs aanhangeren , niet x£m, p.moSen handelen (h). Des daags na 't Huisa*. ' 'ten van dit verdrag, zynde den laatften van Grasmaand, werd het beleg opgebroken, met den aanvang van het welke Biffchop Filips van Bourgondie was overleden. . De keuze van eenen nieuwen Biffchop, die op henrik van beieren , broeder des Keur-  m OVERYSSEL. 179 Kcurvorfts van de Palts (i), viel, was zohistowi. veinig naar den fmaak van Hertog Karei, . (!) Welke eenen zoon zyner zufter had aange-^'f-totn> Drezen, dat hy zig wederom tot den kryg 1. p. uo. * bereidde , en wegen en ftroomen voor de Dveryflelfchen gefloten hield. In 't byzonler fneed hy der Stad Zwolle op nieuws illen toevoer af, en zogt Deventer en dampen door dreigen af te fchrikken van detëlve te onderfteunen. Dan dezen bleven retrouw aan het onlangs gemaakte verbond, :o wel als Karei , toen hy dit bemerkte , an zyne gedane bedreigingen. De drie Stelen , de eenigen welken zig in dezen beoerden tyd met 's Lands zaken konden benoeien , drongen, dus in 't naauw gebragt, ty den nieuwverkoren Kerkvoogd aan, om .enen vaften vrede met den Hertoge te beverken. Biffchop Henrik bewoog den Keur'orft van Trier , om zig als middelaar te geragen ; doch de byeenkomft, hier op in 't oorfte van Herfftmaand te Nuis gehouden, :ep vrugteloos af, en Karei hield niet op e Zwolfchen hoe langer zo meer te kwelen. Eindelyk kwam Henrik in Slagtmaand elve in Overyffel , en bragt, na de ge/oonlyke huldiging in de drie Steden en op en Spoolderberg ontvangen te hebben , een eger op de been , waar mede hy Zwolle )efchermde, en vervolgens het Huis teRechsren , van welks bezetting de Stad veel f lyden had , belegerde. Dan gebrek aan eld noodzaakte hem deze onderneming te :aken. Middelerwyl had de Kcurvorft van Trier M 2 niet ^  l8o Tegenwoordige Staat Historih. niet opgehouden zyne poogingen tot vrede I aan te wenden: en toen het hem eindelyk gelukt was, den Biffchop en den Hertog I in eenen ftilftand van wapenen te doen be- | willigen, trad men te Deventer in onderhandeling , en trof op den negentienden van Wintermaand een verdrag van vrede. De Biffchop zoude vyftigduizend Rhyn-1 fche guldens tellen aan Karei, die de Steden Genemuiden en Enfchede, benevens de floten Lage en Rccbteren , zoude inhouden, 1 tot dat deze fomme was voldaan: Drente en Diepenheim zouden door den Hertog zo lang hy leefde bezeten , doch naderhand wederom aan het Stigt gehegt worden ; zo egter 1 dat de Biffchop , indien Karei kinderen na- I liet , voor de inloffing andere vyftigduizend guldens aan dezelven zoude moeten betalen, j Deze waren de voornaamfte voorwaarden , waar men nog één punt, de Stad Zwolle afzonderlyk betreffende , kan byvoegen ; dat zy namelyk jaarlyks vyfhonderd goud-1 guldens aan den Hertoge zoude moeten op- 1 brengen , of dezelven met tienduizend j goudguldens Ioffen. Veel zwarigheid had 1 1525- het in de beloofde vyftigduizend Rhynfche guldens byeen te brengen. De Staten van het Nederftigt hadden den Kerkvoogd wel eene merkelyke fomme beloofd, zo dra hy zig met Karei bevredigd en het Overftigt j uit deszelfs handen te rug zoude bekomen I rr.a\rphebben i dan dit geld, ook behalven datl fj'etfh "P' ongenoegzaam > kwam niet zeer geredelyk 1 ^a«/.tom.ih (k); en toen Henrik onderftand in O- 1 ï.p.10». veryffel zogt, konden de Ridderfchap cn de J drie I  van OVERYSSEL. ï8ï drie Steden niets eens worden over de wy- asTofai ze van de penningen te Heffen. De Steden namclyk beweerden tot geenerhande bètaling van beden of" fchattingen te wezen gehouden. Men zorgde egter dat het geld aan den Hertog geteld werd , en deze deed de vier plaatzen , door hem in bewaring gehouden , ruimen. Thans fcheen ons Geweft eenige ruft te zullen genieten : dan de tweefpalt, die binnen Zwolle fteeds bleef heerfchen, was oorzaak dat men weinig vrugten plukte van het getroffen verbond. De ballingen, met andere Gelderfchgezinden , deden eerlang wederom eene pooging om de Stad in Kareis handen te leveren. Toen dit mislukte, bewerkte de Hertog , dat zy met de Stad wierden verzoend. , Sedert gaven derzelver oproerige bedryven , en de maatregelen , door de Zwolfche Wethouderfchap genomen, om hen te ftraffen of in toom te houden , :den Hertog onophoudelyk vobrwendzelen tot klagten aan de hand , en om de Overyffelfchen te kwellen. Herhaalde onderhanidelingen en overeenkomften, waar in de vrees byna alles dat hy vorderde deed inwilligen , werkten niets uit dan nieuwe eifchen te doen geboren worden. Reeds in ;den jare 1526. had hy wederom bevelfchriften uitgevaardigd, waar by den ingezetenen ,werd verboden, des Biffchops renten aan ie1 mand dan aan zynen Rentmeefter te betalen, jlïn 't volgend jaar maakte hy zig meefter van tsv> t eene fterkte onder de muuren van Kampen: ] 1 en een nieuw verdrag , in 't welk hy voor M 3 een.  182 Tegenwoordige Staat Historie.een oogenblik fchecn genoegen tc nemen, kon niet beletten , dat' hy , maar korten tyd daar na, de openbare vyandelykheden hervattede. Biffchop ïlenril:, welke al van den beginne zyner regering met die van Utrecht over hoop gelegen had, ondernam op den eerften van Oogftmaand zig met een goed getal rui. ters in de Stad te werpen, en dezelve door j dat middel handelbarer te maken: dan hier ] in werd hy belet door de burgers, die aan- 1 flonds by den Hertog van Gelder aanzoek deden, om tot hunne befcherming toe te fchieten. Karei, geene gelegenheid om zyn gezag in 't Stigt t-e fterken verwaarloozende , bragt zonder dralen bezetting binnen U- I li l*Wtrcckt CO» en nam tevens uit dit voorval AnmU p- aanleiding om de Overylfelfchen te befchul- , digen , dat zy den Biffchop het geweldig vermeefteren van die Stad hadden geraden. Vergeeffch trad men met zyne Raden in onderhandeling op hoop van hem te bevredigen. Nog in dezelfde maand verrafte hy Haflelt, en vervolgens maakte hy zig meester van Genemuiden , cn meêr andere plaatzen of floten, uit welken , en eenige opgeworpen Schanzen, hy onze fteden, Zwolle inzonderheid, even als te voren begon te plagen (m). Dit viel te gemaklyker, l nademaal de uitgeputte Overylfelfchen naauwlyks eenigen tegenftand boden , en fteeds j heul zogten in minnelyke handelingen. Dan S naar mate de Staten zig toegeeflyker toonden om zyne eifchen in te willigen , be- ; ftond Karei hun harder en harder voorwaar^ | den •  van OVERYSSEL. 183 den voor te fchryven : tot dat zy ten laat-««tori*. iten , bemerkende dat de Hertog niet minder dan volftrekte overheerfching bedoelde, op éénmaal alle onderhandeling afbraken en geweld met geweld befloten te keeren. Het is waarfchynlyk , dat de Gelderfche overmagt hen zoude belet hebben hier in te dagen , en zeker, dat hunne eerfte krygsverrigtingen ongelukkig uitvielen : doch thans deed zig een ander uitzigt op, welk in ftaat fcheen hen voor altoos van Kareis ondernemingen te verloffen. Zy ontfloegen zig in der daad van 't juk des Hertogs : maar niet dan door zig een ander op den lihals te laden, welks drukking zy , zo wel als de andere Geweften van onzen nu verlenigden Staat, eerlang gevoelden (10). De Biffchop, zig onmagtig vindende de Ifterke voortgangen, die de Gelderfchen zo iwel in het Nederftigt als aan deze zyde des Yffels maakten, te wcderftaan, was in het .midden van Slagtmaand met Gemagtigden des Keizers , te Schoonhoven , in onderhandeling getreden, en had aangeboden het ganfche Stigt aan den genen te zullen i afftaan , welken de Keizer daar toe zoude ; benoemen , onder voorwaarde , dat deze M 4 het- (10) In 't befchryven ckzer onluften, van den jare 1520 tot op dit tydpunt , hebben wy blootelyk . de Gtfchiedeniffen van Zwik van den Heer B. J. van h.Hattum gevolgd, om dat wy daar eenige ongedrukte ■ ftukkcn aangehaald vonden , welken , onzes wetens, nog do'or niemand anders gebruikt waren. Alleen hebben we , tot meerder opheldering , 'er nog hiéï ■ en daar eene enkele aanhaling op den rand bygevocgd.  I§4 Tegenwoordige Staat hist»(ue. hetzelve onder zyne berfcherming nemen 9 en den Kerkvoogd een jaarlyks inkomen vaderl gunnen zoude (n). Schoon dit aanbod in : R.^VenZulke algemeene bewoordingen gefteld werd, \ 9.1. eVim was het egter niet twyftelagtig, dat die gir aa»,benoemde geen ancj6r zyn iiondQ dan de Keizer zelve. Al voor lang had het huis \ van Bourgondie geene gelegenheid laten flippen, welke deszelfs gezag in het Stigt konde uitbreiden. Hertog Filips de I. fchynt reeds, in 't midden van de vorige eeuw , m«t den ongelukkigen Biffchop Rudolf van Diephout over zulk eenen afftand te hebben j #J?0,p. gehanc,eld C°) : en het is waarfchynlyk, ' ° dat Karei ten dezen tyde voorbedagtelyk het Stigt tegen zynen èrf-vyand, den Hertog van Gelder, niet heeft willen te huL pe komen , voor dat het , in de uiterfte laagte gebragt , zig op zyne eigen voorwaarden in zyne armen moeft werpen. Wat 1 hier van zyn moge , de Staten van Over- 1 yflel, onderrigt van het geen te Schoon- ] hoven op het tapyt was, zonden drie Ge- j heimfchryvers van de drie Steden derwaards, om de raadpleegingen by te wonen. Eg-> ter werd hier niets beöoten, dan dat men (j0 in dü volgende maand te Kampen byeen itvhs.v.komen en nader fpreken zoude (p). £44' Ten beftemden dage zag men hier FIo- ] ris van Ëgmond Grave van Buuren , Jur(q) gen Schenk Stadhouder van Friefland , en I 4'^™'= anderen , met eenen geloofsbrief van de ! TrJ^A-Landvoogdefle Margarete (q) voorzien, zo l ffi plnf^1 & de Afgevaardigden der Staten, ver- | \.p«g.5. febynen. Dan, daar dezen, wel in laft had- * den ? :  van OVERYSSEL. ït> den, den Keizer de verkiezing van hunnen histom*; Landsheer , en alle voordeden , de heerfchappy zelve alleen uitgezonderd, in te willigen ; en nogthans de Keizerlyke Gemag-tigden naar geenerhande aanbiedingen wilden luifteren , ten zy de Overyffelfchen Karei , als Hertoge van Braband en Grave van Holland, met toeftemming des Bisfchops , voor hem en zyne erfgenamen, :tot Erfheere wilden aannemen (n); was men genoodzaakt, op nader beraad , te fcheiden. In den aanvang des volgenden jaars werden «at, i de onderhandelingen hervat, en fchoon de Hertog van Gelder niet naliet zyne poogingen aan te wenden om dezelven te doen miflukken (r), floot men reeds den zevenden van Louwmaand, ianHattum iop 's Keizers welbehagen, een verbond, welk"-D. u. als de grondflag vanOveryffels Staatsregt voor0 volgende jaren mag aangemerkt worden, doch waar van we , wegens de bekrompenheid ' van ons beftek, flegts het voornaamfte zullen melden. De Staten beloofden Keizer Karel , ingevolge den eifch in de vorige byleenkomft gedaan, tot Eerfheer te zullen !; aannemen,- en bedongen, dat dezelve hier op de goedkeuring van den Paus verwerven , of hen anders zo wel tegen dien als tegen alle anderen befchermen zoude ; dat i dezelve geen vrede met den Hertoge van M Gelder zoude maken voor dat de landen M 5 en (11) Zie de bedingen van 's Keizers gémagtigden by'Pufendorf Obf jur. Univ. torn. IV. in Append, p. 366. waar men ohderwyl voo/ Stptembris bèhoorr. ■ te lezen Decembris,  i86 Tegenwoordige Staat HitTOKK. en plaatzen , welken van Overyffel waren afgefcheurd , Wederom daar mede werden vereenigd ; dat alle hunne regten en voorregten zouden ongefchonden blyven • dat niemand voor eenen anderen dan zynen gewoonlyken regter zoude worden te regt gefield • dat het land niet boven vermogen zoude belaft worden; en dat Ridderfchap en Steden, met toeftemming van den Keizer of deszelfs Stadhouder , de uitzetting der fchattingen zouden doen als naar gewoonte. De Steden in 't byzonder voegden 'er die voorwaarden by, dat ook hunne vryheden van de Hanze ongefchonden blyven , en zy in 't vervolg nimmer gedrongen worden zouden om iets te doen «oy»**w«tegen den tydelyken Keizer (s). Dit gePapendr.^ handelde werd op den elfden van Sprok- fu'ftndorf. kelmaand met Kareis goedkeuring bekrag- üWr.wm t]Sd' en °P den daS daar aan volgende ontiv. inApp.'floeg Henrik van Beieren de Overyffelp. s«s. fcnen 3 ^ eenen bezegelden brief, van den eed aan hem gedaan. Egter liep het aan tot den derden van Lentemaand, eer Schenk, dien Karei tot Stadhouder van ons Geweft aangefteld^, en tevens gemagtigd had om de hulde zynent wege te ontvangen, te Kampen aankwam. Eene bende Krygsvolk mede gebragt hebbende , verjaagde hy eerft de Gelderfchen uit eenen fchans, welken zy digt by deze Stad bezet hielden , en vervolgens gefchiedde de inhuldiging. De Gemagtigden der Staten zwoeren den Keizer trouwe , en Schenk beëedigde van zynen kant de onderhouding van 't gemaakte verbond. Het  van OVERYSSEL. 1S7 Het zelfde had ook plaats ten aanzien vanHHTom. j de drie Hoofdlieden in 't byzonder , eerft j te Kampen , daar na te Deventer, en einIdelyk binnen Zwolle (12). Meerder werks had het in dezer zaak in ft Nederftigt haar beflag te geven , wyl het t nodig was den Hertog van Gelder , die de , Stad Utrecht en andere plaatzen nog inhad, : vooraf van daar te verdry ven. Dan de Keiizer verwierf eenen aanzienlyken onderftand ;van de Hollanders en eenige Brabandfche Steden : en zig tevens, door het treffen van : een beftand, uit eenen oorlog met Frankryk en Engeland gewikkeld hebbende, kreeg hy de handen ruimer. Hertog Karei werd wei in dit beftand begrepen , onder voorwaarde, dat hy de beide Stigten , zo wel als Groningen en de Ommelanden , den Kei:zer vrywillig zoude inruimen : doch men wagtte niet af dat hy zig hier op verklaar3 de , en zettede de krygsbedryven met zo :• veel nadruk voort, dat men hem eerlang verfcheiden plaatzen , en daar onder ook de •Stad Utrecht, ontweldigde; waar op dan ook de inhuldiging in het Nederftigt volg!de(t). Omtrent ten zelfden tyde beves-F(j£<) tigde de Geeftelykheid der vyf Godshui- m> xvr. :zen , welke thans wederom onbelemmerd B:§-24"2y■kon vergaderen, de overdragt van Over,yffel , zo als dezelve door Ridderfchap en^ynckva» •Steden was gefchied (u), en gaf de benoe-/./fp"^ ming (12) Zie Pufendcrf l. I. pag. 372. van Hattum , , Zwolle , II. D. bl. 335- Revii Daventria, p. 245. \waar de woorden van den eed, zo als die door den. i Stadhouder gedaan is, kunnen gevonden- worden»  ï88 Tegenwoordige Staat MjsTORis.ming van eenen Biffchop voor 't vervolg aan de tydelyke Hertogen van Braband en nJ.^l. Graven van Holland over (v). Al dit ge4*. handelde werd in den volgenden jare door eene Pauslyke bnlle bekragtigd , en kreeg 7^w) daar mede zyn volkomen beflag (w). De iso. ' Keizer voerde federt in zyne opene brieven den titel van Heer van de Stad, Steden en Landen van Utrecht en Overyffel. Terwyl het verhaalde in 't Nederftigt gebeurde , had de Stadhouder Schenk niet verzuimd, ook van dezen kant de Gelderfchen aan te taften. Reeds in Grasmaand was het beleg geflagen voor de Stad Hasfelt , welke op den eenentwintigften van Bloeimaand by verdrag overging; en, behalven eenige Gelderfche plaatzen, vielen de fchans aan de Zwartefluis en Genemuiden vervolgens mede in des Stadhouders hanchm (x). Hertog Karei, dus in de engte %"337ju-gebragt, begon te haaken naar den vrede; wei'Di'»i-en ' dewyl men van 's Keizers zyde daar ter', «««/.van ook niet afkeerig was , werd dezelve tom.n.p. iïi het voorfte van Wynmaand getroffen. By de voorwaarden werd beraamd,, op welken voet de Zwolfche ballingen wederom binnen de Stad zouden worden toegelaten, en vaftgefteld , dat die Stad in het bezit van het Koter veer zoude worden herfteld. De brug over den Yffel te Deventer, geduurende de onluften door den Hertog vernield, zoude, zo lang hy leefde, niet mogen herfteld worden. Eindelyk, want het overige heeft geene regtftreekfche betrekking op ons Geweft, zouden Groningen en  van OVERYSSEL. 189 jen de Ommelanden benevens Koeverden enhistomk Drente aan Hertog Karei en zyne nakomelingen verblyven, en by gebrek van dezen ] vervallen aan den Keizer. Het verdient onze opmerking , dat dit I verdrag niet alleen buiten medewerking der Staten geklonken werd , maar tevens met I zo veel geheimenis , dat geene der Steden jeen affchrift van hetzelve konde bekomen. BB' hun fchuldig was , alzo het hem yryfiond vrede en bejïand te maken buiten kennis en (z) toeftemming der Onderzaten (z). üïft'xvi/ B. §. 2»- Dus de Gefchiedeniffen van Overyffel tot ';:dat tydpunt gebragt hebbende, waar in de. :ze Landfchap met de voornaamfte andere 'Nederlanden onder de zelfde Heerfchappy 1 [gebragt is, oordeelden wy den aart van lïons beftek geen verder vervolg te lyden, \'!De zaken in haar verband voor te dragen, '] 't welk naar mate men voortgaat uitgebreider  190 Tegenwoordige Staat historiï. der wordt, zoude ons buiten alle palen voeren. Enkele uit het verband gerukte gebeurteniffen aan den Lezer op te diffchen, zoude van weinig nut zyn. Genoeg zy het dan denzelven , ten aanzien van het geen dit Gewefb in volgende tyden nevens de overige Nederlanden is overgekomen, tot het eerfte Deel van dit werk te verzenden. DER-    HEDENDAAGSC HE HISTORIE O F TEGENWOORDIGE STAAT VAN ALLE VOLKEREN; Behelzende de Befchryving der VEREENIGDE NEDERLANDEN, En wel in 't byzonder van OVERYSSEL. Jftt DEEL, Ilde S TU K. Te AMSTERDAM. LEIDEN, DORD. en ffARLlNGEN, Èy P. Schouten, J. de Groot, G. WARNAftg$ 8. en J. Luchtmans , A. en P. Blusse'4 en V. van der Plaats. j^DCCLXXXVÏ? §Iet Privilegie  De Kopers worden verzogt dit Ifc Deel der Befchryving van Overysfel nog niet te laten inbinden ; uit hoofde van de Kaart en Tytelplaat, die te gelyk met het volgende Deel zullen uitgegeven worden.  van OVERYSSEL. 191 DERDE HOOFDSTUK. tRegeering van Overysfel onder de Bisfchoppen en volgende Landsheeren. Overgang der Oppermagt van den Landsheer op Ridderfchap en Steden. Indien men den oorfprong van den vorm Regering onzer tegenwoordige regering , en de£"^rsl£ec. menigvuldige omftandigheden , die inren. den loop der eeuwen het hare toegebragt hebben om dezelve tot de hedendaagfche gedaante te brengen s omfJagtig wilde nafpooren; zoude men bevinden, dat veel, van het gene thans by ons plaats heeft , int inftellingen van gryze ert byna vergeten tyden kan worden afgeleid: doch nafpooringen van dien aart zouden het bellek yan dit werk te buiten gaan , waar in wy het voldoende agten zo veel van het oude by te brengen , als nodig zyn zal om het tegenwoordige duidelyker te doen begrypen, Ondertusfchen kunnen wy niet voorby in 't algemeen op te merken , dat men , zo verre de gedenkfehriften iets zekers aan de hand geven , geen tydvak vinden zal, waar in de bewoners van ons Gewest hunne halzen onder het juk van een eenhoofdig en willekeurig gebied geIduldiglyk hebben gebogen : eene aanmerking , welke aan de voorftanderen der Vryhcid , de eenigen die het genot varï N der-  192 Tegenwoordigs Staaï Hboemno derzelver vrugten waardig zyn , het be° ONDER Df j. 1 " 1-1 landshse moedigend vooruitzigt fchynt te geven 5 *EN- dat de dienstbaarheid , als eene uitheemfche plant, weinig gefchikt zy , om ook in 't vervolg vaste wortelen in onzen grond te fchieten. tfrinWcht Het is onnodig de zaak hooger op te koningen- j^ien } jan van de tyden der Frankifche Koningen : en ten aanzien van dezen zullen wy nog niet meêr dan in 't voorbygaan aan teekenen , dat wel fommigen * misleid door deze en gene uitdrukking in it(*p de gedenkftukken van dat tydperk voorkoCorp. Hip. mende, derzelver gezag als geheel willem.t.^ keurig gefchetst hebben (a) ; doch dat anderen , den aart der volken en de omfranCb) digheden van die dagen beter doorziende, H%f[fn en tevens de gebeurtenisfen met elkander charics k vergelykende , ten vollen hebben bewe37médit.inZen , dat de wetgevende magt niet by 4t0- den vorst alleen 3 maar ook tevens by de onderzaten , berustede (b). Bisfchop- Over het gezag , welk de Utrechtfche Bisfchoppen in het Stigt geoeffend hebben , is reeds in een vorig deel dezes werks in 't algemeen gefproken (c): weshalven wy ons hier zullen bepalen tot het j ttgeÜ Scne byzonderlyk heeft plaats gehad in O- j uuLhT vervs^e' ' waar de wetgeving, geduurenttoJiMt. 3de het bewind dier Kerkvoogden , niet altoos op- den zelfden voet gefchied is. Dit zal niet duidelyker kunnen blyken , ■ dan wanneer wy de voornaamfte voorbeelden van welken de gedagtenis bewaard is , \ met in 't oog houding yan de tydsorde 9- voor  .van OVERYSSEL 193 voor den Lezer openleggen. BlootelykRGCE*iNa i .zullen wy vooraf in 't algemeen met eenCSösHM, i enkel woord aanteekehen , het gene doorRIN« anderen (d) breeder betoogd is , dat het aloude gebruik van wetten in te voeren , bf liever van onzekerheden in het regt tot zekerheid te brengen, door middel van C<0 oordeelen in de Landsvergaderingen , byySfc«£ wyze van vonnis buiten pleitgeding \ uit- f^k\f .gefproken , langzamerhand plaats maakte *" ° -*! voor een ander , volgens hetwelke men de voornaamfte byzondere regten en gewoonten eener Landftreek zamenbragt , en , fomtyds met nieuwe regten vermeerderd , onder den naam van Landbrieven in gefchrift Helde : en dat deze Landbrieven , fchoon niet zelden door den Bisfehop en deszelfs Raden ontworpen , gee-? ne kragt hadden , dan na dat zy door de Standen of Staaten van zulk eene Landftreek goedgekeurd , en door een verdrag of onderlinge overeenkomst tusfchen dezen, |n den Landsheer .bekragtigd waren. Boven (V). vonden wy gelegenheid om ^9 :e doen opmerken, dat Bisfchop Guy^,k,'*t? in den beginne van de veertiende eeuw, een Dykregt invoerde, met goedvinden van ridderx ende knapen ende , dat mem land. Dus hebben wy hier reeds twee standen , welken de lands vergaderingen by woonden , dien der Edelen en 1 idien van het Gemeene Land. De derde D Idie der Steden, wordt ook maar weiïïig later aangetroffen: want in 't. jaar N 2 152'i ,  194 Tegenwoordige Staat. regering 1323 (f)> of het volgende (g) , zien wf landsheeEJan van Óiest met man ende denstman j ren» ende fteden , ende dat gemeene lant , op den Spoolderberg byeengekomen. In den (•f) Twentfchen Landbrief, dien Jan van VerRmer, o- nenburg meêr dan veertig jaren later uit- ■veryvr. Ge- - 0 ,. . . 0 denka&. st. gaf, en die niet zo zeer voor eene nieuyoarber. n. we willekeur te houden is , als wel voor Iü'cg) eene belofte des Bisfchops om de ïwenvnHattumiQxs by hunne regten en vryheden , in bulfs'!*0' welken hy dezelven gevonden, had , en welken in dien brief vervat waren , te laten verblyven , vindt men geen gewag gemaakt van de Steden, nadien dezen van ouds de magt bezaten om voor zig afzonderlyke Stadregten in te voeren (i). De regten, welken Fioris van Wevelikhoven, in 1387 , by 't verdeelen der gemeene landen in de Parochie van Vollenhove , be- (1) Zie de aanteekehlng van den Heer Racer op den eerften artikel van dezen Landbrief, in de Overy.sf. Gedenkft. III. St. Hoofdd. 1. waar deze brief, welken wy boven bl. 100. zeiden nog onuitgegeven " te zyn , geheel is te vinden. Wy agten het noodig deze aanmerking te maken , om dat de lange tyd , dien wy genoodzaakt zyn tusfehen ide uitgave van de onderfcheiden ftukken onzes werks te laten verlopen , meermalen zoude kunnen doen fchynen, dat wy op ééne plaats verwaarloosd hadden bouwftoffen te gebruiken , welken uit andere plaatzen bleken onder onze handen gelegen te hebben. Van tyd tot tyd verrykt de genoemde Schryver onze Overysfelfehe Letterkunde met zyne Gedeiikftukken : terwyl de omfhindigheden onzer dagen , den geest van nafpooring opwekkende, mede van tyd tot tyd dingen te voorfchyn brengen ,■ die een nieuw licht over de gefchiedenis van deze Provincie verfpreiden.  van OVERYSSEL. 195 beraamde , werden met gemeenen wille en**™*™» ccnfent van den gueden luden ,. die daer o/>landsheewoenachtig en geeruet waren , vastgefteld REN(h). De wetgevers waren hier geene an- c'O deren , dan zy die door de wet werden 2"$.* wïn. verbonden: en hoewel de onderfcheidenu.p.sis. landftreken van Overysfel onder de Bisfchoppen van Utrecht tot één gewest gebragt werden , behield egter ieder derzelver hare byzondere wetgeving en landregten (*) , en het duurde lang êer men ^jC*) QX weten begon in te voeren , welken doötverys/: g*4 [ de ganfche Landfchap zouden gelden. Hetf^;/^ I zelfde kan men aanmerken ten aanzien vanen 147. j. de Dykregten van JVIastebroek , driejaar i.daar na , auerdragen by raede onfes G. He\ ren van Vtricht, die Stadt van Campen en\ de van Swolle , mit den Dyckgreue , Heim< meden , ende den gemeynen Erffgenaemen van Mastenbroick (i). Op het einde vah^tj> de zelfde eeuw zagen wy , dat Fredrik o'kr."jai<.* van Blankenheim de Dykregten van Zal-™^™; «land vermeerderde al'een met afgevaardig-P. 463. 3 Ben uit de Ridderfchap en de drie groote Steden , zonder eenige melding van dat vicene land (k) , welk e^ter tot den oor- BovS)ka\u ïpronglyken Guy en Dylbrief zyne toeftem . * ping had gegeven De brief , waar by Fredrik van Blankenheim , gelyk wy in 't voorbygaan verhaald hebben (1), de land- ^H bU • regten , vryheden en gewoonten van iax. .Twente bekragtigde , houdt in , dat dit :gefchiedde , mit ganfen berade ende gueden j .ygerfynne onfen ridderen , knapen 3 mannen N 3 «2- ■  ig6 Tegenwoordige Staat onder'ng m^e dienstmannen 3 ende onfen ghemeynen Landhjee- Lande van Twenthe: wederom, evenals •>w. in Jan van Vernenburgs Landbrief , zonder eenige melding van de Steden. In de vergadering, door Rudolf van Diephout in 't jaar 1437. aangelegd, om over den Ysfel-dyk te raadplegen, fchynen, gelyk ten tyde van Fredrik van Blankenheim geene anderen , dan Edelen en Afgevaardigden uit de drie groote Steden , tegen- mSSLS0^ ^wee? te zln Een Land«tó.bi.3«6.bnef van David van Bourgondie, in 1457. gegeven , is de eerfte waar in den gehee» len lande aan deze zyde des Ysfels regten worden voorgefchreven ; en men leest 'er, dat de punten , daar in vervat , mit mfe Ridderen, Knaepen , ende mit onfen dreen Steden Deuenter, Campen enn SnolIe , ende mit den ghemeynen Lande , auer•P uf"?i 1 commm ende ver draegen waren-(n): maar i?. in. * in eenen grooter Landbrief van den zelf-' ^V3^' rm den jare x478. onder den' zeilden Bisfchop uitgegaan, ziet men we! Ridderen en Knapen uit Zalland , Twente en Vollenhove gemeld „ doch het pe- tóL.£Cene Land is 'er niet te ^nden ("o). Dit evenwel verfcbynt nogmaals in Davids tyd, ter gelegenheid van de vermeerdering der dykregten in 1494, tevens met de kleine Steden ; fchoon de Bisfchop , weinig jaren vroeger , niemand , dan de Edelen van Zalland en de drie Hoofdlieden , tot eene diergelyke herziening van liettó.n£\ ■eg%' had bveen geroepen (p\ fj$T*$ verfcbynt, daar 5 zeggen wy, nog- : maals, 1  yan OVERYSSEL. 197 maals, dan, gelyk men onderftellen mag, Re gering. • voor de laatfte reis : dewyl naarftige On- LaNDSHEE1 derzoekers den ftand der landzaten na de- RE- van zulk gezag was het, dat de Magiftraat vöor b" van Deventer , toen haar , volgens ge- ,ri* woonte (y) , van den dood van Floris Dumtar'a* van Wevelikhoven kennis was gegeven , n. p.2°2o!& aanftonds aan de Kasteleins bevelen deed 388. afgaan , om de hun aanbetrouwde huizen vid. ten behoeve van het Stigt te bewaren ,Aml-tom< en niet aan den volgenden Kerkvoogd 0_I,p'139, ver te geven , voor dat deze de drie fz) Steden in derzelver daar op verkregen ^"^r*bJ voorregten had bevestigd (z). . 623'. • In 't algemeen vorderden die Steden eene bekragtiging van hare voorregten , eer zy den Bisfchop huldigden. Men ziet dit treffende uit het verhaal van de wyze , op welke Fredrik van Baden , in den jare 1496 , te Kampen werd ontvan- : gen. By zyne aankomst, namelyk, vond hy de poorten gefloten , en dezen werden niet geopend voor dat hy Stads oude voorregten met zyn zegel beftempeld had. Toen op het raadhuis geleid .zynde , ontiving hy de hulde van de burgemeesteren; :als mede de fleutels van de Stad, welken Ihy aanftonds wederom aan den Raad ter (O übewaring in handen ftelde (a). S.Pf Eindelyk , en hier mede vergenoege *55« ;tmen zig nopens de oeffening van opperïmagt in deze tyden , de Bisfchop had wel Ihet regt van oorlog te voeren , en zyne 1 leenmannen , volgens het leenregt, tei N 5 zy-  20© , Tegenwoordige Staat ^R'n» zyner hulpe op te roepen : doch dit be- lettede niet , dat hy ook daaromtrent aan ren.^; zekere wetten was verbonden (a) ; en zi»«*en dat de byftand der Steden van derzelver bewilliging afhing. Wanneer Jan van Ar- c'/JJfti kel» 10 den Jare 1361 ' den Heer van i. sc. ïl' Voerst wilde tot reden brengen , moest Mt°2-6 hy Deventer en Kampen tot het verlee-" (kV nen van onderftand bekopen (b) : en om-" tyron.aujjt ttem eene eeuw later verbonden zig de »p'. M,'th.Steden tegen Rudolf van Diephout, om' m.ap.t205™.'da!: hy > buitcn toeftemming van RidderCc) fchap en Steden , in eenen ui.heemfchen woXu oorlog had deel genomen (c). m- Noch het regt des Vorsts, noch dat des s anfche ^oJks 9 onderging eenige verandering door y*mn. de overdragt van ons Gewest aan Keizer Karei den V. Om dit te voldingen is. het genoeg de volgende woorden van den verdragsbrief , by deze gelegenheid ingefteld , en van welken wy ter zyner plaatze' gewaagden , uit te fchry ven. 3, Datt Keyferlyke Majeft. fyne eruen ens, de naecomelingen fullen die Ridder3, fchap , Landen ende Steden van Ouer„ ysfell laeten blyuen ende onderholden , 3i in allen oiren Landtrechten, Stadtrech33 ten , Leenrechten , Dyckrechten , en33 de in allen anderen oiren priuilegyen * „ foe well vander Hanze , als anderen s, vryheyden , posfesfyen, ende ufantyen 3, elck int fyne die fy hebben enn daerss afF fy tot hyer toe gebruickt hebvlstfU*' ben ^e wetgeving &oncl derhal- *-W "veQ toans den Keizer 3 of deszelfs Siad»'  han OVERYSSEL. 201 IStadhouder, benevens Ridderfchap en Ste-RESBM».é> den (3). Ook vinden wy , dat, op de-l^TsJl \zen voet, de oude Landregten, in deR£N1 jaren 1541. en 1546 , met verfcheiden m^\7^ •nieuwe punten zyn vermeerderd (e). &.3»9." Dan deze wyze van regeren ftreed te iZeer tegen de willekeurige grondbeginzelen van eenen Vorst , wiens trouwe fteeds ophield met zyn gemeend belang om dezelve te onderhouden : en Karei zond wel dra, zo wel als naar zyne andere Nederlanden , plakaten herwaards, met last om dezelven af te kondigen en te agtervolgen. Wat hieromtrent in deze tyden plaats had , is genoeg op te maken uit de ; onderhandelingen over twee zulke plakaten , by welken de Keizer , in de laatfte jaren van zyn bewind, alle dalers, niet door hem zeiven geflagen , voor ongangbaar verklaarde , en welken men in deze Provincie niet erkennen wilde. Geduurende dezelven zonden Ridderfchap en Steden eenigen van hare leden aan Koningin Maria , als algemeene Landvoogdesfe , met een berigtfchrift waar in zy , onder anderen , ftaande hielden, dat de Landsheeren , in wereldlyke zaken , nimmer eenige wetten gemaakt hadden , buiten raad en C 3) Dus leest men ook in de Voorrede van Win> 'heffs Landrecht in 1559. uitgegeven. ,, Die gemeyne ,,, Raedt is die ouerfte und regeert auer alle, als by vns is die Landeszfoertfté fampt itende vnde Ste3, de, enz." eene bewoording die hy naderhand ver-■wisfelt met die van Landcszfoerst fampt Ridder, „ fehap und Stede," aan welken te zamen hy de wet; gevende magt toekent.  20i Tegenwoordige Slaat re«ering en tosftemmjng van de Staten: maar toeï^, tANö^T-de Koningin hier op antwoordde , dad «sw. deze ftelüng op 't gezag, en de hoogheid' des Keizere ipbreuk doen zoude , vcpden de afgezanten geraden het zeil in te binden , en te. verklaren.," dat Ridderfchap en Steden , wel verre van iets diergelyks. te bedoelen , altoos gewoon geweest, waren 3 en nog. bereid bleven , om 's Keizers verordeningen , fchoon zonder der»" zeiver medewerking beraamd , af te kon-* digen en daar aan te gehoorzamen , mits, dezelven niet ftrydig waren met, 's. Landsi. oude voorregten, en gebruiken , en da$, mén hoopte » dit zyne Majefteit,, wan-* neer zulk. eene ftrydigheid aan hem ver, toond werd., wel zoude, bewogen, wordea (f) pm de bezvvaren af, te doen (f). ' JPe. fcpf zelfde 'ftelling , die wy uit het juist. geA 301-304. melde be.rigtfchrift bjbragten, ontmoetea wy nogmaals in een vertoog der Staten tégen de Ordonnantie. 041. de lyfftraflyke. regtsoeffening % welke de Hertog van Al-. t Cs 3 va voorhad, ip te voeren (g) : doch hefi iW.p.434.was toen niet meêr de tyd, waar in redenen iets vermogtep. Indien de magt zo min als het regt van tegenftand ontbroken had , zouden de. Staten zig nooit vernederd hebben , om af te bidden het geen ZY bevoegd waren te weigeren j daar zy niet konden voorby zien , dat het eerfte vertoog , welk zy tegen eene daad van willekeurige .wetgeving" inhragten % der* eerften fchok gaf aan de zuilen van hun geaag, QndeHtjsichen km het verhaalde die»  yan OVERYSSEL. 20$ Hdienen , om , tot roem onzer voorvade-regering | ren , te doen opmerken , dat zy , hoeS„^ tseer de vryheid zig met feelle fchredenREN> ]; van hun vervvyderde , egter de geheuge'tnis van dezelve nog niet verloren hadden, [jen ook nog fomtyds derzelver taal durf1 den fpreken. ' Waarfchynlyk zoude die taal ganfchelykvervai dei ' verleerd , die geheugenis ten eenen ma °ppcp^ ' le uitgèwifcht zyn geworden , indien de fchap en* " te gewelddadige maatregelen van FilipsStcden' ^het te lang geduldig volk niet hadden ge' dwongen , om hem geheel te ontnemen , ' het gene hy verfmaad had alleen voor ' ieen gedeelte te bezitten (4). Na dat ; men zig der gehoorzaamheid aan den Ko- • jning had onttrokken , viel de oppermagt • over het Gewest in handen van Ridder■ fchap en Steden : doch het deel , welk 1 ieder van dezelven in die oppermagt toe- • kwam , werd eerlang het onderwerp van hevige en langduurende gefchiilen. Eenen geruimen tyd reeds voor het flui- - ten van het twaalfjarig beftand , deed de 1 Drost van Zalland ter vergadering het •> voordel ; of Ridderfchap en Steden niet s \ verftonden , dat al het regt , zo in 'c • wereldlyke als 't kerkelyke , welk de Ko¬ ning 'I . >4) ^.'e. ^' Bezier fpecim. inaug. de juste ah~ , )\dicato Philippo II. Trans- ijalaniae imperia , praefertim job violata privilegia. Lugd. Bat. 1780. waar in eerst sfhet Staatsregt van Overysfel onder de Bisfchoppen ! I:en volgende Landsheeren zynde aangewezen, ver) ij,-volgens verhaald wordt, in welke opzigten 's Lands , jjtegten en voorregten door filips waren gefchonden.  204 Tegenwoordige Staat o?per- ning in deze Provincie bezeten had , op in Ridderfchap en Steden ware vervallen ? sted. £)e Edelen toonden zig aanftonds gereed om dit voorftel te beademen : maar de Steden draalden hare verklaring uit te . (10 brengen (h). Misfchien was dit niet zonAuÈtT der invloed op de raadpleeging , die zo W a«. hier „ als elders op het tapyt was. ó) , Mov. i«07. ' ! n i Vi ^ 20. Mei over den voorilag om het Gouvernement ,Cc^i) generaal aan Prins Maurits op te dragen | vadert, welken de Ridderfchap geredelyk omhels^f^^de.j doch. welke van de drie Steden zonder beraad verworpen werd (!)• De Rejbtlan vraa§ oyer.de oppermagt eerlang wederom ter bane gekomen zynde , - verklaarden ttopApr' de Steden , het gedane voorftel in 't algemeen wel mede toe te ftemmen , doch zo , dat niemand in zyne byzondere ge~ regtigheden hier door moest verkort worden , en dat het regt a welk de Vorst in de Steden en derzelver regtsgebied mogt gehad hebben , moeste gehouden worden op ieder van dezen , by uitfluiting, te zyn overgegaan i een antwoord , welk den Edelen zodanig mishaagde , dat zy op hunne beurt betuigden , zig , eer en eeds halve , noch voor zig zeiven , noch voor hunne nakomelingen ,' hier mede te kunnen vergenoegen , en derhalven de (O zaak verder ,, daar zulks behoorde" te iftpr/^os). zullen moeten vervólgen (k). Evenwel bleef de onderhandeling voortduuren. Op de begeerte der Steden, die meêr byzonderlyk wilden weten , wat de Ridderfchap onder de uitdrukkingen van 't  van OVERYSSEL. se* geestelyke en wereldlyke. verftond , Relde oppe». deze de vraag omftandiger voor , gelykVeh \ wy verkiezen met de eigen woorden opSTEB. te geven. „ OfF niet vuyt kracht vant tractaat des Beftandes , by hetwelcke J3 die fuperioriteit opte refpeóïive Veree3, nigde Prouincien (daironder der landt„ fchap van Oeuerysfell mede begrepen) 3, is gedeuoluiert ende gecediert alle het 3, recht ende gefach , hetwelcke den prina, ce ende heere van den lande in Oeuer5, ysfell, int Ecclefiaftique (tho verftaene 3, alle Giestlicke goederen } van Canonic33 kefien , prabsdien , Cloefteren } ende o, wes hier aen dependiert) alsfmede int 3, politique foe well binnen den Steden „ als int landt , gehat hefft, nu op Rid3, derfchap ende Steden als reprcefentieren3, de desfeluen plaetfe , ende den Staet 3, van de Regieronge defer Landtfchap , coniunftim , ende tot derfeluer gemee,3 ne difpofitie fy vervallen , ten ware ,, datte van den Steden contrarie van de„ fen , ende vant gheene by den anderen ,, Prouincien wordt gebruickt , eenich L, vast bevvys van prserogaryfl' (als dat die Souvereiniteit van de Steden op haer 3, alleene folde wefen gedeuoluiert) kon,, den bybrengen , dairinne alsdan die 9, van de Ridderfchap haer geerne nae 5, recht ende redenen folden willen voe„ gen.. Daerby prgefentierende , dat vpir3, eerst die opkomften van alle pastoryIen , ende vycarien, foe well binnen , L, als buiten , tott onderholdt van de Pree-  200* Tegenwoordige Staat opper- 5J Prsedicanten ter refpeÊtiue plaetzen; èh« 5bóD. vekj' de die voirsz. andere goederen in masSted. „ fa tott fupplement vant felue onder- „ höldt , ende Voerts ad pios ufus angelecht fullen worden". Dan de Steden ook nu nog niet kunnende bewogen wor. (i) den om hier op te antwoorden , verklaarAi3.ii.' den de Edelen de zaak ter kennis van de Scpt. 1600. , . , Algemeene Staten te zullen brengen , om O) dezer uitfpraak af te wagten (1) , gelyk ^/A28.Apr.Zy ook, na het houden van nog eene en 'andere vergeeffche byeenkomst (m) , cle• den. Omtrent den aanvang namelyk van het jaar 1613 , zonden zy de Drosten naar den Hagé , ten einde te bewerken , dat zyne Doorlugtigheid met Gemagtigden uit de Algemeene Staten in Overysfel kwame, om de gefchiilen te befiegten. Van den anderen kant fpaardèn de Steden geene moeite , óm deze bezending voor te komen , en dreigden' zelfs openlyk , hare klagte tegen die genen in te brengen , ■ welken , in weerwil van 's Lands wetten en voorregten , en van hare uitdruklyke verklaringe , zig fchuldig gemaakt hadden aan 't zoeken van uitheemfch gerigt. Weinig fcheelde het , dat de twist niet tot eene volflagen fcheuring aangroeide ; daar de Ridderfchap weigerde de Staatsvergadering vóór de vereffening van het geT fchil by te wonen , en de Steden reeds een begin maakten , met het bellier der gemeene zaken geheel op zig te nemen : doch een voorflag der Algemeene Staten, wel-  van OVERYSSEL: 205. relke eenige punten van vergelyk behels-opperI 'de , fchoon de wyze waar op dezelve ge- H^o. vit j fcbiedde , en waarfchynlyk ook de fti-STED' I 'houd , aan de Steden groote ftoornis gaf, 5'had de uitwerking nogthans van de pér-maata* ■ l tyen op nieuws in onderhandeling te bren*a*a'Xi ■ gen (n). en volg. ! ' De Steden vorderden toen , dat de i Ridderfchap hare meening omtrent het . wereldlyke even zo byzonderlyk zoude ! voorftellen , als zy met opzigt tot het • geesteiyke gedaan, had : maar deze was niet verder te brengen , dan dat zy nog : deze drangrede , voor hét gene zy fteeds ihad ftaa'nde gehouden , bybragt, dat noch i I rop ééne der drie Steden , noch op al; Jen te zamen , eenigerhande hoogheid öf . oppermagt vervallen konde , dewyl dei keiven , buiten de Ridderfchap , den : Staat van deze Provincie niet * vèr»,*^, • toonden (p). Na eenige kibbelingen, on? -waardig te verhalen , bragten de Edelen . de zaak andermaal voor de Algemeene rJ0F.v.r. 1 Staten (q) , welken daarop , in Lente-en St-^' : imaand des volgenden jaars , befloten, dat\l\zTg' - 'men van beide zyden bepaaldelyk zoude . opgeven, in wélke ftukkeh men oordeel-^;/2q5„c, : de verkort te worden , en vervolgens inAuï.2iè>V> ; ft vriendelyke daar over handelen. Die . «was van die vrugt , dat de Ridderfchap . lin de naastkomende vergadering de vol- s igende bezwaarpunten opgaf. 'i. Dat de r iSteden niet beregtigd waren om de Schout- ; jampten in de Steden alleen te begeven» , ;2. Dat Ridderfchap en Steden gemeen-  ftrj Tegenwoordige Staat opm»- fchappelyk de befteliing behoorden te heb. Kmo. Vt«ben over de geestelyke goede; en binneri huo', het regtsg:bied der Steden gelegen. 3. Dat de verpigting der gemeene middelen ook in de Steden behoorde te geleideden. 4;' Dat de begeving van de beneficiën van geestelyke goederen , waar i-n de Prins van den Lande $ de Paus , >ehz. inzeggen gehad hadden , 'op Ridderfchap en Sceden behoorde te vervallen. 5. Dat de Srcderi buiten haar regtsgebied dadelykheden pleeg-1 den , en zelfs penningen van de Ontvan-I gers ligtten , zonder de zelfde vryheid aan de Ridderfchap te willen toeftaan. 6. Dat eindelyk de Steden den Griffier verboden , aan de Landdrosten uittrekzels mede te deelen , van het gene op de Landdagen , en andere byeepkomffen, was verhandeld. De eifchen , in deze bezwaren opgefloten , waren , buiten tegenzeggen , veel gematigder dan de vorigen , waar by de Edelen niet minder bedoelden , dan in de ganfche oppermagt over de Steden te deelen : doch aan dezelven was een beding gehegt , by 't welk de Ridderfchap zig haar regt voorbehield , ten aanzien van alle zodanige andere ftukken , als in ver(O volg van tyd nog mogten voorkomen (r); KwrtióM.'611 dit maakt:e > dat de Steden weigerden 'te antwoorden , ten zy de Ridderfchap1 verklaarde, geene meerder bezwarennopens de zaak van de oppermagt , tegen haar te hebben. Aan deze vordering eenigermate voldaan zynde , door de betuiging , dat niets opzettelyk was agterge- kOfjf  yan OVERYSSEL. 209 houden , befloot men , na eenige verder oppbr- . Rribbelingen (s) -, tot het wederzyds be.^„, v^ noemen van Gemagtigden. Toen dezen sted. byeen gekomen waren , lazen die uit de Steden een wydlopig vertoog voor, om te ^ toonen , dat het gezag, zo wel over \au. 13, 142 geestelyke als het wereldlyke binnen dèfj^t/foi Steden , op de regeringen van dezen alleen vervallen was , maar zy weigerden van hetzelve een affchrift te geven; eene agterhoudjng, die , waarfchynlyk , dit ftuk voor altoos aan de nieuwsgierigheid der s liefhebbers van de Overysfelfche Gefchiedenisfen zal onttrekken. By verder onderhandeling , met betrekking tot de bezwaarpunten van de Ridderfchap , verklaarden zy, by hun gevoelen te blyven , dat de begeving van de Schoutampten in de Steden aan dezen alleen ftaan moest, en dat de geeftelyke goederen , waar van de Steden thans in 't bezit waren, aan dezelven wettig toebehoorden (5), met byvoeging O 2 cg- (5) Ondertusfchen ziet men, dat de Steden zeiven ten aanzien van alle geestelyke goederen niet volmaakt eensgezind waren; want |op den 13. Maait I615. befloten de Ridderfchap en de Steden Kampen ■1 en Zwolle, dat de Pvoostdy van Deventer ,, tot geI meerie dispofitie der Landfchap Hond ," en bega-r j ven dezelve aan Berend Bentinck, Zoon van den l Drost van Zalland, fchoon de laatstgemelde Stad daar '' tegen verklaarde, tot die begeving niet te verftaan , ] en-daar in geene ~ overftemming te gedoogen. | In 't 1 jaar 1596". was door Ridderfchap cn Stecleu cok al een Proost aangefteld ,, zonder praejuditie van de praeferentie en andere gerechtigheden, zo dieStadt van Deuenter in die felue Praestye vermeint te ,, hebben." Zie Dumbar. Kerkel. en Wer. Devtnt, bl. 33i.  aio Tegenwoordige Staat oppbr.- egter , dat zy wel zekere klooftereh teil RiurT. VENpï"at:t:en lande ' welken tot hier toe ter gei siEo. meene befchikking gedaan hadden, aan dé Edelen , tot derzelver byzonder, gebruik i wilden afftaan. Men fcheidde hier op tot O) nacler last (t), welke, zo verre onze naok Iti fpooriug ftrekt, nimmer is gekomen. 1,-1 4' Veelligt heeft de hevigheid der Godge* leerde gefchiilen van dezen tyd tóegebragt om anderen te doen flapen. Na dat genen geëindigd waren , en de voortduunng van het Staatsgefchil ten uitvverkzel had,, dat het noodige geld ter voortzetting van den oorlog flappelyk uit deze Provincie aankwam , werden de Algemeene Staten in den jare 1623. ernftiger bedagt om hetzelve een einde te doen nemen. Zy vorderden dan , dat beide partyen afgevaardigden naar den Hage zouden zenden, welken volkomelyk gemagtigd waren, om de becwiste punten , by overeenkomst, of door onderwerping aan eene üitfpraak, af te doen. De Edelen , die tot deze onderwerping reeds te voren befioten hadden , toonden zig bereidwillig : doch da Steden , uit wier handelingen over 't geheel een blykbaar wantrouwen op de Algemeene Staten is af te leiden , hielden zig agttrlyk ; en toen hare afgevaardigden eindelyk, zo wel als die van de Rid-, derfchap , verfchenen , hadden dezelven eene zo beperkte magt , dat uit hoofde van die aan geene vrugtbare tusfchenfpraak was te denken. Met betrekking tot hét ftuk van de oppermagt 3 waar over wy hier  van OVERYSSEL. 211 hier bepaaldelyk fpreken , weigerden de- opperzelvcn in eenige onderhandeling te treden ; onder betuiging alleen , dat hunne Steozenders zig daar over binnen de Provincie wel met de Edelen zouden verdragen: en fchoon men hen drong, om middelen van uitkomst aan de hand te geven., die by mislukking van een minne-lyk. vergelyk souden kunnen gebruikt worden , was 'er niets van hun te verkrygen. Het gevolg was dan , dat de Algemeene Staten, zonder de . onderwerping van beide partyen j verder af te vvagten op den derden van [Hooimaand des genoemden jaars een voni nis uitfpraken , waar by zy , ten aanzien {van dit punt onder anderen, verklaarden: |, dat de fouverainiteyt, ofte het recht, ,, het welcke den Heere van den Lande ,, van Ouerysfel heefFc toegecoemen voor 3, den Oorloge , mitsgaders het recht van de Geestlyckheit foo binnen als buytten j, de Steden vervallen is aen de 't famqnt,, lycke Stenden van Overysfel, onver„ fcheyden ende onverdeelt, over de ge,„ heele Lantfchap , gelyck het den Heer ,„ van den Lande , ende de Geestelyckheic „ voormaels foo binnen de Steden als ten „ platten Lande hebben gebruyekt, voor„ beholden nochtans foo wel die van de iï, Ridderfchap als der Steden voorfz. en „ allen anderen die prteeminentien, Privi„, legien , vry ende gerechticheiden , die „ fy luyden van outs ende voor den oor„ loge hebben gehadt, ende genooten , :vindende goet dat die van de Ridderfchap O 3 at en -  212 Tegenvsoordige Staat Bppsr- „ ende die van de Steden ten beyden fyden ïudJ. ven5j alle mogelycke debuoiren fullen doen , Steb* jj om die particuliere differenten die fy „ Luyden onderlinge hebben , fpruytende off refulterende uyt het voorfz. rechc 3, van de fouverainiteyt van den Heere 3, ofte van de Geestlyckheit, by onderlinge 5, communicatie ende accommodatie in de 3, vorfz. Prouincie dienvolgende aff te doen. 3, binnen den tyd van vier eerst coemen- 3, de maenden , daer toe haer Ho. 3, Mo. geerne hun Luyden de behulpe3, lycke handt fullen bieden , ende asfis„ teren , met raedt ende toefeyndinge 5, van eenige Gecommitteerden , indien 5, fy Luyden daer mede fullen meenen ge5, dient to weefen , Met dien verftaende , 53 dat by foo verre die voorfz. van de Ridderfchap ende van de Steden , haer 3, nyet connen vergclycken binnen de „ voorfz. vier maenden , opte differen3, ten , die fy Luyden jegenwoerdich on3, derlinge hebben , fpruytende ofte re5, fulterende uyt het recht van den Heer 3, van den Lande , ende van de' Geestc3, lyckeit foo voor is verhack , ofte die 3, geduyrende den voorfz. tyt van vier 3, maenden fouden moegen worden gemo3, ueert , de felue voor haer Ho Mo.. (U) j, fullen werden gebracht , om by induc-' rfS'am"'> tlQ» 0^te decifie tot meeste dienst enSt.yi327.5, de gerusticheit van de Lantfchap van Ouerysfel getermineert te worden (uV* Men bezeft ligtelyk , dat deze verklaring meer naar het gevoelen der Ridderfchap  van OVERYSSEL. 213 j fchap overhelde , dan naar dat der StérgPWfU 1 den: doch tevens kan men niet voorbyRitó. I zien, dat hoe zeer de eerste woorden SrEO« ook zulk eene aanmerking wettigen, egI ter de volgenden a'les zo zeer in 't onzekere laten , dat uit dezelve geene afI doening van het gefchil konde geboren 9 werden ; fchoon men al de vraag , over J het regt der Algemeene Staten tot het ] geven' van dit vonnis geheel wilde ter ] zyde zetten," Dan. wat hier van zyn mo] ge , de Ridderfchap, vorderde uit kragt ] d.iar van, dat des Capittels goederen van Deventer, zo wel als ai het andere, geesi télyk of wereldiyfc* ter gemeene befchik] fcin'g van Ridderfchap en óteden gebragt i wierden ,' onder aanbieding van het zelf\ de te laten gefebieden , ten aanzien van t alle zaken , welken de Steden bewezen , \ dat de Edelen zig ten onregte alleen aangematigd hadden. Op dezen'voet begeer. 3 de zy met de Steden in onderhandeling ; tc treden , ten overftaan' van. gemagtraden 'uit de Algemeene Staten , welken • men daar toe zoude verzoeken. De eifch. der Edelen was dus wederom tot zyne oorfpronglyke uitgebreidheid aangegroeid s 3 dan geheel anders luidde de taal der af- ( gevaardigden uit de Steden. Zy betuigden zig eers en eeds halve bezwaard s eene uitfpraak te agtervolgen, welke zon' der voorgegane onderwerping van hunne syde , en zonder kennis van zaken en i den eigenlyken ftaat des gefchils , ge| . fchied. was 3 en die tegen de regten en. O 4 YQÖïV  214 Tegenwoordige Staat bï*er- voorregten hunner Steden aanliep. Ook I^dJ. vmbeweerden zy , dat het oogmerk der Sta»ÏE^ ten , wel verre van de partyen geheel te willen ontfcheiden , alleen geweest ware, eene algemeene verklaring te geven , volgens het gene in andere Provinciën ih gebruik was, door welke niemand verkort werd ;. en dat het thans aan de Ridderfchap ftaan'zoude , ftukswyze op te geven , in 'welke opzigten zy meende zig eenig gezag (T6) of beitel binnen de Steden te kunnen aanmatigen , waar over men dan in 't vriendelyke konde fpreken. , Cv) Hier toe boden zy zig aan , dóch agtten ^S!ó.net > tot nog t°e » . onnoodig, daar by ficpt. io^middelaars te verfchryven (v). Het gevolg was , dat het vonnis der Algemeene Staten buiten alle uitwerking bleef: en zelfs hebben wy niet gevonden , dat naderhand over deszelfs voorname onderwerp wederom eenige onderhandeling heeft plaats gehad (7). Alleenlyk kan men hier nog byvoegen, dat de Ridderfchap , byna twintig jaren later , zig de goederen van een Nonnen-klooster te V.' V . "y, . ' 01- (6) In de aangehaalde Refolutie van den ff. (niet io.)-September ftaat, gezag of dispositie, en niet-, gelyk men in de Gefckied. van Zwolle, III. D. bl. 310. gedrukt vindt,, gefchil of dispofnie, het welke de meerling onverftaanbaar maakt. ( 7 ) Onder' de regering van Koning Willem maakte de Ridderfchap , gelyk wy beneden zien zullen , wel zodanige eifchen tegen de Steden, dat dezen.te regt oordeelden, hare oppermagt daar door aangetast te worden : doch het gefchil betrof toen alleen 2ekere deelen van die magt, ea komt dus hier 3$ ïüpft niet te pas. " . n  van OVERYSSEL %i$ Öldenzaal willende aanmatigen , en daarOppER?n door Stads Wethouderfchap , van deJS5£ v^ Hoofdlieden geftyfd , wederhouden wor-SrED. i dende , een verbond floot , welk door i zevendertig Edelen werd onderteekend , ; en waar van de inhoud was , dat men de [ Steden zoude noodzaken binnen eenen bej paalden tyd eene overeenkomst over de j oppermagt te fluiten , of dezelven anders I Wederom by de Algemeene Staten bekla; gen , en dat men zig onderling tegen alle inbrekers zyner regten kragtdadig zoude yanïïuïtum \ handhaven (w). Of hier op iets meerder «m-m-w: gevolgd zy, is ons onbekend : doch ze. leer is het , dat de oppermagt over de idrie groote Steden altoos, tot heden toe, ;by derzelver eigen Regeringen , en die ;van hef overige der Provincie by Ridder- . fchap en Steden , is gebleven. Wat de ■ andere byzondere punten , van welken in t verhaal van dit gefchil melding gemaakt is , betreife : wy zullen in 't vervolg misfehien voegzame gelegenheden vinden, om over dezelven te fpreken. Dus gezien hebbende waar de oppermagt berust', zouden wy thans kunnen overgaan, om de wyze , op welke dit gewest beftierd wordt , ftukswyze te befchouwen : dan in aanmerking nemende , dat deszelfs regering in den loop der twee laatfte eeuwen aan vele en groote om; wentelingen is onderhevig geweest, dat de : Staten fomtyds meêr , fomtyds minder , van de klem des bewinds in handen hielI Iden , of aan anderen toebetrouwden , en O 5 dat  si6 'Tegenwoordige $taai, o?pbr.. dat alle, die veranderingen , het zy veeï.j § jft^S ™het zy weinig, toegcbragt hebben, om de/'j K*% zaken tot dien ftaat te brengen , in weL j ken wy dezelven heden bevind n; fchceri het ons niet onvoeg]} k te zullen geagty worden , wanneer wy een kort berige wegens den toeftand van ons landsbeftie?, ia de onderfcheiden tydvakken , zedert do verwerping der Spaanfché heerfchappy j yporlopig aan den Lezer mededeelden, VIERDE HOOFDSTUK, Hiftorie van de Overysfelfche Regering %e-> dert het verlaten van de Spaanfché Heer* fchappy tot op het jaar 1748, sfliftofis "T7"an den tyd af, waar op Overysfel tau#g. V 'n handen , van Keizer Karei over- I ging, was het fteeds door Stadhouders in 1 deszelfs naam, of in dien van deszelfs op- 1 volger , Koning Filips , beftierd. Geen ] wonder was het derhalven, dat de landza* | ten, toen zy in der daad de gehoorzaam- 1 heid aan den Koning afgelegd, of althans; 1 gefchorst, hadden, maar egter de uitdruk- 1 kingen , uit die gehoorzaamheid geboren, 1 nog- in hunne openbare handelingen bléven 1 bewaren , ook te gelyk den ouden regeJ 1 ringsvorm in zo verre aankleefden , dat 1 zy een gedeelte van het hoog bewind aa«i I eenen Stadhouder opdroegen. De denkwy* I ?e van de eeuw, en het êwyffelagtig© voor* I uitzigt op het toekomende , ichynen ook I ij^uwiyte toegelaten t§ hebben, dit j 9jH  yan OVERYSSEL. ,217 >p het invoeren Van eene volksregering histom? pide zyn gevallen: behalven dat de om-r£gedmnc4 handigheden des tyds niet zelden vaardige naatregelen eifchten, welken best van eelién enkelen aanzienlyken amptenaar , die le uitvoerende magt in handen had , en j:ot- hoedanig eenen het volk gewoon was j>p te zien, konden worden verwagt. Het zy dat deze , het zy dat andere oorzaken de Staten hier toe deden befluiten, vy vinden, dat dezelven, reeds in den ja•e 1577» over de aanvaarding van het Stadlouderfchap in onderhandeling waren met 3eorg van Laling, Grave van Rennenberg, die daar van egter geen, bezit nam, voor in Óogtsmaand des volgenden jaars. 157"' De Graaf ontving zynen lastbrief van de lAlgemeene Staten , op verzoek van Ridderfchap en Steden , en beloofde aan dezen , by openen brievc, behalven eenige andere punten , die alleen tot den toenmaligen toeftand betrekking hadden: dat hy het verdrag , tusfehen den Keizer en de Landfchap cn Steden van Overysfel voormaals ingegaan , zoude onderhouden; :dat hy geen krygsvolk zoude in de Provincie brengen buiten raad en believen ivan Ridderfchap en Steden; dat hy den iraad der Drosten en Gedeputeerden , en miet dien van uitheemfchen , in zyn be- >x. ifticr gebruiken zoude; en dat hy dea^/-, .klaringe te Deventer tweemaal 's jaars ^"p.1*^* naar gewoonte zoude houden (x). Dcs5»<5. ; Stadhouders magt was' dus niet zeer bepaald , en waarfchynlyk weinig meerder dun  gi8 Tegenwoordige Staat Pistorie dan voorheen die der Landsheeren seï» Regerinq. ven. hvenwel werden hem men lang daa^I; na , met zyn goedvinden , ettelykc afge-ïi Rallen vaardigden toegevoegd , dewyl men vrees-» r. enst. (je , dat zyne onbedrevenheid in de land-B 1579. Ra. regten hem by t beantwoorden van de 1 yj/.'Ge-'' verzoekfehriften in misflagen zoude doei}! ja Rennenbergs openbaren afval tot I de Spaanfché zyde , die in Lentemaand 1 ïjSo. des jaars 158c. voorviel, beraadilaagderj 1 de Staten wel één en ander maal over m het op nieuws vervullen van de openge- ■ s^^L,va.llen waardigheid (z) : doch het duurde ■ ZvaHe,in.ruim vier jaren, cêr men het eens werd, 9 e.bi.216. offl dczejve aan Adolf, Grave van Nicu- I wenaar' en' Meurs , op te dragen. De Ij voorwaarden , op welken dit gefchiedde, W den agttienden van Herfstmaand des jaars 1 ï$»4. 15S4. " vastgefteld, behelsden niet alleen I alles dat men aan Rennenberg had voorgefchreven , maar warep thans tot ne- f gentien artikelen aangegroeid , waar van wy die genen , welken tot ons tegenwoordig oogmerk betrekking hebben , 'zul- I 3en aanftippen. Hy moge de oeffening I van geenerj godsdienfl dan van den hervormden dulden; het bellier en 't gebruik 1 der geestelyke goederen moest volgens de fj befluiten van Ridderfchap en Steden ge- 1 fchieden : hy moest de generale unie na- fl komen, Ridderfchap en Steden in derzei- L ver regten, voorregten, gewoonten en 8 vei-bintenisfen handhaven , en zonder der* I | sèl.ver raad en bewilliging geene amptea ■  van OVERYSSEL. ktg >f beneficiën vergeven ; dat gene zelfs ,historis ivaar van de begeving aan de vorige Stad-IucuukgSouderS geftaan had, mogt hy nier, opdrairen , dan aan geboren landzaten , die den Jtaten aangenaam waren : patenten, tot loortogt , loopplaats of inlegering ' van krygsvolk , zoude hy noch zelve geven, jbch van anderen aannemen mogen, buien voorgaande raadpleeging van de Landfchap ; ook buiten toeftemming van Raad fn Gezworen Gemeente geene bezetting >rengen in eene der Steden: het verleeicn van „ remisfie, provifie van jufiitie , boven olden gebruyeke fonder advys , van Ridderfchap ende Steden , die zuls , aengaen" mogt, werd hem verboden : iy moest „ alle Placcaten addresferen aü , den Landtdrosten ende Steden, omme , defelve in deliberatie gelecht, angeno, men ende gepasfeerc zynde , nae olden , gebruyek gepubliceert te worden:" en lindelyk mogt hy op eigen gezag geené n'euwe fterkten aanleggen , en ook dé :eeds gemaaktèn dóór niemand dan geboen Landzaten doen bewaren (a}. PTiet^Xf^ja ang daar na werd hem nog vergund , dat i 't vervolg de beleeningên in naam dt&tttt^t. itatihouders van wege de hooge Overheid^les Lands van Overysfel gedaan wierden, net byvoeging , dat men daar by het ze(el van de Provincie, welk tot dat ein-^,.^3 le Hond gemaakt te worden, zoude ge. ist*!'0'"' aruiken (b). De Graaf van Nieuwcnaar had, even kis zyn voorganger, zynen lastbrief out, V30i  220 Tegenwoordige Staat MivroRiE vangen van de Algemeene Staten : maarj REGEMNc.toen men in Overysfel, na deszelfs ongelukkig omkomen , had befloten , Prins, 'Ï590. Maurits met het Stadhouderfcbap te ver-j eeren , oordeelden de Raden van State ,] dat , volgens een verdrag in 't jaar 1585.; met Engeland gefloten , die verkiezing; aan hun ftond , uit eene benoeming van] drie perfonen door Ridderfchap en Steden ; waar tegen dezen inbragten , dit verdrag nimmer te hebben aangenomen, en nogmaals van de Algemeene Staten den lastbrief verzogten , welken zy ook, verkregen. Ondertusfchen moeten wy hier! opmerken , dat na dezen tyd zodanige brieven van de Algemeene Staten niet meêr gegeven zyn (1). Uitgezonderd eenige veranderingen , die, de verfchillende tyds omftandigheden fchynen medegebragt te hebben , liepen de voorwaarden , op welken Maurits zyn ampt aanvaarde , meestal op den zelfden zin , als die welken aan Nieuwenaar waren voorgefchreven. Het volgende evenwel agten wy niet onaangeroerd te moeten voorbygaan.. Den twee voorgaande Stadhouderen was opgelegd geweest, hun gewoon verblyf te hebben binnen de Provincie : de tegenwoordige kon volftaan, met CO Zie Vaclerl. Hiftorie XXXI. B. g. 17. en P. Taulus Verkl. der Unie, art. VII. %. 24.. welke laatste plaats men zo wel als de Vaderl. Hifi. XXIX. B. f. 24. en XXXI. B. §. 18. over de wyze, waar op de Stadhouders in de onderfcheiden Provinciën eertyds aangefteld werden , kan raadpleegen,-  van OVERYSSEL, tij Ipfet daar op verzoek der Staten te ko-HistoRta jïricn , wanneer de dienst Van het gemee- R^EDRE1S^ Ine Vaderland hetgelve eenigzins zoude '!toelaten. De verpligting tot het houden I van de Klaringe werd zo verzagt, dat 'j dezelve moest gcfchiedcn op eenen Landsdag, zes weken te voren door den Stad1 houder uitgefchreven. Tot beide deze "i punten heeft zeker aanleiding gegeven , I dat de meerder bezigheden van Prins Mau* rits hem niet toelieten, dikwerf herwaards I over te komen. Van grooter belang was { de byvoeging , welke aan 't Verbod van I bp eigen gezag patenten te verleenen ge» e hegt werd; „ ten ware dan,"' dus luidde 1 zy , „ dat den noot ende den dienst van„ den Lande fulcx vereiichede, daer inne !nogtans zyn excellentie alle moderatie I j, fal gebruicken." Ook bepaalde men de 18 verbindtenis , om buiten bewilliging van 1 !Raad en Gemeente geene bezetting in de I Steden 'te brengen , alleen tot Kampen Ikn Zwolle , wordende van Deventer , 'vwelke in vyailds harden was-, niet ge* e' fproken. De laatfte artikel , eindelyk, in ^j.de vorige ftukken niet te vinden , Wa3 j|van dezen inhoud. „ Zyn Excell. zal lu, ook geen Lieutenant ofte Superintenj.,dent (2) inden Lande ofte Steden van 51 ' 5J Ü* P' {i) By Refol. van Ridd. M Sted. Vaii detl ï> fun> I 159?. werd aan den Dröst Van Zalland, als Superfit* % 1 icnde.nl van de Güarnifoênef, irl Overysfel eene WtóÜ h toegelegd, waar tn die Vat) Deventer niet bewilligden, dan onder YOc-r waarde, dat de Drost dea voörge*  \h.% Tegenwoordige Staat KtsT*RiE«„ Overysfel moegen ftellen, fonder cbn> 1 RÊeÉRiNG.M ^ent en^e advys van Ridderfchap endë 1 (■C) „ Steden , ofte vanden Stadt, daer mne 1 ^.3iüec. de feiVe Zyne refidentie folde willen 1 ï59o. g, nemen (c). Eenige byzondére voorvallen gaven den Jstaten in 't vervolg aanleiding , om de uitgebreidheid der Stadhouderlyke magt nog nader te verklaren : weshalven wy , om den Lezer een voldoend denkbeeld van den ftaat dér regering in den toenma- ' ligen tyd mede te deelen, ons verpligt oordeelen ; ook daar van kortelyk te ge- I wagen. Wanneer Prins Maurits aan de I Ingezetenen van Blokzyl oótroi verleend 1 had, om eene waag te ftigten, eigen ma- 1 te en gewigt te hebben , cn- Burgemees- 1 teren te kiezen ; vonden de Staten goed , 1 deze vergunning , als ftrekkende tot na- 1 deel van de Provincie en van de voorreg- 1 ,. fd") ten van de Stad Vollenhove , te vernieti-, 1 $ï£föë*R > en den Prinfe heufchelyk te doen 1 te Roeck weten , dat aan geene plaats buiten hun- I enz. AU. n ° > ^11 a8. Nov. ne toeftemming , eenig voorregt behoor- 1 de te worden gegeven (d). Prins Fredrik 1 Hen- 1 melden titel,, en niet dien van Lieutenant van zyrte I Excellentie zoude voeren. Toen de Prins naderhand 1 eenen uitheemfchen tot Commandant over het krygs- 1 volk , binnen de Provincie in bezetting liggende , ■ den Staten aanbevolen had; gaven dezelven hem 1 eerst in bedenking, of, zo zulk eene bediening noo-, .1 dig ware , daar mede niet een Landzaat behoorde 1 voorzien te worden, doch voegden'zig egter, op, J nader aanhouden, naar zynen zin. Zie Aid. 8. Maart^ f 22. Mei 1616. Dit is genoeg, om het oogmerk; I van dezen nieuwen artikel te begrypen,  van ÖVÈRYSSËL. 'Henrik gaf naderhand eenen gildebrief aan historie fep fchippers van Wannëperveen en Dint-Rg^^ perveeri : doch de Staten weigerden dien te bekragtigen , en bleven, toen de fchip- CO pers jaren later eene tweede pooging de-Apr. 'ijlden , by hun befluit (e). —De veel-19-Maart* vuldige brieven van aanbeveling tot open-1035' gevallen ampten, van den Stadhouder ontvangen , deden Ridderfchap en Steden , |y de begeving van de Proostdy van Deventer , aan eenen uitheemfchen op zulk ;ene aaanbeveling gefthied (f) , beflui-zie^bovea :en, den Prinfe kennis te geven, dat ve-bl'I09-no^ e ingeboren Edelen daar mede gaarne zoulen zyn verzien geweest, en te verzoe- es) zen , om in rt vervolg alle amptbejagers^'^:an de Staten te verzenden (g). — Tot Fet>r.'1596* iet jaar 1620. toe , hadden de Staten de )penvallende Kompagnien van het krygs. Zie ($ 'olk , ter repartitie van deze Provincie vowb.Refj taande , gewoonlyk zeiven begeven (h);S^Apra ïoewel men ook voorbeelden aantreft, dat^f9®;,.19, y den Stadhouder uit eene benoeming 1614.15» fan drie perfonen lieten kiezen (i): doch^"1 oen werd den Prinfe, op deszelfs ver- .CO , oek , toegeftaan de Kompagnien zelve Apr^sl'' 2 vervullen, en wel van t vreemde volkI7Jul.aar welgevallen , en van het Nederland-159^) jbhe uit eene benoeming door Ridderfchap^^,;. in Steden gedaan (k). Weinig dagen na het overlyden van daurits , en wel op den negenden van liloeimaand des jaars 1625, bekwam Prins ié j 'redrik Henrik de Stadhouderlyke waardig-  224 Tegenwoordige Staat heid, op hetzelfde (3) berigtfchrift CO * J van ut waar 0p (j;e door zynen Broeder was I REGER1NG"aanvaard geweest.' Hy had ruim vyf jaar I z,eC'i,s- daar na het genoegen, dat de opvolging I derMhnop ni gevai van overleving aan zynen jongen 1 1'deDe- zoon , Prinfe Willem , vervolgens onder 1 f%™? den naam van Willem den II. bekend , I *al Jmek.Werd opgedragen: een befluit, waar toe de-1 BjlCmf ze Provincie, voor anderen overging (m)*i radtri. fchoon die van Kampen liever gezien had-1 B^.^'den, dat daar mede gëwagt ware, tot I («) dat men vernomen had, wat hier omtrent j %êK'it" elders gefchiedde (n). 3^9-Sept. YVillem de II. deed in Grasmaand des 1 1 3C' jaars 1647. den eed , op het zelfde be-1 1 A?' rigtfchrift (0) welk voor zyne voorgan-j (0) gers was beraamd geweest: en dewyl 's j Au. 16. iands gewoonten medebragten , dat dei £g? vonnisfen in Klaringe mede op des Stad - j houders naam geveld wierden, en dat de-j zelve, gelyk ook het berigtfchrift inhield, daar by pcrfoonlyk verfchene, welk laatfte (5) Het was weordelyk het zelfde, uitgezonderd! alleen, dat in den derden artikel geene melding meêrl gemaakt wordt van de gefchiilen met die van Noord-j holland over de Excynzen : en wel het zelfde met] de artikcleu , die door de Staten op den 31. De-j cemb. 1589. voor Prins Maurits beraamd waren A zonder dat de nader ophelderingen, die op begeertsl van zyne Doorlugtigheid op den 3. Apr. 1590. daaïl omtrent gemaakt werden, in hetzelve zyn inge-| voegd: het welke noodzaaklyk was hier aan te mcr-j ken, nadien wy in de opgave der voorwaarden, opl welken Maurits werd aangefteld , niet alleen van de 1 artikelen zeiven , maar ook tevens van de gemeld*! ophelderingen , gebruik gemaakt hebben'.  van OVERYSSEL, 225 'fte den Prinfe doorgaans niet wel doenlyk histmhb izoude geweest zyn ; zo vond men daarlu<^;;;.,.ri. pp een middel , welk de noodzaak van deszelfs tegenwoordigheid deed ophouden. De Stadhouder namelyk magtigde , zo iiveel aan hem was, de Ridderfchap en de^/F^ Bteden , om zynen naam ook in zyn af-APrwezen tc mogen gebruiken (p). Toen de Koninglyke Primes , Gemar tinne van Willem den II, in Slagtmaand des jaars 1650 , ettelykc dagen na deszelfs onycrwagt verfcheiden , van eenen zoon bevallen was, verzuimde de Prinfes, Weduwe van Fredrik Henrik, geenzins 1 by brieven , aan de byzondere Gewesten rerigt, te verzoeken , dat men , by de verkiezing van eenen nieuwen Kapitein Generaal over de Krygsmagt van den Staat, }f van eenen Stadhouder over ieder Gevest , aan haren kleinzoon , uit hoofde ' /an het goed en bloed, welk deszelfs /oorvaderen by de gemeene zaak hadden j?pgezet , mogte gedenken (q) : doch ^,[v£ lidderfchap en Steden antwoordden al-^y?-A«« | een'in algemeene uitdrukkingen, dat zy,bl'45"-/"''" , wanneer de tyd en gelegenheid het 1 , vercifchtcn , de aanbeveling van hare ■ , Hoogheid zouden nemen in behoorlyke ; , cn gunftige betragting (r)." Ook bleek fp.'S i vel dra , by de raadpleegingen op de nf*t m ■ 3roote Vergadering , dat de meeste re-'9;11:73 ■ «enteö van dit Gewest niet zeer gezind1 5*° ■ varen , wederom tot het aanftcllen van 5 eenen Stadhouder te treden. Het is bekend, dat de Staten van Hol ' p | witii  2ïó Tegenwoordige Stant. Historie land , de gevoelens der overige Prövin- regerjng cien 5 nopens de drie door hun voorge- I egerjng bra^te ftukjcen gehoord hebbende , ter 1 bekorting van die Vergadering, een gefchrift inleverden, waarby zy alle de punten , over welken gehandeld was , onder- j fcheidden , in zulken welken van het beleid der Staten van de byzondere Gewes- \ ten afhingen , en zulken welken tot het bellier der Bondgenoten behoorden, en gevolglyk daar ter plaatze moesten behandeld worden. Die van de eerste foort wa■mlQa ren zeven in getal (s): en dewyl wy dit, ; #«-y?.'z>«/,tot beter verftand van ons Staatsbeftier bJ*%7' geduurende de ftadhouderlooze regering , niet onnut keuren , zullen wy hier opgeven , wat omtrent dezelve door Ridderfchap en Steden werd befloten. Men verftond dan : i. dat het al of niet aanftellen van Stadhouders behoorde gelaten te worden aan het goedvinden van ieder : Provincie ; 2. dat daar aan mede moesE gelaten worden , het vergeven van de Bevelhebberfchappen in de Steden en Sterkten , binnen ieder Provincie gelegen ; E 3. dat omtrent het bewaren der fleutels,! en het geven van 't woord, in de ftem-i mende Steden , moest gebleven worden! by het vorig gebruik; 4 dat de oeffe-| ning van regtsgebied over het krygsvolkj i in alle zaken niet zuiver tot den krygs-1 dienst behoorende, aan de befchikking der byzondere Gewesten moest overgelaten worden ; 5- dat de begev"ing vaal krygsampten, van die van Overfte en daar j  van OVERYSSEL. 227 • | onder, voor zo verre die eertyds door | zyne Hoogheid uit eene benoeming ge- R-EGBRIN8. ■ i fchied was, aan de betaalsheeren, en voor ■• zo verre die regtsftreeks aan den Stadhouder geftaan had, aan de Algemeene Sta- ■ ; ten behoorde te vervallen; 6. dat het •• verleggen der bezettingen binnen de by- • zondere Gewesten aan ieder Gewest ftaan ;> :moest, mits daar van ten fpoedigften ken•■ nis wierde gegeven aan de Algemeene ■ Staten ; en 7. dat het krygsvolk eed zou- • de doen aan de Algemeene Staten , en > aan de Steden en plaatzen daar het in ^ i bezetting werd gezonden (t). Ten aan-Re/lPvail li leien van de twee laatfte punten werd*"»*P'l pok op de Groote Vergadering befloten , ll'iu™™ Jat de byzondere Staten, op eigen pa1 ent , het krygsvolk binnen hun gewest nogten verleggen , en dat het krygsvolk a aiet flegts aan de Generaliteit , maar ook te an de Staten van 't Gewest, daar het ai.lag, en daar het door betaald werd , eed b I aoest doen : terwyl voor 't overige het !i- ligten uit , of het doen intrekken van Dl j-olk in eene ftemmende Provincie , geit iten werd aan de Vergadering der Al- emeene Staten , met overleg des Raads ien «an State ; mits het eerfte gefchiedde met ï> :ennis , en het laatlte met bewilliging ^Jw. ü:, an de Staten der Provincie, welken de|'/^XLV I daar toe zynde gemagtigd, en behelsde niet: ' alleen de beflisfing der gefchiilen y maar F 4 t£S  13,9 Tegenwoordige Staat ^storie tevens verfcheiden fchikkingen op het beHeGERING. leid der Regeringe , welken vervolgens, | als wetten van Staat, moesten worden vaa.Hi!i. onderhouden (v). xlvin. b. - rje voornaamfte punten, welken de beflisfing der zweevende gefchiilen ten oogmerk hadden , kwamen hier op uit: dat alle de befluiten , van den agften van Grasmaand des jaars 1654, af te rekenen; door d,e wederzydfche Leden , tegen de orde van de regering, en ten nadeele van elkanders geregtigheden , genomen , zou- ' den gehouden worden als niet befloten , gelyk ook alles , welk aan deze of gene zyde in euvelen moede mogte gezegd of ; gedaan z$m, als niet gefchied, vergeten en vergeven ; dat de aanftelling van Rutger van Haerfolte , zo wel als die van Prins Willem Fredrik , mede als niet gefchied zoude gerekend worden ; en dat het gefchil over de verkiezing van den Prinfe van Oranje gelaten werd in zyne waarde en onwaarde , en aan het oordeel der genen, die in de regeringe zouden zyn , wanneer zyne Hoogheid bekwame jaren bereikt zoude hebben, om de waardigheid van Stadhouder te bekleden. De h»} overige punten betroffen de orde van reWTvan §erinS » vooral de begeving van ampten K enOorum kommisfien , en behelsden verder be%'0;J};.;'ö';1'igt:fchrifcen voor de Heeren Ordinaris Gef t'óns ' $ePuteert'en. en eenige voorname amptenaren van 't Gevvest (w) : dan al dat van 1 $%J>?b]dezen aart was ' en nie£ blootelyk op de fc* 1 tegenwoordige onhandigheden, zag, werd mi  van OVERYSSEL. 23r juaderhand , in eene voeglyker orde ge-^T°^lB jfchikt en in Kapittelen verdeeld, uitgcgeven, onder den titel van Ordren ende Reglementen omtrent de regeringe der Provintiê Ivan Overysfel , in het toekomende te onder\ houden. Het Stuk is wel verre van een volkomen zamenftelzel van het StaatsregC | te bevatten ; doch behelst egter verfcheiden punten , welken ons in 't vervolg lot een beter begrip van hetzelve zullen ;kunnen dienen. Thans vergenoegen wy ons met dat weinige daar uit te trekken 5 welk wy meenen meêr regtftreeks tot ons tegenwoordig onderwerp, de Hiftorie van 'de Regering in 't algemeen, te hehooren. Dit beftaat hier in : dat de Oppermagt over de Provincie , voor 't geheel of ten Ideële , aan niemand , " buiten Ridderfchap :en Steden, zoude mogen opgedragen worden , dan met gemeen goedvinden van alle de ftemmende Leden : dat , zonder eejne gelyke algemeene bewilliging , noch tegen dit Reglement gehandeld , noch eenige verandering daar in gemaakt zoude imogen worden : dat, om eenig voorregt te verlecnen, of iemand van eenige wet ;te ontdaan , niet blootelyk eenparigheid ivereifcht wierde ; maar dat dit in 't geheel niet zoude kunnen geleideden , ten :zy op eenen gewonen Landdag, na voorigaande uitdruklyke befchryvi.ng tot dat ein;dc , en ten zy alle de aanwezende Leden :nog daar boven, daags te voren, van de raadpleeging daar over waren verwittigd : ]ien eindelyk, dat alle Staatsbeüuiten 5 regP 5 ten  33a Tegenwoordige Stasi Historie ten en oude gewoonten , welken bv dis Él VAN UB , . ° . f . •> 1 'M ?^cERiNr,.lveglernent niet veranderd waren , in vqM rige kragt zouden blyven. De Hollandfche uitfpraak , in haar ge-1 heel befchouwd , was zekerlyk niet gun- ] flig voor de poogingen der zulken , die,; de verheffing van het huis van Oranje be-; doelden. Nogthans fcheen de onderlinge verzoening zo hartelyk , dat men eenparig . eenen dag beftemde, om den Hemel pleg- tum^van^ ^aar voor te banken 00» Het gevoel ' der nadeelen, welken het verward beftier 1 !£nïdel657 geduurende de fcheuring noodwendig had*eps'1' 'den moeten verzeilen , gaf veelligt geen. minder aanleiding om hier toe te doen befluiten : want het vervolg zal ons aantoonen , dat de bevordering van den jongen Prins nog fteeds by velen werd op he'4 oog gehouden. —. Daar verliepen naauw. lyks drie jaren , of deze Provincie- itemrjym de ' met f°mmjge anderen (y) , om den-I xux, b.§. zeiven by voorraad aan te ftellen tot Ka«- pitein en Admiraal Generaal van de Ver,, eenigde Gewesten , en hem tevens met* - den ouderdom van zestien jaren zitting te geven in den Rnad van State (z). — Het. I fj ^f^ befluit van Holland , om in *t openbaar I 1660. gebed de Sta.en des Gewests voor de Al- 1 gemeene Staten te plaatzen , en den Prins, 1 Ca) ongenoemd te laten (a} , werd hier , als j *kf-'i% eeRe " nieuwigheid van verren inzigte,1*'! hooglyk afgekeurd. Men fprak egter in \ I beOuit, daar tegen genomen 3 niet van den Prins , maar het zig alleen uit ove? «fë kiQuiagting % wejis ffiea veïftoad daar- j  van OVERYSSEL. 233 Böor betoond te worden aan het gemeene historie Ligchaam der Bondgenoten (b). — Toen hn 't jaar 1666. wederom fterk over de b) ' , bevordering van den Prins gehandeld werd,^^, Jzouden die van Overysfel gaarne gezienj^£-bU hebben , dat hy , niet tot -Opperhoofd oJver de geheele krygsmagt , maar tot Generaal over de ruitcry van den Staat aangefteld ware , en dat men hem zitting in den Raad van State gegund had (c). —au v.fl. ipp dit laatfte drong men nogmaals aan in^'-^8^ cn i !t volgende jaar , en ook om zyne Hoogl heid met deszelfs twintigfte jaar tot Kapi11 tein en Admiraal Generaal te verkiezen : doch tevens fchenen de Staten niet zeer FJj/fl}i vreemd van den Hollandfchen voorfiag , li. ti. §. I om het Kapitein-Generaalfchap voor altoos'5" 1 van het Stadhouderfchap af te fcheiden (d); (ej "verklarende, dat men daar omtrent een^-™'*» eenparig befluit onder alle de Gewesten^. ' moeste tragten te bewerken (e). Tot hier toe was , by alle de befluiten ter bevordering van den Prins , het Stadhouderfchap fteeds ongemeld gebleven. Alleenlyk hadden twee afgevaardigden ter Algemeene Staatsvergadering , zonder daar toe gelast te zyn , in Wynmaand des jaars 1666. eenen voorfiag gedaan , om denzeli ven tot algemeenen Stadhouder der Gewesten te verheffen. Dit beftaan , fchoon van zulken , die de zelfde party toege! daan waren , geprezen, werd by vele leden zeer hoog opgenomen ; inzonderheid by die van Deventer , welken dreigden , -niet meêr ten Landdage te zullen verfchy- nens  2 34 Tegenwoordige Staat v|nt°eIE nen > ten zy dieswege voldoening gege, 1 RïGswNo.ven werd. De verbittering , hier door 1 opgewekt , werd nog grooter door het: 1 bedryf van Rutger van Haerfolte, die ze- ;. dert de voorgaande onlusten het Drostampt van Zalland had bekomen. Eene pooging namelyk , door dezen Edelman gedaan , om ettelyke Gemeentslieden van .Kampen 043 zyne hand te krygen , en i door middel van dezelven eerst" den Raad 1 dier Stad te doen veranderen , en vervolgens de opdragt van 't Stadhouderfchap 1 aan den Prinfe door te dringen , baarde j daar ter ftede zulk eene verftoordheid , dat Stads afgevaardigden , ■ op den eerst- 1 volgenden Landdag, in den jare 1668 , ] weigerden in eenigerhande raadpleeging deel te nemen , voor dat Ridderfchap en f Steden de tegen den Drost ingebragte klagte van omkoping onderzogt hadden , en deze zig daar van had gezuiverd , of daar over was geftraft. Het voorftel behaagde aan de meeste Edelen , zo wel als aan die van Deventer, en men befloot . met meerderheid van ftemmen , dat de Drost met deszelfs bloedverwanten zig t tot de uitfpraak toe , van de vergadering zoude moeten onthouden. Die van Zwol-.' Ie en de overigen van de Ridderfchap , vrugtelöoze moeite hebbende aangewend om hunne medeleden van dit befluit af te trekken , kozen eindelyk de party, om Kam. pen , waar de Landdag gehouden werd , te verlaten , en voor onwettig te verWaren alle. beramingen 3 welken daar vervel- ;  nn O VERYSSËL é§$ i Volgens mogten worden gemaakt. HiernistoRiü by bleef het niet. Rutger van HacafolteRAENGi,DREIi!(84 :fchreef van zynen kant eerlang eenen Landdag uit binnen Zwolle , en men zag anidermaal eene fcheuring tusfchen de Over; ysfelfche Staten , gelyk aan die , welke , maar ruim tien jaren geleden, met zo veel ; arbeids was geheeld. Nadien de uitflag van deze fcheuring , Voor zo verre ons gebleken is , geenen invloed had , gelyk de vorige , op • het i Staatsregt van dit Gewest, waar mede i wy ons hier voornamelyk bemoeien ; zal het onnoodig zyn daar by verder ftil te iftaan, dan om alleen nog te melden, dat ;:het, na veelvuldige onderhandelingen , aan eenige afgezondenen uit de Algemeene Staten eindelyk in Herfstmaand des jaars 1:1671. gelukte, den twist in zo verre by te leggen , dat de verdeelde leden zig op 1 nieuws ter Staatsvergadering vereenigden.^/^j» IDan het zaad der tweedragt, de ftrydige^«^,im ! neigingen en belangens met betrekking tot^Vl-1' de invoering van het NStadhouderlyke be-*^-^1 wind , was niet zo gemakkelyk te verdel-27.' gen (f). Aan deze tweedragt mag men gerufte' lyk toefchryven , dat deze Provincie , in 1 den kort hier op uitgeborsten oorlog, hbyna zonder flag of floot , eene prooi werd van de vyandelyke magt. Het is te bekend , dan dat wy ons hier zouden inlaten in een verhaal van de raadplcegingen, welken ter vergadering van . \ de Algemeene Staten voorvielen, wanneer di«  23Ö Tegenwoordige Staat HivroruE dit cn de andere ovcrheerde Gewesten we-1 li.£GEwNG. dcrora van de vreemde krygsbenden wer- I den verlaten (4). Genoeg "zy het te her- 1 inneren, dat ter Generaliteit, op den 1 1674. twintigften van Grasmaand des jaars 1674, I beflotcn werd die Gewesten , onder zeke- I re voorwaarden, wederom in de Unie aan I OO te nemen (g), en dat, op het fterk aan- 1 f^»^"dringen der Hollanders, het toen van hun I 'staat en belang rekenende , dat dezelven , zo wel 1 ^35. " 'als zy 3 der Stadhouderlyke regering on- 1 derworpen wierden , Zyne Hoogheid , by I het zelfde befluit werd gemagtigd, om I aldaar de Regenten en Amptenaren te 1 veranderen , en de regering, naar zyn 1 goeddunken , te heitellen ; alles egter 1 voor deze reize alleen , zonder in gevolg 1 te kunnen getrokken worden, en zonder 1 algemeene of byzondere voorregten te be- \ Vaieli. nadeelen (h). De Prins draalde niet van i\LZ' dit befluit gebruik te maken. Reeds op ■ '*I2' den zevenentwintigften van Bloeimaand ftelden de Heeren van Wevelinkhoven en Wierts, tot deze verrigting door Zyne I Hoogheid afgezonden , zes perfonen aan, I éénen uit ieder Kwartier der Edelen , en ëénen uit ieder der drie Hoofdlieden , om het bellier der Provincie by voorraad | waar te nemen. Ook deden zy op den zelfden voet eene aanftelling van nieuwe j Drosten , en de regering der drie Steden ,| werd, (4) De onbillykheid der handelwyze, toen, met I die Gewesten gehouden, is voldoende betoogd door den Heer Bondt. Zie P. Paulus Verklar. der Unie^ }. D. art. 1. f. 9--14.  van OVERYSSEL. i$| Werd, insgelyks by voorraad, in elke aan Histo&m jeenen Hoogfchout en agt Hoplieden toebetrouwd (i). Deze ftaat van zaken düuride egter niet langer , dan tot in den aatf* ^ ivang van 't volgende jaar , wanneer de^buV^ juitwendige vorm der regering , dat is het ■getal en de benaming der Regenten , zo i-wel als de waarnemingen aan ieder bediening voor den oorlog gehegt, wederom op den ouden voet gebragt werden Dan ieêr dit gebeurde , zag men eene nieuwe lOrde op de Regering van de Provincie, van welker invoering , en van de omftanidigheden waar mede deze verzeld ging , ons nu ftaat te fpreken. Zekerlyk moesten de woorden 5 voor „ deze reize alleen , zonder gevolg , en I, zonder benadeeiing der voorregten uit het befluit der Algemeene Staten zo éven bygebragt , ieder tot de gedagten leiden , dat , met het maken der verhaalde fchikkingen op de regering, aan de magtiging , den Prinfe verleend , nu geheel voldaan was. Zyne Hoogheid egtef begreep , in tegendeel , dat aan de uit* .voering van dit werk nog niet was begonnen. Tegen den negentienden van Sprokkelmaand des jaars 1675. eenen landdag te ; Zwolle befchreven hebbende , en daar in iperfoon gekomen zynde , droeg hy den \ Staten voor : dat de bezigheden , door t den kryg veroorzaakt, hem in 't afgelopen Ijjaar niet toegelaten hadden , het oogmerk van dat befluit te vervullen; maar dat hy , thans eenige Reglementen hebbende doen  238 Tegenwoordige Staat Pütorie doen opftellen , had goedgevonden , daar 1 fxmame. van in deze Vergadering openinge te doen; I Het ftuk gelezen zynde , werd , na dat Z}~ne Hoogheid was opgeftaan , eenparig goedgekeurd door Ridderfchap en Steden , die daar boven den Prinfe , voor alle deszelfs ten beste van deze Provincie aangewende zorgen, plegtig bedankten. Ten zelfden dage gaven de Staten mede hunne goedkeuring aan de voorwaarden , I op de wederinlyving in de Unie door de Algemeene Staten beraamd , waar toe zy door den Raadpenfionaris Fagel , na- I mens de Provincie van Holland , werden 1 gedrongen: „ onder vertrouwen nogthans, j dewyl daar omtrent verfcheiden ophelderingen ligtelyk zouden kunnen wor- j den vereifcht , dat het Haar Hoog ] Mog., en in 't byzonder ook de Prb„ vincie van Holland , niet onaangenaam I ,, zoude zyn , dat daar over minnelyke ] gefprekken wierden gehouden , om alle j ,, duifterheid en bedenkelykheid hier in I j, weg te nemen." Dit afgelopen zynde, werd nog op den zelfden avond befloten, I de Steden Hasfelt en Steenwyk (5), over j de opdragt van het Erfftadhouderfchap aan I den Prinfe , te verfchryven. 'Na dat de Afgevaardigden uit deze twee Steden op Zondag , den eenentwintigftert van Sprokkelmaand, des morgens ten zeven (5") Over het regt dezer twee Steden, om in j fonmiige gevallen de Staatsvergadering by te w&- j »;n , zal in 't vervolg worden-gehandeld,  yan OVERYSSEL. 239 |Ven uur, ter vergadering gekomen \va-Mvrau* '>en , en hunne toeftemming uitgebragtR^ED£:.ej tiadden , werd. door Ridderfchap en SteI den aan den Prinfe , en aan deszelfs uit wettigen egt gefproten mannelyke aframmelingen, mits den hervormden en by de Dordrechtfche Kerkvergadering vastge.fielden Godsdienst toegedaan zynde, ,, het „ Stadhouder- Kapitein- en Admiraalfchap ,, Generaal over deze Provincie van Oyerysfel, met alle de digniteiten, hoog„ lieden , eeren , regten en preeëminen„ tien daar toe eenigzins fpeilerende ," apgedragen. Zyne Hoogheid , hier van jplegtig verwittigd, begaf zig nog den zelfjden morgen ter vergadering, en leidde t!den eed af, inhoudende, dat hy de „ Provincie van Overysfel , Ridderfchap „. en Steden , mitsgaders de onderdanen „ en ingezetenen van dezelve Provincie, , by derzelver fouvereiniteit, vryheden , , regten en voorregten, zoude handha, ven en bewaren , ais mede alles doen, , 't welk een goed en getrouw Erfftad, houder van die Provincie" fchuldig was , te doen." Dan eer die gefchiedde nadien de Staten hunne Afgevaardigden ter Generaliteit ook reeds gelast , te bewercen , dat de Prins insgelyks met de waardigheid van Kapitein en Admiraal Generaal van den ganfehen Staat bekleed mog:e worden. Het verdient hier met een woord aan= reteekend te zyn , dat de Gezworen Gebeenten der drie groote Steden tot dgaanr.e- ming  249 Tegenwoordige Staat Historie ming van de voorwaarden , waar op de ^sj^nc Provincie wederom in het Bondgenoot- I fchap treden zoude, hare toeftemming I verleend hadden (k): doch dat die toe-1 nJoLvaa ftemming , met betrekking tot het Re-1 jiidd. sn glement op de Regering , niet eens 1 ii%l$l?D werd gevraagd ; en dat dit niet lang 1 jö75- naderhand aanleiding tot eenige ftribbe- I lingen heeft gegeven , van welken het 1 hier de plaats niet is omftandiger te ge-1 wagen. Wat nu den inhoud van dit berugte 1 Reglement betreffe, kunnen wy in 't alge-1 meen zeggen, dat hetzelve voornamelyk 1 beftond uit eene befchryving van den ui-1 terlyken vorm van de Regering, zo van del Provincie, als van de voornaamfte Steden, 1 zonder dat daar in iets gevonden werd , 't ] welk dienen konde, om het gezag, of de 1 regten , of -de verpligtingen van de by- ] zondere Ligchamen, waar uit die Regering 1 was zamengefteld , te bepalen , of de ge-1 fchillen ,. die daar over te voren wel ont-1 liaan waren, of nog ontftaan mogten , tc | beflisfen. Elke artikel namelyk, waarin van zulk een Ligchaam gefproken wordt, eindigt met deze of foortgelyke uitdrukking; 1 dat hetzelve die magt zal oeffenen , tot ! welke het beregtigd is , en welke het totl , hier toe heeft gebruikt. Het zoude over-1 tollig zyn , by dit alles hier ter plaatze ] ftil te ftaan; nadien het vervolg ons 1 noodwendig leiden moet, om van hetzelve] llukswyze verflag te doen: en dieshalven j zullen wy uit dit ftuk alleen dat gene voor-j dra-J  van OVERYSSEL, ê4i jjteigeri , 't weik min of meêr als jetsHpjiawl inieuws in de rcgerinswyze van deze Proyincie kan worden bclchouwd. Dit beftond , ten grootlten deele , in de daar in uitgedrukte bepaling, of liever uitbreiding, van het Stadhouderlyke gezag, welk in der daad, op verre na , nooit tot die ihoogte geklommen was , tot welke het thans Willem de III, zonder de minfte beroerte , zonder ftribbeling zelfs , ja byjna zonder raadpleeging van da Overheid , en onder toejuiching van de talryke gemeente wist te verheffen. Zie hier db voornaamfte punten. Buiten toeftemming van den Erflladhouder zoude men geene jverandering mogen maken in de voorzwaarden , waarop nieuwe leden in het ligchaam van de Ridderfchap werden toegelaten. De Drostampten, het Sehoutampc van Hasfelt, het Dingwaarderfchap met het Stadhouderfchap van de Leenen, de ampten van Landrentmeesters en Ontvangers van de drie Kwaifïeren , de Schoutsplaatzen , en alle andere bedieningen, dié immer, geheel of ten deele, ter begeving van eenen Erfftadhouder gcftaan hadden , zouden van nu af door den Erfftadhouder , zonder voorgaande benoeming j vervuld worden. Alle amptenaren zoucleri verpligt zyn , voor 't aanvaarden . varï hunne bedieningen , met eede te fterken | Idat zy ter verkryging van dezelven niets hadden beloofd of gegeven. Niemand, die uit hoofde van beftier van penningeii den Lande rekenfehap fchuldig was, zou" Q < |i  242 Tegenwoordige Staat historie de in Lands of Stads Regering worden toe* ^gering, gelaten. By 't openvallen van het Grif* 1 fiersampt zouden de Staten vier perfonen voorflaan , en de Erfrtadhouder de keuze hebben , om of éénen uit die vier , of ' eenen anderen buiten den voorfiag , daar toe te kiezen. Op den zelfden voet zou-I de gehandeld worden met de begeving der Kommisfien. leder Kwartier van de Ridderfchap , en ieder Stad , welke aan del beurt lag om door één van hare ledenJ eene Kommisfie te laten bekleden , zoude vier van dezelven daar toe benoemen; doch aan den Erfftadhouder de magt voorbehouden blyven , om of uit , of I buiten die benoeming , eenen perfoon , ' mits tot het beregtigde Kwartier of Stad behoorende , daar mede te begunftigen. Geen minder gezag werd den Erfftadhouder toegekend in de aanftelling van de Regenten der Steden , waar over wy naderhand by voeglyker gelegenheid fpreken zullen. Ook zouden alle hooge en lage krygsampten door denzelven , zonder eenige benoeming , naar willekeur , worden begeven* Het ftuk eindigde met deze woorden. „ Dat fo wanneer het zoude „ komen te gebeuren , dat tusfchen de „ Leden van de Hooggem: Provincie on- der den anderen , ofte ook ten Lants„ dage, eenige verfchillen ofte discrepan- | tien fouden mogen komen te ontftaen, „ en dat de zake die in verfchil is, na „ haren aerdt en natuire , ende volgens „ de ordre in de Regeringe geobferveert, j j, tos  van OVERYSSEL. 243 k geene conclufie foude konnen werden "istoris „ gebracht, de definitie ende decifie van tamtam* ,, de voorfz. verfchillen ende discrepanü tien , van wat natuire die ook foude , mogen wefen, geene uitgeibndert, ful, len werden verbleven aen de definitie , ende decifie van den Erf-ftadhouder in , der tyt , ende dat alle de Leden ful, len moeten naerkomen ende volbren, gen 't gene by den Hooggem: Erf ftadt, houder in der tyt gedefinieert ende. , uitgefproken fal werden , fonder ee, nige oppofitie of contradiótie van ye, mant (6)." Men verbeelde zig ondertusfchen niet, at dit laatfte punt in 't algemeen zo werd pgevat, als of hier door aan den tydeken Erf-ftadhouder de magt was opgedra?n, om het beftaan van de regten cn Dorregten van de Leden der Regering, j> dra dezelven maar door iemand in !7yffel getrokken werden , met deszelfs tfpraak te bekragtigen , of nietig te •:rklaren. Dit toch zoude ook het zelfde ;weest zyn als den ganfchen vorm van t Staatsbeftier , op alle oogenblikken , In de byzondere begrippen van eenen Q 3 Erf- '6) Dit fr.uk is in 't jaar 1675. afzonderlyk ge-. ;ikt onder dezen titel. Oulre ende Reglement , • °.r naer de Regeringe van Overysfel in het toekomenifal worden beleyt, De Lezer kan het ook vinden, 1; Sylvins, faken van Staat en Oorl. XII. B. bl. 194. ■ ar tevens een lyst. te zien is van de perfonen , ' ■ llken by deze gelegenheid, zptot.de regering van, Provincie als van de drie groote Steden , dooi Jiti.e Hoogheid werden verkoren.  24-1- ' Tegenwoordige Staat Kl STOUTE Erfftadhouder te doen afhangen , en dus ™wMccla:u' omtrent eene altoos duurende onze- ï ™ * kerheid in te voeren : en het tegendeel 1 bleek, wanneer de Ridderfchap, niet lang 1 hier na, wederom - fommige bezwaren te- | gen de voorregten der groote Steden begon op te werpen. Zyne Hoogheid namelyk , de zaak , zo het fchynt, uit een • ander gezigtpunt befchouwendé, nam, na dat hy vrugteloos de Leden tot eenigheid vermaand had, in den jare 1680, wel het befluit , om de gefchiilen te beflisfen : . ./^„.„„doch befpeurde genoeg, welken tegenmste iv. ftand hy van de zyde der Steden zoude •<;.b!,98. te wagten hebben , om zyn voornemen, te laten varen (1). Zulk eenen tegenftand ondervond hy nadruklyker omtrent tien jaren later, i hans had de Ridderfchap hare bezwaarnisfen tot agt punten gebragt. Eenigen van dezen betroffen het jagtregt, en het aanftellen van Schouten in de groote Steden en derzelver kerfpels i. doch de voornaamfte eifchen ftrekten , om de groote Steden met betrekking tot de invordering der gemeene middelen, mede aan het gezag der Edelen te onderwerpen. IDoor dezer invloed ten hove werd de Koning bewogen , dat by andermaal waagde de zaai af te doen met zyn gezag. Drie Heeren j door Zyne Majefteit gemagtigd , om dt gefchiilen te beflisfen, kwamen daar op |n Overysfel ; fchoon de Steden vooraf! verklaard hadden , zig aan geenerhandel ^iitforaak te zullen onderwerpen : en zyl de-  van OVERYSSEL. 245 I; deden ftraks na hunne aankomst zo veel Hjsjwu* |i eenzydigheid blyken ten voordeele Van ul' re ge rik o. •Edelen, dat de Steden, wel ziende wat 'van zulken als regters , ja zelfs als mid- 1 delaars , te wagten ware, in haar befluit vcr,!erkt wierden, en zig volftrektelyk niet verder met hen wilden inlaten , dan om de voorflagen , die zy van wege des ^Konings mogten te doen hebben te hooren. De Ridderfchap , in tegendeel, zig : aanftonds gereed getoond hebbende , om Ihare befcheiden aan de Gemagtigden ter hand te ftellen, deden dezen van alles verüag aan den Koning : waar van het gevolg was , dat Zyne Majefteit by voorraad eenige bevelen gaf , welken hy wilde , dat, ten aanzien van het in gefchil itaande heffen van de middelen , zouden nagekomen worden , tot dat , by eindelyke uitfpraak, daar over , door de drie Heeren , zoude zyn befchikt; terwyl hy tevens de Steden vermaande, hare bewysftukken, binnen zekeren tyd , aan die Heeren over te geven, met bedreiging , dat anders regt gedaan zoude worden op ihct ingebragte van de Edelen alleen. Dc igemelde bevelen waren in der daad niet zeer gefchikt ter aanmoediging van de ;Stcden , om van haren tegenltand af te :zien: want zy liepen regtftreeks aan telgen de meening , welke dezen fteeds 3 !met betrekking tot hare aloude geregrigheden, hadden ftaande gehouden. Ook \waren zy, verre van agtervolgd te-wor- .iden3 van de zelfde uitwerking als de daarop 4 *>y  246 Tegenwoordige Staat tïisTORiB by gevoegde waarfchuwing; namelyk, dat liEGisRiNG.de Steden* zig dies te eendragtelyker zaJ menvoegden , om zig tegen alle inbreuk op hare regten te verzetten. In plaats yan iets ter harer verdediging te brengen onder het oog der gemagtigde Heeren , lieten dezelven een vry breedvoerig ver-' j toog opftellen , welk niet alleen eene I wederlegging van de eifchen der Edelen , j maar tevens ook een verflag van de uit- 1 ftekendc magt, die de Steden van ouds her geoeffend hadden, inhield, en met be- 1 wysftukken bekleed was. Dit ftuk zonden I 2y -aan den Koning 5 met by voeging * ;an eenen nadruklyken brief, waar in Zyner j Majefteit vertoond werd, dat de Regenten j der Steden, zig niet uit kleinagting, maar | blootelyk uit hoofde van hunnen bezworen 1 pligt, aan deszelfs uitfpraak onttrokken: dat by het Reglement van den jare 1675. \ wel de beflisfing der gefchiilen, die, naar I hunnen aart en de orde van de regering, j op de landdagen , door de ftrydige be- j grippen der leden , niet konden afgedaan. \ Worden, aan den Erfftadhouder verbleven was ; maar dat nooit het oogmerk konde geweest zyn vryheden en geregtigheSeri , voorregten en oude gebruiken van \ zulk eene beflisfing te doen afhangen: dat \ in tegendeel het punt van dit Reglement, I waar over hier de vraag viel, alleen te I verftaan was „ van fodanige verfchillen , 3, welke niemants geregtigheden raakten, 3, en tusfehen Ridderfchap en Steden % 53 over de beftieringe van de Provinciale  - van OVERYSSEL. 247 5, regeringe , en finantien , quasstieus zou- historie „ den mogen wezen": en dat een hierRjBïmqj tegen gerigt gevoelen de grootfte ongerymdheid zoude influiten ; nadien, hetzelve aangenomen zynde , alle de regten en voorregten der Steden , ja de grondzuilen der regeringe zeiven , zouden kunnen in gefchil getrokken worden , z,o dra het maar aan één der leden gelustte, daar Dp aan te vallen , en de Stadhouderlyke uitfpraak te verzoeken. Deze klemmende itaal had het uitwerkzel , welk zy verdiende. Koning Willem zag af van zyne bis^m, voorgenomen uitfpraak , en de Ridder- f£^f*j' fchap van het vervolgen van hare ei-c» bi. 13a.* fchen (m). Schoon de Staten , in Lentemaand des. kaars 1702, juist vergaderd waren, toen ,^,a, |e tyding van des Erfstadhouders overly|en inkwam (n) , liep het egter aan tot jin Zomermaand des volgenden jaars eêr^"4, een ontwerp tot het invoeren eener nieu-k- f« we regeringswyze in orde was gebragt. J7o2. Men. had , gelyk natuurlyk was , het Reglement van den jare 1657. tot eenen grondllag genomen ; doch tevens eenige punten van hetzelve veranderd. Nadien aan de tegenwoordig zynde Leden de meeste artikelen van dat ontwerp wel behaagden , maar eenige andere punten bedenking baarden; werd 'er befloten , dat de eerstgemelden by voorraad zouden agtervolgd worden , tot dat Ridderfchap en Steden zig , op den landdag van 't aangaande jaar, nader zouden hebben verQ 5 klaard 9  24§ Tegenwoordige Staat historie klaard , en dat, in plaats van de ovcri-1 UEMRiNagen , het gemelde Reglement van 1657.1 zo lang zoude ftand grypen (o). Op dienl hefteenden landdag werden ettelyke Hee-1 4«:s.jt7z.ren verzogt, het ftuk in nader overwe-1 ï7oa; ging te nemen (p) ; doch zy llaagden niet 1 in het brengen van de Leden tot eenpa- 1 (P) righeid , en zelfs konden dezen het niet 1 Ma'arn7n4.eens worcJen over den tyd , welken men 1 de by voorraad ingevoerde regeringswyze 1 nog zoude verlengen (q). , Gelukkiglyk 1 jgjf-^? misfehien voor de rust van ons Gewest, 1 |fc»mio4.1iep de zaak voorfpoediger af in den jare 1 1705 , wanneer , op den vierden van 1 Grasmaand , een nieuw Reglement op de 1 Regeringe door. de Staten werd vastge-* I field C7> Het zal niet noodig zyn, ons over den 1 inhoud van dit ftuk in 't breede uit te la- 1 ten. De artikelen van het Reglement van I 1657. zvn in dit'wel in eene geheel ande- 1 re orde gefchikt, maar tevens byna allen, I fommigen geheel, fommigen met eenige j verandering of byvoeging , overgenomen, j Al- I (7) Volgens Refol. van Ridd. en Sted. van den 10. Maart 1710. zouden vau dit Reglement 200. fluks/ worden gedrukt, oin dezelven aan de Leden uit te deelen , en de drukker onder eenen eed gelegd „ • „ om verfekert te zyn , dat geen meerdere exem3> plaren wierden gedruckt, noghte defelve gedivul„ geert."1 Wat men met dit geheim voorhad , is ons. onbekend, By Refol. van den Maart 2711. werd tot een' tweeden druk befjoten , die thans in. ' ieders handen is. De eed voor de LedeD der Veis gadering van Ridderfchap en Steden , by Ref»t. vtut ien 6, Mmt iïo-q. vastgc.fteUl > ia izsx agüi te. via-; .  van O VE R YS S E L. 249 illeénlyk kunnen wy niet voorby, deju^sTORsa Lezer te doen opmerken , hoe veel fter- regering» Ier in dit nieuwe het voornemen van |Riddcrfchap en Steden doorfïraalt, om zig in 't vervolg altoos in de toenmalige Staatsregering te handhaven. Het oude » !gelyk wy ter zyner plaatze gezegd hebben, hield blootelyk in : dat de Opperjmagt over de Provincie , voor 't geheel " lof ten deele , aan niemand, buiten Ridjderfchap en Steden, zoude mogen opgeddragen worden , dan met gemeen goedI vinden van alle de ftemmende Leden. Thans ging men verder , en fprak duidejlyker , met vast te ftellen ; dat noch de Oppermagt, noch ,, de collatie van eenis> ge politike charges of commisfien aan s, yirant , wie het ook mogtc zyn , zoulW clen gedefereert worden , maar dezelve 5, altoos verblyven aan Ridderfchap en s, Steden onder byvoeging , dat dit als een edictum perpetuum zoude worden ,„ onderhouden , en daar in geen veran,„ deringe gemaakt kunnen worden , zelfs niet met eenparigheit van Hemmen." Wanneer het nabuurig Gelderland , in . den jare 1722 , befloot , Prins Willem Karei Henrik Frifo tot Stadhouder aan te nemen , toonden de Staten van Overysfel nog in de zelfde denkwyze te volharden : want, op het ontvangen van eene bezending van de Staten van Holland , verklaarden zy, geenen anderen vorm van regering , dan den tegenwoordigen , te erkennen , en daar by onverbrekelyk te. wil-  250 Tegenwoordige Staat Historie willen blyven. Dan , hoe zeer het zelfde antwoord mede inhoude , dat Ridderfchap en Steden geene aanzoeking gehad hadRefoVventen * om daar in , door het kiezen van m j 5, ge van Ridderfchap ende Steden gead-R*Nd, , mittecrt' zullen worden, ten ware foda- '•■ „ ne perfonen hair eerst derwegen voir „ Ridderfchap ende Steden genoechfaem 1 gepurgeert ende abfolutie crholden zul- (q , „ len hebben (f):" een befluit, welk ter ™» : opheldering kan ftrekken van de meêr on-24. ap/. i bepaalde uitdrukkingen , die in de nader-1611, ! hand opgeftelde Reglementen voorkomen, ( ^ | Dat van 1657. eifcht, namclyk, dat dezicde ! Staatsleden zullen zyn van een ,, onberis- gX»ide8llï , ,, pelyk en onergerlyk leven;" welke"«keisder , 1 ^ 1 j- z« Regie¬ woorden m dat van 1705. met die vanmemcnr !: een ,, Christelyk cn onergerlyk leven" ; zyn vervvisfeld (g). In het Reglement op de Regeringe van 1657. (h) leest men ook ,, dat niemant CM . ter vergaderinge van Ridderfchap ende2^y^S3, Steden van nu voortaen fal mogen ^^iiisua \, „ fchreven worden, die andere Heeren, 2." „ als de Provintie van Over-Ysfel , of „ de Gheunicerde Nederlanden in 't ge- , „ nerael, met eede verplicht zyn:" en deze laatfte uitdrukking is , by eene vol- ; gende gelegenheid, in dier voege verklaard, 1 dat daar door moeten verftaan worden , die „ amptshalven , of als onderdaan , ,, met eede verpligt zyn , zonder dat den 3, eed van vafallage hier mede gemeend £j4 l,, wort (i). Het is derhalven den hè'^t^M tden der Staatsvergadering niet verboden leengoederen te bezitten, fchoon dezelvenarU8> van andere Provinciën , of van vreemde i Staten, of van byzondere Lcenheeren 3 het R * ff  258 Tegenwoordige Staat staats- zy in het zy buiten dit Gewest , afhanr?ng.AUE" gen- Ook zoude eene tegenftelde wet in eene landfchap , waar in en in welker omtrek zo vele leengoederen liggen, aan groote zwarigheid onderworpen zyn , zonder n.if.tü. eenig nuttig oogmerk te bereiken : en hoeas', art. 1. wel het Landregt (k) den leeneed nog voorfchryft, en deze, onzes wetens, nimmer uitdruklyk , gelyk in Holland in den CO jare 1736. gefchiedde (1), werd afgefchaft; sÊfZm is het egter bekend, dat dezelve nog wel, Bolland, volgens den ouden vorm, in de leenbriebi."oo°not'.ven uitgedrukt, doch niet meêr werkelyk gedaan wordt. Het is derhalven, tentweeden , mede niet verboden amptshalve te liaan in eed van de Vereenigde Gewesten; uit welken hoofde zo wel zy die regt- 1 ftreeks den ganfehen Staat dienen , by voorbeeld Gezanten aan vreemde Hoven, als zy die een byzonder ampt in de Ge- j neraliteits landen bekleden, uit de Verga- \ dering niet worden.geweerd. Ten derden kan men als eene door het gebruik van alle tyden gevestigde, en veehigt daarom, als van zelfs fprekende , verzwegen uitzondering van den hier opgegeven regel aanmerken , dat krygsampten, ter repartitie ] van andere Provinciën ftaande, de bezit- ] (m5 ters niet beletten in deze verfchreven te \ Regkm^anworfjen : zynde alleenlyk vastgefteld, dat 1 s.ui 4P de Officieren, geduurende de raadpleeginkJfrtl'itgeh welken het krygswezen raken, ver- | 4.' Regtótt'.pligt zyn de vergadering te verlaten (m), Rakinde* Voor het overige gaat het door, dat nieeH2.arc.4 jnand ter Staatsvergadering van Overysfel kan  van OVERYSSEL. 259 kan zitting hebben, en tevens andere Hee- staatsren dienen. Nogthans moeten wy nieuwe?1'0* nalaten hier te berigten , dat den Grave i van Wasfenaar tot Twickel , in het voorI fte gedeelte van deze eeuw , werd toege1 ftaan het Hoogheemraadfchap van Rynland : te aanvaarden , zonder zyn regt van ver. I fchryving te verliezen, en wel na dat het ! berigtfchrift van dat ampt ter vergadering I was gelezen (n): dan de zeldzaamheid van Ref0"\an ' dit befluit , waar van wy geen foortgelyk R cn St' hebben aangetroffen , doet ons denken , 'apT' dat men hetzelve niet voor eene uitleg. I ging, maar voor een ontllag van de wet hebbe te houden. Verfcheiden voorbeelden van onflag zyn ter te vinden van eene andere wet , de laatfte welke wy nopens dit onderwerp zullen bybrengen , en het laatfte van allen, namclyk by het Reglement van 1675, ingevoerd (o). Dezelve behelst, dat nie-^ie^ imand in de Ridderfchap, of in de Magi-fogAw.»» Itraten der Steden , zal worden toegels- ö'ewi, ten , die ter zake van ontvangst of be-3" 4. ftier van penningen, der Provincie rekenfchap verfchuldigd is : en wy agten het niet ongepast, de geheugenis van het gene daaromtrent in onze dagen voorviel der nakomelingfchap over te leveren. Op aanbeveling van de Prinfesfe Gouvernante werd in 't jaar 1752. een Landrentmeescer van Twente, by vrygeving van- de wet, en zonder dat dit voor anderen ifcte/w.w« gevolg zoude mogen getrokken worden ■yj.'^T-^. oer vergadering toegelaten (p): doch, toen1?*2» R 3 drie  2öo Tegenwoordige Staat Itaats- drie jaren daar na eene diergelyke aanbey.iNc.ADE" veling voor eenen Landrentmeester van Vollenhove inkwam , waren fommige Leden ongezind om dezelve optevolgen , en men gaf hier van aan Hare Koninglyke Éf Hoogheid kennis (q). In het volgende . 5755." jaar drong de Gouvernante hare begeerte nader aan, 'er byvoegende van meening te zyn , dat het Reglement van 1675. zyne uitlegging bekomen had door het gene geduurende den tyd van Willem den III. gefchied was, en dat het gene daar in van rekenfchap-verfchuldigden gezegd wordt geene betrekkinging had op de Landrentmeesters ; als mede, dat in deze zaak met meerderheid van ftemmen ter Staatsverga(O dering kon worden befloten (r) : ftellin«wrlysfefiSfl 5 welken te duidelyk toonen , dat Hare Hoogheid omtrent den ftaat der zaken verkeerdelyk onderregt was , dan dat men dezelven, in een opzettelyk berigt wegens het ftaatsregt dezer Provincie , ongemerkt konde laten vodrbyglyden. Ongetwyffeld had men de Prinfesfe verkeerdelyk in den waan gebragt, dat de algemeene woorden van het Reglement eene verklaring dulden konden , waar door de Landrentmeesters werden uitgefloten: dcwyl men hier te lande, behalven de Generale Ontvangers, geene amptenaren kent , die, ter zake vari ontvangst cn beftier van penningen, der Provincie meerder rekenfehap verfchuldigd zyn dan de Landrentmeesters. Ook was het zo verre daar af, dat dc Staten ooit zulk eene uitlegging  van OVERYSSEL. 261 ging aan dat Reglement zouden gegeven s™u*shebben , dat zy , in tegendeel, toen een " Landrentmeester van Twente, in den jai re 1699, verzogt befchreven te worden , | met ronde woorden hadden verklaard, dat ! dezelve , fchoon hy voor 't overige aan I de vereifchten , op de verfchryvingc der Edelen ftaande , voldaan hadde, nogthans, j wegens zyne hoedanigheid als Landrent; meester , ,, ingevolge het nieuwe Regle, ment," niet konde worden toegelaten (s). Eindelyk vervalt de derde Hel-Mfs^ iiling, dat men in deze zaak met meerder-Mvmósg, li heid van ftemmen mogt befluiten, met i de twee vorigen : want uit het gezegde 1 volgt, dat een Landrentmepster zonder ontllag van de wet geene zitting verkry1 gen kan , en beneden zullen wy zien , dat zulk een ontllag niet dan met eenparige ftemimen kan gefchieden. Men moet het derihalven niet aan overtuiging, maar aan toeigeeflykheid, van den kant der Staten toefchryven , dat de Landrentmeester, van 1 welken wy gewaagden, hier op werd verfchreven (t) Dit blykt nog nader daaraf O ,int, dat Ridderfchap en Steden, weinige m'trtt^ dagen later, befloten, aan Hare Hoogheid lin bedenken te geven , of het niet best iware , eens vooral te verklaren, dat de !Landrentmeesters onder de uitflüitihg van :het Reglement niet waren begrepen (u): («> :eene omftandigheid welke mede wel ver-^,r;;£ & dient gemeld te worden wegens haar zoniderling gevolg ; te weten , dat de Goti. 'vernante nimmer eenig antwoord op dit R 4 voor»  202 Tegenwoordige Staat Staats- voorftel der Staten heeft gegeven, en dat hinc.ade* dus de zaak op den ouden voet is blyven | rusten. Daar het opfpooren van beweegredenen buiten 't beftek van dit werk is , zy het gezegde genoeg. Alleen voegen jj.ïl Wy 'er by , dat , op 't voorfchryven van dug. 1766.. fjen tegenwoordigen Erfftadhouder , nog twee Landrentmeesters van die wet zyn pntflagen O). Getai der Ten aanzien van het getal der Leden is Leden, fc» naauwlyks noodig aan te merken , dat de hoeveelheid der Edelen die der Havezaten , van welken zy moeten veifchreven worden , niet alleen niet kan te boven gaan , maar zelfs nimmer evenaart; nadien fteeds velen dier Havezaten door onriddermatige perfonen worden bezeten. De drie Steden wonen de Staatsvergadering by door Afgevaardigden uit de Magiftraten, wier getal ieder van dezelven, naar goedvinden, kan bepalen. Dit getal doet fw) ook niets ter zaak, nadien de gcheeZie Bya- ïg Wethouderfchap van eene Stad, te%?x{iekjur. genwoordig zynde , in geen ander licht, IfL L'b.' dan a's afgezondenen, zoude worden he- .cap.9. £j,j10uwj (yj-y jjef; gew.00nte of- byzondere. raadshefluiten hier omtrent inCx) gevoerd hebben , is niet overal het zelfRejoi.vau èe. Deventer (x) en Kampen zenden ie-j lÜFe'ir' der doorgaans vier Burgemeesters; te weiWb ' ten de Gekommitteerden ter Generaliteit en in de binnenlandfche Deputatie , benevens twee andere Leden , door den Raad daar toe verkoren. Uit Zwolle verfchy■ ueu mede vier a of ook wel meerder Bur- crp„ 9\3  van OVERYSSEL. 263 ?emeesters, waar onder de Gekommitteer-staats^ jen ter Generaliteit, in de binnenland-R1NU. .che Deputatie , en in den Raad van Sta;e , als die Kommiffie aan deze Stad is , ;altoos geteld worden. Alle de Steden hebben dit met elkander gemeen , dat hare Afgevaardigden, door den oudften Secretaris worden verzeld, en dat alle de Raadsperfoncn , die , behalven de bovengemelden , ten Landdage begeeren tegenwoordig te zyn , daar voor geene daggelden kunnen genieten. Dat de Kleine Steden ten tyde der Bis-W^es* Lchoppcn, zo wel als de Grooten, tot de raadpleegingen over 's Lands zaken , ten minften wanneer dezen haar mede aangingen , geroepen werden , zou niemand , idie de ftaatsgefteldheid in die dagen , en de oorfpronglyke gelykvormigheid der Stads voorregten , in aanmerking nam, durven in twyffel trekken , fchoon het ons ook aan alle Heilige bewyzen ontbrake. Aan den andere kant zyn de blyken, welken 0 ons daar van zyn voorgekomen, niet me- ■ nigvuldig genoeg-, om te bepalen, in wel- ■ ke mate dit omtrent ieder van dezelven ■ ! hebbe plaats gehad ; terwyl derzelver on. I derfcheiden vermogen en aanzienlykheid . naauwlyks toelaat, eene gelykheid van in,, vloed op de gemeene zaken te onderftel! len. Daar is geene reden om te denken , . Idat onder de Steden , welken wy in den ^ I aanvang van het derde Hoofdftuk (y), tenBkdz. 194. tyde. van Bisfchop Jan van Diest, op den . Spoolderberg vergadert zagen, niet zo wel R 5 de  36*4 Tegenwoordige Staat 5Sè de KIeinen a,s de anderen zouden begreJl ««« Pen geweest zyn: doch met dat alles H het niet voor in 't midden der volgende! L eeuw , dat wy uitdruklyke melding vaalt de eerstgemelden hebben aangetroffen. Terj gelegenheid van oneenigheden met de Hollande.rs noodigde Rudolf van Diephout, inJ " teek. ms. den Jare 1443 > fommige kleine Steden orrtf daar over te helpen beraadflagen (z) : enj in 1494 , ten tyde van David van Bour.j gondie, werd het nieuwe Dykregt me-1 °P naam van de kleine Steden inge-1 w, 148. 'voerd (a). Hier tegen vinden wy in ee-i nen Landbrief van den zelfden Kerkvoogd, 1 ^vcuw, in *t iaar 1457. beraamd , alleen van dei 400.» drie groote Steden gewaagd (b). Daal twee nog voor handen zynde brieven vaalj Fredrik van Baden, de eerste van den« eenentwintigden van Grasmaand des jaarsj 1498 j de andere van den tweeden vaal Louwmaand des jaars 1499, ftellen dezeJ zaak buiten alle bedenking ; dewyl daar in uitdruklyk gelezen wordt, dat de Bis» eO fcR0,P- > Qm de woorden van het eerstgejie Ko,te melde ftuk te volgen , „ onfe gemeine & A^f» Ridderen ende Steden onzes Landes Zalm"sle'Zr' » land >> Twente, Drente en Vollenhoo"1' | étldt nis- befchreef, om dezelven over vele gewig- I *t*^\tige Punten te raadplecgen (e). Ook zyn *er voorbeelden van dit tydperk voor han. ] Cd) den, waar in kleine Steden, gepaard met j ge hoven de Grooten , eene overeenkomst floten (d): zo wel als zodanigen , waar 111 ïieuven ,de laatstgemelden zig , mede uit name va» de overigen,, verbonden (e).  yan OVERYSSEL. 265 fïcr gelegenheid dat 's Keizers Stadho^^iTsJir , Juriaan Schenk, overleden -was, en ^ jgn de aanftclling van deszelfs opvolger a:rwagtte , riepen de drie Groote Steden -j den jare 1540. alle de Kleinen uit Zalid , Twente en Vollenhove te Zwolle jfeen-j omme dele Lantfchap ende Steden met gueder eendracht toe verbinI den ende malkanderen elck in 't fyne i ende tot befcherm orer privilegiën ende gerechticht te helpen handhaeven, ende I omme voert toe averlcgn alle andere : noetrufftige unfer Steden handelinge en* de walvaert :" en ftelden aan dezelven lenige artikelen voor , waar onder één an "den volgenden inhoud was ; „ Ten , derden , öfft tot eniger tydt geboer[ den, die groete mytten cleynen Steden , in lantfaecken by onfen gen. heren ; Stadtholder den wy crygen worden en, de gemene Ridderfchap verfchreven wori den , Dat in fulcken gevalle die cleyne , Steden den drien groeten Steden niet , affgaen dan byftandich wefen fullen, al, lent tot derfelver Steden ende gemene , laiidfcaps welvaeren ende beste : " ^ en nen vindt , dat niet lang daar na de Klei1e Steden van Twente , met de Ridderschap van dat Kwartier te Oldenzaal vergaderd , dien artikel goedkeurden en aannamen ,, fo veer de folfte fich nycht an- Racer, Ge- „ ftrechet tegen unfen eet ende tegenf-^:spf * „ Ridderfcappes ende Lantfcappes bèf n..Jthk „ te (f)." Wy halen deze in der daadi^bu merkwaardige Hukken daarom voorname-" lyk  2f56 Tegenwoordige Staat v-rcIde lJk aan > om dat dezelven dit dubbeld beu RfNa; fluit fcbynen te wettigen : dat de Kleinl Steden , onder Keizer Karei, wel, doch ook niet altoos , gewoon waren by de vergaderingen te worden ontboden. Op eenen Landdag, in den jare 1541. gehou, den , over de „ nyere Reformatie vaa „ den Landtrechte ende fchulden van der „ Lantfchap ende anderen faken," warerj alleen afgevaardigden uit Oldenzaal, Hasfeli f S) en Steenwyk tegenwoordig Cg).. In wyrJf giuii.st.jTiaand des jaars 1542. zag men, hehalvejj die der zelfde Steden, ook afgevaardigde» van Ootmarsfum , Enfchede en VollenhcJ ve verfchynen : en daar is nog een brief van 't zelfde jaar voorhanden , waar bjj de ftad Deventer „ die gemene Ridder* „ fchap end Steden , groot ende cleyn 1 „ by verlies haerer ftemmen ," heeft verfchreven. Alle de Kleine Steden wer. den nogmaals ter vergadering geroepen irj den jare 1545; en veelligt; ook in 1549. J hoewel ons dit alleen ten aanzien van Q\. I fh) denzaal is gebleken De brief noJ 4U5-Vs. pens de huldiging van Koning Filips, iji'J 't laatstgemelde jaar afgegeven, ftond op naam van de „ Gemeene Ridderfchap en- I rn de Gedeputeerden van de Steden van I RcuiDa- v> Overysfel , Deventer , Campen ende ] ÉSf'Sf" Zwo,le &mPz alle kleine Steden re-;J ï.s't.Be- '„ prefenterende die Staten van den Lan-1 wySft,N.8.M £e van Qverysfel (i);" en deze aj. j ck) len werden in 't jaar 1550. nogmaals overl werden aan de afgezon.' | f0) denen uit de kleine Steden de punten dep h Dumbar, vredehandeling medegedeeld , vaar ovetf * Anül' toni* 00 ' 1 m. p.sii.zy aannamen ten volgenden Landdage dew zeiver meening in te brengen (p). Wea (r Mot?v««?ens de moeilykheden, die het gedrag vaflt 4<.e;7. zaken verfchreven waren , hoewel zy nig| i Maat:', allen opkwamen (r}. Over het Stuk van IfkhJclr,de algemeene middelen , vinden wy dit 4M. 1. sr. afgevaardigden van Hasfelt, Vollenhove eii t bl.93. not. -,0 .,b , ' W Genemuiden, in aen jare 1581 , ter veal fsj gadering ingeroepen (s). Ruim een jaar I ftJ^nSt"\ 'ater werd het verbond , met den Hertog jui. i5sVvan Anjou beraamd , aan de drie zelfde | Steden en aan Steenwyk gezonden , orn n dUr-uOü. derzelver befluiten daar op ten naasten * 5582. Landdage te hooren (t) : en in den 'ydM [ löoov werden Oldenzaal, Hasfelt en Steen* 11 en wyk nogmaals over de algemeene middel» [l %'oQiiW' verfchreven (u). De drie laatstgenoemde kleine Stede™ fchyncn in der daad van ouds her eenigeW meerder invloed in de ftaatshandelingelB gehad te hebben, dan de meeste, zo niet 1; alle j anderen. Oldenzaal vinden wy iri c va".  van OVERYSSEL. 209 trfcheiden verbonden van de vyftiende iiiw alleen , benevens de Ridderfchap enR1N04 4 drie groote Steden , met name geremd (v). Ten aanzien van Hasfelt is jv) Itt eene menigte brieven , van den ja-^u. j 1498. en volgenden , bewezen , dat 116. tórWAt re Regenten, by veelvuldige gelegen- V%!*JÜ"* Iden , ter Staatsvergadering waren verjireven (w) : en fchoon ons thans met (w) 1 trekking tot Steenwyk , behalven nct^''f'^r% hven reeds bygebragte , geen zodanig Uit- ytMtré» iuklyk bewys in handen valt , hebben ^X/tó. :rfcheidcn omftandighedcn ons doen belten , dat deze Stad , in dit ftuk , met jasfelt op den zelfden voet geftaan heeft, j Ridderfchap en Steden toonden zig, in j:n jare 1590 , zeer te onvrede op die in Hasfelt, om dat zy met de Friezen i:n verbond ingegaan , en bezetting van :zelven ingenomen hadden. Stads rege. tig , daar tegen , verklaarde dit alleen t nood gedaan te hebben, en klaagde DOglyk , dat men haar van byftand ver- . . Dken , en uit de behandeling van alle^/è/.^a tmeene zaken had uitgefloten (x). De£-^ïfchillen hier over , waar mede wy ons 1590. r dezer plaatze' niet kunnen ophouden, mrden tot in 't jaar 1594 , wanneer defelven , onder bemiddeling van den Raad ^ an State en de Stadhouders van Friesland ^«.a. Mei, ï Overysfel, werden afgedaan (y). Hasilt, dus op nieuws , als het ware, der rovincie ingelyfd , verzogt daar op herlaaide reizen , om , volgens het voorregt oor haar ten tyde der Bisfchoppen en Lands*  2fo Tegenwoordige 'Stdat STAAT»- Landsheeren genoten , wederom op alle lwoï'm' Landdagen en Klaringen verfchreven te' worden , en gaf de brieven over , waan mede zy haar. regt hier toe meende te be-,« jkoAas. wyzen (z). In 't voorbygaan kunnen wy xy. Dec. hier by voegen , dat die van Steenwyk , fcg. i3.1' ten zelfden tyde , aanhielden, om geroe-fl &ep.iöoi.pen te worden over de rekening van 'sffl Lands penningen (a). Op dit laatfte ver-jB jj*) zoek fchynt weinig te zyn gelet: doch ,| j'uu'. 'xöoo. op den vierentwintigften van Grasmaand» des jaars 1602 , verklaarden eindelyk Rid-lM derfchap en Steden , aan dat van llasieltfj niet te kunnen voldoen ; dewyl in döH oude lysten der Leden , die ter Staatsver-M gadering. verfchenen waren , geene afge-H vaardigden uit die Stad werden aangetrof-ijï fen. „ Willen averst ," dus eindigt ditf I aanmerkelyk befluit der Staten , diefelvel ,a Stadt , met die andere kleyne Stederii „ defer Lantfchap , volgents den olderra „ gebruick op die gewichtige punclcn , ij 3, als daer fyn nye oorloge anthonemen, f 3, vrede to maecken, een Heer ofte Stad-lj holder defes Lants anthonemen ende der-| „ gelycke henvorder befchryven, om haerfj ^b)w" deliberatien en fwaericheyden alsdan anl t. s't^Be-'« tohoeren, ende daer op in 't formierertl. vvysit. n. ^ van (jefer Lantfchaps Recesfen en Rc- I „ folutien te letten nae bèhooren (b)." Ij Wy noemden dit ftaatsbefluit aanmerke-ii| lyk: en dat is het, niet alleen met opzig&|| tot den inhoud , maar ook wegens hetl gene daar op volgde ; want, indien men Hasfelt en Steenwyk uitzondert , hebben/ wy  van OVERYSS EL. 271 r-y niet gevonden , dat na dezen tyd eene staat*nkele der kleine Steden immer wederom R^o.ADB" ?r vergadering is verfchrcven. Ten aanicn van Oldenzaal kon dit in der daad , ;nen langen tyd, geene plaats hebben ; swyl deze Stad , in dep jare 1605 , den i panjaarden in handen viel , cn niet voor sn jare 1626. in die der Staatfchen terug (C) 1 wam (c). Die van Hasfelt waren met^'^ 3 gedane uitfpraak zo weinig vergenoegd*,575. ït zy eerlang den vorigen eifch vernieuwen doch Ridderfchap en Steden hielden ^ : g aan hun befluit (d) ; in gevolge van Rejoi r,« welke men ook de afgevaardigden , zof ,^cf:: pn Hasfelt als van Steenwyk, in den ja- itfc>6. i 1607 , b.y de raadpleeging over de f. itedchandcling , tegenwoordig vindt (e). 4I£^ [Wanneer twee andere gewigtige punten,Nov- -(«> ei :t et blootelyk in zulke zaken gekend teM»am<52$J e: j orden , hadden reeds vroeger beiden te ?,} imen , gelyk Hasfelt te voren alleen J :ed, wederom aangehouden, om op al'$> ; Landdagen zitting te erlangen. De zaak 1 as zelfs , met meêr anderen, waar over ;t, ; twee Steden met de gewone Leden r :r Staatsvergadering in misverüand lagen* t ! r kennis van de Algemeene Staten ge* C?J 3 ~agt (g) : doch zy bleef flapen tot in au.is-j$\ \ i:n jare 1628 j wanneer Ridderfchap.enl623' S Stf* s  2/1 Tegenwoordige Staat Staats- Steden nogmaals veritonden; „ datte Ste*-| rin«.adb' j» den Hasfelt ende Steenwyk trecht vanl „ fesfie in desfe vergaederinge noit gebade „ hebben , dattet tfelue oick alnoch niet jtiJ:\l 55 kan werden geaccurdiert (h)." Onge-ij Maart 1628. twyffeld gaf deze beflisfing , zo wel alsfl het ongelyk, welk de twee Steden ten» aanzien van verfcheideu andere ftukken ,|j onder anderen het regt tot de jagt , _ oor-b deelden ondergaan te hebben , aanleiding! tot die fcherpe Pubhkatie , die dezelvenH nog in 't zelfde jaar gemeenfchappelykB, deden uitgaan , en waar in zy zig zo» hooglyk over den hoon , haar door dem Ridderfchap en de drie groote Steden aan-w zic(oL- gedaan , beklaagden. Het is bekend , datH *<"■», W- dezelven , kort hier na , hare bezwarenH Vtgt'van op nieuws voor den Stadhouder en deS bi.%f' Algemeene Staten openleiden : doch wat», daar op gevolgd zy , is ons niet geble-1 ken (i). f By de bekragtiging van het Munfterfche vredeverbond , in den aanvang des jaars I 1648 , waren Hasfelt cn Steenwyk tegen-I woordig. Ten zelfden dage vervoegden» zig Afgevaardigden van de Stad Vollenho-B ve by den Drost van Zalland , dien zy|l voordroegen , dat hunne Stad , van oude» tyden , zo wel als andere kleine Steden» ter vergadering was verfchreven geweest ;m waarop Ridderfchap en Steden verftonden^H dat die van Vollenhove hunne befcheidenH hier omtrent zouden overgeven, en han-|l gende de raadpleegingen onverkort bly-fl ven } ten aanzien van het regt welk zyjl mog- ï  van OVERYSSEL, 273 nogten-hebben. Een foortgelyk antwoord staatsn ontving , niet lang daar na , de Stad 01-™*'AB'* ; cienzaal , welke verzogt , even als Has: • feit en Steenwyk , wier regt zy met het ('O ü hare gelyk Helde , over de vredeliandelingff^jr3 ; te worden verfchreven (k). Het een en'"«F*br- ander had toen geen gevolg, dan ten aan-Xs-^'y : 5 zien van Hasfelc en Steenwyk viel thans ^r»?/* " jets voor, welk ter dezer plaatze korr.elyksc.bi.10it, zal dienen gemeld te worden. De Regeringe van Hasfelt in de fcheuring van den jare 1654 , waar van wy -J jboven breeder gewaagden , de zyde van ■ (Deventer gekozen hebbende, gaf daar op een gefchrilt uit, waar in zy zig heviglyk -; {beklaagde over het aanbellen van eenen [Stadhouder , zonder dat zy en die van " Steenwyk behoorlyk gekend waren , en ■; waar in zy tevens de oude regten def Stad uit derzelver handvesten betoogde. Boven al hield zy , daar het hier op aan- komt , ftaande , dat Hasfelt en Steenwyk piet alleen in zodanige wigtige zaken , als ■1 het maken van vrede of beftand, het aanSP vangen van oorlog, het kiezen van eenen m Stadhouder , het veranderen van Landa l) regten , het uitzetten van fchattingen en ^ diergelyken , zo veel regt hadden als Dc- * venter, Kampen en Zwolle ; maar dat ^\ tdie twee Steden ook in het beltier der len, algemeene Lands zaken behoorden gekend {e worden (2). Dan het was toen de tyd » S 2 niet , j. < (2) De titel van dit ftukje , reeds boven by ver'[1 ikorting op den rand aangehaald, luidt dus. Korte  274 Tegenwoordige Staat staats- niet , waarin men alleen met de pennë Y;^A0E' zvne zaken verdedigde. Zwolle , uit ver- 1 RiNtï» J ïil TT fcheiden oorzaken , byzonder tegen Hasfelt verbitterd , floeg , toen de gefchiilen hoog liepen , met medewerking van de ge- Verklaring; van Burgemeesteren, Schepenen ende Ra- I den der Siadt 'ffasfeu. Inhoudende, een fommier be- :|| richt, van de Vry lieden , Rechten, ende Gerechtighe- ij den der voorfz. Stadt , foo omtrent de particuliere 1 DiretJie ende R.'gieringe de.felfs , als mede omtrent 9 de algemeene beftieringe van de Provintie van Over- 1 ysfel ; mitsgaders de omvettelycke Proceduyren ende 1 Nieuwigheden, by fommige Leden van dezelve Pro- I vintie gepleeght, in ende omtrent het verkiejen, ende I aannemen vart_jen Stadt-houder. Amft. 1655. Agter 1 hetzelve vindt men een groot getal van bewysftuk- 1 ken , beftaande in brieven van verfchryvinge, waar f mede het regt van de Stad , om alle Landsverga- 1 deringen by te wonen , zoude worden bewezen. ■ * Vraugt men, of hetzelve, naar ons inzien , daar mede bewezen werd ; wy antwoorden , neen. De I Befolutien van Ridderfchap en Steden toonen althans j 1 dat zulk een regt van den beginne der Staatsregering af nimmer in gebruik geweest is; gelyk de Le- I zer uit dit ons verflag, wegens de verfchryving der kleine Steden ten Landdage, heeft kunnen optna- | ken : en belangende de gemelde befchryvings brieven , ook die van Bisfchop Fredrik van Baden en v deszelfs opvolgers , of van de Stadhouders onder 1 de Spaanfché Vorsten ; allen houden zy de reden |: in van de verfchryvinge, die dan-fteeds tot dis gewigtige punten behoort, waar van wy één en ander maal gewaagden ; of, daar die byzondere reden 9 ontbreekt, is dezelve uitgedrukt in de woorden, M om zaken den gemeenen Lande merkelyk aangaande , 1 of anderen die den zelfden zin hebben. in 't BJ fluk zelf fchynt veel klem gefteld te worden in de 1 redekaveling, dat hy , die in 't minder gekend wordt, ook in 't meerder behoort gekend te wor- I den ; met het onderzoek van welke wy ons hier . I niet zullen ophouden.  van OVERYSSEL. 275 i genen die het met haar hielden , het be- staats-^ I leg voor deze Stad , welke binnen weinig Rï£é',ADE" dagen zig by verdrag overgaf, Dit verdrag behelsde een punt , waarby bepaald i-werd , over welke ftukken de Stad Ha», feit ten Landdage zoude moeten verfchreven worden, en een ander, waar by aan Steenwyk werd voorbehouden , om zig^J^,^ daar in mede te doen begrypen (1). Of^»^1»de laatstgenoemde Stad zig hier over ver- ' 37 ;klaard hebbe, kunnen wy niet zeggen : !doch het is genoeg te weten, dat het gemelde verdragspunt in de Hollandfche belöegting der gefchiilen , en het daar uit gevormde Reglement op de Regering van 1657 , woordelyk is gevolgd. Dit Reglement houdt in , dat de Steden Hasfelt en Steenwyk , in 't ftuk van befchryvinge , over materiën van vrede ofte oorloch , „ veranderinge van Lant-rechten , verkie», fen van Stadt-houderen ende opfteüen M van nieuwe fchattingen ofte contributi„ en, fullen worden geconferveert ende , ghemainteneert by fodane gerechtigbei„ den , als hen luiden dien aengaende van if oudts , ende achtervolgens haere PriviL, legien , zyn competerende: fu.llende PJd, derfchap ende Steden ten dien fine de ,, ghemelte twee Steden over fodanige ma,p terien doen verfchryven om daer over , haere deiiberatien en refolutien ter ver,, gaderinge van haer Ed. Mog. in te bren, gen , op dat in het formeren van dei* C»> , , Lantfchaps conclufien ende reeesfen daer jp*,ia?'> op moge worden gelettet naer behoo, ïen (ra).5* S 3 VoJ? '  27<5 Tegenwoordige Staat staats- ' Vollenhove en Oldenzaal deden in 't j ^f;io.ADE" volgende jaar nog wederom eene pooging om mee Hasfelt en Steenwyk gelyk gefield te worden : maar , fchoon de Stafn) ten toen verklaarden, dat het befluit van ^enSt? 10°2- zoude gevolgd worden , en zig niet j ui Apr. op dit Reglement beriepen (n) , is hot ^efjcf-' nogthans zeker , dat hetzelve zedert als I üü' 8 een r'St^nocr ^s ongemerkt , en dat , beïjoi. 'I"L' halven de twee laatstgenoemden, geene ! kleine Steden naderhand tot de Landdagen zyn geroepen, plaats. Dat de oude volken , welken deze en Co) de nabüurige Gewesten bewoonden , zo fch«Meni>ywei als alle onbefchaafde natiën van de titftttis, wereld , hunne landsvergaderingen onder f--a,!c"c%'.ten blooten hemel hielden', is te bekend, 5. §. a. en om meerder dan flegts eene herinnering W*6fn van ons te vorderen (o). Het getal der y:%o\'!i. vergaderden gedoogde geene befloten veriiót. 37.' trekken , derzelver hardvogtigheid en het Cp;) kortftondige der raadpleegingen , maakten I Dmnbar, die onnoodig. Met betrekking tot dit Ge- ] Êiï*T$i'west in 'c byzonder vinden wy niet al- l iiaar,Ge-\QGx\, dat de oudfte landdagen, van welfn'!'fvooi-ken berigt is overgebleven , van het beter, bi. iü. gjn der veertiende eeuw namelyk , op Briet-™, den sPoolü'erbei'g zyn gehouden (p); maar ï^Vby" ook , dat die plaats in het midden der vz"wu"':'u volgende eeuw nog als de gewone werd O. bi.'413'. aangemerkt (q) : doch fchoon zelfs nog r Cr) veel later , en wel in den jare 1502 , de fT/'m-r Staatsvergadering daar belegd blykt (>) te Sgg5$ zvn » is het e§ter tevens zeker, dat men, %&5*l§«te vroeger ook, wel elders gewoon wast  yan OVERYSSEL. 277 bveen te komen. In en omftreeks het staats- . J . , r> 1 VK»GAM> mar 1424. ziet men de btaten dan eens te ring, Deventer, dan te Zwolle , dan wederom ;op den Spoolderberg, vergaderd (s). Deuitf0s> Landbrief van den jare 1457. werd te*ukte gwolle, die, van 1478. en die van 1518."u^en* re Vollenhove gewiilekeurd (t), en in de ^ aren 1490. en 1505 waren de Staten te*»A»f. Uyerbrugge befcbeiden (u). Dus hebben„X^. Ég de later Landsheeren aan geene vasteIv-AP£ slaats verbonden : doch in jonger tyd, en33^, onzeker wanneer , is beraamd , dat de handdagen beurtelings zouden worden ge-ff4/iL ïouden in de drie Hoofdlieden ; het wel- vemr. p. ic nog heden , zo wel ten aanzien van^0**^1^ jie buitengewone als van de gewone by:enkomften, wordt agtervolgd (3), Terjfcy] wy dit fchryven (in den jare 1785.} s de beurt aan de Stad Zwolle 9 en het S 4 jaar (3) In de Declaratie van de Staten van Overysil , in 1Ö54., geduurende de fcheuring tusfchen de Staatsleden , uitgegeven , wordt Cap. VIII. van de:e heerten gefproken , als of dezelve toen reeds 'oorlang waren vastgefteld geweest; en in een ftuk 'an den zeilden tyd, door' de andere party gechreven , te weten de Misfive van de twee Steden stampen ende Zwolle &c. wordt dit erkend, hoewel I net die uitzondering , dat men de buitepgewone .. jergaderingen in de beurt niei wilde begrepen heb>en. Agter dit laatfte ftuk vindt men onder N». 3-2.. ;ene lyst van de plaatzen , in welken de vergaderingen gehouden zyn , van 't jaar 1578. af tot opt jaar 1654 > waar Ult blykt, dat in die verwnrda iagen, niet alleen kleine Steden, gelyk Ommen e.ri Vollenhove, maar ook dorpew, gelyk Windsneic.,, ctaalte,, Wyhe, Heino, ja zelfs plaatzen in de 1 Veluwe , te weten rïeerde en- andeyeq. t tot de. &J> ^enUcraftea de: Staten hebjb.sn gedieatL  / 278 Tegenwoordige Staat Staats- jaar wordt gehouden met de eerfte Ver- vër.gade- . ? jung. gadenng te beginnen. . Het zamenroepen van de Staten ga- i; üufchry- fcniedde oudtyds door den Bisfchop , die - j dan zelve de vergadering pleegde by te wo- I nen ; of ook wel door deszelfs treffelyke I £v) Raden, die zig den titel gaven van Raden ï korte Ver-in zaken dezer Landen bevel hebbende , en i £i,r'aem. dikwyls door den Kerkvoogd gezonden x y«n'/toM.Werden , om , in zyne plaats , met Rid- I; 15/40.44/derfchap en Steden te handelen. Van de- fc 45,cn4'3. ze ]aar,fte gewoonte althans treffen wy« ^ verfcheiden voorbeelden aan onder Fredrik» ■Ad No.is,van Baden (v) , in fommigen van wiens l> zié ook^a- brieven men de Leden uitdruklyk befchre-B CCT,G<;iuven v^nt^t » °P verlies van hunne ftem-H êt^2i5imen (w) : als mede een vroeger van denffl jare 1443 , waar uit wy leeren , dat diajl (X-) Raden , hun voorftel op den landdag ge-1 h iÜck m" s c'aan neDbende , buiten traden , en de t 'Le ' ' Staten vryelyk lieten raadpleegen (x). Na de overdragt van dit Gewest aan Karei den V. verviel deze bezigheid op | de Stadhouders, welken , den toon vanl Konlyer- het hof aannemende , in hunne brieven I N8 *"~c' van mt^cm*yvhige de Staten begonnen tefl tn6S2k!i7-'bevelen , om. zig ter beftemde plaats te 'M ffdoen v'inp het voorbeeld van die Provincie, wele in 't jaar 1584. 'dit werk aan het Kolleie der Gekommitteerde Raden overliet, of tp dat van Utrecht, welke in 't jaar 1593. are Gedeputeerde Staten daar toe magtige , dat men hier te lande de uitfehryring mede beval aanhet Kollegie der Ordina- * is Gedeputeerden. Trouwens alle de Pro•incien , zo wel als de Landfchap Drene , volgden in dit Opzigt het zelfde fpoor, litgezonderd die. van Gelderland , waar aen , geen diergelyk Provinciaal Kollegie ebbende, dit werk aan het Hof overliet. Belangende den tyd , wanneer de Orerysfelfche Gedeputeerden dezen last, zö ;.Is dezelve thans eeniger mate by wyze 'an een uitfluitend regt uitgevoerd wordt, ontvangen hebben , zouden wy denken, ;lat dit niet vroeger kan gezogt worlen , dan in den jare 1657 : want in iet Berigtfchrift, toen voor het Kollegie jpgerigt , vindt men voor de eerfte naai, dat door hetzelve jaarlyks voor ie te doene verpagtinge van 's Lands xiiddelen een gewone Landdag- zoude uieS 5 ge-  2o1© Tegenwoordige Staaê wRcTDi. Se^hreven worden (c). In 't zelfde ftuk leest men ook wel, dat de Gedeputeerden over zaken van gewigt Ridderfchap (c) 'en Steden „ volgens het oude gebruik" 1 »rt.S7.by door de Landdrosten zouden doen byeensak.vmi roepen fd); doch hier uit is niet te beQorl ïv. fluiten , dat toen reeds een oud gebruik ï). hl.i8?.plaats had, volgens het welke dezelven alle de Landdagen moesten uitfchryven ;j immers zyn de aangehaalde woorden ge-« heel overgenomen uit het Berigtfchrift ,1 in den jare 1593 > by de eerfte inftelling | van het Kollegie , ingevoerd ; waar uit 1 blykt, dat dezelven zo moeten uitgelegd! worden , dat den Gedeputeerden daar byl wordt verboden zulke gewigtige zaken opf eigen gezag af te doen, en tevens geboden ] het oude gebruik, volgens het welke, dei Staatsleden, gelyk wy ftraks zagen, door jtalwa R de £*rosten befchreven werden , te vol- f «fj.24. 'gen. Ook is 'er bewys voor handen, om I issi i6u. te toonen , dat de Staten lang na de op- rigting van het Kollegie , en wel in den jare 161 j % nog geenen vasten voet op de (f> uitfchryving beraamd hadden (e): ja zelfs | fr^onr wordt nog in een gefchrift van den jare I je. Over- 1622. op eene onbepaalde wyze verhaald, i |™' b!' dat dezelve „ door den Droste van Sal- ; „ lant ende andere refpeécive Drosten en- 1 „ de Steden" gefchiedde (f). Na 1657. is de inrigting, toen op dit ï ftuk gemaakt, niet zo ftandvastig opge- 1 volgd, dat men in byzondere gevaileu 1 Sliet wel eens daar van zoude zyn afge-* 1 gét$a« Ia den Jare iyg& ee&e buiten, f o - ■ ]  van OVERYSSEL. 281 alvone Kommisfie tot geheime zaken ge- staats- □ , i i l j .. vergade» bakt zynde, werd aan dezelve de magtriING. g;even , om op zaken van geen groot g/olg te befluiten , en over anderen RidIjfchap en Steden te befchryven ; terli men aan de Kommisfie overliet de fg) ladzaaklykheid hier toe te beoordeelen, j^j*1' ^ider dat daar in overftemming zoude 22. Deel prats hebben (g). Later vinden wy den1?00' ï ost van Zalland alleen gemagtigd , om ^1 nader Reces uit te fchryven ; dewyl c zaken op de gewone vergadering niet^/^ loden afgedaan worden (h) : en het jaar175?* j88. levert ons zelfs een voorbeeld, dat I Drost van Zalland , op 't ontvangen |g zekeren brief, met overleg alleen van dee Edelen en van de Magiftraat van^fa?. ivolle, de Staten deed zamenkomen (i). 0^,1688, van den vo,genden Drost in ranS V|«eivk welke dan aan hunne tafel zitting nee» ËSftWWWC den Frefident (1). De Punten vM juerhf vm uitfehry ving worden thans gedrukt, elf bi. IU. met bygevoegde brieven , waar m de dan 3iot^«>i. der hyeenkomst wordt bekend gemaaktH Heaiemsat Vei' zonden : door den Drost van Zallandi eap^l't aan de drie Steden , en door ieder de» i.of^Wdrie Hoofddrosten naar de Havezaten (w IT'bf^der Edelen van zyn Kwartier (n). L in. ?. Re- Nadien de Magiftraten van de Hoofdei f705. Ra- fteden in het begin des jaars verander» kende enz. worden, en de laatfte van derzelver kcuivt dagen , die van Deventer , eerst op den ^^"^-tweeëntwintigllen van Sprokkelmaand injji |*te^gen,valt , kan de Landdag, niet gevoeglyM voor Lentemaand beginnen : en dewyl d$| Afgevaardigden uit de Steden , zondert uitdruklyken last van Schepenen en Raad» en de Gezworen Gemeente , geene midfl delen kunnen helpen vastftelten , feheidejj de Staten, na dat een voorfiag omtrenS het heffen van dezelven is in orde gebragt.-,1 eenen jy<| van Qgi ai veertien d%*  m OVERYSSEL. 283 m , op Reces. Dit eerfte Reces dient, staati? , qi over de middelen een befluit te ne l*™?** nn , en tevens alle zaken af te doen , qiken of in de eerfte byeenkomst verdoven , of tusfchen beiden voorgekorjm zyn. Tot in het jaar 1769. waren I , buiten deze beiden , geene gewone Siatsvergaderingen: doch uit aanmerking, li dus te veel tyds verliep , waar in c Ingezetenen niet vermogten hunne belgens aan Ridderfchap en Steden voor t dragen , befloot men toen , dat jaar- #c/0°,i Ls op den derden Maandag van Wyn-^*^ rjand een tweede Reces aanvang zoude%6g. 4- ' nnen (o). In vroeger dagen hield menAPr» zffs maar éénen gewonen Landdag , in I memaand , waar voor men naderhand fp) li: begin van Grasmaand verkoos, te ge-^,7^ ij: vast Hellende , dat de gemeene mid- c en voor een geheel jaar te gelyk zou- cq) cn verpagt worden, en niet meêr van^^! 0 eerlten van Grasmaand, maar van5-f^.6. iI eerften van Bloeimaand , hunnen loop jum.i»51 ïbben (p). Ieder van de drie gemelde^ 1 eenkomften duurt gemeenlyk van agt I7„5'. r*. 4: veertien dagen : maar de Voorzitter '^J^* left geen regt om de Leden te doen lieiden , voor dat daar toe by meerder- lid van ftemmen is befloten (q). |Het fpreekt van zelfs, dat 'er zo veleEuicengell.itengewone Landdagen plaats hebben I de noodzaaklykheid geoordeeld worde ! ■ 1 vereifchen: doch dit verdient onze aan* 1 'ekening , dat reeds by het Reglernene • I de Regering van i6tf. is vastge- fteld, ,  284. Tegenwoordige Staat staatj- lteld , dat fommige zaken , te weten hei | vergaoe- J1]ajjen van njcuwe Havezaten, het erkem'f nen van plaatzen , welker regt twyffelagtig is, voor Havezaten , het verleenen van voorregten, en het ontflag geven van' eenige wet, niet mogen worden in overweging genomen dan op gewone Landdagen ; en nog zelfs niet op dezen , dan wanneer de Leden daar toe eerst uitdruk-, lyk zyn befchreven , en vervolgens des daags te voren gewaarfchouwd , dat dé raadpleeging daar over zal worden gchouï _ CO den (r). Iets diergelyks heeft mede plaaj ea.i.ot ten aanzien der begeving van „ Officien* 4b£m,'è »i ordinaris Commisfien , Deputatien of I zic'ook/;/-,, Beneficiën (4).'' Ook lydt het geene f ?7o5'.'aid. tegenfpraak , dat op buitengewone Land) I art. e. dagen omtrent geene andere zaken befluit f kan gevormd worden, dan die in de brieven van uitfehryving zyn opgenoemd,. Dan men wagte zig van hier uit op te maken, dat (4) Wy gebruiken hier de twyffelagtige uitdrukking iets diergelyks, om dat de bewoording , in het Reglement van 1657. Cap. 6. art. 6. by Aitzema JV\ D. bl. 184- art. 3. herhaald in 't Reglement vat) 1705. Poindten enz. art. 4. niet zeer duidelyk is. —Ook dient aangemerkt te worden , dat het hier gezegde ten aanzien van de ordinaris Commisfien thans geen plaats meer heeft, na dat de begeving van die Commisfien, volgens het vernieuwde Reglement v^Êk ' 1675 , aan den Erfftadhouder is overgelaten , en I Ridderfchap en Steden dus daaromtrent niets meêi 1 te doen hebben , dan, naar den inhoud van dit Re» I glement te beoordeelen, of de ,, geëligeerde Per; 3, foon, volgens de Lantrcchten, privilegiën en couftumen van de Provincie , ' daer toe bcvoegt ejj jj geqiulificeert" zy.  van OVERYSSEL. 2§y at het den Leden niet zoude vryftaan , staats* ;r gelegenheid van zulke vergaderingen ^ABa* !en voorftel te doen en te laten aanteejenen, welk zy mogten noodig keuren ter ennis van allen te brengen, om by eene Volgende byeenkomst te worden overwo» en. De natuur der zaak leert het tegen* eel , het belang der maatfchappy' vorert , daar de wetten in dit opzigt zwyen , eene tegengeftelde gewoonte ; en at zulk eene gewoonte van ouds beftaan ecft , is met een voorbeeld van de roegfte tyden der Staatsregering te be'yzen. In Slagtmaand nameiyk des jaars 607. door den Drost van Zalland de oorftelling gedaan zynde nopens het verallcn van de oppermagt , waar van wy oven gehandeld hebben, gaven de Stesgezanten ten antwoord, dat over dit unt , indien het een onderwerp van tadpleeging worden zoude , eerst eene . C&) kfchryving gefchieden moest: doch dityjj^f^ iet tegenftaande werd het voorftel te^s-Ncw oek gebragt, terwyl men tevens die uit-Mefitos. :hryving goedkeurde (s). Indien 'er zaken voorkomen,, die een Brieven aoedig befluit eifchen , en nogthans vanyu"g^mzr,i' ulk een klein gewigt, of van zo weinig edenkelykheid fchynen, dat het onnoodig aagt wordt de Staten daar over byeen te oepen , heeft de gewoonte plaats , van ezelven in eenen brief te vervatten , en e Leden te verzoeken , om hun goedinden fchriftelyk te kennen te geven, )e Edelen van Zalland en Twente fchry- vea  286 Tegenwoordige Staat Staats- ven hunne meening onder eenen brief ^ »flc.ADE" door den Drost van ieder Kwartier tot dat einde rondgezonden ; maar die van Vollenhove hebben onder zig de gewoonte ingevoerd, van in het Steedje van denjj zelfden naam zamen te komen , en daar 1 hunne ftemmen uit te brengen. Zo draf het goedvinden van de Edelen en Steden! ter tafel van de Ordinaris Gedeputeerden! is ingekomen , maken dezen het befltiitl op : en men noemt deze handelwyze by! Brieven van omzending raadpleegen (5). Voorzitter. Gelyk de Drost van Zalland door del Gedeputeerden geroepen wordt tot het re--l gelen van de punten van uitfchryving ,i zo is hy ook Voorzitter in de Vergade-1 ring van Ridderfchap en Steden: en de-! wyl, volgens het Berigtfchrift der Gede-I puteerden, by afwezigheid van den gemelden Drost, een der anderen by het regelen van die punten moet verzogt wor-1 den , zonder dat men daar eenig onderfcheid gemaakt vindt tusfchen de Drosten, tfchynt hier uit regelmatig dit befluit tel volgen , dat de Drost van Ysfelmuiden,'! wanneer . die van Zalland, van Twente! en van Vollenhove niet tegenwoordig! zyn ,1 (5) Het zal genoeg zyn hier twee voorbeelden! van 't zelfde Jaar, die ons 't eerfte in de hand val-J len, op te noemen. In 1771. raadpleegde men opi deze wyze, eerst over 't verminderen van 't LicentI pp het van buiten inkomende rundvee, en nader^ 1 hand over hèt verbieden van den uitvoer van hooi I èn ftroo buiten de Provincie. Zie Refol. van Riddi J en St. van den 20. ^«n. en 12. Auguft. 1771.  va OVERYSSEL. ÉS? ra , beregtigd is om het voorzitterfchap staats- . aar te nemen , en dat , ook dezen at- RING, :ezig zynde , dit regt op den Drost van ;aksbergen moet vervallen. Evenwel kan en nagaan , dat hieromtrent op eenen mddag van den jare 1710. twyffelingen rn opgeworpen : want toen werd de j rost van Ysfelmuiden verzogt , „ om 't : prcdidie voor deze reize waar te ne: men , doch buiten iemands prajudicie (t>" Vele jaren later ontftond 'erRef0praa m gefchil tusfchen den Drost van Ysfel-£-«*iuidcn en eenen Edelman, die toön Ver-^o.' jalter Drost van Zalland was , en uit len hoofde zig in de Kommisfie tot de jken van Financie den rang boven den j:rstgenoemden aanmatigde. Dit gefchil , ' ;onaffcheidbaar verband ftaande met dat Ier' het regt van voorzitting, bragt te lege, dat'de Drost de beflisfing der Sta!n zo over het een als het ander tragtte bekomen (u) : doch de Ridderfchap AU. ii.Apr. eld zig by 't zwygen , hoewel de drie*?61eden , na verloop van eenigen tyd, f klaarden, dat de post van Verwalter trost nooit kon in aanmerking komen , :n in zaken die de regtsoeffening betrofin , en dat Ridderfchap en Steden , osreenkomftig met het onbetwistbare oude ibruik , eens vooral behoorden vast te feilen , dat den Drosten van Ysfelmuiden 1 Haksbergen , en na hen den Hooghout van Hasfelt , zo ter Staatsvergadeng als in de Komtnisfien , de rang toei vam onmiddelyk agter de Hoofddrosten, T en  !$j Tegenwoordige Staat Staats- en dat dezelven ook naar dien rang in het r4ng?DS" voorzitterfchap zouden opvolgen (v). In het laatfte van de vorige eeuw had het (v) geval beftaan , dat men , by het afzyn Apv. 1765. van alle te Drosten, den Hoogfchout den ' voorzitters ftoel had doen bekleden: maar die Hoogfchout was tevens Verwalter Drost van Zalland, en het gefchiedde niet (w) dan onder beding , dat dit geval tot geen ^•2rt Sept- gevolg getrokken zoude worden (w); waar uit is af te nemen , dat men reeds toen liever verkoos dit gefchil te verfchuiven dan te beflegten. orde van jje Voorzitter plaatst zig op eenen ver. Zl"en' heven ftoel voor het midden van eene j langwerpig vierkante tafel , tegen welker overzyde een lesfenaar aanfluit, waar aan de Griffier der Staten en de Sekretarisfen der drie Steden gezeten zyn. Deze inrigting deelt de tafel eigenaartig in twee deelen, waar van het eene, aan de regter hand des Voorzitters , door de Ridderfchap , en het andere door de Steden wordt beflagen. De Afgevaardigden van Deventer zitten aan de flinke zyde des Voorzitters, die van Kampen regt tegen over die van Deventer, en die van Zwolle tusfchen die der beide andere Steden aan het einde. Leden" ^eC eer^-e wel"^ des Voorzitters is da e en' Leden , die voor de eerfte maal verfchy(x) nen , in den eed te nemen. Revius (x) v?425.r' vel'haalt ons op het jaar 1570, dat de Edelen toen gewoon waren, by handtastinge aan den Drost van Zalland te beloven, 's lands  yan OVERYSSEL. 289 lands beste naar hun vermogen te zul- Staats; n voorltaan , en vervolgens den eed uiring. inden van den Stadhouder af te leggen : in hy verhaalt insgelyks, dat de Heeren c de Steden ten dien tyde reeds zulk §ien eed plagten te doen (y); en dfavaé^U \ reden*om zyne naauwkeurigheid in twyf1 te trekken , dewyl men in de Staatsgisters , meêr dan dertig jaren later , ;:n voorftel van de Ridderfchap aantreft , elk hier mede niet wel is overeen te ppgem -Dit voorftel beftond daar in , 1 de Edelen , dewyl zy „ zekeren eed van getrouwheid met betcekening van hunne namen" doen moesten, van gebeien waren , dat de Afgevaardigden uit : Steden onder de zelfde verpligting be- co oorden gelegd te worden (z). Deven-^;^ r toonde zig aanftonds gereed om dit in 15- F«t>rj willigen (a) : maar de twee andere 1('°s' leden fchynen zwarigheid gemaakt te heb- (a) m ; nadien het nog verfcheiden jaren , mwuiöoji 1 wel tot na het treffen van het twaalf;rig beftand, aanliep, eêr men eenen ld vastftelde , die door alle de' Leden , > uit de Steden als uit de Ridderfchap mde worden afgelegd en onderteekend (b). (fejj je oude vorm van dien eed der Edelen ^„'^ ons nergens voorgekomen. Die van :n jare 1610, naar de tyds omftandigheM ingerigt, behelsde eene belofte van in de Staten van Overysfel en de andere c-rcenigde Provinciën , welken by den lans openlyk geoeffenden Hervormden godsdienst , buiten dewelke zig ook r  2C)o Tegenwoordige Staat staat«- „ geene andere in deze Landfchap wil toe- « vinsade" 5' laten'" iouten blyven, en aan de ge» RING' meene zaak , onder het beleid van Zyne Doorlugtigheid als Stadhouder, tegen alle openbare en heimelyke vyanden getrouw te zullen zyn; derzelver voorregten en geregtigheden te zullen helpen handhaven en verdedigen; deze Landfchap zonder 't believen van Ridderfchap en Steden niet te zullen verlaten ; geenerhande verftand te zullen houden met derzelver vyanden ; I zig met dezen in geene verdragen of vrefl deshandelingen te zullen inlaten buiten gsm meen overleg ; zelfs alles van dien aart J| welk door anderen mogt gedaan worden M zo doenlyk, te zullen bekend maken; en eindelyk de noodige geheimhouding waar tö|j nemen omtrent de befluiten der Staten (6)11 Met het aflopen van 't beftand werd de« zelve nader derwyze uitgelegd , dat onder de vyanden, daar in gemeld, mede gemeend werden de Koning van Spanje en de Aartshertogen van Braband met derzelver opvolgers en aanhangers; en men eifchte tevens van de Leden eene verklaring,dat zy , van de Paapfche bygeloovigheden afkeer hebbende , voorftanders waren van den Hervormden Godsdienst, en dat zy van (6) Deze vorm van eed, op den 14. Maart beraamd , is niet geboekt in de Refolutien van Ridd. én Steden; maar te vinden in 't Boek van Eed en oM dre op de Admisfie, waar in van dien dag af tot he- J den toe alle de Leden , zo uit de Ridderfchap als ] uit de Steden, hunne namen eigenhandig hebben ingefchreven.  van OVERYSSEL. 291 fan den vyand geene vrywaring hadden , staats, ^ >f, zonder toeftemming der Staten zou- RING. en ontvangen (c) : eene uitlegging en yvoeging , welken men van zo veel gz-zJcvjn jdgts agtede , dat kort daar op den Edelen 3» juni i:n, die afwezig waren, werd aangefchre>Jc£f;;* len , dat zy dezelven binnen vier we-^fJ^l en zouden moeten onderteekenen of niet Refol. vsa -ederöm ter vergadering geroepen wor-£-™^; 2n (d). Vele jaren hier na werd begre-162;. en, dat de eed, als ten tyde van het leiband gemaakt zynde, noodig had vol-RefJlaa ens de tegenwoordige tyds omftandighe- R-'enSt. 7; ;sn te worden veranderd (e). Dit ge-Ju!-l6iU hiedde ; en de verandering beftond za- f0 hlyk daar in , dat men op 't ftuk :n Godsdienst beloven moest de openbare aartMt" dfening van geenen anderen dan den ervormden te zullen toelaten, en dat de :tdruklyke benoeming van de Aartshertovn van Braband onder 's lands vyanden erd agtergelaten (f). De dood van Pritt»^'^ Willem den II? gaf vervolgens aan lei- Maan 164». mg tot een nieuw opftel, alleen daar in m het vorige wezenlyk onderfcheiden , t de woorden welken het Stadhouderk beleid betroffen, zo. wel als die, weljp den Koning van Spanje uitdruklyk ader 's Lands vyanden telden, werden tgelaten 5 kunnende de nader omfchryng van den Hervormden Godsdienst, aar van men zig een voorftander verklain moest, dat het namelyk die was „ elke volgens 't befluit der Dordrechtae Kerkvergadering geoeffend werd s eer-»  Tegenwoordige Staat Staats- der als het uitwerkzel van naauwkeurige. wngADB" zorgvuldigheid , dan als een byvoegzei, worden aangemerkt (g). ■jj.ïl.ja\. Dan misfchien zal men ons zelve van ?»5-- te groote naauwkeurigheid in het optellen van alle deze kleine veranderingen befcbul-1 digen: zo men niet door de ondervinding! overtuigd is , dat uit foortgelyke kleinig-f heden de geest der tyden dikwerf even zo.| goed is op te maken , als uit dingen ,| welken van meerder belang fchyncn. Wyï meenen in de oudfte eeds voorfchriftenl niet alleen eene algemeene bezorgdheid» voor 's lands veiligheid opgemerkt te heb-M ben , maar ook een wantrouwen op hei-|j| melyke vyanden , welke men vermoeddell vooral te zullen ichuilen onder de zulken vj# die nog bedektelyk de Roomfche leerftel-W lingen mogten aankleeven , en uit dienf hoofde overhellen om zig met Spanje iri onderhandelingen in te laten, welken voorn de gemeene zaak konden nadeelig zyn. De| afval van den Stadhouder , Grave van! Rennenberg, in den jare 1580, had reedsj merkeljdc toegebragt om zulk een wantrou» fafeVmn wen te voeden O1)- In Overysfel had de, I xxvii.B.' zelve uitgewerkt, dat de Staten , op de | «*■ ernftige vertoogen van Oranje , eenen eed | ri) beraamden , dien alle de ingezetenen zouW $éuiifattum,èëü afleggen (i), en uit welken de eed» ifluiifip. voor te Leden van Staat inge-1 voerd , grootendeels fchynt overgenomen» tc zyn. Onderwyl heerfcht tusfchen diej beiden een gewigtig onderfcheid , met be-1 ^rekking tot het licht waar in de twee.P 2~'  van OVERYSSEL. 293 [ezindbeden van Roomfchen en Onroomèhen befchomvd worden. Die van 1580 . RING. dcrnt niets dan eendragt tusfchen de weilerzydfche belyders , welken , zonder aanjen van iemands geloof, elkander en het ■aderland zouden moeten helpen befcheraen ; terwyl die van 1610. reeds onerftelt, dat de openbare eerdienst der toomfchgezinden was uitgefloten. In 1621. loesten de Regenten verzekeren , vant ien eerdienst afkeerig te zyn ; en het lot van den eed hield in , dat zy affïand eden ,, van alle dispenfatien , welkea ,, L hen eenigzins van denzelven zouden , kunnen releveren ;" 't welk ongetwyfdd tegen bedekte voorftanders van het Loomfche leerftelzel gerigt was , doch in Wc de volgende eeds voorfchriften zyne , laats behouden heeft. Veelligt gaf mea laderhand, toen dit niet meêr in aanmering komen kon , eenen anderen zin aan ij e zelfde woorden. In 1640. ging men , og eenen ftap verder , met de Leden te j, oen beloven , dat zy geenen Godsdienst l uiten den Hervormden zouden toelaten 5 ij jrvvyl tevens in de twee laatften meerder l jigewikkeld , en in die van 1651. met !( iuidelyke woorden , werd zorg gedragen,, 1 at geene anderen , dan begunftigers vm ] e Dordrechïfche befluiten , ter Staatsvèr., adering konden zitten. ; By het Reglement op de Regering van OO l en jare 1657* (k) werd ingevoerd , dat^y^ q Leden de Unie van Utrecht, zo alSj*'^;K** l ie 'm i6ïi. bevestigd was, zouden moe*.^^^ T4 tm.  294 Tegenwoordige Staat fetAATs- ten bezweren; het welke nog ten hut^roaue- ftgen jggg fl.ancj hoüfa ^ en daarom te aanmerkelyker is, dewyl dat Reglement uit eene uitfpraak van Gemagtigden wegens de Staten van Holland voortfproot, en egter de zelfde verpligting noch in die fl. Provincie, noch in eenige andere, Gel*rt. derland, en dat nog maar voor eenen be~ yw"Sr-Paalden tvd » ui'gezonderd , ooit fchynt kiar. ui. plaats gehad te hebben, fchoon de woor. t>; op »n. den yan rjnje njet buister zulk eene inrigting vorderen (1). Niet minder opmerkelyk is de byvoe-| ging , welke , ettèlyke jaren na dat del Stadhouderlyke regering door het affter-Jj ven van Koning Willem had opgehouden, I 3an den vorm des eeds gegeven werd: ; want zo zeer als de zorg voor het gods-Ij dienftige ftelzel in de ouder voorfchriftertfi doordraaide , zo zeer bemerkt men in dat van 1709. eene iterke zugt om de toen? malige regeringswyze te bewaren. Die by.-Ji voeging namelyk b.eftond in twee punten, volgens welken ieder der Leden zweren, moest s voor eerst, ,, dat hy de Souve-Jj „ reiniteit der Staten, in 't geheel of ten * I „ deele , nooit aan iemand zoude defere-a 3, ren , of gedoogen dat dezelve gedefe- I „ reerd wierde ;" en ten, tweeden, „ dat» hy ook particulierlyk geene collatie vaajl „ èenige politike Charges of Commisfien|.J s, aan iemand , wie het ook zoude mogen j 3, zyn i zoude defereren, of toelaten dat 3, wierde gedefereerd , maar dezelve alj, toos laten Verblyven aan Ridderfchap. en „ Ste~  wn OVERYSSEL. 29$ „ Steden (m):" Dan het naderhand ge-staatsleurde kan ons leeren , dat de woorden ^6.^°ran eenen eed , fchoon met de angstvaldgfte bezorgdheid uitgekipt , fteeds tot (-„O ;ene zeer zwakke borstweering (trekken M°J- ™* ,, . ° • ■ n .liidd. en zullen , om eenen regeringsvorm in imnüsted. 6. :e houden ; en dat men voor de behoude-^^,.1/^ nis daar van geenen beter, of liever gee-ter 'tRe° ;ien anderen , waarborg heeft , dan hetg™''* lilgemeen gevoel der ingezetenen , dat zy door deszelfs invloed gelukkig leven. De verheffing van Willem den IV. gaf aanleiding om den eed nogmaals te hervormen , ■et welke gefchiedde door het tweede der , ftraks gemelde punten weg te laten , en in plaats te ftellcn , dat men het Reglement op de Regering, in den jare 174 vernieuwd, en de vorige Reglementen « voor zo verre die daar mede niet ftryden, Apr.'1^ tal nakomen en doen nakomen Cn). Uit het gezegde kan dan opgemaakt worden, het gene wy , ten befluite van dit ftuk , om des Lezers geheugen te hulp :e komen , met korte woorden nog verkiezen te zeggen, dat de eed, die tegenwoordig wordt afgelegd , de volgende beloften inhoudt. Bewaring van de oppermagt der Staten. Verdediging van de regten en voorregten, van den heerfchenden Godsdienst, en van den Staat , volgens de gronden der Unie. Handhaving van de Reglementen op de Regering. Geheimhouding , voor zo verre de dienst des lands dezelve vereifcht. Afftand van ontlilag , ten. aanzien van eenige verpligting., T 5 door  So4 Tegenvscorarge $tm$ f***».* door dezen eed opgelegd. — De Lezer x I JaH^^' dus lang als het ware in het poortaal op. : gehouden , zal thans wel verlangen de raadpleegingen zelve der Staten te mogen befchouwen ; en wy haasten ons om aan zyne begeerte tc voldoen, jjbiftdptee-! Het voornaamfte werk des Voorzitters beftaat daar in , dat hy de zaken , die in overweging moeten komen, in de gevoeglykfte orde ter tafel en in omvraag bren« ge, en volgens de uitkomst der ftemming; \ een befluit daar op vorme. Aan hem moeten deshalven alle verzoekfehriften of an, 1 dere vertoogen , die men den Staten begeert onder *t oog te leggen , of regtftreeks door den verzoeker , of, indien ze j «bar gebragt zyn , uit de Griffie, worden 1 overhandigd en wel voor of op de drie, 1 eerfte dagen van den gewonen Landdag jj^, of van het eerfte Reces , en voor of opi I ffokSt- den eerften dag van het tweede Reces § \ ^a/X'ter dewyl op de later inkomenden niet gelet ^haf rNo word£ » teI1 zv te- zaken , waar over zy »yic?w«;slopen, geduurende de vergadering warer* van'denV voorgevallen , of de dienst van de Rroó&ob, ' 'vinqie eene fpoedige befchikking mogt© *??s-- vereifchen (o). Men kan hier by voegen, ^ j daq ook geene- verzoekfehriften worden Rejoi. ymn aangenomen, dan die door den verzoe-* l^te, of iemand anders namens denzelven ^ I zyn onderteekend (p),. Omtrent de orde, waar in de zaken be> , handeld worden > valt weinig te zeggen % zynde daar omtrent niets vastgefteld;. dan d|pi dal >f het heffen van de gemeene Middelen a«- o&. •akende , worden aanbevolen. Als zoda-I?83' lig kan men ook het Kollegie der Gedeputeerden aanmerken , het welke veelinaals, vooral ten aanzien van onderwerpen die tot de invordering of 't beftuur van 's Lands penningen betreklyk zyn , der Vergadering moeten voorlichten. Zodanig zyn meerder anderen, gelyk dc kommisfie tot de Kerkelyke zaken , dc Kom-  v £0? Tegenmsrdige Staaf Staats- Kommisfie tot de Dykzaken, enz. Welken- I }!nc^ allen door zes Heeren , drie uit de drie Kwartieren van de Ridderfchap. , en drie uit de Steden , worden bekleed. Buiten» gewoonlyk voorkomende dingen van groo. ter belang, of langwylig onderzoek, fielt men insgelyks in handen van eene byzon-1 dere Kommisfie van zulke zes Leden; ter-1 wyl over anderen van minder omflag niet | meêr dan twee Heeren benoemd worden, j In dit laatfte geval is 't gebruiklyk eenen j v ifdelman te kiezen uit het Kwartier daarl de zaak te huis behoort, en eenen Bur- i gemeefter van Zwolle aan eenen Zalland-: fchen , van Deventer aan eenen Twent- j fqhen, van Kampen aan eenen Vollenho-1 venfchen Edelman toe te voegen. Uit zulk ij eene inrigting moet noodwendig vQoru vloeien, dat, ten aanzien van de gewig-1 tigfte ftukken , de redenen , die voor of § tegen een voorgeflagen befluit pleiten, meerder in de Kommisfien opgeworpen , overwogen , wederlegd en aangedrongen worden , dan in de Vergadering der Sta- I ten zelve : en hierom is het eene heilza- E me gewoonte , die aan alle de Leden het .1 regt geeft, om by die Kommisfien tegen--3 woordig te zyn., en ftilzwygende het daar I verhandeld wordende te hooren. Byna J eene halve eeuw geleden vindt men zeker ■ &cM. van voorftel gedaan te zyn, waar by dat regt Jfl g.l&n werd in twyffel getrokken (s); doch Rid-1 vsa» derfchap en Steden fchynen dit als zc»« nuttig en zo, overeenkomstig met den vorm I der regeringe befchouwd te hebben, d^t 1 tel  van OVERYSSEL. sop fear over , onzes wetens, nooit wèderom staats* geraadpleegd , veel min eenig befluit ge- ^B!' nomen is. Wanneer eene Kommisfie haar verflag ter Vergadering inbrengt, of ook wanneer eene zaak zonder Kommisforiaal onderzoek in overweging komt , vinden de Leden fomtyds goed terftond hunne gedagten daar over te uitten , en fomtyds het ftuk in beraad te houden of over te nemen. Tot Idit laatfte zyn de Afgevaardigden uit de Steden dikwyls genoodzaakt , het zy uit loofde van uitdruklyke wetten ter plaatze lunner woninge vastgefteld, het zy uit loofde van den bepaalden last hun medegegeven , het zy uit hoofde van eene [tilzwygende verpligting uit het gewigt Ier zaken geboren : wordende in dit geval de ftemmen naderhand , ook zonder nieuwe omvraag 9 uitgebragt op zulke tyden Üs ieder Lid verkiest, en het befluit opgemaakt, zo dra het vereifchte getal van Itemmeh den Voorzitter daar toe verpligt. Ter dezer plaatze komt dan in aanmerking , welke Leden van de vergadering over ieder byzondere zaak ftemmen mogen, en welk getal van ftemmen in ieder ïaak gevorderd wordt om tot een'befluit ce komen. Betrekkelyk tot het eerfte dezer twee Buiten, junten, kregen wy boven (t) reeds aan-L^™ leiding , om ter loops te zeggen , dat jecne Krygsamptenaren de raadpleegingen CO over zaken die het krygswezen aangaan '25 * raiogen bywonen. Wy voegen 'er nu maar by*  jotf Tegenwoordige Staat Staats- by, dat de zelfde wetten, welken dit , ™RGG.ADE' verbieden, het verbod uitftrekken toe „ al„ le Drosten , Rentmeesters , OntvanC"> „ gers, Gecommitteerden, Officieren en I S'cap!„ Ministers , V wanneer 'er dingen , die j ^.*^nI;byhunne bedieningen raken , op het tapyt w:Ï84*an.komen : als mede , dat alle verwanten in 4- de opklimmende of nederdalende lyn en (v5 volle broeders (u) , by de begeving van § i?^to;2.w»Ampten , Kommisfien of Deputatien , te pSnéten gelyk met hun , die daar mede verzoeken «1 enz.art. 5 beg\mftigd te worden (v), de vergadering W moeten verlaten. | Befiuitmet ^en aanzien van het tweede ftuk heeft sL cenpang- ^ gejyjc e]ders meêr, plaats , dat tot M het vastllellen van fommige zaken eenpa- II righeid , tot dat van anderen alleen meer- 1 derheid van ftemmen noodzakelyk is. In I algemeene bewoordingen is men gewoon ; dit zo te bepalen , dat in zaken van orde 1 overftemming plaats heeft, en niet in pun- 1 ten van bezwaar : maar wanneer deze ftel- | tegel geboren zy, hebben wy met geene J waarfchynlykheid kunnen uitvorfchen. Del Staten van Holland namen ten aanzien van | dit onderwerp reeds in den jare T581, en I dus , denken wy , de eerften van allen , 1 een ftellig befluit, willende dat het meer-j der getal in alle zaken het minder over-1 GJ^n.ftemmen zoude , uitgenomen in het ftuk 9 hget. cap.van belastingen, van vrede of oorlog, of B 8' wv van verandering, in de regeringsvvyze (v): ■ PejeTfiom. èoch dit heeft niet kunnen beletten, dat Ij 'Kit-Bat. daar omtrent naderhand nog vele beden- 1 §• 244. ' kingen ontftaan zyn (w) ; en het is be- 1 kend ,  w» OVËRYSSEL, sot -tend, dat Holland niet de eenige Pro^-staais/incie is, in welke het zelfde onderwerpJ^*?* loffe tot verfchil heeft gegeven. Plet gejeurde in Overysfel, met het aflopen der '.estiende eeuw , over de invoering der gemeene middelen volgens het beraamde jy de Unie van Utrecht, kan ons doen :ien , dat men ten dien tyde nopens de laar toe noodige eenparigheid nog onderscheiden gevoelens koesterde. Ieder ervende wel, dat de drie Steden, „ elke , alleen, zonder inzeggen van iemand aftr, ders op de Contributicn , die zy vry,, willig tot ftuur van den oorlog wilden , confenteren , als ook op alle andere „ Stads zaken, hadden abfolutelyk te dis» , poneren :" maar Zwolle alleen dreef, iat ook buiten de Steden en derzelver Vryheden , de middelen, zonder algemeeae toeftemming, niet mogten geheven vorden; en dreef dit met zo veel nadruk, iat de overige Leden , fchoon anders den;ende , het best vonden de zaak te laen fteken (x). Naderhand is dit gevoe- f») en doorgedrongen. In een vertoog van^Jjf^j lle Regering van Hasfelt , in 't jaar 1655. oyafimê .door den druk gemeen gemaakt, wordt^' ** •eeds , als iets welk algemeen bekend en jan geene tegenfpraak onderhevig was, ge* Leid , „ dat in Confenten van de gemee,, ne middelen geene overfiemming plaats , had , maar met induclie moest worden&Ol.. „ geprocedeerd (y>" Nogthans vindt kht. wur 'men hier omtrent nergens in de Staats iTiS mandelingen uitdruklyke melding J hoewel ver*  3"02 Tegenwoordige Staat Staats- verfcheiden andere ftukken daar by van derf SM' algemeenen regel, dat de meerderheid het befluit maakt, zyn uitgezonderd. Zo werd in den jare 1652. bepaald , dat „ traéta£Z) menten en payen" niet dan met eenpafeJenSt" "gbeid zouden begeven worden (z). Het fi'.Md' Reglement op de Regering van 1657. hield x651- in , dat de Souvcreiniteit nooit aan „ iemand zoude opgedragen worden , dan „ met gemeen goedvinden van alle dé esp.i.an.,, Hemmende Leden (a):" doch na het ^fivfo'overjyden van Willem den III. meende bi. Ï85.an.men zig ook tegen dat gemeene goedvinl' den te verzekeren , door dezen artikel derwyze te veranderen, dat noch de oppermagt noch de „ collatie van eenige „ politike charges of commisfien aan ie,, mand , wie het ook mogte zyn 3 zou„ de mogen worden gedefereerd, maaf Cb3 „ dezelven altoos moeten blyven aan Rid- . RegUmvfn^ derfchap en Steden (b)." Het zelfde, ,705. art. Reglement bekragtigde de Unie van Utrecht, zo als dezelve in den jare 1651. . was bevestigd , en verbood daar tegen te Cc 5 handelen , of daar in eenige verandering dp. 10, te maken, buiten bewilliging van alle ftem%'z/ml, mende Leden dezer Provincie (c): waar */rf.bi.i86..by men m »£ Reglement van 1705. nog. *U'7' vorderde de toeftemming van alle de Bondf(0 genoten (d). Eindelyk eifchen die beide art. 5. Reglementen eenparigheid in 't maken van nieuwe Havezaten (7), in 't erkennen van (7) Over dit punt, de Havezaten betreffende, 3a! elders nog moeten gefprokeh worden.  van OVERYSSEL. 303 an plaatzen , welker regt twyffelagtig staats, , voor Havezaten, in 't verleenen vanlr;^DZ' oorregten , en in 't ontllag geven van f,e> /■ x 0 Regiem van ;nige wet (e) i657 c»P. Dewyl voor het overige in dit ftuk al-|°'J",s" is meerder op oude gewoonten , en aan*aW.bi.i85J momen grondftellingen , rust , dan op$£;f;*£ itdruklyke Staatsbefluiten, keuren wy hetv-os- Ra. .et ongepast hier nog tot Hot by te voe- ^"iT01' i;n, eene verklaring, door de ftad Zwol, , ten Landdage , ter gelegenheid dat ; Edelen onlangs , tegen de duideiyke oorden van het Landregt , in twyffel lokken , of de vonnisfen , in jagtzaffl gewezen , aan beroep onderhevig wa:n (f), gedaan, en dus luidende: „ cfatt^Q^ geene byzondere Plakaten , van welkentar,mjtï aart die zyn , 't ftatutaire by 't Land- vafj regt vastgefteld kunnen benemen, ten0yerys/.,bL ware dat eerst naar de vastgeftelde or-48' ji de , na rype deliberatie , eenparig wa; re veranderd en landregtens gemaakt, waar over de Steden Hasfelt en Steenwyk voorgaf dan nog eerst moesten 'worden befchreven (g) " Ondertus- rjg? hen wane men niet, dat wy deze ver-^j/^ aring aanvoeren, als of dezelve eenepa. 17-p•euwe of ongewone ftelling bevatten™,?^» oude: want op het einde van de ,, Nieu-^'4-APr» we Reformatie op de admlniftratie der177 ' Landregten," in den jare 1546. door in Stadhouder , Maximiliaan van Egiond, benevens de Staten gewillekeurd, >orde ook ukdruklyk gezegd ; dat dezel; zoude worden onderhouden „ ter tyt V „ toe  S©4 Tegenwoordige Staat Staats- „ toe by den Erff heeren van Overysfel i vingj*de' 5» offce fyner Gen- stadcnolder in der tyt 1 * ,, ende by die gemeene Ridderfchap ende Steden van Overysfel eenpaerlicken an„ ders hyr inne gheordiniert fal werden:" en de reden hier van ligt in de oude;| grondftelling , dat aan niemand , buiten zyne eigen toeftemming , eene verande-1 ring in zyn Landregt mag worden opge-J drongen ; eene grondftelhng welke vanj ouds de nieuwsverkorcn Bisfchoppen , enl naderhand de erflyke Landsheeren, onder 1 de verpligting leide, om, by het aanvaar-] den van hun bewind , te beloven , datl zy de ingezetenen by derzelver oude land-B regten, vryheden en gewoonten zoudenB Ci!) bewaren (h}. Aan den anderen kant eg-1 Oilf-f Ge-ter willen wy niet ontveinzen , dat hetl M< ons wel eens bedenkelyk is voorgekomen;! noo'fdd. of die grondftelling niet beter gefchikc 9' ware voor de tyden waar in men zig tegen de inkruipzelen , onder een vorfte-1 lyk bellier te dugten , hadde te hoeden , dan wel voor onze dagen ; en of de na-j deelen, die uit dezelve moeten geboren,! worden , te weten de vertraging of hetfl dadelyk fluiten van nuttige verbeteringen» in het ftuk der burgerlyke wetgeving yfl niet rykelyk opwegen tegen de vrees, dat I den ingezetenen by meerderheid van ftem-B men onvoegzame wetten zouden wordenfl opgedrongen. Befluit by In gewone zaken wordt by meerderheid I heid'van van ftemmen befloten : doch de wyze , ftemmen. waar op die Hemmen moesten geteld worden 3  van OVERYSSEL. 305^ et) , heeft onlangs aanleiding gegeven staatsie een berugt gefchil, vyelks oorfprong , 1™°™* 'Op en uitflag wel verdient in eene verindeling over den regeringsvorm der Proncie eene kleine plaats te vinden. |fBekend is het voorftel , door wylen den eer Jan Derk van der Capellen tot den bl, op den dertienden van Grasmaand >s jaars 1778 , tot affchafFing van de •genaamde Drosten-dienften ter Staatsirgadering gedaan (i) ; en het daar èfrn*c}peU volgde befluit van Ridderfchap en Ste-^^^s : eden (k) , dat, wegens eenige uitdruk- ' 7?' ipgen, in dat voorftel vervat, en he£VaC|j) en drukken en verfpreiden van hetzel 24.'da? ',, tegen dien Edelman een regtsgeding^8blfie iiude begonnen worden, geduurende ha&«3. mfe hy zig van de Vergadering zoude ; oeten onthouden. Men weet ook, dat i regtsgeding nimmer is voor de bank jkomen, en dat de befchuldigde, na eene renigte van raadpleegingen en ftribbelinI tusfehen de Leden van Staat, op den «riten van Slagtmaand des jaars 1782, ten i'emeenen genoegen van 's Lands inge5 renen , op de zelfde wyze , waar op ] was uitgezet, dat is by een eenvouw(; Staatsbefluit (1) , in zyn regt is her- . CO lid. Al vroeg in den loop dezer raad-™,*^: ] wegingen , te weten in Lentemaand des*^./8**s 1779, deden de Afgevaardigden Van zaak va/f ] venter een voorftel, (trekkende ÖÏ^^S/J i'.c onaangename zaak minnelyk uit den^"^»,*" Mg te ruimen, met het welke zig deBy1'^' fee andere Steden benevens vyf Edelen V as voeg-  306 Tegenwoordige Staat staats- voegden. De Steden eifchten daar op, veroade- ^at nec voorftel , uit hoofde van de daar Rm°' zynde meerderheid van ftemmen, tot een befluit gebragt wierde ; maar noch de Voorzitter , noch iemand der tegenwoordige Edelen, was te bewegen om een befluit te maken. Men ontkende , dat hier eene meerderheid van ftemmen gevonden werd , en het was vooral wylen de Heer . Derk Ernst van Voerst tot Averbergen, die toen reeds volmondig ftaande hield , 1 het gene vervolgens door de groote meer- 1 derheid van de Ridderfchap werd vastge- I houden , dat niet minder dan een derde § deel der tegenwoordige Edelen met de drie 1 Steden behoorde zamen te ftemmen , orn | daarop met meerderheid te kunnen beflui- L ten. Op den naastvolgenden dag, niets I meerder kunnende vorderen , verklaarden I de Afgevaardigden der Steden , dat zy zig I over deze zaak by den Heere Erfftadbou- 1 der, die zig reeds in eenen brief aan de I Staten, in den jare 1772, voor hunne J Helling geuit had , zouden moeten ver- 1 voegen , ten einde de Steden in haar regt | mogten worden gehandhaafd (8) : en na- I der- I ■ (8) Zie de Refolut. van Ridd. en Sted. van den §. 26 en 27. Maart 1779. in Capellen Regent, bl. 231. I , waar uit egter alle de omftandigheden niet zo naauw- I keurig te zien zyn, als uit dit verhaal. Het is U zeker, dat ook die Edelen , welken het voorftel | byviel'en , zig ongezind toonden om liet befluit op I te maken. Ons verhaal fteunt op het bcrigt van een' | ooggetuige , en zal door niemand, die de onderhan- | deling bywoonde, worden wederfproken. — Het 1  van OVERYSSEL. 307 derhand weigerden zy zig in eenige ver- staats» der raadpleegingen over de zaak van den ™nrb*dï" Heer van der Capellen in te laten, voor ^C™^ lat ingevolge het meêr gemelde voorftel van Ridd. sefluit zoude zyn genomen (m). '%^?f£ Met dit alles bleef het gefchilpunt flapen 1-79- m ' :ot in Wynmaand des jaars 1782 ', wanneer R%e^"hU le drie Steden, voor het vernietigen van2?4,276. Ie Drosten-dienften geftemd en den Drosten 377' ran Ysfelmuiden hier in op hare zyde ebbende , na herhaalde vergeeffche pooingen om hier op eenparig befluit te verrerven , eindelyk op den zesentwintigen verklaarden ; ,, dat zy dit punt, als zynde daar op door de drie Steden , mee concurrentie van den Heere Droste i van Ysfelmuiden , eenparig geadvifeerd, hielden voor afgedaan en finaal geconcludeerd , en dien ten gevolge de DrcsI ten-dienllen voor afgelchaft:" Hier op itwoordden de Heeren van de Ridderj fiap ,, het voorfchreven Declaratoir te houden voor nul , kragteloos en van V 3 „ gee- l-dicnt nog aangemerkt te worden, dat de Stedea hier gemelde verklaring harer Afgevaardigden, ' 1 de tusfehenkomst van Zyne Hoogheid te zullen ïzoeken, naderhand niet zyn nagekomen. De ' lgende gebeurtenisfen kunnen genoeg doen zien, : die tusfehenkomst de zaak niet zoude afgedaan, bben ; ja het is waarfchynlyk , dat de Edelen zïg ';en Zyne Hoogheid, en ook niet zonder re.1, zouden verzet hebben , indien dezelve zig als leidsman had willen gedragen in eene zaak , waarrtrent hy zig zedert lang voor het gevoelen van qhe party had uitgelaten. Zie 's Prinfen brief ge- i 1:1 by F. A. van der Kemp , Hifi. der Admisfie vm. ' J. D. van der Capellen, bl. 48.  308 Tegenwoordige Staat Staats- ?} geener waarde ; dat zy Heeren geene § wng.ade' 55 Refolurien, op naam van Ridderfchap l en Steden genomen , ooit voor wettig | „ hadden erkend , of zouden erkennen , I a, dan de zodanigen , waar van de con- 1 „ clufie in conformité der advifen van deJII „ drie Steden en een derde gedeelte vanïl de ter Staatsvergaderinge zig bevinden-ll „ de prefente Leden van de Ridderfchap,| I „ was geformeerdmet by voeging, dat,fi „ zo wanneer de Heeren van de Ste-H „ den mogten onderftaan om van hunne 1 „ voorfchreven pretenfe Refolutie, of varw j, eenige andere op zodane wederregtelyj I „ ke wyze en tegen de orde en confti-;,! „ tutie van de Regeringe genomen, de uit- j „ voering met 'er daad te ondernemen ,>fl „ de Heeren van de Ridderfchap, in dien 1 ü val , zig zouden genooddrongen vin-l den, om ter beboudinge en handhavin-| „ ge^ hunner aloude aangeboren regten en| „ privilegiën, zulks wederkerig met 'erl „ daad, op allerhande wyze te beletten en tevens onder aanbieding, „ om heel „ point, betredende de orde van ltem-f „ minge ter Vergaderinge van Ridderfchap!' E „ en Steden, en alle andere pointen van|| „ bezwaar, van wat aart die ook mog-B „ ten zyn, welken de Heeren van ddw „ Steden tegen de Heeren van de Ridder-|l „ fchap mogten hebben, te compromitte.|| „ ren aan eene onpartydige rigterlyke dejj „ cifie, onder dat mits en expresfe con-fl „ ditie, dat de Heeren van de Steden zig I ?3 insgelyks zouden verbinden omtrent al- [t 33 m i  van OVERYSSEL. 309 „ le zodane pointen van bezwaar, als des**IT*i: , „ Ridderfchap tegen de Steden zoude ver- MR6. ; „ meenen te hebben (nV' Dan de Steden_ c") \J 1 v J . . liefst, van weigerden hare voorregten, door zig nmit.enst. ieenigerhande uitfpraak te onderwerpen ^^"^ als twyftelagtig te doen voorkomen, hiel-öa 1782. 'den de zaak van de Drosten-diensten, vol- 'jÜeduS VM.T jeens de gronden van den regeringsvorm **• O o ■ , n • pens Ccp. voor afgedaan en tot een wettig befluit ö,-. !gebragt , zo dat daar over geene TOCW-*^^* iftellen of raadpleegingen konden te pasfeoo/ ' komen , en wilden aanftonds eene Publicatie vastftellen , om de Ingezetenen van dat befluit te verwittigen ; een voornenen , waar tegen de Heeren van de Ridderfchap zig egter zo fterk verzettedcn , dat de uitvoering lteken bleef (o). ZyRJj?^ inleef evenwel niet langer agter dan tdt R. east. n den aanvang des volgenden jaars, wan-^f^ ■ lieer de Steden, onderfteund door éeogem. a*. Drost van Ysfelmuiden en den Heer vanj^f Ier Capellen tot den Pol, zo ernftig toonlen haar befluit omtrent de Drosten-dienten te zullen doen gelden, dat nog agt mdere Edelen , fchoon met byvoeging, lat dit uit enkele toegevendheid , en niet ïit overtuiging van de onwettigheid dier (lienften , voortkwam, hunne toeftemming ot het doen van eene Publikatie gaven , lerwyl agt anderen , onder weiken de lelfde Heer van Voerst tot Averbergen, ran welken wv boven gewaagden, aan botR- «■•s*loofd was , daar tegen hunne aan t inging ^g.,. h$ ieten te boeke brengen (p). De fitfeteq^™-^ ius toegegeven, en zig derwyze verdeeld,^"' V 4 heb»  §ro Tegenwoordige Staats Staats- hebbende , dat meêr dan een derde deel VEiiüADB- aanwezigen den Steden byviel, kwam het ftuk van de overftemming hier niet verder in aanmerking : maar het gefchil was te hoog gelopen om te kunnen verdoofd worden, Ieder party moest natuurlyk vreezen , dat de minfte flapheid in het handhaven van haar gevoelen , hoewel blootelyk ter bewaring van vrede betoond , naderhand zoude uitgelegd worden , als of men zelf de gegrondheid van dat gevoelen in twyffel trok : en daar *s Lands omftandigheden thans meêr dan ooit zaken van gewigt deden op het tapyt komen, en de denkwyze van de Ridderfchap in 't algemeen daaromtrent zeer ftrydig was met die welke in de Steden de overhand had , vorderde het geringe fnedigheid te voorfpellen, dat het f r.eulend vuur eerlang van zelfs wederom zoude moeten ontbranden. Of diergelyke bedenkingen , dan wel I andere beweegredenen , de Ridderfchap aanfpoorden om den gewigtigen fïap tel wagen, dien men haar op de eerstvolgende Vergadering zag doen, ftaat ons niet te beflisfen. Het gebeurde zullen wy verhalen. Dit beftaat hier in, dat de Edelen, onder fcherpe klagten over de handelwyze der Steden ten aanzien van de Drosten diensten , voorfloegen , het ver-8 fchil nopens de overftemming voor altoos??; uit te maken , en wel in dezer voegen M 3, dat daar toe eene Commisf;e van eenige Heeren uit Ridderfchap en Steden zou3, de worden benoemd., om te dienen,! „ var, 1  vm OVERYSSEL. 311 , van Confideratien en ad vis , op wat staats» , wyze dit verfchil binnen den tyd van™£*A0*" , zes maanden in der minne zoude kun, nen worden getermineerd , en dat, in , val zodanig minnelyk vergelyk kwam , te ontftaan , het voorfchreven different , alsdan ingevolge het geproefcribeerde by , den eerden artikel van de Unie zoude , worden gedecideerd :" met verklaring, iat eene aarzeling der Steden , om deze if andere wegen van eindelyke afdoening les gefchils , voor het eindigen van den egenwoordigen Landdag , aan te nemen, loor hen zoude gehouden worden voor ene verweigering van regt, tot verkry;ing van het welke zy zig dan by het Wdgenootfchap zouden vervoegen ; en lat zy dan tevens hunne Confenten in ale Provinciale middelen zouden inhouden, n de verantwoording van alle de heillooe gevolgen , welken daar uit ontftaan noesten , voor de Steden overlaten (°d-Rltf R )eze dringende taal onderwyl had mete„e£t.\\. lie uitwerking , welke men misfehien^cl}> (aar van verwagtte. Reeds één en ander hand. der naai hadden de Steden den voornamen 'rondflag, waar op zy haar gevoelen ves- jiemm. Byi. igden , opengelegd, en dewyl de EdelenA" oog nooit iets van dien aart hadden by^ebragt, betuigden zy geene beweegreden ie kunnen vinden , om , volgens derzelver voorftel , iets te doen, waar door zy zouden kunnen fchynen haar onbetwistoaar regt, tot welks handhaving zy zig yerpligc hielden, aan eenige twyffeling V 5 on.-  3ia Tegenwoordige Staat 'staats- onderhevig te maken. Indien de Ridder-* ïJ£c.AUÏ" fchap eenige ftukken had voor te brengen , welken zy oordeelde hare meening te begunltigen, toonden zy zig bereid die te onderzoeken , mits dezelve inmiddels zig niet tegen de oeffening van het regt Cr) der Steden aankantede (r). Ook dit had jfjjjjj" geene. andere gevolgen dan wederzydfche 30. Apr. aanteekeningen , waar mede niets gevor* «$3i? derd werd (s). Eindelyk Relde de Drost!. *JL*^ van Zalland eene foort van bemiddeling' R. en's).n voor , inhoudende , „ of de Heeren van» AprTV'Wo de Ridderfchap en de Heeren van deS S*. Byi- „ Steden niet zouden kunnen gocdvin-m c,ea0* „ den , ongeprasjudiceerd een ieders fus-m „ tenue of regt , de zaak , zo als dieH „ zig thans bevond, te laten in ftaat totf l „ ïm0 October aanftaande , zonder datfl door de een tegen de andere iets prse-|l( „ judiciabel ter Vergadering van Ridder- tl fchap en Steden of by de deliberatien I „ zoude worden ondernomen , gedaan of .1 33 aangeteekend zo dat inmiddels, in- M dien het verfchil niet onderling konde ver-1| effend worden , ieder der partyen, teril plaatze waar zy het mogte goedvinden, I hare bezwaren zoude kunnen voorbien-f k gen , en tevens de Confenten nog op de-1 zen Landdag zouden kunnen worden uit-ïf fO gebragt (t). Velen begrepen, dat'dezel! ^■e»T" voorfiag niet minder onaanneemlyk wasB u. Apr. voor de Steden , dan die wcike te vorenm jjHu door net hgchaam der Ridderfchap was ge- V fchied: dat dezelve, geenerlei middel aan ■ de hand gevende welk tot eea vergelyk M dienst*! ■  v,m OVERYSSEL. 313 'ienftbaar was, alleen ftrekken konde om staats3 zaak op de lange baan te brengen , en Km0k 2 Steden te beletten , geduurende vyf olie maanden , binnen welken te voorjen was dat vele belangryke zaken konjen voorkomen , den invloed van hare iemmen te doen gevoelen. De Heer van ;r Capellen verklaarde , zo wei van het ■ !gt der Steden overtuigd te zyn, dat hy ordeelde geene opfchorting van hetzel,2 , welke tevens eene opfchorting van ïn eigen regt, om met dezelven befluit ; vormen , medebragt , te mogen toela■n : doch in aanmerking nemende , hoe ?er het belang der Provincie , ja dat des infchen Bondgenootfchaps vorderde, dat et punt thans in verfchjl ten fpoedigften p eenen vasten voet gebragt wierde , ordeelde hy tevens, dat beide partyen enen kórten tyd van twee maanden beoorden te bepalen , om zig onderling ha; gronden en bewyzen fchriftelyk mede 5 deelen , en dus te beproeven of de ene de andere door kragt van redenen onde overtuigen ; en dat , dit misluk'ende, de zaak, ten minden binnen eene aaand daarna, „ zoude behooren gebragt , te worden ter kennisfe van de Heeren j Staten der refpeftive Provinciën , met , verzoek van dezelve te willen esamine, ren , en ten allerfpoedigften, naar ri, gueur van regte , zeiven , en wel in , eigener perfonen , zonder eenige dele, gade , finaal decideren." Deventer veigerde insgelyks het voorgeftelde vsn den  314 Tegenwoordige Staat staats- den Drost te omhelzen , en toonde zig TEB.GADS- ^reid, om op zodanige wyze , als door den Heer van der Capellcn was opgegeven , een einde van de zaak te maken : doch Kampen en Zwolle namen dat voor. gefielde aan , mits die zaken , waar in , wegens de opfchorting van het regt der { Steden , nu geen befluit zoude kunnen j vallen, tot den eerften van Wynmaand onafgedaan bleven; en, fchoon dus de geRefol van voelens der Steden regtftreeks tegen elkanfo eApr' der inliepen , verklaarden de Heeren Ede1731. au. Jen zig zo wel met dat van Deventer als Byi.F.cn jat van kgjjg anderen te voegen (u). | Het gevolg van deze verklaring was, dat de Ridderfchap hare Confenten gaf* in de middelen , en dat de Steden , eenen geruimen tyd, niets tegen den zin van het meerder deel der Edelen konden i uitvoeren. Immers , hoe zeer die van Deventer nooit in de opfchorting van het regt van overiïemming hadden bewilligd, begrypt men ligtelyk dat zy daar van geen gebruik konden maken , toen de andere Steden beloofd ' hadden dat regt voor ge- j fchorst te zullen houden. Andere uitwer- ; king , welke de afdoening van 't gefchil bevorderen zoude, konden deze verwarde onderhandelingen niet voortbrengen: dewyl 'er geen voet was beraamd , waar op f] men beproeven konde zig minnelyk te ver- ij gclyken ; en de bewilliging van Deventer, i tot beflisfing, door de twee andere Steden 1 niet agtervolgd en dieshalven buiten kragt 1 was. De Edelen zelve toonden hier op we^ '!  van OVERYSSEL. 315 ezenlyk geene de minfie agt te flaan, staatster zy onmiddelyk na 'c fcheiden van^'*DE" \m Landdag, van de Algemeene Staten, 1 niet van die der byzondere Gewesten, lerzogten , dat dezelven geliefden zig deze liak aan te trekken , en, het zy door iriendelyke middelen het zy door eene eilenlyke "uitfpraak, waar aan zy zig onderierpen, af te doen. In hunnen brief (v), 03 ,eïken zy tevens aan de Staten van iedergj*^ irovincie mededeelden , beklaagden zyi>yo«»»w, g wel , „ dat men van de tegenwoor- aeo'verf. dige tyden van Combustien zig zogt teByi. f. : bedienen , om de Ridderfchap, zo mogelyk , van alle authoriteit te ontzetj ten en tot een onnut lid van Regerin| ge te maken," doch gaven geene de iiinfte reden, om de gegrondheid van hun evoelen nopens het betwiste punt aan te ringen. Het gedrag der Steden was van enen juist daar tegen geftelden aart. Zonsr zig nog te beklagen lieten zy met den invang van Slagtmaand eene Verhandeng over dat punt in druk uitgaan , mee ogmerk om de ganfche natie van haar ïgt , en de Heeren van de Ridderfchap slve van hunne misvatting daar omtrent 3 overtuigen Dan al vroeger (w) had- r/w) :en deze Heeren andermaal op de tus- y^f'*. bhenkorost der Bondgenoten aangedron-sePt. 1783. ■en : waar van het gevolg was , dat de Uaten van Holland (9) den onzen by ee- (9) Sommigen der andere Provinciën , te weten •Jelderland, Utrecht en "friesland, hadden wei reeds ia  Tegenwoordige Staat - N Staats- eenen brief (x) voorhielden , welke nadee-- j wNG.ADE" h'ge uitwerkzelen hun gefchil in de tegen- (x) vvoordige omftandigheden baren konde Deccm™.4'en , zonder zig in dat gefchil, het welke info Refol. z~ a]s huislyk aanzagen , te willen men* yan R. en 3 < J ° ' 5/.vand.y.gen, hen vermaanden om hetzelve te ver** üec. i?83- effenen } 0f ten minften by voorraad zul*fj ke fchikkingen te beramen , dat , onver-B kort eens ieders regt , de raadpleegingen over de voornaamfte zaken voortgezetkonden worden. Ligtelyk begrypt men , by overweging van den ftaat des gefchils , dat zodanig eene fchikking niet te vinden was , zonder de Steden dadelyk in de oeffening van baar regt , zo als zy hetzelve dreven, te benadeelen. Zy greep derhalven ook geene plaats. Alles , wat de ééne en de m-> dere party doen konde , was het opperen! van zulke punten te vermyden , uit wek! ken het te voorzien was dat het betwiste! geval van ftemming zoude geboren wor-1 den. Van den kant der Edelen viel dit gemakkelyk; dewyl zy daar door niets tel verliezen hadden : doch de Steden verlo-|j ren de uitwerking van hare eensgezindheid» tegen de Edelen ; terwyl dezen egterl| fteeds van de gevallen , waar in de Ste-B den onderfcheiden ftemmen uitbragten ,1 gein Bloeimaand dezes jaars befluiten genomen, waarH by zy in algemeene uitdrukkingen hare bereidwillig-H heid betuigden , om het gefchil te vereffenen: dochB het mangelde nog aan eenparige befluiten der Bond- I genoten, en zelfs aan een' bepaalden voorfiag no-M pens de wyze waar op die vereffening zoude worden S werkftellig gemaakt.  van OVERYSSEL. 317 jbruik konden maken om de ééne met staats- > i andere te helpen overftemmen. Dit^;UE~ Uettede ondertuslchen niet, dat de Land c.--=::. irlen nogmaals ver-J L_ ■ houden dat de r- , -~r " De (10) Zie' 'Wf'^l-sr. Mad. en Sted. van den i$JM Vtcemb. i-SS-'iJtdruki t: vinden in zeker ftukje M weinig dagen Ji3 het eindigen van dezen Landdag» uitgekomen , onder den titel van Antwoord op dem iU;V/ïvi V Z- bevittende een verflag van dtl ^*v'a^wif' 'tv^, n'1Ciltf' °P den jongst afgetyenR (k-cr^sjciJcMn Landdag •>t:rgevalkn.  van OVERYSSEL. 319 I De fcheuring was nu te groot geworden, staatsan dat men zig, buiten vreemde tus- Rms. henkomst, met de hoop van heeling zoui hebben durven vleien. Met den aanvang an het volgende jaar 1784. vervoegde zig 3 Ridderfchap ten derden male (y) by de^^ Igemeene Staten, om zulk eene tusfchen-vnn d.24. Dmst te erlangen. Ook befloten de Ste-J'"-1^' |d ten zelfden tyde, eerst aan de Staten m Holland (z), welken alleen tot hier co >e zig dadelyk met de zaak bemoeid had-vfn ^ ;n , en- kort daar na aan de Staten van jan. 1784. ïe de Provinciën (a) te fchryven. In co rre brieven, die meteen afdrukzel vanW£* 5 boven genoemde Verhandeling , ten Fehr. 1784. ;wyze van de gegrondheid hares gevoe,ns, verzeld gingen, deden zy een verlal van het gebeurde , betoogden de onoenlykheid van de Staatsvergaderingen weerom met de Ridderfchap te kunnen herïtten , en floten met «en verzoek , dat : gemelde Staten , ter handhaving van li oorfpronglyken regeringsvorm van dit ewest, en ten einde hetzelve voor ver?r verwarring te bewaren , de meerderéid der Ridderfchap mogten overhalen, m van derzelver verkeerde tegenkanting ' te zien. Die meerderheid had inmidbls reeds in Louwmaand het befluit geomen , om hare zaak mede door eene Verandeling te verdedigen , welke in Bloeinaand van de pers kwam. Ondertusfchen naderde de tyd , waar op l et heffen van de Provinciale Middelen , öleens gewoonte , voor het lopende jaar 43 0 X zou-  ■ 320 Tegenweordige Staat Staats- zoude moeten vastgefteld worden. Eenige 1 rwg.a1,£* Afgevaardigden uit de Steden, benevens de twee Edelen die derzelver zyde hielden op den negenentwintigften van Louwmaand te Wyhe zamengekomen , beraamden eene affpraak , hoofdzakelyk behel- 1 zende ; dat men , wanneer de Ordinaris Gedeputeerden eenen gewonen Landdag I uitfchreven , zig op denzelven zoude laten i vinden , en by den aanvang voorttellen , of de overige Edelen thans gezind waren^ het gevoelen der Steden nopens de over-, ftemming als het ware te erkennen , en daar naar te handelen ; en dat men , by ; weigering van een voldoend antwoord , aanftonds de Konlenten in de Middelen op den voet van 't vorige jaar zoude uitbren-; gen , met aanmaning aan die Edelen om! dit insgelyks te doen , en daar op allej verder raadpleegingen afbreken. Dan deze affpraak werd geheel vrugteloos gemaakt door de Edelen in het Kollegie der Gedeputeerden , welken weigerden eenen Landdag te doen uitfchryven , ten zy de Steden hare verklaring van den dertienden van jongstleden Wintermaand vooraf introk- i ken. Ieder party eifchte dus , als eene* voorwaarde tot het voortzetten der raad-; pleegingen , dat de andere van derzelver; gevoelen zoude afgaan : en ieder voorzag; ongetwyffeld , dat haar eifch zoude worden geweigerd. Dit begreep ook de Griffier , te gelyk met de noodzaaklykheid , om , wat ook van het gefchil worden' mogte , ten muitten de geldmiddelen aan den  van OVERYSSEL 321 h\ gang te houden en de dringendfte staatseneraliteits zaken af te doen: en deszelfsmng.ade" Dorftel (b) had ten gevolge , dat , na fU) ;nigc ftribbelingen , de Konfenten op mtui. van •ieven van omzendinge werden ingezon-* ^itl' :n. Alle overige zaken , welken niet 17H' Dor de Gedeputeerden konden afgedaan orden , bleven liggen : en het is alleen te te fchryven aan de ongelukkige omandigheden van de Republiek , welken ) ftrengelyk geboden de algemeene zaken 3ort te zetten , dat men vervolgens ook og zo verre kwam , van over eenige !anten , de generaliteit aangaande, zamen li komen. .:i Eerlang egter maakte het vooruitzigt in de gevolgen , welken uit deze gealdheid van zaken, niet alleen voor deze rovincie , maar ook voor alle de vereegde Landfchappen , te dugten waren, ilk eenen diepen indruk op de Staten m Friesland , dat zy befloten middelen 111 te vatten , welken dienen konden om et der daad eene verdere fcheuring voor komen , en de rust te herftellen. Ten :volge hier van deden zy in Lentemaand :zes jaars aan de overige Bondgenoten ■ ;n voorflag : om ieder eenen Heer uit 'i het midden der Staatsvergaderingen te ! benoemen , ten einde zig gezamentlyk , en wel vooral zo fpoedig mogelyk, naar ■ Overysfel te begeven , om aldaar van : de gerezen gefchillen tusfchen de meerderheid der Ridderfchap en Steden dier Provincie vriendnabuurlyk kennis te ne- X z j> men,  322 Tegenwoordige Staat Staats- ?) men , die party , welke bevonden zou- i vkroadè- ^ ^g worcjen jjj het ongelyk te zyn , te adhorteren en te induceren, om van j hare ongefundeerde eifchen en oppoü„ tie af te zien, en, zo mogelyk, langs „ dien weg de rust en eensgezindheid in ~i 5, die Provincie te herftellen; met verder 1 last aan de refpeétive Gecommitteerden, 1 „ om , by ontftentenis daar van , elk aan l j, zyhe Principalen rapport te doen , ten § „ einde in dezen verder zodanige maatre-1 gelen te kunnen beramen , als het be-ï lang en de regten van het Bondgenoot- 1 3, fchap in het algemeen , en die van de 1 Provincie van Overysfel in 't byzonder, (c) „ zouden komen te vereifchen (c)." Ook E vfifdfu- werd deZe voorflag by alle de Gewesten, i MaanJ784.in het ééne vroeger in het andere later, |] omhelsd ; en de Ridderfchap zo wel als.1 de Steden, daar van verwittigd zynde , I betuigden 'er genoegen in te nemen'. Gelderland benoemde den Heer Jan Elias van Lynden , buitengewoon Raad dier Provincie en Burgemeester der Stad Nymcgen ; Holland den Heer en Mr. Rutgerus.1 Paludanus, regerenden Burgemeester en 1 Raad der Stad Alkmaar, Zeeland den HeerlJ eri Mr. Leonard Constantyn van Sons-.Ï beek , Raad der Stad Vlisfingen en we-« gens dezelve gekommitteerd in de Reken-w kamer van die Provincie ; Utrecht Jonk-fl heer Joost Taets van Amerongen , 1 Heere van Natewifch ; Friesland Jonkheer Egbert Sjuck Gerrolt Juckema vaïï I Bukman ia Rengers, Grietman over Wyn- I bric-1  van OVERYSSEL. 323 britzcradeel en Volmagt ten Landdage we- Staatsigens die Grietenye , Gedeputeerden Staat I"e,AIlt' der Provincie en Curator van 's Lands hooge fchool te Franekér ; Stad en Lande den Heer Egbert Lewe van Middelftum, Sekretaris der Staten: dan het verwylde tot in Slagtmaand , eêr alle deze benoemingen haar beflag hadden tot op den agtften van Wintermaand , eêr die Heeren binnen de Stad Utrecht zamen kwa.nen , om voorlopig over de uitvoering /an den hun opgedragen last te fpreken; :n tot op den eenentwintigden daar aan volgende , eêr dezelven , binnen Kampen verzameld , plegtig ter vergadering van lidderfchap en Steden ontvangen werden n daar het oogmerk van hunne zending npenleiden. Na dat de Ridderfchap zes van hare Leen benevens haren Griffier , en de 'Steen ieder vier Burgemeesteren benevens enen Sekretaris , tot deze zaak gemag:gd hadden , begonnen de onderhandengen , by welker aanvang de Baron van allandt tot Zuithem, Drost van Ysfelïuiden , die door het affterven van den leer van der Capeilen tot den Pol , op en zesden van Zomermaand voorgevallen, lans de eenige uit de Edelen was , wele het gevoelen der Steden aankleefde , ene Verklaring overgaf en tevens door en druk gemeen maakte , waar in zyne ewcegredenen voor die aankleeving werén opgegeven. Dan het jaar liep naauw'9ks ten einde of deze onderhandelingen X 1 vcr=v  324 Tegenwoordige Staat Staati-^ veranderden ten eenen male van aart : I wnc, ° " want, daar ^de bezending , volgens het | voorftel der Staten van Friesland , alleenlyk ftrekken zoude om de eenigheid door middel van overreding te herftellen , verklaarden eerlang de Gemagtigden uit de Edelen , dat zy , uit vrees voor - de na-i deelige gevolgen , welken de verwyling der afdoening van deze zaak zoude na zig fleepen , en uit overtuiging dat dei Ridderfchap in allen gevalle in haar vorig [i gevoelen zoude blyven volharden , bereid k waren het gefchil te verblyven „ aan de» 3, hooge uitfpraak van de Heeren Gekom-S 3, mitteerden , of van eenig ander onpar- p1 „ tydig Regter." De Stedelingen , wier b last zig zo verre niet uitftrekte, werden eg-, j ter ook binnen weinig dagen door hunne | Zenders gemagtigd om dit voorbeeld in fc zo verre te volgen , dat zy aannamen zig' \ „ aan de hooge uitfpraak en regterlyke | „ beflisfing van de zes Heeren" te on- I derwerpen : waarop dan , den negentien- C den van Louwmaand des jaars 1785 , de I Akte van Kompromis , zo door de Ge- I magtigden uit de Ridderfchap en uit de § Steden , als door den Drost van Ysfelmui-, , den , onderteekend werd. Dezelve hieldjt in : „ dat de te doene regterlyke decifie je 3, zoude hebben het effeft van fententièj „ en Uitfpraak in het hoogfte resfort , § „ zonder dat dezelve immer of ooit aan)l 3, eenig Appel of Revifie onderhevig geJS ,3 maakt , of op eenigerhande. wyze , hoe l „ ook genaamd , geëludeerd zoude kun- I j, nen I  van OVERYSSEL. 325 B. ncn worden." Evenwel verkoren de staats- P» , , n , VERGADE» Gekommitteerden van de Bondgenoten ,Mtw. ■ hunne hoedanigheid van vriendelyke fcheids. heden niet af te leggen , dan in de uiterste noodzaaklykheid. Zy floegen eerst aan Ëe partyen voor , vast te ftellen , of „ dat een juist zesde gedeelte der tegen„ woordig zynde Edelen , of dat een be,1 paald getal , by voorbeeld van zeven „ of zes derzelven , zoude vereifcht wori„ den , om met de drie Steden by over„ ftemming een befluit te kunnen maken:" en toen dit door de Afgevaardigden uit de Steden onmiddelyk en volftrekt was afgejflagen , ontwierpen zy eene tweede fchik'king , welke dezen Afgevaardigden veel aanneemlyker voorkwam, en die dezelven aannamen ter kennis te brengen van hunne Zenders. Volgens die fchikking zoude de overftemming plaats hebben „ wanneer |„ de drie Steden met eenen enkelen E!„ delman van één gevoelen waren , uit„ gezonderd in het geval van raadpleeging „ over de toelating van nieuwe Leden in „ de Ridderfchap, wanneer dadelyk geen „ befluit zoude gevormd worden , ten zy „ een derde deel der aanwezende Edelen „ met de Steden zamenftemde." Dan de eindelyke raadpleeging der Steden hier op werd voorgekomen door de verklaring der Ridderfchap , dat zy gaarne op den voet van het eerfte voorftel tot het treffen van een vergelyk zoude hebben medegewerkt, doch dat zy het laatfte , en alle anderen , welken even eens het gevoelen der Steden X 4 zou-  326 Tegenwoordige Staat Staats- zouden ten grondflage hebben , moeste van veroade- 1 1 j ring. de hand wyzen. Het vrugteloos aflopen dezer poogingen deed de onvermoeide Middelaren naar eenen anderen weg omzien. Zy verzogten, dat ieder party eenige weinige perfonen mogt uitkiezen , om ten overftaan van m hun met elkander te fpreken, onder voor- K waarde dat alles wat by die gelegenheid voorgebragt werd , indien men zig niet ij verftaan konde , als niet gezegd zoude gehouden worden. Uit de gefprekken , ten gevolge hier van gehouden , werd , na |i veel moeite, een derde ontwerp van min-■ nelyke fchikking geboren, het welke deS hooge Scheidsmannen aan beide partyen voorftelden , en dat uit verfcheiden pun- E ten beftond, welken hoofdzaaklyk hier op f uitkwamen. „ Dat in 't gemeen over„ ftemming zoude plaats hebben, wanneer I de drie Steden met eenen enkelen E„ delman van één gevoelen waren. Dat van dezen regel zoude zyn uitgezon- derd het geval van raadpleeging over het „ toelaten van nieuwe Edelen, in het welke , zo dikwerf als de drie Steden ■ „ van één gevoelen waren en door min- M ,, der dan een derdedeel der aanwezige E-lj „ delen gevolgd werden , noch overltem- |i „ ming noch fteking van ftemmen zoude ■ ,, plaats hebben , maar de gedagten van 8 „ een onzydig Geregtshof moeten worden » ,, ingenomen, en daar naar vervolgens 1 ,, het befluit gevormd. Dat de berigt-1 s, fchriften , wedden en voordeden 9. aan i >3 del  van OVERYSSEL. 327 , de Provinciale Ampten van ouds, im staatsk, mers zedert de lopende eeuw, verknogt^ïT^' geweest , niet zouden mogen vermeer„ derd of verminderd worden, ten zy ,, met eenparige ftemmen van de aanwe1, zige Staatsleden. Dat de begeving van , alle Ampten, die aan de Staten Honden, , zoude omgaan tusfchen de Ridderfchap , en de Steden even als voor het jaar , 1748 (11). Eindelyk , dat de perfo, nen, tot Staatskommisfien te benoemen, , beurtelings, uit en door de Ridderfchap, , of uit en door de Steden, zouden wor, den verkoren (12)." Op dit ontwerp verd door de gemagtigde Edelen aangcnerkt, dat de Ridderfchap, hetzelve omhelzende , het aanzien krygen zoude van tlleen voor haar byzonder voordeel bezorgd X 5 te Ci 1) Om dit voor vreemden verftaanbaar tc rr.a:en, is het noodig aan te merken , dat by het Reglement van 1675 > we\k byna alle ampten ter begering van den Erfftadhouder fielrie , eenige weini;en en geringer onopgenoemd en dus aan de Staen verbleven waren: doch dat, na de hernieuwing 'an dat Regiement in 1748 , deze minder ampten >ok fteeds op aanbeveling van de tyde-lyke Erfihdlouders, en zelfs wel op Akten van dezelven , waen begeven. (12) Ook dit punt verdert eenige opheldering. Iet oogt op buitengewone kommisfien tot zaken van iet Bondgenootfchap. Ten voorbedde diene de :ommisfïe tot het onderzoek nopens den togt naar kest , waaromtrent onlangs niet met eenparigheid 'an ftemmen befchikt was. Thans was tc voorzien, lat foortgelyke kommisfien zouden moeten gemaakt vorden , tot den berfchóuw van de Provinciale floten , en tot verbetering van het befticr in 't , .irygswezen.  32S Tegenwoordige Staat Staats- te zyn geweest, en niet voor dat van 'c vuu.ade- a]gemeen. jjiet byvoeging van eenen voorflag, om hetzelve nog met één punt te vermeerderen , hier in beftaande , dat „ in alle gefchillen over Kerspels- of Marken-zaken het zelfde omtrent de wyze' „ van ftemmen zoude plaats hebben als in 'ti ,, geval van toelating van nieuwe Edelen;/ „ als zynde dit een punt, waar aan de in„ woners van het platte land veel gelegen. lag , en waar door tevens de Steden I niet konden worden benadeeld." Dan de" I Afgevaardigden uit de Steden zagen dit ftuk» geheel anders in. Misfchien begrepen zy,|l, dat het beoordeelen van gefchillen , in | Kerfpels of Marken ontftaande, eene naauw-il keurige kennis vereifchte van de byzonde- ! re regten en gewoonten dezer Provincie, ï welke in een uitheemfch Geregtshof niet zo gemaklyk zoude te vinden zyn, als hetfj verftand van een enkel Reglement, waar op het regt van Edelen, om ter verfchry. ving toegelaten te worden, moest rusten; J misfchien ook , dat het byzonder belang der Ridderfchap in dit ftuk ruim zo zeer I betrokken was , als in het aannemen van I nieuwe Edelen; en dat de ingezetenen]! van het platte land, by ondervinding den li invloed , dien de onder hen wonende , I, Edellieden doorgaans in de zaken van Mar,,ken of Kerspelen bekwamen, kennende,™ niet wenfchen konden , dat dezelve min-H der dan voorheen in de Staatsvergadering» door den invloed der Steden wierd opge- H wogen. Wat van deze bedenkingen zynjK  van OVERYSSEL. 329 noge, zeker is het, dat die der Afge- staats. raardigden niet min gewigtig waren, devyl zy niet eêr aannamen het ontwerp jy hunne Zenders voor te brengen , dan ia dat het byvoegzel der Edelen was ter :yde gefteld. Met deze uitlating nog was iet zelve verre van in de Steden in zyn geheel gefmaakt te worden. In de ééne werd een meêr , in de andere een minder junftig befluit op hetzelve genomen r en oen de drie befluken tot één gebragt waen , ontftond daar uit hoofdzaklyk de volgende verklaring. „ Dat de Steden den , voorflag nopens de overftemming in 't , geval van toelating van nieuwe Edelen , aannamen : mits men daar byvoegde , , dat geen ander Geregtshof dan uit deze , Republiek zoude mogen gekoren wor, den , en dat die keuze ten fpoedigften „ door Ridderfchap en Steden , volgens , de algemeene wyze van overftemming, 1, zoude moeten gefchieden. Dat zy de „ overige punten, als met dat van de ,, overftemming , waar over alleen gefchil ,, was, geen verband hebbende, daar aan li niet konden vast maken. Dat zy des „ niet te min aan de Heeren Gekommit, teerden wel wilden betuigen, geene be», doeling te hebben om de wettige , en „ niet op ingeflopen misbruiken rustende, „ voordeelen , aan de Ampten verknogt, „ te befnoeien : doch egter niet befluiten „ konden, om , zo ten aanzien van die „ voordeelen , als van de berigtfchriften der Amptenaren , zulke vastftellingen tc ,, ma.  330 Tegenwoordige Staaf staats- J} maken , welken niet alleen de tegen-..' wno.ade' » woordige maar ook de toekomende Re- genten beletten zouden, daaromtrent in „ dier voegen te befchikken, als zy, naar ,: „ de omftandigheden des tyds , die thans . „ onmogelyk te voorzien waren, ten bes„ te van den lande, zouden oordeelen te „ behooren. Dat zy ook gereed waren ,f „ aanftonds na het afdoen van het tegen-;] woordige gefchil , de vorige overeen- j „ komst omtrent de begeving der Amp-| l ,, ten te vernieuwen: maar dat de benoe-ï I ming tot Staatskommisfien aan de volle |» 3, vergadering behoorde te worden ge-f.I „ laten; dewyl daar in ernftig op de 1 ,, byzondere bekwaamheden des peribons* $ „ diende gelet te worden , en alle de Le-f H „ den het vermogen behouden moesten 11 „ om den genen te kiezen , dien zy den' 3, gefchiktften zouden oordeelen, om de zaak als he't ware uit aller naam te ver„ rigten." Dit befluit der Steden was ondertusfchen nog niet aan de Scheidsheeren be- . | kend gemaakt, of de Ridderfchap had reeds I wederom eene nieuwe wending aan de on- \l derhandeling gegeven. Zonder namelyk het [ voorgeftelde ontwerp van verdrag regt- \[ ftreeks van de hand te wyzen of aan te |][ nemen, deed zy door hare Gemagtigden Ift verklaren ; „ dat het zelfde ^'ertrouwen IS „ op de regtvaardigheid van die Heeren, « „ het welke haar bewogen had de bellis- II ,3 fing van de zaak aan dezelven op te H „ dragen , haar ook nu geene zwar.ighe.id 1 [£ , j, deccQ  'yan O VERYSSEL. 33r , deed maken , om, indien de Steden staats, daar in mede bewilligden , dezelven te^NR£ADE' , magtigcn om zulk eene minnelyke fchik, king aan partyen voor te fchryven, als , zy Heeren Gekommitteerden met reden , en billykheid zouden agten overeen te L komen ; dewyl dit toch van zelfs zou, de moeten gebeuren , indien zy Hee, ren by onderzoek bevinden mogten, I dat geene van beiden partyen hare ftel, ling voldoende had bewezen". Dan de afgevaardigden uit de Steden , welken dit latst onderftelde geval onder de onmoge,'ken fchenen te plaatzen , en geenen zin adden om zig aan andere fchikkingen te nderwerpen dan die zy zelvcn hadden elpen beramen , betuigden ; „ dat zy , zig aan hunne laatfte verklaring moes, ten houden ; dat zy nog wenfchten , dat de Ridderfchap wierd overgehaald om daar in te bewilligen; doch dat zy, i dit ontftaande , niet eene bemiddelende fchikking, maar , volgens de Akte van Kompromis , een regterlyk vonnis zou. den afwagten." En hier mede brak alj onderhandeling af. De Edelen deden oor het laatfte eene verklaring uitbrensn, waar by zy zig eerftelyk beklaagden ■ ver de Steden, als welken de eensgeindheid niet genoeg waardeerden s en te reinig betrouwen (telden op de Heeren ooge Afgezanten , om , met ter zyde elling van het flipte regt, denzelven de ^doening der zaak ex cequo et bono te be:elen ; en voorts betuigden , ,, dat zy „ meen-  332 Tegenwoordige Staat Staats- meenden zig , in allen gevalle , te-' reng.ade" 53 gen alle gegronde vervvytingen meêr „ veilig gefteld, en hunnen aangeboren „ pligt nader betragt te hebben , wan„ neer zy, indien het mogelyk ware dat „ den Steden derzelver eifch konde toe., gewezen worden , door de regterly„ ke beflisfing der Scheidsheeren van hun bezit ontzet wierden, dan wanneer zy „ zeiven daar toe medewerkten; en dies,, halven, in vertrouwen op de natuur„ lyke regtvaardigheid van hunne zaak , „ de uitfpraak gerustelyk zouden te ge3, moet zien :" waarop de Heeren Gekommitteerden , wel ziende dat alle hoop tot overeenkomst nu verdwenen was, aan beide partyen te kennen gaven , het aan hun opgedragen Kompromis aan te nemen , en zig in ftaat Helden om het vonnis op te maken. By de raadpleegingen hier over verklaarden de zes Heeren eenpariglyk, dat I zy uit de wederzydfche fchriften bevonden hadden , de Staatsgefteldheid van Overysféi met betrekking tot het fr.uk van overftemming dusdanig te zyn: dat het „ ftemmen by Kwartieren door de Hee,, ren Edelen ten Landdage dezer Provincie geen plaats heeft: — dat alle „ verfchreven Heeren Edelen , ten Landdage verfchynende , hoofd voor hoofd promiscue ftemmen : — en laatftelyk, dat de overftemmings orde van twee „ Steden met een enkelen Edelman over een derde gedeelte der ter Staatsverga- „ de-  van OVERYSSEL. 335 i, dering aanwezig zynde Edelen, en vanstaats, ééne Stad met een enkelen Edelman o-rinoadb" ver twee derde gedeelten der tegeni, woordig zynde Edelen door beide par!, tyen is geagnofceerd geworden." Evenrel oordeelden zy het tevens best van :sze grondftellingen , waar op hunne uitbraak rustte, geene melding te maken , naar zig in dezdve alleen by het eigeni'ke gefchilpunt te bepalen. Die uitfpraak jefchiedde op den derden van Lentemaand, S daar by werd voor altoos bepaald : „ dat ; niet meer dan een enkel beïchreven E1 delman nodig is , om met gevolg der j drie Hoofdlieden Deventer , Kampen 1 en Zwolle te effeclueren, dat overftem1 ming geformeerd en geconcludeerd kan - worden (13)." Na §13) Wy onderftellen dat eene lyst der gefchrifn, die ter gelegenheid van dit gefchil in de weid kwamen, den Lezer niet onaangenaam zyn zal: )oral nadien fommigen van dezelven in 't voorbyan ook andere onderwerpen aanroeren, welken :n liefhebberen van onze Hiftorie en Staatsregt niet rverfchillig kunnen zyn. Zie hier dezelve allen lar tydsorde. I Verhandeling over het regt van Overftemming ter aatsvergadering van de Provincie van Overysfel , opifteld door Mr. Gerhard Dumbar, Secretaris der Stad eventer , en uitgegeven v»lgens Rejokttien van de drie Zelfs is .by zekere gelegenheid verftaan , dat de Leden bevoegd | jt^kj.vanzyn , by het doen van deze refumtie nog I i'',-- au van gevoelen te veranderen (15)- Na die ™J;m, refumtie heeft het befluit zyn volle beflag, ; tofc«y°»$" hetzelve mag naderhand, indien een i7o5"id! geheel Lid (16) afwezig is , niet weder- j arc- om veranderd worden (c). Voormaals (<=) had óp de laatfte zamenkomst nog eensH R^cnsT generale refumtie plaats van alles dat ge30. Md duurende de ganfche vergadering gehandeld] I 1 ^'d) was; doch deze is voor ettelyke jaren alsfj AU.ii.jpr, nutteloos afgefchaft (d). J?è2' Van het am;)t des Griffiers, die , zM Gtiffleren aifs uit liet gezegde blykt , ter StaatsverH ren;cu"5"gadering de penne voert, zal nader geil fproken worden. Alleen moeten wy hief aanteekenen , het gene regtftreeks tot dif Vergadering betrekkelyk is , dat de Griffier het landt tot Zuithem ieder een origineel affchrift vanï het vonnis ontvingen. Dat der Steden wordt teil Sekretary van Kampen bewaard. Het vonnis is oojB gedrukt te vinden in 't OverysJ. Advysboek, verzM meld door Mr. L. C. II. Strubberg , II. D. bl. 47^ (ï 4) Ter gelegenheid van een gefchil over dj begeving van de tweede gewone Kommisfie ter Ge- I nc'raliteit aan den Drost van Haksbergen Zie Ml Jol van Ridd. en Sted. 16. Maart, 21. Apr. 1764. I 20. Maart 1765. (15) By de raadpleeging over een voordel deri Staten van Holland, li-rekkende om de toenmalijJJ regeringswyze te handhaven. Zie Refol. van RiatfM en Sted. v. d. 24. Maart 1723- (16) Over de beteekenis van deze uitdrukking!! geheel Lid, zie Duml/ars Brieven over de Qverfteia\ ■ ming, bl. 91.  van OVERYSSEL. 3^9 iet opzigt heeft1 over de kasfe der ge- staatsfeime zaken, en dat zyn pligt medebrengt iUNG. ! ]ïe Leden te waarfchuwen , wanneer iets ,vordt voorgebragt , met de gewoonten, vetten of bevelen van de Staten ftrydenle (e). Het lezen der voorkomende ft uk-, /<\}. :en is doorgaans het werk van de Se-van den 4; j retarisfen der Steden. By afwezigheid desApr',7e?* feiffiers vervult de Sekretaris van Deven|r desz'elfs p!aats : niet verder egter dan ji de Vergadering zelve, want de oudfte jterk moet by de Kommisfien dien past leklcdcn. Ridderfchap en Steden hebben , even Tite* !'s de Staten van vyf der overige Gewes,;n , den titel aangenomen van Edele logende Heeren , en aan 't hoofd van j2rzelver Plakaten , Publikatien en andere ;penbare aankondigingen leest men: Rid- ■ vrfchap en Steden de Staten van Overysfel. 7y zouden van eene zo bekende en, on;>s oordeels , weinig aanmerkens waardige jiak naauwlyks melding gemaakt hebben , , idien niet anderen daar in verborgenhe- ■ hadden gezogt , welker gegrondheid ! lel verdient, ter voorkoming van miss tttingen, in een gefchrift van dezen aart iderzogt te worden. De kundige Schryver van de Vcrhan;ling over de Oppermagt der byzon leI Provinciën , aan het hoofd van den ■egenwoordigen Staat van Gelderland geaatst (f) , meent in de woorden Staten (O \m Overysfel eene nader verklaring te vin-"*^ J Én van de woorden Ridderfchap, en St& Ys '*%  3 4 o Tegenwoordige Staat Staats- den. jj Wanneer men ," dus vervolgt hy' Rmo.ADE" dan > ■>■> hier door Ridderfchap en Steden, 9, de Afgevaardigden op den Landdag ver5, ftaat, moet men agten, dat het woord verbeeldende , voor de woorden StaatenÈ ,3 van Overysfel, uitgelaaten is. Doctfl 3, waarfchynlyker is 't , dat de woorderB 3, Ridderfchap en Steden hier het ganfche j }, Lighaam der Ridderfchap en alle de 3, Wethouders der (temmende Steden beJ| „ tekenen." Dan veel uitvoeriger vindiB men hier over geredekaveld in een twist» fchrifr. van onze dagen. De opfteller daawl1 van leert ons , dat de Landsheeren iq O J! verysfel eeqe zo volftrekte oppermagt irfij handen hadden , dat Ridderfchap en *" Ste-J f den niets daar van konden bezitten of ver: \ f tegenwoordigen: dat dezen toen in hunne f vertoogen aan de Landsheeren meer als 'l onderzatcn dan als overheden voorkwa- 1 men , en dus gevoeglyk de uitdrukking representerende de Staten , dat is de on-. derfcheiden ftanden of foorten van IngeS zetenen , konden gebruiken : dat die geJ heele landsheerlyke oppermagt met he61 afzweren van Fiiips is vervallen pp Rid-1 derfchap en Steden , dat is , op dè tem Landdage verfchreven wordende EdeleïB en tydelyke Regenten der Steden : dat zeil dort dien tyd het woord reprefenterendmf niet meer te pas konde komen , dewyM Ridderfchap en Steden , als plaatsvervanB gers van de Landsheeren , zo min als de-P zen iemand konden vertoonen , maar zelM ven den. Souverein van de Provincie uitM maaly.fl  ' van OVERYSSEL» 341 1 maakten : dat egter tusfchen den tyd der5^"*jafzweering en dien des Munfferfchen vre-M^"^ des dit woord nog wel gebruikt is; fchoon Ridderfchap en Steden , by het eerfte afgeven hunner Statuten, in den jare 1630, Big wel wagteden van hetzelve te bezigen3 maar zig , en met regt , biootelyk Staren , dat is hooge Overheid, der Provin- n t*? pe noemden : eindelyk , dat men zig vsn*^*fcrletzclve , als toen onnut geworden , nim-^^-^v ner mcêr bediend heeft, nadat de Statenc^»»,/» n den jare 1648. voor Souvereine StatendieJhJT' irkend waren (g). Laat ons , kortelvk l1;., ïien , wat van alle aeze ftelhngen te hou-25. ilcn zy. Het gene wy boven in den aanvang isn het derde Hoofdftuk nopens de uitgebreidheid en de palen van het gezag der Landsheeren te berde bragten , maakt he£ ivertollig hier iets tegen derzelver gevaande volftrekte oppermagt aan te mer:en : vooral daar het nietige van de daar 'oor aangevoerde bewyzen onlangs geïoegzaam , indien niet noodeloos, wanjiecr men de eenvoudigheid van het ftak n 't oog houdt, is aangetoond (h). Dgfc^jno edeolte van de oppermagt, welk 6i5.u' 115 /as vervat (n). Zy , die over de betee- ^ \ enis en het gebruik van het woord Sta- Tegem». :'.! en eenig onderrigt begeeren, kunnen een G^™bt. ïaj j'orig Deel van dit werk (o) raadpleegen. 131. :e;i De Plakaten , Publikatien en diergelykeAfvaardi. ar. tukken , zo van de Staten als van feè£*fogv« ,;. Collegie der Gedeputeerden, worden thans enz/ ï; lit de Griffie afgevaardigd aan de vyf te brosten en den Hoogfchout van Hasfelt, il an de Heeren van de Heerlykheden Alneio en Zalk , aan de drie Hoofdlieden , ! , :n aan de Steden Hasfelt en Steenwyk : ., iene omftandigheid die. nog minder dan de Y 5 vo-  344 Tegenwoordige Staat vorige bier eene plaats verdienen zoude i^ttou.wanneer dit ftuk ook niet al aanleiding tos gefchillen had gegeven. Op eene klagt© der Provinciaale Synode, dat fommige klei, ne Steden de Plakaten betreffende kerkelyke zaken weigerden aan te nemen , ver-I mStïm ^oni^en ^e Sta;en in den jare x66z (p)v§ dat die Steden , volgens een vorig Staats-. fes*1*' befluit» gehouden waren de Plakaten tel ontvangen en te agtervolgen. Die vaiyl Steenwyk namelyk hadden twee jaren tel voren verzogt } dat de Plakaten aan hunne Stad , zq wel als aan Hasfelt en ande-1 ren , regtftreeks mogten worden afgevaar-I Ndigd : doch was daarop door Ridderfchap! en Steden geantwoord ; dat Steenwyk ,1 zulke ftukken altyd van den Drost vaal Vollenhove ontvangen hebbende , daar byl moest blyven , ten zy op de naastkomende vergadering bewys wierde bygebragt sj dat dezelven voor 1654. u^ naam der Sta* S^lm ten c1erwa31"ds waren verzonden (q). AU f $L la de kleine Steden hemsteden in dit befluit. Ook deden dit die van Steenwyk * meêr dan zeventig jaren. In den tusfchen» tyd althans is ons niets hier toe betrekke- f lyk voorgekomen. Dan in 't jaar 173^! beweerden zy andermaal , bevoegd te zyn I tot eene regtftreckfche verzending van del Griffie: en toen dit geen gunftiger gevolgï CO had dan te voren (r), verliepen 'er we-l l^i^.derom byna dertig jaren, eêr men hie? 1 * ten derden male van hoorde. Thans einde» 1 lyk klaagde de Drost van Vollenhove 5 dafc 1 m MagUirast va» Steenwyk aedteit eenigea • ïv4|  van OVERYSSEL. 345 tyd weigerde de Plakaten uit zyne hand te staatsOntvangen , en dat men dezelven ook al^J£- * van de Griffie derwaards gezonden had : doch vond de begrippen van de Vergadering geheel veranderd. Daar werd, niet tegenftaande eene fterke aantuiging van den Brost, verbaart, dat de Magiftraat op die klagte zoude berigtcn , en dat inmiddels , itot nader belchikking, de Plakaten regtftreeks aan dezelve zouden afgaan. Het berigt ingekomen zynde werd gefteld in handen van Gekommitt erden, welken eerlang verfiag deden , dat hun de zaak te twyffelagtig was voorgekomen om de Sta,ten met gerustheid te kunnen voorlichten, en dat men hier in nog geen eindelyk befluit behoorde te nemen. Dit verflag werd goedgekeurd ; en men verzogt de Kom-^/*,]^ mïsfie ten eerften een vollediger uit tcApr. i;^. 'brengen (s) , het welke, onzes Wëteni VAp/.'frft. inimmer is gefchicd. Wy befluiten deze afdeeling met eenRests- 1 j " . j j dwang o- woord nopens den regtsdwang over dè.m^yk^''* melken Ridderfchap en Steden wilden daUto. ttt arent wege zouden worden gedaan Cc)» o!aic. 19I* Veinig maanden later werd verftaan, dat§. s. len vervolgens maar éénen der drie Ge* sputterden zoude laten blyven tot dat AaRff9iyM /ergadering fcheidd.j (d) , eene omftandig-^ :eid die wy weten van dezen tyd af nooit t^ we»  35° Tegenwoordige Staat fewTEN- wederom te hebben plaats gehad (e) t en kommis"E in den aanvang des volgenden jaars droeg hen. men dit op aan den Drost van Vollenhove j (O wiens last düuren zoude tot dat hy door frulus,Ald.de gta(;cn wier(J herroepen (fy In 1595J Cf) benoemde men nogmaals dezen Drost en' | 'v'R HwmaB ScherfF , aan welken wederom ] Feiir.' 1594-eene breedvoerige Infiructie over vcrfchei-'J Cs) den punten wérd medegegeven (g) ; geWeiiT 00'c naderhand van tyd tot tyd ge.J " e' 59 " fchiedde j tot dat 'er, gelyk wy ftraks zeggen zullen , een algemeen en fteeds ftand houdend Berigtfchrift vastgefteld was. Inmiddels egter ondergingen de byzondere Berigtfchriften nog eene merkelyke verandering in 't jaar 1616: wanneer men vast-' ftelde , dat daar zouden worden uitgelaten de woorden houdende, dat Ridderfchap 1 „ en Steden voor goed en van waarde ,, zouden houden , het gene door de Gekommitteerden gedaan en befloten zouJMv'as. » ^e worden , volgens derzelver Inftruc- ifclaartifoö.,, tien (h)." Het getal der Afgevaardigden was thans ^ gelyk uit het bygebragte te zien is, nog onbepaald, en zo bleef het ook nog eenige jaren hier na. In 1596. beftond het uit vier , éénen uit de Ridderfchap en f\~) éénen uit ieder Stad , welken in 't volf^oft. gende jaar op nieuws aangefteld wer-; ï59«. 18- den (i). In 1599. benoemde men zes LeMei I5y7' den , half uit de Edelen en half uit de j Steden: doch in 't volgende jaar wederom m 17.ju'-niet meêr dan vyf, twee uit de Ridder-', jmwöoó. fchap en éénen uit ieder Stad (k)j Onder- |  van Ö VEnRYSSÈ L. 55r' 'rwyl werd by de aanflelling in 1599. tei!!'>tf.n:lyk befloten , „ dat fteeds twee pf ééhkoftM^ .{ dier Gedeputeerden ter Vergadering vanS!£Nde Algemeene Staten zouden moeten tegenwoordig zyn , en dat , wanneer de : Landfehap of éénc der Steden iets by die Vergadering door zekere Gedeputeerden mogte te verzoeken hebben , aan zulke Gedeputeerden mede uit name 1 van de Landfehap geloofsbrieven zouj den worden gegeven, om voor zo lang , daar zitting te kunnen nemen , op kos. ten van de Stad door welke de afvaar. diging gefchiedde." In 't jaar 1611. vin78. veranderd. -Aardi alle de zes Afgevaardigden werd toen eenen vaste wedde toegelegd , „ onder uitdrukJ r „ lyke voorwaarde, dat ieder ten minfteni1 den tyd van zes maanden , en meerder] | fp> j> wanneer de dienst van het Land dat; ^ö.il.Apr.„ vereifchte , de zaken in den Hage zou*678- „ de moeten waarnemen (p). Eene verandering, die onze aandagt beter verdient , was inmiddels voorgevallen met betrekking tot de Berigtfchriften. Het Staatfbefluit van den jare 1626 , waar var Cq) wy ftraks (q) melding maakten , fchynt a' ^ ™or aan te duiden , dat men in deze Provincie 35°' geen onbepaald vertrouwen ftelde in de Afgevaardigden ter Vergadering van de Al-i gemeene Staten. In Holland begreep menJ dat dezelven alles deden om den Stadhou* der te behagen, de één uit vrees , de» au-  W OVERYSSEL. 353 1 mder op hoop van voordeel , en dat dus*»!*»** « kgelyks maatregelen , tegen de meening"o^us-8 Ier Staten ftrydig, door dezclven onder-SIENteund werden (r). Hier uit werd ten co 1 aatften in den jare 1643. een voorftel gc-AJ'fma r, . *V- , .„ . & ^"k. van *■ |ooren , om een Bengtlchnft in te voe-s^Mi. ti ren , waar naar de Afgevaardigden, dieD-bU 9lï' lt |;ot nu toe aan geene banden geiegen hadi den , dan ten aanzien van de byzondere * punten welken in de oude Berigtfchriften 4e vervat waren , zig fteeds zouden moeten a gedragen. Dan de Stadhouderlyke invloed 'A was in de meeste Provinciën groot genoeg, ;t Dm de uitvoering hier van te beletten (s) CO ij' In Holland zelve ontmoetede het voorftel 899.W" 2ene fterke tegenkanting van de zyde der H Edelen , welken , gedeeltelyk als in den oi jrygsdienst zynde , allen door de hoop 1 lan bevordering , volftrektelyk van den I Prins afhingen : maar dit niet tegenftaande a Icwam het Berigtfchrift nog in 't zelfde jaar i tot ftand (t). Overysfel volgde dit voor-^Oj> i- beeld, doch met langzame fchreden: want 909.-911, fchoon men reeds in den jare 1644. een » Berigtfchrift, van het Hollandfche merkei iyk verfchillende , en een Formulier van iel eed, naar het Hollandfche naauwkeurig ge- (U? 4 volgd , voor de Afgevaardigden ontworpen ^ ■l had (u); vinden wy niet, dat 'er met ernstenSt. 26. i xover werd geraadpleegd , voor in 't jaarMaartl641* ; 1651 , wanneer men 'er eenige verande- * ringen in maakte (v) ; en daar na duurde ^-26 jul. i) het nog bykans tien maanden, eêr men1651' ii' ^befloot dezelven in te voeren fw). HetJ$vv\>, « !Bengtlchnft werd, zo wel als het Formu-i6Sa. ®\ 7, 2 Her  3J4- Tegenwoordige Staat buiten. Her van den eed , in 't jaar 1707. we- |l kommw-* derom overgezien, en hier en daar veran- % sien. derd (x) , zo als het zedert is gebleven. I CO Wy oordeelen deze ftukken van genoegByRejoi. zaam belang, om dezelven niet by wyze van R.an . ,° , i i i • se. ïó.jui.van uittrekzel, maar woordelyk , in een I?c?" werk van aart als het onze , mede te dee- 1 len: maar dewyl het thans in' gebruik zyn- f Cv) de opftel van 1707. reeds elders (y) door i Bv/to/M.den druk gemeen gemaakt is, hebben wy der Unie, verkoren het oude van 1052. te plaatzen, iy S°'->irt'en on^er ieder artikel zulke aanteekeningen te maken , als ftrekken kunnen om te doen zien , welke veranderingen het in 1707. ondergaan heeft. Op deze wyze hopen wy den liefhebber van het gefchiedkundige , by wien vooral het verledene op prys ftaat, eenig genoegen te geven, zonder hen , dien het alleen om het te- I genwoordige oogenblik te doen is, te be- | letten voldoening te ontvangen. „ Injïruttie voor die Gecommit- I ,, teerden die van wegen dej'e m „ Provintie van Overysfel ter I „ Vergaderinge van de Hog. M „ Mog. Heeren Staten Gene- 11 rael fullen compareren." I. „ T^erftelyck fullen worden gecommit- 1 ,, teert, volgens voorgaende gebruyck, I „ eenige van die gequalifïceertfte ende be- I quaem- I  van OVERYSSEL 355 „ quaemfte tot defe bedieninge , uyt de Rmte». „ Provincie van Overysfel , de welckekommie* l} niet fullen mogen wefen in eedt, gagie,lfiS* , ofte dienst van emanden dan alleenelyck , van de Provintie van Overysfel 3 ofte , eenigh lidt van defelve." Aanteèkening. De laatfte woorden ; ,, van emanden dan , enz." zyn in de Injlruïlie van 1707. art. 1. cranderd in de volgenden; „ van een ander deer, Prins, Furst of Potentaat." Zonder e^e verandering zouden de Afgevaardigden, inbevoegd geweest zyn, om ampten in de generaliteitslanden aan te nemen , w.w mede lerfcheiden van dezelven zyn bekleed gewor- II. „ Die Gecommitteerden fullen die handt : daer aen houden , dat die Regieronge, I hoicheit, vryheit ende eenigheit van den 1 Staet ende Provintien refpeclive , met 1 derfelver regten en privilegiën int ge. mein ende van defe befonderlyck fullen ; i geconferviert ende gemainteniert worden , volgens d' Unie , ende d' Unie ! felffs, gelyck defelve gefloten ende gepubliciert is den 29. January 1579. £idoch , dat die religie gehouden ende igehanthavet fal worden, gelyck die Ao. 11619. in den Sinode Nationael tot Dordrecht is bevestigt , oock vervolgens ! hier te Lande angenomen , fonder ee:nige andere openbaere exercitie van reZ 3 3S is-  356 Tegenwoordige Staat fttuTEN- )? ligie toe te'laeten, een jeder dannog/ kommis™ j) in fyne confcientie onbedwongen. Sul- I «en. J} len oock mede , foo veel doenlick , die „ goede handt daer aen houden , dat de„ felve gereformeerde religie oock in de 3) nabuirlanden niet verdruckt en worde.'* Aanteèkening. In de lnflructie van 1707. art. 2. is agter 1 de woorden , ,, religie toe te laeten," heel volgende ingelast: „ als voor zo vele in eeni-rl „ ge Generaliteits plaatzen dezelve by publie-B „ ke auftoriteic is coegeftaan." III. Sullen niet vermoegen , fonder fpe*« 9, ciale last van die heren haere principa-J „ len , in die hooghgem. Vergaderinge tel s, handelen van peys , oirlogh ofte be-1 ftant, anneeminge van heren , tra&atenl met andere potentaten , landen ofte fte*| j, den, noch oock alliantien ende fecours- fen, noch van neutraliteit ofte ontvcs„ tinge van eenige fteden , ofte forten.**! „ Item van inwilligen nyer Confenten , „ Impofitien , Contributien ofte lasten j, nog van eenig merkelyck verfchot vanl „ penningen ofte Leenonge, continuatie! „ van dien , ofte verftreckinge van des» „ Landes credit, nog van te reftituerena „ ofte veranderen van obligatien van Prin-J „ een , Heren ofte Steden , an defenl S) Staet gegeven."' n Noch oock over het verleenen vanl j5 Prj,,J  van OVERYSSEL 35? , privilegiën ofte oclroyen aen eenige Ste-Biiww», den , Sodaliteiten ofte Cornpagnien ,kov^S* | Collegien, Dorpen, ofte over het con-"8»* , tinueren van die bereets gegevene." Aanteèkening. Tn de InftruStie van ;7o;. art. 3. vindt men 'oor het woord „ privilegiën" de volgenden ngevnegd; eenige generale of importante,'* sraar door de Afgevaardigden de.handen rüi;ocr gekregen hebben. Als mede niet over 't toefhen van , represfalien noch ftuytinge , ofte fus. , penüe van Juftitie." Aanteèkening. In de Inflriitlie van 1707. art. 3 is het ïaat« te gedeelte van dezen volzin dus uitgedrukt. , , Gelyk ook mede niet over ftuitinge of fu«, penfie van juftitie, zonder aoodaaaklykhetd j ea erheffelyke redenen." „ Als ook niet over 'e annemen , eon, tinueren ofte affdancken van enich , Kryfchvolek." Noch over veranderinge te doen ia , den voet ende loop van de munte 3, , metten ancleve van dien.*' „ Insgelyx niet over convoyen ende K, centen te fluiten , ofte te openen y j metten anhanek." „ Item niet over *t verlienen van par, donnen y remisfien van delicten tegen , defen Staet begaen , als oock niet over \, quytfcheldingen van confiseaticn y ► fèntentie gedecreteert.**  35$ Tegenwoordige Staat ?anosch« " ^te eerHSe diergelycke wichtige makommis- „ terien, den Staet van den Lande betref. I SIEN- „ fende, ende ande heren Staten van wel„ gedachte Provintie van Overysfel , foo „ uyt cragt van de Unie , als anderfmsl „ voorbehouden zynde." ,, Waer van voorvallende , fullen haer« „ Ed. terftont die heren Staten van O-Sj ,, Verysfel , ofte in afwefen haerer Ed.H Mog. Gedeputeerden daer van verwit-H tigen op dat alfo alles met goede ken-M 5, nisfe van defe Provintie mooge - gefchie-B ij den ? fonder defelve te precipiteren." xv. 3, Die voorfz. Gecommitteerde defer Pro.f i >, vintie fullen in een Boeck ofte Regis-M ter corte memorie ende noiule houden! 3, vande faecken , die haer Ed. vande StarI j, ten van Overysfel in mandatis worden! 3, gegeven , ofte daer tho fy van eenigevi 33 Steden ofte Leeden defer Provintie wor- I j, den verfocht, Ofte oock van andere! „ voorvallende faecken , defe Provintie ,m „ ofte eenige Leeden van de felvige ind» 3, befonder concernerende , Ende fal hefmk j, felve register alle tyt gelaten worden'inm 5, s' Gi'avenhage by emande vande amver» fende heeren Gecommitteerden defer» 5, Provintie , ende overantwoort worden» 3, ande erstcomende , op dat die heeren } I' 33 die eenigen tyt abfent gewest, kennisfqM is mogen hebben vande faecken in haer» as. abijrl  van OVERYSS.EL. 359 L abfentie aldaer gcdient hebbende , ofte Guiten- " , ,. , ,P LAND3CHJ5 ;,, noch dienende. ' kommissiën. Aanteèkening. De Jast, in dezen artikel begrepen, heeft reeds eeniccn tyd voor de invoering van dit Berigtfchrift p'aats gehad , zynde vervat in eene Refolutie van Ridd. en Sted. van den 19. Maart 1644. V. „ Sullen van tyt tot tyt goede corres,, pondentie houden mette heeren Staten i, defer Provintie , ende haer Ed. Mog. „ Gedeputeerden , vant geene den Staet , vanden Lande int generael , ende defe „ Provintie int particulier fal mogen con„ cerneren." VI. Sal geduyrende de Lantfchaps verga„ deringe altyt een van de voorfz. Gecom,, mitteerden ter Generaliteit verblyven , i, tot voorcominge van naedeelige refolutien , tenwaere nootfaeckelicheit andert „ vereifchen mogte." Aanteèkening. Men nam zelfs, gedtmrende de raadpleegin-. a;en over dit Berigtfchrift, in overweeging, of Be twee' gewone Afgevaardigden niet hunne woonplaats in den Hage zouden moeten hebbea. Zie Refol. van Ridd. en Sted: van den 17. 'fut. 1651. Dan hier toe is niet bcfloten. Men herinncre zig uit het boven gezegde, dat 'er Z 5 than&  36*0 Tegenwoordige Stam RVI?»»- thans flög maar twee gewone Afgevaardigden Kommh™ waren' ^° » toen men zes ^ew°b-* Af. «*n. " gevaardigden had , maakte men hieromtrent ook eene andere fchikking , en de 6lt; artikel der Injlrutïie van dat jaar is van den .volgenden inhoud. Zullen moeten bezorgen dat 'er altoos ten weinigften twee Gecommit ceer3, den in den Hage prasfent zyn, zelfs ook op den tyd van de L^ndfchaps Vergaderingen 3, in deze Provincie, ten ware dan nog èên der „ voorfz- twee Gecommitteerden redenen mog3, te hebben om op de Landsfchaps Vergade3, ringen prsfent te zyn, die dezelve redenen 33, voor den Landdag alsdan aan Ridderfchap 3, en Steden zal kunnen overfchry ven, en dat> | u Ridderfchap en Steden mogten goedvinden i 3, één' van de voorfz. Heeren daar van voor f 3, den tyd van de voorfz. Landfchaps Verga-- J „ deringen het zy in het gehee! of ten deele f 33 te dispenferen, en alzo toe te laten da£ 'et 1 3, één alleen voor dien tyd overbleef." VIL „ Sullen voorts die voorfz. Gecommit- I s3 teerden goet reguard nemen, dat in de-. | ,3 liéten van Kryfche faecken, van fenten33, tien van den Raedt van State gewefen„ ,a niet geappelleert en worde ande hogz \ ,3 mog; heeren Staten Generael, als mede | 3, van faecken , dair tho den welgeraj I j, Raedt fpecialick fal wefen geauthorifeert % 1 3, om uyt den name van haer hog: mogs ] ?3 recht te doen," Acmteekemng,. In 37^7, is dese artikel geheel ^gtergeïasea»  van O VER YSSEL. 3Ö1 Buiten* , _ttt iandsch8 viii. kommij- I11N. „ Sullen die goede ende ernftige hant , bicden , dat den Staet van oirloge en, de finantie van den Lande en fament, lyke militie mooge worden geredresfeert, „ als oock goede monfteringe en discipli„ ne > in gevolgh van den articuls-brieff „ onderhouden worde." Aanteèkening. Overgenomen in de InJtruStie van 1707. wrt. 7. IX. „ Sullen van gelycken, fonder voort, gaende advies, niet toeftaen eenige ex„ orbitante defroyementen , tra&ementen, i, penfionen ofte vereeringen , den Staet |,3 vande Generaliteit befwaerende." Aanteèkening, In het oorfpronglyk opftel waren de volgen* de woorden hier bygevoegd : „ ende exsede,„ rende de fomme van drie hondert Car. g..' idoch by Refol. van den 16. July 1651. werd verftaan , dat men dezelven zoude doorfchrap!pen. * „ Als ook niet confereren notabele en ,„ principale Offitien ofte Ampten, als van „ Generael vande Cavallerie , Velt-maer,s fchalck s Generael vant Gefchut , en „ Drost  362 Tegenwoordige Staat buiten- „ Drost van Coeverden en Drente, noch k™"r » oock nieuwe Officien." llkïT. Aanteèkening. Deze artikel is in de hjtru&ie van 1707. nemen eenige giften ofte gaven , die sien. J} verbooden zyn." Aanteèkening. In den eed van 1657. luiden deze laatfte I woorden dus : die naer befchreven rechten § „ verboden fyn :" en zo luidde ook het oor- 1 fpronkelyk ontwerp van 1644; doch by i?e-|, Jol. van den 26. Jul. 1651. had men dit ver-t worpen. „ Ende voorts alles te doen , dat eenfl „ Gecommitteerde en onderfaet van wel-1 „ gedagte Provintie van Overysfel fchul-1 dich is en behoort te doen , en fpecia-1 „ lick in alles my fal reguleren , agter- volgens d' Inftruólie op myne bedienin-i ge airede gemaeckt, ofte nog te ma-i „ ken." Aanteèkening. Deze laatfte woorden, „ en fpecialick enz." vindt'men niet in den eed van 1657. maar in| 1707. zyn 'er dezelven wederom bygevoegd. Dit is het eenige onderfcheid , welk tusfchenl het Formulier van 1657. eD dat van 1707.I plaats heeft. Het Berigtfchrift van 1707. is, gelyk| wy zeiden , nog heden in gebruik : dochi na dien tyd hebben de Staten nog wel éênj en ander befluit genomen , dat als eenj nader uitbreiding van hetzelve moet aan-1 gemerkt worden ; en wy agten den Lezer 1 daar van, voor zo verre ons die in han-| den/'  van OVERYSSEL 369 ifcti zyn gevallen , niet onkundig te mo-Burr*n. Ijen laten. kommu" ! In den jare 1708. werd verftaan: „ dat51ENj, wanneer tusfchen Provinciën en Provin, cicn van de Unie , ofte ook tusfchen , byzondere Leden van diverfe ProvinI, cien , mitsgaders zo wanneer in eene I, en dezelfde Provincie tusfchen Leden , van zodanige Provincie , verfchillen , mogten komen te ryzen, de Gecommit, teerden ter Generaliteit in het toekom, ftige zig van het regt der Patenten niet L zullen mogen bedienen , om daar door L militie in zodanige Provincie te zenden, j, zonder voorgaande kennisfe en goed-jieful yaa , vinden van Ridderfchap en Steden OO" f'"!^^ Waarfchynelyk heeft het niet lang te vo-1708." j'en gebeurde in 't aangrenzende Gelderand (b) aanleiding gegeven tot dit befluit vJw.W :vaaromtrent te regt wordt aangemerkt ,lxvi. iï. iiat het thans in geene aanmerking komenf'xvii'öi :can , zedert dat de Algemeene Staten het§-13. egt van 't geven van patenten hebben apgedragen aan den Stadhouder in der ;yd (c) ; mits dat men dit verfta met op-pj£?t sigt alleen tot de letter , en niet tot den vcriim-.ter geest die in hetzelve doorftraalt. De ver-^"'^, ' wisfeling van de hand , die de bevelen afgeeft , volgens welken het krygsvolk uit de ééne naar de andere plaats verlegd wordt, belet, onzes ordeels , niet, dat de meening der Staten , nopens het gebruik welk van dat krygsvolk mag gemaakt worden , de zelfde blyve ; en dat derhalven de Overysfelfche Afgevaardigden ook Aa 2 nu  370 Tegenwoordige Staat Buiten- nu nog onder de verpligting liggen, om kowta™ alle maatregelen , tegen dit befluit aanlosien. pende , zo veel het in hun vermogen is, te beletten. Men vergunne ons, hoewel het in de tegenwoordige omfhmdigheden van minder belang is , hier nog den inzieS»/?r«ff»tioud van een Staatsbefluit van 't volgende voor de Gs-< jaar s ter opheldering van het voorgemelse^tGenade flrekkcnde , by te voegen. Hetzelve °%7nvan behelsde , dat de Afgevaardigden , indien Patenten de Bondgenoten in weerwille van hun mog. "u'ze'ma ten befluiten tot het zenden van krygsvolk Hsrji.Lecu,\r\ eene Provincie welker Leden met elJ ' I4°" kander in gefchil lagen , zig onthouden „ £p moesten van het teekenen van de daar toe /iejol, van . t r. en st. nodige patenten , wanneer de beurt tot i'cig.1"" dat teekenen aan deze Provincie zyn mogt (d), en opftaan om zig door volgende Provinciën te laten vervangen (e). In den jare 1757. werd verftaan , dat de Afgevaardigden, in 't begin zo van de buitengewone als gewone Landdagen , ter tafel van Ridderfchap en Steden zouden overleveren eene lyst van de zaken , welken zy ter Vergadering van de Algemeene Staten hadden overgenomen, "of waar over zy hadden aangenomen zig nader Aip} te zullen verklaren (f): waar mede wy , Nov.1757.tot flot, een ander Staatsbefluit van den jare 1782 , wegens de gelykheid van het onderwerp , paren moeten , by het welke in de eerfte plaats den zelfden Afgevaardigden gelast wordt, „ alle misfiven , „ advifen en informatien , zo ter Verga„ dering van Hunne Hoog Mog: als in de „ fe-  van OVERYSSEL. 371 , fecrete befoigne , betrekke!yk den ftaatBurr™», van den Lande zo binnen als buiten , Lands, de delibcratien daar uit voort-SIKN, fpruitende , of van de refpeéfcive Pro. vincien , Collegien , als anderzins , inkomende , ten fpoedigften te brengen ter kennisfe van Ridderfchap en Steden of derzelver Ordinaris Gedeputeerden 1 in de tweede plaats aan deze Gcdepuuerden , „ daar van eene Memorie te i doen maken , die in de eerstvolgende ! Vergadering van Ridderfchap en Steden < zal worden overgegeven , nevens de^i.lmv 1 ftukken zeiven (g)." ^ Wy keeren thans van den pligt der Afvaardigden nog eens te rug tot derzel-, j$ getal , het welke in het midden van | tegenwoordige eeuw op nieuws veran:ring ondergaan heeft. Boven is aangeiekend , dat hetzelve in 't jaar 1678. gej-agt werd op zes. Op den voorflag van :n Drost van Zalland werd in 1740. goedvonden , dat êén Heer uit ieder Kwar2" en uit ieder Stad, de Staten niet verluierd zynde', van de Ordinaris Gedeuteerden eene buitengewone Kommisfie :jor zekeren tyd zoude mogen vorderen; :t, die tyd verlopen zynde, een ander id het zelfde zoude mogen doen 5 en I , niemand zig daar toe opdoende , de ju-fte eene verlenging van zyne Kommisfie mde kunnen verzoeken: alles buiten kosten !in de Provincie , en zonder dat hier por het regt van de gewone AfgevaarHgden in het minfte zoude worden ver» Aa 3 ton  372 Tegenwoordige Staat Buiten- kort (h). Alle de Edelen hadden , volkoS-* gens dit befluit, het zelfde regt : doch sien. de drie Hoofd-drosten maakten zig derma(•h) te meester van deze Kommisfie , dat men •fW.i4.Apr.clezeive eerlang begon te befchouwen als. m°' gehegt aan hunlieder ampt. Dit blykt uit I de bewoording van een volgend Staatsbe-1 fluit, welk , niet lang na het herleven! der Stadhouderlyke regering, op voorftelling van eenen anderen Drost van Zalland,! uit name van Zyne Hoogheid gedaan, werdl genomen. Men verftond namelyk , dat! de drie Drosten voortaan met eene gewo-1 ne Kommisfie , in plaats van eene buiten-f gewone, „ gelyk tot nog toe gefchied was ," zouden worden voorzien , en; dat de Steden ieder insgelyks eenen Heer tot het bekleden van zulk eene Kommisfie aan den Ërfftadhouder zouden mogen voor-j flaan: alles , even als te voren , buiten CO kosten van de Provincie (i). Ook zagi' ^.i4.Nov.men wej dra ? dat de £)rost jets meej-dgj. op het oog had gehad , dan het verwer-j ven van den ydelen titel van Ordinaris) Gekommitteerden. Immers duurde het nietS langer dan tot in den jare 1754, of de gewone bezoldigde Afgevaardigden klaagden fchriftelyk by de Staten, dat de Dros-j ten van Zalland en Twente hadden „ kun-l „ nen goedvinden , zig allengsjes eerst inl „ het waarnemen der buitenlandfche enl 5, andere befoignes in te dringen , en einJ „ delyk ook , zedert het laatfte van heJ „ vorige jaar , de Prefidiale digniteit aanl „ zig te trekken , en hen daar van terug|  van OVERYSSEL. - 373 ,, te ftoten (k)." E»e drie Drosten, want^™^ die van Vollenhove voegde zig by de twee kommisibeklaagden , verdedigden zig voornamelykSIENiraet by te brengen , dat het oogmerk van (k) wylen zyne Hoogheid , welk het Staats. befluit van den jare 1748. had doen geboiren worden , geen ander geweest was, idan hen in alles , de wedde uitgezondrd, gelyk te ftellen met de overige Afgevaardigden , en dat , dit plaats hebbende , :hun gevolglyk de rang en de daar aan Verknogte waardigheid van het Voorzitterschap toekwamen. Zy hielden zelfs ftaande, dat de beflisfing van dit gefchil , voligens het Reglement op de Regering, niet door de Staien gefchieden mogt, maar aan de Prinfesfe Gouvernante moest worden Irverbleven (1) : doch de gvoote meerder- ^G>Ap!ï iheid van Ridderfchap en Steden verftond ,1754. , by interpretatie van de Refolutie van 3, den 14. November 1748. , dat de zes s, nieuwe ordinaris Commisfien in geenen .„ deele zouden prcejudiceren aan de zes „ oude geradiceerde Commisfien ter Gene„ raliteit , welke dien volgende , zo in „ het bekleden der Prefidiale waardigheid, „ als in het waarnemen van de befoignes „ van Haar Hoog Mog: Vergadering , en I, wat dies meer is, den voorrang zouden '„ blyven behouden , zonder dat aan de , zes nieuwe ordinaris Gecommitteerden „ daar door 'benomen wierde het regt van „ Prefidie en van het waarnemen der beL„ foignes , wanneer geenen der oude or! „ dinaris Gedeputeerden in den Hage pr^Aa 4 » feut  374 Tegenwoordige Staat buiten- „ fent mogten zyn (m)." Van deze uif- '1 io^s-E le§gin§ Werd by eenen brief kennis gegé- I «ien. Ven aan de Prinfesfe (n) , van welke niet; I vf7i5mApr.blykt' dat zy ziS met dit gefchil bemoeid 11 xïjsa.' 'heeft , hoewel uit de omftandigheden wel CO is op te maken , dat het aanzoek daar toe ê *£;fApr,niet zal hebben ontbroken (o). Veelligtl (Ó) was de invloed der twee Drosten ten Ho- au. Ta r ^e * die in den aanvan-S van net Stadhoua5.en J"'derlyk beftier naauwlyks perken kende, jun. 1754- ten dezen tyde reeds merkelyk aan 't eb- Daar Z}m dus twaalf gewone Overys- ij felfche Afgevaardigden ter Generaliteit , II zes uit de Ridderfchap , en even zo veel $1 uit de Steden (2), voor welken egter in 1] die Vergadering niet .meerder dan twee |i CpD Roeien gefchikt zyn (p). Behalven dezen ff IS, verleent de Erffiadhouder ook nog wel 1 Nedc'ri' 1 buitengewone Kommisfien aan één Lid uit a.6bf»49. ieder Kwartier van de Ridderfchap en uit ieder Stad : en by een Staatsbefluit van f den jare 1694. is goedgevonden , dat aan f de Ordinaris Gedeputeerden, den Griffier, ff Cs) Uit dit beri^t kan een plaats in den Tegenw. I Staat der Vereen. Èederl. I. D. bl. 255. verbeterdg worden , waar men leest, dat deze Provincie zes ïj Leden uit de Ridderfchap en drie uit de Steden 'S afvaardigt, Ondertusfchen is daar te regt aangetee,- Ij kend , dat de Leden uit de Ridderfchap voor de fl Afgevaardigden uit de Steden zitten, en dat de E-B delen onder elkander zitten volgens den rang van de.fl Kwartieren. Hetzelfde heeft onder de Stedelingen plaats. Hier is' geene beurtwisseling in het voorzit.- m terfebap, geiyk in het Kollegie van dc Ordinaris, JB Gedeputeerden.  OVERYSSEL 375' Ki andere Heeren wegens Ridderfchap enB™^ liSteden in Kommisfie naar den Hage gaan- kommwle, en hetzelve vorderende, een geloofs-S1£Nbrief zal worden verleend, om mede, Cq) als buitengewone Gekommitteerden , 'mRe/ol vM jde zelfde Vergadering te mogen verfchy. JbS'.i&. :«en (q). Raad van State. Overysfel zendt niet meêr dan één Lid, i in den Raad van State ; en de kleine i pooging., welke door deze Provincie, zo hvei als door Utrecht , op de Groote Vergadering in 1651. gedaan werd, om ; zo vele Afgevaardigden te hebben als één :der andere Gewesten, wanneer men daar niet by Provinciën , maar hoofd voor 1 hoofd, wilde blyven ftemmen , was van geen gevolg (r). Naar het Reglement op r#££ i de Regeringe van 1675, moet de Afge-/////. vaardigde zyn en post zes jaren bekle-15-»-13* den , na welker verloop de Kommisfie "vallen moet op iemand uit het naast aan 1 de beurt liggende Kwartier of Stad. De \ beurten gaan om in deze orde. Deven; ter , Zalland, Zwolle, Twente, Kampen, Vollenhove. Die van het laatstgemelde (Kwartier is met het jaar 1783. begonnen. | Reeds in den jare 1594. (3) deed de Stad 'Zwolle het voorftel, om deze beurten 111 Aa 5 te (3) In 't begin van dit Hoofdftuk bl. 348. is ge- |' ?.egd , dat wy de vroegfte Kommisfie wegen5 deze Provincie in den Raad van State op 't jaar I5&iaangetroffen hadden.  3 7 6* Tegenwoordige Staat landschb te voeren 00» en uit de lysten der Gedekommis- ' puteerden blykt, dat dit ook ten eersten siek. is gefchied. Tot dit voorftel gaf misfchien I CO aanleiding een ander, eenige maanden vroelfte^9.ger door de algemeene Staten aan de byFebr. issw-zondere Gewesten gedaan , waar in verhaald werd: „ dat die Prouincien in 't „ concipiëren en arreftiren van den jrsten I „ en originalen Voedt van de Inftru&ie ] „ voer den Rhaidt van State, lettende op 1 „ die liberteit van den Lande , well ge- 1 „ confiderirt , en auer fulcx geordinirt | (t) j, hebben , datter by tyden veranderinge ] frlÊ^êr »> van Perfonen in den zeluen Raidt folde 1 Gezanten „ moegen gedaen worden:" en waarom- 1 t*.tadê trent de Afgevaardigden dezer Provincie 1 Refkvan gelast werden, zig met die der anderen j, 1 fi.%a. ten meesten dienfte van den Lande, te Ï593- vereenigen, (t) Generaliteits Rekenkamer. Schoon de Generaliteits Rekenkamer al voor het treffen van het twaalfjarig Be- I Rand was opgerigt, is ons nogthans niet voorgekomen, dat deze Provincie vroeger dan in den jare iói8. aanzoek heeft gekregen , om daar in Afgevaardigen te zenjtehllan den '' en ^oon een brief van de Leden i K.°enst! der Rekenkamer, tot dit einde ftrekkenItoa. de» tnans by de Staten wel in ernftige Kna. ' overweging fchynt te zyn genomen (u) , 'j duurde het egter tot in 't laatfte van den 4f/aa.Dec.Jare 1622. eêr daar toe werd befloten (v)s ] ifca. en tot in 't volgende jaar eêr met der j daad I  van OVERYSSEL. 377 daad eene Kommisfie werd gemaakt. Twee bmtenHeeren , één uit Zalland en één uit De-K^nns" venter , werden toen benoemd voor densltNtyd van drie jaren (w), welke naderhand Cw) nog met een jaar werd verlengd; terwylmd- 3 Apr. men tevens befioot, dat de beurt altyd 1623' met vier jaren zoude blyven omlopen (x).^,/*? Deze fchikking is in het Reglement op deMaanifos, Regeringe van 1675. wederom bevestigd, en ook altyd in zo verre agtervolgd , dat ieder Kwartier en Stad hare vierjarige beurt heeft gekregen ; hoewel die vier jaren wel, en vooral dikwerf in de later tyden , onder verfcheiden Leden van het zelfde Kwartier of Stad zyn verdeeld. De orde der beurten loopt naar den rang der Kwartieren en Steden, zo dat Twente en Kampen , wier tegenwoordige beurt in 1783. begonnen is , Zalland en Deventer opvolgen, en door Vollenhove en Zwolle worden vervangen. Admiraliteit. Men weet, dat de hedendaagfche inrigting der Admiraliteits Kollegien haar begin ontvangen heeft in den jare 1597» wanneer op den dertienden van Oogstmaand het daar toe noodige Berigtfchrift door de ( ^ Algemeene Staten is beraamd (y): en wan- Tegeir». neer wy daar by voegen , dat Ridderfchap %aJLnMf en Steden reeds te voren meermalen hare*^i-D. Afgevaardigden ter Generaliteit gelast hadden, hun best te doen, om zo vele Le- ^n\^% den namens dit Gewest in die Kollegien art. 5'. §'1^ toe-  37 S Tegenwoordige Staat 'buiten- toegelaten te krygen als mogelyk zyn zoukommis"e de (z) ; zal men vanzelfs befluiten , dat SiEN- dezelven ook niet verzuimd, hebben aan(z) ftonds die Leden te benoemen (4). EfiM'stT venwel ging deze benoeming voor eerst , 83-oct. ja tot diep in de volgende eeuw , niet j?™f'.y"(^ verdér dan voor de Kollegien van Amfter-, £^j"ge-dam en van het Noorderkwartier, in ieder nerJatd.iz.vm welken , gelyk ook heden nog geMei fchiedt , één perfoon werd afgezonden» De tyd van deze Kommisfien was in den beginne onbepaald : maar naderhand werd befioten , dat dezelven niet langer zouden Ca) duuren dan drie jaren (aj; en zedert fchyffenst" nen dezelven ook altoos , van drie tot J£■ Maart <]rje jaren , tusfchen de Kwartieren en Steden te hebben rondgelopen, het welke by het Reglement op de Regeringe van 1675. eene Staatswet gebleven is. De orde, waar in dit voortgaat, is voor beidén de zelfde , en wel deze. Deventer, Zalland , Kampen , Twente , Zwolle , Vollenhove. Ten aanzien van het Kollegie te Amfterdam is de beurt van Deventer, en van het Kollegie in 't Noorderkwartier die van Zwolle met den jare 1783. begonnen. Volgens een befluit der Staten van den jare 1018. zouden deze beide Kommisfien in het toekomende telkens aanvang nemen (4) In de Rcfol. van Ridd. en Sted: van -den 27. Juny 1593. gedrukt agtcr de Verhouwt, van de Ridd* ever de Qverftemm. Byk P. i»ft> leest men , dat de Drost van Twente toen, en das reeds,voor de hedendaagfche inrigting, in den Raad der Admiraliteit jtkttng had; doch t» welk Kollegie is ons niet ga» bleken»  vin OVERYSSEL. 379 men met den eerften van Herfstmaand (b): buitê^doch dit is zedert wederom veranderd, en'k™^"1 dezelven beginnen thans . even als alle an-s";N. dere Kommisfien , met den eersten van : Bloeimaand. Dat de Komptoiren van O-mu6.mü ■ verysfel onder het Kollegie van 't Noor-IÈl8, derkwartier behooren, heeft aanleiding gegeven tot een Staatsbefluit, welk den Afgevaardigden naar dit Kollegie alleen be1 treft , en volgens het welke hy verpligt I is te bezorgen , dat hem affchriften ter 4 hand gefield worden van de bevelen , die het Kollegie van tyd tot tyd aan deszelfs rc^ 1 bedienden in deze Provincie afvaardigt ,R> ■ den Raat der Admiraliteit (1). itz^ pr* Ooftindifche Kompagnie. De Afgevaardigden ter Generaliteit werden in den jare 1613. gelast, niet anders hunne ftemme te geven tot zekere onderHandgelden , door de Ooftindifche Kompagnie verzogt, dan op voorwaarde , onder anderen , dat men eenen Gedeputeerden wegens deze Provincie in de kamer der Bewindhebbers zoude ontvangen (m) Dit egter was van geene vrugt, want de**™** )^ j nen een befluit van Ridderfchap en Steden ' " ' van het laatstgenoemde jaar ophelderen, 1 Waar by goedgevonden is , ,, dat de Com- „ misfien voor de Bewindhebbers dezer , „ Provincie in de beide Compagnien voor, 5, taan daar naar zouden gedresfeerd worI den , en dat gevolglyk de misfiven tot j, admisfie van voorfchreven Bewindheb, „ beren zouden geaddresfeerd worden aan * I „ den Heere Prince Erfftadhouder (x)."«^/x2U 1 Ondei tusfchen betrof dit befluit meer den^f^* i vorm dan het wezen der zaak ; dewyl byAug. 170% het Reglement op de Regering van 1675, ; in den jare 1748. vernieuwd , reeds zorg I gedragen was , dat de begeving van deze ii Kommisfien , even als van alle anderen , 1 alleenlyk van den Stadhouder zoude afhangen. Westindifche Kompagnie. Hoewel het blykt, dat Ridderfchap eil ! Steden reeds in den jare 1619. zig de op1 rigting van de Westindifche Kompagnie aantrokken, en de Afgevaardigden ter Al; gemeene Staatsvergadering magtigden , om 1 daar over met de andere Provinciën te be- fluiten , mits lettende dat deze op fenfefoum zelfden voet als de overigen wierde behan-^'^. deld fy): is het nogthans zeker , dat dejun.'iSj&i Bb i Mi  38fS Tegenwoordige Staat buiten- Stad Deventer alleen, zo lang de oude ^mmTs-E Kompagnie in wezen bleef , eenen Besien. windhebber, en wel in de Kamer Amfterdam, heeft gezonden. Het oudfte bewys, welk ons daar van is voorgekomen , beftaat in een Raadsbefluit van den jare 1643 , waarby „ Schepenen en Raad uit een nominatie van drie, door Hoofdparticipanten ter Kamer dezer Stad geprefenteerd,' „ hebben geëligeerd , en voor zes jaren, „ in plaats van Gysbert van Hemert , als „ Bewindhebber gefurrogeerd en gecom(O „ mitteerd, Joan van Gesfcher (z):" doch oituTdit toont, dat 'er ouder blyken moeten Apr. 1643. voor handen zyn , welker opfpooring de moeite van het zoeken niet betalen zoude; fchoon het ons tevens in 't onzekere laat, of die Stad aanftonds by het oprigten van de Kompagnie , in den jare 1621 , dat regt hebbe verkregen. Toen de zes jaren Ronden te eindigen, en de Magiftraat uit eene diergelyke benoeming tot eene nieuwe verkiezing wilde treden , ftelde Joan van Gesfcher zig daar tegen, beweerende , uit hoofde van zeker befluit der BewindCO hebberen ter Kamer Amfterdam (a), niet juuS;'gehouden te zyn uit het bewind te fcheiden , alvorens van het gene hy by de Kompagnie ten agteren was te. zyn voldaan: terwyl de Hoofddeelgenoten aan den anderen kant {taande hielden , dat zulke byzondere befluiten, tegen het Ocfroi aanlopende , van geene kragt waren om hen in hunne regten , door de Algemeene Staten verleend, te benadeelen ; en de Ma-  van OVERYSSEL. 387 isiftraat daarop ook verftond, dat de be■ buite»-noeming behoorde voort te gaan: een ge-KoMt,us, val , het welke wy merkwaardig genoegWEIft ' , oordeelden om hier bygebragt te worden; idewyl de Hoofddeelgenoten by deze gelegenheid in den vollen ftoel des Raads verfchenen , en ddze het gefchil tusfchen hen ;en Joan van Gesfcher befliste (b). Eene Refol. yan foortgelyke reden noopt ons hier nog byf/f>^'-»4. te voegen , dat door Schepenen en Raad pr" weinig jaren later werd „ goedgevona den, om henvorders over 't vergeven „ van 't Bewindhebberfchap der Westindi„ fche Kompagnie met den aankleve van (C) „ dien het Octroi prsecifelyk te agtervob-^-i»3* „ gen (c)." Wy hebben reeds aangemerkt, dat Wilem de III. zo door de opdragt van het ppperbewindhebberfchap , als door de inzoering van onze Reglement op de Regejng , de aanftelling van eenen Bewindheb>er aan zig had getrokken (d). NogthansZIe££ea. vas by dat zelfde Reglement bepaald, „ dat w. 384. , de Erfftadhouder niemand tot eeniger, hande Kommisfie zoude mogen kiezen , , die niet , volgens de regten van de , Landfehap en van de Steden , daar toe , bevoegd en gequalificeerd was, en dat , zyne verkiezinge ook zoude moeten , worden gedaan van perfonen , dewelke , waren uit die Kwartieren of Steden , uit , welken de Gedeputeerde verkoren moest , worden:" en dewyl men tevens weet,, lat by het opregten der nieuwe Maatfchapjy, welker Oktroi met het jaar 1675. inBb 3 gmg%  38$ Tegenwoordige Staat jsmTF.N-" ging , vastgefteld was , dar. de Provinciën KoXCs-E en Steden, daar geene Kamers zyn , het fieis. regt behouden moesten , van zo vele Bewindhebbers aan te ftellen , als g.y in de oude gehad hadden ; zal men ligtelyk begrypen , hoe vreemd die van Deventer opzagen , toen zy vernamen , dat Zyne Hoogheid dit Bewindhebberfchap aanftonds aan eenen Burgemeester van Zwolle had begeven. De Magiftraat verftond ook , dat hetzelve ftrekte ter verkorting van de regten harer Stad , ,, als welke van den aan- vang hadde gehad eene byzondere Ka- j 3, mer en Bewindhebber , en dat daar o„ ver Zyne Hoogheid en de Heeren Ge„ deputeerden dezer Provincie zouden (e) „ worden berigt (e)." Wat hier van gef^r'r.worden zy , is ons niet gebleken: doch' &ieii677. wel , dat de zaak in 't jaar 1687. nog in den zelfden ftaat was , dat die van Deventer toen werkelyk een Betoogfcbrift van hun regt aan den Stadhouder overzonden, dat de overige Staatsleden Zyne Hoogheid verzogten , daar op geen befluit te nemen , voor dat zy hem dieswegens kon«nApr-den berigt hebben (f), en dat het gei0s7.cn 'fchil daar mede is blyven hangen. De Mil' Zwollche Burgemeester behield den post sml 14. tot in het jaar 1694 , wanneer hy door ^x'm7'eenen Edelman uit Zalland werd opgevolgd. Vreemd kan het fchynen , dat de Stal Deventer haar regt na den dood van Will Jem den III. nimmer heeft herroepen. Eg] ter hebben wy daar yan niets gevonden f rnaai|  , van OVERYSSEL. 389 maar wel in het tegendeel , dat het tot^^ jin den jare 1741. aanliep , eêr iemand kom**k* luit die Stad tot Bewindhebber aangefteldsl!iN' iwerd Ce). Ondertusfchen moet men hier . Cs) omtrent in aanmerking nemen , dat deze^^ ;Kommisfie doorgaans voor eenen onbe-^«« : paalden tyd plagt begeven te worden : en " ;dat , fchoon in den jare 1698. werd befloten, dezelve by beurten onder de Staatsleden te doen rondgaan, en wel, volgens :het Reglement van zes tot zes jaren (h) ;zfeJtq&c :nogthans niets van dit alles , dan in vcel™^^ Ihter tyd , is agtervolgd : het welke daar oa. ifigs. ;aan moet toegefchreven worden, dat zy,^'^ ,die de Kommisfie begeerden , zeiven met8.oa.1c9*. leene Aktie moesten voorzien zyn, en dat^/; 'er weinig, of ten minsten een zeer onzeker, voordeel van was te hopen. Wanneer ;in 't jaar 1700. het Oktroi der Maatfchappy moest vernieuwd worden , aarzelden .Ridderfchap en Steden met het geven van hare toeftemming , tot dat de Bewindhebbers ter Kamer Amfterdam by een Befluit van den tweeden van Hooimaand hadden verftaan , „dat de fuccesfive Bewindheb„ beren van Overysfel ter dezer Kamer op dien voet en in die qualiteit , met .„de eerst aanftaande repartitie, en zo „ vervolgens, door het genieten van zo„ danig tractement en emolumenten , als „ andere Bewindhebberen , en fpecialyk ;„ als die van de gemelde Stad gauderen, ^c?>^ „ zouden getraceerd worden ; mits diev^,Rir& „ Provincie abfolute confenteerde in te»f**>* L prolongatie van 't O&roi (i)." Ook ! r • Bb 4. werd  39* Tegenwoordige Staat ftuiTEN- werd vervolgens in het Befluit der Alse- feANPSCHE rv_. ° . , . . &, kommis- tneene Staten ter verlenging van dat Oktroi de volgende voorwaarde ingevoegd; „ dat de Kamer van Amfterdam met twee Bewindhebberen zoude worden geaug}, menteerd , te Weten mee een' halven Bewindhebber uit Gelderland , een' geheelen Bewindhebber uit Friesland, en „ een' halven Bewindhebber uit Overys}, fel , en dat de uitgiften , die aan de 3, voorfchreven twee halve en een' heelen j, Bewindhebber ter gelyker fomme als aan „ andere Bewindhebberen zouden worden 3, betaald , in plaatze van traclementen, volgens den inhoud van 't Oktroi, tot 3} laste- van de generale Westindifche Com„ pagnie gebragt zouden worden, zonder „ dat daar door de uitgiften van de ver. der of oude Bewindhebberen zouden üJoïlm » worden gechargeerd of verminderd (k)."siat. Dan, daar de wedde der Bewindhebbe^ovTiroó.ren in eene zekcre hoeveelheid van het ' beloop der uitdeelingen beftaat, bleef de. winst altoos onzeker , en hadden velen uit deze Provincie geenen lust om deze Kommisfie te aanvaarden. De Staten van Gelderland , waar men in het zelfde: geval was, namen deshalven in onze dagen de gelegenheid waar, dat het Oktroi nogmaals moest vernieuwd worden , en ver. bonden hunne toeftemming aan die voorwaarde ; dat hun Bewindhebber in deze Maatfchappy , gelyk in de Oostindifchc iïiPl Pjaats had , op eene Provinciale Aktie zitfcoyA°758. ting zoude mogen nemen. (O* Dit voorbeeld  van OVERYSSEL 391 beeld volgden die van Overysfel, te ge-BciTEi*- [Jyk het befluit nemende om eene Aktie kommUk* voor de Provincie te kopen (m), het wel-sliL"kc nogthans, fchoon de voorwaarde werd . aangenomen , verfcheiden jaren daar aiAnp^f; i eerst gcfchiedde (n). >'«» 'üdd. Ten aanzien van de uitdeelingen defcj^*^^' Maatfchappy, op deze Aktie vallende, is (n) die fchikking gemaakt, dat de gewonenRff^-Via door den Ontvanger van Vollenhove, ten sted'. II. :behoeve van de Provincie, worden opge-Maaru7fi5' i beurd , en de buitengewonen gelaten aan den tydelyken Bewindhebber (o) , die te-^5?ü vens zedert het jaar 1759. eene jaarlykfche Apr. 1765, wedde geniet van zeshonderd gulden (p)-^^ Thans gaat deze Kommisfie regelmatig Apr. i/oa, om van zes tot zes jaren tusfchen de Ridderfchap en de Steden, en wel zo, dat de .gewoonlyke rang van ieder Kwartier en Stad daar in , even als in de Kommisfie ■ter Admiraliteit van Rotterdam en Fries* . land , wordt bewaard. Het Kwartier van Twente is in den jare 1783. aan de beurt gekomen. ZEVENDE HOOFDSTUK. Over de Kommisfien in gemeen. Twee zaken zullen hier voornamelyk in aanmerking moeten komen: voor :[ eerst, door wien , en op welke wyze , i de Kommisfien , in onderfcheiden tyden , :zyn begeven ; ten anderen , welke perfojiïien, in onderfcheiden tyden, tot het beB b 5 kle-  39$ Tegenwoordige Staal Kommis-; kleden van Kommisfien zyn bevoegd ge-' «^ESN.Tweest. Wy zeggen , in onderfcheiden tyden : nadien ten opzigte van beide deze punten merkelyke veranderingen plaats gehad hebben, een verflag van welken, voor I zo verre zy onzer nafpooring niet ontgle- I den zyn, wy oordeelen hun , die het op eene meêr dan oppervlakkige kennis van het Staatsregt dezer Provincie toeleggen , , onbefchroomd te mogen aanbieden. Vooraf zy de Lezer verwittigd , dat wy in deze algemeene behandeling mede het oog hebben op de Kommisfie in 't Kollegie der' I Ordinaris Gedeputeerden , van het welke afzonderlyk in het volgende Hoofdftuk zal worden gefproken. Docpwien Dat Ridderfchap en Steden voor het I |ëven!be"Stadhouderfchap van Willem den III. fteeds de begeving van de Kommisfien, zo wei I by eene Stadhouderlyke als by eene Stadhauderlooze Regering, aan zig zei ven behouden hebben , is buiten kyf : maar in de wyze , waar op die begeving gefchied- | de , fchynt niet altoos dezelfde voet te zyn gehouden. In de vroeger tyden , zo lang de Kommisfien nog niet gelykelyfe I tusfchen de Kwartieren en Steden verdeeld I waren , is het ons voorgekomen , dat de- | zeiven door de Staten by meerderheid van || Remmen werden begeven : doch naar ma- jl te die verdeeling ftand greep, fchynt ook 1 de gewoonte ingevoerd te zyn , dat ie- 1 der Kwartier of Stad , waar uit een Lid 1 ^angefteld moest worden , eenen perfoon 1 voordroeg j welke dan Staatswyze werd I  van OVERYSSEL 393 gekommitteerd. Niemand , vertrouwen wy , zal vergen , dat wy de Staatsregis-GEMEEN. ters doorbladeren , om dit met eene opgave van de begevingen, zo als dezelven van tyd tot tvd gefchied zyn , te ftaven. Misfchien wel heeft het bovenftaande verflag, nopens elke Kommisfie in 't byzonder , reeds fommigen onder onze Lezers in het zelfde vermoeden doen vallen : en dit wordt zeer verfterkt door het gebeurde in den jare 1597» wanneer die van Zwolle zig wilden voorbehouden , om, dat goedvindende , hunnen Ordinaris Gedeputeerden na verloop van eene maand door eenen anderen te doen vervangen , en de overige Staatsleden dit alleen inwilligden onder het „ mits, dat die tegenwoirdige alfs oick „ andere deputatien met gemiene aduyfe „ op eenen Landtdach offte bykomfte ge„ daen worden (q):" vooral zo dra men^O^ dit vergelykt met het beloop van eene etl st. raadpleeging, in den jare 1606. ter gele-^Mrf genheid dat de Kommisfien ter Generaliteit, in den Raad van State en in de binnenlandfche Deputatie moesten vervuld worden, door de Staten gehouden. Toen namelyk verftonden de Edelen, „ dat in 't „ vervolg alle Lants Deputatien mit plu„ raliteit van ftemmen nae older gewoenten, „ ende dat jnn die vergaderinge van Rida, derfchap ende Steden" zouden moeten gefchieden : terwyl de Afgevaardigden van Zwolle verklaarden, te willen blyven „ by „ den olden gebruick van nominatie ende prefentatie die nu etlicke jaeren geweest" was,,  394 Tegenwoordige Staat kommis-5 was, en geenen verder last te hebben. Dis «é«VsN.Tvan Kampen waren ook ongelast , doch maakten geene zwarigheid , om zig aan de meerderheid van vremmen te onderwerpen, Deventer, fchoon ook daar van niet vreemd zynde , iloeg egter tevens eenen middenweg voor , hier in beftaande ; dat, wan^ neer zes perfonen eene Kommisfie bekle-, den moesten , ieder Kwartier en Stad éénen benoemen , en de meerderheid van ftemmen gelden zoude, zo dikwyls als het eene Kommisfie betrof, tot wette een min, der getal van Leden werd vereifcht: te gelyk aandringende , dat dit ten eerften , sCO volledig mogte worden afgedaan (r). Onf&£Apr'dertusfehen is ons niet gebleken, dat hier op eenig befluit genomen werd. Tot dit onderwerp behoort het volgende artikel, by het Reglement op de Re, geringe van den jare 1657. vastgefteld, en in dat van den jare 1705. herhaald, Dat; geen Officien , ordinaris Commisfien, „ Deputatien of Beneficiën, als op feec„ kere vergaderingen , de Leden daer in „ ftem hebbende expresfelyck daer toé zyn„ de verfchreven , ende daer en boven s, op feeckeren gheprefigeerden dach , de ,„ voorfz. Leden by misfive, ende geduy> „ rende de vergaderinghe s' daeghs te voo„ ren daer van geadverteert fynde, ver» geven fullen worden". Dan reeds vroeger gelegenheid gehad hebbende , om daar, fs) op onze aanmerkingen te maken (s); zullen fi.eScn wy- het hier by de blQOte °Pg^ve- laten ««. berusten. Ook kunnen wy ons ^ met betreten  van O VERYSSËL 395 «rekking tot het buitenftaan van verwan- KommiÏ-. ' ten by de begeving van Kommisfien, tot*'^^/ :het boven (t) bygebragte gedragen. Uit ons gefchiedkundig verflag van de.. 0 1 ■ , bl. £00. omwentelingen , in den regeringsvorm dezer Provincie voorgevallen, heeft de Lezer gezien , hoe Prins Willen de III. in den jare 1675. de begeving van alle de Kommisfien aan zig trok, zonder den Staten iets meêr dan eene ydele fchaduwe van bellier, indien het nog eene fchaduwe mag genaamd worden, daaromtrent over te laten. Het is hier de plaats om dit vollediger te ontvouwen ; het welke wy niet beter weten te doen , dan door die ftukken van het toen vastgeftelde Reglement , die tot dit onderwerp betrekking hebben, woordelyk te laten volgen. Het eerfte, rakende alleen het Kollegie van de Gedeputeerden Staten, is van dezen inhoud. „ Dat de gem: Gedeputeerden in het „ voorfz. Collegie fullen dienen den tyt ,, van drie achter-een-volgende Jaren, en„ de dat den voorfz. tyt ge-expireert, of .„ yemant van defelve Gedeputeerden mid- Ier wylen overleden, gevordert, of ge„ laten zynde , de Ridderfchap uit de voorfz. drie refpecfive Quartieren, mits„ gaders Burgem: Schepenen ende Radeh „ van de voorfz. drie refpecfive Steden, „ yeder voor zo veel fyn Quartier , of „ Stad aengaet, aen den Erf.ftadthouder 3} van deze Provincie fullen doen een i> voor-  j9 welken, jaarlyks op nieuws moetende verkoren w'or-1 den, verlaten zyn konden eêr de jaren van hunneI "Kommisfie waren geëindigd. In vroeger dagen , zo j als wy naderhand toonen zullen , was wel eens be-1 grepen , dat het bekleden van fommige Kommisfien,! door zulke verlaten Regenten , wel niet begonnen j 1 doch egter voortgezet kon worden. Ten opzigtöl van de Edelen fpreekt het van zelfs, dat zy geenö» Kommisfien kunnen bekleeden, zo dra zy ophouden,,. Leden van de Ridderfchap te zyn.  van OVERYSSÈL. 397 5, perfonen die zyn uit de Quartieren of Ste-Konntas^ „ den, uit dewelke een nieuwe Gedepu-8^^,,* „ teerde gekoren, of de oude Gedeputeerk, de gecontinueert foude moeten werden, en dat daer inne alfo fuccesfivelyk van , „ drie tot drie Jaren, mitsgaders by overilyden, vorderen of verlaten van ye,,, mant van de voorfz. Gedeputeerden, ,,, fal moeten werden geprocedeert". Het andere, van de buitenlandfche Kom| misfien fprekende, luidt dus. En wat belangt de Buitenlantfche Com, >, misfien , als daer zyn de Deputatien in ,.,, de Vergaderinge van de Heeren Staten „ Generael,' den Raet van State, de Ge, 5, neraliteits-Reken-Kamer , de Collegien , „ van de Admiraliteit , mitsgaders in de Oost, en- West-Indifche Comp. dat de „ voorfz. Commisfien fullen werden be,kleet voor den tyt van fes jaren , ten \ opfigte van de Staten Generael , Raet , „ van State , Oost, en- West-Indifche Comp: voor den tyt van vier jaren, ten , „ opfigte van de Generaliteits-Reken-Ka- „ mer, en den tyt van drie jaren ten op- „ figte van de Collegien ter Admiraliteit; en dat de Ridderfchap van de voorfz. .3, drie refpeclive Quartieren , mitsgaders Burgem: Schepenen en Raden van de , „ voorfz. drie refpeclive Steden , yeder l „ voor fo veel fyn Quartier of Stad aen- . „ gaet, waer uit de plaetfe in een vap de .. „ voorfz. Gollegien moet werden bekleet, , „ op zyn tour en beurte , aen den Erf: „ ftadthouder in der tyt fal voordragen ; » vier  398 Tegenwoordige Staat kommis- „ vier perfonen, in plaetfe van den genen «MBtrr'jj wiens tyt van jaren geëxpireert , ofte die overleden, gevordert of verlaten fal „ vvefen, en dat den Geraelt: Erf-ftadthou,, der den genen wiens tyt geëxpireert fal ,, wefen , voor noch andere gelyken tyt van- jaren fal mogen continueren , ins, dien hetfelve door de tourbeurte van I ,, een volgende Quartier of Stad niet en wert belet, of anderfints uit de voorfz. J voorgeflagene Perfonen eenen anderen ] „ van nieuws te eligeren, of ook buiten • den voorfz. voorflach eenen anderen ver„ kiefen , fo fynen goeden raet gedragen \ fal; fo nochtans, dat den Hooggem: | 3, Erf-ftadthouder nicmant fal mogen kieifi fen , die niet , volgens de privilegiën I 3, en rechten van de Landtfchap ende van ,, dë voorfz Steden, daer toe bevoegt en gequalificeert is , ende dat fyne verkie,, finge ook fal moeten werden gedaen van ,, perfonen, dewelke zyn uit die Quartie- I „ ren ofte Steden, uit dewelke een hieu- ' ,, we Gedeputeerde verkoren, of een ou3, de Gedeputeerde gecontinueert foude moeten werden , en dat daer inne alfo ,, fuccesfiyelyk fal moeten werden gepro. 3, cedeert". Geduurende het tydsbeftek , welk tus- l fchen de Stadhouderïchappen van Willem I den III. ert Willem den IV. verliep, heeft 1 de gewoonte ftand gehouden , dat de Le- | den van ieder Kwartier en Stad op hun- f ne beurt iemand uit hun midden benoemden , welke daar op door de Staten, even f als  yan O V E RYSSEL. 399 1 jafe voormaals op de akte van den. Erfftad-kommi*jhouder, werd gekommitteerd. Tot bet*™*™!"* „ , v. . . . , gemeen. vastftellen van die benoeming weraen de Edelen , gelyk te vóren tot het vormen der benoemingen die. men aan den Stad. houder toezond , Kwartierswyze befchre>, ren. Kort voor de omwenteling van den iare 1747. baarde de wyze , waar op zulk r, ;ene befchryving gefchied was , oneenig- leid tusfchen de Edelen van Twente, fomj nigen van welken , dezelve onregelmatig , rcurende, uit dien hoofde de benoeming, ioor de meerderheid uitgebragt, niet wil., ien erkennen (u). In het Kwartier v#fc ƒ«>• .. /ollenhove was ten zelfden tyde de bin-j{. stT >cnlandfche Deputatie voor ,zes jaren be-^1^'» en ;èven , waar tegen eenige Leden opkwa-1747. aen, ftaande houdende, dat daar over voor , liet langer dan drie jaren mogt worden »efchikt: een gefchil wfelk de Staten , by . icerderheid van ftemmen , in 't midden .„ eten, terwyl zy de begeving van de eerj, :e drie jaren by voorraad bekragtigdcn (v), ^///Ti>. ' )e herftelling van het Stadhouderfchap ,4."Apr. laakte, gelyk men begrypt, de eindelyke17** eflisfing onnoodig. Ten tyde der minderjaarigbeid des ter enwoordigen Erfftadhouders begaf men de ,[ommisfien wederom even als voor den '!j jare 1748: zynde daar omtrent by het Ref. | lement op de Voogdyfchap vastgefteld 5 , L dat Ridderfchap en Steden, als exeree- L rende de Hooge Voogdye, die wei zou- , den begeven, en de daar toe noodig zyn\ ; dé Commisfien in die qüaliteit zoiubri Ce vit'.  400 Tegenwoordige Staat kommis- verkenen , doch dat Haar Ed. Mog. gemmn!*,, verpligt zouden zyn in dezen te letten „ op den voorflag en inclinatie van dat „ Lid , Quartier of Stad , aan wien het „ voorflaan van Perfonen tot het bekleden „ van dezelve Commisfien na de ordre „ van Regeringe , en de gerecipieerde „ Tourbeurten tusfchen de Leden was „ competerende, zonder dat Haar Ed» „ Mog. daar van eenige improbatie zouden „ kunnen doen , ofte daar in eenige ver,, anderinge maken (2)." Ook verftonden Ridderfchap en Steden in den jare 1761 , „ dat de Heeren Drosten in het toekomende in de brieven van befchryvinge van de Leden hunner refpeftive Quartieren op de ordinaris of extraordi,, naris Landdagen zouden melden, dat ook „ verfchreven werden om te treden tot „ begeving van Commisfien of Ampten, O) 5, ter dispofitie hunner refpective QuartieMaart," „ ren ftaande , in de eerfte of tweede *76*« „ week van dezelve vergaderinge (w)." Wy zouden thans tot ons andere voorgeftelde punt kunnen overgaan, indien wy het niet van belang rekenden , nog twee zaken , die in onze dagen omtrent de begeving van de Kommisfien gebeurd zyn , vooraf aan den Lezer mede te deelen. Dien (2) Zie Ordre en Reglement, waar na de Regeringe van Overysfel in het toekomende zal worden beleyt, gedurende de Minderjarigheid van de Here Erfjiadhouder of Erfftadhouderesfe : waar by verftaan moet worden , in 't geval wanneer dezelve ouderloos wierde. Het werd vastgefteld by Refolutie van ded 19. November 1755. en in druk uitgegeven.  van OVERYSSEL. 401 Dien artikel uit het Reglement van Kotfihï*. IÖ57 (O •> waar by de eed van zuivering ) GEMEEN, tegen het verkopen van allerlei bedienin-Ecd vsn gen gerigt , was ingevoerd , nam men itt^^g* dat van 1705. over ten aanzien van de ring. Ampten: doch met betrekking tot de Kommisfien werd toen het volgende vastgefteld. ,, Zal ook denzei ven Eedt worden gedaan CüJ*\rt: by de gene welke eenige Commisfien,^x^'m.' ',, Deputatien , &c. uit de Quartieren öf^'y^* Steden bekomen: zo nogtans, dat uit 7.' „ dezelve aan de mede Regenten , welke tot zodane Commisfie of Deputatie mede „ eligibel zyn, zullen mogen uitgeven"een >, zekere fomme , dog niet excederende ,, een vierde part van zodane traéiamenten en emolumenten \ en zal in zo een val 3, vooraf zo aan de refpeclive Quartieren als Regenten van de Steden daar > van ,> kennisfe worden gegeven: in welk ge3, val van uitkeringe egter de Eed van zui3, veringe zal moeten worden gepraefteert, 5, en zal dezelve voorzien moeten zyn met 3, een refolutie of certificatie (3) van de ,, refpeftive Quartieren of Steden , dat „ niet meêr als bovengemelde vierde part ,, uitkeren zal , ingevolge dezen ardkel (y)." Deze magt der Kwartieren Steden, om uitkeeringen vast te Rellen ,>'<"? ,\^ het welke door ; * • alle de Leden werd overgenomen, aan den j fpyker bleef hangen : doch in den jare ] 1783, en dus by de eerfte gelegenheid na, cleszelfs herftelling, werden de Edelen wer- 1 kdyk tot het maken van de benoemingen 1 ver- I f 5") Zie alle de Stukken, waar uit dit verhaal gei fvokkeii is, in Capellen $egenfhl. 20—51.  yan OVERYSSEL 4*7 iVerfchreven. Hy egter , hier mede niet*™I Voldaan , en - misfchien tevens voorziende GEMEEN. 1 i welken uitflag dit fchynbaar toegeven hebi ben zoude , fchreef andermaal aan den Prinfe, denzelven voorhoudende, dat de voorgaande begevingen niet alleen daar om ; tegen de orde van regeringe aanliepen, om i dat zy zonder afwagting van Nominatien gedaan waren, maar ook doordien de jai ren, voor ieder Kommisfie bepaald, onder iverfcheiden perfonen waren verdeeld; met i betuiging van zyne hoop, dat Zyne Hoogheid in 't vervolg zo wel op het ééne ; als op het andere dezer vereifchten tot eeine wettige begevinge zoude gelieven te ; letten. De hoop feilde in allen opzigte. i De Edelen van Zalland , tot het vormen der Nominatien byeen gekomen , verklaarden allen , uitgezonderd van Pallandt tot Zuithem en van der Capellen zeiven , dat 1 zy van de nominatien afzagen , en den Erfftadhouder wilden verzogt hebben , de i begeving te doen zo als nu jaren her; waards was gefchied : en deze begaf daar op de Kommisfien, zonder die nominatie, j én met de zelfde willekeurige fplitzing, i' welke te voren was in gebruik geweest. ,Zyne Hoogheid wagtte ondertusfchen zo il lang met het afzenden van de Akten , tot i dat de beide voorjaars Landdagen waren ■ afgelopen, en dus den Heer van den Pol , de gelegenheid benomen was , om zig by i de Staten eerder te beklagen, dan lang na (dat de begunstigden hunne Kommisfien •hadden aanvaard. Hy wagtte evenwel nie£ Cc 5 zo  4»8 Tegenwoordige Staat Kbmmis- zo ]ang, of dezen Heer fchoot nog de tvd SIEN IN 'T n 1 y-. Öt , gïmeen. over om aan Raad en Gemeente der drie Hoofdlieden^als fteeds aanwezende Leden van de Provinciale Regeringe , de door hem gedane herroeping van de naauwkeurige opvolging van het Reglement, en derzelver flegten uitflag, te kennen te geven, „ ten einde dezelven zodanige kragtige en „ fpoedige voorzieninge zouden kunnen „ doen, als het gewigt en de aart der zaCO „ ke vorderden (a).'* Te Deventer beMndcnn23.floot de Magiftraat , met goedkeuring van Apr. 178j.de Gezworen Gemeente, onverwyld den Prinfe van des Edelmans fchryven te verwittigen, met by voeging, dat zy, zo lang alle de Leden der Provinciale Regeringe toonden daar in genoegen te nemen, geene zwarigheid gemaakt hadden in de verfplitzing der vastgeftelde Kommisfie-jaren te berusten ; maar dat de zaak een geheel ander aanzien had gekregen , nu één van die Leden de letterlyke nakoming van het Reglement had ingeroepen', waarvan zonder eenparige ftemmen geene afvvyking mogt worden toegelaten , en dat zy dieshalven verzogten , dat Zyne Hoogheid „ zo fpoedig mogelyk, uit hoofde van de „ op handen zynde exfpiratie der tegen„ woordige Commisfien , de gemaakte „ fchikkingen omtrent de aanftaanden ge„ liefde te veranderen , de reeds ovërge5, zonden Acten in te trekken, en nieu3, wen , met het meergemelde Reglement „ overeenkomftig , te depecheren." By het antwoord verklaarde de Erfftadhouder « op  yan OVERYSSEL. 409 „ op het enkel te kennen geven van -tK™»^ „ een of ander byzonder perfoneel Lid „ van Regering , buiten concurrentie van „ de gezamelyke Leden van Staat, daar „ van naar de ordre van regering commu(j, nicatie en deliberatie gehouden hebben,„de," van de zo lang onafgebroken gewoonte niet te kunnen afwyken ; doch dat hy, indien de uitflag van de raadpleegingen ter Staatsvergadering daar heen ftrekken mogt, „ als hier in geen 't min„ fte belang voor zig kunnende hebben of „ beoogen, daar in ligtelyk zoude kunnen ,, berusten." Natuurlyk leidde dit antwoord de Regeringe van Deventer naar de Vergadering der Staten , waar hare Afgevaardigden by de eerfte voeglyke gelegenheid , te weten in Wintermaand van 't zelfde jaar, van . het gebeurde kennis gaven ; ftaande hieli den , dat geen nieuw Staatsbefluit kon te pas komen, om den Erfftadhouder, zo wel als alle Regenten, tot het agtervolgen van 't Reglement te verpligten; verklaarden "de I begeving van de Kommisfien, om alle verwarring te verhoeden, voor één jaar, en dus tot op den eerften van Bloeimaand des jaars 1784, te zullen van waarde houden; eifchten dat den Prinfe ftaatswyze wierde te kennen gegeven , dat de Kommisfien van dien dag af, voor den overigen tyd, dien dezelven nog lopen moesten, zouden vervuld , en vervolgens altoos naar den inhoud van 't Reglement met dezelven gehandeld worden; en eindelyk voorfloegen, dat  4io Tegenwoordige Staaz Kommis- dat alle de Nominatien van de Kwartieren siSN IN t O*. j j i i vaM sj:mee«. en Meden naderhand mogten worden teu 1 tafel gebragt en gelykelyk verzonden , op dat men verzekerd zyn mogte, dat ook I in dit opzigt de orde van regeringe werd I nagekomen. Dit voorftel werd den vol. genden dag onderfteund door den Heer tot I den Pol, die, zyne hoop betuigd hebbende, dat de overige Leden, by nader overweging van de zeer ernstige gevolgen, die ' hec verder overtreden van 's Lands grond- H wetten zoude kunnen na zig fleepen, gee- I ne zwarigheid zouden maken om zig daar I mede te voegen, tot flot verklaarde, „ das | „ hy hy. ontftentenis van dien zig verpligt I 3> zoude rekenen, en dus. niet kunnen na, I „ laten , eindelyk zyne toevlugt te ne„ men tot zodanige middelen van efficaci- 1 „ eus redres in dezen, als de gronden der I \ „ Burgermaatfchappy in het algemeen, en i „ die van onze Provinciale Conftitutje in I „ het byzonder hem aan de hand, ga- | f j, ven (6)." Hier op volgde een Rapport van de Kommisfie tot de zaken van Financie, het welke , op regtltreeks tegengeftelde grondheginzelen fteunende , in- I hield, dat by de gedane begeving, volgens II 3t voorgaande gebruik gefchied, als wettig l behoorde te worden gebleven : dat voorts ber m (6) De papieren., waar uit dit verhaal getrokken U , zyn ten deele te. vinden in de Egte ftukken be- \, treffende het voorgevallene te Deventer in den jare J78«. (0 vervolgens No.' XXXI—XXX1V: Zie voor 't óws \ ïige de Refol. van, Ridd, en Siedu van ien £. tr, 3^» Decemb. n.7 f? 3,  van O VER YSSEL. 411 ■behoorde te v/orden onderzogt , in welke Kommö^ punten van de letterlyke nakoming van bet ""mee*.* Reglement was afgeweken ; in hoe verre idezelven in 't vervolg zouden moeten 1 worden agtervolgd, ook die onder anderen welken betrekking hadden op 's Lands Financien en uit dien hoofde de ernstigftc overweginge verdienden (7) ; en in hoe ver- C7) Dit is onverftaanbaar voor ieder, dien de ge"tel.lheid van deze Provincie niet van naby bekend is , en verdient uitlegging , om bet oogmerk van dit ftapport beter te doorgronden. By liet Reglement fan IÓ75. was vastgefteld ; dat de Landsmiddelen byeral, zonder uitzondering, in 't openbaar zouden Inoeten verpagt worden , ,, zonder in admodiatie of i, anderfints onder de band in pagte gegeven' te mo• ■., gen worden." Ten platten lande ondertusfchen aadden de admodiatien of redemtien, ten aanzien pan fommige middelen, nog altoos tot heden toe land gehouden. Wy onderzoeken hier niet, of dit met de ware meening van dezen artikel al dan liet beftaanbaar zy , waar over onderfcheidelyk gelagt wordt: doch het is zeker eene algemeene overtuiging, dac, fchoon dit al ontkennender wyze moest kantwoord worden,,dan nog de uitvoering daar vati sndoenlyk zyn zoude. Uit eenen brief aan de Stad Deventer, door den Hesr van der Capellen den 15. kpr. 1784. over dit onderwerp gefchreven , is op e maken , met welk een oog dit Rapport door heitr verd befchouwd. Hy merkte het aan , deze zyn .iyne woorden, ,, als vervattende Hellingen die , met alle gronden van regeringe ftryden , dezelven , op losfe fchroeven zetten, de vryheid en onaf, hanglykheid der refpeftive Staatsleden te na ko, men, en den eenvoudigen Landman in een wan, begrip brengen , als of het vernietigen der Re, demtien een gevolg van onze poogingen tot hec , handhaven van het Reglement op de Regeringe , zoude zyn, een wanbegrip , welk men , om ons . , gehaat te maken, reeds meer dan te veel ten  4ii Tegenwoordige Staat kommis-; verre eene ,, confccutive eenftemmigè ümeen.1^» praftycq van 't een en ander point, in 3, 't Reglement voorkomende, doch tegen „ de letter fcbynende in te lopen, als illegaal en van een hoogstnoodig abfoluit 3, redres moest worden aangezien en als 3, zodanig gecorrigeerd :" en dat tot dit. onderzoek eene Kommisfie behoorde benoemd te worden, op welker rapport dan gelykelyk over alle zulke punten konde befloten worden , zo als tot letterlyke I handhaving van het Reglement in alle des- ï j zelfs deelcn zoude dienstig worden bevonden. Dit rapport , door de meerderheid I der Leden goedgekeurd , werd nog ten zelfden dage door den Heer van der Capellen , als op zeer bedenkelyke gronden Reunende, verworpen; terwyl die van Deventer , zonder zig over hetzelve uit te laten, ftellig verklaarden, alle de begevii> gen van de Kommisfien , welken niet op nieuws volgens hunnen vorigen eifch ge- 1 fchiedden , te zullen houden voor nietig en kragteloos , en dus „ te protefteren I tegen alles , dat door de bekleders van pzRefoi. „ dezelven , in eenig Collegie binnen of to*iabec " buiten deze Provincie , na den eerften ï7a> '„ Mei zoude worden gehandeld (b)." Op dien voet Rond de zaak , toen den ï Volgenden dag het gefchil nopens de O- M ver- „ platten lande heeft doen fpargercn." Ook blykcH uit de brieven van de Magiftraat dier Stad, den 27. H daar aan volgende aan dien Heer en de twee andereB Steden gefchreven , dat men daar ter plaatze gee; ne gunftiger gedagten over hetzelve voedde.  van OVERYSSEL. 413 verftemming de Staatsvergadering afbrak, kommm^ zonder dat te voorzien was, hoe en wan gemeen.1 neer de fcheuring wederom geheeld , en idus eene gelegenheid geboren zoude kunnen worden , om de raadpleegingen over dit onderwerp door de Staatsleden te doen hervatten. De Prins had zig te duidelyk verklaard , en hy werd door het zo even gemelde Rapport te wel onderfteund , dan dat eenige verandering van maatregelen van dien kant verwagt konde worden. Het Kollegie der Ordinaris Gedeputeerden ftond met den eerlten van Bloeimaand , volgens de verklaring van Deventer, zyne klem te verliezen , en dit was het eenige , welk, zonder Staatsvergadering , in ftaat was eene volflagen verwarring in de zaken van de Provincie te verhoeden. Soortgelyke, of misfchien andere en meerder redenen bewogen de Regeringe van Zwolle , om^ aan die van Deventer zo wel als aan den van den Heer van der Capellen , tot voorkominge \%£vt' van verder verwydering tusfchen de Leden (-,13 van Staat, te verzoeken (c) , van de ge- ^ns^=)e,_ imaakte bedenkingen tegen de werkelyk ge-ienaanDe^ dane begevinge te willen afzien en hier in^n^r^; berusten , met verklaringe van hare be- Woord vau reidwilligheid , om voor 't vervolg ter ^If. azyner tyd het onverdeeld begeven derpr. 1784. Kommisfien te helpen onderfteunen. OokMis^n werd deze voorflag , na onderling be-van neven» raad (d), door de genoemde Edelman en en iStad omhelsd (e) , welke laatfte daar van zwolle v. :en het Kollegie der Gedeputeerde Staten %^'% p' en  414 Tegenwoordige Staat kckmis- en Zyne Hoogheid by eenen brief, verwit- SIEN IN 'T . . j„ / f \ GEMEEN. tlgCie (f). CO Wy gaan thans over tot het tweede van den4.pUnt, welks behandeling wy in de inlei7 ding tot dit Hoofddeel beloofden ; welke B'voegd- perïbnen namelyk, in onderfcheiden tyden, heid der Zyn bevoegd geweest om de Kommisfien tófoncn. te bekie(jen.: waaromtrent als een algemeene regel kan worden vastgefteld , dat niemand gekommitteerd wordt , dan die beregtigd is om zitting te hebben ter Vergadering van Ridderfchap en Steden ; en dat zy, die geduurende den loop hunner Kommisfien dat regt verliezen s te gelyk van die Kommisfien worden verftoken. Van dit laatfte evenwel kan men, in vroeger dagen, twee uitzonderingen aantreffen ten aanzien van de Generaliteits Rekenkamer: want in 1623. werd, uit aanmerking dat deze Kommisfie op een Berigtfchrift van de Algemeene Staten wordt waargenomen, verftaan, dat een Burgemeester van Deventer, die voor drie jaar gekommitteerd was, dien tyd zoude uitdienen , fchoon hy inmiddels van den Raadsftoel mogte worden verlaten , met byvoeging egter , dat hy in dat geval van de C«0 Landdagen zoude moeten terug blyven ; , K'sT en een foortgelyk befluit nam men , niet |rt»AP23 lanS daar na' no§ eens tcn behoeve van MMtuókeenen Burgemeester der Stad Kampen (g). Ook was by het oudfte Berigtfchrift voor de Ordinaris Gedeputeerden, te weten dat van 1593 , vastgefteld , dat zulke ^Burgemeesters den tyd van drie maanden, voor  van OVERYSSÉL. 415 voor welken zy toen aangefteld werden, kommis-^ : niet alleen zouden mogen, maar zelfs moè-"EEXv i ten , blyven zitten; Met betrekking tot het eerfte gedeelte ! van dien regel kan men aanmerken , dat i eertyds ook niemand der Leden, die de Staatsvergaderingen bywoonden , van het verkrygen van Kommisfien fchynt uitgefloten ; geweest te zyn: en het zoude niet moeilyk ' vallen Drosten en andere Amptenaren te \ noemen , die dezelven werkelyk hebben bekleed (8). Het oudfte voorbeeld van uitzondering , welk wy aangetroffen heb;ben, had plaats ter gelegenheid van de op* rigting van 't Kollegie der Ordinaris Gej deputeerden, wanneer men vastftelde , dat i de Drosten , welken , gelyk wy beneden zien zullen , fteeds aan 't hoofd der vorige Deputatien geweest waren , wegens de me igvuldigheid hunner amptsbezigheden ! niet in dat Kollegie zouden gek mmitteerd worden: maar fchoon de Steden toen te-, vens verklaarden , by dat befluit onverankterlyk te willen blyven (h) , is hetzelve :ihP2 niet volkomen agtervolgd; nadien wy denNov.iggs; D d Drost (8) Ten aanzien van de zitting der Drosten in ; de Generaliteit is dit uit het boven bl. 348. en volg. ibvgebragte reeds gebleken ; waar men kan by voegen, ;dat twee Rentmeesters, de ééne van Zalland,. da 1 andere van Vollenhove, by Refol. van Ridd. en Sted. van den 3. 4pr. 1623. in het zelfde Kollegie geplaatst werden. Ook vindt men een' Laiuirentmees» ter van Zalland onder de Ordinaris Gedeputeerden .Jfldaar op den 20. Maart 1603. Meêr voorbeelden >Vallen ons thans niet, in de hand, en zyn 00S bl* ; poodig.  4i 6 Tegenwoordige Staat kommij-^ Drost van Twente in 't begin der vorige ï,™.™*Teeuw onder de Ordinaris Gedeputeerden ontmoeten (i). Algemeener was het StaatsAid.». befluit van den jare 1644. ,, Dat die in Maarti6o3.^ officio fyn van Drostampten, ofte andere ,, permanente Ampten, niet fullen gecom„ mitteert worden tot binnen- ofte bui„ ten-landfche Deputatien, waer onder die „ Dyckgreve van Sallandt niet en is ge(k) „ meent (k) :" en nog meêr algemeen, Maaru<544 dewyl het Dykgraaffchap daar in mede begrepen werd, het Reglement van 1657 (1), cap^s.aiï.waar in wy lezen : „ Dat geen ordinaris %byiv~u» Commisfien of Deputatien, foo binnen bu 'ii5.ïn'.„ als buyten Landes, fullen mogen gege3' „ ven worden aen die ghene , dewelcke „ permanente Officien of Beneficiën, bin,, nen defe Provincie , befitten of bedie„ nen, ende fulex fonder onderfcheyt: met „ dien verftande nochtans, dat ten aenfien ,, van die Commisfien of Deputatien voor „ dato defes gheconfereert, aileenlyk plaet„ fe fal hebben de refolutie in den jae„ re 1644. over gelyck fubject geno„ men (9)"- Uitgezonderd de voorbehouding , in de laatfte woorden begrepen, werd deze artikel ook overgenomen in het Re- (9) Door het woon! bedienen, als onderfcheiden van befitten, zal hier het verwaltcn , of waarnemen van een Ampt in eens anders plaats , moeten verftaan worden. By het Regiem, van 1657. Cap. 6. art. 4. by Aitzema , IV. D. bl. 185. art. 2. was ook vastgefteld, en in 't Reglement van 1705. PoinBen enz. art. 1. herhaald , dat niemand , die eene Provinciale Kommisfie had , ,, tot Verwalter van eenig vacant Officie" gefteld zoude worden.  van O VER YS SE L. 417 ! Reglement van 1705 , met invoeging al-^M*"»t leen van deze nader bepaling, dat dezelveGtMEEN. i moe^t verftaan worden van „ Officien of Beneficiën ter dispofitie van Ridderfchap „ en Steden ftaande (10} ; doch ten zelfden dage , waar op dat Reglement werd vastgefteld , nam men tevens een befluit, het Welke ons toefchynt het zelfde als die 1 voorbehouding bedoeld te hebben; dat na- ; melyk eenige daar opgenoemde Magiftraats- 1 perfonen, fchoon met zulke Ampten voorzien zynde , nogthans verkiesbaar zyn zou- j den tot de Kommisfien , zonder dat dit voor anderen in gevolg getrokken zoude ! mogen worden (m). In later tyd werd^y^L» van dezen artikel eene uitzondering gQ-R.cnSt.^ maakt, volgens welke de drie Hoofddros-Ma^'^, ten ieder eene tweede gewone Kommisfie Ai'r-^«Si I ter Generaliteit bekwamen ; gelyk ter zyner plaatze gezegd is: en ten aanzien van : de buitengewone Kommisfien tot de zelfde Vergadering is aan te merken, dat op de* I zelve, als veel later ingevoerd (n) by het C") _ , ' P . - . \j j Hoven bli Reglement van 1705. niet konde geoogd 37I> t worden , en dat Ridderfchap en Steden van dezelven alleen die Amptcnaren hebben uitgefloten , welken uit hoofde hun-RfL^^ ner bedieningen ter Staatsvergadering niet 11 en st.x% kunnen zitten (0). *pï-Wi Dd 2 In (to) Zie Regiem, van 1705. Rakende enz. art. 3» Door de ingevoegde woorden zal men nog duidelyiëi de Ampten in de Generaliteits Landen hebben wiilen uitfluiten. Vergelyk hier mede het boven bl. 355. aangeteekende op de Injlruttie der Gecomntl ter Generaliteit 3 art, 1.  418 Tegenwoordige Staat Kommis- In de twee laatstgenoemde Reglementen r.É!%r£EK.'Tleest men ooïc noS: j3 dat geene Politique of Militaire Offieien, Commisfien, Deputatien of Beneficiën by Survivancé „ of exfpeciantie vergeven zullen worfP) ,, den (p.):" dan wy begrypen naauwlyks f/^cgp'hoe zulk eene behoedzaamheid met betreê6. m'. i.byking tot de Kommisfien konde te pas kowTiFbï, men; en ftaan deshalve in de verzoeking, Regiem'1'0UÏ V3D WQt ^ ë^C^en » ^et geDe vaT""ü5. zeker niet ligtvaardiglyk van eene wet Poinaen moet onderfteld worden, dat overmate van enz. art. 3. . p . zorg , en de vrees van iets te vergelen, de woorden Commisfien en Deputatien hier hebben doen influipen. Men weet, hoe weinig in die tyden , vooral in ftaatsgefchriften , op naauwkeurigheid van ftyl werd gelet. Van eenig meerder belang is (O het, aan te teekenen, dat volgens die vatbar, zelfde Reglementen (q) „ niemant in eecap.6.art.,} nig Collegie ad vitam zal mogen worden l'emafiv. ,y gecommitteert :" hoewel dit, naar de d. bun:?.tegenwoordige ftaatsgefteldheid, uit hoofde art. 3. Ke- 0 , j • 1- gicm. van van het getal der jaren , die voor de bePotnfien geving van ieder Kommisfie bepaald zyn, enz. art. 2. geagt kan worden van zelfs te fpreken. Niets fchynt uit den aart der Kommisfien gereeder te volgen, dan dat twee vart dezelven, vooral wanneer zy gelyktydig moeten of kunnen waargenomen worden, niet aan éénen perfoon behooren te worden begeven: doch het fchynt tevens, dat niets in het ftaatsregt zo baarblykelyk is, dat het niet vroeger of later tegenfpraak heeft moe-  ym OVERYSSEL 419 moeten lyden. By de voorbeelden, wel-Kowve, i ken in dit Hoofdftuk daar van reeds zyn GEMEEN» bygebragt, voege men nog, dat de Stad Kampen in den jare 1720. eenen Burgemeester, die in de Vergadering der AlgeI meene Staten zitting had, te gelyk tot de 1 Westindifche Kompagnie wilde gekommit, teerd hebben: een voornemen, het welke ! egter aanftonds gefluit werd , door dien ; de Ridderfchap rondelyk en in t algemeen verklaarde, „ dat niemand twee Commis„ fien te gelyke vermag te bekleden (r).M Refj}an ; Verfcheiden jaren later kwam een foortge-^. cnst. llyk verfchil ter baan by de Generaliteit, ?door dien Gelderland eenen Gekommitteer1 den in het Admiraliteits Kollegie te Ara. fterdam tevens wilde doen zitting hebben in den Raad van State: by welke gelegenheid de Staten van Overysfel de gemelde .Helling van de Ridderfchap aannemende, :de Afgevaardigden ter Algemeene Staats* vergadering gelasteden te bewerken, „ dat „ een prohibitive wet werde gearrefteert „ of verklaart , dat niemand te getyk „ fesfie kan hebben in meer als in een „ der Generaliteits Collegien , nament„ lyk de Vergaderinge van Haar Hoog Mo„ gende , van den Raad van State, Generaliteits Rekenkamer, en Admiralitei„ ten, en dat een Heer, in een derzelver „ gecommitteert, of voor gecommitfeert „ gehouden zynde, daar door komt te ces,„ feren de Commisfie , welke hy te vo,5S ren in een ander van defelve mogte Dd 3 3, heb-*  42o Tegenwoordige Staat koMMis%Tj) hebben gehad (ri)." Onderwyl, fchoon K£.OTEN.Trnecr andere Provinciën een dfrgelyk gevoelen voorftonden , is hier op , onzes wetens , nimmer een eindelyk befluit gevallen. Wy keeren eindelyk nog eens weder tot het Reglement van 1657, by het welke verftaan werd : dat Vader en Zoon, Schoonvader en Schoonzoon , Broeders en Zwagers, niet te gelyk tot de Binnen'landfche Deputatie, of ter vergaderinge van de Generaliteit zouden gekommitteerd worden; doch dat zulken, die geduurende hunne Kommisfien door huwlyk vermaagfchapt wierden , hunnen tyd zouden mofc GO rf gen uitdienen (s). Men ziet, dat de Ge- I. by Alt- 'neraliteits Rekenkamer , het eenige overD*bi' t^;rchietende Kollegie, waar in meêr dan %n.i. "één Afgevaardigde uit deze Provincie zitting heeft, in dit verbod niet was begrepen : doch welke hier van de reden geweest zy, weten wy even weinig te zeggen , als waarom volgens het Reglement , tO van i/©5 (t) , in het welke voor 't oveJÏÏm?i."ge het eerstgenoemde Riptelyk gevolgd is, Zwagers elkander nog wel uit het Kol- le- (11) Zie Refol. van Ridd. en Sted. 22. July 174l en 't geheele beloop van dit gefchii in de Refokitl van ds S'aten Generaal, 1. 12 19. 23. 57. 28. Mei 18. 22. July , 7. Jugufi. i74i. een gefchii'des té aanmerkelyker, om dat de Staten van Holland by die gelegenheid aan de Hollandfche Raden en Ministers van het Admiraliteits Kollegie bevelen gegeven hadden', wélken ft'rekten om hét befluit van de Generaliteit, ten-voordeelc van den Heer Torc'k gesomen , buiten werking te houden , het gene door ?He- de smdere Provinciën me? regt werd afgekeurd,  van OVERYSSEL. 421 ' lesie der Gedeputeerde Staten , maar niet kommjs- < ö » .ITT J J * 1 S1EN IN t : meer uit de Vergadering der Algemeene c,emeew, ! Staten uitfluiten ; ten ware dan dat men i dezelve zoude willen opmaken uit het anti woord, welk de Staten ettelyke jaren daar i na aan twee Edelen gaven, die, aan twee ! zusters getrouwd zynde , begeerden veri klaard te hebben, of het Reglement, van ! zwagers fprekende , ook op hen moest : toegepast worden. De vraag rustede op I het voorgeven , dat de Roomfche regten I geene zwagerfchap erkennen , dan tüsi fchen de gehuwden zeiven en der egtgej nootcn bloedverwanten: doch Ridderfchap i en Steden verftonden eenpariglyk , dat de gemeene fpreektrant moest in 't oog ge! houden worden ; dat de aangevoerde reg! ten wel op 't geval van tweede huwlyken, maar niet op zaken van regeringe toepasj felyk waren ; dat de reden , waarom zwa| gers niet te gelyk in het Kollegie werden ' toegelaten, voornamelyk was, „om te be„ letten , dat door eene al te groote i „ vriendfchap en verknogtheid , welke „ tusfchen twee zwagers plaats heeft, het ,, beftier van de zaken niet te zeer zoude , „ overhellen ,-an derzelver zyde , in een „ Kollegie, dat alleen beftaat uit zes per„ fonen , en den regtsdwang heeft over „ de zaken van de Financien dezer Pro„ vincic ;" en dat derhalven onder het woord Zwagers „ mede gehouden moes„ ten worden te zyn begrepen perfonen, ^u^, „ welken aan twee zusters waren g6--8;^^ „ trouwd (u)." Ondertusfchen moet het^;^aaIt' Dd 4 ie-  4 £2. Tegenwoordige Staat Rommis^ ieder vreemd fchynen , dat noch die beifes^MiJde Edelen , noch Ridderfchap en Steden, toen het oog geflagen hebben op het Berigtfchrift zelve van de Gedeputeerden , waar in met ronde woorden gezegd wordt, dat vader en zoon , of „ twee broeders, zo aangeboren als aangehouwd," niet te gelyk in het Kollegie zullen mogen zitten. Tot toegift agten wy het niet ongepast hier een tafeltje by te voegen , waar uit met den opflag van 't oog , ten aanzien van alle de Kommisfien die onder de Kwartieren en Steden rondlopen , zal kunnen gezien worden , het gene wy boven by het verflag van ieder* afzonderlyk aanteekenden ; te weten , hoe lang elke Kommisfie aan een Kwartier of Stad blyft, in welke orde eene opgegeven Kommisfie omgaat , en op welke wyze in een opgegeven jaar de Kommisfien verdeeld zyn. Het zal naauwlyks noodig zyn te zeggen , dat de Letters Z. T. en V. de Kwartieren , X>. K. en Zw. de Steden aanduiden , en' dat de daar agter geplaatfte cyffer toont , in welk jaar van de beurt ieder Kwartier of Stad zig bevindt. Dit tafeltje , bevattende zesendertig jaren , is zo ingerigt, dat men, na verloop van dezen , alleen pene reeks van even zo vele volgende jaren in derzelver plaats hebbe te ftellen , om V het zelfde gebruik van te maken: en dewyl na verloop van elk gelyk tydperk het zelfde zoude kunnen gefchieden, kan men hetzelve als Reeds duurende befchouwen»  van overyssel. 423 Jaren Raad Gener. I Admiraliteit. III. O.Ind. W.Ind. vanSta-| Reken- MaasenjAmfter- Noor- Komp. Komp. tc. VI. ' kam. IV |Friesl. | dam, derkw, VI. VI. 786 V 4 T K. 4 O. I Z. I V. T T, 3 T. 4 1 87 V. c v. Zw. x D. 2 L. 2 V. 2 T. 4 T. 5 ; 17H8 V. 6 V. Zw. 1 D. 3 Z. 3 V. 3 T. 5 T. 6 ■117439 D. 1 V Zw. 3 T. 1 K. 1 D. 1 T. 0 K 1 1790 D.; 0 V. pw. 4 T. 2 K. 7 D 2 Zw. 1 K. 2 ï y, I). 3 Z- D. t T. 3 K. 3 O. 3 Zw. 2 K. 3 1792 D 4 £. D. 2 K. i T 1 Z. 1 Zw. 3 K. 4 £793 D. 5 Z. D. 3 K. 2 T. 2 Z. 2ZW.4K. 5 ; 1794 D. 6 Z. O. 4 K. 3 T. 3 l. 3 Zw. 5 K. 6 ; 179^ Z. 1 T K 1 V. 1 Zw. 1 K. 1 Zw. 6 V. 1 • 1706 Z 2 T K. a V. 2 Zw. a K. a Z. 1 V. 2 1797 Z 3 T. K. 3 V. 3 Zw. 3 K. 3 Z. 2 V. 3 i79bZ 4'T K. 4 Zw. .V. 1 T. 1 Z. 3 V. 4 Ii7v9 Z. 5 V Zw 1 Zw. 2 V. ïT. 2 Z. 4 V. 5 1 18 o Z. 6 iV. Zw. 2 Zw. 3 V, 3 T. 3 Z. 5 V. 6 I 1801 |Zw. 1 V Zw. 3 Z. lD. 1 Zw. 1 Z. 6 Zw. 1 1802 Zw. 2 V. Zw. 4 /.. ft ü. 2 Zw. 2 K. 1 Zw. 2 1803IZW. 3 Z. D. 1 Z. 3 D. 3 Zw. 3 K. 2 Zw. 3 180+IZw. 4'Z D. 2|D. t 1 V. 1 K. 3 Zw.4 18051ZW. 5 Z. D 3 D a Z. 2 V. 2 K. 4 Zw. 5 iSoóiZwóZD. 4 D. 3 Z. 3 V. 3 K. 5 Zw. 6 1807 T. i|T K ' T. 1 K- ' D. 1 K. 6 Z. 1 1808 T. a'T. K 2 T. jR. 2 D. 2 V. 1 Z. 2 1809 T. liï. K. 3 T. 3 K. 3 D, 3 V. 2 Z. 3 si 1810 T. 4 T. K. 4 K. " T. 1 Z. 1 V. 3 Z. 4 H811T. 5V.Zw.1L 2 T. 2Z. 2 V. 4 Z. 5 i8f2 T. 6 V. Zw. 2 K. 3 T. 3 Z. 3 V.. 5 Z. 6 1813 K. 1 V. Zw. 3 V. 1 Zw. 1 K. 1 V. ó D. 1 ■ 1814K. 2 V Zw. 4 V. 2 ZW.2K. 2 D. i D. 2 1815 K. 3 Z D. 1 V. 3 Zw. 3 K. 3 D. 2 D. 3 18.6 K. 4 K D 2 Zw. 1 V. 1 T. 1 D. 3 D. 4 1817 K 5 Z. D. 3 Zw. 2 V. 2 ï. 2 D. 4 D. 5 1818 K. 6 Z. D. 4 Zw. 3 V. 3 T. 3 D. 5 D. 6 1819 V. 1 T. K. 1 Z. 1 D. 1 Zw. 1 D. 6 T. 1 1820 V. 2 T. K. 2 Z. 2 D. 2 Zw. 2 T. 1 T 2 U821 V. 3T.K. 3 Z. 3D 3Zw.3 T. a T. 3 agt->  .424 Tegenwoordige Staat AGTSTE HOOFDSTUK. Van de Gedeputeerde Staten , of van het Kollegie der Ordinaris Gedeputeerden. Zo dra men zig in deze Landen ernstig tegen de Spaanfche dwinglandy begon te verzetten , werd het werk van de Staten der onderfcheiden Gewesten , eensdeels aangegroeid met al dat gene, het welke te voren door den Landsheer en zyne Raden verrigt was , en anderdeels door de beroerde tyds omftandigheden , van zulk eenen grooten omflag , dat zy , niet altoos in vollen getale vergaderd kunnende blyven , natuurlyker wyze moesten bedagt worden , om een gedeelte des beftiers aan eenige weinigen uit hun midden te betrouwen. Ook is het bekend, dat alle de thans vereenigde Provinciën, de éene vroeger de andere later, vaste Kollegien, onder den naam van Gekommitteerde Raden of Gedeputeerde Staten , met zodanig een oogmerk , hebben opgerigt. In Zeeland gefcbiedde dit reeds in den jare 1578, in beide de Kwartieren van Holland in 1584, in de Provincie van Utrecht in 1593. Behalven de nuttigheid der zaak , konden de voorbeelden van het gene reeds vroeger had plaats gevonden in fommige Ge-, westen ook wel aanleiding tot foortgelyke inrigtingen geven. Dus had men in Zeeland Gouverneur en Raden , wier aanwasfende magt, vooral onder Prins Willens  van O V E R Y S S E L. 425 lem den I, ten laatften gevaarlyk gcoor- gfotpudeeld , uitwerkte, dat zy voor een nieuw Itxi-ék» Kollegie van Gekommitteerde Raden plaats moesten maken. Dus had men in Utrecht de zogenaamde Binnen-Staten, zamengefteld uit eenige Leden, welken, als naast by de hand zynde , werden befchreven, om de zaken af te doen. In Overysfel vinden wy', dat Ridderfchap en Steden, onder het beftier van den Hertog van Alva, fomtyds genoodzaakt waren alleen door een klein getal van Afgevaardigden te raadpleegen , uit vrees van den Landvoogd , die ongaarne het ganfche ligchaam der Staten verzameld zag, te mishagen (a). Men fchryve dit^jTO^ toe aan de willekeurige beginzelen van den ventT. p." Spanjaard , die veclligt de klem der rege- ws>ringe in weinige handen zogt te brengen , nadien de menigte zig niet zo gemaklyk door invloed laat bellieren: vast gaat het, dat de Staten door andere beweegredenen gedreven werden , wanneer zy, in den jare r.577 > met den Grave van Rennenberg in onderhandeling zynde over de aanvaarding van' het Stadhouderfchap , van denzelven bedongen, dat hy, naar ouder gewoonte , den raad der Drosten en der Gedeputeerden van de Landfehap en Steden , en niet dien van uitheemfchen , in zyne regeringe zoude gebruiken (b). Zy eb) volgden hier in, zo het fchynt, het voor- ^ttom. beeld van de Gelderfchen , welken eenm p.499» jaar te voren, op verzoek van hunnen&50ï' Stadhouder Hierges, eenige Gedeputeerden  426 Tegenwoordige Staat Gsnïpo- den gemagtigd hadden, om met denzelven Iiatïn* over 's lands zaken te raadpleegen en te befluiten , onder belofte van onverbreeklyk te houden, alles wat dezelven eendragtelyk of by de meeste ftemmen zouden Boiuni, verrigten Cc)« In den volgenden jare werd Qnuitgtgty, ook met der daad eene Deputatie van verH^i.1'"' fcheiden perfonen, zo uit de Ridderfchap als uit de Steden, gemaakt, om in aller name alle voorvallende krygs en andere noodige lands zaken af te doen , met byvoeging , dat alles , wat dezen mogten befluiten , door de Staten van waarde zoude Cd) gehouden worden (d). Waarfchynlyk zyn Êfetsf." ^et dis j van welken wy elders lezen, dat sl6. Auj. zy de punten in orde bragten , waar over ,3*7' de raadpleeging der Staten zoude dienen te ,^HCO lopen (e): doch ons is niet voorgekomen, sept.rf78.dat het mede de zelfden waren, die ten 5- Mef dezen tyde , gelyk wy boven (f) aantec kenden, den Stadhouder werden toegeM,ai8? voegd 5 om nem m 't beantwoorden van verzoekfchriften, als meerder in de Landregteii bedreven , te onderfteunen. In 1580 , kort voor den afval van Rennenberg , benoemden de Staten eene diergelyke Kommisfie, beftaande uit de Drosten van Zalland en Vollenhove, nevens zes andere Leden , één uit ieder Kwartier van de Ridderfchap en uit ieder Stad, om alle voorvallende zaken te befchikken en over gewigtigen Ridderfchap en Steden te befchryven (1). Veelligt zyn het dezen, die ook (i) 2ie Rejel, vajj Ridd. en Sted. van ien i%. Maart  van OVERYSSEL. 427 ook onder den naam van Verordenten voor- gedepuikomen, voor welken en den Stadhouder stIten, Ide Staten begrepen , dat de zaak der Burgemeestercn van Kampen, die omtrent dezen tyd door eenige Burgers uit de Stad gezet waren , behoorde afgedaan te worden , welken aan die van Hasfelt veroorloofden die uitgedrevenen in te nemen , m welken naderhand een ontwerp zouden naken, om eenige Kloosters te veranderen in wereldlyke Stiften (g). Immers vinden Re/g^an • wy , dat in Slagtmaand van het zelfde jaar R. e«st. les zulke Verordenten te Kampen verga-Ifso'^VJ lerd waren , en velerhande zaken afde- Jan- 's8^ 3en : fchoon te gelyk moet worden aangenerkt, dat dezelven ten aanzien van de (-h^ Ridderfchap alleen uit de beide Drosten .Reizdoek . .. 1 j, r, r-\ van Deven- :n voorts uit eenen Burgemeester van De-^,oPden /enter, éénen van Kampen en twee vanj^Nov. Zwolle beftonden (h). Met het Collegium tinnen Deventer, het welke gezegd wordt (i) iemand gemagtigd te hebben om de Ver-j^^ ofgelden te ontvangen (i) , zal ook den-u'-jun.' relyk die zelfde Kommisfie bedoeld zyn. I'8o, Wat van dit alles zyn moge, de gemelle Kommisfie fchynt niet langer beftaan te lebben, dan tot in Bloeimaand des jaars [582 : want toen werd, om de onkos:en en gevaren van de Landdagen , zo ceel mogelyk , voor te komen, befloten, Jat alle brieven , aan de Staten gerigt, by ;580. waar dit gezegd wordt te gefchieden , uit roofde van zekere Kommisfie, te Kampen beraamd > ia door Zyne Doorlugtigheid bevestigd : doch diC luk. is ons niet onder 't oog gevallen.  428 Tegenwoordige Staat cedepu- by de Stad, waar zy aankwamen , met de siaïen. daar wonende Edelen overwogen, en voorts met derzelver bedenkingen , ten gelyken einde, overgezonden zouden worden, op dat daar op eendragtelyk een befluit konde worden genomen. Elke Stad moest eenige Gedeputeerden Hellen om van de dus behandelde zaken aanteèkening te houden: en wy vinden, dat de Ridderfchap , ecni(k) ge maanden later, vier perfonen uit haar rYmSiT midden magtigde , om binnen Deventer 8.'Mei,6. de voorvallende zaken ten beste te helpen ^"••s»*-bellieren (k). Deze inrig;ing egter fchynt niet aan dè bedoeling beantwoord te hebben : want reeds in den aanvang van 't volgende jaar ziet men de Staten op nieuws ernftelyk 0ver de verkiezing van eene regeringswyze raadpleegen. De vraag was , of men wederom eenen Stadhouder aannemen, of andere middelen van regeringe gebruiken zoude. De Ridderfchap en de Afgevaardigden uit Deventer begrepen, dat men nog drie of vier maanden met de aanneming van eenen Stadhouder, of het opdragen van de Sbuvereiniteit, behoorde te wagten, en inmiddels wederom een Kollegie van Gedeputeerden aan te ftellen , welken de voorvallende zaken konden bellieren. Die van Kampen , zonder zig over hef andere punt uit te laten, verklaarden zig insgelyks voor de invoering van het Kollegie : en fchoon die van Zwolle dit ongeraden vonden , en voorQoegen , „ dat men het Gouverne„ ment Syner Excellentie folde defereren, „ om.-;  van OVERYSSEL. 4-19 j, omme eenen goeden Lieutenandt alhier gedep-jte ftellen," werd nogthans tot de op-stItek. regting van dat Kollegie befloten. Hetzeljive zoude beurtelings in elke der drie Steijden eene maand lang vergaderen , bediend worden door eenen Secretaris van de Stad daar het aanwezig was , en beftaan uit ééjnen Burgemeester van ieder Stad en drie Edelen , welke laatften egter in ieder Stad nfzonderlyke perfonen zyn zouden. Men ontwierp ook ten zelfden dage een Berigf> fcbrift voor deze Gedeputeerden , het welEC de Afgevaardigdan uit de Steden aannanen ter goedkeuring aan hunne Zenders /oor te dragen (1) : doch het bleef by 't^o!) ibntwerpen , en wy hebben, van dezenFebrAsty, ;yd af tot op het jaar 1591 , geene melding van deze zaak meêr aangetroffen. In :egendeel vinden wy in den jare 1584. ;ene byzondere Kommisfie gemaakt , om 3e rekeningen van den Rentmeester van kalland te onderzoeken (in) ; terwyl by O5 net ontworpen Berigtfchrift aitdruklyk aan ^8+!7 iet Kollegie was bevolen , de rekeningen /an de Rentmeesters , Kommisfarisfen en Ontvangers aan te hooren , en op behaag /an de Landfehap te fluiten : en in het /olgende jaar Helde men een Kollegie van jedeputeerden aan alleen voor den tyd /an veertien dagen ; „ omme de apoftil, len van de rekeningen der Ontfangeren , ende Rentmeisteren te doen liquideren, ,, ende volgens defelve oock te conclude,, ren ; op de domeinen ende verpagtinge „, vanden landen daer toe beboerende te let-  43° Tegenwoordige Staaè öbdepu- 0 letten , en daer inne te doen verfien 5 staten. „ en voorts op alle des landes nootdruften „ ende gemeine faecken goede ordre. te AU.7?De.„ maecken , ende defelve inden besten te %t' ** dirigeren (n)." De oorzaak , waar door dit ontwerp aan den fpyker bleef hangen , bcftónd meer , dan waarfchynlyk in de tegenkanting der Stad Zwolle , en in de aanneming van den Grave van Nieuwenaar tot Stadhouder , die in 't najaar van 1584. voorviel. Dan al vroeg onder het Stadhouderfchap van Maurits werd de zaak wederom op het tapyt gebragt, en befloten een Kollegie van zes perionen , half üit de Ridderfchap en ... Co) half uit de Steden, op te regten (o) , ert ofc'."591. daar voor ten fpoedigften een Berigtfchrift s- J«i- in gereedheid te brengen (p). ü n de I59"' uitvoering hier van zoude Veelligt ook nog (p) wel verwyld geworden zyn ; indien die" AU. ia.Jui. van Karnpen niet rondelyk verklaard had*59"' den , dat zy , zo deze zaak niet voor alle anderen wierde by de hand genomen, voornemens waren , met toedoen der Ridderfchap van Vollenhove , afzonderlyk op den Lande van Vollenhove zulke orde te Rellen , als zy dienftig zouden vinden. Deventer en de overige Edelen toonden zig hier op bereidwillig ; maar die van Zwolle , welken ten dezen tyde met de andere Leden van Staat over het heffen , -) der geldmiddelen in gefchii lagen , begeerM, Vveel noodig , de hand bieden, ten eindëjunA™^* deszelfs gezag te flerken en deszelfs beflui-^^..^ ; ten te doen uitvoeren. Op den negenden | van Hooimaand des jaars 1503. leiden fefJiïfjfa benoemde Gedeputeerden den eed af (s) j 260. , en hielden hunne, eerfte zitting binnen ! Zwolle op den twintigften van de zelfde.-V! gaj* maand (2). E e Het (2") Dit blykt uit het Register van de Refolutien der [ Heeren Ordinaris Gedeputeerden op den gemelden dag, Ondertusfchen begint dat Register met den 12. Junj? ; Van het zelfde jaar , eri vervat verfcheiden Rëfolu-« i tien van Ridderfchap en Steden, op dien eh vol» gende dagen genomen : het welke wy , ter voorkdi ining van misvattingen , hier opmerken, tip den <$, Augustus vindt men daar geboekt, niet alleen tia Jnftructie voor de Gedeputeerden, maar bok derzelver Kommisfie, of Akte van aanftellinge, den 27. Jüny ;'.vastgefteld, en in de Refol. van Ridd. en Steden vm , 'den 9. July gemeld. Uit deze laatfte, door de driqj ; Hoófddrostën en de drie Steden bezegeld, ziet men] •, dat de drie maanden ; voor welken de Gedeputeei;-, • fden werden acngcfteld, zouden beginnen' te loper] 1 'niet den 17. July: en dezelve eindigt, mét deze wb'orj den. „ Ende v/es by haer Ed. defen ende defelva  432 Tegenwoordige Staat Het bygebragte bewyst dan , dat, welke staten, tydelyke fchikkingen ook vroeger, wan* neer de omftandigheden daar toe drongen, mogen beraamd zyn , de eerfte inftelling van dat Kollegie van Gedeputeerden , het welke tot heden voortduurt, in dit tydspunt moet gezogt worden (3). Dat voort- duu- j, oire Inftru&ie volgende gedaen fal worden gelo- ven wy te raiificeren , t'approberen , te volgen ' ende na te comen , oick tot manutenentie ende fterkinge van oir Ed. auftoriteyt willen wy oir Ed. int generael, ofte die Stadt daer oire. refidentie ,, werden nemen int particulier , indien nodich en j, des verfocht fynde, asfisteren, behulpelyck we3, fen ende die hant daer aen holden , dat oir Edj. „ refolutien , decreten , ftatuyten , ordonnan. en ,', bevelen naegecomen ende geëffeclueert en geobe- dieert fullen worden." (3) In den jare 1579- hadden die van Deventer het ontwerp gefmeed, om binnen hunne Stad een Collegium Studioforum , uit zestig perfonen beftaande , op te regten, en de toeflemming van de Edelen en de Stad Kampen bekomen, om onder anderen de goederen van 't Bergklooster , by Zwolle gelegen , tot onderhoud van dat Kollegie te mogen aanwenden: Refol. van Ridd. en Sted. van den 13. Sept. 1579. en 23. Sept. 1580. doch de Stad Zwolle,, die deze goederen op eene andere wyze, hoewel ook tot voortzetting van de Studiën der arme Overysfelfche jeugd', wilde gebruikt hebben , kantede zig zo zeer daar tegen, dat , 'er niets van fchynt gekomen te zyn. van Hattum, Gefchied. van Zwolle, III. D. hl. 194. Toen vervolgens Prins Maurits, terwyl Deventer door Stanleis verraad wederom onder de Spaanfche overheerfching lag, zig veel moeite gaf, om de opkomften uit die goederen aan den Proost van Deventer te doen toewyzen wilde Zwolle daar toe niet verftaan , maar gaf te kennen , dat dezelven , certyds tot onderhoud van goeder lieden kinderen tot de ftudien gebruikt zynde, tbafls mee meerder  van OVERYSSEL. 433 diiuren ondertusfchen, met andere omftan- gedff^ digheden gepaard , gaf aanleiding tot veel s^sll Ee 2 fchroom- nut tot betalinge van de fcbuldeh der Landfehap taogten aangewend worden ; zo dat de Ridderfchap en Kampen by meerderheid van ftemmen moesten befluiten , om den Stadhouder genoegen te geven. Refol. van Ridd en Sted. van den g. Decemb. 1590. 'en 30. Jan. 1591. Zo dra de Sred Deventer in 't Jaar 1591. door de Staatfchen hernomen was, hield zy aan dat de bovengemelde vergunning moeste ftand grypen , en wilde de gifte , aan den Proost gedaan, ingetrokken hebben: doch toen dreef Zwolle, dat zy alleen beregtigd was dm zig de Bergkloosters goederen , als in haar Kerfpel gelegen, aan te matigen ; terwyl de overige Staatsleden by bun befluit, ten voordeele van den Proost genomen , wilden bly- ' ven. Aid. 22. Decemb. 1591. 3. Jul. 1592. 1. Nov'. ' 1594. 13. Febr. 1596. van Hattmn, Aid. bl. 243. 249. en 256. Wy geven hier dit verflag , fchoon eigenlyk niets met ons onderwerp gemeen hebbende,, om de misvatting van den Heer van Hattum aan te wyzen , die, het Collegium Studioforum niet onderfcheidende van het Kollegie der Gedeputeerden , in de aangehaalde plaatzen de verfcbillen , over het eerfte gevallen , op het laatfte te huis brengt, en daar door zelve omtrent den oorfprong van dat laatfte in twyffel raakt. De korte febryftrant van dien tyd maakt diergelyke misflagen verfchoonlyk; en de tegenwoordige is het te meêr, nadien de Stad Zwol» | le , gelyk wy reeds gezien hebben cn nog verder : zien zullen, zig meermaals, zo tegen de opregting .als tegen de in ftand houding van het Kollegie der ! Gedeputeerden , heeft verzet. De Heer A. MoóneA :bragt de eerfte Inftruétie reeds te regt, in zyn C/;rd'Myke der Stadt Deventer, tot het jaariSPS- Wat vad het berigt van Willem Nagge te houden zy, diej 1 volgens dc zelfde Gefchied. van Zwolle, lil. D. Ml '7,15. gemeend heeft, dat het Kollegie in 1583. reed) tot ftand gekomen was, kan uit het vorige va'ri tilt j ons verhaal blyken,  434- Tegenwoordige Staat cedepü- fchroomlyker oneenigheden , dan immet' ™* omtrent de opregting" plaats hadden. Met het aflopen der drie maanden, waar mede- de Kommisfie der Gedeputeerden eindigde, waren alle de Staatsleden, Zwolle uitgezonderd, eenpaarig van gevoelen, dat dezelve nog vóór drie maanden be- } hoorde verlengd te worden; en befloten 1 daar toe ook met der daad , niet tegengaande dat de Afgevaardigden uit de ge- | melde Stad , na eenig vrugteloos poogen om de zaak fleepende te houden , weigerig bleven om mede daar in te bewilligen. De Kommisfie-brief, by deze gelegenheid ontworpen, is aanmerkelyk , wegens de daar in voorkomende belofte, door die van de Ridderfchap eh de twee Steden ; „ in 't algemeen , en ieder van hun in 't byzonder voor zig en voor zyne nako„ melingen ," gedaan , van de Gedeputeerden en den Griffier in de oeffening van den hun aanbevolen post te zullen handhaven , en in alle voorkomende zwarigheden behulpzaam zyn : want fchoon de meening in zeer bedekte bewoordingen is ' Rl% uitgedrukt, valt het niet moeilyk daar uit R.enSt. 0p te maken , dat men die tegenkanting oa."if.I9'van Zwolle te gemoet zag, welke men 3NTov.i5i»3-eerlang werkelyk ondervond (t). Wy zouden te verre buiten ons beftek* treden , indien wy hier van alle de gefchilpunten, welken thans de Stad Zwolle van de overige Staatsleden verwyderden , een omftandig verflag wilden mededeelen : hoewel tevens niet kan ontkend worden , dae  van OVERYSSEL. 435 I dat do dryfveeren der handelingen niet be- Gedepuhoorlyk te ontzwagtelen zyn , dan door s^!^., de zamenlopende omftandigheden in haar onderling verband open te leggen. Om i eenen middenweg in te flaan , zullen wy : kortelyk aanmerken , dat de gemelde Stad < ten dezen tyde niet konde overgehaald , worden , om de maatregelen nopens het | opbrengen der vereifchte gemeene lasten , door de andere Leden goedgekeurd, te omhelzen ; en tc gelyk ftandvastig ftaande hield , daar omtrent niet te mogen overRemd worden. Hare weigering, om in ide voortduuring van het Kollegie toe te ftemmen , was verknogt aan haren eifdi lom de punten, die in gefchii lagen, voorlaf te vereffenen. In 't byzonder was men het oneens over het heffen van zekeren jopaccys op de bieren , waar in Zwolle :eerst voor eenen tyd van drie maanden ihad toegeftemd, en welken de Ridderfchap, Deventer en Kampen thans , tegen haren zin , befloten hadden nog langer door de jGedeputeerden te doen invorderen. Dit ikverd by de Zwolfchen zo hoog opgeno!men , dat zy , onder ver weigering van hunne Quote in de gemeene lasten te betalen , de pagters van dien opaccyns , in of omtrent de Stad gezeten , verboden de nog verfchuldigde pagtpenningen aan iemand dan aan hun te betalen , en denzelven in 't vervolg op nieuws te pagten. Dok zonden zy een fcherp gebod aan den : Griffier en eenen Ontvanger, die beiden in hunne Stad woonden: aan den eerften, E e .3 om  43 6 Tegenwoordige Staat Cfpïpu- om Gedeputeerden niet meêr als Se- I Iïaten. kretaris te bedienen ; en aan den laatften, om geene penningen op bevel van dezel- ] ven uit te tellen. Zo ' ftonden de zaken met den aanvang des jaars 1594. Verfcheiden byeenkom- j Ren, vervolgens binnen Zwolle gehouden pm dezelven te vereffenen, liepen vrug» teloos af : voornamelyk , zo het fchynt, door den tegenftand van de Gezworen GehiSdeRe raeent:e dezer Stad (u). Hierop befloten de beide andere Steden met de Ridder- ] %Tadhovder fcnaP, een Kollegie van vier perfonen aan in de Hef. te Rellen , twee uit de Edelen , éénen &;^'.MéiUit Deventer en éénen uit Kampen, weli§j> ten 'vastgefteld , "met by voeging alleen , dat die van Zwolle voor dit maal niemand' uit hun midden daar byvoegen , doch egfoMlan ter het gehandelde der Gedeputeerden van ~£eitst.^_ waarde houden wilden (z) : en in BloeiSf^Éltód des volgenden jaar? werden wederW * V liüij.  yan OVERYSSEL. 439 om, gelyk voormaals, zes Gedeputeer-Cm»* den, drie uit de Ridderfchap en één uit Staten. ieder Stad , benoemd , welker Kommisfie ? zie- uitftrekte tot het einde van dat zelfde-w. 17. 7 & , N Mei 1595. jaar (a). Deze eensgezindheid was nogthans van korten duur. De Ridderfchap en de twee ; Steden moesten wederom overgaan tot het aanftellen van vier Gedeputeerden, terwyl die van Zwolle begeerden , den Raat 1 des lands te mogen inzien , voor dat zy 1 overgingen om iemand uit hun midden daar by te voegen. Aanftonds werd de Griffier gelast hun daar van , zo veel doenlyk, 1 opening te geven (b) : doch dit had , ta^CO plaats van de gewenfchte uitwerking, gee-Febr.a. ne andere , dan dat zy , ruim een jaarMami*& daar na, juist in tegendeel verklaarden , niet tot de invoering van de generale middelen , noch tot het opbrengen van eenigen buitengewoonen onderftand, te zullen verftaan , zo lang „ die nieuwicheiden als „ van 't Collegium ende ander onnodige ] „ befendinge" niet afgefchaft werden (c).m 3i. Eenige weken hier na vond men eenparig J^gJ goed , het Kollegie voor eerst te doenrcrhami. ftilftaan , tot dat de Zwolfchen zig daar o- verft. bl. ver nader hadden beraden : en toen dezen «9daarop eerlang hunne toeftemming ter veri gaderihg inbragten, ftelde men nogmaals I zes Gedeputeerden aan , welken veertien dagen of eene maand te Zwolle, en vervolgens eenen gelyken tyd in de beide an-foMw ö o J . 7 j 1 R* en dere Steden, hunne zittingen zouden hou.(a 24.Mei . den (d). Ëe s In-  44® Tegenwoordige Staat wrdT In '.fc Jaar I598- vindt men nogmaals Staten, verfcheiden vergaderingen , waar by geene Afgevaardigden van Zwolle tegenwoor. dig waren. Op ééne van dezelven werd goedgevonden wederom Gedeputeerden tot de Regeringe des Lands aan te Rellen, en daar van aan de gemelde Stad fchriftelyk kennis te geven , ten einde een Lid uit haar midden daar mogte worden bygevoegd ; het welke niet gefchiedende , de Stad , daar het Kollegie zitting hield , ee(e) nen tweeden perfoon , om het zestal vol maken > zoude benoemen (e) Ook fcheen 'er zig, niet lang daar na, hoop op te doen , dat die van Zwolle aan de begeerte van hunne medeleden ftonden te vfli-IJ. beantwoorden (f): doch daar verliep nog Aug. 1598. eenige tyd eêr het hier toe kwam. Onder wyl ging het Kollegie eg:er met zyne zrJ&i. verrigtingen voort (g). Eindelyk viel in van ik Ge. Wintermaand een eenftemmig befluit om Sept. 1598. wederom regelmatig zes Gedeputeerden te verkiezen, welken voor eerst in elke Stad rio veertien dagen zouden vergaderen (h] ; Rw.e11st.en deze Deputatie werd vervolgens van i^ï!C' tyd tot tvd verIengd , zonder dat ons in 't vervolg meerder ftribbelingen daar over zyn voorgekomen. By ééne van die verlengingen Relde men vast, dat de Magiftraat der Stad , daar het Kollegie vergaderd was , in plaats van haren Gedeputeerden , wanneer die verhinderd was hetzelve by te wonen, eenen anderen zoude mogen benoemen , en dat het zelfde ook aan die van de Ridderfchap zoude vry- ftaan  yan OVERYSSEL. 44* Raan CO : eene fchikking, welke egter in Geraak V J V i j TEEP*Ï>E later tyd geenen ftand heeft gehouden. statbh» Meerder andere inrigtingen , dit Kolle- ' gie betreffende, zyn van tyd tot tyd ver- Aid. 28. anderd, tot dat alles ten laatften op dien-1"11-l6oa' vaster voet gekomen is , welke nu zedert eene reeks van jaren heeft ftand gehouden. Hier toe behoort een befluit, in 't jaar 1603. genomen , dat de Gedeputeerden een geheel jaar zouden aanblyven, en in elke Stad een half jaar moeten zitten (k) : welk half jaar niet lang daar na^OO mede in een geheel veranderd werd , met Maan 1602; byvoeging, dat ten minften drie der Gedeputeerden onafgebroken vergaderinge zouden moeten houden. Ten zelfden dage verftond men ook , dat wanneer de ftaat des Lands in 't vervolg mogte toelaten , dat het Kollegie , zonder gevaar , elders dan in de Hoofdfteden gevestigd wierde , hetzelve ook , na voorgaand • befluit der Staten , naar eene andere bekwame plaats verlegd zoude mogen worden (1). Zulkj.y I4. een befluit is ondertusfehen naderhand Ftbr-l6c> nooit wederom in aanmerking gekomen : en in der daad is ook niets gevoeglyker dan de tegenwoordige gewoonte, volgens welke het Kollegie het geheele jaar in die Stad blyft , waar ook de Staten vergaderen ; dewyl het reeds omflags genoeg inheeft, de boeken en papieren , tot de Griffie behoorende, jaarlyks één maal van de ééne naar de andere Stad te verbrengen. Dit fchynt ook, maar weinig jaren later., het begrip der Edelen geweest te zyn 5  44 ^ Tegenwoordige Staaê teeTdT zyn » wanneer zy , gerugfteund door de Staten* Afgevaardigden van Zwolle , „ tott goede „ bewaeringe van allerley landtfchaps Re„ gisteren ende pampyren , dairmede de3, felue by jaerlicx transport worden ge„ distrahiert ende vermistet, alfs mede tott geryff vanden Ingefetenen ," voorfloegen , het Kollegie vooreerst, zonder tyds bepalinge, binnen de gemelde Stad te doen houden (m). In den jare 1622. waren sepciöio, verre de meeste Leden van oordeel , dat de Gedeputeerden in ieder Stad beurtelings ettelyke jaren behoorden te blyven (n) : doch van al dit, zo wel als nee. 1612. van den later en meêr bepaalden voorflag van de Stad Deventer , om het Kollem. 27. gie van drie tot drie jaren te laten rondJui.i65i. gaan (0-) ^ js nimmer iets gekomen. Van de Historie van dit Kollegie over' gaande tot het werk v welk deszelfs Leden te verrigten hebben , is het dienstig aan te teekenen, dat het oudfte Berigtfchrift3 te weten dat van den jare 1593 (5) > waar van wy boven gewaagden , heeft Rand gehouden tot in 't midden van de volgende eeuw ; zynde ons niet gebleken, dat de voorflag om hetzelve te vernieuwen , in den jare 1622. ter. Staatsvergadering. (5) Deze InfiruEtie is niet te vinden in de Refolutien van Ridderfchap en Steden , waar. alleen de vast-, Helling van dezelve op den 27. Juny 1593. kan gezien worden ; maar in het oudfte Boek 'van Refolutien der Gedeputeerden zeiven , wordt het in 't begin, by eenige daar geplaatste Refolutien van de StatenA aangetroffen.  van OVERYSSËL. 443 ring gedaan , fchoon aan de meeste Leden gbdepubehagende (p) , van eenig gevolg ge-TSl^. weest is. De Provinciale oneenigheden 5 1 die het eerfte Reglement op de Regerip^/of VM ; ge in 't jaar 1657. deden invoeren , brag- &'ttStg£ ten ten zelfden tyde een nieuw Berigt- ' ' fchrift voor het Kollegie voort , het weli ke in vele opzigten van het eerfte verfchilde : en dat onderging wederom merikelyke verandering in 't jaar 1708, om. I trent welken tyd de meeste Berigtfchriften iïn Overysfel eene herfchouw ondergaan i hebben ; zo dat men zeggen zoude , dat j Ridderfchap en Steden , die in den loop wan byna dertig jaren weinig anders had(den te doen gehad , dan de voorfchriften 'van Koning Willem, of van hun die naar 1 deszelfs wenken de Provincie beftierden, i in Staatsbefluiten te veranderen , thans , i hunne kragten herboren voelende , door : dubbele werkzaamheid de werkeloosheid ivan vorige dagen zogten te doen vergetten. Het eerfte en het jongfte dezer Bei rigtfchriften, noch niet door den druk germecn gemaakt (6) , zullen wy den Lezer Ihier mededeelen , en wel op die wyze , iwelke ons de ' gevoeglykfte fcbeen , om Ihem in ftaat te ftellen dezelven alle drie ;zonder veel moeite te vergelyken. Wy ^zullen namelyk aan het nieuvvfte en dus mog geldende Berigtfchrift, in zyne eigen or- (C; Het tweede maakt het elfde Capittcl uit Van 't IRtglement van 1657. en is geheel te vinden by Aitjp2»«, Sak. van Staet en Oorlogh, IV. D. bl. 186.  444 Tegenwoordige Staat geoepu- orde , ééne kolom van de bladzyde tóèItaten. wyzen , en de andere kolom gebruiken , om tegen ieder van deszelfs artikels die genen uit het oude te plaatzen ,. Welker^ daar mede eene , het zy meerder het zy minder , overeenkomst hebben. De orde der artikels van dit laatstgemelde , hier door verbroken zynde , is, van hun , die hetzelve in zyn verband begeeren te lezen , met behulp van de daar boven geftelde talletters gemaklyk weder te vinden. Alles , wat het Berigtfchrift van 1708. meerder inhoudt dan dat van 1657, is met curfive letters gedrukt; en het gene met deze inrigting nog mogt ontbreken , Om het onderfcheid tusfchen die twee op te maken , is door de Aanteekeningen, welken wy onder ieder artikel zetten zullen , verholpen. Ettelyke ophelderingen, welken tot beter verftand van deze ftukken dienftig konden geagt worden , hebben wy in de zelfde Aanteekeningen vervat,  van OVERYSSEL. 445 Gedepü- InRruclie voor het Artikelen van Am- Staten. Kollegie der Or- pliatie over de Indinaris Gedepu- JlruSiie van- ds teerden, gearre- Ords. Heeren Gefleerd den 27. deputeerden , geJuny 1593. arrefleerd den 8. Maart 1708. T\ idderfchap endeSte-£v den der Lant-, fchap van Overysfel hebben tot confervatie defes Landes Privilegiën vry ende gerechticheden, goede ordre en reg/eringe nodich gevonden , ende geordineert een Collegium derfelver Lantjcliaps Gedeputeerden in te ft ellen , ende hinvorder te onderholden, in manieren hyer nha befchreven. t ï. Eerftlyk datiet Col- Eerftelyk dat het legium tot minjien kos- Collegium tot minften ten defer Provincie be- kosten dezer Provin- Jiaen fal alleene int ge- cie beftaan zal in 't tal van fes perfonen , getal van zes perfo- ff welke op eenen Lant- nen, drie uit de Rid- dach by gemene Jiem- derichap en drie uit de  i.\6 Tegenwoordige Staat Aanteèkening. Ten aanzien van de aanftelling der Gedeputeerden gold dan , volgens de InJlruStie van 1593 , de meerderheid van ftemmen ; terwyl volgens die van 11357. de onderfcheiden Kwartieren en Steden de nominatie, en de Staten alleen de approbatie, hadden. Wat het Reglement op de Regering van 1675. medebragt , hebben wy ter zyner plaatze gezien. De Injlructie gedspu- mm yan Ridderfchap StAten. ende Steden genomineert ende gecommitteert fullenw ,, cufe piaetfe fal moghen hu boen , ende d e I ,, geene , die voor den behoorleken tyd uyt \ „ de vergaederinge fullen fcïieiden, fullen ge,, lyck die te late komende breucken, fullen„ de de felvë breucken anftonts in een busfe „ geleght worden ten profyte varden Armen, ende die gheene die geheele degen' abfent „ zyn , fal gekort word' n van hare gagien „ van yder dagh drie CaroL gulden , daer „ van die Griffier gehouden fal zyn psrticuI ,, lier register te houden onder fvn hant, #. fonder dat defelve Ordonnantiën fullen mo» Ff s» s. ge«  4gó Tegenwoordige Staat Gedepu- „ gen werden ghepasfcert, als met kortingfee trerob }> vin foodane verbeurde .penninghen deweleSTAim. kc onder de prefenten fülleó w;rden verj deelt' — Naderhand is verftaan, dat de Gedeputeerden , geduurende de Landdagen en Klaringen , wekelyks geene meerder daggelden zullen trekken dan van drie dagen. Zie Refol. van Ridd. en Sted. van den 13. July 1717. 4- Die Gedeputeerden zullen niet mogen befoigneren, als ten minften met vier prasfenten , twee uit de Ridderfchap en twee uit de Steden. Aanteèkening. Eertyds mogt dit ook met drie gefchieden, gelyk uic het aangeteekende onder den voorgaauden Artikel te zien is Eene uitzondering van het hier vastgeftelde zal men aantreffen onder Art. 23. II. 5- Welcke Gecommit- Zullen niet mogen tn. geholden fullen we- eenige refolutien ne- fen defe Provincie van men , ten zy de za- Overysfel int gemeen ke alvoren in deli- enen eedt te doen van beratie geleid , om- getrouwicheyd , ende gevraegd , en by de van allen faecken oir meeste ftemmen goed- Ed. operlecht, onpar- gevonden zy. tielicken te beleyden enik affhandelen fonder  van O VURYSSEL yefpeEt ofte opfien vant gïfrm5 Lant ofte die Stadt statES? daer wt oir Ed. gecoren fullen wefen , dwelcke in allen faken mit ftemmen fullen procederen , ende die meeste ftemmen nagecomen ende gevolcht fullen werden. Aanteèkening. Een gedeelte van dezen tweeden Artikel van 1593. zoude eigeniyk ftaan moeten tegen Qv«r Art. 42. van 1708. III. Die Reftdentie der voorn. Gecommittn. fal voor eerst binnen der Stadt Swole aengevanr- gen , edoch daer nae getransfereert mogen worden ter plaetfen \ daert oir Ed. felvest nae voorvallende gelej gentheyt raetfaem he- duncken fall, duyren- de defe deputatie den tyt van drie maenden eerstcomende, met den : voorbeholde dan noch •» dat nae verloop der drie- mienden oir Ed. by der gemeener Lant- fthap gecontinueert s 4 F f 3 €•  45^ Tegenwoordige Staat <~ •« ofte andere gecomm.itpwmi '1: teert Jutten mogen wor~ ^ " den , fitten oick oir Ed. alwaert, rfaï oir Ed. immittels des raets in den Steden ontfath mochten werden , dm yoirfz. tyt yan drie maenden in den collegio ie continueren geholden wefen. Aanteèkening. Over de plaats der Vergadering is boven iri dit Hoofdfruk , en over de zitting van verlaten Burgemeesters in hec voorgaande, &.V4.4. reeds gefproken. Ënde fullen oick gehe misfiven van oir Ed. wtgefant werden , ten fy defelve, by het merendeel van oir Ed. gele fen , by den Prefident geparagrapheert 3 und 6. Zullen geën Refolutien uitgcgeeven worden ten zy dezelve den volgenden dag gerefumeerd en te boeke gebragt zyn, ■ Ende fullen gene* ralyk geen misfiven , aften , refolutien of Piacaten afgezonden ■of uitgegeven woiv den, als by den Prcefideut geparapheerd en  van O VER YS S EL. 455 $y den Griffier onder- by den GrjESer on- gedepjj* ieyckent fullen wefen. derteekend, lllim, XVIII. Ende géneralyck fullen alle Acten by den Prefident geparag-apheert en by den Griffier enderteyckent worden. Aanteskening. In de Vergadering van Ridderfchap en Steden heeft geene parapbure plaats, maar wordt alles door den Griffier alleen geteekend. Het Prsefidentfchap zal van weke tot weke veranderen by tour. beurte tusfchen de Gedeputeerden uit de Ridderfchap en uit dê Steden. Aanteèkening. In de eerfte vergadering van het Kollegie was de eerfte Refolutie van dezen inh: ai. „ Cerefolveert , dat het Prefidentfchap by „ weken omme fal gaan , eerst die Gedepu„ teerde van den JonGkeren wt Sallandt, daer , „ na de Gedeputeerde der Stadt Deventer , ,, daer na de Gedeputeerde van den Jonckeren „ wt Twente , daer na de Gedeputeerde der „ Stadt Campen , ende fo voorts." Zie Re* jol. van de Gedeput. van den 20. July IJ93» De gewoonte heeft ééne uitzondering van dezen regel ingevoerd : want de Gedeputeerde , Ff 4 die  45*4 Tegenwoordige Staat Sbdepu- die by 't begin van eenen Landdag Prefidenf ItItev is» bIyft P°st behouden zo Jang als de Staatsvergadering duurt. 9. De Prsefident za* altoos den eerften dag van de ordinaris vergaderinge , naar hef gebed en aanroepinge van Gods heiligen naam, deze geamplieerde Inftruéh'e van woord tot woord doen lezen , eêr en bevorens tot eenige andere beföignes te treden. 10. Zullen geen extraordinaire vergadering mogen leggen , als met inthimatie van alle de prasfente Gedeputeerden, 11, Ende zo wanneereenige zaken voorkomen , eenige Gedeputeerden rakende c, dire&elyk of indirectelyk, zo in hare perfonen , als van hare vrienden en magen -> ' tot  van O VERYSS ÉL. 455 tot volle neven in-Gfer>E?ueluis , zullen dezelve staten. geduurende de deliberatien en refolutien op dezelve zaken zig uit de vergadering moeten abfen teren. Aanteèkening* Deze Artikel fteurjt blykbaar op 't Landregt, , l. Deel, Tit. 17. art. 5. en kan daar uit licht 1 ontvangen. Hetzelve laat toe in het ftuk van beleeringe van procesien (dat is van 't vonnis geven) de Advokaten te wraken : voor eerst , „ die de fake felfs mede mag aengaen , j, ende daer by hebben te winnen of te ver„ liefen;" ten anderen, „ die een gelyke fa, j, ke hebben in recht hangen ende bedie,, nen," het welke niet onvoeglyk op het hier voorkomende indirectelyk kan toegepast wor1 den ; en verder ,, die een van de Pardon in 't vierde ljt van confanguiniteit of affiniteit |,3, beftaat," waar uit blykt , dat ter dezer 1 plaatze door volle neven ook aangehuwden te verftaan zyn. Het hier voor 't Kollegie 1 uitdruklyk vastgeftelde, wordt mede in agt 1 genomen ter vergaderinge van Ridderfchap en ; Steden, eene omftandigheid, die ons niet inviel, 1 toen wy boven bl. 299. over 't buitenftaan der . Leden fpraken. — Zie nog over 't opüaaa der Gedeputeerden hier na onder Art. 23. IV. 12. In den eerften fut- De Gedeputeerden \l len oir Ed. die gerefor- zullen die Gereforl meerde Christelyke Re- meerde Religie in al1 ligie in alles voorftaen, les voorftaan , doen ende defelve ten platten planten en propageF f £ Lan-  45 £ Tegenwoordige Staat Cbdüpü- Lande Qdaert mogelyck ren , ende yveren dat staten, fyn fal)deen planten en- ten platten Lande geen de propageren, fonder andere Kerken-dienaars enige Kerkendienaers , toegelaten werden» dan expresfe van die ge- reformierde Christelyc- ie Religie bekentenisfe doende , eenichfints al- daer toe te laten. Aanteèkening. In de Inflrucfie van 1657. komen deze laatfte woorden meerder overeen met die van 1593 s luidende aldus. „ Sonder ten platten „ Lande eenige andere Kercken Dienaers toe? „ te laten." De verandering in de algemeene cenkwyze,. waar tegen nooit eenige wet heiland was , heeft dezelven langzamerhand ga* heel buiten kragt gefteld. Defe Gecommittn. Ende fullen fpeciaJullen macht hebben , lyk daar op letten , en oick geholden we- dat des Lands Hoogfen , alle tgene fo heid , Vryheid , Priby Ridderfchap ende vilegien en GeregtigSteden gearrefteert en- heden, Couftumen „ de verajffcheydet vort, Traóbaten ~ende Conhet fy van Schattin- traéten werden gecongen , Contributien, of- ferveerd ende onderte anderfmts, den ge- houden, zonder nogmenen Staet en Regie- thans dies aangaande ringe defer Provincie, iets te mogen do_ed efte enige particulie- in praejudicie van Prlre perfonen, ofte faken vilegien ende Geregmngaende, met allen tigheden van Lede» vtytte te executeren, ende Steden van dien»  van* OV ERYSSEL 457 tnie defes Landes ende Gedeph* Steden Privilegia vry en Staten, gerechticheden getrou- ■ welyck voor te ftane, Aanteèkening. Een .zeker Schryver van onze dagen vond in de Berigtfchriften der Drosten , dat dezelven de Regten, Hoogheid, Heeriykbeden en Privilegiën des Lands en der Staten daar in moesten bewaren , en fchynt door de opftapeling van alle deze verheven woorden zo zeer verrukt geweest te zyn , dat hy naauwlyks uitdrukkingen wist te vinden, om zynen diepen eerbied voor het Ampt , of, gelyk hy het noemt, de ilïuftre Commisfie , der Heeren Drosten aan te duiden. De regten der Drosten ltaan by hem op den zelfden .voet met die van 's Lands Hooge Overheid , welker verpligting , om de Hooge Heeriykbeden , in hunne banden ieevertrouvjd , (hy fpreekt van de Drostendienften) te maintineren , hy zelfs gelyk fielt met die, om 's Lands en der Ingezetenen vodzyn (naar zyne begrippen twee zeer onderfcheiden zakenJ te bevorderen: ja , indien wy hem hooren , is het niets minder dan febennis der Hoogheid de Hooge Ambtenaaren van Hunne •wettige Emolumenten te willen jrujlrteren. Zie Deduéie voor de Ridderfchap nopens de zaak van den Heer van der Capellen en de Drostendiensten , II. Deel, I. Afdeel, n. 191. II. Afdeel, n. 2. 3. 4. 238. en Befluit «.31. Zeker zoude hy , uit hoofde, van die Berigtfchriften , de zaak niet in zulk een licht geplaatst hebben , als of de Drosten alleen alle Regalia van de Hoogheid der Provincie bandhaaven moesten ; indien hy geweten had , dat foorsgelyke artïkelen ook in het Berigtfchrift voor de Gekommitteerden ter Generaliteit (zie boven hl. 35$ ) en in dat voor de Ordinaris GeJc- pu.«  45? Tegenwoordige Staat •cbbf-pu- puteerden gevonden worden , en dat zelf* stagen Schouten eveneens is aanbevolen , de .taten. jjoQgjjeid van defe Provincie te bevorderen endt te bewaren. Zie Inflrucbie voor de Schouten en Richters, art. 14 agter 't Landrecht, N». 68. Met meerder grond wordt elders aangemerkt, dat de Hoogheid te bewaren en dezelve te reprefenteren onderfcheiden zaken zyn; dat het bewaren niet meêr beteekent, dan daar op te pasfen, dat niets tegen de regten van 's Lands Hoogheid ondernomen wn'de; en dat de Drosten zo min als de Schouten kunnen geagt worden dezelve te reprefenteren, dan alleen voor zo verre hun dit by hunne lnftrucfien is aanbevolen. Zie Racer, Overysf. Gedenkfi. III. Stuk bl. 90. en Stukken over de Aanfhelling van Schepenen binnen de Stad Enfchede. '785. bl. 1. Een gedeelte van dezen Artikel van 1593* moet vergeleken worden mee Art. 16. van I7Q3. 14. Zullen zorge dragen , dat de Domeinen ende goederen van de Provincie geconferverd en behoorlyk geadminiftreerd, mitsgaders de gemeene middelen van Confumtie volgens de geëmaneerde Plakaten openbaarlyk aan de meestbiedenden verpagt worden. Aanteèkening. Deze behoort in verband gelezen te ysor- de*  van OVERYSSEL. 459 den met de volgende art. 16. 19. en al. VoorGEm.pahec overige zuilen wy het verfhg nopens de'ïBERDS f ïcancien en derzelver beftier tot een volgend Hoofdftuk fparen. VI. Voorts fullen oir Ed. alle Lantd' osten Rentmrn. ende andere hoge Officieren in den eedt nemen, en denfelven gebeurlycke Commisfie doen expediëren wt den nciem van Ridd. ende Steden , reprcef enteer ende die Staten van defe Provincie van Overysfel, ondert.grote Segel dat oir Ed. daer toe gelevert fal yvoiden, in welcke grote Segel defer Lantfchaps wapen, te weten de Leuwe mit den firoem geJlekenfallworden, mit> die omfchrijft Sigilluni Ordinum Transjsfulaniiï , om het Cachet ïransjsfulania. Aanteehning. Op den 19. September 1584. befloten reeds ée Staten e< n zegel te laten maken, het welke tot de Leenbrieven zoude gebruikt worden : zie DeduSt. van de Ridderfchap over Cap. en de Drostendiensten , Bjl. Z. doch dit fchynt  t%6o Tegenwoordige Staat Gedepo- fchynt niet uitgevoerd te zyn , en Ridteerue derfchap en Stéden hebben zig eerst lang daar itaten. na van een algemeen Lands zegel beginnen te bedienen. In 1593. werd de Geloofsbrief voor de Gtkommitteerrlen ter Generaliteit nog •met de zegels van twee Edelen en van de Stad Kampen bckragtigd. Zie Refol. van Ridd. en Sted van den 26. Jun. 1593. Het zegel en het Cachet , van welken in dezen Artikel gewaagd wordt, moeten niet lang na het inftellen van deze Inftruclie vervaardigd zyn ; dewyl by Refol. van den 14. Maart 1594. aan den maker voor werkloon eene fomme van 60. gulden is toegefegd. Men weet, dat voormaals de brieven van Ridderfchap en Steden doorgaans met het zegel alleen van de Stad , daar de vergadering belegd was, beftempeld werden , en dat in 't geval van gemaakte verbonden , wanneer de Ridderfchap met de Steden daar in deel nam , eenige Edeien verzogt werden , dezelven nevens de Steden te bezegelen : maar wy mogen het als eene byzonderheid aanmerken, dat zekere Publikatie, of bekendmaking , betreffende de Domeinen , welken door de Spaanfche Regering, buiten toeftemming der Staten , verpand waren, op den 1. November 1594. onder de zegels, niet alleen van de Landfehap , maar tevens van de drie Steden werd uitgegeven. 15. Ook goede correspondentie houden met de Heeren Staten Generaal , Collegien van de Generaliteit en de geünieerde Provinciën in het byzonder. «b ...  van OVERYSSEL. 461 GEHEFtJ» Aanteèkening. • g^g, Vergelyk hier mede de Irftrutlie voor de Gecomm. ter Generaliteit , boven bl. 3fo. Art. V. en voeg 'er by aen volgenden Art 40. als mede de Rofolutie van den 1 Nov 1782. hier voor bl. 371. bygebragr, waar uit te zien is, we'k gebruik de Gedeputeerden van deze correfpondentie moeten maken. VIL Desgelycken fullen mr Ed. wt den naem der Staten van defe Provincie die beleningen , nae voorgaende Publicatie doen van den Lenen , fo tot defe Provincie gekoren , ende daer van behoorlycke Leenbrieven laten expediëren , ondert grote Segel als voorfz., Daer cnder mede verftaen werden alle die ghenen , fo buyten advys van die Staten defer Provincie hier bevoren beleent fyn, ende die welke tfedert die lests publicatie oire beleninge niet ontfangen, dfelve etlnoch ontfangen, ende het verfuym afdoen fullen, Die averst nae dfelve Publicatie beleent  4-Sa Tegenwoordige Staat ceoepo. jyn j fullen weder omme Staten. »zei lediger hant beleent worden, ende fall van yeder beleninge betaelt worden die olde hergewaden ende gerechticheden daer toe fiaende , te weten voor een heergewade tien Car. gl. Item enen daler voor den Lieutenant van die Leninge, voor f egelgeld enen olden fchilt, welckes alles tot profyt van die Lantfchap fal worden ontfangen, ende rekeninge en reliqua daer van fal werden gedaen. Aanteèkening. Wy verkiezen over dit onderwerp hier liever niets dan weinig te zeggen : dewyl het in 't vervolg, wanneer over den Stadhouder van de Lcenen zal te fpreeken vallen , breeder moet behandeld worden , en tegenwoordig tot het Kollegie van de Gedeputeerden geene betrekking heeft. 16. Dezelve Gecommitteerden zullen magt hebben, en ook geholden wezen, al het gene zo by Ridderfchap en Steden gearres-.  van OVERYSSEL, 40*3 resteerd enverafchei- GBDEPtJt. det wordt , het zy™* van lchattingen, contributien of anderzints den gemeenen Staat ende Regeringe dezer Provincie , ofte eenige particuliere perfonen ofte zaken aangaande, met allen , vlyt te executeren. Aanteèkening. Zie boven Art. V. van 1,593. en de Aan.% ïeekening op Art. 14. VIII. 17- Daer neffens alle Daar beneffens allé fcholten ende richters Schol ten ende Richter heen holden, dat ters daar toe holden» fy air Ed. van wegen dat zy haar van wedie Staten van Over- gen die Staten van Oysfel, boven den ge- verysfel, boven den woonlycken eedt, den gewoonlyken eed den fy aen oire refpeUive zy aan hare refpeóliLantdrosten fchuldich ve Landdrosten fchulJyn te doen, eedt ful- dig zyn te doen, eed len doen, oir Ed. holt zullen doen haar Ed. ende trouw te wefen, holt en trouw te wehuyten ordonnan. van zen, buiten ordondie Lantfchap geene nantien van de Landimpofttien , exaitien , fchap geen impofitifchattingen , wagen- en, exa&ien, fchatdiensten, pyoniergelden tingen , wagendiensïioch andere rastycque ten , pioniergelden j G g wek  tfiir Tegenwoordige Staat gedeïu- ofte fundale lasten te noch andere rustique staten doen ofte wt te fetten, ofte fundale lasten te gene precarien te vor- doen ofte uit te zetderen, gene vryfitters ten, geene prascarien te holden , noch oick te vorderen , geene enige vryinge van per- vryzitters te holden , fonen ofte goederen , noch ook eenige vryyan wat qualiteyt die enge van perfonen oick wefen mochten, te ofte goederen , van doen ofte te geftaden, wat qualiteit die ook enen yederen onverto- .wezen mogten , te gen Lantrecht te ad- doen ofte te geftaden, miniflreren, ende nie- zonder evenswei dat mant boven recht te be- Her door iemand in fwaren, zyn goed hebbende regt zal wezen geprajudiceerd , eenen iederen onvertogen Landregt te adminiftreren, ende niemand boven regt te bezwaren, Aanteèkening. Uit hoofde van dezen artikel van 1593. beraamden de Gedeputeerden een formulier van eed voor de Scheuten en Rigters, het welke s meer dan in één opzigt van het tegenwoordig plaats hebbende onderfcheiden , in derzelver Refolutien van den 28. Jul. 1593. te zien is. —— De woorden, welken deze Artikel van 1708. meêr bevat dan die der InftruBie van 1657. heeft men ongetwyffeld toe te fchryven aan de onzekerheid , waar in men toen was, nopens het regt tot de dienften, die de Drosten en Schouten van de opgezetenen des platten Lands vorderden. — Uit Art. 1. hebben wy gezien, dat de nieuwe Gedeputeerden in 't Kol- Je-  van OVERYSSEL, 46$ legïe zelf konden beëedigd worden ; en uit Art. Gedeito VI. der Injlrutïie van 1693- dat de Gedeputeer-1"^™^ den de hoge Officieren in den eedt nemen en denfel- TAF ■* ven Commisfie doen expediëren moesten. Ter gelegenheid dat de tegenwoordige Heer Erfftadhouder de meerderjarigheid bereikte , werd goedgevonden de Gedeputeerden te magtigen , om „ de Officianten , welke door Zyne Hoogs, heid zouden wezen of worden amgefteld toe „ het bekleden van eenige Commisfien, Em„ ployen of Officien , zo politique als Misi licaire , en daar van behoorlyke Aften van „ aanftellinge van Z\ne Hoogheid zouden pro» „ duceren, by abfentie van Ridderfehap en Ste„ den * te nemen in den eed daar toe ftaande, 3, en de behoorlyke Commisfien ten behoeve van dezelve , in name van Ridderfchap en Steden , vervolgens te doen depecheren , „ als na flyle". Zie Refol. van Ridd. en Sted. van den 24. Maart 1766. Een foortgelyk befluit was te voren ook genomen ten tyde van de Prinfesfe Gouvernante. Zie Aid. op den 24» Maan 1752. 18. Zullende over alle gaken , queestien en verfchillen voor haar Edele vallende ter oorzaak van 's Lands inkomsten, middelen en lasten gehouden wezen eenen jegelyk justitie te doen, gelyk na regt, reden 9 plakaten , ordonnantiën , en in goedef confeientie zullen be-* Gg a vin*  466 Tegenwoordige Staat CEinspw- vinden te behooren, I^eh. zonder hun anders 't ftuk van ordinaris justitie of andere regteren competerende te onderwinden. Aanteèkening. Uit het verflag , Dopens de oprigting en voortduuring van het Kollegie , in den beginne van dit Hoofdftuk gegeven , is reeds gebleken , dat hetzelve, fchoon daar van in dit eerfte Berigtfchrift geen uitdruklyk gewag wordt gemaakt, van ouds af dezen regtdwang heeft geoeffend ; en het zoude overtollig zyn, daar van meerder bewys aan te voeren. Geene vroeger uitdruklyke wet is ons omtrent dit ftuk voorgekomen , dan die vervat ftaat in de Generale Ordonnantie op de Middelen van den jare 1640 , gedrukt te Zwolle ió6r. an. 11. waar wy dus lezen. ,, Indien eenige differenten ter fake van de verpachte Middelen ,, 't fy „ tusfchen den Officiers, Ontfangers, Pach„ ters , of eenige particuliere , op de breuc„ ken , ofte eenich ander gefchii, uit de ver„ pachtinge dependercnde, mochten komen te „ erryfen , fullen defe-ve alle ftaen tot decifie „ van de Gedeputeerden defer Landtfchap, die 3, daar op eenen yegelyken onvertooglyck recht adminiftreren fullen. Ende fo vele de Hooft-Steden met hare vryheden aengaet , „ fullen de M^gifhaten der felver een^n yde- ren in gelycke faken, inder felver Jurisdic„ tien vallende , oock fpoedig recht weder,, varen laten." Deze uitzondering ten aanzien van de Hoofdlieden werd agtergelaten in het Reglement op de Regeringe van 1675. inhoudende: „ Dat alle queftien en verfchillen die ter ,, fake van de gemeine Lantsmiddelen fouden e, mogen komea te ontftaen, 't zy in materie i» van  van OVERYSSEL. 467 3, van fraude, contraventie, refistentie , ofGKDEPu„ anderfints, ter eerfter inftantie fullen moe- teerde „ ten werden gebracht ende voorts getermi- TATim" „ neert by de Gedeputeerde Staten." Dan het is zeker , dat die Steden uit hoofde van dit Reglement haren regtsdwang niet geheel hebben opgegeven: want men vindt een groot aantal van vonnisfen, in zaken van de middelen , door dezelver Magiftraten ten tyde van Koning Willem geflagen ; hoewel het ook niet aan voorbeelden ontbreekt , dat het Kollegie over ingezetenen van die Steden heeft regt gedaan. Men fchynt hier uit te mogen befluiten, dat de Aanleggers ten dien tyde zig , naar verkiezing , ter tafel van de Gedeputeerden , of voor de regtbanken dier Steden, vervoegd hebben. Na de wederinvoering van dat Reglement in den jare 1748. werd goedgevonden , by Publikatie bekend te maken, dat uit hoofde van hetzelve de regtsdwang, waar van wy fpreken , zoude ftaan aan de Gedeputeerde Staten, „ zo en in dier voegen als onder de 3," vorige Stadhouderlyke regering had plaats ,, gehad:" zie Refol. van Ridd. en Sted. van den 9. en 10. Apr. 1748. maar hoe zeer deze woorden ook fchynen in te fluiten, dat de gemelde uitzondering omtrent de groote Steden op den vorigen voet zoude blyven ftand houden , bleek nogthans eerlang, dat eene geheel andere meening by de meerderheid, der Staatsleden huisvestte. Óok bereikte die meerderheid haar doel; doch niet zonder eenige flribbelingen , welken wy gewigtig genoeg keuren om , ter opheldering van de Hiftorie onzes Staatsregts , kortelyk medegedeeld te worden. Op eenen voorflag, ter Vergaderingegedaan, om de middelen op de Brandewvn en gebrande Wateren , Wynen , Bieren en Tabak wederom in te voeren , bewilligden de Afgevaardigden van Deventer onder voorbehoud, « om over G g 3 ,) de  4<58 Tegenwoordige Staat Gebsiuj- „ de Judicature in lyfltraflyke zaken over do TBEimE J} gemeene middelen over de Burgeren en InStaten. ^ gczerenen hunner Stad, des noodig 3 da vereifchte reprefentatien aan den Heere Erf3, ftadhouder ce mogen doen:" doch berusteden aanftonds in de verklaring der Edelen, dat op geenerlei wyze van het Reglemenc konde of moeste afgegaan worden. Refol. van Ridd. en Sted. 27. Nov. 1748. Die van Zwolle gingen verder, verklarende alleen te bewilligen , „ mits dat de Judicature over de 3, Burgeren en Ingezetenen van hunne Stad » 3, omtrent dezelve middelen , gelaten wierde aan de Magiftraat derzelver Stad , als voor 3. dezen." Na eenige vrugtelooze poogingen om die Stad van deze voorwaarde te doen afzien , befloten de Staten aan den Prinfe te fchryven , „ dat zy zig vonden genecesfiteerd 3, de vryheid te nemen 3 van zig te wenden 3, tot Zyne Hoogheid , en denzelven eerbie3, dig te verzoeken, om de Heeren van Zwol,, le te permoveren , om af te zien van een „ accrochement dat in dezen zo weinig quaa, dreerde , enz." Aid. den 30. Novemb. 3. en 5. üecemb. 1748. Zyne Hoogheid verklaarde by antwoord , op den grondflag van het Reglement op de Regering „ van gedagten 3, te zyn , dat op hetzelve accrochement 3, geen reguard behoorde te worden genomen , „ en het confent dienvolgens gaaf geconfide„ reerd wordende, zonder uitftel met de ver„ p.igting behoorde te worden voortgegaan a „ latende niet te min aan de Regering der 3, Stad Zwolle over , om , zo wanrfeer zy a, vermeende by het gemelde Reglement eenig 3, bezwaar te hebben , of gegronde redenen ,, te kunnen aan de hand geven, waarom een'ge verandering of mitigatie in het voora, fchreven Reglement zoude kunnen worden 3, gemaakt , zig daar over aan Hem te adv dresferec, op dat Hys na dezelve redenen sa £.6""  van OVERYSSEL. 469 „ gehoord en daar over de confideratien vanGEBEPt»„ Hun Ed. Mog. te hebben ingenomen , daar™ER£* omtrent zodanige voorzieninge zoude kun- TA* „ nen doen , als Hy ten meesten nutte en „ welzyn van de Provincie zoude oordeelen 3, te behooren." Aid. den 9. Jan. 1749. De toon van dit antwoord deed de bedoelde uitwerking. De meerderheid der Staten , die alleen verzogt had dat Zwolle mogt overgehaald worden ; deze Stad zelve , welke gcenerhande gelegenheid had gehad van hire belangen tegen de klagte der overige Leden in te brengen ; beiden vonden goed , hetzelve aan to merken als eene decifie , en de verpagting der bovengenoemde middelen ging zonder tegenfpraak van iemand voort. Met dit alles egter weigerden die van Zwolle hun mits in te trekken , onder voorgeven dat dit door de uitfpraak van Zyne Hoogheid werd onnoodig gemaakt , en dac het hun zoude kunnen benadeelen in hun regt om nader vertoogen aan denzclven te doen : eene zaak die zeer hoog door de andere Leden werd opgenomen, welken , en vooral de Heeren van de Ridderfchap, dezelve befchouwden als gefchikt om jaloesheid , verwarring en verdeeldheid onder Regenten en Ingezetenen , het verderf der Provincde Financien, en aedere onheilen mcêr, te wege te brengen , en die uit dien hoofde befloten andermaal hunne klagten ten hove voor te dragen. Aid. den 10. 13 ere 14. Jan. 1649Verder gevoeg heeft, onzes wetens , dit gefchii niet gehad : maar de groote Steden hebben zedert genen regtsdwang in zaken van de middelen geoeffend. Tot den Regtsdwang der Gedeputeerden behoort niet alleen , dat zy tusfchen twistende partyen vonnisfen ; maar ook , dat zy tegen allen, die aan de Provincie rekenfehap van penningen te doen hebben en hunne Berigtfchrifcen niet nakomen, „ behoorlyk proceG g 4 „ de-  47 fl Tegenwoordige Staat CinEPu- ,, deren" moeten; zie beneden Art. 28. alï teerde mede dat zy misdoende Officieren en foldatea . ïATtN. £OC de naaste Staatsvergadering in derzelver dienst mogen fchorsfen ; zie Art. 29. Ook is by 't Reglement op de verbetering van de Regtsplegingen van den jare 1719 art. 1. agter '£ Landregt No. 2. vastgefteld, dat, ,, in cas een „ van de Drosten (door eene pleitende partye) „ mogte worden geluspecfcerd , dit point, by „ abfcntie van Ridderfchap en Steden , by d' „ ordinaris Heeren Gedeputeerden defer Pros, vincie, na verhoor van Partien, de plano ,', fal worden gedecideert :" en daar is een voorbeeld voor handen , dat de Gedeputeerden zeiven gemagtigd werden, om een pleitgeding , voor het Drosten Geregt van Zalland hangende , aan zig te trekken, en op ingenomen Advis van Regtsgeleerden af te doen. Zie Refnl. van Ridd. en Sted. van den 23. Maart 16 >8. op de klagte vaa Jr. Joan van Coeverden tot Rbaen. Ten aanzien van de zaken y die fomtyds buitengewoon voor de tafel der Gedeputeerden , zo wel als voor de Staten zeiven , voldongen worden , zal ons wel gevoeglyker gelegenheid voorkomen , om daar van te fpreken. 19. Zullen geaüótorifeerd en gehouden wezen goede opzigt te nemen, ten einde de gemeene middelen, by de Staten geconfenteerd en nog te confenteren, wel behoorlyk en ter regter tyd, en zo vele doenlyè  vm OVERYS SEL 47i lyk op eenen gelyken geotpu-: en eenparigen voet staten. in allen Quartieren , Steden en Dorpen van Overysfel verpagtet, geinnet, gecollecteerd en geëxecuteerd werden, in gevolge van deConfenten daar toe gedragen en nog te dragen , de Ordonnantiën daar toe gemaakt ende nog te maken. Aanteèkening. Zie de Amteekening op Art. 14. 20. Zullen die Ontfangers tweemaal, ende Rentmeesters en andere Comptabelen eens des jaars ten minsten daar toe houden , dat zy pertinenten ftaat van haren ontvang overgeven , met fpecificatie van den ontfang ende uitgave. XIV. 21. Van der Lantfchaps Zullen ook bezorEmtributien ontfanck gen, dat een pertiGg 5 nen-  472 Tegenwoordige Staat teerde' antete™n& ™de Regis- nente lyste van deVerstaten. teren te holden , daer pondingen en Contriyan, aen defe Provincie butien, als mede van te refponderen. alle andere uit en om- mezettingen, met de conditiën ende voorwaarden van de Kerfpelen ten platten Lande (indien eenige foorten van middelen niet opentlyk te verpagten , maar de Kerfpelen aan te fchryven naar dezen by Ridderfchap en Steden goedgevonden mogte worden) onder haar berusten, om te dienen tot narigtinge. Aanteèkening. Zie de Aanteèkening op Art. 14. 22. Zullen geene. remislie ofte quytfcheldinge mogen doen van Lands middelen , anders als uit kragte ende in conformiteit van de Refolutien van Ridderfchap en Steden daar over geëmaneerd , doch om gewigtige redenen mogen verleenen fur> che?  m OVERYSSEL. 473 cheance van executie Gedepu- , TEERDB tot de naaste verga-staten. deringe van Ridder, fchap en Steden, zonder langer. Aanteèkening. Naderhand is hier omtrent verftaen : dat „ tegen de executien van de Generale Ontij vangers op de goederen van de fubalterne („ Ontvangers, en van de fubalterne Ontvan„ gers op de goederen van den eigenaar of „ debiteur geen furcheance of uitftel, zelfs „, niet van de Ordinaris Heeren Gcdeputeer„ den verleend zal mogen worden, en ook ,, zelfs niet van Ridderfchap en Steden, als IS} met eenparigheid van ftemmen ; fullende ,, by extraordinaris toeval van inundatien , of ,„ ander diergelyk fataal ongeluk , daar van ,„ door de Ordinaris Heeren Gedeputeerden ,„ aan Ridderfchap en Steden ter eerfter verij, gaderinge kennis gegeven worden , om daar , op by Haar Ed. Mog. na bevindinge aan)S, ftonds gedisponeerd te worden." Zie Refol. "van Ridd. en Sted, wn den 9. en 10. QEtober ; 1725- xiir. 23. Oick fullen oir Ed. Van gelyken zullen <«Jze Rekenfchappen van alle Rentmeesters , ' 1 die Rentmrn. ende Ontfangers en Comp. Commisfarien, Schol- tabilen alle jaar praeci; ten ende allen anderen felyk hare rekeningen . fo enichfints int gene- doen zuiveren , de1 rael ofte particulier zelve lezen , examimtfanck gehadt heb- neren ende fluiten , ken ^ aenhoren 5 daer in abfentie van Ren- dant  474 Tegenwoordige Staat €edepu- van een dubbelt by Jich dant, en voorts onStaten. ieholden , ende aen der zig doen berusRidd. ende Steden rap- ten, en daar van aan port doen, Te verftaen, Ridderfchap en Stedat oir Ed. ghene olde den rapport doen. rekeninge van des Landes fchulden vifiteren, noch eenhoren fullen , ten waer dfelve van Ridd. ende Steden op enen gemenen Lantdach ad Collegium geremitteert werden. Aanteèkening. Deze Artikel der Inftrutlie van 1593. fchynï al vroeg in onbruik geraakt te zyn. Wy vinden althans , dat het Kollegie by Refol. van Ridd. en Sted. van den 9. Decemb. 1598. uitdrukkelyk gemagtigd werd, om eenige rekeningen van het Rentampt van Vollenhove af te hooren en te fluiten , op behaech van 3, der Landtfchap :" en herinneren ons wel meerder foortgelyke Refolutien te hebben aangetroffen , die, ons thans niet in de hand vallen. Eenige jaren later egter werd alles op den ouden voet gebragt , en by Refol. van Ridd. en Sted. van den 25. Apr. 1611. "„ gear„ refïiert, dat alle reckenongen vande Rentes, meisters vande domainen , Ontvangers van j, Contributien , ende andere Officieren , gejj lick voir defen aenden ordinaris Gedepu„ tierden fullen gefchieden , dewelcke Gede„ putierden dairuan , ende van allen des ge„ meenen landts _opcornpften wederom voir „ Ridderfchap ende Steden , offte voir der' „ feluer Extraordinarisfe Gecommittierden , 3, fpecifice fullen refpondieren." — Omtrent de?§n Artikel der Inftrutlie van 1708. valt al- ' lees  van OVËRYSSEL. 475 ïeca aan te merken , dat by Refol. van Ridd. Gebepu. en Sted. van den 21. Maart 1709. is verftaan,'JjEER°* dat de Leden van het Kollegie , welken den TA1E * Rendant tot in den vierden graad beftaan, zullen moeten buitentredcn ; en dat, indien hier door mogte worden veroorzaakt, dat geene twee Heeren uit de Ridderfchap en twee uit de Steden tegenwoordig bleven, een minder getal eene rekening zal mogen afhooren en fluiten; het welke eene uitzondering maakt van het vastgeftelde in Art. 4.. — Nog hadden Ridderfchap en Steden by Refol. van den 18. Jul. 1707. ge'ast , dat de Inftrucfien der Comptabi'en jaarlyks voor het doen der rekeningen aan dezelven zouden worden voorgelezen , met ernftige vermaninge om zig daar naar ftiptelyk te gedragen. XII. 24. Den ftaet van der Zullen alle jaren i Lantfchaps f eindden voor de ordinaris ende wederfchulden te Landdags vergaderinmaken. ge een en pertinenten ftaat hebben te maken , en ter vergaderinge over te leveren , van des Landes inkomsten, fchulden ende wederfchulden , met verklaring van den ftaat der laatst gedane verpagtinge , ende fpecificatie van hoe veel een ieder Stad, Kerfpel en Dorp ■ gedaan , en wat veranderinge, vermeerde-  47 door de Landdrosten doen convoceren, met overzendinge van de pointen van üitfchryvinge. 37- Alle jaren voor die te doene verpagtinge van 's Lands middelen Hh 4 een  e$ê Tegenwoordige Staat ptmtu- een ordinaris Land- dag doen uitfchryvén, formerende daar toe, £ew overftaan van den Drost van Zalland of in abfentie die daar naast volgende prafente Drost, zodane pointen van uitfchryvinge als den dienst van den Lande zal komen ter vereifchen. Aanteèkening. Ter opheldering van deze twee laatfte artikels gelieve de Lezer terqg te treden, tot het gene boven bl. a8o. enz. over de uitfchryving der Staatsvergaderingen is aangemerkt. De overige artikelen der beide Berigtfchriften zyn te zeer onderfcheiden , om de vergelyking, die wy tot hier toe gemaakt hebben , verder voort te zetten: en deshalven zullen wy eerst die van 1593. en daar na die van 1708, ieder afzonderlyk laten volgen. XIX. Lestelyck fullen oir Ed. generalych op alle 'voorvallende fwaricheden, in ftadt ende van -wegen defer Provincie verfien ende ordineren, fulcx als oir Ed. bevinden fullen, volgende. '1 dié confent en van Ridd. ende Steden gedrar gen ende den affcheyden by den f elven genamen j in conformiteyt van der Ridd, en Ste* 1 ' 1 ' den  van O V E R Y S S E L 487 den Privilegiën int generael, als oick die 0$-Gedepi> eieren int particulier , Laatrechten, Stadt-staten. rechten, Leenrechten. Dykrechten, gewoonten, ufaniien ende cojiumen te behoren. XX. Sonder dat oir Ed. macht fidlen hebben nieuwe Contributien op te fetten , ofte yet te refolveren , te concluderen , over te geven , ofte te confenteren, daer van der Lantfchap. ofte Steden eenichfints apparentlyck ofte ogen' fchynlyck hinder ofte fchade comen, ofte tot prejudicie van defer Provincie hebbende vry ende gerechticheyt, direclelyck ofte indirectelyck tendieren folde mogen , Want men infonderheyt hinvorder gene wtfettingen vanfehattingen , ten),ngen, ofte byleningen geftaden •wil, anders dan by Ridd. ende Steden ingewillicht., ende oir Ed. aengecondt fullen wefen. XXL Item dat die Gedeputeerden ofte Lantdrosten van defe Lantfchap , als oick van den drien Steden alle tyt enen vryen acces int Collegium fullen hebben, om harer principalen faken ende wervingen te proponeren , ten eynde by oir Ed. voorts daer op gedaen worde naer behoren. Aanteèkening. Dit is thans geheel in onbruik: en wy hebben hier voor bl. 282. reeds gezien, dat den Drosten, niet daar toe verzogt zynde, de toe? gaDg uitdruklyk is verboden, Hh 5 Dac  4S3 Tegenwoordige Staat Gempw- teerde aa1jl. Staten. _ groïe oege/ , aaer wzerie «Z/ewe diê Commisfien, Leenbreven-, befegelt fullen worden , fal bewaert worden in ene Kiste met twee jleutelen , daer yan die fleutelen by , twe van oir Ed. ene van der Ridd. ende ene van der Steden , maentlycks omgaende berusten fullen. Ende het cleyne Segel, dienende allenigen tot Jluytinge van Misfiveti , ende expeditie van geringe allen, fal by den Griffier in bewaringe blyven. Daer het Collegium te eniger tyt cesfierdey fullen dfelve Segelen by enen van de Ridderfchap , ende der Magiftraet derfelver Stadt daer het Collegium lest geholden wort, geconfigneert in bewaringe genomen werden. Aanteèkening. In oude tyden , toen men de verbondsbrieven en andere akten , ook de gewigtigften , doorgaans niet teekende, maar alleen bezegelde, en toeD dezelven niet, gelyk thans, in openbaRegisters van Landen of Steden werden geboekt, was men natuurlyk zeer bedagt, om, ter voorki m>ng van vervalfching , de zegels met groote naauwkeurigheid te bewaren. Die bezorgdheid , in dezen Artikel nog doorfira« lende , is thans geweken, en de zegels worden , zonder omflag , ter Griffie bewaard. XXIII. Oick fal der Lantfchap van den profyten comende van het grote Segel gerefpondiert en re~ keninge en reliqua gedaen werden , ende hinf order nyemants in fauvegarde ten platten Lande toegelaten werden s ten fy by advys ende con-  van OVERYSSEL. 489 confent van oir Ed. mits advys van der Lant- Gedbeb? fchap ende Drosten daer onder fy Jïch fullen l^^, willen fetten , oick alle Sauvegarden, die jonder advys van der Lantfchap gegeven fyn, fullen oir Ed. macht hebben by publicatie op te feggen ende te revocercn , ende dfelvc weder in Sauvegarde te nemen , indient oir Ed. goet vinden, waer van hem Acte ondert grote Segel verleent fal worden. Und fal gegeven worden van die paspoorten twelff gl. curr. en van die Sauvegarden tyn gin. curr. XXIV. Ende fal yegelyck van oir Ed. enen diener by fich holden en tott yervallinge der onkosten van teringe des daechs wt der Lantfchaps middelen hebben ende genieten drie Keyf. gl. wel ie verftaen , dat die Gecommitteerde, fo wel wt die Ridderfchap , als wt die Stadt daer die refidentie valt , woonachtich met meer als enen Keyf. gl. daechs genieten fal, wtbenomen wagenhuyren, f chipvrachten , fehryffgelden, ende bodelonen , diewelcke daer en boven by der Lantfchap betaelt ful\en worden. XXV. Die Griffier fo tot den Collegio gebruytl wort , fal geholden fyn Ridd. ende Steden Jamt en befender den eedt van getrouwicheyt te doen, ende dat hy alle fecreten heymelyck holden fal , alle Refolutien en die namen der prefenten dachlycx tekenen , oick den Steden op oir en gefinnen allen maent, ofte wanneer fy fulcx begeren werden , copie ende ajffchrift ts  490 Tegenwoordige Staat Gedepb- te geven van alle die aclen ende befoignes fa teerde r r staten, gepasfeert mogen wejen. Die gage van den Griffier fal fyn gelyck den Heren gage. XXVI. Claufula generalis van augmentatie of dimi. nutie defer inftruStie. 33. De öemelte Gedeputeerden zullen zorge dragen, dat de Steden van Hasfelt en Steenwyk in 't ftuk van befchryvinge ofte convocatie van de Staten dezer Provincie over materiën van vrede ofte oorlog, veranderinge van Landregten en 't opftellen van nieuwe fchattingen ofte contributien > werden geconferveerd en gemainteneerd by zodanige geregtigheden, als hen luiden dien aangaande van ouds ende agtervolgende hare privilegiën zyn competerende , ende fulks de gemelte twee Steden over zodanige materiën doen verfchryven , om daar over hare deliberatien en refolutien ter vergaderinge van haer Ed. Mog. in te brengen , op dat in het formeren van de Landfchaps conclufien en recesfen daar op moge worden gelet naar behooren. Aanteèkening. De woorden, verkiefinghe van Stadt-boudersa die in dezen Artikel van 't Bengtfcbrift van 1657. agter 't woord Landregten gevonden worden , zyn hier weggelaten ; het welke niet zo vreemd kan voorkomen , wanneer men in aanmerking peemt, dat dit ftuk maar weinig ja* r?n na den dood van Koning Willem is opge- fteld^  Van O V E R YS S EL. 491 ftcld, dat is iD eenen tyd toen men waande zy- Gede?^ ne maatregelen wei genoegd beleid te hebben , jT^^ om nimmer wederom genoodzaakt te worden tot de vcikiezirig van eenen Stadhouder te treden. Het fpreekt ondertusfehen van zelfs, dat deze uitlating de Sted'n Ha,«feit en Steenwyk niet van haar regt konde berooven : en daar Ridderfchap en Steden , tt r gelegenheid van de eerfh- opdragt van het Sradhouderfchap aan Prins Willem den I". in Bloeimaand des jaars 1747. dit ook zo begrepen hebben; mag het als vreemd aangemerkt worden , dat men verzuimd heeft die twee Steden wederom te befenryven , toen , op 's Prinfen weigering van de aangeboden waardigheid, in de volgende Zoomermaand eene opdragt van veel grooter belang , namelyk van het Stadhouderschap even als het door Willem den III bekleed was, ftond te geichieden ; te meêr, daar dezelven by de vastftelüng van het Erfftadhouderfchap , in Slagtmaand des zelfden jaars , wederom tegenwoordig geweest zyn. Zeker is het, dat alle de handelingen van dezen tyd , tot de verheffirg van het huis van Orarje betrekking hebbende, de kenmerken dragen van haast. — Men zie voor 't overige, ter opheldering van dezen artikel , het gene wy boven over de verfchryving dezer twee Stt den ter Staatsvergadering bl. 268. en volg. gezegd hebben. 39- Zullen ook de Heeren Staten rapport doen van het importantfte van hare befoignes, en inzonderheid wanneer de zaken van Hooggedagte Staten haar aanbevolen niet puncfuelyk zouden naargekomen en ter executie gefteld zyn , met allegatien van de oorzaken van dien , 'ten einde daar op nader verzien werde.  49a Tegenwoordige Staat Beerde 40. Staten» >, Zullen hebben te bezorgen , dat van 5t gene by de Gedeputeerden ter Generaliteit ofte anderen van tyd tot tyd rakende de gemeene regering o ver gefchr even ofte gezonden wórdt, aan de Leden ende Steden behoorlyk gecommuniceerd (die zake niet vereifchende dat daar over vergaderinge der Staten geconvoceerd) en overgezonden worde. Aanteèkening. Zie hier voor Art. 15. en het daar aangetee» kende.' 41. , Dezelve Gedeputeerden mitsgaders hare Suppoosten zullen geen part ofte deel mogen hebben in eenige domainen , landeryen ofte goederen , zo van wegen die Provincie vërpagt ofte anderszins uitgegeven worden , nochte 'in eenige werken zo van wegen het Land beftedet, nochte in eenige imposten of andere gemeene middelen , nochte in'eenige leverantie van za- . ken die tot profyt. en dienst van de gemeene zake worden geleverd, noch door haar zeiven , hare huisvrouwen , kinderen , of iemand anders direótelyk of indireótelyk , geene giften , gaven of gefchenken, by Keizerlyke regten verbo- j den , mogen ontfangen , genieten ofte I profiteren van iemand die zy weten aan | dit Collegie iets te doen te hebben, en dat zo wel voor als naar dat die zake in haar -  van OVERYSSEL. 493 haar vergaderinge afgedaan zal zyn , alles gbdepuop poene die bevonden zullen worden staten. contrarie het gene voorfchreven of eenig point van dien gedaan te hebben , zullen worden gedeporteerd van haren ftaat ende wezen infaam en inhabil om eenig ampt ofte officie te bedienen, ende vorders fubject te zyn zodane amenden en arbitrale correctien als naar exigentie van zaken bevonden zal worden te behooren. 42. De voorfz, Gecommitteerden zullen voor het aanvaarden van hare bedieningen zig by Eede zuiveren, dat zy om denzei ven dienst te bekomen niet en hebben gegeven ofte beloofd geld nochte gelds waardye, ofte iets anders hoedanig het ook zoude mogen zyn , nochte te zuüen geven ofte belooven , direótelyk ofte indireótelyk, alles nogthans ingevolge van het Reglement op de Regeringe dezer Provincie vastgefteld , ende voorts belooven en zweren te wezen gehouw en getrouw de Staten van Overysfel, renuncierende by eede van alle particuliere correspondentien, voor zo veel dezelve den gemeenen beste mogten wezen hinderlyk, en zonder aanzien te nemen op de Leden en Steden uit dewelke zy gekoren , ofte iemand anders, Godes eere en 't gemeene beste van de Provincie zullen voor oogen hebben , ende dat zy niet en zullen openbaren die communicatien , deliberatien , refolutien, die fecreet behooren te verblyven. Dat  494 Tegenwoordige Staat bsnEPü- Dat zy niet en zullen wezen ten dïèhk sSSn. te van iemand anders, nochte ontfangen ofte genieten eenige penfioenen : ende voorts zig naar hare inftructie en die verdere refolutien van Haar Ed. Mog. pracifeiyk zullen reguleren , en wyders doen dat goede en getrouwe Gedeputeerden gehouden zyn te doen. Aanteskemng. Dat gedeelte van het Berigtfchrift van 1593, welk 'eenigermate met dezen Artikel overeenItemt, hebben wy reeds boven tegen over Art. 5. geplaatst. — Waarom de woorden alles nogtbans enz. hier zyn ingevoegd, terwyl zy in de Inftructie van 1657 niet gevonden worden , kan blyken uit het gene boven bl. 401. over de uitkeeringen gezegd is. Wy . eindigen dit Hooftftuk met eene algemeene aanmerking op het jongfte dezer Berigtfchriften , hier in beftaande , dat de eerfte Gedeputeerden, die op hétZelve den eed afleiden, dit deden , „ on„ der voorbehoud , dat de 12. 23. 29. , 31. en 34. Art. fano fenfu, en zo. vele " na gevoeglykheid en gelegenheid van „ tyd en zaken kan gefchieden . mede na„ komen zouden," en dat Ridderfchap fcitL'eii Steden by die gelegenheid verftonden, xm.enst.fat de zelfde voorbehouding in t vervolg ^8Apr' fteeds plaats zoude blyven hebben (a).  1