2110 B 67 i     F L A C A A T9 ren STAATEN Generaal deezer Verëenigde A Ne-  (2) Nederlanden by Haare Brieven van den 2. July laatstleeden aan de Heeren STA ATEN van de respeétive Provintien, om reedenen daar by vermeld, hebben verzogt en in bedenking ge~ geeven, of niet zouden kunnen goedvinden om elk in den Haare, ingevolge de Placaaten van den Lande , de noodige voorzieninge te doen, ter beteugeling van de Auteurs , Drukkers en Desfeminateurs van alle fameufe Libellen en quaadaartige Lafterfchriften, waar by den Heer Hertog van Brunswyk, Veldmaarfchalk van deezen Staat, in zyn Eer en goede Naam zoo fenfibel word aangetaft en gefletrisfeert; en dat Haar Edele Mogende de Heeren STA ATEN deezes Furftendombs ende Graavfchaps by Haare Refolutie van den 20. July daar aan volgende zig met dien voorilag conformeerende hebben goedgevonden, om Ons te authoriferen om op dit fubject een Placaat te concipiëren, en zoo als gebruikelyk te doen publiceren; ZOO IS 'T, dat Wy in naame als boven, ingevolge en ter voldoeninge aan voorf. Refolutie,  C 3 ) tie, met inhaefie van voorige Placaaten, welke op deeze materie mogten geëmaneert worden gevonden, in zoo verre daar uit in 't generaal komt te blyken de averfie van de Wetgeevende Magt tegens zoodaanige ongeoorloofde handelingen , op nieuw op 't kragtigfte en ernftigfte verbieden, gelyk Wy doen by deezen, het maaken, drukken, verkoopen en verfpreiden van eenige Pasquillen, fameufe en eerroerige Libellen, Gedigten, Gefchriften of Printen, onder wat naam of praetext zulx ook zoude mogen weezen, het zy met of zonder naam van den Maaker of Drukker, ook zoodaanige Gefchriften en Libellen elders gemaakt of gedrukt zynde in deeze Provintie in te brengen of te divulgeren, direct-of indirectelyk en onder wat praetext het zelve ook zoude mogen zyn, en het zy kwamen te ftrekken tot nadeel en veragtinge of kleinagtinge van de Hooge Overigheid, of van byzondere Perfoonen van de Regeering, of andere hooge of laage Standsperfoonen in Dienft van deezen Staat, en in 't byzonder van opgemelte Veldmaarfchalk den Heere Hertog A 2 van  (4) van Brunswyk, op poene van confiscatie van alle de gedrukte of gefchreeven Exemplaaren, die daar van binnen deeze Provintie mogten gevonden worden, voorts op eene boete van een duizend Guldens, zoo wel by den Auteur, als Drukker, Uitgeever, Inbrenger, Distributeur of Verkooper t' eiker reis te verbeuren, en daar en boven van arbitraire correctie na exigentie van zaaken, de voorf. boete t' appliceren een derde part voor den Officier, die de calange komt te doen, een derde voor den Aanbrenger, wiens naam des begeerende zal worden gefecreteert, en het laatfte derde part voor de Diaconye van de Plaats, alwaar de ca* lange zal zyn gedaan. Lallende Wy alle Amptluyden, DröflTaarden, Magiftraaten, Richteren, Schouten ende een iegelyk dit respectivelyk aangaande , om dit Ons Placaat praecifelyk en na behooren te executeren , en te doen executeren zonder eenige de minfte disfimulatie of conniventie. En  (5) En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pretenderen, zal dit Placaat ter gewoone plaatze worden gepubliceert en geaffigeert na behooren. Dies ten oirconde is des opgemelten Furftendombs ende Graavfchaps fecreet Zegul op 't rpatium deezes gedrukt. Gegeeven t' Arnhem den 31. 1781. ( Onderjlond^ Ter Ordonnantie van de Dezelve. C Was geteekent) C G. BULTMAN. Te ARNHEM, By Willem Albert van Goör, ord. Drukker van den Ed. Hove van Gelderlands 17bi.