2114 F 12  3. IN Fa  WRAAKZUGT EN NOOIT GEHOORDE BOOSAARDIGHEID van Mr. PIETER JACOB de BYE, ADVOCAAT te UTRECHT, Ten teen gefpreid', door het in Gijzeling Procedeeren van den , Perfoon van Mr. DIRK KLERCK, Oud Burgemeefter der Stad Rbenen. Ter beoordeeling opgedragen aan het Biwaffche Volk. Het zal niet ondienftig zijn, om alle verkeerde opvattingen en gerugten, die zig wegens dit (inguliere geval, het welk zonder exempel is, verfpreid hebben , tegen te gaan, en den toedragtdezer historie, na waarheid aan het Publicq meede te deelen, dat we eert weinig optreden, tot den allereerften oorfpronk dezer gefchiedems, en wat aanleiding gegeven hebbe tot die verregaande wreedheid, onmenfchelijke, ja tijranniqne handelwijze van den Advocaat, met den Ondergetekenden. De voornaame grond der wraak is principaal daar in gelegen, eerftelijk dat den Advocaat de Bye verloren heeft zeker Procs gevoerd tegen den Ondergetekenden, waarvan de Sententie, door den Raad van Regtspleging der Stad Rhenen is gepronuncieerd op den i3Septemb. 179S. dog waar van hij de Bye het Appel aan den Hove van Ucrecht heeft doen aantekenen: dan het zelve verfuimd hebbende ta profequeeren, is van de zijde des Ondergetekenden, geproponeerd de exceptie van defertie van Appel, het welk conform s' Hoofs Ordonnantie niet konde worden tegengefproken, ten tweeden, is den Ondergetekenden tot twee differente reifen, op Request door hem de Bye gefteld, ten Hove ontboden, omme een comparitie te houden, met een der Raden a's Commisfans, de eerde met den Heer Wachendorff, en de tweede in later tijd, met den Bjrger van Loon , omme gehoord te worden op de Requeste van H. Vermeulen, Luitenant ,getrouwt met jacoba van Mensburg, laatst Weduwe van Rynholt Antonie Klerck, omme pro deo te mogen bedient worden, in welke beide Comparitiën, des Advocaats verkeerde en allefmts onregtvaardige en vreemde fustenuen, door den Ondergetekende zijn weerlegtea tegengefproken, zodanig dat hij Advocaat ftampvoetenA de,  co de, met een bofen kop, zijne documenten bij een pakkende dekamer is uitgelopen, en is al(b ook deeze bijeenkomst vrugteloos afgelopen. Wie word nu al niet gewaar de gedagten, die 'er op dien tijd in de ziel van een wrsakgierig mensch zullen hebben omgegaan ? en het welke hij al gedagt hebbe te eeniger tiid te zullen wreek-n. Allereerst is nodig iets te zeggen van her. infame Proces den Ondergetekenden aangedaan, en dan dereden waa;omme hij aihier te Bhenen (dog gelove op geen andereplaats ter wereld) om zo een groot bagatel, als men zal zien, den Ondergetekenden in Gijzeling heeft konnen doen gaan en daarin te houden van den 39 January tot nog op heden dato in 't flot dezes te zien, en daar als nog iu continueerende. Den oorrpronk van het Proces is dan hier uit voortgekomen; des Ondergetekendens broeder Rynholt Antonie Klerck . was in dienst van de West Indifche Compagnie ter Kuste van Guinea, van tiaar zond hij (na eenige jaaren daar ge veest te zijn) eene zeer ampele Procuratie op den Ondergetekenden, om alle zijne zaken hier te Lande waartenemen, zelve om Proces ren te voeren (die hij wistedatin de famielje onvermijdelijk waren) met een woord , om alles te doen en te verrigten, zo als de natuur der zaken zoude meede brengen, als meede omme hem toe te zenden, het geens hij zoude ontbieden va. de Kust van Guinea, voorts omme te betalen het geene hij alhier te Lande fchuldig was, als meede zodanige Wisfels te accepteeren als hij zoude trekken , &c. Welke procuratie in originali bij de Procesftukken is overgelegt, en alhier te Rhenen op de Secretarij geregistreerd. Om nu hier aan te kunnen beandwoorden was het noodzakelijk den Ondergetekenden in ftaat te (lellen met eenige remifes over te ma. ken, het geene dan ook van tijd tot tijd ge'cnied is; dan hij zorgde altoos, dat hi) meerder ordonneerde om hem uit te zenden, als 'er geld bij kas was overgemaakt, waardoor den Ondergetekenden, bij het overzenden der eerde rekening Couran' meer had uitgegeven als ontfangen eene fomma van kort bij' de 500 Guld., dog het geene hij door den tijd wederom renboursfeerde met andeie remifes over te maken, dewelke dan gemonteerd zijn tot eene fomma van ƒ 5114 - 11 - 8. Doe hij nu was geretourneerd van de Kust van Guiné in 1779, aifociëerde hij zig met eenige Kooplieden die op groote windes uitziende, bedagt waren om door zijne kundigheid in de negotie, vooral in zulke waaren die daar ter Kuste het meeste getrokken waren , en gevolgelijk het meeste geld zouden afbrengen, om allereerst één, daar na het twtede Schip uit te rusten, waardn hij portie nam, gelijk dan ook deefe beide Scheepen (den Engelfen oorlog intusfen zijnde opgekomen) weggeraakt zijn: deeze uitrustingen bielden hem «en geruimen tijd befig, met van hier na Amfterdam en te rug telkens KONINKLIJK-] BIBLIOTHEEK l  (3 3 kefis te trekken, en alles te beredder»; zo dat'er tot h'é- ,k dat hef de hand was van de Zoon van den Ondergetekende, let.e men niet op de voor. letters , maar rukte in aller ijl de Zegels 1uit eene overgroote blijdfch;.p en nieuwsgierigheid, en Zoo als het gemeenlijk gaat, hoe meerder haast hoe minder fpoed, want daar zat een dikke brief in adtes houdende aan den Ondergetekenden , welks drie lakken , alle door de warmte zaten vast gebakken aan de binnen kant v an bet bilt» tenfte couvert of envelop, zo dat dit couvert niet konde daar afgedaan worden (al had het met gemak gefchiedj zonder het zelve zwaar te befchadigen en asn flarden te fcheuren, en is het zelve alfo zonder arg of list weg gefmeten, als van geen weerde zijnde. Hier nu za! tusfen beide iemand vrayen, wist u Zoon niet dat zijn Oom geen Btug meester was, maar wel zijn Vader? bier op dient tot andwoord, de Zoon wist dat zijn Oom in 1780 was geworden Raad in de Vroedfehap, en in 1782 Schepen, zeker zal hi) gedagc hebben, dat Oom in 1787 wel Burgemeester zoude zijn, nadien 1 zo als men te dier tijd fpraki lieden van famielje altijd na 't Confulaat ftonden, en zulks ook of vroeger of later obtineerdeu» een ander zal vragen konden dan twee broeders te gelijk in de Re. üeiirjg zijn? hier op moet geatidwoord worden na oude en nieuwere Re.  C 5 > Regerings Reglementen niet. Maar na 't drijven van een despoti-- que Oppèrrchout heeft alles moeten-geleideden, al was het nog zo ftiiidig met de wet, zo dat den Ondergetekende in de Regering komende, daar in gevonden heeft s maal Vader en Zoon ,. twee volle Broeders; Vader en Zoon Burgemeester en Oud Burgemeester bij den leeftijd van den Ondergetekenden viermaal, twee volle Broeders, vijf Zwagers, en volle Neven in menigte, en dus op dat exempel ook zijn Broeder daar inne gebragt heeft. En het is nog heden na de omwenteling niet veel beter, zi nde van de zeven perzonen die in het Geregt zijn, twee volle Broeders, twee bloed Neven, de eene zelfs niet Stemgeregtigt, en te zamen vijt van de zeven, zijn famielje onder eikander. Na dezen ui'itap gaan we voort te zeggen dat de reden van deeze, zo haastige nieuwsgierigheid hier uit oonpronkelijk was De Zoon van den Ondergetekenden Willem Jan Klerck was Luitenant ter Zee, dienst gedaan hebber.de op 's tand* ichip van Oorlog genaamd de Prit.ces Louifa in het Esquader, bet welke de Heer Schout bij Nagr, van B aam gecommandeen had in Oost - Indien in den Oor.og op Ma-, lacca in den jare .782 en vervolgers: en van welke Zoon m gropte drie jaren geenertói tijding was ingekomen, zijnde het even gemelde Esquader »l diverfe maanden in hei Vaderland te rug gekomen, zonder dat daar iemand gevonden wierde dewelke eenig narigt konde ceven van het Oorlosfchip de Princes Louifa , anders als dat het zelve, in een vliegenden ftorm, oefen d* K-.ap de uoede Hoop en Baavia bet zelve overkomen, van het Esquader was afgeraakt, en dat men daar zedert niets m-er van hadae vernomen,, en daarom wierden ove.al gfefl .gen gemaakt of het zelve niet wel met man en muis mogte gebleven zijn. ' Wie uer Lezeren, die kinderen heeft, en van welkers aanwefen nu niets meer te wagten-is, gevoeld met op h t zien van de.bekende hand eenes Z.ons, die men ai dfcgte in de Eeuwigheid te zijn, met welk ee.eo éSt dezen briefis geopend geworden? met anders denkende als dat hij aan zijn adres Burgemeester Klerck befteld was. Den brief dan geopend zijnde was daar in, zo als reeds gezegt rs„ een dikken brief aan het adres van den Ondergetekenden,. waar m een verhaal van het grootfte deel der reife, en het atdwaleu van het Oorlogschip, van het Esquader in een vliegenden1 ftorm,, en eindelijk het masteloos binoenloopen op bet Eilwd Maurttw of hte de Franc*, 4en voornaamften inhoud uitmaakte, alwaar zij voor het afze,,dcn van dezen brief al agt maanden gew.est waren, en dezen brief ruim vijf maanden reis hebbende, maakte uit 13 maanden na den ftoim, eer daar eenig beiigt van het gemelde Schip, hier te Lande koude arriveeren. .... Nu lag daar een los velletje Postpapier, ook w het lang gevouwen, tegen het adres van den dikken blief aan, ontoegemaakt. A 3 Waar  («) Waar op een brief gefchreven was, aan rijn Oom R. A. Klerckj Dit te laat gezim hebbende, wierden de verfcheurde brokken van het couvert bij eikanderen gedaan en gezien, dat op het cou eet fto 'd R. A- Klcck, Burgemeester te Rhenen, dog het was gefchied en niet te herdoen, en te Iterk gefchonden om het zelve te herttellen , dus wat raad? 't en is niet anders: een geruimen tijd na het beftellen van den brief, (alfo daar in den bok menfehen tegenwoordig >varen geweest, welke meenden befpeurt te hebben, dat den brief had moeten gebragt zijn geweest bij R. A Klerck j zo zonden defelve om den brief te rug te hebben, voor wei ken al twee gutóens port betaalt was, zijnde dezelve gekomen (na inhoud van den dikken brief; met een Üeensch Schip, dat ook op Islede Fian. Ce was aangedwaald, en waarichijnlijk in de eerfte Oeenfche Haven afgegeven: zijnde anders geen vaart op Mauritius als enkel van Frsnfcben of de zulke, die uit noodzakelijkheid, fto-m, of om behoeften moeten inlopen, anders had het geen agt nuaudeu behoeven te éuuren, eer'de eerfte tijding van daar had konnen worden ■fgezonden, Edog beide de brieven open, 't couvert aan dive;fefliikken, kon het zeive niet Worden herfteld, en dus wierd dit eene gedvvonge weigering. Wij zullen den inhoud van dezen brief ia qua.-siie op Zijn plaats van woord toe woord medeueelen. R. A. Klerck die niet in de Stad wes, en'te dier tijd al moeite zoude gehad hebben, om de twee guldens voor po.t te betalen, zoude waarfchijnlijk d zelve niet hebben onifangen, en zoude de beftelder dezelve zonder geld ook niet overgegeven hebben, want ïij hadden daar 38 lïuiv. veti'chot op gehad. Ofte zo hij aeztlve sl had kunnen onifangen, den bit-nenfte uit vijandigheid hebben te tug gehouden, en den Ondergetekenden nog Jangen tijd hebben moeten gepriveerd blijven van tijding zijns Zoons, die hij ai op de Lijst der Dooden gezet had, had bij zijne te huiskmist, dit geval zo ras niet vernomen, of heeft daar een ophef en gtfebreeuw van gemaakt, als of'er duizenden aan dien brief gelegïn waren: en of het fchier zijn ruwien ten gevolge zoude hebben. Nu in de armoede dagelijks al mier en meer komende, vind hij goed om den Ondergeteseneen, zender eenige aanmaning om onze oude en openftaande rekening te fluiten, met een Proces op het lijf te vallen, en vraagt niet om te mogen zien een Extract uit het boek des ondergetekende van omfangst en uiigaaf gedurende den tijd der Procuratie, maar hij doet eenen drieledigen Eisch ter rolle bren. gen; namelijk, hij Eischt ï». reltitutie van eene overgemaaktefom» ma van / 5'H- •< 8. Nota bene, in natura. »•>. Reftitutl» van de, (prefent gegeve; rotting met den gouden knop. Eu 30. overgave>an den brief abufivelijk op den 6 Mey 1787 aangenomen «n geopend door deu Oadergetekenden. Hei is jammer dat 'er nog niet  (7) niet eena ruimere primo eisch is bijgedaan, om aan denzelven nog a! meerder blijk van onregtvaardteheid bij te zetten, namelijk om bij de reftltutte van die hoofd fomma eenen jaarlijkfen intrest van >wr a vijf percent te willen hebben, dan zouden die bollen van l d-usword'er rJag dewé li hlJ •nt^êt dC rüUi"S met den «ouden knop! dewelke hij nog voorz.gt.gheid5ha!ven liet toetzen, eer hij daar voor qmteerde, las den brief, maar geef den brieft ,e rug, met Z behL £gT ' tS/(" igten bliefniet> ook moet ik het adres hebben, na da men al verftaan hadde, op welke een, wijze dat VZ\T^- on*huld> *°°d« eenigeinaUce ofq*d % »?X rJ°g,ln Z°° n. adrts ftekeB?) is weggeraakt, en daar infeu! wigheid geen kans en ,s, omme het zelve te beforgen, en het is op d en grond dat partij fuaineerd, dat 'er aan het de de lid v d? den n Cii !ïï« V° ^ e" dSCht da5rüm dat d('n Ondergetekenden in Gijzel ng zal gaan, welke rotul ter roüe, gedekt ij inde lliVJ,Ta'/'J pe'J,0SJe admisfle tot het doen van den meermalen M it / Eed' dat dezm hriefdie alhie>- "> J»*c» op tl . ,«,/•'• f" WM?" maStigen brufh, welken op den 6 Mey Jende aanR Tr^l " en Wa'ir *** bel •**« «*> b"l dendeaanR.A. Merck, en b,j weiger hg van dien, dat dun , aho. rens tn Cjzehng te gaan , partij zoude hebben te bewjze,, dJ7ei den egten brief niet is, De prefente Leden v0n den Raad vantlJl Jacobus Santbrink Huibert Budding, / Ilelmert Lyster, I A,Ie 4 bloedverwanten onder elkander, ea en de geen Stenige, f* 0ük 13,1 den Procureur Broers, Procureur regtigde van Pa"'j- Willem vau Noort.J De Vrouw van den Ondergetekende reist na Utrecht om te zien. man\annin d?^^ ^ **? f kond13«<*bveren°**** "«3 man van in de 60 jaren oud, tn die zo lange hier geregeerd hadde, een weinig confidentie te gebruiken, wa„t d« Se?32 hadde dat konde men tog niet geven, vertrouwende da? hij nóg li mge Egards zoude hebben voor een vrouw van f.uui (ti K voor»  C9) voorheen pleeg "te fpreken) maar wel verre daar van daan, hij hong! den bok nog veel meer uit, en wist fchier geene woorden te_vinden om zijne verbittering aan den dag te leggen, en daar zij (in Januarij . zo even van 't Rijtuig ftijf van koude, komende, haar nog zelve geen ftoof wierde geoffereerd, zo dat zij met al zijnkijvagien, al blij was dat zij van hem afging, wat zegt den- Lezer van zoo'n een groot heerfchap en zijne authoriteit, En kwam alfo onvenigter zake te rug, intusfen hadden Onderfchouc, een mensen, van even 20 jaren de boete, over 't niet in Gijzeling gaan, komen, halen. Den 39 January komt het defanlt van Gijzeling weer ten rolle, en de notul word gedekt door den Ondergetekende, abfeme procuratore, als de voorgsande, de Leden van den Raad van Regtsr pleging die prefent waren, waren Jacobus Santbrink, ") Alle 4 .Lieden die ik zeerwel gelove H. Budding, l hrn Ambagt te verdaan. Maar voor 't W. van Noort. , overige zal ik dezelve laten in hunne Roelof van de Weerd ,J waarde. Zij decerneren de Gijzeling binnen 24 uren, op de dubbele boete, en nu is 'er niet anders op als te obedieren, op dat zij geen apprehenfie corporeel zouden verleenen. Nu he ft den Advocaat zijnen harten wensch verkregen, te vo« ren was hij al lang belust geweest om den Ondergetekenden Ld Gij? zeling re brengen, hij had het bij 't Hof al gej-robeert, 't zelve fjpf valfchelijk misleidende, geobtineerd decretement van Gijzelinge, ja oppreh. corporeel, het geene aan den Ondergetekenden met veel fiirprife gefchreven, en ook gelezen wierde, voorgegeven hebbende dat den Ondergetekende weigerig was te voldoen, aan zekere Sententie van den Hove, waar van in 't vervolg nader, en op zijn plaats, zal gefprooken worden, zo dat 'er niet anders op wal 'voor den Ondergetekenden, als door een attest van den Raad van Regtspleging hem de Bye, voor een leugenaar te doen bekend worden, omme niet in 't geval te komen, van bij wijze van apprehenfie corporeel, in Gijzelinge gehaald te worden, welk attest, als mede de notul door des Advocaats Procureur van Toll ter rolle van den Hove gebragt, op zijn -plaats zullen mede gedeeld worden. Dan om weder te keeren tot het voorgaande, daar bleef voorden Ondergetekende nu niets anders overig, als bij requeste aan den Raad van Regtspleging te demonftreeren, dat den vertoonden brief den egten brief was, nogmaals met verfoek om toegelaten te worden, om z-slks te zweeren bij den Almagtigen God, -Schepper des Hemels en der Aarde, en dan kost en fchadeloos ontflagen te worden. En dat of fchoon het couvert of adres, onfchuldig en zonder erg of list is weg getaakt, da; even.wel uit den inhoud yan den A 5 , brief  ( lo ) brief zelve, vooral bij alle Rhenens Burgers en Inwoners, kon gezien worden. Dat dezelve adres geweest is, houdende aan R. A. Klerck, het geene den Ondergetekenden na Iecime van dien brief nader zal demonlïreeren. Den brief luide aldus: Wel Edele geftrenge Heer, en zeer geliefde Oom. Ik geloof dat ik half vergeten ben, wij/'k zedert Punte Galen, geen brieven ontfangen heb, 't is reeds een jaar dat ik de leste brief kreeg , vergeeten of niet, ik ben der nog. Als ik weer in Nazaret kom, ken je me niet, alles is te klein, tot mijne hembden toe: nieuws is hier niet,' 'k denk uw Ed. gefir. zult mijne Ouders brief wel lezen. iVij komen in V lest van%j thuis, of in 't begin vangvast, zo der geen wettelijke verhinderingen komen, wij zij.'i reeds agt maanden hier. de tijd verveeld eifelijk , groet alle goede Vrienden en den Haan en de hen, intusfcben heb ik de eer tnij met alle hoogachting te noemen. Wel Edele Geftrenge Heer en zeer geliefde Oom. Uw E. D. W. Dienaar en Neef. Ijle de France W. J. KLERCK, éen 30 November Luitt. 1786. Ik wenschje alle beil en zegen in V nieuwe jaar, verzoeke de in. getlotene te bezorgen. Zo gij zomtijds den Heer Lengacker fchrijft maak mijn compliment. De ondergetekende zeide zo even te voren dat het alhier in Rhenen algemeen bekend is dat hij maar eenen brueder hadde, namelijk R. A. Klerck , en een Zwagerden Luitenant J. H. Haantjens, getrouwt aan desfelfs Zuster Maria Christin» Klerck, gevolgeiijk had des ondergetekendes Zoon, den fchrljver d«sbriefs, maar tweeOomen : als een orpartijdig rechter, nu ziet in 't hoofd des briefs den titel van Oom, en in het Öot de grpetenis aan den Haan en dellen, zo wierden deze onder familiare en goede Vrienden dikwils genoemt, en bij heel Rhenen over bekend, zo vraagt den ondergetekende aan een iegelijk, maar voor al aan Rhenens burgers, en daar o'nder aan den Raad van Regtspleging, wien de geheele familie bekend is, of nu niet klaar genoeg bewezen is, dat de brief in quaïltie adres gehouden hebbe aan R. A. Klerck, men moet abfoKmt tegen zijn beier weten, met kragt en geweld aangaan, om dit niet  O" ) niet te willen toeflemmen; En zo dit de Raad v. R. kan en moet, overtuigen, dan behoorde den ondergetekende kost en fchadeloos. orutUfcen te worden, alfoo het genoeg is voor een regter, dat zij overtuigt zijn dat het adres gebleken is uit den inhoud, en dat'er dien volgens aan de fententie ten vollen voldaan is. — Den ondergetekende heeft al verder aan den Raad v. R. getoond, dat dit bewijs meer als eene halve preuve uitlevert, en verzogte tot fuppletie. van de andere nelfte dier preuve geadmitteerd te worden tot het doen, van den Eed, dan het gerecht vind goed, het rtquest te (tellen in handen van Partije om te dienen van bericht, dit bericht is ook ingekomen, doch den ondergetekenden krijgt 'er geen vifie of narigt van; maar Panije voegd daar iets bij, dat als hij rechter waszoude bij appoincteeren Fiat request in Judicia. Bravo, 't gericht is nu al weer gered en uit de verlegenheid geraakt, het 2elve word alzoo dau ook uitgegeven. Daar het nu notoir en na rechten kennelijk is dat den ondergetekenden tot het doen van den Eed, behoorde te worden toegelaten , en alzoo te zwecren dat dezen duk genoemden brief den Ejuen en Waarachtigen brief is, zoude den Raad verpiigt zijn omme, zo partij met geweld de Envelop cf het Couvert, dut nimmer te beko^ men is, wilde hebben, 't zelve Couvert, op gefös waarde te fiel. icn, en dan was voort alles gedecideerd. Maar neen, partije wil de zaak op de lange baan houden, om door dit middel den onderdrukten nog lange in Gijzelinge te houden: het zij met reverentie gezegt, dat den rectuer behoorde meer authoriteit te toonen, en laten mat een burger zo niet omfpringen, als de kat met de muis: het is doch na befchreven rechten kennelijk, dat, ah iemand zeker goed van een ander eisebt, bet welk den. gedaagden bekend gebad te hebben, maar dat bet vergaan, very teerd of weg is, zo dat het hem niet wederom gegeven kan worden , zo zal den rechter zorgvuldig zijn , om te weeten boe v:cl het zelvt goed waardig is geweest, en den gedaagde de waarde prefenteerende te betalen, moet zulks ge/cbieden. Doch indien de zaak, van die natuur is, dat den Rechter zulk een goed, niet konde taxee. ren, zal den Rechter den Eisfcher den Eed afnemen, hoe veel dat 'bet vermiste goed waardig is geweest. Vio. tot tit. ff de IN LiTEM, juia. dog alzoo het zelve niet zonder perijkel is, van eenen quaden eed te doen, en ook lichtelijk den gedaagden, groote fchade daar door word toegebragt, moet den Rechter niet ligtelijk , tol helt doen van zulk een Eed gedogen, of bevelen gedaan te worden, maar naarjlig onderzoeken, of daar geen andere middelen zijn , om de waaide van bet vermiste te konnen weeten. VtD. d. d. ib d. em ANDERE voo:j was wel voorzigtig, hij wilde ze niet beëedigen, maar referveerde in zijn fingulier flot, dezelve ten allen tijde te vermeerdeten ofte verminderen na welgevallen: deze rekening is gedebatteerd door den Ondergetekenden, dog is lidspendent gebleven: in welk water onzen Vrind de Bye nog een visje denkt te vangen. Hier moet men in het voorbijgaan, opmerken, wat middelen hij in het werk ftelde, oni zo een fom te boven te komen: hij mogte volgens contract, geen akkerraaals hout verkopen als Pubiicq en niet jonger als 6 jaar oud, dog hij, altoos om geld verlegen, ver. kogt het uit de hand als het nog maar 5 jaar oud was ('t groeide welig) en wel voor contant geld, eea vak, waar voor men 6 ducaten in de hand kreeg, dog het mogte niet eer gehakt worden (om de ftammen niet te bederven) voor dat den winter daar was, als wanneer den koper, dat zelve vak in eenige perceelen lcy, het zelve pubiicq bragte een jaar credïet, gaf, zo als hier het gebruik is, en daar las Gulden van maakte. Zo deede hij dikwijls, zo deede hij met het te velde ftaande koorn, verkogt dat, als men nog niet regt kon zien, wat het waardig zónde zijn, men begrijpe wel dat hij, die het op zo een fpeculatie moesEe kopen, niet meer gaf als hij kwijt wilde zijn, zo daede hij met de land pagteri, die hij voor den verfchenen huurdag, al vroeg de lieden afperfte, onder zo veel of zo veel korting, namelijk die 50 Gulden fchuldig zoude zijn te Kersmis, liet hij in Mey te voren of iu Juny betalen met 3Ö Gulden  (21 ) den of mindert hóe iaijer de lieden zig hielden, hoé meer hij al afiloeg, ja hij zoude het gedaan hebben voor de helfte, en gaf die Heden, dan een volle quitantie: nu (telde hij niet in onrfangst, het geene die goederen hadden moeten afbrengen, maat flegts het geene hij gebeurt hadde, din is alhier nog in varsfen geheugen, en be« roep mij op het getuigenis dier lieden, met dewelken het zelve is voorgevallen: hier ziet men dat het 'er altoos nog verre af is, omme dien boedel te kunnen deeleh, want na deeze valfche rekening, is die uitgefebote fomma nog niet geincasfeerd, maar hij verhaalt niet hoe veel jaren hij geleeft heeft met zijne Jutter, na dat zijn eige boeltje gekloven was, van dien boedel tot aan't ontzetten van de adrniniltratie toe, het hakken van hout en boomen die hij in zijn huishouden verbrand heeft, en het eten van zekere (lukken lands, die hij onverhuurd voor zig behouden heeft, en geen huur voor zig betaalde. Door dezen weg fcheen het of dezen boedel abfolut moeste wagten om gedeeld te worden na de dood van Mevrouw* Haantjens; edog de Bye vind'er wat op uit, en dat behaagd Jacoba van Mensburg, te voren Wed. van R A. Klerck, dog thans hertrouwt, als reeds gezegt is aan H, Vermeulen, Luit. in dienst van de Bataaffche Republicq, hij disponeerd dezelve omme van die nog niet geineasfeerde (valfchelijk voorgegeve niet geincasfeerde) fomma af te zien, daar aan te renuncieeren, en alfo de faéïo dien boedel'te brengen in de termen van te konnen deelen: hier toe dan word den Ondergetekenden voor 't Hof geroepen, dit wasdeconfe» rentie met den Commisfaris Wachendorf. De Ondergetekende voorziende het lot, dat de Wed. Haantjens ftond te overkomen, zo als hier na zal blyken, hadde hij liever geZien , dat den boedel onder fequestratie bleef tot aan de dood van zijne Zuster, want nu kreeg zij vroeger of later haar geld, en zo Jacoba van Mensburg haare portie moeste adminiftreeren, voor zag men deeze in alle guarnifoenen te moeten nalopen, tot geen kleine lasc voor de Wed. Haantjens, dus wilde den Ondergetekenden niet graag toetreden tot de deeling: dan het Hof vind goed de deeling bij Sententie te ordonneeren, dit aan den Ondergetekenden gecommuniceerd zijnde, heeft het zelve ilico aangenomen, en zulks bi} Misliva aan heru de Bye bekend gemaakt, hem verzoekende om tijdj en plaatze van bijeenkomst te willen reguleeren, hier op dan van dag tot dag al wagtende na de overkomfte van hem de Bye om dit werk te beginnen, nadien zulks alhier te Rhenen behoorde te gefchieden, namelijk eerst de taxatie, om daar na de deeling interigren, en ziet den Heer Advocaat komt niet opdagen, maar befchuldigd den Ondergetekenden van onwilligheid, en gaat voort om tegen denzelven te procedeeren als een contumax , omme hem in Gijzeling te brengen bij het Hof te Utrecht. Ziet eens geagte en onpartijdige Lezer, om aan zijne wraakzugt te voldoen, tracht men / B 3 een  ( m ) een onfchuldig mensch, fchuldig te verklaren, hem op te fluiten, fchande aan te doen (dog weidenkenden rekenen het geene ithande, wanneer men onver iiend valfchelijk mishandeld word) en op kosten te jaagen, den braaveo man gaat voort om den Ondergetekenden in Cij'.eling te eistenen, het geeneden Ondergetekenden van ter zijden gefchreven wierde, tot zijn uitterfte furprife. Irtusfen prefenteerd hij de Bye. een Request aan den Raad van Regtspleging te Rhenen, en wel op den 13 Maart 1798. (den Lezer lette nu wel op dezen en de twee volgende datums, waar uie bewezen word dat hij de Bye een leugenaar is,) kennisfe gevende van zo eene Sententie, en verzogte daar bij Commisfarisfen tot taxatie dezer goedeev, (j^l^-i*^ 1y<-^ ï&L^&^rf***^'0*' ^ D. KLERCK. ^ % fL* tw£*~