HET RECHT der NEDER DUITSCHE GEREFORMEERDE GEMEENTE OP DERZELVER KERKEN ENZ. en alle de stukken daar over ïusschen de MUNICÏPALITEIT, de KERKENRAAD, en COMMISSIE de rz e l ve, te BREDA. (in navolging van de uitgaave van een tweede project-plan) aan 't licht gebragt. "Boe een ander niet, 't geen gy niet wilt dat u gefchiedeActe van Staatsregeling. Voor Rekening, en ten behoeve der Nederduitse Gereformeerde Gemeente uitgcgeeven. Te bekomen te Amfterdsm by M- de Brujn en ^ B. Sakes- te Breda by fV. van Bergen; te Bergen op loom by H. de Bel; M Bosch Palueren^on te Dord by Blusfé; te Delft by J- * pf''. £ Levden by Delfis en Hafebroek en van Houten, te Rouerdam d!Vis en % Cornel; en verder aio» by de voornaamfte BoeWiandelaaren.  ACTE van STAATSREGELING. AL GE ME ENE BEGINSELS. Art. i. Het oogmerk der Maatfch«ppe!yke verëeniging is beveiliging Van pe.ftoii. leven, eer en goederen, en belchaaviug van verftand en zéden. Art. 4. Ieder Burger is volkoomen vry, om te befehikken over zyne coedeien, inkomften enz. Art. 6. Alle de pligten van den Mensch in ds Maatfcluppy, hebben hunnen grondllag in deeze heilige Wet: Doe eenen ander niet, 't geen gy niet wilt dat u gefchiede. Art. 16. Ieder Burger mag zyne gevoelens uiten, en verklaaren, op zoodaanig euie wyze, als hy goedvind, des niet ftrydig met het oogmerk der Maatfchappy.  BURGERS van NEDERLAND! en van BREDA! 3£isfcliien zal het vreemd fchynen deeze Ver**- ^ Nederduitfche Hervormde Gemeente „Breda, ten onderwerp hebbende door den Druk te zien gemeen maaken , en zekerlyk zou^ Gecommitteerdens dm Gemeenteniet tot deeze Ut gaavezyn overgegaan, indien 'er geene noodzaale toe waare. Maar, behahen andere gebeurtenis/en, die om redenen verzagen worden, heeft men geven da de Refolutie van de Municipaliteit, de dato 15 i*pumber I7o8, houdende een tweede Plan van verg, M hrt na dat ze aan de onderfcheidene KerkMeenten* was toegezonden, in « " Inbekend) is ultgegeeven, en de inhoud van dn Plan Un niet nalaaten een zeer ongunfltgen tndruk maaken, ten opzigte van het gedrag der Neder fche Hervormde Gemeente, indien 'er van haven iege een diep fiilzwygen gehouden , en alzoo de toedragt der zaaken alken aan éène zyde bejcaouwi wierdt, * % Bet  ( IV ) Het wierdt dus een plicht, een ieder in de gelegenheid te flellen de geheele zaak tc kennen, en alzoo onpartydig te kunnen beoordeelcn; en om deeze reden alleen, ziet deeze Verzameling thans het licht. Gy zult daar in vinden alle de Stukken, die door de Municipaliteit aan de Nedeidwtfche Hervormde Gemeente, en door deeze aan de Municipaliteit , cpzigtens dit onderwerp , zyn toegezonden, in die order, als ze op elkander gevolgd zyn. Doch tot voorkooming van misvatting en verkeerde aanmerkingen, vindt men zich verptigt in dit Voor* berigt te melden: 1. Dat in deeze Verzaameling geen één Jddres , Memorie of andere Stukken, onder welke benaaming ook, door de Roomfche Gemeente ingeleeverd, gevonden wordt, om dat de Gereformeerde Gemeente daar van nooit kennisfe , inzage, of Copiën ontfangen heeft, fchoon zy dit uit de eerjïe Conferentie, volgens de wederzydfche affpraak , billyk yerwagt hadt. 2, Dat de Stukken, naamens de Nederduitfche Hervormde Gemeente ingeleverd, deels op naam van den Kerhnraad, deels van de Commisfie van Kerkenraad en Gecommitteerdens uit de Gemeente, luiden; om dat, in 't begin deezer zaake, gcene Commisfie uit de Gemeente be- fiondt, en de beantwoording der Stukken, door de Municipaliteit, by den Kerkenraad ingezonden ,  ( v ) jen, geen uitfiel lyden kon, en de Kerkenraad, zich verplicht zag, de belangens der Gemeente te doen waarneemen door ecne Commisfie uit hun midden, beflaande uit den Predikant G. Wutijster, den Ouderling Mr. S. B Jantzon, en den Diacon J. Aiebeek, tot dat vervolgens ook eene gelyke Commisfie van drie Leden uH de Gemeente, met naame B. v. d. BORGH, C. F. SCHULTZ PESSER en R. A. de S A LI S , benoemd is, door alle welke Gecommitteerden! refpeltive alle de Stukken, namen! de Nederauitfche Gereformeerde Gemeente getee^kenit eY'ingeievfrd zyn.' 3. Dat, dewyl tog deeze opgaave\n het Voorberigt noodig was, overtollig zou geweest zyn, de onderteekening der Stukken van wegens de Nederduitfche Gemeente ingeleverd, daar agter te plaatfen, en dezelve om die reden zyn weggelaaten. 4. Dat de tyd, wanneer de Refoluiie der Municipaliteit No. 14. by de Hervormde Gemeente ontfangen is, nevens dezelve Jiaat aangeteekend, om dat deeze de éénigp is, waar van de dag der ontfangst niet uit het antwtord der Hervormden kan eonfieeren. 5. Dat een dubbeld van den Brief No. x6. met het Request No. 17. aan het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataafjchen Volks is gepresenteerd, * 2 om  ( Vi ) om dat het tydvak van vyf dagen tusjchen het nemen van der Municipaliteits Refolutie van r5 Oaober I798, en het ontfangen van dezelve by de Hervormde Gemeente verhopen, eene onzekerheid overliet, of niet de Stukken reeds verzonden waren, eer de Brief No. l6. ingekomen was. 6. En eindelyk , dat geene Exemplaaren voor echt erkend worden, dan die door éênen der Gccommittcerdens zyn onderteekend. R E-  REGISTER der STUKKEN. No. I. No. 2. No. 3. No. 4. No. 5- No. 6. No. 7. No. 8. No. 9 Verzoek der Magijlraat, om «»* Commisfit uit Kerkenraad of Gemeente op 't Raadhuis te zenden, op Woensdag den 4 >Ó> «79». * dato 30 Juny 1798, iflfWe uitrekening. Antwoord aan de Municipaliteit op het gehoorde Rapport der Commisfie, de dato 10 July 1798. Foordering van de Magijlraat van de opgave der Gereformeerde Zielen, de dato 19 >ly 179». Antwoord hier op door den Kerkenraad, met fuft*nue van Eigendom op de Gereformeerde Kerken &c, de dato 21 July Nadere Infinuatie van de Municipaliteit tand* Kerkenraad, om de gever der de opgaave en be~ wyzen te produceeren, de dato 26 July I798^ Antwoord van den Kerkenraad, de dato Augustus 1798* Nadere voordragt van de Municipaliteit, vol' „ens een daarin geprojeSlee, d Plan van fchikking en verdeeling, de dato 15 Septemh. 1798. Rapport van Tauxatie van zes Timmerlieden en Metfelaars, gevoegd by voorn. Voordragt, Jub No. 7. , Confideratien en lnformatien van de Commisfie der Gemeente, over eenige Stukken m de Voordragt No. 7. voorkomende, en bezwaar over geweigerd Kaarslicht in den Avond- Godsdienst, dato 4 OStober 1798. No. 10.  No. ic No. ii No* 12 No. 13, No» 14. No. 15. No. 16. No. 17. ( VIII ) . Dhpofitie van de Magijlraat, tot weigerin* van Kaarslicht voor den Avond- Godsdienst, de dato ^ October 1798. , Nadere Alteratien voor het Plan van Schikking door de Municipaliteit, de dato 8 OSlober 1798. ■ Antwoord van de Municipaliteit, op eenige der gedaane Informatien van den Kerkenraad, de dat» 11 O el ober 1798. Nader Declaratoir van te zullen antwoorden, door de Commisfie van Kerkenraad en Gemeente, de dato 15 October 1798. Declaratoir van de Municipaliteit, om de Stukken, relatief de verfchitien emtrent de Kerken enz. , over te brengen aan 't Wetgeevend Lichaam, de dato 15 O&oher 1798; doch omfangen 20 Ocïob. 1798, 's avonds half9 uur en. Herinnering van eèhi getenteerd wordende onderneeming, tot fluiting van de Groote Kerk, en verzoek van voorziening, de dato ai Octaber 1798. Ampele Memorie, zoo tot aanmerkingen op het overgegeeven Plan, als tot adfirutlie van het recht der Gereformeerden op hunne Kerken &c. Request der Gereformeerde Gemeente aan V Wetgeevend Lichaam, inhoudende verzoek, om de Memorie fub No. 16., te willen voegen by de overige Stukken, bevoorens door de Municipaliteit aan het zelve, volgens derzelver Declaratoir in No. 14. reeds toegezonden. 1  No. i. GELTKHEID! FRTHEID! BROEDERSCHAP. De GecommitteerJens uit de v Municipaliteit der Gemeente van Breda , tot het in werking brengen van het 6de der Additioneele Artikelen, tot de Afte van Staatsregeling van het Bataaffche Volk. AAN De Kerkbeftuurders der Hervormde Nederduitfche en Walfche Gemeenten te Breda. Breda den 30 July 1798* Htt Vierde Jaar der Bat. Vryheid. MeedebuRgêrs" ! Door de Municipaliteit deezer Gemeente gecommitteerd zynde, om het 6de der Additioneele Artikelen , tot de Acte van Staatsregeling voor het Baxaffche Volk, relaiif de verdeeling van Kerkgebouwen en Pastoryhuizen , in behoorlyke werking te brengen. Zo hebben wy de eer, eene Commisfie, beftaande uit drie der Nederduitfche en twee der Walfche Gemeentenaren, te verzoekwn, en welke Commisfie door alle de Leeden dier beide K^rkgenootfchappen , of immers door lief meerderdeel van dezelven, daar toe behooren te worA te*  { * ) den benoemd, op de wyze door UI. onderling te be= paaien) om tegens Woensdag, die wezen zal den 4 July 1798, des namiddags ten drie uuren, op de Agterzaal ten Gemeentenshuize alhier, met ons, en de Commii-iien der overige Kerkgenootfchappen te aboucheren , ten einde onderling opzichrens gemelde 6de Art. een billyk vergelyk te treffen, waar toe wy vermeenen dat bygaande uitrekening ons ten bazis zoude kunnen (trekken , wy verzoeken dat uwe Gemeentenaren, de benoemde Commisfie tot de finale afhandeling de nodige Volmacht geve. Na UI. Godes beste zegeningen te hebben toegewenicht, blyven wy TJlieder Heilwenfchende k Meedeburgeren , (jwjt gel•tekent) C. J A M E Z. H. R. BANIER. A. O U K O O P» W. N. VERLEGH. W. P. van den BOSCH.  ( i ) In de Gemeente vart Breda bevinden zich, volgen de jong/te Telling, circa 8300 Zielen. f Getal der Gemeen | IcJer der K"hg°J In dezelve Gemeen- De ^fc^U»»,,,*, ondcr-l"00^1^1'6" k°in,l te bevinden zich de waarde van iederKerkgenoot" 1,ct Tolal d" "1 navolgende Kerken, is. fdiappen C°!°m l" Som jf • > ' van ƒ 55Gop: I De Groote of Lieve „ . J ,-/s-,i? , Vrouwe Kerk. ƒ43000. R°°mfcl>e 04JO 43*078» | Ofc Kleine of Mar /* 'H Uendaalfche Kerk DeFranfcheKerkof ÏÖOO * °«3r J | St. Wendel. Capel. ƒ 300°' £ J De Capel van St. „ - _ | Jo*st. ƒ ï°°°« C > ff?**?? 1 L . ,„ ï674»ï | De Capel van den r< s J fc „..Sa t OGO, I Ecsjerd. J ^ » ; Total. . / 55600. 8300I ƒ $5600 \ Wanneer aan deRoomfcheCatholyke de Groote Kerk vvierd afgeftaan , aan de Nederduitfche en Walfche Her-vormde de Kleine enFianfche Kerken, zo zouden de Cup-ellen van St. Joost en van denBeyerd, ( wyl na' ons inzien de Lutherfchc Gemeente geen Kerk benoodigd heeft, als van een privative voorzien zynde) van Stads wegen kunnen werden'verkogt, en de Lutherfche Gemeente? hun aandeel uit de té proveniërende Kooppenningen' hertaald worden, de' overige Penningen,- welke meerder' dan het aandeel der laatfte zoude bedraagen (en die? nooit conüderabel zyn kunnen) zouden in Stads Kasfe" geftort kunnen worden , waar door dan ieder Burger vanf de meerder gemaakte Gelden, zyn juist!- aandeei wede? bekomt* — A <2 BE©64*  ( 4 ) No. 2. D e Kerkenraad der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Breria, geboord hebbende het Rapport van Ininne Gec, mmitteerdens, welke ingevolge uwe aanfchryving op iaatstleeden Woensdag den 4 deezer, ten Stadbuize zyn geweest', en daar by uw verlangen yrdeji getro!> keu  ( » ) {ken, als of wy daar door ftilzwygend zouden hebben toegeftemd in de toepasfing van het 6de der Additioneele Articulen van de Staatsregeling op de Gerefor•meerde Kerkgebouwen binnen deeze Stad, maar dat wy alleen, onverminderd het recht der Gereformeerde Kerkgemeente tot hunne Kerkgebouwen, U by deezen kunnen melden,, dat, Volgens de weinig tyd geleeden gedaane telling, het getal der Nederduitfche Gereformeerden alhier beliep Veertien honderd-Zielen, en dat, fchoon welligt'er fusfchen dit tydvak, en nu, eenige, fchoon geringe, verandering in dit getal mogt plaats hebben, wy egter fpeciaal, uit aanmerking van al het voorfz- vertrouwen , dat eene nadere telling immers yoor als nog onnoodig wezen zal, Waar meede wy blyven met achting De Kerkenraad der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Breda, En op derzelver last. S.REOA den 24 July 179$, GE.  C ) No. 5. GELTKHEÏD! FRTHE1D! BROEDERSCHAP. FXTRACT uit het Register der Kcfolutiën, van de iVjunicipahteit der Gemeente van Li RtüA Donderdar den 26 jiiïy 7798. Het Vierde Jaar ckr Bataaffche VryheiJ. D comtmtteerdens tot het in werking brengen van het 6de der Additioneele Articulen, communiceereu de by hun ontfangene refcriptien van de onderfchei lene Kerkgenootfchappen, innehoudende opgave van het getal der Zielen, waar uit ieder derzelve is te zamengefteld, gelyk ook een antwoord van den Kerkenraad der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Breda, gtfehreeven van hier den 24 Tuly 1798; inhouden.'e als ten register van ontfange Misfives; — waarop zynde gedelibereerd, in achting genomen, dat de Kerkenraad der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente vermeend te zyn wettige bezitter der Kerkgebouwen, tot heeden tot hunne Godsdienst oeffenen gebruikt, en hun bezit op zulken regtmatigen titul van eigendom berust, dat andere Kerkgemeente daar op even weinig aanfpraak knnnen maaken, ten gevolge de Staatsregeling, als zy op de Kerkgebouwen dierGemeentens eénig recht kunnen fnfHneeren, en dien ten gevolge fchync te willen ongehouden zyn, om te voldoen aan het ijl»  ( M ) \ft» Art. vnn de Publicare van den ia July 1. 1. door liet Intermediair Uitvoerend Bewind der Bataafiche Republiek geëmaneerd. Overwegende , dat de Kerkenraad van bet Hervormd Kerkgenoodfchap deezer Gemeente, wel fuftineerd den eigendom der door haar gebruikt wordende Kerkgebouwen enz te bezitten, edog geen/.ints door hun ingevolge het 6de van bovengemelde Additioneele Artikelen is beweezen door aanbouw uit hunne afzonderlyk Gemeentens Kas, een byzonder en wettige Eigendommen hunner Gemeente te zyn. Overweegende , dat by contrarie bevinding de Staatsreegeling de befchikkiitg over dezelve Gebouwen aan ieder Plaatslyk Bewind overlaat, om deswegens tusfchen alle de Kerkgenooilchappen eenig vergelyk te treffen. Overweegende, dat by voornr Publicatie van den 12 July, de piaatfelyke beftuuren, alsmede met het ter executie leggen van bet 6di dier Artikelen der Staatsregeling zyn belast, op de wyze daar by bepaald — en dan eerst, wanneer door hun aan de vyf eeifte Artikelen dier Publicatie zal zyn voldaan, by ontitentenis van het by de Publicatie voorgefchreevene, het Vertegenwoordigend Wetgeevend Lichaam zal moeten befLsfen. En eindelyk, overweegende, dat het de plicht deezer Vergadering is, den meesten fpoed aan dit werk by te zetten, en dat de getrouwe handhaving der Ac~ta van Staatsregeling aan alle Adminiftrative Beftuuren door het Volk is aanbevoolen , en alle inbreuk op dezelve is een aanflag op de veiligheid van den Staat, heeft goedgevonden en verftaan, den Kerkenraad van de Nederduitfche Hervormde Gemeente alhier, te gelasten, zo als gelast word by deezen, om binnen eerstkomende agt  ( "4 > Égt dagen na receptie deezer Refolutie, ingevolge de Acte van Staatsregeling, deeze Vergadering by fchriftelyke Memorie te bewyzen, het recht van Eigendom , dat de Hervormde Nederduitfche Gemeente fuftineerdte hebben op alle Kerkgebouwen en Pastoryhuizen door haar tot heden gebruikt , zullende by faute van dien haarlieder ftilzwygen gehouden worden als een toeflemmiug, dat de door hun gebruikte Kerkgebouwen en Pastoryhuizen niet zyn haarlieder privativelykert eigendom, en word dezelve Kerkenraad al verder gelast, om binnen vier en-twintig uuren, na dat de voorfz. agt dagen zullen verftreeken zyn, zonder dat van haar het gevergde bewys' zal zyn ingekomen, aan de Commisfie tot het in werking brengen van het 6de der Additioneels Artikelen s aan wiens hoofd zig den Curger A. Ouroop bevind, gaaf en glad, zonder eenig het minfte voorbeding of refirictie, op te geeven, het aantal der Leden tot haar Kerkgenoodfchap behoorende, ten einde de re* lative meerderheid der Zielen op te maaken. En zal Extract deezes, zonder refumptie worden1 uïtgeleeverd aan den Burger A. Ou koop en verdere Gecommittecrdens tot het in werking brengen van het 6de der Additioneele Artikelen tot hunne informatie ,en gelyk Extract aan den Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier, ten einde zich' daar na in allen deele ftiptelyk te gedraagen* Qwss geteeketit) G. G. van drr HOEVEIST, vt. Accordeert met 't voorfz. Register» A. Q. HOYNCK yan PAPENDRECHTV Secretaris» Buk»  ( I* ) No. 6. Burgers! U we Refolntie van den 26 July, is ons dfrl zyfteif daar aan volgende toegekomen, en wy zien daa^ uit met leedwezen , dat onze voorige Misfive aan UI. Gecommitteerden gcfchreeven , met betrekking tot de Cereformeerde Kerkgebouwen, by UI. uit een ander oogpunt worden befchöuwd, als dezelve door ons zy' gefchreeven; want onze intentie is geeiizirits eenige de minfte i'ibreuk te doen op de Acte van Staatsregeling; in tegendeel, wy eerbiedigen dezelve, en tragten daar na onze daaden exact-te reegelen; maar het is mooglyk, dat wy aan den inhoud van het 6de der Additioneele Articulen eenen anderen zin hegten; het is moogIyk , dat wy in onze uiilegging dwaalen; maar wy kunnen UI. verzeekeren, dat, zoo wy dwaalen mogten het alleen een dwaaling ter goeder trouwe is; en daar het notoir is, dat niemand onzer in deezen eenig perfoneel belang heeft, of hebben kan , houden wy ons verzekerd, dat Gyl. al 't geene wy in deezen doen, wel zult toefchryven als alleen voortkomende uit eene overtuiging van ons zeiven, uit het bezef van onzen pligt, om v ior de belangens der Gemeente, aan onze zorg toevertrouwd, te waaken» voor zoo verre wy by ons zeiven gevoelen, dat die belangens met het recht en de Acte van Staatsregeling overeen komen. Onze daaden geeven daar van ook, zoo wy ons vlei» jen, de fpreekendfte bewyzen; want wy hebben op de aanfehryving van uwe Gecommitteerdens tot dit werk, niet gedraald, daadelyk aan den Burger O ukoop, by onze Misfive van den 24 July, opgaave te doen van 't jétal der Zielen tot de Gereformeerde Gemeente in deeze  ( 16 ) deeze Stad behoorende: Inteegendeel, wy hebben by die Misfive daadelyk gemeld, dat in deeze Stad 1400 Zielen tot de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente behoorden; wy hebben deeze opgaaw volvaardig gedaan, om van onze zyde geene de minfte verhindering toe te brengen aan uwe werkzaamheden by dat (>d» Additioneel Articul, en de Publicatie van 't Intermediair Uitvoerend Bewind, dato ia July 1793, maar om alle aanleiding tot verfchillen, zoo ver in ons was , weg te neemen, of wy door een eenvoudige opgaave v^in Zielen al dan niet zouden kunnen gereekend worden, te hebben toegeftemd, dat onze Kerkgebouwen in de termen vielen van 't 6de Additioneel Articul, hebben wy uit eene voorzorg herhaald , dat wy vermeenden wettige bezitters te weezen van de Gereformeerde Kerkgebouwen, gelyk wy in een voorgaande Brief reeds hadden te kennen gegeeven, — en daarom hebben wy 'er ook bygevoegd, dat wy dien ten gevolge, die opgaave vermeenden niet te kunnen doen ten alzulketi effecte, dat daar uit, als uit eene gaave opgaave , eenige confequentie ten onzen nadeele zou kunnen getrokken worden. Onze intentie is daar mede ook geenzints geweest te draalen, of het werk moeilyk te maaken: — Integendeel, onze intentie daar meede is juist geweest, alle voorloopige difcusfien te vermyden, en alzo geene deminfte verhindering aan uwe werkzaamheden roe te brengen; — Met dat oogmerk juist hebben wy vermyd in eenig detail te treeden der gronden, waar op deeze onze allegatie van wettig bezit ruste, en dat alles uitgefield, tot dat het door U;. te maake Plan aan ons zou worden gecommuniceerd, op dat, ingcvalle in dit Plan zelfs mede door ons eenige befwaaren vermeend wierden plaats te hebben, alles gelyk te kunnen verbande  ( É* ) handelen, en alzo, overeenkorriftig de Publicatie voorgemeld , alles te zamen in ééns ter kennis van 't Wetgeevend Lighaam te kunnen brengen. Deeze verklaaring van onze intentie, zal, zoo wy vertrouwen, UI. van de jultesfe onzer handelwyze doen overtuigd zyn; — wy houden ons daar by verzekerd, dat Gyl. wel zult gelieven te refleéteeren, dat wy in dit geheele werk, volgens den aart der zaake, en den inhoud der Publicatie van den 12 July 1798, in zekeren zin niet anders, dan verweerender wyze kunnen te werk gaan, en onze pointen van verfchil of bezwaar opgeeven binnen drie weeken, na dat ons door UI. het plan van fchikking is opengelegd, en gecommuniceerd, dat de magt van het Plaatfelyk Beduur daar by is bepaald als alleen zig tot het maaken van fchikkingen, en is 't doeulyk, minnelyke verëeniging van partyen zig viitftrekkende, en, om aan het Uitvoerend Bewind op te geeven, de pointen van gefchil;' dat dé gefchillen zelf door niemand, dan door het Wetgeevend Lighaam kunnen worden beflist, daar *t zelve zig die decifie by het meergem: 6de Additioneel Articul heeft gereferveerd; dat wy dien ten gevolge de bewyzen en adftructie van onze (uitentte aan dielïooge Vergadering zullen moeten openleggen; maar dat wy, alvoorens zulks te doen, noodig hebben te weeten, of iemand zigtegens ons 'partye field, devvyl zonder partyen te hebben, alle adftruélie van ons recht onnoodig is; dat wy ook daarom by onze laatfte, en by voorgaande Misfive verzogt hebben, (gelyk wy ook nog verzoeken) de aan ons toegezegde communicatie der antwoorden van de Roomfche en Lutherlche Kerkénraaden, op dat wy daar uit weeten zouden, of zy ons bezit zouden willen betwisten: dat wy daar van tot nu toe niets vernoomen hebben, en dus nog in die zelfde onzekerheid zyn; terwyl li  C 18 ) 'er geen andere Kerkgemeentens in deeze Stad bekend z\n, en dienvolgens het van derzelver verklaaiing alken afhangd, ot" 'er al, dan niet, tusfehen de onderfcheice Gemeentens alhier, ten deezen opzigte verfchii zal plaats hebben, 't welk ter beflisfiug van het Wetgeev.nd Lighaam zal moeten gebragt worden; en dat nergens in de Conftitutie, of Additioneele Articttlen van dien, of in de Publicatie aan de Hervormde Gemeente belast word, om, zonder te weeten, of'er partyen zig opdoen, de bewyzen van hunne Eigendommen aan 't Pkatfelyk Beftuur te exhibeeren, binnen een tyd door hetzelve Beftuur te bepaalen, op pcene, dat by feute van dien hun ftilzwygen zal gehouden worden voor een toefteinming, dat de door hun gebruikte Kerkgeb; uwen niet zyn haarlieder privativelyke Eigendom.En Gyl. zult da-kromme, hoepen wy, ons wel teil besren gelieven te nouden, dat wy, behoudens aJIerï ces bied, by deezen declareeren, te vermeeuen tot het exhibee:eu dier bewyzen , of de adffru&ie van ons ïecht, voor als nog, en zoo lang ons geene reclames van d^ R'-> nifche en LutDerfche Kerkenraaden bekend zyn, niet gehouden te zyn, noch ons ftilzwyg, ri ten deezen opzichte als een adveu ten onzen nadeele immer aangemerkt te kunnen worden; nrar dat wy tefféns bereid" zyn, om binnen den tyd, by de Publicatie voorgefchreeven , aan onze verpligtingen uit kragte van dien te zullen voldoen, en alzo alle bezwaaren inleeveren, zoo als behoord y en by de Wet is voorgefchreeven. Voorts neemen wy by deeze geleegenheid de vryheid Ul. te communiceeren, dat 'er met, en beneevens eene Commisfie uit deezen Kerkenraad , eene Commisfie van drie Leeden onzer Kerkgemeente, met naamen B. vaw ÖÜR BoRCH , E. F. SCHULTZ pESSER en R, A. 0e  Salis, is benoemd * om voortaan te faamen alle de belangens deezer Kerkgemeente, fpeciaal medé ten opzichte der Kerkgebouwen, waar te neemen. Waar mee,dé wy blyven met fchuldige achting. Burgers! UI. Dienstw. Dienaaren^ ÈftËpA den Augustus t)e Kerkenraad der NederduïU fche Gereformeerde Gemeentè te Breda* Ërj op derzeiver iasf* B a GS*  ( ) No. 7. CELTKHEID! VRTHEID! BROEDERSCHAP. EXTRACT uit het Register der Relolucien van de Municipaliteit der Gemeente van Breda. Saturdag den 15 September 1708. Het 4de Jaar der Bat. Viyheid. De Municipaliteit by Refumptie gedelibereerd hebbende, over de onderf<*eidene aan haar geprelénteerde Addresfen, door de Gemachtigdèns van ongeveer vier duizend Zielen, belydenis doende van den Roomsch Cathblyken Godsdienst, om te genieten het effeft van her (de der Additioneele Arriculen, tot de Afte van Staatsregeling voor het Óataaflehe Volk. Overweegende, dat door de Hervormde Gemeente, mettegenftaande gedaane aanmaning, het recht van Eigendom op de Kerkgebouwen en Pastoryhuizen, door haar, tot heden, tot hun Godsdienst-oeffening gebruikt, niet is opgeeeeven, veel min beweezen. Overweegende, dat wyl niet ter contrarie is gebleeken, alle de Kerkgebouwen en Pastoryhuizen der voormaals heerfchende Kerk, binnen deezê Gemeente, door aanbouw uit de afzonderlyke Kas der Hervormde Nederduitfche en Walfche Gcmeentens, niet zyn byzon- dere-  ( *I ) Sere en wettige Eigendommen, en diensvolgends by 't 6de der Additioneele Articulen tot de Acte van Staatsregeling worden overgelaaten aan de befchikking deezer Vergadering, om deswegens tusichen alle Kerkge«oodfchappen, eenig. vergeiyk te t effens Overweegende, dat het aantal Leden van 'tRoomsch Cathoiyk Geuoodfchap de relative meerde! heid der Zielen binnen deeze.Gemeente uitmaakt. Overweegende, dat aan die relative meerderheid, by de Afte van Staatsregeling is overgelaten de voorkeuze omtrent de naasting eener plaatfelyke Kerk en Pastory. In achting genomen, dat de keuze dier meerderheid uit de in deeze Gemeente voorhanden zynde Kerkgebouwen en Pastoryhuizen, zich bepaald.op de Groote of Lieve Vrouwe Kerk deezer Stad. Inhalerende de Publicatie van 't Intermediair Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, de dato 12 Juny 1. 1. Gehoord het rapport van Commisfarisfen deezer Vergadering, benoemd tot het in werking brengen van 't 6de Additioneel Artikel: en Voldoende aan den inhoud van 't <^de Art. der bovengemelde Publicatie van 1» Juny h L , is goedgevon 'en en verdaan, het navolgend Plan van fchikkinst, naar leiding dier Publicatie, wegens de naasting der Kerkgebouwen en Pastoryhuizen der ! onderfcheiden Kerkgenöotfchappen voor te dellen, ten einde, was het mogelyk , onder hun te treffen een billyk vei celyk. En word dus in de eerde plaats, gedaan opgave der waarde van de Groote of Lieve Vrouwe Kerk, welke ingevolge bygevoegde Copie authenticq, door zes beu* traale des nundige Leeden van onderfeheidëhe Kerkge«oodfehappen iï getaxeerd op . . ƒ 795°°' — Ui ®*  C te ) De zogenaamde Prince Capel , welke pimmer uit de Kerke revenuen is onderhouden, maar alleen door den voormaligen Heer van 't nodige is voorzien, op . ƒ 4750: Het Orgel op . . , . ƒ 36oo: _ De Predikftoel en Hek om hetzelve ftaandc, en daar in zynde Banken, except het K"per Doopbek, op . . . ƒ 650: De geweeze Magiftraatsbank , T ƒ ll0O. _ De zogenaamde Princebank . . ƒ 200: — De Cannunnik banken in het groot Choor ƒ 325: — ƒ90125: — Blyvepde de Ringmuur en het Hek om '1 Kerkhof, gelyk ook de Kerkhoven zeiven, jnitsgaders alle deKerkenhuyzen , ten voordeele der Stad , edog welke te zamen waren getaxeerd op . . . . . ƒI5200. _^ Het montarit der kosten van de gewoone Taarlykfche Reparatien aan bovenftaande Cebnuwen , volgens door Opper-Kerkmeesteren gedane opgave blykt te zyn ƒ noo: — De doorfnyding van het beloop van tien Jaaren door een gereekend. Door dezelve is mede opgegeeven, dat de Jaaflykfche Inkomften der voorfz. Kerk bedraagen en beftaan in: u Differente Renten ƒ 214: 5: 10, 2. Huishuuren der Ker- keuhuisjes . ƒ 967: 10: ~ Jluishuur van het Huis den Ojevaar . ƒ 123: 10: — Kcrkmeesrereu vermeenende dit {aan de Nederduitfche Hervormde Gemeente Pfjyatif tockoint; .  ( *3 ) 3. Kosters Inftomften. ƒ 9S4 = 5: —' 4. Stoelen en Bankgeld, ƒ 30: —; — 5. Begraafnis Gelden, • Ophangen van Wapens, ƒ 2522: t8: 14. * 1 , /47i8:i8:T4 De Kerk pleeg voormaals uit het Domein van den Vorst van Nasfau te trekken, eene Jaarlykfche Subfidie. van ƒ iöco: —. tot betaaliug der Jaarlykfche Tontinaire Imeresfen . 2 . • / 1600: — Edoch deze Subfldie is by Refolutie van h Collegie van Admiuiftratie de tlato 25 Ju;y 1. 1. ingetrokken, en by een na lerc van den Agent van Finantien de dato 21 Augustus , by die intrekking geperforeerd. item van Swds wege ten voorfz. einde 44, ƒ 1600: —> De Stad betaalde in de Trcctemeuten der Bediendens van de Groote Kerk ƒ 548: 3: - 6. Portiën van eerstftervende in ieder Clasfe der Tontinaire Negotiatie . • ƒ 110:9: 5. 7. Vacatuie van Geestelyke Benefitiëu, Prebendes en Canonife. , . . f 4829: 8: 6. Van deeze bovenftaande 7 posten, word het gemiddelt getal van tien Jaaren revenuen voor een Jaar gerekend. Zo dat blykt, dat de Kerk-lnkomften in't laatfte Jaar der opgave rendeerde ƒ48 4>!8 i<5 en dat die voornoemde Inkomften «voor-, paals bedroegen , ƒ8743: U4 Dat daar tegen de Lasten en Schulden %r£eit beftaanin: B 4 Dir*  ( M ) Differente Obligatïen ten listen de Kerk, en ten behoeven particulieren ter fonima van ƒ36000: — . j? nl- J 3 ' • • ♦ ƒ 36000: — Inrereslende i 3 pCto. ƒ5000: — Lyfrenten, welke (zo als die thans geconfiitueert zyn) ingevolge het Rapport van Opper - Kerkmeesteren , de Kerk belasten met .... ƒ 3178: — De Jaarlykfche betaaling van ƒ6292: 10. voor Tontinaire Intrest van een Capitaal. vanƒ 1*5000: — genegotieerd ten behoeve de Groote of Lieve Vrouwe Kerk, en den Grooten of Aalmoesfcnier Armen, in-den Jaare 1771, onder guarantie van den Prince van Ornnge, verdeelt in vyf oiuierfcheidene CJasfes, na. de Jaaren der Portionnarisfen, en dient tot naricht dat nog heden, zo ver bekend is, de Eerlie Clasfe beitaat uit 11 Perfoonen, waarvan de jongfte is 72jaaren 2- 1— 25 62 . 3 2? 5l s 4 34 1 41 5 . 4° . 28 En dient alle hetzelve tot byzonder na- ticht. Eindelyk heeft de Kerk ten haaren lasten nog eenige lopende fchuld , na gisfing bedragende . . r „J'' . ö ƒ 300°: — Kleine of Markendaalfche Kerk. Deeze Kerk is door opgenoemde zes Taxateurs getaxeerd met en benevens de Confiftoiie op , . ƒ 7340: Tran0  ( ay ) Transport . ƒ 734°-~ Het Orgel op . . . ƒ 650: — - De Predikftoel, het Hek , de Banken en annexe, op . ƒ 160: — Het Huis. door den Koster bewoond ... ƒ 1200: — ' ƒ 935o: Zy geweeten , dat de Kerkhoven aan de Stad blyven. Door Kerkmeesteren dier Kerk is het montant der kosten der gewoone Réparatien opgegeeven te bedragen, eene Jaarlykfche Somma van . . • • ƒ 82: 1: IS Het beloop der. Jaarlykfehe Inkomften op ƒ 591: it: • Beftaande dezelve Inkomften in Gelden, Renten, Begraafnis-gelden , Huishuur, ophangen van Wapens, .Stoelen en Bankgeld. Daarentegen de Lasten en Schulden dier Kerk, beftaan de in een Capitaal van ƒ 7600: jn diverfche reizen ten behoeve de Kleine Kerk, tegens verichillende Intrest genego. tieerd ; welke Interest Jaarlyks betaald word met . . . ƒ 225: 10: - Dat dejaarlykfche Uitgaaf van allerhande bedraagt . . • ƒ 53= 7: 6 En dat van de Traélementen die Jaarlyks bediagen ƒ 281: 10: — noch ' te betaalen ftaat ƒ 521: ■ Aan openftaande Reekeningen • ƒ 655; 1%: s 5 S*t  ( ** ) Dat eindelyk de Walfche of Sic. WenieUngs Capel, door voornoemde Taxateurs is • getaxeerd op ƒ 8250: ■ : - Het Toorenlje op dezelve (taande op ƒ 6.5: —: . . Deeze Kerk öf Capel.heeft* als aodaanig ■geerreTnkomften of Schulden ; — het Jaarlyks onderhoud is öpgegeevèn te lui-.pen OP .... f ,5o: -: - De Capel van St. Joost en die vaii V Gasthrs, Als geene Kerkgebouwen door de voormaals heer» ïchende Godsdienst geoccupeert zynde^ komen Her in aanmerking, en zullen zyn en blyven ten behoeve der Gemeente van Breda, Ingevolge.ingekome opgave by CornmisfarisTen deezer Vergadering :is gehletkvn, dat hef getal der Zielen binnen deeze Stad beftaat als volgd : De Roomsch Catholyke Gemeente bevat 7P55 Zielen. De Hervormde Nederduitfche . . . ,4co , De f.utherfcbe ........ 275 , De Walfche • t ...... . ïKb Het getal der Zielen in Breda . 9680 Zf len. Het montant der Taxatie der verdeelt wordende Kerken , zo als hier. , boven is omfchreeven, bedraagt ƒ107,725: —: —» Hier in komt de Roqmsch Catholyke Gemeente fterk zynde; 7855 Zielen., . . , , f . ƒ87,410:—:,— 1400 de Nederd. Hervormde, ƒ15,586: —: — 275 de Lutherfche. ... ƒ 30,60: —: — 150 de Walfche, . » , , ƒ 1,669:—: — 9^80 Zielen ƒ107,-25: — : — Rn  ( *7 ) En dewyl het aan deeze Municipaliteit is gedemandeert, om te doen een voorftel van het geene by de jiaasting der Kerkgebouwen en Pastoryhuizen, daar voor, het zy in eens, het zy by Termynen, door het naastend Kerkgenoodfchap, aan de andere Kergemeenten , naar het getal der individueele Leeden van dezelve zoude behooren te worden uitgekeerd. Zo word door dezelve voorgefteld: Dat, wanneer de Roomfche Catholyke Gemeente, als de relative meerderheid uitmakende, goedvond te naasten de Groote of Lieve Vrouwe Kerk, zo als die getaxeerd is, ter Waarde van .... ƒ90125: —: — De voorfz. ƒ 87410 : als haar aandeel zoude ontfangen , . . ƒ87410: —: — pm de aan haar meerder bedeelde . ƒ 2715: —: —< pnder de andere Kerkgenoodfchappen, naar gelang hunner individus, verdeelt te worden. Dat,"wanneer de Hervormde Nederduitfche Gemeente uit de overige resteerende Kerken, verkoozen de Kleine of JViarkendaalfche Kerk te naasten, de taxatie dier Kerk ter fomma van ... ƒ 935°: - ! zoude ftrekken op mindernis van hun aandeel ter fomma van . ƒ 15,586: -: in het geheelemontaut van ƒ 107,725: -: en dus aan haar uit het meerder bedeelde der overige Kerken zoude moeten worden yitgekeerc ...,.ƒ 6236: -: - ƒ15586: -: - Het Walsch Kerkgenoodfchap de Walfche Kerk óf St. Wendelings Capel verkiezende te behouden, voor de fomma waar op die is getaxeerd ter waarde van ƒ 8250: -:komt in compenfatie hun aandeel ad. . .ƒ1669--;om door haar aan het Hervormd en Luthers Kerkgenoodfchap uitgekeerd te worden . ƒ6581: tf9t  ( ^ ) Het Luthers Kerkgenoodfchap haare Kerk, haar wettig Eigendom Jour ai: bouw zy,ide, bedraagt hun aandeel in de genaaste Kaken . . ƒ 3060: -:- Dat,vermits de iV nken in deeze Kerkgeb >u,wen (laande, voor zoo v-.ne geen pj-uculiere Eigendommen zynde, in de T x-i-Lu hier bovengemeld zyn hegieepen, zullen zyn Eigen ttoairhen lier naastende Gemeente, dat de Spelen — in die Gebouwen «>orlia,.den zynde, zuil.mi volgen aan di>t Genooolcbap (joel wik dezelve aityl heel": gtêmployeeri ) wordende dierual. ven hei gebruik der Cm.ken., gee; e particuliere toebehoorende, aan de befchiklung van het naastend Kerkgenoodfchap overgelaten» Dar, door de Staatsregeling vernierigd zynde, het recht cn de gerec uighcde;., dje vo .rmaalb aan de Heerfchende Kerk of aan eei ige zogenaamde Parochiale Kerken waren geacci ocheerd, en dus voortaan niemand meer genoopt kan worden, door de betaling van Kerkenregten, ietwes te contribueeren tot de inftandhouding eener Kerk, waar van hy geen Lidmaat is, of tot welker onderhoud hy niet mogt verkiezen te contribueeren. Aangezien de Begraafnisgelden, meerendeel hel ben geftrekt tot foun'en en onderhoud dier Kerkgebouwen, waar aan die gecontribueerd wierden , zo proponeerd de Municipaliteit, dat de particuliere!]. Graven zullen zyn en blyven EigendDmmen van de wettige posfesfeuren, en die, aan de Kerken gehoorende Eigendommen van die Gemeente, die zodanig Kerkgebouw zal hebben genaast, om daar over naar welgevallen door hun befchikt te worden. Echter met dien verbrande , dat geene der Crafplaatzen zal mogen werden geopend of vervoerd, ten zy het jonglle begraaven Lichaam, daarin eenen tyd van ten minften 25 Jaaren zal hebben gernsr. Ter*  ( *9 ) Terwyl voortaan de Luyloonen zullen geheeven worden, ten behoeve de Stad, en niet meer ten behoeve de Kerk, waar in begraven word, om uit het provenu van dien te onderhouden , de Torens dezer Gemeente, die voortaan ten lasten de Stad moeten worden onderhouden. Waar toe dan ook door de naistende Gemeenten* zullen betaald worden voor de Graven in de Groote Kerk , zo als die getaxeerd zyn • • ƒ 25C0: * en voor die der Kleine Kerk . • / ï5o: ''• " om te (trekken tot voldoening, in die onverwylde Reparatien, die aan de onderfcheide Torens, Klokken en Uurwerken deezer Gemeente noodzakelyk behoorde gedaan te worden, en mede om te vinden de kosten deezer taxa'ie, en generalyk alle, die ter zake dezes door 'de Stad zullen moeten wordt u geïrapendeert. Dat.dewyl noch He S'.aa-sregeling, noch eenig befluit der Wetgeevende Macht, eeöigzints bepaald, de wyze hoe gehandelt zal moeten worden met die fchulden , waar meede zommige Kerken zyn bezwaart, ook niet ten wiens lasten dezelve fchulden voortaan zullen blyven loopeu, baar wel dat alle Geestelyse Goederen en Fondfen, zullen zyn en blyven Nationaal* zo nochtans dat onverlet blyft, de aanfpraak welk eenig Lichaam of Gemeente, daar op mogt maaken, en met de nodige bewyzen voorzien , aan het Vertegenwoordigend Lighaam ter beuTfing zal iuleeveren. En geconfidereerd, dat de fchulden, waar meede de Kerkgebouwen, in deeze Gemeente (taande, zyn gegraveerd, zo al niet de waarde van dezelve exedeeren, zeer zeker die egaleeren, en 'er dus geen het minde benefitie geleegen is met een van dezelve te naasten, ter contrarie, het zelve zoude zyn eenen ongevergden last op zig nemen, het geene naar inzien der Munici- pali-  ( 30 } paliteit, nimmer de intentie der Wet kan zyn, wyl het naasten eener Kerkgebouw door de relative meerderheid in ieder Kerkgenoodfchap als dan zoude ophouden eene rechtvaardigheid te zyn; zo proponeerd de Municipaliteit al verder, dat door de onderfcheidene Kerkgenoodfchappen dienaangaande zullen worden gemaakt de noodige Adresfen aan het Vertegenwoordigend Lighaam, edoch dat zulks geen hinder zal toebrengen aan het naasten eener Kerk, waar van de eventueele uit» keering der Gelden van het meerder dan hun aandeel aanbedeelde, zal blyven opgefchort,- tot zo lange dien* aangaande finaal door den Wetgeever zal zyn gedecideerd. Dat, wat aanbelangt de Tombe van Graaf Engelberc van Nasfau, welke in deze Kerk voorhanden is, zal zyn en blyven een Monument, niet van het naastend Kerkgenoodfchap, maar van de geheele Bredafche Gemeente, om daar over, door het Stads Beduur ten allen tyden, en in' allen gevallen befchikt te kunnen worden, terwyl ook van haarent wege, in het zorgvuldig onderhoud van dit onwaardeerbaar meesterftuk der fculpture zal worden voorzien. Dat, opzichteus het Koperwerk der Groote Kerk, als zyn, Kroonen, Doopfond, Doopbek, Blaakers en Kaudelaaren, Doofpotten, Stooven, enz. nader door des kundigen zal getaxeerd worden, om daar mede onder de Kerkgenoodfchappen een billyk vergelyk , of door partage, of door verkoop, te treffen.- En eindelyk, dat de Kerkboeken zullen volgen aan 't Hervormd Kerkgenoodfchap,- waar en' tegen het Roomsch Catholyk Kerkgenoodfchap zal trekken, alle die kleinigheden, welk in het Groot Kerkgebouw voor handen zyn , niet exedeerende eene fomma van één honden Guldens, en die in dit Plan mogten zyn geomitteerd, zonder daar voor iets te behoeven uit te keeren. En  C 3i ) En is wyders goedgevonden , aan ieder Kerkgenood»fchap binnen deeze Gemeente, Extraét deezes uit te leveren, ten einde hetzelve te examineeren, om zich ten fpoedigrten, immers binnen drie weeken, na den ontfangst, aan de Municipaliteit te expliceeren, of zylieden hetzelve goedkeuren, en daar mee je genoegen neemen ? om in dat geval de keuze omtrent de naasting van ieder Kerkgebouw en Pastoryhuis te laten doen, en daar van een behoorlyk Contract tusfehen alle de Kerkgenoodfchappen deezer Gemeente te doen pasfeeren , of wel ingeval by het een of ander Kerkgenoodfchap eenige bedenkingen over dit Plan mogten ontftaan, dezelve fchriftelyk en aan deeze Municipaliteit, en aan de andere Kerkgenoodfchappen alhier op te geeVen, zullende de Municipaliteit als dan_trachten, die bedenkingen, iu der minne uit den weg te ruimen, en de disfentieerende te verëenigen, Zullende by onverhoopte onftentenis, ingeval de refpi.clive Kerkgenoodfchappen niet konden worden beW'gen tot onderlinge minrelyke fchikkiugen, en het aangaan tfan een Contr.iét, de geheele zaak gelaten worden in ftaate, en de poincten van verfchil, door de Municipaliteit ten fpoediglte aan het Uiivoerend Bewind toegezonden, om vervolgens ter kennisfe van het Vertegenwoordigend Lichaam gebragt, en door hetzelve fceflist te worden» (was geteekevd) A. J. INGENHOUSZ, vt. Accordeert met voorfz. Register, A. q. HOYNCK van PAPENDRECHT. Secretaris» RAP-  ( I* ) No. 8. RAPPORT van TAXATIE. Aan de Commisfie uit de Municipaliteit van Breda , is tot het in werking brengen van het Zesde der Additioneele Articulen, tot de Acte van Staatsregeling van het Bataaffche Volk — de Burgers : Pikter Bruyninc ks , Timmerman, wooncnde te Gastel. Pieter Ho f fe n , Schaliedekker te Ginneken. Hermanös B-jet, Metfelaar in Princenhagen. Alle drie van de Roomfche Godsdienst. He rwanus Kanters, Metfelaar, woonende op de Hooge Swafuwe. Piet er Picïee Pz., Timmerman, en Jan PickEE, Lootgieter en Glafemiaker, beide te Dordrechr ; alle drie van den Hervormden Godsdienst, verzogt, tot het taxeeren der waarde van de Kerkgebouwen en aanhoorigen der voormaals Heerfchende Kerk, (taande in Breda. Medeburgers! Op Ulieden verzoek en ordre hebben wy met de vereichte attentie geïnlpeéteerd, de onderftaande Gebouwen en andere Goederen, gecalculeerd en getaxeerd waardig te zyn, als volgd: i. De Groote Kerk, betraande in het Gebouw, van den Tooren af, met het Huis dat thans bewoond word door den Koster , de Confiftorie, Diaconie Kamer , Vuurhuis, het Hek voor en de twee naast het Groot Choor, de drie Porthaalen aan de ingange, doch niet de  ( 33 ï de Koperc Kroonen en hun blanfe, nog het groot Ko« per Doopbekken , ook niet de Grafkelders of Graven, op . ... . . ƒ 795 Het Huis, thans bewoond door de Koster f 1200: —: — 3. De Franfche of Walfche Kerk ƒ 8250: —; —i Het Toorentje op dezelve, met de Klok . . . . . . ƒ 615:—: — 4. De Capel St. Joost, op de Gin- nekeftraat ƒ 750: ■—: —\ 5. De Capel den Beiljard, by de Bos- brug ƒ 850: - De Graven en Kelders, behoorende aan de Kerken: In de Groote Kerk, na calculatie ƒ 2500: —: —■ In de kleine Kerk, item. . ƒ 150: —: — Dit bovenftaande verklaaren wy Ondergetekende, na gedaane infpeétie , volgens onze beste weeten , de waarde te zyn van bovenftaande Gebouwen enz. Aftum Breda den 18 Augustus 1798. Met Fierae Jaar der Bataeffc'ie Vry'ieid* (was geteekend) Ph. BRUYNÏNOKX. PIETER HOFFEN. HERMANUS BOET. HERMANUS KANTERS» Pr. PICKEE Pz. JAN PICKEE. Voor gelykluidend Affchrift. t\. q. HOYNCK van PAPENDRECIlT. Secretaris. Pt  ( 3S ) No. 9. De Commisfie uit den Kerkenraad en GecommiueerHens van de Hervormde Nederduitfche Gemeente te Brlda, aan De Municipaliteit derzelve . ■ Stad. \ L U R & E R Sl \V"v hebben op den i6den deezer ontvangen een Extract uit Uwe Refolutiën, inhoudende een Plan van febikking over de Kerkgebouwen deezer Gemeente. De pramisfen, die terf grondflag gelegd worden van dat Plan, vermeenen wy niet te kunnen advoueeren, als flrydig aan de herhaalde Mfefives en berigten, dienaangaande door den Kerkenraad aan UI. gegeeven: — Doch, zonder dat wy daaromtrent voor alsnog nader in difcüsfie treeden, (terwyl wy vermeenen de kortfte en gefchiktfte weg te weezen , alles te gelyk af te doen) hebben wy omtrent den inhoud van het Plan zelve, verfcheiden informatiën noodig, om ons een juist denkbeeld daar van te kunnen vormen. En wel omtrent de Groote Kerk i. Om welke reden de .zogenaamde Prince Capel , 3yaar ia de Tombe van Graaf Engelbeit van Nasfeu C a fta«»  ( 36 ) ftaat, als aan taxatie en naasting fubjeél befchouwd word, en tot een fofnme Geldsfiaat uitgetrokken, daar dezelve , in het Plan zeive gezegd word, door den Heer van Breda altoos onderhouden te wezen, en daar in het vervolg de Tombe zelve als een Eigendom der Stad word voorgemeld. a. Wanneer het Orgel — wanneer de Predikftoel cura annexis — de geweeze Magiftraats-Bank, en de zogenaamde Prince-Bank gemaakt, en uit welke Fondien betaald zyn? 3. Ora welke reden de Kerkhoven, met de Ringmuur en Hekken en Kerkenhuizen, gezegd worden ten voordeele van de Stad te blyven ? — wanneer de Kerkenhuizen gebouwd, en uit welke Fondfen betaald zyn? 4- Op welken tyd het Huis de Oijevaar, in het Plan aangehaald, door de Weduwe Bla'Nket is gelegateerd? — En de bewyzen van die acquilitie. 5. Hoedanig de bereekening zy van het Stoelen en Bankgeld ep ƒ30: —: -- 's Jaars} 6 Weke de inrigting zy van de Tontinaire Negotiatie? — Tot wat einde dezelve gedaan zy, en hoeveel dc Kerk daar van genooten hebbe; of daar uit ten behoeve van dezelve betaald zy, zonder den Tooren? 7. In welke tyden ƒ 36000: —: — aan Obligatien, en ƒ5000: —: — aan Lyfrenten gecreëerd zyn? 8. Van welken aart de ƒ 3000: —; — als loopende fchuld opgegeeven zyn? 9. Door wien het Koperwerk, als Kroonen, Doopbek, Blaakers &c. in de Kerk gemaakt, en uit welke Fondfen betaald zyn? 10. Of GyL door het Pastoriehuis verftaat het Kostershuis op de Markt, of eenig ander; en zoo ja: op welken tyd het gebouwd, en waar uit het betaald is? Er  ( 37 ) En orritrent de Kleine Kerk. i\. Wanneer het Orgel — Predikftoel, Hek en Banken daar in gemaakt — en waar uit betaald zyn ? 12. Hoe veel voor Huur van het Kostershuis betaald word; wanneer het gebouwd, en waar uit betaald is ? 33. Van weike creatie de ƒ7600: —: — als Capitaalen ten laste dier Kerk zyi ? Voorts omtrent de beide zo Groote als Kleine Kerken : 14. Om welke reden bepaald word, dat voor de Graven in de Groote Kerk ƒ2500: —: — en voor de Graven in de Kleine Kerk ƒ 150: —; ■— zou moeten betaald worden aan de Stad? 15 En eindelyk een bewys, dat de Roomfche Gemeente bevat 7855 Zielen , zo als word opgegeeven ! — dat de meerderheid van dezelve onze Rechten betwist?—; en op welke gronden? Wy vleijen ons, Burgers! dat Gyl. ons omtrent alle deeze Poincten wel eene volleedige informatie zult gelieven te bezorgen, dewyl wy, zonder dezelve, volftrekt buiten ltaat zyn, om onze gedagten omtrent het een en ander te bepaalen. En, offchoon het in den eerften opflag vreemd fchyne, dat wy in naam der Gereformeerde Gemeente deeze informatiën vraagen, zult Gyl. echter de rechtmaatigheid van onze vraagen ligtelyk penetreeren; daar de Gereformeerde Gemeente, die onder het voorig ftelzel van een Heerfchenden Godsdienst, onder de Surïutendance van den Magiftraat, hunne eige Fondfen regeerde, nu integendeel zedert den Jaare f95, wanneer alle dominance van Godsdienst, en daar mede het oppertoezicht der plaatfelyke Regeering verviel, niet alleen buiten alle directie ten opzichte van hunne Kerkgebouwen en Fondfen is geraakt, maar zelfs daar in geen C 3 in-  ( 38 ) inzage heeft; noch in de moogiykheid verleerd, om hunne papieren en bewyzen op te zoeken, tenvyl alles buiten dezelve gedirigeerd en bewaard word, door Kerkraeesteren, die hunne aanftelliiig niet van de Gere. formeerde Gemeente hebben. En in dit poiiéf. vermeenen wy voor de Gereformeerde Gemeente, met reeden een aar.merkiyk bezwaar geleegen te ayn, daar volgens de Staatsregeling aan dezelve die Directie toekomt, gelyk ook alle andere Kerkgeroeentens daar van het genot hebben. Doch met dat alles, zouden wy ter vermyding van alle moeilykheden, al nog een wyl tyds hebben opgefchort de posfesfie en drectie van dat alles ook voor onzen Gemeente te reclaneeren , in het verzeekerd Vertrouwen, dat Gyl. daar toe zelfs de noodige ordres zoud geevens Doch 'er is eene omftandigbeid tusfeheu beide gekomen, die 'er ons alsnu toe verpligr. Wy bedoelen , de we'gering van Kerkmeestercn., -om bet licht in de Groote Kerk noodig tot den Godsdienst, zoo in de Week, als Zondags 's avonds, als ordinair te geeven. Dewyl de reden van deeze weigering ons een rnadfel xvas, en dezelve niet dan op mondelinge rapporten van onzen Koster fteunde, vermeenden wy in 't begin aan de realiteit dier weigering geen geloof te moeten hegten, en, dewyl wy niet gaarne uiteen louter misverftand, nieuwe moeilykheden gebooren zagen, beflooten wy daarom by een fehriftelyk billet , aan Kerkmeesteren te laaien vraagen, of zy het licht geweigerd hadden, en zo ja, om welke reden? — Maar tot onze \'erwondering hebben wy van D. Schouten van den Berg, een fehriftelyk antwoord ontvangen, van deezen inhoud : Kerk»  C 19 ) „ Kerkmetiteren hebben geweigerd het licht te geeven '"' in dt Kerk noodig tot den Godsdienst in de Wéék " in Zondags \ avonds , sis ordinair , ingevolge^ een Refolutie van de Municipaliteit van Breda" En wy betuigen de reeden en gronden daar van uia te penetreeren. Immers zeker is het, dat 'er tot verrigting van onzen Godsdienst in de Week en Zondags avonds licht in de Kerk noodig is, dat eene weigering daar van verhindering toebrengt aan de verrigting van onzen Godsdienst, en dezelve onmooglyk maakt, — zeker is het, dat de Godsdienstoefening in de Week en *s avonds altoos en van alle oude tyden heeft plaats gehad: Eu niet minder zeker is het, dat van Stads wegen, of uit Stads Kasfe, daartoe geen Penning gegeeven word, — en dienvolgens kan (behoudens allen eerbied) geen Refolutie van de Plaatfelyke Regeering omtrent dat poinct te pas komen , of genomen wor' :jn, daar de Kerk van den Staat gefcheiden zynde, de Gereformeerde Gemeente, althans niet van erger natuur kan weezen, dan alle andere Gezindheden, Daar by vermeenen wy, dat de Gelden e" Fondfen, waaruit het licht tot verrigting van onzen Goddienst altoos betaald is , ons Eigendom zy , de directie en posfesfie daar van aan ons toekomt, — en wy daar in behooren herfteld te worden. Doch, wanneer dit alles, naar aanleiding van UI. voorgemeld plan van fchikking , voor een oo worden verkogt, ten behoeve de Kerkgenootfchappen, en dus meede, het montant den taxatie verminden, 3. Dat, wat aanbelangt de Kerkenbuisjens , die zullen woi\ten gevoegt aan de Groote Kerk, en indien het de Kerkgenootfchappen goméren, nader getaxeerd ■worden. 4. Dat ieder Kerkgenootfchap de gemeene Graven in de ohderfcheidene Kerken zullen bezitten, zonder eenige de minfte uitkeering. 5. Dat het Koperwerk , breedeY in de Refolutie van 15 September voornoemt gefpecificeerd , zal worden getauxeerd of ouder de K-rkgenoeufchappen proportioneel het getal der Zielen gepartageerd. 6. Dat de Bybels, Testamenten, Pfalm en Gebeedeboeken van de Hervormde, zo als is bepaald, zullen zyn Eigendommen van dat Genootfchap, edoch, dat alle Doop-, Trouw- en Dood-Registers, ter Secretarie deezer Gemeente , zullen worden gedepofiieerd. Eindclys ten -jds , dat wanneer deeze nadere fchikkingen mogten worden geadopteerd , onverwyld de nodige Adresfen nopens de Schulden op de Kerk geaffecteerd aan het Veiteegenwoordigend Lighaam zullen worden gemaakt. En dat voor het overige, het Plan by Refolutie van den 15 September meergemeld, zal blyven in zyn geheel. En zal Extract deezes , aan ieder Kerkgenootfchap binnen deeze Gemeente worden uirgeleeverd, om hetzelve te examineeren, om zich ten fpoedigflen, immers voor Maandag, die weezen zal den 15 October 1798, aan deeze Municipaliteit te expliceeren, of Zylieden hetzelve goedkeuren, en daar meede genoegen neemen , om in dat geval de keuze omtrent de naasting van een Kerk en Pastoryhuis te leaJifeeren, en daar van behoor-  ( 48 ) tioorlyk Contract tusfchen alle de Kerkgenootfchappen te doen pasfeeren, en, by onverhoopte onftentenis, de geheele zaak te laten in ftaate, om door deeze Vergadering ten fpoedigfte ter kennisfe van het Vertegenwoordigend Lichaam gebragt, en door hetzelve beliegt te worden. {was geieekat) N. M A R R E S, vt. Accordeert met voorfz. Register, A. q. HOYNCK van PAPENDRECHT. Secretaris» 9JB>  C 49 ) No. 12. GELTKHEID! VRTHEID! BROEDERSCHAP. Breda den n OBober 1798. Het Vierde Jaar der Bat. Vryheid. De Municipaliteit der Gemeente vajQ Breda. aan D& Commisfie uic den Kerkenraad en Gecommitteerdens van de Hervormde Nederduitfche Gemeente te Bkeda. Burgers! '^Jiettegenftaande wy vermeend hadden biïlyk te mogen hoopen , dat de aan Ulieden ter hand gefielde Refolutie, de dato 15 September 1, 1., reeds lange by UI. .zoude hebben uitgemaakt een point van deliberatie, vinden' wy ons heden door Uwe Misfive van den qden deezer in deeze verwagting geheel en al te leur gefield, wyl gy nu eerst informatie tot het verflaan van dezelve vorderd, onj Uwk gedagten te bepaalen, D „ * Wy  ( yo i Wy vermeenen , dat wy zouden kunnen ongehouden zyn aan Uwl. verzoek te voldoen , wyl den gepreSgeerden tyd van drie weeken, "die zeker door het Intermediair Uitvoerend Bewind by haare Publicatie, de dato 12 July , in onze Refolutie geïnhaleerd tot inwinnen van nodige informatiën is bepaald, reeds lange is verftreeken — en Gyl. dus reeds Uwe goed- of afkeuring, of wel Uwl. bedenkingen op onze Refolutie voorn:, had moeten inzenden'—en wel te meer vermeenen wy zulks, wyl de gevraagde informatiën meestal van dien aart zyn, dat zy UI. en byzonder de eerstondcrgeteekende, even zogoed, misleiden beter, dan ^1,11 ons békend zyn, door de relatien, die zy wel eer niet het gemeente beltuur'hadden.' Dan, wat hier ook van de reeden zy, wy zullen met postpofitie van verdere ifefièctien Uwl. vraagen voldoen, op dat van onze zyde aan de intentie der Staatsreegeling worde voldaan; En dan antwóordfcnde op uwe vraagen dient. •■ 1. Orn dat de zogenaamde Prince Capel met het Kerkgebouw een geheel uitmaakt, en van een en dezelve aart als' het Kerkgebouw zelve is. 2. De juiste tyd, wanneer het Orgel, de Predikftoel cum annexis is gemaakt, is ons onbekend, en kan door ons, vermits de weinig voorhanden zynde tyd, niet worden opgezogt; gelyk ook de Prince bank — heeft de Hervormde Gemeente opeen of ander recht, zulks zal beweezen zynde geleeden worden ; — het maaken van de Magiftraats .bank heeft nog zulk een kort beftaan , dat wy flegts UI. zoude verzoeken, een ogenblik daar by ftil te ftaan, orn het zelve te rememorieeren; — da Fondfen, waar uit die gemaakt is, zyn uit de gecom-, bineerde Kerke-Fondfen gevonden. 3. Om dat de Cojiftitutie niet van dat alles ipreekt, ver-  ( ) vermeenen wy, van de verdere beantwoording bevtyd te zyn. 4. Door de Weduwe Blanket, by mondeling Legaat, den 26 April 1786, blykens Extract uit het Re- . gister van Thoonen der Stad en Lande van Breda. 5. Tien Jaar door een gereekend. 6. Ieder een, geen Vreemdeling in deeze Stad zynde, ktat de inrichting der Tontinaire Negotiatie, vooral vermeende wy dat de drie'eerst Ondergetekendens dia in allen deelen zoude kennen, dan daar zulks tot onze vervondering fchynt van neen, renvoijeeren wy UI. hier aan het Plan dier Negotiatie, waar in eensdeels uwe vraagen worden beantwoord, de Kerke heeft van dezelve genoten . • • ƒ88000: : —« daar meede is afgelost . . ƒ47650: —: — Obiigatiën, waar mede die was belast. ƒ 14170: —: — aan de Reparatieu van denTooren, om met het overfchietende te voldoen de agterihtande Interesfen, en zedert den Jaare 1765 opeuftaande fchulden. 7. In onderfcheiden tyden, na den Jaare 1771, ingevolge Refolutie van de Magiftraat de dato 8 en 22 December 1763. 8. Arbeidsloonen van Smit, Leydekker, Lootgieter, Metzelaar, Glaazemaaker , Timmerman en Traktementen. 9. Zie No. 2. 10. ■ Wy hebben het woord Pastoryhuis by het woord Kerk gebezigd, om dat wy zulks alzo by da Staasre'gelihg vonden voorgefChreeven , en daar het Gecorri- mitteerdêvis zo goed als ons bekend is, dat geen zodanig Huis aan deeze Kerk behoord, vervallen alle jeflectien dien aangaande. * ai. Het Orgel is in den Jaare 1700 van Stads wegen D a aan  ( tl ) aan de Kerk vereerd geworden, en het Onder-Orgel is voor omtrent 16 Jaaren, door den Orgelmaaker Schot, daarinne gemaakt, en heeft de Stad hetzelve te goed ' gedaan, en daar voor aan de Kerk gegeeven ƒ 250: -: « de Predikftoel, Hek en Danken daar inne gemaakt, is niet bekend, wanneer die gemaakt of waar uit betaald zyn, 12. Het Kosters Huis is thans verhuurt aan Jan H ugten, vocr ƒ 65: —: — 's Jaars, wanneer hetzelve gemaakt en door wien betaald — is niet bekend. 13. De Capitaaleu ten lasten van de Kerk zyn gene? gotieert als volgt: Het Beneficie van O. en W. van Gaalen, ten naame van J. Motsman, de dato 10 Aug. 1726, groot ƒ 200: —: — Hetzelve Benifitie, ten naame van Johan Delfziel qq. van dato 10 Aug. iraó. verfchynt 25 Febr. groot ƒ 400: —: — Juffr. Papley, ten naame van J. van Bergen qq. van dato 20 November 1710, groot . . . ƒ1000:—: — De Walfche Gemeente van 3 May 1747, groot .... ƒ1000:—: — Den Gereformeerden Diaconie Armen alhier, ten naame van C. Knollaerts, de dato 12 Jan. 1715, groot , ƒ 600: —; — Denzelven Armen, ten naame als vooren, de dato 28 Nov. 1733, groot ƒ 300: —: —, Nog denzelve, ten naame als voore, dato 11 Juny 1778, groot . . ƒ 400: —: —j. N en C. Canters, te vooren Ant. Ruvsenaars , de dato 28 Maart 1780. £root ..... ƒ1000:-: Hes  ( ft ) Het Weeshuis, de dato 31 Maart 1761, groot .... ƒ 5oo: —: — De Kinderen van DingemaN Ruysenaars , te vooren Ant. Ruysenaars, de dato 25 Maart 1777, gr00t / Iooo: ~: — Het Arm • Kinderhuis alhier, de dato 16 April 1765» §r00t * ' ƒ 700: —: — Het Oude Manhuis op den Haagdyk, de dato 83 Maart 1750, . • / 5°o: —: — Capitaal . . ƒ7600:—: — 14. Om dat die daar op zyn getaxeerd, en om reede als by de Refolutie vermeld. 15. Wanneer de onderfcheide Kerkgenootfchappen twyffelen aan de juistheid der telling, zal 'er eene hertelling door of van wegens de Municipaliteit, over alle Gemeerttens gefchieden — de beantwoording van het overige is in de pramisfe van onze Refolutie , de dato 15 September 1.1. te vinden. Voor 't overige refereeren wy ons aan onze Refolutie van den Iflen deezer. En blyven Uwe Meedeburgers, De Municipaliteit voornt. N. MARRES, vt. Ter Ordonnantie van dezelve. A. Q. HOYNCK van PAPENDRKCHT. Secretaris. 1$&,Öntfangen den 12 Oltob. 't avonds een quart voot 10 uur en, D 3 De  ( ) No. 13. De Commisfie uit den Kerkenraad en Gecommitteerdens uirde Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Breda. aan De Municipaliteit derzelve Stad. Burgers! z orlra wy Woensdag avond den toden deezer ontvangen hadden Uwe Refolutie van den %ften daar bevoörens, inhoudende eeuige veranderingen in — en nadere voordellen by het voorig aan ons toegezonden Plan van vergeiyk; zonder dat daar in een enkeld woord gefproqken wierd van onze by Misfive van den \den deezer gedaane vraagen; hadden wy ons reeds bezig gehouden met het antwoord op gemelde uwe Refolutie van den %flen deezer gereed te maaken; ten einde hetzelve op den door UI. bepaalden tyd van den \5de11 deezer, aan UI. in te zenden: — Doch daarop ontvingen wy onverwagts, Vrydag avond Uwen Brief van den wden deezer, inhoudende uwe aanmerkingen op tnze voorfz. Misfive van den $den deezer. — Deeze Brief  ( ** ) Brief zoo laat ontvangen, Jaat ons thans niet toe, met het antwoord daar op,, heden gereed te wezen; en wy kunnen dus by deezen niet anders doen , dan de receptie daar van te accufeeren, en UI. te melden, dat ■wy binnen binnen den kortst mooglyken tyd op liet een en ander ons antwoord aan UI. zullen doen toekomen ; maar wy infteeren teffens al nog op de voldoening van 't laatfte gedeelte'van onze Misfive van den tden deezer, waarop wy noch door uwe Refolutie van den 8y?«/,. noch door uwe Misfive van den ndtn "deezer, eenig antwoord ontvangen hebben. Waar meede wy blyven met fchuldige achting. Burgers! UI. Dienstw. Diejiaajen. Breda den 15 O&okr 1798. D 4 GE-  ( $6 ) No. 14. GELYKHEID! FRTHEID'. BROEDERSCHAP, EXTRACT uit het Register der Refolutiën van de Municipaliteit der Gemeente van Breda. Maandag den 15 Oirober 1708. Het 4de 3aar der Bat. FryheidL 8. Misfive van de Commisfie uit den Kerkenraad en Gecommitteerdens uit de Nederduitse Gereformeerde Gemeente alhier, gefchreeveu van hier den i< October. 0 9. Misfive van de Walfche Gereformeerde Kerkenraad, meede gefchreeven van hier den i4den deezer 10. Misfive van Gecommitteerden uir de Roomfche Catholyke Gemeente, geasfifieerd met de prefent zynde Kerkenraade, van dato 15 Oclober. De twee eerfte reitereerende hunne ongehoudenheid om aan de Refolutie deezer Municipaliteit, de dato 8 Oftober te voldoen, relatief het in werking brengen van het 6de der Additioneele Articulen tot de Aéle van Staatsregeling voor het Bataaffche Volk; de laatfte daar in onder eenige bepaalingen acquiefceerende, alles breeder als ten Register van Misfiveus. Waar  i sr ) Waar op gedelibereerd in achting genomen, dat de r,efpeéHve Kerkgenootfchappen niet kunnen worden bewogen tot onderlinge minnelyke fchikkingen, in 't aangaan van een Contract., is goedgevonden en verftaan, in conformiteit van den last van 't Intermediair Uitvoerend Bewind deezer Republiek, vervat in haare Publicatie, de dato 12. July 1. 1., deeze geheele zaak te laaten in ftaare, en de poinclen van verfchil, zo ook al het door deeze Vergadering in deeze verrichte te zenden, aan liet Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, om door hetzelve beliegt te worden. En zal Extraft deezes, aan de onderfcheide Kerkgenootfchappen tot hun naricht worden uitgeleeverd. (was geteekent) N. M A R R E S, vt. Accordeert met voorfz. Register. A. Q. HOYNCK van PAPKNDRECHT. Secretaris. NB. Ontfangen den 20 Oüoh. 1798. . ,s avonds ten half 9 uur en. ® $ Aan  ( 5§ ) No. 15. Aan de Municipaliteit der Stad Breda. Burgers! Terwyl wy bezig zyn om onze bedenkingen cn be« zwaaren tegens het Plan van vergeryk, opzigteus onze Kerkgebouwen, -door Ü4 voorgemeld, gereed ie maaken, om dezelve (hoe zeer de redactie daar van, door het voortduureud gemis van de noodige documenten alk-zins moeüyk is, en niet dan langzaam kan worden voortgezet) tegens heden agt dagen aan UI. tydig in te leeveren; worden wy- in 't zekere geïnformeerd* dat eenige Ingezeetenen deezer Stad een addres ter teekening ronddraagen;, om onze Kerk of Kerken te fluiten, en dat een foorrgelyk addres in V Vosje ter teekening legt; om aan UI. heden of morgen te worden geprefenteerd. Doch, daar de pligten van den Mensch en Burger hunnen grondflag hebben in die Heilige Wet Art. 6. der Grondregels van de Staatsregeling ter neder gefield; daar niets ftrydiger is tegens de gelykheid, tegens het oogmerk van een maatfchaplyke verèeniging, en tegens de vryheid, dan dat de ééne Gezindheid de andere zou onderdrukken, of de mooglykheid van Godsdienst- oeile-  ( 59 ) oeffening beneemen , en, danr de Roomfche Gemeente , die vier Kerkgebouwen ter verrigting van hunnen Godsdienst heeft, voorzeker niet kan beweeren, dat, zoo jarig zy alleen aanfpraak maaken op onze Groote Kerk, en deeze hunne aanfpraak niet gewettigd zy door een decifie van 't Wetgeevénd Lighaam, hun recht in eeniger manieren gefchonden zou worden door het voordduurend gebruik, dat wy ter onzer Godsdienstöeffeningen van onze Kerken ais altoos maaken , houden wy ons verzekerd, dat het beste en braafftc gedeelte van onze Roomfche Medeburgers zulk een voorneemen, om tot fluiten onzer Kerke addres te maaken, zelfs afkeuren. En het is alzo uit den aart der z.aake ligtelyk afteneemen, dat zulke plans en addresfen alleen hunnen oorfprong hebben van de zoodanigen, die zonder aanzien, wat de Staatsregeling en 's Lands Wetten gebieden, de decifie van het Vertegenwoordigend Lighaam willen vooruitlopen met daaden, en louter door het maaken van diergelyke addresfen, een fchyn van rechtmaatigheid willen geeven aan hunne byzondcre oogmerken, waar door noodwendig de ftille rust en goede order geftoord moet worden ; en dat Zyl. uit hoofde van hun gering getal, aan de rerisfite van hun oogmerken wantrouwende, met hunne plans en addres£n ter teekening rond gaan, in hoope van min doorzigtigen door hunne voordragten van allerley aart, ter tekening over te haaien , en langs dien weg hunne oogmerken als de uitgedrukte begeerte van groot getal of meerderheid by UI. te doen voorkomen. En het is hierom, tot voorkoming van alle onheilen , die uit zulke gebeurtenisfen ftaan te ryzen, dat wy ons verpligt rekenen, UI. daar over by deezen te adiëerenr Het  ( «o ) Het zal, zoo wy vertrouwen, onnoodïg wezen, UI. te allegeeren, dat de Publicatie van 't Intermediair Uitvoerend Bewind, dato m july 179* , düidelyk ver. klaard, dat, by ontftentenis van een accoord, de geheele zaak moet worden gehouden in flate, en alzöè die zelfde Kerkgemeente in 't gebruik van 't Kerkgebouw gelaten worden, 'c welk zy 'er aftoos van g d heeft, tot dat, of een overeenkomst, of een accésüè van 't Wetgeevend Lighaam zal zyn tusft ten b i Ie gekomen; — dat een iegelyk daar by gelast h , z\ ■ daar aiaa te reguleeren, mitsgaders de Jufticiereu en ( fficiéxen te zorgen, dat daar tegen niet worde gehai I ld , precedeerende of doende procedeeren tegens dé over. treeders 'derzelve, en dat alzoo bovengemelde addres, fen tegens die Publicatie ftrydig , niet allee'! wederrechtelyk zyn, maar teffens een llrafbare ovértreeding van die Wet behelzen, Gyl. Burgers! hebt reeds zelfs by Uk Refolutie', van den 15 September 1708, getoond, de zaak alzo meede te begrypen, daar Gyl. by die zelfde Réfolatie ten flöt van 't Plan van vergelyk verklaard hebt, aar, by onverhoopte ontfteutenis van minnelyke fchikking, de geheele zaak zal worden gelaateh in ftaaté; daar Gyl. dit zelfde, by uwe Refolutie van den 8 October 179", nog nader herhaald hebt, en daar Gyl. by uwe Refolutie v::n den 4 October 1798, met zoo"" v»ele woorden verklaard hebt, geenzints ten oogmerk te hebben, om onze Gemeente, inde uitoefening van derzelver Godsdienstoefening, eeniszints te willen ftooren. lin het genot daar van, houden wy ons verzekerd, dat Gyl. ook ten deézen , door de handhaving der Publicatie van 12 July 1798 , aan ons zult doen vvcdervaaren; en dat Gyl. mitsdien by zoo verre eenige addresfen tot fluiting onzer Kerke (als een directe ftoor-  ( 6i ) ftoornis van onze GodsdienstóefFening begeerende) moaten worden gedaan, dezelve zult gelieven van de hand te wyzen, en daar op geen reguard flaan, gelyk wy zulks by deezen inftantelyk verzoeken. Waarmeede wy blyven met alle achting BUR.eEB.Sl UI. Dienstw. Dienaaren, Be.eda(/«»ii Oftob. 1798. De Commisfie uit den Kerken¬ raad en Gecommitteerdens uit de Nederauitfche Hervormde Gemeente te Breda» Da  C ^ ) No. 16. De Commisfie uit den Kerkenraad en Gecommitteerdens van de Hervormde Nederduitfche Gemeente te Breda. aan De Municipaliteit derzeJve Stad. Burgers! D aar de zaak van onze Kerkgebouwen thans tot dien (laat is gekomen, dat het niet waarfchynlyk is, van dezelve een einde te zien, zonder decifie van het Vertegenwoordigend Lighaam , térwyl UI. laatlle Rxfo. lutie van den 18 October 1798, ons kennis geeft van uw befluit, om de Hukken ten dien fine re verzenden, en, daar wy reeds bevoorens aangenomen hebben , alle onze bezwaaren tegens de Plans van vergelyk, dienaangaande gemaakt, te gelyk voor te flellen, zullen wy daar aan door deeze (zoo veel mooglyk is) voldoen. Doch alvoorens daar toe over te gaan, vinden wy ons verpligt tot beter verfiand van den toedragt der zaake alhier te prremitteeren de navolgende omflandigheden daar toe relatief; En wel 1. Dat, offchoon de Burgerlyke voordeden, onder de voorige Staatsmaxime van een publique. of bevoor- regte  ( és ) regte-Godsdienst, met den Jaare 1795 ophielden, de Gereformeerde Gemeente alhier nogthans van de Burgerlyke nadeelen , waar aan ze bevoorens in tegenoverstelling van de voordeden onderhevig was, niet is ontflagen, nadien door UI., eeven ais bevoorens door de Magiftraat van den publicquen Godsdienst, zedert 1795 tot nu toe over onze Kerkgebouwen Opper-Kerkmeesteren zyii aangefteld uit UI. midden, dewelke niet alleen de financieele directie van onze Kerk gehouden, maar zelfs aanftellingen gedaan hebben van Suppoosten ter onzer GodsdienstöelTeninge , zoo als in 't geval van den Organist, door dezelve tegers de reclame 1 van den Kerkenraad der Gemeente gedaan, gebleeken is. 2. Dat de Gereformeerde Gemeente op dat alles heeft ftil gezeeten, in afwagting, dat de daarllefliiig eener vaste Staatsregeling, deeze inconvenienten van zelfs zou doen ophouden; maar dat ze ook daar door noch eigen directie haarer Gebouwen eh Goederen, noch inzage in haare papieren en befcheiden tot heeden gehad heeft, terwyl dat alles, of onder de door UI. geftelde Kerkmeesteren, 'of ten Stadhuize berust. 3. Dat in dien ftaat de geheele zaak gebleeven is tot de Maand Juny deezes Jaars 1798, wanneer, ten gevolge de Staatsregeling, door UI. is benoemd eene Commisfie tot in werking brengen van 't dde Add. Articul ; en door deeze Commisfie aan ons op het einde eer Maand Juny deezes Jaars 1798 is toegezonden, een Plan, waar in het getal der Roomfche Ingezeetenen, volgens de jongfte telling op 6450, de Hervormde op 1600, en de Lutherfche op 250, en dus te zaamen op 8300 word bepaald; en de waarde der Kerken in deezervoege word opgegeeven , dat de Groote ƒ 43000: —: —. de Kleine ƒ8000: —: — de Franjfche ƒ 3000: —■: r-« St. Joost ƒ 1000: —: r— en de Byaert  ( *4 ) Byaert ƒ 6oa: -—: —■ word waardig gereekend, ter» wyl vervolgens de verdeeling zoo word voorgefteld, dat de Roomfche Gemeente de Groote Kerk verkrygende, nog boven dien zou trekken ƒ 207^?: — en by welk Plan gevoegd was een Brief, dato 30Juny 1708, inhoudende voorftel tot Comparitie op Woensdag den 4 July 1798. 4. Dat die Comparitie ook ten bepaalden dage gehouden , gefcheiden is met de affpraak, om het aldaar verhandelde meede te overweegen, 't antwoord in gefchrifte te brengen , alzo aan UI. over te geeven, en dat de antwoorden der onderfcheide Kerkgemeentens dan wederzyds zouden worden gecommuniceerd. 5. Dat aan deeze affpraak door den Kerkenraad deezer Gemeente (voor zoo verre ze haar betrof) is voldaan, door hunne Misfive van den 10 July 1798, waarin reeds melding gemaakt is van deeze Gemeentens recht van Eigendom, maar dat daar op geen antwoord of communicatie der befluiten van de overige Gezintens is gevolgd. 6. Dat vervolgens by Misfive uwer Commisfie van den 19 July 1798, alleen van ons is gevorderd opgaave der Leeden van onze Kerkgemeente; en dat hier op by Misfive van den 24 July 1798, door den Kerkenraad is herhaald het Eigendoms-recht, maar dien onverminderd de opgaave gedaan op 1400 Zielen, met herhaaling teffens van het verzoek by voorige Misfive van 10 July gedaan. 7. Dat Gyl. daar op by Refolutie van ?6 July, van ons hebt gevorderd binnen agt dagen te bewyzen het recht van Eigendom, waarop, terwyl wy geere van onze Kerkpapicren onder ons bereik hadden , door den Kerkenraad geantwoord is, by Misfive van den Augustus 1798, waar in tot voorkoming van misvattin-  C 6S ) tingen j onze gevoelens nader verklaard worden , ori onze intentie, om, tot vermyding van langwyligheid, alles te gelyk af te doen,. mitsgaders de reeden opgegeeven , waarom wy vermeenden 'er toen nog geene termen te weezen, om bewyzen van ons te vorderen , terwyl wy al nog in de billyke vervvagting waren , dat de overige Gezindheden ons geene moeilykheden zou* den aandoen , en alzo alle verder betoog van oilze zyde, of reclame der papieren, onnodig worden zou. S. Dat wy in dien ftaat van onzekerheid gebleeven zyn tot den 16 July, wanneer aan ons is toegezonden inve Refolutie van den \$den daar bevoorens, in dewelke word gefprooken van onderfcheiden Addresfen, door ongeveer 4000 Zielen der Roomfche Gemeente aan UI. gepreleuteerd; voorts ftellig word ter nedergefteld, dat, wyl niet ter contrarie is gebleeken, alle onze Kerkgebouwen niet zyn byzondere en wettige Eigendommen, en op die gronden des aangaande een Plan van vergelyk word voorgefteld. 9. Dat wy , na rype examinatie vah dat Plan, de asfumtie daar in voorkomende, niet alleen vermeenden ftrydig te weezen, aan 't geene wy Ul. bevoorens meermalen hadden herhaald, maar daarenboven in 't Plan zelve, zoo veele objecten als aan vergelyk fubjeél, za. gen aangenoemd , waar van wy ons geen redenen konden bedenken, noch door het gemis van onze Kerk-, papieren eenig onderzoek deswegens doen. En daarom by ons antwoord van den 4 October 1798 desaangaande nadere elucidatie verzogt hebben, en teffens geïnfteerd op overgifte van alles, wat tot de directie; en adminiftratie van dien behoort, fpeciaal meede uit hoofde, dat Kerkmeesteren hadden goedgevonden aart ons het Licht, voor onzen Avond-Godsdienst noodig, als van ouds, te weigeren. E t0.  ( 6ë ) 10. Dat uwe Refoluiie van den 4 October die weigering van K.erkmeestcren wel heeft gehomologeerd, maar zonder van de vcrzogte elucidatie of overgifte eenige melding te- maken. 11. Dat daar op is gevolgd uwe nadere Refolutie van den 8 October, inhoudende eenige gealtereerde, en eenige nieuwe voorftellen van vergelyk. 12. En eindelyk, uwe Misfive van den 11 October 3798, inhoudende uwe antwoorden op onze gevraagde elucidaiie, maan zonder al wederom op de verzögte overgute van de Papieren eenig antwoord te behelzen. Uit laatstgemelde Misfive zagen wy egter met verwondering, dat Gyl. de door ons gevraagde elucidatie uit een ongunftig oogpunt befchouwdet, om dat Gy'. onderfteldet, dat ze ons, en byzonder de cirie eerst Ondergeteekendens, eeven zoo goed, niisfclüën beter dan Ut. bekend zyn , door de relatien, die dezth:e wel eer met het Gemeentebestuur hadden. Mrfa'f, offchoon zeer natuurlyk, de Gereformeerden in 't gemeen, en de drie eerst Ondergeteekendeps, als L'eedén van de voormalige Regeering in 't byzonder, meer kennis hebben van 't geene tot de Kerkgebouwen en Eigendommen van hunne Gemeente behoord ,< dan wel Lceden van andere Kerkgemeentens ; fprcekt het nogthans van zelfs, dat geen geheugen in ftaat is, om te ftippieeren aan het gemis van de Papieren, die de bewyzen inhouden, vooral niet omtrent zulke byzonderheden, als in 't Plan zyn aangenoemd, die byna allen anterieur zyn aan de Regeering van de drie eerst Ondergeteekeudens, die, zoo lang zy in.de Regeering waren, nimmer als quees» tieus hefebouwd zyr, , en welker oorfprong dus ook zeer-natuurlyk niet met die preciesheid te vooren is geobfeiveerd, al.-- tegenwoordig, nu bewyzen gevorderd worden, noodig is; Eu daar by meenden de Onder»  C H ) defgeteekendens den fconfren weg te volgeri, met aart Ut. deswegens elucidatie te vraagen, dewyl wy onder* fielden , dat omtrent alle die poinéten, waar van wy elucidatie verzogt hebben , door uwe Kerkmeesrerert onderzoek waare gedaan, eer Zyl. eenige opgaave dee* den van 't geene in 't Plan ten onderwerp van vergelyk gelegd Word , en , dewyl tot dit onderzoek de? oudheden , wanneer het door ons nog moest gefcbie* den, na dat het Plan aan ons gezonden was, voor ze* fcer een tyls bepaaling van drie Weeken, al hadden Wy alle de Papieren in handen gekreegen * veel te korü zou weezen. Doch in gemelde uwe Misfive, bepaaldelyk in Art. i, hebt Gyl. geantwoord , dat de weinig voor handen zynde tyd niet toeliet zulks op te zoeken. 13. En dat, daar wy dus geene'volleedige informatiën op onze gedaane vraagen kreegen, en daar intus-» fchen de tyd van agt dagen tot het zenden van antwoord, in uwe Refolutie van den 8 October 1798 * bepaald, geen tyd overliet, en voor ons niet overbleef, dan by onze Misfive van den 14 Oétobcr kort te antwoorden , met de overgifte der Papieren nogmaals te verzoeken: — Maar dat wy op deeze Misfiv'd geen antwoord ontvangen hebben. En uit deeze, naar Waarheid ter nedergeftelde4 fnidragt der zaaken blykt van zelfs (zoo wy vertromver 1 dat wy buiten on.3e fchuld, in de votftrekte onnr )?■= lykheid zyn* om de Rechten onzer Gemeente tfoltg dig en duidelyk te demonftreeren, of op alle poin. t > bepaaldelyk te antwoorden, maar daar uit volg-1 ook t dat dien aangaande nooit eenige confequentie ten 1 i deele van onze Gemeente kan getrokken worden. Dan, dewyl wy egter alle befchuldiging, of &Öf:1 «laar toe, willen vermyden, als of wy dilatjen sSögteft, E a  ( 63 ) zoo zullen wy , in afwagting, dat wy in 't vervolg in de geleegenheid zullen gefield worden , onze bezwaaren met bewyzen te doceeren, zoo veel ons mooglyk is, by deezen onze bezwaaren open te leggen. En om hier in met orde te werk te gaan, zullen wy eerst onze aanmerkingen bepaalen tot den inhoud van 't Plan; — daar na tegens het maaken van vergelyk over onze Kerkgebouwen. Wat het terfte poincl betreft, is het buiten bedenking, dat het Plan, 't welk hier het onderwerp uitmaakt, vervat is in uwe Refolutie van den 15 September en 8 October 1798 ; En wanneer men hetzelve vergelykt met het Plan van 30 Juny aan ons gezonden, is het evident In het algemeen f 1. Dat beide dezelve daar in over een komen, om aan de Roomfche Gemeente onze Groote Kerk te geeven. 2. Dat in het Plan van 30 Juny het totaal der Zielen , in deeze Stad, volgens de jongde telling, bepaald word op circa 8300 Zielen, en dat der Roomfchen alleen 6450, ter wyl in 't Plan van September deszei ven Jaars het getal der Roomfche Gemeente word opgegeeven op 7855 Zielen, waar uit dus volgen zon, dat de Roomfche Gemeente in 2§ maand tyds met 1405 Zielen zou vermeerderd zyn , 't welk voor een Gemeente van 6450 Zielen onwaarfchynlyk voorkomt. 3. Dat de Groote Kerk in het eerfte Plan word gefield op ƒ 43000: —: — waarde , en in het tweede °P f 79500: — • —1 en met het geene 'er in is, op ƒ90125: —: —. 4. En dat, niettegenftaande dit groot verfchil, in 't eerfte Plan, de Roomfche Gemeente onze Groote Kerk verkrygende, daarenboven nog zou moeten trekken  ( 6) ) ken /2or-|; in het tweede Plan maar zou moeten geeven ƒ2715: — en wel zodanig, dat de betaaling van die fomme zou worden opgefchort, tot dat omtrent de fchulden door de Wetgeeveren zou zyn beflist, maar dat evenwel de naasting daadelyk zou geCchieden. En in 't byzonder zyn in dat Plan deeze bezwaaren geleegen: «. Dat als aan taxatie fiibjecT;, meede word aangemerkt het Orgel, daar 't zeker is , dat hetzelve tot den Jaare 1793 *oe •> gedraagen heeft het Wapen van Wilxem den lilden, Koning van Engeland, en van den Drosfaard Wassenaar Duyvenvoorden, 't welk, offehoon die Wapens met de komst der Franfchen zyn geamoveerd, tot bewys verftrekt, dat het Orgel in dien tyd gemaakt, en alzoo een wettig Eigendom der Gereformeerde Gemeente is. b. Dat meede als aan taxatie fubjecT; word aangemerkt de Predikftoel, Banken &c, mitsgaders de Kerkenhuisjes, daar het uit den ftaat dier Huizen en aart der zaaken evident, als mede van publique notorieteit is, dat niets van dat alles voor de laatfte Reductie der Stad in 1637 geëxifteerd heeft, en alzo een acquifitie der Gereformeerden is, waar toe de Roomfche Gemeente niets gecontribueerd heeft. c. Dat (offehoon eeniszints twylfelachtig) het Huis de Oijevaar in taxatie gebragt, immers de Inkomften daar van in 't Plan bereekend worden, — terwyl nogthans dat Huis (zoo als in uwe Misfive van den n October 1798, Art. 4. word erkend) in den Jaare 1786 by Legaat van de Weduwe Blanket is geacquireerd, en dus een notoir Eigendom der Gereformeerden is. E 3 % d. Dat  ( 70 ) d. Dat liet Orgel, in de Kleine Kerk, mitsgaders Predikftoel, Banken &c,, als aan taxatie önderheevig befchouwd worden, daar Gyl. nogthans in uwe Misfive van ii OcVjber 1798, Art. 11. erkend, dat bet Orgel in 1700 aan de Kerk, en dus aan de Gereformeerde Gemeente is prefent gedaan, en daar het zeker is, dat noch Predikftoel, noch Banken van voor den Jaate 1637 zyn, en in 't byzonder, dat alles ten koste van de GereformeerdeGemeente in 1-96 is gerepareerd, wanneer in die Kerk de gelicentiëerde, en na hun Vaderland trekkende Zwitfers, zyn gelogeerd, eu daardoor veel fchade in die Kerk veroorzaakt is. e. Dat Gyl. by uw nader Plan van 8 October 1798, flls een nieuw poiuct van vergelyk voorfteld Art. 6, de overgifte van onze Doop- Trouw- en Doodregisters, om ter Secretarie deezer Stad gedepofiteerd te worden, terwyl dezelven een byzonder Eigendom onzer Gemeente zyn, op dezelfde wyze, sis de Doop* Trouw- en Doodregisters der Roomiche Gemeente hun byzonder Eigendom zyn, en nadien daarenboven de depjfuie van deefe onze Boeken in geen ander geval zou kunnen te pas komen, dan wanneer de Gereformeerde Gemeente haare exiftentie verloor, 't welk thans nog het geval niet is, en nadien eindelyk in de ganticbe Cunftitutie geen fehyn van grond te vinden is, om zulke depofitie van onze Gemeente te vorderen , of ónze Doop- Trouw- en Doodregisters als een poinct, waar van vergelyk met andere Kerkgemeentens zou Jtunnen te pas komen, te befchouwen. f.. Dnt de Tontinaire Negotiatie geheel als een fchuld v-n onze Kerk word voorgedraagénj dat Gyl. by uwe M'süve yan den 11 October, uwe verwondering toond pver onze vraagen deswegens by onzen Brief van den 4 Oftyber gedaan, als mede by gemelde uwe Misfive van  ( 71 ) vnn den 11 Oct"ber, Art. 6. eene opgaave doet, die wy vermeenen riet te kunnen admilteeren; want, in* dien wy ons niet geheel bedriegen, is het 'er verre van daan, dat de geheele Tontinaire Negotiatie van ƒ 125000: —: '— door de Kerk zou genooten zyn, of tot tfiegging van haare fchulden zou zyn gebeezigd; maar is daar van een gedeelte voor de AalmoesfenierArmen — en een gedeelte voor den Tooren gebruikt, en in diervoege ook over dit poinct iti de eerfte confe» rentie van 4 July gefprooken, terwyl de reden, waarom de Kerk voor dat alles als Debiteur genoemd is, alleen daar aan is toe te fchryven, dat, volgens de voorige maximes, de Tooren met de Kerk één lighaam gereekend , en de hypothecatie van dat ééne Fonds, met vrylaating van 't andere, onverfchillig geoordeeld Wierd, daar toch, volgens het principe van een heerfchenden Godsdienst, alle die Fondfen gelyklyk onder de Surïütendance van de Regeering {tonden, waar door zig dan ook gemaklyk laat ontwikkelen — de reeden, waarom de Magiftraat niet alleen, even als de fleer van Bredn, zig als Guarandeurs van die Negotiatie gefield, en tot de betaaling der Jaarlykfche Interesfen gefourneerd heeft; maar ook evident word, dat de Stad met dat alles nog niets meet dan aan haare verpligting voldaan heeft; En wanneer men de zaak eens uit dit oogpunt befchouwd, dan vertrouwen wy, da' de Tontinaire Negotiatie nu tot laste van onze Kerk te willen laaten, offehoon de Staatsmaxime veranderd, en volgens Art. 6. der Additioneele Articuien van de Staatsregeling, de Tooren van de Kerk gefcheideu word, voor ons een aanmerklyk bezwaar word, En deeze onze bezwaaren worden nog diiidely.ker, wa*nerer wy by het tweede Lid van deeze onze Misfive E 4 aan-  ( 7% \ aangetoond zullen hebben, dat de Kerk ons Eigendom is, en daar over geen vergelyk te pas komt. Tot het welk wy nu, dewyl het gemis van de noodige Papieren ons belet de verdere byzondere bezwaaren tegens het gemaakt Plan te detailleeren , overgaan. Dan, ter bepaaling van deszelfs onderwerp, merken wy ten deezen vooraf aan, dat, gelyk uit de pramisfe van uwe Reiolutie, dato 15 September 1793, evident is, door de Roomfche Ingezeetenen, immers een gedeelte derzelve, aan UI. addres is gedaan, tot in werking brengen van het 6de Additioneel Articul der Staatsregeling, maar bepaaldelyk, en alleen, dat hunne verzoeken ten onderwerp hebben onze Groote Kerk. Waar uit wy natuurlyk afleiden deeze gevolgtrekking, dat onze Medeburgers de Requestranten, geen zwaarigheid maaken, om ons de Kleine Kerk te laten behouden; En, terwyl de Kleine Kerk, aan den eenen kant, als een oud caducq Gebouw, weinig confideratie verdiend; zoo zal voorgemelde bepaaling ons aaa den anderen kant difpenfeereq , van deswegens in een langvvylig betoog te treeden; maar zal 't genoegzaam zyti UI, ten dien refpefte alleen te herinneren, dat onze Gemeente daar van reeds in 1578 in 't bezit is geweest, dat ze daar uit alleen door de furie van Uauïepenne , en door de inneeming der Stad in J625 door Spinojla, fuccesfivelyk is ontzet geworden , tot dat ze in 1637 in het bezit is herfteld, zonder dat de Roomfche Geestlykheid, of Roomfche Magiftraat, van dien tyd daarop eenige aanfpraak heeft gemaakt, gelyk uit de Capitulatie en Verdrag van 1637 blykbaar is, en alzo dienaangaande geen vergelyk noodig is. Uit deeze praemisfe blykt teffens, dat ons betoog iP.ig eenvoudig ter wederlegging yan alle reclame der Roomsgh-  ( 73 ) Roomschgezinden, omtrent onze Groote Kerk, moet bepaalen. En tot grondflag van dit betoog, leggen wy: 1. Dat het onnoodig zal weezen, UI. te herinneren, dat onze Gemeente zedert 1638, in 't rustig en onge* ftoord bezit van onze Groote Kerk is geweest, tot heden, nadien zulks van publique notorieteit is. 2. Dat 't bovendien onnodig is, het UI te demonftreeren, dat de Gereformeerden toen niet voor het eerst in dat bezit gekomen zyn, maar alleen in hun voorig recht zyn te rug gekeerd, waar uit de Spaanfche Bevelhebber Spinola in 1625 hun verdreeven, en te gelyk alle Gereformeerde Godsdienstöeffen'mg verboden had ; dat de Gereformeerden al meede reeds ■van 159© tot 1625 toe, in 't bezit der Groote Kerk •geweest zyn, ja, dat ze zelf reeds in 1581 daar in hunne Godsdienstöeffening gehouden hebben , — en daar in alleen , door de toen voorvallende furie van Hautepenme , voor een tyd gelïoord zyn, terwyl de Hiftöriëfl van dien tyd de waarheid van dit alles ttaaven. 3. Dat Gyl. ook, zoo wy vertrouwen , met ons zult inftemmen, dat een gifte en concesfie door den Heer van Breda gedaan in zynen tyd. omtrent Goederen, waar over hem de dispofitie toekwam; door zyne Succesfeuren erkend en gehomologeerd, eene allerzekerfre en wettige titul van Eigendom is, zoo wel voor de Gereformeerden als voor de Roomfchen ; zynde het buiteu twyffel, •—• dat veele van de Roomfche Corporation, alhier in den Lande van Breda, door zoodanige Giften en Concesfie van de Heeren van Breda, mede hun aanzien en Bezittingen verkreegcn hebben, welker Eigeadom, als ontwylfelbaar, nog hedendaags befchouwd word waar omtrent wy ons niet zullen E 5 behyé-  ( 74 ) behoeven op te houden met voorbeelden te allegeeren, dewyl de Befchryving der Stad en Lande van Breda, en de daar agter fraande Proeven, menigvuldige bewyzen opleeveren. 4. Dat op dezelfde wyze Gyl. ons meede gereedelyk zult toefiaan, dat een by wettig verdrag eens gedaane afftand, alle reden tot nadere verdraagen uitfluit, naaien het 6de Additioneel Articul der Staatsregeling dit toont met duidelyke woorden in verbis, de alzo gemaste Kerken en Pastoriën blyven ten allen tyden onder de bezitting, beheer i;:g, en het fpeciaal onderhoud dier Kerkgemeentens, aan dewelke dezelve, volgens het hier voor' gaand onderling contracl, zyn toegeweezen. En het z;ü niet noodig weezen, UI. te doen opmerken , dat de Wetgcevers in dat 6de Additioneel Articul de Kerken en Pastoriën der voormaals Heerfchende Kerk, aan taxatie en vergelyk fubjecT: maakende , geenzints beoogen , wcuige accoorden te vernietigen, of of aan het recht van Eigendom te prayudicieeren, maar alieen ten gevolge van het vernietigd ftelzel van eenen Hcerfchenden Godsdienst en affcheiding van Kerk en Staat, ailen Ingezeetenen, zonder onderfcheid van Godsdienst, als in 't Burgerlyke aan eikanderen gelyk, ook gelyk recht op de Kerkgebouwen, die by de Reformatie den Roomschgezinden zonder vergoeding, alleen op grond van het voorig ftelzel van eenen publiquen Godsdienst ontnoomen waaren, al nu tockend, en daarom, terwyl de aart der zaaken geene gemeenfehap ten dien ouzichte toelaat, daaromtrent de naasting en uitkeering heeft vastgefteld; want dit blykt duidelyk uit het qpjJe Articul der Grondregels van de Staatsregeling, en nog nader uit vergelyking van het 4de Add. Articul, alwaar juist (zoo Wy vermeenen) om deeze reden, de Gcestelyke Goederen worden Nationaal verklaard,  ( 75 ) klaard, maar met uitzondering van de zodanige, die byzondere Eigendommen zyn, als blyvende onverlet de adnjbraak, welke eenig Lighaam. of Gemeente daar op mogl maaken , en, met de noodige bevyzen voorzien, aan het Vertegenwoordigend Lighaam ter beflisfing zal moeten inleeveren. En, wanneter wy alle deeze waarheden in 't oog houden, vertrouwen wy, dat ons Eigendoms-recht tot de Groote Kerk, die wy bezitten, boven alle twyffel is. Immers nooit hebben de Gereformeerden de Groote Kerk aan de Roomfchen by de Reformatie ontnoomen; maar de Heer van Breda heeft de Groote Kerk Kerk, in den Jaare 1581, aan de Gereformeerden gegeeven; — en op begeerte van zyne Excellentie, zyn de Gereformeerden in het bezit derzelve gekomen, zoo als de Stads Reekening van den Jaare 1581, en de Magifh-aar.s-Refolutien van dien tyd uirwyzen, waartoe wy ons moeten rcferceren; daar wy, de Papieren misfende, geene andere bewyzen kunnen opfpooren ; — Een gifte en concesfie van den Heer van Breda, is derhalven de eerfte titul van Eigendom voor de Gereformeerden ; — En daar de wettigheid van deezen titul van Eigendom, zoo wel door de Gereformeerden tot ftaaving van hun recht mag worden ingeroepen, als de Roomfche Corpora nog hedendaags daar op veele van hunne Bezittingen in den Lande van Breda bouwen, zal op deeze wyze, (zoo wy vermeenen) ons Eigendoms-recht der Groote Kerk buiten twyfFel wezen, zoo dra wy flegts aangetoond zullen hebben, dat de Heer van Breda het rechr, en de magt van zoodanige gifte te doen, gehad heeft. — En, om Uk hier van te overtuigen, zal, zoo wy vertrouwen, genoegzaam weezen, UI. te doen c merken,  C 76 ) ken, dat de Heeren van Breda de waare Stigters deezer Kerke zyn: — waaromtrent naar waarheid geen twyfFel kan overblyven , daar niet flègts de Heeren van Breda de Gifters zyn van verre de meeste der Bezittingen, die alle de Gezindheden in den Lande van Breda hebben, maar nadien, offehoon de oudheid ons niet alles van de vroegfte tyden af bewaard heeft, het nogthans blykbaar is, dat de Heeren van Breda het Verwulit, het Choor, en verlcheide Capellen van de Groote Kerk bekostigd hebben, ^ zie de Befchryving van Breda, pag. 80 en 83.) dat Graaf Engelben van Nasfau, in den jaare 1410, het Choor voltooid heeft, blykens het Parkamente Hoek, folio 10. F.; dat Graaf Jan van Nasfauw den Tooren (die met de Kerk één geheel uitmaakt) heeft laaten bouwen, en daartoe in den Jaare 1462, van den Hertog van Braband, vrydpm van Tollen heeft verkreegen , (zie van Goor, Proeven , No. 60 ) en dat de Tooren, in 1094, voor een gedeelte afgebrand zynde, door de mildaadigheid van Koning Willem Hl., meede herbouwd is, ^ zie van Goor, pa:»;. 83.) gelyk ook nog hedendaags dien ten gevolge, by de Verpagting van de Tienden van wegens het Geesrelyk Comptofr te Breda, een Stuiver der Rantfoeuen is gedestilleerd, en bekend (raat voor den afgebrande» Ttoren, — en daar men de conffruétie van deeze Kerk en Tooren flegts behoeft te zien, om overtuigd te zyn, dar dezelve, offehoon door onderfcheide Heeren fuccesfivelyk voltrokken, egter naar één Plan en orde is begonnen en voltooid, terwyl eindelyk de Capel, waarin de Tombe van Graaf Engelbert ftaat, door de Heeren van Breda, tot in 1794, onderhouden is (gelyk door UI. zelfs word toegeftemd) dit alles nader bevestigd, vermits dezelve geenzinrs een afzonderlyk Gebouw, maar met de geheele Kerk één Lighaam , een Gebouw uitmaakt. Eu  ( 77 ) En dit alles zoo zynde, blyft, gelyk wy vertrouwen, omtrent de magt en bevoegdheid van den Heer van Breda, om over deeze Kerk te disponeeren, dezelve aan de Gereformeerden te geeven, en alzo over den wettigen titul van Eigendom der Gereformeerde Gemeente op de Groote Kerk, geen bedenking overig. Maar buiten deeze grond van Eigendom der Gereformeerden tot onze Groote Kerk, is 'er nog een tweede, beftaande in een by wettig verdrag gedaane afftand der Roomschgezinden, van alle aaiupraak of pretenfie op deeze Kerk. Eu, om hier van volleedig overreed te zyn, behoeft men flegts het verdrag van den 7 October 1637 in te zien, 't welk in de Befchryving van Breda, pag. 178. in zyn geheel te leezen is. Want dat is een verdrag, niet met de Militaire Bezetting, maar door den Prins Fredhik Hendrik, met de Roomfche Geestelykheid en Magiftraat aangegaan: — Het is een Verdrag, waar van de Stad, en alle de Ingezeetenen zonder onderfcheid van Godsdienst , ten allen tyden het effect gehad hebben, waar van de Magiftraat fuccesüveJyk by alle geleegenheden de werking gemaintineerd heeft, — 't welk op last van H. H. Mog. nog op den 14 Augustus 1682. door 's Lands Advocaaten is onderzogt, na derzelver gezetlyk onderzoek, voor wettig en verbindend verklaard, en doer den Souverain zelfs gerefpeéteerd. — Het is een Verdrag, dat, wanneer men de tydsgefteldheid, waar in het gemaakt is, in 't oog houd, en vergelykt met de Capitulatie twaalf Jaaren te vooren, in 1625, door Spinola voorgefchreeven , (te vinden by van' Goor, pag. 169.) alle kenmerken van de tolerantie der Gereformeerden opleeverd; eindelyk een Verdrag, dat, wanneer men den geheelen inhoud leest, alle fchyn van  ( 73 ) van tegenwerping, als of de Roomfche Geestelykheid alleen uit vrees en dwang, gemaatigde voordellen gedaan , en van hunne rechten afgezien hadden, daadelyk doet verdwynen. En wy zouden dit alles nader in byzonderheden kunnen aantoöfrert, maar uit liefde tot den vreede gaan wy dezelve met ftilzwygen voorby. Tot ftaavtng van ons recht is het voldoende te bewyzen, dat de Roomfche Geestelykheid van onze Groote Kerk by dat Verdrag heeft afftand gedaan; en dit is middagklaar, wanneer Gyl. het ide Articul van dat Verdrag inziet, want daar by word door de Gees. telykheid voorgefteld, dat in de Stad Breda, nu en ten allen tyden zou blyven het openbaar gebruik van de Cd* tholyque Roomfclie Religie in de Groote Kerke, in de Kloosters en de Begy.ihof, gslyk die nu twaalf Jaaren Icstleeden is gebruikt geweest. — De Roomfche Geestelykheid maakt dus zelfs de Groote Kerk tot een onderwerp deezer handeling, en ftellcn dienaangaande tot een poindt van accoord voor, dat Zyl. de Groote Kerk mogen behouden, op diezelfde voet en wyze, als zy dezelve feeder: twaalf Jaaren, dat is van 1625 tot 1637, gebruikt hadden; en dit byvoegzel der Roomfche Geestelykheid, om de Groote Kerk te behouden, gelyk zy die nu twaalf Jaaren lestleeden gebruikt hadden, toont dtiidelyk, dat ze volleedig zyn overtuigt geweest, dat hun bezit der Groote Kerk louter op een gebruik van twaalf Jaaren, en wel alleen van die twaalf laatfte Jaaren, geduurende welken tyd de Stad onder Spaanfche beheering, en de Gereformeerde Godsdienst daar uit verbannen is geweest, was gegrond; dat zy geen titul van Eigendom, of eenig ander recht daar op hadden, — en dit zelfde blykt nog duidelyker uit vergelyking van het 4de Articul van dat  ( 79 ) dat Verdrag; alwaar de Roomfche Geestelykheid het behoud van alle Eigendommen bedingd, gelyk aan hun ook is toegedaan, en van welk beding zy ook het volkomen genot gehad hebben, daar ze niet alleen hunne Huizen en verdere Goederen, maar ook hunne Kloosters zelfs, ten hunnen byzonderen voordeele, en op zoodanige Conditiën , als zy goedvonden te bepaalen , verkogt hebben, zonder dat immer, of de Gereformeerde Gemeente , of de Stad, of de Heer van Breda, daar aan eenige alteratie hebben toegebragt — gelyk de Huizen in de Nieuwftraat, ter plaatfe daar bevoorens het Minderbroeders Klooster geftaan heeft , gebouwd, daarvan alsnog de bewyzen oplceveren. Dan het antwoord van Fredrik Hendrik, op dit der Roomfchen voorfiel, om de Groote Kerk met de Kloosters van Nonnen en Begynen te behouden: Dat antwoord doet alles af; hy ftaat hun toe: Dat de twee Kloosters van Nonnen en Begynen zullen gehouden wor* den in zulker manier e, ah zy geweest zyn voor den Jaare 1625, by tyde van de Regeering van de Hun Hoog Mog. Heeren Staat en Generaal: — Maar, tervvyl hy hun dit alleen toeftaat, Baat hy al het overige af, en weigerd zyne toeftemming aan der Roomfchen voordel, om de Groote Kerk te behouden, die ze twaalf Jaaren geoccupeerd hadden; Hy antwoord, dat alles dienaangaande herdeld moet worden op dien voet, als het w3s voor den Jaare 1625, en dat op dien zelfden voet de Nonnen en Begynen blyven moogen. Met dit antwoord neemt de Roomfche Geestelykheid genoegen, het Verdrag word in diervoege geflooten en geteekend: Overeenkomftig hetzelve is alles ter uitvoer gebragt; uit kragte van dit verdrag hebben de Nonnen haar Klooster en verblyf in de Stad behouden, tot dat zö naderhand vrywillig by fenikking een Klooster te Oosterhout ,  ( 8o ) hout, en een refugié in de Stad verkreegen hebben , zoo als ze nog heden hebben; op grond van dat zelfde Verdrag hebben de Begynen insgelyks het Begynhof, dat ze bezaten , behouden , dienaangaande op haar verzoek zelfs een nadere concesfie verkreegen , en zyn nog hedendaags in het bezit van alles, wat de Roomfche Geestelykheid ten dien opzichte , by het Verdrag van 1637 bedongen heeft; — En van gelyke zyn de Gereformeerden uit kragte van dat Verdrag te rug gekeerd in het bezit van hunne Groote Kerk, die ze, gL-lyk voorzeid is, in 1581, van den Heer van Breda verkreegen hadden, en waar uit ze alleen door de Spaanfche beheering van is> Jaaren verftooken waren, gelyk ze ook federt tot heden in het rustig bezit daar van gebleeven zyn. Wy vertrouwen Burgers J dat, evengelyk de Roomfche Bezittingen, door dit Verdrag aan hun bedongen, allerwege heilig zyn rerefpecleerd, en van hunnentwegen altoos, als onbetwistbaar word aangemerkt , hun Eigendoms-recht daar toe, zoo ook wy van gelyke, dit Verdrag ten onzen voe-rdeele mogen inroepen, en het elTeér. daar van aan ons door dezelven niet kan worden betwist, daar het juist een gevolg der Gelykheid is. En wy vleijen ons mede, dat, daar wy hier vooren beweezen hebben , dat onze Groote Kerk, door de Heeren van Breda gebouwd, en alzo bun byzonder Eigendom is geweest, tot dat ze door denzelven Eigenaar aan ons is afgedaan; daar die Heer van Breda, die ze aan ons heeft gegeeven, een Lidmaat is geweest van ons Hervormd Kerkgenoodfchap, en alle aanfpraak. van de Roomschgezinden daar op is afgedaan by het Verdrag van den Jaare 1637, en daar wy (gelyk notoir is, en dat geen bewys noodig heeft) boven dien federt de  ( 8i ) de acquhitie dier Kerk, dezelve altoos uit onze eige Kerkmiddelen hebben onderhouden , dezelve Groote Kerk in een gezonden zin, niet anders kan aangemerkt worden, dan buiten alle tegenfpraak, volgens de Staatsregeling zelfs, ons byzonder en wettig Eigendom te ZYWV zeggen in een gezonden zin; want de Staatsregeling als een charafteriftkq kenmerk van E.genuom bepaalende, den aanbouw uit de afzonderlyke kas oer Gemeenten, vereischt niet, dat alle Leedeneener Kerkgemeente tot dien aanbouw moeten gecontribueerd hebben maar beoogd daar meede alleen, dat noch ae Ld noch de plaatfelyke kas, in de kosten van aanbouw der Kerk gedraagen moeten hebben om dezelve voor een byzonder Eigendom te kunnen houden, en, dat zoodanig het geval onzer Kerk is, hebben wy hieC tooren aangetoond: - Gyl. zult ons dit, zoo-wy vermeenen, gereedelyk toeftemmen, en eene contra.» uitlegging der woorden van de Staatsregeling zou op o erymdheden uitloopen. - Want, hoe veel Kerken zvl 4 niet in ons Vaderland, die met door de geheele Gereformeerde Kerkgemeente, maar door eén, of weinige Leeden van dat Kerkgenoodfchap bekostigd, aan die Kerkgemeenten prefent gedaan zyn ea die ê