No. 2I& VRIJHEID, GELIJKHÉID, BROEDERSCHAP. PUBLICATIE, tot ampÜatie van die van 30. December i?96.y wegens de oproeping der crondV iRGAüïiiNGEN tegen den 16. Pebruary 1^97' Gedrrefteerd den 6. Fsbruary 1797. Het derde Jaar der Bataaffclie Vrijheid; Ï Iet provintïaai, bestuur van holland; allen hunne Medeburgeren Heil en Broederfchap! doet te weeten £ . Dat wij door het Provintïaai Committé van Holland , uit hoofde van de bij Hetzelve ingekomen Misfive van dén Raad der Stad Dordrecht en Merwede, houdende verzoek om elucidatie nopens eenige poincten, vervat in de Publicatie van den 30. December laatstleeden , wegens de oproeping der Grondvergaderingen tegen den 16. February aanftsande; alsmede eene Misfive van de Commislie tot regeling van die Grondvergaderingen te Amfterdam benoemd, mede houdende' eenige bedenkingen op dezelve Publicatie; en eindelijk een aantal Requesten van denzelven inhoud, door Yerfeheideh ftemgerechtïgde Burgers van Holland geteekend, waarbij dezelve, om daar bij gëallegueerde redehen, alteratie in de voorfz. Publicatie verzoeken, tegen den 4. deezer Maand extraordinair bijeen geroepen: zijnde, om alsdan, zoo over de voorfz. Misfives en' Adresfen, als over verdere bezwaareii, welke omtrend de executie van gemelde Publicatie nog mogten woröen voorgedraagt (doch het welk echter geen plaats hteft  < a > heeft gehad) te delibereeren, en daar op zoodanig Deficit te-neemen, als wij zouden oordeelen te behooren, ën wij, ingevolge van die bijeenroeping, ook op den voorfz. 4. February extraordinair vergaderd zijnde, bij examen van alle de yoorlz. Requesten, voor 200 verre als die behoorlijk gezegeld een objccl: van onze deliberatien hebben kunnen uitnfaaken, tot ons leedwezen zijn ontwaar geworden, dat fomraige van Onze Medeburgers, waar van het getal echter in vergelijking van onze ftemgerechtigde Medeburgers zeer gering is, het daar bij zoo doen voorkomen, even als of voorfz. onze Publicatie ftrijdi* zoude zijn met hec 93. Articut Van het Reglement voor het intermediair Éeftuur voor dit Gewekt, cn met de intentie van de Provifioneclc Re^refentanten van het Volk van Holland , en even als of wij ons eenig gezag zouden willen aanmaatigen, het welk ons niet zoude zijn opgedraagen , wanneer wij langer in onze Posten, dan to: den 1. Maart aanftaande bieeven fungceren, zonder door het Volk van Holland daar in op nieuws gecontinueerd te 'zijn^ gelijk wij met geen mindere bevreemding daar uit hebben vernomen, dat het Volk van Holland zich in de aanftaande Grondvergaderingen op den 16. February aar.ftaande, vooral zoude moeten bezig houden met het benoemen van fyiezers, die daags daar aan nieuwe Leden voor het Provintiaal Beduur en deraetver Plaatsvervangers zouden moeten eligeeren, dcch dat het 'geenzins de intentie zoude mogen zijn, om ove.r de verandering en de form van het Bellaar te doen raadplecgen , mam- wel over de al cf niet continuatie d-r ailueeie Leden, mitsgaders dat die continuatie r>iet zoude behooren te zijn voor den tijd van twee joaren, rriaar alleen voor den tijd varf één jaar , en wat daar bij verder is voorgedraagen. En gemerkt, dat aan de cene zijde niets meer ftrijdig zoude zijn regens onze intentie, dan aan te gaan tegen den inhoud van Sec Reglement, waarop het Provintiaal Beftuür van Holland is bijeen gekomen en wij onze posten aanvaard hebben, en 1'peciaal regens het 93. Articul vaii dat Reglement, en de intentie van de Provifioneeie Reprefentanten van het Volk van HoiianJ, de»wegens zoo bij derzelver Publicatie van den  < 3' > den 5. Febrtnry 1796., als bij die van den ia. February daaraanvolgende, zoo duidelijk gemanifesteerd, en dat wij aan den anderen kant ons volkomen overreed houden, dat onze Pubt:catie van den 30. December laatstleeden, ju'st conform, doch de inhoud van de voorfz. Requesten juist contrarie is aan den inhoud van dat Reglement, en fpeciaal van het voorfz. 93. Articul van het zelve, mitsgaders aan de intentie van de Provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland, bij gemelde Publicatien van 5. en ia. February 1796. zoo duidelijk gemanifesteerd,, en dat wij ons ook geen oogenblik langer zouden willen continueeren in een post, waarin het Volk van Holland ons geplaatst heeft, dan dat Volk begeert, T.vo is V, dat Wij, ten einde alle verkeerde denkbeelden, welkeer bij fommige in de goede trouw nog mogten zijn overgcblccvcn, of door anderen zijn ingeboezemd, geheel en al weg te neemen, na daar over ingcnom;n te hebben de confideratien en ad vis van een perfoneele Commisfie. onverminderd onze dispofuien, zoo op de voorfz. Misfives, als op de voorfz. Requesten, hebben goedgevonden en verdaan, aan alle onze Medeburgeren 'bij deeze nog nader bekend te maaken, of liever te herinneren; dat bij het 93. Articul van het voorfz. Reglement met even zoo veele woorden zijnde gefctueerd: „ Dit aizoo geconftitueerd Provintiaal Beduur zal „ blijven ftand houden, tot zoo lang eene bij het Volk „ van Nederland geratificeerde Confcitutie daarin ver„ andering zal hebben gemaakt, ten ware het Volk „ van Holland naar zijn onvervreemdbaar recht zulks „ eerder mogte komen goed te vinden," en' Dat de Provifioneele Reprefentanten, bij derzelver Publicatie, in dato 5. Febiuary 1796., mede met ronde woorden hebbende verklaard: „ dat aan het Volk van „ Holland door Hun wierd toegekend, gelijk bij het 93. Articul van het daar bij gemelde Reglement uit„ drukkelijk toegekend wierd, het volkomen en on„ vervreemdbaar'recht, om met opzicht tot dit Pro» „ vintiaal Beduur zoodanige veranderingen te kunnen „ maaken , als hetzelve zal komen goed te vinden." Als-  < 4 > Alsmede bij derzrelver nadere Publicatie, in dato ia» February 1796: „ Dat zij het onbetwistbaar recht des Volks van „ Hoiland volkomen erkenden, om in het (toen,) toe. „ komstig intermediair Beft uur der Provintu naar goed- vinden verandering te maaken" En eindelijk; „ Dat zij, om allen twijfel weg te neemen, als of „ zij 's Volks Oppermagt eenige belemraeiing wilden toebrengen, en ter voldoening aan het voorgeftelde „ Articul 93., de Grondvergaderingen in Plolland, te- gen en op den 16. February 1797. hielden voor „ opgeroepen, om als dan over de rovrtduuring of niet ,, voortduuring van het Intermediair Beftuur 'te 'raad,, pleegen en te ftemmen, langs denzelven weg, als bij ,, de eerde hoofddukkcn van het voorgedeide Regie„ ment, zoo wel als bij het Reglement voorde Na» ,, tionaale Vergadering is bepaald." Uit dat alles notoir volgt, dat de aarjdeüing van het Provintiaal Beduur is onbepaald, tot dat \r eene algcmeene Conditutje voor de Bataafiche Republiek: zal zijn geratificeerd, endeeze daarin verandering maakt, en mitsdien dat het alzoo gcconltirueerd Intermediair Beduur van deeze Provintie, even zoo lang duti'en moet, als het -Intermediair Beduur van de Nationaale Vergadering voor de Republiek. Dat het derhalven ten eenemaal is abufief, dat het Provintiaal Beduur voor eenen zekeren bepaalden tijd, veel min tot den 1. Maart 1797. zoude zijn daar geïteld, of deszelfs Eeden niet langer zouden mogen fungeeren. Dat des niettemin het Volk van Holland recht heeft, in dat alzoo geconditueerd Provintiaal Beduur eerder, en dus vóór dat de Conditutie geratificeerd is, zoodanige veranderingen te maaken , als hetzelve zal goedvinden , en dat derhalven die veranderingen, zoo niet eeniglijk, ten minsten zeer zeker ook zoo wel tot de ■form en inrichting van dat Beduur, als tot de Perfoonen, aan dewelke , dat Beduur is opgedraagen, betrekking hebben. Dat dus het geheele Volk van Holland dat recht hebbende, ook in de gelegenheid moet worden gedeld, om  < 5 > om dat recht te kunnen uitoeffenen, en met do- meer* fierheid zoodanige verandering, 't zij dan in de form, ?t zij dan in de perfoonen, ?t zij in beide, daartedellen , of anders , zoo de form als de perfoonen te laacen continueeren, als hetzelve zal goedvinden, zonder dat een gedeelte van dat Volk daar aan atteinte kan toebrengen, en dat mitsdien het benoemen van Kiezers niet in aanmerking kan komen, zoo lang het Volk van Holland zich omtrend de voortduuring of niet voortduuring van het Provintiaal Beduur van dit Gewest in de Grondvergadeijng, op den 16. February aandaande niet geuit heeft. Dat Wij voorts, om allen fchijn weg te neemen, even als of onze verkiaaring bij de voorfz. Publicatie van 30. December gedaan, niet welmeenend gedaan Ware, als mede of wij langer in onze posten zouden willen blijven, als het Volk van Holland ons daarin wil gecontinueerd hebben, bij dceze als nog uitdruk* kelijk declareeren, dat wij de verandering in de form en inrichting van het Intermediair Beduur van Holland, offchoon niet volmaakt , voor hoogstnadeelig houden; doch dat wij , ten reguarde van de de iberatien over de al of niet continuatie van de actuetle Leden, aan welke dat Beftuur is toebetrouwd, bij ampliatie van Articul 13. van gemelde onze Publicatie van 30. December laatstleeden, datueeren: Hat, wanneer ook de Stemming over de al of niet voortduuring van de Leden, zoo als die bij Articul 13. is bepaald, zal zijn afgeloopen, de Stemgerechtigden zullen overgaan om zich te verklaarcn: of, ingevai'e de meerderheid der Grondvergaderingen geene verandering in de form van het Béduur en geene nieuwe benoeming van Leden verkiest; zij begeeren, dat die Leden voor één, of wel voor twee Jaaren, zullen worden gecontinueerd, bijaldien onverhoopt 'er vóór dien tijd geene algemeene Lands-Conditutie geratificeerd mogt zijn , welke daarin verandering maak:; alles ten dien effedte, dat, wanneer de meerderheid der Grondvergaderingen in dat geval voor de continuatie van de Leden voor den tijd van één Jaar mogt opineeren, als dan het Volk van Holland gereekend wordt opgeroepen te zijn tegen den 16. February 179S, om als  < 6 > als dan np nieuws over dat alles te raadpleegen en te hefluiten, terwijl in het CoRlwrie geval de voorfz. Publicatie blijft, zoo als die is. En naardien het onze welmeenende intentie is, dat in alles het Reglement voor dit Provintiaal Beftuur het rigtfnoer zij, waar naar men zich te gedraagen hebbe, zoo zal dan ook de Conclufic bij meerderheid der Grondvergaderingen moeren worden opgemaakt, «n men insgelijks gehouden zijn zich naar den inhoud van Articul 6., van het voorfz. Reglement, te reguleeren; inhasrecrende Wij voor het overige den inhoud van onze voórz. Publicatie van den 3c. December laatstleeden, en vermaanende elk en een iegelijk zich daarnaar te gedraagen, terwijl wij de ftemming van die Grondvergadering, waarin gebleeken zal zijn, dat tegensdeeze onze intentie gehandeld zal zijn, zullen houden als niet uitgebragt. En op dat hiervan niemand onkundig zij, gelasten en beveclen wij. dat decze zal gepubliceerd en geaffigcerd werden, alomme daar zulks te gefchieden gebruikelijk is. Aldus gedaan in den Haage, onder het klein Zegel van den Lande, den 6. February 1797. Het derde Jaar der Bataaffche Vrijheid. SAMUEL van HOOGSTRATEN, vt. Ter Ordonnantie van hetzelve, C. SCHEFFER.  N° ai7. vrijh;eid, gelijkheid, broederschap. PUB LI CA TIE, betrefende het expireeren van den laatften ter* mijn der geldheffing van 30. Juny en 10, Augustus 1797. Gearre/leerd den 12. February 1797. Hm derde Jaar der Bataaffche Vrijheid* - Het provintiaal coiusitTTé van holland, allen den geenen, welke deeze zullen zien of hooren leegen, Heil en Broederfchap! doet te weeten: Dat het Provintiaal Beftuur van Holland, bij de onderfcheiden Publicatien van 30. Juny en 16. Augustus 1796., omftandig hebbende opengelegd den hoogen nood, waar in dit Gewest zich,'ten aanzien van deszelfs Finantieele belangens, bevond,1 benevens de redenen en motiven, die Hetzelve had doen overgaan tot het decreteeren van eene Heffing, zoo wel over de Bezittingen, als over de Inkomsten, waar in fommige van hunne Inkomsten, en andere van hunne Bezie  zittingen ofte wel van beiden zouden moeten draagen ,' billijk had mogen verwachten, dat de Ingezetenen van deeze 'Frovintie aan hunne onvermijdelijke verplïgting ten dien opzichte voor öf uiterlijk op den daar bij geftelden Termijn zoude hebben voldaan; dan dat aari het Voorfz. Beftuur in tegendeel zijnde gebleeken, dat 'er op den 30. December, en dus op het einde van dert laatften Termijn, in verre na zoo veel niet was gèfurneerd, als men op goede en zekere gronden moest veronderftelien, dat van die Negotiatie behoorde te proyenieeren, dit aanleiding heeft gegeeven tot het nagaan der redenen, die zulks veroorzaakt zouden kunnen hebben.- Dat die redenen aan het Beftuur van dien aard zijn voorgekomen, dat hetzelve gemeend heeft, op den voet en wijze, bij Publicatie van 30. December 1. 1. bepaald, aan de gebrekigen nog eene gelegenheid te moeten geeven, om aan hunne verpligting te voldoen, en hun verfchuldigde in 's Lands Kasfe te ftorteri, aleoo de|Tcrmijn van betaaling in de voorfz. Geldheffing heeft geprolongeerd tot den 1. Maart aanftaande-f Dat hoe zeer het zeker is, dat de voorfz. prolongatie als eene laatfte en uiterfte proef moet worden befchouwd, ten einde aan de eene zijde de kwaadwilligen daar door te beweégen, om als nog naar behooren te contribueeren, en zich zeiven té bevrijden van die poenaliteiten, waar ih zij reeds waren vervallen, en aan den anderen kant den geenen, welke zonde? hun-  t < 3 > hunne fchuld of toedoen, uit hoofde van bijzondere, omftandigheden, daar in verhinderd zijn geworden, door een convenabel uitftd in ftaac te ftellen om als nog, tot onderftand van ss Lands Finantieele belangeas, het hunne toe te brengen, het echter veellicht zoude kunnen gebeuren, dat eenige kwalijk geintentioneerde perfoonen anderen zouden willen wijs maaken dat de voorfz. Termijn als nog zal worden geprolongeerd , of wel de betaaling na dien Termijn bij oogluiking toegelaaten, als mede, dat verfcheiden onzer MedeBurgers zich door zoodanige onwaarachtige voorgeevens zouden Iaaten wegfieepen, waar door zij tot hun merkelijk nadeel zich zouden onderhevig maaken aan de . pamaliteiten tcgens de gebrekigen, bij Publicaties van 30. Juny en 10. Augustus 1. 1., bepaald. Zoo is V, dat wij, als daar toe bij Decreet van het Provintiaal Beftuur van Holland, in dato 6. February deezes jaars geauthorifeerd, bij detze onze MedeBurgers herinneren, dat de Termijn der Geldheffing bij voorfz. Publicarien van 30. Juny en 10. Augustus 1796. gedecreteerd, en bij Publicatie van 30. December l. 1. geprolongeerd, als nu op den laatften deezer maand ftaat te expireeren, en voorts dezelve willen gewaarfchouwd hebben, dat 'er geene verdere prolongatie van dien Termijn kan of zal plaats hebben, en daarom ook onze Mede-Burgers, bij de trouw die zij aan het Vaderland, en de pligten die zij aan zich zeiven, hunne Huisgezinnen en Mede-Burgers ver- fchul-  *C 4 > Jchuldigd zijn, VOOr de laatfte maal op het ernftigfte nieenen te mosten vermaanen, om toch voor of uiterlijk: Op den laatften deezer maand, aan hunne verpligting, voor zoo verre zij daar omtrend nog mogten zijn te kort gefchooten, als nog te voldoen, alzoo wij gelast zijn na dien tijd de bepaalde pcenaliteiten regens de nalaatigen en gebrekigen, ftiptelijk te doen executeeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pratendeeren, zal deeze gepubliceerd en alorame geaffigeerd worden, alwaar zulks te gefchieden ge« bruiklijk is. Gedaan in den Haage, onder het klein Zegel van den Lande, den 12. February 1797. Het derde Jaar der Bataaffche Vrijheid. Het Provintiaal Committé van Holland. C. j. van BRAKEL, vt. Ter ordonnantie van hetzelve, L. J. BLOK. . abf. Secretaris.  VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP. PUBLICATIE, tot oproeping der grondvergaderingen, ten einde op den 3. Maart 1797. leden benoemd worden voor het provintiaal bestuur vati Holland. Gedrrefteerd den 'den ai. Februari] 1797. Het derde Jaar der Bataaffehe Fri]* heid. personeels eoMMissiE, door het PRO* VINTIAAL BESTUUR VAN HOLLAND, bij derzel- ver Decreet van den 6. Januari] laatstleeden benoemd, tot het doen en verrichten van al dat geene, wat bij de Publicatie van den 30. December laatstleeden, betrekkelijk de oproeping der Grondvergaderingen geëmaneerd, aan deeze Commisfie is gedemandeerd geworden; allen hunnen Medeburgeren Heil ert Broederfchap i doet te weeten; £>at  *€ 2 > Dat aan ons gebleékeB is, dat de meerderheid van het getal der Grondvergaderingen op de twee poincten, bi} Art.' ia en 13. van de bovengemelde Publicatie van den 30. December laatstleeden vervat, zich in deezer voege hebben geëxpliceerd: lo. Dat dezelve begeeren, dat het intermediair Provintiaal Beftuur van Holland, in de form of iniïch» ting, zoo als hetzelve thans beftaat, zal blijven voortduureny tot op de aanneeming of ratificatie en introductie van de algemeene Conftitutie voor het Volk Tan Nederland, En 20. dat dezelve verlangen, dat 'er eene nieuwe benoeming van Leden zal plaats hebben. Dat het bovendien aan ons gebleeken is, dat de meerderheid der Grondvergaderingen op de alternative Vraag, ingevolge de nadere Publicatie van den 6. deezer Maand aan dezelven voorgefteld, heeft geflemd, dat, indien de tegenwoordige Leden, het Provintiaal Beftuur uitmaakende, mogten worden gecontinueerd, zulks alsdan voor den tijd van één Jaar zoude plaats hebben. Dat wij hier door in ftaat gefield zijnde, om aan dé ons, bij Art. 16. en ai. der meergemelde Publicatie van 30. December des voorigen Jaars, opgediaagen las:  *t 3 > lart en gegéeWa qualiricatie te voldoen, dan ook gemeend hebben, hier van aan alle onze Medeburgèren binnen dit Gewest ten fpoedigften kennis te moéten geeven, en voörds alle de Grondvergaderingen rn dit Gewest andermaal te moéten oproepen, gelijk wij dezelven oproepen bij deeZe, tegens Donderdag den tweeden Maart eerstkomende, ten einde te benoemen één kiezer en één plaatsvervanger, conform de wijze, voorgefchreeven bij het tweede Hoofï- ftuk van het Reglement voor het Provintiaal Beftuur, van den 5. February 1796.; zullende op den daaraanvolgenden dag, zijnde Vrijdag den derden Maart,- de Kiesvergaderingen voor de benoeming van leden én plaats vervanoers Voor het Provintiaal Beftuur, conform het derde Hoofdftuk van het voornoemde Reglement, op de Hoofdplaatfen der onderfcheiden 55. Diftriéten bij den anderen komen. En worden alle Municipaliteiten bij deeze verzocht en des noods gelast, om zorge te draagen, dat de Grondvergaderingen op eene geregelde wijze, en overeenkomstig het voorfchrift, bij meergemeld Reglement vervat, worden gehouden; zoo als mede fpeciaal de Municipaliteiten der Hoofdplaatfen van de Diftriften, waarin dit Gewest bij de telling en verdecling van het Volk  < 4 > Volk is afgedeeld, worden aangemaand, om in tijdg de noodige fchikkingen te maaken, tot het behoorlijk doen houden der Kiesvergaderingen, en in alles, zotf veel zulks noodig zal zijn, te obferveeren de aanfchrijving van de Provifioneele Reprefentanten van heiVolk van Holland, van den 8. January 1796. Terwijl eindelijk de respsctive Kiesvergaderingen worden verzocht, inzonderheid ftiptelijk te obferveeren het 44. Art. van het derde Hoofdftuk van het Reglement voor het Provintiaal Beftuur, ten einde hetzelve Beftuur, hetwelk de eerfte fesfie van deszelfs ordinaire .Vergadering op den 7. Maart aanftaande ftaat te houden , in ftaat werde gefield, om den tijd te bepaaleri, waarop de nieuw verkooren Leden fesfie kunnen neemen. En opdat hier van niemand onkundig zij, zal deeze alomme worden gepubliceerd en geafhgeerd, daar zulks tè gefchieden gebruikelijk is. Aldus gedaan in den Haage , onder het klein Zegel van den Lande, den 21. February 1707. Het derde Jaar der Bataafichc Vrijheid.' Ter Ordonnantie van de voorfz. Comnfsfie, C. SCHEFFER.  N°. 219. GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP. PUBLICATIE der nat 10- naale vergadering, WS- gens, eene verhoogde Belasting op den invoer van gerafineerde s u Ir rer, syroop, &c. Gearresteerd den 18. February \797> Het derde Jaar der Bataaffche Vrijheid. D E NATIONAALS VERGADERING, EEPRESENTffERENDE het voik van Nederland, aan alle haare Medeburgers, Heil en Broederfchap! Eene onzer eerfte zorgen is de welftand en de bloei te bevorderen van den Koophandel, Trafijken, Fabrijken en' van alle andere Takken van onzen Nationaalen welvaard. Onder deezen .zijn de Suiker-rarinaderijen, die geenen , welke eene bijzondere aandacht hebben tot zich getrokken van Hun Pïoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal, en zij blijven voorzeker de onze ook ten vollen waardig; onderfcheiden bijzondere voorzieningen zijn deswegens zinds een halve Eeuw genomen, en de zeer vervallen ftaat waarin de Suiker - Rarinaderijen zich thans bevinden, noopt ons, niet alleen zoodanige voorzieningen daar te ftcllen, die derzelver verder verval zullen kunnen voorkomen, maar die tevens moeten dienen om dezelve weder te herftellen in haaren voorigen welvaard. Confidereerende, dat het verval der_ Suiker-Rarinaderijen voornamenlijk is toe te fchrijven aan den invoer van gerafineerde Suiker en Syroopen van buiten inkomende, waar van de inkomende Rechten bij het Tarif van 31. July 1725. naar de toenmaalige prijzen der Suikeren en Syroopen gecalculeerd, thans in geene de minste evenredigheid meer ftaan tot de zoo aanmerkelijk verhoogde prijzen, die thans voorde Suikeren en Syroopen befteed worden. Con-  Coniidereerende, dat almede zeer veel tot des vervallen ftaat, waarin zich de Suiker-Rafinaderijen bevinden , toebrengt den bedrieglijken handel van fommige Kooplieden, Winkelieren en andere in Suiker handelende Perfoonen, die, na de Inlandfche Suiker met Bengaalfche of andere foorren gemengd te hebben, dezelve alzoo gemengde Suikers verkoopen voor Inlandfche gerafineerde Suiker of basterd Suiker, waar door niet alleen het debiet van de Suiker-Rafinadeurs zeer aanmerkelijk wordt verminderd, maar daar te boven het Crediet der Inlandfche gerafineerde en basterd Suiker benomen, en dus her wèlvaaren der Inlandfche Suiker-Rafinaderijcn in zijn hart-ader aangetast. ( Confidcreerende eindelijk, dat al verder niet weini? dit zoo blijkbaar verloop der Suiker-Rafinaderijen wordt vermeerderd door het onvoorzichtig afgeeven der Declaratoiren in blanco, onJerteekend door' de Rafinadeurs, of wel door het ter kwa ader trouwe handelen in deezerl, met her. afgeeven van valfche Declaratoiren van Buitenlandfche gerafineerde Suiker voor Binnenkmifche gerafineerde, of van vreemde Syroopen voor Inlandfche, door welke onvoorzichtige en ftrafwaardigc PraéHjken, de Suiker-Rafinaderijen niet alleen ten hoogften worden benadeeld; maar boven dien, tot vermindering van 'sLands inkotnfteri, de vrijdom bij den uitvoer wordt misbruikt, die alleen tot onderfteuning der Inlandfche Rafinaderijen is verleend geworden. Om in al h^t welke te voorzien, hebben wij goedgevonden te decreteeren, -gelijk wij decreteeren mits dee/e: Voor eerst, dat van (tanden aan, dat deezc zal zijn gepubliceerd eti geafngeerd", zal worden betaald, voor inkomende Rechten van dc 100 pond gerafineerde Suiker van bu ten de Republiek inkomende, ƒ jo. en voor ieder Steekan Syroop 60 ftüivers. Ten tweeden, dat voortaan bij het inkomen van gerafineerde Suikers, de aangifte niet meer zal mogen gefchieden bij taxatie, ingevolge het 41. en 42. Art. van het Placaat op den ophef der Convoijén en Licenten van 31, Jiry ï'755.; maar op een billet van aangeeving , o"p het welk de dualiteit en het gevvigt zal moeten wórden gefteld, als mede de Nummers én Merken der Vaten,  < 3 > ten, Kasfen of ander Fust, waar in dezelve in te voeren Suiker zich zal bevinden; op rcene, dat de Overtrt eders telken reize, wanneer zij bier inne zullen nalaati' zijn , zullen verbeuren eene boete van ƒ 300 : -, te genieten één derde bij den Fiscaal die de Calanga doen zal , één derde bij de Armen der Geméente, waar deeze pcene zal verbeurd worden, en één derde bij den Lande. Ten derden, dat wij hier bij inhaereerende alle voorige Refolutien van de Sraaten GeneraVal , op dit fujet genomen, fpeciaal van 16. Oébober 1751., 31. Augustus 1753. en 18. December 1765. welke, in zoo verre dezelve bij deeze Publicatie niet worden veranderd, in volle kracht blijven, alle Kooplieden, Winkelieren en andere in Suiker handeldrijvende Perfoonen wel zeer expresfelijk verbieden, om geene inlandsen gerafineerde Suiker, mét Bengaalfche of andere vreemde gerafineerde of ongerafineerde Suikers vermengd, te verkoopen voor inlandfche gerafineerde-of basterd-Suikers; op verbeurte van eene boete van ƒ 1200 : - telken reize, wanneer zij daar op zullen worden achterhaald: woidende bij deeze elk en een iegelijk gequalificeerd , om hier van aanbrenginge te doen ; zullende voorgemelde boete van ƒ 1200 :genooten worden , voor één derde bij den Aanbrenger, voor één derde bij den Officier, die de Cabnge doen zal, en voor één derde bij de Armen der Gemeente, waar in _ deeze fraude zal zijn gepleegd. Ten vierden, dat wij bij deeze, in voegevoorfchreeven,inhaereeren alle de vooren aangehaalde Refolutien van de Sraaten Generaal, en wel bijzonderlijk die van 18. December 1765., en alzoo bij renovatie of vernieuwing eene boete fielten van een duizend gouden Nederlandfche Ducaaten, boven de verdere pcenaliteiten, in dezelve Refolutie vermeld, voor hun, die ter iwaader trouwe een valsch Declaratoir zullen hebben gegeeven van buirenlandsch gerafineerde Suiker voor inlandsen gerafineerde , of van vreemde Syroopen voor binnenlandl'che; — En eene boete van twee duizend Carolie Guldens ,. voor hun, die voortaan een Declaratoir in blanco; met hunne naamteekening, Cachet of Cijffer zullen uitgeeven ; en op dat deeze te beter effect hebbe, gelasten wij boven dien, dat s^eene Declaratoiren door de Suiker »Rafinadeurs zullen mogen worde:»  4 4 h den uit hunne handen gegeeven, dan , na dat 7.?} alvoo-. rers zullen zijn ingevuld niet het I\ummer, Gewigt en de Qualiteit, als mede van het Vat, Kas, Mand of ander Fust, waarin zoodanig»* Partijen Suikers, waar roe dezelve Declaratoiren ter verzending gevraagd wo len, zich bevinden; terwijl tevens de Rafinadeurs zullen ver-? pligt zijn, van week tot week, ingaande met de eerde week in de aanftaande Maand Maar-, aar. het Comptoir der Convooijen en Licenten exaóbelijk op te geeven pen Lijst van de Declararoiren, die zij geduurende Hé. week hebbrm afgegeeven, met zeer accurate fpecificarië van den inhoud derzelver Declaratoiren , op dat uit vergelijking, van de afgegeeven Declaratoiren tegen deeze Lijsten, zal kunnen blijken van de exact" raarkoming deezes; zullende bij verzuim of nalsatigheid van het wet.keiijks inzenden deezer Lijsten, verbeurd worden telken reize eene boete van ƒ 3co : - te genieten: één derde bij den Fiscaal, die de Calange doen zal, eén derde bij de Armen der Gemeente, waar de Calange zal vallen, en één derde bij den Lande. En op dat niemand hier van eenige onkunde zoude kunnen voorwenden, ontbieden en verzoeken wij de Hoogstgeconftitueerde Magten in de relbeefcive Gewesten , en alle andere Jusricieren en Officieren, c at zij deeze onze Publicatie, van (tonden aan, doen afkondigen en aanplakken , ter plaatze daar men zuiks gewoon is; lastende en beveelende wij ons Committé. tot de zaaken van de Marine, den Adv* caat-Fiscaal, Commifen - Generaal en alle andere Officieren deezcr Lande, deeze onze Publicatie en bevelen te achtervolgen en te doen achtervolgen ; procedeerende en doende proced» eren tegen de Overtreeders van dien , zonder ee' nige gunst, infchikkelijkheid of verdrag. Aldus gedaan ter bovengemelde Vergadering, in den, Haage , den 18. Februaiij 1797., het derde Jaar der BaIjkafTche Vrijheid. (Was geparapheerd) CÏde VOS van STEEN WIJK. vt. (_On-er ftondj) Ter ordonnantie van dezelve. (Was getee;erd ) D. van LAER  N°. ssó. GELIJKHEID, VRTjHÈtÖi BROEDERSCHAP; PUBLICATIE der n Atï 8" naale VERGADERINO. tC~ gen oproerige en o pro ERverwekkende woelingë^ en aanstooRingrn, inzónderheid op 'sLands vloot en s c it epen van Oorlog. Gearrejleeri den i. Maart Het der dé Jaar der Bataafflche Vrijheid. De nationaAle veröadïring,rspre^*» t e e r e n £> e het volk van nederland, arert den geenen die deeze zuilen zien of hooren leezenj Heil en Broederfchap! Overwëegende hoe, niettegenftaandè door Publica« tien in onderfcheidene Gewesten gedaan, 's Lands In= gezetenen in het algemeen daar tegen zijn gewaar» fchüuwdj kwaadwillige, en hun Vaderland haateiidê Perfoonen, niet ophouden de minkundige lnwo meieii Van dit Land, door allerleie middelen te zoeken te verleiden, om, ware het mogelijk, hunne heillooze bedoelingen te bereiken. Overwëegende hoe zeer deeze.misdaad in alle 'ILandï Ingezetenen ten hoogften ftrafbaar is, en allermeest in hun , die zich, vrijwillig hebben verbonden, dm hiiri Vaderland met dé wapenen te vérdeedigen," ,  < a > Overwëegende, hoe wij wel gehoopt, en niet reden verwacht hadden dat ook de minstkundige onzer Medeburqeren , indien zij het gebeurde in en bij de Omwenteling van 1787 met het gebeurde bij deeze laatfte Revolutie in 1795 vergeleeken, zouden zijn overtuigd geworden, dat de eerstgenoemde omkeering,' (leunende op roof en plundering , niet anders dan geweld en overheerfchmg ten doel had , terwijl deeze laatfte Revolutie, op geheel andere beginfelen rustende, de vestiging der vrijheid ten oogmerk heeft. Overwëegende, hoe wij in deeze onze verwachting ons te leur gefield vinden, daar de ondervinding ons van tijd tot tijd leert, dat de woelingen der Orangefaclie nog niet ophouden, maar dat Kwaiijkgezinden dagelijks bezig zijn , den minkundïgen door alierleie verdichtzelen, vaifche tijdingen, Orangcliedjcs, en andere verderffeiijke kunstgreepen optevuuren, om verwarringen en ooroerige bewce^ingen te veroorzaaken, in dat voornemen , om de Vijanden des Vaderlands in de hand te werken. Overwëegende, hoe diergelijke verfoeijelijke verleidingen het gemakkelijkst, en met den meesten vrucht te bezigen zijn bij hun, die de Wapens voor hun Vaderland hebben opgevat, en welke dus in bezigheden verkceren, die hun dikwils, door gebrek aan kennis der omflandigheden , het onderfcheiden van het waare en her vaifche moeijelijk maaken. Overwëegende, hoe het ook veelal aan onkunde van zaaken is toetefchrijven, dat zulke machinatien van tijd tot tijd aan boord van 'sLands Schepen ten Oorlog, eenigzins fchijnen te hebben gelukt. Overwëegende eindelijk, hoe het de pligt is van allen Lands Beiluur, om misdaaden, vooral die uit onkunde fpruiten, te voorkomen, en ook die, in welke geen onkunde kan worden veronderfleld , ten ftrengfteh te doen ftraffen. Hebben goedgevonden, ten einde alle verfchooning van onkunde in dee^en , eens vooial afcefnijden, bij eene duidelijke en verflaanbaare Wet te bepaalen , wat in deezen voor misdaadig moet worden gehouden, ten einde de looze Aanftookers dier wanbedrijven mogen worden afgefehrikt, de onkundigen voor verleiding behoed,  < 3 > hoed, en den Rechter naauwkeurig weete welke ftrafren hij zal hebben op te leggen. En hierom is het dat wij hebben goedgevonden te ftatueeren, zoo als wij ftatueeren bij deeze: Art. i. Dat alle Perfoonen, in den Zeedienst van deezen Staat, van den Matroos, tot den hoogften Officier toe, die zich niet ontzien, zich openlijk voor Orangegezind, of Voorftanders, Beminnaars of Aankleevers van den voormaaligen Stadhouder, of van de nu vernietigde en afgezvvoorene Stadhouderlijke Regeeringsvorm te verklaaren ; ofte hun verlangen naar de herftelling of wederinvoering daar van op eenigerleie wijzen, door gefprekken, gezegdens of uiting van wenfchen , te kennen geeven ; die anderen door gefprekken, het voorleezen, ter hand Hellen, uitgeeven, bekend maaken, of verfpreiden van Gefchriften", waar in de Stadhouderlijke Regeeringsvorm wordt voorgedaan , of in tegenoverftelling van dezelve, tegen eene Stadhouderlooze, en op de gronden van vrijheid gevestigde Regeeringsvorm, haat of verachting wordt ingeboezemd, tot omverwerping van de tegenswoordige orde van zaaken aanfpooren , of daartoe bevorderlijk zijn. — die opzettelijk vaifche tijdingen of uitftrooifels verfpreiden, waar door eene misdaadige hoop op eene tegenomwenteling en herftelling van het Sradnouderlijk en overheerfchend Beftuur gevoed zoude worden , aan den lijve met eene ftrenge geesfeling en daar Op volgend confinement in een Tugchuis voor vijf jaaren, om aldaar geduwrende dien tijd met hunner handen arbeid de kost te winnen, en daar na met bannisfement voor hunnen verderen geheelen leeftijd uit deeze Republiek zullen worden geftrait. i. Dat alle de zoodanige perfoonen in het voorige Art. opgenoemd,die door het draagen van Orange-Teekenen, daar onder gereekend het draagen , of zich quafi verzieren met Gouds- of Orange - kleurige Bloemen ,en diergelijke Leuzen, hoe ook genaamd, door het in 'c open» baar of ten aanhooren van anderen Zingen, Leezen, ©f opzeggen van zoogenaamde Orange- of Princen-liedjes, of andere oproerige en contrarevolutionaire Deuntjes, het uiten van den in die Land, weleer zoo ge- woo-  < 4 > woonèn Oproerkreet Orange Boven, het fpeelen of zïii- gen van het liedje ÏFilhelmus van Nasfauwe, zich insi gelijks fcbuldig maaken aan dsaden die den weg tot onrust en oproer baanen , en dus ook met dezelve drafvarï Geesleling, Confincment voor tien Jaaren, en Bannislèment als in 't voorgaande Articul gedatueerd, zullen worden gedraft. Dat allen die zich bezig houden met het houden of bijwoonen van openbaare of geheime bijeenkomden j waarin gefprekken gevoerd, beraadflaagingen gemaakt $ of fchikkingen beraamd worden $ ten einde, ware het mogelijk, een tegenomwenteling te, bewerken, waar door her Stadhouderlijk en voormaaiig verderffelijk Beftuur wederom ingevoerd zoude worden allen die hoewel nier tot die bijeenkomften onmiddelijk behoorende s ev er zich verbonden of aangenomen hebben de uitvoering der maatregels die ih dezelve beraamd worden te eeniger tijd te bevorderen; — of tot h?t houden van al zulke Bijeenkomsten of Complotten anderen aanzoe-. ken, zulks voordellen of daartoe poogen te verleiden of over ie haaien, mitsdien mede aan den lijve met een dienge Geetfeling en Brandmerk, én daarop volgend Co - finement als voofen voor den tijd van vijftien Jaaren , gelijk ook met Bannisfement als in de voorgaande Articulen bepaald, gedraft zullen worden» 4- Dat alle die door gefprekken , beloften , bedreigingen , her geeven van geld of geldswaarde, of andere handelingen, anderen ophitzert tot oproer of wederfpannigheid tegen ons , ofte tegen die geenen die van 's Land- wege boven hun gedeld zijn , 't zij direftelijk, 'r zij indireételijk, door hen bedriegelijk onder 't oog te brengen , dat zij nog eenige gehoorzaamheid aan den gewezen Capitem en Admiraal Generaal, deszelfs Zooner , ofte niet meer aanwezig zijnde Collegien van Beftuur zouden verfchuldigd zijn,zich fchuldig maakenj met den dood zullen worden gedraft, en zullen de geenen dewelke hiertoe op eenigeihande manier worden opgehitst, ofte tot de in het voorige Articul genoemde misda.a !en worden aangez 'Chr, gehouden zijn,daar van ten fpoedigden aan den Commandeerenden Officier kennis te  < s > te geeven, zullende die geenen dip zulks binnen ' 24 uuren niet gedaan hebben, na exigentte van zaaken, zelfs aan den lijve worden gedraft 5- Dat alle de geenen die zich feitelijk verzetten tegen ons, of tegen die van 'sLandswege boven hen gedeld zijn , ofte zich daar toe verbinden, mede met den dood zullen worden gedraft. 6. Dat alle die geenen welke tot een of ander van d<» voorgaande misdaaden of wanbedrijven aangezocht zullen wezen, en eene of andere ontdekt, en tijdig aan den Rechter, of wel aan eenen Commandeerenden Officier bekend gemaakt en aangegeeven zullen hebben, ten dien èffeét.2 dat de alzoo aangegeevene misdaad behoorlijk beweezen, en de befchuldigde daar van overtuigd worde, zal genieten eene piEemle van ƒ25. voor de alzoo. aangebragte misdaaden, zullende de voorgemelde prasmie prompteHjk door of van wegen den lande worden betaald , en voor zoo verre zulks zal kunnen drekken, uit de goederen, gagiën of andere voordeelen van de overtuigde en gecondemneerde misdaadigers worden verhaald. 7- Dat tegen die geenen welke zich aan her bedriiven van de een of andere van de bier voorengemelde misdaaden fchuldig maaken , de Vonrusfen of Sententien zuilen moeten worden geweezen ten fpocdigften, het zij op confesfie, het zij op naar recnten voldoend bewijs; en wanneer iemand in het bedrijven van een of ander der voorzeide midaaden, door Officieren of andere daar toe gequalificeerde Perfoonen , op heeter daad wordt betrapt, gevat en in arrest of Gevangenis gebragt, zal de Hechter op confesfie, of bewijs van ten minder» twee Getuigen zoo fpoedig mogelijk moeten vonnisten, zonder aan den precifên form van procedeeren te zijn gehouden ,• en zal, ten ref ecte der Perfoonen, dienende op 'sLands Schepen, binnen deeze Landen ter Rheede liggende, door den Commandant van de Rheede een Krijgsraad worden benoemd, volgens het 36. Art. van den Articulbrief, dewelke in maniere bovengemeld, zal vontmfun, $n wel definitif zonder dat daar van approbatie door het Com-  < 6 > Committéde Marine zal noodig zifn, blijvende wijders 'alle Weten en Statuten , betrekkelijk den Zeedienst, in volle kracht, voor zoo verre dezelve door deeze niet zijn gealtereerd. Lasten en beveelen voorts het Committé tot de zaaken van de Marine, den Advocaat Fiscaal Generaal, Subftitur Fiscaals, mitsgaders alle Officieren, in dienst van den Staat, ter Zee , den inhoud van deeze onze Publicatie te achtervolgen en te doen achtervolgen, procdeerende en doende precedeeren regens de Contravenreurs van dien , zonder eenige oogluiking, disfimulatie of verdrag, want wij zulks ten diende van den Lande bevonden hebben alzoo te behooren. En op dat riemand zoude kunnen voorwenden van deeze onze Publicatie onkundig te zijn , ontbieden en verzoeken wij de hoogstgeconftitueerde Magten der onderfcheidene Gewesten, en alle andere Officieren en Justicïeren van de/elve Landen , deeze onze Publicatie van ftonden aan alomme te doen verkondigen, publiceeren en affigeefen in alle plaatfen daar zulks noodig zijn zal, en men gewoon is zoodaanige publicatien en afficHen te doen. Aldus gedaan ter bovengemelde Vergadering, in den Haage. den i Maart 1797., het derde Jaar der Bataaffche Vrijheid. (Was geparapheerd) C. e£ VOS van STEENWYK, vt. ( Onder ftond) Ter ordonnantie van dezelve. QWas geteekend} D. van LAERu