BESCHRIJVING VAN P A R IJ S.   BESCHRIJVING der stad * A R !J S' prfwttende een beknopt verslag van mn tegenwoordigen staat der voornaamste geestelijke en waereldlijke -GESTICHTEN, welke binnen derzelver omtrek gevonden worden; als zijn: "straten, en den loop van de rïVIER db SEINE. rvn, tfr verklaaring van het alles dienende ter ^ rti ken, t£ HAARLEM, wj a. l o o s j e s, Pz. m d c c x c i v.   VOORBERICHT. %\\, die dit hier bijgevoegde Plan met deze Befchrijving vergelijken, zullen wel de voornaamfte Gebouwen, op hetzelve aangeftipt vinden; doch de kleinheid der voorwerpen, en weinige plaats liet niet toe , om die alle op het Plan naauwkeurig genoeg aantewrjzen: even min als hét klein beftek dulde, dat alles tot het geringde toe, wat de ftad Parip opkevert , befchreeven wierde. Wij hebben ons dusflegts-tot de voornaamfte Gebouwen en merkwaardigheeden bepaald, en doorgaands de oudheid, ftichter en uiterlijke gedaante derzelve opgegeeven, gelijk ook van fommigen , welke kostbaar- en zeldzaamheeden 'er weleer in gevonden werden. Ten dienfte deireizende perfoonen van fmaak, hebben m] de Bibliotheeken, en fomtijds ook wat 'er hoogst zeldzaamst in dezelve gevonden wordt, aangeweezen, en de beste Tafereelen in de voornaamfte Kerken opgenoemd, gelijk ook welke meesterftukken van den beitel 'er weleer geweest zijn; doch deze laatfte, gelijk ook * % een  VOORBERICHT. J een groot aantal fraaije Tafereelen, de Koninglijke Regeering betreffende, zijn thands of vernield, of verduisterd ; 't welk derzelver befchrijving, zo ons voorkwam, nog te meer noodzaakelijk maakte. Voor het overige kan deze Befchrijving zeer gevoegelijk dienen tot een vervolg op het Werkjen, getijteld Staatsverdeeling van Frankrijk , in het voorige jaar bij den Uitgeever dezer Befchrijving uitgekomen. BE-  . 4 . ~f™/<*   BESCHRIJVING DER STAD P A R IJ S. ' Parijs , de alom beroemde Hoofdftad van het i manfche Rijk , heeft onlangs zo eene verbaazende i verandering binnen heure muuren ondergaan , dat :imen met recht zeggen mag, dat de grootheid van ■ ihet voorig Parijs geëindigd is, en de ftad als 't ware lthans den naam van Nieuw Parijs mag draagen,enop inieuw aanvan gt te befhan; 't is dan n u, zoo ooit, de tijd )0m dezelve in heure tegenwoordige gefteldheid te beschrijven , en tevens terug te zien op de tijden van iheure eerfte {lichting, aanwasch, bloei, en eindelij* kken top van grootheid, van welken zij thands ne; rdergeftort fchijnt te zijn, om , mooglijk, op nieuw te vverrijzen. Immers hierin komt de befchrijving van eeene ftad, met die van 't leven des menfchen overe een , welke men niet kan zeggen volledig te zijn, t ten zij die met den dood befloten worde ; zeldj zaam echter valt het voor , dat de tijdperken der l gefchiedenis eener ftad zig zodanig laaten verdeden, < dat men het einde derzelven bij den dood vergelijken IA] kan3  a BESCHRIJVING der. kan; hier ondertusfchen laat de omftandigheid vaa zaaken dit gefchiktelijk toe. Welaan , het Oude Pa rijs is 'er geweest, laat ons dus deszelfs levensperi overzien; ten einde deze befchouwing tot eene ges voeglijke Inleiding ter befchrijving van het Nieuw of Redendaagfche Parijs flrekken moge , waarii wij alleen de gedeeltelijk verwoeste overblijffelen det oude grootheid, aan zullen treffen, even gelijk mei in een lijk nog fpeuren van de voormaalige fchoon heid van den mensch , en in een verwoest paleiss nog enkele naablijffelen van deszelfs eerfte pragt ga waar wordt. Parijs vangt aan een tweede Rom te worden, waar de fchoone Kunstenaar nog de ven brijsfelde brokken der oude magt en kunst bewon dert, zoo 's volks nieuwe denkwijze niet ook zelfi deze overblijffelen aan het oog der naakomelingfchaj onttrekke! De aaloudheid der ftad zet dezelve in het oo<) van den Oudheidminnaar zo veel belang niet bij als deszelfs voormaalige luister den fchoonen Kunss tenaar verrukte ; daar de duistere eeuwen, welke vóór den tijd van Julius C/esar verloopen zijn niet dan eene flaauwe fchemering van derzelver be; ftaan in de hoogfte oudheid opleeveren; dit echter ia zeeker, dat Caesar zijne overwinnende wapenen ir Galliën overbrengende , aldaar in de rivier de Seü ne, toen Sequana geheeten, ter plaatfe waar thanda1 nog het hart als 't ware der ftad gevonden wordt, een met huizen bebouwd eiland aantrof; 't welld heden l'IJle du Palais, het eiland van hit Paleis en  STAD P AR IJS. 3 11 la Cüê of de ftad, bij uitzondering , genoemd fcordt. Doch hoe zeer verfchilde deze ftad, zoo men Kzelve niet liever een gehucht noemen mooge, bij een laateren geftadig toeneemenden luister derzelve, e;nige hier en daar verfpreide , rond gebouwde en met ftroo gedekte hutten, waarin noch fchoorfteen, coch eenig ander huisfelijk gemak gevonden werdt, nas het al dat de ftrijdbaare Romein hier veroveree, en toen vervolgends de Gallen van de Romeieen afgevallen waren, en de Veldoverfte Labienus eezonden was om hen onder de gehoorzaamheid der Romeinen te brengen, ftaken de inwooners 45 jaa* een vóór de gemeene jaartelling , hunne plaats in mrand, volgends het verhaal van Caesar zeiven (*). Dit- was de eerfte ramp , welke men in de gefchiedeiLisfen geboekt vindt haar overgekomen te zijn. Zij ss vervolgends door Julius Caesar weder herbouwd, :r.n verkreeg den naam van Urbs Csfaris of de ftad ran Ccefar, daar zij tevens, van wegens heure wit joepleifterde Huizen, door de Grieken en den Landwefchrijver Strabo, Leuketia genoemd werdt, van waar öok WaarfchifneRjk de naam Lutetia, welken zij nog bij de Latijufche Schrijvers draagt , afkomflig ss , fchoon fommigen dit woord van Lutum, (óatisJlijk) nfl'eiden, om dat deszelfs plaatfing tusfchen de beide airmen der rivier, den grond aldaar flijkerig maakte ïloor de aanfpoeling van modder en flib. An- üeren weder willen zekeren ouden Koning der Gaaien \ (*) De Dello Galiico Ub. VII. \A »]  4 BESCHRIJVING der len, Lucus, ten naamgeever der ftad verheffen; al! thands men is het daaromtrent even min eens ali over den naam Parijs, die de ftad tot heden draagtt Lastig en al te omflagtig zoude het zijn om hier dd verfchillende gevoelens over dien naam breedvoerk uittepluizen en te onderzoeken; wij zullen 'er du. alleen het waaifchijnelijkfte van opgeeven , en da; is, dat de naam van het volk dat hier omftreeks woonde, in de oude Gallifche Landfpraak, die ver: looren is, Pari, of iets diergelijks, moet geweest zijni waarvan de Romeinen, met eene verbuiging, na det aart hunner taal, Parifii gemaakt, en de ftad Lu tetia Parifiorum genoemd hebben. Wij gaan hierme: de ftilzwijgende voorbij , de meer vergezochte ges voelens der genen, die dien naam van de Parrhajiii een Arcadisch volk, dat Hercules in Gallia voen de; of van de aldaar naa de verwoesting van TVo/j gevlugte Trojaanen, na Paris den Zoon van Priam i den Koning van Troje, aldus genoemd, afleiden; o: van het Griekfche woord parrhafia, betekenende vrij) moedigheid, om daardoor het charakter der inwoo: ners uittedrukken; dit zijn alle beuzelagtige gisfin gen ; maar 'er is eene van meer grond voon handen, en, die naast de eerst opgegeevene, eenigc aanmerking verdient , te weeten , de afleiding vat het Griekfche woord Para betekenende bij, en JJis di Af?odin der Egyptenaars, welke aldaar door de Roi meinen gediend werdt, wijl zij eene Tempel ter eerf van die Godinne in de nabijheid van het fteedjerj Lutetia bouwden, 't welk van daar den naam var: Pan  stad PARIJS. 5 ma Ifis of bij Ifis zoude verkreegen hebben. De» hunne meening wordt verfterkt door het gevoelen aan den Oudheidkundigen Spon (*), welke een Veraandeling in zijn Werken invoegt, van den toenmaaheen Priester der Kerk van St. Genoveva te Parijs, waarh die onderzoeker der Oudheeden beweert, dat de Kerk aan de Abtdij van St. Germain de Prez , weleer £e Tempel van Ifis geweest zij , of dat ze in het ))orP I&'M Vaugirard, geftaan hebbe, althands liat dit Dorp zijnen naam na die Godinne behouIden hebbe, waarvan de Priesters van Ifis, die, om üat ze altijd in wit linnen kleederen gekleed gingen, ILinigeri of Linnendragers, genoemd werden, hunme inkomften ontfingen, welke zij genooten, tot dat iit Christelijke Religie doorbrak , en Clovis die TTempels , op aanfpooring vanST. Remij, den Aartsbbisfchop van Rheims, deedt verbranden, die hem bij zzijnen Doop geboodt , incende quod adoraftt: verIbrand het gene gij aangebeden hebt, en hem overhaalde , om een deel dezer inkomsten op de Kerk wan St. Genoveva te verplaatfen. Ook wordt het jgevoelen dat Ifis weleer hier aangebeden, en de Pamonesfe dezer ftad onder de Heidenen geweest is, geftaafd, door een vrouwen borstbeeld met een muurtoren kroon op het hoofd, 't welk bi j het graaven van de fundamenten van zeker huis , omtrent den jaa- (*) Recherchez curieufes pag. m- Differtation XXL Nouvelle decouverte Sünt des plus fingulieres & des plus curieufes antiquitez de la ville de Paris, par le R. P. du Molinet, Religieux de St. Genevieve. \A 3]  6 BESCHRIJVING der. jaare 1680 bij de Kerk van St. Eujlachius opgegraaven is , en naast zeker oud muurwerk gevonden werdt, dat men voor den ringmuur van een rond - bolwerk hieldt; waarom de Vader Molinet diti hoofd, met veel gronds, voor een Ifis houdt, welke: aldaar op een poort, als ftads befchermfter, geftaan: hadde; gelijk men nog op veele plaatfen in Griekenland vindt. Een diergelijk hoofd, volgends fomtuigen, de Amazone Smyrne verbeeldende, is vóórt eenige jaaren door de Heeren Befhiurers van den Levantfchen Handel aan de Teken-Academie der ftad Am* Jierdam, als een naablijffel der Griekfche Oudheid ten bewaaringe gegeeven. Het heeft te Smyrna boven eeni poort geftaan; doch heeft door de oudheid en domheid! der Turken, die'er met pijlen den neus afgefchoten eni het voords mishandeld hebben (*) , zeer veel geleden.. Gesar deedt vervolgends de ftad weder opbouwen eni met een' muur voorzien , denzelven verfterkende metl twee torens, een ter plaatfe waar nog le grand Cha-telet gevonden wordt, en een waar le petit Chatelet) geftaan beeft, en bouwde twee bruggen over de rivier, ter plaatfe waar zig thands de Pont au Change en Petit Po-at bevinden. Sedert dien tijd hebben de Romeinfche Keizers deze ftad meermaaleni met hunne inwooning vereerd. Julianus, naaderhand. (*) Spo.\ en Whslers Reize door Griekenland, bi. 13a. anderen houden het echter voor een Bacchus hoofd, daar het met wijnranken gehuld is, en eer een manlijk dan vrouwlijk voorkomen heeft.  STAD PARIJS. 7 laand Roomsch Keizer, en onder den naam van den yfvalligen overvloedig bekend , beminde deze verAlijfplaats uittermaaten; waar hij, geduurende zijn ^andvoogdijfchap over Gallia, zijn verblijf gehouden, en de ftad met veele nieuwe gebouwen voordien en veel vergroot hadde; onder andere ftichtten nij ook in den jaare 357, '* den fmaak der Baden mn Diocletiaan, eeneBadftove, welke nog onder dien naam Palais des Thermes in de ftraat de la IHarpe voorhanden is. In dit Paleis hebben de Koningen van den eerften of Merovingifchen ftam hun vverblijf gekozen. Karel de Groote deedt vervolggends zijne twee Dochters in dit gebouw gevangen aetten, om dat zij befchuldigd waren van een ongeregeld leven te leiden. De Keizer Julianus hadt izo veel genegenheid voor Parijs , dat hij het in teen zijner fchriften zijn waard Lutetia noemt. „ Ik Ihad, zegt hij daar, de winterkwartieren in mijn waard. Lutetia betrokken, zo noemt men in het land der i Gaulen de kleine Hoofdftad der Parifi. Zij beflaat ,een niet zeer aanmerkelijk eiland, en is van een' ringmuur omringd , wiens voet de rivier befpoelt. Men komt 'er van twee zijden over houten bruggen in," enz. Sedert dien tijd bleef de ftad den naam van Lutetia Parifiorum, of wel, gelijk men bij Ammianus Marcellinus vindt, Caftellum Parifiorum behouden ; naaderhand werdt zij, op een' Gedenkpenning die ten tijde van Clovis I. geflagen is , Parifiis Civitas geheeten, van waar de naam Parijs nu nog overgebleeven en in gebruik is. Toen de Romeinen IA 4] zi&  8 BESCHRIJVING der zig hier allengs meer en meer vestigden, en de ftadl al meer en meer uitbreidden en aanzienlijk maakten ,, waren zij ookbedagt om dezelve van goede inkomsten t te voorzien; waartoe derzelver ligging in 't middeni van de Seine, eene gewigtige aanleiding gaf; zij ontwierpen dan een plan , om aldaar een Stapelplaats; opterigten der legerbehoeften, welke hunne fchepeni dan van daar haalden, om verder landwaards in voor: de legers gebruikt te worden. In het vervolg werdti deze inftelling zeer aangemoedigd ; men rigtte eeni gezelfchap kooplieden op , welken te water handell dreeven, onder den naam van Nota Parifiaci, mem fchonk aan hetzelve eer en voorrechten en inzonderheid een Rechtsgebied, 't welk den Koophandel! aldaar deedt bloeijen , en de bevolking ongemeen 1 vermeerderde. De Franfchen zig in Gallia gevestigd hebbende, verkoos hun Koning Clovis I. deze ftad, om derzelver goede gelegenheid en volkrijkheid, in den jaare 508 ook tot zijn verblijf, waar ook zijn opvolgers, geduurende 180 jaaren, hun Hof: gehouden , en de ftad buiten den ringmuur van het: eiland fterk uitgezet hebben; doch naa den dood van 1 Childerik III. den laatften Koning van den Merovin-gifchen ftam , is de ftad onder de geduurige oorlo- ■ gen en afweezenheid der Koningen van den Caro-lovingifchen ftam, meer vervallen dan verfraaid, tot: op den tijd van Philippus Augustus of den II., Koning van den Capetifchen of laatften ftam , welke in het jaar 12 n de ftad bewalde, en op den ringmuur, vaa afftand tot afftand, verfcheiden torens plaat»  STAD P A R IJ S. 9 rplaatfen deedt ; er zijn nog geringe overblijffids ;zichtbaar van een dezer torens, genoemd la tour de m Tournelle, welke waarfchijnelijk geftaan heeft, iwaar nu nog de brug van dien naam gevonden -wordt. Hij deedt de ftad ook overal beftraaten, welke kosten zijn Minister Gerard de Poissy hem, of uit dwang of gewillig, fchoot; echter waren binnen dezen ringmuur veele open vlakten en velden begreepen, welken allengs, door zijn opvolgers tot op Koning Jan , aangebouwd werden. Onder de regeering van dezen Vorst nam de ftad in fterkte toe , wijl hij de voorlieden aan de Noordzijde der ftad aanlegde, en dezelven met borstweeringen en grachten, ngen'de invallen der Engelfchen , met wien hij in oorlog was, verfterkte. Zijn Zoon Karel V. bijgenoemd de Wijze of Voorzichtige , verfterkte de ftad al meer en meer; tot eindelijk Franciscus I. een zo groot Held als verftandig Koning en geleerd begunstiger der Kunsten, dezelve met veel nieuwe Paleizen verfraaide, en den fmaak tot aanbouwen en vergrooten derzelve begon zodanig toeteneemen, dat Koning Henrik II., vreezende dat zij hem te magtig zoude worden , hetzelve in 1549 deedt verbieden; Karel de IX. trok echter vervolgends dit gebod weder in , daar hij zelve de ftad zo verre langs de Seine uitleide , dat het in 1564 op bevel der Koningin Catharina de Medicis gebouwde Paleis de Tuilleries 'er binnen begreepen werdt. De braave Koning Henrik IV. verfierde de ftad ook niet weinig , dox>r de nog ledige pleinen en open [4 5} ?!aat'  io BESCHRIJVING der plaatfen, op eene pragtige wijze , met gebouwen te doen betimmeren, in welke verrijkinge zijn opvolger Lodewijk XIII. hem niets fchuldig bleef, daar die het onder zijn regeering begonnen , maar nog onvoltooide werk , vervolgends af deedt maaken en nog veele nieuwe werken daar bij liet vervaardigen, gelijk de ftad dan ook door zijne zorgen verrijkt werdt met het bebouwen van het eiland der L. Vrouw Q'ljle de notre Dame,) 't welk hij door middel van bruggen aan de ftad verbondt , en in den jaare 1633 eene nieuwe omwalling aan den kant van St. Honoré begon. De volkrijkheid en bloei der ftad nam ondertusfchen zodanig toe , dat verfcheiden gegoede perfoonen, voor hunne rekening, gebouwen, buiten de bepaaling derzelve, ftichteden; fchoon 'er nog verfcheiden open vakken in dezelve ter aanbouwing overgebleeven waren; dit noodzaakte den Koning rondsom de ftad paaien te laaten Hellen , met verbod van buiten dezelven niet te mogen bouwen , en geboodt om eerst de binnenfte open plaatfen met gebouwen te voorzien , ten einde zij geen al te wijde uitgefirektheid, met ijdele vakken misvormd , en geene ongeregelde gedaante zoude verkrijgen. Welk gebod, 't welk onder Lodewijk XIV. weder hernieuwd werdt , die in 167a weder nieuwe en verder uitgebreide paaien deedt (lellen, zo een goed gevolg hadt, dat de opene velden welhaast, en althands onder de regeering van dien laatstgenoemden pragtminnenden Koning, zodanig bebouwd en verfierd werden, dat de ftad als een ge-  STAD PARIJS. II geheel nieuw en pragng aanzien daardoor verkreeg. [Hij deedt alle de oude en vervallen buitenmuureii oude torens opruimen , de oude gebouwen hertellen , de ftraaten verbeteren , de kaaijen en hawentjens in goeden ftaat (lellen, en eenige nieuwe aanHeggen, zo dat Parijs, geduurende zijn regeering in Huister ongemeen toenam ; zonder te gewaagen van de bheerlijke landhuizen , als Verfailles en anderen die Ihij regt Koninglijk verbeeterde, en tot zetels van Ikunst en fmaak vormde. Geduurende de minderjaairigheid van zijn' opvolger Lodewijk XV. liep het taanbouwen en uitbreiden der ftad weder zo verre, (dat de Koning meerderjaarig geworden zijnde, even ; als zijne voorzaaten, mede genoodzaakt was dezen 'bouwijver door eene nieuwe afperking te bepaalen, ■ en, op eene groote boete, te verbieden. Eindelijk heeft de laatfte Koning Lodewijk XVI. de laatfte hand aan het veificren van Parijs geflagen; door het aanbouwen en verbeteren van verfcheiden bruggen, kaaijen en gebouwen. Men merkt op, dat juist die Koningen, die met den meesten roem in de gefchiedenis geboekt zijn , ook het meest tot de verrijking van de ftad toegebragt, en dezelve meest bemind hebben, als zijn Clovis, Childeeert en Dagobert in den eerften ftam. In den tweeden Pepin , Karel de Groote en Karel de Kaale. In den derden:Roeertde Godvruchtige, Philippus L Lodewijk de Dikke, Philippus Augustus of de II., Lodewijk L , Philippus de Schoons of de II., Karel de V., Lodewijk XII. , Fransos-  ia BESCHRIJVING der ctscus I., Hendrik II., Hendrik IV., en Lodewijk XIII. XIV. XV. en XVI. Zo dat zij , mett het hoogfte recht, geduurende de regeering van dieni laatften Monarch, de loffpraak verdiende, welke Keizer Karee de V. reeds in zijn' tijd haar toezwaaide, zeggende, hoewel met veel minder grondl danthands, Lutetia non urbs,fed orbis: Parijs is; geen ftad, maar eene waereld. Welke loffpraak niet: zeer overdreeven zal fchijnen, als men opmerkt datt het getal der inwooners, volgends eene opgave voorkomende in een Befchrijving van de zeldzaamheedeni van Parijs, uitgegeeven door du Laure in 1787.,, met de vreemdelingen 'er onder begreepen, een getal van 1,130,452 perfoonen beliep, van welk getal! 780,452 inpostbetaalden, terwijl'er200,000 daarvan bevrijd waren, en onder de armen gerekend werden;, wordende het getal der toen ter tijd zig in Parijs; bevindende vreemdelingen op 150,000, en dat der' verfcheiden foorten van dienstboden op 200,000 gefchat. Deze waereldftad waarin volgends eene ruwe berekening wel 37000 huizen , die meestal tot: vijf en zes verdiepingen bewoond zijn ,gevonden werden , werdt te dier tijd in drie groote deelen verdeeld, de eerfte begreep la Cité, of de oude ftad; de tweede rUniverfué , en de derde la Ville, of de nieuwe Stad. La Cité, vervat het geheele Ijle de Paris, zij ligt in het middenpunt der ftad , en al- • le de laatere vergrootingen zijn rondom dit eiland 1 gefticht. V Univerjité wordt door de Seine , de Fauxbourgs of voorlieden St. Eemard , St. Vic»'  STAD PARIJS. 13 mr, St. Marcel, St. Jacques en St. Germain Ibepaald. Hier was het middenpunt der geleerdheid. ]De talrijke Collegiën welken dit deel der ftad vervatite, en de menigte van Studenten die hier woonden, .deeden hetzelve den naam van het Latijnfche land, , {le pays Latin) bekomen. La vitte of de nieuwe ftad, begreep het overige gedeelte binnen de voorlieden gelegen. Men telde door den geheelen omvang der ftad 1000 Straaten , 46 Parochie en 20 andere Kerken, 3 Abtdijen voor Mannen en 8 voor Vrouwen, 133 Mannen en Vrouwen Kloosters, 15 Seminaria's of Opvoedingsfchoolen , 10 Collegiën, 26 Gasthuizen, 45 Watercanaalen en 60 Fonftinen, 12 Markten, 3 Eerepoorten, 5 Colosfaale Beelden, waarvan vier te paard en een te voet, van welke laatfte fieraaden thandsgeen Meen meer voorhanden is,federt de elendige beroerte en volksopftand de Regeering en de ftad tevens eene andere gedaante heeft doen krijgen, zo als wij die in het vervolg zullen befchrijven , naa alvoorens een kleine fchets gegeeven te hebben van de beroerten, die aanleiding tot zo een geweldigen omkeer gegeeven hebben. Lodewijk de XIV. een zo berucht als wellustig Vorst , hadt het Rijk door vruchtelooze veroveringen die Frankrijk veel geld en veel manfchap kosteden , als ook door zijn buitenfpeurig pragtig Hof en onfchatbaare verkwistingen, zo aan pragtige Hoven als onderhoud van Maitresfen, zodanig uitgeput, dat zijn agter Kleinzoon Lodewijk XV. het Riik reeds zodanig met fchulden bezwaard , en het  H BESCHRIJVING der het Hof in zo groote weelde gedompeld vondt,, dat, fchoon hij de zaaken des beftuurs al ernftig ten harte genomen hadde, het Rijk echter, zonder eem geweldige ommekeer van zaaken, niet te redden geweest zoude zijn; maar integendeel volgde hij denzelfden weg, het moest alles op zijne Ministers eni Maitresfen berusten, en hij verdeelde, althands in het: laatfte van zijn leven, zijnen tijd tusfchen de jacht: en de vrouwen, laatende bij zijn affterven in 17744 een met, fchulden bezwaard Rijk, uitgeputte inwooners en een bedorven Hoofdftad aan zijnen Kleinzoon 1 en opvolger Lodewijk XVI. naa. Deze Vorst onder het beftuur van den Hertog de la Vaughuion en den Bisfchop van Limoges opgevoed , , bereikte: naauwlijks den ouderdom van vierentwintig jaaren, toen hij den wankelenden Throon betradt; men hadt hem bereids in den jaare 1770 uitgehuwelijkt aan Maria Antoinetta , Aartshertogin van Oostenrijk , bij welk Trouwfeest, door den aandrang van nieuwsgierigen, een zo geweldige verwarring en onderlinge verdringing ontftondt, dat veele menfchen 'er het leven bij infchooten , 't welk als 't ware een kwaadfpellend voorteken fcheen te zijn der beroeringen en ellenden, welke vervolgends in Vrankrijk plaats gehad hebben. Hier naa regeerde de Koning tevens met zijn Ministers eenigen tijd in rust , terwijl inmiddels de zaaken hand over hand verflimmerden , ën het Financiewezen dermaaten verviel, dat de Koning eindelijk naar eenen, in het beftuur der geldmiddelen bekwaamen, Minister omzag, en zijn oog odNecker ge-  STAD PARIJS. *5 gevallen zijnde, werdt deze tot dien post benoemd; edoch naaeenigen tijd, met veel ongenoegen haat, en mijd te worftelen gehad hebbende, en ziende dat hij, Un de tegenwoordige omftandigheeden, niets van bellang voor 't Rijk bewerken konde, lag hij zijn zwaar\wigtig ampt vrijwillig neder, laatende hetzelve in handen van de Briene en Lamoignon, die echter weldra het gemis van zijn tegenwoordigheid in het beftuur cdeeden kennen. Inmiddels morde het Volk, en de :Baftille werdt den i^den Julij Ï789 beftormd en inI genomen. Dit noodzaakte den Koning weldra om ' Necker te herroepen , en hem tot zijnen eerften Staatsdienaar te verheffen. 'Er was reeds, het jaar te vooren , op raad van Necker , den vften December 1788. eene Algemeene Vergadering der Staaten Generaal opgeroepen, niet geheel ongelijk aan die, welke Philips de Schoone, in een gelijk geval van bedorven financie in zijn' tijd, eens uitgefchreeven hadde. Zij kwam te Verjailles bij een den 5&BMaij 1789. De Koning deedt den ftaat des Rijks in dezelve voordellen ; de Vergadering onttrok zig niet , maar 'er werdt terftond eenige oneenigheid tusfehen den Adel , Geestelijken en Burgerftand, ontdekt. De laatfte hadt een groot overwigt van ftemmen , hieruit ontftondt -bet ontwerp, tot eene nieuwe Conftitutie. De Vergadering nam den naam van Nationaale Vergadering aan, en voltooide een plan van Regeering, in 't welke de Koning toeftemde. De Natie , de Wet , en de Koning was de leus van den nieuwen Regeeringsvorm, 6 die  1.6 BESCHRIJVING dej , die Vrankrijk door deze oproeping der Staaten verkreegen hadt, inmiddels was 'er groot broodsgebreks in Parijs , duizenden van gebreklijdende en andere: Burgers begaven zig op den 5 Oktober 1789 naarr Verfailles, om den Koning naar Parijs te voeren,, wijl zij meenden dat zijne tegenwoordigheid het gebrek in deHoofftad zoude doen ophouden. DeNationaale Vergadering volgde den Koning eenige dagen 1 daarnaa, en begon op den 19 October heure eerfte: zitting in Parijs te houden ; vervolgends hieldt zij j redenlijk bedaarde zittingen , fchafte den Adel af,, verklaarde de Geestelijke goederen voor Nationaale: goederen, en de Koning deedt, op den 14^» Juli]; des jaars 1790, in 't openbaar op het veld van Sa-' menvereeniging , of Confederatie , den eed, van de nieuwe Conftitutie te zullen verdeedigen en de nieuwe Wet te zullen handhaven. Maar wat gebeurt inmiddels? De Koning, dag aan dag gevergd wordende , nieuwe opofferingen zijner waardigheeden te doen , komt eindelijk tot het befluit om Parijs te verlaaten , en fielt dit zijn voorneemen in den nacht van den zoflen Junij te werk; doch wordt reeds 's anderendaags te Varennes herkend en aangehouden. 'Er hadt zig intusfchen reeds | vroeg in het. Klooster der Jakobijnen binnen Parijs een gezelfchap gevormd, dat uit de ijverigfle Patriotten , en die meest tegen de Koninglijke waardigheid | gekant waren, beftondt, deze lieden hadden hunne bijeenkomften met den Engelfchen naam van Club, die gezelfchap of Collegie betekent, beftempeld, en : be-  stad PARIJS. i? , joegonnen ziginzonderheid naa 's Konings vlugt, openlijk tegen zijn gedrag te uiteneffenende zelfs ■ïeeds toen de affchaffing des Konings en der Koningrijke waardigheid; doch zij vonden geen' ingang: rintegendeel zag men de vlugt des Konings te dier itijd voor eene overijling en menfchelijke dwaalmg uan, en verklaarde zelfs zijn'perfoon onfehendbaar, izo dat toen alles nog al redenlijk bedaard afliep. De CConflitutie nu geheel voltooid zijnde, werdt op den S3^ra"September aan den Koning overhandigd, die ze oook den 13de* September aannam en bekragtigde, een den dag daaraan openlijk den eed op dezelve in ide Nationaale Vergadering deedt, en voords daarvan ddoor het geheele Rijk, en aan alle Europifche Hoven pplegtig kennis deedt geeven. Hier mede fcheen alle tonrust geftild , de regeering van Frankrijk nu voor aaltoos gevestigd en de innerlijke rust ten eenemaal . hherbooren te zijn. De eerfte Nationaale Vergaders nu niets meer tot de gronding der nieuwe ConOftitutie bijtebrengen hebbende, hieldt den 3often Septtember heure laatfte zitting, waarin de Koning dezelwe met eene aanfpraak befloot. Hierop volgde een nieuw lighaam van vergaderenede Staaten, welke zig onder den naam van Natiotnaale Wetgeevende Vergadering, van het eerfte eenigjzins onderfcheidde. In deze Vergadering viel men, ireeds in den aanvang, zeer op plegtigheeden en kleimigheeden van geen belang, daar de gewigtige zaaken 1 bereids door de eerfte Vergadering tot hun volkomen beflag gebragt waren, en alles begon het aan-  i8 BESCHRIJVING der zien te verkrijgen, dat men de Koninglijke waardigheid, in derzelver tot hiertoe genootene vrijheeden en eerbewijzingen eenigzins tragtte te befnoeijen; dit dreigend vooruitzicht deedt veele Koningsgezinden emi-, greeren ; waartegen de Nationaale Vergadering op, den yden November een zeer fcherp Placaat deedt uitgaan, voords liep het jaar 1701 redenlijk rustig ten einde. In den aanvang van 1792 werdt 's Konings oud-I fte Broeder van het recht van opvolging verftoken verklaard, en de bewegingen onder de Club der Ja', cobijncn namen hand over hand toe, zo dat Keizet Leopold I. en de Koning van Pruisfen , zig hiei over beklaagden in een' brief, welke in de Natirx naale Vergadering voorgeleezen wordende, door fomi migen met gelach, door anderen met gemor, aange; hoord werdt. Deeze oneenigheeden fteegen zo hoog. dat de Koning van Vrankrijk zig eindelijk genood: zaakt zag, op den loftenApril,den oorlog tegen dei Koning van Hongarijen en Eoheemen te verklaaren. terwijl nu alles tot denzelven gereed gemaakt werdt: Helde de Maire Petion voor , om 's Konings Lijf garde aftedanken, 't welk ook door de meerderheid beflooten werdt; gelijk ook dat men tegen den \\dei Julij een feest van Confederatie zoude houden, en uit elke verdeeling des Rijks, eenige gewapende mam nen , famen uitmaakende 20000 man, naar Pari]) zou doen optrekken om dat feest bijtewoonen , er tegen allerlei opfchudding te beveiligen; 't welk alles aan veelen deedt denken, dat de Koning niet zee; bet  stad 'P A R IJ Si *9 l betrouwd wierde , en dat men hem zo veel als mogelijk ware zogte te bepaalen, en in magt te vermindderen ; waartoe nog meer aanleiding gaf, dat de Koning door een Veto, of verbod, den 16 Junij weigerde om het Decreet der Nationaale Vergadering negen de onbeëedigde Priesters en Emigranten, als took van de 20000 man, die zig rondom Parijs izouden campeeren, te bekrachtigen; op deze weigering fteeg de drifc der Jacobijnen in top , waarttoe ook mede van ter zijde aanleiding gaf een brief ivan la Fayette aan de Generaals van 't leger en taan de Nationaale Vergadering gefchreeven, waarin Ihij de Jacobijnen voor rustverftoorers en omkeerers , der Conftitutie uitmaakte ; dit verbitterde hen te :meer, zo dat op den 20/len Junij eenige duizenden :gemeen volk, maar met zonderlinge tekens voorzien, draagende broeken en kalfsharten op pieken, naar de Tuilleries, waar de Koning geduurende zijn verblijf in Parijs zijn Hof hieldt, heenen toog, en aldaar den Koning en den Dauphijn dwong, de Jacobijnfche roode muts optezetten trachtende den Koning tot de btkragtiging der Decreeten tegen de Priesters en Emigranten enz. overtehaalen; doch vruchteloos; de Koning bleef beftendig bij zijn verklaard befluit, zo dat het volk, op aanmaaning van den Maire Petion , die inmiddels mede in 't Paleis verfcheenen was, weder aftrok; edoch het gerucht dat dit geval maakte was zo groot, dat het weldra over het geheele Rijk en tot in de legers bekend geraakte , waarom la Fayette weder aan [B 2] de  ao BESCHRIJVING der de Vergadering op het dringendfte fchreef, om de-\ zen hoon, den Koning aangedaan, te herftellen, en\ de Jacobijnfche Setle te vernietigen, welk fchrijven,,1 alhoewel men niet ten eenemaal 'er aan voldoen kon--l den, echter ten gevolge hadt, dat het CampementJ van 20000 man rondom Parijs eene merkelijke ver-I andering onderging , zo dat men die gewapendenJ met de gewapende Burgers van Parijs te famenj zoude doen optrekken, en hen in Parijs zelve bil~l jetteeren, als ook niet langer dan drie dagen , zo langa het feest duurde, verblijf aldaar toe zou Maan; zo dat:| hierdoor de partij der Jacobijnen niet weinig verne-l derd werdt; 't welk zelfs zo ver ging, dat men opl den 6den Julij in het Departement Parijs het befluit I nam, om den Maire Petion , wegens deszelfs ge-J houden gedrag op den zoflen Junij, in zijn' post tel fufpendeeren. De eensgezindheid en vereeniging dert Vergadering met den Koning , bereikte den dag daaraan een zo groote hoogte als zij nog ooit gehadI hadde , en de Leden der Vergadering zwoeren opi nieuw de Conftitutie te zullen handhaaven, en niett te zullen lijden, dat eenige Sedte door opwerping; van nieuwigheeden, dezelve in't geringfte zoude ontzenuwen. De Koning ontfing eene plegtige Deputa- > tie, om hem dit heuglijk en vreedzaam nieuws bekend te maaken. Hij hadt bereids met ongeduld naar den uitflag dier Vergadering zitten wagten, en kwam terftond, met de Deputatie, in perfoon in de Vergadering, terwijl de verfchillende en tegen elkanderpartij dige Leden, elkander nog in zijn bijzijn denkusch des  STAD PARIJS. 21 c'des vredes en der vereeniging gaven; 't welk alles vweder eene hoop op bevrediging en eindelijke rust cdeedt herleeven; doch hoe zeer vondt men zig becdroogen ! Petion was gehoond door zijne iufpenffie , en verfcheiden Leden kleefden zijn partij zo wast aan, dat ze zig den joden Julij reeds ter zijrner verdeediging in de Nationaale Vergadering lietten hooren, en door het verbaazend toejuigchen des wolks verfterkt werden, 't welk alles den dag van eden i^den Julij, als waarop het gewigtige algemeen (Confederatie-feest zoude gevierd worden, zeer zorgelijk deedt te gemoed zien, niettemin liep dezelve iin orde en rust af; maar de woelingen van Petion Ibleeven nog geduurig aanhouden, en fteegen tot die 1 hoogte, dat hij den %den Augustus een adres in de ^Vergadering inleeverde a ftrekkende om den Koining te fufpendeeren , welke eisch, als door de rmeerderheid van het volk gedaan, met de kragtigfte tuitdrukkingen aangedrongen werdt. De Vergadering mam het adres aan ; en de woede des volks fteeg :al meer en meer, daar 'er zig een gerucht verfpreidide, dat de Koning op den iaden Augustus een telgenomwenteling zou trachten te bewerken, en die I gewapenderhand doortezetten. Reeds des nagts vóór (dien ge vreesden en ook waarlijk ellendigen dag, was i geheel Parijs in alarm , men toog gewapend tegen het Paleis op , de woede werdt heviger , 'er viel een bloedig gevecht voor, geduurende welke vreeslijke omftandigheid de Koninglijke familie gelegenheid vondt van zig in de zaal der Nationaale Verga[B 3] de-  sa BESCHRIJVING der dering te bergen. De Vergadering van dien dag in I tegenwoordigheid des Konings , die echter in een js loge geplaatst werdt, om niet gezien te worden,,1 naauwelijks begonnen zijnde, kwam een Commisfiei uit naam der nieuwe Reprefentanten van Parijs,,1 op 's Konings fufpenfie aandringen ; wijl men ver—I moedde, dat hij de .vijanden des Rijks begunstigde ,1 geheime verftandhouding met hen hieldt, en op denii ïoden Augustus een plan in 't werk zoude gelteld!! hebben, (trekkende tot eene geheele omkeer der Con-| (titutie. De Vergadering over deze zaak gedelibe-| reerd hebbende, befloot tot de fufpenfie , vaardigde:! een Decreet van befchuldiging tegen la Fayette: af, en de Koning werdt als gevangen naar het gebouw/ den Tempel genoemd heenen geleid ; terwijl inmiddels het fraaije (landbeeld van Hendrik IV. op dem Pont Neuf door het volk vernield werdt, waarmede de eerfte Conftitutie, zo als die den inden September des jaars 1791 openbaar geproclameerd was „ ten eenemaal vernietigd werdt , naa nog geen jaarr (tand gehouden te hebben. De nu bovendrijvende partij was geheel anders; van denkbeeld omtrent den nieuwen Regeeringsvormi voor Frankrijk; want daar de eerfte zig tot het vestigen der Monarchie, onder behoorlijke paaien der wetten t verklaard hadt , was deze integendeel vol/trekt tegen 1 allerlei foorten van alleenheerfching, hoedanig beperkt die ook zoude mogen weezen, en wilde eene vol-, komen Volksregeering bij Reprefentatie, of eene De-. mocratie, invoeren; dit nu opkomend fyftema vondt al meer  ,TAD PARIJS. 23 meer en meer ingang, na maate de vijand beweegingen ,eegon te maaken om in het Land te vallen; men de•rreteerde om de verdagte Generaals aftezetten , en ken Minister Montmorin in hechtenis te neemen; welke fterke maatregelen niet weinig door het Manifest van. den! Hertog van Bronswijk , dat nu «veral bekend werdt, aangezet werden, en op de iijding der berenning van Verdun tot die hoogte [fteegen , dat het gemeen, als woedend, in den nacht ttusfchen den aden en 3Jen September de gevanggenisfcn openbrak , en de meeste Staatsgevangemen vermoordde, draagende het hoofd van de Pnnfes wan Lamballe eene gewezene, verdagte en daarom {gevangene, Staatdame der Koninginne, voorbij het werblijf des Koning in den Tempel, 't welk denzelwen niet veel goeds van de zijde des volks voorifpelde. Gelijk dan ook de tweede Nationaale Vergadering zig weder tot fcheiding gereed maakte, !om door eene Nationaale Conventie vervangen te worden,,welke op denzelfden mften September, den dag dat de tweede Nationaale Vergadering heure laatfte zitting hieldt , ook reeds verklaard werdt ge1 conftitueerd te zijn. [ Deze eerfte Vergadering werdt onder voorzitting , van Petion geopend, en terftond, naa weinig dei liberatie, verklaarde de Voorzitter, uit naam der Conventie , dat de Koninglijke Waardigheid vervallen . ware. Naa nu dus het nieuwe plan tot eene Demo. oratie gegrond te hebben , floeg men de hand aan | het vervaardigen der wetten voor deze nieuwe Re[5 4] Pu-  24 BESCHRIJVING der publiek, en gaf, begunstigd door het lot des oorlogs, dat de Oostenrijkers en Pruisjen ongunftig, maar daartegen den Franjehen zo voordeelig was , dat zij welhaast geheel Braband magtig werden, zeer fterke Decreeten uit; zo wel wegens de opening van de Schelde , als wegens het onderfteunen van andere Volken, die hun hulp zouden willen inroepen; ook verloor de geweezen nu vervallen verklaarde Koning , met zijn gezag, ook zijn Koninglijken tijtel; en moest dien in dien van Louis Capet zien verwisfelen , terwijl men hem inmiddels in fteat van befchuldiging ftelde ; gelijk hij dan ook den nden December voor de Balie ter verantwoording verfcheen, 't welk den zóften nog eens herhaald werdt, zodanig liep dit jaar in geduurige onrustige Vergaderingen, en zelfs tot daadelijkheeden uitberstende gefchillen der Leden van de Conventie , ten einde. Het jaar 1793 "'et z'g reeds voor den Koning als doodelijk kenmerken, toen men den ï/iden Januarij hem aan Hoog Verraad fchuldig verklaarde, en den iSden de doodftraf over hem gedecreteerd werdt, waarop de Koning, bij een' brief, Appel aan de Natie verzocht aanteteekenen, dat hem echter geweigerd werdt; 't welk ten gevolge hadt, dat de Koning op den ziften Januarij des voormiddags omftreeks half elf uuren, op de plaats der Tuilleries, opentlijk onthalsd, en zijn lijk vervolgends in natte kalk gelegd zijnde, naar buiten op eene kar weggevoerd werdt. Tot hiertoe zullen wij de Franjche Gefchiedenis vervolgens  stad PARIJS. *5 een , daar zij, met den dood van Lodewijk XVI, m de verandering van eene AUeenheerfching in eene ILepublikeinfche Volksregeering, natuurlijk hier een liieuwen Tijdwortel aanneemt. Geduurende de gevangenis en naa den dood des Koliings heeft het volk alle de tekenen der Koninghjke waarUigheid verwoest; alle de ftandbeelden zo van Henrik W. als Lodewijk XIV en XV. en van den laatften Koning omserukt, de poorten der ftad welke , meerenHeels, een foort van eerepoorten ter gedachtenis van „odewijk XIV. opgericht, waren, vernield en verDrand ; gelijk ook de Vorfteiijke huizen tot Nationaal gebruik gedecreteerd , wordende de zittingen dier Conventie thands in het Paleis der Tuille,-ies, nu het Nationaal Paleis genoemd, gehoudden; terwijl de pragtige Landhuizen van den Adel , Werjailles en de overige oorden, waar weleer weeldde en pragt zig vereenigden , thands ledig en verlaatten door gebrek aan onderhoud, de flooping te germoe'd zien. In zulk eenen ftaat is thands het weiteer prachtig Parijs, de zetel der weelde en kunst, ede Hoofdftad die alle de inkomften van het geheelc IRijk pleeg intezwelgen, en nog van gebrek zigzel,ven verteerde. Laat ons nu, volgends geleide van ,den platten grond, de'ftad in heure tegenwoordige Settions, of Wijken , doorwandelen ,en waar wij overblijffelen der voorige grootheid aantreffen, dezelven met den vinger aanwijzen en beknoptelijk befchnjyen ten einde een volledig begrip zq wel van den [B 5l vo°-  26 BESCHRIJVING der voorigen als tegenwoordigen ftand dezer waereldflad! te verkrijgen, om ons oogmerk met de uitgave van de--; zen zo juisten platten grond, welke, met de grootfte:| naauwkeurigheid, na een' grooteren te Parijs onder het oog der Nationaale Vergadering zelve onlangs: uitgegeeven, bewerkt is, met zo veel te meer vrucht; te bereiken. EERSTE W IJ K. (Settion der Tuilleries.') Wij zullen , na geleide der afdeeling , welke de: Nationaale Vergadering nieuwling van de ftad ini Wijken of SeStions, gemaakt heeft, dezelve intreeden en verder doorwandelen , tevens de aanmerkelijke gebouwen, die wij in onzen weg ontmoeten „ beknoptelijk- befchrijvende. Den toegang tot Parijs; van Verfailles afkomende, langs de Seine, aan de; N. W. zijde der ftad, ontmoet men terftond: La Qjcai de ia Conference of de Kaai der Samen-, komst, zo genoemd na een poort die aldaar geftaani heeft, en in 1770 afgebroken is. Zij verkreeg dien naam, om dat zij, geduurende den tijd dat de Car- ■ dinaal Mazarin en de Spaanfche Minister Don Louis de Haro over het Tracbaat der Pyrene'ên famen- 1 komften en onderhandelingen hielden , en dikwijls die poort uit en in, van en naar Verfailles reeden, herbouwd werdt; doch anderen willen dat de naam van  stad PARIJS. *7 wan ouder afkomst is, en dat hier ter plaatfe in oucde tijden de famenkomsten der Magiftraat gehouden vwerden; en op dezelve vindt men: Le Palais des Tuilleries , thands le Palais Nattional met deszelfs fraaijen tuin en wandelwegen. Dit keurig pronkftuk der Bouwkunst, is door Komingin Catharina de Medicis , die, eene groote lliefhebberij en fmaak voor fchoone kunsten bezat, iin den jaare 1564 eerst aangelegd; op een zeer verwallen plaats der ftad, waar weleer Pannebakkerijen ((Tuilleries') geweest waren, waarvan dat Paleis ook 1 nog zijnen naam voert. Twee der voornaamfte Architecten van dien tijd, Philbert de l'Orme en Jean Bulan , ontwierpen de fchets tot hetzelve. ' Verders is het door Koning Henrik TV. nog vergroot van vooren. Van de place du Caroufel doet zig het gebouw zeer prachtig op, zijnde faamgefteld uit een Hoofdgebouw, verbonden door eene Gallenj, aan twee kleine Gebouwen , die weder aan twee Hoek of Vleugelgebouwen op dezelfde wijze gehecht zijn, welke laatften door Lodewijk XIV., bij het verfieren van dit Paleis in 1664, 'er bijgevoegd werden. De geheele voorgevel van het Gebouw beftaat dus uit vijf Hoofdgebouwen , en vier Gebouwen onder een zelfde lijst , ter verbinding van het geheel, ter breedte van 168 toifes of 1108 voeten. De middenfte verdieping van het Middengebouw rust op Jonifche omflingerde zuilen , en de kleine Gebouwen op diergelijkegegroefde z"ilen'■> deze zuilenriJ wordt om  23 BESCHRIJVING der om deszelfs groote fchoonheid , en om dat 'er de: regelen, die Vitruvius tot het nichten van diergelijke colommen geeft , zo wel in waargenomen i zijn, voornamentlijk geroemd. De nieuwe Hoekgebeuwen zijn met Corintifche pilasters op welker bovenftukken vaafen op eene baluftrade ftaan, verfierd., Men komt in het Gebouw zelve terftond in een; portaal of voorhuis , 't welk rondom open is en i door Jonifche colommen gefchraagd wordt ; in dit: portaal bevindt zig de groote trap, wiens leuningen i met lieren, door Hangen omflingerd , tevens het; devies des Konings en het wapen van Colbert,, te dier tijd opzichter der Gebouwen, aanduiden; den trap opkomende treedt men in het groote ver-trek des Konings, 't welk met de keurigfte fchilder-' ltukken van den grooten le Brun verfierd is. In de Antichambre des Konings is in het platfond, de zon i die zijn wagen ment, verzeld van de uuren, afgebeeld ; het platfond is zo zeer kunstig behandeld, dat men zig inbeeldt in de open lucht te zien; dit fchilderftuk, gelijk ook de overige die in dit vertrek gevonden worden, is van Nicolas Loir in 't jaar 156S gefchilderd. Van daar gaat men in 's Konings Cabinet , 't welk uitmuntend met Beeldhouwwerk verfierd is; uit welk vertrek men in de Gallerij der Ambasfadeurs treedt, in welke Koning Lobewijk XIV. openbaar gehoor pleeg te verleenen. Het platfond van dit vertrek is gecopiëerd na dat van de Gallerij van Farnefe, door Annibal Carats , 't welk een der beste fieraaden van Romen uitmaakt. Ia de-  STAD PARIJS. *9 töeze Gallerij pleeg men veele fchoone zeldzaamheedden van kunsten fmaak aantetreffen; onder anderen cook eene marmeren tafel, waarin de figuur van een «Salamander ingelegd was , zijnde deze nog afkomfftig v-an Koning Francois I. die een' Salamander nmet het bijfchrift nee uror, necextinguo, (ik worde miet verbrand, noch doove uit,) tot zijn devies voercde. In de vertrekken die op den Tuin uitzien, windt men een Kamer en Cabinet, welke door NoëL (Coypel met fchilderftukken voorzien zijn; voords Ikomt men in het vertrek der Koninginne, en van lMonfeigneur (weleer de Hertog van Orleans,) in "t welk de beroemde Philippe de Champagne, ifchoone fchilderftukken, verbeeldende de opvoeding wan Achilles vervaardigd heeft. Het middenfte -vertrek van het groot Middengebouw, was weleer itot een Tooneel gefchikt, waar het Hof met een 1 klein gezelfchap , kleine Opera's en Muziekftukjens pleegt te doen uitvoeren. Het ander binnendeel van het Gebouw, ftrekkende naar de zijde van de ftraat St. Hortor é , vervat de Capel die zeer eenvoudig is, als niet volkomen volbouwd zijnde , maar des te rijker met fchilderftukken voorzien, onder welke het Altaarftuk, verbeeldende de Geboorte van den Zaligmaaker, door le Brun, voornamentlijk uitmunt; hier nevens paalt la falie des Machines, of de zaal der Kunstwerktuigen, zo genoemd om dat zij tot een Tooneel pleeg gebruikt te worden; deze zaal kan ligtelijk zes of acht duizend menfehen bevatten. Het platfond derzei-  3° BESCHRIJVING der. zelve is door Coypel, na de fchetfen van le Brun,, gefchilderd; in de laatfte jaaren werden in deze zaal] Geestelijke Concerten uitgevoerd. — Voords zijn 'er; nog verfcheiden zaaien in dit waarlijk Koninglijk Gebouw , die met de fchoonfte voortbrengfelen dert Beeldhouw- en Schilderkunst pronken, daar de beroemde Schilders P. en N. Mignard , en de Beeldhouwers Girardon en Leramuert mede veel toegebragt hebben, om hetzelve met de voortbrengfelen van hunne kunst en geest te verrijken. De Tuin van dit Paleis is niet minder aanmerkenswaardig geweest, fchoon dezelve thands doort het wegneemen van fommige ftandbeelden en zinnebeelden op Lodewijk XIV. , zeer veel van heure: kunstwaardij verboren heeft. Hendrik IV. heeftt denzelven in 1600 door le Notre doen aanleggen,, en zo wel gebruik van den voor handen zijndem grond weeten te maaken, dat hij in een lengte vani 360, en eene breedte van 168 toifes , welke te famen niet meer dan 67 morgen uitmaaken, zo veele: wandelwegen, perken en laanen, heeft doen aanleggen , dat men zig eer verbeeldt in eene Landftreek, dan 1 iii een beperkten Tuin te zijn. Het groote Parterre, tegen over den achtergevel van het Paleis, is verfierd met een menigte van marmeren Groupen, Vaafen en Waterkommen. Van daar komt men in de: Middenlaan, welke op een grooten achtkanten Vijver uitloopt, rondom welken men verfcheiden ftandbeelden geplaatst vindt, en onder anderen een zeer beroemde , verbeeldende eene Vestaalfche Maagd, door  stad PARIJS. 31 Hoor le Gros in den antieken fmaak bewerkt, en wvaar over eene kunstkundige Verhandeling door den IHeer Gosley in 't licht gegeeven is. Achter dezen Vijver is een Terras, of ophooging wan aarde, na deszelfs gedaante fer a Cheval of het IHoefijzer genoemd, aangelegd,'t welk den Tuin naar ede zijde van den weg naar Verjailles befluit ; te imidden van deze opgaande hoogte heeft het ftandIbeeld van Lodewijk XV. te paard, geftaan; doch (dit is even als de marmeren,te paard zittende, Faam, ien het beeld van Msrcurius, dat op de hoeken van ! het Terras pleeg te ftaan , in de laatfte beroerte ^oor het volk vergruisd. Men vondt voords in dezen prachtigen Tuin de fraaifte Beeldhouw-werken, die de grootfte meesters, als le Pautre, Slotz, Flemen, Marsij, Regnaudin en van Cleef eer aandoen. Nevens de Tuilleries vindt men een Gebouw, dat weleer tot een Manege diende , en waarin de Nationaale Vergadering derzelver zittingen naaderhand gehouden heeft; daar achter komt Het Klooster der Geestelijke Dochters van Maria-Hemelvaart (les Filles de V Ajjomption) ten voorfchijn ; zij worden ook de gastvrije Nonnen , les Hofpitalieres, genoemd, om dat zij door Estienne Haudrij , de Schildknaap van Koning Lodewijk de Heilige, ingefteld zijn, om arme zieke vrouwen optepasfen en te herbergen. De Kerk is zeer pragtig van Bouworde, en met een fchoon Schilderftuk in het gewelf van den Coepel voorzien, verbeeldende  32 BESCHRIJVING der de de Hemelvaart der H. Maagd, door C. la Fos* se ; voords zijn 'er nog fraaije Hukken van N. Coy< pel en Houasse. — Tusfchen dit Klooster en het Gebouw der Nationaale Vergadering bevindt zig Het Klooster der Capucijnen van de ftraat St. Ho-> noré, het oudfte van die orde te Parijs; want 'et»] zijn 'er behalven dit nog twee. Dit Klooster is zeer groot , kunnende ten minsten 150 Geestelijken in hetzelve woonen. Het groot Altaarftuk is van la< Hïre. Voords is de Kerk nog met verfcheiden Schik rierftuken en Graftomben verfierd. Achter de plaats waar het ftandbeeld van Lodewijk XV. geftaan heeft omwandelende, komt mem in de ij TWEEDE W IJ K. « (La SeStion des champs Elifces.) i Heerlijk en pragtig is de aanleg der fchoone wandelwegen , die in dit' deel der ftad, dat met rechtt Iti de Elyzeefche Velden genoemd wordt, gevondeni k worden. Het is een foort van Sterrebosch, dat tot: % wandelwegen voor rijdtuigen en voetgangers gefchikt: t is, vlak agter de plaats van Lodewijk de XV. die: f. een gedeelte of Point de vue der Tuilleries uitmaakt,, eii gelegen. Zo dat men uit dat Paleis in een regten. |fc lijn over de Parterres en Tuin , tot op het ftand- ■ |j beeld van Lodewijk XV. en voords verder door U deze Elyzeefche Velden, over den weg naar St. Ger- \. main  stad PARIJS. 33 main en Laye heenen ziet. Dit fraaije wandelperk ias aangelegd in 1670, op last van den meergenoemdden Minister J. B. Coleert, die, door middel deszzelfs, de gelegenheid der Tuilleries niet weinig verffraaid heeft; zo ook ftrekt tot derzelver fieraad, de maast dit bosch {trekkende fraaije Rijdweg, genoemd Le Cours de la Reine , of de Rijdlaan der Kominginne, te weeten, Maria de Medicis , een zeer ipragtige Vrouw en Echtgenoote van Koning Henirik IV., die deze laan in 1616 deedt planten. De ïMaarfchalk de Bassompierre deedt den oever van ede Seine tegen dezen weg aanpaalende, met fteenen (opmetfelen, op dat dezelve niet door de overdroosmingen der Rivier befchadigd zoude worden ; ook ;2ijn 'er tegens dien muur twee fraaije antieken geimetfeld, zijnde twee zuilen van de ruïne der aloutde ftad Leptis Magna in Africa , welken aldaar (door den Marquis de Sf.ignelai gefchonken zijn, idie dezelve uit Africa hadt doen overvoeren, h In dezelfde (treek van de Elyzeefche Velden, agit ter het Dorp Pasfij, is nog een fraaije wandelplaats, I het Bosch van Boulogne, (le Bois de Boulogne,) )t zo genoemd naa het Dorp Boulogne. Hier is ;t ook veel wild , waarom 'er door de Koninglijke is familie dikwijls Jagtpartijen gehouden werden ; ten , einde van dit frar.ije Bosch pleeg een Kasteel te ii (taan, gebouwd door Koning Franciscus I., 'twelk I- 'hij, naa zijn terugkomst uit zijne gevangenis in Spant je, gedicht hadde, en dat daarom le Chateau de Ma■■ drid genoemd werdt. Doch de Koning heeft in [C]  34 BESCHRIJVING der. 1787 den verkoop en flegting van dit Gebouw gelast; wijl het Hof 'er zelden gebruik van maakte. — . Beide dit Bosch en Kasteel liggen buiten de kaart, achter Pasfij , doch wij achtten het echter noodig 'er iets van te melden, om dat het eene der voor-, naamfte wandelplaatfen der Parijfenaars is. — In. dit Bosch is ook le Chateau la Muette geweest,, doch dat is mede gedoopt. Een weinig ter zijde der Champs Elifées, vindt: men een nieuw aangelegd pragtig Gebouw le Colifée: genoemd, om dat het in den fmaak van het Celi-faum of den ronden Schouwburg van Titus Vespasius te Rome, aangelegd is. Dit Gebouw diende: weleer om 'er Concerten, Bals en andere openbaare: vermaakelijkheeden , op 's Konings kosten , in te: houden. Tusfchen de Champs Elifées en de Tuilleries,, vindt men la place- de Louis XV. of de plaats vam Lodewijk XV. Dit is een na het plan van den Architect Gabriel nieuw aangelegd fieraad der ftad;; tusfchen eenen kring van pragtige Gebouwen, ftondtt hier, tot op het gevangen neemen van LodewijkXVL, toe, het beeld van zijnen Grootvader op een voetftuk van 20 voeten hoogte, door den Beeldhouwer Bouchardon vervaardigd , en ingewijd den nojlem Junij 1763. Het beeld des Konings was van Brons,, zat in een Romeinsch gewaad , en met lauren ge-, kroond , op een kloek gewerkt Paard , dat vijf-, tien voeten, van den kop tot den ftaart, lang was. De figuur des Konings en die van het Paard , wa-. ren  STAD PARIJS. 35 ren in eens gegooten , en van een duk. De Piededal werdt gefchraagd door vier beelden, voorftellende de Voorzichtigheid.-, de Gerechtigheid , de Kracht en den Vrede , en op de zijden derzelvö waren de flag bij Fentenoi en de vrede te Aaken afgebeeld, en met opfchriften verrijkt; rondom om deze fierlijke plaats zijn twee prachtige Gebouwen, in een van welke de Garde Meuble van dt Kroon geplaatst is, die door 't volk geplunderd en van verfcheiden kostbaarheeden, in de jongde beroerte , beroofd is. Men heeft nog federt weinige jaaren in dit Perk, afdeelingen van groene zooden gemaakt , die hetzelve uitneemend verfraaijen, tusfchen deze zodenperken is alles bedraat, en men heeft eene eenvouwdige Fonteiu en gooten om het water te doen afloopen , 'er bij aangelegd ; 't welk alles deze plaats, zo veel mogelijk is, zindelijk houdt, en tot geen gering fieraad van de Tuilleries doet dienen. DERDE W IJ K. (La SeSlion du Route.") Wordt vervat tusfchen de Rue du B.oulê en Sti Honoré, en de Rue de Clichy, zij is nog niet overal bebouwd; maar vervat zelfs veele weilanden en tuinen ; 'er komen dus weinig aanmerkelijke Gebouwen in deze Wijk , die weleer le Fauxbourg Sti Honoré en le Marais de la Ville genoemd werdt, voor. Men ziet 'er echter, even buiten de Barrière, [C a] den  36 BESCHRIJVING der. den fraaijen Engelfchen Tuin van den Hertog van Or.leans , genoemd Mouceaux en le Jai din d'Orleans, de Tuin van Orleans, eene fraai met wandelwegen aangelegde Lustplaats, waar nevens een ronde Tooren , die een zeer ver uitzicht over alle de omliggende plaatfen heeft. Een weinig verder in dezelfde Wijk ligt: De Parochie van St. Philippus , zij is voorzien van een fraai Gebouw en een Kapel, de Kapel van St. Nicolaas genoemd, welke na de tekeningen van den Architect. Girardon, uitgevoerd is. Een weinig verder ligt het pragtig Hotel de Beauveau, dat met zijn' voorgevel een heerlijk gezicht in de llraat Marigny en Elyfeefche Velden opleevert. VIERDE W IJ K. (Seclion de la Place de Vendame.'} Wordt vervat tusfchen de Rue St. Honoré en Rue de Mirabeau. In deze treft men, in de eerfte plaats aan : La Place de Vendame, weleer genoemd la Place de Louis XIV. aangelegd , waar weleer het Hotel van den Hertog van Vendame, door Koning Henrik IV. gebouwd, geftaan hadde; dit Gebouw befloeg agttien morgen gronds. De Marqais de Louvois kocht dit Hotel voor 66000 Livres , en liet het in 1687 afbreeken , om 'er de Gebouwen, die men 'er nog heden ziet, voor in de plaats te Hellen;  stad PARIJS. 37 len ; doch hij ftierf geduurende men 'er aan bezig was; toen nam de ftad het over , men brak , om de plaats zijn behoorlijke ruimte te geeven, het oude Klooster der Capucijnen af, en verplaatfte hetzelve naaderhand in veel heerlijker ftand, ten einde van dit fraaije Plein, waartoe het nu tot een fchoon Slotgezicht dient. Deze plaats werdt echter niet volkomen even eens, als de Louvois die ontworpen hadt, opgebouwd; want deze Minister wilde 'er een nog veel pragtiger en rijkelijker met beeldwerken en fieraaden verfierde Plaats van gemaakt hebben; volgends zijn plan, zouden 'er hier en daar in nisfen fraaije Standbeelden geftaan hebben , de ingang zoude een Eerepoort geweest zijn , en onder de Zijdgebouwen zoude eene rijkgeftukadoorde Gallerij, rondom de plaats heenen gebouwd geweest zijn, om de wandelaars, in regenachtig weder, ten fchuilplaats te dienen. Hij was voorneemens een groot gedeelte der Gebouwen, tot 's Konings Boekerij, gereed te laaten maaken , en in de andere alle de Academiën bijeen te verplaatfen, en 'er tevens Hotels voor de buitengewoone Ambasfadeurs, en een ander voor de Munt bij te laaten opbouwen. Maar dit zo roemrijk voorneemen werdt door den dood verhinderd. De geheele grond en alle de voorgevels der Huizen die reeds opgeflagen waren, werden, tevens met het ftandbeeld des Konings , aan de ftad gefchonken in 1699, op voorwaarde, dat zij op heure kosten een Gebouw voor de tweede Compagnie Mousquttaim , in de Voorftad St. Antoine zoude [C 3] doen  38 BESCHRIJVING dei doen oprigten, welks onkosten boven de 80000 guldens beliepen, welke ook nauwkeurig in 1701 uitgevoerd werdt. De ftad, om zig tegens die kosten fchadeloos te ftellen, verkogt de Place de Vendome aan verfcheiden rijke particulieren, die dezelve toen zo goed en zo kwaad als hunne vermogens duldden, opbouwden. Maar het nieuwe plan dat zij daartoe bezigden, was zo grootsch niet; de Gebouwen werden wel tien toifes digter tot elkander gerigt , en, daar het ontwerp van Louvois geweest ware, een vierkante plaats te maaken, werdt dezelve nu , tot een agthoekigen vorm gebragt. Over 't geheel is de Corintifche orde in de Gebouwen waargenomen , en zij zijn alle door een zelfde pragtige lijst gedekt; Jules Hardouin Mansart, opzichter over de Gebouwen , heeft de tekening der wooningen gemaakt ; de Capiteelen en het Beeldhouwwerk zijn van Poultier, Te midden van deze fierlijke plaats , pleeg het ftandbeeld des Konings Lodewxjk. XIV. geplaatst te zijn, een ftuk werks, dat, wat aangaat de kunst, wel waardig is , dat wij het hier een weinig o;nftandiger befchrijven, te meer daar het in de jongde noodlottige beroerten , in fpijt der kunst en kostbaarheid , door het volk ten eenemaal vernield is. Het werdt op den i^den van de maand Augustus 1669 met groote pragt ingewijd; geheel de Magiftraat,-alle in 't nieuw gekleed, met den Gouverneur der ftad , en den Hertog de Gesvres vergezeld van zijn Wagt , waren 'er bij tegenwoordig; de  . \ stad PARIJS. 39 de geheele dag werdt met vreugdebedrijven en vuurwerken doorgebragt, geheel Parijs was een feest; geheel anders was het in Parijs gefteld , toen het omver gehaald werdt. Dit groote ftandbeeld te Paard was geheel van Brons, en gegooten nabij het nieuwe Klooster der Capucijnen, ten einde van la Rue neuve des petits Champs. Men hadt in deze laater eeuwen nog geen gietwerk van zulk een verbaazende grootte ondernoomen; dewijl het beeld des Konings, tevens met dat van het Paard, welke in eens gegooten waren, te famen twintig voeten hoog, en al het overige na evenredigheid was. En het geen men voor iets zeldzaams houdt , is dat niets geduurende de geweldige faelting gehaperd heeft ; alles liep zo wel en zo juist, tot zelfs in de minste plooijen en de verst uitfpringende deelen af, dat men niets anders te doen hadde , naa dat 'er de vorm afgenomen was , dan om het fchoon te maaken , en hier en daar 'er een kleine befchaaving aan te werk te ftellen Om dit groot ftuk werks te vervaardigen, hadt men meer dan tachtig duizend ponden metaal, in een daartoe met voordagt, zeer vernuftig, vervaardigd fournuis gefmolten , waarvan men echter flegts zestig duizend gebezigd heeft. De kosten van al wat 'er toe vereischt werdt, beliepen tweemaal honderd vijftig duizend kroonen. De Koning was afgebeeld met een oud .Romeinfchen of Griekfchen mantel, hij zat, zonder zadel of fpooren, te paard, gelijk men doorgaands de luis[C 4] ter"  40 BESCHRIJVING der terrïjkfte Helden der Oudheid afbeeldt. Om nog meer de Colosfaale grootheid te doen kennen, heeft men meer dan eens beproefd , vóór het werk geheel afgemaakt ware, om 'er twintig perfoonen te doen ingaan, die, zonder eenige belemmering, in de holte der buik van het Paard aan een tafel , aan twee rijën over elkander, gezeten hebben. De groote Francois Girardon hadt de tekening van dit Kunstftuk gemaakt , en hetzelve, naa zeven jaaren lang 'er aan gearbeid te hebben, tot die volkomenheid gebragt. Het werdt op den laatften December van 't jaar 1092 gegooten door Jan Balthasar Keller , gebooren te Zurieh in Zwitzerland, op de voorzijde van de Piedeftal, die met deszelfs fieraaden door Coustêau le Jeune gemaakt was, vondt men het naavolgende opfchrift: Luoovico Magno dècimo Quarto , Francorum ff Navarras Regi Chriftianiflimo , viEtori perpetuo, Religionis Vindici, Jufto, Pio, Fe Hei. Patri Patrim , erga urbem munificentijjimo, quam Arcubus, Fontibus, Plateis, Ponte lapideo, valk amplijjimo, arboribus covfito , decoravit. Innumeris beneficiis cumulavit. Quo imperante fecuri vivimus, neminem timemus, ftatuam hanc Equeftrem, quamdiu oblatam recufavit ; ff civium amori omniumque vetis indulgem erigi tandem paffus efi. Pmfeclus ff tediles acclamante populo, leetipofuere 1699. Optimum principein Deus fervet. Dat  stad PARIJS. 41 Dat is: Voor Lodewijk XIV. Koning van Frankrijk en I .Navarre , geduurige overwinnaar, befchermer van I tden Godsdienst, den Rechtvaardigen, GodvruchtiI igen, Gelukkigen, Vader des Vaderlands, die allermildst j'egens de ftad was , die dezelve met Eerepoorten , Fonteinen, Straaten, een' fteenen Brug en een breed Plein rondom met boomen omzet, verfierd , en met ontelbaare weldaaden opgehoopt heeft; onder wiens regeering wij verzeekerd leeven, niemand vreezen. Die eindelijk , naa het lang geweigerd te hebben , om toe te geeven aan de liefde zijner Burgers en aan ieders verlangen, duldde dat hem dit ftandbeeld te paard opgerigt wierde. De Regeering en Bouwmeesters hebben dit onder toejuigching'des volks blijde gefield Ao. 1699. God behoede den besteu Vorst. Dit alleen ten flaaltjen der meeste opfchriften op Standbeelden en Eerepoorten, welken wij in 't vervolg zo naauwkeurig niet zullen uitfchrijven ; wijl ze meest alle op den roem der Vorsten , even als die bij de Romeinen, uitliepen; alleen heeft dit opfchrift iets bijzonders, dat de Koning hier meer over 't ge. heel geroemd wordt, wegens zijne gunsten die hij aan de ftad beweezen hadde, dan wegens zijne oorlogen. Dit is alleen het opfchrift van de voorzijde, aan de drie andere zijden waren nog drie dier[C 5] Se-  42 BESCHRIJVING der gelijke opfchriften , waarin het geheele leven van li den Koning aangeteekend werdt. Nu ligt alles totil gruis! Sic tranfit Gteria mundil Regt tegen over deze grootfche Plaats en tot eenil Slotzicht of point de vue derzelve ftrekt: Het Klooster der Capucinesfen, welke orde eerst te; Poitiers door de Weduwe van Koning Henrik. III., ingefleld , en 1688 te Parijs overgebragt werdt., De Kerk van dit Klodster vervat de begraafplaatfem van verfcheidene voornaame lieden, waaronder ookt de Stichteresfe, die in 1601 overleedt; voords vindtt men 'er twee rijke Kapellen, in welker eene de Hertog de Crequi , en in de andere de Marquis de: Louvois begraaven liggen. De laatstgenoemde begraafplaats is met keurig Beeldhouw-werk door Gi— rardon, en met allerlei couleuren van marmer op-gefierd , in het Choor vindt men een zeer fchooni Schilderftuk, verbeeldende een Jlervenden Christus,, door le Sueur ; ook vertoont men 'er in de Bibliotheek des Kloosters een model van Perlemour gemaakt , verbeeldende het H. Graf te Jerufalem,, welk Kunstftuk door den Heer de Vergennes aam dit Klooster gefchonken is. Naast dit Klooster paaien 1 in dezelfde ftraat St. Honoré: De Dogters van de Ontfangenis, (les Filles rin  S f AD P AR IJ S. 5t ;rin deedt vervolgends eene andere Italiaanfche troup (overkomen, die Franfche ftukken fpeelde. Hierover 1 beklaagde de Franfche Schouwburg zig bij den Koifling Lodewijk XIV. Baron deszelfs beroemd Hoofdladteur, pleitte ftêrk ten voordeele van zijne troup, noen hij nu geëindigd hadt , was het de beurt der ■partij om heure belangens intebrengen. Dominique \ eerfte Arlequin der Italiaanfche troup , begon dus .op bevel des 'Konings zijne verdeediging met deze •woorden: Sire, wat zal ik zeggen? . . . daar op . een weinig ftil houdende, viel hem de Koning juist, zo als hij wenschte, in, met de woorden: wel, zeg maar wat ge wilt. Dit was hem genoeg, hij antwoordde: meer heb ik niet noodig, ik heb mijn zaak gewonnen 1 (hij mogt zeggen wat hij wilde ; dus ook de uitfpraak zelve doen, dat hij 't gewonnen hadde.) De Koning vondt dien trek zo geestig dat hij zijn woorden niet weder innaaien of nader verklaaren wilde. Het werdt hun dan vergund ftukken in 't Fransch te fpeelen ; maar zij maakten het kort daarop zo grof, dat Lodewijk XIV. in 1697 hun Tooneel liet fluiten, voornaamlijk om dat ze Madame de Maintenon, gelijk men meende, in de Comedie la faujfe Prude, (de gewaande Ingetogene,) ten toon gefield hadden. De Koning troostte hen toen zij zig hier over beklaagden, met deze woorden: ge hebt geen reden van ongenoegen; denkt, gij zijt te voet gekomen, en rijdt per koets wéér heen. Negentien jaaren laater deedt de Hertog van Orleans een nieuwe troup overkomen, die in 1716 in het Hotel de Bourgogne [D 2] be-  52 BESCHRIJVING dêr begon te fpeelen : zij fpeelden geheel vrij, en als 't ware uit het hoofd, hebbende enkel een be;ropt plan van den loop hunner ftukken agter de fchermen hangen, 't welk hunne uitvoering zeer natuurlijk en geestig deedt zijn, maar inzonderheid vlugge en fchrandere Acteurs vereischte. De beroemde Gherardi muntte in dit foort van geestige fpelen uit; voords werdt in 17ÓX de Opera Comique met dit Theater vereenigd , en nam deszelfs naam aan. Sedert dien tijd hebben 'er geene Italiaanen meer gefpeeld. Zij wordt om derzelver vrijheid van allerlei onderwerpen, behalven het Treurfpel, te mogen -behandelen , thands zeer menigvuldig bezocht, en is de grootfte mededinger van het Fransch Tooneel. ■ ■ De plaats waar het Theater zig bevindt wordt genoemd Les Boulevards. Deze is een fraaije wandelweg, waar vier reiën boomen , drie groote Laanèn vormen ; de middenfte is gefchikt voor rijdtuigen , en de beide zijdelingfchen voor de voetgangers ; deze wandelplaats heeft zijnen naam van het Bal/pel, (Jeu du Boule,) d?t aldaar door de jonge lieden van Parijs pleeg gehouden te worden, men noemde het eerst van de graszooden, die aldaar tusfchen de Laanen geplaatst zijn, Bouleverd, nu' door verbastering Boulevards. De Laan omringt genoegzaam dat deel der ftad, 't welk vóór de nieuwe afdeeling derzelve, den naam van la Ville pleeg te draagen, en wordt verdeeld in het Noordelijke en Zuidelijke deel. De oude of Noordelijke Boulevards, die  STAD P A R IJ S. 53 «die in 1536 aangelegd zijn, met voorneemen om alcdaar een graft te graaven die de ftad omringen zoucde, tegen de Engelfchen, die geheel Picardiën verwoest hadden , als wanneer deze Laanen tot Buittencingels zouden gediend hebben, bevat thands alllerleie vermnakelijkheeden die men flegts bedenken Ikan; want, behalven deze Italiaanfche Comedie , breed, twee piramieden met krijgstuigen behangen „ half uit de zijdftukken uitgewerkt, en draagende op> den top een' waereldbol, met drie gekroonde leliënt verfierd, rustende op liggende leeuwen, waren aam de buitenzijde naar de Voorftad zichtbaar. Bovem den boog van den doorgang was een Basreliëf,, verbeeldende het inneeuen van Maastricht, en ini de bovenlijst las men , met gulden letteren, Ludovico Magno, Qvoor Lodewijk den Grooten), aan de zijde naar de ftad was dit pragtig gedenkftuk des trotfchen Lodewijks mede op dezelfde wijze ingericht, alleen met dat onderfcheid, dat de piramieden daar niet door leeuwen , maar door twee Colosfaale beelden gefchraagd werden. Eene derzelve verbeeldde Holland, voorgefteld als een verflagene Vrouw, en gezeten op een' ilervenden Leeuw, houdende in een van deszelfs pooten zeven pijlen , toefpeelende op de zeven Provinciën. Het andere'beeld ftelde den Rhijn , in de gedaante van een Vloedgod voor. Beide deze beelden waren na de tekening van le Brun uitgehouwen door Michael en Francois Anguier; het Basreliëf boven den ingang verbeeldde, aan deze zijde, den overtogt des Konings over den Rhijn, bij het Tolhuis. Door deze Poort pleegen de Koningen en Koninginnen doorgaands nunne intreede in Parijs te doen; gelijk ook, naa htm  stad PARIJS. 5? hhun dood hunne Lijken meestal dezen weg langs, maar de Kouinglijke Begraafplaats te St'. Denis twee muren buiten Pary'r, heenen gevoerd werden. Een weinig de ftraat der Voorftad opwandelende, zziet men ter linker zijde eerst een Gebouw, 't welk ctiient om een gedeelte der paarden en rijdtuigen des « IKonings te ftallen, en van daar den naam van la i ppetite ecurie du Roi , of 's Konings kleine Jlal | ddraagt, verder voorbij deze ftallen, zijn cafernen, of. , ffoldaaten wooningen , geplaatst, zo als de Heri titog van Biron 'er twintig nieuwe in Parijs heeft ■ llaaten bouwen, in elke van welken drie Compagniën t ffoldaaten gehuisvest kunnen worden , en elke dier s ccompagniën is weder in vier afdeelingen gefeheiden, • cdie elk een vertrek bewoonen , waarin twaalf of • wijftien bedden geplaatst zijn ; naast die Cafernen • iin dezelfde ftraat ziet men : Het groot Gasthuis van St. Lazarus , l'Höpital \ ede St. Lazare , of les Fréres de St. Lazare, het sgrootfte in uitgeftrektheid 't welk in Parijs gevoncden wordt. Het was weleer een Gasthuis der Lejproozen, tot op het jaar 1625, als wanneer deze IBroederfchap 'er in geplaatst werdt. De Kerk heeft 1 mog een oud Gothisch aanzien , men heeft dezelve imet Schilderijen , verbeeldende het leven van Vini cent de Pauli, verrijkt. Voords zijn 'er veele ! Schilderftukken van Restou , Troyes en andere : meesters. [D 5] TIEN- 1  53 BESCHRIJVING der TIENDE W IJ K. (La Seclion de Montmorency.) Is een langwerpige ftrook der ftad, die ook deni li naam van de Voorftad St. Martijn, (le Fauxbourg] s St. Martin*) draagt. Ten einde derzelve naar de: ;ei ftad pleeg weleer de kunstige Poort van St. Mar- s tijn, (la PorteSt. Martin,) gevonden te worden. Dkt s was mede een pragtige Eereboog ter eere van Lo- g de wijk de XIV. opgericht; zij werdt in 1674 naa k de fchets van Pierre Bullet gebouwd, en wass i met vier Basrelieven verfierd , waar van twee de: ;t verovering van Bejancon, en twee die van Limburg] k verbeeldeden; deze fraaije Beeldwerken waren van: ie de meesters des Jardins , Marcij , l'Hongre: PI; en le Gros uitgehouwen , boven dezelve las men: è een opfchrift ter gedachtènis van 's Konings overwinningen op de Duitjeher s, Spanj'aarts en Hollan- n ders. De Voorftad inwandelende, komt men bij »e Het Klooster van St. Laurentius , 't welk reedss of in 543 bekend was; dus een overoud Gefticht;;en fchoon het door verfcheidene herbouwingen thands» w het aloude aanzien grootendeels verlooren heeft. De: Ai Kerk van dit Klooster is fraai, met verfcheiden fchoo-- k ne Schilderijen verfierd, waar onder het Autaarftuk. ea van le Pautre, verbeeldende de Opftanding, voor-- n namentlijk uitmunt. Tusfchen dit Gebouw en het |d Gasthuis van St. Lazarus, dat wij in de negende jg Wijk  stad PARIJS. 59 I IWijk befchreeven hebben , en hiertegen over ligt, ss geplaatst het Klooster der Liefdaadige Zusters, (les Soeurs de la Charité,) iieze nuttige inftelling verdient , fchoon ook ^ alle Kloosters afgefchaft wierden , in ftand te blijven. Wincentius de Pauli is 'er de Stichter van ; het ïss een regel van heure orde , om den behoeftigen en alle lijdende perfoonen, te kieeden, voeden, nerbergen, en een wijl tijds onderhoud te verfchafïen; gelijk zij ook moeten zorgen, dat dezelve aan :eenig beftendig onderhoud of werk geraaken; wegens toeure nuttige liefdaadigheid worden deze Zusteren rook zeer geacht, en door Mercier, in zijn Tableau e dde Paris, ten hoogften geroemd. De Kerk bevat miets zonderlings dat verdient aangemerkt te wor- Biten. Achter dit Klooster vindt men een groote ï [Plaats met rijën boomen bezet , welke den naam a ddraagt van [. De Markt van St. Laurentius, (foire St. Lau', nent,) hier wordt op den a8 Junij, geduurende zes weeken, tot op den dag van St. Denis, een Kermis 's cof Markt, gehouden, waarop men allerleie Kraamen [; een Spellen, Koorddansfers, Marionetten, enz. aanis ttreft , zij werdt ingefteld door Koning Philippus )e .Augustus , ten behoeve der Kloosterlingen van St. > .Lazarus. Geduurende die Kermis vindt men hier t ieen vermaak, 't welk la Redoute Chinoife genoemd t. wordt, alles op de Chineefche wijze in Tenten aan:t gelegd, men vindt 'er eene Tent (trekkende tot een te danszaal, een andere tot ververfchingen , in weder eene  <5o BESCHRIJVING der ^eene andere vindt men allerleie fpelen, als een radï van avontuuren , ringfteekfpel , groot Koninglifl jachtfpel, en allerhande andere kleinere fpelen; allesi is hier opwekkende en vrolijk, en des avonds ken-l rig geïllumineerd. De aanleg van dit Gebouw vana vermaak, is, na de fchetfen van den Bouwkundigeni 1 Mellan , en het Schilderwerk door Munich uit- ' gevoerd. Men betaalt een kleinigheid bij den in- i! gang, en het geen men verders gebruikt wordt af-J» zonderlijk betaald. 'Er worden eigentlijk twee groo- $ te Kermisfen 's jaars in Parijs gehouden, deze eni die van St. Germain, waarvan wij nader zullem w fpreeken, als wij bij de Abtdij van St. Germain „ I waar dezelve gehouden wordt , genaderd zullen iffi zijn. Deze Kermis, als in 't midden van dem « Zomer invallende, en van het hart der ftad wat af- |w gelegen zijnde, wordt minder door de Parijfenaarss^ dan wel door de Landlieden in derzelver nabuur-- f fchap bezogt; alzo de meeste Grooten en voornaa-- « me Burgers, geduurende dien Kermistijd zig meest al-- W le op hunne buitengoederen en op het land be- • '»£ vinden. ^ Om de nieuwe verdeeling der ftad te volgen, zijn !P wij nu genoodzaakt de nieuwe ftraat van Orleans fcil tot het Hotel van Luxenburg weder terug te gaan, |i£ als wanneer men het Hotel van Usfez, dat mede nog '» tot de Wijk van Montmorency behoort, voorbij gaan- *s de, in de ftraat van onze Lieve Vrouw der Overwinnin- i gen , (Rue N. D. des ViEtoires) komt, welke op de pli Place des viiïoires uitloopt, die men aantreft in de ie ELF-  stad P A R IJ S. 6t ELFDE W IJ K. (La ScÜion de la Place de Louis XVI.} Deze Place de Louis XVI. voorheen la Place^ de; '^iStoires genoemd , is een der prachtigfte Pleinen eer ftad , te midden derzelve pleeg het ftandbeeld ran Lodewijk XIV. door een faam gekroond, van verduld gegooten koper, of brons, op een marmer voetftuk ee ftaan, waarop Lalijnfche opfchriften van den beooemden Santeuil, en aan welks hoeken vier gefluisterde flaaven, mede van gegooten koper, gezien werden. Dit heerlijk Gedenkteken werdt op last wan den Heer de la Feuillade door de Beeldhouwers des Jardins opgericht. De faam en het beeld lies Konings waren in eens gegooten; rondom deze cchoone plaats zijn twee halfronde rijën van Gebouwen met Jonifche Pilasters verfierd, onder eene doorIcoopende Lijst gedicht, na de tekening van den berroemden Bouwkundigen Mansart ; op de vier hoekken dezer plaats ziet men vier Colonnades, elk van ttwee aan' elkander gehechte Jonifche Zuilen , tusffchen welke medaillons pleegen aftehangen, waarop ede voornaamfte overwinningen van Lodewijk XIV. g iin Basrelieven afgebeeld waren ; deze Zuilen dien| (den ter onderfteuning van vier groote, met Koning\ üijke kroonen gedekte, Lantaarnen, waarmede deze e plaats des avonds verlicht werdt. - Naa den dood , des Konings is deze Wijk en Plaats weder van naam ver-  6z BESCHRIJVING der veranderd, — Op dezelfde Place des Vicloires vindt t men ook Het Klooster der kleine Auguftijnen, les petitesl Per es Auguftins, of notre Dame des Vieloir es,, 't welk door Lodewijk XIII., ter gedagtenis zijner: overwinningen op de Hugenooten, gefticht is. 'Er zijn voortreffelijke Schilderftukken in de Kerk, doch i ': onder allen munt inzonderheid uit, het ftuk vant " van Loo , verbeeldende Lodewijk XIII. verzeldl1 van den Kardinaal de Richelieu ; nog is 'er eent ' uitmuntend gebeeldhouwde marmeren beeldtenis vani St. Auguftinus, door den beroemden Pigallus ver-- 0 vaardigd, welke de oplettendheid der Kunstkennereni 1 o verwaardig is. In dit Klooster pleeg weleer een Mun-- *' nik te woonen die Broeder Fiacre genoemd werdt,, * en om zijn Godvruchtig gedrag, naa zijn dood, onder' m de Heiligen geplaatst werdt; hij was zodanig geëerd,. % dat men overal zijn beeldtenis op ftelde, inzonder- B heid op de Huurkoetfen, welke van daar den naam ¥ van Fiacres verkreegen hebben. Hij voorzegde aan P Maria van Oostenrijk, Moeder van Lodewijk ^ XIV. dat zij een'Zoon zoude baaren, waarom zij, ™ ten dank dezer voorzegging, die ook vervuld werdt, Kl de gelofte deedt van eene rijke Kapel in de Kerk £: van dit Klooster te zullen ftichten, 't welk naader- «ffl hand door heur' Zoon, onder het Staatsbewind van fe Colbert , vervuld werdt. Hier aan grenst de & !I :: ■ è TWAALF-  stad PARIJS. 63 T W A A L F D E W IJ K. (La Section des Poft es.~) 1 Of de Wijk der Posterijen , om dat aldaar liet I Umt Post-comptoir gevoïiden wordt, waar men de I rrieven door geheel Europa verzenden kan : de ftraat waarin hetzelve gevonden wordt, heeft zijnen naam aan Rue Platriere, thands in dien van Rue de J. ff\ Rousfeau veranderd; wijl deze groote Wijsgeer lldaar pleeg te woonen. Een weinig ter zijde van laet Posthuis ftaat De Kerk van St. Euftachius, in 153^ gefticht, op iwerblijffelen van eene reeds in de XIII. Eeuw gejoouwde, Kapel. Zij is een van de grootfte Kerken ?/an Parijs, van eene wonderlijke, uit Gothifche en Sriekfche Bouworde beftaande, inrichting. De Preüikftoel welke met vergulde beelden, die de Hoofddeugden verbeelden, na de tekening van le Brun gemaakt is, verdient opmerking. De Reliquiekas is dde pragtigfte van geheel Parijs, en door le Pauttre , na de tekeningen van Costard , gebeeldhouwd. IDit werkftuk heeft ao.,000 Livres gekost, welke de .Hertog Regent van Orleans betaalde voor een Sehil.derftuk, verbeeldende St. Roclms , 't welk in deze Kerk gevonden werdt en waarmede die Prins zijne Gallerij wilde verfieren. Men vindt hier ook het zwaarfte Crucifix van geheel Frankrijk, weegende 1054 ponden; onder andere beroemde mannen ftrekt deze Kerk ter begraafplaatfe van den geestigen Dichter  64 BESCHRIJVING der ter Vincent Voiture die in 1640 oveileedt; dé; beroemde Taalkundige Vaugelas overl. in 1690; Francois de la Motte la Vayer overl. in 1675, Antoine Furetiere , fchrijver van een beroemd Woordenboek, overl. 1688. Isaac Benserade, eem door de fortuin inzonderheid begunstigd Dichter „ welke naa eene laating, die door een onbekwaam Chirurgijn , met kwetfing eener flagader verricht werdt „ in 1661 overleedt. Voords liggen hier nog begraaven de beroemde Schilder C. de la Fosse, overl. in 1716. als ook de groote Staatsminister Colbert ,. wiens graf aller opmerking verdient. Hij is in marmer op een zwarte zerk op de knieën liggende afgebeeld, voor een' Engel die een geopend boek houdt, De Godsdienst en Overvloed, twee levensgroote beelden, waarvan een door Coisevoix , en de andere: door Tubi gebijteld is, geeven deze Grafplaats eem luisterrijk voorkomen. Het nieuwe Portaal dezert Kerk munt mede uit in fehoonheid van Bouwkunst,, zijnde volgends de ordonnantie van Mansart ge>< fticht; hij hadt aan deszelfs opbouw eene fomme: van 40,000 Livres verdiend, welke hij edelmoediglijk aan de Kerk fchonk, en voor deze belangeloosheid voor altijd eene vrije wooning in de ftraat St,. Martre, hier nabij gelegen, bekwam. Behalven het Hotel de Charlois , treft men niets 1 bijzonders meer in deze Wijk aan j wij gaan dus over in de DER-  STAD P A R IJ S. DERTIENDE W IJ K. (La Settion de la Kalle au Bied.) Of de Wijk van de Koornmarkt, of Koornhal, üeze is ook het aanmerkelijkfte Gebouw dat in dezzelve voorkomt; het is een rond Geftkht met breeMe dikke muuren , 't welk eerst in den jaare 1762 ddoor le Camus de Mezieres , ter plaats waar het I, YHotel de SoiJJons pleeg té ftaan, gebouwd is ; bo, wen hetzelve zijn ruime Koornzolders, en van bin|. men is het Coupelsgewijze verwuifd, welke Coupel ;. ede grootfte is die in geheel Frankrijk gevonden t, wordt, hebbende 120 voet in deszelfs Diameter\. IDe Pourtraiten van le Noir , Lieutenant der Policie te wan Lodewijk XV. Philujert een oud Bouwmeesa tter onder Koning Hendrik II. wiens uitvinding men' :: i in het maaken dezer Coupel gevolgd heeft, en het Pour1 trait van Lodewijk XVI. pleegen hier, in medaillons, l : gebeeldhouwd door Roland , de fieraaden des Cou» ' pels uittemaaken; doch het laatstgenoemde heeft nu , het lot van zijn origineel ondergaan. Buiten aan den l muur van dit Gebouw ziet men een zuil van eene t Dorifche Bouworde , genoemd la Colonne de SoisJons, welke ten tijde van Koninginne Catharina j ' de Medicis , na de tekening van Bullant opgaB richt is; het is eene gegroefde zuil, waarin men van binnen langs een' trap tot boven op het plat derzelve, komen kan; zij is rondom omflingerd met festonnen , waarin gebroken fpiegels en gefcheurde lief[E] - de-  66 BESCHRIJVING der deftrikken verbeeld zijn; wijl zij geduurende den tjjtj dat die Koningin weduwe geworden was , opgee richt is ; men heeft aan den voet dezer zuil eena fraaije Fontein geplaatst, welke water uit de Seint opleevert. Men verhaalt van die Konïhginne , daa zij altijd , wanneer ze eene gewigtige zaak ftondi ter handen te neemen, op deze Zuil de fterren gim raadpleegen , wijl dié bijgeloovige Vorstin zig vooa liet ftaan , de Sterrevoorzegkunde volkomen magti^j te zijn, gelijk zij dan ook altoos deze Zuil bezog; om die kunst aldaar verder te oefenen; ja, heui bijgeloof ging zelfs zo verre, dat zij, na het verhaaa van fommige Gefchiedfchrijvers, altijd een ftuk perr gament, bereid van de huid van een gevild kind. met tovertekens befchreeven, bij zig droeg, ten ein-i de heur perfoon voor alle onheil te beveiligen. Dtf Zuil waar boven nog een fraaije Zonnewijzer van een zonderling faamftelfel geplaatst is, zoude doon de eigenaars van het Hotel van Soisfons gedoopt ge^. weest zijn; zoo de Heer de Bachaumont dit Geel denkteken willende beveiligen, hetzelve niet van de eigenaars voor 1800 Livres gekocht, en het vervol! gends aan de ftad gefchonken hadde. , Tegen cvei deze Koornhal ligt, V'Hotel des Fermes generales, of liet groot Pachtershuis. Dit Gebouw behoorde weleer mede aarrt den .Graaf de Soissons , zijnde de glafen en wandent van dit Paleis weleer overal befueeden en befchil--: derd geweest met zinnebeelden en devifen , doelen-i de op de liefde van dezen Graaf, jegens de Princess Ca-  STAD P A R IJ S. 67 ■Catharina van Navarre , Zuster van Koning MHenrik IV. Voords heeft ook dit Paleis ter wooning werftrekt aan den Hertog de Bellegarde , in wiens lieven het mede de zetel van het vermaak en der raninnehandelingen geweest is; maar eindelijk, naa den ddood van den Kardinaal de Richelieu , werdt dit :- Hotel , dat eerst der Gratiën ten verblijf verftrekf tjté, door de Zanggodinnen betrokken; daar de Fran:1< ffche Academie vervolgends aldaar heure zittingen E ofaleldt; Tegenwoordig zijn de Gratiën en Zanggou: Minnen verre van daar vertrokken , en het wordt !i ïlhands door de Commifen der Pachterijën tot een :! CComptoir van de Pachthoeven gebezigd. ' Achter dit Gebouw ftaat 1 Het Tolhuis, (la Douane,) in dit Gebouw wordt 3l ceen Comptoir gehouden , waar de Kooplieden en !I Woerlieden,welkekeopmanfchappen gelaaden hebben, £[ddezelve moeten aangeeven, om onderzocht te worgden. Hier worden alle pakken, kisten, valiefen of ;' sandere zaaken, welke naar elders verzonden worden , \ ^geplombeerd, of met een' ftempel, op een ftukjenlood aafgedrukt, voorzien, en mogen wanneer-dat aldaar t! 'f gefchied is, in geene andere Posthuizen op weg on- cderzocht worden, ten zij men vermoedde dat'er Con- ttrabande goederen federt ingepakt waren. De Voerlie!il 1 den zijn voords verpligt op de boete van 100 Livres ca i of 50 guldens Hollands, om alle hunne waaren bij de : andere Posthuizen te toonen, om daar gezien te worJ' i den, of zij geplombeerd zijn. Hier tegen over ligt s Le College des bon Enfans, maakende weleer een > [E 2] ge-  68 BESCHRIJVING der gedeelte uit van Jiet Klooster St. Honoré. Dit: Collegie of School was gefchikt tot onderwijs vani kinderen van Burgerlijken afkomst, en gedicht t door zekeren Jacques Chóeur, onder de regee-ring van Koning Karel VII. Thands is 'er alleen i een Kapel van overgebleeven , welke dien naami draagt , en denzei ven aan de ftraat waar derzelver: ffi ingang is, mededeelt. Deze Jacques Choeur wel-i ke hier ook begraven ligt , droeg bij veelen den: I roem van den Philojophifchen fteen gevonden te: hebben, naaderhand geraakte hij in ongenade bij dem Koning, begaf zig op reis naar het Eiland Cyprus i [ predikte aldaar het Euangelium aan de Heidenen,, waarvan hij veelen tot het Christendom bekeerde,, ::: waarom Paus Nicolaas V. hem ook den tijtel vani ki Befchermer des Geloofs fchonk. Hij is Ao. 1456 op: 't Eiland Cyprus overleeden. Nevens deze Kapel grenst ook De Kerk van St. Honorius, (l'Eglife de St. Ho- r noré,\) welke deze geheele lange ftraat, waar der- i zeiver ingang is , als ook dit geheel oord der ftad „ p dat eerst Fauxbourg St. Honoré, of de Voorfladl Bt van St. Honorius genoemd werdt, zijnen naam geeft.. k Deze is een zeer oude Kerk , waar aan weinig aan-- kei merkelijks voor een' vreemdeling te zien is; alzo zij; 'er zeer vervallen van buiten uitziet. Boven het: fel groot Autaar echter is een fchoon Schilderftuk, ver- - ie beeldende Christus kerende in den Tempel; de groo- • Je te Poort in de ftraat St. Honoré heeft een nieuwer te en fierlijker voorkomen , en is voorzien van twee fc Do-  stad PARIJS. 69 ij IDorlfche Zuilen , welke een fierlijken lijst draagen. |2Zo oud deze Kerk zig ook voordoet, hebben echter de dCCanonniken derzelve zeer rijke iukomflen, van huii zzen die rondom hun Klooster gedicht zijn, en hen I rmeest allen in eigendom toebehooren ; elk hunner I kkan ten minsten op aooo Livres 's jaars reekenen. I [Uit deze gaat men voords in de VEERTIENDE W IJ K. (La SeEtion de VOratoire.') Welke een der kleinfte afdeelingen der ftad verwat , en waarin niets merkwaardigs voorkomt dan thet Gebouw waar na zij deszelfs naam ontleent, tte weeten: l'Oratoire of l'Eglife de la congregation des Perres de VOratoire, de Kerk der Paters van het OraUorium, eene Maatfchappij van waereldlijke Priesters, jafhangelijk van een' Opzichter, die zelve onderworjpen is aan de Bisfchoppen, een lighaam, volgends IBossuet, waarin niemand beveelt, maar alle onderdanig zijn. Dit gezelfchap werdt in 1611 door zeikeren Pierre Berule , die naaderhand Cardinaal werdt, ingefteld, welke hier ook terftond een Ka]Pel bouwde , die naaderhand te klein wordende in ,de pra^tige Kerk veranderde, welke men thands in , deze Wijk aantreft. Verfcheide fehoone Schilderftuk!ken verfieren dezelve van binnen , . onder anderen wordt het groot Autaarftuk door Simon Vouet, [E 3] ver-  -o BESCHRIJVING der verbeeldende de aanbidding der Wijzen uit het Oosten, met recht om deszelfs fchoonen Italiaanfchen ftijl, gepreezen. Het grafteken van den Stichter der Orde, die hier mede begraven ligt, is heerlijk in marmer uitgehouwen , door Francois Auguier ; de Cardinaal wordt 'er levensgrootte op de knieën liggende te bidden afgebeeld , terwijl een Engel hem een geopend boek toereikt ; in het Choor , achter het groot Autaar, dat ook heerlijk met vergulde koperen beelden verrijkt is, vindt men ook een aantal fraaije Schilderijen, gelijk ook de geheele Kerk, die verfcheidene Kapellen en Autaaren bevat, overal rijk met Beeldwerken en Schilderftukken verfierd is, zo dat zij der bezichtiging volkomen verdient. Uit hoofde van de nabijheid van het Paleis de Louvre, waar voortijds het Hof zig bevondt, wanneer de Koning te Parijs was , werdt deze Kerk meest altijd door den Hofftoet bezogt ; dit deedt die Vaders befluiten , om hunne Kerkgezangen op vrolijker wijzen dan gewoonlijk gebruikelijk is , te ftellen, en de in den tijd van Lodewijk XIV. gebruikelijke Aria's daartoe te bezigen. Sedert hebben deze Priesters altijd een bijzonder muziek in hunne Kerk gebruikt. De Bibliotheek die bij dit Klooster is, verdient mede eene bijzondere aanmerking; in de eerfte Zaal vindt men de Pourtraiten van de beroemdfte Vaders van het Oratorium, alle door goede meesters gefcbilderd. 'Er zijn veele fraaije Manufcripten in deze Bibliotheek, welke uit meer dan 19000 gedrukte en gefchreeven werken beftaat, onder welke laatfte vee-  stad PARIJS. 7i Ivveele Hebreeuwfche, Arabifche en Griekfche, zeer Irraare, werken gevonden worden, die aldaar gefchonIkken zijn door Achilles de Harley, Marquis de iSaucy, welke Afgezant van Frankrijk bij de Potte ggeweest is, en geduurende zijne Ambasfade zig inzzonderheid toelegde om de raare gefchreeven boeken , welke hij uit de handen der Turken en onweetende (Griekfche Christenen konde breeken, te verzamelen. (Onder deze aanmerkelijke ftukken is een Hebreeuwsch SSamaritaanfche Pentateuchus, of de vijf boeken van ÏMoses , 't welk Pietro della Vai.la een Rormeinsch Ridder en beroemd geleerd Reiziger , in ede Levant gekocht hadde, van Jooden die aldaar in tgroote menigte gezeeten zijn. Hij fpreekt 'er zeiwe in zijne Reizen , gedrukt in 4to te Amjlerdam 166A. I. Deel bladz. 13. aldus van. „ Men toonde imij (te Damascus) in het huis van een' van hun ( (der Jooden) Chachams of Geleerden , vier boeken wan de Sepher Thorah, (de Wet of Pentateuchus,) ,dat is, de vijf Boeken vanMofes, met Samaritaanfche letteren , waar ik met groote naarftigheid naar zocht." (Te vooren bladz. 3- hadt hij reeds gezegd, dat hij te Samaria te vergeefsch naar Samaritaanfche boeken gezocht hadde, op welken hij van den Marauis de Saucy, toen Ambasfadeur te Conjlantinopolen, onbepaalden last ter inkoop ontfangen hadde.) „Dezeboeken waren zeer oud,en alle op groote bladen van Pergament gefchreeven. Ik deedt eindelijk zo veel, dat ik met weinig gelds, endoor de naarftigheid van mijn' Joodfchen Taalman, de Se[fi 4] ?'"r  72 BESCHRIJVING der pher Thorah tweemaal, eens in Samaritaansch, etj eens in Hebreeuwsch gefchrift bekwam. Het eerfte; fchikte ik voor Mijnheer de Saucij , die het dus be- • geerde , en aan welken ik het voort zond." Dit: keurig en zeer oud Manufcript hadt de Marquis, naai het van den Ridder ontfangen te hebben, vervol-gends aan deze Boekerij gefchonken. Het is federt: in den grooten Bijbel van Jay gedrukt, en de Engelfchen hebben het in hunne groote Biblia Polyglotta overgenomen. Dit Gezelfchap heeft groote en beroemde geleerde; Mannen opgeleeverd, onder welken meest algemeent bekend is de Vader Nicolas de Male branche';,, een diepdenkend Philofooph , wiens Recherchez de', la Verité, of'Onderzoek der Waarheid, veel geruchts; gemaakt , en in zijn' tijd veel licht in de Overnatuurkunde verfpreid heeft. Nog telt men onder de; beroemde en meest bekende Peres de l'Oratoire, dem Geleerden P. Lami , den welfpreekenden Redenaar Mas- ■ sillon, en den Boekkundigen P. le Long, die ini herbegin dezer eeuw Opzichter of Bibliothecaris; dezer Boekfchat geweest is. De geheele Maatfchap-pij dezer Vaders beflaat door geheel Frankrijk vijf- • enzeventig Huizen, daar onder begreepen de Collegiën en Seminariën, welken zij met goed gevolg onder heur opzicht en beftuur heeft. Meer aanmerkelijk, fchoon mede niet groot van omtrek is de VIJF-  stad PARIJS. 73 V IJ F T I E N D E W IJ K. (La SeEtion du Louvre.) Het Paleis de Louvre , wel waardig dat wij 'er ons een weinig bij ophouden, deelt deszelfs naam aan deze Wijk mede. Het wordt verdeeld in de oude Louvre welke eigentlijk hier gevonden wordt, en in de Gallerij van de Louvre, waarmede dit Paleis aan dat der Tuilleries verbonden is. De naams¬ afleiding is even onbekend , als de tijd waarin de eerfte fundamenten van dit Gebouw hier gelegd zijn; fommigen willen , dat het een Saxisch woord is Kasteel beteekenende, en dat het Gebouw door de Koningen van den ijlen of Merovingijchen Jlam geflicht zoude zijn; dit echter is zeeker, dat Koning Philippus Augustus of de I. in den jaare 1214. hetzelve reeds deedt herbouwen, en 'er een grooten ronden toorennevens {lichtte, genoemd la grojje tour du Louvre, in welken hij zijn' weêrfpannigen Leenman Ferrand , GraaJ van Vlaanderen, naa hem in een' flag overwonnen te hebben, gevangen hieldt; ter gedachtenis van deze overwinning ftichtte de Koning eene Kerk, ter eere van de L. Vrouw der Overwinningen, (N. D. des ViEtoires,) van welke de reeds befchreeven Place des ViEtoires, nog heuren naam draagt. Lang naaderhand, en diep in de zestiende eeuw , is die groote Toren , welke vervolgends tot een bewaarplaats der Archiven en Schatten van de Kroon, onder de volgende Konin[£5] §en»  74 B E S C -II R IJ V I N G der gen, gediend heeft, nog in ftand geweest. Deze was het teken van Heerlijk gebied , of. dat aldaar de Leenheer van verfcheiden Leenen woonde, ten welken einde die Torens , inzonderheid met een kleiner Torentjen (Donjon') 'er boven op gebouwd, voorzien waren. Van hier is nog het gebruik, dat men bij het herbouwen der Adelijke Sloten, de Torens of een der oude Torens zo lang als mooglijk is laat ftaan , ten teken dat zulk een huis nog Adelijke Leenen bezit, en recht van Adeldom heeft. Franciscus 1. deedt het in 1568. flegten , wanneer hij de fundamenten tot een nieuwen fchooner Paleis, thands de oude Louvre, aldaar liet leggen; fpaarende echter nog den Toren waarin de Bibliotheek van Koning Karel V. omftreeks 1380 reeds aangelegd was, en voor dien tijd, in aanmerking kwam; wijl zij, dat toen iets zeldzaams was, uit 900 Boekdeelen beftondt. Dit Gebouw werdt gefticht na de tekeningen van P. Descot Abt van Cligny, en het Beeldhouwwerk werdt door Jean Gougeon vervaardigd. Toen het gereed was, werdt het echter noch door den Stichter Francois 1, noch door zijn Opvolgers Hendrik II., noch Francois II. bewoond; maar eindelijk eerst dopr Karel IX. betrokken. Onder wiens wreede regeering op den beruchten Parijfchen Bruilofts, of St. Bartholomeus nacht, dit Paleis een moordhol voor de, de Seine overgezwommene, vlugtende Hugenooten werdt; want die Tyran fchoot zelve op hen , uit de venfters van dit Paleis; en in het Gebouw zelve , ja zelfs tot in de kamer van 's Konings Zuster en  stad PARIJS. 75 :Eti op beur bed , vervolgde en vermoorde men de | ivlugtende Hugenooten; 't welk alles een zonderling jwermaak aan dien Franfchen Nero gaf, welke tot I zzijn uitfpanning verkoos, met een ontblooten degen I zzijne wandelingen te doen, en elk hem tegenkomend 8 ezel of verken in den hals te hakken; als wanneer I lihij zig zeer verheugde , wanneer hij toevallig met I teen' flag den kop deede afvallen; wanneer nu eens I eeen zijner gunstelingen genoemd Lausal , juist er jcop aankwam, dat dc Koning zijn kunst aan dezen zzijn muilezel ftondt te oefenen, fchoot hij fchielijk ttoe, en vroeg hem zeer bezadigd : Wat voor twist ïSire! is 'er toch gereezen, tusfchen zijn Allerchristtelijke Majejleit en mijn Muilezel ? deze drooge iinval behieldt den ezel het leven. Vervolgends irichtte Lodewijk XII. het middenfte Gebouw op, imaar een veel luisterrijker gedaante verkreeg dit Palleis onder het beftuur van den Minister J. B. Col13ert , die hetzelve onder Lodewijk de XIV. tot , de volkomenheid bragt, waarin het zig thands nog voordoet. Het gene men eigentlijk de oude Louvre noemt, is een Gebouw dat alleen uit twee gedeelten beftaat, welke een Middengebouw en twee Vleugelgebouwen aan de hoeken hebben. Dit Middengebouw is door Lodewijk XII. vernieuwd, en maakt thands den voorgevel van het achterfte Gebouw op de Binnenplaats uit ; want de geheele Louvre doet zich thands op als een groot vierkant famenftel van vier regelen Gebouwen, welke een groote Binnenplaats tus-  76* BESCHRIJVING der tusfchen beiden hebben. Het Middengebouw is met acht Maande ronde gegroefde zuilen en de Zijdgebouwen tusfchen de vengfters met diergelijke Pilasters voorzien. Men acht inzonderheid de evenredigheeden der vengfters van dit Gebouw , waarom zij ook door laatere Bouwmeesters dikwijls nagebootst zijn. Men ziet in dit Gebouw i) in de Zaal der Cent Suis/es, nu de Zaal der Antieken , zo genoemd, om dat 'er weleer antieke beelden in nisfen pleegen te ftaan, die naaderhand naar Verfailles verplaatst zijn; eene foort van Throon of Zetel, onderfteund door vier Cariatiden of draagende Vrouwenbeelden , van eene Colosfaale grootte, die, als uitmuntend fchoon van omtrek en tekening, door alle Kunstminnaars geroemd worden. Deze Zaal werdt eertijds gebezigd tot het houden van gastmaalen en pragtige feesten, en de Koningin Cariiarina de Medicis , die alles tot heure bijzondere oogmerken 1 dienstbaar wist te maaken, deedt hier ook dikwijls i Tooneelflukken vertoonen, en gaf hier, met zeer groo- « te onkosten , Bals en andere vermaaklijkheeden, ten » einde het Hof in heur' tijd bezig te houden en te « verblinden , terwijl zij het door diergelijke listen in het ii beftuur des Rijks om den tuin leidde. 2) Het ver- i trek der Koninginne, met de verfchillende Schilder- 1 ftukken die zig in hetzelve bevinden, hebbende des- I zelfs allervermaaklijkst uitzicht over de Seine. 3) 1 De Zaal der Baden , die zeer pragtig met marmeren I Colommen , die met vergulde koperen Capiteelen I pronken, omringd isj men vindt 'er ook een ver- 1 za-  stad PARIJS. 11 szameling van zeer fraai uitgevoerde , welgelijkende IPourtraiten van de voornaamfte Vorsten uit het Huis wan Oostenrijk , van Philips de L de Vader van 1 Karel de V. af, tot op Philips de IV. Koning van Spanje; het platfond 't welk in het graauw op een gouden grond gefchilderd is , geeft dit vertrek mede een pragtig voorkomen. 4) De Gallerij van Apollo, in deze zaal is mede een platfond, waarin men de Zon op een' wagen, met al zijn Hemelftoet vergezeld, ziet zitten, men vindt 'er ook tegen, over de raamen die op de Seine uitzien, een zeer groot Schilderftuk vanLE Brun, verbeeldende den triumph van Neptunus en de Zeegodinne Thetis, het Beeldhouwwerk dat-deze geheele Zaal verfiert, is van den grooten Girardon. 6) De Zaal waar 's Konings Kabinet fchilderijen bewaard pleeg te worden , en waar naar men langs een' allerkunstigften trap opklimt, is verfierd met de beroemde, in fchoone Prenten uitgaande, tafereelen van le Brun, verbeeldende de Veldslagen van Alexander den Grooten, men vindt hier ook het bekende ftuk de Bruiloft van Cana in Galilea, door Paulo Veronese , in 't welk de Schilder zig zeiven als een der mede aanzittende gasten verbeeld heeft, dit ftuk gaat mede in Prent uit, maar is met fchoonmaaken bedorven. 5) Het Boekvertrek des Konings, waarin van alle nieuwe boeken die in Vrankrijk uitkomen , een exemplaar geplaatst moet worden. 6) De Zaal waarin de famenkomsten der Franfche\Academie, Q'Academie Francom gehouden worden, welk beroemd Gezelfcllap in  7B BESCHRIJVING der in 1637 gefficht is. 7) Die van de Koninglijke Academie der Opfchriften en Medailles , (VAcademie des Infcriptions &f Medail'**,) in 1663 onder het Minifterie van Colbert opgericht; en 8) de Vergaderzaal voor de Koninglijke Academie der Weetenfchappen, Q'Academie Royale des Sciences,) opgerigt 1691. 9) Die van de Koninglijke Academie der Bouwkunst, (VAcademie Royale d'ArchiteStU' re,) opgericht in 1671. 10) Die, waarin de Academie der Schilderkunst, VAcademie Royale de Reintures , alhier geplaatst in 1792 , heure vergadering houdt. Lodewijk de XIII. heeft het Gebouw dat op de Seine uitziet, doen ftichten, en in hetzelve mede zulk een Zaal als die der Zwitzers, met een diergelijken Throon en Beelden door den Beeldhouwer Sarrazin doen plaatfen; het Gebouw zelve is na de fchets van Jacques de Mercier, een groot vriend van den Cardinaal de Richelieu, men liet voords de Gebouwen aan de zijde van de ftraat St. Honoré mede vervolgen, ha de teekeningen van den Bouwmeester Francois Sublet de Noyërs , die in het vak der fchoone Kunsten in zijn eeuw, uitfteekend bedreeven was. De Binnenplaats of het Plein dat zig tusfchen dit uitgeftrekt Gebouw bevindt, is 63 toifes in het vierkant. Het voorfte Gebouw , de Nieuwe Louvre of het Gebouw dat door Lodewijk XIV. zo verfraaid is, ftaat tegen over de Kerk St. Germain VAuxérrois. Perrault een Geneesheer van zijn Studie, en een  stad parijs. 79 1 een Dichter, die door Boileau wegens deszejfs verfen zo zeer gehekeld werdt , heeft, daar hij ook : grooten fmaak voor de Bouwkunst hadde, de tekening tot dezen gevel ontworpen ; de grondflagen van dit Gebouw werden op den i?den Oclober des jaars 1665 gelegd, na de tekening van den Ridder L.Ber; nini , die daartoe, met onnoemelijke kosten en op : groote beloften , van Romen ontboden was ; waar hij 1 eenen grooten naam gemaakt hadde, met de ordon: nantie en verdere uitvoering van de Colonnade , welIke zig aldaar voor de St. Pieters Kerk zo pragtig voordoet. Koning Lodewijk xiv. hadt zo groote verwagting van dien vreemdeling, dat hij geboodt, dat men i overal, in alle fteden dien hij moest doortrekken om 'van Romen naar Pariis te komen, hem plegtig ont¬ vangen en gefchenken aanbieden zoude; verfcheiden 1 Hofbedienden werden hem te gemoed gezonden, om i overal zijn tafel van het beste te doen voorzien en ] hem te bedienen, en toen hij Parijs naderde, werdt hem een' Hofmeester van zijn Majefteit te gemoed gezonden, om hem te ontfangen en te verwelkomen; niettegenftaande dit alles, gaf hij, naa zijn fchets ingeleverd te hebben, te kennen, dat hij weder naar Italïên, zijn vaderland, terug wilde keeren; geevende de onmooglijkheid voor, dat hij, onder een kouder landftreek dan die van zijn geboorteland, den Winter zoude kunnen doorbrengen :. men beloofde hem een jaargeld van drie duizend Louis d'Or, zoo hij het over zig konde verkrijgen van te blijven; doch hij  So BESCHRIJVING der hij wilde volftrekt in zijn vaderland fterven. De? dag vóór zijn vertrek zondt men hem drie duizendi Louis d'Or in een verzegeld paketjen, met een pa-, pier, waarin de Koning hem twaalf duizend Livres; 's jaarlijks als een penfioen toelegde. Dit alles ont>. fiug hij zeer koeltjens , en vertrok zonder het beloofde werk afgemaakt of ten einde gebragt te hebben. Een ftaaltjen van de onbegrijpelijke trotschheid van dien Italiaan aan de eene, en van 's Konings al verflindende fpilzucht en nuttelooze uitgaveni aan de andere zijde. De Ridder Bernini dus; niet aan de verwagting die men van hem hadde,, voldaan hebbende, was men genoodzaakt naar andere Bouwmeesters het oog te wenden ; als wanneer: de reeds genoemde Perrault de zaak op zig nam,, en na genoegen volvoerde. Deze zo zeer pragtige Voorgevel is famengefteldl van eene verdieping, welke gelijklijnig loopt met de: andere zijden van dit Gebouw, voor welke dubbele: Corinthifche Colommen een pragtig bovenftel onderiteuiien, en eene Colonade uitmaaken,waarmede, tegen den muur van het Gebouw, Pijlasters van dezelfde orde overeenkomen. De Voorgevel is 871 toifes; breed, en in drie vooruit fpringende Gebouwen verdeeld , te weeten , twee op de hoeken, en een in de midden; in welk Middengebouw ook de voor-, naarafte ingang der Louvre is; de Frontefpice van dit: Middengebouw is faamgefteld uit flegfs twee onbedenkelijk groote fteenen , welke geen wedergade in alle nieuwere Gèbouwen hebben ; wijl zij elk 54 voe-  stad PARIJS. 8r. nroeten lang, 8 voeten breed, en flegts 18 duimen Mik zijn. Zij zijn uit de fteengroeven van Meudon ggehaald, waarin zij flegts één blok uitmaakten, ït welk men in tweeën verdeelde , en werden niet roor de maand September des jaars 1674 voor het [Gebouw geplaatst. Men zoude ze niet dan met de ggrootfte moeite van Meudon hebben kunnen vervoe;ren, en tot zo een hoogte als vereischt werdt, onjbefchadigd hebben kunnen bewerken en inzetten, ware het niet dat zekere kundige Timmerman, gemoemd Punce Cliquin, een zeer vernuftig werktuig Maartoe uitgedagt hadde, 't welk eenigzins zweemde' maar een ander, dat hij, weinige jaaren te vooren mjtgevondeïi hadde , om een metaalen Paard van INanci] naar Parijs te vervoeren. Het werktuig waarwan hij zig bediende om ook deze fteenen te verwoeren , heeft den Geleerden zodanig aanmerkens«waardig toegefcheenen, dat Perrault, om deszelfs rfamenfte! in geheugen te doen blijven, 'er eene afbeelding in een fraaije Kunstplaat, genoemd la machine du Louvre van heeft doen graveeren , welke, iin den laatften druk, van de doorhem uitgegeven Würuvius, voorkomt, en nog behalven dat als Kunstrprenr in de Kabinetten van veele Verzamelaars van IFranfche Prentkunst bewaard wordt. Aanmerkelijk iis voords in den Voorgevel van dit Köningüjk GeIbouw , dat alle de fteraaden der Colommen op de Ikeurigfte wijze gebijteld zijn, en alle met de Chorin' tthifche orde op het meest mooglijkst overeenftemmen, 1 ;als ook dat de fteenen van dit geheele Gebouw, zo [F] zeer  82 BESCHRIJVING der. zeer juist aan een gevoegd zijn, dat men de naaden i derzelven niet ontdekken kan , en alles zig als uit: één enkelen fteen gehouwen, voordoet, 't welk alles i veel toebrengt tot het pragtig voorkomen van dit: Paleis, 't welk zijn gelijk niet heeft , in eenig Gebouw dat, naa den tijd der Grieken en Romeinen,, gedicht is ; de kosten daar aan befteed zijn ontelbaar, fchoon zelfs alles nog niet in volkomen gereed-• heid is. Want alhoewel men in Frankrijk bekwaa- • me lieden genoeg tot den ,opbouw konde vinden,, ontboodt men dien echter nog uit Italiën, leggende: dit geheel groot getal arbeidslieden elk, voor hum hoofd, vijftien gulden daags toe. Nevens dit Gebouw paalt De Gallerij van de Louvre, (la Gallerie du Lou-vre,) aangelegd door Koning Hendrik IV. een Gal-lerij, die de Louvre, met de Tuilleries verbindt, eni zig, langs de Kaai van de Louvre tot aan de Kaaii der Tuilleries uitftrekt, bellaande eene lengte van i 227 toifes of 1302 voeten, deze echter is tot hedent toe nog niet volkomen gebouwd, maar zoude, wanneer: zij eens voleind geweest ware, alle de voortbrengfe- ■ len der Kunst door het geheele Rijk vervat hebben,, elk Kunstenaar zoude daar zijn Schilderijen, Beelden 1 en Kunstzeldzaamheeden ten toon hebben kunnen ftel- ■ len, en al 's Konings kostbaare liefhebberijen zou- ■ den hier geplaatst geweest zijn ; doch dit alles is: door de verandering van omftandigheeden thands nog; niet voltooid; niettemin heeft de Nationaale Conven- ■ tte beflooten , om dit Paleis tot een verblijf der Kun-  stad PARIJS. 83 ; Kuhften en Weetenfchappen bij aanhoudendheid te , doen dienen; zó dat men in dagen van vrede moog: lijk hier ter plaatfe weder het verloorene zal kunnen ; aantreffen. In deze" Gallerij pleegen ook weleer alle de plans van de voornaamfte Vestingen in Europa zichtbaar te zijn, alle van hout en in verheven werk gemaakt en met couleuren gefchilderd, welke zonderlinge collectie door alle vreemdelingen, met ver* baazing, als iets eenigs' in zijn foort, befchouwd is, gelijk mede het Kabinet Teekeningen des Konings, en de munt der Medailles, dat hier alles bij een is. Koning Lodewijk XIV. pleeg dit zeer pragtig Paleis de Louvre lang zelve te bewoonen, en van daar ook deszelfs meer dan gewoone pragt, zo lang tot hij zijn verblijf te Verfailles overbragt. Sedert dien tijd is dit verbaazend groot Hotel, niet anders dan door Kunstenaars en Geleerden bewoond geworden * gelijk 'er dan ook de vergaderingen van alle de Academiën in gehouden werden, en het zelfs ter woonplaatfe van verfcheiden Academisten verftrekte; voor het Gebouw is een, met grasperken zeer net verdeeld, plein genoemd la place du Louvre. Tegen over deze ruime voorplaats, en als 't ware tot een overzicht van de Louvre, vindt men de oude doch fraaije Kerk St. Germain l'Auxerrois , welke de Parochie der Louvre en de Hofkerk geweest is, toen de Koningen nog hunne refidentie in dit Paleis hielden. Zij is gefticht door Koning Ciiildebërt t. die in 558 overieedt , doch was weleer aan St. Vincent [F 2] , ff-  84 BESCHRIJVINGder gewijd ; thands ontleent zij heuren naam van St. Germain, Bisfchop van Auxerre, doch bij wat gelegenheid deze herdooping gefchied zij, is onbekend. De voorgevel dezer Kerk is, hoewel in een Gothifchen fmaak, echter zeer geregeld, en in de Symmetrie of proportie der deelen, niet wauftaltig ; maar van binnen is de Kerk duister, welk gebrek veelal ontftaat uit de menigte van gefchilderde glazen welke in dezelve gevonden worden, als ook van de gewelven , die donker blaauw geverwd , met gouden leliën en bloemen , (echter zonder eenigen fmaak of fchikking) befchilderd zijn; welke fieraaden meer dan veertig duizend Livres gekost hebben. Rondom de holte der Kerk zijn eene rij van Kapellen in de rondte gebouwd, in alle welke Autaaren en fraaije Schilderftukken , ter verfiering van dezelve, gevonden worden ; waar onder eenigen van le Brun , Boulogne , Philippe de Champagne en Seb. Bourdon uitmunten. Ook zijn 'er verfcheiden beroemde Mannen en Kunstenaars in deze Kerk begraaven; als IsRAëL Sylvestre, een beroemd Tekenaar, Graveur en PrentUitgeever; boven zijn begraafplaats hangt een fraai ftervend Vrouwenhoofd door le Brun, 't welk men zegt, dat het afbeeldfel zijner Vrouw voorftelt; Francois Malherbe, een beroemd Fransch Dichter, overleden 1628. Jean Varin, Medailleur van Vrankrijk, overleden 1672. wiens medailles van eene groote fchoonheid en zuiverheid van omtrek zijn. GuiPatin, een geleerd Geneesheer, overleden 1672. Claude Mellan , een beroemd Pourtraitgraveur, over-  stad PARIJS. 85 DDverleden 16Ü8. Jacques Sarazin, beroemd BeeldI hhouder , overleden 1660. NoëL Coypel , een uitInmuntend Schilder, wiens tafereelen, de voornaamfte I EPaleifen in Parijs, en inzonderheid Verjailhs , verI ffitren, overleden 1707. Guillaume Sanson, overlldeden 1703, een beroemd Aardrijksbefchrijver, gef llijk ook zijn Vader Nicolas Sanson , welke hier I roede begraven ligt. I De Minister Colbert, opzichter der Gebouwen Itten tijde van Lodewijk. de XIV. was voorneemens ddeze Kerk te doen flegten, ten einde hier een ruiraner plein voor de Louvre te doen maaken , op Yt welk hij een marmeren Obelisk of Puntzuil, ftaancde in een waterkom, waarin vier Dolphijnen water zzouden gefpoten hebben, wilde doen plaatfen , en woords dit plein op de treffelijkfte wijze, met Standbbeelden, enz. doen verfieren, en met een' toegang een overzicht naar de Pont Neuf doen voorzien. IDoch dit alles is door deszelfs dood achter gebleewen. Onder den omtrek van deze Wijk is mede nog Ibegreepen , de alom bekende brug over de Seine, iwelke den naam draagt van Le Pont Neuf, of de Nieuwe Brug. Dit pronkiftuk van Bouwkunst werdt door Koning Henrik 1BL in 1578 ondernoomen , onder beftuur en voligends de fchets van Jacques Androuet du Cerceau, een voornaam Bouwmeester van zijnen tijd. De Koning, vergezeld van zijne Moeder Catharina de Medicis , legde den eerften fteen tot dit werk[F 3] ftuk,  86 BESCHRIJVING der ftuk, op den poften Mai deszelfden jaars, verfcheiden perfoonen van naam fielden voords hunne poogingen in 'c werk , om den opbouw van dezen zo pragcigen Brug op allerleie wijzen te begunstigen; onder dezen telt men ook den Prefident de Thou. De groote kosten tot dit werk vereischt wordende, werden, door eene belasting op de inwooners van Parijs gelegd, meer dan toereikend gedraagen; doch verfmolten, voor het grootfte gedeelte, onder de handen van de beftuureren van dezen bouw. Zo dat het werk zelve, zo wegens de onlusten geduurende dien tijd in het Rijk heerfchende, als ook door gebrek aan geld, ftaaken bleef. Koning Hendrik IV. hervatte echter het werk, en voltooide hetzelve tegen het einde van de maand Oclober des jaars 1604, onder het beftuur van den Bouwmeester Guillaume Marchand , die deze gewigtige taak op zig genomen hadt. De Brug zelve, welke van den punt van het Eiland Notre Dame, over de beide armen welken de Seint aldaar vormt, heenen ligt, is twaalf toifes, of fchreeden, breed, eh honderd en zeventig lang; voor elke vierkante toife is, blijkens de aantekeningen en rekeningen deraanneemers, daarvan voorhanden zijnde, reeds ten tijde van den aanleg, door Koning Henrik Hf, of liever door het volk, op vviende belasting drukte , vijfentachtig Livres betaald. De Brug rust op twaalf fierlijke boogen, welke tusfchen beiden met hoofden van Sylvaanen en Dryaden, met loof en bloemen bekransd , in den, antieken fmaak,  stad PARIJS. 87 ifmaak, die het lijstwerk van den Brug draagen, ver;fierd zijn. De geheele breedte van den Brug is in 1 drie wegen of paden verdeeld, waarvan het middenfte, ter breedte van vijf toifes, voor de rijdtuigen, die hier geduurig in eene onnoemlijke menigte over en weder rijden ; en de twee overige, een weinig hooger opgehaalde, voor de voetgangers dienen; doch deze maat heeft niet overal evenredig kunnen waargenomen worden, uit hoofde van de eenigzins fchuinfche ligging van den Brug, met betrekking tot het Eiland Notre Dame; wijl de Rivier niet regt doorloopt, maar hier eenigzins eene wending en ongelijke verdeeling heurer armen maakt. In het jaar 1775 werden 'er verfcheiden veranderingen aan dezen Brug gemaakt; men verlaagde en verfmaldede voetpaden, om meer ruimte voor de rijdtuigen te laaten , en men bouwde winkelhuizen op elke der halve maanen , welke door de uitgebouwde ftijlen van den Brug veroorzaakt worden, en twintig in getal zijn, welke winkels, van ftads wege, voor 600 Livres ■ 's jaars, verhuurd worden. Het uitzicht dat dezen Brug aan wederzijde, zo wel over de Seine als over de ftad heeft , is het verrukkelijkfte wat men ergens kan aantreffen. Veele Reizigers getuigen , dat ze flegts nog twee Gezichten kennen, die eenigzins met dit gelijk te Hellen zijn , te weeten : het inkomen van de Haven van Confkantinopolen , en dat van de Haven van Gofl, de Hoofdftad der Portugeezen in de Indien. Dit heerlijk Gezicht ftrekt zig over de Seine Noord[F 4] waards  88 BESCHRIJVING der waards uit , ter regter zijde heeft men het pragtig Gebouw de Louvre , 't welke eene lange rij van als aaneengeichakelde Paleifen voorftelt, daar zij tot aan het Paleis der Tuilleries voortgaat, en eindelijk paalt aan de lommerrijke Cours de la Reine, of Rijdlaan der Koninginne, welke het Gezicht op eene bevallige wijze fluit. Ter linker zijde ziet men op het heerlijk, met twee uitfpringende Gebouwen, zig in de Seine fpiegelende College Mazann, of des Qiiatre Nations, met zijn fchoonen Coupel, waarvan nader gefproken zal worden, als ook op den Coupel der Theatynen, en een reeks andere voornaame Gebouwen, welke zig langs deze zijde der Seine bevinden ; aan ,de ftads zijde heeft de Brug een fraai en woelig uitzicht , even als een tooneel, over de Place Dauphine, welke op een fierlijke Poort eindigt. Maar meest van allen werdt deze Brug weleer verfierd, door het waereldberoemd Standbeeld van Hendrik IV. te Paard, (Staiue Equeftre d'Henri IV.) 't welk vlak tegen over de Place Dauphine ftondt : juist niet op het midden van den Brug; want dat kon niet gefchikt worden, om dat de Brug een fchuinfche rigting heeft. Dit Colosfaal Beeld ftondt weleer op een plein of platte vlakte, welke buiten den Brug naar de Seine uitgebouwd is , en eigenlijk de punt van het Eiland Notre Dame uitmaakte, op een allergunstigften ftand, wijl het de geheele Seine langs, als ook van de beide Bruggen, die, ten einde der twee armen van dezei-  stad PARIJS. 89 1 zelve, in de ftad liggen, te weeten: le Pont aux Chanjges, en le Pont St. Miehei, als ook van de geheele . Place Dauphine, en dus in een zeer grooten omtrek ge: zien kon worden, en daaglijks door millioenen men:fchen gezien werdt; wijl juist dit oord het allerdruk: fte van geheel Parijs is. Dit Gedenkftuk is begon: nen gefticht te worden den i%jlen Augustus, in den Jaare 16x4. op last van Koning Lodewijk. XIII. \ de opvolger van Hemuk IV. doch het werdt niet voleindigd voor den jaare 1635. De laatstgenoemde Koning was in 't harnas, te Paard zittenide, de helft meer dan levensgrootte, van gegooten 1 koper, afgebeeld , en ftondt op een wit marmeren ■ voetft.uk of piédeftal, aan de vier hoeken deszelfs :zaten koperen beelden, verbeeldende gebonden flaaven, welke verfcheiden krijgstuigen onder den voet ■traden, vervaardigd door Francheville van Kamei rijk, en 'op de vier zijden waren koperen plaaten, ■waarop verfcheiden opfchriften tot eer des Konings gegraveerd waren. Het beeld was getekend en ook gegooten door zekeren Kunstenaar, genoemd du Pré. Het paard was niet van denzelfden Kunstenaar, en ook niet in deszelfs aanleg voor dit beeld van dezen Koning gefchikt. Het was te Florence gemaakt door Jean de Bologne , een leerling van Michacl Angelo , op last van den Groot-Hertog van Toscaanen Ferdinand , welke eerst van voorneemen was 'er zijn eigen beeldtenis op te doen plaatfen ; want te dier tijd wist men nog het geheim niet, om een ftandbeeld te paard in e,ens te [F 5] kun-  oo BESCHRIJVI.NG der kunnen gieten. Men wil zelfs , dat dit paard geheellijk volgends het model van Tocca , een leerling van Boulogne , en niet eens door hem zeiven zoude gegooten zijn. Deze Hertog en zijn Kunstenaar u overleden zijnde , zondt Cosmus II. dit paard ten i; gefchenke aan Maria de Meoicis , de Weduwe van Koning Henrik. IV. en Regentesfe des Rijks; gi edoch het (chip waarin hetzelve gelaaden , en dat te Li- ■ 01 1>orno onder zeil gegaan was, ftrandde op de Kust: te van Normandijën, en zonk nabij- Havre de Grace,, % en dit zwaare paard bleef aldaar wel een jaar lang; ft op den bodem der zee gezonken; tot het eindelijk, naai met zwaare kosten en moeite weder opgewonden te: yr zijn, in 1613 naar Parijs gevoerd, en op deze plaats» p gefteld werdt, waar het in de jongde onlusten, naai u echter nog lang bij uitzondering 's volks eerbied, als; 't ware voor een toegift, genooten te hebben, eindelijk; j toch den 14 Aug. des jaars 1792 verbrijsfeld werdt. — s Dit geheele ftuk werks was met eenfierlijk ijferen hek- j werk omringd, teneinde het befchadigen en tegenwer- ft pen van flijk enz. tegen hetzelve te beletten, de ruimte ofl \, het plein 't welk op den Brug tusfchen dit Stand- E beeld en de Place Dauphine gevonden wordt, heeft „ |f tot heden, den naam van Place. d'Henri IV. ge- ,, draagen. Men vulde den buik van het paard 1 « met gruis van fteenkoolen, en verborg daarin eem v pergament, waarop de geheele hiftorie van het op- [ richten van dit Standbeeld , met zeer groote lette-- , ren in de Franfche taaie, gefchreeven was, ten ein- g de de laatfte Naazaat , wanneer mogelijk dit Beeld! , eens;  STAD PARIJS. 91 ccens door het woeden der tijden onkenbaar mogt geworden zijn, nog zoude kunnen zien, tot wiens eer een door wien het gefield ware; doch de famenloop wan omftandigheeden heeft dit pergament onnut geimaakt. Op een' kleinen afftand van de plaats waar dit fgedenkftuk geftaan heeft , naar de Louvre gaande, (ontmoet men een foort van Gebouw, dienende om Ihet water uit de Seine op te pompen en door de ■ftad te voeren , doch van buiten zeer pragtig geifticht, draagende den naam van La Samarilaine, of de Samaritaane, wijl deszelfs woorgevel indedaad met een meer dan levensgroote igroup praalt, verbeeldende den Zaligmaaker, welke ',Hj de Samaritaanfche Vrouw aan de Put gezeten, .haar voorzeggingen doet en verborgenheedenverklaart. Dit ftuk werks werdt eerst door Heniuk. III. aangelegd; in 1685 werdt het weder vernieuwd, als ook in 1712. als wanneer de paaien waar op het in de Seine ftaat, zeer befchadigd waren. Het is een vierkant fierlijk Gebouw , welks midden gedeelte aanmerkelijk in 't oog valt door een fraaije Groep welke op eene Conjole in de gedaante van een fchelp rust, die door een Telamon, of draagend Mansbeeld, op den nek getorscht wordt. De Groep welke rijk verguld is , beftaat uit een' Waterval, die door een Leeuwenhoofd uitgefpogen wordt , en in een kom nederftort, waarbij het beeld van den Zaligmaaker, gebeeldhouwd door Bernard, zittende verbeeld is; waar tegen over het beeld der Samaritaane ftaat, ie»-  92 BESCHRIJVING der leunende op eene waterkruik, en als luisterende naar de woorden van den Zaligmaaker, gebeeldhouwd door Frenin. Onder de kom leest men: Fons hortorum, puteus aquarum viventium; dat is: de Fontein der hoven , de Put der leevendige wateren, eene Schriftuurplaats, welke men hier gefield heeft, om het gebruik dezer Fontein aan te wijzen , door wier middel alle de Fonteinen in de Tuilleries fpringend gehouden worden. Boven de Group fteekt een fraai torentjen uit, waarin een kundig klokkenfpel hangt, dat zig alle uuren en half uuren zeer vermaaklijk laat hooren. De Pont Neuf is voords in den allerleevendigflen oord van het woelig Parijs; alles krioelt hier onder een , en de menigte van rijdtuigen veroorzaakt hier dikwijls zulk een gedrang, dat de voetgangers hun lijf niet weeten te bergen, ook is de weg hier, en overal in de drukke ftraaten van Parijs , zodanig flifkerig en morsfig, dat een fatfoenlijk gekleed mensch, onmooglijk in ftaat is , om dien weg te voet te gaan; waarom ook elk, die het eenigzins betaalen kan , een huurkoets bezigt, 't geen het- getal der rijdtuigen , op deze drukke wegen, ook niet weinig vermeerdert; daar wij nu van dezen Brug een ruim uitzicht over de geheele Seine, waar zij de ftad in- en doordroomt, hebben , zal het hier geen ongefchikte plaats zijn, om ook iets over deze Rivier aanteteekenen. De Seine oulings, en wel ten tijde der Romeinen , (gelijk wij reeds bladz. 2. aanmerkten,) Sequana genoemd, is geene der grootfte Rivieren van Vrank-  stad PARIJS. 93 J Wr ankrijk; maar 'er zijn echter weinigen waarop zo j eeen uitgeftrekten handel gedreeven wordt , en die . cdoor zo rijke Landfchappen heenen ftroomen ; van . vwaar zij fchepen voert , die van het eene uiterfte j ttot het andere , tot zelfs achttien toifes lang zijn; een het geen deze Rivier nog des te aanmerkelijker I rmaakt , is , dat een groot getal kleinere Rivieren j zzig in dezelve ontlasten , door middel van wel| kken, zij het geheele Koningrijk door, gemeenfchap rmet andere ftroomen heeft. Voords bezit deze , IRivier nog dat voordeel , dat zij alle de koopwaaj vren, die van beide Zeeën , de Noord- en Middel, Handfche Zee aangevoerd worden, gemaklijk naar de Hrloofdftad overbrengen kan. Die van de Middellandiïche Zee, door middel van het Canaal van Briarrre, zijnde een gegraaven Vaart , welker uitvinding , een uitvoering elk verbaasd doet ftaan, en welke den , azoften Maart 1641, onder het opzicht van den Carr'dinaal de Richelieu , tot volkomenheid gebragt werdt. TWat aangaat de koopgoederen, die ovër den Ocesaan van de verwijderdfte landen aangevoerd worden, (deze ontfangt de Seine in heur eigen Canaal, 't welk ! /zijne uitmonding heeft in de groote Zee, bij de iftad Havre de Grace , door Koning Francois I. ! igefticht, om dezelve tegen de vijanden van Vrank. \rijk te verdedigen. Alle deze voordeelige gemakken (dezer Rivier hebben tot de grootheid der ftad Patrijs veel toegebragt, en dienen nog, bij aanhoudendi heid, om 'er den overvloed van allerleie foorten van 1 eetwaaren en al 't noodige te bezorgen; want behalven het  94 BESCHRIJVING der bet voedfel van al wat flegts te bedenken is, voem de Rivier der Stede ook alle foorten van Bouwgereedfchappen van fteen , hout en ijzer toe. Voorhet overige leveren de heuvels van Montmartre eni Belle Ville overvloediglijk pleister of kalk, roet be— ui hulp van 't welke men gemakkelijk, en op eene: le zeer nette wijze, huizen bouwt, zo dat, in gevalle: ifl de duurzaamheid aan het gemak en de fchoonheidi ai dezer bouwftof beantwoordde, men niets voordeeli- oo ger , voor het ftichten van voornaame Gebouwen „ sj zou kunnen begeeren. Deze , voor Frankrijk ini k 't algemeen , en voor Parijs inzonderheid nuttige-: Rivier, neemt derzelver ooifprong in Bourgogne , bijj vc het fteedjen Autun, niet verre van de ftad Dyon>, in een bergagtig oord, 't welk men Sein-Sene noemt.. I Derzelver wateren zijn zeekerlijk niet zeer menigvul- l dig, noch zeer vischrijk; maar daartegen is de wei- le nige visch die zij voedt, zo veel te meer geacht». H Zij bezit inde lengte van heuren loop, anders niet veel! j bijzonders, zoo 't niet is dat zij, beneden Parijs eni è in Normandijën , door welk Landfchap zij heeneni 1» ftroomt , om zig in den Oceaan te ftorten, veell Pt meer dan eenige.andere Rivier van dezelfde grootte,, Bi flingert. Derzelver loop is zeer traag, 't welk heurr te: water des Zomers laf en fmaakeloos maakt, uitt tl; hoofde, van de aanmerkelijke ' uitwaasfeming heu~ Jt rer wateren, en des Winters is zij meest alrijj ge-- E; roerd en modderig , om dat de Marne 'er veell flijks , van de vette gronden die zij befproeit , ini lij uitftort; doch dat wordt men niet gewaar dan bo- k veni  stad P A R IJ S. 95 wen Conflans, een mijl boven Parijs, waar deze Rir wier zig met de Seine vereenigt, waarvan de Hoof dfftad echter geduurende eenige maanden des jaars grooten overlast heeft. Men heeft, uit de waarneermingenvan verfcheiden Wiskundigen , ontdekt, dat zij e fflegts een voet op de mijl helling heeft voor heuren e aafloop; dat niet zeer aanmerkelijk is , met betreki tkingtot heure lengte,en waar van heur traage gang i- cook fchijnt voorttekomen. Sommigen zeggen dat , zzij fomtijds , in heur flijk , goudftof aangefpoeld 3 Ihebbe. ï De eerfte Brug welke men de Rivier opkomende, ij woor de ftad Parijs aantreft, is , De Brug van Lodewijk XVI. (Le Pont de Louis t. .XVI.) vlak tegen over de Plaats van Lodewijk \ .XV., gebouwd in den jaare 1786; uit eene geldj. lleening welke de laatfte Koning, tot opfiering der t, IHoofdftad, toegeftaan hadde. De Heer de Perro:1 inet, eerfte Ingenieur der Bruggen en Wegen, heeft n (dezelve getekend en uitgevoerd. Zij beftaat uit vijf 1 lboogen , van eene nieuwe uitvinding , met twaalf 1 IPuntzuilen (Obelisken,) zes aan elke zijde van den l Brug, ftaande op de Capiteelen der pijlaaren , dien ir tusfchen eiken boog, den Brug fchraagen, en nog it vier, twee aan elke zijde van den opgang, welke i denzelven van vooren verfieren. De tweede > Brug over de Seine is | Le Pont Royal , of de Koninglijke Brug, deze rj ligt juist tegen over den zijdelijken ingang der Tuil). leries, en is aldaar door Koning Lodewijk XIV, * in  96 BESCHRIJVING der in piaats van een nouten Drug, cue in 10Ü4. ctoor de losdooiënde ijsfchotfen meêgefleept was , gebouwd. Deze Brug, een der fterkften van geheel Parijs, bellaar, even als die van Lodewijk XVI, pijlaaren, dieteiamen vijt boogen draagen. De rundamententot denzelven werden in 1085gelegd,als wanneer Gabriel le Grandpere , denzelven na de tekening van Mansard, op zig nam te voltooien. Het werk was bijna volbragt, wanneer men het grondwater, onder een pijlaar naar den kant van St. Germain, met geen mooglijkheid wist te dempen, toen werdt ze-, keren Jacobijner Monnik Francois Romain , die de i laatfte hand aan den Brug van Maastricht gc-flagen. hadt, 'er bijgeroepen, en hij droeg den roem weg, van boven alle Franfche Bouwmeesters , dit werk voleindigd te hebben. Men heeft op een der pijlaaren. naar den kant der Tuilleries een fchaal geplaatst,, waarop men de hoogte van het water in de Seine daaglijks zien kan. Voords komt men dan aan den derden of Nieuwen , Brug , welken wij hier vooren reeds befchreeven hebben. De Bruggen die over de andere zijden, als ook over de beide armen der Rivier liggen , zullen wij in 't vervolg, nevens de Wijken waar die in voorkomen, nader aanwijzen. Achter en aan de andere zijde van den Nieuwen Brug vindt men: La Place Dauphine, (of het Plein van den Dauphin ,) aangelegd door Koning Henrik IV. die hetze!-  stad PARIJS. y? tzdve dien naam gaf, bij gelegenheid van de geboortte van zijn' zoon Lodewijk XIII. en achter dit driehoekig Plein, dat weleer zijn fchoon uitzicht op (het Standbeeld van Hendrik IV. hadt, vindt men mog in deze Wijk de volgende Gebouwen, als: La Cour de Lamoignon, of het Hof van Lamoignnon, waar weleer de Prefident van dien naam , eeu woorftander der fraaije letteren pleeg te woonen; zzijode dit Hotel federt door den Hertog van Angoutléme betrokken. Voords nog ' La Sainte Chapelle au Palais, of 'de Heilige Kappel. Een oud , maar fchoon Gebouw, gefticht door i ILodewijk de Godvruchtige (St. Louis) in 1248. 1 ma de ordonnantie van Pierre de Montreuil; de- I zze Kapel is aanmerkelijk , wegens de Begraafplaats ' wan den grooten Franfchen Hekeldichter en Kunst- II rrechter Nicolas Boileau Despreaux , in Maart > 11711 te Parijs overleden. Bij hec inkomen dezer 1 iKerk ontmoet men een fraai Beeld, zijnde eene Mama der Ontferming , 't welk de bewondering van 1 .alle kenners tot zig trekt, doch door achtloosheid 1 tder fchoonmaake'rs , zeer veeL geleden heeft. Vers ifcheiden reliquiën, en gouden en zilveren kostbaar" Iheeden worden in deze Kerk aangetroffen; maar on1 (der dezen munt voo'rnaamlijk uit: eene verguld koperen kas, ftaande op het hoog Altaar, en bevat' tende de reliquiën, die Koning Lodewijk de Godvruchtige in het Heilige Land heeft doen opkoo• pen, te weeten: de waare Doornekroon, en een ftuk [G] van  5S BESCHRIJVING der van het Kruis van den Zaligmaaker, dat in 1575 hiet uit de Kerk geftolen werdt, en , fchoon men alles aani wende en zelfs pragtige Procesfiën hielde, waarin dei Koning Henrik de III. «n zijne Koningin, met al dei Hovelingen , te voet, de geheele ftad doorwandelden, niet weder kwam; waarom men vermoedde, dat het door den Koning zeiven aan de Venetiaanen, voot een zekere fomme, die hij te dier tijd hoog noodigi hadt, in ftilte, verpand ware,waarnaa hij'er een klein ftukjen van het waare Kruis, (ten minften gelijk hij ( voorgaf,) in een even groot ftuk hout , als dat j gene 't welk geftolen was, deedt influiten ; en dit a wordt thands nog door het volk als een Heilig reli- i quie geëerbiedigd. Voords bevat deze kas nog veela j, dergelijke ftukken uit de marteltuigen en kleederen r(, van den Zaligmaaker, welke alle even echt , doch '% te veel om hier op te noemen zijn. Dit kasjen JC heeft deze Kapel niettemin den bijnaam van de Hei- p lige doen verkrijgen; onder de andere kostbaarheedenr ^ dezer Kerk, merkt men veele juweelen en edele ge- 1 fteenten op , en inzonderheid een keurig befneeden j( Agaat Onyx, een voet lang en tien duim breed„t£ waarop een zeer betwiste Hiftorie verbeeld is, waan ^ van niemand den inhoud raaden kan, door Boudewijn II. Koning van Conftantinopel aan St. Louis; ■ verkog't; voords nog een antieke edele fteen , waarr j op Keizer Titus Vespasianus afgebeeld is , docht & welken men , in meening dat het St. Louis ver-- k beelde, een Doornkroon en klein Kruisjen in de hand! ^ Se- (el 'li  stad PARIJS. 93> gegeeven heeft, zo dat die Romeinfche Keizer daarLioor, tegen wil en dank , in een' Christen Heiligen weranderd is. Ter zijde van deze grenst ten oosten, de ZESTIENDE W IJ K. ■ (La Seiïion du Marché des Innocens.) 'j Of de Wijk van de Markt der Eethlehemfche ? Kinderen, welke niet groot is, en weinig of geene ^ aanmerkelijke Gebouwen in zig bevat, behalven: * La Holle of de Laken Hal , welke eenigzins in '! ilenzelfden fmaak als de Koorn Hal, waarvan reeds 111 gefproken is , nieuwlings aldaar , in plaats van de »ude vervallene, opgericht werdt; binnen in dit Ge- * douw is een fraaije trap met dubbele leuningen , '' rondom hetzelve heeft men winkelkasfen gebouwd, 11 .waarin allerlei foorten van goederen geborgen en te ;' «oop gefteld worden; omftreeks dit Gebouw is ook " iïe Linnen Hal, waar van mede niet veel bijzonders :ee zeggen valt, dan dat zij beiden na de tekening van i! Molinos en le Grand , met een nieuw foort van s' werwulfd geordonneerd zijn. Eindelijk vindt men f iin deze Wijk nog ir Les Religieufes de St. Opportune, of de Ceestef llijken van St. Opportune , wier beenderen in deze r' IKcrk bewaard worden ; men vindt in dezelve een ^ lkoperen Kandelaar, welken Keizer Karel V. aan deï- 2zelve gefchonken heeft. [G a] Voords  IOO BESCHRIJVING der Voords in deze Wijk niets merkwaardigs meer1 aantreffende, gaan wij over in de ZEVENTIENDE WIJK. (La SeStion de Monconfeil.) ' I Aldus genoemd na een ftraat welke dien naami draagt, hier vindt men I L'Eglife St. Sauveur, of Kerk van den Zalig— II maaker, gedeeltelijk gefticht onder de regeering vani 5 Koning Francois I. Deze Kerk is aanmerkelijk, we- i gens de Begraafplaatfen van vier beroemde Tooneel-- ï fpeelers, die in het Blijfpel pleegen uittemunten als Henri le Grand, gezegd Turlepin, of de Pot-- h fenmaaker, Hugues GuERiN,die de oude mansin de: ü Blijfpelen onnavolgbaar vertoonde , Guillot Gor— jf ju, die altijd de Doctors rollen fpeelde, en Raeuond» k Paisson , die tevens een fchrander Dichter en uit— '! vinder der Crifpin's rollen geweest is ; ook ligt ini K deze Kerk de Dichter Colletet begraaven, vviens; tij gebrekkige werken doorBoileaugegispt worden; als; 'rook de ongelukkige Dichter Jacques Vergier, welke: S< ten onrechte, voor een' zekeren Chausel, Schrijver: i» van zeker Spotdicht, les Philippiques genoemd, aan-- & gezien zijnde, door een'omgekogten moordenaar,, i» den nzften Augustus 1720. des nachts, wanneer hij' " van een' zijner vrienden, bij wien hij den avond door- • 21 gebragt hadt, naar huis ging, in de ftraat Bout du, m Monde, meteen piftqol doorfchooten werdt. ACHT-  STAD P A R IJ S. IOt .ACHTTIENDE W IJ K. (La Section de Bonne Nouvelle.) Vervat mede niet veel aanmerkelijks, als niet groot ■ van omvang zijnde. Zij draagt heuren naam na eene !Kerk genoemd n Notre Dame de bonne Nouvelle, of Onze Lieve Vrouw van goede Boodfchap. Eene Kerk, welke in . 1551 gefticht , in 1593 in den tijd der Ligue gea Iflegt, en in 1624 weder herbouwd werdt, doch niet \ veel aanmerkelijks bevat. In dezelfde Wijk vindt |. :men nog Les filles Dieu, een Klooster, 't welk ten tijde van L ;Lodewijk de Godvruchtige, door Gctlleaume, te ;e dier tijd Bisfchop vznParïjs, gefticht was, om meis1 jens van een ongebonden leven, welke hij bekeerd 8 j hadde , aldaar in te plaatfen, welker getal reeds ten 1 tijde van den bovengenoemden Koning, tot bij de , coo was aangewasfen. Dit Gefticht nam fterk toe in 5 rijkdommen , zo dat de Nonnen heure pligten, welke s in het bezoeken der zieken beftonden, allengfkens bei gonnen te verwaarloozen, waarom Kakel VIII. haar 1 in 1483 uit dit Klooster ftiet, en'er andere Geestelijke Dochters uit het Magdaleenen Klooster bij Orleans in plaatfte. Voords ftichtte deze Koning ook de Kerk j van dit Klooster , die nog voorhanden is. In de.. zelve ziet men een groot Crucifix, voor 't welke l men, in voorige eeuwen , de misdaadigen, die men ter dood bragt, om hetzelve tekusfchen, pleeg te ge[G 3] lei-  loz BESCHRIJVING der leiden, wanneer deze Geestelijke Dochters, hen op drie brooden en eenige teugen wijns onthaalden , 't welk als dan het laatfte gerecht van den Lijder, (le dernier morceau du Patiënt) genoemd werdt. Voords is deze fraaije Kerk na de tekening van Francois Mansard , met eene marmeren Chorinthifche zuilenrij verfierd, een van welke zuilen mét een Basreliëf verrijkt is , verbeeldende Christus , welke met touwen gebonden aan eene zuil ftaat. Deze touwen zijn weergaloos natuurlijk in het marmer uitgehouwen ; het ftuk zelve is, na men zegt, in Engeland gemaakt. Nevens deze Kerk vindt men ook eene groote Vischmarkt. Hier nevens paalt de NEGENTIENDE W IJ K , (La Secïion du Fauxbourg St. Denis.) Waarin niets van belang voorkomt, dan het gene wij onder de negende Wijk, die hier in en aangrenst bladz. 55. reeds befchreeven hebben. Dus kunnen wij deze verhaten, en overgaan tot de TWINTIGSTE W IJ K. (La Seclion de Boudy.) Een zeer groote Wijk, welke zig van de ftraat Boudy , tot aan de Boulevards uitftrekt , alhoewel zij, als mede tot de laatere uitleggingen van Parijs pc,  stad PARIJS. 103 behoorende, niet veele aanmerkelijke Gebouwen ver■ vat, alzo 'er nog veele onbebouwde plaatfen en tuimen in dezelve gevonden worden. Alleen treft men ] hier aanmerkenswaardig aan: L'Hopital de St. Louis, of het Gasthuis van den .H. Lodewijk, 't welk Koning Henrik IV. in 1607 1 deedt (lichten. Aan dit Gedicht is vier jaaren achtter een gebouwd, en tot deszelfs opbouw en meuibileering eene fomma van 795,000 Livres bedeed. iHier worden de perfoonen uit het Hotel Dieu, waarivan nader zal gefprooken worden, wanneer zij aan (de beter hand zijn, geplaatst, om verder volkomen Iherfteld te worden ; wijl dit Gasthuis eerst buiten .de dad pleeg gelegen te zijn. Voords vindt : men nog in deze Wijk nabij het voornoemde Gasthuis in de groote draat der Voorftad St. Martin Het Klooster der Recolleften , welke zig in 1582 ; in Frankrijk ter nederzetteden, en in 1600 begaven :zig eenigen dezer Orde naar Parijs, als wanneer zij in 1603 een groot huis in de Fauxbourg St. Martin ten gefchenk ontfingen, waar zij dan ook hun Klooster in plaatften, en naaderhand, onder Koning Henrik IV. eene fraaije Kerk dichtten , waarvan Maria de Medicis , zijne Gemaalin, den eerden deen legde, waarom die ook voor de Stichteresfe van dit Klooster doorgaat. Veele voornaame lieden liggen in deze Kerk begraaven ; ook vindt men 'er eene zeer talrijke en wel ingerichte Bibliotheek. Aan deze Wijk grenst de [G 4 EEN  104 BESCHRIJVING der EEN EN TWINTIGSTE WIJK, (La Stction du Temple.) Eene nog grooter en nog minder bebouwde ruimste , doch welker naam dien zij van den Tempell ontleent, zo lange berucht zal blijven, als de naa-. gedachtenis der laatfte Koning en Koningin vani Frankrijk, aan welken dat Gebouw ter gevangenis; verftrekt heeft, nog in geheugen blijven zal. Daarr dit nu het aanmerkelijkfte Gebouw is , dat in deze; Wijk voorkomt , zullen wij 'er ook een' aanvang; mede manken. Be Tempel was eertijds de vergaderplaats van de: Orde der Tempelheeren , of Tempeliers, in Parijs „ welke Orde door een bevel van het Concilie te: Vitrine, gehouden den tzjlen Maart 1313. onder de: regeering van Philips de Schoone ten eenemaal vernietigd, en de Ordensheeren alom vervolgd en vermoord werden. De oorfprong tot deze vernietiging was als volgt: De Kruisvaarten en Pelgrimadiën naar het Heilige Land, door de volkomen verovering van dit geheele land door de Turken, nu opgehouden hebbende, hadden de Ridders van den Tempel, welker: post het eerst geweest was, om de reizigers die: naar deze gewijde oorden toogen, te begeleiden, en 1 voor alle gevaar te beveiligen., nu niet meer te doen,, fn vonden dus, in deze hunne rust, gelegenheid! orfii  stad PARIJS. I05 om groote fchatten opteleggen ; deze nu, gevoegd bij de ledigheid , bedorven doorgaands de zeden; men wil althands, dat zij zig tot groote ongeregeldheeden overgaven , immers hunne befchuldigingen waren niet minder, dan van Toverij, onnatuurlijken • wellust, aanbidding van den boozen geest enz. weli ke zelfs tot in het ongeloofelijke en belagchelijke i- liepen ; zo dat veelen denken, dat hunne rijkdommen n hen in de oogen der overige Geestelijkheid wel s meest misdaadig maakten; wat 'er ook van zij, Paus r Clemens V. en Koning Philips de Sclwune begonï nenhen, op de veele aanklagten die men tegen hen g opmaakte , te vervolgen, cn hunne orde te vernietigen, zo zelfs, dat men terftond negenenvijftig hune ner Orde, op liet Plein dat thands den naam van la S Place Dauphine draagt, aan de brandpaal door een e langzaam vuur, het leven deedt eindigen; op verfcheiden Ie andere plaatfen der ftad rigtte men nog diergelijke grouwelijke tooneelen met hen aan. Jacques de Molay , Grootmeester dier orde, onderging naa eene zevenjaarige gevangenis in 1314. in tegenwoordigheid des barbaarfchen Konings en het geheele oni- menfchelijke Plof, ter zelfder plaatfe, waar zijne Ort desgenooten den dood ondergaan hadden, hetzelfde j. }0t. Men wil dat deze ongelukkige ftervend den :t Paus en Koning, beiden met veel naadruks, voor den ie Richterftoel van God uitdaagde, immers het is zeen ker , dat de Heilige Vader nog binnen de veertig , dagen, en de Koning nog vóór het einde des jaars [G 5] die,  lo6 BESCHRIJVING der die, voor hun vreesfelijke, reis aannamen. De Tempel, te dier tijd een rijk gemeubileerd Paleis, was , reeds ten voordeele van Koning Philips de Schoone verbeurd verklaard, die 'er ook geduurende de jaaren van vervolging, zijn Hof reeds hieldt, en denzelven vervolgends aan de Ridders van St. jan van Jerufalem verkogt, welken 'er vervolgends eenigen tijd gebruik van gemaakt hebben , en deszelfs geheelen omtrek tot een verzameling van Gebouwen, alle op het groot Prioraat van Vrankrijk betrekking hebbende, gemaakt hebben. Dit groot Prioraat heeft deszelfs hooge, middelbaar e en laagere rechtsoefening, en een jaarlijks inkomen van 200,000 Liyres, van alle de Domeinen die aan hetzelve verbonden zijn, waarvan men echter 40,000 Livres belasting, die op hetzelve liggen, aftrekken moet. De Hertog van Angoulème, geboren den 6den Augustus 1775, een.Zoon van den Graaf van Artois, was, tot op de verandering die in dit Rijk voorgevallen is , Groot Prioor van dit rijke Prioraat. De plaats zelve is van zeer ruimen omvang, en vervat veele wooningen, waarin perfoonen T die zig daarin met der woon begeeven, om geenerlei fchulden , zo lang zij binnen dezen omtrek zig blijven ophouden, aangefproken of gearrefteerd kunnen worden, wegens het hooge en vrije rechtsgebied dat dit Prioraat binnen deszelfs muuren oefent ; dit maakt, dat de inwooners dezer plaats meestal ban- ke-  stad PARIJS. 107 Ikeroutiers, en verloopen lieden, ambachtslieden en winkeliers zijn, die zig wegens hunne fchulden nerÊgens meer veilig oordeelen. Het Gebouw van buitten is in een zeer pragtige en kostbaare wijze met • (Chorintifche colommen tusfchen de venfters ver1 lfierd, die echter geen zeer grootsch voorkomen ( ;aan het overige van dit Gebouw geeven , wijl de 1 1 veele ongeregeldheeden die 'er tevens aan ontdekt t 1 worden , terftond te zeer in 't oog loopen. Het, ; zelve is door Jacques Souvré Grootprioor van .Frankrijk, gefticht. De geheele plaats waaraan dit • (Gebouw ten ingang verftrekt, is met een hoogen i :muur omgeeven, langs welken verfcheide torentjens 1 .geplaatst zijn , welke dit Gebouw het aanzien van ■ ieen zeer fterke Vesting geeven. De groote Toren | die tot een Arfenaal en Bewaarplaats der Archiven ■ dient, welke door vier kleineren omringd wordt, is 1 , gefticht door Broeder Hubert , Thefaurier, der Tempeliers, welke in 1222. overleedt. De Kerk welke mede in deze ruimte begreepen is, is in een Gothieken fmaak, en zoo men wil in na1 volging van die van St. Jan te Jerufalem , ge< bouwd. In deze pleegen alle de Ridders van i Maltha begraven te worden. Het nog nieuwlings 1 in den antieken fmaak gebouwde groot Altaar , is , voorzien van een glad gepolijst ijzeren hek, en het Autaarftuk verbeeldt een Geboorte, en is gefchilderd door Suvée. Men ziet voords nog in dezelve een fraaije Graftombe van zwart marmer, ter naagedach-  io8 BESCHRIJVING der tenis van Amador de la Porte, een in 1640 overleden Grootmeester der Mahheefer Orde. In de Kapel van den Heiligen Naam Jefus, die mede: binnen dezen omtrek nevens de Kerk gevonden wordt, vindt men een ledig Graf of Cenotaphium; van Philippus de Villiers de l'Lsle Adam, Grootmeester der Malthezer Orde , in 1534. te Maltha', overleden. ' Nevens den Tempel grenst nog een Klooster der1 Filles St. Sauveur , waarvan niets belangrijks te: melden valt. Verder op, naar de Boulevards, vindt men weder een. der Wagthuizen of Cafernen, waarvan wij bereids elders melding gemaakt hebben. Voords levert deze groote Wijk niet veel bijzonders meer op, waarom wij overgaan tot de TWEE EN TWINTIGSTE WIJK. (La SeEtioiï du Ponceau.) Zo genoemd na eene ftraat die dezelve doorkruist. Deze Wijk is klein, en bevat mede niet zeer aanmerkelijke Gebouwen, alleen komt ons hiervoor: Het Gasthuis der PI. Drieëenheid, l'Hopital de la Trirdtê, het welk, behalven een fraaije Kerk, die in 1671 gefticht , en pragtig van vooren met een dubbele Choriinifche zuilenrij verfierd is, anders niet veel  stadPARIIS. 109 'Veel aanmerkelijks van binnen bevat. Het Gasthuis .zelve is, na men wil, reeds in 1202. gefticht, wijl 1 men zekeren Jean Palle en Guillaume Escuacoi. :in eeneri brief van den Bisfchop van Nemours in 1210 gefchreeven, als de Stichters daarvan genoemd 'vindt. Het dient thands voor een Weeshuis, waar i in een getal van honderd jongens en zesendertig meistens, in allerleie Kunsten, Weetenfchapnen en Hand■ werken onderweezen worden. DRIE EN TWINTIGSTE WIJK. (La Setïion des Grave/fm.) Levert meer voorraad van Gebouwen op, eu wel 1 eerst komt ons daar in voor: Het Klooster der Vaders van Nazareth, (Les Pe- :res Nazareth,]) welke Orde heure ffichting aan den Cancelier de Seguier, die hier ook begraven ligt, in 1637 verfchuldigd is. Zij hebben een fraaije Kerk met een Altaarftuk, verbeeldende de Boodfchap aan Maria, van le Brun , welke hetzelve uit achting voor den Stichter, aan wien hij al zijn fortuin te danken hadt, aan deze Kerk fchonk ; doch het is niet volkomen af. Nog is hier, in een der Kapellen, een fraai ftuk van Jouvenet, dat door de kenners zeer geroemd wordt. Voords is het bouwen dezer Kerk niet weinig onderfteund door eene fom van 5000 Livrei in Louis d'Or, welke een onbe- ken-  110 BESCHRIJVING Oer. kende, ten dien einde geduurende den opbouw, bij eene Colom neörgelegd hadden. Het Klooster van St. Laurens, (St. Laurent,) reeds in 543 als een Klooster bekend , en vervolgends door verfcheiden verbouwingen, eindelijk tot een fraai Klooster geworden. Het Autaar is na de tekening van le Pautre gebeeldhoud , en Blonöel heeft het Choor op eene pragtige wijze met Beeldhouw-werk voorzien. Hier bij vindt men een Klooster genoemd: Les Madelonnettes , of zo veel als het Klooster der. Magdaleentjer.s, 't welk zijn oorfprong verfchuldigd is aan de liefdaadige Godsvrucht van zekeren Koopman in Wijnen, genoemd Robert Montoy, die op zekeren tijd twee Hoertjens op ftraat ontmoetende , door dezelve op het ernftigst verzocht werdt, haar uit dat leven , waarvan zij zeiden een waar berouw te hebben , te willen verlosfen. Hij geleidde haar tot zijnent, bekeerde haar verder tot een Godvruchtig leven, en befloot tevens met een' Priester, een' Capucijn en een' Officier, die over deze daad van bermhartigheid zeer getroffen waren, om, door de geheele ftad, zulke ligte meisjens op te zoeken, dezelve, zoo het mogelijk ware, te bekeeren, en 'er een Klooster voor te ftichten, waarin zij den tijd en rust zouden genieten om de ongeregeldheeden van hun voorgaand leven, als andere boetdoende Magdalena's te beweenen. Zij werden in dit hun Godvruchtig oogmerk onderfteund door Margaretha Gravinke van Gondij, welke bij heur af-  stad PARIJS. iii saffterven een fbraine van 100,000 Livres aan deze ^Stichting afftondt, waar Koning Lodewijk XIII. nog eeen jaarlijks inkomen van 3000 Livres bijvoegde. IDe Kerk die in 1680 voltooid werdt., heeft niets zanders bijzonders , dan dat men 'er eene Kapel in aziet, die getrouwlijk na het model der Kamer van (de Lieve Vrouw, welke den vreemdelingen te Lo■iretto in Italiïn als iets zeer zonderlings en Heiligs cgetoond wordt , en waar van wij bereids melding sgemaakt hebben, gebouwd is. Tegen over dit Vrouwenklooster ligt het Klooster iSt. Martin des Champs, weleer eene kleine Kapel, cdie door de Noormannen ten eenemaal verwoest zijnale, door Koning Henrik I. weder opgebouwd, en c'door Philippus de I. in 1079 veel verbeterd werdt. DDit Klooster dat nu nog voorhanden is, werdt eerst iin 1620. volbouwd. Het is aanmerkelijk zo wegens eeen zeer fcboonen trap die men in hetzelve aanttreft, als ook wegens veele fraaije Schilderijen van wan Loo, en andere Franfche meesters, die in de IKerk gevonden worden. Het groot Autaar is geIbeeldhouwd na de ordonnantie van Mansart, men jziet 'er ook een kleine Bibliotheek , in welke een IManufcript, behelzende de Euangelieën volgends de ILatijnfche overzetting, Vulgata genoemd, op pergaiment met gouden letteren gefchreeven, is, en dat men 1 houdt voor ten tijde van Karel de Groote ver'vaardigd te zijn. De Geestelijken van St. Martin : zijn Souverein in hunnen omtrek, onder welken de Markt  Ii2 B E S C II R IJ V I N G der Markt van St. Martin, ingericht in den jaare 1765 mede begreepen is. Aan dit rijke Klooster grenst een diergelijk, genoemd : St. Nicolas des Champs, 't welk weleer niets anders dan eene kleine Kapel, ten gebruike van de bedienden van het Klooster St. Martin des Champs geweest is, waar aan het ook zelfs nog heden onderhoorig is. Thands praalt het met een i'choone Kerk, welkers hoog Altaar met een fchoone Chorintifche zuilenrij verfierd is, 'er is een Altaarff.uk door Vouet, als ook vier levensgroote Engelen van Pleister, welke Sarassin, naa zijn wederkomst uit Itali'ên, maakte, en waar mede hij veel eer inleide. 'Er zijn voords verfcheiden fraaije Schilderijen in deze Kerk, doch zij is voornaamlijk beroemd door de Begraafplaatfen van Wilhelmus Budeus, de Geneesheer van Francois I. van wien verhaald wordt, dat hij doorgaands zo afgetrokken ftudeerde , dat als hem zijn knecht eens op zekeren tijd verfchrikt en verlegen bekend maakte, dat zijn huis in den brand, ftondt, hij hem toefuaauwde: Óch kaerel! zeg dat) aan mijn Vrouw, ik kan mij met geen keukenzaaken 1 bemoeijen ; en door de Begraafplaats van den waereldberoemden Profesfor in de Wiskunde en Wijsgeer Petrus Gassendus , de bekende mededinger van Renatus Descartes , die de leer over de Atomen en het ledige van Epicurus en Democritus weder hernieuwde, en 'er den grondflag tot zijne  stad PARIJS. 113 fine Wijsbegeerte van maakte , die thands nog voor He meest redelijke in deze ftoffen gehouden wordt. Deze Wijk nu bezichtigd hebbende, kunnen wij, ma geleide van den platten grond, fchuinsch overIteeken in de VIER EN TWINTIGSTE WIJK. (La SeÜion des Lombards.) 1 Men treft in deze Wijk, in de ftraat St. Denis, 1 eerftond aan de Kerk St. Leu & St. Gillis, eene 1 Kerk die in den jaare 1235 gefticht is , en weleer 1 uan de Geestelijken van St. Magloire, welker Abtdij i nier nevens grenst, pleegt te behooren, doch nu eene • Parochie op zig zelve uitmaakt. In den jaare 1727 i ss aan den toren dezer Kerk, eene, in de Bouwkunst i zonderling merkwaardige, proeve gedaan , te weeten 1 'ien geheelen houten klokketoren, met klokken en al, ' ilie door bouwvalligheid der fundamenten dreigde in ! lee ftorten , is geheel vervoerd en op een' anderen ! saieuw gemetfelden fteenen voet geplaatst. De af! [ïtand tusfchen deze twee torens befloeg eene ruimte wan 24 voeten. Deze zeer ftoute kunstbewerking t ggéfchiedde onder het opzicht en volgends het plan r wan een' zeer bekwaam Timmerman, genoemd Guil; ileaume Guerin l'ainé , en werdt, tot verwonde- • rring van alle deskundigen, zonder den geringften teggenfpoed op den ijlen en ïoden Oclober deszelfden { jaar volbragt. [ff] Het  ii4 BESCHRIJVING der. Het Altaarftuk van Francois Porbus wordt doot de Kunstkenners zeer hoog gefchat ; men zegt datt de groote Poussin hetzelve voor het beste hieldt, dat hij immer elders gezien hadde. Voords vindt > men in het Choor nog verfcheidene fraaije Schik rc derftukken, onder het welke een uitmunt, verbeeM (0 dendeLodewijk XV. welke, in zijn kindschheid, om-i pi ringd van het geheele Hof, zijne Kerkgelofte doet; 1* ook is hier het Grafteken van de Gemalin des Pre-: ï fidents Lamoignon , door Girardon op eene eerw io voudig grootfche wijze gefticht, bezienswaardig, aW KI ook een Tafereel van de Emausgangers, dat men ir: o eene kas heeft moeten fluiten , om dat het gevaat: v liep van geftoolen te worden. Hier tegen over en nevens ligt het Klooster der v Boetvaardige Dochters van St. Magloire, (Les p Filles penitentes de St. Magloire,) in 1496 ingeftela door zekeren Cordelier, genoemd Jean Tisseran ii welke door zijn ijverig prediken tegen de ontucht, k veele vrouwen en meisjens die zig daaraan fchuldig; Ik gemaakt hadden, bekeerd hebbende, dezelve hier jn lig een Klooster bij een bragt, waar zig welhaast meet k dan twee honderd uit eigen beweeging bijvoegden, óij en Koning Karel VIII. wettigde deze zijne inftell k ling; doch het oogmerk is thands niet meer'om 'et: 80 oneerbaare Dochters in opteneemen. Zij moeten bi thands alle altijd van een goed gedrag geweest zijn.1 f\ De Kerk bezit niets bijzonders, dan alleen het Graf-' . teken van Blondet , zijnde een koperen in bas-; reliëf gewerkte plaat, door den beroemden Gon- geon..  stad P A R I] S. 115 «>jeon. In de nabijheid dezer Kerk ontmoet 1 men aan de overzijde der Rue de Venife I De Kerk van het H. Graf, l'Eglife du Saint SeiïïQulcre , gebouwd in den jaare 1326. voor de PelJgrhns die naar het H. Graf gaande, door deze ftad trokken, en aldaar eenige dagen gehuisvest en gejpjjsi werden. Het Altaarftuk van den grooten le 33run is hier, door den Minister Colbert , gefchon«en. Het portaal dezer Kerk is met een menigte t Ikithieke Beelden overlaaden , boven de deur' des li Kloosters ziet men een Christus beeld dat zeer geil coemd wordt, gebeeldhouwd doorjEAN Champagne, II ïeen leerling van den Ridder Bernini. Aan gene zijde van Rue des Lombards of Lom~ 'i'mrd ftraat, waarna deze Wijk heuren naam ontfanl ggen heeft, vindt men het j; Gasthuis vanSt. Catharina, welke Geestelijken drie tj Jdagen lang, arme Dienstmeiden die buiten dienst zijn, :, ohuisvesten: ook zijn deze Geestelijken verpligt,om de ij ddoode lijken, welken wel eens hier en daar in deze magi ttige groote ftad op ftraat gevonden worden , of ook ver(l ddronken en opgehaalde perfoonen, welken men eenige 5 cdagen in het Chatelet ten toon fielt, of ze ook door •1 Ihunne famielje herkend mogten worden, te begraven, 'a iBoven de deur van dit Gasthuis heeft men het beeld | wan St. Catharina, door Renaudin gebeeldhouwd, l 'geplaatst. if. Hier nevens grenst de :■ [H 2] VIJF  ii6 BESCHRIJVING der VIJF EN TWINTIGSTE WIJK. (La Seclion de la Rue Beaubourg.') In deze komen ons ten eerfte voor De Carmelieten van de ftraat Chapon, les Carmtlites de la Rue Chapon , welke in 1619 gefticht werden door Catharina van Orleans, Vrouwe van Longueville. De Kerk vervat niets bijzonders. — Hier bij ligt in de ftraat St. Martin de Kerk St. Julien des Meneftries of St. Juliaan der Violisten, zo genoemd, wijl tweeVioolfpeelers Jacques Grare en Hugues le Lorrain de Kerk in 1330 gefticht hebben. De Broederfchap of het Gilde der Vioolfpeelers heeft vervolgends veel tot deszelfs verfiering bijgebragt. De inftrumentfpeelers hebben het recht om jaarlijks te onderzoeken of de Geestelijken deze Kerk wel onderhouden, als ook om 'er een Kapellaan te benoemen. Onder de Gothieke beelden der Heiligen, waarmede dit Portaal verfierd is, ziet men 'er ook een die druk bezig is op de viool te fpeelen , 't welk hij zeer wel zou verrichten, zoo zijn ftrijkftok maar niet gebroken ware. Tegen over dit Klooster ontmoet men twee fraaije Hotels, als: L'Hotel de Beauvais, dat na de ordonnantie van le Pautre gebouwd is, en VHotel de Caumartin, dat een fraai uiterlijk voorkomen heeft. In deze nabuurfchap is ook nog het Klooster St. Avoye , en het Hospitaal van St. Merri, i doch  stad PARIJS. 117 edoch waarvan niets zonderlings te berichten valt, iwaarom wij overtreeden in de ZES EN TWINTIGSTE WIJK. (La Settion des Arcis.) Deze zeer kleine Wijk, die van een dus genoemcde ftraat heur' naam ontleent, geen enkel aanmerkellijk Gebouw bevattende, verpligt ons onze aandagt tte wenden naar de ZEVEN EN TWINTIGSTE WIJK. (La Se&ion des Enfans Rouges.) Hier treffen wij terftond aan Les Enfans Rouges, zijnde een foort van Kinderlhuis, dat niets aanmerkelijks vervat; als ook een 1 weinig meer naar de Seine, Het Klooster der Paters Franciscaanen , les Pei res St. Francois , waarvan mede niets belangrijks te : zeggen valt. Vocfrds vindt men in deze Wijk. L'Hotel de Soubife. Dit fraai, en in zijn oirfprong oud Paleis, behoorende eertijds aan den Conneftabel Olivier de Glisson, werdt geduurende eenigen tijd l'Hotel des Graces, of het Paleis der Genade genoemd, om dat Karel VI. hier de Burgers van Parijs, die over zekere nieuwe belasting in 139a oproerig waren geworden, bij een hebben[H 3] d«  iiS BESCHRIJVING der de doen roepen, hun alhier openlijk vergiffenis fchonk,, en hun, in plaats van hen te ftraffen over hunnen opftand, de gunst betoonde van hen in eene geldboete: re verwijzen, die veel hooger was dan de fchatting; eens beloopen zoude hebben; dit ondenusfchen was i al wat zij konden verlangen. In vervolg van tijd, kwam dit Paleis , een der aanmerkelijkfte welken men in Parijs aantreft, in bezit van de Hertogen van Guife , wier naam het langen tijd gedraagen heeft. Deze Prinfen hadden zo veel deel in de buitengewoone voorvallen der eeuw, welke zij beleefden, dat hunne gefchiedenis het voornaamfte gedeelte 'er van uitmaakt. De Koning Henrik, Hertog van Guife, bijgenoemd le Balafré, of' dit een fneede in 't aanzicht heeft, liet den Kardinaal zijn' Broeder, in het Kasteel van Blois , waar de Staaten van Frankrijk bijeen geroepen waren, op den 23 December 15S8 het leven beneemen, om aan de wanorden welke Frankrijk federt veele jaaren fchrikkelijk verfcheurd hadden, paaien te ftellen. Dit Paleis , 't welk een ruime plaats beflaat, draagt nog eenige tekens van deszelfs oudheid. De oude Poort , die weleer ten ingang diende, heeft nog twee groote oude torens overbehouden, waar tusfchen zig de Kapel bevindt, in welke nog fommige Schilderftukken al fresco (in natte kalk) gevonden worden, welke door Messer Nicolo, een Florentijn, vervaardigd zijn. Deze was een der beroemde meesters , welken de Koning Francois I. uit Italië opontboodt , om zijn Lustplaats Fontai- ne-  STAD PARIJS. 119 wel eau te verlieten, waaraan hij veel vlijt en kosten befteedde. Francois de Rohan, Prins van Soubife, die dit Paleis federt 1697 ten eigendom bekwam, heeft 'er verfcheiden vermeerderingen en verbeteringen in gemaakt. Men heeft deze verbouwing in 1706 begonnen onder het opzicht van la maire. Thands is de nieuwe en voornaame pragtige ingang van dit Hotel in la rue de Paradis, deze is, bij wijze van een half cirkelrond, in welks midden een heerlijk, met Chorinthifche Colommen gefchoorde Eerenpoort, waarop de wapens van Soubife door verfcheiden levensgroote zinnebeeldige figuuren, waar onder Hercules en Pallas, door Cousteau, gedragen worden, over deze Poort en Zijdgebouwen van dit halfrond loopt een breede Gallerij , welke met een fierlijke baluftrade omgeeven is, aan welkers uitfteekende hoeken pragtige Tropheën van krijgstuigen door helmen gedekt, gevonden worden; op de hoeken zijn twee ruime Paviljons of uitfpringende vierkante Gebouwen , van waar de Gallerij of Corridor , naar het agterfte Gebouw, of oude Paleis, doorgaat, laaiende een lugtige en zeer ruime binnenplaats, tusfchen de Voorpoort en dk fraai Hotel zelve, welks voorgevel mede een zeer pragtig aanzien heeft, daar die uit twee verdiepingen, door een trotfche Frontefpice gedekt, beftaat; tusfchen de raamen met Chorinthifche Colommen verfierd zijnde ; in de Frontefpice verfchijnen weder de wapens des eigenaars, en boven,opdefchuinfche lijst derzelve, rusten twee ÏH 4] meer  120 BESCHRIJVING der meer dan levensgroote Beelden door Lorrain , verbeeldende de Voorzichtigheid, en den Roem, welke het geheel een zeer trotsch voorkomen verfchaffen. Van binnen is dit Hotel niet minder bezienswaardig, door de uitmuntend kunstige trappen, die elken Bouwkundigen verwonderd doen (laan : voords zijn alle de vertrekken en meubilen, (althands vóór de omwenteling) na gelang geweest. - Men vindt hier ook de rijke Bibliotheek van de beide alom bekende Geleerden de Thou's , die weleer een der beroemdfte van het geheele Koningrijk was ; de Cardinaal de Rohan hadt zig dezelve in 1706 eigen gemaakt. Men pleeg zig ook weleer over de groote zaal, na de ordonnantie van Boffrand gebouwd, te verwonderen, in welke de fabel der minnaarijen van Cupido en Pfyche , door de kunstige hand van Natoire keurlijk gefchilderd is; als ook een fraai Pourtrait des Cardinaals door Rigaud. De tuin is eene algemeene wandelplaats , waarvan de hier in deze Wijk woonende Burgers , die anders ver van andere tuinen afgelegen zijn, veel gebruik maaken. Hier nevens aan ligt Le Palais Cardinal, welk Hotel hier aan gevoegd is door Armand Gaston de Rohan, Bisfchop van Straatsburg en Cardinaal, 't welk men daarom ook wel het Hotel van Straatsburg noemt, deszelfs voornaamfte ingang is Rue du Temple. Schuinsch daar tegen over ligt het Klooster van de Religieux de St. Mercy, of de Geestelijken van St. Mercy, een zeer fraai opgebouwde Kerk. Het AU  stad PARIJS. iai j Altaar is gebeeldhouwd door Anguier , de Geesitelijken zan deze Kerk moeten, volgends hunnen i Ordensregel , de bij de Turken gevangen Chris■ tenen niet , alleen afkoopen , maar zig zeiven , ingevalle de afkooping niet met geld gefchieden kan , in derzelver plaats, in flaavernij begeeven. Niets belangrijks in deze Wijk meer voorhanden zijnde, gaan wij over tot de ACHT EN TWINTIGSTE WIJK. (La SeEtion de la Place Royale.]) Waar ons terftond het Plein voorkomt, waar deze Wijk heuren naam van ontleent; te weeten: La Place Royale , of het Koninglijk Plein, een volmaakt vierkante ruimte, die met fraaije Gebouwen omringd , en door Koning Henrik IV. aangelegd is. Lodewijk XIV. die Parijs doorgaandsch uitneemend verfierd heeft , is ook de verbeteraar van dit Plein, het welke hij met graszooden beplant, en met een fraai ijzeren hek omringd heeft. Op het midden deszelfs ftondt weleer het metaalen Standbeeld te paard van Koning Lodewijk XIII. op een groot voetftuk van wit marmer , aldaar opgericht den 27 November 1639. Het paard was vervaardigd door Daniël Volterre , een leerling van den beroemden Schilder en Beeldhouwer Michael A1ngelo di Buonarot-ti , doch het "btsld des Konings [ff 5]  i£2 BESCHRIJVING der is door Biard le fils gemaakt , wijl de dood den eerstgenoemden Kunstenaar zijn' arbeid deedt ftaaken. Verfclieide Latijnfche en Franfche opfchriften, zo ter eere van den Koning als van zijn' Staatsdienaar, den Cardinaal de Richelieu, vetfierden het voetft.uk. Tegen over dit Plein vindt men: Les Hospitalieres de la Place Royale , of l'Hofital de Notre Dame, dit Gasthuis aan de Maagd Maria gewijd , was weleer gefticht in 1624. Men vindt, behalven een fchoon Autaarftuk van Coypel in de Kerk, niets zonderlingsin dit Gasthuis, waarin 21 arme zieke vrouwen kunnen geherbergd en opgepast worden. Het was weleer het verblijf vznMadame d'Aubignê Marquife de Maintenon, de Maitres van Koning Lodewijk XIV. Daar nevens vindt men: Les Minimes de la Place Royale , welke Orde eertijds door Franciscus de Paula in 1439 in Calabriè'n onder den naam van Hermiten gefticht is; Paus Alexander VI. gaf 'er den naam van Minimes , (Minimes of de Allergeringften, doelende op het zeggen van den Zaligmaaker, volgends de Latijnfche overzetting: Oiiod unum e minimis meis fecifti ffc. 'f geen gij een' mijner allergeringste jongeren gedaan hebt enz.) Koning Lodewijk XI. deedt dezen Franciscus de Paula uit Italib'n naar Parijs overkomen , om hem door zijne voorbidding, van eene ziekte te geneezen; doch die Heilige weigerde wonderwerken voor dien Koning te doen. Koningin Maria de Medicis heeft die Orde hier een Klooster vergund, en hetzelve voor hen doen op-  stad PARIJS. 123 opbouwen. Het Portaal deszelfs is het laatfte werkfluk van den beroemden Francois Mansart. Boven de deur der Kerk is een Basreliëf, waarin Paus Sixtus V. afgebeeld is, geevende aan St. Franciscus de Paula verlof, om den zieken Franfchen Koning te gaan bezoeken. In een der Kapellen van de Kerk is een uitneemend Altaarftnk van Vouet , in het welk verbeeld is het opwekken van eefi geftorven Kind, door meergenoemden St. Franciscus. De overige Kapellen dezer Kerk zijn, zo wel door derzelver uitfteekend fchoone Graftomben, als verdere fieraaden van Beeldhouw- en Schilderwerk bij uitftek merkwaardig. In de Zaal der Sacrijlij is nog een aanmerkelijk ftuk van den beroemden NoëL Nicolas Coypel, voorftellende den overtogt van St. Franciscus de Paula over de Middellandfche Zee bij Mesfina , gebruikende den flip van zijn' mantel in plaats van een fchip of boot. Voords vindt men 'er ook nog fraaije Schilderijen van l'Argilliere. Nog toont men daar, in de Gallerijen van het Klooster, twee bedriegende Schilderijen van den Vader Niceron , welke van verre gezien zijnde, eene boetvaardige Magdalena, en een St. Jan de Euangelist voorHellen , doch, na maate dat men dezelfde nadert, zeer wondere figuuren opleeveren, tot ze, wanneer men 'er eindelijk bijgekomen is , in twee Landfchapjens veranderen. Hier agter ligt L'Hotel d'Hecquevitle, een pragtig gemeubileerd' en grootsch opgebouwd Paleis, en daar tegens over het Klooster genoemd Les  i24 BESCHRIJVING der Les Filles du St. Sacrement, of de Nonnen van het H. Sacrament, welks ingang in de ftraat St. Louis, die fchuinsch door deze Wijk heenen loopt, gevonden wordt. Dit Klooster is in 16Ü4 daartoe gefchikt; hebbende dit Gebouw weleer behoort aan de Vicomte de Turenne , waarom men ook in het Klooster een heerlijk Portaal van Bouw- en Beeldhouwkunde na de ordonnantie van des Argues aantreft. De ftraat voords volgende, vindt men aan den uiterften hoek dezer driekante Wijk: Les Freres du Calvaire, of de Broeders van den Kruisberg, wier Klooster echter niets zeer aanmerkelijks bevat, even zo min als Les Freres Bleu in de Rue St. Catharine. Waarom wij , daar ons beftek onnoodige uitweidingen verbiedt , ons genoodzaakt zien, wijl 'er veel belangrijker zaaken nog voorhanden zijn , deze min aanmerkenswaardige met ftilzwijgen voorbij te gaan , en ons terftond te begeeven in de NEGEN EN TWINTIGSTE WIJK. (La SeElion du Roi de Sicile.) Of deze Wijk zijnen naam wel behouden zal, ftaat nog te bezien, mooglijk is die, terwijl wij bezig zijn deze Befchrijving te vervaardigen , bereids veranderd, zij ontleende denzelven van een ftraat die dien naam droeg. Waarfchijnlijk van een Logement dat zig daarin bevonden heeft, en met een diergelijk  stad PARIJS. 125 lijk uithangbord, of beeld, voorzien was. Terftond ontmoet men in deze niet zeer groote Wijk: Het Klooster van St. Anaftafius, doch het welke wij voorbij zullen gaan ; wijl het niets bevat dat onze aandagt bezig houden kan, gelijk ook L'Hotel d'Albr et, dat daarnevens ligt, en behalven een fraai gemeubileerd en pragtig gebouwd Huis, niets zonderlings oplevert; in deze nabuyrfchap ontmoet men ook UHotel du Duc de la Force, 't welk thands tot een foort van Tuchthuis gebruikt wordt; waarop het vonnis d la force, 'twelk de Rechters der Gemeente voor de fchuldig verklaarde gevangenen in de Abtdij, in den ijsfelijken nacht van den 2 en «0den September 1792. uitfpraaken, zag, bedoelende daarmede, dat deze fchuldigen tot nader orde uit de Abtdij in dat Tuchthuis moesten verplaatst worden ; doch het bÜiten de Abtdij zig bevindende Gemeen, vermoordde deze perfoonen oogenbliklijk , zo dra ze flegts naar buiten geleid werden. Tegen over dit Tuchthuis aan de overzijde der Rue Couture, vindt men St. Catharine du val des Ecoüers, een zeer ruim doch voor 't overige weinig aanmerkelijk Klooster; van daar de Rue St. Antoine westelijk opgaande, vindt men Le petit St. Antoine, of de kleine St. Antonius, in tegenoverftelling van het groot Klooster van St. Antonius , in de Fauxbourg St. Antoine gelegen. Dit Gebouw is door Koning Lodewijk de Godvruchtige gefticht, om voor een Leproofenhuis te die-  126 BESCHRIJVING der dienen; maar Karel V. heeft 'er Antoninen , een zekere Orde die zig naaderhand met de Ridders van Malt ha vereenigd heeft , in geplaatst, 'er is flegts één aanmerkelijk Schilderftuk van Cazes , verbeeldende de Wijzen uit het Oosten, in deze Kerk. DERTIGSTE W IJ K, (La Seclion de l'Hotel de Ville.) Paalt aan de voorgaande , en vervat voornaamlijk : Het Stadhuis van Parijs. Hier ter plaats pleeg eertijds een Gebouw te ftaan , 't welk la Maifon Greve genoemd werdt, van waar het Plein voor het Stadhuis ook nog den naam van la Place de Greve draagt. Dit Huis hadt behoord aan de laatfte Dauphins van Vienne, en Karel V. hadt hier, toen hij nog Dauphi-i was, gewoond ; vervolgends heeft de ftad het zig eigen gemaakt en het doende flegten, op denzelfden grond in 1553 een Pvaadhuis doen ftichten, 't welk, volgends de fchets van Courtonne, in 1605 eerst voltooid werdt. Boven den ingang van dit breede en fraaije Gebouw, pleeg een Standbeeld te paard gevonden te worden , verbeeldende Koning Henrik IV, door Biard , een leerling van Michael Angelo , boven dit beeld verheft zig een fraaije Toren met een Uurwerk, volgends de tekening van le Pautre , een Klokkenfpel, en een Luidklok le Tocjin genoemd , welke op bijzondere  stad PARIJS. 127 re plegtigheeden drie dagen agtereen, zonder ophouden, pleeg geluid te worden. Den ovaalen trap opgaande, pleeg men op de groote Zaal een pragtig Standbeeld te voet van Koning Lodewijk XIV. van verguld metaal aantetreffen; dit meesterft.uk van Coysevoix heeft mede bet lot van alle de overigen ondergaan ; verfcheidene fraaije Schilderftukken zo van van Loo, Boulogne , Largillierre enz. verfierden weleer dit Raadhuis ; doch daar de meesten betrekking hadden op voorvallen het Koninglijk Huis betreffende, is 'er van dat alles niets meer te vinden. De Provoost der Kooplieden en de Schepenen pleegen hunne zittingen te houden, des woensdags en faturdags morgens; hun gebied ftrekt over de inkomften van het Raadhuis, over de politie der Kaaijen en Havens van de Rivier enz. De oirfprong van dit Gebied klimt tot de hoogfte oudheid op; de Romeinen-hadden het voor de verovering van Gallia reeds bij de inwooners in gebruik gevonden , en hebben het bewaard , en de Franfche Koningen hebben het vervolgends bevestigd en uitgebreid. Dit fraaije Raadhuis ftaat voords op een merkwaardig Plein , dat nog na het oude Hotel den naam draagt van La Place de Greve , of flegts la Greve. Deze ruimte was eertijds eea woeste wildernis waarin de Rivier, bij deszelfs overftroomingen , een groote menigte van zand en flijk , Qgravier , van waar de naam waarfchijnelijk afkomftig is) opwierp , maar federt de grond van Parijs verfcheiden maaien verhoogd  128 BESCHRIJVING der hoogd is, en dat 'er verfcheiden Kaaijen gebouwd zijn , om de Rivier in zijne bedding te houden , hebben die overftroomingen zo zeer niet gehinderd, dan wel in voorige eeuwen. Dit Plein is de eenigfte plaats om vertooningen, vreugdebedrijven, vuurwerken , enz. bij bijzondere plegtigheeden te geeven, gelijk dan ook bij gelegenheid van dit Huwelijk van den laatften Koning en Koningin , een allerpragtigst Vuurwerk dat hier afgeftooken werdt, ten gevolgen hadde, dat duizende menfchen het leven 'er bij infchooten , een droevige aanvang van een nog droeviger eindigend echtverbond. — Maar hier ter plaatfe worden ook de misdaadigers gerecht; 't welk het gebruik dat men van dit Plein maakt, in veel gevallen niet weinig doet contrasteeren. Achter het Raadhuis vindt men St. Gervais , zijnde de oudfte Parochiaale Kerk van het noordelijk gedeelte der ftad, zij ftaat in de ftraat Monceau. Reeds in 576 opende St. Germain Bisfchop van Parijs de deuren dezer Kerk op eene wonderdaadige wijze, in tegenwoordigheid van Fortunatus, Bisfchop van Poitiers, welke dit geval verhaalt. Zij werdt in 1616 herbouwd, en Koning Lodewijk XIII. lag den eerften fteen van het Portaal , dat na de ordonnantie van Jacques de Brosses gebouwd is , en in geheel Europa geene wedergade heeft, men vindt in de Kerk zelve keurige Schilderftukken , van den grooten le Süeur, Bocrdon en andere voornaame Franfche Meesters, voords zijn 'er ook uitneemend kunstige Beeldhouw- wer-  stad PARIJS. 129 < werken en gefchilderde Kerkglafen, die door derzeliver frisfche kleuren het oog ftrèelen; in eene Katpel, ter zijde het Choor, vindt men de Graftombe wan Miciiel le Tellier, Cancelier van Vranh rrïjk , welke uitmuntend van ordonnantie , en met ïmeer dan levensgroote Beelden verfierd is. Nog lliggen in deze Kerk begraaven Pierre du Rijer, tbekend door een groote menigte Franfche vertaalin£gen , overleden 1658. Paul Scarron , Zoon van eeen' Raadsheer in het Parlement te Parijs , een alMerklugtigst, klein, gebochgeld en wonderlijk verdraaid jperfoon, doch welks uitmuntende comique geest en wernuftige boert geen wedergade gevonden heeft; lhierdoor werdt dit klein en wanftaltig mensch, door iieder aan het Hof van Lodewijk. XIV. in groote aachting gehouden; maar nog meer fteeg zijn naam imaa zijnen dood, als wanneer dezelfde Koning zijme Weduwe , Mevrouwe d'Aubigné ten huwelijk mam. Hij ftierf den iflen October 1660. in den oucderdom van 59 jaaren. Ook ftrekt het Kerkhof de2zer Kerk, ten begraafplaats van den geleerden Ameilot de la Houssaye , overleden in den jaare 1706. \welke door verfcheiden beroemde Vertaalingen en oortdeelkundige Werken, als ook wegens zijne befchrijwing van Venetïèn, die hem eene gevangenis in de lBajiille op den hals haalde, in de geleerde Hifforie raanmerkenswaardig is; gelijk hier ook de beroemde JKunstfchilder Philippe de Champagne, overleden iin 1674. begraven ligt. Dit Kerkhof wordt mede ivoor een Groenmarkt gebruikt. [/] Ach-  i3o BESCHRIJVING der Achter deze Kerk vindt men: L''Hotel d'Aumont, een werk van den ouden Mansard , in dit fraai Gebouw ziet men , behalven veele andere Kunstlieraaden, een fierlijk Schilderftuk van le Brun, verbeeldende de vergoding van i?o- 1 mulus, de tuin van dit Hotel is mede, om deszelfs fchoone Beelden, door Anguier en andere, in na- H volging van de Antieken gebeeldhouwd , aanmer- r kenswaardig. Nevens dit Paleis grenst Is L'Hotel de Fourcy, van een' Gothifche Bouw-1 m orde, echter zodanig overeenkomffig aan den he-- n dendaagfchen Bouwtrant als mooglijk was , ge-- |e bouwd ; de tuin die zeer groot is , verfchaft dit; Gebouw rondom een aangenaam licht en fraai uit-- ) zicht. Kort daar nevens in de Rue St. Antoinefa valt terftond het oog op b L'Hotel de Beauvais, 't welk, hoewel zo groot: ^ niet in zijn omtrek , als de twee genoemde , ech-- «, ter een zeer pragtig voorkomen heeft. De trap wel-- fo, ken men in hetzelve aantreft, draagt ieders ver- > £ wondering weg ; le Pautre is 'er de Archi- • tj teel: van geweest. Men pleeg, bij gelegenheid dat: j« 'er in de Rue St. Antoine iets zonderlings, 't zij [ fa een Caroufel of Procesfie, of iets diergelijks gehou- ■ fes den werdt, in dit Hotel, het Koninglijk Hof te ont- • fangen, om het gezicht van daar langs de geheele: jn ftraat te genieten, waartoe het uitneemend wel ge- ■ fa legen is. Van hier de ftraat doorgaande , treeden «: wij in de n I EEN  stad PARIJS. 131 EEN EN DERTIGSTE WIJK. (La Seclion de VArfenal.) Hier ontmoeten wij terftond L'Eglife de St. Louis, (Rue St. Antoine,) weleer het Profesfiehuis der Jefuiten. Het Choor en ;r,root Autaar zijn pragtig , en tevens kunstig met Beeldhouw-werken verfierd. In een Kapel ter zijde '?an het Choor, pleeg het hart van Koning Lodewijk XIII. begraaven te zijn, opgehouden worden1de door een Groep van twee levensgroote zilveren Engelen , waarbij nog aan den*voet der Picdeftaleen, die met opfchriften op marmeren plaaten voortien waren, de zeven Hoofddeugden als Vrouwenbeelden van marmer, afgebeeld waren; dit Kunstttuk was van de hand van Sarazin. Hier tegen vver is nog eene .Kapel, waarin twee in denzelfden rinaak gewerkte zilveren Engelen, met het hart van ^odewijk XIV. fchijnen op te Hijgen , N. Cour-:eau was de maaker van deze wedergade tot de vooiige, beide zijn ze, federt de affchafling der Koningijjke waardigheid tevens uit den weg geruimd. In Idezelfde Kerk zag men nog in de Kapel van St. cgnatius , de pragtige Graftombe van Henri de Bourbon , Prins van Condé , mede door Sarazin. Voords is 'er nog een groot aantal, zo Beeldhouwwerken als Schilderftukken , in deze zeer bezienswaardige Kerk, doch ons beftek laat niet toe , die iklle ftuksgewijze aantebaalen, alleen zullen wij nog [7 a] op-  i32 BESCHRIJVING der. opmerken , dat de kunst alhier door een pragtige Tombe , de naagedachtenis vereeuwigd hadt, van een' perfoon , aan wien men niet zonder afgrijzen kan denken, te weeten: René de Birague, Cardinaal « en Cancelier van Frankrijk, geftorven in 1583. een K onkundig, wreed en tevens laf Staatsdienaar, en een vi der eerfte ontwerpers van den fchrikkelijken moord K onder de Hugenoot en op den Bartholomeus Nacht, c; Tot welk eene laagte ziet zig de Kunst om voor- ■ « deels wille, niet gevoerd , om zulk een wezen te: i, verheerlijken! ts In een zaal boven dit Gebouw, vindt men de algemeene Stads Bibliotheek, waar naar men met een'' i fraai geordonneerden en keurig gewerkten trap opklimt, en welks Platfond, als ook de geheele Zaal,, K met keurige Schilderftukken verfierd is. Ten einde: ft der Zaal praalt de marmeren Busfe van M. de Li- u vrij, Bisfchop van Callinica, met een Groepjen vani u Genietjens omgeeven. Deze Bibliotheek ftaat woensdags en faturdags voor ieder open; een zeer fraaije: £J tuin omgeeft voor het overige dit ongemeen rijk ver- b fierde Gebouw. ie Regt hier tegen over ligt M De Kerk der Nonnen van het Ave Maria,, g, (L'Eglife desfilles de l'Ave Maria ,) gefticht doort hei Lodewijk XI. in 1475. In dezelve is het Graf vani je Catharina, Hertoginne van Retz, een zeer geleer- (e] de Hofdame van Koningin Catharina de Medi- m cis, zo dat zij den Poolfchen Afgezanten, welken dem t;r Zoon der Koninginne, den Hertog, van Anjou, tot! „j Ko-  stad PARIJS. 133 Koning kwamen verzoeken , in de Latijnfche taaie ten antwoord ftondt. In deze Kerk is ook een pragtige Tombe van Charlotte de Tremouille Princes van Cóndé , welker afbeeldfel, meer dan levensgroote, keurig in marmer gebeeldhouwd is. Voords vindt men 'er nog het hart van Don Antonio, : Koning van Portugal, die , naa uit zijn Rijk veridreeven te zijn, in 1595. te Parijs overleedt, hetzelve is in den muur, ter zijde van het groot Altaar, iin eene kas befloten, welke met Latijnfche opfchrifIten voorzien is. Schuinsch hier tegen over in de Rue St. Paul, ' vindt men L'Eglife St. Paul, of de Kerk van St. Paulus, 'waarfchijnelijk reeds ten tijde van Dagobert I. ge] ft.icht door St. Eloy, herbouwd door Koning Ka:rel V. waarin verfcheiden fraaije Schilderftukken van jle Brun en Jouvenet. Het groot Autaar is verifierd met heerlijk Beeldhouw-werk van Mansard ien van Cleef, en, tegen een pijlaar, ziet men een heerlijk Monument of Grafteeken voor de beroemide Kunstenaars Francois en Jules Hardouin ; Mansard , gebeeldhouwd door den niet minder grooten Coyzevoix. In een der Kapellen is ook het pragtig Praalgraf of Maufoleum van den Hertog de Noailles. In deze Kerk pleegen weleer drie lievelingen van Koning Hendrik III. te weeten: Maugiron , Levis en Caussade , op 's Konings kosten pragtig begraven te zijn; maar toen men te Parijs in 1588. den dood der Hertogen van Guize, U 3] W£l"  i3i BESCHRIJVING der. wtlke te Blois vermoord waren, vernam, werden deze Tomben, als zijnde van Hugenooten, door het volk ver- ■ woest; nog is deze Kerk aanmerkenswaardig wegens ; de Begraafplaats van Francois Rabelais , een ver- • «< nuftig , fatyrisch en boertig Schrijver, overleden.it 1553- welke alhier op het Kerkhof dezer Parochie, « aan den voet van een' grooten boom begraaven ligt, men zegt dat hij ftervende zoude gezegd hebben: li laat het gordijn maar vallen, de klucht is uit (*).. Voords ligt hier nog begraven de Maarfchalk de Bi- ■ » ron, onthoofd in den jaare 1002. en Jean Nicot ,, i Ambasfadeur van Frankrijk in Portugal , welke i ) van daar het eerst de Tabaksplant in Frankrijk. « overgebragt , en aan de Koningin Catharina de , i Medicis vereerd heeft , van waar de Tabak dam '< ook wel de naamen Herba Regina en Herba Ni-- « cotiana draagt. Hij overleedt omftreeks den jaare: i 1559. In dezelfde Wijk vindt men \ Les jilles de la vifitation de la Sainte Marie,, ! Rue St. Antoine, of de Nonnen der boodjchap aam i Maria. liet is een fraaije , doch niet zeer groote: 8 Koepelkerk , welke na de ordonnantie van Fran- • k oois Mansard gefticht is; dezelve is voords nog; f merk- ■ t 1 (*) Tirez le rideau la farce efl jouée , waarfchijnlijk ' doelende op het zeggen van Keizer Augustus op zijn ' fterf bedde : fi mimum vita reüius tranjegi, plaudite! '' zoo ik de rol mijns levens wel voleind hebbe, klapt dan 1 in de handen!  STAD P A R IJ S. 135 merkwaardig wegens de Begraafplaats van Nicolas Foucquet , overleden in 1680. even zo berucht door zijne groote begunstiging der letteren, als door de veel geruchts gemaakt hebbende ongenade, waar in hij vervallen en tot eene 19 jaarige gevangenis veroordeeld was. Nevens deze Kerk, en ten einde der R ue St. Antoine, ftondt weleer de zo vreesftlijke Vesting en Gevangenis La Bastille, een Gebouw , dat, zo door deszelfs fterkte, gebruik en misbruik, als ook deszelfs eindelijke verwoesting op den ï^den Julij 17Ü9. te algemeen bekend is; dan dat het noodig zoude zijn daarover zeer breed uitteweiden, waarom wij flegts dit weinige ter herdenking aan dit geweldig Gebouw 'er van zullen aanftippen. Deze fterkte is weleer een Poort der ftad geweest, welke, onder de regeering van Koning Karel V. in 1371. gebouwd werdt, door zekeren. Hugues Aubriot, Provoost van Parijs , die te dier tijd zeer veel invloeds op het algemeen beftuur hadt. Zij was famenge- fteld van acht ronde , zeer hooge torens , aan elkander gevoegd door middel van even hooge gemetfelde muuren, welke van boven plat waren, en tot eene foort van wandelpad voor fommige Gevangenen, aan welken dit vergund werdt, ftrekten. Boven de voorpoort pleeg een zonderling aanmerkenswaardige Wapenzaal te zijn; waarin men zeer oude krijgstuigen, die vóór de uitvinding van het ge- fchut gebezigd werden, bewaarde; Dit geheel groote en vreesfelijke Gebouw, van het welke zeker [I 4] Fransch  136 BESCHRIJVING der Fransch Schrijver zegt: dat het voor de Kunste-, tenaars en Bouwmeesters tot een voorbeeld van een fchoon afgrijzen, (an belle horreur,) konde dienen, is thands een groot open veld; waarop, bij fommige gelegenheden, vrolijke feesten gevierd, geïllumineerd en gedecoreerd wordt, als wanneer men 'er voor gefchreeven vindt: ici l'ondance! hier wordt gedanst. Naast dit Gebouw en voor de Rue St. Antoine, ftondt weleer La Por te St. Antoine , welke op de Voorftad uitloopt, en gefticht was onder de Regeering van Koning Henrik II. om denzelven voor een eerenpoort te dienen. Zij is naaderhand verbreed, en met nog twee zijdpoorten vermeerderd, als ook met een cirkelsgewijze voorplein , op welks hoeken twee fraaije Beelden op Piedeftallen , verbeeldende Hercules en Minerva gevonden worden, verfierd geweest , Francois Blondel werdt met deze verbetering in den jaare 1671 belast , en de opfchriften welken men 'er toen overal aan plaatfte , ftrekten ter eere van Koning Lodewijk XIV. thands is 'er niets meer van voorhanden. — Wanneer men nu van deze gewezene Poort langs de Rue des foffes de St. Antoine naar de Seine gaat , en aldaar gekomen zijnde , weder de regte hand omflaat, ontmoet men Plet groot Arfenaal, gefticht door Koning Francois I. Den zliften Januarij 156a. is een groot deel van dit Gebouw , zijnde het Kruidmagasijn , bewaard  stad PARIJS. 137 waard wordende in zekeren toren, genoemd la tour de Belly , tot groote fchade van het geheele oord daaromtrent, in de lucht geiprongen. De Voorpoort van dit Magazijn is van vooren met vier overeinde ftaande kanonnen , in plaats van colommen voorzien , welke echter hetzelfde uitwerkfel doen , om dat zij, na evenredigheid van verdikking en verdunning eener goede Colom , gegooten zijn; boven de Poort is een fraai tweeregelig opfchrift van Passerat ; de Kaai welke langs de Seine, en voorbij dit Arfenaal loopt, is in den jaare 1706 aanmerkelijk verbeterd, en met fierlijke, naar de Rivier afloopende, trappen voorzien, ten einde gemakkelijk de daar aankomende fchepen te kunnen laaden en losfen; naast dit groote Gebouw paalt Het Klooster der Celeftijnen , welke Orde onder Koning Philips de Schoone, omtrent het jaar 1300. in Frankrijk overgekomen is; dit Klooster is niet zeer groot, en omtrent den jaare 1550 gefticht, het is met Corinthifche en Dorifche zuilen van buiten verfierd, en heeft in den tijd van deszelfs (lichting niet meer dan 29,000 Livres gekost. De Kerk dezer Vaders is in een'geheelGothifchenfmaak, eenvouwig en lomp van inrichting. Het groot Autaar is met Colosfaale beelden van de Maagd Maria en den Engel Galmei, door de hand van Pilon verfierd. De Kapel van Orleans in deze Kerk, is om deszelfs Richting aanmerkingswaardig ; wijl zij gefticht werdt door den Hertog Lodewijk van Orleans , bij gelegenheid van een groot ongeluk aan Ko■U 5] nüig  133 BESCHRIJVING der ning Karel VI. op een gemaskerd Bal, in 1392. overgekomen. Op het welke de Koning en eenige zijner Hovelingen zig in Wildemans gewaad vertoonden , doch welke kleederen, van vlas op linnen gelijmd , gemaakt zijnde , om een ruige huid te verbeelden, bij toeval in brand geraakten en veelen het leven kostten , daar de Koning nog flegts ter naauwer nood gered werdt. Het ongeluk was eigentlijk veroorzaakt door de nieuwsgierigheid van dezen Hertog , welke de vermomde perfoonen niet kennende , hen met een toorts in 't aanzicht wilde lichten, waarvan eenige vonken op de ligte masquerade kleederen vallende, dezelve in brand (taken. Om deze onvoorzichtige daad te boeten , ftichtte hij de Kapel welke in deze Kerk zijn' naam draagt. In dezelve ziet men een pragtig Graf van den Conneftabel Montmorencij , in zijn 8q/ie jaar gefneuveld den iaden November 15Ó7. in de beruchte Bataille van St. Denijs tegen de Hugenooten , als ook eene pragtige Tombe van Lodewijk Hertog van Orleans , de (lichter dezer Kapel; ook pleeg weleer ten einde van deze Tombe, naar het groot Altaar, het hart van Koning Henrik II. in een koperen Lijkbus, door de drie bevalligheeden op het hoofd gedraagen , bewaard te worden. Dit werk(ïuk was, door den Beeldhouder Pilon, levensgrootte van marmer gewerkt, en trok de aandagt van alle Kunstkenners tot zig; aan de andere zijde van dit Praalgraf, pleeg weleer een Zuil te ftaan , waaruit vlammen verbeeld werden te ftraalen, met toefpee- ling  stad PARIJS. 139 ling op de Wolkcolom , welke de Israëlieten door de woestijnen geleidde; deze Zuil was ter eere van Koning Francois I. door Koning Karel de II. en Catharina de Medicis in 1561. opgericht. Voords zijn in deze Kerk nog eene groote menigte fchoone Praalgraaven, onder welken de Puntzuil of Qbelisque op het Graf van den Hertog de Longueville , een werk van den beroemden Anguier , onder welke de harten van verfcheiden Prinfen uit dat Huis rusten, wegens deszelfs bijgevoegde levensgroote beelden, inzonderheid bezienswaardig is. De Kerk was voords ook met fraaije befchilderde Glafen, verbeeldende de Pourtraiten van verfcheiden Franfche Koningen, van Karel V. af, tot op Henrik. II. alle na 't leven gefchilderd, en in de kleeding van hunnen tijd, verfierd geweest. Boven de Kerk vindt men eene redenlijk wel voorziene, echter niet zeer groote Boekerij. Voords niets merkwaardigs in deze Wijk meer voorkomende, fteeken wij over tot de TWEE EN DERTIGSTE WIJK. (La SeSiion de la Ropincourt.*) In welke , hoe zeer uitgebreid die ook zijn moge, niet veel aanmerkelijks voorkomt, behalven: Les Annonciades Celeftes. Deze zijn Nonnen van een zeer geftrenge Orde, die zig onder anderen verbinden moeten van zig flegts driemaal in 'c jaar aan iemand te laaten zien. Het groot Autaarftuk is van den grooten  i4o BESCHRIJVING der ten Poussin , en verbeeldt de Boodfchap aan Maria, en dit is ook alles wat hier aanmerkelijk is. Les Per es de St. Ambroife, of de Vaders van de Orde van St. Ambrofius , leveren mede niet veel bijzonders op. Aan de overzijde van de ftraat Rue des Amandiens, ontmoet men Les Hofpitalieres de la Roquette , of de Gastvrije Nonnen van de ftraat la Roquette, waarin dit Gasthuis gevonden wordt. Men ziet hier een ruime Zaal , waarin 20 bedden. De zieken betaalen hier 30 Livres , dat is zo veel als 15 ftuivers 's maands, en die 'er hun kost in koopen 400 Livres 's jaars. Een weinig hier voorbij is Het Klooster van St. Martha, waar van niet veel aanmerkelijks te zeggen valt, even zo min als van Notre Dame de mon fecours, of Onze Lieve Vrouw mijner hulpe, behalven dat men daar een zeer fraaijen tuin bij aantreft. Meer ftadwaards gaande, langs de Rue Charonne, vindt men in de DRIEËNDERTIGSTE W IJ K. (La Seiïion de la Rue de Montreuil.) De Kerk van St. Marguerite, (Sainte Mar gutrite.') Deze Kerk, benevens het Klooster, heeft zijn' ingang in de Rue St. Bernard, en komt hier van agteren uit. Men vindt bier in de Kapel derzelve, een fraai afbeeldfel van deze Heilige in ketenen geklonken,  stad P A II IJ S. 141 ken, gefchilderd door Fresnoi, als ook een furlijk gebeeldhouwde Grafplaats van den Werktuigkunstenaar Vaucanton , overleden in xjia. Voords zijn 'er nog eenige fraaije Schilderijen , die deze Kerk bezienswaardig maaken. Hier achter liggen De Broeders van het Kruis, les Freres de la Croix , wier Klooster niet veel zonderlings bevat. Maar ten einde dezer Wijk, wanneer men de Rue St. Vincennes ten einde wandelt om naar buiten te gaan, treft men, in plaats van een Poort, een fraaije ruime overheerlijke Vlakte aan, genoemd Le Throne. Deze plaats draagt dien naam om dat men daar, bij gelegenheid der pragtige inkomst van Maria Theresia van Oostenrijk, den zóften Augustus 1660. een Throon geplaatst hadde, waarop zij zig een poos tijd plaatfte , om de begroetingen des volks te ontfangen. Daar deze plaats nu de hoogfte van dit geheele oord is, nam men het befluit, om hier een Eerepoort opterichten , ter eere van Koning Lodewijk XIV. waarvan de eerfte fteen op den 6den Augustus 1670. gelegd werdt. Zij zoude beftaan hebben uit een zeer breede, op zig zeiven vrij ftaande Eerepoort , met drie ruime doorgangen , tusfchen welke eene Colonnade van Corinthifche Colommen, het bovenwerk zoude gefchraagd hebben, waar boven een Colosfaal Standbeeld des Konings te paard, met een ftaf van commando in de hand , in een zeer grootfche en gemakkelijke houding gezien werdt, boven de Colommen  Ha BESCHRIJVING der men zag men een menigte van allerlei Tropheën, van moderne en antieke krijgstuigen, en voor dezelve geketende flaaven gebukt liggen, en de nisfen boven de doorgangen waren 's Konings veroveringen en legertochten in basrelieven afgebeeld; doch men hadt flegts de voetftukken der Colommen boven den grond opgehaald, toen de Koning overleedt en het werk voords fteeken blijvende, zijn deze grondflagen weder weggeruimd. Dit pragtig gedenkteken was, volgends de ordonnantie van den meergenoemden Perrault getekend , en zoude, indien het volgends deszelfs plan uitgewerkt geweest ware, in pracht en grootschheid voor geene van de Eereboogen der Romeinfche oudheid hebben behoeven te wijken; Doch dit voordbrengfel der Kunst is in de wieg gefmoord, en dus voor de verwoestende hand des tijds en des lots gefpaard gebleeven. Wij treeden van hier in de zeer uitgebreide aan de Seine paaiende VIER EN DERTIGSTE WIJK. La Section des Qjiinze Vingt. En vinden daar ten einde de Rue Charenton, naar het midden der ftad toe gerekend: Het Gasthuis der Vijftientwintigen ,(L'Hopital des Qjiinze Vingt,) omtrent het jaar 1260. door Koning Lodewijk de Godvuchtige, gefticht, vooreen getal van 300 blinde Bedelaars; thands worden 'er 800 armen in onderhouden. De armen worden door dit  STAD P A R IJ S. H3 dit Huis fterk onderfteund, federt de Cardinaal de Rohan in 1780. de inrichting deszelfs veranderde, en het Gebouw, dat eerst tegen over het Paleis de Richelieu, Rue St. Honoré geftaan hadde, hier verplaatfte. Elke arme ontfangt ten minsten 10 Livres , of 10 ftuivers daags, getrouwd zijnde , 26 Livres en voords daar boven voor elk kind onder de 16 jaaren nog 2 Livres daags, en vrij zout; zij worden ook in ziekte, ten kosten van het Gasthuis van een' Doétor en Geneesmiddelen voorzien. Hier tegen over Les Freres Angloifes , van wier Klooster echter niet veel bijzonders te melden valt. Het overige dezer zeer uitgeftrekte Wijk , levert niets bijzonders op, als meestal beftaande uit tuinen , landen en burger wooningen. Maar de Seine langs ter ftad ingaande , ontmoet men een' langen brug, welke Het Eiland Louvier , (l'ljle Louvier,) aan de ftad hecht. Dit geheele Eiland is een zeer groote Werf, waarop niet dan Hout bewaard wordt , en waarop geen enkel huis te vinden is ; dit Eiland doorwandeld hebbende, vindt men, aan het einde deszelfs, weder een' Brug, welke toegang geeft tot «en ander meer bewoond Eiland in de VIJF  144 BESCHRIJVING der. VIJF EN DERTIGSTE WIJK. (La SeEtion de l'IJle.) Het Eiland St. Lodewijk, of L'IJle St. Louis, 't welk men niet voor den jaare 1614 heeft beginnen te bebouwen. In 1635. werden de beide Bruggen die dit Eiland aan wederzijde van de Seine aan de ftad hechten eerst voleindigd. Le Pont St. Marie, of de Brug van St. Maria, geeft toegang tot het noordelijk deel der ftad , en verbindt de Haven St. Paul met dit Eiland, op de zen Brug zijn ook wooningen en winkels gebouwd, en aan de andere zijde Le Pont de la Tournelle, welke dit Eiland met de Kaai la Tournelle, in het zuidelijk deel der ftad verbindt; op dezen Brug . die op 6 fterke boogen fteunt, zijn echter geen huizen gefticht. Op den oostelijken hoek van dit eiland vindt men het zeer aangenaam gelegen Hotel de Bretonvilliers, de uitzichten van dit welgelegen Paleis zijn uitmuntend; want wijl het juist op den hoek van dit Eiland ligt, ziet het naar den kant der Seine, die naar 't midden der ftad afloopt, zo wel als naar het oord waar zij de ftad inftroomt. Dit Gebouw, pleeg ten tijde dat de Prefident Bretonvilliers hetzelve bewoonde, uitneemend pragtig gemeubileerd te zijn. Voords is hetzelve met kunst en fmaak, zo wel van buiten als van binnen bebouwd ,  stad PARIJS. 145 bouwd, en met fraaije Placfonds en Schoorfteenftukken door Bourdon voorzien. Langs den geheelen buitenkant van dit Eiland genoemd le QiLCiy Dauphin, vindt men een reeks van de fraaifte Hotels, het een nevens het ander, welke aldaar alle om het fchoone uitzicht gebouwd , en daarom alle met pragtige Balcons van vooren voorzien zijn; welke dezen boord niet weinig verfieren; waarom zij ook le Quay des Balcons geheeten wordt; op deze Kaai vindt men ook: De Kerk van St. Lodewijk, (l'Eglife St. Louis,) welke dien naam aan het geheele Eiland mededeelt; men heeft dezelve in 1664 beginnen te bouwen. Louis le Vau is 'er de Architect, en J. B. de Champagne de Beeldhouwer van geweest, en GaERiëL le Duc heeft het werk voleindigd. Zij heeft een grootsch voorkomen, en is met vier Dorifche, op zig zeiven ftaande zuilen voorzien, welke door een lijst en frontefpice gedekt worden. In deze Kerk is de Toneeldichter Philippe Quinaut, welken door Boileau in zijn Dichtkunst berispt wordt, begraven. Men vindt geen' brug die het hier tegen over liggend Eiland der Lieve Vrouw , aan de twee Eilanden Louis en Louvier verbindt; dus is men genoodzaakt, den Brug St. Marie weder overtegaan, en de Kaaijen des Ormes, de la Greve en Peüetier optewandelen, tot aan Le Pont Notre Dame, welke in 1499 begonnen en 1507 voleindigd is. Zij was wel van wederzijden met huizen bebouwd, doch deze verdonkerden [IQ de-  i46 BESCHRIJVING der dezelve zodanig, en verhinderden derwijze den doorgang, dat men ze in 1786 befloot wegteruimen. Op dezen Brug heeft 1540 het geestelijk voetvolk der Ligue , beftaande alle uit Ordensperfoonen, Priesters, Munnikken enz. met helmen en curasfen gewapend, de revue gepasfeerd. Denzelven overgaande, komt men in de ZES EN DERTIGSTE WIJK. (La SeStion de Notre Dame.) Welke dezen naam draagt van de Cathedrale of Hoofdkerk van Parijs, bij wier befchrijving wij ons een weinig langer , dan bij de overige Gebouwen der ftad zullen ophouden ; wijl deze Kerk in heur foort, een der verwonderlijkfte Gothifche Kerkgebouwen van geheel Europa is. De Dom of Ploofdkerk van onze Lieve Vrouw, of l'Eglife Notre Dame , is, zo men meent, reeds in den jaare 375, onder de regeering van Keizer Valentiniaan , het eerst gefticht, en toen aan St. Stephdnus gewijd geweest. Childeeert , Zoon van Clovis , de eerfte Christen Koning heeft dezelve in 522 doen herbouwen, en 'er nog een Kerk nevens gevoegd, welke hij aan de Lieve Vrouw toewijdde. Beide deze Kerken zijn nog in weezen geweest tot op 1160. onder de regeering van Lodewijk. de Jonge , wanneer men deze groote Cathedrale Kerk, die nog voorhanden is, begon te bouwen.  stad PARIJS. 147 wen. Zij werdt eerst in 1185 onder de regeering van Koning Philippus Augustus voleindigd , zo dat men 'er volle vijfentwintig jaaren aan gebouwd heeft, en dat de Koningen Henrik I., Philippus I., Lodewijk: de Dikke, en Lodewijk de Jonge, elk geduurende hunne regeering, nog deel aan den opbouw gehad hebben. Men meent, niet zonder grond, dat hier ter zelfder plaats, vóór dat de Christenen 'er hunne eerfte Kerk bouwden, een Heidenfche Tempel geftaan hebbe , 't welk men hefluit uit de antieke fteenen, welke hieromtrent bij toeval uit den grond gegraaven zijn, en van welke eene dit merkwaardig en nog leesbaar opfchrift hadt: Tib. Cesar. Aug. Jovi Optimo Maxsumo MP. Naut^e Parisensi publice posuerunt. Dat is: Onder de regeering van Tiberius Casjar hebben de Parijfcher Scheepslieden dit voor Jupiter den besten, den grootJlen, den opperfien Vader, gefield. Het voorkomen van dit oud gevaarte is geheel Gothisch en wel in een' grootfchen fmaak uitgevoerd, niettemin kan men hier en daar bemerken, dat 'er in verfchillende tijden, en door verfcheiden Kunstenaaren aan gearbeid is. De Voorgevel is zeer breed, met drie groote Portaalen voorzien , welke den ingang van drie wijde deuren zijn , 't welk men opmerkt dat te dier tijd even zeer, als de onnoemlijk veele beelden van Heiligen, die de wanden der portaalen en de muuren boven de deuren overlaaden , het chapiter of de eigenfchap der Dom- of Cathedrale Kerken geweest is. Boven deze deuren rjt 2] fton-  14» BESCHRIJVING der Honden weleer vóór de jongde omwenteling, op een lijst, die de geheele breedte van het Gebouw beflaat, een geheele reeks Beelden, voorftellende de achtentwintig Koningen, wier volgreeks met Childebert begint, en met Philippus Augustus eindigt, alle ten voeten uit, en meer dan levensgrootte in hunne eigenaartige kleeding, welke fraaije collectie voor den liefhebberen der Gefchiedkunde en Oudheeden hoogst belangrijk pleeg te zijn. Boven die rij aan wederzijden der Kerk, ziet men een groot rond Kerkglas, in de gedaante van een roos, 't welk met de treffer dfte verfcbeidenheid van couleuren en figuureh befchilderd zijnde, een zonderling fchoon uitwerkzel in het ruim der Kerk doet; inzonderheid wanneer het zonlicht door hetzelve heenen ftraalt , en de verfchillende couleuren zig door de geheele Kerk verlpreiden. Voords flaan 'er aan beide zijden van den Voorgevel twee zeer hooge , van boven met platte daken , die met lood belegd zijn, voorziene torens, op welkers plat men langs lange gallerijen, zonder eénig gevaar, of duizeligheid, de geheele ftad Parijs overzien kan; een indedaad verrukkend Gezicht. In den toren die naar 't Zuiden ftaat, of die ter regte zijde, wanneer men zig voor 't Gebouw plaatst, gevonden wordt, zijn Hechts twee klokken, welke ongemeen groot zijn , en Bourdons genoemd worden, in den anderen vindt men zeven, en in een klein torentjen boven het kruis der Kerk, nog zes klokken, welke vijftien klokken te famen de fraaifte harmonie doen hooren. De Kerk is in 't geheel breed  STAD PARIJS. 149 breed 24, lang 65, en hoog 17 toifes; zij wordt van binnen door 120 Colommen onderfteund , de hoogte der torens, waar naar men met een' trap van 389 treeden opklimt, is 34 toifes. Boven het groot Kerkglas is eene breede Gallerij, langs welke men zig van den eenen toren naar den anderen begeeven kan. Van binnen is deze Kerk even zo merkwaardig als van buiten; 'er pleeg weleer een aandoenlijke fomberheid in te heerfchen, w aan wederzijde van hetzelve , zijn op twee fraaije Piedeftallen , die tevens den dienst van kagchels ter verwarming dezer voorzaal doen, twee fchoone Colosfaale metaalen beelden, verbeeldende Mars en Minerva, geplaatst. De eetzaal in dit Gebouw is mede zeer aannaerkenswaardig , waarin looden vergulde Termen of beelden, die in een zuil van onderen uitloopen, tot Girandoles dienen, om dezelve te verlichten; boven de vier deuren derzelve vindt men metaalen Kindertjens, welke vergulden Krijgstuigen of Tropheëu draagen ; even zo kostbaar is ook de (kapkamer verfierd , waarin weleer alle de Pourtraiten der Koninglijke famielie gevonden werden. De overige vertrekken zijn alle even pragtig, en in eenen vrolijken en bevalligen fmaak aangelegdi De tuin die binnen het Gebouw gevonden wordt, praalt met een lustvertrek van latwerk, waar boven een fchoone Groep van Pigalle , verbeeldende de vereeniging der Liefde en Vriendfchap , gevonden wordt; voords Werkt het allerfraaifte uitzicht over de Seine op de Tuilleries, le cours de la Reine, de Champs Elifées, de plaats van Lodewijk XV. enz. alles famen om dit Paleis het alleraangenaamst Hotel van dezen oord te doen zijn. Achter hetzelve ligt L'Hotel d'Auvergne, waarin men een uitmuntend [/.] kuns*  i6z BESCHRIJVING der kunstigen trap, door l'Assurance geteekend, aan* treft, daar weder achter vindt men L'Hotel de Comminges en l'Hotel de Sens, dat beide aanmerkenswaardige en rijk verfierde Paleifen zijn; en daar nevens De Kerk van St. Valerius, (St. Valére,~) waarvan echter niets bijzonders, bij zo veel fchoons als wij reeds aangeweezen hebben, te zeggen valt; waarom wij dezelve flegts in 't voorbijgaan aanroeren, en de Rue St. Dominique inflaan , waarin wij een Klooster en Kerk aantreffen, genoemd Les Peres de St. Pierre, welke Vaders ook niet veel zonderlings in hunne Kerk kunnen toonen; maar nevens dit Klooster een zijdfiraatjen inflaande, genoemd Rue St. Jean , vindt men op den oever der Seine een allerzeldzaamst en fraaist werktuig, beftaande in een zeer vernuftige Pomp, welke den naam draagt van La Pompe d feu, om dat dezelve" bij wijze van een Stoom of Dampmackine door vuur in werking gebragt wordt. Twee diergelijke Pompen of Vuurmachinen zijn hier in een Gebouw bij een geplaatst, en werpen elk in 24 uuren 48,600 mudden water uit de Seine op , en bezorgen het water door middel van buizen in alle de Wijken door geheel Parijs. 'Er zijn vier vergaderbakken in de ftad, waarin dat opgepompte water der Seine eenigen tijd bezakt en klaar wordt, eer het tot gebruik voortgeleid wordt. De Heeren Gebroeders Perriers zijn uitvinders van dit voortreffelijk, en ,in een zo  stad PARIJS. $63 £0 groote ftad, welke niet met gragten doorfneeden is, allernuttigst werktuig ; men betaalt bij infchrijving tot goedmaaking der geweldige kosten van onderhoud , welke zulk een famengefteld werktuig, dat met zo veele buizen en canaalen door de geheele ftad verfpreid is, vereischt,'s jaarlijks flegts 50 Livres voor een mudde waters daags, 't welk tot ia en 15 voe< ten hoog , boven de oppervlakte der Seine opgevoerd wordt ; edoch al het water dat in gevalle van brand dienen moet, wordt door het Comptoir der wateren van Parijs, voor niet uit deze machine geleverd; dit werkftuk verdient, zo om deszelfs vernuftige uitvinding als onbefchrijflijk nut , voornaamlijk de aandacht van eiken Kunstkundigen vreemdeling. Van daar langs de Seine naar het einde der ftad opwandelende, komt men aan het onlangs zo zeer beroemd geworden Champ de Mars of Veil van Mars, een onbedenkelijke groote vlakte, waar de Koning weleer de revue over zijne Garde Francaife pleeg te doen; doch het welke nu onder den naam van Champ de la Federation, aan de Vrijheid gewijd is. Men vindt thands te midden van hetzelve, het groot Altaar der Vrijheid , waartoe men met een reeks 'van fteenen trappen opklimt; een pragtige Eerenpoort, met drie doorgangen, geleidt tot dit, door gragten en bruggen afgezonderd, Plein, 't welk meer dan tien duizend man in llagorde ftaande, bevatten kan, en op den i^den Julij 1793. nog veel meer getuigen der nieuwe faamvereeniging der Franjehen bevat heeft; [La]' wijl  i64 BESCHRIJVING der wijl 'er te dien tijd rondom dit zeer groote Plein $ terrasfen van aarde, met eenige duizenden zitplaatfen voorzien, opgeworpen, en door een onnoemlijk getal aanfchouwers bezet waren. Dit uitgebreide Veld dient als 't ware , ten voorplaats van het pragtig Gebouw , gefticht door Koning Lodewijk de XV. ten dienfte van den jongen Adel des Rijks, onder den naam van L'Ecole Royale Militaire , of het Koninglijk Krijgs-Kweekfchool, het werdt door dien Monarch in 1751. gefticht, ten einde aldaar een getal van 5000 jonge, doch onvermogende, Edellieden , of wier Vaders in den dienst des Lands gefneuveld waren, in allerlei krijgskundigheeden te onderwijzen , en voords een aan hunnen rang overeenkomstige opvoeding te bezorgen. Verfcheiden lotgevallen heeft dit Kweekfchool reeds ondergaan , die te lang zijn om hier gemeld te worden ; alleen zullen wij hier aanmerken, dat het eens geheel ledig geftaan heeft, als wanneer de Staatsminister de St. Germain 'er weder 150 leerlingen in bragt, die elk te dier tijd 2g00 Livres 's jaars moesten betaalen, om de gemaakte kosten en onderhoud van dit Gebouw te helpen draagen; doch elk die 'er weder volleerd uitgaat, ontfangt 200 Livres 's jaars, tot dat hij een' post bekomen heeft welke hem 1200 Livres kan opbrengen. Het Gebouw of Paleis, (want in de daad de meeste, op Koninglijk gezag vervaardigde, Gebouwen in Parijs mogen dien naam wel draagen,) is van buiten pragtig ea grootsch, na de tekening van  stad PARIJS. 165 van GABRiëL 's Konings Bouwmeester verfierd. Een ruim voorplein met een fraai ijzeren hek gefloten , doet naar den kant der ftad, den voorgevel van dit fchoone Gebouw, op een' goeden afftand in 't oog vallen; welk hek door twee Zijdgebouwen bepaald wordt, wier voorgevels uit twee, het Basreliëf zeer natuurlijk voorftellende, Schilderftukken, in fresco, door GiBELiN verfierd is; te midden der voorplaats pleeg een marmeren Standbeeld van Lodewijk XV. door le Moyne te ftaan, welk beeld door het volk verbroken, en zo men zegt , de regtehand deszelfs aan den, door zijne langduurige gevangenis en rampfpoeden, algemeen bekenden, la Tude, ter aandenking zoude toegezonden zijn; als zijnde dit de afbeelding der hand, die zijn leltre de Cachet, waarop hij naar de Baftille gevoerd werdt, ondertekend hadde ; alhoewel de Piedeftal ten opfchrift droeg: Hic amat dici Pater atque princeps. Deze verlangt Vorst en tevens Vader genoemd te worden. In de voorzaal binnen het ongemeen, pragtig Gebouw zelve , vindt men, in vier groote nisfen, heerlijke marmeren Standbeelden , verbeeldende de voornaamfte Generaals van Vrankri]k, als Turenne, Condé, en de Maarfchalken van Saxe en Luxemburg , ter aanmoediging van de , tot den oorlog opgeleid wordende , jeugd; voords zijn de overige zaaien met de fchoonfte Schilderftukken , verbeeldende de veldflagen bij Fontenoi, Lafeld, de belegeringen van veele fteden, als Doornik, Friburg enz. voorzien; deze zijn alle door de hand van Paon , welke in de [L 3] laat*  166 BESCHRIJVING der laatfte oorlogen als Volontair mede te velde getrokken was, en alles ten naauwkeurigften op de plaats zelve afgetekend, en naaderhand op doek overgebragt hadde, verrijkt. De Kapel welke tot deze School behoort, is mede rijk met Schilderftukken voorzien , en beantwoordt in kunst en pracht even zeer als al het overige aan den luister van dit Koninglijk Gefticht; doch thands zijn veele Schilderijen, en al wat flegts eenige toefpeeling op de Koninglijke waardigheid konde hebben, zo hier als in alle de voornaame Paleizen, Hotels en Gebouwen der ftad, weggenomen.— Hier omtrent nu niets merkwaardigs meer aantreffende, fpoeden wij ons tot de NEGEN EN DERTIGSTE WIJK, (La Seclion de la Grenelle.) Weleer Fauxborg St. Germain geheeten, maar nu na de ftraat la Grenelle benoemd , waar wij terftond aantreffen: VHotel d'Harcourt en l'Hotel d'Ancue, welke beide nevens elkander ftaande , een pragtig gezicht opleveren. Tegen over dezelve ziet men L'Eglife de St. Jojeph , die niets aanmerkelijks boven zo veele andere rijke Kerken en Gedichten, als wij reeds befchreeven hebben, bevat. Daar weder agter De Hotels van Lignet en Villars , die beide me-  stad PARIJS. 167 mede zeer voornaameGebouwen zijn; waar aan grenzen Les Carmelites de la Grenelle , eene Orde, welke door Maria Theresia van Oostenrijk, de Vrouw van Koning Lodewijk XIV. te Parijs in den jaare 1662. gevestigd is. Het Klooster bevat niet veel bijzonders, even min als La Vifitation, Rue de Bacq , welk Klooster in die ftraat gevonden wordt, en waarin een fraai Altaarftuk door Ph. de Champagne het meest bezienswaardige is. In deze zelfde ftraat vindt men aan de linkfche zijde L'Hotel de Mole en VRotel de Vabelle , beide zeer fraai ingerichte Gebouwen, en ter regter zijde De Hotels Luines en d'Alegre, welke beide, en inzonderheid het eerstgenoemde, met een kunstigen trap voorzien zijn. Tusfchen deze Hotels vindt men Les Peres de St. Thomas d'Aquin , of de V» ders van de Orde van St. Thomas Aquinas, in welk Klooster , behalven het gewoone , niet veel zonderlings voorhanden is. Achter dit Klooster zijn De Hotels du Rohan en du Romain, mede zeer fraai gemeubileerde en pragtige Paleifen , en eindelijk aan den oever der Seine De Theatijnen, wier Klooster en fraaije Coupelkerk op de Kaai van dien naam uitkomt. Deze Geestelijken mogen, na den regel van hunne Orde, geen vaste goederen, inkomften of eigendommen bezitten; het is hun zelfs niet vergund aalmoezen te [L 4] ' vraa*  ï68 BESCHRIJVING der vraagen , of Bedelmunniken rond te zenden. Zij moeten afwagten tot men hun eenige onderfteuning toevoege; evenwel fchijnt het, dat zij daarom juist niet vergeeten worden; want die hun keuken en tafel befchouwt, zou meenen , dat ze zelfs op aanmerkelijke inkom ften konden fteunen. Deze Geestelijken werden in Ao. 1524. ingefteld door St. Gaütan en St. Pierre Caraefe , Bisfchop van Chieti of Theate , in 't Koningrijk Napels , van waar zij hunnen naam Theatijnen voeren. Zij werden , onder het beftuur van den Kardinaal de MazaRin, in 1642. te Parijs gelokt, en hij maakte hen bij zijn' dood een fom van 300,000 Livres , ten einde daarvan een Kerk te bouwen; waarom de Vader Camille Guanni van dezelfde Orde , een groot Bouwkundige zijnde , van Rome ontboden werdt, om het plan derzelve optegeevcn, doeh waarin der ze Vader niet best flaagde , daar hij in zijn plan, noch de ruimte die hij te bebouwen, noch de kleine fom, die het Klooster te befteeden hadde, in acht neemende, zijn Gebouw halverwegen, door gebrek aan grond en geld, onvoltooid laaten moest. Het Portaal vooraan op de Kaai, is door den Dauphin , Vader van den laatften Koning, voleindigd. In de Kerk wordt het hart van den Cardinaal Mazarin in een pragtige Tombe bewaard, gelijk ook hier de fchrandere Tooneeldichter Boursault , begraven ligt, bekend door zijn uitneemend leerzaame ftukken, Efope & ia cour en Efope d la ville, als ook door de Mercure Galant en andere ftukken van fmaak en vernuft, waar-  'stad P A R IJ S. i6i) waarom hij zeer gezien was bij Koning Lodewijk XIV. inzonderheid was bij hem opmerkelijk, dat hij niet geftudeerd hadde; niet eens de Latijnfche taal verltonde , en flegts door veel leezen van moderne fchriften, en een leevendige verbeelding, gepaard met eene bijzondere vlugheid van geest, dat gebrek aan fludie en geleerdheid overvloedig wist te vervullen. Hij overleedt in 1701. Van hier de Seine langs ftadwaards wandelende, treeden wij in de VEERTIGSTE W IJ K, (La Setlion des quatre Nations.) En vinden daar terftond, op de Kaai Malaquais, het wonderlijk pragtig Paleis , 't welk den naam draagt van Le College des quatres Nations , of le College Mazarin, het School der vier Natiën, of het School van Mazarin. Dit werdt in ió6[ door dien Kardinaal , weinig tijd voor zijn' dood gefticht, 'er kunnen in hetzelve dertig jongelingen, van elke der vier Natiën, te weeten, Italiaanen, Franfche, Duilfchers en Vlaamfchen aangenoomen worden. Een halve cirkel in 't midden van welke het Portaal der fraaije Coupelkerk zig bevindt, maakt het aanzien van dit Paleis langs de Seine zeer pragtig. De Frontefpice, die op een fraaije rij Colommen van de Corinthifche orde rust, is van boven verfierd met zes fraaije Groepen [L 5]  i7o BESCHRIJVING der. van beelden door des Jardins , verbeeldende de vier Euangelisten en de voornaamfte Griekfche en Latijnfche Kerkvaders. Achter deze Frontefpice verheft zig de fraaije Coupel ,der Kerk , welke vooreen meesterftuk van Bouwkunst gehouden wordt, en eene zonderlinge proef der bedreevenheid van de Architecten daarin opleevert, dat zij van buiten een kringronde en van binnen een eironde gedaante hebbe. Binnen in de Kerk is, in plaats van een Altaarftuk, een fraai marmer Basreliëf, verbeeldende St. Louis, welke de doornekroon uit handen van den Patriarch van Jerufalem ontfangt, gemaakt door Boccardi ; ook ziet men ia. deze Kerk het pragtig Maufoleum of Grafteken van den Cardinaal de Mazarin , wiens beeldtenis op een zerk van zwart marmer , onderfteund door een metaalen vergulden voet, levensgrootte van wit marmer afgebeeld is, in de houding als of hij vuuriglijk bade; fchoon zijn naagedagtenis in Frankrijk niet zeer in eere gehouden wordt, zelfs reeds in voorige tijden. Achter dit beeld ftaat een Engel , draagende het wapen van zijn Geflagt. Alles is op een foort van hoogte , waar toe men met twee marmeren trappen opklimt, van den grond verheven, op welker hoeken drie metaalen beelden, elk ter hoogte van zes voeten gezeten zijn , verbeeldende de Voorzichtigheid, de Overvloed en de Getrouwheid. Dit Praalgraf is een meesterftuk van den meermaalen genoemden Coyzevoix ; voords is de grond der Kapel, waarin dit Kunstgraf gevonden wordt, met zwart en  stad PARIJS. 171 en wit marmer, doorzaaid met gouden fterren, welke tot het wapenfchild des Kardinaals behooren, bevloerd , 't welk alles te famen een pragtige vertooning oplevert. De Bibliotheek van dit Collegie is mede overwaardig om bezichtigd te worden; zij is die, welke de Cardinaal eerst zelve bezeten , en bij zijn overlijden aan dit School gemaakt heeft. Zij ftaat tweemaal ter week , des zondags en donderdags, voor ieder open, en bevat een getal van meer dan 60,00» : Boekdeelen , fchoon de Bibliotheek des Cardinaals op zig zeiven flegts 36,000 uitmaakte. De meeste raare werken die hier gevonden worden, zijn door den Bibliothecaris des Cardinaals, den geleerde en alom beroemden Gaeriel Naudeus , die op kosten des Cardinaals, in de meeste oorden van Europa de raarfte Manufcripten en Boeken opkogt, alhier bezorgd; edoch de Manufcripten zijn in de Bibliotheek des Konings overgebragt. De zaal waarin deze Bibliotheek geplaatst is, heeft een alleraangenaamst uitzicht langs de geheele Seine. Achter dit fraaije Gebouw vindt men V'Hotel de Rochefaucault, gefticht door Mercier; 't welk aan de Vicomte de Turenne toebehoord heeft; naast le College Mazarin aan de regte zijde grenst L'Hotel de Conty, 't welk van buiten zo wel als van binnen, grootsch en fierlijk betimmerd is; immers 'er is een zaal in hetzelve , die een allerverïukkelijkst uitzicht over de geheele Seine heeft. De 0*  172 BESCHRIJVING der fieraaden zijn van Francois Mansard , en verfcheidene Schilderftukken en Platfonds van Jouvenet; een zeer groote tuin verlicht voords en veraangenaamt het geheele Gebouw. Aan de andere zijde naast het College Mazarin , een weinig naar achter liggen Les petits Peres Auguftins , de kleine Vaders Auguftijnen ; behalven het groot Autaar door Biardeau , en het beeld van een' ftervenden Christus door Varcis, 't welk zig boven hetzelve bevindt, en zo beroemd wegens deszelfs uitdrukking is, zo dat men 'er zelfs meermaalen een pond gouds voor geboden heeft, valt 'er niet veel bijzonders in deze Kerk te befchouwen. Tegen over deze Kerk ligt L'Hopital de la Charité, of des Freres de la Charité, dat is: het liefde Gasthuis, of de Broeders van het liefde Gasthuis; gefticht in 1602, .door Koningin Maria de Medicis; men telt in dit Gasthuis 208 bedden, in zes zaaien verdeeld, geene dan geneesfelijke zieken worden in dit Gasthuis aangenomen , doch alle befmettelijke kwaaien vinden hier geen herberg. De Kerk is rijk met Schilder¬ ftukken voorzien; onder anderen vindt men 'er een Opwekking van Lazarus door Galloche , 't ,welk mede tot een famielieftuk voor dien Schilder diende, om dat hij de daar in voorkomende beelden, zo na zijne Vrouw, als ook derzelver Zusters, en eenige andere perfoonen van zijn huisgezin , gefchiiderd hadde. Eüc der zaaien in\ dit groot Gebouw draagt den naam van een' bijzonderen Heiligen, en is ook ten  STAD PARIJS. 173 tten minsten met één capitaal Schilderftuk door eenig woornaam meester voorzien. In de zaal van St. ILoujs ziet men een tafereel van Testelin , verbeeldende dien Koning bezig met het pijlen van riden wond eener zieke; voords zijn 'er ook van de eeerfte fpruitjens van den naaderband zo heerlijk bloeijjenden Schildergeests van le Brun , in dit Gebouw woorhanden. Aan de andere zijde van de Rue Remoit, ligt hier tegen over. UAbbaye Royale de St. Germain des Prez, weieeer voor eene der doorluchtigfte Abtdijen, niet ahHeen van geheel Frankrijk, maar zelfs van de geIheele Christen waereld gehouden. Zij is gefticht r'door Koning Childebert , Zoon van Clovis I. een verfcheiden ITiftoriefchrijvers verhaalen zeldzaame £aantekei?ingen, omtrent derzelver ftichting. Men Heest naamlijk in dezelven, dat Childebert naar iSpanje getrokken zijnde , om aldaar de Vifigothen tte beoorlogen, en het beleg voor Saragosfa te Haan, (de inwooners zeer bevreest werden, en trachtten door riekunde, als verbeeldende de oudde Koningen van Vrankrijk; onder anderen ziet men 'er Clovis I. met den Raadsheersdaf en Tabbaard , welke hem door Anastasius, Keizer van het Oosterfche Rijk, als een teken van onderfcheiding en hulde toegezonden werdt. Men ziet bij Clotarius de vlok hairs , welke de eerfte Koningen van Vrankrijk droegen , tot een teken van onafhangelijkheid van het Roomfche Rijk. Eene der twee Koninginnen die in 't midden ftaan , en welke men vermoedt dat Koningin Clotilde zal verbeelden, met een' langen mantel welke met een juweel te famen gegespt is, zijnde de dragt der Koninglijke Vrouwen te dief tijd, ook ftaat 'er een Bisfchop bij, dien men voor St. Germain of St. Remij houdt. Even zo merkwaardig is de Klokkentoren van deze Kerk , welke alle kenmerken der hoogde oudheid draagt, zo dat veele denzelven voor een overoud Bolwerk of Sterkte  BF'stad P A R IJ S. 175 te ter verdediging, anderen voor een' Tempel van Ifis houden. Spon is mede van die gedagte (*), en zegt, dat de Cardinaal Brieonnet het oude Ifisbeeld dat in dezen Tempel geftaan hadde, en toen Ao. 1514., van onheugchelijke tijden af, nog in een' hoek der Kerk lag, heeft doen verbrijfelen; om dat 'er fommige oude vrouwen waschlichten aan opofferden , in verbeelding dat het een Mariabeeld ware. Die Cardinaal moet echter geen liefhebber of kenner van Oudheeden geweest zijn, anders zoude hij het wel elders hebben kunnen doen verplaatfen. Het Kerkgebouw zelve is niet fchoon , en fchijnt van de elfde eeuw te zijn, fchoon het in 1653 overal zo wat vernieuwd en veranderd is. Het Autaar is merkwaardig wegens deszelfs plaatfing ; wijl het van alle zijden gezien kan worden: voor hetzelfde wordt op groote feestdagen, een vergulde tafel gezet, waarop verfcheide beelden gefteld worden , te weeten een Crucifixus, een beeld van St. Vincentius, aan wien deze Kerk eerst gewijd geweest is , en een beeld Van St. Germain; dit ftel bij elkander is van een overgroote waarde, met diamanten en kostbaare edelgefteenten omzet; daar bij worden dan nog eenige andere reliquiën gefteld. Toen men in 1704. in den grond groef om het Autaar te vernieuwen , vondt men een graf 't welk van een per- foon (*) Op de te vooren reeds aangehaalde plaats in zijn Reckerckez curienfes.  i?6 BESCHRIJVING der foon van rang fcheen te weezen; het was van een" fijnen, zeer harden , na marmer gelijkenden fteen; en men zag 'er een wijngaardsrank op afgebeeld met palmen omgeeven, en alles met ronde fchelpen tusfchen beiden gedekt; doch men heeft aan geenerlei teken kunnen raaden, wiens graf het eigentlijk geweest zij. Het Altaar zelve is van eene verwonderlijke Bouwkunst; hieraan zijn nu geplaatst de oude marmeren pijlaaren, welke weleer aan den oever der Seine , bij le Cours de la Reine gefield waren, (zie bh 33.) die ih Africa bij de oude ftad Leptis Magna, de geboorteplaats van Keizer Septimus Severus , weleer nabij Algiers gelegen, gevonden zijn. Dit Autaar is gebouwd door den uitmuntenden Bouwmeester Gilles-Marie Oppenord , boven op hetzelve is een groote reliquiekas gefield, welke het lighaam van St. Germain, overleden den 2.8[len Maij 576, vervat; deze is in de gedaante van een Gothisch Kerkgebouw, enkel van masfief zilver faarogefleld , 't welk op fommige plaatfen verguld is; waartoe men 27 mark gouds en 250 mark zilver befteed heeft; voor het overige telt men honderd achtenzestig edele fteenen en honderd zevenennegentig fijne paerlen aan hetzelve. Dit pragtig ftuk is in 1408. door den Abt Guillaume, eveneens als de reeds genoemde rijke beelden die voor het Altaar ten toon gefield worden , aan deze Kerk gefchonken ; gebruikende die Geestelijke alle zijne rijke inkomften alleen ter verfiering van deze zijne Abtdij; voords zijn 'er een groot aantal Schilderftukken en Beeldwerken in deze  STAD P AR IJ S. ïf? Be Kerk, en de liefhebbers der Oudheeden kunnen in» zonderheid hier aan hun verlangen voldoen in het bezichtigen van veele oude graven der oudfte Koningen; welke wel eenigzins herfteld en hier en daar vernieuwd zijn|, om dezelve nog lang in ftand te houden; maar die echter nog zo veel van het aloude behouden hebben, dat ze dien naam nog wel kunnen draagen. Men ziet'er, bij voorbeeld, de Graven van Childeric I. en II. en van Childebert , en de Koningin Ultrogotta zijne Vrouw, Chilperic en Fredegonde, Clotarius II. en BertPvUDe ; bij gelegenheid van het hernieuwen en verplaatfen dezer Tomben in 1653 vondt men nog twee reien van zeer fraaije fteenen graven; waarin delighaamen nog rijk gebalzemd, en met kostbaare doeken over het aangezicht, benevens allerlei Koninglijke fieraaden gevonden werden. Het voornaamfte derzelve ontdekte men het Graf te zijn van de Koningin Blitilqe, eh den Koning Childeric II. heur' Echtgenoot; op de Tombe der Koningin ftondt een fteenen kistjen , waarin het hart van heuren Zoon , den jongen Dagobert , befloten was, welke drie perfoonen door zekeren Edelman Bodil, dien de Koning verongelijkt hadt, in het bosch van Bon* dis op de jacht vermoord zijn. Naa men alle de beenderen 'er uitgenomen hadt , vondt men in de holte van den Graffteen, alleen deze letteren: Childer. Rex , welke echter alle de noodige opheldering over deze lijken gaven. Het Graf van Fredegonde , overleden te Parijs Ao. 697. is inzonderheid aanmerkenswaardig , wijl dat met heur af[M] beel-  178 BESCHRIJVING der beelding verfierd is, houdende zij een fcepter met dubbele leliebloemen in de hand, ten bewijze, dat de lelie toen reeds het kenteken van het Franfche Rijk moet geweest zijn , 't welk fommige tegenfpreeken. Men heeft ter zeiver tijd nog meer aanmerkelijke graven ontdekt ; en 'er worden ook veel fraaije nieuwe Graftomben van aanzienlijke mannen in deze Kerk gevonden; bij voorbeeld: dat van Jan Casimir, Koning van Polen, te Nevers als Abt van deze Abtdij 1672. overleden, en andere, doch welker befchrijving ons te zeer wijdloopig zoude doen worden. Over het algemeen kan men zeggen, dat deze Kerk van St. Germain des Prez, zo in aloude zeldzaamheeden , als nieuwere , kostbaare en pragtige fieraaden, weinig gelijken in geheel Frankrijk heeft, of liefst gehad beeft; want het is zeer waarfchijnelijk, dat de Monarchomachie ook de overblijffelen , gedenktekens en rijke fchatten van Vrankrijks oudffce Vorsten, zo min als die zijner jongde zal gefpaard hebben. —— In het Klooster of wel de Abtdij dezer Kerk , is ook nog eene fraaije Bibliotheek, waarin een zeer groot aantal Manufcripten en aloude Gedenkpenningen gevonden worden; onder de zeldzaatnfte Manufcripten vindt men een Pfalmboek , waarvan St. Germain zig ren tijde van Childebert bediend heeft, op zijn Gezantfchap naar den Keizer Justiniaan , die te dier tijd het Oostersch Keizerrijk beftuurde; het is op purperpergamènt, met zilveren kleine, en gouden hoofdletteren gefchreeven ; de chaiacters der letters zijn zeer  STAD PARIJS. 179 zeer vreemd en kwalijk te onderkennen; voords zijn hier nog aloude wasfchen fchrijftafeltjens, met hunne Jiyli of fchrijfftiften, en verfcheidene andere zeldzaamheeden te zien; ook zijn 'er nog twee afzonderlijke Bibliotheeken in den omvang dezer Kerk; maar reeds te lang voor ons beftek , hebben wij ons in deze Wijk , en wel in deze aanmerkelijke Kerk opgehouden, 't wordt tijd, dat wij ons van 1 hier in de 'er nevens aanliggende verdeeling begeeven, ien overgaan tot de 'TWEE EN VEERTIGSTE WIJK. (La Settion du Theatre Francais.) Welke niet groot is ; doch waarin ons terftond ;als het aanmerkelijkfte Gebouw in 't oog valt: Le Theatre Francais of de Franfche Schouwburg, 2zijnde een niet zeer pragtig , maar anders uitneermend wel gelegen Gebouw , waarop verfcheidene iftraaten uitloopen. Men zoude dit Gebouw van Ibuiten niet aanzien, dat het een plaats aan vermaakllijkheeden gewijd, moet -^oorftelien; niets anders is "er van buiten aan te bemerken , dan een enkele iregel in gouden letteren, Theatre Francais. Van Ibinnen is deze Schouwburg echter rijker verfierd, ;zijnde de Toneelzaal zeer rijk met gouden krulwerlken d l'arabcfque befchilderd. De zaal kan omtrent :aaoo perfoonen bevatten, die alle nog kunnen ziftten. Het Tooneel fpringt een eind weg in de zaal wooruit, op dat de ftem van de Speelers niet ach[M a] ter  i8o BESCHRIJVING der ter de fchermen zal verdwijnen , 't welk een zeer goed uitwerkfel doet. In een der zaaien van dit Gebouw heeft men de borstbeelden der voornaamfte Frara> fche Toneeldichters geplaatst , als die van Molie- : re , voltaire , PlRON , crebillon , R.acine , Corneille , Destouches , la Fontaine enz. eene in de daad fraaije fchikking van dankbaarheid , te meer daar toch het geheele Gebouw op kosten des Konings meestal bekostigd werdt ; hoe veel te meer behoorde men zulk eene belooning van eer te bezorgen aan Tooneeldichters in zulke plaatfen, waar het Tooneel door de aanfchouwers onderhouden wordt, en men dus niet zonder grond kan zeggen, dat de Dichters door fraaije ftukken aan hetzelve te keveren de aanfchouwers lokkende, alleen de inkomsten aan hetzelve bezorgen, waar van weder van het overfchietende , armen en behoeftigen onderfteund worden. Deze Schouwburg is op den yden April 1782. voltooid en ingewijd. Nevens dezen Schouwburg ligt: De Kerk en het Klooster der Cordeliers , zijnde een der grootfte Kerken van Parijs; verfcheiden Schilderijen en Beeldwerken verfieren dtze groote Kerk; en onder de graven zijn merkwaardig, dat van Alexandsr Hales , bijgenoemd DoElor irrefragabilis of de onkreukbaare Leer aar. Voords vindt men 'er een fraaije Bibliotheek ; doch zij is niet open , zelfs niet voor de Monnikken. Onder deze Cordelieren zijn verfcheiden beroemde Geleerden weleer geteld geweest, als zijn Johannes Duns  STAD PARIJS. lil Duns Scotus , of de Doctor fubtilis, St. Bonaventura en St. Thomas d'Aquinas , welke in de gefchiedenis der Scholastike Godgeleerdheid en Wijsbegeerte zeer beroemd zijn. — Hier nevens treft men nog aan: L'Eglife de St. André des Arcs, of de Kerk van St. Andries der Boogen. In deze vindt men het Graf van Anne Martinozzi, Prinfes van Conti, door de kunstige hand van Girardon ; voords zijn 'er nog meerere fraai gebeeldhouwde Graven in deze Kerk, onder welken ook dat van den Abt Batteux , bekend door zijnen letterkundigen arbeid, gevonden wordt, hebbende alleen het eenvouwdig, maar grootsch en bevallig opfchrift amicus amico , dat is: een vriend voor een' vriend. Ook ligt in deee Kerk de famielie der de Thou's begraven, in verfcheiden Graflieden, waaronder dat van J. A.de Thou, die de Hiftorie van Frankrijk in 138 boeken befchreeven heeft, en in 1617 overleden is, uitmunt, als ook dat van A. Houdard de la Motte van de Franfche Academie, bekend door zijne fabelen, welke in 1731. geftorven zijnde,en begraven wordende op den 31 December'er een zo zwaare mist over Parijs viel, dat 'er nooit bij het geheugen der oudfte lieden , zodanig eene zwaare duisternis, waardoor ook zelfs de fakkels der Lijkftatie , niet dan even zichtbaar waren, over Parijs gehangen heeft. Niets aanmerkelijks meer in deze Wijk aantreffende, ftappen wij over in de \M 3] TWEE  182 BESCHR IJ V ING der TWEE EN VEERTIGSTE WIJK. (La Settion de la Croix Rouge.) In welken wij terftond ontdekken: L''Hotel de la Marche , een zeer fraai welgelegen en pragtig Paleis, en daar nevens L'Hotel de Puillieux, Coucy, La Motte en Maurepas, welke alle met hunne voorgevels in de Rue Grenelle uitkomen , het welk dezelve tot een zeer "fraaije ftraat maakt; waar aan eindelijk paalt: Het Klooster der Recolletlen , waarin juist niet veel bijzonders voorkomt, behalven eene fraaije, redenrijk voorziene Boekerij. I Daar tegen over ligt L'Hotel de Narhonne, een van buiten pragtig en wel gemeubileerd Gebouw ; en hier achter Les petites Maifons , zijnde een Gasthuis voor Krankzii3i:ïgen. Voords aan de overzijde van de Rue du Bac, vindt men L'Hopital des huur alles, een Gasthuis, dat voor ongeneesfelijke zieken in den jaare 1637. door den Cardinaal de la Rochefaucault gefticht is; de Kerk is bezienswaardig, zo wegens zijn Altaarftuk, door Perrier, als wegens deszelfs fraaije en fier- lijke Bouworde. Aan den hoek van de Rue de Seve, vindt men Les Premontrez , zijnde een Kerk en Klooster, aan het welke de Koningin Anna van Oostenrijk, die ook voor een gedeelte deze Orde gefticht had^  stad PARIJS. 183 hadde, den eerften fteen in 1661 gelegd heeft; en hier nevens Les Freres St. Thomas, zijnde een eenvouwig Klooster, waarvan niet veel bijzonders aantewijzen is ; gelijk ook niet van het daar naast grenzende Geestelijk Genootfchapshuis, genoemd : Le bon Pafteur, 't welk voor boetvaardige Dochters gefticht is, welke alleen beftaan van de liefdegiften van Godvruchtige Vrouwen , die daartoe in een onderling Genootfchap verbonden zijn. Tegen over les Incurables vindt men Les MiJJionaires Etrangers , een Mannenklooster, en Les Convalefcens, of een Gasthuis van zulke zieken, die uit andere Gasthuizen , en wel voornaamentlijk uit het Hotel Dfewhier, als zij aan de beterhand zijn, verplaatst worden, op dat ze hier in een ftiller en ruimer lucht, te gemakkelijker hunne kragten fpoedig terug zouden bekomen; en hier achter nog vier fraaije Hotels, als dat van Matignon, de Rohan, de Chaulme en de Biron, welke'alle in de Rue Varennes uitkomen, en het laatstgenoemde met een' zeer fraaijen tuin voorzien is, welke voor ieder wandelaar van den ijlen April, tot den iften Oftober open ftaat. Deze tuin ftrekt zig een geheel eind weegs , langs l'Hotel des Invalides , en deszelfs Avenues uit. [M 4] DRIE  184 BESCHRIJVING der DRIE EN VEERTIGSTE WIJK. (La SeSton du Luxembourg.\) Vervat voornaamlijk het pragtig Paleis, genoemd Le Luxembourg, of le Palais d'Orleans, 't welk voor een van de fchoonfte Gebouwen van geheel Parijs gehouden wordt. Het is grootendeels gefticht door Maria de Medicis , Weduwe van Koning Henrik IV. eene Koninginne, die eindelijk nog te Keulen, in 1642. van gebrek, althands in behoeftige omftandigheeden , fchoon zij Moeder van drie Koningen was , overleedt; zij verfierde dit Paleis met zekere kostbaare marmeren fteenen, die Koningin Catharina de Medicis, met groote onkosten uit Italiën hadde doen komen, met voorneemen om 'er een Graftombe voor het Geflacht van Valois, in de Kerk van Si, Denis van te doen oprichten; terwijl zij die tegen den wil der Geestelijken, door een Lettre de Cachet of Koninglijken dwangbrief meester werdt; doch van deze marmers is flegts nog weinig aan de achterfte Gallerij des Gebouws zichtbaar. Het Gebouw zelve is door Jacques de Brosse in 1615. na het model van het Paleis Pitti te Florence oudernoomen, en de bouw duurde flegts ten hoogften vijf of zes jaaren. Het is faamgefteld uit vier rijen pragtige Gebouwen , die een binnenplein omfluiten, op het welk het voornaamfte lighaam van het Gebouw zijn' ingang heeft. De voorfte rij der Gebouwen , die regt over de Rue de Tour-  stad P A R IJ S. 185 Tournon gelegen is , is met een ronde Coupel of Dome gedekt. Rondom het binnenplein zijn onder de Zijdgebouwen Gallerijen , waar onder men bij flegt weêr wandelen kan , gelijk de Zijdgebouwen van vooren ook dóór eene overdekte Gallerij verbonden worden. Men gaat tot den voorgevel van het Hoofdgebouw, dat van vooren over het binnenplein , en van achter over den pragtigen tuin uitziet, met een marmeren terras op, waardoor hetzelve boven de overige Gallerijen eenigzins verheven is, en met twee liggende beelden, boven het wapen van Vrankrijk, prachtig verfierd geweest is; van binnen is het niet minder pragtig ingericht, zo door Beeldhouw , als kostbaar verguld Snijwerk. Maar het geen dit pragtig Paleis voornaamlijk pleeg te verlieren , was de groote Gallerij ter regterhand in het inkomen van hetzelve , welke op eene meesterachtige wijze door den grooten Rubens in 1623 gefchilderd was , en de Gefchiedenis der Koninginne in twintig zinnebeeldige tafereelen voorftelde; waarvan de Prentverbeeldingen, onder den naam van de Gallerij van Luxemburg, den liefhebberen van fraaije Prentkunst over genoeg bekend zijn. Deze Schilderijen zijn naaderhand hier afgenoomen, om in de Kunstzaal op de Louvre verplaatst te worden. De achtergevel van dit Koninglijk Gebouw, en het gezicht naar den uitgebreiden tuin , is niet minder grootsch; in 't midden van denzelven is een fontein, of liever de ruïnes van een fontein, welke een heerlijk overblijffel van Bouwkunst is. Tegen over dit [M 5] uit-  186 BESCHRIJVING der uitgeftrekt Gebouw liggen nog eenige kleinere Hotels , als dat van Nivernois, 'c welk weleer aan den bekenden Concino Concini, Mareckal d'Ancre (*) behoorde, en 't welk ook den naam van het Hotel der vreemde Ambasfadeurs droeg, wijl het in 1721. den Turkfchen Ambasfadeur Mahomed Effendi ten verblijf toegeweezen was; als ook het Hotel d'Elban, waarvan weinig te zeggen valt. Daar nevens liggen, Les filles du St. Sacremenl, een zeer uitgeftrekt Klooster, met een groote omtuining; en daar achter: Les Benedictines de VAdoration perpetuelle du St. Sacrement, of de Benedictijner Nonnen van de geduurige aanbidding des Sacraments , wier Kerk geen bijzonderheeden vervat. Naast dit Klooster grenzen De ongefchoeide Carmeliten, (Les Carmes dechausféz,) in wier Kerk zig een overheerlijk Autaarftuk, door Quentin Varin, de meester van den grooten Poussin , gelijk ook een Graftombe van Oppenord voordoet ; ook werdt het beeld der H. Maagd, (*) Wiens lijk door het Graauw mishandeld, en zijne Weduwe Eleonora Galigai verbrand werdt; zij befchuldigd wordende, dat zij de Koningin Maria de Medicis betoverd hadde. en dat hij een oneerlijken minnenhandel met dezelve dreef, waarom hij gevangen wordende, en zig verdedigende, op de Pont Levis doorflooten werdc.  stad PARIJS. 137 Maagd, dat hier in eene aan heur gewijde Kapel, met het Kind Jefus op den fchoot zit, en door Antonio Raggio , een leerling van den Ridder Bernini, te .Rome uit een ftuk marmer gebeeldhouwd is, zeer geroemd. Het Klooster heeft die zeldzaamheid, dat het wit,waarmede deszelfs muuren bepleisterd zijn, zo fchitterend als marmer is, waarom het ook onder den naam van blanc des Carmes bekend is , ook heeft men in de Apotheek van dit Klooster het algemeen gebruikt wordend Schrikwater, bekend onder den naam van Eau des Carmes , uitgevonden. Aan de overzijde in dezelfde Wijk, vindt men De groote Kerk van St. Sulpicius, (Si. Sulpice,') welke in 1655. na de tekening van le Veau geordonneerd, en 1678 door Goifford vermeerderd, en eindelijk 1718. door Oppenord volbouwd is. Dit pronkftuk van Bouwkunst is 64 toifes hreed, en pronkt van vooren met 68 Colommen , zo veel van de Jonifche als Dorifche orde. Binnen in de Kerk .ziet men een rijk met edelgefteenten verfierd Au;-ar , waar nevens twee Engelen , die de Arke des Verbonds aanbidden. Voor aan den ingang van het Choor, ziet men twee levensgroote koperen vergulde Engelen', na het model van Bouchardon, welke ook nog de beelden van Maria, Christus en de twaalf Apostelen, die het ruim der Kerk verfieren, gebeeldhouwd heeft. In het ruim dezer Kerk ftaat een Obeliscus of Puntzuil, welke door middel der daar op vallende zonneftraalen, tot een' naauwkeurigen zonnewijzer dient. De wijwatersbakken in de-  188 BESCHRIJVING der. deze Kerk, zijn meest alle van Egyptisch marmer, en van een hooge aloudheid, en die weleer in een' Heidenfchen Tempel tot een diergelijk gebruik van zuivering gediend hebben. Nog zijn 'er twee andere uit een marmeren rots gehouwen , bij wijze van fchelpen , door den Heer Pigalle. De Kapel der H. Maagd is bij uitflek merkwaardig, wegens deszelfs fraaije fieraaden en Schilderijen, gelijk ook de overige Kapellen daar rijkelijk van voorzien zijn. In een derzelve is de heerlijke Grafplaats van Longuet de Gergy, overleden in 1750. welks ordonnantie in een' grootfchen fmaak, en met levensgroote beelden ingericht is. Nog vindt men in deze Kerk in de Sacriftij een waschvat van aloud Egyptisch marmer, waarin een geheel masfif zilveren levensgroot Mariabeeld Haat, 't welk door Bouchardon getekend is. De groote Schilder Jean Jouvenet, overleden 1717. is hier, benevens meer voornaame mannen, begraven. Hier agter bevindt zig De Markt van St. Germain, of Foire St. Germain, welke in 1480. door Koning Lodewijk: XI. gefticht , en aan de Abtdij St. Germain des Prez gefchonken werdt. Deze markt, met alle derzelver fierlijk rondom gebouwde winkels en kraamen , is op den i6den Maart 1763. geheel in de asfche gelegd; doch het volgende jaar werdt alles weder fpoedig op den voorigen voet herfteld, en is thands zo luisterrijk als voorheen. Men vindt 'er, geduurende den markttijd, die van den $den Februarij, tot aan Palm-zondag duurt, allerlei vermaaklijkheeden van Klucht-  STAD P A R IJ S. I3<) Kluchtfpelen, Marionetten, ^Koordedanfers, vreemde Dieren, en alles wat tot de drukfte Kermis behoort. Deze Markt is vrij, en alle vreemde Kooplieden kunnen 'er hunne goederen op komen veilen. De reden waarom men op de Jaarmarkten in Vrankrijk gewoon is diergelijke vermaakelijkheeden, die toch niets gemeens met den Koophandel hebben, toetelaaten, is hierin gelegen: in den aanvang der Franfche Alleenheerfching, werdt de Koophandel verre van in zwang te zijn, door de Christenen als een fcbandelijke en verachtelijke oefening aangezien, daar zij meenden, dat 'er geenerlei koop konde gefloten worden , met die oprechtheid van wederzijden , welken ten ftriktften genomen eenenChristen betaamt. De Kooplieden zwierven dus in een' veracht wordenden ftaat, het Land hier en daar door, terwijl ze dikwerf aan de vervolging en openbaare verfmaading der Geestelijken, en de roofzucht der Edelen bloot ftonden; die 'er geen misdaad van maakten, om deze zwervers uit hunne Kasteelen te doen overvallen, en van hunne koopwaaren te plunderen. Dit noodzaakte hen eindelijk in gezelfchap, en gewapend, bij wijze van eene Caravane, het Land doortetrekken, om zig nu bij de Stedelingen en Landlieden , door wien ze uit verkeerde Godsvrucht, overal fchuinsch aangezien werden, bemind te maaken, voerden ze in hun gezelfchap allerlei Kunstenaars, Bootfemaakers en Tijdverdrijvers mede , die het volk een aangenaam vermaak verfchafren, terwijl zij hunne waaren uitventeden; van daar is het gebruik over- ge-  190 BESCHRIJVING der gebleeven, dat doorgaands de Jaarmarkten met dergelijke uitfpanningen voorzien zijn. Van hier gaat men over de Place Michel^ een ruim wel bebouwd Plein , in de VIER EN VEERTIGSTE WIJK. (La Seclion des Thermes de Julien of de Beaurepaife.~) Waar men in een' uithoek derzelver, die echter meer regelmaatig tot de naast gelegen vijf en veertigfte Wijk fchijnt te behooren , (echter wijl deze Wijk 'er den naam van draagt , hebben wij dit overblijffel der oudheid, ook onder deze Wijk begreepen) vindt: Les Thermes de Julien, of le Palais des Thermes , een fraai overblijffel der Romeinfche oudheid , en het eenige dat van de tijden der Romeinen nog voorhanden is. Het ftaat in de Rue la Harpe, men ziet in hetzelve eene groote zaal met een hoog verwulft, boven het welkeen zeer fraaije en groote tuin gevonden wordt, die met den tuin van het Hotel de Clugny, Rue desMathurins, gemeenfchap heeft. Men meent dat dit Paleis door den Keizer Julianus gebouwd is, na het voorbeeld der Badftoven van Diocxetiaan te Rome, wanneer hij de Gaulen in 375 beoorloogde , en te Parijs tot Keizer uitgeroepen werdt. Deszelfs park en tuinen hebben weleer een grooten ftreek gronds be-  stad PARIJS. m beflagen, en zijn het gewoone verblijf der Koningen van den eerften ftam geweest; men heeft hier in het jaar 1544. een onderaardfche waterleiding, bij gelegenheid dat men in den grond moest graaven om eenige vertimmering aan hetzelve te doen, ontdekt. Deze hadde waarfchijnlijk gediend , om de wateren van Arcueil tri dit Gebouw te leiden. Karel de Groote gebruikte dit Gebouw, gelijk wij1reeds gezegd hebben, tot eene gevangenis voor beide zijne Dochters, welke van een ongeregeld gedrag be- fchuldigd waren. In deze Wijk vindt men voords: L'Eglife des Peres St. Severin ; of de Vaders van St. Severinus , waarvan men den ftichter niet weet, even zo min als den tijd, waarin dezelve gefticht zoude zijn, alleen weet men dat de vergrooting, die men genoodzaakt geweest is aan dezelve te doen, in 1495 voleindigd is. Gelijk men ook in 1684. aanmerkelijke verbeteringen in het Choor dezer Kerk gemaakt heeft, onder welke de herbouwing van het groot Altaar, na de tekening van le Brun , door Tuby , 't welk thands een heerlijk voorkomen heeft, geen van het geringde is. De Kerk zelve is van een Gothiek voorkomen ; doch van binnen in de Kapellen met fraaije Schilderftukken en rijke Praalgraven voorzien ; ook ligt in dezelve begraven, de beroemde Kerkelijke Hiftoriefchrijver LodewijkElias du Pin, DoSlor der Sorbonne , een zeer onpartijdig Schrijver , doch die daarom ook van Ketterij befchuldigd, 'ui 1719- onder  192 BESCHRIJVING der der de vervolging der Geestelijken overleedt. Naast deze Kerk ligt een Klooster dat den naam draagt van St. Gervais, doch waarin niets belangrijks voorkomt , even min als in het naast aanliggende Klooster, Les Mathurins de la Sainte Trinité du redemption des Captifs, dat is: de Mathurins der H. Drieeenheid van de loskooping der gevangenen , anders ook de Ezelbroeders genoemd, om dat zij een aschgraauwen pij droegen. En daar weder naast vindt men: La Sorbonne, een Genootfchaps Gebouw, benevens een Kerk, dat zijnen naam draagt van Robert Soreon, Kapellaan van Lodewijk den Godvruchtigen, welke ondervonden hebbende, hoe moeilijk het ware, zonder fortuin tot den graad van( Doctor te geraaken, daartoe een' gemakkelijker' weg wilde baanen, door de inftelling van een Genootfchap ofMaatfchappij van vvaereldiijke Geestelijken , die in gemeenfchap van goederen zouden leeven , en onbezorgd omtrent de benoodigdheeden des levens, zig flegts alleenlijk bezig zouden houden met de zorg voor het ftudeeren, en anderen voor niet te onderwijzen. Terwijl de armoede hun kenteken zoude zijn, en zij genoemd zouden worden Pauperes Magiftri, en hun huisPauperrimaDomus, welken naam hoe zeer thands te onpas gebezigd, echter nog in gerechtelijke of openbaare gefchriften gebruikt wordt. Dit Huis of Genootfchap heeft zig voords altijd ge-  stad PARIJS. 193 gemoeid met het verklaaren en beflisfen der gefchilftukken in den R. C. Godsdienst; 'er zijn in hetzelve Doctors , Baccalauren en arme Studenten; en het beftuur berust bij een' Prior , die elk jaar, op den laatften dag des jaars vernieuwd wordt. Het Gebouw wordt verdeeld in binuenfte en buitenfte Schooien, de eerfte worden in het Gebouw dat aan de Kerk gehecht is gehouden , de tweede zijn op hun zeiven; een en ander, als ook de Kerk, is zijn' tegenwoordigen fraaijen ftand verfchuldigd aan den Kardinaal de Riciielieu, welke in dit huis geftudeerd hadde , en 'er weleer ook Prior of Provifor van geweest was. De Kerk werdt begonnen 1635. na de tekening van den Bouwkundigen le Mercier, en eerst in 1653. voleindigd. Het buitenst Portaal is famengcfteld uit twee verfchillende Bouworden, van Corinthifche en famengeftelde Colommen, tusfchen welke verfierde beelden in nisfen , en op de hoeken vrij ftaande, gevonden worden ; in het midden van den voorgevel heeft men een' zonnewijzer geplaatst , welke ook tevens de fchijngeftalten der maan aanwijst, achter welken voorgevel de Coupel der Kerk op eene pragtige wijze ten voorfchijn komt, die van boven in de plaats van een' weêrhaan, of fpits in een vergulden waereldbol, met een kruis 'er boven, uitloopt. Dit Gebouw heeft een fchoon voorkomen, 't welk merkelijk geholpen wordt door het ruime Plein dat 'er voor ligt, en de Place Sorbonne genoemd wordt, als ook dat het door eene daar [N] op  io4 BESCHRIJVING der op uitloopende ftraat, uit de Rue la Harpe, op een' afftand kan bezichtigd worden. Het binnenfte der Kerk is met Corinthifche Colommen , zonder voetftukken verfierd, en men vindt 'er een geheele rij beelden van de Apostelen , Euangelisten en Engelen , boven elkander in nisfen langs den muur geplaatst, welke alle van donderfteen , zo genoemd , om dat hij, als het dondert, vochtig wordt, door Bertholet en Guillan gebeeldhouwd zijn. Het hoog Autaar, dat na de ordonnantie van le Brun gebouwd is, wordt door zes Corinthifche Colommen omringd; voords is 'er een zeer aanmerkenswaardig Crucifixus van Anguier, en eindelijk een zeer uitmuntend Maufoleum voor den Kardinaal de Richelieu , den ftichter dezer Kerk, zijnde het meesterftuk van den grooten Gi rardon ; de Kardinaal ligt hier levensgroote op eene Tombe uitgeftrekt, hebbende de regterhand op het hart , en de linke op zijne Godvruchtige werken gelegen, de Godsdienst onderfteunt hem, en de Weetenfchap, beide als Vrouwen verbeeld, ftaat, als in wanhoop nevens zijn Graf te weenen; voor het overige zijn 'er fraaije Schilderijen in deze Kerk , onder welken die van Phil. de Champagne, en NoëL Coypel uitmunten. In het huis der Sorbonne treft men verfcheiden fraaije Pourtraiten van Koningen, Paufen en Geleerden aan , onder welke laatften dat van Erasmus ieders aandacht verdient. Naast dit Gebouw paalt het Klooster van de  STAD P A 11 IJ S. 195 Jacobins de la Rue St. Jacques, wier Orde door Lodewijk den Godvruchtigen met weldaaden overlaaden werdt, die ook dit Klooster en Kerk deedt ftichten, ja zelfs het voorneemen opvatte, om zelve Jacobijn te worden. Het Klooster werdt in 1556 herbouwd , door de milde gifte van een' Burger, genoemd Nicolas Hennequin; in de Kerk vindt men verfcheiden fraaije Standbeelden van beroemde Dominicaanen, en een fraai Schilderij, verbeeldende Thomas Aquinas predikende, door Elie Cheron, in den fmaak van Sebastiaan del Piombo , een leerling van RAPHAëL d'Urbino , ook zijn 'er verfcheiden fraaije Tombes in deze Kerk, waarin een aantal Prinfen uit het Huis van Valois in begraaven zijn. Binnen in den omvang van dit Kloostergebouw ziet men nog een overblijffel van de aloude muuren der ftad. De Broederfchap van de Roezenkrans, (Fraternité de laRofaire ,)een Orde waarin alle de Kinderen van het Koninglijk Huis , reeds bij hunne geboorte ingelijfd werden, houdt in dit Gebouw ook hunne bijeenkomften, welke op den eerften zondag in elke maand, in 't bijweezen vaneen talrijke menigte aanfchouwers, met veel ftaatfie pleegen gehouden te worden. Niets meer in deze Wijk voorkomende, flappen wij over in de [N a] VIJF  196 BESCHRIJVING der VIJF EN VEERTIGSTE WIJK. (La SeSlion de St. Genovieve, of du Pantheon Francais.') De Kerk van St. Genoveva, die aan deze Wijk den naam gegeeven heeft , was weleer de groote JcJuiten genoemd, maar, naa de affchaffing dezer Orde, heeft de Koning in 1767. dezelve aan de Kanonniken, die 'er nu het opzicïit over hebben, gefchonken. Het hart van Koning Lodewijk. XIII. pleeg hier in eene Kapel in een pragtige kist, door vier zilveren Engelen onderfteund , gedraagen te worden , welke beelden op een verhevenheid ftonden, waaronder in vier Basreliëfs de deugden afgebeeld waren , en daartegen over was een Group in denzelf 'en fmaak , gefchikt voor het hart van Lodewijk XIV. een alleruitneemendst Kunstwerk van Coustou ; in de KapA van St. Ignatius verdient het Grafteken , opgericht ter naagedagtenis van Henrik van Bourbon , Prins van Condé , aller opmerking. De levensgroote metaalen beelden , door Sarazin , verfieren dit Graf op eene grootfche wijze; onder den boog der daar nevens ftaande Kapel, ziet men een? Engel , welke een hart in de hand houdt, dit is mede een eerteken ter gedagtenis van de Prinfen van Condé; de Predikftoel door le Lorrain , wordt mede door alle kenners bewonderd. De groote fchat van goud, enz. welke in de Sacriftij dezer Kerk bewaard werdt, is onlangs naar de  STAD PARIJS. 197 de Munt gebragt. Naast dit Kerkgebouw ziet men: Le Pantheon; alhoewel deze naam eigentlijk uit de Heidenfche tijden ontleend is, en aller Goden Tempel beduidt , heeft dit Hotel echter niets met eenigen Godsdienst gemeen, als zijnde een Vauxhal, en dien naam alleen voerende , om dat 'er in Londen een diergelijk Gebouw met denzelven benoemd is; men meent dat de Engelfchen, met dien naam, die gemeenzaame Godheeden betekend hebben, welkt de menfchen hunne gaaven komen afbedelen , en wier gedaanten de Vauxhall verfiercn en verleevendigen. 'Er zijn twee Pantheons in Parijs, het eerfte in de 5de Wijk , tegen over le Palais Royal ; verfcheiden kenners hebben het inwendige van dit Pantheon, 't welkeen groote Dans- en Muzykzaal heeft, bevallig en verrukkelijk gevonden, wijl men'er veel fpiegelglas, verguldfel en roozenroode behangfels in vindt ; andere daartegen vinden , dat dit alles het oog te veel verwarre, en geen rustpunt geeve. Dit is het Pantheon, 't welk thands voornaamlijk voor de bewaar- en toonplaats der beeldtenisfen van thands in Frankrijk beroemde Volksvrienden dient. De Rue St. Jacques, waarin de meeste Boek- en Prentwinkels zijn, loopt langs deze Wijk, en in dezelve vindt men: Le College de Louis le Grand, eertijds genoemd, welke School in 1560. door Duprat , Bisfchop van Clermont, onder den naam van Collége de Clermoni ingericht werdt. In 1682. werdt het eene Koning- [N 3]  193 BESCHRIJVING der Jijke dichting. De vergaderingen van de Univerfiteit van Parijs , pleegen in dit Gebouw gehouden te worden; dit en meer diergelijke Collegiën in Parijs, dienen om 'er jonge lieden tegen een maatigen prijs in de kost te bededen, en in de beginfelen der geleerde Studiën te doen onderwijzen. . Digt nevens hetzelfde, in dezelfde ftraat vindt men ook Le College du Plejfis-Sorbonne, 't welk reeds in 1322. door Duplessis Balisson gefticht werdt, en in welks Kerk fraaije Schilderftukken van Restout gevonden worden. Voorbij hetzelve in dezelfde ftraat vindt men . De Kerk en het Klooster van St. Jan Lateraan, behoorende aan de Malthefer Ridderorde; het is een ruim bemuurd veld, 't welk vrij Rechtsgebied heeft, en op 't midden van hetzelve vindt men nog een' zeer ouden toren , welke pleeg te dienen ter ontfangst van de Pelgrims, die naar en van Jerufalem toogen: in het Choor der Kerk ziet men het Graf van Jacques Souvré, Groot Prior van Frankrijk, welke ook het Prioraat van den Tempel gefticht heeft, waar van wij bij gelegenheid der befchrijving deszelfs, gewag gemaakt hebben; hij is levensgroote, liggende op een zarkfteen van zwart marmer, en door een weenenden Engel onderfteund, door Francois Anguier kunstig gebeeldhouwd, alhoewel flegts zijn hart hier begraven is; in de Kapel der PI. Maagd in deze Kerk is de Begraafplaats van Jacques Bethune de Balfour, Aartsbisfchop van Glasgow, Ambasfadeur van Schotland in Frankrijk , die 42 jaaren  STAD PARIJS. 199 ren dien post waargenoomen hebbende , zes Franfche Koningen geduurende denzelven gekend heeft, en in 1603. in den ouderdom van 82 jaaren overleden is. Hier nevens vindt men Le College de Lizieux, mede een foort van Kostfchool; gelijk ook Le College de Navarre, gefticht in 1304. door Jeanne de Navarre en heur' Echtgenoot Koning Philippus de Schoone; in dit Collegie heeft de Abt Nollet langen tijd de Proefondervindelijke 'Natuurkunde onderweezen; naast hetzelve grenst Le College de Boncourt , waarin mede de gronden voor geleerde oefeningen gelegd worden. Gelijk ook nog, tegen over de Kerk van St. Jan Lateraan, op de Place Cambray gevonden wordt Le College Royal de France, 't welk door Koning Franciscus I. in 1531. g^icht is> en waarin' behalven de Latijnfche en Griekfche, ook de Oosterfche Taaien , en de gronden van alle Academifche Studiën onderweezen worden. Van deze bijeenplaatfing van zo veele hooge en laagere Leerfchoolen, pleeg deze geheele afdeeling der ftad, aan deze zijde der Seine, l'Univerfité of le Pais Latin genoemd te worden. Uit deze Wijk treedende, vinden wij terftond in de [IV 4] ZES  aoo BESCHRIJVING der ZES EN VEERTIGSTE WIJK. (La Section du Jardin des Plantes, nu ook genoemd des Sans Culottes.) Le College des Bernardins, welks Kerk een meesterftuk van Gothifche Bouwkunst is, men ziet een' trap in hetzelve met twee opgangen , waar langs twee perfoonen kunnen op en afklimmen , zonder elkander te ontmoeten of te zien; verfcheiden aanmerkelijke Praalgraven vindt men 'er mede. Hier aan grenst ook Le College du Cardinal le Moine, op de Place Maubert, Rue St. ViÜor, gefticht in 1302. door J. le Moine , te dier tijd Cardinaal Legaat aan 't Franfche Hof, die ook in de Kerk eene fraaije Begraafplaats heeft. Dit Collegie is beroemd geworden, door drie groote Geleerden, welke in hetzelve de Jeugd weleer onderweezen hebben , te weeten: Turnebus , buchananus en muretus. Daar tegens over ftaat De Kerk van St. Nicolaas op de Dis telen, (St. Nicolas du Chardonnet,) zo genoemd, om dat de grond waarop deze Kerk gefticht is, een wildernis van distelen en onkruid pleeg te weezen. Deze Kerk is van binnen zeer pragtig verfierd met Schilderftukken van le Brun , Coypel , le Lorrain en JeauRat ; gelijk ook met heerlijke Beeldwerken van Girardon; welke hier ook het Praalgraf van Jerome Wignon gebeeldhouwd heeft; doch voornaamlijk is zij  stad PAR.IJS. aoi zij merkwaardig wegens de Kapel van St. Carolus Eorromceus, la Chapelle de St. Charles, in 't welke een meesterftuk van Covsevodx het Graf van den Schilder Charles le Brun , welke ook het groot Altaarftuk in deze Kapel uitmuntend gefchilderd heeft, gevonden wordt. Nevens deze Kerk is ook een Seminarium of Opvoedingsfchool voor Jongelingen, die aan den Kerkdienst gewijd zijn. Tegen over deze Buurt, in de ftraat St. Bernard, en langs de Kaai van dien naam vindt men Le Holle du Vin, of de Wijnhal, en daar nevens Les Peres St. Viïïor, waarvan de ftraat zijnen naam voert, doch die niets zonderlings in hun Klooster of Kerk bevatten; en verders de ftraat neêrgaande voorbij Het Klooster der nieuw Eekeerden, (Les nouveaux Convertis,) welk Gezelfchap door den Aartsbisfchop Gondy, onder den naam van Gezelfchap tot voortplanting des Geloofs, (Congregation de la propagation de la Foi") ingefteld is, komt men aan den Kruid en Planten Tuin des Konings, (Le Jardin des Plantes du Pm,) waarvan deze Wijk zijnen naam draagt. In dezen Tuin is het vermaak en het nut ten naauwften famen vereenigd ; Jean de la Brosse, Lijfmedicus van Lodewijk XIII. bewoog dezen Koning om dezen Tuin tot aankweeking van vreemde Planten te ftichten; federt is dezelve aanmerkelijk vermeerderd, en de Graaf de Buffon is 'er, onder Lodewijk XV. Opzichter van geweest. [N 5] 'Er  soa BESCHRIJVING der 'Er is eene Catalogus van denzelven in 1665. onder den naam van Hortus Regius in 't licht gegeeven; echter fchoon her getal der Planten toen reeds 4000 bedroeg, is het thands aanmerkelijk aangewasfen. De Tuin, welke een openbaare wandeling voor de Parijfenaars oplevert, ftrekt zig uit van de Rue St. ViSbor, tot aan de Seine , en heeft alleraangenaamfte wandelwegen , en met vreemde gewasfen begroeide Heuvels en Bosfchen; te midden van denzelven is een fraaije waterkom, waarin men eene compleete verzameling van Waterplanten kan befchouwen; men kan 'er allerleie ververfchingen en gemakken, even als in de overige openbaare Tuinen bekomen. Tegen over dezen Tuin vindt men een Gefticht, genoemd St. Pelagie, dienende tot een verblijfplaats oftoevlugt van Geestelijke Dochters, die tot een gedwongen Penitentie verwezen zijn. Men vindt in de Kapel van dit Gebouw een fraaije Graftombe van Coysevoix. Nevens dit Gefticht vindt men Rue de Mouffetard, Les Hofpitalieres de la Mifericorde de jfefus, of de Gastvrije Nonnen van Jefus bermhartigheid, waarin 37 bedden gevonden worden ; de zieke vrouwen die zig hier befteeden , worden voor 36 Livres in de maand , door Auguftijner Nonnen opgepast. Die 'er een jaarlijks verblijf houden , betaalen 400 of 500 Livres in 't jaar, Van hier treedt men in de ZE-  stad PARIJS. ao3 ZEVEN EN VEERTIGSTE' WIJK. (La Seclion de l'Obfervatoire.) Zijnde een zeer groote Wijk, waarin men terftond ontmoet Lejardin des Apothêcaires, waarin medeuitlandfche Geneesplanten gevonden worden ; in het Gebouw dat bij dezen Tuin behoort, worden ook lesfen in de Kruid- en Scheikunde gegeeyen. Daar nevens ftaat De Kerk van St.Jgatha, die niet veel merkwaardigs behelst, even min als Het Klooster der Capucijnen, dat in de Rue St. Jacques gelegen is ; doch dezelfde ftraat ten einde gaande, ontmoet men Het Obfervatorium, VObfervatoire Royal , waar deze Wijk zijn' naam van ontleent. Dit Gebouw werdt in 1664. op last van den Staatsminister Colbert gefticht. Het is door den Architect Perrault , zonder hout of ijzer te bezigen , enkel van fteen , en met verwulfde zaaien, in een regthoekige gedaante gefticht; in een groote zaal van de benedenfte verdieping is de Meridiaan getrokken, welke Zuidelijk en Noordelijk verlengd zijnde , geheel Frankrijk, van Duinkerken tot Colioure doorfnijdt en in tweeën verdeeld , daartegen fnijdt de lijn, welke de Frontefpice van het Gebouw van vooren bepaalt, het Rijk van het Oosten naar het Westen door; welke twee lijnen gelegenheid gegeeven hebben, tot het ontwerpen der groote Geome- tri-  2o4 BESCHRIJVING der trifche Kaart van Frankrijk , die in *i8i bladen het licht ziet. Een der zaaien van dit Gebouw wordt de geheime zaal genoemd , wijl men aldaar den mond tegen een pijlaar leggende , en te gelijk zeer zagt fpreekende, door iemand die het oor houdt tegen een verre daar af ftaanden pijlaar, aan de andere zijde der zaal ftaande , befcheidenlijk verftaan wordt, daar intusfchen alle andere perfionen, welke zig in het ruim derzelve, tusfchen deze pijlaaren bevinden, niets hoegenoemd van het gene men zegt, kunnen hooren, ja zelfs niet eens het gefluister der ftem gewaar worden (*). Onder dit Gebouw zijn ruime en diepe Kelders , die niet weinig naar een onderaardsch Doolhof gelijken, waarin men met -360 treeden afklimt, en die ingericht zijn om 'er weerkundige of Meieorelogifche waarneemingen in te doen. Zeer gevaarlijk is het in deze Catacomben zonder leidsman aftedaalen. Men verhaalt zelfs , dat 'er eens twee Capucijnen, die eenige perfoonen, die 'er met een flambouw ingegaan waren, volgende, dat licht door de kronkelingen der onderaardfche wegen, geheel uit het oog verlooren hebbende, ellendig verdwaalden, en acht dagen daarnaa eerst weder gevonden werden , van honger en wanhoop ge- (*) Deze eigenfchap die aan de meeste zaaien welke eene Elliptifche gedaante hebben, gemeen is, wordt ook in de Concertzaal der beroemde Maatfchappij Felix Meritis , te Amflerdam, opgemerkt.  stad PARIJS. *o5 geftorven zijnde. Boven op het Gebouw is een plat dak , 't welk voor een Obfervatorium of SterreJclwuwplaats dient. Hiertegen over vindt men: VAbbaye de Port Royal, welkers Kerk door le Pautre gtïnventeerd , en in 1646. gebouwd is; men bewaart, na men zegt, in deze Kerk een Doorn uit de waare Doornenkroon , en een Kruik van de Bruiloft van. Cana. 'Er worden jonge lieden in deze Abtdij in de geleerde Taaien onderweezen, veele fraaije werken, de Taalkunde betreffende, hebben deze Vaders beroemd gemaakt. Schuinsch hier tegen over in dezelfde Rue St. Jacques, is het zeer pragtig Gebouw, genoemd L'Abbaye Royale de Val de Grace, gefticht door Anna van Oostenrijk. , Vrouw van Lodewijk XIII. om dat zij naa 22 jaaren onvruchtbaar geweest te zijn, zig eindelijk zwanger bevondt , en Lodewijk XIV. baarde. De beroemde Francois Mansard heeft de eerfte fchets van dit pragtig gevaarte gemaakt, doch 't is door andereu voleindigd. Het groot Autaar dezer Kerk praalt met zes zwarte marmeren zuilen, welker capiteelen en voetftukken van verguld metaal zijn, en meer dan 60,000 Livres gekost hebben. Zes Engelen met wierookvaten zijn boven deze zuilen , als vliegende geplaatst. Op groote feestdagen vertoont nun op dit Autaar een pragtig vuurcouleur- geëmailleerde gouden Zon, welke rond- ■ om , en in 't midden met brillanten omzet is, en ondertteund wordt door een' Engel van hetzelfde me-  2ot> BESCHRIJVING der metaal, welks kleed mede rijkelijk met diamanten bezet is. Dit heerlijk werkftuk,, 't welk zeven jaaren lang onder handen geweest is, is een gefchenk van de ftichteresfe. Echter al dit fchoone haalt niet bij den overpragtigen Coupel of Dome der Kerk, welke van binnen door den grooten Mignarü al fresco gemaald is, verbeeldende het verblijf der Zaligen inden Hemel, waarin het beeld der ftichteresfe , den platten grond van dit Gebouw aan God opdraagende voorkomt. .Groot jammer is het, dat de couleuren van dit meesterftuk eenigzins beginnen te vervallen , en voor een geheel verdwijnen doen vreezen. In een der Kapellen van deze Kerk rust het hart van die Vorftinne, en in een Grafkelder onder dezelve, liggen meer dan zesentwintig Prinfen en Princesfen, uit het Koninglijk Huis van Orleans begraven. Aan de overzijde der ftraat vindt men De Carmelieten van de firaat St. Jacques, wier Kerk - voor de liefhebbers van Oudheeden en fchoone Kunsten, inzonderheid aanmerkenswaardig is. Zij is van een zeer hooge oudheid, en, zo men meent, ten tijde van Koning Robert reeds gefticht, althands het is zeeker , dat Hugo Capet 'er reeds Benedictijners in plaatfte. Onder de Kapel van Sr. Denis, in deze Kerk, vindt men een onderaard fche verblijfplaats, waar die Heilige zig langen tijd voor de woede der Heidenen verborgen gehouden heeft. Sommige Hiftoriefchrijvers hebben gemeend, dat deze Kerk, ten tijde der Romeinen, een Tempel van  stad PARIJS. 207 van Ceres geweest zoude zijn; wijl men boven het Portaal derzelve een beeld vindt , dat zij voor die Godinne houden; fchoon andereu 'er weder Mercurius Theutates, en weder anderen 'er St. Michaïl van maaken; edoch dit fteenen beeld, waarover veel geleerde twisten voorgevallen zijn, heeft eer het gelaat van eene Vrouw dan van een' Jongeling; zij houdt eene groote weegfchaal in de hand, in welker fchaaten kinderhoofden liggen , en heeft het hoofd over den linker fchouder gewend. — Voords is de Kerk door Koningin Maria de Medicis zeer pragtig met rijke fteraaden verfierd, ook vindt men 'er zeer fchoone Schilderftukken van Philippe de Champagne, Stella, le Brun, la Hire en andere voornaame meesters ; ook zijn 'er de Begraafplaatfen van veele voornaame perfoonen, onder welke ook dat van den Franjehen Hiftoriefcjir/jver Varillas. Daar nevens is Het Seminarium van St. Magloire gelegen,'t welk het eerfte Kweekfchool is , dat niet alleen in Parijs , maar zelfs in geheel Frankrijk gefticht is. Waar naast De Kerk van St. Jacques du haut Pas gevonden wordt, welke om derzelver fraaije Schilderftukken van la Hire beroemd is , gelijk ook door de Begraafplaats van den waereldberuchten Sierrekundigen Jean Dominique Cassini , welke in deze Kerk gevonden wordt. Daar tegen over vindt men De Feuillanten , die mede een zeer fraaije Kerk hebben, wier eerfte fteen door Koning Henrik IV. ge-  ao8 BESCHRIJVING der gelegd is. De groote Mansard is de Architect derzelve geweest. Nu vindt men in dezelve verfcheiden fchoone Beeldwerken van Sarrazin , als ook in de Kapellen heerlijke Autaarftukken van Vouet , onder welken dat van St. Michaïl uitmunt. In het Klooster dezer Kerk ziet men, met veel goedkeuring, de fraaije gefchilderde Glafen, verbeeldende de mirakelen van St. Jean de Barrere , den ftichter dezer Orde. Voords is het Capittel en de Eetzaal om derzelver pragt en fraaije Schilderftukken merkwaardig, en men zoude dezelve niet aanzien, dat aan de Ordesbroeders verboden ware, niet dan in water gekookte groenten, en geenerlei vet, hoe genoemd, te eeten. Aan de andere zijde der Rue Entier, waarin dit Klooster mede uitkomt, liggen De Karthuizers , in wier Kerk ook verfcheiden fraaije Schilderftukken gevonden worden , en waar veele voornaame perfoonen begraaven zijn. Van daar weder naar de Rue St. Jacques keerende, vindt men La vijitation du Fauxbourg St. Jacques, in welke Kerk een fraai Autaarftuk van le Brun gezien wordt; en daar nevens Les Urfulines , Rue St. Jacques, een Nonnenklooster, waarin kostkinderen aangenomen worden, Paus Paul IQ. heeft in 1612. deze Orde gefticht. De Kerk is fraai , en praalt met een Autaarftuk, door van Mol , een leerling van Rubens. Naast dezelve liggen De Feuillantijner Nonnen. (Les Feuillantines,) eene  stad PARIJS. éó$ eene Orde ingefteld in 1599. Het Autaarftuk in deze Kerk, is eene copij na een Schilderij van Raphel , die te Ferfailles gevonden wordt, verbeeldende eene H. Familie. Meer bijzonders levert dit Kerkjen niet op: even zo min als dat der Engelfche Benedictijnen, welke hier nabijgelegen zijn. In de Rue des Poftes, welke deze Wijk doorfnijdt, vindt men Les cent Filles, een Gasthuis of Nonnenklooster van weinig aanbelang, en Les Religieufes de la Préfentation, een Nonnenklooster , 't welk zo weinig inkomsten heeft , dat Koning Lodewijk XIV. ten voordeele van hetzelve eene Loterij inftelde, Waarvan zij vervolgends hun beftaan trokken; 'er is niets zonderlings in dit armoedig Klooster aantemetken. Daar nevens: Les Filles de St. Michel, men ontfangt in dit Klooster de boetvaardige Dochters, die 'er zig van zeiven aanbieden , of 'er door dwang in geplaatst worden. Van hier de Rue Mouffetard overfteekehde, komt men in de ACHT EN VEERTIGSTE WIJK. (La Seclion des Gobelins, of du Finijierre.') Deze is de laatfte Wijk, waarin de magtige waerèldftad Parijs verdeeld is; men treft terftond in dezelve aan: [O] hts  aio BESCHRIJVING der Les Patriarches, een weinig beduidend Mannenklooster; en daar nevens: De Kerk van St. Medard, FEglife Paroijjale de St. Medard, een door het dikwijls ftuksgewijze herbouwen, zeer onregelmaatig gewordene Kerk. Verfcheiden fraaije Schilderijen verfieren dezelve, en de Begraafplaats van den geleerden, doch behoeftigen Redenaar Olivier Patru , de Franfche QjiinÏÏilianus genoemd , maakt dezelve aanmerkenswaardig; ook rust hier het overblijffel van den beruchten Pierre Nicole , die zo zeer voor liet Janjenismus geijverd heeft; maar meest aanmerkelijk is de Begraafplaats van den Diaken Francois Paris, die veel meer berucht naa zijn dood , dan geduurende zijn leven geworden is. Zijn Graf is flegts een horifontaale, een weinig boven den grond verheven Zarkfteen; welke, na het voorgeeven der Jansenisten , alle zieken , die op hetzelve uitgeftrekt werden , van de verouderd fte kwaaien genas ; veelen werden , zo dra dit fprookjen ruchtbaar werdt , naar dit Graf ter geneezinge geleid, en naa dat zij 'er een poos tijd op gelegen hadden, reezen zij van zeiven , volkomen van hunne ziekte weder herfteld op , de lammen wandelden naar huis , de dooven hoorden, de blinden zagen, enz. De groote toe. loop, welke deze vermeende mirakelen hadden, die in de daad veelal bij fommige , uit een zonderlinge werking der inbeeldingskracht de geneezing bevorderden , bij anderen weder met bedrog gepaard gingen, veroorzaakte, veeleongeregeldheeden, en hadt zelfs  STAD PARIJS. 2IZ zelfs veele ongelukken ten gevolge, dit deedt den Koning Lodewijk XIV. in 1733. befluiten , om den toegang tot dit Graf te verbieden , waardoor dan ook de mirakelen ophielden ; welke daar het Graf nog niet weder voor ieder genaakbaar is , ook federt niet weder gewerkt hebben. Niet ver van daar in de Rue Mouffetard, vindt men: De Kerk van St. Martinus, (L'Eglife St. Martin,) een klein Parochie Kerkjen van het Klooster St. Marcel , dat hier tegen over ligt : waarin een goede Copij', verbeeldende een Geboorte , na Rubbens bewaard wordt. Hier tegen over ligt De Kerk van St. Marcellus, benevens het Klooster der Vaders van dien naam: in deze Kerk is nog het Maufoleum van den alom bekenden Scholastieken Godgeleerden Petrus Lombardus, overleden 1164. welke den bijnaam Magister Sententiarum of Spreukleeraar droeg , om dat zijn voornaamfte werk den naam van Zedefpreuken droeg. Nevens deze Kerk is een Seminarium of Kweekfchool: aan de overzijde der ftraat Mouffetard, vindt men L'Eglife St. Hippolyte, of de Kerk van den H. Hippolytus , een klein Parochiekerkjen , doch dat zeer oud, en om deszelfs 13 fraaije Schilderftukken aanmerkelijk is , waar onder het groot Autaarftuk van le Brun, verbeeldende de vergoding van St. Hippolytus, als ook twee ftukjens van le Sueur, die inzonderheid door de liefhebbers geacht worden. De Predikftoel, als ook de Begraafplaatfen der Go[O 2] be-  sia BESCHRIJVING der belins is mede bezienswaardig. De ftraat Si, Hippolyte doorgaande, komt men aan De Abtdij der Cordelieresfen, (L'Abbaye des Cordillieres,]) reeds in 1290. door Thisaut VII. Graaf van Champagne gefticht. In dit Klooster pleeg de Koninglijke mantel van Lodewijk den God. vruchtigen bewaard te worden. Nevens hetzelfde loopt een klein riviertjen, genoemd le Bievre , of la Riviere des Gobelins , om dat het uit de Seine tot aan de Gobelins ftroomt; dit zwol in den jaare 1579. zo hoog op, dat het dezen geheelen oord overftroomde , en het water in deze Kerk tot aan het hoog Altaar ftondt; iets dat voor of naa dien tijd, nooit weder voorgevallen is. Van hier kan men door de Rue Champ de VAlouette, tot in de Rue Courtebarbe komen. Waar men vindt: La Fabrique des Gobelins, of de Fabriek der Gobelins , waar deze Wijk na genoemd is. Zekere Gillis Gobelin van Rheims, de bekwaamde Wolverwer die ooit federt bekend geweest is , leefde ten tijde van Koning Francois I. Hij deedt een huis aan den oever van het bovengemelde riviertjen de Bievre bouwen; welk Gebouw den naam van la folie de Gobelin , (de dwaasheid van Gobelin,]) en naaderhand dien van het Hotel van Gobelin droesr. De Staatsminister Colbert heeft de Fabriek van Tapijten, hier in 1667. het eerst opgericht, en de Koning bevestigde dezelve door een Edict, en {lelde den alomberoemden Schilder le Brun, tot Opzien-  stad PARIJS. 213 zichter over dezelve aan. Alle de Koninglijke Gebouwen werden voords met deze Tapijtwerken voorzien , wier couleuren en kragt van licht en bruin, met de fchoonfte tafereelen der beste meesters om den prijs dingen. Verder de ftraat St. Marcel opgaande, komt men in de Rue Poliveau , ten welkers einde het laatfte aanmerkelijke Gebouw, dat ons nog ftaat te bezichtigen, gevonden wordt, te weeten: L'Hopital General de la Salpetriere, of het algemeen Buskruid Gasthuis, zo genoemd, om dat hier weleer Buskruid pleeg gemaakt te worden. Dit zeer fraai Gebouw is in 1656. gefticht door Koning Lodewijk XIV. Het dient om duizenden van arme lieden te bezorgen , welke in hetzelve gevoed en geherbergd worden. De meisjens, welke in dit Huis opgenoomen worden, moeten zig bezig houden met kant, tapijt, en andere handwerken. 'Er zijn ook drie groote flaapzaalen in hetzelve, waarin 250 kamertjens voor oude lieden, die zig het beftaan niet meer kunnen bezorgen; ook is 'er, op eene afgezonderde plaats, een Gevangenhuis voor ligte meisjens, gelijk ook een wooning voor krankzinnigen. De Kerk heeft een uitneemend fraai voorkomen , beftaande in een' achtkanten Coupel van 10 toifes in de doorfnede. Van binnen is dezelve met een fraai Altaarftuk door Broeder André , een Dominicaans Kloosterling en voornaam Schilder verfierd; aan den oever der Seine, nabij dit Gasthuis, treft men weder eene Vuurmachine aan. [O 33 Hier  ai4 BESCHRIJVING der stad PARIJS. Hier mede hebben wij onze om- en doorwandeling dier zo uitgebreide ftad ten einde gebragt ; overal waar wij eenige voornaame Gebouwen of Kerken aantroffen, dezelve, zo al niet befchreeven, dat ons beftek niet duldde, ten minsten aangeftipt. Zeer mogelijk is het ondertusfchen, dat ons nog wel een enkel Kerkjen, Hotel of Theater , die hier in zo groote menigte zijn , ontfnapt is; inzonderheid wanneer die niet , of zeer twijfelachtig op de groote Kaart aangeweezen waren. Dit ondertusfchen is zeeker, dat de Leezer deze Befchrijving bij de Kaart bezigende, een genoegzaam volledig denkbeeld van het aanmerkelijkfte wat in Parijs gevonden wordt9 vormen kan. AAN-  AAN V IJ ZING OM DE VOORNAAMSTE GEBOUWEN, ZO WEL OP HET PLAN, ALS DE BESCHRIJVING DERZELVE IN HET WERK, TE VINDEN. EERSTE WIJK. 1 Le Quai de la Conference. Bladz. 26 2 Le Palais des Tuilleries. 27 3 Le Jardin des Tuilleries. 30 4 L'AjfembUe Nationale. 31 5 Les Filles de VAJfomption. ib. 6 Les Capucins. 32 TWEEDE W IJ K. 7 Les Champs Elifées. 32 8 Le Cours de la Reine. 33 9 La Place de Louis XV. 34 DERDE W IJ K. 10 Le Jardin d'Orleans. 36 11 Monceaux. ib. 12 St. Philippe. ib. 13 Hotel de Beauveau. ib- [O 43 VIER-  BLADWIJZER, VIERDE W IJ K. 14 La Place de Vendame. Bladz. 36 ij Les CapucineJJes. 42 16 Les Filles de la Conception. ib. Ï7 L3'Hotel du Chancelier. 43 18 Les Madtlaines de la ville Evéque. ib. IQ Nouveaux Capucins, Rue des Egouts. 43 20 Le Ferme de VHotel Dieu. ib. 21 La Frèrie des Mathurins. ib, V IJ F D E W IJ K. 22 Le Palais Royal. 44 23 Le Jardin du Palais Royal. 45 24 L'Eglife de St. Roch. 46 23 Les Jacobins de St. Honoré. ib. ZESDE W IJ K. 26 La Bibliotheque du Roi. 47 27 L'Hotel des Indes Orientales* 49 28 Nouveaux Catholiques. ik. 29 L'Hotel Mazarin. ib. 30 des Gevr.es. ib. 31 de Richelieu. ib. 32 Le Theatre Italien. ib. 33 Les Boulevards. j2 34 L'Hotel de Luxembourg. 54 3J de Choifeul. ib, 36 Les Freres de St. Thomas. ib. ZE- 1  BLADWIJZER. Zevende w ij e. Houdt niets merkwaardigs in zig. ACHTSTE WIJK. 37 La Chapelle de N. D. de Lorette. Bladz. SS negende WIJK. 38 La Parte St. Denis. ib. 39 La petite Ecurie du Roi. 57 40 St. Lazare. ib. TIENDEWIJK. 41 La Porte St. Martin. 58 42 St. Laurence. ib. 43 Les Sozurs de la Charitê. 59 44 La foire St. Laurence. ib. ELFDE W IJ K. 45 La Place de Louis XVI. 61 46 Les Petits Peres Auguftins. 62 TWAALFDE WIJK. 47 Bureau General de Pofte. 63 48 St. Euftache. ib. [o 5] 4© VKo*  BLADWIJZER. 49 L'Hotel de Charlois. Bladz. 64 DERTIENDE W IJ K. 50 La Halle aux Bleds. 65 51 L'Hotel des Fermes. 66 52 La Douane. 67 53 Le College des bons Enfans.. ib. 54 L'Eglife St. Honoré. éi VEERTIENDE WIJK. 55 L'Oratoire. 69 V IJ F T I E N D E W IJ K. 56 Le Louvre. 73 57 St. Germain VAuxerrois. 83 58 Le Font Neuf. . 85 59 Le Statue d'Henri IV. 88 60 La Samaritaine 91 61 La Rivier e de la Seine. 92 62 Pont de Louis XVI. 95 63 Le Pont Royal. ib. 64 La Place Dauphine. 96 65 La Cowr rfe Lamoignon, 97 66 La SajMfe Chapelle. ib. ZES-  BLADWIJZER. ZESTIENDE WIJK. 67 La Halle aux Draps. Bladz. 99 68 Les Religieux de St. Opportune. ib. ZEVENTIENDE WIJK. 69 L'Eglife du St.Sauveur. 100 ACHTTIENDE WIJK. 70 AT. D. de Bonne Nouvelle. lor 71 Les Filles Dieu. ib. 72 Marché aux Poiffons. 102 NEGENTIENDE WIJK. Waarin niets van belang voorkomt. TWINTIGSTE WIJK. 73 L'Hopital de St. Louis. 103 l&t Les Recollets. ib. EEN ENTWINTIGSTE WIJK. 75 Le Temple. i©4 76 Les Filles St. Sauveur. 108 77 Caferne. ib. TWEE  BLADWIJZER. TWEE EN TWINGTIGSTE WIJK. 78 L'Hopital de la St. Trinité. Bladz. 108 DRIE EN TWINTIGSTE WIJK. 79 Les Peres Nazareth. 109 80 St. Laurent. 110 81 Les Madelonnettes. ib. 82 St. Martin des Champs. in 83 La Foire St. Martin. 112 84 St. Nicolas des Champs. ib. VIER EN TWINTIGSTE WIJK. 85 Les Eglifes de St. Leu ff de St. Gilles. 113 86 Filles penitentes de St. Magloire. 114 87 L'Eglife du St. Sepulchre. 115 88 L'Hopital de St. Catharine. ib. V IJ F EN TWINTIGSTE W IJ K. 89 Les Carmelites de la Rue Chapon, 116 90 St. Julien des Meneftriers. ib. 91 L'Hotel de Beauvais. ib. 92 ■ de Caumartin. ib. 93 St. Avoye. ib. 94 L'Hopital de St. Merrr. ib. ZES  BLADWIJZER. 3 ES EN TWINTIGSTE WIJ Ko Levert niets bijzonders Op. ZEVEN EN TWINTIGSTE WIJK. 95 Les Enfans Rquges. Bladz. 117 96 Peres St. Francois. ib* 97 L'Hotel de Soubife. ib* 98 Le Palais Cardinal. 120 99 Les Religieux de St. Mercy. ib* ACHT EN TWINTIGSTE WIJK. 100 La Place Royale. 121 101 Les Hofpitalieres de la Place Royale. 122 102 Les Minimes. ib. 103 L'Hotel d'Hecqueville. 123 304 Les Filles du St. Sacrement, 124 105 Les Freres du Calvaire. ib. 106 Les Freres bleu. ib. NEGEN EN TWINTIGSTE WIJK. 107 St. Anafiafe. 125 108 L'Hotel d'Albret. ib. 109 —1 du Duc de la Force, ib. 110 St. Catherine du val des Ecoliers. ib. 111 Le petit St. Antoine. ib. DER-  BLADWIJZER. DERTIGSTE W IJ K. 112 L'Hotel de Ville. Bladz. 126 113 La Place de Greve. 127 114 St. Gervais. 128 115 L'Hotel d'Aumont. 130 116 de Fourcy. ib. 117 de Beauvais, ib. EEN EN DERTIGSTE W IJ K. 118 L'Eglife de St. Louis. 131 119 des Filles de VAve Maria. 132 120 St. Paul. 133 121 Les Filles de la vifitation de la St. Marie. 134 122 La Baftille. 135 123 La Potte St. Antoine. 136 124 Le Grand Arfenal. ib. 125 Les Celeflins. 137 T W E-E EN DERTIGSTE W IJ K. 126 Les Annonciades Celejles. 139 127 Les Per es St. Ambroife. 140 128 Les Hofpitalieres de la Roquettte. ib. 129 St. Martha. ib. 130 N. D. de bon fecours. ib. DRIE  BLADWIJZER. DRIE EN DERTIGSTE WIJK. 131 St. Marguerite. Bladz. 140 132 Les Freres de la Croix. 141 133 Le Throne. ib. VIER EN DERTIGSTE WIJK. 134 L'Hopital des Qjiinze Vingt. 142 135 Les Freres Angloifes. 143 136 L'Ijle Louvier. ib. 137 L'Abbaye St. Antoine. 138 Les Per es St. Antoine. 139 St. Pierre. 140 La Manufaclure des Glacés. 141 Les Freres Picpuce. Deze bovenftaande zijn als niets belangrijks bevattende , in de Befchrijving niet gemeld. VIJF EN DERTIGSTE WIJK. 142 L'Ijle St. Louis. 144 143 Le Pont St. Marie. ib. 144 de la Tournelle. ib. 145 L'Hotel de Bretonvilliers, ib. 146 Le Qjiai Dauphin. 145 147 L'Eglife St. Louis. ib. 148 Le Pont N. Dame. ib. ZES  BLADWIJZER. ZES EN DERTIGSTE WIJK. 149 L'Eglife Dame. Bladz. 146 130 Le Palais Archièpifcopdl of l'Archeveché. 151 151 St. Denis de Pas en St. Jean le Rond. 152 J53 152 L'Hotel Dieu. ib. 153 Les Enfans Trouvês. I55 154 St. Pierre aux Boeufs. ib. 155 St. Marine. 15S 156 St. Landry. ib. 137 St. Denis de la Chartrei ibi ZEVEN EN DERTIGSTE WIJK. Zie de Vijftiende Wijk; ACHT EN DERTIGSTE WIJK. 138 L'Hotel Royal des Invalides. 157 159 Le Palais Bourbon* 160 160 — petit Palais. 161 161 L'Hotel d'Auvergne. ib. 162 de Comminges. 162 163 L'Eglife St. Valere. 1 ib. 164 Les Per es de SU Piere, ib. 165 La Pompe d feu. ib. 166 Champ de la Federation. 163 167 L'Ecole Royale Militaire. 164 NE-  BLADWIJZER. NEGEN EN DERTIGSTE WIJK. 168 L'Hotel d'Harcourt. Bladz. 166 169 L'Eglife de St. Jofeph. ib- 170 Les Hotels de Lignet ff Villars. ib. 171 Les Carmelites de la Grenelle. 167 172 La Vifitation, Rue de Bac. 173 Les Hotels de Mole ff de Vabelle. ib. I74 de Luinès ff d'Alegre. ib. 175 Les Per es de St. Thomas d'Aquin. ib. 176 Hotels de Rohan ff du Romain. ib. 177 —- Theatins. *b. VEERTIGSTE WIJK. 178 Le College des quatre JSlations. * 169 179 L'Hotel de Rochefaucault. I71 jgo .— de Conti. 181 Les Petits Peres Auguftins. *72 182 L'Hopital de la Charité. ib. 183 L'Abbaye Royale de St. Germain des Prez. 173 EEN EN VEERTIGSTE WIJK. 184 Le Theatre Francais. J19 183 Les Cordeliers. 186 St. André des Arcs. 181  BLADWIJZER. TWEE EN VEERTIGSTE WIJK. 187 VHotel de la Marche. Bladz. 182 188 de Puilleux, Coucy, la Motte en Maurepas. ib. 189 Les Recollets. ib. iyo L'Hotel de Narbonne. ib. 101 Les petites Maifons. ib. 192 — Incurables. ib. 193 Les Premontrês. ib. 194 Freres St. Thomas. 183 195 Le bon Pafleur. ib. 196 Les MiJJlonaires Etrangers. ib. 197 Convalefcens. ib. 198 Hotels deMatignon, Rohan, Chaul- me &ƒ de Biron, ib. DRIE EN VEERTIGSTE WIJK. 199 Le Luxembourg. 184 200 Les Filles du Sf. Sacrevient. 186 201 • Benedictines. ib. 202 Carmes déchaujjéz. ib. 203 St. Sulpice. 187 204 Le Foire St. Germain. 188 VIER EN VEERTIGSTE WIJK. 205 Les Thermes de Julisn. 190 306 Sf. Sev&rin. _ 191 ' 2P7 St,  BLADWIJZER. 207 St. Gervais. Bladz. 192 208 Les Mathurins de la Sainte Trinité. ib. 209 La Sorbonne. ib. 210 Les Jacobins de la Rue St. Jacques. 195 V IJ F EN V E E R T I G S T E 'W IJ K. 211 L'Eglife St. Genovieve. 19S 212 Le Pantheon Francais. 19? 213 Le College de Louis le Grand. ib. 2!4 , du Pieffis. 193 215 St. Jean Lateran. . ib. 216 Le College de Lizieux. J99 217 —, de Navarre. ib. 2Ig 1—. de Boncourt. ib' 2i9 Royale de Francs. ib- ZES EN VEERTIGSTE WIJK. 220 Les Bernardins. 200 221 Le College de la Moine. ib. 222 St. Nicolas de Chardonnet, ib, 223 La Halle du Vin. 20 £ 224 Les Peres St. Viclor. ib, Ê25 I-.es nouveaux Convertis. ib, 226 Jardin des Plantes. ib, 227 St. Pelagie. 203 228 Les Hofpitalieres de la Mifericorde de Je- fus. ib>- IP 2] ZE-  BLADWIJZER. ZEVEN EN VEERTIGSTE WIJK. 229 Le Jardin des Apothecaires. 203 230 St. Agathe. ib. 231 Les Capucins. ib. 232 L'Obfervatoire. ib. 233 L'Abbaye de Port Royal. 205 234 Royale de Val de Grace. ib. 235 Les Carmes de la Rue St. Jacques. 206 236 Le Seminaire de St. Magloire. 207 23"7 L'Eglife St. Jacques du haut Pas. ib. 238 Les Feuillants. ib. 239 Les Chartreux. 208 240 La Vifitation du Fauxbourg St. Jacques. ib. 241 Les Urfulines. ib. 242 Les Feuillantines. ib. 243 Les Benedittins Anglais. 209 244 Les Cent Filles. ib. 245 Les R.eligieufes de la Prefentation. ib. 246 Les Filles de St. Michel. ib. ACHT EN VEERTIGSTE WIJK. 247 Les Patriarches. 2ro 248 L'Eglife Paroijfale de St. Medard. ib. 249 St. Martin. 211 250 de St. Marcel. ib. 251 St. Hippolyte. _ ib. 252 L'Abbaye des Cordillieres. 111 La  BLADWIJZER. 253 La Fabrique des Gobelins. »&• 254 L'Hopital General de la Salpetriere. 213 Het benedenfte Comportement behelst^ de uitgeftrektheid van het Departement van Parijs.