3112  4  1EGLEMEITt O P D E REGEER ï MG DER STAD Z U T P H E N, Gearresteerd bij de Burgerij den 28 O&oh 1795. Te ZUTPHEN gedrukt, ter Stads en Quartiers Drukkerij van A> van ELDIK, 1795.   OP DE REGEER. ING DER STAD Z U T P H E N i. Afdeeling Van de Steedelijke Gemeente. Art. I. g^p.le Burgerij der Stad Zutphen, een gedeelte zijnde van de Nederlandfche Republiek, verklaart zich volgends het recht der Natuur vrij en onafhanglijk, gerechtigd tot alle de voordeelen van een vrij Volk, a n.  C 2 ) II. Dan, daar deeze voordeelen niet naar behooren kunnen worden genootcn, inval er geen goede orde en openbaar beftuür van zaaken worde vastgefteld , zoo verklaart zij dit insgelijks tot eencn grondregel voor zich aan tc neemen, en uit hoofde haarer Vrijheid zich gerechtigd, tot bet aanftellen van haare Vertegenwoordigers, midsgaders tot het aanftellen en beraamen van zoodanige fchikkingen en wijzingen, als waar naar zij begeeren zal, dat voor het vervolg de Form van Regcering van deeze Stad zal worden ingericht. III. Zij verklaart derhalve te vernietigen alle Regeering, welke tot dus verre heeft plaats gehad, met alle de beginfelen van gezag, waaruit de zelve mogt voordgevloeid zijn - houdende zich aan  C 3 ) aan de verklaaring der Rechten van den Mensch en Burger, door de Provifioneele Vertegenwoordigers van het Volk van Gelderland vastgefteld op den 6den Febr. deezes jaars 17955 en alhier openlijk afgekondigd. IV. Zij verklaart geen' Volksvertegenwoordiger of ander' Bewindsman wettig, dan die door Haar, in perfoon vergaderd, of door perfoonen, op Haar last vergaderd, is aangefteld; en belooft ook deezen aan zijn' pligt voldoende, met goed en bloed, in het hem wettig opgedragen gezag te zullen handhaven. 2. Afdeeling Van de Volksvertegenwoordigers in het Gemeen. Art. I. Het beftuur deezer Stad zal beftaan, tot PeA2 tri  C 4 ) tri 1797 uit twadffPerïbonen: uitmakende een Collegie van Volks-Vertegenwoordigers, 't geen den naam van Stadsregering draagen en geadlifteerd en bediend zal worden door diie Secretarii;midsgaders de nodige Bedienden en Suppoosten, zoo als tot nu toe heeft plaats gehad II. Hierbij zal noch gevoegd worden een ander Collegie y onder den naam van Committe van Waakzaamheid en Toezicht : welks getal, mede tot Petri 1797. bepaald blijft op dertig Leden, een Secretaris en een Bode. III. Kunde, Eerlijkheid, oprechte aankleeving aan de grondbeginfelen van Vrijheid, Gelijkheid en Broederfchap, en daaruit voordvloeijende erkentenis der Rechten van den Mensen en Burger — mits-  (5) mitsgaders Trouw, beproefde Vaderlandsliefde en een deugdzaam gedrag - zijn de volftrekte vereischten, die gevonden moeten worden in de Perfoonen, die in de voornoemde beide Collecien plaatsen zullen kunnen beklceden. * 1 IV. Zij moeten daarbij , of gebooren Burgers zijn, of ten minden zes achtereenvolgende jaaren binnen! deeze Republiek, en drie achtereenvolgende jaaren binnen deeze Stad en Schependom gewoond; en allen den ouderdom van 25 jaaren reeds volkomen bereikt hebben. V. Ook zullen tot een en het zelfde Collegie niet toegelaaten noch verkooren moogen worden zoodanige Persoonen, die elkander te na in den bloede beftaan, als Vader en Zoon, Grootvader en Kleinzoon, Schoonvader en Schoonzoon, Stiefvader en Stiefzoon, Broeders, Zwagers, Oom en Neef, noch ook volle Neeven. VL  co VI. Zoo nochthands deeze Verwantschappen mogten komen te ontftaan, na den tijd der aanftelling, zullen de Verkoorenen dien tijd, voor welken zij verkooren zijn, in hunne posten moogen blijven. VIL Tot geen der beide Collegien zullen mede verkooren kunnen of moogen worden- i Zulken, die bankbreukig zijn, of onder de vervolging der Vet ftaan -- i. Militairen, zoo van den Zee r als Landdienst, tenzij ze hunne posten hebben neergelegd 3. Ook geenen, die Pennoenen of Gagien genieten van, of in dienst of eed bij, eenigen Vorst of Prins ftaan , ten ware zij reeds een jaar en zes weeken daarvan afftand gedaan , en den dienst neergelegd hebben, of daarvan ontflagen zijn - 4. Ook niet, die cesfie van goederen heb-  C 7 ) hebben gedaan , noch ook Bedienden van het Stadhuis of der Juftitie binnen of buiten deeze Stad VIII. In geval het mogt gebeuren, dat in beide, of een van beide Collegien, Perfoonen mogtcn verkooren worden, welke men dadelijk of naderhand bevond de nodige vereischten niet te bezitten, en die volgends de bovenftaande Art. niet verkiesbaar waren, zal de gedaane keus nul en van geener waerdc zijn, en de verkoorene verpligt worden dien post te verlaaten, zo hij van denzelven reeds bezit mogt genomen hebben ; terwijl hiervan binnen smaal 24 uuren aan de Burgerij kennis zal moeten gegeeven worden, ten einde binnen den tijd van 8 dagen een nieuwe keus gefchiede. IX. Niemand zal vermoogen, direót of indirect, aan  C 8 ) aan zijn Medeburger eenig aanzoek te doen, of te laaten doen, om in de Stads-Regeering of in het Committc gekoozcn te worden; zullende hij, dien beweezen wordt, dit gedaan te hebben, voor den tijd van 6 jaaren, niet verkiesbaar, en daarbij voor gelijken tijd van zijn Stemrecht verftooken zijn. X. Het zal elk, die verkoozen wordt, tot Lid in de Stads-Regeering of in het Committé vrijftaan, bij de verkiezing voor dien Post te moogen bedanken; maar wanneer hij denzelven aangenomen heeft, zal hij zulks niet vermoogen , veel min denzelven neder te leggen of zich van de Vergaderzaal te verwijderen: —. en inval iemand van zijn post mogt begeeren ontflaagen te worden, zal hij dit verzoek en de redenen, die hij voor het zelve heeft, in de Burgerij moeten brengen, en van deeze zijn ontflag vraagen en afwachten. XL  (9) XI. Voor en aleer de Lccden der voornoemde Collegien tot hunne Ambten zullen toegelaten worden, zullen dezelve den Eed moeten afleggen, in handen van de Commisfie der Burgerij, (zie Afd. 7. Art. 29) Edoch inval er buiten tijds een of meer Leden verkooren moeten worden, zullen deczen den Eed afleggen in handen van dat Collegie, tot het welk zij verkooren zullen zijn. XII. De Bcëediging en Tnftallatie der beide Collegien in het vervolg zal zijn op den iiücn. Febr., ten waare die op een Zon- of Biddag inviel, wanneer het op den 23ften zal gefchieden. XIII. Zo erhter onverhoopt de verkiezing voor dien tijd noch niet mogt zijn afgeloopen , zullen de beide Collegien gehouden zijn, om, elk in het B hun-  C >° ) hunne, hunne Funótien te blijven waarneemen, totdat de nieuwe verkiezing afgeloopen en de Beëediging zal zijn gefchied. XIV. De tegenswoordige Collegien (de Secretar i uitgezonderd) zullen , zodra het Reglement goedgekeurd is, los zijn; edoch tevens gehouden, om, elk in het hunne, te blijven fungeeren, totdat de nieuwe Verkiezing en Beëediging zal hebben plaats gehad. XV. Voor de Inftallatie der nieuwe Collegien, zoo nu, als in 't vervolg, zullen de Oude voor hunne goede dienften bedankt en weder in den fchoot der Burgerij aangenoomen worden. XVI. Wanneer iemand der Leden van een der beide  C 'i ) de Collegien, geduurende den tijd zijner functie zich door zijn gehouden gedrag onverhooptelijk het vertrouwen des Volks onwaardig mogt maaken, zal hij, inval de beichuldiging gegrond bevonden wordt, daadelijk van zijn post ontzet, en een ander in deszelfs plaats verkooren worden. XVII. In cas van zulk eene befchuldiging , zal of zullen die geen en, die vermeenen mogtcn met gewigtige redenen te kunnen bewijzen, dat een Lid van een van beide Collegien het vertrouwen» van het Volk misbruikt had, en onwaardig; was zijn post langer te bekleeden; zich met fchriftelijke opgaave en bijgevoegde redenen van hun bezwaar, inval zulk een vermoeden viel op een Lid der Volksvertegenwoordigers, bij het Committé , en inval het viel op een Lid van het Committé, bij de Stads-Regeering, moeten B 2 ver-  C J2 ) vervoegen, en oproeping van de Stemgerechtigde Burgers kunnen verzoeken om de redenen van bezwaar te hooren. — De befchuldigde zal terftond proviiioneel in zijn post gelehorst worden, en verpligt zijn, 8 daagen daarna, fchriftelijke verdediging in te brengen, zoo hij een Lid der Stads-Rcgering is, bij het Committé, en bij de de Stads-Regering, zoo hij tot het Committé behoort. Dit Collegie zal de befchuldiging en verdediging hierop examineren en 8 dagen daarna rapport en praeadvies in cene Volksvergadering uitbrengen. De Burgerij zal, dit rapport en praeadvies gehoord' hebbende, hierop cene Commisfie van 15 onpartijdige Burgers, die met den Befchuldiger of'Befchuldigden in geene verwantschap moogen ftaan-, uit elke Compagnie drie, benoemen, om de zaak te bcflisfen ; en zal deeze Commisfie alles naauwkeurig nazien en overweegen , bij meer-  C '3 3 meerderheid van ftemmen beflisfende uitfpraak doen; en zulks openlijk binnen 8 dagen bekend maakèn. XVIII. De beide Collegien zullen gerechtigd zijn het Volk te laaten vergaderen. XIX. Ze zullen ook elkander onderling kunnen doen vergaderen, zoo dat de Stads-Regcering op aanzoek van het Committé, en dit op aanzoek der Stads-Regeering zal moeten vergaderen. XX. De beide Collegien zullen elkaar geduurig de behoorlijke kennis moeten geeven van hunne tijdelijke praefidenten, opdat men van weerszijden altijd weeten kunne, waar zich te moeten vervoegen, wanneer het een of ander Collegie ecne Vergadering zal verzoeken.  o.i4 x XXI. | • [ •■ Aan elk die tot Lid der Stads-Regeering of van het Committé verkooren wordt, zal bij zijne Aanftelling een Exemplaar van bet Regceringsreglcment ter hand gefield worden en voor de Beëediging het Hoofdftuk, raakende de . Volksvertegenwoordigers in >t bijzonder, voorgeleezen worden aan hun, die tot de Stads-Regecring verkooren worden; en hun, die tot het Committé verkooren worden, die Afdeeling, die bijzonder van het Committé handelt. 3. Afdeeling. Van het Collegie der Volk - Vertegenwoordigers, of van de StadsRegeering, in het bijzonder. Art. I. De Volksvertegenwoordigers wettig verkooren,  C 15 ) ren, zullen voor het aanvaarden hunner Bediening den volgenden Eed moeten afleggen: „ ïk beloove en zweerc, in tegenwoordig„ hcid van den Almagtigen, Heiligen enRecht„ vaardigen God, aan de Burgers van deeze Stad, die mij tot hunnen Vertegenwoordiger „ geroepen hebben, dat ik de belangens van „ het Vaderland in het gemeen, van deeze Fro- vintie en dit'Quartier in het bijzonder, en voor„ al van deeze Stad en Burgerij getrouw zal „ voorftaan, en met al mijn vermoogen, naar „ geweeten5 bevorderen — dat ik de Rechten „ van den Mcnsch en Burger heilige, en, zoo „ veel in mij is, dezelve zal handhaaven — „ voords dat ik naar het vastgeftelde Reglement „ der Regeering van deeze Stad mij ftipt zal „ trachten te gedraagen, en zoo veel ik vermag, „ zorgen, dat het zelve ook door anderen ge?? houden en naagekomen worde!'' II  C iO II. Den Eed afgelegd hebbende zullen zij terftond hunne Posten aanvaarden, ten nutte van de Stad en Burgerij dezelve waarneemen; en Recht en Juftitie naar de Wetten handhaavcn. III. Twee aan twee zullen zij, bij tourbeurten, het zoogenaamde Richterambt, twee maanden, waarneemen. IV. De twee Richters in den tijd zullen bijzonder zorge draagen voor het maintien der rechten, de bewaaring der goede orde en de verzekering der ruste binnen de Stad en in het Schependom; mitsgaders de misdadigers doen vervolgen en apprehendcren, voor het Collegie der Stads-Regcering te recht Hellen, en de gevelde vonnisfen tegen de zoodanigen ten uitvoer laten  C '7 ) laaten brengen , en voords in 't gemeen alles verrichten, het geen met den aart en de natuur van hun Officie of Bediening overeenkomftig zal worden bevonden; blijvende de uitoeffening der Juftitie alleen aan de Stads-Regeering gedemandeerd. V. Indien het onverhooptelijk gebeuren mogt, dat er onder de Burgerij oproerige beweegingen ontftonden, waarbij het eene gedeelte van dezelve tegen het ander zich gewelddadig verzette, en deeze beweegingen door de overige gewapende Burgerij niet konden geftild worden, zoodat het noodig wierd, andere en wel de Militaire magt in te roepen , zoo zal echte» de Stads-Regeering niet vermogen, eigener authoritcit den militairen arm te gebnjcen, maar daartoe wel expres/elijk de toeftemming van het Conv, PÈfté en van den burger-Krijgsraad nodig hebben. C VI  C 18 ) VL Ten dien èindc zal de Sta is Regeerino-, zoocYa dezelve oordeekri mögt, dat er fedkie, ot g tfair \an fedirie was, het Commkié, en den Burger - Krijgsraad samen roepen, en met I ei de deeze Collegien onderling overleggen? wat bCst te doen zij. vir. T)e Stads-ft êgëèring zal geen gevangenen, fcij zij Burger, Inwoóner of Vreemdeling langer dan tweemaal vierentwintig üuren gevangen moogen houden , zonder aan hem het eerdé verhoor of redenen zijner detentie te kennen te geeven. Vilt Gok tÜ Zij aföh geen gevangenen een Advocaat moógen vleigércri, órri zijne zaak fê véfdedigën, wièri hij zal bt'géëien; maar' indien de tijdelijke Kicfifè'rs tiiögtëtt óWêeleri, M. net delicl; Va'n 4ch geVarigencri vaa dfcti SSrf Vv are, ó*at het  C '9 ) het niet oorbaar ware, ien Advocaat alleen bij den gevangenen te laaten, zal er door het gericht een vertrouwd Perfoon bijgevoegd kunnen worden, om alles te zien en te hooren, wat er tusfehen beiden gefchiedt. IX. De verdeeling der bijzondere Departementen, als die van Gecommitteerden tot de Seryitien? Timmermeefteren , Prpviforen der Cloosteren, C.ümmisfarisïen der defolate Boedelkamer , Gecommitteerden der Weeskamer, Politiemeefters, Schplarchen, Opperbrandmeesters, Gecommitteerden tot ce Posterij, en tot de Schouwen, en wat meer in Departementen v;an ouds is verdeeld geweest, ,is en blijft ter dis politie, van ^e Stads - U egecring, om zulks onderling te reguleren , zoo .en als zulks door hen ,ten meeften nutte der Stad en burgerij dienftig zal tgeoorr de^eld wordea Ca X»  C m) x. Ook zal de Stads-Regeering moogen disponeeren over de benoeming tot de Landelijke Commisfien, zoo binnen als buiten deeze Provintie, als mede tot de Quartiersvergaderingen; mits Zij niemand anders dan Leden van hun Collegie daartoe benoeme; en deeze Commisfien niet bij loting verdeeld, maar bij onderlinge fchikking collegialiter bepaald en begeeven worden. XI. De Gecommitteerden in de Quartiers en Landelijke Vergaderingen zullen niet alleen na het eindigen derzelvc in het Collegie der Stads-Regeering rapport moeten doen van al het verhandelde, maar de Stads-Regeering zal ook gehouden zijn, acht dagen na de gehoudene Vergaderingen, aan het Committé van Waakzaamheid fchriitelijk, zoo verre zulks doenlijk is, vcrÜag en opening te geeven van het geen voorge-  C ) gevallen en verhandeld is, ten einde het Committé' in ftaat zij, om zulks aan de Burgerij te kunnen berichten, en daarvan verilag te doen. XII. De Stads-Regering zal geene nieuwe Belastingen, Geldnegotiatien of iets dergelijks, ten bezwaar der Burgerij in het gemeen, of van bijzondere perfonen, mogen doen, dan met voorkennis en concurrentie van de Commisfie ter Finantie (zie de 4de Afdeeling Art. 9) en met toeftemming der opgeroepen Burgerij. XIII. Wanneer de Landfchaps Vergadering binnen Zutphen gehouden wordt, zal de Stads-Regeering in geen Petitiën door het Bondgenootfcbap ge* daan , hoe ook genaamd, door haare Gecommitteerden mogen laaien bewilligen, dan na ingenomen advies der bovengemelde Commisfie en toeftemming der opgeroepen Burgerij. C 2 XIV.  C ) xiv. "Wanneer de Lanciichaps Vergadering niet binnen Zutphen gehouden wortft-en dat in die vergadering de ordinaire ftaat van Oorlog gewacht werd , zal de Stads - R egeering voor het afzenden haarcr Oecommitteerden het confent in den ftaat van -Oorlog of Petitiën van het afgelopen jaar inneemenen in gevolge daarvan huare -Gecommitteerden •authurifeuen. XV. Wanneer de Landdag niet binnen Zutphen gehouden wordt, en dat .er op denzelven eene extraordinaire Leritie, -namens het tëondgenootfojiap, werd ged; an, die zoo ved fpued vereisehtev;dat de Gecommitteerden IV. Op gelijke wijze zal ook gehandeld worden ten opzigte der overige Bedienden van 't Stadhuis en Gericht, als Boden , Roedendragers, Nachtfchout en zijne Adfistcnten e. z. v.: de Stads-Regeering zal eene Nominatie van drie Perfoonen aan de Burgerij overgeeven, en deeze daaruit ecnen benoemen, mits niemand op de Nominatie geplaatst worde, dan die ftemgerech$igd Burger zij. V. Bij vacatuurc van een Rector, Conreftor of Praeceptor in de Latijnfche Schooien, zal door Curatoren van gemelde Schooien eene Nominatie van i Perfoonen word'en geformeerd, en de ftcmgerechtigde Burgerij daaruit ecnen benoemen. VI. De posten van Stads- Doólor,. Stads - Chirurgijn, Stads - Vroedmeester en Stads- Apothecar, zullen Haan  ftaan ter begeeving van de Stads-Regeering en van het Committé: te weeten, de'Stads-Regeering en cene Commisfie van 12 Leden uit het Committé zullen iaamcn vergaderen, en bij meerderheid van ftemmen den geenen, die hun de bekwaamfte voorkomt, verkiezen. VII. De Posten van Stads - Vroedvrouwen, Stadsschoolmeesters, zoo ,der Franfche, als Nederduitfche Schooien, Stads - Organist en Klokkenist; in een woord: alle, waarin het op kunst en wetenfchap aankoomt, of waartoe een examen vereischt wordt, zullen ftaan ter dispofitie van eene Commisfie van 2 Leden uit de StadsRegeering, 2 uit het Committé, en 5 uit de Burgerij, te weeten uit elke Compagnie een, welke Commisfie, bij vacatuure allen, welke naar deeze posten ftaan, door deskundigen zal laaten examineeren, en den geenen, die de bekwaamfte bevonden wordt, verkiezen. X VUL  ( 6-6) VIII. Tot alle deeze Posten Art. 5, 6 en 7. vermeld, als zijnde Bedieningen, waarin het voornamelijk op kunst en bekwaamhecden aankomt, zal het niet noodig zijn, dat de Perfoonen zijn ftemgerechtigde Burgers; nochthands zullen de Burgers en Inwooncrs der Stad, mits de vereischte bekwaamheid hebbende, boven Vreemdelingen moeten gefteld worden. IX. De Poften in de Weeskamer zullen worden bediend door een Lid benevens een Secretaris der Stads- RegeciLig, twee Leden uit het Committé cn twee uit de Burgerij. Elk Collegie zal zijne Gecommitteerden benoemen, en die van de Burgerij zullen' verkooren worden door de Stemgerechtigden. De Gecommitteerden uit de Stads-Regeering en uit het Committé 1 zuilen alle Jaaren afgaan , doch kunnen , zoo zij  ( 67 ) zij bij de jaarlijkfchc vernieuwing der Collegien in hunne Posten blijven, ook in deezen tot twee maal toe gecontinueerd worden, doch dc i Gecommitteerden uit dc Burgerij zullen voor den tijd van 3 Jaaren dien post bekleeden. Deeze Leden zullen niet vermcogen eenig Salaris te neemen van Boedels van onmondige Kinders, en ook zorge draagen, dat geen bellooten toventarisfen of Maagenfcheidcn meer ter Weeskamer worden overgegeeven , maar dat die in 't vervolg alle open zijn. X. De bcgeeving van alle verdere Ambten blijft ter dispofitie van de ftemgerechtigde Burgerij, en zal gefchieden, zoo als in de 6de Afd. Art. 9 tot 13 is bepaald. XI. Het zal een ieder vrijftaan , om naar alle Ambten te ftaan , behalve naar Posten in de I 2 Stads-  Stads-Rcgccring of in het Committé'. (zie dè 2de Afd. Art. 9) Hij, die eenig Ambt begeeren zal, zal daartoe, binnen den tijd van M daagen, nadat hetzelve open zal zijn gevallen ert verklaard , zijn Naam moeten opgeeven bij dé Stads-Regeering, welke alle dc naamen van hun, die naar eenig Ambt ftaan , twee dagen voor dc verkiezing openlijk zal moeten bekend maaken , ten einde de Burgerij uit het getal der Solliciteurs eenen verkieze. XII. Zoo nochthands het getal van Sollicitanten meer dan 3 bedroeg, zal er voor de dadelijke verkiezing door 2 Gecommitteerden uit dc Stads - Regeering, 2 uit het Committé' en 5 uit de Burgerij (door elke Compagnie een te benoemen) eene Nominatie van 3 Perfoonen gemaakt worden, en de Burgerij uit deeze Nominatie eenen Perfoon verkiezen. XIIL  ( 69 ) XIII. De Stads-Regeering en het Committé zal aan dien bepaalden tijd in het begeevcn der Ambten, en ontvangen van Sollicitatien tot de Posten Art. 6. en 7. vermeld, niet gehouden zijn. XIV. Niemand zal met meer dan een Ambt van de Stad begiftigd moogen worden XV. Inval iemand, die eenig Ambt heeft, om een ander folliciteert en met hetzelve begunftigd wordt, zal hij het eerfte , terftond bij het verkrijgen van het ander moeien neerleggen. XVL Inval iemand, die tot Lid der Stads - R egeering of van het Committé verkooren werd, eenig Ambt had, 't welk kan waargenoomen worden zonder nadeel van een van beide ('tgeen aan zijn geweeten wordt overgelaaten) zal hij provifioneel het zelve moogen houden. XVII  XVII. Niemand zal vermoogen eenig Ambt door een ander te laaten bedienen, dan in geval van hoogen Ouderdom of ziekte, maar elk zal gehouden zijn, zijn Ambt in perfoon waar te neemen, en zoo hij zulks niet doet, vervallen van hetzelve verklaard worden; zoo hij hetzelve in perfoon alleen niet waarneemen kan, maar adiiftentie noodig heeft, zal hij een of meer tot medehulp moogen aanncemen. En wanneer iemand genoodzaakt was, zich voor eenigen tijd uit de Stad te bcgeevcn, zal hij zulks met permisfie van den Richter in den tijd moogen doen, mits hij tot waarneeming van zijn post iemand in zijn plaats ftclle. XVIII. De Stads-Regeering zal de verkoorene Perfoonen onder Ecde neemen, zoo verre deezen volgends hun post daartoe verbonden zijn; ook zal  ( 7* ) zal zij de ïnftrü&ien voor de Arabtenaaren vervaardigen en hun overhandigen , en een waakend oog houden, dat dezelve hunne bediemnoen behoorlijk waarneemen, of zoo ze zuacs ^onverhooptelijk niet mogten doen, hen naar bevind van zaaken corrigeeren, en des noods dimkteeren; zullende echter de Stads- Regcenng, in het geeven der Inftruaicn en dimittccren van Ambtenaren, het Committé moeten kennen, en zonder confent van hetzelve niets kunnen doen. XIX. Wat betreft zoodaanigc Ambtenaren, die in den jaarc 1786 op het zoogenaamde Orange - Requcst o-eteekend hebben, en alle dc geenen, die in of na dien tijd op eene onwettige wijze, Ambten mogten getóeegeö hebben; zoodra dit Reglement zal zijn gealtereerd, en de verkiezing van eene nieuwe Stads-Regeering en ander Committé zal zijn gefchied, zal er eene Commisfie van 1 Leeden uit de Stads-Regeering, 2 uit het Committé en 10 uit de.  (7* ) Burgerij, uit elke Compagnie 2, benoemd worden, die onderzoek zal doen, wie al op eene onwettige wijze enig ambt verkregen, ofzich in de waarneming ' van zijn ambt onbehoorlijk gedraagen heeft. Die geenen, die zij bevinden op eene onwettige wijze Ambten verkrecgen, of zich in de waarneeming van hun Ambt onbehoorlijk gedraagen te hebben, zal deeze Commisfie in naam der Burgerij, van hunne Posten ontzetten, maar alle de anderen in dezelve continuëcren; mits dtezenden Eed op Vrijheid en Gelijkheid in haare handen afleggen, waartoe zij dan ook zal vermoogen alle Ambtenaaren, bij zich te ontbieden, en die geenen, die mogten verweigeren den Eed te doen, van hunne Ambten vervallen verklaarcn zal. XX. De begeeving van alle kerkelijke Bedieningen zal verblijven aan. ieder Gemeente in den haaren, of wel aan de Stemgerechtigden in ieder Gemeente. 9. Af-  (73 ) 9. Afdeeling. Van de Ambtgeiden. Art. I. De Ambtgelden, zoo der Stads-Regeering, en der Secretarii als die van andere Ambtenaaren, zullen nagezien, en voor het vervolg op een geregelden voet gcbragt worden. Ten dien einde zal de Stads-Regeering verpligt zijn binnen 14 dagen na de Beëediging op te'maaken en aan het Committé' van Waakzaamheid en Toezicht over te geeven, eene lijst van de Traktementen, Emolumenten, en andere voordeden, zoo der Perfoonen van Regeering, en der Secretarii als der verdere Ambtenaaren, zoo na mogelijk, berekend. 6 III. Het Committé' zal deeze lijst naauwkeurig ex- amineerenen een Concept-Plan formecren van de Traktementen, zoo als die in 't vervolg zouden Jamnen bepaald worden. K lv-  (74) IV. Tevens zal het Committé' een Plan concipiëren , waarnaar in 't vervolg de onkosten der Cancclarije zouden kunnen worden geregeld. V. Beide deeze Plannen zullen in de Burgerij ter approbatie gebragt worden, en na de approbatie terftond in werking koomen. VI. Bij het Concipieeren van die Plannen zal het Committé' in het oog moeten houden, dat in het vervolg voor gëene Commisfien door Leden der Stads-Regeering te beklceden meerder gelden aan hun zullen worden betaald, dan alleen de onkosten van reis en verteering , maar dat alle overige voordeden en Commisfiegelden in een bus ten voordeele der Stad zullen moeten koomen; ook dat de Secretarii een vast traktement  (75) ment zullen moeten hebben, en alle de gelden, ter Secretarie betaald wordende, in dezelfde bus zullen moeten geftort worden. 10. Afdeeling. Van fchikkingen en nadere bepalingen, die noch gemaakt moeten worden en van de herziening van dit Reglement. Art. I. Wat betreft bet Stadsrecht, de befchikkingen oeverriet Burgerrecht en deszelfs oude voordeelen; de inrichting van het Burger Weeshuis, de Gilden, het Reglement voor de Wcezen-en defolate Boedel Kamers; na arresteering van dit Reglement zal er eene Commisfie van i Lccden uit de Stads-  Stads-Regeering, i uit het Committé, en 10 uit de Burgerij, uit elke Compagnie twee, benoemd worden, om deeze gewigtige ftukken bedaard na te zien, en-een Concept - Plan van reformeaan de Burgerij voortedraagen. II. Dit Reglement door de Burgerij gearresteerd zijnde, zal tot Petri 1797. in werking blijven, maar 2 maanden voor dien tijd, eene Commisfie van 1 o Leden uit de Burgerij benoemd worden, om hetzelve na te zien en de noodige veranderingen daar in te brengen, en zal elk Burger geduurende de 8 eerfte dagen na de benoeming deezer Commisfie vrijheid hebben, zijne bedenkingen bij dezelve fchriftelijk intebrengen.