REGISTER gehouden by Mccfter ADRIAEN van der GOES, Advocatt van de Staten 's Lands van HOLLANDT Van alle die Dachuaerden by defelve Staten gehouden, mitsgaders die Refolutien, Propofitien , ende andere Gebefongneerden in de voirfz Dachuaerden gedaen. Beginnende den 5. Februatii 1544., ftilo curia Hollandia. Ende eyndende den 30. Decembris Anno 1549. tweede deel.  MR..ABRIAAN VANBER GOE& : AdbvokagLt vsLn KoIIa-ndLj, im''t j slsltt 1543, ou.dL j8ja,su?eiL.  REGISTER Vandc Saecken van den LANDE VAN ft O L LAN D T. Gehouden by my ADRIAEN vander GOES, Advocaet van 'ï felve Landt, Sedert date van mijn Commiffie, wefende van den 30. Januarii 1544., Stilo Communi & Romano, ende de poffeffie daer op gevolght, 't welck gefchicde den vijfden Februarii daer na, tot uytgaende" Julii 1554- Daghvaert vandc Staten van Hollandt, gehouden in den Hage Den 5. Februarii, 1544. ,544, Den 5. PRESENTEN, Febr. De Heeren Van Dordrecht. Heyman Adriaenfz, Gerrit Steffenjh Bur- Thefaurier, germcefter, ende ende Mr. Nicolaes Bartholo- Mr. Lambrecht Jacobfz, mei, Penfionaris II. Deel. A 2 Van  1544- Refolutie van de Petitie van honden en achten tnegentigh . duyfendt gulden?, op fes rasenden te betalen. Procuratie van Hoepierden , Penfionaris van Ara- fterdam. (6) brengen, en foude op hoope van dien 't felvc overfchrijvcn aen hare Majefteyt de Koninginne, om daer op te weten hare genadige beliefte. A Engaende de principale faeckc vande voorfz Daghvaert, beroerende de hondert cn acht en tnegengentigh duyfent Carolus guldens , op den geenen die gcwoonlijck zijn indcSchiltalen te contribueren, geëyfcht den elfden Januarii laetftleden, en dit op fes maenden, elcken maent drie en dertig duyfent Carolus guldens , daer de maent van April eerftkomendc de eerfte van foude wefen; hebben de voorfz Gedeputeerden eenige opinien verhaelt, zonder nochtans te refolveren; ende is die Daghvaert dies aengaende uytgeftelt tot den vijftienden der voorfz maent, 's avondts in de Herberge, ten wclckcn tijde den Prince van Oraignen, Stadthouder, &c. gefchrevcn haddc dat hy mede compareren foude om de Voorfz Beede te avanceeren , en heeft den Hccre van Affcndclft mede die laft aangenomen van d'andere Edelen te doen befchrijvcn ten fclven dage inden Hage. T^En felvcn dage is mede by de voorfz. Gedeputeerden Procuratie gepaffeert op Mr. Floris van Hogacrden, Penfionaris van Amfterdam , wefendc te Spiers, om uyt den naem van 't voorfz Landt te vervolgen aen Sijne Kcyferlijcke Majefteyt ; dat geduyrende den Oorlogh tegens den Hertogh van Holftcyn, die van Lubcck met haer Adherenten niet toegelaten en foude werden ecnighfints inden Lan-  (7) Lande van herwaerts over te negotiëren, en voorts te vorderen de Zeylage van dcfe Landen, en dat onder mijn handt. TS mede by hunluyden vcrfocht aenden Heere van Aflcndelft te willen fchrijven aen hare Majefteyt de Koninginne , omme van hare Genade' te * hebben Brieven van recommandatie aen Sijne Keyferlijcke Majefteyt , ten felvcn fine, 't wclck hy aennam te doen. \7An gelijckcn is op fecckere Requefte van Mr. Cornelis van Hogelande de verfochte betalinge van feeckere vacatiën in 's Landts affaircn gedaen , naer dat by den Hove van Hollandt op defelve Requefte by Appoinétement vcrklaert was Advis vande Staten van Hollandt, hem by de voorfz Staten boven fijn geëyfchte dagen, tot vijftigh toe in getale, noch toegevoeght acht dagen, tot vijf fcheliingcn Vlacrns ?s daeghs, en dat onder mijn handt. T-JEbben infgelijcks ten felvcn dage , door bevel van de voorfz Gedeputeerden, op feeckere Requefte hunluyden geprefenteert van wegen den Grave van Buyren, daer by hy verfochte fijne Onderfaten, volgende hare lange poffeffie, ongemolcftcert te blijven van mede te contribueren mette Staten van Hollandt , den felven Grave voor Antwoorde gcfchreven , dat fy de deliberatie van defelve faecke uytftelden tot den vijftienden Februarii, ten wekken tijde fy hun abfolutc antA 4 woor- ^ 1544Den^-Feb. Brieven van recommandatie. *B1.3- Requefte van Hogelande, tot betalinge van feeckere vacatiën in 's Lands affairen gedaen. Requefte van den Grave van Buyren, daer by verfoeckt fijne Onderfatenongcmolefteert te Iaten vande contributicu.  1544' LWur.i'cb. Den 14. Feb. Ilooritige van de Rceckeringe van I Icyman vande Ketel,.wegensde feftig duyfent guldens aenden Keyfer ge accordeert. De voorfchreveReeckeninge gellooten. UytftcUinge van de Daghvaert tot den twintighften Februarii. ( 8 ) woorde fouden laten weten, blijckende by de Minute van mijn Miffive. Den 14. Febriiarii, 1544. "FlAer aen hcbbe ick door bevel vanden Hccre van Aifendelft, ende de Gedeputeerden van Delft, als Michiel Janfz, Thefaurier, ende Mr. Huygh vanden Eynde, Penfionaris, een Acte onder mijn handt gegeven, by den welcken den dcrtighften Januarii, wefcnde de date van mijn Commiffie, by de Staten van Hollandt, den voorfz Heere van Affendelft, en de Gedeputeerden van Delft en Leyden , gecommitteert zijn te hooren en fluytcn de Reeckeninge van Heyman vandc Ketel, noopcnde de feftigh duyfent guldens, Sijn Keyferlijcke Majefteyt geconfenteert, binnen Antwerpen den twaelfden Oclober, vijftien hondert twee en vcertigh. HTEn voorfz dage is mede de voorfz Reeckeninge van Heyman van de Ketel geflooten, ter préefentie vande voorfz Gecommitteerden, na mijn gefeyt heeft des voorfz Hcymans Dicnacr, alfoo ick niet jegenAvoordigh gewceft en ben, als niet geroepen zijnde. \Z"An gelijcken is als doen de Daghvaert, die gelyt was op den voorfz vijftienden Februarii, door 't fchrijven van mijn Heere den Prince van Oraignen, uytgeftelt by Miffive vanden Hovc, tot den twintighften derielver maent Februarii, te wefen 's avonds inde  C 9 ) inde Hcrbcrgc, foo mijn Willem Goudt gefcyt heeft. J-JEbben oock ten voorfz dage gemaeckt op den naem vande Schout van Amfterdam , en de Staten, mitfgaders den Procureur Generaal van Hollandt met hem gevoeght, een Requefte aenden Grooten Raet, omme te verkrijgen provifie jegens ccnen Hcndrick van Lith, Poorter van Antwerpen, by dewekke hem bcvoolcn foude werden by apprehenfie van fijn Pcrfoon, en detentie van fijn Goederen, te cafferen en te niet te doen feeckere provifie, by hem verkregen in de Cancelerie van Brabant, daer by de voorfz Schout gedaghvaert is te compareren aldaar, contrarie ende in praejuditie van de Privilegiën van Hollandt. * Den 16. Februarii, 1544. J-jEbbe ick de voorfz Requeft met Stoffel de Boodc gefonden nae Mechelen, omme te verwerven de voorfz Provifie, en hebbe hem voorts mede gegeven Copie van 't Mandament van den Raede van Brabant, ende van 't Vonnis van Amfterdam, waer van de voorfchrevc Requefte mentioncert. A 5 Dagh- _ ï.544Den 14. Feb. Provifie tegeus Hendrick van Lith, Poorter vanAnt» werpen. Pen 16. Feb. * Bi. 4. De voorfchreveRequefte naer Mechelen gefonden.  1544Den 21. Feb. ( 10 ) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Den 2r. Februarii, 1544. PR YE SENTEN. De Hecren Van Gou- driaen, Van Lockhorfl, Van Poelgetft, Jacob van Duvenvoirde, ütto van Egnwndt, ende ■Aelbrecht van Treflonge, Van wegen d'EftELEN. Heyman Adriaenfz , Thcfaurier, ende Mr. Nicoiaes Barth.olom. Penfionaris Van DoRDRi:crr.r. Claes van Heuffen ,Burgerraeefter.ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. yaccb vander Does, Burgerraeefter,ende Mr. 'Jacob de Milde , Penfionaris Van Leyden. Mr. Claes Divckfz, Bur- germeefter, Pieter Kantert , Burgermeefter,ende Mr. Hendrick, Penfionaris Van Amsterdam. Jan Wülemfz Muys , Burgcrmceftcr, Rcycr Paenw, ende Mr. Cornelis van Hugelande, Van Gouda. Beroerende de Petitie van hondert en acht en tnegentigh duyfent guldens , mitfgaders den nieuwen Impoft. De Gedeputeerdenvan deEde- DE Gedeputeerden vande Edelen hebben ten voorfz dage , op de Propofitic by den Heere van Affendelft hunluyden gedacn, non-  (II) noopende de hondert en'acht en tnegentigh duyiènt guldens , by. hare Majefteyt de Koninginne, op den geenen die gewoon zijn te contribueren , geëyfcht den elfden Januarii lactftleden, gcopuieert, dat in gevalle fy gevolgh hadden , te vrceden fouden'wefen op te brengen tachtigh duyfent, tnegentigh duyfent , jae hondert en twintigh duyfent guldens , welverftacnde dat defelve gevonden ïouden werden volgende de Petitie van hare Majefteyt dc Koninginne, en dat op twee termijnen , als de eene helft St. Jans Miffe, en de andere Alderheyligen, beyde naeftkomendc. JT^Ie van Dordrecht hebben geconfenteert op de twee termijnen als vooren op te brengen tachtigh duyfent ofte tnegentigh duyfent guldens, en fou voel min of meer als fy gcvolgh fouden hebben , mits datmen defelve penningen vinden foude by verdragelijcke middelen, ende genietende haer gewoonlijcke gratie , onder expreffe verklaringe dat voor al middel behoorde gevonden te werden waer mede men de feftigh duyfent guldens, die aireede gevallen waren, foude mogen opbrengen. * 13^e van Haerlcm feyden geen verder laft te hebben dan ter fomme van tachtigh duyfent guldens , mits genietende haer gewoonlijcke gratie extraordinaris, en dat voor alle werek middel behoorde gevonden te werden omme te fumeren dc voorfz feftigh duyfent guldens. Die '544Den 21. Feb. len fijn te vreden op te brengen tagtig, tnegentigh of hondert en twintigh duyfent guldens , mits gevolgh hebbende van andere. Die van Dordrecht confenteren in 't opbrengen van tachtig of tnegentigh duyfent guld. op conditiën. * BI. 5. Die van Ilaerlem hebben geen- verder laft dan tot Sooccl guld.  1544Deti 21. Feb. Die van Leyden toe iondert duyfent guldens. Die van Gouda mede in hondert duyfent guldens op conditie. Die van Auiiterdaiu zijn niet gedelibereert yet te opmeren. Concept, den vierden Februarii te vooren beraemt, op ordre vande Koninginne niet te accepteren. ( ia ) P\Ie van Leyden waren te vreeden uyttcr* lij eken te komen tot dc hondert duyfent guldens , mits genietende haer gewoonlijcke gratie ordinaris , en mits middel gevonden zijnde omme op te brengen de voorfz feftigh duyfent guldens. V7"An gelijcker waren oock te vrecden die van Gouda, om uytterlijck te komen tot de voorfz hondert duyfent guldens, mits oock genietende haer gewoonlijcke gratie extraordinaris, en genoegh wefende de voorfchreve feftigh duyfent guldens; vcrfocckcnde acnde Edelen, dat fy wouden laten voortgangh hebben 't Concept by de Gedeputeerden vande Steden , geraemt den vijfden Februarii lacltleden, TV/TAcr die van Amfterdam en waren niet gedelibereert yet te opineren , noopende de voorfz Petitie van hondert en acht en tnegentigh duyfent guldens, ten ware eerft middel gevonden ware omme de voorfz feftig duyfent guldens op te brengen, leggende dat 't felve poinér, voor al behoort gercfolvcert te wefen, verfocckende voorts aende Edelen den voortgangh vanden voorfz Concepte. T^Nde alfoo 't Concept by de Gedeputeerden vande Grootc Steden , den vijfden Februarii gemaeckt ende geraemt, de Gedeputeerden vande Edelen niet en wouden accepteren, en dat oock hare Majefteyt de Kot ninne aen den Heere van AfTendelft gefchreven hadde 't felve Concept niet te willen aen- vacr*  ( 13 ) vaerdcn , rflaer dat den nieuwen Impoft fijn voortgang hebben foude; foo is by de voorfz Gedeputeerden vande Edelen gerefolveert dat den felven nieuwen Impoft voortgangh hebben foude, en dat de voorfz feftigh duyfent Carolus guldens by Lceningc ofte anders gevonden foude werden by twee vcrkoopingcn van Renten, eenige voorgacndc accorden gevonden zijn geweeft, welverftaende dat defelve Lceninge vande gerectfte Penningen, komende vanden voorfz Impoft, voor egale portie foude gerembourfeert werden.- TV/TAcr de Gedeputeerden vande voorfz vijf Steden verklaerden dat fy inden voorfz Impoft, als voelende dat het voorfz Concept geencn voortgang hebben en wilde, confentcerden, mits dac dc voorfz feftigh duyfent Carolus guldens by verdraeghlijke middelen gevonden foude werden, en mits dat'er expreffe fpecificatie en vcrklaringe gedaen foude zijn , wat de Steden, en wat het platte Landt, en de vrye en exempten in defelve fommc gehouden fouden wefen op te brengen , en dat ten eyridde by foute van betalinge d'een voor d'andcr niet en foude werden geëxecutèert. HP 't verfoeck vanden Grave van Buyren, by Requefte gedaen, om volgende fijn Privilegie en Pofieffie ongcmolcfteert te blijven eenighfints te contribueren ; is eendrachtelijck by alle de voorfz Gedeputeerden geconcludeettj dat fy dies aengcende hun rapporteren , aende beliefte van de, Koninginne , wel- Den 21. Feb. ' 'Confent van de Steden in 't voorfz concept. Verfoeck van den Grave van Buyren by Requefte gedaen tot vrydom van alle contributiea.  1544Den 21. Feb. * BI. 6". Den 22. leb. Het voorfz Concept by de Staten geaccordeert. Verklaringe by die van Delf op \ voorfchreveconcept gedaen. ( U ) welverftaende , dat in gevalle defelve haere Majefteyt geliefde den voorfz Grave van Buyren te houden voor excmpt, dat 't felve foude komen tot lafte van hare Majefteyt, en niet vanden Lande van * Hollandt; was evenwel gefeyt datmen met die antwoorde foude vertoeven tot dat den Heere van Affendelft hier van gefproocken ware. Den 22. Februarii, 1544. Zijn boven de voorfz Prtefenten prefent geweeft Jan Aperfz , Burger- Mr. Huygh vanden Eyn- meefter, de, Michiel Janfz, ende Van Delf. "P)Es anderen daeghs is by tuffchen-fpreecken vanden Heere van Affendelft , de voorfz Gedeputeerden vande Edelen, en vande vijf Groote Steden, als Dordrecht, Hacrlem , Leyden, Amfterdam en Gouda, die 't voorfz Concept onderlingh geaccepteert hebben , met conditie dat den Excijns vande Edelen en Kloofters, foo wel binnen als buyten de groote en klcyne Steden gelegen, in 't felve "Concept begrepen , niet langer loop en cours hebben en fal dan tot de tnegentigh duyfent guldens, daer van aldaer oock gementioneert werdt, opgebracht zullen zijn. TV/TAcr de Gedeputeerden van Delf vcr1 A klaerden dat fy inde principale Petitie, daer  ( 15 ) daer dTmpoft omme opgcftcldt wcrdt, niet geconfenteert en hebben, maer daer inne vervangen zijn , ende daeromme noch in defe faccke , als wcfcnde acceflbir, niet en weten anders te feggen , dan dat fy blijven by haer Brieven van exemptiè Van allen Beeden, hunluyden uyt merckelijcke redenen verleent; en in gevalle die van Delf immers mede moeten contribueren inde voorfz Petitiën , dat fy protefteren indien ycmant exempt ofte vry wefende, tot eenigen tijde van fijn vrydommc wel genieten, dat fy van gclijcken dencken te genieten van haer gratiën ende exempticn, waer van mijn belaft is acte te maecken, foo ick by 't felve hebbe doen blij eken. JVTOopende de voorfz principale faecke van hondert en acht en tnegentigh duyfent guldens, geëyfcht den voorfz elfden Januarii, na dat by alle voorfz Gedeputeerden weder communicatie gehouden was, zijn defelve genoeg gebleven in haer voorgaende opinie, dan en is geen vermaninge gedaen vandc vindinge vande feftigh duyfent guldens, alfoo dat gerefolveert was. TJYtgefondert die van Amfterdam, dewelcke gehoort hebbende, dat by 't voorfz accord van 't concept middel gevonden was om de voorfz feftigh duyfent guldens op de brengen; verklaerden, noopende de voorfz Petitie laft te hebben te confenteren tot tachtigh of tnegentigh duyfent guldens, op te brengen op de voorfz twee termijnen, als Sint Jans Miffc en Alderheyligèn , mits genietende haer gratie ex- T544Den 22. Feb. Petitie vau hondert en acht en tnegentighduyfent gulden. Verklaringe van die van Amfterdam , Qver defelve Petitie..  Den 22. Feb. C 16) extraordinaris, en daer toe gevonden zijnde' een verdragelij ck en bequaem middel. Die van Delf ut fupra. Uytltcllinge vande Daghvaert. By Aflendelft de Refolutie van de Staten te fchrijven aen den Stadhouder. * BI. 7. Milïïvevan de Koninginne, om 't voorfz Concept ,te doen voortgangh hebben. J?Ndc is my met cenige vande voorfz Gedeputeerden belaft te gaen by den Heere van Affendelft, en aen hem te vcrfoecken, dat hy hier van * foude willen adverteeren den Heere Prince van Orangien , en van hem begeren een antwoorde, dagh geleyt te werden, ten welcke eynde fijne Graeflijke Mog. Excell. foude meynen mede ter Daghvaert te mogen wcfen, en dat hy den felven Dagh daer van geadverteert zijnde, mede foude infinueren de voorfz Gedeputeerden, mitsgaders de klcyne Stedcn,'t wclck den voorfzHeere van Affendelft gefproocken zijnde, belooft heeft fulks te doen. J--jEeft mede den voorfz Heere van Affendelft by ons, door laft als vooren verfocht zijnde te willen fchrijven aen hare Majefteyt de Koninginne , omme te hebben confent, dat 't voorfz accord van de voorfchrevé Gedeputeerden met den cerftcn zijn voortgangh hebben mochtc , en tot dien eynde van hare Majefteyt te verkrijgen Brieven van Octroy in forma, belooft heeft't felve te doen. Op TJYtgefondert oock die van Delf, de welcke jfeyden dat fy behoorden te genieten haer Privilegie van exemptie en gratie. J-TNde alfoo de voorfz Gedeputeerden niet gélaft en waren omme in defe faecke eyndelijck te refolveren, foo is defelve Daghvaert uytgefteldt tot een andere tijdt.  f\P 't voorfz verfoeck by den Grave van Buyren den vijfden Februarii by Requefte gedaen, is volgende de voorfz Refolutie by my aen fijn Graeffelijcke Mog. Exc. abfolute antwoorde gefchreven, blijckende by de minute daer van zijnde. de Remonftrantie by die van Le'3Tden aen de voorfz Gedeputeerden gedaen den een en twintighften Februarii, te weten, daegs te vooren , aengaende feeckere Miffive, by den Hove van Holland aen hunlieden gefchreven, by den wekken 't felve Hof fchijnt te fuftineren , dat den Procureur Generael, uyt den naem van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, in alle Steden en Plaetfen fouden mogen vangen alk Delinquanten, oock van faken niet. verjaert; 't wekk fchijnt te tenderen tot enervatie vande Jurifdictie vande Steden en andere Plaetfen van Hollandt, begeerende by de Staten daer inne voorfien te werden, is mijn belaft op 's anderen daegbs te vinden met die van Leyden , of haren Procureur, in den Raedt, omme van 's Lands wegen aen hun te verfoecken haer voorfz Miffive weder naer hem te nemen ende in gevalle die geregiftrcert ware, defelve te doen royeren, ten eynde 't felve regiftreren niet en wierde getrocken in confequentie, tot praejuditie vande Jurifdiftie van 't voorfz Landt. Den 12. Februarii, 1544. T-JEbbe ick, volgende den voorfz laft, inden x vollen raedt, by my hebbende den Ad//. Deel. B vo- Den 22. Feb. Verfoeck van den Grave van Buyren, by Requelte gedaen. Jurifdi&ie van de Steden. Den 12. Feb. Verfoeck by den Ad.-  ~ ,544Den 12. Feb. vocaet aen den Raedi gedaen. Requefte van het felve verfoeck. Noopende de felve faecke, om den voorlz Reyer Willemfz gevangen te mogen nemen. Den 27. Feb. * BI. 8. Appellatie by denProcureur Generael gegedaennoopende Reyer Willemfz van Leyden. ( 18 ) vocaet en Procureur der Stede van van Levden, het voorfz verfoeck gedaen , en hebbe voorts defelve Miffive gelevert in handen van den Griffier. JYJAer vermits dat bV den Hove gefeyt worde, dat ick 't felve verfoeck foude doen by Requefte, foo hebbe ick ten felven dage tot dien eynde Requefte gemaeckt, ende den Hove overgegeven , blijekende by de minute daer van zijnde. JTNde vermits ten verfoeeke van die van Leyden , by Appoinctement op feeckere Requefte, den Schout van Levden toegelaten is den voorfchrevcn Reyer Willemfz gevangen te mogen halen , fondcr infertie van 't voorfz pretens recht vanden Procureur Generael, en dat 't Hof de Miffive weder na haer genomen heeft; foo heeft den Heere van Affendelft hem laten duncken van geen nootfaeckelijckheyt te wefen, te hebben Appoinctement op mijn voorfz Requefte, foo my den Griffier den vijf en twintigften Februarii gefeyt heeft. Den 27. Februarii, 1544. * J?Nde alfoo de Schout van Leyden gekomen wefende in den Hage, en mcynende uyt krachte van 't voorfz Appoinctement van die van Leyden, den voorfz Reyer Willemfz gevangen naer hem te nemen, ende tot Leyden te brengen, van 't felve Appoi&ement by den Procureur Generael geappelleerd is,  ( T9 ) is, en dat mitfdicn hy den voorfz gevangen niet en wilde laten gaen. Den 29. Februarii, 1544. J-JEbbe ick de voorfz Requefte uyt den name vande Statén weder overgegeven; waer op ten felven dage by Appoinctement gefteldt is: Het Hof en verftaet niet by defen den Suppliant ccnigë nieuwigheyt te doen. Blijckende by de 'voorfz Requefte en Appoinctemente. B 2 Dagh- 1544. Den 27. Feb. Den 2p. Feb. Requefte, nopende de felv» faecke.  ~ 1544. Den 5. Maert. (2o) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage. Den 5. Maertii, 1544. PRyESENïEN. De Hecren Fan Gou- Jan Safbout, Burger- driaen, meefter, Jacob van Duvenvoif- Fr mek Bartholomeufz, dej ende Vm Poelgeeft, Mr. Huyg vanden Eyn- Van ÏVijngaerden, de, •Van Lockhorft, Van Delf. Vm Matenes, Gerrit Beuckelfz,' Vin Duvenvoirde, Jacob vander Does, Bur- Otto van Egmondt, germcefter, ende ende Aelbrecht van Treflon- Mr. Jacob de Milde, &e-> Penfionaris Van wegen d'EoELEN. Van Leyden. Arent Cornelifz, Mr. Claes Dirckfz, Bur- Heyman Adriaenfz , germcefter, Thefaurier, ende ende Mr. Hendrick, Penfio- Mr. Nicolaes Bartholom. naris Penfionaris Van Amsterdam. Van Dordrecht. Jan Willemfz Muys, Gerrit Steffens , Bur- Burgermeefter, germcefter, ende Mr. Quirijh Dirckfz , Mr. Comelis van Hoge- Burgermeeft. lande, ende Van Gouda. Mr. Lambrecht , Pen- Beroerende de Petitie van fionaris honderdt acht en tneVan Haerlem. gentigh duyfent gulJan Apertfz, dens. De  c «O DE Edelen hebben op de propofitic, by mijn Heere den Princc , Stadthouder van Hollandt, hunluyden gedaen doen, noopende de hondert en acht en tnegentig duyfendt guld. , gcëyfcht by hare Majefteyt de • Keninginne, op den gecnen die gewoonlijck zijn te contribueren, den elfden Januarii laetftleden geaccordcert de fomme van hondert duvfent Carolus guldens , vry geldt, op te brengen de eenc helft St. Jans Milfe, en d'andere helft Alderheyligen, beyde naeftkomende, onder expreffe * conditie, dat in gevalle van eenige apparente invalie alhier, de penningen van defe voor al gaen tullen tot defenfie als vooren van Hollandt, dat oock den Hondertften Penningh van alle Koopmanfchappen, hare Majefteyt de Koninginne alleen voor een jacr geconfenteert, volgende d'afte daer van zijnde, alfoo 't felve jaer geexpireert is , voortaen celfcren en afgedaen fal werden; dat van gclijcken hare Majefteyt de Koninginne de felve Staten accorderen fal den voortgangh van fcecker Concept, by hunluyden geraemt den twee en twintighften Februarii laetftlcden, omme te vinden de fomme van hondert en negentien duyfent negen hondert en veertig Carolus guldens , die 't voorfz Landt noch ten achteren komt, uyt faecke van drie voorgaende accorden, Sijne Keyferlijcke Majefteyt gedaen; dat van gelij eken den Ontfangcr Generael van Hollandt gcinterdiceert fal zijn by gyfelinge ofte anders , de particuliere Ontfangers vandc geconfenteerde Tienden te conftringeren tot exhibitie van haer Quohieren of Regifteren, mits B 3 dat 1544Den 5. Maert. De Edelen accorderen, de fomme van hondert duyfendt guldens , vry geldt, in de Petitie van hondert en achten tnegentighduyfent guldens, op conditie dat defelve penningen geemployeert fullen werden tot defenfie van den Lande,&c. * BI. 9.  Den 5. Maert. Die van Dordrecht accorderen honderdt en twintigh duyfent guldens, op verfchydeconditiën , defelve Penningen te lichten by Lijfrenten, Losrenten , Schiltalen en Morgengelden , ikc. 1 ] 1 i (22 ) dat defelve particuliere Ontfangers te vreeden zijn hinkte leveren een ftaet van haren ontlangnm tgenerael, en van haren uytgeef in t particulier , alfoo by hare Majefteyt de Koninginne defelve Staten geconfcntecrt is, dat denlelven ontfangh fecrect foude blijven' als van andere Landen van herwaarts over, van gelijcken geconfenteert is geweeft. £)E Gedeputeerden van Dordrecht verklaerden te vreeden te wefen Sijne Keifcrlijcke Majefteyt te accorderen de fomme van hondert en twintigh duyfent Carolus guldens , inde maniere en conditiën hier na volgende • Te weten, datmen de vijftigh duyfent guldens foude vinden over 't inkomen vanden Lande, t ware op den tienden, twaelfden, vijftienden , achttienden of twintiehften penning • ende dat niet alleen over de Renten van den geenen die inde Schiltalen gewoonlijck zijn te contribueren, maer mede over den Vrven Geeftehjcken en Wereldlijcken, Edele en On-' edelen, en die inde Schiltalen niet gewoonkjck zijn te contribueren , ende dat de geene die inde Schiltale contribueren, van 't geene t felve foude mogen bedragen aen hare Majefteyt de Koninginne, ontlaft fouden wefen, of defelve onwilligh mochten wefen te con tribueren, en dat de feventigh duyfent Carous guldens, en de voorfz hondert en twin:igh duyfendt refterende guldens, gevonden ouden werden op de Schiltalen, en'dcn geelen die daer inne gewoonlijck zijn te contribueren, wel verftaende dat de Stad van Dorhecht genieten foude gratie, als defelve inde or-  ( 23 ) ordinaris Bccde geniet, ende vorders indien ycmant eenige andere genoot , en dat het furplus aen hare portie refterende, by hunluyden gevonden foude werden over hare Burgeren , by verkoopinge van Los-renten tegen den penningh feftien, diemen wederom gehouden foude wefen te loffen binnen fes toekomende jaren, by egale portie , en dat tot defelve verkoopinge van Renten hunluyden verleent foude werden Octroy in behoorlijcke forma; welverftacnde dat fyluyden met niemants la ft of portie befwaert en fouden werden; en dat den Hondertftcn Penningh, geftelt op de Koopmanfchappen , buyten ts Lands varende , afgedaen foude werden , overmits 't felve de Staten naer 't jaer by hare Majefteyt vandc Koninginne toegefeydt is ; en dat Holland daer by expres gepriviligeert is, datmen de Koopmanfchappen aldaer met geene nieuwe Tollen en fal belaften; dat oock mede het concept by de Staten eendrachtelijck geilooten , beroerende de bevryinge vande Renten op 't felve Landt geftelt, foo ter caufe vande feftigh duyfent Carolus guldens, by hunluyden in Oétober Anno vijftien hondert twee én vcertigh geconfenteert, als oock uyt -t refte van vijf en feventigh duyfent Carolus guldens, in Augufto daer aen volgende geaccordcert, fpruytende uyt oorfaecke vande gratiën, als mede uyt de belaftinge daer naer gevallen , * ter oorfaecke van de Beede van hondert en twintigh duyfent Carolus guldens , Sijn Keyferlijcke Majefteyt geconfenteert tot Bergen in Henegouwen, fijnen voortgangh hebben fal, en in fulcker voegen by hare MaB 4 je- 1544- Den 5. Maert. * BI. 10.  1544Den .5. Maert. Die van Haerlem confemeren 't felve, uytgefondert een poinct. C 24) jefteyt dc Koninginne geadvoycert fal werden; en dat den Ontfanger Generael vande Beeden, Willem Goadt, gelaft fal zijn dc Rentmeeftcrs particulier van de twee Tienden te laten ongemoleftcert te eyfehen de Quohicren van haren ontfangh, ten eynde 't felve feercet mag blyven ; maer omme de frauden te obvicren , eenige Neutrale Perfoonen by de Staten genomineert mogen werden, dewelcke de voorfz Quohieren, Reeckeningen en Rcgifters overgelevert lullen werden, die onder luren Eedt gehouden fullen wefen 't feercet niet te reveleren , en oock 't bedragh te doen fuyveren by den felven haren Eedt, daer fy 't felve vinden fullen, en door de volbrengingc van dien, Quohieren, Reeckeningen en Regifters te branden, fonder yemant daer af Copie te geven of te behouden, omme de fecretcn niet gemelt te mogen werden, als de voorfz Staten , 't felve effeélivelijck dragende, toegefeydt is geweeft ; behoudelijcken mede dat vande Penningen van dit content proviefie gedaen fal werden tegens de Franfchc, jegenwoordigh inde Noordt-zee leggende, omme te bevrijden de fchamele Viffchcrs, die aireede in merckelijcken getalle gevangen zijn; en dat eyndelijcken mede defe penningen'geëmployeert fullen werden tegens den Hertogh van Solften, omme hem te beletten den ingangh van defe Landen, in foo verre Sijne Keyferlijcke Majefteyt met hem geene Tractaet en Beftandt en maeckt. T)Ie van Haerlem adhereerden de voorfz opinie , uytgefondert. dat in de plaetfe van vijf- tigh  ( 25 ) tigh duyfent Carolus guldens, die men vinden foude over de Renten, Vryen Onvryen, geftelt fouden werden de fomme van feftigh duyfent Carolus guldens. "Tlle van Delf perfifteerden in hare gratie en exemptic, ter oorfake van den grooten brandt, hunluyden gegeven en verleent. T^Ie van Leyden fouden te vreeden wefen Sijne Keyferlijcke Majefteyt te confenteren , als fy "des gevolgh hadden , onder de voorfz conditiën, de fomme van hondert en twintigh, dertigh , veertigh, of hondert en vijftigh duyfent guldens, mits daer inne genietende fulcke gratie, als fy naer advenant genieten inde ordinaris Bccde, cours en loop hebbende. "P\E Gedeputeerden van Amfterdam hebben verklaert dat fy verpondt en ganfchclij cken gefundeert zijn op de Zcylingen en Negotic,by faute van den wekken fy jegenwoordighlijck niet en vermogen; niet te min op hoopc van Zeylinge, en omme haer getrouwigheydt aen Sijne Keyferlijcke Majefteyt naer alle vermogen te vertoonen, hebben geconfenteert de fomme van hondert en twintigh duyfent Carolus guldens, mits genietende haer meefte gratie extraordinaris, naer eyfch van haren tegenwoordigen foberen ftact; ofte in gevalle van fuyver geldt, dat als dan de eene helft van de voorfz fomme gevonden fal Werden over d'inkomende koften van 't Landt,by garinge vanden vijftienden of twintighften penning, meer of min, en dat op alle Perfoonen, en dc andere B 5 helft 1544. Den 5. Maert* Delft per(ifteert by haer gratie. Leyden confenteert hondert eu vijftigh duyfent guldens. De Gedeputeerdenvan Amfterdamklagen over de flegte Vnert en Negotie, maer confen teren echter in de fomme van hondert en twintigh duyfent guldens' midts genietendehaer extraordinarisgratie, èkc.  1544' Den 5. Maert. * BI. 11. Die van Gouda conlënteren in hondert en vijftig duyfent guldens. Den Advocaetdoet bericht aenden Prince van Oraigne, wegens de voorfchreve Petitie. Arreft gedaen op JïobDirckfz •>oorter tot Dordrecht , over vveygeringhvan te L — helft over de Schiltalen , en dat bv fulckö middelen als fy oorbaerlijckft en draeghlijckft vinden fullen , en dat op dc voorfz conditiën ; midtfgaders oock dat te niet gedaen en gecaffeert fullen werden alle Pafporten, tenderende tot prejuditie van defen Lande. *DIe van Gouda feggen te confenteren, in_ dien fy des gevolgh hebben, en mits conditiën en voorwaerden boven verhaelt, inde fomme van hondert en twintigh duyfent, of hondert en dertigh duyfent guldens, ofte oock hondert en veertigh duyfent Carolus guldens, mits genietende gratie als fy gewoonlijck zijn te hebben en te genieten in extraordinaris iSedcn en Subventien. JTNdc is by de Edelen met de andere Gedeputeerden eendrachtclijck bcflooten, datmen de voorfz conditiën en poincten foude befpreken; ende hebben de Edelen geperfifteert by 't voorfz confent van hondert duyfent guldens , te vinden naer vermogen de Petitie : Welcke Refolutie my belaft 'is den Heere Prince te feggen , fulcks ick ten felven dage gedaen hebbe, en al foo den Heere Prince defelve verfochte te hebben by gefchrifte , hebbe die onder mijn handt hem gekvert. 'J'En felven dage is ter ernftiger inftantie vande Gedeputeerden van die van Dordrecht , gedaen aende andere Staten , by de gemeene Staten verfocht, en de Gedeputeerden van Delf, dat fy eencn Job Dirckfz , Schipper van Dordrecht, deweïcke tot Delf,  ( 27 ) gedaen was arrefteren by eencn Pieter Sasbout, uyt faecke dat Willem Gout, Ontfanger, hem geweygcrdt hadde te betalen twee ponden Vlaems Renten, die hy fpreeckende heeft op 't Gemeenc Landt, ende verfchecnen was St. Jans Milfe en Korsmille laatftieden , ontflaen foude uyt den arrefte ; 't wclck de voorfz Gedeputeerden op Ibiende voet gedaen hebben, gevende den voorfz Job oorlof om t'huys te vaeren. Den 6 Maert, 1544. Zijn alle voorfz Prafenten ter Daghvaert geweeft uytgefondert den Heere Van Duvenvoirden, ende Van Wijngaerden, Jan Sasbout. QP feeckere Requefte, den Hove van Hollandt overgegeven by Wouter van Bekefteyn , verfoeckende dat die van Haerlem , of die van Hollandt belaft fouden werden hem betalinge te doen van fijn Vacatiën, vanden Ontfangh by hem gehadt, door laft van die van Haerlem voorfz, van feeckere Koopers van Renten op 't Gemecne Landt, foo inde Jaren vijftien hondert acht en dertigh en twee en veertigh ; maer dat by den felven Hove geappoinóteert was, dat dc voorfz Requefte geftelt foude werden in handen van defelve Staten , omme , hebbende haer advis, daer op gedifponeert te werden naer bchooren : Is my belaft daer op by Apoftille te ftcllen, dat 't inhouden van defelve Requefte 't Landt van Den 5. Maert. betalen eenige Renten lopende op 't Gemene Landt. Den 6*. Maert. Requefte van Willem van Iiekefteyn, aen den Move van Hollandt overgegeven , raeckende de betalinge van fijne vacatiën, by hem gedaen door ordre van die van Haerlem.  1544- Den 6. Meert. C 23 ) van Hollandt niet en roerde , maer dat de voorfz Bekefteyn fijn betalinge- verfoecken foude aen den geenen die hem te werck geftelt hadde, fulcks ick gedaen hebbe. Mr. Cor- nelis Suys gecommitteert tot Commisfaris in de faecke van Mr. Joolt Arentfz. *B1. 12. Op begeerte van die van Leyden aen den Rade te verfoeken dat den Procureur renuncierenfouden van fijn apeilatie. T^En felven dage is by de Staten van Hollandt gecommitteert Jacob van Duvcnvoirde, Bartholomei, Huyg vanden Eynde, Jacob de Milde en ick, omme aen den Raedt van Hollandt te verfoecken, dat op de Miffive van hare Majefteyt de Koninginne, aenden lelvcn Raedt getchrevcn, ter Requefte van Mr. Jooft Arentfz, noopende de faecke van partagie van Erffenifle , by cenen Willem Franfz van Delft, jegens hem en fijne Broeders en Sufters, voor defen Hove geinftitueert, daer van ick copic hebbe, pertinente Antwoorde gefchreven foude werden, ende tot dien * eynde te hebben Commiflariflefl , voor den wekken de gelegentheydt van de faecke gededuceert foude mogen werden, 't wekk wy gedaen hebben., ende is voor ons Commiffaris geordonneert Mr. Cornelis Suys, Raedt ordinaris. HTEn voorfz dage is by de voorfz Gedeputeerden mede belaft, ter begeerte van die van Leyden , aenden Rade te verfoecken, dat fy den Procureur Generael fouden willen induceren te renucicren van feeckre fijne appellatie, geinterjectcert op feccker Appoinctement , by den felven Hove gegeven , ten verfoccke van de Burgermecftercn en Regeerders van Leyden, daer by den voorfz Procureur Generael, ofte fijnen fubftituyt, gema¬ ld:  ( 29 ) imagineert was den Schout van Leyden te leveren feeckere Gevangen, tot Leyden gchaelt, ofte dat by den felven Hove ecnigh expediënt gevonden foude mogen werden , omme de Staten van Hollandt, met den Procureur ■ Generael te accorderen, 't welck by ons gedaen is. TV/TAer vermits ten felven tijde den voorfz Procureur verklaerde van fijn appellatie niet te willen renuncieren, midts wekken 't voorfz Hof inde voorfz faecke niet heeft weten te doen , is my ten felven dage voorts belaft , indien by den Hove als Procureurs Gencraels Grieven gereparcert werden, van 't felve Appoinftement te appelleren, en 't felve te vervolgen; en indien verklaert werd quod curies non defert, als dan uyt den naem vande Staten van Hollandt tegens den felven Procureur te treden in Proces. /~)P 't verfoeck vande Gedeputeerden vanden Briel, noopende d'uytleggen vande vier Zee-tonnen in 't gat vande Maze, en 't oprechten vande Houte Cape , is by de Staten van Hollandt verklaert, dat fy, noopende 't felve uytleggen en oprichten , fuperfederen fouden den tijde van drie weecken , omme binnen middelen tijde van defe mede communicatie te mogen houden met die van Rotterdam en Schiedam, en andere die defelve faecke mede aengaet, waer van my belaft is Acte te maecken, gelijck ick gedaen hebbe. Naer 1544- Derl 6. Maert. Den Procureur verklacrdt van fijn appellatie niet te willen renuncieren , &c. Met her uytleggen van de Zee-tonnen, en het oprechten van een houte Knep, drie weecken te fuperfederen.  Den 6. Maerr. Den Prince vennaent de Smten tot het opbrengen van een meerder fomme tot de Petitie van iiondert en acht en tnegentigh duyfent guldens. Antwoord van de Edelen op dë voorfz Petitie. Antwoordt van die van Dordrecht en Haerlem. *Bi.i3. an- C 3ö ) J^Aer dat mijn Heere den Prince by de Skaten van Hollandt in gefchrifte overgelevert was haer voorfz Conclufie , daeghs te vooren genomen , beroerende de principale faecke van hondert en acht en tnegentigh duyfent guldens, by haere Majefteyt de Koninginne geeylcht den elfden Januarii laetftleden, loo heeft fijne Gracflijcke Excellentie defelve Staten by hem ontboden hebbende, by den Heere van Affendelft doen verklaren , dat, overmits de divcrfi van haer opinien en dat fy te weynigh offereerden te confenteren haer confent , aen hare Majefteyt de Koninginne niet aengenacm en 'foude wefen , immers ondancks fouden behalen, ende dacromme hunluyden geraden ware wat bet te doen ter voorfz Petitie van defelve Majefteyt. J "Y\/"Acr op de voorfz Gedeputeerden onderlinge communicatie gehouden hebbende , my belaft hebben den voorfz Heere Prince voor antwoordc te leggen, inden eerften de Edelen, dat fy in defe faecke niet anders of meer wiften te fcggen, dan fy daeghs te vooren gefcydt hadden, en by Gefchrifte uyt haren naem overgclevert was. 0Ie van Doi'drccht en Haerlem , dat foo verre d'andcrc Gedeputeerden eenige verdere laft hadden omme in delen te opineren, svat * verder iri defe faecke fouden mogen opineren; macr alfoo de voorfz Gedeputeerden leyudcn als nu geen verderen laft te hebben, m wiften die van Dordrecht en Haerlem niet  C 31 ) anders te feggen dan by hunluyden by ge^ fchrifte overgelevert was. J)Ie van Delf, dat fy perfifteerden , by haer Brieven van gratie ende cxemptie. jQIc van Leyden Amfterdam en Gouda, dat foo verre by die van Dordrecht en Haerlem eenige verdere exempti gedaen ge weeft ware, fy elck doende rapport inden haren, fouden mede hoopen verdere laft te verkrijgen, alle 't welcke ick mijn Heere den Prince verklaert haddei, nTErftont hier naer heeft den Heere Prince by den Heere van Affendelft de Staten doen vertoonen, dat hare Majefteyt de Koninginne niet en woude admitteren dat 't voorfz concept, by deStatendentweecn twintighftcn Februarii geraemt, fijn voortgangh fouden hebben, alfoo 't felve wefen foude pra?judiciabel, d'andere Landen, daer den nieuwen Impoft aireede fijne cours hadde, en dat daeromme hare Majefteyt fijne Genade by twee harer Miffive belaft hadde derfelver Impoft voortgangh te doen hebben , gelijck oock hare Majefteyt belaft hadde aen den Heere van Affendelft , waeromme den felven van Affendelft verklaerde dat hy den voorfchreven Impoft foude moeten doen publiceren, ten ware de Staten op hun wilden nemen datmen daer mede foude fuperfederen , tot dat fyluyden by de Koninginne geweeft waren. "y^Aer op de voorfz Gedeputeerden weder gecommuniceert hebbende, mijn belaft heb- 1544. Den 6. Maert, Antwoordt van die van Delf. Van die van Ley- ■ den , Amfterdam en Gouda. Den Prince doet door den Heere. van AlTendelf de Staten voorhouden dat hare Majefteyt niet woude accepterendat het concept zijn voortgangh foude hebben, &c. Antwoorde daer op vande Edelen.  1544- Den 6. Maert. Van dia vnn Dordrecht , Haerlem Avnlrerdam en Gouda. Antwoordt van die van Delf. Antwoorde van den Stadhou der. ( %i ) hebben den Heere Prince van Orangicn voöf antwoorde te geven, inden eerften, d'Edelen en die van Leyden, dat fy te vreeden waren den Impoft fijnen voortgangh te doen hebben. J)Tc van Dordrecht, Haerlem, Amfterdam en Gouda, dat haerluyden wel acngenaem foude wefen den voorfz impoft lijnen"voortgangh te hebben, in gevalle daer eenigh profijt uyt mochte komen, maer vermidtsst felve feer weynigh foude wefen, lieten hun duncken oorbaer te wefen het voorfz concept te avanceren, ende en kofte 't felve niet wefen pnejudiciabcl d'andere Landen, alfoo d'Impoft altoos blijft op de Wijnen en Bieren, en dat defe Landen van andere conditie waren dan die van Brabant, Vlaendcren en andere; begeerende daeromme dat den Heere Prince aen hare Majefteyt de Koninginne foo veel foude willen doen, dat 'tvoorfz Concept fijn voortgangh mochte hebben, of dat ten minftcn met de publicatie vanden nieuwen Impoft gefupcrfedeert foude werden, ter tijdt toe de Staten by haere Majefteyt geweeft fouden hebben. File van Delf dat fy perfiftcerden by haer Brieven van gratie en exemptic , 't welck ick oock aenden Heere Prince verhaelt hebbe. QP welck verfoeck den Heere Prince de voorfz Staten , noopende de principale Petitie, voor antwoorde dede feggen, dat gemerekt hy generael bevel hadde by twee diverfche Miffiven vande Koninginne, en dat oock den Heere van Affendelft bevel hadde om den voorfz  ( 33 ) vöorfz Impoft met den eerften zijn voortgangh te doen hebben , hy jegens hare Majefteyts gebefte niet en foude derven doen of vervolgen. * T^Nde beeft mits dien den Heere Prince dc voorfz Staten, noopende de principale faecke en Petitie , dagh beteeckent te wefen tot Breda den achttienden dcfer maent Maert , alfoo 't niet uyt de wege en was omme na de Koninginne te reyfen, omme aldaar met verder laft te komen. Den 8. Maert, 1544. T-JEbben de voorfz Willem Franfz met fijn Advocaet en Procureur, en Mrs. Franck Boot, Bortholomei en ick, volgende 't voorgaende Appoinclement vanden Hove, ge weeft voor Suys, als Commiifaris, om deliberatie te houden wat antwoorde op de voorfz Miffive van hare Majefteyt de Koninginne gefchreven foude mogen werden , alwaer tot dien eynde Proces Verbael gehouden is, waer van ick hebbe Copie. 11 Deel C Ver* Den 6. Maert. * Bi. 14, De Staten te komen tot Ereda3 Den 9i Maert. Deliberatie te houden * cm antwoort te fchrijven aende Ko^ ninginne, otfèr de liiecke van Willem Franfz vart Delf.  ~ '544Den 19. Maert. De Edelen en Gedeputeerdenvan de Steden con- ( 3-r) Vergaderinge van de Gedeputeerden vande Staten van Holland, gehouden tot Breda, in prffifentie van den Heere Prince, Den 19. Maert, 1544. PRESENTEN. Jacob van Duvenvoirde, ende ende Mr. Jacob de Milde, Otto van Egmondt, Penfionaris Van wegen d'edelen. Van Leyden. Ar ent Cornelifz, Mr. Claes D irckfz, Burende germeefter, Mr. Nicolaes Bartholom. Claes Baefgen, BurgerPenfionaris meefter, Van Dordrecht. ende Engelbrecht Willemfz Mr. Hendrick, PenfioRam, naris ende Van Amsterdam. Mr. Jan, Secretaris Jan Willemfz Muys > Van Haerlem. Burgermeefter, Jan Sa/bout, Burger- ende meefter, Mr. Comelis van Hoge- ende lande, Mr. Huyg vanden Eyn- Van Gouda. de, Beroerende de voorfchre- Van Delf. .ve Petitie van hondert Jacob vander Does, Bur- en acht en tnegentigh germeefter, duyfent guldens. TEn felven dage hebben de Edelen en Gedeputeerden van de fes groote Steden, geconfenteert op de voorfz Petitie, Sijne Keyferlijcke Majefteyt te geven, in fulcker voegen  C 35 ) gen en fchijn als fy gedaen hadden den vijfden Maert te voren , uytgefondert dat die van Dordrecht te vreeden waren ter raaent noch twee duyfent guldens meer te geven, in gevalle 't concept zijn voortgangh mochte hebben, proponerende feeckere middelen, waeromme den Impoft in Hollandt op 't Landt niet wel , en fonder mcrckelijcke exceffive koften te Collecteren en was, 'blijekenüe by 't confent van de Staten, by my daer van by gefchrifte gcfteldt , 1 en Copie onder my is ruftende. J-|Et welck ick ten felven dage mijn Heere den Prince in 't lange geremonftreert hebbe; maar vermidts den Heere Prince van Örangien * geen laft en hadde 't felve confent in flikker voegen te accepteren, heeft de Staten van Hollandt van daer gerenvoyeert tot Bruffel, aan hare Majefteyt de Koninginne. J^Efclvc Staten gekomen wcfende tot Bruffel, hebben op den vijtienden Maert my belaft antwoorde te fchrijven op feeckere ] Miffive, by den Hove van Hollandt my ge- ] fonden, beroerende dc faecke van Mr. Jooft c Arentfz, en den Procureur Generael van Bra- r bant, fpruytende ter caufc van 't Gulden Pri- l Vilegie, het welck ick gedaen hebbe , blijekende by de Copie van defelve Miffive daer van wefende. C * Heb- • 1544. Den 19. Maert. feu teren op> de voorfz Petitie, in derfeiver voegen als op den vijfden Maert te vooren. 't Welck den Advocaet aen den Prince gecommuniceertheeft. Beroerertie de faec;e van Mr. ooft Aentfz, en 'en Procu2ur Genetel van Irabant.  „ J544Den io. Maert. Copie vande Sententie vande Gulde BulIe, tuflchen die van Vlaenderen en Brabant. Ver- • ( 36 ) TJEbben mede de voorfz van den Raede Copie gefonden van de Gulden Privilegie, mitfgaders van een Sententie diffinitive, t'anderen tijden gewefen tuffchen die van Vlaenderen, en die van Brabant, daer mede blijckt het gulden Priviligie gcnoegh gedoodt te wefen, omme daer naer Proces Verbael, voor Suys gehouden, gcamplieert te werden, en denfelven Rade de Miffive, houdende aende Koninginne, wederom gefonden, van welcke Privilegie en fententie ick oock Copie hebbe.  C 37 ) Vergaderinge van de Gedeputeerden vande Staten van Holland, gehouden tot Brunei, in praeientie van de Koninginne , Den 26. Maert, 1544. PRESENTEN. Jacob van Duvenvoirde, Fan Poelgeeft, ende Otto van Egmondt, Van wegen d'edelen. Ar ent Cornelifz, ende Mr, Nicolaes Bartholom. Penfionaris Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz, Ram, ende Mr. Jan, Secretaris Van Haerlem. Jan Safbout , Burgermeefter, ende Mr. Huygh vanden Eynde, Van Delf. Jacob vander Does,Bav- germeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris Van Leyden. Mr. Claes Dirckfz, Bur- germcefter, Frans Gerritfz Gooi, ende Mr. Hendrick, Penfionaris Van Amsterdam. Jan Willemfz Muys, Burgermeefter, ende Mr. Cornelis van Hogelande,Van Gouda. Beroerende de voorfchreve Petitie van hondert en acht en tnegentigh duyfent guldens. DEn Heere Grave van Boffu geeft aen de Staten een Miffive van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, aen hunluyden geaddrefleert, daer by Sijne Majefteyt in effecbe verfocht C 3 dat r544. Den 26. Maert. Den Grave van Boffu geeft aen de Staten een Miffive  Den 26. Maert. van den Kcyfer, raeckende vericheyde confideratien over de voorfz Petitie. *B1.16". Allegatic uyt den naera vande Edelen. ( 38 ) dat fy fouden verftaen tot confent vande voorfz Petitie , brecder blijckende by den Inboude van defelve Miffive, onder my ruftende ; dede voorts den voorfz Heere van Boffu feeckere Harangue voor de Staten , ten felven fine tenderende. * 'pEn felven dage heb ick uyt den naem vande Edelen, die alleen gchecten waren by hare Majefteyt dc Koninginne te blijven , geallcgccrt 't geene tot Breda oock by my geproponcert was uyt haren naem, ende is conform 't geene op den vijfden Maert by hun gercfolveert was, en is by gefchrifte geftelt. Remonflrantie van de Koninginne aende Edelen gedaen, op een Gefchrifte aen hare Majefteyt overgegeven. Den Praïfident beantwoort het eerde poinft, JTNde naerdien ick 't felve aen hare Majefteyt de Koninginne in gefchrifte gelevert hadde, en by hare Majefteyt gevifiteert was, zijn d'Edelen met mijn weder ingeroepen, al. waer by den Praffidcnt ons geproponeert is, dat wy luttel indachtig waren de weldaden by de Keyferlijcke en Koninglijckc Majefteyt ons gedaen, door dc reductie van Gelderlandt en Zutphen, en dat fonder defelve, wy gefchapen waren defe voorleden Winter gantfchelijck bedorven geweeft te hebben , en daerom principalijck behoorden te acquicfeeren de gebefte van Sijne Keyferlijcke Majefteyt. ^Eggende voorts , dat noopende de eerfte conditie, by de Edelen geproponcert, dat in gevalle van Oorloge tegens dc Francoifcn, ofte den Hertogh van Cleef, de penningen voor  ( 39 ) voor al gecmployeert fouden werden tot defenfie van Hollandt, van geen noode en was 't felve te conditioneren , alfoo hare Majefteyt de Koninginne hadde doen toereden Schepen van Oorloge , omme op Zee te houden twee duyfent Mannen, die hare Majefteyt ter Zee koften fouden twintigh duyfent guldens. Waer mede oock de Edelen dochte dc voorfz conditie genoegh voldaen te zijn. j^Opende de tweede conditie, omme afgedaen te hebben den hondertften Penningh , feyde den Prafident dat hem vervreemde by de Edelen verfocht te werden defelve afgedacn te werden , gemerekt de Koopmanschap henluyden in 't groot noch kleyn en roerde. l^Aer op my oock voor antwoorde gefeyt is, dat de voorfz conditie by de Edelen niet geproponeert en was , maer by de , Gedeputeerden vande Steden, dewelcke aen [ hunluyden verfocht hadden , tot welvaren : vanden Lande, 't felve mede te willen con- ' ditioneren , 't welck de voorfz Edelen tot ' haerluyder contemplatie gedaen hadden, en dat 't felve poinct onder haer Articul begrepen ftont, quam door dien dat fy d'ecrfte opinie hadden, waer naer evenwel alle de andere hun reguleerden, en dat ten eynde geen confufie van langinge in 't confent wefen en foude. QP de derde conditie, roerende den voortgangh van 't concept, inde plactfe van- * den nieuwen Impoft, feyde den Prasfidcnt dat v C 4 't fel- v 1544. Den 26. Maert. raeckende de Conditiën by de Edelen geproponeert. Conditie van den Honderiten Penning, by de Koninginne gedebatteert. Den Ad- /ocaet jrengh: mtwoordt ien den 'rafident ran wegen le Edelen. Conditia an 't oortgaen an 't nieu.-  Den 26. Maert. we concept door den Pralident gede- bacteert, Antwoort van de Edelen. * BI. 17- iiem, van 't felve fub- Op ( 40 ) 't felve niet en behoorde gealtereert te werden , nademael den Impoft by advife van de Staten toegegaen is, dewelckc 't Octroy daer op geëxpedicert en vervolgt hadden, en defelve by andere Landen cffcctivelijk zijn voortgangh hadde; wacromme, in gevalle 't felve in Hollandt niet achtcrvolght en wierde, oorfaecke foude wefen van twift tuffchen die van Hollandt en de andere Landen. ~Y\/*4er °P wcder voor antwoorde gefcydt is, dat overmits dc diverfité tulfchen de d'andcre Landen , en die van Hollandt, die tot allen hoecken met het Water gemeen leggen, waer door in 't Collecteren van den Excijns op 't platte Landt groot bedrogh mofte vallen , of foude om het felve te beletten meer koftcn gedaen moeten werden dan den1'elvcn Excijns foude mogen bedragen , de Collecte vanden Excijns aldaer niet practicabel * en was; macr foude evenwel een Excijns altoos blijven op de Wijnen en Bieren inde groote en kleyne Steden , midtfgaders den Hage, alwaer defelve commodicuielijck vergadert mochte werden. JMmers dat voortgangh hebbende, den voorfz Impoft als dan geen middel was omme te vinden de feftigh duyfendt guldens, die inde laetfte vier maenden, als December, Januarji, Februarii en Maert gevallen waren, dewelcke by 't voorfz Concept gevonden fouden werden.  ( 4i ) f~XP 't lactfte poinct, beroerende de exhibitie vande Quohieren, feyde den Praefident dat geen apparentie en hadde, dat de particuliere Ontfangers vanden Tienden Penningh allen haren ontfangh in 't generael den Ontfanger van Hollandt fouden aenbrengen, alfoo dan dcnfelvcn ontfang alleen tot haren geloove foude ftaen , mits welckcn by hunluyden daer inne groot bcdrogh gedaen foude mogen werden; feyde evenwel hare Majefteyt de Koninginne, wel te vreeden te zijn, dat denfelven ontfangh fecreet foude blijven, by eenige die men daer toe foude mogen ordonneren , wclverftacnde dat over de declaratie vanden felvcn ontfang een Ontfanger Generael mede prefent foude wefen, die evenwel by Eede foude aflirmccrcn 't felve fecreet te houden, '544Den 26, Maert. liet laetfte poinct, raeclcende de conditie vande Quohieren van den Tienden Penningh , gedebat- teert. 't "l^7"Elck hoorende de voorfz Edelen, lieten hun duncken daer inne niet veel fwarigbeyt te zyn, als den Eedt by de Gecommitteerden en den Ontfanger debité gedaen werdt, van niemandt direclclijck of indireclelijck -te releveren. ALs aengaende dc betalinge vande geconfentcerde fomme, tot twee termijnen, te weten St. Jans Miffe en Alderheyligen, feyde den Pradident dat defelve fomme op maenden opgebracht moftc werden, alfoo de Knechten alle maenden haer geit moften hebben, en anders en fouden die niet gcëmployecrt mogen werden ten effecle daer toe die begeert waren. C 5 Den Antwoorde daer op van de Edelen. Vande termijnen,omme de geëyfehte penningen op te brengen.  ÏS44Den 27. Maert. Den 27. Maert, 1544. Remonllrantic bj den Stadthouder en den Prsefident gedaen. * BI. 18. Antwoorde daer op jQE Staten weder vergadert zijnde by mijn Heere Prince ende den Prcefident, heeft den Prrefident hunluyden weder vertoont in effecte by de Middelen vande Propofitie, dat overmits de reduótie van Gelderlandt en Zutphen, waer by die van Hollandt en Brabant byfonder geprofiteert, en van alle invafien gedcfendeert waren, fyluyden behoorden te confenteren in de Petitie vande Koninginne, ofte ten minften inde fomme van dertig duyfent guldens ter maent, van fes maenden; allcgcercndc voorts dat hy niet en twijffclde , daer foude Pais, of ten minften beftandt met den Hertogh van Holfteyn gemaeckt werden, alfoo ecnige conditiën by hunluyden geproponeert, die fy gefien hadden, leer redelijckcn waren, en dat hy wel witte dat Sijne Keyferlijcke Majefteyt, ter contemplatie vanden Palz-Grave, niet en foude laten tot oorboor en welvaren van Hollandt, Pais en Contraét met den voorfz Hertogh van Holfteyn te maken, en foo veel hem aengonek, fonder dies laft te hebben van de Koninginne, feyde te vreeden te zijn dat by de Staten foude geconfenteert werden dertigh duyfent guldens ter maent, in gevalle van Pais of Beftant, en in gevalle niet, vijf en twintigh duyfent guldens ter maent, begecrendc omme 't felve confent te dragen, onderlinge by ons communicatie gehouden te werden. * ^yoigcnde wekken de voorfz Staten onderlinge communicatie gehouden hebben-  ( 43 ) bende, my belaft is den voorfz Heere Prince te feggen , dat aleer de Staten in verder communicatie fullen konnen treden, ofte eenige refolutie nemen, cerft afgedaen foude moeten wefen den Hondertften Penningh op alle Koopmanfchappen, en oock voortgangh hebben 't concept by de Staten geraemt, 't welck ick oock gedaen hebbe. V^yTAer op mijn Heere den Prince by monde van den Prsfident dede antwoorden, dat alfoo den Hondertften Penningh was tot vorderniffc, en eensdeels tot onderhoudinge vanden Oorlogh, den felven geduyrende den Oorlogh niet en behoorden te verfoecken afgedaen te hebben, alfoo den Hondertften Penningh in effe blyvendc , fy te min genootfaeckt fouden wefen tot onderhoudeniffe van de Ruytcren en Knechten te contribueren, en byfondcr , vermits het afdoen van den Hondertften Penningh niet veel en kofte profiteren, foo lange die in Brabant in wefen bleef, als fy deden , die oock geen mentic gemaeckt en hadden omme die af te hebben. T7Ndc aengaende 't Concept by ons geraemt, belooft hare Majefteyt de Koninginne daer inne geen fonderlinge fwarigheyt te wefen. T^Oor welcke de voorfz Staten, op dc principale Petitie Communicatie gehouden hebbende, my belaft hebben te feggen, cerft de Edelen, dat fy als nu geen verder laft en hebben, maer fouden inden haren goet rapport doen, hoopende verder laft te krijgen. Die J544- Den 27. Maert. van de Staten. Repüqne vanden Stadthouder, by monde van den Piküdent. In 't Concept geen fwarigheyt te vallen. Verklaringe by den Advocaet gedaen, uyt den naem van de Edelen*  *544*Den 27. Maert. Verüaringe van die van Dor. drecht. Verklaringe van de andere vijf Steden. Van Lijfrenten tot tien gulden. By den Pnelident de Konin- ( 44 ) J)Tc van Dordrecht, dat in gevalle d'ande1 ./e GedcTliteerdcn eenigen verderen lalt hadden, mede wel wat meerder laft fouden hebben, in gevalle,middel gevonden wierde, waer door opgebracht mochten werden de voorfz feftigh duyfent guldens , als nu verlchecnen. J)Ie van Haerlem, Delf, Leyden, Amfterdam en Gouda, fevden als nu geen-verderen laft te hebben, maer fouden infgelijcks elcks in den haren goet rapport doen, feggende dat voor alle werek middel gevonden moftc wefen , omme de voorfz feftigh duyfent guldens te furneren; dan die van Leyden proponeerden haer Concept om te vinden hondert en vijftigh duyfent guldens, de helft op 't inkomen vande Margentalen over Vrye en onvrye, en d'andere helft op dc Schiltalen, mits daer inne genietende haer gratie extraordinaris, en dat foo veel ommcgeilaTen fouden werden, dat dc vijf en feventigh duyfent guldens fuyyer blijven mochten', al 't welk by my geproponeert is geweeft. 'pEn felven dage hebbe ick door bevel als vooren, aen den Heere Prince verfocht, dat die geene dewclcke maer tien gulden Lijfrenten en hadden, geen tienden daer van geven en fouden, 't welck mijn Heere den Princc en Pr*fident ons geacquiefceert hebben. \/An alle 't welcke mijn Heere den Pra?fident ons belooft heeft de Koninginne rapport te doen, en hare Majeftcyts gebefte en  C 45 ) en concept by gefchrifte over te leveren, ten eynde tuifchen hare Majefteyt en de Staten onderlinge geen onverftant en foude wefen. VTOlgens welcke belofteniffe, foo beeft hare Majefteyt de Koninginne op den acht en twintighften Maert, de Staten haer gebefte by * gefchrifte gegeven, te weten, de Edelen, en elck vande Steden; en is den felvcn belaft op 't felve Concept vruchtbare antwoorde te brengen den vijfden April toekomende, binnen wekken tijdt de Edelen befchreven fouden werden inden Hage. Daghvaert vande Staten van Hollandt, gehouden in den Hage Den 3. April, 1544. PRiESENTEN. De Heere van Brede- ende rode, Aelbrecht van Trejlonge, Van Affendelft, Van Goudriaen, Op de voorfz Petitie ofte Van Lockhorfi, Concept, en dat volArent van Duvenvoirde, gende 't bevel van de Van Matenes, Koninginne, den HeeJacob van Duvenvoirde, re van Affendelft gejan van Noortwijck, daen, en dat alleen by Otto van Egmondt, de Edelen. TEn voorfz dage is by de Edelen, ter Daghvaert gekomen zijnde, op 't voorfz Concept ofte Memorie vande Koninginne, 't welck Den ij4 Maert. ginne rapport te doen. De begeerte vande Koninginne de Staten voorgeflagen. *BI. 19. Den 3. April. Comuiuni • catie vande Edelen, op  Den 3. April. de Memo rie vande Koninginne, en re iblutie var defelve Materie. De Edelen confenteren in hondert cn tachtigh duyfent guldens, mits gevolg van de Steden. De eene helft vanden confente te dragen inde Schiltalen. 't Andere voor de twee deelen op de waerde van ' de Landen ] by den ) Tienden j Penningh. (46) welck ick hebbe lange en breede communicatie gehouden , en hebben eyndelijck bevonden en gerefolveert voor 't platte Landt niet draeghlijck te wefen de fomme by de Koninginne geëyfcht, te vinden volgende hare Majefteyts Memorie, en dat omme veele cn diverfche redenen , ten felven dage verhaelt, dewelcke oock voor Inftruélie aen de Gedeputeerden, die boven reyfen fouden, by gefchrifte mede gegeven zijn. jyjAer hebben de voorfz Edelen eyndelijck gerefolveert, ingevalle fy gevolgh hadden, dat fy te vreden fouden wefen Sijne Keyferlijcke Majefteyt te accorderen, te betalen in fes toekomende maenden, navolgende de Petitie , de fomme van hondert en vijftigh, of hondert en feftigh duyfent Carolus guldens; en indien de Steden verder gelaft waren, hondert en tachtigh duyfent Carolus guldens. "Y^An welck confent de eene helft opgebracht foude werde by de Schiltalen, en dat in fuyver geldt, in fulcker voegen, dat elck foude dragen fijn portie, naer de Verpondinge, en dat by fulcke middelen, als de voorfz Inftruélie vermeldt. J7Nde d'andere helft foude voor de tweede mael gevonden werden op de waerde /andc Landen , by den Tienden Penningh, >ver de Edelen, Geeftelijcke en Wereldlijc^e, over die vanden Lande van Voorne, Puten , en den Graeffchappe van Egmont, als •egrepen onder dc Schiltalen, en over alle die on-  ( 47 ) onder Hollandt fortcren, niemant uytgeforidert: Ende indien hare Majefteyt de Koninginne yemant wilde gratie ofte quijtfcheldinge doen, 't felve mochten de Edelen wel lijden, mits dat fulcken quijtfcheldinge niet cn redundeerdc tot haren lafte. TIJEt ander derdendeel inde felve helfte, dochte hunluyden datmcn foude mogen vinden op de waerde vande Huyfcn, foo wel binnen * dc Steden als daer buyten ftaende, fulcks als die behoorden gcfet te zijn, in 't contribueren vande laetfte Tienden, en naer advenant 't voorfz confent foude bedragen, al 't felve breeder blijekende by de voorfz Inftruclie , de Gedeputeerden vande Edelen mede gegeven, onder my wefende. Ver- Den 3. April. En lier andere derdendeel op de waerde van de Huyfen. *Bl. 20.  „ *544Den 7. April. Den Advocaet remonftreertde Konin- C 48 ; Vergaderinge van dc Gedeputeerden vande Staten van Holland, gehouden tot Bruflel, 111 pnefentie van de Koninginne, Den 7. April, 1544. PR JE SENTEN, De Heercn van Gou- driaen, Van Poelgeeft, ende Jacob van Duvenvoirde, Van wegen d'edelen. Heyman Adriaenfz , Thefauricr, ende Mr. Nicolaes Bartholom. Penfionaris Van Dordrecht. 300fi Janfz, Mr. Willem Ruyghaver, ende Mr. Jan, Secretaris Van Haerlem. Jan Saf}?out, Burgermeefter, ende Mr. Jacob vanden Eynde , Van Dele. Jacob vander Does,Buy- germeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris Van Leyden. Mr. Claes Dirckfz, Bur- germeefter, Gerard Claes Mattheufz, ende Vander Meiden , Penfionaris Van Amsterdam. ComelisDirckBouwenfZ) ende Mr. Comelis van Hogelande, Van Gouda. Op de Petitie van hondert en tachtig duyfent guldens, by hare Majefteyt volgende de voorfz inductie, gedaen en gealtereert. TPVEn voorfz dito hebbe ick uyt den naem JL/ van de Edelen hare Majefteyt de Konin»  ( 49 ) ninginne geremonftreert ende in 't lange verhack 't inhouden vande Inftruétie, den derden April ons by de Edelen mede gegeven. \7An gelijcken hebben oock de Gedeputeerden van de Steden ekk apart de Koninginne haer laft vertoont gchadt, waer van ick geen verklaringe gehadt en hebbe. T^Nde naer gefamentlijck by hare Majefteyt inne geroepen zijnde, heeft van ekks by gefchrifte begeert te hebben 't geene wes by hunluyden mondelinge gedaen was allegeren, overmits de divcrfité vande opinien, omme bequamelijcken te mogen overleggen, dewelcke meeft conform waren, en te famen accordeerden. Alle 't welcke hare Majefteyt by ons in gefchrifte gelevert is. Den 8. April, 1544. y/'Yn de Staten belaft te compareren by den Prince, defelve aldaer prasfent wefende, zijn de Edelen met my alleen ingeroepen, en beeft den Heere Prince , by monde vanden Pradident de Edelen doen vertoonen, * dat alle de Steden contrarie waren haer opinie, foo verre als 't raeckt dat fy haer gratie fouden moeten vinden binnen haer Muyren , over de Koopluyden en Burgers, want fy fuftineerden, genietende oock haer gratie, foo veel te contribueren inde Schiltalen als de Edelen. 11. Deel. D Waer Den 7. April, ginne de Inftructie van de Edelen. Gelijck oock doen de Gedeputeerdenvande Steden. De Koninginne begeert in gefchrifte het mondeling rapport vande Gedeputeerden. Den 8. April. Comparitie vande Staten by den Prince van Orangien, als Stadthouder. *BI. 21,  „ '544- Den 8. April. Antwoordt van de Edelen. Verfoeck van de Edelen, aen den Stadthouder gedaen. Befoigne van de fes groote Steden met den Stadthouder. Remonfirantie by den Prtefident, door ordre vanden Stadthouder,aen de Edelen gedaen. C 50 ^yAer tegens van wegen de Edelen ter contrarie gefuftineert is, als dat der Steden portie nergens na foo veel en bedroegh,' en dat by de Middelen van hare voorfz"ïnftruétie. J?N hebben voorts aen den Prince verfocht , dat in 't opbrengen van het voorfz conlent by hunluyden foude willen voorftaen, ten eynde fijne Genade, die grootelijcks in Hollandt gegoedt was, met hunluyden niet verongelijckt en eygen gemaeckt wierde, en dan der Steden gratie ten minften ommegeflagen mochten werden over 't breede, 't welck hy dieswegen genoegh beloofden te doen. ^Erftont hier na zijn de Gedeputeerden van de fes groote Steden by den Heere Prince geroepen; maer wat by haerluyden gebefoigneert is weet ick niet, als niet prsfent geweeft zijnde over haer communicatie, en daer van my geen kenniffe gedaen zijnde. TX/'Aer na de Edelen met my weder binnen geroepen zijnde, heeft den Praefident, uyt den naem van mijn Heere den Prince, aen haer verklaert, dat by de Steden gefuftineert cn gefeydt was, dat fy te voren geconfenteert hadden over de Schiltalen hondert en twintig duyfent guld. mits welken fy meer geconfenteert hadden dan nu by hun gcoffereert wierde, dat oock hunluyden ondraeghlijck was hare gratie weder te vinden binnen hare Muyren, over de Koopluyden en Burgers, doende Neeringe, en dat defelve gratie f~)Ock heb ick aen Franck vandcr Hoeve op den tienden May gelevert lijn Executoric Generael. * ALfoo den Griffier vanden Hove van Hollandt inde leege plaetfen van de Commiflie, by hem gelevert aen Gerard Thomafz, alleen gefteldt hadde 't Quartier van Kennemcrlandt, fonder Weft-Vrieflandt, en dat mitfdien noch een Commiflie ontbrack voor 't Quartier van Weft-Vrieflandt, foo hebbe ick door onthiet van den Heere van Affendelft Jan mijn Boode den twaelfden Maert gefonden naer Brabant, aenden Audicncicr, omme te hebben noch een Commiflie cn Executoric. Den 13. May, 1544. r^.EIevert aen Sasbout Cornelifz, Rentmeester particulier van 't Quartier van Delflandt, een Commiflie en Executorie , door onthiet van den Heere van Affendelft, foo hy feyde. Den 14. May, 1544. T-JEeft den Raedt Brieven ontvangen van hare Majefteyt dc Koninginne, inhoudende dat by hare Majefteyt geordonncert zijn voor Commiffariffen , omme de Quohieren vande Particuliere Rentmeefters van de twee Tienden te vifitcren, Suys en de Sanfto, foo mijn den Griffier dan ten felven dage gefeyt heeft. Den 1544- Den 9. May. . Execotorie vuur Franck vaa.; der tibëvè, * 131.2,-Conunilïïevoor Gerrit Thoaiafz. Den 13. May. . Commiflie voor Sasbout Cornelifz. Den 14. May. Commiffariflen tot vifitatie van de Quohieren der particuliere Ontfangers.  Den 18. May. Noch een Commiflie. Dagh- (6o) Den 18. May, 1544. J-JEeft Jan mijnen Boode vanden Audiencier my noch gebracht een Commiflie en Executorie, daer ick hem om gefonden hadde.  ( 6i ) Daghvaert vande Staten van Hollandt, houden in den Hage Den 20. May, 1544. PRESENTEN. De Heeren van Affendelft,Van Goudriaen, Van Poelgeeft, Van Wijngaerden, Arent van Duvenvoirde, Jacob van Duvenvoirde, Otto van Egmondt, Arent van Hardinghsvelt, ende Aelbrecht van Trefionge, Van wegen d'edelen. Jan van Drenchvaert, Schout, Arent Cornelifz, Burgermeefter,ende Huygh Woel, Van Dordrecht. Claes van Huyffen, Burgermeefter , Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Pieter Frankefz, Burgermeefter , ende 1544- Den 20. ge- May. Mr. Huyg vanden Eynde, Penfionaris Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris Van Leyden. Mr. Claes Doedefz, Burgermeefter , ende Mr. Hendrick, Penfionaris Van Amsterdam. Witte vander Hoeve , Burgermeefter, Van Gouda. Omme te vinden de helft van hondert en vijftigk duyfent guldens, Sijne Keyferlijcke Majefteyt, en hare Majefteyt de Koninginne geconfenteert , den negenden April laetftleden, op 't inkomen vande Margentalen. Ten  1544- Dcn 20. May. * BI. 26". CoramiiTarifien te vifiteren de Quohieren van de particuliereOntfangers van de Tienden. Vande Contributien in 't nieuwe Concept, en wie daer in moeten contribueren. Concept vnn de toeruftingeVandeBuyien, en de defenfie van defelve , op de vertooning van die van Schiedam ende Confurten. ( 02 ) * rjpEn voorfz dage, na dat by den Heere J_ van Affendelft geproponeert was, omme te nomineren van wegen dc Staten, de Quohieren vandc particuliere Ontfangers vande Tienden fouden viüteren met Suys en de Sanclo, Gecommitteerden van Keyfers wegen, foo is by 't meerendeel van de Staten ■daer toe gecommittcert den Heere van Alkemade, Arent Cornelifz, en Mr. Huygb van den Eynde. 'J'En felven dage is mede by 't meêfrcndeel vande Staten, omme te lien wat die geene die onder de Schiltalen niet bégrepen en zijn , mede in 't Concept by de Staten den twee en twintighftcn Februarii lactftleden geraemt, fouden moeten contribueren, en wie de voorfz Concepten van hunluyden omwilligh zijn op te brengen, en hoe veel de Margcntalcn aldaer gelegen bedragen, omme daer na afkortinge vanden anderen te maken, geordonneert Mr. Lambrecht Jacobfz, jacob de -Milde, cn ick. "JVTA dat die van Schiedam met hare Conforten de Staten van Hollandt vertoont hadden fcecker Concept, noopende de toevaerdinge van de fiuyfen en Haringhvaert, cn 't felve by my de voorfz Staten openbaerlijck voorgelefen was, en verfocht hadden 't felve by de Staten geapprobeert of gealtereert, en voorts by deRaeden geauthorifeert te werden ; dat van gelijckcn by hunluyden aendc Staten verfocht was provifie by hun te willen helpen maken, omme de Schepen van Oor-  ( 63 ) Oorloge, tot defenfie vande Buyfen, op Zee te hebben, is noopende het eerfte poinét, genoegh by de Staten verklaert, dat in gevalle die van Schiedam ecnighfmts het voorfz Concept goet vonden, 't felve te werck fouden mogen ftellen, en daer op verfoecken authorifatie van mijn Heere vanden Raede. T?Nde noopende 't tweede poinft , is verklaert dat fy fulcke befcherminge van hare Buyfen ter Zee fouden mogen beforgen, daer mede fy fouden meenen bewaert te zijn, en fulcks als fy in 't voorleden jaer gedaen hadden, en waer de Staten, omme 't felve te vorderen , hun eenige hulpe en afliftentie , buyten 's Landts koften fouden mogen doen, waren te vreeden 't felve te doen , alfoo 't Landt als nu geen verdere koften dragen en mochte. T~)E Edelen, die van Dordrecht, en genoegh de andere Steden, uytgefondert die van Amfterdam , hebben exprclfelijck verklaert, dat alfoo Mr. Floris van Hoegaerden, leggende jegenwoordigh tot Spiers, aen de Staten fijn befoigne niet overfchreef, by den Lande van fijne Vacatiën niet en behoorde betaelt te werden; waer op tot fijn excufatie by my verhaelt is, dat hy twee Mifïïven gefchreven hadde, daer van ick bereydt was de laetfte, die by my hebbende, de Staten voor te lefen, die defelve niet en begeerden te hooren; en wert voorts by de Burgermeefteren van Amfterdam gefeyt, dat de voorfz Mr. Floris foo lange niet tot Amfterdam gefchreven en hadde, Den 20. May. Verklaringe vande Staten, om foo veel toe defenfie van de Buyfen te doen, als fy genootfaeckt zijn. Vande betalingenvande vacatiën van Hoegaerden , wefende tot Spiers.  '544Den 20. May. Staet omme te komen tot eenen nieuwen Ommeflaghvan 't gemeeneLandt van Hollandt. * BI. 27. Commiflarifi'en om deReeckeninge van Frans vander Hoeve tevfficeren. Getal van de Margentalen niet leggende onder de Schiltalen. de, by foute, foo fy hun lieten duncken, van Booden. QOck is by my dc Staten vertoont een ftaet van Heyman vandc Ketel, Rentmeefter, omme te maecken een nieuwen Ommeflagh over het Gemeene Landt, voor de Weddehs en Rcyfen vanden Advocaet, voor de Reyfen van de Edelen, en andere nootfaeckelijcke vacatiën; maer vermits eenige vande Gedeputeerden vande Steden feyden geen laft te hebben tot den Ommeflagh te verftaen, voor dat de Reeckeningen geflooten, en geilen waren , foo is Heyman vande Ketel ontboden, dewelke fijn Reeckeninge geflooten zijnde, defelve oock geflooten aen de Staten * overgelcvcrt heeft, omme by hunlieden gevifiteert te werden; ende is voorts hun gefeyt voortaen geen reeckeninge meer te doen, dan in pra;fentie vande Gedeputeerden vande Staten, 't welck hy te vreeden was te achtervolgen. TTEn felvcn dage zijn by de Staten geordonncert Mr. Lambrecht, de Milde cn ick , omme de voorfz Reeckeninge met den Rentmeefter Franck vander Hoeve te vifiteren. 2^Yn mede defelve geordonneert en gecommitteert te vernemen by eftimatie hoe veel Margentalen in Hollandt gelegen zijn , inde Plaetfen niet forterende onder de Schiltalen ; ende hoe veel haer portie foude beloopen inde fomme van twee hondert duyfent min feftigh guldens, wefende 't oude acliterwefen van Hollandt. Zyn  ( 65 ) yi^Yn mede defelve geordonneert omme te hooren en te ondertaften de vacatiën en achterwefen vande Booden, en andere extraordinaris onkoften, in defe faecke gevallen, met alle 't geene daer aen dependeert, ten ej nde defelve daer van gecontenteert fouden mogen werden. HTEn felven dage is op de Remonftrantie by die vanden Hage de Staten gedaen, of de Ingezetenen van Scheveningen, Eyckenduynen, en 't Ooft-eynde van Loofduynen,forterendc onderden Hage, niet fouden mogenvolftaen,mits betalende denExcijns,fonder van haer Landt te geven twee ftuyvers een oort op de Margen, volgende 't concept by de Staten geaccordeert, ende by de Koninginne geaccepteert, gefeyt dat in haer verfoeck by monde gedaen, by Requefte fouden overgeven, ende foude hunluyden als dan daer op Appoinótement gegeven werden, het welck als 't fcheen die vanden Hage voorfz niet en wouden doen, en zijn overfulcks wegh gegaen. {~)P de Requeften van 't Convent van Loofduynen, van de Regeerders van Diemen, Ouderkerck en Amfterveen, vande Waerfchappen van Bennegerkogge, die allegader genocgh verfochten ontlaft te wefen vande twee ftuyvers twTce oort op de margen, door bevel vande Staten, by my geftelt nihil'. ALs oock is op de Requefte van die van Noorden , dewelcke verfochten recompenfe te hebben vande Staten van duyfendt II. Deel. E gul- 1544Den 20. May. Vacatiën van de Booden, en andere extraordinaris onkoften. Van die van Scheveningen,Eyckenduynen,&c. te volftaen, mits genietende d'Impofl: Tonder Contributien in de Margentalen. Diverfche Requeften aen de Staten gelevert. Requefte van die van Noorden.  Den 20. May. Acceptatif van Riel Bode van 't Gemeem Landt. Den 21. May. Vifitatie van twee Reeckeningen van Heyman vande Ketel. *£I.2S. Commiflie voor Witte vander Hoeve. ( 66) guldens, die fy te kennen geven gcdebourfeert te hebben tot bewaringe van hare Steden , en van drie hondert Knechten, inden lactften Oorlogh. ]\"Och is op de Requefte van Jan van Riel, mijn Boode , door bevel vande Staten, , voor Appoinctement by my geftelt: De Staten hebben geacccptcert, en accepteren by defen, voor Boode van 't Gemeene Lande, by provifie, en tot haer wederfepgen toe, inde plactfe van Dirck Wouter fz; welverftaende dat den felvcn Dirck, zijn leven Jangh geduyrende, hebben en behouden fal de Weddens tot denfelven dienft ftaende. Den 2i. May, 1544. J-JEbben Mr. Lambert en ick gevifiteert de voorfz twee Quohieren ofte Reeckeningen van Heyman vande Ketel; en is bevonden dat den ontfang vande eerfte Reeckeninge minder is dan den Ommcflag, meer dan * hondert en vijftigh guldens; ende vande tweede Reeckeninge , meer dan twee hondert en twee en twintigh guldens, en dat om-. me by ons gerefolveert is te vernemen aen " Heyman van de Ketel, waer dat lecht, en voorts hem te feggen, dat hy voortaen niet en reeckene, dan in prefentie vande Gedeputeerden vande Staten. pEn felven dage gelevert Witte vander Hoeve , Rentmeefter van het Quartier ran Gouda, een Commiflie en Executoric. Naer  < ( 67 ) TVAcr dc noene hebben de voorfz Mr. Lam brecht, de Milde, en ick, gehoortcent ge particuliere Ontfangers, als van 'tQuartiei van Kcnnemerlandt, van Amftellandt, var Gouda en van Gornichcm, omme te weten hoe veel Margcntalen clck in den fijnen hadde leggen, niet forterende onder de Schiltalen, en voorts den felven laft gegeven omme by eftimatic te feggen ho.emen de Steden, niet leggende onder de Schiltalen, met cenige andere Steden foude mogen compareren, en hebben fulcks hunluyden , en oock allen de andere Rentmeefters particulier, tot dien eynde een Memorie mede gegeven, om jegens den vier en twintighften der felver maent daer op pertinente antwoorde inne te brengen. J-JEbben oock ten voorfz dage vandc felfde onfc befoignes den Heere van Aifcndclft rapport gedaen. Den 23. May, 1544. J-jEbbe ick door onthiet vandc Edelen, my gegeven den twintighften May, den Heere van Affendelft gefeyt, dat fy begeeren dat ick foude reyfen by de Koninginne , omme te vervolgen Commiffariffcn, "die dc nieuwe Verpondinge maken fouden , waer op den Heere van Affendelft my feyde dat noch geen haeft en hadde, en foude my adverteren wanneer het tijdt en pas geven foude. E 2 Den n 15-14- Dén 21. May. Huoringe van de reeckeningen van eenige particuliereOntfangers.NOTA: Of wy van defe onfc Vacatiën niet en behooren geconfenteert te zijn. Rapport aen Affendelft gedaen. Den 23. May. Commiiïarilfen tot maeckinge van een nieuwe Verpondinge.  1544Den 24. May. Vijf en veertigh duyfent vijf hondert Margen in Holland, buyten de Schiltalen. Den 28. May. Procuratie op Bubbe. Den 27. Junii. Accord met die van Dordrecht, cum fuis, met die van den Briele, raeckende het uytfchietenvan de penningen tot •Bl.20. ( 6t ) Den 24. May, 1544. J-jEbbcn de Milde, Franck en ick, bevonden dat de Margentalen in Hollandt gelegen, inde plaetfe niet fubjedl de Schiltalen, bedragen vijf en veertig duyfent vijfhondert Margen en meer, en voorts den voorfz Franck belaft te ondertaftcn aende particuliere Ontfangers , hoe veel Margentalen fy aldaer noch meer bevonden; en oock wat den Excijns inde Steden niet fubject de Schiltalen, by raminge en comparatie vande andere Steden fouden mogen bedragen, en 't felve by memorie te ftellen, omme dat gedaen zijnde, eyndelijck by ons Refolutie inde faecke genomen te werden. Den 28. May, 1544. J^Ebbe ick met den Boode Hackvaert Bobbe gefonden Procuratie, als Ad vocaet vande Staten van Hollandt. Den 27. Junii, 1544. y^Yn de Gedeputeerden van Dordrecht, Delft, Gouda, Rotterdam , Schiedam en den Briele , by tuffchen-fpreecken van den Raede geaccordeert, dat die vanden Briele, op 't rapport dat de voorfz vanden * Briele hare Meesters fullen doen verfchieten de penningen en koften , noodtfaeckelijck tot de oprechtinge vande boute Kaep, ftaende voor een Baek in Zee, mits dat de Gedeputeerden van Dordrecht, Delf, Gouda, Rotterdam en Schiedam beloofden  ( 69 ) den hare neerftigheyt te doen, omme die van den Briele te helpen tot rembourfement vande voorfz penningen, 't zy uyt des Keyfers of des Gemeene Lands penningen van Hollandt , ofte dat by gebreecke van dien 't felve rembourfement gedaen fal werden by den geenen, en fulcks als by den Hove fommierlijck, en fonder figure van Proces bevonden fal werden te behooren, blijckende by de Acte daer van, daer van de voorfz vanden Briele een Copie autenticq gelevert hebben. f\Ock hebben die van Gouda en den Briele aen mijn begeert, dat ick den Heere van Affendelft foude willen feggen , dat hy ter eerfter Dagvaert op de voorfz fake mede foude befchryven die van Rotterdam, Schiedam en den Briele, maer die vanden Briele begeerden dat ick 't felve niet foude doen , voor dat ick van hun verder onthiet hadde. Den 10. Julii, 1544. "LJEb ick op feecker appoinctement van AdA x vis, by den Hove van Hollandt geftelt op feeckere Ordonnantie, den felven Hove overgelevert by Joris Kraembout, Deurwaerder, verfoeckende betalinge van feeckere Vacatiën , by hem gedaen in 't publicq, van feecker Placaet, by den felven Hove geëxpedieert, noopende feecker Concept en Poinften, by de Gedeputeerden van Dordrecht, Delf, Rotterdam, Schiedam en den Briele, den vierden Junii vijftien hondert vier en veertigh by gefchrifte geftelt en overgelevert, voor mijn E 3 ad- !544Den 27. Junii. oprechtinge van de Houte Caep. Befchfijvinge van die van Rotterdam,Schiedam , &c. Den 10. Julii. Advies vanden Advocaet, op feeckere Requefte van Kraembout , verfoeckendebetalinge van fijne Vacatiën, voor het publiceren van een Placaet.  ~ '544Den 10. Julli. Den ii. Julii. Waer de penningen gevonden fullen werden, geé'mployeerttot oprecluingevande houte Kape. (70) advis geftelt, dat ick gefien hebbende 't voorfz Placaet, doende grootelijcks tot vorderinge vanden Haringvaert , dewelcke eensdeels 't welvaren is vanden Lande van Hollandt, my dochte onder correctie , dat de Heercn van den Racde den Rent-meefter van 't Gemcene Landt van Hollandt fouden mogen ordonneren den voorfchreven Deurwaerdcr te betalen foo veel Dagh-gclden als fy bevinden fouden by hem voor 't doen vande voorfz Publicatie verdient te zyn, ten minften by provifie, en tot anders by de Staten vanden Lande van Hollandt , noopende defe en gelijcke betalingen geordonneert foude zijn. Den li. Julii, 1544. dat die vanden Briele my belaft hadden den Heere van Affendelft te fpreccken, omme die van Rotterdam, Schiedam en hunluyden ter eerfter Daghvaert mede befchrevcn te hebben, omme te vinden de penningen , geëmploycert tot oprechtinge 'vande voorfz Houte Kape, heb ick 't felve aenden voorfz Heere van Affcndcft verfocht, die te vreeden was 't felve te doen, cn my belaft dat in memorie te houden, en jegens de ecrfte Daghvaert te vermanen, foo wanneer hem belaft foude werden een Daghvaert te befchrijvcn, die my oock toegefeydt heeft fulcks te doen. Den  Cn) Den 13. Julii, 1544. 1VTA dat den Griffier my verklaert hadde laft te hebben omme de Daghvaert te bcfchrijven, ten eynde een nieuwen Ommeflagh gemaeckt foude werden, hebbe van hem begeert dat hy den Heere van Affendelft foude vermanen omme dc voorfz Steden mede befchrevcn te hebben, om te vinden de voorfz Penningen, by die vanden Briele gedebourfeert, het * welck hy feyde den Heere van Affendelft vermaent te hebben, maer dat hy verklaert hadde datmen daer mede foude vertoeven ter naeftcr Daghvaert clat de Staten befchrevcn fouden werden , omme te vinden de helft van hondert vyftigh duyfendt guldens, geconfenteert op 't inkomen vande Margentalen, cn dat 't felve meer vallen foude. E 4 Dagh- Den 13. Julii. Daghvaert omme te komen tot den nieuwen Ommeflagh. *Bl.3o.  1544- Den 23. Julii. Pieter Jacobfz, lande, Van Dordrecht. Van Gouda. Claes van Huffen, Bur- Omme een nieuwen Omgermeefter, mefiagh te maL-n, om er>de promptdijck te vinden Mr. Lambrecht, Pen- de helft van hondert fionaris en twintigh duyfendt Van Haerlem. guldens , bekopende Mr. Jacob vanden Eyn- feftigh duyfent, dieby de 5 den nieuwen Impoft Van Delf. ofte in de plaetfe van Gerrit Beuckelfz, Bur- dien by een Concept by germeefter, de Staten geraemt, opcv eil<^e gebracht fouden werMr. Jacob de Milde, den, voorts omme te Penfionaris komen tot betalinge Van Leyden. vande Renten van drie Claes Doedefz, Burger- duyfent feven honderdt meefter, guldens, verfcheenen ende Kersmiffe laetftleden; Hoegaerden, Penfiona- en om te vinden de ns helft van hondert en Van Amsterdam. vijftig duyfent gulWitte vander Hoeve , dens, den laetft en ABurgermeefter, pril, geconfenteert, op ende 't inkomen en waerde Mr. Cornelis van Hoge- vande Margentalen. Den Ontfanger van C 7* ) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Den 23. Julii, 1544. PRESENTEN. NAe dat hy den Heere van Affendelft de 'Gedeputeerden van de Staten de voorfz drie  ( 73 ) drie poin&en geproponeert en voorgehouden waren, foo hebben de voorfz Gedeputeerden, naer communicatie gerefolveert, datmen aenden Rentmeefter van 't Gemeene Landt, aleermen tot den Ommeflagh foude komen, foude verfoecken of hy alleen den ontfangh van 't Gemeene Landt foude willen aennemen, tot fulcken loon als fy onderlinge fouden mogen advifeeren, fonder by hem te hebben particuliere Ontfangers, 't welck by my aen hem gevraeght zijnde, heeft lijn beraet genomen tot na Noene. TS voorts by defelve Staten gerefolveert, datmen voor defe reyfe fijn twee laetfte Reeckeningen, alfoo die geflooten waren, foude paffen, maer dat hy voortaen geen reeckeninge meer doen en foude dan in'prsfentie van feeckere Gedeputeerden vande Staten; en oock geen Ordonnantiën van Reyfen en Vacatiën meer betalen en foude, dan by my als Advocaet oncicrteyckcnt; welcke Ordonnantie ick oock niet en foude teyekenen, dan by Advis vande dc Staten, ofte ten minften twee vande Gedeputeerden van hun, fTAEn felven dage is op de Requefte van Mr. Floris van Hoegaerden, van Amfterdam, verfoeckende van fijn reyfe te Spiers gedaen, na dat hy * van defelve rapport gedaen hadde, ter prafentie vande Gedeputeerden, my abfent wefende, en door laft vande Staten befoignerende met Heyman vande Ketel, ten fine voorfz gerefolveert, dat hy verklaringe doen foude tot feeckere fomme van 't geene daer hy in fijn Requefte hem refereerden tot difcretie van de Staten, en dat hy voorts patiëntie fou. E 5 de 1544. Den 23. fulii. lietGemeene Lande neemt (ijn bedencken tot na noene , op de Propofitie hem voorgefteldt. Den Ontfanger van 't Gemeene Landt geen reeckeningen meer te betalen, dan in prefentie van de Staten. Vacatie» van Mr. Floris van Hoegaerden , wegens fijne reyfe gedaen na Spiers. •'81.3».  ï.544Den 23. Julii. Gratuiteyt vandenAudiencier. Op't tweede poinct, beroerende de vindinge van de helft van hondert en twintig duyfent guldens. Acceptatie van Heyman van de Ketel, van 1 den ont- < fang van- 1 den Om- j meflagh. £ Oock (74) de hebben tot de Edelen mede ter Daghvaert fouden zijn; datmen evenwel den Ommefiaefi naer rcdelijckheyt daer na verhoogen foudeb. QP de Remonftrantie by den Heere van Affendelft tot mijn vermaen gedaen, noopende feeckere gratuiteyt van den Audiencier, is gerefolveert dat hy patiëntie foude hebben tot eenen anderen tijt, overmidts de groote laften; dat evenwel ick aenden Heere van Afïendclft foude ondertaften watmen hem naer rcdelijckheyt foude behooren toe te voegen. QP 't tweede poinct., omme promptclijck cn fubitehjck te vinden dc helft van hondert cn twintigh duyfent guldens, geconfenteert in October vijftien hondert drie en veertigh, midts dat Franck vander Hoeve de felve Staten geëxhibeert hadde feeckere ftaet vande Margentalen, niet folterende onder de Schiltalen; is gerefolveert, dat alfoo 't felve mede, roerende de Edelen cn klyne Steden, dat die faecke uytgeftelt foude werden tot dc nacste Daghvaert, als oock gedaen is van 't derde poincl, omme te vinden dc helft van hondert ?n vijftigh duyfent guldens, geconfenteert in April laetftleden. j^|Aer de Noene heeft Heyman vande Ketel, in prafentie vande voorfz Gedeputeerlen, verklaert genoegh te vreeden te wefen, illccn den ontfangh vanden Ommeflagh te heb>en, midts genietende daer van den veertighten penningh, cn is my belaft 't felve de Staen te vernieuwen ter naefter Daghvaert.  C 75 ) f\Ock is my belaft aen de Hecren vanden Raede, op de voorfz twee laetfte Poinctcn voor antwoorde te geven, dat alfoo de voorfz Gedeputeerden daer op niet befchreven en waren, geen eyndelijcke Refolutie daer van en hadden mogen nemen, te min, dat't felve mede aengonck de Edelen en Kleyne Steden , midtfgaders die vanden Briele, Geervliet en Goederede; en dat dacromme de felve met den eerften daer op mede behoorden befchrcven te werden; mitfgaders oock omme te vinden de betalinge vande Renten op de fes groote Steden, verfcheenen Kerfmiffe laetftleden, monterende ter fomme van drie duyfent leven hondert Carolus guldens. "P\At oock de kleyne Steden, den Briele , Geervliet en Goedcrccde, daer inne gcreeckent, gefurncert fouden komen met hare Quohieren, vanden ontfangh vanden Impoft vande Bieren, Lacckenen en anders, zedert den vier cn twintighften Maert laetftleden , tot Paefchavond incluys ; en voorts vanden Impoft van Wijn cn Bier, zedert Paes-avondt, tot noch; en noopende 't eerfte poincl, roerende den ommeflagh, dat daer op de Edelen befchreven fouden werden. TVAer ick de Heeren vanden Raede alles verklaert hadde, hebben ons de voorfz Daghvacrdinge en -Befchrijvingc geconfenteert den negen en twintighften derfelver maent, inde Herberge. Dagh- ^ '544- Den 23. Julii. Antwoorde van de Staten aen die vandun Raede gedaen , noopende de twee laetfte Poincten. De kleyne Steden gefurneert te komen mee hare Quohieren op de naefle Daghvaert. Befchri;'vinge van de Staten.  !544- Den 30. Julii. ( 70 * Daghvaert van de Staten van Hollandt, gehouden inden Hage Den 30. Julii, 1544. PRESENTEN. De Heeren van Affen- ende delft, Mr. Jacob de Milde, Van Alckemade, Penfionaris Van Lockhorji, Van Leyden. Vm Poelgeejl, Claes Doedefz, Burger- ende meefter, Aelbrecht van Trejlonge, ende Van wegen d'edelen. Hoegaerden, Penfiona- Pieter Jacobfz, rjs A/r at- fnd^ Van Amsterdam. Mr. Nicolaes Bartholom. Witte vander Hoeve, Penfionaris Burgermeefter, Van Dordrecht. ende Claes van Huffen, Bur- Mr. Cornelis van Hoge. germeefter, iande, ^, r ende . Van Gouda. Mr. Lambrecht, Pen- Op de voorfz Pointten lionaris daer Daghvaert op ge- 7/r-,, cv ,-ERLEM' houdm was d™ twee Willem Janfz, Burger- en twintighften Julii meefter, daer te voor en, en daer tvt cv f en boven waren alle de Mr. Jacob vanden Eyn- klyne Steden befchre- \r ven omme gefurneert Van Delf. te wefen met haer Quo- Gernt Beuckelfz, Bur- hier en vanden Impoft germeefter, gevaUen zedert den drie 'Jacob vander Does, Bur- en twintighJienMaert, germeefter, tot nu toe. By  ( 77 ) BY de Staten zijn gecommitteert, omme de voorfz Quohieren van de kleyne Steden te vifiteren, den Heere van Alkemade, een van Dordrecht, een van Delft, ende een van Leyden, daer by 't Hof een van den Raede voegen fal; en is de voorfz kleyne Steden belaft met hare Quohieren alhier inden Hage inde Herberge te wefen den vierden Augufti toekomende > omme de voorfz vifitatie de doen. /~)Ock is by de Staten gcordonneert, dat den ^ Tienden Penningh ommegeflagen foude werden, omme op te brengen de helft van hondert en vijftigh duyfent guldens, den negenden April laetftleden geconfenteert op 't inkomen op de Margentalen. TV/TEde is gerefolveert dat'er eenige van hare Majefteyt de Koninginne gedeputeert fouden werden, omme te vervolgen dat de onwillige in 't opbrengen van hare portie van de helft van den confentc van hondert en twintigh duyfent guldens, by hare Majefteyt daer toe geconftringeert fouden werden, of dat defelve portie 't Landt afkortinge ftrecken fal. A/JY is mede belaft op de Requefte van die van Enckhuyfen, en 't platte Landt van die van Weft-Vriefiandt, verfoeckende afgedaen te hebben feeckeren Impoft, by die van Over-Yffel geftelt op den Turf, fonder Octroy van Sijne Keyferlijcke Majefteyt te ftellen; dat de geene die by hare Majefteyt de Koninginne gedeputeert fullen werden omme te Den 30. Julii. Commiffariffen, omme deQuohieren van de kleyne Steden te vifiteren. Den Tienden Penningh om te flaen tot de helft van 150000. gl. Beroerende onwillige te doen contribueren in de helft van 120000. gl. Requefte van die van Enckhuyfen , en het platte Landt van - WeftVriefl.  1544Den 30. *B1.33 By vandi Hoeve b< talinge va Renten t doen. Ommeflagh gemaeckt te werden, blijvende de particuliere Rentmeeftersdienende. Requefte van die van den Briele, ■ C 7S ) . te reyfen, * omme te vervolgen andere affairen van t Landt, mede folliciteren fullen 't inhouden van haer voorfchreve Requefte het welck ick oock gedaen hebbe. ' ■r JS mede ten felvcn dage geordonneert dat by n' den Rentmeefter Frank van der Hoeve, met e den eerften betaelt fullen werden de Renten verfchenen Kerfmifle laetftleden , de Uyt' landtfche eerft, en daer na de Ingelanden; en dat ten eynde geen arreften op de Onderfaten van Hollandt en gefchiede. \Mn gclijckcn is ten felven dage gerefolveert, dat voor defe reyfe een Ommeflagh noch gemaeckt fal werden, blijvende de Rentmeefters particulier in haer dienft en officie mits conditie dat den Rentmeefter gehouden wert te verklaeren voor de eerfte Daghvaert die inden Hage gehouden fal werden, of hy den ontfangh alleen foude willen accepteren , of niet, en op wat conditiën; en dat by my de felve antwoorde vervolght foude werden. In 't accorderen van defe vier naervolgende Articulen hebben van de Edelen alleen praïfent gewceft Affendelft en Lockhorjï, En voorts alle de voorfz Gedeputeerden vande Steden, en daer cn boven Heyman Adriaenfz, Thefaurier van Dordrecht. [yAer de Nocne is op de Requefte van die vanden Briele, noopende de betalinge van iet oprechten vande houte Cape, verklaerdt, dat  ( 79 ) dat alfoo de koften van dien in voorleden, tij. den niet gebracht noch gcrecckent en zijn tol dienfte vanden Lande, dat defelve inden ommeflagh niet en bchooren gebracht nochte oock by 't Landt bctaclt te werden; maer dat by den Hove hier op geordonneert foude werden , gelijck fy bevinden fouden naer rechter; en reden te behooren. TS infgelijks ten felven tijdt, op 't verfoeck by de Staten den I Iccre van Affendelft gedaen van wegen den Schout van Delf, omme te hebben betalinge van fijne Vacatiën, door onthiet vande Koninginne , in 't voorleden Jaer gedaen, omme te vifiteren de Buyfen, of fy ten vollen toegeruft waren, omme fonder pcricul hun ter Zee te begeven, by de Staten gerefolveert, dat alfoo den voorfz Schout geen Eafl nochte bevel vande Staten gehadt en hadde] defelve kotten niet en behoorden te komen tot I ifte van den Lande, en dat den Heere van Aflfendelft 't felve by den Hove voor orde aende Koninginne foude willen ■ fchrijven", 't welck hy aengenomen heeft te doen. T^En felven tijdt is op 't verfoeck, of by Requefte van Bartholomei, daer by vcrfochtc betalinge van fijn Vacatiën en verleyde penningen , gedaen cn gedebourfcert inde affairen van 't gemeene Landt, gedurende de impotentie van mijn Vader, verklaert dat hy fijn declaratie foude leveren in handen vanden Heere van Affendelft, de Milde en my, omme by ons geprocedeert te werden tot tauxatie. Op Den 30. : raeckende de betalinge van de houte Caep. Verfoeck van den Schout van Delf, om te hebben betalinge van fijne Vacatiën. Verfoeck vanBartüolomei, oni te hebben betalinge van fijne Vacatiën,  1544Den 30. Julii. Verfoec! van Hoegaerden , om te hebben betalinge van fijne Vaca tien. ' *BI. 34. Andere Vacatiën van Hoegaerden , raeckende de onwillig heydt van die van SevenbergenenYflelfteyn. Pieter WillemfzMoens te belaften om te ontfangen de Portie van de ( 80) QP 't verfoeck van Mr. Floris van Hoegaerden , verfoeckende betalinge van fijne Vacatiën en reyfe tot Spiers, is gefeyt dat hy hebben foude voor hem en fijn Dienaer, ten kofte van fijn gedebourfeerde penningen * en verteerde koften, twee hondert guldens, en voor fijn Vacatiën endienften, tot honderdt vijf en twintigh dagen, tot acht en twintigh ftuyvers daeghs, 't welcke ick by Appoinctement op fijn Requefte , door bevel vande Staten geftelt hebbe. Over defe naervolgende Articulen zijn geween: alle de voorfz Gedeputeerden van de Steden , en alleen Lockhorji vande Edelen. ■yAn gelijckcn is op 't verfoeck vanden felven Hoegaerden, by Requefte gedaen, daer by hy begeerde betalinge te hebben van fijne Vacatiën, gedaen met Hogelande, omme te follicitcren dat die van Sevenbergen en Yffelfteyn, cn andere onwillige, mede fouden opbrengen haer portie inde confenten aen Sijn Keyferlijcke Majefteyt gedragen, geaccordecrt, dat hy hebben foude feven cn vijftigh dagen, tot dertigh ftuyvers daeghs, 't welck ick oock voor Appoinctement op fijn Requefte geftcldt hebbe. fFn felvcn tijdt is op 't verfoeck van die van Dordrecht, begeerende dat Pieter Willemfz, Ontfanger, belaft foude werden van hunlieden en andere Steden te ontfangen haer portie vande Beede van vijf en feventig duyfent guldens, volgende den termijn vande Ac-  ( 3x ) Acte daer van zijnde, fonder van hunluyden te eyffchen eenige Brieven van gratie: Is gefeyt dat ick hier van fpreccken foude den voorfz Pieter, ende oock die vande Reeckeningen , omme hun daer toe te induceren. f\? de doleantie van die van Leyden , bcgeerende datmen aen hare Majefteyt de Koninginne foude vervolgen, dat vannuvoortaen den Procureur Generael, ofte andere Officieren , niet en fouden mogen komen in cas van appellatie of reformatie vande Vonniffen Crimireel ter lager Vierfchare gegeven, ofte dat de wegh van Appellatie foo wel foude toegelaten werden den Delinquanten ende Gecondemneerden , als een Officier of een Procureur Generael: Is my belaft 't felve inde naeste Daghvaert ter prsefentie vande Edelen te proponeren. IS mede ten felven tijdt by de Staten geaccordeert ecnen Ommeflagh van drie duyfent vier hondert dertigh guldens, en my belaft aenden Heere van Affendelft te fullen vervolgen dat Heyman vande Ketel geordonneert foude werden*de voorfz penningen over 't Gemeene Landt omme te flaen, en die te innen naer ouder gewoonte, 't welck ick oock gedaen hebbe. T^En felven dage , na dat ick door bevel A vande Gedeputeerden van de fes groote Steden den Heere van Affendelft gevraeght hadde wat gratuiteyt men den Audiencier foude behooren toe te voegen; heeft my gcantII. Deel. F woordt 1544» Den 30. julii. Beede van eenige Steden. Niet te mosje n appelleren van Vonniffen crimineel. Ommeflagh van drie duyfent vier hondert en dertig guldens. d'Audiencier niet minder toe voegen dan twee honderdt guldeus.  1544- Den 30. Julii. Den 31. Julii. Kollen van 't oprechten van de houte Kaep. * BI. 35. Den 30. Julii. Vacatiën van Mr. Larabert en Hoegaerden , voor hare reyfe uyt den Hage na Heemskercke. C 82) woort datmen met eercn hem niet minder en foude mogen geven dan twee hondert guldens. Den 31. Julii, 1544. J-JEbben de Gedeputeerden van den Briele my verklaert dat den Heere van Affendelft hem gefeyt hadde, datmen die geene die aende Koninginne gedeputeert fouden wer, den, omme te vervolgen d'onwillige, geconftringeert te hebben haer portie vande Beede op te brengen, mede fouden belaften te folliciteren, dat de koften by hunluyden gedaen in het oprechten vande houte Kape, by den Keyfer of des Gemeene Lands Inwoonders betaelt foude werden. * Den 30. Julii, 1544. JS op feeckere Requefte van Mr. Lam bert en Hoegaerden, vcrfocckcnde betalinge van haer Vacatiën, dat fy uyt den Hage gecommitteert zijn te reyfen tot Heemskerckc, aenden Heere van Affendelft, omme te vifiteren feeckere Inftruétie, de Gedeputeerden, reyfende na de Koninginne, mede gegeven , omme te remonftreren dat de Onderlaten van den Grave van Buyren, Princcfle van Gaveren , den Heere van Arenbcrge, Sevenbergen, en meer andere, niet en wilden inden haren toelaten den nieuwen Impoft, geaccordecrt, dat elck hebben foude drie Dash-geldcn tot dertigh ftuyvers daeghs; 't welck ick by Appoinétement op defelve Requefte geftelt hebbe. Den  ( 83 ) Den 5. Augufti, 1544. y7Yn by de Commiffariffen, als Suys, den ^ Heere van Alckemade, Heyman Adriaenfz, Vranek Bartholomeufz, de Milde en my, gevifiteert de Quohieren vanden nieuwen Impoft , van de Steden van Hoorn, Enckhuyfen , Weefp, Muyden, Edam, Woerden en Oudewater. Den 6. Augufti, 1544. TS by de voorfchreve Commiffariffen gevifiteert de Quohieren van die van Rotterdam, Schiedam, Gornichem, Schoonhoven, Alckmaer cn Nacrden. TS mede ten felven dage gcfien feeckeren ftaet van Franck vander Hoeve , Rentmeefter Generael, gemaeckt uyt de Quohieren vande Rentmeefters particulier vande fes groote Steden , ende denfelven Rentmeefter belaft te befchrijven de Rentmeefters particulier van Delf en van Leyden, als naeft gelegen, op 's anderen daeghs hier te wefen met hare Quohieren , om daer uyt te fien of by hunluyden oock den Impoft wel gegaert wert. HPEn felven dage is by de voorfz Commisfariffen gerefolveert, datmen inde plaetfen daermen den Excijns verhuyrt, of daer geen Excijns gebeurt en werdt, foude ordonneren den gefwooren Bierdrager, of twee, die by Ecde verklaren fouden geen Bier te leveren, dan hebbende een Cedulle vanden ColF 2 lec- IS44- Den 5. Augurti. Vifitatie van de Quohieren van den nieuwen Impoft. Den 6. Augufti. Ut fupra. Staet vau Franck vander Hoeve, Rentmeefter Generael. Daer geen Excijns verhuyrt wert, den Bier-drager te be-edigen.  ^ '544Den 6. Augufti. De Officiers toelicht te hebben tot betalinge vanden Impoft. By de kleyne Steden den Impoft te doen betalen. Brieven by den Hove ten fine voorfz te fchrijven. *£1.3 Geervliet I2 Woudrichem . . . . . Leerdam I2 Afperen IO Heuckelum .... ï2 Yffelfteyn . . . .'15 Briele ..... 50 ende Gocderede IO ]\jOch is ten felven dage verklaert wat de Landen, hier na volgende, by comparatie betalen fouden voor den Impoft, vanden vier en twintighften Maert tot Paefchavondt, Stryen met fijn Dorpen, . ï2 guld. Roon .... 3 gu]d. Albrants-waert . . . . 1 gl. 10 ft. Abbenbroeck .... 6" guld. 't Lant vander Schelling . 8 guld] Llrck en Emeloort ... 3 guld. Ack°y 2 guld." ^Pijck ! glud. Noordeloos .... 6 guld. • Jaersvelt .... 4 guld.' Bcnfchop, .... 6 guld. Polsbroeck 5 oUld. Rabauw . . . . ' 15 ftuyv. >evender . , . , I5 ftuyv. Vliet  ( 87 ) Vliet . . * .12 ftuyv. Dorpen van Voorn ... 3° guld. ende Hccnvliet .... 3 guld. Ende is Franck vander Hoeve belaft vanden voorfz Impoft een Stact tc maccken voor den tijdt van een jaer, die fulcks belooft heeft te doen, en voorts tc doen befchrijven by de Edelen en Officieren van 't Landt van der * Schellingh, cn van Urck en Emeloort, omme te weten de menightc van hare Margentalen. '"TEn felven dage is noch belaft een ftaetken te maken van onfe Vacatiën vandc voorfz drie dagen, en Heyman Adriaenfz vier dagen, alfoo hv verder reyfen komt, en oock mede vande befoignc by Mrs. Lambrecht, de Milde, Hoeve en my gedaen, den een en twintighften, twee cn twintighften en drie en twintighften May, daer van hier vooren gefeyt is in de Maent van May , 't welck hy belooft heeft te doen. -HTEn felven dage heeft den Secretaris van Schoonhoven my belooft te doen fenden met den eerftcn by den Collecteur van Schoonhoven fijn Quohieren, 't welck hy op gifteren den voorfz Commiffaris vertoont hadde, en by hem mede gegeven was. Den 8. Augufti, 1544- T-TEbbe ick ontfangen vanden Heere van 1 Schooten feeckere ftucken, roerende 't F 4 1 Landt 1544. Den 7. Augulti. *B1. 37. Smet te maken van de Vacatiën van de Commiffariffen. Quohier van Schoonhoven. Den S. Augufti. Stucken van *c  Den 8. Augufti. Landt van Voorne en Putten , daer by fy fuftineren ongehouden zijn te contribue ren. Den ii. Augufti. Gelevert Quohie? ren van Schoonhoven. Den 17. Augufti. Den Advo caet doet aen den Heere van Affendelft verklaringe vande portie vande onwillige in de contributie. I ] J < 1 i C 88 ) Landt van Voorne en Putten, daer by fy willen fuftineren ongehouden te zijn te contribueren inde laetfte confenten, uytgefondert in 't confent gedragen in Oftober vijftien hondert twee en veertigh, daer inne fy te vreeden zijn op te brengen haer portie vande Hooftfomme, ofte de Renten cours te laten hebben tot dat die geheellij eken geloft fal werden. Den ir. Augufti, 1544. J-jEb ick ontfangen 't voorfz Quohier van Schoonhoven by Andricsjen de Boode, 't welck oock aen Franck vander Hoeve overgeleverdt hebbe. Den 17. Augufti, 1544. J-JEb ick den Heere van Affendelft verklaert hoe dat Franck vander Hoeve, Rentmeester , feeckere verklaringe gemaekt hadde, hoe veel de portie vande onwillige is in 't betalen vanden Impoft, vanden Excijns, en twee fchellingen en drie penningen op de Margen voor den tijdt van een jaer beloopt, te weten , feven duyfent guldens, behalven de por:ie van die van Urck, Emeloort, en 't Landt zander Schellingh , en dat ten eynde eenige Gedeputeert fouden werden, omme aende koninginne te folliciteren dat defelve gecontringeert mogen zijn gelijcke fomme voor drie )f vier d'half jaren op te brengen, of dat 't elve den Lande van Hollandt foude mogen trecken tot kortinge; waer op den Heere van Af-  C 89 ) Affendelft my voor antwoorde gaf, dat hy 's anderen daeghs uyt reyfde , en uyt foude wefen tien of twaalf dagen, cn tot fijn wcderkomfte daer af foude difponcren. T^En felven dage heb ick op feecker Appoinctement van advis gefteldt op een Ordonnantie, den Hove van Holland overgelevert by Willem Willemfz , Klcrck van Heyman vande Ketel, verfoeckende betalinge van feeckere Vacatiën, by hem gedaen in 't overbrengen vandc Quohieren van den nieuwen Ommeflagh, voor mijn advis geftelt, dat by my gcficn zijnde 't inhouden van dien, onder correctie dochte, dat de Heere vanden Raede den Rentmeefter van 't Gemeene Landt fouden mogen ordonneren * fijnen voorfz Klcrck, uyt faecke van fijn Vacatiën al daer geroert, te betalen foo veel dagh-gcldcn als hy bevonden foude werden gevaceert en verdient te hebben. Den 8. September, 1544. T^En Penfionaris Hogclande van Gouda alhier inden Hage gekomen wetende, heeft my gefcydt, dat by de Heeren van Amfterdam aen die van Gouda gefchreven was, hoe dat Hoegaerden haren Penfionaris geweeft hadde by alle de fes groote Steden van Hollandt, en dat fy gefamentlijcken gerefolveert waren, datmen 'aen de Koninginne foude folliciteren de claufule in feecker Placaet van 't recolement vande twee Tienden geftelt, dat de Brouweryen , daer van 't Bier buyten de Steden daer het gebrouwen is gefletcn werdt, en de F 5 toe- 1544. Den 17. Auguiti. Ordonnantie op Willem Willemfz , Klerck van Heyman vande Ketel. *B!.38. Den 8. Sept. Van fe ecker Placaet, beroerendede twee Tienden.  1544Den 8. Sept. Eenige royeringe te doen uyt denPlaeate van de twee Tienden. ( 90) toereedinge van Schepen ter Zee foude wefen Koopmanfchap; en dat daeromme den fevenden derfelver maent fy hare Gedeputeerden Jouden fchicken hier te zijn, omme met de Gedeputeerden vande andere Steden, die alsdan hier mede fouden wefen, en met my eyndelijcken te refolveren van defe faecke, maer alfoo niemandt van Amfterdam ten felven dage, noch oock den achtften voor de noen gekomen en was, foo is Hoogelande defelven achtften naer de Noen, omme feeckere noodehjeke affairen, t'huys gereyft, van my begeerende , dat ick Hoegaerden foude feggen dat dcEurgcrmeefteren van Gouda in defe faecke van advis waren hun te maecken conform de andere Steden, en dat fy den negenden derfelver maent de Vroetfchan daer op f.mden doen vergaderen , en dat ick hem foude advertccren van mijn wedervaren van Hoegaerden, indien hy quam, en de andere, 't welck ick belooft hebbe tc doen. J)At de voorfz Hoegaerden den felvcn achtften September 's avondts in de Herberge gekomen zijnde, hebbe op den negenden derfelver maent, volgende mijn belofteniffe,■ en ter begeerte vanden felvcn Hoegaerden, aenden voorfz Hogelande gefchreven, dat Mr. Floris my verklaert hadde, dat hy Hoogelande en ick gecommitteert waren om aen hare Majefteyt de Koninginne te follicitcren. uyt bet Placaet van 't recolemcnt van de twee Tienden geroyeert te hebben, dat Brouwerye, daer van het Bier buyten de plaetfe van des Brouwers Refidentie geileetcn werdt, cn de toe-  ( 9i ) toereedinge van Schepen ter Zee foude wefen Koopmanfchap, dat daeromme hy paffen foude 's anderen daeghs by ons te wefen, omme daer van met den Heere van Affendelft te communiceren , en alfoo met diligentic nae dc Koninginne te reyfen. T\E voorfz Hoogelande den tienden Septem^ ber gekomen wcfende, zijn Hoegaerden, en ick 's anderen dacgs gegaen by den Heere van Affendelft, met Franck vander Hoeve, alwaer ick verfocht hebbe, dat de Staten befchreven fouden mogen werden, omme volgende voorgaendc Refolutie gecommitteert te hebben aen hare Majefteyt de Koninginne , die follicitcren fouden dat d'onwillige om te betalen den Impoft van Wijn en Bier, en van twee ftuyvers een oort op de Margen, daer toe geconftringeert fouden mogen werden, of dat het felve 't Landt foude ftrecken tot afkortinge, 't welck hy belooft heeft te doen, te wefen inde Herberge den feventienden defer maent, ten wekken dage mede gefproocken fal werden omme afgedaen te hebben de voorfz claufule, in 't Placaet van 't recolcmcnt van de twee Tienden geinfereert. * Dagh- 1544- Den 8. Sept. Befbhrijvinge van de Staten tot de aen-: ftaende Daghvaert.  ~ T544- Den 18. Sept. C 9* ) * Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Den 18. September, 1544. PR M SENTEN. De Hcercn van Poel- Van Amsterdam. rrgeCjh-- , Huyg Gerr. Hopkoper 9 Van Wipigaerden, Burgermceft. Adriaen van Matenes, ende ^flcoZ» van Duvenvoirde, Mr. Cornelis van Hoge. ende /fl72^, O«o va» Egmondt, Van Gouda. Van wegen d'edelen. Omme volgens de Refo- JacobOom, lutien , genomen de Van Dordrecht. laetfte Daghvaert, «/* Gerrit Steffenfz, Bur- dm dertighften Julii germeefter, te vooren, dat'er eeni- ende ge gecommitteert fou- Mr. Lambrecht , Pen- den werden om aen de fionaris Koninginne te follici- VA-N Haerlem- teren dat d'onwillige Mr. Huyg vanden Eyn- fouden hebben op te de, Penfionaris brengen den Impoft Van Delf. vanden Excijns, ende Jacob vander Does, Bur- van de twee ftuyvers germeefter, een oort op de Margen, cv G11C*e of daer toe geconftrin- Mr. Jacob de Milde , geert fouden werden , Penfionaris 0f dat het felve den Van Leyden. Lande van Hollandt Claes Baesjen, Burger- foude ftrecken tot kor- meefter, tinge, de felve commu- „ ende nicatie gedaen foude Hoegaerden,?enüomvis werden. Ten  ( 93 ) TEn voorfz dage zijn by de Staten genomineert omme te folliciteren kortinge vandc portie vanden onwilligen , om op te brengen den voorfz Impoft, alfoo fy lieden geconftringeert wefende om 't felve te doen, niet en hebben willen obedieren , volgende den ftact daer van zijnde, Hoogelande, Hoegaerden cn ick, om te rcyfen by hare Majefteyt de Koninginne, foo wanneer hare Majefteyt weder fal wefen te Bruifcl, of dat den Heere van Affendelft tijdt dencken fal te wefen om tc reyfen, ten welken tijde by den Hove van Hollandt mede genomineert en befchreven fal werden een vande Edelen, alfoo 't Hof gewoonlijck is de Edelen tc nomineren. (~)Ock zijn van gelijcken de voorfz Perfoo^ nen in der voorfz voegen genomineert, omme ter contemplatie van die van Enckhuyfen, cn het platte Landt van Weft - Vrieflandt, aen hare Majefteyt de Koninginne te folliciteren, om afgedaen te hebben feeekeren Impoft, by die van Over-Yffel geftelt op den Turf , te weten op 't laft acht en twintigh ftuyvers, fonder Oftroy of confent van fijn Keyferlijcke Majefteyt, daer toe de voorfz Staten mede befchreven waren. ■jV|Aer noopende de propofitie, by my de * voorfz Staten ten felven dage mede gedaen , van infgelijcks te folliciteren ter begeerte van die vanden Briele, aen hare Majefteyt de Koninginne, dat de koften by hun gedaen, in 't oprechten van de Kape, dewelcke door ordre van Sijne * Keyferlijcke Majefteyt I544- Den 18. Sept. Hogelande, Hoegaerden, er» den Advocaet gecommitteert omme den onwilligen op te doen brengen den voorfchrevenlmpoft. Omme afgedaen te hebben feeekeren Import op den Turf, bv die van Över-Yffel opgeftelc Propofitie van de Staten , over de betalinge van de onkolten van de * BI. 40.  '544' Ben 18. Sept. U v.ne KaPv. voor den ftrieL Één Tolle- naer van Utregt pretendeertTol te hebben van de Goederen van de Ingezetenenvan Hollandt. Van een Gevangen by die van /\.n!rerdam aen den Raede van ( 94) fteyt ter neder gelcyt waren , of by Sijne Keyferlijcke Majefteyt , of by de Gemeene Zee-reeders bctaelt fouden werden; is gerefolveert, dat alfoo 't felve Landt niet en raeckt, cn dat die vanden Briele daer van eenfdeels gerembourfeert zijn by feeekeren Impoft op dc Schepen , uyt en in Zee zeylendc ; dat daeromme de felve betalinge by 't Gemeene Landt niet en behoort vervoight tc werden maer by die vanden Briele felve. 'TEn felven dage is op de remonftrantie van die van Dordrecht, Amfterdam en Gouda, de Staten gedaen, dat de Tollenacrs van Utrecht vande Offen en andere Beeften en Goederen, tocbehoorende hare Poorters, Tol willen hebben, feggende daer toe laft tc hebben vande Recckcnmccfters, niet tegenftaende dat fy in poffeffie cn gewoon zijn te°volftaen, mits betalende binnen Amersfoort; by hunluyden gerefolveert, dat die van Amfterdam, Gouda en ick gaen fouden by de Hcercn vande Reeckeningen , omme van hunlieden te vernemen uyt wat oorfaecke fy den Tollcnaer van Utrecht belaft hebben tc exigeren den voorfz Thol , nacdien dc Ingefctencn van Hollandt in poffeffie zijn te volftacn, mits betalende den gewoonlijcken Tol tot Amersvoort. 'JTïn felvcn dage is by die van Amfterdam de Staten van Hollant geëxhibeert feeckere Miffive vandc Koninginne, by dcwclcke hare Majefteyt hunluyden belaft een Vrouws-pcrfoon , Jannc genacmt , wefende Poortreffe al-  ( 95 ) alhier, die tot Purmereynden eenige infolentie en oploop gemaeckt foude hebben, en by den Schout van Amfterdam door ordre van den Hove van Hollandt gevangen was, te le¬ veren in handen \Tan den Rade van Hollandt, omme by hunluyden over haer Juftitie gedaen te werden; en naer by hem vertoont was Privilegie te hebben, en oock in poffeffie te zijn van alle criminele faecken kenniffe te hebben, en voorts verfocht dat by de Staten aen hare Majefteyt de Koninginne vervolght foude werden , omme die van Amfterdam niet te bedwingen, den voorfz Jannc aen den Raede van Hollandt te leveren; is by de Staten gerefolveert , dat alfoo van gelijcke faecken op den naem vande Staten, Proces in den Grootcn Raede hangende is, 't welck my belaft is, komende boven , te authoriferen; dat daeromme Staetsgewijs de Koninginne geremonftreert foude werden het Privilegie en Poffeffie van die van Amfterdam, en dat fy ongemolefteert fouden mogen blijven, om den voorfz gevangen den Hove van Hollandt te leveren, fo verre de voorfz Janne Poortreffe was ten tijde van haer voorfz infolentie , alfoo den Procureur Generael wilde fuftineren haer als dan geen Poortreffe geweeft te zijn ; na 't welcke de voorfz van Amfterdam belooft hebben tc vernemen. A Lle 't welck ick den Heere van Affendelft, ten felven dage naer de noene, alfoo hy 's morgens niet prefent geweeft en was, in 't lange weder verhaelt en gerepeteert hebbe, dcwelcke op 't voorfz ketfte poinft ter ant- woor- 1544* Den ib'. Sept. Hollandt over te leren. Rapport aen den Heere van Aflendelfc gedaen.  Den 18. Sept. Commiflariffen om aen hare Majefteyt de Koninginne te folliciteren, dat Bieren , buyten de plaetfe harer refidentie werdende ge voert, en toerustinge van Schepen ter Zee, niet voor Koopmanfchappenwerden gehouden. ♦BJ.41. (96) woorde gaf, dat hy van advife was geweeft dat"len de voorfr Janne, by feeckere Commilfanffen tot Amfterdam foude hooren; maer dat Mr. Ipohtus, Procureur Generael, jegens lijn advis, de voorfz Miffive aendc Koninginne gefolliciteert hadde , wefende ten Hove. Ten felven dage, na de Noene, zijn alle de voorfz prafent geweeft, uvtgefondert den Heere van IVijngaerden , in wiens plaetfe geweeft is den Heere van Affendelft. 'pEn voorfz dage na de noene, na dat by my verfocht was, door ordre vande Gedeputeerden van de fes groote Steden, dat de vooriz * genomineerden noch fouden gecommitteert werden, om aen hare Majefteyt de Koninginne de folliciteren , dat de verklaringe, by hare Majefteyt geftelt in twee Placaten van de toereedinge van Schepen ter Zee , of ten Hanngh, 't waer in een of meer Schepen, yemant had bedragende tot duyfendt guldens, foude wefen Koopmanfchap mitfgaders oock vande Brouweryen , daer van de bieren gefleten werden buyten de plaetfen van hare refidcntie derfelver Brouwers; °emerckt dc felve Toeredinge en Brouwerven voor datum van 't confent, by den Prudent Schoorl genoegh verklaert was te wefen Neringe en dat volgende 't confent alle Neringen vry fouden wefen vande twee Tienden, geroyeert fouden werden ; is by de Edelen, na voorgaende communicatie, verklaert, dat defelve fol-  C 97) follicitatic hunluyden niet en roerde , alfoo defelve twee Placaten buyten haren wete en toedoen geëxpedieert waren , evenwel wel lijden mochten dat by dc Stéden defelve follicitatic gefchicde; maer de Gedeputeerden van de fes groote Steden, hebben ccndrachtelijck verklaert, dat alfoo defelve verklaringe was van quader confequentie, hoe wel dat niet veel en foude uytbrengen, overmits weynigh Brouwers en Toerecders van Schepen duyfent guldens fuyver inde Brouweryen of Toereedinge hadden; dat oock impliceerden contrariteyt , dat Brouweryen binnen de Steden fouden wefen Neeringe, en buyten de Steden Koopmanfchap, dat daeromme defelve genomineerden mede fouden folliciteren de voorfchrevc twee declaratien geroyeert en te niet gedaen tc hebben. ■HTEn felven dage, na dat Mr. Huygh vanden Eynde de Staten vertoont hadde , hoe dat den Biffchop van Utrecht met die van Hollandt, en oock apart met die van Delf geoffereert hadde te maecken een accord, noopende de Geeftelijcke Wereldlijcke Jurifdictie, 't welck die van Delf wel te vreeden fouden geweeft hebben aen te gaen, indien den Bisfchop felve niet en hadde willen houden voor accord generael; maer generael accord en hadden fy niet willen aengacn, fonder de Staten hier van te adverteren, om by hun gefamentlijcken defe faecke gedirigeert te werden, verfoeckende 't felve by hunluyden alfoo gedaen te werden; waer op den felven Mr. Huygh voor antwoorde gegeven is, dat hy elck van11. Deel. G de 1544- Den 18. Sept. Mr. Huygh van den Eynde vertoont aen de Staten het accord voorgeftelc door den Biffchop van Utrecht,noopende de Geeftelijke en Wereldlijcke Jurifdictie.  Den 18. Sept. Den Heere van Affendelft fielt voor een Ordonnantie op het delven van den Turf. Niet toe te laten dat die van *B1.42. ( 98 ) de Steden foude leveren copie vande Articulen, by den Biffchop overgegeven, omme die geficn zijnde, by hunluyden gedaen tc werden foo als 't bchooren foude: Scydc voorts den Heere van Affendelft, dat Schoorl hem gefchreven hadde , dat die vanden Raede behooren den Biffchop te paffecren al fijne Articulen, als redelijck zijnde; waer op Affendelft hem weder feyde, en voor antwoorde hadde gefchreven, dat hy , of een van den Raede by hem ontboden zijnde , hem met recden wel anders fouden onderwij fen. ^En felven dage na de Noen by den Heere van Affendelft verhael gedaen zijnde nootfaeckelijcken te wefen feeckere Ordonnantie te maken op 't uytdelven vanden Turf, alfoo by faute van dien, 't Landt van Hollandt ware gefchapen gantfchelijck berooft te werden van Turf ende Brandingc, en dat hy daeromme in meeninge was nae Bamis de Staten en oock de Hecmraeden tot dien eynde te befchrijvcn; is by Mr. Huygh gefeyt oorbaer te wefen cerft te befchrijven de Heemraeden, omme by hunluyden wat by gefchrifte geftelt te mogen werden, en alsdan met hunluyden de Staten; 't welk den Heere van Affendelft en de Staten gedacht heeft fulcks goedt te zijn , 't welck Affendelft belooft heeft te doen. ^En felven dage in 't fcheyden en opftaen, na dat Mr. Huygh vertrocken was , den Heere van Poclgeeft cn de andere Gedeputeerden het * hooft famen geftoocken hebbende, heb-  (99) hebben verklaert niet te willen pafleren dat die van Delf, als wefende 't lichaem van dien foo rijck als eenige van de andere Steden, inden ommeflagh fouden volftaen, mits provifie geldende met drie duyfent fchilden, volgende feecker Appoinctement provilioneel vande Koninginne; hebben daerom my belaft te verfoecken aen Mr. Jacob dc Jonge, ofte aenden Griffier, omme te hebben feeckere Aéte, daer by t'anderen tijden Mrs Jooft Sasbout en defelve de Jonge, by de Koninginne gecommitteert zijn, omme 'hun te informeren op de geftalteniife van die van Delf, daer uyt 't voorfz Appoinctement provifioneel fchijnt gevolght te wefen, 't welck ick belooft heb te doen. HTEn felven tijde, in t'huys gaen, foo hebben die van Dordrecht , Amfterdam en Gouda gerefolveert hier tc fenden by my haer Gedeputeerden op den vijf en twintighften September , met alle befcheyt dat fy fullen mogen recouvrcren, foo wel dienende om te verkrijgen de voorfz kortinge vande onwilligen, als omme de voorfz declaratie vande Koninginne , 't voorfz vereyffchen vanden Tol 't Utrecht, de voorfz fendinge vande voorfz gevangen Janne alhier inden Hage te hebben, omme op 's anderen daeghs daer uyt by ons een pertinente Inftruótie gemaeckt te werden, om daer mede te reyfen na de Koninginne, foo wanneer 't tijt geven fal. TV"Aer dc Noen is my belaft op feeckere Requefte, overgegeven by de Ingelanden van Hoogeveen , by de Landt-Commanderye van G 2 Utrecht, 1544» Den 18. Sept. Delf, volgens haer Acte provifioneel alleen fouden contribueren. Seeckere Stucken over te fenden by die van Delf, Amfterdam en Gouda. Requefte van diverfche Perfoonen,  T544Den 18. Sept. raeckende diverfche faecken. Requeften van diverfcheSchoulen. Requefte van Bekefteyn, verfoecf e.ide vifïtatie van Sijne Stuckeu. Weddens aen Dirck Wouterfz van drie maenden C ioo ) Utrecht, by den Prior cn gemeene Conventualen van de Cathuyzers buyten Utrecht , vcrloöckende ecnighiints ontlaft te wefen van den Impoft van Wijn en Bier , andere van twee ftuyvers een oórt op de Margen: Voor Appoinctement tcftellcn fermo Regine, 't welck ick oock gedaen hebbe. QP de Requefte van feeckere diverfche Schouten, den Ambachtsbcwaerders van Haferswoudc , Mr. Adriaen Kranenbroeck , Deurwaerder , verfoeckende betalinge van feeckere hare Vacatiën in 's Landts faecken gedaen , hebbe ick door bevel vande Staten ten felven dage geftelt, dat fy hare declaratie leveren fouden.in handen van Suys en my, om die by ons getauxcert tc werden. QOck hebbe ick door bevel als vooren , op de Requefte van Wouter van Bekeiteyn, die verfochte by Bartholomei en de Milde, in wiens handen waren gelevert de ftucken van den Proceffe vande Riddcrfchap en vijf groote Steden, op en jegens den felvcn Bckcftcyn, omme die by hunluyden gevifiteert te werden, daer van rapport gedaen te hebben, is voor Appoinctement gefteldt: Dat overmidts d'abfentie van Bartholomei, hy Suppliant patiëntie hebben foude tot fijne wederkomfte uyt Brabant. j^TOch heb ick door bevel als vooren, op de Requefte van Dirck Wouterfz , Boode /oor Appoinctement geftelt: Dat de Staten hem confcntcerdcn, dat fijn Wed-  ( ioi ) • , Wedqens van veertien gulden 's jaers, hem ! betaelt fouden werden van vier maenden 1 tot vier maenden. 1 f\P 't verfoeck van Heyman vandc Ketel, 1 ten felven dage gedaen by Requefte, om- 1 me van Franck vander Hoeve, Rentmeefter ! van den nieuwen Impoft, te hebben betalinge van twaelf hondert en een en twintigh guldens , van veertigh groeten, hem refterende by flootevan* Reeckeninge, volgende feeckere Ordonnantie vanden Hove van Holland, heb ick door bevel als vooren, den voorfz Franck gcfeydt, dat hy den voorfz Heyman, volgende fijn voorfz Ordonnantie , 'betalen foude, die my belooft heeft fulcks te doen, in pretentie vanden felven Heyman, binnen veertien dagen. Den 24. September, 1544. INJAcr dat ick Mr. Jacob de Jonge gebracht hadde naer de voorfz Acte van Commisfie, omme hem te vifiteren op de geftclteniffe van die van Delf, en daer van begeert Copie , heeft my voor antwoorde gegeven, dat den Heere van Affendelft, Mr. Jooft Sasbout en hy, inden jare vijftien hondert fes cn dertigh , na dat die van Delf verbrant waren, gecommitteert zijn by de Koninginne, omme hem te informeren ten wekken tijde die van Delf geftelt zijn in merckelijcke mindere fomme inden ommefiag, dan met drie duyfent fchilden; maer vermits die van Dordrecht niet en . wouden gehengen dat die van Delf fouden volG 3 ftaen, 1544- iept. oc drie naenden. lequefte 'an Heynan van de ietel. *B1. 43. Den 24. Sept. Acte van Commiflie aen Jacob de jonge, omme hem t; informeren op de gefteltenisfe van die van Deif.  Den 24. Sept. Den 26. Sept. Certificatie van vrydom van die van Amlterdam cn Gouda, raeckende den Tol by die van Utreclit van de Beelten en Goederen van die van Hollandt gevordert. C ) ftaen, mits geldende inden ommeflag met lbo klcynen fomme, foo hebben die van Delf weder gefolliciteert een andere Commiflie op de voorfz drie Perfoonen; cn alfoo die van Delf defelve lieten verjaren, en dat daerommc die van Dordrecht niet en wouden toelaten uyt defelve Aóte gebefoigneert te werden, foo hebben die van Delf van de Koninginne verkregen een Miffive, daer by de voorfz drie perfoonen weder gecommittcert zijn omme hun te informceren als vooren , ende naer voorgaende advis van hunluyden geftelt waren te mogen volftaen, mits inden Ommeflagh geldende met drie duyfent Schilden; en aengaende omme te hebben Copie , fcydc daer van eerft te willen fpreecken met den Heere van Affendelft. Den 26. September, 1544. J-[Eb ick ter prefentie van Jacob Oom, Hoogclande en Hoegaerde, na dat ick van die van Amfterdam en Gouda certificatie van haer vrydomme gekregen hadde , den Reccken-mcefter vertoont en verklaert, volgende dc voorfz Refolutie, dat alle de Ingcfetcnen vanden Lande van Hollandt, en hare Goederen, Tol-vry inden Lande van 't Nederfticht, ten minften vertolt hebbende binnen Amcrfvoort, ende daer van tot Utrecht vertoont hebbende; en hoewel den Tollenaer van Utrecht hem daer naer behoorde te reguleren, hadden nochtans van eenige Bceften, toebehoorende de Poorters van Dordrecht, van ekk ftuck, pafferende t'Utrecht, genomen drie groot, van eenige Bee-  ( io3 ) Heeften, tocbchoorcnde die 'van Gouda een blanck, van eenige Goederen van Amfterdam halven Tol , verfocht daerom dat hunluyden gelieven foude aenden voorfz Tollenaer te fchrijven cn te belaften , gelijck fy oock t'anderen tijden gedaen hadde, dat hy den voorfz Ingezetenen van Holland foude laten genieten hare voorfz vrydommc , volgende hare voorfz geprefenteerde poffeffie, ten eynde de Staten van Hollandt niet genootfaeckt en fouden zijn verdere provifie van de Koninginne te vervolgen. lATAcrom dc voorfz vande Rceckenkamcr, na voorgaende communicatie, ons voor antwoort gegeven hebben, hoe dat den Tollenaer van Utrecht, op hare voorgaende Misfive voor antwoorde gefchreven hadde, dat by Sijne Keyferlijcke Majefteyt, inde maendt van Mey, vijftien hondert drie en veertigh, geordonneert was , dat een yegelijck binnen Utrecht Tol van fijn Beeftcn en Goederen foude moeten geven , * die hy aldacr niet oor^ boirde, maer weder van daer voerde; dat hy oock hunluyden geëxhibcert hadde feeckere Extraéten van Ordonnantie, van date vijf cn feftigh, 't felve vermeldende; dat evenwel fy lieden geen autoriteyt en hadden den voorfz Tollenaer , van 't geene voorfz is , eenige interdictie te doen, als forterende onder den Raedt van Utrecht, maer dat wy 't felve fouden mogen verfoecken aenden Raedt alleen, ofte aen hare Majefteyt de Kominginne, mits welcken wy Copie verfochten vande voorfchreve Ordonnantiën , of daer van met de G 4 Sta- '544Den 26. Sept. Antwoorde op 't geene voorfchreven is van die van de Reeckenkamer. *B1.44.  1544Den 26. Sept. Den 2-. Sept. Jnftructie' vande Gecommitteerden , boven reyfende. Den 30. Sept. De voorfz Inftructie aen AlTendelft gelevert. Reyfe naer 't Hof aen de Koninginne. 1 i Ten ( 104 ) Staten tc mogen concurreren, dewelcke fy ons geacquiefceert hebben, en daer na overgelevert. Den 27. September, 1544. J-jEb ick een Inftruélie gemacckt van 't geene de voorfz Gecommitteerden hebben te verklaren aen hare Majefteyt de Koninginne , volgende de Refolutie, genomen op de Daghvaert, gehouden den achttienden derfelver maent, blijekende by de Copie die ick daer van hebbe. Den 30. September, 1544. J-jKb ick- ter prcfentic van Hoogelande en Hoegaerden , den Heere van Affendelft gelevert d'Inftructic by mv gemacckt, van 't geene Wy te verklaren hebben aen hare Majefteyt dc Koninginne, uyt den naem van de Gemeene Staten, dewelcke my belooft heeft defelve te vifiteren. J-JEcft mede den voorfz Heere van Affendelft ten felven tijde ons gefeyt te reyfen na hare Majefteyt de Koninginne, den festen Oftober, jegens wekken dage hy by den Griffier heeft doen befchrijven den Heere van 3oclgeeft, mede gecommittcert te wefen 's ivondts tot Rotterdam; heeft infgelijcks ons >elooft Brieven van Credcntie mede te geven ien hare Majefteyt de Koninginne.  ( m) T^En felvcn dage, na ick van hun verfocht hadde ons te willen doen hebben copie vande Miffive , by hare Majefteyt aen hem Mr. Jooft Sasbout, en Jacob de Jonge gefchreven, uyt krachtc van dewelcke die van Delf verkregen hebben Appoinctement provifioneel , te mogen volftaen inden Ommeflagh vanden Lande , mits geldende drie hondert Schildt, heeft gefeyt dat hy 't felve niet cn foude derven doen , fondcr te hebben ordre vanden Praefident Schoorl, alfoo hare Majefteyt de Koninginne t'andecrn tijden feer qualijck genomen hadde, dat hy van hare Majefteyts Miffiven de Staten Copie gelevert hadde ; dat wy defelve Miffive daerom aenden Prcefident Schoorl fouden folliciteren , 't welck wy aengenomen hebben te doen. Den 3. October, 1544. T-TEbbe ick gemacckt feeckere Ordonnantie voor den Heere van Alkemade, Heyman Adriaenfz, van Blyenburgh, Mr. Lambrccht Jacobfz, Franck Bartholomcufz, Mr. Jacob de Milde en my gedaen, in dc voorfz Maenden van Mcy cn Augufto, daer breder hier vooren afgefeyt is, en dat in 's Lands affairen. Den 4. Ottober, 1544. T-JEbbe ick aen Mr. Floris van Hoegaerden gefchreven, door onthiet vanden Heere van Affendelft, dat hy eerft op Woensdagh * naeftkomende foude paifen te wefen tot Rotterdam , omme van daer by de Koninginne te O 5 ' rey- Den 30. Sept. Appoinctement provifioneeivan die van Delf. Den 3. October. Ordonnantie voor diverfche Gedeputeerden. Den 4.. Odober. Miffive aen Hoegaerden. *BI.45. /  1544- Den 4. October. Den 8. October. Tauxatie van de Vacatiën van Bartholomei voor den tijdt van twintigh maenden. Commiflie tot een nieuwe Verpondinge. Reyfe naer *t Hof. Dten ( 106 ) reyfen ; en dat overmits Poeigeeft, die hier was, verfocht had niet te mogen reyfen, om. feeckere nootfaeckelijckhcden. Den 8. Ottober, 1544. T-TEbbcn de Heeren van Affendelft , Milde A ende ick, de Vacatiën van Bartholomei, by hem gedaen voor mijn Vader , den tijdt van twintigh maenden , getauxeert tot hondert vijftigh guldens: Noch de Vacatiën by hem gedaen, roerende de faecke van Mr. Tooit Arentfz, zedert den achttienden April tot den twaelfdcn Junii, 's daeghs tot twee en dertig ftuyvers, en daer en boven noch al fijn verleyt geit, volgende fijne declaratie. T^En felven dage heeft den Heere van Affendelft my belaft uyt den naem vande Edelen, Haerlem en Gouda, aen den Prasfident Schoorl te folliciteren omme te hebben Commilfariffcn, die procederen fouden tot een nieuwe Vcrpondingc, fcggende dat t'anderen tijden by Jooft Sasbout, en Jacob de Jonge gecommitteert zijn geweeft , en dat overmits diverfche, in 't dragen van eenige confenten, doleren te hooge verpont te zijn. 'T^En felven dage ben ick met den Heere van Poeigeeft, Hoegaerden cn Hoogelande gereyft na Bruflel.  ( io7 ) Den 13. OÏÏober, 1544. HEbbe ick het inhouden van onfe Inftructie, den Prcefident Schoorl, in 'r. by wefen van Poeigeeft, Hoegaerden en Hoogelande , in 't lange verhaelt, en op 't eerftc poinct, roerende de kortinge vande portie, die onwilligh waren te betalen den Impoft, heeft de voorfz Schoorl ons voor antwoorde gegeven, dat hy daer van rapport foude doen aende Koninginne. (~\P 't tweede poinct, roerende d'Impoft van " die. van Over-Yffcl, op den Turf, feyde den voorfz Schoorl, dat hem niet geraden en dochte 't felve te vervolgen , overmits tusfchen Sijne Keyferlijcke Majefteyt en die van Over-Yffcl geaccordecrt was, dat fy die van Hollandt gantfchel ij eken fouden mogen wcygcren eenigen Turf te leveren, ten ware by die van Hollandt fulcken Impoft betaelt wierde, als by hunluyden naer vermogen 't voorfz Tractaet opgeftelt foude werden, en dat daerommc defelve follicitatie tot onfen achterdeel foude fchijnen te wefen; niet tc min, foude ons copie doen hebben van't voorfz Articul, in het Tractaet begrepen, omme daer op te mogen delibereren. (~XP 't derde Poinét, noopende kenniffe en Jurifdictie te hebben in alle crimincele cn civile faecken, feyde dat de meninge vande Koninginne niet was de Jurifdictie vande Steden en Vlecken van Hollandt te verminderen, maer dat crimen leefa Majeftatis Divina & Huma- 1544. Den 13. Odober. Remonftrantieaenden Prafident Schoorl gedaen. Tweede PoincT: raeckende den Impoft van die van Over-Ylfel op den Turf. liet derde Poinft, ■ omme kenniffe te nemen in alle criminele en civile laecken.  1544Den 13. Oftober. Vierde PoincT: raeckende het Placaei van het recolementvan de twee Tienden.* BI. 46. Laetfle Poinct raeckende de Vrydoir van die var Hollandt iri den Tol tot Utrecht. Inftruétie van de Gedeputeerden. ( io3 ) mance waren gepriviligeert, daer van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, als Souvcrain Heer, ofte fijn Procureur Generael die kenniffe competeerde ; en dat Janne, Poortereffe van Amfterdam, gedaen apprchenderen was om faecken van Luthcryc. QP 't vierde PoincT:, noopende de verklaringe de Koninginne gedaen, in 't Placaet geexpedieert op 't rccolcment vande twee * Tienden, fuftineerden den voorfz Schoorl exprefielijck, by feeckere middelen , dat Brouweryen , daer van dc Bieren geflcctcn wierden buyten de Plaetfe vandc Brouwers refidcntie, cn toereedinge van Schepen ter Zee ende ten Haringh, foude wefen Koopmanfchap cn geen Nceringe. QP 't lactftc PoincT: , roerende dc vrydomme van die van Hollandt, in den Tol van Utrecht , mits vcrtolt hebbende tot Amcrsvoort, feyde dat hy, noopende 't felve fulcks niet te zijn; en datter andere Ordonnantiën by Sijne Keyferlijcke Majefteyt gemacckt waren ; met te min, foude alles aen de Koninginne communiceren, en ons als dan van fijn wedervaren adverteren. 'JTEn felvcn dage heb ick den voorfz Schoorl gelevert Copie van onfe Inftruétie, mitsgaders vanden ftact hoe veel de portie is van de onwilligcn in 't betalen vandon Impoft voor een jacr. * ■ ■ Heb-  ( i°9 ) T-TEbbe voorts ten felven dage aen hem ver^ focht,uyt den naem van de Edelen, Haer-. lem en Gouda , en dat door ordre van den Heere van AlTcndelft, tc hebben Commilïic omme te procederen tot een nieuwe Verpondinge; waer op hy ter antwoorde gaf, dat wy daer mede vertoeven fouden tot de komfte van den Heere van Pract, cn 't felve verfoeck aen hem te doen. Den 16. October, 1544. T-JEeft de voorfz Schoorl nu gelevert de A voorfz Copie van 't Extraft van denTractate, gemacckt tuffchen Sijne Keyferlijcke Majefteyt, en die van Over-Yffcl, omme met den anderen daer van te mogen communiceren , en feyde voorts onfe Inftrucbie en Staet gelevert te hebben in handen vande Heeren vande Finantie. Den 17. October, 1544.. T-JEb ick aenden Heere van Affendelft gefchreven een Miflive, inhoudende verklaringe van onfe befoigne. Den 19. October, 1544. T-JEb ick den voorfz Schoorl gelevert feeckere Copie, niet autenticq, van feeckere Ordonnantie , gemacckt by de Heeren van Buyren, Corbion, Vincent, Cornelis en Jooft Sasbout, als Commiffariffen van 's Keyfers wegen in Over-Yffcl, van dato den fevender Ju Den 13. Üctober. Commiffariffen op da nieuwe Verpondinge. Den 16. Oftober. Traftaec tuflchen Sijne KeyièrlijckeMajefteyt, en die van Over-Yffel. Den 17. Oftober. Advertiftement aen Affendelft. Den 19. Oftober. O rdonnantie gemaeck by den Fleere van Buyren, cum fnis, raec-  Den 19. Oftober. kende die van OverYffel. * BI. 47. Den 23. Oftober. Sollicitatie tot expeditie van de Poinften. ( HO ) I Julii vijftien hondcrdt twee en veertigh, daar by op elck laft Turf, die uyt den Lande ge- voert loude werden, geftelt hebben tot profijte van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, twaelf ftuyvers, waer mede gefurneert fcheen te wefen, foo ick hun feyde, Traótaet tuffchen Sijn Keyferlijcke Majefteyt en die van Over-Ylfel, te vooren gemaeckt, verfoeckende dat hy de felve Copie fouden willen voegen by de voorfz Inftructic en Stact, 't welck hy belooft heeft te doen, feyde foo veel meer datmen jegens den uytgaenden tijdt van 's Kcyfers wegen tot Over-Yffel foude fchicken feeckere Commisfariffen, waer by die van Hollandt mede fouden mogen fchicken eenige. Gecommitteerden, omme den Impoft van acht en twintigh ftuyvers op 't laft Turf, uyt Over-Yffel gaendc afgedaen te hebben; en heeft ons voorts belooft op alle onfe Articulcn expeditie te doen hebben. * Den 23. Oclober, 1544. Enden voorfz Schoorl folliciterende omme expeditie vande voorfz Poinften, heeft ons gefeyt foo geringe te helpen als doenlijck foude wefen. Den 24. Oftober. Den Advocaet congratuleerten verwelIekomt den Stadthouder Praet. Den 24. October, 1544. ILjEbbe ick den Stadthoudcr , gekomende wefende uyt Hollandt, gecongratuleert van fijnen nieuwen Staet, en hebbe voorts hem verklaert hoe wy ten Hove folliciteren vijf Poincten, daer van ick hem Copie gegeven heb-  (III ) hebbe by gefchrifte, verfoekende dat hy de faecke foude willen helpen, avanceren; waer op dc voorfz Stadthouder cerft ons gedanckt heeft van onfe faluatic en congratulatie , en voorts belooft tc fpreecken Mr. Vincent van onfe faecken, en dc Stucken tedoorficn, en alsdan ons te helpen tot expeditie, foo veel hem doenlijck foude wefen. HPEn felvcn dage heb ick weder aenden voorfz Schoorl gefolliciteert expeditie op de voorfz vijf Poinften, die ons belooft heeft expeditie tc doen hebben voor 't fcheyden van de generale Dachvaert , die tot firuffel befchreven was den vijf en twintighften Oftober. T-JEbbe van gelijcken ten felven dage door begeer van Mr. Huygh van den Eynde gcvraeght of onfe Schepen met hare Koopmanfchappen oock vryelijck fouden mogen varen naer 't Weften, fonder vrees tc hebben vande Engclfche en Franfche ? Waer op hy tot antwoorde gaf jae, Zeevarende inde felve Schepen , daer geen Engelfche of Franfche Goederen in waren. T-TEbbe mede ten verfoceke als vooren hem gevraeght. of die gevangen waren voor datum vanden Traftate , jegens den anderen fouden vry gaen of niet ? Waer op hy feyde dat een yegelijck fijn rantcoen foude moeten opbrengen. Dagh- ^ 1544- Den 24. October. Sollicitatie om expeditie te hebben op de vijf poincten. Of de Negotie Weftwaerts foude veiligh wefen. Noopende de Gevangens aen ivederzy.leu.  J544- Den 16. October. De Pnefentcn op defe Daghvaert en weet ick ■niet, alfoo ick ah doen ten Hove was. Vertoonin- ge van een Mifïïve vanden Stadthou- der aende Staten. Vertooninge vanden Stadthouder, datde Staten feer flappelijck de Tienden invorderen.* BI. 48. C 112 ) Daghvaert vande Staten'van Hollandt, gehouden in den Hage - Den 16. October, 1544. Soo Goudriaen en vanden Eynde my gefeyt hebben door befchrijvinge randen Stadhouder , op fijn recep¬ tie , dewelcke fijn posfeffie op den twaelfden derfelver maent genomen hadde inden Raede. DEn Stadthouder heeft aen de Staten vertoont feeckere Miflivc van Sijne Key- ïeriijcKe luajcucyr. , aaer inne ny de Staten verklaerde, overmidts het overlijden van mijn Heere den Prirtcc, hem in fijn plaetfe gecommitteert te hebben, bclaftende datmen in alles hem foude obedieren als fijn cygen Perfoon , en is den Stadthouder als doen 'by den Heere van Affendelft verwcllekomt. ITJAer na heeft den Stadthouder van wegen Sijne Keyferlijke Majefteyt de Staten vertoont, dat fy feer flappelijcken den Tienden Penningh * vande Immeuble Goederen, en van de Koopmanfchap, midtfgaders den Tienden Penningh van 't laetfte confent van hondert vijftigh duyfent guld. op brochten, waer door tot lafte van den Lande Finantic gedaen was wel tot twintigh ten hondert; dat daeromme defelve Staten advifcren fouden dat de voorfz penningen getrouwelijk en met alder diligentie geinnet mogten werden , omme te evitcren verdere fchade en verloop. Waer  C "3 } \XJAer op by de Staten communicatie gehouden zijnde , eyndelijck gcadvifeert is, datmen een yegelijck, ter plaetfe daer hy woonachtigh is by gyfelingc foude conftringeren fijn portie op te brengen; en in gevalle by hun binnen vier dagen na date vande Gyfelingc fijn portie niet opgebracht en worde, datmen alfdan hun in hechteniffe foude leggen. TTNde hebben voorts de Staten aenden Raedt verfocht provifie ten fine voorfz, die defelve hun geaccordcert hebben, omme in alle Plaetfen by de Deunvacrders ter Executie geleyt te mogen werden. Den 25. Ocïober, 1544. T-JEbbe|ick aen Schoorl verfocht, dat hy den Stadthouder foude willen fpreecken, omme te hebben permiffie die volftaen foude mogen tot een nieuwe Verpondinge, waer op hy feyde hoe datmen 't met die van Delf foude maecken ? Daer ick op antwoorde, dat die van Delf 't lichaem roerende, foo rijck waren als ycmant vande andere Steden; dat evenwel de Commiffariffen,op.alles goedt reguard fouden nemen; waer op hy feyde - foo wel Verponding te begeeren als de Steden, alfoomen dan, confent gedragen zijnde, feecker wefen foude watter afkomen foude; en dat de voorfz Verpondinge goet te maken waren inde Steden , mits wetende haren ontfangh cn uytgeef, maer dat 't felve veel moeytc foude hebben over 't platte Landt; waer op ick hem weder fevde, hoe dat eer begonne wierde, eer geII. Deel. H daen ~ J544Den 16. Oftober. By Gyfe- linge te conftringe ren yder ; Gjn portie op te brengen binnen vier- dagen. De Staten verfoecken provifie ten fine voorfchre- ven. Den 25. Oftober Commiflie tot een nieuwe Verpondinge, en verfcheyde debatteu over en weder.  1544- Den 16. Oftob. Appoinctementprovifioneei van die van Delf. Antwoord vanden Pra;fident aenden Advocaet. * Den ( 114 ) daen foude zijn, mits wekken hy my belaftc den Stadthouder daer af te fpreecken. gEyde hem voorts dat de Edelen en vijf groote Steden in geen meeninge en waren, wetende 't Lichaem van Delf feer wel geftelt te zijn, te gchengen dat fy inden ommeflagh fouden volftaen , mits betalende met drie duyfent fchilden, endaeromme mijn belaft hadden aen Affendelft te verfoecken Copie vande Miffive , daer by de Koninginne verklaert hadde, dat fy met defelve fomme fouden volftaen; welck verfoeck by my gedaen zijnde, hadde Affendelft voor antwoorde gegeven,dat hy defelve Copie niet en foude derven leveren, fonder te hebben laft vanden Praffident, alfoo hem t'andercn tijden qualijck afgenomen was, dat hy de Staten copie gelevert hadde van eenige Miffiven van de Koninginne, begerende daerom van my, dat den Pncüdent hem foude belaften defelve Copie te leveren. "y^Aer op den Praffident my ter antwoorde gaf, dat hem niet qualijck afgenomen was, dat hy de Staten Copie gelevert hadde van eenige Miffiven vande Koninginne, maer dat hy van 't een deel van defelve Miffiven hunluyden Copie gelevert hadde, achtervolgende de verklaringe inde felve Miffive begrepen , en dat hy van defe verfochte Miffive de Staten wel mochte copie leveren, maer niet van alle Miffiven by haere Majefteyt aen hem gefchreven, 't welck na fijn difcretie hy wel foude weten te ordonneren.  (115) * Den 4. November, 1544. TVAby my de Staten tot Bruflel op mijn Kax mer vergadert zijnde , rapport gedaen was van 't geene Bartholomei en ick , door haerluyden ordre, met de Gedeputeerden van Mechelen den tweeden derfelver maent gebefoigneert hadden, om van Sijn Keyferlijcke Majefteyt te verkrijgen, dat de Gulde Bulle van Brabant geen plaetfe en foude hebben , noch haer extenderen over de Onderfatcn van Hollandt: Is by defelve Staten, na voorgaende communicatie eendrachtelijck gerefolveert, dat wy ons met die van Mechelen, Middelburgh en Goes fouden voegen , ten fine voorfz, en zijn Bartholomei , Milde en ick gecommitteert, omme volgende de Refolutie by de voorfz Staten genomen, de Requefte by die van Mechelen gemaeckt, een weynigh te altereren. J?Nde na communicatie met hunluyden by ons gehouden, is 't narré en de conclufie van d'eerfte Requefte gealtereert, volgende de Copie die ick daer van hebbe. 'ITEn felven dage is ten verfoecke van die van Dordrecht, vertoonende dat 't Schip van eenen Cornclis Arienfz, Schipper van Dordrecht die inne hadde Goederen, toebehoorende den Hertog van uyt Spai- gnen , by de Francoisfen genomen was; gefeydt dat by Requefte daer jegens aen Sijne Keyferlijcke Majefteyt provifie verfocht foude werden , van welcke Requefte Copie onder my is. H 2 Van 1544- Den 4. Nov. *Bl.4o. Refolutie, om aen den Kcyfer te verfoecken dat de Gulde Bulle van die van Brabant geen plaetfe en mochte hebben by de Onderlaten van Ilollant. Requefte gealtereert, 't Schip van Corlis Ariens, Schipper van Dordrecht , by de Franfche genomen."  1544Den 4. Nov. Verklaringe van den Raede ter begeerte van Rijnsburgh. Verfoeck van die van Leyden, om 't hooft van den Ouden Bos te vermaken. * Ver- "^/"An gelijcken is ten felven dage gefeyt , datmen doen foude op 't verfoeck van die van Delf, roerende de verklaringe by den Raedt van Hollandt gedaen, ter begeerte van die van Reynsburgh, dat haer goederen, niet fortcrendc onder dc Schiltalen, niet gehouden en fouden wefen te contribueren inde lactfte Tienden , blikkende by de Requefte daer van zijnde. jNsgclijcks is gerefolveert datmen aenden Prsefident foude verfoecken, ter begeerte van die van Leyden, dat het Hooft inden Ouden Boffche mochte vermaeckt werden; cn dat 'er by Oótroy op elckcn Paffant geftelt mocht werden een Penningh, ofte voor een jaer een dvyt, niet tegenitaende vanden voorgaende ontfangh geen Reeckeninge gedaen en is.  C 117 ) * Vergaderingc van dc Gcdeputerdcn vandc Staten van Holland, gehouden tot Bruffel, Den 4. November, 1544. '5 avonds na vijf uyren. PR JE SENTEN. Dc Heeren van Gou- Van Leyden. driaen, Claes Baesjen, Burgerende meefter, Van Poeigeeft, ende Van wegen d'EoELEN. l?begaerdsra,Pen{ionaris Willem Bouwenfz, Van Amsterdam. ende Huyg Gerr. Hopkoper , Mr. Nicolaes Bartholo- Burgermeeft. mei, Pcnfion. ende Van Dordrecht. Mr. Comelis van Hoge- Mr. Pieter van Foreerft, lande, Burgermeeft. Van Gouda. Van Haerlem. Mr. Huygh vanden Eyn- Op de generale propofitie de, Penfionaris by Sijne Keyferlijcke Van Delf. Majefteyt gedaen aen Jacob vander Does, Bur- alle de Staten van her- germcefter , waerts over, blijcken- ende de by de Copie daer Mr. Jacob de Milde , van zijnde, en onder Penfionaris my wefende. Den 5. November, 1544. HEbbe ick verder van Schoorl begeert expeditie te hebben op de voorfz vijf Artic. , die my beloofde dat de expeditie van H 3 dien 1544. Den 16. Nov. * BI. 50. Den 5. Nov. Expeditie op vijf Articulen,foohaeft doenlijck.  1544Den 6. Nov. Den 6. Nov. Verfoeck aenden Stadthouder om Commiflie tot een nieuwe Verpondinge. ( «8 ) dien gereet foude zijn, foo haeft de particuliere Propofitie de Staten gedaen foude wefen. Den 6. November, 1544. T-JEb ick ter praefentie van de Edelen, die van Haerlem en Gouda, aen den Stadthouder verfocht te hebben Commiflie, omme te vcrftaen tot een nieuwe Verpondinge, die ons belooft heeft alle addreffe te doen, alfoo 't felve verfoeck redelijck was, en begeerden dat wy ten dien eynde een Requeft overgeven fouden, die ick ten felven dage gemacckt hebbe. Particuliere Propofitie by den Keyfer gedaen. By de Staten den Keyfer bedanckt, en antwoordt op de Petitie gedaen. HTEn felven dage, 's avonds ten vijf uyren, is by Sijne Keyferlijcke Majefteyt, ter prcefentie van alle de voorfz Gedeputeerden, de particuliere Propofitie gedaen, cn van hun gcëyfcht de fomme van honderdt duyfendt guldens, in klaren gelde, te betalen St. Jans Miffe naeflkomcnde, die te vinden by de bequaemfte middelen die fy fouden konnen adviferen, tot ontlaftinge vanden «armen, brecder blijekende by de Copie onder my wefende. Yyelcke voorfz Propofitie gedaen zijnde, foo hebbe ick door onthiet van den Heere van Praet en de Staten Sijne Keyferlijcke Majefteyt grootelijcks gedanckt vande pcyne, mocyte en forghvuldigheydt, by hem gedaen omme ons te prgeferveren jegens de Vyanden, en byfonder dat hy by hulpe van Gode ons beforght hadde een eeuwige Vroede, verklarende voorts dat wy van 't geene hy ons hadde  (H9) • dc doen verklaren , foude doen goet en getrouw rapport; en ten eynde 't felve bequamelijck foude mogen * gefchieden, foo verfocht ick aen Sijne Majefteyt te hebben Copie, foo wel vande voorfz generale als particuliere provifie , en tijdt van een maent omme onfe antwoorde inne te brengen; en dat die van Amfterdam behoefden tien dagen voor gaen en komen , en dat Wy hoopten op onfe wederkomfte goede cn vruchtbare antwoorde inne te brengen. WAer op Sijne Keyferlijcke Majefteyt ons geaccordeert heeft de voorfz twee Copien, en tijdt tot den laetften van defe maent om tc wefen tot Bruflel, en in gevalle van Vorft, dat wy als dan alle diligentie doen fouden ons mogelijck zijnde. Den o. November, 1544. HEbben wy gekregen expeditie op onfe voorfz vijf Articulen ; en op 't eerfte Poincl, raeckende de kortinge, is verklaert datmen de Staten houden fal in furcheantie, op de refte van 't accord van hondert en twintigh duyfent guldens, de twee deden vande geëyfehte een en twintig duyfent guldens, beloopende veertien duyfent guldens voor den tijdt van drie Maenden, binnen wekken tijdt men de Memorie, by de Staten overgegeven, inhoudende de verklaringe vande exempten, die in wcygeringe zijn, doorben fal, om by Sijne Keyferlijcke Majefteyt daer op te ordonneren binnen middeler tijde, fullen de Stater H 4 con 1544- Jen 6. \Tov. ♦B1.5I. Tijdt omme antwoordt in te brengen. Den 8. Nov. Expeditie op de voorfz vijf Articulen , waer van het eerfte Poinct raeckt de kortinge in verfcheyde Beeden.  1544Den 8. Nov. liet tweede Poinct, raeckende den Impolt op den Turf. Het derde Poinct, rakende de Jurifdictie van Criminele en Civile faecken. Het vierde Poinct, raeckende 't recolement van de twee Tienden. ( ™ > continueren de heffinge van den Impoft, hier toe geconfenteert, foo wel op dc exempten als andere, foo veel hun doenlijck wefen fal. QP 't tweede PoincT:', roerende den Impoft op den Turf, daer af fal gefproocken werden inde cerfte communicatie, die men in 't beginfcl vanden toekomenden jare, met die van Over-Yffcl , van defe en andere toekomende faecken te handelen heeft, omme daerinne tc voorficn, tot vordcringc van die van Hollandt, foo verre 't mogclijck weien fal. QP 't derde PoincT:, roerende de kenniffe en Jurifdictie vandc Steden en Vlccken van Hollandt, den Keyfer verftact die te onderhouden in hare poffeffie van alle Criminele en^Civilc faecken, van oudts 't haren kenniffe behoorende, fondcr daer inne tc begrijpen faecken roerende crimen leefee Majeftatis Divine & Humance, en diergelijcke, waer van dc kenniffe na rechten hunluyden niet toe en hoort. QP 't vierde Poinct, roerende de verklaringe afgedacn tc hebben, gcinfercert in 't Placaet op den rccolementc, inde twee Tienden geexpedicert; de Staten fullen hier inne achtervolgen de Ordonnantiën en Placaten daer op gcpublicecrt, gemcrekt dat die inde Brouweryen of toereedinge van Schepen ter Zee of ten Haririgh , niet meer en hebben dan drie hondert guldens eens, inde felve ongehouden zijn. Op  ( 121 ) C\P 't vijfde Poinct. , raeckende den Tollenaer van Utrecht, daer af fal gefchreven werden aenden felvcn Tollenaer 't felve te volkomen, cn die van Hollandt in hare posfeffic van Tolrecht te houden, fulcks als fy die van ouden tijden tot noch toe gebruyekt hebben, ten ware hy redenen hadde ter contrarie, daer af hy Sijn Keyferlijcke Majefteyt adverteren fal, breder blijekende by dc expeditie onder my wefende, by den Audicncier ondertcyekent. * YXTElckc Miffive by my gefollicitecrt zijnde, ick inden Hage gekomen wetende, by Jan mijn Boode op den vijftienden November hebbe doen brengen aenden voorfz Tollenaer, die hem tot antwoorde gaf, dat hy binnen drie of vier dagen foude reyfe naer 't Hof, ende aldaer op alles antwoorde geven. HTEn felven dage is op de Requefte, daer by verfocht was Commiflie tc hebben tot een nieuwe Verpondinge , geaccordecrt Brieven van advis aenden Raede en Rcecken - kamer, blijekende by dc Copie van dien, onder my zijnde, welcke Brieven ick mede gebracht hebbende, den vijftienden November gelevert heb den Heere van Affendelft, die my belooft heeft 't advis te doen hebben jegens dat wy boven reyfen fullen. Tnfgelijcks is ten felvcn dage op dc Requeste, ten verfoecke van die van Delft overgegeven , mede geaccordecrt een beflooten II ocü te bclchryven die van Afperen en Ileuc- kc  c 153; kclom, omme over te brengen de verklaringe van den Impoft van dc Accijnfen, en oock van dc twee ftuyy. cn een oort op de Marge , mitfgaders de penningen daer af gekomen. ^Tclckc Daghvaert ende Befchryvingc , dc voornoemde Gecommitteerden by den Raedt geaccordecrt is , omme alhier in den Hage in de Hcrberge te wefen den vijfden Februarii toekomende. ■ Den 22. Januarii, 1545. TS by Suys ende my, op feeckere verklaringe van Pieter Wiggerfz, ende Albcrt Pieterfz, als Gecommitteerden tot den Impoft binnen Hoorn: By Appoftille geftelt. ' Dirck van Teylingen , Ontfanger van den Impoft over Weit-Vrieflandt, betaélt de Declaranten, uyt redenen in den Text alhier begrepen, drie Caroli guldens cn feftien ftuyvers. Den 23. Jamiarii, 1545. gY Suys, Heyman Adriaenz ende my, alfoo dc andere Gecommitteerden vertrocken , waren, gevifiteert de Quohieren van dc Collecteurs van Alckmaer , Schoonhoven , St. Geertruydenberge, ende dc cerfte van Rotterdam ; ende voorts die van Rotterdam reeckeningen * gcappoftillccrt, ende henlieden al een Inftructic gegeven, hoe fylieden hun voortaen K 5 dra- Den 21, 22ende23. Janijarii. Daghvsert inden Hage tegens den vijfden Februarii. Appoftille op feeckere verklaringe van de Collecteurs van Hoorn. Vifitatie van feeckere Quohieren van de Collecteur', van verfcheyde Steden. * Bi. 4.  1545Den 26, ende 27. Januarii. Den 26 Januarii, 1545. Ut fupra. Vacatiën van de Commiffariffen. Den 27 Januarii', 1545. Ordonnantie op Jan van Riel, Boode. * Dagh- ( 154 ) dragen fullen in het ontfangen van den voorfchreven Impoft. TTY de voorfz gevifiteert de Quohieren van de Collecteurs van Medenblick en Edam, ende de felve Inftructic gegeven ais vooren. \/An onfe Vacatiën zijn my gepaffcert'dertien dagen , de welcke Vranck vander Hoeve geordonneert zijn ons tc betalen, en heeft my betaelt den veertienden Februarii. T—TEbbc ick op feeckere Ordonnantie van Jan van Riel, mijn Boode, die verfochtc betalinge , van dat hy door bevel van de Staten ende my, van Mechelen den tweeden December laetftleden gereyft was naer Antwerpen, omme al daer te verwachten de Keyzcrlijcke Majefteyt, ende de Staten van fijne Majefteyts komftc te adverteren: Voor advis geftelt. Defe Boode heeft in het doen de Reyfe, in dc voorfchreve Ordonnantie gcroert, gevaccert twaelf dagen, behalvcn de onkoften die hy gehadt heeft, waeromme gy mijn Heeren den voorfz Boode foo veel daghgelden mocht toevoegen, als ghy bevinden iült naer recht en reden te behooren.  ( 155 ) * Daghvaert, gehouden inden Hage op Den 7. Februarii, 1544. PR iE SENTEN. Uyt de Edelen. Dc Heeren van Alcke- rnade. Van Goudriaen. Van Poeigeeft. Van Wijngaerden. Van Duvenvoorde, ende Van Hardincxvelt. Ende van de Steden. Willem Bcmvsnfz. ende Heyman Adriaenfz. Van Dordrecht. Claes van Heujfen, Burgemeefter.ende Mr. Lambrecht. Van Haerlem. Jan Safbout , Bur JC- meefter. Vranck Bartholomenfz. ende Mr. Jacob van den Eynde , Penfionaris. Van Delft. Claes Adriaenfz, Burgemeefter.ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Pieter Cantert, Burgcmeefter. ende Jooft Buyck. Van Amfterdam. Witte vander Hoeven, Burgermeefter. ende Mr. Comelis van Hoogelande, Penfionaris. Van der Gouda. Omme tehoorenhet rapport van dc befoignes van dc Commiflarifierj, die gecommit*cl'.-l Waren tot dc vifitatic van de Quohicren van de pariiculierc Ontfangers, ende dc Collecteurs van de kleyne Steden, om te refolveren op de vorderc follicitatie van de vijf Poinctcn, de Kcyzcrlijckc Majefteyt overgegeven , in October 1545. Den 7. Febninrü. *Bi.5.  IS45Den 7. Februarii. ( 156 ) Refolutie op verfcheydepointen. ber Anno vijftien hondert vier cn veertigh, omme te folveren hoe men op die van Voorn ende Puien procederen fal, nopende den Impoft voor de fomme van tfeftig duyfent guldens, met de kosten daerom gedaen , daer inne fy mede gehouden zijn; omme te refolveren hoe denOntfanger Generael hem dragen fal in de betatalinge ende loffinge van des gcmecneLandts Renten; ende omme te refolveren wat de particuliere Ontfangers ende andere, ter caufe van hare adminiftratie tocgevoeght fal werden. OP het eerfte Poinct, is, naer voorgaende rapport by my gedaen, gerefolveert-* dat men met akicr diligentic foude vervolgen, dat den Impoft wettclijcken gcinnct magh werden, ten eynde dc Reeckeninge in April toekomende , daer van pertinentelijcken gedaen magh werden, ende dat de feïve geringe mochte celfercn, alfoo de goetvvilligc daer by groot intereft lijden. Op het derde poincl,naer dat die van Voorn ende Putten, by dc CommilTariffcn geordonneert tot vifitatie van dc Quohieren van dc voorfchreve particuliere Ontfangers gehoort zijn geweeft, omme met henlieden, nopende den voorfz Impoft, tc accorderen, voor de fomme van tfeftigh duyfent guldens, met de koften daerommc gedaen, ende dc felve tot geenen accordc en hadden konncn brengen; foo is eyndelijck gerefolveert, dat de voornoemde van Voorn ende Putten, hare Gedeputeerden tegens den cerften Sonncdagh fchicken fullen by de Keyzerlijckc Majefteyt, met de  ( 157 ) de Gedeputeerden van 't Landt, omme aldaer onderlinge, ter caufe van den voorfz Impoft, te accorderen. * Op het vierde Poinct. is gerefolveert, dat den Ontfanger Generael van den Impoft de verfchenen Renten betalen fal, de eene voor ende dc ander naer, ende dat de betalinge van dien gefchicden fal, van dat de penningen by de Rentiers opghebracht zijn geweeft, hoewel eenige van de Rente - Brieven van later dato zijn^ ende dat by my Acte gemacckt foude werden , dat de particuliere Ontfangers elcks in den haren, fullen mogen betalen de Rentiers onder haren bedryve fortcrende, mits overleverende den voornoemden Ontfanger Jbehoorlijck acquit, ende foo wanneer tot losfmge geprocedeert fal werden, dat men cerft loficn fal de Renten van den gcenen die buyten Hollandt woonachtigh zijn, ten eynde de Inwoonders van Hollandt, by faute van betalinge niet gemolefteert en werden by arreft. Op het vijfde Poinct is gerefolveert, dat men de particuliere Ontfangers, ende de Collecteurs van den Impoft in de kleyne Steden, voor haer moeyten ende vacatiën, toevoegen fal den vcertighften penningh van haren ontfangh , ende indien in het hooren ende fluyten van hare Reeckeningen, yemandt van de Collecteurs den kleynen ontfangh gehadt hadde , bevonden werde meer verdient te hebben , fal het felve by den geenen die tot hooringe van haer Reeckeninge gecommitteert fullen wefen, gchoogt werden. Op het tweede Poinct , roerende de vijf Pointen, de Keyzerbjcke Majefteyt in October 1545. Den 7. Februarii. * BI. 6.  ^ «545- Den 7. Februarii, C 158 ) ber vijftien hondert vier en veertigh overgegeven is, nopende het cerfite poinét van dien, gerefolveert dat men de kortinge van een en. twintigh duyfent guldens , daer van aldaer mentie gemaeckt weridt, andcnnael met alder diligentie aen dc Keyzerlkke Majefteyt fal vervolgen. Op het tweede poinct. van dien is gerefolveert, dat de Gedeputeerden omme te Hove te reyfen, aldaer wefende, folliciteren fullen dat'er geen Commilfariffen naer Over-Yffel gefonden en fullen werden, fonder de Staten daer van te adverteren, ten eynde fy als dan daer mede hare Gedeputeerden mogen fchicken; ende zijn om aldaer te reyfen geordonneert, den Penfionaris van Haerlem en kk. Op het derde poinct. is gerefolveert , dat men infgelijcks andermacl met alder diligentie aen dc Keyzcrlijcke Majefteyt fal folliciteren, dat die van Hollandt onderhouden mogen werden in hare poifeflie,. van kenniffe te nemen in alk criminele faecken, foo wel roerende Crimen lesfe Majeftatis divincs, humane, als andere, gelijck in andere Landen de felve kenniffe de Steden aldaer toegelaten werdt. - Op het vierde poinót is gerefolveert, dat, alfoo het felve geen groot intereft en is, daerom voor defe reyfe daer van geen verdere follicitatie gedaen en fal werden. Op het vijfde poinct is gerefolveert ander* mael te folliciteren, dat den Tollenaer van Ucrecht by de Keyzcrlijcke Majefteyt geordonneert ende bevolen zy , dc voorfz" van Hollandt, ekks in denfynen, te laten genieten ende gebruyeken fuïcke vrydommen, als  ( 159 ) fy van ouden tyden gewoonlijck zijn te gebruycken, en te reftitueren wes by hem, contrarie de voorfz poifeffie, ontfangen is. AMme boven te reyfen, zijn by de Staten gecommitteert de Penfionariffcn van Leyden , der Gouda ende ick, by de welcke feeckere Inftruétie van 't geene wes fy de Keyzerlijcke Majefteyt te verklaren hebben, gemaeckt is ; ende naer de felve by de Staten gevifiteert is geweeft, hebben verklaert dat ick die teyekenen , ende fulcks overleveren foude. * TS mede ten verfoecke van die van der Gouda gerefolveert, nopende Cornelis Andriefz, aldaer gevangen, de welcke myne Heeren van den Raede begeert hebben in den Hage gebracht te werden, ende waer van die van der Gouda geappclleert, ende de grieven onder den Hove geleydt zijn, dat in gevalle het Hof verklaert quod curia non defert, de Staten hen voegen fullen met die van der Gouda, om de appellatie met henlieden ten eynde te helpen vervolgen. A Engaende die van Afperen ende Heuckelom, die mede ter Daghvaert befchreven waren, omme inne te brengen de verklaringhe van den Impoft van de Bieren ende Wynen , ende van de twee ftuyvers ende een oort op de Marge, met dc penningen daer van gekomen , ende by de voornoemde Gedeputeerden niet en waren tot accord te brengen; is gerefolveert, dat fy hare Gedeputeerden van ge- 1545- Den 7. Februarii. Reyfe nier boven. * BI. 7. Cornelis Andriefz, gevangen. Aengaende die van Afperen en Heuckelom.  1545- Den 7. Februarii. Nopende de twee duyfent vijf hondert guldens, beroerendedie van Amfterdam. ( 160 ) gelijcken boven fullen fchicken , omme aldaer ter eaufe van den voorfz Impoft met dc Gedeputeerden vande Staten over te komen. ]M"Opendc de twee duyfent vijf hondert guldens , de welcke "die van Amfterdam, boven haer ordinaris gratie, meer genieten in de Bccde van hondert en vijftigh duyfent guldens, geconfenteert in April vijftien hondert drie cn veertigh voor PaeiTchen , ende waer van den Ontfanger Generael van de Bcede voor de Staten gedolecrtheeft; is gerefolveert, dat de felve by het platte Landt niet cn behoren gedragen te werden, maer dat den Ontfanger voornoemt aen de Majefteyt van de Koninginne fchryven fal, dat dc Staten verftaen de felve tot hare Majefteyts lafte behooren te komen. Penningen refterende aen het confent van hondert en twintigh duyfent guldens. Penningen refterende aen de helft van hondert en vijftigh duyfent guld. A Angaende de penningen die den voornoemden Ontfanger noch refteren, op het confent van hondert en twintigh duyfent guldens; is gerefolveert, dat den voornoemden Ontfanger daer mede patiëntie fal moeten hebben, tot by de voornoemde Gedeputeerden van de Staten, de voorfchreve kortinge van een en twintigh duyfent gulden gefollicitcert fal zijn. "D Oercnde dc penningen, den voornoemden Ontfanger refterende aen de helft-van het confent van hondert en vijftigh duyfent guldens , die by den tienden penningh op het inkomen van de Margentalen gevonden moeten werden; is gerefolveert, de particuliere Ontfangers te belaften, alle de penningen by hem  ( i6i ) hem ontfangen, met alder diligentie in handen van den voorfz Ontfanger Generael te brengen. Den 7. Februarii, 1545. Hebben alle de voorfz Wijngaerden. prefent geweeft, be- Duvenvoorden. halven ende Alckemade. Willem Bouwenfz. A Lfoo den Ontfanger Generael van'sLandts Ommeflagh de Staten doen verthoonen hadde, geen penningen meer onder te hebben, by hem ontfangen uyt krachte van den laetften Ommeflagh; foo is by de Staten geadvifeert, dat elck van de groote Steden opbrenghen foude hondert guldens, omme daer mede by den voornoemden Ontfanger betaelt te mogen werden de Vacatiën ende Reyfen van het gemeene Landt, die van nu tot St. Jans Miffe nacftkomende noch vallen fullen, tot wekken * tijde een nieuwen Ommeflagh gemaeckt fal werden, in de welcke de voorfchreve penningen henlieden ftrecken fullen tot kortinge , ende hier van ekks in den haren rapport te doen, ende van haer wedervaren my te adverteren. /~\P de Requefte van den voornoemden Ontfanger van den Ommeflag , daer by hy verfochte eenige gecommitteert te hebben omme fijne Rckeninge te hooren doen van fijnen ontfangh, van fes en tfeventigh duyfent een hondert negen en tachtigh ponden dertien 11. Deel. L fchel- ^ '545. Den 7. ■ Februarii. Ommeflagh van den Lande by provifie. *B1.S. Requefte van den Ontfanger van het gemeene Landt.  Den 7. Februarii. C 162) fchellingen fes deniers van veertigh grooten, die by verkoopinge van Los-renten op de fes groote Steden geaccordecrt waren , opgebracht te werden, omme welcke te doen hy binnen acht ofte thicn dagen gcreet foude zijn; zijn by de Staten gcordonneert omme de felve Reeckeningen te hooren ende te fluyten, den Heere van Affendelft, een van Delft, ende een van Leyden; ende is my belaft den voornoemden Ontfanger te feggen, dat fy niet en willen dat Mr. Jacob de Jonge, op de voorfz ofte gelijcke Reeckeninghe meer zy, ofte dat fijne Commiflie in de felve Reeckeninge geinfereert zy, ofte anders en foude tot het fluyten van fijne Reeckeninge niet willen verftaen. Commiflarifien omine te hooren de Reeckeningen van de particuliere Ontfangers. YfAn gelijcken zijn ten verfoeeke van derï voornoemden Ontfanger van den Ommeflagh , de voorfchreve drie gecommitteert, omme te hooren ende te fluyten de Reeckeningen van fijne particuliere Ontfangers, ende in gevalle fy eenige fwarigheydt bevonden in het exceffijf eyffchen van haer falaris, is gefeydt dat fy daer van rapport fullen doen aen dc Staten. Aengaende het falaris van de Officieren. Nopende de declaratie van Jan A Engacnde van het falaris van de Officieren , die adminiftratie gehadt hebben van den Impoft van twee ftuyvers en een oort; is gerefolveert, dat den Raedt daer op fal difponeren. jVTOpendc de Declaratie van Jan Dammafz, Deurwaerder, by my de Staten verthoont; is  ( 163 ) is gcfeydt, dat ick met hem fel over een komen na de redenen, maer dat fijn dagh-gelden niet hooger en behoren gepaffeert te werden dan tot feftien ftuyv. 's daegs. Q? dc Requefte van Reyer Willemfz, gevangen , die verfochte van de Staten eenigh fecours van alimentatie tc hebben ; is verklaert , dat die van Leyden hem eenige afliftentie ende behulpfaemhcydt doen fullen; ende dat de Staten, foo wanneer het Proces tuffchen henlieden en den Prokureur Generael van Hollandt, boven in den Grooten Raedt, roerende den voorfz Ryer hangende, gevifiteert en getermineert fal wefen , de voorfz van Leyden het felve fullen recompenferen. C\? de Requefte en Ordonnantiën van Dirck Wouterfz ende Jan van Riel, Booden, verfoeckende betalinge van feeckere Vacatiën, hier in loco de Staten gedaen; is gefeydt, dat, in gevalle fylieden van gelijcke Vacatiën , in voorlede tyden wat gewoon zijn te genieten , daer van docerende men hen het felve fal toevoegen. C\P de Requefte van Jan Dirckfz, Wijnverlater in den Hage, verfoeckende te hebben betalinghe van fijn Vacatiën, in het peylen van de Wynen gedaen, omme te weten den Impoft van dien ; is my belaft voor Appoinctement te ftellen , dat hy van fijne Vacatiën pertinente * declaratie in handen van Suys, ende my leveren foude, om de felve by ons getaxcert te werden als naer redenen. L 2 Op -1545. Den 7. Februarii. Dammafz, Deurwaerder. Requefte van Reyer Wil! ■miss om alimentatie te hebben. Ordonnantie op Dirck Wouterfz ende Jan van Riel, Booden. Requefte van Jan Dirckfz, Wijnverlater in dea Hage, om betalinge. * BI. 9.  ^ '545Den 7. Februarii. Requefte van die van denBrielle, waer fy haer rembourfement fouden halen. i ( 1*4 ) QP de Requefte van die van den Brielle j aen den Raede verfocht hebbende , waer fy haer rembourfement fouden halen van de penningen by hen verfochten, in het oprechten van de Caap , welcke Requefte by Appoinctement van den Hove belaft was in mynen handen te ftellcn, omme daer van met de Staten tc communiceren , welcke communicatie by my ghedaen zijnde; is by de Staten gerefolveert, dat ick den Hove foude rapporteren, hoe dat die van Amfterdam ende andere, tot diverfche ftonden haer Kaepen neder geleydt, ende weder opgerecht hebben, fonder kotten van dien te brengen tot lafte van den Lande; dat oock die van den Brielle het recht van de Caap jaerliicks verpachte, ende des jaers daer af ontfangen twintigh ofte vijf cn twintigh grooten ; waeromme fy oock de koften van de oprechtinghe van dien wel behooren te dragen; dat hier en boven op gelijcke hare Requefte, den dertigften Julii laeftïedcn verklaert is , dat , alfoo de koften van dien in voorlede tyden niet gebracht, nochte gereeckent en zijn, tot lafte van den Lande, dat de felve by het Landt niet cn behooren betaeldt te werden, maer dat by den Hove daer op gcordonneert foude werden, fulcks als fy naer recht ende redenen bevinden fouden te behooren ; ende dat daeromme fy als nu anders niet sn weten te feggen, dan blyven by den felven Appoinétemente, welck rapport ick den Hee•e van Affendelft, fulcks gedaen hebbe , die ny feyde geenen noode te wefen, vorder rapport aen den Raedt te doen. Eo-  C 165 ) T7 Odem, heb ick door laft van de Staten den Griffier gefeydt , dat hy uyt den naem van den Hove, aen de particuliere Ontfangers foude fchryven, dat fy hare Quohieren van den laetften thienden penningh , op het inkomen van de Margentalen maecken fouden , naer de waerde van het Landt, ende volgende den Placate daer van zijnde, op poene het felve aen henlieden te verhalen , ende dat by faute van dien hare Reeckeningen niet gefloten en foude werden. Den 8. Februarii, 1545. Hebben prefent ge- fent waren, behalven weeft alle die geene,, de Gedeputeerden van die den fevenden pre- Delft. TS Milde, Hoogelande, ende my belaft, by de Edelen ende Gedeputeerden van de vijf groote Steden, aen de Keyzerlijckc Majefteyt by Requefte te verfoecken Commilfariffen , omme hen te informeren op den ftaet van die van Delft, ten eynde het platte Landt, ende de vijf Steden hare portie in den Ommeflagh niet meer gehouden en fouden wefen te dragen. T-T Odem is my belaft, ter naefter Daghvaert te vermanen om eenige gedeputeert te hebben, die 's Landts Privilegiën fouden vifiteren. L 3 Den 1545. Den 7, en de 8. Februarii.Den Griffier gelaft de particuliere Ontfangers aen te fchryven , hare Quohieren van den laetften tienden penningh op te maecken, Commifla- riffen omme te informeren op den ftaet van die van Delft. Privilegiën van den Lande te vifiteren.  ■T545 Den 9, en de 12. Februarii. Requefte van Arent van Hardincxvelt. *B1.10. Requefte van de Gedeputeerden van Delft en Leyden, belangende hare Vacatiën. Communicatie met Gedeputeerden van Hollandt, Mechelen ende Zeelandt, beroerendede faecke van deGul deBulle. ( *6Ó ) Den 9. Februarii, 1545. TS op de Requefte van Arent van Hardincxvelt, verfoeckende van eenige Margentalen, die fubjeét waren de Dijckagie, ende daer geen profijt af en quame, ongemolefteert tc blyven van den Impoft van de twee ftuyvers ende een oort; by de Edelen gefeydt, dat fy niet fterck genoegh * en waren om daer inne te opineren, ende de Gedeputeerden van de Steden namen rapport. "pOdem , is op feeckere Requefte van de Gedeputeerden van Delft en Leyden, verfoeckende betalinge van hare Vacatiën , van gehoordt te hebben de Reeckeninghe van Heyman van de Ketel, van de tfeftigh duyfent guldens in den Jare vijftien hondert twee en veertigh geconfenteert, by verkoopinge van Renten opgebracht te werden; gefeydt, dat ick de Supplianten daer van Ordonnantie maecken, en pafferen foude. Den 12. Februarii, 1545. TJEeft den Heere van Affendelft my verthoont feeckere Miffive, by Bartholomei van Bruffel aen hem gefchreven , innehoudende , dat de Keyzerlijcke Majefteyt geordonneert heeft, den eerflen Sondagh in de Vaften tot Bruffel communicatie ghehouden te werden by de Gedeputeerden van Brabandt, ter eenre, ende de Gedeputeerden van Hollandt, Mechelen ende Zeelandt ; ter andere zyde, beroerende de faecke van het Gulden Pri-  ( ï67 ) Privilegie , omme te fien of partyen met vrundfchap geaccordecrt fouden mogen werden ; innehoudende voorts, dat den Praffident Schoorl hem belaft hadde, het felve den voornoemden van Affendelft over te fchryven, ten eynde de Staten van Hollandt daer van geadvèrteert fouden mogen werden, omme hare Gedeputeerden tot Bruffel mede te feilden ; maer alfoo den voornoemden van Affendelft hem laet duncken, van gcenen noode te wefen hier op de voornoemde Staten te befchryven , alfoo Bartholomei ende ick Inftruèie genoegh hadden , omme de voorfz faecke te helpen, foo heeft hy my belaft aen Milde ende Hoogelande , als mede Gedeputeerden , omme te reyfen boven, dat fy in den haren paffen fouden gelaft te werden, om met ons de voorfz faecke te helpen vervolgen, welcke Miffive ick ten felven dage aen de voorfz Milde ende Hoogelande, met Jan mijn Boode gefonden hebbe. Den 14. Februarii, 1545. T-TEbbe ick oock die van Amfterdam Acte gelevert, dat den Renticr aldaer betaelt fal werden het verloop van de Renten, van den tijdt af dat fy de Hooft-pcnningen opgebracht hebben; ende oock Ordonnantie op Vranck vander Hoeve, omme het felve verloop te betalen. L 4 Den 1545Den 12, ;nde 14. februarii. Betalinge van de Rentiers.  1545- Den 19, ende 24. Fébriiarii, Reyfe naer het Hof tot Bruffel. Antwoort op lier eerfte poinct van de Infirutfie. Op het tweede poinct, om kenniffe te mogen hebben van alle Criminele faecken. •BI. 11. Den Tollenaer van Utrecht te geladen de ïngefeterien van Holland te ( ) Den 19. Februarii, 1544. J^En ick met Mrs. Jacob de Milde, en Cornelis van Hoogelande, gereyft naer Brulfcl. Den 24. Februarii, 1545. J-TEbben ick den Pra:fident Schoorl in het lange verhack het innchouden van de voorfchreve Inftructie ons mede gegeven; ende op het eerfte poinót , roerende de kortinge van een en twintigh duyfent guldens, heeft mijn Heere den Prafident belooft daer van te fpreken met de Heeren van de Fmantie. QP het tweede poinét, nopende omme kenniffe te hebben van alle Criminele faecken , heeft ons gefeydt dat de meninge van de Keyzerlijcke Majefteyt niet en was, die van Hollandt te bcnemen'de kenniffe van alle faecken , beroerende Crimen leefe Majeftatis, divince è? humance; maer foo wanneer het felve fijne Majefteyt foude believen , ende dat'er geen goede toeficht en ware , noch Juftitie gedaen en werde, volgende de Placaten van fijne Majefteyt, als onlanghs by eenige Wethouders * gebeurt was, en foude hier van ons mede in de Finantie expeditie doen hebben. QP het derde poinct , dat den Thollenaer van Utrecht belaft foude werden, de Ingezetenen van Hollandt, elcks in den haren, te laten genieten ende gebruyeken fuloken vrydom, als fy van ouden tyden gebruyekt hadden; feyde den Prafident, dat den Thol-  ( 1*9 ) lenaer van Utrecht, op de Miffive by dc Keyzcrlijcke Majefteyt ons gefonden, antwoord: gefchreven hadde , daer van hy ons foude doen hebben Copie. T?Odcm, hebben wy het felve mede verhaelt Mr. Vincent Cornelifz, ende verfocht fijn affiftentie, die ons belooft heeft alle affiftentie ende oock expeditie te doen hebben, leggende van gelijcken dat den voornoemden Tholienacr dc voorfz antwoorde gefchreven hadde. T-TOdem , hebbe ick van mijn Heeren den Praéfident"begeert, dat 'er geen Commiffa* riffen van wegen de Keyzerlijcke Majefteyt na Over-Yffel ghefonden fouden werden, fonder dc Staten daer van te adverteren ; waer op hy feyde, dat het felve niet gefchieden cn foude fonder wete van de Staten , ende dat hy meynde dat de Koninginne na het vertreck der Keyzerlijcke Majefteyt , fel ver daer reyfen foude, of by faute van dien aldaer fchicken andere notable Gedeputeerden. T?Odem , is op de Requefte van dc Heeren van Afperen ende Heuckelom , daer by fy verfochten exemptic, om niet te contribueren in den Impoft: Voor Appoinctement geftelt. De Requeften, mitfgaders Copie van het Privilegie, waer van aldaer mentie gemaeckt werdt , gelevert foude werden in handen van de Staten, omme daer tegens te feggen wes hen goetduncken foude, ende als dan L 5 vor- 1545. Den 24. Februarii. laten génieten vrydom als van oudts. Expeditie aen Mr. Vincent verfocht. GeenCommiïlarilfeavan fijne Keyzerl. Mij. te treeken naer OverYffel, fonder kennisfe van de Staten. Requeften van die van Afperen en Heuckelom , om exemptie in het contribuerenvan denlmpoft.  1545Den 24, ende 25. Februarii. Nopende de faecke van de Jurifdictie. Verklaringe van die vanVoorne ende Putten, nopende hare portie in denlmpolt. Gratie van de Steden. * Den c m) vorder gedifponeert te werden fulcks behooren foude, dat evenwel binnen middelertijdt de lichtinge ende executie van den Impoft, als opgefteldt zijnde tot noodtfaeckelijcke defenfie van de Supplianten aldaer , zijn voortgangh hebben foude. Den 25. Februarii, 1545. J-JEbbe ick, nopende de faecke van de Jurifdictie een Memorie gemaeckt, volgende de Minute onder my wefende , ende de felve den Prcefident gelevert. T?Odem , hebben wy Schoorl, ende Mr. Vincent verklaerdt , hoe dat die van Voorne ende Putten, nopende hare portie in den Impoft, met ons te vrceden waren te accorderen , ende tot dien eynde mede ten Hove gefchickt hadden hare Gedeputeerden; waer op fy ons voor antwoorde gaven, dat fonder eenige fwarigheydt fy mede moeiten contribueren , cn dat hen dachte goet te wefen, nademael fy willigh waren met henlieden accord aen te gaen. TT Odem, by my uyt de Audiëntie geloft de Commiflie voor de fes groote Steden, uyt krachte van de welcke fy in de Beede van vijf en tfeventigh duyfent guldens foude mogen genieten hare gratie, volgende de Afte daer van zijnde, in dato den achtienden Oftober vijftien hondert twee en veertigh.  ( i7i ) * Den 26. Februarii, 1545. COlliciterende aen den Prcefident , omme , ^ nopende de faecke van de Gulde Bulle, met die van Brabandt te mogen komen in communicatie, heeft my belooft daer van te fpreecken met den Cancelier van Brabandt. Den 27. Februarii, 1545. j?Yn de Gedeputeerden van de Staten van Hollandt, met de Gedeputeerden van den Lande van Voorne ende Putten, binnen Bruffel , roerende hare portie van den Impoft, voor de tfeftigh duyfent guldens, daer inne fy mede gehouden zijn by tuffchen-fprcecken van Mr. Vincent Cornelifz, ende op het believen van de Staten geaccordeert in de manieren hier na volgende ; te weten , dat de voornoemde van den Lande van Voorne in de voorfz fomme van tfeftigh duyfent guldens , ende in het verloop van de Renten van drie duyfent feven hondert en vijftigh ponden , voor twee en een half jaer , midtfgaders in de koften te Dijeksfehanfehe gevallen, die Geeftmeer zijn , tot twee duyfent guldens, betalen fullen het acht en twintighfte-deel, welcke penningen gelevert fullen werden in handen van den Rentmeefter van den Lande van Voorne, tot proffijte van de Keyzerl. Majefteyt , de welcke den Ontfanger van. den Impoft van 't gemeene Landt betalinge ftrecken fullen. De 1545* Den 16, ende 27. Februarii. * BI. 12. Nopende de fake van de Gulde Bulle. Roerende de portie van den Impoll voor de tfeftigh duyfent guldens, van den Lande van Voorne en Putten.  ~ '545- Den ij Febru ari. micfgaders den 4. Maert. Portie van die van Voorne en de Putten. Antwoor de van den Tollenaer van Utreclit. Expeditie op de voorla drie poincten roerende de verfochte kortinge van een en twintig duyfent guldens. < 1 ] < C 172 ) £)E voorfz portie van die van Voorne en Putten , beloopt ter fomme van drie duyfent vier hondert fe ven tien ponden een 1 fchell. drie deniers van xl. grooten. j?Odem, heeft M. Vincent ons laten fien, het geene wes den Thollenaer van Utrecht voor antwoorde gefonden hadde, ende was in effefte, het geene daer ick Copie af hebbe; als te weten twee Vonniffen, gewefen by de Gcfworens, in den Jare veertien hondert vijf en tfeftigh, ende feeckere Ordonnantie by de Keyzerlijcke Majefteyt, tot verfoeck van die van Amersfoort gemacckt, in dc maent van Mey vijftien hondert vier en veertigh, ende feyde den voorfz Tollenenaer, volgende dien in poffeffie te wefen, waer tegens wy ter contrarie gefuftincert hebben by fekere diverfe Certificaticn die wy hadden. Den 4. Maert, 1545. J-JEbben wy gekregen expeditie op de voorfz drie pom&en, roerende de verfochtc kortinge van een en twintigh duyfent guldens, continuatie van de voorgaende furcheantie van de twee deelen van de felve fomme maeckende veertien duyfent guldens, voor den tijdt van vier maenden, ingaende naer dato van de laetfte furcheantie , ende dat by Acte onder de handt van de Koninginne; noch een Misfive van hare Majefteyt aen den Hove van Hollandt, daer inne henlieden gefonden werdt Copie van onfe InftruéÜe; mitfgaders van de ftaet,  C 173 ) ftaet, hoe veel de portie van de Onwilligen bedraeght, ende by de welcke voorts henlieden belaft werdt hare Majefteyt over tc fchryven , wat naerftigheydt ende diligentie ghedaen is , omme de voorfz Onwillige te executeren , ende hoe, en in wat manieren men daer voorts inne foude procederen, ende of van nooden wefen foude tc hebben de ftereke handt , omme dat gefien , als dan geordonneert te werden als het behooren foude. * ^et tweede poinct, roerende de Jurif- dictie, feeckere Miffive aen den Raede van de Koninginne, by dc welcke hare Majefteyt henlieden fchrijft, dat in haren Raede gevifiteert zijnde de voorfz Inftruétie, bevinde dat de Appoftille op het felve poinct t'anderen tyde gegeven contrarie de doleantie van de Staten, klaer is, want al is het foo, dat de Wethouders van de Steden ende Dorpen kenniffe nemen van alle Criminele faecken, nochtans en betaemt henlieden geenfints kenniffe noch judicature te hebben van Crimen leefe Majejlatis, divince ac humance, noch van andere, daer van naer Rechten de ordinaris Rechters niet en behooren kenniffe te nemen, dan voor alfoo veele als fyne Majefteyt henlieden gedogen ende toelaten wilde, ende wanneer fylieden gepernicieert hebben, foo behoort hen die kenniffe tc blyven, ten zy dat omme eenige redenen by U bevonden ware nootfaeckelijck te wefen die faecke voor U te beroepen, ende evoceren, het welcke ghy nochtans niet doen en fult dan om rechtvaerdige ende merckelijcke oorfaecken, en wanneer 1545. Den 4. Maert. *BI. r3. Ut fupra.  ( r~4 ) neer ghy fulcks fult willen doen , foo fofcfi het felve de voorfz Wethouders by U Miffiven overfchryven, &c. Ut fiipra. Kopende de faecke van de Gulde Bulle. Den 4, Maert. QP het derde poincT:, roerende den Thollenaer van Utrecht, feeckere Miffive van hare Majefteyt aen de Reecken-kamer by de welcke hare Majefteyt henlieden belaft, foo wel den voornoemden Thollenaer, als de Gedeputeerden van de Staten voor hen te ontbieden , ende de felve te hooren in alle het geene fylieden fullen willen feggen, ende daer op informatie te nemen, indien het noot zy, en van alles hare Majefteyt, mitsgaders van haer advis te adverteren, om voorts daer in te ordonneren als het behoren foude. T?Odem , heeft den Praffident my gefeydt , nopende de faecke van de Gulde Bulle, dat hy hoopte die van Brabandt te brengen ad terminos Juris communis, als dat fy fouden moeten op hare Onderfaten toelaten de arreften, fpruytcnde rationi loei contracti, delicti & rei, maer vorder niet; waer op ick hem voor antwoorde gegeven hebbe, dat die van Hollandt in poffeffie waren de Ingezetenen van Brabandt, uyt faecke van alderley obligatien, te arrelteren , ende dat fy het felve Recht in geender manieren in meeningc waren te buyten te gaen, dat evenwel wy geen vorder laft en hadden , dan met die van Brabandt in communicatie te treden, de middelen van accorde over te nemen, ende van alles rapport te doen ; waer op den Prcefident my weder voor antwoorde gaf, dat, indien hy de Bra- ban-  ( 175 ) banders, ten fine als vooren, mochte induceren , dat hy ons woude vervangen. Daghvaert, gehouden in den Hage Den 4. Maert, 1545. Omme te krygen ftilfaet, ofte abftinentie van Oorloge met die van Schotlandt. HTEn felven dage zijn Mr. Floris ende ick gecommitteert omme het felve te vervolgen, cerft aen den Stadthouder, ende daer naer aen de Majefteyt van de Koninginne, ten eynde die van Hollandt, van de Negotie en Viffcherye niet gcfruftreert en fouden blyven, foo Mr. Huygh my gefchreven heeft, wefende tot Bruffel, by fijne Miffive, wefende in dato als vooren. * "T)En voorfz vierden Maert, foo zijn Mrs. Huygh vanden Eynde, en Lambrecht Jacobfz, gecommitteert by de Gedeputeerden van de les groote Steden, foo vanden Eynden my gefeydt heeft, omme te vervolgen het Proces , het welcke de felve Staten als Appellanten, voor den Grooten Raede hangende hebben, tegens Hans Kuyper van Vlaerdingen, ende dat Burgemeefters aldaer met hem gevoeght, waer van ick den veertienden Maert Mr. Huyg A6te gegeven hebbe, om te leveren Mr. Aelbrecht Bouwenfz Procureur. Den 1545. Den 4. Maert. * BI. 14. Het Proces hangende voor dea Grooten Raet tegens Hans Kuyper, te vervolgen.  1545- Den 7. Maetc. Roerende de faecken van de jurifdictie. Befoigne met die van Voorn en Putten. ( 176 ) Den 7. Maert 1545. "DY Milde, Hoogelande, ende my gevifiteert zijnde de voorfehreve Miffive van de Koninginne, aen den Raedt van Hollandt, roerende dc Jurifdictie, beeft ons gedacht de felve paffabel te wefen, indien defe claufule, ende andere faecken, daer van naer Rechten dc ordinaris Rechters geen kenniffe en behoort te nemen, geroyeert gewceft waren; ende tot dien eynde hebben wy verfocht aen den Praffidcnt, 'dat hem foude .gel ie ven de felve claufule te royeren, feggende die te wefen duyiter ende obfcuyr, 'fulcks als die oock was in' de voorgaende Appoftille ; ende dat uyt krachte van die claufule, het Hof van Hollandt lichtclijck de kenniffe van .alle faecken naer hen fouden nemen; waër op den Pneiident feyde , dat dc voorfz claufule generael in de voorfz Miffive gefteldt was, omme faecken van feditie ende valfche minute, daer..van de Keyzerlijcke Majefteyt dc kenniffe mede competeerde, de welcke dc Keyzerlijcke Majefteyt foude remuteren, indien de felve claufule in de voorfz Miffive niet geftelt en ware cum exceptio ferunt regulam ; maer indien in andere particuliere faecken Crimineel, die van den Raede, tegens de poffeffie van die van Hollandt , de kenniffe wilde ufurpcren, daer van klachtigh komende , foude ons behoorlijcke provifie verleenen. T70dem, hebbe ick aen den Heere van Affendelft gefchreven, onfe voorfchreve befoigne met die van Voorn ende Putten, de voorfz  t *77 ') voorfz Appoinctementen op de Requeften van de Heeren van Alperen ende Heuckelom; de voorfchreve expeditie op de drie poinéten, ende ons Wedervaren , nopende de faecke van. de Gulde Bulle, breder blyckende by de Mt nute onder my wefende. Den 9. Maert 1545. ï-TEbbcn Milde en Hoogelande verworven van de Keyzerlijcké Majefteyt Commiflie, op Suys ende Jacob de Jonge, ten vc.rfoecke van de vijf groote Steden van Hollandt, omme hen te informeren op dc geftaltcnilie van die van Delft, ten eynde fy niet volltacn en fouden, midts in den Ommeflagh contribuerende, naer advcnant van drie duyfent Schilden, breedcr blijekende by de Copie van tic felfde Commiflie onder my wefende. Den 11. Maert 1545. T—TEbbe ick ontfangen van dc Clercquen van A den Praffident Schoorl fekcre Memorie, omme ten tyde als de naefte Ommeflagh ghemaeckt fal werden, te vermanen, dat fylieden voor hare dienften in 's Landts affairen mede wat toegevoeght begeerden te hebben. * T70dem, hebbe ick van Mr. Huyge ontfangen de voorfchreve Miffive, daer inne hy my fchrijft, door onthiet van de Staten, ende den Heere van Affendelft, dat ick tot Bruffel foude blyven , ende verwachten HooII. Deel. M • gaer. . 1545- Den 9, ende 11. Maert. CommhTariil'eh omme hen te informeren op de geftalteniflevan die van Delft. Verfochte gnuuiteyc van de Clercquen van den Prcefident. * BI. 15. Te vervolgen de ftilfaet met de Schotten.  • tS4SDen ii, ende 15. Maert. Antwoort in te bren gen op he accord vm de Gulde Bulle. Te folliciteren eenigh bequaemmiddel van itilfaet met de Schotten. ( Ï78 ) gaerden, om als Gecommitteerden te vervolgen de voorfz ftilfaet met de Schotten. Odem, heeft den Prcefident Schoorl ons ' gefeydt, dat die van Brabandt naer lan' ge communicatie met hem gehouden , hem exprcffelijpk verklaert hadde geen lalt te hebben , omme, mits die van Hollandt ende Mechelen, tot accord te verftaen, mits wekken den Prcefident op onfe Requefte voor Appoinctement geftelt heeft; zy defe Requefte ghelevert in handen van de Staten van Brabandt, omme te feggen dat hen goetduncken fal, en te antwoorden binnen veerthien dagen naeftkomende, brecder blyckende by de Copie van dien. Den 15. Maert, 1545. t-ÏEbbe ick ter prefentie \^an Hoogaerden , ende den Penfionaris van Schiedam , Schoorl, verhaelt, hoe dat in de Daghvaert, gehouden den vierden Maert in den Hage, gerefolveert was, dat men aen de Keyzerlijcke Majefteyt foude folliciteren eenigh bequaem middel van ftilfaet met de Schotten, alfoo den tijdt van te Dogge ten Haringh, ende in Noorwegen te varen, hier was ; op welcke Viffcherye ende Negotie het Landt van Hollandt gunftelijcken gefundeert was, ende want fy fukke en gelijcke faecken het Landt van Hollandt niet gewoon en was yet te doen , fonder advis van den Stadthouder, den voornoemden Hoogaerden ende ick gedeputeert waren, omme ons te vinden by den felven Stadthouder, ende dat wy daeromme in mee-  t 179 ) mnge waren naer Brugge by hem te reyfen. ten ware hy ons een bequaem middel witte té feggen, waer door wy tot het felfde ftilfaet foude mogen komen; waer op den voornoemden Schoorl ons tot antwoorde gegeven heeft, dat den Stadthouder, wefende te Brugge, ons niet en foude mogen helpen, dat wy evenwel by hem trecken fouden, omme te hooren fijn opinie, ende als dan Weder te Hove te komen< ende naer by Mr. Floris hem gefeydt werde, dat hy van eenige van Middelburg verftaen hadde, dat tuffchen de Keyzerlijcke Majefteyt ende de Schotten geaccordecrt foude wefen ^ feyde dat het felve fulcks niet en was. Den 17. Maert, 1545. ï-JEbbc ick ter prefentie van Hoogaerden *, A ende den voornoemden Penfionaris, binnen Brugge mijn Heere den Stadthouder ver* thoont nootfaeckelijck te wefen , tc hebben ftilfaet ofte abftinentie van Oorloge met die van Schotlandt, ofte dat by gebreecke van dien , die van Hollandt gefruftrcert foude wefen Van de Viffcherye ende Negotie, daer fylieden gantfeh op gefondeert zijn, verfoeckende daeromme fijne affiftentie; waer op den voornoemden Stadthouder wel nemende, dat wy by hem gekomen waren, ons tot antwoor^ de gegeven was, dat hem leet was, dat, overmits fyne Siecktc, ons geen meerder affiftentie doen en mochte, feggende dat wy de meefte fwarigheydt hebben fouden met de Engelfche, alfoo die van Schotlandt anders niet en fochten dan Alliantie met de Keyzerlijcke MajeM % jfteyt, m *54S* Den 15, ende 17» Maert. Vertoonin- ge den Stadthouder gedaen de nootfaeckelijcheydt van den ffiifaet met de Schotten.  15+5- Den 17, ende 26. Maert *B1.16. Reftitutie van de Schepen, Gevangens , ende Goederen by die van Schotland: genomen. Antwoort by die van Brabant te doen, raeckende de Gulde Bulle. C 180 5 ftcyt, gaf evenwel ons mede Brieven vlri recommandatie aen de Kon:, en aen den Pra> fident Schoorl. * Welcke Brieven weder tot Bruffel gekomen zijnde, naer dat ick den twintighften Maert Schoorl gelevert hadde, mitfgadcrs feeckere Memorie, omme mede te mogen komen tot reftitutie van onfe Gevangens , Schepen, ende Goederen by die van Schotlandt genomen; foo hebben den Prscfidcnt ende Schepperius ons tot antwoorde gegeven, dat fy op alles met de Ambaifadeuren van Engelandt ende Schotlandt in communicatie fouden treden , ende meenden in drie ofte vier dagen ons abfolute antwoorde te geven, ende te befoigneren tot onfen voordeele, hier naer tot diverfche ftonden acn den Pradident verfocht hebbende om, expeditie , heeft gefeydt, dat fy dagelij cks in onfe faecke befoigneerden , en dat wy wat moeiten vertoeven. Den 26. Maert, 1545. ALfoo den tijdt ommegekomen was , binnen den wekken die van Brabandt hare antwoorde behoorden te leveren , ende defelve niet en hadden gelevert; foo hebbe ick begeert dat fy van antwoort verfteecken foude wefen, ende wy toegelaten ons intendit over te leggen, waer op Schoorl my tot antwoordt gaf, dat kk noch drie dagen foude vertoeven; ende naer dert dertighften Maert feyde my, dat fy by Requefte van de Keyzerlijcke Majefteyt noch uytftel ghekregen hadden van acht dagen. Den  C 18* ) Den eerjien April, 1545. I-TEcft den Prasfidcnt my, ende den Penfionaris van Schiedam gefeyt, dat fy foo verre met den Ambaffadcur van Schotlandt gebefpigneert hadden, dat wy veyligh fouden mogen negotiëren ende viffchen, dan en hadde den voornoemden Ambaffadcur geen exprcffe laft van het geene wes by henlieden gefloten was te accepteren , maer foude op ftaende voet een Boode naer Schotlandt afvaerdigen, ende en twyffelde niet of het felve en foude by dc Schotten gcadvoyeert werden, maer beJafte ons den Prasfident het felve fecreet te houden, ten eynde by de Engclfchc dat niet ge-empechcert cn foude werden , ende de Viffchers cn Zcevaerders alleen te feggen, dat men hoopte alle dingen wel gaen fouden. iV/TAer den Pra?fident my apart geroepen hebbende, heeft my verklaert, dat de Keyzerlijcke Majefteyt met de Schotten geaccordeert was, dat fy onderlinge tegens den anderen visfchen fouden, ende zeylen by fauf-conduiten , ende dat die van Schotlandt fouden obedieren onfe fauf-conduitcn, ende wy de hare, maer bclafte my het felve niemandt te feggen, alfoo het felve gefchict was buyten wille, weten, ende confent van den Ambaffadeur van Engelandt , ende dat, ten eynde het felve tot hare kenniffe komende, by henlieden niet belet en foude werden, ende feyde dat wy naer huys jouden varen, ende paifen terftont naer beloockcn Paeffchen tot Antwerpen te wefen, ende aldaer antwoorde tc vereyffchen. M 3 Den '545. Den 1. April. Befoigne met den Ambaffadeur van Schotlandt om veylig'a te mogen negotiëren ende viffchen. Accord. met die van Schotlandt aengegaen.  1545Den 4, en dep. April. Den 4- April, 1545; Rapport van den Advocaet aen den Heere van Affendelft. •BI. 17. Uyt de Edelen. De Heeren van Lockhorft, endo Van Egmondt. Ende van de Steden. Maerten Schrevelfz. Jacob Oom, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Vranck Pieterfz, Burgemeeftcr,ende Mr. Jacob van den Eynde, Penfionaris. Van Delft. Claes Adriaenfz, Bur-. gemeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. Hoegaerden, Penfionaris. Van Amfterdam. Huyg Gerritfz, Burgcmeefter, ende Mr. Cornelis van Hoogelande, Penfionaris. Van der Gouda. Omme te hooren het rapport van alle de voorfz befoignes. Rapport van de befoignes van iTTE huys gekomen zynde, hebbe ick den Heere van Affendelft van onfe voorfz befoigne goet rapport gedaen. * Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 9. April 1545. PRESENTEN. TEn felven dage naer by my rapport gedaen is geweeft, nopende onfe befoignes op de drie poin&cn, ons by Inftruftie me-  11*3) mede gegeven , nopende het accord by ons gemaeckt met die van Voorne ende Putten; nopende de Appoin&ementen , gegeven op de Requeften van de Heeren van Afperen ende Heuckclom; nopende de faecke van die van Brabant, roerende de Gulde Bulle; nopende de faecke tegens die van Schotlandt, omme ftilfaet met hem te gekrygen: Soo is, nopende het poinct van de Jurifdictie , overmits de Edelen fuftineerdcn niet fterck genoegh te wefen, omme te opineren by de andere Gedeputeerden van de fes groote Steden, concordater gerefolveert by maniere van communicatie , dat men de Miffive dies-aengaende by dc Majefteyt van de Koninginne , gefonden aen den Hove van Hollandt, de felve niet en foude prefenteren, maer alfoo houden, overmits de claufule aldaer geinfereert, nochtans en betaemt henlieden geen kenniffe noch judicature te hebben van Crimenlcefe Majeftatis, divince aut humance, noch van anderen, daer van naer Rechten de ordinaris Rechters niet en behooren kenniffe tc nemen, den Lande van Hollandt geheel prrejudiciabel is in hare jurifdictie , ende dat prcfenterende de voorfchreve Miffive, foude fchynen het innehouden van die by de Staten gcadvoyeert te werden; maer in gevalle by den Raede van Hollandt , het Landt in hare Jurifdiftie eenigh empechement gebeurde, dat men het felve met Juftitie foude wederftaen, ende dat men voorts tempore éf loco congrais, Staetsgewijs aen die van den Raede fouden verfoecken tc willen fuperfederen, de Steden, Vlecken, ende Dorpen van Hollandt te benemen hare JurifdicM 4 tie, Den 9. April. verfcheyde pointen, nopende het accord by ons gemaeckt met die van Voorne ende Putten.  C 184) tie, immers dat fy fouden willen de felve helpen voorltaen, fulcks als by den Raede van Brabandt, de Jurifdiétie van de Steden ende Vlecken aldaer voorgeftacn werdt, alfoo daerom te Hove folliciterende, geen proffijt gedaen cn foude werden. Accord met die van Voorne ende Putten. *BI. 18. Vrydom van Th oliën in het Keder-' i545. Den o. April. J-£ Odem, is het voorfz accord by de Gedeputeerden van de Staten binnen Bruffel, met de Gedeputeerden van Voorne en Putten gemaeckt, by de voornoemde Staten geaccepteert ende geadvoyeert, ende my belaft * henlieden dat te fchry ven, ende dat fy voorts de beloofde penningen met den eerften op fouden brengen , daer van ick oock Vranck vander Hoeve, als Rentmeefter, gelevert hebbe Acte van den felvcn dato. |?Odcm, hebbe ick ter prefentie van de Gedeputeerden van Leyden , Amfterdam , ende der Gouda, volgende de voorfchreve Miffive van de Koninginne, aen de Reeckenkamer geweeft by mijn Heeren van de Reeckeninge , ende hebbe aldaer in het lange verhaelt het Recht van den vrydom indenïhol, het welck die van Hollandt hebben in den Lande van 't Nedcrfticht; waer tegens, naer dat den Lhollenaer van Utrecht mede prefent wefende , ter contrarie gefuftincert hadde, verthooïende aldaer de voorfz twee Vonniffen ende Jrdonnantian; foo is eyndelijck ten verfoecce van de Gedeputeerden van de Staten, by he van de Reeckeninge parthven dagh gege-, ;en van een maendt, om fijn Recht by Cerificatie ofte anderfints te verifiëren.  C r85 ) Eodem, hebben de Staten van Hollandt op het verfoeck van die van Delft, begcerende haerlieder adjunctie met een Vrouws-perfoon, Ingezetene van Hollandt, die betrocken was voor den Grooten Raede extra Provinciam, omme afghedaen te hebben feeckere Geeftelijcke proceduyren by haer binnen 's Landts gcinftitucert; gerefolveert, dat het Mandament van de felve Vrouwe ge-exhibeert foude werden, omme het narré van dien te fien , ende als dan geordonneert te werden als het behooren foude. Eoden , hebben de Staten van Hollandt, ten verfoecke van der Gouda, gerefolveert, dat fy het Proces van Appel, roerende eencn Cornelis Andriefz , aldaer gevangen, tegens den Hove van Hollandt fullen mogen vervolgen op haren naem tot koften van den Lande, daer van ick henlieden een A&c gelevert hebbe. Eodem , is op het rapport van Bartholomei ende de Milde gedaen, roerende het Proces van de Staten van Hollandt tegens Bekeftcyn, die merita caufe in het lange verhaeldt hebben , naer voorgaende communicatie, of men van de faecke Sententie foude verwachten , ofte de felve keeren tot het feggen van goede Mannen; is gerefolveert, dat men om Sententie vervolgen foude, ten ware hy hem ie feer redelijk wilde voegen. Ende zijn henlieden ter caufe van het vin f ieren van bet felve Proces, toegevoeght vijf dagh-geldcn, tot twee en dertigh ftuyvers des M 5 daeghs, i>54$ Den 9. April. Van de faecke de non evot cando. Proces van Appel, roerende eenen Cqniölis Dirckfz vander Gouda. Roerende het Proces van dc Staten van Hollandt tegens Bekefteyn. Ordonnantie op Bartholomeiende de Miide,  1545Den 9. April. Ordonnantie op den Advocaet, Hoogaerden ende Hoogelande. Ordonnantie op Milde, Hoogelande , en den Advocaet. *BI. 19. Ordonnantie op den Advocaet en Hoogaerden. Eo- ( xfttf ) daeghs, waer van my belaft is te maken Ordonnantie, luiks ick'gedaen hebbe. Eodem, is Hoogaerden, Hoogelande, ende my voor onfe Vacatiën, die wy met Poeigeeft, in Oétober vijfthicn hondert vier en veertigh, tot Bruffel gedaen hebben, omme te vervolgen feeckere vijf poinéten , vier en tfeftigh dagh-gelden , ende Hoogaerden vier en tfeftigh ; te weten, voor Hoogaerden en Hoogelande , tot twee en dertigh ftuyvers des daeghs, ende voor my tot fes en dertig ftuyvers, en my belaft henlieden te maken Ordonnantie, fulcks ick gedaen hebbe. Eodem, is Milde, Hoogelande,en my voor onfe Vataticn, die wy gedaen hebben'in Februarii vijftien hondert vier en vertigh, Stilo Curiee in het vervolgen van feeckere drie poinéten, ende de faecke roerende de Gulde Bulle, tegens die van Brabandt, toegevocght veertigh dagen, ten pryfe als vooren. * 17 Odem, is Hoogelande, ende my voor onfe Vacatiën , gedaen in Maert vijfthien hondert vier en veertigh, Stilo Curias', omme te folliciteren ftilfaet en abftinentie van Oorloge met de Schotten, alfoo wy ter dier caufe mede te Brugge geweeft hebben by den Stadthouder , en van Wagen-huyr te kofte gehadt hebben binnen vier dagen, 22 guldens toegevoeht, oock veertigh dagen , ten pryfe als vooren.  C i»7 ) TT Odem , is Mr. Huygh van den Eynden ^ toegevoeght vier dagh-gelden, tot twee en dertigh ftuyvers des daeghs, van dat hy in het beginfel van Maert vijfthicn hondert vier en veertigh , door onthiet van de Staten is gereyft naer den Brielle , Rotterdam ende Schiedam, omme hen te adverteren, dat fy hen als noch niet en fouden in Zee geven, en de om te vernemen of fy geen middelen wiften omme tot ftilfaet te komen met de Schotten. Den io. April, 1545. TS gerefolveert, dat men by den Hove foude doen befchryven alle de particuliere Ontfangers van den Impoft van Bier ende Wijn, ende van de twee ftuyvers ende een oort, ende de Collecteurs van de kleyne Steden, omme alhier in den Hage te wefen den een en twintighften van defe Maent, om des anderen daegs hare reeckeningen te doen voor den geenen, die by de Staten daer toe gecommitteert zijn. Eodem is van gelijcken gerefolveert, by Miffiven die van Afperen, Heuckelom, ende Leerdam te beveelen, dat fy met alder diligentie doen innen den Impoft van Bier en Wijn, en van twee ftuyv. en een oort op de Margen, of dat by gebreke van dien , men tegens henlieden fal procederen by rigoureufe executie. Eodem is mede gherefolveert, by Miffive fan den Hove te belaften de particuliere Ont- fan* *545- Den 9, ea de 10. April. Ordonnantie voor Mr. Huygh vanden Eynden. Particuliere Ontfangers te befchryvenvan den Import van Bier ende Wijn, êcc. Verfcheyde Steden te gelaften, tot innige van den felvenlmpolt. De partic^ liere Om>  Pen io. April. fangersvan den tienden penningh op ïiet inkomen van de Margentalen te geladen , haren ftaet van haren ontfangh over te feilden. Te vifiteren de Privilegiënvan het Landt. Ordonnantie op den Ontfanger Generael, om rembourfe, ment van penningen. Requefte ende Ordonnantie«pQircken Jan, Booden van het Landt. * BI. 20. Onwjlligen die exenip- ( 188 ) faiigers, van den thienden penningh op het inkomen van de Margentalen, dat fy van ftonden aen haren Staet van haren ontfangh, mitf. gaders de penningen volgende dien ontfangen, overfenden in handen van Mr. Cornelis Suys, ofte by gebreccke van dien, ende indien namaels bevonden werde , dat fy meer penningen ontfangen hebben dan volgens de Staet, dat de Kon: verftact, het frait en finantie van de felve penningen aen hen te verhalen. Eodem zijn gecommitteert, om 's Landts Privilegiën te vifiteren vanden Eynde, Milde, ende den Advocaet. Eodem , is op de Ordonnantie van den Ontfanger Generael, verfoeckende van den Ontfanger van den Impoft rembourfement van de penningen, by hem verfchoten voor de Deurwaerders, dat hy fijn declaratie mede overgegeven , by de Gecommitteerden tot hooringe van de Ontfangers particulier van den Impoft, gevifiteert fal werden , om als dan gedifponeert te werden als 't behoren fal. Eodem, is op de Requefte en Ordonnantie van Dirck ende Jan, Booden van het Landt, my belaft ter caufe van hare Vacatiën aldaer geftelt, elcks te paffcren drie ftuyv. 's daeghs, tc weten Dirck feftien , ende Jan veertien dagen. * J7 Odem, is my belaft te feggen mijn Heeren van den Raede, dat haer gelieven  C '39 3 . ; zr tc expediëren haer advis, volgende de Mif- ( five van de Koninginne aen hen gefchreven, ' roerende hoe men fal procederen tegens de Onwilligen, en exemptie pretenderende, om niet te betalen bare portie in den Impoft. EOdem heb ick Bartholomei, Hoogaerden en Hoogelande, elcks gelevert hare voorfz Ordonnantie , ende den voorfz Hoogelande oock Copie authentijcq van 't Privilegie van Koningh Philips. EOdem zijn gecommitteert, omme de Reeckeningen' van de particuliere Ontfangers ende Collecteurs te hooren , den Heere van Alckemade , Mr. Cornelis Suys , Heyman Adriaenfz, Vranck Bartholomceufz, de Milde, ende is den Advocaet belaft den Griffier te feggen, den felven te doen befchryven, hier tc wefen den voorfz 21. April, om op des anderen daeghs te befoigneren. Den li» April, 1545- ÏLTFbbc ick gelevert Pieter Moons de Com1 miffic geverificert , uyt kragte van de welcke de voorfz fes groote Steden fullen genieten hare gratie , in de Beede van 75000 guldens. Den 13. April, 1545- "LJF.bbe ick ' in dc Raedt-kamer , aen mijr A 1 heeren verfocht, dat haer believen foude haer voorfchreve advis, roerende, hoe mei te Jen 10, il ■nde 13. \pril. ie pretenderen. Ordonnantie op Bartholomei , Hoogaerden , en Hoogelande. Commiffariffen tot hooringe van de Reeckeningen vande particuliere Ontfangers en Collecteurs. Gratie van de fes groote Steden. Teproce- . deren tegens d'Onwilligen  . '545Den 13. April, omme dei Impoft te betalen. Ordonnantie opClaes Claefz van Ockenber^en. Ordonnantiën voor Dirk Wouterfz ende Tan van Riel. Te fchryven aen die van Yflelfleyn. Accord met die van Voorne ende Putten aengegaen. C 190 ) tegens de Onwilligen, den Impoft te betalen,1 1 procederen foude, te fenden aen de Majefteyt van de Koninginne; waer op fy my tot antwoorde ghegeven hebben , dat fy het felve met den cerften foude doen ; ende hebben fulcks den Subftituyt van den Griffier belaft, de voorfz Miffive met de Stucken te balen. Eodem, heb ick Claes Claefz van Ockcnbergen, door onthiet van de Milde, gelevert fijn voorfz Ordonnantie , ende oock Copie authentijeq van het Privilegie van Konhigh Philips, mitfgaders een Ordonnantie van vier dagh-gelden, fprekende op twee Gedeputeerden van Delft, ende oock van Leyden, elcks een dagh-gelt. Eodem, Dirck Wouterfz en Jan van Riel, Booden , gelevert hare voorfz Ordonnantiën. Eodem , by advis van Bartholomei, den Griffier belaft te fchryven aen die van Yifelftcyn, gelijcke Brieven als boven by my hem. belaft is te fchryven aen die van Afperen , Leerdam en Heuckclom. Eodem , heb ick het voorfchreve accord binnen Bruffel gemaeckt, tuflehen de Gedeputeerden van Hollandt, ende de Gedetuteerden van Voorne ende Putten , by gefchrifte geftcldt zynde , Vranck vander Hoeve onderteeckent gelevert, ten eynde hydie van Voorne cn Putten foude doen fommcren, omme te betalen de penningen in handen van den Onu fan-  C I91 ) fangpr Generael van de Bcede, volgens den felven accorde, waer van ick oock Copie onder my gehouden hebbe. Eodem, hebbe ick Mr. Huygh vanden Eynde, fijn voorfz Ordonnantie gelevert. * Den 14. April, 1545. TJEn ick met Hoogaerden gereyft naer Me^ chelen, om te folliciteren vorder de faecke van ftilfaet met de Schotten, en de faecke tegens die van Brabandt, roerende, de Gulde Bulle. Den 17. April, 1545. TVTAer ick tot Mechelen Schoorl gevraeght 1 hadde, of er noch geen antwoorde gekomen en was uyt Schotlandt, roerende de faecke van ftilfaet met henlieden, ende daer van te vooren met den Ambaffadcur van Schotlandt gebefoigneert was, heeft my gefeydt als noch geen antwoort ontfangen te hebben , ende dat die geene , die derwaerts gefonden was, eerft van Vliflingen gezeylt was des Woensdaeghs naer Paeffchen; maer alfoo hy goede Wind gehadt hadde, gaens en komens, hoopte binnen een dagh of twee antwoorde te hebben. "17 Odem, naer ick hem gevraeght hadde, of die van Brabandt noch geen antwoorde gelevert en hadden op onfe Requefte, feyde neen, maer dat hem belaft was by de Keyzer- lijc- *545- Den 13,14, ende 17. April. Ordonnantie voor Huyg van den Eynde. * bi. ai Reyfe naer het Hof. Roerende den ftilfaet met de Schotten. Aengaende de Gulde Bulle.  Den 17, er; de 2.7. April. mitfgaders den 4. Mey. Die van Mechelen. Roerende de voorfz fake van de Gulde Bulle. Appoinctement van Schoorl te hebben. C m) IijckeMajefteyt, nopende defe faecke", feecker' Appoinótement te geven, het welck hy doen foude naer den vijf en twintighften der felver Maendt , binnen wekken tijdt die van Brabandt noch wat te verklaren hadden, en dat ick foo lange noch 'foude moeten vertoeven. TT Odem, hebben dc Penfionariffen van Mechelen my gefeydt, dat naer by henlieden defe faecke de Keyzerlijcke Majefteyt gerecommandeert was, fijne 'Majefteyt henlieden tot antwoorde gegeven hadde, dat hy de felve foude doen expediëren, en fulcks daer inne difponeren, dat fy redenen foudea hebben te vreden tc zijn. Den 27. April, 1545. ]VAer ick aen Schoorl tot diverfche Honden vermaen ghedacn hadde , roerende de voorfchreve faecke van de Gulde Bulk , heeft mijn eyndelijck binnen Antwerpen gefeydt, dat ick foude moeten volgen de Majefteyt van de Koninginne tot Bruffel, aldaer die van Brabandt vergadert waren, ende daer wefende , foude ons het voorfz Appoinctement by gefchrifte Hellen , omme het felve die van Brabandt te doen infinueren,, en als dan voorts geprocedeert tc werden als het behooren foude. Den 4. Mey, 1545, T^Ot Bruffel aen Schoorl ten felven fine , follicitatie gedaen hebbende, feyde, dat hy  ( 193 ) hy ons het felve Appoinctement binnen twee dagen foude doen hebben, binnen wekken tijdt die van Brabant fouden vergaderen. Den 6 Mey 1545. t-TOewel die in Schotlandt gefonden was , wederommc gekomen was, waer van ick in het fecreet geadverteert was , lbo heeft Schoorl de refolutie van dien ons eerft gefeydt den thienden; te weten , dat 'er foo veel Saufconduit-Brieven ons mede gegeven foude werden als men * behoeven foude, waer van men ekk Meefter van den Schepe een geven foude, de welcke de Schotten foude obcdieren, maer dat ons Vokk van gelijcken fouden obcdieren de Sauf-conduiten van Schotlandt, die by henlieden hare Schippers gelevert fouden werden. Den 10 Mey 1545. CEyde , nopende de faecke van de Gulde Bulle, dat hy des anderen dacgs op de Requefte, by die van Brabandt dc Keyzcrlijcke Majefteyt overgegeven , foude Hellen , het Appoinctement , het welck fijne Majefleyt voor fijn vertreck hem bclafl hadde daer op te Hellen. Den 11 Mey 1545. T^Ndc des anderen daeghs verfoeckende het felve Appoinctement, feyde, dat hy het felve noch niet geven cn mochte, alfoo hy eerfi een Infiru&ie moeHe maecken, ende dat II. Deel. N den «545Den 4, 6 10 ende 11. Mey. Refolutie beroerende Schotlandt. * BI. 22. Nopende de fake van de Gulde Bulle Appoinctement van Schoorl te hebben.  i54> Den ii, ende 14. Mey. Pafpoorten, of Saufconduit-Brieven te hebben. C 194 ) den Hertogh van Aerfchot tot de felve faecke mede gecommitteert was , die daer van gcfproocken moeite zijn, ende van hem vereyffchen, of ick foude moeten reyfen ende volgen naer Leuven, feyde neen; maer dat genoegh was, dat den Penfionaris van Mechelen met my folliciterende, het felve foude vervolgen , die oock dc laft aengenomen heeft fulcks te doen, ende my van alles te adverteren. Den 14 Mey 1545. HPE huys gekomen zynde, heb ick Jan mjn Boode met een Miffive tot Remunden gefonden , aen den Secretaris d'Eftat, om te hebben 220 Pafpoorten , ofte SaufconduitBrieven, by de Majefteyt van de Kon: onderteeckent.  t ï95 ) * Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 20 ende 21 Mey 1545. PRESENTEN. 1545. Den 20, ende 21, Mey. *3U 23, Uyt de Edelen. De Heeren Van Alc- kemade. Van Lockhcrft. Van Wijngacrden. Van Duvenvoorden, ende Van Noortwijck. Van de Steden, Willem Bouwenfz. Huygh Ceel. Heyman Adriaenfz, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Gerrit Steffenfz, Burgemeefter,ende Mr. Lambrecht. Van Haerlem. Vranck Bartholomeeufz, ende Mr. Huygh. Van Delft. Claes Adriaenfz, Bur" gemeefter, ende Mr. Jacob de Milde, van Leyden. Joofi Buyck. Van Amfterdam. Witte vander Hoeven, Burgemeefter, ende Mr. Cornelis van Hoogaerden. Van der Gouda. Omme te hooren heC rapport van de Gecommitteerden ter Auditie van de particuliere Ontfangers van den Impoft, ende van de drie blancken op de Marge , ende van de Collefteurs in de kleyne Steden. OP den voorfz twintighften Mey , Mr. Cornelis Suys doende rapport, heeft Verklaert,alle de Reeckeningen vandeparticu•N 2 li* Rapport van het vifiteren der Reecke-  „ 1545. Den 20, ende 21. Mey. ringen van de particuliere Ontfangers en Collecteurs. Swarigheden bevonden in de voorfz Reeckeningen. ( I90 • liere Ontfangers ende Collecteurs gevifiteert zynde, bevonden te wefen redelijck wel haer devoir gedaen te hebben, behalven de particuliere Ontfangers van Haerlem , ende van het Quartier van Arckcl , ende dat by den Hove diverfche Miffiven gefchreven waren, omme de ongeregeltheydt aen den geenen daer gebreck bevonden was ; dat oock het fuyver inkomen van den Impoft op alle Goederen, zedert den drie en twintighften Maert, tot den twaelfden April vijftien hondert drie en veertigh, Stilo Curia?, ende voorts van de Wynen en Bieren , alleen tot den laetften Maert vijftien hondert vier en veertigh, Stilo Curise, ende voorts van de Wynen cn Bieren alleen, mitfgaders van de twee ftuyv. cn een oort op de Margentalen, bedraegt ter fomme van fes en tnegentigh duyfent fes hondert fefticn ponden dertien fchell. drie deniers van xl. grooten 't pont, behalven de Onvvilligen. Hier naer heeft den voornoemden Suys verhack, feeckere fwarigheden bevonden té zijn in het vifiteren van de voorfz Reeckeningen; als in den eerften, of die van Wypcrdijck, leggende buyten Heulden, ende met die van Hcusden Accijs betalende, maer Prochyncn, ende forterende in de Ambachts-Hecrlijckheydt van Heulden , onder den Heere van Sevenbergen; van gelijcken , of die van kleyne Buffen , leggende buyten Naerden, ende aldaer te rechte hoorende, ende Accijs betalende, maer elders Prochynen; infgelijcks of die van Made, gelegen buyten den Bugh, en de aldaer prochijn en te rechte forterende, me-  ( 197 ) mede gehouden fullen wefen den Impoft tc betalen. * Waer op by de voornoemde Staten cendrachtclijck gerefolveert is , dat , alfoo de voorfchreve drie Vlccken, met de Steden daer onder gelegen zijn , Accijs betalen, mede gehouden fullen zijn den Impoft te betalen; en de dat fulcks by Miffive van den Hove, de Regeerders van de voorfchreve Steden bevolen fal werden, hare Collecteurs te belaften van de felve Vlecken den Impoft te vereyffchen , ende hen daer toe te bedwingen, ofte by gebreecke van dien, dat tegens hen geprocedeert fal werden volgens de Placaten. T^Odem, alfoo door rapport van den voornoemden Suys gcblecckcn is, dat den Collecteur van den Impoft binnen Woerden, hem qualijckcn gedragen hadde in het ontfangen van dien; foo is gerefolveert, dat by den Hove acn den Cafteleyn, Schout, Burgcmeefters, ende Regeerders van Woerden , mitfgaders aen alle Regeerders van alle de kleyne Steden Miffiven gefonden fullen werden , daer by henlieden 'belaft fal werden de Collecteurs fulcken byftant ende affiftentie te doen , dat den voorfz Impoft ten vollen ontfangen, opghefchreven, ende betaclt werde gelijck in alle groote Steden wel pertinentelijck gedaen werdt, ofte dat by gebreecke van dien de Staten van Hollandt in meeninge zijn , haren intreft ende fchade aen henlieden te verhalen; ende alfoo gefeydt werde by den Cafteleyn en Burgcmeefters , jegenwoordigh wefende, dat N 3 ha- Klachten over den Collecteur van den Impoft binnen Woerden , figh qualijck gedragen hadde in het ontfangen van dien. 1545Den 20. Mey. * BI. 24. Steden en Vlecken mede in den Impoft te betalen.  «545» Den so4 Mey. Van andere Collecteurs vandenlm■poftbinnenIlaerlem, Ten ( 198 ) haren Collecteur genoegh infolvent was; foo is hem gefeydt, ende oock gerefolveert in dg Miffive, die aen die van Woerden gefchreven fal werden, te Hellen, dat fy van dc voorfz Collectatie, voor het geene wes hy fchuldigh bleef, ende noch fal mogen werden , cautie fullen nemen, ten minften van vijf hondert guldens, ofte by gebreecke van dien, een ander Collecteur Hellen onder gelijcke cautie 5 alle welcke Miffiven ick den een en twintiehHen Mey belafl hebbe, den Griffier te doen fchryven , hem daer toe leverende Inftructie , die my belooft heeft fulcks te doen. Naer alle het welcke den Cafteleyn, ende Burgemeefters van Woerden prefent wefen, de, by de Staten belaft is hen te reguleren. .^Lfoo ten felven dage uyt het rapport van den felven Suys, de voornoemde Staten gebleecken is, dat den particulieren Ontfanger aldaer hen qualijcken gedragen hadde, in het ontfangen van den Impoft; immers dat binnen Haerlem tien Collecteurs geweeft waren tot groote koften van het Landt, daer van de drie infolvent, ende die drie Pachters waren van den Accijns, contrarie de Ordonnantie van de Staten; foo is hare Gedeputeerden mede belaft , fulcks daer inne te doen ende te voorficn, dat de Collectatie en de Re-, keninge van dien te rechte gedaen werde, of dat -men het felve aen henlieden foude ver-, halen , waer in fylieden belooft hebben te doen remediëren.  C 199 ) HPEn felvcn dage zijn geordonneert omme te hooren de Reeckeningen van den thienden penningh, op het inkomen van de Margentalen , die te vooren geordonneert waren, omme te hooren de Reeckeninge van de particuliere Ontfangers van den Impoft; als Suys, Alckemade, Heyman Adriaenfz, Vranck Bartholomccufz, de Milde, Vranck vander Hoeve en ick. "POdem , is by de Staten de A6te van den Hove van Hollandt, daer by Vranck vander Hoeve laft gegeven was, omme den Ontfanger Pieter Moons te betalen de reft van vijf cn tfeventigh duyfent guldens, beloopcnde ter fomme van dertien duyfent een hondert achtien ponden drie * fchellingen vier deniers , die men by den tweeden thienden penningh op het inkomen van de Margentalen foude vinden, om te ontgaen de continuatie van de Finantie geadvoyeert, en my belaft het felve op d'Acte tc teyekenen, 't welck ick fulcks gedaen hebbe. EOdem, naer by den voornoemden Suys dc Staten voorgehouden was , door ordonnantie van de voornoemde Gecommitteerden, of de Ambachten, Landen ende Heerlijckhcden, onder de Schiltalen niet begrepen, ende leggen onder die Plaetfen daer men Schiltalen ufcert,mede contribueren fullen in den thienden penningh op het inkomen van de Margentalen; foo is eyndelijck gerefolveert, dat, alfoo in dc Afte van confent ftaet, dat daer inne contribueren fullen Edelen ende OneN 4 Den 20. Mey. Commiffariflen op Je hooringe van de Reeckeninge van den tienden penning ende 't Margengelt. Acte op Vranck van der Hoeve, &c. *B1.25. Of de Ambachten , Landen, en HeerIijckheden,onder de Schiltalen niet begrepen , contribuerenfullen in den tienden pen-  1545Den 20. Mey. ning op het inkomen van de.Margentalen. Te procederen tegens d'Onwiliigen in het betalen van den Import, Verfoeck vau dc Ca- ( ÏOO ) dolen, Vryc ende Onvryc, welcke woorden wat behoorden te opereren; dat oock de Inftructic de Gedeputeerden van dc Staten mede gegeven , daer op het confent gcvolght is, fpreeckt van alle de Vryen, leggende ter plaetfe daer men Schiltalen ufeert, excipierende voorts die van Althena, Yffelfteyn ende andere; dat oock by feeckere Miffive van de Keyzerlijcke Majefteyt, aen den Raede van Hollandt gefchreven , blijekt, dat Edelen ende Vryen, gelegen als vooren hare portie, niet tegenftaende eenige oppofitie, by provifie fullen namptiferen , dat dacrom de felve Plaetfen mede fullen contribueren in den voorfz tienden penning. T?Odem, naer dat by Suys door onthiet van den Rade, aen de Staten verfocht is, te weten haer opinie , by wat manieren men foude procederen tegens de Onwilligen te betalen den Impoft, ofte by executie, ofte by overhandt ; is eendrachtelijck gerefolveert, dat dc Staten niet en competeert , op de voorfz executie te difponcren, alfoo henlieden by faute van betalinge, kortinge geconfenteert is, naer dat die van den Raede de voornoemde Onwilligen by alle manieren behoren te conftringeren tot betalinge; ende voorts haer advis, roerende defe faecke, de Kon: over te fenden, fulcks als fy het verftaen , volgens de Miffive van hare Majefteyt ontfangen, QP het verfoeck van de Cathuyzers buyten ■ den I3crgh, dc welcke uyt 'krachte van ha-  C 201 ) bare Fondatie-Brieven, fuftineren vry te wefen van de twee ftuyvers en een oort op de Marge ; is gerefolveert dat fy mede lullen moeten betalen. 17Odem, is my belaft tc ftellen op de Requefte van den Pradact, van Barent buyten Hcufden, die vernachte dat men hem foude ongemolefteert laten, om te betalen den Impoft, &c. Is my belaft nihil te ftellen, fulcks ick gedaen hebbe. 17Odem, is op de Requefte van den particulieren Ontfanger van Weft-Vriflandt, die verfochte of hy den Procureur Generael foude leveren Copie, foo wel van de eerfte, als van het tweede acnvangen van de twee thienden van die van Schagen;is gerefolveert, dat men hem niet leveren en fal dan by weten ende confent van de Gecommitteerden van de Koninginne ende Staten, alfoo by de Koninginne belooft is, dat de Quohieren van de twee thienden, ende van den laetften thienden penningh, fecreet fouden blyven, maer dat men wei by advis als vooren, hem foude mogen leveren Copie van de Quohieren van den geenen, die bevonden werden qualijcken aen?ebracht te hebben, en vorder niet. * Den 21. Mey 1545. *B1.26. Zijn alle de felve pre- Duvenvoorde, fent geweeft,behalven Noortwijck, ende Lockhorft. Gerrit Steffenfz. . Wijngaerden. Ende dat als doen N 5 daer 1545- Den 20, en de 21 Mey. thuyzers buyten <;en Berg, &c. Her verfoeck van denPrselaet van Barent buyten Heufden, afgeflagen. Requefte van den particulieren Ontfanger van WeftVrieflandt.  154.?. Den 21. Mey. Accord met die van Schotlandt. Roerende de faecke van de Gulde Bulle. ( *» ) daer en boven meer Arent van Hardincxprefent geweeft is, velt. J)En een en twintighften Mey , naer ick rapport ghedaen hadde, hoe dat tuffchen de Keyzerlijcke Majefteyt, ende die van Schotlandt geaccordeert was, dat fy onderlinge op Pafpoorten ofte Saufconduit-Brieven fouden zeylen, viffchen ende negotiëren , ende dat de Staten onfe Pafpoorten, ende wy de hare, fouden obcdieren , fonder eenigh geldt daer , vooren te geven, dan alleen den Secretaris d'Eftat, voor fijn moeyte voor elcke Pafpoort eene Caroli gulde , ofte foo veel als de Staten naer rcdelijckheyt hem fouden toevoegen , ende of de felve Caroli gulde, ofte dat hem toegcvoegt foude werden by elck Meester van den Schepen betaelt foude werden, ofte by het ghemeene Landt; foo is cendrachtelijck by dc Staten gerefolveert, dat, omme de confequentie wille, ende dat oock het eene Schip merckelijck meerder is dan het andere, niet geraden cn ware het felve by de Meefters van de Schepen betaelt tc werden; maer dat den voornoemden Secretaris een eerlijcken penningh toegevoeght fal werden voor fijn moeyte, tot het feggen van de Staten; den Heere van Affendelft ende den genen die gecommitteert geweeft zijn, om de voorfz Saufconduitcn te vervolgen. T7 Odem, heb ick mede rapport gedaen van mijn voorfz befoigne, ende de antwoorde by den Pra?fident Schoor! my gegeven, roerende de fake van de Gulde-Bullc, tegens die van Brabandt. Eo-  < 203 > EOdem, naer ick door onthiet Van de Staten aen Suys vereyfcht hadde, door wat laft en commiflie hy met de Sanfto gehoordt hadde de Reeckeningen van eenige particuliere Ontfangers van de twee thienden, fonder bywefen van de Gecommitteerden van de Staten, de welcke nochtans gefamentlijck gecommitteert waren, omme de felve Reeckeninge te hooren onder den Eedt die fy doen fouden , ende naer die gedaen hadden, om alle het felve fecreet te houden; ende dat den voornoemden Suys ende de Sanóto by de Staten gecompareert zynde, verklaerdt hadden , het felve gedaen te hebben uyt krachte van feeckere Miffive, by dc Koninginne aen henlieden gefchreven, in dato den feventhienden April vijfthicn hondert vijf en veertigh, naer Paeifchen, de welcke by de Staten gelefen wierde ; foo is eendrachtelijck by de felve Staten gerefolveert, dat by de middelen voornoemt een Requefte gemaeckt foude werden, daer by aen de Koninginne verfocht foude werden, dat niet tegenftaende de voorfchreve Miffive den voornoemden Suys, ende de San&o belaft foude werden, niet te procederen tot vorder hooringe van de felve Reeckeningen , dan by het bywefen van de Gecommitteerden van de Staten, ende dat onder den Eedt van het felve fecreet te houden, ende dat de felve Requefte by een Boode van den Hove gefonden foude werden aen hare Majefteyt. IXTElcke Requefte by my gemaeckt zynde, l*v met feeckere vcrificatien daer toe dienen- r .aar Den au Mey. Van da hooringe van de Reeckeninge van de twee tienden'by Suys en Sancto gedaen. nilyoT fifiv - -',::;'•;!-.a • oalfoO sb Requefte met fekere  1545Den 21. Mey. verificatie!; nar- 't Hof gefonden. *B1.27. De Reeckeningevan Dirck van Teylingen. Befchry- Vlnge van de Collecteurs. CommifTarifïèn op de Reeckeninge van de Collecteurs. Den ( 204 ) nende', ick; gefonden hebbe den twee cn twintighften .Mey, door onthiet van den Heere van Affendelft, met Jan Joly, met een Misfive aen den Audiencier , om te gekrygen wes .voorfz. is. *]70dem , hebben de voornoemden Gecommitteerden gehoort ende gefloten de Reeckeninge van Dirck van Teylingen , particulier Ontfanger van den tienden penningh, op het inkomen van de Margentalen, over het Quartier van Weft-Vrieflandt, die als doen gercet was, ende is bevonden fijnen ontfangh te-bedragen ter fomme van vijfthicn duyfent vijf hondert achtien ponden twee deniers, JTOdem,. hebben de voornoemde Gecommitteerden gerefolveert, dat men de andere particuliere Ontfangers van den felven tienden penning foude doen belchryven den twintighften Junii alhier in dc Herbergc te wefen, om op 's anderen dacgs hier Reeckeningen te doen, welcke laft Vranck vander Hoeve "aengenomen heeft. Odem, hebben de voornoemde Gecommitteerden my belaft op de naefte Daghvaert te vermanen , wie men committeren fal tot de verificatie van dc Reeckeninge van den Impoft, ende twee ftuyvers en een oort op de Marge gedaen by de particuliere Ontfangers en Collecteurs, voor de Commilfariflen voornoemt.  (S 205) Den 30. Mey, 1545' HEbbc ick door onthiet van den Heere van Affendelft, aen den Secretaris d'Eftat gefchreven , omme te hebben noch tfeftigh Pafpoorten , welcke Miffive gefonden is met Stoffel. Den 6. Junii, 1545. {^Ereyftmet Matheeus Janfz van Haerlem, ^ door onthiet van den Heere van Affendelft , by de Koninginne, tot Deventer omme afgedaen te hebben den Impoft van acht en twintigh ftuyvers, by die van Over-Yffel geftelt op elck laft Turf, uyt den Lande voerende. GEkomen wefende tot Deventer, naer dat ick , volgens mijn InftruóHe , mynen Heere den Pnefident Schoorl, ende Mr. Vincent verklaerdt hadde, foo by monde, als by Requefte, dat die van Over-Yffel fonder Confent ende Oftroy van de Keyzerlijcke Majefteyt, op elck laft Turf uytvarende, geftelt hadden den Impoft van acht en twintigh ftuyvers , boven de voorgaende laftcn van veertien ftuyvers, verfoeckende daeromme den fclven Impoft afgedaen te hebben : Soo hebbe den voornoemden Praffident , ende Mr. Vincent den derthienden Junii voor antwoorde gegeven , dat den voorfz Impoft opgeftelt was by ordonnantie van de Majefteyt van de Koninginne, dat den voorfz Impoft niet en was generalij ck voor het geheel Jaer opgeftelt, maer al- 1545. Den 30. Mey. mitfgadefs 6 Junii. Miffive aen den Secretaris d'Eftat, om nochtfeftig Pr.fpoorten. Reyfe naer Deventer By de Koninginne. Impoft op den Turf gefteldt by die van O» ver-Yflel.  Den 6, 8 ende It. Junii. *Bl.a8. Tfeftigh Palpoorten den Heere van Aflendelfc gelevert. Miffive door Jan mijn Boode den Advocaet bin- ( aorj ) alleenlijck by de voorfz ordonnantie verklaerti dat men geen Turf voor St. Laurens, uyt den Lande aldaer en foude mogen voeren , dan mits betalende den voorfz Impoft van acht en twintigh, boven de veertien ftuyvers , ofte mits betalende een oude fchilt, het welck is de voorfz fomme van twee en veertigh ftuyvers, ende naer St. Laurens, mits betalende tvvaelf ftuyvers , ende hebben my doen hebben Copie authenthijcq van de felve ordonnantie, die ick mede gebracht hebbe, wefende in dato den feventhienden November vijfthien hondert twee en veertigh , feggcnde voorts dat het felve alleen geaccordeeit was, omme dat die van Over-Yffel ecrft van den Turf fouden mogen voorfien zijn ; ende dat het kleyn intreftvoor die van Hollandt was, want, naer St. Laurens, mits betalende dc twaelf ftuyvers, fy foo veel Turf moeftcn halen als het haer * beliefde, ende dat wy na de felve ordonnantie ons fouden moeten reguleren. Den 8. Junii, 1545. JAn mijn Boode, heeft mijn Heere van Affendelft gebracht en gelevert de voorfz tfeftigh Pafpoorten, daer Stoffel omme gefonden was. Den li. Junii, 1545. J-JEeft Jan mijn Boode binnen Deventer mijn gebracht een Miffive van den Audi* encier, mitfgaders een Apnoinaemcnt op de voorfzHequefte by my.tot Aernem gefonden, in-  C 207 ) inhoudende, dat dc Koninginne fchrijft aen de Commiffariffen Suys ende de Sanóto, niette procederen tot hooringe van de Reeckeninge van de twee thienden ; dan in het bywefen van de gecommitteerden Staten, ende onder den Eedt van de felve fecreet tc houden, feggende voorts de Miffive aen den voorfz Suys ende de Sanóto gefchreven, Mr. Pieter de Sanclo gelevert te hebben. f Den 17. Junii, 154-5- HPE huys gekomen zijnde, heb ick van mijn voorfz bcfoigne tot Deventer den Heere van Affendelft rapport gedaen. Den 19. Junii, 1545. X-JEbbe ick onder mijn handt Acte gelevert van dato den fevenden Februarii by de Staten, omme te hooren de Reeckeninge van Heyman vande Ketel, nopende fijnen ontfangh van fes en tfeventigh duyfent een hondert negen en tachtigh ponden dertien fchellingen fes deniers van veertigh grooten, die by verkoopinge van Renten op de fes groote Steden geaccordeert waren, opgebracht te werden; gecommitteert zijn den Heere van Affendelft , een Gedeputeerden van Delft en Leyden. Den ar. Junii, 1545. T-JEeft Mr. Cornelis Suys my gefeydt, dat A1 de hooringe van de Reeckeninge van de particuliere Ontfangers van den thienden penningh, Den 11,17, ioendeci. Junii. uen Deventer gebracht van den Audiencier,&c. Rapport van den Advocaet, aen den Heere van Affendelft. Te hoorea de Rekeninge van Heyman van de Ketel ,nopende fijnen ontfang. Uytitellinge van de hooringe van dè  1545- Den 21, en de 24. Junii. Reeckeninge van de Collecteurs van de particuliere Ontfangers van den tienden penning. Ut fupra. Acte aen den Ontfanger GeneraelMoons gelevert. * Den ( 203 ) ningh, op het inkomen van de Margentalen , die geordonneert was ten felve dage gedaen te werden, uytgefteldt is tot dat de particuliere Ontfangers van de twee tienden hare Reeckeninge met alder diligentie de Koninginne belaft hadde te hooren; feyde mede, dat de felve Reeckeninge foude weien controlleur van de Reeckeninge van den thienden penningh op het inkomen van de Margentalen. Den 24 Junii 1545. J-jEcft Mr. Cornelis Suys my gefeydt, dat die tot hooringe van de Reeckeningen van dc particuliere Ontfangers van den nieuwen Impoft gecommitteert waren, in April laetftleden , my wefende te Hove geordonneert hadden, dat Vranck van der Hoeve den Ontfanger Generael foude rembourferen de penningen by hem verfchoten, voor de Vacatiën van de Commiffariflèn, Deurwacrdcrs ende Booden, in de faecken van den voorfz Impoft ende tienden penningh op het inkomen van de Margentalen , door onthiet van den Hove van Hollandt, en dat ick daer van foude maken Acte. Welcke Acte ick oock op den naem van de voornoemden Gecommitteerden, den 25 Junii den Clercq van den Ontfanger Generael, Pieter Moons, gelevert hebbe.  t io9 3 * Den 28 Junii 1545* {"^Elcvcrt Jooft van Rijswijck , Ontfanger T particulier van den tienden penningh op het inkomen van dc Margentalen, een Commiflie ende Exccutorie, omme de felve penningen te inhëh: Den 5 Julii i$AS- T-JEbbè ick gefonden met mijn Miffive, door onthiet van den Heere van Affendelft, Jan myneh Bobde tot Leeuwaerderi, aen den Secretaris cl'Eitat, óm noch tachtigh Palpóórten te hebben. Den 9 julii 1545. TTEbben tot myncn Iluyfe geweeft den Hccre van Alc'kcmade, Heyman Adriaeiffz;, ertde Hüyg vanden Eynden, my belafténde-, dat ick een Kilte foude doen maecken, omme daer in te leggen de Reeckeninge ende Stucken van dc particuliere Ontfangers van de twee thienden, dc welcke ick oock ten felve dage van het Hóf tot myncn HÜyfe hebbe doen halen, ende die tè doen ftellen in het Kloófter van den Hage, by de andere Kiften van den Lande, ende de Sleutel daer van onder my tc houden. T7Odem, die heeft Suys my gefeydt, dat hy den Heere van Alckemadé ende Heyman Adriaenfz gefloten zijn, dat men de particuliere Ontfangers van de laetfte tienden fouden II. Deel. O Be. . 1545. Deri 28. Junii, 5 ende o Julii. * BI. 29. Commiliie voor Jooft van Rijswijck. Tachtigh Pafpoorteri aen den Secretarisd'Eftat. Kille te doen maken voor het gemeene Lande, omme daer in te bewaren de Rekeningenende Stucken, &c. Befehryvinge van dé particuliere Ontfangers om  Den 9 ende 10 Julii. hare Reeckeningegereet te maken. Nota. Van de Reeckeninge gehoort by Aflendelfc, ende Mr. Jacob de Jonge, &c. Uyt des gemeeneLandts Reeckeninge. ( 210 ) befchryven bare Reeckeninge gereet te maec*-i ken tegens uytgaende Oegft, omme die te mogen doen, foo wanneer fy daer toe befchreven fullen werden. Den 10 Julii 1545. "LTKbbe ick in het Kloofter geweeft met den Heere van Affendelft, Mr. Jacob de Jonge , Mr. Huyg vanden Eynden , omme tc hooren ende te fluyten de Reeckeninge van Heyman vande Ketel , van fijnen ontfangh van fes en tfeventigh duyfent een hondert negen en tachtigh ponden derthien fchellingen fes deniers van veertigh grooten , die opgebracht zijn by verkoopinge van Renten op het gemeene Landt van Hollandt; ende ten felven dage zijn de voorfz Gecommitteerden , den voornoemden Heyman voor fijn moeyte van den voorfz ontfangh toegevocght feven hondert vijf en twintigh guldens. Nota. Of ick van defe Vacatie niet en behoor te hebben mijn daghgclt. T^Odcm , hebben de voornoemde Gecommitteerden van Delft, Leyden ende ick , den Heere van Affendelft, ende Mr. Jacob de Jonge , voor dat fylieden de Reeckeninge, en de oock in voorgaende Reeckeningen van een en tfeventigh guldens, die oock by verkoopinge van Renten gevonden waren, gehoort ende gefloten hebben, mitfgaders voor hare vacatiën en arbeydt by henlieden gedaen, omme te verwilligen in beyde de voorfz verkoopingen, diverfche Koopers toegevocght ; te weten,  ten, den voornoemden Heere van Affendelft veertig guldens , ende den voorfz de Jonge twintigh guldens. Den ii Julii 1545. T-TEbbc ick den Ilcerc vanAffendclft verklaert, hoe dat hy met eenige van Delft ende Leyden gecommitteert waren, omme te hooren de Reeckeninge van dc particuliere Ontfangers van des gemeene Landts Ommeflagh, ende of hy een dagh woude nemen omme defelve Reeckeninge te hooren; waer op hy my tot antwoorde gaf, dat alfoo Colfter van * de Keyzerlijcke Majefteyt Commiflie hadde omme de felve Reeckeninge te hooren , men foude moeten vertoeven tot dat hy tot Utrecht geweeft hadde, .en aldaer tot dien eynde Commiflie verkregen. |7 Odem , heb ick met Jan myncn Boode ontfangen de voorfchreve tachtigh Pafpoorten, midtfgaders een Miffive van den Secretaris d'Eftat, daer inne hy van my begeert foo veel te willen doen by den Heere van Affendelft, dat de Koninginne komende , ofte wefende tot Utrecht, hy aen fijn geit, het welcke hem by de voornoemde Staten belooft is, foude mogen gcraecken; waer van ick ten felven dage den Heere van Affendelft gefproocken hebbe, die my feyde dat hy patiëntie foude moeten hebben tot den naeften Ommeflagh, ende beloofde voorts my , dat hy komende tot Utrecht, den voorfz Defplegem foude feggen, dat ick by hem fijn voorfchreve recommandatie gedaen hadde. O % Den Den 10 en de 11 Julii. Nota. Den Heere van Aflendellc te wefen gecommitteert omme 's Landts Reeckeninge te hooren. *BL 30. Belagende de tachtigh Pafpoorten , ende een Miffive van den Secretarisd'Eftat.  Den 14, 20 ende 23. Julii. ( 212 ) Den 14 Julii 1545". Quohieren van de Reeckeninge van GerritThomafz doen halen. Gedeputeerden tot het vifiteren van de Pri vilei en van het Landt van Hollandt. Den 20 Julii 1545.' T-JEbbc ick met Mrs. Huygh vrinden Eynde, ende Jacob de Milde , volgende onfe Commiflie, geweeft in het Klooiter, by ons wefende de Heer Abel van Colfter, omme te fien naer de Privilegie van het Landt van Hollandt , ende die by Inventaris te ftellen, na doorgetocht hebbende alle de Kiften en TrCfoiren, ende hebben geen gevonden onfe Ordonnantie tc doen hebben van de voorfz onfe Vacatiën. Ordonnantie voor Sasboudt Cornelifz, Ontfanger van den nieuwen Impoft over Delflandt. Den 23 Julii 1545. OAsbout Cornelifz , Ontfanger particulier ^ van den nieuwen Impofc over Delflandt, gelevert Ordonnantie , omme by hem, ofte den Ontfanger Generael, Vranck vander Hoeven , de Rentiers aldaer betalinge gedaen te werden van hare Renten , Van den tijdt af dat fy de Hooft-penningcn gelevert hebben, hoewel de Rente - Brieven merckelijck van later dato zijn. Den T-TEcft Suys vandc voorfchreve Reeckeninge doen halen de Quohieren ende Reeckeninge van Gerrit Thomafz, Ontfanger particulier van dc twee tienden, over het Quartier van Kennemerlandt ende Weft - Vrieflandt, de welcke hy my weder gefonden heeft den vijfthienden der felvcr Maendt.  Z 213 } - Den 31 Julii, ende 1 Augufti 1545. 'LTEbben Eynde , de Milde ende ick, gevifiteert alle 's Landts Stuckcn onder my wefende, ende onder by Memorie ende Inventaris gefteldt alle Stuckcn, fmakendc Privilegiën, ofte wefende van gelijcke natuyrc, mitfgaders dc Brieven van verfeeckertheydt, daer by de Keyzcrlijcke Majefteyt belooft werdt "het Landt tc vryen van de Renten, by henlieden tot fijnder Majefteyts contemplatie verkocht, bedragende de felve Renten ter fomme van twee cn twintigh duyfent vijf hondert vijftigh ponden van xl. grooten, om van alles de Staten rapport te mogen doen, brceder blijekende by de Memorie daer van zijnde. 0 3 ' Pagh, 1545. Den 31. Julii, mitfgaders 1. Augufti. Gecommitteerdenover het vifiteren van alle 's Landts Stuckcn.  1545Den 5. Augulti. *JB1.3ii Den 5 Augufti 1545. P R. M S E N T E Ni Uyt de Edelen. Dc Hccrcn van Alcke- made. Van Goudriaen. Van Poeigeeft. Van Mathenes. Van Duvenvoorden. Van Egmondt, ende Aelbrecht van Trejlonge. Van de Steden. Jan van Drinckwaert, Schout. Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz Ram, Burgemeefter, ende Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Jan Apertfz, ende Pieter Franckenfz, Burgemcefters, mitfgaders , Vanden Eynde, Penfionaris, Van Delft. Claes Adriaenfz, ende Dirck Janfz , Burgemeesters , mitsgaders Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfzj, Burgemcefter, ende Hoogaerden, Penfionaris. Van Amfterdam. Witte vander Hoeven, Burgemeefter, ende Mr. Cornelis van Hoogelande. Van der Gouda, Ten eynde dat dc Staten fouden willen ratificeren cn befwccren het Tractact vanPaix, gemacckt tuffchen de Keyzerlijcke Majefteyt enek; ( 214 ') * Daghvaert gehouden in den Hage in de RaedCKamer, ter pretentie van den Heere van Pract, Stadhouder.  C 215 ) ende den Koning van thien hondert vier en Vranckrijck, den ach- veertigh, en op meer ticndenSeptembcr vijf- andere Poincten. IN den eerften , heeft den voornoemden Stadthouder by den Heere van Affendelft, ten felven dage aen de Staten doen verfoecken , dat fy fouden willen ratificeren ende befweeren het voorfz Traétaet van Paix, exhiberende tot dien eynde twee Mifliven, de eene van den Keyzer , ende andere van de Koninginne. Ten anderen, heeft hy doen verfoecken ter begeerte van die van den Brielle; dat dc Staten fouden willen helpen dragen en betalen de koften, van het oprechten van de Houte Caap in den Brielle. Ten derden, dat hem foude gelieven den Commandeur van Waerder , uyt den naem van den Belier, omme de redenen in fijn Requefte gementioneert , ongemolefteert te laten van de Contributie van de twee thienden, ende den vorderen Impoft daer na gevolght. Ten vierden, dat fy fouden willen accorderen dat eenige Quohieren van de particuliere Ontfangers van de twee thienden, foo wel van dc cerfte als van de lactftc Reeckeninge, daer by foude mogen blij eken van de fraude, ende het quaet aenbrengen van eenige , gelevert fouden mogen werden in handen van de gene, die by de Majefteyt van de Koninginne daer toe gecommitteert fouden werden. Noch heeft den Stadhouder de Staten doen O 4 . vcr- 1545Den 5. Augufti. Poincten van'tTractaet van Vrede.  «545- . Pen 5. Augulli, Roerende de liefu'toringe en Ratificatie van liet Trachiet van Vrede. C 21O vcrl;iai-cn, dat in forhmige» Steden de Huyfcn te feer laegh getauxeert zijn geweeft", dat oock den tienden penningh van dc Koopmanfchap niet te recht aengebracht cn was, alfoo van den felvcn tienden penningh maer twaelf hondert guldens in * reeckeninge gebracht en was; dat van gelijcken den thienden penningh van de Brouweryen, de Bieren die buyten de Plaetfen van de Brouwers refidentie gcfleten werden, mitfgaders van dc toereedinge van de Schepen oock niet te rechte aengebracht en was, ende dat dacrommc clcks in den lij, Wén hier inne foude remediëren binnen den tijdt van een Maent, alfoo men wel wiftc onder wien de fautc fchuylende , ofte by gebrecckc van dien, den Procureur Generael tegens hem foude procederen , die daer toe alrcede van de Majefteyt van dc Koninginne iaft hadde, waer- inne de voorfz Steden elcks in den haren belooft hebben remedie te doen hebben. Hier 'naai heeft den voornoomden Stadthou, dcr ons gelevert het voorfz Tractact van Paix , omme tc fien ende tc lefen , midtfgaders de forme van'de Ratificatie, welck Tractjet ick ten felvcn dage dc Staten voorghelcfen hebbe. QP het voorfz vierde Poinct. vermeldende,1 dat dc Staten louden willen accorderen, dat> ecnighe Quohieren van de particuliere Ontfangers van dc twee tienden, foo wel van de eerfte als van dc laetfte Reeckeninge, daer by foude mogen bli j eken van de frauden, cn de het quact aenbrengen van ccnigo, gelevert fouden , mogen werden in handen van den genen, die by dc Majefteyt van de Koninginne, daer toe gecommitteert fouden werden; hebbe ick ten felven dage den Stadthouder tot ant-, woorde.-gegeven, dat, alfoo by dc Majefteyt van dc Koninginne henlieden belaft is, dat de voorfz Quohieren feercet gehouden werden, de Staten niet rcdelijck en dunckt dc voorfz Quohieren, fulcks als die verfocht werden, gelevert te werden, alfoo by de voorfz levcringe het effect van de voorfz bclofteniflc hen benomen foude werden; dan zijn te vreeden, dat ter prefentic van de twee Gecommitteerden , ter Auditie van de Reeckeninge van de twee thienden , do voornoemde Gecommitteerden van de Koninginne Extract gelevert fal werden van fulckc Quohieren, by dc wclcke foude mogen blijeken in het aenbrengen van de twee tienden , by eenige frauden ge, fchict te zijn, ende indien het noot is, oock vifi van de felve Quohieren, waer mede de voornoemde Staten hen laten duncken dat fy behooren tc yolftaen, maer want den voornoemden Stadthouder met dc felve antwoorde niet met allen te vreeden cn was; foo hebben de Gedeputeerden van de fes groote Steden, alfoo fylieden op dit point niet befchre, ven cn waren, elcks in den haren, hier op, ver-'  vcïlocht, rapport te doen, welcke antwoorde ■ ick mede den Stadthouder gelevert hebbe by ■ gefchrifte. * |7Odem, rijn Hoogaerden en my, uyt faccy-J ke dat wy in April laetltlcden te Hove geweeft zijn, óm ftilfaet met dc Schotten te folliciteren, doen getauxeert onfe dagh-gelden; tc weten, Hoogaerden fes en veertigh, ende my vier en veertigh dagen, waer van ick hem Ordonnantie gegeven hebbe. Eodem, zijn Matheus Janfz, van Haerlem, ende my, uyt faecke dat wy by de Majefteyt van de Koninginne geweeft zijn , in Junn laetftleden tot Deventer, omme afgedaen te hebben den Impoft, by die van Over-Yffel geftelt op den Turf uyt den Lande varende, elcks doen getauxeert achtien dagh-gelden, waer Van ick oock den voorfz Matheus Janfz Ordonnantie gelevert hebbe. Eodem, zijn den Heere van Alckcmade, Hcymam Adriaenfz, ende Mr. Huyg vanden Eynden , uyt faecke dat fy gevaceert hebben, in het hooren van de Reeckeningen van dc particuliere Ontfangers Van de twee thienden , tóegeleydt hare dagh-gelden , als den voornoemden Alckemade een cn twintigh daghgelden , tot acht en veertigh ftuyvers des daeghs , ende den voorfz Heyman een en twintigh dagen, ende den voorfz Huygh negentien dagen , tot twee en dertigh ftuyvers, daer van ick hen oock gelevert hebbe Ordonnantie. EO' )en 5. \.uguiü. *BI. 34» Ordonnantie voor Hoogaerde ende den Advocaet. Ordonnantie voor den AdvO' caet en Matheusjanl'z,elck achthien daghgelden. Ordonnantie voor Alkemade, Heyman Adriaenfz , ende Mr. Huygh van den Eynden.  Den 5> ende 6. Augufti. Requefte van Heyman van dc Ketel, hem competerende by Hot van reeckeninge van fijne ontfangh* Reeckeninge van de particuliere Ontfangers van 's Landts Ommeflagh. Zijn prefènt geweeft, alle die des dacgs tc voren prefent waren, behalven Alckemade. Poeigeeft. Otto van Egmondt. Pieter Vranckenfz. ( 222 ) Eodem, hebbe ick op de de Requefte vaii Heyman van de Ketel, verfoeckende betalinge van dertien hondert feftien ponden, hem competcrende by floth van reeckeninge van fes en tfeventigh duyfent een honder negen en tachtigh ponden dertien fcheilingen fes deniers , gevonden by verkoopinge van Renten op het gemeene Landt; voor Appoinótcmcnt, dat de Staten ordonneren dat Vranck vander Hoeve hem foude betalen , van het geene wes bevonden foude werden by lloote van reeckeninge hem tc reftcren. Eodem , is op het verfoeck van Heyman van de Ketel, begcerende dat de Reeckeninge van de particuliere Ontfangers van 's Landts Ommeflagh , naer ouder gewoonte ghedaen foude werden voor Colftcr ende de Jonge , verklaert dat de Staten voor defe reyfe met felve confenteren , mits dat defelve Reeckeninge gedaen zijnde , die als dan de Staten vertoont fal werden, om by henlieden gevifiteert te werden. Den 6 Augufti 1545. Mv.HendrickDirckfi, Ende dat den voorfz Alckemade, Poeigeeft, ende oock den Heere van Wijngaerdcn, een weynigh prefent geweeft zijn. Den  ( 223 ) DËri fefden Augufti is my belaft by de Staten , Heyman van de Ketel tc feggen , dat hy paffen foude 's Landts Reeckeninge gereet te hebben binnen vcerthien dage , ofte ten langhften drie weecken, omme de felve ter naefter Vcrgaderinge in den Hage by de Staten, ofte den genen die by henlieden gecommitteert fullen werden , gchoort te werden , het welck ick fulcks gedaen hebbe. * het O&roy van Jan Colterman, by die ^ van Amfterdam dc Staten vertoont , vermeldende, dat, overmidts hy by fijn induftrie gevonden hadde een nieuwe maniere, omme Ovens ende Fornuyfen tc heeten, daer by Brouwers, Verwers, ende Zeepfieders in haren brandt wel de helft geproffiteert fouden zijn, niemandt de felve maniere binnen twee Jaren te wereke en foude mogen leggen, dan midts den voornoemden Colterman opleggende de helft van 't geene wes fy in haren brandt fouden proffiteren , verfoeckende dacromme affiftentie van de Staten omme het felve niet te laten publiceren ; is eodem by henlieden gerefolveert, dat die geene, die by de publicatie vanden felven Oftroye pr-cetenderen geintereffeertte zijn, den Stadthouder verthoonen fullen de middelen van de captieufité van den felve Ociroye, als dat niemandt en foude mogen opftellen eenige Fornuyfen ofte Ovens, ofte den voornoemden Coïterman en foude mogen fuftineren, dat het felve de inventie van fijn induftrie is, ende dat daeromme hy foude moeten confequeren de helfte van 't proffijt van den brandt voor twee Jaren , ende r mits «4Ï« Den 6. Augutti. Reeckeninge gereet te maken binnen veertien dagen ofte drie weecken. *BI.35. Verfoeck van Octroy voor Jan Colterman den tijdt van twee Jaren, by hem uytgevondeneen nieuwe inventie om Ovens ende Fornuyfen te heten met de helft minder kollen van brandt.  Den 6. APgLilH. 't Overfchoc van penningen t'employeren toe loflïnge van des Landts Renten. Gecommitteerdentot liet vifiteren vande Privilegiën , in het Kloofter, &c. ( 224 } mits dien folliciteren, dat het felve niet erf behoort gepubliccert te werden. Odem is mede gerefolveert, Vranck vari der Hoeven te leggen, dat hy het overfchot van de penningen, by hem ontfangen volgens lijn ftaet, belopende ter fomme van thien duyfent een hondert fes en tnegentigh ponden, employercn totloffinge van 's Landts Renten; ende foo wanneer hy eenige andere penningen fal hebben, dat hy de felve mede daer toe cmployere, 't welck hy fulcks aangenomen heeft tc doen. JT Odem, hebbe ick rapport gedaen, nopendd de befoignes van Mr. Huyg vanden Eynden, Mr. Jacob de Milde, ende my gedaen % in het vifiteren van de Privilegiën; te weten, dat wy in het Klooftcr geen Privilegiën met allen gevonden cn hadden, ende dat onder my gevonden waren de Privilegiën, Octroyen cn de Mandamcnten , volgende de Memorie by my daer van gemaeckt, die feer weynigh waren; ende dat wy ons laten duncken, dat da Originelen van 's Landts Privilegiën onder do groote Steden, Reecken-kamer, Rcgiftcr-kamer, Griffie van Hollandt, ofte te Chartres van de Keyzerlijcke Majefteyt moeften ruften; dat oock by den Advocaet van den Lande, in den Jare vijftien hondert twee en veertigh , door het fchryven van de Koninginne, eenighe Brieven ende Tractate'n, roerende die van Ooftlandt, aen hare Majefteyt gefonden waren, onder Recepiffe van Mr.'Vincent Corne^ lifz , omme daer van Copie te nemen , de welc*  Welcke naderhandt door onthiet v-m de Keyzerlijcke Majefteyt, gcleydt zijn in de'Chartres van de Keyzerlijcke Majefteyt, blyckende by de Recepifle ; dat wy oock bev hebben diverfche Brieven van verfeeckertheydt van de Keyzerlijcke Majefteyt, daer by fijne Majefteyt belooft het Landt te vryen van diverfche Renten , tot fijne Majefteyts contemplatie verzegelt, bedragende dc felve Renten, ter fomme van twee cn twintigh duyfent vijf hondert en vijftigh ponden. Op welck rapport, naer voorgaende communicatie , de Staten gerefolveert hebben, dat de Steden cerft fullen ondcrfocckcn wat Privilegiën fy onder ben hebben, ende daer van Copie nemen ; ende wes aldaer niet gevonden en werdt, dat als dan het felve gefocht fal werden onder de Rceckcn-kamcr, Regifter* kamcr, Griffie ende Chartres, ende gcrecouvreert zijnde, wes men van dien fal konnen gekrygen, als dan van dc felve by ordiné een 'Regifter gemacckt fal werden in Franchitte * 't welck ruften fal onder den Advocaet, van welck Regifter elcke Stede een Inventaris gelevert fal werden; ende als dan voorts geordonneert fal werden, waer men dc * Originele van de felve Privilegiën fal leggen, ofte in een Kifte, daer drie ofte vier Sleutels toe wefen fullen, ofte in eenige van de Steden. Eodem, zijn ons ter caufe van de felve vifitatie toegevocght drie daghgelden. TT Odem, hebbe ick rapport gedaen, nopende mijn befoigne van Over-Yffel, om afgedaen te hebben den Impoft van acht en IL Deel. P twin- Den ó. Augufti. * BI, 35. Happort, nn afgeihen te ïebben den  Den 6. Augufti. Impoft van agc en twintigh ftuyvers, op den uitvareudenTurf, by die van Over-Yflelgeftelt. Te vervolgen de vordere furcheantevan de 14000 guldens , voor de portie van de Onwilligen. C 226} twintig ftuyv., by die van Over-Yffel geftele op den uytvarcndcn Turf, en dat fulcks, als? hier vooren by geregiftreert ftaet. Op welck rapport, naer voorgaende communicatie , de Staten verklaert hebben, dat die faecke aengaende, geen vorder follicitatie en valt, alfoo by Oftroy van de Koninginne den felvcn Impoft opgeftelt is, cn 't Landt van Hollandt daer geen prrejuditie by heeft, T70dcm is gerefolveert, dat men op de Daghvaert , die nu binnen defe maendt van Augufti binnen Bruffel gehouden fal werden, vervolgen fal, omme te hebben vordere furcheantie van de veertien duyfent guldens , voor de portie van de Onwilligen, te betalen den Impoft, alfoo dagelijcks diverfe furcheantien noch eenige gegunt werden, en dat mits dien het Land door fijn laften niet en kan geraken. Heyman van de Kerel te vragen, ofhy "alleen roortaen Ontfanger foude willen wefen van 's Lands Omni eflagen, &c. T? Odem, is my mede belaft Heyman van de Ketel te vragen, of hy voortaen foude willen Ontfanger alleen wefen van 's Landts Ommeflagen, fonder dat de Staten met eenige particuliere Ontfangers fouden te doen hebben , dan niet; waer op den voornoemden Heyman, naer hy een dagh van beraet genomen hadde omme hier van met fijn Vader te {preken, midts tot antwoorde gegeven heeft, dat hem niet gheraden wTas de felve laft fulcks te accepteren, ende dat hy begeerde fulcks als fijn Voorfatcn, Ontfangers van 's Landts Ommeflagen, altoos gedient hebben. Den  C 227 ) Den 7 Augufti 1545. XJEeft Mr. Huygh vanden Eynden, uyt den x 1 naem van die van Delft, my gefeydt, dat fijn Mrs. te vreden waren, dat ick uyt haren naem het voorfz Traótaet van Vrede, tuifchen de Keyzerlijcke Majefteyt ende den Koningh van Vranckrijck, foude ondertcecke'en.e? Den 8 Augufti, 1545". T-TEcft Jacob Oom , in den Hage gefonden zijnde , my gefeydt, dat die van Dordrecht, fijne Meefters, te vreeden waren, en advoyeerden het gene wes by de Edelen, en Jan van Drenckwaert den vijfden Augufti gerefolveert was. P % * Dagh. *S4SDen 7 ende 3. Augufti. HetTracraet van Vreede, tuttellen denKeyzet ende den Koning van, Vranckrijck, te on« derteecke* neiL Ut fupra.  Den 21. Augufti. •BI. 37- ( 228 ) * Daghvaert en Vergaderinge, gehouden tof Bruffel, ter begeerte van die van Haerlem, Leyden ende Amfterdam. Den 21 Augufti 1545. ! P R JE SENTEN. Uyt de Edelen. De Heeren van Goudriaen, ende Van Poeigeeft. Vin de Steden. Jacob Oom, ende Mr. Willem Schoock, Penfionaris. Van Dordrecht. Mr. QjHrijn Dirckfz, Burgemeefter, ende Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Jan Apertfz , Burgemeefter , Klachten van die vau de Drapperye-Neeringe der Steden Haerlem ende Leyden over ende Mr. Huygh vanden Eyh, den, Penfionaris. Van Delft. Jan Franfz, Burgemeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz, Burgemeefter, ende Hoogaerden, Penfionaris. Van Amfterdam. Mr. Cornelis van Hooge' lande. Van der Gouda. Mr. T^Odem , naer by die van Haerlem ende jQi Leyden , de Staten verklaert was , dat binnen de Stede van Parijs, by cenen Andries de Vlamingh, woonendc in St. Denijs-ftraet, ende eenen Anthonis, woonende buyten de St. Voótors-Poorte, gemaeckt werden Lacckencn van de felve groote cn breette, als de Laec-  C ^9 > Laeckenen van Haerlem en Leyden , maer merckelijck arger vanWolle, Verwen, Weven ende anders, fulcks dat de felve de waerderinghc aldaer in geender manieren en fouden mogen halen, als wel een derdendeel arger zijnde, dan dc Leydfche ende Haerlemfche Laeckenen, en welcke Laeckenen evenwel by de voorfchreve twee Perfoonen valfchelijck, en by conterfcytinge gehangen zijn de Zegelen van de Laeckenen van Haerlem ende Leyden, tot groote verderffeniffe van dc voorfchreve Steden, ende andere die hun met de Drapperye generende zijn, verfoeckende aen de Staten dat fy henlieden met hun voegen, omme hier inne geremedicert, ende de valsheydt gecorrigcert tc werden ; foo is naer voorgaende communicatie by de voornoemde Staten gerefolveert, dat; hoewel fylieden van defe faecke niet te vooren gehoort en hadden, nochtans alfoo het felve toucheerde het welvaren van dc voorfz Steden, ende oock van den Lande van Hollandt, fy hun fouden voegen met henlieden , omme het geene wes voorfz is te helpen vervolgen; dan refolvecrdè oorbacr tc wefen eerft te gaen by den Stadthouder , ende aen hem te verfoecken afliftcntie; ende hebben omme het felve verfoeck te doen, gecommitteert die van Haerlem, Leyden, Amfterdam ende my , welck verfoeck ick ter prefentie van de voornoemde Gecommitteerden , acn den Stadthouder gedaen hebbe , volgende het innehouden van feeckere Requefte by ons ghemacckt, de welcke ons beloofde alle addrclfe tc doen, feggende, dat het felve verfoeck niet veel en foude P ^ prof, *545- Den 21, Augufti. het na conterfeytenvan hare Zegelen op de Laeckenen, begaen door twee Perfoonen tor, Parijs woonagtigU.  Den 21. Augufti. *BI. 38. Roerende liet eyffchen van het Koorn uyt den Lande varende , Congergeldt af te hebben.■ profiïteren, dan foo verre als het roerde der conterfeytinghe van de Zegelen, ende dat de voornoemde van Haerlem ende Leyden eenige andere middelen moeiten foecken alhier in den Lande, omme daer in geremedieert tc hebben, dat wy evenwel tot dien eynde Requefte fouden overgeven aen den Prcefident Schoorl. * 17Odem, naer by die van Amfterdam, de voornoemde Gedeputeerden vertoont is geweeft, dat onlanghs geleden, ccnen Philips dc Biffchop, hem feggende Commiflie te hebben van Jaques Grammay, in Hollandt gekomen was, omme , volgende dc ordonnantie van de Keyzerlijcke Majefteyt, in December vijftien hondert veertigh, gemaeckt, te eyffchen van het Koorn uyt den Lande varende , Conger-gelt af te hebben, waer inne de voornoemde Gedeputeerden, alfoo defe faecke dickwylen by hem vervolght was, eendrachtelijck geconfenteert hebben, mits dat de voornoemde Gecommitteerden cerft fouden verfoecken affiftentie als vooren aen den Stadhouder , welcke affiftentie ick den twee en twintighften Augufti, ter prefentie van de voornoemde Gecommitteerden, aen den Stadhouder begeert hebbe, allegerende, volgende feeckere verklaringe , diverfche middelen , daer by blcecke het voorfz Conger-gelt te we, fen de geheele bederffenifie van den Lande van Hollandt, die ons oock belooft heeft alle addrcffe te doen , ons Jattende dat wy eene kleyne propre verklaringe by gefchrifte , de Majefteyt van de Kon. , fouden overgeven, daer  ( 231 ) jdaer by van de voorfz verderffcniffe klaerlijck gedocecrt foude mogen werden, het welck wy oock fulcks gedaen hebben. 17 Odem , naer ick door onthiet van den Stadthouder , de voornoemde Staten gevraeght hadde of fy, volgende de antwoorde den Stadthouder gegeven, op het poinft henlieden in den Hage voorgehouden, van dat fy fouden willen accorderen dat de Quohieren van de particuliere Ontfangers, foo wel van de eerfte als tweede Reeckeninge , daer by foude mogen blij eken van dc frauden , ende het quaet aenbrengen van eenige gelevert foude mogen werden in handen van eenige Gecommitteerden, by de Majefteyt van de Koninginne , dies-aengaende elcks in den haren rapport gedaen hadden; hebben my voor antwoorde gegeven , dat, alfoo den Stadthouder henlieden niet en hadde willen het felve rapport toelaten, maer verklaert hadde wel andere middelen te weten, omme de voorfchreve Quohieren te gekrygen, anders geen rapport ghedaen en hadden dan van de voorfchreve antwoorde, daer op het voorfchreve poincb by gefchrifte overgelevert was, ende van 't gèene wes hem by den Stadthouder wedervaren was.. T? Odem, is op de Requefte by my gemacckt voor die van Schoonhoven, Öudewater, Woerden ende Nacrden, verfoeckende dat de Staten hen fouden willen met hen voegen , omme afgedaen te hebben het oude Schildtgelt , het welcke die van 't Neder-Sicht P 4 poogh- iS+5. Den ai. \ugulti. Antwoorde van te willen accorderendat de quohieren van de particuliereOntfangers, foo wel van de eerfte als tweede Recckekeninge,Sac. Verfoeck van eenige Steden , omme af gedaen te hebben het oude Schilt-gelt;  Den 21 en de 24. Augufti. 't welck die van 't Neder-Stichtwilden ftellen op Landen hen toebehoorende. Aengacnde het poinct. van de Drapperye als hetConger-gelt, >£i, 39- Antwoorde van den fr^'fident, ( 232 } pooghden van nieuws te ftellen op de Landen, henlieden toebehorende, gelegen in 't NederSticht, voor den tijdt van vier of vijf jaren; gerefolveert dat de voorfz Supplianten tegens de naefte Daghvaert, die in den Hage gehouden fal werden, rccouvreren fullen alle Stucken , henlieden in defe faecke dienende , en doen maken een Requefte, om de Keyzerlijcke Majefteyt over te geven, welcke Requefte by hem gevifiteert cn gecorrigeert zijnde, fy de voorfz faecke fullen helpen vorderen. Den 24 Augufti 1545. J-JEbbe ick van gelijcken den Praffident Schoorl verhaelt dc faecke, foo wel roerende de Drapperye als het Congcr-geldt, de welcke op het poinót van de Drapperye niet tot antwoorde gaf, als oock den Stadhouder gedaen hadde, dat die van Vranckrijck op ons niet veel en fouden paffen, alfoo fy'lichtelijck feggen fouden, op hare Laeckenen te willen ftellen foodanige Zegelen als het hen geliefde, dan hopende van ons, dat de geconterfeyte Zegelen hielen defe woorden, Sigillum pannorum de * Haerlem de Leyden, ende dat de valsheydt van de voorfz Zegelen te prenten, by eenige particuliere Perfoonen gedaen werde , heeft ons gefeydt Requefte over te geven, volgende onfe verklaringe, en dat hy ons foude helpen tot expeditie. QP het poinft , nopende het Conger-gelt, antwoorde den voorfz Prafident, dat de ailegatien van 's Lands Privilegiën, by my gedaen 1  ( 233 ) daenmeer tot ons achterdeel dan voordeel waren ; dat evenwel wy een Verklaringe , ofte Requefte by gefchrifte overgeven foude, om te weten de geliefte van de Koninginne. 17'Odem, den Stadhouder ons by hem doen convoceren hebbende , heeft door bevel van de Keyzerlijcke Majefteyt, verklaert, dat fyne Majefteyt niet en moeftc verftaen, omme de Staten de Propofitie te doen, voor dat de exequicn van de Princeffe van Spaignen, die geordonneert waren te Bruffel gehouden te werden , des Woensdaghs achternoens , en Donderdaeghs 's morgens gedaen fouden zijn, en dat wy daerom foo lange patiëntie moeiten hebben. Den 25 Augufti 1545. ï-JEcft den Stadthouder , my by hem ontboden hebbende , gevraeght, of de Gedeputeerden van de fes groote Steden, nopende het voorfz poirift, rapport gedaen hadde, ende of ick hem daer van gefproocken hadde; waer op ick de voorfz antwoorde door de voornoemde Gedeputeerden my gegeven, hem gefeydt hebbe, waer mede hy niet te vreden was , feggende henlieden niet geweygert te hebben rapport te doen, hoewel hy gefeydt hadde dat dc Koninginne wel andere middelen witte omme de voorfz Quohieren te gekrygen , ende dat het felve fcheen gedaen tc wefen tot fijne vcrachtingc, ende dat de felve Quohieren alleen verfocht werden , omme daer' by te .vinden ende te proberen de fauten, ende het ? $ quact Den 24 en 25 Augufti. nopende '{ Cougergelt. Verklaringe van den Stadhouder, &e. Antwoorde van de Gedeputeerden , raeckende de Quohieren.  Den 25 eri só Augufti. Aen den Prajfident verfocht van de veertien duyfent guldens, voor de portie van de Onwilligen , den Impolt te betalen. Pvoerende de Gulde Bulle, tegens die van Brabandt. Den 26 Augufti 1545. T-JEbbe ick ter prcfcntie van de Milde ende Hoogaerden , volgende de Refolutie in den Hage genomen, aen den Prajfident verfocht kortinge van de veertien duyfent guldens, voor de portie van de Onwilligen, den Impoft te betalen, ende by provifie continuatie van de furcheantie; waer op den Prasfident feyde, dat, hebbende dc furcheantie, wy niet en fouden neerftigh wefen om de voorfz Onwilligen te executeren, cn dat wy tegens de Onwilligen niet cn behoorden te procederen by gyzelinge , maer by arreft, wefende in Rechten gefondcert. "pOdem, hebbe ick van gelijcken aen hem verfocht te hebben by gefchrifte, in de faecke, roerende de Gulde Bulle, tegens die van Brabandt het Appoinciemcnt, het welck de ( *34 ) quaet aenbrengen van eenige, ende niet ommfl de felve Quohieren in het openbaer te brengen, niet te min was de Kon: met onfe antwoorde te vrceden , hy was 'er oock feer wel mede te vreeden; waer op ick hem weder voor antwoorde gefeydt hebbe, dat de voornoemde Gedeputeerden niet ghedaen en hadden tot fijne verachtinge , maer hen lieten duncken, dat by hare antwoorde fijn E. verfoeck ghenoegh voldaen was, ende de vordcre fijne begeerte geweygert hadden , ten eynde de voorfz Quohieren fecreet fouden mogen blyven, en dat fy ,uyt fijn woorden verftonden het felve rapport hem geweygert te zijn»  ( *35 ) «Ie Keyzcrlijcke Majefteyt, in April laetftleden, ons belooft hadde te geven: Waer op den Prcefident feyde, dat * hy meynde, dat die van Brabandt met hare antwoorde gereet waren, ende dat hy hem daer af foude fpreecken, ende ons het voorfz Appoin&ement doen hebben. Den 30 Augufti 1545. T-JEbbe ick den Heere van Affendelft, tot fijn begeerte, gefonden met den jongen Brandtmeeftcr, noch vijftigh Pafpoortcn. Daghvaert gehouden tot Bruffel, op den Den 31 Augufti 1545. By alledcgccnc,die fent guldens, de Staden voorfz een cntwinT ten van Hollandt gctighften Augufti pre- cyfcht, op tc brengen fent waren, omme tc binnen vier Jaren, cn hooren de Propofitie acht termynen. van de fes hondert duy- TTOdem, is by myncn Heere den Prrcfidcnt Schoorl, ter prefentie van de Keyzerlijcke Majefteyt ende de Kon:, dc voorfz Propofitie ghedaen, ende van hem gc-eyfcht dc fomme van fes hondert duyfent guldens , tc betalen tot vier Jaren, ende acht termynen, daer van Kersmiffe vijfthien hondert fes en veertigh den eerften termijn wefen foude, fonder dat als nu, volgende de oude gewoonte, Den 26,3» en 31 Augufti. *B1.4 mee c ***) tc, alle de Staten van herwaerts over befchreyen zijnde , eene generale Propofitie gedaen is, het' welck gelaten is omme de redenen in de Propofitie begrepen; waer op ick de Keyzerlijcke Majefteyt gedanckt hebbe van fijn moeyte ende forghvuldighcydt, gedaen tot prefervatie van defe Landen, ende verfochte Copie, mitfgaders fulcken bcquamen tijdt om onfe antwoorde inne te brengen, als fijne Majefteyt gelieven foude, en is ons by fijne Majefteyt Copie gcaccordeert, ende voorts tijdt van een maendt. Den eerften September 1545. J-jEbben de voornoemde Gedeputeerden, ter begeerte van mijn Heere van Praet, by hem vergadert geweeft, alwaer hy henlieden weder vertoont heeft dc groote noot van defe faecke, volgende de Petitie, de welcke ick als doen de Staten voorgelefen hebbe, ende dat fy fouden willen aldaer voor haer vertreck adviferen een bequaem middel, omme de voorfz ge-eyfchte penningen op te mogen brengen; heeft mede ons vertoont den ftaet van den ontfangh van dc penningen, ghekomen dc drie naeftc Jaren, uyt de Beeden van dc Landen van herwaerts over, ende van den uytgeef van twee Jaren ende vier maenden, daer by bleecke den uytgeef meerder tc wefen dan den ontfangh, ter fomme van elf hondert duyfent guldens. T? Odem, foo hebben de voornoemde Gedeputeerden, volgende defen op het geene wgs  wes voorfz is, communicatie gehouden, ende eendrachtelijck gerefolveert , dat henlieden niet mogelijck en was hier in vets tc refolveren, voor eerft cn alvoorcn rapport gedaen te hebben elcks in den haren, ende het felve gedaen hebbende, dat fy dan vergaderen fouden in den Hage, ende indien als dan eenige fwarigheydt bevonden werdt, daer van noodc af foude wefen, den Stadthouder te adverteren , fouden 't felve * doen, ende namen dagh omme in den Hage in de Herberge te vergaderen den feventhienden defer Maendt; welcke antwoorde my belaft werde den Stadthouder te feggen, fulcks ick oock ten felvcn dage ghedaen hebbc. Odem, is ter begeerte van die van Amftcr. dam my belaft, by de Staten een Requefte op haren naem te "maecken, .omme ccnen Jacob Remmerfz, Schipper uyt Waterlandt, by die van Schotlandt overvallen was, ende voor de fomme van vijf hondert Goude kroonen, daer hy op geranconncert was, in oftagie hadde moeten ftellen eenen Jan Dirckfz; fijnen Neve, de felve Jan Dirckfz, volgende den accorde, tuffchen de Keyzerlijcke Majefteyt ende die van Schotlandt ghemaeckt kosteloos ende fchadeloos ontfangen fouden mogen werden , welcke Requefte ick oock ten felven dage gemaeckt, ende den Praffident gekvert hebbe. T)en i. September. Gedeputeerden,dachen niet mogelijck en was hier in te refolveren ,,&c. El. 4li Jacob Remmerfz, Schipper uyt Waterlandt, by die van Schotlandt overvallen. Ven  Den 2. September. JanDirckfz voor Oltagier in Schotlandt aengehouden, teontilaen. Requefte van de fes groote Steden , roerende het Octroy van de Brouweryen ende andere Neeringen. ) Ven 2 September 1545".' QP welcke Requefte, wy eerft voor expedi* tie gekregen hebben beflooten Brieven aen den Ambaffadeur van de Keyzerlijcke Majefteyt, wefende in Vranckrljck ten eynde hy foo veel foude doen , dat den voornoemden Jan Dirckfz, Oftagier ontflagen foude mogen werden , ofte ten minften gefonden in Schotlandt, omme aldaer Juftitie te verwachten» daer men mede te vreden foude zijn; noch feeckere Atteftatie van de Kon:, dat de voorfchreve Requefte van wegen de Staten van Hollandt aen hare Majefteyt overgegeven was; noch befloten Brieven aen die van Schotlandt, ten eynde fylieden, volgende den voorfchreven accörde onderlinge gemaeckt, den voorfz Jan Dirckfz fouden kofteloos en fchadeloos. doen ohtflaen. T? Odem, hebben wy op dc Requefte van de fes groote Steden, roerende de declaratie van den O&roye van de Brouweryen , ende andere Neeringen, verkreghen advis aen die van den Raede van Hollandt; de welcke haer advis ghehouden fouden wefen over te fenden aen die van den Grooten Raede, de welcke het felve gevifiteert hebbende, met haer advis weder aen de Keyzerlijcke Majefteyt fouden overfenden, omme voorts daer inne gedaen te werden als het behooren foude, fonder dat wy hebben konnen gekrygen de claufule van furcheantie, van de proceduren voor den Grooten Raede hangende, wat vervolgh wy oock daeromme gedaen hebben. Den  ( 239 ) , Den 3 September 1545'. j T-TEcft den Prsefrdent in de faecke, roerende 1 ■'" de geconterfeyte Laeckenen binnen Ant- ' werpen in arreft geftelt te hebben , ommb j die aldaer openbaer gebernt te mogen werden; 1 ende vernomen wefende by wien de voorfz \ valshcydt gepieeght ware, correctie daer over ; gedaen te mogen worden , welcke Requefte ten felven dage by ons gemaeckt, en den Pra> fident overgelevert is. Den 4 September 1545. /~YP welcke Requefte wy verkregen hebben Brieven aen die van Antwerpen, ten eynde fylieden die van Haerlem ende Leyden alle addrelfe fouden doen, omme tegens de voorfchreve valsheydt te mogen obvieren , het welcke oock die van Antwerpen, wefende tot Bruffel, 'ons belooft hebben fulcks te doen; hebben noch verkreghen Brieven van advertisfement aen die van Bremen, Hamburgh, Lubeck ende Dantzick , ten eynde fylieden hen van de voorfz valsheydt fouden mogen wachten. * T7 Odem , op het poinót, roerende dekortinge van veertien duyfent guldens voor de portie vande Onwilligen; heeft den Prseildént ons voor antwoorde gegeven, dat men alle de Onwilligen, niemandt uytghefondert, met alder diligentie en rigeur fal doen executeren, en dat men de felve veertien duyfent guldens, niet lichtelijck uyt handen van den Rentmeester fal doen lichten. Eo )en 3 endfi .. Septeraer. Lengaends le geconerfeyte^aeckenen linnenAntirerpen in. Treft getouden» Ut fupra, *B!.43. Korcinge van veertien duyfent guldens , voor de portie van de Onwilligen.  Den 4 ende 5« September. Aengaende. de faecke van de Gulde Bulle. Verbodt van den uytvoer van Binn en-ge wns4enGranen. C 'Ho ) JT Odem, heeft ons op dc faecke van de Gulde Bulle voor expeditie gefeydt, dat die yanj Brabandt haer Volck in 't werck hadden omme haer antwoorde te maecken, en dat de felve gereet foude wefen tegens onfe wederkomfte, en dat hy als dan het Appoinctement, by de Keyzerl: Maj: ons belooft, foude doen hebben. Den 5 September 1545. J-jEcft ons den Prafident, nopende de faecke van de .Congé, door onthiet van de Koninginne gefeydt, dat, alfoo by dc Koopluyden tot Amfterdam , dikwils met het Kooni van Ooften, mede uytgevoert werdt Binnengewaffen Koorn; dacromme, lbo wanneer fy Koorn uyt den Lande wilden voeren * men. weder henlieden foude verbieden , Gulicks, Luycks, ofte Binnen-gewaffen Koorn te mogen brengen, omme daer by het voorfz bedrogh te obvieren; waer op by ons gefeydt werde , dat niet blij eken en foude, van het uytvoeren van eenigh Binnen -gewaffen Koorn; ende dat die van Amfterdam, als 'er geen Koorn uyt Ooften cn quame , immers mede met Koorn van defe Landen behoorden voorfien te werden, ende oock alfoo gaerne goedt Broodt eeten als andere Landen; waer op den Pra?fident feyde, dat in tijdt van noot men henlieden foude toelaten Koorn uyt de tb Landen te halen, dat hy evenwel van defe dc Koninginne rapport doen foude, ende ons als dan hare Majefteyts gebefte feggen. duj Lü<  C 241 ) 17 Odem , hoeft den Praeiident my gefeydt, omtrent elf uyren, dat hy ten felven dage, nopende defe faecke, die van Amfterdam foude expediëren, ende dat men middel moeite vinden, om te beletten dat 'er geen Binnéngewafien koorn uyt den Lande gevoert en foude werden , cn dat de mecninge van de Keyzerlijkc Majefteyt niet en was eenigh Congergelt tc ftellen op het koorn, dat van buyten in Hollandt gebracht, cn weder daer uyt gevoerdt foude werden ; alle het welcke dm Heere van Praet my mede gefeydt heeft, feggendefoo veel meer, dat men met de executie van het Conger-gelt fuperecderen foude, ter tijdt en wylén toe een goedt middel gevonden foude werden , daer door men foude mogen "beletten het uytvoeren van de Binnen-gcwaffen koorn; ende begeerde voorts van my, dat pek het bette foude willen doen, om de faecke van de Propofitie tc helpen vorderen. Den 7 September 1545. \ "T^E huys gekomen zijnde , hebbe ick den Heere van Affendelft van de Propofitie, ende van 't gene wes voorfz is, rapport gedaen, en voorts hem gelevert het Voorfz advis, beroerende de Brouweryen, die my beloofde des anderen daeghs 't felve te doen expediëren. * Den 13 September 1545. T-JEbbe ick Suys gefproocken om dc particu■*■ liere Ontfangers te doen befchry ven , II. Deel. q om- Den 5, 7 énde 13. September. Uc fupra. Advis be* roerende Brouweryen. •BL43. Te doen befchryvea  Den 13 en de 15 Seplember. de particuliere Ontfangers om liaer Reeckeninge te doen. Ordonnantie voor Tan van Riel, tot feftien dagh-gelden. Dagh- ( 242 ) omme hare Reeckeninge te doen, die my feyde, dat binnen veertien • dagen hen het* felve niet en foude mogen te paffe komen, op dat men met de felve Reeckeninge foude mogen vertoeven, tot in het eynde van October, dat wy weder van den Hove gekomen fouden zijn, alfoo Vranck vander Hoeven binnen drie of vier dagen naer Vlaendcren moefle reyfen , omme de Renten aldaer te betalen, ende dat de felve Reeckeninge oock foo grooten haeft niet cn hadde , alfoo hy geweeft hadde tot Haerlem by den particulieren Ontfanger aldaer, onder wicn de meefte faute geweeft was, fijn Reeckeninge gecorrigcert, ende nu feer wel gemaeckt hadde. Den 15 September 1545. "\7"Oor Jan mÜn Boode , op fekcre Ordon-i nantie , van een Reyfe by hem ghedaen den thienden Augufti naerBraffel, ende aldaer gehaeldt veertigh Pafpoorten, geftelt advis3 cn hem toegevoeght feftien dagh-gelden.  ( H3 ) Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 16 September 1545. PR JE SENTEN. Den ien 1(5. eptember. AenteeckeningeDordrecht ende Ara(lerdatH. AeuteeekeningeHaerlem, Leyden, ende der Gouda,  Den 16. September* Aenteec- Jceninge Delft. Een nieuwen Om; meflagh te maeeken. Heyman Van de Ketel af te vragen, of Ontfanger alleen , of een ander foecken foude. •BI. 45- Rapport, hopende de befoignes, om afgedaen te hebben 't Congergelt, (H6j gen tachtigh duyfent guldens, mits oock ekk$ daer m genietende hare gewoonlijcke gratie, De Gedeputeerden van Delft pcrfifteerdeö by hare gratie en exemptic , henlieden ter oorfake van den grooten brandt Verleent. Eodem, by my de Staten vermaent zynde, van noodcn te wefen eenen nieuwen Ommeflagh te maecken ; is by henlieden gerefolveert , dat, om daer toe te geraecken"*, clckc Stede foude leveren Copie van de ftaet, my by Heyman van de Ketel gelevert, fulcks ick oock henlieden gelevert hebbe. Eodem is Van gelijcken , Volgende voorgaende Refolutie , verklaerdt, dat, indien Heyman van de Ketel den ontfangh van des gemeene Landts Ommeflagh niet alleen, ende fonder particuliere Ontfangers aen hem en wil nemen, dat men een anderen Ontfanger foecken foude , cn dat ick hem * noch eens, omme te voldoen, Vragen foude, of hy het felve fulcks aennemen wilde dan niet. J? Odem , op het rapport by ons gedaen , nopende onfe befoignes van boven, omme afgedaen te hebben het Conger-gelt, is Verklaert dat men tot köfte van den Lande voorts foude folliciteren, dat het voorfchreve Conger-gelt fimpclijck afgedaen foude mogen werden; ende dat die van Dordrecht die verfochten van hare koftcn, die fy t'anderen tyden gehadt hadden , apart gefölliciteert hebbende, het felve Conger-gelt afgedaen tc hebben 5  X 247 > ben , by den Lande gerembourfeert foude werden van de felve hare koften. T70dem , is op de Requefte van die van Schoonhoven, Oudewater, Woerden en de Naerden , verfoeckende adjunclie van de Staten, om met hen te folliciteren het oude Schildt-gelt afgedaen te hebben, verklaert te vreden te wefen henlieden alle affiftentie te doen; maer dat fy verduchten, alfoo t'anderen tyden by de Koninginne tegens henlieden Appoinctement ad Barham gegeven was, fylieden niet veel vangen en fouden, maer beter varen fouden in rechte te treden, ende hen met Juftitie behelpen. TT Odem, is van gelijcken gerefolveert, te Bruffel ter Daghvaert te zijn den eerften Gétober naeftkomende. Den 19 September 1545. PRESENTEN. Bartholomei. Van Leyden. Van Dordrecht. Van Amfterdam, nie- Engeïbrecht Willemfz, mandt.- Burgemeefter, Witte vander Hoeven, ende Burgemeefter, Mr. Lambrecht. ende Van Haerlem. Mr. Cornelis van Hooge- Mr. Huygh. lande. Van Delft. Van der Gouda. Mr. Jacob de Milde, Cl 4 Dea Den 16, ende 19. September. Verfoeck van die van Schoonhoven, Oudewater,Woerden en Naerden, om afdoeninge van het oude Schiidtgeldt. Daghvaert te Brunei.  Den 19. Scptem-' ber. Vranck vander Hoeven, Ontfanger van den Impoft, den Ontfanger Generael van de Beeden opgebracht en betaelt radde restant hem competerende aen de vijf cn tfeventigh duyfent JHildens, *E!.46. Vranck Van duyfent guldens , haer portie op te bren gen. r\P het voorfz tweede poinct. is gerefolveert, dat de particuliere Ontfangers, met alder diligentie ende rigeur fullen doen executeren de pretenfe Vryen, omme den Impoft op te brengen ; ende dat de Staten boven komende , fullen verfoecken kortinge, en by provifie continuatie van de voorfz 14000 guldens. QP het voorfz derde poin6t, zijn by de voornoemde Gedeputeerden feeckere Articulen gemaeckt, die fy mede genomen hebben, omme daer op elcks in den haren rapport te doen ; ende dies-aengaende Refolutie genomen zynde, boven komende , tegens de voorfz Verkoopers te folliciteren, volgens de felve Articulen, behoorlijcke provifie, of anders als by dc Steden breder geadvifeert fal werden. Den 26 September 1545. T)En Heere van Affendelft my by hem ontboden hebbende, heeft my gefeydt Brieven van onfen Stadthouder gekregen te hebben , daer by fchrijft dat de Staten, indien fy niet gerefolveert cn waren te accorderen in de Petitie , fulcks die by de Keyzerlijcke Majefteyt gedaen is, als noch niet en fouden boven komen; maer dat hy, volgende de Inftruétie hem gefonden , trecken foude in clcke Stadt apart, omme hem te informeren, dat  (w) fy in de voorfz Petitie fouden willen accorderen ; feggende my voorts in het fecreet, dat den Stadthouder hem fchreef, dat de Kcyzerlycke Majefteyt te vreeden foude wefen met vijf hondert duyfendt guldens, te betalen op vier Jaren, immers foude noch te vreeden wefen met fes hondert duyfent guldens, tc betalen op fes Jaren, mits dat de Steden daer in * genieten fouden hare gratie , en dat hy op 's anderen daeghs foude reyfen naer Haerlem, en foo by de andere Steden, om hem, tot 't gene wes voorfz is, te induceren. Den 2 October 1545. T-TEcft den Heere van Affendelft my gefeydt, dat hy die van Haerlem, Leyden, ende 1 der Gouda geinduceert hadde, hen conform 1 tc maecken met de Edelen; die van Dordrecht ' ende Amfterdam , te weten dat fy te vre- { den waren, te confenteren fes hondert düy- l fent guldens , tc betalen binnen fes Jaren, J ende op twaelf termynen, daer van de eerfte j termijn verfchynen foude van Kersmiffe nacftkomende, in een Jaar, te heffen cn te lichten by de gewoonlijcke Schiltalen , waer na ick oock de antwoorde van de Staten gealteycert en gemacckt hebbe. Dagh* Den 26. September, mitfgaders 2 October. re confen* eren in dc és honderr luyfent ;uldens, e betalen linnen fes aren, en ip twaelf ermijnen,  ( 252 ) Daghvaert gehouden tot Bruffel, op Den 10 October 1545. PRiES ENTEN. Uyt de Edelen. Dc Heeren van Gondriaen , ende Van Poeigeeft. Van de Steden. Jacob Oom, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Mr. Qjdrijn Dirckfz, Burgemeefter, ende Mr. Lambrccht , Penfionaris.Van Haerlem. Mr. Cornelis Aertfz, Secretaris. Van Delft. Jacob vander Does, Burgemeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz, Burgemeefter, ende Hoogaerden. Van Amfterdam. Gijshrecht Thomafz, Burgemeefter , ende Mi-. Cornelis Van Hoogelande, Penfionaris. Van der Gouda. Omme antwoorde te geven op de Petitie, by de Keyzcrlijcke Majefteyt de Staten gedaen , den laetften Augufti tc vooren , van de fomme van fes hondert duyfent guldens , tc betalen binnen vier Jaren , ende op acht termynen , ende op eenige andere Poincten. Dc Edelen hebben mede geaccor- 17* Odem hebben dc voornoemde Edelen ge2j accordeert de voorfz fomme van fes hondert duyfent guldens; te weten , binnen fes Ja-  053 ) 'Jaren, ende op twaelf termynen, daer vande eerfte termijn verfclryncn fal van Kersmiffe nacftkomende, over een Jaer, de felve penningen te heften ende te lichten by de ghcwoonlijcke Schiltalen. T"JE Gedeputeerden van de vijf groote Steden , als Dordrecht, Haerlem, Leyden , Amfterdam , ende der Gouda, hebben de felve fomme geaccordecrt op de voorfz dagen ende termynen, mits daer inne genietende elcks hare gewoonlijcke gratie, ende onder die conditiën in de antwoorde by my bcworpen, en onder my wefende begrepen. lp Odem, is volgende voorgaende Refolutie, ende de Articulen by de Gedeputeerden van dc Steden, den negentienden September, in den Hage by gefchrifte geftelt, oock onder my beruftende, gerefolveert by maniere van Placact, provifie te verfoecken by de Keyzerlijcke Majefteyt, * tegens de ongeregeltheyt en duyrte in den Lande van Hollandt dagelijcks opryfende, door het verkoopen van alle Victuaillen. T7 Odem, is gerefolveert op de fommatie, by den Ontfanger Generael van de Beeden, gedaen Vranck vander Hoeven , Ontfanger van den Impoft , omme op te brengen het reftant hem competerende, op dc Beede van hondert cn twintigh duyfent guldens , bedragende ter fomme van feftien duyfent fes hondert en negen ponden, dat men niet cn behoort te verftaen onder den voornoemden Vranck Den io. Oftober. deert in dé voorfz fomme. Ut faprfc Provifie van Placaat aen den Keyzer te verfoecken tegens de ongeregeltheydt,&c* Bi. 4a. Sommatie by denOntfanger Generael gedaen aen Vranck van der Hoe- ■ ven, om het reftant op te brengen bem competerende , &c.  Den 10 er de 12. Ociober. Confent op de voorfz fomme van fes hondert duyfent guldens,op de dagen ende rermynen. 'C 254 ) Vranck eenigh reftant te wefen, als oock en is, noch oock daer vooren en behoort gefommeert te werden, maer dat men behoort de pretenfe Exempten en Onwilligen den Impoft te betalen, van 's Keyzers wegen te doen exccuteren , ende den Procureur Generael te belaften , het felve fulcks te doen, alfoo de portie van de Onwilligen de Staten belooft, is kortinge te ftrecken, midts wekken de Keyzcrl: Maj: de felve portie moet dragen. Daghvaert gehouden tot Bruffel, op Den 12 October 1545. By alle de voor- van dc Staten te wegaende Gedeputeer- ten, roerende de voorfz den , ten fine voor- Petitie, ende op eeninoemt, ende omme ge andere Pointen. abiblute antwoorde J70dem, heeft den Heere van Affendelft, door laft van den Prcefident Schoorl, de Staten voorgegeven ende gevraeght , of elcks van henlieden gerefolveert was op dc voorfz Petitie abfolut confent te draghen; waer op de Edelen, ende Gedeputeerden van de vijf Steden; alfoo fylieden ghenoegh met mijn Heere den Pnefidcnt van hare gratie overkomen waren, verklaerdcn te accorderen de voorfz fomme van fes hondert duyfent guldens , op dc voorfz dagen en termynen , ?n onder de voorfz conditiën ; maer de Gekputeerden van'Delft vcrklaerden, te perfi■ïren by de Briqven van gratie ende exemp-  C ttf ) tïe, henlieden ter oorfaecke van den grooten brandt verleent. T?Odem , de Staten by my verhael gedaen zynde, dat den train van Juftitie in den Hove van Hollandt feer prolicx ende exceffif van koften was, foo uyt faecke van veel ende langh fchryven, als oock dat parthyen veele ende diverfche dilayen praftifeerden omme hare productie te doen, de welcke oock tot groote koften by hem gedaen moeite werden , ende dat daeromme fylieden hier tegens behoorden te verfoecken provifie ghedaen te werden, achtervolgende feeckere Articulen, by den Heere van Affendelft, ende den Prasfident Schoorl t'andcrcn tyden gelevert; foo is by de felve Staten gerefolveert, dat den Heere van Affendelft ende ick, aen den voornoemden Prgeficlent fouden verfoecken, de voorfz Articulen weder tc hebben, om die te vifiteren ende te adderen , fulcks men in raede bevinden foude, en voorts om te mogen komen tot abbreviatie van de Proceffcn, tot minder koften van Parthyen. T7 Odem, is Vranck vander Hoeven by de Staten eendrachtelijck gekoren, ende geno- mineert tot Ontfanger van des gemeene Lands 1 Ommeflagen, in de plaetfe van Heyman van ' de Ketel, die verklaert hadden niet te willen \ dienen fonder particuliere Ontfangers, mits ) dat die van der Gouda * begeerden dat men 1 Heyman van de Ketel noch eens foude vragen , of hy het voorfz Officie, fonder particuliere Ontfangers, foude willen bedienen; ende 1545- Den ij. October. Aengnende den langen train van Juftitie in den Hove van Hollandt, &c. franck vaii lerHoevea lengeftelt' ot Ontfan;er van 's ;emeene .andtsOmreflagen.* 131.49.  1545Den 12 en de 14. October. Een Ommeflagh geaccordeert. fretenfie van eenige Dorpen ende Vryhe• den in Hollandt, omme exempt te wefen in den thienden penningh, ommege- C250 ende is my belaft aen den Prcefident te folliciteren Commiflie op den voorfz Vranck, cn die onder my te houden, tot de voorfz Staten met hem overkomen fouden zijn. "17 Odem, is by de voorfz Staten een Ommeflagh geaccordecrt, volgende de Appoftillen, by my op den ftaet van Heyman voornoemt ontfangen, geftelt. Daghvaert, gehouden tot Bruffel, op Den 14 October 1545. By alle de voorgaen- gens de pretenfe Vryeit de Gedeputeerden van ende Onwilligen, op de Steden, behalven het inkomen van dc Mr. Hendrick Dirckfz, Margentalen, ende ten Burgemeefter van Am- felven dage confent ge- fterdam; maer in het dragen ter pretentie dragen van het con- van de Keyzerlijcke fent , waren fylieden Majefteyt,op de voorfz alle prefent , omme Petitie van fes hondert provifie te hebben te- duyfent guldens. T^Odem, naer by my verhacl ghedaenwas, dat eenige Dorpen ende Vryheden in Hollandt, pnetendcrende exempt te wefen in den thienden penningh , Ommeghcflagcn op het innekomen van de Margentalen, dienende tot furniffement van dé helft van het confent, geaccordecrt in April vijftien hondert drie en veertigh, voor Paelfchen; foo is by henlieden gerefolveert, dat men foude folliciteren, dat de voorfz Onwilligen verklaert fouden wcr-  ( 257 > werden onder den voorfz confbnte begrepen, Cn dien naervolgcnde gehouden in de helft van de voorfz fomme, maeckende vijf en tfeventigh duyfent guldens , te contribueren; ende die' van den Raede van Hollandt geordonneert , henlieden daer na te reguleren j ende geen provifie ter contrarie verleenen, immers indien by henlieden eenige ter contrarie verleent mochte zijn, de felve te revoceren, ende te niet te doen, ende dat volgende feeckere Articulen, by my daer van by gefchrifte geftelt; ende zijn de Milde en ick gecommitteert, omme het felve te vervolgen* maer Milde verkïaérde dat hy felve niet en wilde accepteren , ende dc indignatie alleen hebben. T7 Odem , by my verhaël gedaen zynde ten verfoecke van Mr. Jacob van Deventer j Kaertmaeckcr, Van dat hem noch komen foude , ter caufe van het maecken yah eeii Kaer* te, vijftigh guldens, die in den Jarc van vijftien hondert een en veertigh, hem waren geafligneert, ontfangen te werden, dc eene helft by die van Amfterdam ende de Waterfchc Steden, ende de andere helft by het gemeene Landt, ende dat hy daer van als noch verfocht betalinge ; foo is by de voornoemde Gedeputeerden gerefolveert, dat die van Amfterdam hem de eene helft betalen fullen , ende het gemeene Landt de andere helft, ende dat ick de felve vijf én twintigh guldens, mede in de ftaet van den Ommeflagh ftellen foude, fulcks ick oock gedaen hebbe. II. Deel. R * Eo- R *54S* Den 14; Oftober. flagen op het inkomen van'dö Margentalen. Verfoeck van Jacob vati Deveivter, voor, het maecken van een Kaert, noch refteerdevijftigh guldens»  1545' Den 14. Oftober. *Bi. 50. Confent op de Petitie fijn Majefteyt gedaen, den tijdt van fes Jaren, ende op twaelf termijnen. Poïnften van Appoinctement by Appoftille gekregen. Aengaende tte Acte e 258) * T? Odem, hebbe ick uyt den naem van aïla de Staten verklaert de Keyzerlijcke Majefteyt, dat fylieden accordeerden op de voorfz Petitie, by fijne Majefteyt gedaen voor den tijdt van fes Jaren, ende op twaelf termynen , t'elcken Jare hondert duyfent guldens, waer van den eerften termijn inncgaen ende verfchynen fal van Kersmiffe nacftkomende over een Jaer, ende voorts onder feeckere andere conditiën in de Acte van confent begrepen , welck confent de Keyzerlijcke Majefteyt geaccepteert heeft, alleen onder die conditiën, die men gewoonlijck is in het accorderen van de Becden toe te laten, ende te admitteren , en heeft de Staten daer van grootelij cx bedanckt. Naer by my alle de voorfz Poin&en den Prcefident by gefchrifte overgelevert waren, foo hebbe ick den vijftienden op elck van dien Appoinótement by Appoftille gekregen , blijekende by de felve Appoftillen onder my wefende, de welcke by my de Gedeputeerden van Haerlem, Delft, Leyden, Amfterdam, ende der Gouda, tc farhen vergadert zijnde, vertoont wefende, hebben my anders niet belaft te vervolgen , dan in de faecke van de Gulde Bulle, de antwoorde van die van Brabandt , de expeditie op de twee advifen aldaer gementioncert, ende voorts advis aen die van den Raede ende Reecken-kamer, roerende de cleétie van Vranck van den Hoeven. Eoden, naer ick de voornoemde vijf Gedeputeerden , alfoo die van Dordrecht niet cn be-  C 259 ) begeerden te compareren , voorgelefen hadde de Minute van dc Acte van confent by my gemaeckt, hebben my belaft de felve fulcks te doen maecken, ende in dier voegen tc tcyckenen, ende anders niet, in gevalle by dc Aóte van acceptatie blijckt, het felve confent fulcks geaccepteert te zijn ; maer de Edelen hadden my te vooren verklaert, dat fy te vreden waren defelve Acle by my ondertccckcnt tc werden , fonder infertie van dc claufule van Congé aldaer geroert. Eodem, dc felve voorgelefen hebbende de voorfz Articulen, roerende de Onwilligen, te betalen den tienden penningh, ommegeflagen op het inkomen van de Margentalen, hebben my geordonneert de felve fulcks over te geven den Prcefident, het welck ick ten felvcn dage fulcks ghedaen hebbe, die my daer van , mitfgaders op de twee advifen , in de voorfz Articulen begrepen, belooft heeft expeditie te doen hebben. Eodem, hebbe ick den Cancelicr van Brabandt vertoont dc Appoftille op het Articul, roerende de faecke van de Gulde Bulle, begcerende dat hy ons woude doen hebben dc antwoorde van die van Brabandt, daer op hy my voor antwoorde gaf, foo hy oock 's daeghs tc vooren ghedaen hadde, dat hy met henlieden foude fpreecken, en my de voorfz antwoorde doen hebben. Eodem, hebbe ick op dc voorfz Articulen, roerende de Onwilligen, te betalen den voorR 2 fchre- Den 14. Oftober. van confent by my gemaeckt en ondertceckeat» Artïeufénj roerende de Onwilligen in'tbe» talen van den tienden penningh. Antwoor» de van die V.m Brabant roerende de faecke van de Gulde Bulle. De voorfj Articulen  Den 14 en de 16. October. van de Onwilligen te fenden een den Raedt van Hollandt. *Bl.5r. De antwoordevan die van Brabandt in de fake van deG tilde Bulle te doen vifiteren by de Pralaten, ende andere van de Gedeputeerden van de Staten. Aengaende de bemuyrdc Steden vanliollant f 160 ) fchreven thienden penningh , verkregen by Appoftille, dat de felve Articulen met Copie van de A£te, in dato den negenden April vijftien hondert drie en veertigh, voor Paeffchcn, gefonden fouden werden aen den Raede van Hollandt , om daer op te fenden haer advis aen de Keyzerlijcke Majefteyt. * Den 16 October 1545. T-TEcft den Cancelier van Brabandt my ge-' feydt, dat die van Brabandt haer antwoorde in de fiiecke van de Gulde Bulle fouden doen vifiteren by dc Pradaten, ende andere van de Gedeputeerden van dc Staten, ende ons als dan de felve doen hebben; ende den Praefident Schoorl feyde my , in gevalle de felve antwoorde by henlieden niet gelevert en werde, dat hy de Keyzerlijcke Majefteyt, tot Utrecht wefende , die van Hollandt foude doen hebben bchoorlijcke provifie , hebbe evenwel op mijn vertreck belaft Sebaftiaen , Dienaer van Mr. Vincent, de felve antwoorde aen den Cancelier te vervolgen, ende my die over te fenden, ofte van fijn wedervaren te adverteren ; ende Bartholomei heeft my verklaert, dat den Prcefident hem gelcydt hadde , dat men in de fiiecke, hangende voor den Hove van Hollandt, tuffchen Willem Franfz en Mr. Jooft Acmfz, wel foude mogen voorts procederen. "jp Odem, naer de advifen van den Grooten Raede, ende van die van Hollandt geficn is geweeft, aengaende de bemuyrde Steden van  C 261 ) van Hollandt, tegens Hans de Kuyper tot Vlaerdingcn , omme interpretatie te hebben op het Octroy, dat men op het platte Landt niet en foude mogen Brouweryen ftellen, hebben de voorfz Steden op hare Requefte voor Appoinctement gekregen, veu Vadvis nihil ut petitur. Den 17 October 1545. /^Efien wefende het advis van die van dc Reecken-kamer in Hollandt, roerende het afnemen van den Thol by den Thollenacr van Utrecht, over de Onderfatcn van Hollandt, hebben de Staten verkregen provifie van Juftitie , om den Thollenaer van Utrecht in den Raede aldaer te mogen doen daghvaerden, om te aenhoren alfulcken eyfch, als fylieden ter caufe voorfz fullen willen doen. Den 19 October 1545. TVTAer dat ick ter prefentie van den Heere van Affendelft, den Prcefident gefeydt hadde , dat de Gedeputeerden van dc voorfchreve vijf Steden, my belaft hadden de Afte van confent niet tc tceckencn, ten ware by de Aéte van acceptatie bleccke, dat het confent onder die conditiën aldaer begrepen, geaccepteert wierde ; heeft my gefeydt, dat ten dage by my. het voorfz confent gedragen wierde, hy door bevel van de Keyzerlijcke Majefteyt de Staten verklaerdc, dat fijne Majefteyt het confent accepteerde onder die conditiën 5 dat men in het accorderen van de Bee R 3 der 1545. Den 16",17 ende 19. Oftober. tegens [lans de Kuyper, om interpretatie , &c. Advis ReeckenKamer in Hollandt, roerende het afnemen van den Thol, by den Thollenaer van Utrecht. BelangêrJdehetteeckenen van deActe van confent, &c.  '545. Den iy, 2'j ende 31. October. Ut fupra. *BI. 52. Brieven van fijne Keyzeriicke Majg- C 262 ) den gewoonlijck is toe te laten, ende te ndmitteren en vorder niet, waer tegens by de Staten als dan niet ghefcydt en wierde; ende indien de Staten my de Aéte van confent met en wilde laten teeckenen, alfoo de Keyzerl: Maj: het confent hielde van waerden, dat ick evenwel aen de Steden foude.fchry^ ven om te gekrygen haer confent. Den 27 October 1545. JJEbbe ick Mr. Jacob de Milde gefevdt, dat hy my foude laten weten, of fijne Meesters te vreeden waren de Acte van confent van fes duyfent guldens, uyt haren name by my getecckent te werden , niet tegenftaende dat het felve confent alleen by de Kevzerlijcke Majefteyt geaccepteert was, onder die conditiën, die men in het accorderen van de Beeden gewoon is toe tc laten ende te admitteren, ende niet. onder dc andere "conditiën in de felve Acte begrepen, midtfgaders oock wat refolutie fijn * Meefters genomen hadden," op de Articulen in den ftaet van den Ommeflagh geftelt, daer op tot Bruffel by hare Gedeputeerden rapport genomen was; ten felvcn dage hebbe ick mijne Miffiven gefonden aen dc Bcnfionariffen van Dordrecht, Haerlem, cnd§ der Gouda, tenderende ten felven fine. Den 31 October 1545. TJTEbbe ick met Hoogaerden, den Heere van Affendelft verklaert, hoe dat die van Amfterdam Brieven van dc Keyzcrlijcke Majefteyt,  C 2(53 1 fteyt ontfangen hadde, daer by henlieden belaft wierde, van die van Embden ende OoftVrieflandt, van elck Schip te nemen twintigh Caroli guldens, ende van de Goederen daer inne zynde, den thienden penningh, ende dat overmits by die vam ,Embden en OoftVriefiandt geordonneert was, voor Impoft van elck ftuck van de Beeften, toebehoorende die van Groningen, ende andere Onderfaten van defe Landen, twee ftuyvers meer tc nemen, dan fy hier voortijds plegen te doen, waer door de Koopmanfchap in de felve Landen gefchapen ware gantfchelijck te vergaen, alfoo de felve van Groningen ende Ooft-Vricslandt op de Goederen van defe Landen aldaer arriverende, de welcke aldaer dickwylen door tempeeft, onweer ende anderfmts, overmidts de bequacmheydt van de Havenen arriveren moeten , gelijck of meerder Impoft ftellen fouden; dat oock fylieden Brieven van dc Keyzcrlijcke Majefteyt, daer by henlieden belaft werde geen koorn, oock van Buyten innegebracht zynde , uyt te laten varen, alwaer het oock fulcks dat het felve in de Schepen gheladcn ware, waer door van gelijcken gefchapen was groote duyrte in het koorn tc komen , ende oock geen van buyten innegebracht te werden, alfoo 'er niet inne en komt, daer niet uytgevoert cn werdt; ende dat aireede het koorn , naer de tydinge van de voorfchreve Miffiven onder den Koopman gekomen, op elck Laft gcrefen was vier Goutguldens , dat dacromme hy de Staten foude willen befchryven, omme hier inne remedie scadhibcert te werden; waer op den Heere ü R 4 var Den 31. Oc'tober. fteyt aen die vanAmfterdam,waer by fy gelaft werden, van die van Krabden en Ooft-Vrieslandt van elck Schip te nemen twintig Caroli guldens , en van de Goederen daer inne geladen, den tienden penning, &c.  *545< Den 31. Ocïober. ende 5 jN'overnb, Heyman van de Ketel te induceren tot den ontfangh van 's gemeene Landts Ommcfla- Advis, roerende de nominatie van Vranck van der Hoeven , pm te wefen Ontfanger van's C 264 ) van Aflendclft, naer hy hier van met dert Raede gecommuniceert hadde , ons tot antwoorde gegeven heeft, dat, alfoo de felve befchryvinge foude wefen tot achterdeel van de beliefte van de Keyzerlijcke Majefteyt, den Raede niet oorbacr cn dachte, de voorfz Daghvaert te befchryven, maer dat die van Amfterdam patiëntie moeiten hebben tot andere QO-rfaecken, ende middelen vielen omme de Staten tc befchryven, niettemin, indien die van Amfterdam, van het geene wes voorfz is, den Raede eenige doleantie wouden overgeven, fylieden fouden daer van geerne de Keyzerlijcke Maj: adverteren, JTOdem , by my den Heere van Affendelft vermaent zynde, dat hy Heyman van de Ketel foude willen fpreecken ende induceren, ten eynde hy den ontfangh van des gemeene Landts Ommeflagen foude willen accepteren, fonder onder hem tc hebben particuliere Ontfangers, heeft my belooft Heyman van den felven dage by hem te ontbieden , en daertoe te induceren, Den 5 November 1545. T-TEbbe ick den gelevert den Heere van Af-, fendelft de Brieven van de Keyzerlijcke Majefteyt, aen den Raede ende Reecken-kamer, om tc hebben haer advis, roerende de nominatie van Vranck vander Hoeven, omme te wefen Ontfanger van des ghemecne Landts Ommeflagen , alfoo den Heere van Affendelft my te vooren gefeydt hadde, van  1265; tiefe faecke gefprokcn tc hebben Heyman van de Ketel , die hem verklaert hadde , niet te willen dienen fonder particuliere Ontfangers, ondc dat hy te vreden was dat de Staten, van den felven ontfangh yemandt anders * verfagen , welck voorfz advis den voorfz Heere van Affendelft my van dien dage belooft heeft tc doen expediëren. Den 6 November 1545. T-TEeft Hoogelande my uyt den naem van fijne Meefters gefeydt, dat, nopende de Articulen in den ftaet geftelt, omme te komen tot een nieuwen Ommeflagh , daer op tot Bruffel by fijne Gedeputeerden rapport genomen was, dat fy, volgende de andere Gedeputeerden, in het inhouden van dien confenteerden, uytgefondert het Articul, roerende den Griffier van Hollandt , daer fijne Meefters hen lieten duncken , dat alfoo hy niet lange gedient en hadde , ghenoegh was hem toe te voegen hondert en vijftigh ponden van veertigh grooten, evenwel refereerden hem dies-aengaende gelijck die van Dordrecht gedaen hadden aen te feggen van den Heere van Affendelft; ende aengaende het poinót, of fy te vreden waren de Acte van confent van fes hondert duyfent guldens, in de Acte den veertienden Oftober vijftien hondert vijf en veertigh, by my geteeckentfouden werden, niet tegenftaende dat het felve confent by de Keyzerlijcke Majefteyt niet geaccepteert en werden, onder die conditiën aldaer , maer alleen onder de conditiën, die men Den 5 endei 6 Novemb» Landts O mme (Iagen. *B1. 53. Rapport, nopende de Articulen in derj ftaet geftelt, om te komen tot een nieuwen Ommeflagh.  Den6, rerï de 8. Noyemb. JJt fupra. tïecorrmiit- teerden ter Auditie, van den tienden penningh op het in- ( 266 > gewoonlijck is in het confenteren van dc Beode toe te laten; heeft my gefeydt, in gevalle de andere Gedeputeerden te vreden waren de Afte voornoemt fulcks geteeckent tc werden, fijne Meefters hen conform maeckten. Den 7 November 1545. J-TEbben Mrs. Lambrecht Tacobfz, Penfionaris van Haerlem, ende Jacob dc Milde , elck uyt den naem van hare Meefters gefeydt, gepaffeert dc Articulen, in den ftaet van den Ommeflagh begrepen , daer op by hem rapport ghenomen was, fulcks dc Edelen , ende die van Dordrecht gedaen hadden; dan roerende het Articul van den Griflier, feyde de Milde , dat in de eerfte Daghvaert by fijne Meefters refolutie gegeven foude werden ; ende aengaende het teeckenen van de Aóte van confent van fes hondert duyfent guldens, in de A6te den veertienden October vijftien hondert vijf en veertigh, fevde Lambrechtfz, dat den Keyzer tot Utrecht wefende, hy hem daer foude vinden, ende my als dan antwoorde geven; ende de Milde feyde, dat men het felve in de naefte Daghvaert doen foude. Den 8 November 1545. ^Yn by de Gecommitteerden ter Auditie, van den tienden penningh op het inkomen van de Margentalen, gehoort eenige van dc Reeckeninge van de particuliere Ontfangers ; maer alfoo ick den negenden met do Ge-  C 267 ) Gedeputeerden van Amfterdam, naer het Hof reyfen moeftc; foo en weet ick niet wat difficultcyten daer bevonden, ende eyndelijck daer inne geaccordecrt; dan fal Suys van alles de Staten rapport doen , als wefende de principaelfte Commiffaris. ? HTEn felven dage hebbe ick gemaeckt de Remonftrantie, de welcke naer by ons gelevert is de Keyzerlijcke Majefteyt, tenderende , omme gerevoceert cn te niete gedaen tc hebben dc interdictie, van geen vreemt Koorn uyt defe Landen te mogen voeren, groot weïenden achthien Laften. * Den 9 November 1545. TJEn ik door onthiet van den Heere van Affendelft , die van Dordrecht, Haerlem, Delft, Leyden en Amfterdam, met feeckere Gedeputeerden van Amfterdam , als Dirck Hillebrandtfz, Burgemeefter, Cornelis Hcndrickfz ende Hoogaerden, gereyft naer Antwerpen; ende hebbe, na dat de Keyzcrlijcke Majefteyt ende de Kon:, aldaer gekomen waren den negentienden der felvcr, den Stadhouder ende den Prrefident, ende daer na mijn Heere van Eccke verhaelt het inhouden en verfoeck van de voorfz Remonftrantie , die ons alle belooft hebben aen expeditie te helpen, foo geringe fylieden met de Ambaffadeurs van Vranckrijck cn Engelandt gebefoigncert fouden hebben. Dep, *54> Den 8 enda' 9 Novemb. komen van deMargetitalen. Remonftrantie aen de Keyzerlijcke Majeiteyt,&.c. * BI. 54. Remonftrantie van deGedéputeerden na Antwerpen, byde Keyzerlijcke Majefteyt en de Kon. gekomen waren, écc.  Den 27. IS'ovemb. Belangende de interdictie op den uytvoer van bet Koorn. Commiflie voor vander Hoeven , als Ontfanger, &c. Placaet tegens die van Embden ende Ooft-Vrieslandt, tot afdoeninge van den nieuwen Impoft by haer geftelt op de Goederen van die van Groeningen. ( 268 ) Den ij November 1545. T-JEbben den Stadthouder ende Prcefident ons gefeydt, dat de Kon: in geene meeninge cn was de voorfz interdictie te niet te doen , dan in het eynde van Februarii toekomende, ende dat overmits binnen den felven tijdt geen Koorn uyt Ooftlandt hier komen en foude, ende voor den felven tijdt afdoende dc voorfz interdictie ware gefchapen dc helft van het Koorn, wes hier nu is, uytgevoert te werden, fouden evenwel binnen een dagh of twee ons aen expeditie helpen» en fien wat men doen foude mogen. T70dem heb ick gelolt dc Commiflie van vander Hoeven, als Ontfanger van des Lands Ommeflagen. T7 Odem, hebbende het verfoeck by my by gefchrifte geftelt, van dat die van Embden ende Ooft-Vrieflandt, by een ander middel bedwongen fouden mogen werden, den nieuwen Impoft by hen geftelt op de Goederen van die van Grocningen af tc doen, dan by afneminghe van gelijcke ofte meerderen Impoft op hare Goederen , ofte dat in andere Landen van herwaerts over, gelijcke Placaten uytgegeven fouden werden, als den Schout van Amfterdam ghcfonden ware, den Prcefident Schoorl in het lange verhack; foo heeft hy ons voor antwoorde gegeven, dat'er geen ander middel en was , omme henlieden, tot 't geene wes voorfz is , te conftringeren ; ende dat gelijcke Placatcn in Zcclandt, Vries- Jandtj  ( 2Ö9 ) lanck, Over-Yffel, ende andere Landen gefonden waren; ende dat daer en boven by de Kon: eenige uytgemaeckt waren, omme op de Goederen van die van Ooft - Vrieflandt waer te nemen ; ende indien by henlieden eenige vordcre Importen opgeftelt werden, op de Onderlaten van defe Landen , dat men altoos fulcke provifie daer tegens doen fouden, dat fylieden blyde fouden wefen den felven Impoft af te doen. Den 28 November 1545. TJEbben die van Brabandt naer veele follix citatien by mijn gedaen, foo aen den Prcefident als aen den Cancelier van Brabandt, de Kon: gelevert hare antwoorde op de Requefte van die van Hollandt, Zeelandt ende Mechelen, roerende de fiiecke van de Gulde Bulle, waer van by my Copie verfocht zijnde, heeft den Prcefident my gefeydt, dat hy de felve cerft moeite vcrtoonen de Keyzerlijcke Majefteyt, om tc weten fijne goede gelief te. * Den 30 November 1545. T-TEeft den Prcefident my gefeydt , dat de A Keyzcrlijcke Majefteyt ons van de voorfchreve antwoorde geaccordecrt hadde Copie, maer want dc felve antwoorde feer groot is, ende den Prcefident, den Audiencicr, ende ick ten felven dage, ofte des anderen daeghs moeite vertrecken, foo en heeft den Audiencier my de felve antwoorde niet mogen leveren, voor Den 27, 2* ende 30. Novemb. Antwootde de Kon: gelevert op de Requeste van die Hollant, Zeeland en Mechelen, roerende de Gulde Bulle. *BI. 55- Copie van de antwoorde gelevert.  Den 30. Novemb. Interdictie van geen vreemt Koorn uyt te mogen voeren. C 270 > voor de Keyzerl: Maj: tot Utrecht foude wefen. J)En acht en twintighften heeft den Heere van Praet ons gefeydt, dat op het voorfchreve verfoeck, om afgedaen te hebbende interdictie , van geen vreemt Koorn uyt te mogen voeren, by de Kon: verklaert, dat de felve interdictie niet'langer ftandt houden en foude, dan tot den .eerften Maert toekomende , ende dat naer dien tijdt de helft van het vreemt Koorn, het welck men foude inbrengen, altoos weder uyt foude mogen voeren, ende foo verre de duyrte ceffeerde^ foude men oock vryelijckcn alle vreemt Koorn uyt mogen voeren; dat oock die van Amfterdam binnen dc voorfz drie maenden ghehouden fouden wefen provifie ende diligentie te doen, dat 'er geen binnen gewaffen Koorn uytgevoert en werde, ofte by gebreck van dien , dat men interdiceren foude henlieden eenigh binnen gewaffen Koorn te brengen ; dat oock een Secretaris van den Secreten Raedt, by hare Majefteyt gecommitteert was omme hem te informeren , hoe veel laft Koorns binnen Texel ofte ^ daer omtrent leggende is, het welcke de Kóopluydén begeeren uyt te voeren , ende oock hoe veel laft Koorns binnen Amltcrdam is, ende foo verre by hem bevonden werdt binnen Amfterdam noch eens foo veel Koorns te zijn als omtrent Texel leggende is , ofte daer omtrent , fal geauthonfeert zijn omme het Koorn , leggende in Texel, te ontflacn, en Weftwaerts tc laten voeren Den  C 271 > T^En negen cn twintighften heeft den Pracfidcnt ons gcvoeght , het felve gefeydt , behalven dat hy geen vermaen en dede, van die van Amfterdam te weygeren binnen gewaffen Koorn, indien fy niet toe en fagcn, dat het felve niet uytgcvoert cn werde. Den 2 December 1545. Den 30. Novemb. 2 ende 3. Dec. Die van Amfterdam te weygeren binnen gevvaflen Koorn. ]3En ick van Antwerpen te huys gekomen, en hebbe eodem, den Heere van Affendelft van alles ons rapport gedaen. Den 6 December 1545. ï-TEeft Suys , Vranck vander Hoeven ende ick , gehoort de Reeckeninge van Jooft van Rijswijck, Ontfanger van den tienden penning; op het inkomen van de Margentalen, en bevonden dat meelt alle de Quohieren, by hen overgelevert , ongeverifieert waren , de welcke wy gefloten hebben den tienden der felver Maendt. Reeckeninge van Jooft van Rijswijck, Ontfanger van den thienden penningh. * Dagh- Rapport aen den Heere van Affendelft.  Den 10. December. ♦Bl.56. ( 272 ) * Daghvaert, gehouden In den Hage op Den 10 December 1545. PRiES ENTEN. Uyt de Edelen. De Heeren van Alckemade , ende Van Hardincxvelt. Van de Steden. Heyman Adriaenfz } Thefaurier, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Gerrit Steffenfz 3 Burgemeefter , ende Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Vranck Bartholomeeufz, ende Mr. Huygh. Van Delft. Claes Adriaenfz, ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. ' Dirck Hillebrandtfz y Burgemeefter, ende Hoogaerden. Van Amfterdam. Gijsbrecht Thymanfz . Burgemeefter, ende Mr. Cornelis van Hoogelande, Penfionaris. Vin der Gouda. Omme rapport tc hooren van het geene wes by de Commiffariffen geordonneert , ter Auditie van de Rekeninge van den tienden penningh gedaen is; noch omme te refolveren op de Acte van acceptatie van het laetfte confent; noch op den Ommeflagh van 's gemeene Landts onkoften. Eodem  C -73 ) *|7^0dcm heeft Suys , nopende het eerfte JQi poinct, rapport gedaen, ende vertoont de diiiiculteyten by de Commiffariffen bevonden, die oock by hen by gefchrifte geftelt waren, als in den eerften alle de parthyen van de Landen van den geencn, die in den felven tienden penningh pretenderen exempt te zijn, mitsgaders oock alle de Uyterlanden, gelegen in Zuydt-Hollandt ende Delflandt, als onder de Schiltalen niet begrepen zynde; dat oock alle de Quohieren van den particulieren Ontfanger over het Quartier van Arckel ende Gornichem, behalven twee die niet en waren geverifieert, op welck poinct als doen geen refolutie genomen cn is geweeft, overmits dat 'er maer twee van de Edelen ter Daghvaert gekomen en waren, de welcke verklaerdcn geen laft te hebben, nochte oock fterek genoegh te wefen om in defen te refolveren, mits wekken de Refolutie van dien uytgeftelt is tot den feftienden defer Maendt. T70dem, nopende het tweede poinct, roerende de Afte van acceptatie , waer by verhael gedaen was, dat de voorfz acceptatie van wegen de Keyzerlijcke Majefteyt niet gedaen en wras, conform ende onder die conditiën, die men gewoon is in het confenteren van de Beeden te accorderen ende te befpreecken , ende bevindende de Acte van acceptatie fulcks gemaeckt te zijn , verklaert hadde geen laft te hebben de Acte van confent te teeckenen, ten ware die geaccepteert wierde in foma , foo fy gedaen was , foo hebben de voornoemde Staten by forme van communicatie ghenoegh II. Deel. S ge- 1545. Den 10. December* Rapport roerende de difficulteyten by de CommiflTarifleabevonden. Verhael roerende deAfte van acceptatie.  Den 10. December. *B1.57. Confent in den geheelen Ommeflagh van den voorfz Staet, &c. 3 C 274 ) gerefolveert, dat'men aen de Keyzerlijcke Majefteyt foude folliciteren, de Acte van acceptatie conform ghemaeckt te hebben de Aéte van confent, ofte dat men ten minften by een ander middel foude folliciteren den Impoft van de Congé, cn andere nieuwigheden daer by de Negotie * verachtert , foude mogen werden afgedaen te hebben, alfoo het geheele welvaren van defe Landen ftaet op de Negotie , is evenwel de abfolute Refolutie van dcfen gereferveert tot de nacfte Daghvaert, omme de redenen voorfz. "pOdem, is op het derde poinct, roerende den Ommeflagh, waer by my het innchouden van den ftaet verhaelt is geweeft, ende Wc in den Ommeflagh van dien, de Staten den twaelfden Oftober tot Bruffel geconfenteert hadden, behalven in eenige Articulen, daer by eenige Gedeputeerden rapport op genomen was, als oock by my verhaeldt werde; foo hebben de voornoemde Gedeputeerden dc novo geconfenteert in den gcheelen Ommeflagh van den voorfz Staet, behalven dat die van Leyden den Kacrtmaecker van Deventer , niet cn wilden pafferen haer portie van dc vijf en-twintigh guldens aldaer géftcldt, overmidts hy henlieden geen Kaerte gelevert en hadde, ende dat die van Amfterdam begeerden een Kaerte te hebben, dienende op het Congé, daer vooren hem de voorfz vijf Dn twintigh guldens toegevoeght waren, ende lat fy oock begeerden te hebben Copie van de lente-brief van Paulus van Urfelen, eer fy n den ommeflagh van de Renten van vijftigh gul-  C 2?S ) guldens , aldaer geftelt , wilden öonfenteren. T^Odem , heeft den voornoemden Suys de Staten vertoont feeckere Miffive van de Koninge ende van den Raede van Brabandt, aen den Raede van Hollandt, mitfgaders feeckere Requefte by den Procureur van Brabandt , den Raede aldaer overgegeven, by de welcke den Raede aldaer bevolen werdt in furcheantie te houden de proceduyren aldaer hangende, tuftchen eenen Mr. Jooft Aemfz, ende eenen Willem Franfz, fulcks als tot anderen tyden by de Majefteyt bevolen is geweeft ; het welck gehoort hebbende de voornoemde Staten, hebben my belaft ,' mits dat by den Prcefident tot anderen tyden Verklaert is geweeft, datmen foude mogen procederen, dat ick komende tot Utrecht, foude folliciteren aen den Prcefident, dat, volgende de felve fijne verklaringe , het voorfz bevel van ftn> cheantie afgedaen foude mogen Werden. T7 Odem heeft Suys , door bevel van den Heere van Affendelft, de Staten verklaert , dat, alfoo nu vaceerde het Officie van Ontfanger Generael van de Beeden over Hoh landt, het Welck een van dc principaelftc en de eerlij ckfte Officien van Hollandt is* ende dat alfoo de Staten principalijck met den feb ven Ontfanger te doen hebben, fy behoorden aen de Koninginne, ofte de Keyzerlijcke Majefteyt te doen vervolgen, dat tot het felve Officie een Ingeboorcn van Hollandt, die de natuyre van den Lande kende, voor een UytS 2 hcemfch f545* Den io. December. Mifïïre van de Koningin^ ne, ende van den Raede vaa Brabandt aen den Raede van Hollandt. Aen de Koninginne te vervolgen, dac tot het Officie vaa Ontfanger Generael van de Beeden, een Ingeboorenmag werden gepro» moveert.  Den io. December. Aengaende de interdictie van geen vreemt Koorn uyt den Lande te mogen voeren. •BI.58. Commiflie voor Vranck van der Ho<;ve, tot Ontfanger Generael van des gemeene Landts Ommeflagen. Antwoorde, roerende de (aecke van (270 hecmfch gepromovcert mochte werde, welcke verklaringe by de Staten gehoort zijnde, hebben eendrachtclijck my belaft het felve vervolgh tc doen, te meer, want de Staten van Hollandt geprivileg eert zijn , dat men geen Uythecmfche tot eenigh Officie van defe Landen en foude mogen promoveren. T? Odem hebbe ick de Staten rapport gedaen * van het geene wes by my, ende de Gedeputeerden van Amfterdam te Hove gebefoigncert is geweeft, aengaende omme afgedaen te hebben de interdictie, by de Keyzerlijcke Majefteyt ghedaen , van geen vreemt Koorn uyt den Lande te mogen voeren, volgens het geene wes by hen folio prcecedenti, hier voren geftelt is. * T£0dem' fiebbe ick de felve Staten mede verklaert, dat ick geobtineert hadde van de Keyzerlijcke Majefteyt Commiflie voor Vranck vander Hoeven, omme te wefen Ontfanger Generael van des gemeene Lands Ommeflagen, dc welcke ick oock de felve Commiflie voorgelefen hebbe, henlieden vragende, of fy den voornoemden Vranck niet en wilden ontbieden , omme met hem over een te komen van fijn Salaris ende Arbeydtsloon ; waer op by henlieden gefeydt wierde, dat eenige van hen fouden ondervragen waer mede hy te vreden fouden wefen. JPOdem, hebbe ick den felven verklaert, hoe dat door mijn follicitatie die van Brabandt den acht en twintighften November ge-  ( 277 ) n r545- Den io. gelevert hadden hare antwoorde , roerende de faecke van de Gulde Bulle; ende dat door mijn vervolgh de Keyzerlijcke Majefteyt daer van Copie gegunt hadde, die ick tot Antwerpen niet cn hadde konncn krygen, overmidts de groote van dien, ende het vertreck van de Keyzerlijcke Majefteyt, maer dat den Audiencier my belooft hadde de felve tot Utrecht te doen hebben. T7Odem, hebbe ick op feeckere Ordonnantie van de Huysvrouwe van Mr. Jan Plumion, verfoeckende voor haer moeyte, van dat de Commiffariffen, geordonneert ter Auditie van dc Reeckeninge van den Impoft ende van den tienden penningh, befoignerende tot diverfche ftonden, tot haerder Woonftede vergadert zijn geweeft, een graturteyt toegevoeght te werden , door onthiet van de Staten voor Appoinctement geftelt. De Suppliantc in defen geroert, fal patiëntie hebben ter tijdt en wylen toe alle de Reeckeningen , daer van alhier mentie gemacckt wert, gehoort en gefloten fullen wefen. TTOdem, hebbende Commiffariffen, gecommitteert ter Auditie van de Reeckeninge van de particuliere Ontfangers van den Impoft, gehoort ende gevifiteert dc Reeckeninge van den Ontfanger over het Quartier van Arckel en Gornicïiem , genaemt Jooft van Rijswijck. S 3 Dm December, de Gulde Bulle. Ordonnantie van de Huysvrouwe van Mr. Jan Plunion, &c. Gevifiteert de Rckeninge van denOntfanger over 't Quartier van Arckel ende Garüidiein.  pen 15. December. Ordonnantie van de onkoften in het folliciteren om afgedaen te hebben de Congé. C 278 ) Den 15 December 1545. J-JEbbe ick , volgende de Refolutie by de Staten , den achtienden September te vooren genomen, die van Dordrecht gelevert Ordonnantie van de onkoften, by hen gehadt in het folliciteren, om afgedaen te hebben de Congé, en dat op Vranck vander Hoeven, als Ont&nger van 's Lands Ommeflagen.  ( m) * Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 16 December 1545. PRESENTEN. Uyt de Edelen. De Heeren van Alckemade.Van Poeigeeft. Van Duvenvoorden. Van Noortwijck, ende Van Treflongh. Vm de Steden. Heyman Adriaenfz , Thefauricr, Maerten Schrevelfz, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Hendrick Janfz, Burgemeefter , ende Mr. Huygh vanden Eynden, Penfionaris. Van Delft. Claes Adriaenfz, ende Mr. Jacob de Milde, Penfionaris. Van Leyden. Dirck Hillebrandtfz , Burgemeefter, ende Hoogaerden. Van Amfterdam. Witte vander Hoeven, Burgemeefter, ende Mr. Cornelis van Hoogelande , Penfionaris. Van der Gouda. Omme andermael rapport te hooren van de befoignes gedaen by de Commiffariffen, gecommitteert ter Auditie van de Rckeninge van den laetften thienden . penningh ; noch omme te refolveren op de Acte van acceptatie van het laetfte confent ordinaris ; ende op meer andere Poinften die hier na verklaert fullen werden. S 4 Naer I54S- Den 16. ■ December. *Bl.5o,  154?- Den 16. December. Roerende de geenen die pretenderen in den thienden penninghexempt te weien. ( 280 ) NAer by my het voorfz rapport gedaan, ende de difficulteyten by de Commilfaraffen bevonden, geopent zijn geweeft; foo is by de Edelen gerefolveert, dat men foude fchryven aen den genen die in den voorfz tienden penning pretenderen exempt te wefen, dat fy de redenen waer in fy prcetenderen exempt te wefen , fouden ovcrfchryven, ende overfenden aen den Raede van Hollandt, ende dat fy te vreden waren wes by den Hove, ofte by feeckere Commiffariffen van henlieden geordonneert foude werden tc achtervolgen, des van .de andere Gedeputeerden gevolh hebbende; maer de Gedeputeerden van dc fes groote Steden refolveerden, dat fylieden van de felve opinie wel fouden wefen, indien men in furcheantie wilde houden dc vijf duyfent een hondert eene guld. elf ftuyvers, aen de vijf en tfeventigh duyfent guldens noch refterende , ter tijdt toe het felve befchcyt by den Hove gevifiteert zynde, daer op gedifponeert foude zijn; maer gemerekt men de felve furcheantie ons niet en foude willen gunnen, foo docht henlieden oorbaer te vervolgen aen den Raede haerlieder advis, daer toe wy van de Majefteyt van de Koninginne Brieven hebben, ende dat men den felven Raede overleveren foude de fpecificatie van de Landen der geener , de welcke de voorfz exemptie pretenderen te hebben, midtsgaders oock Copie van de Articulen, de Staten by de Koninginne mede gegeven, daer op het voorfz confent gevolght is, ende het felve advis hebbende als dan aen de Koninginne te folliciteren , dat de felve Exempten verklaert mogen wer*  C *si ) werden, mede 'gehouden in den voorfz tienden penningh te contribueren, byfondcr aen* fchouw nemende dat voor dato van het confent , ten dage van bet confent, ende oock daer naer altoos by de Koninginne, den Prefident * Schoorl, ende oock de Edelen), vcrftaen ende verklaert is, dat de voornoemde pretenfe Exemptcn mede gehouden waren te contribueren , ende dat die woorden in dc Aóte van confent begrepen, daer inne mede contribueren fullen Edelen ende Onedclen, Geeftelijcke ende Wereltlijcke, Vrye endeOnvrye, anders niet en fouden opereren, maer te vergeefs wefen; ende gemerekt de voorfz Beede geconfenteert is tot defenfie van den Lande geen apparentie en heeft, dat dc voornoemde Exemptcn meer vrydom fouden genieten dan alle de andere , en is my belaft het felve vervolgh te Hove te doen. 17Odem, naer by*my verhael gedaen is geweeft , nopende de Acte van acceptatie van het voorfz confent, conform het gene ick verhaelt hadde den thienden December te vooren, ende dat daeromme als nu diende omme Refolutie te nemen, of men aen de Keyzerlijcke Majefteyt folliciteren fal, dat dc acceptatie van het voorfz confent, ons by gefchrifte gegeven foude werden, conform gemaeckt het confent, te weten, onder die conditie in de Aéte geinfercert, dat de Onderlaten van Hollandt ongemolefteert fullen blyven van den Impoft van Congé , ende van andere nieuwigheden , daer de Koopmanfchap mede verachtert foude mogen werden, dan S 5 of 1545. Den 16. December. * BI. 60. De Afte van confent te teeckenen fonder infertie van feeckere conditiën, ccc.  1545Den 16. December. i ( 282 ) of men by andere middelen foude folliciteren den felven Impoft afgedaen te hebben ; foo is by de voornoemde Edelen gerefolveert, dat, alfoo fylieden my laft gegeven hadden van de voorfz conditie, dat oock in geender manieren apparent cn was, dat de Acte van acceptatie anders uytgegeven foude werden, dan fulcks als de acceptatie by de Keyzerlijcke Majefteyt gedaen was, henlieden niet geraden cn was het voorfz eerfte poinct te vervolgen ; maer dat men by maniere van een nieuwe Rcmonftrantie foude vervolgen den voorfz Impoft afgedaen te hebben, fulcks als tot diverfche ftonden by dc Staten gedaen hadde ghewcelt ; de Gedeputeerden van de fes groote Steden, fiende dc Edelen van advife niet te wefen te folliciteren , dat de Acte van confent foude wefen onder die ^conditiën in den contente begrepen, hebben hen dies-aengaendc met hen conform ghemaeckt ; ende voor refolutie gefeydt, dat, omme het Landt van Hollandt, het welck gantfeheiijek op die ncgotiatic gefbndeert is , niet gantfeheiijek te hazarderen , ende tot geheele deftructie ende ruïne te brengen; men by de middelen in feeckere Requefte ende Remonftrantie , dc Majefteyt van de Koninginne tot andere tyden overgegeven*.* ghefteldt aen dc Keyzerlijcke Majefteyt, by hulpe ende iddreffe van den Heere van Gravelles fouten neerfteiijck folliciteren, den Impoft van Congé ende andere nieuwigheden afghedaen :e hebben, al foude menoock van 's Landts «regen den felven Gravelles wat toe voeden en fchencken ; ende zijn omme het felve  ( 233 ) ve te vervolgen gecommitteert Poeigeeft Bartholomei, dc Milde, Hoogaerden en ick TTOdcm, naer by my dc Staten vertoont ii geweeft, dat den Procureur Generael mj hadde gelevert feeckere Copie van een Mislive van de Koninginne, inhoudende, dat. alfoo de Staten geconfenteert hadden te ftellen in handen van twee Commiffariffen, dc Quohieren van de twee thienden , om daei uyt te nemen de Extracten van de partyer die qualijck aenghebracht mochten zijn, ende daeromme hare Majefteyt die van den Raede ordonneerde, by den Griffier de voorfz Extracten tc doen maecken, die by den'Procureur begeert fouden werden, ende dat daeromme fylieden fouden willen committeren twee Commiffariffen , ter prefentie van dc welcke de voorfchreve Extracten gemaeckt fouden mogen werden; * foo hebben de voorf2 Staten daer toe gecommitteert den Heere van Alckemade, ende Mr. Huygh vanden Eynden. TT Odem, naer by my de Staten verhaelt is geweeft, hoe dat Vanderen tyden aen de Koninginne gefolliciteert gheweeft hebbende , dat den Thollenaer van Utrecht geordonneert foude werden de Onderfaten van Hollandt, elcks in den haren, te laten genieten fulcken vrydom in den Thol aldaer, als fylieden van ouden tyden gewoonlijck waren te gebruyeken , ende te reftitueren wes contrarie haer voorfz poffeffie by hem ontfangen was, naer voorgaende advis van die van den Raede ende Reecken - Kamer, wy alleenlijck geobtineert had- Den 16. December." : DeQuo- hieren van . de twee thienden te ftellen i;i handen van Commiftariflen , om daer uyt te nemen de Extracten, [ &c. *Bl.öi. De provifie tegens den '1 ')<)!lenaer van U:regt, raeckende den vrydom van den Thol by de Onderlatenvan Hollandt genoden, ter executie te leggen.  154-5Den 16. December. MetVrancl; vancler Hoeven, over fijne weddens geaccordeert. ( 284 ) hadden van den Secreten Raede provifie van Juftitie tegens den Procureur Generael van .Utrecht, met committimus aldaer, ende of het hem geliefde de felve provifie ter executie geleyt tc hebben: Soo is eyndelijck by de voornoemde Staten gerefolveert, dat ick de voorfz provifie ter executie foude doen leggen , ende den Advocaet ende Procureur van Utrecht inftrueren, dat men evenwel die faecke niet feer en foude avanceren, omme binnen middelertijdt te fien of men te Hove foude mogen verkrygen, dat den Thollenaer belaft foude mogen werden, dc Onderlaten van Hollandt als vooren ongemolefteert te laten, mits dat de Keyzerlijcke Majeitcyt meer fchade dan proffijt daer by heeft, alfoo den Thol meeft ge-cyfcht. werdt van de Beeftcn, die van Groeningen ende Over-Yffel gebracht zynde, aldaer paffcren, de welcke nu te fchepe uyt het fwarte Water naer Amfterdam gefonden werden, ende mits dien geenen Thol en pafferen. J?Odem, naer by my de Staten vcrhaelt is het innehouden van feeckere Memorie van Vranck vander Hoeven , daer inne hy voor fijn wedden verfochtc den vijf cn twintighften penningh vanden ontfangh van den Ommeflagh , alfoo den Ontfanger Generael van te vooren, met fijne particuliere Ontfangers, dc vacatiën daer inne gerecckent, den twintighften penningh gehadt hadde; foo hebben de voornoemde Staten gecommitteert , omme met den voorfz Vranck over te komen , Mrs Lambrccht, van den Eynden ende. my,  C 285 ) my, ende my belaft, volgende de felve over een komfte, den voornoemden Vranck te leveren Aéte van fijne wcddens, dat ten felven dage den voornoemden Mr. Lambrecht en ick , hebbende genoegh laft van den voorfz Mr. Huygh, die naer huys geryft was, met den voorfz Vranck overkomen met den twee en dertighften penningh van fijnen ontfangh. Odem , by my de Gedeputeerden van de fes groote Steden verthoont zynde, hoe dat tuffchen henlieden, ende eenen Hans de Kuyper, van Vlaerdingen , ende de Burgemeefters aldaer met hem ghevoeght, Proces voor den Grooten Raede hangende Avas, roerende dat hem geinterdiceert foude werden de Nceringe van de Brouwerye, overmits feecker Oétroy by de felve Steden, t'anderen tyden van de Keyzerlijcke Majefteyt verworven , dat men geen Nceringe van Brouwerye en foude mogen exerceren op het platte Landt; cn alfoo die van Vlaerdingen in 't Proces fustineerden geen platte Lant, maer een Stede te wefen, hebbende Steden Rechten, by de voorfz Steden vervolgt was interpretatie op 't voorfz Octroy, om onder 't platte Landt gecomprehendeert te hebben alle de Steden onbcmuyrt zynde: Waer op naer voorgaende advis van die van den Raede van Hollandt, ende van den Grooten Raede, wy anders niet en hadden konnen gekrygen dan veu l'advis nihil ut petitur, ende dat mits dien fylieden alfoo de faecke wefende in ftate van wyfen, in perieul was van verlies , * fouden willen adviferen wat men daer inne fouden doen: Soo ~ *545". Den 16. December. Proces tegens Hans Kuyper, voor den Grooten Raede hangende, roerende de Neeringe der Brouweryen ten platten r inde, &c. *B1.62.  *5*S Den 16. December. C 28Ó ) Soo zijn de voorfz Gedeputeerden gefchey"den fonder eenige refolutie te nemen, mits welcke verhalinge nochtans ick my meene te excufcren in tyden en wylen tegens henlieden. Raeckende de fauten vallende in deHaringhverrendeels. ï? Odem, naer dat by de Gedeputeerden van Rotterdam, Schiedam, ende den Brielle, ter prefentie van de andere Gedeputeerden van de Water-Steden, hen generende met dc Haringh-verrendcels; de Staten verthoont is, hoe dat fy ten felven dage by den Hove befchreven wefende, omme remedie te vinden tegens de fauten, vallende in de voorfz Ha* ringh-verrendeels 5 foo en hadden nochtans de voornoemde van Rotterdam, henlieden daer van geen Concept gelevert, mits wekken fy daer van geen refolutie en hadden konnen genemen , noch hare Gedeputeerden ccnigen laft geven ; mits wekken ick door begeerte van de Staten, de voornoemde Gedeputeerden gefeydt hebbe , dat fy eenen anderen dagh kiefen fouden, omme alhier weder gefamentlij ck te wefen ; ende dat die van Rotterdam ende Schiedam, de voorfz Water-Steden Copie van haer Concept fouden leveren, het welcke fy te vreden waren te doen 5 ende namen van nieuws dagh alhier in de Herberge te wefen, op Alder-kinderendag nacftkomende, ende hebbe van het voorfz Concept mede genomen Copie. Copie gegeven van de Acte dat den hon- T^Odem , hebbe door begeerte van de Staten, Suys gelevert Copie van de Afte, daer by biijekt dat den hondertften pen'ning bin-  < $®7 ) binnen 's jaer af foude zijn , om die den Raede te vcrthoonen, ten eynde fy niet en fouden accorderen eenige executorien, die verfocht waren om den voorfz hondertften penning te lichten. 17Odem, hebbe ick gemaeckt eene klyne Duplijeque van wegen de Staten, op de Replijcque van die van den Brielle, roerende de koften ende mifen by hen gc-cyfcht voor het oprechten van de Houte Caap, in het gat van de Maze , ende de felve, mitfgaders de Stuckcn van die van den Briel op 's anderen daeghs gelevert den Griffier van Hollandt. r54?Den 16 en de 17. December,dertlteri penningh binnen he£ jaer af foude zijn. Roerende de koftën , en mifen van de Houte Caap, in het gat van dc Maze. Den 17 December 1545. ï-TEbbc ick van wegen de Staten gemaeckt feeckere Memorie, voor den Heere van den Raede, omme te voegen by de Brieven, omme van henlieden te hebben advis , roerende , dat dc prefente exempten mede verklaert fouden werden gecomprehendeert te zijn, onder de Acte van confent van 15000 guldens, ende fulcks gehouden in de helft van dien wefende 75000 guldens te contribueren. 17Odem, zijn Bartholomei, Milde,Hoogaerden en ick gerefolveert, te reyfen by"den Kcyzer, foo gcringh wy tydinge fullen hebben, dat fyne Majefteyt tot Utrecht is, ende daer van Poeigeeft te adverteren. J7 Odem, hebbe ick den Griffier gelevert den ftaet in den Ommeflagh, van de welcke de Advis rakende de pretenfe Exempten Gedeputeerdennaer den, Keyzer., Contfent op Vranck van der  1545- Den 17, iS ende 30. December. Hoeven om den Ommeflagh te mogen doen. 'Bl.63. Commïsfie voor Vranck van •der Hoeven, tot den ontfang van des gemeene Lands Ommellag. Gecommitteerdenïia Utrecht, om haer Commifiie ie volkomen. ♦ Dagh> ( 288 ) de Staten den thienden December geconfenteert hebben , om op Vranck vandcr Hoeven , ordonnantie van den Hove te hebben, den felven Ommeflagh te mogen doen; welcke ordonnantie het Hof van Hollandt ten felven dage geaccordecrt heeft. * Den 18 December 1545. ï-TEbbe ick Vranck vandcr Hoeven gcfonden fijne Commifie , mitfgaders Acte onder mijn handt, daer by blijekt dat hy tot den ontfang van 's gemeene Landts Ommeflagh by de Staten ontfangen is, onder de weddens van den twee en dertighften penning van fijnen ontfangh. Den 30 December 1545. V'Yn dc voornoemde Gecommitteerden, als Poeigeeft, Bartholomei, de Milde ende Hoogaerden , gereyft naer Utrecht om haer Commifie te volkomen , maer en hebbe my met henlieden aldaer niet mogen vinden, alfoo ick den feftienden der felver Maendt fieck geworden was. E T N D E van het Jaer 1545.  £ 289 ) * Daghvaert, gehouden in den Hagê den elfden Februarii 1546. Om te procederen tot meflagh , mitfgaders. eleÜie van eenen nieu- ook omme te hooren het wen Ontfanger van rapport van de voorfz 's gemeene Lants om- Commiffariffen. .TP\E Staten, furnerendc ten voorfz eerften - JL/ pointe , hebben geëligeert ende genomineert tot Ontfanger als vooren Mr. Arent Coebel, onder dc Weddcns ende conditiën, Vranck vander Hoeve belooft. T-JEeft Bartholomei, overmits mijn ficckte ende abfentie, 't voorfz rapport gedaen, ende naer hy my gefeydt heeft , als dat dc voorfz Gecommitteerden , nopende den Impoft van Congie, anders van de 'Keyferlijcke Majefteyt niet en hadden konnen krijgen, dan dat de Staten den Procureur Generael van den ■Grooten Rade aldaer in Juftitie fouden mogen roepen, ende haer recht vervolgen. Qp 't tweede poinét, roerende die pretenderen exempt te wefen in den tweeden en de laetften Tienden penningh, dat fy verkregen hadden van de Keyferlijcke Majefteyt Acte , daer by verklaert was, wat Exempten in den felven Thienden penningh gehouden fouden wefen te contribueren. jDOerendc het derde poinct, aengaende het AV afnemen van den Thol tot Utrecht, dat hy dc provifie van juftitie jegens den ProcuII. Dal, T reur Den 11. Februarii. *B1. 1» Mr. Arenï Coebel tot Ontfanger ge-eligeert, Nopende den Impoft; van congie. Beroerende die pre tenderen exempt tb wefen in den tweeden tienden penning. Aengaende 't afnemen van den Thol tot Utrecht.  Den ii. Februarii. ende 5. Mey. Surcheantie, by Mr. Jooft Aemfz verkregen. Dat geen «ytheemfchOntfanger vandeBecde over Holland gecommitteert foude werden. Nopende de antwoordtvan die van Brabandt in de fafce ■vande Gulde Bulle. Ordonnantie voor Mr. Adriaen Crarienbroeck. 1290 s rcur Generael aldaer ter executie doen léggerï^ ende den Procureur ende advocaet aldaer volkomen juftitie gegeven hadde. QP 't vierde poinct:, roerende de furchcantic, verkregen by Mr. Jooft Aemfz jegens Willem Franfz, dat hy daer van niet en hadde konncn gedoen, overmidts hy met de andere faecken lbo veel geëmpefcheert geweeft hadde. f~\P 't vijfde poinct roerende dat 'cr geen Ontfanger van de Bcede over Hollandt gecommitteert cn foude werden, dan een ingeboren vanden Lande, dat hy, na het felve by hem den Stadthouder ende den Prsefident Schoorl geremonftrcert was, die oock voorts de felve Remonftrantic dc Majefteyt van de Koninginne hadden gedaen, daer van niet en hadde mogen verwerven. f^iP het fefde, nopende omme van den Audiender tc recouvreren dc antwoord in dc fiiecke van de Gulde Bulle , dat hy dc felve antwoort gerecouvrcert hebbende, de Staten vertoont hadde, om daer op een replique te doen maken. Den 5.. Mey 1546. T-JEb ick Mr. Adriaen Cranenbrocck, Denrwacrder, gelevert Ordonnantie, van dat hy in December 1545., ten verfoceke van de Staten van Hollandt, den Procureur Generael ende Willem Franfz van Delf * feker Mandament van tweede defaut by openbaer edict bki-  '( *9 ï 5 titanen Worchum ter werek geleydt Heeft jegens Jooft Acmfz, Raedt in Brabandt, ende dc iniinuatie van dien by fekeren Bode den felven gedaen heeft , van acht dagh-gelden , tot acht ftuyvers daeghs , ende noch twee Rijns-guldens voor het doen van de voorfz iniinuatie. Denfefien ende dnde're nacvólgende dagen, tot den veertienden Mey incltiys. J-jEbben de Gecommitteerden van de Staten, my uytgefondert , die , overmits mijn fiecktc, niet en hebbe mogen prefent wefen, gevifiteert , gefloten ende gehoort dc Reeckeningen van de particuliere Ontfangers van de twee ftuyvers.op de Margen, ende van de Collecteurs van den Impoft. Den 15. Mey 154.6. T-JEb ick Mr. Hüych van Eynde gelevert Ordonnantie van een en twintigh Dagh-gelden, tot twee en dertigh ftuyvers daeghs , by de Staten gepafleert den. vijfden Augufti 1545., uyt fake dat hy met dc andere Gecommitteerden gevaccert heeft in 't hooren van de Reeckeningen van de particuliere Ontfangers van de twee Tienden. J-jEbbe ick den felven noch gelevert Ordon: nantie van drie Dagh-gelden, ten prijfe als vooren, by de Staten gëpafieert den fefderi Augufti in 't felve Jaer, uyt. fake dat hy met Milde ende my gevaceert heeft om te vifiteren de Privilegiën van Hollandt; * I Den n r?4& . Den 5, èn de 15. Mey; Reeckeninge vaii de particuliere Ontfangersvande tweS ftuyvers 0^ de Marge. Ordórin'nti" tie voor Mr.Iluycti van Eynde van een eii twintigh Dagli geldein ' Ordonnantie voor den felven van drie dagh gelden.  1544 Den 15. Mey. Noch voor den ('elven van twee dagh gelden. Ordonnantie voor Mr. Jacob de Milde van vier dagh-gelden. Afdoeninge van de interdictie, van geen vreemt Koorn uyt te mogen voeren. Den' C 292 > T~*)En felven noch gelevert Ordonnantie van twee Dagh-gelden als vooren, by de Staten gepaifeert den feftienden December 1545., uyt fake dat hy, als Gecommitteerde met den Heere van Alckemade, den Procureur Generael doen hebben heeft fekere Extracten uyt de Quohieren van dc twee Thienden. T-TEb ick Mr. Jacob dc Milde gelevert Orclonnantie van vier Dagh-gelden, tot twee en dertigh ftuyvers daeghs, by de Staten gepaifeert den fefden Augufti 1545., uyt fake dat hy met Eynde ende my gevaccert heeft om te vifiteren de Privilegiën van Hollandt. T-TEbbe ick Hooghaerdcn gelevert Copie van de Remonftrantie, by de Gedeputeerden van de Staten de Majefteyt van de Koninginne binnen Antwerpen in November 1545. gelevert, omme afgedaen te hebben de interdictie , van geen vreemt Koorn uyt te mogen voeren; mitfgaders Extract van de verklaringe, by de Majefteyt daer op gedaen, nae ons als doen den Heere van Praet ende den Praefident Schoorl feyden.  C 293 > 'Den 31. il% 1546. PR/ESENTEN. ^J%oZ> Oom, Met noch twee andere, Van Dordrecht. Van Rotterdam. Mr. Huych van Eynde, Ewout Cornelifz, ende Van den Brielle. Mr. Jacob van Eynde, Twee Gedeputeerden Van Delft. my onbekent Jooft Janfz, Van Goederede. BY de voorfz Gedeputeerden den Heere van Affendelft geproponcert zynde, dat alfoo die van Vlaenderen ende Zeclandt, ende oock die * van Hollandt, by fonder-die hen ter Zee geneeren , dagelijcks by de Schotten genomen ende befchadight werden, niet achtende op de Pafpoorten van de Majefteyt van de Koninginne , foo hadde den Heere van Beveren , als Admirael , aen den Rade gefchreven , hoe dat hy die van Vlaenderen ende Zeelandt doen befchryven hadde , omme Refolutie te nemen, wat oirboir gedaen ware omme 't felve te remediëren , verfoeckende aen den Raedt ofte die van Hollandt, ten felvcn dage mede eenige Gedeputeerden fouden willen fchicken , ende alfoo fy hier inne niet en hadden willen doen fonder advis van de voorfz Gedeputeerden, lbo hadden fy hen tot dien eynde befchrevcn , waer op de voorfz Gedeputeerden communicatie gehouden hebbende , hebben my belaft den Rade voor antwoordt tc feggen, dat alfoo daer nae twee van de groote Steden ende eenige van de klyne T 3 Ste, T54«. Den 31. Mey. Die van Vlaenderen ende Zeelandt befchreven, omme Refolutie te nemen hoedanigh te remediëren tegens het nemen van Schepen door de Schotten.*131.3.  i54k Den 31. Mey. ' ende 'r. Junii. BejBo.erende de felve Apvjpi-nacj'nent op fekerc Declaratievan korten en Salaris C 294 ) Steden bcfchreven waren , ende dat dit een fake van groote importantie was en oock confequentie, roerende de Admiralité, daer onder die van Hollandt noyt en hadden willen vcrftaen, in dele faecke niet en fouden yet weten te doen fonder advis van den Stadthouder ende de gemeene Staten van Hollandt, begccrende dacromme dat de felve Staten tot dien eynde befchreven fouden werden , tot fulcken dage als mijn Heeren ordonneren fouden , welcke antwoordt ick oock ten felven dage gedaen hebbe. r\? welcke antwoordt naer voorgaende communicatie den Heere van Affendelf uyt den name van den Rade dc voorfz Gedeputeerden gefeydt heeft , dat alfoo dit werek principalijck toucheerde de geene die ter Zee varen , lbo hadde het den "Rade oirbaer gedacht , cerft dc Steden, hen ter Zee geneeren.dc, tebefchrijven, fonder dat fy gewilt hebben , dat de fel ve hen vinden fouden in Zeelandt, maer alhier, niet te min gemcrekt de voorfz Gedeputeerden begeerden de gemeene Staten befchreven te hebben foude die doen befchrijven alhier in dc Herbcrge tc weien deg achtften Junii nacftkomende. D.en 1. Junii 1546. J-TEb ick op feeckere Declaratie van koften + ende Salaris , by Mr. Vrank Boot ende Jooft Jacobs den Hove van Hollandt overgegeven, ende verdient in de proceftcn van den Lande, volgende feker Appoinctement van derj.  C ^95 ) den felvcn Hove, voor advis achter aen de felve Declaratie geftelt. Gefien by my defe Declaratie, hebbe de felve getauxeert ter fomme van vier en feftigh guldens dertien ftuyvers , volgende feeckere taxatie, dunckt my onder correctie , dat gy, Mogende Heeren, de voorfz: Declaranten fult mogen palferen Ordonnantie. Den y. Junii 1546. T—TEbbc ick den Hccrc van Alckemade gclcvert Ordonnantie van drie Dagh-gelden , by dc Staten genoegh gepaffeert den fefthien-. den December 1545., uyt faecke dat hy als doen gecommitteert zynde met Mr. Huych van Eynde , den Procureur Generael doen hebben heeft fekcre Extracten uyt dc Quohieren van de twee Thienden, T 4 * Daglb 1545. Den 1, en dep. junii, van Mr. Vrank Boot ende Jooft Jacobfz. Ordonnantie voor den Heere van Alckemade van drie Daghgelden.  Den io. Junii. •Bi. 4. Van wegen llollant yemant by den Ilernulcvan de Keyferlijcke Majefteyt te voegen, om acn die ( ) * Daghvaert, gehouden in den Hage den tienden Junii 1546. PRJESENTEN. 'Heyman Adriaenfz, ende Jacob Oom, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz , Van Haer]cm. Mr. Huych van Eynde, ende Mr. Jacob van Eynde, Van Delft. Mr. Claes de Wilde, Burgemeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz, Burgemeefter, Van Amfterdam. Witte vander Hoeven, Burgemeefter, Vander Goudc. Ende de Gedeputeerden van Rotterdam, Schiedam, Den Brielle, ende Brouwershaven, Alfoo niemandt van dc Edelen gecompareert was. Omme bequaem middel tc vinden hoe men foude mogen remediëren jegens de mvafien van die van Schotlandt ter Zee, ende omme die van den Rade antwoort te geven op het fchrijven» van den Heere van Bevcrcn. NAe de Gedeputeerden van Rotterdam , door rapport van andere hare Gedeputeerden , die te Hove geweeft waren, omme te vervolgen remedie gedaen te werden jegens het befchadigen van de Schotten, dc Staten verklaert hadden, dat dc felve met eenige andere Gedeputeerden van Vlaenderen, die mede ten felvcn fine gefollicitccrt hadden, van de  I 297 J de Majefteyt \Tan de Koninginne verkregen hadden , dat hare Majefteyt van wegen de Keyzerlijcke Majefteyt een Herault in Schotlandt fenden foude, omme henluyden te vertoonen de fchaden , die de Onderlaten van Hollandt van henluyden geleden hadden, ende te verfoecken reparatie van dc felve fchade; ende voorts dat hare Majefteyt de felve Gedeputeerden belaft hadde, dat fy fouden vervolgen , omme met den cerften de felve fchade by pertinente fpecificatie aen hare Majefteyt overgefonden te werden; foo hebben de Gedeputeerden ccndrachtelijck gerefolveert, dat men van 's Landts wegen van Hollandt by den voorfz Herault een foude voegen, die uyt den naem van den Stadthouder ende Onderfatcn van Hollandt 't felve %aen die van Schotlandt mede foude vervolgen , fonder dat de felve eenige communicatie foude houden met den geenen, die van wegen den Heere van Beveren met die van Schotlandt gefonden foude werden, maer foude de felve hem altoos by yemandt anders vinden , dan by den voorfz Herault van de Keyferlijcke Majefteyt, ende dat ten eynde by de felve Gedeputeerden geen acte gedaen en werde , waer door die van Schotlant fouden fchijnen ecnighfints te agnofceren den Heere van Beveren als Admirael. IVAc Mr. Hendrick Dirckfz van Amfterdam vcrklaerdc , foo meynde hy daer toe te 1 bewilligen eenen Gerrit Claefz, wonende tot '. Amfterdam , den wekken men mede geven foude een Dienacr , de Schotfche Talen kenOendej ende indien hy den felven Gerrit daer T s toe Den 10. funii. van Schotlandt te venoonen de fchaden, die de Onderfaten van Hollant by henluyden geleden hadden. Gerrit Claefz van Vmlterdam 'oorgelelt, om .'an wegen He van rlöllaad n&  Den 10. Junii. Schotlandt te reyfen. *BI. 5. Inflrucüe voor den voorfehreven Gerrit Claefz. *t Prïncipael Privilegie derion evocando ruft onder die van Delf. Gefchreven een 3\Iif!ïve, by den Raedt aen den Griffier wefende te Hove. Den voorfz Gerrit Claefz bewilFïght,©mme te reyfen nae §chotlaiidt. toe niet en kondc bewilligen, foo fouden dié van Delf ende Rotterdam uytficn omme yemandt tc gekrijgen. * A Lle het welcke de voorfz Mrs. Lambrecht, Huych ende Jacob de Milde ten felven dage gerapportcert hebben , ende Van my bc-» geert, dat ick, volgende 't geene wes voorfz is, voor den voorfz Gerrit Claefz maeken foude eene kleyne Inftructie, 't welck ick gedaen hebbe, die ook by Mr. Lambrecht gevifiteert is geweeft. T-TEeft Mr. Huych, Mr. Jacob de Milde cnde my gefeydt, dat de originele Privilegie , van geen faecken uyt den Lande van Hollandt tc mogen evoceren, ruftende is onder die van Delf. T—TEeft Mr. Lambrecht, Huych ende Jacob x van Eynde ende de Milde my gelevert een Miffive, by den Rade van Hollandt gefchreven aen Jan van Dam , wefende te Hove tot Briql, omme by my bewaert te werden. Den io. Junii 1546. T-TEbbe ick van dc Regeerders van Amfterdam een Miffive ontfangen , daer by fy my adverteren , dat fy Gerrit Claefz bcwilligkt hebben, om met den voorfz Herault van den Keyfer nae Schotlandt te reyfen, ende dat hy den elfden, als 's anderen daeghs, by my wefen foude.  ( *99 J ï-TEeft Joolt Janfz, Burgemeefter van Rottcrdam, my tc kennen gegeven, dat hy binnen fyne Stede eenen, de Schotfche Tale veritaende, bcwillight hadde, om als Dicnacï met den voorfz Gerrit Claefz nae Schotlandt te reyfen, maer dat hy daeghs niet min hebben en wilde dan fes ftuyvers, ende dat ick Gerrit Ciacfz, by my gekomen wefende, feggen foude , dat hy , komende tot Rotterdam , hem aannemen wilde , ten eynde hy by de felve perfoon niet gcmoleftcert en foude werden om fijn betalinge, 't welck ick hem belooft hebbe fulcks te doen. Den li. Junii 1546". TNfgclijcks hebbe ick, nae dat Mr. Hendrick ^ Dirckfz , Burgermeefter van Amfterdam , met Gerrit Claefz by my gekomen waren, den voorfz Gerrit Claefz gelevert de voorfz lnftruclic; by my ondertcyekent, ende hebben voorts gerefolveert, dat den voorfz Gerrit Claefz van noden was, van den Rade tc hebben Brieven van Crcdcntic acn den voorfz Herault, dewelcke ons oock den Hccrc van Affcndelf geaccordeert heeft; feyde my voorts den voorfz Mr. Hendrick , dat den voorfz Gerrit Claefz niet cn hadde willen reyfen na Schotlandt, fonder van de Staten verfekertheydt te hebben, indien hy gcapprchendeert wierde , by henluyden geremedicert tc werden, ende dat hy tot dien eynde geweeft hadde by die van Haerlem en Leyden, ende den Hccrc van Affcndelf uyt den naem van de Edelen, die den voorfz Gerrit de voorfz ver bekert-;. 154Ö. Den 10, ende n, 1 Junii. Een Schotfman binnen Rotterdam bcwillight, omme met den voor- fehrevcn, Gerrit Claefz te reyfen naei Schotlaut. Inftructic by den Advocaet; de voorfz, Gerrit Claefz gelevert..  l'546". Den 29, Junii. ende 4. Julii. Een ander te verwik ligen, om in Schotlandt te fcyfen. • BI. 6. Certificatien, om de Gedeputeerden , reyfende na Schotlaut, te leveren. De voorfchreveCertificatien de Schippers gereftitueert. ( 303 ) kertheydt töegefeydt hadde , ende dit by voorts ten felven eynde met den voorfz Gerrit reyfen foude by die van Dordrecht, Delf en Gouda. Den 29. Junii 1546'. J-JEbbe ick door laft van den Heere van' Affendelf aen de Gedeputeerden van Dordrecht, Amfterdam ende Gouda, wefende tot Bruffel, de welcke den voorfz Gerrit Claefz niet aengenaem cn was , gefchreven , dat fy aldaer een ander fouden verwilligen , omme niet den Herault te reyfen in Schotlandt, ende aldaer te verfoecken van wegen dc Staten van Hollandt reparatie van de fchaden, by de Onderfaten van Hollandt van hen geleden. * T-JEb ick gefchreven aen Mr. Hendrick Dirckfz, Burgermeefter totAmfterdem, omme my te fenden de Certificatie onder hem wefende, daer toe dienende , ten eynde ick de felve van ftonden aen dc voorfz Gedeputeerden met alle diligentie foude mogen ovcrfenden. Den 4. Julii 1546. T-JEb ick ontfangen van die van Amfterdam een Miffive, daer by fy my op de voorfz Miffive , aen Mr. Hendrick Dirckfz gefonden, voor antwoordt fchrijven , dat fy de voorfz Certificatien, onder hen ofte den voorfz Gerrit Claefz geweeft hebbende , weder gegeven hebben dc Schippers, by dc Schotten befcha- dight  ' ( 301 ) dight wefende, omme daer mede in Schotlant te reyfen. Den 8. Julii 1546. f^Ntfangen hebbende van Bartholomei antwoordt op mijn voorgaende Miffive, vermeldende dat 'er geen Herault na Schotlandt en reyfde, ende dat die geene, die by de Koninginne aldaer gefonden was, op fijn wederkomfte foude zijn, foo den Heere van Praet ende den Praefident hem gefeydt hadden ; dat evenwel hy eyntelijck met groote neerftighcydt op 't believen van de Staten bewillight hadde Mr. Guillaumc le Normandt, Clercq van mijn Heere den Praefident,ende Secretaris ordinaris van den Grooten Rade, die by advis van den voorfz Praefident te vreden foude wefen in Schotlandt te reyfen van wegen die 'van Hollandt, behoudelijck dat men hem op de handt geven foude hondert goude guldens, ende voorts loonen na 't feggen van den voorfz Pra?fident ; hebbe het inhouden van dien gecommuniccert den Heere van Affendelf, die van advife was, dat men foude vertoeven yemandt van 's Landts wegen in Schotlandt te fenden, ter tijdt toe die van wegen de Koninginne aldaer gefonden, ende op fijn wederkomfte was, foude zijn wedergekomen , ende de Staten van fijn befoigne geadverteert fouden zijn, al 't welck ick by advis van den Heere van Afièndelf den voorfz Bartholomei, aen hem mede verfoeckende na de voorfchreve befoigne te vernemen , ende de Regeerders geadverteert hebbe , te weten den voorfz i$4& Den 8. Julii. Geen He* raultnae Schotlandt gefonden. Mr. Gif» laume le Normandt by Bartho» lomei verwillight,om van wegen dia van Hollant te reyfen na schotland^  *4^Den o, II. ende 14. JuüL Memoden, roerende den Impolt van Cou- Hboghaérden gelevert fekere copien van Miffiven, roerende die van Ooftlandt. Mr. Jan Strick nae Schotlandt te reyfen. Bartholomei ende die van Dordrecht , met Andries Knol den Bode, die van Haerlem met Jan de Lapper, die van Delf met Mr. Jacob van Eynde, haren Penfionaris , hier by my wefende, ende die van Leyden by den Dienaer vanden Heere van Lokhor!!, die van Gouda by den Secretaris van Berghambacht; Den 9. Julii 1546. J-jEbben Mrs. Vranck Boot, Floris van Hooghaerden ende ick , gevifiteert de Memoden, gemacckt by Mr. Balthazar, roerende den Impoft van de Congie, ende hebben gerefolveert, dat men van de felve in den Grooten Raedt dienen foude , fulcks die by ons gecorrigeert is. Den 11. Julii 1546; J-TEb ick Hooghaerden gelevert fekere Copien van Miffiven , roerende die van Ooftlandt, volgende den Inventaris daer by gclcydt, de welcke in andere tyden Mr. Jooit Aemfz, rcyfende in Ooftlandt, gelevert hadde , de welcke hy my belooft heeft binnen, vijf ofte fes dagen te reftitueren. Den 14. Julii 1546; J-TEb ick door 't fchrijven van Pieter Jacobfz van Dordrecht, ende 't vertoon'en van Mr. Huych, van de felve Miffive die van Amfterdam geadvcrteer't , boe dat de Majefteyt der Koninginne Schepen aldaer afVevaerdight had i  t ?P3 J hadde Mr. Jan Strick, Secretaris, 'omme tot kollen van die van Vlaenderen, * Hollandt ende Zeelandt tc vervolgen reftitutie van de Goederen cn Schepen by hen genomen. T-TEb ick met Suys ende Goebcl geweeft over 't hooren ende lluytcn van de Reeckeninge van Witte vandcr Hoeve, particulier Ontfanger van den Impoft, ende vande twee ftuyv. op de Margen van den Jare vijftien < hondert vijf en veertigh. Den 15. Julii 1545. T-JEb ick door onthiet van den Heere van •L - Affendelft met mijne Miffive by Jan dc Lappcr die van Amfterdam geadvertcert, dat den voorfz Mr. Jan Strick fijne reyfe na Schotlandt niet vorderen cn wilde, fonder van die van Hollandt te hebben breeder Ccrtificatien, ende dat fy dacrommc my defelve .Verificaticn fouden fenden, omme voorts aen hem te dirigeren. Den 17. Julii 1546. {"YNtfangen hebbende van die van Amfterdam by fekere Boode de voorfz Certificatien ende Verificatien, hebbe die door qntr-1 hiet van den Heere van Alfendelf ten felvcn dage gefonden aen Bartholomei', wefende tot Brulfel , met Vincent van Spieringhshoeck , ende verfocht die te leveren den voorfz Se^ cretaris Strick, ende aen hem te vervolgen, dat hy fijne reyfe foude willen vorderen. Den „ *54# Den 14, ende 17. Julii. *B1.7. Hooringe ende fluy> tinge van de Reeckeningevan Witte vander Hoeven. Breedero Certificatie en, den voorfehreven jan Strick toe te feu denDe voorfchreveCertifieatien en Verificatienaen Bartholomeitot Bruflel gefonden.  Ï546-. Den 22, ende 28. Julii. Antwoordt van Bartholomei , inhoudende dat hy de Ceriificatien een uyr na 't vertrek van Jan Strick ontfangen hadde." Beroerende het nemen van feker Koopvaerder omtrent Noorwegen door die van Schotlant; mitfgaders het arrelteren van eenige poorters van Amiterdambinnen Antwerpen. t 304 > Den 22. Julii 1546". J-jEbbe ick op de voorfz myne Miffive by Bar» tholomei antwoordt ontfangen, inhoudende dat den voorfz Strick den feventienden defcr nae Schotlant getogen was, dat evenwel den negentienden der felver maendt de Majefteyt van de Koninginne den voorfz Strick gefonden hadde , den wekken den voorfz Bartholomei dc voorfz Certificatien een uyre nae fijn vertreck ontfangen hebbende, den voorfz Bode in pofte na gefonden heeft die belooft heeft, die den voorfz Strick te leveren, indien hy hem ter Veerc noch vonde, indien niet, dat hy de felve den voorfz Mr. Claes wederom brengen foude, waer van den drie en twintighften defcr maent ick den Heere' van Affcndelf geadverteert hebbe. Den 28. Julii 1546. l^Ae ick den Heere van Affendelf door aen* geven van Hooghaerden en lijn prcfentie verhaelt hebbe , hoe dat die van Schat* landt den feftiendén Julii omtrent Noorwegen genomen hadden een Koopvaarder van Enkhuyfen , fterek wefende feven Schepen van Oorloge, niet tcgenftaende dat hy dede büjcken van de Pafport van de Koninginne; ende dat oock Heynrick van Litz tot Antwerpen , niet tegenftaende dc litifpendentie van den proceffe , tuifchen de Staten ende hem hangende voor den Grooten Raedt, binnen Antwerpen hadde doen arreftcren wel twintigh Poorters van Amfterdam , omme afgedaen  C 3*5 ) dacn te hebben feker arreft op fijne Goederen, in den Jare 1544- binnen Amfterdam gedaen, daer op 't felve proces hanght, verfoeckende wat men hier inne doen foude; foo heeft den voorfchreven Heere van Affcndelf my belaft te reyfen by de Koninginne , omme nopende de voorfz twee pointen provifie te vervolgen. "REn, omme 't'felve te doen, nae 't Hof gereyft den negen cn twintigften Julii. Den I. ende 2. Augufti 1546» nPOt Bruffel gekomen wefende, ende den Prajfident Schoorl in 't lange geremonftreert hebbende de voorfz twee poinéten, ende van * gelijcken hem geremonftreert hebbende de advifen van den Hove van Hollandt, roerende de Vilfcherye van de Zuyder-Zce, ende den Grave van Buyren, ende den felvcn vermaent hebbende van 't advis aengaende dc Pachters van dc Vroonlanden der Keyzerlijcke Majefteyt buyten Alkmaer, het welck hy mcyndc dat te Hove gekomen was. T-JEeft ons den voorfz Praefident, roerende t eerfte point van de neminge van den Schepe van Pieter Willemfz van Enckhuyfen, gcaccordeert Brieven aen den Secretaris Strick, wefende in Schotlandt, met onfc Rcmonftrantie daer inne gefloten, daer by den voorfz Strick, volgende fijn Inftructie, belaft werdt liet inhouden van onfe Inftructie den Gouverneur van Schotlandt te kennen te geven, Jl. Deel V endq Ï54& Den 28. Julii. en 1 ende 2. Augufti» Reyfe var» den Advoi caet nae 'c Hof. Remonftrantie , by den Advocaec den prffifi» dent Schoorl tredaen. * 131. 8. Antwoordt van den Prajfident op de voorfz Remonftrantie van den Advocaet.  1546*. Den i, 2. ende 4. Augulti. Requefte, om afgedaen te hebben feeker arreft op de Perfoon van Nicolaes BafHaeafz van Amfterdam. ( 306 > ende aen hem te vervolgen reftitutie van de Schepen , Koopmanfchappen ende Goederen aldaer gementioncert, koftcloos ende febadeloos, ende dat dc Piraten gecorrigcert mogen werden tot exempel van andere, ten eynde gelijcke fortfen niet meer cn gefchieden; ende nopende de andere poinéten, heeft ons belooft daer van in den Raedt ende Finantie rapport tc doen, ende met den eerftcn aen expeditie te helpen. Den 4. Augufti 1546". T-JEbben wy op de Requefte , omme afgedaen tc hebben feker arreft, gedaen op den Perfoon van-Nicolaes Baftiacnfz", Burgermeefter tot Amfterdam , verkregen Brieven van de Koninginne aen de Burgermeeftcrs en Regeerders van Antwerpen, by de welcke, omme de redenen in de voorfz'Requefte begrepen , henluyden bevolen werdt het voorfz arreft af te doen, ende te houden alle dinck in furcheancie, ter tydt toe op 't Gulde Privilegie anders geordonneert foude zijn, ten eynde by gebreccke van dien geen meerder inconvenient cn gefchiedc, welcke MilTïve die van Antwerpen, nae ick hen de felve by Jan mijn Bode gefonden hadde, gantfeheiijek gcobedieert, ende den voorfchreven Nicoiaes Bastiaenfz uyt den arrefte ontflagen hebben, was evenwel, na ick in 't fecreet van eenige vcrftaen hadde , jegens henluyden gerefolveert een rigoureufe provifie, dat men op alle plaetfen , fubject den Grooten Rade, de Peribnen ende Goederen van die van Antwerpen foude  c 307; de mogen doen arrefteren, in gevalle van hare inobedientie. Den 5. Augufti 1546. "T\En voorfz Praefident van gelijcken vertoont hebbende, hoe dat die van Schotlandt den feftienden Julii noch genomen hadden drie Schepen van de Onderfaten van Hollandt, 't eene groot hondert vijftig laften, daer Schipper op was Jacob Jacobfz, 't tweede groot vijftigh laften, daer Schipper af was Dirck Dirckfz van Monnickendam , wiens Requefte te vooren den Hove van Hollandt geprefenteert zijnde, my by den felven Hove overgefonden was omme 't befte te doen; ende 't derde groot feventigh laften, daer Schipper af was Meynart Thomafz van Haerlem, wiens Bootsgefellen meeft verdroncken zijn geweeft, hebben van de Koninginne verworven gelijcke Brieven aen den voorfz Secretaris Strick, als den voorfz Pieter Willemfz verworven hadde, inhoudende, dat of fy al geen Pafport gehadt en hadden , ende genomen waren na den Pais, gemaeckt tuffchen de Francoifen ende Engelfchen, daer inne de Keyferlijcke Majefteyt ende de Schotten mede gecomprehendeert zijn, uyt krachte van de felve comprehenfie den voorfchreven Strick mede behoorde te folliciteren reftitutie van de voorfchreve Schepen ende Goederen, fulcks by de Schotten genomen. V 2 * Den 1546. Den 5. Augulti. Andere tieeminge van Schepen vande Onderfaten van Hollandt, door die van Schotlandt gedaen , ende daer over Brieven verkregen van de Koninginne aen den Secretaris Strik.  Den 6, 7. ende II. Augufti. *B1. 9. Beroerende de Visfcherye in de ZuyderZee. 4 Aengaende d'expeditie van 't advis van den Grave van Buyren. Expeditie in fckere faecke belooft. De Pachters van de Vroonen te doen betalen de ( 308 ) ' * Den 6. Augufti 1546.' T—TEb ick op 't advis, roerende de Viffchcrye van de Zuyder-Zcc, verkregen een Miffive van den Raedt van de Koninginne, inhoudende in effect:, dat alfoo by Placate van de Keyferlijcke Majefteyt, gedaen publiceren in de Landen van Over-Yffel, verklaert was , dat men niet cn foude mogen viffchen dan met Netten , hebbende Malen van fulcken grootte, als in 't felve Placact, en dat onder den Lande van Over-Yffel men daerom 't felve Placact niet en konde altereren. Den 7. Augufti 1546. "T\Kn Praefident heeft my gefeydt, dat roerende de expeditie van 't advis van den Grave van Buyren, men noch wat foude moeten vertoeven, ende dat hy my op 't advis , roei-endc die van de Vronen buyten Alckmaer, goede expeditie foude doen hebben, ende dat niet van noden was daer na te wachten. "T)En voorfz Praefident vermaen gedaen hebbende van 't gecne hy my tot Mechelen den negentienden October toegefeydt hadde, heeft my belooft 't felve te doen expediëren. Den 11. Augufti 1546. r^Ornelis vander Wiele, Rentmeefter van de voorfz Vroonen, die nae my van Bruffel vertogen was, heeft my binnen Antwerpen gefeydt, dat den Prctfident Schoorl ende mijn  C 3°9 }. mijn Heeren van de Financie hem op het voorfz advis voor expeditie belaft hadden, dat hy de Pachters van de voorfchreve Vroonen foude doen betalen de twee ftuyvers een oort, ende de twee ftuyvers op de Marge, gefuccedeert in plaetfe van den Impoft op de Bieren ende Wijnen, ende dat hy de namen van de Bruyckers ende het getal van de Margentalen den Ontfanger van den Impoft ende van de twee ftuyvers op de Marge over foude fenden , 't welck hy de voorfz Heeren van de Financie, nae hy my feyde, ende my fulcks belooft heeft te doen. Den 13. Augufti 1546. ~jH"Eb ick den Heere van Affcndelf van alles wes voorfz is rapport gedaen, die op 't point van dc Viffcherye my feyde, dat hy de Viffchers wilde adverteren, dat fy hen wachten fouden met hacre gewoonlijcke Netten tc viffchen onder dc Landen van Over-Yffel, ten eynde fy by henluyden niet befchadight cn ibuden werden. Lfoo de koften, daer inne de Burgcrmccfters ende Regeerders van de fes groote Steden van Hollandt by den Hove aldaer gccondemneert zijn , ter fomme van fcven cn veertigh guldens veertien ftuyvers getaxcert zijn, foo hebbe ick, omme verder'executie te verhoeden , gebeden Mr. Arent Coebel , Ontfanger van den ommeflagh, dat hy Jacob Herweycr , Procureur van Hans dc Kuyper cum fociis, de felve fomme foude willen bctaY 2 len, 1546". Den 11, ea de 13. Augufti. twee ftuyvers een oort, enda de twee ftuyv. op de Marge, in de plaetfe van den Impoft op de Bieren en Wijnen, Rapport van den Advocaet, van het gepalfeerde te IIove. Coe'oel Ordonnantie te doen hebben van feeckere korten, by hem betaelt, ter fomme van feven en veertigh guldeus veertien ftuyvors.  I54«. Den 13, ende 27. Augulti. en 1. September. Memorien in de faecke van Congie. *B1.10. (310) len , ende hem voorts belooft onder mijn handt-gefchrift, wciende in dato den twee en twintighften Augufti, daer van te doen hebben Ordonnantie van de Staten van Hollandt, mijn handt-gefchrift weder te eyffchen , foo wanneer ick hem aen de voorfchreve Ordonnantie geholpen fal hebben. Den 27. Augufti 154.6. QNtfangcn hebbende van Mr. Arent, mijn Broeder, de Memorien, by hem gemaeckt, roerende de Congie, hebben de felve, nae die by my gevifiteert waren, eodem die gefonden met eenen properen Bode naer * Amfterdam aen Hooghaerden, ofte aen de Burgermeefters, omme die te vifiteren. Neminge van twee Buyfen by die van Schotlandt, Reyfe van den Advo caet nae 't Hof. Den cerft cn September 1546. J^)En Heere van Affcndelf, door begeerte van de Gedeputeerden van Rotterdam ende Schiedam , my by hem ontboden hebbende, die hen aengegeven hadden, hoe die van Schotlandt weder een ofte twee Buyfen genomen hadden,'t welck was tot groote fchade ende achterdeel van den Lande van Hollandt , waer door wy oock gefchapen waren de Haringteelt voor dit jaer te verliefen, indien daer geen provifie jegens gedaen en wierde; verfoeckende, dat ick van 's Landts wegen geordonneert foude werden omme het felve te vervolgen, heeft my belaft te Hove te reyfen by dc Majefteyt van de Koninginne, omme 't felve met Mr. Huygh van Eynde,  C sN ) de, die mede tc Hove reyfde, tc vervolgen, ende ben, om 't felve tc doen, nae Bruffel gereyft den tweeden September. Den vijfden September. 1546. ^Ot Bruffel gekomen wefende , ende den Praefident Schoorl in 't lange vertoont hebbende by Requefte, dat by die van Schotlandt ccn Haringhbuys , geladen hebbende over dc twee en twintigh laft Haringh, genomen was, ende noch uyt een andere Buys al dat 'er inne was, 't welck tot onverwinnelijcke fchade quam van dc Onderfaten van Hollandt ; verfoecken daeromme Brieven van Reprefalie op de Perfonen en Goederen van die van Schotlandt, ofte andere provifie, daer by wy tot reftitutie van het voorfz Schip ende Gocdt foude mogen komen; heeft den voorfz praefident ons voor antwoordt gegeven, alfnoch geen oirboir te weten dc voorfz Brieven van reprefalie te nemen ende tc werek te leggen , ende foo lange onfe Schippers onder Schotlandt waren viffchendc ; want die van Schotlant geadverteert zijnde van de felve Brieven, fouden contre-Brieven van reprefalie verlcenen, waer door alle onfe Buyfen gefchapen waren genomen te werden, ende wy meer fchade dan profijt fouden confequeren; maer den Haringh-teelt over wefende, indien dc reftitutie van alle de geene die befchadight waren niet en ware gedaen, foude ons alfdan Brieven van reprefalie verlcenen; ende daeromme dachtc hem oirboir , dat wy in onfe Requefte alleen fouden verfoecken provifie , V 4 om- Den Advocaetverfoeckt aen den Prafident Schoorl Brievpn van reprefalie op de Perfonen err Goederen van die van Schotlandt. IJ45. Den 5. September.  I54<5. Den 5, 7 ende 11. September. en 2. Ocrober. JMiflïve aen Strick. Rapport van den Advocaet men den Heere van Afiendelf, van 't gepaleerde*e Hove. Die van den Rade alle de befchadighden te ad*B1. 11. Den elf ien September 1546. ^P'Hüys gekomen wefende , hebbe ick den Heere van Affcndelf hier van rapport ge. daen, die my vraeghdc, of ick niet gehoort en hadde van den Praefident Schoorl, dat 'er Schepen van Oorloge jegens die van Schotlandt tocgemaecktwierden; waer op ick feyde neen , nochtans verklaerde hy my , dat hy daer van geadverteert was ; mitfgaders oock dat den Heere van Bcveren in Hollandt quam ^ ofte komen foude. Den tweeden Oftober 1546. ]\"Ae by mijne Heeren van den Rade by die van Amfterdam my gefonden is geweeft fekere Miffive van dc Koninginne , in dato den twee * cn twintighften te vooren, daer by hare Majefteyt henluyden adverteert, dat die van, C m) omme te komen tot reftitutie van 't geene dat 'er genomen was , ende dat 'er gelijcke overvallinge niet meer cn gefchiedefonder te mentioncren van eenige rcprefalien, ende foude ons doen hebben Brieven aen Strick, wefende in Schotlandt, ten eynde hy folliciteren foude de felve reftitutie. Den fevenden September 1546. "T^E felve Requefte by ons fulcks gebaptï. feert zijnde, heeft den voorfchreven Prae. fident Schoorl ons geaccordcert de voorfz. Brieven aen Strick.  C 313) van Schotlandt niet cn wilden verftacn tot reftitutie van dc Goederen ende Schepen, by hen van dc Onderfaten van dele Landen genomen , dan by formc van Proces ordinaris, ende dat die van den Rade alle dc befchadighden hiervan fouden adverteren, dc welcke oock ten voorfz dage by henluyden tot dien eynde alhier befchreven waren , ende ick 't inhouden van dien henluyden gecommunicccrt hadde ; lbo hebben fyluyden cendrachtelijck na voorgaende communicatie my belaft, de voorfchreve van den Rade tc verklaren, dat nacdien die van Schotlandt de Gecommitteerden van dc Koninginne verklaert hadden; dc voorfz reftitutie niet tc willen doen dan by forme van proces, dat niet geraden cn was het fclvc met proces tc vervolgen, alfoo niet apparent en was, dat die van Schotlandt by Sententie anders fouden wijlen , dan volgende hare voorfz verklaringe, genomen fy oock bevonden anders nae rechten te behooren , mits wekkende voorfz befchadighden, boven alle hare voorgaende fchaden ende intereffen, noch gefchapen waren vcele ende onnutte kollen te dragen; dat oock 't felve gewijfde tot haren achterdeel gegeven zynde, in toekomende tyden hen foude prejudiciabel zyn, maer lieten hun duncken, oirboir te wefen , dat de Majefteyt van de Koninginne, tot confervatie van hare Majefteyts Pafportcn, aen die van Schotlandt dede vervolgen, dat 'er van wegen de Keyferlijcke Majefteyt drie , ende oock van wegen den Koningh van Schotlandt, gecommitteert mochten werden , voor de welcke het proces 5 roerende de voorfz reftitutie, V 5 bin. J54& Den a. Oftober. veneren , dat die van Schotlant niet en willen verfiaen tot reflittitie vande Goederen ende Schepen, van de Onderfaten van defe Landen genomen , dan by forme van ordinaris proces.  1546. Den 2, ende 8. October. Afte, by de Koninginne gefonden aen die van Amfterdam omme geen OosterfcbKoorn uyt den Lande te laten voeren, dan midts betalende van elcke laft twee ftuyvers voor Impoft. C 314 ) binnen de Landen van de Keyferlijcke Majefteyt bcleydt foude mogen werden, ofte ten minften , dat hare Majefteyt tot bequamen tyde henluyen wilde accorderen Brieven van reprefalie op de Onderfaten van Schotlandt, welcke verklaringe ick ten felven dage mijn voorlz Heeren van den Rade gedaen hebbe; verfoeckende, dat haer geheven woude hier van de Majefteyt te adverteren, ende 't felve uyt den naem van de voorfz befchadighden te verfoecken , 't welck fy belooft hebben fulcks te doen, mits hebbende de voorfchreve verklaringe by gefchrifte, die ick hen ten felve dage oock by gefchrifte gelevert hebbe. Den achtften October 1546. J-TEb ick met Mr. Floris van Hooghaerden geweeft by Mr. Frank Boot, omme van 's Landts wegen met hem tc confulercn, of de Acte, by die van Amfterdam, in dato den dertighften Maert 1545. voor Paclfchen, van dc Majefteyt van de Koninginne ontfangen, daer by henluyden belaft werdt, geen Oosterfch Koorn uyt den Lande tc laten voeren , dan mits betalende voor'elck laft voor den Impoft twee ftuyvers, ende dc Acte van interpretatie daer op gcvolght, in dato den vijf cn twintighften September in 't felve jaer , niet cn foude mogen wefen prcjudiciabel in toekomende tyden het Privilegie van den Lande van Hollandt gegeven , by wijlen hooger memorie Koningh Philips , wefende van dato in December veertien hondert fes en tnegentigh, endede litifpendentie, te dier caufe han-  C 3^5 ) hangende voor mijn Heeren van den Grooten Rade ; ende hebben cyntelijck gerefolveert , dat de ontfanginge van de voorfz Acten, by die van Amfterdam gedaen , de Staten ende Landen van Hollandt niet en mach prejudicieren , als wefende res inttr alias acta, 'te min alfoo die van Amfterdam, nae den ontfangh van de voorfz eerfte Aóte, fekere proteftatie voor Notaris ende Getuygcn gedaen hebben, dat fy in geene meeninge en Varen, by den ontfangh van de voorfz eerfte Acte eenighfints te prejudiciëren de Staten ende dc Landen van Hollandt by haer voorfz Privilegie, ende het Proces voor den Grooten Rade hangende, ende dat van gecnen noode en is, bedwongen •wefende te ontfangen de voorfz tweede aóte, de voorfz ofte gelijcke proteftatie weder * te renoveren ende te doen , alfoo de voorfz tweede Acïc niet dan interpretatie en is van de voorgaende Acte , ende dat beyde voorfz Aóten niet cn zyn dan provifioneel. Den 22. October 1546. T)Fm Heere van Affcndelf my by hem ontboden hebbende, heeft my verklaert, dat hy op 't geene wcs'by den Rade van wegen de voorfz befchadighden aen de Majefteyt Van de Koninginne gefchreven was , weder antwoordt van hare Majefteyt ontfangen hadde, inhoudende in effeót, dat alfoo de befchadighden die van Schotlandt prefenteerden recht ende juftitie te doen , dat men henluyden mitfdien niet en mochte accorderen Brieven van reprefalie, maer dat de voorfz befchadighden bc- 1546. Den 8, ende 22. Oftober. *BI. 12. Antwoordt van de Maje Iteyr van de Koninginne,houdende dat men de befchadighdengeen Brieven van reprefalie en mochte accorde. ren.  '54& Den 22. O&ober. en 5. November. behoorden ycmandt in Schotlandt te fchicken, omme hare voorfz fchaden te doen vervolgen; ende indien fyluyden eenige addreffe van hare Majefteyt begeerden, komende te Hove, foude haer fulcke hulpe ende byftandt" met Brieyen ende anders doen, dat hare Majefteyt niet en twijffelde, of de Viffchers, ende die hen beholpen hadde met hare Majefteyts Pafporten , en fouden lichtelijck tot jeftitutie van hare fchaden komen, alfoo die van Schotlandt genoegh hadden laten uytgaen, dat die geene, die hen met dc voorfz Pafporten beholpen hadden , tot reftitutie fouden komen , van alle 't welck den voorfz Heere van Affcndelf my feyde , alle de Steden , die hen met de Kegotiatic ende Viffchcrye genceren , by Miffive geadverteert te hebben, mits henluyden overgefonden hebbende Copie van do voorfchreve Miffive van dc Majefteyt. Heft van de Weduwe van Willem Goudt, ter fomme van over de feven duyfent guldens in het confent yan hondert en twintigh duyfent guld. aen Den 5. November 1546. QP de Kamer van de Rekeningen ontboden zijnde met den Procureur Generael ende Mr. Arent Coebel, heeft Mr. Jacob de Jonge, ter pretentie van den Hccrc van Affcndelf ende Suys, aldaer verhack, hoe dat dc Weduwe van Willem Goudt in 't doen harer Rekcninge van 't confent van hondert twintigh duyfent guldens, de Keyferlijcke Majefteyt "in October 1543- geconfenteert, daer van de eene helft gevonden foude werden by verkoopinge van Renten, ende de andere helft by den Impoft, in refte bracht over de feven duyfent guldens, dc welcke onwilligh waren op te brengen , den,  'C 317) den Grave van Buyren , de Gravinne van Hoorn , de Gravinne van Arenberge , den Heere van Abbenbroeck, den Heere van Cruningen , verftaende genoegh de felve by de Keyzerlijcke Majefteyt gedragen tc moeten Werden , alfoo de Acle van confent voorfz onder anderen inhoudt, dat indien yemandt by ongchoorfaemheydtjofte rebelligh onwilligh ware , fijn portie op te brengen, dat men de felve realijck foude executeren, ofte dat de Staten korten , ende dat men middel behoorde te vinden , omme de Keyferlijcke Majefteyt te helpen aen fijn voorfz refte by executie reael, en dat men behoorde te adviferen wie defelve executie behoorde te doen; waer op, nae dat by den Procureur voorfz gefeydt was, dat de felve executie behoorde gedaen tc werden by de particuliere Ontfangers, ende dat ick fuftineerde, de particuliere Ontfangers hare uytterfte ncerftigheydt gedaen hebbende, de felve executie principalijck ende abfolutelijck by den Procureur voorfz uyt de naem van de Keyferlijcke Majefteyt behoorde gedaen te werden, door mijn verfoeck den Heere van Affcndelf van wegen den Hove aengenomen heeft te doen fchrijven Brieven aende particuliere Ontfangers, onder wien de voorfz vijf onwilligen gefeten zyn , by de welcke henluyden belaft foude werden , de voorfz onwilligen met alle diligentie te doen executeren, op poene 't felve aen henluyden te verhalen, ende dat fy met den eerften van haer wedervaren 't Hof fouden adverteren , mits welcken de voorfz fake foo lange uytgeftelt is. *Heb Den 5. November. de Keyferlijcke Majefteyt in den jare vijftien hondert drie en veertigh geaccofdeert.  1546". Den 5. November.*BL 13. Daghvaerdinge van alle de Burgermeeltersende Schepenen van Amfterdam in Perfoon voor den Grooten Raedt, verfocht of niet twee van de felve foude mogen t'huys blijven. Den ( 3i8 ) * T-JEb ick ter begeerte van Mr. Hendrick Dirckfz ende Isicolaes Balliacnfz , Burgermeefters van Amfterdam , gefchreven aen Mr. Floris, wefende tot Mechelen, dat alfoo alle de Burgcrmcefters, ende drie onfer Schepenen van Amfterdam in Perfoon gedaghvaert waren voor den Grooten Raedt ten negentienden defcr loopende maent, omme de redenen in den explöicte geroert, twee van de voorfz Burgcrmcefters niet en fouden mogen t'huys blijven , overmits de quade loopende tydingen , ende dat de Stadt niet cn foude blijven rechteloos, onder proteftatie, dat fy 't felve niet en deden uyt verfmadeniffe, ende of geraden ware tc proponeren exceptie van renvoy , uyt krachte van den Privilegie de non evocando , in wekken gevalle fy fouden moeten blijven in perfoon , tot op de voorfz exceptie gedifponeert foude zijn , alfoo verfoeckende van de perfonele comparitie ontfiaginge , fy genoegh confenteren fouden in Judicsm, dan of beter ware, onder proteftatie van niet te willen prejudiceren 't voorfz Privilegie, aldaer principalijck in rechten te treden; Item , of men by Requefte alfhu niet cn foude mogen verfoecken, omme de Winter , ende dat feer quaedt te reyfen is, de fake uytgeftelt te hebben tot den eerftcn rechtdagh na Lichtmiffe , ende dit al by advife ende communicatie, gehouden met den Heere van Affcndelf, al het felve breeder blijekende by de Minute van de voorfz Miffive, onder my wefende.  C 3^9 ) Den 16. November 154.6. 'TEr begeerte van de vier Burgcmeefters van Amfterdam , ende drie der oudtfte Schepenen aldaer, die ten verfoeckc van den Procureur Generael van boven in den Grooten Rade in perfoon gedaghvaert waren, ende daer en boven gerefolveert, omme te proponeren exceptie van renvoy, door onthiet ende fchrijven van den Heere van Affcndelf, aen den wekken , wefende tot Eemskerck , ick op te hebben 't felve onthiet, eenen properen Bode gefonden hadde, ben ick gereyft nae Mechelen , om met de voorfz van Amfterdam , tot confervatie van 't Privilegie van Hollandt de non evocando, my met henluyden te voegen, omme tc obtineren de voorfz exceptie , maer alfoo ick, komende tot Mechelen, de felve van Amfterdam bevonden hebbe van andere opinie, te weten , dat fy aldaer gedelibereert waren ten principale te antwoorden , onder proteftatie van niet te willen prejudiciëren 't voorfz Privilegie, foo heeft daer van mijnent wegen geen adjunétie konncn gevallen , mits wekken ick voorts gereyft ben tot Bruffel, omme te vervolgen de acte van acceptatie van de ordinaris Beede. Den 21. November 1546. T-JEbbc ick mijn lieer den Praefident Schoorl E tot Bruffel vertoont, hoe dat d'Aftc van » confent van de ordinaris Beede , de welcke fc geaccordeert was den veertienden Oftober £ 1545- ? alfnoch ongetyekent was, en dat door d dien, 1546". Den 16, en de 21. November. Beroerende de felve Bnrgermeeftersen Regeerders van AmftM. dam. e Acte in conntvan de 'dinaris eede van :n veer-  154& Den zu November. thienden Oftober 1545. noch ongetyckent zijnde, den Advocaet gelalt de felve te teyckenen. 'BI. 14. dien, want de Keyferlijcke Majefteyt 't cöfi* fent, by de Staten gedaen, niet en accepteerde onder die conditiën , fulcks het felve by hen gedaen was, als onder anderen, dat fy ongemolefteert fouden blijven vanden Impoft van de Congie ende alle andere nieuwigheydt, waer door de Koopmanfchap ende Negotiatie verachtert foude mogen werden, maer alleen* lijck onder die conditiën, die men in 't accorderen van de ordinaris Beede gewoonlijck is te befpreken; dat evenwel ick alfnu van de Staten, omme niet te Verachteren de Keyferlijcke Majefteyt in fijne penningen ende eerfte termijn , 't welck Korfmiffe nacftkomende vallen foude, lalt hadde, Acte van confent te teyckenen, volgende de acceptatie by fyne Majefteyt gedaen , mits dat in dc Aétc van confent van geen andere conditie mentic gemacckt cn foude werden , dan als vooren, van de conditiën, die men in 't accorderen van de ordinaris Beede gewoonlijck is te befpreken, ende mits * hebbende dc acte van acceptatie, by dc Majefteyt van de Koninginne onderteyckent, 't welck den voorfz Pnefident my accorderende, heeft binnen twee dagen daer na de voorfz acte van acceptatie gedaen, en van my weder ontfangen de acte van confent onder mijn handt. Commiflie op Mr. Aernout Coebel,als Ontfanger dat de Koninginne van Schotlandt aldaer hare Ambaffaden hadde , ende dat onfe Ambaffade alhier gefchreven hadde om Inftructie, omme met die van-Schotlandt te handelen ende te tracteren,, ende dat de Majefteyt vandc Koninginne in mecninge was henluyden anders geen inftructie 11. Deel, X t« Den ai. _ Noveic» ber. 1 By den . Advocaec den Prefident gevraegt, hoe men Monde met die van Schotland , en of me» in toekomendeveyligh foude mogen feylein en viffchen , dam of men foude moeten hebben Pafport van de Kon'ingïn alhier o f vaa die van Schotlandt.  Den 21. November. Salaris van den Secretaris voor het uytleveren van de voorfz Palponen. Den Heere van Afrenden" te vermanen om betalinge van DefplegemsPafporten. ( 32a )> te geven, dan dat fy fouden vervolgen reftitutie van 't geene wes de Onderfaten van defe Landen, hebbende bare Majefteyts Pafporten, ontnomen was, mitfgaders oock wes henluyden, geen Pafporten voorfz hebbende , ontnomen was, na dato van het Tractaet tuffchen de Francoifen ende Engelfchen gemaeckt, onder de welcke defe Landen van wegen die van Engelandt, ende de Schotten van wegen die van Vranckrijck gecomprehendeert waren. "TYEn Secretaris Defplegem by my na 't felve gevraeght zijnde , heeft my genoegh 't felve°gefcydt, behalven van het fchrijven van de Ambaffaden van de Koninginne, wefende in Schotlandt, ende van de Refolutie van de antwoordt, die men daer op fchrijven foude, ende dat hy hem liet duncken, dat den geenen, die foude willen zeylen, omme bet verfckert te zijn, van noden foude wefen te hebben Pafportcn van de Koninginne van Schotlandt , ende dat hy van de felve Pafporten onder hem hadde, ende dat hy van 't ftuck, de felve uytlevcrende, nam tien Croonen. TlJEeft den felvcn Defplegem aen my be■*• geert, te willen vermanen den Heere van Affendelf, dat hy volgende fijn fchrijven ende belofteniffe foo wanneer alhier Daghvaert wefen foude, hem foude willen helpen aen betalinge van fijn Pafporten , die hy tot negen hondert gelevert hadde, ende maer van vier hondert betaelt en was.  1323 > * Den 23. November 1546. J-|Eeft Mr. Adriaen, Waert van den Trè foner, door onthiet van dén felven Trefoner my gefeydt, dat dén Marqüis van I gen tc vreden was 't Hooft in den Oudenboffche te doen maecken, mits hebbende Octroy omme op de Paifanten aldaer te mogert ftellen Impoft van een Duytken Ofte penningh., ende dat de Koninginne de ftucken heeft doen leveren die van dc Rekeningen iii Brabandt, omme die te vifiteren , ende dat hare Majefteyt in meeningé is, hebbende 't advis van die van de Rekeningen voorfz, 't voorfz Octroy te accorderen; hebbe oock ten felven dage verfocht aen den Praefident van de Reken-kamer aldaer, dat hy dc felve fake foude willen acceleren, alfoo de Paflanten aldaer in perieul waren groote inconvenienten te lijden, overmits 't voorfz Hooft foo feer quaedt ende gebroken is, 't welck hy my belooft heeft te doen; Dagvaèrt, gehouden in den Hage den fèverl cn twintighften November ïU6i Den 23; ènde 27. Novemb; *BI. 15. Den Marqüis van Bergen presenteert 't Hooft iri denüudenboilche te doen maec~ ken, midts Geilende" op de paffantefl aldaer impoft van eeri duytken ófte peri» niugbi Umme uyt krachte van fekere Miffive., gefchreven aen den Raede van Hollandt, daer by hare Majefteyt verfochte vanden Rade advis , nopende de opftellingé van fekere Wachten, foo by dage ende by nachte, op alle plaetfen ^ leggende op de X 1 Zee , van Vierboeteit ende anders, omme daer door te mogen vernemen of 'er eenige Schepen van Oorloge of Galeyen herwaerts aen quamen, omme tc weten by wie de koften van de felve Wagten gedragen fouden moeiten werden-, ! De  f54* Den 27. Novemb. Beroerende de flellinge van Wachten op alle p'actfen op de Zee leggende. Commifïïe van Phil. van Uycwijck op de uytvoering van de Greynen. < iü ) TPvE Staten hebben ten voorfz dage, m | J dat by den Hove van Hollandt 't felve hen voorgehouden is geweeft, hier op verfocht rapport van hare Meefters, ende gerefolveert , hare antwoort dies aengaende alhier weder inne te brengen den fefden van de toekomende maendt December, 's avondts in de Herberge, wekken tydt hen by den Hove gegunt is, na die van Dordrecht en Mr. Jacob van Eynde my gefeydt hebben. TVTA dat by dc Gedeputeerden van Dordrecht dc Staten vertoont is geweeft, hoe dat Philips van Uytwijck, Secretaris, by den Hove van Hollandt gecommitteert is geweeft, volgende feeckere Commiflie van dc Koninginne, in dato den eerften Julii 1546., omme ten verfoecke vanden Procureur Generael informatie te nemen jegens den geenen , die 't Koorn ofte Greyn binnen de Landen van Hollandt, Zeelandt ende Weft-Vrieflandt gekocht , gelight, ende in andere Steden ofte plaetfen gevoert, ende cautie geftelt hebbende, in gebreke zijn geweeft certificatie van dc fettinge van het felve koorn ofte greynen binnen den geftatueerden tijdt over te brengen, na de difpofitie van den Placate der Keyferlijke Majefteyt; ende indien hem bleke dc voorfz Placaten gecontravenieert te zijn, de Uytvoerclers van de voorfz Greynen ofte hare Borgen te beveelen , van ftonden aen in fyne handen te betalen de poenen, daer inne fy achtervolgende de voorfz Placaten vervallen zijn ; ende voorts geauthorifcert is geweeft, een ofte meer Deurwaerders te com- miti  ( 3*5 ) mitteren, omme de Oppofanten ofte Delinquanten, niet tcgenfhende oppofitie ofte appellatie, ende fonder prejuditie van dien, realijck ende by feytcn te bedwingen tot namptiffement ende handtvollinge te doen in handen van den Rentmeefter van de * exploióten van 't dubbel van de waerde, 't welck fy uytgevoert fouden hebben; nae welck namptilfement de voorfz Dcurwaerders hen eerft in oppofitie ontfangen fouden, brecdcr blijekende by de Copie van dc Acte van Commiflie, onder my wefende; ende dat den voorfz Uytwijck de voorfz fyne Commiflie binnen Dordrecht gepooght hadde ter executie te leggen, ende dat 'c felve niet en behoort geadmitteert te werden, ten minften dat'er eenige Placaten rcalijck ende by feytcn ter executie geleydt fouden werden fonder voorgaende citatie , proces ende condemnatie, ende dat het felve admitterende, genocgh alle Koopluyden van de Greynen in Hollandt bedorven fouden wefen , ende dat daeromme de Staten dit behoorden te wederftacn, ende aen de Majefteyt te verfoecken, dat uyt krachte van den voorfz Placate geen executie gedaen en foude werden fonder voorgaende vonniffe als vooren; foo is by de voorfz Staten gecommitteert Bartholomei , Huygh van Eynde ende ick, omme het felve met den eerften aen de Koninginne te vervolgen , ende dat men aeri den Rade foude verfoecken, dat fy Uytwijck fouden belaften, met de voorfz executie te fuperfederen, tot op 't voorfz vervolgh by de Koninginne gedifponeert foude zijn, welck verfoeck, nae dat bv de Staten aen den Ho- • x3 ■ 1546. Den 17. Novemb. *B1. ld.  pen 27. 'Ie Hove te vervolgen provifie tot reftitutie van de Schepen ende Goederen , by deSchotten van de Onderfatenvan Hollandt genossen, ve gedaen is geweeft, foo is by den Ieïvei> Hove verklaert , dat fy tot dien eynde fou-, den Requefte overgeven, nae Mr. Jacob van Eynde my gefeydt heeft, ende oock eensdeels, die van Dordrecht, maer den voorfz Mr. Ja-, cob van Eynde en wift my niet te feggen» of dc voorfchreve Requefte by de Staten over-» gegeven was, dan niet. 2Yn ter begeerte van die van Amfterdam dc voorfchreve Bartholomei, Huygh van. Eynde ende ick gecommitteert, omme te Ho-», ve te vervolgen fekere provifie te hebben, omme tc komen tot reftitutie van de Schepen ende Goederen, by dc Schotten van de Onderlaten van Hollandt genomen, niet tegen-, itaende de exhibitie van de Majefteyts Pafpois ten , en oock ten eynde dat men in de toe-, komende tijdt foude mogen vcyligh viffchen cn zeylen , foo de voorfchreve van Dor-, drecht ende Mr, Jacob van Eynde my gefeydt hebben. Arreft, gedaen op, eenigeOnderfaten van Hollandt, by fatite van betalinge van de TVAe dat by die van Dordrecht de Staten vertoont was, hoe dat eenige Ingezetenen van Dordrecht in Vlacnderen gedaen wa*. ren arreftcren, by faute van betalinge van de Renten, die eenige Vlamingen op dc Steden van Hollandt hadden , verfoeckende dat de voorfz Staten foo veel fouden willen doen, dat de voorfz gearreftcerden uyt den arrefte ontflagen fouden mogen zijn; foo is by de voorfz Staten gerefolveert, dat men de voorfz Rentiers met den eerften aen betalinge van hare Renten foude helpen, ende dat men de fch'V-  ( 327 > fchaden ende interelfen, by de voorfz Ingezetenen van Hollant geleden, foude verhalen aen den geenen, door wiens faute ende toedoen de voorfz betalinge op fijn behoorlijcke tijdt niet gedaen en ware, als my de voorfz van Eynde heeft gefeydt. Den i. December 1546. IR En ick nae Bruffel gereyft, omme de voorfz twee pointcn met de andere Gedeputeerden te vervolgen. Den 13. December 1546. V\En mijn Heere den Praefident Schoorl tot " Bruffel by Bartholomei cn by de middelen van onfe Requefte verfocht zijnde provifie, om te komen tot reftitutie van de Schepen ende Goederen kofteloos ende fchadeloos, by die van Schotlandt boven de Pafporten van de Koninginne van * de Onderfaten van Hollandt genomen , ende voorts omme tc hebben verklaringe, hoe de voorfz Onderfaten jegens den toekomenden tijdt in bet visfchen , zeylen ende negotiëren ter Zee hen fouden moeten dragen; heeft ons voor antwoordt gegeven, dat die van Schotlandt niet en waren te betrouwen , feggende voorts, dat de Majefteyt van de Koninginne uyt Engelandt in 't fcker geadverteert was, dat'cr fekere Ambaffaden uyt Schotlandt aldaer waren omme met de Engelfchen te traétcren, ende dat die van Engclandt henluyden ultro, gnde fonder by de Koninginne verfocht zijn-. X 4 de, 1546. Den 27. Novemb. en 1 enda 13-Dec. Reyfe van den Advocaet nae 't Hof. * BI. 17. Aen den Prsefident Schoorl by Requefte verfocht provifie tot reftitutie van de Schepenen Goederen, by de Schotten van de Onderfatenvan Hollandt genomen; ende voorts verklaringe , hoe de voorfz Onderlatenhen in het toekomen-  Den 13. Decemb. dein'tzeylen ende viffchen fouden gedragen. By Requefte vertoont de rigoureufeexecutie, by den SecretarisUytwijck gedaen, t 52? ) de, e'xpreffelijck verklaert hadden, geen Tractaet met henluyden aen te willen gaen, ten ware fy de Onderfaten van herwaerts over . kofteloos ende fchadeloos deden reftitueren al 't geene wes by hen zedert het Traftaet, tusfchen de Ëngelfchen ende Francoifen gemaeckt, de felve Onderfaten ontnomen was, zedert wekken tijdt den voorfz Praefident feyde , dc Onderfaten van defe Landen de mcelte fchade van henluyden geleden te hebben, feggende voorts dat de fwarighcydt tulfchcn de Keyferlijcke Majefteyt en die van Schotlandt ftondt op twee pointen; als cerft, dat die van Schotlandt fouden moeten onderhouden d'alcour , hier voortijdts by de Keyferlijcke Majefteyt met hen gemaeckt, daer inne die van Schotlandt tc vreden waren tc accorderen; ten anderen, dat fy fouden moeten reftitueren wes by henluyden van defe Lan-, den genomen was zedert 't voorfz Tractaet tuffchen de Francoifen ende Engclfchcn; verklarende voorts, dat by de Majefteyt der Koninginne geen Tra&aet gemacckt "cn foude werden, fonder cerft ende alvoorens te hebben de voorfchreve reftitutie , ende dat hy de Staten van de felve befoigne met de Schot, ten altijdt by tijds foude adverteren. £)En felven vertoont hebbende oock by de middelen van onfe Requefte van de rigoureufe executie, by den Secretaris Uytwijck uyt kragte van fekere Commiflie van de'fen Hove begonft, roerende de poenen , geftelt in de Placaten, difponerende op het uytvoeren van de Greynen , gewaffen in de Patri- mo-  t 3*9 ) tnoniale Landen van de Keyferlijcke Majefteyt van herwaerts over, ende by ons verfocht zynde, dat die van den Rade van Hollandt belaft foude werden, niet te doen procederen tot executie van de voorfchreve poenen , fonder partye in hare defenfie gehoort tc zijn, ende fonder voorgaende condemnatie van de Wethouders, onder welcke de contraVëntie gefchiedt foude zijn; ende dat voorts die van den Rade belaft foude werden, de voorfz CommilTic tc calfcrcn, revoceren ende te niete te doen , ende hen geinterdiceert v gelijcke CommilTic meer te expediëren, heeft ons belooft, voor fijn vertreck van Bruffel expeditie te doen hebben. Den 15. December 1546. j^)En felven weder na expeditie van onfe Requefte gevraeght hebbende, feyde, dat wy m de Requefte, roerende die van Schotlandt, lutherden, alfoo, nae Pauli leeringe, pnculum was in falfis fratribus, ende in mari willende iniereren, dat wy de felve Schotten niet cn behoorden te betrouwen. J?Ndc aengaende de andere Requefte, roe^ rende de voorfz rigoureufe ende fommie- . re executie, heeft ons ten felven dage ^cac- ( cordeert beüoten Brieven aen den Hove van 1 Hollandt, by de welcke henluyden belaft werdt, te voorfien tegens de abuyfen in de voorfz Requefte gementioneert, ende dat de Executeurs geen abuyfen en committeren , ende (Jat de Majefteyt van^de Koninginne haer ad- '546" Den 13 en de 15. Dec. aengaende de poenen geftelt tegens de uytvoeriuge van Greynen. Espeditie op de voorfchreveeerfte Requefte, Expeditie >p de tweeIe Requese.  .•546. , Pen 17,15 ende 23. Decemb. *BI. 18, Remonitrantie om den Heere van Afiendelf te verjQonen. ReTncn- ftrantie van de fchaden, by MatheusStrickte vertoonen die van Schotlandt. Rapport van den Advocaet, van 't gepaffeerdete Hove, ende befchrijvinge ( 330 ) vis fouden over fchrijven , hoe men daer je* gens foude mogen vooriien. * Den 17. December 1546". XJEbben den voorfchrevcn Bartholomei en ik tot Brulfel gemaeckt fekere Remonftrantie, omme mijn Heere van Affendelf te vcrtoonen, dat de voorfchreve Miffive de Rade niet en behoorde geprefenteert te werden , fonder eerft te convoceren de Staten, alfoo de faecke 't Landt merckclijck importeert. Den 18. December 1546. JJEeft Mr. Matheus Strick, Secretaris, my gelevert Copie vande Remonftrantie , hem, wefende van 's Keyfers wegen Ambasfacdt in Schotlandt, by de befchadighden van defe Landen aldaer gelevert, omme daer van' te folliciteren reftitutie, midtfgaders oock Copie van den Inventaris van hare Certificaticn 3nde Munimenten, tot dien eynde by hem Dvergeleydt, daer van hy my feyde de Originalen gelaten te hebben onder den Griffier in Schotlandt, omme tot reftitutie tc komen. Den 23. December 1546. rP'Huys gekomen zijnde, ende den Heere van Affendelf van het geene wes voorfchrevcn is rapport gedaen hebbende, ende oock by dc middelen van onfe Remonftrantie verfocht hebbende befchrijvinge van de voorfz Staten, heeft my 't felve terftondt geat*.  'C 331 1 accordeert, ende dat de felve befchreven fouden werden, alhier te wefen in dc Herberge den fevenden Januarii; feggende voorts, dat de expeditie van de voorfz rigoureufc Commiflie was gekomen , door follicitatic ende importuin vervolgh van onfen Procureur, die de Majefteyt tc verftaen gegeven hadde, dat hier van fouden komen groote confifcatien, Den 31. December 154b. T-JEb ick door onthiet van den Heere van Affendelf gefchreven aen Jan van Drenckwaert, Schout van Dordrecht , dat hy niet laten en foude met den eerften alhier te komen , ofte yemandt te fchicken , omme als Rentmeefter particulier van den Impoft te furneren fyne Rekeninge, alfoo de Weduwe van wijlen Vranck vander Hoeve, by eenige Gedeputeerden van de Staten tot diverffe Honden aen haer vereyfcht is, alle 't felve brecijer blijekende by mijnMinute daer van zijnde, Daghvaert, gehouden in den Hage den fevenden December 1546. 0mme antwoordt m te ten, foo by dage als brengen op het voor- by nachte, op alle fchreve rapport, geno- plaetfen ter Zee leg- men roerende de opfiel- gende. linge van feke Wag- HEbben de voorfz Staten door aengeven van die van Amfterdam ende Enkhuy- feq t54«. Den 23 et| de 31. Dec. en 7. Dec, van de Staten tegens den fevenden Januarii. Te fchrij-* ven aen Jan van Drencliwaert, omme fijne Rekeninge alhier te furneren. Beroerende 't oplteU len van.  154£ Den 7. Decemb. feeckere Wachten, lbo by dage als by uachte, op alle plaetfen ter Zee leggende. Mr. Pieter Wouterfz genomineert ende geëligeert tot Procureur van de $taten. C 332 > fen eendrachtelijck gerefolveert, dat alfoc* niet mogelijck en is het Vlie ende Maerfdiep inne te komen zeylen fonder Piloten, overmits diverffe Sanden in de felve Gaten leggende , foo 't oock niet wel mogelijck is 't Gat van de Maze by den Brielle inne te komen, mits de nacuwigheydt van dien, ende dat het felve by de Schippers noch veel min doenlijck is , foo wanneer de Tonnen, wefende de teyckenen van de felve Gaten, inne gehaelt werden , 't welck men in tyden van Oorlogh altoos met kleynen arbeydt ende moeyte doen magh , dat daeromme te vergeefs waer , de voorfz Wachten, die eenen * grooten merckelijcken penningh fouden moeten koften , op tc ftellen, welcke hare antwoordt fy oock den Rade van Hollandt hebben doen verklaren, ten eynde fyluyden in het overfchrijvcn van haer advis daer op fouden mogen reguard nemen ende hen reguleren , na Mr. Floris van Hoogaerden my gefeydt heeft. J-jEbben de felve Staten voor haren Procureur in den Grooten Rade genomineert ende geëligeert Mr. Pieter Wouterfz, den wekken ick den negentienden der felver maendt, wefende tot Mechelen gekomen om na Huys te reyfen, ende van de felve eleétie geadverteert zijnde , als Advocaet van den Lande, voor Mr. Nicolaes de Quercu, Secretaris vanden Grooten Rade, behoorlijcke Procuratie gepaffcert ende gegeven hebbe.  t 333 )' TlY de voorfz Staten, ter begeerte van die van Dordrecht, fekere twee Schippers, tvoonende aldaer, die te Dam in Vlaenderen gcarreftcert waren geweeft, overmits eenige aldaer, hebbende Renten op de vijf groote Steden van Hollandt, van den Ontfanger Generael van dc Beede over Hollandt aen geen betalinge en hadden konncn geraken van haer verfchenen Renten, geaccordeert Ordonnantie op den Rentmeefter van des gemeene Landts ommeflagh, Mr. Aernout Coebel, van negen en twintigh ponden tien fchcllingen van veertigh grooten voor haer verteerde koften en fchade, geleden uyt faecke van 't voorfz arreft; ende voorts gerefolveert, dat men de voorfz penningen weder foude recouvreren ende verhalen aen den voorfz Ontfanger Generael , die in gebreke geweeft hadden de Voorfz verfchenen Renten te betalen, fulcks Arent Cornelifz van Dordrecht ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Penfionaris van Haerlem, my gefeydt hebben, welcke Mr. Lambrecht my oock gefeydt heeft, dat hy die van Dordrecht daer van Ordonnantie leveren foude. TS by de voorfz Staten mede gerefolveert, dat, roerende de fake van den Paftoor van de Liere, die een nieuwe konft gevonden hadde, : omme het Water lichtelijck uyt den Lande \ quijt te worden, die uyt faecke van fijn voorfz | konft aen de Keyferlijcke Majefteyt verfocht i hadde, dat die geene, die hem met de felve 1 foude willen behelpen , ende volgende dien 1 vervorderen Koorn te malen, ofte andere Molens te ftellen, hem fouden laten volgen den vier* Den 7. Decemb. Ordonnantie van negen en twintig ponden tien fchellingen voor twe Schippers van Dordrecht, wegens galeden fchade, uyt faecke van feecker ar-' reft. Oen Pasoor in de jiere een >raétijcque 'evonden »m het Waer uyt den .ande te .rijgen.  Den 7. Decerab. Te taxeren de vacatiën van Gerrit Claefz. * Dagrn Finis Anni 1546. C 334 ) vierden verfpaerden penningh, fes jaren langït geduyrende, die men min behoeven foude in t gebruyck van fijn Inftrument, dan gebruyckende de gewoonlijcke Inftrumenten, dat 't felve geterminccrt ende ter neder geleydt foude werden by den Hove van Hollandt, aen den wekken by dc voorfz Staten defe fake gebleven was , volgende wekken oock den Heere van Affendelf van my, t'huys gekomen wefende Van Bruffel op den 24. December, begeert heeft, dat ick aen Bartholomei, onder wien de Requefte, by den voorfz Paftoor de Keyferlijcke Majefteyt overgegeven , ende het advis daer op geftelt, ruftende was * foude fchrijven, omme de felve Requefte ende advis van hem te hebben, 't welck ick door begeerte als voörcn fulcks gedaen hebbe. T^En voorfchreven dage zijn Eynde ende Milde gecommitcert omme te taxeren fekere vacatiën, by Gerrit Claefz tot Amfter* dam overgegeven, foo fy my geleydt hebben»  REGISTER gehouden by Meefter ADRIAEN van der GOES, Advocaet van de Staten 's Lands van HOLLANDT Van alle die Dachuaerden by defelve Staten gehouden, mitsgaders die Refolutien, Propofitien, ende andere Gebefogneerden in de voorfz Dachuaerden gedaen. Beginnende den 8. Januarii 1547., ftilo curie Hollandice. Ende eyndende den 30. Decembris Anno 1549. II. Deel. II. Stuk. Deze Titel voor pag. 335. te plaatzen.   C 335 > * Dagh-vaert, van de Staten van Hollandt, gehouden in den Hage Den achtften Januarii, 1547. PRESENTEN. Arent Cornelifz, ende Huygh Coel, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Mr. Huygh. ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter,ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Claes Doedefz, Burgermeefter,ende Mr. Claes Dirckfz. Van Amsterdam. Witte vander Heeve, Van Gouda. Omme te hooren 't rapport van de Gecommitteerden , die boven geweeft zijn, omme by Ure Majefteyt de Ko± ninginne te vervolgen provifie jegens feeckere rigoureufe commifie en executorialen, by den Hove van Hollandt geëxpedieert, omme te executeren de poenen, begrepen in de Placaten van Sijne Keyferlijcke Majefteyt,raeckende 't uytvoeren van 'i Koorn, mitfgaders cock omme te vervolgen provifie, omme te mogen komen tot kofteloofe en fchadeloofe reftitutie vande Schepen en Goederen, hy de Schotten genomen vande Onderfaten van Hollant, en om te hebben verklaringe hoemen tegens den toekomenden tijdt foude mogen viffchen, zeylen en negotiëren ter Zee , fonder dangier vande Schotten. Ten Den 8. Januarii.  Den 8. Januarii. Rapport van den Advocaet , raeckende de rigoureufe Commiffie, om in 't expediëren van 't advis van den Grooten Raede regard te mogen nemen. De Staten refolveren naer lange communicatie, de Remonftrantie tc ftellen aen den Raede, &c. *B1.2. ( 3jO' J TEn felven dage heb ick, volgende 't in^ houden van onfe Requefte, hare Majefteyt de Koninginne overgegeven, roerende de voorfz rigoureufe Commiflie rapport gedaen, en onfe expeditie, daer op van hare Majefteyt verkregen, verhaelt,als folio proximo hier vooren by my geftelt, en den felvcn onfe Requefte cn Copie van de Miffive aenden Raedt gefchreven, voorgelefen; en daer na heb ick defelve Staten voorgehouden feeckere redenen, by Bartholomeus en my geconcipieert, cn by gefchrifte geftelt, en den felven verklaert, dat ons dochte oirbaer, onder haerluyder correctie defelve Articulen en redenen Staetsgewijs te proponeren de Heeren van den Raede , omme in 't expediëren van haer advis, volgende den inhoude en bevel vandc voorfz Miffive, op defelve Articulen reguard te mogen nemen, 't. felve brceder blijekende by feeckere Remonftrantie daer van gemaeckt, onder my wefende. (~\P welcke vertooningc de voorfz Staten lange communicatie gehouden hebbende, eyndelijck eendrachtelijck gerefolveert hebben, dat ick 't inhouden vande voorfz Remonftrantie aende Heeren vanden Raede, ofte den Heere van Affendelft en Suys, uyt den naeme vanden Raede foude verklaren, mits daer by voegende noch eenige Articulen, by de voorfz Gedeputeerden vcrhaelt; en midts dat ick de voorfz onfe Remonftrantie * niet cn foude aen den voorfz Hoovc leveren by gefchrifte, voor dat defelve gevifiteert, gecorrigeert cn gcalterecrt ware by Mr. Huych vam  C 33? ) vanden Eynde, en Jacob de Milde, dewelcke de voorfz Staten geordonneert hebben om de voorfz vifitatie en correótie te doen, en dat wy defelve Remonftrantie fouden leveren de Gedeputeerden van Amfterdam, die geen laft en hadden omme hier inne yet te refolveren , ten eynde fy defelve met hare Meefters fouden mogen communiceren, den wekken van Amfterdam ick oock op ftaende voet, by advis van van den Eynde en de Milde voorfz, dc voorfz Remonftrantie , ten fine voorfz, gelevert hebbe , hun belaftende foo geringe die by haer Mrs. gevifiteert foude wefen, defelve by eenen propcren Boode my weder te fenden, omme als vooren by de voorfz Gedeputeerden gecorrigeert zijnde , den Raede van Hollandt gelevert te mogen werden. QOck hebbe ick, volgende de voorfz Refolutie vande Staten, den Heere van Affendelft en Suys, uyt den naem vanden Raede, de voorfz Remonftrantie in 't lange verhaelt, en verfocht dat by de middelen van dien, en die by hun daer by gevoeght fouden mogen werden , fouden willen adviferen een ander bequaem middel, omme jegens de voorfz abuyfen geremedieert te mogen werden, en hoe men de Delinqueerders met fommiere kenniffe van faecken ten minften foude behooren te 1 corrigeren daer en foo 't behoort, amplius, nacrvolgcnde defelve Remonftrantie, waer op den voorfz Heere van Affendelft en Suys ons voor antwoorde gegeven hebben, dat fy in 't adviferen van defe faecke op alles fouden reguard nemen en fulcks adviferen, als fy voor tl. Deel. Y Sijne ^ 1547. Den 8. Januariis I Den Advocaet verhaelt aen AfTendelfc ;n Suys da Hefolutie >an de staten, vegens da foorfchre7e Renonflranie.  1547- Den 8. Januarii. De Heeren van Adendelft en Suys vertoornen de Staten het achterwefen van den Lande, en een fonds om 't felve te vinden op de Margentalen , en den Impoft op Wijn en Bier voor den tijdt van drie jaren. ( 338 ) Sijne Keyferlijcke Majefteyt, de Staten en Lande, in redenen cn cquiteyt fouden willen verantwoorden, verfoeckende alfoo de voorfz Remonftrantie , by my gedaen , feer lange was, defelve te hebben by gefchrifte; en dewijl ick hunluyden uyt den naem van de Staten verklaerde , dat wy in mceninge waren de voorfz Remonftrantie noch wat te corrigeren en te altereren , en dan defelve by die van Amfterdam te doen vifiteren, waren tc vreeden met het advis van den Raede foo lange te vertoeven tot de voorfz vifitatie en correótie gedaen foude wefen, ketende voorts in mijne handen foo lange de voorfz Miffive van de Koninginne aen hun addrefferende , die ick hunluyden offereerde, ende te vreeden was te leveren. TlY den voorfz Heere van Affendelft en Suys de Staten vertoont zijnde, dat, omme te vinden feecker achterwefen vanden Lande, beloopende ter fomme van twee hondert duyfent guldens min feftig, geaccordecrt was voor den tijdt van drie jaren op de Margentalen van Hollandt , feeekeren impoft van twee ftuyvers een oort op de margen voor 't eerfte jaer, en twee ftuyvers voor de andere twee jaren , mitfgaders inde Steden van Hollandt d'Impoft van Wijn en Bier alleen, volgende de Placaten daer van by Sijne Keyferlijcke Majefteyt gegeven, waer mede by raminge alle de laften en Renten afgequeten foude mogen werden, foo en wert nochtans geen neerftigheyt noch diligentie gedaen by de Ontfangers Generael en Particulier , omme de penningen, ko-  C 339 ) komende vande voorfz Importen te innen, en de loffinge vande Renten voorfz te doen, immers de Weduwe van Vranck vander Hoeve tot diverfche Honden geinterpelleert zijnde omme hare reeckeninge te doen van defelve Importen Vande jaren Vier cn veertigh en vijf en veertigh, daer van haer Man d'adminiftratie gchadt hadde, hadde tot noch toe gcdilaycert 't felve te doen, onder dexel dat eenige vande particuliere Ontfangers, haer penningen, komende van de voorfz Importen, niet ten vollen opgebracht en hadden, en dat evenwel de Heeren vanden Raede, mitfgaders d'Edelen, verftonden dc voorfz Importen niet langer * cours te laten hebben dan uytgaende Maert, wefende 't eynde vanden derden en laetften jaere, foo is ccndrachtelijck bv dc voorfz Staten gerefolveert, en fulcks dé voorfz Coebel, die by de voorfz Staten ontboden was, belaft de voorfz Weduwe te feggen, dat fy binnen veertien dagen foude komen reeckenen, mits datmen haer foude in furcheantie houden de penningen , ruftende onder de particuliere Ontfangers, die bevonden fouden werden by haer toedoen niet ongeëxecuteert gebleven te zijn ; is mede den voorfz Ontfanger Coebel belaft de namen vande particuliere Ontfangers den Griffier by gefchrifte te geven, omme van 's Hoofts wegen defelve te befchrijven, mede binnen veertien dagen haer reeckeninge te komen doen van de twee ftuyvers op de Margen, verfchecnen cn gelicht St. Jans Miife laetftleden , ten wclckcn dage mede befchreven fullen werden dc Commiffariffen, geordonneert omme de voorfz reeckeningen te hooren: Is meY 2 de _ »547» Dm 8. Januarii. *BI.J.  1547' Den 8. Januarii. Ordonnantie op Coebel, als Ontfanger van 's Lants Ommeflagh , om te betalen de koften foo wel van defen Hove , als vanden Grooten Raede. C 340 ) de gerefolveert dat elcken Ontfanger particulier in fijn quartier fal mogen lolfen 's Landts Renten, envolftaen, reeckeninge doende tegens den Ontfanger Generael mits overbrengende quitantie vande gelofte Renten, en de Rcntc-brievcn daer van zijnde gecaffeert; en is voorts de Gedeputeerden van Dordrecht belaft, dat fy den Schout, aldaer wefende Rentmeefter particulier over 't quartier van Zuyt Hollandt, fouden conftringeren omme fijn reeckeninge te doen en te furneren, fonder wclcic furniffement en reeckeningen de voorfz Weduwe niet en mochte reeckencn. TVTEde is tot mijnen verfocckemy belaft Ordonnantie te maecken op Mr. Arent Coebel, als Ontfanger van 's Landts ommeflagh , omme te betalen de koften , foo wel van defen Hove, als vanden Grooten Raede, en dc boeten van 't fol Appel, daer in de Gedeputeerden van de fes Groote Steden , als Eyffchers alhier, ende Apcllanten, boven gecondemneert zijn jegens cenen Hans Kuyper, Poorter tot Vlaerdingen , en de Burgermeeftcren aldaer met hem gevoeght, mits dat den Ontfanger voorfchrevcn, alfoo die van Vlaerdingen in defen Proceffe gefuftineert hebben te wefen een Stede van Hollandt, cn overfulcks te hebben Privilegie van een Stede, hunluyden fal doen executeren omme op te brengen den Impoft vande voorleden drie jaren , gelijck alle andere Steden van Hollant hebben moeten doen. Noch  C 341 ) ]>^"Och is my mede belaft Ordonnantie te maecken op den voorfz Ontfanger, omme Mr. Jacob dc Milde te betalen twee Daghgelden uyt faecke dat hy met den Penfionaris van Dordrecht, Delf en Amfterdam heeft helpen concipiëren de conclulie, noopende de faecke vande congie , noch twee Dagh-gelden, uyt faecke dat hy inden Hage geweeft is in Junio vijftien hondert fes en veertigh , by Mr. Arent vander Goes , Advocaet van den Grooten Raede, wefende doen ter tijdt aldaer, omme met hem te vifiteren de Schriftuyren van defelve faecke ; noch twee Dagh-gelden, dat hy als Gecommitteerden bv de Staten den veertienden December vijftien hondert fes en veertigh geweeft is inden Hage, omme met de andere Gedeputeerden te hooren de lactfte Reeckeninge van Heyman vande Ketel, als Rentmeefter van 't Gemeene Lands Ommeflag , welcke reeckeningen , overmits Heer Abel defelve hooren wilde, als daer toe van Sijne Keyferlijcke Majefteyt hebbende Commiflie, evenwel ongedaen gebleven is, en dat tot twee cn dertigh ftuyvers Ordonnantie. QOck is my mede belaft Ordonnantie te maecken op den voorfz Ontfanger , omme Mr. Huych vanden Eynde te betalen een Dagh-geldt van twee en dertigh ftuyvers , overmidts dat hy mede als Gedeputeerde te * voorfz dage inden Hage geweeft is, omme de voorfz Reeckeninge van Heyman te hooren. Y 3 By ~ '547Den 8. Januarii. Ordonnantie op de Milde, oin te betalen verfcheyde Dagh gelden voor vacatiën by hem ten diende van 't Gemeene Landt gedaen. Ordonnantie op Huych van ien Eynk. *B1.4.  »547- Den 8. Januarii. Van eenige Poorters van Hollandt , betogen van den Conlervadortot Leuvan, buyten de Ju rifdictie van Hollandt. (342; J^Y my de Staten vertoont zijnde hoe dat Jan Janfz de Koning tot .Dordrecht, cn Hendrick Janfz Veen in Somerfdijck, by eenige in perfoneel Actie betoogen wefende voor den Confervador van Leuven, buyten de Jurifdiétie van Hollandt , foo hadde elck van hunluyden verkregen Mandement pcenacl , omme de voorfz Proceduyren kofteloos en fchadeloos afgedaen te hebben, foo hadden de geene daer jegens by de voorfz Jan cn Hendrick de voorfz provifie verkregen was, hem vande conccffie van dien gedragen Appellanten aen mijn Heeren van den Grooten Raede, en verworven provifie, in cas d'Appel dienende, inhoudende de claufule van inhibitie, 't welck fy aende voorfz Jan en Hendrick ter executie doen leggen hadden, fonder eerft en alvooren, volgende feecker Oétroy by Sijne Keyferlijcke Majefteyt gegeven, inden jare vijftien hondert twee cn twintigh, conform wefende het twee hondert cn fcftie'nde Articul vande Inftructie vanden H ovc van Hollandt , haer grieven onder den felven Hove ovciTclevt te hebben, en oock contrarie feecker Privilegie den Onderfaten van Hollant gegeven by wijlen den Paus van Roomcn Leo dc X. , cn by Sijne Keyferlijcke Majefteyt gcapprobeert: verfoeckende de voorfz Jan en Hendrick adjunftie van de voorfz Staten , tot confervatie van de Privilegie vanden Lande, en dat oock de Milde verhaelde dat in gelijcke faecken perfoneel by de Verweerder voor die vanden Grooten Raede geproponcert zijnde exceptie van renvoy , die van den Grooten Raede verklaert hadden dat 'er geen renvoy en viel, maer dat de  C 343 ) de voorfz Verweerder gehouden foude wefen aldaer peremptoirlijck te antwoorden , foo is by de voorfz Staten gerefolveert, dat alfoo dit een faecke was van importantie, roerende de Privilegie van den Lande , dat defe faecke uytgeftelt foude werden tot de naefte Daghvaert , wanneer de Edelen mede prefent fouden wefen, en dat ick als dan van de felve faecke weder foude vermanen, ende binnen middelen tijde renoveren de voorfz Privilegiën vanden Paus Leo , de confirmatie daer op , en 't voorfz ander Octroy vanden Keyfer, ende dat de Milde foude recouvreren de Sententie van den Grooten Raede , 't welck hy de Milde voorfz jegens dien tijdt belooft heeft te doen. Den li. Januarii, 1547. T-JEb ick den Heer van Affendelft gelevert dc voorfchreve Requefte en 't advis , raeckende Mr. Arent Vos van Delf, Paftoor van de Liere, by my van Bartholomei den achtIten der fclver maent ontfangen. Den 13, 14, 17, 18 en 19 Januarii, 1547. Suys , Heyman Adriaenfz , Coebel en i my, gehoort de reeckeninge van Jan van 1 Drenckwaert, als Rentmeefter particulier van 3 't quartier van Zuyt-Hollandt van de twee \ ftuyvers op de margen vanden jaere vijftien 1 hondert vijf en veertigh, daer inne hy mede v tot reeckeninge brengt de verhalinge en 't c quaet aenbrengen vanden laetften tienden ? Penningh, en van de twee ftuyvers een oort d Y 4 op 1547. Den 8. Januarii. Den 11. Januarii. Requefte en Advig , raeckende Mr. Arent Vos. Den 13. Jan. &c. Hooringe van de ileeckelinge van fohan van Drenckvaert , >ver eenige achterlallen ,, lewelcke  »547» Den 13. Jan. &c. uytgeflelt werden tot in Februario. *B1. 5. C 344 ) op de Margen, beloopende de twee ftuyvers vanden Jare vijf en veertigh voorfz ter Yommc van vier duyfendt vijf hondert guldens feven ftuyvers twee deniers ; de verhaelinge vanden laetften Tienden Penning ter fomme van negen hondert vijf en tnegentigh guldens acht ftuyvers tien deniers ; verhalinge van twee ftuyvers een oort op de Margen ter fomme van drie hondert twintigh guldens feven* tien ftuyvers * vier deniers, maeckende famen vijf duyfent acht hondert feven en twintig guldens.achtien ftuyvers vijf deniers, en zijn eenige difficulteytcn gediffereert te wijderen tot in Februarii, dat alle de Commiffariffen by den anderen wefen fullen. Den 20. Januarii. Beroerende 't verlioopen en uytyoeren van 't Koorn, en ft eckere CommifTe daer op gedecerneert. Den 20. Januarii, 1547. UEbben Mrs. Huych van den Eynde, Jacob dc Milde en ick, gevifiteert en gecorrigeert feeckere Remonftrantie, by gemaeckt, omme den Hove van Hollandt te vertoonen de abuyfen die nootfaeckelijck moeten komen uyt de Placaten van Sijne Keyferlijcke Majefteyt , raeckende het verkoopen en uytvocren van 't Koorn, en de executorialen daer op gedeercteert, welcke Remonftrantie met feeckere Miffive van de Koninginne, aen den felven Hove komende, tegens de voorfz abuyfen geremedieert te hebben , ick den twee en twintighften derfelver maent geprefenteert hebbe aen den Heere van Affendelft, ten eynde hy hunluyden van dien willen foude communiceren den voorfz Hove, waer op hy my voor antwoorde gaf, dat ick daer mede loude vertoe.  C 345 ) toeven tot pojïridie converjionis Pauli , alfoo hunluyden nu niet te paffe en quam om 't felve te vifiteren cn te expediëren. Den 28. Januarii, 1547. QNtfangen hebbende van Mr. Lambrecht Jacobfz , onder fijn bant geteyekent dc Refolutie , daer by Coebel geordonneert is den voorfz Jan Harmenfz en Dammas Syers , Schippers van Dordrecht, uyt faecke van 't voorfz Arreft , hunluyden binnen den Dam gedaen, te betalen negen en twintigh gulden tien ftuyvers van veertigh grooten 't pont, hebbende Heyman Adriaenfz daer van gelevert Ordonnantie, onder mijn handt. Den 7. Februarii, 1547. JJEb ick de Milde gelevert fijn Ordonnantie, gepaffeert den achtften Januarii feven en veertigh van fes dagh-gelden. QOck heb ick Coebel gelevert Ordonnantie, omme te betalen de refte vande Proceffen , foo wel van boven als van beneden, en de boete van 't fol Appel, daer inne de Gedeputeerden vande fes groote Steden gecondemneert zijn , gegeven aen Hans Kuyper, tot Vlaerdingen, cum fuis, oock gepaffeert den achtften Januarii. Van den 4. tot den 8. Februarii, 1547. 2Yn by de Gecommitteerden vande Staten gehoort de Reeckeningen vande particuY 5 üe. Den 20. Januarii. Den 28. Jauuarit. Ordonnantie op Jan Hatmenfz en Dammas Syerfz, Schippers van Dordrecht. Den 7. Februarii. Ordonnantie aen de Milde overgegeven. Ordonnantie aen Coebel gelevert, om te betalen de koden van den Procédé. Den 3. Februarii. Hooringe van de reeckeuin-  154-7Van den 4 tot den 8. Februarii. gen van particuliere Ontfangers. Den 16. Februarii. Vuyrteyckenen op de Zeedorpen te ftellen, van Goerée af tot , Vlielandt. • BI. 6. ( 346 ) liere Ontfangers, van de twee ftuyvers op de Margen, ommegeüagen in 't jaer vijftien hondert fes en veertigh , daer van 't totael van alles fuyver beloopt ter fomme van feven en twintigh duyfent vier hondert negen en dertigh guldens vier ftuyvers acht deniers. Den 15. en 16. Februarii, 1547. TS inden Hage Daghvaert gehouden by Suys, den Griffier, en my, met de Gedeputeerden gelegen op de Zeekant, beginnende van Gocrée tot aen Vlielandt, raeckende het ftellen van Vierteyckcnen by Dage, ende Roockteyekenen of Zeylen by Nachte , omme te obvieren alle toekomende invallen van de Vyanden cn Piraten ter Zee; ende naer defelve Gedeputeerden by ons gehoort zijn geweeft, is na voorgaende rapport aen den Hove gedaen, by confent vande voorfz Gedeputeerden , by den Hove geordonneert, dat by de Gedeputeerden, elck in fijnen bcdrijve, boven * 't gewoone en ordinaris Vuyrteycken, in tyde van noode, noch een Vuyrteycken op 't hooghfte vandc Duynen , gelegen naeft den Dorpe, gedaen fal werden, en dat boven de ordinaris wachten van Pacrden en Voetvolck, die op de Strangc gewoonlijck zijn over en weder te rijden en te gaen; en dat fy by tijdts gereedt maecken fullen dc behoeften , omme de voorfchreve teyckenen by dage en by nachte te doen, alles tot kofte vande Inwoonders van de felve Dorpen ; dat van gelijcken in tijdt van noot die van Texel, 't Vlielandt en Marfdiep niet en fouden weten inne te komen, als oock fullen mogen doen gelijck die van den  C 347 ) den Briele in 't gat vander Maze, waer van oock elck vande voorfz Gedeputeerden Ordonnantie van den Hove gegeven is, omme hunluyden daer nae te reguleren. Van den 9. tot den 18. Februarii, 1547. TS by dc Gecommitteerden vande Staten gehoort de Reeckeninge van Vranck vander Hoeve, foo wel van den Impoft als 't Margengeldt van de jaren vijftien hondert vier en veertigh en vijf en veertigh, dat hy d'adminiftratie gehadt heeft, ende een ftaet op 't achter wefen van 't Landt van Hollandt gemaeckt wefende , daer op den voorfz Impoft en 't Margen-gclt gegeven is geweeft, als vier cn veertigh, vijf en veertigh en fes cn veertig, werdt by raminge en cftimatie bevonden, dat 't Landt ten achteren is ter fomme van drie en dertigh duyfent acht hondert een en tnegentigh guldens tien ftuyvers , blijekende by Copie vanden felven ftaet, onder my wefende, en by Reyer vander Does ccnfdeels geëxtrahcert uyt de groote Reeckeninge van Vranck vander Hoeve voorfz , en eenfdccls uyt 't geene Coebel hem gelevert heeft, raeckende 't jaer fes cn veertigh, daer van hy adminiftratie en ontfangh gehadt heeft; en zijn de Staten alhier befchreven om inde Hcrber^e te wefen den laetften Februarii , omme tc hooren het rapport vandc voorfz Commiffariffen, en om te refolveren waer men , cn by wat middelen 't voorfz achtcrwcfen gevonden fal werden. Op '547- Den 15, en de 16. Februarii. Den 18. Februarii. Hooringe van de Reeckeninge van Vranck van der Hoeve, foo wegens den Impoft als 't Margengeldt, dat hy in Adminiftratiegehadt heeft.  1547Den 9, ende 18. Februarii. Nader veklaringe van de voorgaende Reeckeninge. * Dagh» C 348 ) QP 't hooren vande voorfz Reeckeningen, is by de Gecommitteerden bevonden, dat die van Gouda en Delf, van feeckere penningen , die fy by Leeningen opgebracht hadden , als oock d'andere Steden gedaen hadden, inde laetftc verkoopinge van Renten, van de fomme van vier duyfent feven hondert een en feftigh guldens fcventien ftuyvers, daer van de Hooftfomme beloopt fes en feventigh duyient guldens , zijnde de helft van 't Accord van hondert en twintigh duyfent guldens, aen Sijne Keyferlijcke Majefteyt geaccordeert den achttienden October vijftien hondert drie en veertigh; en de refte, als feftien duyfent een hondert negen en tachtigh guldens dertien ftuyvers vier deniers, 't geene te kort quam acnde vijf cn feventigh duyfent guldens, Sijne Keyferlijcke Majefteyt geconfenteert in Augufto tc vooren , Renten' genooten hebben van in 't beginfel van Augufto in 't felve jaer, en fulcks ontrent drie maenden voor datum van het voorfz confent van hondert twintigh duyfent guldens, en 't Oótroy den twintighften derfelver maent October gepaffeert, daer by geaccordeert is datmen de voorfz Renten van vier duyfent feven hondert een cn feftig guldens fcventien ftuyvers foude mogen verkoopen, 't welck immers geen apparentie en fchijnt te hebben, mits welcke die van Gouda ten felven dage befchreven zijn, omme hier op gerefolveert te komen; en is die van Delf belaft oock haer Refolutie inne te brengen , die nae relatie van Vranck Bartholomeufz belooft hebben fulcks te doen.  C 349 ) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Op den eerften Maert, 1547. PRiESENTEN, „ 1547. Den 1. Maert. •BI. 7. De Heeren van Affendelft , Van Alckemade, Van Poeigeeft, Van Wijngaerden, Arent van Duvenvoirde, Jacob van Duvenvoirde, Otto van Egmondt, ende Aelbrecht van Treflonge, Van wegen d'edelen. Heyman Adriaenfz, ende Maerten Schrevelfz, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Pieter Vranckefz, Burgermeefter , Vranck Bartholomeufz, ende Mr. Huych vanden Eynde, Van Delf. Frans Gerritfz Goel, Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Claes Gerritfz, Burgermeefter, ende Hoegaerden , Penfionaris. Van Amsterdam Witte vander Hoeven, Burgermeefter, ende Reynier Paeuw, Van Gouda. Omme te refolveren hoe men 't achterwefen van den Lande, noch refterende en te kort komende aenden Impoft en 'ê Margen geldt , bedragende ontrent fes en dertigh duyfent guld. foude mogen vinden , of by continuatie vanden felven Impoft ende Margengelt, ofte by andere Middelen ; ende voorts omme te hoQ-  '54.7. Den r. Maert. Deliberatie over vier poincten, raeckende verfcheyde faecken, 't Gemeene Landt aengaende. j t \ ( 1 r t c C 350 ) ' hooren 't rapport van de Commiffariffen, gecommitteert ter Auditie van de Reeckeninge van Vranck van der Hoeve, en Jijn IVedn- IN den eerften , by Suys rapport gedaen zijnde vandc difficulteytcn cn fwarigheden, bevonden in 't hooren van dc Reeckeningen van Vranck vander Hoeve, vanden Impoft en Margengelt vande jaren vijftien hondert vier en veertig cn vijf en veertigh, daer hy ofte fijn Weduwe de adminiftratie af gehadt heeft, als cerft, dat die van Delf en Gouda, vande penningen die ty by Lceningc opgebracht, hadden , vier of vijf maenden eer Renten genooten hadden dan d'andere groote Steden, immers dat fy Renten van eenige van defelve penningen genootcn hadden ontrent drie maenden voor dato van 't Octroy, daer by 't Landt van Hollandt geaccordeert was Renten te mogen verkoopen ; ten anderen, dat die pan Afperen en Heuckclum gegyfelt waren, 3m d'Impoft op te brengen van drie jaren, als /ijftien hondert vier en veertigh, vijf en /eertigh en fes en veertigh, daer van fy van t eerfte jaer wat vanden Impoft, maer niet te ■echt opgebracht en hadden : Ten derden , lat men de Weduwe van Vrank vanden Hoe-. 'c voor haer Weddens en extraordinaris Va:atien yets toevoegen foude : Ten vierden, loemen 't achterwefen vanden Lande, bedraende ontrent ter fomme van fes en dertig uyfent Caroli guldens, vinden foude , of by con- w.e, van den voorfz ■Impoft en Margengelt, voor de Jaren vijftien hondert vier en veertigh en vijf en veertigh.  ( 351 ) continuatie vanden voorfz Impoft en Marren geldt, of by andere Middelen. * gOo is, noopende 't eerfte poinét, beroerende die van Delft en Gouda, naer dat die van Delf verklaert hadden te vreeden te zijn, dat hare penningen by Leeninge opgebracht, eerft Renten fouden geven naer date van den Oétroye, omme Renten te mogen verkoopen , en vanden tijde dat de andere Steden hare Renten inne gegaen waren, gerefolveert geweeft dat haer beyder penningen, by Leeninge als vooren opgebracht , eerft Renten fouden naer date vanden voorfz Octroye, ende gelijck d'andere Steden hare penningen gerent hadden ; en dat inde Reeckeninge van de Weduwe van Vranck vander Hoeve, op de Articulen daer van mentionerende, geftelt fal werden, dat den Ontfanger hunluyden, 't geene wes fy te veel ontfangen hebben inde loflinge vande refterende Renten, ende op dc naelte Reeckeninge korten fal. „ r547. Den i. Maert. ^ * BI. 8. Eerfte poinct, raeckende die van Delf en Gouda, wegens de Renten van hare opgebrachte Leeninge. jVOopendc 't tweede poinct, beroerende die van Afperen en Heuckelom, is gerefolveert , dat by den Advocaet, op haer Requeste , daer by fy verfochten uyt de gyfelinge ontflagen te wefen defe jegenwoordige Vatten, omme middeler-tijdt de penningen vanden Impoft te vergaderen, ende in handen vanden Ontfanger Generael te brengen, by Apoftille geftcldt foude werden: De Supplianten fullen cerft en alvooren verklaringe doen hoe veel den Impoft elck inden haren jaerlijcks beloopt, omme de- 't Tweede poinft raekende het gyfelen van die vaa Afperen en 1 leuckelum, om dat deWija en Bierexcijs niej: v Idaen hebben, benevens *t Appoinfte-  1547Den i. Maert. ment op haer Requefte. 'r Derde poinét, raeckende de Wedden en Vacatiën van Vranck vander Hoeve. ( 352 ) defelve gefien , als dan verder gedifpo neert te werden als 't behooren fal. 't Welck oock by den Advocaet alfoo op haer Requefte geftelt is. Ende vermidts fyluyden ten felven dage naer de noen, tot furniffement vanden voorfz Appoinftcmentc, by gefchrifte overgegeven hebben niet te weten verklaringe te doen vanden Wijn en Bierexcijs ; dan dat die van Afperen hadden inden jare vier en veertigh voor Impoft gegeven ontrent acht en twintigh guldens , en die van Heuckelum ontrent twaelf guldens , en dat fy als nu onderfoek doen fouden van den Impoft voor de jaeren vijf en veertigh en fes en veertigh, en dat de voorfz Staten dochten geen apparentie te hebben, dat den voorfz Impoft jacrlijcks foo luttel foude bedragen , is den Advocaet belaft in handen vanden Heere van Affendelft tc leveren extract; van den Itaet, by den welcken blijekt hoe hoogh by raminge den Impoft van hunluyden voor een jaer geëftimeert is geweeft, ten tijde de Staten aen hare Majefteyt de Koninginne verfochten kortinge van haerluyder portie. A Engaende het derde poinct, beroerende de Weddens, en andere vacatiën van Vranck vander Hoeve, is eendrachtelijck gerefolveert, dat alfoo den voorfz Vranck van alle fijne vacatiën en reyfen extraordinaris apart gcloont is, en dat hem de penningen by dc particuliere Ontfangers t'huys gebracht zijn, hy hebben fal voor fijn Weddens den tachtighften penningh van fijnen ontfangh , foo wel van den Impoft, Margen-gelt, als vanden laetften tien-  C 353 ) tienden penningh, voor foo veel als hy daer van ontfangh gehadt heeft. jP Aeckcndc 't vierde en lactfte poinft van 't achterwefen vanden Lande, na dat die van Dordrecht verklaert hadden laft te hebben omme te adviferen datmen 't felve foude vinden by continuatie vanden Impoft en het Margcngelt, en dat die van Leyden uytgeflagen hadden, datmen 't felve foude vinden, mits omfiaende over de Schiltalen vijftigh of feftigh duyfent guldens, en dat de Steden daer inne fouden genieten hare ordinaris gratie, en dat die van Delf mede behoorden daer inne hare portie op tc brengen; cn dat de Gedeputeerden vande andere Steden fcyden geen laft te hebben * dan omme te hooren eenigh middel uytflaen hocmen 't felve achterwefen foude mogen vinden, cn daer van rapport te doen, foo is eyndelijck gerefolveert , dat alfoo de partyen van 't achterwefen van diverfche natuyre zijn, en dat het achterwefen vandc Margentalen gevonden molt werden over de Landen foo wel vande Vryen als Onvrycn, Edele als Onedele, by den* Bruyker; en 't achterwefen vanden laetften Tienden Penningh, beloopende ontrent vijf of fes duyfent guldens, alleen gevonden mofte werden'over'dc Landen onder de Schiltale begrepen, of leggende ter plaetfe daer de Schiltalen geufeert&werden , volgens dc fpecificatie, geinfereert in feeckere Acte van hare Majefteyt , de twee deelcn by den Eygenaer, en 't derde deel by den Bruycker ; dat daeromme een pertinent ftaetken van elcks by den Ontfanger GcneII. Deel. Z rael Den i. Maert. Het vierde poinct, raeckende het achterwefen van den Lande van Hollandt.  1547Den i. Maert. By den Advocaet vertoont den inhoude van de Requefte van Jan Janfz de Koningh, cum fuis,betoogen zijnde voor den Confervador van Leuven. C 354 ) rael gemaeckt foude werden jegens den dertienden Maert, ten wekken dage de voorfz Staten wederom alhier fouden wefen inde Hcrbcrge, met de groote Edelen en Pcrfonagien , dewelcke defe faecke mede toucheert en aengaet, die alfdan mede befchreven fouden werden, omme op 't voorfz achterwefen. eyndelijck refolutie te nemen. Naer de Noen zijn alk dc voorfz Heeren prefent geweeft, behalven Arent van Duvenvoirde. NAcr de Noene by den Advocaet de Staten vertoont zijnde 't inhouden van de Requefte van Jan Janfz dc Koningh, tot Dordrecht, Hendrick Janfz Veen, uyt Sommersdijck, Juffrou Elifabet van Bronckhorft, als by den Hove geordonneert ter adminiftratie vande Goederen van Heer Willem van Schagen, haren Man, en Eewout Janfz, tot St. Geertruydenbergc, dewelcke betogen wefende in actie perfoneel, ter eerfter inftantie , voor den Confervador van Leuven, en gekregen hebbende Mandament pcenael vanden Hove van Hollandt, om defelve proceduren kofteloos en fchadeloos af te doen, foo hadden haer partyen hun van defelve conceffie gedragen Appellanten aan den Grooten Raede, en verkregen Mandament van Appel, met de claufule van inhibitie, fonder, achtervolgende d'inftriktie van defen Hove , cerft hare Grieven alhier overgelevert te hebben, contrarie de Privilegie van Hollandt, de non evo- can-  C 355 ) cando , contrarie de Privilegie vanden Paus Leo, verfoeckende eenige dat by de Staten t Proces voor hun aengenomen'foude werden, eenige Adjunftie van defelve Staten: Soo is eyndelijck gerefolveert, dat omme de Privilegiën vanden Lande voor te ftacn, men aende Koninginne behoort te vervolgen, dat den Confervador voorfz belaft zy gelijcke citatien niet meer te decerneren, en die vanden Grooten Raede gelijck Mandament van Appel, fonder eerft en alvooren hunluyden geblcecken zijnde vandc Grieven by Partyen hier over gelevert; en feyde den Heere van Affendelft , dat , wetende wanneer fy fouden ycmandt boven fchicken, omme 't felve veryolgh te doen, 't Hof mede aldaer foude fenden den Procureur Generael, omme 't felve van wegen den Hove van Hollandt aen hare Majefteyt te vervolgen. J>Y den Advocaet de Staten voorgehouden zijnde, hoe dat hy ontfangen hadde van Mechelen copie vande Memorie vanden Procureur Generael, van fijn Inventaris en geproduceerde inden Procefic van de materie vande Congie, voor den Grooten Raede hangende , en dat daeromme fyluyden fouden willen committeren eenige, omme de voorfz Memorien en Stuckcn te vifiteren, omme te weten of van nooden ware Additien daer * op te maecken, foo zijn by de Staten daer toe gecommitteert de Penfionariffen van Delf, Leyden en Amfterdam, met den voorfz Advocaet. Z 2 Oock r> '547. Den i. Maert. Den Advocaet adverteert deStaten de Memorie en Inventaris inden Procédé van Congie. *BI. io.  1547Den i. Maert. By de Staten geaccordeertomme Ordonnantiete makep van de vacatiën gedaen by den Advocaet , de Milde en van den Eynde. NB. Tot ontflagitigc van den Advocaet, 1 Den Advo- ( belaft een Ordonnantie remaec- : ken op Daniël Michielfz,Poorter der Stede van Dor- 1 drecht. \ C 356 ) QOck is by de voorfz Staten den Advocaet geaccordecrt Ordonnantie te maecken vandc Vacaticn van Airs. Jacob de Milde, Huyg vanden Eynde, en den Advocaet, gedaen den twintighften Januarii voorfz, in 't vifiteren vande Remonftrantie, by den Advocaet gemacckt, omme te vertooncn de abuyfen, die nootfaeckelijcken moeten komen uyt den'Placate, by Sijne Keyferlijcke Majefteyt geëxpedieert, op 't verkoopen cn uytvocren van 't Koorn, en feeckere rigoureufc Commiflie en Exccutorialen by den Hove van Hollandt daer □p gcdcccrneert: Tc weten, dc voorfz Mr. Jacob twee dagen, tot twee en dertigh ftuyvers daegs, den voorfz Mr. Huygh een dagh , tot twee en dertigh ftuyvers, en den voorfz Advocaet een dagh , tot achttien ftuyvers : Ende is voorts verklaert by de Staten, dat foo wanneer yemandt by hunluyden gecommitteert werdt omme te befoigncren in 's Landts faecken, d'Advocaet daer van Ordonnantie fal mogen pafferen, van foo veel da*cn als defelve gebefoigneert lullen hebben, ronder daeromme acnde Staten nieuw verfoeck; :e doen. f~)0ck is my belaft Ordonnantie te maecken op den Ontfanger van des Landts Ommelagh, omme tc betalen aen Daniël Michiels,' Poorter der Stede Dordrecht, de fomme van [es en twintigh guldens acht ftuyvers, fes deniers , van veertigh grooten, uyt oorfaecke /ande fchaden en intereffen by hem geleden, loor dien dat hy binnen de Stede van Brugje by eenen Jan Coufijn gedaen is arrefteren, om-  C 357 ) omme te hebben betalinge van dertigh ponden Vlaems, die de voorfz Jan Coufijn aende vijf Groote Steden ten achteren was, ter oorfaecke van twee en een half jaer Renten , daer van het laetftc half jaer vervallen is op Kerfmiffe vijftien hondert fes en veertig, mits dat ick de voorfz penningen, en noch negen en twintigh ponden en tien fchellingcn de twee andere Poorteren van Dordrecht by de voorfz Staten toegevocght zijn , uyt faecke van gelijcken Arreftc aen hunluyden gedaen binnen den Dam in Vlaenderen, weder foude verhalen met gevoegh ofte met recht aenden Ontfanger Generael Jacob Grammay, ende de Weduwe van wylen Pieter Moons Willemfz. J^Y die van Amfterdam de Staten vertoondt zijnde feeckere Pafportc van Schotlandt, dewelcke getrandateert was uyt de Schotfehe Tale inde Duytfche, is bevonden en verklaert datmen na vermogen, ende uyt krach te van defelve Pafporten", niet veyligh cn foude mogen zeylen cn negotiëren dan in Schotlandt. "RY die van Amfterdam de Staten voorgelefen zijnde feeckere Miffive van hare'Majefteyt de Koninginne , daer by hunluyden belaft werdt dat fy haer Poorters fouden induceren noch wat te verthoeven om ter Zee haer Negotiatie te doen , ter tijd toe men foude weten hoe dat met de Schotten foude gaen, ten ware dat fy hun vermeten fouden fterek genoeg te zijn om defelve Schotten te wederftaen, verfoeckende, gemerekt fy feecZ 3 ke- 1547. Den 1. Maert. Schotfehe Pafporten in Duyts getranllateert. Die van Amfterdam communiceren de Staten een Miffive, vande Koninginne , om wat te ven 0 even met de Negotie ter ■ Zee.  Den i. Maert. *B1. ti. Die van Amfterdam geen Koorn, felfs geen Oofters uyt den Lande te mogen voeren. C 358 ) kere tijdinge hadden , dat den Schotten wel twaelf groote Schepen van Oorloge op Zee hadden, en daer cn boven noch eenige andere kleyne Schepen dat men een yegelijck foude verbieden tuffchen dit en Paeflchen in Ooftlandt te zeylen, is by de Staten gefeyt, dat fy wel lijden mochten dat by hun aen hare Majefteyt de Koninginne defelve Interdictie vervolght foude werden, maer dat eerft oorbaar ware hier van te communiceren met die van Delf en Dordrecht, die hun defe faecke recht verftonden. * N^ch ky dic van ^m^crclam voorfz de Staten voorgehouden zijnde hoe dat fy by feeckere Miffive vanden Hove hunluyden belaft was geen Koorn , oock geen Oo'ftcrs uyt den Lande te voeren, 't welck was contrarie feeckere Acte, hunluyden by hare Majefteyt de Koninginne gegeven, inhoudende dat fy alle uytheemfch Koorcn fouden mogen uytvoeren , mits betalende van 't laft twee ftuyvers, en dat 't felve was de bederffeniffe van defe Landen , en oorfaecke om rijfinge in 't Koorn te maecken, want daer men geen Koorn uytvoeren cn magh, weder geen ingebracht en fal werden ; verfoeckende datmen foude vervolgen aen hare Majefteyt, om defelve Interdictie afgedaen te 'hebben: Soo is by de voorfz Staten gefeydt, naer dat den Heere van Affendelft vcrklacrdt hadde dat defelve Interdictie by den Hove hunluyden gedaen was, door expres bevel vande Koninginne, dat hunluyden wel tc wille was dat de voorfz follicitatic gedaen foude werden. Op  ( 359 ) QP de Requefte van Claes dc Groot, Dienaer van Vranck vander Hoeve, verfoeckende vande Staten feeckere gratuiteyt voor fijn arbeidt, in 't ontfangen vande penningen , wel tot dertigh duyfent guldens toe, die hy al geëmployeert hadde tot loffinge van 's Landts Renten, is, overmits de confequentie wille hy patiëntie mofte hebben, geftelt nihil. QOck is my belaft Ordonnantie te maecken op den Ontfanger van des Gemeene Lands Ommeflagh, van de Vacatiën gedaen by Mr. Floris van Hoegaerden, Penfionaris van Amfterdam , uyt faecke dat hy den negenden Maert vijftien hondert fes en veertigh, Stilo Curiae, van Amfterdam gereyft is na den Hage , omme met feeckere Gedeputeerden van Delf en Leyden tc delibereren wat conclufie de Staten behoorden te nemen, roerende 't Proces en de faecke van de Congie; ende dat hy, defelve Refolutie genomen zijnde, daer mede gereyft is naer Dordrecht, omme defelve te communiceren met Mrs Vranck Boot, en Claes Bartholomei, wefende aldaer ; en dat hy van daer voort gereyft is na Mechelen, omme defelve Refolutie te laten vifiteren door twee Advocaten aldaer, daer inne hy gevaccert voor 't gaen, marren en keeren vijftien dagen, tot twee en dertigh ftuyvers daeghs; noch feftien gelijcke dagen, uyt faecke dat hy feeekeren tijdt hier naer weder van Amfterdam gereyft is naer Mechelen, omme te doen maecken de Memorien inde voorfz faecke 5 en die van daer weder in den Hage Z 4 ge- Den i. Maert. Verfochte gratuiteyt by Claes de Groot, Dienaer van Vranck vander Hoeve. Ordonnantie voor Hoegaerden , Penfionaris van Amfterdam , uyt oorfaecke van verfcheyde vacatiën , by hem gedaen.  1547Den ï. Maert. Den 2. Maert. Die van Afperen en Heuekelum uyt de gyfelinge op conditie ontflagen. *B1. 12. C 360) gebracht, omme die te doen vifiteren by den Raede van State, noch uyt faecke van gedebourfeerde penningen, als de Advocaten gegeven hebbende vier gulden twaelf ftuyvers, den Procureur Mr. Francois Buble acht en dertigh ftuyvers, voor 't Mandament met het drinckgelt van de Klercken noch acht en dertigh ftuyvers , voor 't felve Mandament by de Dcurwacrders gedaen ter Executie leggen twaelf ftuyvers, voor den Klerk van Mr. Aert van der Gocs , Advocaet inden Grooten Raede , voor 't groiferen vande Memorien in defe faecke vijftien ftuyvers, komt famen negentien gulden vijftien ftuyvers, Den 2. Maert, 1547. TVLYer dat dc voorfz Gegijfelden van Afperen en Heuckclum, den Heere van Affendelft en Mr. Cornelis Suys verklaert hadden niet tc weten hoe veel 'den Excijns elck inden haren jaerlijcks bedroegh, alfoo denfclven Excijns op Kcrfftockcn geteyekent wierde , cn jaerlijcks in 't vuyr geworpen, foo is by de voorfz Heeren geaccordeert , dat die van Afperen, ter caufe van den Impoft, voor de drie jaren opbrengen fullen , hondert en * vijftigh guldens, en die van Heuckelom hondert vijf guldens, cn elck haer behoorlijck Margengelt; en zijn bcyde de felve Heeren ontflagen uyt dc gyfelinge den tijdt van veertien dagen , omme defelve fomme te furneren, en by gebreceke van dien , ten eynde de voorfz veertien dagen , weder in gyfelinge te komen ; 't welck ick door onthiet vande voorfz.  (36-1 ) voorfz Heeren oock op haer Requefte geteyekent hebbe. P^Och heb ick met de Gedeputeerden van Amfterdam aen den Heere van Affendelft verfocht, dat hy foude willen accorderen datBartholt van Affendelft ons foude mogen doen vifie,en leveren Copie van feeckere Informatie, by den Heere van Warmondt en hem in den jare vijftien hondert negen en twintigh gedaen, ter begeerte van die van Amfterdam, roerende de opftelling van feeckere Congie, ende dat 't felve is de bederffeniffe vanden Lande van Hollandt, cn van de Negotie aldaer; waer op de voorfz van Affendelft ons gefeydt heeft, dat hy 's anderen daeghs de voorfz Informatie hem foude doen brengen, omme te ficn of daer yet meer was dienende tot voordeel en juftificatie van 's Landts recht, cn dat hy ons daer van adverteren foude, omme in dien gevalle, by Requefte boven te mogen verfoecken de voorfz Informatie, ofte Copie van dien, aldaer over gefonden te hebben, omme in 't wijderen van den Proceffe fulck reguard daer op genomen te werden als 't behooren foude. Den 13. Maert, 1547. £)En voorfz Heere van Affendelft gevifiteert ^ hebbende de voorfz Informatie, heeft my gefeyt dat defelve grootelijcks doende was tot voordeel vanden Lande, cn was genoegh conform dc pofitiven vande Memorien vande Landen, en dat wy dacromme 't felve verfoeck boven inden Grooten Raede fouden doen. Z 5 * Dagh* Den 2. Maert. Informatie by den' Heere vaa Warmont, in den jare vijftien hondert negen en dertigh, raeckende de oplfellinge van feeckere Congie* Den i«. Maert. Antwoordt van den Heere van Afl'endelfc op de felve informatie.  «T54-~ Den 14. Maert. *I5l.i3. C 362 > * Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Den 14. Maert, 1547. PRESENTEN. De Heeren van AJ]endelft,Van Alckemade, Van Poeigeeft, Van Wijugaerden, Arent van Duvenvoirde, Otto van Egmondt, Aelbrccht van Treflonge, ende Arent van Hardinghsvelt, Van wegen d'edelen. Heyman Adriaenfz, Maerten Schrevels, ende Bartholomei, Van Dordrecht. Claes van Huyfj'en, Burgermeefter , ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Mr. Huych, ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Mr. Claes de Wilde, Frans Gerritfz Goel, Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Van Levden. Pieter Kantert, Burgermeefter , ende Mr. Hendrick Dirckfz, Van Amsterdam. Cornelis DirckBouwenfz, Huygh Gerritfz, ende Witte vander Hoeve, Van Gouda. Omme te vinden ,t voorfz achterwefen , bedragende over de fes en dertigh duyfent gulguldens, 't welck om alle feeckerheydt geeftimeert is tot veertigh duyfent guldens. Na  C 363 ) NA dat by de Edelen eenige openinge gedan was, foo is eyndelijck by de felve, die van Dordrecht cn Amfterdam gerefolveert, datmen de helft vande voorfz veertigh duyfent guldens foude vinden'op de Margentalen , begrepen inde A&e van verklaringe, gepaffeert tot Utrecht in Februario vijf en veertigh , Stilo Novo, mits ftcllende drie grooten op de Margen, daer van d'eene helft komen foude tot lafte vanden Bruycker, en d'andcr helft, te weten twintigh duyfent guldens , fouden gevonden werden by de Schiltalen, en foude daer foo veel omgeflagen werden, dat de twintigh duyfent guldens fuyver fouden blijven, in wekken ommeflagh de Steden genieten fouden hare gewoonlijcke gratie ordinaris, welvcrftacnde dat die van Delf daer inne foo veel fouden contribueren als die van Gouda, waer mede die van Delf fcheenen genoegh te vreeden te zijn, dan namen die van Haerlem, Delf, Leyden en Gouda hier op rapport tot overmorgen ; was mede gefeyt dat alle defe penningen gebracht fouden werden den Ontfanger Generael. jgY die van Amfterdam verfocht zijnde, dat by de Staten de declaratie van Gerrit Claefz, tot Amfterdam, roerende fijn vicatien by hem gedaen, omme te reyfen in Schotlandt, getaxeert foude werden , is eendrachtelijck by de Staten, behalven die van Gouda, gerefolveert , dat indien hy met vijf en feventigh guldens te vreeden woude zijn, den Rentmeefter van. 's Landts ommeflagh belaft foude werden hem defelve te betalen, en indien niet, dat Den 14. Maert. By de Edelen en eenige Steden gerefolveert om de helft van de voorfz veertigh duyfent guldens op te brengen by de Margentalen , de andere helft op de Schiltalen, Declaratie van Gerrit Claefz,roerende de Vacatiën by hem gedaen in fijne reyfe na Schotlandt,  Den 14. Maert. *B1. 14. 3°4 ) dat alsdan fijn voorfz Declaratie gelevert foude werden onder den Hove van Hollandt, omme by den felve Hove eerft daer * op gehoort te werden Mr. Huygh vanden Eynde, en Jooft Janfz Burgermeefter Van Rotterdam, geprocedeert te werden tot taxatie van dien. Doorordre van de Koninginneop te brengen feven duyfent drie hondert vijftigh guldens , noch refterende aen het confent van honderdt en twintigh duyfent guldens. TIY den Heere van Affendelft de Staten voorgehouden zijnde, door aengeven van Adriacn Matthijfz , Clercq vanden Ontfanger Generael, dat hare Majefteyt de Koninginne gefchreven hadde aen die vandc Reeckcnkamer, datmen den Ontfanger vanden Impoft foude conftringeren op tc brengen de feven duyfent drie hondert guldens, noch refterende aen het confent van hondert en twintigh duyfent guldens , by hem inne gehouden voor de portie van feeckere onwillige , pretenderende vrijdom , daer af getoogen ontrent twee duyfent guldens voor de portie vanden Heere van Buyren, die van Sijne Keyferlijcke Majefteyt furcheantie heeft; en dat fulcks den Ontfanger Generael, komende van boven, by die vande Finantie belaft was den voorfz Ontfanger van den Impoft tot dien eynde tc gyfelen, foo is by de voorfz Staten gerefolveert, dat van wegen de Staten aen de Heeren vande Reeckeningen verfocht foude werden, gemerekt de portie van de omwillige, belaft is de Staten kortinge te ftrecken , en dat mits dien defe faecke Sijne Keyferlijcke Majefteyt, en niet de Staten aen gaet; en dat oock in Januario vijftien hondert vijf en veertigh , wefende Sijne Keyferlijcke Majefteyt tot Utrecht, den Procureur Generael vanden Hove van Hollandt  ( 365 ) landt belaft is dc voorfz onwillige te doen executeren, die oock acngenomen heeft 't felve te doen; dat daeromme fy den voorfz Procureur fouden belaften cn conftringeren de voorfz executie te doen, fonder ter defer caufe eenighfints te molefteren den Ontfanger van de Impoften en Margcn-gelt: Ende zijn om 't felve te doen gecommitteert den Heere van Poeigeeft, den Penfionaris van Dordrecht en Leyden , en den Advocaet, dewelcke oock ten felven dage op de Reeckenkamer 't voorfz verfoeck gedaen hebben; maer overmits d'abfentie vanden Procureur Generael, is die faecke uytgeftelt tot 's anderen daeghs. den Advocaet de Staten vertoont zijnde feeckere ftaet, omme tegens St. Jans Miffe te mogen hebben eenen nieuwen Ommeflagh, is by de voorfz Staten gefeydt dat elck vande Steden daer van een Copie gelevert foude werden, omme elck inden fijnen defelve te communiceren. gY den Advocaet de Staten vertoont zijnde feeckere Declaratie van diverfche expeditien by den Griffier voor 't Landt van Hollandt gedaen, en dat hy verfochte tot redelijkheyt by de Staten daer van gerecompenfeert te werden: Soo is eendrachtelijck gerefolveert, dat defelve Declaratie 's anderen daeghs by de Gedeputeerden vande Staten, die hier bleven, en by den Advocaet gevifiteert foude werden, omme, hebbende hunluyden advis, alsdan verder daer op gedifponcert te mogen werden. By Den 14. Maert. Staet omme te hebben een nieuwen Ommeflagh. Declaratie van den Griffier uyt faecke van verfcheyde expeditien voor 't Landt gedaen.  Den 14. Maert. De Requefte van de Weduwe van vander Hoeve door den Advocaet aen de Staten vertoont. *B1. 15. Op de Requefte van den Collecteur van Heulden voor Appoinctement te ftellen den Impoft te continueren als in voorgaende Jaren. ( 366 ) "RY den Advocaet dc Staten vertoont zijnde de Requefte vande Weduwe van Vranck vander Hoeve, daer by fy verfochtc mede tc hebben den tachtighften penningh vande vijf en feventigh duyfent guldens, by den laetften Tienden Penning geinnct, daer'van fy fuftineerde de geheele adminiftratie gehadt te hebben : Is gerefolveert dat defelve Requefte geftelt foude werden in handen van de Gecommitteerde ter auditie van haer en haer Mans Reeckeninge, die hun informeren fouden of fy of haer man de adminiftratie daer van gehadt hadde , en oock Commiflie om defelve te ontfangen, en alsdan by hunluyden gedifponeert te werden foo als fy bevinden fouden te behooren. * QOck is den Advocaet belaft op de Requefte van den Collecteur van den Impoft binnen Heufden, die verfocht, dat ten eynde de Stadt in haren Excijns niet gefraudeert en foude werden, men foude voor twee maenden en twaelf dagen, dat den Impoft inde maent van April, May en Junii laetftleden, aldaer niet geinnct en is, fetten een redelijcken penning , fonder den Impoft voor dien tijdt te verdubbelen, voor Appoinctement te ftellen': Dat voor den felven tijdt fulcken Impoft aldaer geheven fal werden, als defelve voor den tijdt bedragen heeft in 't voorigc jaer. 't Welck den Advocaet gedaen heeft. Den  ( 3*7 ) Den 15. Maert, 1547. QEwceft hebbende weder op de Reeckenkamèr , ter pretentie vanden Procureur Generael, raeckende 't achterwefen vande onwillige den Impoft cn 't Margengclt te betalen; en my.verhaelt zijnde als vooren, dat den Procureur Generael uyt den naem vanden Keyfer 't felve behoorde te doen executeren, foo heeft hy gefeyt dat hy te vreeden was '6 felve te doen , en daer van fpreecken foude met die vanden Raede, ende met defelve gecommuniceert hebbende , heeft den Griffier my gefeydt dat den Raedt belaft heeft Brieven te fchrijven aen de particuliere Ontfangers , onder wien defelve pretenfe Vryen gefeten zijn, dat fy 't Margcngelt, volgende't aenbrengen en verklaren van de Wethouders, en d'Impoft over den geenen die daer inne gehouden zijn, binnen veertien dagen nacftkomende fouden innen , en den Ontfanser Generael over fenden, of by gebreecke van dien, dat men 't felve foude verhalen en executeren aen haer eygen Perfoon ende Goederen, en hebbe omme defelve Miffive pertinent te fchrijven , den Griffier gelevert feeckere Memorie; en is by die vande Reecken-kamer ten felven dage belaft den Klcrck vanden Ontfanger vande Beede, dat hy of fijn Meefter hem verdragen foude ter dier caufe te molefteren Mr. Arent Coebel, als Ontfanger vanden Impoft en- 't Margengelt. QOck heb ick Heyman Adriaenfz gelevert ' Ordonnantie voorfz van Daniël Michiels, \ Schip- ( Den 15. Maerc. Van de onwilligen liet achterwefen van den Impoft en het Margengeldt te innen , of by executie te doen betalen. )rdonnanie op Daiel JVIihielfz.  Den 15. Maert. Ordonnantie op de Milde. Den 16. Maert. Ordonnantie op Barr tholomei. ' NB. Die van Haerlem conformeren haer met de andere Gedeputeerden , op de Refolutie,genomen den dertiendendaer te vooren. ♦BI. 16. ( 368 )' Schipper tot Dordrecht, my belaft te maec* ken den eerften defcr loopende maent. "IVOch heb ick gelevert Mr. Jacob de Milde zijn Ordonnantie van twee Daghgelden, oock geaccordeert den voorfz eerften Maert. Den 16. Maert, 1547. ]UfEb ick Bartholomei gelevert zijn Ordonnantic van een en twintigh dagen , by den Hove van Hollandt geaccordecrt den een en twintigftcn Januarii laetftleden T^En Huyfc vanden Hccrc van Affendelft vergadert zijnde dc Gedeputeerden van Dordrecht voorfz , de Milde uyt den naem van die van Leyden , Huygh vanden Eynde uyt den naem van die van Delf, de voorfz Gedeputeerden van Amfterdam , cn Witte vander Hoeve, als Gedeputeerde van Gouda; foo heeft den Heere van Affendelft ons verklaert dat dc Gedeputeerden van Haerlem , na dat fy naer Huys gefchreven hadden, en antwoorde ontfangen , hem gefeyt hadden conform tc maecken met dc Refolutie, genomen den dertienden Maert tc vooren, by de Edelen en Amfterdam , als oock verklarende de voorfz vanden Eynde, en de Milde * uyt den naem van hare Meefters , en daer na oock gevocght dc voorfchreve Witte vandcr Hoeven , uyt den naem van die van Gouda, mits dat de fes groote Steden van Hollandt, die 't felve foude begecren, toegelaten foude werden tot furniifement van hare portie inde Schil-  C 369) Schiltalen over haer Poorters cn Inwoonders den voorfz Impoft te continueren. QOck is by dc voorfz Gedeputeerden , na voorgaende Refolutie, genomen den cerlten en dertienden defer maent, gerefolveert dat de Weduwe van Vranck vandcr Hoeve hebben foude den tachtighiten penningh van haren ontfangh , daer inne vande tachtigh duyfent guldens by haer alleen ontfangen zijn dertien duyfent een hondert achttien guldens, volgende wekken oock ten felven dage, by de Gecommitteerden ter auditie van haer Reeckeningen , den voorfz tachtighften penning toegevoegt is , bekopende ter fomme van achttien hondert gulden twee ftuyvers , van veertigh grooten, ende is mitsdien by hunluyden defelve reeckeninge geflooten, daer by de voorfz Weduwe fchuldigh bleef over de vier duyfent fes hondert guldens. JS oock by de voorfz Gedeputeerden gerefolveert , datmen naer d'expiratie vanden Impoft alleen pylen foude de Wijnen, en niet de Bieren, en dat over de Tavernicrs en Wijntappers. jy[Ede is my by de voorfz Gedeputeerden geaccordeert den Procureur Gederael te geven Extract ofte Copie vande Quohieren van de twee Thienden , hem van nooden wefende. J^Y de voorfz Gedeputeerden is mede gere- ' folvcert, dat niet tcgenftaende de Refolu- ' II. D.cL Aa tie 1 154% T>cU id. Maert. Dy de Ge* deputeerden gerefolveert tot falaris voor de Weduwe van vander IJoeve, ter oorfaecke vaa den ontfangh van, eenige penningen. Peylinge van de Wijnen, en niet van de Bieren. f Extract ran de Quohieren rm Se ivee Tien* len. /indinge 'an twinigh duy.  Den 16. Maert. fent guldens by drie grooten , te ontfangen by particuliereOntfangers. t 37o ) tie, genomen den dertienden dèfef maent, de voorfchreve twintigh duyfent guldens, die gevonden fullen werden by dc voorfchreve drie grooten, overmits de groote moeyte, en dat eenige Quartieren \rerrc van hier gelegen zijn, geinnet fullen werden by de particuliere Ontfangers , mits dat hunluyden alleen toegevocght fal werden den feftighften Penningh van haren ontfangh , of daer ontrent. Bericht wegens 't Placaet op den uytvoer van 't Koorn. Refolutie op de Requefte van Willem Ïanfz van totterdam. Gecommitteerdenop de declaratie van den Griffier. T^Kn Heere van Affendelft heeft ter prefentie vande voorfz Staten belooft ons tc doen hebben expeditie van 't advis , roerende de Remonftrantie by ons overgegeven, rakende de abuyfen die moeten komen door de Placaten , geëxpedieert op den uyt voer van het Koorn , en op d'cxecutorialen daer op gcvolght. f\P de Requefte van Willem Janfz, Poorter tot Rotterdam , die hem feydt dienaer geweeft te hebben van Gerrit Claefz van Amfterdam , die geordonneert was om met den Herault vanden Koning te trecken in Schotlant ; verfoeckende hem een kleet toegevoeght te werden, hem by de Staten toegcfeyt: Is gerefolveert , dat alfoo de voorfz Gerrit Claefz in fijne Declaratie, de Staten overgegeven , 't felve kleedt in reeckeninge brengt, hy hem daer van refponderen fal. TJArtholomei, van den Eynde, en de Milde zijn gecommitteert te vifiteren de Declaratie vande expeditien, by den Griffier overgegeven , omme daer van den Heere van Af- fen-  (m) lendelft rapport gedaen zijnde, gcdifponcert te werden als naer reden. * J3En AcJvocaet is gedeputeert omme te reyfen na Brugge, by hare Majefteyt de Koninginne , en te vervolgen 'C Octroy omme 't voorfchreve confent van . veertigh duyfent guldens te mogen effeétueren, wefende in effect 't achterwefen van Hollandt. "Y^Olgendc welcke Commiflie , foo ben ick 's anderen daeghs gereyft na Brugge, cn aldaer den negentienden der felver maent ver volght hebbende 't felve Oótroy, is my dat geaccordeert. TVTOch heb ick door bevel vanden Heere van Affendelft, mede op hem en Mr. Jacob de Jonge gekregen Commiflie om met dc Gedeputeerden van de Staten te mogen hooren en fluyten dc Reeckeninge van des Gemeene Landts Ommeflagh. 'TvEr begeerte van de voorfz Staten , mijn Heere den Praefident Schook gevraeght hebbende hoe dat wy 't fouden hebben met de Schotten , en of de Onderfaten van Hol- J landt fouden veyligh mogen vilfchen, zeylen ; en negotiëren ter Zee , heeft my voor antwoorde gegeven, dat de faecken van Schotlandt ftonden als fy over lange geftaen hadden , en dat fy onfe Vyanden wouden wefen, hoewel hun 't felve namaels berouwen foude, en dat daerom de geene die fouden willen viffchen, zeylen en negotiëren ter Zee, hun Aa 2 foo ~ I547Den 16. Maert. *E1.17. Octroy te vervolgen vande veertigh duyfent guldens. Het felve Öctröy verkregen. Commiflie op Ailèndelft en de Jonge. loc 't die ,'an Holandt heb>en fouden net de ichotten.  ( 372 ) foo fterck moften maecken, dat fy de Schotten getrooft fouden zijn ; datmen evenwel van dage te dage ten Hove verwacht een Gedeputeerde uyt Schotlandt, ende dat de felve gekomen zijnde, men fien foude hoe datmen met hem foude mogen handelen en traéteren. Den 26. Maert. Rapport van den Advocaet aen den Heere van Affendelft. Den 16. Maert. Den 31. Maert. Ordonnantie op Hoegaerden. Den 17. April. Requeffe van de Gravinne vanlloorn, met den Apoltille daer op. Den 31. Maert, 1547. A/FR- Floris zijn geleverdt de voorfz Ordonnantie van een en dertigh dagen , en negen gulden vijftien ftuyvers van verleyden gelde, gepaffeert den eerften derfelver maent. Den 17. April, 1547. QNtfangen hebbende uyt handen van Haeften, feeckere Requefte van de Gravinne van Hoorn, daer by fy verfocht dilay en termijn, omme te betalen den Impoft enMargengelt voor drie jaren, daer inne fy by provifie door den Grooten Raede gecondemneert is, daer Den 26. Maert, 1547. '"T'Huys gekomen zijnde, heb ick den Heeren van Affendelft van mijn voorfz befoigne rapport gedaen, hem voorts leverende de voorfchreve Commiflie , mitsgaders oock feecker Octroy voor Juffrouw Jofijne van Affendelf fijn Sulter, omme te mogen libere van alle hare Goederen, foo wel leen als eygen te tetteren , 't welck ick ter begeerte van den voorfz Heere tot Brugge vervolght hadde.  C tt3 ) daer op by den Hove van Hollandt voor Appoftille geftelt wefende: Zy defe Requefte gefteldt in handen van den Advocaet van den Lande, omme, indien hy eenigen laft heeft van dc Staten, het inhouden van dien met den Suppliante ofte hare Gecommitteerde te communiceren. Hebbe voor antwoorde op defelve Requefte gefteldt, daer toe van de Staten geen laft te hebben. * Van den 24. tot den 29. April, 1547. J^Y de Gecommitteerden gehoort ende gefloten alle de Reeckeningen vandc Collecteurs vanden Impoft vande Wijnen en Bieren van Anno vijftien hondert fes cn veertigh, behalven van die van Haerlem, Leyden en St. Geertruydenberge, die niet gecompareert en waren; en eenfdeels van den laetften Tienden Penningh, daer van den ontfangh fuyvcr beloopt ter fomme van negen en twintigh duyfent twee hondert feven en twintigh gulden, een ftuyv. acht deniers, van veertigh grooten, blijekende by feeckere fommiere reeckeninge, onder my wefende. TS mede ten felvcn tijde gehoort de Reeckekeninge van Jooft van Rijfwijck, als Collecteur van 't Margcngelt en den'impoft, over den Lande van Altena, voor de drie jaren, als vier en veertigh, vijf cn veertigh en fes en veertigh , daer van den ontfangh fuyver beloopt ter fomme van twee duyfent vijf hondert fes en dertigh gulden vijf ftuyvers feven penningen. Aa 3 Dagh- 1547. Den 17. April. * BI. 18. Den 29. April. Reeckeninge van de Collecteurs van de Wijnen ende Bieren. Reeckeninge van Jooft van Rijswijck.  x547. Den 2. May. ( 374 ) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Op den 2. May, 1547. P R M S E N T E N. De Heeren van Alckemade.Van Goudriaen, Van Poeigeeft, fa» Licfvelt, Van Wijngaerden, Arent van Duvenvoirde, ende Otto van Egmondt, Van wegen d'EDELEN. Heyman Adriaenfz, Bouwen IVillemfz, Maerten Schrevelfz, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Claes Huyften,BurgCYm. Jooft van Hillegondt , Burgemeefter, ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Hendrick Janfz, Burgermeefter , Mr. Huych vanden Eynde, ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Frans Gerritfz Goel, Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. WillemDzVd/z,Schout, ende Mr. Claes Dirckfz, Burgermeefter , Van Amsterdam. Cornelis Dirck Bou* wc?ifz, ende Witte vander Hoeve, Burgermeefter, Van Gouda. Op de receptie vanden Heere van Beveren , als Stadthouder van Hollandt. De Heer van Beveren neemt Poffeffie in NAer den voorfz Heere van Beveren zijn Pofleflie genomen hadde inden Raedt en op de Rolle, foo heeft hy, overmits de fieck,-  ( 375 ) fieckte van den Heere van Affendelft, by Suys de Staten doen voorhouden , hoe dat Sijn Keyferlijcke Majefteyt hem belaft hadde inde plaetfe vanden Heere van Pract, tc committeren tot een Stadthouder en Gouverneur van den Lande van Hollandt; en dat hy by hulpe cn addreffe van dc Staten altoos de affairen vanden Lande foude helpen drefferen en vorderen , begeerende dat de Staten hem daer inne altoos fouden willen affiftentie * doen: Heeft mede de voorfz Suys, van wegen den Heere van Praet, de Staten gefeyt, dat overmits lijn ouderdom cn andere affairen , hy hem had willen deporteren van 't Gouvernement van Hollandt, dat evenwel hy de Staten danckten van hare goetwilligheyt, die fy hem, geduyrende fijn Gouvernement, getoont hadden , en dat hy hen altoos foo wel in 't generael als particulier alle addrefle fouden doen, in 't geene daer fy by hem toe verfocht fouden werden, "\l/7'annecr by den Stadthouder voorfz my gelevert zijnde fijn Commiflie, die in 't Wals was , hebbe defelve de Staten voorgc- 1 lefen, en daer na fijne M. Ed. wcllekom ge- j heeten, hem gevende voor Tytcl Edele, Ver- mogende, Welgcbooren Heere, hem verkla- ; rende dat de Staten feer verblijdt waren, dat < Sijne Keyferlijcke Majefteyt belieft hadde hem < inde plaetfe vanden Heere van Praet tc com- | mitteren tot een Stadthouder en Gouverneur vanden Lande van Hollandt; biddende dat hy d'affairen vanden Lande altoos foude willen hebben voor gerecommandcert , fy fouden Aa 4 hen Den 2. May. den Raedt cn op de Rolle, als Stadthouder van Hollandt, in plaets van den Heer van Praet. * BI. ip. Den Heere .ran Beveen levert ijne Coinniffie over en den Ulvocaet, n werdt an de taten ver/ellekomt.  1547. Den 2, May. Antwoort van den Heere van Beveren aen de Staten, De Gededeputeerden van de Viircherye van den Haringhvaert verfoeckenhoe fj (Jch fullen hebben te dragen te gen dc Schotten. C 376 ) hen altoos weder employeren in fijne M. E. dienfte, en alle behoorlijcke obediëntie toonen, danckende voorts den Heere van Praet vande goede addrelfe die hy de Staten offercerde te doen, en hem weder prcfcnterende allen behoorlijcken dicnft. "YyAnneer den Heere van Beveren dc Staten mondeling gefeydt heeft, dat hymet haren hulp cn racd de affairen vanden Lande woude helpen vorderen en drefferen, en dat fy hun wouden voegen tot hem , gelijck fy gedaen hadden jegens den Heere van Praet, die hem vande Staten bedanckte, 't welck de voorfz Staten oock beloofden te doen. QOck hebbe ick ter begeerte van die van Delf, Rotterdam en "Schiedam , aenden Heere van Affendelft verfocht, dat hy aenden Heere van Beveren foude vernemen, hoe dat de Viffchers jegens den toekomenden Haringhvacrt hun fouden dragen jegens de Schotten en andere Vyanden, en indien hy geen abfolute antwoorde en witte te geven, dat fy als dan van hem fouden begeren , dat hy, komende by hare Majefteyt dc Koninginne, met hare Majefteyt daer van woude communiceren , en haer feggen dat fy den Heere van Affendelft foude willen fchrijven hoe ende in wat manieren de voorfz Viffchers hun fouden moeten reguleren , ten eynde den Haringhteelt, wefende eensdeels '*t welvaren vanden Lande , niet verlooren en bleve voor defen jare, 't welck den Heere van Affendelft my belooft heeft te doen, *Dag>  C 377 ) * Daghvaert gehouden inden Hage Den 4. Junii, 1547. PRESENT EN. ÏS47Den 4. Junii, * lil. 20. Jacob Oom , Maert en Schrevels, ende Bartholomei, Van Dordrecht. Quirijn Aertfz, Burgermeefter , Mr. Huych , ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Jooft Janfz, Burgermeefter , Hendrick Laurerfz, Dirck Pel, ende jNoch twee andere Van Rotterdam. Jan Jacobfz, Burgermeefter , Mr. Gerrit, Secretaris, ende Noch een Van Schiedam. Twee Gedeputeerden Vanden Brielle. Twee Gedeputeerden Van Goere e. Een Burgermeefter Van Enckhuysen. Een Gedeputeerde Van Wormer. Een Gedeputeerde Van ïisp. Jan Goudt, Secretaris, ende Noch een Schepen Van Vlaerdingen. Omme te refolveren by wat middelen men de Buyfen, hun in Zee gevende om te viffchen, foude mogen befchermen en preferveren jegens de Schotten en andere Vyanden, op Zee wefende. BY den Heere van Aftendelft , ter prafentie van Colfter en Waiïenhoven, de voorfz Gedeputeerden voorgehouden wefende , dat hare Majefteyt de Koninginne vcrAa 5 no-  '547Den 4. Junii. ( 378 > nomen hebbende dat die van Schotlant dagelij cks meer en meer invallen deden op de Onderfaten van dele Landen, waer door hare Majefteyt haer apparentelijck liet duncken, dat fy geen Gedeputeerden by hare Majefteyt en fouden fchicken, en genoeg Vyanden verklaerden; ende dat den HaringhtCelt nu aenftaende was, foo hadden hare Majefteyt belaft te doen befchrijven de Steden , hun generende met de Viflcherye cn Haringhvaert, en datmen defelve foude voorhouden dat van nooden foude wefen toe te maecken ten tienden Buyfch, tot een Schip van Oorloge, die mede inde profijten vande andere negen Buyfen participeren foude, ten ware of de voorfz Gedeputeerden eenige andere middelen van defenfie wiften by te brengen, daer by de gemeene Buyfen , in Zee wefende, jegens de Vyanden en Piraten befchermt mochten wefen , waer van men hare Majefteyt al tijdt foude adverteeren, exprclfelijck by defelve hare Miffive verklarende, dat indien de Viffchers en 't Landt geen Schepen van Oorloge en wouden toeruften, dat fy fimpelijck voor dit jaer den Haringhteelt foude doen interdiceren; verfoeckende hicromme den voorfz Heere van Affendelft, dat fy fouden refolveren met hoe veel Schepen men den Vyandt op Zee foude mogen refifteren, « Soo hebben de voorfz Gedeputeerden, naer voorgaende communicatie hier op gehouden, my belaft de voorfz Heeren vanden Raede voor antwoorde te feggen, dat alfoo den Haringh-teelt niet alleen de Viffchers in 't parti- cu-  ( 379 ) culier acn cn gact, maer oock eensdeels 't welvaren is van 't Lant, * dewelcke oock inde voorlede jaren gewoonlijck zijn mede te contribueren tot defenfie vande Haringhbuyfcn; cn ahvacr 't dat de Haringteelt eensdeels 't welvaren van den Lande niet cn ware, fyluyden nochtans hier inne de gemeene Viffchers -t befte behoorden tc helpen raeden; dat daerommc hunluyden dochte niet geraden hier inne eyndelijck tc refolveren, fonder eerft daer toe geconvoceert te wefen de gemeene Staten, als de Edelen en andere groote Steden, mitfgaders oock eenige andere Steden die hun met den Haringhteelt generende zijn , cn als nu niet befchreven en waren; en dat daeromme defelve befchreven mochten werden met den eerften, tegens Vrydagh den tienden dcfer te wefen alhier inde Herberge ; en dat voorts elck vande Gedeputeerden, alhier wefende, copie vanden Brief vande Koninginne, cn aen alle de andere Steden gefonden foude werden, omme ten voorfz dage, op 't geene voorfz is, abfolutelijck te mogen refolveren; alle 't welcke dc voorfchreve Heeren vanden Raede ons geaccordecrt hebben gehadt; maer alfoo den voorfz Heere van Affendelft acnde voorfz Gedeputeerde verfocht, dat fy by maniere van communicatie eenigh middel fouden openen, dienende tot defenfie als vooren. Soo hebben de voorfz Gedeputeerden, naer voorgaende andere "communicatie hier op gehouden, my belaft den Heere van Affendelft te feggen, dat op 't believen van hare Meettors, cn vande Generale Staten, hunluyden ge- 1547- Den 4. Junii. * BI.si.  Den 4. Junii. C 38o ) geraden dochte aen hare Majefteyt de Koninginne te verfoecken, dat gcattendeert de Beeden , en byfonder de ordinaris Beeden, altoos geconfenteert werden, onder conditie datmen veyhg foude mogen Viffchen, Zeylen en Negotiëren ter Zee, datmen daeromme Staetsgewijfc foude verfoecken aen Sijne Kerferlijcke Majefteyt, dat alle de koftcn vande Schepen van Oorloge by Sijne Majefteyt behoorden gedragen te werden, en indien 't Landt daer toe niet en mochte komen, dat ten alderminften men alsdan behoort te verfoecken, dat Sijne Keyferlijcke Majefteyt inde felve toeruftmge van Schepen van Oorloge, het Landt en de Viffchers behoort te baetc te komen, ende dat de Viffchers hare portie fouden vinden met by Laftgelt, maer op de gedeelte van de Haringhbuyfen, als op de helft, vierendeel, feftendeel, en foo voorts naer advenant, ende dat daer inne fouden gelden foo wel de Buyfen, defen Haringhteelt hun niet in Zee begevende, als d'andere, welvcrftaendc datmen met en foude toeruftcn Buyfen , maer Kraveel-fchepen en Jachten, beter dienende tot Schepen van Oorloge, dewelcke naer adyenant gciamcntlijck toegeruft foude werden, foo by die van Brabant, Vlaenderen, Hollandt ende Zeelandt, die hun ailegader by den anderen fouden houden , en foo ftcrek fouden wefen, dat fy de Schotten en andere Piraten uyt Zee fouden mogen jagen en gantfeheiijek vernielen , foo dat wy in toekomende jaren voor hunluyden niet en fouden derven bevreeft zijn; en dat elck Landt inden fijnen de Capiteynen en Bootfge.ellen fou-  C 381 ) foude mogen ordonneren, en die toerufünge beforgen. YyElcke communicatie by my ten felven dage den Heere van Airendelft gefeyt zijnde , heeft my belooft dat hy by Miffive vande voorfchreve communicatie, by maniere van raminge, hare Majefteyt de Koninginne foude adverteren, feggende foo veel meer, dat Sijn Keyferlijcke Majefteyt in voorlede jaren inde toeruftinge van Schepen van Oorloge fijn part en deel gedragen hadde, en fulcks t'anderen tijden vier ofte vijf Schepen van Oorloge bekoftight hadde. ♦ Dagh- Den 4., Junii. De Koninginne van de Refolutie vande Staten te adverteren.  154/Den ii. Junii. * BI. 22. Den Hccrc van Affendelft, ende Van Poeigeeft, Van wegen d'edelen. Arent Cornelifz, ende Maerten Schrevels, Van Dordrecht. Claes van Huyffen, Burgermeefter , ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Franck Pieterfz, Burgermeefter , ende Mr. Huych vanden Eynde , Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Dirck Hillebrantfz,V>mgermeefter,ende Hoegaerde Van Amsterdam. Witte vander Hoeve , Van Gouda. Jooft Janfz, Burgermeefter , Hendrick Laurenfz, Dirck Pel, ende Noch twee andere Van Rotterdam. Cornelis Jacobfz, Burgermeefter , Mr. Gerrit, Secretaris, ende Noch een Van Schiedam. Twee Gedeputeerden Van Hoorn. Een Gedeputeerde Van Enckhuysen. Twee Gedeputeerden Vanden Brielle. Een Gedeputeerde Van Bommenee. Anthonis Aertfz, ende Jan Goudt, Secretaris, Van ( 382 ) * Daghvaert gehouden inden Hagé Den 11. Junii, 1547. PRESENTEN,  ( 3*3 ) TEn voorfz dage by den Heere van Affendelft geproponeert zijnde 't geene by hem de Staten voorgehouden was den vierden derfelver maent, foo hebben de voorfz Staten , na voorgaende communicatie hier op gehouden, my belaft voor antwoorde te feggen cerft die van Dordrecht en Delf, mits dat den Heere van Poeigeeft alleen was, 't geene wes op de laetfte Vergaderinge my by de Gedeputeerden, als doen ter Daghvaert wefende , belaft was den Heere van Affendelft te feggen, ende hier vooren in 't felve bladt en folio proximo verhaelt ftaet; die van Haerlem, Leyden , Gouda en Hoorn, dat alfoo fyluyden hun niet en zijn generende met de Viffchcrye , en fulcks geen profijt daer van en confequeren tot de tocruftinge vande voorfz Schepen van Oorloge, niet en behooren te contribueren, en dat fy oock noyt daer inne, ofte ten minften feer wcynig gecontribueert hadden; die van Amfterdam, dat alfoo fy hun niet en geneerde met de Viffcherye , maer met de Koopvarende Nceringe, in de voorfz tocruftinge niet en behoorden te gelden, te min, alfoo dc Staten t'anderen tijden by hun verfocht zijnde om defelve Koopvarende Neeringe voor tc ftaen, 't felve gercfufcert hadden ; niet te min, in foo verre men dc voorfz tocruftinge woude doen, foo wel tot defenfie '547Den ii. Junii. Van Vlaerdingen. Omme te refolveren op de Een Gedeputeerde loefcherminge van de Van Wormer. Buyfen, ende de toe- Een Gedeputeerde rujiinge vande Sche- Van Jisp. pen van Oorloge.  154* Den ii. Junii. •BlVa'3. Alle 't welck by my den voorfz Heere van Affendelft alfoo verhack zijnde, heeft daer op voor antwoorde gegeven, dat dc voorfz Staten in defen hun behoorden in 't opineren anders te dragen, alfoo den tijdt hier was omme de voorfz Schepen van Oorloge toe te ruften, mits wekken de voorfchreve Staten gecommitteert hebben den Advocaet, een van Dordrecht, Amfterdam en Rotterdam, omme ten Hove by hare Majefteyt dc Koninginne te C 334 ) fie van de * Koopvaarders als dc Viffchers, en datmen dc Koopvarende Neeringe in toekomende tijden woude voorltaen, fouden daer van geerne rapport doen , en mcynden dat hare Meefters mitsdien wel fouden te vreeden wefen tot de voorfz tocruftinge tc contribueren; die van Rotterdam, Schiedam, den Brielle, Enckhuyfen cn andere klevne Steden , maeckten hun genoegfacm Conform met die van Dordrecht cn Leyden, maer de Gedeputeerden van Bommcnce feyden dat die van Zeelandt op de voorfz toeruftinge communicatie gehouden hebbende, gerefolveert hadden dat fy by de Schepen van Oorloge, cn byfondcr den tienden Buys, niet en fouden mogen befchermt wefen, mits dat de Buyfen die eerft gevangen hebben, hun nae huys haeftcn , ten wekken eynde, die daer noch blijven leggen , den tienden Buys wefende, een Schip van Oorlogh famen niet en fouden konnen defenderen , datmen daerom yemant van Keyfers wegen behoorde "na Schotlandt te fchicken , omme met hunluyden te tracteren.  C 3§5 ) te reyfen, ën aen hare Majefteyt te verfoecken , dat alfoo alle Beeden ordinaris by do Staten geaccordeert werden , onder conditie datmen veyügh foude mogen zeylen en negotiëren ter Zee, dacromme de vóorfz toerustinge van Schepen , voor foo veel als 't de portie van die van Hollant aengaet, by Sijne Keyferlijcke Majefteyt gedaen foude behooren te werden, en fonder kofte van 't Landt, ofte indien de voorfz Staten daer toe niet cn fouden mogen komen , alfdan , alfoo die van Hollandt alleen niet machtigh en waren Schepen van Oorlogh toe te ruften , omme de Schotten en andere Piraten te wederftaen , aen hare Majefteyt de Koninginne te onderfoccken de mecninge en conclufie vande Landen van Vlaenderen ende Zeelandt, omme defelve wetende, als dan een ftaet van defelve toeruftinge gemacckt te mogen werden , ende op alles verder te delibereren, brceder blijekende by feeckere Inftructic, by my en Mr. Huygh daer van gemacckt, onder my wefende. r^Ock is by de voorfz Staten gerefolveert, w dat die van Amfterdam tot kofte vanden Lande, van Gerrit Claefz van Armuydcn met Juftitie fullen mogen repeteren 't geene hy boven de negen en feftigh guldens, hem by de Staten in Maert laetftleden geaccordeert, op fijn reyfe die hy in Schotlandt van 's Lands wegen gedaen foude hebben, ontfangen heeft alfoo vande vijf en feventigh guldens, hem alsdoen geaccordeert, noch afgaen moeten fes gulden voor een Dienaer, die hy van Rotterdam mede genomen hadde. II. Deel. Bb Noch *54Den 11. Junii. Repetitie ï>y die van Amfterdam :e begeeren • van Gerric Claefz van Armuyden.  1547Den ii. Junii. De Lintvverckersten platten Lande verboodeu. *B1. 2+. Inftructie, over te geven aen hare Majefteyt deKoninginne. EenigeSteden flaen voor een nieuweActe van Ommeflagh te maecken, en is caer op defelve Refolutie vaft geftelt. ( 336 ) TVOch is my by de Staten belaft te voegen met de Deeckens vande Lintwcverye tot Dordrecht, van 's Landts wegen , omme te beletten dat eenen Acrt Phifipfz in Papendrecht de voorfz Nceringe niet doen cn foude op 't platte Landt, contrarie de Placaten van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, gegeven in 't jaer vijftien honderdt een en dertigh, daer van die van Dordrecht my Inftructie geven fullen, of Jooft Jacobfz, 's Lands Procureur. * Naer de Noen zijn niemandt prefent geweeft dan de voorfz Edelen, en de Gedeputeerden vandc fes groote Steden. T~\E voorfchreve Inftrucfie de Staten naer _L/ de noene voorgelefen zijnde, hebben naer voorgaende correétie de voorfz Gedeputeerden belaft defelve aen hare Majefteyt de Koninginne te vertoonen en over te geven. T^Er begeerte van die van Haerlem, Delf, Leyden, Amfterdam en Gouda, die feyden haer meeninge en verftandt te wefen, dat inde helft van 't confent van veertigh duyfent guldens, daer mede den Impoft afgedaen is, en welcke helft gevonden foude werden by de Schiltalen , en dat'er foo veel ommcgeflagen foude werden, dat defelve helft, bcloopcnde twintigh duyfent guldens 's jaers, foude blijven, midts dat fy daer inne genieten fouden fulcke gratiën , als fy inde ordinaris Beede.loop hebbende, genieten, die fy inde geheele fomme die ommegeflagcn foude wcr-  c m) wêfdéjö, defelve gratie genieten foüdeh • is geaccordeert ende geflooten, dat'er een nieuwe Aéte van Ommeilag gemacckt foude werden, conform der voorfz Steden begeerte, dewelcke , mits dat die van Gouda en Hoorn , als nu breder gratie hebben dan fy in Voorleden jare gehadt hebben, monteren'foude ter fomme van volgende welcke Aóte nieuwe fommatien aen de Steden en Dorpen gedaen fouden werden, en fouden die geene die als nu te veel opgebracht hadden, van 't felve reftitutie gefchicden. QOck is by de voorfchreve Staten een nieuwen Ommeflagh gemaeckt op 't Gemeene Landt, monterende ter fomme Van drie duyfent drie hondert negen en tnegentigh guldens, van veertigh grooten, mits dat die van Delf daer inne fullen gelden met vier fchilt, achtervolgende den Appoinacmente provifioncel, 't welck fy hebben van hare Majefteyt de Koninginne. VYn voorts by de voorfz Staten gecommitteert een van Delft, ende -een Van Levden , omme met den Hccre van Affendelft, en Mr. Jacob de Jonge, te hooren de laetttc reeckeninge van Heyman vande Ketel, als Ontfanger van des Gemeene Landts ommeflagh, B b 2 * Dagh- . w Den Ui Junii. Nieuwen Ommeflagh gemaeckt op 't Geirieene Landt» Iloorïrtge vande Reeckeninge van Heyman vande Ketel»  1547Den 22. Junii. *B1. 25. ( 388 ) * Daghvaert gehouden inden Hage Den 22. Junii, 1547. PRiE SENTEN. Jacob Oom, Van Dordrecht. Jooft van Hillegom , Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Mr. Huych vanden Eynde, ende Frans Willemfz, Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Claes Dirckfz, Burgermeefter , Claes Hillebrantfz, ende Hoegaerde Van Amsterdam. Cornelis Janfz , Burgermeefter , ende Witte vander Hoeve, Van Gouda. Jan van Soelen, ende Dirck Pel, Van Rotterdam. Cornelis Jacobfz, Burgermeefter , Claes Willemfz, ende Mr. Gerrit, Secretaris, Van Schiedam. Een Gedeputeerde Van Enckhuysen. Jan Gans, ende Noch een Van den Briele. Gelain Thomafz, Burgermeefter.ende. Anthonis Aertfz, Van Vlaerdingen. Een Gedeputeerde Van Wormer. Een Gedeputeerde Van Jips. Op de voorfchreve befcherminge van de Buyfen , ende toerusting? van de Schepen yan Oorloge. Ten  C 389 ) TEn voorfchrevcn dage by den Heere van Affendelft de Staten voorgehouden zijnde, dat hare Majefteyt de Koninginne verftaen hebbende, door 't fchrijven vanden Hove van Hollandt, dat 't concept by hare Majefteyt, vande tien Buyfen een toe te ruften tot een Schip van Oorloge, de Staten van Hollandt en de gemeene Viffchers niet gefmaeckt cn hadde, gelijck oock 't felve niet gefmaeckt en hadde die van Vlaendcren en Zeelandt, foo hadde hare Majefteyt de, Staten voorfz , cn andere, hun generende met den Haringhvaert, weder doen befchrijven, om eyndelijck abfolute Refolutie te nemen by wat middelen men het alderbcquaemfte dc Haringhbuyfen foude mogen preferveren jegens d'invalie van de Schotten en andere Piraten, en dat dc voorfz Staten met de felve Refolutie hare Gedeputeerden fouden fchicken by hare Majefteyt , jegens St. Jans Miffe, ten welken dage fy mede hadden befchreven die van Vlaenderen en Zeelandt, verklarende exprcffclijck dat hare Majefteyt in geene mecningc cn was omme aen die van Schotlandt te doen vervolgen , omme eenige Pafporten of Saufconduiten, tot verfecckertheyt vande Haringhbuyfen , verfoeckende dacromme den voorfchreven Heere van Affendelft , dat de voorfz Staten , de voorfz Refolutie genomen hebbende, met de felve hare Gedeputeerden fouden fchicken aen hare Majefteyt de Koninginne, Soo is eyndelijck by de voorfz Staten en d'andcrc genocgh eendrachtelijck * gerefolveert} datmen hare Majefteyt dc Koninginne Bb 3 cerft 1547Den 22. Junii. * BI. 26.  C 39* ) eerft foude folliciteren, omme te mogen ka, men tot de voorfz Pafporten ofte Saufconduitcn, niet tegenftaende dat de felve by hare Majefteyt afgcflagen waren; cn datmen omme hare Majefteyt beter te verwilligcn , foude offereren eenen properen penningh ,' indien die van Vlacndercn en Zeelandt mede fulcks van advife waren; ende in gevalle men daer toe niet en foude konnen komen ; datmen alfdan, volgende dc Refolutie den elfden defcr maendt Junii genomen, foude vervolgen, dat de toeruftinge vande Schepen van Oorloge gedaen foude werden by Sijne Kcvfcrlijcke Majefleyt, fonder dat de Viffchers of 't Gemeene Landt yet daer inne fouden contribueren ; en ofmen daer toe oock niet cn foude mogen komen, dat by de voorfz Gedeputeerden communicatie gehouden foude werden met die van Vlacndercn en Zeelandt , omme te ondertaften haerluyder meeninge, cn by wat middelen men dc voorfz toeruftinge van'Schepen van Oorloge 't alderbequacmftc foude mogen doen , tot pnefervatie vande Vilfchcrs en Koopvaerders; ende alfoo de Haringhvaert en 'Koopvaerdye niet alleen het welvacrt en is van die van Vlacndercn , Hollandt en Zee, landt, maer oock gencralijcken van alle deLanden van herwaerts over, dat by dc voorfz Gedeputeerden dip van Vlacndercn cn Zeelandt wel voorgehouden behoorde te werden, dat inde tocruftinge van dc voorfchreve Schepen van Oorloge alle defe Landen wel wat behoorden te contribueren , omme van alles geinftrueert zijnde, dc voortz, Staten daer van PB£9ft te Wogen, doen, * Oo;± r» XS*r' Den 2.2., Junii,  C 391 ) (~)Ock zijn by de voorfz Staten , omme 't voorfchreve vervolgh te doen , gecommitteert den Advocaet, ccn van Dordrecht, een van Rotterdam, en een van Schiedam. T5Y den Advocaet de Staten vertoont zijnde dc replijcke van die van den Briele, roerende de kollen en mifen, by hun gedaen in het oprechten vandc houte Caep in 't gat van de Maze, omme 't felve, cn andere ftucken daer aen gehecht, by hunluyden gevifiteert te werden : Is gefeydt, dat overmits men nu haeftelijck omme de voorfz tocruftinge vande Schepen van Oorloge boven moefte reyfen , die vanden Briele voorfz daer inne fouden vertoeven tot de nacfte Vcrgaderinge. f~)Ock hebbe ick door begeerte vanden Griffier de Staten bcdanckt van de propine, hem gedaen inde lactftc Daghvaert, voor diverfche occupaticn cn dienften , by hem in 's Landts affairen gedaen, 't welck dc voorfz Staten aengenaem was. TV"Och heeft den Advocaet vande voorfz principale Refolutie , door bevel vandc Staten, den Heere van Affendelft rapport gedaen , die my feyde, dat ick boven komende, foude verklaren dat hy de Staten voorgehouden hadde dat hare Majefteyt de Koninginne niet en woude verftaen tot eenigh vervolgh van pafporten of Saufconduiten. Bb 4 Den 1547Den 22. Junii. Corrujiiftie op eenige Gedeputeerden. Rcplique van die van den Briele, raekende de koften van de home Kape in 't gat vande Maze. Propine van den Griffier. Rapport van den Advocaet aen den Heer van Allendclft gedaen.  Pen 23, Junii, Reyfe naer het Hof, Den 20, Junii. Pafporten, Saulconduiten ofte Stilftendt met de Schotten. *BJ,27. v Toeruftinge van Schepen van Oorloge , tot korte van Sijne Majefteyt, Ander concept; ( 392 ) Den 23. Junii, 1547. "DEn ick met de voorfz Gedeputeerden ge, ■ fèyft na hare Majefteyt de Koninginne, omme 't geene voorfz is te folliciteren. Den 29. Junii, 1547. HTOt Binghs by de voorfz Gedeputeerden aen hare Majefteyt de Koninginne gefolliciteert zijnde, volgende hare inftruétie, omme * te verkrijgen Pafportcn, Saufconduiten of Stilftant met die van Schotlandt, foo heeft hare Majefteyt daer toe niet willen verftaen, defelve gantfeheiijek afgeflagen, door dien dat de Schotten, overmits de groote partiaHteyt en inobedientie, aldaer in 't Landt wefende , geen geloove hielden. \ \TAn gelijcken by de voorfz Gedeputeerden gefolliciteert zijnde 't twede poinét, als. dat dc toeruftinge van Schepen van Oorloge gedaen foude werden tot kofte van Sijne Keyferlijcke Majefteyt , overmidts alle Beeden ordinaris geaccordeert werden onder conditie, datmen veyligh foude mogen viffchen, zeylen en negotiëren ter Zee , foo heeft hare Majefteyt dat mede afgeflagen , alfoo 't felve Sijne Keyferlijcke Majefteyt niet docnlijck was , overmidts fijn andere groote affairen, offererende altoos van wegen Sijne Majefteyt daer toe mede wat te contribueren, TpN heeft mits dien hare Majefteyt de Gedc^ puteerden van Viaendercii cn Hollandt, • * • ■ * al.  ( 393 ) alfoo die van Zeelandt niet gccompareert en waren, doen proponeren en aenfoecken , dat fy een ander concept fouden willen uytflaen, daer by de toeruftinge vande voorfz Schepen van Oorloge bequamelijck foude mogen gedaen werden ; voorts Verklarende dat de Brieven aenden Rade van Hollandt gefchreven , expreifelijck vermelden dat men de Staten van Hollandt foude doen befchrijven, omme daer toe abfolutc refolutie te nemen. Den 29. Junii. flaen, van de toerustinge van de Schepen van Oorloge. VU"Aer na by de voorfz Gedeputeerden eenighfmts in communicatie getreden zijnde, alfoo die van Vlaenderen verklaerden geen laft te hebben boven 't geene by hunluyden fchriftelijck overgelevert was; dan omme te hooren wat hunluyden by hare Majefteyt geproponeert foude werden , en daer van rapport te doen; en dat die van Hollandt, naer hun de voorfz twee poincten afgeflagen waren, oock anders geen laft en hadden dan te hooren als vooren , en met die van Vlaenderen in communicatie te treden, haer opinie te hooren, en van alles rapport te doen; en dat die van Vlaendcren niet cn wouden in eenige communicatie trecden, foo hebben de voorfz Gedeputeerden gefamentlijcken verfocht dat, hare Majefteyt foude willen doen verklaren hoeveel Schepen van Oorloge van nooden fouden wefen toe te ruften, en hoe veel die van Vlaenderen , Hollandt en Zeelandt, mitfgaders de Viffchers en Koopvaerders daer inne fouden bekoftigen, en hoe veel Sijn Keyferlijcke Majefteyt de felve te bate foude komen. Communie catie op 't geene wes voorfz is gehouden met die van Vlaenderen, en daer van rapport te doen aen de Konin* ginne. Bh 5 Van  W7r Den 23. Junii. Rapport by den Heere var Eeck, als Conimiflaïis, de Koninginnevande voorfz Communicatie gedaen. *B1. 28. Verklaringe van dc Gedeputeerdenvande Water-Stedenvan Vlaenderen. C 394 ) \7i\n welcke Refolutie by den Heere van Eecke, wefende in defen Commiffaris, hare Majefteyt rapport gedaen zijnde, heeft op den laetften der voorfz maent de Gedeputeerden doen feggen, dat fyluyden niet gerefolveert en quamen, op 't geene dat by hare Majefteyt hunluyden gefchreven en doen aengeven was, cn dat hare Majefteyt oock niet wel en konde gelooven dat fy geen verderen laft cn fouden hebben, cn dat hare Majefteyt geproponcert hebbende een middel, te weten van tien Buyfen, een ten Oorloge uyt te rusten , 't welck de Staten cn gemeene Viffchers niet aengenaem geweeft cn hadde, alfoo geen ander middel in mceninge was te proponeren; cn indien fylieden niet anders en wouden proponeren, foude doen continueren de interdictie van hun niet te mogen in Zee begeven omme te Viffchen , en foude van gelijcken de Koopvacrders doen interdiceren te zeylen, en dat fy anders geen antwoorde van hare Majefteyt en fouden hebben; en dat fy mogtcn overleggen of 't geraden ware met die antwoorde naer huys te reyfen. * \/\7^cr na ^e Gedeputeerden vande Watertreden uyt Vlaenderen feyden laft tc hebben te verklaren, datmen foude mogen toeruftinge doen van Schepen van Oorloge over Vlaenderen tot vier hondert vaten, cn dat de Viffchers te vrecden waren daer inne te contribueren met dubbelt Laftgelt, mits dat de refte van dien by 't Landt en Sijne Keyferlijcke Majefteyt gevonden mochte werden. Hier  ( 395 ) T-TIcr na by dc Gedeputeerden van Rotterdam en Schiedam, by maniere van communicatie gefeydt zijnde, dat voor die van Hollandt genoegh foude wefen uyt te ruften twee Schepen van twee hondert vaten, twee van hondert vijftigh vaten, en noch twee van hondert vaten en daer ontrent, die eensdeels betaelt en bckoftight fouden werden by dc Viffchers, hy de deeleri of part Scheeps, en eensdeels by 't Gemeene Landt, en oock by Sijne Keyferlijcke Majefteyt, begeerende hier van met dc voorfz Commiffaris een weynigh breeder te mogen communiceren. gOo heeft den voorfz Heere van Eecke, als Commiffaris, vande voorfz begeerte belooft hare Majefteyt de Koninginne rapport te doen, omme van hare Majefteyt onthiet te krijgen, met ons breeder in communicatie te mogen treden. Den 3. Julii, 1547. j\J"Aer dat de voorfz Commiffaris 't voorfz rapport gedaen, cn van hare Majefteyt onthiet gekregen badde breeder met dc voorfz Gecommitteerden in communicatie te treden, foo is op 't believen vande Staten, elck in den fijnen, den welcken rapport gedaen foude werden, by maniere van concept geadvifeert, dat'er gevonden fouden moeten werden hondert duyfent Carolus guldens, tot toerustinge van drie duyfent twee hondert en vijftigh vaten, waer inne die van Hollandt fouden uytrceden vijftien hondert vaten, die van Vlacn, Den 23. Junii. Verklaringe van de Gedeputeerden van Rotterdam en Schiedam. Den Heere van Eeck rapport te doen. Den 3. Julii. Den Heere van Keek met de voorfchreve Gedeputeerdenverder in communicatie te treden, om elck inden Sjnen rapport te 3oen,  '547. Den 3, Julii. Wat Sche puii men foude behoeven tol defenfie vandenHaTingvaerten Koopvaerdye. Van defen f:e als voo ren. C 39O Vlacndercn duyfent vaten, die van Zeelandt feven hondert vijftigh vaten, welcke drie duyfent twee hondert vijftig vaten men foude redigeren tot Schepen van Oorloge, te weten tot vier Schepen van twee hondert vaten of daer ontrent, eer meer dan min , ten hooghften tien laft meer, noch tot fes Schepen van hondert vijgtigh vaten of daer ontrent, maer niet daer onder, noch tot twaelf Schepen van hondert vaten, mits welcken inde voorfz fomme van drie duyfent twee hondert vijftigh vaten blijven omme inde kleyne Schepen gcdeclt te werden drie hondert vijftigh vaten, diemen foude mogen deelen in vier of fes Schepen, naer men defelve foude konnen vinden. \7"An welcke men Noortwacrt foude moeten hebben twee Schepen van twee hondert vaten, vier van hondert vijftig vaten, vier van hondert vaten, en twee vande kley■ ne Schepen ; en Zuydwacrt twee Schepen van twee hondert vaten, twee van hondert vijftigh vaten, acht van hondert vaten, cn van de kleyne Schepen drie of vier, naer men defelve foude konnen vinden , alle welcke Schepen toegeruft fouden werden by 't Landt en de Viffchers, fonder dat yemandt van Kcyfers wegen daer van onderwin foude hebben. TNde voorfz fomme van hondert duyfent guldens zijn begrepen Schiphuyr, twee duyfent Mannen of Hoofden , haer Victualie, Soldye en vijf tonnen Kruyt, dc tonne tot twintigh guldens gereekent, mitsgaders voor twee duyfent guldens Loots, en voor extra- or-  ( 39? ) ordinaris onkoften feventie'n * duyfent acht hondert guldens, cn is hier niet uytgefondcrt dan de Artillerye en groote Ivlooten. JT)E Huyrc vande Schepen werdt gererckent by het vat, elck vat, gelijck'de Schippers inde Tol 't felve aenbrengen, tot dertigh ftuyvers ter maent, drie gulden tot foldye, behalven dc Montkoften tot twee ftuyvers daeghs voor elck Hooft, de Soldye van twee duyfent hoofden , elck hooft op drie gulden ter maent, de montkoft tot twee ftuyvers daeghs voor elck hooft, dc dubbelde Soldyen van de meerdere Officieren, als Capiteynen, Stuyrluyden, Hooghbootfmannen, Regiment omme Juftitie te doen, foo veel geëftimeert als de ordinaris Soldyen , beloopcnde ter maent achttien guldens, hoe wel de gemeene Soldye niet hoogcr gereeckent en wert dan tot twee Philips guldens ter maent. TTem , datmen in alles ordonnantie foude ftellen na ouder gewoonte, en datmen de Schepen van Oorloge , die op haer eygen avontuyre willen varen , verfien moet met tecckenen, ten eynde fy onder malkanderen, noch onder dc Viffchers geen fchade en doen, nochte haer Viffcherye en beletten. jTem , datmen vande Steden en Schepen , : niet uytvarende, fal mogen leencn Gcfchut l en Ktooten, mits refponderende Voor 't gee- 1 ne gebroocken of verlooren foude mogen wer- J den ; dat van gelijcken den Stadthouder en i Raedt van Hollandt fal mogen bedwingen de 1 Sche- Den 3. Julii. . * BI. 29. Reecke-' ninge vaa yder vat, en van de Soldye en Mont- kofl voor yder Man 's maents. Ordonnan:ie naer 5uder gewoonte te rouden. 3e Scheien niet lytvarende uilen leveen Geel) ut en Cogels.  Den 3. Julii. Den 8. Julii. Rapport van den Advocaet, en befchrijvinge van een nieuwen Daghvaert. C 398 ) Schepen, tot defe toeruftinge bequaem zijn» de, op redelijck loon te moeten dienen. Den 8. Julii, 1547. "^"An alle het welcke den Advocaet, t'huys gekomen zijnde , den Hqgre van Affen* delt, in pretentie van Suys rapport gedaen is geweeft, de welcke van 't voorfz concept verfocht hebbende Copie, is hem 't felve by den Advocaet gelevert; en heeft den voorfz Heere van Allendclft, door aengeven cn begeerte vanden Advocaet, doen befchrijvcn een Daghvaert van alle de Staten, mitfgaders vande andere Steden, hun generende met de Visfcherye en Koopvaerdye, omme alhier inden Hage inde Herberge te wefen den veertien* den defer maent Julii.  ( 399 ) * Daghvaert'gehouden inden Hage Den 15. Julii, 1547. PRESSENTEN. Den 1?, Julii. ■ De Heeren wz;i ^e;z- Van Alckemade, /^ara Matenes, ende 0«o rara Egmondt, Van wegen d'EöELEN. ^rewï Cornelifz, ende Arent Janfz, Van Dordrecht. Claes Pieterfz, Burgermeefter , ende Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Franck Pieterfz, Burgermeefter, Dirck Duyft, Mr. Huych vanden Eynde, ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Mr. Claes de IVilde, Burgemeefter, Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Claes Gerritfz, Burgermeefter,ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amsterdam Dirck Harmenfz, Burgermeefter , ende Cornelis Dirck Hoenefz, Burgerm. Van Gouda. Jooft Janfz, Burgermeefter,Hendrick Laurenfz, ende Dirck Pel, Van Rotterdam. Cornelis Jacobfz , Burgermeefter,Cornelis Matthijfz, Jacob Danielfz, ende Mr. Gerrit Van Schiedam. Mr. Jan Dirckfz, ende Maer-  ~ »547Den 154 Julii. C 400 ) Manten Ariaenfz, Van Hoorn. Aïbert Aellertfz. ende Jan Tsbrantfz Van Enckhuysen. Mr. Jan Janfz Van Edam. Cornelis Janfz Reyfer Van Monnickendam. Cornelis Ewoutfz, Pieter Paulufz, ende Leenacrt Gaep, Vanden Brielle. Cornelis Jan Pier ff0- lifz, Van Goeree. Jacob Jacobfz, Van Bommene'ë. Gelain Thymanfz, Buf» germeefter. ende Anthonis Aertfz Van Vlaerdingen. Adriaen Dirckfz, ende Meens S'ander, Van Delfshaven. Omme te refolveren op dê befcherminge van de Buyfen en Koopvaerdyfchepen , ende de toeruftinge van Schepen van Oorloge. *B1.31. BY den Heere van Affendelft, alle 't geene folio proximo gefchreven ftaet, verhack, en genocgh conform van dien by den Advocaet rapport gedaen zijnde, foo hebben eerft die van Rotterdam, Schiedam, Delfshaven , Hoorn , Edam , Monnickendam , die vanden Briele , Gocrée en Vlaerdingen, als reprefenterende dc gemeene Viffchers, verklaert en te vreeden geweeft, datmen van elck Net, daer van dc vier maecken en vierendeel, geven foude een Carolusgulden, daer inne * contribueren fouden foo wel de Craveel-fchepcn als dc Haringh-buyfen, cn alle andere, viffchende met gekamde Netten, 't welck na haer calculatie beloopen foude twintigh duyfent guldens, maer die van Enckhuy- fen  ( 4oi ) fen verklaerden bequamer middel te wefen de portie van de Viilchers te vinden bv Laftgelt. J)Ic^van Amfterdam, Hoorn, Enkhuyfen, Edam en Monnickendam, als reprefentcrende de gemeene Koopvaerders, verklaerden en feyden voor antwoorde, dat alfoo de Koopvaerdye als nu genocgh gedaen was, immers gedaen foude wefen aleer de toeruftinge vande Schepen van Oorlogegereet foude mogen vallen, geen apparentie en hadden dat fy inde voorfz toeruftinge fouden contribueren , te min, want fy in 't voorleden jaer, en geduyrendc de teelt vande Koopvaerdye, hare Schepen met gefchut hadden moeten Verfien, dewelcke fy oock gewoonlijck zijn toe te ruiten, weftwaerts varende, dat fy den Schotten fonder hulp van Schepen van Oorloge wel derven voorby zeylen, te min oock, vermits by hunluyden in 't vooriaer aende Gemeene Staten van Hollandt affiftentie verfocht zijnde, omme toe te ruften Schepen van Oorlogh, dienende tot defenfie vande Koopvaerders, 't felve hun geweygert hadde geweeft, als oock geweeft was hare adjunctie, om de gemeene Koopvaerders geinterdiceert te hebben, niet Weftwaerts te varen voor Pacffchen, noch Ooftwaerts voor Mey naeftkomende. jyt Staten vanden Lande, als eerft de Edelen, die van Dordrecht, Amfterdam,Rotterdam, Schiedam, Hoorn, Enckhuyfen, Edam en Monnickendam, verklaerden, dat gemerekt de Vilfcherye en Koopvaerdye groo- • /L Deel. Cc te- 1547. Den 15. Julii. Die van Amfterdam , Hoorn, Enckhuyfen, Edam enMunnickendam,verklaren nietfchuldigh re wefen te contribuerenin de affiftentie tot de Viftcherye en Koopvaerders. EenigeSte!en verklaen acht luyfent ;rüctens te viiien con-  1547Den 15. Julii. tribueren tot afïiltentie vande Viflcherye. Die van Haeilem verklaer- ■ den te contribueren6000. guldens.Die van Delf verklaren het felve. Die van Leyden verklaerden mede 't felve, op conditie dat het felve by 't Margengeldt gevondenfoude werden. C 402 ) telijcks den Lande van Hollandt importeerde , en genoegh 't welvaren van dien was, fylieden te vreeden waren tot hulpe en affiftentie vande gemeene Viffchers, te contribueren acht duyfent guldens, ja indien fy des gevolgh hadden, noch duyfent guldens daer en boven, des foo bedongen die van Dordrecht, Amfterdam , Hoorn en Enckhuyfcn, daer in te willen genieten haer gewoonlijcke gratie, ende die van Amfterdam verfochten oock affiftentie van dc Staten voor de Koopvaerders, foo wanneer fy die van doen fouden hebben. T"^Ic van Haerlem verklaerden te vrecden te wefen te contribueren fes duyfent guldens, mits dat in 't felve fyluyden genieten fullen hare gewoonlijcke gratie. ~T\Ie van Delf verklaerden van gelijcken te ^ vrecden tc wefen te contribueren fes duyfent guldens, mits dat 't felve gevonden foude werden by 't Margen-gelt ofte anders, en niet by de Staten Schiltalen. T"\Ie van Leyden verklaerden mede te vreeden te zijn te contribueren tot' hulpe als vooren fes duyfent guldens, midts dat defelve by 't Margen-gelt, ofte ander verdracghlijck middel gevonden foude werden, en niet by de Schiltale, cn dat fy daer inne fouden contribueren foo veel als fy inden jare vijftien hondert fes en dertigh gecontribucert hadden, en dat overmits fy inde Schiltale 't alderhooghfte ftaen, en nochtans niets by dc Viffcheryc cn Koopvaerdye geprolitccrt zijn. Die  C 403 ) JQIe van Gouda verklaerden, dat alfoo fy by de Vilfcherye en Koopvaerdye geenfints •geprofitecrt en zijn, geen laft te hebben omme eenighfints te confenteren tot contributie , dienende tot de voorfz Equipagnie. * Naer de Noene. J^E voorfz Gedeputeerden weder vergadert zijnde , hebben genoegh elcks by hare opinie geperiïfteert , en hebben ten felven tijde gecommitteert omme by hare Majefteyt de Koninginne te reyfen , en haer 't geene voorfz is te remonftreren, die te vooren gecommitteert waren, als den Advocaec, den Penfionaris van Dordrecht, de Secretaris van Rotterdam, en Schiedam. A/TAer vermits den Heere van Affendelft de Staten verklaerde dat Sijne Majefteyt expreffelijck gefchreven hadde, dat de Staten hare Gedeputeerden by hare Majefteyt fouden fchicken, met volkomen laft, of dat anders fyluyden haer indignatie lichtelijck fouden krijgen, en dat de voorfchreve laft fulcks in geenderley manieren cn was, foo hebben die van den Raede de voorfz Koopvaerders en Viffchers , en de andere Staten dag gegeven om na Huys te reyfen, omme beter, indien 't mogelijck ware, alhier gerefolveert te komen jegens Wocnfdagh naeftkomende , inde Herberge. p^fer na de Gedeputeerden vande fes groote Steden weder vergadert zijnde , hebben Cc 2 een- ■ 1547. Den 15. Julii. Die van Gouda verklaren niet te confenteren. *B1.32. De Steden perfi fleren by haer voorgaende opinie. Rapport daer van by den Advocaet aen den Raed© gedaen. DeSiuckeii van die van den Briele  1547- Den 15. Juiïi. tevifiteren, raeckende de houte Knpe. Uytwijck tot Delf te willen hooren eenige Uytmeeters van 't Koorn. Die van Leyden verfocht om de ( 404 ) eendrachtclijck Mr. Huygh vanden Eynde, en den Advocaet gecommitteert om te vifiteren de ftucken van die van den Briele, raeckende de houte Kape, om te overleggen of van nooden foude wefen quadruplijcke te maecken , en in dien gevalle defelve te maecken. 13Y die van Delf de Staten voorgehouden zijnde, hoe dat Uytwijck te Delf hadde geweeft, en aldaer gepooght te hooren eenige uytmeters van 't Koorn , fonder tc willen toonen fijn Commiffie, en dat die van Delf hun daer tegens geoppofcert hadden, verfoeckende by Requefte , dat hy gehouden foude wefen fijn Commiffie te exhiberen, ofte hem gcinterdiccert te procederen tot verdere hooringe van eenige Getuygen, waer op by den Hove gefeyt was fermo Regime, waer van hy de Staten adverteerde, verfoeckende, in gevalle van verdere moleftatie, haerlieder affiftentie , 't welck by de voorfz Staten hunluyden geaccordecrt is, en voorts den Advocaet belaft aenden Heere van Affendelft te vervolgen , dat hy 't advis, beroerende defelve faecke, 't welck onder hem geweeft hadde van in December laetftleden , woude doen expediëren , 't welck den Advocaet terftont daer na aenden Heere van Affendelft verfocht heeft, die hem belooft heeft 's anderen daeghs 't felve te doen expediëren , ende hem 't felve mede te geven. T2Y die van Leyden aende Staten verfocht zijnde, datmen aen Sijne Majefteyt Staetsgewijs fal vervolgen , om de Lombaerden quijt  C 405 ) quijt tc mogen werden , hebben de voorfz Staten daer op rapport genomen tegens de naefte Daghvaert. gY den Advociet, door onthiet van de Staten, den Heere van Affendelf vertoont zijnde, dat die van Voorne wel mede behoorden te contribueren inde voorfz tocruftinge met dc Staten, fcydcn dat hacrluyder portie te feer kleyn was, datmen hun dacromme foude molefteren. Den 19. Julii, 1547. T-TEb ick van wegen de Staten feeckere quadruplique gemaeckt, op de triplique van die van den Briele, roerende 't rembourfement van de penningen by hen verfchooten, in 't oprechten vande Houte Cape , voor 't gat vande Maze. • * Den 20. en 21. Julii, 1547. ' p> Y den Advocaet aenden Heere van Affendelft weder verfocht zijnde om te hebben expeditie van 't advijs, raeckende de uytvoeringe van 't Koorn , heeft belooft den Advocaet 't felve van dien dage tc doen expediëren, begecrende vanden Advocaet dat hy eenige van den Raede daer van mede foude fpreecken, als hy gedaen heeft. Cc 3 Dagh. Den 15. Julii. Lombarden te vernietigen. Die van Voorn mede te contribueren. Den 19. [ulii. luadrapliiue vande loutkape. *B1. 33- Den 20. en ti. Julii. \dvis,roeende 't lytvoeren ?an het £oorn.  1547- Den 2/» Julii. C 4o6 ) Daghvaert gehouden inden Hage Den 21. Julii, 1547. PRESENTEN. Arent Cornelifz, ende Arent Janfz, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht, Penfionaris Van Haerlem. Dirck Duyft, Mr. Huych vanden Eynde , ende Jacob vanden Eynde, Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Ley/den. Mr. Claes Gerritfz , Burgermeefter, Claes Doedefz, ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amsterdam. Dirck Harmenfz, Burgermeefter , ende Cornelis Dirck Hoenefz, Burgermeefter, Van Gouda. Melis Arentfz , Burgermeefter , Jan van Soelen, Hendrick Laurenfz, Pieter Willemfz, ende Dirck Pel, Van Rotterdam Cornelis Jacobfz, Burgermeefter , Cornelis Matthijfz, Jacob Dauielfz, Mr. Gerrit de Èruyn 9 ende Hendrick Janfz, Van Schiedam. Mr. Jan Dirckfz, ende Pieter Wiggerfz, Van Hoorn. Pieter de Jonge, ende Frederick Jacobfz, Van Enckhuysen". Mr. Jan Janfz, Van Edam. Cornelis Janfz Reyfer, Van  ( 40? ) *547- Den 12. Julii. ■ BY den Advocaet de Staten voorgehouden zijnde de Refolutie, genomen den vijftienden derfelver maent, ende aen hem verfocht hebbende of fy eenigen laft hadden omme in defen verder te refolveren, foo is eyndelijck , by die van Delf, Rotterdam, Schiedam , die vanden Briele cn Vlaerdingen, als reprefenterende de gemeene Viffchers , verklaert dat fy te vreden zijn, datmen tot de toeruftinge vandc voorfz Schepen van Oorloge , van elck vierendeel , inhoudende vier Netten, geven * foude een Carolus gulden, in welcke Contributie gehouden fouden wefen foo wel de Gravcel-fcheepen als de Haringhbuyfen , en al de geene die met gekamde Netten viifchende zijn, 't welck by eftimatie beloopen foude ontrent twintigh ' duyfent guldens, mits dat de helft vande voorfz penningen eerft opgebracht fal werden St. Maertens dagh nacftkomende , en d'andere helft St. Maertens dagh over een jaer, en dat de Buyfen fullen mogen uytfeylen veertien dagen voor St. Gillis dagh oock nacftkomende, mits oock dat de Gemeene Viffchers, in gevalle de voorfchreve Schepen van Oorloge hun niet en fouden in Zee houden de volle drie maenden, in Cc 4 mee- Van Monnikendam. Pieter Paulufz, ende Leenaert Gaep, Vanden Briele. ■Gelain Thymanfz, Burgermeefter , ende Anthonis Aeftfz, Van Vlaekdingen. Om te refolveren op de befcherminge van de Buyfen en Koopvaerders , £72 de toeruftinge van Schepen van Oorloge.  1547- Den 2i. Julii. Die van Amfterdam, &c. perliftert.il by haer voorgaende Verklaringe. DeEtielen, Dordrecht en Amlterdam prefenterenacht a negen duyfent guldens te contribueren. Die van Haerlem prefenteren fes duyfei t guldens. Die van Delf oock fes duyfent guldens. ( 408 ) mccninge zijn 't felve aende voorfz twintigh duyfent gulden te korten, na advenant fy hun min in Zee houden fullen. J^)Tc van Amfterdam, Hoorn, Enckhuyfen , Edam en Munnickendam, als prefenterende de gemeene Koopvaerdye, hebben geperfifteert by hare Verklaringe, gedaen den voorfz vijftienden Julii, gelijck hier vooren verhaelt ftaet. £)E Staten vanden Lande, als eerft de Edelen, die van Dordrecht en Amfterdam, aengemerekende dat de Viifcherye en Koopvaerdye den Lande van Hollandt grootclijcks importeert, hebben verklaert te vreeden te wefen, tot hulpe vande gemeene Viffchers en Ivoopvaerders te contribueren acht duyfent Caralus guldens, mits daer inne, in gevalle yemant vande andere Steden gratie geniet, haer gewoonlijcke gratie genietende, Wmers de voorfz Edelen, als gevolgh hebbende vande andere , fouden te vreeden wefen te komen tot negen duyfent guldens. J^Ie van Haerlem verklaerden tc vreeden te wefen tot hulpe als vooren, te accorderen fes duyfent guldens, midts oock daer inne genietende haer gewoonlijcke gratie, indien by yemandt van de andere Steden gratie genoten werdt. jQTc van Delf confenteerden van gelijcke tot hulpe ais vooren fes duyfent guldens,mits dat by hare Majefteyt de "Koninginne haer- luy-  ( 409 ) luydcn Oftroy geaccordecrt fal werden defelve'te mogen vinden by verkoopinge van Renten , of eenige andere Impofitie over hare Burgers. J^lc van Leyden accordeerden in de voorfz fomme van fes duyfent guldens , midts dat daennne by hunluyden lbo veel gecontribueert lal werden, als fy inden jaren feven cn dertigh gecontribueert'hebben , doen gelijcke fomme by de Staten, tot hulpe als vooren geaccordeert was. jQïe van Gouda accorderen van gelijcken in defelve fomme van fes duyfent guldens, mits dat defelve by Margengclt gevonden werden. "yAn allen welcken ick ten voorfz dage mijn rapport gedaen hebbe aen de Heeren van den Raede, dewelcke by monde van den Heere van Affendelft ons dede voor antwoorde feggen, dat de gemeene Viffchers en Koopvaerders die faecke niet en vorderden en dreffeerden als defelve vereyfehten, dat fy evenwel hare Gedeputeerden fouden fchicken by hare Majefteyt de Koninginne, in defen voikomelijck gelaft. ^Oo hebben de voorfz gemeene Viffchers gedeputeert omme by hare Majefteyt te reyfen, een van Delft, een van Rotterdam, een van Schiedam, en een vanden Briele; cn de gemeene Koopvaerders een van * Amfterdam, en voorts de gemeene Staten den Advocaet Cc 5 van '547- Den 31» Julii. Die van Leyden confenteren het felve. Die van Gouda oock 't felve. Rapport Vande Refolutien,door den Advocaet aen den Raede gedaen. G-edepu:eèrden van :1e Vif:hers om ,iy de Konnginne:e reylèn. *B1. Z5.  1547Dun 21. Julii. ■ Reeckeninge van de twee eerfte tienden. Oock (410) van den Lande , dewelcke gerefolveert zijn van hier te reyfen den drie en twintighften defer jegenwoordige maent, na hare Majefteyt voorfz. J^Y den Advocaet ter begeerte van Suys de Staten, als de Gedeputeerden vande fes Groote Steden, voorgehouden zijnde hoe dat hy met Mr. Pieter Tefancto, van 's Keyfers wegen, en oock eenige vande Staten wegen, gecommitteert waren omme te hooren de Reeckeningen vande Ontfangers vande twee eerfte Tienden , welcke Reeckeningen open ende ongcflootcn gebleven waren, overmits fy niet en wiften wat hare Majefteyt de Koninginne de voorfz Ontfangers, ter caufe van haer Adminiftratie foude willen toevoegen; en alfoo de felve verklaringe, by hare Majefteyt wefende , tot Utrecht gedaen was, foo hadde hare Majefteyt aen den voorfz Tefanéto gefchreven , dat fy fouden procederen tot fluytinge vande voorfz Reeckeningen, waer van hy de voorfz Staten adverteerde, ten eynde fy daer by eenige van hare Gedeputeerden mede fouden fchicken, foo hebben de voorfz Staten eendrachtclijck gerefolveert , dat die geene die over 't hooren vandc voorfz Reeckeningen geweeft waren, als de Heeren van Alckemade, Aert Cornclifz, cn Mr. Huygh vanden Eynde, mede met dc Gedeputeerden foude vinden, omme de voorfz Reeckeningen tc fluyten, ende dat fyluyden onderlinge omme 't felve te doen, een dagh fouden ramen.  (4ii ) QOck by den Advocaet de Staten verhaeld zijnde hoe dat inde voorgaende Dagh aert, gehouden den vijftienden Julii, gerefol veert was dat indien Uytwijck pooghd. eenighfints voorts te procederen , omme 0 hooren binnen de Stede van Delf, eenige Uyt meeters van Koorn, fonder daer toe te exhi beren Commiffie, dat by den Advocaet Mr Huych vanden Eynde van 's Lands wegen alle rcdelijcke en betamelijcke middelen"'t fel ve wederftaen foude werden ; en dat by di< van Delf, overmits den Advocaet boven moste reyfen , verfochten dat inde plaetfe var den Advocaet Jooft Jacobfz , als Procureui •vandc Staten, gelaft mochte werden, by advife, van Mr. Vranck Boot, 't felve te vervolgen met den voorfz Mr. Huygh: Soo is eendrachtelijck by de Voorfz Staten fulcks geaccordeert , en den Advocaet belaft Jooft Jacobfz 't felve te feggen, die oock fulcks gedaen heeft. JYJEde by den Advocaet aende voorfz Staten verfocht zijnde , of fy , volgende de voorgaende Refolutie elck inden haren rapport gedaen hadden , omme gerefolveert te komen , ten eynde Staets-gewijs vervolght ■mochte werden aen hare Majefteyt de Koninginne, omme in den Lancerende Steden van Holland gelibercert te mogen werden vande Lombaerden, als wefende den Lande van Hollandt feer fchadeliicken : Soo is naer voorgaende communicatie by hun gedaen zijnde, eendrachtelijck gerefolveert, datmen eerft aen hare Majefteyt de Koninginne lal vervolgen om- Don 21. t Julii} Hooringe by Uytwijck , van - deUytmeeï ters van het . Koorn tot Delf. r l Aen hare Majefteyt te vervolgen om de Lombaerden te vernietigen , &c.  1547- Den 21. Julii. Quadïuplique vande Houte Kape. * 131. 36". C 412 ) omme fimpelijck vande voorfz Lombaerden geübereert te mogen werden; en indien men daer toe niet en konde geraecken, datmen als dan vervolgen fal , dat naer expiratie van haren tijdt, hunluyden geen verder continuatie geaccordeert en werde, cn ofmen daer toe mede niet en mochte, dat alsdan vervolgh gedaen fal werden, dat hun geen recht van verftaen na 't jaer ofte anderfints, nochte oock geitooien goederen 't haren Huyfe gebracht en behoort toegelaten te werden, en dat al by ordre d'een na d'anderc. TT^En Advocaet de Staten voorgelefen hebbende de quadruplique, by hem en Mr. Huygh vanden Eynde, door Ordonnantie van haerluyden * gemaekt, jegens dc triplique van die vanden Briele, roerende 't oprechten vande Houte Kaep, is eendrachtelijck by de Staten gerefolveert, dat foo wanneer by die van den Briele verfocht fal werden omme defelve quadruplijcke te hebben, d'Advocaet die leveren fal in handen vanden Grflier van Hollandt. Den 23. Julii. Reyfe na 't Hof. Den 30. Julii. 't Geé'yfchtegeta! van Schepen Den 23. Julii, 1547, TS den Advocaet met de voorfz Gedeputeerden gereyft na hare Majefteyt de Koninginne. Den 30. Julii, 1547. TVTAer dat den voorfz Advocaet, ter prefentie van de voorfz andere Gedeputeerden den  C 413 ) den Heere van Beveren, als Stadthouder, ende van Eccke, als Gecommitteerden vande Koninginne , de voorfz Refolutie in 't lange ver* haelt hadde , die oock by hun in gefchrifte gefteldt was, foo hebben de voorfz Gecommitteerden hun voor antwoorde gegeven , dat hare Majefteyt de Koninginne, aenmerckende de diverfiteyt vande opinien, foo van de Staten als vande Gemeene Viffchers en Koopvaerders, verftaet wel dat defelve te lastigh foude vallen 't getal vande Schepen van Oorloge, daer fy by hare Majefteyt op geftelt waren op te brengen, midts welcke hare Majefteyt de voorfz Gedeputeerden voor doen houden heeft , dat fy ten minften dan foo veel Schepen fouden toeruften als hun mogelijck foude wefen, te weten acht of tien in getalle, tot defenfie van de Viffchers, en de penningen, dienende tot Equipagie van dien, vinden gelijck haer goet duncken fal, en dat men met den eerften hare Majefteyt en den Stadthouder fchriftelijck adverteeren foude hoe veel Schepen fy in meeninge waren toe te ruften , ten eynde die van Vlaenderen en Zeelandt, die oock in meeninge zijn Schepen toe te ruften, daer van gead verteert mogen werden; des heeft hare Majefteyt de voorfz Staten expreffelijck doen verklaren, dat, in gevalle fy geen Schepen van Oorloge en fouden willen toeruften, hare Majefteyt de Haringhbuyfen niet en foude willen hafarderen, noch oock de Haringhvaert toelaten. "VyAer op de voorfz Gedeputeerden, naer voorgaende communicatie, de voorfz Ge- Den 30. Julii. van Oorloge niet op te mogan brengen. De Gedeputeerdenverklaren  r «547- Den 30. Julii. jreen verder Ia!l tc hebben. Provifie te hebben tegens de rigoureufe Placaten, op het uytvoeren van de Granen. ♦Bl.37. C 414 ) Gecommitteerden verklaert hebben , dat fy als nu geen verdere laft en hadden dan by hun verklaert was , maer dat elck inden 'haren goedt rapport fouden doen : Welcke antwoorde by den Advocaet in gefchrifte geftelt zijnde, alfoo by noch andere faecken te folliciteren hadde, 'de andere Gedeputeerden met hem genomen hebbende, na Huys gereyft zijn. Engacnde de Requefte by de Staten overgegeven , omme provifie gedaen te warden, dat niemant ecnighlints gecontravcnieert hebbende de Placaten, raeckende het uytvoeren vande Granen , by rigoureufe executie overvallen foude werden , dan ten minften met fommicre kenniffe van Rechters , onder wien defelve contraventic gefchiet foude zijn, niet tegenftaende d'informatien by eenige CommiÜariifen, uyt krachte van feeckere rigoureufe Commiffie daer toe geordonneert ; ter contrarie bcgofte, mitfgaders oock de Requefte van eenige particuliere Perfoonen van Delf, dewelcke geappellccrt hebbende van feeckere executie by Uytwijck begonnen, aen hare Majefteyt de Koninginne verfocht hadden Mandement in cas d'Appcl met dc behoorlijcke claufule van inhibitie, 't inhouden * van welcke twee Requefte, by den Advocaet mijn Hccrc den Cancelier Aingry, overmits d'abfentie van den Pra?fident Schoor, in 't lange verhaelt zijnde , foo is eyndelijck op den tweeden Augufty by hare Majefteyt verklaert cn geordonneert , noopende de voorfz Requefte, dat men niet en fal procederen by wegen van rigoureufe executie, jegens den gce- nen  C 415 ) nen die de voorfz Placaten gecontravineert fouden hebben , fonder eerft cn alvooren defelve tc roepen en te hooren; maer foo wanneer by informatie préparatoire vanden voorfz Commiffaris blijeken fal, dat vermint de voorfz Placaten gecontraveniceert heeft , foo fal defelve gedagvaert werden voor die van den Raede van Hollandt, omme te antwoorden op fulcken cyfch en conclufie, als den Procureur Generael jegens hem fal willen doen en nemen, en defelve in fijne defenfie gehoort, fal fommierlijck dc plano, en fonder forme en figure van Proces , geprocedeert werden, en wert fulcks die vanden Raede van Hollandt by hare Majefteyt geordonneert te doen goede en korte Juftitie, fonder die faecke te dilayeren by train van ordinaire Juftitie. Ende aengaende cle voorfz tweede Requefte van de voorfz particulieren van Delf, die by Ordonnantie gegaen waren in Gyfelinge , is verklaert dat fy gehouden fullen- wefen tc dcpoferen voor den Commiffaris daer toe geordonneert, en dat gedaen zijnde, fullen fy uyt de Gyfelinge ontflagen wefen, mits betalende de redelijcke koftcn, breder blijekende by de Aóte onder den Advocaet wefende , welcke A6te, hoe wel die is van date den tweeden Augufti, overmits die by den Praefident, die te Bruffel was , gevifiteert mofte werden , dewelcke oock daer van niet en woude doen voor de komfte van hare Majefteyt aldaer , den Advocaet eerft gelevert is geweeft den veertienden derfelver maent. Den „ 1547. Den 30, Julii.  •547- Den ifi Augulti. Requefte tegens de Lombaerdeu. Toeruftinge van Schepen van Oorloge, by die van Delf Rotterdam en Schiedam , yder twee Schepen. C 416 ) Den 17. Augufti, 1547. TS , op dc Requefte vande fes Groote Steden van Hollandt, daer by verfocht werdt dat men dc Lombaerden , naer d'expiralde van haer Octroy , geen nieuw Oétroy en foude 'verlcenen, nochte oock continuatie van dien, en datmen 't felve in feeckere Poinften foude reftringeren, is geaccordeert een Brief, omme te hebben advis van die vanden Raede van Hollandt. A Lfoo die van Delf, Rotterdam en Schiedam , naer voorgaende Vergaderinge in den Hage gehouden, geconfenteert hebben elck toe te ruiten twee Schepen van Oorloge, maeckende fes Schepen, en dat ncerftighcyt gedaen wierde dat die van Enckhuyfen en den Briele elck oock een Schip van Oorloge fouden doen uytruften, mits dat de koften van dien gevonden fouden werden op de Netten, op elck Net een Carolus gulden, foo wel die ten Haringhdogge als met getaende Netten varen, ende oock den geencn die aen Land blijven, mits dat fy oock fouden genieten acht duyfent Carolus guldens van 't Gemeene Landt, wel verftaende, wat koften fy voor defen aenftaenden teelt niet en fouden mogen furneren uyt de voorfchreve penningen, men foude vinden op de Nceringe vanden toekomenden jare; en dat my by den Hove gefchreven was te verwerven Octroy om de voorfz Impofitien tc lichten en te effectueren , foo heb ick 't voorfchreve Octroy den negentienden Augufti verworven. Van  ( 4i? ) *yAn alle 't welcke ick, den vier en twintighften Augufti t'huys gekomen zijnde, den Heere van Affendelft op den vijf en twintighften derfelver maent rapport gedaen hebbe , die my feyde dat ick 'f voorfchreve Advis foude houden ter eerfter Rechtdage dat de Heeren vergaderen * fouden : Ende aengaende 't Oftroy , feyde dat de Steden van Delft, Rotterdam, Schiedam, en andere, als nu van ander advis waren, tc weten, dat men dc voorfz penningen foude vinden by Laftgclt, voor den geenen die hun in Zee'fouden geven , en op de Netten die t'Huys fouden blijven, hoe wel naer mijn advis ick hun feyde dat beter ware dat fy bleven by 't jegenwoordige Oftroy, alfoo fy de voorfz penningen altoos op de Netten, en niet by 't Laftgelten hadden willen vinden, dat hier naer, als op den vijf en twintighften Augufti de voorfz Steden met het voorfz Oftroy noch te vreeden geweeft zijn. //. Deel. Dd Da«*h- Den 17. Augulti. Rapport van den Advocaet. *B1.38.  „ 1547 Den 26*. Augufti. ( 418 ) Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden in den Hage Den 26. Augufti, 1547. P RiESENTEN. Den Heere van Affendelft, Van wegen d'EüELEN. Aert Cornelifz, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Franck Pieterfz , Burgermeefter , ende Mr. Huych van den Eynde, Van Delf. Gerrit Beuckelfz, Burgermeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Dirck Harmenfz, Burgermeefter , ende Witte vander Hoeven, Van Gouda. Van Amsterdam. En is niemant gecompareert , alfoo fy den Heere van Affendelft haren laft verklaert hadden, omme eyndedelijck Refolutie te nemen hoe veel de Staten fouden willen contribueren tot hulpe van de Gemeene Viffchers, omme toe te ruften feeckere Schepen van Oorloge, dienende tot defenfte vande Haringhbuyfen. TEn voorfz dage heeft den Heere van Affendelft, uyt den naem vande Edelen, tot hulpe als vooren, ende als laft hebbende van die van Amfterdam , geaccordeert ter fomme van acht duyfent Carolus guldens, gelijck als oock gedaen hebben de Gedeputeerden vaa Dordrecht, mits dat elck vande voorfz twee  ( 419 ) twee Steden genieten wilden haer gewoonlijcke gratie, indien by yemandt gratie genooten werde. £)Ie van Haerlem verklaren, dat hoewel fy by den Haringhvaert in geender manieren geprofiteert en zijn, ende genoegh Neermghloos zijn vande Drapperye , wefende hare principale hanteringe , nochtans confidererende de nootfaeckebjckhcyt vande Viffcherye, van gelijcken te vreeden zijn , des gevolgh hebbende, te contribueren tot hulpe als vooren acht duyfent guldens , mits daer inne genietende haer gewoonlijcke gratie, indien by yemant anders eenige gratie genooten wcrdt. "yAn gelijcken accorderen die van Delf inde voorfz fomme van acht duyfent guldens, mits hebbende Oftroy van hare Keyferlijcke Majefteyt, omme defelve Penningen te mogen- vinden by verkoopinge van Renten, ofte andere Impofkie over hare Burgers, en mits gelijcke gratie genietende ais andere. * J)E GedePuteei'den van Leyden verklaren dat hoewel defe faecke hun niet aen en gaet, noch geen Rccders en hebben, en die Stadt noch de Burgers geen profijt by den Haringhvaert en confequeren, anders dan dat fy' den Haringh koopen voor haer Keten , te vreeden te zijn een redelijken penningh daer toe te contribueren tot difcretie van roede Heeren, en naer advcnant IV in voortüdcn in gelijcke faecken gegeven hebben , foo verre Dd 2 men 150*7. Den 26. Augulti. *B1.3p,  Den 26. Atignfli. Confent vande Sta ten, onde feeckere proteftatie, t 4.2 0 j men 'c felve geliefde, te accepteren , dan t€ contribueren volgende haer Schiltalen, en waren geen redenen, foo fy veel te hoogh ftaen, en volgende dien ruym een derdendeel meer geven fouden moeten dan andere Steden, dewelcke door den Haringhvaert in haer Excijs grootélijcks profiteren, en haer Burgers van gelijcken daer by gevoct werden, en hun daer mede generen , confideratie mede genomen dat haer Nceringe vandc Drapperye geheel cedeert, door dien dat fy van de Engclfche geen Veilen noch Wolle weten tc krijgen om geit, en genoegh te doen lullen hebben met haer arme fchamele Gemeente. T~)Ie van Gouda verklaren, dat, hoewel fy by den Haringhvaert {onderlinge geen profijt en confequeren, en daeromme tot hulpe vande Gemeene Viffchers niet foo veel en behooren te contribueren, als andere Steden van Hollandt, die grootélijcks daer by geproiiteert zijn, te min, want fy genoegh Neeringhloos zijn, en fonderlinge geen inkomfte en hebben, nochtans wetende dat fy in defe faecke niet en behooren ledigh te ftaen , te vrecden te wefen, tot hulpe als vooren, foo veel te contribueren als fy gedaen hehben inden jare vijftien honderc fes en dertigh, mits dat fy defelve penningen lullen mogen vinden over hare Poorters ende Inwoonders, fulcks fy dat onderlinge fullen adviferen. A Lle 't welck by de voorfz Staten gcaccor] deert is , onder expreffe proteftatie en verklaringe , dat fy 5 midts opbrengende de voorfz  C 421 ) voorfz acht duyfent Carolus guldens, in geen verdere laft of koften , ter caufe van defen fouden mogen opkomen, gehouden noch verbonden cn willen wefen, en dat oock 't felve in toekomende 'tijden in geen confequentie getrocken en fal werden, breeder blijekende by de Acte daer van zijnde. ]\J Acr dat by den Advocaet de voorfz Staten voorgehouden was , dat 't Octroy vermelde, dat omme't voorfz Nette-geit, en acht duyfent gulden gecommitteert fouden werden een Ontfanger Generael, die tot nominatie vande Staten by Sijne Keyferlijcke Majefteyt daer toe gecommitteert foude werden , foo hebben de voorfz Staten, omme de voorfz acht duyfent guldens omme te flaen en te lichten, gecommitteert Mr. Arent Coebel, en tot ontfangh generael van 't voorfz Nette-geit, is by den Heere van Affendelft, die van Dordrecht cn Delf gecommitteert Cornelis Sandelijn , maer die van Haerlem, Leyden cn Gouda verklaerden, dat alfoo de voorfz Staten in 't voorfz Oftroy niet bekent en waren geen laft en hadden omme tot eenige nominatie te procederen. ]\TA dat by die van Delft de voorfz Staten voorgelefen was feeckere verklaringe by eenige Pontgaerders , wefende alhier in den Hage op de Voorpoorte in gyfelinge , ten verioccke van Uytwijck, als Commiffaris, omme hunheden tc conftringeren tot feeckere ciifpofitie., roerende het uytvoeren vandc Granen, vermeldende waer mede fy behoorüd 3 den *547Den 16. Augufti. Octroy omme 't Nette-geit. en acht duyfent guldens te executeren. Verklaringe vande Pontgaerders.  Den 26. Ai.gufti. * BI. 40. B rouwerye tot Rijnsburgt opgeftelt. ( ) den te volftaen, en in gevalle fyluyden daef mede niet en mochten volftaen , fy als dan hun gantfeheliick refereerden tot het feggen van hare Majefteyt de Koninginne, op welcke verklaringe fy by de voorfz Uytwijck ontflagen * v/aren, mits dat fy inde feïve verklaringe belooft hadden , indien hare Majefteyt daer mede niet tc vreeden en was, weder in gyfelinge te komen : is eyndelijck gerefolveert , dat die van Delf fullen doen vernemen hoe dat die van Brabant en Vlaenderen hun in gelijcke faecken gedragen hebben , alwaer die van Delf fuftineerden alfulke informatien niet toegelaten te zijn, omme dat wetende, als dan by de voorfz Staten daer inne verder gedifponeert te werden. jgY die van Leyden de voorfz Staten aengegeven zijnde , dat binnen den bedrifve van Rijnsburgh een quidam pooghde op te ftellen een Brouwerye, contrarye liet O&roy aen de Steden van Hollandt gegunt, verfoeckende haerluyder afiiftentie: Is eyndelijck by de Gedeputeerden van de fes groote Steden gerefolveert , dat mits d'Advocact gelevert zijnde den naem vanden voorfz quidam, hy uyt den naem van hunluyden met den eerften fal impetreren Mandement Penael, omme hem d'exercitie vande Brouwerye gcinterdiceert te hebben. Den 27. Augufti. Afte , beToerendeacht duy- Den 27. Augufti, 1547. T-jEeft den Advocaet, de voorfz Aifie by hem gemaeckt roerende de lichtinge van-  ( 4^3 ) vande voorfz acht duyfent guldens over 't Gemeene Landt, laten vifiteren den Heere van Affendelft , Arent Cornelifz , en Mr. Lambrecht, die defelve avoyeerdc, van gelijcken heeft de Milde die mede geoffercert te laten fien, die niet cn begeerde defelve te lcfen, maer was tc vreeden daer inne geftelt zijnde, wes byhem by gefchrifte overgelevert was, als oock te vreeden waren die van Gouda; en heeft dAdvocaet de voorfz Aóte die van Delft niet mogen laten lefen , vermits haer vertreck. f~\Ock heeft den Advocaet van den Griffier ontfangen de Acte, by die van Delft, Rotterdam en Schiedam gepaffeert, roerende de toeruftinge van fes Schepen van Oorloge. Den 5. September, 1547. T~)En Heere van Affendelft gelevert hebbende de Brieven omme te hebben advis van de Raden van Hollandt, raeckende de voorfz Lombarden, en 't felve geëxpedieert, en by my gerecouvrcert zijnde , foo hebbe ick op den achtften der fclver maent my gevonden by den voorfz Heere van Affendelft , hem vragende of ick met 't felve advis van ftonden aen foude reyfen by hare Majefteyt, dan of ick daer mede foude vertoeven tot dat 'er eenige andere faken te folliciteren fouden zijn, mits dat 't felve foo grooten hacfte niet en hadde, heeft my belaft daer mede te vertoeven tot dat 'er een andere reyfe foude vallen. Dd 4 Den ~ r547- Den 27" Augulli. fent guldens. Aete van toeruftinge van Schepen van Oorloge. Den 5. September. Advis, beroerendede Lombarden.  mr- Den 8. September. Seeckere Acte gelevert aen Sandelijn, raeckende de toerustinge van denschepen van Oorloge. *£1.4i. ( 424 ) Den 8. September, 1547. T-JEbbe ick door bevel van den Heere van A 1 Affendelft, en Mr. Adriaen Sandelijn , Penfionaris van Amfterdam , gelevert A£te aldus luydende, Op den vijftienden Julii anno vijftien hondert feven en veertigh, de Staten van Hollandt, mitfgaders eenige andere Steden , hun generende met de Viffcherye en Koopvaerdye , inden Hage door bevel van hare Majefteyt de Koninginne vergadert geweeft , ende Communicatie gehouden hebbende omme te refolveren by wat middelen men alderbequaemfte foude mogen vinden vijf en veertigh duyfent guldens, omme toe te ruften * feeckere Schepen van Oorloge , dienende tot defenfie vande gemeene Viffchers en Koopvaerders, en oock tot overvallinge van de Schotten en andere Piraten, in Zee wefende , foo hebben eyndelijck onder anderen de Edelen cn Gedeputeerden van Dordrecht cn Amfterdam , aenmerekende dat de Viffcherye en Koopvaerdye den Lande van Hollandt grootélijcks importeerde , geaccordeert tot hulpe vande voorfz Viffchers en Koopvaerders , te contribueren acht duyfent Carolus guldens , mits dat die van Dordrecht en Amfterdam daer inne haer gewoonlijcke gratie genieten fouden , foo verre by yemant van de andere Steden eenige gratie genootcn wierde , mits oock dat die van Amfterdam onderfpraecken, dat by de Staten gelijcke affiftentie de gemeene Koopvaerders in toekomende tijden, en foo wanneer fy des van nooden fouden hebben , gedaen foude werden; dat den Hee-  ( 425 ) Heere van Affendelft op huyden den achtften September vijftien hondert "feven en veertigh in mijn prefentic verklaert heeft dat hy uyt den naem van die van Amfterdam, roerende de voorfz acht duyfent Carolus guldens, op den fes en tvvintigften Augufti laetftleden op dc Daghvaert inden Hage gehouden, dragende confent, in meeninge geweeft is hem te*"refereren tot de voorfz verklaringe en limitatie, gelijck hy als noch hem daer toe refereert, begecrende dat by my die van Amfterdam Aóte gelevert foude werden, het welck ick ter begeerte als vooren gaerne gedaen hebbe. Actum _ in den Hage den achtften September vijftien hondert feven en veertigh. Den 10. September, 1547. J-jEb ick Bartholomei gelevert Ordonnantie van twaelf dagen, van dat hy in Tunio laetftleden, als gecommitteert by de Staten, met den Advocaet en eenige Gedeputeerden van Rotterdam en Schiedam geweett is tot Binghs , by hare Majefteyt dè Koninginne, omme te heipen vervolgen dat de gemeene Viffchers fouden mogen vilfchen, en"hun in Zee begeven op Pafporten cn Saufconduitcn van die van Schotlandt, en noch eenige andere poinften, en dat op de date vanden dagh dat hy als vooren gecommitteert is, en dat achtervolgende feeckere verklaringe en laft by de Staten, my omme 't felve te mogen doen gegeven op den eerften Maert laetftleden, en hier vooren geinfereert ftaet. Dd 5 Oock '547Den 8. Septemb. Den 10. Septemb. Aen BaitholomeiOrdonnantie van nvaelr' dagen.  154.Den 10. Septemb. Brouwerye op 't platte La nt. Den 17. Septemb. Noopende de verluchte exhibitie van Uytwijck, van eenige particuliereRegifters, *B!.42. ( 426 ) (~)Ock heb ick van wegen de Gedeputeerden vande fes groote Steden gemaeckt een Requefte omme te hebben een Mandement Pcenael, daer by eenen Jan Janfz van Ruysvelt, woonende tot Reynsburgh, bevoolen foude werden af te breecken feeckere Brouwerye, by hem aldaer opgeftelt, contrarie feecker Octroy , aen de Steden van Hollandt by Sijne Keyferlijcke Majefteyt geaccordeert. Den 17. September 1547. ~P)En Heere van Affendelft, ter begeerte van die van Leyden gefproocken hebbende omme tc weten of hem foude gelieven dat ick van wegen de Staten foude vervolgen aen hare Majefteyt-, dat Uytwijck, dewelke binnen Leyden van eenige particuliere Perfoonen verfocht hadde exhibitie van haer privé Regifteren, en fy jegens hun felven fouden depoferen , 't felve hun geinterdiceert foude werden , heeft my gefeydt dat 't felve verlooren moeyte foude wefen , alfoo hare Majefteyt daer toe niet en foude willen verftaen, mits dat'cr by A6te eens verklaert is dat de voorfchreve Perfoonen gehouden foude wefen te depoferen, 't welck te verftaen is, gevraeght zijnde van andere Perfoonen,en niet van haer eygen * affairen, maer feyden die van Leyden geraden, dat fy de voorfz Perfoonen fouden inftrueren, dat fy by den voorfz Uytwijck gebracht zijnde, pm van haer eygen faecken en handelinge verklaringe te doen, 't felve exprcffelijck foude refuferen, en dat Uytwijck daer mede behoorden te vreeden te zijn, en dat  ( 4^7 ) dat kleyne prejudicie was haer Regifters vanden Excijs te exhiberen , mits dat daer inne geen verklaringe en ftaet wat Koorn verexcijft was in Gewaffen, Kooren ofte andere. Den 7. OEtober, 1547. F)Oor onthiet van den Heere van Affendelft, met Mr. Floris van Hogaerden gereyft na Bruffel, omme te vervolgen expeditie op dc Advifen vanden Hove van Hollandt, raeckende het wijen en naeuwen vande Netten, dienende inde Zuyder Zee, midtfgaders oock de Lombaerden daer ick alleen laft toe hebbe. Den 22. October, 1547. T-T Ebben Wy op 't advis, raeckende de Lombaerden , verkregen een Placact, daer by hunluyden bevoolen werdt geen geit te doen op eenige Wolle Garens, ofte andere Materialen , dienende tot dc Drapperye, noch oock op eenige gefneden Sijde, ofte Wolle Laeckenen , fufpect wefende van dieverye, op de verbeurte van tc verhelen het effect' van haerluyder Octroy. QOck hebbe ick ter begeerte van die van ^ Hae riem, Delf ende Leyden verkregen beflooten, Brieven aen den Ambaffadeur vanden j Keyfer , wefende inEngelandt, tén eynde hy ! aende Koninginne aldaer foude vervolgen, dat ] de Drapcnierders van defe Landen, °achter- > volgende 't oude herkomen, en de entrecour- ] fen daer van onderlinge gemaeckt, gcrie/t fouden „ '547Den 17. Septemb.. Den T. Oftober. Rcvfe naer 'tl lof. Den 22. October. Placaet tegen de Lombaerden. Beflootea Brieven endenAmlaflndeur■an den Ceyfer, reiende in ïngelandt.  15+7Den 22. October. Beflooten Brieven vanden Grooten Raedt, omme te hebben d'iuformatievan den Tieere van VVarmont. Den 12. ÜNoversb. Refolutie van'twijen en naeuwen der Netten. ( 428 ) den mogen werden van goede Vellen en Wollen , ende dat hy met den eerften hare Majefteyt de Koninginne van fijn wedervaren foude adverteren. T-JEbbe mede ontrent den felven tijd van mijn Heeren van den Grooten Raede verkregen beflooten Brieven aenden Raede van Hollandt, omme overgefonden tc hebben feeckere informatie , t'andcren tijden door onthiet van hare Majefteyt de Koninginne, gedaen by den Heere van Warmont, inde materie vande Congie, omme defelve gevocgt te mogen werden in 't Proces, 't welcke de^Statcn, roerende de felve materie, aldaer hangende hebben tegen den Procureur Generael. Den 12. November, 1547. T-TEbben wy op 't advis, roerende 't wyen en naeuwen vande Netten, dienende inde Zuydcr Zee, na dat ick omme 't felve advis, en feecker Proces Verbad, by den Heere van Affendelft en de Sancto Petro gemaeckt, 't welck boven verleyt was, Jan mijnen Boode aenden Raede van Hollandt gefonden, cn van hunluyden weder gerecouvreert, hadde verkregen feeckere verklaringe op een voorgevallen Placaet, die van Over-Yffcl geaccordeert, inhoudende, dat niet tegeriftaende 't felve Placaet, de Viffchers vande Zuydcr Zee fullen mogen gebruyeken haer gewoonlijcke Viffcherye, en vangen Ael, Poft, Vooren, Spieringh, Haringh daer van Ty-buckingh af gêdroqgt werdt, Nebbelingh, Garnaet, Blieck, * Snoec-  C 429 ) * Snoeeken, Baerfen, Karpers, Brafemen, cn andere diergelijcke kleyne Viirchen, met alfulcke Netten en Haecken, als fy van ouden tijden, en tot noch toe gedaen hebben, fonder daer inne te misbruycken of te vallen inde poenen en boeten inde voorfz Placaten geroert , mits dat fy gehouden zijn , willende hun generen met de groote Viffcherye, 't felve doen fullen met groote Netten , van de wijdte van vijf duymen elckcn Maffe , al haervolgcnde den inhoude vanden voorfz Placate, inhoudende defelve verklaringe noch eenige andere limitatien. Daghvaert van de Staten van Hollandt gehouden inden Hage Den 4 November, 1547. 1547. Den 12. Novemb. *B1. 43. Ten verfoecke van die van Leyden en Gouda , die wilden fuftineren inde acht duyfent guldens , by de Staten geaccot deert tot hdpe ende defenfie DE Gedeputeerden vande vier andere Groote Steden, hebben op 't geene wesvoorfz is, doen verklaren, dat indien die van Leyden en Gouda eenige gratie genooten fyluyden achtervolgende 't confent, mede gratie wilden genieten , naer Mr. Huygh vanden Eynde my gefchreven, en Mr. Jacob fijn Soon my gefeyt heeft. Oock vande Haringh - buyfen , meer te contribueren dan die van Ley-, den vier hondert guldens , en die van Gouda drie hondert. guldens. Den 4. Novemb.  . m?. Den 4. Novemb. Inform-.tie te nemen van de provifie die die van Vlaenderen verkregenhebben, jegens de Contraventeurs vande Placaten, op de uytvoeringevan 't Koorn. Proces van de Congie. ( 43° ) QOck is by defelve Staten gerefolveert, dat Mr. Jacob vanden Eynde foude reyfen in Brabant en Vlaenderen , omme te vernemen wat provifie by de Staten aldaer verkregen ware , voor de geene die gecontravenieert hadden de Placaten, difponerende op 't uytvoeren van 't Koorn, en dat hy gelijcke provifie , by advis van Bartholomei, Hoegaerden en my , aen hare Majefteyt de Koninginne mede foude vervolgen, ende in gevalle bleecke by de voorfz Staten geen provifie geobtineert te zijn, dat hy alldan by advis vanden felven foude folliciteren aen hare Majefteyt, dat die geene die niet uytgevoerdt en hadden eenigh Boven-gewaffchen Kooren, of van boven gekomen zijnde uyt de Patrimoniale Landen van Sijne Keyferlijcke Majefteyt, maer alleenlijck binnen den behoorlijcken tijdt , naer inhouden vanden Placate gerequireert , geen cautie geftelt, ofte certificatie gelevert cn hadden, verftaen foude werden, niet gedaen nochte gecontravenieert te hebben de voorfz Placaten, maer de voorfz vanden Eynde hier van met ons gecommuniceert hebbende, zijn gelijckelijck van advife geweeft, dat 't felve niet geraden noch oirbaer en was te vervolgen, en dat by diverfche Middelen cn redenen by ons, by maniere van confultatie by gefchrifte geftelt , onder my wefende. "JVTOch is by de voorfz Staten mede gerefolveert , datmen in 't Proces vande Staten, hangende in den Grooten Raede, inde materie van Congie, jegens den Procureur Generael foude produceren feeckere Privilegie van wijlen  ( 43i ) len hooghl. memorie Keyfer Maximiliaen, 't welck hem refereert tot een voorgaende Privilegie , dat inhoudende is defe claufule tot Ons voeder/eggen: En dat niet tegenftaende, dat te vooren by de felve Staten, en die van haren Pv.aede contrarie Refolutie genomen hadde geweeft, te weten, datmen 't felve Privilegie niet en foude produceren. Dagh- * Den 24. November, 1547. T-TEb ick Dirck de Boode geteeckent een Ordonnantie van veertien dagen, tot vier ftuyvers daeghs, van dat hy de kleyne Kamer geopent en bewaert heeft, van de'Commiffariffen die gehoort hebben de Reeckeningen vande Rentmeefters particulier, van de twee blancken, en van de eerfte generale reeckeningen vanden Ontfanger Coebel , van den Impoft en van de laetfte twee Schellingen op de Margen, de,Anno vijftien hondert fes en veertigh , alfoo den Dienaer vanden voorfz Coebel my feyde hem by de voorfz Commiffariffen foo veel gepaffeert te zijn. QOck hebbe ick Jan mijn Boode , op fijn Ordonnantie van twee reyfen door mijn onthiet van Bruffel aen mijn Heeren vanden Raede van Hollandt gedaen, omme weder van den felven Raede te hebben het advis en 't Verbael, roerende het Viffchen inde Zuyder Zee, 't welck verleydt was, by advis toegeleyt een en dertigh dagh-gelden , tot vier ftuyvers daeghs. '54.- Den 4. Novemb. * BI. 44. Den 24. Novemb. Ordonnantie op Dirck de Boode. Ordonn.in:ie op Jan de Boode.  Den 7. Decemb. ( 43* ) Daghvaert gehouden inden Hagê Den 7. December, 1547. P R JE S E -N t E N. Mr. Huych vanden Eynde , Van Delf. Twee van Van Rotterdam. Mr. Gerrit , Secretaris , ende Noch twee Van Schiedam. Cornelis Ewoutfz, Jan Arentfz, Tmant Leendertfz, ende Den Rentmeefter par- tieulicr Vanden Briele. De Secretaris Van Enckhuysen. Ende een Van Delfshaven. Omme te hooren het geene van wegen den Heere van Beveren , als Stadthouder van den Lande van Hollant, hunluyden voorgehouden en geproponeert foude werden. TEn voorfz dage heeft den Heere van Affendelft dc voorfz Gedeputeerden geproponeert, dat hunluyden kennelijck was, datter diverfche Dagh-vaerden gehouden waren om te adviferen by wat middelen men foude mogen opbrengen feeckere penningen, daer by toegeruft fouden mogen werden acht Sche-' pen van Oorloge , omme dc Haringhbuyfen te praèfervecen jegens de Schotten en Piraten; dat eyndelijck gerefolveert was datmen 't felve foude vinden op de Netten, 't welck naderhandt gemuteert was in Laft-geldt; dat oock tot de toeruftinge van de felve Schepenvan  ( 433 ) van Oorloge , de Staten van Holland geaccordeert hadden' acht duyfent guldens; en alfoo nu 't faëyföeri van den Haringhvaert gedaen , en de Schepen van Oorloge weder 't huys gekomen,waren, foo hadde den Heere van Beveren hem belaft defelve Gedeputeerden te proponeren, dat fy elcks inden haren de reeckeninge van haer Adminiftratie, ion geringe als 't mogelijck was, gcreet fouden maecken, inhoudende pertinente fpecificatie en verklaringe, eerft van den ontfangh vande voorfz acht duyfent guldens van 't Gemeene Landt, en daer na van den onffarigh van het * Laftgeldt, en daer nae van den uytgeef; en dat dc felve gerect gemaeckt wefende by hunluyden alhier gebracht fouden werden, omme by hem gevifiteert,. gehoort en geflooten te mogen werden, alfoo den voorfz Heere van Beveren ten felvcn dage tot dien eynde hem in meeninge was hier te vinden; en alfoo den voorfz Heere van Beveren in 't feecker geadverteert was, dat diverfche Stuyrluyden eenige laften Haring* in Enge-landt gebracht, cn aldaer verkocht nadden, dewelcke fyluyden, t'huys gekomen zijnde, verzwegen, en niet aengebracht- cn hadden,frauderende alfoo de Gemeene Reeders van 't Laft-gelt van dien; dat omme te obineren icgehs defelve fraude en bedrogll, alle de Sticrluyden van nieuws bv Eedc gebracht fouden werden , of fy oock alle den Haringh, by hun gevangen, m defe Landen gebracht, en 't Laft-gelt van dien aengebracht hadden , fonder eenige van dien in Zee, in Engelandt, ofte m andere Landen verkoft te hebben; dat oock 11. Deel. Ee de . 1547Den 7. Decerabj  „ *547Den 7. Decemb. ( 434 ) de voorfz Gedeputeerden de Munitiën vande voorfchreve Schepen van Oorloge, als Buffchen, Poeder, Klooten, Vacnen, en andere, inden Hage fouden willen brengen, omme aldaer bewaert te werden, omme defelve te mogen befigen, foo wanneer men in toekomende tijden defelve weder van doen foude hebben, dat oock elck.inden fijnen, ballalt over gebleven zijnde, foude verkoopen, epde ten hoogften oorbooren, cn reeckeninge van dien houden. Dat de voorfz Gedeputeerden op de voorfz vier poincten onderlinge communicatie gehouden hebbende , my belaft hebben den Heere van Affendelft voor antwoorde te feggen, dat alfoo fyluyden niet alleen befchreven waren omme te hooren 't geene van wegen den Heere van Beveren hunluyden geproponeert foude werden, fyluyden op 't geene voorfz was, geen abfolutc antwoorde en konnen geven, fonder daer van eerft hare Meefters rapport te doen , dan by maniere van communicatie deden my verklaren dat niet mogelijck en was de voorfz Reeckeningen te doen binnen twee maenden, eerft overmits eenige vande voorfz Steden noch by den Heere van Beveren hare Gedeputeerden hadden, omme van defelve faecke met fijne Mog. Ed. te communiceren , dewelcke onfeecker was wanneer t'huys fouden wefen; dat oock eenige Buyfen vanden Haringh, by hun gevangen , noch niet gelicht en waren, noch oock de felve verkocht en hadden; dat van gelijcken de Stuyrluyden met hare Rceders van ha» re  C 435 ) re handeling en adminiftratie noch niet gereec- • kent en hadden, welcke reeckeninge behoorde voor te gaen, dewelcke oock gedaen foude en mofte wefen voor Kerfmiife of terftondt daer naer; dat oock by die vanden Briele verMaert was, dat die van Goedereede en Bommcnce, dewelcke door laft van den Hove van Hollandt geordonneert waren haer Laft-^eldt die van den Briele op te brengen, als noch geen verklaringe gedaen en hadden, hoe veel latten Hanngh by hunluyden gevangen en aengebracht waren ; ende aengaende omme te obvieren en te bekomen de fraude die by de voorfz Stuyrluyden gefchiet foude wefen, waren te vrecden defelve als vooren weder bv Lede te hooren, mits hebbende aéte vanden Hove van Hollandt, dat fy defelve daer toe louden mogen conftringeren, maer 't felve reqmreerde oock eenigen bequamen tijdt, alfoo veele vande voorfz Stuyrluyden in Waterlandt wiitcnzijtwoonachtigh waren, en aengaende de Munitiën vande Schepen van OorW, hl£Lte brengen » feyden dat meelt alle defelve Munitiën gehuyrt waren , dewelcke ly nu gebeficht hebbende, weder moften reftitueren, cn wat niet gehuyrt ofte gelevert en was , foude elck in den fijnen , ten fine als vooren, gaerne bewaren; en noopende de verkoopinge vanden Ballaft, feyden dat meeft alle defelve geleent was, en dat fy daer van geen koften gehadt hadden, dan van 'tinvoeren en uytvoeren, en * dat die geene die niet geleent cn was, als niet foude gelden, immers wel te te vreeden waren dat fy gchaelt foude werden, maer dat memant in defelve behagen en hadde Ee 2 A1-" Oen- 7. "BI. 46.  1547Den 7. Decemb. Rapport aen den IIeere van Affendelft gedaen vande Refolutie van de Staten. Den 10. Decemb. Houte Kape voor den Briel. ( 43Ó ) A Lle 't welcke by my ten voorfz dage den Heere van Affendelft verhaelt zijnde , heeft de voorfz Gedeputeerden by haerluyden confent geaffigneert dagh om met haer voorfz Reeckeninge alhier inden Hage inde Herberge tc wefen daeghs na Lichtmiffe naeftkomende, ende dat fy binnen middelcrtijde dc voorfz andere drie poinéten fouden furneren , hunluyden accorderende acte omme de voorfz Stuirluyden, fraude gecommitteert hebbende, weder by Eede te mogen hooren; verklarende voorts dat hy vanden voorfz tijdt, ende van 't geene voorfz is, den Heere van Beveren foude adverteren. Den 10. December, 1547. T-JEbbe ick door ernftigh vervolgh van die vanden Briele den Griffier van Hollandt ofte fijnen Subftituyt gelevert hare Stuckcn, roerende 't rembourfement by hem gcé'yfcht, van 't nederlcggen en oprechten van de houte Kaep in 't gat vande Maze, mitfgaders 't geene ick door laft vande Staten daer tegens gefchreven hebbe; ende dat achtervolgens de Refolutie by de Staten genomen den een en twintighften Julii laetftleden, de faecke vande Staten ten felven dage recommanderende, mits hun verklarende dat de voorfz Staten ongehouden waren eenighfints in 't voorfz rembourfement te contribueren ; waer op den voorfz Heere van Affendelft my ter antwoorde gaf, dat hy in 't vifiteren vandc voorfz Stuckcn, de faecke van dc Staten foude hebben voor gerecommandeert, en dat hy hem liet  C 437 ) liet duncken dat dc Gemeene Staten daer inne niet en behoorden te contribueren. Den ii. December, 1547. T-TEbbe ick vanden Griffier ontfangen de informatie , roerende de materie van Congie, gedaen inden jare vijftien hondert een en dertigh, beflooten, omme die te leveren aen de Heeren vanden Grooten Raede, volgende haer fchrijven. Ee 3 Den Den 13. December, 1547. T-TEbbe ick den Rentmeefter Coebel gelevert Ordonnantie, omme te betalen de Heeren van Alkemade, Heyman Adriaenfz, ende Mr. Huygh vanden Eynde, van dat fy in twee tienden gebefoigneert hebben, Alkemade elf dagen, Heyman Adriaenfz twaelf dagen, en Mr. Huyg vanden Eynde tien dagen. QOck hebben de Commiffariffen gehoort de reeckeninge van Witte vander Hoeve, van de drie grooten op de Margen ommegeflagen, in 't felve jaer, wiens ontfangh beloopcn heeft ter fomme van fes hondert vier en tachtigh gulden acht ftuyvers vier deniers, en den uytgeef drie en dertigh gulden dertien ftuyvers, midts welcken fuyver blijft fes hondert vijftig ponden veertien ftuyvers vier deniers. 154?. Den 10. Decemb. Den ïu Decemb. Informatie van de Materie van Congie. Den 13. Decemb. Ordonnantie op den Heere van Alckem*de, Heyman Adriaenfz en vanden Eynde. Reeckeninge van ' Witte van der Hoeve.  Den 14. en 15. Dec. Reeckeninge van Coebel. ♦BI. 47. Weddens van Coebel. Van ( 43H ) Den 14. en 15. December, 1547. QEhoort de Reeckeninge van Arent Coebel , vande veertigh duyfent guldens, omme geflagen in 't felve jaer, daer van de eene helft is * opgebracht by de Schiltalen, en de andere helft by de drie grooten op de Margen , waer van den geheclen ontfangh beloopt ter fomme van negen en dertigh duyfent fes hondert dertigh guldens dertien ftuyvers acht deniers, en den uytgeef fes en dertigh duyfent vijf en veertigh guldens veertien ftuyvers fes deniers, fulcks dat den ontfang alhier meerder is dan den uytgeef, en de voorfz Rentmeefter fchuldig blijft drie duyfent vijf hondert vier en tachtigh guldens negen ftuyvers twee deniers; hier op gedragen het reft van fijn voorgaende reeckeninge, beloopende ter fomme van twee duyfent een hondert gulden acht ftuyvers feven deniers, blijft den voorfz Ontfanger in alles fchuldigh vijf duyfent fes hondert twee en veertig guldens. TVOch is by den Commiffaris Coebel, op 't believen van dc Staten, voor fijn Weddens toegevocght den tachtighftcn penningh van alle fijnen ontfangh; en noopende zijn, verder verfoeck begeerende vande twintigh duyfent guldens, gevonden by dc Schiltalen, hem toegevoeght te werden den dertighften penningh, gelijck hem inden ontfangh van des Gemeene Landts ommeflagh toegevocght werdt, is 't felve gercferveert tot de eerfte Vergaderingc vandc Staten.  C 439 ) "Y^An gelijcken is den voorfchreven Ontfanger ten felven dage belaft dat hy vande refte by hem noch te ontfangen , en de loquaturs noch te fuyveren , een quohier en reeckeninge apart maecken fü, die in 't eynde van de voorfz Reeckeninge gehecht en vaft gemaeckt fal werden. ^PEr begeerte vanden Penfionaris van Leyden , den Heere van Affendelft gefproocken hebbende, ten eynde hy binnen een dagh of twee foude willen hooren Heyman vande Ketels Reeckeninge van 't Gemeene Landts Ommeflagh, heeft my voor antwoorde gegeven , dat daer mede vertoeft foude werden tot Coebel oock fijn Reeckeninge geëyndight hadde , en datmen fulcks hem bet foude mogen conftringeren, omme de felve te doen. Eynde van het Jaer 1547. Ee 4 * Re- "547Den 14. en 15. Dec. Loquaturs by Coebel te fuyveren. Reeckeninge van Heyman vande Ketel.  Den 5. Januarii. *B1. 1. Refolutie te nemen op veylig te mogen ?eylen, ( 440 ) * Rcfolutien by de Staten van Hollandt, gehouden op Den 5 Januarii 1548. PRESENTEN. Mr. Huygh vanden Eynde , Van Delft. Twee van Rotterdam. Mr. Gerrit, ende Noch twee van Schiedam.Cornelis Ewoutfz, Jan Arentfz, Jemandt Lenaertfz, met haren Rentmeefter particulier, Van den Brielle. Den Secretaris van Enckhuyfen. Ende een van Delfs- haven. T | ^Er begeerte van die van Amfterdam aen X den Heere van Affendelf verfocht hebbende, dat, alfoo dqn tijdt nu aenftondt omme gereedtfehap tc maecken Ooft ende Weft te zeylen, ende dat wy Oorlogh hadden met die van Schotlandt, ende apparent was oock Oorlogh te krygen met die van Vranckrijck , hy de Staten foude willen doen befchryven, omme te refolveren hoe men vcylighhjcken foude mogen Negotiëren ter Zee , ende de Roopvaerdye exerceren , de welcke men met eenen foude mogen befchryven , omme te hooren het rapport van de Commiffariffen , die gehoort hebbende de Reeckeninge van de particuliere Ontfangers, van de drie grooten op de Margen ; de Rekeninge van Mr. Arent Coebel, als Ontfanger van den Impoft, ende van het Margcn-gcldt, de Anno vyfthien hondert  ( 44i ) dert fes en veertigh , ende van de veertigh duyfent ponden geaccordeert in Maert laetftJeden; waer op den Heere van Affendelf my tot antwoorde gaf, dat den fevenden van defe Maendt, hy de Heeren van den Raede doen vergaderen foude, ende met henluyden van de befchryvinge van de voorfz Daghvaert communiceren, die hy meende dat wel geaccordeert foude werden, en dat ick ten felven dage my weder by hem vinden foude. Den 10 Januarii 1548. J-jEeft den Heere van Affendelf my gefeydt , dat de Heeren van den Rade geaceordeert hebben de voorfz Daghvaert, ende is by mynen advife den dagh geleydt alhier in den Hage in de Herberge te wefen den 20 Januarii , omme des anderen daeghs te befoigneren. £e 5 *Dagh- 1548. Den 5, ende io. Januarii. Daghvaert geaccordeert  1548. Den 21. Januarii. * 131. 2. ( 442 ) * Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 21 Januarii 1548. PRESENTEN. Willebordt Uytenbroeck. Van Dordrecht. Gerrit Steffenfz , Burgemeefter.ende Mr. Lambrecht, Penfionaris.Van Haerlem. Vranck Bartholomeeuwfz ende Mr. Huych vanden Eynde , Van Delft. Gerrit Beuckelfz, Burgemeefter.ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Pieter Kantart , Burgemeefter.Claes Doedefz, ende Mr. Adriaen Sandelijn , Van Amfterdam. Gijsbrecht Thymanfz , 1 Burgemeefter. ende Witte Vander Hoeven. Vander Gouda. Omme eenige te deputeeren die aen de Majefteyt van de Koninginne folliciteren fouden, by wat middelen ende manieren men bequamelijck voor de aenftaende tijdt foude mogen exerceren de Koopvaerdye ende Negotie ter Zee, aengemerekt den tegenwoordigen Oorlogh met die van Schotlandt , ende apparentie van Oorlogh met de Francoyfen; ende oock omme te hooren het rapport van de Commiifariffen , die geweeft zyn over de Reeckeninge van Arent Coebel van den Impoft ende Margen-gelt de Anno vijftien hondert fes en veertigh, ende van dc veertigh duyfent guldens , by de Staten geaccordeert in Maert laetftleden. On  ( 443 ) OP den voorfz daghe by den Advocaet door onthiet van den Hèere van Affendelf, de voorfz Deputatie verfocht zynde, foo zyn by de voornoemde Gedeputeerden gecommitteert den Penfionaris van Dordrecht, Dirck Hillebrandtfz, ende Mr. Floris van Hoogaerden , wefende althans te Hove, ende den Advocaet ; behalven dat die van Leyden verklaerden geen laft te hebben, omme'de voorfz Deputatie te doen,. ende het felve te Hove te vervolgen ; maer alfoo den Advocaet op de citatie ende daghvaerdinge by den Procureur Generael aen eenige Steden gedaen, omme hare Privilegiën van vrydom van Thollen en Anckerage , te brengen in handen van den Procureur Generael, om defelve authentiquelijck te doen collationeren met eenige andere Gedeputeerden , gecommitteert is omme te adviferen wat defenfie in defen behoordt gedaen te zijn van wegen de Staten, daer toe'by de voornoemde Gecommitteerden dagh genomen is , des daeghs naer Lichtmiffe toekomende; foo hebben de voornoemde Gedeputeerden my belaft aen de voorfz drie Perfoonen te fchryven, dat fy binnen middelertijdt fouden onderfoecken wat apparentie van Oorloge dat'er is met de Francoifen, Engelfchen en andere, en wat provifie de Majefteyt van de Koninginne in meeninge is te doen , tot vorderinge en defenfie van de gemeene Koopvaerdye , wefende eensdeels het welvaren van defe Landen, ende den Advocaet daer van met den eerften adverteren , ende in gevalle fy voor mijn komfte expeditie kregen van 't geene , daeromme fy nu te Hove zijn, mijn komfte 1548. Den ar. Januarii. Deputatie te doen aen de Majefteyt van de Koninginne.  1548. Den 21. Januarii. *Bl.3. Van het rapport van de Commiffariflen,gehoort hebbende Coebels Reeckeninge. Van by de Steden van Hollandt ( 444 ) fte nochtans aldaer fouden willen verwachten, fulcks ick oock ten felve dage aen hem gefchreven hebbe. * A Engaende het voorfz rapport, het felve en is ten voorfz dage niet gedaen, overmids de abfentie van Suys, wefende principacl Commiffaris, de welcke evenwel, naer ick de Staten verthoont hebbe, aen den Heere van van Affendelf gefchreven hadde, dat hem het felve rapport niet en was mogelijck te doen, voor dat Coebel een Quohicr ende Reeckeninge apart gemacckt hadde van de reftantcn by hem noch te ontfangen, ende van de locaters noch te fuyveren, fulcks hem by de voornoemde Commiffariffen belaft was tc doen, dat evenwel de Staten daer by geen fondcrlinge intcreften mochten lyden , alfoo alle de Renten van den Lande , die Coebel acnquamen te lolfen, by hem geloft waren; den Advocaet evenwel heeft de voornoemde Staten vertoont dat Coebel, foo op fijn Reeckeninge voornoemt, van den Impoft ende Margen-gelt, als van de voorfz drie cn veertigh duyfent guldens , het Landt fchuldigh bleef vijf duyfent fes hondert twee en veertigh ponden, daer op evenwel hy eenighe penningen hadde ontfangen; ende dat hem oock by de voorfz Commiffariffen belaft was het voorfz Quohier te maken, en dat valt te maken en te hechten in fijn laetftc voorgaende Reeckeninge. T? Odem, by den voorfz Advocaet de voornoemde Gedeputeerden vcrhaclt ende vertoont  ( 445 ) toont zynde, de voorfz provifie van den Procureur Generael, daer by eenige Steden van Hollandt belaft is hare Privilegiën, ten fine als vooren,te brengen in handen van den Procureur Generael binnen den tijdt van fes weecken , ende in cas van oppofitie gedaghvaert voor den Secreten Raede op den leven en twintighften dagh van Februario t'cencmael, ende dat het felve fchecn te wefen geheel praejudiciabel het Privilegie de non evocando, ende dat daeromme fyluyden fouden adviferen, ofte geraden ware tc proponeren exceptie dcclinatöir , dan wat defenfie van wegen de Staten in defen behoorden gedaen te zyn , foo hebben de voornoemde Staten gerefolveert, ende gecommitteert omme defe deliberatie te doen den Penfionaris van Dordrecht, indien hy t'huys is, van Haerlem, van Delft, Leyden ende Amfterdam, met den Advocaet, de welcke dagh genomen hebben omme te famen tc communiceren , den derden Februarii te wcfch in den Hage in de Herbcrge, ende dat elcks binnen middclcrtijdt in den fijnen fal onderfoecken, wat Stuckcn daer wefen mogen ter materie dienende, ende die als dan mede te brengen; ende voorts of ghcraden is, voor die van den Secreten Raede de voorfz exceptie van renvoy te proponeren dan niet. Eodem, door bevel van den Heere van Affendelf , aen de voornoemde Gecommitteerden by den Advocaet verfocht zynde, of fy met den Heere van Brederode door de vingers fouden willen fien, ende laten palieren, het geene wes hy ter caufe van den Impoft fchul- 1548. . Den 21. Januarii. hare Privilegiën te brengen in handen van den Procureur Generael. Van den Impoft van den Heere van Brederode.  1545. Den 21. Januarii. Citatie by die van Afperen gedaen. *BI. 4. ( 446 ) fchuldigh is, het welcke bedragen foude omtrent ter fomme van vijf en twintigh guldens; hebben eendrachtelijk gerefolveert dat het felve, omme der confequentie wille, nieten behoorde gepaffeert te werden, gemerekt meeft alle dc andere Perfonagien betaelt hadden , ende dat die geene, die noch niet betaelt en hadden , daar door onwilligh, ende oock in toekomende tyden alle Perfonagien, of meer gebeurde , onwilligh fouden wefen den Impoft op te brengen, maer dat beter ware dat men in andere faecken het felve jegens hem recompenfeerden. Eodem, by den Advocaet de Staten vertoont zynde van de Daghvacrdinge , by die van Afperen in fijns Perfoons gedaen, omme henlieden vredelijck te laten genieten ende gebruyeken van hare gewoonlijcke vryhcydt * ende exemptie, van allen ouden ende immemorialen tyden geufeert, fonder henlieden ter caufe van eenige fijndcr moleftatie te doen , ofte te laten doen, ende wat in defen behoorde voor defenfie gefeydt te werden; hebben gerefolveert, dat defe faecke de Staten niet en toucheert, maer de Keyzerlijcke Majefteyt, ende daeromme met den Heere van Affendelf fpreecken fouden , ten eynde den Procureur Generael van defen Hove, aen den Procureur van boven fchryven foude, dat hy defe faecke behoorde aen te vaerden ende te defenderen, alfoo den eerften thienden penningh de Keyzerl: Majefteyt aenkomen , cn het Landt niet en roeren, dat ick even wel in tyden geen Exploicten van 's Landts wegen en  ( 447 ) en foude accepteren , fulcks ick oock niet doen en fal. Eodem, by my verfocht zynde van wegen Pel, ende Mr. Gerrit Bruyh, Ordonnantie van hare Vacatiën, die fy gehadt hebben , als gecommitteert zynde met den Advocaet, om te Hove te vervolgen van Schepen van Oorloge toegeruft te hebben tot de defenfie van de Haringhbuyfen ende Koopvaerders; foo is my belaft Ordonnantie tc maecken van foo veel dagen als fy gevaceert hebben, tot vier en twintigh ftuyvers des daeghs elcks, tc weten voor de eerfte Reyfe twintigh dagen, ende voor dc tweede Reyfe vijftien dagen, fonder dat fy yet voor dat extraordinaris hebben willen pafferen. Eodem , by my de voornoemde Gedeputeerden vertoont zynde de Requefte Van Coebel, daer op hy verfocht te hebben de nominatie van het Ontfangerfchap Generael van bet Laft-gelt, is dc felve faecke uytgeftelt ter tijdt toe de Edelen mede ter Daghvaert wefen fouden. Eodem, by den Advocaet de voornoemde Gedeputeerden voorgehouden zynde, dat dagelij cks op het platte Landt nieuwe Brouweryen opgeftelt werden, in prrejuditie van het Octroy de Staten gegundt, ende dat al krygen de Staten Mandament Pcenael, poenen bevielen ftadhoudende, de felve by den Hove van Hollandt gemuteert werden in fimpel bevel, ende dacromme by dc Koninginne in defen vor- 1548. Den 21. Januarii. Ordonnantie op Pel, ende Mr. Gerrit llruyn, van hare Vacatiën. Van het Ontfangerfchap Generael van het Laftgelt. Nopende het oprechten van nieuwe Brouweryen ten platten Lande.  1548. Den 21, ende 52. Januarii. Nieuwe Öluys op de Zyerdani. Rapport by den Advocaet den Heere van Affendelf gedaen. •BI. 5. ( 448 ) vorder provifie verfocht moeite werden, ab foo den Raedt van Hollandt in defen genoegh onfe parthye is, foo hebben de Staten eendrachtelijck hier op rapport genomen tot op de naefte Daghvaert. Eodem , by die van Amfterdam de voornoemde Gedeputeerden mede voorgehouden zynde van de nieuwe Sluys, die op de Zycrdam ghedaen maecken is, waer van den paffe renden Man van een doorgaende reyfe , als gaende ende komende, van elck Schip ghenomen werdt vyf ftuyvers , ende van elcke Schuyte vijf grooten, contrarie het Privilegie van wylen Koningh Philips , dat men geen verdere laften op de Onderfaten van Hollandt cn foüdc mogen ftellen , waer van Autheur wefen foude Adriacn Stalpert, ende dat dacromme hier tegens by de Staten provifie gedaen moeite werden, foo hebben de Staten hier op van gelijcken rapport genomen tot op de nae ite Daghvaert. Den 22 Januarii 1548. J—FEbbe ick den Heere van Affendelf van de voorfz Rcfolutien , by dc Staten genomen , rapport gedaen , ende gebeden dat hy den Procureur Generael van Hollandt; die in mecninghe was naer Hollandt te reyfen, foude willen belaften te fpreecken met den Procureur Generael van den Grooten Raede, ten eynde hy voor den Advocaet van den Lande het voorfz Proces tegens die van Afperen foude willen aennemen, het welcke * hv my be-  ( 449 ) belooft beeft te doen, fulcks den voornoemden Heere van Affendelf oock ghedaen heeft, naer den Procureur Generael my gefeydt heeft, die ick het felve gebeden hebbende, my oock belooft heeft fulcks te doen; ende hebbe tot dien eynde met hem oock.gefchreven aen den Procureur Generael van den Grooten Raede. Hebbe van gelijcken ten felven dare by myne Miffive hier \-an geadVerteert Mr Pieter Wouters, Procureur van de Staten, ende dat hy aen den Procureur, omme het felve gedaen te hebben, nacrftelijck foude vervolgen, ende dat hy tegens die van Afperen geen dagh nemen en foude voor my als Advocaet van den Lande, maer in mijn privé naem, alfoo ick het Exploict voor de Staten niet en hadde geaccepteert, als daer toe van henlieden geen laft hebbende. II. Deel $i Ver. Den 22. januariü Beroerende die vari \fpereni  1548. Den 4. Februarii. Aengaende de Privilegiën de Onderfatenvan Hollandt competerende. ( 45° ) Vergaderinge tot mynen Huyfe gehouden, op Den 4. Februarii 1548. PRESENTEN. Heyman Adriaenfz, ende Mr. Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz. Van Haerlem. Mrs. Huygh, ende Jacob vanden Eynde. Van Delft. Gerrit Beuckelfz, Burgemeefter , ende Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Mr. Adriaen Sandelijn. Van Amfterdam. Maer van der Gouda en is 'er niemandt geweeft, alfoo die niet en waren by de Staten daer toe gecommitteert , omme defenfie te refolveren tegens het bevel van den Procureur Generael, omme boven te vertoonen hare Privilegiën van exemptie van Tollen en Anckerage. fTlEn voorfz dage is by de voornoemde Geg deputeerden op het voorfchreve poinct gerefolveert, dat, alfoo de Staten van Hollandt Privilegie hebben, dat men de Onderfaten van Hollandt niet cn fal betrecken buyten den Lande, dan in quatuor cafibus, in het felve Privilegie ge-expreffeert; dat oock den Prince van den Lande geen Oclroyen ofte Mandamenten en fal accorderen, contrarie de Privilegiën van den felven Lande, dat oock by het voorfchreve Privilegie den Raedt van Hollandt gecommitteert werdt, omme te ver- fièn  ( 45i ) fien dat het felve niet en gefchiet, ende dc by het achtfte Articul van de Inftructie va den felven Hove verklaerdt is, dat het Ho van Hollandt kenniffe nemen fal van Privile gien, foo wel de Onderfaten van Hollandt al Vreemden, geen Onderfaten wefende, woo nende in den felven Lande, gegeven aen der voornoemden Raede, by Requefte verfochi fal werden, dat fy by eenige middelen voorfien, dat die faecke , beroerende het overbrengen van het voorfchreve Privilegie voor defen Hove gerenvoyeert, ende getermineert magh werden ; ende in gevalle die van den Raede van Hollandt op het felve verfoeck niet en willen difponeren, dat als dan aen de Majefteyt de Koninginne, by Requefte verfocht fal werden, de voorfchreve faecke by den Hove van Hollandt, ofte den Grooten Raede getermineert te mogen werden 5 en alfoo ghelijcke faecken in de Jaren vijfthicn hondert negen en twintigh, vijfthien hondert dertigh, ende vijfthien hondert een en dertigh, by de ghemeene Staten, foo wel de Edelen, als andere vervolght is geweeft , men de Edelen * mede foude doen befchryven, te wefen den negenden Februarii in'de Herberge, omme des anderen daeghs eyndelij'cke Refolutie te nemen, wes in defen behoorde gedaen te zyn, welcke befchryvinge by den Advocaet verfocht zynde, die van den Raede geaccordeert hebben, Eodem, naer ick de voornoemde Gedeputeerden verhaeldt hadde het innehoude van de Miffive , my by Bartholomei ende HoogaerFf a den iJen 4. j- Fejruaril. f * BI. 6. Van de K oopvaefdye wyiig. lijeken ta  1548Den 4. Februarii. mogen exerceren. GeenBrouwerye op 't platte Landt te Hellen. C 452 ) den gefchreven, roerende, hoe men veylighlijcken dc Koopvaerdye foude mogen exerceren ; foo hebben de voornoemde Gedeputeerden my belaft, aen den felven Bartholomei ende Hoogaerden te fchryven, dat, alfoo uyt de Refolutie die by de Staten ghenomen fal werden , roerende de voorfchreve faecke van het overbrengen van de Privilegiën, de voornoemde Staten hen boven fullen moeten vinden, ofte hare Gedeputeerden aldaer fchicken, fylieden hare faecken ghedaen hebbende, naer myne komftc niet en fouden verwachten, te min, want by het innehouden van hare Miffive bleecke, dat men in de voorfchreve faecke, in abfentie van dc Koninginne, niet {onderlinge en foude konnen gedoen, welcke Miffive ick ten felven dage gefchreven, ende met Jan mijn Boode aen henlieden ghefonden hebbe. Eodem, nopende het geene wes by die van Leyden geproponcert wert, van verdere provifie tc verfoecken aen de Koninginne, omme geen Brouweryen op het platte Landt te mogen ftellen, zyn eenige opinien geopent, maer is de faecke uytgcfteldt tot de voorfchreve Daghvaert, ten welcken daghe de voornoemde Gedeputeerden van de fes groote Steden by den anderen apart vergaderen, ende Refolutie daer op nemen fullen. Aengaende den Impoft geftelt op de Sluys van Zyerdam. Aengaende den Impoft geftelt op dc Sluys vanZyerdam, contrarie het Privilegie van Koningh Philips, daer van by den Penfionaris van Amfterdam openinge gedaen werde, is mede de felve fake uytgeftelt tot de voorfz Daghvaert. * Dagh-  C 453 ) Daghvaert gehouden in den Hage, op Den 10 Februarii 1548. PR YE SENTEN. 154». Den 10. Februarii. *B1.7. Uyt de Edelen, De Heeren van Egmondt.Van Affendelft. Van Alckemade. Van Poeigeeft. Van Wijngaerden. Vin Duvenvoerden. Otto van Egmondt, ende Van Hardincxvelt. Ende van dc Steden. Mr. Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz. Van Haerlem. Mrs. Huygh, ende Jacob vanden Eynde. Van Delft. Gerrit Beuckelfz, Burgemeefter , ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Adriaen Sandelijn. Van Amfterdam. Gijsbrecht Thymanfz, ende Jan Dirckfz Thoen , Burgermeefter. Van der Gouda. Omme eyndelijcke Refolutie tc nemen wat verfoeck ende defenfie by de Staten behoort gedaen te werden tegens het voorfchreve bevel cn daghvaerdinge , by den ProcureurGenerael aen diverfche Steden ende Dorpen in Hollandt gedaen, omme de originele van hare Privilegie van exemptie van Tollen en Anckerage boven te brengen, &c. TS ten voorfz dage by dc voornoemde StaJL ten eendrachtelijck gerefolveert, dat men Stacts-gewyfe, alfoo het dangereus is de PriFf 3 vi-  1548. Den ïo. Februari ( 454 ) vilegien langhs den Lande te Hepen , men cerft by Requefte fal verfoecken, dat, indien den Procureur Generael êenighe oftenfie van de originele Privilegiën, de Steden ende Dorpen van den Lande van Hollandt gegunt, begeert, om daer uyt Copie authentique te nemen, dat de Staten behooren tc volftaen, mits hem ofte fyne Gecommitteerden , de felve oftenfie doende binnen den Lande van Hollandt, ter plaetfe daer de felve Privilegiën leggen ende ruften , het welck by de Staten hem altoos geoffereert fal werden, omme daer tegens Copie te doen authentiferen; ende dat voorts de faecke ende parthyen, achtervolgende het Privilegie de non evocando, ende andere Privilegiën , gcrenvoyeert mogen werden voor den Raede van Hollandt, ende in gevalle hen het felve verfoeck by Requefte gheweygert wérdt, dat fy als dan ten felven fine ten dage dienende, by exceptie en defenfie fullen'contenderen, ende daer by voor defe reyfe perfifteren, ende lbo verre de felve exceptie gerejectcert werde, ende de Staten gecondemneert voor den Secreten Raede te antwoorden , fullen als dan dc voornoemde Gedeputeerden haer vertreck nemen, omme met de Staten te communiceren wat defenfie als dan behooren fal gedaen te werden; ende zyn omme te vervolgen gecommitteert den Heere van Poeigeeft, ende een uyt elck van de groote Steden, met dewelcke gefamentlijck gefloten hebben den twintighften van defe Maendt 's avondts tot Dordrecht te wefen, Eo-  C 455 ) |7 Odem, zyn de voornoemde Gedeputeerden mede gecommitteert , om aen de Majefteyt te vervolgen , by wat middelen men vrylijeken fal mogen Negotiëren ter Zee, ende dc Koopvaerdye exerceren, * 17 Odem , by Suys rapport gedaen zynde van de befoigne by de Commiffariffen gehadt, in het hooren van dc Reeckeninge van Arent Coebel, van den Impoft, ende twee ftuyvers op de Marge, de hondert fes cn veertigh,-ende van de veertigh duyfent ponden by de Staten van Hollandt geaccordeert in Maert laetftleden, daer van de eene helft gevonden is by de drie grooten op de Margen, ende de andere helft by de Schiltalen; ende by den felven Suys een Staet gelevert zynde van den ontfangh van de penningen, daer in het achterwefen van den Lande bedragende ter fomme van hondert negen en tnegentigh duyfent negen hondert veertigh ponden gequeten is, lbo is op de poincten by de voornoemde Commiffariffen aen de Staten gereferveert; als eerft , roerende de reftanten by den Ontfanger Coebel noch te ontfangen, ende fyne locaters noch te fuyveren; eendrachtelijck gerefolveert, dat hy de felve reftanten met aller diligentie ontfange, ende de voorfz locaters fuyveren fal, ende daer van een Quohier ende Reeckeninge apart maecken, om de felve by de voornoemde Commiffariffen gehoort ende gefloten te mogen werden, fulcks hem oock by de voorfchreve Commiffariffen te vooren belaft was; ende aengaende des voornoemden Coebels falaris , dat omme de Ff 4 con* 1548. Den 10. Februarii, Van de Koopvaerdye en Negotie ter Zee. * BI. 8. Rapport by S^iys gedaen van Coebels Reeckeninge,  C 456 ) confcquentie wille hy van alle fynen ontfangh, foo wel van de drie grooten op de Marge, als van de twintigh duyfent op de Schiltalen gevonden, niet meer hebben en fal dan den tachtighften penningh, gelijck hem ende oock Vranck vander Hoeven fijn Voorfaet toegevonden i§ van den ontfangh van den Impoft van de Wynen en Bieren, ende van de drie blancken en twee ftuyvers op de Margen, maer want hy in de Collectatie van de voorfz; twintigh duyfent guldens bv de Schiltalen gevonden, veel moeyten cn arbeyts gehadt heeft, is hem boven dien noch toegcleydt hondert vijftigh guldens, Raeckende de faecke van die van Ajpererj, Het Ontfangerfchap Ge nerael van 't Laft-gelt uyi-geftelt. Den io. Februarii, Eodem, is mede genoegh gerefolveert, dat men in de faecke van die van Afperen, te, gens de Staten, alfoo het felve de Staten niet en toucheert, maer alleen de Keyzcrlijcke Majefteyt, aen den Procureur Generael boven vervolgen fal, dat hy het felve voor het Landt acnneemt, ende in het Proces trede. Eodem, is op de Requefte van Coebel daer by hy verfocht by de Staten genomineert te werden tot het Ontfangerfchap Generael van het Laft-gelt, gerefolveert, dat, alfoo de penningen van dien als nu ten vollen ontfangen, ende binnen feeekeren dage een yegelijck belaft is daer van alhier reeckeninge te komen doen , noodeloos is een Ontfanger Generael te hebben, niet te min is dc cvgcntlijckc Refolutie dies-aengaende uvtgefteït tot do komftc van den Heere van Beveren Stadthouder. Eq-  C 457 ) Eodem, is op de Requefte van Suys, daer by hy verfochte ter caufe van fijne meenirfiyuldige dienften ende arbeydt in 's Landts iaecken gedaen, een gracelijcke recompenfe tot difcretie van de Staten; is hem by de Edelen toegevoeght hondert en vijftigh guldens, het welck oock de andere Gedeputeerden wel redelijck dachte , dan gemerekt fy hier van niet ghehoort, nochte daer toe eenigen laft hadden, hebben hier op rapport genomen tot de naefte Daghvaert, niet twylfelcnde of hare Meefters fouden hun met de opinie van de Jodelen conform maecken. Eodem naer den nocne , alleen dc voornoemde Gedeputeerden van de fes groote Steden, tot mynenHuyfe vergadert zynde, ende by den Advocaet henluyden vertoont zynde, hoe dat uyt krachte van :t leggen van feecke re nieuwe Sluys op de Zyerdam , van den pafferende Man, voor een * doorgaende Reyfe van elck Schip genomen werde thien ftuyvers , ende van elcke Schuyte vijf grooten, contrarie het Privilegie van wylen Koningh Philips, waer mne wel behoorde geremedieert te werden; foo hebben de voornoemde Gedeputeerden eendrachtelijck gerefolveert, dat alloo den voorfz impoft niet en mochte 17 Odem hebbe ick de voornoemde Gedepu■L' teerden vertoont, dat ick die van Woerden vcrvvillight hadde , dat men de voorfz Requefte , omme provifie te hebben tegens het opftellen van dc nieuwe Brouweryen op het platte Landt, macken fouden op den naem van henlieden, als parthyen formeel, ende de fes groote Steden, als gevocghdens , midts dat alle de köften die te defen caufe vallen fouden, by de voorfz fes groote Steden gedragen fouden werden, ende dat fy my van hare Meefters tot dien eynde lattende, bevel fouden befchicken voor Woensdagh nacftkomende, waer mede de voorfz Gedeputeerden wel te vreden waren, begerende dat in die qualité de Requefte voorfz gemaeckt foude werden. Den 20 Maert 1548. Advis op de Requeft van Jan van Riel. Reyfe naer het Hof tot Bruffel. Gedient van memorien, nopende de exceptie. JAn mynen Boode, op fijn Requefte voor advis geftelt acht dagen, van gereyft te hebben tot Afperen, Leerdam, 't Heemfteyn, ter Cappclle op den Yffel. Den 22 Maert 1548. T3En ick met dc voorfz Gedeputeerden, omme te vervolgen 't gene wes voorfz is, gereyft naer Bruffel. *P\E voornoemde Gedeputeerden te Bruffel zynde, hebben den fes cn twintigften Maert gedient van Memorien , ende haren Sack met den Inventaris , onder den Secreten  ( 483 ) ten Raede gelevert, als oock gedaen heeft de Procureur Generael; ende oock verfocht hel bende Copie van des Procureurs Memorie en Inventaris, is henlieden de felve geacco; deert. Den 29 Maert 1548. J-jEeft den Advocaet op de Memorien vai den Procureur Additien gemaeckt, end< naer de felve by de andere Gedeputeerden ge vifiteert waren, hebben de felve gelevert ir handen van den Praefident Schoorl, ende dagelijcks vervolght, om expeditie van de faecke te hebben. Den 6 April 1548. J-TEbben de voornoemde Gedeputeerden op den naem van de Regeerders van Woerden, ende de fes groote Steden met hen ghevoeght, verkregen tegens den geenen die op het platte Landt Brouweryen opgeftelt hebben , verkregen dc voorfchreve hare verfochte Provifie Pcenael , peynen ende beveelen ftadthoudende, van niet te exerceren de voorfchreve Neeringe, hangende het Proces, ende anders by den Raede van * Hollandt gecfifponeert foude werden, midts dat geen Raeden, hebbende Ambachts-Heerlijckheydt, over de decifie van dien verftaen fullen. » ^Lfoo, overmidts de komfte van dc Koninginne uyt Duytfiandt, de voornoemde Gedeputeerden aen geen expeditie van den Hh % voorfz t548. Den 22 en n 29. Maert. } en 6". April. n t Additien ; op de memorien ia de felve ■ üecke. Provifie tegens Brouweryen op het platte Laud te ftellen, *B1. 20. Proces, nopendeda exceptie.  ( 484 ) voorfz Proceffe en konde geraecken,, ende dat hare Majefteyt den twintighften April naer Binfch vertrock, aldaer den gheheelen Raedt moefte volgen; foo hebben de voornoemde Gedeputeerden verfocht verlof omme t'huys te mogen reyfen, mits dat het Proces ten vollen was geinftrueert, ende niet cn reltcerde dan Sententie te hooren, ende dat fy yemandt fouden committeren die de Sententie , gepronuncieert zynde, foude lichten, ende den Advocaet in alder diligentie naer fenden, waer mede den voornoemden Praefident Schoorl niet te vreeden en was, maer feyde wel te pyne waert te wefen, dat yemandt van ons naer Binfch foude reyfen, omme dc voorfz faecke te vervolgen, mits welcken den Advocaet gecommitteert is omme het felve te doen, de welcke den 27 April tot dien eynde na Binfch gereyft is. Vervolgh om expeditie te hebben, nopende de exceptie. 154.8. Den 6. April. voornoemden Advocaet te Binfch gekomen zynde, heeft aldaer vervolght omme expeditie van de voorfchreve faecke, heeft mede door acngeven van Mr. Huygh vanden Eynden vervolght aen den Praefident tot diVcrfche reyfen , dat het Placaet, roerende den uytvoer van het Koorn, het welcke tot Paeffchen toe laetftleden geaccordeert was, gecontinueert foude werden ter tijdt toe, anders by de Keyzcrlijcke Majefteyt daer inne gedjfponeert foude zyn; ende dat ten eynde niemandt achterhaelt en foude werden; waer op den Praefident den Advocaet tot antwoorde gaf, dat hem niet geraden en dachte, de voorfchreve continuatie te accorderen, overmits  C 485 ) mits de groote fturigheydt ende hardigheydt van den weere, waer uyt apparentelijck gefchapen was duyrte in het Koorn te komen, ende indien hy het geldt hadde, het felve ach Koorn wel foude willen employcren, feyde evenwel dat hy van defe faecke foude communiceren met die van den Raede van State, ende dat hy den Advocaet van de Refolutie aldaer genomen, foude adverteren, heeft evenwel den Advocaet, naer dat hy na huys reyfen moeite, gebeden Mr. Jacob vanden Eynde, die omme andere faecken daer blyven moeftc, dat hy hier van den Praefident fomwylen foude vermanen , die oock belooft heeft fulcks te doen. Den 5 Mey 1548. jj^jAer de noene, tuffchen drie ende vier uyren , foo is naer lange follicitatien de voorfchreve exceptie van renvoy by de Staten , ende andere Steden ende Dorpen van Hollandt, gedaghvaert zijnde, geproponeert, henlieden ontfeydt; ende zijn de Gedaeghden rcfpcclivelijck, ende in het particulier gecondemneert op den eyfch van den Procureur Generael te antwoorden binnen eenmaendtnaeftkomende peremptoirlijck, waer van ick t'huys gekomen zynde alle de Gedeputeerden , foo by monde als by mijn Miffive, hebbe doen adverteren. Hh 3 Den Den 6 April, ende 5. Mey. De voorfz expeditie by den SecretenRaede geteecktnt.  Den 9 en 16. Mey. Rapport vanden Advocaet. Rapport Van den Advocaet, ( 436 ) Den 9 Mey 1548. TTE huys gekomen zijnde, hebbe den Heere van Affendelf van alle het gene wes voorfchreve is rapport ghedaen, ende verfocht dat de Staten befchreven fouden werden , omme het felve rapport te hooren , het welck by den Raede geaccordeert is, te wefen in de Herberge den vijftienden Mey. ♦BI. 21. Uyt de Steden, Bartholomei. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz. Van Haerlem. Quirijn Aertfz, Burgemeefter , ende Mr. Cornelis Aertfz. Van Delft. Jan Reyertfz, Burgemeefter , ende Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Claes Doedefz, ende Mr. Adriaen Sandelijn. Van Amfterdam. Gijsbrecht Thymanfz, ende Jan, Dirckfz Thoen9 Burgemeefter. Van der Gouda. Omme te hooren het rapport van den Advocaet, roerende de rejeótie van de voorfz exceptie van renvoy by de Staten , tegens den eyfch van den Procureur Generael geproponeert. TEn felven dage by den Advocaet rapport gedaen zijnde van de rejeótie van dc voor- fchre- * Daghvaert gehouden in den Hage, op Den 16 Mey 1548. PRESENTEN.  ( 487 ) fchreve exceptie, ende dat elcks van dc Gcdaegden reipecHvelijck, ende in het particulier gecondemneert waren, op den vijfden Mey te antwoorden op -den eyfch van den Procureur Generael, binnen den tijdt van een maendt, pcremptoirlijck; foo is by de voornoemde Gcdeputerden eendrachtelijck gerefolveert, dat een yegelijck van dc Gcdaeghden fouden moeten, exhiberen Copie authentijcq van fijn Privilegie van exemptie van Thollen ende Anckeragie; maer in gevalle den Procureur Generael tegens ycinanden wilde contenderen tot inteis pretatie van het felve Privilegie, dat in dien gevalle dc Staten met den felfdcn hen behoorden te voegen, door dien dat de Negotie, de welcke fonder de voorfchreve exemptie van '.Thollen niet cn magh bcquamelijck gedaen ende ge-cxerceert werden, het principael welvaren is van den Lande van Hollandt, ende dat de Steden, hen niet alleen lullen behelpen met hare Privilegiën, die meeft over de twee hondert jaren oudt zijn, ende midts dien daer tegens geen interpretatie vallen, cn magh, maer oock met haer immemoriacle poffeffie ende prefcriptie van dc exemptie van Thollen genoten tc hebben, tegens welcke poffeffie immers geen interpretatie en valt; hebbenevenwel den Advocaet belaft, dat hy aen den Heere van Affendelf foude verfoecken , dat , gemerekt de voorfz faecke het Landt van Hollandt grootélijcks importeert, dc Edelen mede foude befchreven werden, te wefen den vier en twintighften deler Maent in de Ilcrbcrge, om des anderen daegs eyndelijcke Refolutie te nemen wat in de faecke behoorde gedaen tc zijn. Hh 4 Eo- Den 16. Mey. roerende de rejectie van de exceptie.  I54«Den 16. Mey. Provifie pcenael tegens de Brouvveryen op het platteLaat, * BI. 22. Continuatie van het Placaet var. den uytvoer van feet Koorn. C 488 ) 17Odem, by den Advocaet de voornoemde Gedeputeerden rapport gedaen zynde van de Provifie Pcenael, peynen ende beveelen ftadthoudende, verkregen op den naem van die van Woerden, ende de fês groote Steden met hen gevoegt tegens eenen Aert Gerritfz, ende Gerrit Laurentfz, ende allen anderen die op het platte Landt, contrarie feecker Oftroy, de Staten in den Jare vijfthien hondert een en dertigh geaccordeert, nieuwe Brouweryen opgeftelt hebben, ende de Neeringe van dien dagelijcks exerceren, omme te weten tegens wat Perfoonen. men de felve Provifie ter * executie leggen foude, foo is eyndelijck by hen gerefolveert, dat, gemerckt de voorfchreve provifie, op den naem van die van Woerden , als principale parthye geimpetreert is, men alleen de felve ter executie lal leggen tegens den geenen, die contrarie het voorfz Oétroy, Brouweryen op het platte Landt opgeftelt hebben , en gelegen zijn' onder die van Woerden, en dat men tegens de felve verdagvaert zynde, het Proces met alder diligentie fal vorderen. T? Odem, hebbe ick de voornoemde Gedeputeerden mede verklaerdt, dat ick door aengeven van Huygh vanden Eynden, aen den Praefident Schoorl verfocht hebbe dat het Placaet, beroerende den uytvoer van het Koorn, het welcke tot Paeffchen toe laetftleden geaccordeert was, gecontinueert foude moghen werden, tot anders by de Keyzerlijcke Majefteyt daer inne geditponeert foude zijn, ende dat ten eynde niemandt te onrecht ach*  C 489 ). achterhaeldt en werde; ende dat hy my eyndelijck daer op tot antwoorde gegeven heeft, (hoewel hy eerft daer inne fwarigheydt maeckte, forgende voor dierte van 't Koorn, overmits het quaet en zuyr weer) dat hy het felve by Memorie gefteldt hadde, omme daer van te fpreecken ende te communiceren met den Raede van State, ende dat hy van de Refolutie 'by henlieden genomen, my foude doen adverteren , dat ick evenwel van Mr. Jacob vanden Eynde, die te Binfch was en bleef, begeert hebbe, dat hy het felve den Praefident fomtijdts foude vermanen, die my belooft hadde fulcks te doen. Eodem, by den Penfionaris van Haerlem, de voornoemde Staten voorgehouden zijnde, dat de Stapelaers van Calais, de Poorteren van Haerlem ende Leyden, hen generende met de Drapperye, voortaen niet en wilden leveren Wolle voor fulcken prijs, als by den Entrecours ghemaeckt tuffchen de Keyzerlijcke Majefteyt, ende de Koninginne van Engelandt geaccordeert was, feggende dat fulcks doende, fy daer aen fouden moeten verliefen, immers dat fy boven den voorfz gefetten prijs, aireede fonder fy Wolle gekregen hebben, de voornoemde Stapelaers fekere fchenckagic had-' den moeten doen, verfoeckende dat aen de Koninginne Staetsgewyfe verfocht foude werden , hier in geremedieert te werden; foo hebben de Gedeputeerden van Dordrecht, Haerlem , Delft ende Leyden, confidererende dat de Drapperye eensdeels is het welvaren van den Lande van Hollandt, gerefolveert dat het Hh 5 voorfz K4&. Den 16. Mey. Klachten over de Stapeliers van de Wolle tot Calais.  154». Den iö. Mey... Proces van de Congé. Staet omme te' komen tot den Ommeflagh. * BI. 23. Befchryvinge van «Ie Staten. * T?Odcm , volgende dc Refolutie acn den , Heere van Affendelf, - verfocht hebbende, dat hy ten fine voorfz de Edelen foude doen befchryven , te weien in de Herberge dui drie en twintighften defer Maendt, en heeft daer toe niet willen verftaen, leggende, dat hy van der faecke van de voorfchreve exceptie niet cn wilde weten; maer is te vreeden C 490 ) voorfz vervolgh by den geenen die boven reyfen. fullen, Staets-gevvyfe gedaen fal werden; maer die van Amfterdam ende der Gouda, namen hier van rapport tot de naefte Daghvaert. '1Si>b smrrro f obbr,d ai-Vfir". ohc 10'iA rd av Eodem, by de Gedeputeerden van Amfterdam, de voornoemde Staten verklaerc zynde dat het Proces, hangende tulfchen den Procureur Generael, ende dc Staten, van Hollandt voor den Grooten Raede, roerende de mate-' rie van Congc, was in ftate van wyfe, ende dat daeromme yemandt gecommitteert foude werden om expeditie van dien.tc vervolgen; foo hebben de voorfchreve Staten eendrachtelijck den Advocaet gecommitteert, dat hy nu boven rcyfende , expeditie van het felve Proces foude vervolgen. Eodem, by de;n Advocaet de voornoemde Staten vertoont zynde feeekeren ftaet, omme te komen tot eenen nieuwen Ommeflagh , hebben elck Copie daer van begeert, om daer op te refolveren tot de naefte Daghvaert , welcke Copie by den Advocaet henlieden doen leveren is.  ( 49i ) den geweeft henlieden te doen befchryven ten voorfz dage, omme te verftaen tot een nieuwen Ommeflagh , fulcks hy oock gedaen heeft. " • Eodem naer de noene, heeft den Advocaet met den Heere van Affendelf, Jacob de Jonge , Mrs. Cornelis Aertfz , ende Jacob de Milde gehoort de derde , en. laetfte Reeckeninge van Heyman van de Ketel, als Ontfanger van des gemeene Landts Ommeflagh. Den 18 'Mey 1548. pjEcft Mr. Jacob vanden Eynden , van Binfch gekomen zynde, mv gefeydt, dat hy gefolliciteert hebbende , achtervolgende myne begeerte , acn den Praefident Schoorl continuatie van het voorfchreve Placaet, roerende den uytvoer van het Koorn, den voornoemden Prcefident hem tot antwoorde gegeven hadde, dat hy hier van gecommuniceert hebbende met de Majefteyt van dc Koninginne , ende den Raede van State, hare Majefteyt de voorfz continuatie niet en heeft willen accorderen , door dien dat fy verdachtendc waren voor dierte van 't Koorn , overmits het felve aireede in Brabandt en Henegouwen wat gerefen was, maer dat men met de felve continuatie foude moeten vertoeven, tot in den Herfft , ende dat het Koorn van den Velde is. Da?h- *54«2 Den 16, ende 18. ■ Mey. Hooringe van Coebels Reeckeninge. Continuatie van het Placaet van :len üytvotr van 't Koorn.  ( 49* ) Daghvaert gehouden in den Hage, op Den 24 Mey 1548. PRESENTEN. T54*. Den 24. Mey. Difpofitie of materie van den Ommeflagh uyt te itelien. * Eodem Uyt de Edelen. ^Den Heere van Poel- ende Jan van Noortwijck. Ende van de Steden. Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Jan Sasbout, Burgemeefter , ende Mr. Cornelis Aertfz. Van Delft. Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Claes Doedefz , Burgemeefter , Van Amfterdam. Jan Dirckfz Thoen , T I "HEn felven dage is de difpofitie, ofte ma§ terie van den Ommeflagh uytgeftelt tot de naefte Daghvaert , overmits de Edelen maer twee in getale en waren, ende mits dien niet en wilden opincren. Burgermeefter, ende Jan Claefz Dief. Van der Gouda. Omme tc verftaen tot een nieuwen Ommeflagh , ende omme eyndelijck te refolveren wat van wegen de Staten behoorde gedaen te werden , in gevalle naer de exhibitie van de Copie van de Privilegiën van exemptie van Thollen by den Procureur Generael jegens yemandt gecontendeert werde tot interpretatie van de felve hare Privilegie.  ( 493 ) * T^P^ern ^s ï nopende het tweede poin&, roerende de interpretatie van de Privilegiën voorfz , by de voornoemde Edelen, omme de redenen voorfz, ende dat fy oock op het felve poinét niet befchreven en waren, geen Refolutie genomen, ofte opinie gefeydt; maer de Gedeputeerden van de fes groote Steden , hebben geperfifteert by hare Refolutie in defen genomen den feftienden der felver Maendt, mit„ dat die van Leyden noch daer by feyden, dat de adjun&ie van de Staten mjst den geencn, die by den Procureur Generael gedaghvaert fouden werden, boven de redenen in de voorfchreve laetfte Daghvaert geallegeert, mede behoorde te geleideden , uyt faecke dat de Staten gelijeke materie altoos voorgeftaen ende gedefendeert hebben; ende is den Advocaet voorts belaft , tegens den dagh dienende, hem te vinden te Hove, om in gevalle by den Procureur tot interpretatie gecontendeert werde de voorfz adjuncfie te doen. Eodem, hebbe ick de voornoemde Staten verklaert, door rapport van Mr. Jacob van den Eynden , die van Binfch gekomen was, dat den Prauldent Schoorl gefeydt hadde, dat de Majefteyt van de Koninginne de continuatie van het voorfz Placaet, beroerende den uytvoer van het Koorn, niet en hadde willen accorderen, door dien dat hare Majefteyt verdachtende was voor duyrte , mits dat het Koorn aireede in Brabandt ende Henegouwen wat gereten was, ende dat men met de felve continuatie foude moeten vertoeven tot in den 154». Den 24, Mey. *B1. 24. Het tweede poinct * rakende da interpretatie van het Privilegie, Rapport op de continuatievan den uytvoer van het Koorn.  Don 24. Mey. Raeckende de Stapeliers van Calais, mitfgaders de Drappeniers. Requefte van die van Hoogeveen. ( 494 ) den Herfft, ende dat het Koörn van den Velde wefen foude; ende dat, ten eynde elck in den fyncn de Koopluyden, daer van mochte adverteren , waer toe de voorfz Gedeputeerden niet feer genegen waren , mits hen dachte genoegh tenderen foude tot achterdeel en vernieiinge van de Negotie' van de Granen. Eodem, by den Advocaet van die van Amfterdam ende der Gouda , die in de faecke , roerende de Stapelaers van Calais , ende de Drapcnierders van Haerlem, ende der Gouda, op de laetfte Daghvaert rapport genomen hadden, hare Refolutie vereyfcht zijnde; verklaerden beyde , dat fy hen maeckten conform met de Refolutie, by de Gedeputeerden van de andere vier Steden, den feftienden Mey genomen ; maer, want die van Haerlem en Leyden verklaerden onderlinge gefloten te zijn feecker Accord , met de Stapeliers te maecken , ende acn de Majefteyt van de Koninginne te willen folliciteren, omme daer te mogen komen; foo is eyndelijck de voorfz Refolutie van den fefthienden Mey genoegh gerenuncieert ende te buyten gegaen; te weten, dat'er geen vervolgh aen de Koninginne ter contemplatie van die van Haerlem en Leyden gedaen en foude werden. Eodem is de faecke, roerende de Requefte van die van Hoogevecn, daer by fy verfochten in de Contributie van den Ommeflagh te mogen volftaen met het vierdepart van hare gewoonlijcke contributien, overmits de Edelen  ( 495 ) Ien maer twee in getale en waren , uytgeftelt tot de naefte Daghvaert. Van gelijcken oock de faecke Van dc Requefte van Jan van Riel, Boode, daer by hy verfocht van de Staten te hebben eenen nieuwen Rock; hoewel die van Leyden duncken, dat by de Reeckeninge die Coebel noch te doen hadde wat over foude fchieten, daer van men tot eenen nieuwen Rock wat foude mogen toevoegen. * T?Odem , naer dat de Edelen vertrocker waren, foo hebben de voornoemde Gedeputeerden van de fes groote Steden onderlinge geaccordecrt ende gerefolveert, dat een yegelijcke Stede van Hollandt tot fijnen kosten, met haer nemende de fes groote Steden , als Gevocghdcn, gelijcke provifie fullen mogen impetrcren tegens den geenen , die naer datum van den Oétroye van den Jare vijftien hondert een cn dertigh op het platte Landt, leggende refpeétivelijck onder haren bedryve, eenige Brouweryen ofte andere Neeringen opgeftelt hebben , als die van Woerden als nu, ende de fes groote Steden met hen gevoeght, geimpetreert hebben, ende van my begeert het felve in 't Regifter te ftellen, ende een No tule daer van te maecken. Eodem hebben de felve Gedeputeerden gerefolveert, dat een yegclijck in den fijnèn fal onderfoeken, wat Privilegiën onder haer rustende zijn , het gemeene Landt toucherende ende betreffende, ende de felve by Memorie ftel- ~ *54». Den 24. Mey. Requefte van Jan van Riel, om een nieuwe Rock. Brouweryen op hec platte Land geftelt. Wat Piivï. legien van 't Land een yegelijck Steden onder hem leeft.  Den 24, 2; ende 20. Mey. Ordonnantie op die geene, die vervolght hebben de exceptie van renvqy. Ordonnantie op Hans Kuyper. Reyfe naei het Hof tot Bruffel. ( 496* > ftellen , ende de Staten overbrengen op de naefte Vergaderinge, omme het felve wetende , te refolveren tot wat plaetfe men d'originele Privilegiën , in een Kifte befloten , fal doen bewaren, en wie al de Sleutels van de felve Kifte hebben fal. Eodem, is by alle de voornoemde Gedeputeerden , foo wel de Edelen als de andere, my belaft Ordonnantie te maecken voor die gene, die by de Staten gecommitteert zijn geweeft tot twee Reyfen, omme te vervolgen de materie van de voorfz exceptie van renvoy tegens den Procureur Generael van foo veel dagen als fy gevaceert hebben, en my by verklaringe overleveren fullen. Den 27 Mey 1548. "t-TEbbe ick Coebel gelevert Ordonnantie by de Gedeputeerden van de fes groote Steden, geaccordeert den achtften Januarii vijftien hondert fes en veertigh , Stilo Curia? , omme te betalen Hans Kuyper, ende de Burgemeefters van Vlaerdingen , alfulcke koften ftaer inne de fes groote Steden van Hollandt, tegens henlieden by den Grooten Raede gecondemneert zijn. Den 29 Mey 1548. r^Ereyft naer Bruffel, omme, als hebbende van diverfche Steden ende Vlecken van Hollandt Procuratie van harent wegen, onder den Secreten Raede over te leveren Copie van  C 497 ) van hare Privilegiën van exemptie van Thollen ; ende voorts omme te aenhooren den eyfch die den Procureur Generael tegens henlieden foude willen doen, en die by gefchrifte over te nemen, en dagh van beraet. Den 23 Junii 1548. gOo heeft den Procureur Generael, naer langh vervolgh eyfch gedaen tegens de voornoemde Steden, blyckende by de Aften diefy daer van hebben, ende eenige van de Copien van dien onder my wefende; ende is den felven, om tegens de voorfz eyffchen te konnen feggen tijdt gegunt van fes weecken. * Den 30 Junii 1548. TE huys §ekomen zijnde j hebbe ick den Heere van Affendelf van alles rapport gedaen, ende begeert dat hy de Staten foude willen befchryven, omme, noDende defe faecke, te communiceren, of fy ben met dc voorfz Steden fouden willen voegen, byfonder in de materie van de Anckeragie die in Schotlandt niet bekent en is, ofte ten minften dat hy de felve foude doen befchryven, omme te komen tot eenen nieuwen Ommeflag ; waer op hy feyde , noch direftelijck noch indireftelijck, Daghvaert te willen befchryven, alfoo 'hem het felve t'anderen tyden feer qualijcken afgenomen was. II. Deel. li Den 1548. Den 29. Mey. 23, ende 30. Junii. Eyfch van den Procureur Generael , rakende de Privilegiën van de Steden. *B1. 26. Rappors zanden Advocaec )en den rieere van MTendelf.  Den 3, ende 16. Julii. Vervolgh tot vorderinge van de Haringvaert. Befcheyt nopende de Haringvaert. ( 498 ) Den derden Julii 1548. T-JEcft den Heere van Affendelf my belaft weder naer het Hof te reyfen, omme met de Gedeputeerden van Delft, Rotterdam ende Schiedam aldaer wefende, aen de Koninginne te vervolgen eenige bequame middelen, dienende tot vorderinge van de Haringhvaert , ende omme te vervolgen expeditie op de Miffive van den Raedt aen de Koninginne gefonden , welcke reyfe ick den vierden der felver Maendt aenghenomen hebbe. Den 16 Julii 1540". COo hebben wy na lange follicitatic verkregen Brieven van dc Majefteyt van de Koninginne , aen den Raede voornoemt, daer inne henlieden overgefonden werdt Copie van feecker Proces-verbael, gehouden den twaelfden der felver Maendt, tuffchen den Heere van Beveren , ende de voornoemde Gedeputeerden, inhoudende drie middelen; als eerft, dat de drie Buyfen een ten Haringh uytreeden fouden tot kotten van de ghemeene Reeders, in de drie Buyfen , ofte dat de twintigh of dertigh Buyfen een Buyfe ten Oorloge uytrusten fouden, die haer houden fouden by de andere Buyfen, omme henlieden tc befchermen, overvallen werdende by eenige Piraten, ofte dat fy by eenigen Impoft toe fouden maecken eenige Schepen van Oorloge, die hen by de voorfz Buyfen houden fouden, ofte dat fylieden adviferen fouden eenigh ander middel, dienende tot vorderinge van de Viffcherye; ende  ( 499 ) ende henlieden voorts belaft werdt de'Steden, hen generende met de Viffcherye, te befchryven , omme ten fine voornoemt Refolutie te nemen ende de felve genomen hebbende , hen te vinden den fes en twintighften derfelver Maent ter Vecre by den Heere van Beveren, alwaer die van Vlaenderen en Zeelandt, ten fine voornoemt, mede fouden Compareren. Den i$ Julii 1548. HPE huys gekomen zynde , hebbe ick den Heere van Affendelf de voorfchreve Miffive gelevert , ende hem van 't gene wes voorfz, is, in het lange rapport gedaen, hem voorts verklarende, dat mijn Heere van Beveren my belaft hadde hem te feggen, dat hy tot vorderinge van de Haringhvaert, mede foude doen befchryven de gemeene Staten, al het welcke hy geaccordeert heeft , en heeft alle de felve doen befchryven, te wefen alhier in den Hage in de Herbcrge, den vier en twintighften der felver Maendt. Den 24 Julii 1548. JYJr. Jacob de Milde gelevert een Ordonnantie van fijne Vacatiën, met andere Gedeputeerden gedaen, in het vervolgen van de exceptie van renvoy, tegens den eyfch van den Procureur Generael voor den "Secreten Raede gedaen, om te hebben Copie authentijcq van de Privilegiën van exemptie van Thollen, als eerft van den 19 Februarii, enli z de 154S. Den 16,18 ende 34. Julii. R.ipport van den Advocaet» Ordonnantie voor Mr. Jacob de Milde van fijne Vacatiën.  Den 24. Julii. ♦BI. 17. Ordonnantie op Mr. Adriaen de Jonge. Dagh- ( 500 ) de vïin (Jen 22 Maert laetftleden, by de Staten gepaffeert den 24 Mey oock laetftleden. * TT Odem , ghelijcke Ordonnantie gelevert •E' Mr. Adriaen de Jonge.  C 501 ) Daghvaert gehouden in den Hage, op Den 25 Julii 1548. PRiESENTEN. 1548. Den 25. Julii. Uyt de Edelen. De Heeren van Poelgeeft.Van Matheneffe. Otto van Egmendt, ende Van Hardincxvelt. Ende van de Steden. Pieter van Beveren. Pieter Jacobfz, ende Mr. Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Jooft van Hillegondt, Burgemeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz. Van Haerlem. Cornelis Aelbrechtfz , Burgemeefter. Mrs. Huygh, ende Jacob vanden Eynde. Van Delft. Gerrit Beuckelfz, ende Jonge Dirck Janfz, Burgemeefter, mitfgaders li Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Claes Doedefz, Burgemeefter , ende Mr. Floris van Hoogaerden. Van Amfterdam. Jan IVillemfz Muyl, Burgemeefter, ende Witte vander Hoeven. Vander Gouda. Anthonis Jacobfz, Burgemeefter.Hendfick Laurifz. Jacob Gerritfz Foy, ende Dirck Pel. Van Rotterdam. Anthonis Willemfz, Burgemeefter.Cornelis Mathijfz. Cornelis Willemfz, ende Dammas Gielandt. Van Schiedam. Cornelis Eeuwoutfz, ende 3 Pic-  154*Den 25. Julii. C 502 ) Pieter. Pouwelfz. Van den Brielle. Evert Frcurickfz. Van Enckhuyfen. Anthonis Aertfz, ende Gelain Thymans. Van Vlaerdingen. Wouter Janfz, ende Simon Meynartfz, Se crctaris. Van Grootebroeck. Cornelis Claefz. Dirck Gerritfz, ende Jan Taemfz. Van Worms. Meeus Jacobfz. Roeiende de drie middelen by de Kon. overgefonden , raeckende de VilTche rye, &o *B1.28. Van Goederecde. Dingman Hendrickfz. Van Bommcnede. Cornelis Thijfz. ; Van Hem en Veenhuyfen. Omme te accepteren een van de drie middelen, by de Koninginne die van den Raede overghefonden , ofte te adviferen een ander bequaem middel, dienende tot vorderinge en defenfie van de Haringhbuyfen , tegens de invafie van de Schotten en Piraten. TEn felven dage by den Heere van Affcndelf, de Gedeputeerden van de Staten voorgehouden zijnde de voorfz drie middelen , by de Koninginne overgefonden hebben fylieden , naer communicatie eendrachtelijck gerefolveert, dat fy by het eerfte middel, te weten, dat in de plaetfe van dc drie Buyfen, die in tyde van Pays in Zee gefonden fouden werden, men nu maer een fenden en foude, toegemacckt tot koften van de gemeene Recders, in de drie Buyfen * niet en fouden gedefendeert wefen tegens de invafie van de Schotten ende Piraten, alfoo de Buyfen hen begevende tot viffchen, niet bequaem cn zijn tot eenige defenfie overmits de Bootsgefellcn mat  ( 503 ) mat ende moe zijn ; gelijck fy oock cn fouden by het tweede middel van dc twintigh ofte dertigh Buyfen, een ten Oorloge toeruftende, die continuclijck by de andere Buyfen fouden blyven, overmits de tegenwoordige groote macht van de Schotten, hebbende daer en boven tot haren hulpe groote mecnichte van Schepen cn Gajeyen van Vranckrijck, temeer, alfoo de Buyfen viflehende wijdt ende zijdt van den anderen moeten leggen, dewelcke met wcynigh Buyfen toegeruft ten Oorloge niet dcfenfabel zijn; ende aengaende het derde middel, als by Impoft van het Laft-gelt .als anders, toe "te ruften eenige Schepen van Oorloge, dat het felve hen oock niet geraden en is, alfoo fy by experientic in voorlede Jaren bevonden hebhen, wcynigh by de felve Schepen, die meeft hen in de Havenen onthielden, ende de felfde by de Buyfen waren gedefendcert geweeft te zijn; hier by gevoeght, dat de gemeene Viffchers in het voorleden Jaer fulcks ten achteren gevaren zijn, dat hen niet mogelijck en is te vervallen de koften, nootelijck tot de volle toeruftinge van de Schepen van Oorloge, dat, in gevalle de Keyzerlijcke Majefteyt, als Prince van defen Lande, een feecker getal van Schepen van Oorloghc wilde doen toeruften, daer by dc Haringhbuyfen fccckerlijckcn en tegens de invafie van de Vyanden ende Piraten befchermt fouden mogen wefen, fouden de voornoemde Gedeputeerden van dc Steden , hen generende met de Viffcherye, te vreden wefen tot furniffement van een parthye van de koften van dien op te brengen een gratieufelijcke, en verdragelijcIi 4 ken 1548. Den 25. Julii.  1548. Den 25. Julii, Gecommitteerden om ter Veere te reyfen. Requefte van mijn Heere van Molenbaix. C 504 ) ken Impoft van 't Laft-gelt, mits dat het Landt van Hollandt henlieden daer inne mede wat te bate wilde komen ; ende hebben fulcks eenighe gedeputeert, die hen vinden fullen ter Veere by den Stadthouder die van Vlaenderen ende Zeelandt, omme het geene wes voorfz is henluyden tc remonftreren; ende wederomme van henlieden te verftaen, wat andere middelen fylieden fullen willen adviferen, dienende ten fine voornoemt, omme de felve met alder diligentie aen den Raede van Hollandt, en in den haren over te fchryven ; hebben voorts de voornoemde Gedeputeerden verfocht , in gevalle by den Raede op de middelen , die ter Veere geadvifeert fullen werden, eenige Daghvaert befchreven werdt, de felve in de Brieven geinfereert te hebben, ten eynde een yegelijck ten vollen geinftrueert magh komen, om abfoliite Refolutie te nemen, Ende omme ter Veere te reyfen, zijn gecommitteert een van Delft, van Rotterdam, Schiedam ende Enckhuyfen. Eodem, is op de Requefte van den Heere van Molenbaix, daer by verfocht werde van de Staten de fomme van vijf hondert ponden Vlaems, om daer mede eensdeels te helpen betalen de koften, gevallen in het maecken van feecker Hooft in Oolkens-plate, mits dat de Schepen van Hollandt, zeylende naer Brabandt, Vlaenderen ofte Zeelandt, in tyden van Storm en Onweer daer onder, ende aen grootélijcks befchermt zijn, by de voornoemde Gedeputeerden, alfoo het een fake van impor- tan-  ( SOS ) tantie is, elck in den haren genomen rapport, omme op de naefte Daghvaert haer antwoöri inne te brengen. Defen naer de noene zijn alle de voorfz pnefent geweeft, behalven Air. Jacob vanden Eynden. * J£Odem naer de noene, heeft den Advocaet mijn Heeren van den Raede rapport gedaen van het geene wes voorfz is, den welcken de voorfz Refolutie, roerende de Haringhvaert , niet aengemaem en was, midts dat de Majefteyt van de Koninginne, de felve genoegh afgeflagen hadde , als niet docnlijck ende practicabel wefende , niet te min verftaende , dat de Gedeputeerden anders geen laft en hadden, hebben gefeydt, dat fy daer van den Heere van Beveren fouden adverteren, dat evenwel de voorfz Gecommitteerden hen mede fouden vinden ter Veere. Eodem zijn gecommitteert, omme tc vervolgen de expeditie van het Proces van de materie van Congé hangende in Staten van wyfen voor den Grooten Raede, de Penfionarisfen van Dordrecht ende Leyden, daer by die van Amfterdam te vreden waren, een tor. haren kofte te fchicken, ende dat, overmits den Advocaet genoegh ge-empecheert fal wefen in 't vervolgen van de faecke van exemptie van Thollen cn Anckeragie. Eodem, zijn gecommitteert omme te hooren de toekomende Reeckeninge van den Omli 5 me- 1543. Den 25. Julii. * BI. 29. Rapport den I ïove gedaen var de Haring vaert. Van de Congé. Hooringe van Coebels Reeckeninge,  Den 25. Julii. Van de faecke van de exemptie van Thollen en Anckera- ( 506 ). mcfiagh met de Heeren van Affendelf, ende van Bacrtwijck, de Penfionarilfen van Dordrecht en Haerlem, en dat in de plaetfe van de Gedeputeerden van Delft ende Leyden, die feeckere Jaren de felve Reeckeninge hebben helpen hooren. Eodem, naer dat by den Advocaet de voornoemde Staten voorgehouden is den eyfch by den Procureur Generael genomen tegens diverfche Steden ende Vlecken van Hollandt, roerende de faecke van exemptie van Thollen ende Anckeragie, ende voorts aen hem verfocht wat van wegen de Staten hier inne behoorde ghedaen te werden; foo is by henlieden eendrachtelijck gerefolveert, dat, aengemerekt niemandt van den geenen die gedaghvaert zijn, Privilegiën hebben van exemptie van Anckeragie, maer alleen immemoriale poffeffie hebben van exemptie van dien; ende dat by den Procureur Generael, roerende het Recht van Anckeragie, generale conclufie genomen werdt tegens een yegelijck, dat de felve faecke Stacts-gewyfcgcdcfcndeertfal werden, te meer, alfoo de Staten Privilegie hebben, dat men geen Thollen ofte Ongelden op de Onderfaten van Hollandt en lal mogen ftellen, dan by confent van de felven Staten , ende dat men oock fulcke en gelijcke faken altoos gewoonlijck is geweeft Staets-gewyfe te vervolgen; maer aengaende de faecke van exemptie van Thollen, mits dat daer van een yegelijck Privilegie apart heeft, de welcke divers zijn, niet gemeens hebbende met den anderen; is gerefolveert, dat de Staten hen alle hulp  • C 507 ) hulp ende affiftentie fullen doen hen mogelijck wefende. Eodem, is op de Requefte van de Pontgaerders van Delft, de welcke in gyfelinge gegaen waren in den Hage op de Voor-poorte , overmits fy Philips van Uytwijck, als Commiffaris niet en hadden willen doen exhibitie van hare Rcgifteren, moefte daer van Extraft leveren, inhoudende verklaringe wat Granen fy zedert den Maent van Oftober vijfthien hondert vyf en veertigh ontfangen hadden; ende dat, ten eynde haerheden exhibitie .niet en foude wefen pray'udiciabcl feecker verfoeck, het welcke de voornoemde Staten als doen acn de Majefteyt van de Koninginne deden , omme tegens de voorfz rigoureufe exemptie van Uytwijck geremedieerd tc werden; verfoeckende mits dien van de Staten rembourfement van de koften by henlieden in gyfelinge gehadt ende geleden: By de Edelen gefeydt, dat fy in defe faecke niet en wiften te opincren, als daer van noyt te vooren * gehoort hebbende; ende by dc Gedeputeerden van de fes groote Steden , uytgefondert die van Delft, die by dc middelen van haer Requefte hen lieten duncken , dat het felve rembourfement van 's Lands wegen behoorde te gefchicden, rapport genomen tot op de naefte Daghvaert. J? Odem, is op het verfoeck van die van der Gouda, de welcke in den Ommeflagh van .veertigh duyfent guldens, wefende het geene wes het Landt aen den Impoft ende Margengelt 154S. Don 25. Julii. Requefte van de Pontgaerdeis van Delf:. * BI. 30. Ordonnan:ie voor .iie van der Gouda.  Den 25, 26 ende 30. Julii. Ordonnantie op lloogae den, van fijne Vacatiën. Ordonnantie voorjan van Riel. Ordonnantie voor C 508 ) geit ten achteren quam, te hoogh gefommeert waren, ende meer dan hare Brieven van gratie vermelden, opgebracht hadden, begeerende reftitutie van dien; den Advocaet belaft Ordonnantie te maecken op den Ontfanger Coebel, omme het geene wes hy meer dan naer vermogen van hare Brieven van gratie ontfangen hadde , te reftitueren, ende dat het felve brengende in uytgeef op fijne naefte reeckeninge hem aldaer gepaffeert fal werden. Den 26 Julii 1548. T-IEbbe ick gelevert Hoogaerden Ordonnantie van fijne Vacatiën, den twee en twintighften Maert laetftleden gedaen, in het vervolgen van de faecke van renvoy, op den eyfch van den Procureur Generael, roerende de exemptie van Tollen, by de Staten den 24 Mey laeltleden gepaffeert. Eodem Jan mynen Boode, op fekere Ordonnantie van fijne reyfe, door mijn onthiet gedaen aen diverfche Steden ende Dorpen, in de welcke by henlieden gelevert elcks Aéte van den eyfch van den Procureur Generael, roerende de exemptie van de Thollen en Anckeragie , by advis toegevoegt acht cn dertigh darren , of foo veel als men andere, doende gelijcke Reyfen, gewoon is toe te leggen. Den 30 Julii 1548. T-TEbbe ick gelevert Mr. Jacob van den Eynde Ordonnantie van fijne Vacatiën, den ne-  ( 509 ) negentienden Februarii laetftleden gedaen, in het vervolgen van de faecke van renvoy, op den eyfch van den Procureur Generael, roerende de exemptie van de Tollen, by de Staten den vier en twintighften Mey oock laetftleden gepaffeert; noch een Ordonnantie van fijne Vacatiën ende Reyfen, in Brabandt ende Vlaenderen, in het begin van November oock laetftleden gedaen, omme te beramen wat provifie by de Staten aldaer verkregen was voor den geenen, die gecontravenieert hadden de Placaten, difponerende op het uytvoeren van de Granen, gepaffeert den vierden derfelver Maendt. Den 31 Julii 1548. "llJEbbe ick gelevert Coebel de voorfchreve Ordonnantie , by de Staten den vijf en twintighften der felver Maendt gepalfeert, daer by hem belaft werdt, die van der Gouda ongemoeyt te laten, daer vooren fy by hem hooger gefommeert zijn, dan na vermogen harer gratie; ende dat, mits overbrengende de voorfz fomme in fijne naefte Reeckeninge de felve hem aldaer gepaffeert fal werden. * Den eerften Augufti 1548. TJEbbe ick gemaeckt de antwoorde voor de **■ Staten van Hollandt , als intervenierende, ende Proces aennemende voor de Steden en Vlecken van Hollandt, Gedaeghde, contra den Procureur Generael, roerende het recht yan Anckeragie, feeckere antwoorde. Eo- 1548. Den 30 eti 31.Julii. ende 1. Augufti. Mr. Jacob vanden Eynde. Ordonnantie by die van der Gouda Coebel gelevert. *BI.3i. Proces, roerende le exemp:ie van de Anckeragie.  1545- Den i en JCJ Augufti. Reyfe van den Advocaet naer Bruffel. Ses weecken ajtgekregen in de faecke van de exemptie van deAnckeragie. C Sio J TT Odem, ben ick gereyft naer Bruffel, om» me de voorfz faecke, ende die faecke van de voorfz Steden en Vlecken , gedaghvaert zijnde, tc bewaren, en hare antwoorde inne te brengen. A Lfoo ick meeft van alle de Steden laft hadde, om noch een bequaem delay te krygen , omme defe onfe antwoorde inne te brengen ; foo hebbe ick den fefden Augufti daer toe gekregen den tijdt van drie weecken. • Daghvaert, gehouden in den Hage op Den 7 Augufti 1548. Door onthiet ende fchryven van den Heere van Beveren, ten eynde het Landt ende de Steden , hen generende met de Vilfcherye in Hollandt, fouden willen toeruften fes Schepen van Oor- Vijf Schepen van Oorloge toe te rusten. loge , dienende tot defenfie van de Haringbuyfen, alfoo die van Vlaenderen te vreeden waren toe te ruften vier Schepen van Oorloge , ende die van Zeelandt drie Schepen. T^En felven dage hebben de Schepen, hen generende met de Viffcherye, ten voorfz fine geaccordeert vijf Schepen van Oorloge toe te ruften, mits dat 't Landt hen daer toe geaccordeert heeft fes duyfent guldens , te vinden de felve penningen na dat fy fouden adviferen , en naer de vangft goet foude wefen. Ten  (5n) . 'pEn felven dage , naer Milde my gefeydt : heeft, foo hebben de Gedeputeerden van ■ de fes groote Steden gerefolveert, dat ick alle ] dc Mandamenten difponerende tegens den gee- 1 nen, die op 't platte Landt Brouwer yen ftellen, contrarie feecker Octroy dc Staten van Hollandt gegundt, geimpetreert op den naem van eenige kleyne Steden, ende de fes groote Steden met hen ghevoeght, betalen foude, ende dat fy my het felve in de Reeckeninge van des gemeene Landts Ommeflagen fouden doen pafferen, ofte daer van mijn felven rembourferen, achtervolgende welcken ick oock eenigh van de voorfz Mandamenten betaelt hebbe. Den 24 Augufti 1548. /^VEreyft zijnde naer Antwerpen, omme de ^ faecke van de Steden ende Vlecken van Hollandt, ende de Staten met hen gevoeght, te bewaren, ende hare antwoorde inne te brengen, ofte noch een vorder dilay te krygen; foo hebbe ick op den feven en twintighften der felver Maendt, midts dat ick fuftineerde dat de voorfz Steden niet peremptoirlijck cn koften antwoorden, fonder te hebben Copie van de Inftruélie, en reftrinctie daer den Procureur Generael in fynen eyfch hem op fondeerde, verfoeckende daer van Copie, noch dagh gekregen tot Bamiffe nacftkomende , midts dat den Procureur verklaerde op geen andere Inftruftien * ofte reftrinótien tc fondcren, dan die gcpubliceert,'ende by de Koopluyden dagelijcks werden geobferveert, daer van ick oock Acte verkregen hebbe. Den 154*. Jen 7 erj :+. Aug. 5rouweyen op het >!atte VallJt. (fan de ;x eruptie ,'an Thol ;nde Ano ieragie. * BI. 3a.  1548- Den 30. Augulti. ende 4 en 26. September. ende 1. October. Overleveringe van het Privilegie van die van Medenblick. Rapport van den Advocaet. (512) Den 30 Augufti 1548. /"Wergelevert hebbende de Privilegiën van die van Mcdenblick , ende die nen tot Medenblick refereren ; foo heeft den voornoemden Procureur Generael tegens henlieden eyfch gedaen, omme op welcken eyfch te antwoorden, ick mede dagh gekregen hebbe tot Bamiffe naeftkomende. Den 4 September 1548. T}Eu Heere van Affendelft ende ick t'huys gekomen zynde, hebbe hem van 't gene wes voorfz is, ende van mijn wedervaren rapport gedacn. Den 26 September 1548. Beroerende de exemptie van de Thollen en Anckeragie. Exemptie van Thollen. ÏJEn ick naer Bruffel gereyft, omme in de faecke van exemptie van Tollen cn Anckeragie, van wegen de Steden, Gedaeghden, contra den Procureur Generael over te leveren haer antwoorde, ende alfoo binnen middelertijdt de Staten te Hove befchreven werden , omme de Keyzerlijcke Majefteyt de reverentie te doen, de felve mede gedacn. Den eerften October 1548. T-TEbbe ick gedient van antwoorde voor alle de Steden ende Vlecken daer ick Procuratie af hadde, ende naer den Procureur dagh genomen hadde van twee dagen, omme de felve antwoorde te Hen, foo heeft hy op den vier-  ( 513 ) vierden Oftober geperfifteert voor Repiijcque by feeckere middelen; ende zijn mits dien partyen geappoinfteert te fchryven by memorien, ende daer van te dienen den vijfden November naeftkomende. * In het doen van de reverentie aen de ' Keyzerlijcke Majefteyt. P R /E S E N T E N. 1548. Den 1 en 10. Oct.ob. * Bl.33- Revcremis ie Keyzer» ijeke Ma» efteytge* ï.itr.. Uyt de Edelen. Den Heere van Poelgeeft, ende Van Wijngaerden. Ende van de Steden. Huygh Cocl. Jacob Oom. Pieter Jacobfz, ende Mr. Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Gerrit van Bekefteyn. Claes vander Laen, ende Pieter Uyttenhage. Van Haerlem. Michiel Jacobfz, Burgemeefter, Den 10 October 1548. TTEbbc ick uyt den naem van de Staten de XX Keyzerlijcke Majefteyt de reverentie gedaen ende verwellekomt, volgende de MinuII. Deel. Kk te Mrs. Huygh, ende Jacob vanden Eynde. Van Delft. Jan Franfz. Mr. Jacob de Milde, ende Jacob de Man. Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz. Dirck Hillebrandtfz , Burgemeefter, ende Mr. Flens van Hoogaerden. Van Amfterdam. Witte vander Hoeven. Van der Gouda.  1548. Den 10, ii en 13. October. (514) te by my daer van gemaeckt, onder my wefende, en was het felve de Keyzerlijcke Majefteyt wel aengenaem , die oock fulcks op elck poinót ons dede antwoorden by den Cancelier van de Ordre. Den Koningh van Denemarcken te verfoecken,dat niet en foude toelaten, dat de Schotten onder Noorwegen komen leggen. Den 11 October 1548. J-jEbbe ick den Heere van Eecke van wegen de Staten, ter begeerte van die van Delft ende Amfterdam, feeckere Requefte gegeven, omme by de Keyzerlijcke Majefteyt gegeven te werden provifie, dat den Koningh van Denemareken niet en foude toelaten dat de Schotten , wefende fijne Majefteyts Vyanden, fouden komen leggen onder Noorwegen, en daer befchadigen ende nemen de Koopvaerders van defe Landen , maer dat de felve aldaer foo veyligh fouden mogen Negotiëren, als de Onderfaten van den Koningh van Dcnemarcken doen in defe Landen, volgende dc Traótaten en Receffen daer van gemaeckt: Waer op den Heere van Eecke my voor antwoorde gegeven heeft, dat hy door onthiet van de Majefteyt van de Koninginne, feecker Verbael hadde gemaeckt, het welck hy hare Maj. binnen twee dagen foude leveren, en dat hy hier inne foude doen remedie ftellen, als hy oock gedaen foude hebben , al en hadde ick de voorfz Requefte niet gegeven. Den 13 October 1548. In de materie van Congé, J-TEbben de Staten, als Gedaeghden, contra den Procureur Generael, gewonnen haer Pro-  ( 515 ) Proces, roerende de materie van Congé in den Grooten Raede; en is by Sententie den voornoemden Procureur Generael gecondemneert te gehengen alle Koorn ende Granen, gewaffchen buyten 's Landts, ende gearriveert zynde in Hollondt, weder uyt den felven Lande van Holfant gevoert te werden, fonder te dier caufe te betalen eenigh Recht van Tollen, Impoft, ofte Congc-geldt, anders dan gewoonlijck betaelt, en gelicht is geweeft den veer thienden van December in 't Jaer 1495. Den 16 October 1548. J-JEbbe ick den Heere van Affendelf van het felve , wes voorfz is, rapport gedacn, .die my feyde dat de Staten tegens den 22 der felver Maendt weder boven befchreven waren. Den 20 October 1548. j^En ick met de Staten boven gereyft om- 1 me te hooren, wes van wegen de Key- 1 zerlijcke Majefteyt henlieden geproponcert 1 foude werden. Den 24 October 1548. ^E Bruffel wefende, ende met Hoogaerden, den Cancelier Van dc Ordre verthoont hebbende, hoe dat wy verftaen hadden, dit. die van Over-Yffel vervolght fouden hebben, omme feecker Placaet by henlieden in Junuarii vijftien hondert vijf cn veertigh verkregen tot Utrecht, nopende het vilfchen in de ZuyKk 2 der- 1548. Den 13,16. 20 en 24. Oftober. Sententie triumpha- roir voor de Staten gekregen. Rapport /an den \d vocaet. teyfe naer et Hoftor iruflèl. Nopende de Vilïcherye in de gttydetZee.  1548. Den 24. Üdober. Dagh-1 ( 5i6 ) der-Zee, weder ter executie geleydt te hebben, niet tegcnftaende dat by de Staten van Hollandt, met kenniffe van faecken feecker Oétroy, by maniere van interpretatie daer op verkregen was , begeerende daeromme niet daer inne gedifponeert te werden, fonder die van Schotlandt te hooren; foo heeft den voornoemden Cancelier ons voor antwoorde gegeven , 'dat de voorfchreve faecke geftelt was in handen van de Stadthouders van Hollandt ende Over-Yffel, omme te fien of parthyen fouden by henlieden mogen geaccordeert werden, ende dat wy aldaer in het lange fouden gehoort werden.  (517) Daghvaert ende Vergaderinge te Bruffel by de Staten gehouden, op Den 25 October 1548. PRESENTEN. Uyt de Edelen. De Heeren van Poelgeejt, ende Van Wijngaerden. Ende van de Steden. Jacob Oom. Adriaen vanBlyenburgh, ende Adriaen de Jonge. Van Dordrecht. Michiel Janfz, Burgemeefter.Jan Herpertfz. Mrs. Huygh, ende ' Jacob vanden Eynde. Van Delft. Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Mr. Floris van Hoogaer. den. Van Amfterdam. Dirck Janfz Theen Burgemeefter. Vander Gouda. Omme te hooren de Propofitie generael, ende den fes en twintighften , omme te hooren de Propofitie particulier. fTTEn voorfz dage heeft de Keyzerlijcke MaX jefteyt by den Cancelier de Propofitie generael voor alle de Staten van den Lande gedaen, fulcks ons de felve by gefchrifte gelevert is. * Den 26 Ottober 1548. HEeft bY den voornoemden Cancelier van de Staten van Hollandt doen eyffchen twee hondert en vijftigh duyfent guldens, te Kk 3 be- 1548. Den 25 en 26. Octob. Propofitie door den Cancelier voor alle de Staten gedaen. *B1.35. Petitie van 250200 guldens van de Sta-  Den 16 en 20. Octob. ende 2. Nov. ten van Hollandt te vorderen op termynen. Vefgade' ringe van de Staten in den Hage. Roerende de exemptie van de Thollen en Anckeragie. Rnpport van den Advocaet aen den Heere van Afiendelft. C ) betalen op twee Jaren ende een half,'ende op vijf termynen, daer van de eerfte vijfde termijn vallen foude te Kersmiffe Anno vijftien hondert twee en vijftigh, als de tegenwoordige Beede ordinaris expireert, wefende mits dien contnuatie van de' felve Beede, als breeder blijekt by dc Propofitie particulier ons oock in gefchrifte gelevert. "pOdem, hebben de voornoemde Staten tot Bruffel gerefolveert, in den Hage te wefen in de Herberge den twaelfden November, om des anderen daeghs eyndelijck te refolveren , wat antwoorde op de voorfz Petjtie gegeven foude werden. Den 29 October 1548., T-TEbbe ick uyt den naem van dc Steden van Hollandt, Gedacghdcns, in de faecke roerende dc exemptie van de Thollen ende Anckeragie, gekregen continuatie, omme te dienen van memorien tot den eerften December , ende dat peremptoir. Den 2 November 1548. 'jpE huys gekomen zijnde, hebbe ick den Heere van Affendelft, van het gecne wes voorfchreve is, rapport gedacn, hem feggende dat ien Heere van Beveren , den voorfchreven :waelfden November in den Hage pafte tczijn, mime die ficckc van de Propofitie te helpen vorderen, ende of hem den voorfz prefixen lagh failleerde, by onweer ofte anders, dat men  C 519 ) 1548. Den 2 en men de Staten noch een dagh of twee by den H« Nov. anderen foude houden, 't welck hy my toefeyde fulcks te doen. * Daghvaert gehouden in den Hage, op *bi.3$. Den 14 November 1548. PRiESENTEN. Uyt de Edelen. Den Heere van Poelgeeft.Van Wijngaerden. Van Duvenvoordm. Van Egmondt. Vm Hardincxvelt, ende Van Lockkorfi. Uyt de Steden. Jacob Oom. Adriaen van Blyenburgh, ende Bartholomei. Van Dordrecht. Mr. Gerrit Hendrickfz, ende Lambrecht Jacobfz. Van Haerlem. Jan Sasbout, Burgemeelter, ende Mr. Huygh vanden Eynde. Van Delft. Claes Adriaenfz, Burgemeefter, ende Mr. Jacob de Milde. Kk 4 Ten Van Leyden. Claefz Baftiaenfz, ende Mr. Floris van Hoogaerden. Van Amfterdam. Gijsbrecht Thymanfz , ende Jan Dirckfz Thoen, Burgemeefter. Van der Gouda. Om te refolveren wat antwoorde men de Keyzerlijcke Majefteyt geven fal op de Propofitie , by fijne Majefteyt den fes en twintighften October te vooren gedaen , omme te hebben hondert duyfent guldens 's jaers, voor den tijdt van twee Jaren ende een half, wefende het felve in effeét continuatie van de tegenwoordige ordinaris Beede.  1548- Den 14. Novemb. Petitie van hondert duyfent guldens 's jaers voor den tijdt van twee Jaren ende een half. C 520) TËn felven dage by den Advocaet de Staten rapport gedaen zijnde, foo wel van de generale als particuliere Propofitien; foo hebben de Edelen naer voorgaende communicatie voor Refolutie verklaert, dat, alfoo fylieden omme de verminderinghe van de Negotie ende Neeringe wel redenen hadden, hen eensdeels van de voorfchreve Petitie te excuferen,nochtans aenmerckende de groote forghvuldighcydt, die de Keyzerlijcke Majefteyt gehadt heeft, en noch dagelijcks heeft, omme defe Landen tc houden in Pays, Rufte ende Vreedc, ende de felve te vcrfccckcren, ende dat hy tuffchen het Keyzerrijck gemaeckt heeft feeckere confederatie defenfive, waer door defe Landen gefchapen zijn in vreede tc blyven; hebben fijne Majefteyt Hberalijck geaccordeert, volgende dc Petitie, hondert duyfent Caroli guld. 's jaers, voor den tijdt van twee Jaren ende een half, te betalen op vijf termynen, daer van dc eerfte vijfde termijn verfchynen fal te Kersmiffe Anno vijftien hondert twee en vijftigh, ende foo voorts van termijn tot termijn, geduyrende de voorfchreve twee Jaren ende een half, te betalen op vijf termynen, daer van de eerfte vijfde termijn verfchynen fal, midts dat het felve zy by forme van continuatie, ende dat onder die conditiën, die men in het confenteren van de ordinaris Beede, dat men vryelijck ende veyJighlijck fal mogen zeylen, ende Negotiëren Ooft ende Weft, &c. de Viffcherye exerceren ; dat van gelijcken de Onderfaten van Hollandt fullen mogen koopen ende tranfporteren uyt Vranckrijck, 'in de Landen van herwaerts  ( 521 > waerts over, alle foorten van Wynen, fulcks als fy van ouden tyden gewoonlijck zijn te doen, niet tegenftaende de interdictie , den twaelfdcn Mey Anno vijftien hondert fes en veertigh, van wegen Uwer Majefteyt ter contrarie * gedaen ; dat insgelijcks de Onderfaten van Hollandt ongemolefteert, en exempt mogen blyven van alle nieuwe Impofitien, als Thol-rccht, Anckeragie-gelt ende anders, hoe dat genaemt magh werden, dat daer en boven de Steden van Hollandt ende WeftVrieflandt, volgende hare oude Privilegiën, gewoonten , ende herkomen, fullen mogen blyven gebruyekende elcks in den haren , refpeótivelijck hare Vroedtfchap van veertigh, fes en dertigh, vier cn twintigh, ofte hoe het felve in eenige van de Steden genaemt magh wefen, omme by henlieden gediriecert te werden de faecken, het proffijt, ende welvaert van de Steden betreffende; ende dat de felve alle Jaer op haren ouden gewoonlijckcn dagh ende tijdt fullen mogen kiefen twee en twintigh , feftien , veertien, of anders, als men dat van oudts gewoonlijck is te doen, ende de felve den Stadthouder ende Raede van Hollandt proefenteren, omme daer uyt van wegen de Keyzerlijcke Majefteyt te ordonneren de Wethouders van de'voorfchreve Steden, ten eynde het Landt in goede Politie onderhouden magh werden; dat oock by de Keyzcr foo veel gedaen magh werden, dat den Koningh van Denemarcken afdoe alfulcke nieuwigheydt van naerdere Thollen, als fy in het voorleden Jaer opgeiteldt; ende van de Schepen van de Onderfaten van Hollandt, alKk 5 daer 1548. Den 14. Novemb.  1548. Den 14. Novemb. ( S22 ) daer arriverende, genomen heeft, mitfgaders oock alfulcke Thollen,als hy van eenige Goederen ende Koopmanfchappen, tot,noch toe vry geweeft hebbende, genomen heeft, ende noch dagelijcks pooght te nemen, dat oock hy van gelijcke gehenge en gedooge, dat de Onderfaten van defe Landen, in Noorwegen fullen mogen halen Bakken , en alle ander Hout, naer ouder gewoonte. De Gedeputeerden van Dordrecht ende Amfterdam maecken hun conform met de voorfz Edelen, mits daer inne genietende alfulcken gratie, als fy in de laetfte ordinaris lopende Beede genoten hebben. De Gedeputeerden van Haerlem ende Leyden fouden mede wel te vreeden wefen hen conform te maecken met de Edelen, die van Dordrecht ende Amfterdam, mits genietende gelijcke gratie, als fy doen in de tegenwoordige loopende ordinaris Beede; ende foo het gebeurde de Keyzcrl. Majefteyt foo veel wilde doen, dat de Entrecourfen laetftmael gemaeckt met den Koningh van Engelandt, onderhouden mochten werden, ende dat de Engelfchen alfulcken meenichte van goede Vellen ende Wollen tot Calais overbrachten, dat fy daer haer gerief mochten krygen tot redelijcken ende gewoonlijcken pryfe; ende fonder het felve en is hen niet mogelijck in de voorfz Petitie te accorderen, alfoo de Drapperye de eenige Nceringe, en welvaren van hare Steden is. Die van Delft verklaren, te hebben Brieven van gratie ende exemptie van alle Beeden , foo wel ordinaris als extraordinaris, hen- lie-  ( 5^3 ) lieden ter oorfaecke van den grooten Brandt, verleent voor feeckere Jaren, de welcke, ge^ duyrende den tijdt van de voorfz Petitie, noch loop hebben, en perfiftcren by de felve, De Gedeputeerden van der Gouda verklaerden, dat hoewel hare Stede, wefende gcheelijcken, ende alleen gefondeert op de Brou< weryen, foo langhs foo meer in de felve Neeringe deficieert, immers gefchapen is, ten zy daer inne geremedieert werde, te komen tot ghehcele deflruótie, ende daeromme goede redenen fouden hebben in de voorfchreve Petitie, eensdeels ledigh te ftacn, als henluyden wefende onverdragelijck, nochtans conlidererende de redelijckheydt van de felve Petitie; ende willende verthoonen ende continueren hare goedtwilligheydt tot defen dage, boven haren ftaet ende macht altijdt bewefen zyn, te vrecden te accorderen, in de begeerte van de Keyzcrlijcke Majefteyt, by forme van continuatie van de ordinaris Beede, mits genietende alfulcken gratie, als fy in de loopende* Beede ordinaris genieten; behoudclijck ende onder conditie, dat men hunlieden fal admitteren te mogen brouwen in fulcker voegen, als Delft, Leyden, Rotterdam, ende andere Steden van Hollandt, ende dat by provifie, ende ter tijdt toe anders generalijck daer inne gedifponeert fal werden, ten eynde de felve Stede niet en komc tot gheheele deftruétie, ende gemerekt fylieden niet en behooren van erger conditie te zijn, dan andere Steden hare Gebuyren. jCTOdem, is op de Requefte van mijn Heere van Molcnbaicx, daer by hy verfochte van de 154». Den 14. Novemb. *B!.3S. Requefte van mijn  .548. Den 14. Novemb. Heere van Molenbaiex. Requefte van de Weduwe van Vranck van der Hoeve, om een re«ompenle. ( 524 ) de Staten, dat fy tot feecker Koocker-hooft by hem ghemaeckt voor Oolkensplate, het welck feer exceffive penningen gekoft hadde, ende noch tot volmaeckinge van dien koften mochte, waer door de Schepen van Hollandt zeylende naer Brabandt, Zeelandt, Vlaenderen , &c. in tyden van onweer ende ftorm, fonderlinge befchermt mochten werden , te bate fouden komen met de fomme van vijf hondert ponden Vlaems; by de voornoemde Staten gerefolveert eendrachtelijck , dat, ghemerekt fy binnen 's Landts veel groote ende exceffive kotten hebben tc dragen, ende dat het Landt by het felve Hooft geen fondcrling proffijt en magh confequeren, ende dat het felve principalijck by den Heere van Molenbaicx is doen maecken , om aen fijn Landt grooten aenwas te gekrygen, ende dat tot proffijte van den Lande meer foude wefen tc contribueren tot maeckinge van het Hooft van den Ouden-bofiche, daer de Staten, ende Onderfaten van Hollandt daghelijcks moeten pafferen , ende dat daer toe yet te contribueren, foude wefen van quadcr confequentie, men den Hccrc van Molenbaicx met properheydt foude ondcrwyfen, patiëntie te moeten hebben, ende dat het Landt niet doenlijck en is fijne Petitie te accorderen. 17 Odem, is op de Requefte van de Weduwe Vranck vander Hoeve, daar by fy verfochte een gracelijcke recompenfe, midts dat in de vijf en tfeventigh duyfent guldens, opghebrachtby den laetften thienden penningh, haer alleen den tachtighftcn penningh toege- voeght  C 525 ) voeght was van dc derthicn duyfent ponden, daer van haren Man alleen den ontfangh gehadt hadde, ende nochtans van de refte als een en tfeftigh duyfent acht hondert ponden, haren Man die laft hadde moeten dragen, ende oock reeckeninge daer af gehouden ; by de Edelen , die van Dordrecht , ende Haerlem toeghevoeght twee hondert guldens , ofte twee hondert en vijftigh guldens, naer fy des ghevolgh fouden hebben; maer die van Delft, Leyden , Amfterdam, ende der Gouda, nemen hier op elcks in den haren rapport, omme ter naefter Daghvaert hunne antwoorde inne te brengen. * Op L( Odem, is op de Requefte van Vranck Boot, ende Jooft Jacobfz, die als Advocaet, ende Procureur van de Staten, verfochten jaerlijcks te hebben een gracelijcke Wedde; eendrachtelijck gerefolveert, dat, alfoo het Landt noyt eenighe Weddens gegeven hadde, ende dat fy by de ftucken betaelt zijnde, foo veel genoten als of fy Weddens hadden, patiëntie moeiten hebben. f~XP de Requefte van Jan van Riel, Boode , verfoeckende van de Staten een Klcedinge, is hem daer toe by de Staten toegevoeght negen guldens, ende my belaft Ordonnantie te maecken op den Ontfanger Coebel, om hem de felve fomme te betalen, welcke Ordonnantie ick oock ten felven dage den voorfz Jan gelevert hebbe. '54-8Den 14. Novemb. Requefte van Vranck Boot en Joolt Jacobfz. Requefte van Jan v:rn Riei, Boode , om een Kleedinge.  Den 14. Novemb. *BI. 39- Requefte van Claes de Groot, om een recoinpenfe. Verfoeck van Dirck Pel, om betalinge van fekere Va-' catien en Reyfen. Sententie in de materie van Congé. C 526 ) * (~\P de Requefte van Claes de Groot, daer by hy verfocht te hebben een gracelijcke recompenfe voor den arbcydt , die hy als Clercq van den Ontfanger, ende van den Impoft ende van het Margen-gelt, in des Landts faecken ghedaen hadde ; is by dc voornoemde Staten eendrachtelijck nihil gegeven , overmidts fijne Meefters by de Staten van haren arbeydt ten vollen betaelt waren, ende dat fy haren Dienaer behooren te contentcren, ende dat tot anderen tyden op gelijcke Requefte nihil gegeven was. T70dcm, is op het verfoeck van Dirck Pd, begeerende Ordonnantie omme betalinghe te hebben van feeckere Vacatiën, ende Reyfen by hem ghedaen ten Hove , ende eer Veer aen den Stadthouder, omme provifie te hebben, dat men veylighlijckcn foude mogen de Haringhvaert exerceren tegens de Schotten; by dc Staten eendrachtelijck gerefolveert, dat hy de felve betalinge behoorde tc foccken acn fijne Meefters, de welcke die weder in uytgeef fouden mogen brengen in 'tdoen van hare reeckeninge van 't Laft-gelt. Eodem , by den Advocaet de Staten vertoont zynde van de Vfttorie van haer Proces, roerende de materie van Congé tegens den Procureur Generael, ende of men, volgende de oude ghewoonte, mijn Heere van den Grooten Raede foude geven dc bchoorlijcke Torifen ende Suycker, dan of men dc felve wat meer foude toevoegen; is by henluyden eendrachtelijck gcrcfolvsert, datmen 'sLandts eer  C 527 ) eer bewaren, ende de gewoonlijcke TorfTen en Suycker geven foude, en dat'men daer en boven mijn Heere den Praefident foude moren toevoegen een Ame Wijns. Eodem , is op het aengeven van die van Delft, roerende dat men behoorde een Regifter te maecken van alle de Privilegiën, het ghemeene Landt toucherende; is eendrachtelijck gerefolveert , dat elcke Stede van de Privilegiën van de Landen onder haer wefende , Gopie foude doen maken, ende de felve doen leveren in handen van den Advocaet, Huygh van den Eynden ende de Milde, omme by henlieden de felve geregiftreert te moren werden, ende het felve Regifter geleydt0te werden in een Kifte, die in het Kloofeer ofte elders, daer men het ordonneren foude, gefteldt fal werden , ende dat den Advocaet daer toe een Kifte foude doen maken. Eo- Eodem , is by de voornoemde Staten ter begeerte van Mr. Huygh van den Eynden , aen den Heere van Affendelft verfocht, dat den Griffier belaft foude werden , alfulcke Reeckeningen en Qaiohieren van de twee thienden, als in fijne handen gelevert zijn, weder te reftitueren in handen van den Advocaet , om weder by de andere Stucken in 's Landts Kifte, ftaende in het Kloofter geleydt te mogen werden, ten eynde de felve fecreet ghehouden mogen werden, het welcke den Heere van Affendelft belooft heeft hem te bevelen. '54*Den uf, Novemb. Regifter te maken van alle de Privilegiënhet gemeene Landt toucherende. Den Grip. fier belaft de Reeckeningen en Quohieren van de twee thienden te leveren in handen van den Advocaet.  1548. Den 14, 24 en 26. Novemb. Ordonnantie van vijf en veertigh dagen voor de Milde. * BI. 40. Ordonnantie voor Hoogaerden. Ordonnantie op Jan van Kiel, Boode. Ni eirmndcn extra Provtnciam te citeren. C S28 ) Eodem, is mede geaccordeert Ordonnantie /an vijf en veertigh dagen, tot twee en der:igh ftuyvers des daeghs, uyt faecke dat hy foor deputatie van de Staten vervolgt heeft expeditie van het Proces, roerende de materie van Congé, welcke Ordonnantie ick den vijftienden November gemaeckt , ende den voorfz de'Milde gelevert hebbe. * T? Odem, gelevert Hoogaerden een Ordon-L' nantiè van vijf en twintigh dagh-gelden, voor Pieter Kantart, by de Staten geaccordecrt den vier en twintighften Mey 1548. Den 24 November 154°*. r^Epaffcert'Jan van Riel, mynen Boode, ^ by maniere van advis fes cn veertigh dagen, uyt faecke dat hy door mijn onthiet van Bruffel'gereyft is by de Steden ende Vlecken van Hollandt, omme hen tc adverteren van 't Appoincfement difpoiitif, omme te dienen van memorien in de faecke van exemptie van Thollen en Anckeragie. Den 26 November 1548. HEcft den Heere van Affendelft my gefeydt, dat het Hof aen den Keyzer gefchreven hadde , dat , volgende het twee hondert en twintighfte Articul, men niemandt en behoorde buyten de Provincie te trecken, oock in caujïs delegatis-An dc eerfte ende tweede inftantie : ende dat ick hier boven komende met de  C 529) de Staten foude communiceren, ende dat mede helpen vervolgen , en heeft my van de felve Miffive Copie doen hebben, 't welk ick fulcks aengenomen hebbe te doen. Den 28 November 1548. TVAer ick aen den Heere van Affendelft oorlof hadde genomen , ben naer Bruffel gereyft omme den dagh waer te nemen, omme te dienen van memorien voor de Steden ende Vlecken van Hollandt, roerende de exemptie van de Thollen ende Anckeragie, ende voorts omme de antwoorde inne te brengen op dc Petitie , by de Keyzerl: Maj: den 26 October te vooren gedaen. II. Deel. LI * Dagh- 1543. Den 26 en 20. Nov. Reyfe naer het Hof tot Bruffel.  f 1548. Den 12. Decemb. ♦BI. 41. ( 53° ) * Daghvaert by de Staten gehouden tot Bruffel, op Den 12 December 1548. PRESENTEN. Uyt de Edelen. De Heeren van Poelgeeft, ende Van Wijngaerden. Uyt de Steden, Willem Bouwenfz. Heyman Adriaenfz, ende Mr. Nicolaes Bartholomei. Van Dordrecht. Dirck Hendrickfz Bogge-> ende Mr. Huygh vanden Eynde. Van Delft. Jacob vander Graft , Burgemeefter, ende Mr. Jacob de Milde. Van Leyden. Claes Baefge, Burgemeefter , Confent van twee hondert en ende Mr. Floris van Hoogaerden. Van Amfterdam. Jan Willemfz Muyl , Burgemeefter, ende Witte vander Hoeven. Van der Gouda. Omme antwoorde te geven op de Petitie by de Keyzerlijcke Majefteyt , de Staten den fes en twintighften October te vooren gedaen , van de fomme van twee hondert en vijftigh duyfent guldens , te betalen binnen twee Jaren ende een half, en op vijf termynen , midtfgaders op noch eenige andere Poincten. TEn felven dage hebben de Edelen, ende de Gedeputeerden van Dordrecht , Haer- I  C53I ) Haerlem , Leyden , Amfterdam , ende der Gouda,eendrachtelijck geaccordeert de voorfz fomme van twee hondert en vijftigh duyfent guldens, te betalen op de voorfchreve dagen ende termynen, daer van de eerfte vijfde termijn verfchynen fal te Kersmiffe Anno vijftien hondert twee en vijftigh, ende foo voorts van termijn tot termijn , gcduyrcnde de voorfz twee Jaren en een half, ende dat by continuatie van de ordinaris loopende Beede , de voorfz penningen te heffen ende te lichten by de gewoonlijcke Schiltalen, midts dat alle de Steden van Hollandt daer inne fullen ghenieten alfulcken gratie, als fy in de tegenwoordige loopende ordinaris Beede genietende zijn, ende dat onder die conditiën, die men in het accorderen van de ordinaris Beede gewoonlijck is te confenteren. T\E Gedeputeerden van Delft verklaerden, te perfifteren by hare Brieven van exemptie en gratie , henlieden ter oorfaecke van den grooten Brandt verleent, de welcke, gheduyrende den tijdt yan de voorfz Beede, noch loop hebben fal TrOdem hebben de voornoemde -Staten gerefolveert feeckere Requefte , de Keyzerlijcke Majefteyt by Articulen over te geven, fulcks die by den Advocaet by gefchrifte ge> fteldt was, welcke Requefte oock overgegeven zynde, op elck poincf geappoftilleert is geweeft, fulcks als de felve Appoftillen vermelden. * Eodem * 154S. Den 12. Decemb, vijftigh duyfent ponden in termynen te betalen, Verklarïr> re van die yan Delft, Requefte aen de KeyzertSjjp* ke'Majefteyt geprefeateert.  i$45. Den 12. Decembe. Raeckende de exemptie van de Thollen en Anckeragie. *BI.42. C 532 ) TT Odem, is by de voornoemde Staten van gelijcken gerefolveert, in de faecke van exemptie van de Thollen ende Anckeragie, dat, alfoo den Procureur Generael fijnen dagh heeft over laten gaen fonder de felve faecke te prefenteren, dat de Staten gebcfoigneert hebbende op de principale * faecke van de Petitie , den Advocaet uyt krachte van de Roerende het qualijk aenbrengen van den tienden penning. Procuraticn, die hy van de Steaen van Jtioilandt heeft, yemandt fal fubftitueren, omme, in gevalle den Procureur Generael naderhandt dede prefentcren, omme te dienen van Memorien, ofte het felve by Requefte verfochte, als dan dc voorfz Requefte over te nemen, mitfgaders eenen bequamen dagh omme de voorfchreve Steden daer van te adverteren , ofte indien hem het felve niet ghebeuren cn mochte, als dan noch te verfoecken tijdt van twee maenden om te dienen van memorien, alfoo de Steden van Hollandt binnen middelertijdt noch moeten in Zeelandt recouvreren eenige Certifkatien ende Munimenten , dienende tot verificatie van eenige hare pofitiven , de welcke fylieden overmidts de tegenwoordige vorft niet en hebben mogen recouvreren. TT Odem, is die faecke, my aengegeven by den Ontfanger Coebel , roerende het qualijck aenbrengen van den laetften tienden penning, uytgeftelt tot de naefte Daghvaert in den Hage, als oock in de faecke van de Requefte van de Weduwe Vranck vander Hoeve, overmits de Gedeputeerden van Delft, Lcvden , Amfterdam } ende der Gouda, in den  C 533 ) den haren daer van geen rapport gedaen en hadden. Daghvaert by de voorfz Staten weder gehouden by alle de voorgaende, op Den 15 December 1548. Ende daer en boven PRiESENTEN. Jooft van Hillegom , Omme eyndelijcke Burgemeefter, antwoorde te geven op ende de voorfchreve Peti- Mr. Lambrecht. tie , ende op eenige Van Haerlem. andere Pointen. "TT* Odem hebben de voornoemde GcdepuJLJt teerden, by de Refolutie den twaelfden December genomen, geperfifteert, roerende het doen van de antwoorde op de voorfz Petitie , daer by voegende, dat men in de voorfz antwoorde niet en foude mentioneren van de confederatie defenfive, gemaeckt tuffchen die van Duytflandt ende defe Nederlanden, alfoo daer by foude fchynen de felve by dc Staten gelaudeert, ende geapprobeert te zijn, ende in gevalle de Keyzerlijcke Majefteyt van de Staten verfocht Brieven van Ratificatie , op de voorfz confederatie defenfive, dat den Advocaet fyne Majefteyt als dan foude verklaren, alfoo noch by de Propofitie generael, noch particulier eenigh verfoeck van wegen fijne Majefteyt tot dien eynde gedaen en was, maer 'LI 3 al- 1548. Den 15. Decemb. Aengaende de antwoordeop de Petitie.  1548. Den 15. Decemb. d'Ant- Woorde de Keyzerlijcke Majefteyt op de voorfz Petitie, en oock verrnaningeVande Ratificatie.*B1. 43. Eodem, ( 534 ) all eenlij ck narrativelijck in de generale Propofitie daer van gementioneert hadde, de voornoemde Gedeputeerden daer van geen rapport gedaen , noch refolutie genomen, dan nu verftaende fyne Majefteyts begeerte, waren te vreden , hebbende Copie van de voorfz confoederatie, daer van elcks in den haren goet ende getrouw rapport te doen, hoopende favorable antwoorde te krygen, en fijne Majefteyt te gelieven. Dat den voornoemden Advocaet ten felven dage, volgende de voorfz Refolutie, de antwoorde op de voorfz Petitie gedaen heeft , ende oock na by de Keyzerlijcke Majefteyt van dc voorfz Ratificatie vermaen ghedaen was, het gene wes voorfz is, fyne Majefteyt voor antwoorde gefeyt; waer op fyne Majefteyt weder heeft doen repliceren, dat , alhoewel in de generale * Propofitie genoegh van de voorfz Ratificatie gefeydt ende gementioneert was , nochtans gemerekt de Staten daer van geen Refolutie ghenomen en hadden, men defelve foude doen leveren Copie van de voorfz confoederatie, omme daer van rapport te mogen doen, ende binnen feeekeren bequamen tijdt belaft te komen, omme foo veel in hun is, de voorfz confoederatie te ratificeren, ende te remitteren de fignature en figillature vande felve Ratificatie, tot fulcke Praelaten, Edelen en Steden, als fijne Majefteyt daer toe foude willen nomineren cn committeren.  C 535 ) Eodem, heeft den Advocaet door addreffe van den Heere van Beveren de Keyzerlijcke Majefteyt, ter pretentie van die van Haerlem, Leyden ende Amfterdam, by monde het inhouden van de voorfz Requefte by Articulen verhaelt, ende verfocht fulcks daer inne geordonneert te werden tot proffijte ende welvaren van den Lande van Hollandt, als naer reden behooren foude ; ende voorts de felve Requefte, midtfgaders feeckere Requefte in 't particulier voor die van Haerlem en Leyden fijne Majefteyt gelevert. Waer op fijneMajefteyt by den Cancelier van de Ordre voor antwoorde dede feggen, dat hy de felve Requefte foude doen vifiteren, ende daer op fulcks doen ordonneren, als bevonden foude werden tot proffijte en welvaren van den Lande te behooren. Den 18 December 1548. T-IEeft den Advocaet op fekere Requefte van de Edelen, die van Haerlem, Delft, Leyden, Amfterdam, ende der Gouda, alfoo die van Dordrecht op haren naem de felve niet overgegeven en wouden hebben, daer by fy verfochten interdictie , van geen Hoppe uyt defe Landen te mogen voeren, verkregen Brieven van advis aen den Schout van Dordrecht , ende dat hy hem op het inhouden van de felve Requefte foude informeren , ende alle het felve de Keyzerlijcke Majefteyt overgeven , omme dat gcfien, als dan tc ordonneren als na redenen behooren foude ; welcke LI 4 Brie- 1548. Den. 15, ende 18. Decemb. Requefte by den Advocaet de Keyzerlijcke Majefteyt geprefenteert. Antwoorde op de felve Requefte. Requefte. omme geen Hoppe uyt den Lande te voeren.  1548. Den 18, ende 19. Decemb. Rapport van den Advocaet aen den Heere van Aflendelft. Ordonnantie op Mr. Adriaen de Jonge. EYNDE van het Jaer 1548. * Dagh- C 536 ) Brieven den .Advocaet by advis van Mr. Huygh vanden Eynde, Penfionaris der Stede van Delft, door wiens verfoeck de voorfz Requefte promptelijck overgegeven was, den voorfz Schout niet gelevert en heeft, maer dat den voornoemden Mr. Huygh verklaerde, die van Dordrecht in defen genoegh te wefen haer parthye formeel. Den 19 December 1548. T"\En Advocaet t'huys gekomen wefende , heeft van alles wes voorfz is, den Heere van Affendelft rapport gedaen , hem feggende dat de Staten fouden moeten befchreven werden, omme, nopende de voorfz Ratificatie, te refolveren; maer dat eenige van de Gedeputeerden van de Staten , als die van Haerlem, Leyden, en Amfterdam hen lieten duncken, dat de voorfz faecke geen grooten haeft en hadde, ende dat men de Staten eerft foude mogen befchryven in het eynde van Januarii, of in 't beginfel van Februarii, waer inne den Heere van Affendelft genoegh confenteerden. Efonden de Weduwe van wylen Mr. Adriaen de Jonge, by Jan Janfz, Boode, fekere Ordonnantie hem by de Staten gepaffeert, den 24 Mey 1548.  ( 537 ; * Daghvaert, gehouden in den Hage den 29. Januarii 1549. PRESENTEN. Den Heere van Affendelft , van Alckemade, van Goudriaen, van Poeigeeft, van Wijngaerden, Otto van Egmont, ende Arent van Hardincxvelt, Uyt de naem van de Edelen. Huych Coel, Trefo- rier, Van Dordrecht. Mr. Pieter van Foreeft, Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz , Van Haerlem. Cornelis Aelbrechtfz , Burgermeefter, ende Mr. Jacob van Eynde, Van Delf." Mr. Frans Adriaenfz, BY den Advocaet rapport gedaen zynde Beroerenvan het geene wes by de Keyferlijcke de de RaMajcfteyt de Gedeputeerden van de Staten ficatie van LI 5 me- deConf<»- 1549Den 29. Januarii. * BI. 1. ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Claes Baftiaenfz, Burgermeefter , ende Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam. Dirck Cornelifz , Burgermeefter , ende Witte vander Hoeve,• Vander Gouda. Omme te refolveren op de Ratificatie van de Confoederatie defenfive, by de Keyferlijcke Majefteyt gemaekt tuffchen fyne Majefteyts Landen van herwaerts over, ende de Keurvorften ende Staten van 't Keyferrijck.  I545>Den 29. Januarii. deratie defenfive tuffen en de Landen van herwaertsover en de Keurvorften ende Staten van *t Keyferrijek. C 538 ) mede gegeven was, omme roerende de voorfchreve Ratificatie eyntelijck Refolutie te nemen ; foo is by de Edelen, die van Haerlem , Leyden , Amfterdam ende Gouda gerefolveert, hoe dat fyluyden elcks in den haren gevifiteert hebbende het Traótaet van de voorfz Confoederatie, niet en bevonden 't felve te vermelden, wat affiftentie by die van Duytflandt de Landen van herwaerts* over gedaen foude werden, in gevalle de felve by de Francoifen, Schotten ende andere eenige invafie gedaen wierde , immers 't felve aldaer niet foo klaerlijk geëxprelfeert en uytgedruckt te zyn als wel behoorde, ende dat daeromme , indien op het felve Tractaet eenige difputatie mochte vallen , fyluyden wel reden fouden hebben , hen van de Ratificatie van dien te excuferen; te meer, alfoo de Beeden ordinaris ende extraordinaris foo exceffief zyn, dat fy de felve niet wel en mogen dragen; nochtans, aengemerekt dat de Keyferlijcke Majefteyt het voorfchreve Tra&aet aengegaen, gepaffeert ende aireede bezegelt heeft gehadt , ende dat daeromme 't felve fijn voortgangh fal moeten hebben , fyluyden wel te vreden zijn het voorfchreve Traftaet , foo veel in hen is, te ratificeren , ende de fubfignature ende figillature van dien te remitteren tot fulcke praslaten, Edelen ende Steden, als fyne Majefteyt daer toe fal willen nomineren ende committeren , mits dat fyluyden , opbrengende de gewoonlijcke Beede, fulcks by henluyden tot noch toe altoos gedaen is, in eenige verdere contributie ongehouden fullen zijn, ende dat de Keyferlijcke Majefteyt hen- luy-  ( 539 ) luyden tot hare ontlaftinge fal accorderen Aéte van indemniteyt , dat fyluyden , mits jaerlijcks gevende ende opbrengende de * voorfchreve Beeden ende Subvcntien, van eenige verdere contributien ongehouden ende ongemolefteert fullen blijven; ende foo verre de Staten van Hollandt de voorfchreve Acte van 'indemnité niet en mochte volgen, men dan wel behoorde te verklaren, hoe veel de portie van die van Hollandt in de voorfz contributie foude bedragen, ende foo verrre die van Hollandt by de Francoifen, Schotten ofte andere eenige invafie gefchiede, ende by die van Duytflandt niet geaffifteert ende gedefendeert en wierden, dat van gelijcken die van Hollandt in toekomende tyden ongehouden fouden wefen tot affiftentie van die van Duytflandt eenige contributie te doen, en dat men de Staten daer van wel behoorde Acfe te pafferen. Die van Dordrecht verklaerden, dat alhoewel 't voorfz Tractaet niet en was uytdruckende , wat defenfie die van Duytflandt de Landen van herwaerts over in tyde van invafie ende nood gehouden fouden wefen te doen, nochtans, gemerekt de Keyferlijche Majefteyt aireede 't voorfz Tractaet gepaffeert ende bezegelt hadde, ende daeromme fijn voortgangh foude moeten hebben, ende dat oock aireede eenige van de voorfz Landen van herwaerts over 't felve geratificeert hadden, van advife te wefen, des gevolgh hebbende, dat men 't felve, achter volgens de begeerte van de Keyferlijcke Majefteyt, mede behoorde te ratificeren. Die 154?- Den 29. Januarii. * BI. 2. Verklaringe van die van Dordrecht.  1549Den 29. Januarii. Verklaringe van die van Delf. .Deputatie van eenige Gecommitteerden. Seeckere gratuiteyt te doen aen eenige van den grooten Rade, voor 't wijfen van de Sententie van Congie. Beroerende de verfochte recompenfe C 540 ) Die van Delf maeckten hen genoegh conform met die van Dordrecht , dan feyden , wel behoorlijck tc wefen verklaringe te hebben , hoe veel de portie van die van Hollandt in de voorfz contributie foude beloopen, ende wat men verftaet tc wefen de conftitutie van de gemeene en publique Paix , genaemt Landfreet, daer van in den voorfchreven Traétate gementioneert werdt. ^ Yn by de voorfchreve Staten, omme het geene wes voorfchreve is te vervolgen, gecommitteert een van de Edelen, den Advocaet, de Penfionariffen van Dordrecht, Delf, Leyden ende Amfterdam, dewelcke hen vinden fullen den achtften dagh van Februarii naeftkomende binnen Dordrecht. TS by de voorfz Staten gerefolveert, dat alfoo 't Landt ende de Onderfaten van Hollandt , uyt krachte van de Sententie, by dc Staten in den grooten Raede geobtineert jegens den Procureur Generael, nopende de materie van congie, groot ende exceffief profijnt fullen confequeren, omme 's Landts eere wel te bewaren, ende dat het recht ende de proceffen van dien in toekomende te bet bewaert mogen werden, men clcke Raedtsheer foude toevoegen een Ame Wijns, ende den Prcefident van den Grooten Raede drie ofte vier Amen. l^Ie van Delf ende Leyden hebben, nopende ^ de verfochte recompenfe ende gratuiteyt van de Weduwe Vrancks vander Hoeve, hen ge-  ( 54i ) genoeg conform gemaeckt met dc Refolutie, by de Édelen, die van Dordrecht en Haerlem op den veertienden November te vooren genomen , foo verre de voorfz Weduwe by Mr, Arent Coebel van hare verfochte Rccompenfe niet voldaen en is; maer die van Amfterdam ende Gouda verklaerden als noch daer van geen rapport gedaen te hebben, maer dat fy 't felve jegens de naefte Daghvaert doen fouden. f~\P 't aengeven van die van Amfterdam, ten felven dage gedaen, dat den Koningh van Denemarcken in 't voorlede jaer merckelijck meerder Thollen opgeftelt, ende van de Schepen van de Onderfaten van Hollandt, aldaer arriverende, genomen heeft; dat van gelijcken hy van * eenige Goederen ende Koopmanfchappen , als van Wynen ende Haringh, tot noch toe vry geweeft hebbende, afgenomen heeft fekeren Thol, en noch dagclijcks pooght te nemen; dat van gelijcken hy niet en wil. gehengen en gedogen, dat dc Onderfaten van defe Landen in Noorwegen fullen mogen halen Bakken ende alle ander Houdt, nae ouder gewoonte; verfoeckende dat Staets-gewijs aen de Keyferlijcke Majefteyt vervolght foude werden, omme de voorfchreve nieuwigheden afgedaen te hebben ; foo hebben de voorfchreve Staten , hoewel de Gedeputeerden van de Steden daer van geen laft en hadden, te vreden geweeft, alfoo 't toucheert 't welvaren van den Lande, ende dat men het Houdt uyt Noorwegen , als wefende nootelijck tot onderhoudenis van 't Hontsbofch , niet 1549- Den 29. januarii. en gratuiteyt van de weduwe Vranks van der Hoeve. Van de Thollen by den Koningh van Denemarcken opgeftelt. *B1.3-  Den 29. Januarii. Van de vrydom van de Portugaloifers en de Spaignaers van het Anekeringe-geld. AEngaende het verfoeck, by die van Amfterdam gedaen, ten eynde by de Staten yemandt gecommitteert foude werden, omme in Zeelandt te recouvreren certificatie, dat de Portugaloifers ende Spaignaerts alomme in hare Landen exempt ende vry zyn van Anckeringe-geldt , als grootélijcks dienende in 't proces, 't welck de Staten voor den Secreten Raedt hangende hebben in de materie van exemptie van 't Anckcringc-gcldt contra den Procureur Generael; Is by de voorfz Staten gerefolveert, dat alfoo de voorfz certificatie lichtclijck is te recouvreren, die van Amfterdam yemandt committeren fouden, omme 't felve te vervolgen. Gedeputeerden te fchicken nae OverYffel, omme t'accorderennopende de Viffcherye in de ZuyderZee. A Engaende het verfoeck, by die van OverYlfel acn die van Amfterdam gedaen, ten eynde fyluyden hare Gedeputeerden fouden fchicken te Campen, omme eyntelijck by minnelijck accord te overkomen nopende de Viffcherye in de Zuyder-Zee ; Waer op by die van Amfterdam voor antwoordt de felve van Over-Yffel gefchreven was, dat alfoo defe fake toucheerde ende vervolght was by de Staten van Hollandt, fyluyden defelve Staten daer van foude adverteren, foo is eyntelijck by de voorfz Staten gerefolveert, ^at gemerekt die van Amfterdam ende eenige andere Steden ende Vlecken van Hollandt, op de Zee gelegen , feecker Octroy op den twaclfden November 1547. van de Keyferlijcke Majefteyt ' C 542 ) niet en mach ontbeeren, dat het voorfz vervolgh Staets-gewijs gefchicde.  ( 543 ) fteyt verkregen is, inhoudende hoe ende in wat manieren fyluyden hen dragen fullen in 't exerceren van de voorfz Viffcherye in de Zuyder-Zee, wetende genoegh 't felve Octroy contrarie 't Placaet, by die van Over-Yffel tot Utrecht in Januario 1545. ftilo Curiae, die van Hollandt ongehoort , verkregen , ende dat het felve genoegh toucheert het welvaren van die van Hollandt, ende byfonder van de Steden, hen geneerende met de Viffcherye , dat daeromme niet geraden en is, dat die van Amfterdam hier van met die van Over-Yffel in communicatie treden, maer dat de voorfz Gecommitteerden boven komende, mijn Heere den Praefident ende den Rade van 't onredelijck voornemen van die van Over-Yffel fullen adverteren, ende aldaer behoorlijcke provifie vervolgen. C\P het verfoeck, by die van Amfterdam ten felven dage de Staten gedaen, omme provifie gedaen te hebben , omme vryelijck Oorftwaerts ende Weftwaerts te mogen varen, alfoo de Oofterfche Vaert nu aenftaende is; heeft den Heere van Affendelf verklaert, hoe dat de Keyferlijcke Majefteyt fekere Ordonnantie geconcipieert heeft, tot dien fine dienende, ende dat hy aen den Rade van Hollandt gefchreven hebbende , omme daer op haer advis te hebben, foo hadden die van den Rade weder daer op gefchreven, dat alfoo fyluyden haer dier fake niet wel en verftonden, of fyne Majefteyt geliefde, dat fy daer van met die van Amfterdam ende eenige * andere communiceerden, ende dat hy ten langh- ften i54S>- Den 29» Januarii. Provifie t« verfoecken, omme vryelijk Ooftwaerts te mogen varen. ♦BI. 4.  15+9- Den 20, ende 30. Januarii. Nopende de voorfz fake van de zeylinge Ooftwaens met die van Amfterdam te communiceren. Ratificatie van de Confoederatie defen» five. Is ( 544 ) Hen van daegh of morgen antwoordt daer op verwachte, waer nae die van Amfterdam fouden mogen vertoeven, omme, de felve wetende , hen daer na te reguleren. Naer-nomt. T~)En Heere van Affendelf heeft van de Keyferlijcke Majefteyt antwoorde ontfangen, dat hy van de voorfchreve faecke met die van Amfterdam ende andere, hen met de Koopvaerdye geneerende, wel foude mogen communiceren , mits welcken den voorfz Heere van Affendelf de Gedeputeerden van Amfterdam doen leveren heeft Copie van de Ordonnantie, by de Keyferlijcke Majefteyt den Hove van Hollandt overgefonden, henluyden voorts bclaftende, dat fy binnen Amfterdam doen befchrijven fouden eenige van de principale Waterlanders , de Koopvaerdye exercerende, ende dat fyluyden haerder aller advis den Hove van Hollandt overbrengen fouden. Dm 30. Januarii 1549. T-JEb ick by advife ende inftruótie van den Heere van Affendelf en Goudriaen gemaeckt ende by gefchrifte geftelt de antwoordt, die de Staten van Hollandt de Keyferlijcke Majefteyt doen fullen op het poinét van de Ratificatie van de voorfz Confoederatie defenfive , ende de felve gevifiteert hebbende, heeft verklaert feer goedt tc zyn.  ( 545 ) * TS den voorfz achtften dagh van Februarii , die by de voorfz Staten de voorfz Gecommitteerden geftelt was omme te Hove te reyfen, by advife van den Heere van Affendelf, Goudriaen, Poeigeeft, de Penlionariffen van Leyden ende Amfterdam, uytgcftclt tot den twee en twintighften der voorfz maendt, ende dat overmits den Penfionaris van Leyden niet eer vaceren cn mochte, ende dat de voorfz Gecommitteerden ten voorfz 22. hen vinden fouden tot Dordrecht. Den 6. Februarii 1549. RY den Rade van Hollandt ontboden zijnde, hebben de felve my verklaert , hoe dat die van den Rade van Brabandt den Procureur Generael aldaer ende eene Margriete Jooften Dochter, woonende tot Antwerpen, feker Mandament pcenael, poenen ende bevcclen ftadthoudende, verklaert jegens eenen jan Gerritfz van Heer, woonende tot Dordrecht, omme gecaffeert ende te niet gedacn te hebben fekere proceduren, by den felven Jan jegens dc voorfz Margriete voor den Hove van Hollandt geintenteert, omme te komen tot betalinge van fekere penningen ofte poene van hondert goude Kroonen, in gevalle fy niet cn voldeden feker Contract van koop van Huyfen, binnen Dordrecht gemaeckt, ende dat uyt krachte van de Gulde Bulle, niet tegenftaende dat 't felve Contract inne hielde prorogatie van alle Rechters, ende dat daeromme de Gecommitteerden, boven reyfendc, 't felve de Keyferlijcke Majefteyt fouden te kennen II. Deel. Mm ce- 1549. Den 30. Januarii. cn 6. Feb. Uyiftellinge van de reyfe nae 't iiof. Provifie, by den Rade van Braband ge-expedieert jegens eenen Jan Gerritfz, Poorter van Dordregt.  T549Den 6, en 20. Feb. Extract den Procureur Generael te leveren van de Quohieren van den Thienden Penningh.* 331.5. C 546 ) geven, ende vervolgen daer jegens behoorlijcke provifie, ende dat den Advocaet voorts foude vervolgen ende vorderen 't proces, roerende de Gulde Bulle, jegens die van Brabandt, ende tot dien eynde van Bartholomei te recouvreren de ftucken daer toe dienende, onder hem wefende. Den 20. Februarii 1549. "MAedien den Procureur Generael van Hollandt , ter prcefentie vanden Advocaet van den Lande, aen den Heere van Affendelf verfocht hadde, dat den felven Advocaet hem foude leveren de Quohieren van Rhijnlandt ende Schielandt, omme, de felve gefien hebbende , te mogen bewaren * het recht van de Keyferlijcke Majefteyt jegens den geencn, -die t'onrecht ende qualijck haren Thienden penning aengebracht hadden, foo heeft den voorfz Advocaet den voorfz Procureur voor antwoordt gegeven, dat achtervolgende de Refolutie, by de Staten van Hollandt, ter prcefentie van den Heere van Praet, als Stadthouder van Hollandt, den fefden Augufti 1545. in den Hage genomen, hy niet en vermochte te leveren dan Extract uyt de felve Quohieren , daer den Procureur Generael hem mede foude willen behelpen, ende vifie van de originele Quohieren , indien het noodt ware, ende dat ter prcefentie van eenige Gecommitteerden van de Staten, die over de Rekeninge van de Staten geweeft waren, ende dat den Procureur Generael hem daer mede foude behooren te laten genoegen; alle het welcke gehoort, foo heeft den  C 547 ) den Heere van Affendelf verklaert, dat den ! Advocaet foude volftaen, mits leverende van 's Landts wegen in de Griffie van Hollandt de voorfchreve Quohieren, waer uyt den Procureur Generael fulcke Extracten gelevert fouden werden, als hem van noden wefen fouden , gelijck oock t'anderen tyden in abfentie van den felven Advocaet gedaen was geweeft by Mrs. Cornelis Suys ende Huych van Eynde , van de Quohieren van Delflandt, waer mede den voorfchreven Procureur eyntelijck te vreden is geweeft, ende fulcks heeft den voorfz Advocaet den een cn twintighften Februarii de voorfz Quohieren ten fine als vooren in de Griffie gelevert, ende verfocht aen den. Heere van Affendelf, dat den Griffier belaft foude werden, daer van niet uyt te leveren dan Extraét, 't welck den voorfz Heere van Affendelf belooft heeft fulcks te doen. Den 22. Februarii 1549. TS den Advocaet met de voorfz Gecommitteerden boven gereyft, om de poincten, boven verklaert, te vervolgen. Mm 2 Ver- 1549. 3 en 20, :11de 22. "ebruariir Reyfe naer het Hof.  1549Den i. Maert. Nopende de antwoordtvan de Staten op het point van de ratificatie van het Tractaet van de Confoederatie defenfive. * BI. 6. C 548 ) Vergaderinge, by de Gedeputeerden van de Staten tot Bruffel gehouden den eerften Maert 1549. P R MS E N T . E N. Uyt de Edelen, Mrs. Huych, Den Heere van Gou- ende driaen, Jacob vandenEynde, ende Milde, Poeigeeft. ende Ende van de Steden, Hooghaerden. Bartholomei, BY den Advocaet verhaeit zynde de Refolutie, by de Staten den negen en twintighften Januarii te vooren genomen, nopende de antwoordt, die van harent wegen gedacn foude werden op het poinct van de Ratificatie van 't Traétaet van de Confoederatie defenfive, ende de felve antwoordt henluyden oock voorgelefen zijnde, hebben, nae dat de felve een wcynigh gecorrigeert was , gerefolveert, die fulcks mijn Heere den Praefident te vertoonen, ende ook in gefchrifte over te leveren, ende in gevalle de Keyferlijcke Majefteyt ofte de Kon. met de felve antwoordt niet te vreden en wilde wefen, maer in meeninge waren henluyden te renvoyeren omme laft te gekrijgen , fimpelijck ende fonder eenige conditie het voorfchreve Tractact te ratificeren , dat men alfdan een wcynigh foude verhalen de groote laften van de Beeden en * Subvcnticn, ende dat henluyden niet wel mogelijck nochte verdraghlijck en ware de felve Beede op te bren-  ( 549 ) brengen, ende daeromme in geender manieren henluyden doenlijck ware eenige verdere lasten te accepteren, ende in gevalle dc Keyferlijcke Majefteyt het felve immers van henluyden foude willen gedacn hebben, dat men alfdan verklaringe foude verfoecken , hoe veel de portie van die van Hollandt in de contributie van Duytflandt foude bedragen , ende by wat middelen men de felve meynde tc vinden , ten eynde pertinent rapport gedacn, ende de voorfz Gecommitteerden op alles volkomentlijck gelaft weder mochte komen. TJY den Advocaet rapport gedaen zijnde van de voorfz provifie , by eene Margriete Jooften Dochter , woonende tot Antwerpen, in dc Canceierie van Brabandt verkregen, jegens eenen Jan Gerritfz van Heer, woonende tot Dordrecht, achtervolgende de Inftructie ende ftucken hen by den Rade van Hollandt mede gegeven, foo hebben de voorfz Gecommitteerden gerefolveert, niet geraden te wefen eenige Requeften van wegen de Staten over te geven, omme de voorfchreve provifie van den Rade van Brabandt te niete gedacn te hebben, ofte omme tc gekrijgen furcheantie van de executie van dien, alfoo daer uyt nieuw proces foude moeten vallen , ende die van Hollandt Klagers fouden moeten wefen, maer dat oirbaer ware die faecke fulcks te belyden , dat die van Brabandt eerft klachtigh vielen, ende dat daeromme, foo wanneer fulcke provificn als vooren by die van Brabandt jegens dc Onderfaten van Hollandt geëxpedieert werden, aldaer gelijcke ende contrarie provifien Mm 3 ac- 1549- Den i. Maert. Beroerende de voorfz provifie. by den Rade van Brabandt geëxpedieertjegens eenen Jan Gerritfz, Poorter van Dordrecht.  1.549Den i, en 2. Maert. Nopende de felve Ratificatie ( 550 ) accorderen fouden jegens d'Onderzaten van Brabandt, alfoo de Onderzaten van Brabandt foo qua! ij eken het Landt van Hollandt verlaten mogen, als de Hollanders het Landt van Brabandt, ende dat foo veel by die van Dordrecht acn den voorfz Jan Gerritfz gedaen foude werden, dat hy 't proces, 't welck hy als Impetrant van mandament poenael, om gecaffeert te hebben de voorfchreve provifie, by de voorfchreve Margriete Jooften Dochter in den Rade van Brabandt verkregen , voor den Hove van Hollandt jegens de felve Margriete hangende heeft, foude willen vervolgen, fonder 't felve te renuncieren, ende in cas van viótorie , ende dat den voorfz Jan Gerritfz by Mandament van appel byde voorfz Margriete voor den Grooten Rade verdachvaert wierde, 't felve proces aldaer mede foude vervolgen ter diffinitive toe, ten eynde de Staten eens in jndico cantradiïtorio gewijfdc mochten hebben, omme hen daer mede in tyden ende wylen jegens die van Brabandt te mogen behelpen; ende waren de voorfz Gecommitteerden van Leyden ende Amfterdam wel van advife, dat men den voorfz Jan Gerritfz liever, dan dat hy 't voorfz proces foude laten leggen , ende niet vervolgen , van 's Landts wegen in de koften tot vorderinge ende profequeren van het felve proces nootelijck wefende, wat foude te bate komen. Den 1 Maert 1549. T-TEt Inhouden van dc voorfz antwoordt by den Advocaet , ter prefentie van de voorfz  C 551 ) voorfz Gecommitteerden, den Prcefident verhaelt zynde, heeft daer op voor antwoordt gefeydt, dat aengaende het eerfte poinct, dat by het voorfz Tractaet niet klaerlijck en foude geexpreffeert zyn, wat afliftcntic by die van Duytflandt den Lande van herwaerts over gedaen foude werden, in gevaile van ivafie van Vyanden, &c. Dat men, 't felve wel ovcrlefende, contrarie van dien bevinden foude , ende dat de affiftentie genoegh reciproquelijck aldaer geëxpreffeert was, ende dat de Keyferlijcke Majefteyt die van Duytflandt gebracht hebbende tot den felven Tractate, den Lande van herwaerts over, ende byfonder die van Hollandt, meynde * groote dicnft gedaen te hebben , alfoo by veele ende diverfche Registeren bleecke (die hy oock prefenteerde de voorfz Gecommitteerden te toonen) dat die van Hollandt in voorlede tyden met die van Duytflandt ofte die van 't Kcyferrijck gecontribueert , aldaer te rechte forteert, ende hare vertie ende inveftiture van den Keyferrijck genomen hadden , waer van de Keyferlijcke Majefteyt met defen Tractaet henluyden gunftelijck gelibereert ende gevrijdt hadde; ende aengaende het tweede poinct van dc felve antwoordt , vermeldende dat de Staten van Hollandt te vrede waren het voorfz Tractaet te ratificeren, mits dat hare portie , die in de contributien met die van Duytflandt opgebracht fouden moeten werden, gevonden foude werden uyt de Beeden ende fubventien, ende dat de Keyferlijcke Majefteyt -hen foude indemneren van eenige verdere contributien, feyde den voorfz Prcefident 3 dat 't felve de Mm 4 Key Den 2. Maert. van Confoederatiedefenfive. *B1.7.  «S49. Den 2. Maert. C 552 ) Keyferlijcke Majefteyt in geender maniere acngenaem en foude wefen, ende hem oock noodeloos dachte, aengezien dat in de contributie van hondert duyfent guldens over 't Keyferrijck, de portie'van twee Churfurften Tiiet meer en bedroeg dan drie duyfent guldens, in welcke voorfz fomme wefende dé quote van die van Bourgoigne ende alle defe Nederlanden, de portie van die van Hollandt feer weynigh bedragen foude , dat evenwel de Keyferlijcke Majefteyt in alle fyne affairen van Oorloge ende andere fware laften met de Beeden ende Subventien van fyne Onderfaten ende andere fyne Domeynen hem altoos beholpen hadde , ende apparentelijck alhier fulcks mede foude ufcren; ende nadien alle de andere Landen tc vrede geweeft waren, fimpelijck achtervolgende de geliefte van dc Keyferlijcke Majefteyt, 't Tractaet te ratificeren, daeromme hem dachte oirbaer te wefen met de felve hen conform te maken, ofte anders waren gefchapên te komen in fyne Majefteyts indignatie; ende alfoo den Advocaet na voorgaende communicatie, met de voorfz Gecommitteerden gehouden , de voorfz middelen, by den Praefident gcallegeert, verfocht hadde by Requefte te hebben, omme wat breeder op de felve te mogen communiceren ; ende dat den felven Praefident niet en dachte billijk te wefen, 't geene wes hy alleen by communicatie ende onderwijfinge gefeyt hadde , fonder daer toe laft te hebben van de Con. , by gefchrifte te geven, ende oock die maniere van doen oock fulcks niet en was, foo heeft den Advocaet hem gedanckt van de voorfz ver- too»  ( 553 ) tooninge, feggende dat de Gecommitteerden hem leveren fouden haer antwoordt by gefchrifte , achtervolgende den laft hen mede gegeven , omme de felve te communiceren met de Maj. van de Con., ende indien de felve hare Majefteyt niet aengenaem en ware, daer van acn de Staten rapport doen fouden, om verder ende breder laft te gekrijgen. Den 3. Maert 1549. j^)E voorfz Gecommitteerden hebben, achtervolgende de voorfz onderrechtinge, nae voorgaende communicatie gerefolveert, dat men het narrc van dc voorfz antwoordt altererende, ende een weynigh mitigerende, voor antwoordt foude feggen, dat de Staten van Hollandt te vrede waren het voorfz Tractaet , foo veel in hen is, te ratificeren, ende de fubfignature ende figillature van dien te remitteren tot fulcke Preekten , Edelen ende Steden, als fyne Majefteyt daer toe fal willen nomineren ende committeren, mits dat hare portie , die in de contributie met die van Duytflandt opgebracht fal moeten werden , gevonden ende genomen fal werden uyt de Beeden ende Subventien , gelijck oock alle hare andere voorgaende laften omme gelijcke faecken als omme hare defenfie gevonden zynde, ende dat de Keyferlijcke Majefteyt henluyden daer van fal leveren behoorlijckë Afte, ende dat den Advocaet de voorfz antwoordt mijn Heer den Praefident foude leveren by gefchrifte, om de felve met de Majefteyt van' de Kon. te bcfoigncren en communiceren. Mm 5 * Den 1549. Den 2, en 3. Maert. De antwoordt nopende de voorfchreve Ratificatie van het Tractaet een weynigh te altereren ende mitigeren.  I549Den 5, en 6. Maert. *B1.8. Requefte voor die van Amfterdam , aengaende de Viflcherye in de ZuyderZee. Antwoordt op de Ratificatievan 't Tractaet van Confoederatie defenfive den Prasfident gelevert. C 554 ) * Dén 5. Maert 1549. TT^En Advocaet heeft gemaeckt de Requefte voor die van Amfterdam, ende de Staten met hen gevoeght, nopende de Viffcherye in de Zuyder-Zee, mitfgaders oock feecker verfoeck, van wegen de Staten gedaen, ten eynde de Onderfaten van Hollandt foude mogen koopen ende transporteren uyt Vranckrijck alle foorten van Wynen. Den 6. Maert 1549. T—TEeft den Advocaet , achtervolgende de Refolutie by de voorfz Gecommitteerden genomen , den Praefident gelevert de voorfchreve antwoordt op het poinct van de Ratificatie , ten eynde hy de felve foude communiceren met de Majefteyt van de Koninginne, ende voorts de voorfchreve Gecommitteerden geëxcufeert, dat fy den tweeden Maert Copie verfocht hadden van de vertooninge , alfdoen henluyden gedaen , fulcks dat hy haerluyden te vreden was , ten welcken tyde de voorfchreven Prcefident den Advocaet verklaerde, hoe dat defe Nederlanden in voortyden , de welcke alfdoen niet groot en waren , in de plaetfe daer fy nu maer drie duyfent guldens geven en fouden, gecontribueert hadden over de twintigh duyfent guldens, ende de Keyferlijcke Majefteyt met grooten arbeydt aen het voorfz Traftaet gekomen was , ende dat hy Prcefident door onthiet van fyne Majefteyt tot drie ofte vier diverffe Rijckfdagen grooten arbeydt gedaen hadde omme tot het felve Tractaet  ( 555 ) taet te komen, maer dat die van Duytflandt noyt daer toe en hadden willen verftaen, en ■dat alleen de jegenwoordige,Victorie van de Keyferlijcke Majefteyt oorfaecke was van 't effect van dien , ende dat die van Hollandt, die meeft waren fubject 't Keyferrijck, geen fwarigheydt en behoorden te maecken 't voorfchreve Tractaet fimpelijck te accorderen ende ratificeren , te min want alle de andere Landen fulcks gedaen hadden , als hy op ftaende voet den Advocaet vertoonde, dat hy evenwel van den felven dage de Majefteyt van de Koninginne onfe antwoordt foude vertoonen, ende hare Majefteyts geliefte ons rapporteren , omme alfdan verder daer inne gedaen te werden , als men bevinden foude te behooren. 'I'YEn voorfz Praefident met de Majefteyt van de Koninginne van 't geen wes voorfz is heeft de voorfz Gecommitteerden verklaert, dat haere Majefteyt , mitfgaders oock den Heere van Praet, van gelijcke opinie waren, als hy ons te vooren gefeydt hadde; te weten, dat de Staten van Hollandt behoorden fimpelijck ende fonder eenige conditie, als alle de andere Landen gedaen hadden , het voorfz Tractaet te ratificeren, ende dat de meeninge van hare Majefteyt alfnoch was, dat de portie van die van Hollandt uyt hare Becden ende Subventien gevonden foude werden, ende dat hy de felve foude doen hebben Copie van de forme ende maniere van de ratificatie, by de andere Landen gedaen, de welcke oock by hem de voorfz Gecommitteerden gelevert is, ende "54?. Den 6. Maerc. De voorfchreveRatificatie te pafleren fonder eenige conditie.  «545?Den 6, en 8. Maert. Copie van liet Landtfreet, gementioneert in *t Tractaet van de Confnederatie defenfive. "BI. p. Ge, C 556 ) ende dat daeromme de voorfchreve Gedeputeerden naer Huys fouden trecken, omme laft te gekrijgen het voorfchreve Traétaet fimpelijck te ratificeren, ende hen met de voorfz Landen conform te maken. Den 8. Maert 1549. J)E voorfz Gecommitteerden hebben gerefolveert , dat men, omme goedt ende vruchtbarigh rapport tc mogen doen, aen den Praefident foude verfoecken, omme verklaringe te hebben van dc Majefteyt van de Koninginne , by wat voegen ende manieren hare Majefteyt verftact, dat de portie van die van Hollandt in toekomende tyden gevonden fal werden, mitfgaders Copie van 't Landtfteet, daer van in het Tractact van de * Confoederatie defenfive gementioneert werdt, ende hem 't felve, indien hy dat begeerde, by gefchrifte te leveren, ende den voorfz Bartholomei was wel van advife, dat de Staten in 't refolveren op het voorfz poinct van de Ratificatie behoorden te conditioneren , indien fy daer toe mochten komen , dat haerluyder portie gevonden foude werden in fulcker voegen , als de portie van de andere Landen van herwaerts over , ende dat fyluyden , wetende haer aenpart ende contingent, ende dc felve furnerende , gevrijdt fouden wefen van alle koften, fchaden ende intereffen, die 'er fouden mogen vallen door quade betalinge wan eenige van de andere Landen.  ( 557 ) ^Evifiteert zynde de Requeften , roerende het afnemen van de Tollen in Denemarcken, van 't koopen ende tranfportercn van de Wynen uyt Vranckrijck , van de Viffcherye in de Zuydcr-Zee, hebben de voorfz Gecommitteerden gerefolveert, de felve fulcks den Prrefident over te geven, ende expeditie van dien te vervolgen. 1549. ' Den 8. Maerc. Seeckere Requeften aen den Praifidenc over te geven. T—TEt voorfz verfoek by de voorfz Gecommitteerden aen den Prcefident gedaen zynde, was te vreden de Majefteyt tc fpreecken , omme de voorfchreve verklaringe te hebben, maer en dochte hem, omme de redenen vooren verhaelt, niet geraden ; feyde mede, dat alreedc by 't Keyferrijck vijf hondert duyfent Goudt guldens opgebracht waren, daer inne de Keyferlijcke Majefteyt gerefpondeert hadde voor de portie van fyne Landen, fonder te dier caufe van henluyden yet geëyfcht te hebben; dat oock alreedc tot de Roomfchc tocht geordonneert was te onderhouden vier duyfent Paerden ende vier en twintigh duyfent Voetknechten , daer inne defe Nederlanden voor hare portie toequam te onderhouden hondert en twintigh Paerden ende fes hondert Voet-knechten, fonder dat daer van oock van henluyden yet geëyfcht was, ende dat daeromme de voorfchreve Gecommitteerden op het geene wes voorfz is behoorden rapport te doen, fonder yet verder tc begeeren ; heeft mede de voorfz Gecommitteerden geaccordeert Copie van 'ï Landtfreet, en op ftaende voet de felve henluyden in printe gelevert. By Beroerende de Confoederatiedefenfive.  1549- Den 8, en $>. Maert. Expeditie op de voorfz Requeilen. Rapport, by den Advocaet de .Staten te doen. Nopende de Reverentie te doen den Prince van Spaigne. •BI. io. ( 553 ) JJY den Advocaet den Praefident geremonftreert zynde de voorfz drie poinéten, als van het afnemen van de Thollen in Denemareken, van het koopen ende tranfporteren van Wijnen uyt Vranckrijck , ende van de "Viffcherye in de Zuyder-Zee , heeft belooft op alles expeditie te doen hebben. Den 9. Maert 1549. JS by de voorfz Gecommitteerden gerefolveert , dat , omme 't voorfz rapport tc doen , naer Huys fouden reyfen de Edelen, den Advocaet, die van Delf ende Leyden , ende dat den Advocaet, t'huys wefende", reyfen foude na Haerlem , omme de felve van alles rapport te doen , ten eynde fy op de naefte Daghvaert abfolutclijck gerefolveert fouden mogen wefen, en dat'de Penfionariffen van Dordrecht ende Amfterdam, alfoo fy in andere faken te Hove hadden, expeditie op de voorfz drie poinften vervolgen fouden. JjEn Advocaet door onthiet van d'Edelen den Heer van Praet gevraegt hebbende, of hem okbaer dachte , dat de Staten van Hollandt, den Prince gekomen zynde , hem fouden komen doen de reverentie, was fyne Aio. E. wel van advife, dat fy 't felve "behoorden te doen, ende dachte hem geraden, dat, in gevalle fyne Genade met fijn komfte in Hollandt lange foude vertoeven, dat die van Hollandt fulcke Propine ende Schcnck, als * fy in meeninge waren fyne Genade te doen , in Brabandt fouden komen offereren; dat  C 559 ) dat evenwel alle de Gouverneurs van defe Landen van de Majefteit van de Koninginne laft hadden, met de Staten te fpreken, ende de faecke te belyden, fulcks hy oock niet en twijffcldc , of den Heere van Beveren, die nae Hollandt gereyft was, cn foude het felve de Staten voorhouden, ende fijn wedervaren gehoort hebbende, indien de Staten van hem eenige alfnoch behoefde , fouden henluyden alle addreffe doen, hen mogelijck zijnde. Den 14. Maert 1549. TT)En Advocaet t'huys gekomen zijnde , heeft den Heere van Affendelft van alle 't geene wes voorfz is rapport gedaen. Daghvaert, gehouden in den Hage op den 14. Maert 1549. Op de Propine ende Schenck, die onfen Genadigen Heere den Prince in fyne blijke inkomften in Hollandt gedaen foude werden. TS by mijn Heere den Stadthouder , door laft van de Keyferlijcke Majefteyt ofte de Koninginne , de Staten voorgehouden , dat fy voor een Schenck ofte Propine den voorfz Prince voor fijn blijde inkomfte in Hollandt fouden willen accorderen de fomme van vijftig duyfent Philips guld. tot feven en twintigh ftuyv. 't ftuck; waer op de voorfz Gedeputeerden elcks in den haren rapport genomen hebben, omme haer antwoordt inne te brengen , ende in den Hage in de Herberge te wefen op den twintighften der felver maendt. Dagh- 1549. Den 9, en 14. Maert. Rapport van den Advocaet, Propine ende Schenck, aen den Heere Prince van Spaigue te doen.  Den 21. Maert. C56o) Daghvaert, inden Hage gehouden op den - een en twintighften Maert 1549. PRESENTEN Den Heere van Affendelf,van Goudriaen, van Poeigeeft, Arent van Duvenvoirde, Jacob van Duvenvoirde, Willem van Lockhorft, Otto van Egmont, ende Arent van Hardincxvelt, Uyt de naem van de "Edelen. Willem Bouwenfz, Huych Coel, Trcfo- rier, Jacob Oom, ende Mr. Willem Schoock , Penfionaris Van Dordrecht. Jooft van Hillegom , Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Michiel Janfz , Bur¬ germeefter , ende Mr. Cornelis , Secre-i taris Van Delf. Jonge Dirck Janfz, Claes Adriaenfz , Burgermeefter , ende Gerrit Bcuckelfz, Van Leyden. Pieter Cantert, ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam. Gijsbrecht Thijmanfz, ende Jan Dirckfz 't Hoen , Burgcrmcefters Vander Goude. Omme antwoordt inne te brengen op de voorfchreve petitie van vijftigh duyfent Philips guldens, tot feven en twintigh ftuyvers het ftuck. •BI. 11. Aen den Prince van DE voorfz Gedeputeerden van de Staten hebben eendrachtelijck ende liberah'jck  ( 561 ) geaccordeert de voorfz fomrne van vijftig duyfent Philips-guldens, tot feven en twintigh ftuyvers, 't ftuck, tot de Wijde inkomfte van onfen Genadigen Heere den Prince , ende foo geringe hy in Hollandt komen fal, maeckende leven en feftigh duyfent vijf hondert ponden van veertigh groeten, waer van promptelijck geheven ende ontfangen fullen werden by den Ontfanger van 't gemeene Landt twee 'ftuyvers op elckc Marge , gelegen in plaetfen , contribuabel onder de Schiltalen , 't welck naer haerluydcr eftimatie bedragen foude feven en twintigh duyfent vier hondert der voorfz ponden, de twee deelen tot lafte van den Eygenaer , ende dat derde derdendcel tot lafte van den Bruycker, en dat St. Jans Miffe nacftkomende, ofte daer te vooren , by den voorfchreven Ontfanger een Ommeflagh gedaen fal werden over de Schiltalen, ter fomme van fes en twintigh duyfent twee hondert en feftigh der voorfz ponden, daer inne die van Dordrecht, Haerlem , Delf, Leyden ende Gouda genieten fullen fulcke gratie , als fy naer advenant gewoonlijck zyn te genieten in de loopende ordinaris Beede, die van Delf gerekent op drie duyfent Schilden, achtervolgende de Acte provifioneel van de Majeftcvt van de Koninginne, 't welck fuyver ende aen geldt beloopen fal twintigh duyfent der voorfz ronden, cn dat de refte, beloopendc noch andere twintigh duyfent ponden, promptelijck opgebracht fal werden by verkopinge van Renten binnen 's Landts," den penningh festien , daer de Koopers af gevonden lullen werden onder de Edelen, Suppooften van den II. Deel. Kn Ho- Den 21. Maert. Spai^ne geaccordeert een fomme van viilrig duyfent Philips guldens tot een blijde inkomfte in Hollandt.  I54PDen 21. Maert. Content omme de Confederatie defenfive te accorderen, gelijk by alle de Landen van herwaertsover gedaen is. ( 562 } Hove in de groote ende kleyne Steden , en oock op het platte Landt , naer advenant van de lactfte verkoopinge, die gedaen is geweeft van feftigh duyfent gelijcke ponden, met expreffe conditie, dat de voorfz Renten afgeloft ende gequeten fullen werden op Kerfmiffe nacftkomende ; ende omme de felve lolfinge te vinden , fal alfdan by dc voorfz Ontfanger over de Schiltalen noch eens ommegcflagen werden fes en twintigh duyfent twee hondert feftigh der voorfchreve ponden, die van Delf gerekent als vooren , die aen fuyver geldt oock uyt lullen brengen twintigh duyfent gelijcke ponden , ende dat 't verloop van de voorfchreve Renten fal alfdan vergadert werden op de voorfchreve Schiltalen, gelijck den ommeflagh van des gemeene Lands Reyfen ende affairen, ende voorts onder andere conditiën , breeder in de Acte van Confent geinfereert. *T\E voorfchreve Staten hebben geaccordeert, de voorfchreve Confoederatie defenfive fimpelijek te ratificeren, gelijck by alle de andere Landen herwaerts over gedacn is, ende dat den Advocaet gelijcke forme van Ratificatie, als by den Prcefident van den Secreten Rade mede gegeven was, uyt den naem van de Staten foude onderteyekenen , ende dat men voorts van de Keyferlijcke Majefteyt foude verfoecken, dat de portie van die van Hollandt in de Contributie met die van Duytslandt gevonden ende opgebracht foude mogen werden, uyt de Beeden ende Subventien, ofte ten minften in fulckcr voegen, als de portie  C 563 ) tie van de andere Landen van herwaerts over, ende dat men daer van foude verkrijgen Acte, indien *t doenlijck ware, nae Mr. Lambrecht Jacobfz, Penfionaris van Haerlem , my gefeydt heeft, alfoo den Advocaet, overmits fyne fieckte, niet prcefent geweeft en is. Den 28. Maert. 1549. ï-JEeft den Heere van Affendelf my gefonden de Minute van de voorfz Aéte van Confent, omme een Acte in 't Franchijn te doen maecken, ende die te onderteyekenen, de welcke ick oock hem onderteyekent eefonden hebbe, die mijn Heere van Affendelf mijn Heere van Beveren ofte te Hove gefonden heeft. * J-JEbbe ick Copie authenticq van de voorfz Acte gelevert de Penfionaris van Amiterdam, Sandelijn. Den 5. April 1549. A En den Heere van Affendelf verlof genomen hebbende, ende hem gevraeght hebbende , of in de A6te van Ratificatie men ftellen foude de Gedeputeerden , ftaende in de Acte van Confent van vijftigh duyfent Philips guldens, ende of ick de felve maken ende onderteyekenen foude , volgende de forme my by den Prcefident mede gegevenheeft my gefeydt, dat ick fulcks doen foude. ' Nn 2 Den 1 1549. Den 21, ende 28. Maert. en 5. April. Acte in 't Franchijn van de felve Confoederatiedefenfive. *B1. 12. Copie van de voorla Acte aen Sandelijn gelevert. De voorfchreveAfte by den Advocaet onderteyekent.  1549Den 8, en • ii. April. Reyfe van den Advocaet naer Bruflel. Geen reverentie' als noch den Prince van Spaigne te doen. Ver- C 504) Den 8. April 1549. "DEn ick met de Staten gereyft na Bruflel , om mijn Heere den Prince van Spaigne te doen de reverentie. Den 11. April 1549. T5Y de Staten den Heere van Beveren gevraegt zijnde , of men mijn Heer den Prince de reverentie doen foude, feyde, dat de Majefteyt van de Koninginne in meeninge was alie de Staten van de Landen te befchrijven in 't beginffel van Mey, omme alfdan de reverentie te doen, ende met eenen oock te fchencken het geene wes fy den Prince van Spaigne hadden toegevocght , ende dat haer vervreemde, dat fy te Hove gekomen waren omme de reverentie te doen , gemerekt ten dien eynde noch by haer, noch by hem Heere van Beveren, noch by ycmanden Brieven gefonden en waren; feyde voorts laft te hebben de voorfchreve Staten voor te houden , dat fy elcks in den haren rapport fouden doen, ten eynde dc vijftigh duyfent Philips-gulden , geconfenteert St. Janfmifte nacftkomende, ten voorfz dage van befchrijvinge promptelijck opgebracht fouden mogen werden, ende dat fy hier inne de Keyferlijcke Majefteyt fouden willen gelieven, alfoo alle de andere Landen fulcks mede doen fouden.  C 565 ) Vergaderinge, by dc Staten tot Bruffel gehouden ten voorfchreven dage. PRESENTEN. 1549. Den u. April. Den Heere van Goudriaen , ende Den Heere van Poelgeeft , Uyt den naem van d'Edelen. Jacob Oom, Pieter Jacobfz Muys, Adriaen van Blyenbnrgh, ende Bartholomei, Van Dordrecht. Mr. Gerrit Hendrickfz, Treforier, ende Engelbrecht Willemfz Ram, Van Haerlem, Arent Cornelifz, ende Mr. Jacob van Eynde , Van Delf. Jacob vander Graft , Burgermeefter, ende Mr. Frans Adriaenfz, Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz, Burgermeefter, ende Mr. Floris van Hooghaerden,Van Amfterdam. Gijsbrecht Thi]manfz , Burgermeefter, ende Witte vander Hoeve, Vander Goude. BY den Advocaet henluyden voorgehouden zijnde het geene wes voorfz is, ende henluyden by den Heere van Beveren van wegen de Keyferlijcke Majefteyt was gcremonftreert, ten eynde fy daer op onderlinge fouden adviferen; foo hebben dc voorfchreve * Gedeputeerden elcks in den haren rapport genomen, om op de naefte Daghvaert haer antwoordt inne te brengen, dan die van DorNn 3 drecht *B!.i3.  1549Den ii. April. C 566 ) drecht begeerden , dat men alfdan de Staten mede foude remonftreren , dat de Koopers , die op 't Landt Renten fouden moeten koopen met fulcken gelde behoorden te loffen, als by hen uytgegeven foude werden. Te vertoeven met de teykeninge van de Acte van Ratificatie. Expeditie van 't Octroy van 't confent van vijftigli duyfent Philips guld. UY den Advocaet de voorfz Gedeputeerden gevraeght zijnde, of fy te vreden waren de Acbe van Ratificatie op de Confoederatie defenfive, nae dat der felve henluyden voorgelefen was, uyt haren naem onderteyekenen foude, hebben gerefolveert daer mede te vertoeven tot de toekomende Daghvaert in den Hage gehouden foude zijn , alfoo fy hen lieten duncken niet geraden , dat men volgende dc Refolutie, by de Staten den een en twintighften Maert te vooren genomen, Acte foude bcgccrcn, dat die van Hollandt, mits opbrengende haer aenpart ende contingent in de Contributie met die van Duytflandt, vry ende ontlaft fouden blijven van alle koften, fchaden ende intreffen, die 'er op fouden mogen komen door quade betalinge van eenige van de andere Landen, alfoo daer by foude fchijnen , dat fy tc vreden waren felver haer aenpart op te brengen, ende dat men 't felve op dc Daghvaert mede foude remonftreren. TS mede gerefolveert , dat men foude doen expediëren 't Octroy, omme te effectueren het voorfz confent van vijftigh duyfent Philips-guldens , maer dat men met de Acte, omme te hebben Commiffariffen, die geauthorifeert fouden wefen de onwillige Koopers te bedwingen , foude vertoeven tot de Voorfz naes-  ( 567 ) naefte Daghvaert , op avonture dat alfdan fulcke middelen gevonden mochte werden , dat men de felve Acle niet en foude behoeven. TXY Bartholomei rapport gedaen zijnde van het geene wes by hem ende Hooghaerden, als Gecommitteerden van de Staten, gedaen was roerende de nieuwigheden , by den Koning van Denemarcken gepleeght in het afnemen van de Thollen, ende de interdicte van geen Hout uyt Noorwegen te mogen halen , van 't kbopen ende tranfporteren van Wijnen uyt Vranckrijck , van de Viffcherye in de Zuyder-Zee; Soo is by hen eendragtelijck gerefolveert, dat men de felve faecke op 's anderen daeghs mijn Heer den Prcefident Staetsgewijs noch eens foude recommanderen, ende expeditie vervolgen, alfoo die eyfehende was acceleratie, mits dat de Schepen alfnu behoorden Ooftwaerts te varen; 't welck fulcks by den Advocaet gedaen zijnde, heeft den Prcefident belooft korts ons expeditie te doen hebben , feggende, dat in de voorfz faecke, nopende den Koningh van Denemarcken , de Inftructie al gcreedt was , ende niet en refteerde dan te nomineren ende ordonneren die van 's Keyfers wegen in Denemarcken reyfen foude, 't welck hy mcynde dat van dien dagh, wefende den twaelfden April, noch gefchieden foude. TXY den Advocaet aen den Heere van Beveren verfocht zijnde, dat hy aen de Majefteyt van de Koninginne foude willen vervolNn 4 gen, 1549Den ii. April. Nieuwigheden , by den Koningh van Denemarcken gepleeght in 't afnemen van den Thol. Provifie tot defenfie van de Haringhvaert.  1549» Den ii, 17 en 23. April. * BI. 14. Rapport van den Advocaet, van 't gepaleerdete Hove. ( 5Ó8 ) gen, ten eynde provifie gedaen foude mogen werden by tijdts tot defenfie van de Haringhvaert ; heeft hem voor antwoordt gegeven , dat hy't felve al by Memorie geftelt hadde, ende alfnoch geen pas gegeven en hadde omme hare Majefteyt daer van te fpreken, ende dat hy wel witte, dat die faecke die van Hollandt ende Zeelant grootélijcks importeerde, fulcks fy hem mede dede , ende daeromme metten eerften hare Majefteyt daer van foude fpreken ; heeft mede den Advocaet den Heere van Beveren gefeydt, dat het * Laft-geldt tegenwoordelij ck de Viffchers onverdraeghlijcker was, fulcks dat fy 't felve niet meer en fouden mogen opbrengen, ende dat daeromme by de Keyferlijcke Majefteyt een .ander middel gevonden foude moeten werden, dienende tot defenfie van de felve Haringhvaert. Den 17. April 1549. TAE11 Advocaet t'huys gekomen zijnde , heeft den Heere van Affendelf van alles rapport gedaen, ende aen hem verfocht, ter begeerte van de Edelen, dat hy de Daghvaert foude willen befchrijven, te wefen in de Hcrberge den fes en twintighften April, 't welck hy belooft te doen, en oock naderhandt gedaen heeft. Aen Mr. Willem Snoeckaert over te Den 23. April 1549. T-JEcft den Heere van Affendelf den AdvoA A caet belaft, Mr. Willem Snoeckaert te leveren onder fyne Recepilfe de Quohieren van  C 569 ) van Schielandt van den Thienden penningh, ende oock te nemen Recepiffe van de Quohieren van Schielandt, by Suys te vooren gelevert , fulcks den Advocaet oock gedaen heeft, hem belaftende, den felven geen andere Quohieren te leveren, dan by fyne exprefle ordonnantie. Den 23. April. leveren de Quohieren van den tienden penning van Schie* landt. Nn 5 Dagh.  Den 27. Apni. Daghvaert, gehouden in den Hage den feven en twintighften April 1549. PRESENTEN. De Heeren van Affendelf, van Gondriaen, van Poeigeeft, Arent van Duvenvoirde, Aelbrecht van Treflmg, Willem van Lockhorji, ende Otto van Egmont, Uyt de naem van d'Edelen, Jaéob Oom, Pieter Jacobfz Muys, ende Mr. Willem Schook, Van Dordrecht. Mr. Pieter van Foreeft, Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Michiel Janfz , ende Mr. Huych van Eynde, Van Delf. Jonge Dirck Janfz , Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde, By Van Leyden. Mr. Hendrick Dirckfz , Burgermeefter, ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam. Gijsbrecht Thijmanfz, ende Witte vander Houve, Van Gouda. Omme te refolveren op de Petitie van de Keyferlijcke Majefteyt , ten eynde dat vijftig duyfent Philips-guldens, geconfenteert op tc brengen St. Jansmiffe , achtervolgende dc begeerte van de Keyferlijcke Majefteyt inMeypromptelik opgebragt fouden mogen werden, ten voorfz dage van de befchrijvinge van de voorfz Staten te Hove.  C 571 ) BY den Heere van Affendelf , door 't fchrijven van den Heer van Beveren de Staten voorgehouden zijnde , dat de Keyferlijcke Majefteyt van henluyden wel expreffelijck begeerde, dat fyluyden de vijftigh duyfent Philips-guldens, geaccordeert op te brengen St. Janfmiffe nacftkomende, nu in Mey promptelijck * fouden willen opbrengen, als fy met de andere Staten van defe Landen te Hove befchreven fouden zijn, gemerekt alle de andere Staten van defe Landen fulcks mede doen fouden, ende dat daeromme fyluyden Refolutie fouden nemen, by wat middelen men de voorfz penningen ten felven tyde op foude mogen brengen, foo hebben de voorfchreve Edelen ende die van Dordrecht van advife geweeft, dat in gevalle de Keyferlijcke Majefteyt te vreden wilde wefen met vijftigh duyfent Philips-guldens, 't ftuck gereeckent tot vijf en twintigh ftuyvers , dat men de voorfz vijftigh duyfent Philips-guldens op financie foude opbrengen , ende dat de felve financie betaelt foude werden mee de vijf duyfent guldens , die 'er alfdan fouden overfchieten, ende tot profijte van den Lande komen; ende in gevalle fyne Majefteyt daer mede niet te vrede wilde zijn, dat men van ftonden aen de twee ftuyvers op de Marge , leggende onder dc Schiltalen, omme foude flaen, achtervolgende het confent, ende dat voor St. Jansmifïe op de Schiltalen mede ommegeflagen fouden werden de fes cn twintigh duyfent twee hondert, die eerft geaccordeert waren ommegeflagen te werden op Kerfmiffe ende dat men altoos de voorfz penningen op financie foude opbrengen, 1549' Den 27. April. Beroerende de petitie van vijftigh duyfent Philipsguldensvoor den Prince vaa Spaigne. *B1. 15.  H?9Den 27. April. Verklaringe van die van Haerlem, Leyden, Amfterdamende Gouda. Verklaringe van die van Delf. Nopende de provifie voor de ( 572 ) gen, welcke financie je'gens St. Jacobs dagh men weder foude loffen. Di e van Haerlem, Leyden, Amfterdam en de Gouda verklaerden geen laft te hebben hen eenighfints met financie te behelpen, immers feyden henluyden laftigh genoegh tc wefen de penningen op te brengen fulcks die geaccordeert waren , ende daeromme geen laft en hadden van eenigh ander middel. Die van Delf feyden wel te vreden te wefen, dat de twee ftuyvers op de Marge van Honden acn ommegeflagen fouden werden , maer aengaende de penningen, die by de Schiltalen ommegeflagen fouden werden, dat alfoo fy hadden Brieven van gratie ende exemptie, de felve behoorden te genieten, ende in gevalle fy immers mede fouden moeten contribueren , dat fy alfdan fouden volftaen, midts daer inne contribuerende met drie duyfent Schilden , ende daer inne genietende fulcke gratie , als de aéte van confent vermeldende was, dan waren eendrachtelijck wel van advife , dat men nu in Mey de voorfz vijftigh duyfent Philips-guldens mondelinge foude prefenteren, ende dat men de Majefteyt van de Koninginne fulcks foude fpreken, dat de felve eerft St. Jacob effeftuclijck opgebracht fouden werden, van alle welcke by den Advocaet rapport gedacn zynde, den Heere van Affendelf heeft geantwoordt, dat hy de felve Refolutie mijn Heere van Beveren foude overfchrijven. "RY den Advocaet de Staten rapport gedacn zijnde van de follicitatia, by hem gedaen aan  C 573 ) aen den Heere van Beveren, omme te hebben provifie, dienende tot defenfie van de Haringvaert, fulcks als hier vooren verhaelt is; foo hebben de voorfchreve Staten aen den Heere van Affendelf begeert, dat hy by fyne Miffive de felve fake mijn Heere van Beveren mede hertelij eken foude recommanderen, het welcke hy oock aengenomen heeft fulcks te doen. T3Y den Advocaet de voorfz Staten verhaelt zijnde 't geene wes oock hier vooren ftaet, nopende de Aftc van Ratificatie op de Confoederatie defenfive, ende de felve henluyden voorgelefen zijnde, ende hen gevraeght hebbende, of fy de felve Acte by hen onderteyekent overgelevert wilden hebben, fonder te begeeren Aóte van de Keyferlijcke Majefteyt , dat die van Hollandt, mits opbrengende haer aenpart ende contingent in de Contributie met die van Duytflandt, vry ende ohtlaft fouden blijven van alle koften , fchaden ende intreffen, die 'er fouden mogen opkomen door quade * betalinge van eenige van de andere Landen, dan of fy wilden, dat men de felve Acte foude verfoecken; foo hebben de Edelen , die van Dordrecht ende die van Haerlem by de redenen , by den Advocaet voorgeftelt, gerefolveert, dat men de voorfchreve Acte van Ratificatie, by hem onderteyekent, mijn Heere den Prxffident Viglius overleveren foude, fonder te verfoecken de Aéte van vryinge, maer die van Delf, Leyden, Amfterdam ende Gouda feyden, dat alfoo het niet apparent en was, dat de portie ende aenpart van die van Hollandt in de Con- tri- 1549. Den ij. April. Haringhvaer:. Nopende de Acte van Ratificatie op de Confoederatiedefenfive. * BI. 16.  1549Den 27. April. Octroy op het confent van vijftigh duyfent Philips guldens. Staet van des gemeene Landts Ommeflagh. Requefte van de Weduwe wijlen Mr, Cornelis van Schoonhoven, verfoeckendeadjunétle van de Staten in feker Proces. (574) tributie met die van Duytflandt by de Keyferlijcke Majefteyt ende uyt de Beede opgebracht foude werden, maer dat fyluyden daer felver fouden moeten voor refponderen, daeromme behoorden te hebben verklaringe van hare quote ende fmaldeelinge , ende voorts oock Acte om gevrijdt te weien als vooren. gY den Advocaet de voorfz Staten voorgelefen zijnde 't Oétroy, omme te mogen effectueren het voorfchreve confent van vijtigh duyfent Philips-guldens , zijn te vreden geweeft, dat 't felve by den Ontfanger van den Ommeflagh ter executie geleydt foude werden, verfoeckende van het felve Copie, die hem by den Advocaet oock gelevert is. J^Y den Advocaet henluyden vertoont zijnde feker ftaetken, by den Ontfanger van des gemeene Landts Ommeflagh gemaeckt i hebben elcks van de Steden daer°van Copie begeert , omme op de naefte Daghvaert Refolutie te nemen, welcke Copie hem oock by den Advocaet gelevert is. JS op dc Requefte van dc Weduwe wylen Mr. Cornelis van Schoonhoven , verfoecde adjunétie van de Staten in feker proces, 't welck fy als Gedaéghflen voor den Grooten Rade hangende heeft op ende jegens de Weduwe wylen Adolf Herdinck, 'in welcke faeke by haer , achtervolgende feeckere Privilegie van Hollandt de non evocando , exceptie van renvoy geproponcert is , verklaert dat den Advocaet van defe faecke communiceren fal met  ( 575 ) met Suys, alfoo feker Articul in de Inftru&ie is , meer dienende tot voordeel van den Lande, omme geen faken ter eerfter inftantie te mogen evoceren , dan 't voorfz Privilegie ; ende dat voorts den Advocaet hem fal informeren^ of geen gepriviligeerde faecke is, uyt krachte van de welcke de voorfchreve Weduwe voor den Grooten Raede gedaghvaert is, ende tot dien eynde te recouvreren Copie van den Mandamente; ende in gevalle bleeck geen geprivilegeerde fake te zijn, fouden de voorfz Staten te vreden wefen de voorfz adjunftie te doen. JS op de Requefte van Jooft van Dam, verfoeckende fekere gratuiteyt, uyt fake dat hy door bevel van Hooghaerden veele ende diverffe Regifteren doorfocht heeft, omme te vinden feeckere Sententie, die t'anderen tyden gepronuncieert foude wefen tuffchen de Steden van Hollandt , Gedaeghden contra den Procureur Generael, nopende de exemptie van Tollen ; verklaert, dat den Advocaet hier van fpreken foude met den voorfz Hooghaerden , wat arbeydt by hem gedaen , ende uyt faecke van dien verdient mochte zijn, ende dat dien naervolgende men hem foude contenteren. ^P het verfoeck van de Pontgaerders van Delf, die ter begeerte van de Staten gegaen waren in gijfelinge, mits dat fy niet en hadden willen hare Regifteren leveren in handen van Uytwijck, omme daer uyt te weten het tranfport van de Grynen , 'by diverffe Koop- 1549- Den %7. April. Requefte van Joolt van Dam , verfoecde fekere gratuiteyt. Requefte van de Pontgaerders van Delf, verfoeckendebetalinge  1549Den 27. April. *B1. 17. van haerluyderverteringe in de Gijfeünge. Wegens Hollandt yemandt te committeren , omme nevens Stratius aen den Koningh van Denemarken te vertoonen de nieuwighedenin 't afnemen van de Thollen. ( 570 Koopluyden, contrarie de * Placaten van de Keyferlijcke Majefteyt , gedaen, ende in de felve gijfelinge verteert hadden hondert negen en twintigh guldens , verfoeckende betalinge van dien, alfoo op fekere voorgaende Daghvaert by de Staten henluyden niet meer dan hondert guldens tocgevoeght was ; Is verklaert , dat alfoo de Edelen , die van Dordrecht ende eenige van de andere Steden van de felve toevoeginge niet en wiften te fpreken, de voorfz faecke uytgeftelt foude werden tot de naefte Daghvaert, ende dat binnen middelertyde een yegelijck foude voorleggen, wat in de felve fake gedaen ware, omme alfdan eyntelijck daer op te difponeren. CY den Heere van Affendelf, ter begeerte van Amfterdam, de Staten verklaert zijnde , dat alfoo den jegenwoordigen Koningh van Denemarcken eenige nieuwigheden dagelijcks plceghden in 't afnemen over de Onderfaten ende Schepen van Hollandt van meerder Thollen, dan oyt te vooren by hem gedaen was; oock hy niet en wilde gehengen , dat de Onderfaten van Hollandt in Noorwegen Bakken ende andere Hout fouden halen; foo hadde de Keyferlijcke Majefteyt gecommitteert Stratius , Raed in Gclderlandt , met volkomen inftrucle , omme de voorfchreve nieuwigheden den Koningh te vertoonen, ten eynde de felve afgedaen mochten werden , ende want wel van nooden was yemandt van defe Landen by hem gevoeght te werden, foo was 't billick, alfoo die negotiatie 't welvaren is van den Lande van Hollandt, dat 'er eene tot 's Landts  C 577 ) *s Landts kollen by den voorfchreven Stratius gevoeght foude werden; lbo hebben de Edelen te vreden geweeft, dat 'er een by gevoegt foude werden tot 's Landts koften , ter fomme van vier ofte vijf hondert guldens ; die van Dordrecht ende Haerlem, fonder hier van rapport te doen, hoopten wel laft te gekrijgen; die van Delf, Leyden ende Gouda namen fimpelijck rapport tot de naefte Daghvaert. , Den 18. Mey 1549. QElevert Mr. Arent Coebel Ordonnantie van hondert vijftigh guldens, hem by de Staten toegeleydt op den tienden Februarii 1548. ftilo communi, voor den meenighvuldigen arbeydt, by hem gedaen in 't collecteren van de twintigh duyfent guldens, gevonden by Schiltalen, wefende de helft van de veertig duyfent guldens , by de Staten geaccordeert den 14. Maert 1547. ftilo communi. Den 27. Mey 1549. QElevert Mr. Jacob de Milde Ordonnantie van vier en twintigh Daghgelden , van dat hy op den twee en- twintighften Februarii laeftleden met fekere andere Gecommitteerden gereyft is naer Bruffel, omme de antwoordt op de Ratificatie van de Confederatie defenfive tc helpen inne brengen, by de Staten geaccordeert den negen en twintighften Januarii oock laeftleden. II. Deel. Oo * Dagh- 1549. Den 27. April. 18, en 27. Mey. ' Ordonnantie op Coebel van hondert vijftigh guldens. Ordonnantie op Mr. Jacob de Milde van vier en twintigDaggelden.  1549Den 7. Junii. *B1.18. Beroerende de toeruftingevan eenige Schepen van Oorloge tot defenfie van de Hariugvaert. . C 573 ) * Daghvaert, gehouden in den Hage op den fevenden Junii 1549. PRESENTEN. Den Heere van Affendelf, Den Heere van Goudriaen, ende Willem van Lockhorft, Uyt den naem van d'Edelen. Pieter van Beveren , ende Mr. Willem Schook, Van Dordrecht. Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Cornelis Aelbrechtfz , Burgermeefter, ende Pieter Sasbout, Claes Adriaenfz, Burgermeefter, Van Leyden. Egbert Gerbrandtfz , Burgermeefter, ende Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam Witte vander Hoeve. Vander Goude. Omme te refolveren, wat de Staten van 's Landts wegen fouden willen contribueren tot de toerustinge van vier Schepen van Oorloge , dienende tot defenfie van de Haringhbuyfen. BY den Heere van Affendelf de voorfchreve Staten voorgehouden zynde de commoditeyt , 't profijt ende welvaren, dat het Landt van Hollandt confequerende was by de Haringhvaert en de Viffcherye, ende dat foo wel de Steden als het platte Landt daer by geprofiteert was, ende meeft alle de Ambachten haer Broodt daer aen wonnen, fulcks fy in de voorlede Jaren by experientie wel bevonden had-  ( 579 ) hadden, dat daeromme fyluyden tot vorderinge ende affiftentie van de Haringvaert fouden willen accorderen fekere fomme van penningen, gelijck fy in de voorlede Jaren van 1547. acht duyfent guldens, ende 1548. fes duyfent guldens geaccordeert hadden; ofte in gevalle de felve fomme henluyden te groot ende te lastigh mochte vallen, overmits andere exceffive befwaerniffen van 't Landt , de felve wat mochte minderen ende modereren; foo hebben de Edelen ende die van Delf gerefolveert, dat niet tegenftaendc de groote laften van den Lande, foo van de Beede ordinaris als van de vijftigh duyfent Philips-guldens , den Prince van Spaigne geaccordeert, overmits de groote commoditeyt ende het profijt van de Haringvaert , noch te vreden fouden wefen te accorderen drie duyfent guldens ofte omtrent vier duyfent guldens, mits dat de Edelen feyden dc felve penningen eerft opgebracht fouden werden te Kerfmiffe naeit-komende. Die van Dordrecht verklaerden , dat gemerekt by de Miffive , acn hen gefonden , geen verklaringe gedaen cn was , hoe veel Schepen van Oorloge men foude toeruften, wat de felve foude kotten, ende hoe veel, en de wat de gemeene Viffchers daer toe gcdelibereert waren te contribueren, hier van niet en hadden konnen refolveren, maer mits hebbende de felve verklaringe , verfochten rapport in den haren. Die van Haerlem, Leyden ende Gouda verklaerden , dat alfoo fyluyden by de Viffcherye niet fonderlinghs gcprofitèert en waren, dat oock het Landt met de ordinaris Beede grooteOo 2, lijeks 1 Den 7. Junii'. Verklaringe van die /an Dordrecht. ITerklarin>e van die /an flaerem, Leylen ende .iouda.  1549Den 7. Junii! •'BI. 19. Verklaringe van die van Amfterdam. Geen Quohieren by den Advocaet uyt te leveren, dan by Or donnantie van de Staten. C 580 ) lijcks belaft was, ende dat oock; om tc furneren de vijftigh duyfent Philips - guldens , mijn Heere den Prince geaccordecrt, nu St. Janfmiffe ommegeflagen fouden werden fes en twintigh duyfent guldens, ende te I^erfmiffe daer aen gelijke fes en twintigh duyfent guldens ; dat oock op de Marge ommegeflagen touden werden twee ftuyvers, fyluyden geen laft en hadden tot de voorfz Viffcherye te confenteren, * te meer die van Leyden ende Gouda, fop fy feyden, jegens henluyden in 't proces ftonden, maer dat de Viffchers ende Rceders, die het profijt toequam, hen felven behoorden te helpen, te meer alfoo de jacrlijckfche Contributie van de Staten met hen lichtelijck in confequentie getogen fouden werden. Die van Amfterdam verklaerden , dat gemerekt de Negotiatie en Koopvaerdye foo commodieufelijck ende profijtelijck den" Lande was, als dc Viffcherye, ende dat fyluyden in de voorlede Jaren van de Staten verfocht hebbende affiftentie, de felve hen geweygert was, fyluyden geen laft hadden omme yet tot' de voorfz Viffcherye te confenteren. TÏY den Advocaet de Staten vertoont zijnde, hoe dat dagelijcks, foo by den Procureur Generael , als by Mr. Willem Snoeckaert , daer toe commiffie hebbende van de Majefteyt van dc Koninginne, verfocht werden de Quohieren van de twee Thienden, niet tegenftaende dat by de Acte van confent de Staten belooft is, dat de felve fouden fecreet gehouden werden, ende dat mits overleverende de felve Quo.  C 581 ; Quohieren , het effect, van de voorfchreve Acte te niet gedaen foude werden; verfoeckende aen henluyden, wat fy hier inne gedacn fouden willen hebben in toekomende tyden, foo hebben de voorfchreve Staten eendrachtelijck ende cxpreffelijck belaft den voorfz Advocaet , niemanden geen Quohieren van de twee Thienden te leveren, dan by hare Ordonnantie. J^Y den Advocaet gevraeght zynde , of fyluyden gevifiteert hadden het ftactken , henluyden, by hem gelevert, omme tc komen tot een nieuwen ommeflagh, ende of fyluyden gerefolveert waren daer toe te verftaen; foo hebben fyluyden eendrachtelijck gerefolveert, niet te willen verftaen tot eenigen ommeflagh, voor ende ai eer Coebel fyne Rekeninge gedacn foude hebben, ende dat daeromme den Advocaet hem foude feggen, dat hy de felve met den eerften foude gereedt maken. J^Y den Advocaet die van Amfterdam ende Gouda gevraeght zijnde, of fyluyden elcks in den haren rapport gedacn hadden nopende dc verfogtc recompenfe van de Weduwe Vrancks vandcr Hoeven , gedacn op den veertienden November hctfllcdcn ; foo hebben die van Amfterdam verklaert rapport gedacn te hebben, ende dat fy bevonden haer geen recompenfe te competeren, maer dat fy genoegh van hare moeyte ende arbeydt gelooht was, ende die vander Goude vcrklacrde niet van de fake te weten, noch daer van eenigh rapport gedacn tc zijn. O o 3 By Den 7. Junii. Beroerende het raaekén van een nieuwen ommeflag. Nopende de verfochte Recompenfe en jratuiteyt /an de Weduwe Vrancks /ander ioeve.  1549Den 7. Junii. De nieuwighedenby den Koningh van Denemarcken in 'c afnemen van meerder Thollen van de Schepen ende Onderzatenvan Hollandt-gepleeght. * BI. 20, Naer- C 582) DY Hoogaerden de Staten vertoont zijnde, 'hoe dat hy by hen gecommitteert was om te vervolgen dat de nieuwigheden , by den Koningh van Denemarcken gepleeght in het afnemen van meerder Thollen van de Schepen ende Onderfaten van Hollandt, ende van de interdictie, henluyden gedaen, van geen Hout in Noorwegen te mogen halen; dat de Onderzaten van Hollandt fouden mogen koopen ende tranfporteren uyt Vranckrijck alle foor ten van Wijnen, foo hadden fyluyden op het eerfte poincb verkregen Stratium , Raedt in Gelderlandt, als Commiffaris vande Keyferlijcke Majefteyt, die met volkomen Inftructie op den tweeden Junii van Zwol nae Denemarcken gereyft was, daer by die van Amfterdam gevoeght hadden Sybrandt Ocko; ende op het tweede poinct was geëxpedieert fekere Ordonnantie , dat men niet foude publiceren, voor ende al eer den Prince van Spaigne in Hollandt komen foude, foo den Praefident Viglius hem gefeydt hadde, verfoeckende Ordonnantie van haer beyden vacatiën, * foo hebben dc voorfz Staten den Advocaet belaft Ordonnantie te maecken van foo veel dagen , als fy by verklaringe hem overleveren fouden gevaceert te hebben.  ( 583 ) Naer-noene. PRESENTEN. 1549- Den 7. Junii. De Gedeputeerden van de Viffcherye. Cornelis Aelbrechtfz, ende Sasbout, Van Delf. Joojl Janfz, Pieter Simonfz, Pieter Govertfz, ende Mr. Roelandt Gillifz, Van Rotterdam. Adriaen Janfz , Burgermeefter , Anthonis Willemfz, Willem Mechierfz, ende Jacob Danielfz, Van Schiedam. Jan Arentfz, Burgermeefter , Willem Cornelifz, Cornelis Ewoutfz, ende Arent Paulfz, Van den Brielle. Lucas Dirckfz , Burgermeefter , ende Jan Tfbrandtfz, Van Enckhuyfen. Anthonis Aertfz, Burgermeefter.ende Wijnert Simonfz, Van Vlaerdingen. Dirck Gerritfz, Simon Gerritfz , Jan Thonifz, ende Claes Eggertfz, Van Wormer. Jan Janfz , ende Moeke Tfbrandtfz, Van Grootebroeck. Cornelis Mathijfz, Van Hem ende Veenhuyfen. NAe het vertreck van de Staten den Heere van Affendelf de Gedeputeerden van de gemeene Viffchers by hem ende my ontboden hebbende, ende de felve in 't lange verhaelt hebbende de voorfz Refolutie van de Staten, O o 4 no- Nopenda de toerusting van Schepen van Oorloge tot de-  1549- Den 7. Junii. fenfie van de Haring vaert. ( 584 ) nopende de Contributie van de Staten tot defenfie van de Haringhvaert , de welcke was negatief, ende dat daeromme fyluyden onderlinge raedt fouden moeten vinden , omme de voorfchreve Viffcherye te vorderen; foo heb- • ben de voorfz Gedeputeerden eendrachtelijck gerefolveert, dat alfoo geen hoope en was van eenige affiftentie van wegen de Keyferlijcke Majefteyt, nochte van wegen de Staten, ende dat de koften , die fylieden fouden moeten vervallen tot toeruftinge van de voorfz vier Schepen van Oorloge, feer groot ende exceffief wefen fullen, ende dat fy fouden moeten dragen de laft ende perieul, indien eenige van de voorfz Schepen van Oorloge by Tempeeft of Onweer verdroncken, ofte by de Vyanden ende Piraten van de Zee genomen wierden; hier by gevoeght, dat het meerendeel van de Haringhbuyfen in de voorlede twee jaren merckelijck ten achteren geweeft hebben, ende niet verfekert en zijn nu bet te vaeren , immers dat de vanghft van dien nu merkelijck minder foude mogen vallen, dan de felve in voorlede jaren geweeft is , henluyden niet doenlijck cn is dc voorfz koften alleen te dragen, maer liever de Haringhvaert voor defe jegenwoordige Teelt leedigh hebben te ftaen , dan hen felven tc ftellen in den voorfz laft, perieul ende andere inconvenientcn , die 'er uyt fouden mogen komen, met meer andere middelen, in haer antwoordt geinfereert, onder den Advocret wefende. Van welcke antwoordt den Advocaet den Heere van Affendelf rapport gedaen hebbende, heeft de felve verfocht by gefchrifte te hebben,  ( 585 ) ben, die den Advocaet oock hem ten felven dage gelevert heeft. * T-TEeft den Heere van Affendelf den Advocaet gefeydt, dat hy, Suys ende Jacob de Jonge ten felven dage gefloten hadden de Reekeninge van de voorgaende Haringhteelt, ende dat de gemeene Viffchers te boven komen, ter fomme van acht duyfent vijf hondert tien ponden feventien fch. van veertigh grooten. Den 8. Junii 1549. TS Jooft van Dam gelevert Ordonnantie van fes Car. guldens, voor de moeyte en arbeydt, by hem gedaen in het doorfoecken van diverffe Regifteren, omme te vinden fekere Sententie, die t'anderen tyde foude gepronuncieert zijn tuffchen dc Staten van Hollandt ende den Procureur Generael, aengaende de exemptie van Thollen , ende dat, nae ick hier van met Hooghaerden gefproocken hadde , die my verklaerde wel foo veel verdient te hebben. Den 15. Junii 1549. J-ÏEb ick de Commiffie op den Heere van Affendelf en Jan Hanneman , omme te verwittigen Koopers van Renten in het confent van vijftigh duyfent Philips-guldens, den Prince van Spaigne" gedaen, den voorfchreven Heere van Affendelf vertoont, die my feyde, dat hy 's anderen daegs ter Bruyloft Oo 5 van Den 7,8,en 15- Junii. -BLat, Reeckeninge van de voorgaende Haringhteeltgefloten, Ordonnantie op Joolt van Dam. Commiflie op den Heere van Affendelf ;nde Jan Hanneman,  Pen 15. Junii. De Acte van Ratificatie van «Je Confoederatie defenfief acn den Audiencier van den Keyfer toegefonden. Infinuatie, by fekeren Deurwaerderaen den Advocaet gedaen, nopende de faecke van de Gulde Bul le. C 586 > van fijn Nichte tot Breda reyfen foude, ende daeromme de felve Commiflie tot fyne komfte weder van Breda onder my houden foude. T-TEbbe ick door onthiet van den Heere van Affendelf ende de Penfionariffen van Delf ende Leyden den Audiencier van den Keyfer , achtervolgende fijn begeeren , gefonden de Acte van Ratificatie van de Staten van Hollandt op dc Confoederatie defenfive , onder proteftatie , dat de Staten in meeninge zijn van de Keyferlijcke Majefteyt te begeeren Acte , dat, mits opbrengende 'haer aenpart ende contingent in de contributie met die van Duytflandt, fyluyden vry ende ontlaft fullen blijven van alle koften, 'fchaden ende intereffen , die 'er op fouden mogen komen door quade betalinge van eenige van de andere Landen , ende op 't betrouwen dat de felve Acte henluyden niet geweygert en fal werden, blijekende by de Minute van mijn Miffive aen hem gefonden. TLTEb ick fekere Deurwaerder, die my infinueerdc feker Appoinctement, geftelt op de Requefte , by de Staten van Brabandt in den Secreten Rade overgegeven, daer by fy verfochten, dat de Staten van Hollandt fouden repliceren op haer antwoordt, overgegeven in de fake van de Gulde Bulle, vermeldende 't felve Appoinctement, zy geordonneert partye , alhier gementioneert , te repliceren , volgende de Requefte, binnen een maendt na de infinuatie , voor antwoordt gegeven, dat ick geen Appoinctementen noch Exploicten voor  ( 537 ) , voor de Staten accepteerde, ende dat ook de Staten my zulks belaft hadden geen te accepteren , maer dat hy de felve infinuatie behoorde te doen aen partye, te weten de Edelen ende fes groote Steden, ende dat hy de voorfchreve mijne antwoordt aen mijne Heeren van den Secreten Rade fulks foude relateren, 't welk den voorfz Deurwaerder my belooft heeft te doen. Den 21. Junii 1549. TX Y my gekomen zijnde Joris Ottefz, Deurwaerder ordinaris van den Hove van Hollandt, my vertonende fekere infinuatie, onder de handt van Mr. Willem Snoeckaert, Raedt ordinaris van den felven Hove, vermeldende onder anderen, dat hy den Advocaet van den Lande van Hollandt foude infinueren, dat hy alle dc Quohieren van de twee Thienden, ende van de verhoginge van dien foude gereedt leggen, omme hem die te * leveren, foo wanneer hy by hem daer toe verfocht foude zijn, begeerende daer op van den voorfchreven Advocaet antwoordt, omme fyne relatie te mogen maecken; foo heeft den voorfchreven Advocaet den voorfz Deurwaerder voor antwoordt gegeven, dat de Staten van Hollandt hem expreffelijck belaft hadden, niemanden eenige Quohieren te leveren, dan by hare Ordonnantie, alfoo henluyden by dc Majefteyt van de Koninginne belooft is by Aóle, dat de felve Quohieren fecreet gehouden fouden werden. TS den Prior van de Predicaren in den Hage by den Advocaet gekomen, hem verklarende, »54f- Den 15, eic 21. Junii. Van feksre infinuatie onder de hand van Snoekaerr. om de quohieren van de twee Thienden gereedt te leggen. *BI. 22. Den Prior van de Pre. dicaren in  Den 21, ei 37. Junii. den Hage verklaert, dat Snoeckaert opejiinge van des Landts Killen in 't Kloofter hebben wilde. Advertentie van het vervolg by die van Biabandt aen den i C 5S8 ) I de, hoe dat den voorfz Snoeckaert den negentienden Junii gekomen is in 't Kloofter, vergefelfchapt met Philips van Uytwijck en een Boode, begcerende by hem innegelaten te wefen in de Kamer daer dc Kiften van 't Landt ftacn , ende daer wefende, vraeghde, of hy Prior niet cn wifte of 'er yemandt onlangs in eenige van de voorfz Kiften geweeft hadde, ende alfoo den Prior verklaerde, 't felve niet te weten, mits dat nu d'een, nu d'andcr, gewoonlijck waren daer toe te komen, foo heeft den voorfz Snoeckaert van hem begeert, of hy een weynigh buyten foude willen ftacn, ende nae dat den Prior uytgegaen was, ende hy met Uytwijck een wcynig in dc voorfz Kamer geweeft ware, komende by den Prior, heeft hem van wegen dc Keyferlijcke Majefteyt ende dc Majefteyt van de Koninginne wel fcherpelijck, ende op poene aen hem ende het geheele Cloolter te verhalen, bcvoolcn , de voorfz Kamer wel te fluyten , ende niemandt daer inne te laten, dan in fijn bywefen ; 't felve den Advocaet gehoort hebbende, heeft aen den Prior begeert, dat hy lijn voorfchreve wedervaren mijn Heere van Aifendelf, t'huys gekomen zijnde, foude relateren , '£ welck hy fulcks belooft heeft te doen. Den 27. Junii 1549. F)En Heere van Affendelf my by hen ontboden hebbende , heeft my gefeydt , dat Mr. Huych van Eynde by hem geweeft hadde, ïem verklarende , dat hy Brieven van fijn >oon ontfangen hadde, daer by hy hem adverteert ,  ( 5§9 ) teert, dat dc Staten van Brabandt groot vervolgh aen dc Keyferlijcke Majefteyt doen , omme van onfen Heere den Prince van Spaigne geconfirmcert te hebben haer gulde Privilegie , ende alfoo het felve foude wefen tot pre*juditic ende achterdeel van de Staten ende het 'Landt van Hollandt, gemcrekt tuffchen de Staten van Hollandt ende de Staten van Brabandt van defe faecke queftie hanght, heeft my belaft boven te reyfen, ende van Staten wegen te verfoecken, dat in' defen niet gedifponeert en foude werden , fonder de voorfz Staten eerft ende alvooren daer op te hooren, volgende welcken ick oock een Requeft gemaeckt hebbe, ende ben , omme 't felve te vervolgen, nae Bruffel gereyft den 27. Junii. TTYEn Advocaet den negen en twintighften Junii te Hove gekomen zijnde, heeft bevonden, dat de Keyferlijcke Mejefteyt met die van Brabandt geaccordeert was, ende dat 'er geen queftie en was geweeft, omme henluyden yet meer te accorderen, dan" in de blijde inkomfte van de Keyferlijcke Majefteyt gedacn was, immers dat by die van Brabandt verfocht was haer gulde Privilegie geconfirmeert te hebben, 't felve hen expreffelijck geweygert was, door dien dat 't felve litigieus was, ende te dier caufe proces voor den Secreten Rade hangende was, mits welcken oock den voorfz Advocaet bevonden heeft van geenen noode te wefen 't voorfz vervolgh te doen. * T^Ln voorfz,Advocaet heeft den vierden Julii Copie van den Audiencier genomen 1549. Den 27. • Junii.' Prince van Spaigne gedaen , omme te hebben coniirmatic van den Privilegie van de Gulde Bulle. De Privilegie van dc Guide Bulle die van Brabandt by de Keyferlijke Majefteyt geweygert. *BL 23. ~opie van le ant-  Den 27. Junii. en 6. Julii. woordt van die van Brabant in de faecke vande Gulde Bulle. Van die van Meydenburg in desKeyfers ban geleydt, en wat daer op gevolght is. C 590 ) men vande antwoordt van die van Brabandt in de faecke van de Gulde Bulle, mitfgaders van de Requefte van die van Hollandt, Zeelandt ende Mechelen, alfoo Bartholomei de voorfz antwoordt niet geloft, ende de voorfz Requefte verleydt hadde ; heeft mede Copie genomen ofte gekregen van de blijde inkomfte van die van Brabandt , by de Keyferlijcke Majefteyt gedaen , mitfgaders van de Munimenten, daer die van Braband in haar voorfchreve antwoordt hen op fonderen, ende dat van een derde handt. Den 6. Julii 1549. Y\le van Amfterdam, den Advocaet ende die van Dordrecht te kennen gegeven hebbende, hoe dat fy Brieven van huys hadden ontfangen, inhoudende dat die van den Raede van Holandt hen gefchreven hadden, dat alfoo die van Meydenburgh by Camerick in 's Keyfers ban geleydt waren , ende dat de Keyferlijcke Majefteyt belaft ende geordonneert hadde, dat niemandt op drie mijlen na de voorfz Stadt hem foude vinden, op poene van te vervallen in de voorfz ban , ende op verbeurte van hare Goederen, hare Poorters daer van fouden waerichouwen ende het felve tc kennen geven , ende fulcks Copie van de executie van den voorfz ban gefonden hadden, ende alfoo 't felve doende, ende de voorfz Copie accepterende; foude fchijnen tc agnofcerende Jurifdictie van Camerick, het welck was contrarie de Confoederatie defenfive, by die van Duytflandt ende defe Nederlanden gemacckt, wat  ( 591 ) 1549Den 6, ut wat daeromme in defen te doen ftondt; foo is eyntelijck by den Advocaet ende die van Dordrecht gerefolveert , dat hier inne niet te doen en was buyten onthiet van de Staten , ende daeromme foude ter naefter Daghvaert 't felve de Staten voorhouden. Den 28. Julii 1549. T~)En Advocaet by den Heer van Affendelf ontboden wefende , heeft hem belaft , met den Penfionaris van Amfterdam te Hove te reyfen, ende te vervolgen om te weten 't affcheydt ende handelinge by Stratius , als Commiffaris van de Keyferlijcke Majefteyt , met den Koningh van Denemarcken gehouden , ende voorts omme te vervolgen , dat Snoeckaert bevolen werde, geen Quohieren van de particuliere Ontfangers te vereyffchen, alfoo de Majefteyt van de Koninginne gewilt heeft, dat de felve fecreet gehouden fouden werden , maer dat hy te vreden behoort te wefen met Extracten van de felve Quohieren, volgende de Refolutie, by de Staten ter prefentie van den Heere van Praet genomen op den vijfden Augufti 1545. , daer mede hare Majefteyt te vreden geweeft is , en waer nae den Procureur Generael, in wiens plaetfe die Snoeckaert gefuccedeert is hem altoos gereguleert heeft. Den 30. Julii 1549. Beroerende het affcheydt,by Stratius met den Koning van Denemarcken gehouden. T-JEeft den Advocaet met Hooghaerden, om het geene wes voorfz is te volkomen, na 't Hof gereyft. Den en 30. Julii. Reyfe naer het Hof.  »54* Den i. Augufti. Vervolgh te Hove gedaen, [ omme affchydt van Stratius te hebben. •Bl.24. ( 592 ) Den 1. Augufti 1549. "T)En Advocaet ende Hooghaerden te Bruffel gekomen zijnde , ende aen mijn Heere den Prcefident Viglius groot vervolgh gedaen hebbende, omme het voorfz affcheydt van Stratius te hebben , ende omme interdictie tegens den voorfz Snoeckaert, van geen Quohieren van de twee Thienden te vereyffchen; foo hebben wy eyntelijck op den feventhienden der felver maendt door bevel van den voorfz Praefident Copie gekregen van de handelinge , by Stratius met den Koningh van Denemarcken gehadt, inhoudende in effecte wat de Kon. waerde in 't afnemen van fynen Thol in * Oorzonde ter beliefte van de Keyferlijcke Majefteyt de Onderfaten van de Keyferlijcke Majefteyt te goede doen wilt, breeder blijekende by de felve Copie, onderden Advocaet wefende , ende verklaerde de Koninghlijcke Waerde, in 't felve gebefoignccrde , indien de Keyferlijcke Majefteyt daer mede te vreden is , 't felve fulcks by fyne Thollenaers ende andere by provifie, ende tot hem anders van fijn goedt recht volkomentlijck gedoccert fal hebben , te doen onderhouden. Befloten Brieven gekregen op de Re quefte var Snoeckaert. T—TEbben wy gekregen op de Requefte , by ons overgegeven jegens Snoeckaert, om, me tc hebben dc voorfz interdictie, befloten Brieven, by de welcke den voorfz Snoeckaert belaft wierde, 't inhouden ende verfoeck van de voorfz Requefte te volkomen , mits hebbende Extractenauthenticq vande particulier^ Ont-  C 593 ) Ontfangers, daer by van de fraude ende bedrogh van eenige in 't aenbrengen van de twee Thienden foude blijeken, ende oock vifie van de originelen, foo verre 't noodt is, ten ware hy redenen hadde ter contrarie, die hy gehouden werdt de Majefteyt over tc fchrijven, welcke Miffive ick met Pieter Hubrechtfz , Dienaer van Willem van Dam , den voorfz Snoeckaert, wefende tot Leyden , gefonden hebbe. J^En twintighften Augufti t'huys gekomen zijnde, heb ick den Heere van Affendelf van 't geene wes voorfz is rapport gedaen. Den r. September 1549. r^Egeven Mr. Jacob van Eynde een Ordonnantie van vier en twintigh dagen, uyt faecke dat hy als Gecommitteerde van de Staten op den twintighften Februarii laeftleden gereyft is met eenige andere Gedeputeerden nae Bruffel, omme antwoordt inne te helpen brengen op dc Confoederatie defenfive, by de Staten gepaffeert den negen en twintighften Januarii daer te vooren. Den 2. Augufti 1549. Q.Ereyft nae Mechelen met de Gedeputeerden van de Staten, omme te hooren de Propofitie, die ons van wegende Keyferlijcke Majefteyt gedaen foude werden. /L Deel. Pp Den ^ 1549» Den t. Augufti. en 1 Septemb. ende 2. Augulti. Rappor: van den Advocaet. Ordonnantie voor Mr. Jacob van Eynde. Reyfe naer Mechelen.  ~ *54f- Den 8. Augufti. Propofitie van fyne Keyferlijke Majefteyt, om fijnen Soone te willen ontfangen als Succeflcur van defe Erf Nederlanden , voor hem ende fijue Erven. *J31. 25- C 594 ) Den 8. Augufti 1549. PRESENTEN. Den Heere van Goudriaen, ende Den Heere van Duvenvoirde , Uyt de naem van de Edelen. Huych Coel, Treforier, Pieter Jacobfz Muys, ende Mr. Willem S^hook , Penfionaris, Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz, ende Ram , Burgermeefter, Van Haerlem. Mr. Jacob van Eynde s Van Delf. Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Claes Dirckfz, Burgermeefter , ende Hooghaerden, Van Amfterdam. Jan Dirckfz 't Hoen, Burgermeefter, ende Witte vander Hoeve, Vander Goude. WEfende de Gedeputeerden van de Staten tot Mechelen , heeft de felve doen proponeren ende aenfoecken, dat fy mijnen Heere den Prince fynen Soone foude willen ontfangen ende fweeren als toekomende Prince ende Succeffeur van defe Erf-Nederlanden voor hem ende fyne Erven, omme van dien te gebruyeken nae 't overlijden van fyne Majefteyt, * ende te accorderen dat by fyne Majefteyt een Pragmatique gemaeckt foude werden , daer by gedehniteert foude zijn , dat aengaende de fuccellie van den overften Prince alleen in defe Landen van herwaerts over reprefentatie ftadt grijpen fal, foo wel in linie di-  C $95 ) directe als collaterale, breeder het felve blijekende by de voorfz Propofitie, waer vande voorfz Gedeputeerden Copie begeert hebben, omme haer rapport te mogen doen, ende fekeren bequamen tydt ende plaetfe omme haer antwoordt inne te brengen ; verfoeckende voorts, dat fyne Majefteyt foude gelieven te komen befoecken defe Landen , gelijck fyne Majefteyt alle de andere Landen gedaen hadde; waer op hy by den Praefident d'Eftat voor antwoordt dede feggen, dat hy ons accordeer* de Copie van de voorfz Propofitie, ende dat "hy ons binnen twee dagen foude laten Weten , waer wy onfe antwoordt binnen Hollandt inne foude brengen , ende dat hy gaerne die van Hollandt foude komen befoeken, maar over" mits hy met 't veel reyfen feer vermoeyt was, ende dat hy, overmits fijn Ghichte, fijn diëte moefte houden, foo en was hem het felve als nu niet mogelijck te doen, dan foude mijn Heere den Prince ende de Majefteyt van de Koninginne daer fenden, 't welck fyne Majefteyt naderhandt met beter gratie weder mondelinge repeteerde. T—TEbben de voorfz Gedeputeerden mijn Fleer den Prince gedaen de reverentie , ende den felven gccongratuleert fijn komfte in de Landen van herwaerts over, ende verfocht, dat hy de Landen van herwaerts over foude willen komen vifiteren , ende de felve hebben in fyne goede gratie en recommandatie; waer op hy by monde van den voorfz Praefident de voorfz Gedeputeerden voor antwoordt dede feggen, dat hy hen danckt van de congratulaPp 2 tie, 1549. Den 8. Augufti. Reverentie, by dft Staten den Prince gedaen , ovef fijne komfte in de Landen van herwaertsover.  Den 8. Augufti. Reverentie, de Majefteyt van de Koninginne gedaen. Dat de Huldinge van den Prince tot Dordrecht gefchieden iöude. ( 596 ) tie , ende dat hy niet failleren en foude de voorfz Landen te komen befoecken, ende dat hy die hadde in goede recommandatie, ende henluyden foude wefen een goedt Prince, ende dat hy niet en twijffelde , of fy fouden wefen fyne" getrouwe Dienaren. HEbben dc voorfz Gedeputeerden oock gedaen de reverentie de Majefteyt van de Koninginne, verfoeckende dat hare Majefteyt foude mede gelieven de Landen van Hollandt tc komen befoecken , ende dat fy by mijn Heere den Prince de Staten van Hollant foude willen addreffe doen haer mogelijck zijnde ; Waer op hare Majefteyt de voorfz Gedeputeerden voor antwoordt gaf, dat fy haer danckte voor de eere, die fy hare Majefteyt deden, ende dat fy niet failleren en foude die van Hollandt te komen befoecken , ende foude de felve by mijn Heere den Prince alle addreffe doen, haer mogelijck zijnde. Hier nae dc voorfz Gedeputeerden nae Antwerpen gereyft zynde, hebben daer vertoeft tot den dertienden der felver maendt, omme te weten waer men de voorfz antwoord inne brengen foude, maer hebben alfdoen geen befchcydt konnen gekrijgen, dan den Advocaet t'huys gekomen zijnde , heeft van den Audiencicr, door bevel van den Prcefident Viglius , Brieven gekregen , dat de Majefteyt van de Koninginne geconcludeert was, dat de Huldinge van den Prince gefchieden foude tot Dordregt, ende dat de Staten fyne komfte aldaer fouden verwachten. Den  (^597 ) Den 15. September 1549. 1549- Den 15, en 17. Sep. "T)En Advocaet t'huys gekomen zijnde heeft van al 't geen wes voorfz is den Heere van Affcndelf rapport gedaen. Daghvaert, gehouden in den Hage den feventienden September 1549. P R JE S E N T E N. Den Heere van Gou- Mr. Jacob de Milde, * BI. 26. ariaen, yan Wijngaerden, yan Duvenvoirde, WMem van Lookhorfl- , ende Arent van Hardincxvelt, Uyt naem van d'Edelen. Mr. Willem Schook, Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz , Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Cornelis Aelbrechtfz , Burgermeefter, ende Mr. Huych van Eynde, Van Delf. Jacob vander Gr aft , Burgermeefter. ende Pi van i^eyaen. Pieter Cantert, ende Mr. Floris van Hooghaerden , VanAAmfterdam. Jan Hey, Schout, ende Witte vander Houve, Van Gouda. Omme te refolveren wat antwoordt inne gebracht foude werden op de voorfz Propofitie , roerende de receptie van den Prince, ende de voorfz Pragmatique, dat reprefentatie by fucceflie van den overften Prince ftadt grijpen fal. > 3 De Rapport van den Advocaet.  1549Den 17. September. Nopende de antwoordt op de propofitie , roerende de receptie van den Prince,&e. Tot Dordrecht te wefen den twee en twintighften September. Nopende de faecke van de GulBulle. C 598 ) T\K voorfchreve Gedeputeerden hebben \_Jf eendrachtelijck gerefolveert, voor antwoordt op de voorfz Propofitie te feggen, dat fy volgende de begeerte van de Keyferlijcke Majefteyt te vreden zijn mijn Heere den Prince te'ontfangen voor toekomenden Prince ende Succeffeur van den Lande van Hollandt ende Welt-Vrieflandt, voor hem ende fyne Erven , omme van dien te gebruycken nae het overlijden ende aflijvigheydt van fyne Majefteyt, wien Godt verkenen wil een langh ende geluckfaligh leven, ende dat voorts by fyne Majefteyt gemaeckt wierde een Pragmatique, daer by gedefinicert zy, dat foo verre als aengaet de fucceffie van den overften Prince alleene in de Landen van Hollandt ende Welt-Vrieflandt over al reprefentatie ftadt grijpen fal, even gelijck foo wel in Linie directe als collaterale; dan die van Delf ende Leyden feyden geraden te wefen , te vernemen wat 'er gedifponeert is ofte fal werden, wefende ouwer Dochter , dan Soon. TS by de voorfz Staten gerefolveert tot Dordrecht te wefen den twee en twintighften defer maendt, ende dat de Edelen verfochten, dat alle de andere Edelen jegens den voorfz dage mede befchreven fouden werden , het welck den Heere van Affendelf door begeerte van den Advocaet fulcks belooft heeft te doen. ]\TAe dat by den Advocaet verhael gedaen was van de Requeften, by die van Brabrandt ende oock de Staten van Hollandt de Key-  ( 599 ) Keyferlijcke Mejefteyt den fevenden ende achtften defer maendt overgegeven, ende van de_Appoinctementen daer op geftelt , ende den Praefident hem gefeydt hadde, dat de Keyferlijcke Majefteyt het proces , roerende de Gulde Bulle , gevuidecrt wilde hebben voor fijn vertreek uyt defe Landen, ende dat daer omme van nooden was yemandt te committe-. ren omme de antwoordt, by die van Brabant gedient , te vifiteren, ende inftructie te geven, omme * replique daer op te maecken , foo zyn by de voorfz Staten daer toe gecommitteert den Advocaet ende de Penfionariffen van Dordrecht ende Delf. TX Y den Advocaet rapport gedaen zynde roerende de faecke van den Koningh van Denemarcken , ende van de nieuwigheydt by hem gepleegt in 't afnemen van de Thollen van de Onderfaten van Hollandt, ende van het geene wes den voorfz Koningh van Denemarcken ter eere ende goede genegentheydt van de Keyferlijcke Majefteyt te vreden was te doen, ende fyne Majefteyt onder fyne handt overgefonden hadde, waer van oock den Advocaet elcks van de Steden te vooren Copie gelevert hadde; foo is eyntelijck by de voorfz Staten eendrachtelijck gerefolveert , dat die van Amfterdam by gefchrifte fouden ftellen, of de Schippers ende de Koopluyden, met 't geene wes den voorfz Koningh was prefenterende, te vreden wilden zijn, dan waer mede fy hen fouden willen laten genoegen, omme 't felve hebbende, tot Dordrecht zynde, te refolveren wat men aen de Keyferlijcke Majefteyt dan verder foude folliciteren; ende aenPp 4 gaen- »S49» 3en 17. September. * BI. 27. Beroerende de nieuwigheyd,gepleeght by den Koningh van Denemarcken , in het afnemen van de Tollen.  1549Den 17, September Expeditie van 't proces tegens liekeiïeyn. Een nieuwen ommeflagh te maecken. ( 600 ) gaende 't Salaris van den gcencn die met Stratius , Gedeputeerde van den Keyfer by den Koningh van Denemarcken , was geweeft, wat den felven by de Staten toegevoeght loude werden; Is gerefolveert, dat die van Amfterdam van het felve Salaris een redclijcke Declaratie fullen overgeven, omme dc felve gefien, zynde, op de naefte Daghvaert, die tot Dordrecht ofte in den Hage foude gehouden zijn , daer op; te difponeren , alfoo de voorfz Gedeputeerden op den feven en twintighften April 1549. hY die van Amfterdam van 't felve Salaris vermaent zynde, alfdoen daer op rapport genomen hadden. TS mede eendrachtelijck gerefolveert , dat men vervolgen foude expeditie van het Proces , 't welck dc Staten voor den Hove van Hollandt in ftate van wijfen hebben jegens Wouter van Bckefteyn. "RY den Advocaet de Staten voorgehouden zijnde , of fy op den ftaet, henluyden over lange gelevert, fouden willen procederen tot eenen nieuwen ommeflagh ; hebben eendrachtelijck, gelijck fy oock te vooren gedaen hadden, gerefolveert, dat fy tot den felvcn ommellagh niet en wilden verftaen, voor dat den Ontfanger Coebel fijn Rekeninge gedaen foude hebben ; ende dat den Advocaet hem foude vermanen, omme de felve Rekeninge gereet te maecken , ende te doen voor Corfmilfe ofte St. Jans-Miffe, ten eynde dat de fommatie van den ommeflagh met de fommatie van de ordinaris Beede gedaen mochte werden,  C 601 ) den, omme de felve fchamele Luyden te verlichten van onnutte koften, het" welck den voorfz Advocaet den voorfz Coebel fulcks gefeydt heeft. JXY den Advocaet dc voorfz Staten verklaert zynde, dat den Praefident Viglius hem gefeydt hadde, dat ten dage van de prefentatie, die mijn Hccrc den Prince gedaen foude werden , de vijftigh duyfent Philips-guldens U promptis gereedt moeiten wefen, foo hebben de voorfz Staten geadvifeert, dat 't felve hem oock rèdelijck dochtc, ende dat den Advocaet den Ontfanger foude vragen hoe nae de felve penningen gereedt waren, het welck den Advocaet fulcks gedaen heeft ; waer op den voorfz Rentmeefter hem ter antwoorde gegeven heeft, dat alfnu de penningen al gereedt waren, maer aen de twee ftuyvers, ommegeflagen op de Margentalen, 't Lant ten achteren quam 900. guld., die mede gevonden waren by verkoopinge van Renten , maer dat aen dc penn., omgeflagcn St. Jans Mille by de Schiltale, overmits die van Delf, Leyden ende Gouda onwilligh geweeft * waren 'hare portie op te brengen, volgende dc fommatie , 't Landt ten achteren quam veertien hondert twee cn tachtigh guldens, die hy door bevel van de Koninginne gelicht hadde 'op financie van Lafarus Duycker, tot drie cn een half ten hondert, 't welck in Februario nacftkomende beloopen foude omtrent vijf en vijftigh guldens , hem belovende te defen caufe jegens de Staten indemne te houden ; ende dat ten eynde geen faute in de overleveringe Van de perininPp 5 1 gen Den ij. September. Vijftigh duyfent Philipsguldens in promptis gereedt te maken. * BI. 28.  Den 17. September. ( 602 ) gen wefen en foude, mijn Heere den Prince in Hollant gekomen zynde, conform van de welcke den Heere van Affendelf my ook gefeydt heeft, leggende foo veel 'meer, dat indien de Staten binnen acht dagen de voorfz veertien hondert en tachtigh guldens wilden opbrengen , hy hem 't voorfz fait foude vryen , 't welck den Penfionaris ten felven dage nae de noen, t'mynen huyfe wefende, fulcks verklaert hebben. Naer-noene. Séeckere Requefte ofte doleantie geconcipieert. Ordonnantie voor Andries Knol. PRESENTEN. Mr. Willem Schoock, den, Mr. Gerrit, JanHey, Schout, Mr. Huych van Eynde, " ende Floris van Hooghaer- Witte vander Hoeve, T-JEbben feeckere Gedeputeerden, t'mynen Huyfe vergadert zynde , geconcipieert feeckere Requefte ofte doleantie, omme myn Heere den Prince tot fyne blijde inkomfte over te geven, blijekende by de felve Requeste, by den Advocaet naderhandt gemaeckt , onder hem wefende. T-TEbbe ick Andries Knol gelevert op feeckere Ordonnantie advijs van vijf Daghgelden, van dat hy wefende tot Antwerpen Brieven aen den Heere van Affendelf gebracht heeft, omme de Edelen mede te befchrijven jegens den feventienden September in de Herberge te wefen. Den  ( 6-03 ) . Den 22. September 1549. gEn ick met de Staten nae Dordrecht gereyft , omme den Prince te verwellekomen, dc prefentatie te doen van vijftigh duyfent Philips-guldens, ende voorts omme te procederen tot fijn Huldinge. * Dagh- 1549Den 22. September. Reyfe naer Dordrecht.  1549- Den 24. September. * BI. :o. Den Heere van Beveren , Den Heere van Cruningen, Den Heere van Affendelft , Den Heere van Wijn- gaerden , Arent van Duvenvoirde, Jocob van Duvenvoirde, Willem van Lockhorfi, Otto van Egmont, ende Arent van Hardinckfvelt, Uyt den naem van d'Edelen. Adriaen Adriaenfz , Schout, Arent Cornelifz, Willem Bouwenfz, Huych Coel, Heyman Adriaenfz, ende Bartholomei, Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz , Burgermeefter. ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Jan Sasbout, ende Mr. Jacob van Eynde, Van Delf. Jan vander Gr aft, Bur= germeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Nicolaes Baftaenfz, ende Mr. Floris van Hooghaerden,Van Amfterdam. Jan Hey, Schout, Dirck Harmenfz, Jan Dirckfz V Hoen, Burgermeefter, ende Witte vander Hoeve, Vander Goude. Omme eyntelijck te refolveren wat antwoordt de Majefteyt van de Koninginne gegeven foude werden op de Propofitie, C 604 ) * Daghvaert, by de Staten vin Hollandt tot Dordrecht gehouden den 24. September 1549. PRESENTEN.  C 605 ) IS gerefolveert , dat de antwoorde op de voorfz Propofitie gedaen foude werden , fulcks die by den Advocaet by gefchrifte geftelt was, te weten dat de Staten, volgende de begeerte van de Keyferlijcke Majefteyt, te vreden waren mijnen Heere den Prince te ontfangen voor toekomenden Prince ende Succcsfeur van den Lande van Hollandt ende WeftVriefiandt, voor hem ende fyne Erven, omme van dien te gebruycken nae 't overlijden van fyne Majefteyt, wien Godt verleenen wille een langh ende geluckfaem leven , midts dat mijn Heere den Prince alfnu beloven ende fweeren foude, nae 't overlijden van de Keyferlijcke Majefteyt te onderhouden ende obferveren alle de Privilegiën, Hantveften ende Coftumen, de Edelen, goede Steden ende het gemeene Landt van Hollandt, foo wel in 't generael als particulier, by fyne Majefteyt en fyne G. Voorfaten , Graven ende Gravinnen van Hollandt, gegunt ende geaccordeert; dat voorts by fyne Majefteyt gemaeckt werde een Pragmatique , daer by gediffinieert zy , dat foo Beroerende de antwoordt, do Koninginne te geyen op de Propofitie van de Keyferlijcke Majefteyt. '549Den 24. September. tie , by de Keyferlijcke Majefteyt den achtften September gedaen , ende hoe men den Prince foude verwellekomen , de prefentatie doen van vijftigh duyfent Philips-guldens, ende voorts fekere Requefte, fyne Prin- celijcke Hoogheyt over tc geven, omme provifie te hebben , dat men veylijck foude mogen negotiëren , ende voorts omme te vifiteren het geene wes by den Advocaet diesaengaende by gefchrifte geftelt was.  1549Den 24. September. *B1. 30. Wellekom111e ende reverentie, den Prince gedaen. Requefte van 't Capittel van den Hage. ( 606 ) foo verre als aengaet de fucceffie van den overften Prince alleene in de Landen van Hollandt ende Weft-Vrieflandt over al reprefentatie ftadt grijpen fal, even gelijck foo wel in Linie direóte * als collaterale, remitterende het felve gunftelijck tot de goede geliefte van fyne Majefteyt. "T\At de wellckom mynen Heere den Prince gedaen foude werden, fulcks die oock by gefchrifte, te weten dat de Staten dancken de Princelijcke Hoogheydt, van dat de felve gelieft hadde henluyden te komen vifiteren, ende omme wederomme te vertoonen, foo veel in hen is, de groote ende goede affeftie, die fy tot uwe Princelijcke Hoogheydt dragende zijn, foo prefenteren fy de felve uwe Princelijcke Hoogheydt vijftigh duyfent Philips-guldens van feven en twintigh ftuyvers 't ftuck, biddende de felve gifte te willen nemen danckelijck, ende met fulcke affectie ende gunfte, als die by hen uwe Princelijcke Hoogheydt geprefenteert werdt; biddende voorts fyne Princelijcke Hoogheydt, foo veel te willen doen by de Keyferlijcke Majefteyt, dat fyluyden vryelijck en veyligh fouden mogen negotiëren Ooft ende Weft, achtervolgende 't inhouden van hare Requefte, die by den Advocaet op ftaende voet mynen Heere den Prince in handen gelevert wierde, daer by verfoeck gedaen wierde ten voorfchreven fine. TS op de Requefte van 't Capittel van den Hage, cumjociis, verfoeckende dat Coebel belaft foude werden, de fommatie, henluyden ge-  ( 6o7 ) gedaen, ende dat 'er nae gevolght was, omme op te brengen twee ftuyvers van de Margentale, wefende uyt den Lande , ende leggende buyten 's Dijcks , en niet ter plaetfe onder de Schiltale' begrepen, kofteloos ende fchadeloos af te doen, ende hen geinterdiceert gelijcke meer te doen, dat fy fouden moeten patiëntie hebben tot de naefte Daghvaert. JS op de Requefte van de Weduwe Vrancks vander Hoeve , daer by fy verfochte recompenfe, als tot,diverffe tyden by haer gedaen was, dat die van Amfterdam ende Gouda daer van rapport doen fouden, omme op de naefte Daghvaert eyntelijcke antwoordt inne te brengen, ende dat elck van henluyden Copie van de felve Requefte gelevert foude werden. TS op dc Requefte van de voorfz Weduwe, daer by fy verfocckt reftitutie van drie en dertigh ponden negen fchellingen, daer van by erreur in hare generale Reeckeninge teveel ontfanghs gemaeckt is in diverffe jaeren gefeydt , ende by my voor appoin&ement geftelt, dat by Suys, Reyer vander Does ende den Advocaet de Articulen van de voorfz Reeckeninge doorfien fouden werden, omme reftitutie gedaen te werden van 't geene by hen bevonden fal werden haer te competeren. Den 25. September 1549. JS by den Advocaet van wegen de Staten de voorfz antwoordt op de voorfchreve propofitie ^ '549' Den 24, en 25. Sep. Requefte van de Weduwe van Vranck van .Ier Hoeve, om recompeo fe. De felve om reftitutie van drie en dertigh ponden negen fchellingea. De antwoort op de Propa-  T<49. Den 25, en 26. Sep. luie de Koninginne gedaen. Antwoordt van den Prince op de verwelkominge,hem gedaen.*B1.3i. Eedt van den Prince en van de Staten. Den ( 60S > v ,» fitic de Majefteyt van de Koninginne gedaen; waer op fy by den Praefident dede feggen , dat fy van wegen de Keyferlijcke Majefteyt de Staten feer danckte , dat fy in fijn begeerte confenteerden, fulcks als oock alle de andere Staten van defe Landen gedaen hadden, ende dat fy daer van fyne Majefteyt foude doen adverteren , de welcke weder te vreden was , ende gaerne defe Landen zijn foude, een goet ende favorabel Prince. Den 26. September 1549. TS by den voorfz Advocaet de voorfz wellekomme ende prefentatic gedaen, waer op fyne Princelijcke Hoogheydt by den Praefident dede feggen, dat hy gaerne hier gekomen was, ende over lange begeerte daer toe * gehadt hadde, ende dat henluyden grootélijcks danckte van de voorfz prefentatie, ende henluyden wilde een goedt Prince zijn, ende favorabel in alle het geene wes fy aen hem fouden verfoecken , ende dat hy voorts by de Keyfer foo veel foude doen, dat haer verfoeck, roerende de vorderinge van de Negotiatie, henluyden geaccordeert foude mogen werden. T-TEbben mijnen Heeren den Prince, ende oock de Staten van Hollandt, reciproce Eedt malkanderen gedaen , in fulcker forme ende maniere als de A6te van de Huldinge dat inhoudt, ende Copie onder den Advocaet is, hem by den Audiencier gelevert.  C 6o9 ) Den 26. September 1549. PRESENTEN. Bartholomei, Engelbrecht Willemfz , Lambrecht Jacobfz, Claes Ba/liaenfz, 1549- Den 26. September. II. Deel. Qq Dm JS by de Gedeputeerden van Dordrecht , Haerlem, Amfterdam en Gouda, alfoo de Edelen , die van Delf ende Leyden gereyft waren, die hen refereerden tot het geene wes by hen ende den Heere van Affendelf gefeydt foude werden, nopende wat Propine men de Maftiers, Trompetters, Huiffiers, Tapeffiers ende Foriers van den Prince geven foude ; gerefolveert, dat foo verre mijn Heere den Stadthouder witte te feggen , dat die van Brabandt , Vlaendercn , Arthois ende ander© Landen de felve wat toegevoegt hadden, dat fy te vreden waren henluyden toe te leggen 't geene wes by den voorfz Stadthouder ende den Heere van Affendelf fouden verklaren, ter fomme toe van dertigh ponden vlaems , ofte daer omtrent, ende dat den Avocaet aen den Heere van Beveren foude verfoecken, of opek den geenen yet gegeven foude werden die 't niet en begeerden , ende acn hem te vernemen , wien de felve Propine gegeven foude werden. Floris van Hooghaerden , Jan Hey, Schout, ende Jan Dirckfz 't Hoen. Beroerende de Propine van des Princen Dienaers.  1549. Den 27, en 29. Sep. ende 1. Oftober. Rapport vanden Advocaet. Schenckagie, gedaen des Princen Dienaers. Ut fupra. Ordonnantie voor Mr. Claes Bartholomei. * 51.32. ( 6IO ) Den 27. September 1549. nr'huys gekomen zijnde, hebbe van 't felve den Heere van Affendelf rapport gedaen, die feyde dat wy onderlinge, den Stadthouder gekomen zynde, daer van foude communiceren. Den 29. September 1549. T-TEbben de Heeren van Beveren ende Affendelf, ter prefentie van Suys, my belaft te geven de Trompetters van mijn Heere den Prince twaelf goude Kroonen, de Huisfiers van fyne Hoogheydt oock twaelf goude Kroonen, maer dat niet van nooden en was fyne Maffiers ofte Foriers yet te geven. T-JEb ick door laft als vooren, ende oock de ^ voorgaende Refolutie van de Staten, de voorfz Huilfiers gegeven de voorfz twaelf goude Kroonen, maer want de andere van my niet en eyfehten, foo hebbe ick oock by advis van den Heere van Beveren ende van Affendelf henluyden ook niet gegeven. Den 1. Ocïober 1549. TV /FR. Claes Bartholomei gelevert een Ordonnantie van hondert veertien dagh-gelden, uyt faecke dat hy met andere Gecommitteerden heeft helpen vervolgen aen de Keyferlijcke Majefteyt provifie, omme afgedaen te hebben de nieuwigheden, by den Koningh van Denemarcken , gepleegt * in 't afnemen van de " Thol-  ( cTH ) Thollen over de Onderfaten van Hollandt, by de Staten geaccordeert den fevenden Junii 1549,5 ende dat na hy my verklaert hadde foo veel dagen daer inne gevaceert te hebben, J-TEbben den Advocaet, den voorfz Barthomei ende Huych van Eynde, als gecommitteert van de Staten, doorfien de ftucken, roerende de faecke van de Gulde Bulle jegens die van Brabandt, ende onderlinge gemaeckt feker inftruótie omme replique te maken. 1T)En tweeden ende derden heeft den Advocaet de voorfz replique op de antwoorde van die van Brabandt gemaeckt , groot wefende in 't gros vijftien bladen. T-TEeft den Advocaet gelevert Jan de Bode een Ordonnantie ofte advis van dertien dagh-gelden, uyt faecke dat hy de Staten, wefende tot Mechelen, in 't beginffel van September laeftleden gereyft is nae Bruffel, omme te vernemen of de Staten daer fouden komen, dan tot Mchelen blijven, ende voorts daer nae tot Antwerpen gebleven is, omme te verwachten befcheydt, tot wat plaetfe de Staten, den Prince in Hollandt komende , van 's Landts wegen den Eedt doen fouden. Den 10. OÜobsr 1549. J-JOoghaerden gelijcke Ordonnantie van hondert feventhien Daghgelden, als ick Bartholomei den voorfz eerften Oftober gelevert hadde. Qq 2 Dagh- 1549' . Den I, en 10. Oftob. De ftucken van de Gulde Bulle doorfien. Replique , by den Advocaet gemaeckt. Ordonnantie voor Jan den Boode van dertien Dagh-gelr den. Ordonnantie voor Hooghaer» den.  Den ii. Oftober. ( 612 ) Daghvaert, gehouden in den Hage op den elfden October 1549. PRESENTEN. Heyman Adriaenfz , Pieter Jacobfz Muys , ende Bartholomei, Van Dordrecht. Jan Sasbout, Mr. Jacob van Eynde, ende Frans Willemfz, Van Delf. Mr. Hendrickfz , Burgermeefter , ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam. Jan Hey, Schout, ende Jan Dirckfz 't Hoen , Burgermeefter , Vander Goude. Omme te refolveren , by wat middelen de Ncgotiatie gevordert foude mogen werden , ende de Koopvaerdye gepraeferveert foude mogen werdenjegens de Schotten en andere Vyanden van deKeyferlijcke Majefteyt, ende de Piraten op Zee wefende. Beroerende de prafervatievan de Koopvaerdye tegens de Schotten ende andere Piraten, op Zee wefende. *B1. 33- HEcft den Heere van Eeck, ter prefentie van den Heere van Beveren, Molenbaix, AÜ'endelf, Mr. Cornelis Suys ende Aernout Sasbout, de Gedeputeerden van de vier Steden befchreven zynde , voorgehouden, hoe dat in de voorlede jaren by die van Schotlandt en andere Piraten, op Zee wefende, de Onderfaten van defe Landen groote en merckelijcke fchade gedaan was, ende veele ende exccllive Schepen genomen waren, welcke fchade de Keyferlycke Majefteyt in meeninge was niet langer te willen lijden, ende fyne * Onder-  ( 6f3"0 derfaten daer van te praeferveren, ende niet alleen eenige toeruftinge te ordonneren, omme de felve te defenderen, maar oock omme de voorfz Vyanden te offenderen, dat daaromme de voorfz Gedeputeerden onderlinge ten beften fouden helpen adviferen, by wat middelen dc voorfz toeruftinge foude mogen gefchieden , vertoonende de felve Gedeputeerden feker Concept, by Articulen daer van ontworpen, daer van hy ook eenige op ftaende voet henluyden voorgelefen heeft ; maar alfoo de voorfz Gedeputeerden verklaerden , niet mogelijck tc wefen foo ter loop op de felve Articulen te adviferen , ende die verfochten in handen te hebben, omme, de felve onderlinge overlefende , te bet daer op te mogen adviferen, foo heeft den voorfz Heere van Eeck henluyden 't voorfz Concept tot dien eynde gelevert. TVAt de voorfz Gedeputeerden het voorfz Concept ten Huyfe van den Advocaet overgelefen hebbende, ende bevindende niet wel mogelijk te wefen eyntelyck daer op te adviferen , fonder daer van elcks in den hacren breeder te communiceren met die geene , die ben dagêhjcks met de Negotiatie ende Zeylingen gencerende zijn, ende dat de felve niet en vermelden van eenige toeruftinge van Schepen, dienende tot offenfie van de Vyanden, maer alleen tot haerluyder defenfie: hebben genoegh eendrachtelijk gerefolveert, dat men den Heere van Eecke voor antwoort foude feggen, hoe dat fyluyden onderlinge communicatie gehouden hebbende, omme te ad- Q.q 3 vi- Het Concept berotrendede Negotiatie by de voorfz Ge. deputeerden overgelefen. 1549. Den 11. October.  I54> Den ii. Odober. Antwoord beroerend' de Negotiatie. ( 6l4 ) viferen middelen, dienende tot vorderinge van de Negotiatie, ende dat de felve gepraeferveert. foude mogen werden jegens de invafie van de. Schotten, ende andere Vyanden ende Piraten op Zee wefende, bevonden de felve fake te wefen van grooter importantie , die niet alleen in 't particulier en toucheerde de Koopvaerders en de vier Steden alhier befehrevenj. maer oock het geheele Landt yan Hollandt, ende daer en boven alle de Landen van herwaerts over, ende dat daeromme van nooden was rijpelijck daer op te letten, 't welck henluyden niet doenlijck en was, fonder elcks in den haren te communiceren met de geene die dagelijcks de Negotiatie ende Zeylinge hanterende zijn, ende dat daeromme fy verfochten Copie van het voorfz Concept, ende oock van 't Concept , 't welck foude dienen tot offenfie van de Vyanden, alfoo het felve Concept by hen gefien , mogelijck daer yet uyt gevonden foude mogen werden, waer door men eenige Articulen van 't eerfte Concept foude mogen mitigeren ofte altereren ,tot vor-i deringe van de Negotiatie en de Koopvaerdye; ende dat voorts tot fekeren bequamen dage alle de Staten befchreven fouden wer- .den, omme eyntelijk in defe faecke te refolveren, ende in gevalle den voorfz Heer van Eecke ten felven da$e alhier niet en mochte compareren , fyluyden alfdan abfolute antwoordt innebrengen fouden op de Daghvaert, boven befchreven den 28. van defe jegen- . woordige maendt October. \ . Welcke antwoordt by den Advocaet ter prefentie van de voorfz Gedeputeerden den Heere-  ( 6iS ) re van Eecke gedaen, heeft begeert dat de felve op 's anderen daeghs gedaen foude werden, ter prefentie van den Heere van Beveren, Asfendelf ende anderen, omme eyntelijck op 't felve verfoeck gedifponeert te werden. Welcke antwoordt fulcks weder by den voorfz Advocaet ter prefentie van de voorfz Heeren gedaen zijnde, hebben voor antwoordt gefeydt, dat de Keyferlijcke Majefteyt in meeninge was de Landen wel te voorlien, ende dat gaerne lange gedaen hadde met de minfte koftcn, maer dat roerende de offenfie noch geen Concept gemacckt en was, maer dat fyluyden op de naefte Daghvaert van alle de Staten foo wel op de offenüe als defenfie gerefolveert fouden komen, die geaccordeert is in dc Hcrberge te wefen hier in den Hage den een en twintighften Oftober. * c'e ft-GtUCnt:e van den Heere van Molenbrus, daar by hy verfochte, dat de Staten van Hollandt tot het Kokerhooft, by hem gedaen maken voor de Plate ofte St. Adolfs Landt, te bate fouden willen komen met de fomme van vijf hondert ponden grooten, welcke Requefte hy oock de voorfz Staten geprefentcert hadde den veertienden November 1548., ende hem alfdoen fijn verfoeck was ontfeydt, omme de confequentie wille, en andere redenen alfdoen geallegeert ende hier vooren geftelt;Is eendrachtelijck gerefolveert, dat alfoo alle de Staten niet vergadert en zyn geweeft, men met de Refolutie van dien foude moeten vertoeven tot de naefte Daghvaert; dan die van Dordrecht verklaerden by manieQ.q 4 re '549Den 11. üctoberc Antwoordt gedaen by den Heera van Beveren op de voorfchreve faecke. * BI. 34. Requefte van den Heere van Molenbais, verfoecde dat de Staten hem met feker fomme te bate willen komen over't doen maeken van het Kokerhooft voor de Plate.  1549- Den u, en 17. Oftob. Den 17. October 1549. Aen den Heere van Affendelf gelevert de Replique in de faecke van de Gulde Bulle. Reyfe van den Advo caet naer Mechelen. T-JEb ick den Heere van Affendelf geprefenteert de Replique, by Bartholomei, Huych van Eynde ende my gemaeckt in de faecke van de Gulde Bulle jegens die van Brabandt, omme die te vifiteren, feggende dat de felve oock by Mr. Vranck Boot gevifiteert was , ende dat ick op 's anderen daeghs moeite reyfen nae Mechelen, omme de félve te communiceren met die van.Mechelen, Middelburgh endeTcrGoes, die mede met de Staten in 't proces waren, de welcke van Zeelandt ick befchreven hadde te Mechelen te wefen den negenthienden October; feyde daer op den voorfz Heere van Affendelf, dathy den tydt niet en hadde om het felve te doen, alfoo fy een groot proces hadden onder handen omme te vifiteren, ende dat genoegh was, dat dc felve by ons gevifiteert ende gemaeckt was, ende was te vreden , dat ick ten fine voorfchreve foude reyfen naer Brabandt. Mits welcken ick, omme het geene wes voorfchreven is te volkomen, gereyft ben den fezentienden October na Mechelen. Dagh- ( 616) re van communicatie, dat gemerekt de Schepen ende Onderfaten van Hollandt in tydc van Tempeeft by 't felve Hooft merckelijck fouden mogen befchermt werden, gevolgh hebbende , te vreden fouden wefen die fake te committeren den Heere van Affendelf, om den voorfz Heere van 's Landts wegen foo veel toe te voegen, als hy in reden bevinden foude te behooren.  C 617 ) Daghvaert, gehouden in den Hage op den 22. ende 23. Oftober 1549. PRESENTE N. '549- Den 22, en 23. oaob. Heyman Adriaenfz\ Pieter Jacobfz Muys, ende Bartholomei, Van Dordrecht. Jan Sasbout, Mr. Jacob van Eynde, ende Frans Willemfz, Van Delf. Mr. Hendrick Dirckfz, Burgermeefter, ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam Jan Hy, Schout, ende Jan Dirckfz 't Hoen , Burgermeefter, Vandcr Goude. Omme tc refolveren , by wat middelen de Negotiatie gevordert foude mogen werden , ende de Koopvaerdye geprasferveert foude mogen werden jegens de Schotten en andere Vyanden van de Keyferlijcke Majefteyt, ende de Piraten op Zee wefende. NAe den Heere van Wijngaerdcn ende Mr. Willem Schoock rapport gedaen hebben den Advocaet, foo heeft mijn Heere van Eeck, nae * lange communicatie met de Staten gehouden , henluyden verklaert, dat de Keyferlijcke Majefteyt in meeninge was toe te doen ruften vier en twintigh ofte vijf en twintigh Schepen van Oorloge , de welcke men foude leggen by vijf ofte fes in getale , op diverffe oorden ende Kuften van de Zee, die hy alfdoen oock verklaerde , ende dat van nooden was foo veel Schepen van Oorloge Q.q 5 te Beroerende 't toeruften van eenige Schepen van Oorloge , tot beveylinge van de Zee tegens de Vyanden van deKeyferlijckeMajefteyt. •BI. 35.  1549. Den 22, en «3- Oftob. ( 618 ) te hebben , in gevalle men jegens de Schotten ende andere Vyanden van fyne Majefteyt, ende oock jegens de Piraten eenige invafie ofte offenfie foude mogen doen, ende dat omme de koften van de voorfz Schepen van Oorloge te vervallen, fyne Majefteyt in meeninge was in alle de Landen van herwaerts over te doen ligten fekeren Impoft op de Wijnen, te weten op elcke Tonne ofte Vat dertigh ftuyvers, bedragende op elcke Ame vijf ftuyvers, het welcke ten minften quetfe foude wefen van den Armen , dat daeromme fyluyden , voor foo veel hen 't felve toucheerde, daer inne fouden willen confenteren ; maer alfoo de voorfz Gedeputeerden het felve te vooren niet geproponeert, nochte oock by Miffive geadverteert en was , namen daer op rapport ende dagh in de Herberge te wefen, ende haer antwoordt inne te brengen op den negen en twintighften dagh der voorfz maendt Oftober, Ver-  C 619 ) Vergaderinge, tot Bruffel gehouden den negen cn'twintighften Gétober 1549. PR2ESENTEN. 154?. Dei) ap. Oitober. Den Hccre van Wijn- gaerden , Uyt de naem van de Edelen. Jacob Oom, ende Mr. Willem Schoock , Penfionaris, Van Dordrecht. Mr. Gerrit Hcndrickfz, Van Haerlem. Qjiirijn Aertfz , Burgermeefter,Dirck Jan Beuckelfz, ende Mr. Jacob van Eynde , Van Delf. Jacob van der Graft , Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Omme te vifiteren de Replique van de Staten van Hollant cum fociis, gemacckt in de faecke van de Gulde Bulle jegens die van Brabandt. HEeft den Advocaet de Gedeputeerden, die die alfdoen gekomen waren, de voorfz Replique voorgelefen, omme. de felve te mogen corrigeren nae haer goedtduncken, alfoo de voorfchreve Replique ten felven dage in handen van den Praefident Viglius gelevert moeste werden; ende nae cle felve in weynigh woorden verandert was, hebben den Advocaet belaft de felve fulcks over te leveren, 't welck den Advocaat oock ten felven dage, ter praefentie van Mr. Jacob van Eynde ende de Milde , de Gedeputeerden van Mechelen en de Gedeputeerden van Middelburgh gedaen heeft ; verklarende voorts den voorfz Praefident, dat de Beroerende de Replique van de Staten van Hollandt, cum Sociis, in de fake van de Gulde Bulle jegens die van Brabandt.  1540- Den 29. OAob. en I. Nob. *BI.3<5. Propofitie generael, by de KeyferlijkeMajefleyt alle de Staten van de Landenvan herwaerts over gedaen. Ver- ( 610 ) dc Staten van Hollandt cum Sociis in meeninge waren noch een Articul of twee over te leggen ; waer op hy Praefident tot antwoordt gaf, dat, in gevalle fy yet meer fouden willen exhiberen , het felve met den eerften doen fouden , alfoo die van Brabandt daer van vifie ende Copie moeiten hebben, ende dat fy oock fimul & femel haren Sack fouden furneren, want de Keyferlijcke Majefteyt voor fijn vertreck de voorfz fake wilde doen vuideren ende termineren. * Den i. November 1549. J-TEeft de Keyferlijcke Majefteyt,ter prefentie van mijn Heere den Prince ende de Majefteyt van dc Koninginne , fekere generale Propofitie voor alle de Staten van de Landen van herwaerts over gedaen, henluyden danckende van-de receptie van mijnen Heere den Prince, van de groote triumphc fyner inkomfte alommé gedacn, ende van de Schenk hem gegeven; heeft mede de Majefteyt van de Koninginne noch voor fekcren tydt gecommitteert tot de adminiftratie van defe Landen, hoewel fy daer van verdragh begeert hadde, alle het felve breeder blijekende by de voorfz Propofitie; heeft mede voor de felve Staten doen publiceren ende lefende Pragmatique, dat reprefentatic itadt grijpen fal in de Landen van herwaerts over in fuccejfone van den overften Prince.  ( 621 ) Vergaderinge, by de Gedeputeerden van de Staten tot Bruffel gehouden den vijfden November 1549. PRESENTEN. Den Heere van Wijngaerden , ende Den Heere van Obdam, Uyt de naem van d'E- delen. Jacob Oom, ende Mr. Wilhm Schoock, Van Dordrecht. Mr. Gerrit Hendrickfz, Van Haerlem. Qiiirijn Aertfz, ende Mr. Jacob van Eynde, Van Delf. Jacob vander Graft , Burgermeefter, ende Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Mr. Claes Dirckfz, Burgermeefter , Sybrandt Ocko , ende Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam. Jan Dirckfz 't Hoen, Burgermeefter, ende Witte vander Hoeve, Van Gouda. Omme te vervolgen 't befoigne van Stratius , gehouden met den Koningh van Denemarcken. BY den Advocaet henluyden verhael gedaen zynde van den innehouden van het befoigne van den Koningh van Denemarcken ende Doftor Stratius, roerende de nieuwigheydt, by den felven Koningh gepleeght in 't afnemen van de Thollen in Oorzonde over de Schepen ende de Onderzaten van Hollandt, en van de interdictie , by hem gedaen, van geen 1549. Den 5. Novemb. Beroerende het befoigne , by Stratius en den Koning van , Denemarcken gehouden over de nieu-  Den 5. Noveuib. wigheydt in 't afnemen van de Thoüen in de Oorzonde. ( 622 ) geen Hout in Noorwegen te mogen halen ; ende de felve oock verhaelt ende voorgelefen hebbende 't Concept, by die van Amfterdam gemacckt, inhoudende in effect, wat antwoordt op 't believen van dc Keyferlijcke Majefteyt op het voorfz befoigne behoorde gedaen •BI. 37. Te vervolgen den uytvoer en trantport te werden; boo nebben de vooriz Staten eendrachtelijck gerefolveert, dat Staets-gcwijs de voorfz fake mijn Heere den Stadthouder ei,.".,: den Prcefident Viglius foude gerecommandcert werden; ende zynde voorts den Advocaet ende den Penfionaris van Amfterdam gecommitteert , omme 't felve ten eynde te vervolgen, volgende 't inhouden van het voorfz Concept, dan in gevalle die van Amfterdam te vreden waren , boven het voorfz Concept , in de plaetfe van derd'half Goudtgulden by inductie van de Keyferlijcke Majefteyt voor Thol te geven drie Goudtguldens, mits dat't felve perpetueel foude zyn, ende dat den Koning van Denemarcken daer * van foude behoorlijcke Brieven geven, ende dat de felve drie Goudtguldens met alderley gealieneerde Munte van° de Keyferlijcke Mcjcfteyt betaeldt foude mogen werden , waren de voorfz Staten te vreden, dat de voorfchreve Gecommitteerden 't felve fulcks fouden accorderen, uytgefondert de Gedeputeerden van Dordrecht, de welcke verklaerden , hier van in den haren geen rapport gedaen te zijn , ende daer omme daer inne ' niet konden opineren. • JS oock by de felve eendrachtelijck gerefolveert , dat men Staets-gewijs foude Vervolgen , omme te hebben de Refolutie over lange  C 623 ) genomen, roerende 't uytvoeren ende tranfporteren van de Wynen uyt Vranckrijck, ende zyn ook, omme 'c verder vervolgh van dien te doen, den voorfz Advocaet ende Penfionaris gecommitteert. TXY den Advocaet de voorfz Gedeputeerden verhael gedaen zynde, hoe dat hy by den Audiencier geweeft hadde, omme te tien of de Acte van de Huldinge conform gemaekt was met den Eedt, by den Prince van Spaigne gedaen, ende omme de voorfz Acte jegens den voorfz Eedt te collationeren, al eer de Acte by den Prince voorfz onderteyckent foude werden , ende dat den Audiencier hem daer op voor antwoordt gefeydt hadde, dat hy de voorfz Acte met de Eeden van den Prince ende de Staten gecollationeert hadde, ende dat de felve van woorde te woorde accordeerden, ende daeromme van geenen noode en was eenige verdere collatie te doen, heeft daeromme van henluyden den Advocaet verfocht, of fy meer gedaen wilden hebben, omme de voorfz collatie noch eens te tenteren; waer op fy eendrachtelijck gerefolveert hebben 't felve van geenen noode te zyn, maar dat den Advocaet de voorfz Acte, by myn Heer den Prince onderteyckent zynde, de felve foude collationeren jegens de voorfz Eeden, omme te fien of de felve oock in alles accordeerden, al eer hy van 's Landts wegen de felve foude accepteren. Naer- 1549» Den 5. Novemb. van de Wijnen uyt Vranckrijck. Nopende de collatie vandeAite van Huldinge met de Eedan van den Prince van Spaigne en de die vaa de Staten.  Ï549- Den 5. Novemb. Propofitie particulier van de Keyferlijkt Majefteyt. Copie var de voorfz Propofitie verfocht. C 624 ) Naer-noene PRESENTEN. In het doen van de Propofitie particulier alle die in de Propofitie generael geweeft zijn. J-jEeft de Keyferlijcke Majefteyt de Gedeputeerden van de Staten van Henegouwen , Hollandt, Zeelandt ende Utrecht gefamentlijck de particuliere Propofitie gedaen, verfoeckende van henluyden, tot toeruftinge van fekere Schepen van Oorloge voor den tydtvan vier jaren fekeren Impoft van dertigh ftuyvers op elcke Tonne ofte Vat Wyns , beloopende op elcke Ame vijf ftuyvers , breeder blijekende by den inhoude van de felve Propofitie. YXTElcke Propofitie gedaen zynde, foo heeft den voorfz Advocaet van Hollandt uyt den naem van die van Hollandt, Zeelandt en Utrecht verfocht Copie van de voorfchreve Propofitie, mitfgaders van het Mandament , daer by de Onderfaten van defe Landen toegelaten werden, uyt Vranckrijck alle foorten van Wynen te mogen brengen ende in defe Landen tranfporteren, daer van in de felve Propofitie gementioneert was, ende oock bequamen dagh , overmits de Winter , omme hare antwoordt in te brengen; waer op by de Keyferlijcke Majefteyt henluyden Copie van de voorfz Propofitie ende Mandamente,ende dagh omme hare antwoordt in te brengen , ge- ac-  ( 625 ) accordeert is den twintighften van de maendt van November. * FTEeft den Advocaet ter prefentie van de Gedeputeerden van de Staten den Prcefident Viglius gerecommandeert de fake roe* rende de voorfz nieuwigheydt , by den Koningh van Denemarcken gcpleeght, ende hen verhaelt 't inhouden van dc voorfz befoigne van den felven Koningh ende Stratius, ende voorts hen gelevert 't voorfz Concept, by de Staten geadvifeert, omme by de Keyferlijcke Majefteyt volgende dien antwoordt op de voorfz befoigne de K, W. gefchreven te mogen werden, op 't believen ende goedtduncken altoos van hem Praefident : Waer op den voorfz Prafident de voorfz Gedeputeerden tot antwoordt gegeven heeft, dat hem ?cen oirbaer en dachte eenigh antwoordt tc fchrijven op de offer by de K. W. gedacn, maer dat by provifie de voorfz Staten de voorfz offer behoorden te accepteren, alfoo men in fulcke faken met Brieven niet en mach befoigncren, mits dat de felve niet en weten te repliceren, ende dat ter tydt ende wylen toe by de Staten breeder befcheydt gebracht foude werden, omme een ander Commiffaris van wegen de Keyferlijcke Majefteyt af te veerdigen, omme van de K. W. yet verder tot profijt van dc Onderfaten van Hollandt te verwerven, ende dat ten eynde de K. W. feyde, dat by die van Hollandt difficuiteyt gemaeckt w'ierde omme de voorfchreve offer te accepteren, hy van gelijcken by defelve fyne offer niet en foude willen perlitteren. II. Deel. Rr Heeft *B1. 38. Van de nieuwigheydt,den Koning van Denemarcken gepleeght in het afnemen van de Thollen van de Onderfatenvan Hollandt. „ 1549. Den 5. Novemb.  1549Den 5, en 8. Nob. Geen langer tyd gekregen om de' antwoordt op de Propofitie van de Keyferlijke Majefteyt in te mogen brengen. Den 8. November 1549. Seecker Articul te mogen voegen by de Replique van de Gulde Bulle. Heb ( 626 ) T—TEeft mijn Heere den Stadthouder my ge» feydt, dat hy aan de Keyferlijke Majefteyt verfocht hebbende wat langer tydt, omme onfe antwoordt op de voorfz Propofitie inne te mogen brengen, voor antwoordt gekregen hadde, dat 't felve niet doenlijck en was, alfoo fijne Maj. daeghs nae de opbrenginge van de felve antwoordt in meeninge was te vertrecken, hem belaftende dat hy den Advocaet foude feggen , dat hy op de Vergaderinge, in den Hage te houden, de Staten foude verklaren, dat defe Petitie van den Impoft op de Wynen principalijck by fyne Majefteyt gedaen was tot vorderinge van die van Hollandt ende Zeelandt, die daer door mceft befchermt fouden wefen , ende dat daeromme fyluyden haer devoir doen fouden , omme fyne begeerte te accorderen. T—TEeft den Penfionaris van Bruffel Taffaert my gefeydt, dat de Staten van Brabandt, achtervolgende ons verfoeck by Requefte gedaen, eendrachtelijck daeghs te vooren geconfenteert hadden feker Articul , by dc Staten van Hollandt nae 't dienen van hare Replique overgegeven, geattacheert ende gevoeght foude werden by dc felve Replique, ende dat hy het voorfz Articul, acn de voorfz Replique geattacheert, mijn Hccrc den Praefident Viglius leveren foude, 't welck ick oock mijn Heere den Pra:fident ten felven dage verklaert hebbc.  ( 62? ) J-TEb ick oock den Praefident voorfz gelevert onfen Sack, gefurneert met den Inventaris ende met drie Copien authenticq , als van de Sententie provifioneel tulleken die van Mechelen en die van Brabandt, van de Sententie definitive tuffchen die van Vlaenderen ende die van Brabandt, ende van de conftitutie van de Keyferlijcke Majefteyt, difponerende fuper fuccejfwne Ncpotum; ende heeft den Praefident my belooft , onfe principale Requefte, Replique ende 't voorfz Articul daer aen gehecht, in onfe Sak mede te doen leggen. JJEeft den voorfz Praefident my gefeydt , dat hy fal doorfien het Concept van de Staten van Hollandt, gemaeckt op dc befoigne van * Stratius, omme te fien of 'er yet ware dat men in de Miffive van wegen de Keyferlijcke Majefteyt acn de K. W. te fenden, foude gevoeghlijck mogen ftellen ; ende indien niet, fal by de felve Miffive van de Keyferlijcke Majefteyt de voorfz offer accepteren , ende de voorfz Miffive by fyne Majefteyt doen teyckenen, ende die by hem houden ter komIte van de felve Staten, om te weten of fy de felve gefien hebbende, fulcks overgefonden willen hebben aen de K. W., dan niet. Daghvaert, gehouden in den Hage op den vijfden November ,1549. in abfentie van den Advocaet. 154?Den 8, en 5. Nov. Den Pr«fident fekere flucken gelevert beroerendede face vaa de Gulde Bulle. Confept vande Staten van Hollandt gemaeckt op het befoigne vaa Stratius. * BI. 30. J^)E Edelen ende Gedeputeerden der Steden van Delf, Leyden ende Amfterdam hebRr 2 ben Confent van de Edelen ead»  1549Den 5. Novemb. eenige Steden in der ophef van feeekeren Impoft oj de Wijnen ( 628 ) ben de Keyferlijcke Majefteyt geaccordeert, voor een Jaer alleenlijck te mogen heffen op elcke Ame Rhijnfche Wijns , Dordregtfche ritfmgc, fes ftuyvers, ende op alle Wefter1 fche Wynen naer advenant, uytgefondert de • Pitouwen ende Paljetten, die van minder prijs zijn, die volftaen fullen, mits contribuerende naer advenant van een ame drie ftuyv. die in defe Landen by de Onderfaten verlieten ende verkogt fullen werden , ende fullen geheven werden ter plaetfe daer die havenen ofte arriveren fullen , omme binnen middelertyde te fien ende experimenteren , hoe fyluyden by de voorfz navigatie defenfive gedefendeert ende befchermt fullen werden, ende dat met expreffe conditie, dat gelijcken Impoft van Wijnen by de Keyferlijcke Majefteyt geheven fal werden over alle fyne Landen van herwaerts over, fonder yemandt daer af te eximeren, ende indien anders gefchiedt, dat dit confent in dien gevalle af, te niet ende van geen elfeét wefen fal, ende dat fyluyden de voorfz contributie fullen mogen weygeren fonder fyne Majefteyts indignatie te incurreren ; behoudelijck, dat die van Hollandt geoorloft fal zijn Wcfterfche Wijnen in Vranckrijck ende elders te mogen halen, ende dat het Placaet, daer by 't felve verbodenis, afgedaen fal werden,ende dat hier mede het Concept van de Navigatie defenfive, als genoegh nodeloos wefende, doodt ende te niet fal welen. Die van Dordrecht verklaerden te perfifteren by fekere antwoordt, mijn Heere van Eeck by gefchrifte overgelevert. Die van Haerlem ende Gouda feyden geen laft  C 629 ) laft te hebben hier inne eenigh confent te dragen , voor ende al eer de andere Landen van herwaerts over tot de voorfz Navigatie offenfive mede verfocht werden te contribueren , in welcken gevalle willen hen voegen als goede Onderfaten. j\TAc den Penfionaris van Haerlem my gefeydt heeft, is gerefolveert, dat Coebel gehouden fal wefen fijn Rekeninge te doen van 's Landts ommeflagh voor den Heere van Affendelf, Mr. Jacob de Jonge , ende voor een Gedeputeerde van elck van de fes groote Steden, ende dat fy anders tot de hooringe van de felve Rekeninge niet en willen verftaen , ende dat ook fyluyden tot eenen nieuwen ommeflagh niet en willen verftaen, voor en al eer Coebel fyne Reeckeninge voorfz alvorens gedaen fal 'hebben. TS mede gerefolveert op de Requefte van mijn Heere van Molenbaix, verfoeckende eenige affiftentie tot het Kokerhooft, by hem gemaeckt in Oolkensplate, van de Staten van Hollandt, dat omme de confequenties wille, volgende oock voorgaende Refolutie, niet mogelijck en is 't felve te accorderen, alfoo fy 't felve hem accorderende , notelijck tot reparatie van Dijcken , Sluyfen , Dammen ende Bruggen , leggende binnen 's Landts, mede gemolefteert fouden werden te contribueren, ende dat daeromme hier in patiëntie moet hebben, prefenterende in andere faken, redelijk zijnde, hem te wille te wefen. Refolutie op de Requefte van mijn Heere van Molenbaix,verfoeckende eenige afliftentievoor het Koockerhooft Rr 3 *Dagh« Bero erende het doen van deReeckeninge van Coebel. 154.9. Den 5. Novemb.  Ï549Den 16. Novemb. *Bl.4o. Den Heere van Wijn- ende gaerden, Mr. Huych van Eynde, Den Heere van Obdam, Van Delf. ende Adriaen Adriaenfz , Arent van Hardincxvelt, Schout, Uyt de naem van d'E- ende delen. Mr. Jacob de Milde, Arent Cornelifz , Van Leyden. Jacob Oom, Mr. Floris van Hogende ghaerden, Mr. Willem Schoei, Van Amfterdam. Van Dordrecht. Jan Willemfz, Burger» Mr. Lambrecht Jacobfz, meefter , Van Haerlem. ende Franck Jacobfz , Bur- Witte vander Hoeve, germeefter, Van Gouda. Nader opinien nopende den Impoft op de Wijnen. IS by de Edelen, die van Haerlem, Delf, Leyden ende Gouda geopineert conform de Refolutie, by de Staten genomen op den vijfden November, mits dat dc fes ftuyvers, die aldaer geaccordeert waren geheven te wer-> den op elcke Ame Rhijnfche Wijns, gemindert zijn op vijf ftuyvers, ende dat den Accijns van alle Wcfterfche Wijnen in 't generael geheven fal werden, navolgende de Calculatie, geftelt in 't Billet de Staten mede gegeven , breeder blijekende by de A£te van confent, onder den Advocaet ruftende. Die ( 630 ) * Daghvaert, gehouden in den Hage den feltienden November 1549. PRESENTEN.  C 631 ) Die van Dordrecht verklaerden aks vooren, te perfiftcrcn by haer antwoordt, den Heere van Eeck in gefchrifte overgelevert, mits dat fy daer by noch verklaringe voegen fouden, de welcke fy den Advocaet , komende tot Bruflel, geven fouden. Die van Amfterdam verklaerden hen te maken conform met de voorfz Steden, mits dat van de Pitouwen ende Pailletten, komende in den Lande van Hollandt, van elcke Ame niet meer geheven en fouden werden dan drie ftuyvers. TS by de voorfz Staten gerefolveert, dat fy tot geenen nieuwen ommeflagh verftaen en willen, voor dat Coebel fijn Rekeninge voor de Gedeputeerden als vooren, gedaen fal hebben , ende dat daeromme hy hem gereedt make , omme jegens de komfte van den Heere van Affendeif lijn voorfz Rekeninge te mogen doen. Rr 4 *Ver- 1549. Pen 16. Novemb. Verklaringe van die van Dordrecht. Verklaringe van die van Amllerdam. Tot geenen nieuwen ommeflag te verftaen, voor dat Coebel fij-^ ne Rekeninge gedaen fal hebben.  K49Den 23. Novemb. *BJ.4i. ( 632 ) * Vergaderinge, tot Bruffel gehouden den drie en twintighften November| 1549. PRiESENTEN. Den Heere van Wijngaerden, ende Den Heere van Obdam, Uyt de naem van de Edelen. Adriaen Adriaenfz, Schout, Arent Comelifz, Bartholomei, ende Mr. Willem Schoock , Penfionaris, Van Dordrecht. Engelbrecht Willemfz , Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Mr. Jacob van Eynde, Van Delf. Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Jooft Buyck , Burgermeefter , ende Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam. Jan Dirckfz 't Hoen , Burgermeefter, Van der Goude. Omme eyntelijcke Refolutie te nemen van de antwoordt , die dc Keyferl. Maj. op de voorfz propofitie gedaen foude werden. Beroerende de antwoordt op de Propofitie van de Keyferlijke Majefteyt. BY den Advocaet de Refolutie, by de Staten genomen in den Hage , omme antwoordt op de voorfz Propofitie te geven , by gefchrifte geftelt zynde,ende de felve henluyden voorgelefen zynde, omme te weten of fy daer by fouden perftfteren, dan yet meer by voegen, foo hebben de Edelen, die van Haerlem ende Leyden verklaert, wel van advife te wefen, des gevolgh hebbende, on'dcr conditiën  C 633 ) tien in den Hage befproken, in de plaetfe van een jaer, te accorderen twee jaren, ende die van Delf in de plaetfe v-n een jaer twee ofte drie jaren; maer alfbo die van Amfterdam ende Gouda perfiftcerden by de voorfchreve Refolutie , aldaer genomen, van gelijcken geperfifteert, belaftende den Advocaet dc antwoordt, fulcks die by hem by gefchrifte geftelt was, de Keyferlijcke Majefteyt cc doen ende over te leveren. Die van Dordrecht perf: fleerden by de Refolutie, by hare Gedeputeerden den 16. November in den Hage genomen. Naer-noene. T")En Heere van Beveren te Hove gekomen zijnde, ende den Advocaet wefende over Mael tijdt, haeftelijck ontboden hebbende, heeft ondervraeght van de Refolutie, by de Staten in den Hage genomen, die den Advocaet hem gefeydt heeft, waer van naederhandt by den Advocaet de Edelen ende die van Amfterdam, by den anderen wefende, rapport gedaen hebbende , en waren niet te vreden 't felve den Hccrc van Beveren in hare abfentic verklaert te hebben, maer feyden dat hy den Heere van Beveren behoorde voor antwoordt gegeven te hebben, dat hy daer van met dc Staten foude communiceren, ende dat fy gefamentlijck alfdan hem antwoordt in brengen fouden. Den 25. November 1549. J)En Heere van Beveren de Majefteyt van de Koninginne rapport gedaen hebbende Rr 5 van Geen verklaringe by den Advocaet den Heere van Beveren te doen in abfentie van de Staten. Rapport, den Heere van iieve- 1549Den 13.cn 25. Nob.  1549- Den 25. Novemb. ren gedaen vande antwoort van de Staten. * BI. 42. C 6'34 ) van de Refolutie van de Staten, nopende hare antwoordt op de voorfz Propofitie, ende de felve Staten by hem ontboden hebbende, heeft hen verklaert, hoe dat de voorfz antwoordt, nochte de Keyferlijcke Majefteyt,nochte hare Majefteyt in geender manieren aengenaem en was, gemerckt dat fyluyden by de Navigatie offenfive * principalijck gedefendeert fouden zijn, als die geene, die de meefte meenighte van Schepen hadden, ende. dat de andere Landen, als die van Brabandt, Vlaenderen, Arthois ende Zeelandt gereedt waren fimpelijck in de petitie van de Keyferlijcke Majefteyt te confenteren,ende dat die van Hollandt onwilligh blijvende het voorfz confent te dragen, oorfaeck fouden wefen van de onwilligheydt van alle dc andere Landen, de welcke als ook die van Hollandt in meeninge waren confent te dragen, onder conditie, dat gelijcken Impoft van Wynen geheven foude werden over alle de Landen van herwaerts over,ende daeromme , fwarigheydt makende, incurreren fouden fyne Majefteyts indignatie, alfoo fyne Majefteyt by de Koninginne van der Staten antwoordt geadverteert zijnde, met een arrenmoede gefeyt hadde, wat willen fy feggen, fy fullen principalijck by de Navigatie offenfive gedefendeert zyn, ende ick hebbe byfonder .ter contemplatie van henluyden de voorfz petitie gedaen, dat daeromme de voorfz Staten den laetften van de maendt van November in den Hage fouden wefen in de Herbcrge, ende volgende hare gewoonlijcke goedtwilligheydt, geen fwarigheyt en fouden maken omme fyne Majefteyts petitie te accorderen, feyde voorts den  ( 635 ) j den voorfz Stadthouder, dat hem defe Clau- : fule , omme binnen middelertyde te fien ende experimenteren , .hoe fyluyden by de Navigatie offenfive befchermt ende gedefendeert fouden werden, dachte wel indiicretelijck, inde voorfz antwoordt geftelt te zijn, als in haer comprehenderende groote diffidentie van haren Prince, ende dat hy fulcks van dc felve Claufule de Majefteyt van de Koninginne niet en hadde willen vermanen, ende daerom hem oirbaer dachte de voorfz Claufule te royeren. Den 29. November 1549: "T)En Advocaet t'huys gekomen zijnde,heeft ^ den Heere van Affendelf van alle 't geene wes voorfz is rapport gedaen, die hem gefeydt heeft, dat hy wel hoopte de Staten daer toe te induceren, dat fy achtervolgende de begeerte van de Keyferlijcke Majefteyt den geeyfehten Impoft van de Wijnen fouden confenteren voor de geheele vier Jaren, ende dat hem dagte, dat fyluyden daer inne geen fwarigheydt en behoorden te maecken. * Dagh- H549- )en 25, ea 19. Nob. Rapport vanden Advocaet.  ~ r549Den ï. December. •Bl-43. Eyntelijck antwoordt van de Staten op de petitie van de Keyferlijke Majefteyt, ( 636 ) Daghvaert, gehouden in den Hage op den eerften December 1549. PRESENTEN. Den Heere van Affendelf, Den Heere van Duvenvoirde , WMem van Lockhorjl, Jan van Noortwijck, ende Otto van Egmont, Uyt den naem van d'Edelen. Mr. Pieter van Foreejl, Burgermeefter, ende Qjdrijn Dirckfz , Van Haerlem. Dirck Duyfi, Burgermeefter , ende Mr. Huych van Eynde, Van Delf. Claes Adriaenfz, ende Mr. Claes de Wilde , Burgermeeftcrs, Van Leyden. Mr. Claes Heyn , Burgermeefter , Pieter Cantert, ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam. Jan Hey, Schout, ende Jan Claefz Diert, Vander Goude. Omme eyntelijck te refolveren , wat antwoordt by de Gedeputeerden van de Staten de Keyferlijcke Majefteyt gegeven fal werden op de petitie, by fyne Majefteyt den vijfden November gedaen. DE Edelen, dc Gedeputeerden van Haerlem, Delf, Leyden, Amfterdam ende Gouda, alfoo niemandt van Dordrecht gecompareert en was, hebben eendrachtelijck gerefolveert, te vreden tc wefen, dat van elcke Ame Rhijnfche Wijn, Dortfche ritfinge, voor den  ( 637 ) den tydt van vier jaren geheven fal werden vijf ftuyvers, ende van de Wefterfche Wijnen , die in defe Landen by de Onderlaten van dien gekocht ende geflcten fullen werden, fulcken Impoft, als feker Billet, henluyden mede gegeven, vermeit, de welcke geheven lal werden ter plaetfe daer de voorfz Wijnen havenen ende arriveren fullen,onder expreffe conditie, dat de penningen , komende van den voorfchreven Impoft, mede geëmployeert fullen werden jegens de invallen van de Schotten , Piraten ende andere Vyanden op Zee wefende , fulcks dat de Negotiatie Ooft en Weft ende de Viffcherye veylicken geëxerceert fullen mogen werden, ende dat gelijcken Impoft van Wijnen by Uwe Majefteyt ofte Uwe Gecommitteerden geheven fal werden over alle Uwe Majefteyts Landen van herwaerts over, fonder yemandt daer van te eximeren; ende indien anders gefchiede, dat dit jegenwoordigh confent in dien gevalle af, te niet ende van geen effect wefen fal; ende in gevalle als boven , ende ook na de expiratie van de voorfz vier jaren, de voorfz contributie de facto af en te niet wefen fal, ende die van Hollandt ongehouden, uyt fake als vooren yet meer te betalen, fonder te incurreren Uwe Majefteyts indignatie;behoudelijck oock, dat het Placaet, beroerende het inbrengen van de Franfche Wijnen, wefende in dato den twaelfden Mey 1546. af ende te niete gedaen fal zijn, ende de Onderfaten van Hollandt, ende alle andere vremde Koopluyden van Hollandt, geoorloft, te mogen voeren, brengen of fenden alle foorten van Wefterfche Wijnen in alle Uwe Majefteyts Lan- ~ r549Den 1. December. nopende het ftellen van feeekeren Impoft op de Wijnen.  Den i. December. *B1.44- Swarigheyt in het maecken. van de antwoort op het geene wesuytDenemarckenaen de Keyferüjke Majefteyt gefchreven was. C 638 ) Landen van herwaerts over, fulcks ende daer 't hen oirbaerlijck duncken fal, ende foo fy altoos van oudts gedaen hebben, fonder regard te nemen ofte gehouden te zijn in 't Concept van 't Placaet, by Uwe Majefteyt de voorfz Staten gelevert, daer by fy geconftringcert fouden werden te moeten * verftapelen ter naester Stapele van de Plecke daer fy pafferen fullen , maer dat fy dies niet tegenfhende fullen blijven in hare voorfz oude poffeffie ende gebruyekvan 'tinbrengen vandc Wijnen als vooren, ende dat hier mede het Concept Van de Navigatie defenfive, als genoegh nodeloos zynde, doodt ende te niet fal zijn. Dat die van Amfterdam geallcgecrt hebben diverffe middelen, waerom dc voorfz Staten geoorfaekt zijn geweeft omme dc voorfz conditiën in haer voorfz antwoordt te befpreken, daer van den Advocaet Copie gelevert hebben, ende onder hem ruftende is. "RY den Advocaet de voorfz Staten verhael gedaen zijnde van de fwarigheydt, by den Raedtsheer Veeltwijck gemaeckt in het maken van de antwoordt op't geene wes den Koningh van Denemarcken acn de Keyferlijcke Majefteyt gefchreven hadde, roerende de nieuwigheden, by hcmgepleeght in 't afnemen vande Thollen overdc Onderfaten van Hollandt, hebben de Gedeputeerden van Amfterdam de Staten voorgehouden ende oock gelefen fekere Inftructie, genoegh folutie inhoudende op de voorfz fwarigheden, daer van fy oock den Advocaet Copie gelevert hebben , omme dc felve te communiceren met den voorfz Veelt-  ( 639 ) Veeltwijck , die oock onder hem ruftende is. T^\E voorfz Staten hebben gerefolveert tc hooren de rekeninge van Coebel van des gemeene Landts ommeflagh , die gereedt was de felve te doen, ende dat op den thienden van defe maendt December, ende dat fy jegens dien dagh elcks een van den haren daer toe lenden fullen, waer van ick die van Dordrecht by mijne Miffive oock geadverteert hebbe, ten eynde fy mede een fenden fouden, indien 't hen goedt dachte. TS den voorfz Advocaet mede belaft, te vervolgen aen de Koninginne, dat, den Thollenaer van Zeelandt belaft foude zijn de Schippers van Hollandt te laten pafferen, mits vertoonende behoorlijcke Thol brieven, fonder verdere Certificatien van hen te vereyfehen, daer van hem by die van Amfterdam oock Inftructie gegeven is, ende oock Copie van eene Certificatie, fulcks den voorfz Thollenaer die gepaffeert wil hebben, het felve vervolgh by den Advocaet aen Viglius gedaen zijnde,"heeft gefeydt, dat den Thollenaer om andere faken befchreven zijnde, hier van oock met hem foude communiceren. Den 3. December 1549. TS den Advocaet te Hove gereyft, omme de voorfz antwoordt in te brengen, ende wes voorfz is te vervolgen, nae dat hy daer van laft hadde van den Heere van Affcndelf. * Ver- 1549. Den 1, en 3. Dccembé Coebels Rekeninge te hooren op den thienden dtfermaenr. December. By de Koninginne te vervolgen, dat den Thollenaer van Zeelantde HollantfcheSchippers fal laten palTeren, midts tonende behoorlijkeTolbrieven. Reyfe van den Advocaet naer het Hof.  '549Den 7. December. •BI. 45. ( 640 ) Vergadcringe, by de Gedeputeerden van de Staten tot Bruffel gehouden den fevenden December 1549. PRESENTEN. Den Heere van Wijngaerden, ende Den Heere van Obdam, Uyt de naem van d'E- delen. Arent Cornelifz, Bartholomei, ende Mr. Willem Schoock, Van Dordrecht. Mr Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Mr. Jacob van Eynde, * Van Delf. Mr. Jacob de Milde, Van Leyden. Jooft Buyck , Burgermeefter , ende Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam. Jan Dirckfz 't Hoen , ende Dirck Comelifz , Burgermeefters,Van Gouda. Omme te vifiteren de voorfchreve antwoordt, by dc Staten den eerften December in den Hage gerefolveert. Beroerende de antwoordt op de propofitie van de Keyferlijke Majefteyt. NAe dat den Advocaet henluyden de voorfchreve antwoordt voorgelefen hadde, hebben eendrachtelijck gerefolveert, henluyden niet doenlijck te wefen yet in de felve te altereren,maer dat de felve de Keyferlijke Majefteyt ofte de Majefteyt van de Koninginne fulcks gedaen, ende oock by gefchrifte, indien 't noodt ware, overgelevert foude werden. Heb-  C 64r ) T-TEbben de voorfz Staten eendrachtelijck gerefolveert , dat Barbazan, Forier van de Koninginne, ende Bartholomees, fijn Medegezel, van wegen de Staten gegeven fouden werden twaelf goude Kroonen, te weten den voorfz Barbazan acht, ende den voorfz Bartholomees vier, ende dat voor de dienften, by henluyden de Staten in 't forieren gedaen,ende noch te doen. Den 8. Decemler 1549. PRESENTEN. Alle de felve; ende noch Engelbrecht IFillemfz. jQE voorfz Gedeputeerden van de Staten hebben de antwoordt op de voorfz Propofitie gedaen, achtervolgende de Refolutie op den eerften December genomen, de welcke de Majefteyt van de Koninginne in geener manieren acngenaem en was, nog en wilde daer van de Keyferlijke Majefteyt geen rapport doen, overmits de conditiën in de felve geinfereert, maer fy vcrklacrdemeerfcheen negatief inne te houden , dan confent op de voorfz Propofitie , waeromme hare Majefteyt de felve expreffelijck ende mondelinge verklaert heeft, dat fyluyden behoorden fimpelijck te accorderen in de Petitie van de Keyferlijcke Majefteyt, fonder adjeftie van eenige conditiën, ende hen conform te maken met de andere Landen van herwaerts over, die aireede geconfenteert hadden, dat II. Deel. Ss van Antwoordt op de Propofitie gedaen , en dat de felve de Majefteyt van de Koninginne niet ïengenaein :n was. '549' Den 7, en 8. Decem. Propine voor Barbazan ende Bartholomees, Foriers van de Koninginne.  1549Den'8."December. ;*B!.4Ó\ Den Impoft van d Wijnen va den Kooper gelieven te we den. van .elcke Ame Rhijnfche. Wijns,, na vermagen de propofitie,1 geheven foude werden vijf ftuyv., 'en van alle "Wefterfche 'Wijnen, achtervolgende het Billet, henluyden van wegen dc Keyferlijcke Majefteyt mede gegeven j ende heeft hare * Majefteyt voorts gefydt , dat de meeninge van de Keyferlijke Majefteyt is, dat het Concept van de Navigatie defenfive, als 00'ck feer nootelück- werende, fijn voortgangh hebben fal, ende dat fyne Majefteyt verftaet, den geenen die Stapelrecht competeert,'t felve te laten, ende die van den Stapel vry zijn, met de felve niet te willen belaften ,,mits welcken hare Majefteyt-de voorfz Gedeputeerden belaft heeft weder te rugge te trecken, omme laft tc gekrijgen fimpelijck, ende abfolutelijck te accorderen in de petitie van de Keyferlijcke Majefteyt, ende alleen onder conditie,dat gelijcken Impoft van Wijnen geheven fal werden over alle de oude patrimoniale Landen van herwaerts over, ten eynde by weygeringe van henluyden, de andere Landen niet onwilligh gemaeckt en werden, ende heeft de felve den tydt van negen ofte thien dagen gegeven, omme de voorfz antwoordt weder inne te brengen. T—lEcft den Advocaet hare Majefteyt verklaert 2 de reden, waer door de Staten genoodtfaeckt hadden geweeft onder anderen te conditioneren, dat den Impoft geheven foude wer•- den van de Koopers, Onderfaten wefende van. de Keyferlijcke Majefteyt, navolgende het inhouden van de middelen hem mede gegeven, ende onder hem ruftende, de welcke haere Majefteyt oock niet en fmaeckten. ' PRM  C 643 ) PRESENTEN. Alle ds voorgaende Gedeputeerden, behalven die van Dordrecht. JJE voorfz Gedeputeerden hebben gerefolveert in den Hage te wefen in de Herberge den veerthienden December, omme te refolveren als vooren. E voorfz Gedeputeerden hebben op 't aengeven van die van Delf ende Gouda, verklarende dat den Thollenaer van Antwerpen van alle da Onderfaten van Hollandt, die met hare Schepen de Riviere van de Hont ofte Schelt raeckten, Thol wilden hebben, al waer 't oock lulcks, dat fy vijf ofte fes mijlen van Ant werpen bleven , ende dat fy fulcks daer fouden moeten komen verthollen; voor Refolutie gefeydt, dat fy 't felve verfoek fouden doen op de naefte Daghvaert in den Hage, ende oock Copie overfchicken fouden van het geene daer den Thollenaer hem op fonderende is, omme eyntelijck aldaer Refolutie te mogen nemen. . Den 14. December 1549. J}En Advocaet t'huys gekomen zijnde, heeft van 't geene wes voorfz is den Heere van Affendelf rapport gedaen, die hem daer op tot antwoordt gaf, dat hy de Edelen foude vervangen , ende lichtelijck accorderen in de petitie van de Keyferlijcke Majefteyt, als fy hoopten de anderen mede doen fouden. Ss 2 * Dagh- Den 8, en I-^.DcCb. Dagh genomen, om in en Hage inde Herberge te wefen. Nieuwigheyt gepleeghc by den Thollenaer van Antwerpen. Rapport ■'an den Advocaet /an 't ge1«{Teerde:e Hove.  fc 1549Den 15. December. •Bi. 47. ( 644 ) * Daghvaert, gehouden in den Hage op den vijftienden December 1549. PRESENTEN. Den Heere van Affendelf, ende Den Heere van Obdam, Uyt den naem van d'E- delen. Arent Cornelifz,Schout, Pieter Jacobfz Muys, ende Mr. Willem Schoock, Van Dordrecht. Mr. Pieter van Fureeji, Burgermeefter, ende Mr. Lambrecht Jacobfz, Van Haerlem. Dirck Duyft , Burgermeefter , Mr. Huych van Eynde, ende Mr. Jacob van Eynde, Van Delf. Claes Adriaenfz, ende Mr. Jacob de Milde , Van Leyden. Mr. Claes Heyn, Burgermeefter , ende Mr. Adriaen Sandelijn, Van Amfterdam Jan Willemfz Muyl , Burgermeefter, Vander Goude. Omme fimpliciter ende abfolutelijk te accorderen in devoorfz Pititie van de Keyferlijcke Majefteyt. Beroerende het confent op de petitie van de Keyferlijke Majefteyt. HEbben de Edelen, de Gedeputeerden van Dordrecht, Haerlem, Delf, Leyden ende Gouda genoegh geaccordeert in de petitie van de Keyferlijcke Majefteyt, te weten, dat van elcke Ame Rhijnfche Wijns, Dordrechtfche ritfinge, nae vermogen de propofitie, geheven fouden werden vijf ftuyvers, ende van alle Wefterfche Wijnen fulcken Impoft, als het Billet, van wegen de Keyferlijcke Majefteyt  ( 645 ) fteyt henluyden gemaeckt ende gelevert, vermeit, de welcke geheven fullen werden ter plaetfe daer de voorfz Wijnen havenen ende arriveren fullen, ende dat onder fulcke conditiën , als de andere Landen van de Keyferlijcke Majefteyt van herwaerts over geaccordeert zijn; dan die van Dordrecht addeerden die claufule, dat alle de Rhijnfche Wijnen, die in Hollandt gebracht fullen werden, tot Dordrecht ter Stapel fullen komen, nae vermogen hare Privilegiën , Sententien ende Ordonnantiën daer van zynde. De Gedeputeerden van Amfterdam maeckten hen genoeg conform met de andere Staten, mits dat hier mede de Navigatie defenfive af ende te niet foude zijn, ende de andere befproken conditiën in de Afte blijven fouden, ende feyden alfnu anders geen laft te hebben, dan fouden rapport van alles in den haren doen, om te fien of fy, boven komende, breeder laft fouden gekrijgen. J-JEbben de voorfz Gedeputeerden gerefolveert, elcks yemandt van den haren te Hove te fenden , hoewel die van Haerlem, Delf en Leyden feyden 't felve van geenen noode te wefen, alfoo eenige van Dordregt, Amfterdam ende Gouda te Hove waren, die den Advocaet wel fouden adfifteren, ende dat nu geen tydt en was veel te reyfen, ende de antwoordt genoegh goedt te doen was, als wefende genoegh conform de petitie van de Keyferlijcke Majefteyt, ende hebben dagh genomen te Brusfel te wefen den 21. December. Ss 3 De 154* Den 15. December. Gecommitteerden te Hove te fenden.  T549- De« ï§\ December. Requefte ofte Remonftrantie , omme den Impoft van de Wij nen op den Kooper geftelt teheb1» n. *B1. 48. By de Key ferlijcke Majefteyt te vervolgen, dat de nieuwigheyt,by den Tollenaer van Antwerpen ge pleegt, al gedaen moge wei den. ( 646 ) T"YE voorfz Gedeputeerden hebben gorefolvert, dat alfoo by de conditiën; te vooren onderfproken, men niet en behoorde te * verachteren het confent van de Petitie, gemerekt alle de andere Landen fimpelijck hadden geconfenteert, dat men daeromme by Requefte ofte Remonftrantie foude veriöecken , dat den voorfz Impoft geftelt foude werden op den Kooper , alfoo de Verkopers byfonner in Duyflandt belaft waren met veele fware Thollen , ende dat ten eynde de Negotiatie uyt den Lande niet verjaeght en foude werden, ende dat voorts de Navigatie defenfive, fulcks die by de Keyferlijcke Majefteyt geconcipieert is, afgedaen foude werden, ofte ten minften fulcks gemodereert, dat de felve de Koopvaerders éenigfints dragelijck mochte wefen, ende dat by de middelen ende redenen, geftelt in 't debat ende replique, den Heere van Eecke, wefende in den Hage, overgegeven, ende andere , die by de Gedeputeerden, wefende te Hove, geadvifeert fullen werden. TXY den Advocaet de Staten verklaringe gedaen zijnde, hoe dat den Thollenaer van Antwerpen fekere nieuwigheydt opgeftelt hadde, willende dat de Schepen ende Onderfaten van Hollandt, rakende de Stroom van dc Hondt ofte Schelde, gehouden fouden wefen tot Antwerpen te komen vertollen, al waer 't oock fulcks, dat fy vijf ofte fes mijlen van Antwer: pen bleven, tot dien eynde exhiberende feker " Extraét van de Ordonnantie, in dato van het . Jaer 1495., daer van den voorfz Advocaet Copie heeft, ende dat hy in meeninge was feke- te  (647) re Schepen ende Onderfaten van Hollandt,die de voorfz Riviere getoucheert hadden, vooi de Tol-Schepcnen tot Antwerpen te rechte te ftellen, ende of fyluyden daeromme met adjunctie van de Staten daer jegens den Thollenaar in rechten fouden treden, dan aen de Keyferlijcke Majefteyt vervolgen de voorfz nieuwigheden afgedaen te hebben , alfoo fy in poffeffie waren hare Goederen niet te verthollen, dan arriverende ofte pafferende Antwerpen ; Soo hebben de Edelen , die van Dordrecht ende Haerlem gerefolveert, dat regard nemende op de voorfz poffeffie, men aen de Keyferlijcke Majefteyt behoort te vervolgen de voorfz nieuwigheden afgedaen te hebben. Die van Delf, Leyden, Amfterdam ende Gouda waren van advife, dat men te Hove foude vervolgen, de voorfz fake gecommitteert te hebben in den Grooten Racd, alfoo die van den Secreten Rade ende Financie in defe faecke, toucherende de Thollen van den Kcvfer, genoegh fufpeft waren, refolveerden evenwel genoegh gelijfckelijck , dat hier inne gcdaeii ioude werden by advife van den geenen, dié te Hove fouden reyfen. TXY den Advocaet de Staten vertoont zijnde van de klachte, by Snoeckaert by fyne Misfive tc Hove gedaen, dar hem geweygert fouden wefen Extraften van de quohieren, by de welcke blijeken foude van 't quaedt aenbrengen van de twee Thienden, de Keyferlijcke Majefteyt geaccoreeert, hoe wel 't fclvc.onwaerachtigh was, ende dat dc felve noch onder hem hadde eenige quohieren van de twee' Ss 4 Thien- ^ *549Den 15. December. Nopende de klachten van Snoeckaert, dac hem ge. weygert fouden wefen Extracten van de quo-  1549Don 15. December. Weren van de twee Thienden , de Keyferlijke Majelk-yt geaccordeert. * BI. 49. ( 648 ) Thienden., als van die van Rhijnlandt en Schielandt, die hem by den Griffier van Hollandt door onthiet van den Hove gelevert waren; mitfgaders oock fekere Blaffaerden, als van de particuliere Ontfangers van Rhijnlandt, Kermerlandt, Delflandt, Gouda, Schiedam ende andere, dewelcke hy door dreygementen ende onbehoorlijcke manieren van hem verkregen hadde, ende onwillig was de felve te reftitueren; foo hebben de voorfz Gedeputeerden genoegh eendrachtelijk gerefolveert, dat by de Staten, boven komende, vervolgh gedaen foude werden, ten eynde Snoeckaert belaft foude werden, hem van de voorfz fake niet meer te onderwinden, midts dat daer wel feven jaren gepaffeert waren , dat in 't aenbrengen van de twee Thienden eenige faute gefchiedt foude zijn , ende dat de Keyferlijcke Majefteyt daer by geen profijt fal * confequeren,ende dat alle het geene dat 'er af fal mogen komen, aen 't Salaris van den Commiffaris, fijne Adjuncten ende Deurwaerders geven fal, ende indien den voorfz Snoeckaert van den Advocaet begeert eenige Extracten van de voorfz quohieren , dat hy eerft van hem vereyfehen fal reftitutie van de voorfz quohieren onder hem wefende , ende oock van de voorfz Blaffaerden, ende dat by den Advocaet een Requefte gemaeckt fal werden, om te verfocken befloten Brieven van den Hove aen de particuliere Ontfangers , noch hare Blaffaerden niet overgegeven hebbende, ten eynde fy dc felve met den eerften brengen in handen van den Advocaet, mits wederom ontfangende daer van fyne Recepiffe, omme de felve geleydt te werden by de  ( 649 ) de Rekeningen in 's Landts Kifte, ofte in fijn abfentie in handen van den Griffier onder fyne Recepiffe. JS den Advocaet belaft Ordonnantie te maken op Coebel van hondert en tachtigh ponden achtienfchellingen,omme te leveren Hendrick vandcr Peere, Waert in Rodenburgh tot Mechelen , in betalinge van fekere Ame Wijns, by hem de Staten gelevert, omme te fchencken daer 't by hen geordonneert is geweeft. 5 JJY den Advocaet de Staten vertoont zijnde fekercn ftaet, by hem van den Ontfanger Coebel ontfangen, omme te komen tot eenen nieuwen ommeflagh, alfoo hy vijf ofte fes dagen te vooren fyne Rekeninge gedaen hadde; hebben verklaert geen laft te hebhen tot een abfoluten ommeflagh te verftaen, dan hebben geaccordeert, dat by provifie nu te Corfmiffe een ommeflagh gemacckt foude werden van vijf en twintigh hondert guldens, omme geemployecrt tc werden in 's gemeene Landts ommeflagh ende onkoften, als Wedden, Reyfen ende andere nootelijcke Vacatiën , en nergens anders, ende dat met den abfoluten ommeflagh vertoeft fal werden, tot omtrent St. Janfmiffe. JjEbbcn de Gedeputeerden van de Staten, ten verfoecke van die van Amfterdam, weder rapport genomen, omme op de naefte Dagvaert antwoordt inne te brengen nopende de reyfe ende vacatiën, by Sybrandt Ocko Ss 5 met - 1549Den 15. December. Ordonnantie op Coebel , van hondert tagtigh ponden achtien fchellingen. Staet, omme te komen tot een nieuwen ommeflagh. Nopende de reyfe van Sybrandt Ocko na Denemarcken,  1549- Den 15, eri 16. Deceb. Concept Ordonnantie , om te remediëren de fauten op 't Kennip-garen. Requefte van de Pontgaerders van Delf, verfoeckendereftitutie van fekere verfcboten penningen. 'Bl.50. Van de. Wefterfche Wijnen in de Acte C 650 ) met Stratius aen den Koningh van Denemarcken gedaen. TRY den Advocaet de voorfz Staten vertoont zynde feker Concept van Ordonnantie, omme te remediëren de fauten ende gebreken vallende op het Kennip-garen, dienende tot welvaert ende prtefervatie van de Koopvaerdye ende Viffcherye, hem gelevert by die van Rotterdam ende Schiedam, hebben daer op, nae dat fy Copie van dien verfocht hadden , elcks in den haren rapport genomen. r\P de Requefte van de Pontgaerders van Delf, verfoeckende reftitutie van penningen , by hen verfchoten uyt fake dat fy in gijfelinge op de Voorpoorte fes weken door bevel van Uytwijck gelegen hadden; Is by de Edelen, die van Haerlem ende Leyden gerefolveert, dat men hen foude toevoegen hondert guldens , by die van Dordrecht ende Delf, dat men hare verfchoten penningen foude reftitueren, mits dat van gelijcken eenige Poorters van Dordrecht, uyt gelijcke fake eenige koften gehadt hebbende, daer van rembourfement foude gefchieden ; maer die van Amfterdam en Gouda , verfoeckende Copie van hare Declaratie , namen rapport in den haren. * Den 16. December 1549. "T—TEbben den Burgermeefter van Haerlem met Mr. Lambrecht, Huych van Eynde, ende den Burgermeefter van Leyden metMr. Jacob  C 651 ) cob de Milde den Advocaet gefeydt, dat fy, ende oock die van Amfterdam wel fouden begeeren, dat in de Acte van confent mochte blijven gcinfereert dc voorgaende conditie, van niet gehouden te wefen Wefterfche Wijnen, komende in Hollandt, te verftapelen ter naefter Stapele, indien't doenlijck ware, indien niet, dat men 't felve foude verfoecken by doleantie met de andere twee voorgaende Articulen. Den 16, e» 17. Deceb. van content te infereren. Den 17. December 1549. T—TEeft den Heere van Affendelf den Advocaet op de Requefte, by hem overgelevert, doen expediëren de befloten Miffiven acn dc particuliere Ontfangers , daer by hen belaft werdt hare voorfchreve Blaffaerden van de twee Thienden te leveren in des Advocaets handen onder fijne Recepiffe. Van de Blaffaerden van de twee Thienden te leveren in des Advocaetshanden. Ver-  1549- Den 24. December. Beroerende de antwoordt op de Propofitie van de Keyferlijcke Majefteyt. C °5* ) Vergaderinge, by de Gedeputeerden van de Staten tot Bruffel gehouden den vier en twintigften December 1549. PRESENTEN. Den Heere van Obdam, Uyt de naem van de Edelen. Pieter Jacobfz Muys> ende Mr Willem Schoock , Van Dordrecht. Dirck Jan Beukelfz, Van Delf. Jooft Buyck , Burgermeefter,Van Amfterdam. Dirck Cornelifz , Bur¬ germeefter , Van Gouda. Ende van Haerlem ende Leyden en was niemant te Hove gekomen. Omme te refolveren nopende d'antwoort, de Keyferlijcke Majefteyt te doen op de voorfz Propofitie van den Impoft. DE voorfz Gedeputeerden hebben eendrachtelijck geperfifteert by de voorfz Refolutie , by de Edelen , die van Dordrecht, Haerlem, Delf, Leyden ende Gouda den vijftienden December te vooren in den Hage genomen , met welcke Refolutie de Gedeputeerden van Amfterdam hen alfdoen conform maeckten, ende dat de antwoordt, fulcks die by hen by gefchrifte geftelt was, doen fouden. By Requefte te verfoecken dat den Impoft op de T—TEbben de voorfz Gedeputeerden gerefolveert, aenfehouw nemende dat de Verkopers van Wijnen byfonder in Duytflandt belaft zijn met veele en fware Thollen, men  ( 653 ) by Requefte foude verfoecken te hebben geordonneert, dat den Impoft op de Wijnen geheven mochte werden van den Kooper , dat voorts de Navigatie defenfive fulcks tot redelijckheydt gemindert ende gemodereert mochte werden, dat de felve dc Koopvaerders eenighiints draeglijck mochte wefen, ende dat ten eynde de Negotiatie ende Navigatie uyt defe Landen niet verjaeght, ende in andere Landen, de Keyferlycke Majefteyt niet fubjeft wefende, getogen en werde, maer de Gedeputeerden van Amfterdam verfochten 't concept van de voorfchreve Navigatie defenfive achter rugge geftelt te hebben, als den Lande van Hollandt, ende byfonder 't quartier van Waterlandt , te feer fwaer en * laftigh vallende, ende genoegh tenderende tot geheele verjaginge van de Negotiatie. JS op het aengeven van die Delf ende Gouda , nopende de nieuwigheden , by den Thollenaer van Antwerpen over eenige Poorters van Delf ende Gouda gepleeght, daer van oock te vooren Refolutie genomen was in den Hage den vijfthienden December, bij de voorfz Gedeputeerden eendrachtelijck gerefolveert, dat op den naem van Dirck Jan Beuckelfz van Delf, ende den anderen Poorter vander Gouda , ende de Staten van Hollandt met hen gevoeght , in den Grooten Rade Requefte overgegeven foude werden, omme te mogen gekrijgen ende obtineren mandament in cas van maintenue; ende in gevalle het felve geweygert wierde, dat alfdan by henluyden breeder ge- Nopende de nieuwigheydt,by den Thollenaer van Antwerpenover eenige Poorteren van Delf ende Gouda gepleeght. Den 24. December. Wijnen gehevenmochte werden van den Kooper. *BI.5i.  I54PDen 28. December. Den Heere van Obdam, Uyt de naem van de Edelen. Pieter Jacobfz, ende Bartholomei, . Van Dordrecht. Dirck Jan Beuckelfz , Van Delf. Mr. Floris van Hooghaerden , Van Amfterdam. Dirck Cornelifz , Burgermeefter,Vander Goude. Omme te refolveren op eenige andere pointen. Beroerende de claui'uie van Dordrechtfche ritfingei in de- antwoordt op dft Propoiirievan de Keyrerlijke Majefteyt geinfereert. X>Y den Advocaet verhael gedaen zijnde, J3 hoe dat Bartholomei met hem communicatie gehouden hadde, of oock in de Refolutie, in den Hage genomen, gelet was of de claufule van Dordrechtfche ritfinge, in de antwoordt geftelt, de Majefteyt aengenaem foude wefen, ende daer fwarigheydt inne gemaeckt zynde, of men yet foude mogen altereren, ende de voorfz claufule van Dordrechtfche rkrfingen achter laten, ende wat men dc Majefteyt van de Koninginne voor antwoordt foude mogen feggen; foo hebben de voorfz ' Gedeputeerden eendrachtelijck gerefolveert , dat alfoo de Refolutie met de voorfchreve claufule in den Hage genomen was, fyluyden 't felve niet en mochte altereren, te meer-al-.. foo ( 654) gerefolveert foude werden, wat in defen te doen ware. Vergaderinge, tot Bruffel gehouden den acht en twintighften December 1549. PRESENTEN.  ( Ó55 ) lbo niemandt van Haerlem ende Leyden pra> fent en was; maar in gevalle de Koninginne daer inne eenige fwarigheyt (maeckte, men hare Majefteyt foude mogen verklaren, dat alfoo den Impoft by de Keyferlijcke Majefteyt geëyfcht was tot vijf ftuyvers op de Ame, naer inhoudt yan Het Billet henluyden mede gegeven , waer toe de Propofitie hen oock was refererende , ende d.A den Impoft van deRhijnfchc Wijnen nergens in Hollandt geheven fal werden dan to.t Dordrecht, als wefende de plaetfe daer die' eerft havenen ende arriveren, ende dat in Hollandt geen andere ritfinge dan Dordrechtfche bekent en is, die van Hollandt goede redenen gehadt hebben hen te reguleren nae de Dordrechtfche ritfinge ofte Ame, te meer alfoo fy den achtften December in 't doen van hare antwoort op de voorfz Propofitie de Ame Dordrechtfche ritfinge uytgedruckt hadden , fonder dat alfdoen henluyden by de Koninginne te dier eau te eenige fwarigheydt gemaeckt wierde, mier alleen op de andere conditiën, in de felve antwoordt alfdoen geinfereert, de welcke alfnu ter begeerte van hare Majefteyt daer,uyt gelaten waren, hier by gevoeght, dat in de befoigne, by * de Staten in den Hage met den Heere van Eecke gehouden, oock Voor dato vande voorfz Propofitie, altoos mentie gemaeckt is van Amen Dordrcgtfche ritfinge; dan den Heere van Obdam verklaerde wel over hem te willen nemen, dat in de plaetfe van de vijf ftuyvers op de AmeDórrechtfche geheven foude werden fes ftuyvers, daer inne de andere Gedeputeerden, contrarie voor- Den ai December»  Den 28, en v so. Decb. voorgaende Refolutie, niet en dorfien accor* deren. Seekere Requefte of doleantie gevifiteert. Te vervolgen SnoeckaertsCommiflie te niet gedaen te hebben. Den 29. December 1549. PRESENTEN. De antwoort nopende den Impoft van T^E felve by den Advocaet voorgelefen zynde de voorfz Requefte ofte doleantie, ende hebbende henluyden gevraeght, of fy yets wilden hebben gealtereert, foo was gefeydt, dat Hooghaerden, die te vooren nog van twee ofte drie Articulen gementioneert hadde, de felve foude leveren den Advocaet, omme die te ftellen daer 't oirbaer wefen foude. J^E felve by den Advocaet verhaelt zijnde de middelen, die oock te voren in den Hage geallegeert waren, waer door men foude vervolgen de Commiflie van Snoeckaert, omme hem te informeren op 't quaedt aenbrengen van de twee Thienden, te niet gedacn ende gerevoceert foude mogen werden; Is eendrachtelijck gerefolveert, dat men hier van eerft foude communiceren met den Heere van Beveren, omme by fynen advife gedaen te werden. Alle de voorgaende Gedeputeerden, behalven Mr. Willem Schoock. "T)E voorfz Gedeputeerden'hebben by den Advocaet de antwoordt op de voorfz Propofitie doen doen, fulcks die by hem te vooren  C 657 ) ren by gefchrifte geftelt was, volgende de Refolutie , by de Staten den vijftienden December in den Hage genomen, welcke antwoort de Koninginne uyt den naem van dc Keyferlijcke Majefteyt, nae dat fy de felve Gedeputeerden een weynigh hadde doen buyten ftaen, geaccepteert heeft, als wefende genoegh conform met de antwoordt van de andere Staten*, ende heeft de felve daer van gedanckt; dan dede hare Majefteyt verklaren, dat de expreffie ende uytdruckinge van Dordrechtfche ritfinge, in de felve geftelt, onredelijck was, daer door inequaliteyt ende ongelijckheydt komen foude, want die van Hollandt genietende Dordrechtfche ritfinge, min fouden contribueren dan de andere Landen, mits welcken henluiden oorfake gegeven foude werden van onwilligheydt, ende fwarigheydt te maken in haer confent; dat daerom fyne Maj. in meeninge was den Impoft fulcks te doen heffen, dat over al gelijckhcydt ende cenparigheidt wefen foude, en twijffelde fyne Majefteit niet, of die van Hollandt en fouden dies te vreden zijn, ende hen daer nae reguleren , fonder eenige fwarigheydt daer in te maecken , van welck accept den Advocaet geen Aéte en heeft willen nemen fonder confent van dc Staten, midts het felve niet en was conform de antwoordt. 'JPErftondt hier nae den Advocaet,nae voorgaende communicatie met den Stadthouder ende de voorfz Gedeputeerden gehouden, de Majefteyt van de Koninginne verklaert hebbende, dat alfoo het Billet, daer toe de Propofitie hem refereerde,expreffelijck inne hielt, II. Deel. Tt dat Van de Dordrecht» fche Ritfinge op de AaneWijnt. Den 20. December, de Wijnen» by de Koninginnegeaccep,teert, uytgefonderthet point van DordrechtfehaRitfinge.  *5W. Den 29. December. •BI. 53. C 658 ) dat van elcke Ame Rhijnfche Wijns gegeven fouden werden vijf ftuyvers, fonder verklaringe van de Amen gedacn te zyn, foo en hadden de Staten van Hollandt anders geen ritfinge dan Dordrechtfche ritfinge konnen gevolgen, mits dat in Hollandt anders geen ritfinge geufeert en wierdt, ende dat fulcks in het * betalen van de voorgaende Impoftcn die van Hollandt hen altoos na de felve ritfinge hadden gercguleert , ende oock geen andere laft en hadden , dan aenmerekende dat de Keyferlijke Majefteyt in meeninge was een andere ritfinge te volgen , fouden by gefchrifte hare Majefteyt over geven wat breeder de redenen , wacromme fy de Dordrechtfche ritfinge gevolght hadden; verfoeckende dat de Keyferlijcke Majefteyt ende hare Majefteyt daer inne foo gevoeghlijck wilden difponeren, als nae recht ende reden; waer op hare Majefteyt voor antwoordt gegeven heeft, dat dc Keyferlijcke Majefteyt fulcks foude ordonneren, dat fyluyden min nog meer en fouden geven dan de andere Landen, dat evenwel de voorfz Gedeputeerden altoos hare Requefte fouden mogen overgeven. Aen den Prcefident Viglius verfocht Copie van dedupüqne van die van Brabant in de faecke van de Gulde Buiie. "P\En Prrefident Viglius gefproken hebbende, omme Copie te hebbèn van de Duplique van die van Brabandt in de faecke van dc Gulde Bulle, heeft my voor antwoordt gegeven, dat hy alle de Stucken foude doen vifiteren by eenige van den Rade, omme te weten of by die van Brabandt in hare Duplique eenige nieuwe feyten gepofeert mochten zijn, fulcks dat van nooden foude wefen vifie ende Copie van dien  C 659 ) dien te hebben, ende oock partyen te wijfen in feyten, ende dat dan Vonniffe gewefen foude werden nae gelegentheydt van de faecke, maer dat ons niet en foude toegelaten werden yet meer te fchrijven, foo 't felve van geenen noode en was , ende de faecke fulcks foude retarderen, dat die voor dat vertreck van den Keyfer niet en foude mogen getermineert werden , het welck nochtans fyne Mejefteyt wilde hebben. Den 30. December 1549. PRESENTEN. Alle de voorgaende Gedeputeerden, behalven Mr. Willem Schoock. JXY den Advocaet de voorfz Gedeputeerden voorgelefen zynde de Requeften, by hem gemaeckt, roerende dat den Impoft geheven mochte werden van de Koopers, ende volgende de Dordrechtfche ritfinge; dat 't Concept van de defenfie gemodereert mochte wefen ; dat de Thollenaers van Armuyden ende Middelburgh belaft foude werden, hen te reguleren nae de oude gewoonlijcke Tholbrieven; Is eendrachtelijck gerefolveert; datmen die fulcks den Pradident foude overgeven. Finis Anni 1549. »54* Den 29, en 30. Dec. Requefte, roerende dat den Impoft vat» de Wijnen geëyfcht foude werden van den Kooper , ende andere fee» ken.