VERZAMELING VAN CASUS POSITIE Ns VOORSTELLINGEN * E N DECLARATIE N, BETREKKELYK TOT VOORVALLENDE OMSTANDIGHEDEN IN DEN KOOPHANDEL, VAN TYD TOT TYD BINNEN DEEZE STAD BEOORDEELD EN ONDERTEKEND. EERSTE STUK. T E A'M STERDAM, B Y PI ETER HENDRIK DRONS BERG» STADS DRUKKER. MPGCLX XXXIII.   ïït VOORBERICHT. Daar er dagelyks zaaken in de Commercie voorvallen, betreklyk zo wel tot den Handel in het algemeen, als tot Asfurantie en Wisfelhandel, en diergelyke in het by* zonder, welke aanleiding tot disputen tus* fchen partyen geeven, voornam entlyk wanneer zich in dezelve eenige bedenklykheid opdoet, of daar in by Keuren, Placaaten, Statuten enz. voorzien is, heeft men al van oudsher den toevlucht moeten neemen tot het opftellen van Cafus Pofitien, Turbens en diergelyke voortellingen, om over dezelven de advyfen van kundige Rechtsgeleerden, Kooplieden en andere in te neemen, om langs dien weg kostbaare en langwylige Procedures voor te komen, welke voortellingen op de reden en billykheid gegrond, offchoon niet met dezelve fanftie als de van den Souverein * 2 ge:  rv VOORBERICHT, geëmaneerde wetten bekleed, meermaalen ais zodanig door zeer venerabele Rechtbanken zyn aangenomen. Daar ondertusfchen deeze turbens, zo dra dezelve door de Kooplieden ondertekend waren, verzonden wierden en van dezelve geen verzameling gemaakt wierd, was men genoodzaakt, om telkens, by voorkoomende omftandigheden, nieuwe tukken opteftellen en te doen ondertekenen, iets dat voor de Kooplieden zeer moeilyk en lastig was, aangezien de beoordeeling derzelver veel tyd en attentie vereischte en echter de ondertekening dikwils zeer presfant gerequireerd wierd. Het is om die reden en uit overweging van het nut, dat aan de Commercie in het algemeen zou worden toegebragt, indien dergelyke ftukken by een verzameld en door den druk gemeen gemaakt wierden, dat eenige der voornaamfte Kooplieden binnen deeze Stad het befluit genomen hebben, om dezelve in een bundel te verzamelen en van tyd tot tyd te doen uit- gee-  VOORBERICHT. y geeven, om by voorkoomende omftandigheden gemaklyk te kunnen nazien, of foortgelyke differentien niet reeds bevoorens beoordeeld waren geworden, en, zo zynde, zich en anderen de moeite te befpaaren om over de reeds beoordeelde materiën Turbens op te Hellen en aan de Kooplieden ter ondertekening te prefentceren, en om die reden in het vervolg geene diergelyke Hukken te ondertekenen, dan waarvan aan het hoofd derzelve blyken zou, dat een Copie in handen van den Drukker deezer gefteld was. Aan dit befluit is ook zedert den jaare 1788 fliptelyk voldaan geworden, zynde er na dien tyd geene Turbens ondertekend, dan van welke aan den drukker deezes een Copy geè'xhibeerd was, terwyl men verder is overeengekoomen, om na de ondertekening, voor dat dezelve Hukken verzonden wierden, de naamen der Ondertekenaars, mede aan denzelven drukker optegeeven en onder de Hukken te doen drukken; op dat een ieder in het vervolg zou * 3 kun-  vi VOORBERICHT. kunnen zien, welke ftukken hy al, of niet ondertekend had. Het is dan ingevolge van dien, dat men thans het genoegen heeft om het eerfte Stuk deezer Verzameling aan het Publiek te prefenteeren , zullende hier mede van tyd tot. tyd, zo dra er eenige Stukken voor handen zyn, worden gecontinueerd. Gaarne had men gezien, dat op de gedaane uitnodiging in de Couranten, meerdere diergelyke Stukken, in vroegere tyden opgefteld, en welke zekerlyk hier en daar onder de Kooplieden nog zullen berustende zyn , aan den drukker deezes waren ter hand gefield, doch men hoopt, dat zulks in het vervolg gefchieden zal, op dat langs dien weg meer en meer aan Jict oogmerk deezer onderneeming, het nut der Commercie naamlyk, moge vol- I daan worden. IN  VII INHOUD der STUKKEN. ï. i De Houder van een Wisfelbrief verliest zyn recht van aanfpraak op den Remittant, uit hoofde van deszelfs Delcredere, in geval van de zyde des Houders verzuimd is, behoorlyk te protesteeren. Bladz, i ii. De Trekker van een Prima en Secunda Wisfelbrief is verplicht aan den Houder der onbetaalde Prima, tegen intrekking van dezelve 3 en behoor lyk Protest van Nonbetaaling te rembourfeeren, alhoewel hy reeds inmiddels buiten Protest van Nonacceptatie, of van Nonbetaaling, de Secunda aan een Derde mocht vergoed hebben. y iii. De Houder van een Wisfelbrief gefield aan de order van den Remittant, en door deezen op denzelfden dag van dato der Wisfelbrief voor des Houders rekening aan hem 4 geen-  Vin INHOUD dér STUKKEN, geëndosfeerd en geremitteerd tot dezelfde cours, als de Remittant daar voor betaald heeft, alleenlyk met berekening van or~ dinaireprovifie, zonder Delcredere, heeft, by infolventie van den Betrokkenen en Trekker, geen regres of aanfpraak op den Remittant, uit hoofde van zyn endosfement, alhoewel de Correspondent van den Remittant voor hem mogt geïntervenieerd zyn Bladz. i3 IV. Dé Ëndosfant eener Secunda ÏVisfelbrief', van welke de Prima reeds te voren door hem aan zyn Correfpondent ter acceptatie ^ordering gezonden zynde, niet door den Betrokkenen, maar wel door een derden, Supra protest, ter eere van den Trekker geaccepteerd is, onder uitdruklyk verband van den Houder, dat dezelve Wisfelbrief ten vervaltyde ter betalinge zou geprefenteerd worden; is geenzints by zyn Ceëndosfeerden in de Schaevergoeding gehouden, in geval, by infolventie van den Betrokkenen, de Houder aan dat Verband van tydige prafentatie niet voldaan hebhinde» ds betaling door den Acceptant, uit # \ v1  INHOUD der STUKKEN. uit dien hoofde, aan denzelven geweigerd wordt Bladz. 33 V. JDe fchade op een gedeelte van een party verzekerde Goederen moet, uit krachte vap Ordonnantie der Asfurantie-Kamer te Amfterdam, ge/lagen en gedragen worden over en door de waarde van het bruto Capitaal der geheele Party verzekerde en ter. plaaize hunner deftinatiegearriveerde Goederen, die dezelve, ingevolge behoorlyke taxatie, gezond zynde, ter zeiver plaat ze, ten tyde van het arrivement, waardig zouden geweest zyn. , . 43 VI. De Trekker van een Wisfelbrief, volgens order en voor rekening van zyn Debiteur, op een Derden, en door deezen geaccepteerd, heeft, in cas van Nonbetaaling der zeiver, zo wel op den Betrokkenen, als op zyn Lastgeever en Debiteur, recht tot vordering van vergoeding voor het beloop der Wisfelbrief, in zo verre dezelve niet finaal door beiden, of een van beiden aan hem voldaan is. . . . ^ * 5 VII.  x INHOUD der STUKKEN. VII. De Endosfant van een Wisfelbrief door den denzelven voor rekening van den Geé'ndos' feerden aan hem geremitteerd, zonder fpeciaal Delcredere of Guarantie, op denzelfden Postdag en tot gelyke Cours, als de Endosfant die genegotieerd heeft, is3 in die relatie, niet verder aantcmerkcn dan ah Commisfionaris van den Geëndosfeerden en dus, ingeval van wanbetaaling deezer Wisfelbrief, by den Geëndosfeerden niet gehouden tot rembours, uit hoofde van zyn endosfement, alhoewel hy, uit krach te daar van, by een Derden, die Houder van dezelve Wisfelbrief is, vchter aanfprakelyk blyft, in welk geval hy zelf pyn verhaal zou hebben op zyn Geëndosfeerden, als Last geer er in deeze Commisfe. .... Bladz. 57 VIII. Wisfeibrieven, zonder de C.latifnle van of ordve, kunt.en niet anders betaald worden, dan aan die geenen, aan dewelke de zètve bet aaibaar geft eld zyn, ofwel aan \ derzelver gemagtigden, by behoor'yke proet O LUÏUlrlt. f • k • . OU IX.  INHOUD der STUKKEN, xi IX. In Promesfe Billietten worden de Trekkers te gelyk Acceptanten, en deeze Promesfen linten Lands gepasfeerd aan het zelfde recht, als anaere Wisfelbrieven onderworpen zynde, moeten der halven, in cas van wanbetaaling, door de Houders behoor lyk geprote/lcerd worden, zo wel tegen de Proinittenten ter zodanige gedomicilieerde Plaatzen, als door hen op dezelve Billietten mogten aangewezen zyn, als tegen de Adresfen, welke door Derden op dezelve, des noods, mogten gefield zyn, ingeval ook door deezen de betaaling geweigerd wordt, zonder dat echter de Houders in de verplichting zyn, om dezelve alvoorens by zodanig domicilium, ofby eenig ander adres ter acceptatie te prefenteeren, veel min, by faute van dien, deswegens te protefteeren. . . . . . 93 X. Een Commisfionaris is niet aanfpraaldyk voor de fchade, door dieffial overgekoomen aan Goederen voor buitenlandfche Rekening ontvangen, liggende op een wel geJlooten en verzorgd Pakhuis. . .105 XI.  xii INHOUD der STUKKEN. XI. Een Commisfionaris tot het inkoopen en affchepen van Goederen order bekoomen hebbende en, aan zynen Committent den naam en natie van den Schipper, in wiens hodem hy ten dien einde plaats befproken had, tydig opgegeeven en die aflaading vervolgens verricht hebbende, in die zelfde bodem, is, ingeval van een naderhand opkoomende Rupture ten pericule van deszelfs vlag, niet verplicht, uit dien hoofde het vertrek van dit Schip op te houden, of de Goederen weder uit hetzelve ie losfen , zonder tydige fpeciaale last van zynen Committent, en dus niet aanfpraaklyk voor de kof en offchade aan die Goederen dior het vertrek van het Schip overgekoomen. ■ • • Bladz. 108 XII. Een Asfuradeur is niet gehouden in de fchade op Goederen', wanneer de verzekerde Reize veranderd is door toedoen van den Geasfureerden, ofdeszelfs Correfpondent. • • • • n5 XIII  INHOUD der STUKKEN, xm XIII. Een Remïttant van een Wisfelbrief ter incasfeering toegezonden aan zynen Correspondent, van welke hy geen Debiteur is, kan, ingeval die Correfpondent vervolgens, voor den vervaltyd deezer Wisfelbrief infolvent wordt, dezelve, of het Provenu daar van, uit de Mas fa van deszelfs Boedel reclameeren. . . Bladz. 11% XIV. De Oost-Indifche Compagnie vergoedt geen fchade op Thee, door- haar voor gaaf rerkocht, wanneer, by de aftevering, geene uiterlyke tekenen van befchadigdheld aan de Fusten zyn. . . . iaS XV. Een Houder van een Wisfelbrief ,getrokken : betaalbaar na dato, is niet gehouden, tot fecuriteit van Derdens,de Acceptatie derzelver te vorderen, of, by weigering van dien, van Non-acceptatie teprotefeeren. 130 XVI. Iemand, die zwaarigheid maakt om goederen, op zyn order en voor zyn rekening  xiv INHpUD der STUKKEN. gekocht en afgelaaden, ah zodanig te ontvangen 3 en dienvolgens weigert de daar voor op hem getrokkene Wisfelbrleven te accepteeren, doch intusfchen, uit voorzorg zich, of die het anders mogt aangaan , daar op laat verzekeren, kan niet geconfedereerd worden, die goederen voor zyn rekening genomen te hebben, uit hoofde van het bezorgen der asfurantie. BI. 140 XVII. Niemand is verplicht Int r esfen te bet aaien van penningen, die hy van een ander onder zich heeft, ten zy uit hoofde van beding. En, voor zo verre die penningen onder den bewaarder derzelven, door eetien derden gearrefteerd zyn, zonder dat de Arrcflant daar toe, naar rechten bevoegd was; heeft de Eigenaar dier penningen, of de Reprefentant van deszelfs boedel, recht, om de fchaévergoeding, fpruitende uit zodanig arrest van den Arreftant teeisfchen, zonder genoodzaakt te zyn vooraf den Bewaarder tot betaaling der Interesfen gerechtelyk te interpelleer en. . . . 152 XVIII.  INHOUD der STUKKEN. x\r XVIII. leder Compagnon eener Sociëteit van Negotie, is in Solidum gehouden in de geheele Schuld, door een of meer Compagnons , onder de firma dier Sociëteit aangegaan, behoudende deswegens zyn verhaal op de andere Compagnons. . Bladz. 160 XIX. Verrotting,'ofander inwendig bederf aan een Schip door het lang liggen om laading te bekoomen veroorzaakt, koomt niet in Avary Gros, of ten lafie van de Asfuradeurs op 't Cafco, maar is alleen voor rekening van den Eigenaar. . . '% XX. 'Asfurantie gedaan op 't Cafco van een Schip, 't welk op deszelfs Rei ze één of meerder Plaat zen moet aandoen, onder fielt Refiorno van premie, ingeval'in de Polis de Rifico van Plaats tot Plaats gefiipuleerd en voor elke Reize een aparte premie bedongen is, en zulks pro rato van de niet volvoerde Reize. Doch, wanneer de Asfurantie in ééns en zonder ophouding van Rifico gefchiedt, heeft  xvi INHOUD der STUKKEN. heeft de Refiorno voor de geftaakte Reize geen flaats. . . . Bladz. 169 XXI. Een Commisftonair is by zynen Committent niet aanfpraaklyk voor verlies of fchade aan het door hem, ingevolge deszelfs order, verzonden goed, 't zy duur flegte fuftagie , 't zy door verzuim, of ander toeval, buiten zyn fchuld overgekomen. . . 173 XXII. Een Schipper zyn Schip vervracht en een bepaalde Somme, zo daar voor, als voor de kosten bedongen hebbende met ftipulatie van niets meer, is niet bevoegd tot %et vorderen van Avary. . . . 181 XXIII. Voorflel gedaan te Genua, den tweeden Maart Zeventien Hondep en Negentig. 183 V E R-  VERZAMELING van CASUS POSITIE N, VOORSTELLINGEN e n DECLARATIE N, betrekkelyk tot voorvallende omstandigheden in den KOOPHANDEL. De Houder van een Wisfelbrief verliest zyn recht van aanfpraak op den Remittant, uit hoofde van deszelfs Delcredere, in geval van de zyde des Houders verzuimd is, behoorlyk te protesteeren. A te Parys remitteert voor zyn rekening aan B te Amfterdara Wisfelbrievcn, waar voor I. Stuk. A hy  CO hy van hem retour verlangt in Wisfels op Spanjcn, onder zyn Delcredere. B accepteert, den voorflag en doet hem de verlangde retouren op den 6 February in diverfe Wisfels op Spanjcn, waar onder een $de Wisfel is geweest van 1250 Piasters op Madrid 3 uit London getrokken den 31 Jan. op ufo, waar op eene aanwyzing, de prima daar van by C te Madrid te vinden, en desnoods gerecommandeerd aan D, mede te Madrid door E te Amfterdam, Endosfant van B. A remitteert deeze Wisfel aan Zyn Correspondent te Bajonne, en, dezelve vervolgens te Madrid gekomen zynde, meldt deszelfs Houder zich aan by C om de prirrm, uit hoofde der aanwyzing, op de 2de gefield. C levert een prima zonder acceptatie, en waar van de vervaltyd niet accordeerde met de gezegde 2.ic9 zynde deeze prima getrokken op een en een half Ufo. De Houder laat dezelve ongeprotefteerd tot op den 1 April', faute van betaaling, en addresfèert zich by D, die weigert te interveniceren voor rekening van E, geevende voor reden, dat de Wisfel gepre-. judicieerd was. A ontvangt de Wisfel te rug, en zendt dezelve aan B, met ordre om van E daar van de betaaling te vorderen en hem daar voor te crediteereri. E weigert aan B.  C 3 ) de Wisfel te rembourfeeren, zeggende, dat dezelve geprejudicieerd was door verzuim van den Houder, zo als by het protest bleek. B zendt vervolgens de Wisfel met het Protest te rug aan A, om zich te voorzien tegen dien zulks aangaat. A pretendeert B aanfprakelyk te maaken voor alle de gevolgen, uit de weigering van het rembourfement van deeze Wisfel voortgekomen, zich grondende op deszelfs delcredere, alzo het Evenement, dat gebeurd is, zonder zyn toedoen is voortgekomen, en zich B uit dien hoofde niet onttrekken kon, om de Wisfel te rembourfeeren, indien zyn eifch op zyn Correspondent te Bajonne, dewelke hy had doen aélioneeren, hem ontzegd wierd en hy gevolglyk zyn recht op B referveerde. B fuftineert, dat zyn Engagement voor 't delcredere aan A bereekend, wegens zyn gedaane retouren, zich alleenlyk extendeerde op de foliditeit van zyn Endosfant, dewelke met reden geweigerd heeft, de Wisfel te rembourfeeren, als zynde door den Houder van dezelve verzuimd geworden de noodiga demarches op zyn tyd daar tegen te doen, waar door hy van zyn Engagement met A A a fu^  ( 4 ) foftineëft ontflagen te zyn, als hebbende geen bewys om zyn regres van Guarantie tegens zyn Endosfant te handhaaven; en, zo hy een eifch van Guarantie moest formeeren tegen zyn Endosfant , en hem in rechten vervolgen, uit krachte van een ontydig Protest, alle de gevolgen van dien ten laste, rekening en rifico van zyn Committent A zouden komen tc vallen. De Heeren Banquiers en Negotianten te Amflerdam, worden verzogt hun Advis te geven over 't bovenftaande geval. Wy ondergetekende Banquiers en Negotianten van Amfterdam, de questie, hier boven voorgedragen, overwogen hebbende, zyn van Advys, dat de eifch van A tegen B ongefundeerd is, om reden de Houder van de Wisfel verzuimd heeft, in tyds de nodige demarches te doen, waar door B van zyn Engagement van Guarantie is ontflagen, als ftrekkende hetzelve zich maar op de foliditeit van zyn Endosfant, zynde B niet anders dan Commisfionair van A, blyvendc dus alle de gevolgen, die uit hoofde van een ontydig Protest, kunnen voortkomen, ten laste, rekening en rifico, of van A, voor wiens rekening die operatie gefchied is,  (s ) is, of van dien, dewelke het verzuim heeft gedaan. Gedelibereerd in Amfterdam den 1778. (getekend) Muilman en Soonen. Henrico Coecq en Zoon en Cotnp. R- en Th- de Smeth. Horneca Fizeaux en Comp. Dedel en Rocquette. JVernier Hartfinck en Tf^ernier. van Hemen en Baerlman. Gtiaiia en Comp. Jean Texier en Comp. Blaauw en Comp. Pye Rick en IVilkiefons, Jean de Nenfville en Zoon. P. Munch en Westrik J. vl. Cr op, J May en Comp. God der t Cappel en Zoon. jlntoine Moiiere en Comp. Jan Nepveu en Zooncn. Harman van de Poll en Comp. Locquet en Degalz. Jan en Theod. van Marfe/h. Willem van Br'tenen en Soonen. George Clifford en Teysfgf. A 3 Go li  (O Goll & Comp. Charles Lemaistre. Jean Bapt. Fleischmatm. de Wed. Pieter van t^een en Zoon. Jean Fizeaux en Zoonen. Gebroeders Teyler. Gebroeders Carli de Berngrdo. Lacoudré en Couderc. Nic. en Jacob van Staphorst. Brentano en Comp. Eyma en Zoon. Zappaen Gebroeders Lor la. Frs. Hugues. J. H. Martens en Eytelwein. . Ca/as en Comp. Everard Witten. David Cuny. R. G. Mariens. Paul Charlé, I I  (?) I I. De Trekker van een Prima en Secunda IFufrf. brief is verplicht aan den Houder der otibetaalde Prima, tegen intrekking van dezelve, en behoorlyk Protest van Nonbetaaling te rembourfeeren, alhoewel hy reeds inmiddels buiten Protest van Nonacceptatie, of van Nonbetaaling, de Secunda aan een Derde mocht vergoed hebben. A in de West - Indien trekt een Prima en Secunda Wisfelbrief op B in London, aan de ordre van C, welke Prima en Secunda vervolgens door C worden geëndosfeerd aan D, en door D geëndosfeerd worden gezonden aan E te London, daar de Prima van Nonacceptatie en Nonbetaaling wordt geprotesteerd, zeggende dc betrokkene geen Fondfen te hebben. E te London zendt de Prima van dezelve Wisfelbrief , welke geprotesteerd was, met het Protest van Nonbetaaling terug aan D, die daarop van zynen Endosfant C behoorlyk rembours ontvangt. C vervolgens fpreekt den trekker A aan, om rembours, doch deeze inmiddels te London geweest zynde, zegt aldaar de Secunda van de voorgemelde Wisfelbrief A 4 aaa  ( 8 ) aan E te London betaald te hebben, en dezelve Secunda door E gequiteerd vertoonende, weigert vervolgens, op Fundament van dien, het rembours aan C. De Vraage is: Of de trekker A zich met deeze gequiteerde Secunda Wisfelbrief tegen C, die de geprotesteerde Prima met het Protest van Nonbetaalinge in handen heeft, met effect behelpen kan, dan of A, niet tegenftaande hy die gequiteerde Secunda in handen heeft, verplicht is, aan E, tegens uitlevering van de Prima met het origïneele Protest, volgens Wisfelrecht, te moeten rembourfeeren ? Gezien by de ondergetekende Advocaaten, by den Edelen Hove van Holland geadmitteerd, te Amftcrdam praétifeerende, de voorenftaande Cafus Pofitie, en gelet op de daarin voorgeftelde Vraage, zyn de ondergetekenden ( onder Correctie ) van gedachten : Dat, zelve veronderftcld zynde, dat de Trekker A waarlyk en met de daad aan E, te London, den inhoud van de voorgemelde Wisfelbrief, tegens quiteering van de Secunda mogt  (9) mogt hebben gerembourfeerd, welke onvoorzigtigheid echter, naar onze gedachten, met betrekkinge tot een Koopman, byna niet veronderfteld kan worden; Anogthans zich met die betaalinge en quitantie van E tegen C niet kan behelpen, maar integendeel als nog verplicht is aan denzelven C, tegens uitlevering van de Prima met het Protest van Nonbetaalinge, behoorlyk rembours naar Wisfelrecht te geeven. En zulks eenvoudig om deeze reden, dat, indien de Trekker A, met effect aan een der Houders van de Wisfelbrief had willen rembourfeeren, hy dan teffens het Protest van Nonbetaalinge had moeten intrekken, als het welke met en benevens de Wisfelbrief in dezelve gecopieerd, en dus met en benevens die Wisfelbrief, het zy Prima of Secunda, welke waarlyk en in de daad is geprotesteerd geworden, naar het Wisfelrecht den eenigen titel uitlevert, op welke Endosfanten en Trekker tot het rembours geconftringeerd kunnen worden, terwyl ook, by gebreke van dat bewys, dat namentlyk de Protestatie binnen den behoorlyken tyd gedaan is, Trekker en Endosfanten van alle verplichtinge ■ tot rembours volkomen gelibereerd zyn, en het is dien conform, dat by de Schryvers over het Wisfelrecht, als by Dupui fan A 5 des  ( io ) des Lettres de Change Chap.i^, Phoonfen Cap: 2.0 §2, en op diverfe andere plaatzen, altoos, om de wedervoldoeninge van een Wisfelbrief, welke van Nonbetaalinge geprotesteerd is, te kunnen vraagen, de vertooninge van de geprotesteerde Wisfelbrief en van het Protest van Nonbetaalinge, als een noodzaakelyk Requifit vereischt wordt. Trouwens, indien hetSystema zoude kunnen doorgaan, dat men met effect een Wisfelbrief aan den Houder van de Secunda, zonder dat die in handen had noch de reëele geprotesteerde Prima, noch het Protest van Nonbetaalinge, zoude kunnen rembourfeeren, zoude zulks zeer fchielyk een wyde Deur voor alle malverfatien openzetten, dewyl dan een zogenaamde Houder, die de Prima en het Protest verzonden had, zich maar alleen met den Trekker zoude hebben te verftaan, en echter inmiddels de Endosfanten fuccesfivelyk, op de vertooning van de geprotesteerde Wisfelbrief en het Protest van Nonbetaalinge, zouden moeten rembourfeeren, waar door dan laatftelyk te wege gebragt zoude worden, dat die geen, aan wiens ordre de Wisfelbrief origineel getrokken was, of de fchade alleen zoude moeten  (») ten lyden, zonder eenig regres hoe genaamd, dewyl er noch geaccepteerd, noch betaald was, of zich tot dat einde, by terugwerkinge, zoude moeten vervoegen by posterieure geweezene Houders, of wel alleen by den laatften, op welken hy nooit gezien had, het welk alles, naar onze gedachten, te abfurd is,om in eenige aanmerkinge te kunnen worden genoomen, terwyl integendeel alle vrees van malverfatie, ten deezen refpecte cesfeert, wanneer er niet anders gerembourfeerd wordt, dan tegens uitlevering van de geprotesteerde Wisfelbrief, en van het Protest van Nonbetaalinge. En, offchoon men dus al eens in het voorgemelde rembourfeeren aan E te London, de goede trouwe van A zoude mogen veronderftellen, en hy A zyne kwalyk betaalde gelden niet van Emogt kunnen recouvreeren, zo zoude hy die fchade dan nog maar alleen aan zyne eige ftupiditeit te wyten hebben, daar hy zeer zekerlyk,op de vertooninge van deongeprotesteerde Secunda alléén, tot het rembours niet zoude hebben kunnen geconftringeerd worden, terwyl integendeel aan den Houder van de origineele geprotesteerde Wisfelbrief, en van het Protest van Non betaalinge, op derzelver ver- too-  C ia ) tooninge, altoos door den Cedent van E, en zo hooger op, moest worden gerembourfeerd, zodanig zelf» dat zy zich tegen de onderhandelingen van A en E, onder malkander met geene mogelykheid konden dekken, in welke omftandigheden het, onzes oordeels, van zelf fpreekt, dat aan C, die wél gerembourfeerd heeft, niet kan worden opgedrongen, om de gevolgen van de daad van A, die kwalyk gerembourfeerd heeft, voor zyne rekening te moeten neemen. Aldus (falvo meliori) geadvifeerd in Amfterdam den 23 February 1787. ( getekend ) Jacob Klinkhamer, J. B. de Graaf, H. Ca/koen , H. B. Luyken, J. P. Farret, Jacob van Neck. De ondergeteekende Banquiers en Kooplieden te Amfterdam, geëxamineerd hebbende de bovenftaande Cafus Politie, en het daar op gegeeven advys van de Heeren Mrs. Jacob Klinkhamer, J. B. de Graaf, H. Calkoen, H. B. Luyken, J. P. Farret en Jacob van Neck, Advocaaten alhier practilèerende, verklaaren zich met het gevoelen van dezelve Ad-  ( 13 ) vocaaten, wegens de voorgetelde Vraage, om de door Hun Ed: geallegeerde redenen, volkoomen te conformeeren. Amfterdam den 27 February 1787 en volgende dagen. (getekend) Jan jfnanias Willink. Lemaistre Blaauw en Comp. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. Willemfen en Hekman. Pye Rich en Comp. ylmhony en Daniël Bierens. Henrico Coecq en Zoon en Comp. d Roy en Branger. T. en C. Wilkiefon en Comp. van Hemen Baerlman en Marchant. Jan Gildemeester en Zoon. p.proc. Wul.Juranszoon en Greffulhe en Comp. J. F. Rontoi. Lodewyk Hovy en Zoon. Ms. Ooster. Hendrik Hovy. Wed. J. Fremeaux en Zoon, de Wed. Picte>- van feen en Zoon. Bd. & Th', de ómeth. Hope en Comp. H. Fizeaitx en Comp. Wil-  ( 14) Willem van Brienen en Soonen. Goll en Comp. Joan Hodshon en Zoon. J. Texier Angely en Masfac. Daniël Crommelin en Zoonen. Jan, Dirk en Willem van Vollenhoven. Botereau en Comp. Jan Mesfchert van Vollenhoven. de Bary en Comp. Rolland en Comp. Jacob Mnhl en van Winter. Locquet en Degalz. Rocqaette en van de Poll. Larwood en van Hasfelt en van Suchtelen. Wernier en Hart finck. p, proc. Matthes en Zoon. E. Doublet. Brentano en Comp. Mehil en Wolf. Th. Gülcher en Mulder. W. Feitama en Soonen. David Cuny Jean Neel en Zoon. Guaita en Comp. S. J. en A. W. Blanckenhagen. G. Blaauw. Zappa en Gebr. Lorla. Jan  Jan en Carl Hasfilgree*: Wed. Pi eter de Vrie: en Meymt. Panchaud Houlez en Schouw. P. J. Menjolet. Mattheu: van Arp en Compl Chrisiian van Orfoy en Saonen. G. B. Carli di Carlo en Zoon. < Ntdermeyer Voogd en Bousquel. Jan Nepveu en Zoonen. de Bruyn Danielsz. en Cramer. P. en C. van Eeghen. Paulus Charli. Jacob Dull en Zoonen.} A. Scharff en Zoonen. Steph. d'f/ay en Comp. Wed. Arnoldus Ameshêff en Zoonen, Hochkiter Marien en Comp. Bolongaro Crevenna. C. en T. Visfering. Teyler en Teyter van Hall.) Steph. en P. de Clercj. Jacob Joan Severyn en Zoon. van Notten en Comp. S. van Nooten Jansz. J. Titjingh. B, van Homrigh. Karei d'Amour en Zoon,1 * Teyt*  ( 16 ) Teysfet en Comp. Chriftiaan Cruys en Zoon. van den Tvet en Comp. Jean Fizeaux en Zoenen. Couderc en Brants. Jan en Theod. san Marfelh. Wesirik en Pool. Arnold Hooghart en Zoonen. Guïüaume Nairac en Comp. CUcquet en Comp. Anfelmus en Anth. Hart/en. R. G. Martens. van der Vliet eu Zoonen. Adam Hackman. de Wed. Jan Bronkhorst en Zoonen. J. Heemskerk. C. Frafer. C. Zorn. Frs. Hugues. Pieter en Asf. de Mortier. Breitenfeldt en Gregory. Braunsberg Streckeifen en Comp. Antoine Moltere en Comp»: Faans Bosboom en Zoon. Pieter Willem van Lankeren. Bock en Koenen. Sigrist en Bötiinger. Joan  (tf) joan Fred. Motte. Severyn en Haefebroeck. A. D. ran Lennep en Comp, Pierre Dttsfumier. Mart. van Diepst brugge. Pieter de Wolf. ChriftiaH Paulas Meyer. Centen en van der Swetp Johan van Soestdyk. Eyma en Zoon. Arnoldus Finman. jtimoldtis Dttpper. Willem Carel Tach; L STtJK. B III.  ( i8 ) III. De Houder van een Wisfelbrief gefield aan de order van den Remittant, en door deezen op denzelfden dag van dato der Wisfelbrief voor des Houders rekening aan hem geëndosfeerd en geremitteerd tot dezelfde cours, als de Remittant daar voor betaald heeft, alleenlyk met berekening van ordinaire provifie , zonder Delcredere, heeft, by infolventie van den Betrokkenen en Trekker, geen regres of aanfpraak op den Remittant , uit hoofde van zyn endosfement, alhoewel de Correspondent van den Remittant voor hem mogt geïntervenieerd zyn. A Koopman te Amfterdam», heeft aldaar eenige Penningen ontvangen en geincasfeerd voor B Koopman te London, welke hy aan denzelven moet remitteeren. Hier toe neemt A Wisfelbrieven van C, Koopman te Amfterdam, die by een ieder voor goed en fuffifant gehouden wordt, ten laste van D, te London, en laat dezelve ftellen aan de ordre van hem A, waarna hy die Wisfelbrieven op denzelfden dag, op welken hy ze gcnoomen had,  ( 19 ) had , aan B te London heeft geëndosfeerd, en alzo aan htm heeft geremitteerd, hebbende alleen wegens den ontvangst en het remitteeren der penningen, provifie berekend zonder iets voor Delcredere in Rekening te brengen, terwyl hy ook de Wisfelbrieven aan B tot dezelfde cours heeft gefield , tot welke hy dezelve van C had genomen. D de Betrokkene, infolvent geworden zynde, «adat Hy die Wisfelbrieven had geaccepteerd, en dezelve uit dien hoofde, naar de Engelfche Wetten, geprotesteerd wordende, zo heeft E mede Koopman te London, en Correspondent van A, goedgevonden voor A te intervenieeren, en alzo dezelve Wisfelbrieven, ter eere van A, nader te acceptecren, hebbende de Trekker C inmiddels opgehouden te betaalen. Nu wordt gevraagd: i, Of A, uit hoofde van het door Hem op de Wisfelbrieven van C gefielde Endosfement ten behoeve van B, voor dezelve Wisfelbrieven aanfpraakelyk is, en alzo de fchade moet draagen, welke uit het faillissement van den Trekker C en den Betrokkenen D refulteert? B 2 s. Of  ( 20 ) z. Of het ten deezen opzichte eenigc verandering maakt, dat E te London dezelve Wisfelbrieven, ter eere en voor rekening van A, heeft gehonoreerd? De ondergetekende Juris utriusque Doctores, en Advocaaten, by den Hove van Holland geadmitteerd, en alhier te Amfterdam praclifeerende, de bovenftaande Cafus-Politie geleezen en geëxamineerd hebbende, verkla'aren omtrent de voorgeflelde vraagen van begrip te zyn: I. Dat A, uit hoofde van zyn Endosfement, ten behoeve van B op de Wisfelbrieven gefield, geënzins door B aangefprooken of genoodzaakt kan worden om de fchade goed te maaken, welke uit het faillisfement van C den Trekker, en D den Betrokkenen, fpruit. II. Dat in dit geadvifèerde ook geene verandering gemaakt wordt, daar door, dat E dezelve Wis¬felbrieven voor rekening van A heeft gehonoreerd, en alzo, ter zyner eere, nader heeft geaccepteerd. Dit ons gevoelen berust op deezen eenvou• dïgen grond van rechten: dat al wat een Onmin is-  C ¥ ) imsfionair of Mandataris, ter goeder trouwe, en naar zyn beste weeten, voor rekening van zyn Committent, of Mandans verricht ,hy zulks doet ten baate en fchade van denzelven zynen Principaal. En, daar nu A de Wisfelbrieven van C genoomen heeft voor rekening van B, en dezelve alzo aan Hem heeft geremitteerd, zo fpreekt het mitsdien van zelve, dat dezelve Wisfelbrieven zyn geworden het eigendom van B, en dat dus het verlies of de fchade, die daar op valt, B alleen kan aangaan. Hierin wordt geene verandering gemaakt, doordien A de Wisfelbrieven van C heeft laaten maaken aan zyne eige order, en dezelve vervolgens aan B heeft geëndosfeerd. Het is eene gewoone handelwyze onder Kooplieden alhier, en elders in de voornaamlte kooplieden van Europa, dat zy aan hunne Correspondenten eenige penningen moetende remitteeren, de Wisfelbrieven laaten Hellen aan hunne eige ordre, en dezelve vervolgens wederom aan den geenen endosfeeren, aan wien en voor wiens rekening de femifes gedaan worden. B 3 Dit  ( 22 ) Dit gefchiedt eensdeelsj om dat de menigvuldigheid van den handel veeltyds niet toelaat, dat men,by het neemen van Wisfelbrieven ter beurze, directelyk alle de perzoonen kan opgeevcn, voor welke men Wisfelbrieven neemt; en ten andere, om dat men niet gaarne aan een ieder wil doen bekend worden, met wien men handelt, of in Correspondentie is, 't welk echter gebeuren zoude, zo men alle de Wisfelbrieven, welke men voor rekening van zyne Correspondenten buiten 's Lands neemt, directelyk liet maaken aan de ordre van zodanige Perzoonen zelve. Maar, daar nu deeze de redenen zyn, waarom men gewoon is, zodanige Wisfelbrieven aan zyne eige ordre te laaten maaken, en dezelve dan aan zyne Correspondenten te endosfeeren, zo kan dan ook uit zulk endosfeeren geen grond gehaald worden, om den Remittant of Endosfant te verplichten, om voor de Wisfelbrieven te guarandeeren; wel te verftaan, by aldien de Remittant, of Endosfant de Wisfelbrieven niet onder zich houdt, maar op den zelfden dag, op welken hy die genomen heeft, aan zynen Correspondent verzendt, en de Wisfelcours niet anders berekent, dan zo als hy de Wisfelbrieven zelf van den Trekker heeft ge-  (*3 ) genomen. Immers hier door toont de Remittant ten klaarften, dat hy die Wisfelbrieven nooit als zyn eige effect heeft willen confidereeren, maar als het effecl: van den geenen, voor wiens rekening hy de remife moest doen , en dus moet ook de daad van het endosfeeren van dezelve niet buiten en tegen zyn intentie uitgelegd, en daar uit de verplichting ten zynen opzichte afgeleid worden, om daar voor te moeten guarandeeren. Geheel anders zoude het zyn, by aldien zodanige Remittant aan zyn Correspondent Wisfelbrieven endosfeerde en toezond, die reeds bevoorens gemaakt waren geweest, en welke hy eenigen tyd by zich had leggen gehad, of wanneer hy de cours niet berekende, zo als dezelve tusfehen den Trekker en hem, ten tyde van de trekking was gereguleerd, want in zulk een geval zouden de Wisfelbrieven geconfidereerd moeten worden des Remittants eigendom te zyn geweest, die de baaten en fchaden daar van voor zyne rekening had genoomen, en die gevolgelyk, wanneer hy dezelve Wisfelbrieven door zyn endosfement wederom cedeerde, uit dien hoofde begreepen moest worden zelf Guarandeur van dezelve geworden te zyn. Dan dit alles heelt geen plaats gehad omtrent A, die, volgens de B 4 Ca-  C^4) Cafus-pofitie, de Wisfelbrieven, welke hy van C nam, op den zelfden dag heeft geëndosfeerd, en tot dezelfde Wisfelcours aan B heeft geremitteerd, tot welke hy ze van C had genoomen, en die dus met de daad zelf getoond heeft, alleen als Commisfionair te willen handelen, en niet zyn eige Wisfelbrieven te hebben willen remitteeren, maar in tegendeel zulke, welke hy voor rekening van B had genoomen en welke dus, fchoon aan de ordre van hem A gemaakt, evenwel, van den beginne af, het eigendom van B zyn geworden en geblecvcn. En dit geadvifeerde wordt ook nog nader bevestigd daar door, dat A alleen voor het ontvangen en remitteeren der penningen van B, provifie aan hem heeft bereekend, zonder iets voor Delcredere in rekening te brengen, of zonder dat daar omtrent eenig beding tusfchen A en B heeft plaats gehad, en waarom A dan ook niet verftaan kan worden, Delcredere voor dezelve Wisfelbrieven te zyn geweest, nademaal het onder de Kooplieden gerecipieerd is en vast ftaat, dat, wanneer de geene , aan wien remifes gedaan moeten worden, begeert,. dat zyn Commisfionair Delcredere zal zyn en voor  (*5) voor de Wisfelbrieven zal moeten inftaan, daartoe van zyne zyde een Ipeciaal en uitdrukkelyk beding vooraf moet gaan, en waar voor dan ook eene meerdere provilie, of particuliere confideratie bedongen en betaald wordt, nademaal niemand veritaan of begreepen kan worden, zich tot praeftatje van eene guarantie in cas van Negotie, te hebben willen verbinden, zonder daar tegen eenige waarde te genieten, waar door de rifico gecompenfeerd wordt, welke Hy als Guarandeur moet loopen. Eindelyk maakt het ook in cas fubjecl: geene verandering, dat E niet weetende, uit welken hoofde, of in welke betrekking A de Wisfelbrieven by de Cafus-pofitie vermeld aan B geëndosfeerd had, dezelve, by het faillisfement van D, nader, ter eere van A, heeft ge* accepteerd. Deeze daad van E is buiten ordre en zonder weeten van A gefchied, en kon dus A niet verbinden, dan voor zo verre E daarmede als Negotiorum Gestor, de zaaken van A Utiliter en tot deszelfs profyt had uitgevoerd. Doch, daar het uit het bevorens beredeneerde, zeker is, dat A tot de guarantie van de Wisfelbrieven niet gehouden cf verplicht was, welke hy voor rekening B 5 van  ( 26 ) van B, van den Trekker genoomen, en aan hem geremitteerd had zo volgt hier uit, dat B uit die daad van E geen recht tegen A heeft kunnen verkrygen, terwyl Hy B integendeel, zo hy de betaaling van E, uit hoofde zyner honoratie, zoude willen eisfchen en zoude mogen bekoomen, het ontvangene directelyk aan A zoude moeten reftitueeren. Dit doch is de eigenfchap van de Aciio mandati contraria, dat de Mandatarius door den Mandans fchadeloos moet worden gefield wegens al het geene hy door de uitvoering van het aan hem gegeeven Mandaat zoude moogen lyden. En gevolgclyk, zo E de Wisfelbrieven voor rekening van A betaalde, en daar voor als Negoficrum Gestor zyn recours op hem nam, zo zoude B, als principaal van A, hem al het nadeel wederom moeten te goed doen, 't welk Hy daar door zoude lyden, als het welke hem A alleen ex Causfa mandati, of ter oorzaake van de voor B uitgevoerde commisfie, zoude overkoomen. Even als wanneer B de aan Hem geëndosfeerde Wisfelbrieven aan een ander wederom had gecedeerd, en zulk een derde bezitter ten vervaldagc, ( na dat de Wisfelbrieven tegen den Acceptant geprotelleerd waren ge-  C 27 ) geworden) had goedgevonden, A als eerften Endosfant tot remboursfement aantefpreeken, A zich, ten opzichte van zulk een Houder,niet zoude hebben kunnen onttrekken, om denzelven te rembousfeeren, dewyl het zodaanig een derde perzoon niet concerneert, welke betrekkingen 'er tusfchen Aals Remittant of Endosfant, enB, als Geëndosfeerde plaats hebben; doch waar na A insgelyks zyn regres wederom op B zoude kunnen neemen, uit hoofde dat de Wisfelbrieven hem alleen hadden aangegaan, en het endosfement van A, aan de ordre van hem B, daarop alleen voor deszelfs Tekening gefteld was geweest, zulks dat hy dienvolgende verplicht was A deswegens fchadeloos te houden. Uit al het welke dan ook van zelf profluëert, dat B ten onrechte en buiten bevoegdheid, de nadere acceptatie van E, voor rekening en ter eere van A, heeft genoomen, dewyl A aan hem, uit hoofde van zyn endosfement, niets fchuldig, noch tot eenige guarantie gehouden was,en dat hy B derhalven ook,uit hoofde van die nadere acceptatie van E, de betaaling van de Wisfelbrieven van denzelven niet kan of behoort te ontvangen, nademaal hy de alzo door hem by E te ontvangene fomma's aan A directelyk zoude moeten reftitueeren, of wel  C 28 ) wel A fchadeloos zoude moeten houden voor de pretentie, die E, ter zaake van de gedaane vereering der Wisfelbrieven, tegen A zoude competeeren. Aldus geadvifeerd te Amfterdam den 21 Augustus 1787. (getekend) Nicolaüs Bondt, ff end. van Castroy, Jacob Klinkhamer, ff. B. Luyken. Wy ondergetcekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende de hier voorftaande Cafus-pofitie, en het Advys daar op gegeeven door de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt, J-Iendrik van Castrop, Jacob Klinkhamer en Hendrik Bartyn Luyken, Juris Utriusque Doctores en Advocaaten binnen deeze Stad practifeerende, verklaaren ons ten eenemaale te conformeeren met het geadvifeerde van dezelve Advocaaten, als overeenkomftig zynde met deby ons bekende, en gerecipieerde Coftumen deezer'Stad op het ftuk van den Wisfelhandel, nademaal onder de Kooplieden alhier altoos is begreepen, en voor een vasten regel gehouden, dat een Commisfionair, die eenige penningen voor ïyn Correspondent ontvangt, en aan denzelven  (*9) ven remitteert, alhoewel hy de Wisfelbrieven, welken hy daartoe neemt, laat maaken aan zyn eigen ordre, en dezelve vervolgens aan zyn Correspondent endosfeert, niet te min, ten opzichte van denzelven zynen Committent, geenzints Haat Delcredere, of voor dezelve Wisfelbrieven behoeft inteftaan, wanneer zulks niet uitdrukkelyk is bedongen, en wanneer daar voor geene particuliere provifie wordt betaald. Wel is waar, dat iemand die een Wisfelbrief aan zynen Correspondent voor deszelfs rekening remitteert met zyn endosfement daar op {taande, zich daar door bloot ftelt, dat, wanneer die Correspondent zodanige Wisfelbrief aan een derden cedeert en endosfeert, zulk een derde, of ook een verder Geëndosfeerde en Houder, in cas de Wisfelbrief niet wordt betaald, zyn regres kan neemen tegen den gecnen, die dezelve met zyn endosfement geremitteerd heeft, doch, als die remife is gedaan in commisfie, voor rekening van den gecnen, aan welken dezelve door de Remittant is geëndosfeerd en toegezonden, dan kan de Remittant uit zyn endosfement aangefproken wordende, en de Wisfelbrief rembourfeerende, wederom zyn regres neemen tegen den geenen, aan wien, en voor wiens rekening hy de  ( 3° ) de remife gedaan heeft, en deeze is dan ook wederom verplicht hem fchadeloos te houden, En het berust ook op dezelfde gronden, dat de geene, aan wien de remife, voor deszelfs rekening, is gedaan, zynen Correspondent uit deszelfs daar op gefielde endosfement, nimmer kan aanfpreeken, nademaalHy, die een Wisfelbrief voor rekening van zynen Correspondent neemt, offchoon hy, om zodaanige redenen van convenientie, als by het geadvifeerde van de Heeren Advocaaten, hier boven zyn aangehaald, de Wisfelbrieven aan zyn eigen ordre laat maaken, en dezelve vervolgens wederom endosfeert aan den geenen, voor wiens rekening de remife gedaan wordt, des niet te min verdaan moet worden, dit alles te doen als Commisfionair en voor rekening van zyn Principaal, die hem dan ook deswegens in alle opzichten fchadeloos moet houden. Al het welke echter te verllaan is met deeze bepaalingen, dat de Remittant de Wisfelbrieven, welke hy neemt, ten zeiven dage, op welken Hy ze genoomen heeft, en tot dezelfde cours, tot welke Hy ze heeft genoomen, moet remitteeren , en dat ook geen beding tusfchen Hem en zynen Correspondent moet zyn vooraf gegaan, dat hy Remittant voor zekere by hem te genie- tene  ( 3i > tene extraordinaire provifie, voor de Wisfelbrieven zal moeten inftaan of daar voor Delcredere zyn, begrypende de Ondergeteekende dan ook, conform aan het Advys van de Heeren Advocaaten, dat in het voorgeftelde geval, B de nadere acceptatie van E, voor rekening van A,niet had behooren te neemen,en dat Hy zich in allen gevalle van dezelve nimmer, ten prasjuditie van A, kan bedienen. A&um te Amfterdam den 23 Auguftus 1787. (getekend) Jacob Buil en Soonen. T. en C. Wilkiefon en Comp. van Bemert, Baerlman en Marchanu Teysfet en Comp. Melvil en Wolf. Pye Rich en Comp. Guiata en Comp. J. Texier Angely en Masfac. Rraunsberg Streckeifen en Comp. Brauer en Comp. B. Fizeaux en Comp. B. v- Bomrigh. J. D. en W. van Vollenhoven. Willem van Brienen en Soonen. P.  ( sO P. en C. van Eeghert. van Natten en Comp. Larwood en van Hasfelt en van SuchteleH. Muilman en Soonen. JR.. en Th. de Smelh. Coll en Comp. Lemaistre Blaauw e» Comp. Henrico Coecq en Zoon en Comp. Willem Feitama en Zoonen. Joan Hodshon en Zoon. Jan en Carl Hasfelgrten. P. Proc. Am. en Daniël Bierens$ Abraham Bierens. de Wed. Pieter van Veen en Zoon. Nic. en Jacob van Staphors?. Jan Gildemeester en Zoon. Herman van de Poll en Comp. Wilhem en Jan Willink. IV,  ( 33 ) I V. De Endosfant eener Secunda Wisfelbrief, van' welke de Prima reeds te voren door hem aan zyn Correspondent ter acceptatie vordering gezonden zynde, niet door den Betrokkenen, maar wel door een derden, Supra protest, ter eere van den Trekker geaccepteerd is, onder uitdruklyk verband van den Houder, dat dezelve Wisfelbrief ten vervaltyde ter betalinge zou geprefenteerd worden; is geenzins by zyn Geëndosfeerden in de Schaevergoeding gehouden, in geval, by infolventie van den Betrokkenen, de Houder aan dat Verband van tydige prcefentatie niet voldaan hebbende, de betaaling door den Acceptant, uit dien hoof de,aan denzelven geweigerd wordt. j ^Vdolph verkögt aan Paul eene door Ludwig op Peter in Amfterdam getrokke Secunda Wisfel, die van den dag van den verkoop af gerekend, nog drie en dertig dagen, behalven de refpytdagen loopen moest, en waarvan de Prima reeds te voren door Adolph aarl Arnold om de acceptatie te bezorgen ingeI. Stuk. G «aft*  ( 34 ) zonden was. Peter accepteerde deeze WisfH niet, om redenen, gclyk in het Protest gezegd wordt, die hy.aan den Trekker melden zoude. Gerhard was echter daar toe willig, en accepteerde ook de Prima, ter eere en voor rekening van den Trekker Ludvvig, doch onder het volgende beding, het welk hy op de Prima Helde, als Aang: (S. P.) onder verband van den Houder om deeze Wisfel ten vervaltyd ter ter betaaling te prefentecren, om in cas van nood, behoorlyk te kunnen worden geprotegeerd. Arnold meldde van dit alles niets aanAdolph, maar zeide enkel: op de tot accept: ingezonde Wisfel hebbe accept: bekoomen, die ik tot dispofitie van de Secunda zal uitleveren. Paul zond deeze Secunda Wislèlbrief naar Bordeaux , en, vermits de betaaling eerst eenige dagen na verloop van de refpytdagen geeifcht wierd, zo betaalde Gerhard dezelve niet, maar gaf tot antwoord : vermits ik deeze wisfelbrief (S. P.) geaccepteerd heb , onder beding, dat dezelve op den vervaltyd geprefevteerd zou worden, ten einde die behoorlyk kon worden geprotesteerd, doch zulks niet gefchicd is, en daar door het wisfelrecht geprejudicieerd is geworden , zo kan ik dezehe niet betaalen. De  (35) De vraag is dcrhalven: moet Adolph, als Endosfant van de Wisfel, het Capitaal met herwisfel aan Paul vergoeden, en is Arnold verplicht dit alles wederom aan Adolph goed te doen, vermits hy, tegen het Hollandsen Wisfelrecht, namentlyk de negen- en twintigfte § van het tiende Capittel, een condi-, tioneel accept aangenoomen en niet daar tegen geprotesteerd heeft, of wie is eigenlyk gehouden deeze Wisfel, (die enkel en alleen niet betaald is geworden, om reden dezelve by vervakyd niet behoorlyk geprefenteerd en geprotesteerd geworden is) intelosfen en alle fchade te dragen ? — Waar by te obferveeren is, dat een andere op eenen en denzelven dag vervalle Wisfel, die op denzelven tyd door. Gerhard onder hetzelve beding geaccepteerd, en door Adolph elders is vernegotieerd geworden, door Gerhard, voor rekening van den Trekker Ludwig betaald is, vermits dezelve ter regter tyd is geprefenteerd, en, ingevalle Paul deeze zyn plicht betracht had, zo zoude de door hem gekogte Wisfel insgelyks betaald zyn geworden, want alle hierin genoemde perfoonen zyu nog in vol crediet, behalven het huis van Peter, het welke reeds voor den vervakyd van de Wisfel is gefailleerd. Ca De  (36) De ondergetekende Juris uiriiisque Doctores 3 te Amfterdam refideerende, gezien en geëxamineerd hebbende het hier boven flaande Parere, zyn van begrip, dat Adolph als Endosfant van de Wisfelbrief daarby gemeld, geenzins gehouden is het Capitaal met de herwisfel aan Paul te vergoeden, maar, dat integendeel de fchade door het faillisfementvan Peter veroorzaakt, moet blyven voor rekening van den geenen, welke ten vervaldage houder van dezelve is geweest, en verzuimd heeft, dezelve behoorlyk van Non-Betaaling te laaten protesteeren. Berustende dit ons geadvifeerde op de uitdruklyke Wetten of Keuren deezer Stad van den 31 July 1660 en 29 Maart 1661, te vinden in de Handvesten van Amfterdam, 11. Deel Pag. 543. Waar by geftatueerd is, ,, dat alle „ Wisfelbrieven, welke alhier ter Stede moe„ ten worden betaald, by niet voldoening, „ binnen den zesden dag na den vervaldag, „ van Non-betaling moeten worden geprotefteerd, en dat dit Protest, niet binnen denzeiven tyd gedaan zynde, de Houder zyn „ regres verliest tegen den Trekker en En„ dosfanten". Daar nu, volgens het voorftel, de  C 37 ) de Wisfelbrief niet binnen de rcfpytdagen is geprotesteerd, zo kan de Houder zyn regres niet neemen op de Endosfanten, en dus ook fpëcialyk niet cp Adolph, welke als Endosfant voor dezelve Wisfelbrief, niet anders behoefde te guarandeeren, dan voor zo verre Paul, of de geene, aan wien hy Paul, dezelve Wisfelbrief mogt hebben getransporteerd, de betaaling daar van op den vervaldag, of wel binnen de rcfpytdagcn zou hebben gevorderd, en, by faute van dien, het Protest van Non-betaaling zou hebben doen opmaaken. Voor het overige kan men Arnold niet befchuldigen van verzuim, uit hoofde dat hy de acceptatie Supra Protest van Gerhard heeft aangenoomen, met bygevoegde Conditie : dat de Houder de Wisfelbrief, ter vervakyd ter bet aaiing moest prefenteeren, om, in cas van nood, behoorlyk te kunnen worden geprotesteerd. Immers, wanneer in de Wisfelflyl van Amfterdam van Phoonsen, Cap. 10 § 9 gezegd wordt: dat de yertoonder of houder va?i eene Wisfelbrief tegen eene conditioneele of gelimiteerde Acceptatie mag protesteeren, zo is zulks betreklyk tot de vordering van de acceptatie van den betrokkenen , welke de WisC 3 fel:  ( 38 ) felbrief eenvoudiglyk moet accepteeren, en tegen welke men, zo hy die alzo weigert aantencemen, of eene Conditie by zyn acceptatie wil voegen , moet laaten protesteeren, doch dit kan geen plaats hebben omtrent iemand, welke offereert een Wisfelbrief te accepteeren Supra Protest, zo als ten deezen door Gerhard is gefchied, en welke by zyne acceptatie Supra Protest zodanige Voorwaarden kan voegen, als hem goeddunkt; terwyl de houder van de Wisfelbrief ook zeer wel bevoegd is om zulk een acceptatie Supra Protest, onder zekere bepaaling of conditie aanteneemen, en daar tegen niet behoeft te laaten protesteeren, mits hy de Wisfelbrief maar behoorlyk tegen den betrokkenen heeft doen protesteeren, en alzo het recht van den Trekker en vorige Endosfanten heeft bewaard, zo als, in cas fubject,door Arnold is gedaan geworden. Om nu niet te zeggen, dat de acceptatie van Gerhard, met de byvoeging: dat d Wisfelbrief ten veryaldage moest worden geprefenteerd', om dezelve dan tegen den betrokkenen behoorlyk van Non-bet aaiing te doen protesteer en, ook geene Conditie inhoudt, waardoor aan den Trekker of Endosfanten eenig nadeel wordt toege^  C 39 ) gebragt, als wordende daarby integendeel in alle opzichten, voor derzelver belang zorg gedragen, nademaal het zeker is, dat een Wisfelbrief, uffchoon voor rekening van een derden gehonoreerd zynde, echter ten vervaldage tegen den betrokkenen moet worden geprotesteerd van Non-betaaling, om alzo, zo wel voor den geenen, voor wiens rekening dezelve gehonoreerd is, als voor de Endosfanten, die voor hem ftaan, het recht tegen den Trekker en een ieder voorgaanden Endosfant te conferveeren, als het welke anderzins door het verzuim van een behoorlyk Protest van Non-Betaaling zou verlooren worden. Eindlyk,hoc zeer Arnold onvoorzichtig heeft gehandeld, wanneer hy aan Adolph heeft gefchreeven: dat hy op de lot accept: ingezonds Wisfelbrief accept: had bekoomen, zonder daarby te melden dat dit was een acceptatie Supra Protest, en onder zodanige Conditie, als hier voor is gemeld, om de Wisfelbrief nader ten vervaldage te vertoonen , zo kan echter hier uit geen aanfpraak op Arnold gemaakt worden, dewyl hy door dit bericht, hoezeer niet naauwkeurig zynde, geen de mimte fchade aan Adolph veroorzaakt het ft, C 4 Ar-  ( 40 ) Arnold is geweest de Mandataris of Corsv snisfionair van Adolph, om de acceptatie van de Wisfelbrief te bezorgen. Zo hy daaromtrent iets had verzuimd, zoude hy aan Adolph, als zyn Mandans of Committent moeten vergoeden de fchade, welke deeze door dat verzuim mogt hebben geleeden. Doch daar hier boven betoogd is, dat Adolph niet tot rembours van die Wisfelbrief kan worden aangefprooken, als waar van het recht door het verzuim van den Houder is geprejudicieerd „ zo volgt van zelf, dat Adolph geen fchade geleeden hebbende of hebbende kunnen lyden, derhalven ook geene vergoeding van Arnold heeft te eisfehen. Aldus geadvifeerd te Amfterdam, den 30 April -1788. (getekend) Nicolaüs Rondt. H. B. Luyken. De Ondergetekende, Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, gezien cn geëxamineerd hebbende het bovenftaande Pa-  (4i ) Parere, en het Advys, door de Heeren Mw Nicolaüs Bondt en H. B. Luyken, Juris utriusque Do&ores, binnen deeze Stad refideerende, verklaaren, zich met het geadvifeerde van de voorn. Heeren Rechtsgeleerden volkoomelyk te conformeeren, als zynde het naar de Wetten en Ufantien van deeze Stad volkomen zeker, dat de Houders van Wisfelbrieven, verzuimende dezelve ten vervaldage, of binnen de refpytdagen behoorlyk van Non-betaaling te doen protesteeren, daar door hun recht verliezen tegen de Endosfanten, zo wel als tegen de Trekkers,mits echter,ten opzichte van deeze laatfte, moet blyken, dat zy de Somma, in deeze Wisfelbrief begreepen, by den betrokkenen liggende, of van hem te vorderen hebben gehad. Aldus gedeclareerd te Amfterdam, den ai Mey 1788. (getekend) Muilman en Soonen. Willem van Brienen en Soonen. Teysfet en Comp. Hope en Comp. T. en C. Wilkiefon en Comp. C 5 Hos-  Hagguer Grand en Comp, Melvil en Wolf. Jan en Theod. van Marfelh. W. Feitama en Zoonen. Teyler en Teyler van Hall. Jan Gildemeester en Zoon, Hend. Hovy. Wed. ff. Fremeaux en Zoon. Wernier en HartJJnck. Botereau en Comp. P- en C. van Eeghen. Cuny en Comp. Goll en Comp. Jan Ananias Willink. We strik en Pool. Jan en Carl Hasfelgreen. Wilhem en Jan Willink. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. Jl Texier9 Angely en Mas/ac. Jean Neel en Zoon. Jan HermH. Martens. R\ en Th', de Smeth. Braunsberg, Streckeifen en Comp. V.  C 43 ) - aóS ioov fs-'zrlz'Sïzh esv tUdf* De fchade op een gedeelte van een party verzekerde Goederen moet, uit krach te van, de Ordonnantie der Asfurantie-Kamer te Amfterdam, gefagen en gedragen worden over en door de waarde van het bruto Capitaal der gehcele Party verzekerde en ter plaatze hunner deftinatie gearriveerde Goederen, die dezelve, ingevolge behoor lyke taxatie, gezond zynde, ter zeiver plaatze, ten tyde van het drrivemeht, waardig zouden geweest zyn. IC en der Zes Zee, Asfurantie Compagnien te Genua, had, blykens de geproduceerd wordende Pulis van Asfurantie, verzekerd Dertig Duizend Lire Court. van Genua voor Lisfabon, op 231 Baaien Schryfpapier, waar van een gedeelte wel geconditioneerd, en een gedeelte befchadigd te Lisfabon aankwam. De Compagnie formeert, wegens het geval, waar over dezelve het met den Geasfurcérden eens is, de Rekening, getekend A, tot vergoeding van de fchade, waar tegen de Geasfureerde dieswegens de Rekening, getekend B, opmaakt. Po-  (44 ) Polis van Asfurantie, voor Zee Rifico in Genua. Uit kragte van deeze Polis, welke zal valideeren als een Publiek ïnftrument, verzekert ieder van ons ondergetekende de Sommen, welke by de eige Handtekeningen zyn uitgedrukt, en tot de daar by vermelde Premie, aan den Heer Guifeppe Fabiani, op Baaien Papier, waar van de refpecrive Merken en Nommers aan den voet deezes zullen worden opgegeeven, gelaaden of nog te laaden alhier in Genua voor zyn eige rekening naar Lisfabon , in het Schip la Venere Marina, Schipper Francisco Balarino van de Venetiaanfche natie, tot de Premie van Twee ten hondert, om, ingeval van Avary, te betaalen het geene boven de Vyf PerCento is, en in cas van totaal verongelukken (dat God verhoede) 96 pCento. De Rifico en Pericul deezer Asfurantie begint te loopen, zoo haast het ge-' melde Papier aan boord van gedachte Schip zal zyn gelaaden, en zal voortduuren, tot dat het zelve te Lisfabon zal ten anker gekomen, en het gemelde Papier aldaar behouden aan land zal gelost zyn. God geleide hem in Salvo. N°. 6434  C 45 ) N°. 6434 Overgeleverd aan de Commercie Compagnie, door den Makelaar Guif. Ifola, en valideert voor c£ 30000a £ pCt. oC 150 den 27 April 1782. . 1—|—1 A. Opmaaking van de Particuliere Avary, op 231 Baaien Papier, verzekerd door de Commercie - Compagnie, voor de Zee -Asfurantien van Genua naar Lisfabon, in het Schip, genaamd La Venere Marina, Schipper Francisco Ballarino, Venetiaan. 2,0.6 Baaien van 32 Riemen, zoo als by de Polis van Asfurantie is uitgedrukt, zyn ] 7232 Riemen 5 dito van 24 Riemen als boven 120 dito 7352 Riemen 7352 Riemen a Rs. tifoo, het welk blykens de rekeningen, daar voor gek': Tien zoude zyn, zo wanneer dezeive alle gezond waren geweest, bedraagen . . Rs. 8087,200:- De  (4-) De voorgem. 7352 Riemen Papier, hebben, ter oorzaak van derzelver nattigheid Rs. 435,534 minder geproduceerd dan de bovenftaande Rs. 8087,200, zo als blykt by diverfe door den Geasfureerden den Heer Guifeppe Fabiani geëxhibeerde rekeningen, welke Rs. 435,534 fchade, getlaagen over de gem. Rs. 8087,200 zoo bedraagt de Avary 5:7: 8,-^ pCt. waar van afgetrokken de in de Polis van Asfurantie vermelde 5 pCt., blyft per resto te betaalen ■Soldi 7 : o tg pCt. over <£ 30000 is d£ 115:12: — B. Rekening van Avary op 944 Riemen Papier^ welke befchadigd zyn bevonden onder de Party van 231 Baaien, inhoudende 7352 Riemen van dezelve qualiteit, geladen te Genua naar Lisfabon, in het Schip genaamd Venere Marino, Schipper Francisco Ballarino Venetiaan. Voor zoo veel, by de verkoop van de bovengemelde 944 Riemen Papier, volgens . de Attestatie en refpecfive rekeningen op de geheele Party minder bekoomen is Rs. 435-534» welke tot de Wisfel-Cours van  (47) van Rs. 680 zyn Ps 640-9-2,0 en aó£$:^a Ct. 0^3682:16: — waar van wordt afgetrokken de 5 pCt. over de verzekerde Post voor de waarde van de gemelde 231 Baaien van «e, 30000 volgens de Polis van Asfurantie # 1500: —: — Blyft door de Asfüradeurs te contribueeren . . oC 218^6^ De bovengem. 435,534 zyn niet~ Prys van de 944 Riemen Papier, maar wel de ichade of het minder Provenu, het welke, ter oorzaak van de Avary, daar op is gevr.llen, vermeenende de Geasfureerde niet gehouden te zyn aan de Asfüradeurs eenige rekenfchap te geeven van de overige 6408 Riemen, welke wel geconditioneerd op de plaats hunner deftinatie aangekomen zyn, doordien de fchade van Avary moet geflagen worden over alle de 7352 Riemen, tot de prys en waarde, ten tyde van het laaden, zynde de verzekerde o£ 30000 dewyl de uitflag van de onderneeming den Geasfureerden en niet de. Asfüradeurs aangaat en bovendien ia de Tarty, waar van zy de rekening tot Rs. 8087,200 opmaaken, zynde tot de prys van  (43 ) van R*. iioo de waarde van 7352 Riemen Papier, vervat of begreepen wordt de Compenfatie van de noodige onkosten en winst * 't welk alleen betreft den geenen, welke zich exponeert de fchade te ondergaan, zoo wanneer dezelve plaats had. Het zal dus genoeg zyn de onkosten en winst van het Totaale eerfte Provenu van Rs. 8087,200 aftezonderen, om de Post te brengen tot het enkeld Capitaal, 't welk tusfchen den Geasfureerden en de Asfüradeurs gecombineerd is in de Party van o£ 30000: — welke fchade van de Rs. 435,53.4 min 5 PCtover de gemelde oC 30000 moet draagen, zo als by de Polis van Asfurantie is vermeld. Wordt gevraagd, welke van deezen twee Rekeningen met de Reden en Coftume over een koomt? Wy ondergetekende Kooplieden, Asfüradeurs en Cargadoors, alle woonende binnen deeze Stad, certificeeren en verklaaren by deezen, te hebben geëxamineerd de opmaaking van de particuliere Avary op 231 Baaien , contineerende 7352 Riemen Papier* a Rs. 1100 verzekerd door de Commercie Conv-  C49 ) Compagnie voor de Zec-asfurantien van Genua naar Lisfabon, in het Schip genaamd la Venere Marina, Schipper Francisco BaHafino, welke vonbefchadigd te Lisfabon bruto zouden hebben opgebragt Rs. 8087,200 doch ter oorzaak van nattigheid door zeewater, minder hebben geproduceerd R* 435,534. Na welk Examen, wy hebben bevonden, dat gemelde mindere waarde als bckoomene zeefchade te recht is geflaagen over de evcngemelde Rs. 8087,200 en dat aldus de Avany bedraagt 5 : 7: 8jg pCt. waar van afgetrokken de in de Polis van Asfurantie bedongene korting a 5 pCt. resteert te bctaalcn 115:12:- en dat die opmaaking, conform de Reden, de Wet en Costume alhier is gedaan, als zynde 't zeker, dat de Geasfureerde door zyn Asfüradeurs wel fchadeloos moet gehouden worden, maar dat hy, door de ramp niet moet profiteeien. Nu is de geheele verzekerde party Papier te Lisfabon gearriveerd, maar een gedeelte daar van is door zeewater befchadigd, en moet de Asiuradeur aan den Geasfureerden vergoeden 'tgeen hy door die befchadigdhcid, op de gchcele party minder krygt, dan hy ontvangen zou hebben, indien de geheele party ontefchaI. Stuk. D dkd  ($o) digd te Lisfabon was gearriveerd. Dit is des Geasfureerdens verlies, en meer moet hem niet vergoed worden, en daar van moet dan nog gekort worden 5 pCt. uit krachte van de in de Polis gemaakte Conditie. Al het welk ook overeenkoomt met onze Ordonnantie van Asfurantie en Avaryen Art. 35, waar by is geftatueerd dat de Avary of fchade aan Goederen, geduurende de Reize door uitwendig Fortuin overgekomen ,, als dezelve ter Plaatfe hunner „ dtflinatic zyn gearriveerd, zal gerepartieerd worden over 't Bruto Capitaal, dat de Goederen, gezond zynde, ter Plaatfe hunner destinatie zoude bedraagen, en het is by ons ook een conilant Gebruik, om op dien voet, in diergelyke gevallen alhier, de fchadens te reguleercn cn te betaakn. Gcevendc voor redenen van Weetenfchap, zulks meermaalen bygewoond, en alzo ondervonden te hebben, hebbende, ten blyke daar van , deeze met onze gewoone Naamtekening gefterkt. hi Amfterdam, den was getekend Muilman en Soonen. Teyler en. Teyler xati HalL GuaitM  (5i ) Guaita en Comp. Seperyn en Bruyn. Maft: pan Diepenbruggt. P. Beyer, qq. poor Air. en Wit: Bruyn. Gebr. Carli di Bernardo. Corne/is Hart/en. Brattnsberg, Streckeifsn en Comp, A. Sckarff. Hope en Comp. Joh: Luden. Francais Abrakamsz en Tmixg. Jacob D»Ü cn Soonen. J. S. Carli di Carh m Zoontn. d 2 ■ m.  ( 5* ) VI. De Trekker van een Wisfelbrief, volgens order en voor rekening van zyn Debiteur, op een Derden, en door deezen geaccepteerd, heeft, in cas van Nonbetaaling der zeiver, zo yvel op den Betrokkenen, als op zyn Lastgeever en Debiteur, recht tot vordering van vergoeding voor het beloop der Wisfelbrief, in zo verre dezelve niet finaal door beiden, of een van beiden aan hem voldaan is. A Koopman te Gend, geeft order aan B, Koopman te Bordeaux, om voor zyn rekening, op C, Koopman te Parys, de Som van L. 30000 te trekken. C failleert, nadat hy de Wisfelbrieven, die door B, voor rekening van A getrokken waren, geaccepteerd had. De Vraag is dierhalven, of B recht heeft om in folidum van A en C het beloop der gezegde Som van L. 30000 te eifchen, uit hoofde van de order en acceptatie refpedlive, die 'er plaats hebben. De  ( 53 J De ondergetekende Doétoren in de Rechten, en Advocaaten, practifeerende' binnen deeze Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende het hier voorenftaande Parere, en onderftcllcnde, (het geen daarin niet duidelyk ftaat uitgedrukt) dat A te Gend Debiteur geweest is van B té Bordeaux , voor de Somma van L. 30000, die hy aan B order gegeeven heeft om voor zyn rekening op C te Parys te trekken , of dat B aan A de waarde van die. L. 30000 gefourneerd of betaald heeft, verklaaren van begrip te zyn, dat B het Recht heeft, om yan A en C in folidum het Beloop der gezegde Som van L. 30000 te eifchen. De Reden van deeze Decifie is: dat C dooide Acceptatie van de Wisfelbrief, die B voor rekening van A te Gend, op hem getrokken heeft, voor die Som Debiteur van B geworden is, waaruit dan volgt, dat hy genoodzaakt kan worden tot de betaaling van het gunt hy beloofd heeft voor rekening van A te zullen betaalen, de conftituta enim pecunia cum omnibus agitur, quicumqae pro' fe, vel pro alio Jolituros fe conflituermt § 9. in ft. de a&ion. Immers eene zodanige Verbintenis brengt geene verandering van de Schuld te.weeg, D 3 maar  ( 54) maar de oorfpronglyke Debiteur blyft verbonden, tot dat de ganfche Schuld betaald is, advertendum enim, nullam conftituto novationem fteri, fed priori Obligationi aliam ex conflitut* accedere; et ft quis pro allo conftituat ad huc eum pro quo intervenit, maner e obligatum perinde ut in fidejusftone, zo als gezegd wordt by Johannes Voet in Commentario ad Tit: D. de conftituta pecunia num: 5 add: eund: num: 14. Gevolgelyk blyft A als oorfpronglyke Debiteur, desgelyks verbonden aan B, voor het geen hy hem fchuldig was, en het welk C wel beloofd heeft te betaalen, maar het geen hy in der daad niet heeft betaald, zo dat B hen beiden in folidum aan zich verbonden heeft, en de Betaaling van elk hunner kan vorderen, het geen echter in deezer voege moet verftaan worden, dat B zich eerst by C of deszelfs Masfa adresfeerende, en aldaar het Divident met de andere Crediteuren ontvangende, niet verder op A zyn verhaal kan hebben, dan voor het geen per Saldo hem nog verfchuldigd zal zyn, gelyk hy ook, zo hy zich eerst aan de Masfa van A adresfeerde, naderhand voor niet meer in de Masfa van C zou kunnen komen, dan voor zo veel, nis hy van de Masfa van A niet had kunnen krygen, (ie-  (55 ) Geadvifeerd te Amfterdam, den 29 July 1788. (was getekend) Nicolaüs Bondt, II. B. Luyken. Wy ondergetekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende het bovenftaande Parere, en het Advys door de Heeren en Meesters Nicolaüs Bondt en H. B. Luyken, Advocaaten binnen deeze Stad , verklaaren ons met het geadvifeerde van de voornoemde Heeren Advocaaten, volkomelyk te conformeeren, als zynde hetzelve berustende op de by de Commercie aangenomene grondregels van Recht en Billykheid, vermits C te Parys, aangenomen hebbende te betaalen de Wisfelbrief, die B, op order en voor rekening van A, op hem getrokken had, zich dienvolgens verbonden heeft dat Engagement te vervullen en daartoe kan genoodzaakt worden door B, dewelke voor rekening van A op C trekkende, niet kan worden befchouwd daar door gerenuntieerd te hebben van zyn Recht, het welk hy op A, zyn oorlpronglyke Debiteur was hebbende, en die gevolglyk nog ageeren kan tegens A, om van D 4 hem  (50 hem te yerkrygen, het geen hy van C niet zal hebben kunnen bekoomen, of wel zich in de eerfte plaats aan A of aan zyn Masfa adresfeeren, met refervatie alsdan van zyn recht op C, voor het geen hy van A niet zal kun nen erlangen. Gedeclareerd te Amfterdam, den 30 July 1788. getekend Br duinberg, Strecheifen en Comp. Hope en Comp. Willem van Brienen en Soonen. Jan en Theo cl. van Mar Ce lis. Wed. J. Fremeaux en Zoon, T. en C. Wilkiefon en Comp. J. Texier, Angely £? Masfac. Henrico Coecq en Zoon en Comp. Guaita en Comp. 'Melvil e? Wolf. Willem Feitama en Soonen. Cuny en Comp. Lemaifire £? Blaaitw en Comp. Teyler en Teyler van Hall. Paul Charlè. Jacob Dull en Soonen. A. Roy en Branger. Jean Neel en Zoon. VII.  (57) VII. De Endosfant van een Wisfelbrief door denzelven voor rekening van den Geëndosfeerd en aan hem geremitteerd, zonder fpeciaal Delcredere of Guarantie, op denzelfden Postdag en tot gelyke Cours, als de Endosfant die ge negotieer d heeft, is, in die relatie, niet verder aantemerken dan als Commisfionaris van den Geëndosfeerden en dus, ingeval van wanbetaalmg deezer Wisfelbrief, by den Geëndosfeerden niet gehouden tot rembours, uit hoofde van zyn endosfement, alhoewel hy, uit kracht e daar van, by een Derden, die Houder van dezelve Wisfelbrief is, echter aanfprakelyk blyft, in welk geval hy zelf zyn verhaal zou hebben op zyn Geëndosfeerden, als Lastgeever in deeze Commisfe. A Koopman te Marfeille remitteerde in den Jaare 1784, aan B en Comp. eenige in deeze Stad bctaalbaare Wisfelbrieven, om dezelve te incasfeeren en aan hem de voordeeligfle Retourcn te doen, mits zy hem niet, dan het D 5 fo -  (58 ) folideste en ongetwyffeld goed Papier remitteerden. Hy vraagt hen tevens, op welke Conditiën, B en Comp. zich met zyne Commisfien zouden willen belasten. B en Comp. antwoorden op deezen Brief: Wat aangaat onze Conditiën, zo zyn wy gewoon, voor onze Provifie zonder Guarantie \ perCt. in Rekening te brengen; maar, offchoon wy de Remifes, die wy doen, niet guarandeeren, befteeden wy niet te min de zorgvuldigfie oplettendheid in de keuze van het Papier, dat wy hier ter plaatze voor onze Vrienden neemen. Mogt UEd. ondertusfchen verkiezen onze Guarantie te hebben, zo zullen wy dezelve UEd. gaarne toe/laan tegen \ pCt. voor Provifie en Delcredere. A gerepliceerd hebbende, dat hy van deeze Conditiën van B en Comp. goede aanmerking maakte en dat hy hen zyne Commisfien in de Wisfel met genoegen zoude opdraagen, overtuigd zynde van hunne ExaéHtude om hem goede en immediaate Retouren te doen, zo hebben B en Comp., niet anders denkende, dan dat A hunne Guarantie accepteerde, ook dienvolgens aan heöl op den 13 January 1785 ge- fchree-  ( 69 ) fihreeven: terwyl UEd. ons Delcredere tegen l pCt. zo als wy UEd. opgegeeven hebben, accepteert, zo zullen wy UEd. hetzelve voortaan to-eftaan voor alle Remifen, welke wy UEd. zullen koomen te doen, in retour voor die, welke UEd. ons ter verwisfeling zal zenden. Zy voegen 'er tevens by: dat zy, om alle mirver/land voor te koomen, verfionden niet dan de fuffifance van hunnen Cedent te guarandeer en. A antwoort den 28 January 1785, dat hy niet zag, dat hy het Delcredere of de Guarantie van B en Comp. aangenomen, maar wel, dat hy hen eenvoudig gezegd had, dat hy aanmerking van de Conditiën van B en Comp. had gemaakt; maar dat zyne intentie nooit was geweest, dat zy hem dezelve (Guarantie) zouden toeflaan, om niet met eene meerdere belasting zodanige Operatien te bezwaar en, waarop geen voordeel overfchiet, zo dra 'er niet de grootfle fpaarzaamheid by in acht genomen wordt; wat aangaat de uitzonderingen, welke UEd. by uwe Guarantie voegen, zo zyn dezelve zeer natuurlyk en wettig. B  C 6o) B en Comp. repliceerden den 10 February 1785. op deezen Brief: Uit UEd. manier van zich uit te drukken hadden wy opgemaakt, dat UEd. ons Delcredere agreëerde; maar terwyl UEd. zo duidelyk het tegendeel zegt, zo neemen wy dezelve terug en het koomt in geen aanmerking meer. Na deeze voorafgegaane Briefvvisfeling, voer A voort, van tyd tot tyd aan B en Comp. Remifes te doen, waar tegen deeze hem Retouren op diverfe Plaatzen decden, nu in hunne eigene Traitten, dan in Papier uit hunne Portefeuille, dan in Wisfelbrieven, die zy op de Beurs van Amfterdam ten dien einde hadden genomen, en welke men aan hunne Order trok, of endosfeerde, en die zy vervolgens aan de order van A endosfeerden, op de rekening Courant van A voor 't geheele Beloop niet meer dan enkel £ pCt. Provifie belastende. B en Comp. op den 14 May 1787. aan A te Marfcille Retouren te doen hebbende voor deszelfs rekening, namen Traitten op Madrid van C, Koopman te Amfterdam, dewelke toen in een vol Credit ter Beurze ftond. Deeze Traitten waren, volgens de gewoone Ufantie, aan  (6i ) aan de order van B en Comp. gepasfeerd, de: welke ze denzelfden Postdag aan A geëndosfeerd de Waarde in rekening remitteerden tot dezelfde Cours, als zy die van C hadden genomen, aan wien zy, volgens gewoonte, 's anderen daags de Waarde in Banco betaalden. Zy bragten deeze Traitten dien zeiven dag, dat zy ze genomen en geremitteerd hadden, op hunne Boeken, als- genomen voor A, en zy debiteerden hem dienvolgens direéf voor de waarde, die zy aan C betaald hadden. Deeze Traitten, welke op Bilbao betaalbaar in Madrid waren, wierden, na geaccepteerd te zyn, ten vervaltyde van Non-betaaling geprotefteerd, en de Acceptant zo wel als de Trekker failleerden. By deeze gefteldheid van zaaken beweeren B en Comp. dat het verlies op deeze Wisfelbrieven, door het Faillisfement van den Trekker en Acceptant veroorzaakt, voor rekening van A te Marfeille blyft, om dat zy ze niet dan als zyne Commisfionairs, voor zyn rekening en voor zyn rifico genomen hebben, en om dat zy 'er niet Delcredere voor geftaan hebben, of Guarants voor geweest zyn. A  (62) A te Marfeille beweert in tegendeel, dat dit verlies door B en Comp. te Amfterdam moet gedraagen worden; dat zy, door de ondertekening van hun Endosfement, volgens rechten daar voor Guarants zyn; dat het eenigfte middel voor eenen Commisfionair, om de anders tot zyne laste koomende Guarantie te vermyden, daar in beftaat, dat hy de Traitten, die hy voor rekening van zynen Committent neemt, aan deszelfs order laat maken; dat, zo wanneer deeze eerfte (de Commisfionair)- 'er Eigenaar van geworden is, en hy dezelve aan eenen anderen overdraagt, hy zich zelf in de Clasfe der ordinaire Cedenten ftelt, en dienvolgens door zyn daad van het Endosfeeren aan zynen Lastgever aanfprakelyk wordt; dat het Tractaat van Ricard over de Commercie, het welk te Amfterdam gemaakt is, bewyst, dat het te Amfterdam geene gewoonte is, Wisfelbrieven, die men voor eenen anderen koopt, te endosfeeren, maar dat men ze aan de order van den Lastgeever, de Valuta van den Commisfionair, laat maken. En op de tegenwerping van B en Comp., dat A van den beginne hunner Briefwisfeling met hem, uitdrukkelyk hunne Guarantie had ge-  (63 ) geweigerd aan te neemen, zo als zulks hier boven omliandig is verhaald, antwoordt A, dat hy van gedagten zynde aan zyne onderneemingen in de Wisfel eene meerdere Uitgeftrektheid te geeven, op den 28 January 1785. in den bovengemelden fmaak aan B en Comp. had gefchreeven, om dat hy zag, dat de Guarantie van B en Comp. voor niet te hebben was, terwyl zy byna altoos hunne Retour en deeden, of in hunne eigene Traitten, of in Papier, dat zy van buiten 's Lands kreegen, en dat zulks ver onder ft eld wordende, de Guarantie van B en Comp., wegens hunne gedane Onderteekening, in Rechten beftaan moest. Men verzoekt een beredeneerd Advys der Rechtsgeleerden, Kooplieden en Banquiers der Stad Amfterdam, over de volgende Vraag: „ Of B en Comp., uit hoofde van hun „ Endosfement, aanfprakelyk zyn voor de „ in het bovenftaande Expofé befchreevene „ Wisfelbrieven op Bilbao betaalbaar in „ Madrid, welke zy van C, voor rekening van A te Marfeille hebben genomen; ,, dan, of het verlies op deeze Wisfelbrie„ ven, door A te Marfeille moetgedraagen „ wordeff? ' De  ( 64 ) De hier ondergetekende Doétoren in de Rechten, en Advocaaten, by den Hove van Holland geadmitteerd en te Amfterdam refideerende, na de bovenftaande Memorie, waar over hun Confult gevraagd wordt ,geleezcn en öe daarin voorgelegde Vraag met de grootfte oplettenheid geëxamineerd- te hebben, verklaaren: „ Dat B en Comp., door hun Endosfement „ op de Wisfelbrieven te Madrid betaalbaar, „ welke zy van C, voor rekening van A te ,, Marfeille genomen hebben, zich niet aan„ fprakelyk gemaakt hebben, en dat dit ver„ lies door het Faillisfement van den Trekker ,, C en van den Acceptant te Bilbao geheel „ en alleen door A moet gedraagen worden". Deeze uitwyzing is op het volgend eenvoudig en klaarblyklyk Grondbeginzel gefundeerd, te weeten, dat, daar B en Comp. de Tratta van C op Madrid, in qualiteit van Commisfionairs van A, en gevolglyk voor zyn Rekening genomen hebben, B en Comp. van het zelve ogenblik af, voor A het eigendom der zelve hebben verkreegen, en dezelve worden gehouden van dien tyd af aan hem te hebben toebehoord met alle gevaren, profyten en verlies,  ( 65 ) lies, door voornoemde Wisfelbrieven ontftaande, dewyl enkel en alleen de Eigenaar eener Zaak het Gevaar loopt, het Verlies draagt, en de Voordeden geniet, welke op zyn Eigendom koomen te vallen, onder wat benaming zulks ook mogt wezen; want, offchoon B en Comp. deeze Wisfelbrieven onder hunnen Naam hebben genomen, en zonder uit te drukken, dat zy in qualiteit van Commisfionairs van A te Marfeille ageerden, zo hebben zy doch des niet te min voor hem het direct Eigendom derzelve verkreegen, daar het volgens de Rechts-Regulen zeker is, dat een Commisfionair van al het geen hy koopt, en ingevolge van zynen last, aan zich laat cedeeren of transporteeren, het direct Eigendom voor zynen Principaal of Lastgeever verkrygt, niet tegenfiaande de in Eigendom verkreegene Zaak op zyn Naam ftaat, en de Cesfie en het Transport gefehied is, zonder dat 'er mentie gemaakt is van zyne qualiteit als Commisfionair, mits dat het op eene andere wyze kan beweezen worden, dat deeze verkryging van Eigendom voor zynen Lastgeever gefehied is , en met intentie, om denzelven tot Eigenaar van het gekogte Effect, te maaken; gelyk zulks ten vollen beweezen wordt door J. Coren, in leven T. Stuk-, E Raad  ( 66 ) Raad des Hongert Raads van Holland en Zeeland, in zyne Obferyationes rsrum judicarum, Obs. 25. waar in men eene Decifie van gemelden Hoogen Raad vindt, waar by uitgeweezen wordt, dat, een Commisfionair eene Actie der Indifche Compagnie deezer Landen, op order en voor rekening van zynen Lastgeever gekogt, en dezelve met het geld van zynen Lastgeever betaald hebbende, deeze laatfte ook voor den waaren Eigenaar moest gehouden worden, niet tegenftaande de Commisfionair deeze Actie op zynen eigen Naam mogt hebben laaten transporteeren; dewyl deeze Commisfionair niet alleen zynen Lastgeever van den Inkoop deezer Actie had geprevenieerd, maar ook des te meer, dewyl hy op zyne Boeken had genoteerd, dat deeze Inkoop voor rekening en ten profyte van zynen Lastgeever was gefehied. Deeze grondbeginzelen en dit voorbeeld, toegepast op het tegenwoordig Geval, bewyzen duidelyk, dat, niettegenftaande B en Comp. deeze Wisfelbrieven van C hebben gekogt op hunnen Naam, zonder gewagte maaken van hunne qualiteit als Commisfionairs, het direct Eigendom derzelve niettemin voor A te Marfeille is verkreegen, en dat B en Comp., door ze hem dien zeiven dag t2  (6> ) te remitteeren, door hem te melden, dat zy ze voor zyn rekening genomen hadden, en door hem onmiddelyk voor de waarde derzelvc op hunne Boeken te debiteeren, hunne intentie hebben te kennen gegeeven, van deeze Acquifitie niet voor hunne eigene rekening, maar alleenlyk voor rekening van hunnen lastgeever A en uit krachte van zyne orders gedaan te hebben, zonder dewelke noch deeze Acquifitie, noch iets van al het geen deeze operatie betreft, plaats zoude gehad hebben. Men moet bovendien in aanmerking neemen, dat, volgens het geen in het bovenftaande Factum is verhaald, C van een vol Credit ter Beurze deezer Stad jouïsfeerde , toen B en Comp. zyne Traitten voor rekening van A namen, en dat B en Comp. geen het minse verwyt, wegens hunne manier van de Coma mislie van A uittevoeren, verdienden, dewyl zy, comracleerénde met eenen Banquiër, die in een vol Credit ftond en wiens Traitten de eerfte Huizen coulant namen, alles deeden, wat A van hen, in qualiteit als zyne Commulionairs, kon vorderen. Dus blyft 'er maar over te examineeren, of I . E a deeze  ( 63 ) dccze grondbeginzelen zouden kunnen om verre geworpen worden door de overweeging, dat B en Comp. deeze Wisfelbrieven aan hunne order hebben laten Hellen, om dezelve onmiddelyk aan de order van A te endosfeeren, dewelke daar uit vermeent afteleiden, dat B en Comp. zelve daar van Eigenaars geweest zynde, en dit hun Eigendom aan hem gecedeerd hebbende, zich in de Clasfe der gewoonlyke Endosfanten hebben gefield, die door hunne handtekening voor zodanige Wisfelbrieven Guarants worden. — En ten deezen opzichte meenen de ondergetekenden, dat men zich zeer abufcert, wanneer men deeze gevolgtrekking uit het Endosfement van B en Comp. wil maaken. Het is eenen Rechts - Regul: Qiiod actus non debent operari ultra intentionem agentium. Nu is het eene gewoonte, welke in deeze Stad algemeen opgevolgd wordt, dat de Kooplieden en Banquiers, de Wisfelbrieven, die zy voor rekening van hunne Correspondenten neemen, aan hunne eigene order laten (lellen, of ze aan zich laten endosfeeren, wanneer het gemaakte Wisfelbrieven zyn, welke men vernegotieert. De aart der ail'aires te Amfterdam gedoogt niet het anders te doen. Men is daar niet gewoon , zo als zulks misfehien te Parys en elders ge-  (69) gefchiedt, aan zyne eigene order te trekken, of aan de order van een zyner Comptoir bedienden, en ze te veinegotieeren met het Endosfement in blanco, waar in die geene, of die geenen, die ze neemen, den Naam der Perfoonen, aan welke zy ze remitteeren,kunnen invullen. Integendeel de hier genomene Wisfelbrieven , worden direct aan de order van dien geenen, die ze neemt, getrokken of geëndosfeerd, aangezien de betaaling in de Bank gefchiedt, zonder daarvan quitantie tc geeven, terwyl de Boeken der Bank alleen het bewys van zodanige Betaaling opleveren, zo is het dus nodig, dat de Wisfelbrieven met deeze Betaalingen overeenftemmen, zo dat ten allen tydc uit de Conformiteit, tusfehen de Wisfelbrieven en de in de Bank betaalde Somma blyke, dat deeze de waarde van gemelde, aan de order van den Betaaler getrokkene of geëndosfeerde Wisfelbrieven uitmaake. Gevolglyk moet die geene, welke eene Tratta voor rekening van zynen Lastgeever neemt, om ze aan hem te remitteeren, dezelve aan zyne order laaten maaken of endosfeeren, en, wanneer hy dezelve aan de order van zynen Lastgeever heeft laten trekken, zo moet in de Tratta erkend en gefpe;ifkeerd worden, de Valuta E 3 ont-  C 70 ) omvangen van den Commisfionair. De ondergetekenden liaan toe, dat deeze laatfte Methode ook wel zomwylen gebezigd wordt, echter alleen in die zelden voorkoomende gevallen, dat men een Appoint, een Saldo te remitteeren heeft, of uit gebrek aan Credit en Vertrouwen op die gecnen, aan welke men de Remife te doen heeft, — eene nodige Precautie tegen eenen derden Bezitter, welke, in geval van eene opkomende ongelegenheid, het recht van Regres op den Commisfionair zoude hebben, wanneer deeze de bovengemelde Remife geëndosfeerd had. En het is in gevolge van dien, dat in het Traité General du Commerce par S. Ricard, in het nde Boekdeel, ade Af deelivg, %de Boek, gele § pag. 478. volgens de nieuwe Editie 1781. in de Nota gezegd word: dat de Necmers en Endosfanten van Wisfelbrieven , welke f echts eenige op last van een' der* den neemen, de voorzigtigheid gebruiken, van ze aan de order van die geene ie laaten maaken, voor wiens Rekening zy ze neemen, waardoor zy niet onderhevig zyu aan eenige aanfpraakelykheid aan de Houders. — Wel verre van daar, dat deeze Methode algemeen zy, is het integendeel maar eene uitzondering, welke alleen m de boven aangehaalde Gevallen gebruikt  ( 7i ) bruikt wordt, daar het ondertusfchen eene conftante en algemeene gewoonte onder onze Kooplieden is, dat de Commisfionair de Wisfelbrieven , die hy neemt, aan zyne eigene order laat maken, en ze vervolgens aan zynen Lastgeever endosfeert. De redenen van dit gebruik zyn gegrond op de fpoed en geheimhouding, waarmede deeze foort van Operatien op de Beurs getracteerd worden. De WisfelTrans - acties zyn daar ontzaglyk menigvuldig; zy beginnen en eindigen in minder dan ée'n uur. Een Huis, dat te gelyker tyd, zo als dikwyls het geval is, met eene menigte van Arbitragien voor verfcheidene zyner Correspondenten belast is, aan welke het zelve op differente Plaatzen van Europa remitteeren moet, zoude nooit gedaan hebben, wanneer hetzelve de orders of Namen van ieder Lastgever, de Valuta van het Huis alhier opgeeven moest, alzo de tyd tusfehen deeze operatie op de Beurs, en het vertrek van de Post Hechts in weinige uuren beftaat; het zoude onmogelyk zyn, klaar te koomen, als de Makelaars verplicht waren de Notitien te koomen halen, om de Wisfelbrieven aan de order van Paul, Pieter, Jan &c. te laaten maaken of endosfeeren. Deeze manier, om m te werk te gaan, als men doet, hangt af E 4 van  C?0 van de inrichfing van onze Beurs en van 't vertrek der Posten, en dat kan niet veranderd worden. Een andere, niet minder dringende beweegreden is, dat geen Koopman aan de Makelaars, welke de Echo der Commercie zyn, de naamen zyner Correspondenten, die niemant als hy kennen moet, zoude willen opgeeven. Ieder Koopman zal by zich zelf kunnen nagaan de inconvenienten, uit zodanige Publiciteit voortkomende. Deeze redenen juftificcercn volkomen zo wel de gewoontens der Amfterdamfche Beurs, als ook de handelwyze haarer Kooplieden, en ontzenuwen ten eenen maale de asfertie van A, dat een Koopman, die Effecten aan zyne order neemt, om ze aan zynen Lastgeever te endosfeeren , moet gehouden worden, niet als Commisfionair gehandeld, maar integendeel door zyn Endosfement afftand gedaan te hebben van zyn recht van Commisfionair, Agent of blooten Mandataris, en dus Principaal, en aanfprakelyk voor deeze daad geworden te zyn, daar ondertusfchen de gezonde Redenen de Correspondentie in net Factum aangehaald, op zodanig eene wyze, dat men niet mistasten kan, eene Confequentie yastftellen, welke regclrcgt het tegenovergefteldc van het oogmerk van A is. Buiten dien fttydt  (73 ) flrydt eene diergelyke uitlegging van eene gevvoone reguliere Daad, met de Evidentie en met de veronderftelde, bekende en bewezene Intentie van den Commisfionair, en druischt tegen alle denkbeelden aan, welke men hier ten allen tyde aangenomen en door de Practyk gewettigd heeft, dat een Commisfionair, welke op zyn Plaats Wisfelbrieven aan zyn order neemt, om ze dienzelven dag en tot diezelve cours aan zynen Lastgeever te remitteeren, nooit door zynen Committent in Rechten kan betrokken worden, wegens de fchadens, die door gemelde Wisfelbrieven veroorzaakt zyn; dat deeze Commisfionair niet kan gehouden worden , dan als Lasthebbcndc gehandeld te hebben, en dat hy in deeze zyne onbetwistbaare qualiteit, niet verantwoordelyk is voor zyn Endosfement, terwyl, volgens rechten, alle gevaar, hoe genaamd, voor rekening van zynen Lastgeever blyft, byaldien geene voorgaande Conventien hierin verandering maken: — onwankelbaare grondbeginzelen, welke door de Banquiers en Negotiantcn in hunne diverfe Parere's en door de menigvuldige vcrklaaringen van Rechtsgeleerden en Doctoren in de Rechten over deeze Materie, eenpaarig erkend zyn. Voor 't overige kan 'er geen' vraag over E 5 we-  C 74) wezen, of een Commisfionair verantwoordelyk is voor zyn eigene Traittes, of voor Papier uit zyn Portefeuille aan zynen Committent overgedaan. In het eerfte geval is hy zelve de Cedent, en in het tweede transporteert hy een Eigendom, verkreegen, voor dat hem deeze operatie opgedragen was; hy is dus in tweederlei opzichten voor zyne handtekening verantwoordelyk. De ondergetekenden erkennen, dat de Autheurs, welke over de Wisfel gefchreven hebben, als meede de Ordonnantiën van eenige Plaatzen, willen, dat de Endosfant van een Wisfelbrief, wanneer die van Non - Acceptatie en Non-betaaling geprotesteerd wordt, uit hoofde van Guarantie, zoude kunnen vervolgd worden, zo als men onder anderen vindt in het Edit fur le Commerce pour la France, Tit. V. Art. 11 & 13. Maar deeze generaale uitvvyzingen moeten verftaan worden in betrekking op eenen derden Bezitter, eenen anderen namelyk dan den Lastgever, dewelke, Bezitter van zodanige Wisfelbrief geworden zynde, zich van de hem vryftaande keuze kan bedienen, van zyn regres te neemen op welken Endosfant het hem gelieft, en om hem tot het Rem- bour-  ( 75 ) bourfcment te noodzaaken, zo wanneer de Betrokkene in gebreken blyft; en in deezen zin kan men met Mr. Du Puy in zyn Art. des Lettres de change, Cup. 16. § n. zeggen, dat die geenen, welke orders ingevuld hebben, niet admisfibel zyn om tegen de Guarantie, die men van hen gevraagd heeft, te opp oneer en, dat het niet voor hunne rekening is, dat zy die order hebben ingevuld, maar, in Commisfe, of om hunnen Naam te leenen. Waaruit volgt, dat de Bezitter van de Wisfelbrieven in Qucstie, die 'er Eigenaar van geworden was, het zy door de Cesfie van A, of van eenen volgenden Endosfant, het Recht en de Faculteit gehad heeft, om zyn regres op B en Comp. te neemen, dewelke, noch op zyn order, noch voor zyn rekening geageerd hebbende, ten opzichte van hem, Debiteurs in folidum worden van'gemelde Wisfelbrieven; en dat, wanneer A de Lastgeever, voor wiens rekening B en Comp. deeze Wisfelbrieven genomen hebben, gefailleerd was, B en Comp., door eenen anderen Houder tot het Rembourfement genoodzaakt zynde, de fchade door het Faillisfement van A ontftaan, hadden moeten draagen, dewyl dit Faillisfement hen zoude belet hebben van hem hunne volle fchadeloosftelling, per aclio- neni  {rO nem mandati contrariam te verkrygen. Maar men moet een groot onderfcheid maken, tusfchen de verplichting, die ontftaat uit het Endosfement aan hunnen Lastgeever, en het Endosfement van deezen Lastgeever aan eenen derden. Geene Refervatie, geene Claulul is beftaanbaar tegen deezen derden; de Trekker en de Endosfant zyn hem in folidum Guarants voor de Wisfelbrief, waar van hy Houder is; zyn recht van Regres op hem, is even zo onbetwistbaar, als algemeen geadmitteerd en erkend. Maar het is geheel anders ten opzichte van den Lastgeever; terwyl deeze eene zodanige operatie voor zyn rekening ordonneert, zo neemt hy ook alle gevaar op zich; zyn Commisfionair guarandcert hem niets door zyn Endosfement, het welk tusfchen hen beide maar pro forma en uit vertrouwen, ten opzichte van den Lastgeever plaats heeft, zonder hefecnige en onverdeelde Eigendom, dat hem direct vcrkreegen is, van aart te veranderen. De Commisfionair koopt op order en voor rekening van zynen Committent,Traittes,welke hyhem onmiddclyk endosfeert; deeze laatfte heeft geene andere Aclie tegen zyne Mandataris, dan die, welke haaren oorfprong neemt uit de natuur van Contracten de Co?nmisfione fiye manda-  CJ7) dato, maar dit Contract brengt volgens zynen Aart niet mede, dat die geene, welke een Wisfelbrief, of een Actie voor zynen Committent koopt, daar voor te gelyk Guarant zoude zyn, wanneer zulks niet vooraf expresfelyk is geftipuleerd; integendeel het gekogte Effect, het welk hier de voor rekening van den Lastgeever genömene Wisfelbrief is, blyft altyd voor rekening en rifico van den Committent, als Eigenaar, en wanneer de Commisfionair kwam te lyden wegens een daad van den Lastgeever, welk Geval plaats zoude hebben, als de Committent de Wisfelbrief aan een' derden geëndosfeerd had, dewelke zyn Regres op den Commisfionair zoude kunnen neemen, zo zoude de Lastgeever verplicht zyn hem fchadeloos te houden van alle vervolgingen, uit hoofde van zyn Endosfement aan den Lastgeever, dewyl uit alle Commisfien voortvloeit A&io mandati contraria compeiens mandataris adverfus mandantem & tendens ad id, ut mandatarius fervetur indemnis. Men kan ook hier omtrent raadplegen Franckius in Injlit: Jur. Camb. lib. 2. Se&. i. tit. i. § XXL alwaar hy allegueert de Wisfel-Ordonnantie van Hamburg, Art. 36. waar in deeze Diftinctie in acht genomen wort, en waar hy zegt, dat de Or- don-  C 7°o ) donnanticn van andere Plaatzen, naar dezelfde Beginzels moeten uitgelegd worden. Daar is ondertusfehen eene Decifie, welke met het Advys der ondergetekenden fchynt te ftryden, wordende aangehaald door vóorn. Heer Du Puy , Cup. 16. §■ tai afif fcq. De Heeren Riggioli wierden door een Arrest van 't Parlement van Parys van den 21 Auguftus 16/6. gecondemneerd om aan de Heeren Roland en Gasparini last hebbende van Jof. de Maris te Barcelona, de fomma van twee duizend Ecus te betaalen, zynde het beloop van Wisfelbrieven, die zy van de Sollicoffres, betaalbaar in Amfterdam, hadden genomen, getrokken door Jean Fromment aan de order van hen Riggioli a 2 Ufo de Valuta van hen, en welke zy aan voorz. Jof. de Maris hadden geëndosfeerd om eene Commisfle uittevoeren, die hy hen gegeeven had om het provenu van eenige Effecten naar Amfterdam te remitteeren in Wisfelbrieven betaalbaar aan hem de Maris. Maar men moet op dit Arrest van het Parielement van Parys, het welk eene contraire fententie van de Juges Confervateurs te Lyon had vernietigd, aanmerken, dat het niet duidelyk blykt uit het Narré, het welke Du Puy daarvan  ( 79) van geeft", of de Heeren Riggioli deeze Wisfelbrieven direct van de Sollicoffres voor rekening van Jofeph de Maris hadden genomen, en of zy ze dien zeiven dag en tot dezelve Cours hadden geremitteerd, dan of zy het eigendom daarvan, alvorens dezelve aan Maris te cedeeren, hadden verkreegen. Du Puy zegt zelve, dat de Procedures zeer langduurig en verward geweest zyn, het welke iemand zoude doen geloven, dat de Riggioli's niet duidelyk genoeg hebben kunnen aantoonen, dat zy deeze Wisfelbrieven op Amfterdam niet dan in Commisfie hadden genomen; een bewys, waarvan de Decifie deezerRechtszaake afhing. Wat 'er van zy, een Arrest van 't Parlement van Parys, hoe refpeetabel dit Hof ook zy, maakt geene wet, cum 11071 exemplts fit vivendum, fied legibus. En dit Arrest kan zeker niet op het tegenwoordig geval van B en Comp. toegepast worden, het welk niet dan door Kooplieden van onze Stad, volgens onze Coftumen moet uitgeweezen worden. Daar het nu hier in de: Commercie aangenomen is, dat een Commisfionair Wisfelbrieven voor rekening van zynen Correspondent neemende, dezelve gemeenlyk aan zyne order laat maaken of endosfeeren , zo dat deeze daad nooit in dien zin kan uit-  ( 8o ) gelegd worden, als of hy zich had willen guarant Hellen; zo koomt het hier ook enkel daarop aan, te bewyzen, dat, toen hy ze nam, hy wezenlyk van intentie was om ze voor zynen Committent en als Commisfionair te neemen, als waar aan het fchynt niet getwyffeld kan worden in het geval van B en Comp., dewyl zy deeze intentie hebben doen blyken, niet alleen door, volgens het Factum, deeze remifes direct op Rekening van A te brengen, maar ook door dezelve aan hem denzelfden Dag en tot dezelfde Cours, als ze van C. genomen waren, te remitteeren. De Ondergetekenden befluiten deeze Memorie met aantemerken, dat alle Praefumtie, als of B en Comp. zich door hun endosfemcnt Guarants hadden willen ftellen voor de van C genomene Wisfelbrieven, verdwynen moet, volgens de uitdrukkclyke verklaring, die zy door hunnen Brief van 10 February 1785, gaven : dat zy hunne Guarantie introkken, dewyl A dezelve niet begeerde, en dat het in geen aanmerking meer kwam. En het is in tegendeel de grootfte abfurditeit, dat A des niet tegenftaande voorgeeft, van deeze Guarantie te moeten jouïsfecren; alzo hy dezelve by zynen Brief van 28  ( 8i ) 2O Febntary 1785 niet refufeerde, dan (zo als hy nu zegt) om dat hy ontwaar wierd, dat de Guarantie van B en Comp. voor niet te hebben was, zynde het Papier, dat zy hem in Retour remitteerden, byna ahyd, of hunne eigene Traitten, of Papier, dat zy van buiten 's LanJs kreegen, en dat, zulks verouder/leid zynde, de Guarantie van B en Comp., wegens hunne Ondertekening in Rechten bef aan moest. Telkens, als B en Comp. aan A Retouren deeden, of in hunne eigene Traitten, of in Papier, dat hen van buiten 's Lands was toegekoomeu, is het zeker, waren zy Guarants voor hunne Ondertekening en, ten opzichte van zodanige Remifen, kondc A zeggen, dat de Guarantie van B en Comp. voor niet was; maar nooit had A verzocht, dat B en Comp. hem niet dan hunne eigene Traitten, of Papier, dat zy van buiten 's Lands kreegen, zouden remitteeren. Al wat hy, in den beginne hunner Briefwisfeling, geëischt had, was geweest, om hem hit folidejie en ongetwyjfeld goed Papier te remitteeren. B en Comp. waren dus geauthorifeerd om voor Rekening van A hier ter plaatze Papier te neemen en het hem te remitteeren. mits hetzelve van Negotianten of Banquiers genomen wierd, die van een vol CreditjotusI. Stuk. F \  (8a) fcerden. En het is zelf zeer waarfchynlyk, dat, geduurende de Briefwisfeling tusfchen Aen Ben Comp., deeze laatfte dikwyls dergelyke Remifen zullen gedaan hebben, welke zy op de Beurs genomen hadden. Maar,ten opzichte van zodanige Remifen, konde A niet veronderftellen, dat B en Comp. hem hunne Guarantie voor niet zouden geeven. Zy hadden, in hunne Brief van den i3den January 1785. in het Faéhim aangehaald, verklaard, dat, al Honden zy hem hunne Guarantie tegen £ pCt. Provifie toe, zy nogthans wilden verftaan hebben, niet dan de fujjifance van huntten Cedent te guara?ideeren. Zy hadden hem dus te kennen gegeeven, dat, als hy hen. geen | pCt. Provifie betaalde, zy ook de fuffifance der Cedenten van Wisfelbrieven, welke zy alhier mogten neemen, niet zouden guarandeeren; zo dat, toen hy hunne Guarantie refufeerde, zulks natuurlyker wyze betrekking moest hebben op gevallen, gelyk dit in questie, dat is te zeggen, op zodanige, waar B en Comp. voor zyn Rekening Traitten VTilden neemen van Negotianten of Banquiers, welke een vol Credit genooten, om ze direct aan hem en tot dezelfde Cours, als zy dezelve genomen hadden, te remitteeren; waaruit volgt,dat zyne weigering van de Guarantie van U  ( s3 j B en Comp. te accepteeren, in het thans exifteerend geval, tegen hem werken moet, om dat dit juist het geval is, waar in hy van de hem aangebodene Guarantie had kunnen jouïsfeeren, by aldien hy daar voor had willen betaalen. Gedelibereerd in Amfterdam den 26 Auguftus 1788. (getekend) Nicolaüs Bondt, Jacob Klinkhamer, Jeronimus Nolthenius, //. B. Luyken. Wy Ondergetekende Banquiers en Ncgotianten ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende het hier voorftaande Factum en Advys van de Ilcercn en Mrs. Nic. Bondt, Jacob Klinkhamer, Jeronimus Nolthenius en H. B. Luyken, Doctoren in de Rechten en Advocaaten , by den Hove van Holland geadmitteerd en in deeze Stad in de Rechten praetifeerendc, verklaaren, ons geheel en'al te conformceren met de uitwyzing van gemelde Advocaaten op de voorgelegde Vraag als zynde in allen opzichte overeenkoomfü> mét F 2. de  ( 84 ) de aan ons bekende en door ons aangenomene Wetten en Coltumen deezer Stad in Wisfelzaaken. A te Marfeille de Guarantie van B en Comp. voor de Remifes, welke zy hem in Commislie en voor zyn Rekening zouden doen, uitdruklyk gerefufeerd hebbende, kan ook nu geen aanfpraak maaken op deeze Guarantie, dewelke hy nooit geltipuleerd heeft, noch het daar toe ftaande daar voor heeft willen betaalen. En, offchoon B en Comp. de Wisfelbrieven van C op Madrid, welke zy voor A genomen hadden, hebben geëndosfeerd, zo maakt nogthans dit Endosfement hen geen Guarants voor dezelve, dewyl zy, met de Traitten van den Banquier C, welke toen een vol credit hier ter plaatze genoot, aan hunne order te laaten maaken, niet meer gedaan hebben, dan een in deeze Stad algemeen aangenomen gebruik te volgen, hebbende zy deeze Wisfelbrieven denzelfden dag en tot dezelfde Cours aan A geremitteerd ; bcltaandc het gemelde gebruik daarin, dat deNegotianten en Banquiers, aan hunne Correspondenten, voor derzelver Rekening, Remifes moetende doen, de Wisielbrieven, welke zy, ter uitvoering hunner Commisfie, nee-  ( 85 ) neemen, aan hunne eigene order laaten maaken of endosfeeren, om ze vervolgens aan hunnen .Correspondent te endosfeeren. De manier, op welke de Wisfelzaaken in deeze Stad getracteerd worden, gedoogt niet, dat 'er anders mede te werk gegaan worde, gelyk zulks breedvoerig door de Heeren Advocaaten is aangetoond. En men laat zelden zodanige Remifen aan de order van dien geenen maken, voor wiens Rekening men zë neemt. Zulks geichiedt' niet, dan wanneer men een faldo remitteeren wil, of, wanneer men geen volkoomen vertrouwen ten opzichte van dien geenen heeft, aan wien en voor wiens Rekening de Remife gedaan wordt. Men heeft ondertusfehen onder de Negotianten en Rechtsgeleerden akyd begreepen, dat, zonder eene voorafgaande dipulatie, dat eene Commisfionair, tegen eene mede vooraf befprokene extraordinaire Provifie, Delcredere of Guarant zoude zyn, geen zodanig Endosiement eenen Remittant aan zynen Correspondent voor de Wisfelbrief aanfpraakelyk maakt, wanneer hy dezelve, in gevolge de last van z^nen Correspondent, genomen en dezelve direct denzelfden dag en tot dezelfde Cours aan hem geremitteerd heeft,zo dat,offchoon het Endosfement den Endosfant voer de Wisfelbrief aanfpraaklyk maakt F 3 aan  ( 86 ) aan eenen derden Bezitter, die zyn Recht door een laatcr Endosfement verkreegen heeft, die geen echter,welke dezelve hier, voor Rekening van zynen Correspondent, genomen en ze aan hem met zyn Endosfement geremitteerd heeft, als dan zyn Regres zal mogen neemen op deezen zynen Correspondent zeiven, ten dien effecte, dat. deeze hem fchadeloos moet flellcn en hem rembourfeeren, het geen hy zal hebben moeten betaalen, in gevolge van zyn Endosfement, het welk hy niet dan in Commisfie en voor Rekening van zynen Correspondent daarop gefield heeft. Verklaard in Amfterdam, den 2oAuguflus 1788. Muilman en Soonen. R. en Th. de Smeïh. Go// en Comp. Jacob Dull en Soonen W. van Brienen en Soonen. J. D. en W. van Vollenhoven. Joan Hodshon en Zoon. Jan Gildemcejler en Zoon. Wilhem en Jan Willink.. van Htmerti Batrlman en Marchant. Harman van de Poll en Comp. van  ( *7 ) van Notten en Cemp. Jan en Theod. van Mar feit:. Henrico Coecq en Zoon en Comp. Brauer en Comp. Peye Rick en Comp. Th. en C. Wtlhiefon en Comp. Brannsberg, Streckeifen en Comp. Lemaistre Blaauw en Comp. Brehenfeldt en Gregory. Melvil en Wol ff. Teysfet en Comp. Larwood en van Hasfelt en van Suchtelen. Hoggtter, Grand en Comp. B. van Homrtgh. Boiereau en Comp. J. Texier, Angely en Masfac.] -Arnoldus Finman. de Wed. Piettr van Veen Zoon. de Wed. Juranszoon en Grefftilhe en Comp. Guaita en Comp. Jan en Carl Hasfelgreen. Cuny en Comp. P. en C. ven Eeghen. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. Severyn en Haefebreeck. Francais Abrahamsz. en Tetting. W>rnier tn Hartftnck. Cohen en Comp. W',d. Levie Salomon: en Soonen. F 4 . VIII.  (88 ) VIII. Wisfelbrieven, zonder de Claufüle van of ordre, kunnen niet anders betaald worden, dan aan die geenen, aan dewelke dezelve betaalbaar gepeld zyn, ofwel aan derzelver gemagtigden, by behoorlyke procuratie. ondergetekende Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, certificeeren én declareeren by deezen, dat, volgens de Rechten en Collumen, in cas van Wisfel alhier ter Stede vigeerende en geobferveerd wordende, Wisfelbrieven getrokken door Titius, om te betaalen aan Sempronius, zonder byvoeging van declaufule, aan ordre, volgens derzelver aart en natuur, door denzelven Sempronius niet kunnen worden ingetrokken, of by endosfement vernegotieerd aan een ander, als alleen betaalbaar zynde aan denzelven Sempronius, nademaal de Trekker die bepaaling heeft gemaakt, dat de betaaling aan Sempronius alléén, en aan niemand anders zou moeten worden gedaan, het geen echter door bchoorlyke procuvaüc on e-:n ftnuergTuppkëerd kan worden, . 8*  ( 89 ) gelyk daartegen Wisfelbrieven, door Titius getrokken , om betaald te worden aan Sempronius, of deszelfs ordre ,ofaan de ordre van Sempronius, kunnen worden ingetrokken, en door endosfement vernegotieerd; ten dien effecte, dat de Acceptant zodanige Wisfelbrieven, welke betaalbaar zyn gemaakt aan ordre, moet betaalen aan den geenen, die door een wettig endosfement, daar van houder en bezitter is. Zie Phoonsfen, Cap. IX. § 6. (getekend) Muilman en Soonen. Hope en Comp. perproc. Rd. en Th', de Smeth, E. Sïblesz Willem van Brienen en Soonen. Guaita en Comp. Zap pa en Gebr'. Lorla. Braunsberg, Streckeifen en Comp. Goll en Comp. Cmy en Comp. F- di Carli di Bernardo. T. en C WiMefon en Comp. Melvil & Wolff. Westrik en Pool. Cêudtrc «n Braafs. F 5 Gtor-  (9o) George Frecï. Kummich. P. de Wolf. J. C. Neuhaust als proc. hellende Tan J. J. Faefch. Jan Nepveu en Zoonen. Th. Gulcher en Mulder. Gebroeders Planta. per proc. van J. F. Me/te, P. C. Westan. Breitenfeldt en Gregory. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. Jacol Dull en Soonen. Christiaan van Orfoy en Soonen. la Coudré, Zoon en Ryke. Harman van de Poll en Comp. Wilhem en Jan Willink. Joachim Brouwer en Zoon. Teysfet en Comp. Jan en Carl Hasfelgreen. JDavid van Mollem Sy der veld'en van der Merfch. Teyler en Teyler van Hall. Louis Mojana. Wernier en Hartfmck. Hogguer Grand en Comp. Brentano en Comp. Steph. D. Ifay en Comp. Reinhard Scherenherg en Comp. Ptyt  (9i ) Peye Rick en Comp. Antony Molière en Comp. P. J. Menjolet. J. Texier, Angely 6? Masfac. de Bary en Comp. Gerlach en Saweyer. Jean Neel en Zoon. G van der Vliet en Zoonen.' Determeyer Wesling en Zoonen. per proc. Paul Charlé, Gerard'. van der Beek. Wed. Ifaac Fremeattx en Zoon. Caveüier en van Cetilen. per proc. Turri en Comp. Johan Ohwexer. Z. Eekhout. IX.  IX. In Promesfe BilHetten worden de Trekkers te gelyk Acceptanten, en deeze Promesfen buiten Lands gepasfeerd aan iet zelfde recht, als andere Wisfelbrieven onderworpen zynde, moeten derhalven, in cas van wanbetaaling, door de Houders ' behoorlyk geprotesteerd worden, zo wel tegen de Prominenten ter zodaniger gedomicilieerde Plaatzen, als door hen op dezelve Billiettcn mogten aangewezen zyn, als tegen de Adresfen , welke door Derden op dezelve, des noods, mogten gefield zyn, ingeval ook door deezen de betaaling geweigerd wordt, zonder dat echter de Houders in de verplichting zyn, om dezelve alvoorens by zodanig domicilium, of by eenig ander adres ter acceptatie te prefenteeren, veel min, by faute van dien, deswegens te protesteeren. In de Maand February deezes Jaars, trasfeetde A aan de ordre van B de navolgende Wislèlbrief : „ Keu-  (93) '„ Keulen den i February 1788. voor ƒ 1000: —: — Holl. Courant. „ In den loop van Maart aanltaande, zal „ ik betaalen voor deeze Prima Wisfelbrief „ aan de order van den Heer B. de Somma „ van Duizend Guldens Hollandfch Courant, „ waarde van denzelven Heer ontvangen. UEd. onderdaanige en gehoorzaarae Dienaar, A. Aan Myn Heer den Heer C te Amfterdam. B fchryft, toen hy dit Biljet verkoopt, ter zyde van de woorden Aan Myn Heer C te Amflerdam, de volgende Formalien: Des noods aan den Heer D per B. E koopt vervolgens dat Biljet van B, betaalt hem daar voor het contante Geld, en endosfeert het zelve aan den Heer F in Dordrecht, van wien hy, tot dat beloop, goederen ontvangen had. F in Dordrecht endosfeert dat Biljet wel verder, doch laat het zelve in 't geheel ftil leg-  C 94 ) leggen, zonder dat het zelve, zo min by C in Amfterdam, aan wien het zelve was geadresfeerd, als by D, dewelke door B, in geval van nood, was aangeweezen, ter acceptatie wordt geprefenteerd. F in Dordrecht, wachtte de ganlche maand Maart ftil uit, en liet het Biljet enkel by C in Amfterdam prefenteeren, en, vermits geen betaaling gefchiedde,protesteeren, en zulks wel door een abuis, een Dag laater dan de respyt dagen liepen. F zendt vervolgens het Biljet met het Protest aan zynen Endosfant E terug, om andere vergoeding te erlangen. A en B waren intusfchen in het begin van de maand Maart, en C circa half Maart, gefailleerd, E daar en tegen weigert een andere vergoeding van het geprotesteerd Biljet aan den Heer F, om de volgende redenen: i° vermits het bovenftaande Biljet een waare Traittc is, dewelke dus aan C in Amfterdam ter acceptatie , had moeten geprefenteerd worden — a° beroept zich E op de Amfterdamfche Wisfel - Ordonnantie, Art. 3. — 30 vermits de woorden: des Noods aan den Heer D per B, in het Biljet gefchreeven waren, en dus het zei-  (95 ) zelve Biljet, zo wel by D ter acceptatie, als ter betaaling had moeten geprefenteerd en, by gebrek van het een of ander, by den even genoemden D insgelyks geprotesteerd geworden zyn — 4o om dat het zelve Biljet ter behoorlyker tyd zelf niet eens geprotesteerd, en gevolglyk door den Heer F krachteloos gemaakt is. F in Dordrecht, brengt daar tegen in: i° dat het gezegde Biljet maar een Promesfe is, vermits de Uitgeever A in het zelve zegt: Ik zal betaalen— q? dat gevolgelyk geene prefentatie tot acceptatie nodig, noch van kracht geweest was, naardien A als Uitgeever van die Promesfe reeds door 't pasfecren van dien. eo ipfo acceptant geweest was. — 3° dat hel Biljet by C in Amfterdam ter acceptatie niet geprefenteerd had kunnen worden, om dat het zelve op hem niet getrokken, maar enkel aan C geadresfeerd, of, zo als men 't noemt, gedomicilieertwas geweest -4° dat de woorden voor deeze Prima Wisfelbrief, UEd. onderdanige Dienaar, de eigenfehap van de Promesfe niet konden veranderen, vermits ook by Promesfen diergelyke uitdrukkingen meermaals door den Uitgeever gebruikt wierden — 5°  (90 5° dat de Amfterdamfche Wisfel -ordonnantie maar enkel fpreekt van waare getrokkene Wisfelbrieven, en niet van bloote Promesfen, die, volgens algemeene obfervantie, nimmer ter Acceptatie geprefenteerd wierden — 6° dat de woorden, des noods aan den Heer Dper. B niet door den Uitgeever A, maar door B gefchrcsven zyn geworden, en dat, gelyk hy F in Dordrecht niet verplicht geweest was ergens anders aanvraag te doen, dan by den geenen, alwaar de Uitgeever A onderfteld had, dat de betaaling zoude gefchieden, hy ook niet verplicht was geweest,tweemaal te laaten .prcfenteeren of proteiTeeren, terwyl het ook buiten dien in facto waar was, dat A en B reeds in het begin van Maart waren gefaillieerd, zo dat ook buiten dien, zodanige herhaalde proteftatie eene volftrekt vergeeffche moeite geweest zoude zyn, inzonderheid vermits aan D het fonds ter betaaling niet was geleverd geworden — 70 met betrekking tot de te laat gedaane Proteftatie zegt F, dat het Biljet in queftie als eene bloote promesfe, geene proteftatie noodig had, en hy dus daar by ook nog iets ten overvloede had gedaan, dewyl buiten dien, alle proteften den Endosfant E niet het minfte gebaat zouden hebben. Dus  ( 97 ) Dus is de Vraag: i°. Of liet Biljet in questie, volgens algemeen Wisfelgebruik, aan C in Amfterdam, en, in geval deeze de acceptatie niet gedaan had, aan D ter acceptatie had moeten geprefenteerd worden? 2°. Of de juist op den laatften Rcfpytdag niet gedaane proteftatie van het Biljet, den perfoon van F, uit hoofde van zyn verzuim, naar de gefteldheid van de zaak,van het recht van Regres op E verftooken heeft? 3°. En of E door zyne overige excepticn zich van de vergoeding voor het beloop van het Biljet, volgens algemeen Wisfelgebruik, kan ontdaan? Gezien by de Ondergetekende Juris utriusquc Doétorcs en Advocaaten by den Hove van Holland geadmitteerd, de bovenftaande Cafus en de Vraagen, daar by geproponeerd; dunkt: (i) Wat betreft de eerite Vr aag Dat het Biljet daar by vermeld, aan C in Amfterdam niet ter acceptatie heeft behoeven tejwor- I. Stuk. G dén  (9S) den geprefenteerd, noch ook aan D, wanneer C dezelve acceptatie had geweigerd. En zulks om reden, dat het zelve Biljet is een Promesfe van A, waar by dezelve aanneemt te Amfterdam te zullen betaalen , en omtrent welke hy A dus als Trekker en Acceptant te gelyk moet worden geconfidereerd. Deeze Wisfelbrief, of Promesfe, was dus reeds geaccepteerd, en de by voeging aan Myn Heer C te Am fier dam, kan niet anders geconfidereerd worden, dan als een aanwyzing van de plaats, alwaar A de betaaling aannam te doen. Men kon dus van C niet vergen, dat hy die Promesfe van A zoude hebben moeten accepteeren , als zynde dezelve niet op hem getrokken , en hy dus zich ook niet door de acceptatie tot de betaaling konde verbinden. En om dezelfde reden is de Houder van dezelve Wisfelbrief ook niet gehouden of verplicht geweest, de acceptatie van D te vraagen, aan wien B door zyn bygevoegd adres gewild had, dat men zich, des noods,voor hem B zoude vervoegen. Dit adres deed den aart van het gefchrift niet veranderen, het welk een Promesfe zynde, die door den Trekker zelf géacceptcerd was, derhalven geene nadere, of twee-  C 99 > tweede acceptatie noodig had. En dus moet hetzelve adres van B, in geen andere zin worden opgenoomen, dan dat B daar door heeft te kennen gegeeven, dat men, by waribetaaling van A, zich by D zoude moeten vervoegen, ten einde dan aldaar de betaaling voor rekening van hem B te vraagen. (2) Dan, hoe zeer de ondergetekende dcrhalven van gevoelen zyn, dat de Houder van de gemelde Wisfelbrief, of Promesfe geen verzuim gepleegd heeft, door dezelve, noch aan C, noch aan D ter acceptatie te prefenteeren, zo begrypen dezelve niettemin, dat F als Houder van deeze Wisfelbiief, geen Regres heeft op E, die de gemelde Promesfe aan hem heeft geremitteerd; en zulks omreden, dat hy F verzuimd heeft de betaaling daar van by C ten vervaldage , of binnen de reipytdagen, welke alhier te Amfterdam plaats hebben, te vraagen,en, by weigering van die betaaling, dezelve Promesfe van Non-betaaling eerst tegen A, aan het Domicilium van C, en vervolgens te gen D te doen proteftëeren. Dit is de aart van den Wisfelbandel in 't algemeen, dat, een Wisfelbrief gemaakt zynde G 2, oin  ( 100 ) cnn op zekeren dag te worden betaald, de Houder de betaaling op dien dag, of ten minften binnen de refpytdagen, welke daar toe in de onderfcheide plaatzen, alwaar Wisfelhandel gcdreeven wordt, by de Wetten of Conftumen bepaald zyn, van den Betrokkenen, of aan het Domicilium, alwaar de betaaling is aangenoomcn, moet vorderen, erf, dezelve niet volgende,deswegens eene behoorlykc Acte van protest moet laaten opmaaken, waar door hy zyn recht tegen de Endosfanten en Trekker behoudt; terwyl hy daar omtrent eenig verzuim pleegende, daar door verltaan wordt, den Betrokkenen voor zynen Debiteur alléén te willen houden en_ van het recht van Regres tegen de Endosfanten > en Trekker te hebben afgezien. En dit is ook hier ter Stede met uitdrukkelyke woorden geftatueerd by eene Keure van den 31 "july 1660, te vinden in de Handvesten en Willekeuren deezer Stad, II. Deel, pag. 543. alwaar gezegd wordt „ dat alle Wisfelbrieven van bui„ ten komende, omme binnen deeze Stad be„ taald te worden, by nonvoldoeninge gepro„ tefteerd zuilen moeten worden, uitterlyk bin„ nen den zesden dag na den Vervaldag, de „ Sondag, of heilige daagen daar in begrecpen, v en den dag na den vervaldag voor den eer- „ ften  ( «a ) „ ftcn dag gereekend," terwyl de Heeren van den Gerechte alhier vervolgens by eene Interpretatie en Ampliatie van dezelve Keure op den 29 Maart 1661 hebben verklaard, „ hunne p meening en intentie by het maaken van de„ zelve geweest te zyn, en noch te weezen, „ dat indien de Wisfelbrieven niet en worden „ geprotefteerd binnen den zesden dag, na den „ Vervaldag, als dan door zodaanig verzuim „ en nalaatigheid de Houders van zodaanige „ brieven hun regt teegen de Trekkers en Eu„ dosfeurs kooincn te verliezen:" moetende omtrent deeze Keur geobferveerd worden, dat dezelve wel in dien zin moet worden verfhan, dat het daar by geftatueerde omtrent de bevryding van den Trekker dan alleen werkt, wanneer de Trekker het fonds tot betaaling van den Wisfelbrief by den Betrokkenen leggende, of van hem te vorderen heeft gehad, zo als dit in het breecle wordt betoogd by P11 o 0 n s s e n in deszelfs PFis/elftyltot Amfterdam ,Cap. XFII. %. XII. in de aanteekening, doch dat dezelve voor 't overige is in yiridi obferyantia; terwyl in het voorhanden zynde geval, volgens het geene by de Cafus-Pofitie wordt gezegt, E de Wisfelbrief in questie van B heeft gekocht, e# aan denzelven daadlyk heeft betaald, en waar G3  ( 102 ) om dan E ook niet door F om rembours kan worden aangefprooken, nademaal hy F verzuimd en nagelaaten heeft dat geene te prcfteeren, 't welk het Wisfelrecht van hem requireert, om hem zyn regres tegen zynen Cedent E te doen behouden. Moetende de ondergetekende vervolgens, ten befluitc, remarqueeren, dat, daar de exceptie van E, om zich van de vergoeding voor het beloop van de Promesfe, by de Cafus-Pofitie vermeld, te ontdaan., uit hoofde van het verzuim van F, om dezelve binnen de refpytdagen te doen protefteeren van Non-bctaaling, alzints is peremtoir, het dcrhalven onnoodig is, dat men zich omtrent deszelfs verdere exceptien of allegatien zoude moeten uitlaaten. Aldus geadvifcerd te Amfterdam, den 24 November 1788. (was getekend) Nicolaüs Bondt-, H. B. Luyken. J. Bondt. De ondergetekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, gezien eh geëxamineerd hebbende dc bovenftaande Ca-  ( io3 ) Cafus-Pofitie, en het Advys van de Heeren Mr. Nicolaüs Bondt, H. B. Luyken en J. Bondt, Juris utriusque Doétorcs, en Advocaaten binnen deeze Stad daarop gegeeven, verklaaren zich daarmeede volkoomen te conformeeren, zo omtrent het eeriïe poinct, dat het gefchrift, by de Cafus vermeld, is een Promesfe, of Schuldwisfèl, door den Trekker zelf aangenomen, om by C te Amfterdam te betaalen; en dat derhalven daar van geene nadere acceptatie heeft behoeven te worden gevraagd, als omtrent de verplichting van F, als Houder om dezelve Wisfelbrief of Wisfelpromesfe op den Vervakyd, of binnen zes dagen na denzelven, te doen protefteeren-van Non-betaaling ten huize van C, en dezelve betaaling aldaar niet kunnende worden geobtineerd, vervolgens tegen D, by wien dezelve Wisfelbrief door B, in cas van nood, was geadresfeerd; begrypende wy ondergetekende, dat F verzuimd hebbende dit protest van Non-betaaling binnen den behoorlyken tyd te laaten doen, daar door zyn Regres tegen zynen Remittant E, volgens de by voorn. Advocaaten geallegeerde, en ons bekende Wetten en Coftumen deezer Stad, heeft verlooren. G 4 Al-  ( 104 ) Aldus gedeclareerd te Amfterdam, den i December 1788. (getekend) Hope 6? Comp. Hogguer, Grand 6? Comp. Braunsberg, Streckeifen & Comp. De Bary & Comp. Westrik en Pool. M. Relemeyer £f Zoonen. Jan W. Bongard. Sigrist & Bbninger. Muilman <$? Soonen. T. & C Wilkiefon & Comp. Jean Fizeaux & Zoonen. Cuny & Comp. J. F. Motte. Chr: Gottl: Meyer. slib: Joh: Cramer. Seyen en Herminghuyfen. R. & T. de Smeth. ' J. & C. Hasfeigreen. Guaita 6? Comp. Breitenfeldt & Gregory. ' Mart: Chr: Schröder. Gerlack gf Saweyer. Focke £? Kops. Wm: Kbnig £? Comp. X.  ( io5 ) £ê« Commisfionaris is niet aanfpraaklyk voor de fchade, door dief ft al overgckoomen aan Goederen voor buitenlandfche Rekening ontvangen, liggende op een wel geflooten en verzorgd Pakhuis. D c ondergetekende Rechtsgeleerden en Advocaaten by den Hove van Holland geadmitteerd , te Amfterdam refideerende, certifïceeren , ten behoeve van die geenen, welke zulks zouden mogen aangaan: Dat volgens de Rechten in deeze geheele Provintie van Holland, en dus ook hier ter Stede geobierveerd wordende, een Koopman, welke Goederen van buiten 's lands ontvangt, om in Commisfie te verkoopen, en die heeft doen brengen op een Pakhuis, dat wel geflooten en verzorgd is, niet aanfpraakelyk is wegens dicfftal, naderhand aan die Goederen gepleegd, maar dat de Schade door zodanige diefftal veroorzaakt, waar omtrent de hier zynde Koopman buiten allen fchuld is, alleen blyven moet tot lasten van den Eigenaar der Goederen, het G 5 geen  ( io6 ) geen ook met de Civile, of Romeinfche Rechten in allen deele overeenkoomilig is. Dies ten oirconde hebben wy dit Certificaat afgegeeven, om te dienen, daar het nodig zal zyn. Amfterdam den 20 January 1789. > (was getekend) Nicolaüs Bondt, ff. B. Luyken: J. Bondt. Wy ondergetekende Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, verklaaren van dezelfde opinie te zyn, als de Rechtsgeleerden en Advocaaten hier boven gemeld. Amfterdam January 1789. (getekend) Mui/man & Soonen. Hope 6? Comp. Pr: Proc: R. $ Th: de Smnh. , E. Sib/esz. fflUem van Brienen £? Soonen. Hogguer, Grand g> Comp. ' Goli g> Comp. J. Texier, Angely & MasjQic. Jan  ( io7 ) Jan Nepveu & Zoonen. Courtiau, Echenique Sanchez cjf Comp. Jan 6? Carl Hasfelgreen. Cavelier en pan Ceulen. Botereau & Comp. Guaita £? Comp. Wernier <$? Hart/inck. Pierre Dusfumier. Severyn & Haerebroeck. Th: Sf C. Wiikiefon fi? Comp. Rocquette 6? v. d. Poll. La Coudré } Zoon £? Ryke. Teysfet g? Comp. Cafas <5? Comp. Jean Ne el gf Zoon. Ten Korte en van Schorrenberg. Wm: & J. Willink. Doekfcheer Wilkiefon en Comp. Wm,  ( I2Ö ) Wm: en Jan Willink. Pieter de Haan Pz. Am: Hooghart en Zoonen. Jan Neel en Zoon. R. Scheerenberg, Dit mar en Gildemeefler. Jan Mefchert van Follenhoven. J. Heemskerk. Bentink en Wardenburg. Daniël Crommelin en Zoonen. Henrico Coecq en Zoon en Comp. B. van Homrigh. Teysflei en Comp. Cafas en Comp. Hend: Hopy. Jan Gihlemeefler en Zoon. Gebroeders Planta. de Bary en Comp. Jan pan Rynepeld en Zoonen. Willem van Brienen en Soonen. N. J. pan Staphorst en Hubbard. Daniël pan Pruisflen Morisfle en Soon. Braunsberg, Streckeiflen en Comp. Jean Texier, slngely en Masflac. Courtiau , Echenique Sanchez en Comp- Cuny en Comp. A. Roy en Branger> Geddert Cappel en Zoon. de Wed. T. en B. J. Ploos pan Amflgl. Leonard pan Lennep. Anth: en Daniël Bierens. Ro-  C 127 ) Rocquetle en p. d. Poll. La Coudré, Zoon en Rykt. Doekfcheer en Steenbergen. Wed. Jf: Fremeaux en Zoon. Couderc, Brants en Changu'ton. Wernier en Hartfinck. Renouart en Comp. Johannes pan Hemert. Anthony Molière en Comp. Rolland en Comp. Melpil en Wolf. Brentano en Comp. Jan en Theod: pan Marfelis. Seperyn en Haefebroeck. Jfaac pan Eyk en Zoon. Westrik en Pool. Steph: d,Tzay en Comp. Z. Eekhout. Jan Neppen en Zoonen. XIV  C128 ) XIV. De Oost-Indifche Compagnie vergoedt geen fchade op Thee, door haar voor gaaf verkocht, wanneer, by de aflevering, geene uiterlyke tekenen van befchadigdheid aan de Fusten zyn. Wy ondergefchrevene Kooplieden en Makelaars, in Thee handelende, declareeren hier mede aan alle, die het zoude moogen aangaan, dat, wanneer de Oostindifche Compagnie eenige Thee aflevert, door haar voor gaaf verkocht, doch die by de ftorting der Kisten of Kistjes eenig defect van droog befchadigdheid, het zy dat het zelve aan een Koek gezet is, of anderzints klaare bewyzen van oude befchadigdheid oplevert, niettegenftaande 'er geen uiterlyke tekenen van zyn, dat voor dergelyke ongevallen de Compagnie geene rafaétie, of vergoeding aan de Koopers geeft, en dat dezulken, die het zo van de Compagnie ontvangen, het ongeval voor hunne rekening houden moeten, ingevolge de Heilige conditie van Verkoop door de Compagnie aan de Koopers voorgehouden. / Al-  ( i2q ) Aldus verklaard ter goeder trouwe, volgens onze beste kennisfe en ondervinding, om te dienen, daar 't nodig zal bevonden worden. Amfterdam n Juny 1789. (getekend) sllbertu: le Grand, Makelaar. Hermamn Hageman. Makelaar. Bs: Becker. O ito Roel ofs. Pr: Eiias Mofes Daniels. Jan Jacob Voute Junior, Makelaar. Michiel Herfst. Jan van Alftee en van Bergen, Barend en Marten Kooy. J. JVm: Spliethoff. C. 1 Varendorp en van Marwyk. Jacob Roelofs. Jan IV. Carp en Soon. Pr: Fr: Laarman. Daniël de Vos. fan Wm: Berntz. I. Stuk. 1 XV.  ( 13° ) XV. Een Houder van een Wisfelbrief, getrokken: betaalbaar na dato, is niet gehouden, tot fecuriteit van Derdens, de Acceptatie derzelver te vorderen, of, by weigering van dien, van Non-acceptatie te protefteeren. C in Franckfuft remitteert aan D alhier Wisfelbrieven getrokken op F alhier, om op twee Maanden na dato te worden betaald, welke Wisfelbrieven hy C van B, en 13 van A genomen heeft, zynde deeze Wisfelbrieven alzo by P ontvangen omtrent drie weeken voor den vervaldag. D prefenteert dezelve Wisfelbrieven aan den betrokkenen F ter Acceptatie, doch deeze verzoekt eenige dagen uitftel, om daar over te fchryven. Dan, dit traineerende, laat D dezelve Wisfelbrieven nog agt dagen voor den vervaldag protefteeren van Non-acceptatie, en verzendt hetzelve Protest aan zynen Remittant C. De betaaling ten vervaldage geweigerd wordende , laat D dezelve van Non-betaaling protefteeren, en adrcsfeert zich by eenen Correspondent van  ( 131 ) van A tot de honoratie, welke door den zei ven ^ opexpresfe order van A, wordt geweigerd, om reden, dat D het Protest van Non - acceptatie had uitgefteld. Nu wordt gevraagt: „ Of D gehouden is geweest voor de Accep„ tatie ook tot fecuriteit van B of A te zor„ gen; en of B en A door het uitftel van het „ Protest van Non - acceptatie, van aanfpraak „ bevryd zyn, dan of dezelve des niet tegen„ ftaande verplicht zyn, dezelve Wisfelbrieven „ te rembourfeeren? De ondergetekende Juris utriusqüe Doctores en Advocaaten te Amfterdam practifeerende, gezien hebbende de bovenftaande Cafus-Politie, en de vraage daar uit geproponeerd, zyn van begrip: Dat D niet geoordeeld kan worden voor de: Acceptatie der Wisfelbrieven by de Cafus-Pofitie gemeld, ook tot fecuriteit van B of A te hebben moeten zorgen, en dat B en vervolgens A derhalven, daar de Wisfelbrieven ten vervaldage behoorlyk van Non-betaaling]zyn geprottf» fteerd, verplicht en gehouden zyn dezelve td  C 132) rembourfeeren. En zulks om reden, dat, gelyk by de Wetten en Ordonnantiën op het ftuk van Wisfel hier ter Stede, noch ook in andere commercieerende Plaatzen,aan den Houder van een Wisfelbrief niet is opgelegd de verplichting, om, zo dra dezelve hem in handen koomt, de Acceptatie daar van te doen vorderen, en, by weigering van dien, de Wisfelbrief van Non-acceptatie te doen protefteeren; het alzo ook by de voornaamfte en beste Schryvers over het Wisfelrecht is aangenomen: dat, wanneer een Wisfelbrief niet getrokken is op Zigt, of eenige dagen na Zigt, (in welke gevallen de Acceptatie vordering vereischt wordt om den vervaldag te bepaalen,) een Houder geenzints verplicht is, de Acceptatie van de Wisfelbrief te vraagen , en, by faute van dien, dezelve van Nonacceptatie te doen protefteeren, en dat hy des niet te min bevoegd is, het Rembourfement van den Trekker en de Endosfanten te eisfehen, zo als te zien is by Savary, dans fun parfait Negociant, Part. II. Pai-ere 42, pag. 340, en Re1 tz in zyne Aantekeningen over Heineccius, Grondbeginzelen van het Wisfelrecht, IV. Hoofdjl. §. XXVI. Aantek. 33, pag. 187. Ook berust dit gevoelen op den Aart en Natuur  C 133 ) tuur van den Wisfelhandel. Die een Wisfelbrief trekt, om op zekeren tyd en plaats door den Betrokkenen te doen betaalen, verplicht zich daar door om op den bepaalden dag de betaaling te laaten doen, en de geenen, ten wiens behoeve de Wisfelbrief is getrokken, of aan wien dezelve vervolgens is geëndosfeerd, wordt daar door ook verplicht, om de betaaling op den aangeweczen tyd en plaats te doen vraagen, ten dien eflecle, dat hy daar in verzuimende, verftaan wordt zyn regres tegen den Trekker of Endosfanten te hebben verlooren. Doch, fchoon de Trekker verplicht is te effecfuceren, dat die betaaling door den Betrokkenen gefchiede, zo kan men echter niet zeggen, dat de Houder verplicht zoude wezen, om den Betrokkenen te noodzaaken, en dat hy zich door de Acceptatie reeds by voorraad tot de uitvoering van het aan hem gegeevc Mandaat zoude moeten verbinden, of anders deswegens zoude moeten laaten protefteeren. Het ftaat den Houder wel vry, om, als hy het goedvindt, de Acceptatie van den Betrokkenen te vorderen , ten einde zich zeiven daar door eenen tweeden Debiteur te bezorgen , en, wanneer de Betrokkene in zulk een geval de Acceptatie weigert, dan heeft de Houder ook het recht, volgens den generaalen I $ ■ Wis-  C 134 ) Wïsielftyl. om van den Trekker of Endosfanten, zekerheid te vorderen, dat des niette min de betaaling ten yervaldage zal gedaan worden. Dan, hoe zeer hy van dit recht tot Zyn eige verzekering gebruik kan en mag maaken, als hy zulks raadzaam oordeelt, zo is hy echter daar toe ten opzichte van den Trekker en de Endosfanten niet verplicht of verbonden, en, wanneer hy zich op derzelver Soliditeit wil verhaten, behoeft hy daar benevens geene verbintenis van den Betrokkenen te neemen, dewyl de Trekker en Endosfanten, des niet tegenftaandc, uit hoofde van hunne Trekking en Endosfement, verbonden blyven, en, zo de bctaaling ten vervaldagc niet volgt, mits men dan behoorlyk protefleere, tot het Rembourfement kunnen worden aangefproken. By al het welk nog koomt,dat een Trekker of Endosfant van een Wisfelbrief te minder recht heeft, om van den geenen , in Vviens handen die Wisfelbrief vervolgens koomt, te eisfehen, dat dezelve verplicht zoude zyn de Acceptatie te vorderen, en, dezelve niet volgende, deswegens Protest te laaten opmaakeh, om reden, dat zulk een Trekker of Endosfant het vermogen in zich zeiven heeft, om die  ( x$ ) die Acceptatie voor zyn eige fecuriteit te doen vraagen, als kunnende ten dien einde de Wisfelbrief aan iemand zyner Correspondenten zenden, op de plaats, alwaar de Betrokkene woont en de betaaling gedaan moet worden, waarna hy de Secunda, of eene Copie kan vernegotiecren, terwyl in tegendeel de Houder, (aan wien dezelve niet in Commisfie is geremitteerd , of met expres verzoek en order van den Remittant, om de Acceptatie te vraagen) nimmer geconfidereerd kan worden als Commisfionair van den Trekker, of voorige Endosfanten, en dus ook, ten hunnen opzichte, niet kan worden verflaan iets te verzuimen, wanneer hy nalaat de Acceptatie te vraagen, die hy voor zich zeiven en voor zyne eige zekerheid oordeelt niet noodigtehebben,en welke zodanige Trekker of voorige Endosfanten méde geoordeeld hebben voor hun niet noodzaaklyk te zyn, dewyl zy zich dezelve anders zouden hebben kunnen bezorgen. Immers, om deeze gronden in cas fubject te appliceeren, hadden A en B, zo zy zich van de Acceptatie hadden willen verzekeren, de Wisfelbrieven by de Cafus - Pofitie gemeld , naar Amfterdam aan iemand hunner Correspondenten kunnen zenden, om dezelve te doen vraagen en, by faute I 4. van  ( 13*) van dien, te protefteeren, terwyl zy inmiddels de Secunda's hadden kunnen vernegotieeren. Dan, daar zy dit voor zich niet noodig hebben geoordeeld maar in tegendeel de Wisfelbrieven meer dan een maand na de trekking onder zich hebben gehouden, zo kunnen zy derhalven D alhier ook niet aanfpraaklyk maaken, dat hy die Acceptatie direclelyk by het ontvangen der Wisfelbrieven, van den Betrokkenen niet heeft gevorderd, nademaal hy nimmer als hunne Commisfionair ten dien opzichte kan worden geconfidereerd, en dus ook, ten hunnen reguarde, aan geen verzuim kan worden fchuidlg geoordeeld. Aldus geadvifeerd te Amfterdam, den 18 Augustus 1789. (getekend) Nicolaüs Bondt. R. J. Schimmelpenninck. J. Bondt. De ondergetekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, gezien hebbende de voorftaande Cafus-Pofitie en het Advys daar op door de Heeren Mr? Nicolaüs Rondt, R. J. Schimmdpennink en J. Bondt, alle Advocaaten alhier ter Stede gegeeven, ver, klaa-  v 137 ) klaren zich met hetzelve geadvifeerde te conf ormeeren, nademaal by onze wetten in cas van Wisfel, nergens wordt gerequireerd of voorgefchreeven, dat een Houder van een Wisfelbrief de Acceptatie daar van by den Betrokkenen zoude moeten vorderen, of dat hy zulks nalaatende daar door zyn regres tegen den Trekker of de Endosfanten zoude verliezen,en waarom dan ook onder de Kooplieden in 't generaal wordt begreepen, dat, ten opzichte van Wisfelbrieven, die niet op zigt, of op eenige dagen na zigt, getrokken zyn, (als in welke de vertooning en acceptatie vordering vereischt wordt om den vervaldag te bepaalen) een Houder niet verplicht is, de Acceptatie by den Betrokkenen te vraagen , zo hy zulks tot zyn eige fecuriteit niet verkiest te doen, maar zich in tegendeel op de foliditeit van den Trekker en Endosfanten wil verhaten; terwyl deeze regel wel eene uitzondering lydt ten opzichte van iemand, aan welken een Wisfelbrief wordt toegezonden voor des Remittants rekening, met verzoek en order, om daar omtrent het noodige te bezorgen, nademaal zodanige Houder dan verplicht zoude zyn voor de fecuriteit van zynen Remittant te zorgen, en de acceptatie te vraagen,en ten opzichte van denzelven zynen Remittant aanfpraak- \$ lyk  C 138) lyk zoude zyn, by al dien deeze, door het verzuim van het protest van Non - acceptatie eenige fchade zoude mogen lyden j wanneer namenüyk de geene, van wien hy dezelve had genomen, middelerwyl mogt faillieeren, en hy dus buiten ftaat geraakt was, zyn regres tegen denzelven te nemen, dan welke confideratie in cas fubject niet te pas koomt, om dat de questie in deezen zich bepaalt tot de Perfoonen van A en B, welke geen van beklede Wisfelbrieven aan D geremitteerd hebben, en welke dus niet kunnen pretendeeren, dat D zich door het nalaaten van het protest van Acceptatie, by hen lieden aanfpraaklyk zoude hebben gemaakt, hoe zeer C, door wien de Wisfelbrieven aan D geremitteerd zyn, by al dien hy die Remife voor zyn eige rekening had gedaan, hem D zoude kunnen responfabel houden voor de fchade, die , hy zoude moogen hebben geleeden , wanneer B of A inmiddels waren gefailleerd, en hy door het nalaaten van het protest van Non-acceptatie, dus buiten ftaat was geraakt, om dezelven nog* in tyds om fecuriteit aan te fpreeken. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den 18 Augustus 1789. (ge-:  ( 139 ) (getekend) Hope S? Comp. Hogguer, Grand 6? Comp. Teysfet & Comp. Willem van Brienen & Soonen. Goll 6? Comp. Braunsberg, Streckeifen & Comp. Jean Texier, s/ngely & Masfac. Jacob Dull c? Soonen. Guaita g? Comp. Brentano & Comp. Gerlach £? Saweyer. Joan Fredrik Motte. De Bary ê? Comp. Staedel & Rühle. Slib: Boddens. Th: Gulcher & Mulder. Jan & Carl Hasfelgreen. Cuny £? Comp. Couderc, Brants & Changuion. Sappa 5? Gebroeders Lorla. Sigrist è? Böuiuger. Bolougaro Simonetta 6? Comp. XVI.  C140 ) xvi. Iemand, die zwaarigheid maakt om goederen, op zyn order en voor zyn rekening gekocht | en af gelaaden, als zodanig te ontvangen, en dien volgens weigert de daar voor op hem getrokkene Wisfelbrieven te accepteeren, doch intusfcheu, uit voorzorg zich, of die het anders mogt aangaan, daar op laat verzeker en,kan niet geconfidereerd •worden, die goederen voor zyn rekening genomen te hebben, uit hoofde van het bezorgen der asfurantie. Aitius, Koopman in een der vbornaamfte Kooplieden van Europa, zendt een Schip naar een der Europeaanfche Etabhsfementen in Afia, en geeft daar by commisfie, om voor het zelve eene retour-laading intekoopen, met verfcheide bepaalingen, omtrent het foort en de qualiteit der goederen, de plaatzen, alwaar die moesten worden ingekocht, als anderzints. Da  ( I4i ) De geene, welke met de uitvoering deezer commisfie belast was, overleeden zynde, wordt de inkoop van de retour - laading door Sempronius bezorgd, die daartoe door Titius niet was gequalificeerd en welke dezelve door Cajus, naar deszelfs goedvinden, laat uitvoeren, wordende hierop door Sempronius en Cajus te zaamen, by de afzending, verfcheide Wisfelbrieven ten laste van Titius getrokken , terwyl Cajus de Cognosfementen der laading doet ftellen aan zyne eige ordre, en dezelve vervolgens zendt aan zynen Correspondent Macerus, die op dezelfde plaats met Titius woont, met ordre om dezelve Cognosfementen aan Titius niet overtegeeven, dan tegen aanneeming van de Traittes, doorhem Cajus, benevens Sempronius op Titius gedaan, en, by gebreeke van die aanneeming, op het arrivement der goederen, dezelven in ontvangst te neemen, en daar mede volgens het voorfchrift van hem Cajus te handelen. By het arrivement der tyding van de afzending van het Schip uit de Indien, en van de gedaane Traittes van Sempronius en Cajus, was Titius onkundig, hoedaanig en op welk eene wyze die aflaading was geëffectueerd, hoewel hy  ( ) hy reden had om te fuspecteeren, dat daar omtrent geheel buiten zyne order was gehandeld. Hy vindt daar omtrent goed, wanneer de Traittes van Sempronius en Cajus hem wierden geprefenteerd, de acceptatie te weigeren, verzoekende echter de Wisfelbrieven ten vervaldage nader te vertoonen. Ondertusfchen laat Titius onkundig zynde, of, en in hoe verre de laading van het Schip zoude kunnen blyken hem aantegaan, en in alle gevallen de fchade willende voorkoomen, die 'er uit het onverzekerd Navigecren van dezelve, zoude kunnen refultecren, daar- op eene convenablc fomme verzekeren. Dan het Schip ondertusfchen in Europa arriveerende, bevindt Titius, dat de inkoop van de laading door Ca/ai, op order van Sempronius gedaan is, niet alleen zonder dat de een of ander daar toe behoorlyk zyn gequalificeerd geweest, maar ook geheel en al tegen de orders en inftructien, welke aan den origineelen Commisfionair, in wiens plaats Sempronius en Cajus, eigener autoriteit, waren getrceden, opgegeeven Waren, het welk hem Titius dan ook doet refolveeren, om de betaaling der Traittes van Sem-  ( H3 ) Sempronius en Cajus volftrekt te weigeren, waar op de Goederen door den Correspondent van Cajus, uit kragte der aan hem geëndosfeerde Cognosfementen, worden ontvangen en naar zich genoomen. Nu wordt gevraagd: Nademaal Titius, uit hoofde van het niet behoorlyk executceren van zyne last, bevoegd is geweest de voorsz. laading voor rekening van Cajus te laaten: Of Hy Titius gehouden en verftaan moet worden, die laading geaccepteerd en voor zyne rekening genomen te hebben, om dat hy dezelve heeft laaten verzekerend Gezien by de ondergetekende Juris Utriusque Doctores, te Amfterdam refideerende de bovenftaande Cafus-Pofitie, en de Vraag daarby geproponeerd, dunkt onder correctie: Dat Titius geenzints gehouden kan worden, de laading by de Cafus-Pofitie vermeld geaccepteerd, of voor zyn rekening genomen te hebben, om dat hy dezelve, zo als daar by is gemeld, heeft laaten verzekeren, Om  ( 144 ) Om reden, dat, gelyk het tot het docrt van asfurantie op eenige ingelaade goederen niet nodig is, dat de geene, welke de asfurantie laat doen, eigenaar van dezclven zy, of zich zelvcn daar voor houde, nademaal iemand, welke eene asfurantie laat doen, zulks kan doen niet alleen voor zich zeiven, maar ook voor eenen anderen, het zy als deszelfs Mandataris of ook als deszelfs zaaken zonder lastgeeving, waarnecmende, en dus als Negotiorum Gestor; terwyl ook om die reden in de Polisfen van asfurantie gemeenlyk wordt uitgedrukt, dat de verzekering gefchiedt ten behoeve van de perfoon, welke de asfurantie laat doen, of wie het anders mogt aangaan; dcrhalvcn ook daar uit, dat iemand asfurantie op zekere Goederen heeft laaten doen, op zich zeiven geen gevolg kan worden getrokken, dat hy die asfurantie ten zynen eigen behoeve, of voor zyne eige rekening heeft laaten doen, en zich derhalven daar door eigenaar verklaard heeft, van de Goederen, welken Hy heeft 'laaten verzekeren, ten zy dan dat van deeze zyne intentie van elders kan blyken. Maar, gelyk dan uit het effectueeren der ver-  ( H5 ) verzekering op de laading by de Cafus-Pofitie vermeld, op zich zeiven niet is optemaaken, dat Titius die verzekering voor zyn eige rekening zoude hebben laaten doen, nademaal hy bevoegd was, dezelve ook te laaten doen als Negotiorum Gestor ten behoeve van Cajus, den Afkader voor zo verre in het vervolg mogt blyken, dat die laading Cajus alleen aanging; (als zynde het een ieder geoorloofd, ook zonder last, de zaaken van eenen afweezen • den waar te neemen, en voor deszelfs belang te zorgen, met dat gevolg zelf, dat hy daar door eene Actie verkrygt tegen den geenen, wiens zaaken hy zonder last heeft waargenoomen en uitgevoerd, mits dezelve daarmede is gebaat, vid. Tit. D. de Negotiis Gestis,) zo is het in cas fubjecf ook alzins zeker , dat men aan die daad van Titius, omtrent het effectueeren van dezelve Asfurantie, geen ander oogmerk kan toefchryven, dan dat hy die verzekering heeft laaten doen tot voorkooming van fchade, en zulks teri voordeele en nutte van die geenen, welken de Voorsz. laading mogt bevonden worden te concerneeren; en dus ook wel voor zich zeiven, byaldien naderhand mogt zyn gebleeken^ dat de verzekerde goederen voor zyn rekeningwaren gelaaden ,• en als zodanig door hem zouI. S-ruK. K derr  ( itf ) den moeten worden geaccepteerd; doch wanneer in tegendeel mogt blyken , dat'de laading den Afzender Cajus alleen aanging, dan -ten nutte en ten behoeve van denzelven Cajus, en om deszelfs fchade, in cas van Schipbreuk, te verhoeden, en alzo tanquam Caji Negotia Gereris. Immers het is een regel, welke zo wel op de gezonde reden, als in het recht gefundeerd, is: quod a&us agentium nunquam operantur ultra eorum intentionem, dat is, dat iemands daaden geene andere uitwerking kunnen hebben , en dus ook geene andere gevolgen daar uit kunnen worden getrokken, dan die overeenkoomen met de intentie van den geenen, welke zodanige daad heeft verrigt, yid. Anton. Faber In Cod. Lib. VI. Tit. V. Def. 4. Not. 2. Juncta A. i63. D. de Reg. Jurls. Maar, daar nu Titius door zyne weigering om de Traittes van Sempronius en Cajus te accepteeren, reeds met de daad had gedeclareerd, de door Cajus voor hem ingekochte en aan hem toegezonde laading niet te willen accepteeren, noch voor zyne rekening te willen neemen, immers niet, zo lang niet bleek, dat dezelve conform zyn last was ingekocht,endaarhy hieromtrent zyn recht van beraad had aan zich gehouden, door zyn verzoek, dat men hem de Wisfelbrieven nader zou ver-  ( H7 ) verwonen, zo kan men gevolglyk ook zyn daad, door welke hy middelerwyl die laading heeft doen verzekeren, niet zodanig expliceeren, dat hy daar door dezelve voor zyne rekening zoude hebben aanvaard, maar men moet dezelve, ter contrarie zodanig opneemen, dat hy die verzekering voor zich zclven heeft willen laaten doen, byaldien vervolgens mogt worden bevonden, dat de laading hem aanging, en dat hy ze in tegendeel alleen deed, als Negotiorum Gestor van Cajus, voor zo verre naderhand aan hem Titius mogt blyken , gelyk onderfteld wordt gebleeken te zyn, dat de laading door hem voor rekening van Cajus kon worden gelaaten; terwyl in alle gevallen, zo Cajus dan mogt fustineeren, dat Titius niet bevoegd was geweest, om, ten behoeve van hem Cajus, te laaten verzekeren, het gevolg daar van alleen zoude hebben kunnen zyn, dat Titius de door hem uitgefchoote premie van Asfurantie van Cajus niet zoude hebben kunnen terug eisfchen, by zo verre het bleek, dat die Asfurantie niet ten nutte of voordeele van Cajus haddegeftrekt; aan welk gevaar van het verlies der premie Titius zich dan liever heeft willen blootftellen, dan of Cajus, zo verre de laading hem aanging, of zich zeiven, voor zo verre zoude kunnen K 2 bly«  ( 143 ) blyken, dat die voor rekening en rifico van hem Titius was afgefchecpt, aan grooter fchade te exponeeren. Aldus geadvifeerd te Amfterdam, den 2 Maart 1790. (was getekend) Nicolaüs Bondt, II. B. Luyken, Jacob Klinkhamer, R.J Schimmelpenninck, J. Nolthenius, J. Bonctt. De Ondergetekende Kooplieden en Banquiers ter Beurze der Stad Amfterdam, gezien hebbende de bovenftaande Cafus-Pofitie, en het Advys daar op gegeeven door de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt, Jacob Klinkhamer, J. Nolthenius, II. B. Luyken, R. J. Schimmelpenninck enj. Bondt, allen Rechtsgeleerden en Advocaaten, alhier ter Stede relideerende , verklaaren zich met het zelve geadvifeerde volkoomen te conformeeren, als kunnende, naar der Ondergetekenden gevoelen, uit het doen verzekeren van de laading by de Cafus - Pofitie vermeld, geenzins afgeleid worden eene erkentenis van Titius, dat hy die laading accepteerde, of voor de zyne erkende, daar hy door zyne weigering, om de daar voor getrokkene Wisfel- brie-  ( H9 ) brieven directelyk by de vertooning te accepteeren, duidelyk genoeg getoond had, zich ten dien opzichte zyn recht te willen reierveeren; terwyl wy Ondergetekende begrypen, dat een Koopman , aan welken eenige goederen voor zyn rekening gezonden worden, welke hy oordeelt niet gehouden te zyn voor zyn rekening te accepteeren, of waar omtrent hy in de onzekerheid is, of hy verplicht is, die voor zyn rekening te ontvangen, of ze voor rekening van den Afzender kan laaten, niet alleen bevoegd is, om dezelve te laaten verzekeren, wanneer daar op van wegens den Afzender geen order is gefield, maar zelf zeer voorzigtig handelt , wanneer hy zodanige Asfurantie laat doen, ten einde alzo, in cas van ongeluk, de fchade van den geenen aftekeeren, welken de goederen bevonden zouden mogen worden aan te gaan. Doch deeze voorzigtigheid maakt hem geen eigenaar van de goederen, en verplicht hem niet, dezelve voor zyn rekening te accepteeren, wanneer hy zyne intentie ter contrarie, met woorden, of daaden, reeds voor af heeft verklaard. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den 6den Maart ijoo. K 3 (was  C 150) (was getekend) Muilman en Soonen. Hope en Comp. Brauer en Comp. P. en C. pan Ëeghen. T. en C. Wilkiefon en Comp. van Hemert, Baerlman en Marchant. Henrico Coecq en Zoon £? Comp. Jan en Carl Hasfelgreen. Pye, Rich en Comp. de Wed. Pieter pan Veen en Zoon. F/ogguer, Grand en Comp. Wm: Feitama en Zoonen. Teysfet en Comp. Pieter de Haan Pz: van Notten en Comp, Guaha en Comp. Braunsberg, Streckeifen g? Comp. Mehil en Wolf. Westrik en Pool. Jfe.cc pan Eys en Zoonen. B. pan Homrigh. Larwood en pan Suchtelen. Th. Gulcher en Mulder. R. en Th. de Smeth. Goll en Comp. Willem van Brienen en Soonen. J. Dull en Soonen. Joan Hodshon en Zoon. Ar-  (I#) Arno/dus Finman. Wm: en Jan Willink. Jan Gildemeefter en Zoon. Jan Mesfihert van Vollenhoven. Jean Tëxier,. Angely en Masfac. Wed. Arooldus Ameshoff en Zoonen. Franeois Abrahamtz en Tetting. Jan en Theod. van Marfeih. Rotquette en v. d. Poll. Breitenfeldt en Gregory. Courtiau, Echeniquè Sanchez en Comp. Cuny en Comp. Wernier en FTartJinck. Sereryn en Haefebroeck. IJ. A. Injinger. K 4 XVIL  C 152 ) XVII. Niemand is verplicht Intrcsfen te bet aaien van penningen, die hy van een ander onder zich heeft, ten zy uit hoofde van beding. En, voor zo verre die penningen onder den bewaarder derzeiven, door eenen derden gearrefteerd'zyn, zonder dat de Arreftdnt daar toe, naar rechten bevoegd was ; heeft de Eigenaar dier penningen, of de Reprefentant van deszelfs boedel, recht, om de fchaévergocding, fpruitende uit zodanig arrest van den Arrefant te eisfehen, zonder genoodzaakt te zyn vooraf den Bewaarder tot betaaling der Interesfn gerechtelyk te interpelleeren. A heeft eenige penningen onder zich ten behoeve van B, fpruitende uit hoofde van eene voor rekening van hem B geëffectueerde Asfurantie, en daar op gevallen en door de Asfuradeurs betaalde fchade. C vindt goed deeze penningen van B onder A te arrefteerén, doch dit arrest wordt na verloop van twee of drie jaaren ontflaagen. B inmidads iiifoiveitf geworden zynde, zo wordt;  C 153 ) wordt door de Curateuren of Sequesters in deszelfs boedel vervolgens aan D procuratie gegeeven, om de gemelde aan B toebehoorende penningen van A te eisfchen en te ontvangen, met de Intresfen van dczelven van den dag af, dat zy onder A zyn gekoomen. A offereert terftond, daar het arrest nu ontflaagen is, de aan B toebehoorende penningen te betaalen, doch fustineert tot geene betaaling van Intresfen gehouden te zyn, 't welk D mede alzo begrypt, en D maakt derhalven geene zwaarigheid de penningen van A te ontvangen, mpt renuntiatie zelf in zyne quitantic, welke hy, ter requifkie van A, geeft, van alle vordering van Intresfen. En wordt nu gevraagd: i°. Of A begrecpen kan worden tot de betaaling van eenige Intresfen gehouden te zyn geweest, daar hy de penningen van B niet alleen by continuatie heeft aangeboden te betaalen, zo dra het onder hem gedaane arrest van C zoude zyn ontflaagen, maar ook, na het ontflag van het zelve arrest, geene zwaarigheid heeft gemaakt, om dezelve direclelyk aan D als Gemachtigden van de CuraK 5 teu-  ( 154 ) teuren in den Boedel van B, uit te betaalen. 2°. Of D, in zyne qualiteit als Gemachtigde van de Curateuren in den Boedel van B, verplicht, of gehouden is geweest, eenige notarieele of gerechtelyke interpellatie aan A, tot de betaaling van de interesfen te doen , en of zodanige interpellatie nodig is geweest, om de Curateuren bevoegd te maaken, om van C als Arreftant vergoeding te vraagen van de fchade, welke de Boedel van B door het gedaane arrest heeft geleeden? De Ondergetekende Juris utrlusque Doctores en Advocaaten te Amfterdam practifeerende, gezien hebbende de bovcnftaande CafusPofitie en de Vraagen daar by voorgefteld, zyn van gevoelen: i°. Omtrent de eerfte voorgeftclde Vraag: dat A niet begreepen kan worden tot de betaaling van eenige Intresfen gehouden te zyn wegens de penningen van B, welke hy, geduurende het daar op gcdaane arrest van C, onder zich heeft gehad. Niemand is naar rechten Intresfen fchuldig voor penningen van een ander, welke hy onder zich heeft, ten zy uit 1 hoof-  ( 155 ) hoofde van beding, om Intresfen te zullen bctaalen, of uit hoofde van nalaatigheid, ex flipulatione, vel ex mord. Maar, gelyk het in het voorgeftelde geval in hypothefi zeker is, dat A de penningen van B niet onder zich gekreegen heeft, om dezelve voor een zekere Intrest te gebruiken, zo is het teffens ook onbetwistbaar, dat hy, ten opzichte van de uitbetaaling, niet gehouden kan worden in mard geweest te zyn, en alzo ook geenzins tot vergoeding van Intresfen, uit hoofde van weigering of nalaatigheid, verplicht te weezen. Die penningen waren,volgens de Cafus-Pofitie,door, of uit naam van C gearrefteerd. En, daar een arrest is een daad van de wettige Overheid, waar door die geene, onder wiens handen het zelve wordt gedaan, verhinderd wordt, zo lang het arrest fubfifteert en niet door den Arrefhnt is opgeheeven, of door den Rechter is afgedaan, zyne handen van het gearrefteerde goed te ontledigen; zo volgt, dat A het onder hem gedaane arrest van G heeft moeten obedieeren, en dus ook door deeze obediëntie geen het minfte verzuim heeft gepleegd. Weshalven hy ook deswegens in geene Intresfen gehouden is. 2°. En wat m de iweede voorgeftelde Vraag be-  ( i5<5 ) betreft, zo zyn de Ondergetekende van begrip, dat D niet gehouden is geweest eenige notarieele, of gerechtelyke interpellatie te doen aan A, om van de onder hem geweest zynde penningen Intresfen te betaalen. Daar het uit het geadvifeerde op de eerfte vraag zeker is, dat A tot geene betaaling van Intresfen gehouden was, en hy dezelve ook met de daad weigerde te betaalen; zo was het geheel overtollig hem deswegens te interpelleeren. Ja het zoude zelf niet van ongerymdheid vry te fpreekcn zyn geweest, byaldien D zodanige interpellatie had laaten doen tot betaaling van iets, het welk hy D zelf overtuigd moest zyn niet te kunnen eisfchen; terwyl zodanige interpellatie ook van geen het minfte nut kon zyn, om de Curateuren van den Boedel van B bevoegd te maaken, om van den Arreftant C fchadevergoeding te vraagen. Immers, daar het zeker is, en door de Aér,e van arrest zelf, als anderzins, beweezen kan worden, dat C zodanig arrest onder A heeft laaten doen, zo behoort alleenlyk onderzocht te worden, of C tot het doen van het zelve arrest naar rechten bevoegd geweest zy, dan niet. In het laatfte geval fpreekt het van zeiven, dat hy C aanfpraaklyk is voor al het nadeel, 't welk B, of deszelfs Boedel door  ( 157 ) het arrest en de daar uit gerefulteerde verhindering van A, om de penningen van B uit te betaalen, geleeden heeft, zonder dat die aanfpraaklykheid eenige meerdere kragt door zulk eene interpellatie zoude hebben kunnen krygen. Het is daar toe genoegzaam, dat A door het arrest van C niet heeft kunnen betaalen, dat hy ook indedaad niet betaald heeft, dan na dat het zelve arrest van C effeótivelyk was ontflaagen, en dat de Boedel van B dus in den tusfchentyd die penningen heeft moeten ontbeeren, Dit een en ander bewyst de fchade van B, of deszelfs Boedel, en het zelve is daarom ook voldoende, om C tot vergoeding van die fchade te doen condemneeren. Aldus geadvifeerd te Amfterdam, den 8 April 1/90. (was getekend) Nicolaüs Bondt, II. B. Luyken, J. Bondt. De Ondergetekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende de bovenftaande Cafus-Pofitie, en het Advys daarop door de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt, Hendrik Bartyn Luyken en Jan Bondt, Ju-  c 153) Juris utiïusque Doctores en Advocaaten alhier ter Stede gegeeven, verklaaren zich met het zelve geadvifeerde volkoomen te conformeeren, als kunnende het, naar ons begrip, geen tegenfpraak lyden, dat niemand tot bctaaling van Intresfen gehouden is wegens Penningen, welke hy onder zich heeft, wanneer hy door arrest, cn zulks door een bevel van de Overigheid belet wordt, zodanige penningen uit te keeren, of te betaalen; terwyl ook de Arreftant,zo hy zonder genoegzaame grond arrest heeft laaten doen, uit den aart der zaak gelf tot vergoeding van het nadeel verbonden is, 't welk B uit hoofde van het zelve Arrest heeft geleeden, alhoewel 'er geene notarieele of gerechtelyke interpellatie tot betaaling van Intresfen aan A is gedaan. Het zoude eene abfurditeit geweest zyn, A tot betaaling van Intresfen notarieel of gcrechtelyk te interpelleeren, daar men voor af overtuigd was, dat hy A tot dezelve niet was gehouden. En, daar het toch blykt, dat A geene Interesfen wegens dezelve Penningen heeft betaald, zo kan het omitteeren of agterlaaten van zulk een interpellatie niet begreepen worden , eenige prayuditie aan, of vermindering in het recht van B, of de Curateufen in deszelfs Boedel, ten opzichte  ( i59 ) te van de vordering van fchaêvergoeding te hebben toegebragt. Actum in Amfterdam den 10 April 1790. (was getekend) Mailman en Soonen. Rd. en Th. de Smeth. Willem o>an Britnen en Soonen. Pye, Rich en Comp. Hoggtter, Grand en Comp. J. Texier, Angely en Masfac. Jan en Carl Hasfelgreen. Amoldas Finman. Christiaan van Orfoy en Soonen. Determeyer Weslingh en Zoon. Weddik en Wendel. Moariïz Dreyer en Bondix. Oost en Mrnst en Rietersz. XVIIL  C 1*0 ) XVIII. Ieder Compagnon eener Sociëteit van Negotie, is in Solidum gehouden in de geheele Schuld, door een of meer Compagnons, onder de firma dier Sociëteit aangegaan, behoudende deswegens zyn verhaal op de andere Compagnons. B en R doen te zaamen Negotie in Compagnie onder de firma van R en Comp. welke door beiden gebruikt wordt, en op welke door beiden, zonder onderfcheid, wordt gehandelt en gecontracteerd. Deeze Compagniefchap eenige jaaren gefubfifteerd hebbende,wordtgedisfolveerd, enB wordt,volgens conventie tusfchen B en R, met de liquidatie der zaaken belast. A ondertusfchen Crediteur zynde van dezelve Compagniefchap, fpreekt beide de Compagnons B en R aan, om betaaling van hunne fchuld,- Hier op wordt gevraagd: ,, Of B en R elk in folidum gehouden zyn de „ fchuld onder de firma van R en Comp.gecon„ tracteerd, te voldoen, dan wel, of zy lieden v alleenlyk,ieder voor de-helft verbonden zyn gen:enten in naam van de Sociëteit gecon* I. Stuk. L tras-  C ) tradteerd, alleenlyk te voldoen voor het aandeel, voor het welke zy in de Sociëteit hebben geparticipeerd, vid. He&or Felicius de Societate Cap. XXX. §31. — Carpzoxius in Jurisprud. Forenfi Part. 11. Conftit. XVII. Bef. 12. en Lyferus in meditat. ad Pande&as Specim. CLXXXV. Sect. 6. Deeze dispoiitie van het Roomfche Recht is ten voordeele der Commercie van de oudftc tydcn af gerecipieerd en heeft in de voornaamfle Kooplieden en Handelplaatzen van Europa ftand gegreepen, gelyk zulks omtrent Genua wordt geattefteerd, door He&or Felicius loco alleg. nom. 36. omtrent geheel Saxen door Carpzoxius en Lyferus op de aangehaalde plaatzen, en ten opzichte van Antwerpen mede blykt uit de gedrukte Coflurnen derzelver Stad, Cap. LIL § 1. alwaar gezegd wordt, die 't faamen ftaan in Compagnie van Koopmanfchap, zyn één voor al gehouden van de fchulden van de Compagniejchap ende mach een iegelyk in folidum daar voor aangefprooken worden, behoudelyk hem zyn verhaal op zyne Compagnie: terwyl ook alhier ter Stede op den 29 January 1710. eene ïurbe is belegd van vtrfcheide Advocaaten en Procureurs, voor den Gerechte dee-  ( 1*3 ) deezer Stad poftuleerende , waar by dezelven onder eede hebben verklaard: dat het binnen deeze Stad cojlumier en van eene vaste en bekende pra&yke is, dat, wanneer twee of meer Perfoonen in Compagnie van Negotie of Handel zynde, voor of in den Naame van de Compagnie inkoopen en ontfangen Goederen of Koopmanschappen, betreffende denzelve Compagnie van Negotie of Handel, dezelve Perfoonen of Compagnons, voor de Kooppenningen deswegens uitgeloofd , ieder in het geheel verbonden worden, welke Turbe of Verklaaring gevonden wordt in de Handveften deezer Stad II Deel, pag. 507. zo als ook dit recht van folidaire verbintenis der Compagnons fteeds is in viridi obfervantia en by niemant wordt gecontefteerd ol' in twyffel getrokken. Aldus, falvo meliori, geadvifeerd te Amfterdam den 29 Jimy 1790. (Was getekend) Nicolaüs Bondt. R. J. Schimmelpenninckl J. Bondt. L 2 De  ( Id4 ) De ondergetekende Banquiers en Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende de bovenftaande CafusPofitie en het advys daar op gegeeven door de Heeren Mts. Nicolaüs Bondt, R. J.* Schimmelpenninck en J. Bondt, alle Juris utriusque Doctores en Advocaaten, alhier ter-Stede practifeerende, verklaaren zich met het zelve geadvifeerde volkoomen te conformeeren, als zynde het zelve gefundeerd op het recht en de pradyk in de Commercie alhier gerecipieerd, volgens welke ieder der Compagnons van' eene Sociëteit van Negotie, zonder onderscheid, voor welk aandeel zy in de Compagniefchap participecren, uit hoofde van alle handelingen en contracten door de Compagnons in de naam van, en voor de Sociëteit aangegaan, voor het geheel aanfpraaklyk zyn, en de gecontracteerde fchulden ten vollen moeten betaalen, zonder met de voldoening van hun aandeel te kunnen volftaan, en welk coftumier recht ook alzins met het nut en de zekerheid van den Koophandel in het algemeen overeenkoomftig is, nademaal de geene, welke met een Sociëteit handelt,gehouden moet worden te zien en zich te verlaaten op alle de leden van dezelve Sociëteit, zonder dat hy behoeft  C 165 ) hoeft te weeten, of te onderzoeken, voor welke portie een ieder in de Sociëteit is geïnteresfeerd. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den 30 Juny 1790. (getekend) Hope en Comp. Mehil en Wolf. T. & C Wilkiefon & Comp. de Wed. Pieter van Veen en Zoon A. en D. Blerens. Teysfet en Comp. W. & _J. Willink. Braunsberg, Streckeifèn en Comp. Goll en Comp. S. J. en A. W. Blanckenhagen. R- en Th. de Smeth. Muilman en Soonen.- Willem van Brienen en Soonen. Jean Texier 3 Angely en Masfac. Frafer. S'.eph. en P. de Clercq. Jan Mesfchert van Vollenhoven. P. de V-ies en Meynts. Dupper en Sluiter. A. en A. Hartfen. Th. Gulchsr en Mulder. P. en C. van Eeghen. A. de Veer Jacobsz. L 3 XIX.  C 166 ) XIX. Verrotting, of ander inwendig bederf aan een Schip door het lang liggen om laading te be~ koomen veroorzaakt, koomt niet in Avary Gros, of ten laste van de Asfüradeurs op 't Casco , maar is alleen voor rekening van den Eigenaar. "V^y ondergetekende Kooplieden, Asfüradeurs, Makelaars in Asfurantie en Asfurantie bezorgers, verklaaren by deeze, uit liefde tot de waarheid, en ten behoeve van een iegelyk, wien het zal aangaan, dat, wanneer een Asfurantie is gedaan op een casco van de een of andere plaats uit de West-Indien naar herwaarts, en zodanig een Schip door het lang liggen om zyn laading te bekoomen, verrotting, of doorknaaging van Wormen bekoomt, of dat door het lang liggen , de naaden opentrekken; zodanige fchadens niet anders gehouden of geconfidereerd worden , dan als fchadens door inwendig bederf veroorzaakt, en mitsdien niet gebragt worden in Avary Grosfe, of ten laste van de Asfüradeurs op het Casco, maar voor het geheel koomen en bly ven ten lasten van de Eigenaars van het Schip, zynde echter hier onder  C 1*7 ) der niet begreepen de ophoudingen, die door Embargo 's of Arresten van Overheden, en andere foortgelyke ophoudingen, die door Hoogerhand worden veroorzaakt. En vermits het voorenftaande waarheid is, tekenen wy deeze, in Amfterdam Aug. 1790. (was getekend) Muilman 5? Soonen, Hope en Comp. Jan en Theod: van Marfelis. Th: en Ch: Wilkiefon en Comp. Breytenfaldt en Gregory. W. van Btitnen en Soonen. Pye Rich en Comp. Wilhem en Jan Willink. Lespinasfe en Cartier. Dirk van Bosje. Pieter Bel. Bardon en Vansz. De Jros en Sanderus. Jac Hendrik Eickheff. N. J. van Baggen en Zoon. T. Beth en Zoonen. Blok en van Leuvenig. Wed. A. Goldberg en Zoenen. Jan Keer. Joan Ilodslwn en Zoen. L 4 Jea*  C i*S ) Jean Texier, Angely fi? Masfac. Hogguer Grand en Comp. Teysfet en Comp. De Bruyn D/sz fi? Cram r. Severyn en Haefebroek'. JVestrik en Pool. Coudsrc, Branls <$? Changuion. Jan van Ryneveld en Zoonen. Braansberg3 Streckeifen & Comp.. Pieter de Haan Pz. P. de Wolff. Th: Gulcker 6? Mulder. Joan Fredrik Motte. Courtiau, Echenique Sanchez en Comp, We mier en Hart fine k. D'slrnaud £P Comp. Pieter Willem van Lankeren. Rocquette en van de Pull. Joan van Soesdyk. J«*n Neel & Zoon. XX.  C 169 ) XX. Asfurantie gedaan op 't Casco van een Schip, 't welk op deszelfs Reize één of meerder Plaatzen moet aandoen, onder ft elt Reftorno van premie, ingeval in de Polis de Rif co van Plaats tot Plaats geftipuleerd en voor elke Reize een aparte premie bedongen is, en zulks pro rato van de niet volvoerde Reize. Doch, wanneer de Asfurantie in ééns en zonder ophouding van Rifico gefehiedt, heeft de Reftorno voor degeftaak~ teRcize geen plaats. Wv Ondcrgefchrevene refpective Kooplieden, Asfuradeurs of Makelaars in Asfurantie, verklaaren en certificeeren by deeze, om te dienen, daar 't behoort: Dat, wanneer een Schip, om een verre Reis te verrigten, één of meer Plaatzen onder weg moet aandoen, men op 't Cafco van zodanig een Schip op twee verfchillende wyzen kan asfureeren, namentlyk, of dat de rifico van de Asfuradeurs zal beginnen cn loopen van Plaats tot Plaats; E 5 in  ( i?o ) in welk geval men 't daar voor houdt, als of't Schip zo veele onderfcheidenc Reizen deed, als 't zelve veifchillende Plaatzen aandoet, en waarom men dan ook voor elke Reize een aparte premie bedingt; of dat de rifico in eens zal doorloopcn, zonder ophouden, van de Plaats, van waar 't Schip afvaart, tot op de Plaats van deszelfs cindelyke dellinatie. Dat in 't eerfte geval altoos een hooger montant van premie van Asfurantie over de geheele Reize gerekend, wordt geftipuleerd, dan in 't laatftc; vermits het in 't eerfte geval, de Asfurantie verdeeld zynde, en van elke Plaats, van waar 't Schip onderweg afvaart, eene nieuwe rifico beginnende, altoos gebruiklyk is, dat, wanneer 't Schip zyn Reis niet volvoert, maar dat op eene der Plaatzen, in de Polis vermeld, de verdere Reize, door welk toeval dan ook, geftaakt wordt, de premie , welke voor 't overige gedeelte der Reis was betaald, wordt gereitorneerd, al ware 't ook, dat de Asluradeurs nog daar en boven eenige fchade moesten vergoeden. Terwyl in 't laatfte geval, wanneer de Asfurantie onverdeeld doorloopt, beginnende van  C m ) de Plaats, van waar het Schip afvaart, tot op de Plaats van deszelfs eindelyke deftinatie, nimmer,.de Reis onder weg geftaakt wordende, eenig gedeelte der premie wordt gereftorneerd. Verklaarende wy Ondergetekende, dat wy 't bovenftaande, altoos op de Plaatzen boven onze handtekeningen gemeld, als een conftant gebruik hebben nagekoomen en zien nakoomen, zonder dat ons bekend is eenige wet, gewoonte, of vonnis het contrarie ftatueerende. Amfterdam a3 Oétober 1790. (Was getekend) Jan en Carï 11 as fel gr eer. Braunsberg, Streckeifen £? Comp. yl Hooghart en Zvonen Willem van Brienen & Soonen. De Wed. P. de Vries en Meynts. J. M. van Vollenhoven. Rolland & Comp. Jan en Theod: van Marfelis. Severyn en Haefebroeh. Joan van Soesdyk. Boterecu & Comp. Lubberts en Comp. Sevenn en Bruvn. ... ' Wil-  ( 172 ) Willem Bruyn. en voor Abraham Bruyn. en voor Jan Bruyn. A. Scharff. W. Scharffi P. en C. van Eeghen. Cornelis Hart/en. Swaan en Swart.' Jacob Speciaal, voor Joh. Luden Hendz. H. Luden Joh. J* Fock per proc. J\ de Clercq en Zoon. Jan de Bosch Jer. qq. dodere, Brants & Comp. C. van Orfoy. P. de Jong.Jac. M. J. Calkoen en voor A. Calkoen. Dirk Luden. Couniau, Echenique, Sanchez en Comp. Tmme Beth en Zoonen. XXL  C 173) XXL Een Commisfionair is by zynen Committent'niet aanfpraaklyk voor verlies of fchade aan het door hém , ingevolge deszelfs order, verzonden goed, 't zy door jlegte fuftagie, 't zy door verzuim, of ander toeval, buiten zyn fchuld overgekomen. Koopman te Amfterdam ontvangt van zynen Correspondent B in Dui%hland order, om voor zyn rekening te koopcn, en aan hem over Geulen af te zenden een party Broodfuiker, in differente vaten te pakken, volgens opgaave. A koopt, ter voldoening aan deeze order, de opgegevene quantiteitSuiker, doet daar voor by eenen Meester Kuiper nieuwe vaten maaken, welke, na dat de Suiker daar in behoorlyk gepakt is,toegekuipt woiden,en in goede order aan boord van een Ceulsch Schip alhier gebragt, en in hetzelve gelaaden. Dan, by het arrivement te Ceulen, is het by de ontfcheeping van een derzelver vaten, z) nde een vat van omtrent twee duizend ponden,  ( -74) den, gebeurd, dat het uit de haaken of krampen van de kettingen, waar in het geflaagen was,by het uitheisfchcn, in het water is gevallen. Nu- fuftineert men aldaar, dat deeze ramp niet aan eenige kwaade directie by het ontfchecpen , of aan eenig toevallig ongeluk toe te fchryven zoude zyn, maar in tegendeel veroorzaakt zoude wezen, door dien het zelve vat niet behoorlyk zoude zyn gemaakt of toegekuipt, dewyl de kop en binnenhoepel niet iterk en vasygenoeg geweest zouden zyn, en daar door de koppen voor den zwaaren last hadden moeten uitwyken en breeken, en dienvolgende het vat. alzo uit de haaken of krampen moeten vallen. # Men vraagt derhalven: Of 13 recht heeft, om eenige fchaê vergoeding van A, ter zaake van het voorfz. toeval aan het gemelde vat met Suiker overgekoomen, te eisfehen? De Ondergetekende Juris utriusque Doctores en Advocaaten, by het Hof van Holland geadmitteerd en te Amfterdam praétifeerende, gezien hebbende de bovenftaande Cafus - Politics-, en  C m ) en de vraag daar by geproponeerd, declareeren van begrip te zyn: Dat B geen het minfte recht heeft, om eenige fchaêvergoeding van A te vorderen, ter zaake van het ongeluk en de fchade aan het vat, by de Cafus - Pofitie vermeld, en de daar in gepakte Suiker, in het uitheisfchen uit het Schip te Ceulcn overgekoomen , om reden, dat, gelyk het zeer wel mogelyk is, dat dezelve ramp als een louter toeval moet worden geconfidereerd, en dus als een Cafusfortuitus, qui a nemine praeftari debet L. 23. in fine ff', de Reg: Juris, en het welk te meer waarfchynlyk is, om dat hetzelve vat alhier behoorlyk heeft kunnen worden gelaaden, en dus ter dier tyd in zodanigen ftaat moet zyn geweest, dat het genoegzaam gefchikt was, om het gcwigt te draagcn, het welk daar in was gepakt, terwyl in alle gevallen werken moet de regel van rechten, quod rcs perit fuo Domino , en dat de Eigenaar het toevallig verlies van zyn goed zelf moet draagcn; en het alzo ook teffens geen tegenfpraak kan lyden, dat, al ware het, dat in het maaken, of bezorgen, van het zelve vat, door den Kuiper alhier eenige fout was begaan, waar door het ongeluk,  ( J luk, het zy direótelyk of indirectelyk, zoude kunnen zyn veroorzaakt, het zelve dan nog geenzins ten laste van A kan worden ge^ bragt, uit confidentie, dat A in deeze geheele zaak heeft gehandeld als de Commisfionair van B cn dus, uit hoofde van zyne verrigtingen, nimmer by B aanfpraaklyk, of aan hem verantwoordelyk is, dan voor zo verre het zou* de kunnen blyken, dat hy niet alle zodanige attentie en diligentic in het waarneemen cn uitvoeren van zyne commisfie zoude hebben aangewend, als waar toe een Mandataris of Commisfionair naar rechten gehouden is. Maar, al is het nu, dat men met den Profesfor Voet, ad tit. ff mandati nam. 9. en andere Rechtsgeleerden wil ftellen, quod mandatarius teneatur de culpa levisfima, dat is: dat een Mandataris aanfpraaklyk is, zelf voor het geringd fte verzuim; dan nog kan in dit geval geen verzuim, hoegenaamd aan A worden geimputcerd, als welke, zelf geen Kuiper zynde, in het uitvoeren van de aan hem gegceve last, niets anders heeft kunnen doen, dan dat hy tot het maaken en toekuipen van het vat, 't welk tot verzending van de Suiker moest dienen, eenen Meefter Kuiper, tot het Gild behoorenden en als zodanig geadmitteerd, heefc moj-  moeten employeeren,1 zo als dan ook door hem is gefehied, en waar van het gevolg moet weezen, dat, byaldien het al eens zoude kun* nen blyken, dat hetzelve Vat niet behoorlyk gemaakt of bezorgd ware geweest, zulks dan nog voor rekening van B als Committent moest weezen, ten dien effeeïe, dat alles, Wat B van A zoude kunnen vergen, daar in zoude be* Haan, dat A ten kosten en voor rekening van hem B eene actie tegen den Kuiper zoude moeten inftitueeren, tot vergoeding van de fchade, aan hem B, door het niet behoorlyk maaken, of toekuipen van hetzelve Vat, en het daar uit gefprooten ongeluk te Ceulen, toegebragt; doch van welke actie men zich bezwaar!yk eenen goeden uitflag kan belooven, dewyl het te vreezen is, dat 'er niet ligtlyk volledige bewyzen zullen te bekoomen zyrt, dat het vallen van het Vat, by het uitheisfehen uit het Schip te Ceulen, uit de haaken, of krampen Van de kettingen, aan de conftitutie van het vat én niet aan een onvoorzien toeval, of aan eenig verzuim in de bewerking, zoude zyn toetefchryveu, voornamentlyk daar het gebrek, zo 'er in de daad eenig gebrek in de conltructie van het Vat had plaats gehad, zich reeds by het I. Stuk. . M in-  (in) infchepen van hetzelve te Amfterdam geopenbaard zoude moeten hebben. Aldus geadvifeerd te Amfterdam, den n6 November 1790. (was getekend) Nicolaüs Bondt, H. B. Luyken, J. Bondt. De Ondergetekende Kooplieden ter Beurze der Stad Amfterdam, geëxamineerd hebbende de bovenftaande Cafus-Pofitie, en het Advys daar op by de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt, H. B. Luyken en J. Bondt, Juris utriusque Doctores en Advocaaten binnen deeze Stad gegeeven ,verklaaren zich daar mede volkoomen te conformeeren. A als Commisfionair het Vat tot de verzending der aan hem geordonneerde Suiker hebbende laaten maaken entoekuipen, door eenen gcadmitteerden en tot het Gild behoorenden Meester Kuiper, heeft daar mede alles verricht , waar toe hy naar rechten gehouden was, en, het zy de ramp daar aan te Ceulen overgekoomen, door een louter toeval, of door verkeerde behandeling by het uitheisfehen, of zelf door verzuim van den Kuiper, in het maaken of  C 179 ) of toekuipen van hetzelve mogt zyn veroorzaakt, zo moet de fchade daar van niet koomen tot lasten van A, die zich als Commisfionair volkoomen van zyn pligt heeft gekweeten, maar integendeel tot lasten van B als Eigenaar, behoudens aan denzelven het recht om fchadevergoeding te zoeken, het zy by die geenen, door welke het Vat te Ceulen uit het Schip is geheischt, het zy by den Kuiper, zo verre hy B met voldoende bewyzen zoude kunnen doen zien, dat de fchade aan de fchuld van den eenen of anderen mogt zyn toetefchryven. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den November 1790. (was getekend) Hope en Comp. Muilman en Soonen. R. en Th. de Smeth. Breitenfeldt en Gregory. Westrik en Pool. Jan en Carl Hasfelgreen. Braunsberg 3 Sireckeifsn fi? Comp. de Bary £? Comp. Gerlach en Saweyer. Motte & Comp. M 2 Gtr-  C 1S0) Willem/in en Hekman. Staedel en Ruhle. Willem van Brienen en Soonen. Siegrist en Böninger. Th. Gulcher en Mulder. Goll en Comp. Guaita en Comp. Brentano en Comp. ui. Bodden:. Holtzhauer en Webel. Westen en Ehrman. Bentink en Wardenburg. M. Ch. Schröder. Seyen en Herminghuizen. Albert Johan Cramtr. XXIL  C 181 ) XXII. Een Schipper zyn Schip vervracht en een bepaalde Somme, zo daar voor, als voor de kosten bedongen hebbende met ftipu* latie van niets meer, is niet bevoegd tot het vorderen van Avary. Wy ondergetekende Kooplieden en Rheeders van Schepen alhier woonachtig, verklaaren ten behoeve van die het zoude moogen aangaan, dat, wanneer een Schipper zyn Schip vervracht heeft, en byde Charte party daar voor geftipuleerd heeft een bepaalde Somme by de hoop, benevens een derde in de onkosten van Haven, Stroomgelden, &c. raakende zyn Schip,en niets meer; gemelde Schipper niet bevoegd is Avary te vorderen, offchoon in de door hem getekende Cognosfementen gedrukt gevonden wordt: en ds Avary na de ufantie der Zee. Verklaarende wy verders, dat gemelde Schipper gehouden is, provifie der Vrachtpenningen te betaalen, offchoon zyn Schip direcT: geaddresfeerd is aan den Betaalder derzelve. Amfterdam den 3 December 1790. M 3 (was  ( i8a') (was getekend) J. Dull en Soonen. Wed. J. Fi'emeaüx en Zoon. Sraunsberg, Streickeifen en Comp. Willem van Brienen en Soonen. Jean Texier, Angely en Masfac. Jan Schelles, Heere Lammers en Comp. de Wed. Pieter van Veen en Zoon. Hendrik Gildmeejler. Z. Eekhout. Zappa en Gebroeders Lorla. Teyler en Teyler van Hall. Cavallier en van Ceulen. Beerenbreek, Fils en Comp. Gebroeders Planta. Jan Gildemeester en Zoon. Coopman, de Win en Lenaarts. Tamme Beth en Zoonen. Courtiau, Echenique Sanchez en Comp. J. de Flines en Zoon. Tymen Lubbers en Zoonen. van Heynen en Tentye. Asma en Ruurds. Jan en Basuaau Klinken. XXIII.  C 183 ) XXIII. Het onderstaande Stuk, in Genua opgefteld en uit het Italiaansch vertaald is ons verzocht in deezen bundel te plaatzen. Voorftel gedaan te Genua , den tweeden Maart Zeventien Honderd en Negentig. Eien Wisfelbrief van Parys op Genua getrokken, betaalbaar op zestig dagen dato, pasfeert door veele Steden en koomt zes en twintigdagen na de vervaldag te Genua aan, binnen welken tyd de Betrokkene gefailleerd zynde, de geene, aan wien deeze Wisfelbrief te Genua geremitteerd is geworden, dezelve dus niet dan den zeven en twintigften dag na den vervaldag heeft kunnen prefenteeren, noch het Protest van Non-betaaling daar van doen ligten. Waar op aan de Heeren Kooplieden en Banquiers van Genua gevraagd wordt, of de gemelde Wisfelbrief geprejudicieerd geacht moet worden, dan of in tegendeel dezelve deugdelyk en behoorlyk volgens de Wetten van Genua geproteM 4 fteerd  C184) fteerd is, en voornamentlyk of de Dispofitie van de Keur, Lib. 4. Cap. 15. waar by aan den Houder van een Wisfelbrief de Termyn van dertig dagen vergund wordt, om het Protest van Non-acceptatie of Non-betaaling te ligten a die Solutionis faciendte in deszelfs kragt, zonder hoe genaamd op eenige uitdrukkelyke wyze te zyn vernietigd, ftaande blyft, en of 'er in deeze Stad een Ufantie ingevoerd is, waar door men de affchaffing van dien onderftellen kan? Antwoord: Wy Ondergetekende zyn van gevoelen, dat de bovengemelde Keur noch uitdrukkelyk,noch itilzwygende afgefchaft geacht kan worden, en dat men dus de bovengenoemde Wisfelbrief voor deugdelyk en behoorlyk geprotefteerd moet houden, want, fchoon de Kooplieden alhier, wanneer zy Wisfelbrieven voor den vervakyd bekoomen, van de Faculteit der dertig dagen geen gebruik maken, kunnen zy des niet tegenftaande door dit hun particulier gebruik niet beneemen de kragt van een Wet, dewelke geoorloofd en in kragt zynde , een ieder gelyke vryheid laat, zich daar van te mogen bedienen , kunnende deszelfs kragt niet worden be^  C185) benöomen, dan wanneer een publique Wetgeevende Authoriteit, even gelyk als by derzelver inftelling, opkoome,en dezelve voor afgefchaft verklaare; en zulks moet voornamentlyk wegens een Trekker van een vreemde plaats begreepen worden, welke het verlof, van zich van de Termyn van dertig dagen te mogen bedienen, (het welk in alle vreemde Landen erkend en afgekondigd, en ook door alle de beste Schryvers, die over het onderwerp van Wisfelbrieven gefchreeven hebben, herhaald is) by Keure ingefteld ziende, niet kan, noch moet te leur gefield worden, door een gebruik, dat hem onbekend is, en buiten dien in Genua geen kragt heeft om de klaare en uitdrukkelyke Wetten (zo als deeze, die de voorgemeldeTerm yn toelaat, om zich daar van te bedienen) te kunnen affchaffen. De queftie is hier over eene zaak, waar in zo min de Houder, als de Trekker geen het allerminste bedrog begaan hebben, zynde de ophouding veroorzaakt door de diverfe verwisfelingen van deeze Wisfelbrief, en dewyl de Trekker en Endosfanten zich vertrouwd hebben op e^n Wet, tegens welke nooit eenige nieuwe Ordonnantie afgekondigtis, zo hadden zy het recht om die te laaten doen, vermits zy bevoegd wasten te gelooven, dat het om de Wisfelbrief niet M5  ( 186") te prejudicieeren, genoegzaam was, dat de aankoomst en prefentatie van dien aan den Betrokkenen binnen de dertig dagen na den vervaldag gefchiedde. Aldus koomt het ons voor, dat deeze zaak behandeld moet worden, om geen inbreuk te doen op de goede trouw, op welke een Trekker van een vreemde Koopftad zich verlaat uit kragte van een wetgeevende Keur, die gedrukt en met publique Authoriteit afgekondigd is. En derhalven hebben wy deeze ondertekend. (was geteekend) Benzi, Vader en Zoon. Amato Regny, Vader en Zoon. Bianchi Dagnino en Comp. Bmeo Zino. Antonio Garibaldi. Gius'. Andre Baufa en Comp. Dufeigneur JVollarton en Comp. Begue Neveu en Comp. Fran'! Ml Giera Zoon en Neef. Gio Scholopffer en Vigo. Gio Batta Maglicni en Zoon. Belloni en Tosfati. Ros ft O ui mei la Neeven en Comp. Carlo Mc: en Gebroeders de Aibertis. Gioranni Marello en Giufep'. Carbone. Wt-  ( i87 ) Wéber Pommer en Comp. Pietro Garibaldi. Gebroeders Gius'. en Ntcolo Noli. Paolo Mayftre en Comp. Gio Batta Rosfi q™ Gio M* D'.y Straffizello en Comp. Gio B'* Fillippi en Comp. Gio Batta Ricci. ytnt\ M: Pagans en Zoonen. Nicolo Piaggio en Zoonen. Gio Batta Ermino. ylgostino Migond. Giacomo Dragoq™ Fran'' Travega en Cavina en Comp. Accordeert met het Italiaansch Origineel, geteekend N°. 2,75 Ne varietur. Amfterdam 5 May 1790. R. B O C A R R Aj Beè'edigd Translateur.   VERZAMELING VAN CASUS POSITIE N, VOORSTELLINGEN £ N DECLARATIE N, BETREKKELYK TOT VOORVALLENDE OMSTANDIGHEDEN IN DEN KOOPHANDEL, VAN TYD TOT TYD BINNEN DEEZE STAD BEOORDEELD EN ONDERTEKEND. TWEEDE STUK. TE AMSTERDAM, BY GIETER HENDRIK DRONSBERG. M D C C C I V,   III INHOUD der STUKKEN. XXIV. Een Acceptant van Wisfelbrieven, op hem, ingevolge de order en voor rekening van zynen Correspondent door een Derden getrokken, is gehouden dezelve ten Vervaldage te betaalen, alhoewel het blyke^ dat de Derde in gebreken blyft, om zyn engagement met gemelden Correspondent aangegaan, naar te koomen. Bladz. I XXV. Wisfelbrieven te Amferdam, in Banco te te betaalen en geduurende de fluiting der Bank vervallen, hebben, na de opening dcrzclve, nog drie Refpytdagen. 9 XXVI. Een Houder van een Wisfel van Non-accep* tatie, geprotesteerd cn door nalatigheid van hem of zyn Correspondent verzuimd, binnen den behoorlyken tyd van Nonbetaling te protesteeren, heeft geen recht * 2 om  iv INHOUD der STUKKEN. om van Endosfanten rembours te vorderen , al ware dezelve Trekker van den Wisfelbrief; en ook, niettegenfiaande de betrokkene, zo by weigering van Nonacceptatie, als van Non-betaling, gedeclareerd had, geen Fonds ter betaaling van den Wisfel van den Trekker ontvangen te hebben. Bladz, ii XXVII. Een Bankier, die onder behoorlyk Protest en Acte van Interve?itie, voor de betaaling van een Wisfelbrief intervenieert, mag zich onmiddelyk rembourfeeren op die geene, ten wiens behoeve zulks is gefehied, zonder dat zyn Rekening van rembours van anderen behoeft bekragtigd te worden. 2i XXVIII. De betaaling van een gedomicilieerde Wisfelbrief, door den Mandataris van den Domiciliant gedaan, ontflaat den Trekker derzelven van het rembours, offchoon de Mandataris naderhand voorgeeft ch betaaling niet voor Rekening van een Derde gedaan te hebben. 24 XXIX.  INHOUD der STUKKEN. v XXIX. * 'Een Houder van een Wisfel, die voor deszelfs beloop, voor den vervaltyd, retour gedaan heeft, kan ten dien opzigte, niet aangemerkt worden, als Commisfionair van den Endosfant, maar als handelende in zyn eigen zaak en heeft dus, by wanbetaling van den betrokkenen, recht van aanfpraak, zo op den Trekker, als op de overige Endosfanten. Bladz\ 33 XXX. Partyen Coffy uit deWest-Indiën komende, worden gewoonlyk, voor dat dezelve ter verkoop worden geprefenteerd, door Makelaars of Commisfionairs, daarin handelende geforteerd, zonder dat daar voor eenige Courtagie, Provifie, of Sorteerloon betaald wordt. 46" XXXI. Asfurantie gedaan zynde op casco, of lading van een Schip, onder een andere naam van Schip of Schipper, als die ivcrkelyk was, en bevonden zynde, dat ten tyde ^:an het doen derzelve, geen zo- * 3 ^ da-  vi INHOUD der STUKKEN. danig Schip of Schipper in de Haven beflond, waar uit de Asfurantie zoude beginnen; zyn de Asfuradeurs van hunne gedaane verzekering ontflagen, doch ver* pligt de ontvangene Premie te restorneeren. . , . Bladz. 51 XXXII. 'Asfurantie te Amfterdam, geordonneerd zynde op een party Jugten, voor alle gevaar, doch met de hier gewoone claufule van: vry van befchadigdheid by behouden arrivement, door den Mandataris gedaan en daar van in tyds kennis gegeeven zynde; is dezelve ongehouden , in cas van befchadigdheid by behouden arrivement, aan zyn Committent iets te vergoeden. . . 53 XXXIII. Iemand toegeflemd hebbende Borg te zyn voor zyne te doeue remifes, en by het doen derzelve ten flerkfle gerecommandeerd hebbende, de Prima''s zonder verzuim ter acceptatie te bezorgen, en zulks niet gedaan zynde, is de fchade door de nalatigheid daar van veroorzaakt,  INHOUD der STUKKEN, vir xaakt, voor Rekening van hem, die verzuimd heeft dezelve acceptatie te bezorgen. . . Bladz. 8^ XXXIV. Een Koopman, aan eenen anderen Koopman Wisfelbrieven ter Incasfeering zendende, en de laatst gemelde failleerende, zonder van die Wisfelbrieven eenig gebruik gemaakt te hebben, zyn de Curateuren in den zeiven Boedel verplicht, die Wisfelbrieven aan den. eerstgcmclckn te restitueeren. ... 90 XXXV. Een Koopman op twee andere Koopliedengeen Compagnons zynde, twee Wisfelbrieven van gelyke grootte trekkende, en een derzelven buiten ftaat geraakt zynde om te betaalen, kan men van den anderen , niet gefaillieerden, alleen de betaaling van één Wisfelbrief vorderen. oS XXXVI. De Ontvangers eener lading te Livorno, hebben geen recht, om aan den Schipper of Eigenaars in rekening te brengen de * 4 Agio  jrru INHOUD der STUKKEN. Agio van het Goud, waar mede, volgens costuum aldaar, de Wisfels betaald worden, wanneer by de Cherteparty geaccordeerd is, om te betaalen in Holl. Cour1. Geld, of de waarde van het zelve naar de cours der Wisfel. Bladz. 105 XXXVII. Ryzing of daaling van verzekerde Goederen, welke geduurende de Reize plaats heeft, gaat de Asfuradeurs in het minst s niet aan. . » , 116" XXXVIII. Een Houder van een Wisfelbrief op Ufoi, of op een geflipuleerde dag getrokken, is niet gehouden de acceptatie terfond te vorderen, en aan den betrokkene een postdag uit fel van acceptatie gegeeven hebbende, kan dit den Trekker noch Endosfanten bevryden, om by Non-betaling van denzelven, de waarde daar van uit te keer en. . „ „ 120 XXXIX. Een Koopman te Amfterdam, Goederen aan een ander Koopman elders woonag- tig,  INHOUD der STUKKEN. i* tig, op de termyn, gewigt, Jlyl en conditiën, daar ter plaatze vigeerende, verkogt hebbende, is verplicht, zich in de betaling naar de Ufantien van dezelfde plaats te reguleer en, Bladz. 127 XL. Iemand van een ander Engelfche Banknooten gekogt en vervolgens dezelve 'Valsck bevonden hebbende, heeft het recht de daar voor betaalde Penningen terug te eisfchen. , „ i^fi XLL Een Wisfel uit Amfterdam, getrokken op een Inwooner aldaar, of uit een andere Plaats binnen de Vereetïigde Provintién, wordt gehouden voor een Adftgnatie en heeft het zelve recht niet als Buitenlandfche Wisfelbrieven. i_p XLIL Een gedeelte van een lading Graanen, door Zeewater befchadigd zynde en door ., deszelfs damp of kwaade reuk het ander gedeelte der lading bedervende, zyn de  X INHOUD der STUKKEN. Asfuradeurs verplicht, de fchade daar door aan de gehcele lading tocgebragt te betaalen, mits bedraagende boven de io pCt. . . . Blaclz. 147 XLIH. Verklaring, dat de Mexicaanfche Couchcnille te Amflcrdam, met 4 pCt. augmentatie verkogt en geleverd wordt. 160 XLIV. Alle Wisfelbrieven moeten betaald worden uiterlyk binnen den zesden dag na den vervaldag ; en by ft uiting van de Bank, den derden dag na de opening; doch by foute van behoorlyk geprotesteerd te zyn, verliest de Houder 't Wisfelrecht, tegens den Trekker cn Endosfanten. 162 XLV. Iemand geordonneerd hebbende Goederen te koopen, zonder daar by de asfurantie op dezelve te ordónneeren, cn door zyn Mandataris in tyds van de afzending geïnformeerd zynde, kan, offchoon de posten zyn opgehouden en het advys eerst na het  INHOUD der STUKKEN. xl het verlies van het Schip aankoomt, geen fchade-vergoeding van zynen Matidataris vorderen. . . Bladz. 166 XL VI. Een Protest van Non-betali.ig van"Wisfelbrieven, kan zo wel op den vierden als op den zesden refpytdag gedaan worden. 17$ XLVII. Een Koopman van een ander order gekreegen hebbende, om voor zyn rekening elders Goederen te koopen en ter bekoming van voordeeligepryzen, aan de Verkoo-' pers geld voor iiit te fchieten, is ongehouden de fchade te vergoeden, by aldien de Verkooper der Goederen, na het ontvangen der Penningen, doch vóór het afzenden der Goederen failleert. 176 XLVIIL Wisfel geremitteerd zynde, doch door de ophouding der posten op de gewoone tyd alhier niet aankomende, als na dat de refpytdagen verf reken zyn, en vervolgends van Nou-betaling geprotesteerd zyn-  Xii INHOUD der STUKKEN, zynde, moet den Trekker bewyzen, dat hy de waarde aan den Betrokkene gefourneerd had, of uit andere hoofde zyn Debiteur was; anderzins moet hy de waarde aan den Houder rembourfeeren. . . . Bladz. 183 XLIX. 'Een geaccepteerde Wisfelbrief moet by de laatfte refpytdag ter betaling geprefenteerd worden, en geen betaling verkrygende, terfond geprotesteerd worden, of de Houder verliest het recht van rembourfement tegens den Trekker en Endosfant. . . » 19° L. Een Wisfelbrief met A&e van Interventie, ter eere van den Trekker of Endosfanten geaccepteerd wordende; behoudt den Acceptant S. P. het zelfde recht en voordeel, als de Betrokkene, indien hy geaccepteerd had, genoten zoude hebben. 19$ VER'  VERZAMELING van CASUS POSITIE N, VOORSTELLINGEN e n DECLAR ATIE N, betrekkelyk tot voorvallende omstandigheden in den KOOPHANDEL. XXIV. Een Acceptant van Wisfelbrieven, op kern, ingevolge de order en voor rekening van zynen Correspondent door een Derden getrokken, is gehouden dezelve ten Vervaldage te betaalen, alhoewel het blyke, dat de Derde in gebreken blyft, om zyn engagement met gemelden Correspondent aangegaan, i naar te koomen. l\ Koopman te Livorno, met B Koopman te Libau overeengekomen zynde, om een LaII. stuk, A ding  ( s ) ding Koopmanfchappen door hem B intekoopen en te expedieeren, te weeten i voor Rekening van Aen £ voor B, zodanig, dat B het montant der i by kennis geeving der inkoop en order geeving tot bevragting van een Schip aan C Koopman te Amfterdam, op hem C voor Rekening van A zoude trekken, en van dezelve overeenkomst door A aan C kennis gegeven zynde, met dat gevolg, dat C zich, ten behoeve van A, engageert, dezelve overeenkomst, voor zo verre hem betreft, naar te koomen, zo worden vervolgens door B, met kennis geeving van den inkoop en order geeving tot bevragting van een Schip, op C getrokken eenige Wisfelbrieven, die door C geaccepteerd en ten Vervaldage betaald worden, terwyl B intusfehen nalatig wordt, aan het engagement met A te voldoen. De Vraage is: „ Of C, ingevolge de Wetten cn Costu„ men, hier ter Stede, in materie van Wis„ fel vigeerende, niet gehouden cn vcr„ pligt is, de op hem getrokkene Wisfel- brieven, uit hoofde van deszelfs gedaane » Ac-  ( 3 ) „ Acceptatie, ten vervaldage te betaalen; „ dan wel, of hy C, ingevolge dezelve Wet„ ten, heeft kunnen en mogen volftaan, met, „ ten Vervaldage, in plaatfe van dezelve be„ taling te doen, het beloop derzelve Wisfel„ brieven te depofiteeren of te fequestreeren. De Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten voor het Hof van Holland geadmitteerd, en te Amfterdam practifeerende, gezien hebbende de bovenftaande Cafus Pofitie en de Vraage daarby geproponeerd, declareeren van begrip te zyn, dat C (ingevolge de Wetten en Costumen, hier ter Stede vigeerende,) volftrekt gehouden en verpligt is geweest, de Wisfelbrieven door B van Libau, op hem voor Rekening van A te Livorno getrokken, en alzo door hem C geaccepteerd, ten Vervaldage aan de Houders te voldoen, zonder dat hy C heeft kunnen of mogen volftaan, met het beloop derzelve te depofiteeren, of te namtifeeren. En zulks wei om reden, dat C door de Acceptatie der Wisfelbrieven, welke B van Libau op hem C voor Rekening van A te Livorno had getrokken, en welke Trekking A a 99  ( 4 ) en Acceptatie by de Cafus Pofitie gefield wordt, op ordre van A gefehied en doorhem A geapprobeerd te zyn, zich zelve heeft gefield tot Debiteur van de Somma's in de Wisfelbrieven begrepen, en zich alzo heeft verpligt, om dezelve ten Vervaldage aan de wettige Houders te betaalen. C is derhalven gehouden geweest, aan deeze zyne verbindtenis ten Vervaldage te voldoen , en kon geenfints met eene offerte van de depofitie der Penningen, fequestratie of namtisfement, voldoen; want, daar eene gerechtelyke depofitie, of namtisfement onder cautie en belofte van te restitueeren, indien zulks naderhand bevonden mogt worden te behooren, niet gelyk ftaat met betaaling; zo zouden de Houders der Wisfelbrieven met , zulk eene offerte van C geen genoegen hebben behoeven te neemen, en zy zouden dan de Wisfelbrieven tegen C van Non-betaaling hebben doen protesteeren, en hem vervolgens in Rechten hebben aangefprooken tot betaaling, 't welk een en ander notoirlyk tot discrediet van C zoude hebben geflrekt, alzo het weigeren van betaalen van eenen geaccepteerden Wisfelbrief, in welke men niet kan fus-  C 5 ) fustineeren eenige falfiteit plaats te hebben, en waar van de Endosferaenten in orde zyn, in 't algemeen gehouden wordt voor een bewys van des Acceptants onvermoogen, en dus tot deszelfs merkelyke disreputatie verftrekt, boven en behalven, dat zulk eene aanbieding van depofitie of namtisfement ook niet het minfte voordeel, het zy aan C het zy aan A te Livorno, voor wiens Rekening C had geaccepteert, zoude hebben toegebragt, dewyl C door de Houders der Wisfelbrieven in rechten aangefprooken zynde, directelyk tot de betaaling zoude zyn gecondemneerd. Zonder dat hier tegen eenigzins in aanmerking kan koomen, dat B te Libau, welke dezelve Wisfelbrieven op C voor Rekeningvan A te Livorno had getrokken, in gebreken is gebleven, om aan zyn engagement ten opzigte van A te voldoen, nademaal deeze wanprestatie van den Trekker B, hem C, als Acceptant niet heeft kunnen bevryden, om aan zyne acceptatiën te voldoen, ais zynde het eene generaale regel in den Wisfelhandel, dat de geene, welke een Wisfelbrief geaccepteerd heeft, zich ten opzigte van den A 3 Hou-  ( I ) Houder, niet kan onttrekken aan de betaaling-, op fundament van eenige verandering, welke 'er omtrent den Trekker mogt zyn voorgevallen. Men vindt dit reeds geleerd by SCACCIA de Cambio §. 2. Glosfa 5. Num. 327", al waar hy Zegt; queero, an is, qui accept avit folvere litteras Cambii posfit pceniterc, et recufare earum folutionem, pafertim, fi, post transmisfas ad fe litteras, is qui litteras feciti decoxerit? Respondeo: quod, acceptatis litteris, non potest illarum folutionem recufare, qüamvis debitor decoxerit. En het zelve wordt bevestigd door du puy deins fon Art des Lettres de Changc, Chap. X. §. 2. en FRANCKius in ïnflitut. Juris Cambialis, Lib. I. SecY, III. Titt. III. §. XVII et XVIII. terwyl deeze regel ook van ouds alhier ter Stede is aangenoomen; als zynde reeds op den 27 Febr: 1662. door een groot aantal Kooplieden ter Secretarye deezer Stad, eene vcrklaaring gedaan, inhoudende • dat het gebruik van deeze Plaats is, dat alle de geenen die Wisfelbrieven accepteeren, zich zalven, door middel van hunne acceptatie, maaken Debiteurs, 'en, offchoon de Trekkers Infolvent kwame te worden, voor of na den Vervaldag derzelve; dat de voorfhreeve Acceptanten niet kon-  ( 7 ) konnen of moogen hun verhaal zoeken op de Endosfcürs van de voorfchreeve Brieven; wordende dit Declaratoir gevonden in de gedrukte Handvesten deezer Stad, Hde Deel, Pag. 544. C was dus volftrekt gehouden tot de betaling. En de Nonprastatie van den Trekker B te Libau kon hem daar van in geenerlye wyze bevryden. Dus heeft hy door zyne betaaling geen de minfte fchade aan A te Livorno tocgebragt, en kan dienvolgends ook door A van geen verzuim worden befchuldigd. Aldus geadvifeerd te Amfterdam den 11 January 1791. (was getekend) Nicolaüs Bondt, J. B. de Graaf, H. B. Luyken. De Ondergetekende Banquiers cn Kooplieden ter Beurfe der Stad Amfterdam, gelezen hebbende de bovenftaande Cafus Pofitie, en het advys daarop gegeeven, door de Heeren Mrs. N. Bondt, J. B. de Graaf en H. B. Luyken, alle Advocaaten alhier ter Stede, Verklaaren zich met het zelve advys volkomen te conformeeren; als zynde in alle opzigten overeenkomftig met de Wetten en A 4 Cos-  C 8 ) Costumen in cas van Wisfel, alhier ter Stede vigeerende, en door ons dagelyks wordende geobferveerd. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den January 1791. Hops en Comp. Wilhem en Jan Willink. Bolongaro Simonetta en Comp. Sigrist en Böninger. Abraham Verhamme. de Wed. D. Smtth Zoon en Comp. Locquet en Degalz. Couderc Brants en Changuion. Motte en Comp. Rocquette en van de Poll. Braunsberg , Streckeijen £? Comp. Muilman en Soonen. Joan Franpois en Jacob Dutilh. Zappa en Gebr. L>rla. Jan en Carl Hasfelg'réen. J. B. Carli di Carlo en Zoonen. S. J. en A. W. Blanckenhagen. Reeringh en Lequien. Beek en Lodew\ks. Nicolaas Nos/e en Zoonen. XXV.  C 9 ) XXV. Wisfelbrieven te Amfterdam, in Banco te te betaalen en geduurende de fluiting der Bank vervallen, hebben, na de opening derzelve, nog drie Rejpytdagen. De Ondergetekende Advocaaten, mitsgaders Banquiers en Kooplieden ter Beurfe der Stad Amfterdam, certificeeren by deezen, dat volgens de Wetten en Ufantiè'n deezer Stad, alle Wisfelbrieven van andere Plaatfen getrokken, om alhier in Bankgeld te betaalen, en welke vervallen geduurende de fluiting van de Bank, het zy de Refpyt-of Gratiedagen allen of gedeeltelyk, geduurende de fluiting zyn verloopen; nog drie opene Bankdagen hebben, om na de opening van de Bank, te worden geprotesteerd, en dat over zulks, wanneer de Bank open gaat des Vrydags, en zodanige Wisfelbrieven 's Maandags daaraan volgende geprotesteerd worden , zulk een Protest wettiglyk en naar behooren is gefehied, als zynde de Maandag in dit geval de derde opene Bankdag. In kennisfe der waarheid is deeze by ons A 5 ge-  C 10 ) getekend, in Amfterdam den 16 February Nicolaüs Bondt, Advocaat. J. Bondt, Advocaat. Hope en Comp. Braunsberg Streckeifen en Comp. Cuny en Comp. Jan Alary, Jan en Theod. y>an Marfelis. Guaha en Comp. Teysfet en Comp. Mui'/man en Soonen. Willem Tan Brienen en Zoonen. Jean Texier, Angely en Masfac, Jan en Carl Hasfelgreen. Couderc Brants en Changuion. Hogguer Grand en Comp. XXVI.  C tt ) ■ , r xxvi. Een Houder van een Wisfel van Non-acceptatie^ geprotesteerd en door nalatigheid van hem of zyn Correspondent verzuimd, binnen den behoorlyken tyd van Non-betaling te protesteeren , heeft geen recht om van Endosfanten rembours te vorderen, al ware dezelve Trekker van den Wisfelbrief; en ook, niettegenflaande de betrokkene, zo by weigering van Non-acceptatie, als van Non-betaling, gedeclareerd had, geen Fonds ter betaaling van den Wisfel van den Trekker ontvangen te hebben, M en heeft uit Brunswyk aan A Koopman te Strasburg, een Wisfelbrief op Amfterdam gezonden, getrokken den i Ociober 1790 op zes weeken dato* A heeft deze Wisfelbrief den 13 Ociober 1790 vernegotieerd aan B mede Koopman te Strasburg, welke B dezelve den 2.6 van gemelde Maand, heeft gezonden aan zyn Correspondent C te Rotterdam, die dczelven den 5 November 1790 van Non-acceptatie heeft laaten protesteeren, C  C m ) C te Rotterdam heeft deeze Wisfelbrief met het Protest van Non-acceptatie terug gezonden aan B te Strasburg, in plaats van maar alleen het Protest te zenden, zo als gewoonlyk gefchiedt, en de Wisfelbrief tot op den vervakyd te bewaren, om dezelve als dan van Non-betaaling te laaten protesteeren. Deeze flap van C te Rotterdam heeft ten gevolge gehad, dat de Wisfelbrief op den vervakyd niet te Amfterdam heeft konnen terug komen, en derhalven op den, by de Wetten te Amfterdam bepaalden tyd, niet heeft kunnen geprotesteerd worden. A te Strasburg van B bericht bekomen hebbende, wegens het Protest van Non-acceptatie, heeft aangeboden cautie te ftellen, om de waarde te restitueeren, wanneer de Wisfelbrief van Non-betaaling zoude zyn geprotesteerd, maar B heeft niet goedgevonden die cautie aanteneemen. Hy heeft vervolgens de Wisfelbrief naar Rotterdam gezonden, en dezelven is den 23 November te Amfterdam geprotesteerd, en dus zes dagen te laat. De  ( 13 ) De geene, op wien de Wisfelbrief is getrokken heeft in het Protest van Non-acceptatie en in dat van Non-betaaling, tot antwoord gegeeven : „ om reden aan den Trekker gemeld!' Zeden heeft hy, ter requifitie van C te Rotterdam , een Certificaat gegeeven, ten bewyze, dat hy de Fondfen tot betaaling der gemelde Wisfelbrief, van den Trekker niet ontvangen heeft. Wordt gevraagd : Of A te Strasburg in het bovengemelde geval , volgens de Wetten en Cos turnen der Stad, Amfterdam, gehouden of verplicht is deeze Wisfelbrief te rembourfeeren ; dan of hy recht heeft zulks te weigeren, door dien de Wisfelbrief te laat is geprotesteerd geworden. De Ondergetekende Doctors in de Rechten en Advocaaten, refideerende te Amfterdam, het hier voorenftaanden Vertoog geleezen en de voorgeftelde Vraag geëxamineerd hebbende, verklaaren van opinie te zyn : Dat A te Strasburg als Endosfant van de in het Faclum vermelde Wisfelbrief, volgens de Wetten en Costumen deezer Stad, niet gehouden of verpligt is dezelve te rembourfeeren, maar  ( 14 ) maar dat hy zulks kan weigeren, om dat deeze Wisfel te laat is geprotesteerd. De Wetten deezer Stad zyn ten deeze opzigte zeer uitdrukkelyk. By eene Ordonnantie van de Magiftraat van den 31 July 1660. is geordonneerd: dat alle de Wisfelbrieven uit andere Plaatzen getrokken, om in deeze Stad te worden betaald, geprotesteerd moeten worden, in geval dezelve binnen zes dagen na de dag van de vervaltyd niet zyn betaald, daar onder begreepen de Zon- en Feestdagen ; wordende de dag na dia van den vervaltyd voor de eerfte dag gereekent, en dezelve Magiftraat heeft by een Edict van van den 29 Maart 1661 verklaard : dat ingeval de Wisfelbrieven binnen de zes dagen na den vervaltyd niet wierden geprotesteerd, de Houders, uit hoofde van dit verzuim, zouden verftooken zyn van het recht van recours of verhaal op en tegens de Trekkers en Endosfanten. Deeze Wetten, welke gevonden worden in het gedrukt Recueil der Edi&en, Ordonnantiën en Reglementen deezer Stad, (Handvesten der Stad Amfterdam, 2de Deel, pag. 543.) worden in deeze Stad nog in al derzelver kracht geobferveerd; en den Houder C te Rotterdam, de Wisfelbrief in ques- tie,  ( *5 ) tie, niet op de termyn, welke door deeze Wet is voorgefchreeven, hebbende konnen protesteeren, zo is A als Endosfant gevolglyk vry of ontflagen van de garantie, waartoe hy verplicht zoude zyn geweest, indien de Wisfelbrief van Non-betaaling was geprotesteerd geworden binnen den tyd welke de Wet vordert. De omftandigheid, dat de Wisfelbrief den 5 0élober 1790, alhier van Non-acceptatie geprotesteerd en door C aan zyn Cedent B te Strasburg terug gezonden zynde, alhier niet eerder dan na verloop van zes dagen na den vervaltyd heeft konnen retourneeren, kan geen de minfte verandering in de toepasfing der aangehaalde Wetten te wege brengen. Het ftaat aan C te Rotterdam, om met zyn Cedent B te Srasburg, aftemaaken, of hy wel gedaan heeft, de Wisfelbrief met het Protest van Non-acceptatie terug te zenden, in een tyd, dat dezelve onmogelyk vroeg genoeg weder hier konde zyn, om binnen de zes dagen na den vervaltyd geprotesteerd te worden; maar dit gaat A. in geenen deele aan, wien men deeze onagtzaamheid van C niet  ( 16- ) niet kan wyten, te minder, door dien A de Wisfelbrief reeds den 13 Oétober 1790 aan B te Strasburg gecedeerd hebbende, het zyn fchuld niet is, dat B dezelve tot den 25 October onder zich heeft gehouden, voor en al eer hy dezelve naar Holland zond, om de acceptatie daarvan te bekomen, en dat by gevolg de termyn te kort is geweest, om de Wisfelbrief op zyn tyd te doen retourneeren, ten einde van Non-betaaling te worden geprotesteerd, na dat C te Rotterdam dezelve, het zy op order van zyn Remittent B of door onvoorzigtigheid naar Strasburg gezonden had; men kan derhalven deeze vertraaging aan A niet te laste leggen, en hy kan 'er geenzints verantwoordelyk voor zyn. En, offchoon de Perfoon, op wien de Wisfelbrief is getrokken, naderhand heeft verklaard, dat hy van den Trekker de Fondfen tot betaaling van deeze Wisfelbrief niet had ontvangen, zo. ontltaat nogthans daaruit geen de minfte verplichting voor A om dezelve te rembourfeeren. Indien de Houder dit poincl: kan bewyzen, zo moet hy wel toegelaaten worden om zyn re-  ( V ) recours, of verhaal op den Trekker te neemen, dewyl deeze anderzints geene Fondfen by den Koopman te Amfterdam, op wien de Wisfel is getrokken geweest, gehad hebbende, door de onagtzaamheid en het verzuim van den Houder, om het Protest van Nonbetaaling, in de by de Wet voorgefchrevene tyd te doen ligten, zoude profiteeren, 't geen niet billyk zoude zyn. Maar het geval is ten opzigte van den Trekker A zeer verfchillend; deeze is niet Borg geweest voor de betaaling van de Wisfelbrief, als onder voorwaarde, dat B, aan wien hy dezelve had gecedeerd, of.zyne recht hebbende, verpligt zouden zyn zich te gedraagen naar de Wetten en Ufantien, welke ten aanzien van de Wisfelbrieven, generalyk zyn aangenomen, dat is te zeggen, dat hy de betaaling van dezelve op den vervaltyd of wel in de Refpytdagen, welke zyn vergund door de Wetten deezer Stad, alwaar de betaaling moet gefchieden, zoude moeten vorderen, en dat hy, by gebrek van betaaling, verpligt zoude zyn dezelve te laaten protesteeren. Daar nu de Houder aan deeze formaliteit niet heeft voldaan, zo kan A zich aan die zelfde Wetten houden, door dewelke hy, als Endosfant van zyne garantie bevryd II. stuk. B is,  C H ) fa, dewyl de aart van het Wisfelcontraéfc zodanig is, dat de geene, welke de betaaling moet vorderen, de vcreischte vlyt moet aanwenden om dezelve te bekomen op den dag, die by de Wisfelbrief zelve is bepaald, of wel in deRefpytdagen, welke door de Wetten of Ufantien der Plaats, alwaar de betaaling moet worden gedaan, toegeftaan zyn, en dat hy? by gebreke van deeze betaaling, het Protest moet doen ligten,om te doen blyken, dat hy niets heeft verzuimd, om de garantie van zyne Cedenten te bewaaren, welke aan dezelve voorwaarde ftiptelyk verbonden is. Gedelibereerd te Amfterdcm, op heden dca ió" February 1791. (was geteekend) Nicolaüs Bondt. J. Bondt. Wy Ondergetekende Bankiers en Kooplieden ter Beurfe van Amfterdam, gezien hebbende de hier boven voorgeftelde Vraag, en de ConfaJtatie van de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt en J. Bondt, Doctors in de Rechten en Advocaaten, practifeerende in deeze Stad, verklaaren volkomen overeenteltemmen met het  ( 19 ) het advys van de gemelde Advocaaten, als zynde het zelve gegrond op de Wetten, welke in deeze Stad zyn gemaakt en ftandvastig uitgeoeffend worden, volgens dewelke alle en een iegelyk Endosfant eener Wisfelbrief, wordt geacht voor ontflagen te zyn van deszelfs garantie, zo wanneer de Wisfelbrief binnen de zes dagen na den vervaltyd niet behoorlyk geprotesteerd is. Verklaard te Amfterdam, den 16 February 1791. Hope en Comp. Braunsberg, Streckeifen en Comp. Pye Rick en Comp. Botereau en Comp. Teysfet en Comp. Anth. en Ab™ Bieren:. Guaita en Comp. Mehil en Wólff. Coudcrc , Bram: en Changaion. van Hemen, Baerlman en Marckant. Locquet en Degalz. Cavallier en van Ceulen. Courüau, Echenique Sanchez cn Comp, J. Texier, Angely en Masfac. Cuny en Comp. Wernier en Hartfinck. Hogguer, Grand en Comp, Ba Ri  C 20 ) .ff. en Th. de Smeth. S. J. en /f. W. Bianckenhagec. Jean Neppen en Zoonen. Th. Gü/cher en Mulder. Jan en Carl Hasfelgreen. Neder mey er, Voogd en Bousquet. Muilman en Soonen. Jean Neei en Zoon. Teyler en Teyler pan Hall. Jan pan Soesdyk. Breitenfeld en Gregory. Daniël Crommelin en Soonen. Cafas en Comp. La Coudré Zoon en Ryke. de Bary en Comp. XXVII.  C « ) XXVII. Een Bankier, ^/e owder behoorlyk Protest en 4&e van Interventie, voor de betaaling van een Wisfelbrief intervenieert, mag zich cnmiddelyk rembourfeeren op die geene, ton wiens behoeve zulks is gefehied, zonder dat zyn Rekening van rembours van anderen behoeft bekragtigd te worden. Ondergefchrevenen Kooplieden, Bankiers en Makelaars in Wisfels, alhier woonagtig, verklaaren ten behoeve van de geene, die zulks zoude mogen aangaan, dat wanneer een Bankier intervenieert voor de betaaling eener Wisfelbrief, voor Rekening, 't zy van den Trekker of van een der Endosfanten, en zulks ter behoorlyke tyd doet, onder Protest en Acte van Interventie in forma, 't gebruik hem authorifeert, de Rekening van betaling en rembours optemaken, zonder dat deeze Rekening getekend en bekragtigd behoeft te worden, door Bankiers, Kooplieden of Makelaars, of door eenige andere Perfoon als zich zelve, en dat hy 't recht heeft, oogenbliklyk zich daar voor te rembourB 3 fee-  ( ^ ) feeren op die geene, voor wiens Rekening hy voor de betaaling geintervenicerd is, zonder in aanmerking te neemen, de fchade of winst op de Wisfel, of eenige 'andere infchiklyk•heid ten zynen voordeele. Ten blyke hier van tekenen wy deezen, om te dienen daar 't behoort. Amfterdam a April 1791. Hope en Comp. TT. en J. Willink. van Hemert, Baerlman en Marchant. Courtiau, Echenique Sanchez en Comp. J. Texier, Angely en Masfac. Muilman en Soonen. Braumberg 3 Streckeifen en Comp. W™ pan Br tenen en Zoonen. Cavaliier en van Ceulen. Jan en Carl Haffel gr een. Goll en Comp. T. en C. IVilkiefon en Comp. Hogguer , Grand en Comp. Teysfst en Comp. H. Gi/demeester. a Boy en Branger. Guaita en Comp. 11. Coecq en Zoon en Comp. jK. en Th. de Smelh. P.  ( *3 ) P. f. Coutteau. Mehil en Wol ff. Cottderc, Brants en Changuiuti. Westrik en Pool. Z. Eekhout. G"!c Feitama en Zoon. Perenbroek en Zoon en Comp. Benj. Tfac de Jongh en Zoon. S. en L'\ ffarm'. Kejzer. D. Ph. Salomons. Dan\ Ebell. W. C. Tack en Zoon, B * XXVIIT.  C *4 ) XXVIII. De betaaling van een gedomicilieerde Wisfel* felbrief, door den Mandataris van den Domiciliant gedaan, ontflaat den Trekker derzelven van het rembdurs, offchoon de Mandataris naderhand voorgeeft de betaaling niet voor Rekening van een Derde gedaan te hebben. A , m Hamburg, trekt een Wisfelbrief op B in Bilbao, betaalbaar te Madrid, en zendt de Prima Wisfelbrief aan C in Bilbao, met order de acceptatie en betalings addres, daar van te laaten bezorgen, en dezelve dan aan D te Madrid in te zenden, by denwclken de Trekker de Secunda addresfecrt. A vernegotieert deeze Secunda aan E", van welke dezelve door verder endosfement aan F in Madrid wordt geremitteerd. F laat zich de Prima uitleveren, welke behoorlyk door B geaccepteerd en by G in Madrid ter betaaling was gedomicilieerd, en endosfeert dien aan II, welke by den vervaltyd, tot bewys der betaaling, zyne Quirantic in bchoorlykc order op den Wisfel zet. Deeze Quitantie bewyst, dat G den Wisfel, zo als dezelve luidt, voor den Ac-  ( *5 ) Acceptant betaald heeft. Na dat zulks is gefehied, moet G anders te raade geworden zyn, en zich berouwd hebben de betaaling voor den Acceptant te hebben gedaan. Daar hy nu met H in de gedaane betaaling geene verandering konde maaken, zo wendt hy zich tot F, en laat, na dat hy de Quitantie van H heeft doorgehaald, een Protest formeeren, by het welke hy G verklaart van den Acceptant geen Fonds, maar order te hebben den Wisfel niet te betaalen, en dat hy G daarom de Wisfel, ter eere van het endosfement van E, betaald heeft, F verklaart ook dat Geld ontvangen tehebben, doch maakt in het Protest de referve, dat dit Protest hem, noch zyne Cedenten zal mogen priejudicieeren. Het Protest is voor het afloopen der refpytdagen gedateerd , doch te Hamburg drie postdagen laater ontvangen , dan de brieven van Madrid aldaar gewoonlyk aankoomen, waarom het vermoeden van eene antidateering zeer gegrond is. De acceptatie van B is buiten dien zigtbaar doorgeftreeken geweest, maar de doorgehaalde ftreepen zyn, zo goed mogelyk, wederom uitgekrabd cn de acceptatie is, zo veel mogelyk was, weder herftcld, doch daardoor zo vol gaatjes geworden, dat het bovengemelde aan de acB 5 ceP*  ( ^ ) ceptatie duidelyk te zien is. Terwyl nu E de op de voorgemelde wyze gebrekkig gemaakte Wisfel met Protest heeft terug ontvangen en van den Trekker rembours vraagt, Zo wordt als nu gevraagd: Of de Trekker gehouden is denzelven te rembourfeeren. Gezien byde Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Rechtsgeleerden, te Amfterdam refideerende de bovenftaande Cafus Politie, en gelet op de Vraage daar by geproponeerd, dunkt onder correctie: dat, in de fuppofitie, dat de by de Cafus Politie vermelde Wisfelbrief, op den vervaltyd waarlyk en in de daad aan H, welke toen Houder van dezelve was, door G, by denwelken dezelve ter betaaling' door den betrokkenen B was gedomicilieerd, is betaald geworden, en uit hoofde van die' betaaling, daadclyk door denzelven H is gequitteerd; de Trekker A geenzins gehouden is, denzelven aan E te rembourfeeren. Berustende dit geadvifeerde op deeze twee gronden, Eerftelyk, dat het volgens den aart en eigenfchap van den Wisfelhandel zeker is, dat de geheele verpligting, welke een Trek-  ( *7 ) Trekker van een Wisfelbrief ten opzigte van den gecver of deszelfs rechtverkrygende contracteert en op zich neemt, moet worden gehouden, voor compleetelyk vervuld en voldaan, zodra de getrokken Wisfelbrief ten vervaldage behoorlyk wordt betaald. Immers, het zy men de onderhandeling, welke tusfchen den Trekker en Geever van een Wisfelbrief aangegaan wordt, met nu puy, VArt des Lettres de Change, Ckap. III. Max. I. wil confidcreeren als een Koop en Verkoop, of met heineccius, Elem. Jur. Camb. III. 88. als eene fchriftelyke toezegging; zo is het echter altyd zeker, dat dc eenige verpligting, welke de Trekker ten behoeve van den Geever op zich neemt, daar in beftaat, dat hy moet effectueeren, dat de Somme in den Wisfelbrief begreepen, op den bepaalden plaats cn tyd, door den betrokkenen behoorlyk aan den Houder betaald worde. En, gelyk naar rechten alle verbintenisfen worden ontbonden, door voldoening van het geene men verfchuldigd is, Princ.Injlit. Quibus Modis tollitur Obligatio; zo als ook by heineccius , Elem. Jur. Camb. Cap. VI. 828. ge-  C *8 ) geleerd wordt, dat het geen bewys nodig heeft, dat betaaling de allernatuurlykfte wyze is, om eene Wisfelverbindtenis te verbreeken , zo is het hier uit ten uiterften evident, dat' den by de Cafus Politie vermelden Wisfelbrief, door A getrokken op B te Bilbao, betaalbaar te Madrid, op den vervaltyd door G te Madrid, by wien dezelve door den betrokkenen B ter betaaling was gedomicilieerd, voor en in den naam van B behoorlyk betaald zynde geworden, aan H, welke toen Houder van dezelve was, en welke ook compleetelyk voor die betaaling gequiteerd heeft; de Trekker A dien volgende daar mede moet worden gehouden volkomen te hebben voldaan aan het engagement, het welk hy ten behoeve van den Geever, of deszelfs rechtverkrygende, gecontracteerd nad, en over zulks ook ontflagen te zyn van zyne vêrpligting tot rembourfement, by aldicn dezelve niet behoorlyk betaald was geworden. En hier by koomt dan nog de volgende Tweede grond, om welke de Ondergetekenden van begrip zouden zyn, dat A niet gehouden is, den Wisfelbrief in questie aan E te rembourfeeren. Dat,  C *9 ) Dat, welke daaden ook aan en met denzelven Wisfelbrief, na dat die eens was betaald, zyn gepleegd geworden, dezelve echter geenzins den Trekker hebben kunnen verbinden, noch ook deszelfs reeds door de betaaling gemortificeerd engagement hebben kunnen doen herleeven, want, hoe zeer de Ondergetekenden uit het vermelde by de Cafus Pofitie, niet praecifclyk hebben kunnen naargaan, hoedanig tusfehen G en F, met den opgemelden Wisfelbrief is gehandeld geworden, zo moet echter, in de vooronderftelling, welke de Ondergetekenden reeds hier boven, uit het gedaane Voorftel hebben gemeend te moeten maaken, dat namelyk de Wisfelbrief door G eenvoudiglyk en zonder eenige referve is betaald geweest voor rekening van den Acceptant, welke denzelven by hem G had gedomicilieerd, en dat hy G dienvolgends ook de naamtekening van denzelven Acceptant heeft geroijeerd of laaten roijeeren; alles wat daaromtrent vervolgens is gefehied, voor onbehoorlyk en wcderrechtelyk worden gehouden, ten dien effeéte, dat daar uit gecnerly verpligting hoegenaamd voor A heeft kunnen refulteeren. G.  C 30 ) G den Wisfelbrief zonder eenige reftriclie of referve, en dus eenvoudiglyk, zo als dezelve luidde, als Mandataris van den Acceptant B betaald hebbende, heeft door geene; posterieure daaden eenige zodanige verandering in die gedaane betaaling kunnen maaken, waar door dezelve betaaling zoude moeten worden gehouden, als niet voor en ter eere van den Acceptant B gedaan geweest te zyn , en waar uit voor A eene verpligting tot rembours heeft kunnen refulteeren, als welke reeds door de Quitantie van II geheel was gemortificeerd geworden; Cum nemo potest mutare Confilium fuum in alterius injuriam. L- 75- ff- de reg. Juris. En de daad van F, welke volgens de Cafus Pofitie aan G behulpzaam fchynt te hebben willen zyn, om deszelfs oogmerk te volbrengen , heeft ook geene verandering in de eens gedaane betaaling kunnen maaken, daar dezelve F zich nimmer na die betaaling, eenig wettig recht op dien Wisfelbrief heeft kunnen aanmatigen, of daar van wettige Houder heeft kunnen worden; als moetende al het recht, het welk dezelve F en zyne Cedenten, immer, uit hoofde van dezelve, had gecompe- teerd,  ( 3* ) teerd, door de Quitantie van den laatflcn wettigen Houder H, wegens de gedaane betaaling gegeeven, worden gehouden voor volkoomen vernietigd. Aldus (falvo meliori) geadvifeerd te Amfterdam, den 12 April 1791. Nicolaüs Bondt, H. B. Luyken, J. Bondt. De Ondergetekenden Bankiers en Kooplieden ter Beurfe der Stad Amfterdam, gezien en geëxamineerd hebbende de hier bovenftaande Cafus Pofitie, en het advys van de Heeren Mrs. Nicolaüs Bondt, Hendrik Bartyn Luyken en Jan Bondt, Juris Utriusque Doétores en Rechtsgeleerden, binnen deeze Stad refideerende, verklaarcnzich met hetzelve advys volkoomen te conformeeren, als zynde gefundeerd op het recht en de ufantie in materie van Wisfel alhier gebruikelyk en gerecipieerd. Amfterdam den April 1791. Hope en Comp. Mui/man en Soonen. R. en Th. de Smeth, Brauns-  ( 3* ) Braunslerg, Streckeifen en Comp. W™ van Brienen en Zoonen. C. G. Meyer en Zoonen. Cuny en Comp. Hogguer 3 Grand en Comp. W™ en J« Willink. de Bary en Comp. XXIX.  c 33 ; XXIX. Een Houder van een Wisfel, die voor deszelfs Beloop, voor den vervaltyd, retour gedaan heeft, kan ten dien opzigte, niet aange* merkt worden, als Commisfionair van den Endosfant, maar als handelende in zyn eigen zaak en heeft dus, by wanbetaling van den betrokkenen, recht van aanfpraak, zo op den Trekker, als op de overige Endosfanten. Op den 25 November remitteert A te Cadix, aan zyn Correspondent B te Madrid, 3 Wisfelbrieven, op diverfe Huizen te Madrid, vervallende den 20 en 27 February, te farnen bedragende Piasters 137826", en 6 Maravedis, met ordre, om daar van de acceptatie te bezorgen en hem daarvoor, onder disconto, retour te maaken, en wanneer zulks doorhem niet konde gefchieden, als dan de Wisfelbrieven te renvoijeeren. B te Madrid, ingevolge die orders '\ laat de Brieven accepteeren, en dezelve gedisconteerd hebbende, geeft aan A te Cadix, tegen-remifes in retour, voor het provenu, te weeten, IL stuk. C Jen  C 34 ) den 12 December 3 Wisfelbrieven op Cadix en 2 Koninglyke Billcts, cn den 19 dito nog 2 WHelbrieven cn een dito Billet, te famen bcloopende Piasters 134135, 15 Maravedis. Op den 20 February zyn twee van dehiervooren gemelde remifes, van A te famen bedragende Ps. 57826", 6 Maravedis prompt betaald geworden. Maar op den 27, offereer de de Acceptant van den 3dc" Wisfelbrief, groot Ps. 80520, getrokken door C te Cadix, in dato 21 November, op 90 dagen dato, aan de ordre van D te Cadix, dewelke dezelve aan A heeft geëndosfeerd, tot voldoening, maar Pi 20520, niettegenllaande zyn acceptatie fimpel en eenvoudig was luidende, onder pretext, dat hy de restecrende zestig duizend Piasters, had moeten deponeeren, op een vonnis, gedecreteerd door den Stedehouder van den Corregidor, gcobtineerd op mftan> tic of verzoek van den Trekker C te Cadix. B te Madrid, was genoodzaakt om deeze Wisfel te remboufeerén, die reeds, behalven hem, aan een Derden Houder was overgegaan en confenteerde om van den Acceptant te ontvangen de geoffereerde Ps 20520, op Rekening, onder Protest en refervatie van zyn recht  ( 35 ) recht op den Trekker, Endosfanten, Accep* tant en alle andere. De Trekker C te Cadix, fundeert zyn Reclame op de 60 M. P. die gedeponeerd zyn, onder voorgeeven, dat hy voor zyn tratta van P5. 80520, in betaaling had ontvangen, te weeten: P: 60 M; in een Wisfel, vervallende den 27 January, geëndosfeerd door D, aan wiens ordre hy den Wisfel getrokken had en de rest in Comptant, en dat vervolgens, voor den vervaltyd, de Trekker, Acceptant en D Endosfant van den Brief van Pi 60 M. gemanquecrd zynde, hy daar van de betaaling niet bekomen konde, alzo hy daar voor in 't voorfchot gebleeven was, zeggende verders, dat D, aan wiens ordre hy de Wisfel van Ps. 80520 getrokken had, geen Interest in deeze vernegotieering heeft gehad, als hebbende alleen zyn Naam en Firma daar toe verleend, waar uit hy befluit, dat ter kwader trouw is gehandeld tusfchcn A en D, Eerfte en Tweede Endosfant te Cadix, en waarom hy pretendeert B te Madrid, als zynde daadclyke Kouder van den Wisfel van P: 80520, alzo hy dezelve heeft gerembourfeerd, van zyn recht op dc gedeponeerde P'. 60 M. te frusC 3 tree*  ( ié ) treeren, onder voonvendfel, dat hy eenvoudig als Commisfionair, van A te Cadix heeft geageerd, tot wien hy zich wenden moest, zonder verder recours, noch op den Trekker noch op den Acceptant te mogen hebben. B te Madrid, grondt zyn recht op de gedeponeerde P: 60 M. op de reden en commcrcieele Wetten. Men vermag de betaaling van een geaccepteerde Wisfel op den vervaltyd niet uitteftellen, noch 't Eigendom van den Houder niet te attaqueeren, de Trekker heeft geen recht te fuspendeeren, te beletten, of de betaaling daar van te intercepteeren, onder pretext, dat hy voor zyn tratta geen waarde genooten heeft; het is een vertrouwen, dat hy aan een Perfoon gegeeven heeft, waar van een Derde geen flagtoffer worden kan. B bewyst , dat hy de Wisfel van Pt 80520, heeft betaald, door de retouren, die hy daarvoor geremitteerd heeft en dat wel verre van Debiteur van zyn Cedent A te zyn, die mede faillit is geworden zedert 26" December, hy van denzelven noch te vorderen heeft 59684 P* gelyk confteert uit de Rekening Courant door de Curateuren van dien Boedel gcapprobeerd, waar onder de remife van Ps. 137826, 6M,  C %7 ) 6 M. en de retouren van P3. 134135, 15 M. benevens derzelve Disconto begreepen zyn. Wel is waar, dat B, als Commisfionair van A geageerd heeft, doch maar alleen tot dien tyd toe, dat hy de tegen - remife daar voor gegeeven heeft, want toen verkreeg hy een eigendom zo veel heiliger, alzo hy daardoor zich verpligt geacht heeft den Wisfel te rembourfeeren, zonder de minfte intentie tc formeeren, van zich daaraan te onttrekken. De Heeren Advocaaten en Negotiantcn, aan wien deeze Cafus Politie geprefenteerd wordt, gelieven daar van kennisfe te neemen cn hunne decifie achter de Vraage te ftcllen, gegrond op de Wetten cn gebruiken van de Commercie. Wy Ondergefchrevene Rechtsgeleerden en Advocaaten binnen Amfterdam refideerende, het faétum hier vooren vermeld, benevens de questie daar uit voortgekomen geëxamineerd hebbende, vcrklaaren van opinie te zyn, dat C. Trekker van de Wisfel groot Ps. 80520, aan de ordre van D en geëndosfeerd door D aan de ordre van A, die dezelvcn aan B heeft geremitteerd, geen recht hoegenaamd van Reclame C 3 heeft  C 33 ) heeft op de Pi 60 M. door den Acceptant van deeze Wisfel gedeponeerd, uit hoofde van een vonnis, gegeeven door den Stedehouder van den Corregidor en geimpetreerd op zyn verzoek, of wel ('t geen over een uitkomt) dat dit vonnis ter inftantie van C gegeeven, de betaaling van den Acceptant heeft verhinderd, tot op de concurrentie van de 60 M. P ; C als Trekker verplicht is dezelve te rembourfeeren aan B den Houder, die daar van 't eigendom verkreegen heeft, door de remife, die A hem gegeeven en uit hoofde van de tegen-remife, die B aan A daar voor gemaakt heeft, en waar door A de waarde van deeze remife heeft ontvangen. Het fchynt uit 't geen C allegeert, dat hy de waarde van zyn tratta van Ps 80520, aan D gefourneerd, genoten heeft, gedeeltelyk in Comptanten en 60000 P3. in een Effect, den 27 January vervallende, 't welk op den vervaltyd niet is betaald geworden. Door dien nu C zich in den beginne met de betaaling van dit Effect, vergenoegd heeft, als met een goede betaaling, zo konde D 't eigendom aan A wettiglyk transporteeren, die 't zelve wederom met 't zelfde recht aan B konde ce- dee-  ( 39 ) deeren, waar uit dan volgt, dat B door zyn bewys van aan A zyn Cedent, de waarde daar van betaald te hebben, 't zy met Comptanten of Wisfelbrieven, hem daarvoor in retour gegeeven, en hy B dus de betaaling van den Acceptant niet obtineeren kunnende, een onwederfpreckelyk recht heeft tegen den Trekker C, die verpligt is dienvolgens de beletfelen weg te neemen, die B den Houder verhinderen om de 6b M. P3. te ligten, door den Acceptant gedeponeerd, ter inftantie van C, of hy zelfs moet hem zyn tratta rembourfeeren tot de Somma toe, die B van den Acceptant niet heeft kunnen bekomen. Het is een van de eerfte grondregels van 't Wisfelrecht, erkend niet alleen in deeze Stad, maar in alle Commcrcie-Stedcn van Europa, dat, wanneer een Wisfel door den Acceptant op den vervaltyd niet betaald wordt en dezelve behoorlyk geprotesteerd is, de Houder van dezelve, die daar voor de waarde betaald heeft, terftond zyn regres mag neemen op den Trekker, die verpligt is, om die Wisfel te rembourfeeren, zonder eenig het minfte uitftel of exceptie. Dit principium kan niet omverre geworpen worden door 't geen C 4 P  ( 4o ) C aïlegüeért, dat D namentlyk, aan wiens ordre hy de 80520 P. getrokken heeft, geen Aandeel of Interest by deeze Negotiatie gehad heeft, maar alleen zyn Naam en Handtekening daar by verleend heeft en 'er dus uit dien hoofde ter kwader trouw, tusfehen A en D daar by gehandeld is, want, genomen ook, dat deeze asfertie van C konde wórden beweezen, zoude zulks nochtans op het recht van B geen de minfte inbreuk doen, vermits C zich aan D heeft vertrouwd, met aan zyn ordre te trekken, en te erkennen de waarde daar voor genoten te hebben; uit dien hoofde heeft hy aan D macht verleend, om het eigendom van die tratta aan A te transporteeren en deeze 't zelve aan B cedcerende, zo blykt hier uit, dat B de wettige Eigenaar daar van geworden is, na dat hy daar voor de waarde aan A gefourneerd heeft, en het is daarom, dat hy gebruik mag maken van al het recht aan een Eigenaar van een Wisfel competeerende, zo wel tegen den Trekker, als tegen den Acceptant, en de Endosfanten* door wien hem de Wisfel is overgemaakt. De objectie van C den Trekker, dat B maar eenvoudig als Commisfionair van A te Ca.  C 41 ) Cadix geageerd heeft, by wien hy dus zyn regres alleen neemen moest, zonder zulks op den Trekker en Acceptant te vernaaien, kan mede van geen gewigt zyn tegen B. Men avoueert, dat A voor zyn Rekening remitteerendc aan B, een Wisfel van Ps. 80520, om hem daar voor retour te doen, B aanvanglyk te confidereeren is als Commisfionair van A, om de betaaling daar van te vorderen, maar dat B, zodra hy daar voor de retouren onder Disconto aan zyn Committent A gegeeven had, niet meer als Commisfionair van A op 't toneel verfchynt, want hy wordt zyn eigen Commisfionair, zyn eigen zaakbezorger,mandatarius in rem propriam, en hy verkrygt het recht om de betaaling te agtervolgen van de Wisfel van Ps. 80520, ten zynen profyte, en om zyn fchade te vernaaien gelyk aan een Commisfionair, die van zyn Committent goederen ontvangt, om dezelve voor zyn Rekening te verkoopen, en waarop de Committent by anticipatie de waarde trekt, 't zy ten vollen of voor een gedeelte. Door dien nu de Committent die Commisfie niet vermag in te trekken en de Commisfionair niet kan worden belet om die goederen te verkoopen, om zich te rembourfeeren voor de gegeevene AnticipaC 5 tic-  C 42 ) tie-Penningen, waar door hy is geworden Commisfionair ten zyne profyte, of mandatarius in rem propriam, cujus mandatum revocari non potest L. 55. D. de Procuratione. A had dien volgens de Commisfie aan B gegeeven, niet kunnen intrekken om de bctaaling te vorderen van den Wisfel van P3. 80520, waar voor B hem onder Disconto heeft retouren gedaan en C de Trekker, die aan D 't vermogen heeft verleend, om 't eigendom daar van aan A te transporteeren, kan alzo mede niets doen, dat nadeelig zoude zyn aan de rechten, die B verkreegen heeft, door de cesfie van A en door de betaaling, van de waarde aan denzelven A gefourneerd, by de gedaane retouren voor 't montant van deeze remife. Gedelibereerd in Amfterdam den 20 Juny 1791. (was getekend) Nicolaüs Bondt, H. B. Luyken, J. Bondt. Wy Ondergefchreven Banquiers en Negotianten ter Beurfe der Stad Amfterdam, -dezen hebbende en geëxamineerd 't Faéhim hier vooren vermeld en 't andwoord daarop ge- gee-  '( 43 ) gc-even, door de Heeren Mrs. N. Bondt, IJ. B. Luyken en J. Bondt, Rechtsgeleerden cn. Advocaaten in deeze Stad, verklaaren ons ten vollen te conformeeren met de decifie van de voornoemde Advocaaten, als gefundeerd zynde op 't Recht, de Wetten en het Costumeele van de Commercie, ons bekend en door ons geoeffend en geobferveerd. De Trekker van een Wisfel is abfolut gehouden om dezelve aan den legitimen Eigenaar te rembourfeeren, wanneer de Acceptant dezelve op den vervaltyd laat protesteeren; wanneer de Eigenaar, by een zulke Wisfel zyn recht verkreegen heeft, door een behoorlyk endosfement van dien, aan wiens ordre dezelve is gefield en wanneer hy de waarde daar voor betaald heeft. En een Ncgotiant, die van zyn Correspondent een Wisfel ontvangt, met ordre om dezelve te disconteeren en daar voor retour te gcevcn, kan niet als een bloote Commisfionair worden aangemerkt, wanneer hy tegenremifes daar voor heeft gedaan aan zyn Principaal, maar hy moet worden geconfidereerd als recht van eigendom verkreegen hebbende van die Wisfel, waar van hy de betaaling vermag  C 44 ) mag te agtervolgen, van alle Perfoonen daar by geconcerneerd; dienvolgens heeft C te Cadix, den Acceptant van de Wisfel van Ps 80520, by 't Faéhim vermeld, niet kunnenbeletten dezelve te betaalen en hy is gehouden dezelve te rembourfeeren aan B den Houder, die de betaaling daar van niet heeft kunnen bekomen, of wel het beletfel weg te neemen, dat hy gelegd heeft, op deszelfs betaaling door 't vonnis ter zyncr inftantie gegeeven, door den Lieutenant van den Corregidor, en aan B, te vergoeden de kosten, fchadens en Interesfen, die hy geleeden heeft door de wanbetaaling van den Acceptant, door 't voornoemde beletfel veroorzaakt. Gedeclareerd in Amfterdam, 21 Juny 1791. Getekend Hops en Comp. Muilman en Soonen. Teys/èt en Zoonen. R. en Th. de Smcth. Guaita en Comp. Jan en Carl Ha-felgreen. Ca/as en Comp. Goll en Comp. van Hemen , Baerlman en Marehant. Mehil en IFolff. Brauns-  C 45 ) Rraunsberg 3 Streckeifen en Comp. Bogguer 3 Grand en Comp. Cavaliier en van Ceulen. Henrico Coecq en Zoon en Comp. Joan Bodsbon en Zoonen. ffrm xan Br lenen en Zoonen. Jacob Dull en Zoonen. J'l Texier 3 Angely en Masfac. W™ en Jan Willink. de Wed. P. van Veen en Zoon. Teyler en Teyler van Hall. N. en J. van Staphorst en Bubbart. Severyn en Baefebtoek. Courtiau, Echenique Sanchez en Comp. Goddert Cappel en Zoon. ii Boy en Bran°er. Antoine en slbn} Bierens. Rocquette en van de Poll. Th. Giilcker en Mulder. Couderc Brants en Changuion. Eegalz en Comp. Zappa en Gebr. Lorla. Pye Rich en Comp. Cuny en Comp. Bolongaro Simonetta en Comp. Jan van Soestdyk. Jan en Theod. van Marfelis. Wemier en Bartfmck. de Bary en Comp. Botereau m Comp. XXX.  C & ) xxx. Partyen Cojfy uit de West- Indien komende, worden gewoonlyk, voor dat dezelve ter verkoop worden geprefenteerd, door Makelaars of Commisfionairs, daar in handelende geforteerd, zonder dat daar voor eenige Courtagic, Provifie, of Sorleerloon betaald wordt. Wy Ondergetekende Makelaars, doende in CofFy, verklaaren hier mede, ter requilitie van de Heeren A. de Mar re en Zoonen, cn verders van een iegclyk, dien zulks zoude mogen aangaan, dat wy, gevraagd wordende om een Party of Partyen CofFy te forteeren, geen Courtagie daar voor berekenen, ten zy dezelve by ons getaxeerd en daar van fchriftelyk bericht gegeeven wordt. Amfterdam 2.9 November 1791. (getekend) J. J. Voute. Hermanus Hartman. Simon Petrus Joosten. Wy  ( 47 ) Ondergefchrevenen, alle Commïsfionairen in Coffy en Thee, negotieerende ter Beurfe der Stad Amfterdam, verklaaren by deezen voor de opregte waarheid, dat, wanneer 'er by de Kooplieden Coffy uit de WestIndiën is aangekomen, het dikwyls gebeurt, dat wy de Party gezien hebbende, zodanig Koopman wel aanraaden om dezelve te laaten forteeren, of dat de Kooplieden ons zeggen, dat zy die Party eerst willen laaten forteeren, alvoorens die ter verkoop aan te. bieden, in welke beide gevallen wy refpective zeer gretig onzen dienst aanbieden, om die forteering te mogen doen, zonder daar ooit iets voor te declareeren of in rekening te brengen, neen maar het ons tot een voorregt rekenen, om dat wy in dat geval het beste kunnen weeten, hoe die geheele Party gefteld is niet alleen, maar dat wy dan ook het eerfte de monlters van zodanige party en het fortiment derzelve hebbende, voor anderen in ftaat zyn, de Koopers dier Producten te kunnen fpreeken en dus, eer dan anderen, de Commisfien daar op te krygen, en de gelegenheid hebben om naar dezelve te fchryven of te bieden cn ons voordeel te doen. En  ( 48 ) En dewyl zulks der waarheid conform is, zodanig als wy zulks altoos hebben gepraétifeerd en zien practifeeren, hebben wy geene zwaarigheid gemaakt, om het zelve door onze refpective Handtekeningen te bekragtigen. Actum Amfterdam 20 November 1791 en volgende dagen. (was getekend) Gasp. Heintzen. Pieter Beverburg. H. G. Hammius. B. van Se Ion Jr. Pieter Menzo Backer. Daniël de Vos. Straatman. De  ( 4» ) De Ondergetekende Kooplieden, negotieerende ter Beurfe der Stad Amfterdam, declareeren by deezen, ten behoeve van die zulks zoude mogen concernecren, dat het by ons refpective eene conftante Costume is, dat, wanneer wy Partyen Coffy uit de West-Indien ontvangen, wy dezelve, bevoorens die ter verkoop te prefenteeren, door een of meerder Makelaars of Commisfionairs, in dit Articul ons Comptoir bedienende, laaten forteeren, zonder dat 'wy ooit eenige Courtage, Commisfie,of Sorteerloon hier voor betaalen, noch veel minder dat zulks door zodanige Makelaars of Commisfionairs wordt gevraagd; gefchiedende deeze forteering integendeel, dooide Makelaars of Commisfionairs zeer gaarne, dewyl zy daar door in de gelegenheid gebragt worden, om eerder dan anderen, de Monfters te bekomen en als dan ook met meerder faciliteit ter verkoop van dezelve kunnen werken. En dewyl zulks der waarheid conform is, zodanig als het zelve by ons wordt gepractifeerd, hebben wy geene zwaarigheid gemaakt, zulks door onze refpeétive Ondertekeningen te bekragtigen. Aétum Amfterdam i December 179*. II. stuk, D (was  ( 50 ) (was getekend) J. en Th. van Marfelis. Braunsberg 3 Streckeifen en Comp. d'Erve Ad. Floris Raap. J. P. du Qjtesne. J. Heemskerk. . Willem Roel. J. R. Kok. Jean Fizeaux en Zoonen. per proc. van Jan Visfer en Zoon. Jan W™ Torep. Boode en Bert. Wed. Levie Salomons en Zoonen. per proc. Louis Schumacher. H. Botjes qq. Couderc 3 Brants en Changuion. Lambert Wyk Junior. Remy en Comp. Ch. Cruys en Zoon. J. C. Neuhaus 3 als procuratie hebbende van J. J. Fasch. XXXI.  ( m ) XXXI. Asfurantie gedaan zynde op casco, of lading van een Schip, onder een andere naam van Schip of Schipper, als die werkelyk was, en bevonden zynde, dat ten tyde van het doen derzclve, geen zodanig Schip of Schipper in de Haven beflond, waar uit de Asfurantie zoude beginnen; zyn de Asfuradeurs van hunne gedaane verzekering ontflagen , doch verpligt de ontvangene Premie te restomeeren. In de Zomer van het Jaar 1782.. had A te Gend, met B te Amfterdam, een Schip, genaamd de Generaal Washington, Capt. Briggs, naar Boston gedestilleerd, in lading leggen, welk Schip ook onder dien naam zyn lading heeft ingenomen, en lag reeds in 't Vlie zeilree , toen B te Amfterdam buiten ftaat geraakte, om aan zyn Engagement te voldoen. A te Gend zich dus genoodzaakt ziende 't geheele Schip over te neemen, refolveert 't zelve Schip te ftellen onder Keizerlyke Vlagen onder den naam van Jofeph de Tweede, voorneemens zynde 't zelve Schip te laten D 2. voe-  ( 5* ) voeren door zekeren Capt. van Wyk, hebbende met dat oogmerk de gemelde Capt. van Wyk en zyn Zoon, met de behoorlyke Papieren naar 't Vlie doen vertrekken, die ook, volgens attestatie van den Heer Lutteke, aldaar gearriveerd is, doch Capt. Briggs noch de Capt. van Wyk in zyne qualiteit, noch de Keizerlyke Papieren willende refpecieeren of erkennen, onder 't voorwendfel van van B te Amfterdam, geen order daar toe te hebben, zeilde kort daar na, onder den naam Washington, Capt. Briggs, uit het Vlie naar Zee. A te Gend, had ondertusfchen te Breinen, c*. ƒ 40,000:- op 't casco en de lading laaten verzekeren, op den naam van Jofeph de Tweede, Capt. van Wyk, oordeelende onnodig de Asfuradeurs aldaar kennis te geeven, dat dit het zelfde Schip was, 't welk te Amfterdam, onder Amerikaanfche Vlag en genaamd Washington, Capt. Briggs, in lading had geleegen. Het Schip Washington, Capt. Briggs, onder dien naam te Halifax opgebragt en gecondemneerd zynde, zo hebben de Asfuradeurs te Amfterdam en Hamburg, die op 't Schip Was-  C 53 ) Washington verzekerd hadden, de fchade ren vollen betaald, dan de Asfuradeurs te Breinen ■weigeren zulks en wel om de volgende redenen: i°. Om dat men hun mede had behooren kennis te geeven, dat 't Schip Jofeph de Tweede, Capt. van Wyk, waar op zy de rifico ftonden aan te neemen, het zelve Schip was, dat onder den naam Washington, Capt. Briggs, te Amfterdam, in lading had gelegen. n°. Dat 'er geen bewys voor handen is, om hun te kunnen overtuigen, dat 'er ooit een Schip, genaamd Jofeph de Tweede, Capt. van Wyk, noch uit Texel, noch uit 't Vlie naar Boston vertrokken is. 3°. Dat ter zeiver tyd, dat de Connosfementen der Goederen van A te Gend, door Capt. van Wyk getekend zyn, Capt. Briggs ook nog Conosfementen getekend heeft. Qjiaritur : Of en in hoe verre de Bremer Asfuradeurs, naar recht, reden en in billykheid verpligt zyn, uit kragte van hunne bovengemelde tekening, vergoeding te doen? D 3 Ge-  C 54 ) Gezien by ons Ondergetekende Advocaaten voor de Edele Achtbaare Gerechte deezer Stad postuleerende, voorenftaande Cafus Politic en de Vraage daar by voorgefteld. Dunkt onder correctie, dat, vermits de Geasfureerdens in de onmooglykheid zyn, om te bewyzen, dat 'er een Schip in Zee en naar Boston gezeild is, genaamd Jofeph de Tweede, gevoerd by Capt. van Wyk, op welk eigentlyk de Bremcr Asfuradeurs getekend hebben, dezelve Asfuradeurs ook aan de eene zyde tot geene fchadevergoeding gehouden zyn, maar dat ook aan de andere zyde, om dezelve redenen, vermits zy geen rifico geloppen hebben , behoort vast te ftaan, dat zy' de genotene Premie behöoren te restornecren. Aldus, falvo mcliori, geadvifeerd- binnen Amfterdam den 7 Maart 1792. Jacob Klinkhamer. F. H. Moorecs. Dat de Wel Edele Heeren Mrs. Jacob Klinkhamer en Franciscus Henricus Moorecs, die 't bovenftaande advis op de te vooren ter nedergefteïde Cafus Pofitie hebben afgegecven en getekend, beide zyn Advocaaten, by den  .( 55 ) den Edelen Hove van Holland geadmitteerd,- voor de Edele Achtbaare Gerechte deezer Stad postuleerende, certificeeren wy Ondergetekende Notarisfen, by welgemelden Hove geadmitteerd en alhier refideerènde, ten deezen. Amfterdam den 13 Maart 1792. N. Obbcs, Notaris. E. M. Dorper, Notaris. J\ Olzati, Notaris. Wy Ondergetekende Kooplieden en Asfuradeurs, woonende binnen deeze Stad, verklaaren ons ten vollen te conformeeren met 't bovenftaande advis der Heeren Advocaaten. Amfterdam den 13 Maart 1792. Gitaita en Comp. Braunsberg Streckeifen en Comp. JMuïlman en Soonen. Willem van Brienen en Zoonen. Gerlach en Savsytr. Courtiau, Echenique Sanchez en Comp. Bye Rich en Comp. Jan en Carl Hasfilgreen. de Bary en Comp. Bolongaro Simonetta en Comp. Ambrogio Sawyer. Arnold Hooghart en Zoonen. D 4 C.  C. en T. Visfering. Alb. Boddens. Jan Wf Carp en Zoon. M. Retemeyer en Soonen. Focke en Kops Phz. Luden en Comp. Kunckel en Ruys. Sigrist en Bbninger. TVillemfen en Heckman. Breitenfeld en Gregory. J. Tamme», Lobman en Zoonen. Nedermeyer, Voogd en Bousquet. Gebr\ Danckels. Teyler en Teyler van Hall. Staedel en Rühle. J". Texier, Angely en Masfac. N. en D. Abeleven. Couderc, Brants en Changuion. Severyn en Haefebroeck. Westen en Ehrman. Hope en Comp. Daniël Crommelin en Soonen-.. Pieter en As/1 de Mortier. Dirk Luden. Buys, de Bordes en Jordan. Johann. van Hemert. Joh. Luden Hendriksz. Alb. Ab™ Verhamme. Ab™ Verhamme. Franpis Abrahamsz en Tetting. Jan  ( 57 ) Jan Gildemeester en Zoon. Motte en Comp. Gebroeders Hooglandt. H. u4. Infinger. Mouritz Dreyer en Bondix. J. B. Carli di Carlo en Zoonen. Determyer Weslingh en Zoon. J. J. Veering. Joackim Brouwer en Zoon. Lubberts en Comp. Wilhelm van Pembroek. Peterfen en Juel. Jacobus Zytzema Tamme Beth. Goll en Comp. J. M. van Vollenhoven. Daniël van Pruysfen Morisfe. Remy en Comp. R. Scherenberg 3 Dittmar en Gildemeester, J. C. Moes. M. C. Schröder. Wed. Uberfeld en Serrurier, D 5 XXXII.  C 58 ) XXXII. Asfurantie te Amfterdam, geordonneerd zynde op een party Jugten, voor alle gevaar, doch met de hier gewoone claufule van: vry van befchadigdheid by behouden arrivement, door den Mandataris gedaan en daar van in tyds kennis gegeeven zynde; is dezelve ongehouden, in cas van befchadigdheid by behouden arrivement, aan zyn Committent iets te vergoeden. A ■hy. te Fuligno, zendt in een Brief gedateerd den 3 April 1780. aan B te Amfterdam, eene ongeflootene Misfive aan C te Petersburg, by welke hy A aan C de commisfie opdraagt, om voor zyne rekening in te koopen en per Schip naar Civita Vechia te expediceren, 'zes en twintig halve Pakken Jugten, en fchryft by dezelven zynen* Brief aan B ten opzichte van die commisfie, het navolgende. „ Ik heb aan C prompt geantwoord, en „ hem myne meening doen weeten, maar „ vermits hy my bericht, onze Italiaanfche „ Taal niet volkomen te verftaan, zal ik „ UEd. verpligt zyn dezelve hem door Uwe „ bc-  C 59 ) • bemiddeling te doen geworden, en op dat „ hy meerdere elucidatie, tot betere bevat„ ting myner meening, van UEd. bekomen „ mag, neeme ik de vryheid dezelve open „ by UEd. in te fluiten, ten einde gy, na „ den inhoud van dien geleezen te hebben, „ hem die verzegeld kunt toezenden, met „ byvoeging van het geene UEd. zult ver„ meenen te behooren." Verzoekende A daar by verder aan B om de Asfurantie op dezelve Pakken Jugten ter behoorlyker tyd voor rekening van hem A alhier te laaten doen. B expedieert denzelven Brief van A aan C, geeft hem daar benevens eenige onderrigtingen omtrent de qualiteit der Jugten, en beveelt hem ten fterkften aan, om dezelve, volgens het voorfchrift van A, in een neutraal Schip te laaden, ten einde de Asfurantie door hem B gemakkelyker en tot eene moderate Premie zoude kunnen worden geëffectueerd, over welke een en ander A by Brief van 1% May 1789, zyn genoegen aan B te kennen geeft. B bekoomt in Augustus 1789, van C tyding, dat de geordonneerde party Jugten door hem  ( 6b ) hem ingekogt en voor rekening van A afgeladen is geworden, in het Fransch Schip /'ƒƒƒ larion, Schipper Jofeph Poucel, gedestilleerd naar Marfeille en Livorno; en tracht de As* furantie op dezelve te doen effectueeren, doch ontmoet difficulteiten by de Asfuradeurs, om dezelve tot de gewoone Premie te doen, aangezien men fustineerde, dat Franfche Schepen ter dier tyde, niet vry waren van Algerynsch molest ter Zee; B geeft daar van direételyk kennis aan A, die hem by Misfive in dato nOftobcr 1789 daar op het volgende antwoordt. „ Voornaamentlyk wegens de Asfurantie, „ verwagt ik by Uwe naasten te verneemen, „ dat dezelve geëffectueerd is, niet tegenftaan„ de de difficulteit, die door de Asfuradeurs „ gemaakt wordt, uit hoofde dat het een „ Fransch Schip is, dat zy vermeenen niet „ vry te zyn van molest van de Algerynen. „ In alle manier bid ik U, my van die zyde' „ de grootfte fpaarzaamheid te procureeren „ doch des niet te min verzoeke en zeg ikU,' „ dat ik op de ampelfte wyze begeer verze„ kerd te zyn, en op de uitgeftrektfte condi» tien, die U mogelyk zyn te erlangen, alzo „ min zoude het my convenieeren, dat deAs- „ fu-  ( 6i ) „ furadeurs, de referve van vry van molest „ op Zee zouden doen gelden, zoo dat het „ UEd. tot een regel dienen kan, om geene ,, diergelyke conditiën toe te ftaan. Intusfchen had B de Asfurantie op den n September 1789, tot de ter dier tyd voorgoederen in neutraale Schepen geladen courante Premie van 6 ten honderd doen effectueeren, onder de expresfc referve der Asfuradeurs , dat Algerynsch molest niet ten hunnen laste zoude komen, en dat de Asfurantie gefchiedde vry van befchadigthcid by behouden arrivement, en hy had ook reeds van dezelve alzo geflootene Asfurantie op den 15 September 1789, aan A kennis gegeeven, doch op het ontvangen der hier voorengemelde Brief van A. van dato 2, O&ober 1789. doet hy dezelve party Jugten op den 3 November 1789. mede afzonderlyk verzekeren voor alle fchadens, welke op dezelve, door Algerynsch molest, het zy van opbrengen, confiscatie als anderzints zouden kunnen vallen ; communiceerende dit wederom by Misfive in dato 3 November 1789. aan A, A de opgemelde Mjsfive van B, in dato 15 September 1789. ontvangen hebbende, re-, fcri-  C 6* ) fcribeerd daar op aan B. in dato 16 Oélober 1789. het volgende.: „ Nu kome ik op het ftuk van de Asfuran-. „ tie, die UEd. op de Jugten, welke door „ C te Petersburg afgezonden zyn, met het „ Franfche Schip VHilarion, Schipper Jofeph ,, Poucef naar Livorno voor my hebt bezorgd, „ tot de excesfive Premie van 6 pCc.° met de „ my gemelde referve voor de Asfuradeurs „ en fpeciaal de buitengcwoone, van vry van „ molest der Algerynen, het welk my in de ,, daad zeer verwondert, alzo dit niet vol,, gens UEd. naricht is, daar UEd. my hebt „ geadvifeerd, dat gy by het toezenden, van „ myn Commisfiebrief aan C te Petersburg, „ hem hebt aanbevoolen de aflading te doen ,', in een neutraal Schip, om in de Premie „ gefaciliteerd te zyn en deeze Uwe attentie „ was zeer wel overeenkomftig met het geen ,, ik in rriyne gemelde Commisfiebrief den „ zeiven heb voorgefchreevcn, terwyl UEd. „ uit de bygaande, die ik de vryheid neenf „ onder uw couvert aan C te zenden, zien „ zult het geen ik hem fchryf. Inmiddels „ verzoeke UEd. zich zo te fchikken, als „ UEd. naar omftandigheid der zaak gelooft „ best  ( 63 ) „ best te zyn, zonder nochtans meerdere „ verzekering voor myn rekening te zoeken, „ maar wel voor rekening van den geen, dien „ het aangaat, alzo de 6 pCc.° die gy my „ berekent, voor my reeds genoeg is, daar „ op neutraale Schepen niet meerder dan „ 3 pO betaald is. Wyders meldt A aan B by Brief, in dato 19 November 1789. dat hy te Livorno Asfurantie voor Algerynsch molest had geobtineerd, tot de Premie van 1 pCc° en wyders by Brief van 2,7 November 1789. (ten welker tyd hy die van B van den 3 pasfeeren, dewyl dezelve door A niet wordt gequerelleerd en A ook niet alleen in geenen deele daar door is gepraejudicieerd, maar zelfs important is bevoordeeld geworden, daar hy zich te Livorno voor die rifico, tegen eene Premie van i pO.0 heeft doen verzekeren, en die Premie alhier 4 pC\° bedroeg. En wat dan de tweede clauful, waar onder dezelve Asfurantie is geflooten, dat dezelve naamlyk gefchieddc vry van befchadigdheid by behouden arrivement, betreft, zo vermeenen de Ondergetekenden, dat de bepaaling van dezelve by het efFectueeïén der Asfurantie, geenzins als eene onbehoorlyke handelwyze van B, in het uitvoeren van zyne commisfie kan worden gereputeerd, nademaal, volgens een conftant gebruik, alhier ter Stede vigeerende, de Asfurantien op goederen, die aan inwendig bederf onderhevig zyn, onder welke Jugten,van Petersburg naar Italien komende , mede worden gehouden te resforteeren, nimmer anders dan onder deeze conditie worden gedaan, en de Asfuradeurs alhier volftrekt weigerig zyn, om het perieul van inwendig bederf der goederen op zich te neemen, als waar door aanleiding tot menigvuldige bedricgeryen cn differenten wordt gegeeven, E 3 gc-  C 70 ) gelyk algemeen bekend is, en ook byzonderlyk by het ten deezen annexe Declaratoir van Asfuradeurs, en Makelaars en andere, doende in Asfurantie, wordt geattesteerd, en B alzo in de volftrekte onmooglykheid is geweest, om de Asfurantie anders dan onder bepaling van dezelve costumiere clauful te kunnen effectueeren. En hier om dan, naar der Ondergetekenden begrip, zeker zynde, dat B de aan hem gedemandeerde Asfurantie, naar behooren, en zodanig heeft geëffeétuerd, als A had voorgefchreeven, en als A zelfs die Asfurantie alhier zoude hebben kunnen bekomen, zo volgt daar uit byna van zelf, de beantwoording van de tweede voorgeftelde Vraage, waar omtrent de Ondergetekenden van gevoelen zyn: Dat B geenzins aanfpraaklyk kan worden gemaakt voor de fchade op de elf Pakken Jugten gevallen, en dus ook geenzins verplicht of gehouden is A deswegens te indemneeren. Om reden dat het eenige Obligo, waarin B naar rechten kan worden geconfidereerd vis a vis van A te hebben geftaan, is dat gee-  ( 7i ) geene, waar in een Mandataris ten refpeéte van zynen Mandant of Committent vcrfeert, en dat het naar rechten zeker is, dat een Mandataris, of die geene, welke op zich genomen heeft om eenige zaak op last van een ander uittevoeren, tot niets anders gehouden is, dan om denzelven gefuscipieerden last naar des Lastgeevers voorfchrift, uittevoeren, of by faute van dien, alle fchade te vergoeden, welke door zyne nalatigheid of plichtverzuim aan den Lastgeever zoude mogen zyn veroorzaakt, zo als geftatueerd wordt gevonden in §§. 8 et n. Inftitutionum et L. 5. D. mandati. En, daar het dan uit het verhandelde by de beantwoording van de eerfte geproponeerde Vraage, zo als de Ondergetekenden vermeenen, genoegzaam is gebleeken, dat B de aan hem door A gedemandeerde Asfurantie, allezins naar behooren heeft uitgevoerd, en niet kan worden gehouden zich in de uitvoering van dezelve aan eenig plichtverzuim te hebben fchuldig gemaakt, zo volgt van zelve, dat B daar door al dat geene hebbende gepresteerd, waar toe hy zich aan A had geëngageerd , en waar toe hy, volgends den aart en natuur van het contracfus mandati, verE 4 plicht  C fa ) plicht en gehouden was, geenzins aanfpraakelyk kan worden gemaakt voor de fchade op de elf Pakken Jugten gevallen, noch gehouden is A deswegens te indemneeren. En, al wilde men al eens admitteeren, dat de clauful van vry van befchadigdheid by behouden arrivement, kan worden geconfidereerd tegen het voorfchrift van A tot de te doene Asfurantie te zyn geweest, en dat A ook by het geeven zyner eerfte ordre, had begeerd het perieul van befchadigdheid uit inwendig bederf, door de Asfuradeurs te doen fuscipieeren, het welk echter uit de Cafus Pofitie niet is blykende, zo kan B nochtans voor de fchade op de elf Pakken Jugten gevallen, welke, uit hoofde van dezelve, by deeze geflooten Asfurantie geadmitteerde conditie, van de Asfuradeurs niet kan worden gerepeteerd, geenzins aanfpraakelyk worden gemaakt, daar het hem abf-'luut onmoogelyk is geweest de Asfurantie anders, dan onder byvoeging van die conditie, te effeétueeren, zo als uit het hier vooren gementioneerde, en ten deezen annexe Declaratoir blykbaar is, terwyl het eene generaale regel van rechten is, dat niemand ver-  ( 75 ) verplicht is onmoogelyke dingen te presteeren L. 185. D. de reg. Jutte. En A kan zich daar over te minder met eenigen fchyn van reden of recht beklaagen, om dat het wit de Cafos Pofitie blykt, dat B hem hier van heel tydig kennis heeft gegeeven, en hem dus in de gelegenheid heeft gefield om zich in tyds voor dat perieul elders te doen verzekeren, by aldien 'er moogelykheid zoude zyn geweest, om op eenige plaats diergelyke Asfurantie te obtineeren. En B deeze tyding alzo in tyds aan A gegeeven hebbende, heeft daar door ook wederom in dat opzicht alles gepresteerd en alle diligentie aangewend, welke het recht in foortgelyke gevallen, waar in het aan een Mandataris onmoogelyk is, zynen^ bekomen last te adempleeren en uittevoeren, van denzelven vordert, zo als geftatueerd wordt in L. a7. §. 2. D. mandati. En eindelyk zyn de Ondergetekenden ter beantwoording aan de derde voorgeftelde Vraage, onder verbetering van begrip, dat A zekerlyk en buiten alle billyke contestatie verplicht en gehouden is aan B te restitueeren de door hem uitgefchooten Premie van Asfurantie, van 6 pC'.° mitsgaders de 4 pCr.° E 5 door  ( 7\ ) door hem aan de Asfuradeurs voor Premie van de posterieure Asfurantie voor Algerynsch molest betaald, onder aftrek van de 3* pO welke B, by restorno van dezelve laatfte Asfurantie, heeft terug ontvangen. Berustende dit geadvifeerde op deezen zekeren grond van rechten, dat de Lastgeever gehouden is den Aanneemer vry te houden van alle redelyke gedaane onkosten en geleedene fchade, ter zaake van de last, gelyk zeer bekend is, en onder anderen geftatueerd kan worden gevonden in L. L. 10. §. 9. 56. $. fin D. mandati. En even min als het aan eenige contestatie onderheevig is, dat de premie van 6 pO voor de eerfte gedaane Asfurantie, door B ter zaake van den last van A, wel en wettiglyk is uitgefchooten en betaald, en dat dezelve dienvolgende aan B, door zynen Committent A behoort te worden gerestitueerd, even zo weinig difficulteit kan het ook vinden, dat B wegens het half pO, het geen de Asfuradeurs by restorno van de tweede of laatfte Asfurantie voor Algerynsch molest gedaan, van de door B uitgefchootene Premie van  C 75 ) van 4 pC™ hebben behouden, door A mede moet worden geindemneerd, aangezien B naar der Ondergetekenden begrip, door den brief van A, van dato 2. Oétober 1789. by de Cafus Pofitie vermeld, en welke brief door B niet eerder ontvangen is, dan na dato dat de Asfurantie reeds lang was gedaan, in de compleete noodzaakelykheid is gebragt geworden, en de ftelliglte ordre heeft bekomen, 0111 hem A mede te doen verzekeren voor Algerynsch molest, welke by de toen reeds gedaane eerfte Asfurantie was geëxcipieerd, en zonder dien ten laste van A zoude zyn gebleven; en dus de Premie van 4 pG1.0 die hy voor die rifico aan de Asfuradeurs heeft moeten betaalen, wel en wettig ten behoeve van A en ter zaake van deszelfs uitdrukkclyke last en begeerte, heeft betaald en verfchooten, terwyl hier tegen niet doen kan , dat A hem by zynen naderen brief van 16 Oclober 1789. heeft verboden om. meerdere Asfurantie voor zyne rekening te zoeken, dewyl deeze nadere Asfurantie, die op den 3 November 1789 is geflooten, reeds was gedaan, voor dat B dien brief van A ontving, cn dewyl dus de zaak niet meer in zyn geheel was, ten tyde wanneer hy die contra-ordre van  C 76 ) van A bekwam, en zich in conformité van dezelve zoude hebben kunnen gedraagen. Moetende de Ondergetekenden eindelyk noch kortelyk remarqueercn, dat B door A geenzins aan C kan worden gerenvoyeerd, om van dezelven restitutie van het voorn, half pO te vorderen, om reden, dat C volgens het genarreerde by de Cafus Pofitie, geenfins als de Mandataris van B kan worden geconfidereerd, maar in tegendeel door A gechargeerd is geweest, om de party Jugten voor deszelfs rekening in te koopen en te verzenden, waar uit volgt, dat wanneer men wil (lellen, dat C door het laden in een Fransch Schip, de termen van zyn Mandaat is te buiten gegaan, en verplicht is te vergoeden de fchaden, welke daar uit zyn geprofiueerd, het alleen aan A ftaat om die vergoeding van C te vorderen en dat de behoorlykheid of onbehoorlykheid van dezelve gedaane afiading alleen tusfehen A en C moet worden gedemelieerd en B geenzins kan concerneeren, als welke alleen op last en ten behoeve van zyn Committent A, de onkosten van de Premie voor Algerynsch molest heeft gemaakt en moeten maaken, en dus daar van  C 77 ) van door denzelven zynen Committent volkomen moet worden geindemneerd. Aldus, falvo meliori, geadvifeerd binnen Amfterdam den 19 September 1792. was getekend Jacob Klinkhamer. M. C. van Hall. J. Bondt. De Ondergetekende verklaart zich met het ©mmeftaande geadvifeerde van de Heeren Mrs. Jacob Klinkhamer, M. C. van Hall en J. Bondt, om de daar by geallegeerde reedenen volkomen te conformeeren. Amfterdam 20 September 1792. < was getekend H. B. Luyken. De Ondergetekenden, Kooplieden ter Beurfe der Stad Amfterdam, gezien hebbende de bovenftaande Cafus Pofitie, en het advys daarop door de Heeren Mrs. Jacob Klinkhamer, M. C. van Hall en J. Bondt, met de daar by gevoegde conformatie van Mr. H. B. Luyken, allen Juris Utrjusque Doctores en Advocaaten,  ( 78 ) ten, alhier ter Stede practifeerende, gegeeven, verklaaren zich met het zelve advys volkomen te conformeeren, als zynde het zelve geheel overeenkomftig, met de Wetten en Ufantien in cas van Asfurantie, alhier ter Stede gerecipieerd en by ons bekend. Amfterdam den i Oélober 1792. van Hemert, Baerlman en Marchant. Muilman en Soonen. Brentano en Comp. Hope en Comp. Doekfcheer en Steenbergen. Willem van Brienen en Soonen. R. en Th. de Smeth. Gebroeders Carli di Bernardo. Jean Nep ven en Zoonen. Rd. Scherenberg, Ditmar en Gildemeester. de Wed. Pieter van Veen en Zoon. Th. Gülcher en Mulder. a Roy en Branger. de Bruyn en Pontoi. Goll en Comp. Anthony en Ab"} Bierens. de Bruyn Dlf en Cramer. Braunsberg , Streckeifen en Comp. Degalz en Comp. Hogguer, Grand en Comp. P. en C. van Eeghen. G. B. Carli di Carlo en Zoonen. Wil-  C 79 ) Wilhem en Jan Willink. J. B. van Ceulen. Westen en Ehrman, Rocquette en van de Poll. Cugini Brentano Simenzu en Comp. Couderc 3 Brants en Changuion. Bolongaro Simonetta en Comp. Z. Eekhout. Paulus Charlé. Wed. Pieter de Vries en Meynts. Teysfet en Comp, Daniël Crommelin & Soonen. Atnbrogio en Sawyer. Botereau en Comp. Cuny en Comp. Jean Texier 3 Angely en Masfac. Melvil en Wolf. Jacob Dull en Soonen. Aron de Jacob de Prado en Zoonen. Henrico Coecq en Zoon en Comp. per proc. Ca/as en Comp. F. de Cafas. Goddert Cappel en Soonen. Ecelfe J. P. van Houtum, Dupper en Schluiter. ten Cate en Vollenhoven. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. Larwood en van Suchtelen. de Bary en Comp. Pye Rich en Comp. Jean Neel en Zoon, Brei»  ( 8o. ) Breitenfeld en Gregory. Francisco de Prado en Zoonen. D. H. de Castro en Zoonen. Wy Ondergetekenden, Asfuradeurs, Makelaars en anderen, doende in Asfurantie, declareeren by deezen, dat het ter Beurfe deezer Stede Costumier is, dat geen Asfurantien op Jugten van Petersburg naar Italien worden gedaan, dan vry van befchadigdheid by behouden arrivement, en dat door deeze conditie wordt verftaan, dat de Asfuradeurs ongehouden zyn, eenige befchadigdheid aan Goederen te betaalen, by aldien dezelve ter' plaatze hunner distinatie aankomen. Actum Amfterdam den 30 Augustus 1792. was getekend Jb. de Clercq en Zoon. Dirk OJferman. Willem Bruyn, P. Beyers, qq, xoor Seperyn en Bruyn. Ab™ Bruyn en Jan Bruyn. Lespinasfe en Carlier. Job. Luden. Weduwe A\ Goldberg en Soonen, W. Schar ff. A. Scharff. Lub-'  ( & ) Lubbert: en Comp. Jan de Bo:ch. G. J. Feenlng. F. J. Schumacher. Swaan en Spart. Dk. van Bosfe. Lucas Floris. J. Tiafmk. Gerrit van Ileyningen. N. en JJ. Abeleven. 11. Bakker. Cornelis Dekker. Am* L{ Weddik. J. Wynkoop de Jong. qq. Corn\ Verbrugh. Ch. Cruy: en Zoen. And. Calkoen. M. J. Calkoen. P. en J. van Walree. Corneli: Hartfen. A\ Meynt:. Jacob Speciaal. en voor Joh. Lu ten Hen l. van Orfoy. Aib. BodJen: en Zoon. II. STUK. F xxxm.  C 8a ) XXXHL Iemand toegeftemd hebbende Borg te zyn voor zyne te doene remt fes, en by het doen der zelve ten fterkfte gerecommandeerd hebbende, de Prima's zonder verzuim ter acceptatie te bezorgen, en zulks niet gedaan zynde, is de fchade door de nalatigheid daar van veroorzaakt, voor Rekening van hem, die verzuimd heeft dezelve acceptatie te bezorgen. A ■Ex Koopman te Duinkerken, na toegeftemd te hebben om Borg te zyn voor de te doene remifes aan B te Rysfel, remitteert hem met zyn Brief van 24 May 1792. 3 Primk en Seconda Wisfelbrieven y getrokken door C te Duinkerken, in dato 23 May, op twee Maanden dato, op D te Parys, te zaamen L 10351:en fchryft hem ter zeiver tyd: ik verzoek UE. de Prima's ten eerften aanJJE. Vriend te Parys ter acceptatie te zenden, en waar op UE. zult gelieven de indicatie op de Secondes te {lellen, zynde '$ my onmogelyk om dezelve zelfs te zenden, om dat het eenigjle Bankhuis, waar van ik my bediene, te Parys, juist dit van Dis, die de macht zoude hebben, om, indien 'er on- voor-  C 83 ) voor ziens 'eenig ongeluk voorviel, voor dat men ze uit zyne handen had, zyn acceptatie te roijeeren. Foor 't overige koomt de recommandatie die ik UE: doe, om direct deeze Prima's ter acceptatie te zenden, niet voort uit misvertrouwen der foliditeit van den Trekker , maar allcenlyk uit de voorzigtigheid om zich altoos zo veel zekerheid als mogelyk is, te bezorgen. B meldt aan A den ontvangst van de boven» gemelde Wisfelbrieven, maar, in plaats van èezelvè direct naar Parys ter acceptatie te zen(ien, heeft hy ze vernegotieert, en geeft 'et geen bericht van dan met zyn Brief van 14 fufiy, in welke hy kennis geeft aan A, dat hy dien morgen het Protest van Non-acceptatie kwam te ontvangen, van eene der remifes van A op D tc Parys, van L 3400:- A verwondert zich, dat, óndanks zyn by-1 zonderc recommandatie die hy gedaan heeft, om direct de bovengemelde Wisfelbrieven ter acceptatie te prefehtecren, B dezelve vernegotieerd had, en dat zy langen tyd daar na eerst geprefenteerd waren; en in handen hebbende een Brief van D, van 23 May 1792. aan den Trekker G, in dewelke D aan C fchryft, dat F a z}'^  C H ) zyn trattes te zamen L 10351:- vereerd zoude worden, en dat hy hem 'er voor zoude debiteer en, eischt, dat B verantwoordelyk zy voor de gevolgen van zyn nalaatigheid, en de fchade draage, die 'er uit zoude kunnen voortkomen. Men begeert te weeten de meening van de Kooplieden te Amfterdam, op het voorgeftelde geval. De Ondergetekende Kooplieden der Stad Amfterdam, gezien cn onderzogt hebbende, bovengemelde voordragt en de voorgeftelde Vraag, zyn van oordeel, datBontvangen hebbende van Ade bovengemelden trattes, met recommandatie, ont direcl de acceptatie van de Prima's te laaten vorderen, klaarblykelyk verantwoordelyk is door zyn verzuim, en dat hy by gevolg de fchade, die 'er op gevolgd is, moet lyden. Deeze ftelling grondt zich voornamentlyk op de axiome, die zo gemeenzaam als nuttig is in den Koophandel, dat een Correspondent, die eenige order of commisfie van zyn Vriend ontvangt, verpligt is dezelve ingevolge daar van, ten uitvoer te brengen, en dat hy verantwoordelyk moet zyn voor de fchadelyke 'gevolgen,  ( 85 ) gen, die zyn verzuim of nalatigheid, in het uitvoeren van de order van zyn Committent zoude kunnen veroorzaakt hebben; dan het is onbetwistbaar uit de voorgeftelde Vraag, dat B de wezentlyke recommandatie van A zyn Committent ontvangen hebbende, van direct de bovengemelde Prima's ter acceptatie te zenden, in de onverfchoonbaare verpligting was, om zonder uitftel, ingevolge van deeze recommandatie, te werk te gaan, wilde hy zich niet blootftellen aan de toevallige gevolgen, die 'er uit zyne nalatigheid konden voortkomen. En alzo deeze regel generaalyk in den Koophandel moet opgevolgt worden, moet men dezelve doen eerbiedigen, voornamentlyk aangaande Wisfelbrieven, in dewelke de minfte vergeetclheid en nalatigheid de flegtfte gevolgen kunnen hebben. Het is aan de Ondergetekende niet onbewust, dat, wanneer de Wisfelbrieven op bepaalde dagen getrokken zyn, of op Ufo, de Houders , door de Wet en Ordonnantie, niet verpligt zyn dezelve te laaten accepteeren, om dat de beftcmde tyd in de Wisfelbrieven, altoos de dag van de vervaltyd aanwyst, maar hec voorgeftelde geval moet zich niet gronden op de F 3 g-  C 36 ). generaale verplichting van een Houder van een Wisfelbrief, die hem ter hand is gefield, maar op de by zonder e verplichting, welke rust op een zodanigen Houder van een Wisfelbrief, dh hem gezonden is met byzondtre recommanda-. tie, van dezelve direct ter acceptatie teprefenteeren, en het is in dit laatfte geval, dat de Ondergetekende van denkbeeld zyn, dat niet de generaale Wet, maar de by zonder c en uitdrukkelyke recommandatie, den Houder de onvermydelyke plicht oplegt, van direït zyn Wisfelbrief ter acceptatie te pref enteeren, om door deeze bevordering, eene meerdere zekerheid aan zyn Committent te bezorgen, welke dee-' ze gevorderd heeft. Dit gevoelen der Ondergetekende wordt onderfteand doorMr. dupuy, Cap. 6. v. 30. maar order gehad hebbende van de acceptatie te vorderen, en het zelve nalatende zoude hy aanfprakelyk kunnen worden voor de fchaden en intresfen door zyne nalatigheid veroorzaakt. De Ondergetekende merken daar en boven aan, dat B zich niet kan redden, met te zeggen, clat A met zyn brief van 24 May 1702. in dewelke hy bovengemelde Wisfelbrieven gezonden heeft, alleen verzogt heeft, om ten eer.  ( 8/ ) eerfte de bovengemelde Wisfelbrieven ter acceptatie te zenden, en dat een zodanig verzoek niet anders zoude zyn als een eenvoudige Vraag en geen fcherpe order; dewyl onder Kooplieden, volgens Commercie-ftyl* de verzoeken en recommandatien van een natuur als in het voorgeftelde geval, fcherpe orders zyn, die dus den Gevolmagtigden de noodzakelykheid opleggen, van ingevolge een zodanige recommandatie te handelen, zo dat B, ingeval hy de recommandatie van A niet wilde opvolgen, dan direct de bovengemelde Wisfelbrieven aan zynen Committent moest terug gezonden hebben, maar met dezelve te houden, een ftilzwygende toeftemming heeft gegeeven, en zich verplicht de intentie van zyn Correspondent te volgen., en by gevolge is B verantwoordelyk voor alle de fchadens, die door zyn verzuim zouden kunnen voorkomeK. Amfterdam den 31 Augustus 1792. Braitnsberg, Streckeifen en Comp. Miniman en Soonen. IVtllcm pan Br'tenen en Zoonen. Henrico Coecq en Zoon en Comp. Goll en Comp. Guaita en Camp. F 4 JRv>  C 88 ) Rolland 3 la Coudrè en Comp. Pieter de Haan P{z Th, Gülcher en Mulder. Hogguer 3 Grand en Comp. ' uimbrogio cn Sawyer. Vale ton en Comp. Jl Texier, Angely en Masfac. Jean Neel en Zoon. yan den Tver en Comp. R. Scherenberg, Dittmar en Gildemeester. Couderc Brants en Changuion. J. B. yan Ceulen. Wed. Jfaac Fr e me au x en Zoon. Sigrist en Biininger. Motte en Comp. de Bary en C. in voege voorfchreeven, aan A behboren gerestitueerd te worden , en dit gepofeerde heeft, zo wel in deeze Stad, als in alle andere Landen en Steden plaats, als berustende op de generaale Maximes van rechten, op het fujet van lastgeevingen en lastaanneemingcn bepaald, ten ware men in deeze of geene plaatfcn, by fpeciale en uitdrukkelyke Wetten, van dit generaale recht was afgegaan en een uitdrukkelyke contrarie Wet voor handen was. Aldus, falvo meliori, geadvifeerd binnen Amfterdam den 7 September 17572. (was getekend) F. II. BToorees. R. J. Sc/iimnielpetininck. Wy Ondergetekende Kooplieden binnen deeze Stad, declarecren van 't zelfde gevoelen te zyn van bovengemelde Advocaaten, en ons met hun gegeevene advys te conformeeren ., als zynde gegrond op de Rechten en de Costumen alhier in gebruik. Hope en Comp. Mehil en Wolff. Muilman en Soonen. -dmbrogio en Sawyer. T. en C. Wilkiefm en Comp. Qqw  < 9^ ) Coudercs Bratits en Ckangulon. Hogguer3 Grand en Comp. Cuny en Comp. Wed. Jf. Fremeaux en Soon. Guaita en Comp, Gerlach en Sawyer. S. J. en A. W. Blanckenhagen. Gebroeders PlanSa. Jn. Texier 3 Angely en Masfac. Braunsberg. Streckeifen en Comp. Pye Rich en Comp. Zappa en Gebr. Lor/a. Cugini Brentani Semenza en Comp. Breitenfeld en Gregory. Motte en Comp. Gebroeders Carli de Bernardo. Doekfcheer en Steenbergen, per proc. Ca/as en Comp. F. de Ca/as. Celfe. J. P. van Houtum. van hennep 3 Bierens en Crommelin. Wernier en Hartftnck. J. en Th. van Marfelis. per proc. G. B. Carli di Carlo en Soonen. Carlo Maguino. Th. Gülcher en Mulder. R. Scherenberg, Dittmar en Gildemeester. Sigrist en Böninger. Z. Eekhout. Steph. d'/fay en Comp. van  ( 97 ) van Hemerts Baerlman en Marchant. Fahreeus en Laurin. Brauer en Comp. Focke en Kops Phz. Goll en Comp. Pieter en Asf. de Mortier. Buys, de Bordes en Jordan. Willem van Brienen en Zoonen. Jan van Ryneveld en Soonen. N. en J. van Staphorst en Hubbart. Jan Alary. Courtiau 3 Echenique Sauchez en Comp. Fleischman en Soonen. Jan en Carl Hasfelgreen. Jean Geraud. Degalz en Comp. Abraham Verhamme. d-1 Ifay en Comp. Larwood en van Sttchtelen. A. H. Fukrmann 3 Lammers en Comp* Bentink en Wardenburg. Anfelmus Jans Hartfen. Lam bert Wyk Junior. II. STUK. G XXXV,  ( 93 ) XXKM Een Koopman op twee andere Kooplieden geen Compagnons zynde, twee Wisfelbrieven van gelyke grootte trekkende, en een der zeiven buiten fa at geraakt zynde om te betaalen, kan men van den anderen, niet gefailliccrden, alleen de hetaalinnr van een Wisfelbrief vorderen. A dT\. te Valenciennes, Heeft ten laste van B te Amfterdam, eene pra?tenfie van ƒ 800:Holï. Cour*, cn ten laste van C mede te Amfterdam woonachtig eene diergelyke pratenfie van ƒ 800:- Holl. Cour*, en convenieert met dezelve B en C, dat hy op ieder van hun een Wisfelbrief, ten beloope van dezelve refpeétive Somma's- van ƒ800:- zal trekken, dan in plaatfe van dit alzo te eliectueeren, vindt hy goed op denzelven dag twee Wisfelbrieven te trekken van deeze volgende inhoud: A douze Mois de date il vous plaira payer par cette Première de Change, a moi 011 a mon ordre, la Somrae de huit cent fiorins ar-  C 99 ) argent Courant d'Hollande, valeur reetie, que vous pasferez fans autre avis. De Votre Obeisf. Serviteur, A. A Mesfieurs Mesfieurs B et C a Amfterdam. B en C die geene Compagnons van Negotie zyn, en in geene gemcene relatien met A ftaan, accepteeren dezelve beide Prima Wisfelbrieven eenvoudiglyk, doch by den verval^ tyd is C gefailleerd en buiten ftaat om iets te betaalen. En wordt als nu gevraagd: Of B, uit hoofde van zyne opgenoemde acceptatie, verplicht cn gehouden is, dezelve twee Wisfelbrieven alleen, cn voor het geheel te voldoen, dan of hy volftaan kan met de helft van het beloop van ieder derzelver te betaalen. Gezien by de Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, by den Edele Hove van Holland geadmitteerd en te Amfterdam practifeerende, de bovenftaande Cafus G 2. Po-  C ioo ) Pofitie en gelet op de Vraage daaruit geproponeerd, Dunkt, onder Correctie: Dat B, uit hoofde van zyne opgemelde acceptatie, geenzints verplicht en gehouden is, de by de Cafus Pofitie vermelde twee Wisfelbrieven, alleen en voor het geheel te voldoen, maar dat hy( kan volftaan met de helft van het beloop van ieder derzelven te betaalen. Om reden, dat de acceptatie van eenen Wisfelbrief, moetende worden gehouden voor eene toezegging en aanneeming, om de Somme, in dezelve gementioneerd, te betaalen, B en C door hunne, gezamentlyke gedaane acceptatie van dezelve twee Wisfelbrieven, zyn geworden, Correi debendi of Zaakweldigen van eene toezegging, en dat het alhier te lande, naar de hedendaagfche rechten, zeker is , dat twee of meer Zaakweldigen van eene toezegging, of wel twee of meer Perfoonen, welke gezameritlyk hebben aangenomen eene en dezelfde fchuld te voldoen, by aldien dezelve geen Compagnons van Negotie zyn, mogen gaudeeren van het beneficium di-  ( ioi ) divifionis of fchuldfplitfing, en dien volgende kunnen volftaan, met elk hun aandeel in de gemeene fchuld te voldoen en te betaalen, gelyk uitdrukkelyk geleerd en geattesteerd wordt gevonden by den Heer hugo de groot, in zyne Inleiding tot de Hollandfche Rechtsgeleerdheid III Boek,3dc Deel, N°.8, alwaar hy zegt: ,, wanneer daar meer Zaakweldigen ,, zyn van eene toezegging^ die moeten naar „ de laatftc Roomfche Rechten alle gelyk in ,, recht aangefprooken worden en mogen vol,, ftaan, betaalende elk hun aandeel", en by den Profesfor voet, ad Titt. ff", de duobus reis Conflituendis, num. 4. En B, welke gezamentlyk met C de opgemelde twee Wisfelbrieven heeft geaccepteerd, dus kunnende volftaan met zyn aandeel in de daar in refpectivelyk gementioneerde Somma's van ƒ 800:- te prajfteeren, kan dien volgende tot niets verders of anders naar rechten verplicht en gehouden geoordeeld worden, dan om het halve beloop van ieder van. dezelve Wisfelbrieven te voldoen, terwyl hy door zyne gedaane acceptatie gcenzints kan worden gehouden irt folidum of voor het geheel, noch ook borgtogtclyk mede voor C G 3 . ge-  ( 102 ) geobligeerd te zyn geworden, aangezien alle toezeggingen naar rechten krikt moeten worden geinterpreteerd, cn zodanig, dat de toezegger het minst worde bezwaard, en, noch de omftandigheden deezer zaak, zo als dezelve by de Cafus Pofitie zyn vermeld, noch de inhoud van de Wisfelbrieven, noch de acceptatien zelve, die eenvoudiglyk zyn gedaan geworden, eenige aanleiding kunnen geeven, om te onderftellcn, dat B zich door zyne acceptatie daar toe indedaad zoude hebben willen engageeren en verbinden. En, gelyk dit geadvifeerde met de principes van de hedendaagfehe en alhier te landen geobferveerd wordende rechten overeenkomffig is, waar van de Ondergetekende geene redenen vinden om in dit geval af te wyken, terwyl het tegendeel van dien by geene Wisfelrechtcn of Ordonnantiën van eenige Landen of Plaatfen in Europa, voor zo verre de Ondergetekende hebben kunnen naargaan, geftatueerd is, zo is het zelve ook, naar der Ondergetekende begrip, allczins met de billykhcid overcenkomftig, daar B zyn aandeel of de helft van de opgemclde beide Wisfelbrieven betaalende, daar door pre-  ( io3 ) precifelyk voldaan heeft en A in ÏLffejfte vk\ genieten, het geen B aan A, volgens de Cafis Pofitie, verfchuldigd is', en A van B heeft te pretendeeren gehad,zo als dan ook daar door de conditie van den Trekker A in Effeete, dezelve zal zyn, als die zoude geweest zyn, wanneer A zich aan het geconvenieerde by de Cafus Pofitie vermeld, gehouden en alzo op B en C ieder afzonderlyk eenen Wisfelbrief, groot ƒ 800:- getrokken had, als waar van B dan de zyne alleen en voor het geheel zoude hebben moeten betaalen, en die van C, uit hoofde van deszelfs faillisfement, onbetaald zoude zyn gebleeven en door den Trekker A hebben moeten Avordcn gerembourfeerd, wanneer hy dezelve aan Derdens had afgeftaan of daar over ten behoeve van Derdens had gedisponeerd. Aldus, falvo meliori, geadvifcerd binnen Amfterdam den 8 September 1792. was getekend J. L. Farjon. M. C. van Hall. J. Bondt. Wy Ondergetekende Kooplieden, binnen deeze Stad woonagtig, vcrklaaren ons aan G 4 da  C 104 ) de gevoelens van bovenftaande Rechtgeleerden, wegens deeze Cafus Pofitie te adhereeren, en dezelve te approbeeren. Amfterdam 8 September 1792. was getekend Braunsberg 3 Streckeifen en Comp. Jan Neel en Zoon. de Campos Silva en Beerenbroek en Comp. XXXVI.  ( i°5 ) XXXVI. De Ontvangers eener lading te Livorno, hebben geen recht, om aan den Schipper of Eigenaars in rekening te brengen de Agio van het Goud, waar mede, volgens costuum aldaar, de Wisfels betaald worden, wanneer by de Cherteparty geaccordeerd is, om te betaalen in Holl. Cour*! Geld, of de waarde van het zelve naar de cours der Wisfel A te Amfterdam pasfeert aldaar met B eene gewoon e Cherteparty, waar by geconvenieerd wordt, dat hy B of deszelfs Correspondenten te Livorno, alwaar de ontlading moest gefchieden, na behoorlyke uitlevering der lading, aan den Capitein voor vragt zoude moeten betaalen de Somma van f 5000:- of de waarde van dien naar de cours van de Wisfel. Het Schip te Livorno gearriveerd, en de lading behoorlyk uitgeleverd zynde, reduceeren de Ontvangers der lading, de bedongene vragt van ƒ 5000:- tot Piasters van 8 Realen Zilvermunt, en betaalen een gedeelte daar van in gemelde fpecie, en fourneeren, voor het resteerende gedeelte, daar van aan den G 5 Ca-  ( io6 ) Capitein een Wisfel op Amfterdam, fustineerende, dat zy recht hebben, om den Capitein in rekening te belasten, met 't beloop der Agio van 't Goud, waar mede de IVisfel, welke zy aan den Capitein, voor het beloop van een gedeelte der bedongene Vragtpenningen hebben gefourneerd, volgens cos t urne te Livorno, moest betaald worden. En wordt mitsdien gevraagd : Of de Correspondenten van B te Livorno, als Ontvangers der lading, in hunne gemelde fustcnue al dan niet gefundeerd zyn? Gezien by de Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, binnen deeze Stad practifeerende, de bovenftaandc Cafus Pofitie, en gelet op de Vraage daar uit geproponeerd, dunkt onder Correctie: dat de Correspondenten van B als Ontvangers der lading; fl-eenzints in hunne bv het bovenftaande Cafus vermelde fustenuc zyn gefundeerd, en dat dezelve geen het minfte recht hebben om de Schipper te belasten met de Agio van het Goud, ter bctaaling van de Wisfel. En berust dit gevoelen 'der Ondergetekenden voornamentlvk op de vaste regel, dat in alle contracten, waar in de intentie der Cm* trac-  ( 107 ) tratftanten duidelyk is uitgedrukt, cn waar in alzo de wederzydfehe verplichtingen diftinctelyk zyn bepaald, er niet anders overblyft, dan dat partyen ftiptelyk voldoen aan de engagementen, welke zy daar by op zich genomen hebben. Wanneer wy nu, uit dit oogpunt, den inhoud der Cherteparty, voor zo verre die by de Cafus Pofitie aangehaald is, nagaan, blykt daar uit al aanftonds, dat B zich daar by heeft verbonden, om, na getrouwe uitlevering der lading, voor vragt aan den Schipper te betaalen ƒ5000:- Holl. Cour1, of de waarde van dien naar IFisfelcours. Eene verbindtenis, welke aan den Schippei mitsdien een indisputabel recht gaf, om by zyn, arrivement te Livorno, na getrouwe uitlevering der lading, aldaar van B of deszelfs Correspondenten als Ontvangers der lading te vorderen ƒ 5000:- Hollandfche cours hebbende Specie, ofte wel zo veel Livornofche Geldmunt als genoegzaam zoude zyn, om aldaar een Wisfel ter zeiver Somma van ƒ5000:te betaalen; waar uit dus van zelve proflueert, dat de Ontvangers der lading, in de no-  ( io8 ) notoire alternative verplichting waren, om namentlyk, of aan den Schipper zyn vragt van ƒ 5000:- te betaalen in Hollandsch Geld, of om hem, het zy voor het geheel het zy voor een gedeelte van dien 'te fourneeren een Wisfel, welke Wisfelbrief, of door den Ontvanger der lading moest betaald worden, of waar toe de Ontvanger der lading zo veel Goudemunt, of zo veel Zilveremunt verplicht was te geeven, als nodig was, om dien Wisfel naar de cours en ufantie aldaar te voldoen. En blykt de wettigheid van dit gevoelen der Ondergetekenden noch nader, wanneer men nagaat de waare betekenis der woorden, in Hollandsch Courant Geld of de waarde van dien naar cours van Wisfel, als zynde het, naar de begrippen der Ondergetekenden in disputabel , dat 'de betekenis deezer woorden geen andere kan zyn, dan alleen deeze, dat de Ontvangers der lading verplicht zouden zyn om aan den Schipper voor vragt te betaalen ƒ5000:- Hollandsch Courant, of het equivalent van zodanige f 5000:- in Livornofche Munt. Weshalven dan maar alleen de Vraage, waar van ten dccze de beoordeeling af moet han-  ( i°5> ) gen, hier op neer koomt: Wat is in Livorno het equivalent van ƒ 5000:- Hollandsch Courantgeld'? Om nu dit equivalent uitterekenen, moet men niet flechts de Hollandfche Guldens brengen tot Piasters van 8 Realen, want dan noch zou de Somme niet fufficient zyn om in Livorno een Wisfel van ƒ 5000:-Hollandsch Courant te kunnen koopen; die Somme is dus noch geenzints het equivalent, maar men moet 'er by rekenen het beloop der Agio van het Goud, om dat het, gelyk by de Cafus gezegd wordt, te Livorno een noodzakelykheid is om een Wisfel in Coudemunt, of in Zilver, met de bygevoegde Agio van het Goud te voldoen. Hier uit refulteert derhalven, dat B of deszelfs Correspondenten,, als verplicht zynde om of ƒ5000:- Hollandsch Courant, of de waarde, dat is het equivalent van dien, in Livornofche Munt, aan dien Schipper te betaalen, voor hunne rekening moesten neemen de Agio van het Goudgeld, of het geen op 't zelfde neerkomt, zo veel meer Piasters van 8 Realen aan den Schipper moesten betaalen als nodig waren, om den Wisfel met Zilver in plaats van met Goudgeld te voldoen. Al-  C "O ) Aldus geadvifeerd binnen Amfterdam den. 18 October 1792. was getekend R. J. Schimmclpenninck. J. L. Farjon. Wy Ondergetekende Kooplieden binnen Amfterdam, gezien hebbende de bovcnftaande Cafus Pofitie, en het daar op uitgcbragt advis, van de Advocaaten R. J. Schimmelpenninck en J. L. Farjon, vcrklaaren ons met het zelve geadvifeerde volkomen te conformeeren. Amfterdam den 18 October 1792, Z-appa en Gebroeders Lor/a. Cugini Brentanï Semenza en Comp. Fleischmann en Zoonen. Gebroeders Carli di Bernardo. Bolongaro Simonetta en Comp. J. B. Carli di Carlo en Zoonen. Guaita en Comp. Brentano en Comp. Pajinelli en Pothof. Trans-  ( I» ) Translaat uit het Italiaansch. Tizio, Koopman in Livorno, ontvangt een lading Goederen, voor de welke de vragt is gecontracteerd tot een zekere Somma van Guldens Hollandsch Courant. De bovengemelde Ontvanger, de rekening voor den Capitein opmakende, reduceert de vragt tot de Wisfelcours in Piasters van 8 Realen Zilvermunt, betaalende een gedeelte van dat geld aan den Captein en een gedeelte remitteert hy, op verzoek van den zeiven, in Wisfels aan den Eigenaar, waar by hy hem debiteert voor de Agio van het Goud. Men vraagt aan de Kooplieden van opgemelde Plaats, of de Ontvanger het recht heeft op de rekening te ftellen de Agio van het Goud, over de remife, en de vragt in Zilvermunt uitterekenen. Antwoord: Wy Ondergetekende Kooplieden te Livorno zyn van gevoelen, dat Tizio, alle grond heeft te pretendceren, dat de Agio van het Goud, waar mede hy de remife heeft moeten  C na ) ten betaalen, hem gebenifïceerd worde, en dat hy niet was, noch is verplicht, de vragt anders te betaalen dan in Zilvermunt, in 't gemeen genaamd in Tranesfellini: terwyl volgens ordonnantie des Koophandels en algemeen gebruik deezer Plaats, de Wisfelbrieven in Goud moeten betaald worden, en daar en tegen de vragten in Zilver, en wanneer dezelve in vreemd geld bepaald zyn, worden ze hier gereduceerd in de Munt deezer plaats naar Wisfelcours. Het welk wy bevestigen enz. Santi du Tremoule Suve en Comp. Enrico Holsiz en Comp. Paolo Marco Pasteur. -Törngren en Comp. Fratelli Desmaretz Figlio. Lttca Maller en Comp.- Copy der Cherteparty. Op den Vier en Twintigften cn Ses en Twintigften Maart,.des Jaars Zeventien Honderd Twee en Negentig, compareerden voor my Engelbertus Marinus Dorper, openbaar Notaris te Amfterdam, by den Edele Hove van Holland geadmitteerd en voor de Getuisen naffenoemt. P 6 De  ( **3 ) De Heer A zo voor zich als deszelfs Firma, gaande ten naame van A en B, Kooplieden binnen deeze Stad, als Bevragters ter eenre, en Capitein C. voerende het Pink-Schip, genaamd N.N. groot zo hy Capitein declareert, circa 140 Lasten, als Vervragter,ter andere zyde, ende verklaarden met eikanderen over de Be- en Vervragting van 't gezegde Schip overeengekomen te zyn, als volgt: De Capitein neemt aan, zyn voormelde Schip te leveren digt, hegt, wel gecalfaat en in vereischte ftaat tot 't doen der natemeldene Reize, en omme in de eerfte dagen van de Maand April van hier te vertrekken en zeilen met alle mogelyke fpoed na Riga, alwaar de Capitein zich zal moeten adresfeeren aan der Heeren Bevragters Correspondent, die 't voorfchreeven Schip zal doen beladen met Goederen, tot des Scheeps volle en bekwame lading toe, ofte wel met zo veel ais dezelve der Heeren Bevragters Correspondent zal goed vinden te laden, van welke lading de Capitein gehouden zal zyn, en by deeze aanneemt, behoorlyke Cognosfementen en Reciven te tekenen, waar van de vragt en avary, IL stuk. H voor  C "4 ) voor rekening en ten faveure van de Heeren Bevragters zyn zal; invoegen voormeld, beladen zynde, zal de Capitein daar mede van daar moeten vertrekken en zeilen direéf. na Livorno, aldaar gearriveerd zynde, zal hy Capitein zich mede moeten adresfeeren aan der Heeren Bevragters Correspondent, die 't voorfchreven Schip zal doen ontlosfen. Na getrouwe uitlevering der lading te Livorno , zal door der Heeren Bevragters Correspondent, aldaar aan den Capitein of zyn ordre, voor vragt by de Hoop van 't geheele Schip moeten worden betaald, een Somma van Vyf Duizend Guldens eens, waar onder de ordinaire avary en 't kaplaken begreepen is, zullende de Capitein by goede levering, boven de opgemelde geftipuleerde vragt, een gratificatie, na goedvinden van der Heeren Bevragters Correspondent, genieten. De belading te Riga en de ontlosfing te Livorno, zal moeten gefchieden tezamen in veertig agter een volgende dagen, refpeftivelyk integaan 's daags na dat de Capitein verklaard zal hebben tot laden en losfen gereed te zyn; langer opgehouden wordende, zal aan  C M5 ) aan den Capitein moeten worden betaald Dertig Guldens voor ieder overlegdag, alles Hollandsch Courant Geld of de waarde van dien, naar cours van Wisfel; de Goederen zullen vry aan Boord moeten worden geleverd en weder vry van Boord moeten worden gehaald. De ongelden de Goederen betreffende, zullen zyn voor rekening van de Heeren Bevragters, doch alle de overige Haven- en Rivierongelden 't Schip aangaande, voor rekening van 't Schip. Tot nakoming deezes, verbinden de Heeren Bevragters de intcladene lading, en den Capitein 't Schip en te verdienen Vragtpenningen, voorts wederzyds als na rechten. Op bykomende Cherteparty en Attestat der Kooplieden te Livorno, wordt nu gevraagd, of de vragt van de in de eerfte benoemde lading Koopmanfchappen moet worden betaald , in netto HolT. Cour1, of uitgerekend, volgens de aloude en algemeene ufantie der Stad Livorno. II 2 XXXVfl.  ( "6- ) XXXVII. Ryzing of daaling van verzekerde Goederen, welke geduurende de Reize plaats heeft, gaat de Asfuradeurs in het minst niet aan. Wv Ondergetekende Kooplieden, Asfuradeurs, Makelaars en Commisfionairs in Asfurantiën, als mede Practicyns, postuleerende voor de Kamer van Asfurantie en Avaryen deezer Stede, declareeren in overeenkomst van de waarheid en ten behoeven van die zulks zoude mogen aangaan, dat de ryzing of daaling, van wat verzekerd Articul het ook zyn mag, welke geduurende de voyage plaats heeft, de Asfuradeurs op zodanige Goederen, in 't geringfte of minfte niet concerneert, vermits zy alleen de fchade door uitwendig fortuin, die verzekerde Goederen aangekomen, tot hunne lasten neemen, en dat dienvolgens naar onze, hier ter Plaatfe ftand houdende costume, ten aanzien van het aan ons voorgeftelde geval, over 98 Vaten Suyker, de fchade Rekening in manier als volgt, behoort opgemaakt en betaald te worden , te weeten: 98  ( H7 ) 98 Vaten Suyker, zouden onbefchadigd gearriveerd zynde, volgens Taratte a 54, wg.' de 100 fè Bruto, hebben opgebragt . ƒ83169: 4:— in hunne befchadigde ftaat verkogt zynde, hebben dezelve maar gerendeerd e 43173: 5: 3 dus fchade ƒ 39995:18: 9 welke met byvoeging van de extra onkosten door de befchadigdheid veroorzaakt, over de B°. waarde van ƒ 83169:4 word gerépartieerd en omgeflagen, zullende in deeze ruim 48 pCt. zyn, dienvolgens betaalen de Asfuradeurs van hunne getekende Somma c! 48 pCt. fchade, die de geasfureerden met hun gelyk is lydende, over zyn minder verzekerde waarde. Dit voorenftaande Voorftel is niet alleen overeenkomftig de costurne onzer Beurs, maar tcffens overeenftemmende met de Letter van het 35e. Art. onzer Ordonnantie, op 't ftuk van Asfurantie en Avaryen luidende : de Avary of fchade aan Goederen, geduurende de Reize door uitwendig fortuin overgekomen, zal gerefartieerd worden, over 't Bruto Capitaal, dat H 3 de  C »8 ) de Goederen gezond zynde-, ter plaatfe hunner destinatie zouden bedraagen hebben. T'oircondc van dien, hebben wy dit met onze Handtekening bekragtigd. Amfterdam 31 Octobcr 1792. Hope en Comp. Muilman en Soonen, Hogguer, Grand en Comp. Braunsberg, Streckeifén en Comp. Mehil en JVoljf. Jacob Dull en Soonen. Jean Texier 3 Angely en Masfac. Willem van Brienen en Soonen. N. en J. van Staphorst en Hubbart. Jan en Carl Hasfelgreen. Pye Rich en Comp.- A. Tack. T. en C. Wilkiefon en Comp. Jan Alary. Joan Hodshon en Zoon. Daniël Crommelin Soonen. Arnoldus Finman. Courtiau Echenique Sanchez en Comp. ■de Bary en Comp. Rocquette en van de Poll. Asfuradeurs Joh. Luden. A. Scharff. W.  C "9 ) W. Scharff. Abraham Bruyn. Willem Bruyn. Jan de Bosch Jeronimusz., DirebJeur van de Amfierdamfche AsfurantitMaatjehappy.Severyn en Bruyn. Bardon en Jansz. Dirk Offerman. Chr. Cruys en Zoon. Lubberts en Comp. Jacob Speciaal. en voor Joh. Luden Hendriksz. Hendrik Luden Joh™ Dk van Bos/e. Léspinasfe en Carlier. W'l1 van den Berg hem. als Practicyns Gerard Swam. Johannes Ëngelbertus Blomkolk. H 4 XXXVIII.  ( ieo ) XXXVIII. Een Houder van een Wisfelbrief op Ufo, of op een gejlipuleerde dag getrokken, is niet gehouden de acceptatie terflond te vorderen, cn aan den betrokkene een postdag uitftel van acceptatie gegeeven hebbende, kan dit den Trekker noch Endosfanten bevryden, om by Non-betalingvan denzelven, de waarde daar van uit te keeren. A Koopman te Amfterdam, ontvangt den 14 Juny een brief van Genua, met een Prima Wisfelbrief groot ƒ 2700:- op B te Amfterdam, om 'er de acceptatie van te vorderen, B verzoekt een postdag om zich te verklaaren, welke A hem, volgens gebruik, toeftond. Deeze post arriveerde eerst den 24 Juny en B weigerde de Wisfelbrief te acceptccren.' Uit een brief van den 21 July, welke C te Genua, die de bovengemelde Wisfelbrief aan A gezonden had, van Marfeille ontving, vernam hy, dat D te Marfeille, zynde de Trekker van de Wisfelbrief opgehouden had te betalen. De  ( I* ) De gezegde Wisfelbrief dus, na van Nonbetaling geprotesteerd te zyn, wierd door A aan zynen Remittent C terug gezonden, welke zich aan zynen Cedent E adresfeert om zyn rembours, doch het welk door deezen geweigerd wordt, voorgeevende daar toe niet gehouden te zyn, om dat A verzuimd had de Wisfelbrief te laaten accepteeren, en dat dezelve den 10 Juny zoude moeten geprotesteerd geweest zyn. De Vraag is dërhalven:, „ Of E als Cedent van de bovengemelde „ Wisfelbrief, recht heeft, het rembours „ derzelven aan C te weigeren? De Ondergetekende Advocaaten, pradtifeerende te Amfterdam, het bovengeftelde geval overwogen en over de voorgemelde Vraag gedelibereerd hebbende, zyn van oordeel, dat E als. Cedent van de Wisfelbrief in questie, geen recht heeft om het rembours daar van aan C te weigeren. Deeze onze meening is gegrond op de algemeen aangenomen ftelregel in het geval van Wisfelbrieven, dat de Houder van een Wisfelbrief zyn recht oeffenen kan tot rembours, H g zq  C i*a ) zo wel van het capitaal als van de fchadens en intresfen, tegen alle de geenen, welke begreepen zyn in de Wisfelbrief en dus voornaamlyk tegen de Endosfanten, die op dezelve wyze tot de guarantie van de Wisfelbrief gehouden zyn, nu puy PArt des Lettres de Ckange, Cap. 16. § i, en phoonsen's Wisfelftyl, Cap. 19. § 2, zeggende dezelve, dat de Houder van een Wisfelbrief van Non-betaling geprotesteerd, zyn regres kan neemen op den Trekker en op alle de Endosfanten. Het is dus onbetwistbaar zeker, dat E, die door zyn endosfement de Wisfelbrief aan C heeft gecedeerd, volgens de bovengemelde algemeene ftelregel, volftrekt tot rembours aan C verplicht is, indien hy niet bewyzen kan, dat de "Wisfelbrief geprejudicieerd is, door verzuim van een vereischte volgens de Wetten en gebruiken deezer Stad, als de plaats waar de betaling moest gedaan worden, noodzaaklyk. Zo dra men nu de reden, op welke E zyn weigering grondt, nagaat, is het zeer gemaklyk de ongerymdheid van dezelve te bemerken. Deeze reden bepaalt zich tot de aanmerking, dat C zyn regres tot rembours niet neemen kon, om dat A de Wisfelbrief  ( ) brief in questie verzuimd had te laaten accepteeren, doch deeze aanmerking is ten eene maale ongerymd, om dat dezelve berust op de onderftelling, dat de Houder yan een Wisfelbrief verplicht is dezelve te laaten accepteeren. Integendeel is de Houder van een Wisfelbrief, waar in de vervaldag bepaald is, zo als men de Wisfelbrief in questie vooronderfielt te zyn, ongehouden dezelve te prefenteeren, of acceptatie op dezelve te verzoeken. Men kan echter niet ontkennen, dat de voorzichtigheid en zyn eige belang hem kunnen doen befmiten om dit te doen, ten einde zich door acceptatie een Debiteur te meer te bezorgen, doch, wanneer de Houder goed vindt zich. te verhaten op de foliditeit van den Trekker, of van die geenen, die door hunne endosfementen in de Wisfelbrief begreepen zyn, behoeft hy dit niet te doen en kan hy den vervaldag afwagten, zonder zyn recht tot regres te verliezen tegen den Trekker en de Endosfanten, welke altoos tot rembours zullen verplicht zyn, in geval het protest van Non-betaling gedaan is op zyn tyd en volgens de costume der plaatzen, op welke de Wisfelbrieven betaalbaar- zyn. Dee-  ( i*4 ) Deeze meening van de Ondergetekenden, wordt bevestigd door den Heer du puy, l'Art des Lettres de Change, Chap. 6. § 4. en door phoonsen, in zyn Wisfelfyl, Cap. 10. § 21. zeggende, dat de Houder van een Wisfelbrief wel zal doen, met dezelve te laaten accepteeren, waar uit volgt, dat de prsfentatie van een Wisfelbrief ter acceptatie, aangemerkt wordt, niet als een onvermydelyk vereischte welke den Houder van zyn recht tot regres tegen den Trekker en Endosfanten zou kunnen ontzetten, maar als een daad van voor zuchtigheid, door welke de Houder zich een Debiteur te meer bezorgen kan, doch waar van hy zich niet behoeft te bedienen, in geval hy meent zich op de foliditeit van de geenen, die in de Wisfelbrief begreepen zyn, te kunnen verhaten. Uit deeze ontcgenzeglyke ftelregels vloeit derhalven voort, dat de Wisfelbrief in questie, van Non-betaling geprotesteerd zynde, op zyn tyd en volgens gebruik der Stad Amfterdam , niet kan gehouden worden voor geprejudicieerd door verzuim van een volftrekt noodzakelyk vereischte, en dat by gevolg de reden of het voorgeven, waar van zich E bedien:  C I25 ) dient om zyne weigering goed t'e maaken, ten eenemaal zonder grond is, en C derhalven als Cedent of Endosfant van de Wisfelbrief in questie , verplicht is zich aan den algemeenen regel hier boven ter nedergefteld, te onderwerpen, welke aan alle Endosfanten van een Wisfelbrief de verplichting oplegt, dezelve te rembourfeeren, indien dezelve niet op den vervaldag betaald wordt en het protest van Non-betaling op zyn tyd cn volgens de coftumen der plaats, alwaar dezelve betaalbaar is, gedaan is. Aldus gedelibereerd te Amfterdam den 10 November 179a. (was getekend) R. J. Schimmelpenninck. F. H. Moorees. J. L. Farjon. De Ondergetekende Negotianten binnen de Stad Amfterdam, gezien hebbende de bovenftaande Cafus Pofitie en het advys der Advocaaten, verklaaren zich met het zelve te conformeeren. (getekend) Goll en Comp. Jan Mesfchert yan Volhnhoven. Bc-  ( 1* ) Botereau en Comp. J'\ Texier} -Angely en Masfac. T. en C. Wilkiefon. Jan en Carl Hasfelgreen. Braunsberg} Sireckeifen en Comp. Melril en Wolff. Willem yan Brienen en Soonen. Cuny en Comp. Degalz en Comp. Pye Rich en Comp. Wilhem en Jan Willink. Hogguer Grand en Comp. Hope en Comp. Guaita- en Comp. Jac. Dull en Soonen. de Bary en Comp. Rolland, la Coudrè en Comp. Severyn en Haefebroeck. Rd. en Th. de Smeïh. XXXIX.  XXXIX. Een Koopman te Amfterdam, Goederen aan een ander Koopman elders woonagtïg, op de termyn, gewigt, flyl en conditiën, daar ter plaatze vigeerende, verkogt hebbende, is verplicht, zich in de betaling naar de Ufantien van dezelfde plaats te reguleerejj. A te Amfterdam, verkoopt aan B ter zclver plaats een party Wol, op de.termyn, gewigt, ftyl en conditiën van Rouaan cn geeft hem daar van het Faétuur, luidende als volgt: Amfterdam 29 Febr. 1790. B Debet aan A voor 3 Baaien Spaanfche Wol aan Z. E. verkogt, te betalen in 16 a 18 maanden, gewigt, ftyl en conditiën van Rouaan, weegende als volgt: F.  C ) F. N°. 88.292© 89- *95 - 58?® afgpQ 35 - id. a 110 pCr.° 50 502 tar ioegpr. B.20 $ uitfl. 3 6 - tar 9 pO.0 43 - 69 — 433ffia86's. Li86i:i8:- S.N°. 101. 324$ af 6 pCc° 19 - 3°5 id. a 110 pC'.° 17 tar 1018. 10 {£^278 uitfl. 3 - 3 - i 37 tar 3pCt.°24-3 24iffia76s.— 915:16:- L 2777:14:- Op den vervaltyd wil B aan A in betaling geeven een Effect, van L 2777:14:- zo als hy aan een Verkoper in Rouaan zou gedaan hebben , zulks wordt door A geweigerd, geevende voor reden dat hy zyn betaling niet wil ontvangen op gelyken voet als men te Rouaan ge-  ( ) gewoon is, om dat hy niet aldaar maar wel te Amfterdam woonachtig is; en hy vermeent, dat de betaling hem moet gedaan worden volgens de taxatie der Louis d'Or te Amfterdam, te weten, als een Louis d'Or gefchat wordt op ƒ *«3> Holles A dan van B moet erlangen ƒ 11:3:- Holles voor L 24:- Men vraagt, ofB gegrond is in zyn fustenue deeze bovenftaande Wol te betalen, met een Effect van L 2777:14:- zo als hy aan een Verkoper te Rouaan zoude gedaan hebben. De Ondergetekende, praélifeerende Advocaaten binnen deeze Stad Amfterdam, gezien en geëxamineerd hebbende het verhaal en de Vraage hier boven voorgedragen, vermeenen, dat B gegrond is in zyn fustenue, deeze party Wol te betalen, met een Effect van L 2777:14:- zo als hy aan een Verkoper te Rouaan zoude gedaan hebben. Om de krachtdadigheid van dit denkbeeld te betoogen, moeten de Ondergetekende overgaan tot gronden van rechten, klaar en algemeen bekend , en de navolgende Hellingen voordragen: II. STUK. T Het  C 130 ) liet Verkoop-contract, is niets anders als een verband, waar mede de eene 't goed geeft voor eene zekere Somma, in gangbaar Geld, 't welk door den anderen gegeeven wordt om het gekogte te verkrygen, L. 5. § i. D. de preesf. verb. § 2. I. de Empt. yend. In dit Verkoop-contract, even als in alle andere Contracten, moeten de Contractanten in acht neemen, niet alleen alle de verbindingen, welke de natuurlyke gevolgen deiverkoop zyn, maar ook alle de byzondere conventiën en de verfchillendc articulen, die men by 't Verkoop-contract kan by voegen, als de conditiën en claufalen, aangaande den termyn en de plaatfe der betaling, de optie der weder-inkoop, en meer foortgelyke gevallen. Deeze conventiën maaken een gedeelte van 't Contract uit en worden voor wetten gehouden, volgens de leere der rechten, in leg. 23. de Keg. Jur. Hoe Serrabitur quod ab initio cdnvenit; legem enim Contra&us dodit, zit ook leg. 1. § 6. D. depos. 'Ingevolge van deeze klaare cn onbetwistbaare gronden, zal het niet moeijelyk zyn de graad der verplichting van B, aangaande de  ( W ) de betaling der Wol in questie te vinden \ want deeze grondregels op het voorgefteld geval toegepast zynde, ziet men ten eerften, dat in het Verkoop-contract, hoe wel in deeze Stad gemaakt, de Contractanten zich wel duidelyk verbinden aan de termyn, 't gewigt, de ftyl en conditiën van Rouaan; en in de daad, de Verkoper A heeft het Factuur opgemaakt in manicre en op conditiën, als in Rouaan gebruikclyk zyn en 't bedrag der Louifen geftcld in Livres 2777:14:-; en dus heeft hy zelf gehandeld volgens de expresfe clauful, dc Rekening op te maken op de Rouaanfche wyze. Uit dit verhaal blykt, dat B ingevolge 't Verkoop-contract in questie, aan A fchuldig is eene Somma van L 2777:14:-; nu beftaat de geheele verplichting van B, om aan A deeze L 2777:14:- te doen toekomen, dat is te zeggen, hem een Effect te geeven, dat hem in ftaat ftelt deeze Som te Rouaan te ontvangen. Het zoude volftrekt abufivelyk zyn te willen fustineeren, dat volgens 't gebruik te Rouaan, de Rekening of Factuur der Wol in Louifen moet worden opgemaakt en dat dus deeze betaling in Louifen moet gefchiel 2 den;  C ) den ; door dien men uit het Factuur, dat A zelfs van deeze Wol heeft opgemaakt, duidelyk ziet, dat hy de Louifen in Livres heeft gereduceerd, als zynde de Wisfelfpecie zo dat A daar door fchynt te bekennen, dat hy B voor 't bedrag der Factuur moet debiteeren, niet in Louifen maar in Livres. Al verder , wanneer zelf 't Factuur opgemaakt was in Louifen, dan nog zoude B kunnen vergen deeze Louifen te betaalen, op dezelfde wyze, ■als een Imvooner yan Rouaan zulks aan zyn Medeburger zoude doen, namentlyk dat B nooit verplicht zoude zyn meerder Livres aan A te betalen als een Burger van Rouaan verplicht is aan zyn Medeburger, voor dezelfde hoeveelheid Louifen. De Ondergetekende moeten nog opmerken, dat het even eens abufivelyk zoude zyn, te willen ftaandc houden, dat A recht had, de betaling te erlangen volgens de taxatie der Louifen te Amfterdam, als zynde dit denkbeeld direct tegenftrydig met de expresfe clauful, dat de party Wol in questie verkogt wierd, ter termyn, wigt, ftyl en conditiën van Rouaan ,waar door de costumen en gebruiken van Amfterdam, en by gevolg de taxatie der Loui-  ( '33 ) Louifen te Amfterdam zyn uitgezonderd. Men kan ook nog voorhouden, dat ingevolgen deeze clauful, de Hollandfche Spctie niet in de betaling te pas koomt, hebbende de Koper door gemelde generaale clauful geftipuleerd, dat de Verkoper hem debiteeren moest naar de gebruiken van Rouaan, waar aan de Verkoper zich heeft onderworpen, debiteerende hy den Koper in het Factuur met 162 Louifen, gereduceerd door hem zelfs tot L 2777:14:- Uit al het welk men hier dan heeft voorgehouden, blykt, dat B aan zyn verplichting kan voldoen, wanneer hy aan A deeze L 2777:14:- betaalt, op dezelfde maniere als een Koper te Rouaan aan een Verkoper ter zeiver plaatfe zoude doen; dat is te zeggen, indien hy aan A een Effect ter hand ftelt, waar door hy te Rouaan erlangen kan L 2744:14:Zie L. 8. C. Locat. — L. 19. Cod. Aldus gedelibereerd in Amfterdam, den 24 October 1792. (was getekend) R. J. Schimmelpenninck. F. H. Moorees. J. L. Farjon. I 3 De  ( 134 ) De Ondergetekende Kooplieden binnen Amfterdam, het bovenflaand geval en het advy.s der Rechtsgeleerden gezien hebbende, verklaaren zich met hetzelve te conformeeren. Jl Texisr, Angely ett Masfac. Teysfet en Comp. de Wed, Pieter van Veen en Zoon, Severyn en Haefebioek, Botereau en Comp, Eyma en Zoon. Braunsberg, Streckelfen en Comp, Jan en Carl Hasj'elgrecn. J. B, van Ceulen. Rolland, la Coudré en Comp. Anfelme en Ante. Harifen. Jean Alary, Jean Gerand. Courtiau, Echemque Sanchez en Comp, Pye Ricli en Comp. Cuny en Comp. de Bruyn en Pontoi. a Roy en Branger, jfacob Dull en Soonen. fVestrik en Pool. van den Q"ver en Comp. St. Martin en Granprè Molière. P. J. Menjolet. Daniël Crommelin en Soonen. Valeton en Comp. de  ( 135 ) de Witd. Fonvielle en de Burlett. Th. Gülcher en Mulder. Bolongaro Simonetta en Comp. Jacques Mare Ffaijtnet. jlrhbrvgio en Sawyer. Z. Eekhout. I 4 XI.,  C 136 ) XL. Iemand van een ander Engelfche Banknooten gekogt en vervolgens dezelve valsch bevonden hebbende, heeft het recht de daar voor betaalde Penningen terug j& eisfeheu \ dTx. op het Land woonende, koopt door een Makelaar van B Banknooten. A zendt dezelve naar Londen, alwaar zy voor valsch erkend worden. Men vraagt: Of A recht heeft om van B de terug gaave te cisfehen van het geen hy hem voor de gemelde Banknooten betaald heeft. De Ondergetekende Advocaaten, pracU feerende binnen deeze Stad, gezien en geëxamineerd hebbende de bovengemelde Cafus Pofitie en de daar by voorgeftelde Vraag, zyn van oordeel, dat A recht heeft om B te noodzaaken tot de restitutie van het geen hy aan B voor de gemelde Banknooten betaald heeft. Deeze meening berust voornaamlyk op de volgende grondftellingen:  C *37 ) i°. Het is eene vereischte noodzaaklykheid in alle conventiën, dat zy niets ongeoorloofds noch oneerlyks in zich bevatten, en het is een gebrek in eene conventie, indien men er iets in vermengt, dat tegen de wetten en goede zeden ftrydig is. 2°. Het is een ander wezenlyk vereischte in alle conventiën, dat men er met oprechtheid in te werk gaa en het is een gebrek in dezelve, indien men anderen door eenige list of bedrog misleidt. 3°. Het is ten derde een wezenlyk vereischte in alle conventiën, dat die geenen, welke dezelve aangaan, een genoegzaamc kennis hebben van het geen nodig is te weetcn, om het engagement, waar in zy zich begceven, aantegaan, en het is een gebrek in cene conventie, indien een der Contractanten deeze kennis niet gehad heeft door eenige dwaaling over het wezen der zaak, welke het voorwerp der conventie uitmaakt. Deeze eenvouwige en onwederfpreekclyke grondftellingen, op de natuur van alle conventien toepasfelyk zynde, zyn het ook byzonder op den aart van het Contract van Koop I 5 en  C 138 y cn Verkoop, waar over in het bovengcfteldc geval de questie is. Deeze regels dan toegepast wordende, kan het niet ontkend worden, dat het Contract van Koop en Verkoop in questie, betrekkelyk is tot een voorwerp, waar van de handel volftrekt ongeoorloofd en verboden is. — Val? fche Banknooten, doch zyn volftrekt aanteraerken als ongeoorloofde zaaken en als voorwerpen, welke hun aanwezen aan eene misdaad verfchuldigd zyn; zie de Wet D. de Contr. Empt. alwaar de Rechtsgeleerde zegt: dat geen Contract van Verkoop van eene zaak, dte uit de Commercie uit geflooten is, beft aanhaar is, waar uit volgt, dat alleen om deeze gcwigtige reden, de Kooper recht heeft om de vernietiging van de Koop in questie te eisfchen en op B te vernaaien, het geen hy hem voor de bovengemelde valfche Banknooten mogt betaald hebben. Het is daar cn boven klaarblykelyk, dat in een rechtsgeleerde zin, de Verkoop in questie, moet aangemerkt worden als gedaan met bedrog en list en by gevolg als nul, uitwyzens de Wet L § 1. deDolo mak; want voor- on-  ( 139 ) onderftcld zynde (zo als wy ons de zaak liefst voorftellen) dat B, ten tyde van de Verkoop niet gewecten heeft, dat de Banknooten valsch waren, zo koomt in zodanig een geval zelf daar uit een bedrog der zaake voort, zo als men het in een rechtsgeleerden zin noemt, door het welk een der Contractanten bedroogen wordt door de zaak zelve, zonder het perfoonlyk bedrog van den anderen; Idem est, fi nullus dolus interfit flipulantis, fed ipfa res in fe dolum continent Vid. L. 36. D. de Verb. Oblig. Nu is het ontwyffelbaar, dat het gevolg van een dicrgelyk geval in de vooronderftelling zelve, dat het perfoonlyk bedrog geen plaats heeft gehad, zyn moet de vernietiging van het Contract, en de restitutie van de Kooppenningen, welke de Koopcr mogt betaald hebben. Het is bovendien tastbaar, dat in het Contract in questie eene volflrekte misvatting of onwetenheid Qerror fa&ij van het wezen der zaak, welke het voorwerp van het Contract uitmaakt, heeft plaats gehad; nu zal, volgens de hier boven gefielde rechtsgeleerde beginzels eene ' zodanige misvatting der zaak genoegzaam zyn ter vernie- ti-  ( I4° ) tiging van het Contract-, om dat het Contract gemaakt is zonder voorwerp, of om dat het niet dan eene valfche zaak ten grondflage gehad heeft; men zal niet kunnen ontkennen, dat dit argument alles beflist, wanneer men ernftig over het Contraét in questie nadenkt. Wat heeft A willen kopen ? — Wat moet B gehouden worden te hebben willen verkopen ? Een Banknoot. — Wel nu, het is een Banknoot cn niet eenige Letters en een jluk Papier, welke het voorwerp van het Contract geweest is; maar wat is een valfche Banknoot ? Het is een niets, een herfenfehim. — Het is alléén een ftuk Papier en eenige Letters en meerder niets. Een Banknoot integendeel is het reprefentatif van de Som, welke dezelve inhoudt; en dat repvcfentatif (en niet een ftuk Papier, dat niets reprefentcerde, daar het zelve gefabriceerd en nagemaakt was) is het juist, het welk eenig cn alleen het onderwerp van het Contract geweest is. Het is by gevolg zo klaar als de dag, dat de Banknooten in questie valsch bevonden zynde, de Contractanten gedwaald hebben in den aart of liever in het beftaan zelve van het voorwerp hunner conventie; waar uit dan volgt, dat het Verkoop-contract in questie, bevonden zynde over  ( Hi ) over een valfche zaak gemaakt te zyn, moet aangemerkt worden als nul en by gevolg, B zich in de onvermydelyke verplichting bevindt om aan A te restitueeren het geen hem deeze voor de valfche Banknooten in questie, mogt betaald hebben, zie L. 116. § 2. D. de Reg. Jur. L. 8. D. de Jur. et fa&. ign. L. 9. cod. L. 14. in fin. D. de Contr. Empt. Aldus gedelibereerd binnen Amfterdam den 25 November 1792. (was getekend) R. y. Schimmelpenninck. F. H. Moorees. y. L. Farjon. De Ondergetekende Kooplieden, ter Beurfe der Stad Amfterdam, de bovenftaandc Parere cn het advys der Heeren Rechtsgeleerden daar over geëxamineerd hebbende, verklaaren zich met het zelve in allen decle te conformeeren. Amfterdam 27 November 1792. De naamen der Ondertekenaars zyn niet opgegeeven. XLI.  C 142 ) XLI. Een Wisfel uit Amfterdam, getrokken op een Inwooner aldaar, of uit een andere Plaats binnen de Vereenigde Provintién, wordt gehouden voor een Adfignatie en heeft het zelve recht niet ah Buitenlandfche Wisfelbrieven. A woonende in Amfterdam, trekt een Wisfel op B, mede woonagtig in Amfterdam, op zes Weeken dato. B accepteert dezelve Wisfel. C, by behoorlyk endosfement van D, Houder geworden zynde van dezelve Wisfel, koomt ten vervaldage byBom de voldoening, B weigert de voldoening, waar op C by Misfive aan D daar van kennis geeft, fustineerende het rembours van D te moeten hebben^ D weigert zulks aan C, op voorgcevcn, dat C binnen de zes loopdagen niet geprotesteerd heeft, en dus de Wisfel geprajudicieerd geworden, terwyl de Acceptant intusfchen is gefailleerd. Wordt gevraagd: Of door het verzuim van Protest van C, D van alle engagement is bevryd en C alzo  c m ) gehouden is, de fchade door het derangement van den Acceptant, op de Wisfel gevallen, te draagen. Gezien by my Ondergetekende Advocaat, voor den Edele Achtb. Gerechte deezer Stad pradtifeerendc, de voorenftaande Cafus Politie, en gelet op de Vraage daar by voorgefleld, dunkt onder Correctie: Dat de Wisfel in het Vraagpoinct voorgefteld, verkeerdelyk met de benaming van Wisfel wordt genoemd, vermits een zogenaamde Wisfelbrief uit een Stad, op iemand in dezelve Stad getrokken, of zelf uit een Stad op iemand in een andere Stad deezer Provintie getrokken, niets anders is, dan eene Adfignatie of order om betaling te doen, hoe zeer de form en figuur van dezelve, met alle andere Wisfelbrieven van buitenlandsch getrokken , volmaakt overeen koomt en waar om ook by Keure van Myne Heeren van den Gerechte deezer Stad, van r>o January 1679, is bepaald, dat voortaan alle Wisfelbrieven, buiten de Provintie van Holland en WestFriesland gepasfeerd, alleen van het Wisfelrecht alhier, zullen jouïsfeeren, en dat op al-  C 144 ) alle andere, binnen de voornoemde Provintie gegeeven, geen ander reguard zal worden genomen als of dezelve waren fimpele Adfignatien, en ordres om betaling te doen. Vermits dan nu binnenlandfche Wisfels in effecle niet anders zyn dan Adfignatien en ordres om betaling te doen, zo vloeit daar uit van zelve voort, en dat ftemt ook over een met alle principes van rechten, dat alle Wetten en Keuren, op het fujet van eigentlyk gezegde (of buitenlandfche) Wisfels geëmaneerd, niet betrekkelyk gemaakt kunnen worden, dan tot die foort van handelingen, waar over dezelve disponeeren, namentlyk op Wisfelbrieven van buiten getrokken, en by confequentie geenzins op Adfignatien of ordres om betalingen te doen of zogenaamde binnenlandfche Wisfelbrieven. Hoe zeer nu wel een Houder van een binnenlandfche Wisfel of Adfignatie, om captien en critiques voor te komen, niet kwaad zoude doen,om zelfs,in cas van Non-betaling eencr geaccepteerde binnenlandfche Wisfel of Adfignatie, dezelve dadelyk te doen protesteexen, zo is echter, als men de zaak rechtens bei-  ( H5 ) befchouwd daar toe geen de minfte verplichting, en uit het verzuim van het protest binnen de zes loopdagen, die voor buitenlandfche Wisfels bepaald zyn, kan geen het minfte argument ten nadcele van den Houder van een binnenlandfche Wisfel of Adfignatie worden getrokken. Waar uit dan mede op het cas fubjecl voortvloeit, dat door D in 't Vraagpoinél bedoeld, verkeerdelyk gefustineerd wordt, dat de binnenlandfche Wisfel of Adfignatie in questie, door 't niet protesteeren binnen de zes dagen zoude zyn geprjejudicieerd, cn D alzo van alle verplichting ontheven. Aldus, falvo meliori, geadvifeerd binnen Amfterdam, den 10 December 1792. F. H. Moorecs, Advocaat. Wy Ondergetekende Kooplieden, Bankiers cn Wisfel - handelaars, declareeren ons met het bovenftaande advies te conformeeren. Braunsberg 3 Streckeifen en Comp. Pieter de Haan P'.z Pieter de Wolft. J.arwo'jd cn yan Suchtelen. TI. STUK. K ƒ<-  C 14* ) Jacob Dull en Zoonen. Rd. en Th. de Smeth. Couderc, Brants en Changuion. de Bary en Comp. Boiereau en Comp. Johan van Soesdyk. Pye Rick en Comp. Th. Gülcher en Muider. van Kollenhoven en Zoon. N. en J. van Staphorst en Hubbart. Johannes Bouman. Cuny en Comp. Johannes Carp en Zoon. Elmenhorst3 van Tangen en van Aken. Jacob Luden Hendz. XLH.  C 147 ) XLIL Een gedeelte van een lading Qraanen, door Zeewater befchadigd zynde en door deszelfs damp of kwaade reuk het ander gedeelte der lading bedervende, zyn de Asfura* deurs verplicht, de fchade daar door aan de geheele lading tocgebragt te betaalen, mits bedraagende boven de 10 pCt. ? Uit het Hoogduitsch vertaald. E'cn party Dantziger Tarwe, wierd in den Herfst naar Coppenhagen gebragt, in de Winter aldaar opgeflagen, en geduurende dien tyd weekelyks bewerkt, verfchooten en geharpt. In het daar op volgende Voorjaar en wel na een tyd van 3 Maanden, wierd deeze zelve Tarwe, in vier Schepen met de noodige Garnieringen voorzien, in de beste ftaat, gelyk zulks niet alleen uit de Connosfementen zelfs, maar ook uit andere authenticque Documenten blykt, afgeladen en ter zeiver tyd, onder bezorging der Asfurantie in Coppenhagen, vry onder de 10 pCt. naar Marfeille geëxpedieerd. K 2. De  C H8 ) De reizen van deeze vier Schepen, waren na verloop van vyf weeken geëindigd; echter blykt het uit de in Marfeille gepasfeerde Scheepsverklaringen, dat de reizen met afwisfelende harde Stormen, zwaare Zeeftortingen, het indringen van Zeewater op verfcheide plaatzen en menigvuldig Slingeren, zo dat het Water over de Garnieringen is gedrongen, volbragt wierden, en reeds in de vierde week had men een fterke hitte in de ladingen befpeurd, het welk de Schippers en Volk nader hebben bevestigd. By arrivement van deeze vier ladingen in Marfeille, wierden door de Admiraliteit aldaar, de gewoone Infpecleurs benoemd, dewelke de befchadigde ladingen, in drie deelen forteerden^ en, declareerden, dat de fchade door Zeewater was veroorzaakt. By het onderzoek wierd daar onder bevonden ten deele geheel zwart, verrot en verbroeid Koorn, cn men bevond, dat het onderfte het meest, het middelfte minder en hoven op het minfte befchadiVd was. De o-ezamentlyke Schippers declareerden wel, dat de Schepen by het inneemen der ladingen in verantwoordelyken ftaat waren geweest, maar  ( 149 ) zy hebben doch niet kunnen ontkennen, dat 'er Zeewater in hunne Schepen was gedrongen, en dat zy (niet tegenftaande hunne reizen, maar vyf weeken hadden geduurd) in Marfeille hebben moeten calfaaten, het welk het fterkfte bewys is, dat de Schepen geduurende de reis door de Stormen aanmerkelyk moeten geleeden hebben, dewyl zy zonder reparatie zich niet vertrouwd hebben 3 andere ladingen in te neemen. De Asfuradeurs zyn echter, uit hoofde van deeze gementioncerde omftandigheden, van meening, dat, wanneer ook Zeewater in een Schip dringt, het zelve maar dat gedeelte der lading befchadigen kan, het geene door het * Zeewater nat wordt, maar geenzints meerder, en nog minder een gehcele lading; zy houden het daarvoor, dat de fchadelyke gevolgen van dit Zeewater zich niet verder kunnen verfpreiden, wanneer het zelve niet direct by het Koorn koomt, waar uit zy dan het befluit trekken, dat het overige niet door Zeewater aangeroerde gedeelte, van deeze vier ladingen, door zich zelfs is befchadigd geworden &c. K 3 Den  ( ISO ) De Geasfureerde fustincert En tegendeel, dat, wanneer in zich zelfs reeds drooge Graanen, blykbaar gezond, en droog worden ingeladen, en het beweezen is, dat dezelve door Zeewater zyn befchadigd, de natuur van het zelve, wegens de onzuivere en zoutachtige dampen, niet alleen in ftaat is een lading Tarwe eene flegte en volftrekt nadeelige reuk en fmaak te geeven, maar zulks ook meer of min zodanig te bederven, dat het zelve niet voor gezond Koopmansgoed kan pasfeeren, maar voor het geene zulks is, namentlyk voor door Zeewater meer of minder befchadigde Graanen. Dewyl nu de Asfuradeurs oordeelen niet meerder Zecfchade te moeten betaalen, als de quantiteit, die oogenfchynlyk met Zeewater is bedekt geweest en als zodanig, (naar hunne meening) kan gefupponeerd worden, cn de Geasfureerde integendeel de vergoeding der geheele fchade, ingevolge de Infpectic-actens en Zeeprotesten begeert, volgens welke alle vier ladingen, als meer en minder door Zeewater befchadigd zyn gedeclareerd geworden, zo geeft dit aanleiding tot een disput, tusfehen beide partyen. Den  De Geasfureerde heeft derhalven de eere, de refpeclive Heeren Kooplieden en deskundigen, wien zodanige gevallen zyn voorgekomen, om hun onpartydig oordeel te verzoeken, namentlyk: Of drooge Graanen, namentlyk Tarwe uit de Oostzee, dewelke blykbaar gezond en droog, en dus zonder eenig gebrek zyn afgeladen, in zo een korte tyd, als de gementioneerde reis is geweest, volgens deszelfs eigen natuur, in ftaat kan zyn, door zich zelfs te bederven, en zamen te broeijeo, Dan Of het niet veel waarfchynlyker is, dat, wanneer Zeewater zich met Tarwe vereenigt, zonder dat het daar mede geheel wordt overftroomd, zniks niet alleen dat gedeelte, waar het by koomt, maar ook door de by zich hebbende zuure en fchadelyke dampen, het overige gedeelte van een lading meer of minder kan bederven en ondeugend maaken, zo dat de Geasfureerden het ongetwyffelde recht behoudt, de volkomen vergoeding K 4 van  C 152 ) van zodanige fchade van de Asfuradeurs tc vorderen. Oordeel des Viditeurs van Hamburg. Ten opzigte van de voorfiaande Asfurantiezaak, betreffende de van Coppenhagen naar Marfeiïlë gezondene vier ladingen ° Tarwe, wordt, dewyl de berichten der afladingen, bezwaarlyke en onftuimige Zeereizen, benevens de bevinding en behandeling by het arrivement-in Marfeille, niet anders aks geloofwaardig en waarachtig zyn aan te merken, en ook geene tegens de Wetten en Handcl-costume flrydende omflandigheden in de gehcele zaak zyn gepasfeerd, het volgende oordeel daar over mede gedeeld, dewyl zulks in de natuur der zaak gegrond is, en het tegendeel naar billykheid niet kan beweerd worden. Dewyl de Ceasfurecrdc heeft beweezen, dat deeze vier ladingen Tarwe, dewelke gezond cn droog in het Schip zyn gebragt, maar circa vyf weeken zyn onder weg geweest, en op de reis zwaare Stormen enZeeftortingen hebben uitgefhan, zo dat door het vecle flingeren en zwaar zeilen, het Zeewater door overlooping op de Garnieringen, zodanige be-  C 153 ) befchadiging heeft veroorzaakt, dat 'er by het ontlosfen en examineeren der ladingen, geheel bedorven, verrot, en verbroeid Koorn is bevonden; zo is de aanfteeking, de kwaade reuk, de zwartheid, het bederf,'de ongezondheid en in het kort het geheele gebrek, het welk de in Coppenhagen gezond, en droog geladene Tarwe, op de reis is overgekomen, gccnzints in de eigene ondeugd der Tarwe te zoeken, maar alleen in het op de Garnieringen ingekomen Zeewater, het welk door de verhitting en bederving van de onderfte Tarwe, de ladingen over al heeft aangeftooken, en ten decle meerder cn minder befchadigd, zo dat, fchoon misfehien op eenige plaatfen , in de Schepen geene tekens van Zeewater te befpeuren zijn, de lucht van het bedorvene zich echter over al verfpreid heeft, en de ladingen aldus niet zo gezond als dezelve zyn afgeladen, op de gedestilleerde plaats zyn aangekomen, en derhalven zyn de Asfuradeurs verplicht de fchadens, die aan de ladingen in 't geheel zyn geleeden, aan den Geasfureerden niet gedeeltelyk, maar geheel en al te vergoeden. Hamburg den 24 September 1702. K 5 Koorn-  ( 154 ) Koornhandelaars Jacob Burmeister Jun. de Wed. Grotjan en Stiller. Burmeister en Morring. Andreas Veting. Joh. Peter Winter. F. W. Friefe. Vooraf gefield: i°. Dat de gequestioneerde Tarwe, gezond en droog en dus zonder eenig gebrek, in de vier Schepen te Coppenhagen is geladen geworden en dezelve fpoedig daar op, van daar naar Marfeille zyn vertrokken, zo kan, wanneer zulks genoegzaam is beweezen, in een tydverloop van vyf Weeken, zynde zo lang als de reis van Coppenhagen naar Marfeille, volgens het voorenftaande bericht heeft geduurd, gezonde en drooge Tarwe, door zich zelf niet bederven. 2°. Is door een gedaane beëedigde Verklaaring van her Scheepsvolk der gemelde vier Schepen, te Marfeille duidclyk bewezen geworden: Dat de reis van deeze vier Schepen, onder af-  C i55 ) afwisfelende fterke Stormen en zwaare Zeaftortingen is gefehied. Dat het Zeewater op verfcheidene plaatfen over de gemelde vier Schepen gekomen en door het hevig fungeren van dezelve, werkclyk over de Garnieringen in de Schepen is gedrongen. Zyn by de gedaane bezigtiging der Admiraliteit te Marfeille, de gezamentlyke vier ladingen Tarwe door en door als befchadigd, ten dcele meerder of minder gedeclareerd geworden , en wel met byvoeging, dat de fchade door Zeewater is veroorzaakt, waar door, wanneer het zelve by zwaare Stormen en hevig Slingeren van een Schip, in een tamenlyke quantiteit over Boord flaat, een geheele lading Tarwe zeer wel een onzuivere en zeer kwaade lugt en fmaak kan aanneemen en zodanig bederven, dat het voor geen gezond Koopmans-goed te estimeeren is, zo zyn, wanneer (gelyk gezegd is,) door de beledigde Verklaaring van het Scheepsvolk en het ïnfpectie-protocol van de Admiraliteit te Marfeille, het aangevoerde is beweezen geworden, de Geasfureerdens ten vollen bevoegd de  C ^ ) 'de volkomen vergoeding van zodanige fchade (dewelke vermoedelyk verre boven de iopCt. zal zyn) van de Asfuradeurs te vorderen. Dit is myn meening ten opzigte van het voorengeftelde geval. Hamburg den 25 September 1792. Marten Dorner. Wy Hemmen mede overeen met de bovenftaande mcening, Frans Doormann. Joachim Matth. IJasfe en Zoonen. Vidal en Comp. Thomfon en JVray. Mankïsfcn en Sillem. Peter Bouê en Zoonen. Jb. de Chdpeduróüge. uiverhof en von Scheren. Johan Ce/ar Godefoy en Comp. Peder Godefroy. Voght en Siereriin. Parish en Comp. Ritcker en JVortman. Joh. Sterenberg, Gosjler en Comp. Herman Roofen Junior. Salomon Roofen. Christ. Math. Schroder en Comp. d>Er-  C i57 ) tfEryen yan Berend Roofen. Barend Roofen Sa/S.z Joh. en A. C. Lampe. Getrouwelyk uit het Hoogduitsch vertaald. Amfterdam den 29 November A° 1792. was getekend WILLEM MOLLER, Beëedigd Tr'atislateür. Wy Ondergefchreven Kooplieden, Asfuradeurs en Praclizyns, postuleerende voor de Rechtbank van Asfurantie cn Avaryen deezer Stede, gezien hebbende het voorgeftelde geval, ten aanzien van vier byzondere ladingen Graanen, in onderfcheidene Schepen tot Coppenhagen geladen geweest zynde, gedestilleerd naar Marfeille en aldaar befchadigd gelost. En gelet hebbende op alle de daar by voorgeftelde omftandighedcn, waar uit komt te blyken: i°. Dat de Geasfureerde bcwyst, alle de Graanen gezond en in volmaakten order geladen te hebben. 2°.  c 153 ) 2?. Dat alle de vier Schepen, in welke die Graanen geladen zyn geweest, hoe zeer zy een reize van vyf Weken gehad hebben, nochtans op dezelve door zwaare Zeeftortingen zyn bejegend en door 't zwaare Zeilen, Stampen en Slingeren, ontramponeerd zyn geworden, en veel Zeewater ingenomen hebben. 3°. Dat by de infpeétie, die te Marfeille altoos op gerechtelyke authorifatie en qualificatfe van de Admiraliteit gefchiedt, en waar aan dienvolgens geen de minfte arg, list of bedrog toe te fchryven is, alle die vier ladingen de eene meerder dan de andere als geheel door Zeewater geïnfecteerd zynde, worden gedenoteerd. Zo is by ons geene fchaduwe overgebleven, om de Asfuradeurs van een gedeelte dier fchadens vry te fpreeken, zynde wy integendeel van begrip, dat alle die fchadens in hun geheel (mits loopende boven de 10 pCt.) door de Asfuradeurs naar redenen van recht en billykheid, ten vollen dienen betaald te worden. Ten oirkonde van dien heb-  C 159 ) hebben wy dit met onze Handtekening bekrachtigd. Amfterdam den 12 December 1792; was getekend A. Scharff. A. Tack. W. Scharff. Muilman en Soonen. Hope en Comp. Braunsberg 3 Streckeifen en Comp. Arno/dus Finman. T. en C. Wilkiefon en Comp. Mehil en Wol ff. Pye Rich en Comp. Willem van Brienen en Zoonen. Rd. en Th. de Smeth. Johs. Luden. Ab. Bruyn. Severyu en Bruyn. Willem Bruyn. Dirk Luden. Dirk Luden en Zoon. Christiaan van Orfoy. als Praétizyns Gerard Swam. Joannes Engelbert Blomkoik. xliït.  ( i6o ) XLIIL Verklaring, dat de Mexicaanfche Couchenille te Amfterdam, met 4 pCt. augmentatie verkogt en geleverd wordt. Ondergetekende Kooplieden en beè'edigde Makelaars binnen deeze Stad, declareeren door deezen aan alle en een iegelyk, welke het zoude mogen aangaan: Dat de Mexicaanfche Couchenille, in deezen Staat verhandeld wordende, het zy dezelve ongezift of gezift is-, altyd aan de Koopers derzelve wordt berekend, met een augmentatie van 4 pCt. op 't bedraagen-der Som, welke de geleverde quantiteit tot de overeengekomene prys gereekend, beloopt, waarna voor contante betaaling wordt afgetrokken 1 pCt. Dat deeze augmentatie van 4 pCt. een zeer oud gebruik is, het welke conftant gevolgd wordt en waarfchynlyk fpruit, uit hoofde dat in vroegere tyden der Commercie deezer Stad, de Couchenille in Bankgeld wierd verhandeld, doch in latere tyden in Casgeld, en dat om de Couchenille door de prys alleen in waarde te bepaalen, goed ge- von-  vonden is, om eens vooral de Agio door het woord augmeritatie te reguleeren op 4 pCt. Dat deeze augmentatie door de langduurigheid van tyd, zodanig algemeen bekend is geworden, dat alle Inkoopen en Verkoopen daarop berekend worden, zo wel binnenals buitenlandsch, In kennisfe der waarheid, hebben wy deeze getekend, om te ftrekken daar cn zo als mogt bevonden werden te behooren. Amfterdam zz Octobcr 1792. De Ondertekenaars van dit Stuk zyn niet opgegecven. II. STUK, L XLIV  C 16a ) XLIV. Alle Wisfelbrieven moeten betaald worden uiterlyk binnen den zesden dag na den vervaldag; en by jluiting van de Bank, den derden dag na de opening; doek by foute van behoorlyk geprotesteerd te zyn, verliest de Houder 't Wisfelrecht, tegens den Trekker en Endosfanten. De Ondergetekende Advocaaten, by den Edele Hove van Holland geadmitteerd, te Amfterdam refideerende, declareeren en eertificeeren by deezen. Dat volgens keure van Myne Heeren van den Gerechte deezer Stad, van dato 31 July 1660. Art. 2. en 29 Maart 1661. welke alhier in volkomen obfervantie zyn, alle Wisfelbrieven van buiten komende, om binnen deeze Stad betaald te worden, by Non-voldoening moeten worden geprotesteerd, uitterlyk binnen den zesden dag na den vervaldag, de Zondag of heilige dagen daar in begreepen, en de dag na den vervaldag voor de eerfte gerekend, het en ware dat, ter oorzake van het fluiten van de Wisfelbank , geene betaa- lin-  ( l°3 ) lingen gedaan konden worden; als irt welken gevalle dezelve behoorert te worden geprotesteerd, uiterlyk binnen den derden dag na het openen van de Bank, en dat de Wisfelbrieven niet binnen den voormelden refpectiven tyd geprotesteerd wordende , de Houders van dezelven als dan door zodanige nalatigheid en verzuim, hun recht tegen de Trekkers en Endosfeurs komen te verliezen. Dat het in of omtrent deeze verplichting van den Houder van een Wisfelbrief, geene verandering maakt, wanneer de Betrokkene reeds voor den vervaldag of laatfte refpytdag hadt opgehouden met betaalen ert dat dit den Houder niet libercert om het Protest op de by de Wet bepaalde tyd te moeten laaten doen, om dat de Wet het Protest heeft geordonneerd, als zodanig requifit, zonder het welke de Houder geen regres kan neemen tegen den Trekker of Endosfanten. Doch dat het verlies van regres op den Trekken, door zodanig verzuim of nalatigheid, in het protesteeren der Wisfelbrieven, naar ons gevoelen behoort te worden; gereftringeerd tot dat geval, wanneer de Trekje 2 ker  ( i«4 ) ker bewyzen kan, dat de Acceptant of Betrokkene, het fonds tot de betaaling op den vervaldag in handen had, of aan hem fchuldig was. Aldus gedeclareerd te Amfterdam den 28 December 1792. (was getekend) J. L. Farjon. J. Bondt. W. van Homrigh. De Ondergetekende verklaart zich met het bovenftaande geadvifeerde van de Heeren Mr. J. L. Farjon, J. Bondt en W. van Homrigh, om de daar by geallegeerdc redenen volkomen te conformeeren. Amfterdam 30 December 1792. (was getekend) H. B. Luyken. Wy Ondergetekende Kooplieden alhier, conformeeren ons met het ommeftaande advys. Amfterdam 2 January 1793. Ha-  ( i*5 ) Hope en Comp. Rd. en TL de Smeth. Jan en Carl Hasfelgreen. Jean Texier 3 Angely en Masfac. Botereau en Comp. Couderc s Brants en Changuion. Rolland, la Coudrê en Comp. Braumberg s Strecktsfen en Comp. L 3 XLV.  ( *66 ) XLV. Iemand geordonneerd hebbende Goederen te koopen, zonder daar by de asfurantie op dezelve te ordonneer en, en door zyn Mandataris in tyds van de afzending geïnformeerd zynde, kan, offchoon de posten zyn opgehouden en het advys eerst na het verlies van het Schip aankoomt, geen fchade-vergoeding van zy- l nen Mandataris vorderen A en Comp. in Magdenburg, draagen by Misfive in dato 3 October, aan B te Bourdeaux, de volgende commisfie met de volgende woorden op. „ Door deezen verzoeken wy u, met den „ allereerften Schipper, aan den Heere M „ naar Hamburg te verzenden 15 M. f§ aller„ beste ordinaire Domingo CofFy, met couleur h en van een volkomen zuivere fmaak. De „ verzending kan by het laate Jaargety niet „ vertraagd worden, ten einde wy deeze Coffy n nog voor den winter bekomen. De prys „ bedingen UEd. op 't billykst en zorgen » ten. onzen nutte, wanneer in 't voorjaar „ meerder commisfien volgen zullen; dat de „ cours  C 167 ) „ cours gefteegen is, weeten wy, maar naar „ evenredigheid zyn ook de pryzen gedaald. M Wy fchryven u niets voor, handelt als vrien„ den, en zo als gy voor u zeiven zoudet „ te werk gaan. Om goede en gansch zui„ vere waar verzoeken wy ernftig, en om „ voorzichtigheid, dat ons by costige onlus„ ten geene fchade ergens, of op eenigerly „ wyze overkomen. Zendt UEd. ons daar „ om de CofFy met eenen neutraalen Schipper „ af, die fpoedig afreist, cn geeft aan hem „ een Monfterpakje mede. Het beloop trek„ ken UEds. op den Heer N in Amfterdam, „ tot den laagften cours en behartigd in alles „ ons voordeel. Nu waardfte vrienden, wy „ verlaaten ons geheel op u, maakt, dat de „ ontbodene CofFy ras kome, zorgt voor „ onze zekerheid, voor goede waar en de „ minfte prys, daar door gewinnen UEd. ons „ volkomen vertrouwen en het grootfte deel „ onzer commisfien. Naar costy benoodigde „ Cognosfementen, zende UEd. aan de Hee„ ren N in Amfterdam en M in Hamburg, „ de afzending hoope wy fpoedig te ver„ neemen enz." getekend A en Comp. L 4 Dee-  C 1*8 ) Deeze Brief koomt den 15*» Octobcr by D in Bourdeaux aan, die de beitelde Coffy terflond koopt, den 20 daar aan volgende de Factuur verzendt, en daar by bezorgt, dat dezelve Coffy, met het zeilvaardig Schip de Noordpool, van Hamburg, Schipper Wiebe Onnet, naar Hamburg verzonden wordt, en, offchoon A en Comp. wegens het doen verzekeren van dezelve Coffy niets gemeld hadden, zo heeft B in Bourdeaux, echter aan N in Amfterdam verzogt die verzekering te laaten doen, en ook op deezen het beloop der Coffy op 3 Ufo getrokken, dan die Brief van B aan N in Amfterdam, welke tevens de Faétuuren van dezelve Coffy voor A en Comp. in Magdenburg inhield, werd nevens vecle anderen posten, door de Legers onder weg opgehouden, en, alvoorens die Brief in Amfterdam aankwam, en de verzekering dus had kunnen gefchieden, verongelukt het voormelde Schip, waar in de party Coffy door B was afgeladen geworden. En wordt als nu gevraagd: Of B in Bourdeaux, dan wel A en Comp. in Magdenburg, het verlies uit het verongelukken van deeze Coffy geproflucerd, draagen moeten. Ge-  C **9 ) Gezien by de Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, by den Edele Hove van Holland geadmitteerd, en te Amfterdam practifeerende, de bovenflaande Cafus Pofitie, en gelet op de Vraagen daar uit geproponeerd, dunkt onder correctie: Dat A en Comp. in Magdenburg, het verlies uit het verongelukken der party CofFy, by de Cafus Politic vermeld, geproflueerd, alleen moeten draagen. Berustende dit geadvifeerde op deeze cenvoudigen grond, dat het uit het gepofeerde by de Cafus Pofitie zeker is, dat dezelve verongelukte party CofFy, door B te Bourdeaux, ter voldoening aan die commisfie, hem door A en Comp. opgedragen, cn in conformité van dezelve voor rekening van hem A en Comp. en als derzelver eigendom zynde afgeladen geworden, alzo ook moet worden gehouden voor rekening en rifico van hen A en Comp. te hebben genavigeerd en te zyn vergaan, volgens den conflantcn en zeer bekenden regel van rechten, quod res pereunt fuo domino. L 5 En  En E te Bourdeaux kan naar der Ondergetekenden begrip met geen het minfte recht of gratie, voor die fchade aanfpraakelyk worden gemaakt of gehouden, uit hoofde dat dezelve party Coffy niet is verzekerd geworden, om reden dat het vooreerst geenzins uit den teneur der ordre Brief, in de Cafus Pofitie woordenlyk geinfereerd, blykt, dat de Committenten A en Comp. het doen van verzekering op de intekopene en te verzendene Coffy aan B hebben geinjungeerd of hebben willen injungeeren, zo dat B geenzins kan worden gecenfeerd ter voldoening van de commisfie van A en Comp. door hem gefuscipieerd, in de ftrikte verplichting te zyn geweest, om verzekering op de Coffy te laaten doen, want wanneer men ten dien refpecte de ordre Brief aandagtelyk naargaat, zo is het zeer palpabel, dat de aanbeveeling van voorzigtigheid en zorge, voor de zekerheid der Committenten, naar de natuurlyke betekenis der woorden, alleen doelt op de ongelukken, welke door den ftaat van zaaken inFrankryk, aan de Coffy te Bourdeaux zelve zouden hebben kunnen overkomen, en dat het contenu van den geheelen Brief niet alleen geene de minfte aanleiding geeft, om daar uit eenige ftel-  c m ) Heilige intentie, of ordre van de Committen* ten A en Comp. tot het doen verzekeren der Coffy te deriveeren, maar zelfs alle priefumtien doet geboren worden, dat A en Comp. by het geeven der. ordre geenfins die verzekering aan B hebben willen injungeeren, terwyl zy aan dezelve de behartiging van den Inkoopsprys en Wisfelcours, wel uitdrukkelyk voorfchryven, en geene de minfte mentie van eenige premie van asfurantie maaken, by welken hun voordeel echter even zeer als by de Inkoopsprys en Wisfelcours gecompromitteerd zoude hebben kunnen zyn. En hier by koomt nog ten tweeden, dat, al kon die Brief al eens worden gehouden eene generaale ordre tot het doen verzekeren van de Coffy te hebben gecontineerd, en al moest B al eens worden gecenfeerd, uit hoofde van zynen gefuscipieerden last, verplicht te zyn geweest, de Coffy te doen verzekeren , B dan echter nog naar der Ondergetekende begrip, zoude moeten worden gehouden, zich ook van dat gedeelte zyner last behoorlyk te hebben gekweeten, en zich aan geen plichtverzuim of nalatigheid daar omtrent te hebben teliuldig gemaakt, om reden (Jat het uit de Ca-  C 17* ) Cafus Pofitie blykt, dat B reeds op den 20ftcn Oétober, en dus geheel tydelyk en waarfchynlyk by de eerst mogelyke gelegenheid het doen van die asfurantie alhier, heeft opgedraagcn aan N, aan welken hy, volgens ordre van A en Comp. de Cognosfementen van de Coffy moest toezenden, terwyl het hem niet alleen, uit hoofde der vrylaating by den Brief van ordre voorkomende, om omtrent die commisfie als vrienden te handelen, en zo als hy voor zich zeiven zoude te werk gaan, heeft vrygeftaan, om die asfurantie te Amfterdam te doen effectueeren, maar zelfs naar den teneur des Briefs, zoude kunnen worden bcgreepen, implicitè aan hem geordonneerd te zyn geweest, om die verzekering elders dan te Bourdeaux te laaten doen, en door geen Asfuradeurs van Bourdeaux te doen fuscipieeren, aangezien A en Comp. wel uitdrukkelyk de meeste pracautien voor ongelukken en fchadens , ergens of op eenigerly wyze, uit de costige onlusten te proflueeren of te Bugten hadden, aanbevolen en by herhaaling geinjungeerd. Kunnende het dan ook verder hem B niet concerneeren, dat die verzekering alhier ter Stede niet is geëffectueerd geworden, of heeft  C m ) heeft kunnen worden gedaan, nademaal dit veroorzaakt is door het ophouden der posten en dus door zodanig evenement, het welk voor dien tyd geen plaats had gehad, door B dienvolgende niet heeft kunnen of behoeven te worden voorzien, en waar van de gevolgen, daarom aan hem naar rechten niet kunnen worden geimputeerd, cum cafus fortuite prcejlentur a nemine. Aldus, falvo meliori, geadvifeerd te Amfterdam den 8 January 1793. (was getekend) J. L. Farjon. M. C. van Hall. J. Bondt. De Ondergetekende verklaart zich met het voorltaande geadvifeerde van de Heeren Mrs. J. L. Farjon, M. C. van Hall en J. Bondt, om de daar by gemelde redenen volkomen te conformeeren. Amfterdam 9 January 1793. (was getekend) H. B. Luyken. l/X Wy  C 174 ) Wy Ondergetekende Kooplieden alhier, con» formeeren ons met het voorenftaande advys. (was getekend) Hope en Comp. Harmam van de Poll en Comp. Ü4 en Th. de Smetk, Brsitmfeld en Gregory. de Bary en Comp. Si grist en Bbninger. Christ". Gotlh. Meyer en Soonen. Cuny en Comp. Karsfeboom en Comp. Staedel en Rühle. Pieter en uisf. de Mortier. Focke en Kops Phz. M. Retemeyer en Soonen. Westrik en Pool. Guaita en Comp. S., J. en A. IV. Blanckenhagen. Braunsberg Streckeifen en Comp. XLVI.  C 175 ) XL VI. Een Protest van Non-betaling van Wisfelbritn veny kan zo viel op den vierden als op den zesden refpytdag gedaan worden. Ondergetekende Bankiers en Kooplieden binnen deeze Stad, declareeren ten behoeven van de geenen dien het aangaat, dat de Houder van een Wisfelbrief, welke op den vierden refpytdag niet wordt betaald, bevoegd is, om ingevolge het Wisfelrecht, alhier plaats hebbende, te protesteeren op denzelven vierden refpytdag, zo tegen dOi Betrokkenen, als tegen die geene, by wien zodanige Wisfelbrief in cas van nood i$ geaddresfeerd, en dat mitsdien de Protest-, kosten benevens de Wisfel en Herwisfel, h* cas van Non-betaling, moeten wordengerenn bourfeerd, zonder dat kan worden gelustineerd, dat met het protesteeren tot den vyfden of zesden dag had moeten worden gcwagt. Actum in Amfterdam den 28 January 1793. NB. De Ondertekenaars van dit. Stuk zyn niet op^egeeven. XLVIL  XLVIL Een Koopman van een ander order gekreegen hebbende, om voor zyn rekening elders Goederen te koopen en ter bekoming van voordeelige pryzen, aan de Vcrkoopers geld voor uit te fchieten , is ongehouden de fchade te vergoeden, by aldien de Verkooper der Goederen, na het ontvangen der Penningen, doch vóór het afzenden der Goederen failleert. A woonendc in Spanje, geeft aan B te Amfterdam woonagtig, last om hem voor zyne rekening, een lading Vlas van Riga te doen toekomen, en ten einde van een voordeeligen prys te jouisfeeren, op de te fluitene koopen Anticipatie-gelden aan de Verkoopers te betaalen. B geeft daar op aan C te Riga ordre, om voorfchreve commisfie uittevoeren, welke daar aan ook voldoet; dan het ongeluk wil, dat D, een der Leveranciers der Vlasfen te Riga, met welke C ingevolge de hem door B gegeevene ordre gecontracteerd had, en welke die Anticipatie-gelden genooten had, voor de leverantie der verkogteVlasfen,koomt te fail- lee-  ( w ) ifieren, waar uit een fchade van 30 pCt. refulteert. En wordt mits dien gevraagd : Wie de gemelde fchade draagen moet, A dan wel B of C deszelfs Lasthebbers? Gezien by de Ondergefchrevene Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, by den Hove van Holland geadmitteerd, binnen Amfterdam refideerende, de voorenftaande Cafus Pofitie, en gelet op de Vraagen daar by geproponeerd , dunkt onder correctie, in de eerfte plaats: , Dat C in geenen deele in de gevallene fchade behoeft te draagen, om dat hy een last van B krygende cn denzelven in alle deszelfs uitgeftrektheid nakomende, zich volkomen van de verplichting, welke op hem door het aanrteemen van het Mandaat, als Mandataris, lag, gekweeten heeft, welke verplichting niet anders mede bragt, dan dat hy ten minften pryzen zodanige Vlasfen inkogt, als aan A convenieerden of door hem geordonneerd waren, en wel (gemerkt het crediet welke hy mede, ingevolge den teneur van den last, geeven mogt) dat hy dezelve inkogt van zodanige Perfoonen, als te Riga ter goeder naam II. stuk» M en  C i?8 ) en faam Honden, en die C mitsdien met grond vertrouwen konde, dat aan hunne engagementen geftand doen, en de verkogte Vlasfen op den geftipuleerden tyd zouden leveren, waaruit volgt, dat, zo lang althans A ofte wel B, aan welke C eigentlyk, adtione mandati,verantwoordelyk was, niet bewyzen kan, dat C met D gehandeld heeft, toen dezelve reeds in miscredit was, of ten tyde dat men deszelfs faillifement voorzien kon, waar van het tegendeel moet gefupponeerd worden, zo lange ook C niet in de geledene fchade behoeft te draagen en dat C, zo hy reeds daadelyk daar fchade door mogt geleden hebben, dezelve contrarie mandati aelione, kan repetecren en fchadeloos behoort gefield te worden, zie 4? 9- § 9- ff- mandati vel contra Prof. voet, ad tit. D. mandati vel contra § io. moetende zulks te meer plaats hebben, daar C direét noch indirect voor D of iemand anders, met welken hy ter zaake voormeld gehandeld heeft,ingeftaan of in eenige guarantie heeft willen gehouden zyn, noch ook daar voor, gelyk al mede gefupponeerd wordt, eenige meerdere of byzondere proCenten, voor het liaan delcredere, genoten heeft. Dat  C 179 ) Dat in de tweede plaats B, even weinig als C in de voormelde fchade eenigzints behoort te draagen, om dat B in dezelfde betrekking tot A ftaat als C tot hem ftond; zo dat wederom dezelfde gronden, welke hier vooren tot justificatie van C aangevoerd zyn , even zeer van applicatie zyn op B, die als Mandataris van A met opzigt tot deeze operatie, alleen gehouden was, om de hem opgedragen commisfie naar den aart derzelve en volgens ftyl en ufantie van Commercie in dat Articul algemeen plaats hebbende, te executeeren. Uit al het welke dan ook proflueert, dat B, ingevolge de aan hem door A opgedragen commisfie, in niets anders gehouden was, dan om een bekwaam man te Riga te magtigen, om die commisfie, volgens de intentie van A uittevoeren, zonder dat hier tegen zoude kunnen obfteeren, dat volgens gronden van rechten, een Mandataris niet dan ten zynen pericule, een derden met het uitvoeren der door hem opgenomene commisfien belasten kan, om dat voor eerst de voornoemde Rechtsdoétrine alleen van applicatie kan zyn, wanneer de gcfubftitueerde den gegeeven last M 2 niet  ( i8o ) niet naar-behooren waarneemt, in welk geval de Mandatarius gehouden is, aan den Mandataris de daar door geledene fchaden te vergoeden, L. 8. 6. § 6. ff. in fine mandati vet contra, Ubi Ulp. fi alius idonee gesferit cesfat mandati actio, maar ook in de tweede plaats, om dat de gemelde Rechtsdoctrine alleen dan van applicatie zyn kan, wanneer oen Mandatarius propria aucloritate, een derden den last laat uitvoeren, welke door hem opgenomen is en ook door hem kon geëffeetiieerd worden, maar niet in een geval, waaide Lastgeever niet anders gebuteerd heeft, of heeft kunnen buteeren, dan dat de Mandatarius , die zelve den last niet effectueeren konde , een derden tot het volvoeren van dezelve cmployeercn zoude, zo als in cas fubjecr. ontwyffelbaar de intentie van A geweest is, wyl het tegendeel daar van de grootfte abfurditeit involvecrcn cn mede brengen zoude, dat 13 in Perfoon naar Riga had moeten gaan, om aldaar zelve de commisfie van A uittevoeren. Daar dicrhalven de last van B zich niet verder uitftrekte of heeft kunnen uitftrekken, dan alleen tot het doen effeclueeren der gegeeven commisfie, door een zyner Corespondenten te Riga, en B zich daar van behoorlyk  ( i8i ) lyk gckweetcn heeft, volgt van zelve fecundum naturam bonae fidei contra&um, dat ê mede moet fchadeloos gehouden worden, en contraria mandati a&ione, van A kan terugvorderen zodanige uitfehotten, als hy ter zake van voornoemde commisfie, mogt gedaan hebben. Uit welk alles in de derde plaats proflueert, dat A alleen het geleeden verlies behoort te draagen, om dat, gelyk hier voor geremarqueerd is, dat verlies geenzints refulteert uit eenige flöfheid of omisfie van B, als welke in de executie van zyn Mandaat zo in 't generaal als in fpecie met betrekking tot de Anticipatie-gelden , geenzints is te buiten gegaan de paaien van de aan hem gegeevene ordres, maar integendeel, ten dien opzichte, volgens costume, in den aankoop der Vlasfen te Riga plaats hebbende, ten meesten nutte van A zynen Committent heeft geageerd, maar ook om dat de geheele entreprife alleen voor rekening van A gefehied is, cn mits dien zo wel de verliezen als de verhoopte winsten voor deszelfs rekening hebben geloopen en B of C daar van niets als de ordinaire provifie berekend hebben, en om dat zo wel de M 3 bil-  C 18a ) billykheid als de befchreeven rechten, dicteeren , dat wie de voordeden uit een zaak geniet, daar van ook de nadeelen draagen moet. Aldus geadvifeerd binnen Amfterdam den 4 February 1793. (was getekend) R. J. Schimmelpcnninck. F. H. Moorees. y. L. Farjon. Wy Ondergetekende Kooplieden binnen deeze Stad, gezien en overwogen hebbende de bovenftaande Cafus Pofitie en daar op uitgebragt advys, verklaaren ons, om redenen, daar by vermeld, met het zelve te conformeeren. Amfterdam February 1793. De Ondertekenaars van dit Stuk zyn niet opgegeeven. XL VIII.  ( i83 ) XLvnr. Wisfels geremitteerd zynde, doch door de ophou* ding der posten op de gewoone tyd alhier niet aankomende, als na dat de refpytdagen verf reken zyn, en vervolgends van Nonbetaling geprotesteerd zynde , moet de Trekker bewyzen, dat hy de waarde aan den Betrokkenen gefourneerd had, of uit anderen hoofde zyn Debiteur was; anderzins moet hy de waarde aan den Houder rembourfeeren. A van Turin, geeft aan B van gemelde Stad, drie Wisfelbrieven, door hem op den 6 Augustus 1702 getrokken, op drie maanden dato, op G en M van Amfterdam, waar voor B hem de waarde betaalt. B remitteert gemelde Wisfelbrieven den; V> Augustus daar aan volgende, aan C te' Lion, die dezelve op den 23 Oótober van 't gemelde jaar, aan D te Amfterdam endosfeert en hem dezelve door de ordinaire post naar Holland, dien zeiven dag remitteert. De Maale van gemelde post, op weg door de Armeen benevens eenige anderen, zo vooM 4 ri-  C 184 ) rige als latere Maaien aangehouden zynde, arriveerde niet te Amfterdam dan op den 13 der maand November, in plaats van 29 of 30 October, volgens de ordinaire gezette tyd der Brieven, van Lion naar gemelde Stad. D prefenteert gemelde Wisfelbrieven aan G en M, op den 14 der maand November 1792. en dus twee dagen na het expireeren der refpytdagen, door de Wetten van gemelde Stad toegeftaan, en op de weigering van G en M, doet hy gemelde Wisfelbrieven op dien zeiven dag van non betaling protesteeren. Men vraagt: Of de Trekker A verplicht is, het montant van gemelde Wisfelbrieven uit te keeren, ingevalle hy niet bewyzen kan, dat de penningen daar toe ter vervaltyd overgedaan zyn, het zy door hem zelve, of van zynent wegen aan G cn M; of wel dat deezen de Debiteuren van hem A waren, of van die geen of die geenen, voor wiens rekening gemelde Wisfels getrokken zyn? De Ondergetekende Rechtsgeleerden en Advocaaten, by de Edele .Hove van Holland ge-  C 185 ) geadmitteerd, te Amfterdam refideerende, voorenftaande Faetum geëxamineerd en de daar uit fpruitende Vraag ziende, oordeelen. Dat de Trekker A gehouden is het montant van gemelde Wisfelbrieven uit te keeren, ingevalle hy niet bewyzen kan, dat de penningen daar toe, tegens den vervaltyd overgedaan zyn, het zy door hem zelve, dan wel van zynent wegen aan G en M, op wien dezelven getrokken zyn, ten zy dezelven de Debiteuren van hem A waren, dan wel van die geen of die geenen, voor wiens rekening gemelde Wisfelbrieven zyn getrokken. De Wetten en Costumen ten opzigte van Wisfelbrieven, ftellen wel generaallyk voor, dat de betaling der Wisfelbrieven, op de daar toe door 's Lands Wetten bepaalde tyden, ter plaatfe, alwaar dezelve betaald moeten worden, gevorderd moet worden, cn dat de Houder, dezelven by faute van betaling moet laaten protesteeren op de gezette tyde by gemelde Wetten bepaald, ten einde dat,byaldien het Protest ter bepaalde tyd op ieder plaats niet gedaan is, de Houder deszelfs toevlugt tegens den Trekker en Endosfanten verliest. M 5 Maar  C 186" ) Maar dccze algemeene regel moet echter onder andere gelimiteerd zyn, ingevalle de penningen voor de Wisfelbrieven, het zy door den Trekker zeiven, of van zynent wegen, aan den geenen, op wien dezelven getrokken zyn , uitgekeerd zyn, of wel dat dezelve de Debiteurs van den Trekker waren, of van die geen of die geenen, voor wiens rekening de Wisfels zyn getrokken, in zulk geval zoude het niet rechtvaardig zyn, dat de Trekker kwame te lyden, door faut van afeisfing der betaaling ter bepaalde tyd, maar in contrarie geval, zoude het ook niet redelyk zyn, dat de Trekker door dit defout, zich ten kosten van den Houder zoude verryken, het geen ontftaan zoude, ingevalle dc Houder zyn toevlugt tegen den Trekker niet konde neemen, alhoewel die geene, op wien de Wisfel getrokken was, de penningen daar toe niet in handen gehad zoude hebben, om dezelve te betaalen, of dat hy de Debiteur van den Trekker niet zoude zyn geweest, noch van die geene, voor wiens rekening dezelve getrokken mogt Zyn geweest, wyl de Trekker als dan van het geld cn van 't verlies des Houders zoude profiteeren, zonder eenige 'waarde te hebben gegeeven, en gevolglyk zon-  < ï87 ) zonder eenige wettige noch behoorlyke reden. Alle het welke tegens de beginfelen van recht en rechtvaardigheid ftrydig is, Mud enim natura aequum est niminem cnm alterius damno et in jur ia fieri locupletiorem; zegt de Wet 206". D. de Dux: Reg: Jurisc. En het is ingevolge deeze beginfelen, dat gemelde bepaling van de algemeene regel, expresfelyk in het Franfche Recht is ingericht, volgens de dispofitie van 't Art. 16. van Cap. V. van 't Edict over de Commercie, en insgelyks alhier door onze Practizyns en Hollandfche Stads Rechten geadmitteerd, zo als men zien kan in phoonsens Verhandeling over de Wisfel, onder de tytel TFisfelftyl te Amfterdam, Cap. XVII. § 12, in de Aantekeningen, Confultatien en Advifen, over de Commercie, alhier in 't Hollandsch gedrukt in 1781. Part. 11. Confult. 9. 10. 11 et 25. Gedelibereerd te Amfterdam, den 5 February 1793. (was getekend) R. J. Schimmelpenninck. J. L. Farjon. J. Bondt. Ik  Ik ben volkomen van het zelve Advis. Amfterdam den 8 February 1793. (was getekend) ff. B. Luyken. Wy Ondergetekende Bankiers en Kooplieden te Amfterdam, bovenftaande Factum en de deliberatien van de Heeren Mrs. ff; B. Luyken, R. J. Schimmelpenninck, J. L. Far* jon en J. Bondt, Advocaaten hier ter Stede, geëxamineerd hebbende, declareeren ons ten eenemaal met 't Concept van meergemelde Advocaaten te conformeeren, als zynde conform aan de Wetten en Costumen deezer Stad, in zaaken van Wisfels. Actum Amfterdam den 16 February 1793.. Muilman en Soonen, Willem yan Brienen en Soonen. Hope en Comp. Goll en Comp. Jn. Texier 3 Augely en Masfac. Braunsberg, Streckeïfen en Comp. B. en Th. dn Smeüi. Couderc, Brant: en Changuion. Arnold Hooghart en Zoonen. Brei-  C 189 ) Breitenfeld en Gregory. Brentano en Comp. Hogguer Grand en Comp. Melvil en Wolff. Jan en Carl Hasfelgreen. Degalz en Comp. Bye Rich en Comp. Franfois Abrahamsz en Telling, Teyler en Teyler van Hall. Bolongaro Simonetta en Comp. T. en C. Wtïkiefon en Comp. de Bary en Comp. Freres Carli de Bernardo. Botereau en Comp. Severyn en Haefebroek. Wed. Jfaac Fremeaux en Zoon. Rocquette en van de Poll. Teysfet en Comp. Gttaita en Comp. Rolland 3 la Coudré en Comp. Louis Mojana. Loria en Comp. XLIX.  C *9° ) XLIX. Een geaccepteerde Wisfelbrief moet by de laatfte refpytdag ter betaaling geprefenteerd worden, en geen bezaaiing verkrygende, terjlond geprotesteerd worden, of de Houder verliest het recht van rembourfement tegens den Trekker cn Endosfant. B woonende te Doornik, trekt uit die Plaats op C te Amfterdam, een Wisfelbrief op 2 maanden na dato, aan eige ordre en endosfeert die vervolgens aan de ordre van A te Middelburg, aan wien hy die Wisfel in betaaling zendt voor geleverde Goederen. A zendt die Wisfel ter acceptatie naar Amfterdam en krygt die van daar terug behoorlyk geaccepteerd door C. A houdt die Wisfel onder zich tot tegen den vervaltyd, wanneer hy die verkoopt aan D, den 7d.L'n dag voor den vervaltyd. Intusfchen koomt C te Amfterdam te manqueeren, doch het Protest van de Wisfel gefchiedt niet, dan na dat de 6 refpytdagen na den vervaltyd van den Wisfel verloopen waren. Wordt  C m j Wordt gevraagd: Of A uit hoofde van zyn endosfement, verplicht is die Wisfel te rembourfeeren, dan wel of hy om reden, dat het Protest niet ter behoorlyker tyd is gefehied, aan den Houder van de Wisfel zulks vermag te weigeren en. naar den Trekker te renvoyceren? Gezien by de Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, by den Edele Hove van Holland geadmitteerd en te Amfterdam practifeerende, de bovenftaande Cafus Pofitie, en gelet op de Vraage daarby geproponeerd, dunkt onder correctie: datA volftrekt is ongehouden den Wisfel te rembourfeeren , maar aan den Houder van dezelve zulks mag weigeren, zonder dat hy nodig hebbe denzelven naar den Trekker te renvoyeeren , vermits noch de Trekker tot intrekken, noch de Endosfant tot rembourfement, in cas fubject gehouden is. De redenen voor dit geadvifeerde zyn: in de eerfte plaats, dat de Wisfelftyl alhier geufeerd wordende, mede brengt, dat de Houder van een Wisfelbrief geen recht van aanfpraak, noch verhaal op den Trekker of In-  C ) Intrekker heeft, ten zy hy confteeren en blyken doet, dat hy ten vervaldage de voldoening behoorlyk gevorderd, en dezelve, niet kunnende bekomen, in tyds van Non-betaaling heeft doen protesteeren, gelyk zulks leert phoonsen , in zyne Wisfelftyl tot Amfterdam, Cap. 17. § 2. Maar in de tweede plaats, om dat by Myöe Heeren van den Gerechte der Stad Amfterdam, by derzelver Keure in dato 29 Maart 1661. betrekkelyk het protesteeren der Wisfelbrieven is vastgcfteld: dat indien de Wisfelbrieven niet werden geprotesteert binnen den lesten dag na den vervaldag, de Houders van dezelve, haar recht tegens de Trekkers en Endosfeurs verliezen, zynde zulks meede overeenkomftig met zekere Titrbe, te vinden by phoonsen, in de Willckeurcn der Stad Amfterdam, van Wisfelen, Bladz. 7. En tegen dit zo klaar geftatueerde en geüfeerde, kan de Houder der Wisfelbrief in questie, geenzints te ftade komen het faillisfement van den Betrokkenen en Acceptant, welke binnen den loop der refpytdagen zoude zyn gemanqueerd, vermits de geallegueerde Keu-  C m ) Keuren en ufantien, generaalyk disponeeren en geene exceptien hoe genaamd admirteeren , ncmaar her protesteeren van Non-betaaling in allen gevallen vorderen. En daar de Houder der Wisfelbrief des aangaande is gebleeven in gebreken, heeft hy ook daar door alle regres op den Trekker en Endosfant verlooren, en zal zich de fchade doof zyne eigen fchuld en verzuim veroorzaakt , getroosten moeten : Volenti enim non fit injuria et illius periculo res perire dicitur, qui in mora est /. 5 et 35. ff. de rei cred. Zynde dit geadvifeerde daar en boven ook geheel overeenkomftig met het geene deswegens voorkomt by heineccius, in Element: Jur is Camb: Cap. 4. § 32. alwaar hy zegt: cum ergo, uti paulo ante diximus rite fache protestationis is effectus lit, ut jus protestantis confervet; confequens est, ut ea facla, praefentans adverfus trasfantem veri endosfantem falvum habeat regresfum ratione fortis, ufurarum damnorum et impenfarum: ea vero neglecla, vel plane omisfa, regresfus iste omnino cesfat. II. stuk. N Al-  ( m ) Aldus, falvo meliori, geadvifeerd bumm Amfterdam den 16 February 1793, (was getekend) Jacob Klinkhamer. R. J. Sciimmelpenninck. M. C. van Hall. Wy Ondergetekende Bankiers en Kooplieden, ter Beurfe alhier, verklaaren dat het. boyenftaande advys, met de ufantïe en ftyl van Wisfel hier ufueel, in allen deeie conformeert. Hope en Comp. Muilman en Soonen. BA. en Th. de Smetk. Couderc, Brants en Changuion. Braumberg, Streckeijen en Comp.  C *95 ) L. £c« Wisfelbrief met Acte van Interventie, iVr efre Wftï Trekker of Endosfanten geaccepteerd wordende; behoudt de Acceptant S. P. het zelfde recht en voordeel, als de Betrokkene, indien hy geaccepteerd had, genoten zoude hebben. A te Oftende, heeft uit hoofde van een Credict, zedert langen tyd door B te Araflcrdam aan hem geaccordeerd, op denzelven B getrokken circa ƒ 6000:-. B accepteert deeze traite, doch begcerig zynde om zyn gegeeven Crediet aan A intetrekken, refolveert hy om niet meer voor A te accepteeren en fchryft aan A verfcheiden Brieven, met verzoek om remifes voor deszelfs traittes. In de maand Maart 1793. fchryft A aan. B cn remitteert hem met dezelve Misfive ƒ 15000:- in traite getrokken door C te Oliënde, op D te Amfterdam en geeft te gelyk advys, van op hem B getrokken te hebben f 15000:- aan de ordre van C, die dezelve endosfeert aan D, zynde deeze gcheele operatie gefehied zonder voorkennis van B cn N 2 zon-  ( ip5 ) zonder dat daar toe door hem B de minfte aanleiding gegeeven was. _Intus.fcb.eB ontvangt men te Amfterdam tyding, dat zeker Huis van Negotie te Londen, waar mede A in groote connectie ftond, ophield met bctaaling, welk evenement dan ook deed vreezen, dat A zich niet zoude kunnen foutineeren, gelyk ook effeftivelyk de volgende post, de tyding van het derangement van A aanbragt. D laat de voormelde traite van A daar op aan B prefentccren, die daar van de acceptatie weigert, gelyk mede door D geweigerd wordt om de traites van C te acceptecren, welke dus van de eene en andere zyde worden geprotesteerd. B 't Huis van C voor zeer folide kennen* de, pasfeert een acte van Interventie, ter eere van C als Trekker en accepteert S. P. twee van gemelde traites, bedragende ƒ 6000:met infertie in de acte van Interventie, dat hy aan zich referveert zyn recours op Q, voor zo veel de pretentie van hem, ten laste van A, was bedragende. En  En wordt mitsdien gevraagd: Of C, ingevolge het recht en de ufantie, in de Wisfelhandel alhier te Amfterdam geobferveerd wordende, niet gehouden is om zyne gedaane traites op D te rembourfeeren, -en of B niet alzins bevoegd is, om van de remife, aan hem door A vóór deszelfs derangement geremitteerd, gebruik te maaken en zich daar mede te dekken, ten beloope van zyne pretentie op A, door het vorderen van rembours van C, voor dat gedeelte van de traite van C op D, waar voor B by gemelde acte van Interventie zyn recours op C gereferveerd heeft? Gezien by de Ondergetekende Juris Utriusque Doctores en Advocaaten, by den Edelen Hove van Holland geadmitteerd en alhier te Amfterdam refidecrende, de bovenftaande Cafus Pofitie, en gelet op cle Vraag daar uit geproponeerd, dunkt onder correctie: dat C wel degelyk gehouden is om zyne gedaane traites op D te rembourfeeren, cn dat mitsdien B bevoegd is, om van de remife, aan hem door A voor deszelfs derangement geremitteerd, gebruik te maken cn zich daar mede te dekken, ten beloope van N3 zy-  C «98 ) zyne pretentie op A, door het vorderen van rembours van C voor dat gedeelte der traites van C op D, waar voor B by gemelde acte van Interventie zyn recours tegen C, aan zich gcreferveerd heeft. ,En fteunt dit gevoelen der Ondergetekende voornamcntlyk op dit fundament, dat het in den Wisfelhandel als eenen vasten regel geobfêrveerd wordt en welke ook alhier te Amiïcrdam buiten eenige bedenkelykheid gerecipieerd is en plaats vindt, dat iemand een Wisfelbrief fopra Protest, ter eere des Trekkers of van denEndosfeur accepteer en de, daar door zyn recours heeft op den zodanigen, ten wiens refpecte hy zodanige Wisfelbrief honoreert, gelyk zulks onder anderen geleerd wordt, by phoonsen's. Wisfelflyl, I. D. Cap. 12. N°. 12. alwaar hy zegt: Bic cfe WisfelBrief S. P. ter eere van den Trekker of eenig Endosfeur accept eer d, al gefehied zulks buiten deszelfs kennisfe, verzoek of ordre, heeft die niet te min zyn verhaal op dezelve. En de reden van deeze verplichting beftaat hier in, dat namentlyk de Trekker altoos aanfpraakelyk by den Houder blyft, wanneer de Wisfelbrief door den Betrokkenen niet vol-  C J99 ) voldaan wordt en dezelve tegen hem behoorlyk is geprotesteerd, gelyk ten deezen volgens het voorltel, plaats gehad heeft. Uit welke algemeen erkende gronden , mitsdien refulteert, dat C als Trekker, zodra D de acceptatie in betaling weigerde, reeds aan B als Houder verbonden en tot rembourfement verplicht geweest zoude zyn, al had B niet ter eere en voor rekening van C geïntervenieerd, tot welke Interventie B al wederom, volgens de bekendfte principes, in den Wisfelhandel geobferveerd wordende, bevoegd was, volgens het gedoceerde by phoonsen's Wisfelflyl, I D. Cap. 12. N°. n. en door welke Interventie niet alleen de traite van C voor de honneur, maar ook voor de kosten van Herwisfel &c. is gepreferveerd geworden. En vermeenen de Ondergetekende, dat tegen dit geavanceerde niet zal kunnen worden geallegueerd, dat C de Trekker geen voldoening van A voor dezelve traites bekomen heeft, aangezien daar door de verplichting en het obligo van C als Trekker, ten opzigte van den Houder hetzelve blyft, dewyl hy C. alvoorens de gemelde traites aan A afgegeeven te hebben, heeft moeten beoordeelen cn N 4 wee-  ( 2oo ) weeten, in hoe verre hy genoeg van de foliditeit van A verzekerd was, en in hoe verre hy met genoegzaame veiligheid andere traites van A tot betaling van de zyne, konde of wilde aanneernen, edoch dit gedaan hebbende, is zulks niet anders aan te merken dan als een door C gegeeven Crediet aan en gefield vertrouwen in A, waar door hy, gelyk van agteren blykt, in fchade geraakt is y doch het welk B als Houder en vereerder S. P. geenzins concerncert, aangezien hy Bgeen de minfte aanleiding tot die operatie en dus ook niet tot dat Crediet van C aan A Verleend, gegeeven heeft. Wanneer men nu deeze algemeen bekendegronden, op het geval ten deeze in questieappliceert, moet daar uit onbetwistbaar volgen, dat C als Trekker der Wisfelbrieven, welke door den Betrokkenen zyn onbetaald gelaten en tegen denzelven behoorlyk zyn geprotesteerd, in de indispenfable verplichting is, om dezelve te rembourfeeren. En met relatie tot het tweede lid der voorgeftelde Vraag: of namentlyk B niet bevoegd is, om van de remife door A voor zyn derangement aan hem B geremitteerd, gebruik te  ( *a ) te maaken en zich daar mede ten beloope zyner pretentie, ten laste van A te dekken, door het vorderen van rembours van C? van dat gedeelte der traites van C op D, waar voor B zyn recours op C aan zich gereferveerd heeft, wordende hier van de affirmativc naar de opinie der Ondergetekenden, even ordcntelyk betoogd, wanneer men in confidcratie neemt, dat ingevolge het Voorftel by de Cafus Politie, A deeze Wisfelbrieven aan B remitteert op een tyd, waar op hy volkomen perfoon was en dus tot het doen van zodanige remife bevoegd, B ontvangt dus van zyn Debiteur deeze Wisfelbrieven, welke, gemerkt de fuffifance van den Trekker C, voor B even goed als contanten mogten aangemerkt worden; waar uit dan wederom proflueert, dat B van zyn Debiteur in handen gckrccgcn hebbende een document C (gelyk wy hier tot meerdere klaarheid de trattes van C noemen) waar uit hy van C betaling kan bekomen, mits deeze bevoegd is, om die penningen te incasfeeren, en volgens het recht van conpenfatie, daar voor de rekening van zyn Debiteur A te crediteeren; cn het zal wederom de zaak van C zyn om zulks met A, wien hy gcfideerd heeft, te vereffenen. De  C *5» } De Ondergetekende zullen, tot verdere op; heldering der zaake , hier het geval Hellen; dat B, in plaatfe van de door A aan hem geremitteerde traites van C in handen te hebben gehouden, dezelve had gedisconteerd en dat alzo deeze traites in vierde of verdere Handen geraakt waren, dan immers zou de vierde of verdere Houder deezer traites, wanneer dezelve, gelyk gefehied is, door den Betrokkenen onbetaald gelaaten waren, onmiddelyk zyn recours tot rembourfement tegen den Trekker C hebben kunnen exerceeren, waar uit men ten klaarflen kan opmaaken, dat B vis a vis van C, voor die fomme, waar voor hy zyn regres tegen C aan zich heeft behouden, volmaakt het zelve recht van recours, ten lasten van C heeft, het welk ieder vierde of verdere Houder zoude gehad hebben. Aldus geadvifeerd binnen Amfterdam, den 31 May 1793. (was getekend) R. J. Schmmelpennincki, F. H. Moorees. J. L. Farjon. NB. Aan dit Stuk mankeeren de Tekenaars.