388 ' is ', Q O I ö 0)   O R D R E E,N REGLEMENT OP DE JAGT IN HET LANDSCHAP DRENTHE. DROST EN GEDEPUTEERDE STATEN DER LANDSCHAP DRENTHE DOEN TE W E E T E N. Dat, ingevolge authoriiatie en Refolutien van de Heeren Staten van A den  ( * ) den 18 Meert 1794. navolgende Reglement op de Jagt gearrefteert hebben. JAGT  ( 3 ) * JAGT REGLEMENT. ^Jiemand, van welke Conditie hy zyn mooge, zal tot de Exercitie van de Jagt in deefe Landfchap worden geregtigd verklaart, als die van zyne eigene goederen, Landregtelyk overgedragen, of 30 Jaaren be~ zeeten, en in dezelve Markte geleegen, ieder paay in grondfchatting betaald twee guldens, boven het beurgeld; alleen zullen de Predikanten, welke voor het overige gequalificeerd mogten zyn, niet meer dan twee dagen in de Week in Perfoon, en de Schoolmeefters in 't geheel niet in Perfoon mogen jagen, beide by poene op de disgequalificeerdens gefteld. 2. Zullende deefe qualificatie aan het Collegie van Heeren Drost en Gedeputeerde Staten ten fine van Examinatie, op den eerden dag van de Regtdag, in of na de maand Mey invallende, overgegeven, en, A 2 by Art. 1.  ( 4 ) by de admiflie, bopven de gewoone Sportulen, betaald worden / i- io- o voor het Reglement en goedmaking van verdere benodigde koften. 3- De Admiflïen, by het Collegie verleend y zullen aan de refpeclive Schulteflen van de Woonplaatfen der Geadmitteerdens ter Regiftratie moeten worden overgegeven, welke daar van een afzonderlyk prothocol zullen houden, en voor die Regiftratie en het pafleren van Afte, zullen genieten tien ftuivers, het geen ook plaatfe zal hebben, zoo een geadmitteerde met de Woon, van het eene Schuitambt in het andere, mogte trekken. 4. Een ieder, die van deefe admifïïe daadelyk gebruik wil maaken, zal verpbgt zyn, telken Jaare voor i™0 September, van dit zyn voornemen dea Schultus Locaal kennis te geeven, onder bygevoegde Declaratie, of alleen, dan met een Jager, de Jagt wil Exerceeren, en, in het terfte geval, be«  ( 5 ) betaalen drie, dog, wanneer een Jager houd, waar van de Naam anhanspiavteffens moet worden bekend gemaakt, zes Guldens; zullende de SchulteOen daar en boven, voor aantekeninge, te rug gaave van Acle, genieten, zes ftuivers. 5- Niemant zal een Jager mogen houden, ten zy dezelve, geduurende de geheele jagttyd, is zyn gebroode Dienaar en by Hem in huis woond, zullende de Schuiteffen op de flipte naakoming van dit Art. naukeurig moeten acht geeven, en die geene, welke hier tegens mogten handelen, niet conniveren, maar op de Goorfpraken als overtreders van het Reglement aanbrengen; en blyft voorts verbooden met een Jager over het ftuk te accorderen; alles by de boete van 25 G. Gis. Welverftaande nogtans, dat kinderen, in eene huishouding met hunne Ouders inwonende, ingevalle de Ouders tot de jagt geregtigd zyn, voor dezelve ter Jagt mo« A 1 geö  ( 6 ) gen gaan, zonder dat van deefe kinderen fpeciale^aangave,behoeft te gefchieden; zullende egter niemand, welke de jagt zelfs in Perfoon wil exerceren, meer dan door eene Jager invoegen voorfchr. de Jagt mogen laten exerceren; Edog, zelfs van de Jagt geen gebruik willende maken, zal daar toe zyn huisknegt, en daar en boven een Jager binnen 's huis wonende, zonder meer, gebruiken mogen, mits dezelven beide by den Gerigte aangevende, en betalende invoegen Art. 4. is bepaalt. 7- By aldien' iemand mogte verfuimen, voor Primo September, gem. aangave te doen, zal zulks nog voor de laatfte Zondag dier Maand, kunnen en mogen gefchieden, mits betalende dubbelt Fourniflement en Jura, dog, by verdere nalatigheid, zal hy voor dat Jaar van de Exercitie der Jagt verdoken zyn, en met een niet geadmitteerde, gelyk gefteld worden; wordende de Schuttellen geauthorifeerd de Lyft der aangegevene Perfonen, op die Zondag, in de ker-  ( 7 ) kerken onder hun Schuitambten van de Predikdoelen te laaten publiceeren. 8. Zoo het evenwel mogte voorvallen, dat een gequalificeerde van zyn gedeclareerde Jager, om flegte comportementen, ziekte of andere wettige redenen, geen gebruik konde maken, zal het Hem vryftaan een ander in diens plaats te neemen , mits daar van, onder betaaling van zes fluivers, by het Gerigte aangave doende. 9- Wordende aan alle gedisqualificeerdens» niet geadmitteerdens, of die de vereifchte aangave niet hebben gedaan , exprellelyk verboden de Jagt, op eenigerley wyze, te oefenen, by verbeurte van 40. G. Gis. telken reife. 10. Het verkopen van Wild, waar onder in deeze Landfchap verdaan worden Herten, Reen, Hafen, Korhoenders, Patryfen, Sneppen en Houtduiven, blyft verboden by poene van / 100 G. Gis. en verdek van  ( 8 ) van de Jagt voor altoos, zullende het den Heere Droft R. O. niet vryftaan, met de overtreders van dit Articul te compofeeren, maar integendeel dezelve, zonder eenige Conniventie, moeten aclioneren. 11. Het zogenaamd prasfent doen van Wild aan hoenderkopers, of andere bekende opkopers, gelyk meede het ruilen van Wild tegens enige andere goederen of prasfenten, zal voor verkopen gehouden worden; met verdere authorifatie op den Richter om alle pracliken, waar door men deefe voorzieninge mogte tragten te ëluderen, als direcle verkoop te ftraffen. 12. En ten einde met meerder effect aan defe ernftige weimening der Heeren Staten zal worden voldaan, word vastgefteld, dat een aankoper van eenig Wild zal (gehouden zyn, des gerequireerd, daar van onder Ee* de te verklaren; zullende dit getuigenis valabel worden gerekend, en, op zig zei ven {taande, den verkooper verpligten zig onder Eede te zuiveren. *3*  ( 9 ) 13- Geen Wild zal binnen, of naar buiten de Landfchap, van de eene plaats naar de andere, te water of te lande, tot een prefent verzonden mogen worden, ten zy dat des verzenders Naam tefïens op het addres gevonden word, mitsgaders fpeciflcatie van de zoorten en het getal van het Wild. En zullen de Voerlieden of Schippers, welke, deefen ter Contrarie, eenig Wild in hunne Scheepen of Vheerwagens nemen, verbeurt hebben 5 G. Gis. 14- Geen gedisqualificeerde zal een Jagtgeweer mogen houden, by verbeurte van het zelve, en een boete van 2 G. Gis. 15- Insgelyks word aan de ongequalificeerdens verboden, Jagthonden te houden (waar onder meede zullen begrepen zyn BaftaardWinden, Brakken en Legerhonden) ten zy dezelve voor een gequalificeerde in het voeden hebben, die zig, des gerequireerd, daar over by Eede zal moeten verklaren, by verB beur-  ( > ) beurte van de honden, welke door de Carfpils Soldaten op aanwys van het Gerichte zullen moeten worden doodgefchooten, en daar en boven een boete van 2 G. Gis. ld. Een gequalificeerde by een disgequalificeerde een jagthond in het voeder of kost doende, zal daarvan aan het Gerichte kennisfe moeten geeven, zullende met de honden, welke by disgequalificeerdens worden gevonden, zonder dat daar van aangave is gedaan, overeenkomftig het vorige Art. worden gehandeld. 17. Tot meerdere confervatie der Wildbaan , zullen de eigenaars of bezitters van Jagthonden, welke de fchadelyke gewoonte hebben, om telkens zonder opzigt van een Jager alleen en op haar zei ven op de Jagt te loopen, gehouden zyn , op de eerfte aanzegging van gequalificeerdens of het Gerichte, die honden op te fluiten, en vast te leggen, ten ware zy mogten verkiezen dezelven te voorzien van een bongel, aan de  ( II ) de hals hangende, ter lengte van ten minften 14 duimen, en dikte over het kruis, ten minften 2~ duim, by poene, dat dusdanige honden, welke, na gedane waarfchouwing en aanzegging, in het Jagt veld zonder opzigt vaneen Jager loslopende, en zonder van de vereifchte bongel voorzien, worden aangetroffen, dadelyk, door elk gequalificeerde of op order van het Gerichte, mogen worden doodgefchooten. 18. Niemand van welk een ftaat of Conditie, zal zyn Jagt of andere honden, naar de Esch, het hooyland, de boffen of de velden mogen medenemen, uitgenomen de Schaap en Beesthoeders, welke daar van tot verdryving van het Vhee noodzaaklyk gebruik moeten maaken, en voorts de gequalificeerdens, de laafien egter alleen in de opene tyd, wanneer zy daar mede ter Jagt gaan, by de boete van een gld. telkens voor ieder hond, welke dezen ter Contrarie mede genomen word, ten voordele van de Diaconie ter plaats waar onder de overB 2 tre-  ( 11 ) treder behoort, te verbeuren , en zullen niet te min de Ingezetenen gehouden zyn, daar van aanbrenging op de Goorfpraken te doen. 19. Geene Herbergiers of andere Ingezetenen zal het geoorloofd zyn, vreemde Jagers, weetens, te huisveften of in de Jagt behulpzaam te zyn, by een boete van 25 G. Gis. zullende het egter een gequalificeerde vryftaan , met bloedverwanten, of andere Vrienden , buiten de Landfchap woonende, dog by hen gehuisvest, difcreetelyk de Jagt te exerceeren. 20. Alle Vreemdelingen, die uit hoofde hunner goederen alhier kunnen geadmitteert worden, zullen, mits aan dit Reglement voldoende, tot de Jagt worden toegelaten, zoo lange op hunne Wooningen vuur en ligt houden, ten zy 's Landfchaps Ingezetenen in de Provintie hunner Woonplaats anders mogten worden getraceerd, als wanneer hier gelyk regt zal plaats hebben. 21.  ( '3 ) 2 1. f De Jagt op vliegend Wild zal verboden zyn, van den i January tot den haften September, beide incluis. 22. Edog zal het vryftaan, van den 15 September tot ultimo December, beide ingefloten, de lange Jagt, zonder daar by evenswel immermeer Schietgeweer te mogen gebruiken, te exerceeren of te laten exerceren, ook door eigene Huisgenoten of Bedienden , fchoon dezelve met name niet fpeciaal zyn aangegeven. 23. Blyvende meer als twee faamengefpannen binnenlandfche Jagten verboden, gelyk meede Jagten uit een andere Provintie geleend, beide op een boete van 25 G. Gis. 24. Ingevalle Iemant,. hy zy geregtigd of niet, bevonden word, buiten voorfehr. tyd, op eenig Wild te Jagen, zal dezelve telken reife verbeuren, 50 G. Gis. B 3 25.  { H ) In welke poene meede zullen vervallen, die de Jagt exerceeren op de Sneeuw, ZonFeest of Beededagen, en voor Zonnen op, of na Zonnen ondergang. 26. En zullen ook die geene, welke binnen het half uur voor het ondergaan der Zon, met een geweer jagende gevonden worden, hebben verbroken, 5 G. Gis. 27. Zoo daar en boven zig iemand mogte onderftaan, eenig Wild op de loere of weide te fchieten, zal dezelve, behaiven de boete van 50 G. Gis., geduurende zes Jaaren, van alle regt tot de Jagt verftoken zyn. 28. Ook zal het niet geoorloofd zyn tot de Jagt eenige andere Inftrumenten te gebruiken, als fchietgeweer, en honden van allerley foort, en op de Sneppen - Jagt, Sneppen-netten, by poene van 50 G. Gis. voor de geenen, welke bevonden worden, dee- fen  ( m ) fen ter Contrarie te doen; zullende daar en boven zes Jaaren van alle regt tot de Jagt verdoken zyn. 29. Wordende wel expreflelyk verbooden eenige ftrikken buiten huis te (tellen , op prxrext van daar mede Ratten, Bunfingen, of andere Gediertens, te vangen, by gelyke boete; waar in mede zullen vervallen, die met zodanige ftrikken mogten worden aangetroffen. 30. Ook zal het niemant vryftaan de Eyeren van eenig Wild uit de neftcn te neemen, of de neften te ruineren, by verbeurte van 5 G. Gis.; zullende de Ouders voor hunne Kinderen in zulk een Cas, en in alle verdere overtredingen van dit Jagt Reglement, moeten betalen. Edog zal elk gequalificeerde zyn ftaande honden, van den 20 February tot den 20 April, zonder fchietgeweer egter, in 'tveld mogen leeren of laten leeren; zullende die ge-  C '6 ) gene, welke bevonden word, onder dit voorwendfel te Jaagen, verbeuren 50 G. Gis. en zes Jaaren lang van het regt tot de Jagt verftoken zyn, en een ieder ten opzigte van de boete voor zyn Bediende moeten verantwoorden. 32. De Jagt op Wilde Ganzen, Eend en ander Watergevogelte, ftaat voor de gequalificeerdens altoos open; terwyl een jegelyk, die van deeze vryheid misbruik mogte maken, zal vervallen in een boete van 50 G. Gis., en in zes Jaaren hoe genaamt geen Jagt mogen exerceren. 33- Laaftelyk zal niemand veld-duiven mogen houden, als die tot de Jagt geregtigd is, by verbeurte van io G. Gis. zullende alle de boeten in dit Reglement bepaald, half voor den Heere en half ten voordele van den aanbrenger, zonder enige kortinge, komen, 34» En daar het onmogelyk is, dat de befte maat-  ( 17 ) maatregulen, zonder toereikend opzigt ten aanzien van de Executie, aan het oogmerk kunnen voldoen, en dus de Wildbaan blyven geconferveert; zullen twee oppaflers tot de Jagt worden aangefteld. 35- Welke voorengenoemde oppaflers generalyk daarop zullen letten, dat geene disgequalificeerdens Jagt Geweeren, Jagt Honden of Sneppen-Netten houden, veel min daar meede Jaagen; en zulks ontdekkende daar van aan de Schultus Locaal kennis geeven, die als dan zodanige geweeren, honden of netten op zal haaien, en ten voordele van den aanbrenger verkopen; wordende de Schulteflen uitdrukkelyk gelast hier inne geen conniventie te gebruiken. Voorts, zoo veel doenlyk, zorge te dragen, dat geen ftrikken gezet, Wild opgekogt, of buitenlandfch ter verkoop vervoert worde, en ten dien einde de vryheid hebben, alle verdagte manden, kiften en pakken te vifiteren. C 37.  ( 18 1 li- Dat de Jagt niet worde geexerceert door gequalificeerde en Geadmitteerde Perfonen, welke zig, voor dat Jaar, niet behoorlyk aangegeven hebben ; gelyk meede, dat door "Vreemdelingen , en buitenlanders, geene ftroperyen op het Territoir van de Landfchap worden gepleegt, of, dat op eenige wyfe, teegens den inhoud van dit Reglement, door iemand, van welke fïaat of Conditie hy zyn moge, gehandelt worde. 38. En zullen ten dien einde, van tyd tot tyd, het veld, zo langs de Grensen als meer binnenwaarts in de Landfchap, gaan ontdekken, en wel byzonder in de Maanden juny, July, Auguftus en September, geduurende welke Maanden daagelyks het Jagtveld zullen vifiteren, eenmaal in de week daar van aan de Schultus rapport doende, en vragen, of ten defen ook iets byzonders le gelaften hebbe. 3% Alle Vreemde Jagers, ftropers, opkopers van  ( i9 ) van Wild &c. &c. zullen zy, zoo doenelyk, arrefteren, en de Ingezetenen gehouden zyn, Hun daar toe, des ge vordert, de nodige hulp en byttand te verleenen. 40. In allen gevalle, de honden van zodanige vreemde Jaagers en ftroopers doodfchieten; ten welken einde zullen worden voorzien van een getrokken Busfe, gemerkt met de Letters L. D., die, wanneer zy in het veld gaan, met een Koogel zal zyn gelaaden. Dit fchietgeweer uit de Caffa tot de Jagt aangefchaft, zal tweemaal jaarlyks door de Schulteflen gevifiteerd, en, op de eerfte dag van de Regtdag na Nieuwjaar invallende, aan de Heeren Drost en Gedeputeerden moeten vertoond worden. 42. Om aan de moeijelykheid van bewys tegens de Overtreders van het Jagt Reglement te gemoet te komen, zal een ieder, welke door de geftelde oppasfers word aangeklaagd, C 2 fchul-  ( io ) fchuldig worden gehouden, ten zy zig onder Eede van de contraventie zuiveren kan. 43- De aangeftelde oppatfers zullen by het Collegie van Heeren Drost en Gedeputeerden doen de navolgende Eed: „ Gy loofd en zweerd, de Reglementen „ op de Jagt en uwe bediening, naar alle „ uwe vermogens , te zullen nakomen , „ naauwkeurige toezigt houdende, dat daar 3, aan in allen deelen worde voldaan, en dat gy, zonder onderfcheid van Perfonen, „ naar waarheid, alles wat uw voorkomt daar „ teegens te gefchieden, daadelyk aan de >, Schultesfen ter plaatfe,bekend zult maken. Zoo ivaarlyk he/pe u God Almagtig. 44- Een oppaiïerbevonden wordende, iemand met opzet valfchelyk te hebben befchuldigt, of ook wanneer hy zig tot het verzwygen van deefe of geene Contraventie teegens de Jagt heeft laten omkopen, zal dadelyk worden gecafleert en voor Schelm ten Lande uitgejaagd, ten zy de omftan- 1 dig-  ( »I ) digheeden van de misdaad zwaardere ftraffe vereifchten. 45- De Schultesfen zullen gehouden zyn» telkens voor den 10 January aan den Clercq defer Landfchap in te zenden, de originele gepubliceerde Lyften van de aangegevene jaagers, met de Penningen, by hun desweegens ontfangen, en wanneer, ten aanzien van het gedrag van een der voormelde oppasfers bedenkingen mogte hebben, daar van by die gelegenheid kennis te geeven. 46. Alle de oppaflers zullen, op de eerfte dag der Regtdag, na Nieuwjaar invallende, zig tot Asfen met hun geweer vervoegen moeten, om hun Traclementen te ontfangen; Edog ten dien einde verpligt zyn, aan de Heeren Drost en Gedeputeerden over te geeven een Acle van de Schultus ter plaatfe en twee Eigenerfde Perfoonen uit het Schuitambt, profeflie van de Jagt doende , woordelyk inhoudende : „ Verklaren wy Schultus en Eigenerfdens C 3 uit  ( 22 ) „ uit het Carfpil beide profeflïc van „ de Jagt doende, dat N. N. als aangeftel-» „ de oppasfer van de Jagt, geduurende het „ afgelopene Jaar in allen opzigte, „ immers, voor zoo verre wy met mogelyk„ heid uit eigene bevindinge, en volgens „ Informatien van anderen, kunnen nagaan, „ zyn pligt volbragt heeft naar inhoud van „ het Reglement op de Jagt gearrefteert &c Des onze Verklaringe afgegeven tot &c. &c. 47- En zal aan geen oppasfer, dusdanig certificaat niet kunnende produceren , eenig Traclement moogen worden betaald, maar, ter Contrarie, op deflelvs gedrag door den Heere Drost geinquireert, en voorts gehandeld als naar der zaaken omftandigheid bevonden zal worden te behooren. 48. Wanneer het aan de Heeren Drost en Gedeputeerden mogte geblyken, dat, door een of beide der oppafleren, op een buiten gewoone wyfe geinvigileert, en, ten aan-  ( 23 ) aanzien van het zetten van ftrikken, of het verkopen van Wild, eenige ontdekking van gevolg en aanbelang was gedaan, zullen Hun Ed. Mog. daar voor uit de Casfa van de Jagt, ter belooning van desfelvs betoonde vlyt, een Extraordinaire Premie betaalen. En op dat niemant hier van enige onkunde voorwende, zal deeze worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfen alwaar men gewoon is dusdanige publicatie en afhxie te doen. Actum in Collegio te Asfen, den 26 July 1794. Z. C. van SCHWARTZvu Ter Ordonnantie van Welgemelde Beer en > W. H. HOFSTEDE. *794'  Te GRONINGEN, By NICOLAAS VEEN KAMP, Boekverkoper in de Here Straat. 17 94-