HANDELINGEN der. VËRGADERINGE VAN Gedeputeerden van ingelanden VAN B.HTNLJND, gehouden binnen leyden» den Ö4» april I799. Te LEIDEN hij HERDINGH en du MORTIER, mdccxcix.   BRIEF van BESCHRIJVING. GEL IJ K HEID, V R IJ H E I D, BROEDERSCHAP. De Hoofd-Ingelanden van Rhijnland; Aan De Municipaliteit van medeburgers] i hebben de eer, ter voldoenïnge aan het Decreet van het gewezen Provinciaal Beduur van het voormalig Gewest van Holland, in dato ig. September 1796 , eene Vergadering van Gedeputeerden van Rhijnlands Ingelanden te befchrijven, tegen Woensdag den 24. April eerstkomende , des morgens ten tien uuren, in 't Gemeenelandshuis binnen Leyden ; ten welken einde wij Wieden verzoeken de Inge'anden in Ulieder Diftriét tijdig te doen bijeenroepen, om aan dezelve te communiceeren: Eerftelijk : dat Hoofd-Ingelanden, en de op den af. September des jaars 1798. ter Vergadering van Gedeputeerden van Rhijnlands Ingelanden , benoemde Geeommitteerdens, ingevolge en ter voldoeninge aan de, aan hun, des tijds gegeeven last, opzigtelijk de verkiezing van een nieuwe Dijkgraaf,' Hoog-Heemraaden en Hoofd» Ingelanden van Rhijnland , zich bij de volgende Memorie hebben geadresfeerd A a j, Jan  < 4 > & ^<5f« öfe» Agent hij het Departement van inwendige Politie en Toezigt op den (laat van Dijken^ Wegen en Wateren der Bataaffche Republiek" » Ï3e Commisfie van Hoofd - Ingelanden van Rhijnland, benoemd om over de aanfchrijving door voornoemde Agent, den 19. September 1798. aan Hoofd-Ingelanden van Rhijnland gedaan , met voornoemde Agent te handelen, en de Commisfie van Gedeputeerdens der Ingelanden van Rhijnland, op derzelver laatstgehoude Vergadering van 27. September 1798. benoemd, om gemeenfchaplijk niet Hoofd - Ingelanden voornoemd alles werkftellig te maken, het geen tot confervatie van der Ingelanden regt, en ter handhaving van het Reglement, en inftru&ie waar na het" Hoog-Heem* raadfchap van Rhijnland moet werden "verkoren en beftierd , neemt de vrijheid zig door deeze voldoening aan deszelfs mondeling te kennen geven, aan voornoemde Agent, te addresfeeren, en denzelve op eene gepaste wijze onder het oog te brengen en voor te dragen.'' „ 1. Dat volgens de inftr.uct.ie waar na het tegenswoordig fungeerende Hoog-Heemraadichap van Rhijnland is verkooren en moet worden beftierd, hetwelk op den 10. Februarij 1796. door de toenmalige Vergadering van de Provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland is gearrefteerd en gefanftioneerd, en dus, zo lang hetzelve niet is vernietigd, als het eenige rigtfnoer van alie de werkzaamheden, daden en verrigtingen van het hloog-Heemraadfchap moet worden gehouden en geë'erbiedigt,en waarop het tegenwoordige Beftuur  < 5 > is beroepen en beëedigt, bii het agtfte Articul duidelijk is bepaald en vastgefteld. M Dat de ingevolge de voorgaande Anieulen nieuw benoemde Dijkgraaf, Hoog-Heem raaden en Hoofd-Ingelanden, hunnen Post den tijd van drie Jaaren zullen bekleeden." „ Dat twee maanden voor het expireeren van die tijd (van drie Jaaren} op de wiize bij het a, 3, 4, 5, 6 en 7. Articulen vermeld, Kiezers zullen worden verkooren , om uit het t als dan) aanweezig Beftuur, vier HoogHeemraaden en vijf Hoofd-Ingelanden te werden aangefteld , om voor de volgende drie Jaaren te continueeren , terwijl zijlieden (de voorn. Kiezers) in plnats van de afgaande drie Hoog - Heemraaden en vijf Hoofd - Ingelanden , nieuwe zullen moeten yerkiczen.v „ a. Dat ingevolge en op den voet van dat agtfte Articul, de tegenswoordig fungeerende Dijkgraaf, Hoog - Heemraaden en Hoofdingelanden, op of in het begin van Maart g 1796. zijn in functie getreeden , na dat dezelve den Eed op deze InftruBie hebben af gelegt" „ 3. Dat alzoo op den 1. Maart dezes Jaars 1799. de tijd waar voor drie Hoog-Heemraaden en vijf Hoofd - Ingelanden zijn aangefteld, zal eindigen, gelijk ook als dan eindigd de tijd der aanftelling van den Dijkgraaf, volgens het voorfz. 8. Art. en het 2. Art. van deszelfs inftructie." „ 4. Dat de tijd dus op den 1. Januarij 1799, is daar geweest, dat nieuwe Kieztrs in de refpective Diftricten haaden moeten werden verkoozen, ten einde dezelve op den A % voet *  C 6 > voet, bij het gefanétioneerde Reglement bepaalt, uit het tegenwoordig aanweezig Beftuur van Rhijnland vier Hoog-Heemraaden en vijf Hoofd-Ingelanden te continueeren, en op nieuws drie Hoog-Heemraaden en vijf Hoofd -Ingelanden , benevens een Dijkgraaf te kiezen." i, 5. Dat ook de Kiezers twee maanden voor den i. Maart 1799. zouden zür verkoozen, en Hoofd-Ingelanden daar toe de befchrijvirg in de refpecrive Dilt reten zouden hebben gedaan, was het niet, dat bij de opgemelde Misfive van den Agent, Hoofdingelanden op hunne verantwoordelijkheid waren gtlast, om te effeétueeren; dat nog op de Vergadering van gedeputeerdens van Rhijnlands Ingelanden, noch op eene andere Bijeenkomfte , noch gedelibereerd , noch veel min geprocedeert wierd tot het nemen van maatregulcn (waar onder alleen Dijkgraaf en Hoog-Heemraaden en derzelyer Ministers verftaan worden) eenige verandering te maaken." „ Daar nu de vier eerfte der gemelde Articulen het volmaakfte regt bewijzen, het welk Rhijnlands gezamentlijke Ingelanden, door, en bij een in der tijd hoogst geconftitueerde Magt gefanétioneerd en gearfefteert Reglement, hebben bekomen , is het dit regt uit de gefanftioneerde inft.mct.ie (waar op den Burger Agent zelfs heeft gedeclareert, geen inbreuk te willen maakeip voortfpruirende, waarop Rhijnlands Ingelanden zig bij dezen beroepen, en voor de bewaaring van ^relk regt-i Hoofd-Ingelanden en Gedeputeerdens der Rhi'jnlandllhe Ingelanden verpligt zijn te waken , en het welk zij bij deezen op de plegtigfte wijze i roepen ; Houfd-Ingelanden en Gedeputeerdens van Rhijnlands Ingelanden zijn ook volkomen overtuigd, dat den Agent bij het Departement van  < 7 > van Inwendige Politie en Toezigt, geen oogmerk heeft, ia dat het zelfs in zijn weldenkend hart met is, of kan zijn opgekomen , om Rhijnlands Ingelanden in dit hun regt eenigfints te belemmeren, en weeten zeer wel, dat de oorzaak, waarom de aanfchrijving van hem Agent is gedaan, alleen voortfpruit, en is gebooren uit een voorzorg, om Ingelanden niet te doen anticipeereff op een generaal Plan, waar na alle Dijk-Collegien en Heemraadfchappen, over de geheele Bataaffche Republicq verkooren en beftuurd zullen worden, en dat, wanneer het heilzaame oogmerk van den Agent was bereikt, dat Plan voor Januarij I799in werking zoude zijn gebragt; maar daar nu in Januarij, dat Plan , zo ver de Commisfien weeten, nog niet is gearrefteerd, veel min in werking is gebragt (het geen men in September niet kon vooruitzien) vertrouwen de Commisfien van Hoofdingelanden en van Gedeputeerdens van Rhijnlands Ingelanden, dat de voordragt , van de vier eerfte Poinclen dezer Memorie van dien aart is, dat den Agent daar door zal worden overtuigd , dat het noodzakelijk en van het grootfte belang voor Rhijnlands Ingelanden is , dat het Reglement en de Inftru&ie, waar na het Hoog-Heemraadfchap van Rhijnland moet worden beftuurt, en over drie iaaren is verkooren , en het welk door deszelfs tegenswoordige Beftierders met Eede is beves. tigd, heilig en ha de letter word nagekomen en onderhouden, en dat dus door hem geen beletzelen zullen worden aangebragt, om Rhijnlands Ingelanden te doen misl'en die vrijheid, welke hun uit de natuur toekomt, en welke hun , helaas ! voor de gezegende Omwenteling eeuwen lang was benomen! Die vrijheid en dat regt, oai hunne Beftierders zelfs te kiezen, vertrouwen en verwagten Rhijnlands Ingelanden, immers zo lang te mogen behouden , tot dat het algemeene welzijn zal gebieden, dat een generaal Plan, waar na alle Heemraadfchappen en Dijk-Collegien zullen worden verkooren en beftierd , door de VolksverteA 4 gen-  tf f f» gejiwoorr!;ffp''s zal zijn gearresteerd en in werking gehiaet; t^ar zo lang dit niet is gefchied, vertrouwi n u Co"-rrij,fien te mogen infteeren op de heilige en öngeféhoride onderhouding van het Rvglefeu. door .ie voormalige Hoogstgeconftitueerde Magt hun gegeeven." ,. En het is daarom , dat de refpective Commisfien . zo van Hoi.fd- Ingelanden, ris van Gei deputeerders van R iijnlands Ingelanden, zi? raet een volkomen vertrouwen op de jeqtntabele denkenswijze van den A^ent, zig aüdresfeeren aan voornoemden' Agent, en bij deze verzoeken, dat denzelve de bij voorfz. Misfive van 19. Sei tember 1798. aan Hoofd - Ingelanden gegeeven last % geiieve intetrekken , en buiten effect te ftellen, ten uien effefte, dat Rhijnlands Ingelanden die vrijheid, welke aan hun, en uit üe r.atuur toekomt, en bij net voorfz. Reglement is gegeeven e u-egekent, zonder verhindering mogen uitoeffcnen , en daar door alle verwarring, welke door het v; minderen van dat regt zal voortfpruiten , weide grp'ivenineerd, immers en zoo lang, totdat het generaahj Plan m werking zal zijn gebragt.'' „ In dat vertrouwen berusten de .Commisfien, en iluiten deze , na toewenfehing van Heil en Broederfchap! Den Hage den Uit naam van de beide j8 junuanj 1799., Coaimisfien.V Dat zij daar np hebben {ontvangen ide^hier op, Yplgenae rvienpie:  •< 9 > GFLTTKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP. », De Agent bij het Departement van Inwendige Politie en Toezicht op den {laat van Dyken , Wegen en Wateren der Bataaffche Republiek Aan „ De Commisfie van HoofdIngelanden en Gedeputeerden der Ingelanden van Rhynland." In den Haag, den i. February 1799. Het Vijfde Jaar der Bataaffche Vryheid. Medeburgers! „ Ter Refcriptie op Ulieder Misfive van den 18. January laats'.leden dient , dat bij het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks nog onbepaald is, of de aanftelling, van Dijkrichters, Heemraden enz., op approbatie v»an het Uitvoerend Bewind deezer Republiek zal moeten gefchieden, dan niet, dat die bepaaling bij het arresteeien eener Inftruétie van dit Departement zal gedaan worden, en oat dus, wanneer Ulieden nu tot het verkiezen van andere Leden voor het Hoog Heemraadfchap, al eens konde overgaan, veel ligt dezelve bii het arresteeren van gemelde li'ruétie, dat eerstdaags tlaat te gefchieüen, andermaal onder approbatie van gemelde Bewind zoude moeten pelchieden, om welke en andere redenen, Ulieden bij deezen word aange/chreei A 5 ven.  ven , om in dit finsrulier 'geval, Dijkrichrer» Hoog-Heemraaden, Hoofd-Ingelanden en verdere , die met primo Maart aanftaande 'af hadden moeten treeden, nog zoo lange in hunne bedieninge te continueeren , en zulks, zonder( daaruit ten opzichte van het gefanftioneerde Reglement voor Rhynland, eenige confequentien te trekken." Heil en-Broederfchap! A. la PIERRE. Ter ordonnantie van denzelven, Q. ONDAATJE. •Dat zij, vervolgens over den inhoud derzelve Refcriptie hebbende gedelibereerd, nodig geoordeelt hadden, zich ter dier zaake bij het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek te adresfceren, eelijk zij dan ook aan het zelve Bewind hebben gepicefenteerd de volgende Requeste. „ Aan het Uitvoerend Be' wind van de Bataaffche Republiek." Cjreeven te kennen Hoofd-Ingelanden van Rhijnland, mitsgaders Gecommitteerdens uit de Gedeputeerdens'van Ingelanden van Rhijnland op: derzei ver, ingevolge het Decreet van het Provintiaal Beftuur van het voormalig gewest Holland, van 29 September 1796, wettig gehoude Verga.derin° van 27 September 1798. fpeciaal benoemd én gecommitteerd, om gemeenfchappelijk met Hoofd Ingelanden voornoemd , alles werkftellig tf maken, het geen tot confervatie van der Ingelanden Regt, en ter handhaving van het Reglement en InftrucHeu , waar na het Hoog-Heem' raad-  < TI > raadfchap van Rhijnland moet worden verkoozen , en beftierd, het best zal worden verdaan te behooren, b'ük-ns Extract Authenticq uit de handelingen der voorzv Vergadering ten deezen annex.'' „ Eerftelijk dat volgens de Inftru'ctie, waar na het tegenswoordig fungeerend Hoog ■ Heemraadfchap van Rhijnland is verkoozen , en waar na hetzelve in het vervolg moet worden beftierd, en het welk op den 10 Februarij 1^96, door de toenmalige Vergadering, van de Provüioneele Reprefentanten van het Volk van Holland is gearresteerd en gefanctioneerd, en het welk dus, zo lang het zelve niet is vernietigd, als het eenigtte rigtfnoer van alle de werkzaamheden , daden en verrigtingen van het zelve Hoog-Heemraadlchap moet worden gehouden, en geëefbiedgt en waarop het tegenswoordig Beftuur is beëedigt, bij het agtfte articul duidelijk' is bepaalt, en vast geitel d: V • ■■" ■ ■ ■ ■ ■ r:9:;'*:-:'sT,r*I «v •■•jrt „ Dat de (ingevolge de voorenftaande articulen) nieuw benoemde Dijkgraaf, Hoog» Heemraaden, en Hoof i Ingelanden , huntien Post den tijd van drie Jaaren zullen bekleeden.'' „ Dat twee maanden voor het expireeren van die tijd (van drie Jaaren) op de wijze, bij het fl» 3> 4j 5» °" en 7 articul vermeit, (door de Ingelanden) Kiezers zullen worden verkoozen, welke uit het (als dan) aanwezig Beftuur, vier Hoog - Heemraden, en vijf Hoofd-Ingelanden zullen aanftellen, om voor de volgende drie Jaaren te continueeren, terwijl zijliedenf(de voornoemde Kiezers) in plaatfe van de afgaande drie HoogHeemraden en vijf Hoofd - Ingelanden nieuwe op de voorn, wijze zullen moeten verkiezen.'' „ Ten tweeden,- dat ingevolge en op den voet van dat agtfte articul de tegenswoordig fungeereade Dijkgraaf, Hoog-Heemraden , en Hoofdingelanden, op of in het begin van Maart 179S zijn  *i 13 > zijn in functie getreeden, na dat dezelve den Eed op deeze inftru&ie hebben afgelegd: *' „ Ten derden, dat alzo op dén i. Maart dee« zes jaars 1799. de tüd» voor welke alle. de HoogHeemrsden en Hoofd-Ingelanden op Maart 1796.. zijn aangefteld, zal eindigen, geliik ook'als dan eindigd de tijd, voor welke den Dijkgraaf, volgens het voorfz. 8. Articul, en het a. Art. van deszelfs Inftructie is aangefteld.1' ,, Ten vierden, dat dus de tijd op den ï. Januarij 17C9. is daar geweest, dat nieuwe Kiezers in de refpective Diftricten hadden moeten zijn verkoozen , ten einde dezelve op den voet, bij het gefa' ctioneerde Reglement bepaalt, uit het tegenswoordig aanwezig Beftuur van Rhijnland vier Hoog - Heemraden en vijf Hoofd Ingelanden, zouden aanjlellen, en op nieuws drie Hoog-Heem»;; raaden en vijf Hoofd-Ingelanden, benevens een Dijkgraaf zouden kiezen." „ Ten vijfden, dat ook die Kiezers uit de re^ fpectiye Ingelanden twee maanden voor den.i. Maart 17^9: zouden zijn verkoozen , en Hoofdingelanden daar toe de befchrijving in de refpective ■ diftricten zouden hebben gedaan, was het riet dat den Agent hij het Departement van. inwendige Politie en Toezigt op den ftaat van Dijken, Wegen en Wateren der Bataaffche Republicq , aan wien door eene Commisfie uic de Vergadering der Gedeputeerde Ingelanden, op den 2.6, April 1798. van het aanwezen dezer Vergadering is kennis gegeeven, en de belangens van Rhijnlands Ingelanden waren aanbevolen, en die ook goed», gunftig ter dier tijd heeft belooft, niets vuuriger te verlangen, dan na zijn best vcrmoogen mede werkzaam te kunnen zijn, voor de belangens van Rhijnlands Ingelanden, en de Vergadering van derzelver Gedeputeerdens, bij eene Misfive van den 19. September 1798, aan Hoofd-Ingelanden, van Rijnland had aangefchreeven:" Dat ter zijner kennisfe gekomen zijnde, zee' Ure Circulaire Misfive van den 8, Septem-, 1 " t?eï  < 13 > fcer laatstleeden , door hun Hoofd -Ingelanden aan de refpe&ive Municipaliteiten in het Hoog-Heemraadfchap van Rhijnland afgezonden, waarbij, onder andere Poir.&en, voorgedragen word, om op zcckerc Vergadering van Gedeputeerdens van Ingelanden , tegens den 27. Sept. toen eerstkomende befchreeVen, te delibereeren over de verandering of verwisfeling der Perfoonen van Dijkgraaf en drie Hoog-Heemraaden, Hij Agent nodig had geoordeelt, vermits het maaken van Alteratien , in de Perfoonen, bij het Dijksbeftuur fungeerende, en mitsdien ook alle deliberatien dien aangaande rechtftreeks ftrijdig waren met de advertentie. in April des jaars 1798. uit naam van het Uitvoerend Bewind door hem Agent bij de nieuwspapieren bekend gemaakt, Hoofd-Ingelanden op hunne verantwoordelijkheid te gelasten* om te effeétueeren, dat noch op de voorfz. Vergadering, noch op eene andere Bijeenkomst der Gedeputeerdens van Rhijnlands Ingelanden gedelibereerd . veel min geprocedeerd worde tot het nemen van maatreguien , ten einde eenige veranderingen te maaken in de Perfoonen van het Dijksbeftuur, waar onder verftaan word Dijkgraaf en Hoog-Heemraden, benevens derzelver Ministers , wordende egter bij die Misfive, aan Hoofd-Ingelanden onverlet gelaten, om zodanige Alteratien in de Perfoonen van Hoofd-Ingelanden te maken, als zij oordeelen zullen met het bij Rhijnland vigeerend Reglement overeenteftemmen." „ Dat de eerfte Requestranten op deeze aartfchrijving, welkers inhoud zij liefst aan het verligt oordeel van dit Bewind , ter beoordeeling overgelaaten, maar welke egter, om dit met een woord te zeggen, ten opzigte van gemelde wettige Vergadering, daarbij als eene zekere Vergadering omichreeven, en voor al ten opzichte van het  < H > het onderfcheid, liet welk daarbij tusfchen Dijkgraaf en Hoog-Heemraaden met derzelver Ministers, en tusfchen Hoofd-Ingelanden,■•< als waren dezelve geene Leden van het Hoog-Heemraadfchap, is gemaakt, en welk onderfcheid, zoo de v-ertooners vertrouwen nooit uit de neutrale denkwi4ze van den Agent, maar op inftigatie van daarbij belanghebbende moet ziin voortgekomen, hun zeer "onaangenaam is geweest, direct eene Commisfie uit hun midden hebben benoemt, die op den a6. September zig bij den Agent hebben geaddresfeert, en na eene langduurige Conferentie van denzelven hebben vernomen, dat het oogmerk , waarom over de verandering van perfoonen of zaaken, het Dijk Beltuur concerneerende, bij de Ingelanden van Rhijnland niet vermogt te worden gedelibereerd, niet was, om eenige inbreuk te maaken op de gefanctioneerde Inftrucüe, neen ! maar om op een generaal Plan, waarna alle Dijk- Collegïen en Heemraadfchappen over de geheele Bataaffche Republiek zoude worden verkoozen en beftuurd, niet te anticipeeren, dat alzoo dat plan waarfchijnlijk voor nieuwe - jaar eerstkomende zoude zijn in werking gebragt, de deliberatien over de nadere verklaaring van het 8 Articul, als bij het a en 3 Poin6t der befchrijvingsbrief wordt gezegt, vrugteloos zijn zoude, en wanneer dat plan als dan nog niet in werking zijn mogt , Hoofd - Ingelanden , in dat geval zig tot het maaken van veranderingen in het DijkBeftuur aan het Agentfchap behoorden te addresfeeren." „ Dat die gedane demarche van Hoofd-Ingelanden , op de Vergadering van Gedeputeerde Ingelanden zijnde goedgekeurd, dezelve Gedeputeerde Ingelanden ook daarin hebben berust, en de hier voren vermelde en in deze paroisfeerende Commisfie van zeven Burgers, uit de zeven Diftri&en van Rhijnland hebben benoemt. Dat daarop Hoofd-Ingelanden en Gecemmicteerdens van de Gedeputeerde Ingelanden van Rhijnland, n in-  < 15 > ingevolge die aanfchrijving van den Asent, en de mondelinge affpraak met dezelve gehouden, tot Tanuarii dezes jaars hebben ftil gezeten, en afgewagt, of het generale Plan, waar van den Agent hun melding had gedaan , voor nieuwe jaar in werking zoude zijn gebragt, maar vernemende, dat zulks voor die tijd, en ook als nog niet is gefchied , hebben de Vertoonders zig eerst uit hun 'nam bij monde , en op den Ï8. Januarij 1799 in gefchrifte aan voornoemde Agent nader geaddresfeert, en aan den zelve op eene betaamlijke wijze voorgedragen , en onder het oog gebragt, dat vermits dat generaal Plan , waar op den Agent zig in September 1798 had beroepen, nog niet in werking was gebragt, en het intusfchen van het grootfte belang voor Rhijnlands Ingelanden was , dat het Reglement en de Inftruélien, waar na het Hoog-Heemraadfchap van Rhiinland, zo lang er door de Wetgevende Magt geen verandering in gemaakt is, en het algemeen welzijn het anders gebied, moet worden beftuurt, en welk Reglement en Inftructie door de tegenswoordige Leden met Eede is bekragtigd, heilig en na de letter wierde nagekomen en onderhouden , zonder dat door den Agent eenige beletzelen wierden aangebragt, om Rhijnlands Ingelanden daar van te priveeren, het denzelve Agent mogt behagen , om de last, bij deszelfs Misfive van den 19. September 1798. aan Hoofd-Ingelanden gegeven, intetrekken, en buiten werking te ftellen, ten dien effefte, dat Rhijnlands Ingelanden die vrijheid', om hunne eigen Beftuurders te kiezen, welke hun , en uit het regt der natuur , en uit het door de in der tijd Hoogstgeconftitueerde Magt gefandioneerd Reglement toekomt en is toegekend , te mogen uitoeffenen , en daar door alle verwarring , welke door het verhinderen van de uitoeffening van het zelve zal voortfpruiten, voortekomen, immers en zoo lang, tot dat het generale Plan , waarna alle Dijks - Collegien. en Heemraadfchappen over de geheele Bataaffche Re-  < i6 > Republicq zullen worden verkooren en beftuurt 4 in werking zal zijn gebragt , geliik dat alles kan blijken uit de Copie van dat Addres, ten dezen annex." . , , „ Dat, hoe zeer de Vertoonders hadden vertrouwd en zig geflatteerd, dat dit hun Addres die uitwerking zoude hebben gehad, welke ziJ Z1S regtmstig hadden mogen voorftellen , integendeel hebben ondervonden, dat voornoemde Agent heeft kunnen goedvinden, den eerflen Februarij 17^9, in antwoord van het zelve Adres * aan de Requestranten aantefchrijven: om in dit fingulier geval Dijkrichter* Hoog-Heemraaden, Hoofd-Ingelanden* en verdere, die met primo Maart aanftaande af hadden moeten treeden , nog zo lang in hunné bedieninge te continueeren , en zulks zonder aaar uit* ten opzigte van het gefan&toneerde Reglement van Rhijnland* eemge conferentie te trekken , blijkens Copie van dezelve Misfive, ten deezen annex." Dat de Requestranten , na rijpe overweging van devoorfz. Misfive, welke niet alleen, zoals de Misfive van den 19. September 1797. zig alleen bepaald tot Dijkgraaf en Hoog-Heemraden met derzelver Ministers, maar zig ook extendeerd tot Hoofd • Ingelanden, zig buiten demogelijkheid bevinden, om aan die aanfehrijving te voldoen, vermits het aan hun niet ftaat, en zij de bevoegdheid of het vermogen niet hebben, om die 1 erfoonen, die ingevolge het 3. Art. van het Reglement , maar voor drie Jaaren zijn aangefteld te continueeren, ais zijnde daartoe geheel ongequalificeerd, en dat dus het gevolg daar van zal zim, dat op den 1. Maart aanftaande het geheel Hoog- Heemraadfchap van Rijnland, beftaande in Dij «graal, Hoog - Heemraden en Hoofd-ingelan« den, als zijnde maar voor drie jaaren aangefteld,, 'zal ophouden te fungeeren, en dus in eeue Kegeeri:gloosheid vervallen, het welk, als ten uiterften nadeeiig, door de R.questrantei. is getragt te urevenieeren, dan waarin zij, deux i'^ide * veoiu*  < 17 > ^oorfz. Misfives van den Agent, zijn verhinderd." , „ En vermits de Requestranten van hunnen onvermijdelijken pligt reekenen, daar omtrcnd behoorlijke voorzorg te gebruiken , en zulks niet anders kunnen doen, dan door zig te adresfeeren aan het Uitvoerend Bewind." „ Zoo keeren de Requestranten zig tot dit Uitvoerend Bewind, met alle behoorlijke eerbied verzoekende , dat dit Uitvoerend Bewind, gelieve intetrekken en buiten werking te ftellen de voorfz. beide Misfieves van voornoemde Agent, in dato 19. September 1798. en 1. Februari]' 1799en dienvolgens de gezamentlijke Ingelanden van geheel Rhijnland het regt , dat hun toekomt, en aan hun is erkent, te doen genieten; alle beletzelen op te heffen, en Hoofd-Ingelanden van Rhijnland, ten allerfpoedigften aantefchrijven om Rhijnlands Ingelanden, ingevolge het a Articul van het hier aan geanexeerde Reglement of Inftruclie, waar na het Hoog-Heemraadfchap van Rhijnland, moet worden verkoozen, en beftierd (den 10, Februari] 1796. door de Provifioneele Reprefentanten van het Volk van het voormalig Gewest Holland, gefanctioneerd en geapprobeert) te doen overgaan tot het benoemen van Kiezers, ten einde dezelve Kiezers , ingevolge van het 8 Articul van het zelve Reglement, een nieuwe Dijkgraaf, en uit het thans aanwezig Beftuur vier Hoog - Heemraaden en vijf Hoofd-Ingelanden zullen aanftellen , om voor de volgende drie jaaren te continueeren, en om in plaatfe van de afgaande drie Hoog-Heemraaden en vijf Hoofd-Ingelanden, nieuwe te verkiezen, en dat dezelve aanIchrijving, vermits de korten tijd welke voor den 1. Maart overig is, ten allerfpoedigften mag worden gedaan en uitgegeeven." 't Welk doende &;c. Dat zij hier op van het welgemelde Bewind hebben bekomen, de volgende Refolutie. ü GE*  < 18 > GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP. Extraiï uit het Register der Bejluiten van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek.^ Vrijdag den I. Maart 1799. Het Vijfde Jaar der Bataaffche Vryheid. „Is gelezen het Rapport, van den Agent van Inwendige Politie, van den 28 Februarij laatstleden, gerequireerd den 14 bevorens, op de Requeste van Hoofd-Ingelanden, mitsgaders Gecommitteerdens uit de Gedeputeerden der Ingelanden van Rhijnland, daar bij om geallegueerde redenen verzoekende, dat deaanfchrijvingaan hunlieden, door den Agent van Inwendige Politie, op den 19 September des voorledene jaars, gelijk ook de refcriptie van dato 1 Februarij laatstleden , op eene Misfive van Hoofd-Ingelanden voornoemd, mogte werde ingetrokken, breder in de Notulen van dit Bewind, van den 14 Februarij (fub No. 24.) geinfereerd." „ Waarop gedelibereerd zijnde, is conform het rapport van voornoemde Agent befloten, het bij deeze gedaane verzoek der Requestranten, te houden in advis, en mitsdien de verkiezing van nieuwe Dijk-Regenten te furcheren, totdat bij het Vertegenwoordigend Lighaam zal zijn bepaald, of de aanfteliing van Dijkrichter en HoogHeemraadcn, al, ofte niet, op approbatie van dit Bewind zal moeten gefchiedeu." » En  •C ip J» „ Èn wijders Dijkrechter en Hoog- Heémraderi Van Rhijnland bij dezen aantefchrijven en te gelasten, om provifioneel, en tot nadere dispofltie, derzelver funótien op den vorigen voet te blijven waarneemen, ten einde alle verwarringen, en daar uit proflueerende nadelen , niet alleen voof de Ingelanden, maar ook voor de in meer dan een opzigt belangrijke werken van Rhijnland, té Voorkomen." „ En zal Extraét dezes aan Dijkrichter eri Hoog-Heemraaden van Rhijnland, als meede aan den Agent van Inwendige Policie worden gezonden, en gelijk extract aan de Requestranten worgden afgegeven tot informatie .en narigt refpecti* Velijk." Jk W. van HASSELT, vt. Accord. met voorz. Register C. G. HULTMANS. Eb ten tweeden, om ter bovengemelde Vergadering Van den 24 April eerstkomende,- Gedeputeerden te doen benoemen , op dezelve wijze als bij het op den 10 Februarij 1796, door de des tijds Hoogstgeconflitueerde Magt gefunctioneerde Reglement, bepaald is voor het doen der keuze, tot Kiezers voor de Leden van Rhijnlands Beftuur, ten einde aldaar den last van Ingelanden uittebrengen, of er nadere demaehes en zo ja, welke ? ter confervatie van der Ingelanden Recht zouden behooren te worden te werk gefteld. Wij verzoeken voorts Ulieden, om zoo veel mogelijk de Handelingen der Vergadering van Gedeputeerden van Ingelanden, de dato 27 September 1798, en den tegenwoordige Brief van Befchrijving op de gewoorie plaatzen ter lectuure te leggen; terwiil wijders tot naricht van de te benoemen Gedeputeerden is dienende , dat wij uit ons midden een Commufiü hebben gedecerB 2 neerd*  ♦<[ 20 > reerd, ter Organifatie dezer Vergadering, welke zig ten dien dage , des Morgens ten 9 uuren in 't Gemeenelandshuis bevinden zal, ter ontvangst en examinatie der Lastbrieven; wordende hierom welgemelde Gedeputeerden verzogt , derzelver Lastbrieven tegen dien tijd, immers zoo fpoedig mogelijk, aldaar te doen bezorgen. Wij verlaaten ons voor het overige op Ulieder medewerking, en hebben intusfchen de Eer, onder aanbod van Broederfchap, met alle Agting ons te noemen, Ulieder heihvenfchende Medeburgers en Vrienden, Hoofd' Ingelanden voornoemd! In naam derzelve P. van VEEN. Leiden den 30Maart 1799. liet vijfde Jaar der Bataaffche Vrijheid. Ver-  < ai > Vergadering van Gedeputeerden van Ingelanden van Rhijnland, gehouden den 24. April 1799., in het Gemeenlandshuis te Leyden. D e Commisfie van Hoofd-Ingelanden van Rhijnland declafeerd door den mond van haren Prsfident, P. van Veen , alle de ingekomene Credentialen geëxamineerd en in orde bevonden te hebben, en dat alle de Gedeputeerden van een behoorlijk Credentiaal voorzien ziin. behalven de Burgers van Leyderdorp L. Mulder en G. van Rhiin , die in de Vergadering compareerden op hun Credentiaal , bij de laatfte Vergadering geproduceert , naar dien geene andere Ingelanden, dan zij , in hunne Grondvergadering waren opgekomen, weshalven de Prsefident der Vergadering in overweging geeft: „ of men gemelde Burgers evenwel niet behoorde te admitteeren. Waar od , na deliberade , door de Vergadering begro pen is, dat men alle reden had, fchoon gemelde » Burgers tegenwoordig op hun vorig Credentiaal ter Vergadering verfchenen , in hunne perfoonen crediet te Hellen en dus deze Burgers op 't zeilde Credentiaal, waar op zij voorheen ter Vergadering verfchenen waren, te admitteeren. Waar na, lefture gedaan zijnde van de lijst der prelente Burgers , bleek, dat uit de Diftriéten, of andere Huishoudelijke verdeelingen piasfenj; waren de volgende Burgers, als: B 3 Dis'  < 22 > Distri&cn of andere Getal der Huishoudelijke ver- Stemmen, deelingen. Naamen der Gede» putecrdens. Uit de Diflri&en. Pieter Noordziek, Leiden. Korn.v.d.Breggen en Boud. van Rees. /zaak Kom. Sterk Haarlem, en Abraham Vos, Jacobus zoon. Uit het Hoofd Liflridt No. 3, Hamoude, 5 S.e— Xü^t/aLf Hoo8evee„. r '-. Benthorn. 1 » Benthuizen, 2 —— Zegwaard en dcPa- „ m n/r 7 leitijnfchePolder. 1 Kornet,* Maaskant, Zoetermeer. 1 Kornelis v. d. Helm, Hendrik Koetfier, Driemans Polder. 2 Klaas de Groot en, Pieter van Dijkt Stompwijk en _ Wilsveen, 4 Veur. 1 . Voorfchoten, 3 Jan van der Zon, gpeterwpu.de, 7 — Leonard.v.d.Aar' en Otto Berends. LU  < 2J > Dittri&en of andere Getal der Naamen derGedeHuishoudelijke ver- Stemmen. puteerdens. deelingen. Uit het Hoofd DifiriSt No. a Den Engh. i Stem Rappijne enYsfel- x i veld. Zuidzijde van 'de Lange Lenfcho- a » ten. Noordzijde dito. i -——« Kattenbroek. z —•—~- Poldertje Elfviertel. Boezem agter het Westeind van Waarder. Papekop en Die- mmmmm 1 merbroek. Lange Weide. Ruige Weide. Boezem Zuidzijde van de Weipoort. ^_ Philippus Ernst en Te Bodegraven. 3 ' Hubert Stoof. Polder derzelve. Zwammerdam on- Geen GfdepUt^r der Broekvelden 3 ?e' ,vo gef Jj£ Wijk en Voshol. 3 Jv£van 23- April I/99. Reeuwijk» a B 4 Sluip-  «C H > Distifcten of andere Getal der Naamen dèrGédeHu'Shoudelijke ver- Stemmen. puteerdens. deelingen. Middelburg* i —— Ari v. d». Straaten- Boskoop, ReierskobpindeBiezen, ZuidwiikofSplin- i Kornelis v. d. Sney. ters Arabagt en Laag Boskoop. Snijdelwijk, Poe- lijn,Groenswaard en Noord-Wad- 3 dinxveen. Alphen,. Rietveld _ Korneïh deGraauw en Rijneveld. * en pieter Dozy. Uit het Hoofd DiftriSi No. I. t , Pl Ludolph Mulder en Leiderdorp. 3 Stemmen, wfl Koudekerk, 2 —— —— DirkGroeu in 'tTVout Koogmade. 1 en Jacob Beugelt- dyK Outshoorn en t Gnephoek. Esfelikkerwoude Pieter van Vliet en en Heer Jacobs- 3 Kornelis Klein. woude. Izaak Hazeveld', Alkcroade. 5 ■ —- Dirk Straathof en 'Jan Verhagen. j^ijnzateiwcude. i —— »— Willem v. dXreggen AaJ&«  < s5 > Dlstrielen Of andere Getal der Naamen der GedeHuishoudelijke ver- Stemmen. puteerdens. deelingen. Gerrit van Bergen Aalsmeer. a Stemmen. en Dirk Zegftroo. Leimuiden enVrie- a zek00p' CasparGerardBorn en Mr. Jan Bar' Der Aar. 3 —* tholemeus van der „ Meersen. Aarlanderveen en Leendert van Leeu- Aalbrechts Vie- - wen en Gerrit Nerendeel van den D derftigt. Bosch, Uit het Hoofd Di/iriB No- 5. AriTrompert&aJan Lisfe; 3 Stemmen. mbbe„t Hillegom. a Pieter van Lierop. \ Bennebroek, 1 Heemfteede. 2 < Nieuwerkerk, Zuidfchalkwijk en 1 Vijfhuizen. Haarlemmerlieden a m in de Waard. Tetterode, Aal- bertsberg en Vo- a gelenzang. HofAmbagt. 1 Houtrijk en Polaa- T Misf. van 16. April nen, -799* ■ B s Raars-  < 16 > Districten of andere Huishoudelijke verdeelingen. Getal der Stemmen. Ar ent Rees/en en Raarsdorp. 1 Stemmen. Marten Ko°y •> met asfümtie van A. van Coppenaal. Sparendam. r c , Misfive aan Hoofd- Spaarnwoude. 2 Ingelanden in dato 16. April 1799. Schooten enSchootenvliet, 2 —— —— Slooten, Slooter-" Arend Rees/en en dijk, Osdorp en 8 Marten Kooy, met de Vrije Geer. asfumtie van AL van Coppenaal. Rietwijk en Rietwijker Oord. 1 ——— Haarlemmer Vrijheid. 1 Uit het Hoofd DiftriEt No. 4. Wasfenaar. 3 Stemmen. CAdriaan van der ZuidwnkenDirks \ Does en Earthom Ambagt. 3 , l lomeus mmyun% Valkenburg. 1 . Katwijk. 1 _ Rbijnsburg en dc Vrouwe Verme. 1 Oegst- Naamen derGede. puteerdens.  < if > Diftriften of andere Getal der Naamen der GedeHuishoudelijke ver- Stemmen. puteerdens. deelingen. Oegst - en Poel- Stemmen, geest. Jan Gcrard Cra- Noordwijk. 3 — merus en Jacob van Velzen. Noordwijkerhout. 3 Voorhout. 2 ■ ,TT , Mr. Etienne Luzac Warmond. 3 en fft ^ Dibbetz% Vennip. 1 Willem Ruigroka Boekhorst. 1 Sasfenheim» 1 Hoogeveen cn de . Zilk. De Vergadering, ten overftaan der Commisfie uit Hoofd - Ingelanden , eeriielijk overgaande tot het benoemen van een' Prafident en Vice-Praefident, zoo is, na opening der Stembillietten, gebleken , bij meerderheid van ftemmen, benoemt te zijn, tot Prafident , den Burger A. Rees/en; tot Vice- Prafident, den Burger Mr. J. B. van der Meersch. En ten tweeden, tot het benoemen van twee Secretarisfen, die ook bij meerderheid van Hemmen bevonden wierden benoemd te zijn, tot eerften Secretaris, den Burger Izadk Hazeveld; tot tweeden den Burger Jan Geerard Cramerus. De  < 28 > Ds Vergadering dus geörgar.ifeert zijnde , zoo verlaat gemelde Commisfie dezelve met den hartel i ik ften wensch , dat alle hare deliberatien en befluiten met den besten uitflag mogen bekroond worden en dus (trekken tot wezenlijk geluk van Rhijnlands Ingelanden , 't welk door den Prsefident beantwoord wierd met Haar, namens deze Vergadering, den welmenendften dank te betuigen voor de door Haar aangewende pogingen ter bekoming der vrije uitoefening van 't Regt van Rhijnlands Ingelanden , hartelijk wenfchende, dat zij in 't bevorderen van dit Regt volftandig mogen blijven medewerken. De Pnefident, de Vergadering met eene allezins gepaste aanfpraak geopend hebbende , vraagt : of de Burgers ook eenige aanmerkingen op de „ gedrukte Notulen der laatst gehoudene Verga„ dering hebben" 't welk met ftilzwijgen beandwoord zijnde , verklaart Hij dezelve voor goedgekeurd. Daar op communiceerde de Praïfident, bij Commisfarisfen Hoofd - Ingelanden ingekomen te zijn twee Brieven , welke zij ter dezer Vergadering hadden overgelegd , als: Een van de Ingelanden van Rhijnland, onder de Ambachten van Spaarnwoude, Houtrijk en Polanen, in dato 16. April 1799, houdende redenen van abfentie , welke aangenomen is voor notificatie. En een van den Burger Willem Braek, te Zwanrmerdam, in dato 33. April 1799, houdende redenen van abfentie , als mede bezorging der restant Notulen van de laatst gehoudene Vergadering en van de Acte van Uitfpraak , de dato 17. Mey 1798, op welke het zelfde bcfluit is gevallen. Ver-  <. =9 > ' Vervolgens, dat aan deze Vergadering waren gezonden drie verzegelde Brieven, welke de Verga dering, op voorftel van den Voorzitter, verkiest, dat geopend en gelezen zullen worden, 't welk bij dezen gedaan werd. De eerfte was eene Misfive van de Ingelanden van Rhijnland, resforteerende onder 't haarlemmer liede, in dato 20. April 1799. De tweede van de Ingelanden van Rhijnland, behorende onder 't Hofambacht* in dato 17. April 1799, houdende beide goedkeuring van 't verrigte door Hoofd-Ingelanden en de gecombineerde Commisfie van Gedeputeerden van Ingelanden, als mede redenen van abfentie, waar op, zoo als de Prsefident voorftelde, gerefolveert is, van 't eerfte gedeelte behoorlijke mentie in de Notulen te maken, en 't tweede gedeelte aan te nemen voor notificatie. En de derde was van de Münicipaliteit van Stompwijk en Wilsveen , houdende redenen van abfentie, welke is aangenomen voor notificatie. De Praïfident, een begin makende met het voorlezen van den Befchrijvingsbrief, werd, op voorttel der Gedeputeerden van Haarlem, waar mede verfcheide Leden zig conformeercn, om redenenen , dat den inhoud van gemelde Misfive de reipective Gedeputeerden genoeg bekend is en om de kortheid des tijds in 't oog te houden , verzogt, tot de behandeling des Briefs zelve dadelijk over te gaan, en fteld dus de Vergadering voor: „ of zij de handelingen der Commisfie, aangefteld op de laatst gehoudene Vergadering, om met „ Hoofd-Ingelanden gemeenfchappelijk te werken voor de confervatie van Rhijnlands Ingelanden Regt en voor de onbelemmerde uitoeffemng van „ de Artikelen in 't door de in den Jare 1796 HoogétgeconltitueerdeMagt gefanctioneerde Re- » gle-  < 3° > « glement voorkomende, approbeert ja dan neen.™ Waar op , met dankzegging aan gemelde Com* lnisfie voor hare wel aangewende pogingen, geconcludeert werd van ja , en alzoo 't door Haar Verrigte allezins goedgekeurd. Vervolgens geeft de Prsefident, naar aanleiding der Befchrijvingsbrief, de Vergadering in overweging : „ Of men ter handhaving van Rhijnlands „ Ingelanden Regt, nadere demarches zoude be„ horen te doen, dan of men in 't befluit van 't „ Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, „ de dato i. Maart 1799, zoude behoren te be», rusten." En word , eer de Vergadering zig hier over uitlaat, de Pra*fident 2eer minzaam verzogt, in dezen te prajadvifeeren, 't welk dezelve, de Vergadering allenzins genoegen willende geven , geredelijk doet, 't geen hoofdzakelijk hier op nederkomt: „ Dat deze Vergadering, daar „ Rhijnland nog niet Nationaal is verklaard en ook, zijns inziens, nog niet behoord onder „ de Bataaffche Republiek , qua Waterbeftuur, „ maar een Lighaam op zig zelfs is, en dus als ,, mere domestiek kan en ook moet Worden aan„ gemerkt, en daar noch de Agent van inwendige „ Politie &c., noch het Uitvoerend Bewind der „ Bataaffche Republiek, zijns oordeels, vermag, ,, de uitoeffening eener Wet, in den jare 179Ö door de Hoogstgeconftitueerde Magt van het „ voormalig Gewest Holland gelanctioneerd, eeni„ ge belemmering toe te brengen , eener Wet, „ waar na , zoo lang dezelve door het Wetge„ vend Lighaam niet is ingetrokken, Rhijnland, „ wanneer iij zig aan de Hoogstgeconftitueerde „ Magt onderwerpelijk wil gedragen, zig allen „ zins behoort te fchikken en dezelve te houden „ voor het wezenlijke rigtfnoer van alle hare werkzaamheden, dat deze Vergadering derhal., ven niet, zonder pligtverzuim, kan berusten in „ de door het Uitvoerend Bewind der bataat'iche „ Republiek genomene Refoluiie op de Requeste van  < 3i > „ van Hoofd-Ingelanden, midsgaders Gecommit„ teerden uit de Gedeputeerden der Ingelanden „ van Rhijnland, de dato i. Maart 1799, betrek„ kelijk eene Misfive van den Agent van in wen„ dige Policie , de dato 19. Sept. 1798, als mede „ van 1. Februarij 1799, maar zig in de onver„ mijdelijke noodzakelijkheid bevind, ter uitoeffe„ ning van 't door de in den Jare 1796 Hoogst„ geconftitueerde Magt gefanctioneer Je Reglement, „ eene Commisfie te benoemen, om met en ne„ vens Hoofd-Ingelanden zodanige middelen uit „ te denken en in 't werk te ftellen, als zij zul- len begrijpen met het regt en de wezenlijke be« „ langen van Rhijnland overëe"komftig te zijn." Ditprasadvisdoor de Vergadering onderfteund en al« lenzinsgoedgekeurd zijnde, word doorden t rselident voorgefteld : „ Of men de uitvoering dezer zaake ,, zal aanbeveelen aan dezelfde Commisfie , met aanvulling eeniger Leden uit deze Vergadering, „ in plaatze van die Leden uit de Commisfie, die ,, tegenwoordig niet prsefent zijn, of aan eene an„ dere op nieuw te benoemen.5' En word bij eene groote meerderheid tot het eerfte Lid van het prajadvis van den Voorzitter befloten. Zoo dat' dan deze Commisfie befiaat uit de volgende Leden, als: Voor 't Hoofd-District No. 5. de Burger A. Rees/en , te Amllerdam. Voor 't Hoofd-Dis tri ét No. 4. de Burger P. van Lierop, te Vennip. Voor 't District Leyden de Burger B. van Rees, te Leyden Voor 't District Haarlem de Burger J. Cornelh Sterk, te Haarlem. Voor 't Hoofd-District No. 3. de Burger Cor- nclisMaaskant, te Zoeterme'er; in phatze van den Burger- N. van den Bosch, aan den Leid- Icüendam. Voor 1  < 32 > Voor 't Hoofd-District No. r. de Burger Ludolf Mulder, te Leiderdorp ; in plaatze van den Burger J. v. d, Breggen, te Leymuiden. Zijnde deze drie laatfte in de gefielde Commisfie , volgens de wil der Vergadering, bij acclamatie benoemt, die ook, ten genoege dezer Vergadering, dezen Post hebben aangenomen. En is voorts gemelde Commisfie verzogt en gequalificeert, om met en nevens Hoofd-Ingelanden de beste pogingen aan te wenden ter bekoming van de door Rhijnlands Ingelanden reeds lang gewenschte zaak, de bevestiging namelijk van hun wettig en door de Hoogstgeconftitueerde Magt toegekent regt. De Prafident communiceert, dat de door de laatst gehoudene Vergadering geapprobeerde Rekeningen te ontfangen ziin bij een der Bodens in 't Gemeenlandshuis van Rhijnland alhier. Werd ter Tafel gebragt een Rekening van L. Herdingh, wegens het Drukken &c. van 250 Exemplaren der Handelingen van Rhijnland, benevens 150 fluks Brieven ter verzending, groot ƒ 34.-:-: als mede een dito van den Notaris J. Schaking, groot ƒ 9 • 8 -:, welke beide ter betalinge zijn geapprobeerd, rerwijl de memorien van kosten, gevallen op de refpective deputatien, conform het Voorftel van den Voorzitter, om red enen, dat op 't Reglement voor deze Vergadering nog geen fanctie gevraagd was, in advis werden gehouden. De Prafident communiceert de Vergadering, dat te Leyden bij A. en J. Honkoop een Boekje uitgekomen was , getiteld : Beknopt verjlag van Dijkrichter en Hoogheemraden van Rhijnland, dienende ter wederlegging van hei Rapport van Huigens c. f., op den 6. Junij laatstleden ter tafel gebragt, met welk Rapport de Vergadering zig  < 33 > <Êg ter dier tijd had geconformeerd, zoo dat zulks thans de zaak der Vergadering was , doch dat, voor zoo verre in het zelve eenige hatelijke per-foneele of taxatoire uitdrukkingen ten opzigte van hem en de Burgers Huigens en. van Tricht mogten voorkomen, zij befloten hadden, het zelve met een verachtend ftilzwijgen te beantwoorden. En eindelijk werd het Request door de BeHuurders van de droog gemaakte Polders onder Hazerswoude en Hogeveen, door den Burger W. S. Boers ter dezer Vergadering bezorgt , ter tafel gebiagt en werd, op Voorftel des Praïfidents, eenparig gerefolveerd, om gemelde Request aan gemelde Burger W. S. Boers terug te geven, ten einde het daar in voorkomende aan Hoofd-Ingelanden op te geven , om 't zelve alzoo tot een poinft van befchrijving te maken voor de eerst volgende Vergadering. De Prtefident vragende, „ of iemand der Leden „ nog iets had voortedragen,'' zoo is, op Voorftel der Gedeputeerden van Leyden , eenparig ge* refolveerd, om aan de Commisfie van gedepu* teerde Ingelanden al verder in last te geven, om met en nevens Hoofd-Ingelanden, in navolginge van het Beftuur van Delfland, allenzins waakzaam te zijn op de door het Wetgevend Lighaam des Bataaffchen Volks te makene Concept -Inftru&ie voor den Agent van inwendige Politie en toezigt op den /laat van Dijken, Wegen en Wateren , op dat zij, wanneer in dezelve het een of ander Artikel mogte voorkomen ter krenking van het door de Hoogstgeconftitueerde Magt gefunctioneerde Reglement en ter fnuiking van der Ingelanden natuurlijk regt, zulks op de meest gefchiktfte en zekerfte wijze tragten te voorkomen , het welk door dezelve is aangenomen. Eindelijk , zoo is nog, op voordragt van den Voorzitter, eenparig gerefolveerd, dat alle de doof C deze  < 3* > deze Vergadering genomene befluïten zijn zonder ie1umtie„ als mede om de Notulen te doen drukken en, naar gtwoonte, te verzenden. En hier mede werd de Vergadering door den Voorzitter, na de Leden een beftendig heil toegewenscht te hebben, op reces gefloten. Accoord ARENT REES SEN. Pnfidcnt,