( i ) Numi 90 (gggjYNE HOOGHEID \mË\ gelet hebbende dat 'sLands dientt vcreifcht , dat de Regimenten en Compagnien, zoo veel doenlyk, compleet gehouden worden, en dat daar toe nodig is, dat Se Onder-Officieren en Gemeenen op werving gezon£ngworden"heeft goedgevonden hier mede te permitteefen dat van S Regiment Cavallerie en Dragonders op we/ving gezonden wofden een of twee Wagtmeetters, en w te Man van elke Compagnie; van het Regiment Hol andfche Gardes te voet twee a dne Serg^cn^van eder Battaillon, en drie a vier Man van elke Compagnie, van ieder Battaillon der Nationaale, Duitfche en Walfche Regimenten, een a twee Sergeanten, en twee a drie Man van elke Compagnie; van het Regiment Zwitzerfche Gardes en van de verdere Zwitzerfche Regimenten, vm elke CorapagnTe een Onder-Officier, het zy Sergeant of Corpoml PdSh zoo, dat niet dan ten hoogtten twee a dne^SerTeamen van dk Battaillon abfent zyn, en vier a vyf Man; fan elke Compagnie Artillerilten een Bombardier en vier a vvf Mm -te^taW van het Corps Mineurs en Sappeurs één a twee oXofficieren, en van elke Compagnie twee a drie Man: zullende egter de Gouverneurs, Comm^deurs, of commandeerende Officieren der Steden en Plaa.fen nut Troupes van den Staat bezet, zorge moeten draagen, dat ondeTgeen voorwendzel, hoe genaamt, van ieder Regiment Cavalerie of Dragonders meer vier en twintis Gemeenen; van elk Battaillon van net Ke dment Holï ndfche Gardes te voet drie Sergeanten en agt fn twintig: Gemeenen; van elk Battaillon Nationaale, Daufchren WaYS Infanterie twee Sergeanten en eenentwin tï Gemeenen; van elk Battaillon van Zyne Hoogheus Hgegime™;ze1fche Gardes twee Sergeanten en iwm»| hl. 'DEEL. iMlRs  C 4 ) Man, en van de verdere Regimenten Zwitzers drie Sergeanten en dertig Man; van elke Compagnie Artilleritten een Bombardier en vyf Man, en van het Corps Mineurs en Sappeurs twee Onderofficieren en twaalf Man, buiten de verleende WerkpalTen te gelyk abfent zyn; moetende daar onder mede begreepen zyn de abfente Zieken, de Cadets abfent op Studie of anderzints, en de Onderofficieren en Gemeenen, welke reeds op werving gezonden zyn, of om byzondere reedenen extra Verlof bekomen hebben. Gegeeven in 'sGravenhage den z Juny 1783. Was geteekent, W. Pr. v. ORANGE. Onder ftond, (L.S.) Ter Ordonnantie van ZTNE HOOGHEID. Gecontrafigneert T. J. de Larrey,