S~Z 3 VS/ REGLEMENT voor, de BATAAFSCHE GEWAPENDE BURGERMACHT bij het VERTEG EN WOORD IG END LICHAJM des BATAAFSCHEN VOLKS G e ar resteer d, Den 4 Maij 1799. Het Vijfde Jaar der Bataafsche Vrijheid; Te LEEUWARDEN, Bij D. v. j>. SLUIS, m de Heere-straat, De prijs is 5^ Stuiver*  INHOUD. DER HOOFDDEELEN. Pag. HOOFD. f> Houdende Algemeene bepaalingen. a , it. Algemeene bepalingen van de Rangen. 4 - ■ ni Over de Infchrijving. 5 IV> Over de Inrichting der Gewapende Burgermacht. 13 , V Over de Verkiezingen: *5 , vi. Over liet Beduur der Gewapende Burgermacht. 24 . _ vil. Over de Subordinatie en Discipline. , VJII Over de Exercitiën. 3° „ IX Over de Plaaüeiijke Wagten. 3* x. Over Oproer, Brand, of Viandelijke aanval. 33 . .„ x'l. Over de Manier van Procedeeren. 3J , XII. Over de Wapening. f» , XIII. Over de Uniforme en Kledin». XIV. Over de Distinccive Teekenen. •-, ' . ^ , ._ XV. Over de Aanmoediging van den Wapenhande.. 43 TABEL Van Tractementen. * J Geneiaale bepaalingen omtrent de Introductie VERBETERINGEN. Pir 2 regel 10 van boven roijeerd.de woorden: in agt nemen r 5" q - 6 onder lees: alle aTnelver Knegts. ' ' * . , , , plaats Art. lovoor het woord 'Iemand £ 3 boven lees: in plaats van Art. 11 Art. 10 en zo vervolgens. p > _ . onder roijeerd de woorden: meer dan _g , , lees: moeten worden _ ó . g voege agter het woord Trouwlozen: en zullen dezelve _ . -. . lees: van den Staat ' g3 . 1 lees: blauwe Voering ; , *t 6 boven lees: Jagers en Canmniert.  G ÈLT KHEI D, VRTHEID, BROEDERSCHAP! PROCLAMATIE. T I oen gij nu vier Jaareti geleden het ftelzel van Staat* kundige en Burgerlijke Vrijheid, ook op den Bataaffchen grond, zich hebt zien vestigen,' toen gij verrukt en bekoord door de fchoonheid, maar vooral door de waarheid der beginzelen , welke deszelfs gronuflag uitmaakten, U om ftrijd beijverdet tot het bijdragen van alles, wat ter bevestiging van dat ftelzel, tot vcortplantii g van deze beginzelen verftrekken kan : toen gij trotsch op den naam van Burgeren, en fier op de Rechten U als zodanig aankomende, met gemengde aandoeningen, van medelijden en verachting, op hun nederzaagt, die blind genoeg waren, om door het waare en hec fchoone niet getroffen te worden, of boos genoeg, om, voorziende den val van alle willekeurig gezag, en de vestiging van het Republicanismus, de voortplanting van deszelfs gronden tegen te werken, of dezelve aan Heerschzucht en Eigenbelang dienstbaar te maken; toen waart gij ook reeds overtuigd, dat aan de bewaring van deze uwe herkregen Rechten zeer belangrijke pligten verbonden waren, tot welker beoeffening, gij U door da inroeping der eerfte, ftilzwij, *• gend BATAVEN!  eend verbond: en het is dus onnodig U te herinneren, dat de befcherrning uwer Onaf hanglijkheid Vnjheid en Veüigheid/ a!n 't hoofd der Lijst van deze pligten was geplaatst; en dat gii daar van overtuigd waart, hebt gij bewéezen, toen é) bijna on het zelfde ogenblik, dat het pleit, tuslchenovcrhierfchine en Vrijheid, werd beflist, in alle oor.en van ons Vaderland", die U weinige Jaaren te vooren door geweld ontrukte Wapenen weder aangordde, met het loflijk opgmeik, om gedugt te zijn, voor elk wien het gelasten mogt, uwen herbooren fland aanbevallen» Dit deed gij, Bataven! in een tijd dat het gewigtig vraagfluk rog «iet was opgelost, welk eene Staatsregeling het „ararffïhf Volk zich zelve geven zoude; in een tijd, dat de SSVdal van, ondei hun, die uwe belangen behartigden eeltwWappIl was, en het beftuur door geene vaste ?eoe'en bepaald, tusfehen het vernietigde voorledene en ae dumre toekoMst dobberde; dit deedt gij, toen u een ReSent op de Burgerwapening, door de Nationale Vergaaefi'^weid aangebeden, hetwelk, door het toenmalig BondSfchaplifk ftelzel gewijzigd, die Eenheid in middelen en bedoelingen misfen moest, welke alleen veer^ragt en nadruk verwekken en onderhouden kan. Staatsregeling op Een-en Ondeelbaarheid gegrond, en^rdarSfchappelijk verdrag, de uitgedrukte verklaa~ Ppnaffchen Volks, dat hetzelve eene Gewapende r,ng des Bataat enen vo , verfchillende worste- S^raS-ï«rtosen^jafchadeli5khe2 ï?E 7iin niet dan ten hoogften aangenaam wezen, aan hem Si overmigT s, dat het hoofddoel der Maatfchappehjke ver £niS de betVherming is, van Lijf, Leven, Leren Goed; SS Era' wien 't gevoel zijner verplichting is m het hart SdS'om ter bevorderingdeezer befcherming, het zijne i•• Jr'n °en • aan elk die doordrongen is, van die waarheid, S% Sen ie arm van ieder 8u?ger het ondoordringbaar fAlwerk ziin rnoet, der onafhanklijkheid van een vrij Volk, iT^XnVers der groote beginfelen, welke de Staatsie, re ?eng^dflag heeftf e» die de kr,gtdadigfte fteun voor li behoud van ' zelve ziet in hun, die bij het genot van derzeker wddadigen invloed, tevens de macht voegen om alle pogingen ter ondermijning van dezelve te verijdelen de  kloekmoedigfte tegenftanders van binnenlandsch geweld, de handhavers van het aangegaan verdrag, en der wettige machten den fchrik en geesfel van ieder onderdrukker; aai elk eindelijk, moet dit verdrag welgevallig zijn, die, wanneer den Vaderlandfche Grond vijandelijk aangevallen word, doordrongen is van 't gevoel, dat ?èr geene keuze is voor den Vrijen Bataaf, tusichen eene kortftondige opoffering, en een zeker, maar onherftelbaar verlies; en in het gevoel zijner verplichting, om ter verdediging heen te fnellen, de zeekere waarborg vind., dat zijne Vrienden, dat zijne dierbaarfte panden, hem van geene roekeloosheid zullen befchuldigen wanneer ook zelfs het doodlijk lood hem voor eeuwig uit hunne armen rukt. Wij zouden u beledigen, Bataven\ indien wij ons niet overtuigd hielden, dat gij getroffen over den.kragteloozen toeftand waar in zich uw Arm, door te wel gelukte pogingen, der in-en uitwendige Belagers van uw geluk bevind de Burgerwapcningbefchouwt als de eenige waarborg uwer Vrijheid, dat gij niet alle uwe vermogens zoudt aanwenden, omU daar door in gedugten ftaat tefte'.Ien ; en toonenzult dat gij nog nietgeheel van de Voorvaderlijke deugd ontaart zijt; hier van kunt gij de bewijzen al fpocdigaan Europa, aan uwe met U veibondene Broeders geven, daar uwe Vertegenwoordigers, ge-, trouw aan hunnen pügt, een Reglement hebben vastgefteld, het welk, door de Staatsregeling voorgefchreven, met de groo* te waarheden, welke deze ten grondflag heefc, overeenkomftig heeft moeten zijn; en op die gronden is dus dc verpligting, om zich op de Rol der Wapenvoerende Burgeren te doen ïnfchrijven, algemeen, en daarbij door uwe Vertegenwoordigers vastgefteld. Dat kleinmoedigheid, onwil en hoogmoed, zo gereed om de Rechten der Vrijheid en Gelijkheid interoepen, en zich aan alle derzelver pligten te onttrekken , te ver. geefsch door goud of nietige voorwendfels, het genoegen zullen tragten te koopen, om met verachting op den Gewapenden Burger neder te zien, daar zij, die zich onwillig tonen zulkn, om den last der Maatfchappij, volgens hunne duure verplichting, te helpendragen, dan, wanneer de nood des Vaderlands de bezoldigde Krijgsmacht ter hunner verdediging vordert, tot die ftrenge requifitie zullen worden opgeëischt, waarvoor zij thans hunne Medeburgers bevreesd tragten te maken, met de ftrafwaardige bedoeling, om hec Bataaffche Volk van deszelfs groot belang aftetrekken, om hec  het zelve de Eer te doen misten van deszelfs onaf hangelijkheid te verzekeren , om het den roem te ontroven van immer deor zijn eigen kragt te beftaan. ■ Die lafhartige of kwaadwillende, welke de Vrijheid en veiligheid der Maatfchappij niet durven verdedigen, of boos genoeg, om door. yerwarring en .tegenftand, het Vaderland der Regeeringloos ■ heid ten prooij te willen geeven, die eene geregelde Burgercaacht voor hunne misdadige bedoelingen vreezen , ea hunne Medeburgers gaarne in den waan zouden willen brengen, dat zij, ocgenbiiklijk na hunne infehrijving, hunne betrekkingen en bezittingen zouden moeten verlaten, om op vreemden grend , ran Vreemde Kiijgsmagt het hooft te bieden, en heimelijk de hoop voeden, om daar door nieuwe fchokken te doen ot,tftaan , om den Zetel van hec Stadhouder-lijk of Aristocratisch Beftuur, op de puinhopen van aller Welvaart weder opterichten die verdwaasde weete, dat alleen zij, wanneer de nood des Vaderlands zijne Krijgsmagt vordert , opgeëisckt zullen worden, om, ook buiten hun Vaderland, onder de bezoldigde Macht, hunnen Burgerpligr, %e leëreio becefFenert. — Gij daar en tegen, Bataven ! overtuigd, dat een Volk eijne Vrijheid en onaf hangelijkheid niet ongewapend kan bewaaren, dis uwe Eer lteld, in dezelve te befcherfnen — zult bij eene beda.:rde overwe?ging der Wee u door uwe Vertegcndwoordigers voorgefchrceven, ten dui« delijkften zien , dat, offchoon de verplichting daartoe op ie-, der Burger rust, dezelve egter niet ten oogmerk heeft, om dat .gedeelte uwer, het welk geoordeeld is tot de Gewapende burgermacht te worden in werking gebragt, daadelijk tegen eene Vijand aantevoeren, maar dat alleen de nood der pmftandigheden, dat alleen het aangerande Vaderland, het heiligdom der Vrijheid, uwen Gewapepden Arm vorderen zal.— En gij, welke Staatkundige of Godtdienftige gevoelens gij ook moogt aankleven, die overreed zijt, dat hij die; de voordeden der inwooning,de befcherming der Wet, en de middelen van zijn beftaan in de Maatfchappij geniet, zich aan de'algemeene verplichting niet vermag te onttrekken, gij zult, op eene geregeide wijze, inden Wapenhandel onderwezen , in de Eer deelen, om tot handhaving van orde, en ipuiting der moedwil van factiën of Iboode bedoelingen, die de rust des Vaderlands zouden tragten te ondermijnen, als het Edelst gedeelte des Volks, geëerd, en door een dankbaar  vu baar Nageflacht geroemd Worden , als waardig in der Bataven land te woonen, als moedig, om op deszelfs verdediging den hoogden prijs te ftellen.. En wie is 'er, die nictwegge- fleept door onberedeneerde drift, maar die zich redelijke beginzelen voor zijn gedrag voptfcbjijfc, die één oogenblik aarfelen zal, om zijne keuze te hepaalen, tusfchen Vrijheid en Slavernij Of zoude gij, tot nog toe, bij alle Natiën bekend, als een Volk jaloeis op xijne onaf bangelijkheid, nadenkend omtrent zijne Rechten en belangen, het denkbeeld verdragen kunnen, zoud gij het verfchiet met een garusten blik kunnen te gemoet zien, dat geweld en o verheerfching, door vreemde Krijgsmagt oaderfteund, op den Vaderlandfchen grond , immer weder de Wet kwam ftellen; dat alles, wat na een vierjaarigëftrijd, tusfchen zo veelc verfchillende bedoelingen is daargefteld, het onderstboven wierd gekeerd; en dac de Vocrftanders uwer wezenlijke belangen, de belanglooze Handhavers der groote beginzelen uwer Staatsreegeling, toe loon hunner onvermoeide pogingen, den dood of de vervolging vonden. Neen, Bataven ! die den kleinen doch beroemden plek gronds van Europa bewoond., gij zult, even als de eerfte Grondvesters der Vrijheid, en nog, door huu voorbeeld aangevuurd, uwe verplichting als Burgers van een vrij Gemeenebest kennen, hun loflijk voeifpoor volgen, u in den Wapenhandel oeffenen, om in feit te zijn binnenIandfche beroerten en verguizing der Republiekeinfche Grondregelen tegen te gaan; en om, waaneer het Grondgebied dër Maatfchappij vijandelijk rnogt worden aangersnd , wanneer de nood des Vaderlands u roept, aan alle uwe vijanden te kunnen bewijzen, dat 'er geen hardnekkiger Verdedigers gevonden worderKdan Bataven ! die hunne Vrijheid kennen en waardeeren; —i dan, wanneer het vredelievend Bataaffche Volk onrechtvaardig aangevallen wierd, zult gij gedugt zijn, en overtuigd, dat pligt, en ftrenge pligc alleen gebieden, en dat, waar deeze Ipreekt, noch gevaar noch dood, voor den oprechten beminnaar zijns Vaderlands en der Vrijheid, ramp. Ipoediger zijn kan, dan hem zijn eigen geweten zou maken: indien hij, m befiisfende ogenblikken, lafhartig en kleinmoedig de Vrijheid overleven rnogt. Dit  vtu Dit alles, Bataven! door het Vertegenwoordigend Lighaam •p de wijze bij do Staatsregeling bepaald, overwogen zijnde, is door hetzelve gearresteerd het volgend  REGLEMENT ▼ O O & DE BATAAFSCHE GEWAPENDE BUR G E R MACHT. Bataaffche Volk, wil eene Gewapende Burgermacht, (de Nationaale Troupen daar onder begrepen) ter verdediging zijner Vrijheid en Onafhanglijkheid, zo haar binnen als naar buiten; de regeling deezer Macht, zal gefchieden door de Wet* Ieder Bataafsch Burger is verplicht, tot dat einde de Wapenen te draagen, en zich op de Rol van Wapenvoerende Burgeren te doen infchrijven. De Gewapende Burgermacht is, ten allen tijde, een ondergefchikt Lichaam, zij kan als zodanig nimmer raadpleegcn. Geen gedeelte derzelve kan immer in Werking komen, dan op fchriftelijken last eener wettige Macht, op zodanige wijze, als bij de Wet is uitgedrukt. A EER- Art, 43. 44. 45,46. der Burgerlijke tn Staatkundige Grondregelen van de Staatsregeling des Bataaffchen Volks.  C » ) JERSTE HOOFDDEEL Houdende Algemeen: hcpaalingen. Art. i. De Bataaffche Gewapende Burgermacht, met en benevens de Nationale Troupen, als Zoonen van een Vaderland, het bolwerk zijnde der Nationale Vrijheid en Oncfhanglijkheid, zo naar binnen als naar buiten, zal éénheid van Imichting, Wapenen, Werking en Verzorging. Wanneer deszelfs daadelijken dienst ten behoeve van het Vaderland wordt gevordeit in acht nemen, haar beftaan als zodanig regelen, en de Wet aanvangeiijk bepaalen de Jaarefi der geehen, welke ter beoeffening van den Wapenhandel, bewaaring der rust, en handhaving der Wet, Plaatïelijk zullen worden gewapend en georganifeerd. 2. De befcherming van Lijf, Leven, Eer en Goed het hoofddoel zijnde der Maatfchappelijke vereeniging, waar van de bewaaring der Vrijheid en Onafhanglijkhdd het eerile uitvloeifel is, kan niemand, wie hij ook zij, en welke Politieke of Religieufe gevoelens hij ook moge zijn toegedaan, zo hij de voordeden der inwoning, en de middelen van zijn beftaan in de Maatfchappij wil blijven gerieten , zich van deze algemeene verplichting onttrekken. 3. De nood van het Vaderland, door het Vertegenwoordigend Lichaam erkend, bepaald het tijditip van de werking dezer algemeene verpachting, welke door de Wet, op voordragt van het Uitvoerend Bewind, wordt geregeld, en waarbij zodanige modificatien worden in achtgenoomen, als de onhandigheden, de aart der Natie, en haare middèlea van beftaan noodzaaklijk maaken. 4. Deze algemeene verplichting der Ingezetenen, toe verdediging van derzelver Vrijheid en Onafhr;nglijkhcid# ftrekt! z;ch echter nooit verder uit, dan het hoofddoel der Maatfchappelijke vereenigii g (dat isbefcherrmng van Lijf, Luven, Eer en goed) vordert g. De*.  C 3 ) 5. Derzelver hulp of bijftand kan dus alleen naar binnen worden gevorderd, tot bewaring der rust en handhaving der Wet: en naar buiten tot bewaring en verdediging der Nationaale Vrijheid en Onaf hanglijkheid, zoo verre betreft de befcherming van het Grondgebied eer Maatfchappij, tegen buitenlandiche, zodadelijke als gevreesde aanvallen. 6. Ier verdediging der Buitenlandfche Bezittingen, mitsgaders toe handhaving der Politieke relatien der Maatfchappij, of wanneer de Wapenen van den Staat, buiten deszelfs grondgebied worden overgebragt, wordt daartoe; alleen de bezoldigde Krijgsmacht, zo te Water als te Lande, geëmploijeerd, behalven dezulken, die zich daartoe vrijwillig leenen. 7. Deze algemeene verplichting ter verdediging der Maatfchappelijke Integriteit, vordert oeffeningeh in den Wapenhandel, waarvan de regeling en bepaaling wordt uitgedrukt door de Wet. 8. Deze regeling en bepaling van de Oproeping tot den werkelijken Dienst en de oeffening in den Wapenhandel, derogeert niets aan de algemeene verplichting, zo dat ieder Inwoonder, boven de 18. Jaaren oud, zo lange, of wanneer hij niet tot de Wapening is ingefchreeven, en werkelijk den vereischten Dienst waarneemt, tot een Equivalent, voor de beveiliging en befcherming, die hij in de Maatfchappij geniet, in de algemeene belasting, overeenkomftig een ieders relatif vermogen, bij de Staatsregeling gevorderd, op eene billijke en evenredige verhooging zal worden geftcld. 9. Alle afzonderlijke Gewapende Corpfen, niet door de Wet verordend, worden bij dezè wel expresfelijk vernietigd, en alle tegenftreeving hier van zal als eene ftoring der publieke rust worden geftraft. 10. De Gewapende Macht, een ondergefchiktLichaam zijnde, mag nimmer als zodanig raadplegen over zaken, die de Wet niet aan haare zorg heeft opgedragen. A » II. Geen  C 4 ) i r. Geen gedeelte van hetzelve kan immer met de daad werken, zonder uitdrukkelijken last eener wettige Macht, en op zodanige wijze, als door de Wet is uitgedrukt. 12,. Burgers, om den Nood van het Vaderland opgeroepen, (Articul 5.) worden op den voet der Nationaale Amiée georganifeerd, en geformeerd zo veel mogelijk tot afzonderlijke Corpfen. 13. Als Detachementen ofCompagnien in aétiven dienst gefteld, worden zij zo veel mogelijk gecommandeerd door Burgers buiten de ftaande Armee. •TWEEDE HOOFDDEEL. Algemeene bepaalingen van de Rangen, ook met betrek' king tusfchen Burger Officieren 3 en die der Jtaande Armée. Art. 1. De Gewapende Burgermacht, ingevolge de Staatsregeling met de Nationaale Troepes, ter verdediging der Vrijheid en Onafhanglijkheid van den Staat, één Lichaam uitmakende, kan geen onderfcheid van Rangen tusfchen dezelve in den Dienst plaats hebben. Met dien verfïande echter, dat de Gewapende Burgermacht, in de plaats van derzelver Inwoning met het Guarnifoen te gelijk onder de Wapening komende, de Plaatfelijk Gewapende Burgermacht, den Regter Vleugel zal occupeeren. 2. De Officieren der Gewapende Burgermacht op den voet deezer Conftitutiöneele Wapening aangefteld, {taan in rang gelijk met de Officieren der Nationaale Armée; beiden zuilen zij elkander, als tot hetzelfde einde, dat is de beveüiging van den ftaat dienstdoende, in derzelver refpedive Rangen weerkeerig achten en erkennen, en door hunne onderhebbende Manfchappen, naar de ordres van den Dienst doen relpectecren 3. Bij gelijke Rangen zal alleen anciënniteit van Dienst be-  C i ) beflisfen, wie bij gecombineerde Optogten of Militaire opt> ratien, en Guarnifoens Dicnften het Commando zal voeren; tenzij van wegens het Uitvoerend Bewind, tot een of andere Expeditie of bewaaring van ecnigen Post, het Commandement aan een Burger of Militair Officier fpeciaal was opgedragen; met dien verftande nogthans, dat zo wel de Posten, door de Burger Militie, als door de Troepen uit de ftaande Armée bezet, blijven onder de fuperieure ordres van het Arrondisfement, door welk Officier van den Staat hetzelve ook rnogt zijn gecommandeerd. 4. Geen Burger Officier kan in den Rang, dien hij bij de Gewapende Burgermacht heeft bekleed, immer bij de werkelijk geörganifeerde Corpfen der Armée worden aan* gefteld, of in zodanigen Rang invallen. Edoch bij nieuw opterichten Corpfen tot deftaande Armée, hebben zij, benevens andere Officieren, die immer den Staat hebben gediend, een gelijk Recht, en komt de Rang dien zij hebben verkreegen, zonder anciënniteit van Dienst, in gelijke aanmerking; beproefde Militaire» Talenten, en een bekend braaf caraéter, geeven, behalven beweezene dienften, hier in alleen de voorkeur. De Officieren der Gewapende Burgermacht, aan welken, op den voet, en uit kragte van het bij de Nationaale Vergadering gearresteerd Reglement voor de Bataaffche Gewapende Burgermacht, Brevetten in naam van het Gouvernement zijn afgegeven, worden, des begeerende, vrijgefteld van den Plaatfelijken Wapendienst ingevalle zij niet op nieuw worden aangefteld, of verkooren tot dien Rang, van welken zijhun Brevet kunnen toonen. Derzelver reeds gepresteerde Diensten worden in dat geval als eene zevenjaarige Dienst onder de Wapenen, ingevolge Art. 19. van het 3. Hoofdd. aangemerkt. DERDE HOOFDDEEL. Over de Infckrijving. Art. 1. IederInwoonder van de Bataaffche Republiek, A 3 tot  C 6 ) fot de handhaving der Rust, en beveiliging van den Staat uit krachte van het Maatfchappe'iijkverdrag, verpligtzijnde, zijnen Dienst te leenen, zullen de Gemeente Beituuren, gecombineerd met zodanige Qecómnütteerdens uit de Gewapende Burgermacht, als op Voordragt van den Colönel in ieder Departement, met de;Directie belast, door het Uitvoerend B-wind, daar toe zullen worden gecommitteerd , gehouden zijn, jaarlijks op den, door het Uitvoerend Bewind te bepaalen tijd, de opfchrijving te doen van alle Burgers, zonder onderfcheid, binnen die jaartn vallende, welke bij een jaarlijks, (op Voordragt van 't Uitvoerend Bewind,~) expres daar toe te neetnen Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam , tot de oeffemng in den Wapenhandel, of werkelijken Dienst worden opgeroepen. Zullende deze opfchrijving door de PlaatieJijke Gemeente-Beftuyren gefchiedeu, door eene oproeping bij Publicatie van die Ingezetenen, welke in de jaarenvallen tot den Dienst bepaald, en zulks bij Wijken, naar de groote der Plaatzen afgedeeld. 2. Gegronde Bezwaaren, waarom iemand vermeend van de Wapening wegens Lichaams gebreeken of andere omftandigheden verfchoond te moeten worden, zullen liaan ter beoordeeling van de Raaden van Administratie en Discipline, ingeval van verfchoning zullen aan de Gecommitteerdens tot de Regiftratie, de Namen van zodanige Burgers worden opgegeven, met de redenen, die bij voorn. Raaden, tot de verfchoning zijn voldoende bevonden, welke zich deswegens bezwaard vindende, daarvan opgave zullen doen aan den Colonel, met de Directie over de Gewapende Burgermacht, in het Departement belast, die, na gedaan onderzoek, gronden tot die bezwaren vindende , zich daar over aan den Commisfaris van het Departe» ment zal addresfeeren, welke het verfchil zal vereffenen, of door zijn uitfpraak daaromtxent, op zijne verantwoordelijkheid, finaal bei&icn.  C 7 ) S. De zodanige ook, welke uit een loffelijke zucht voor den Wapenhandel, hunnen Dienst tot befcherming der Maatfchappij willen leenen, zo wel Jongelingen van S jaaren oud, mits kloek genoeg zijnde, als dezulke, die boven de jaaren zijn, bij de Wet tot den Plaatfelijken Dienst bepaald; zullen, wanneer zij zich daartoe vrijwillig aanbieden, ook aangenomen, en onder de Plaatfelijken Burgermacht georganifeerd worden, met referve nogthariS, dat diegeenen, welke reeds Dienst gedaan hebben, ten genoegen van de Plaatfelijk Commandeerende Officier, van hun goed gedrag, inalleomitandighedtn, en gefchiktheid tot den Wapendienst, moeten doen blijken: - dien onverminderd zal niemand, beneden de 18 jaaren, tot Officier, Onder-Officier of eenigen anderen Post, bij de georganifeerde Corpfen, verkiesbaar zijn. 4. Deze Plaatfelijk Gewapende Burgermacht, op den voet der Nationale Armée georganifeerd, zal werkelijk nooit minder mogen beftaan, dan uit 8 halve Brigades Infanterie,. Jagers en Artilleristen, naar evenredigheid en overëenkomftig de Plaatfeiijke omftandigheden. Art. 5. Tot den dienst onder de Wapenen, worden niet ingefchreeven; Alle welker Lichaams geirceken hun tot den dienst onder de Wapenen ongefchikt maken. De Leden van het Vertegenwoordigend Lichaam en het Uitvoerend Bewind, die van de Departementale Gerichtshoven, de Vrede-Rechters, en allen die tenige Rechterlijke furiiïie uitoeffener, de Agente» van het Uitvoerend Bewind, de Commisfarisfèn bij óe Gerchtshov~n en Departementale Be ft uur en, de GommisJarisJ'en der Nationale Thefaurie, en die der Nationale Rekenkamer, de Leden der Departementale Beftuuren , 4e Raaden der Afiaüfche Bezittingen en Etablisjementtn» die der Awrtcaanfche Colonten en Bizit'ingen, de Lede» der Gemeente Be§ uur en en Plaatfeiijke Rechtbanken, benevens dcMiA 4  C & ) histcrs van alle deze Collegien, de Crimineele Officieren, derzelver Subfiituten en Suppoosten, de Profesforen en LecHoren op de Hoogt en lllustre Schooien der Republiek, en zodanige Studeerende jongelingen, welkt van buiten de Bataaffche Republiek op de Hooge Schooien van dezelve zich ter voltrekking hunner Studiën bevinden, dt Lteraaren der onderfcheL dene Kerkgenootfchappen, de Plaatfeiijke aangejlelde Schoolmeesters, en die op publieke autkoriteit eenig enderwijs geven, alle Lijf en Huisbedienden die tot den Perfoonlijken dienst alleen behoor en, en inwoonen lij de geerien welken zij dienen. Alle die in het laatst afgelopen Jaar uit ArmenRasfen zijn bedeeld geworden; omtrent de geenen, die in publieke Gcftichten worden onderhouden, wordt gerefereerd tot het 15. Hoofddeel, mitsgaders tot zodanige nadere bepaalingen, als door het Vertegenwoordigend Lickaam bij het invoeren van het Generaal Armen-Befluur zullen worden vast gefield: Alle, die om verkwisting, wangedrag of gebrek aan verjlandelijke vermogens onder Curateele flaan t ook die onder een Rechterlijk Decreet in /laat van befchuldiging gefield zijn, of voor eerloos worden gehouden. En zullen boven dien, des begeerende, worden vrijgefteld: Allen, die daartoe het recht verkreegen hebbende% werkelijk in de Genees-, Heel- en Vroedkunde Pracïijk peffenen. Ook de Schippers en Voerlieden van Veer en, op publieJte autkoriteit aangelegd, benevens alle vasts Knegtss 6". De uiiluiting echter van den Wapendienst der Leden en Ministers van Gemeente Beftuuren; ftrekt zich niet uit tot Plaatfen, alwaar twee Compagnien of minder zullen gewapend zijn. . Dezelve zullen des verkiezende aldaar tot alle Posten bij  ( 9 ) bij het Plaatfelijk Corps verkiesbaar zijn, of daar in kunnen blijven fungeeren, 7. De Gemeente Beftuuren zullen tot deeze Infchrijving Register moeten houden, overeen komende met de lijsten van Registratie, in onderfcheiden Colommen, na de bijzondere gevallen ingerigt, volgens een model of voorfchrift, daarvan aan dezelve, door of van wegens het Uitvoerend Bewind toetezenden. 8. Deeze Registers zullen, ten allen tijde, accuraat en in behoorlijke order moeten gehouden worden; terr dien einde zullen jaarlijks de nieuw aangekomene, welke in de termen bij de Wet (volgens Art. 1. van dit Hoofddeel bepaald) vallen, en bij Art. 4. daarvan niet worden uitgezonderd, door het Gemeente-Beftuur in de maandNovember opgelopen, en geadfifteerd door de Gecom mitteerdens uit de gewapende Burgermacht, daar toe van wegen het Uitvoerend 2fcw/«^gequalificeerd, in voorfchreve Registers als Wapenvoerende Burgers worden ingefchreeven, waartoe zich dan ook op dien tijd alle die genen kunnen aanmelden , welke genegen zijn hunnen dienst, uit waare Vaderlandsliefde vrijwillig te leenen, zullende de aanvang van den dienst, altijd gerekend zijn op 1 Januarij, en het uiteinde daarvan met ultimo December. 9. Een ieder, die verzuimd mogte hebben, aan zoodanige oproeping te voldoen, zal van wegens het Gemeente Beftuur worde bekeurd in een boete van twaalf guldens, en andermaal worden geciteerd, doch bij herhaalde weigering of verzuim tot drie maaien, de laatstverbeurde boete telkens worden verdubbeld, die desnoods bij Executie van zodanig onwillig Inwoonder voor de Plaatfeiijke Civiele Rechtbank zal worden vervolgd door zodanig Perfoon, als daartoe volgens de Wet zal zijn bevoegd. Iemand door ziekte, afwezigheid van Huis of diergelijke wettige redenen belet geweest zijnde, zich aan te geven, of op de citatiën te Compareeren, en daar van behoorlijk en ten genoegen van het Gemeente-Beftuur A 5 doendfr  ( 10 ) doende blijken, zal van alle poenaliteiten worden vrijgeiproken. 10. Die na de derde Citatie niet compareerd, zal worden aangemerkt als een Inwoonder, die zich aan Pachten der Maatfchappij onttrekt, dien ten gevolge zal Hij, op de Lijst van Requifitie worden gefteld, zo als zulks bij Art. j 7. van dit Hoofddeel is bepaald. 11. De Gemeente Beftuuren zullen de ingevulde Rcgiftratie Lijsten onverwijld aan den Colonel, welke in het Departement tot de Düeétie over de Gewapende Burgermacht zal zijn aangelleld, toezenden, ten einde daarvan dat gebruik te maken het welk hem bij zijne Inftru&ie door het Uitvoerend Bewind zal worden voorgeichreeven. > / a. De Colonel zal met aöfiftentie van zodanige Offieieren der dienstdoende Burgennacht, als hij voor ieder Plaats daar toe hetgefchikst oordeelt, dadelijk naden ontfangst der Rjgiftratie Lijsten, het Plan maken tot afdeeling der geregiftreerden in Corpfen der bijzondere Clasfen. tot den Wapendierist vereischt, welk plan van afdeeling hij ter approbatie aan het Uitvoerend Bewind ten fpoedigften zal inzenden. «3. Bij deze Afdeeling word voornamelijk in 't oog gehouden, dat op kleine Plaatfen, alwaar geen voegzaam Corps of ten aHevminften een meer dan övercompleete Compagnie kan worden gewapend, de organifarie tot den Plaatfelijken Dienst zonder expres daartoe te neemen Beiluitvanhet Uitvoerend bewind, niet zal worden ingevoerd, . 14. De Colonel zal bij de Afdeeling van de geregiftreerden alle de zodanigen nog van de Lijst mogen ïoijeeren, welke hem ongeschikt tot den Wapendierist voorkomen , doch de redenen van deze verkhooning op de Lijst ter approbatie van het Uitvoerend Bewind moeten fioteereen. Behoudens aan een ieder t welke zich door de befihik'kingvar. den Colonel oawaart rnogt rekenen, het regt van beklag, aan elk Ingezeten in alk gevallen competeer,nde. 15. Dez»  f II J 15. Deze Afdeeling zal door het Uitmtf-énd Bewind. ten ïpoedigiten met deszelfs aanmerkingen of approbatie aan den Colonel "weder worden ingezonden, die, ingevolge zijnen last, de Inwoonders, die tot den Dienst zijn gedestilleerd, bij Biljetten zal oproepen tot die Clasfe in den Wap?hdienst, waartoe zij zijn afgedeeld, en met welke verordening of verdeeling een ieder genoegen zal moeten neemen. Die na gedaan onderzoek gronden tot bezwaar vindt. % zalzich daarover aan den Ccmmisfaris van hit Departement kunnen adres feer en', welke het verfchil zal vereffenen, of'duor zijne uitfpraak, daaromtrent op zijne verantwoordelijkheid finaal beflisfen. 16. leder Plaatfelijk Corps zal zo dra het behoorlijk is georganifeerd, en de Wapens aan hetzelve zullen zijn uitgedeeld, op een door den Colonel van het Departement te bepalen tijd, in de Wapenen komen, en na Militair gebruik, in plaats van Eede, worden gebragt onder navolgende belofte: tVij beloven trouw aan het Bataaffche Volk, gehoorzaamheid aan de Wet en onderwerping aan hun , die in den Wapendienst boven ons zijn gefield. Deeze Belofte zal op eene plegtïge wijze Jaarlijks, na de regfiratie, worden vernieuwd. 17. Daar het de wil is van het Bataaffche Volk, dat 'er eene Gewapende Burgermacht, (de Nationale Troupen daaronder begreepen) ter verdediging zijner Vrijheid en onafhanglijkheid, zal beftaan, en hetzelve ieder Burger, zonder onderfcheid, onder de verplichting heeft gebragt» tot dat einde de Wapenen te dragen, en zich op de rol der Wapenvoerende Burgeren te doen infehrijven, zal hij i die zich daar van onttrekt, of de oproeping daartoe achtervolgens de Wet niet gehoorzaamd, op een Lijst van Requifitie worden gefteld, om wanneer s Lands belangens een Completeering of verfterking der Nationale Gesoldeerde Armée vorderde daaronder te worden getrokken, te»  C Ï2 ) ten einde met en benevens dezelve het Vaderland te dienen, daar, waar, en hoedanig zulks zal worden gevordert. Terwijl hij daar en boven zal geacht worden, sis iemand die zijn Vaderland geen goed hart toedraagt, en altoos zal verjioken blijven van het bekleeden van Posten van Befluur, of het waarneemen van eenig Ambt. — De tijd en wijze van dteze Requifitie bepaald het Vertegenwoordigend Lichaam, op voordragt van het Uitvoerend Bewind. 18. Wanneer de Colonel van het Departement, ofte ook de Gecommitteerdens tot de regiftratic, mogten vermoeden , dat in een of meer plaatfen verzuim van aangeving of kwade trouw in de opgeving der Jaaren mogte hebben plaats gehad, zullen op derzelver Verfoek, de Gemeente Beftuuren verpligtzijn, eene omfchrijving Huis aan Huis te laten doen, waarbij Extraéten der Doop Registers of eenig ander valabel bewijs zullen kunnen worden gevordert. 19. Zevenjaarige Dienst als Gewapend Burger, naden 1 Januari) 1795 zal tot verfchooning verftrekken van den Plaatfelijken Dienst en oeffening in de Wapenen: ieder Gewapend Burger daar van doende blijken, zal, zulks begeerende, een Billet van honorabel ontflag van de Capitein zijher Compagnie, en een Officier zijnde van deLicutenant Colonel van zijn Bataillon worden uitgereikt, en ook op dit bewijs vangeprasteerden Dienst van de verhoging, volgens Art. 8. Hoofd. 1. op de algemeene belasting voor beveiliging gefteld, voor altoos worden ontheven Bij eene meer algemeene oproeping, om den Nood van het Vaderland, of een gedeelte van hetzelve, kan hij deswegens niet worden verfchoond, maar blijft hij onder de algemeene verpligting der Wet VIER-  C 13 ) VIERDE HOOFDDEEL. Over de Inrichting der Plaatfeiijke Gewapende Burgermacht. Art. 1. De Plaatfelijk Gewapende Burgermacht zal beftaan uit Infanterie; verdeeld in Grenadiers, Fufeliers, Jagers en Artilleristen, ais mede in Cavallerie, deze verdeeling zal door het Uitvoerend Bewind, of deszelfs Agent van Oorlog, op voordragt van ingezondene confideratien van den Colonel, met de Departeraentaale Directe belast, worden gereguleerd, naar mate zulks met de Plaatfeiijke belangens, in overeenkomst met het algemeen belang het beste , of nodig zal worden geoordeeld, zullende altoos door den Colonel of Chef der £ Brigade, een ieder tot één der refpective Diensten worden afgedeeld , onder approbatie van het Uitvoerend Bewind. a. Die Inwoonders dus, welke volgens Art. 1 en 2, van het 3 Hoofddeel in Plaatfeiijke dienst onder de Wapenen worden gefteld, zullen bij de Organilatie, conform 'het voorgaande Art. worden afgedeeld in halve Brigades, Battaillons, en Compagnien, op gelijke wijze, als de Nationale Troupen, en zullen de halve Brigades, Battaillons en Compagnien, ook in fterkte aan dezelve (in een compleeten ftaat gerekend) ten minfte gelijk zijn* omtrent al het welke de bepalingen bij het Reglement voor de Nat onale Troupes, (zo als hetzelve beftaan, of nader zal worden gearrefteerd) moeten worgeobferveerd, in zo verre de locaale omftandigheeden zulks niet volftrekt verhinderen, 'tgeen mede omtrent de Cavallerie, waar die beiiaat zal plaats hebben. 3. Aan den Chef der | Brigade, zal, dien onvermindert, een Adjudant Major, met den rang van Capitein worden toegevoegd, die denzelven in de Adminiftratie en Directie van zijn Corps zal adfifteeren, en den dienst als zijn Secretaris tevens zal waarnemen. 4- Bij  C 14 ) 4. Bij de Staf van eik Battaillon zal een Corps Mufica men worden aangeftcld, van niet minder dan 7, en n:.t oieerder dan 12 Pcrfconen, die met rang als bij de ftaande Année zullen dienst doen. Doch hier tegen zal bij ieder Compagnie, niet meer dan één Tambour worden aangefteld, met uitzondering van zodanige Piaatfen, waar maar eene Compagnie beftaat , ten zij zulks bij een of ander Battaillon , of halve Brigade buiten eenige kosten van den Lande wierd .gevonden. 5. Het Corps Muficanten zal altoos geattacheerd blijven aan zodanige Plaats, alwaar de meeste Compagnien Van het Battaillon zich bevinden; doch, bij afvuuringen , ook bij andere nabij gelege Compagnien van het Battaillon moeten adfifteeren. 6. Voor ieder Battaillon zal tot zodanig Corps Muficanten kunnen worden gedisponeert over eene fomme van /qco- o- o, omtotTra&ementen te verftrekkenvoorde Peribonen, daar toe geëmploijeerd, aan te ftellen door de Raaden van Administratie, op voordragt van den Lt. Colonel; zullende bovendien de Inftrumenten en Mufiekftukken aan zodanig Corps, van 'sLands wege worden gegeven. De Raaden van Adminittrarie, zorgen voor de behborli ke directie en inrichting dezer Corps. 7 In Piaatfen alwaar een geheel Battaillon werkelijk in Plaatfelijken dienst word gefteld, zal zodanig Battaillon door twee Veldftukken worden gedekt, en het beÜodig ie aantal Artilleristen, met de daartoe behoorende Officieren, fpèciaal totdat Battaillon worden geaffecteerd; 8. Wanneer de Plaatfeiijke oriiftandigheden zulks toelaten, zal daar, waar een Batraifon dien onvennindert kan blijven beftaan, ook een Compagnie Jagers georganifeerd en fpèciaal, ter dekking van zodanig Battadlon, Worden geaffecteerd. 9. In Piaatfen echter, alwaar Compagnien Jagers en Artilleristen worden georganifeerd, zullen deze beide In-  i »5 ) Infanterie den dienst bij de Exercitiën tot dekking van. bet Battaillon beurtelings vcrngten, en geene appa^te Corpi'en daartoe geaffecteerd worden. VIJFDE HOOFDDEEL. Over de Verkiezingen. Art. ï. De Colonels zullen' door bet Uitvoerend Be-. r;* borden benoemd uit de Lieutenauts Coionels en lSi i - er i.alve Brigade^ waarbij de vacature is gevallen^ uls mede uit de Officieren der Jager Co'i-fen boven t " r; ng van Ü.pitein in 't zelfde Departement georganifeerd. De Lieutenants-Colonels zullen door hetzelfde Bewind uit de Majors en alle de Capiteinen van het Battaillon waarin de vacature plaats heeft, gelijk ook de Majors uit alle de Capneiren verkozen worden. a. Hiertoe zal de oudften LieutenantColonel, bij vacature van een Colonel of Chef der halve Brigade , en de Chef der halve Brigade, bij vacature van een Lieutenant Colonel of Major, dadelijk aan den Agent Van Oorlog daarvan kennis gevtn, en ter vervulling van den Post van Colonel overzenden de Lijst van de Lieutenants Colonels en Majors der halve Brigade. — Alsmede van de Officiers der Jagers in hetzelfde Departement georganifeerd, die den rang boven Capitein bekleedt n. En, ter vervulling van een Lieutenant-Cojonel- of Majors-plaats , de Lijst van de Majors, benevens de Capiremen van het Battaillon, waar in de vacature is gevallen; zullende deeze Lijsten moeten inhouden den ouderdom van iaaren, als ook van Dienst, omtrent allen die daarop zijn gefteld. 3. HetUitvoerend Beyrind zal, zo veel mogelijk zich doen  C is ) doen informeeren van de waare verdienden der individueele Perfoonen, op deze Lijsten geplaatst, en, bij de bepaling van derzelver keuze, Militaire talenten r braafheid en ijver in den dienst zo wel als onbefproken Patriottifche conduïten, boven ouderdom in Jaaren en dienst den voorrang geven. 4. Den Adjudant Major die den Colonel, volgens Art. 3 van *t Hoofddeel zal worden toegevoegd, zal de Colonel zelve, onder approbatie van den Agent van Oorlog, mogen aan en afftellen, de keuze daar van doende, uit alle de, in rang van Capitein, gepenfioneerde Officieren van den ftaat, welke op zijn voordragt aan den Agent van Oorlog, van wegen het Uitvoerend Bewind, tot de waarneming van dien post des noods, op verbeurte van derzelver penfioen zullen worden gerequireerd; aan welke Perfoonen echter, wegens den dienst dien zij bij den Colonel tevens als Secretaris zullen moeten waarnemen, boven en behalven derzelver penfioen, een Tra&ement van ƒ400-: - zal worden toegelegd. 5. Op dezelfde wijze zullen de Lieutenants Colonels der Battaillons uit de gepenfioneerde Lieutenants» Sous Lieutenants, Vaandrigs of Adjudanten, ieder bij zijn Battaillon, een Lieutenant-Quartiermeester kunnen aan en afftellen, en deze zijn Penfioen tot 800-: - worden gefuppleerd. Ook zullen zij op gelijke wijze, een Adjudant mogen benoemen, het zij uit de Gewapende Burgermacht, het zij uit de gepenfioneerde Officieren der Armée , op den voet als zo even van den Lieutenant-Quartiermeester is gezegd, en zulks voor zo verre geen bekwame Perfoonen, daartoe, onder de plaatfeiijke Corps gevonden v/orden. De voordragt daar van zal mede gefchieden aan het Uitvoerend Bewind} hetwelk de Requifitie zal doen, op  C *7 ) op gelijke wijze", "als in het voorgaande Articul is bepaald; ..;eetende de Adjudant in alle gevalle een jaarLjksvh Traeieineiit van / 700-:- tot welke Somma zijn Tractomeut als gepeniioneerd Officier zal worden gefuppeerd. 6. Bij Battaillons, die zodanig uit den anderen inverfpbffieude piaatfen veripreid liggen, dat de Adjudantgdierist daar door aanmerkelijk word verzwaard zal het Uitvoer nd Bewind,

gen verfchonen, en op zijne verantwoordelijkheid dezelve niet zonder behoorlijk voorafgegaan examen en als overeenkomftig zijne waare bevinding afgeven, zonder daar voor iets te mogen declareeren of ontfangen, zuilende geene andere Atteftatiën hoe ook genaamd worden gerefoeéteerd. 16. De Doétors of Chirurgijns-Major zullen in den rang als bij de Armée worden aangefteld op een Tractement van ƒ200- :- De Chirugijns op een Traétement van / 100-: - en voor geen Lapdoozen mogen declareeren dan alleen in gevalle een gewapend Burger in den dienst door een of ander toeval een wonde van een aanmerkelijk belang mogt bekomen hebben, die op 'sLands kos; en zal worden geneZert. 17. In piaatfen waar een halve Brigade compleet word georganifeerd, zal een Tamboer Mtjor, met rang van .Serge mt-Major bij de £ Brigade worden aangeitéld, en door den Colonel uit alle de battaillons Tamboers worden B a Yer-  C to ) vei kozen, mirs de vcreischte bekwaamheid, bezeerde. De Burlailbns-Tamboers, met rang van Sergeant, zullen doof ue Lieutenants-Colonels uit alle de Tamboers van het Battaillon worden verkozen: 18. Bij alle vcrkieziiigen of formeering van Nominarien, zu len ook de Officieren en Onder Officieren moeten tegenwoordig zijn en zorg dragen, dat dezelve behoor]•.«., volgens de hiérbij gemaakte bezaaiingen gefchieden, echter voor'zó Verre zij deel in de geformeerde Nomina, tie hebben gehad, of in de keuze uit de te formeere Nominatie zullen hebben, kunnen. zi| hunne flem bij de Conipugnieniut ukorengeu, col: za': de hoogde in rang ps el ent geweest Zijnde Officier, na hét' iffoóperi eer gedane ''ccv $ Nominatie, feliriftelijk, met ovcrzèndmg der V érbaaléö, u var van kennis te geven aan den Raad van Adm^mftrajtie en Discipline, en aan den Commandeerende Officier van 't Corps of Battaillon, en deeze Jaatfte om :i vv ' aar. en Colonel of Chef der halve Brigade. i- Alle Vacatures zullen binnen den tijd van ééne maand worden vervuld. ao Hiertoe zal de Commandeerende Officier der plaatfel,k- Gewapende Burgermacht van iedere Vacature, van den hoogtijen tot den minften rang, dadelijk aan der; Raad van Admihiftratie en Discipline kennis geven, ten einde zorg te dragen en toetezien, dat aan 't voorenftaande Art. word voldaan. si. De Oproepingen van Compagnien, tot hetformee» ren van eene Nominatie, of om uit eene I\cmi;iatie de verkiezing te doen gelchieden, op last van den Raad van Aumuuftrare en Discipline, door den Capitein der Compagnie, of bij Vacature van dien Post, door den Commandant van 't Battaillon, of Plaatfelijk Corps, en mag niemand, (uitgezondert de. Officieren met hun Zijdgeweer) bij deze oproeping gewapend vcrichijnen. aa. Alle. Stemmingen, zq tot Nominatien, als dadelijks  C *» ) Jee verkiezingen, zullen op de plaats der bijeenkomst, <;oor de Gemeénte-Beftüuien aantewijzen, bijbdlooteBüL;:en gelchieden, dooreen ieder me?, zijn Naam onderteekend. D e niet kunnen fchrijven, zullen aan een der Officieren, welke het opzicht bij die verkiezingen hebben, den Naam van den géènen, dien zij begeëreh te ftemmen'I opgeven, welke Officieren op hunne verantwoordelijkheid zullen verplat zij.;, d:en i\aam, m r .;en door wien dezelve is opgegeven, op een Billet tc fchrijven, en nair behooren toegevouwen, betz^ve voorrs aan zodanig Burger, voor wien hij zulks verricht, door hem geteekend, ter hand ftellen, die, daarmede zelf zijn item zal inbrengen. — De afweezig zijnde,, zullen moeten genoegen nemen, met de keuze door de prefecten uitgebragt. 23. Niemand zal zich van de Oproepingen tot het formeeren van Nominatien, of daar uit te doene keuzen, mogen onttrekken, of deswegens verfchoond worden, dan om ziekte, of andere wettige redenen, ter beöordeeling van den Raad van Adnnmftratie en Discipline, ingevalle van verzuim of willekeurige afwezigheid, zal de Poenale Wet, op zodanig Burger worden geappliceérd, die, voor verzuim van Dienst of Exercitie, Reglementair door het Uitvoerend Bewind zal worden gearreiteer d. 24. Alle verkiezingen zul'en bis volftrekte meerderheid der prjefente Leden gefchieden, bij gebreeke waar van over de twee, die de meeste ftemmen gehad hebben, zal worden herftemd, en wanneer bij de eeifte of vo gende ftemmingen de ftemmen fteeken, zal het lot bèflisfen. 25 Geen Officier, Onder-Officier, of Gewapend Burger, zal bij de infehrijving, benoemen, of aanfteliing, toe den aan hem opgedragen Post, mogen bedanken, voor en aleer hij zijn zeVenjaarigen Dienst zal heb . en volbragt: - wanneer iemand vermeend, wettige redenen tot verfchooning te kunnen bijbrengen» zal zulks ftaan, B 3 ter  C *2 ) ter beflisfing van de Raden van Adminiftratie en Discipline , en omtrent aanftelhngen boven den rang van Capitein, aan het Uitvoerend Bewind, up het bericht en conüderatien van den Agent van Oorlog, Die zich aan deze bcjlisf-nge met onderwerpt, zal genicht worden als een tnwoonder , die de IVet veracht , zich aan de plichten der Maatjc/iappij onttrekt, en het Vaderland een kwaad hart toedraagt: en daardoor vallen in de termen der poenale Wet, voor idie geenen, welke hunnen Dienst aan het Vaderland weigeren , gefitttuëerd. ü6. Officieren, of Onder-Oiiiceren, tot Leden van eenig Plaatfelijk, Departementaal, Nationaal Bejfoiur, Rechterlik Collegie, of anderen Post, welke van den Plaatfelijken Dienst verfchoond, 'verkoozen wordende, zullen, wanneer zij hunnen ti'd in zodanig Belhiu, hebben uitgediend, -in geen minder rang, (om hunnen zevenjarigen Dienst ouder de Wapenen te vervullen) worden aangefteld, maar zo lang van den Dienst z jn ontfiagen, tot dat zij in den rang, dien zij hebben bekleed bij de Gewapende Burgermacht van haare woonplaats kunnen invallen, of boven dien rang worden verkoozen. 27, De Raden van Adminiftratie en Discipline, zullen dadelijk na de verkiezing van Capiteinen en m.ndere Officieren, exacte Naamlijsten van degekoozene doen formeeren, waarbij de Doop of Voornamen duidelijk moeten worden uitgedrukt, en dezelve aan den Cuionel, die in het Departement de directie heeft, doen geworden, met de Verbaalen b j het formeeren der Nominatie, en gedaane keuzen, door de oudfte prefent geweest zijnde Officier opgemaakt, en aan hun geiuppediteerdzullende gemelde Raden, de gedane keuze conform het Reglement bevonden hebbende, deze Stukken bovendien aan den Agent van Oorlog inzenden, ten einde de Brevetten of Aétens van aanftelling aan het Uitvoerend Bewind voortedragen, en vervolgens te duen expediëe- ren,  C *3 ) ren, zullende ook van alle aandellingen, ontflag of aftreedingen, mede dadelijk door gemelden Raden, aan de Plaatfeiijke Gemeente-Beduuren worden kennis gegeven. 28. Hoe zeer bij de verkiezingen van Officieren en Onder-Officieren, in allen rangen de opklimming volgens dit vourfchrift zo veel mogelijk en met de verdienden beftaanbaar word geobferveerd, zal niettemin de vierde Vacature van Colonel, Lieutenant Colonel of Major volftrekt gereferveerd blijven aan het Uitvoerend Bewind, zonder dat hetzelve ter vervullinge eenige opklimming zal behoeven te obiérveeren, maar tot emulatie in den Dienst, daartoe zodanige Officier uit de Gewapende Burgermacht mogen aandellen, als zich, door een uitlteekend gedrag, moed, en buitengewoone bekwaamheid verdicnftelijk zal hebben, gemaakt, of meer dan gemeene proeven van Militaire talenten kan geven. 29. Insgelijks zal de zesde Vacature van een Capitein, en de tiende Vacature van ide of 2de Lieutenant gereferveerd blijven aan den Colonel in ieder Departement, op voordragt van den Lieutenant Colonel van het Battaillon daar de Vacature is gevallen, om op dezelfde wijze de keuze alleen na verdienden, uit de Onder Officieren of Gewapende Burgers te doen, die, indien daaronder de zulke gevonden worden, welke zich verdiendelijk hebben gemaakt, of blijken hebben gegeven van meer dan gewoone gefchiktheid, tot de waarneming van zodanige Posten, als Capiteinen of Lieutenant zullen worden aangedeld, zonder de rangen daar beneden gepasfeerd te hebben. En beide gevallen, bij dit en 't voorgaande Art. gemeld, zullen ook die geenen in aanmerking komen, welken in tenigen hoogeren of minderen rang bevoorens onder de Gewapende Burgermacht gedknt hebbende, en tot een Post van Beft uur geroepen gemest zijnde, in laatsgemeldequa}iteit hebben gedefungeert, altijd echter met in V ooghou4ing van uitfteekende bekwaamheid en verdienficn. B4 ZES  C M ) ZESDE HOOFDDEEL. Over het Bcjiuur der Gewapende Burgermacht. i. De organifatie der plaatfelijk Gewapende Burgermacht, en het arrefteeren der Reglementaire bepalingen , betrekkelijk de detaüs van haaren Dienst, en de noodige ceffenmg derzelve in den Wapenhandel, zal door het Uitvoerend Bewind worden geëffectueerd en geregeld. i. Het oppertoezicht over de inftandhoudine en hetbeftuur der Gewapende Burgermacht, zal gedemandeerd worden aan den Departcmentaalen Commisfaris van het Ui$voerendBewmd, die, ingevolge hiervan, behoorlijk zal acht geven, dat dit Reglement in alle declen worde naargekomen, en elk en een iegelijk in zijne onderfcheidene betrekKingen, aan de daarbij gemaakte bepalingen voldoe; — waartoe hij bij ïnftructie van wegens het Uitvoerend Bewind zal worden verpligt. 3. De nodige Geldmiddelen tot de daarftelling en infiandhouding dezer Nationale Burgermacht, de betaling van defronementen der Officieren en andere Geëmploiieerders, de Wapenrusting voor allerlei Clasfen en Rangen deExërcitienenDienften, volgens deze inrichting, alsmede de onkosten der Adminiftratie en Discipline worden uit 's Lands Casfe betaald, waartoe het Uitvoerend Bewind aan het Vertegenwoordigend Lichaam jaarlijks eene bcgrootinpinzend, in de onderfcheide objecten gecksfificeerd. ° 4. Om 's Lands Casfe in deze, voorde Vrijheid Aan den Staat, en waarborg der Vrijheid, zo nodige uitgaven eenigzins te onderfteunen, en alle de Ingezetenen inftaat te ftellen, ook aan de vervulling dezer Maatfchappelijke plichten iets toe te brengen, offchoon het nietmogelijk is, den Ongewapenden iets op te leggen in genoegzame evenreheid der verdienften dier geenen, welke zich tot befcherming van het Vaderland leenen, zal ieder manlijk hoofd, door de ganfche Republiek, 18 Jaaren oud zijnde, en daar boven  C *5 ) boven, 'welke niet onder de Wapenen den Dienst werkelijk praaiieerd, of geen zeven Jaaren in de Burgerwapening den Dienst heeft waargenomen, te rekenen na i Januarij 1705-, bij de algemeene belasting, welke volgens het CCX. Art. der Staatsregeling in werking moet gebragt worden, op eene evenredige verhoging dezer opbrengst voor de algemeene beveiliging, die hij in de Maatfchappij geniet, worden gefteld. Zullende echter aan alle Ingezetenen der Republiek, welks zedert den jaare 1795 als V/apenvoerende Burgers hunnen Dienst aan het Vaderland hebben beweezen . en op zulke plaat zen woonen, alwaar op den voet van dit lieglement geene Plaatselijks Gewapende Burgennaiht word ingevoerd, zo veel tijds worden toe en aangerekend, als deeclv: werkelijk hebben gediend, en alleen voor zo veeleijd, als daar aan ontbreekt, en langer- niet, de bij dit Reglement bepaalde Contr-ibuliè'n behoeven te betaalen; zullende hij, die vermeenen zal, in de termen van dit Articul te vallen, verpligt zijn, een behoorlijk getuigfehnft van zijne beweezen dienst te produceeren, ten genoegen van de Raden van Adminiftratie. 5. De Agent van Oorlog, onder wiensordres, beftuut en gezag de Nationale Burgermacht in de eerfte plaats, in naam van het Uitvoerend Bewind, ftaat, zal zorgen voor de behoorlijke Wapenrusting der onderfcheiden Corpfen, in derzelver verfchillende Clasfen, zo dat dezelve zij van behoorlijke foliditeit, ten meesten nutte en gemak van den Dienst, zo veel mogelijk, ingericht, en de Geweexen nagenoeg' van een caliber. 6. Voornoemde Agent zal de Plaatfeiijke Corpfen mede doen voorzien van alle de behoeften tot de Exercitiën, zo van Kruid, loste Patroonen als andere noodwendigheden; als mede van een bekwaamen voorraad fcherp, zo voor de Infanterie en Jagers als Artillerie, als bij voorkomende omftandigheden tot den Dienst zouden kunnen vereischt worden. B 5 ?• ^ül"  ( 26 ) 7. Omtrent dit alles zal hij aan den Colonel, in het Departement met de Direétie belast, zodanige Reglementen voorfchrijven, waardoor een matig gebruik van alle die behoeften worde in acht genomen, en alles behoorlijk worde verantwoord. 8. Alle Penningen, die voor eene of andere uitgaven, tot den Dienst der Gewapende Burgermacht zijn geaccordeerd, en in naturadoor de Corpien zelve moeten betaald worden, zullen bij Ordonnantiën woulen overgemaakt aan aan den Chef der halve Brigade, die daar van de distributie doet aan de Lieutenant Colonels der Battaillons, welke aan de onderfcheidene Raden van Adminiftratie, tot derzelver Battaillons behoorende, daarvan de uitkeering zullen doen, voor de aan dezelve geaccordeerde fommen, tot betaahng der nodige onkosten, waarvan de Lieutenant .Quartiermeester bij ieder Battaillon de boeken zal houden en de verrekeningen van gemelde Raden, onder toeziet van den Lieutenant Colonel, examineeren en liquideren» zullende de Raden van Adminiftratie van de ontfangenê Penningen, drie Quitantien aan den Lieutenant Colonel afgeven, waarvan dezelve twee zal afzenden aan den Chef der halve Brigade, en deze laatfte een van die Quitantien, met een generaale Quitantie van den ontfangst, voor Zijn geheele Corps, aan den Agent van Oorlog, ter verantwoording van het gebruik, en de prompte expeditie dier Penningen. 9. Omtrent alles wat de Administratie betreft, ftaan deze Raaden verantwoordelijk aan den Lieutenant-Colonel van ieder Battaillon, die deswegens weder verantwoordelijk is aan den Colonel van het Departement. Omtrent de Discipline ftaan zij op zich zeiven, en hebben ten richtfnoer de Wet, welke mede bepaalingen maakt |n cas d'appél van een gefiaagen Vonnis. 10. De organifatie dezer Raaden zal zijn geè'venredigd naar de fterkte der Corpfen, en georganifeerd naa de plaatfeiijke omftan&gheden. u i0  ( *7 ) 11. In piaatfen echter daar een Battaillon , of niet minder dan 4 Compagnien, beftaan, zullen zodanige Raaden beftaan uit den Major, twee- Capiteinen, één ifte Lieutenant, één tweede Lieutenant, één Sergeant'of Bombardier, één Corporaal en één gewapend Burger. Bij alk Raaden van Adminijiraii* en Discipline zullen de Lieuienant-Ouartiermeesters als Secretarisjen fungeerén. leder rang doet op zich zdve de keuze van een dubbeld tal uit zijn rang tot dc Nominatie dezer Rader. Uit iedere Compagnie wordt een Kiener benoemd: .de benoemde Kiezers maken te faamen eene Nominatie van twee gewapende Burgers: hier uit doet de Colonel van het Departement de keuze op voordracht van den Lieutenant-Colon l. 12. In Plaatzen daar meer dan een Bataillon is georganifeerd , zal ieder Battaillon zodanig een Raad nebben voor de Adminiftratie. En voor de Discipline uit ieder dezer Raaden worden gecommitteerd, een Major, een Capitein, een ifteLieutenant, een Corporaal of Schutter; en bij twee Battaillons uit de beide Raaden, bij toerbeurte, een Sergeant, welke dus als Raaden van Discipline over het gantfche plaat-, felijk Corps zullen zitten. 13. De Colonel heeft in alle Raaden van Administratie en Discipline, in zijn Departement georganifeerd, de vrije toegang en zitting, en viiie van alle Papieren, Boeken en alles wat tot de Adminiftratie behoord, zonder das daarin echter zijn ftem in computatie kan komen. Insgelijks ook de Lieutenant-Colonel bij de Raad van zijnBattailon. 14. De Raaden van Adminiftratie en Discipline leggen in handen van den Colonel af de hier navolgende Belofte: Ik beloon, als Lid van den Raad van Administratie en Discipline, de belangens der gewapende Burger* wacht, met de meeste accuratesfe en vlijt, als een mart van eer te zullen behartigen ; de meest- bejlaanb^are zui-  ( *8 ) zuinigheid te zullen in het oog houden; de Reglem»nten, op de Burgerwapening gemaakt, en nog te maaien, te zullen naürkomen en handhaven; en agterv Igends dezelve een goede krijgstucht te zullen hewaaren. Dit belove ik op mijn Burgertrouw. 15. De Gemeente-Beftuuren zullen verplicht zijn, de voorfchreve Raaden, voor plaatfeiijke rekening, éeh géfchikt Locaal, tot het houden van hunne Vergaderingen^ als mede een Locaal tot een Provoost, benevens een Ammunitie- of Wapenkamer, te verzorgen; het benoodigde Vuur en Licht zal aan de Raaden van Adminiitratie en Discipline, zo hiervoor, als bij de Winter-Exercitiën, vereischt wordende, in hunne rekening aan den Lande te doen, worden gevalideerd. ZEVENDE HOOFDDEEL. Over de Subordinatie en Discipline. Art. ï. Daar bij eene geregelde Gewapende Macht, zal zij de wezentlijke waarborg der Vrijheid en der inwendige rust en ordre zijn, eene ftriête Subordinatie en Dis» cipline, in al het geen den eigentlijken Wapendienst betreft, een onontbeerlijk vereischte is, zal deze, zowel bij de Plaatfeliike Gewapende Burgermacht, als bij die, welke tot dadelijken Dienst des Vaderlands geroepen is , zeer ftiptelijk moeten worden geobferveerd. 2 De Plaatfelijk in werking gebragte, zo wel als de tot dadelijken Dienst des Vaderlands geroepene, Gewapende Burgers, zullen dus ten fterkften verplicht zijn, hunne Onder-Officieren en Officieren, en deze wederom hunne Superieuren, in alles wat den Wapendienst betreft, ftiptelijk, en zonder eenige tegenipraak, te gehoorzaamen, en eene volftrekte Militaire Subordinatie, geduurende den Dienst, in acht te nemen. 3- Hoezeer «iemand, zo lang hij onder de Wapenen is,  ( 29 ) fc * de gegeveti order van zijn Superieuren in den Dienst, mag beöordeelen, of weigeren naar ce komen, en evenzo h in zich tegen ontfangeue correctie mag verzetten, maar gèb lorzaamheid zijn hoofdplicht is, zal niettemin ieder Gew pend Bur er bij den Capitein van zijn Compagnie, en alda'ar geen v Idoening krijgende, bij de R:iden van Atiroiniftratie en Discipline, zo dra hij uit de W ipenen zaï zvu gekomen, zijne bezwaaren mogen inbrengen, die Jez< 3 verzuilen beöordeelen en daar over u^tfpraak aoen. 4. Alle infubordinatie, ongehoorza unaeid en andere misdrijven, in den Dienst begaan, zuden door de Raden ven Ad.' h.iftivtie en Discipline, met Huisarrest, Provoost, Degradatie en Casfatie worden geftraft, overeenko.iift.geei. Reglement van Discipline, voor de Plaatfeiijke Gewapende Burgermacht, op voordragt van het Uitvoerend Bewind, door het Vertegenwoordigend Lichaam gearresteerd. 5. Hier toe zal bij elke Raad van Discipline door het Uitvoerend Bewind, op voordragt van de n Raad van Admimmiftratie, een Auditeur Militair, in den rang als bij de ftaande Armée, worden aangefteld, die voor zodanige Raden, int: evolge de Wet, recht voor begaane misdaaden zullen moeten vorderen.'Deze Auditeurs Militair zullen van den pêrfoneelen Dienst zo wel als van de voor de beveiliging op de algemeene belasting geftelde verhooging bevrijd .zijn, en daarenboven jaarlijks, voor elk Battaillon, waar zij de voorzeide functie waarnemen, als Tractement, genieten vi;f honderd guldens, zohdéf voor Vacatiën, Schrijfloonen, of onder welke beuaaming anders iets te mogen in rekening brengen. 6. De Colonels der halve Brigaden, zo wel als de Lieutenant Colonels der refpective Battaillons, zullen moeten toezien en zor^e draagen, dat de alzo aanteftellen Auditeurs Militair behoorlijk hunnen plicht betrachten, en, ingevolge de Wet, recht vordeteu: zullende de refpec- ÜV9  ( 30 ) tive Raden vnn Discipline, indien de Auditeurs Militair iöócèteffveflclaarenJ tenopziehte van de aan hun iangegeven Militaire misdrijven, geen grond tot een Actie te Vinden, bevoegd zijn dezelve, daarvoor termen vindende, tot het vervolgen dier misdrijven te gelasten. AGÏSTE HOOFDDEEL. Over de Exercitiën. Art. ï. De Exercit cn en Manoeuvres der Plaatfeiijke Gewapende Burgermacht, zullen aldjd gefchieden op dezelve Wijze, als bij de Nationale Troupes der Repubhek. r i. Ten einde de Plaatfeiijke Gewapende Burger Corpfen in Haatte Hellen, om aan derzelver eigentlijke beftemming te kunnen voldoen, zullen op zodanige Piaatfen of bij zodanige Corpfen, daarbij derzelver oprichting onder de Oihcieren en Onder-Offkieren, jreenc Perfoonen gevonden worden welke den Dienst, en de Exercitien , naar den aart den reipect ve Corpfen genoegzaam grondig verft.ian, om andere daar in te inftrueeren voor een bepaalen tijd Exercitie Meesters uit de Armée worden gedespicieerd, grondig m die Clasiè van Wapenhandel trv.aren , waarm zij Dienst doen, welke zich voornamem zullen toeleggen, in den korst mogelijken tijd dé Offöieren en On..er Officieren te bekwamen, ten einde deZelve in ftaat te ftellen hunne Manfchappen te dresferen waar voor aan dezelve, boven hun tractemenc, eene buitengewoone gratificatie door het Uitvoerend Bewind geëvenreedigt naar den fterkte der Corps, welke zij inftrueeren , zal worden toegelegd. 3 De Inltructie voor deze Exercitie Meesters alsmede .de Reglementaire bepaalingen, de Daails der Exercitiën en de tijd de oeffening betreffende, zullen door het Uitvoerend Bewind worden gearreftterd. 4. De  ( 31 ) - 4- De Gemeente Beftuuren zullen verpligt zijn, tenf diende van hunne Gewapende Burger Corpfen, de nodige Joeaalen, zo wel voor de Zomer als Winter Exerci-. tien , voor Plaatfeiijke rekening te verzorgen. NEGENDE HOOFDDEEL. Ovtr de Plaatfeiijke Wagten. Art. i. De Plaatfelijk Gewapende Burger Corpfcn zullen door geen nodeloze dag, of nagt Wagten mogen gefatiqueerd worden. Ingevalle van vrees voor vijandelijke aanval, offtooring ; der rust, zal de Commandeerende Officieren, op de re> quifitie van het Gemeente Beftuur, of hoogere Geconftir tueerde Magt, zodanig aantal Manfchappen de Wagt of r Wagten doen betrekken, als hij, ter afweering van het , dreigend gevaar, ofte verzekering der rust en veiligheid ; zal nodig oordcelen, en zal hij, in alle gevalle tot handS having der Politie, uitvoering der Wetten en maintien van het wettig gezag van het Gemeente Beftuur. aan het zelve alle mogelijke adliftentie verleenen. 2. Plaatfeiijke omftandigheden het doen der Wagten» i noodzakelijk makende, zullen de Gemeente Beftuuren aan : het Uitvoerend Bewind, daartoe, met'opgave der rede: nen, de authorifatie vragen, edoch, wanneer een dadelijke voorziening noodzakelijk is, zal de commandeerende Officier, in afwagting van het befluit van het Uitvoerend Bewind, aan de requifitie van het gemelde Beftuur voldoen. 3. Bij deze opgave der omftandigheden, welke het doen . der Wagten Plaatfelijk noodzakelijk maken, zullen de Gemeente Beftuuren, de Plans en Verdeeling, tot de waarneeming van zodanigen Dienst, bij forme van een Regie-' ment, gemeenfchappelijk met den Raad van Adminiftra¬ tie  ^3 ( 32 ) tie en commandeerende Officier, vervaardigd aan het Uitvoerend Bewind, ter approbatie, of alteratie voordragen 4. Deze Wr.gten voor zo verre die alleen betrekking hebben tot manuien der Politie, zullen wanneer zodanige Piaatfen met guarnifoen worden bezet, des niet te min coor de Gewapende Burgerij blijvefi geoccupeerd, ten waale het-Gemeente Beiluur op voordragtvah den Burger, of Militaneii Commandant, rnogt goedvinden, daar in verandering te maken, immers voor zo verre door of van wegens Uitvoerend Bewind, daaromtrent geen andere ichiklingen zullen worden gemaakt. ' S 5. Zoodanige Plaatfeiijke Dienst doende Gewapende Burgermac ht zal daar, waar Guarnifbens bezetting is, niets met GuarmioeusDienst gemeens hebben, zo lang zij daar toe ter adliftentie der Militaiic, niet word gerequireerd, blijvende dus het bezetten der Posten, en bewaaring der Sleutels van dezelve ter verantwoording van den Commandant van "t Guarnifoen, edoch de Plaatfeiijke Burgermacht, mede tot den Guarnifbens Dienst gerequireerd ■ wordende, zal die Officier, welke de oudfte zoinran<^als anciënniteit van Dienst is, 't zij Burger of Militair als Commandant der Plaats Dienst doen en de Sleutels der Poorten onder zijn verantwoordjng hebben: weerkeerig,zullen zij egter elkanders Rondes en Patroelies refptéteeren, .zonder wederzijds de Wagten of Posten te mogen infpecteeren, of vifiteeren, en van alle verzameling van Gewapende Manfchappen tot Exe'citien als anderzints, zullen de Militaire en Burger Commandanten, elkander Wederkeerig kei nis geeven. . 6. Burgers en Militairen vereenigd ageerende, zo in de waarneeming van Guamifocns Dienften, als tot herftel der rust, zullen worden gecómmandeert, zoals bij Art q. van;het tweede Hoofddeel is bepaald. • 7' j11^1111611 van ^and zal de Commandeerende Officier der Plaatfeiijke Burgermacht, daar van kennis doen gee*'f  t 3< J> geeven aan den Commandant van 't Guarnifoen, endezéö, laatften, tot de bezetting van den Brand geen diens presteeren, dan voor zo veeljvan denzelven door den Commandant der Gewapende Burgermacht buiten de Detachementen tot zijn adfiftentie mogten worden gercquireerd, welke onverwijld zullen worden gedetacheerd, en als dan alleen ageeren onder de ordres van de Commandanten der Gewapende Burgennacht. TIENDE HOOFDDEEL Over Alarm, ingeval van Oproer3 Brand, of Vijandelijke aanval Art. i. Ieder Plaatfelijk commandeerend Officier zal gehouden zijn, om behalven de Plaatfelijk bepaalde ordinaire loopplaatfen, in cas van oproerige beweeging of vijandelijken aanval, zodanige Vergaderplaatfen aan de; Gewapende Burger Corpfen te doen aanwijzen, als hij totfpoedige bijeentrekking derzelven, in die gevallen, het meest gefchikt zal oordeelen. 2. De plaatfelijk Gewapende Burgers zullen verpligt zijn , dadelijk bij het eerfte Alarm of Brand-fein, hec zij bij eenige wanorde oproerige bewegingen, Brand, of andere gevallen, op de hun aangeweezene Vergaderplaatfen in volle Wapenrusting op te komen, en zich ftiptelijk gedragen naar zodanige Reglementen, als hier omtrent Plaatfelijk bepaald zijn, of nader zullen bepaald worden. 3. De commandeerende Officier der Gewapende Burgermacht, zal, in cas van geftoorde publieke rust, en oproer, ageeren, op last van de geconftitueerde Macht der Plaats, alwaar zulks mogt ontftaan, of van het Departementaal Beftuur, waar onder die Plaats is resforteren.fle, van welke hij eene fchriftelijkc order zal kunnen  ( 34 ) 'Vragen, die hem niet zal mogen geweigerd worden :intusfchen zal hij echter verplicht zijn, om, ingeval van oproerige beweegingen of ook wel buiten dezelve, molest aan Perfoonen of Eigendommen gepleegd, of kennelijk gevreest wordende hetzelve kragtdadig tegen te gaan, en des noods mer geweld te keeren, of ichoon hij daartoe de orders der geconftitueerdè Macht, nog niet rnogt hebben ontfangen , wordende in zodanige gevallen, de Commandeerende Officier der Plaatfelijk Gewapende Burgermacht, voor het AL of NIET ageeren verantwoordelijk gefteld. _ 4. Ingevalle de commandeerende Officier, van zodanige Plaats, alwaar het Oproer is.cntftaan oordeeld, hetzelve met de onder zijn bevel (taande Burgermacht, niette kunnen ftuiten, zal hij na daartoe, van het Departementaal of Gemeente Beftuur authorifatie te hebben gevraagd, en ingevalle hetzelve door het Oproer rnogt bezet zijn, of eenig verwijl zoude kunnen fchaden, op zijn eigen authoriceit, aan de naastgelege Plaats om adfiftentie van Gewapende Burgers, of Nationale Troupes vragen, welke dadelijk zal moeten verleend worden, 5. Zoodanige Burgers welke bij Tumultueufe beweegingen of Oproer afweezig blijven , te laat komen of zich te vroeg abfenteeren, zonder daar voor wettige redenen (ter beoordeling van den Raad van Adminiftratie en Discipline) te kunnen bij brengen, zullen moeten befchouwd worden als Trouwelozen; door voormelden Raade, tot zoodanige Straf worden gecondemneerd, als bij de Wet van Discipline zal worden bepaald. 6. Gewapende Burgers, welke zich geduurende het Oproer, wederftreevig aan de orders van hunne fupeneuren gedraagen, zich feitelijk daartegen verzetten, de Muitelingen, door gebaarden, woorden of daden r aan-  ( 3? ) aanmoedigen, ofte hun plicht geheel vergeetende, tot dezelve overloopen, zullen op ftaanden voet geaïresfteerd, in hcgtenis gebragt en den gewoonnen Rechter overgegeven worden: zullende tegen dezelve, als medeplichtigen aan het Oproer, naar bevind van zaken, worden geprocedeerd. 7. De bepalingen bij Art. 5 en 6 gemaakt, zullen ook . van Acplicatie zijn, omtrent zodanige Gewapende Burgers, welke zich, ingeval van vijandelijken aanval, aan plichtverzuim fchuldig maken. 8. In eenige Plaats of Diftrid Oproerige beweginge ontftaande, of Vijandelijke aanval gefchiedende, of een van beiden met grond gevreesd wordende, zullen de Gemeente Beftuuren, daarvan onverwijld kennis geven, aan het Uitvoerend Bewind, en het Departementaal Beftuur met Informatie van de maatrcgulen, tot demping of afweering in het werk gefteld, ten einde dezelve in ftaat te ftellen de verdere maatregulen, in die gevallen vereischt wordende, ten fpoedigften te kunnen in het weïk ftellen, de Departementale Beftuuren, zullen gelijkelijk verplicht zijn, het Uitvoerend Bewind dadelijk te informeeren 9. De gevallen bij Articuï 3,4, g, 6, 7 en 8 plaats hebbende, zal de Plaatfelijk commandeerende Officier, hier van dadelijk per Expresfe, en wel zo fpoedig mogelijk , kennis geven aan den Lieutenant Colonel van het Battaillon, zo het op een plaats gebeurd, daar geen Battaillon bij eikanderen is, en in allen gevallen ook altoos aan den Colonel van het Departement. ELFDE HOOFDDEEL. Over de Manier van Procederen. Art. 1. De Raden van Adminiftratie en Discipline £ a zul-  C 35 > zullen oordeelen over Plichtverzuim', fouten en misdrijven van de Leden der Plaatfelijk gewapende Burgermagt, gelijk mede over gefchillen, tusfchen twee of meer Leden, welke door de Plaatfelijk commandeerende Officier, niet hebben kunnen worden bijgelegd, mits echter die Misdrijven of gefchillen, den Burger Wapendienst betreffen, en anders niet. 2. Onder dit Praetext zullen dus geene zaken aan de Cognitie van den gemeenen Rechter onderworpen, daar aan worden onttrokken: — de Raad van Adminiftra. tic zal zich daarmede niet inlaaten, of door eenige decifie, den gewoonen Rechter in de Cognitie en Judicature van het geen hem betreft, kunnen verhinderen. 3. Zo dra een Lid, der Plaatfelijk gewapende Burgermacht door den Burgerhjken Rechter in verzekerde bewaaring.is genomen, zal door denzelven daarvan dadelijk worden kennis gegeven, aan den Commandant der Plaatfelijk gewapende Burgermacht, die de Communicatie daarvan doet aan den Raad van Adminiftratie, en wordt zodanig Burger, van dat oogenblik af, gehouden in zijn dienst te zijn gefuspendeert. 4. .Tot eenige infameerende Straf verwezen wordende , zal de gewoone Rechter, den Raad van Adminiftratie , onder welker Judicature zodanig gedetineerde, als Gewapend Burger behoord, intijds kennis geven, dat de Misdaad van den Gedetineerden bevonden wordt, van zodanigen aart te zijn, waardoor hij, een Infameerende Straf niet kon ontgaan, wanneer op last van den Raad van Adminiftratie en Discipline, zijne Wapenrusting en Monteering dadelijk van zijn Huis zal worden afgehaald, en hij, uit den Burgerlijken Wapendienst worden gecasfeerd, waarvan de communicatie van wegens gcmelden Raad voor 't front van 't Corps- op de gewoone Paradeplaats, zal gegeven worden, alwaar ook dan zijn Monteermg, en 't geen daartoe behoord, voor dat dc Gedefileerde zijne Straf ontfangt, word verbrand. 5. Vrij  C 17 ) 5. Vrij gefprookcn wordende, zal zijne fuspenfie, dadelijk, met het ontllag uit zijn Arrest ophouden, zonder dat daar uit, eenig nadeelig gevolg, ten zijnen opzichte zal mogen worden getrokken. 6. De Straffen waartoe de Raad van Adminiftratie en Discipline zal condemneeren, zullen beftaan, in Huisen Provoost-Arresten, met of zonder accés en Casfatie. 7. Ook zullen de Colonels, of commandeerende Officieren van een Bataillon of Compagnie, eenige ftraffen voor kleine misftappen in den Dienst begaan, kunnen opleggen. Al het welke bij 't Reglement van Discipline zal worden bepaald en geregeld. 8. Corpfen of Detachementen van Gewapende Burgermacht, om den Nood van het Vaderland opgeroepen, en als zodanig Militairen Dienst doende, in Guarnifoenen, Campementen of Cantonnementen, alsmede daar toe op marsch zijnde, zullen als dan geoordeeld en geftraft worden, naar de Militaire Wetten, voor de Nationaale Troupes in Dienst van den Staat, en in zodanige gevallen, ook uit de Gewapende Burgermacht, door het Uitvoerend Bewind, zodanige Burger Militaire Krijgsraad, als zulks voor de Armée van den Staat gebruikelijk is, worden benoemd. TWAALFDE HOOFDDEEL. Qnt^ de Wapening, en V geen daar toe betrekking heeft. Art. 1. De'Plaatfelijk Gewapende Burgermacht zal, «aar den aart van dezelver bijzondere Clasfenvan Dienst, cn onderfcheide Rangen, van Landswege, op dezelfde wijze worden gewapend en geëquipeerd als de Nationale Troupes in Dienst der Republiek. C 3 e; Der*  C 38 ) ft. Derzelver Gevveeren en verdere Wapenrusting, zullen worden ingericht, naar een zo veel mogelijk ge. lijkvormig model, en de Geweeren, zo vanFufeliers als Jagers, moeten zijn van een gelijk caliber, en ten meeste nutte en vaardigheid van den Dienst gefchikt-. 3 Niemand zal zijn ontfangen Geweer, anders, dan bij de Exercitiën of andere Wapendiensten mogen gebruiken , en hetzelve in behoorlijke orde, op zijn eige kosten moeten onderhouden, en doen repareerenj doch wanneer bij de Exercitiën en Afvuuringen, of anders in den Dienst, buiten zijn toedoen, eenig gebrek daaraan ontftaat, zal zulks ten kosten van den Lande gemaakt, en in orde gebragt worden. 4. Bij elk Battaillon zal een Vaandel zijn, gefchildert, met driecouleurige Vlammen, en een EikefikranS in het midden, waarin tot een divies zal worden gefteld, voor het Vaderland, en de Wet. 5, Iedpr Gewapend Burger, zal zijne Wapenrusting ontfangen, tegen behoorlijk door hem geteekend recepis aan de Capitein van de Compagnie ter hand te ftellen, die (ieder voor zijne Compagnie) deze Recepisfen in behoorlijke orde zal bewaaren; Eu zal nimmer een Gewapend Burger zijn Acte van ontflag kunnen verkrijgen , zonder deeze Wapenrusting in behoorlijken ftaat te hebben gerestitueerd, waar tegen zijn Recepis aan hem zal worden terug gegeven ; — bij zijn overlijden, of bij t verlaten der Plaats zijner Inwooning, zal de W;;pemusting van zijn Huis worden afgehaald , en wanneer eenig ftuk tot zijn .Équipagie, of Wapenrusting beboerende, word vermist, zal hij door de Raad van Adminiftratie, tot de bctaaling van een compleete Wapemiisting worden gecondemneerd, en het Gemeente Beftuur op aanzoek vangcmelden Raad, de Pennin* gen daartoe vereisclit, des noods, van zodanig Burger, of zijne Erven, bij executie invorderen. 6. Daar  < 39 ) 6. Daar het niet mogelijk is op eenmaal, de gairfche Plaatfeiijke Burgermagt, naar een verbeterde mngting van egaaïe Wapenen, te voorzien, zal het Uitvoerend Bewind de voorhanden, en bij de Gewapende Burgermap' thans ia gebruik zijnde Wapenen , doen opneemen, de daarvan meest gefchikte en van een zo na morelijk egaal ealiber, tot provifioneel gebruik onder de Plaatlelijke Burgercorps doen verdeden, voor zo verre dezelve het eigendom van het Gemeene Land, of van , eenig voormalig Gewest mogten zijn. • En voor zo verre het Eigendommen zijn, van Steden, Corporatie*, of Particulieren, daaromtrent tot Huur of overneming, zodanige Engagementen kunnen afgaan ah hetzelve, ten meesten voordeele van den Lande, Ml •yermeenen te behooren. 7 De pcenaliteiten, omtrent het behoorlijk m order houden en gebruiken der Wapenrustingen, waartoe de Vilitatien, zo Compagnie, als Battadlons wiizezuDea gefchieden, worden Reglementair door het Uitvoerend' Bewind geregeld eh bij de Wet van Discipline bepaald. DERTIENDE HOOFDDEEL; Over de Uniforme en Kleding. Art r De Plaatfeiijke gewapende Burgermacht, zal onder'de'Wapenen zijnde, op een egaale wijze zo m Couleur, Stoffagie, als maakzel, voor Landsrekenmg van inlands gcfabrifeerde Goederen zijn gekleed.- 2 Tweemaal in de zeven Jaaren zal aan een dienstdoende gewapend Burger, van den aanvang van zijn dienst af, op den voet van dit Reglement, zodanig een Monteering worden uitgereikt, als hier m de volgende Articulen breeder ftaat omfchreven. o Het Uitvoerend Bewind zal de nodige Reglemen- °' B 4 t?4re  C 40 ) tairc bepaalingen maaken, dat die Monteeringen in behoorlyke order blijven geconferveerd, en niet buiten den dienst kunnen gebruikt worden. 4. Voor zodanige Montering van ieder Sergeant Cor- toegeftaan, Veerug Guldens, waaromtrent hft Uitvoe. rend Bewind, de nodige fchikkingen zal maken ten einde ten meeste voordeden van den Lande er op de meest uniforme wijze in de aanfehaffing van zodanige Montering worde voorzien ^oiwmge tot5de1!nn^//fflCierenZUlIcn' Van d^n hoogfte rang, za mLden Vn ^,3? S!*0 van derzelver werk! zaamheden, zo tot de Adminiftratie der Corpfen als voor de onkosten der Monteringen en Distinc^ TeW • alsmede voor den aankoop van Boeken, om zich in den Dienst te bekwamen, bij wijze van jaarhjkTTractement worden gedef royeerd, waar voor de HoofioSS ven den Rang van Capitein op hun eigen kosten dï Dienstte Paard na behoren eeèauir* én S ■ , n . 6. .De bepalingen v^icïtt£ 3lS de Gabelle agter dit RegSnSS 7. De Tambour Major, Mufikanten, Tambours en Halvemaan Blaazers, zullen boven de daar bij bepaalde Monteeringen en DütiSe ^eicenen van Landswege ontfangen 8. Deze Kleeding zal voor de Grenadiers en Fufeliers i ng met blaauwe Broek, wit Vest, en zwarte Stron- fVe ÏSiS? *f\M^° of Koopere Knoopt * Ve9s't v^Sf ^ j8f? Zd Z1'Jn een korte Buis e* vest, van donker groen Laken , met groene Voering en onder hetS' ^ ™*>ek alfeenPamalonftot ~ ^ 10. De.  ( 4' ) io. De Kleeding der Artilleristen, zal zijn éendonker blauwe Lakens Buis met blauwe Voering, dito Vest en Broek, alles metgeele Knopen, de Broek gemaakt, als. die der Jagers, en dito halve Stropkouzen. i i. De Hoeden zullen na één Model opgetoomd zijn, de Jagers en Canonniers zullen de Hoeden van agteren alleen opgezet, en voor nederhangende draagen. Op alle Hoeden zal een zwarte Cocarde van Paardehair, even als bij de Armée, worden gezet: Officieren en Onder-Officieren zullen deze Strik op de Hoed met een Goude Lis na distinctie der Rangen, aan een geele Knoop verbinden; de Jagers alleen zullen groene Cqcarden hebben. 12. De Kleeding der Officieren, en Onder-Officieren, zal in alles zonder eenige uitmonftering gelijk zijn aan die der overige Burgers van die Corpfen, waartoe dezelve behooren, deze zullen echter zich niet aan de qualiteit der Stoftagie, maar aan de Couleur moeten bepalen. Officieren der Jagers en Artilleristen, zullen geene Puizen, maar heele Rokken en ook driekante Hoeden dragen, en alle Officieren zullen met heele Laarfen Dienst doen. Ook zullen de Officieren, en Onder-Officieren, met Jasfen of Overrokken mogen Dienstdoen. Alle derzelver Rokken en Jasfen zullen naar een gelijk model gemaakt moeten zijn. VEERTIENDE HOOFDDEEL. Over de DistinEtive Teekenen. Art. i. De Epaulettes, Dragons, en Distinrétiën in dezelve, zullen, voor de Officieren der Gewapende Burgermacht dezelfde zijn, als die der Nationale Trour pes, alléén zal in derzelver Epaulettes van Goudzijn,het C 5 geen  C 4* ) geen bij de Armée Zilver gewerkt is; ook ztdlen de Epaulettes van de Officieren der Artillerie van de overige onderfcheitkn zijn., 2. De Sergeanten, Majors, cn eerfte Bombardiers, zullen twee Goude Epaulettes, met twee toureu Goud Boillon, de Sergeanten en Bombardiers, twee Gouden Epaulettes met een Roode Streep en één Tour Goud Boilïon hebben. 3- De T ambour Mijors en Mufikanten zullen twee Gouden Zwaluwnesten, met Rood Laken bekleed, hebben: de Tambour Majors, zullen daarenboven, een Rood Wit en Blauw FÏuweele Bandelier, over den Schouder hebben, met twee Ebbenhouten Stokken met Zilver beflag, als mede een Stok met een Zilvere Knop, met een Roode Witte, en Blaauwe Zijde Kwast.' 4. De Corporaals Fouriers, en Corporaals der Fufeliers zullen twee Roode, Witte en Blauwe Epaulettes hebben van Saaij of Kemelshair, met dito Franje; en de Fufeliers, een diergelijke Epaulette op den linker, en een contra Epaulette op den rechter Schouder. 5. De Corporaals Fouriers en Corporaals der Grena» diers zullen twee Roode Zijden Epaulettes hebben en de Grenadiers twee diergelijke van Saaij, of Kemelshair. 6. De Jagers zullen in alles gelijk zijn aan de Grenadiers, dog in het Groen, het geen bij deze in het Rood is. 7. De Artilleristen zullen twee Roode Epaulettes hebben als de Grenadiers, doch met een Zwarte Ruit. 8. De Dragons zullen Rood Wit en Blauw zijn voor allen gelijk. 9. De Bataillons Tambours zullen driecouleurige Zwa • luwnesten op de beide Schouders hebben, met Gouden Franje. 10 De Tambours der Grenadiers, Fufeliers, en Artilleristen, zullen Zwaluwnesten op de beide Schouders dragen, van Couleur als de Epaulettes der Compagnien, tot welke zij. behooren, met driecouleurige Kemelshaire Franje. ü. Da  ( 43 ) ■ ii. De Hoornblazers zullen twee groene Kemelshaire Epaulettes dragen, met Goud geborduurde Hoorns, of Waldhoorns daarop. ; 12. De Officieren , in Functie zijnde, zullen in Dienst een Echarpe dragen,., even als de Officieren bij dp ftaande Armée. VYFTIENDE HÖOFDDEE L. . Over de Aanmoediging van den Wapenhandelonder het aankomend Gejlagt, als een^ Hoofdvefëischte eener goede Republicainfche Opvoeding. Het Vertegenwoordigend Lichaam des 'Bataaffchen Volks, overtuigt van de wezenlijke nuttigheid, die in het aanmoedigen van den Wapenhandel, onder de aankomende Jongelingfchap, vooral ook onder die, welke in de publieke Gedichten worden opgevoed, gelegen is, doch tevens de moeijelijkheid bezeilende, om daar omtrent algemeene fchikkingen, die voor iedere bijzondere Plaats even gefchikt zouden zijn, te bepalen, laat aan het Uitvoerend Bewind over, door middel van den Ao'ent van Opvoeding, met overleg der Departementale en Gemeente Beftuuren, als mede der Verzorgers en Opzichters van zodanige Geftichten, die middelen te beramen, als zij meest dienftig zullen oordeelen, om den lust tot deze zo nuttige oeffening zo veel mogelijk voort te planten; vertrouwende dat het Bataaffche Volk, even overtuigd van de noodzakelijkheid, om het opkomend Geflagt aan te vuuren en tot den Dienst des Vaderlands en der Vrijheid bekwaam te maken, elk in zijne betrekking , alles zal aanwenden en toebrengen, wat ter bevordering van dit heilzaam doel zouden kunnen ftrekken. ■ , Het  C 44 ) Het Vertegenwoordigend Lichaam deeze bepaalingen omtrent eene Gewapende Burgermacht, op de gronden der Staatsregeling vastgefteld hebbende, referveerd aan zïch, agtervolgens derzelver macht, die zodanig te interpreteeren, of op Voordragt van het Uitvoerend Bewind te altereeren of amplieeren, als hetzelve zal verineenen ten meesten nutte van de Gewapende Burgermacht, en ten algemeene beste van het Bataaffche Volk te kunnen verftrekken. TA?  i Ai ) *£ A B £ L, fas ytofe TraStemtnten, die jaarlijks zullen betaald worden voor Montiering«n en Equipagie, als mede voor het onderhoud van Paar* den voor de Officieren, boven den rang van Capitein, aankoop van Boeken en Defroij'meuten voor de waarneming van den Dienst, te* gens 8 halve Brigades, 4 Bataillons Jagers, en 4 Bataillons Artillerij, alsmede van de voste Traktementen voor Tambours ■ Major t Muzicanten, Tambours en Hoornblazers. 8 Chefs der \Brigades af 1800-0-oieder ƒ 14400 - o - o 8 Adjud. Majors boven derzelver Penfioen a ƒ 400-0-0 ieder ...... jaco-o-o A4 Lieutenant Colonelsa ƒ800-0-0 ieder - 19100 - o - q 14 Majors a ƒ 700 - 0-0 ieder .... - ióSoo -0-0 24 LuicenPiKs Quaniermeestersboven derzelver Penfioen Jt ƒ 450-c-o iader . - 10800 -0-0 24 Adjudanten a ƒ 700-0-0 ieder . • - 16800 -0-0 216 Capiteins a ƒ 150-0-0 ieder . . - 32400 - o - O 432 eerfte en tweede Luitenants a ƒ 100-0-0 ieder , .... - 4320° -0-0' 14 Tamboers Majors a ƒ 100-0-0 buiten Monteering . ... - «400 -0-0 De Doclors of Chirurgijns Majors a ƒ 200-0-0 ieder, de Chirurgijnsa 103-0-0 ieder, beide gerekend tegens 24, doch waar over de nadere bepaaling aan het Uit» voerend Bewind word overgelaaten . - 7100 - o - a i\6 Tamboers kfjo 0-0buiten Monteering - 1080P . o - e Voor 24 Corps Muzicanten a ƒ 900-0-0 voor ieder Corps, onder refcrve als bij JSet Reglement bepaald , • • « - 2i6o fchrijviug zal hebben bekomen. En zullen alle de daar bij dienstdoende Officieren en verdere Geëmployeerden, tot zo lange, op derzelver ver-  C 48 ) verantwoordelijkheid, in hunne refpe&ive Posten blijven fungeeren. _ 3. Insgelijks zullen de Raden van Adminiftratie en Discipline derzelver werkzaamheden tot zo lange blijven waarneemen, en van haare verantwoording, ook naar derzelver disfolutie, niet zijn ontüagen, tot dat door haar op requifitie van het Uitvoerend Bewind, volkomene rekening en verandwoordingzal zijn gedaan , aan die genen, welke tot de opneming daarvan door het Uitvoerend Be« wind zullen worden gecommitteerd, en zij deswegens zullen zijn gedechargeerd. 4. Van alle Distinctive Tekenen, welke als nog onder bewaring der Raden van Adminiftratie en Discipline, of eenige andere Commisfien van Directie mogten berusten, en dus nog niet aan Officieren of andere Gewapenden Burgers zijn uitgereikt, als mede van alle zodanige Distinctive Tekenen, Ornamenten, Mufiekftukken, Inftrumcnten, of Monteeringen, welke aan Tambour-Majors, Tambours, Muzikanten'en Hoornblazers reeds in gebruik gegeven zijn; zullen zodanige Raden of Commisfien Inventarisfen overzenden aan den Colonel van het Departement, en zodanige Distinctive Tekenen, Ornamenten, Muziek-ftukken, Inftrumenten of Monteringen , op hunne verantwoordelijkheid overgeven, of doen overgeven, zo als, wanneer, en aan wien zij daar toe zullen worden gelast, ten einde bij de nieuwe Wapening daar van ten meesten voordeele van den Lande, een nuttig gebruik zoude kunnen gemaakt worden. 5. Zij zullen meede aan den Colonel van het Departement inzenden de Lijsten der Wapenrustingen en Amunitie, met den ftaat daar van, zo die nog onder hunne berusting zijn, als die onder de Manfchappen zijn gedistribueerd, met eene opgave, welke, en hoe veele aan het gemeeneLand, een of ander voormalig Gewest, bijzondere Stad, of Corporatie, in eigendom behoren, en die onder zodanige bewaring ftellen, ak, en in zo verre 3ïj, irj naam van het Uitvoerend Bewind, door den Co- lo:  ( 49 ) Jonelvanhet Departement, daar toe zullen worden gelast. Tot die alles, zullen de Officieren der Plaatfeiijke Burgermacht, die tot hiertoe den Dienst hebben waargenomen, aangem. Raden, de behulpzaame hand bieden. 6. Ook zullen zij aan den Colonel van het Departement, opgave doen van alle zodanige contante Penningen, Boeken, Papieren, en alles wat tot derzelver Adminiftratie heeft behoord, als mede een ftaat dei fchulden van het geweze Corps, of ook wel aan zodanige Commisfien of Perfonen, als daar toe zullen worden benoemd, en alles in behoorlijke orde en op haare verandwoordelijkheid overgegeven, zo en wanneer zij daar toe zullen worden gelast. 7. Deze Raden van Adminiftratie en Discipline, als mede de beftaanhebbende Gewestelijke Commisfien, zullen een behoorlijke opgave aan den Colonel van het Departement inzenden der Jaren, over welke Contributien voor de Gewapende Burgermacht, het zij Stedelijk, het zij Nationaal, door haar zijn geheven of geïnnet geworden, met de globale opgave van het Montant der Opbrengst van elke Contributie en de prEecife bepaling van de Plaats, of het DiftricT:, alwaar die is geheven, als mede hoe verre die zich heeft uitgeftrekt. 8. Uit de opgaven, Art.4.en 5. gemeld, zal de Colonel van het Departement, met zodanige Gecommitteerden, als benevens hem tot de organifatie zullen worden Gecommitteerd, de distributie doen der Wapenrustingen , Ammunitie of Distinctive Tekenen aan nieuwe georganifeerde Corpfen, alles echter onder verantwoording aan den Agent van Oorlog, 9. Daar ingevolge Art. 1. het derde Hoofddeel van het Conftitutioneel Reglement voor de Gewapende Burgerjnacht jaarlijks bij een expres daar toe te nemen Decreet door het Vertegenwoordigend Lichaam, de Jaaren moeten worden bepaald, welke iemand verpligten tot den D Dienst  Dienst als Gewapend Burger, zo zullen alle die geenen, welke 18 Jaren oud, en gehuwd zijnde, geen 28 Jaren of ongehuwd geen 35 Jaren ten vollen hebben bereikt, tot den Dienst der Burgerwapening worden ingefchreven. 1 o. Deze infchrijving zal in alle de Departementen te gelijk worden aangevangen, en wel voor eerst met die piaatfen, daar de meesten aanleg, ijver en gefchiktheid onder de Ingezetenen tot den Wapendienst wordt gevonden, of daar een Gewapende Burgermacht heeft beftaan, of werkelijk nog Corpfen worden gevonden. li. Hier toe zullende Gemeente-Beftuuren, door of van wegens het Uitvoerend Bewind worden aangefchreeven, met opgave der Perfoonen, die door gemeld Bewind zo tot Colonels in de Departementen, als mede tot Gecommitteerdens ter adfiftentie van deMunicipaliteitentot de Registratie voor ieder Plaats of DistricT: zijn benoemd. 11. De Colonel zal voor ieder District of Plaats aan het Uitvoerend Bewind, de daartoe gefchikfte Perfoonen voordragen, en zal dienvolgens de Regiftratie of infchrijving genoegzaam op alle Piaatfen der Republiek te gelijk kunnen gefchieden, ten minften, daar, om een of andere redenen, niet mogte geoordeeld worden eenig uitftelhier van noodzakelijk konde zijn. 13. De infchrijving zal in dezer voege gefchieden, dat door iedere Municipaliteit bij Publicatie zullen worden opgeroepen alle Ingezetenen, die onder haar resfortwonen, binnen de hier vooren bepaalde jaaren vallende, om zig, op een daarbij te bepaalen tijd en plaats te fisteeren tot de infchrijving van de Municipaliteit en meergemelde Gecommitteerdens, en welke infchrijving als dan zal gefchieden, in de form, en met vermelding van alle zodanige omftandigheden, als het Uitvoerend Bewind zal voorfchrijven, en welke oproepingen bijj Wijken of gedeeltens zullen worden ingerigt, zodanig, dat de afloop der Rigistratie, binnen den kortst mogelijken tijd worde ge-  ( 5' ) geëffectueerd: te gelijker tijd zullen alle die geenen, wel • ke in zodanige opgeroepen Wijk woonen, die, offchoon zij niet in de jaaren tot den Dienst gerequireerd, zijn begreepen, egter als Vrijwilligers tot den Wapendienst begeeren ingefclvreeven te worden, zich aangeeven, en voor zo verre zij reeds Dienst gedaan hebben, aan devereischtens, bij het Reglement daaromtrent gevordert, kunnende voldoen, aangenomen, en als Vrijwilligers ingeichreeven worden. 14. Geene Atteftatiën van Doftoren of Chirurgijns over Lichaams gebreeken, waar mede iemand zoude vermeenen te kunnen worden veri'choond van op de RegistratieLijst gebragt te worden, zullen worden aangenomenj maar een ieder daartoe reden hebbende, zodanige Atteftariën moeten produceeren van Doétoren of Chirurgijns, welke daartoe door den Colonel van het Departement zullen worden opgegeeven, tot tijd en wijle de Chirurgijns-Majors en Chirurgijns plaatfelijk zullen zijn benoemd. 15. De Colonel van het Departement zal zig van tijd tot tijd, naar den voortgang der Registratie door-de Gecommitteerdens in onderfcheide Piaatfen daartoe benoemd, doen onderrigten, en alle bezwaaren of hindernisfen, die zig daaromtrent voordoen, zo veel mogelijk uit den weg te ruimen, en deswegens omtrent zaaken van aanbelang, van den Agent van Oorlog, de nodige ordres vraagen. 16. Wanneer de Colonel de Lijsten der Registratie zal hebben ontvangen, zal hij daarover het Plan van verdeeling tot de Wapening in de onderfcheide Clasfen maken, en die aan het Uitvoerend Bewind ter approbatie inzenden. 17. Wanneer volgens deze Lijsten blijkt, dat in eenDepartement meerdere Manfchappen, dan tot eene halve Brigade Infanterij, met het vereischte getal Jagers en Artilleristen, zo uit hoofde der daartoe bepaalde jaaren, als Vrijwilligers, zijn ingefchreeven, zal het Uitvoerend Da Be-  C 5- ) Bewind dat getal reduceeren over 't algemeen of bepalen m welke Piaatfen nog niet zal worden Gewapend: en dit alles overeenkomftig 's Lands belangens, zonder m alle Departementen juist aan een halve Brigade, wat het meerdere betreft, zo volftrekt gebonden te zijn- den voorraad van Wapenen met die alles in't oog houdende ib\ Die geenen, welke dus niet dadelijk na de Registratie., worden Gewapend, zjn daar door niet ontilagen• maar kunnen, zo dra het Uitvoerend Bewind van den nodigen voorraad van Wapenrustingen zal zijn voorzien, dadelijk opgeroepen worden. 19- In Piaatfen, alwaar een Bataillon is georganifeerd geweest en hetzelve door een Corps Artillerie Set 2. of 4- Veldftukken was gedekt, of ook door ééne of twee Compagnien Jagers, en alles in behoorlijke order word bevonden; zal geen verandering of verfchikking dezer Manfehappen tot de onderfcheidene Clasfen van Diensplaats hebben, als alleen voor zo verre zulks moet nodiV' zijn, om zodanig Corps in de formatie op dien voet te r??' J&fï dC Wet W01'd bcPaald; ~ te Officieren en Onder-Ofhcieren echter daarbij aangefteld, zijn ontHagen, en worden deze Posten op nieuws, ingevolge dit algemeen Reglement van Introductie, vervuld 20. De keuze der Officieren bij de Introductie dezer Wapening, bij geene mogelijkheid kunnende gefchieden naar het voorschrift van het Reglement, zal de Colonel bij zijne geprojecteerde afdeeling overzenden een dnedubbeld tal Perfoonen, welke hij rit de geenen, die ut 23 nT3Pf S5f* Zijn inS^chreeven, of zich daar toe vrijwillig hebben aangeboden of actueel in de Gewapende Burgermacht dienstdoen) het meest gefchikt oordeeld, om als Hoofd Officieren boven den rang van Capitein, bij de Bataillons te dienen, met aanw&ng van die Pertoonen daaruit, welke hij fpèciaal tot iede? i ost het gefchiktst oordeeld. 21. Deze  c 53 ; ai. Deze opgave bij het Uitvoerend Bewind, na ingewonnen informatien goedgekeurd zijnde, zal hetzelve daar uit de vereischte Hoofd-Officieren verkiezen, of anderzins die Perfoonen, welke reeds in zodanigen rang of één graad daar beneden, bij de Gewapende Burgermacht Dienst hebben gedaan, daar toe aanftellen, welke hetzelve het meest gefchikt zal oordeelen. 22. De aanftellingen van Adjudanten, Majors, Lieutenants Quartiermeesters en Adjudanten bij de Bataillons , gefchieden, ook-bij deze Introductie, op den voet, als bij 't Reglement is bepaald. 23. Tot Capiteinen der Compagnien, zal door de Hoofd Officieren, ieder voor derzelver Bataillön, een driedubbeldtal, met gelijke aanwijzing der gefchikften; aan den Colonel van het Departement ter approbatie worden ingezonden, waar van keuze zal gaan over de Plaat? lelijke ingefchrevene of actueel in de Gewapende Burgermacht Dienst doende Burgers, dezeNominatiengoedgekeurd zijnde, zullen de keuzen tot Capiteinen daar uit gefchieden door Kiezers uit de Plaatfeiijke Compagnien te verkiezen, waar toe ieder Compagnie uit derzelver midden een Kiezer zal benoemen, om zo deze keuze als mede die tot de ifte en 2de Lieutenants uit de daar toe voorgeftelde Nominatien, bij meerderheid van ftemmen te doen. 24. Alle de Capiteinen zullen insgelijks, ieder voor zijn Compagnie, de opgave doen van een driedubbeld tal, Eerfte en Tweede Lieutenants, met aanwijzing der. gefchikfte Perzonen. Deze opgave zullen zij ter approbatie aan den Lieutenant Colonel van derzelver Bataillön inzenden: zullende na approbatie dezer Nominatie, de keuze daar uit, op dezelfde wijze, als in't voorgaande Art. omtrent de Capiteinen is bepaald, worden volbragt. - 25. Op dezelfde wijze zullen de Capiteinen en Lieutenants van ieder Compagnie, het drietal formeren tot D 3 °Q-  ( f4 ) Onder officieren, om aan den Lieutenant Colonel, ter keuze voortedragen: zullende de Corporaals door de gezamentlijke Officieren van de Compagnie, worden benoemd. 26 Alle Nominatien en Keuzen beneden den rang van Capitein zullen wel gaan over 't Plaatfelijk Corps, edoch niet van de eene Clasfe van Dienst tot eene ander. 27. Deze formatie aldus compleetvolbragt zijnde, zullen alle verdere aanftellingen gefchieden op den voet van het Reglement, en wel binnen den kortst mogelijken tijd en tot vervulling van voorkomende vacatuuren, het Reglement ftiptelijk worden geobferveerd. 28. Het Uitvoerend Bewind zal voor de fpoedige en behoorlijke Wapenrusting en Equipeering alle mogelijke zorg dragen, en ten fpoedigften alle zodanige Reglementaire bepalingen, als bij het Reglement aan hetzelve geheel zijn overgelaten, arrelteeren en in werkingbrengen. 29. Het Uitvoerend Bewind, zal mede binnen den kortst mogelijken tijd, aan het Vertegenwoordigend Lighaam zodanig Reglement van Discipline voordragen, als waarvan in het Conftitutioneel Reglement voor de Burgerwapening word melding gemaakt, en zo als het meeste tot bewaaring eener goede Krijgstucht zoude kunnen verftrekken. 30. Het Uitvoerend Bewind, zal ten fpoedigften, van alle Raden van Adminiftratie en Discipline, ook van alle andere Commisfien, die tot hier toe hebben gefubfifteerd, of zo tot de Adminiftratie, als Organifatie, van de Gewapende Burgermacht, achtervolgens het Reglement bij de Nationaale Vergadering gearrefteerd, eenige Adminiftratie van penningen, hebben gehad, rekeningen verandwoording invorderen , en de nog onbetaalde fchulden der Gewapende Burgermacht, voor zo verte die ten laste der Contributie Casfen, ingevolge dat Re-  < 55 > Reglement, mogen worden gebragt, doen afbetalen, de voorhanden zijnde ingevorderde Contributien daar toe niet toereikende zijnde, zullen de fchulden zo veel mogelijk omgeflagen worden, op den voet van dat voorn. Reglement, over zodanige üiftriclen of Piaatfen, daar tot nog toe geene Contributien zijn geheven, en die dus zedert den Jaare 1795, in generlei opzichten, aan de verplichting tot de Wapendienst hebben voldaan. 31. Het Uitvoerend Bewind zal ten fpoedigften, aan het Vertegenwoordigend Lichaam, voordragen , een Plan van invordering eener verhoging van eene of andere algemeene belasting, of ander evenredige en gelijkdragend middel, tot zo lange de algemeene belasting bij de Staatsregeling gevordert, niet is ingevoerd, waar in alle die geenen alleen deelen, die, ingevolge het Reglement daar toe, in de termen vallen: ten einde daar uitte vinden i, alle zodanige onkosten van Monteeringen, Tractementen en Adminiftratie-kosten tot de Burger wapening, als op gronden van het Reglement zijn geaccordeerd: en dit alles tot onderfteuning van 's Lands Casfa, in 't geen tot deze nieuwe inrichting der Burgerwapening, over den jaare 1799, zal worden vereischt. Wij gelasten dus, in naam van het Vertegenwoordigend Lichaam, dat deze zal worden afgekondigd en aangeplakt > alömme waar zulks behoort. Gedaan in den Haage^ ter Vergadering van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, den 7 Maij 1799. ff ei vijfde 'Jaar der Bat aafiche Vrijheid, (was geparapheert) A. F. R. E. van HAERSOLTE, Vt. (Onderfond) Ter Ordonnantie van Hetzelve, (was geteekend) C. G. HULTMAN»   T A B E L L E .Houdende een bereekening, op de Volkstelling gegrond, hoe veel Mansperfoonen in de Bataaffche Republiek x8 Jaaren oud en daar boven gevonden worden, die van haar cige Middelen of Werkzaamheden beftaan, en welke, als niet Gewapend in de onkosten tot de Burgerwapening .behoren te draagen; ten bewijze, dat alle de onkosten tot die Wapening, uit zodanig een at gemeene Opbrengst kan worden gevonden, zonder dat de last daar van te zwaar zal drukken, . aangemerkt de befcherming, die men daar voor in 'ie Maatfchappij geniet. J3eeze Onkosten s volgens hier voorenftaande Tabelle., 2a voor Traktementen van Officieren/ en andere Geëmploijeerdens, als mede voor de Monteeringen van ieder Gewapend Burger, twee maaien in de zeven jaaren, kunnen naar inzien der Commisae, zeer gemakkelijk gevonden worden, met alle verdere onkosten voor de Gewapende Burgermacht, uit hec tiiontant eer er ver hoogde Belasting, aan de Ingezecenen, die geen Oienst doen voor de Algemeene beveiliging, die zij in de Maatfchappij genieten on ce ïeel gen, zonder dat iemand reden zal kunnen vinden, zich daar over te beklagen. ' * ■Om deeze veronderftelling te kunnen deduceeren, nam de Commisue het edvis in van deskundigen, hoe veel Mamperfoonen van 18. faarel oud, en daar boven die van eigen Middelen of Werkzaamheden beftaan, in deeze Republiek konden berekend worden; en ontnV de volgende berekening, van de 295,022 Menfchen welke in leeven zijn worden gerekend dat 5199 van dezelve 18. Jaaren hebben bereikt. * ö '. D.e Bataaffche Republiek bevat, ingevolge de laatste .telling, 18804Ó3 Menfchen waarom men dus, op dien grond verdadefftelkn kan, dat jn de Republiek gevonden worden Ptrfoonen die 18 jaaren oud zijn. —» . ' - Van 28. jaaren vind men in die Reekenkundige Tafelen geen vast getal, maar wel van 25 en 30 Jaar, en door vergelijking van deeze beide kan men ais een middengetal voor 28 Jaaren dellen 4052, van de 295,021 in leeyen zijnde Menfchen, 'hec welk van de Menlchen die thans in dt Repuoliek leeven, een getal opleeverd van — , ,,. Q/g zijnde een vermindering van 34,87 *" -, .Deeze getallen van liea .a8 jaaren worden bijeengetrokken, en -maken te famen een getal ven . . 6i7ty * Waar van het middeiigetal - ■—.— oïTcü. Van de 19 tot de 27 Jaaren, 9 Jaaren zijnde, multrpliceerd men dit midddengetal met ' ■— . 9 En men bereekend dus dit getal voor de negen tusfchen Jaaren .. , , *fê^Tf. •Hier bij voegt men het getal van 18 eo 28 Jaaren «—• , , 627*9 Dit maakt dus het getal van Mans en Vrouwen van 18 tot 18 Jaar inclufive in de Republiek , 345^35 Hier van word, (in aanmerking nemende de Mans, die in Zee- en Landsdienst zijn") drie agfte Mans-en vijf aafte Vrouwen veronderfteld, het " " welk hier uitgetrokken, voor Mans opleverd drie agfte . . " ~ , üpöóo Waar van een vierde .geen beftaan hebben, dus van dit getal maar moeten gerekend worden drie vierde ~~"o7icó - 9? den.s;e!fdea grond zal men van 28 tot .40 Jaaren 84784 Mannen in onze Republiek aantreffen, welke men kan veronderfMlen dat eer 5 oeftaan heuben. * ' Want hec getal voor ,28 Jaar is 4652 Menfchen van de 295022. En voor 40 Jaaren —- 3738 8390 Dus het midden getal , 4125 De Jaaren van 28.tot ,40-zijnde 1,2 Jaar, .waar mede gemultipliceerd ia Komt —- 50340 Menfchen op 595021 - Het wflk geredaccerd °P het aanwezig getal 'Menfchen in de Republiek 301436 Menfchen geeft; waar van vijf agfte 'Vrouwen zijn; hatende dus ■113058 Mannen over; van welke een vierde die geen beitaan hebben, afgetrokken zijnde, blijven 'er over welke d n ouderdom van 28 toe 4c jaaren bereikt hebben, en die van haar.eigen beftaan . . —— — ■ _ 84784 TT Maakt dus van de 18 tot 40 Jaar een getal -van • • mm 182034 Voor 40 Jaaren vind men — 3738 40?7 Waar van midden getal —» i 2038 Dit lllut 4o...Juy;-u.-i ueïxneaigvu!Jigt .&Q—W___ i; . . •''... ' , . ' ■: ■ Als den tusfchen tijd van 40 en 80 komt 81,520 van de 195022 thans levenden, dit gecalculeerd na de Volkstelling, komt 510572 Mans en Vrouwen, met en zonder benban, tusfchen de 40 en 80 jaar, "waar van vijf agfte Vrouwen, komt voor de Mans 1948.19, waar van drie vierde als een beftaan hebbende, bij de voorgaande moeten gefteld 146130 Dus te zamea —— 3*8164 Waar af worden getrokken voor de gewapende Burgers —. . » —— • • 2jcco Blijft ■ 3^3165 Wanneer men nu dit getal Menfchen op die Jaaren, wanneer 't algemeen Uniform gegeven wordt, 't Welk tweemaalen in de-zeven Jaaren hj laat opbrengen door elkander vijf Guldens, beloopt dien opbrengst over deeze masfa tegen ƒ5.0.0 ƒ 15158*5 ■ o - r i Dit tweemaal in de zeven Jaaren is w «—— .... «• • «* ƒ 3031650 -0-0 De andere Jaaren gecontribueerd wordende 3/3-0.0 komt —- .ƒ 9:9495 -0-0 'c Welk dus 5 maal in de zeven Jaaren <—— > • •• ■ — • • • ■ 5 ƒ 4547455 -0-0 Opbrengst in de zeven Jaaren — ■ —- <*" ■ ƒ 7579115 - o - c Hier tegen gecalculeerd de Onkosten der Wapening Die voor 20000 Man Monteering a ƒ 40 per Man elke reis, dus tweemaal in de zeven Jaaren is ƒ 'lócooeo - o - O Voor Traclementenen Equipagementen der Officieren, volgens vooren (taande Tabel, Jaarlijks ƒ 23^800 - o - o Hier bij komt een globale Rekening van andere Onkosten, volgens de door het Uitvoerend Bewind ingeleverde Petitie, na aftrek van eenige Posten, die door de vooren» ftaande vervallen ■ , .. —501200 - o - ö 440000 - o - o 7 Welke Onkosten dus in de zeven Jaal'en bedraagea *«—'— ƒ 3°8ccoo - :o - o. Deze Onkosten bedraagen dus te famen in de zeven Jaareri —— ■ ƒ 4^8ccco - o • c Dus na deeze berekening, na aftrek van alle Onkosten, uit zoodanigen Opbrengst, nog over in de zeeven Jaaren, ■— -een goed Slot van ., -;■ W*'*. * ■> ™* • ƒ 2899115 - 0 •