DE V R Y E , VERDEDIGENDE DE EER EENER ONAFHANGLYKE REPUBLIDK EN DE VRYHEID IN DEN BURGERSTAAT, EN HUNNER BELANGELOOZE VOORSTANDERS, TEGEN ALLE WETTELOOZE HEERSCHZUCHT. Te A M S T È R D A M. By JOHANNES WEPPELMAN BQ^veifcoper* EERSTE S T ü K.   jfjjy die.den naam wil voeren van de rechren der Vryheid te verdedigen, moet zelve geheel vry zyn, en de vryheid die hy verdedigt niet m.aar voor zich zeiven en de party die hy is toegedaan bege&ren, maar die ook , zo ver her met de reden beftaanbaar is, aan anderen overlaaten. ,„ ., Hy die een voorganger of voorlichter eener Natie zal zyn, behoorde noch vrienden noch. vyanden te hebben hy diecde een zekere graad van onverfchilligheid aantensemen, zo dra hy de pen opvatte om, voor het heil van het algemeen, der'waarheid in het daglicht te (lellen, om noch door de affectie voor zyne vrienden, noch voor den haat zyner vyanden vatbaar te zyn: of, de gebreken in de eerften te kunnen kaken en de deugden in de iaattlen te pryzen. * Hy moet alleen daaden, en niet de per- foonen, wmneer by laakt of pryft, onder het oog hebben en bedoelen. * s Hoe  Hoe moeyelyk het zy voor iemand 'die in het midden der rnenfchen, onder zyne Vrienden en Vyanden, verkeert, zich in zulk een (land, als buiten de waereld, over te brengen, het i* nogthan3 het doel dat wy ons , zo dra wy de pen opvatteden, hebben voorgeffeld, en zyn wy daar in nog.niet vergenoeg gevorderd — men fchryve het toe tan de zwakheid waar meede alle beginzelen van menfchelyke onderneemingen gemerkt zyn — naar meerder volmaaking ook hier in te ftreeven, zal een voornaam gedeelte onzer beoefening uitrnaaken. De Vryheid in zyn vvaaren aart te vertoonen i—-, de gebreken niet in den eenen te verheffen , tervvyl wy ze in den anderen doemen, — de Heerfchzucht niet in den eenen te beteugelen, tervvyl wyze in den anderen bot vieren - - de waarheid in den helderften dag te zetten was en zal het doel zyn van DEN VB.YEN NïDSRLANDER, 1 N"  "i nhou d; Bladzy. ÏNi-ïiniNG en oogmerk van den Vryen Nederlander. - Gedagten ever de Pl-jheid van aenhn en d* Vryntid van de Drukpers. - 3. ' De Aütheur cn de Muis. - H' Hec waare ftaidpunc ulc welke men het voorgevallene op den u Maart 1785 in Utrecht hëï$s te befchouWèiL - .17* Voorleezing in een Patriotcifch gezel, fchap, behelzende de waqre Vryheid in den Burgerftaat. ... - ifi. Brief van Jiifltts Popnliir over het ta arresterea'RegéeriQgs - Règlemetit. - 62. Brief van Jaftüs Copyt ten geleide van de Brieven en Aanfpraaken der negentien Hceren Raad en der Stad Uc.recht welke op den 14 Maart hunne Raads plaarzen by dezelve zuiden, te willen aftlaan mes de noodige aantekeningen. - - 65. Propofltie van den Raad J. C. Smissaert , op maandag den ir April 1785 in de Vroedfchap der Stad Utrecht wegens de aanfehryving van hun Ed. Mog. aaa den gerechte, gedaan. ... 114. Adllmétie tót dezelve propofltie 116. Refolutie der Vroedfchap op dezelve 126.' Aantekening van den Raad de Ridder tegen gemelde Refolutie. - - 1*7. Vervolg van het voorgevalleae na den jl Maart te Utrecht. ... 131, * 3 De-  o I N H O ü D, Bladzy. Declaratoir van het Genootfchap Pr* Patria et Libertate te Utrecht. 143. Noodzaaklykheid der algemcenc wapening voor Neêrland? inwoorieis , en gcmaklykheid eener daarfteihng van eene al- femeene Landailitie en verdediging der cpubliek door dezelve. - - 151. Aan Ultrajectinus, over zyn affcheids Brief aan Utrecht, geplaatst ioKo. 220 van den Politieken Krujer. - - - 153. Gevaar in het in crienftftelien van Vreemd Krygsvolk, en het oprichten van Militaire Collegien. - - - - 167. Brief van Q. N. uit Deventer, over het Regeenngs • Reglement yan Gelderland. 178. Brief van Janus BprcekharT over Oranje-en vergulde pillen.s en Antwoord op dezelve, - 189, De tioodzaaklykhcid van een behoorlyk tegenwigt by een permanenten Raad. 199. Brief van H. J. C. over de wederzyd» fche Vryheid van den Raad en het Vólk van Utrecht. ... - 210. Of de Vryheid en ouafnanglykhcid der Republiek reeds groote vorderingen heeft gemaakt? ----- - 2i_j Communicatie van het Genootfchap Pro Patria et Libertate te Utrecht aan de V'roedfchap, over het uittrekken me.t vier veldftukjes, benevens antwoord tiaar op, in deii jaare 17R4 en nader appointtementsn Requeft daar over. - - - 2-9., De Groote Huig en Kleine Piet, 230. Aantekening van den Burgerhopman J. R. v. Liq't de Jeude in den krygsraad der Stad Thiel, den 20 Mei 1785 geinfereerd r - ■ • - 232. Brief van N. N. over de te houden gro».  I N H O U D. f Bladzy» graoïe vergadering deT Bondgenooten d«t 1 Provinciën - 44ï» * Brief van A, O. over de algemeene ver. gadering der gewapende Burgercorpzen en de verbindcenis' rot handhaving der Republikainfche Cunttisutie. - - 243. Fragmenif. - ... 246 Oftderrigting aan den fchryver der Ho!!. Hoogd.-Courant betreffende de Alg. verg. 24.7 Anccdote van hec y/.ercn Masker. 2Ó3. 2 Brieven over de Misfiye van den Heere j. C. Hespe in den Pojl van den Ne~ derrliyn. - 2$i. Over de publicatie in Provintie Utrecht tcg;n het prefenteren en eer tekening leggen van Requeften — en vergelyking van het gedrag en is behandeling der zaaken van de Raaden vast Goens enYvor. 295. Brief van een Conjtiment over een ArtykeJ is de Utrcchticbe Courant van den 27 July 1785. 3C0 Jünics Dogmaticus over de politieke vindingen. - - - - - 3ii. Brief van Ult*a jSctinus Quartus over het gebeurde in Utrecht op den 2 Augs. 1785-. .... 418. Concept Rfglement op de Regeerings lefiel'.ing der Sta-i Utrecht, met de daar in gemaakte veranderingen overeenkomstig de begeerte van Utrechts' Burgeren. 327* Aanfpraak van deSshutters der Compagnie de Pekflokken aan hun Hoofdman Mr. Jacots van Haeften, gedaan door den geeonmryrtecrden C. van Hengelaar op de 9 4ug(f.. 1785. .... 227. Op de 'Legepraalende Volkflem, Volks liedje, door Dr. P. Bosch Bois. - 341, • leünuatie van Mr. P. H. J. Yvoï, * 4 ge -  I I N H OUD. Bladzy, gedaan aan ]. v. Manen, Az. over 't gefielde op'Pég. 300en 301 van den Vryen fttderlander 345<É Vervolg van het Concept Reglement 34.8. Over de geweldige haadelwyze met A« naersf'oort gehoiident>p den i'/Augs. 1785 en Bet gedrag der Burgery te dier gelegenheid. 366" V I  V r y ë NEDERLANDER. —_ ! ***** No, i, "^lij dunkt op het leezen van deezefi tijtel onderfcheiden hartstochten mijner lezeren, naar liunr-e onderfcheiden denkwijzen, werkzaam te zien. Zwaarmoedige znehten — fchampere lachen — wrokkende verwenfchingeri en kittelende vcrgcnoegirt- gen vellen reeds hunne Contrasterende oordee- fen over den tijtel eii zijn fchrijver. — Zal ik mij aan aan dezelve'ltooren ? — dan moet ik geen ü ïjdfchrijver worden. En evenwel, een fchrijver behoort zich naar zijne leezeren te i'chikken ! en vooral een. Tijdfchrijver, dien de gunst des algcmeencn volks — van veele leezets niet onverfchillig kan zijn. Dit zij zo, ik zal mij het lot getroosten van elk die aan den weg bouwt ik zal trachten te voldoen ■aan mijd tijtel . en aan dat gedeelte mijner Lani- p-enooten, die met recht dien naam mogen of wenfchen te draagcn. — Het is reeds lange genoeg dat wij bloot den naam van Nederlanders hebben. mogen voeren; het wordt eindelijk zo'ooit tijd dat wij eens Vrye Nederlanders kunnen genaamdi worden. — Den verftandigen zij het genoeg gezegd,'wat den inhoud en het oogmerk van.dit tijdfchrift zal zijn onmogelijk is het de doffen tc bepaalen. Willen kundige en welmeenende Va-, dcrlanders ons met hunne gedagten, bengten, verhandelingen en andere (hikken,betreffende de tegenwoordige pmftandigheden van onzen tijd en des Va«  C 1 ) derlands, in profe of verzen vereeren; wij zullen altijd dat gebruik van dezelve trachten te maak en, dat het welzijn van het Vaderland, en de eer van den maaker en zender daar bij in 't oog gehouden worde. Inzonderheid zullen ons aangenaam ziin zulke Hukken en berichten , die de bevordering van Nederlands Republicainfche Regeeringsvorm bedoelen : als ook die deszelfs Burger krijgs en defenfiewezea betreffen: Alle plans die tot favorifering deszelven zouden kunnen (trekken, zullen wij, of zo alsze ons worden toegezonden, of verzeld met onze aanmerkingen, plaa'tzen. Zo gereed als wij zullen zijn om ons tfjdfchriftte leenen tot het verheffen der verdienilen van uitlteekende roemwaardige daaden Van dcorluchte en oprechte Vaderlanders; zo zeer zullen wij ook onzen leezeren trachten te waarfchuwen tegen de verderflijke machinatien van openlijke en bedekte vijanden van de waare Nederlandfche Vrijheid, en dezelve met de onbefchroomdhcid van «leen Vryen Nederlander in het waare daglicht aan elk kenbaar maaken gelijk wij ook niet zullen lchroo»en, de zulken, die door verkeerde dnjfvederen bewogen, de pen hanteren om de heerschzucht ten troon te voeren en de Burgerlijke Vrijheid te vertreden, met dezelfde kloekmoedigheid onder de oogen te zien fchoon wij verre afzijn om anders ons tijdfehrift tot een twistfehrift te maaken. , Wij oordeelen het niet ondienfting, bij den aanvang van ons tijdfehrift, onzen leezeren en verhoopte Correspondenten, in een voorbeeld, van elders ontleend, aan te wijzen, welk eene vrijheid wij als de beste, en die welke wij verkiezen, befchouwen; cn die wij onzen Vaderlanderen, inzonderheid onzen •Sorrespondenten, willen aangeraaden hebben. O E-  Cs) ' GEDAGTEN over de VRYHEID van denken EN DE VRYHEID. van de DRUKPERS* Aan Vorften Ministers en Schryyers. (uit het Hoogduitsch.) Sin'ts eenigen tijd hebben de klagten aan de eetté zijde over het misbruik, en aan de andere zijde over de bepaaling der Vrijheid van de Drukpers zo de overhand genomen, dat de aanmerkingen, deeze zaak betreffende , welligt in geen bekwaamer tijd konden komen , dan tegenwoordig. —— Men zou zeer verre moeten uithalen, wanneer men het geene h.er over te zeggen vak, uit zijn eerlle gronden wilde afleiden. Een fchrijver, die dit ondernam, zoude veele leezers vinden die zijne bekwaamheden konden roemen, maar nögthans uitwegen vinden, langs welke ieder van hun zijn bijzonder gevoelen zou kunnen redden. Wat mij betreft, ik wenschte mijne lezeren een gevoelen fmaaklijk te maaken, dat wel uiis de eeifia grondregels van 't natuurrecht vloeit, en minder ilt de Theorie aan twijfelingen, als in de practijk aan chicanes onderhevig is, maar dat even daarom meer door levendige daarltellingen der gevolgen , dan door ontwikkeling van deszelfs eerlle grondregels zeker gefield wordtt Der Pruislen Fricderik vindt zich fints bijna een halve eeuw in de omfrandigheid, van op zijne tijdgenoten door zijne fchriften, maar nog meer door zijn voorbeeld, te werken. Ik laat her voor de gefchied* kundigea over, om optemerken, de invloed, diezijA a hc  ( 4 ) iie wijze van handelen op het Staatsrecht, de Regeeringskvnde, de wijsgeertc, en de zeden zijner eeuw gehad heeft, en neg hebben zal. Maar tot mijn oogmerk kan, geloof ik, niets dfcnftiger zijn, dan dat i-k bij een ve'rzamele het geen Frederik over dit onderwerp gcdagt en gezegd heeft, en het mijnen lezeren voorlcgge. Ik kan mij zeker niet beroemen, van hem bijzondere openbaringen ontvangen te hebben. Ik kim alleen uit zijne Schriften, die onder eens ieders oogcn zijn, uittrekken het geen hier ter plaatze beHoort.' Even daarom zal ik wet tot hulpe van 't verband ecnige Hellingen moeten inlasfen en verlrrooijde 'gedagten bij een brengen, om zijn famenftel als uit zijne zaaden te kunnen ontwikkelen; dan ik ben in ftaat, alles, wat ik hem in den mond zal leggen, zo niet door woorden des Schrijvers, nog•thVus' door daaden des Konings te bevestigen. Dan zo weinig ik de bedenking te vreezen heb, als of ik mijn eigen gedagten onder het werk van Frederik wilde uitventen, zo zeer moet ik fchroomen dat zijne . gedagten onder het merk v.an mij onkenbaar mogten ,WOrden. Ik verzoek daarom mijnen lezeren, hunne verbeeldingsklacht te hulp te neemen, en het geen mijne voordragt aan waardigheid eu leven ontbreeken mogt, daar bij te denken. Men verbeelde -zich den jongen Manarch , zo als bijna de eerde PQgei'iblikken .-zijner aanvaarde 'Regeering in zijn eenzaam kabinet zijne gedagten verzamelt, en in het volgend zelfgelprek uitdrukt, - „ lk heb nu den teugel in handen genomen,door weikc een menigte verfpreidde volken in 't gare! geleid zullen worden. Ik kon dezelve met de tuchtroede van Nero als beesten voor mij heenen drijven. En nochtans zijn het Menfchen Men- •fchen, gelijk ik, geboren om aangenaame dagen te beleeven bekwaam om Lcihnitzen en wolfen voordtebrengen — beftemd, om de waarde der IWcnsclicid te gevoelen gewend, eene magt,op orde gegrond, te eerbiedigen — genegen,- om liefde met wederliefde te vergelden. Maar ben ik niet Koning? zijn de Koningen geen herders der Volkeren , m dus deeze hunne 'kudde? Gelukkig, dat ik mijne  C 5 >\ en hunne beftemming beter kenne ! Hebben wij niet alle een gelijk recht op geluk? Is de overvloed des Riiken niet een noodwendig offer, het welk hij clen nood des armen toebrengen moet? Verpltgt mijn hooger ftand, mijn Koninglijk ambt mij met, om zagter, weldaadiger, deugdzaamer, met een woord, menfchlijker te zijn dan zij? Men zegt de Men¬ fchen waren ondankbaare dieren, zij kropen aan onze voeten, kromden en wendden zich, likten en vinden; en eer men het voorzag, beeten zij uien die hun het voeder toereikten in de hand. Ln wat kan men anders van hun verwachten, wanneer men hen leert vergceten wat zij zijn, wanneer men hea als beesten boeit en niet als Mentenen regeert? De onwaardige, in welken de vonken des Godlijken oorfprongs, het ganfche gevoel van de Waardigheid, der Menschheid is verdikt, moet wel door gelhengheia binnen zijne paaien gehouden worden; maar de Voi st, die enkel door vrceze heerfchen wil, verandert zijne onderdaanen in lnage flaaven; vergeefs zal fctj ede.c daaden van hun verwachten. Alle hunne ctaauen hebben het merk van een laag charakter 111 zich. \ ergcefs zal hij door groote daaden naar cere ltreeven. Hij zal door alle zijne moeite alleen den naam vari gefchikte tugtmecster wegdraagen, en geen verdand verwekken,'het welk vatbaar is, om de [traalen zijnes troons al's in een ('piegel te verzamelen, en den oogen der nakomelingen te vertoonen. Wat mij betreft, ik wenscb. een'edel, groots, vrijdenkend volle te beheerfchen, een volk, dat magt en Vnjheidheelt om te denken en te handelen, te fchrijven en tefpreeken, te verwinnen of te derven. Mogen zij niette, min fömwijle de hun gegeeven Vrijheid misbriiiken, om mijne beste daaden te verkleinen! Ik ben des te zekercr van het laag gefpuis der vleijers, en leer de Godlijke kunst van te vergeeven. Wie deeze niet bezit is den troon onwaardig." „ Menfchen gelukkig te maaken, is het gelukkig lot der Godheid, en moet, zo vermenfchelijkekrachten het toclaaten, ook het mijne worden. Maarwaar door kan ik mijn volk gelukkig, mijne regcering gundig, mijn naam onderflijk maaken ? ——A' 3 " "  ( 6 ) Wat mankt de eigenlijke Merkte der Staaten uit? Is het de wijde omtiek van hun gebied, tot welkers verdediging een talrijk heirvcreissht wordt? Of de door Koophandel en kuiiften beftendig aanwasfende rijkdom; welke flechts dan nuttig wordt wanneer men hem wel weet aanteleggen? of eindelijk de menigte van onderdaanen die zich zonder aanvoerer zelve te gronde zullen helpen ? Neen", alle deeze voorwerpen rijn als maar ruwe materialen, die Hechts als dan waarde en aanzien bekomen, wanneerze door een bekwaame hand bewerkt worden. De waare magt eenes lands bertaat alleen in de groote mannen, welke de Natuur daar te rechter tijd doet geboren worden." „ Ik moet derhalven den geest opwekken , den geest der onderzoeking voedzel en den talenten vrijen loop verzorgen, Mijne volken befeffen nog de helft niet, van het geen zij kunnen worden. Zij merken wel, dat zij niet enkel daarom gewaarworden endenken , om wciten en roggebrood van elkander te kunnen onderfcheiden. Zij zouden vrij denken, zo zij mogten, zij zouden Sliaftesburijs en Lockes onder zich lubben wanneer zij zich onderwonden, het te zijn ■ welligt ook Moutesquieus en Poltaires, wanneer zij het ongeftraft konden wezen. Zouden zij mogen befiaan en niet denken? Adem ha¬ len , en hunne gedagten niet medecieelen ? Waarom kwijnen de nakomelingen der Waercidbehcerfchers bij de ruïnen hunner voorzaten in verachting en armoede? Is het niet daarom wijl hun magtelooze tijran over handelingen en gedagten, bezittingen en gevoelens , ftand en geweten even onbepaald heerfchen wil ?" ,,'Waarom verzinkt het eertijds beroemde Volk, voor wiens naam, verzeld door den donder zijnes gefehuts, beide Poolen beefden, na de verovering eener halve Waereld in eene doodlijke onmagt? Waarom kunnen de fchatten van beide de Indien, en twee Zeen, ojd welke zich andere volken verrijken, zijne dagelijks toeneemende armoede niet verhinderen? ■ Van vaar het verval van het aan de ui- ten'le grenzen van Europa, door de middelandfche Vefpoelde, en door de Godsdienstvervolging zo be- ruch-  C 7 ) nichte Rijk? Waarom moet ook de weinige moeit» zijner traage, maar rechtzinnige mwooners de trotfche Ketters verrijken, welke zich door de befchaaving hunner talenten de halve waereld cijnsbaar ge. rmaH hebben? Waarom wierd den protestant, fchen Provintien van Duitschland bij eene geringe Saaiheid een grooter welftand ten deel? Va» waar de voorrang in magt, invloed en eere, welke VrSkriik boven de overige Roomfche Rijken doet JÏÏÏÏn! Alles onbegnjplijk, wanneer raeTniet den wederftand der traagheid berekent waar door bijgeloof, geestelijke despotismus en onverdraagzaamhe d de ontwikkeling der talenten der uitvindingen en de natuurlijke drift des menlchen om zijne bekwaamheid te toonen, tegenwerken; wanneer men ver eet? met welk een Ijver het Parlement van Vrankriik-tesen de hierarchij kampte, en wanneer men met w et hoe zeer de Vrijheid van denken geest en hart verhe'ft, en even zo bekwaam^ maakt tot groote, als weloverdagte onderneemingen." Aan de eene zijde zie ik volken, welke met over den kring durven heen zien, dien de toverftaf hunner Pmst™ om hen heen getrokken heeft; zij fiddere* be, féhroomd voor elke gedagte, die niet onder den geestelijken ftempel tot gangbaare munt durven niet vraagen: wat is waarheid? maar alleen wat hebben onze Ouders voor waarheid gehouden? yulke verwende menfchen ondeiftaan niet, hun boog a ders te fpannen als hunne Vaders, of hunnen huisraad eene gedaante te geeven, tot welke z.j met reeds m de nalaatenfchap van hunne grootmoeder aankiding vonden. Zo verzinken z.j uit domheid Ir raUcid, en leveren hunne fchatten dien, die zij haatenf om zich daar voor van hun te laatcn verachten — Vergeefs wekt men hen op tot kunftijver, nf zoekt bekwaamer buitenlanders der natie ra te Jijven Men wil een linnen draad gelijk een ftaalen veêr {pannen, en laat het ingeëntte lot met; den Ham ver. Ö01TCBefchouw ik aan de andere kant die gelukkige Volken wier geest zich boven de vooroordeelen van duistere'tijden verhieven, welke den fterren wetten voor-  g 8 ) prevel], de geboorteplnats der winden opgefpeurtf, de lucht gewogen, de Nutuur getemd, en de aarde pad heide de poolen ingedrukt hebben; zo zie tk ze trok met onvermoeide werkzaamheid telkens nieuwe middelen van beflaan uitvinden, en den rijkdom van fiïïe vvaerelddeeien onder hunne banden'woekeren. De goede t'maak verdubbeld de waarde hunner werken, en hunne denkbeelden heerfchen even onbepaald aan het gliriftereiid hof, en in het Hot' der fchoolen." „ Ook over mijne bnderdaanen zal de dageraad der Philofophie, en des goeden 1'maaks opgaan. Zij zullen de kluisters van bijgeloof afwerpen. Heerschzuchtige Priesters zullen hunne Vrijheid van denken niet bepaalen. Geene Godsdienst zal heerfchen. Alle Geloofsbegrippen zullen met gelijke Vrijheid voorgedraagen worden. Wanneer er Hechts éérie Godsdienst iii de waereld-was, io zoude hij Hout en onbepaald gebieden. Ieder Geestelijke zou een Tijran zijn, welke even zo veel lbeugheid tegen de onfchuk%e be* grippen, als toegeeflijkheid omtrent de overtredingen des volks zouden doen blijken. Zij zouden alle befchaaving als hunnen gemeenen Vijand onderdrukken, en de domheid,onder den naam van vroomheid, doen eerbiedigen." „ 'IV die gcfreldheid zal het in «lijn lasd, en onder mijne regeering met komen. Wanneer ook mijne eiideiöaahen onder elkander over gcloofs-begrippen twisten; zo zal het nogtans geene der partijen' gelukken , den Staat zelve iu hun belang te trekken. Vergeef; zal de eene het gevoelen des anderen voor gevaarlijk uitfehreeuwen , Hechts domkoppen van Vorsten laaten zicli tot werktuigen van bijzondere wraak gebruiken. Dwaallëéringeh , zelfs de'gevaarlijkdcn, zullen nimmer door mijne vervolging beroemd, maar, gelijk zij verdienen, Veracht, en vergeeien worden." „ Daarentegen zullen de weldadige werkingen der Philofophie door geene dwangwetrèn' bepaald worden. Wolf zal in mijne ilaaten te rug keeren; en alles vrij en openlijk geleerd worden, wat niet rechtftreeks te* gen den Staat, de goede Zeden , en de algemecne Godsdienst flxijdt." Zo dagt, zo handelde de groote Monarch, djefmts het  ( 9 ) het moddl der Vorsten , en het doel der bewondering van gansch Europa geworden is- ó Gij, dien God onder den naam van Koningen eu Vorsten tot verzorgers zijner kinderen beitelde, van wiens wijsheid de Volken de behoudenis hunner menfchelijke rechten te vorderen hebben! Wanneer zult gij beginnen uwen Volken een Frederik. te zijn, niet te fehijnen? Wanneer zult gij hun de Vrijheid geeven; waar op zij van hunne geboorte af aan onbetwistbaare aanfpraak hebT ben? de Vrijheid van denken, en hunne gedagten mede te deelen? Gij volgt Frederik na, waar gij niet kunt; maar de kunst, om zandwoeitijnen in lusthoven te veranderen, Menfchen menfchelijk te regeereu, en de werkzaamheid der onderdaanen een nuttige Ipee- ing te geeven zijn kunsten, welkers uitoefening gij hem alleen, en weinige zijner gelukkige navolgers overlaat. Gij vreest welligt, dat uw volk, wanneer het gelijk Bileams Ezel ae ïpraak verkreeg, u den treiirigen toefhmd, waar in gij het brengt, mogt te kennen geeven. Doch gij hebt dit zo ligt niet te vreezen. Want het gebeurt even zo zelden, dat verdrukte volken hunnen tijrannen , als dat lastdieren hunnen berijderen verwijtingen doen. Doch wanneer dit wonder gebeurt, is het even weldadig voor BÜeam als zijn' Ezel, voorden Vorst als zijn Volk. Zeker wanneer gij uwe en uwer dienaarcn en lievelingen perfoonen als den Staat befehouwt; zo hebt gij recht, alle fchriften , waarin over uwe maatregelen geoordeeld worden, als fchriften tegen den Staat te verwerpen. Geheel anders is 'c met Frederik, die op de voortellingen des gcringften zijner onderdaanen acht geeft, en Raijnah in bcfcherming neemt! En wat kan het ook helpen, de Vrijheid van de druk-, pers te bepaalen ? Wat gij in uw land niet wilt toclaaten te drakken^errijkt een ander uwer nabuuren ten uwen koste.: Verbiedt gij het werk, zo wordt her met dubbelde ijver gezogt en geleezen , beoordeeld en vooroordeeld. Deeze reden is voldoende, wanneer gij ook bedenking draagt, om uwe onderdaanen tot menfchen te maaken, zelfs dan, wanneer deeze zich in het geval dier^ongelukkigen bevinden, welke zich' in de A 5  C ie ) tfgemvoordigVd hunnes Konings honden moeten noemen, om zijne Majefteit ook zelfs niet van verre ajn de pligten der Menfchlijkheid te herinneren. Maar in dit geval is ook het lot inver volken oneindig verfcheiden van dat, in 't welke zich de onderdaanen eenes Frederiks bevinden * welke op zijn bevel onderwezen worden , dat hij, als Menfch , van hun, als Menfchen, Hecht menfchelijke eerbewijzingen te vorderen heeft. Welligt meent gij, dat het daglicht uwen volken niet nuttig is, en dat zij zich beter bij een lamp bevinden, welke helder genoeg brand, om hen hun brood te doen vinden, zonder hen de zwartheid van het zelve te doen zien. En gij hebt gelijk , wanneer gij uwen onderdaanen alle rechten der Menfcheid wilt ontrooven, de drift tot werkzaamheid in hun verflikken, de (leden tot Jagershutten, en de velden tot wilderniflen maaken wilt; en wam neer gij ten oogmerk hebt, de red uwer onderdaanen tot bedelaars te maaken, om ze zeker te dellen tegen die geenen, welke gij genoodzaakt hebt, dieven of roovers te worden. Of wilt gij müTchien den reizenden wijsgeer door uwe belleilingcii zijne onderzoekingen verligten ? "Want, wanneer hij èerft weet, hoe het bij u met de vrijheid van de Drukpers daat, zo kan hij met weinig moeite tot den toettand uwes volks en uwer Regeering belluiten. Het is een armhartig Ruiter die die zich een paard zonder moed, en een flecht Regent, die zich een volk zonder vrijmoedigheid wenfcht! Ook uwe Naburen zullen het gaernc zien, wanneer uwe Cenfurcollegien vrecflijker zijn, dan uwe Armeen. Want vrijmoedigheid en dapperheid waren tot hier toe altijd zullcrs. Van de zijde des Pruisfifchcn Staats kunt gij ten minden niet verwachten , nagevolgd te worden. Daar kampt men met dezelfde moed tegen vijand en vooroordeelen. De Vrijheid van overluid te denken, is de zekerde fchutweer des Pruisfifchea ftaats. Daar is men verdandig genoeg, om de vreesli ike ftüte, welkehet onweder voorafgaat, meer te vreezen-  ( It ) «n, dan de feherpe noordewind, 'die ons fomwijlc wat fneeuwjagt in de oogen mogt ftormen. Daar dient deeze vrijheid in plaats van het door Montefquieu aangeprezen tegenwigt, 't welk even zo veel de nuttige als de fchadclijke uitwerkzelen der koninglijke magt tegen werk'. Op fubordinatie ruft de onwederltaanbare magt van het pruisfifche krijgsheir. Van de fubordinatie hangt de orde af , welke in den Pruisfifchen Civillland heerfcht. Subordinatie is de ziel van den ganfchen Pruisfilchen ftaat. Deeze aan de eene zijde zo allernoodigftc, aan de andere zijde zo laftige (ubordinatie, wordt door de vrijheid van overluid te denken gematigd, maar met geftremd. Geen Regent wordt daar door gehinderd, te doen wat hij wil, maar, alleen te willen, wat hij niet moet. Vrees voor het oordeel des Publicks kan bij zulke omftandieheden de plaats van het Patriotismus vervullen. 'De ondergefchikte wordt wel daar door van de pligt van gehoorzaamheid niet onflagen en wat scfcbieden moet, gefchiedt; maar men wordt toch fiechts gedwongen het bevel te volvoeren, niet , te billijken; te doen, niet, te oordeelcn; toe te geeven, niet, in te Hemmen. De vrijpoitige nüfonneur buigt zicht zo diep, en gehoorzaamt even zo fpoedig, als andere; maar men vreeft de ftoutheid zijns oordeels, en wacht zich, zich aan hem bloot te geeven. Men vooronderftelle het geval, dat de aanvoerer van een Krijgsleger van Officieren omgceven zij, welke alle zijne maatregelen op het ftrengstc beoordeelen. Wat' is de uitwerking hunner redeneering ? wordt daarom de uitvoering der gegeeven bevelen opgehouden ? Raifonneren zij eerft, eer zij 'gehoorzaamen ? Niet van dat alles ! Hun daar na volgende redeneringen hebben fiechts ten gevolge, dat de aanvoerer, wanneer hij hunne bekwaamheid kent, zich van hunne goedkeuring of door het vraa,gen van raad, of door een nauwkeurig overleg van alle zijne (tappen zoekt te vezekeren. Het fchijnt zeker, als of dergelijke raifonneurs den vorften en hunne dienaars de kunft van Regeejfen moeilijker maaken; en het is waar, wanneer men  «aen daar door de meerdere oplettenheid verftaat , welke vereifcht wordt, om groote poften met eere te volvoeren. Een traag moedloos volk verdraagt de flegtfte gelijk de befte regeering , op gelijke wijze. Het mort over de goede uit onvcrftand, en over de kwaade, wijl het de gevolgen daar van ondervindt"; maar in beide de gevallen fiechts heimelijk. Bij zulke omftand gheden is het zeker gemaklijk, aan zijn tijtel, maar moeilijk aan zijn ambt naar vereifcht te voldoen. Want de Regent wordt in het eene geval niet bemoedigd, en in het andere niet gewaarfchuwd. Hij bekleedt zijn ambt gelijk een handwerker op een dorp , dien het niet der moeite waard acht, zijn werk beter te maaken , wijl zijne kalanten toeh ook met het flegtere te vb» den zijn. Wanneer derhalven Pruiffens Monarch de fchriften .tegen den Staat der Cenfure wil onderworpen hebben ; zo verftaat hij daar door fiechts zulke, welke den Staat zelve aantallen, denzelven aan zijne vijanden verraaden , de onderdaanen aan den pligt van gehoorzaamheid onttrekken, en burgerlijke onruft veroorzaaken ; maar niet befcheiden beoordeelingcn over de genomen maatregelen van den Voill en zijne dienaaren. Wanneer hij den Godsdienft befchermt, zo verftaat hij daar door alleen de algemeene Godsdienft, zonder acht te (laan op de bijzondere naam, waarmede hij bcftempeld is, of door welke hij gehaat gemaakt wordt. Zulk eene vrijheid der Drukpers is het onderfcheiden merk eener wijze Regeering. Haar zagte invloed deelt der onbepaaK de monarchie alle zegeningen der politieke vrijheid mede, zonder ze aan de vernielende ouwcders bloot te ftcllen, welke zo dikwijls de dageraad der Republikainfche vrijheid verdonkeren, en haaren middag verontrulten. Maar wanneer de Vrijheid der Drukpers zulk ecu onfehatbaar kleinood is: zo moeten wij ons ook wachten, dezelve door een onbehoedzaam of onedel gebruik in gevaar te ftellen. Wij moeten den Groatcn zelfs het voorwendzel beneemen , ons de. zelve fds caivvaardigco te onttrekken. Wij' moete.ii niet  C 15 ) niet als moedwillige jongens onze vrijheid misbruiken, om de vooibijgaatiden te bekladden. ~—* Schrijvers ! wanneer gij leeraars der Menfeheid Wilt zijn , zo bewijft, dat gij deezen verheven tijtel verdient. Verwijdert alle verdenking van laage oogmerken, of overijlde drift. Gifpt niet de perfoonen, maar treft de zaak. Toont niet alleen vlugheid en Itoutheid, maar ook overleg en edelmoedigheid. Denkt, wanneer gij fchrijft, niet flecht aan den het roem dien gij verwerven, maar voomaamelijk aan nut dat gij dichten wilt. Niet alle, waarheid is te allen tijden, en in alle omftandigheden even nuttig. Wat juiit heden nog te zeggen of te verzwijgen is , moet gij even daarom zelve beoordeelen, wijl het door creen wetten noch ambtenaaren van den Staat te bepaalen is. Uw fchrift is een pijl,- welkers wen kina gij niet meer ophouden kunt, zo dra gij hem afgefchoten hebt. Gij kunt u niet meer voor het publiek verbergen en de hand op den mond leggen, zo dra de uitgeevcr zich van uw handfchnft heelt meefter gemaakt. Verfchijnt daarom met fchroomende eerbied voor de vergadering uwer richters. En wanneer patriottismus of Menichenhefde u bezielen zo laat de wijsheid uwe fchreden bellieren. Kampt moedig tegen de vooroordelen van allerlei aart; doch niet met het zwaait van Alexander, maar met «Ie lans van Minerva. WAAR-  WAARSCHOUWING. FABEL. De AUTHEUR en de MUIS. Jn het vertrek van een beroemd' Geleerden had zich een Muis genesteld; een verbraste Muis , die niers vrat dan zijne Manufcripten, Profe en Verzen. JSioch de waakzaamfte Kater, noch de kunftigfteMuizenvallen konden haar verdrijven; zelfs liet zij zich ook door de beste lekkernijenen zoetigheden niet van haare woede, in het beknaagen der geleerde papieren, aftrekken. De ongelukkig vervolgde Autheur, die zijne werken der welfpreekendheid en dichtkunde niet meer wist te redden, gaf ze eindelijk in druk. Maar het hielp niets; het geen het vraatige roofdier te vooren in Manufchript niet had gevreeten, vrat het nu in druk. Hoe ongelukkig ben ik niet! zeide de geleerde. Ik ben het waarlijk mo6 alleen voor knaagend ongedierte te fchrijven. Van nu af aan zal het anders moeten gaan; ik wil geen blad anders als wit papier in mijn wooning hebben. Maar wat zal het helpen ? De duivelfche Muis zal het witte papier zo wel vreeten als het andere. _ Eindelijk kon de geplaagde Autheur het niet langer uithouden; hij wierp een deel gepulverde fublimaat in zijn inkt en fchreef daar mede, in Verzen of Profe kan ik niet bepaalen. De Muis kwam en vrat er weder van, en — borst fchielijk. Aha! fprak de dichter, nu verheugd; een gelukkig recept! Op een andere tijd mag zich zulk knaagend ongedierte wagten, dat men niet met vergiftigde inkt fchrijft. Zijt  C >l ) Züt ttafig en bcfeheiden in uw critiferen, letirijvers: maar (brenger en fcherp tegen onrechtvaeraige. en beledigende aanvallen; want, waagt gij het met uwe werken (lont en ftandvastig te verdedigen, zo meent men dat gij öf ongelijk hebt, of dat gij vreest. Waar in kan ik u van dienst zijn, mijn lieve Azo'? zeide Emir Mohalleb, terwijl hij een jong man zag intreden: Azor was van verdienden : datis, bij bezat alle vlugtigheden, alle Niets, de gaufche nuttelooze gratie, waarin de kunst van behaagen bedaat. Hij was dus waardig, de lieveling der grooten te zijn. Hij was geheel en al een beminnenswaardige kwast. ...... -— Niets als dit! antwoorde Azor, terwijl hy zich aan de voeten van Emir wierp, en hem een pauier overhandigde. Mohalleb leest het. _ _ * Een Ilofrichters plaats? Van wien is het opftel2 _! Van den (laaf van uwe exellentie, Azor. Elegant! Een bijzondere fmaak? Emir ik heb rijmen gekozen, wijl ik wist iat uwe exellentie die meer bemint dan prole. Gij verpligt mij. Ik erken Azor geheel. Ma"- ik'er bijvoegen, Emir, dat ik'er ook Mufijk op gemaakt heb? (Hier overreikt hij den Minister de partijen.) Verrukkend! Om uwe exellentie onderdanigst te overtuigen, dat ik mij op een inflrument verdaa, mag ik het waagen, mij te laaten hooren? (Azor haalt een fiool van onder zijn rok voor den dag. Hij fpeelthet Rondeau, in 't welk hij het fupplik gefield heeft.) onverbeterlijk! Jongeling gij betovert mij. Men weet dat uwe Exellentie een fiolistis: tou zij mij de eer willen aandoen de fiool overtenee«ien: z.o zou ik onderdaan volkomen te toonen, dat  ik het (luk Wéét te danfen. (De Minister aanvaard het-) . Gij overlaadt mij, mijn fchoone Azor: roept hij uit, terwijl hij de fiool wegwerpt, en Azor met drift omhelst ik vind u zonder weerga: hier is het patent. Sints zit Azor op het verhevene des (laats tempels, en befchikt over het lot der Menfchen. Te Utrecht, bij De WED. MULDER, en aioinbij de meeste Boekverkoper a a Stuiv.  D E V R Y Ë iSlEDERLAINDËR;- No. 2; j-1 et voorgevallene inUtrecht op deni iMaart omtrent "de electie van den eer J. Sichterman , is thans het onderwerp der voornaamfte getprekkep en geiehniten in de Republiek en veriehait elk ftoffe om zijn aart en denkwijze, naar.dat zijn vermeend, belang meede. brengt, aan den dag te leggen. Dan het is vooreen die niet volkomen onderrigt is van den ganicbcn toedrast der zaaken en de gelteldheid en betrekking van Utrechts Regeering en Burgerij tot elkander en inzenderbeid der Geconftimeerden met dezelve, voor en lints de electie van den Heer Sichterman , onmoogehjk, om de zaak en het gebeurde, maar vereischte kunnenbeoordeelen. i ,. • Wij willen 'er ons eens opzettelijk toe verledigen om de zaak in zijne waare kleuren aan het daglicht te Hellen . ten einde het onzijdig publiek gelegenheid te geeven pril te kunnen oordeelen m hoe verre men de Burgerij van Utrecht als oproerig en inzonderheid derzelver Gcconffitueerden als Beledigers der Achtbaarheid en Souverainiteh van den Raad der Stad, bij de weldenkende Natie met grond kan doen voorkomen. . i i i . , .. Om zich zclven in deeze beoordeeling niet voorbij te loopen, moet men in het oog houden : dat 'er niet alleen fints twee jaaren tijds tusfeheri de Burgerij en Reo-eering van Utrecht zodanig eene Concurrentie en overeenkomst heelt plaats gehad, dat daar door B laat  ( 18 ) teutte is in ftaat gefield, om zich aan een drukkend juk eenes Luitenant. Stadhouders te ontrekkeu, en 'de flaaffché recommandatien' eeues Stadhouders zelve van de hand te wijzen; en tevens provilioneel aan zich, in naam der Burgerij,de vrije electie der tusfchentijds vacerende raadsplaatzen te neemen; maar ook, dat 'er na het oproepen en inkomen der bezwaatenen vooral, fints het Regeerings - Reglement van 1674 niet alleen als onbeftaanbaar door hun Ed. Mog. Was gedeclareerd, maar ook bij de Stad gefurcheerd-; 'er in zekere opzichten een interim plaats had, waar in de forme van Regeeringsbeftelling naar geen bepaald voorfchrift, maar na eene provifioneele overeenkomst van den Raad en het Volk kon gefchieden. De Raad had, op verzoek van het volk, in naam der gemeene Gilden en Burgerij, tot drie 'reizen toe het recht van electie van een nieuwen Raad uitgeoeftend , en daar in zich gefchiktnaar de begeerte der Burgerij, die hun niet onbekend was ; terwijl de Uurgerij al reikhalzende bleef verlangen om eens zelve dat deel in de aanftelling haarer eigen Reprefentanten te mogen hebben, het geen haar rechtswege toekwam en dat zij in de middelen tot redres haarer bczwaaren hadden opgegeeven 'er waren meer dan Agt Maar¬ den verloopen, fints de Burgerij haare bezwaaren had ingeleverd, zonder dat zij verder iets van dezelve vernam vier maanden waren 'er reeds voorbij na dat zij vierentwintig uit zich hadden geconfirmeerd-, om in haar naam alles te verrigten watk'ondeftrekken tot fpoedige afdoening der hangende bezwaren, zonder dat de Regeering nog konde goedvinden een qualificatie, notarieel gepasleerd door 1215. Burgers en ingezetenen, te erkennen, of de qualiteit der geconftitueerden in meerder aanmerking te neemen, dan de perfonen der ondertekenaars die alleen in hun eigen naam fpraken. Dat zulk eene handelwijze der Regeering zeer onaangenaam, moest vallen voor eene Burgerij die alles in het werk had gefield om, op een enkelen,wenk, haare Regeering de handen vrij te maaken , en derzelver grootheid en onaf hanglijkheid te verzekeren, zal geen onzijdige kunnen outkennen. Wat kon men natuurlijker verwachten> dan hetgeen werk«  ( 19 ) werklijk gebeurde, dat de Conftitiienren het fammelcft moede, eenigen uit hun Committeerden, om hunne Geconltitneerden af te vraagen de redenen van het dilaijcren der afdoening hunner bezwaaren iets waar van deeze even min eenige andere opening konden geeven, dan dat zij een en andermaal zich zonder effect deswegen bij de Stadscommisfie hadden vervoefd te verliezen! dan welke zijn toch de zo oproerige en beledigende termen? welïigt deeze, dat Gecommitteerden uit naam der Burgerij declareren. I. Datz.yjnel de minderheid derFroedfchapprotegeren tegen de meerderheid, en de conclufie van r'morgens houden als alleen voor de meerderheid van den Raad , en niet voor de minderheid en de Burgerij genomen. II. Dat zij dit hun verzoek doen voor de laatfle reize .en niet willen in/laan voor de gevolgen , maar dezelve overlaaten voor de geheime bejiookers en bewerkers van dat /pel? JIL Dat zij verzoeken vóór het fcheiden der vergadering antwoord te mogen hebben, ten einde aan de vergaderde menigte en hunne committenten dien volgende behoorlijk rapport te kunnen geeven. Wij zullen deeze gezegden eens in het rech.e licht dellen, en zien of dezelvp dan nog zo oproerig en beledigend zijn, i. dat zij metde minderheid protefteren enz.' dit' is zeker eene taal der Burgerij zeer ongewoon te hooren in den Raad : en dte in alle andere gevallen voor een part- culier l ongeoorloft zoude zijn. Docli ■men moet hier bij zeer wel ' onder het ooghouden, het geval waar over de quedie viel, gelijk wij vóór reeds hebben beginnen aan te merken. De Vroedfchap had reed? den 19. Januarij 1784. conform het rapport der Heeren Oudburgemeederen Berger, v. Ajchv. Wijk, Verkeek en van den Boogaard, als ook in derzelver mislive deswegens aan 2jjn p. II., geavoüeerd engededucecrt:^//tom7/f }ot de vervulling d&r tufjlhentijds vacerende Raadsplaatzen, als nog refiderende in den 'boezem der Burgerij , niet volkomen recht door dezelve werd prrcflam^erd —> en — dat de wijze van vervulling da-  C 25 3 der Raadsplaatzenniet anders ts dan een bejiier het huishoudelijke betreffende, waar mede met langer behoeft te worden 'gecontinueerd, dan die geene die zulks heeft toegelaat en , dat geraden vind, en waar in de Vroedfchap niet langer kan continueren, zo dra de Burgerij, by welke 't recht tot dit huishoudelijk bestier eigenlijk resideert, 't zelve reclameert. ■ Daar nu de Vroedlcha}>, in gemeldde brief aan Z. D. H., zelve zegt, door bet Requeft der burgerij aanleiding te hebben gekregen om te onderzoeken en te zien, dat dit recht bij het Reglement van 1764 niet aan den Stadhouder was o-edefereerd en gemelde Burgemeefteren bij hun rapport zesgen dat uit voornoemde Reglement niet blijkt, wien het recht der tafchentijdfche vervulling der vacturen toekomt: ~ • daar en boven, ais men in aamerkinge neemt —.dat het derde hoofdbalk van het Conceptreglement, waar bij hetnomineeren der nieuwe Raaden en Burgemeeltcren enz. aan de Burgerij onmiddelijk wordt toegekend , reeds bij de Stadscommisfie was geamplccteerd — dat om een en andere reden bij requeftc aan de Vroedfchap was verzogt ; niemand tegen den zin van_ die; zelfde Burgerij, wier voorgaand verzoek hen in dit recht provilioneel hèrfteld had, te willen verkiezen — dat des niet tcgenltaandc rechtftrceks tegen dat verzoek aan, door de meerderheid der Vroedfchap was gehandeld, dan zal men moeten erkennen , dat niemand dan die meerderheid der Vroedfchap een onvoorzigtige daad heeft gepleegd, door eene ganfche Burgerij als opzettelijk te tergen, een tegen 't, oogmerk (trijdend gebruikmakende van een recht dat hun maar voor een korten tijd ter uitvoering was overgelaaten ; en hoewel bij de reclame van dat recht wel geen conditiën waren bepaald, naar welke de Vroedfchap dit recht , in naam der gemecne Gilden en Burgerij, zoude uitoefenen; zo hield zulk^en verzoek nogthans ftilzwijgende in, dat de Vroedfchap, zo min als de Stadhouder, een tegcngefteld gebruik van dit recht, tegen den zin der Burgerij, zoude mogen maken; en vooral dat de verzoeU.i deswegen van de Burgerij, even zo veel in* B 5 gang  < -J J |artg behoorden te rrebbeh, als het verdoek tot dè reclame zelve —- want waarom zal een Collegie meerder recht hebben om aan de Burgerij een lid van het zelve op te dri'ngeu, om haar te reprefenteren , in welk de Burgerij niet alleen geen genoegen neemt, maar waar tegen ze zich direct oppofeert, dan de Stadhouder ? wien men alleen dc faculteit dier'aan (telling ontnam, om dat men vreesde rnet zulkcn te zullen overlait worden, die volftrekt, \vcgons hunne fentimenten geene, Burgerij kon" den reprefentereren die geheel 'andere ientimenten was toegedaan. Waar in bedond dan de wettigheid dier Vroedfchaps refolutie anders, dan daar in ,dat eene kleine meerderheid, tegen een proted der minderheid, volftrekt niet wilde dcfereeren aan ecu alïerbillijkft en reebtmaatigd verzoek der Burgerij — Raat dan zulk een proted, in dusdanig geval,eene Burgerij niet vrij ? wat onderfcheid is er dan tuffchen haar en den onderdaan van een Defpoot ? • Dan moeten zij , wanneer haare billijke verzoeken haar worden geweigerd -- wanneer haar onbetwiltbaar recht wordt verkracht, maar zwijgen en toezien— vaar wel dan Vrijheid! gij zijt dan Hechts een fpcelpop ons in de hand gedopt om onstediverteren, en onze aandagt af ter rek ken' van de willekeurige handelwijze onzer Aridocraiifche Meedcrs ? Ongelukkige Nederlanders: uwe Vrijheidis dan niets anders dan ten hoogden het recht om de eene of andere paijj uwer regeerders vrij te maaken van haare mededingers, om de balans des geenen die u heeft weten voor in te neemen, naar zijne zijde te doen overflaan. Gij moogt, als men tocgeevend tegen u wil zijn , uwe rechten voorHellen maar, als men weigert aan uwe redelijke verzoeken te voldoen — moet gij zwijgen ■ of, gij zijt . . . Majedeitfehenners — oproermaakers!!! Is het zulk eene belediging, in de gezegde omHandigheden, dat de Commisfie declareerde; dat zij dit hun verzoek deeden voor de laatfie reize, en niet wilden inftaan voor de gevolgen, maar dezelve overlieten voor de geheime beflookers en bewerken van dat fpelf —— De Commisfie had in de voorige • aan  ( *7 ) aanfpraak in fubftantie gezegd : „ dat dit geval moeit, beüiiïen of zij langer de mond der bur'* getii zoude blijven, dan of zij , haare moeite vrug" teloos zijnde, de Burgers ieaer voor zich zeiven " tot de Regeering zouden doen fpreeken, en van " haare ' oiïimisfie, die toch nietskondeuitrichten, " afftand doen;" dit voorig gezegde wordt hVr *eïnha:reerd; dit was het beüuit van veelen — zodanig eene declaratie mogt Hout luiden in den mond van eenen die eigener authoriteit tot den Raad {oveekl naaar eene ganfeh andere klank heelt het in den mond van een, die uit naam van een o-root gedeelte des volks dat door geen ander gedeelte weêrfprokcn word zijne reden voert. Veelminder berispelijk is het, dan dat dit befluit, zonder voorafgaande waarfchomving, ware uitgevoerd. Welligt had dan onbefcheidencr aandrang meerder grond3 tot venvijtingeti gegeeven. Welligt hadden dan geheime aanitookers hun rol volfpeeld gezien» Steekt 'er zo veel beledigends voor den Raad in dat de Commisfie te kennen geeft dat zij bevreesd is da' 'er geheime, hun onbekende, aanitookers agter dit fpel zaten ? dat zij daarom verzieken om het gevaar en hunne vrees wat toe te geeven? ten mintten dat zij zich anders onfchuldig moeren houden: daar men reeds fints lange openlijk elkander gewaarfchouwd had tegen de geheime aanhilzingen die van den kant der Regenten fêgefi den Burger, en van den kant der Burgerij tege» de Regeefing werden in 't werk gefteld! en zij die hier fpreeken onbetwiftbaarc blijken hadden dat 'er reeds'lange geheime laagen gelegd waren tegen den Raad, "welke zij uit liefde en eerbied voor hunne wettige Reprcfentanten, en getrouw aan hun eed en pligt, hadden verijdeld en welke welligt hier op nieuw 'haar kracht konden beproeven dan hier van in 't vervolg nader. Steekt 'er iets oproerigs of honends in 't verzoek, om vóór het fcheiden der Vergadering antwoordje mogen hebben ? • Was dit verzoek niet aller noodzaaklijklt ? Had de Raad ge- fcheiden, voor en aleer het befiuit deszelven was be-  bekend gemaakt, welligt had de vergaderde-menigte daar argwaan uit opgevat te meer, wijl dit geval des morgens had plaats gehad had de Commisfie deeze voorzorge en voorzigtigheid nier gebruikt, welligt had men de gevolgen -— gelijk alles — — weder op haar rekening gefield eh 'eteen kwaad oogmerk aan gehegt. Kan men nu, wanneer men eerlijk, wanneer men onzijdig oordeelt, wel een ander oogmerk en eene andere betekenis aan de woorden en het gedrag van Geconfl. en Gecomm., in deeze tijdsomfiandigheden, geevea, dan die welke wij daar uit hebben opgemaakt? Moet men van den antieren kant van agteren niet met meerder grond opmaaken, dat 'er geheime bewerkers agter bet fpcl hebben gezeten, als men drie dagen laater ziet, dat 19 leden van den Raad hunne posten jflederleggen en hunne demisfie vraagen, en'dezelve ziet navolgen door 22 Burger Officieren? Wij kunnen voor ons niet gelooven,, dat deeze 19 Heeren alle, uit eigen beweeging, hunne posten hebben zoeken neder te leggen — of, dat zij, met het 'vraagen hunner demisfie, in de daad van zins zijn geweest om van hunne voórdeeliga posten — tot nadeel van hun huisgezin — af (land te doen ? Veeleer gelooven wij, dat ecnigen , of door geheime aanitookers, waar vanwij zo even zeiden nader te zullen fpreeken, of door drift, daar toe zijn vervoerd , en deeze, om te beter het bedoelde te bereiken, anderen mede daar toe hebben overgehaald, om des temeer fehijn te geeven van eenige billijkheid aan deii onberaden flap en niet in de ongelegenheid te komen om zo gemaklijk die demisfie te zullen ontvangen welligt om veele kortzigtigen en klein- moedigen in verlegenheid te brengen, als of de ondergang van Politie en justitie gekomen was — om uit deeze verlegenheid zich voordcelen te bedingen, tot welke men door geene andere wegen kans zag, wijl de zagtere proef daar van reeds was mislukt: om de reeds vergevorderde burger Vrijheid en herltelde rechten, voor derzelver volkomen Vrijheid ,tefmooren, —— Hier pc moest alles, in rep, en roer ge- bragt  ( E9 ) tM worden - „ Hemel 1 negentien Regenten te gélijk hunne demisfie gevraagd! dan moet 'er een ïjsfebik oproer, een gruwelijke famenzweering hebben tokats^eha'd" Hit moest de alarmkreet zijn die de 'ranfche Republiek moest door klinken maar dit'moest ook nog grootcr gevolgen hebben men moest de oorzaakeii van zulke gevaarlijke oproeren en gruwelijke famenzweerinscn, voorkomen of vernietigen — men moest der Burgerij zo veel niet teegeeven — men moest de GeWapendc Geneotfchappen, op welke zij Hennen, weder vernietigen. 'Er is zeker geen nader middel tot vernietiging der Burgerlijke Vrijheid, dan oproerigheden. Hoe zeer anders eene Rcpublicainfche Regeering met gedoogt door den Militairen arm den Burger tot gehoorzaamheid te verpligten; in 't geval van oproer lijdt deeze regel eene uitzondering. 1 Er moest dan, ten koste wat het wilde, een oproer ot famenzweering in Utrecht plaats hebben de Burgerlijke Vrijheid, die daar ten troon 1'ehcen te zullen fin>eri, en de overige gewesten opbaar deed Itaaren, moest eensklaps haar tot een moordfpelonk maaken en haar Hellen tot een baak van afchrik voor anderen. — De voornaamHc kunst was, om in Utrecht^ tiaar de Burgerij zo zeer op haar hoede was, en niets meer fcluwdc dan dat, zulk een oproer te verwekken waanchijnlijk zou de tijd, in welke het zelve effect moest forteren, verloopen, en 'er zich geene gelegenheid wéér' opdoen als die van den 11 Maarteerst nen 14 vernam men ook dat 'er in de daad een oproer en famenzweering bad plaats gehad: want, negentien leden _ van de Vroedfchap verzogten hunne demisfie — dit was in de daad ook al het bewijs dat men konde aanvoeren en buiten dit zou een inwooner van Utrecht niet anders dan uit de Couranten en den Kruyer hebben geweeten, dat er iets dergelijks in zijne Stad had plaats gehad. en om verder het gedrag der 19 Heeren te appuijeren moest 'er in de daad een attentaat op de Souvereiniteit van het derde lid van Staat worden getiaan, met het prei'enteren van een reqnest- aan hun Ed, Mog,.om proteétie, door de x Broe-  C 30 ) Broeders, Zwagers, Zusters, Neeven Nigtcn,Dienst* boden en andere afhangelingen, ten getale van vier tot zes, voornaameüjk vrouwen , uit een huis , van de negentien Heeren die hunne demisfie hadden gevraagd'. • Wanneer men dus het gedrag der Burgerij.' en haare Geconifttueerden en Gecommitteerden en dat der Negentien Regenten eens tegen elkander overhelt , dan zal het niet moeijlijk vallen uit eene bedaarde overweeging 'op te maaken, wie het eigenlijk zijn die de Stad in dat uiterfte gevaar hebben getiteld en van waar het luidruchtig gefchreeuw van oproer en famenzweering, als of men zonder protectie van denSouverain der Provintie zijn lijf en lïoederen niet zeker ware, zijn oorfprong heeft genomen. Wij en alle die het wezenlijk belang der Republiek en der wettige Regeeringsform behartigen, hebben het, naast eene bewaarende Voorzienigheid, alleen die braave leden der Vroedfehap, welke fints den 14, Maart den Raad Compofeerden, te danken , dat de mijn, die men tegen de fouverainiteit der ftaden de Burgerlijke Vrijheid gelegd had, verkeerd gefprongen is, Behoeft men nog te twijfelen of het oog¬ merk der geheime aanitookers geweest is, om eene eensgezinde Burgerij te verdeelen — om dezelve optehitzen tegen haare ftandvastige Regenten, tegen haare Geconititueerden, en her Genootfchap van wapenhandel, dat over het algemeen zo veelnutheefi aangebragt; hoe zeer men ter goeder trouw wist, dat deeze niets anders hadden bedoeld, dan het betrachten van hun eed en pligt en het bewaren der rust en eendragt, tegen alle machinatien van twistzoekers , en dat het laatlie, in geen opzigt hoe ook genaamd, eenig deel aan de beweeging, die men volftrekt wilde 'hebben dat 'er geweest zoude zijn, had gehad of koude gehad hebben ? Welke reden, herhaalen wij nog eens, waren 'er toch, om van de Staaten der Provintie protectie te verzoeken? — Was 'er iemand vóór, op, of na den 11 Maart in zijn perfoon of goederen beledigd? Toonden zij, die zodanig een Request ondertekenden niet openlijk, das zij tea oogmerk hadden, haar* wet-  I si ) wettige Regcering op de wederceclitelijkfte wijze te. hoonèn en beledigen? daar zij niet alleen dezelve deeden voorkomen als onwillig of buiten fta'at om ben de noodige protectie te verleenen maar ook 'naar zogten te brengen onder de cnmiddelijke fn- bordinatieeii directie der voorltemmende Leden ■ h'ietteaenftaande er by uitdruklijfce overeenkomst der drie Leden van Staat van den 13/Feb. des jaars 15^7door intercesfic van den Graave van Nieuwenaar, bepaald was: dat deeze zien met de Regeeringsbefuiiiiig van Stad en Steden niet zouden vermogen in telaaten — tooncn zulke requeltranten, die nog nimmer iets tekenden om de rechten der Stad of burgerij tegen overheerfching van buiten zo ver zij burgers zijn te befcl:ermen,hier mede niet ten duidelijkiïe, dat zy verachters en beledigers zyn hunner wettige overigheid, 'waardoorzij in de daad een Crime» ice/h Majeflatis begaan , als zich direct oppoferende tegen 'slands wettige^Conftitutie welke zij , of in zich zeiven , of in hunne voorzaten , hebben bezwoeren te zullen helpen befchermen en verdedigen met goed en bloed : en om welke overtreeding zij verdienen hun burgerregt en inwooning der Stad rechtens ontzegd te worden, tot zo lan- • ge zij hier over in fubmisfie bij hunne beledigde Regeeriiig zullen zijn gekomen. Behoorde dus niet veel eer dit Request gefield te zyn geworden in handen van den Schout en gerechte der Stad, om te onderzoeken, of de ondertekenaaren wel gequaliticeerd waren om zodanig een Request te teekeneu, en of zij zeiven wel wisten of begrepen hadden wat zij gedaan en getekend hadden: veel eer, onzesbedunkens, dan de circulare] Requesten van de in- en opgezetenen van Montfoort en Maarsfen en Maarsfeveen, ten dien einde zijn gefield in handen van den Riaarfchalk en Procureur Generaal. Wij danken het inzonderheid den Grijzen Burgervader S. Berger, wiens onvermoeiden ijver voor het belang der Stad, met zijne mederaaden gezorgd heeft, dat de voorltemmende leden niet, op het frivool pretext van Regeeringloosheid, haare handen aan het heiligdom der Stad hebben geOagen! Waar was hier  ( 32 ) hier toch hetperknlum om het gerecht te verrnaanétj om onderzoek te doen naar de;eerste oorzaak der be: wecging op den ii. Maart, en daar toe vilie van Stads notulen te vraagen? waar was'het gevaar waarom ter Staatsvergadering moest geproponeerd worden om de vergaderplaats te verleggen ? Was er immer aanleiding gegeeyeri tot het voorwendzel, als of de Provintiaale Vergadering in hunne vrije deliberatien koude gehoord worden? —- Was' er zelfs eenig bewijs dat de leden van den Raad der Stad in hunne perlbonen openlijk waren beledigd of in hunne Vergadering geftremd ? — Behoorde er niet veeleer te worden onderzogt, naar de eerltc oorzaaken van zulk een Request als men, ten prajuditie en hoort van de Stad, op zulke ongefundeerde middelen,had kunnen goedvinden aan hun Ed. Mog, aan te bieden; en welk Request alleen als jj de aanleidcnde oorzaak der misleiding van hun Ed. Mog. moest worden aangemerkt ; om den onberaden en overijlden flap der 19 Leden van den Raad, waare 't mogelijk, cenigzins goed te maaken. (V Vervolg in No. 3.) Te Utrecht, bij De WED. MULDER, en alom bij de meeste Boekverkopers a 2 StüiV.'  D È V R Y E NEDERLANDEN No. 3. (Vervolg van No. 2.) Jlier van is het ook dat men moet afleiden alle c'ie ïmisleidende berichten met welke fchier alle nieuwspapieren zijn opgevuld de verkeerde uitleggingen welke men ter kwaade trouw aan al hét verrigtte der burgerij en derzelver Gecommitteerden heeft trachten te geeven de valfche en kvvaadaartige uitltrooijzels welke men het publiek, zo ten aanzien, der fchutterijj als inzonderheid van het ExercitieGcnootfchap, heeft zoeken op te dringen; -— Is het niet een mank en kinderachtig voorwendsel, dat even daarom, wijl 'cr in de Commistie, Welke bij den Raad Audiëntie had gehad, vier Leden vai> het Exercitie Genootfchap zich bevonden, én veele Geconllitueerden medeleden daar van zijn, dat even daarom het Genootfchap eene revolte heeft zoeken aan te richten waarom kan rhen dan niet met het zelfde recht zeggen, dat de Ecclefiert ' de achtbaarheid van den Raad hebben zoeken te beledigen, om daar uit met de voorltemmende leden hun voordeel te trekken; wijl de helft der officieren, die onder de Geconftitueerden zitten, Canunniken zijn; en twee der zelve in de Commisfie binnen ftonden ? waarom kan rnen niet met het zelfde recht voorwenden, dat de Kerklijke magt zich tegen de waereldlijke heeft trachten te verzetten, wijl een groot deel der geconftitueerdeft leden van den Kerkenraad zijn ? Te zeggen dat 'er meerder C wOT»  ( 34 > waarfchijnlijkheid hier toe zoude zijn bij een gewapend Corps; doet zonder verder bewijs niets ineerder uit, dan dat men zoude kunnen zeggen, dat de Capittelen, door haare uitgebreide goederen en medehulp der voorltemmende leden, (blijkens het Concept Reglement reformatoir) hier toe even veel gelegenheid hadden ——— of dat de Kerkelijke» , door haaren invloed op de gemoederen der menfchen, zich hier toe zeer ligt van dien invloed zouden kunnen bedienen. ■ Dan , even deeze frivole voorvvendzels doen een' opmerkenden ten duidelijksten zien, dat men het alleen toegelegd heeft om de zo nuttige en voor Nederland noodzakelijke wapening weder te vernietigen en daar toe een aanvang te maaken met de Genootfchappen, welke dezelve nebben aangemoedigd, om ze daar door als van zelve tot zijne nietigheid te doen wederkeeren. — Jammer is het maar, dat men nog, niettegenftaande het ltrenglte onderzoek van het gerecht, geen enkele blijk heeft kunnen opfpooren, dat het Genootfchap zich in eenig gedeelte, hoe ook genaamd, heeft gemelleerd met deeze ganfcbe zaak betreklijk de verkiezing van den heer Sichterman, en hetgeene daaromtrent is voorgevallen ■— het is 'er zelfs zo verre af, dat 'er zelfs in al dien tijd noch vergadering van Officieren en Directeuren, noch der leden in 't algemeen, heeft plaats gehad over haar eigen huishoudelijke zaaken. — Indien het al waar was, dat 'er op den 11 Maart, onder de vergaderde menigte, infolentien waren gepleegd, en zich onder de verzamelden veele leden van het Genootfchap hadden bevonden; had dan daarom het Genootfchap deel aan dien toeloop ? Is het wel haast mogelijk, dat *er in deeze Stad eene famenkomlt van zo menfchen zij, uit onderfeheiden ltanden, waar onder niet eenige leden van het Genootfchap zich bevinden, daar deszelfs corps beltaat uit ruim 700 leden , uit de gegoedlte en aanzienlijklten der Stad, en vooral der zulken die niet onverfchillig zijn omtrent de gebeivrtenisfen hunnes Vaderlands. Al ware het zelfs, dat'er onbehoorlijkheden waren gepleegd door zulken die leden waren van het' Genootfchap, had-  C 35 ) hadden zij dit dan gedaan in hunne quahteit als leden daar van ? Moet dan het Genootfchap ïnltaan voov het gedrag van alle haare leden, in hetgeen zij in hun privé verrigten ? dan moet dit ook plaat* hebben omtrent alle andere Collegien, wat dan een lid der Vroedfchap in zijn privé, als Burger doet, moet dan voor rekening van den geheelen Raad komen 1 En waar zou dit dan heen ? zou mtu niet in tegendeel kunnen aantoonen dat het Genootfchap , de dirigeerende vergaderinge van het zelve te meermalen haar ongenoegen heeft betoond tegen alles wat {trekken konde tot Hoornig der ruft en goede orde? Is het dan nietkwaadaartigdatmen, hier van bewuH zijnde, de goede invloed die het Genootfchap op een groot deel der Burgerij, als zijnde een groot deel haare medeleden, heeft , en van welke men zich meermaalen wel heeft willen bedienen, thans, zonder eenige grond, ten kwaade tracht uitteleggen: en waar van men zich zaaken imagiaeert of kwaadaartig verzint en publiek durft fchrijven , waar aan geen eerlijk meufch gedagt heeft. —— Wat moet men dan denken van die weinigen die hunne naamen als leden van het Genootfchap hebben laaten raijeren, zonder daar toe eenige redenen op te geeven ? —— Wij voor ons kunnen er geene andere reden toe vinden, dan dat zij dit gedaan hebben om genoegen te geeven aan hunne Vaders, Broeders, Ooms, en neven die hunne demis lie hebben gevraagd als Raaden ; doch welke Connectie dit met elkander heeft, kunnen wij, om de gezegde redenen, niet begrijpen. Althans, zo dit bedanken eene Hüzwijgende befchuldiging van het Genootfchap inhoud, zullen die heeren ook wel bewijzen voor die befchuldiging hebben; en zij zij» als eerlijke luiden dan ook verpligt om die bewijzen aan te voeren , op dat zo de bewerkers van het verraad worden ontdekt en hunne famillien eclatante fatisfactie bekomen. Of het Genootfchap zelve zoude die heeren kunnen roepen, om de bewijzen te produceeren, of de Hüzwijgende befchulóiging .te retracteren. Even dit komt ons voor in het bedanken of het vragen van demisfie der aa BiugeromC a CI**  C 36 ) eieren — wil men dit d eens toegeeveh tón dié Welke bun tijd hebben uitgediend wat gegrond vbórgeeven hebben toch de andere jonge helden vaor hun gedrag ? — Verbeelden zij zich de iehaduw der Regenten, die het lighaam volgt ? Hebben zij kun eed gedaan om de Had eu Burgerij te béfchermem tot zo lang 'er vrees voor ongelegenheid kom? , en dan dcri aftiop te blaazen als het hun goeddunkt? Of ligt'er mede in hun bedanken eene directe declaratie, dat zij geen Commandarus van Oproermaakers willen zijn, -— dan is het onbetwistbaar dat de Schutte: ij geene derzelven weer onder hunne Compagnien kunnen aannemen ^ voor dat zij berouw en leedwezen over hunne valfche befchuldiging hebben betuigd, en belöofd, dat zij nimmer weder zullen rctireeren , wanneer de Juifté tijd gekomen is om te ftaan, en te toonen dat zij weeten wat hun eed eu pligt is en dat zij verder, tot boete voor hun gedrag, den tijd van hunnen dienft beginnen te rekenen van hunne terugkom!! , of zo veele jaaren langer dienen als hen zal worden opgelegd en ingevolge daar van ook hunne rang worde gefield agter die, welke (taiidvastig in hun poft zijn gebleven. Zou men dan niet veel eer uit het gebeurde moeten opreaaken, dat men met dit bedanken van Vroedfchap^ van Schutterii, van Gerïoótfchappen\ van Socitciten cn zelfs Kindcrlchuuenjen, een te vooren beraamd plan heeft zoeken uit te voeren, en dus zeiven fchuldig is' aan een bedekten handel die men anderen te laste zoekt te leggen ? Waar heeft de burgerij, waar heeft het Exercitie Genootfchap, waar hebben Geconfl'itueerden immer getoond, dat zij eenige andcrè bedoeling, eenig ander plan hadden, dan waar voor zij openlijk zijn uitgekomen; het'herftellen en beveiligen eener gewettigde Rcpublicaiufche conftitutie,- het handhaven van ieders goed gefundeerd recht,en het bewaren van goede orde en algemeene rust en veiligheid? En welk eene andere bedoeling, welk bijzonder voordeel kon de Burgerij, kon het Genootfchap en inzonderheid Geconitituccrden toch hebben bij alle hunne verrigtingen? alks wat zij bedoelen in hun post, kanja!-* lee»  C 57 ) leen (trekken tot algemeen, en nimmer tot hun bij, zonder belang of voordeel. —— Kunnen niet een groot deel der Regeeringsledcn getuigen , dat even die genen dien men thans gaarne voor het oog der waercld zoude willen affchildcren als geweldenaaren en beledigers der Achtbaarheid van den Raad, de werktuigen in hunne éigen banden zijn gewfeesf*, waar door zij zich van laftige kluisters hebben bevrijd; welke, zo zij zich thans al eens, uit nooddwang, te fterk hadden doen zien, veeleer verfchoning meriteerden; daar men integendeel weet, of koude weeten, dat zij alleen om erger gevolgen te voorkomen , hun gedrag naar de omftandigheden hebben moeten inrichten. Kan men niet daarenboven aantooncn dat even zij, die men als vertreders van bet gezag des Raads affchildert , juift die geenen zijn , die denzelven tegen alle openlijke en bedekte aanflagen l ebben zoeken te bevrijden ? draagt niet , bchah/en het Concept Reglement, de Conlideratien op het Staitsrr.ppoit en Concept Reglement Reform at oir, daar van dé levendiglte. bewijzen ; dat de .Gcconftituccrden alleszins het gezag en de Grootheid des' Raads, als Het derde en notabelde lid van Staat, naar hun vermogen tegen het inkruipend gezag der overige leden, op gronden van recht, hebben zoeken te verweerett -—■ en zijn deeze (tukken openlijk bekend, dezelfde Cordaatheid en eerlijkheid hebben zij betracht in nïjfntè nog onbekende handelingen en waar toe zal men langer zwijgen, waar toé zal men langer verbergen1 de geheime poogingen, de bedekte laagen die men in het'werk gedeld hèeft,omden Raad, het derde lid van Staat, het voornaamde gedeelte van haar gezag en luider te benemen, en welke welligt tot deszelfs nadeel reeds hadden gewerkt, indien Geconditueerden niet, uit affectie voor den Raad , als hun eenige wettige vertegenwoordigers, de vleijende aanzoeken met ontroerde verontwaardiging hadden van de hand geweczen. Het zijn geen bïoote gezegdensof winderige fnoeverijen die wij hier ter neder (tellen — • het is het refultaat van opzettelijke aanzoeken bij Geconftitueerden, om de nominatien van het lid der GeëC 3 ^  ( 5* ) b'geerden, de electie tier Leden van de Vroedfchap e. z. v. aan den Raad te onttrekken en ze weder aan den Stadhouder over te brengen, met toezegging voor de Burgerij, om dezelve vólkomen genoegen te geeven in alle haare overige poincten van bezwaar en daar en boven het zelf eligeren van een Burgemeester om de derde reize, en het ontflag van alle zodanige Leden van den Raad als zij zouden declareren hun onaangenaam te zijn met toezegging van fpeciale acte van verband hier van onder eigen hand en zegel van . . . zaaken die wel ligt eens nader aan den dag zouden kunnen gebragt worden, om te toonen, dat Geconditueerden, als getrouwe betraebters van hun eed en pligt,nimmer hebben beoogd verradersofbeledigers van huune wettige reprefentanten te worden; maar dat zij alleen het van hun pligt hebben geacht, om bij een nadruklijk Request aan hun Ed. Gr. Achtb. en afzonderlijke aanfpraak aan Heeren Gecommitteerden , te moeten infteeren op het fpocdmaaken ter afdoening der bezwaren, om door geen verder dilaij verraden te worden. Ziet daar het overlegd en beraamd plan en de principes naar welke Geconditueerden gewerkt hebben. Indien er in onze Republicainfche inrichting belooningen waren voor goede daaden en getrouwe eed - en pligt - betrachting, gelijk draffen voor misdaaden, welke van deeze zouden zij dan in het oog van den onzijdigen belangloozen vriend van rechtvaardigheid verdienen ? w-ik een vonnis zou deeze vellen in de te* genoverdelling van het gehouden gedrag der Negentien Regenten ! zou hij niet met den fchrijver van den onlangs uitgekomen brief, ondertekend Jan Keent uit, moeten oordeelen ? —-— dan de beoordeeling van bet gedrag der negentien Heeren aan dien bricfl'chrijver ovcrlaatende, willen wij alleen het gedrag der Geconditueerden , gehouden na dat voorz. Heeren zich uit den Raad hadden geabfenteerd, (ons bedienende van getrouwe informatien en de echte Hukken daar toe behoorende, zo veelen wij dezelve hebben kunnen bemagtigen,) ter befcheidehbeoordceling onzer onzijdige leezeren in het waare daglicht dellen. Zo dra was den dap der Negentien Leden uit de Vroed-  ( SJ ) Vroedfchap niet bekend geworden, of GeeonfHtueeiw den benepen dat het verlies van verfcheidert kundige Leden onder dezelve, die zich bij den Raad en voor de Stad en Provintie noodzaaklek hadden gemaakt, van nadeelige gevolgen zo voorde Stad, als de hangende zaaken der bezwaaren zoude zijn; zij zonden derhalven eene Commisfie uit hun aan den Heer Pnefident Burgemeester en oud-Burgemeester Berzer, ten einde van dezelve te verzoeken dat er bij hun Ed. Gr. Achtb. eene Commisfie mogte benoemd worden tot reconciliatie van ditgeval. Om hier doorgelegenheid te krijgen , om, des gerequireerd, de pnnripes van hun gehouden gedrag, zo voor den Raad als hunne Conftituenten en liet publiek, bloot te leggen.-Er werd ook, ingevolge dit verzoek,bij hun Ed. ur. Achtb. daadlijk eene Commisfie van negen Heeren ten dien einde benoemd, waarvan Geconft, verwittigd zünde mede uit zich een Commisfie benoemde oai gezamelijk met twee uit de Gecommitteerden der a<*t Burger Compagnien audiëntie te verzoeken; welkt verleend zijnde werd door dezelve, in gevolge hun last, aan Heeren hun Ed. Gr. Achtb. Gecoramitt. verzogt:,, te mogen weten wat door huw zoude kunnen gedaan worden tot hercemgingderon" aangenaame en onverwachte fcheunng in oen " Raad"2 dan, gez. Commisfie rapporteerde ba haare terugkomst aan Geconft.in.fubttantie; dat Heeren hun Ed. Gr. Achtb. Gecommitt. na hun op de befcheidenfte wijze gerecipieerd te hebben, op hun mondeling voo'rftel hadden geantwoord, „ dat zii op zodanige middelen niet gedagt hadden, dat zii deswegen van Gecoiiftitueerden een voor lag M wenschten te verneemen" doch deeze daar op repliceerende dat zij daar op ongelast waren , en alleen gecommitteerd waren om deswegen propolitieïi van hun Ed. Achtb. te hooren; werd hun verzogr. daar op eens met hunne principaalen nader te denken, en van den uitflag daar van, bij eene nader bepaalde conferentie, kennis te geeven Geconttimeerden en Gecommitteerden oordeelden, ïngevol' ge dit rapport,bij eene volgende audiëntie door hunne Gecommitteerden aan de Commisfie der negen HeeC 4 rea  C 40 ) *en, niet anders te kunnen doen voortellen dan het volgende j Edele Achtbare Heeren! De Commisfie uit Geconftitueerden en Gecommit-. teerden uit de Burgerij ,\op hun verzoek, door eene Commisfie uit hun aan de heerenprefident burgemeester van Mussenbroek en Oudburgemeester Berger , geobtineerd hebbende eene Commisfie uit hun •wel Ed. Gr. Achtb. tot reconciliatie der verwijderJfg negentien leden uit den Raad, en van UEd. Achtb. gunftig audiëntie verkregen hebbende, ten einde van UEd. Achtb. te mogen ver neemen, "welke Convenabele middelen in het werk zouden behoor en gefield te worden, om dè zo gewenschte reconciliatie te hunnen treffen; heeft aan haare medegeconftttueerden en Gecommitteerden, 'in gevolge den nhflag haarer befoigne met UEd. Achtb., op gisteren morgen den 17. Maart gehouden, ' gerappor teerd: dat UEd. Achtb. van Geconfi. en Gecom. vooraf gaarne wenschten te weeten, welke middelen xy Convenabel zouden oordeelen tot reconciliatie van den beledigden Raad, en we derher ft elling der negentien heeren welke hunne demisfie gevraagd hebben. Dan het zij den Geconftitueerden en Gecommitteerden geadmitteerd, UEd. Achtb. daarop eerbiedigst te. repliceren: dat het hun niet mogemk zij het juiste en gepaste middel lot reconciliatie op te geeven, daar hun even min bekend is, welke de opg"geeven redenen zijn, op welke gem. 19. Heeren hunne demisfie uit den Raad gevraagd hebben — als zij weeten of den 'ganfehen Raad, dan alleen gez. 19, Heeren beledigd zijn:— Als blijkende daar van mets uit het door hun ontvange'n extractder refolutie van voorleden Vrijdag den 11. dee%er (*) —-j.-----. zo als hun ook even min bekend is, door (*J. Wij zullen h^e- zo min deeze refolutie, opgeeven,a!s ^ijhur voor de aaupraaken aan den Raad, op den 7 en ii Maart,  ( 41 ) door wie deeze hooggaande belediging zoude zijn aangedaan ——• door Geconftitueerden en Gecommitteerden —— of de Burgerij in gemeen? — Door daaden, of door woorden? In , of buiten den Raad'! Ztnder oplosfing deezer ■ vraagen, vinden Geconftitueerden en Gecommitteerden zich buiten de mogelijkheid om het juiste Convenabele middel te proponeren en in doezen alleen kunnende cave- ren voor hun eigen gehouden gedrag, zijn zij alle oogenblikken bereid, aan UEd. Achlb. daar van de ftgnificantfteelucidatien en genoegdoende declaratien te geeven: dat zij in hun verrigtte nimmer hebben bedoeld, of den Raad, of eenige leden van denzelven, te beledigen: maar integendeel alleen , zo wel den Raad, als de bijzondere leden deszelven te bevrijden van alle mogelijke onaangenaamheden, (voor welke Geconftitueerden en Gecotnmitteerden,uit verfcheiden omftandigheden , (*) waren bedugt geworden') en om tevens de algemeenc rust en veiligheid in de Stad en ouder de goede Burgerij te helpen Conjervcrcn , tegen alle imagïnatien van kwalijkgezinden, welke welligt deeze gelegenheid zoude hebben kunnen aangrijpen om, ware V mogelijk, de gemoederen tot een onberaden pas ie doen komen. En door welke gedraging Geconftitueerden en Gecommitteerden zich hadden gevleid de algemeene dankbaarheid hunner Sladgenoolen, zo wel als van die welke daar van ooggetuigen zijn geweest, te zullen hebben weggedraagen. Hoe zeer derhalven Geconfl. en Gecom. met de goede Burgerij deezer Stal, en alle die derzelver 'waar welzijn behartigen , hun leeciwjzen betuigen over Maart, hebben afgefchreeven, wijl dezelve in hun geheel te' vinden zijn in de Utrechtfche couiant van den 14. dato: alleen moeten wij zeggen, dat( aan geconfl. maar een gedeelte der aldaar geinfereerde refolutie is ter hand gefield, namelijk het mondeling gebootfchapte door den prefident fiurgemeefter. (*) Men herinnere, zich hier het vooren gezegde op bladz. 37 ea 38. C 5  ( 4* ) ever de bekommerlrjke omfiandigheden welkt déet* Stad, bi; gebreke van Jpoedig redres, zich zat gegebragt zien, door den ftap, tot welke de negentien leden van den Raad, in htt vraagen hunner demisfie als Raaden hebben kunnen befluiten moeten 'zij met hetzelfde leedwezen, om flraksgezegderedenen , UEd. Achtb. betuigen, in deezen geen fatis-fnctoir middel tot reconciliatie te kunnen opgeeven: als zij begrijpen, dat dit middel zou behooren ge* fclweid te zijn naar den aart der belediging, waar van de animus injuriandi, als gezegd, niet exteert; gelijk zij ook niet weeten hoedanig eene injurie aan 'een' Collegie gedaan, in enkele leden, welke ziek het zelve onttrokken hebben, zeude kunnen gebeterd worden. Ten zij dat gemeldde negentien Heeren zouden kunnen goedvinden, op de reeds gedane inflantien van hun Wel Ed. Gr, Achtb., en het verlangen der Burgerij, uit principes van oprechtt zucht voor het algemeenc belang van het Vaderland en deeze Stad in V bijzonder, aftezien van een voorneemen, tot het welke welligt verkeerde informatien hun hebben doen befluiten: En dat het Uw Ed. Achtb. als dan gunftig mogte behangen, zonder verder detail van eenige motiven, het ëen en ander te houden buiten Co;:Jequentie en als niet gepasfeerd. Door welk middel Geconfl. en Gecom. zouden vermeenen, dat deeze zaak nog ten fpoedigfle en gemaklïjkfle zoude kunnen Worden geredresfeerd • en waar door als dan de zo voodige rust ,eendragt en goede harmonie tusfehenden Raaden het Volk, en elk derzelven onderling, zoude kunnen worden hcrftcld daar welligt andere middelen, indien dezelve - niet jpoedig in het werk worden gefield, de verwijdering langs hoe groot er, en eindelijk onherftelbaar zouden kunnen maaken. Het is om die reden, in vertrouwen op de Vaderlijke zorg van UWEd. Achtb. dat wij met de vuurigfie zucht naar eendragt en goed vertrouwen, des Hemels zegen afbidden over de loflijke poogingen van UEd. Achtb. tot behoud van het Vaderland en herftel van het vervallene. Na  ( 43 > Na herhaalde Conferentien en onderlinge vrièndefókë «efprekken over en weder, tot recht yerftand van zaaken en omftandigheden, werd eindelijk overeengekomen, om uit de over en weder gewisfelde discourfen, papieren enz. een generaal declaratoir door Geconftitueerden optemaaken, en tegen uitw^felin* der vorigen uittebrengen; om daar door ten rnotdittte de gewcnschte reconciliatie te kunnen treffen0 Geconftitueerden leverden dus dien volgends oü den 27. Maart, als bun ultimatum van het gene zij konden doen, aan de gem.o. heeren, d-ov hunne voorige Gecommitteerden, over, het volgendegclchntt. Edele Achtbare Heeren! De Geconftitueerden en Gecommitteerden uit de Bureeeii hebben, ingevolge de aan hunne Cornnnsfr-wde r gedeclareerde intentie van Utd. Achtb. 'de eer met alle oprechtheid te declareer en: \ Dat het nimmer hunne intentie geweest is, Z9 den Raad, als eenig bijzonder lid derzelve te beledigen, maar integendeel, dat zij in al hun vemgre, zo vóór, als na, en inzonderheid op den li. Maart jongst!, niet anders hebben bedoeld, danden Raad en de bijzondere leden van dien te bevrijden Ten tijde dat heeren Gecommit. hun rapport, ter herllelling van alle onaangenaame en fchadehjke verwijdering, dagten uittebrengen, verfcheenen de 19 • 0 uit-  ( 46 ) uhgeweeken heeren alle weder in den Raad en namen weder felle, zonder in aanmerking te willen neemen, of te hooren, het rapport waar toe de Commilfie alle welmeenende poogingen had aangewend om alle mogelijke middelen 'van wederzijdfche affopiatie te famen te brengen en den Raad alle redelijke voldoening te bezorgen : declareerende de thans weder gecompareerde heeren niets met het rapport of eene affopiatie noodig te hebben; maar lazen daar tegen voor, hun declaratoir, *) waar bij zij tot redenen van het weder aanvaarden hunner poften opgaven , dat zij daartoe waren overgehaald door de inftantien zo van heeren Burgemeefteren als der voorftemmende Staatsleden, en het aanzöek van een aantal aanzienlijke Burgers, Edelen, Profefforen en Predicanten deezer Stad en Univerfiteit e. z. v. wordende tegelijk daar op zodanige propofitien gedaan en daar op bij meerderheid refolu, tien genomen, als ten duidelijkfte te kennen geeven, dat noch het rapport der Commisfie , noch de daar bij vervatte fatisfactoire declaratien en middelen van reconciliatie, waren gehoord,veel minder in aanmerking genomen — hoe zeer nogthans ten aanzien der annullering der notulen van den tu Maert — uitgezonderd in de modus quo eenige overeenkomst is, met het reeds geproponeerde van Geconftitueerden eu Gecommitteerden. Dan hoe zeer het, in deezen tijd vooral, daar wij als nog gedreigd worden met een ophanden zijnde oorlog van buiten , van een magtigcn nabuur, te wenfchen ware geweest, dat met de wederkeering der negenden Heeren in deu Raad, de bulderende ftormwinden van drift en tweedragt, hadden plaats gemaakt voor de zoele luchtjes van bedaarde vrede en eensgezindheid, die de gulden Zon der Vrijheid van agter de duistere wolken doet te voorfchijn komen —- daar veelen dier aanzienlijke burgeren alleen om die reden zich hadden vereenigd, om al* vredemaakers hunne geweeken Reprefentanten weder tr {*) Zie 4e Utrechtfche Courant vaa den |. April.  ( 47 J te £08 *e roepen, om daar door den band van algemeenè harmonie weder te vereenigen en nader toe te haaien zo fchijnen zij in dit hun voornee- men niet volkomen gefbngd te hebben. Immers, die zelfde Heeren, die den Raad ontweeken zijn om dat denzelven, naar hun gevoelen, was beledigd, verwerpen eene fatisfactie die hun de bonorabellie konde zijn, en hun tevens van de vernieuwde achting hunner mederaadcn eu der burgerij koude verzekeren, daar zij het aanzoek van eenige burgers Hellen boven de redelijke voldoening van het overig gedeelte en hunne méde • Regenten; en verkiezen liever als partij te rus te keeren, op dezelfde gronden als zij waren nitgeweeken: dan door de aangeboden bemiddeling eene eanfche burgerij te vreden te Hellen en het geleden ongelijk , haar door kwaadaartige berichten ten onrechte aangedaan, te vergeeten. Immers het zal de onzijdige natie weinig voldoende moeten voorkomen, dat de Raad, die door eene plechtige deputatie die 19 Heeren van hun voorneeuien had zoeken te rug te brengen, nu haare moeite tot uit den wegruiming der zwaarigheden, vrugtel'oos van de hand ziet wijzen — het zal haar onvoldoende moeten voorkomen 3,00 Menfchen te zien Rellen in de plaats der ganfche burgerij — te meer, als zij in aamnerkinge neemt, dat deeze 300 nimmer als onzijdigen kunnen worden aangemerkt, als beitaande grootendeels uit zulken, die of in betaalmg , of in andere verbindtcnisfen en betrekkingen t3t het o-eheel of dat gedeelte van den Raad Haan en welke zelfs gedeeltelijk , niet vrijwillig, maar door herhaalde aanzoeken en aandrang, zich tot het tekenen van het rondgedraagen verzoekfehrift, hebben laaten overhaalen. Want wilden zij het verzoek van deeze aanmerken als de Hem der ganfche burgerij, die een getal van 30,000 uitmaakt, dan zou men daar uit moeten opmaaken, dat alleen de ftem des volks moest geheten worden, dat gedeelte deszelfs, dat iets, overeenkomfiig het belang der bovendrijvende partij in de Regeering, vraagt of voorftelt daar men in deeze 300, die nimmer als belangloos kunnen worden befchouwt, veel minder als vrij bewoogen:»  C 45 ) aangemerkt, meer gewigts ftelt, dan' in meer dan ia3o/ bij eene andere gelesenheid, welke voor het wettig recht en 't belang van't algemeen fpreeken. En wat zal toch van dit alles het emdfc zijn! zal men immer door harde middelen^op eene ganfche Burgerij, dat vermogen, het welk men door zagte volkomen zou kunnen bereiken ? Is het niet te dugten dat eene partij, die zich tot nog toe, uit vreeze en wee'gens de eensgezinde behoedzaamheid der Regeering en Burgerij, heeft fchuil gehouden, zich van deeze felegenhcid zal bedienen om de verwijdering langs' oc grooter en eindelijk onherdelbaar te maaken? — zullen niet de violente middelen, met welke men de aanvoerers van een vermeend tumult of famenzweering, zoekt op te fpooren, zonder dat men eenige facta daar bij weet optegeevcn; juid de oorzaaken zijn dat 'er , in plaats van de behoorlijke eerbied voor de wettige regcering in te prenten, voor ver. betering, verbittering ontdaaf, en eene algemeene gifting der gemoederen geboren worde. Wat zullen ftrengc Publicatien tegen oproeren baaten, bij eeit volk dat niets meer veroordeelt en veracht dan dat 'kwaad, en liever alles wil verdraagen dan dien onverdienden blaam die haar in haar eigen oogen vernedert en verachtelijk maakt. — Maar daarenboven hoe zeer de particuliere wraak in een enkel zwak menfeh tegen zijns gelijken, in veele omftandigh'ederi te vergceven zij: nimmer kan zij toch anders worden aangemerkt dan een zedelijk gebrek, oneindig beneden het verheven kenmerk der waare grootheid, het vergceven van een vergrijp aan zijn overijlde partij i En hoe veel te meer is dan alles, wat naar particuliere wraake zweemt, af te keuren in eene Regeering , die in betrekking tot het volk Haat, als do vader tot zijn Kind! (V Vervolg bij de naajle gelegenheid.') NB. De brief aan Ultrajeciinus zullen wij bij de eerde gelegenheid plaatzen. Te Utrecht, bij De WED. MULDER, en alom bij de meeste Boekverkopers a z Stuiv.  D E V R Y Ë NEDERLANDER; No; 4. "O aar tot het handhaaven der Vrijheid eene rechte kennis van haar voHtrekt noódzaaklijk is; en de val: lche begrippen vari dezelve ons veelal van de eene flavernij in de andere doen vervallen, zo kan mert niet te zeer op s'Vólks ontmaskering van politieke vooroordeelen aandringen eri aanhouden , om de echte Vrijheid in den Burger/iaat aan de waereld in het rechte daglicht vooroogen te Hellen, Om niet de wolk voor Juno te omhelzen. De volgende vöorleezing, in een patriottisch Gezelfchap van waare Vrijheids minnaars, ons ter hand gekomen, achten wij onzen leezeren niet te fpoedig te kunnen mededeelen —— verwachtende dat dezelve eiken Vrijheidlievenden leczer even zo zeer zal behaagen , als aan het Vaderlands Genootfchap^, dat dezelve hunnen landgenooten, door ons, geliefde mede te deeleii; Wel Edele Heeren! Ik heb in deeze aanzienlijke vergadering van waa* re Vrijheid-en Vaderlands-minnaars, vvanneer er volgends' de wet van dit Gezelfchap Verhandelingen werden voorgeléezen, hu eens over Iets, ea pok foms óver Niets, vertoogen hooren voorlieden; toert iie eerfile raaal de toerbeurt aan mij was ge ;omen D hel»  C 5's ) heb ik voor de gemeene beurs van het gezelfchap' gezorgd, ii Sar nawilde ik ook eenmaal voor mijne bijzondere beurs zorge dfaagen, en zult gij, mijne Heeren! het mij wel ten kwaade duiden, indien iK UED, onderhoude rriet leis het welk ik meen' te kunnen aantoonen, dat federt de fftbeleeuw yan Saturriüs Ceii Niets, eene loutere harjrfenfchim is. Iets, van de grootlte voortfeflijkheid en wezenlijke waarde, Iets, waar.voor ik zeker ben, dat wij allen alles wat ons dierbaar i?, tot bloeden leven toe, veif hebben; Iets, waar op alle uwe edele en lofwaardige poogingen uitloopen, dat zij eeniglijk bedoelen: Iets, waar door alleen de Maatfehappijen bloeijen en de menfchen op aarde veilig en gelukkig leeven kunnen. Dat Iets, waar van dit alles, en nog oneindig meer getuigd kan worden, zal ik thans beweeren een Niets te zijn , een Niets geweefi te zijn, en, hoe wenfchelïjk ook, milfchien hier op aarde een Niets te zullen blijven; Omtrent het laatste echter zal ik bij het flot deezer verhandeling onderzoek doen, of dit verheven Iets mogelijk zij; of 'er ook hoopc zij, dat het een liets zal worden ; en, welke de middelen zijn, die het eene daadlijke oeftaanlijkheid, onder den zegen van den Opperbeftierer van alles brengen kunnen. Gij begrijpt, vertrouw ik, Wel Edele Heeren' wat ik niet mijn gewigtig Iets en Niets op het oog hebbc. Wie uwer berkent aan de kenfehetfen , die ik flauwelijk trok , wie herkent de Eedle Vrijheid in den Burger jlaat niet. De Vrijheid, mijne Heeren , is dat groote Iets, welks waarde gij allen gevoelt, terwijl' uwe harten voor de Vrijheid kloppen,' en welker lof ik niet behoeve met veele uitgekipte en hoogdraavende woorden te verheffen en uit te roepen. Deeze hemeltelg behoeft geen geleende fieraad, geen tooi of opfchik, al wie haar in haar natuurlijk fchoon met een' onbeneveld oog befchouwt, zal op haar verlieven, haar zijn hart fchenken, en hulde bieden'.- Dk zal te min noodig zijn onder UL. wier aangezigten gloeijen, wier oogen tintelen van het liefdevuur voor de Vrijheid't die gij naar verdieufte fchatv  ( 5i 3 Ichat. Maar dit zal ü miflchiea bevreemden^ dat ié het gewaagd hebbe te dellen, en te verklaaren, dat deeze Vrijheid federt Saturnus gouden eeuw* eefi Niets, een hafsfenfchim is, en dat zij op aarde.nièt gevonden wordt; en gij verlangt reeds, daar gij zoi veel belang in de Vrijheid ftelt , uwe oogen getuid gén mij dit, gij verlangt , welke bewijzen ik hier voor aanvoeren, eri Welke uitzigten ik u voor het toekomende openen zal^ of gij te vreezen, dan, óf gij te hoopen zult hebben. Wel aan, ik v>il uwe begeerte niet ophouden met langer voorb'eréidzelen s maar terftond ter zaake komen. .. ïk héb opzettelijk gefproken, wanneer ik zeide te Zullen handelen van de Vrijheid in den Burger/iaat^ pm mij duidelijk uit te drukken, en alle dubbelzinnigheid van hèt woord Vrijheid te vermijden.' Te;, weeten, een Burgerhaat, eene Maatfchappij wordt Vrij genoemd, wanneer zij eenen onaf bangelijken Staat uitmaakt, wanneer die onder de Mogenheden èenen rang bekleed, en aan een, anderen Sraat niét Onderhevig is. Maar in deeze betekenis des vvoords^ kan een vrije Staat in de knellendde flavernij gedompeld zijn, inwendig naamelijk, terwijl zij alleen met betrekking tot uitheemfche Mogenheden Vrij hiet. Het flaafch Venetien zij ons hier ter opheldering genoeg, het welk onder de Mogenheden vari. Europa een Vrije Haat genoemd wordt. In dee'zeri iin wil ik mijne Helling niet verdaan hebben, alzo zij dan terftond door de ervaarmg overhoop gewor* pen, eh ik van de lompde onkunde befchuldigd zoit moeten worden. Maar , wanneer een Burgerftaat onder eene geregelde Regeeringsform , welken naam zij ook draage, zodaairig is ingericht, dat alle de leden van den Staat, van den eerden tot den laatften, dezelfde be« fcherining en beveiliging, dezelfde , handhaving" hunher rechten en voorrechten genieten , waar in de overheden de volksvertegenwoordigers zijn, die het alge* meene welzijn der geheele Maatfchappij. voorftaan, genietende de achting, de liefde, den gepafteri eer-, Dê b'.eci  ( 5* ) bied d?r 'Burgeren , maar zijnde tevens, verre van 'willekeurige Meefters, rekenfchap verfchuldigd van de bediening die zij waarneemen|, en wel aan de geheele Natie qf Burgerfchaar, ja ltrafbaar, indien zij bijzonder belang en inzigten boven het algemeen bevonden worden gefield te hebben. Met één woord, daar heerfeht Vrijheid in den Burgerftaat, waar niemand zo groot is, dat hij het gezag der wetten zou ontwallén zijn, en niemand zo gering, dat de wetten hem verachtende geene verdediging van zijne rechten en bd'cherming tegen geweld van onderdrukt kers zouden verkenen. Waar ieder zijne rechten kent, zijne rechten bedaard en ftandvallig mag voorstaan , waar alleen het algemeene welzijn bedoeld wordt, en de Overigheid om den Burger, niet de Burger om de Overigheid is, daar is Vrijheid in den Burgerftaat* Maar helaas! deeze zo heuchlijke gefteldheid, om Welke de Maatfchappijen zijn opgericht, en welke het oorfpronglijke zuivere doel der Burgerlijke famenleving is, en behoort te zijn^ om welker voordeden te genieten ieder menfch in de vereeniging der Maatfchappijen treedt, en van fommige natuurlijke Rechten vrijwillig afftand doet, om de overigen des te [veiliger en gepafterte behoudenis niet gevonden en wordt niet gevonden in deeze waereld, die, al ware het allen om deeze reden, met allen grond, door een heiligen fchrijver getekend wördt, als een waereld die in het booze ligt. Sedert dat Maatfchappijen Jzijn opgericht geworden en zich hebben uitgebreid, is het grootfte ded der vrijgeboren ftervelingen onderdrukt geworden, en de fpeelbal geweeft van geweld, van heerfchzucht en onrechtvaardigheid, het zij deeze onder den vóór ons haatelijken naam van Souveraine Vorften , of den nog meer verfoeijelijken tijtel van Ariltocraten, of ook in zogenaamde Volksregeeringen onder de benoeming van Demagogen hunne rollen fpeelden. Dat geene Vrijheid fchuilplaats of verberging vindt ijl de volftrekt Oppenaagugc Regeeringsvormen , daar  C 53 ) rfiar een dwingeland, onder den Tijtel van Defooot, met hét goed en leeven van zijne onderdaanen naar welgevallen handelt, die grootfch zijn, wanneer, zij zich 'sVorften Slaaven mogen noemen, en me den zijden doek eerbiedig ktüTen, die van hunnen genadigen Heer hun toegefchikt wordt, om hun te wor-ren, zonder andere reden, dan, om dat het hem dus geluft; dat in zulke Regeeringsvormen de Vrijheid in ballingfchap verdreeven is, behoeft , denk ik, geen verder betoog. Ik beken, dat de Monarchaale Regeeringen van de Koningrijken van het befchaafd Eurupa niet zulk een wreed en onmentchelijk voorkomen hebben^ Echter, fchoon de ftavernij daar geen zo, zwaareko. tens, *een ijzeren juk draagt, zij. is echt?* gekfuis:-. tcrd, daar zijn banden, daar is een juk dat knelt., De Vrijheid woont daar niet, zij kan 'er geenlucnt ademen. Daar de glorie van den Vorlt bet. hoog* doel is, aan bet welk allen en alles dienftba^r. is , daar men zijnen oerfoon als. geheiligd en meer dan Menfchelijk befcliQUWt, daar de luiftervau.den troon zodanig fchittert, dat de onderdrukte Ellendeling met dan op een verren aflbind naderen kan , wie kan zich daar Vrij noemen ? Een Menfch- eu VolkIJeyend Vorst moge eens voor een' tijd hei welzijn zi'mer onderdaanen behartigen , zij hebben aan s Vorften goede hoedanigheden geen veilig fchild , dat hun ook onder den beften der Vorftpn befchermen kap. teien de onderdrukkingen van die fnopdaarts, die vïeijend den troon omringen-,...^) 'm dc Iloofl'chc kttnit van flaaffche buigingen daarom zoeken uittemimten, om van hunne laagheden zich vergoeding te kunnen doen , door hunne medeonder-. daanen. deti voet op een nek te zetten. Vooral, mijne Heeren ! fchatikgeorte Regeerings.vonn meer regelrecht tegen de Vrijheid in den B\u>, gedtaat gekant , dan de Ariftocratie., JNeen ! hef, zeggen, dat wij bij. Homerus vinden, blijft waar» D 3  ( 5+ > yx ayxvoy noXvxoifotvfx, tl? xoipatS'tj ? t &rkts is ondraaglijker dan eene Beerfckappij van veelen. * ' dan He ver één Monarch, éénDefpoot zelfs gediend, dan Ariflocraten. Alleen het Ariftocratendom levert, ous iri Fenetien een voorbeeld van Staatsinquifitie , een gruwel voor alle redelijke menfchen , een fmaad en fchandvjek voor ons genacht. Alleen onder een, Ariftocratifche Regeering is het verboden, is het eene halsmisdaad de Regeering te prijzen, en hunne verrichtingen'goed te'keureu. Dé Monarch, deDefpoot, heeft nog gevoel van eer en lof, maar de Ariftocraat acht zijnen natuurgenoot te Taag, dan dat hij van hem zou bcgeeren geprezen te worden. Maar, daar zijn vrije Republiken in alle eeuwen geween, daar de Vrijheid hulde gedaan is, en haare hemelfche voortrenijkheid erkend is, daar eene Democratie of' Volksregeering plaats had. Ik weet het niet, mijne Heeren, reeds bp het woord Democratie gevoel ik'zekere huivering, die ik denk, dat gij allep niet minder ontwaar wordt. Dit woord kan een goeden zin hebben, dat kan ook van het Woord Ariftocratie niet ontkend worden, maar de gewö.one beiekeniffen dier beide woorden zijn niet. behaaglijk voor eenen waaren en verftaiidigen vrijheids-minnaar. Een wispeltuurig volk, dat van daag Hefanna! roept, en morgen raall en tiert , Krttiji hem\ een Volk, dat veel meer naar zijne driften handelt , dan naar de Hem Van reden en waarheid luiflert, daar aan de Regeering toebetrouwen ! ik vreeze voor de Vrijheid; daar mag eene gedaante van Vrijheid zijn, maar een recht kenner ontdekt onder die gedaante^de losbandigheid, d;e jeder oogeublik vcrradelijk gereed Haat, om aan overheerfching en dwingelandij zulk een volk óverteleveren. En deeze natuurlijke vreeze wordt maar al te gegrond bevonden, wenneer men de gefchiedeniflen der Volken raadpleegt, lj^ weet;, daar zijn fomtijds Mannen  C 55 ) Mannen gevonden, die een recht denkbeeld hadden van vrijheid, die alles hebben aangewend, om de Burgers de Vrijheid te doen kennen, te doen genieten. De geheele inrichting van Mozes Staatswetten is gefch'ikt, om hetlsraëlitifch Volle in de daad een vrij Volk te doen zijn, en wanneer handhavers van den Godsdienft de Mofaïfche wetten onder dat Volk deeden gelden , dan fcheen de lieflijke vrij' heidszon, en maakte de Hebreen gelukkig. Ziet eens, mijne Heeren, hoe Godsdienft en Vrijheid als geliefde tweelingzufters gepaard gaan ! daar waare Godsdienft door een Volk geëerbiedigd wordt, daar wordt de Vrijheid geëerbiedigd. Wat moe-. ten wij dan denken, van zulke valfche Apoftelen , die uit den Godsdienft en deszelfs Wetboeken bewijzen opzoeken, gezegden en uitfpraaken verdraaijen, om het Volk eene lijdelijke gehoorzaamheid voor te preeken en in te prenten ? ■ ■ Maar dit in 't voorbijgaan. Daar zijn dan waare Vrijheids- minnaars geweeft. Wie zou u hier vergeete, edele Ïimoleon! die liever uwen broeder, den dwingeland, zaagt fneuvelen, en aan de wetten des Vederlands liever wildet gehoorzaamen, dan met uwen broeder in de heerfrhappij declen ? die niet alleen Corinthen uwe Vaderftad de Vrijheid bezorgdet, maar ook het overzeefch Sijracufe verlofte van de dwinglandij van Dionijs, dien gij noodzaakter met de plak als Schoolmeefter zich te vergenoegen, in plaats van den Rijkftaf als dwingeland te voeren. Die wanneer een ondankbaar? losbandig uwe daaden en verrigtingen bedilde, dit aanmerkte als de aangenaamfte vrugt van uwe Vrijheidspogingen, dat ieder vrij zijne redenen kon inbrengen , zijne gedagten uiten. Maar wat zijn deeze weinige Vrijheids-minnaars, in vergelijking van deWolken die de Vrijheid niet gehandhaaft, maar verkwift hebben! Hoe zeldzaam bleef Israël getrouw aan de Staatsinrichting van Mozes ? Doe geringen prijs ftelde dit Volk op zijne Vrijheid 1 En fchoon waare dienaars van God voor de Vrijheid fpraken en ijverden , heeft niet dat Volk verkozen, om zich eenen D4 Koning  ( S6 ) Koning te begséren ? God zelf keurde dee2e dwaas' heid af, en hij gaf hun eenen Koning in zijnen toorn. Mij dunkt, ik hoor iemand mij tegenwerpen de Griekfche Gemeenebelten, welke zo dapper voor de Vrijheid geftreeden, zo ijverig op de Vrijheid geroemd hebben. Maar al wie de zaak van nabij beziet, zal waarlijk met de Volksregeering der Atheiiicniéren niet veel op hebben; hoe veele partijfchappen,haat en tegenhaat; h®e werd het Ofiratismus7 dat middel, het welk uitgedagt was, om een •bolwerk der Vrijheid té zijn, niet misbruikt om de belle Vaderlanders te vervolgen,' en vcor den Staat •onnut te maaken, om zelfs eenen rechtvaardigen Arir fiides in ballingfchap te zendén. ' Te Lacedeman , zegt een achtbaar Griektch Schrijver, benijdt Agg? filaus Lijfander , Agejipoüs haat' Agis , Kinaann is Voor üe Koningen gevaarlijk, Phalantus voor .den Raad, de Parthenïérs voor de Spartanen. Het vermaarde Rome, wanneer heeft het Vrijheid genoten? was het toen de dwingeland Turquin verdree- Ven zijnde het Volk niet voor. de Vrijheid , dat weeten zij beter', die de zaakeri doorzien, ■— maar voor de nieuwe Staatsinrichting Ürèed. Onder den befcheidè'n naam van 'Cen Inlaat (R.urgemeefteifchap) hadden in de daad de Patriciende voornaamitcFamilien, het Konihglijk gezag aan zich getrokken. Hoe de Vrijheid te Rome heeft plaats gehad,-daar van kunnen getuigen die' menigvuldige inlandfchc beweegingen,' die uittogten op. den heiligen berg, die dicfatori'chappen., maar 'vooral de Tribuni plehis, die de grootlte, oproermakers en dwin.gelanden, iii plaats van de. Vrijiieid in de daad te befchermen,, waar. toe zij waren hjgévoerd, dezelve hebben mishandeld," vertrapt, en eindelijk aan Ctefar verraaden; gelijk elk weet, die de Romeinfche Gefchiedcnis ook. Hechts van verfe gegroet heeft. Toen Rome in zijn. grootften bloei febeen, was de Raad en de Ridderfchap in de aflchuwlijkfte laagheid , armoede en flaverneij, vervallen., en het Volk was  C 5T ) was meer een liederlijk gepeupel, het welk van de uitrieelingen van den ftaat en der grpoten en van de omkoopingen leefde, dan eene aanzienlijke gemeen-, tt van Burgeren, welke de Vrijheid waardig waren. Zo fchriift de Menfchkundige Isf.ljn in zijne Ge'fchiedenh der Menschheid, een fchatbaarvverk, waar in gezonde wijsgeer» met fchrandere Menschkunde hand aan hand gaant Zou opk de Vrijheid zuiver gebloeid hebben onder de bataaffche volken in de Middeneeuwenf .Neen. mijne'heeren ! als wij maar de flavermj m het oog houden, die door het Leenrecht of ingevoerd pi gehandhaafd'wierd, kunnen wij van het tegendeel overtuigd zijn. Hoe zou ook in eeuwen van onkunde en barbaarfch'heid, toen bijgeloof en gewetensdwang met heerschzucht zich vereenigden, om niet alleen He lkhamen, maar cok de geesten der menfchen m ketens van dienstbaarheid te klinken , de Vrijheid bet hoofd hebben kunnen opftceken V Om mijue opgegeevene dellmg te rechtvaardigen zal, na al het biïgebragte, eindelijk aan allen voldoen, indien er aangetoond wordt, dat in het zogenaamd Vrije Nederland, in het, gelijk men het vaak hoort noemen, wij Batavisch gewest de echte Vrijheid in den Rurgerjlaat nooit zuiver en in baaren eigen aart heeft plaats, gehad, en nog he den' secn plaats heeft. Eu zeker, dit betoog ^zal niet zo moeijlijk vallen, mijne Heeren, als bet in den eerden opflag mogt voorkomen, len. minlïcn van de oude Batavieren weeten wij veel, te. weinig bijzonderheden, dan dat wij ons een recht denkbeeld zouden kunnen vormen , en ik weet niet, of men wel waare vrijheid in den Burgerdaat bij hun, ge\ onden hectt. Onder onze Graaven valt er op de. Vrijheid niet veel te vormen; in de Hoeklche^en Kabbeljauwfche tijden dreed men met om de Vrijheid, maar wie op het kusfen zoude raaken. Ja, maar, hebben onze Voorvaders niet tagtig jaarenom de Vrijheid geoorlogd, en eindelijk den fpaanlchen. Koning genoodzaakt hun voor vrije volken te erken' D 5 nen\  C 5» ) tien. Moet evenwel niet van het begin van dieu: Oorlog af, de Vrijheid gezegd worden een verblijfin Nederland gevestigd te hebben? Ja mijne Heeren, veel fchijns was 'er, maar naanwlijks iets meer. Onze voorvaders zijn door de voorzienigheid geworden, dat zij zijn geworden, en wij nog heden zijn. Maar zelfs hadden zij de rechte denkbeelden van Vrijheid naauwlijks, eenige weinige verdandige mannen uitgezonderd. Zouden zij anders ooit aan de heerschzuchtige Elisabeth,- aan den Koning van Frankrijk de opperheerfchappij hebben aangeboden? zouden zij Alencon hebben ingeroepen om hem kort daar na weder weg te zenden ? Zou niet Willem de ï. alleen voor zich zeiven de vrugten geplukt hebben van al het goed en bloed zo overvloedig gefpild, indien een noodlottig lood hem niet verhinderd had ? Waar was de Vrijheid onder Licesters kort, maar gevaarlijk beltuur? Waar was zij in alle de woelingen bij en onder het twaalf jaarig bedand ? Toen de Staatsgezinden op gehuurde waardgelders de Stadhoudersgezinden op bezoldigde foldaaten deunende , met eikanderen over het bewind twistten? Waar was de Vrijheid, toen OldenbarnE' veld op het fchavot het Hoofd verloor, toen de doorluchtige en groote Grotius op Loevefteijnzat? Waar, toen Willem de II. Amderdam zogt te verrasfen ? Wierd die Hemelfche maagd zuiver en met achting behandeld in de groote vergadering van 1651. toen van de drie punten, door welke zij zoude bevestigd worden, geen één enkel werd afgedaan; maar alleen het Staatsgezag werd bezorgd ? Heersehte de Vrijheid in de daad toen Jan de Wit Dictator was? Ik zal niets aan de groote hoedanigheden van deezen Staatsdienaar onttrekken , maar dit blijft over, dat hij ten minden zo veel voor zijn bijzonder gezag als voor het algemeen belang zorgde. Zijn behendigheid in het doen neemen en afvaardigen van het befluit, om de Ruiter naar Guine te zenden, is mij een bewijs, dat de Vrijheid toen niet op den rechten prijs ftond. Daar Vrijheid heerscht, moeten geen lingfche dreeken gebruikt worden; waren 'er ftaatsleden, die de geheimen aan de Engelfchen verraad-  ( 59 ) raadden, indien de Vrijheid gebloeid had, dan hadden de wetten de zulken der verdiende ftraf moeten doen ondergaan. Ultrajectinus moest dit gedrag dan niet zo fterk hebben geprezen, gelijk in een zijher brieven (*) gefchied is; het ergert den weldenkenden. Kan het onthoofden van Buat e. z. v. ook wel verdedigd worden bij waare Vrijheidsminnaars ? Maar laat ik kort zijn! Bij de verheffing van Willem den III, bij den fchandelijken moord van de gebroeders de Wit, kreeg de Vrijheid de grievendfte.,de doodlijklte wonden; in die dagen werd een juk gefmeed, dat wij wel eenigzins gebogen, maar nog verre na J niet geheel verbroken hebben. — Bij Willems dood yeranderde de Nederlanders van Meesters, maar werden niet vrij. Hoe zeer het Ariltocratisch juk den hals der Nederlanderen drukte, leerde het jaar 1748. Ik ben zedelijk overreed, mijne heeren, dat de Volksftem toen Oranje,! riep, om dat men de flavernij moede, en te veel neêr gebogen was, om moed te fcheppen en zich zeiven te bevrijden. Sedert dat gedenkjaar is de gedaante der Overhecrfching dan veranderd, de overheerfching gebleven. Thans, ja, gaan de oogen van veelen open, daar komt, gelijk men zegt, een helderer luchtje, maar de Zon van Vrijheid is nog met donkere wolken, dikke nevels bezet. Zo lang er zulken zijn, die boven de wetten fchijnen verheven te wezen, die, wanneer zij een onderzoek yan hun gedrag duchten, hunne ambten nederleggen en ontflagen worden. Zo lang veele zaaken onderhanden genomen, en geen één afgedaan wordt, zq lang men fchroomt gulhartig met den Burger te handelen, en de Burger zijnen meerderen kwalijk durft vertrouwen, zo lang de ronde taal van wakkere Vrij* heidsverdigers gevaar loopt, als oproerig te worden aangemerkt; zo lang er partijfchap heerscht, en er geen vastgettelde, door het geheele volk eenparig vastgettelde wijze en billijke Regeeringsvorm, niet door geweld, maar door de eenpaarige volkswil ingevoerde Regeeringsvorm. die aan elk zijne pligten, aarp de goeden belooning, aan de boozen ftraffen roekent, (*) Zie Politieke Kbuijb» No. 203.  t 60 ) gevestigd is, zo lang, mijne heeren, zijn -wij niet yrij in den eigenlijken zin van dit woord. Zo waar is het, mijne heeren, het geen Grotius eens fchreef: dat de Nederlanders heet zijn op den naam van Vrijheid , maar dat men hun ook ligt met den fchijn mompen kan. Nu zal, denk ik, mijne flelling geen betoog verder noodig hebben; en ik mag mij uwe toeftemming belohven, als ik zeg, dat dit groot iets der Vrijheid tot hier toe in de daad een niets geweest is. Ik houde daarom mijn fluk voor voldongen, en zoude hier eindigen, indien ik mij niet te binnen bragt mijne belofte , om ulieden uitzichten te openen in het toekomende. Te weeten, verlegen zal een vrijheidsmin naar vraagen : zijn dan alle poogingen vrugteloos, is er geene Vrijheid te koopen in het toekomende? dan zal het best zijn, dat wij ons onder het juk vleijen en den last der flavernij ons zo gemakkelijk maaken, als mogelijk is. Neen, mijne Vrienden! Ik bid u houdt moed eu bezwijkt niet! De groote reden,dat de Vrijheid niet heeft gezegevierd, is de onkunde der menfchen, laaten de menfchen verlicht worden,laaten zij hunne rechten leeren kennen, laat ze inzien krijgen, in de rechte gcfteldheid der Vrijheid in den burgerltaat, en dan zal het woord van onzen grooten Leeraar, tot de Jooden gefprooken waarheid zijn ook in ditopzigt: ., de waarheid," fprak hij, wanneer zij zonder reden op huune gemeende Vrijheid roemden, ,, de waarheid zal u vrij maaken." Als de menfchen hunne waardigheid kennen, zullen zij die handhaven, als het licht van kennis opgaat, zullen de werken der duisternis verbroken worden. Zo was het bij de Kerk hervorming. De overheerfclüng der Geestelijken, die zelfs het geweten hadden weeten te onder te brengen, werd te niet gedaan, zo dra de Menfchen wijs en waarlijk Godsdienstig begonden te worden. Zo zal ook de Burgerlijke Vrijheid haare rechten herneemen, zo dra de. menfchen verflandig zijn. Ik fluit deeze verhandeling niet de woorden, waar mede Ifelin het gemelde werk fluit, >> Gij  C 61 ) Gij befcheiden en dandvastige vereerers en lievelingen der waarheid en Vrijheid, gij zijt van den hemel verkooren, om de werktuigen van eene zo gelukkige verandering te worden. Hoe groot,'hoe edel is niet uwe beftemming ! Houdt alleen deeze voor oosen: ontvliedt de glibberige baan van die genen , welke de luider van eenen ijdelen roem en valfehe grootheid najaagen. Aan het heil der Nakomelingschap zij u meer gelegen, dan aan de bewondering uwer trjdgenooten." Maakt u moedig iedere gelukkige geleg'enheid ten nutte welke zich aanbiedt, om licht en liefde tot het goede en waare onder uwe Medcmenfchen algemeener te maaken. Vereenigt alle uwe krachten om de haatelijkheid derheerschzucht en bet fchoone der Vrijheid in het helderst licht te dellen. Zelfs die geenen zullen u eindelijk fchuwen ,die «rij'gelooft, dat thans voor geen gevoel vatbaar zijn. DeGrooten, de Staatsdienaars, de Volksbedierders zullen eindelijk over zich zei ven verfchrikken, indien ïij hunne aflchuwelijke kunden in derzelver waare gedaante ontdekt zien. Zij zullen fidderen. Nog meer^ zij zullen fchaamrood worden. En dan kunt gij. u van de volmaaktde overwinning verzekerd houden." dm 29. Maart 1785. Mij*  ( & > Mijn Heer. de vrije Nederlander: |k heb in de Utrechtfche Courant gelezen, dat voorleden Maandag hen 4 April bij hun Ed. Gr. Achtb; befloten is om met de verkiezing van een nieuwen Raad in Vroedfchap te fupercederen, tot dat het derde Hoofdftuk van het Redres der bezwaaren zal zijn gcarreiteerd en dus de nominatie aan' de Burgerij zelve zal liaan ,■ een befluit waar van de fchrijver dei' Utrechtfche Courant zo veel ophef maakt, en een' bewijs in meent te vinden, van toegenegenheid tot de Burgerij, om haar in haar wettige rechten te herftellen. Doch het komt mij voor dat het zeer onvoorzigtig zoude zijn, dat de. Burgerij zich aan deezen fchijn vergaapte; dewijl het geheel tegen' ons oogmerk zoude zijn, dat wij reeds inde Maand Januarij uit onzen fiaam aan de. Geconftitueerden , door onze gecommitteerden, hebben' doen vobrfteÉ; len; naam'elijk; dat de zaaken niet uit hun verband mogten worden gerokt , en niets gearrefteerd, voor dat alles ten aanzien van het huishoudelijke derftad zoude zijn .afgehandeld en geapplaneerd. Wanneer dan nu het derde Hoofdftuk, Concernerende de Stad en Steden van Utrecht, het derde lid van Staat , zónder het vierde: concernerende een gequalificeerd CÖllegie van Gecommitteerden uit de Buicgeri), Wierd gearrefteerd, dan zou men, quafi om'de Burgerij hoe eer hoe beter te doen jouïsferen vaiï het recht tot het maaken der nominatie van haare reprefentan ten, den Raad permament maaken, zonder fe gelijk een evcnwigt daar te ftellen tot tempering der heerfchzucht, welke uit de Permanence van den Raad zoude kunnen voordvloeijen. Ligt zouden wij dan geboren zien 9 het geen wij voorheen zeiden dat  ( 63 ) dut meü dan onze rechten als op de fneeuw ons zoude voorfchrijven. Neen, ik denk dat de verftandige opftellers van het Concept Reglement een juift verband in het oog nebben gehouden, tuflchen de onderfcheiden Hoofdftukken; om welke reden in het eerfie art. van het vierde Hoofdftuk dan ook gezegd wordt : Nevens den Permanenten Raad zal een beflendig Collegie van gequalificeerden uit de Bur- ferij worden geintroducerd e. z. v. en dat dus de èrmanence van den Raad niet kan worden vaft gefield , ten zij dan dat te gelijk het Collegie van Gecommitteerden worde geïntroduceerd. En ik meen dat dit ook het verzoek is, dat Geconftitueerden , bij hun requeft van den 7 Februarij deezes jaars , hebben gedaan. Doch mijne grootfte zwaa- righeid en vraag is deeze : of niet de Vroedfchap bij meerderheid zoude kunnen doordringen, dat de zaaken , niet ten genoegen der Burgeren , maar ten haaren genoegen, werden geapplaneerd en gearrefteerd ? en dat dus in weerwil van Geconftitueerden, het derde Hoofdftuk voor af werde valige. Held , vóór en aleer men het omtrent het vierde eens was ? Dit is de redeneertrant van veelen te¬ genwoordig. En werpt men huil recht en billijkheid voor'! ... dan beroepen zij zich op het gedrag der 19 verftoorde heeren, en de publicatie welke door hun beleid en t'amenftemming , tot zulk een merklijken hoon en prajuditie der Burgeren, is in de waereld geholpen. „ Wat kan men," is het zeggen, verwachten, van zulke Leden van den Raad, die openlijk declareren: dat zij met het vierde hoofdftuk niet te doen willen hebbent die over de Bezwaaren der Burgerij als Mcefters willen befchikken; en alles wat zich daar tegen, op eene met de Volksmagt beftaanbaare wijze, verzet, als oproer declareren ? Daar gij op u genomen hebt de rechten des Volks als een Vrij Nederlander te verdedigen, en reeds begonnen hebt het gedrag .van Utrechts Burgerij in het waare daglicht te Hellen en te beoordeelen, zoudt pi  C ö4 ) gij mij en veelen onzer mede Burgeren een grootcn dienit kunnen bewijzen, wanneer gij u wilder, verledigen om deeze vraagen eens te beantwoorden ert ons door uw weekblaad daar op uwe gedagten mede te deelen. In verwachting hier van heb ik de eer mij met alrte eerbied te noemen: Mijn Heer de Vrije Nederlander ! Uw' Vredelievenden Medeburger. Justus Populair: Te. Utrecht, bij De WED. MULDER, en alom bij de mj£ste Boekverkopers a 2 Stuiv:  D E V R Y E NEDERLANDER: No, $ "W^"ij kunnen als nog den draad van onze in No. :^ afgebrooken ftoflè niet direct weder opneemen, even mlfj als wij den brief aan Ultrajeöti'nuS kunnen plaatzen, of antwoorden op de vragen van onzen Cprrelpondént Jüfi&s Populair, ïn zijn brief in ons naaftvoorig No. Het is van te veel belang dan dat wij niet zouden dèférereh aan het verzoek ons bij de volgende Msfive gedaan. Mijn Heer be Vrije Nederlander! Door een gelukkig toeval ben ik meelter gcworden van de hier bij gaande Copijen van brieven —door een abuis van een meid of baar heer, is bij mij beflcld,: een verkeerde parfefeulje met papieren, bij het openen bevond ik, in plaats van de papieren die mij toekwamen, verfcheicié Hukken ,■ dienende tot de gefchiedenis van den n. Maart, te Utrecht, welke meelt alle in de Couranten en andere nieuwspapieren geplaatst zijn, doch'onder anderen vond ik ook. alle de brieven van de negentien Raaden welke hunne, dcmillie bij dezelve gevraagd hebben ik vondze. te aanmerklijk om niet belult te worden' om van'dezelve voor. mij Copïj te hebben. ■ Mijn broeder Janus Copij, die even als ik, een liefhebber van rariteiten b p proponeerde mij, wijl het te laat was öïri ze ' ■ fl aait  C60 aaii den eigenaar te rug te bezorgen , om 'er eeii half naatje aan te knoopen en ze met mij aftefchrijven,ik"liet mij overhaalcn, en 'smorgens,toen men de Portefeullic kwam vcrwisfclen, was ik reeds meefter van den fehat,en mijn vriend had het zijne onverminderd te rug. Doch toen viel de quefrie tu3fchen mijn broer eh mij wie eigenaar van dCezen onzen nachtarbeid zoude zijn; wij wildenze geen van beiden graag misfchen,en om ze nog eens aftefchrij- ven, daar .hadden we geen van beiden lust toe er orii uitlteeken , dan waren wij ze vast een van beiden kwijt geweest doch mijn broeder had de gelukkige inval, om mij te proponeren om ze aan den Frijen Nederlander te zenden, dan hebben wij, zeide hij, niet verder noodigze te Copijeeren, ik vond zijn voorflag onverbeterlijk, en refolveerde direct ze met deezen aan U toe te zenden, met verzoek of Gij dezelve in uw weckblak geliefde een plaats te vergunnen 5 en, daar gij van den toedragt dier zaake zeer wel fchijnt geïnforrneert te zijn, zoudt gij ons, cn het publiek, zeer veel dienst doen, met "dezelve met uwe aanmerkingen te begeleiden en dit wel hoe eer hoe beter, op dat dezelve niet door een ander Canaal welligt in den dag verfchijnen, wijl het ons toefchijnt dat er onder zijn die voor het publiek zijn gefchreven en voordl No. XVIII waarin eene directe aanfpraak aan de Burgerij voorkomt, welke onnatuurlijk zoude zijn, zo dezelve alleen voor de geheime notulen der Vroedfchap gefchikt Was. —— Ik befchouw dezelve nog van een anderen kant aller nuttigst voor het wijsgeerig publiek, als een onwaardeerbaare bijdraage tot de gefchiedenis van het menfchelijke hart. Wil een Lavater zelfs uit de Phifiognomie der handfehriften het natuurlijk Cha- rakter des Schrijvers opmaaken, ik voor rny oordeele dat men dit met meerder zekerheid zal' kunnen doen uit de woorden, zaaken en daaden, dan. den omtrek der letters. En hoe zeldzaam is, van deezen kant befchouwd^ den fchat dien ik u mededeel negentien menfchen over een en dezelfde zaak, waarin zij gelijk belang hebben, op onderfcheiden Wijzen hunne gedagten te hooren uiteH! — Zo  C 67 ) 88 tij ëefi'gVrns een Phifiognomikus waart, zoü ik u verzoeken dezelve met zodanig oog hier en daar te belonken zo ik mij niet bedrieg zoudt gij er groote mannen in ontdekken. doch God bcwaare u dat gij er geene trekken van een Rhudgerot in gewaar wordt! Vrije Nederlander! L..... den 11 April uw Vriend 1785. Justus Copï. ANTWOORD; Wij bedanken onzen ge'cerden Correspondent voor de aanmerklijke bijdraage tot onze Utrechtfche gefchiedenis vaii den 11 en 14. Maert, hoe zeer wij ons over'tverfchijnfel zelve verwonderen. Wij zullen trachten zo nuttig ons doenlijk is van dezelve gebruik te maaken dan, of het ons mogelijk zal zijn aan den ons opgelegden taak ten vollen te beantwoorden ; daar voor zijn wij met reden bedugt echter, om zo veel mogelijk het vertrouwen vart onzen geè'erden zender te winnen, zullen wij den vriendelijken wenk niet uit het oog verlieaea, om daar door ware 't mogelijk des te meer nuttig te zijn aan de onderfcheiden Clasfen onzer le- zeren — een vijand zijnde van alle perlönaliteiten en hartelijke reflectien , zullen wij meer op de omftandighedeu en zaaken dan de perfoonen letten, de laatften alleen zo verre in 't oog houdende als tot opheldering der eerlten is dienende. Wij zou¬ den lange in beraad hebben geltaan, of wij aan het verzoek, om deeze brieven publiek te maaken, wel zouden beantwoorden, indien dezelve niet in Stads notulen, tot hoon van Utrechts burgerij ; zelfs na dat deszelfs fchrijveren van hun voorneemén waren te rug gekomen, waren bewaard gebleven; waarom wij thans oordeclen dat derzelver gemeenmaukkig allernoodzaaklijkst is, 0111, ware 't mogelijk, hier door de Pösteriteit te overtuigen en te onderrigten tart het; al te voorbuaiige en driftige dat in veelen defzelvcn,E 2 *t  ( 61 ) Uit verkeerde informaties cn induélien welligt ,• door* draalt en om tevens door het adveu van veeleri derzelven aan te tooncn dat er desniettegendnandp geene vrees voor regeeringloosheid en verwarring bij wel .onderrigttcn exteerd ofte verwachten was. Wij laaten de brieven zelve in orde volgen naar rang van den ouderdom als Raaden, van de fchrif- veren met deeze bepaaling nogthans, dat de 14 eerden eiï de 5 laaiden ieder op zich zeiven die rang houden ; wijl de eerlle Heeren per misfives hunne demisfie hebben gevraagd en de vijf laatde dit in eigen perfbon hebben gedaan en daar bij dit hun verzoek fcbriftelijk hebben overgegeeven. ï. Ëd. Gr. Aciitb. Heeren! Óm reden niet perfoonlijk in UJVEd. Gr. Achtb. vergadering kunnende komen, hebbe ik de eer bij ■ deeze aan Uw. Ed. Gr. Achtb. te declareren dat ik mijn avipt ah Raad in de vroedfchap en verdere Commhfien, in den fchoot van UWEd. Gr. Achtb. neder/egge eu dus mijne plaats vacant laate; met verzoek , dat UIVEd. Gr. Achtb. mij, op heden, ge-' ■Heven te ontjlann van den eed ais Raad, aan de Ut ad gedaan. Ik bedauke Uw wel Ed. Gr. Achtb. zeer voor de eer, die ik heb genoot en, van mei ■JUlVEd. Gr. A. fes/ie in uw wel Ed. Gr. A. aanzie:: lijk Collegie gehad te hebben, voor alle onderfteuuitig in deezen zwaaren post, en de blijken van viïendfchap van Uw. wel. Ed. Gr. A. waar yneede ik mij vereerd gevonden hebbe. Ik bidde den geducht en Albeliierder, dat hij Uw Wel Ed. Gr. A. lange in weljiand fpaare , en altijd maar inzonderheid in deeze veruitziende omftandigheden van tijd en zomen, begunstige met een dubbele,mate van wijsheid en kloekmoedigheid. Dat Hij vw ITel Ed, Gr. A. welbelegde raadjlagen enpoógiugen met zijnen dierbaar en zegen agtervolge en doe yefjirekken tot behoud en bevordering van den wel- jJaml  ( 69 ) ftaud en bloei van de Kerk, van hei Vaderland, deeze Provintie, Stad en goede Burgerij en ingezetenen voor welk alles ik altijd mijne vuurige gebeden tot God naar den Hemel zal opheffen. Terwijl ik mij zelve aanbeveelende in Uw Ed. Gr. A. protectie (i en mij zeer ver eerend aandenken, zo lange ik mijn verblijf onder uw wel Ed. Gr. A. Jurisdictie zal houden, een getrouw Burgeren Ingezeten, en, in wat plaats of tijd ook, in mijne Burgerlijke betrekking oprecht zal zijn : Wel En. Gr. Achtb. Heeren! Uw. wel Ed. Gr. Achtb. Dienstvaardige Dienaar. (jvas geteekend) Utrecht den 14. Maert. 17^5- P. P. van den Boogaard,, n, Wel Ed. Gr. Achtb. Heeren ! Het is niet, dan in dit aller uijt erft e tijdftip , dat >k met entroeringe de laatfte reijze ged.enke in Uw Ed. (1) Ziet 'daar het Charakter van een waarlyk groot Man, een Charakter dat zich nimmer laat verlochenen. Hoe naar waarde is het dat Utrechts Bui gerij leed draagt, dat ook deeze Burger-Vader zich onder haare, zich gehoond rekenende Regenten bevond. Waar is hier de vrees voor Regeeringloosheid, voor verwarring, waar door men zou genoodzaakt zyn om zich onder de proteétie van Hun Ed. Mog. met vooib'jgaan van de wettigs overigheid, te begeeven. Zo denkt en handelt, in alle gevallen., de Man rad verftand, van E 3  C 70 ) Bd. Gr. Achtb. aanzienlijke vergaderinge prafentte. Zijn geweest, en aldaar, tegens mijn gevoelen zag int reeden. de Geconftitueerden der \i 15 Borger en e.i Gecemmitt. uit de Schutterij deezer flad, wier taal mij gelijk eenige dagen te vooren tot in liet hart getroffen heeft, niet weetende, zolks ooit of ooit, in uw Ed. Gr. Achtb. Raadzaal uit den mond eene? welgeregelde Borger ij zal gehoord'(«> geweest zijn. Eert rouwe dus niet. anders, of door dit gepasfeerêe zullen Uw Ed. Gr. Achtb. genoeg geconvinceerd wezen dat de vergaderinge van Uw Ed. Gr. Achib,. op dien tijd, ganfch niet kan gezegd worden hare^ ■vrije deliberaties gehad te hebben, maar voor mij rondborftig betwjge genoodzaakt en gedwongen ben, om van de zo wettig (3) b'ij Uw. Ed. Gr. Achtb. genomene Refolutie , voor den Heer Jonathan Sichterman, te moeten afzien, wiens nominatie, door de disfentierende leeden niet eens is gecontradiceerd, of'tegen geprotefieerd, tijde wanneer d'electie, votoirlijk ten. gevolgen, plaats hadde. Reedenen van dit gepofeerde bovengemeld Ed. Gr. Achtb. Heeren zijn het, waaromme de ondergeteekende zig ter gerustftellinge zijner geweeten zegt nis overtuijgd van zijn perfoon, nog in V nomineeren, nog eer en deugd, in de verdrukking zelve blyft hy waarlyk groot, zonder zich of zyn Charakter te vcrgeeten. (21 De taal die door Gecommitteerden gefprookcn wierd was zeksr ovgekoord, dat is ongewuon: en dee^e. ongewoonte heeftze zeker in. het gehoor van veele ber jaarde Regenten hard doen klinken en hun getroffen. Zo zyn 'sr een meenigte zaaken, Rechten en PriWIegiefi, otngewopn geworden, en daar door in onbruik eeraak'., welke daarom niet te verwerpen en veroordeelen zyn. (3) Deeze wettigheid beftond echter daar maar in,-, dat dezelve Re:o!iitie genomen was met een kleine meerderheid, tegen het Protest van verfcheh'e leden \iit de minderheid. en dat de uieer..'erheid Pi'.c altoos zoo voiftrekc yettig kan genoemd worden, z.en wij in Jt geval van den Briel.  C ,*0 b C dfcfeM* of deelgehad tehehhm, RiadtenHove .rede, „ Je C J^JJjJj, dien Hoofde van £needer te lenen, met Gr.gA. &m^SlÊtds, datderust n/fiina vuuripfle verlangen ~i}a JiLL"s •> " , w Hoe kan door het infereren van deezen Brief lp den ganfeben Kuet,lat u i en d fchen dp leden van dc" ^''^^ "an het vraagen dit bij veelen een joo na me eCenj'\ ■ jr ul peen folteitatie voor ac Conti- KS^f^ Maar ia tegendeel M indireft verwyt van tweedragt. E 4  ( n ) iérwijle 'mij. de tere geeve, met de uiterfte hoos-ai?* ttng mij te noemen. & 5 ' Wel Ed. Gr, Achtb. Heeren , Uw wel Ed. Gr. Achtb. Onderdanige Dienaar. Qwas getekend) Utrecht den ' 14 Maart, 17%5- A. V. Bronckhorst. I I I. Ed. Gr. Achtb. Heeren l Geduurende den tijd van XX. Jaaren en omtrent twee maanden welken ik de eere gehad hebbe een lid van deeze Achtb. en aanzienlijke vergadering te weezen, hebbe ik mij altoos volgens mijn eed en pligt gedraagen, ik vinde deswegen bi] mij zelve geene de mtnfte befchuldiging; ik hebbe mij in mijne gevoelens en advtjfen ten alle tijden voor gefield, en naar mijne geringe kundigheden trachten te bevorderen , de waare bclangens van ons thans helaas ! zo jammerlijk gefolteerd Vaderland , 'van' 'deeze Provintie, en in 't bijzonder van deeze Stad en Burgerije , tot welke ik, als zijnde een geboren Burger, zulk eene naeuwe relatie hebbe. Gaerne zoude ik op dien voet zijn voortgegaan, en dus gecontinueerd hebben Jeffie te houden in eene vergadering^ daar ieder lid, als een Vrijburger , vrij uit, zijn gevoelen voor draagen kan en 'moet; (5/ -Ed. Gr. Achtb. Ueeren! het geene ik (5) Hier fchijnt men verder beveiligd ie worden in "ï geltelde in de naast voorige noot. immers bet vry uiten der gedagten kon door niemand dan Mederaa- den belemmerd worden? - Voords een Contrast' pp den voorgaanden.  ( 73 ) nanmijn zelve verfchuldigd ben, en het geringe nut, (indien ik zulks noemen mag) dat ik in het vervolg met mijne advijfen aan U1VED. Gr. Achtb. befluiten zoude kunnen toebrengen, verpligten mi], vrijwillig , zonder daar toe van iemand, hoe ook genaamd geïnduceerd of geperfuadeerd te zijn, deeze mijne Raadsplaatze, mijne Commiflie als Thefaurier, en alle andere Commijflen welke ik de eer hebbe gehad wegens deezen Raad te bekleeden, in den fchoot derzelve neder te leggen en te foUiciteeren , en ook billyk te verwachten, dat ik uit den eed en dienst van deeze Stad moge ontflagen worden. De Opperregeerder van V Geheelal, de alleen wyze Beftierdervan deeze beneden waereld, de ten allen tijden en op alle plaatzen tegenwoordige God, zij fteeds in Uw Ed. Gr. Achtb. Vergadering tegen woordig! Hij doe Uw Ed. Gr. Achtb. in deeze kommervolle dagen zulke befluiten neemen en uitvoeren , welke de zichtbaarfte 'blijken zijner hoge goedkeuring mogen wegdraagen. Hij doe Uw Ed. Groot Achtl\ cp de floelen uwer eere vaste zitten, tot aan Uw Ed* Gr. Achtb. levens einde, en zij Uw Ed. Gr. Achtb. eeuwig deel. Eindelijk Ed. Gr. Achtb. Ueeren, daar ik. mij durve vlei jen eenigzinsin Uw Ed. Gr. Achtb. Vriendfchap te hebben moogenparticipieren, zij het mij gepermitteerd , niij bij aanhoudenheid ,' zo lange ik nog in deeze mijne 'gebooriejlad'wezen zal, in dezelve aan te bevelen; mij, en de geene daar ik de.naafte betrek-, hing op hebbe, in Uw Ed. Gr. Achtb. hoge protectie (6; recommanderende, terwijl ik de eer hebbn mij met de diepfte hoogachting te noemen, enz. (JVas getekend) Utrecht den 14 Maert. W. J. van der Does. 1 ? 8 5- % (6) De verftandige Van der Dors vergeet mede niet dat hij, zoo 'c nobdig is, van niemand dan den Raad, binnen de Stad kan geprotcóleerd worden -7 ■ zo als 90k deeze vooronderfklliug vervolgens is gebleeken E 5 daar  I V. Ed. Cr. Achtb. Hef.renI Mijtte gemoedsaandoeningen mij niet permitteren-, de zulks in perfoon en mondeling in Uw Ed. Gr. Achtb. Vergadering te doen, zij t mij vergund bij deeze letteren mijne Raadsplaatze, Commisfie lot de Pofterij en al het geen mij verder door Uw Ed. Gr. Achtb. mogte zij aanbevolen, in den fchoot van Uw Ed. Gr. Achtb. eerbiedig neder te leggen, en daar van mijne demisfie te verzoeken. Met welke gevoelens, Ed. Gr. Achtb. Heeren, ik geduurende den aanmerküjken tijd van ruim 20 jaaven,dat ik de eer heb mogen hebben een Lid van Uw Ed. Gr. Achtb. aanzienlijke vergadering te zijn, in die gewigtige betrekkinge hebbe getracht te verkeeren, uit welk beginzel ik heb zoeken werkzaam tezijn, welke bedoelingen ik gepoogd heb onder het oog^ te houden, en welke nu de moiiven zijn, welke mij tot dit, voorheen nimmer gedagt, maar thans wel beraaden befluit, dringen en noodzaaken, dat alles zal ik alhier met een diep fiilzwijgen (7) pasferen. Alleenlijk betuige ik mijne ootmoedige danker. hentenis voor de blijken van gunst en vriendjchap, die ik geduurende al dien tijd van Uw Ed. _ Gr. Achtb. zoo menigvuldig heb mogen genieten ; mijn en de mijnen verder voor V toekomende daar aan, zo wel als aan de protectie van Uw Ed. Gr. Achtb. zoo daar Hun Ed. Mog. zelve in bedenking gwvefl of zij in deeze Stad wel vrij zouden kunnen delibererend tsn blyke, dat zij, zonder de Stad, zich zelve op Stads territoir niet kunnen proteacren, veel minder een anderen op eens andets territoir en Jurisdictie beichermen. (7) De |Heer v. Romond geeft hier, zo min als de Heeren van der Does en van den Boogaard, de eigenlijke reden op van het vraagen zijner demisfie —-—de gefchillen en het voorgevallene onder de Leden zelve, kan er dus even zeer oorzaak van zijn , als hst bij aru deren voorgewend gedrag der Burgerij -— of moet de Burger de twist zijner Regenten boeten ? —  ( 75 ) 2«o lange of zo» kort wij de eer zpjlen hebben Burgers en inwooners van deeze Stad te zijn, onderdaanigst bevelende. Voorts Uw wel Ed. Gr. Achtb. perfonen, huijfen en ge/lachten, deeze flad mijner geboorte en derzelver (8) braave Burgerij , welke mij altoos zeer waard en dierbaar is geweest, en zijn zal, deeze Provintie met Vaderland en Kerke aan de befchermin; ge, genade , en ontferming des Almagtigen Gods ! met demoedige verfugtingen te hebben aanbevolen, ; .zoo hebbe ik de eer nu en altoos ie zijn, enz. (JVas getekend^ Uirecht den 14 Maen A. Y« Romondt. 1 7 8 5-. V. Ed. Gr. Achtb. Heeren! Ik hebbe de eer Uw Ed. Gr. Achtb. te declareeren, dat ik defijiere van mijn ampt als Raad in de Vroedfchap, als meede van de Commispen daar^ uit profiterende, met verzoek om op heden uit den Eed, als Raadaan de Stad gedaan,door de Vroedfchap te worden ontflagen, en het rejultat deswegens te mogen weeten ; Ik betuige mijne oprechte dankbaarheid voor alle aan mij betoonde blijken van toegenegenheid mijwaart!,, welke ik geduurende den tijd van 15 jaarea dat een mede Raad in deeze aanzienlijke Vergadering ben geweest, van Uw Ed. Gr. Achtb. genoo- ten heb. ^T JMee- (8) Indien de uitdrukking braave Burgerij hier niet equivocq moet genomen worden.,, in onderfcheiding van oproerige en weerjpannige, dan heeft deeze brief over t geheel een zeer vriendelijk en aangenaam voorkomen, eene innee&eede Phyfiognomie: en waarlijk de Heer v. Romojcd is een dier genen die beftendig de achting der Burgerij heeft weggedraagen, en in 't particulier geen reden heeft om zich over dezelve te beklaagen..  JMeeme de vrijheid mij in de gunst en protectie WW Uw Ed. Gr. Achtb. te recommanderen, en wenfebe. verders des hemels zegen over alle de Leden van den Raad, derzelver Familien en Regeeringe: de God des hemels heft uur e alle Uw Ld. Gr. Achtb. raad/lagen en befluiten, zo dat zij verftrekken moogen tot den bloei en welvaard van het lieve Eaderland, deeze Provintie, de Stad en derzelver braave Burgerij 9) en ingezetenen , aan walke ik, als een geboren Utrechts burger, uit grond van mijn hart, ónder het oog vah een alweetend God, oprecht alles tocwensch, wat hun, en hun ge/lacht voor tijd en eeuwig kan gelukkig maa= ken, waar mede enz. . .. A. S. Abbema; X. in den Raad zelve ( onder de leden ) iets moet voorge» vallen zijn. Immers de Commiflie beeft niet binnen geftaan, dan na behoorlijk verzoek en daar op verleen» de audiëntie , na dat dezelve door den Deurwaarder door hun Ed. Gr. Achtb. daar toe was gerequireerd. (20) Hier worden in 't geheel geene reden opgegee» ven , en dit is ook eene vrijheid die men ftriéto niémand kan betwiften. Deze brief zegt dus niets» zullen mogelijk fommigen zeggen doch phijliognomifch befchouwt, zegt hij misfehien veel metr dan anderen die een aantal woorden gebruiken , die veel minder betekenen. Wanneer een aantal hartstochten en beWeegingen famen loopen, kunnen de?clve met geeni ge« noegzaame woorden worden uitgedrukt, of door trek. ken worden afgebeeld. Daarom bedekte de fchilder het aangezigt van dgamemnon met een kteed, bij de opoffering van zjne dogter Ifignea. ■ ■« Wie kon den heere Abbemi zeker (iellen regen de vervolgingen van een Ultrajeiïinus, dien het telkens op ham geladen feheen te hebben, ——-wanneer h|j zich ïtiej Bet een ot ander had laateö ontvallen! F a  X. Weled. Gr. Achtb. Heeren! In de Vroedfchaps vergaadering op laaft leden vrijdag avond gehouden, tót de genomen Refolutie omtrent den Heer en Mr. J. Sichterman, mijne ftem niet hebbende konnsn geeven, vermits dat volgens mijne denkwijze de Regeering zich daar door ont'èerde , en aan de andere kant voorziende, dat bij alpien ik bleef. Volharden bij de Refol. deswegens s morgens genomen , ik mij meede danfpraaklijk zoude maaken, ingcvalle, zo als men ons dreigde (21 ) dat ,er Büigerblóed vergoten wierd , zo bleef 'er ■ voor mij geene andere keuze over, als om oogenbliklljk mijne demisfie te neemen, en hier toe Éd. Gr. Achtb. lieer en kon de ik des h eerder béfluijten, aangezien de beweegoorzaaken om dewelken ik voorheen den poft van Raad in de Vroedfchap deezer Stad begeerd hebbe, geene andere geweeft zijn , dan om mijnen tijd en zorgen te befteeden, tot nut van, mijn Vaderland , en ik mij thans, uithoofde der tijdsomftandigheden , in de onmogelijkheid gefield vinde, om aan mijne geboorte plaats eehig voordeel toe te brengen, Geen éigenbaat of partijfchap heeft mij dit befluit doen neemen , en even min , eene zoogenaamde Ariftoeratifche denkenswijze; èene naauwgezetheid in het betrachten van mijne pligtende overtuijging van mijn eige gemoed, welkers verwijting het eenigfte is dat ik vreeze, zijn''er alleen de reedenen van.—■ Ik verfchilzo 't fchijnt, in mij'neStaatkundige denkens'ivijze, met diègeenen de welketevgoeder trouw, zigverieelden, de grootstePalriotten te zijn; Ik voorzie dat de maatregelen die men neemt noodwendigftrekken zullen tot ruïne van de Stad en Provintie, en dat men door (ai") Deezfe dreigementen moéten zeker onder de leden zelve zrjn voorgevallen ; buiten dezelve weet nog' siemand v»n dusdanig dreigement iets af.  c n ) door alles te willen hebben (2a) geene der nadee, tin aan ens Staats- en Stads- beftier z» 1647 toegebrast, op eene duurzaame wijze uit den weg zal ruimen, of miffchicn andere even nadeclige nieuwigheden , voor eenen korten tijd invoeren , en deeze welhaaft, de grootfte afhanglijkheid tot gevolg- hebben. Om nu mij zelf geheel onfchuldig te houden aan die akelige vooruitzigten, zal ik voor-, daan in een flil en amteloos leven mij vergenoegen,^ met te wenfchen, dat het mijn Vaderland welgaar , en alleen het voordeel genieten, van een ruftend Ingezeten in een Vrij land te blijven, ten zij dat eene. aan de Burgerlijke Vrijheid nadeelige Regeeringsvorm wierd ingevoerd; of dat mijne tegenwoordigheid voor mijne mede ingezetenen aanjïootelijk ware; of dat eenige verdenking op mijn perfoon bleef plaats grijpen; in welke drie gevallen, ik uit Vaderlandsliefde zoude denken verpligt te zijn, ook. mijn Vaderland, te moeten verlaaten. Vergun mij Ed. Gr. Achtb. Heeren dat ik deeze laatfte ge legenheid waarneem, om mijne dank te betuigen aan de Leden van UlVEd. Gr. Achtb. vergadering, voor alle Vriendfchap, onderrigting, hulpe en infanklij/cluid, van dewelke ik als mederegent , geduurende ' den F ( ">2 ) Dit is niet al te duidelijk om door elk te kunnen begreepen' worden. —wie wil alles hebben. , de Burgerij, of de Raad '\ Alles wat wederrechtelijk: begeerd wordt, kan met grond geweigerd worden. Als de Reegeringsleden permanent willen zijn, zonder dat zij afhanglijk zijn, of door eenig toezicht binnen de paaien van recht worden gehouden, dan loopt men zeker gevaar dat de Burgerij met den tijd , even als in het jaar 1748, om ?ich eener Ariltocratifche Regeenng te ontdaan, zal vermeenen door onderwerping aan den Stadhouder zich te kunnen redden. Hoe wenlchelijk ware het voor de nakomelingfchap , dat de tegenwoo rdige Regeeringsleden alle begreepen, dat de harmonie tuüchen den Regeni en den Burger, Utrecht den roem heeft doen verwerven dien zij bezit, en als nog kan ftaande houden, en dat zij door deeze alles in zich zeiven is.  C 86 ) den t'n'd van ruijm agt jaar en, veele blijken ontvaK* gen heb. Ik wenfchc u toe, Ed. Gr. Achtb. Heeren, olie die wijsheid, kracht , doorzigt en fiand:'allig*> beid, die gij lieden in eene deugdzaame en wehnenende werkzaamheid tot voordeel van Land en. Stad , tuit noodig hebben ; Ik wenfche u een nuttige voorfpoedige en gelukkige Regeering , voor V overige al wat kan toebrengen, tot uw huishoudelijk, Burgerlijk, Zedelijk,en Godsdienfliglijk geluk. De onwaar* fchijnlijheid dat ik u imm-r van eenige dienfl kan weezen , is oorzaak dat ik mij'moet bepaalen tot die vlei jende hoop, dat ik in uw aandenken en vriendjchap wel eenig deel zal, mogen hebben, ten welke einde ik mij en de mijnen in uwe protectie aanbeveele. Vermits UWED Gr. Achtb. laat/lieden vi ij-dag»vond begreepen hebben, dat ik mijne demisjie niet dan op eene ordinaire vergadering koude neemen , zo herhaale ik bij deeze mijn verzoek, om door UIVEd. Gr, Achtb-, ontflagen te worden van mijnen eed, als Raad in de Vroedfchap gedaan, en verders van alle Commisfien waar mede ik uit dien- hoofde ben. veréêrd geweejl, vertrouwende dat UIVEd. Gr. Achtb. niet zullen weijgerm mij deswegeis bij extract Refol, eene favorabele difpofite te doen toekoy énen. Waar mede enz. Utrecht den 14. Maart (Was getekend) D. C de Leeuw. XI. \ Ed. Gr. Achtb. Heeren ! H:'et is niet- zond,er- levendige aandoening van mijn gemoed, dat ik, uit hoofde van V- geene Ik aan mijn zelfs verfchu/djgd reekene , mij genoodzaakt vindt te moeten afzien van-, de Raadsplaaize, welkt ik nu ruijm y Jaaren onder UEd. Gr. Achtb. hebbe be kleed  < 87 ) lJud een Post van eer, na welke ik g f aan Se, niet om eigen belang te ^IZïtSenop te Burgerlijke voorrechten aan verkeerde uitzigtent op >e Ter n, niet om heerschzugtige principes den Vrijen fSn vieren en mij boven mijne rnedeburgeren e verleffcu, maar enkeld om mijne vermogens, mijn ttiïn krachten zoo veel mogelijk «#i«Ég te belleeden ten nutte van het lieve Vaderland, vak deeze Provintie en in het bijzonder van mijne geboorte flad. ,7 Hadden mijne voorouderen en laastehjk mijn overheden Vader in 't volftandig beoefenen van deezen plint het genoegen mogen ondervinden, dat zig vertrouwen en de achtinge der Ingezeetenen met hun vereenigden, ik hoopte door de betrachtinge van even dezelve diere verpligtiuge mede in dit geluk te moogen deelen. , ... Hoe ik mij in deezen gekweetcn hebbe, iaat ik aan het onzijdig Publicq, aan de beflisjwge van £ onpartijdig oordeel van U. E. G. A volveerdig (nfer; gantsch af karig van alle ingebeeldewaanwijsheid , gevoel ik maar al te zeer, hoe dikwils ik dm mindere kundigheid en gebrek aan doorzigt m mijne vcrpligtinge ben te kort gekomen, dog dn eene durve ik met een zuijver geweten zeggen, dat ik altijck ieverig getracht hebbe aan eed en pligt getrouw (23J (23) Wanneer er maar ééne uitleg aan de woorden hetraciiten van eed en pligt, wierd gegeeven , dan wa« het altijd gemaklijk te bepaalen hoe ver daar aan beantwoord wie-rd doch zo lang deeze bepaaling wordt gemaakt uit de denkbeelden die elk zich van zijn. pligt voorflelt en v0rmt, zal ook eed en pligt niet anders betekenen dan , te handelen naar zijn fijstliema —— de wijze van uitvoering van een fiifthema kan zeer onderfcheiden zijn; zonder dat men egter kan zeggen dat een derzelven met eed en pligt direct ftrijdt ——- zou het b. v. me: eed en pligt niet beftaanbaar zijn geweest dat de Vroedfchap had gedefereerd aan der Burgeren ver. zoek ; om geen hun onaangenaamen perfoon, tot hun reprefentant aan te ftelletsf* zou het na dat denzei ven - r 4. gftv  C 88 ) te blijven en na mijn beste weeten het voordeel en fl'rofijt Van Land en flad te bevorderen. Hoe Ayenfchelijk ook een flil en Ampteloos leven , vooral in tijden van defaflers en verdeeldheden, moog wei,en, 'zoude ik mij nogtans niet onttrokken hebben aan het behoud van voofrechten en Privilegiën en aan rt redres van vervallen zaaken in Land en Stad, onder Gods hulpe na mijn vermogen te blijven medewerken , waare het niet, dat verfchil van denkwijze 'van een groot aantal Burgeren en inwooneren, en de daar uit geproflueerde eclatante gebeUftenisfen mij moesten doen befluijten, hier in niet langer te kunnen continueeren, daar ik gedrongen wérd mij te moeten begeeven in maatregelen, die mij ter goeder trouwe voor het waar belang van deeze flad en derzelver Burgeren en Ingezetenen fchadei'ijk voorkwamen. —— De bedaarde overweeging van dit een, en ander, heeft mij ten eehemaale overtuigd van de neodzaaklijkheid om mijne Raadsplaatze aan een ander, meer de algemeenc goedkeuring wegdraagende over te laaten, en mij te vergenoegen met de zuivere bewustheid, dat ik geduurende den tijd van 'mijne fesfie mijn pligt hebbe zoeken te betrachten 9 zullende voords, buijten het befiier van zaaken gefield, met blijdfchap afwachten, welke wijze maatregelen, tot redding van ?t lieve Vaderland, en toi be- geëligeerd was, tegen eed en pligt geftreeden hebben , en niet met de achtbaarheid des Raads hebben kunnen beftaan, dat men cp der burgeren inftantelijke begeerte, van die verkie/jng hadde afgezien? gou men dus niet veeleer verwacht hebben, dat de 16 Heeren, die voor den Heere Sichterman hadden geftemd, in dit geval van hunne verkiezing zouden hebben afgezien om der vrede wille,- en zich hebben gehaast om een verbeterd Reglement van Regeeringsbefteiling in orde te brengen, ten einde haauwkeurig konde bepaald worden, hoe ver eens ieders recht in deezen kon gelden. ■ Rijn 'er dan volftrekt geene andere middelen om eed ets pligt te betragten, dan zijn post neder te leggen wanneer er igts eclatants gebeurt? >*'  ( *9 > bevordering van het waar belang van deeze flad door Uw Ed. Gr. Achtb. zullen genomen worden, terwijl met dat al, niemand zal kannen gevonden worden, die ieveriger wenfchen zal, dat het deeze flad met derzelver Burgeren en Inwooneren moge welgaan, en de waare Vrijheid, [dewelke mij altijd is voorgekomen verbonden te zijn aan de naauwkeurige obfervantie van billijke wetten, eerlang binnen dezelve moge herleeven en bevestigd worden. Ik neeme dan door deeze de Vrijheid mijne Raadsplaatze met alle de Commispen en aankleven van die 'in den fchoot van Uw Ed. Gr. Achtb. neder te leggen, met eerbiedig verzoek, om ontjlagen te worden uit den eed als Raad van deeze jfad, en dat Uw Ed. Gr. Achtb. mij hier van derzelver favorabele ■ Refolutie gelieven te doen toekomen. ■ Vwrds hebbe ik de eere de bijzondere Leden van den Raad welmeenend te bedanken voor derzelver injchikkelijkheid, voorligtinge , agting_ en genegenheid aan mij verleend, mij en de mijne in de bejcherming envoorzorge van Uw Ed. Gr. Achtb. nederig aanbevee- lende. Ik eindige deeze met hartelijke bede, dat de God Almachtig de deliberaiien en befuijten 'van Uw Ed. Gr. Achtb. wil bcflieren en zeegcne;, op dat dezelve mogen verjlrekken tot welzijn van het Vaderland, deeze Provintie en flad. Waar mede de eer hebbe met diepe hoog agting te zijn enz. (was getekend) Utrecht den 14 Maart, Pn. Rajï, \ 1785. X I L Ed. Gr. Achtb. Heeren! Alfchoon ik gaerne geduurende 't overige van mijne daagen alle mijne krachten en vermogens zoude F 5' be-  ( 9° ) hefteed hebben tot bevordering vatt het weizijn dee. zer Stad en haare Burgerij, aan de welke ik van mijne geboorte af aan op het nauwjlc\verknogl ben geweest, en fteeds verknogt blljve, vinde ik mij eg. ter uit hoofde van V geen laatstleden vrijdag avond aan deezen Ed. Gr. Achtb. Raad gefchiedis, verpligt, mij van de zorgen der algemeenc belangen te ontdoen; en van geen nut meerder in Uw. Ed. Gr. Achtb. vergadering kunnende zijn, mijne Raadsplaatze neder te leggen, en mijn ontflag van den eed, aan de Stad, als Regent gedaan te verzoeken. Met^ de bitterfte aandoening moet ik bij deeze affcheid neemen van eene vergadering van dewelke ik zo veele blijken van agting, vriendfehap en vertrouwwen ontvangen hebbe, voor de welke ik thans Uw Ed. Gr. Achtb. oprechtelijkdankzegge, en aan de welke ik al mijn leven lang gedenken zal. God neeme deeze Stad en Burgerij, van de zorge voor welke ik hecden worde afgefcheurd, in zijne heijligehefcherming, wende van haar af alle de akelige gevolgen, die het gebeurde zoude kunnen hebben, en bekroone haar met de beste zijner zeegeningen, inzonderheid met vrede van buijten, en rust en eensgezindheid van binnen. Hij doe Ed. Gr. Achtb. Heeren , uwe raadflagen gedijen tot welft and van Stad, Provintie en Repuhlicq; hij fcheppe in deeze tijden van akelige vooruitzigten, het licht uit de duisternis, en geeve aan de raadpleegingen over de verbeeteringen in het Regeeringsbeftier zoodanig eenen uitflag, dat die veranderingen waare verbeeteringen zijn: (24) Hij (24) Wanneer veranderingen geen verbeteringen zijn, is het beter bij het oude te blijven. Hec zou ten mn> ften, zo min de Regeering als der Burgerij, eer aandoen, dat men, na dat ds bezwaaren opgeroepen en opgegeeven zijn, zoude weigeren dezelve, Conform de aêloude rechten en privilegiën, zo ver ze te hernieuwen zijn , te herftellen in zulk een ftaat dat ze weerzijds genoegen konden geeven, en van een beftendiger duur konden zijn, dan het voorige Reglement het welk door de wijze van invoering zo wel als den inhoud onbeftaanbaar is om een rigifnoer te zijn voor een vrij volk.  ( Si > Mi fckenke aan deeze Stad eenen man in mijne %laats die, bij geene mindere welmeenendheid, dan ik betuijge gehad te hebben, grootere bekwaamheden voege! 'Ik heveele mij en de mijnen in Uw. Ed. Gr. Achtb. befcherming, en hlijve met den diepften eerbied enz. (Was getekend) T>recht den 14 Maert W. J. B. van Diëten. 1 7 8 5' XIII. Ed. Gr. Achtb. Heeren! Offchoon ik mijne ftem bij de laatüe eleclie aan den Ï'Ir. Sichterman niet gegeevcn heb, dagt ikegier verpligt te zijn, eene bij de Ffétedfihap wettiglifi- -enomen Re lol te moeten handhaven; en het is uit deezen hoofde, dat zot het bevestigen der aanftellmge van den Hr. Sichterman heb geconcurreerd, dan kort daar na zag ik met de uiterfte aandoening en leedweezen deeze vergaadering gedwongen om van gemelde aanftellinge aftezien, en dezelve te annulleereu, en zulks offchoon de redenen tegensden Hr. Sichterman geallegeerd, ten eenemaai ongefundeerd waar en; wijl het notoir is, dat bij het inbrengen van bezwaaren en ontwerpen van redres elk. ingezeten volkomen vrijheid hebben moet, zig tot de zoodanige te bepaalen, die hem in gemoede best gegrond, en voor het gemeene welzijn nuttigst voorko- %ie,u Jk neeme mij in deezen van mijn plicht te hebben gekweeten, zonder eenige de minfte baatzucht, zonder mij door eenige invloed van de eene of andere zelfs zoekende partij te laaten affchrikken, en mij dus te hebben gehouden aan dit principe het welk ik bij mijne intreede in deeze vergaadering tot 'de eenigfle grondregel van mijn gedrag gelegd heb , ■namentlijk: alleen het waar belang van Stad en Burgerij te 'betrachten. Niets zoude mij dus aan- genaamer zijn geweest, Ed. Gr. Achtb. Heeren, %ls. tot welzijn deezer Stad en Burgerij te moogen mede■ J wer*  Werken, dan daar ik mij laatstleden Vrijdag op zulk eene ongehoorde wijze in de Vrijheid mijner deliberatie (25) in deeze vergadering geturbeerd zag, en mij dus ook voor het toekoomende geene de mtnfie zekerheid meer. overfchiet, of ik veortaan alleen volgens mijn eed, pligt en eigen gemoed ten gemeenen nutte zal kunnen ftemmen, heb ik geoordeeld niet langer een lid deezer vergadering te kunnen blijven. — Ik heb derhalve de eer Ed. Gr. Achtb. Heeren ! mij:-, ne plaats in deezen Raad, benevens de Commisften daar uit profilerende, in den fchoot van Uw Ed. Gr. Achtb. neder te leggen, met verzoek om uit den eed te worden ontflagen. Ewrds bidde ik den Allerhoogften, dat hij zijne dierbaarfte zegeningen uitjlorte\ver Uw Ed. Gr. Achtb. perfoonen, derzelver nabeftaande en Regeêring, mitsgaders over de Burgerij deezer Stad, en beveele mij op het ernfligfle in Uw Ed. Gr. Achtb. aanhoudende Vriendfchap en proteStie. Ik heb dé eer mij met alle eerbied te noemen, enz. (Was getekend) Utrecht den 14 Maert 1 7 8 5. Jacob Antonij Martens, X I V. En. Gr. Achtb. Heeren! Wijl naar mijn oordeel de eerfle grondbeginzelen van regt, billijkheiden Vrijheid meedebrengen, dat naar (25) Waar zijn toch de vrije dcliberatien geturbeerd V Voegt een Hoofdman van een fchuttercon.pagnie, die twee honderd manfchappen onder zijn Commando heeft, om alle ftooring der publieke rust te weeren, zulk een zeggen1 Wanneer men vrugteloos de trouw der Burgerij en de obediëntie aan de behoorlykeCommandos beproefd had. zou men den Hoofdlieden moeten rechtvaardigen, wanneer zij om die reden hunne posten hadoen neaergelcgd-  < 93 ) Mar hei oprotpen der Ingezeetenen tot opgave, van hunne bezwaaren aan elk der zeiven volkomen Vriiheid moet gelaaten worden, om zoodanige bezwaaren in te brengen, ah hem meest gegrond toefcheijnen .en zig te voegen bi] zulk een ontwerp van redres, als hij in gemoede meent(aó), tot herftelen beveiiliging van het gemeene welzijn meest bevorderSe zijn, terwijl ook de Ed. Gr. Achtb. Vroedschap over alle de gemelde opgaaven en ontwerpen zullende oordeelen, zig naar mijne gedagten altans, tot de finaale uitfpraak toe in haar geheel en ten eenemaale onzijdig houden moet: zijn mij deredenen door de Gecom. uit de Geconftitueerdens van 1215 Burgers en inwooners, deezer Stad, mitsgaders d* Gecom. uit de agt Burger Compagnien tegen den Hr Sichterman , en deszelfs aanjtelling tot Raad in 'de Vroedfchap deezer Stad geallegeerd geenzints voldoende voorkomen. Ik heb derhalven gedagt niet alleen bij de aanjtelling van den Hr. Sichterman te moeten perft'stèren, maar Ook als een man van eer verpligt te zijn dezelven,als volkomen wettiglijkzijndegefchied, ten einde toe te helpen handhaven. Dan Ed.Gr. Achtb. Heeren, laastleden Vrijdag, met de innipfte aandoening hebbende moeten zien, dat UW Ed.' Gr. Achtb. vergaadering gedwongen is geworden, om van deeze aanftelling aftegaan , fchijnt het mij toe, dat de achtbaarheid van den Raad van deeze Stad daar door zodanig is gefchonden, en haare Vrijheid van deliberatien verfoord, dat ik behoudens miine begrippen van eer, niet langer een meedelid J fa rjr van (26) Het komt hier niet aan op de meening. Niemand heeft den Heer Sichterman zijne Vrijheid betwist: doch uit deeze vrije handelwijze van dien heer is gebleken, dat hij, in deezen tijd, de man niet was om Regent van Utrecht te wezen: zo als door verfcheide leden van den Raad duidelijk is aangetoond: deeze de- oluctie agtef na kan dus hier van weinig effect zijn een verftandig man ziet ook ligt, dat het opgegeevene van de Geconfl. en Gecom. tegen den Heer Sichterman, mei ftudie zo zagt is ingerigt, om hem te fpaaren, en hun Ed. Gr. Achtb, zelve de Concltifie te dosn maaker).  C 94 ) ren denzelven blijven kan; en te min, daar ik zelf, mijne ftem aan den Hr. Sichterman gegeeven heb rjy\ en dus meedegewerkt om dien Heer te brengen in die onaangenaame omjlandigheeden, waar van hij thans hct jlagtefrer geworden is, zoo dat mij nu geen ande, middel overfchiet, om mij van den blaam, uit zulk eene behandeling voortvloeiende, te kunnen zuijveren dan door een openbaar en jlerk bewijs te geevm, dat ik geen het minjle deel aan deeze behandeling of derzelver gevolgen hebben wil Ik heb derhalvendeeer, Ed. Gr. Achtb. Heeren, bij d eze mime post als Raad in de Vroedfchap deezer Stad henevens de Commisfie tot het Bier-Comptoir tn den fchoot van Uw. Edel. Gr. Achtb. neder tl leggen, tevens verzoekende door Uw Ed. Gr Achtb *» fe*eed ie worden ontjlagen. Voorts Ed. Gr. Jchth ÏTï'ï*" ik "ï* Uw' Gr] Achtb. te bedanken, voor de toegeevlijkheid, Vriendfchap en vertrouwen, mij, doorVw. JEd. Gr. Achtb gedurende mijne fes/ie in derzelver vergadering be. ïlJf M'J«il"»«gfl< ^nfchen zijn *'dat helden alerhoog/lenbehaage, zijne dierbaar/iezeegeningel ititte torten zo over uw Ed. Gr. Achtb. per Sn famihen en beflier, als over de Burgerij en lil zeetenen deezer Stad, aan de welke ik zoo veel f I rondere verpligting heb, v*8; dat niets ter waereld mij (27) Dit wil dan zo veel te kennen geeven dit her fewaagende d" *" Hee' SiSdÏÏÏ (28 Het point d'honneur fchijnt echter bij den Meer VoET zo veel zwaarder gewogen te hebben, dan allé die Sr tf v"p,lgi,ngenJ-— de edelmoedigheid die er ligt in de bekendtenis deezer verpligting, wordt zeer verminderd, doorze beneden het point d'honneur te te" en. Is Anstocratie wel iets anders, dan zijn eigenlgevoelens van eer, boven de tem des volks hooref—°n beTcho'uwe^ ^ ^V" *?* <**'* Volks wilIe « Dclcnouwen?-— Zou het den Heer Voet, zou het den anderen Heeren, minder tot eer hebben verftrek" dat zu hunne Raadsplaaaen hadden blijven behouden en 20 zu meenden beledigd te zijn, door middeTvan de» ge-  C 95 ) mij meer genoegen zoude hebben gegeevent niets meer geluk doen fmaaken, dan mijn gantfche leeven aait de bezorging en bevordering van derzelver belangen en welzijn toe te wijen, indien 't mij had moogen gebeuren \zulks als lid deezer vergaadering, behoudens V geen ik aan mijne gevoelens van eer en pligc meen vèrfchuldigd te zijnt te kunnen blijven doen. Mijn per/pon in de aanhoudende Eriendfchap en protectie van Uw Ed. Gr. Achtb. aanbeveelende ,heh ik de eer mij met alle eerbied te noemen, enz. (Was getekend) P. E. Voet van Wassen. Utrecht den 14. Maart. 1785. XV. Ed. Gr. Achtb. Heeren! De onaangenaamheden die in deeze dagen zijn voorgevallen, zijn Uw Ed. Gr. Achtb. bekend. Wij zijn genoodzaakt geworden van eene wettige verkiezing van een mede Raad tot deeze vergadering te moeten afzien en een daarop gevolgde niet min wettig genomen refolutie te moeten intrekken. De overweeging van dit alles, gevoegd bij de niet ongegronde vrees dat zoortgelijke ontmoetingen weder in 't vervolg zullen kunnen plaats hebbèn (29) field mij buiten ftaat? gerechte zich voldoening te hebben verfchaft; dan dat zij, na veertiendagen beraad,hun verzoek en voornemen te rug neemen, en die middelen in 't werk Hallen welke zij, zonder demisfie te neemen,met even veelfucc;shadden kunnen cfFethieren, om als dan na het afloopen der gerechtelijke informatien meer bedaard hunne mefure» te neemen , zonder dat eclat te maaken, dat zo veel gelegenheid tot onaangenaame herdenkingen heeft gegeaven. (29) Wat toch aou er weder in 't vervolg kunnen plaats heit*  C $è ) ftaat, in deeze mijne betrekking langer van eenige dienji te konnen zijn, en noodzaakt mij van mijnen post die ik den tijd van. bijna 36 Jaaren met zeer veel genoegen bekleed heb, te moeten neerleggen en zelve ■met den aankleeven van dien tér dispofitie van Uw. Ed. Gr. Achtb. heden overtegeeven; ik verzoek dah ent (lagen te mogen worden van den eed die ik bij het aanvaarden van deeze mijne bediening gedaan, en zo veel ik weete ha mijn best vermoogen altoos gc* presteerd hebbe. Met aandoening neem ik dah affcheid van Uw Ed. Gr. Achtb. waaronder ik het genoegen hebbe zeer veele van mijne goede vrienden te moogen tellen; dezelve bedanke ik voor zo veel menigvuldige blijken vdri achting en genegendheid die ik heb moogen ontfangen. Ik recommandeer mij if de aanhoudende Èriendfchap van alle mijne goede vrienden en wens van harte dat alle düljsterheden opgeklaard, en alle niet zoitder reden gevreesde onheijlen, die ons nog boven het Hoofd hangen van ons heVe Vaderland genadiglijk moge worden afgekeerd, en dat het deeze Stad en Burgerij onder het lo/felijk beftier van weldenkende Regenten en Vreedzahme Burgers mogen welgaan tot In lengte van dagen. (was geteekend) Utrecht den 14. Maert. 1785. Hendrik. VerbeekV xvf. hebbend Is het binnen flaan in den Raad geschied zonder bewilliging van eene daar toe belegde vergadering^ immers neen! was er gelegenheid geweest om'het zelfde verzoek bij reqaeste alleen te doen, dan had men tot deeze, thans ongewoon geworden plegtigheid, niet geKomen. Of was de famengevloeijde menigte oproerig geweest»? had dan de Collonel der fchutterij geen middelen om ïn'tvervolg dit te voorkomen? Onzes bedunkens zijn deeze heideredenen te zwak oni daarom Jiet Confulaat van eene Hoofdftad eener Provintie risder te legger/.  ï 97 % XVI, Ed. Gr. Achtb. Heeren S Daar deeze Achtbaar en Raad dagen beleeft 3 tr\ j gebeurdtenifj'en gezien heeft, waar van geene voorbeelden voorhanden zijn (30), en ik daar doof meede verftooken ben geworden, om als een medelid van dezelve vrij, na mijn befte weeten te handelen eti | Jpreeken; z« vlnde ik mij genoodzaakt om na éenè fejjie in den Raad van ruim 10. Jaar en, mijne Raads± I plaats met alle den aankleeven van dien, in den) fchoot van UWEd. Gr. Achtb. neder té leggèBl Jnfterende ten dien einde mede, dop het UIVEd. Gr. Achtb. mogen goedvinden , mij itit den eed te ontftaan, bij het aanvaarden en Continueeren van mijn Raadsplaats gedaan. Kunnende inmiddels hiet ■nalaaten , UIVEd. Gr. Achtb. mijne dankbaarheid j te betuigen voor de eer en het vertrouwen, dewetki \ van UIVEd, Gr. Achtb.-geduurende mijne fejjie in deezen Raad, heb mogen genieten : toewenfehende , dat het den God van Hemel en aarde, in wiens handen wij allen zijn, en niets voor hem verborgen blijft, behaagen zal, dat de befluijten van den Raad ten nutte van de Provintie in V algemeen^ en van de Stad en Pu, 'gerij in 't bijzonder, genomen,zul* len kunnen gehandhaafd worden; dat hij UIVEd. Gr, Achtb. begunftigen zal met den geeft van eendragt, wijsheid, kloekmoedigheid en ftandvaftigheid^ die in deeze dagen van kommer zo hoog nodig is \ °P (30) De Heer Faclk febijnt hier .te argumenteren:, om dat 'er gebeurteniffen buiten voorbeeld gezien zijn ;' heeft de Regent ook recht om iets te verrichten dat zonder voorbeeld is. Het buitepgewoone dat hier te-' j .gen had kunnen gefield zijn geworden , indien men geen vrije deliberatie meende te rullen hebben, was, dat mea alvorens de vergadering één of meer Com. pagnien Schutters in het geweer had doen komen ——. dan zou men gezien hebben dat de Burgers hun eed e* pligt kenden/ G  't 9S ) sj> dat Utrechts waarde, en voor mij altijd geachte Burgerij onder UED. Gr. Achtb. Regeering gelukkig, voorfpoedig en zegenrijk mooge zijn en blijven. En daar mij nu niet meer overblijft, dan mijne dagen van UIVEd. Gr. Achtb. afgezonderd s door te brengen, zo neem ik de vrijheid mij en de mijnen in UIVEd. Gr. Achtb. Vriendfchap, liefde en prote&ie aan te bevelen : in hoope en vertrouwen dat ik met de mijnen, als ftillen in den Lande, onder UED. Gr. Achtb. Regeering onkreukbaar van alle Voorrechten en Vrijheid , als Burgers$ zal mogen deelachtig blijven. V/aar mede mei alle hoogachting verblijve WËLEd. Gr. Achtb. Heeren 1 ■ UWED. Gr. Achtb. D. W. Dienaar. Utrecht den ( Was getekend) ï4. Maart 1785. O. W. Pu. Falck. xvir. Weled. Gr. Achtb. Heeren ! Met zo veel genoegen als ik geduurende verfcheii den jaaren de deliberatien in deeze Raad en de daar uit voortvloeijende Commijjien hebbe bijgewoond, en zoo verre ik weet na mijne vermogens volgens eed en pligt der Burgeren waare belangens heb helpen bevorderen , met geen minder ja fchoon met veel meer ongenoegen ben ik echter mij zeiven verpligt mijne plaats in deezen Raad te verlaaten en mijne Commiffie in den fchoot van UWEd. Gr. Achtb. neder te leggen, een Raad, weleer *t vertrouwen van den Burger op hunne Regenten, daar oprechtheid en Vriendfchap tuffchen deszelfs Leden plaats had, kortom, een Raad, daar het ieder weldenkend Burger verlangen moeft, of zich zelf, of iemand van de zijnen in geplaatft te zien. Maar thans  ( 99 ) thans een Raad , daar, in plaats van vertrouwen het m'iftrottwen -, in plaats van eensgezindheid, tweedragt, ja wat nog erger, daar geen Vrijheid bi[ het delibereerer) (31 ) over zaaken van gewigt meer te vinden is , waar van UIVEd. Gr. Achtb. nog hort geleden de droevige ondervinding hebben gehad , en om welke redenen Ed. Gr. Achtb. Heeren ik verpligt ben UWEd. Gr. Achtb. bij deeze om mijn ontflag uit deezen Raad te verzoeken, onder dankbetuiging voor al het goede , dat ik alhier heb moogen genieten , èn onder toewenfching, dat UWEd. Gr. Achtb. raadflagcn mogen frekken tot een waar en wezentlijk nut van Utrechts Burgerij', dal UWEd. Gr. Achtb. zich noch lang in deszelfs bloei en welvaart zullen mogen verblijden, en dat alle poogingen tot wezentlijk geluk van ons allé moogen uitloopen. Utrecht den 14. Maert. ( Was getekend') 1785- T. T. Wobrtman. VXIII; (3:) Daar het volgens gerechtelijke informatien varj de fuppootten bekend is , dat 'er op de ganfche zo ge. naamde houten vloer, niemand dan Deurwaarders en Bodens geweeft , en de deur voor aan dezelve geflooten geweeftrs, waardoor, zo 'er al ecnig rumour voor dezelve had plaats gehad, niets in de Raadkamer konda gehoord worden, a's zijnde ten minnen 20 fchreden , zo niet meer , van daar, " ■ en daar de Commiilis niet is binnen geweeft voor en aleer dat dezelve geroepen is , zo is bet moeijlijk te giffen waarin de ftooring der vrije deiiberatien hebbe beftaan is dezelve vercorzaakt door het buiten roepen en weder binnen ftaan van den Secretaris vanVoohst, en zijn,inaccuraat overgebragt verhaal, .dan is dit alleen te wijten aan.den. geenen die onvoorzigtig genoeg was daar toe gelegenheid te geeven , even als het is, zich daar op als een gegronde reden te funderen wijl, deeze zaak wel ingezien zij-ide, het ten hooglïe genomen esn erreur \m genoemd worden; G 2  C 103 ) XVIII. Wel Éd. Gr. Achtb. HeereN l Daar ik de vergadering der Leden van deezeH Raad, als een Lighaam befchouw , het welk, tof nu toe, de Souverainiteit van deeze Stad vertegenwoordigd heeft < 32) moet ik met de innigfte, niet de grievend/ie droefheid en aandoening, mij herinneren , het gebeurde op laatsteden Vrijdag den n. deezer maand , op welken dag deeze Achtb. Raad, geen vrije acces of reces (33) nog deliberatie istoêgelaaten geworden, door een misleijd gedeelte van ouz~e (32) 'Namelijk, bij reprefentatie der Burgers en Invvooners doch of deeze vertegenwoordiging der Souverrtiaiteit ophoud , wanneer een gedeelte der leden van dac lighaam hunne demifilé —— niet, verleend is, en derzelver plaatzen openftaan, maar gevraagd hebben; (zo a's de heer Ivoij, door de woorden , iet nu toe fchijntc aan te duiden) zouden wij nie: •alleen niet kunnen avouëreni maar het wordt zelfs doof veele der negentien heeren diiecï tegengefprooken , inde hier vóórgaande brieven, in welke zij zich , en te recht, in de prote&ie van den Raad, als de Wettige Overigheid , aanbevelen. (33) De heer Ivoij is dc eenfgfte der negentien heeren oie dit zegt, een gezegde dat dircft ftrijdt met de gerechtelijke informatiën der fuppooften J— daar het boven dien bekend,is dat''er zelfs niemand in de zaal van het Stadhuis is ge wee ft voor en aleer de Raad is binnen gewceft, maar de geheele menigte voor het zelve is blijven ftaan dp het verzoek der twee bodens die voor den ingang ftonden ; en eerft toen de Commiffie van Geconftit. naar de groene kamer is gegaan en de bodens vertrokken waren, is de menigte mede door gegaan tot voor de tr?p van de zogenaamde houten vloer en is daar ftïi blijven ftaari. 'Er is daar en boven geen een Menfch die iemand bij die gelegenheid met een fnapbaan gezien beeft , of het zoude moeten geweeft zijn toen- den Raad gefcheiden was, van die geene die naar de wacht gingen.  C ÏQï 3 pnze goede Borgers en Ingezetenen, welke de zaal, en verdere toegangen van Stads Raadhuis hefet ge~ gehouden hebben , van welke opgeroepene meenigte, "eenige met hunne zijdgeweeren andere cok, met 0 hunne fnaphaanen gewapend ivaren ; terwijl in dee: zen Raad, van wegens Geconftitueerden van 1215 1 Burgers en Ingezetenen, en de Gecommitteerden , uit de agt Schutters Compagnien zijn geadmitteerd en binnen verjcheenen A'lbertu.S Weppelman , Pieter Philipplts Juriaan Ondaatje , Vaandrig in de Schutters Compagnie de Zwarteknegten; Mr. I ]an Carel Pronkert; Bqgislaus Frederik van Liebeherr; Otto Dirk Gordon, Capitein Lieutenant in de Schutters Compagnie de Handvoetboog; I Cornelis van Hengelaar, Schutter in de Co)m pagnie de Pek/lokken • en Antqnij van Eldijk , ' Schutter in de Compagnie de Zwarteknegten;' alle I Officieren en Leden" y 'er niet over gedagc nog gefproken, veel minder zich daar meede gemellend. had. G3  veel zy Ikden beiidigde Onderen en ScMlHrs deelet Stads Schutterij waren, overeen Jlemt, zali^ aan UIVEd. Cr. Achtb. oordcel ^rkaten.mt hunne fileztige verbiutenife , om den MagirtKiaj deezer 4«d, als butme Wettige overigheid gebouw en «trouw te zullen zijn en alle geweld tegen dezelvc ot tegen de goede Burgerij en Ingezetenen deezer Stad, of tegen de voorrechten en Privilegiën van dezelve n et «roed en bloed te zullen helpen afweeren en dat zy voords doen en laaten zullen, dat goede eajfitrouwe Schutters 1'chuldig zijn te doen of te laaun. De indruk van deezen eed doet mi) op t oogenb ik M U de waardigheid, welke ik df eer hadde te bekleed , •iti uwen rcHoot nederlegge, ten levenntgflegevoelen , dat ik nog de cere heb ah Hoofdman van deezi S id* . Schutterij te zijn, en in die quahteit verpligl op «wen wenk te beproeven, uwe gejehonden Acntbaj. heid en geleeden hoon te wreeken I 35}, cttt^ev"/1 Jen jleunt niet alleen op menfchelijke, maar ook op de Goddelijk IVetten, welke ik ook , ah [legerend Schepen verpligfi ben te helpen maintineeren, en hoe. moeijelijkencriticq, door de midcijding eu opfoohinsvan veele mijner Schutters, het ook mogt voorkomen, mijne hoop om dezelve tot uwe gehoorzttamnetA en hunne pligt terug te brengen is met vermen, \ seinende ook nog eenige aabfpraak te hebben, op, , de liefde en achting welke de goede Borgers en f ( Wat zou toch die wraak tjeweeft |jn ? 'er was '; immirs nu niemand omtrent het Stadbüts ! of zou net de o vjenoemde leden van het Genootfchap en den r... genoemden *rtfc«»r gego den hebben ? Wat feden of 'er toch zijn. van bet merkl.jk. vergil van dee.e memorie'met de overige brieven f, Is de h«£ Ivoii-70 buitengemeen en meer gehoond dan de oven ie 18 heeren ? of heeft het adelijke bloedeen andere fitting dan het Burgerüjke ? Het komt ons ten minsten voor dat die heer hier, daar niemand was , een, droevig Ridderlijk figuur zoude, gemaakt hebben wanneer hun Ed. Gr. Achtb. op zyn verzoek hadden ge. fp roken»  ( 203 ^ •• ^ nn roe beweezen hebben(36''A Ingezetenen tml ™Wj^£THeeèe» daar *$ vreeze ik nog geweld , nojj & verolltwaardiging op m gelaat , de veiotitw^ a over uwe gefehonden voor gevloeide mtmgte ^^"^" Y „L%% corett $KS.'"/ "j£ dat gebruik gemaakt , dat men eaar van C37) Is dat een bewijs van heWnmo^ d«TJ» niem.Vd die reden bad om voor (^ffi ag rmcSa^aak'Vvan denbeer Ondaatje:; en deezê patrages donjukhoUene genoeuui.. f ,8Ï Zo ver gaat toch de Phijfiognorniekunde niet üa 3men kan zien , waar over de r er ontwaarding u op een gelaad doorftraalt s^^ftj^^gj ook geene verontwaardiging vtrtoonen ovli verdenkingen, Conclufien, en bcugungen i r™,) Waarom gebruikte de heer Hoofdman in het oogenbHk der vreeze voor geweld , zijne .nvjped°£ ?hneBurgers, zijne moed die hem gewtó noch ggjg d«!:vl; niet, tegen den Omgeroepen oproep hoop. G ^  C 134 ) kan gemaakt worden zijn gezegde om met de minderhed van UWEd (w ÏTJ? i?° mede te protegeren ;* ETo&gTon^ Rekenden £ SSUS?* ^ Sïdie d,ar ,.i - g ' ge,vo,»en» die nood- beeft' Lngr°£- ^t aanzienlijke gedeelte , iehad • n? P * , MI? het fcbaadeÜjk oproer „ehad, (40 *« veele misleijden betreuren reeds •oÜÜ^'SS.Si^ fe -f'eg8ing van het verder OBhoiirf"n „?n ? de aanflJ1'«k> hier niet geribde van het zei van oproer lRaffié£e*to£r?$J' V™ ,een ZWeeraben wij het daar voorbehouden d^^ d^^l^p £cfcezen, hebtigbeldshajven r t do He"/v«/voórzig- nu zeggen ? . * P. maa't?n • maar wat moet men Jat^lS^ d« «ap^no-g"^^ deed. — Wat ze "en JÏS'S ^"'^ aan dcn  verlies niet alleen van den roem, welke Utrechts, fchutterij en Burgerij alomme verworven had : maai te gelijk het verlies van veele hunner wettige waardige en kundige Regenten; ah ook een aantal eerlijke en bekwaame Schutters Officieren, welken ziét genoodzaakt vinden hunne ampten en posten neder te leggen; daar en boven zien zij met ontroering te 'gemoed, 't verlies van veele vermoogende ingezetenen , en zugten tot God die 'alleen van dit alles de uitkomst weet; want daar wij Ed. Gr. Achtb. Heeren niet meer veilig zijn in den Raad der wettige overheid, veel ligt er kunnen ' zij niet meer veijJig zijn in hunne wooningen; maar laat ik den Orator verder in zijne Conclufie volgen, zeggende tot den Raad laatende dezelve alleen over voor rekening en ter verantwoording van de geheime beftookers en opentlijke bewerkers van dit fpel. Mijn pen weigerde deeze Caluminieufe woorden af te fchrijven, terwijl mij de Goddelijke alomtegenwoordigheid en Rechtvaardigheid voorkwamen; dog bedugt voor overmagt en geweld, moest de Raad geduld neemen. Alverder liet zich de verwaande fjjreeker dus hooren; wij ons, en alle die braave leden van deezen Raad, welke zieh met ons in deezen ter voldoening aan dê redelijke volksllem verecnigd hebben, vrij van alle voornoemde en zeker te wachten gevolgen. Ed. Gr. Achtb. Heeren! wie onzer zoude zich niet fchaamen braave leden van deezen Raad genoemd te worden (431, -vrijwillig voldoende aan den elsch dier verfmaaders van ons -toevertrouwd gezag en 'beft(er, en zig vereenigd te hebben met de onrechtvaardige, doch door hun zoo ten onrecht genoemde redelijke volksfiem, en in (43) Welk een hoon Is dit niet voor dieleden van den Raad welke de Heer Ivoij bedoelt! — is bet niet, als of hij tegen eiken onicbuldigen zijn moed wil koe- Jen? zo wel bier tegen zijrie medeleden in de vroedfchap , ■ als tegen zijn medelid Bentinck in den Krijgsraad'! Welke laatfte hem echter , op zijn verzoek, van zijne onverdiende belediging geexcufeerd beeft. 9 G5  ( 1=6 ) in cas vvn onvoldoening, zeker te machten gevolgen , waar van de Geconftitueerden en Gecom. zeker fcheenen te zijn; 't geen trouwens Ed. Gr. Achtb. Heeren, ons ten. klaar ft e met het afloop en der vergadering gebleeken is. Vervolgens hunne onbezonnen taal, gaan zij voort, met deeze, ordonncerende en dringende woorden: in verpachting nu van een beteren uitflag van zaaken , en een antwoord des wegens, voor en aleer deeze vergadering zal gefcheitlen zijn, ten einde daar van behoorlijk rapport3 zoo, aan de hier vergaderde meenigte als aan onze respective Committenten te doen! de jamengerocpene en faamgevloeijde menigte moest tegenwoordig blijven (44) tot bekrachtiging van het afteperfene befluit ■van de Vroedfchap, welke niet mogt fcheiden , voor en aleer Haar Ed. Gr. Achtb. Haare genomen Refolutie annulleerde, zo zaten wij op de ftoelen^ der eere, dog als jongens behandeld wordende, en wilden wij de menigte niet zien inbreeken in deeze Raadzaal , (45), moest de Vroedfchap dog gedwongen aan den eisch van Geconftitueerden en Gecom. voldoen, waar na hun Jpreeker als fpottende, (46J den Raad be- (44) Was dit niet het verzoek van den fpreeker zelf, aan zijne fergeanten , (, blijkens 't geavanceerds van den fergeant A. Weggelhorst, ) in de Herberg den Hollandfehen tuin gedaan—verdient het gezegde wel verdere aanmerking? ■ (45) Is dit taal van een Christen! wie had kunnen denken, het geen de Heer Ivoij durft zeggen .' C46) Hoe onedelmoedig! Hoe ïtout! maar ook tevens hoe verlaagend is het voor een Regent, dat hij zich ophoudt met het verdraaijen van oogmerken om iemand te befchuldigen (leunt dit mede op menfchelijke en Godlijke wetten? Voegt dit een Re- geerend fchepen? ~ Het kan zeer wel wezen dat het antwoord van den Heer Ondaatje den Heer Ivoij en andere leden van den Raad fpottende is voorgekomen , om dat zij wisten hoe verre de edelmoedigheid 111 hun belluit plaats had, doch de Heer Ondaatje, diea niets gebootfehapt wierd, dan dat de Froedfchap, uit ctndescendence voor de goede Burgerij van ie tküie van  C 107 ) hedankt prijzende hun Edelmoedig befimjt, eudooj dfn e^enBorgmeester verzogt op haar neemende Z fr nu «een beweeging, nog dnjgende onheilen f J JZnZ geroepene en gevloeijde menigte tS oud ' TgS» ook plaats gehad heeft eender fiïïlve genoegd ove/de kennisgeevingderReo- , L door'en aan de vermaaning van Pieter Paihp- JS>££ Ondaatje gehoorzaam, na ck fe jm- fr Jge verrigting naar huis gaande■ J^£_ ~p%A znmen geroepene, want Ed. 0-7. Acnw. nee g 7ï± verzeM, als dat een van mijne fer- 'Zntei e nig■ vanzJjne rotsgezellen in de zaal van ëAuRrdhu fheeft hiaten Convoceren, daar toe ver- ^r zt" k door-ccn Directeur 47) «» *<* Cen°° ' zogtzicc^ Libertate, en hoe zouden andeis ,„rVn van haare tegenwoordigheid. Zo zaagt gij % Gr Achtb. Heeren, de Achtbaarheid derVroe^ A,nHeer T. Sichtfuma* hod af gezien , zonder d.th^ de den neer u » „ k t anders dan ter Claufulen daar T™ JJ»*»etóScSdieheid van den Raad, rteraAotUIen eeuwige eer zoutle.ftrekken , opgevat dl%Tz Se Committenten en het volk gecommuniceerd Cn, \ Hoe ladif en ter kwaader trouw is weder dn W Hoe;!rdel te zeggen: een fchutter uit mijne f^nJTuSSe van Verzoek dat ik aan ie fergeanten Compagnie Uittm ,. Di^eur van net: %iaal,At ^ZThoe komt dat direcfcurïchap hier te Genl° t P CrShtt van het Genootfchap ? (zo het al pas? Was het op M. t v? had _ ) ^t waar was dat B»|.*"r^- ? & j ]eden van het GcV, quaüteit van ff^J^ — en met dat al, n00tfChaPt„thnroeit men deeze man die hier bedoelt "WaTnni^ — HU is een van die ^eene die zich op wordt met' ——- «'J , H ivoii, welke C ailen Sn tegen alleWld te befchermen. ^ hoe erkentelijk! hoe edelmoedig !U  C log ) ^P.^rtrapt welke gij altoos hebt getracht luis. ter bjjte zetten; gij zaagt u }n ljf/rSevaar;„Ut voldoende aan de voorgefchreven wil. Ik betuig nogmaals mijne innige' ontroering des wegen, en daar ik ondervonden heb, dat een Vroed, fchap wiens achtbaarheid firafloos gehoond wordende nutteloos ts en bloot Jlaat, L de%elfs leden of at dere medeborgeren in eminent gevaar gebrast te zien zo dra dezelve niet mogt voldoen, lan de begrippen van die geenen welke de wet willen>zeten, zo bedanke ik derhalven voor de plaats, welke ik in deezen Kaaa, de eere hebbe tebekleeden, verZoe- ÏÏÏSSfêi ^frl ^ SedalneTeed JL„ ff T r u FroedfcflaP- en ook als Hoofdman deezer ftads fchutterij, verkiezende liever als een ft,l borger Qzo lang Geconftitueerden van, zo gezegd menlfr-15- ^1 ™ ^etenen en de Fg$t mende Gecommitteerden uit de agt fchutters Compagnien, en een gedeelte der Officieren of leden van'L Exercitie Genootfchap Pro Patria et Libertate mij CrWif^ r!kn t0daaten W onder Uw 'R Gr. Achtb. beftiennge te woanen. 1 Qtit, eene .evenfie zou men van een laazend wijf wel iets ergers verwachten V __ Wat heeft het GenoótVchap den heere Ivoij toch ooit, anders dan goed. gedaan'—^ Kan het GcRootfch,P) dat hier direct v ,T 0^^- eer wil lec.oen?. . r)an men ziet hi ; h ep gemunt is en wat men bedoelt, met deeze ganfche méïk°t VnVPS Wij- TÓS in °ns No- 2- hebben a S"^ merkt. En het is utt deezen Hoofde dat deeze gebeurdcms zo als de Heer Craa.j vanger zegt, Utrecht altijd tot fchande zal verftrekken, ten minften zo lang deeze gedenkftukken »n ftads notulen zullen blijven pronken! Zou men na dlt gebeurde we, h£bben kuJne. Honken dat zo er maar een gedeelte van het hier neder ceftelderWvnlS-WaS' Zlf ee» heer zijne raadsplaats ? zonder^ voldoenmg, weder zoude hebben kunnen hêrneemen! immers eene publicatie tegen de oproe¬ ren,  ( loö ) Ontfangt dan Ed. Gr. .Achtb. Heeren deeze mijne oprechte wensch, dat de alwyze God uwe Regeè•'finge bekroone met luijfter, en met voorfpoed, ten nutte van de door mij nog fteeds geliefde Burgers en ingezetenen; zijne Almacht zij uwe befcherming, uwe Raadflagen roemruchtig; hij verleene uwe perfoonen en aanzienlijke geftachten zijne dierbaarfte zo geestlijke als tijdelijke zegeningen en nijge Uw, Ed. Gr. Achtb. Heeren, om, mij, bij aanhoudenheid, plaats in uwe, door mij hooggeachte , vriendfchap te verkenen , en hij vervulle mijne openftaande Raadsplaatze met een man, welke aanhoudendten nutte en welzijn deezer Stad, Provintie en Republicq mag zijn. Verzoekende nog van deeze infertie in ftads notulen. (ivas getekend) Utrecht den 14 Maart. 1785. P. H. L IVOlje XIX. Ed. Gr. Achtb. Heeren! Met weerzin (49) word ik genoodzaakt te kómen rot ren, kan met grond niet wel als eene justificatie worden aaBgemerkt, zó lang deeze misdaad niet beweezen is.' (49) Wij, en de ganfche Burgerij, twijfelen geen oogenblik aaa de waarheid van dit gezegde. Want wat reden toch, zoude deeze heer gehad hebpen om zijne raadsplaatze neder te leggen. Hij had immers niet geriemd voor den Heere Sichterma?i, en dus zijne ftem niet behoeven in te trekken. Dan wij bekennen dat het aioeijlijk vak zich altijd tegen familie en vrienden te ver-  C HO ) tot eene demarche, die mij ten hoogfle ond.ingenaam is; de droevige tijdsomftandigheden, waarin wij thans in deeze Stad verkeer an, hebben mij doen befluiten, mijne Raadsplaatze en verdere Commisfien in den fchoot van Uw. Ed. Gr. Achtb. neder te leggen, vertrouwende, dat Uw. Ed. Gr. Achtb. geen zwaarigheid zult maaken, aan mij mijne demisfie te verkenen, en mij van den Eed te ontflaan. Hebbe de eer de leden van Uw. Ed. Gr. Achtb. Vergadering te bedanken voor alle de blijken van vertrouwen en genegenheid, welke geduurende den tijd, dat de eer gehad heb in Uw. Ed. Gr. Achtb. vergadering fesfie te hebben , genoot eu heb , neemende de Vrijheid van mij in de gunst en ProteStie van de Vroedfchap te recommanderen, wenfehende van harte, dat de Albefiierder Uiv. Ed. Gr. Achtb. raadflagen en befluiten in deeze gewigtige tijdsomfiandigheid met zijne rijke zegeningen magbekroonen tot welvaart van het lieve Vaderland, van deeze Stad en derzelver goede Burgeren en Ingezetenen; Waar mede blijve Ed. Gr. Achtb. Heeren ! Uw. Ed. Gr. Achtb. onderd. Dienaar. {IVas getekend) Utrecht den 14. Maart D. I. Mariens. Ziet verzetten ,• vooral, als men geen genoegzaame tijd van beraad heeft. Was er over niemand of niets meer te klaagen, dan over deezen heer en zijne memorie, ligt zou de Burgerij die onaangenaamheden kunnen vergeeten, en de liefde en het vertrouwen tusfehen Burger en Regent weder kunnen herfteld worden — dan van ééne zijde kan dezelve niet komen en gevestigd blijven.  < ui ) 7tet daar de attcften van negentien Leden yari A.t Raad dat de Burgers van Utrecht met anders £ dïeen lfoop oproermakers ! Deeze atteften ifn T bewijzen door welke alleen men voor deSeriJeit — aan onze Kindereu en NakomehnSen I met'eerngc fchijn van waarheid ad vertel en, fht hunne Vaders en Voorzaten muitemaakcrs ,meinSi'S , veurappers van goede orde , beledigers der achtbaarheid van den Raad , zijn geweeft — trdeeze eenigjle fchijnbewijzen zal het genotuleerde van den n. Maart en volgende van hun FÏ Gr! Achtb. en -Ed. Mog. moeten worden gesSf „ Doch het zal ook maar alleen voor dé vo 'vende eeflagten zijn , dat dit alles eenige fchijn ïafwaarbddTal hebben : het tegenwoordige zo wel Vreemdelingen als Ingezetenen van deeze Stad, is e zeer Overtuigd van het tegendeel, dan dat het Verder eenig betoog zou behoeven, dat .'er op den avond van den elfden Maart geen fchijn van opToer , dan in de gemoederen en hartstochten van eenige Regeerings Leden , heeft plaats gehad. — Dan het is ligt den Burger, tn z^ne abentie in den laad, te befchuldigen — hem teCondemneren zonder eenige facta of bewijs b» tt ^™en Publicatien daar op te gronden, om den daader te ontdekken , die even zo ligt eSeert, als den Kelk - Vergiftiger te Zurch; _ jammer is het dat men m Utrecht als nog geen Lavater heeft , om den verrader uittedui3ea en door zijn vloekfpraak re agternalen ! ! I zulk een vloekban was een bewijs te meer.... Wii hoopen niet dat 'er weder propofitien in den Raad zullen gefchieden om te weten wie de opgegeeven brieven aan den Vrijen Nederlander heeft bezorgd ? men kan zulks uit den brief vóór dezelve geplaatft ontwaar worden het zou een bewijs zijn dat men met openlijk met zijne befchuldiging dorft uitkomen, maar alleen bedekt en verraderlijk zijn partij zogt te treffen, Neen! een braaf Regent durft, voor alles  wat hij in de .Stads notulen durft fofereren, ooi •penlijb uitkomen. Te Utrecht, bij de WED. MULDER, en alom Ü\ de meefte Boekverkopers a 2 Stuiv. per blad.  D E V R Y E NEDERLANDER. No. 6. In ons voorig Nommer hebben wij onzen lezerert medegedeeld de uitwerkzelen der vreeze voor geweld. Wij meenen daar bij te hebben aangetoond, van welke fchadeüike gevolgen het voor de Maatfchappij kan zijn, wanneer affectie en hartstocht uit verdenking en mistrouwen geboren, de plaats der bedaarde reden inneemt: gelijk wij niet twijfelen of de bedaarde reden zal wel hnast de plaats der geaf« fecteerde vrees weder inneemen, en de ftormen van verdenking en wantrouwen ('oor bedaarde overweeging en bevinding doen opklaaren; zo kunnen wij tevens onzen lezeren bij bevinding doen zien5 dar de opgegeeven vrees niet zo algemeen is geweest, dat daar door bij de Burgen! en Raad van Utrecht, de denkwijze over 't recht der Burgeren en Regeeringsleden in 't algemeen eene andere wending zoude gekreegen hebben. Neen, men vindt nog, zo wel"bij den Raad als het Volk, hoe zeer anderen het hooploos fchijnen op te geeven, nog een menigte waardige mannen, „Wien de aadren gloeijeh van een edel Neerlands bloed,: „ Die voor de Vrijheid Haan, gekocht met zo veel plasfen H » Er»  C ïH ) „ En (trcoir.en bloeds: die geen geweldnaar Tellenden moet". (*) De braave en ftandvastige Smiss\ert, is een dier waardige mannen, wien de achtbaarheid des Raads en deszelfs recht en gezag in den ftaat niet alleen ter hr.rtc saat.maar die daar ook voor openlijk durft ftaan en uit komen, niettegenftaantid een gedeelte roudeide en bevreesde burgers en ingezetenen door hun gpdrag, in 't misleiden der overige Staatsleden door een Request, daariaan eene atteinte hebben zoe■ ken toctebrertgeih Wij zouden meenen te kort te doen aan onze oprechte zucht tot eendragt en behoorlijk vertrouwen in deszelfs vertegenwoordigers, indien wij niet' aan Utrechts Burgeren , zo wel als. wij haar hebben opgegcèvèn de ongunstige gedagte omtrent haar, bij veelen haarer Regenten, ook tevens daar tegen onder het oog bragten, de denkwijze van anderen hunner waardige Reprefentanten, welke niet afgelchrilit worden, hoe zeer zij, in het voorftaau van recht en waarheid, al eens tegen den ftroom moeten oproeijen. Zie hier dan een Haaltje van Cordaatheid en kunde in de volgende Propofiiie gedaan in de Vroedfchap der Stad Utrecht, op Maandag den n April 1785, door den Raad J. C. SMlSSAEKT, wegens de aanfehryving door Hun Ed. Mog. de Heeren Staat en 'sLands van Utrecht, aan den Ed. Achtb. Gerechte der Stad Utrecht gedaan. Edele Groot Achtbaare Hekken! „ Het kan niemand onzer onbekend zijn, dat op de e.xtraord. befchrijving der Heeren Staten deezer Provincie, den Ui. der voorleden maand Maart, door de meerderheid der voorftemmende Leden onder andere is gerefolveert, Schout en Geregte deezer Stad (*) Zie F. B urm aks Redevoering over de vervaarkozing der Geleerdheid en ovct ' de veelde, beide den Cew.tenebeste verderflijk, bl. 40,  ( "5 ) Stadaantefchrijven en aantemanen, om behoorlijk onderzoek te doen nopens het gepasfeerde op Vrijdag avond den n daar te voren deswegens Juiïitie te oeffenen, zonder aanzien van perfonen, en vervolgends H. Ë. M. kennisfe te geven van derzelver verrigtingen. Schoon nu de Heeren Burgemeesteren en Gecommitteerden ter befchrijvingte dier tijd tot deeze Refol. niet hebben geaccedeert, maar het geproponeerde dien aangaande overgenomen,hebben dezelve zig nogtans tegen de bij meerderheid genomene conclufie niet verzet —— immers niet met dien ernst, als Hun Ed. ongetwijffeld zouden hebben gedaan, indien de toenmalige tijdsomftandigheden eene rijpere èn meer bedaarde overweging van zaken hadden toegelaten. Ik zal voor het tegenwoordige niet onderzoeken, in hoe verre enig voordel ter StaatSvergaderinge kan tot conchdie worden gebragt, wanneer het zelve door één der drie Leden word in advies gehouden of overgenomen , noch ook welk gebruik in tijd of wijlen van bet gebeurde in dezen zoude kunnen worden gemaakt, no; eindelijk of H. E. M., of wel de voorftemmende Leden, bij' overftemming der Stad, bevoegd zijn eene zodanige aanfcbrijving te doefi aan den Ed. A. Geregte, (fchoon ook deeze pointen wel meriteeren eens opzetlijk te wprden onderzogt,) maar dit is mij federt vrij klaar voorgekomen, dat H. E. M. het hier boven genoemd berigt niet hadden behoren te vorderen, en dat aan het zelve,fchoon gere- quireert zijnde , door het Geregt niet kan of mag worden gedefereert: Ik zoude te kort doen aan de bekende kundigheid der Leden van deezen Raad, indien ik alhier enigzins in het breede wilde deduceeren, dat aan H. E. M. geene de minste Juris- diktie binnen deeze Stad toekomt, en dat wij gevolglijk, als bewaarders van Stads en onzer Burgeren Voorregten, volrtrekt gehouden zijn, nauwkeurig toetezien, en zo veel in ons is zorg te dragen , dat Hoogstdezelve zig niet immifceren in zaken welke eniglijk de Stad en Burgerije aangaan; dit alles is tog overvloedig uitgemaakt, door H. E. M. zelve te meermalen erkend, en dus ook voor lang buiten alle conteltatie, behalven dat ook in de ConH 2 cept  C "6 ) cept Refolutie, om te dienen rot de verzoete informatie op de Requesten door eenige onzer Burgeren en ingezetenen al mede op de voorn, ektrai rd. Vergadering aan H. E. M. geprefenteerd; dien aangaande enige fprckende bewijzen worden aan de hand gegeven: Ik heb niet van mij kunnen verkrijgen, die ftuk, dat mij in deszelvs gevolgen allergewigtïgst voorkomt, langer met ftilzwiigen te pasferen, maar vind mij, wegens de bijgebragte en andere redenen, Eed-en pügtshalven gedrongen, te preponeeren, dat de Heeren van den Gerepte mogf.n worden aangefchreven en verzogt, het meergemeld berigt, rakende het voorgevallene op Vrijdag een n Maart jongstleden, niet aan H. E. M. te lajfén afgaan'j maar op Hoogstdcrzelver Misllve eenvoudig te refenberen „ dat het Geregt, door de aanschrijving van U Wel Ed. Groot Achtb., buiten Haat is ^efteld, om in deeze aan het verlangen van H. Ë. M. te voldoen." Utrecht, i i April 1785. Tot adftructie van deeze Propofitie, werd vervolgens op Maandag den 25 April, door denzelfden Heere in den Raad, de volgende nadere Deductie voorgeleezen. Edele Groot Achtbaare Heeren! Bij mijne propofitie van den 11. deezer Maand, tenderende, ten fine dat den Ed. A. Geregte mogt worden aangefchreven en verzogt, het gerequireerd berigt aangaande 't gepasfeerde binnen deeze ftadop den 11. Maart laatstleden niet aan H- E. M. te laten afgaan, kwam het mij wel overbodig voordat voorftel breedvoerig te adftruëeren; edog, bij eene nadere overweging en ten bewijze dat ik in deezé niet ligtvaai dig noch ongefundeert ben te werk gegaan, agt ik het niet ondienstig, thans omtrend her aldaar gepofeerde nog het een en ander aantemerken. Ik 'reflecteerde toen maar in het voorbijgaan, dat de aldaar  ( ii7 ) daar vermelde aanfchrijving aan 'c Geregt, den 18. Maart ter Staatsvergadering is geconcludeert door de meerderheid der vGorftcrmnende Leden, met de Steden Amersfoort en Rhenen — niettegenftaancje — en andere pointen door da Stad en verdere Steden waren overgenomen : het is overbekend dat de Vroedfchap ten allen tijde — en — zo het mij toefchijnt, met het hoogfte regt heeft gefustineerd, dat de kleine Steden geene Stem ter Vergaderinge van H, Ë. M. mogen inbrengen zonder — veel min tegen de Stad, en dat gevolglijk ook aldaar met dezelve niet tegen de Sïad kan geconcludeert worden; Stads Notulen van 1644.1645.16 April 1704. £4 Junij, 11 Julii 1735. 9, 30 Nov. 1744. 4 Febr, 1 1745. 28 Aug. 8 Nov. 1747 en andere plaatfen' kunnen"hier van overvloedig getuigen; maar bovendien is tusfchen de R'èfp. Staatsieeden zelve meer dan eens behandelt en als eene uitgemaakte zaak befchouwd, dat geene Staats Refolurien kunnen bedagt worden dan die geconcludeert worden op de drie uitgebragte adviefen der Refp. Leden : dit kan inzonderheid worden opgemaakt uit het voorgevallene ten tijde der deliberuien nopends de qnalincatie van den Hr. van Borsfele van der Hooge in den Jaare 1757,wanneer de Heeren Edelen bij eene Misfive aan den Raad deezer Stad, te vinden in Vroedfchaps Notulen van 12 December van dat Jaar, zig lenfterkften hebben beklaagd over eene genomene conclufie door de twee andere Staatsleden, zonder het advies van de Ridderfchap aftewagten , daar bij tevens declarerende, de gem. conclufie mei alle derzelver gevolgen te houden voor onheftaanhaar en nietig; dat deeze behandeling den weg opende voor de gevaarlijkfte gevolgen, waar door onzeker en los worden gemaakt , de geheele vorm van Regeering in 't ge- meen en de eenparige Refolutien en Reglemen-, ten, de privilegiën der Ingezetenen en, de Regten van de Leeden der Regering in V bijzonder enz.. Het is wel waar, dat de Vroedfchap bij refetiptie op dezelve Mislive den 24 December daar aan volgende heeft geconvenieert, dat de drie Staatsleden verpligt zijn derzelver adviefen op de voorkomende H 3 W.  ( "8 ) zaken uittebrengen — maar tevens ook begreepen, || dat, wanneer één der Leden, fchoon daartoe diver* \ fe reizen aangemaand, dilayeert zig te expliceren en, na zodanig dilay, propofitien doet, waar op hy de ande, e Leden der Regeering geene reflectie kan of mag worden genomen, en daar hij te gelijk doet zien, dat, wanneer aan diergelijke propofitien niet wierd gedtfereert, men met zijn advies geheel zoude agterblijven, zonder tot V inbi engen van V zelve een convenabele tijd ie willen bepahn, ''alsdan , tot voorkominge dat de zaken door zodanige behandeling niet voor altoos onafgedaan blijven, bij denprefident met V fentiment van de andere Leden op den naam der Staaten zodanig kan worden geconcludeert en gerefolvtert, als na de omflandigheden geoordeeld word te behoren, al was 't zelvs in zaken waar in eene eenparigheid der Leden word vereischt; dan, aangezien de Raad een zodanig geval bepaald opgeevt en Huiten dat in dit opzigt met de Ridderfchap bet zelve fcbijnt te gevoelen, en vermits de Heeren Edelen bij derzeiver voorn. Misfive het hier boven aangehaalde hebben gepofeert niettegenftaaiide Hun Ed. ter zei ver tijd moesten erkennen dat zij reeds eenige reizen tót het uiten van hun advies waren aan> gemaand geworden ,zal hier.uit, mijnes oordeels, ten klaarlten coniferen, dat in het geval waar in de Stad op den 18 Maarr ter vergaderinge van Staten heeft geverf;ert, wanneer dezelve, onkundig van het geene t aldaar zoude voorkomen, hareGecomm.ter befchrij- I vinge niet behoorlijk heeft kunnen gelasten, geene j conclufie had behoren te vallen in eenige zaak welke I door dezelve wierd overgenomen , maar datintegen- 1 deel aan de Vroedfchap tijd en gelegenheid had moe- i ten zijn gegeven, om, zo noopens den briev vanbeIchrijviDg in het geméén, als omtrent de propofide I vervat, bij de Refolutie der Heeren Edelen van den zeiven i 3'Maart in 't bijzonder, een advies of refolutie in te brengen: Ik zoude hier nog verfcheice gewigtige remarqueskurnen bijvoegen , om aanutonen, dat de Stad als het 3de Lid van Staat door deeze behandeling in haar regt is verkort, dat de Rèfolutie dienaangaande genomen eenigiijk voor esn beflutt  ( 119 ) der twee voorltemmende Leden te honden, en , ten ZzZ, «nomen, om met de Rel. van 16-April i?o4. SSken vol van onvriendelijkheid »; hier toe zonde ik behalven de hier vóór bij gebragte Refolutieu omtrent het concludeeren met de kleine Steden, onder andere nog gebruik kunnen maken van eene zekere deductie8van den jaare 1^8s aangehaald in t Grool Stads Regt van Utrecht, ^deHeerenüos. terdijk en Wantenaar in 1764 opgefteld, p. 55, 5"waar in de Heeren Edelen met zoo veele woorden zee-en, dat de Conclufien op adviefen van twee heden zijn te houden voor onwettig, nul en ™»g"»' waarde en regelregt ftrijdig mét het »™»f j£ deelte der bezworen Regeenngsvorm deze? Irovincie ; dat al mede nut en onwettig moeten worden aangemerkt, eenige dispofitie en befchikkjng der ovenIe Leden over"de bijzondere privilege envoorregten van enig Lid buiten zijne concurrentie; datjk drie Leden van Staat op geenerhanae wijze van malkanderen dependent zijn, dat hierom ook geene Refolutieu, welke tot bezwaar frezen van de Rejp. Leden! mogen genomen worden üuiten de eenparige toejlemminge der drie Staten j. dog 1 1eb genoe» gezegd, om Uw Ed. Gr. A. in contiderar.e te gevlii8, wat'men van het verhandelde ter vergaderinge van meergemelden 18 Maart te denken hebbe, en welke gevolgen hier uit te eenigertnd ten aanzien van één'der Staatsleden zouden kunnen worden getrokken, terwijl ik voorts aan Uw Ed. Gr. A. deliberatien overlaat, wat omtrent dit point tot maintifn van Stads Regt nog zcude kunnen gedaan worden; alleenlijk kan ik niet afzijn nog met een woord op te. merken., dat de uitdrukking in meergedagte kef., der Heeren Edelen van 18 Maart, ah of het po;ut rakende de wettigheid of onwettigheid van de vervulling der tusfehentijds vaceerende Raadsplaatjen hii de rerP, Staatsleden nog in deliberatie zoude leggen, mij'met weinig bedenkelijk voorkomt, nadien Illeenlijk de Misfive van den Heere Stadhouder waarbij Hoogst dezelve zig beklaagt wegens de Relolijne op dat Ituk door de Vroedfchap genomen, bij de voorileminende Leden is gehouden in advies.en bi* H 4 de  C 120 > de Stad overgenomen , welke dienvolgends kan gezegd worden, een voorwerp te zijn van H, E. M, deliberatien, zonder dat hieruit nogtans enigzins kan of mag worden afgeleid, dat het point van de wettigheid of onwettigheid dier Stads Refolutie zelve aan de beoordeeling der voorftemmciide Leden zoude gefuhjecleerd zijn ; van welke laatftegedagte Uw. Ed. Gr. A. ongerwijffeld met mij ten uiterllen aliëen zullen zijn , aangezien de directe applicatie in deeze van het gellipuleerde bij de conventie tusfchen de Ridderfchap en Stad en Steden van 13 Febr. 1587. buiten alle bedenking is. Wat nu betreft het al verder gepofeerde bij mijne gezegde propofitie van 11 dezer, dat aan H. E. M. geene de minfte jurisdictie binnen deeze Stad toekomd, dit zal ik, mijnes bedunkens, al weder niet in 't breede behoeven te adHrueren; eei e ontelbare menigte van Staats en Stads JLèiMütiêfi, waar in dit of door H. E. M. zelve ex-- presfis verbis, erkend of uit de behandeling van zaken ten klaarden toegeftaan, of door de Vroedfchap ten duidelijkfte gedemonftreerd is, Held dit (luk in het helderst dagligt; van dien aard zijn, onder andere, de Staats Refolutien van 24 Nov. 1582, waar bij dit door H. E. M. uitdruklijk is geavoueerd, van . . . 1686. bij welke H. E. M. zeggen de toertemming van den Raad nodig te hebben om de Staten penningen ook binnen de Stad te doen executeren , onverminderd nog'ans de vöorf. Stads Privilegiën , de Deductie in 1674. aan Z. H overgegeven , alwaar de Stad door H. li. M. als eene vrije Rijksftad genoemd word, wieri volgende niemand dan den Raad eenige Jurisdictie koude hebben binnen hare muren; als ook inzonderheid Vroedfchaps Refolutien van . . . 1423. 25 April 158c. 16 Juny 1.580. 13 Febr. zgjto. 23 Dec. 1721. 13 July 1739. en veele andere, om * nu van geene vermaarde Auteuren nog ook van het hier voor genoemd Groot Stads Regr te fpreken, bij dewelke dit artikel volLdig betoogd is. QBurm. ffaarb. 2. p. 198. en i. p. 172 273.102. 3. p. 418.419. Mank. de j. gl. p. 566.567.) Hetzaï intusfchen alhier voornaamiijk daar op 'aankomen, pf H. E. M., in gevolge van het geavanceerde, al of niet  C 121 ) niet bevoegd moeten worden gengr om van hetGeregt te vorderen eene kennisgeving van derzelver verrigtingennopens zaken binnen.deeze tad vodrgevfcHfri: i>at de Stad van alle oude tijden een : s&fi» f < ivereine domestieke Regcering in haren eigen .bóezera heeft bezetenen uitgeoeffend zonder Oit, Vüvir zoo vée] dat huishoudelijke betreft, aan eenigen wettigen Heer onderworpen te zijn geweest, zal al mede geen breedvoerig betoog nodig hebben ; van hier dat dezelve ook altijd dfsPatesfasjudiciaria, ut pars fuutmi Imperii heeft geëxerceerd; en op dat fundament te regt begrepen, dat de Raad , als representeren ie het lichaam der Stad , van welke eigenlijk de Uiris'iftie van het Geregt oorfpronkelijk is , de Jud'iea.ure binnen deeze Stad konde doen oeffenen, en die Bumers doen ftraffen, welke dat Regt in controvérfie trokken. (Deducïie , Stads Not. 23 Dec. 172!. Groot Stads Regt, p.68. 102. 103,104.106. 1Ö7.112. Mattk, de jure glad.C. 35.&p. 575.578, Stads Refol 1627 . 13 Sc?r.i6,4) Van hier dat de Raad ook alle de Jura Majeftatis geëxerceerd en allerlei ftraffen, ook doodstraffen,over hare tiurgers ïBt^eoeffend — (Burtn. Jaarb. 1. p. 155.170.17S & feqq.) over de allerzwaarste misdaden, het crimen Ufè- Majeftatis niet uitge.zondei.d2j gf* 'deeld heeft , gelijk uic Stads Refolutien van 14 ..op St. Jacobs avond , 1477. op Hem-lvaards avond, 1522. Vrijdag na St.Cattyne, 154111. May en andere voorbeelden kan worden aangewezen. QMatth. de Crim. 4 17- en 48. 20. 3. 7. M'atth. de jure al. p. 583.. 584. 587.) Hier uit is ook voortgevloeid, dat de Stad , buiten tijden van eene gewelddadige overheerfchitig, hare eigene Magiftraats beftelling, de aanftelltng van hare ei. ne Soepensbank gehad en beeouden beeft, zo wel als de vrije befchikkiug omtrent de Regts Conftitutie ([Plak. B. 3. 1. 10. en pag. 287. ffurm, Jaarb. 1.102.) derzelver Collegien . de manier van procederen enz. gelijk ook de Ordonnanie aangaande de wijze van procederen met derzelver fuccesfive ampiiatien en andere daar toe betreklijk op naam van de Vroedfchap geëmaneerd zijn ; H. E. M. zijn ock zelve in H 5 't  C «2 ) 't begrip geweest dat de befr-.lling van Poücïe en Juditie alleen aan den Raad toekomt, toen H. dezelve bij Refol. van 12 January 1582, {Plak. B. 3, 17.) waar bij de ht>oge Heerlijnheid Vreeswijk in Pandfcbap is gegeven aan de Stad Utrecht, uitiiuk3ijk hebben gezegd, zullen ook een [pedaal Geregt van voorfz. licerljkheid mogen flellen of zullen die van den Geregte dhr Stad Utrecht bij de Regeerders der zelve Stad gecommitteerd mogen worden enz. heeft nu de Stad de magt om het Geregt aizoo te committeeren ten aanzien van eene Heerlijkheid door dezelve van H. E. M. in pandfcbap bekomen, veel meer d;.n in zaken de Stad en Burgerije zelve aangaande. Het is 'buiten allen tegenfpraak dat de magt binnen de Stad ten tijde der Bisfchoppen bij htt volk berust heeft, en dat de Bisfchoppen < aar vah alleen eene uiterlijke vertooning hadden; gelijk cok de ganfche Ma0(traat door het volk wierd verkoren; teregt zegt hierom Hortentius Rer. Ultraj. l.p. 17. Episcopi in urbibas nullam imperium nullu./wue jus habebant prtzter jus dicendi prxtorem; alle beveelen van de Bisfchoppen wierden op den aaatn van den Raad aan de Burgers en Ingezetenen bekend gemaakt, waartoe de Bisfchoppen, als zig onbevoegd houdende om zulks zelve te doen, bevonden worden den Raad te hebben verzogt; (Burm. B. 418.) alles wat nu hier tegen kan worden ingebragt, aangaande eenig bewind door de Bisfchoppen uitgeoeftend in het Schepen Regt enz. moet alleen tot de tijden van den heersciizugtigen David van Bourgoudien worden t'huis gebragt; en wil men. al verder hier tegen avanceren, dat de Schepenen oudtijds, evenwel reeds den Eed hebben afgelegd in handen van den Schout, in den naam des Bisfchops, en daar bij gezworen te Regte te komen op deszelvs vermaa>/, ook dit zal de Stad in hare wettige Jurisdictie niet kunnen prejudicieeren. want behalven dat zij niet kan gezegt worden, bij zodanigen eed nee tadte nee expresfe die wettige Jurisdictie haar/>roprio nomine computerende te hebben afgedaan, gelijk anders in 't abdiceeren van privilegiën .vereischt word, zo is het mee die zaak zelve aldus gelegen; (Matth.  ( m) (Matth. de Noh. p. 721, 722,726 728 294. Gr. St. R. p. 80.) de Schepenen door het Volk verkoren zijnde, deden terftond den Eed inden Raad in den naam van het volk, en naderhand ook aan den Bisfchop , indien die daartoe aan den Schout bevel had" gegeeven; daar nu de Bisfchoppen doorgaands heèrschzugtig waren en van tijd tot tijd het een en ander van het volk zogten aftepersfen, fchijnen aan dezelven op hunne begeerte nu en dan enige uiterlijke eerbewijzingen te -zijn toegegeeven , en hier van daan is het meer dan waarfchijnlijk dat ook het afleggen vr.n den Eed , in den. naam des Bisfchops enkel honorh caufa zal gefchied zijn; dit is ten minden zeker dat het verkenen van Jurisdictie alleen behoort tot den genen door wien de Refp. Masidraatsleden worden aangefteld, (Voet ff. 1.2. t. 1. §• 1.) en dat gevolglijk uit dat artikel van den Eed geen'bewijs voer eenige wezenlijke Magt binnen de Stad ten behoeve der Bisfchoppen kan worden afgeleid, maar dat integendeel alle Jurisdictie, welke bij Voet, ad ff. L. 2. t. 1. teregt word befchreven als eene pötestas publica judieandi & ".exfequendi^ cattfas civiles et criminales vel notio_ Magistratui competens cum decerp.endi et excequendipotestate, geheel en alleen bij den Raad is verbleven , zonder c'at door dezelve iets het allerrainde is afgedaan; endaar hét dan vast ftaat, dat de Stad in vorige tijden hare regten vrij en ongefchonden heeft bewaard, kan alhier ook in geene aanmerking komen, dat haar veele voorregteu en vrijheden door Keizer Karei de 5de zijn ontnomen geworden; hetistogjeen ieder bekend, dat die Vorst, deeze Stad op eene gevveldadige wijze hebbende ingenomen, vervolgeiids met der Bur« geren voorregten willekeurig heeft omgefprongen, zonder dat de overheerschte Stad enige weg open bleef, om zig van dat onregtvaardig jukte ontdoen; (Gr. St. R.p. 49» 50- Puffend. j.N. G. 8. 6,26) de Stad moet gevolgelijk gerekend worden, onder Carel de 5. en zijne opvolgers, als in vijands handen te zijn geweest, na welker verlosfing en afzweering zij in al'e '-are vorige Regten herfteld is, zonder dat de Heeren Staaten zig naderhand eenig regt hebben kua-  C 124 ) kunnen toefchrijven door Keizer Karei en Philips den II. uitgeoeflend, terwijl die Vorften dat gezag piet van den Bisfchop — nog van de btaten ontvangen maar van de Stad zelve genomen hadden; (Gr. Stads R- p. 51.) en zonder dat in deeze al mede enig prejudicie aan Stads Jurisdictie heeft kunnen toebrengen, dat na die tijden nu en dan inden Eed voor Schepenen is ingevlogten de periode van Regt te doen mede in den naam der Staten ; want is het zeker ,'^gehjk hier vóór is gedemonllreerd , dat die gebruik ten tijde der Bisfchoppen eniglijk tot de uiterlijke eerbewijzjngen heeft behoord, en dat de Stad door alle tijden heen jute hare onafbanglijkheid heeft behouden, zo volgt onwederfprekelij<, dat de zo eVengenoetn.de invoeging in den Eed ook nader-*, hand of bij ufurpatie, of alleen honoris caufa, is gefchicd, en dat derhalven ook daar uit niet ten nadcele van Stads wettig gezag kan geargumenteerd worden ; en dit word te zekerder, daar zelfs in de tijden van eene niet min geweldige overheerfching van 1674. die woorden in den Eed der Schepenen niet worden gevonden,'waar in dezelve vervoïgends vermoedelijk niet voor den jaare 1747. op nieuw zullen zijn ingevoerd; gelijk dan ook bij Retöiuuen van 1 October 1658. en 17 April 1674. {PI. B. 3. joi. 105.) is verfraan, dat de Schepenen in de Vroedfchap, en niet in het Geregt zouden beëdigt worden. En hier mede dan enigzins gededuceeit zijnde, dat den Bisfchoppen noit enige Jurisdictie binnen deeze Stad heeft gecompeteerd, dat ook gevo!glijk(wat ook naderhand in deeze door geweid en ufurpatie mag gefchied zijn) dezelve in geenen deele aan H. ü. M. kan of mag worden toegekend, maar dat de befteüing van Policie en Juftitie omtrend de Burgeren en Ingezetenen moet geoordeeld worden eniglijk aan den Raad, als de enige wettige Overheid deezer Stad gedemandeert te zijn, zo moet ook, mijnes oordeels, daar uit voortvloeijen, dat H. ü. M. of wel de voorftemmende Leden geen berigt hadden behoren te vragen van het Geregt, vooral niet wegens zaken, welke de rust — en .dus re-, gel-  C 12S ) feélrégt Stads Polieie aangaan; gaat men tog na wat de Herren c!er voorftemmeude Leden eigenlijk met het requireren' van het zelve berigt kunnen bedoelt hebben, dan moet men aan dezelven natuurlijk toekennen enig oogmerk om de bevindingen en verrig. tingen van het Geregt dezen aangaande te beoordeèlen, waartoe die Heeren zonder concurrentie van de Stad geheel en al onbevoegd zijn, gelijk ik ook zeer twijffel, of wel enig bewijs zal kunnen worden gepro.^ucecrt van een zodanig gegeven berigt van diergelijke zaken binnen deeze Stad voorgevallen; behalven dat de voorltemmende Leden zelve, uit kragt van onderlinge vereniging en verpligting der drie Leden , zouden gehouden zijn aan de Stad weder te bezorgën het geen van derzelver Regten vooreen tij 1 op d-andere Leden was overgegaan, volgens p. 55. en 56. van meer gedagt Groot Stads Regt. jgdóg ik heb Uwer Ed. Gr. Agtb. attentie reeds te veel gevergd. Ik eiken gaarne de bovenftaande zaken niet met die kortheid en klaarheid te hebben behandeld, als door meérkundigen zoude kunnen gedaan zijn ; maar, daar ik mij bewust ben door geene begeerte r de daad zullen gelieven te nemen , het gene alhier ontbreken mogt fuppleren, en vervolgens op mijn voordel van den 11. April jongstleden zodanig disponeren als Uwe Ed. Groot Agtb. ten beste van StadenBurgerije zullen oordeelen te behoren. J. C. Smissaert." Utrecht, 25 April 1785. Al het geene op deeze propofliien eu derzelver adRructie is gevolgd, is in ftads notulen vervat in de volgende woorden: Maan-  „ Maandag 11 April 1785. Door den Heer Smissaert ingediend zijnde navolgende Schriftelijke propofitie. flat inflrtio. {Zie dezelve bladz. 114.) Is na deliberatie verftaan, dat dezelve veertien dagen ter Secretarije van Polieie zal voorleggen om door de leeden van den Raad te kunnen worden geëxamineerd. Maandag den 25 April 1785. Wederom zijnde voorgebragt en in overweginge genomen de propofitie door den Heer Smissaert den 11. dezer Schriftelijk ingediend en in de'Notulen van de Vroedfchap ten zeiven dage geïnfereerd; heeft de Vroedfchap, dilliculterende zig met voorfchreeve propofitie te Conformeeren, dezelve gehou-, den in advies. Zeiden de Heeren van Senden en Burman , te disfentieren van deze conclufie, en zig te conformeeren met de propofitie van den Heere Smissaert; referverende de Heer de Ridder deszelfs aantekening tegen dezelve conclufie van den Raad; en gav de Heer Smissaert in ferjptis over zijne nadere confideratien tot adltructie van het gepofeerde bij bovengemelde zijne propofitie, verzoekende dat dezelve in de Notulen'van de Vroedfchsp moste worden geïnfereerd, het welk zijn Ed. is toegeftaan, en luiden dezelve als volgd," fiat infertio. {Zie bladz. 116). Men ziet uit het een en ander dat goede zaaken ook tot een goede reusiite goede tijden nodig hebben, welke wij wenfehen dat de gdedeburgerij en Regenten van Utrecht niet zullen overleeven — maar dat men lange in den Raad zal behouden zulke Mannen van cordaatheid en ijver voor het recht en gezag vau den Raad en het Volk van Utrecht.  ( 127 ) De aantekeningen, welke de Heer Raad de Ridder zich, bü 't neemen van deeze Reiolutie , gereferveerd had,is ook door denze!ven,op den 2 Mei jongsleden gedaan infereren , zijnde van deezen inhoud : , Zeide de Heer de Ridder , in gevolge deszelfs op den 25 April gerel'eiveerde aantekening , dat zig 111 geenen deele konde conformeeren met het m advies houden der zoo noodige Propofitie , door den Heer Smissaert op den n April, en zoo yolleedig nader den 25 April door Z. E. gcadllrueerd, en dat met den Heer Smissaert en andere Leeden vanden Raad van gevoelen was, dat de Vroedlchap het Gefgt deezer Stad diende aantelchnjven, van aan H. E M van haare bevindinge omtrent het geen men mécni den n Maart mogte zijn gebeurd geen berigt te zendeu, om dat de Refolutie om dat berigt te vraagen ter Staatsvergadering, zijns oordeels , w-as eene Refolutie , alleen door twee Leden genomen, buiten toe'dcmminge der Stad , welke ter Staatsvergadering ten dien dage genoeg haar dtsfenfus hier in te kennen heeft gegeeven, en niet gelast zijnde op dit Huk zoo fubiet te berde gebragt, om tijd van deliberatie met hare principalen te hebben, de zaalc heeft ingefprooken en overgenomen volgens een 'conHante gewoonte der 3 Leeden van Staat, inwelK cas van overneemen men niet gewoon is te refolveeren, zoo als de Stad meenigmaal heeft ondervonden van de twee andere leeden zelf binnen kotte jaaren. Hef Haat bij den ondergetekenden vast, dat die refolutie om berigt te vraagen. is eene reiolutie van maar twee leeden van Staat, dat derhalve die mis«- ve niet op der Staaten naam, maar op naam van Geeligeerden en Edelen had moeten geëxpediteert zijn, zoo als zulke misfivens en aflens door a leeden algezonden en gepasteen pleegen behandelt te worden, als bij diverfe gevallen, uit Stads notulen kan binken gedaan te zijn, en als dit gefchied was, zoude de tijd hebben moeten doen zien, ot t geregt zoude berigt hebben op die misfive, jaa men kan zelf diverfe gevallen toonen, dat den Secretaris van  C tas ) Staaten veibooden is, zulke actens of misfiven te registreeren of te expedieeren op Staaten naam; dat dit bij de Stad oudtijds is genoemt een ufurpatie van fouverainiteit, waardoor men de Stad zogt te fupplanteeren. Veele gevallen, dat 'er bij 't geregt berigt is ge-1 daan aan [H Ê, M. zijn 'er den 25 April door den Heer llaad Abbema voorgeleezen bij deszelfs votum over de Propofitie; dog men twljffelt zeer of'er wel één is bij geweest, waar in bij overftemming der Stad door dé twee Leden op Staaten naam berigt gevraagd en gegeeven is. Wanneer de Stad geconlenreerd heeft, wil men zeerwel gelooveh , dat die berigten gedaan zijn, om dat men zig alsdan altijd in het nauw bevonden heeft door de perio. e in den Schepens Eed, van mede regt te doen in naam der Staaten ; 't is dan met de berigten als met de Plakaten van H. E. M., wier publicatie niet neces'fitate, maar comitatis , en op permisfie alleen, en confent van 't derde Lid van Staat (te weeten de Stad Utrecht) gefchied, en die ook wd eens geweigerd zijn te publiceeren door 't Geregt ; dog als de Stad confenteerd , kan men dit Stads confent reekenen voor permisfie tot de publicatie, en in dien zin kan men wel te berde brengen een geval, dat een Gevangene op 't Stadhuis op order door H. E. M. aan den Cipier gezonden, niettegenftaande hier gearrefteerd was , is ontflagen ; dit is comitatis , en niet necesfitntis geweest, en geefc geen jurisdictie te kennen, omreden, boven gezegd. Maar , veronderlteld zijnde al eens, dat 'er bij de Stad ter vergadering was geconftnteerd om berigt te geeven, dan is alles zoo 't gefchied nog comitatis , en niet necesptatis, alzoo dit geval verleerd in een ftuk van Polieie , rakende de rust en order der SiaJ,waaromtrent H. E. M. als geene jurisdictie in de btad hebbende, ook geene ordres kunnen geeven. Pe erkentenis, dat H E. M. geene juri?dictie in de Stad hebben, bij Matheus te vinden, zalmen tot affirmatie van dit argument niet gebruiken: 't blijkt zonneklaar uit H. E. Gr. A.notulen: wanneer de Raad aan gedeputeerden toeftond, binnen de flad en  D E V R Y E NEDERLANDER. No. 7. T. Jit onze voorige Nummers hebben onze leezeren ten duidelijkfte kunnen opmaaken hoe het thans gefteld is met de Utrechtfche zaaken — wij vertrouwen dat het opgegeevcne van ons ia dezelve niet minder geloof zal verdienen, als het getuigenis van het tegendeel in veelen der negentien brieven. Wanneer wij dan nu het een cn ander eens in bedaarde overweeging neemen , wat zal dan het gevolg deezer critique omftandigheid moeten zijn? Wanneer wij aan de eene zijde zien de ongegrondheid der beicnuldiging van oproer bij de burgerij - en aan den anderen kant het gedrag van veele der Regenten ais of 'er in de daad een oproer had plaats gehad. — Wanneer wij, om het laatftc fchijn van waarheid te geeven, zodanige befluiten zien die een vreemdeling zou doen denken, dat het Volk van Utrecht het onbandigfte Volk was, of dat het Volk alleen om den Regent belfond. Immers daar veele dier Heeren zich in hunne brieven zo fterk geuit hebben over 't geweld, en de daar door gefchonden achtbaarheid des Raads, die 'cr gepleegd zoude zijn, en zij even £it als I een  C i*3« ) een reden opgeeven waarom zij hunne demisfie neemen, daar zou men immers vooronderltelt hebben, dar zij hunne posten immer weder zouden aanvaard hebben,, voor dat zij of den Raad eene aan het geweld geëvenredigde voldoening zouden hebben ontvangen — althans , dat de blijken cn bewijzen van het gepleegd geweldioaden zijn voordgebra&t. — Geheel wat anders is het, dat 'er iets ongewoons gebeurd is -r dat het Volk bij een driemaal herhaald billijk verzoek is blijven perfisteren — geheel wat anders is het te zeggen: dat het Volk onverzettelijk bi} zijn befluit 'is gebleeven, cn het zelve telkens mee fterkerc bewoordingen heeft aangedrongen; dan te bevveeren dat *er geweld en oproer ware gepleegd. Het cerfte voegt aan een vrij Volk dat zijne rechten kent — het laatfte is een kenmerk van barbaarsheid en onkunde. 'Er is noch geweid, noch oproer voor, op, of na, den n Maart in Utrecht geweest. Dit zal elk moeten getuigen die eene onverfchroeide Conferentie bezit ■— dit zien wij uit het getuigenis van een lid des Raads in ons voorig No— dit is waarfchijnlijk de reden waarom veele der negentien Heeren zich ook gewacht hebben zich daar op als op eene reden te funderen .— alfchoon de Keer Yvoy zegt dat de vrees voor geweld alleen hun het befluit deed veranderen — wat, zeggen wij, zal men dan kunnen verwachten van zulk eene Maatfchappij, waar Burger en Regent elkander niet anders dan als partij kunnen cn moeten befchouwen! Voldoet dit aan het oogmerk der inltelling eener geregelde Volkbclliej-ing en reprelentative Regeering ? „ Een Rijk dat tegen zich zclven'verdeeld is, zegt de mond der waarheid, kan niet beitaan." En kan men uit bet opgegecvene, na het der deezer dagen gcbêurdp., de Utrechtfche Maatfchappij wel anders dan zodanig befchouwen? - 't Is waar hec gcbgw'fde op'ücn ii Maart had mogelijk, ten aanzien  ( 133 ) zien der Burgerij, eenigzins anders cn minder dringende kunnen zijn: ftrikst genomen had 'er overijling plaats. Maar had men de beginzcls daar van niet kunnen voorkomen ? W as het ter eerfter inflantie dat der Burgeren verzoek de fchijn van onbedaardheid had ? — Was het befluit des Raads zo volftrekt wettig, dat is, op een befchreven wet of Reglement gefundeert, tegen het welke de Burgerij zich verzette? — Maar daar en boven: wij willen, van agteren befchouwd , al eens tocgeeven, dat er door den Burger eene fout begaan is, die men in al zijn ' deelen en omftandigheden niet zou kunnen goedmaaken: — maar heeft er van rien kant der Regeering, of liever, fommiger Regenten, ook-, "van agteren befchouwd, niet iets plaats gclr-i dat met recht den naam van overijling verdient:, en naar de ftriktfte regels van. recht en billijkheid niet zou kunnen worden goedgemaakt? was, van agteren befchouwd, den ftap , door "negentien Leden van den Raad gedaan, niet al te lterk, toen men uit de informatien vernam dat alleen ongegronde, chimerique, vrees, cn geen daadlijk opzet, tot geweld hun had doen befluiten hunne Raadsplaatzcn neder te leggen ? Heeft er dan beiderzijds iets plaats gehad, dac wel beter had bchooren overdagt te zijn; wat was er dan natuurlijker, dan dat er ook beiderzijds iets werde overgeftapt, óm weder tot etkander te komen ? In ons No. 3. hebben wij opgegecven den eerft.cn Hap dien daar toe door Geconftitueerden en Gecommitteerden uit ó:c Burgerij is gedaan, maar tevens ook, hoe vrug-. teloos dezelve is uit geloopcn. Welke middelen fchieten er dan over voor het Volk , om zich legaal van den onfchuldigcn blaam te zuiveren — om de zaak der Négeering en Burgerij weder tot ée'ne zaak te maaken? Moet men de herftelling van "sVolkscer etjcheriy en dezeive door alle , zeifó3 des noods, geweldig; middelen,, \ 3, bj^ «  C 134 ) bevorderen ? — Of moet men, dit «iet kunnende bewerken , het hoopeloos opgeeven en zich der goede en rechtvaerdige zaaken onttrekken? Of moet men, eindelijk, ongevoelig zijn en alles voor goed en wel opneemen, zo als men het gelieft te fcliikken en te bevelen? —Noch het een, noch het ander, is, onzes bedunkens, het pligtmaatig gedrag van een Vrij Volk, dat zijne rechten kent en weet te verdedigen. Hoe zeer wij erkennen dat een Vrij Volk recht heeft om te vorderen dat zijne rechten hem niet als op de meeuw worden voorgefchreven, hoe zeer het, overeenkomftig de natuurwet, zich, zelfs gewapend, aan eene dwinglandfchi Regcering mag en kan onttrekken: zo mag dït, overeenkomftig die dezelfde Natuurwet, niet eeraer gefchieden dan wanneer alle andere middelen beproefd en vrugteloos zijn wanneer de onderdrukker zich door geweld doet, of tracht tg doen , gehoorzaamen. En het kan niet eerder gefchieden, voor dat het ganfche volk, d. i. het grootfte gedeelte deszelfs maar ééne ftem doet hooren. Wij erkennen dan, dat de Burgerij van CJtrecht recht heeft om zich te zuiveren van een blaam, die haar door de Publicatie van den a April is opgelegd. Doch wij begrijpen niet alleen dat.geweldaadige middelen daar toe de beste niet zijn, maar, dat ook dezelve gcenzins noodig zijn. In de eerfte plaats, wat zou men door geweldige rnid ielen, door de wapenen, hier in kunnen uitrichten? Zalmen de Stadsrcgeering, of eenige onaangenaame Leden dwingen het kusfen re verfaatëh; en zich een anderen Raad aanfteljen p —zuUen de overige Staatsleden dit aanzien? zul'en zij den nieuwen Raad erkennen en hunne Gecommitteerden als hun derde Lid ontvangen? • Heeft men magts genoeg om deeze zelfs daar toe te noodzaaken? - zullen dan d§ overige Bondgenootcn dit goedwillig en ftil- Zit-  C 135 ) zittend aanzien? -— Of zal zich ééqe Stad, ééne onverilerkte Stad, legende ganfche waereld verzetten? Men lierinnere ztcn hier Get,eVe i Maar daar en boven, is het dan zo zeker dat die ééne Publicatie tegen het zogenoemd oproer van den 11 Maart, en het verder genotuleerde in Seads en Staats Relölutieboeken, zo voiltrekt in Haat is, om de goede naam van Utrechts Burgerij bij de ganfche Natie geheel en al uittewisfehen ? Heeft men met nog de Vrije Drukpers om zijn onfohuld daar tegen aan den dag te leggen? % ls waar., men zal mij tegenwerpen,. dat men hier cn daar bereids alle middelen in 't werk fielt, om ook dit onvervreemdbaar voorrecht van een Vrij Volk, den bodem in te liaan, en zo allengs eerlt de pen en tong, en dan de handen te boeijen: doch zo lang men deeze weg van zelfverdediging bij ons nog niet heeft toegemuurt; kan men met geevenredigde wapenen, al het te onrecht aangetijgde in Publicatien, brieven en geienntten verweeren. Men moet het dus niet hoopcloos opgecven en zich der goede en rechtvaerdige zaaken onttrek•ken. Hoe zeer eenigen , welke te vooren zich voorftanders der goede zaak en der Vrijheid vertoonden , door hnn gedrag dit fchijnen tc willen beweeren; zo kunnen wij zodanig eetgedrag niet dan ten ftrengfte afkeuren. — Stellen dezulken zich niet even belachüjk aan als de Franschman van welke Drijpone in zi;nc brieyen verhaalt, dat zo lang het goed weèr was, gettfB! dig huppelde en fproncr, op hielen eo tcenen, en zodra de Sijrocwind waaijde , jiehcej mistroostig fprak van zich te zullen verhangen, zo die wind nog flegts een dair. aanhield. Hwft doen deeze, die door hunne woorden het gedrag onzer negentien Regenten af keuren. anders, dan, door daadea het zelve priizan ! Wat doen zij anders dan openlijk tc leur ltc'dcn bét vertrouI 3 wen  C130 ) wen (Jat men in hun gevestigd had — dan te toonen dat zij zulle een vertouwen niet volkomen verdienden. — Dat zij te zwak waren om te liaan wanneer men hun vooral noodig zou gehad hebben: wijl zij de eerften zijn die zich buiten nood op de vlugt begeeven, om voor zich zeiven ten minften fchootvrij te zijn, al is het dat de rest op Gods genade moet blijven worftelen! — Moet men zich der zaaken onttrekken, wanneer iets niet juist zo uitvalt als men gedagt of gehoopt had, of op die wyze niet wordt uitgevoerd als men zich ontworpen had. Maar nog veel minder moet men ftilzittende alles blindelings voorgoede munt aanneemen. —Zo lang wij een vrij Volk zijn en ons niet door lafhartigheid tot flaaven laaten maaken, en zo 's Lands Conftitutie veranderen: zo lang Haat het niet alleen eiken Burger vrij om op een befcheiden wijze het gedrag zijner Reprefentanten te beoordeelen, maar ook om op een gepaste wijze door Remonftrantien het herftel der ingeflopen gebreken te bevorderen en aantedringen. Wij moeten derhalven door bedaarde rede* blijven aanhouden cn niet alleen waakzaam, moedig en ftandpastig, maar ook eendragüg zijn. Is hec cene krijgslist onzer vijanden, dat zij ons onderling zoeken te verdeelen en tot den fhïjd tc noopen om ons des te gemaklijker tc verflaan: wij moeten des te meer op onze hoede zijn, cn deezs hunne poogingen trachten te verijdelen — wij moeten een gelijke krijgslist daar tegen ftellen , en den ftfijd trachten te vermijden om onze vijand door bedaarde behoedzaamheid te vermoeijen en aftematten, cn zo zijne po:>gingen te leur te ftellen. 't Is wel waar dat zulk eene bedaarde redelijkheid niet zeer zal fmaaken aan veel voorbaarige en driftige lieden, die zulks voor eene al te iijdelij ;ce gehoorzaamheid  ( 137 ) heid trachten te doen voorkomen —• dan bij het flot der zaake is het dat men zal moeten zien, \ wat voorbaarige drift meer heeft uitgewerkt dan ! bejaarde reden! Dan wij hooren hier eene tegenwerping van I veelen, welke ons verwijt: dat wij door even die bedaarde reden den tijd zullen laaten verioopen, -die ons gelegenheid gaf, om nog met eenige hoop van goed gevolg de zaak van Utrechts Burgerij en den blaam haar opgelegd te kunnen herftellén — dat het verlies van den tijd ons alles zal doen verliezen; wijl men reeds poogingen in 't werk gefteld heeft, om door overmagt van Krijgsvolk het ijzeren juk der flavernij op den hals'van Utrechts Burgerij te leggen. Dan wij antwoorden daarop, dat, zo 'er al tentamen waren gedaan, om door eene verflerking van 3 a 4 Battaillons Infanterij en 2 Esquadrons Kavallerij de Burgerlijke Vrijheid te befnoeijen, dat het dan ook even zo zeker is, dat zulk een verzoek niet zal ingewilligd worden. En zo het al ingewilligd was of wierd, dan zou dit de zaak van Utrecht geheel en al doen veranderen — dan zouden wij mede moeten inftemmen dat dit een daad van openlijk geweld was, tegen het welke de Burgerij zich met alle magt zou vermogen verzetten — wijl het geheel en al buiten voorkennis van den Raad, of den Souverrain zou zijn gefchied, alzo hec nimmer ter deliberatie is gebragt in den Raad, of daar van eenig rapport is gedaan — het komt ons dus, hoe zeer. men zulks ook zoude willen verzekeren en bevestigen door geloofwaardige berigten en getuigen, al te abfurd en onaanneemelijk voor, dat iets dergelijks zoude plaats gehad hebben; wijl dit zoude moeten gefchied zijn door een pcrticulier perfoon of pe,foonen, die zich daar door der hoogde exem* plaarfte itraffe zuuden fchuldig gemaakt hebben, al waren zij zelfs leden van Regeering: wijl I 4 deeze  ( 138 ) d eze in hun privé, buiten last der Souve aine vergaderingen geen zodanige authoriteit of gezag in de' Regeering kunnen bezitten. Want ging het door dat één of eenige ieden van Staat of Stads Regeering buiten kennis der overigen of der vergadering eene Stad of Provin ie met Krijgsvolk konden' bezetten , dan ware 't geheel cn a met de Vrijheid gedaan — elke heerschzuchtigc had het dan in zijné hand om zich tot een Cajzar optewerpen. Dan in de billijke voorondjcrltelling, dat het hier zeer verre af is, zo is de vraag, die ons nog te beantwoorden ftaat, wat er door Utrechts Regcering en Burgerij behoort gedaan te worden , om alles wöder in dien ftaat te brengen dat het onderling vertrouwen en de goede harmonie, welke voor eeniger tijd plaats had, weder her- iteld worden ? Hier toe kunnen wij niets beter aan de hand geeven dan beide de partijen (want ongelukkig hunnen wij thans het grootfte gedeelte der Burgerij en Regeering met anders befchouwen) te raaden, dat zij wederzijds elk iets toegeevcn en met alles in den kwaadften zin opvatten. Hoe ichandelijk het al te goed vertrouwen, wanneer men er zich op verlaat, dikwijls ook moge zijn; niet minder fchadelijk en nadeelig is het wantrouwen en verdenken van elkander; daar door is voornaamelijk die verwijdering ontdaan die, wanneer dezelve niet fpoedig verminderd en uit den weg geruimd wordt, het gehccle verval van Utrechts welvaaren zal met zich fleepen. De overigheid is dit in gevolge haar eed verpligt; als die gezworen heeft in alles het profijt en welvaaren van de Stad cn Burgerij te zullen behartigen — wanneer z j dus niets toegeeft aan de Burgerij, wanneer zij dezelve niet van den onfchuldigen blaam zuivert, wanneer zij niet zorgt dat 'er geen Cabalen en Partijen in de Regeering oiuiiaun, die de fchadelijkite vervvij-  ( 139) dering veroorzaaken: dan zal noodwendig moe» ten volgen het geen men in het Sauvegarde Request aan hun Èd. Mog. voorgaf te vreezen ; j,, dat de Stad zal vcrlaaten worden van elk die „ zijne rust {Vryheid) en veiligheid liefheeft "— Zij zal niet verlaaten worden door zulken als veelen zijn der ondertekenaaren van voorn. Reques|, die alleen vlasfchen op de fmeerige ambten en posten der'Regeering en Burgerij, voor zich of hun familie, die in alles hebben getoond niet anders dan zelfbelang en familiegrootheici te hebben bedoeld; — maar door zulken, die niets voor zich zeiven, maar alles voor anderen en het algemeen hebben zoeken uittewerken : die de aanzienlijkfte posten hebben kunnen van de hand wijzen - elk, die niet door ambt of kostwinning of andere Stadsinkomften verbonden is, en dus de defciglten en gegoedften, zullen allengs eene Stad ontwijken, waar zij door vreemden als oproermakers worden befctiouwd: waar van zich mogelijk reeds droevige beginzelen opdoen : zij zullen gevolgd worden door vee e bckwaame kundige Fabrikeurs en Ambagtslieden, wier beftaan aan geene Stad verbonden is; de overblijvende handel cn neeringdrijvenden zullen verkwijnen, verdrietig worden, cn eindelijk welligt door wanhoop vervoerd tot uiterften komen — of, flaaven worden! — Daar cn boven, hoe weinig moeite koste het, genoegen te geeven wanneer men Hechts elkander vertrouwt. — En welke aangenaamheid kan 'er anders wezen in eene Regeering die onder zich zeiven verdeeld is, nog daar en boven den haat van het grootfte gedeelte der Burgerij heeft. Maar het is aan den anderen kant ook even 1 noodzaaklijk, dat de Burgerij'vertrouwen ftelle in zijne Regenten; fchoon dit vertrouwen niet zo blindlings moet wezen, dat zij goed en kwaad onverfchillig laat gaan en komen. Neen het vertrouwen moet alleen in zo verre plaats hebben, 1 5, dat  C 140 ) dat men der Regcering ongeftoord in haare deliberatien laat voordgaan , zonder dezelve door ontijdige of wantrouwende aanzoeken; buiten redenen noodzaak, vooruitte loopen. — Want, hoe kan men de Regeering reprefentatief, als verbeeldende het geheele Volk zelf , befchouwen, zonder haar te vereeren met het vertrouwen dat het ganfche lighaam des Volks toekomt ? — Immers het wantrouwen , buiten reden , is hier een wantrouwen in zich zelf. -— (Wij bevelen hier den Regent en Burger de herleezing van ons cerfte No., inzonderheid op bl. n en 12.) Geheel wat anders is het, de handelwijze eener Regeering, van agteren , befcheiden en naar waarde te beoordeelen. — Geheel wat anders is het gefield met eene Burgerij en Regeering in buitengewoone gevallen, bij het herftellen van ingeflopen misbruiken , en het maaken van nieuwe Reglementen van Regeering , vaar bij het Folk onmiddelyk is opgeroepen om hunne bezwaaren intebrengen, en waar op het dezelven, op eene behoorlijke wijze, op de Rechten en Wetten gegrond, heefc opgegecven. En hier is het dus dat wij kunnen invoegen het ANTWOORD jlan Justus Populair, op de vraagen ons, in zijn brief in ons 4 Nu. poorgefteld. Het is 'er zeer verre af, dat de Regeering eenige vastltellingen zoude kunnen maaken omtrent een nieuw Regeerings-Reglcment, zonder Concurrentie van het Volk, dat. op hunne remifitie, zijne bezwaaren heeft ingebragt. Het Volk 'heeft recht en magt om tegen alles, wat buiten zijn redelijken wil wierd vastgelteld, even als tegen het Reglement van 1674. aIs onwettig tc protesteren cn hetzelve buiten eenige verbindende  ( Hl ) de kracht te ftellen. Dit ftrijdt in 't geheel met tegen de behoorlijke onderwerping en de verplbuing van vertrouwen die wij boven hebben opgegeevctt. Want is het waar , gelijk geen eerlijk Regent zal ontkennen, dat in eene vrije Maatfchappij alleen de Wet , dat is, de uitgedrukte wil des Volks, (niet van elk bijzonder deel of lief) de eenige Souverain is; dat zij,die dit Volk, deeze Souverainiteit, verbeelden, (met zelve zijn,) geene eigen authoriteit bezitten: dan is het onbetwistbaar, dat zodra 'er verar.dering gemaakt wordt in die grondwet op welke zij hunne reprcfentative magt hebben ontvangen, de toeftemming des Volks vereisen* wordt, om de gemaakte Wet de kracht der Souverainiteit tc geeven. Dit is iets dat aan den eenen kantop de gronden onzer Staatsregeering en aeloude voorbeelden rust; en aan den anderen kant ook tevens in de natuur der zaake zelve gegrond is. Want zou de Regeering anders de Burgerij hebben opgeroepen, indien zij niet vooronderiteld had , dat zonder dezelve geene zodanige veranderingen als noodig waren , konden gemaakt worden: Want te fustineren dat zij de bezwaren heeft opgeroepen om dat de gebreken haar onbewust waren; zou even ongerijmd zijn, als te vooronderftellen dat zij dezelve had opgeroepen zonder intentie cm ze te verbeteren , of aan de opgaave der Burgeren te voldoen, dan alleen in zo verre hun zelfbelang daar mede gepaard ging. - Het is om die reden ook, dat de Burgerij, bij de opgave haarer bezwaren, te gelijk heeft verzogt, dat 'er niets daaromtrent worde gerefolveerd of gearresteerd, ten zij daar van een Concept veertien dagen ter vifie worde voorarelegd voor de Burgerij, en de billijke verwachting hier van , kan dezelve gertistftehen, dat niet het eene artijkel buiten het ander, of buiten derzelver kennis, zal worden vastgefteld.— Voorbaarigheid alleen zou oorzaak kunnen zijn dat  ( 142 ) dat men niet tet zijn doel geraakte, in gevalle eene vooruitloopende drift en wantrouwende zorg van fommige Burgers niet de vrije deliberatien der Regering vooraf in derzelver loop Hoorde; en daar door dezelve een zwaard in de hand gaf, om hun te keer te gaan. De gevolgen van zulk eene ontijdige drift zoude ons in nog erger omftandigheid kunnen dompelen, dan een Reglement van 1674. ons veroorzaakt heeft. — Wij zeggen daarom met een Vaderlandsch Schrijver , daar hij de Utrechtfche Burgerij aanfpreekt: (*) ,, Laat in alles de eendragt met be„ daard overleg u bezielen -r gedenkt dat gij te„ vens een voorbeeld van moed en grootmoedig„ heid aan uwe mede onder het juk zuchtende „ Vaderlanders moet geeven, — een voorbeeld „ allernavolgingwaardig. Met deeze wapenen „ gefterkt zult gij eens eindelijk over alle de „ openlijke en bedekte vijanden uwer Vrijheid „ en onafhanglijkheid moeten zegevieren " (*) Zie de Vaderlandsciie Bespiegelingen, onlangs te Utrecht bij J. v. Vloten uitgekomen, bl. 50. welk Werkje Wij elk ter lcczing aanbevelen. Aan  C 143 ) Aan den Uitgeever van het Weekblad de vRijg Nederlander. MTN HEEK! . Door de gewoone Vergadering van Officieren en' Gecommitteerde Directeuren van het Genootfchap van Wapenhandel, onder de fpreuk : Pro Patria et Libertate , ben ik geauthorifeerd en gelast het bijgaand Declaratoir van 't Genootfchap aan u toetezenden, en u te verzoeken het zelve een plaats in uw Weekblad interuimen. Reeds den a8 Maart jongstleden werd aan een der Leden van de Vergadering gedemandeerd zodanig een Declaratoir te concipiëren , 't welk dan ook in de gewoone Vergadering van den 6 April werd ter tafel gebragt, en met eenige veranderingen gearrefteerd. De reden, waar. om het niet eerder aan u, of aan eenig ander Tijdfehrift is toegezonden , is, dat kort daar op eene Aanfpraak,op den naam van den Heere Ivoy, in"de Zuidhollandfche Courant gevonden werd, merzodanige laelive uitdrukkingen omtrent het Genootfchap , dat de Vergadering oordeelde daar tegen eene advertentie te moeten doen ; in verwachting dat de Heer Ivoy daar op zonde antwoorden , en het Genootfchap daar door gelegenheid bekomen om zich van een onfchuldigen blaam te zuiveren. — Dan de Heer Ivoy als nog , zo 't fchijnt, niet verkiezende zijne befchuldigingen, -— ten minften die op zijn naam gaan, — ftaande te houden, heeft de gewoone Vergadering van heden, bij refumtie derAdtavan de voorige , geoordeeld , voorgemeld Declaratoir niet langer haaren Leden en het publiek te moeten onthouden; en mij gelast het zelve aan u toetezenden met mijne naamtekening, ten einde 'er geenebedenkingen van illegaliteit of onechtheid omtrent het zelve bij het publiek zoude plaats hebben. In verwachting dat gij het met den eerften' met deezen een plaats zult inruimen, téken ik mij, Mijn Heer , Utrecht, den Uw Dienaar 4 Mei 1785. J; v. MANEN, Ade.  ( 144 ) PS. Dewijl de uitgebreidheid van het fluk de Vergadering heeft doen befluiten, het aan u , in plaats van aan eenen Courantier, toetezenden, ben ik echter gelast, u te verzoeken, van deeze infertie in uw blad bij de Couranten diftincte advertentie te doen. Declaratoir van het Genootfchap van Wapenhandel , onder de Zinfpreuk: Pro Patria ut Libertate , te Utrecht. Het Was met het zuiverfte oogmerk, dat de diri'geerende Leden van het Exercitie Genootfchap, onder de fpreuk : Pro. Patria & Libertate , reeds in het begin van den jaare 1783 , onder gunstige goedkeuring (*) van de Wel Ed. Groot Achtb. Hee- ren jpi) Reeds dén 24 Maart 1783 werd door Directeuren en leden van het Genootfchap het volgend Request geprefenteerd: „ Aan de Ed. Groot Achtbare Heeren Burge* „ meesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht. „ Geeven met verfehuldigde eerbied te kennen , „ de ondergetekende Directeuren van een Genoot* fehap, alle schutters, Burgers deezer Stad, behoo1 rende onder de Refpecüve Compagnien alhier, dat ,, ai Supplianten, federt het prefenteren van het Re" quest ten fine van het redres en herftel m deezer ' Stads Schutterijen, eerst onder weinigen hebben ' aangevangen , om zich op eigen kosten in den Wa- • penh'andel te doen onderwijzen, ten einde om zich " in ' aat te Pellen, eerlang in de vereischte orde de " Wacht te kunnen betrekken: dat zich van tijd tot "•'tijd daar toe meer liefhebbers hebben'opgedaan, " invoegen Jat zij lieden te famen thans een getal van , "170 leden komen uittemaken, er. het welk zij met " den anderen overeengekomen zijn, niet hoogerdan r„r - en neta! van 250 leden te doen acresferen, en " Sm alleenlijk met dit oogmerk , om alle de exer' rider te leeren verrigten, welke tot een volkomen " wapenhandel behooren ; dat zij Supplianten ter bVere bevordering van dit hun vowneemen en- de r-oeringe mM van difduhne. eemgejeJ den vah diflirrfüe haddlh verzogt, die zich ook wel  C 143 ) ren Burgemeesteren en Vroe ifchap deezer Stad, dit .Genootfchap oprichtten , met geene andere intentie, dan, om door hun voorbeeld, de Burgerij, zo van deeze Stad, als der andere Steden en Provintien , aantemoedigen , om , op hun voetfpoor , zich in ftaat te ftellen om in alle ongelegenheden zo wel de wettige Regeenng als de goede Burgerij te kunnen be- zouden willen chargeeren met de moeite om de Sup* ,, plianten in dit hun voorneemen ter oprigringe van ccn bcjlcndig O.fcr.fc'to-.l in den Wapenhandel behv.lp„ zaam tc zijn: clan, bedu:;c zijnde dal der Supphan„ ten oogmerken mer.igwevf can U Ed. Gr Achtb.{559 het zelve al bereids niet gedaan is, 'dn het eete J.:. ;„ licht niet zoude worden voorgedekt , neemen de „ Supplianten de vrijheid U Ed. Groot Achtb. refpëc„ tueus voortedraagen, dat het oogmerk van devoor- fehreven vereenbjde leden geenszins daar beeneri „ ftrekke, om als. het ware een Vrijcorps, of negende „ Compagnie opterichten , veel min eenige Burgers van de onder hunne Gomoagnien behoorende, daar „ van aftetrekken , lw?t zij door het niet betrekken „ hunner wachten , of het niet gezamelijk exerceren „ bij en met hunne Compagnien, in tegendeel hebben „ zij zich op fterke pcsnaliteiten verpligt, onder hun„ ne leden ter exercitie niette verfchijnen op zodaBi- ge tijden, wanneer de Compagnien, of ratten, „ wa;r onder iemand van de Leden forteert, eser„ eeert, zo als dat aan U Ed. Gr. Achtb. blijkt , uit „ een provifioneel Reglement, dat de Supplianten de eer hebben uit naam. van de leden deezen anne* aan ü Ed. Gr. Achtb. te prefenteren , als waar-uit aan ,, U Ed. Gr. Achtb. tevens van het nuttig oogmerk van „ dit Genootfchap ten vollen zal confteren, en, zo zij „ vertrouwen , daar mede ook zuilen weggenomen „ zijn alle zodanige ongegronde relleétien , als tegen „ he: zuivet oogmerk van dezelve ongetwijfeld ook „ aan UEd. Groot Aelvb. zullen zij-n voorgekomen; „ en daar, als gemeld, het oogmerk ten deezen niet anders is, dan era zich te peri'ectioneeren in eene „ zaak, die de Supplianten vertrouwen, dat degoed„ keuring van U Ed. Groot Achtb en aUereehtgeaana „ Nedeilmderen zal kam:en wegdraagen j hebben zij „ de vrijluid genomen Sickl bij deezen aUereerblecügft ' 12 „te  ( 146 ) beichermen tegen alle binnenlandsch geweld van zulken , die het op den ondergang der Vrijheid , goede orde, wettige Conftituüe en Regeering zouden mogen toeleggen. De zelfde principes en het rechte befef van eed en pligt zijn het , die het Genootfchap bij voortduunng heeft bezield en nog fteeds bijblijven; en het is alleen uit deeze beginzels, dat het Genootfchap van den beginne af aan in alles heeft getracht door deszelfs inrichting eene volkomene harmonie tusfehen zich en de Schutterij, en deeze onderling, waar het mogelijk was, te bewerken, zonder zich immer boven dezelve te hebben willen verheffen, veel minder daar van aftefcheiden, zo als niet alleen deszelfs Wetten ten duidelijkfte bewijzen , maar ook ten overvloede kan blijken uit alle de vol vaardige adfiftentien, tot welke het zelve zich ten dienste der Compagnien vrijwillig hebben aangeboden en laaten emploijeren. Dan daar deeze fentimenten uit de fpreekendfle daaden confteren, en dus geen verder betoog of bewijs noodig hebben , zo kan het aan het Genootfchap niet onverfchillig zijn zich nog boven dien va» „ te keeren tot U Ed. Groot Achtb. met verzoek, dat „ het U Ed. Groot Achtb. gunstiglijk behaage, het voorfchreven geprefenteerde en hier annexe Plan als een regel voor dit Genootfchap te approberen. ,, 't Welk doende (Was getekend') „ C. V. den ijssel.. J, v. MaNEN, AdZ. G. C. Harmsi;n. j. A Schot. D. Mulder . P. GaRDNEa. C. v. Hengelaar. A. Weccelhorst. „ J. C. des ToMIjE. F. van der HaRGH." Op welk Request aan de Ondertekenaren werd tee, band gelield het volgend ' ExtraÜ der Refolutien van de Ed. Achtb. „ Heeren Burgemee/leren en Vroedfchap der „ Stad Utrecht. ,, Maandag den J April 1783. j, De Vroedfchap, gehoord het advys van Heeren n Col-  ( U7 ) van andere geheime kwaaie oogmerken te zien verdenken, en befchuldigen van heimelijke frmeufpan- nin- Collonel en Hoofdmannen van deezer Stads Schut,, rerije op de Requeste, den 24 deezer maand'Maart ',' geprefenteerd bij Directeuren van een Genootfchap, „ Schutters en Burgers dezer Stad, heeft goedgevonden op dezelve te appoinfteren: Dat de Vroedfchap met genoegen uit de Requeste , en geannexeerd Reglement gezien beeft , dat der Supplianten voorneemen alleenlijk bedoele debeoef*, fening van den Wapenhandel, en geendns de opr'g„ tinge van een Corps van defenfie (*) ; dat het aan de „ Vroedfchap niet onaangenaam zal wezan , dat een „ Genootfchap Schutters in deeze Stad zich daar toe „ formeerd , mits het zelve niets verrigte tegens de „ Ordonnantiën en Reglementen op deezer Stads Schut„ terije en Borgerwacht , reeds gemaakt of nog te „ maaken; laatende verders aan dè Supplianten over „ zodanig een Regleröent omtrent hun Genoodfchap „ te formeeren, als zij ten meci'ten nutte hunner Sqcieteit dienstig zullen oordeelen. Accordeert! zq „ verte dit geëxtraheerde aangaat. ,, In kennisfe van mij „ (Was getekend ; „ J. W. de RUEVER." Op de nadere Requeste van den 4 Aug. 1783. ten fine om met llaande Trom en vliegende Vaandels te mogen uit en in de Stad trekken, heeft de Vroedfchap ra ingenomen advys van Heeren Burgemeesteren en Oudburgemeesteren , op den 1 September daar aan volgende geappoincleerd: „De (*) Wat deeze woorden geenzins een Corps van defenfie moeten betekenen, bekennen wij uïet te weten ;inf mers, „ dat de Vroedfchap, en met genoegen, dit ge,, zien heeft uit de Requeste en geannexeerd Reglement, kunntn wij niet cpmaaken. — Het komt ons vcor, dat niets meer en beter dan dergelijke Cenootfchappen Corp. fen van defenfie cn eene Nationale Burger- en Landiinlitie kunnen uitmaakeu, het welk wij eens bij eene nadere gelegenheid opzetteliker zullen betongen. (Aanra. van den Vrijen Nederlander.) 1 3  C i4« ) pingen en verbïndtenisfen tot aanricbting van ge* vaarlijke revoltes , zo als me.i kwaadaartig , jegèus liet gepasfeerde op den n. Maart jongstleden niet alleen bij mondelinge gezegden , maar ook bij openlijke gefchriften heeft zoeken te fpargeren (*); Het is om reden van den nadeeligen invloed, dis zulke valfche aantijgingen in nabuurige Plaatzen en Provinüen , ten koste van de goede zaak der algemeene wapening als anderszins, bij hgtgelonvigen of kwalijkgezinden zoude kunnen hebben , dat de Vergadering van Officieren en Directeuren heeft geoordeeld dergelijke lasterlijk verfpreidde gerugten niet ïnet ftilzwijgen te moe-en pasferen, maar dezelve te moeten tegengaan met te declareren: Dat de Vergadering van het Genootfchap niet alleen geen deel , hoe ook genaamd, heeft gehad in ieis, het geen kwaadaartig ten opzigte van het zeiye is gefpargeerd met betrekking tot het voorgevallene omtrent de jongfte vacature in den Raad, enfpeciaal het gepasfeerde op den tt. Maart jongstleden ; maar Dat dezelve, in tegendeel, (zonder nogthans het gebeurde een- of anderzijds te taxeren) in geeuerhande correfpondentie heeft gellaan met die Leden uit haar, welke in eene of andere betrekking , of voor hun privé , in het gebeurde te dien opzigte zijn gemelleerd geweest. . Dat de Vergadering zo verre af is van het geene men, ten onrechte, van haar, om zwakke geraoe- de De Vroedfchap , gehoord het voorfchreven rapr ,, port, permitteert aan de Supplianien, uit eene bij- zondere goedwilligheid", en ten openbaaren betoon „ van goedkeuring van d'rz lvcr lijfelijk eozw.crk cn ,, verrigtingen, tèn tijde van derzelver exercitiën , bij bet uit en intrekken der Stad met llaande Trom en „ ontrolde Vaandels te marcheeren enz." (*) Dit ziet voornaamelijk op het geïnfereerde in verfchcide Couranten, en fpeciaal op het kwaBdaartige in het libel getijteld: vertrouwt, maar ziet aan ■wie, want de aanfpraak van den Heer Ivoy in den Raad was als toen nog niet bekend.  déren voor in te neemen, zoude willeni verfpreiden; ?r tegendeel declareert, dat zij, gelijk meermaalen 'gebleken is, ten allen tijde zich bereid houdt , om get het Genootlcnap alle geweld en doornig van de publieke rust en de achtbaarheid des Raads , als de onmiiiehjke Rëprefentaht van het gaafch Volk, tvaar van haar Genootfchap een klem gedeélte uitmaakt, des gerequireerd , met goed en bloed tekeer t£ Sua] ,}'niet kunnende inftaan voor het geen der- '(*•) Zie daar! welke zwaarigheid kan de Regeering rm zulk eene ongevergde Declaratie nu nog maaken, om' aart dit Genootfchap het onbelemmerd gebruik en de bewaaring van haar eigen gefchut te laaten. Is het Genootfchap; fints haare oprichting, _— fints voorleden iaar, van denkwijze verandert, dat men het zelve zo veel r.iet meer kan vertrouwen ais te vooteia Of is de Regeering van denkwijze veranderd door een uitwerking \an vreeze voorgevaar, zo dat zij het zelve niet meer durft vertrouwen? Zo men het Gciiootfehap al eenigzins konde mistrouwen , is 'er dan nog vreeze, dat het immer binnen eene Slad gebruik zou maaken van gefchut, tot gewelddads'ge oogmeiken? _ Immers eenè Burgerij zou zulks niet eerder toe laaten, voor dat zij ten oogmerK had kaar eigen bezittingen en eigendommen tot puin- boopen te maaken Neen!alleen tegen van hutten aankomend gewÉd is het, dat eene Burgerij Zichvarl Gefchut kan bedienen. Hier toe zich te oefenen, hier toe der Republiek mét een goed. exempel voor « paan achten wij alleen het oogmerK der aanfctiathng van vier Velditukjes bij 't Genootfchap. De vreeze voor t Gelehut, komt ons dus zeer onnatuurlijk voor. Immers het Genootfchap zou daar yan geen kwaad gebruik kunnen maaken in eene Stad daar iöoo gewapende en geoefende Burgers zijn, waar tegen het zich niet zoude kunnen verzetten in een en dezelfde Srad met 3 , a 400 man —- en waren het Genootfchap en de ganfche Burgerij het eens, om zich retren de wettisre Regeering te verzetten wat was daar toe gefchut, wat wiren daar in 't geheel wapenen toe noodig? (Aanmerking van den Vlijen Nedertandcr.)  C 150 ) zelvét Leden in andere betrekkingen en qualiteiten, óf voor hun privé, verrichten; nogthans alle dezulken , welke opzettelijk tegen de even opgegeevene grondbeginzels van eed en pligt handelen, declareren als onwaardige Ledea van het Genootfchap , en zij alle de geiien , welken zal aangetoond , of welke zullen overtuigd worden, dat tegen deeze openlijke grondbeginzels des Genootfchaps zullen hebben gehandeld, met alle de middelen , haar verleend , uit de Vergadering en het lighaam des Genootfchaps zullen helpen weeren. Dat de Vergadering voords nimmer eenige andere bedoelingen heeft gehad, dan die , voor welke zij ten allen tijde openlijk isuitgekomen, enterwelker verzekering zij alle oogenblikken bereid is haare fentimenten en gedragingen nader te adttruëren en deduceren tegen allen en een ieder, welke hettegengeltelde daar van zoude durven beweeren. Uit tast van Officieren en DireEleuren r van het Genootfchap Pro Patria & Libertate te Utrecht. Aclum Utrecht , den 6. Jpril J. v. MANEN, Adz. 1785. Secretaris. Te Utrecht, bij De WED. MULDER., en alom bij de meeste Boekverkoopers a 2 Stuiv.  B È V fi. Y Ê NEDERLANDER, .~ s—i * — No. 8* „ Het middel offl dtn Oorlog te ontwijken, hernam dé „ grijzaart, ^Eïlisarius) ulet den vrede te koopenj „ De Barbaren vin het Noorden zoeken flechrs era „ proay en boï. zwakker zich dezelve veitöorit, hoe „ meerder zij zich verzekert houden haar te zullen „ overweldigen. De Perfiarien vinden hun grootfte voar„ deel door jaarlijks gewapenderhand ónze provintiën „in Afië te komen pionderen. Men zend bin met gouil „ weder te rug! Een nieuw)middel om hea te yerwij.,' daren , door hen het loJ;aas aan te bieden *t gcen .be li \, herwaart rrekt! De prijs van den vreede wordt zelfs „ het voedzel van dén oorlog. - - — „ Gij bedroeft mij» xeid» Juftiniaan. Wat middel \t „ ei dan oih hen tc wederftaan ? Èen goede lcgcrmagt; i, antwoordde Belifarius , en boven al een gelukki» » volk.", - MARMOHT1L. Czifeen Land is er dat natuurlijker èn geinaklijker door zijn eigen Inwooners, wanneer dezelve behoorlijk gewapend zijn, kan verdedigd en befchermd worden, als Nederland,; .beweert zelfs èen Graaf d$ Maillebois dat óns Land met 50,000 man kan verdedigd worden ■ hoe gemaklijk. zou het dan zijn om zulk een Land, [klein van begrip ea mogehjk het volkrijkfte 1 der waereld * buiten behulp van vreemden, met zijn eigem Inirooners tc befchennen; wanneer zich flicius een  C"0 gedeelte door tijd en vlyt daar toe leerde in ff.** ftellen. Hoe zeer de zucht, om zich in den Wapenhandel te oefFenen, tegenwoordig als de algemeene Volksdrift kan worden aangemerkt* zo willen nagthans veelen reeds deszelfs verval geprognofticeert hebben, uit verfcheide gebeurd, tenisfen onzer dagen. Wij gelooven in de daad dat de fchrijver der Hoogdaitfche Hollandfche Courant ( HollMndtsche Zeitun.g 4 fluk freijtag den 14 januar. 1784) welke te Amfterdam ïjicgegceven en waaifchijnlijk gefchreven wordt,zeer wel op het fpoor is om uittevinden; de eigenlijke reden waarom de algemeene Wapening der Natie zo veel tegenftand en verhindering zedert drie jaar en en zelfs nog vindt? Wij zullen voor onze lezeren, die of het hoogduitfeh niet verftasn, of dat nieuwspapier niet Jeezen , eenige pasïages uit hetzelve overneemen en vertaaien, wijl dezelve zeer wel de overweeging verdienen. Dc Schrijver meent ,, dar. de onvoorzrgtigheid vart eenige Patriotten zelve, eene der voornaamfte oorzaaken van dien tegenftand is.'y En hij loft die paradox op de volgende wijze op: j, Er zijn twee algemeene en en vafte bewijs3, gronden voor de noodzaaklijkheid, waarom de' „ ichuttcrijen overal in ons Land m een bchoorj, lijken ftaat moeften zijn. \) Om- onze inwendi. ge Repnblicainfche Vrijheid en Regeering, zon. dtr welke dit ons bijzonder Land onmogelijk be- {laan of blotijen kan , op onwrikbare gronden , tegen alles wat dezelve vroeg of laat kon doen „ vervallen, te vejiigen; 2) Om, daar wij het 9, ganfche vermogen onzer finantien niet aan het Militair fehild der Natie kunnen befteeden, eené „ nieuwe en onoverwinnelijks kracht en fierkte iit ons zeiven te vinden". Maar wat heeft men zint- 1780 tot heden, „ bij het aannaderend gevaar van een Landoor»,1 log in zommige onzer bekendlte patriottische fchriften gedaan ? Men heeft meeft en- M kei en alleen van de eerfte bewijsgrond ge- » kuilt  C "5 ) ü bruik gemaakt, eii dikwijls op eene wijzej; 2 die öhmöpUK bij een menigte oude Rsgentcni " welke hun en hunner familicn aanzien en ge" luk aan de gunft des Stadhouders te danken * indden, goedkeuring konde vinden, of liever, " welke zij natuurlijker wijze genoodzaakt was: ren openlijk aftekeutcn- Menigmaal heeft eed uitfpóorig Patriottisme, géfchreeuwd, de iVa. 5 f;e ,no££ zic/j tegim ee» Militairen of gewapend-en " Stadhouder wapenend En wat hebben de " Stadhoudersgezinde Schrijvers gedaan ? Zij " hebben tegen zulk een g-.fchreeuw der Patriotten weder gefchreeiwd j zij hebben de Schut" teriieo en vrijcorpzen befchimot". " Maar wat haddan die Patriotten moeter* , '^oen >} , Dit is een moeilijke vraag 4 • wijl nooit een Natie volgends de ftrengfte Re" seis der zedenleer uit haar doodflaap is ont- s' Egakti . Ten aanzien der algemeene Wa- " nenina naameliik hadden zij reeds voor meer1 t dan een la» even zo onophoudelijk en uitvoe* ! tig in alle publieke gelchriften de tweede bc , wnigróndj die geheel en al zonder aanlokhjk' heden *as, openlijk moeten voortellen, cn welke door geen befcheiden vertföuwlmg vaö j, den Stadhouder kon tegengefproken wor- " ^Wanneer er; om tot een bekwame plaatste , 'komen twee wegen zijn , eu in den eenen weg zich allerlei hindernisfen opdoen, leert dan . n et de rede den anderen zekeren en onbelemZ nierden weg in te flaan ? - -— Eenige ver, lichtte Patriotten i eh zelfs de Poft van den iVe' derrhijn. hebben een en andermaal ook deezen tweeden onberispelijken weg aangetoond: doch , hunne Üemnie is vrugteloos geweeft, wijl ze. in éeen ander patriottifch fchnft herhaald .* w"iercl Onophoudelijk , eh menigmaal i, op de bcvaliigfte wijze , wierd de eerfte beu wijsgrond alleen voor den dag gehaald, cveri it als of de Natie om geen andere reden moeft  ( "O „ gewapend zijn, dan om haare inwendige \rif« „ fieid en voorrechten te rug te neemca en te „ verdedigen tegen ...... De Schrijver beweert dus al verder op dee-» rcp voet , dat uit deeze onvoorzigtigheid twee jammerlijke gevolgen voor de. Wapening Ontdaan zijn: i.) Dat de Natie op veele plaats, zen onkundig is geblecven van het cogmerk ende noodzaa: Ijjkhèïd der Burgerwapening tegen buitenlandj'che Vijsndcn , het welk ten gevolge had, dat zommige eenvoudigen zich verbeeldden dat zij alleen gewapend wierden tegen den Stadhouder, en de inwendige vijanden der Vrijheid, en waar door dus het kwaad vooroordeel tegen de algemeene opfchrijving is veroorzaakt. Dar de oorblaazers van den Stadhouder uit hetgeroep van zommigen, dat men zich tegen een gew^penden Stadhouder moeft wapenen , gelegenheid hebben genomen om hoogftdenzèlven fchrik en wantrouwen tegen het ganfche plan van ons Patriottisme in te boezemen, als of het heimelijk oogmerk was om, onder voorwendzcl van Grondwettige herftelling , het Erfftadhouderfchap of geheel te vernietigen , of te ondermijnen en tot eene nietsbetekenende waardigheid tc maaken. —— En hij meerit verder, dat, warneer onze Patriottifche Schrijvers van 't begin aan even zo ijverig en uitvoerig de noodzaakirjkheid der Wapening daaruit hadden afgeleid , dat ons finanti e-en Staatswezen niet toelaat meer dan 30, of 40 s 000 man in beftendige dienft te onder houden; de Kapitein Generaal als dan welligt. een der eerften zoude geweeft zijn die op de Burgerwapening had aangedrongen. Hoe zeer wij het met dien Schrijver daar in eens zijn, dat men meer algemeen onder de pub--. beke Schrijvers op de Nationale Wapening tegen buittnlandjclre Vijanden had behooren aan te dringen —— zo zijn ef nogthans blijken en bewijzen genoeg, dat dit een hoofdoogmerk zo der Provintiale opfchrijvingen , als der reeds gewa» pen»  ( ) pende en geoefende Inggzetenen ,. uitmaakt. De Schutterijen van Schiedam, Leiden, Utrecht, Wijk, Deventer enz. hebben zich daar toe bij de iouvtreinen vrijwillig aangeboden. —;—■ en waar tce is opk anders het houden der Generale vergaderingen der gewapende Burgercorpzen te (Jtrecht ingericht, als om zodanige plans te beramen volgends welke men zich tegen buitenlardiche Vijanden met vrugt zouden Kunnen lasten cmploijeren? Gelijk zulks ook door de Schrijvers van 't gemeldde nieuwspapier in de volgende No. üiccesijvelijk wordt opgegeeven. Wij golooven daarom dat de voorbarige voorfpelling, als* of de Nationaale wapening , waar van eerft zulk. een ophef gemaakt is, in rock zoude verdwijnen, niet zeer gegrond is. Waar uit toch maakt men die voorfpeliing op? alleen uaav uk, dat niet tegenftaande 't algemeen verlangen der lardiieden a'ls nog wordt getraineerd met hec uitgeeven der nieuwe gevveercn en wapenen welke daartoe reeds in gereedheid waren gebragt. Dan men voelt ligt dat zulk een argument te zwak. is, om daar op het nadeel der wapening tc vóorfpellen en funderen. Kunnen geene andere reden daar voor worden bijgebragt? Kunnen hun Ed. Mog. niet met de uitreiking daar van alleen willen Vachten toe dat alle de Geweeren in gereedheid zyn om daar door voortekouien alle jalouflej welke zoude kunnen ontfiaan, wanneer de eene plaats zyne wapenen kreeg en de andere niet. —Want het is van de hooge Souveraine Collegjen niet te denken, dat zy zouden laboreren aan zulke zwakheden , die men in een enkel perfoon zoude vcroordeclen; namelyk wispelturigheid , zo dat zy in het eene oogeublik iets zouden ordonnee. ren, en in hec andere hunne eigen bevelen con- tradiceren dac zy , in dezelfde tyd , de zulke die de Wapening tegenwerkten ten rigoureuftc zouden 1'trafTen, en zelf te gelijk de iuft tqt de Wapenoefening en obediëntie aan de Souveraine bevelen in anderen zouden ftreuunen e»  Ui ( na) uitbhisfen dat zy in een rijd waar in men alle middelen tot bezuiniging en verbetering der' uitgaven en ünanticn zogc mtevoeren, buitengewoone aanmerkiijke koften zouden maaken zonder eeng ni't voor den Lande ? — De over- -jv-eeging deezer zaaken zal genoegzaam zyn om de ongegronde redeneering van zotnmrgen te weèr- lcggen. —: Want , dat men cenig gewigt .zoude moeten ftellen in het argument dit ge/.egdé prognpstiguers daarin meenen re vinden, dat de veranderde denkwijze van hun Êd. Mug. zoude te vinden zijn in het voorgewendde gebeurde cp den : i Maart in Utrecht , zal van even weinige kracht zyn by hun die der zaaken kundig zyn, en maar'een weinig doordenken: Want, niettegenftaande de voorbaarige en vergiootende geTiigten daar van, is men bij elk volkomen overtuigd, dat de zaak zich heeft toegedragen, zo al^ wy in onze voorigc Nos nebben opgegeeven, *;n dus de zaak der Wapening daar mede geene de minfte relatie heeft , of in betrokken kan, worden. Wij zullen daarom, voordgaandq; alleen onzen lezeren de noodzaaklykheid en bet nut eener Natior.aaie Wapening t'achten aanteroonen'; en zo Teel in ons is de middelen opgeeven welke kunnen {trekken om dat hoogfte nut te bereiken» - Het is geenzins eene chimère of nieuwig. heid te ftellen , dac men door onze eigen Ingezetenen zich zoude kunnen in ftaat ftellen om tegen een buitenlandfche vyand zichtte kunnen verdedigen — deeze gedagte is zo "oud als de Republiek hec is een gedagte die de groot¬ fte 'Staatkundige wijs^eeren op de bcvalligfte wijze hebben aangeprezen en zoeken fmaaklijk te maaken. Hoor hoe Marmontel zyn Belifariui^ zulk eene Land-Militie aan Juftiniaan faat aan* prijzen. „ De wijze", zegt hy, op welke wy !y oorlog voeren, mat de legers ar door te verre v togten en ondraaglijken arbeid. Zij geeft onze yyanden den tijd ora on,s te ver^asfen — —  C"9) en eer de Legioenen naar de plaats van den aan. val gefneldzyn, hebben verbaasdheid, verwoe" ibng en plondei ing zich in 't ronde vevfpreid. " Om deeze overitrooming door een altoos bij de hand zijnde befchutting afceweeren, wildé „ ik dat me n al hec volk van dit ryk tot krijg?„ volk maakte, in dier voegen dat ieder vryman Stldaat zou zyn.; doch alleen om hec Land te „ verdedigen. Dus zou het rechtsgebied van ie„ der Perfect, een leger uitmaaken, van het welk „ de fteden de benden, en de Provintien de legi„ oenen zouden vormen, en gefchikte verzamelplaatzen hebben waar de Soidaaten op het ge. „ luid der trompetten zich onder hunne vaandc* }J len zouden begeeven," ,, Deeze krijgsbenden zouden het voordeel heb„ ben van gehecht te blijven aan hun geboorte. „ land, dat zij zouden bebouwen» doen bloeijen , en zelfs hevolken. Eu gij kunt begrijpen mee „ wat yver zy hunne haardfteden zouden verde- „ d gen. r •— : „In myn ontwerp is het Vaderland niet meer een ydele naam , een harsfeufchim voor „ den Soldaat, het is een wezenlyk en beminnens-waardig voorwerp waar aan eikeendoor deban„ den der natuur verbonden i»« „ Landgenooten, zou men tot hen kannen zeggen, hen „ „ op den vyand aanvoerende , 'C is het Land „ „ dac u gevoed heeft, hec dak waaronder gy „„ geboren zijt , 'c is de begraafplaats uwer ,, ouderen, de wieg uwer kinderen en het bed „„ uwer echtgenooten dat gy moet verdedi„„ gen."" „ Zie daar treffende en krachtige „ belangen. Zij hebben meer helden gevormd dan zelfs de zucht tot glorie. Oordeel over j, hunne uitwerking op gemoederen van jongs af aan de ftrengheden, de krijgstucht en de denkM beelden van den oorlog gewoon P' Niets, ik beken het, behaagt my zozeer als „ het tafereel van deeze werkzaame en heldhaf» tige jongelingfchap, rondom hunne vaandelen H 4 „ l»  ^ ;n de Steden enl Velden verïpreid: door dia ,» arbeid voor de ondeugden dei- ledigheid be» „ hoed, door de gewoonte tot moeijlyke oefte» ningen gehard, nuttig in tijden van'vrede, ea „ op het eerlle teken van Oorlog vaardig, orn „ dc Wapenen optevatten. liet vvcgloopen zoa „ onder deeze krijgsbenden een unnuuiuiiijk mis„ drijf zyn ; en hi:n mojöd en trouw zou door „ het heiligfte dat er op de waereld zijn kun vcr£ bonden wezen. Het rijk zou daarom even wei ?, zyn Keizerlijke legioenen hebben, die, als zo „ veel beweegbaare fterkten , zich van de eene „ plaats naar de andere zouden hegeeven , waar j, het govaarhen riep. Den krygsmoed en naijver „ dus in het volk ontftooken hebbende, zou eik 3, om "t zeerft wenfehen waardig te zyn in die „ doorluchtc orde te worden aangenomen; ea -,, in plaats van die verhaafte wervingen, welke door gunft , lift, bedrog of achteloosheid, zonder onderzoek worden goedgekeurd, zou- .,, den wij dc bloem des volks hebben."' > ziet daar wat al voordeden den Staat door •zulk eeDe inrichting verkrijgc! ' Wis twijffclt of •dezelve in de daad daaruit natuurlijk vöortvloetjen ?. elk derzelve is inftaat en genoegzaam 014 qns aan te vuuron om tot dien ftaat van onverwnnelykc fterkte cn grootheid te geraaken. Dan, welljgt rijft blij veelen dezelfde zWaarigheid welke bij Junïnuian opkwam! laat ons dezelve hooien en oplosfen. „ Maar wie, zeide Juftiniaan, ftaat u in voor „ de onderdanigheid van het volk in een rijk dae „ geheel uk krijgslieden beftaat? wie my daar „ voor inftaat, zeide de grysaart; hun belang, de 3> deugdzaamheid der. wetten , de billykheid eener gematigde, zorgvuldige en verftandige/Regee. „ ring. Vergeet gy dat ik gevorderd heb dat de v volken gelukkkig zouden zyn? Neen, zeide v Juftiniaanus; maar ik hou hen voor liefheb„ bers van nieuwigheden, zeer geneigd tot ver» ^, andexing, onrustig t ïnujcziek,. en iigtgeloovij " „ voo$  C m > ., voor den eerden vermetelen die hen een aan„ genaamer lot belooft. Gij befchouwt het volk. ,, zeide Belifarius, in zijn tegenwoordigen ftaat, „ in verdrukking, en zo gelijk men hec te Rome zag in zijne ongelukken» Maar geloof vrij, „ dat dc menfchen weeten wat hen ontbreekt en „ wat hen toekomt; dat zij voor de zorg die een 3, weldaadig Vorft zou aanwenden om hunne ,, fmarcen teverzagten niet ongevoelig zouden^ „ zijn, en dat de liefde die hij hen betoonen zou door hunne liefde vergolden zou worden. Dat hij beproeve omcrent hen rechcvaerdig, meedo- gend en behulpzaam te zijn; dat hij geen ande,, re tot gezagvoerders onder hem aanfteile dan ,. zulke lieden die waardig zijn hem in zijne goe,, de voornecmens byteftaan ; dat hy voor hen ,, waake gelyk een Vader voor zyne kinderen, ik ftaa er riem voor in dat zij gehoorzaam zul„ len zyn. En door wat toverkunft wilt gy dat eenige misnoegden , eenige odroeaigen, eeu „ gelnkkig volk meineedig en weêripannig zou,, den maaken''? Inde daad de tegenwerpingen tegen het wapenen der Ingezetenen eener vrye Republiek als dc onze, kunnen niet gemaakt worden , dan door zulken, die zich op de puinhoopen van 's volks vryheid trachten te verheffen. Iedere tegeuwer» ping is dus een bewys te meer voor de noodzaak. Jykheid deezer algemeene wapening alle re- giementen , alle voorfchiiften van ecden derzelven, getuigen immers dat men eene gewapende Burgery niet anders kan befchouwen dan als een Bolwerk van vryheid cn goede orde in al-, 3e derzelven belooft en zweert men de wettige Regeering en goede Burgery, gehouw en getrouw te zijn, en met goed en bloed tegen alle geweld te befchermen. r En zyn niet fchier alle oproeren ontftaan door zulken die tegen de wapening waren en is het niet de wape¬ ning die de gevolgen derzelven heeft voorgekomen? H 5 Het  ( ö* ) Het komt er dus maar op aan dat de fouverata zelve, niet alleen de algemeene wapening-ordon-' neere, maar ook een plan arreftere waar naar de inrichting deezer Landmilitie op een algemeencn egalep voet kan geichieden. Dit is een vereischte , zonder welke men nimmer tegen een buitenlandfchen vyand en geregelde magt zal kunneuageren. En zonder zulk eene geregelde, bepaaling en inrichting zal de wapening'der inwooneren van zeiven weder moeten vervallen. Want zeker is bet, dat wanneer de algemeenc lult en ijver van bijna de geheele Natie tot de wapening niet wordt aangemoedigd en onderüeund door het uitreiken |der noodige wapenrultingen, en door dezelve te brengen tot een geregelden vorm, veelen verdrietig zullen worden, wijl zy niet kunnen vorderen in eene oeffening op welke zy zich met lult en ijver hebben beginnen toe te leggen. Dit te leurftellen hunner verwachting zoude aan den anderen kant ftofre van befchim. ping geeven aan jwlke laaghartigen.die of te traagen vadzig zvn om iets te doen dat hunne fchraapzuchc niet flteeit, of uit andere boozer inzigten zjch segen de algemeene wapening verzetten. (is een vol&ttsd N». hiervan nader.)  C 123) Aan UltrajeSlinus, over zïnaffcheids-brtéf aan U:recht, gephatjï m No. 220. van den PoLlTlEüEïi kpuyer. Myn Heer Ultrajectinus! het fcheiden vim de Markt leert men de Kooplui kennen" zegt een gemeen fpreekwoorci, Maar is dit ibreekwoord thans niet in u ten vollen bewaarheid?" Gij naJt u, 't is waar, bij veele braaven in Utrecht door uwe brieven, de eene minde andere meer, tcteing en \ertroo wen verworven: veelen, die niet zelvcn konden denken, hebt eij tot olinde navolgers uwer gezegCen gemaakt, gij hebt hun gebragt en geleid ls.ngs eenen weg dien fints lange niet, of maar door weinigen beireden was*, Doch aan her. einde van d en weg, daar zij Je gevaarlijke tegontranü te dporworftelen hadden om verder ce Kunnen voorawandelen , en niet met fchande te moeten terug keeren laat gij hen een*kkps san zich zei¬ ven over, en verwijt hun op de onbarrnhartigtte wijze hun gedïag, orh dat zij zich door een iprong, in plaats van door een vonder hebben zoeken te redden! Gij redeneert dus in uw labtiten brief even als eenHuurmanaan land, over een fchip dat hij in ftouu en gevaar ziet worftelen met vloed en winden. Gij' bëwijft daar uit dat g'j baer theoreticus dan practicus zijt. Het is gein.uuijK in den hoek van den haard, of bij de warme kagchel voorfchrifcen voor den Politik'n Knajer te ontwerpen • maar kom aan, mijn heer, help eens een van uwe ontwerpen uitvoeren als, alles tegentand biedt! „ Hebt gij gezogc „ de dwingelandij te beltrijden — hebt gij gftracht de Ariftoeratie neer te vellen", w?j pok. maar waar mede hejt gij dat gezogt en getracht/ met uwe pen? die immers was daar toe uier jp taitt 1 «— Hebt gij met zelve omtrent het geval, ^ ^ " waar  ( »5 3 waar over hier de Queftie viei, cn waar over gij r.u met uwe medeburgers den tuchnr.ecfter fpeelt, in Mo. 217 van gem. K.nd\er gezégd: „ dat de „ heer Aiusema, uitbloedverwandfohipniet te„, geeftaande de afkeer der burgerij, den perfoon „ van den heer. Sichterman met 16 tegen 13 tternmen had helpen cligeren? Hebt gij daar bij niet in twijfel gefield of de heer Sich„ terman wel, volgends de wet, onder de nota«> beljie, kundigfte, gegocdjle cn goede en getrouwe j, Patriotten behoorde? cn zulks met redenen ge- „ ftaafd? hebt gij daar bij te gelijk nret s> gezegd dat de Ariftocr&tifche partij door dien „ heer in de Regering eene ftem zou gewon«, nen hebben ? Hebt gij eiaar bij niet mede 3, der gemeente geïnduceerd dat de Heer Abbema, s> hoe hij zich kromde of rekte, door zijn ge3, houden gedrag zich nier. zoude kunnen zuive„ ren der Arifiocrdtie niet te zijn toegedaan. Dat li veelen, en dus inde eerlle plaats gij zelfs, hoe 3, zeer men ook voor het tegendeel wilde pleiten, 3, hem niet zouden houden voor iemand , die al. 3, leen uit liefde en overtuiging tot mamtien van j, 's Burgers voorrtchten of beveiliging van overheerfching, den lieutenant (tadhouder is af, cn 3i de goedp partij toegevallen, maar veel eer ia het vermoeden moeten vallen als of hij zich, onder den cekmanteJ van het patriottismus, als „ een anderen Pefters of OuinU heeft zoeken op „ tt werpen.'' Gij zijt dus de eerfte, zo niec de eenigtte, die de burgerij heeft geïnduceerc: 10 dc.t de verkozene niet tot de wettigste d. i. »a■tdbelfte e. z. v. behoorde, en, 20 dat deeze verkiezing ArijtocratiJ'ch was: hier in nu hebt gij de geene die gewoon waren u te volgen, op den engen weg, daarwi] ftraks, bij gelijkenis, van fpraken, g"ieid; is dit het beltrijden der Arifrocra- tie, dan hebt gij zeker zo llertc ais iemand dezelre beüreeden — hoe zeer anderen het perfonaiileeren zuilen heeten — maar, Mijn heer! als nu de Ariftocratie voor uwe fcherpc fchichten niet  ( ia*) freft te vallet:? . Als zy daar tegen ftouter wordr^' Wat /.al dan het heir, dat gy, als fakkeldraagerm voorlichter, hebt aangevoerd, dat met uwe wapens niet weet te llrijclen, uitrichten , als zy aan het eind van dien weg tegenftand ontmoeten? moeten zy dan den aftogt blaazen en ontvlugten eer de ftrijd beïint? Ik begryp a niet, of gy fpreekt uw zeiven ongelukkig tegen, wanneer men uwen brief met elkander vergelykr. Iedere regel, ieder woord fchier, van uw hate» lyk affcheid, toont aan, dat gy nog in uwe fchriften, noch in uw Charafter uw zeiven gelyk zyt ' ■ - wat dienft hebt gy gedaan met al uw gefchryf, zfnis gy de pen voerde, als men er uw laatite brief by leeft? waar toedient het, dat gy der Burgery haare rechten hebt voorspreekt, dat gy veele leden van den Raad hebt getaxeerd en ons voor dezelve gewaarfchuwd, dat gy de geheimen van de vergadermg voor de waereld hebc opengelegd? nu gy ai de gevolgen, die daar uit' zyn voordgevloeid, van uwen hals, op rekeniag van eene onfchuldïge Burgery durft fchuiren» Wat recht, wat gezaefi meent zich toch een Ukrajeclinus over zijne lezeren verkreegen te hebben , om hun loutere onwaarheid, wind en lafier voor goede munt in de hand te floppen! waar zijn uwe bewijzen mijn Heer ! vas het fchandelyk' ®proer en geweld dat er gepleegd is, zo dat de Raad door vreeze voor tevens gevaar alleen, van zijn befluit heeft moeten afzien? Welke betekenis moec men aan uwe woorden hegten, dat „ de toomelooze drift van heerfchzuchngc 5 5 Ingezetenen, die tot in de Raadzaal toe de vrye „ vertegenwoordigers van een vry volk gaan coo'd„ dringeti e. z. v. ?'* Moet een vreemdeling hier uk met befluiten , als of het vo:k , de Gecommit eerden deszelven , met geweld eie raadzaal waren ingedrongen? wat ftaat kan men maa¬ ken op iemand oie, van het tegendeel overtuigd zyndc, zo durft fchrijven? • Wat was de reden, wie waren dc oorz-aken dat de Ceconitku- cer-  ( ia*) eerden, tegen hun eigen intentie en godeciar'eër'd gevoelen gedrongen wierden tot den iaatften {tap1 dien zy deedcu? Immers gy en uws zeride- lingen! herlees ons boven aangehaalde, herlees uw géhsele brieven inlNo. 217 van den Politiken Kmijtr, en zie, of nist gij zelve en gy alleen, dé eéHte gronden gelegd Uebt,' om het volk optezeta .( "aamevuuren tegei de door u omfebreven iawstiige en Arijioeratjciie aanfteiling vaneen Raad, en daar uoor de Geconftitueerden in eene ongelegenheid gebiagt'hebt,'tot welke zij welligt anders niet zotten gekomen zijn. —— Dit gevoelt gy thans zelve, en daarom is, het dat gy hec als voor uw eigen deur, zoekt fchoon te maaken, door diafce'fde P.e^.oringsleden, die gy anders by elke ge. legenheid waarfchijne.yK trc pe zorieele' inzigten over uen hekel ha Ide, vrat ho- lüg om den mond te fmeeren, do^r hun laatfte daad, het neder legden van hun poft, ce roemen' ais ,, al hec vooriedene (dt i. kwaadej uitwis3, fende, hen gelyk- ftellende met de waarJrgfte mannen van óns Vaderland'* —niet genoeg dat gy in 'c gemeen , zonder' grond , het gebeurde voor oproer en geweld üitkryt maar gy gaat op denzelfden voet voord om in 'c bijzonder eene geheel onfchuldige Maatfchappy te betichten. —-; Wie toch verftaat gy op bl. 14$ en 149 door die Maatfehappv , uit wiens boezem gy het heil aeezer Stad, de voorrechten der Burgery herfteld en de waare Vryheid dagt geboren te zierü wier zucht tot vryheid, wier achting voor eene wettige Regeering , wier moed tot herjiel van 't vervallene haar niet alleen in dit gewefi deed bewonderen , maar haat ook als. een voorbeeld voor de óns omringende bondgenoot en jleldei wie toch verftaat gy' daar door anders dan het Ioflijk Oenootfchap van' Wapenhandel, onder de.fpreuk: Pro Patria ei* Libertate ! wdke gij ce vryheid neemt nu gJyk te ftellen met die Oranje Oproermaakers, die 't Land leroerd hebben en ti gezag eener wettige Overigheid: in 't voeizand yertraien. (hoe zeer het verhand u- wef  ffèr reden u hier fehijflt te begeven) Kunt gf voor al uw ydel gezwets wel één bewys aanvoeren ! Waar heeft het lofwaardig Genootfchap eenig deel gehad aan het gebeurde dat gij oproer gelieft te noemen! zo het gebeurde al oproerig; ware geweeft, is dit dan aan het Genootfehab toe te fchrijven, om dat onder huö die het woord voerden, leden van iaetzelye waren? -—;—■ kwamen zy hier by in hunne qualitek als officieren erf iedeu en als gemagtigden van dat Genootfchap voor? Waren zij tot het geene eij verrigtten niei3 ondanks hun tegengefteld gevoelen, ter voorkoming van onaangenaamheden , gedrongeö, door zulken, die, als boven gezegd, gewoon waren u blindelings te volgen, die gy geftadig had aangefpoord, om Jlandvaftig te blijven en der heerjekzuclit niet tos ts geeven! zulken, die welligt .uw verwyt fchroomden., dat zij zich niet ftandvaftig, hadden getoond daar het noodig was, in een geval dat door u als Arijlocratijch en onwettig was befchreven. Moet men dan niet 'hier weder uwe eigen worden overneemen, op pag„ 104 van gem. Kruijer JNo. 217, omtrent de[han* deling der Vroedfchap met het reqneft van Geconftitueerden dat het J'chyni dat gy maar een reden zoekt om het Genootfchap in een ongunftig dagligt te Hellen, en daar door te willen doen geloven, even als of hetzelve zich tegen de Rigeering kwalyk had gedragen. — Dan ik moet uitfeheiden met u verder te herleezen en op den voet te volgen « dit moet ik ten flotte alleen zeggen: dat ik , na dat gy een brief als uw laatften hebt kun'nen voor den dag brengen , de Burgerij van Uitrecht moet geluk wenfehen met uw zwygen, wijl gy, na zulk een onbefchaamden lafter, zo lang gy dezelve niet openlyk herroept, alle geloof onwaardig zyt ——- daar gy de voornaame bron zyt , uit welke alle die valfche betigtingen zyn voordgevlceid, door welke de zaak van Utrecht }n zulk een verkeerd licht is geplaatst — Hec Ü  ( iö8 ) 5s Godlof ! een tyd waarin de leugen, hoe fnel ze ook zy > door de waarheid agterhaald worde . an-ere Mannen, welligt minder [door eigen of familiebelang gedreeven. De tyd zelve, heeft u en uwe volgers reeds genoeg wederlegd, zo lang gy derhalven^van geen betere gedagten zyt. noeme ik my Anti Ultrajectini» Utrecht dsn April 1785» Te Utrecht, by De WED. MULDER, cn alom by de meefte Boekverkoper a t St.-  j> È V R Y Ë NEDERLANDER, No. 95 Waarom zou NederlaEds Volk» niet defi ot'dett moed syrier onverwmlyke Voorvaderen lieivatieaf zich niet zelf wapenen- tot befthciming", Zyner bezit/ tingen Vryhedert on Voorrechten, tegen alle buiten-er} binnenlandfdie geweldenaaran I * VADERLANDSCHE BESPIEGELINGEN; Hn ons voorig No toonden wy aari, dat het mei genoeg was dat" men zich alleen tegen binnenland» fche Vyanden, ter bewaaring der vryheid in den Burgerftaat wapende, maar dat men zich ook tegen Büitenlahdfche Wanden moeft veffterkert. En in de daad, hoe tóch kan onze binnenlandfche Vryheid beftendig zyn, wanneer wy zonder ■vreemde magt ons niet uitwendig künneri verdedigen ? Hoe toch was het gefteld met on¬ ze inwendige vryheid, toen wy eeu Engelfchen Levcefter moeften inroepen om Ons tegen een Spaanfchen' Philips te verzetten? Had men met deeze vermeende hulp iets anders dan het Trojaan fche paard ingehaald? —— Welk ander belang kon eene vreemde mogenhcid in ons behoud ïtelicn. dan het vergrootèri van haar digë'n magö h f*  C 168 ) en voordeel ! rWelk eene andere zucht kon den hoofden dier géhuurde magt bezielen , dan het voldoen van hun eigen belang en fchraapzucht. Die hun het meefte goud bood ftonden zy ten dienfte, waar van het gevolg was, dat onze Steden en Vefnngcn aan den Vyand verraaden en de te. genrtatders der willekeurige magt de flagcoffers wierden van hun, die men betaalde o;n daar voor de vryheid te_ koopen. Welke . behoedmiddelen zyn er tegenwoordig voor ons, 3a c 'wy niet met den tijd weder in diezelfde ongelegenheid zouden kunnen geraaken? Hebben nie: de laatfte Engelfche Oorlog en de tegenwoordige verfchillen met den Keizer ons doen zien , dat alleen het recht van den langden degen over ons recht of onrecht beflih:? Hebben niet de vrede met Engeland en de Vredesvoorflagen des Keizers ons geleerd dat het alleen voor onze nabuuren is, dat wv door onze nyverheid fchatten verzamelen —'■— dat wy onze Schepen uitzenden om de voordbrengzelèn onzer Ooft - eh Wéftindifche bezittingen voor onze fchraapzuchtige nsbuuren intezamefenJ er wie verzekert ons, dat zy, die ons hunne hulpe .aanbieden, een ander belang, .een ander, ooginefck hebben, dan zij, die orjs berooven en van het onze trachten te ontzetten ? — Waar toe zal ons ©ene overmagt van vreemd Krygsvolfe baaten, wanneer wij door ons goud de onredelykfte eifchen onzer Vyanden moeten afkoopen! ■ Waar toe zyn. ons, in een vrede van bui, ten, meer Landtroepen, vreemde bezoldelingen, noodig, dan ineen Zee-Oorlog? —. Of is het, om dat wy ieder oogenblik even zeer flaan overvallen te worden door dezelfde vyanden, of anderen die niet minder belufr zyn op hec hollandfche goud, dat zo ligt te bekomen is 1 — maar waarom dan niet onze eigen magt gewapend , waarom dan niet onze eigen handen gebruikt en uit . gedoken ? Dan immers behoeven wy ons gevoelen , die aan onze eer, aaa ons belang, verknogc is,  C i6? 3 ïs niet te onderwerpen aan dat van èeri rnagtU r' K,.3n bord.-er.oot, wiens gevoelen in ons binnen en '"' i' buitenlands bellier van het onze zou kunnen ver:'' fchilien. Zonden wij te veel zeggen, wafl- hie-r wy onze -landlieden het verwyt deeden dat S tfqn ei en fchuld , het verzuim der behoorlyke :' < -wapening, de oorzaak was, dat wy thans van an- n deren moeren afban;;en • dat wy misfehien * f boven de bereids gemaakte koften, voor 12 nul-, S Jibencn guldens ons eigen goed zullen rrtoeteri K i koopen, en dus voor dat geld een fchandelykeri i" vrede bekomen? Het is das en voor uen Souverain 3 en voor ;: den Stadhouder , en voor het volk even nood:: zaaklvk, dat de Natie zelve en alleen, het fteiin:: zei z*y op welke wy , naaft God , Onze hoope I; Veftïged. ■ - Is het niet mogelyk dat, by : - vervolr van tyd, door het overneemen van trou: pen van ondc'rfchciden Natiën, wier eigen grooti: heid en belang aityd rhede , zo niet het eerft * :'( in aanmerkinge komt, weder zodanige Militaire :! rechtbanken, onder welke naamen het ook zy, I worden opgeworpen, en hoe ligt kutnen deeze, wanneer zy het onderling eens zyn, de overmagt fc hebben, cn den Kapitein Generaal zelve, allengs i:i door overftemmmg als anderszins., of in zyne. jf nuttige plans en onderneemingen ftremmen , of 16 in ontwerpen doen komen , welke hy uit zich •' zclven niet zoude zyn toegedaan'. Maar hoe ligt kunnen ook weder zodanige ;' rechtbanken ftrekken tot pracjuciitie van den Sou. vei-ain en de civile hooge en mindere rechtoan» :« ken en ftedelyke Regeeringen, daar dé vrees van ongenoegen te geeven aan die Mogenheden, wier: troupen wy in dienft en in het haft van 't Land^ e binnen onze muuren, hebben , dezelve afligt zou;r de kunnen te rug houden Om op hun tiiterft Sou"-' vel-ain recht te ftaan , en liever ofn des vredes II -fcille iets over te Happen en toetegecven.- 1 Sn ziet daar dan weder de beginzelen van inbreu- f L s kest  ken op de Vryheid en onaf hanglykheid vaf! de Souverainiteit ? *— er, kan dit niét van dezelfde gevolgen zyn voor de Vryheid in den Burgerhaat? . — Wanneer het Character der ondcricbeiden Natiën onzer 'hulptroupen niet eens harmonieert;: rr.er. dat der Burgers en ingezetenen onzer Repirbliek, wanneer daar ujt gefehillen en onaangenaamheden tusf.hen de hoofden en mindere bevel-, hebbers of gerr.eeEcn dier troupen en de Burgers eo Ingezetenen ontftaan, zalmen , wanneer hec onrècht aan de zydë eer èerftèh is', het zelve altyd naar de rigeur van 's Lsnds wetten kunnen ftrr.ffen? Loopt men niet veel -eer gevaar dat zy zich op hunne wetten en gebruiken zullen beroepen, of de s.efchiUcn voor hun eigen recht-, bank zullen beOe-ten en door hun vermogendea arm zich der ftrrnfe zullen onttrekken of ten hunnen voordte'.e nullen uitwyzen ? En boven dit alies: men heeft in een geweken Veldmaarfchalk ge-, zien welke aanmaatigingen, tegen het oogmerk van den Souverain, hy zich heeft durven veroorloven: Men heeft in een Piins van Nas/au Weilburg ondervonden, hoe zeer dergelijke legerhoofden zich voorbehouden , wanneer zy in vredestyd hunne voordelige tractementen genoten hebben, om by. een opkomenden oorlog, om voorgewende reden van inconvenientie , hunne demislie te neemen , cn daar deeze door naauwere baaden aan onze Natie verknog' waren ; hoe veel te meer loopt men dan gevaar dat zodanige vreemde trou-. pen, die men van andere onderfcheiden mogendheden in dienft neemt, wel eens zouden difficuiteren tegen een opkomenden Vyand van onzen Staat te ageren, wijl hij een Vriend van hun Vorft was ! of den Staat tc doen befluiten om een aangedaan ongelyk niet ten ftrenglten te ag-. ter volgen. Hoe het ook zy, dit is al¬ thans zeker, dat een Staat die zich riet door sigen magt kan verdedigen , nimmer zo vry en oriafhanglyk kaa worden gerekend, al» een die op  C W ) op zich zeiven ftaat en van geene andere mogen» heden behoeft aftebangen. Na deeze algemeene aanmerkmgan vermeencn wy at elk genoeg zal kunnen opmaken de Ddpdkaaklykheid^er algemeene wapening onzer eigen Burgers en Ingezetenen, waar doov alleen men die fterkte aan- onzen Staat zal kunnen toebrengen waar door hij niet alleen vry en onaf hanglyk zal kunnen genaamd worden , maar ook gedugt zyn voor zvne nabuuren. Men rekent het getal van JNVerlaiids Inwooneren op drie milhoencn menfchen. Wy zullen niet zeer misrekenen wanneer wy het zesde gedeelte daar van fteilen op vry* inansperlbnëh tusfehen de !8 ea 60 jaaren ; dus üebben wij eeu aantal van 500,000 manfehappen, geschikt om de Wapenen ce draagen. Wanneer men vin deeze eens afzondert dc zulken die wegens ambtsbediening, lighamns gebreken als anderszins ongehouden of ongetclnkt zyn om tegen, büitehhhdfche wanden de Wapenen te voeren:, zo kunnen wy ten minftèn op 200,000 rekenen die of vry willig, of by uitlootmg zouden kunnen geëngageerd worden, om niet "alleen zich b.e« hooflvk in den Wapenhandel en de noodige krygs. evolutién tc exerceren, maar ook , om by een opkomenden oorlog met yrugt den Lande vaa dien ft te zvn. Het beraamen van een algemeen plan hier toe, en het zamenftellen der vereiichte wetten en ordonnantiën om hier door het gewenftr.te effeft te zien, zyn zeker zaaken van geen gering belang en overleg. Dan het daar uit refulteerend nut en voordeel voor deezen ftaat is zo aanmerkHik, dat geen moeiten of koften zo groot kunnen wezen, of ze worden door het voordeel ryklyk opgewogen. Twee zaaken worden vereifcht om deeze grootheid van onzer, ftaat op onwikbaare grónden vaft te ftellen — en het is als of eene werkzame weldaadige Voorzienigheid ons dezelve4 jtuft ces L 3 r«W  yeehter tyd, daar toe heeft aan de handgegeeven en alles voorbereid. Daar deeze algemeene Wapening een Natioïiaale zaak is, en dus eene algemeene byeenkpmlt der bondgenoten vereifcht , zo komt dezelve pooit beter dan nu te pas, daar reeds tot regulering en verbetering van verfcheiden defecten befloten is eene algemeene groote vergadering van gecommitteerden uit de zeven vereenigde gewesten te houden,, welke als nu vervroegd is en eerftdaags ftaat gehouden te worden. Het is te wenfchen, dat onder de daar te verhandelen zaaken deeze algemeene Wapening het ho.ofdpoinct zal zyn: en niet de eene provintie of Stad' zich wapene , terwyl niet alleen eene andere dezelve niet ordonneert; maar zezelfstegenwerkt en verbiedt. Daar niet minder deeze wapening e.ene zaak is van dat aanbelang, dat het Volk daarin, even al» voor heen in zaaketi van minder belang plag re gefchïeden, behoort gekend te worden; zo biedt 'zich daar toe mede als van zelve de gelegenheid aan, in de algemeene byeenkomften van gecom». mitteerden der Gewapende Burgercorpzen , welke tot twee reizen reeds in Utrecht gehouden is^ «en in 't begin van Juny weder ftaat hervat te wor» den ; eene vergadering, alleen gefchikt om dc Burgerwapening algemeen op een geregelden , eenparigen voet te brengen, en, zo wij wel onderrigt zyn , reeds befchreeven, om , zo veel hun betreft, mede te werken en te helpen effectueren zulk eene algemeene wapening en inrichting als wy boven hebben opgegeeven. Door middel van zulk eene algemeene zamenkomft van Gecommitteerden der refpective corpzen, geauthorifeerd door de byzondere Schutterijen hunner departementen, zou de Souverain in ltaat zyn pm een gefchikt plan te 'doen ontwerpen, cn hetzelve, na dat het de approbatie der bondgenoten |iad bekomen, aan de Burgers en Inwooners van  C 173 ) «heel Nederland voorceftellen, en als een onverariderlvke Staatswet te »rrefterep; Geen tyd is zo gefclukt ais de tegenwoordige om zulk een plan te eifecturen. De neerfchendeluft toe dc wapenoeft'enmg breidt zien meer en mee- uit, en lints men beeft beginnen te zien,, dat niet, om het gezag en de rechten en prsvoéativen des Stadhouders te ondermynen, de wapening is ingericht; maar, om alk geweld, te5cn 's Lands fouveraine en wettige iieveien, te, tin ce gaan en een buitcnlandfchen Vyand te helpen af weeren; fints fchijnt zelfs dc luft en yyef tot den wapenhandel algemeener tc zyn doorgedrongen, zo zelfs, dat in de Domeinen van L. D H. zelve de wapening, onder'hoogft aeszelrs approbatie, met alle yver wordt doorgezet. Len bewys, dat het Nedcrlandfche bloed maar een w^inia op het pointe van helaendapperheiü bc hoefc aangeprikkeld te worden, om tot den ouden aart der Voorvaderen weder te keeren. _— Moet men dar: met zeggen, dat de Voorzienigheid zelve ons het laatfte en eemgfte middel om onze grootheid cn-onafhanglykherd te neiltell.cn, aan de hand fchijnt te geeven, en alles dam- tos voor te bereiden? En verdienen wy dan niet, deeze middelen verwaarloozer.de,'het eindeloos verwyt , dac wy zelve de oorzaaken en bewerkers van onzen val cn oudergang zyn; Wyl wy die middelen, welkë de Voorzienigheid ons aanwee* en zelfs door alle omftandigheden van tyd en gebeurdtenisfen voorbereidde , mee bydc hand genomen en ons ten nutte gemaakt fiebuen { Daar welligt in de groote algemeene vergadering der Bondgenooren behalven de algem.ee. pe"Wapening, ook het point van hec_ recht tot het verkenen van patenten, de bepaaüng en invloed van de magt des Stadhouders op de *Re.«geering, en andere zaaken omtrent 's Lands Gonftitutie en Regeeringsvorm nader zullen geregu■ ' L4 lcw«  c m) Jcerd worden; zo zou ce gelyk een allerheilzaam* :fte zaak vcor de inwendige gefteldhcid der kón publiek zijn, dac in die ycigadeiing mee alleen le, gen eer Regeering, maar ook een gelyk getal léden uit de Burgeryen werden toegelaaten.' Om dus piet alleen de vryheid en fouyerainVeit der 'Regeerings coilagien en ftaatvergaderingen vuttetfcllen-mav pok te gelyk om gein argwaan i'e geeven als nf daar by de vryheid in den Burgerftaat uit het oog wierde verloren; en alleen maar die gebreken vv erden heriteld, die aanleiding konden geeven tot eene gevreesde dejpotisme , terwijl te gelyker tyd de gronden werden gelegd tot eene veel meer gevreesde Jrifloeratie , die ten.' allen tyde de oorzaak is geweeiï van het hunkeren naar eene meer onbepaalde magt der Stadh mders. Immers, daar zulk eene algemeene pyeenkomft der bonagenooten eene "bnjtengewoone zaak .is, om formeele veranderingen en'verbeteringen in 'c Regeeringsbeftuur vaftceftelien cn tot 'algemeene ilaatswerten te (tatueren , waar by even zeer het volk en de Stadhouder, als de Regeerings leden gemteresfeerd zyn ; zo behoort zulks ook niet anders dan met buitengewoone Conj currentie van het Volk, wiens magt door de Regeeringsleden b-'et dan by i ep'-efentatie bekleed wordt, te worden vaftgeüeld.' Zulks zquee verie afzyn van eene nieuwigheid te zyn, daar het. Uit oude voorbeelden , te over bekend is , dat te meermalen de Burgerijen en zelfs in 't byzon. der de fchutteryen, in dergelyke buitengewone, zaaken en voorvallen zyn gekend en geadvyfeerd. Het was reeds een artikel by de aanite'lling van den erfraad te Utrecht in den jaare 1401 dat de Mep.ntemannen wanneer er eenige merklyke zaken, "var.tn die Stad ofte Lande aangaan, ofte' den Gil. den, menhuhiudkn zoude bicden op tenHvfe, ende geven hem die zaken te kennen. 7Ae Placaat III. D, bh ?9. IV. Art, Dit. heeftin Utrecht met alleen plaats gehad voor de overdragt der tem,ppraliteit aan Keizer Karei^ njaar ook by die  ( iT5 ) ovcrdragt zelve, werd de Burgerij geconvoceerd op de Neudej om haar al'tevraagen : of zy den Keizer voor Kun Heer wilde erkennen, zélfs de vredehandel te Breda ij7«r gefchiede ook onder aéclcren Jn naam van de Schutterijen der Steun. Alvorens de hooge Overigheid werd gedefereerd aan Willfm den 1. werd op den 14 Mei 1582 gerefolvccrd de poincfen daar van oen Burgerhopluiden te communiceren en voor te leezen, gelyk ook een der Burgerhopluiden mede gecommitteerd wierd om met Z H. een accoord te treffen, — zo als dezelve ook te meermaalen op het Stads -Raadhuis zvn ontboden over het introduceren van nieuwe" beladingen , zo zelfs, dat. zy hebben geweigerd in dezelve ce accorderen ' De Staaten van Holland zelve hebben tot ondcrfcheiden reizen , onder anderen den 3 Aug. en 3 Oct. des Jaars 15:6 aan de Burcerv van, Utrecht en den 24 daaraan volgende aan de Burgerhophiiden gefchreven , om zich roet hun te vereenigcn toe afweering van den algemeenea wand, zeggende onder anderen: aat daar toe niets réjieeid, dan met ten anderen in alle vreedzaamheid te vcreenrgen, als 't behoort onder de Litmaten van' een Lighaam. Maar dat meer is, I v het 25 Ar:, der Unie van Utrecht wordt zelrs geeifchc: dat dezelve ook zal bezworen worden door de Schutterijen, Broiderfc happen en de Cotygien die in eenige 'Steden ofte Wecken van deze U% 's Zyn> en dat men niet vindt dat de bezwe- ring deezer Unie door de Schutterijen enz. is gefchied, is alleen geweeft, om dat men daar door zoude verhoeden d' inccnvenienten , die daar deur zouden ent {laan: zo verre men die van de Roomfdte Relig;e, me noch veel in den Lande zyn, zouden villen bedwingen , jegens haar confeienüe te zwee-. ren, die Unie te maihtineeren enz. en zelfs in 'c ]aar 1672, wierd rnet de Schutterijen in Zeeland overwoogen, of men zig al, of niet, nevens lid., land zou inlauten in de handeling van Vrede mee pranhyk, en wat men deswegens zou laten inhrenL 5 gen  stn ter vergaderinga .der Staaten van Zeeland. Men tic P. Paulus op dc verklaring van 't 2t Are. der Unie van Utrecht. Uit alles zamengenomen ftellen wy vait, dat er geen beter en gefchiifter midde^ is, »m , zo als boven gemelde Heeren Staaten fchryven» dit Land uit den kryg en oproer te reduceren m on. te oude privilegiën , en loffiyke vry dammen, cojtuymen ende rechten van den Lande, en dezelven we. der opterechten , zo dezelve van onze * aorvaderen zyn nogelaaten. — Dat dan Burgery en Regeering zlcli hier toe onderling vereenigen om ds binnenlandfche gebreken te herttellen ; en zich tevens In een gedugten ftaat van tegenweer van buiten, door zyn eigen Burgers, en ingezetenen, te ft el. len : Waartoe niets • zo , gevoeglyk en gelemkt is, dan zulk een aanftaand Congres van Gecommitteerden uit de Regeeringslcden en de Bur- £€ilan om zulk een Congres van béter gevolg, te doen zyn dan dat van den jaaie 1651 en andere behoorde men vooraf het voorbeeld van Utrechtl te volgen, in het oproepen der bezwaren van Burgers en Ingezetenen; want men kan niet. wel verondcrftellen dat de Regeering, of zodaniec Gecommitteerden, van alle de bezwaren deiIngezetenen genoegzaam overtuigd zyn, en zonder welker behoorlyke kennis van s Land'; eieenlyke kwaal er geene gegronde verwachting voor derzelver volkomen geneezmg zal kunnen . plaats hebben, maar veel eer, dat dezelve zal inkankeren en eindeiyk in eene ongeneesbaare wonde uitbarften. Waardoor men -dus verre at zoude zyn van te voldoen aan het waare oogmerk dat zulk eene buitengewoone byceukarnft kan hebben, namelyk, dc wegruiming van alle «egronde reden van bezwaaren, cn de beüendigheid van 's Lands bloei en welvaren. ——« De Staat en Stadhouder zo wel als het Volk , hadden by zulk een gegoinbineetde vergadering  ( 177 ) het grootfte belang, wvl alsdan oolc zoude kunnen blyken aan wien de ichuld der nadeehge be ■ ftieiing van 's Lands zaaken, zo in 'c gemeen, als inzonderheid in de twee laaifte oorlogen, te wyten was, hec zy de bevelende of uitvoerende 51 Buiten zulk eene overeenkomt]: zal het vooral de zaak der Burgerven zyn naauwkeurig te letten op de vaftftellingcn van zulk eene vergadering', op dat niet de Ariftocratie zich verfchanïche en de Burgerlyke vryheid de volkomen nederlaag geeve! Britf  C 178 ) Brief van een Heer uit Deventer aan zyn Vriend te Utrecht. w anneer ik onlangs in de Poft van den Neder-Rhyn, No. 328, las de Meflive van Ctndadus Celrus over de bezwaaren van de Burgery der Stad Thiel, zag ik 'met verwondering dat het by die Miflïve opgeven concept Addres ingericht was aan de Staaten van die Provincie, daar ik in 't zekere geïnformeerd ben, dat de Schryver der gÈïneide Miftive van een geheel andé'r Syftema, en cn dat het door hem opgegecven Concept Acdres. niet aan de Staaten, maar wel aan den Stadhouder luydende geweeft is, zo dat het zelve door de fchryvers van de Poft zeer waarfchynlyk dus is verandert en getourneert» waar uit ik moet opmaken en btfluuen dac die -fchryvei s, zo als ik altyd heb vermoed, meelt Hollanders zyn, en van de conftitutioneeie Regeeringsform in Gelderland geen regt idéé hebben : (*_) Aldaar heeft het Volk, of wel de burger Maatfchappyen binnen de Steden, voor den jaare I7.18het onbetwiftbaar regt gehad om zyne Regenten te verkiezen en aan te ftellen, 't zy direct by itemitingder gezamentlyke leeden van een zodanige burgermaatfehappy en Corps by een vergadert, (zoo als binnen de &tad Thiel altyd gebruykelyk is:; 't zy aoor een Collegie van Geracenslieden in naam der gezamentlyke Burgery, als deszeifs onmiddelyke reprsfentanten in deezen, gelyk elders heeft plaats gehad, ook hebben zy dat regt tot den voorfchreeven jaare 1748 dadclyk uitgeoef. fent. Wel P) Wy twyfelcn of de vcranderii'°,door dc Schryvers van de Poft van den Nederrtivn gemaakt, wel uKdat oofpunr moet her*ou\yt worden. De reden 'daar van is onze» bedunkens te vinden in, het geene wy in de naalb volgende aantekening retleCteteoj. (/tinw. vim ton Frym Ifctterlm&Ti)  c m) Wel is waar, dat by het overlyden van wylefi zyne Koningl fvfajefteit van Engeland Willem de 3de glor. gedagtenis, in den jaare 1702, die uitoeffening aan de Burgery van Thiel door de Magiftraat eenige jaaren is -betwift geworden, doch dezelve Magiftraat is eirrdelyk in den jaare i~o3 verpligt geweeft de zaak op te geeven, en de Burgery in die uitoeffening vry en ongeftoord te laaten, ook was 'er te dier tyd aldaar een Collegie van veertien Gemeensluyden, door de gezamentlyke Burgery, even gelyx de Magiftraats perzoonen, by meerderheid of eenparigheid van ftemmen verkoren, aan welk Collegie van Gemeensluyden bevolen was om zorg te dragen voor de Stads Finanticn } dat die behoorlyk weerden gedirigecrt en waargenomen , moetende door de Magiftraat in het leggen van eenige belading hoe ge» naamt gekend worden en daar in confen'teeren, ook met en bcneftens dc Magiftraat dehbereeren, op vrat wyze dezelve belading het beft en ten minften bezwaar konde omgeflaagen en geheeven worden ; hier by vèrmdgten geene Capitaalen ten laste van de Stad genegotieert, ofte eenige vafte goederen van dezelve verkogt of bezwaart worden dan met confent van Gemeensluyden, geene Stads middelen of Finamien verpsgt, dan publicq aan de meeftbiedende, en met voorkennis en adfi'sftentie van dezelven. Nog moeften alle uitfehryvingen > brieven van Land - of Quarticr - dagen aan den Praefident van hec gemelde Collegie worden gecommuniceert, en Copy daar van overgegeeven , ten einde Gemeensluyden daar door occafie mogten hebben om over de een of'andere zaak hunne confideratiea aan de Magiftraat te communiceer en;. Ook ftond het aan ieder Borger of ingezeten vry over eenig bezwaar als anderzimsde Gemeensluyden te adieeren , derzelver voorftand en patro» cimum te verzoeken, welke als dan gehouden waven  ( i8o ) ien hy de Magifhat uit te werken, dat die zwaaien wieden uit den weg geruime; Geene Ordonnantiën mogten by de Magiftraaë geflagen worden tot betaiinge van eenige rekenin»' gen ten lafte van de Sta*}, voor dat die rekeningen door Gemeensluyden waren geexamineert ,(uitgezondert alleen aroeidsloonen.) Geene billeteering of inquartiering der Militie ■vormogt by de Magiftraat t.e gefcüieden als ten overdaan van Gecommittcerdens , zo uit de Gemeens als Burger Hopluiden.- De Gemeensluiden moeften zorge draagen en aanhouden dat, de Stad8 reckening alle Jaar eer behoorlyker tyd geeaan wierden , en moeft dezelve réekening gëfchicden ten overftaan van Gecommitteerdens uit de Gemeensluiden, om die mede ie examineeren en te helpen fluiten, welke Gecommittcerdens verpügt waren jaarlijks na het fluiten der gezegde reekening aan Decanen ujt de Gilden rapport te doen of aan de Stads iukomften te kort fchoot , don niet.; eindelyie ftond het can Gcmrensluiden vry-jom t' allen tyden, zo dikwyls als zy zulks nodig oordeelden,op den Stadhüize te mogen vergaderen, in zo d..c>nu kamer of vertrek als aan dezelve door dc- Magiftraat daar toe was Geasfignecrt 3 alles IÓgèvpke het Reglement des aangaande by de gezamentlyke Burge-rye, daar toe wettig gecon= Voceere zynde, op den 6 Auguftus 1709 gearrefteerd, en door de Magiftraat, gemeensluiden^ rnitigaders Decanen uie de Gelden op den 7 dito thee derzelver teekening hëkragtigt. Dan dit Collegie van Gemeensluiden, hoe heilzaam en noodzakelyk ook tot confervatie en mai'ntien van het onafhankelyk züfsbejlunr dat waare kenmerk van' Burgerl-yke vryheid, tot weering van alle Aristocramische dwingelAndy en overheersing, is door de Magiftraat var. tyd tot tyd in deszelfs voorregcen beknibbelt en.eindeiyk eeheel tot niet geraakt, zodanig dat, fchoon aan  C l«i ) aan de Burgery de uitoefFenirig van het regt ora b'unné regenten te verkiezen nog gelaatea wierd, dezelve echter byria geen fchaduw van Burgerlyke vryheid'meer overhielden, tervvyl de Regenten eenmaal verkoren zyndc willekeurig ovef alles nefchiktcnen dit is de reden waarom die Burgciy in het laatft van den Jaare 1747 aan V1Y" jén zyne Doorluchtige Hoogheid Willem de IV. Glor. Ged. als Stadhouder , deuitoeffening van het hier v.oorgem. recht, het eenige overblyfzel der prierogativen van hunne Burgerlyke vryheid, heeft opgedragen en toevertrouwt, de "Magiftraat ten dien eynde ontilaande van den EedE tot handhaving der vrye keur gedaan; fchoon van dit laatfte in de'gilde Boeken niets te' vinden isï Door deeze opdragt heefc de Stadhouder, als in deeze $' Volks plaats betredende, wel de magc bekomen om een algemeen landlyk Reglement: op de beftelling der Regcering in te voeren; maar geenzints ren Reglement als dat 'van 1750, door het welk dc. Regenten ten eenemaal afhanklyfc en de oorfpronkelyke vryheid een Niets geworden is , echter heeft de Stadhouder in de hier voorgemelde relatie alleen de magt om 't zeive Reglement, hoe onbeftaanbaar ook, ten allen tyden te kunnen veranderen, zelfs offchoon zulks .by 't laatfte Artikui niet expres ware gereferveerd; maar de Staaten zyn door'eene plechtigen Eedt* tot handhaving van gezegde reglement verbonden en kunnen dus met geen mogelykheid buyten den Stadhouder in het zelve eenige verandering te weeg brengen. Want om zig zelfs te ontïlaarï yan eenen Eedt, dien zy vry willig hebben afgelegd, kan van geene lichtvaardigheid worden vrvgelprooken, ten zy zy zig te gelyk ontdaan van: de Regeering, welke zy op dien Eedt hebben aanvaard (*). Hec . (*) Daar Scfcryver bier zelve erkent , fct de Stadhoudec iiieb  C »8a ) Het is dus aan den Stadhouder, en niet aan dé Staaten, dat het Volk zig moet vervoegen om. eene eewenfehte reforme in hetzelve Regiement ' te erlangen, huhné bezwaaren zyn ten hoogden billyb en gegrond * en de Stadhouder js verphgt d" "ftemme des Volks in deezen te eerbiedigen , of her zelvé word by weigering bevoegd om de uiioefrenmg van een regt, het welk de wezentïykhnd van hunne oo. fprönkelyke Conftitutïe uitmaakt, en nimmer ten pra^üditie van de nakomelingen ónherroepelyk heeft kunnen worden verVreemd of weg gefchonken , weder aan zig ta trekken , als Wanneer het meerged:' Reglement ert inet hetzelue ook den Eedt doör de Regenten gepraefteert van zelfs geheel ia uuigen valt. Het vervolg hier na. niet bevotgd was om een Reglement. «& dat m 11 5° ^ fit* fièV. es intevoeren, daar dezelve de hem verleende ftdufeit vrf"I^Verfchfeden en te buiten gegaan heeft en daar het bu ten dien, ui- alle de onhandigheden der mvoerrt? van net zelve. Steen: dat het zelve ■jnweaig hoe kan men dan op het denkbeeld komen , om hetzelve zü k eene .egahmt en verbindende kracht toe te kennen,- dat i.H hetzelve geene alteratie zoude kunnen gemaakt worden, buiten den tijurpateur dow den Souverain Zelve, wanneer het Volk oovdedt dat ..etzcive ftrvdie is met dc grÖridcon zaj ook de reden zvn van de boven gemeld* veunder.ng vau t airej rjtenm. des vryen Nederlanders.') Te Utrecht, by De vVED. MÜLDÈR, en alom by de meefte Boekverkoper a s Sc,  i) e V R Y Ë NEDERLANDER No. iè. (Vervolg van Noi o.) 33ah het is ten hoogden wenfchelyk, jaa zelfs rioodzaakelyk, dat de Stadhouder in de Provintie van Gelderland eenen becamelykën invloed blyft behouden, zodanig, dat die eerlle Staatsdienaar het Palladium zy voor dè Burgerlyke vryheid teegen alle Aristocratifchc Overheerfching , en het ismet die intentie alleen dat de Burgermaatfchappyen in de Steden van gcdagte Provintie, de hier voorgemelde ultoeifenihg in den Jaare 1747 aan den toennialigen Heere Stadhouder hebbent öpgedraagen, maai- geenzirits, om met die uitoeffening zöo te handelen, dat er thans geeft fchaduw van Burgerlijke vryheid, hoe genaamt, .meer te vinden is; Vraagt gy my waarom de Regenten by hunne komft: in de Regeerïng verpligt zVrj zig met eede tot de handhaving Van dat Reglement te verbinden, daar het zelve vólgens deri ïaatften Articul, aile ogenblikken naar het Wclbehaagen des Stadhouders veranderlijk is? Ik ancwoorde* dat ik daar Voor geene ardere reden weet uit re denken dan deeze , dat men by hec oprigten van meergemelde Reglement, de hedetf* daagïche orrjftandigbeden heeft vooiuk gezien. M Me*.  ( x84 ) Men heeft namentlyk begreepen, dat het Voïfe' eenmaal de verderfclykheid van een zodaaig Reglement zouden ontwaar worden, en, daar men zig heeft verbeeld dat het Volk zig tot bekoming van redres aan de regeering alleen konde ■ Addresfcercn, heeft men door dien weg aan hec zelve voor eeuwig daar toe den pas willen affny» den: Dog, dsnk zy de goede Hemel! die thans do1 pogen der Natie van dit vrygevogten Land geopend hebbende, ook in deezen heeft zorg gedraagen dat er al tyd nog een middel zoude°overig zyn om de gefchondene en vertrapte vryheid weder te herftelien, en dit middel is te vinden in den even genoemde laatften Articul van hec jneergemelde Reglement. welke met geen ander oogmerk daarby gevoegd is dan om het Difpotiai vermogen des Stadhouders meer volkomen tedoen zyn, terwyl intusfehen uit denzelven thans een middel geboren word om die Defpoticque raagt geheel te vernietigen en eene gewenfehte reforme van het ganfche Reglement te kunnenverkrygen. Want daar , volgens dien Articul aan den Stadhouder , welke in deezen alleen de Mandatarius of laftvoerdcr des Volks kan genaamd worden, de magt of het vermogen overgelaaten is, om het zelve Reglement te allen tyde te kunnen enx mogen veranderen , en dat de Regenten , niet tegcnllaande de door hun gedaanen Eed tot handhaving van hetzelve Reglement, gehouden zyn, al zulke te maken verandering door den «Stadhouder te gedogen en toe te liaan, hoe veel te meer zyn zy dan daar toe verpligt indien het Volk zelve, als in deezen de Mandans of laftgeever , en uit wiens boezem alle magt oor» fprongelyk is, eene zodanige verandering begeere of wil gemaakt hebben. Wanneer dus de Stadhouder weigerende blyft aan dc billyke bezwaaren van het Vok gehoor CV  (ï85) te geeven , en dat hetzelve daarom dé töëvef» trouwde magt weder wil aan zig trekken, dan is het de pligt van alle braave en cordaate Regenten om het Volk.hier in behulpzaam te zyn, dit hebben zy dog nimmer bezworen te zullen beletten of te keer gaan. Maar is de Stadhouder gewillig om aan de begeerte des Volks te voldoen, dan heeft het Volk geene reden noch bevoegdheid om de :eenmaal toevertrouwde magt weder aan zig té trekken en die geheel aan dén Stadhouder te ontneemen, genoeg is het dat dezelve doox gepafte maatregulen, zo "bepaald worde , dat daar van nimmer eenig misbruik kan worden gemaakt om de oorfpronkeiyka vryheid geheel te vernietigen , eh dat dé Regenten als repraefentanten van een Vry Volk in zoo verre onafhangelyk zyn en blyven , otn zonder hoop op gunft, of vrees voor ongunft, hunne pligt. te kunnen betragten en onbefchroomc voor deszelfs waare belangen in de bres fpringen, en hiertoe is opgegeeven concept-Addres indien hetzelve aan den Stadhouder word ingerigt, in alles voldoends, alleen met deeze kleine verandering dat de eleöie* uit de Nominatie*, van Gemeensiuideo, aan deh Stadhouder worde overgelaaten, gelyk mede de begeeving der extraordinaire Comroisfien, mits aan een zodanigë van de drie jongfte Regenten s welke nog mee gesne Commisfie is voorzien. Maar het verwonderd my meerder dat de Schrijver der opgemelde Misfive, over de bezwaar'e van de Burgerye der Stad Thiel, niet fchync gedagt te hebben aan het Reglement op de uiw oeffening van de vrye keur tot vervulling der vacante Magifttaats plaatzen, by de gezamentlyke Burgerye en gilde Broeders, even gelyk het hief voorgemelde Reglement rot dc verkiezing van en voor de Gemeensluiden op denzelven G Aug* 1709 gearrefteerd, en op den 7 dito door de Ivlagiftraat, de Gemeensluiden, mitsgaders Deca^ M 2 ae»  C -«O nen uit de Gilden, met derzelver teekehing' bekragtigt; by 't welk uiidruklyk geftatSrert is. ïkittct de Regcering zullen verkooren worden die iïèkwuamfte en fatzoenlykjle van de Borgeren, welke Borgenn gebooren of Agt Jaaren naar verkreegen Borgerfchap Jleedige Burgeren en Inwonderen van de St;:d zyn geweeft, en in lliiel ofte den gerichte van %andwyk geè'rft ofte gegoed, wyl anderzints door' die difpotitie, vcrgeleeken met het daar omtrent gehoudene gedrag der fucccsfive Heeren Stadhouders, de bezwaaren van de Burgery in een nog' Veel klaarder daglicht zouden gefield zyn. Dog mogelyk heeft de gemelde Schryver geweeterïy dat riien in den Jaare 17Ö2 aan de goede Burgery aldaar eene verklaring ter teekening heeftopgedrongen, waarby zy declareeren. Dat zy eenparig hebben geoordeeld en al nog vermeenen, dat het Regeerings Reglement van den Jaare 170c.-zoo als door de gemeente en Burgery is beraamt en vnfl ge fielt, zeedert de Stadhouderlyke Regeering en het land'.yk Reglement van den Jaare j 750 geen plaatsof kragt meer heeft gehad , maar dat omtrent de qtnlificatie der leeden van de Magiftraat alleen gevolgd moet worden het Stadsrecht, en ten onrechte begreepen, dat door die verklaaring het gemelde Reglement geheel den boodem was ingtflaagen. Ik zal rny niet inlaate'n met welke-geheimeflinkfe oogmerken deeze verklaaring is in de wee. reld gebragt. Dog dit is zeelcer, dat de Burgery Zig door een "blinde drift en liefde voor den Requirant van die verklaaring tegen haaf zin heeft laaten vervoeren tot het tekenen van iets •waar van zy her waare but of oogmerk nimmer heeft kunnen penetreeren of de gevolgen voorzien, gdyk de teekeraars, zoo weinige van hun thans nog in Ieeven zyn , dezelve met leedwezenondervinden, terwyl de nakomelingfchap een diergelyke handelwyze met afgryzen verfoeit. fVfaar gefield al eens voor een oogenbhk de wettigheid van die verklaring, wat behelfi dezelve- du»  ( 1*7 ) dan no^ ? Immers niets andersdan een bloot ge- , tuizenis°van de Burgery; dat zy geoorde, LI hebben, dat het Reglement van 1709 znlert d: Sjadhmderly- . ke Regeeri?2g en het landlyk reglement van 1750 geen plaats of kragt meer gehad hadde, en dit oordeelden zy met regt, wyl zy reeds meer dan eens hadden ondervonden dat de Stadhouder in do aanftelling van een Regent, met opzigt tot deSze!» g^qualificecrtheid , direct: daar . tegen gehmdeld hadde , en dus wilden zy ook dat, in het toen voorhanden zyndè geval, hetzelve Regiemem aan hunnen verkoozen lieveling met zoude obkee. ren hetgeen hcmelsbrccdte verfchilleude is van dac'de Burgery dc handelwyze des Stadhouders zoude hebben gcapprobeert, en het Reglement van 1709 expres verklaart vervallen of kragtc." loos geworden te zyn, waar van in de geheels Ade geen enkel woord gevonden word , en dewv-1 buyten dat eenige wettige reglement, geen ander voorhanden was, by het welke de gequa ■ lificeertheid der Magiftra'atsperzoonen zqj uitürukkelvk was bepaalt (want by het landlyk reglement' van 1750 is alleen geflatueerc dat tot de-_ Redering zullen verhoren wordenzodanige perzoo' nenwelk na Stad en Landregten daar toe bevoegt en stregtigd zyn) zoo volgde daar uit van zelve, dat omtrent de qualificatie der leden van de Magiftraat alleen het Stadregt moeft gevolgd worden. Maar wie ziet nu niet ten klaarden, dat die ver. klaaring alleen gefchikt is om aan te toonen, welke conduiten men zeedert de Stadhouderlyke regeering in de verkiezing en aanftelhng van Ratenten gehouden had, eene, namentlyk, direct %vdig met het eenige wettige reglement, oog van dewelke in het voorhanden zynde ünguher geval de Burgery niet wilde dat thans zoude worden afgegaan , maar gcenzints om die conduite door dezelve verklaaring tc billyken of goed te. keuren , , . ik vrees myn Heer dat door den yver voor 3 M 3 ben  pet waare belang van de Burgery der Stad Thiel deeze mynen briev reeds te wydlopig geworden is, en ik uwe attentie daar meede zal hebben verveeld, echter kan ik niet afzyn, bevorens te eindigen, nog deeze eene remarquc hier by te voegen, dat het voor de Burgery van opgemelda Stad geenzints te wenfchen is, dat aan den Stadhouder allen invloed opdebeftellingder Regeering ontnomen en de ploijeryen aldaar weder in trein worden gebragc, ten zy vooraf geftatuecrt en bepaalt worde dat geene anderen, dm alleen vrye> cnafhankelyke, en op zig zeiven gezeetene Burgert, tot Jlemmen zullen geregtigt zyn: En hier mede af breekende heb ik de eer met waare Achting te verblyven» T. T. Q.N, Deventer $ën 4 May 1785,  C ) MïN Heer dt Fïye NsdirUmder! JCk heb in de Utrechtfche Courant van oen 25 en in de Zuidhollandfche van den 27 deezer ge. leezen van Oranjepülen , die hier by een politikken Apothekar zouden klaar gemaakt worden en van vergulde Pillen , uit een zeker soort van gerafincerde Ari floer atifche Zinker , aan weike wondere werkingen worden toegefchreeven; van welk alles ik geen enkel woord begryp of verftaa. Onuertusfchen hoor ik door dc Couranten politieke» atlerlfeie aanmerkingen maaken over de verfchillende Pillen en Apcthckars — Sommige zesgen dat eenige voorname Burgers .reeds brieven aan den Prins hebben gefchreeven en met denzeis en in onderhandeling zyn , _ om zich tegen de violente handdwyze van Aristocratifene dwingelanden te fecurcren. Anderen weder verzekeren dat eenige voornaame Arifto«ratilche Regenten weder arderc voornaame Burgers in hun belang hebben wceten tc krygen, om alle hunne daaden te helpen goedkeuren, cn hunne [Medeburgers over te haaien, om aftezien van de voornaamfte poinéten die zy tot het redres der bezwaren hebben opgegeeven, en alles maar tc laaten aankomen op het goed vertrouwen in de Regesten , nu men zommigen tot de door hun bedoelde hoogte gebragt heeft: en dat men dit door de Oranje en vergulde PiU len moec verdaan. Beide deeze zaaken komen my • fchoon niet zeer vreemd, echter zo wonder voor , dat ik langer niet weet wat ik er van zeggen of denken moet; de tyden zyn zoo, dat men langer niet weet wat men geloovcn of niet gelooven; wat men wenfehen of niet wenfehen moet; wat M 4 ' men  C is© ) men te wachten of niet te wachten heeft: enrle niets gebeurt er , hoe vreemd anders , ' of het heeft tegenwoordig veel van 't waarfchiïnlyke ' lk ben even verre af om , zo a;s zómmigen het noemen, met de hond tot zyn uitbraakzel weder te keeren , dat is te zeggen , om de onbepaalde magt des Stadhouders weder in ce voeren en Luitenant Stadhouders op den troon te helpen ; als ik ben om alleen eene Afïftocratifche Party ten kofte van den Stadhouder en het Volk te verheffen. Wat zal cr toch van ons worden, wanneer men niet eens, alle uiter* flen vermydende , de handen in een flaat , ora ons te redden uit de looze ftrikken die ons! ge- fpannen worden? — Gy zoudt het algemeen en my een byzonderen dienft doen, zo- gy my bet een of ander berigt, omtrent het oogegce•vene, in uw weekblad kondet mede deelenf en ons tevens een middelweg aanwyzen, langs welken wy de laagen van tweedragt zouden kunnen ontgaan en tot de zo zeer gewenfehte eensgezindheid komen. Dit is de reden waarom 3k deezen de vryheid neem aan u te fchryven» en in verwachting gij daar aan op de een of andere wyze wel zult willen beantwoorden, noem ik my Uw genegen Lezer. Utrecht Janus Burgerhart, den 27 May  1191 ) ANTWOORD. ^V^y gelooven dat onze Corresfpondent de betekenis der Oranje cn gouden Pillen mogelyk zeer wel zal hebben opgeeven, en kunnen ook uit de gerugten die ons daar van zyn aangewaaid , geen andere betekenis daaraan hegten, veel min alle de byzonderheden die daar by worden opgeven verder uit elkander zetten : Wy gelooven dat welligt {örticüliëre verfchillen in denkwijze^, van zomir.ige Burgers en regeeringsleden , daar toe den grond gelegd hebben , waar door elk zy'-. ne party op de haat'.ykfte wyze zoekt aftemaalen, om zich zo eene particuliere wraake tc verfehaffen, en elkander een vlieg aftevangen. Jt Is ondertusfehen te beklaagen , dat men in veele zaaken altyd tot uiterften overflaat , eis elkanders oogmerken en daaden van de haatlyk. fte zyde afmaalt > —— Toen de Burgery van Utrecht door verzoek op verzoek, het fentiment van veele leden der Regeering in de hand werkte, waren er veele doorzigtige Burgers am daarin difficulteerden, om dat de Eurgerlyke Vryheid en Voorrechten niets wonnen by het over» draagen van 't heftier uit de eeee hand ia dc andere 1- dan men wift veelen der zulken o- vertehaalen, door dezelven te induceren, dat de Regeering buiten ftaat was om de Burgerlykc Vryheid te maintineren, zo lange zy niet ocvrvd was van het Stadhouderlyke Juk der recornmsndatien, en de aanftelling der Regeeringsleden. De Burgery hunne Regenten f zo als ook deeze zich zeiven noemden J befchouwende als hunne reprefentanten, dacht door deeze hunne vertegenwoordigers vry te maaken , zich zelvcn te vry en *—(<-> hierom verhief zich de ftemme des, ■ m 5 Vmi  Vrolks , ifhierom wierd dezelve ■ zelfs bij mindere gedeelten • ■ gehoord —■— De Re. geering werd vry , en jouisfèerde vjn haare Vryheid. Maar de dageraad der Burgerlyke Vryheid ■ de erkentenis der vrywaring * bleef, en blyft , nog by onze antipoden, even als te voren. ■— Veele propofiucn advyl'en , Kaporten, brieven, e. z. v. van foinrmge itaatsieden fcheenen by voorraad die gewenfehte burger Vryheid en rechtsherlrellir.g aantekondigen. dan wat zyn propoiitien, advyzen, Rapporten e. z. v. zonder refolucien eh Conciufie • wat zyn refolutien zonder executie ? Wat nut doenze dan der vryheid in den Burgérlfast. In de tweede, plaats:'hebben niet de patriottifche Burgers van Utrecht en alle waare VaJerianders altyd geprotefteerd togen den Lifter der zogenaamde Vrienden van het Scadhouderlyke huis, dat zy nimmer ten oogmerk hadden den Stadhouder in zyne wettige rechten te verkorten, maar alleen de ingeflopen misbruiken te weeren, en de wederregtelyke wegfehenkingen te reclameren ; de defpotieke aanmaatigingen der Lt. Stadhouders tegen te gaan en den Stadhouder zelve, en den Regent en den Burger, elk binnen zyne juifte bornes te bepaalen Wy gelooven zeker dat veelen , door het ten breedften uitmeeten der begaanc gebreken van den Stadhouder , nicttcgenftaandc zy dezelve alt\'d aan kwaade raadslieden hebben toegefchreven, mede aanleiding hebben gegeeven'aan dc tegenfehryvers, om het gedrag der Patriotten voor eene verregaanden haac tegen het Stadhouderiyke huis uittekryten Wy gelooven zeker dat de handelwyre en conduites dier tegenfehryveren, derzelver aanftookingen cn bewerkingen van daadlyk oproer, en tegenftand der noodige wapenoefening, veelen in de daad verwyderd hebben van den Stadhouder, die zich te vooren altyd voor jiem in de bresfe zouden gefield hebben, op  op den voorgang van, laater ontdekte Andorratifche , Regenten . om hunne , zo zy dagten welmeenende regenten dienft te doen^m ftaat zouden geweeft zyn, om dezelve te verdedigen tegen alles wat eenigzins tegen derzelver bepaald plan zoude hebben aangeloopen , of zich daar tegen verzet. Dan, daar veelen deezer belanglooze Burgeren hebben gezien, dat zy zich 'in hunne te fterke affedie voor veeien hunner reprefent anten 2.0 fchriklyk bedroogen hebben, en te rug, komen van eene eenzydigheid met welke zy voor hez belang cn de grootheid van hunne Regenten heb. ben geftreden, nu zy zien dat op veele plaatzen de gefchuuwde Ariftocratie weêr het hootd begint op te fteeken, of te vreezen is ■ er, zy zich in veele opzichten haar alce goed verbrod,wen beginnen te beklaagen ; is dit daarom een verandering in 't Syfthema der burgery —> een wederkeeren tot zyn uicbraakzel? Het zoude zeker een onberaden co bcrilpelyken pas zyn, wanneer de Burgery , om zien óp de Ariflocratifche en ondankbaare handelwy.sevan zommigen te wreek en, weder psepoeg om den "Stadhouder die onbepaalde magt te lasten o? op te draagen welke hy by het Reglement var, 1674 en verdere inbreuken boven die, geaobfOB heeft. Hier door zou men onder nog veel erger juk dan te vooren geraaken, en de gebreken welke men als pu zelfs ftaatswyze daarin berifpt, legaliferen en van eene verbindende kracht maa. ken: niettegenftaande men als nog , wegens de onwettige en iilegale invoering van het zelvo , eene voldoende exeptie , vari ongehoujenhcid daaraan, kan beweeren. Maar geheel wat anders zoude het zyn , dat de Burgery, die zelfde bedaardheid en ftandvastig, heid behoudende, op eene beredeneerde wyze aan den]Stadhouder, by onderlinge overeenkomft liet, gdle zodanige uitoefenigen welke hem overeenkom-  C *94 ) ftfg zyne enimente charges , en behoudens '8 Lands Souverainiteit. en de burgelyke vryheid, zonder gevaar voor nieuwe inbreuken , zouden kunnen worden gelaaten. —> Want hoe zeer het waar is, dat het ganfche Volk magt heeft om den eerften Staatsdienaar een bepaald Reglement ^por te fchryven, naar het welk, zo wel als andere dienaaren van den Staat , hy zich zoude moeten gedraagen; zo kan dit nogthans niet anders -dan met volkomen eendragt gefchieden. Daar en boven is dc gcfteldhejd van zaaken onzer Republiek zodanig , zo als de ondervinding voorheen cn than» op nieuw geleerd heeft, dat niet door het ovei brengen der magt uic de qenc hand in de andere; maar door het goed cn behoorlyk gebruik maaken dier magt, dè waare Vryheid in den burgerftaat op vafte en duurzaame gronden kan geveftigd zyn. r- Het geen dus de Stadhouder onwettig bezeten of uitgeoefend heeft, moet niet van denzelven geheel en al worden overgebragt op de Regenten, zonder dat cr het Volk zelve eenig deel aan heeft:, hier door zou men welligt allengs Venetien in Neerland overbrengen , en van den Stadhouder, een Doge maaken, van welke men zegt: Efl P^ex in purpura, Sinator in curia , in Urbe captivus, extra Urbem privatns, terwyl de No'nli, il Gran con» Jiglio of wel een Conjjglio de Dieci in het zelve, formerende, de Heerfchappy en fouverainiteit onder weinigen verdeelende, liet met de Burgerlyke Vryheid en Voorrechten ook even eens zoude gaan als in zulk een ftaat als Venetien gewoonlyk gaat. Neen, zo zeer ais het noodjg is, dat de Regenten niet door de onbepaalde Stadhoulyke aanftellingen , recommandatien en discontinuatien, in hunne vrye handelingen worden geftremd, en bepaald; zo zeer is hec ook noodig, dat eene permanence der Regeeringsleden niet overfiaa tot de Ariftocratifche gedagte, dat zy aan niemand rekenfehap vcrlchuldigd zyn. . En dje moei;  ( W 3 fnoct' ovéreenkomflig den naunirjyfcetf aart des' inenfchen, welke toe heerfchappy overhelt, het' notoir gevolg zyn, wanneer cr niet een toereikend middel is om deeze heerfchluft te temperen, en binnen de paaien van recht en billykheid te houden , niet , om den Regent in zyne Vryhiid. te bepaalen, en te beletten te doen wat hy wil; maar alleen te beletten dat hy iets wil, hét g;'cn gy niet moet. -—— Dit was voorheen de Stadhouder, en wrogt by den Regent een ontzach en toeneiging tot deezen eerlten Staatsdienaar — dan \ wyl de Regent zyn gezag nier ontleent van den Stadhouder, maar van het Volk, wien Irv vertegenwoordigt, zo heeft ook de ondervinding doen zien, dat het tegenwigt deionbepaalde heerfchzuch't onnatnuriyk en fchadelyk heeft gereüdeerc in een enkelen perfoon, die wel in verheven bedieningen uitblonk , maar echter even eens ondergefchikt, als elk individu, aar. den Souverain van den Staat was ■ ■ Dit tegenwigt moet dan in het volk zelve, van wien de fouverainiteit ontleend wordt, redderen $ het Volk rroet zelve zyne vertegenwoordigers benoemen. Het "moet zelve serJgen aanftellea die op de gedraagingen derzelven moeten letten. Dit zal en de toeneiging en het behoorlyk ontzag, om niets te doen of te willen dan zyn pügtr aan dc rechte zyde plaatzen , zonder dat er eentg mogelyk gevaar zy dat dc Burgerjyke Vryheid immer onderdrukt worde, of eetl imperium in imperio ftandig»ype. -— Dit is het dat Utrechts Burgery van dèn beginne afaan, zints zy de inbreuken algemeen begon te zien, heeft bedoelt ■ • zulk eene grondwettige herftelling heeft zy alleen verwacht en verzogt van haare verte* gënwoordigers ■ zy heeft z» verzogt met die bedaardheid en befcheidenheid, maar ook met dien (tandvaftigen ernft, die een vry volk betaamt, en -welke een fpocdiger en welmeenendcr ernifc om haar gehoor te geeven had verdiend. W«n-  : Wanneer dan nu de Burgery reden heeft Om te vreezen dat zy in haare goede verwachting niet zal flaagen > wanneer zy die eensgezindheid en ernft niet bemerkt die vereifcht word om haar in haare wettige rechten ce herftellen cn de bezvtaaren uit den weg te ruimen » wanneer zy in tegendeel verdeeldheid en partyfciiap ziet onder die^ geencn van welken zy te vooren tot de opgave haarer billyke vorderingen werd aangezogt 'cn opgeeifcht Wanneer ty zie;, dat men door allerhande wegen en middelen haare vorderingen in een verkeerd licht tracht te zetten, en de Voorftanders haarer rechten en privilegiën in verdenking en haat te brengen , om ware 't mogelyk 't onkundiger gedeelte des Volks tegen dezelve op te zetten en ten miniten bet vertrouwen tc doen verliezen. Wanneer onder dc Burgery zeiven genoeg gevonden worden, die eene Ariftrotifche party in haare willekeurige handelwyze ftyven en in de hand ■werken ; is er dan voor de Burgery iets ander» op, dan dat zy van de nood een deugd maafcende, by een eerlyk verdrag zoekt te ven  ( £01 ) deiyk te zien, dit de fcheuring, door de jöng» iie electie veroorzaakt in het plan van dwinglaridfche Ariftocraten is mgeweèven geweeft en door het een of ander middel moeit worden Veroorzaakt —i— zich openlyk tegen der Burgeren belangen te kanten * zou , zonder dat, moeilyk geweeft zyn Voor zulkenj die Zïfchj int eigenbelang * in het vertrouwen der Burgery hadden gewikkeld , en welk vertrouwen door een buitengewoon geval en omftandigheid dan ook , ten korte wat het wilde , moeft worden verbroken, om eene fepaiatie te maaken, mi de vereenigde magt van Regent en Burger niet verder tot hun oogmerk kondc dienen. —■ Gelukkig heeft de geweidaadigfte handelwyze niet kunnen uitwerken eene verflaagenheid onder de Burgery j om daar door een gedeelte van haar recht te laaten vaaren men heeft andere midde¬ len moeten by de hand vatten om de alïeiverrao- gende eendragt der Burgery te ftoörch men heeft alle Schryvers af moeten loopen om ware 't mogelyk dezelve overtehaalen om dé Burgery wys te maken , dat zy zelf niet wift wat haar dienftig was, dat zy zelf niet wift waf zy begeerd had. Men heeft van alle kanten, en oorden de Voorftanders der Vryheid aangevallen, geftreeld, gevleid, om hun tö gebruiken tot handlangers om de Ariftocratie op den troon te helpen, van welken zy het defpotisme hadden ontzet ' - dan ook te vergeefs! niemand was laag of dom genoeg, om zich tot een verrader zyner medebürgeren te laatefi gebruiken } en dezelve nu met zand in de oogen te werpen na dat men ze geopend had. • Onder alle de tyd-en Courante'nfchryvers was er welligt maar één kwaadaartig genoeg om zich tot zyne medeburgeis te befchouwen als de jooden tot dc Sa. niaritaanen' alleen zulken, die de verdraag¬ zaamheid predikende alleen bedoelen die leef Jtf ?, «eb  C £02 5 welks zy voorftaan, met uitfluiting van alle St|. (lej-c die alleen een blind veitrouwen willen gefield hebben in die geene welke zy verheffen en op den troon willen beuren ter- wyl zy omverrukken die fleunzels waar op alleen het onderling vertrouwen onwankelbaar kan ge. veftigd blyven. Het voornaame waar men bet derhalven van dc zyde van heerfchzuchtige Ariftoeraten optoekgt, is, om zich een permanence te bezorgen in hun Regemfchap, zonder dat de Burgery een behoedmiddel behoudc, anders dar. in fchijn, on de gevaarlyke gevolgen der onbepaalde heerfchzucht te kunnen tegen gaan. Daar zommigen, miaderfubtii in het ontdekken hunner oogmerken zich volftrekt declareren tegen een daartoe dienend gequalificeerd collegie van Gecommitteerden uit de Burgery, als meenende zulk een knegt niet agter zich noodig te hebben , om hen tc waarfchouwea wanneer zy van den rechten weg moeten zyn afgedwaald : daar hebben anderen , meer gewoon indirect, te handelen, alleen ge.tr.agt. de voomaamfte gronden aan hetzelve te ontrukken en het Collegie zelve illufoir te maaken, door op allerlei wijzen en door allerlei! wegen en middelen, een Collegie , zo als het door de Burcerv van Utrecht, in het Concept - Reglement,. is voorgefteld, niet alleen als onnut maar zelf- als gevaarhk voor te doe»; om deeze hunne fterlingen eenig gewigt en fchijn \an waarheid by te zetten vergenoegen zy zich niet maar met welmeene'nd hunne bedenkingen op te geeven, maar zv neemen zelfs deeze kunftgieep te baat, dat 7.v eerft die Artykels , welke tot hun oogmerkdienen, uitkippen en daaraan zulk een uitleg geeven als zy noodigmeenen te hebben, om onverdagte Burgers te verrasfen , als of zy waarlyk iemand anders dan zich zeiven wederleiden —— het voornaame daar de zulken het op gelaaden fchynen te hebben is het 13 en 14 Artykel van  ( *°3 ) het vierde Hoofdftuk van hec bekende Concept Re* dement, door de Burgery van Utrecht tot redres 'der bezwaren opgegeeven : wy zullen daaro ri dezelve eens niet onze lezeren nagaan en hooren ce voornaamde tegenwerpingen die men er aivoorens aan geefc om zyne wederlegging te kunnen goedmanken. Het g'emelde Xllf artykel luidt. Dit collegie zal daartegen de 'Burgers en Inwoo-* ners van deeze Stad in_ het voorfiaan van derzelver aelov.de Rechten, welhergebragte wetten en Privilegiën op alle mogélyke wyzen behulpzaam zyn: ten welken einde elk Burger of Inwooner zich aan hun, zonder fpftne van requejl, mondeling of fchrifUiyk zal kunnen vervoegen: waarna dit Collegie, de opgegeeven bezwaren gegrond vindende, dezelve by reqntfie zullen moeten voordraagen aan de Magiftraat, ten einde daarin de noodige redres/en te verzoe» xen. Aan dit artykel nu weet men kundig een uitleg te geeven , als of daar |in werd gevorderd , dat alle verzoeken, aivoorens dezelve in ,de Vroedfchap gebragt wierden, door de Burgery aan dit Collegie moesten ter hand gefield worden ; cn clan vraagt men : ,, waar toe dat noodig is, of dc Burger „ daar door fpocdiger cn beter zal geholpen wow. ,, dcn"P Hn tracht, quafie, om zich een vyand van alle Aridpcracie te vertoonen, het zo te doen voorkomen, als of met den tyd eene evengc-b ke Ariltocratifche handelwyze daar uic zoude kunnenvoordfpruiten, als zommige Burgemeedcrs van Hollandfche Steden zich hebben aangemaatigd, om de gedaane verzoeken der Burgery naar willekeur in den Raad te brengen of te mg te houden. ' Dan, wie ziet niet, dat die gevaar!vke en nadeelige gevolgen niet uit het artykel ;elve, als dc intentie der opftelleren en onderteken; aren , maar alleen uit finUferlvkc uitleggingen daar aan. gegeeven, voordvloeijen? waar toch daatin het artykel, dat alle verzoeken eerft in hauden van dit Collegie  meten gefield worden? Wordt aan de Burgery daarin esnige vryheid benomen om, buiten die Collegie, zich aan de Vroedfchap te adresferen? Het Artykel fpreekt alleen van kunnen , zonder daaren boven het Collegie eenige magt of authoriteit toe te kennen, om eenige redresfen zelve te maaken , anders dan door verzoeken aan de Vroedfchap» Blykt niet integendeel, dat de inftelleren van dit Artykel niet anders dan een volftrekt nuttig en noodig einde daar mede hebben bedoeld , zonder eenig imperium in imperia te willen inftitueren! Want hoe toch zal dit Collegie inftaat zyn , om naanwkeurig te letten dat ten aanzien van de Regeering en Magiftraatsbeftelling , overeenkom/lig de forme van Regeering deezer Provintie enz. getne inbreuke gefchieden (zo als in het XII art., dat men gereedelyk inftemt, gevorderd wordt) indien niet der Burgery wordt toegelaaten om haare vermeende bezwaaren aan dit Collegie , en wel buiten koften en veel moeiten , voor te draagen ? Bet is duidelvk te zien 3 dat door dit Collegie niets anders dan de Burgery zelve wordt voorgefteld, het komt niet anders voor dan als een gedeel te welk gecommitteerd is om der Burgeren belangen daar't behoort vpor te draagen, zonder dat'her by alle kleinigheden noodig zoude zyn eene ganfche Burgery op te roepen, tot het teekeaen van verzoekfehriften , om haare belangen voortedraagen. —■ Men ftel dus eens het geval dat b. v. een lid der regeering, tegen dc'in den jaare 1783 genomen refolutie, konde goedvinden het een of ander ambt te offereeren aan een ongequalificeerd perzoon, of door ruiling als anderzins die refolutien zogt te ontduiken en illufoir te maaken; zou dan dit collegie deswagen geene remonftrantien 'by de Vroedfchap kunnen doen ? ■ 1 maar zoude het ook tevens niet zeer ligt kinnen gebeuren, dat dit gefchied warg zonder dat zulks cejr kennisfe van dit Col- 1?".  ( ^5) k<*ie, dat uit zich zeiven alles n!ec kan weetcn, vare gekomen; en dat dus de een of ander Burger, die dit al» eene verkorting der getjualificecrde Burgers aanmerkte, zulks by monde of gefchrifte aan Gecommitteerden ter kennisfe bragt, om deswegen der Burgeren recht te maintmeren; «n zo kunnen honderd gevallen voorkomen die niet overeenkomfti'g de Voorrechten en Coftumen der Burgery zyn« zonder dat zy veeltyds anders ter kennisfe van hec collegie van Gecommitteerden kunnen komen dan by Communicatie der Burgeren en honderd gevallen kunnen er voorkomen, in welke een enkel Burger het niet zoude durven waagen over 'dergelyke infractien te klaagen, by een Raad die, uit hoofde der permanence, zonder ander tegenwigt, tot de Ariltocracie moeit overhellen. Ziet daar , zo als het ons voorkomt, het waare oogmerk en den zin van het gemelde XIII. Artykel, en wy meencfi wel zo goed geïnformeerd re zyn van de wezenlyke intentie der opfreileren van dat ConceptRegiement, 'als zy, die door. verkeerde tocpasiingen, of hun onkunde of kwaad oogmerk verraaden. De zin van het 12 en 13 Artykel is dah niet anders, dan of er ftond» ,, Dit Collegie zal nauwkeurig moeten letten., „ dat er op dit Regeerings Reglement, der Burger voorrechten en gilde wetten , geene iqbreuken gefchieden"/ 13- „ Maar ingevalla daar tegen gehandeld of ge„ daan wierd, zal elk Burger zulks aan dit col„ legie mogen te kennen geeven; waar na dit „ collegie zal moeten onderzoeken of het aapgp„ geevcne in de daad zo is, en met gemeld Re,„ glcmeiit, coltumen en gildewètt'ea ilrydig is, N 4 „ oa  ( 20(5 ) », en zulks alzo bevindende, zal hetzelve dien, s, aangaande by de Vroedfchap zodanige verzoc- ken moeten doen, als den aart der" zaake zal vereifchen en dezelve integendeel on- gegrondvindende zal het zodanig een verzoek ,3 van de hand wyzen " En welk goed vertrouwen wy ook zouden wiU Jen ftellen in de eeriykheid van hun die zich tegen dit en het 14 art. aankanten ; nimmer kunnen wy gelooven, dat zy m de daad ccn anderen zin aan de woorden kunnen geeven , dan deeze opgegeevpne , maar veel eer, dar zy geen behoedmiddel tegen het kwaade der heerfchzucht willen dulden, om dat zy den toets hunner daaden vreezen, en maar alleen met fchynfchoone woorden trachten te voldoen, aan zulken die eenvoudig genoeg zyn, om zich telkens van nieuws te laaten paaijen èn mifleiden. De verdere doorn in het Arifloc/atifch oog is het XIV, Artykel Dit collegie zal ook gequalificeerd zyn, om in 'Tresfante gevallen, in naam der ganfche Burgery , zodanige Remonftrantien en adres/en aan de Magijiraat te prejenteeren, als naar gefleldheid der omftandigheden noodig zal geoordeeld worden. Dit Artikel vindt men insgelyks ftrydig metsde conftitutie en in zyn gevolgen gevaarlyk. Er» wel, onr dat men oordeelt dat de Vroedfchappen zyn dc Reprefentanten des gcheelen volks, aan welken het beftuur der maatlchappy is opgédraagen: en er door dit Artikel eene tweede reprefentatic des Volks aan 't Collegie van Gecommitteerden wordt toegj^fchreeven, van welke de eerften van tyd tot tyd zoude moeten verneemen wat er behoorde gedaan of gelaaten bc worden. Maar waar toch is dit wedcrem uit het gemeldde artykel re leezen , of by dc opltcïleren bedoeld ? Dan moet men jimmers door presfanlie gevallen alle dagelykfche gewoone zaaken der Regeeringe yerfiaaa'! en welke na- tuur,  C 20/ ) tmirlykeredeneerwvze vcroorlrft zulk ee-ealge« mcen'e uitleg aan "hec ftellen van een by.'.onucr geval? — Wordt het na het vaftftelien van een nieuw Regeerings - Reglement onmogdyk, dat er weder mee den tvd eenige inbreuken kunnen plaats hebben ? — Dit zal immers niemand uurVen ftellen zo lange Regenten menfchen bly ven Of zal het dan der Burgery voortaan nies meer vry ftaan over zi»tbaare gebreken en inbreuken te klaagen en daar in redres te verzoeken? en wat reden, wat recht heeft men toch , om meer veidorvenheid, meer heerfchzucht, meer phatsoverfchryding tc veronderftellen in de gecommitteerden der burgery, die aan eene bepaalde inftrudtie verbonden zyn, ais in den Regent? Heeft men het.Dy de eerfte, waarom dan ook niét by de laatfto. En veronderftelc men d*c dc laatften beftendig hun pligt zullen betrachten, waar tpe dan ook niet by de eerften, er. dan iinrflra zyn er geen prc-ffante gevallen in welke de Regent zoude kunnen geïnterrumpeerd worden ós het uitoefenen van zyn poft en pligt! Indien dus deeze beide artykelen niet gearresteerd worden, wat toch zal dan het Coliegie van gcquslificeerde gecommitteerden zyn ? een dood lighaam, waar van de perfonen die hetzelve compcferen in een tweezydig gevaar ftaan van de voorwerpen van haat en vervolging te zyn. 'L-> er inbreuken op hen gearrefteerde Regeering'»Reglement plaats grypen, zal men van den kant des volks hét hun "wy ten, dat zy voor geen redres hebben gezorgd en zo zy eenige Re- monftrantien deswegen doen , zal men van den kant der Regeering hun beduiden dat zy hunne magt en qualificatie overfchrydtn , en opevengöjjyke wyze met hun handelen als nu reeds omtrent de geconftitueerden gefchied , even als of het geen zy op verzoek en in naam der Burgery ver- rigten, eigener authoriteit ware gedaan. ■ gemerkt men niet maar alte duideiyk, dat men N 5 ■ vao.  ( ao8 > van dat Collegie fiechts een nietsbeduidend iigKaam zoekt te maaken, en in elk bekwaam weidonkend Burger een affchrik te verwekken om zich aan zo een gevaariyken poft te waagen < Want gaat men alle de andere artykelen van dat Hoofdftuk na, blyven er na de opgenoemde en de 12, j? en 16 Arrykelen wel cemge Artykelen over, waarin aan dat Collegie eenige verng. tingen worden toegefehreeven ? En hoe toch is hetzelve, als gezegd, in ftaat, om het ia te etfeftueten, zonder het 13 en 14? en-wat wordt in het 15 aan hetzelve toegekend, daar niet cl. Burger in zyn privé recht toe. heeft ^ Wy befluiten dus'uit het een en ander, d.*t het veel beilzaamer voor de Burgery zoude zyn, m.c Keheel zodanig een Collegie met in » voeren; San eenige haarer Burgeren, zo zy zien daaran al wilden rifiqueren, te waagen, aan de paiticu. liere wraakocffening van eiken jaaghamgen , du. kwaadaartig genoeg was om misbruik te maaken van het goed vertrouwen der Burgery ; dat het beter ware aeece permanence aer Uegeer.ngslhe?en in te voegren, wen zy ^hroomen ve a woordelyk te zvn, wanneer zy zich m het bcrrachten van hunnen pligt te eemger tyd Kwamen te misdragen; dan dat men dezelve zondu behoor yk tegenwigt zoude invoeren. Hoe wenfchelyk ware het, dat Regent en Burger begree. pen dat alleen eendragt en goed vertrouwen dc fcronnen van ons geluk kunnen zyn, —- en W men van den kant des Burgers nimmer eenigv^trouwen kan veftigen, zo lange men van den «nj des Regents alle mogelyk wantrouwen ftclt m de benroelde trouwe der Burgery, en >n plaats van Sri'L 35 anders dan zal ver- oorzaaken en de verwydering langs hoe g.ooter maaken, tot dat elk, in plaats van op het heil van rfpn ftaat en het algemene welzyn bcdagt te wee. tn zal moeten omzien naar zulke middelen, die alken zyn eigen veiligheid bedoelen. Zo onver-  ( £09 ) Smaakte; en niet maar Voorwoorden , maar Hngn- daaden toone dat men niets anders dan het alïemeenewe zy^ boven bet byzonder eigen beanTbedoele, o^ dat men geen■ ^ ^g zrnrllehke Vnbuiters (zq als de Heer van mcu-a Stett) en gelegenheid tot een gegrond go| wendzel, dat men van twee kwaden het minit gevaarlyke heeft moeten kiezen.  ( aio ) Mtn Heer' 2D)aar uw geagt weekblad voornaamcntlyk U in. gerigt om den Nederlander zyne waare Vryheid te leeren kennen, eri door de kenni3 van dit onwaardeerlyk pand, tot handhaving , en behoud derzelve aan te fpooren, wenfehrc ik gaarne van UE. onderrigt te zyn, hoe zig ac Nederlander en in 't byzonder Utrechts Burger in dcc;ze zo critieque t'ydsomllanciig'ncid hebbe te gecraagen? Deeze Vraag denke ik zal UE, mogelyk wat te algemeen voorkoomen, om daarop vollesdig te antwoorden. Wel aan, ik zal dezel¬ ve wat nader bepaalen in de gegronde hoop dat UE. my wel met uwen heilzaamen raad, in deeze zo gewigtige zaak zult gelieveiwoor te lichten. Het is alom bekend dat Utrechts Burgeren zyn opgeroepen, om binnen zeekeren bepaalden tyd, hunne bezwaaren aan de Vroedfchap voor te draagen ■ hier aan is, in zeer decente termen voldaan, een zeer groot aantal hebben zig te zamen gevoegd , en gevoeglykheidshalven binnen geleeverd een concept reglement , naar welke zy wenfehten dat, in het vervolg, dit vrye gewei!, wierde beftierd — > maar Vnyn Heer! wat is hier van het gevolg geweeft V 't Is waar men heeft den Burger de Vryheid gelaatcn van zyne bezwaaren voor te ftellen ; maar het fchynt dat zommige leden van de Vroedfchapaan zig de vryheid referveeren, vandezclve, ten eeuwigen dage onafgedaan te laaten ——— zie daar eene wcederzydfche Vryheid ——— De Bur-ger is 'altyd in het denkbeeld geweeft, dat, nadat, ten koften vm het bloed van zyne Voorvaderen, het fpaanfche juk verbrooken wa*, en den dwingland was van de throon gebonft, men hem, tcgens zyn wil en dank geene andere mee*  ( 21* ) nieèfters wiltekctiTig kon opdringen; vooral zó* daanifce niec die zig opentlyk tegen de belangen* van Vp'K en Vroedfchap gedeclareerd hadden, en die men uit dien hoofden, kon aanmerken als ondevmijners van Neerland» vryheid : zy gebruikten dierhalven dc Vryheid van zig, by eerbiedig Requeft aan de Vroedfchap te adresfeeren, met ootmoedig verzoek , dat by het eiigeeren van een Raad geen reguard op dusdaanige perfonen mogt gcflagen worden: ere Vroedfchap daar en tegen, nam de Vrvbeid tot deezen poft van eere te verkiezen eenen jonathan Sichterman v een tpan die door zyne handteekening er opentlvk voor uit kwam , dat het eiigeeren van een raad in de Vroedfchap , aan den Stadhouder diende gedeferejrd te worden. Zie daar wederom eene wéederzydfchè Vryheid Dan de burgery in deeze ekftïe geen genoegen kunnende nemen, gehrtc haaren Geconftitueerden cn Gecommitteerden zulks mondeling aan de Vroedfchap voor te draagen, en er op te inftccren, dat Hun Edele Groot Achtbaarc zoude afzien van de electie van gemelde Jonathan Sichterman, hiertoe wierd hun nreede de Vryheid gelaat.cn ; ja zelfs men armülleerdé de refolutie waar by gemelde Sichterman tot Raad in da Vroedfchap was geeligeerd, dog hier en tegen naamen weder 19 Leden van de Vroedfchap de Vryheid hunne charges neder te leggen , waar onder verfcheide Burger - Capiteins, die dus ..^yMgft^b in een tyd dat de Burger de adsfiftentie van zyne Officieren het meelt nodig had, htinnc vendels verlieten: naderhand, hunne drifter* wat aan het bedaaren geraakt zynde, traaden zy weder in hunne voorige poften. Ziedaar al wederom de wederzydfche Vryheid Maar Myn Heer! welke Vryheid dunkt u da» meeft met 'de reden en billykheid ftrookende is? My dunkt ik hoor u antwoorden , dat het zonder tegenfpraak die der Burgeren is; immers dat  ( 3 ér door de Burgery nieti is verrigt dat tégen de gezonde reden of billykheid ftrydendc is, daar in tegendeel, gelyk bewezen is, het gedrag der 19 bedank: hebbende Heeren niet wel met da reden en billykheid is overeen te brengen ~» ik ben van hetzelfde gevoelen: Maar wy bedriegen ons: verfcheide leden van de Vroedfchap $ oneer andere één, wiens naam myn pen weigert te papier te ftellen , hebben de Vryheid die de Burgery gebruikt heeft, om hun ongenoegen ovcr het eiigeeren van Jonathan Sichterman aan hunnen reprefentanten te openbaaren , voor op* roerig uitgekreeten, ja, dat meer is, door ccne publicatie de ganfche Burgery van Utrecht voor oproermaakers gedeclareerd, en, wie van de na- koomelingfchap zal het immer gelooven? « hunnen fpreeker om dit geval in perfoon geciteerd;' boven dien verfpreidt zig hec gerugt, dat in ccn Raad zou weezen voorgefteld, om in het vervolg geene Burgers toegang tot de Raadzaal te vergunnen. Ach waar vinden wy dan eene kloekmoedige Efther om tot den throon van dien ontzaggclyken Asfucrus te naderen! Wat dunkt u Myn Heer de vrye Nederlander! van deeze Vryheid van Utrechts Burgeren ! ik geloof dat gy het met my eens zult zyn , dat dit meer naar flavernye, dan naar waare Vryheid gclykt. Maar hier is nu de groote vraag, wat hierin «eifcan ? lk voor my weet maar twee we¬ gen, die hier kunnen worden ingeflaagea-filaaven te knielen : of wel als vrye TOdt-fflmdajrs onze rechten ftaande te houden en nimmer te gedoogen, dat wy door iemand, wie hy ook zy, willekeurig worden geregeerd. —;—■ lk weet tusfehen deeze twee wegen geen middel. — Maar Hemel! Volk van Nederland! vrye Batavieren ! zoudt gy u weder kunnen doen kluifteren en dc, boeyen kusien ! eene akelige fchrik bevangt my op de enkele gedagte, myne haken ryzen  my te berge" wanneer ik gedenk dat |het late?© nag<-flagc de graven van hunne Voorvaderen meQ vervlockinge zou naderen, en aan hunne kille er* gevoellooze afch de böejeri vertooncn, die onze laf hartigheid had gefmeedt! — Neen waarde m eedeburgers! Neen Utrcchtfe vryheids Zoonen; zulke'laagheid fan u ce vcrwagcen , g was even zoo hoonendr als u van oproer te befchuldigen „ de tegenovergeftelde weg dicne dus te worden ingéflaagen : Utrechts vrve helden moeten van, het Juk beftendrg bevryd blyven — de gevolgen der boeien id;e hun nog knellen , moeten een» voor altyd verbryzeld worden. • Wy moeten deinakomelingfchap eene waare vryheid doen o» vererven. Dit Myn Heer: denk ik, dat gy volkomen mee my eens zyt, maar wat middel om toe elft zoo heilza'am einde te geraaken? —" Bedaardheid roept gy ons toe maar wanneer heeft het de Burgery daaraan ontbrooken? T herhaal uwe brilyüe verzoeken , zult gy mooglyk zeggen di ing er op aan dat uwe wet¬ tige bezwaaren worden uit den weg geruimd —* vorder in decente termen dat uwe gefchondene eer opentlyk worde herfteld -— maar myn Heer! ik vrees (gaave God dat myne vreeze on¬ gegrond waare) ik Vrees dat de Burgery het reqMeiteererr begint moede ce worden, en zig egter gaarne voldaan zag} — wat raad dan ? —— hoe moet men zig gedraagen ? — ik bid u geef my, en alle de zulke, die met my in denzelven doolhof van gedagten omloopen, door uw weekblad m defze zoo neetelige omltandigheid, eens eenen faeilzaamen raad; hier mede zal UE. het ganfche Vaderland van groot nut zyn, en inzonder my ver» pligten, die de eer heb my te noemen Myn Heer f Uw ieverigen Lezer H. f. C, A N T-  ( 314 ) ANTWOORD. TI oe fmertelyk het ons valt dergelyke klachten* a's van onzen Correspondent, dagelyks te hooreti van Utrechts welmeenendtte Burgers — wyzyn eh blvven echter voor ons verlegen eenen anderen raad te geeven dan beoaahheid. — Niet, datwy wegens gevaar voor onze perfoonen zouden fchroomen der waarheid hulde te doen, en de middelen aantepryzen die wy zouden vermeenen dat ons beter zouien kunnen redden; maar om dat wy, na alles pverwpeen tc hebben, geen beter middel wceten , dat eenig goed en duurzaam gevolg kan hebben , dan«EDAARDHF.iD,zo lange er geene geweldige middelen tegen de Burgery worden m 'c werk gefield, kan zich de Burgery ook van dezelve niet bedienen -— cn wanneer zv dan nog geweld met geweld zou moeten te keer gaan, zou zy mogelykjhaare vryheid ten duur tien kunnen verkoopen — mogelyk op zommigen zich kunnen wreeken — doch deeze wraak oeffening zou ook dan niets anders dan den geheelen ondergang) van Volk en Re. geering, ten minften Vryheid en onafhanglykheid, ten gevolge kunnen hebben. en daarom be. ftaat" al onzen Raad in eene vertrouwelyke onderhandeling der Contrafterer.de partyen , waar irf niet de een over het lot des anderen willekeurig, befchikte ; maar waar by wederzyd* elks zyn* recht op een behoorlyke wettige wyze konde beivorderen en doen geiden. Te Utrecht, by De WED. MULDER, cff alom by dc meefte Boekverkoper a x St,  Ö Ë V R Y Ë NEDERLANDER* No. 12. Die voordeel zoeken in 's Volks rampeo en krakeelcn Zyn vaardig onderling dit ryk gcweft te dselen. v. Meuken. *33Cob verre de Vryheid en onafhanglykheid van den Staat, en des Volks, deezer Republiek, reed* gevorderd zyn, leert de dagelykiche ondervin= ding - de eifchen des Keizers , zo vernederend voor dit Gemeenebeft, en de cvengeiyKS vredesonderhandelingen , fchynen reeds daadiyk het lokaas van den oorlog met anderen ten ttiinften van evengelyke vorderingen, te zyn geworden; waar van wy een vernieuwd bewys zien in de voorgewenddc pretenfien des Graven van Hohenlo , doör den Prins van Pr cissen gedaan mogelyk vinden nog andeie Duitfehe Vorft- jes, in oude archived, ook eenige even wettige pretenfien op het alles voedend, het alles aan'okkend ,!* Holland 1 en zo word; het middel om den vrede te hopen, het voedzel van den eoriog. He£ blykt dus hier uit , dat den ftaat enzer Repü» bliek in de oogen yan Vreemdelingen tot zulk  ( «*) eene laagte is gedaald, dat zy dezelve geheel erf al tot een fpeelpop willen houden , en nimmer eene betere'gelegenheid hebben gezien, die hun zo voordeelig als tegenwoordig voorkwam , zo et al eenige lchyn \un wettigheid in hunne pre» lefffien gevunde-n worden, om hunne eifchen tc doen gelden, dan de tegenwoordige even als waare den boedel van onzen Staat infolvent verklaard by de Souverairren van Europa, zo dat elk met zyne pretenfien moeft opkomen, om den. zeiven gelyklyk te doelen- —;— Hoe vernederend zyn dergelyke benandelingen aan eene Republiek als deonze, die door zyne inwendige fterk- te zich zelve geducht konde doen zyn! • hoe veracbtelyk! daar zelfs een Staat als Venetien r die door zyne Ariftocratifche Regeering magteloos is, ons durft tarten en trotzeren. En hoedanig is het gelegen met de inwendige sefteldheid der Vryheid in den Burgerftaat? —• Ais men de flaaffche droftendienften , ongeoorloft Jd eene maatfehappy die vry genaamd wordt, door een onfterflyken v d. Capeixen tot dsn "por, gefnuikt cn vernietigd, op nieuw wil doen herlèevén en invoeren, enden nuttigen Landman andermaal kiuifteren onder 't juk dat hy meende voor aïtyd ontworfteld te zyn ais hec voorftaaa van de Rechten dca Volks , het aanwyzen der inbreuken op de wettige Regeeringsform, door bvzondere leden begaan , het uitoe'ffenen van die Volksrechten, die men, by de Regeeringen zelve, als de wettige Conftitutie heeft opgcgeeven, misdaadig wordt gerekend , de voor. fténders! dérzetve als kwaaddoeners geftraft en vervolgt;- do Vryheid van de Drukpers, het laatfte overblyfzel der vryheid, ten ftreogften beteugeld wordt — waar'is dan de tegenwoordige inwendige Volksvryheidi Als de_ middelen van herftelderzelve eveneens worden afgefneden, en voor den onderdrukten Burger alle toegangen tot de gehoorzaalen zyner Repïéfcntanten worden  i '&t) gefloten — en niets is dat by een bloedraad otk der Philips een II» in het ÖodsdiênfHgë misdaadigj en ftrafbaaf werd gerekend, dat niet eveneens eene Staatsinquifitie onderworpen wordt. Is er danj behalven de gedagten, wel iéts överge^ bleven dat vry kan genaamd worden? ——- Als zich openlyk by zyne Reprefentanten door gepafte fmeekfehriften te beKlaageh, of by monde zyne bezwaaren en belangen voor te draagen, ntët alleen ftraffchuld ; maar zelfs bet onderling fpreeken over 't belang des Volks en des Lands ea het vèTtoöhèh van zich in dé nabyheid des Raads op lyfsftraffe verboden is. Is dit dan dc wettige Cöpftitüeie herftellen ? Dan is dezelve nog onbefchreeven geweeft. En waar is eene tvr t die he't volk verpligt, of kan verpligteh, om zulk eene Conftitutie voor te ftaan, om zuik eer rie Regeering, als de vettige, met goed en bloed tc verdedigen ! waar is de fiemtne des Volks die immer zulk eene Conftitutie begeerd heeft? Met zulke zwaarmoedige denkbeelden moge zich het verlegen hart eens teleurgeftcldcn vryheids zoons laaten verfebrikken en als ter ncderfla«n —<• Zyne hoope zal de kracht vernieuwen $ wanneer hy herdenkt aan alle die Uitreddingen van ons Vaderland, door welke zich eene altoos wyzë Voorzienigheid fe mecrmaalen, in dc hoopcióofte omftandigheden, aan onze Vaderen verheerlykt heefc. Hy zal met verdubbelde moed worden 'gefterkt „ wanneer hy in 's i^ands gedenkboeken herleeft dé ; vernieuwde luifter waar toe deeze Repupliek is berreezen, juift dan, wanneer haaren ondergang het naafte fcheen by te zyn. En zelf de natuur leert hem* dat wanneer donkere wolken Van verdikte dampen zich hebben zaarri gepakt, dikwyls een felle donder dezelve verdeeld en de lucht zuivert, zo dat de lieflykö ftraalerf der* gouden zon ons onbelemmerd befchynen s en de' Tucht gereinigd wordt Van d:c dampen die ons? ttiets dan ramp en verwoeftmg dreigden. ■ * O a Bs-»  ( aiS ) Bedaarde en ftandvafiige eensgezindheid zyn het die de onverwinlyke fterkten uitmaakcn op welk* alle woede der wettelccze heerfchzucht te vergeefs woiden verfpild de gewapende Bur- aermaet, derzelver eensgezinde poogirgen, zyn het die de vryheid van het dreigend gevaar kan redden en haar in haaren luifter herftellen tegen alle teueellooze Democratieën onhandige heer lebzucht van willekeuiige defpoten en Ariftocraten. Neem dus, doorluchtig Volk! neem dus een grootfeh befluit Gv zvt voor 't Vaderland, niet voor u zelf, ge. 3 : boren! Veracht dan 't zelfbelang, daar niet* uw glorie ftuit! De zucht om vry te zyn moet ons alleen bq. kooren. —*~ T. v. U  C 219 ) Wy zyn verzogt de volgende Hukken ia ©as Weekblad te plaatzen. Aan de Edele Grsot Achtbare Hee* ren Burgemeejieren en Vroedfchap der Stad Utkecht. ^OTeeven eerbiediglyk te kennen Officieren en Directeuren van hec exercitie Genootfchap Pro Patria et Libertate; dat het Genootfchap, aangemoedigd door ÜKd. Groot Achtb. gunftige dispofitie° vervat by refolutie van den 7 April des voorleden jaars 1783 (*) zich ook zedert met alle vlyt heefc beoeffend om den Wapenhandel tot alle mogelyke volmaaktheid te brengen, ter bereiking aan hec waare oogmerk der inrichting van dit Genootfchap , om niet enkel toe een voorbeeld , maar ook toe onderwys van hunne Medeburgers en Schutters» weke daar van voor zich inclineerden gebruik te maken , te vertrekken , en alzo de gantfche Schuttery tot een re« fpeclabelcn en aanzienlyken ftaat te brengen, om onder het gezag van UEd. Groot Achtbaare de poogingen van alle oproerïgen en kwaadgezinden , is het nood, te keer te gaan, cn geenzins om ais een afgezonderd Corps zich te onderfcheiden van het oogmerk waar toe het redres der Schurterije en Burgercompagmen tot hier toe zo gelukkig is gereu'sfeert; ■ Dat, geconiide- reerd het oogmerk van het herftel der Schuttery, zal het zelve aan hec nieuw uitgevoerde Reglement beantwoorden, hetzelve niet alleen moet dienen om oproeren van binnen , maar ook die welke ons van. buiten kunnen aankomen, effica- ci- f* 1 ZiA No. 7. van dit Weekblad b!. 14?. O 3  ( 22© ) eieiisjyken met alle nadruk aftekeeren; dat em zich dairtoe tc bekwamen cn de exercitie tot aU , Je mogelyken trap van volkomenheid te b-erjEen, het Genootfchap tot dac , en geen ander oogmerk, zich hadde voorzien van vier Veldftukies, om, als gezegd, in tyd van nood en wanneer alle de Leden van hec Genootfchap een, jcder zich onder zvne Compagnie moeten begeeven, dezelve Compagnien ook daarmede, zo het gerequireerd wierde, zoude kunnen worden ga- adfisteerd; Dac het Genootfchap op ene gronden , en alzo uit zuivere oogmerken, de voorfehreeven vierVeldftukjes zich. hebbende doen vervaardigen , om by hunne exercitiën daarvan het noodige gebruik te maaken; dus ook uit kragto van UEd. Groot Achtbaare gratieus appoinctement voorneemens zvnde, op heden voor de eerftemaal de publieke proef te neemen, geoordeeld hebben daar van by deezen aan UEdt «root Achtbaare refpedneus-kennisfe te geeven; in dat vertrouwen , dat daar UEd. Groot Achtbaare zich geconvinceerd houden van de oprechte en aizins heilzaflme poogingen van het Genootfchap als welke geen andere zyn dan om , ingevolge hunnen Schutters.en Burgereed, Conform de uitgedrukte intentie, vervat by de ordonnantie en Rcglementc op deezer Stadsfchuttcrye gemaakt, * deeze zo hooglinoodige en nuttige verrigtmgen ÜEd. Groot Achtbaare niet onaangenaam zullen zvn: en dac dus ook de leden van dat Genoocfchap, onder UEd. Groot Achtbaare protectie tegen alle belaagers van Stads en Burgcrvryheid ongeftórd in alle deeze hunne Wapenoeffcnin*. gen mogen veordvaaren. richt, worden ter hand gefield. (ander Jiand) Accordeert. In kennis van my («n was getekend) J. W, de Reuver, *t Genooffchap heeft ook vervolgends gejouh. feerd van de verleende permisu'e by het ex:ra6t der Refolutie van hun Ed. Gr. Achtb. en heeft ook yervolgends geene nadere aanzoeken diswe* gen gedaan, als hebbende, wegens de hooge kas. ten van kruid enz , gerefolveerd niet meer dan driemaalen in het zomèrfaizoen met de VëTdftukïes te manoeuvreren, en daar mede met juny heE eerfieaanvang te maaken, en aivoorens deswegen zodanig nader verzoek by de Vroedfchap te doen als men alsdan zoude noodig oordcelen ~ dan, op het onverwachtst e.i ongevraagd werd reeds, vóór dat het Genootfchap met den tweeden May deezes jaars deszelfs zomer exercitiën zoude hervatten, aan den HeereGqroom ter hand fjelkid het volgende Extract uit de Refolutien van de Ed. Achtb Heeren Burgermee, fleren ea Vroedfchap dei* Stad, Utrecht, Maandag den 2$ April 1785. B.ur« i  C 223 ) B'ir"cr^eefter?n en V-oedfchap der Stad Utrecht perififtteeren aan 't exercitie Genootfcnap • hii nen deeze Stad Pro Pama et Libertate , by • Continuatie te eserceeren en manoeuvreren mee vier VeldftUfcjes op de gewoone exerciueplaats jn 'c zogenaamde Sten ebofch, midfc, dat een he* kwaane gefloten piaacs binnen deeze ïitad door dei "Vroedfcnap vervaardigd worde, aiwaar net gezeg* de gefenut, ten tyde dat üaar mede met zal worden gemanoeuvreerd of geëxerceerd, gcplaatit blvve onder de bewaaring van den Heer eerftea Etirgemeefter , in auabteic ais Gouverneur deezer Stad, die nochthans, ter requifitie van de leden van *t voornoemde Genootfchap, geere zwarigheid zal maaken, dat, tot 'l doen der exercitiën en manoeuvres, hetzelve gefchut ter gedeügncer. dc plaats met zyne voorkenmsle door die van het gezegde Genootfchap worde af en aangevoerd. Alles echter by provifie, en onder mtdruKlyKft referve van zodanige nadere bcpaahngen , als, bun Ed. Groot Achtbaren in 'c vervolg zouden kunnen nodig oordeelen. (onder Jiond) Accordeert met voorfchr. refolutie. In kennisfe van my (cn tvas getekend) N. T. van Voorst. Eik, die uit het vooren gedeclareerde en andere verzoeken van het Genootfchap deszelfs waare intentie geleczen heeft, en daar by alle de omftandigheden weet, waarin hetzelve tot deezer Stadsfchuttei'y ftaat, zal zich niec behoeven te verwonderen, dat dergelyk eene refolutie met zeer aangenaam konde zyn voor dat Genootfchap, dat hec niet verder in ftaat werd geoordeeld om zyn privé eigendom zelve te bewaarsn — eajvee»  ( 224 ) le perticulieren merkten het aan als een bril, die men het Genootfchap, als 'c waare, op den neus wilde zetten, om deszelfs vyanden ltoife van befchimping te verfchaffön , veel eer dan als een middel ter gerutfte.ling tier Regeering wegens het kwaad gebruik dat 'van het Kanon zoude kunnen worden- gemaakt. en in de daad, als men uit krachte van tegenoverfteliing redencery dat het Genootfchap met het Kanon niet raanceuverendc, de bewaaring daar van aan zich kondc behouden; wyl de bewaaring door den Heer eeriten- Burgemeetler alléén aan het manceuvreren daar mede geaccrocheert is; dan moet men zeker hun gelyk geeven, dac de invloed van veele kwalyk gezinden deeze refolutie hebben wee. ten te bewerken, om hec Gsnootfchap nog meer voor de waereld!ten toon te ftellen. Dan, Officieren en Directeuren vonden goed op maandag den 6 Juny daar tegen inteleveren het volgende Requefr.  ( 225 ) Aan de Edele Groot Achtbaan Heeren Burgemeejleren en VüofdJchap énr Stads Utrecht. troeven met verfchuldigde eerbied te kennen, de dirigerende leden van het exercitie Genoodfchan Pro Patria et Libertate, binnen Utrecht, als Reprefenteerende alle de leeden ; dat gemelde Gcnoodfchap in het valt vertrouwen verfeerende van senoegzaum conient van UEdele Grocx. Achtbaare daar toe gcobtineerd te hebben,, in den voorleeden jarc 1784 «g ^er metalen Veldftukies hadaangefchaft, met intentie om me daar mede zodaanige Manoeuvres te doen, als by een ««reegeld bataillon behoorenj de Supphanten oc4 T'ier^alven, het van hunne plicht hebben gcoorSeH, ten tVde dat gemelde' Veldftukjes voor de eerftëmaal zoude woiden gebruikt, daar v«n aan UEdelc Gr. Achtbaare kennis te geeven, zondet dat het de Supplianten geoordeeld hadde daar tos 110- nader en fpeciaal Confent te moeten verzoeken dan dat UEdele Gr, Achtbaaren , deeze communicatie als een verzoek befchouwende, aan het Genoodfchap gratieuzelyk hebben, geheven te permittceren , om geduurende dat faizoen, met hunne vier Veldftukjes in het Sterrebofch te moe een Manctuvreeren. Dat vervolgens, met den aanvang van dit !oooendc exercitie Saifoen door UEdele Groot Agebaare, aan de. vergadering van het Genooa chap is gedaan ter hand hellen , extract reiolutie, waar by UEdele aan dezelve permitteren „ by i} continuatie, te exerceeren cn mancevreeren ,  ( 326* ) .s-, met vier Veldftukjes op dc gewoone ex»rs, ckieplaats. in het zoogenaamde Sterrebofch, „ mits dat een bekwaame betloore plaats, binnen 3, deeze Stad, door UEdeie Groot Achtbaare s, vervaardigd wierdc , alwaar het gezegde ge3i fchut, ten tyde, dat daarmede niet zal gema., rceuvreerd, of geëxerceerd worden, gepiaatst 9, biyve onder dc bewaaring van den Heer eerften 5, Burgemeefter; alles echter byprovifie." Dat hoe zeer de Dirigeerende Leden, niet kunnen afzyn hunne fchuldige dankerkentenis te betuigen, voor de gunftige difpofitie van UEdeie Groot Achtbaare, by het eerfte gedeelte van gemelde Refolutie vervat , de Supplianten niet tc min de vryheid gebruiken, aan UEdele Groot Achcbaare eerbiedig onder het oog te brengen, dat zy zig in hunne qualiteit , ten uiterfie bezwaard vicden, over de mits, waaraan gemelde Confent door UEdele Groot Achtbaaron js geaccrocheerd geworden,, om reeden, dat het üc Dirigeerende voorkomt, als of by UEdele Groot Achtbaare eenig wantrouwen ten opzigte van gemelde Genootfchap zoude refideeren, daar nogtans dc Leden niet kunnen penetrceren , hier toe ooit of immer eenige de atlerminfte reeden gegeeven te hebben, durvende de Supplianten zig vleijcn zig nimmer te hebben onwaaidig gemaakt de goedkeuring van UEdele Groet Achtbaaren vervat by derze.ver Refolutie van den i September 1783 aan de Supplianten gratieufelyk gecommuniceerd, by welke dezelve betuigden, der Supplianten gedaan vetzoek te accorderen ,, ten openbaar cn be„ toon van goedkeuring van derzelver loflyk oogmerk ., en verrigtingen". Waarom me de Supphanten ook niet kunen bevroeden , waarom hun de bewaaring van de privé eigendom van gemelde gcnooüfchap, met zo veele moeite en zwaare kosten door hun aangefchaft, zoude worden ontnoomen, daar het Genootfchap met het aanfehaffen van gemelde Vcldftukjes niet anders heeft gebuteerd, dan  ( ) dan dm het waare oogmerk, waartoe de aTgeme*.' ne waapening is ingerigt, te bereiken, en, hunne Wapen oefening zo ra mooglyk tot de volmaaktheidte brengen, en hier door ten Voorbeeld te verftrekken, aan de loffelyke Schutteryen van ons gedreigd Vaderland , als mede om als getrouwe. Burgers, volgens hunnen gedaanen Eed, en Bursërplicmi 's Lands vaderen in het handhaavenea van hun gezag , fleurende op de wettige cbflftitutié van ons vry gemeenebeft, te helpen onderfleunen, en ( des gerequireerd) tegen alle moedwil'i"e onderdrukkers te beveiligen; welk declaratoir °de Supphanten ook niet hebben geaarzeld, opentlyk door den druk bekend te maaken {*) > cn waarvan zy de eer hebben hier neevens eea Copie aan UEdele Groot Achtbaaren te produccerer" is 't hierom dat dc .Supplianten altyd hebben vertrouwd, en als nog in het billyk vertrouwen vèrfe'en, van alle hulp en prote£tie van UEdele (iroot Achtbaaren, in deeze hunnen zo nuttigen Waapeuhandet, te zullen erlangen, en deste meer, zints door de Souvcrain van deeze en andere Provintien de Wapening der In - cn Opgezeten wei ekprcsfélyk en nadrukhk is geordonneerd en de disobcdientien daaraan, anderen ten exempel, ren rigoureuste zyn gecorrigeerd. Dat het daar en boven zeer mocilyk, om niet Te -eggen onmooglyk, voor de.exerceerende leeden zoude zyn, om telkens, tot het doen va» himae exercitiën , die ten minltcn eens a tweemaal ter Week , privatclyk behooren verrigc tc worden, de Kanonnen van de bewaarplaats te gaan haaien, en, na het verrigten dezelve, we« der van de Exercitieplaats naar de bergplaats te fieenen : als waar toe onuitfpreekelyk veel moeite en tvd zoude moeten worden verfpild. Buiten en behaiven , dat het den Supplianten •voorkomt, dat zy niet genoegzaam bevoegd zyn, om 0 git opz wh Nt». *>k 'w- *n y°,*ê  ( 228 ) 8m de over Veidftukjes, als zynde eene wezeniyk eigendom van ieder lid van gemelde Ge noocfcnap na willekeur te kunnen disponeer cn, es zonder bier toe het Concent van ieder in het B'yzótidèr te hebben geobcineertf. Dac UEdele Groot Achtbaare thans overtuigd moetende zyn, dat al wat, door deeze of geene kwaadwillige , aan het Gcnoodfchap ten latte is gekgd, openbaaren lafter, en baarblykelyke onwaarheden zyn: de Supplianten vertrouwen, dac UEdele Groot Achtbaare in deeze , en alle anV dere voorkoomende gedegenheden, de eer en liet creaiec vsn zo een aantal wclmeenendc zuilen' mainciheerên , .cn hun niec vergen hunne Ve'dfuikjcs, tegens de gemaakte fchikking elders tö piaaczen, of buiten hunne bewaarmg te geeven* En vermits UEdele Groot Achtbaaren deeze lïnn E. refolutie maar hebben gelieven ce neemen by provifie, cn onder icferve van zodaanige' nadere bcpaaling, als UEdele Groot Achtbaare , in het vervolg, zoude kunnen noodig oordce. Jéri. Zo keeren de Supplianten zig tót UEdele Groot Acati.aare, ootmoedig verzoekende dat het UEdele Groo'. Achtbaare behaage, aan de Supplianten te permicteeren by continuatie, met hunne Veidftukjes, onthceven van de voorgemelde?»^, te exercecren. En dewyl de vorderinge van het faifoen vereifchen het by dc eerftvolgende exercitie mee het Kanon tc Manoeuvreeren, verzoeken de Supplianten zeer ootmoedig, dac appoincemenc zonder resumptie Wig worden uicgege'even. "t welk doende &c. Uit laft van Officieren en Gecommitteerde Directeuren. QVas geteekena") W: J: HORN. Secrt. Niet  C £29 > Niet tegenftaandc dit verzogte werd hetzelve gefteld ih Commisfie van Heeren Burgemeeftererf en oudburgemeefteren dan niet tegenftaan- rie het voorbaarige gerugt, ais of, hangende de dè« libe'rticn daar over, het uittrekken met het Kanon zoude worden geinterdiceerd en gefurcheerd» biykt het nogthans dat zulk een gerugt alleen is ukgeftrooid door onkundigen die van de intentie of den teneur van het requeft in 't geheel niet Zyn onderrigt geweeft. Daar het duidelyk is, dat hoedanig Heeren Burgcmeefteren ook mogen rapporteeren en advyferen , ongeprejudiceerd de Ce neemen Conclufie , het genootfchap kan blyven gebruik maaken van zyn gefchut by deszelfs- exercitiën, daar de Vroecfcbap, blyk'éns' liet jongfte appoinclement, geen zwarigheid heeft gemaakt zulks by Continuatie te permiiterèn —- Men zege dat de voornaame zwaarigheid zoude zyn, waarom men de ftukken onder bewaaring van den Heer eerften Burgemeefter wilde gefield nebben, zoude zyn, dat het nooit aan particulieren kan gepermitterd worden, zich van ammunitie te voorzien; doch behalven dat een uitgebreid Genootfchap als dit, dat door de Regcering zelve gelegalifeerd is, zeer wel van dien regel door dezelve zoude kunnen worden uitgezonderd , zo hebben wy reeds in eene aantekening in ons No. 7. zo wy meenen de zwaarigheden die daar tegen, wegens misbruik, zoude kunnen gemaakt worden, uit dea «/eg geruimd. - D 1  C 230 ) D E Groote HUIG, E N Kleine PIET. Huig had den naam van Groo* verworven óp (dees aarde, piet noemt men kkine Tiet, offl zyn geringe v a..r Je. Hmc was een eerlyk maa, een ereraad van hetLandj Piet is een flegte vent, en (trekt zyn ftam tot ( fchand. Hu re had geleerdheid in zyn boekve. trek gekregen} Piet heeft in 'thoerekot geftadig fchool gelegen. 'Huig liet in d* eerden graad, eenbraavenjongenn** ftïaarPwJ een hoere kind, onzeker wie Papa! Hüig hadde vryheid lief, veelliever dan net leven} Maar Piet zou óm een ambt de vryheid Overgeevert, Huig waagde 't lyf, ten nuct' van 't dierbaar Va- (oer land; Piet zet voor fcnelmery zyn lyf en goed te pand. Huig is, ten ceuwgen roem, een cierlyk graf (gegeev.n. Piet wordt, als Haraaü, nog tot hooger trap vergheven. Te Utrecht, by De WED. MULDER, erj alom by de ineefte Boekverkopers a a St  VRYE NEDERLANDER, No. 13. ÈxtrtEt uit een Brief uit Thiel. Myn Hëer! J^*!hoewel de WapenoefFening der Thielfcha Burgery op alle mogelyke wyze werd tegen gegaan en door het liegt gemeen alle oproerige middelen worden aangewend om die Wapenoeffening by de Magiftraat hatelyk te maken, en zy ook daarin reusfeeren, kan ik U egter, tot zonderling genoegen voor de weldenkende Burgery melden, dat den eenigften der vyf Hoplieden dezer Burgery die de WapenoefFening zo veel mogelyk behartigd, daar voor op eene cordate wyze durvt uitkomen , waarvan de nevensgaande aantekening van dien Hopman, die wy UEd: verzoeken in UEd: weekblad te plaatzen, tot een ftaaltje kan ftrekken. Met het zelve zo fpoedig mogelyk te plaatfen zal UEd» zeer verpligccn die de eer heeft van te zyn, enz. P iW  Nadere aantekening van den Burger Hop manj. R. van Lidth de ]zur>i uit 'kragtvan zyn gereferveerde cv den 19 Aprü 1785. in de Krygsraads vergadering op dato dm 2ofte May- 1785 overg.egee- ven ten fine ■van iiifertie ff)l t Refolutie Boek van Welgemelde Krygsraad, Wel Edele Manhafte Heeren ï -'■ Prefrdent Burgemecfter George, Grave van Randwyk, extraordinaire Krygsraad op Dings. dag den igden April laatftleeden hebbende ver* zogt, gav in die vergadering ter tafcle van UEd» manhaften, namens de Magiftraat, over twee Documenten, zynde 't Eerfteeene Publicatie, wa3r by wierd verbóden , alle zamenrottitigen cn ra*, multueufebewegingen, als meede 'tzingen van ta\-atoire Liederen, op pcene van arbitraire Correctie en waar by Hun Wel Ed. Achtb. order anderen zeide „ dat de bron waaruit dezelve voort„ vloeiden diende worden uit den weg geruimd, als hebbende daar toe aanleiding gegeeven het „ ongenoegen, dat 'er by een groot aantal Bur„ geren en Ingezetenen refideerde, dat 'er verl, fcheide Burgeren uit differente Compagnien „ eenige zondagen zig in den Wapenhandel had„ den geoeftend niet alleen, maarzehs NB. met „ (laaade trom geduurende de Publicque God9„ dienft cefjening varen de Stad doorgetrokken, ,y ftrek»  y, ftrekkende tot ontheiliging van dien dag, tst jj GódsdienftoeQèhing gclchikt" cnzi Weshaiven wierd verboden alie Exercitiën op Zon en Feéftj dagenj voer, tinder, of na de Kerktyd, alsmede dat geene O fficieren nóg Burgeren onder eene andere"' Compagnie mogen exerceren dan waar on ■ derzy gehooren, op eene boete van vyf- én twintig Guidén telke reize te verbeuren t zo wei by dert Hopman die dezelve admitteert, ais by die Burgeren cue zich snde Compagnie begeeven, daar zy niet onder geboren. Het tweede Document was eene Reiolutie, behelzende Contcntu van die Publïcatie, maai- waar by egter wierd gepermitccert dat zig twee Compagnien by den anderen mogtcrl voegen om eenige manoeuvres te veirigten enz. het welk een en ander in omvrage gebragt zyn> de, heeft de ondergetekende zig gedeclareerc tiiet genoegzaam vervat te zyn, om op deeze on^ verwagte en, teffens onycrdiende_ handelwyze yari de Magiftraat ex tempore te advifeeren, maar aari UEd. manhafte de origine van deeze Refolutie én Publicatie hebbende verhaald, heeft dezelve Geproponeert, om van de. Magiftraat te verzoen ken, dat die Publicatie by provifie moge worden ingehouden en dat UEd. manhaften in dien tusfchen tyd op eene decente wyze by eene remonftrantie hun WelEd. en Achtbaare geliefde ondei: 'tjoogte brengen, den hoon die den'Kiygsraad en dc Burgery daar zoude worden aangedaan enz^ referverende de ondergetekende aan zig, om zyne gedagten daar over" nader aan den Krygsraad* ten fine van infertic in 't rcfolutiebatek, in fcrip* tis te zullen overgeven. Dan daar die propofitie by UEd. manhafte niet is gegouteert, tot heden zelfs niet eens over werd gefpro.okeü, en 't fchynt dat UEd. manhaften hier in zullen blyven fcertu^en» beha.lve.rt den braven Cordaten, en by de ganfche Burge* ry zeer beminden oudften Hopman J«G. vanLeeu* P z mii  ( *34 ) wen, cie deze onaangenaamheden woede ^ytide angcr aftcwagten, zulks in Perzoon aan Hun Wei Ed. cn Achtb. heeft gedeclareerd , en om die reden zyne dimisfie heeft verzogt en verkregen, tot groot leedwezen voor de weldenkende Burgerye en wel byzondcr voor den ondergetekenden, die daar door een eerlyk en ftandvaftigen Vriend in dit Collegie moet misfen; betuigt de ondergetekende hier in op diergelyke wyze met iiilzwygen niet te kunnen heruiten, maar vind zig vcrpligt, zig voor de ganfche waereld van dien blaam "te moeten zuy veren, zal hy niet als de bron van een oproer en fchender van den dag des Heeren worden aangemerkt. Weshalven dan de ondergetekende, uit kragt van zyne referve, de Eer heeft aan ü Wel Ed. manhafte te avanceren , zonder dat hy tans zal repeteren het geene hy by 'c overgeven der twee voorfchreven docömenten, aan den diestvds praetiderende Burgemeefier Grave van Randwyk, mondeling heeft gedeclareerd, zig ten dien einde op *t geheugenis van LEd. manhaften betoepende. Dat wanneer op Zondag den 15 April 1735 de Eer had van met adfistentie der Heeren Officie, ren Stronk, Oofterhoudt en van Galen en een aantal van over de vyftig van de aanzienlykfte Burgeren, zig in den Wapenhandel te oeffenen, hun te Commanderen en met dezelve na 't verrigten der Manoeuvres de Stad wederom kwam inmarcherer, zig een zeer groote menigte van men; fchen zeo jongens als vrouwlieden by den andere vervoegden, fommige met Oranje Linten op hunne hoeden of mutzen, benevens cn agter de Gewapende Burgeren bleven marcheren, onder 't zingen van taxatoirc Liederen, cn onder 't uitbraken van verregaande fcheldnarnen , tegens de welgezinde Burgery niet alleen, maar hunne brutaliteit zelfs zo ver pousfeerende, dat het weinig fcheelde of zy zouden tot daadlykheden hebben overgegaan  C 235 ) gaan, alzo 't agterfte Pe'atron niet meer Van blyven doormarcheeren en verfcheide daar van uit hun gelid wierden gefloten, hec welk van dat gevolg was, dat die op zo eene verregaande wyze geinfukeerde Burgeren zjg daar over (en waarlyk niet ten onregc) begonden te piqtieren, zig by den ondergetekenden komende vervoegen en permisfie vragen, om geweld met geweld te keer ce gaan, en dac oproerig volk te doen ruimen : edog de ondergetekende voorziende de nadelige gevolgen die daar uit zekerlyk zouden hebben ontftaan cn te veel zugt voor zyne Vaderftad en welmeer.er.de Burgeren hebbende, om die Stad in een bloedbad te zien veranderen, cn die' goede Burgeren aan een oproerig gemeen bloot gefield, zonder al zyn vermogen aantewenden om zulks te kec: te gaan, flelde alles in 'c werk om die Burgeren te overreden dac zy zig flil hielden, onder anderen hun verzekerende, dac derVIagiltraat geenzints zoude kunnen nog willen nalaten om hun eene behoorlyke en "eclatante fatfsfaciie te bezorgen , en de fchuldigen ingevolge Hun WelEd. en Achtb. gefeótereerde en nog onlangs Gerenoveerde publicaticn, exemplair te doen ftraffen , waarmeede zy zig dan te vreden ïtelden,, mits egter hier van dadelijk aan de Magiflraat 'werdc kennis gegeven. Wanneer de ondergetekende, na de Burgeren voor de hem aangedaane Eerte hebben bedankt, zjg dadelyk, Geasfiüecrt door de Heeren Ooftérhoudc en van Galen, heeft vervoegd by den Heer Grave George van Randwyk, toen ter tyd als pnefident Burgemcefter fungerend, en juifl in de Stad zyndc, aan zyn Hoog Geb namens dc Burgery deeze billykè klagte voorgehouden en ten iterkften daarop geinfleert, dat die oproermakers of zommige van hunne aanvoerders, ten eerfte mogten worden Geapprèhendeert , cn dat ingevolge Magiflraats gedaane beloften in differente P 3 iHt-  ( ) Pubiicati'en vervat, door eene Exemplaire ftrafFe van die ruftverftöofdcrs de gsmfukeerde Burge. ien mogten worden fatisfait gefield, waar op zyn Hoog Geo ancwoorde: „ morgen zal ik extra erdinaire Magiftraat* vergadering laten beleggen en die klagte aan Hun Wel Ed. en Achtb: voor- drMaar'niet, tegen'ftaande de ondergefchreeve de nmmbeiïighetd gebruikte van aan zyn Hoog Ceb voor oogen te Hellen, dc orheiïen die er voor deeze Staa uit koude km men ontitaan, wanneer dat woeft gemeen " niet in haar oproerige ftuip wierd tegen gegaan, alzoo er werkelyk nog wel i?o a 200 voor 't Raadhms byeen waren en Continusel ftonden te roepen: .Vivat de 1 rik» de Patriotten na den Donder ! enz. bleev elir Zvn Hoog Geb. by zyn eerlte fentimenc plffiftefén, en liet vergadering' yan den Magi-, ftraat, tegen den volgenden dag beleggen. Billvk en te regt had de ondergetekende ver» wagt dat Htm Wel Ed. en Achtb. de vereifchte attentie op zvne wel gefundeerde klagte zouden hebben geflagen , de oproermakers geftrarc, de Burgeren genoegen gegeven, en zorgegedraeen dat dc goede Burgerye zig ongernoleftcert m den allczints zo nuttigen Wapenhandel konde Dly- ^MaYr^o^bingsdag den 19 April jongftleeden. cavde Heer Grave van Randwyk, namens de Maliftraat, die twee hier voren gemelde Documcnten n de krygsraad over, dewelke ons^nu moeten verftrekken voor de gevraagde Satisfaftie aan de Jurgeren en teffens tot de beloofde cxemplaire ftraffe van dat oproerig ge™clLn; . ', Hier uit nu kunnen ü Wel Ed. manhaften oor-, deler, of de ondergetekende gegronde redenen heeft van ten uiterften verwonderd te zyn, te rnoe%n horen dat hy en die mede geëxerceerd hebbende Officieren en Burgeren, na dat de klok  ( 237 ) van 7t Raadhuis eerft was getrokken door ecu der ftads Deurwaarders, van de puy van '% Raadhuis is uitgeroepen als de bron van de opioeren cn de fchender van den dag des Heeren; cn daar by ceffens verboden wierd alle Exercitiën op zon en Feeftdagen, enz, en gezegc dat hy geduurende dc Pubïicquc GodsdienftoefFening met flaande trom de Stad is door gemarcheerd: welke Publicacie ook by 't Raadhuis en aan de Stadspoorten is 'aangeplakt, tot een zeer groot hartzeer voor alle 'weldenkende .Burgeren, die zig daar door ais de oorzaken van de verftoorde ruft zien genoemd en ten toon gefield cn dulden moeten dat 'c oproerig gemeen over hun triumpheert en inuifcloos daar henen loopt , ja zelfs hen als in 'c aangezigt fpuwt en publicq met fqheld-en fpoc woorden naroept. Dat de ondergefchreevcne zyne exercitiën op Zondag na 't eindigen van den Godsdienft heeft verrigt, is gefchied-..óp inftantie van veele Burgeren, alzo'met 't voorjaar dezelven in de Week te veel verfuimden , cn ook des te nuttiger cn voordeliger voor de ingezetenen was , zig in den Wa« pènhandel te ocfFcnen ,■ dan zig aan andere Exercitiën over te geeven of in de Herbergen te lopen', ook heeft dc ondergefchreenenc den Zondag daar toe verkoozen, op fundament van eene Ma. gtftraats Refolutie van den o Auguftus lö 12; waar by onder anderen de Burgeren geordonneert worden, om van Zondag tot Zondag, of wanneer den Hop. man zulks goed vind, met hun Geweer en Wapenen te moeten Compareren , op een boete van fes ftuyvers, ook heeft de ondergetekende niet met zyne onderhebbende manfehappen gemanoeuvreerd dan des zondags avonds om hal" vyf uxen, en is om halv agt uren eerft wederom de Stad komen iumarcheren , want men zelfs niet ■;:cns binnen de Stad die Exercitie heeft verrigt, psr;r zulks buiten, dc Weftiuydfche Poor,t, o.p de B 4 ZQfe  ( aj8 > zogenaamde buiten Bleek is gefchied. —-* Kan nu 't exerceren op Zondag geconfidereert. worden als een fchendirig van den 'Dag des Heeren , of als aanleiding geevende tot Burgeriyke, twiften en te dugten oproeren , wie zullen dan voor die zonden moeten boeten ? Immers niec de ondergetekende of die Burgeren, want dezelve zulk» op fpeciale ordre en Refolutie van de LofFelyke prasdecesfeuren van Hun Wel, Ed. en Achtb., te dier tyd de Magiftraat campoferende, gedaan hebben. Dat uu de ondergetekende met flaande trom gedurende den Godsdienft zoude door de Stad gemarcheerd hebben , declareert dezelve dat hy dien geene die deeze onwaarheid aan Hun, Wel Ed. en Achtb. heeft Gerapportcert, houdt voor eenen infamen lafteraar en logenaar, niet waaidig 'er zig verder over uit te laaten , en van cie onwaarheid daar van neemt .de ondergetekende de ganfche Stad cn wel byzonder die geëxerceerd hebbende Burgeren tot Getuigen Is dit nu eene handelwijze van de Magiftraat, Wel Edele Manhafte Heeren 1 die wy verdiend hebben? neen ganfeh niet. En kunnen wy als. Officieren daar op ftilzitten , zonder ons zelve daar van, zo veel in ons is, op eene decente en gepermitteerde wyze te zuyveren ? daar op declareert de ondergefchreevene ook van neen, en hy begrypt dat. hy verpligc is zyn Caraéter als Officier 'te moeten maintineren en zig van dien blaam te zuiveren , want hy zig tot nog toe niet by die Euangeiifche gedagten Kan bepalen die by' UEd. manhafte fchynen te huisveften. Wanneer Hun Wel Ed. en Achtb. lief ft hadden gezien dat de exercitiën op Zon en Feeftdagen geen plaats hadden , zoude *t dan niet vriendelyker zyn geweeft, dat de proeiïdent Burgesneefter, die tenens Cesfie heeft in onze Krygs: *aads vergadering, ons, diej het tweede Lid vaq  Begering in deeze Stad thans uitmaken, 'zulks mondeling had Gecommuniceerd , geen van ons zoude met dan -gewillig zyn geweelï om aan 'c verlangen van de Magiftraat te voldoen. Of, zo Hun Wel Ed. en Acntb. zulks maar perfoneelaan den ondergefc'ireevcncn, dieookceffens de eer heeft van Secretaris dezer Stad te zyn, en den eenigften Hopman die op een Zondag heefc geëxerceerd , en zig daarom nu met den naam van Sabbathfcbendcr ziet befteinpeld, hadden gedeclareerd. Of wanneer Hun Wel Ed. en Achtb: oordeelder» dat deondergefchr. kwalyk had gedaan, hadde Hun We! Ed. en Achtb. denzelven m regteri kunnen aanfpreken en de Btirgcrri. gelalten hunne actie tenens hem te inftitueeren, dan was ten minnen hera de pas niet afgefaeden , om zyn gehouden gedrag te kunnen juftificeeren, en zig zelve van die befchuldigingen te kunnen purgeren, maar nihil horum, hy is onverhoord veroordeelt, en moet onfchuldig ftraffe lyden, daar 't oproeiig Gemeen» dat verdiend had exemplaar te moeten worden geltraft, excepc die gemelde Publicatie, ongemoeid word gelaaten, ten minfterl draagt de ondergez, geen kennis dac er nog iets hoe genaamd tegen hen is geëntameerd. 1 Dus de ondergetekende met de geëxerceerd hebbende Burgeren pararel met dat oproerig en ftrafwaardig volk word geftc'.d. Eindelyk dan Wel Ed. manhafte! wat zal ik doen'om myn Carac'ter te maintinceren, en my van dien aangewreven hoon te zuiveren ? zal ik tegen de reprefentancen van de Bufcjery, die onze Magiftraat ukmaaken, opftaan? dat zy ver van mv, en God hoop ik zal my voor diergelyke denkbeelden bewaaien. Zal ik in navolging van den hier bovengemelden Hopman van Leeuwen myne dimiflie ais Hopman nemen? hier toe kan ik nog niet befluiten, wil ik *an de iailantie en begeerte van zeer veele welden- P s keu-  ( *V> ) tonde Burgeren beantwoorden, ten minden is zulksravn voornemen niet, voor .en aileer Ik myn gedrag by de onpartydigc waereld zal hebben gejus- ^flgfhmm eene decente remonftrantie of juftificatoire memorie aan de Magiftraat prefenteren en daar bv op eene eerbiedige wyze verzoeken, dat Hun Wel Ed. & Achtb. de Publicatie geliefden in te trekken ofte veranderen? dit was wc het befte, maarUweiEd. manhaften Job in geduld en lvdzaamheid navolgende, van welke deugden UWel Ed manhaften harten als overvloenen , zullen zekerjyk met my daar m niet rneede WDusver tkjn niets voor mv overblyft, dan mynen trooft by myne weldenkende vrienden en mede Burgeren" te zoeken, en voor God cn ue gantfche waereld te betuigen, dat myne handelwyzQ sïleenlvk is gegrondveft geweeft, op t lracSvïnUnie, op de ordres en Refolutie van de Magiftraat en op. hun mondeling declaratoir, bet welk zelfs by klokkenflag is gepubliceerd cn ter cewoner plaatfe geaffigcerd, dat 't oeftenen m den Wapenhandel hun Wel Ed. en Achtb. zeer aangenaam was, waar toe ik dus geen gefemkter dag ïonde uitdenken, en die my door de Magiftraat zelve daar toe was aangeweezen, om die wapenoeffeningte bevorderen, en da»r door aan t-agye, ment en verlangen van de Magiftraat te voldoen, en weiken dag ook is in navolging van anderen « zelfs naburige plaatzen. Mede betuige ik dat myn hanaelwyze geen ander doeleinde gehad hebbe, dao om my zelve en myne onderhebbende Burgeren bekwaam te maaken, om als ge nood t vordert, Hun Wel Ed. en Achtb. ten dienfte te kunnen zvn, onze Stad, onze Burger voorregten engheid, onze bezittingen, in een woord ons Vaderland met al wat ons ur 't zelve dierbaar zyn kan, te kunnen helpen handhaven en befchermen.  C ) eB dus doende dien Eed en verpligting daar wy als Burgers aan zyn verbonden, na behoren tekuu•nen bervagtéri. Ik verzoek deze in 't Reiolonenboeic van den Krygsraad zal worden aangerekend, en referveer aan my, om daarvan zodanig gebruik te zullen maken als ik zal nodig oorcteeien - Ben ik dan 'al onverhoord door de Magutraat veroordeelt, ten 'minften zal ik my dan die fa- tisfadtïe verfchaffen om my by de gaat, fche weldenkende waereld te verantwoorden. (en was getekend) J. R. VAN LlDTH DE jeudk, Myn Heer! In de Zuid Hollandfche Courant van den 18 May n8s No <9. 60. las ik met zeer veel genoegen,'men in; 't begrip was, 'tgcen nu zeer gepaft kwam, dar bv eene Generale vergadering, welke gezegd word,' te zullen gehouden worden om een algemeen Regerings.-PUn te maaken, zulks, gelyk aangetoond is, onrroogelylE beftaanbaar te zyn, ZON'DER TOESTEMMING EN MEDEWERKING VAN HET' VOLK, Eene waarheid door vorige en eerite tyden der Republicq, en by vervolg altoos in agt genomen. 't Is dan, niet alleen te gisfen, maar wel Heilig vaft te ftellen, dat by die te houden vergade? ring eenige Gecommitteerden uit de Burgeryen en Schutceryen, by de Gecommittee-rden.s uit iedere Provincie gevoegd zullen worden. Was  C 242 ) Was dit in vroeger tyden noodig, het is daa ■ nu allernoodzaakeiykft; daar het vervolg van tyd , en nu jegemwoordig byna ieder dag leert, iioe veelvuldige gebreke» in de Regering geflooben zyn, en wel in zulk een groot aantal, dat de twee deelen der üaackundige gcfchriften door eenen der kundigften , grootfte en beroemdfte Staats Minifters die ooit geleefd heeft, den Hr.- Raad-Penfionaris. Simon van Slir.geiacd uit•gegeven, er vol van zyn. Na dien grooten man zyn leeftyd, zyn ze niet geminderd , integendeel zodaanig toegenoomen, dat de gcheele Natie klagtig gevallen is. Ik meene hier met de Natie te noemen, niet bet Volk alleen, maar de Staaten, de Stadhouder, Steden en Burgeryen mer de Ingezetenen, ieder vermeend in regten te kort gedaan te worden, en in Voorrcgten niet gehandhaafd. Om alle welke redenen in confideratie gegeven word, dat zal deeze vergadering beeter gevolg hebben, dan die van 1651 en andere , men in imitatie der Provintie van Utrecht, eerft de In en Opgezetenen met de Burgeryen opriep , om hunne'bezwaaren op te geeven? Daar de Regenten , ze moogen zo volmaakt goed en oplettend weezen, als men zig verbeelden kan, onmoogelyk alles weeten konnen wat in het byzon- DERTSE, zoo ITï HET GROOTSTE ALS KLEINSTE, nOg zeer defecbueus en onvolmaakt is. Kent men niet in den grond alle die gebreeken, dan kan de herftelling en de verbetering niet zee ■ kerzyn. De wonden in het Regeringslichaam zouden dan maar geplaiftert en ganfeh niet genezen zyn. Wanneer te voorzien en met regt te vreezen is, het ongenoegen niet geftild,.de oneensgezind^ heid niet weggenoomen zoude worden, dat men het waare oogmerk van 's Lands welvaaren beftendiger te maaken, niet bereiken zoude. Uy dunkt dat indien eene of andere Provintie ' »*'  C 343 ) of wel de Heer Stadhouder, aan het geheele volk,dus aan alle de Schucteryen en Burgcryen eene fmguliere groote dienft zoude doen, indien hyby H: H: Mog: eene propofitie deed ten fine boven gemeld, op dat zulk een koftbaare vergadering niet vrugtloos afliep , en gezegende gevolgen had. Den Staat, den Stadhouder zelve legt er zeer veel aan gelegen. Daar men dan regt en innig weeten kan , ofde legislative dan de executive magt de fchuld van de nadeelige beftiering te wyten is , en dus eene verdeelde onzekerheid der gevoelens wegge-' ruimd worde, die het Land by vóortduuring tot een zeeker verderf brengen zoude. ben uw yverige Leezer N. N. Myn Heer de vrye Nederlander! .IGCct berigt in de Nederlandfche Courdtil van' Schuurman van voorleden Saturdag, omtrent hef verhandelde op de derde Algemeene vergadering der Schutteryen, heeft my zo gefrappeert, dat myn verdweenen hoop, om voortaan iets goeds voor ons Vaderland te kunnen verwachten, weder eenige flikkeringen van leven heeft beginnen te krygen — doch even daarom dat iktegenwoor» dig, ten aanzien van het Vaderland en de Vryheid, weinig goeds verwacht, komt my dat berigt ook zo ongelooflyk voor, dat ik my daarop niet durf verlaaten , en te minder, om dat ik het aldaar voorgegeevene door veelen in veeleopzig» ten hoor togenfpreken of in twyfel trekken hoe het ook zy, of het waar is, dan niet, dat .er in de daad eene plechtige verbindtenis tot handhaving der Republicainfche conftitutie gefloten zy; dit althans is zeker, dat het ten minden behoort te gefchjeden, zullen wy niet onherftel- baar  C 244 > baar verlooren 7.yrr. — Het zy het waar zy of niet* dat zich dc leden dier vergadering tot eene grondwettige hcrftelling of handhaving der Repubhcainfche Conftitutie onderling verbonden heoben , net k'omtmy ahhans voor, dat eene verbintenis voor die vergadering allceu niet genoeg was » maar dac aan eiken .Burger gelegenheid behoorde te worden gegeèven, om zich tot zulk eene pligtjnaatige 'handhaving der Conftitutie op nieuw te verbinden hier door zoude men kunnen tbetzen wie her. zyn die naar onwettige veranderingen ftaan, en wjk hec zyn die oprechte bemiónaaren van het Vaderland en de Viyheid kun. nen genaamd worden, en op wien men zien, als op zuilen deezer di'erbaarfte panden, zoude, kunnen verlaateT). ,. Het koömt rffy voor, dat zulk eene wclingerig.te verbindtenis* bet eenig middel van s Landsbehoud ican worden ; wvl daar door in veele opzigten het vertrouwen kan worden herftcld, dit vcelerzyds in ons Vader la ad, tusfehen Regent en Regent, Burgeren Burger, en Regent en Burger, verbroken is, door ver"chillende begrippen, die het wezen van de zaken niet betreffen — door deeze overeenkomft en verbindtenis in de hoofdzaak, zou men welligt , byzondere twiftingen en hairklovervcn vergetende, eene eensgezinde magt zien aangroeyéu , groot genoeg om zich tegen alle despotiek geweld,, onrechtvaardige Ariltocra* tifche procedures, of uitlpattingen van tomeloos grauw , dac zich te ©eniger tyd hier of daar mogt verheffen , te verzetten niets dan zulk eene eendragt kan orze magt ultCftaaken. _ En loopt men buiten zulk eene verbindtenis geen gevaar van geheele ondergang ~~ of dat wy naar de particuliere belangen, grilligheden, trotsheid en wraa.. zuchtigheid van byzondere leden der Maatfchappv, die, on dat zy tot reptefentanten de8 Volks zvn aangefteld, zich onoepaalde meefters verbeelden te zyn, zullen worden geringeloord, getrapt, vervolgd, cnvewor-  ( *45' ) éseld? —' dat wy in'gevaar zullen ftaan vtü onze goederen en bezittingen , de eer en roem van hec Vaderland, aan buitenlandiche Mogendheden te moeten zien overgeeven en afïtaaa, om dat er.misfchien eenige weinigen voordeden van genieten ! Waar is toch anders eese wee die men vreeft, eene magt die men ontziet, om eed en pligt ongeüoord te overfchryden a wanneer fiechts eenigen zamenfpannen om eenftemmig Godloosheid ce bedryven co goedvindea om eene rechtsftrydige zamengefpannen meerderheid wettigheid té noemen. Wees zo goed' ais een Vry - Nederlander hier over uwe gedagten mede te deelen, en zo gy myne reflectien gegrond vindt; ze verder eiken Nederlander fmaaklyk te maaken. Terwyl ik de eer heb my te noemen trw yverigen Leézer den 20 Juny A. O.  C 246) FRAGMENT» De oorfprocgelyke magt, aan Neerlands Volk (verbleven, Dees is 't wier toezigt waakt als 't zelfbelang (regeert: Die, als de tweedragt heerfcht, de wetten kracht (kan geeven, En de opgeworpen magt heur juifte perken (leert. Dit , Volk van Nederland! dit is het groot ver» (mogen. Dat u van d' onderdaan eens Konings onderscheidt. Dit is de Vryheid , die we aan Spanjes dwang (onttogen; Die u , naar eifch beftierd , het wenfchlykft (heil bereid. Dees Vryheid moet uw ftem, dees moet uw arm (bewaaken, Op dat geen zelfbelang of trots het hoofd (verhefP - Durft hy, die u verbeeldt, of dient, zyn pligt (verzaaken, Hoe hoog of groot hy zy dat hem uw (wraake trefFi — Gy moet door uwe kracht de biaaven onder. (fcbraagen, Wier zwak voor meerderheid of hoogheid buk» (ken moet. Maar dan ook moet uw taal en ftem de merken (draagen, Van recht en billykheid door reden opgevoed. Te Utrecht, by De WED. MULDER, en aiom by de meelis Boekverkopers at St  i) e V R Y Ë NEDERLANDER, No. 14» Het Recht beflisf' het tl, (Het zy men ftaS, ofvall':) Het recht beheerfch' het ali 9e leU is dwaas gekal. VOLKS- LIEDJES, 3Ca ons vorig Nummer plaatften wy onder anderen een brief van A. O. over hec berigt dat fommige nieuwspapieren hebben medegedeeld, omtrent he: verhandelde op de derde algemeene vergadering van gecommitteerden uit de gewapende burgercorpzen, te Utrecht gehouden, naamelyk hec poinö betreffende de verbintenis tot handhaving der Republicainfche Conftitutie, waar oy veele berigten hebben gevoegd het zenden eener Commiffie uit deeze vergadering aan Geconftitueerden uit de burgery, om met dezelve ce fpreeken over de zaak becreffende de crimneele Citatie van den Heer P. P. J. Ondaatje. Sints dien tyd krygen wy in handen, de Holliindifcht zcittmg 49 Jiuk van 9 den  040 den al Juny, waar beide deeze zaaken onder derf .tvtel Eïwüs üher die Utrechtifchen fdchen op een wondere wyze door elkander worden gehaspeld. Om onze tcczerl die het hoogduitfch niet verbaan , of dat tydfchrift nic: leczen, te gemoet te komen, zullen wy dat artykel bier woordelyk vertaald in voegencn er als dan nader onze gedagten over uiten . Het luidt dus. Terwyl de hoocc op de voortduunng van den vrede elk geruft Helt, heeft dc ganfche „ Republiek inzonderheid de oogen gevcitigd op ,, dc Utrechtfche zaaken. Dc herftelling der Re. ,, geeringsform m deeze Provincie en Stad is ze- kcr -.vel de cerfte en voornaamite zaak, cn men moet hoopen daceindelyk eens, in eene Provin- waar het groote verbond der Unie. gefloten is, zulke verbeteringen zullen worden gemaakt, * welke de Regeeringsform even die gedaante geeven, die Uit dc Natuur en het oogmerk van " dat verbond en eenige in het jaar 1581 (het jaar der afzweering van Spanje) ontftaane ftaats. ! aften voordvloeiu Doen hoe gewigtig deeze zaak ook zyn moge, zo is er evenwel nog eene . andere, die een groot deel van Utrechts Bur" gery bekommering veroorzaakt, naamelyk de T Criminele Citatie van den Heer Ondaatje, die, door zyne aanfpraaken aan den Raad, als ge. „ committeerde uit de Burgery, genoeg bekend is. Den 2 Augft- is de aanftaande Cntieke " aeciteerd is, in naam en op laft van Geconftitueerden en Gecommitteerden gedaan heeft; En boe zou dan de Heer Ondaatje, in zyn individu, als Ondaatje , voor deeze 40 kunnen responderen ? dit kan even min gevergd worden, ais de Heer Cndaatjc zou kunnen verooidcelu worden in reprefentatie zync-r Committenten wanneer dan nu Geconftitueerden cn Gecommitteerden wanneer de Conttituenten en Commitenten van'deeze, de zaak eens begreepen als de fchry- ' ver van den brief in den politieken Kruier No. 146. zouden-zy dan zulk eene critike zaak alleen ter verantwoording, van den Heer Ondaatje kunnen overlaaten? zóu er aan immer weder iemand gevonden worden, die zich zoude willen waagen om in naam van een aanzienlyk .gedeelte der burgery het woord te voeren; wanneer men de gevolgen eener zaak, waar toe men hem gecommitteerd, gedrongen had, voor zyn privé re.E WILLEN DOEN.'  ( ) De zaak 'nu in dat licht befchouwendc , zal men iflet zo beflisfend kunnen zeggen dac zy eene zo volftrekt byzmdere perfomele zaak zy, zo. geheel de attentie der natie onwaardig. Wy zyn. ver af van hier iets ce willen beflisfen ten nadeefe van de een of andere party, alleen willen wy vut. het gezegde maar dit gevolg haaien, dac volgends hec verbond der Unie ook de ingezetenen, zo wel als de ftaatsleden en ftcden die dezelve reprefenteren, meccen worden geoordeeld gezworen te hebben elkander (is 'c:nuod) te zullen helpen befchewnen met lyf en goed, waaneer door iemand , wie en hoedanig hy ook zoude mogen wezen, eanige inbreuk gedaan wierd op ëetzelver wettige oorfpronglyke rechten en privilegiën. Dit htbben zelfs de Staaten van Hoilaad béwêezen, als zy, zo als wy te meer maai len gezegd hebben, niet den Regenten , maar den Burgeren cn ingezetenen vim Utrecht, tot onderfcheldcn reizen aanfehreven , .om zich met hun, ah leden van één lichaam, tegen den algemecnen Vvand (bunnen voor vyand verklaarden Heer Philips II.) te vereenigen. Is het dus overeen* komftig den aart onzer grondwettige Rcpublicain. fche Confiifutie , dat integrerende Staatsleden zich addresferen aan de Burgers en Inwooncrs van enkele Steden om zich met hun tc vereenigen tegen den vertreeder van 's Volks byzonuefc vrybeden, rechten en privilegiën. — hec is dan ook omgekeerd waar, dac de Burgers en mwooners eener byzondere Stad ur Provintie, wanneer zy fecnig aanmerklyk verfchil, over byzondere rechten Vrybeden of privilegiën, mee hunne particuliere Reprefentanien hebben, zich kunnen adresieren aan de integrerende leden van ftaat of de ïnwooneren der andere Provintien of Steden. Zolange zich beide partyen 't Recht /ub-mtteren, kan dit zeker niet gefchieden. Doch in 't ander geval is het ook niet genoeg dat men tot wederlegging vm die gevoelen zich bcroepe op de ongewoonheid, f .„ Het komt in het herfcelleu van grond.  C 257 ) wettige jechten en privilegiën even min aan op in-'ékropefl u'anüen als ongewoonheden. Waar de"'wet en de gewoonte zwygen vervangen de natuur der zaakè en de reden derzelver plaats: en het ft:: at dus in zulk een geval geen der twee parcyen te beflisfen , cf uitfpraak tc doen over het' recht des anderen, even min ais het deeze v'fyftaac daar over rechters en fcheidsmannen te verkiezen die dc andere met aangenaam zyn. Ieder die dus de omftandigheden weet van het geval van den Heer Ondaatje , en niet dezelve maar blootelvk opmaaljt uit de Cnmineele Citatie van den Heer Hoofdofficier , zal zelve kunnen beflisfen hoe verre het in betrekking ftaa tot het even gefteide. Dit van het byzonder perfoneel geval van den Heer Ondaatje. Maar wanneer wy nu eens verder inzien de omltandigheden van de herttelling der Regeeringsfoim der * Provintie en S'ad van Utrecht, waar op de oogen der ganfche Republiek geflagen zyn, dan komt ons dezelve voor ais van even dien aart te zvn als wy zo even opgaven , naamelyk pis eene queftie tüsfchen twee of wel drie, ■ partyen, — het Volk, de Regent, en den Stadhouder, Zo lang er geen kweftie tusfehen de twee eerfte valt , zyn de Regenten de reprefentanten van het .Vojk, cn kunnen dus, als de Souverainiteit uitoefenende , den derden zodanige inftructien voorfchryven als algemeen tot wélzyn des Volks en der Republicainfche Conftitutie noodig wordt geoordeeld *u dog zodra er onderling verfchil ryft tusfehen bet Volk en deszelfs vertegenwoordigers , over hot geen deezen al of niet competeert, zo dra wordt ook de queftie van dien aart, dat geene der partyen dezelve kunnen beflisfen , zo dra zich en der andere niet aan de uitfpraak fubmitteert —r* was dit anders, dan zou den Regent, wien mea hec gezag beeft toebetiouwd , zich altyd voorbehouden om zodanige veranderingen te maaken  C 258 ) ïl> de Regeeringsbefteliingcn, als meeft met zyn belang overeen kwam of de wcoreen jRechten en Privilegie?!, welke hy bezworen heeft te zullen'maintineeren, zodanig te akereeren ofinterpreteren, als hem zoude goeddunken, en die des eenen en anderen bcfuoeyen om zich zeiven eene ongenaakbaarc hoogte te ftigteo , om op beide partyen met verachting te kunnen neder- zien. Om hiervan den uitflag te zien, niet als bloote nieuwsgierigen, maar als belanghebbende deelncemers, is het dat de oogen van de Republiek Cip Utrecht zyn geflagen, en wan. neer er eene verbindtenis tot handhaving der Republicainfche Conibtutie plaats heeft, zo behoort dezelve ook vooral plaats te hebben om de drie in haare zwakheid overheerlchte Provinciën van hunne ovetheerfchende Relgementen tc verloslen, en dezelve in een gelyken graad van vryheid te ftellen als de overigen, dcwyl zelfs het belang en de vryheid der vier andere Provintien dit 'medebrengt en vereifcht. Daar dan de oogen der Natie op Utrechc zyn geüaagen, zo is hec vooral noodig dat men haar ten aanzien van den toed:agt der zaaken naar •waarheid en behooren onderrichte ■ en hierom is het dan ook dat wy haar moeten waarfchuwen, om de berigten die men zoo greetig van de eerfte onderhandeling over het zogenaamde Burgercommitté, of gequalificeerde gecommit. teerden heefc veripreid , niet zonder omzigtigheid moeten aanneemen. En hier toe neemen wy •wederom onzen H D. Schryver tot een bafis, ïiiet zo zeer om hem tegen te fpreeken, wyl hy xloor anderen, die beter onderrigc konden weezen, misleid is; maar vooral om hem zelf bccer te onderrigten. ■ Onze voorgenoemde fchry- ver zegt onder anderen in 't 50 ittik zyner Holl. Zeii. on ler't Art. Ucrechcden ai Juny, ,, dac by „ den Raad deezer Scad de gewigcige refolutie 9, genomen is coc daadlyke aanftelling van een .. Burger committé, zo dac deeze geheel nieuwe ? '*™ *> «!  ( &59 ) inrichting in fde Regeeringsform deezer Stasi nu zo verre' tot algemeen genoegen der Bur- gery tot ftand gekomen is". Doch hy voegt er tevens by , „ dac de moeiiykfte zaak; nu zal zyn, om de verdere inrichting vari dit „ nieuw Collegie door eene uitvoerige inftruc- tie zo te bepaalen , dar zulk eene nieuwe in» „ {telling daar door aan alle de oogmerken haa« „ rer inrichting zal kunnen beantwoorden ; naa„ melyk om met aileen een middel te zyn tegeo „ de Aristoeratijeke gebreken in de regeermg, „ maar ook tegen alle Demicrafifche verwarrin. gen". ■ en hy maakt hier uit wederom het befluit op; „ dat men hier uit ziec, dac de „ meerderheid van den Raad deezer Stad in 't ge- heel met geen Ariftocratifche Staatkunde be3, zie'4 J'chynt, en dac men hoopt dat die nieu„ wc Committê verder een midacl zal' zyn om de esndragc tusfehen "Regenten en Burgers voor „ altyd gelukkig te herftellen". Dan hoe zeer wy van harten wenfehcen al dit gefielde en derzelver gevolgen ts kunnen beaamen , zo moeten wy met leedweezen betuigen 9 dac wy van dac alles juift. hec cegendecl vreezen. Wy meencn reden te hebben om te gelooven dac deeze nieuwe verordening maar aan zeer weinigen zal behaagen: daar zy zelf, die gedeclareerd hebben de noodzaaklykheid van zulk een Cem. mitté niet in te zien; echter daarby fielden dat, zo wanneer het zelve toe ftand wierd gebragc, hec niet in Jfifiyn maar in zyn moefl beflaan: en wie9 die weet hoedanig die iluk reeds is afgehandeld, zal niet moeten erkennen, dat het alleen aan hec cerfle volkomen beantwoord, daar, wanneer men daar by naziet het vierde Hoofdftuk van het bekende Concept Reglement, of het eerfte Concept Reglement uitgebragc door de Heeren Gecommitteerden uit de Vroedfchap, en daar uit wegneemt de 13 eu 14 Artykels welke uie dezelve by het arrefterea zya weggelaacen, meazeer ligt zalzien^ dat er van  ( n6o > dit Collegie volftrekt niets te wachten kan «yn« wyl aan hetzelve alles wordt benomen waar door het dat middel tegen Arijlocratijche gebreken en Democratifche verwarringen konde daarltelien. Zo als wy reeds tc voren in ons 11. No. hebben aangetoond. En het is dus meelt overeenkomiiig het tweede Concept by gemeld Stadsrapport uitgebragt, waar uit wy het eiken onzydigen te raade geeven, ons eenige voordeelen vojr de Burgery op te maaken, wyl het volfhekt niets dan eenige nmshouaelyke fchikkingen cn de qtialitciten derzelver leden bevat, en vooras eenige zaaken behtlft, waar toe buiten dien ieder Burger gequaliftceerd en bevoegd is, Behaiven de gevaaren, nadeelen en ongenoegens die den leden van hetzelve wiskundig , wanneer zy dien poft ambiëren om de boete te ontgaan (*/, moeten overkomen. Indien er dus geen ander bewys is, dan is er die fchyn rog niet, van welken onzen Schryver fpreekt , dit de meerderheid van den Raad. deezer Stad in 't geheel met geen Aristoeratifchs Staatkunde bezield is. Want er kunnen nog zes dergéiyke Coliegien exteren, zonder dat dit bev/ys nog doorgaat of fchyn heeft. ■ Het hoog- C*i Devryl de waereld thans vol viniingen is,' en dus ook alleilei middalei liecfc hedïgt om c'c bcpaaldfte Reglementen en Ordonnantiën te ontduiken en iufruftueus tc maalron, zou men mogelyk met den tydjner wel iets op vinden, even als zoinmige onzer Burger Ofliciercjes, die zicli onlangs zo beUngryk hebben •weeten te matken, hebben gevonden om niet hun Burgerecht te verbeuren, daar zy, in pmats van agt jaar in hun poft te blyvcn, na inderlialt jiar met de Uniform geloop»] te hebben , zi'Ji van dien peil hebben «vceten te ontdaan r.ict alleen, maar zelfs met behusid van dezelfde Privilegiën van een lungcereml Oflicier, en entflag der Contributie penningen en togt en wacht» waar toe hy andefs verpli.it was tot zyn 53 jaar te voldoen, en door welke vinding hy dik,wyl« den tyd van dertig jaaren , voor zyn pufoon, eene fotnnic van by de 600 als aan de kryg*. Jtasfe omtrekt. Kn waardoor dus geheel en al twee voornaame Attykels, van de ordonnantie 09 dc Scbuttery vervallen - AU men op deeze wyze zien dit Collejie zal kunnen onttrekken dan is de zwaai igheid weggenomen Doch men moec eerft ae Burgery tort hebben. aatrgedath om zo in de gratie1 tp Haan, en zmke uitfluitende privilegiën te bekomen.  hoogfle nut dat dus zulk een CoIIegietje zoude kunnen bereiken , is het zelfde dat Zwift met zyn vertelzel van de ton bedoelde, in navolging van de Walvisvangers, die, wanneer zy een Vifca aantreffen, wiens kracht zy duchten , hem eea ledige ton toewerpen , tot tydverdryf voor zyn ftaart, om hem te beletten het fchip te befchadigen. Dan de Natie, de Burgery van Utrecht, is misfehien daar toe een jaar twee of drie te ver gevorderd in de kennisfe van het onderfchcid tusfehen fchyn en zjh « en kan dus welligt zulke Divertisfementen al te ver voor by zien, en waar door de hoope van onzen fchryver dan ook welligt ongefundeere zal zyn, zo dat dit Co??;mitté even min een middel zal' kunnen zyn om de eendragt tusfehen de Regent en Burgers voor altyd gelukkig te herftcllen, als andere arrangementen by aanhoudenheid in 'c werk gefield , daar toe kunnen {trekken. En waarin maar al te duidelyk te befpeuren is, welk eene epidemie onze flaats- lucht befmet heeft. God geeve dat eene goede wind die kwaade dampen verflrooye, eer dezelve te zeer te zamen pakken zo dat niet dan een verwoefring dreigend onweder ze kan ontfteeken en vernietigen , om de lucht te zuive* ren dat de ftraalen der vryheidszon onbelemmerd door dezelve zich kunnen verfpreidto. Aatij  ( a5s ) Jiaüfbraak van Logan een Amerjkaanfchen wilden t aan Lord Dunmore. „ 3Ck vraag thans eiken blanken, of hy hongerend jn Logans nutte kwam, enL-ogam hem niet te eeten gaf, wanneer hy naakt kwam en huiverde, of Logan hem niet een kleed toereikte, dat hem bedekken cn verwarmen kon? Geduurende den faatften bangen Moedigen kryg bleef Logan Ml op zvn matte, en w:ide gaarne vrede ftichter zyn. Ta ik' was den blanken zo toegedaan, dat myne landMieuen, wanneer ze my voorbygingen, met .-vingeren op mv weezen en zeiden: Logan is een vriend van de blanken. Ja ik wilde zelfs by u woanen en met u leeven, doeh dit was eeïr dat een van de uwen my zo veel kwaads deed. In de laatfte lente veriloeg dc overfte Cresfop, in koe. len bloede, en zonder dat hem iemand beledigde alle Logans bloedverwanten, en daar onder ook zyne Vrouw cn kinderen. Nu vloeit geen druppel myne» bloeds meer in myne aderen voor eenig menfc'uelvk wezen. Dit heeft myne wraak opgewekt. Ik heb dezelve gehoor gegeeven, en veelen van de uwen verflagen. Myne woede is nu reftild. Ik verblyde mv dat de itraalen des vredes weder over myn vólk fchynen. Maar geloof niet dat de vrees de oorzaak myner blydfchap is. Logan heeft nooit vreeze gevoeld. Hy zal nimmer vlieden om zyn leven te redden; want wie js er nog over om Logan te beweenen als hy flerft? Niemand " Zo verheven is de eenvoudige natuur — zo groot is de beledigde onichuld! Te Utrecht, by De WED. MULDER, cn alom by de meefte Boekverkopers ai St,  - D & V R Y Ë NEDERLANDER, No. i|, hoopen onzen leezeren géeï ondierrft' I te zullen doen mee het meae deelen van een aiI lerinteresfantftè anecdote, welke niet zeer alge. i meen bekend is, en maar fints korten zyn teJ genwoordigen trap van volkomeniieid bekomen ; heeft. & 0 & ,, Zo lang de anecdote van het yzeren map* ; ker met het floers bedekt bleef, waar toe bet j voor eeuwig fcheen beftemd te zyn : bleef het, I men moet het bekennen, eeü \ry onverfchillig I voorwerp 5 maar door het licht het welk laaI teren daar óver verfpreid hebben, wordt hec I ten uiterften interesfant, niet alleen voor de I gefchiedenis, maar voor het ftaatsrecht zelve. Het zy my geoorloofd, de ophelderingen in te zien , welke zich fints een ge dagen over dit voorwerp \erfpreiden« Fee zal bijken , wat Voor rcflecllen daar van afvallen* « Heden donderdag, den 18 SepS. iö#S, na-  C *6'4 ) rfiiddag om drie uufen , komt de He^r SaiflÊC Mars, Gouverneur van de Baitilie , mee eert ,', Arreftant aan^, dien hy van het Margareten „ eiland herfc afgehaald. De naam van deezen I 4, Arreftant is een geheim. Hy draagt een mas- N j „ ker voor 't gezigt : en dc Heer van SamC- 1 „ Mars geleide hem in een geffööten draagzetel. „ Ei rft bragt men hem hem m den toorn la Ba- finiere, toe het nacht wierd. Vervoigcnds ge- \ 3, ïeide ik hem zelf , des avonds om ne^en tm" ren, naar de de: de kamer in den toorn la " Bartaudiere: welke kamer ik, op bevel van de • ,, Heer Saint-Mars? te vooren op de beft aio. .! gelykfte wyze gemeubuleert had. Toen ik hem aldus vervoerde, verzelde my Rofargues, die mer den arreftant van Sint Margarctha geko, men was. Deeze Rofargnet floot zich met hem H op als oppasfer". „ Maandag den tq Dec. 1703. De önbeken. „ de arreftant, welke beftendig zyn zwart fluwe„ len masker droeg , dien de Heer vart Saint- Mars van hec Margarethen eiland hier brag'r, ' wierd gifteren niet wel, toen hy uit de Misie 3\ kwam. Heden des avonds om tien uuren, ' ftierf hy zonder zigtbaare krankheid , na dat hy gifteren nog zyn biegt had afgelegd". „ Dinsdag den 20 van Wintermaand 1703. Voor, noemde arreftant wierd heden namiddag om vier *, uuren, op Sint Pauls Kerkhof begraaven. De s, lykkoften bedraagen 40 Livres Dagboek van van Jonea, Luitenant du Roi in de Bafli'le. , 1703, den ip Novemb fterfc in de Baftille ,'Marchialy, omtrent 4? jaaren oud, en werd by P% Paul begraven den 20, in 't byzyn van . * den Heer van Rofargues , Major , en dc Heer J ,. Rtilh. Opperwondarts by de Baftille Uütrekzel ait het Kerkboek by, St, Pauk papry te P«rys". Diï  Dit is het, wat men authentiek van het yzéreji Masker heeft. Anders weet men nbg, door overlevering, dar he. een perfoon van een zeer edele fcn fchoone geftalte was, welkers tint bruinachtig fchcen; en dat alle zyne manieren en handelingen een voornaam perfonagie te kennen ga\ en; dac hy altyd door den gouverneur met ongewone eerbied bejegent wierd , maar dac nooit eenig menfch zyn gezigt zag, noch zyn ftem hoordei behalvende gecnendisn het geheim aanvertrouwd Was. Het masker dat by droeg , was eigenlyk niet van yzer, maar van zwart fluweel. her had alleen ecuiigü fpringveêren , om de onderkaak beweging te geeven. Maar in de nek was het mee een fübtiel flat voorzien, waarvan de Koning zelf den flcutel by zich droeg. Niets wierd hem geweigerd , zyne meubukh Waren pragtig. Liy beminde en verkreeg het allerfynfte Imnen. wanneer hy zich vëïtdeedde, zo wierd hy door den Gouverneur zelf bediend; en nooit gmg deeze in zyne tegenwoordigheid zitten. Zyne cafel was de isoiibaarfte en deli» caa: fte. Kortom, alle omflandigheden ftemmeri overeen^ dat de man met het yzere masker, hy zy wie hy zy, een perfooa van hoogen ftand was. Zo veel Van deeze zyde. Aan den anderen kant voege er de overlevering by, dac deeze faadzeiachtige gevangene eerft in Pignerol, daarna op het Margarethcn • eiland, ca ten laatften in de Bastille gezeten heeft; dat hem op levensftrafFe verboden was, zich door het minfte teken te doen kennen; ge'yk dan ook de wacht, wanneer ze hem naar de nrisfe gelejde, altyd in zyne tegenwoordigheid hun geweer met fcherp laadde, waarby de Major altvd commandeerde, om by hec eerfte geluid dat by gaf hem neder te fenieten. t Nooit ontging hem ook eenig teken, waar door #y zich zou hebben kunren ontdekken. Hy was R » te»  ten niterfte op zyn hoede. Zelfs de Arts kot* het eeene wy van hem weeten, alleen uit een£e uitwendige deden zyne» lighaaros, uit zyn edeie houding , en innemende ftemme opmaa- keHctis zeker, en dit hebben'wy van den Heer Op*. d;e het g^lË^ I de Baftille ontrekte, -r f'f^f, onder de aarde kwam, en dat het. focgd>%an gefeheiden, «ideeld , ocWnTyaar ggmaakt , er^m verfchcide doelen a part vernietigd wierd: als ook. dor terftond na zyn dood alle door hem nagelaten rreubulen, klederen, br.r.en enz verbrand wie»den; dat men het ver-rek waarin hy zat, geheel en al vei bouwde, de materialen vergruisde., en ?o ook de laatfte voetüappen verdelgde, die .e s van het geheim van zyn perfoon had kunnen ver- ""Sn Domeftik der Baftille, die eens onder het vengfter zvnes kerkers een zilver tafelbord van tetTervks des yzeren maskers vond wamin met dc punt van een vork het woord Mccmuth geWi was, en zich door deeze ontdekking een fchoon prefeat meende verworven te hebben, wierd, warneer men het gerugt gelooven mag, uit het land der levendigen geruimd om eene transpiratie voortckomen (*> . ' Eenmenfchnu, die zulke Jduidelyke trekken feener buitengewoone afkomft verraadt, een gc■ vangene, die men met zulk eene voorztgugheid bewaart en met zulk een eerbied behanaclc, i»m -hebben uitge-oeBen:^ Arm^vé, boe gelukkig zyt Sy™ gy niet luzai Kunt.'  C *6> ) alle onzigten een vr'aagftuk, dat der onderzoeking waardig is. * Tot hier toe zweefde ze tusfehen drie richt-» puntten, den Herrog de Beaufort, den Graaf \tn Vermandcis , en den Hertog van Mon; mouth. De argumenten die men voor elk derzelven aanvoert', zyn even ft'erk, en even zwak. Is ht'C geoorlooft 'zonder den leezer te ver veelen: zo zuilen wy dezelve eens kortlyk overzien. Het yzeren Masker was de Hertog de Beaufort. Deeze gedagte is gegrond op de volgende plaats van'/;i Gratige aan Freron „ Myn verbiyf op het Margareth/n eiland „ verworf my de volgende particulariteiten over hit yzeren maske!. De Heer van la Motte }) Guenn, welke geduurende myne gevang nis aï„ daar kommandeérde, verzekert my, dat bet „ niemand anders is, als de Duc de Bkaufort, van welken men uitgaf, als of hy in de belej, gering van Car.dia gebleeven was, onge cht „ men, ondanks al e navorfchingen, zyn lyk niét had 1 ur.nen vinden „ Wanneer men den or.ruftigén geeft deeze» „ mans in aanmerkinge neemt : en het aandeel dat hy aan ac baldadighedén der ligtmis en 3, had (waarvan hy de fpotnaam van Roi des 'hal„ les verkreeg): zo zal trien zich mogelyk niet s, verwonderen over de gedagte. op welke het #, hof viel, om zich van zyn perfoon tc verzes, keren: vooral daar de bediening eens Groot„ Admiraals, welke hy bekleedde, hem voor ela, ke uitfpatting vreeslyk deed zyn." Hier op antwoordt men. Ten tyde toen het yzeren masker verfcheen, was de troon van Lodewykde KiV geveltigd, ende Koningiy*e Daagt R $ aaa  ( 268 ) ™ s|ie 7yd>n verzekerd. Nog meer, de Duc bB Beaufort was toen reeds lange weder met he"t hof verzoend. Deeze Heer ftond in gufift,, en men had hem niets meer te verwytep. Daar en boven, mem zegt van den perfoon met het yzeren maskerin 't algemeen, dat hy jong was, ende zindeLyk> beid erï pronk beminde. De Duo de Beaufort daaren tegen was reeds tamelyk oud, en van, na. ture ilordig. En wat wil men eindelyk op het getuigenis van den Marquit van Saint - Andbee antwoorden, die een ooggetuige van de dood des Hertogs jbv den flag voor Candia was, en het geval met de tiitdruklykfte trekken fchildert? Kortom , zo het de Doe of. Beaufort moeit zvn : zo was hier eene wreedheid van de zyde van L'oDf.wYK de XIV en zynen Minlftert, die even zo.'nutteloos ais belachiyk zoude zyn./ Het yzeren Masker was de Graaf va;i vhRMANOois, Zoon van Madame van Vaillere. Die ?eene, welke voor deeze party zyn, grondden zich op de Autoriteit van pater Gnffet, een Tezuit, die lange tyd Baftoor in de Baftille was: en van wen men zegt, dat hy met de protocollen derzelven bekend geweeft was , en de geheimfte papieren der archive had ingezien. Van deezen zou men weoter : De Graaf van Verman dofs, Batuurlyke zoon , en lieveling van LokEwyk de XIV, omtrent van gelvkcn ouderdom als de Dauphin, maar van een 33 teaepgefteld charakter, had zich eens zo verre *' vergeetcn, dat hy daezen een flag in t gezigt hadgegeeven* Hier om bad hem de Koning naar " de 'Armee verzonden, mat geheime laft, dat men *' na eenigen tyd moeft voor geeven, dat hy aan H pen kwaadaarüge aanfteekende koorts lag, om  C af 9) dc waereld van hem aftetrekken. Daar op », moeft men hem voor dood uirgeeven. Geduu„ rende dat men voor dc oogen der armee zyn „ plegtige lykftatie hield;" moeft hy in 't groot- fte geheim naar de Citadelle op het eiland St. „ Margaretha gebragt worden: e. z. v". Deeze Anecdote, antwoordt men, is aan meer dan eene zyde mank. Voorcerft waren de Graaf van Vermandois en de Dauphin in lange niet van gelyken ouderdom (*). Ten cweeden was hy, wel ver van oploopend, veelmeer van een zagt, teer en vieyend temperament. Ten derden is de reden, waarom hy 1603 naar de Armee ging, waereld kundig: hy was, - wegens eenige ten weinig te overdreven vermaak partyen, van hec hof vcrwyderd, Uit verdriet hier over greep hy de party 'der wapenen. Ten vierden is zulk eene handeling over 't geheel niec natuurlvk. Lieden van deezen ftand zyn nimmer alleen, "tot zulke uitfpattmgen kan het nooit tusfehen twee Printen komen , welke geftadig van hovelingen omringd zyn. Veigeefs" beroept men zich zo hier als ten aanzien van de Dhc de Beaufort op dc uitlegging welke hec wobrd Mirchialy (f) gevonden heefc: zyne Moeder, de vrouw van Valliere, die hem op hec cederfte beminde , zoude zien door het voorgegeeven gochelfpel niec hebben laaten bedriegen; en de Abc Goslas, de vroome Priefter, zyn biegtvader , in wiens armen de Graaf van Vermandois ftorf, en die vaa droefheid door* dron« (*) De Dauphin is gebonren iööt, de- Graaf van Vermandeij 1667. By de voorgeevcn twift er muilpceren . was dus de eer. fte tweeëntwintig, en de andere feltierj iaa;en oud. Nog nRtr, tle Dauphin was reed< afetgtnoot en Vader. f4) Dn naam Mard'hly is waaifchynlyk ondergefchoven. In. töslchen martelde men zich genoep, om een zin daarin te vinden , en door een aoagramma do woorden lüc ddmirei. Ooi; de. Graaf van Vermandois was groot Admiraal van Frankryk, R 4  ( 2?0 ) drongen naar Parys te rug kwam, was voor zulk eene verblinding niet in ftaat. Daarenboven, wanneer de perfoon van het yzeren Mas»ker , zo als alle g'-tuigenisfen overeen, fterr.tiien, een Jpneehjlg was: zo was de Duc de Beaufort daar vuor te oud , en de Graaf vaa Vermandois te jong. De gemaskeerde was de Hertog van Montmohtk , nacuurlyke Zoon van Karee de li en ^lcie Walters Men weet, dat de Edele Montmoueh , door-yalfche hoop bedrogen, en door zyne a men fêéHe zich voor de toen. mar.üge gcttcldhcid van Europa , men keere ze zo als men wil: zo paft dit raadzel op niemand bekwaamcr, aK op den Hertog van Mostmouth. En juift ter zeiver tyd dut deeze prins in Engeland onthoofd zou zyn, komt een onbekend gevangene, onder een Masker naar f igrferol. Zo dra zig het geluk der wapenen in den kryg tusfehen de. Éttgelfcben en Franfchcn keere; word de gema». kerde raar late Sainte Marguerire, naar de Baftille, dat is van de grenzen naar het „middenpunt des koningryks, verplaatrt. Ook deeze ftelling, zeggen de kunftrigters, heefc zyne gebreken. De aandoening eencr dame die meer haar hart laat fpreeken, d?n haar ver. ftand, is geen opweegend bewys. cegen de overtuiging van een millioen menfchen, die ooggetuigen van de executie des Hcrtogs van Montmcuth Waten j en het vermoeden eénei fchryvers na honR 5 ÓCH  dert en drie en tagrig jaarrn kan dc cirkonde der Autheuren niet herroepen, welke de geoeurteni» hebben opgegeeven. Daar e leerden, dathy een edele houding had. lang, verhevfeQ en bru;n v als andere. Ky matigde zich een onrechtma'atTg bezit aan op koften der ruft van zyn vleefchelyke broeder- Hy, die de tyrannen der Opera's fcbeen T- fehuuwen, die eens by eene vertooning van Jtodogttnt uitriep, weg met dit monjter! fpeelde ze zelf. De befchcrmer van Karei de II, en Jakob dc Jl. w*s een huichelaar? Ja: wiften wy niet, dat zich het recht der tri. oren r.t.-r v> de verdienften des hartenen op de aanfyraken der deugd gronden, dan op de afkoT.it, d;c in den Codex der nakamelingfcrwpaltyd een onbeduidende tytel blyft; zo moeften wy twyfelerij of de tegenwoordige linie van Frankmet rec t haare Kroon bezit: of ze niet in'c geval \an Ufiirjttgie is. G wigl g< w frheid! die gelukkig geene ge» volgen kan hebben: wie zoude het anders waa. gen den (luyer op te heffen, die haar omgeeft! maar d:e een les is voor de Regenten, hoe zeerzy noodig hebben , het doordringende oog des cyds te vreèzen, welke ook haare voorzigtigfte geheimen ontvouwt en binnen kort of larïg aaa het ligc brengt. Dan, men wende deeze anecdote ook zo als men wil: zo moet men toefraan, dat de trekken , die men van de man met het yzeren masker heeft, fiechts een wezen moeten toekomen, 't welk van zulk eene eiger,fchap was, dat alleen zyn naam de ruft des ftaats, het intreftder Regenten, de aandage der waereld konde verwekken. Het angftige geheim , waar in men het be. ftaan deezes mans bedekt: de toezigt en eerbied met welke men hem bejegende ; het kenneloos maaken van zyn hoofd na zyn dood, welke mogclyk fiechts in 't oog loópende gelykheden konden ontdekken; de verdelging van alles, wat hem omringde, om ook het laatfte fpoor yan hem te vernietigen: dit zyn zuike ongewoone, en te ge-  C 3 gelyk zulke fpreekende omftandigheden, welke ie gissingen üie onzen tyd over hem velt, bèvefri- ^En deeze aanmerkingen zyn het, die den Heer van Voltaire, dien het verhaal der freule vanSainn Qutntiuzo goed bekend was als ons, waatfchynlyk tot dis agterhoudendheid bewogen. Ünge. twvfeld kofte het hem veel , zyne gewaanyordig te onderdauken. Maar een voorltel, van ld welk het recht des Mom irehs fcheen aftehangen , optelosfen , was voor zynen in dén grond iübtilen geeft eene te zeer gewaagde redeneering. De tyden van Louewyk ue XV zyn niet de ty« den van Lodewyk de X VI, Te Utrecht» by De WED. MULDER, en alom by de jaeefte Boekverkopers a e St,  Ö Ë V R Y Ë NEDERLANDER, No. 16. ... Alle- welmeeflenden temmen met etk?nders in de hoofdzaak, de fierftttfling der Vryheid; overeen, — a!« len w«igereri den nek re buigen onder een Despo'Jsmui of eene #rUekttfrigê Aiijloctati'i — edefch veelen verfcbiilen met elkandtv, in de wys.e hoe, — en iri dc middelen,-door w=i-..e men die gewenfclite Vryheid en de welvaart des Lands op een duiu-zaauieii voet kart geveftigc kry^'en, —- en in piaais van elkander met fierdc te onderdaan, mer elkander ae zaaken te overweei sca , te btfprecken, en du» doende tot eene en dezelve middelen vau redres zicii te vereenigeu, laftert. en vervloek:, ja vervolgt uien alkanderen als de uitterft» Vyanden t POST VAN BEN NEDÈR-B.KYN, VII. Ü. No. 35c, 3GI-oort eh wf.deshoort is een oud., en bekend ipreekwoord, dar in al'e opzigren en gevallen behoort betracht te worden, zp men niet den raam van éénzydig, onrechtvaardig wil verdienen'Zo zeker deeze waarheid is, zo zeker is Het ook, dat van dien regel hedendaags de grootfte af^ykingen plaats hebben. —■— "Voegt het hun, die zich vyanden der Aristocratisch re heihschzucht noemen, datzy deezen regelvèrWaarlbozen? Watis Ariltocratie anders, dan bu.de coen aan zich S 2*1  ( J>8o ) zelv;n alleen, en waar toe dan ïlles op de éénzydigfte wyze, zonder aanzien van recht of onrecht, billykheid of contradictie, moet medewerken en opgeofferd worden J Ariftocratie is , mee andere wooiden, niet anders, dan trotsheid en verwaande eigenliefde. Er is geen gebrek waar toe de zwakke menfeh eer en zo zeer vervalt, zonder dat hy 't weet of ziet, als deeze ariflocra. tifche hoogmoed. ■ Elk wil zyn gevoejen als het onfe:lbaarfte —■ zyn gedrag'als het cavolgenswaardigfte gehouden hebben ; terwyl hy alles, wat zich daar mede niet terftond en in dier voege, vereenigt en verklaart, als vyand, als boogft fchadelyk en nadeelig voorftelt en haat. Zo zeer als wy ons theoretice een vyand van zulk een gedrag hebben verklaard, zo zeer willen wy ook toonen praclice daar van een afkeer te hebben. — De beide hier volgende ons toegezonden ftukken, hebben wy na een en andermali. ge bedenking, uit overweging van den bovengeftelden regel , niet kunnen nalaaten een plaats in ons weekblad te geeven, hoezeer den inhoud tegen ons eigen gefielde in vorige No. en ons voorgefteld gevoelen fchynt aan te loopen, en tegen twee van onze vrienden is ingericht- Wy zouden de grootfte Ariftocratie verraaden, zo wy alleen ons gevoelen als het onfeilbaare wilde gehouden, en alleen onze gedagte n aan het publiek wilden voorgefteld en opgedrongen hebben — wy zouden haatelyk en ondraaglyK worden, indien wy ons verbeeldden geene fouten te kunnen begaan, of begaan te hebben, om dat onze vrienden ons louëeren — en nog meer: wanneer wy niet wilden dulden dat ons dezelve onder het oog wierden gebragt — Men kan in eene boofdzaak overeenkomen, en in dewyze van uitvoering verfchillen » wat zal er van worden indien dit nieuwe partyfehappen veroorzaakt.' • De algemeene Vyand, dien wy wilden beftryden» aal ons elk afzonderlyk vernielen! Mïa  ( a8i ) Myn Heek! lÖCot is zedert veertien dagen dat ik u een antwoord verfchuldigd ben, op uw geëerden om te mogen weten, hoe die twee brieven van Mr J» C. Hespe, geplaacft in No. 344. van de Post van een Neder Rhyn pag. 278. alhier zyn opgenomen. Ik zal u daar van zo veel mogelyk het nette bericht doen. Dezelve zyn alhier opgenomen naar de onderfcheiden wyze van denken, welke zo hier als elders over de publieke zaken plaats hebben; men heeft hier zo als elders een zeker zoort van doldriftige patriotten, dje van di: begrip zyn, dat alle zaken, geene uitgezonderd, en dus ook der burger en particuliere gedragingen tot haare voorkennis en beoordeling behoren, en ook vooral, dat zy na haare meetftok bevoegd zyn de waarde van hunne medeburgeren te fchattén wegens hunne al of niet goede gezindheid omtrent de publieke zaken; die maar het rninftc van hun in gevoelen veifchilt, is aanftoads onder verdenking dat hy de goede zaak niet toegedaan is, en bet is hoogft misdadig als men op hunne onbekookte redeEeeringen ftilzwygt, en vooral als men met hen met in een begrip komt, ter uitvoering van alle die herffenfehimmige en volftrekt onmogelyke ea onuitvocrelyke plans, ter grondwettige herftellmge en verbeteriog, die hen op een voor hen onbeftaanbaare wyze worden voorgepraat en voorgeftcld; by zulke pnverftandlge heethoofdige ieveraars heefc voorn, heer Mr. J. C. Hespe met het verrigteby die brieven vermeld, eene hem waardige vaderlandfche daad gedaan, en by even dezulke word de Redacteur van de Poft, de heer 'T Hoen, zeer geprezen die brieven aan het publiek te hebben medegedeeld Maar by een ander zoort van Patriotten, die niet gewoon zyn, zig heriTenfchimmige, onuitvoerlyke plans, te laten in de hand (teken, waar van de verbetering altoos S 2 roet  met eene onzekere uitkomfï , ter beproeving van de magt des fierkten, zoude moeten gepaard paan. Die meer bedaard voor oogen hóuden en zich alleen bepalen , by het herflel der door on3 opgegeëyen bezwaaren, overecnkomilig de gronden van onze conftitutie, en niet na de verbeeld in gs plannen van anderen, welke daar geheel buiten vallen, by deezen word dat verrigtc uit een geheel ander oogpunt befchouwd. Deeze meenen wel on? derricht te zyn, uat de Heeren Hespe en 'r Hoef, zeer gemeenzaame en goede vrienden van onzenvoorHamen lurger zyn geweeft, en uit of én hoofde v ragen zy, wat de pligt van goede en waare vrienden of vriendfchap in deezen kwam te Vórderen", er) dan vermeenen zy, dat en als burger en als Chris, ten, een ieder verpligt is zyns naaftens eer en goed geruchte zo veel hem rhogelyk is te moeten voorftaan en vorderen. Dat het dicnvolgende de pligt en poft van die beide Heeren was geweeft, den heer Burman over het hem nagaande gerucht te hehben moeten onderhouden, cn wel over dat geene aan hen .daar van ten hunner kennisfe was gekomen, en zo wanneer hein gebleken was, dat door dien Heer eens iets verricht was geworden, dat met de fmaak en tegenwoordig hcerfchénde begrippen, niet overeenkwam, 'het hun poft was geweeft, (zo zy er zelfs verftand genoeg van hadden)' te hebben moeten toetzen of dat verrichte beftaanbaar was, en konde dienen of mede merken'ten bereiking der door ons opgegeven bezwaren, overeenkomflig en zonder krenking van onze provinrialc en Stads conftitutie; en wanneer men daar tegen niets itrydigs bevonden had, was het hun poft geweeft het publiek van derzelven verkeerde begrippen te ontheffen ; en naar waarheid te onderrechten. Daar, zo de Heer Bukman eens te vooruitlopig mogte gedwaald hebben, en dat hun dat gebleken was', vertrouwt men, dat de regelen van ware vriendfchap als nog zouden medebrengen, 'een onder-  ( 283 ) derzoek, of door het verrigte hec vóoriritlopïg of onbevoegd, eenig waar of wezenlyk nadeel aan de algemeene goede zaak, namentiyk het veraogte redres onzer opgegeven bezwaren is aangebracht, of door hem heefc kunnen aangebracht worden; dan of niec alles, niettetrenftaancic zyn verrichtte, zo volkomen in zyn geheel is gebleven, of die bemocijngen 'er niec waren tusfehen gekomen 5 want men begrypt alhier, dat het niec genoeg is, van verraad tc fchrecuwen, maar dat men in allen gevalle de zaak uit de daad moet. beoordeelcn- En dus , dac de regelen van oprechte Vriendfchap geenzints toelaten, iemand buiten onderzoek en kennisneminge van zaken, të veroordelen, veel min openbaar {ten Jtoon te Hellen, en vooral niet, zo lange van een kwaad opzee niec gebleken is, welk laatste men vooral onder vrienden niec kan of vermag te onderftellen als moetende daar van blyken. Men is alhier in hec zekere bericht , dac de Heer Hespe den Heer Bukman in perfoon of fchrifcelyk , over hec hem voorgekomen niec heefc onderhouden, veel min zig jegens hem van die pljgt heefc gekweten , als waar toe hy overeenkomftig alle regelen van vriendfchap cn befcheidenhcid vol-. 1 trekt gehouden was , men befchouwt hem (^zonder zig de beoordeling over het verrigte van den Heer Bekman aantccrekken) als een gevaarlyk vriend Ja dc gevaarlykfte der Burgeren in onze maatfehappye, want men vraagt, wie heefc hem tot openbaar rechter over een ieders behandelingen en bcdryven aangefteld» om dezelve zonder onderzoek of behoorlykeX kennis neeminge van zaken te beoordelen, en een vriend, waar aan hy verpligting had , zo publiek ten toon te ftellen, en zich aan eene verregaande ondankbaarheid en hoogft te verfoeien onbefcheidenheid fchuldig te maken? Uit welk onbefcheiden eu tégen alle regelen van vriendfchap aanlopend gedrag, S 3 jtneq  ( a84) men alhier van gelyken veroordeeld , dat door den Redacteur van de Courant van D: Schuurman (welke niemand dan de Heer HEsrE is ,) van dien Heer gevordeid word dat hy zuc voor het publiek ?.oude\-erdedigen wybegrypen dat hec hen, die aan hunne zyde de regelen van pligt en vriendfcaap alleronbefc'hèidenft , en zeer ondankbaard hebben te buiten gegaan, geenzins voegt hunnen/ mishandelden vriend tot een o> derwerping sm het oordeel van het publiek uittedagen , ockna dac men hec publiek door zyn even onbefcheiden gefchriften , tot beoordeelaars, buiten kennisneming van zaken heefc ingeroepen. Zy die aldus redeneren: de zaak van de Burgery van Utrecht „ is dc zaak van de geheele Provintie , en de „ zaak van die Provintie is de zaak van alle de overige Provintien. en by gevolge de zaak van ,' het geheele Volk van Nederland", zy die aldus zo redeneren, mog_-r. daarin zodanig gewigt vinden, als zy ter bereiking van hun voorgenomen plan en 'oogmerken zig ook voordellen, en daaruit opmaaken dat 'z,y de bevoegde Rechters voor, en door wien een ieders daaden zonder onderscheid cn buiten kennisneming van zaken raojren beoordeeld worden. Dog zy die by ons bedaard redeneren , vallen in die begrippen niec!, wanc om van de zaak van onze Burgery ce maken ben zaak van geheel Nederland, in welkers behandeling ter afdoening wy ons alhier verpligt zouden vinden ons ce moeten gedragen, naar zo veele byzondere. begrippen van Steden en Leden, ja van zo veele particuliere Burgers als ons zogenaamd Bondgeno'otfchap uitmaakt en zig in onze zaak indringen: geloven wy niet min, dat wy ons zouden moeten ingeven , tot het beproeven van de aller onuitvoerbaarfle voorüellingen, als alleenlyk ingericht zyn, om zig van onze zaak geheel meester te maken, en welke alleen ftrekken kunnen, om het geen wy ons bepaaldelyk ter herftel hebben voorgefteld, geheel uit het oog te doen ver-  C 285) Kezen, en ons integendeel aan die oogmerken te doen dïeriftbaar worden , van h^n » die ons wel ais kattep zouden wüien gebruiken, om de kaftan* jes ook voor hun uic het vuur te halen. Men is alhier van gedagten, dat onze zaak. met.de oog. merken cn inzichten van dusdanige algemeenc planïieinakers niet moet onder een vermengd worden; wy hebben ons een geregeld plan tot redres van onze bezwaren gevórmd, warn eer wy daarin, zo pa rnogelyk., aan dc gronden van de oude conftitutie dezer Stad, in het hërftel konncn Hagen, en daar toe met behulp van die mi ideien konnen geraken, a's welke geenzints tegen onze conftitutie aanlopen, wat reden zal 'ervoor ons overblyvcn, om een weg intcflaan, ter beproeving wie üe fterkfte is? om ons redres gefchreven te moeten zien met rood verwige letteren , welke aan ons tot een eeuwig yerwyt zouden ftrekken Zy die aldus redeneren, zyn her, die door het eerftgenoemde foort , voor bloodaarts worden afge. ichilderd, „ het zyn lieden die den Stadhouder trag. ten intcvoepen ; het zyn gevaarlykc raadgevers; zy weten niet wat Èfut.usfen past ; het, is nu ccn tyd dat er cordate (tappen moeten gedaan worden, on of daaiby eens koppen moeten vliegen, geerr zwanghe/d , want dac zyn dc gevolgen van alle hcrftellingcn". Wy been de klem van dusdanige redenering voor hen die een gewaand herfte.', voor twee of drie dagen, tragtcn daartc ftellen. Echter willen wy met hen wel gelooven dac 'er aan dc zyde van den Stadhouder veele verzuimeni-fen en .nalatigheden, \ooral in den oorlog met Engeland, henben plaats gehad, welke nimmer zullen kunnen goed gemaakt worden; maar of dat gedrag, cn volgende verrigtingen, maar uic zy den Stadhouder en zyn raadslieden ruim zo zwi t als Lucifer en zyne engelen affchildeten , eene gegronde reden kan oplevcen, om ons ingeval van nood van hec eene uherfte tot het andere te - S 4 be*  ( s86 ) begeven , te weten, om ons in dezen tyd by otfc ze Jjuuren cn Bondgcnoo:en te vervoegen, zulks word alhier over het algemeen alzo niet begrepen, om dat, als wy de gefteldheid van de Leden, Uitmakende het tegenwooidige Bondgenooiichap, thans wel befchouwen, wat Miiveft ovèr het algemeen daar anders dan twifr < n gevaarlyke verwarring, en waar coor worden zy vo >rnarnenriyfc beftierd, andeis, dan door hen die de uitvoering van het ftc! zei e<_ner onverdadgiyke Ariftocratie tot hun oogmei k hebben , — in zo een gevaar yke en verwarde omftandigheid, aangevoeld van hen die, als gezegd, door hunne onvcrdraagclyke heerzugtige Ariftocratie gevoelens het meefterfchap voeren, zal een Burgery, welke on heiftel en redresfen ftaac, zig by dusdanige Bondgenoten bege. ven!.1 Wy willen niet eens onderzoeken de wyze hoe een Burgery zonder zig aan het uitterfte gévaar tegens hunne Regeeringen bloot te ftellen, dit zoude kunnen uitvoeren. D:t ter zyde fte'lende zoude een Burgery thans daar door niet de groot-ite dwaasheid der wereld begaan, Kan men zo lange deze gefteldheid plaatze beeft, met eenige; grond de hulp van zo een bondgen^otfehap verwachten ? kan men met eenige fchyn verwagtcn dat zo lange zy, die hec veftigen van deAriftocratie. in plaatze van de vryheid, tot hun eenig doel ftellen, dat men zig toe hen met eenige vrugt zoude kunnen wenden , en dat Burgers van hen hulpe ter hsrftcl hunner bezwaaren te hopen hadden. —Dat wil men ons echter beduiden, dog daar omtrent verkeren wy in dat zelve ongeloof, als zy, die ons beduiden, dat het moreel onmoglyk is, van de zyde van den Stadhou. den of zyne Raden iets goeds te kunneh verwag. ten, en daarom geloven wy , dat wy ter onzer grondwettige herftelling ons behoren te bedienen , van een middelweg, welke aan ons is overgelaten , en welke voor de finale affchaffing vaa % - fee?  C )■ het Reeerings Reglément van Annol I674., benoord pebruiKt ce worden, ten grondlegging der invcenn» van hec nieuwe vale ce ftellen Reglement waar door wy vcrneeinen in ftaac te zyn, ons herftel in ons zelve , niec fttydig aan onze Provinciale of ftedelyke conftitutie daar te ftellen waar over wy u op zyn tyd wel eens zullen bvlichten. Waarmede ik vercrouwe aan het op my gevorderde voldaan te hebben, terwyl ifc ben. T» S 5' MriK  ( 288 ) Myn Heer! W aarom de heer Hespe en de fchryver van at Poft van den Neder- Rhyn niet by den beer Rent. tneefier Burman zig geaddreffeert hebben , en doen infonneeren naar zyn plan, verwondert veele braave ingezetenen en burgers van Utrecht, en dit verdient te meer opmerking; vermus men in het zekere weet, dat de heer Bukman meer dan eens aan het huis waar de heer Hespe , na de fiaakiag uit zyn gevangenis, logeerde, geweeft is, telkens naar den heer Hespe gevraagd heeft, ja zyne verwondering betuigt, hem niet te zien kofl: krygen, en toen de heer Hespe naar Deventer was, verzegt heeft, van zyn retour te mogen onderricht worden. Niet min zeldzaam is het, dat zyn Ed. gewaar wordende, welke onwaare gerugten verfpreid wierden, zelfs die, van in de tent geöreert, met Kegenten quaefti, met de twee heeren 'x Hoen gekampt te hebben, in een tuin gerctireert, en het exercitieveld zeer ras verlaaten had, den heer fchryver van de Poft door eene eigenhandige gefchreevenen onderteekenden brief verzogt had, aan niets te willen geloof fiaan, maar by zyn Ed. te-koomen, 't zy in de ftad, of op zyn Ed. buitenplaats, en daar te hooren wat van de zaak was? , Dog de eerit en de andere heer fchryver fchynen te raade geworden te zyn, liever hunne ongegronde verbeeldingen, en van alle waarheid ontbloote voorgeevens te hebben willen openbaar maaken, dan de zaak zelve te onderzoeken. In hoe verre pubhque fchryvers den regel van billykheid vergeeten en nagelaatcn hebben , en hun vertrouwen verder zoude kunnen verliezen, laaten wy buiten reflexie. 't I» in der daad erg en fcha-  ( &9 ) delvk genoeg voor de algemeene zaak, dat mea in deeze eritique tydsümftandigheden, de zoo Lands als volks veïdervendctwift, tweedragc, oneemgheid, verdeeltheid en icheunng gepraeieveert heefc voedfel te geeven, dan dis middelen ce bedenken en te gebruiken , welke zo hoognodig worden, (wil men niec mee verhaafte ftappen naar z.vn ondergang loop-n,) om de cendragc, eensgezindheid en harmonie, op allerhande wyze te bevorderen , en die coc een grond ce leggen van het fondament,' waar op hec verbeterd regeenngs gebouw geftigt moet worden: —— ! Wil"men daar toe niet gezamentlyk werken, wat zal een werk voor vaitigheid en wezenlyke duurzaamheid hebben? ■ ja wanneer voltooit, hec welk na fantaflen zoude moeten aangelegt worden? De eer"hebbende, den heer Rentmeejter Bprman sedert jaaren herwaards, van naby te kennen, en onafgebrooken met zyn Ed gemeenzaam te hebben omgegaan, ben ik volkomelyk onderrigt van zyn manier van denken en handel wyze, die zyn Ed. altoos van het begin der uiteigten naar verbetering genouden heefc, innig te kennen. • Zyn VVei-K is tyfthematicej geweeft ^ niets anders beoogende , dan het 'algemeen 's lands en Volksheil, in diezelve denkbeelden blyfe, en verzeerc zyn Ed. nog ftandvafuglyk , Is hy het mec'zömmigc, zig noemende Vaderlanders, ni'ec altoos eens geweeft, hec kan nergens ingezogc worden, dan in de verfchillende wyze, hoe, en op welke manier ,' hec befte, het nodigfte en nuttigde, om tot het allerbefte uiteinde te koomen, aangelegd wierd. ■ Mcnigwerf heb ik zyn Ed. hooren zeggen, zelfs van die, welke al vry heethoofdig waren, en alle tegenftand zoo m het «eimelyke als in het openbaar regens zyne gevoelens bewerkten, „ Ze hebben verftand, het zal nog wel „ te m  ( 29° ) 3, te regt koomcn, waren onze zinnen , als harten, alles, was nu ras in order, er zaj nu maar meer „ tyd vcrloopen". • Varia fuut hommum judida , varia; voluntates, inde , quj eandem c:.usii:m fimul audicrunt, fsepe diverlum, interdum idem , Jed ex diver/i anivd mötibus fentiunt Pjlin: 1: i: Èpis. 21. De tyd en de waarheid zouden dc leermeefts. refle en befiifter zyn, wie het befte aarigeraadeö. had. Zyne onveranderlyke gevoelens, de opregtheid zyner oogmerken , zyne belangeloosheid , zouden klaarlyk genoeg aanioonen, wie met het befte hart, het meeft voor zyne Medeburgers ge. yvert, en hunne zaak overal< en op allerhan. oe wyzen zogt te .patrocinceren. Apologie, had hy niet nodig, zo als in de Courant'by Dirk SbVóurman door den Heere Hespe gedirigcert , van den 18 Jimy No. 73 fchynt gercqmrcert te worden. > hier mee- dc zoude zyn Ed. zig zo veel mecdc vernedert rekenen, die te behoeven, als Ucrcchtfch braave Burgery , eene , geen plaats kunnende hebben ümneftie, verwagten zoude. • Die laat hy over, voor die zig kunnen verbeelden, in het minfte of het m'cëfté met ge. daan te hebben, wat door een regtgeaart Vaderlander in alle gevallen paft, en gedaan moet worden. ■ Hy komt er voor uit de Ariftocratie te haaten, oproeren te verfoeyen , de kortlings gehouden s' Lands beftiering ten hoogften te veroordeelen, en om dit al te beteren, en het taekporacnde voor diergelyke rampen Land en Volk te behoeden, wilde hy, dat zulk een middel vaft geftclc wierd, waardoor men alle die onheilen wee. yen mogt; — Hy eerbiedigt de Volfcsftcm . en ftelt volgeni yegt en natuur vaft , dat geene verandering in een Regerings Gouvernement en Reglement kan we>  C 20.1 ) wettig en bedaanbaar zyn , dan door de Volksftem. Dac liet waare volk den eigendom behoort, om voordeden te geeven of te befnoeyen , en mee een woord , dac by haar de opperde Ma» jedeit huisveft. Het Volk der Stad Utrechts die alom geagtc, en van hem geliefde braave Utrechfche pucga. ry, zag hy graag in zulk een permanenten aanzïenelykeh Haat, dac zy ia naam en met de daad haare nodige agtbaarheid verkreeg, niet in schyüï maar in volle waarheid. Zy moet de bewaarder, da Staudhoudfter der opperste Majesteit, namelyk der wetten, zyn en blyven, cn wel toezien, "dac de Regering geëerbigd worde, en in anzien vermeerdere, door het heilig in agt neemen der flipte obfervantie dier Wetten, welke 's Lands heil, cn 's volks ge» luk zeker maaken. . Hy meent de Stadboudeivyke Regering voor ons- Staatsgedcl onontbeerlyk zy, en aan die alle luider moet toegekenc worden , dan mee zulke bepaaling, dac de nooiige invloed werke, 0111 niec alleen s' Lands voorige ongevallen en ongelukken, nu cc kunnen verbeteren, maar een ygelyk zyn weccige regten cn voorregten by voortduuring behouden, aile ce zaameh tot algemeen welzyiï het hunne doen, en geene den andere bvzonderlyk of .over het algemeen benadeele» kan. ■ Tot dat oogmerk en zulke eindens werkt de Heer Bukman en zal , zo lang hy vermag, daarin voordgaan, en ging het na zynen wenfeh pp zulk een geregelde wyze, dat, verzelt de Hemel zyne onophotidelyke pogingen, geene onftuymigheden , of bevinding van onmagt in verbeeldde eigen kragt zoude ondervonden worden, of eerige onzekerheden, den uitflag beflisfen , maar alles op zulke weccige wyze inrigtcn en uitvoeren, dac andere Provinciën, Steden en Burgeryen niec af-  ( *9» ) afgefchrikt, rnaar uitgelokt, wierden om het voorbeeld van de cordaaie en (landvaftiglte Utrechtfche Burgery yhngs te volgen. Met zulke middelen en op zulke gronden, zoude de heer Busman by Géconfticueerdens meenen geregtigd te zyn, zig te magen en te moeten addresfeeren, en konir.net hem zeer wonderlyk voor, in die bovengemelde Courant zulke avërechtfche rcflexien gemaakt te zien. Kan er iets reat. matiger van zyne goede raeening gedagt worden, dandathy z g byd:e aanzienelyken vervoegt, welke niet alleen uc geheele burgery reprefenteeren, maar aan wie de geheeie burgery in deezen haaTe belangens toevertrouwd heeft. . Zouue men niet met regt zyn plan verdenken, indien hy, als veele anderen, hunne herflenfchimmige overleggen by byzondere burgers, of in zonderlinge byeenkomfteri, tragtede in te preuten, en op allerhande wyzen fmaakelyk te maaken: —-— Hy vvii geen Schyn maar Zyn» Zyne zaak houdt hy als die van de geheele burgery, hunne zekerheid, hunne veiligheid, hun eer, hun luifrcr, hun geluk gaat hem ter harte, met hun en voor hun hoopt hy te werken en te bewerken, dat het algemeen heil en geluk geen einde hebbe! hunne waarde is hem van tc veel waarde, dan te konnen inftemmen tot zulke middelen, welke het jegens woordig en toekomftig geflagc mogelyk voor altoos vcor allerhande nadeelige wisfelvalligheden bloot ftellen zouden. ■ Den heer Burman heb ik gevraagd, of toeftaan wilde, dat ik dit begrip van zyne meening en gedrag UE toezend, op dat het publicq te gereeder beoordeelen mogt, wat van al dat wyfelen en morTen is, zyn Ed. heeft volmondig ja 'cr opgezegd, cn zelfs aangebooden, een yder, die met geen 2.1 te groote "heethoofdigheid befmet is, en voor redenen vatbaar, byzyn £d: alle nadere, cn waaragtige' informatien kan krygen, en zal verder zig niec  (m ) niet bekreunen, wat men al verder goeddagt zyn Ed: ten kwaade aan te vryven- Zyn Ed: meent bekend genoeg te zyn by de braafft een weimeenendfte Burgers, om te konnen vreezen, dat eenige kortftondige lafter, by die doorziende burgery in ftaat zoude zyn, om hun vaft en altoos duurend geluk, niet op het fpoe» digft en kragtigft te helpen vaft maaken, . ik blyve Myn Heer UEd. Medeburger en beftendige Leezer Utrecht TN. N. den 6 July 1785.  ■ Ziet (laar! kan d:t een en ander met voldoendebeantwoorden aan dc uitnoodiging den Hee e Smuviw in de gemelue NedethndjcU Courant %:XhV»aM,7* gedaan? He^"^^ • laaift-n brief rraakthem van dezelfde kracht, al» of hv door oen Heer Bukman eigenhandig on5 TJ«S was-' cn zo wv vooraf van ae waarheid f ?aatft? gezegden net overtuigd waren ge- iezTbetukmgen het middel mogen zyn, ferS^bStt Sl^wy ons duobeld voldaan nebben^wn, m nsten is niets anders onze bedoeling — daar bet on, voo komt, dat wy terftond aan het herftel on™ vervallen zaaken moeten w^nhoo» en , zodra de voorftanders van vryheid, die te vooren ceSe lvn trokken, zich onderling verwyderen en elk JU ftreng vaft houdt. — Dat wy tochzer' «n geene medewerkers te zyn, dat men van ons Vaderland zegge: k\ndrac1 heeft om groot ge12 door Twleoragtgaan wy te grond! -Te Utrecht, by De vVED. MULDER, en faiora by de sacefte Boekverkopers a t Sc,  D & VRYE NEDERLANDER* No. 17. Biar Moid is, daar is hulp. Uit moed it heii te hilenl Zal Mout met recht gepaard niet altyd zegeprailen ? Die andere grondbeginzels voed Die knicle neêr: die heeft geen iSoed l w. van HAREN. t H3e Rede moet voor het waar belang de* „ vaderlands pleiten; en zo lange men door geeu „ daadlyk geweld in onze vryheid , rechten" en „ privilegiën verkort wordt, moet de Rede al„ leen het fchild zyn waar op de vergiftige py- ,, len van die geenen welke ons zoeken te kluis„ teren» affluiten: dan, als het geweld, als de heerfchzucht het zwaard trekt, dan ook moeten wy goed en bloed opofferen , eer onze halzen onder het juk der flaverny te krommen." Op deeze wyze liet zich onlangs de braave vak Haeften aan zyae ichatters hooren. En orgeT twy*  O* ) twyfeld met hot befte oogmerk. Dan wy willen al eens roeitaan, zo als de Heer '•♦ Kluit in zyne rcdevcering , over de afzweering van Philips, beweert, dat onderdaanen geen recht hebben om hnnn' wettigen Heer aftezweeren voor hy door daadelyk geweld \\\n wap:;sen hen poogt te onder dru'^en en van h time rechten te berooven. • Maar de vrapg is uier, of burgers van eene vrye Republiek, die van niemand dan de wetten a-fhanglyk zyn , cn by reprefenta.ie alleen hunne eigen rechtsn zelf handhaven, zich alle verkorting hunner rechten en voorrechten snoeten laaten welgevallen , zonder dezelve anders dan door de Rede tegen te gaan , 'zo lange de Heerfchzucht friet het zwaard trekt, o:n hen onder het juk der flaverny te doen bukken ? "Wy vraagen verder: is er geen ander ircwejd, dan dat door het 'trekken van het zwaard^ wordt uitgeoefend, dan dat door wapenen den Burger wordt aangedaan? wy gelooven voor ons, dar. het onderdrukken en befhoeyen der vryheid, de oooging tot het fmooren der volkston, een openlyKe daad van geweld kan genoemd worden, het zy dan dac deeze onderdrukking en beihoeying door de wapenen, of door eewig ander middel gefchiede. „ Indien een onderdaan aan zy„ nen Opperheer geen fmeekfehriften mag inleveren, „ is 't omgekomen met 's menfchen ganfche vryhsidP' zegt de even aangehaalde Heer Kluit. Daar dit dan eene onderdrukking der natuurlyke vryheid is, zelfs onder eenen fouverainen Opperheer, hoe veel te meer in een vrye Republiek by een vryen Burger \ wiens Overheid niemand anders is, dan de wetten; en welker Regeering dan daar in het kenmerk van echtheid draagt, dat'de wetten altyd dezelfde zyn, zonder dat de perfbonen of de pérfoor aan wien de handhaving derzelven is toevertrouwd, als beveelers daar by in aanmerking kunnen komen. Zo dra derhalven de perfoon dien de handhaving  ■ ving en bewaring der. wetten en rechten is toe* i vertrouwd , en niet de wetten zelve fpreeken —• da' is, zo dra in dezelfde gevallen nu eens dus, naderhand volftrekt het tegengeftelde als recht cn billyk wordt geoomeeid dan wordt in een . van beiden de wet of het recht verkracht < en dc willekeur ingevoerd , die volftrekt tegen de Vryheid overftaat. Zo dra dus in het eene geval het volk , als de eigenaars der rechten, worden geoordeeld hunne ftemme over deze;vc te mogen doen hooren en het zelfde volk, een oogenbiik daar na , wordt gezegd daartoe onbevoegd te zyn, en het verheffen zyner ftemme. enberaden cn ftrafbaar' wordt gekeurd; dan is zulks een da^d van openlyk geweld, door welke de grondconftitutie, de vryheid in den bnrgerjlaat, wordt ondermynd cn vernietigd. Tegen zulk een daad van geweld is het volk, a!s eigenaars zyner rechten , volftrekt verpligt zich te verzetten , en niet alleen door de Rede maar dóór alle moge.y- Re middelen hun verleend. Zy die zich zulk een openlyke daad van geweld verooreiooven, toonen daar door, dat'zy voor geen Rede meer vatbaar zyn, dat zy de wetten niet meer, als het hoogde gezag eerbiedigen , maar alleen fjun eigen driften en gebreken, hunne tror.3 en heerfchzucht, op den troon zoeken te beuren, en zyn met recht vervallen van 'c gezag dat hun als bcwaarers der wetten was aanbetrouwd. Wanneer dus het Volk door de Rede , door eerbiedige adresferi en verzoekfehrifcen , zich heeft trachten te verzetten, tegen zulke openlyke geweldige handelingen en deeze ttout van de hand worden geweez?n , en her. volk dac voor zyne rechten fpreekt onophoudelyk "worde gehoond , gcfard; zal het dan nog met dezelfde Rede, mee evengelykc adresfen , tequeften , of proteften blyveö aanhouden ? Wanneer dezelfde adresfen niet meer worden aangenco» men, dc ondernecmers als verftoorert der algemeene ruft (en dit zyn ze in de daad , wyizs de T 2 ftaa»  ( =98 ) fiaapers. op den raad van hun verderf, uit hunne zorgeloosheid wekken, wylze de willekeurige heerichzugt in hun geufurpecrd gezag jftooicuy als msdaiigen, worden ftrafbaar gekeurd, zal dan nog het volk geen andere wapenen dan de rede gebiuiken? Tegen wie zal het ais dan dit wapen aanvoeren? Tegen zich zeiven onderling? om zich op philoiophifche gronden te harden tot lyczaamheid tegen de verdrukking ? ■ Dan zal men ook eeuwig wachten dat dc heerfchzucht de wapenen opvat, om door dit geweld haar oogmerk te'bereiken • en men aal nimmer kunnen yookornjen dat men zyn vryen hals onder het juk der Jlavernj zal moeten krommen zo men zich tegen gene andere onderdrukking, dan die met de waf enen gsfehiedt, gewapend zal mogen verzetten. Men zal welligt eenige trekken uit ens voor. gefield problema in byzonderheden willen tctpasfelyk maaken op het der deezer dagen gehemde in Utrecht, en waartegen als dan doorfomnigen zal worden aangemerkt, dat dit voorde! met het gebeurde niet paralel ftaat, dat men alleen heefc zoeken te beteugelen het ongeoorlofd reqnefireren , zonder de volksftcm te willen fmooren, > clan, ter wederlegging hier van in hec al. gemeen, beroepen wy ons alleen op de advyfen en protesten van de Heeren Raaden van Senden, z>£ RiDDtR, van Haeftfn en Burman , welke reeds publiek zyn gemaakt; maar in 't byzordcr Ontkennen wy ook, ten aanzien van de Stad Utrechc, dac er zo omtrent het bekende generaale requeft, als eenig ander, zulke cnbehoorlyke ondertekeningen of omftandigheden hebben plaats gehad, alfc Hoeren Gedeputeerden zo ruimfchcots *> ver-  ( m 3 verondcrftelleo, an zeggen dat ta ILnifaort en ekieis zyn gefchied. Wien zal zulk eene toepasfing op het generaal requeft alleen, mee willekeurig voorkomen , als hy ten aanzien der. Stad Utrecht inaanmerking neemt, dat-aldaar nimmer eenig requeft van den aart als hier bedoelt wordt, is rond gedraagen, en door onbevoegie pernnen is 'ondertekend, dan alleen twkf, hec zogenaamde sauvlcarde Requkst, en hec verzoek* lchrifc aar. de negentien Heeren die hunne raadsplaatzen hadden "vei laaten , om deeze weder te verzoeken dezelve te occupecren en waarvan echter , zomin in *t advys van H. Gedepul. als de • publicatie word gerept. Het eerfte echter weec men mee zekerheid dac aan alle d« gebreken hinkt', welke een aanzien van het generaals requeft worden gecondernneerd. Het is huis asn huis rondgedraagen. Het is getekend door blinden, bramen, kreupelen, die volftrekt onbekwaam waren om te oordéelen over de noodzaak- lykheid van hec verzoek daar by gedaan hec is ectekend door veelen die geen verftand hadden'van hec geene zy tekenden , noch van de Competentie in deezen van den geenen aan wier» zy hun verzoek voordroegen het is gete- ■ kend door vrouwen die geen perfoon prefencerert het is getekend door vier , vyf, a zes, uit een huisgezin, vm het getal ie vermeerderen het is' getekend'door zulken die ondergefchikt warenaan den geenen die het hun ter tekening prefenteerde \ en dus teitt vryvnliig gefchied. Het tweede verzoek is mede ondertekend door geene andere dan familie der negentien Heeren, of ztiiken die door familiebelang, calandifie of hunne, ambten , aan de zelve verknogt waren, of van dezelve afhing.n en ze".fs met zodan'.g cm- presfemenc, dat men perfoonen weit, aan' wien men het to: vier a vyf reizen heefc opgedrongen na herhaalde weigering. Laat men nu zulk «em1 handelwvze omtrent het generaal requeft, T 3 hm  C $00 ) laat men het aantoonen, omtrent eenig ander re. queft, en inen zal erkennen dat eene publicatie, tiaar tegen in Utrecht even zeer poodzaaklyk war; men zal ©verruigd zyn dat liet niet de perfonen , maar de wetten zyn die het prefentèren van dusdanige als heugeneraal requeft condemncren ,, Laat men al verder aantoonen dat de w$u van cpdtrtekening en de.perjGomn der onderrekenaaren»' die het requeft tot intrekking der publikatic tegen het zogenaamd oproer van den 1t Maart cn den Heer Yvoy , hebben getekend, minder geoorloofd war, dat de 76V pcrfoènen minder bevoegd waren, dan de 304 welke het requeft tegen den Heer v'jtifi Goens hebben getekend, en men zal gelooven dat niet de perfoonen , maar de wetten nebben gefprooken in de zo tcgenitrydige refolutien od dezelve- • Laat men aantoonen dat on- 1 derde 765 requeitranten var» het cevfte, niet de . •504 van het laautgenoemt'e, zyn ingeflooten (*), iaat men aantoonen dat de Heer Yvoy zich minder by de Burgery. gehaat heeft gemaakt en dey.eive'ondraigivk is geworden, alsde Heer K.M. van Goi'ns. laat men aantoonen dat den Burger tegen wien de Heer van Goens als befchuldiger ageerde, minder fthuïég was als den Directeur van ke.t Genootschap cn de fergeanicn der Compagnie de zwarte biegten , tegen welke ed Heer Yvoy als befchuldiger en rechter tevens ageert, en men zal gelooven dat men minder perloneel in beide deeze gevallen gehandeld heefc. — Laat men eindelvk aantoonen : dac het minder, eene misdaad is in den Heer Yvoy, dat hy zyne fefie in (*) Dcwyl wy da Namlyfren van de ondertekennren deezer heid» en andere requeften magtig zyn. zy» wy rn ftaat om hier ever te kunnen obrdcclcn , en aan te toonen dat Hetzelfde groot aantal va» voornaams forgm dio de rcquef.cn teger van Goens en de recommand. hebben getekend, ( welke notabilueit men naderhand: tot het gteal, en niet de perfoonen, beeft gc•br*«t> dezelfde zyn, die het generaal requeft, zo wel als dat testen den Heer Yvoy, hebben ondertekend en »eprefen teerde iSgt auilep wy dit eens by eene nadere gelegenheid a>ntoue,.tti.  ( 3°ï ) in de fchepenbank beeft behouden', nadat hy eene openlyiae befcnuldiger zyner medeburgers, welke vuor dezelve zyn getroKKen , is geworden ; als he: den Heer" van Goens als een misdaad wordt aangefchreven, dat hy geduurende de behandeling eertér zaak waarin hy als befchuldiger voorkwaam oen persoon en qualitfit van Rechter nietheekt neder geleco, cn inen zal gei looven dat men zich zeiven gelyk i% men zal erkennen , dat men meer overeenkom£bg 'de billykheid, minder willekeurig heefc gehandeld. ■ • Laat men dit alles -lantoonen en men zal aisdan, cn ook niet eerder, gelooven dn de appoinftementen od de onderfcheiden requeften evcn wettige paffende zyn ; dac de incentie niet is geweeft om de item der Burgery te fmooren; of eer.e actiente op de republicninfche Conltitu. t'oncele vryheid conftitueerden (zo als zy hunne party hebben gelieven te noemen.) Immers men weet dat nergens, dan hier van, alle de misgeboorten, welke, vooral fints gemelde n Maart, het daglicht aanfehouden , zonder dat zy een egten Vader dorften noemen, hun oorfprong ver chuldigd zyn, als daar onder anderen en voornaamelyk uitmunten , de fraaije fttikken', getyteld: Vertrouw maar zie aan wie; Verttog over het voorgevallene voor, op, en na, den ii Maart; Naamen en qualiUiten van de 1215 Undsrtekenaaren, enz. twee con. cept requeften* alle kinderen, die, hoe zeer hunne Vaders zich derzelven fchaamen, genoeg hec krooft verraaden van hunne erkonnen voordbrengers en peeters. En waartoe moeften deeze gedrogten anders ftrekken , dan om de Burgery verdenking in te boezemen en haar op te zetten tegen haar Geconftitueerden, dien zv tot nog toe met hun vertrouwen vereerd hadden wat wilde men me: deeze ftukken anders zeggen, dan dat niec T 5 alle  C 304 5 «He Burgers zulk een vertrouwnn in Gt'conftitueeruen fielden als men wel meende ., dat dit blees uit zo veele ftukken als tegen dezelven in 'c licht kwamen daar men integendeel weet, zo me confesfie van medehelpers, als verradende irekken en zekere kenmerken en berichten, dat de genoemde (lukken alle aan twee broeders en een zwager, uit de negentien bedankt hebbende Heeren, en eenige medeftanders die zy als handlangers niet konden imsfen, hun oorfprong verfchuldigd zyn ■ daar ze ook buiten die elks verfoeying wegdrangen. Maar wat hebben dan de Geconftitueerden uit gevoerj 1 dat zy zo zeer den baat van deeze Heertjes hebben verdiend? ■ Zy hebben niet willen toegecven aan hec familiebelang van vee- le Ariftocraten. ■ Zy hebben niet willen erkennen dat de vernietigde geeftelykheid meer recht heeft dan een Burger om zich tor. hec eers- te lid van ftaat ce verkiezen! • hier van de aanvallen die gedaan worden op de leden onder Geconftitueerden welke Kanunniken zyn,_ om dat zy mede , zo als gecommitteerden uit de Vroedfchap zelve zeggen, in 't breeds ónweerlegreh'k hebben aavgctoofid, dat de vyf Ecc'efien geen Jut minfïe recht van aaiifpraqk hebben, om de vacat.irct in het lid der Heeren geeligeerde Raaden deezer Provintie te vervullen. En .waar over de beken, de opftelier der bovengenoemde naamlyft , op zyre gewoone wyze wurmt en maak, dat hetek die geen belangziek Kanunnik is, tot walgens toe verveelt, zich'zo laage met alle zyne ongefun. deerde chimerique argumenten optehouden. Ziet daar den fleutel voor de bovengenoemde werken van vernuft en fmaak, en het gedr3g dier Heeren en Ranunnikken. ■ En het blykt ook reeds datdeeze Heeren niet vrugteloos, voor. al fints den n Maart, hunne party hebben ver. koozen , maar fint? dien tvd voor hun betoonden yver in het tekenen, eb aanwerven van te-  ( 3°5 ) fcfdnaren • op het bovengemelde familie rennES'v, als het vervolgen en z^rtmaaken van Geconftitueerden, daar door bedoeld;, dat dezelve daar voor provifioneel zyn gerecompenlecrt en verder geëncouragecrt. oin qp hetzelfde voetfpoor te blyven voordgaan, en alles wat verder door cordaate Regenten1 en Geconftiuieerd&n wordt verrigc, te condemneeren, en kon het zyn veele Burgers over te haabn om hunne qualifica tie te revbceren, zo als de Heeren E M. Yvoy en A. du Cloux en verder. M. Schroyestèin , ] P. Paixant cn W. v. Everdindén gedeeltelik gedaan hebben en het geen voor den eerftén ailcrnuoüzaaklvkft was om zich zeiven niet tegen te lpreeken", en door de laatften, mét zeer veel genoegen voor alle weidenkenden, js gefchied, wyl daardoor het aantal conftituenten in tydshog is gezuiverd van èenig fchmm, dat elk een altoos in den weg is geweeft. ■ Da Heeren Autheurs zyn dus gerecompenfeert, zo als bovengemelde Autheur der Ntxümlyjt als in verrukking fop bl. 16) uitroept: Een gedeelte der Magiftraat heeft cordaatelyk geoordeeld doch wat'zy geoordeeld heeft, ftaat er niet. Het is derhalven te voorzien dat deeze zelfde Heertjes zullen blyven voordgaan op den begonnen vcet , om , indien deeze bovengenoemde ftukken nog niet helpen , om alles wat door hunne familie'gedaan wordt, hoe ftrydjg ook mee 's Lands rechten en privilegiën , en [t'bt onderdrukking der burgerlyke Vryheid, goed te keuren, en de poogingen van Cordaate regenten, en Geconftitueerden en Burgers als haatelyk en gevaarlyk ten toon te ftellen, ten einde geftadig nieuwe verdeeldheden aan te richten en de oude aanteftooken, met nog dergelyke fraaiiighedsn voor den dag te brengen, en cenvoudigen zand in de oogen te werpen, na dat men ze geopend, had. Dit blykt reeds uit het voorberigt van voorgemelde naamlyft, daa welk gefielde zich by alle  C3C6-) teweldenkenden reeds van zelve wserlegt, en verder geene wederlegging verdient dan wy hier voor hebben opgegeeven, Maar in welk eene bogc zullen dergelyke A risftocratifche handlangers zich verder wringen, daar zy zo duidelyk ontwaar worden, dat al hun gefchreeuw niets uitwerkt en cindelyk in rook moet verdwynen. Daar de in deezen ge • recufeerde rechters zelve, m°t alle veranderingen in het rapport van den hoofdfehout, geen daad- lvk oproer hebben kunnen aantoonen ? r TVelligt zullen zy. dan den Moderaten Burgervriend ipeelea, en na dat den Burger op allerlei wyzen gehoond, gelafterd, verkort, getrapt, ver treeden is, denzelven vermaanen om zynen vertreeder in 't gevlei te komen, zich te onderwerpen, niet op zyn uuerfte recht te ftaan, maar alles op de cordsatheid zyner Regenten te jaaten aankomen en alle vertrouwen in hun ce Hellen! NB. na dat alle gegrond vertrouwea ten aanzien van veeien verbroken is, na dac alle middelen van herftel trots van 1de hand zyn geweezen, na dat tegen den burger alles is ondernomen wat met eenige mogelykheid konde gedaan worden - na dat men nie;s meer weet om zig te foutineren • en nu de burger in 't geval zoude moeten komen om fatisfaclie te vraagen, Tot zulk eene fituatie zyn reeds Iauge de fnaaren geltemd — nu die Heeren Schryvers en hunne 'families meenen geveüigd te zyn in hun bedoeld oogmerk van byzmder belang nu moet de reit , het algemeen belang en welzyn, maar geknoeid en verfrommeld worden- hiertoe moetjde Burgery onderling verdeeld wovden, de onkundigen wat inde handen geüopc om  ( 3^7 ) hun te pasyen en daar door den kundiger de bunden "gebonden, om niets voor *t beftendig geluk van 't algemeen , door d* algemeene ftem des Volks, te kunnen uitvoeren. Dat dan Utrechts Burgers vertrouwen, maar zien aan wie, dac zy nimmer het oer lec- nen aan zulken 5 die door hunne fchryfwyze ten duidelykften verraden, dat niets anders, dan hun en hunner familie belang, dedryfveêren van hun ■fchryven zyn , dat alle hunne, raadgeevingen nergens anders toe ftrekken dan om dit te behartigen cn te beveiligen.. Dat zy eens begrypen dat men 'niets anders beoogt dan hun door allerlei voörwendzels onderling te verdeelen, om zo niets te kunnen uitrichten ziet men niet reeds welk een kwaad gebruik men maakt van het getal van 765 perfoonen , welke het laatfte requeft, tot vernietiging der Ucrechth.oor.ende refolackn en bcfchuldigingcn , ondertekend hebber ? cn' waar uit men wil afleiden : dat de bedervers van Utrechts welzyn (zoals men de voorftanders der' burgerlyke vryheid noemt) hun magt beginnen té verhezen daar me» by ondervinding het nergens aan heefc toe tc fchryven, dan dat veelen gedeclareerd hebben, niets van dien aart meer te willen tekenen, maar wel op andere nadruklyker wyzen fatisfaclie tc willen vorderen. Daar mén van den anderen kant de redenen van het weinige getal, tegen da: van 304 op het Requeft van R. fvl. rfi» Goens, niet niet den fchryver der naamlyft in het opgegeevene moet zoeïen, maar daarin, zo als men met een menigte ver. klaai ingen zou kunnen ftaaven , dat de ondertekeaaaren van het laatfte op allerlei wyzen door fpmjnïge Regenten en hum» zendelingen, wier- dea  C So8 ) den aangefpoord , zp als ze nu by 't eerftge» noemde zyn re rü» gehouden en bedreigd. ——• Indien de Burgery niec op haare hoede is, en zich door dergelyke tchryvers en hunne vrienden en zendeligen laaten jntimideeren, zullen zy zig hun Jigtgelovigheid al ce laat beklaagen • Indien zy nu niet - begrypen, dac men alleen daarom Geconftitueerden-zoekt weikloos te maaken, om dat heter nu op aan zal komen, nu een Reglemenc van Regeering zal worden gearrefteerd, en men begrypc , daarmen uc reeds , beproefde ftandvaftigheid der Gcccnftitueerden, op welk eene wyze men het ook heefc aangelegd , niet aan hec" wankelen heeft kunnen brengen, dat deeze zich dus niets in de hand zullen laaten floppen; dan zal men van de onvoorzigtighe.d en moedloosheid der burgery gebruik maaken en derzelver braave Reprefentaritca en Geconftitueerden maar laaten nrotefteren, zonder zich daar aan te ftooren, wyl men weet dar. zy buiten de 'Burgery niets zyn en niets verrigcen kunnen —dac dan de conftituenten met ons begrypen , da: hec niec hec byzonder belang der Gecorilhcueerden maar ons algemeen belang is dat zy behartigen, en om het welke zy der vervolgingen, tot loon van al haare moeiten, worden bloot ge- . . pac wv te meer vertrouwen in hun ftellen, boven eigenbelang zoekende fchryvers en zendelingen, wyl zy, wat men hun ook moge te lafte leggen , niec geene mogelykheid eenig e^gen of byzonder familiebelang kunnen hebben by'het voorftaan van het Recht van Utrechts Bureevy , zo als zy tot- hiertoe gedaan hebben, of op wat wyze hec ook wezen mogt ■ m?ar^ alle de vergelding voor hunne moeite en koften zal moeten beftaan in de bewuftheid eencr roede Confcientie, van welmeenend Iets tot welzyn hunner medeburgers te hebben willen toebrengen , in weerwil van alle haat en vervolging^der onverzoenlykfte Heerfchzucht •  ( 3°9 ) in vertrouwen van de noodig» adfifrentie ea erkenrenis van ons die zy reprefenteren en wier heil zy behartigen. Myn Heer de Nederlander l T ■Jkn dc Utrechtfche Courant van heden vnd ik een nieuw bewys voor de Vryheidshefde en achtenswaardigheid van Utrechts rèprefentancen: dac zy zo ver af zyn van eenigen toeleg te hebben cn» de vplksftem te frnooren, dac zy inccgendecl dezelve op nu uw zidlen oproepen, en der Burgery uitnodigen om haare Confideratien op het gearresteerde omtrent de bezwaeren intebrengen —— hygthans elk met zyn naamsondertekerjng en melding van zyn qudUteit en joate?i, zorder aar. het iemand zal vryjiaan zulks op procuratie door een anderen tt doen, en'voorts de zwygenden te houden en verftaan in het by de Vroedfchap omtrent het 3 en 4 Hoofdftuk geconcludeerde te Confenten" zou men niet zeggen dac de fchryver van dit nieuws zelf gek is, of zyne leezes voor gekken moet houden! ——— weik een blyk van achtenswaardigheid (traalt toer. uic zulk een befluit van Utrechts Burger rèprefentanten'! welk recht zouden zy tog hebben tot zulk eene refolutie; welk burger zou« de gek genoeg zyn om er zich aan tc ftooren: ~ kanteen befluit dat onder de menigvuldigs differente gevoelens met eene kleine meerderheid geprevaleerd heeft, als wettig worden erxend? Zoerwezenlyk zulk eene refo,'utie, als de welf. onderrigte Cotirantier opgeeft, genomen was, dan b]eek het immers, dat het niet anders wasdan eene percicuüere wraak oefTem'pg, welke fin s den sS Maart alzms heeft doorgedraaid, en welke du» perioneel cn niet wettig is, en als zodanig niec kan nog mag gerespecteerd worden ; cn ce minde;, om dac dezelve aanloopt tegea voorige wet-  ( 3i° ) wettige httÉMM en Vroedfcliaps refolutien , welke doo* «eenss weinige "leden van Regcering krachteloos kunnen gefnaakt worden — maat nis men toch de Burgery den voet op den nek wil zetten, waarom dan niet opentlyk liet wvaVd getrokken, veel eer dan met Mcnnifi flretTat baar te vernuden , en liet opentlyk geweld en de aanvallen op haare aaiuuflyke rechten en wetten voor defetance voor de Borgerlyke vryheid op re »eevenü — Men bemerkt immers maar al te duidelyK nier uit, dat het alleen maar te doen is om de bchoorlyk gcqüalificeerden «n erkend» Geconftitueernen als gemagtijden van by de 1400 Burgen en ingezetenen, in deeze hunne qua itcit werkloos te JiouUen dan het komt my voor dat ik mede als Conftuuent $M aan die zo gezegde refolutie niet behoeve te ftooren , maar kan blyven berufte? in het geene voor my door gtconltuueerden zal worden gedaan en verligt, want nimmer is myne intentie eeweelt om haat maar ten haiven te quahheeeren, eu dan als het er eerft voornaamelyk op aankwam, de zaak weder zelve v,p mv te neemen — daar de reden, waarom ik en een ander, tlie Geconftitueeiden heb gequalificeerd, geene andere is, dart Wl het ons nier convenieerde alle dezaake», tot het afdoei» A betwaren en het arrefteren van een Nieuw.regeermgs reglement betreffende, beboerlyk te onderzoeken cn tiaar te ftellen, Smp waar 10e ten expre* Collegie, dat zig daar op diieft loelag endaar ovet handelde, werd vereifcht: en welk Collegie het belt daartoe gefchikt en bekwaam is nu de .zaaken tot eene concfU-fie moet komen , wyl zy van den beginnen «lies doorziet! en behandeld l.ebbe,L daar in het beft gecoupeerd en in ftaatzyn hunne conftituenten voorlichten - cn daarenboven zegt do •ift" van qualificatie op hun gepaard: dat zy -fct b°Mn% der Burgery zaden waurneimen, tot dat dc voorgebragtc po.nclen vmi Uziaar zo Provin-i iaal ah by de Stad daaPlyk zullen zvif ^gedaan en gereguleerd. En op deze» vod is deeze acte Can oualihcatieendegequaliüceerde perfoonen ook by de Vroedfchap den 11 Eeb. deezes jaars erkend en dezelve gehouden voor toconlVuueerden van 1^5 « Siaf ' **■ Zrze\~er Personen te representeren cn haar. Mangen <üs Xurgcren en Ingezetenen dezer Stad in 't mamtmetrtn w dezth* BUrgcï Privilegiën en Rechten waar te neemen". Met dezen te » aatzen zult py zo ik meen bet verraad den mond floppen e. ïlte oprechte vootftanders van de Rechten der Burgery zo wel als my «eer verpligten, die zich noemt, uw yvengen leezer. uu.echt EEN CONSTITUENT. tien S5 July 1785.. Te Jmfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp- ter, 1. Verlem, D- Schuurman. Te Utrecht, by de Wed. Mulder, B. Wild, A. Stubbed Liefcink, en alom by de meefte Boe** verkopers a g Stuivers,  D E VRYE NEDERLANDER, -£a*ls een getrouw liefhebber van myn Vaderland , ftel ik myn hooglte Vermaak in het nafpeuren van derzelver vorderingen in alles wat men de befchaaving eener Natie en de voordgang in de fraaye kunlten en wetmfchapnen noemt: myn aandagt is zints eenigen tyd ge,-, allen op de politieke vindingen, die ik te eender tyd in een breede verhandeling met andere uiyner waarneemiugen aande liefhebbers van nuttige knnftenen weetenfchappen wilde mededeelen — doch dewyl wellict myne verza. melde gedagten en obfervatien, zo ik ze langer liet leggen, te oudbakken zouden worden en onze Natie naar dagelyks nieuws verlangt, ben ik van concept veranderd, en heb by my zeiven beflooten myn» gedagten niet verder uittebreiden, maar dezelvo zo als ze zyn, in fragmenten, mede te deelen en voor dezelve eea plaats tc verzoeken in den VryinNederlander » mlsfchjtjn zVUea ze daar meer nut V doen No. 18. Myn Heer!  ( BiO doen dan ondar myne manufcripten -—«- kan UEd. mede in myn beflutt komen en dezelva een plaats inruimen, welligt zal dit my in 't vervolg aanfpooren om meer dergelyke bröchurts voor uw weeicblaa uit te fchieten. In die verwachting noeme ik my: uit myn laboratorium, Uw. beftendige Leezer. den 28 July Juniui Dogmaticus, 1785. ( H^iet zonder grond heeft de bekwaame boekzaal fchryver, der geleerde waereld by zyne jongfte voorreden aangetoond, de voordgangen welke onze eeuw in veele takken van geleerdheid, kunsten en weetenfchappen, boven de voorige heeft gemaakt , niet tcgenftaande het vooroordeel van fommigen , als of onze hedendaagfche vernuften niet in ftaat waren om de ouden eenigzins opzyde te komen, veel minder te verbeteren of overtreffen. Dan het fpyt ons dat hy ook niet te gelyk een bewys ontleend heeft uit de vindin. gen. Welk een ruim veld had hy dan niet gehad om veele oudlievende bewysneuzen flag te leveren! doch wy verblyden ons te gelyk, dat hy deeze ftoffe voor ons heeft overgelaatcn. • Wy zullen ons niet begeeven in het teda. re gefchil over de verhevenheid of de kunft van kruipen in dicht, tusfehen de oude en hedendaagfche Poëten, dit laaten wy over aan een' 3 wipt:  —— noch met den aëroftatifchen luch&bol ónze hedendaagfche phiiofophen vertieffen Neen, hec is ons genoeg mee onze nieuwerweefche ftaacsvonden en politieke vindingen alle tegenfpreekers te wederleggen. ( Hebben onze hedendaagfche policiekeri pist getoond, en tooncn zy hec niet nog dagelyks, dat zy in vindingrykheid alle voorige eeuwen overtreffen? Immers, toen Engeland onlangs in een oorlog met zyne Amerikaanfche Staaten, ente gelyk met Frankryk en Spanje gewikkeld was,, zou elk ftaackundige der oudheid eenvoudig hebben gedage, dac het eene onbetwiftbaa*eblyk van onkunde cn dolzinnigheid was, dat Engeland zich nog daar en boven de openlyke vyandfehap van zyn naafte buur en bondgenoot op den hals baalde? dsn zy moeten by onze eeuw , by onze Nederlanafche politieken ter fchoolagaan: en zy zullen zien ea bevingen dat deeze fchyncontradiclie een proef- ituk onzer hedendaagfche vindingen is. • * Zy zuilen zien dat Engelands oorlogsverklaring niec anders was dan eene acceptatie der aanbiedmg fener vrye fchaverhaaling op onze Colonien ea fchepen, hem door zyne vrienden m ons midden gedaan, uit meêdogendheid over zyn' deplorabelen ftaat, en om hem te gemoet te komen in ds onherfrelbaare verliezen hem in de onafhanglykheid van Noordamerika, en den oorlog 3 met Frankryk overkomen. Zy zouden zien dat uitgezonderd het ongelukje op Doggersbank niet tagenftaande alle oogenfehyn het tegendeel moeft aankondigen, de vinding zó zeker was, dat Engeland, met dezelfde gèruftbeid als in vredestyd, onze kutten konde voorby ftevenen, onze goederen rooven, onze bezittingen naaften, zonder dat onze fchepen uit de havens liepen, dan om ceïftran» een of te vergaan zonder flag of floot. Hoe veele fchoone vindingen van dien zelfden aart en ftempel zoude men niet kunnen opnoemen in dien éénsn toezienden oorlog, Waaraan vsorV 2 , aeea  keen een ganfche eeuw zich zoude hebben atjge- flocfd! . Hoe mceylyk zou het b. v. in de eeuw v.an de T>e Witten hebben gevallen, om een vond uitte denken, om de ordes van den fouveraintedisobjd.ieren, *o dat eene expres benoemde Staats Ccirwnisfie meer dan een jaar tyds noodig had, om uit te vinden wie de oerzaaken waren dier opzettelvke ongehoorzaamheid! Maar is hec by die alles niec te bejammeren, dac hec vcornanmfte gedeelte der Natie zo weinig recht doet aan deeze verdiende \an het viruir.,"- rvk gedeelte haarer medeburgeren! ~- Heeft r;"v' r.iet integendeel gez^rn, dat men elkander in deezen fchier den rocmbcnydt? dat men naaryverig op elkanders verdieniterï geworden is, en zich onderling aanfpoort om den anderen invindin- gen de loef af te fteeken ? en nu de Monar- ëtwlift, dan de Aristocraat , zyn party een vlieg zoekt af te vangen ? of beide te gelyk den armen Democraat wederzyds zoeken te plukken en te knippen? doch dit zy zo. De roem cn winft daar van komt doch in den fchoot der geheele.Katie yzer fcherpt men met yzer Wy laaten aan den Moralift de beoordeeling en taxatie \an de goed of flegtheid deezer vindingen wy befchouwen dezelve thans alleen als een geïafineerd uitvloeizel van het he. tiendaags vernuft onzer Natie ■ en eiken aan- dagtigé% befchouwer derzelven zal ons gereedeIyk moeten toeftèmmen , dat. wy daar in over 't geheel al vry ver gevorderd zyn. Maar zal men niet alverder onze Natie het recht • moeten doen, mee te ftellen dat zy in vindingrykheid fchier zich zeiven overtreft! kan men niet op vindingen roemen , waar voor het nageflagt welligt eerft den rechten (leutel zal vinden. Zal men niet mogelyk met den tyd eerft zien de waare bronnen van onze gefchillen met den Keizer, en dat dezelve veel eer eea pioefftuk onzer heden-  C 315 ) dcndaagfche vindingen, dan we} een incident, waar voor men dezelve ais nog heeft gesouden» is gewoed? —— zou men dezelve niet als een nieuw gevonden afleider der aandagt op den binnenlandfchen ftaat van zaaien kunnen befchouwen een proefltuk van Ariftocratifche directie, bm de defpotieke van den Engélfchcn oorlog te kunnen opweegen? En wat is de aanwerving van zo veele vreemde trouren het in dienft ftellen van vreemde kryg'fbevelhebbcren, in een tyd dat men niet van zins is om oorlog te voeren, maar ten kófte vaM de eer en hec ^belang ,der Natie den vrede té kocpen in een "tyd dat de Natie racer dan immer te vooren in ftaat zoude zyn om door eigen magt haare bezittingen te verdedigen? waar voor moec men die anders houden dan voor een proefftuk van politieke vindingen 1 En wat zal men zeggen van alle de fchynftry- dighedeh die men dageiyks zie: gebeuren? Ecu voornaam gedeelte "der Natie biedt zich aan om de eer van den Staat buitenlands en de ruft en zekerheid des volks, op bevel van den fouverain, binnenlands , met goed en bloed , door ce wape-. nen to verdedigen en herftellen men ordon¬ neert dat men zich wapene —;—- de ongcfioor- zaamen worden goftrafc ~ en de gewilhgen met gewapend! Men verkieft vreemden te wape. nen en in teroepen, en den inboorlingen dc wapenen te óntheerrien! Van waar komt hec dat men onze tvdfehryvers zo veel minder hoort klaagen over den onrechtvaardigen Duicfchen oorlog, als over den Engelfchen? Is de vrede met den Keizer minder fepa* delyk en fchandelyk dan die mee hec Erigelfche Miniftcrle ? Of is dezelve vau mindfer m.ideeiigen invloed op dea koophandel van Holland, eu even daarom van minder rwnbelang voor de eer der Republiek? En heeft dan de Republiek, de Nacie, geene andere eer, geen ander belang, dm de Koophandel en zeevaarc, zo dac, wat èéézèn V 3 niet  C 3lS ) pje»- treft de attentie der Natie niet waardig is? Van waar dan het ftilzwygën onzer t*dfchyvers op dit ftuk? Of zyn onze tydfehryvcrs alleen par. tyfchryvers. die fiechts deri grootöen hoop, het vermogende gedeelte ten diende liaan f >- al- les vraagen, die de tyd zal moeten beantwoorden. Vindingen welligt, die met hec Aiiftocratisme uit eenen Vader fptoten! Wet eeen ik tot dus verre gezegd heb , zyn pntdekkingen die de tyd alleng* heeft ontwikkeld, en die, fchoon aan de Natie bekend, echter, zo ver my bcwuft is, nog door niemand vóór my tot een béwys der toeneemertde vindingrykheid onzer eeuw zvn voorgedraagen. Ik kan boven die mvnen leezeren berigten , da; men tegenwoordig een nieuw proefftuk van vinding heefc voor den dag gabragt, dac niet minder dan de voorige de eer, der fabrykeurs zal ophouden. Hec is der geheele Nederiandfche waereld bekend, dac inen in 'c begin van hec voorleden jaar, in de Provintie Utrecht, om in eens alle laagten over verkorting en verduiftering van 's Volks rechten en Privilegiën, ware 'c mogelyk te doen ophouden, by hun Ed, Mog. hec befluit genomen heeft, om by ^publicatie de ingezetenen op te roepen, om, binnen den tyd van vyf weeken, alle ptmne bezwaaren op de Regeeringsbeftelling deezer Provintie op te geeven, Of dit mede een dier vindingen is geweeft, zo zommigen meenen, om, door het calfateren van eenige zaken, de gebreken, over welke algemeen geklaagd wierden , een andere kleur te geeven , en eenige inbreuken, op de Vryheid in den burgerftaat, tot wetten te promoveren , en dus de geufurpeerde magt van dc eene in de andere hand over te brengen en, naar maate der behoefte van de nieuw» posfesieurs, de volksmagt tejberooven , [Om der Aristocratie te voeden? zal de zaak zelve moeten leeren. Dit is althans zeker, men heeft uit alle de bezwaaren de zwiken uitgekipt, die hes^volk  C 31?) zeker fielden, dat het [hen voortaan nooit meer aan meeftcrszoude onrbreeken, en, dat h2tfraaide der vinding is, m'.n heeft het middel uitgevonden, het eenigfte in zyn foorc , om het volk zelve zulke raeeder te doen inhaalen! Dit fchynt voor een verdandig man fchier onmogelyk om te begrypen , maar wy zullen het hem klaar doen befeffen. Eertyds hield men de verzoeken welke door dc Burgers en inwooners gedaan wierden als de demme des volks, aan welkü men moed defereeren; zoadsr agt te geeven op die geene welke zwegen nu integendeel, zal men alleen agt geeven op het getal der geenen die niec fpreeken. Nu zal de eerde Staatkundige Panthomine worden gefpeeld — alle vreemdelingen, diendboden, kinderen, vrouwen, afhangelingen, Aridocratifche familien, innocen» ten, onverfchilligen, vadzigen «* zullen een tacitus confenfus verleenen aan iets waar van zy niets wceten, niets verdaan, niets begrypen, om dat zv noch oordeelen, noch leezen, noch leezen kun. nen." Dit getal natuurlyker wyze altyd twee derden grooter dan dat. het welk leezen, oordeelen cn begrypen kan, zal dus praevaleren over de gezonde rede, over wetten, recht en billykheid « men zal de hoofden tellen en niet de zaaken wee» gen. Hit vervolg hier na* V 4 On*  ( 3i8 ) Brief van een Utrechtenaar a»n een Amüerdamnier. Myn Heer en Vriend! -BCet fchyr.t dat de 2 Auguftus, de dag welke beftemd was tot de comparitie van den Heer P. P. J Ondaatje op de Crimineele citatie van den Heer Hoofdfchout R. O. vooigefchikt was tot een dag van buitengewoone gebeurdtcmsfen. Om te voldoen aan uwe nieuwsgierigheid en het belang dat gy fielt in de zaak van Utrecht, zal ik u hier het gebeurde in zyn waare daglicht opgeeven, en des te eerder, om dac gy daar door" in ïtïat kunt gefteld zyn om de verdraaide en verkeerde berigten die door ontrouwe correspöriden. ten, of kwaadaartige nieuwstydingfehryvers welligt zullen worden gefpargeerd, in hunne beginzelen te fruiten en te keer te gaan. Gy weet dac voorleden Donderdag den 27 Ju. ly de Concept Refolutie op het gearrefteerde nieuw Eegeeringireglemenc , zo ver het huishoudelyke vande fiadsregeering ende introductie vaneen eequaüficeerd collegie van Gecommitteerden uit de Burgery betrof , by publicatie aan de Burgery is bekend gemankt, en daar by gevorderd, dat alle gequaliriceerde Burgers en Ingezetenen, zo zy eenige confideratien op het gearrefteerde hadden in te brengen, zulks binnen veertien dagen, ejk voor Zich zeiven, moeften doen, zonder dat hun zoude gepermitteerd zyn dit by procuratie door een ander te laaten doen. En wordende de zwygenden, die binnen den voorfubreven tyd niet opkwa» rnen, gehouden als in het gepubliceerde te con-  ( Si9) Tenteren. Gy kunt zeer ligt begrypen, dat onze attente Burgery dit als eene mfradtie op de door hun gepasfeerde acte van quahficacic op 24 Ge. conftkueerdcn , en welke by eene acte door de Vroedfchap was erkend en gewettigd , belchoude. Zo dra was dus de voorfchrecven publikatic niet bekend gemaakt, of men befpeurde een algemeen ongenoegen onder de ganfche burgery , daar elk begreep dat eene handelwyze als deeze volkomen ftrydeïide was, met de rechten eener vrye burgery en alleszins willekeurig; en de genomen refolutie, zo men zegt, alleen door negen Heeren, die zeiden dat verken wel te zullen wasfehen, is doorgedrongen: hebbende een groot geceelte gedeclareerd , zich te houden aan het Reglement van 1674, en zo lange dit niet met concurrentie van den Stadhouder was vernietigd, zich niet te kunnen inlaaten in de befoignes over het arrettcren' of concipiëren van een nieuw. Een ander gedcel-. te heeft het willen arrefteren zonder aivoorens daar van iets ter kennisfe der Burgery te brengen. De braave Burgervaderen en burgervrienden S. Berger, A. H. Eyk, ]. F. van Senden . f. P. de Riddeh, J. C. Smissaert1, j. v. Haeften, P. C. BuRMAN DE la BaSSECOUB , Cn W. van Dam, van jssEt.t, hebben zich, blykens de reeds, door veelen hum er, nubliek-gemaakte advyfbn, regen de wyze van het pubiiceeren en arrefteren van hec gepubliceerde geprotefteerd Onder de geene die zich dus met het arrefteren van het uitgebragré concept hebben bez;g gehouden, is de meerderheid maar een klein .getal geweeft, wegens de verdeeldheid en onderfcheiden gevoelens, en het is dus de Ariftocratifche geeft welke zints den n Maart geprevalcerd heefc, en alle billyke verzoeken reet; ftoutheid heeft 'van de hand gewezen, die zuik eene publikatie, als die van den 27 July, heeft durven arrefteren. Om hec effect, dat men van zulk een willekeurig befluit verwachtte , te ver. V 5 . Yde.  C 320 ) ydelen, leverden Geconftitueerden op gifteren ee« ne remoaftraatie in den Raad, waar i*y zy vertoonden: hoe zy in de maand September jongftleden door 1215 Burgers en ingezetenen waren gequalificeerd en geauthonfeerd, om der comparanten belangen als Burgers, tot dat de ingediende bezwaren, zo by den Staat als by de Stad, zouden zyn afgedaan, waarteneemen, cn als zodanig ook by de Vroedfchap, in de maand february jongstleden, waren erkend en gewettigd, en welke qualificatie des niet tegenitaande by deeze- jongfte publicatie fcheen vernietigd te worden , waarom zy verzogten dat de publicatie ten deezen aanzien moge worden gedeclareerd, deeze erkende quaiificatie van Geconftitueerden niet te bedoelen, en dat de Vroedfchap de conlideratien, door dc Geconftitueerden in te brengen, zoude houden al» de confideratien van hunne conftituenten. • De 16 Gecommitteerden uit de Schuttery leverden te gelyker tyd een proteft in, uit naam hu»ner committenten , waar by zy deeze genomen refolutia en publicatie verklaarden als onwettig, en begcerdenj dat dezelve , zo wel als de hoonende refolutien by de Vroedfchap genomen zints den li Maart, mogten worden vernietigd dit proteft werd door de Gecommitteerden zelve aan Heeren Burgermeefteien, in het gaan naar den Raad, onverhandigd dan, noch het eene noch ook het andere, ■ zo min sis een tweede requeft van Compél van Geconftitueerden om te verzoeken dispoiitie op het vojrengepreienoeerde, en daar op nader geinfteerde requeft van reen. fatie van negen Heeren uit hec gerecht, —— werd tot conclufie gebragt;. door den invloed der bekende meerderheid. Men was by hun onderligt , dat de gecommitteerden uit de Schuttery geene andere fchriftclyke qualificatie hadden, dan die moeft dienen by Geconfticiucerden, welke alleen uic naam der daartoe geconvoceerde Compagnie  nie was getekend, door dc twee oudfte Scrgean- ten of ook wel door alle de Sergeanten *■ hierom werd van Gecommitecrden gerequireerd, die zelfden namiddag, zynde gifteren, door vier uit hun ce compareeren voor Heeren burgemoefteren, het welk ook gefchiedde, en door welke van dezelv«n werd gevorderd te vertoonen hunne behoorlyke qualiiicacie der geenen in wiens naam zy fpraken. Gecommitteerden vertoonden hier toe zeer genegen te zyn ,; dan dat zy deeze hunne qualificatie niet behoorlyk zenden kunnen vertoonen , zonder hunne Committenten op te roepen, het geen Heeren Eurgemeefcercn hun avoueerden, en begreepen een zaak te zyn die van zeiven fprak en waar tegen zy niets hadden, alleen vraagende tegen wat tyd zy daar mede gereed konden zyn, waar op gecommitteerden antwoorden, tegen morgen ogtend om tien uuren. Het gevolg hier van was , dat Gecommitteerden na denafloopdier bcfoignes, nog den zeiven avond ieder in zyne Compagnie van deeze refolutie aan de fergeanten kennisie gaven, ten einde te verzoeken hunne rotsgezellen die hun gequalificeerd hadden, tegen morgen ogtend ten half neeen uuren ongewapend op de loopplaats der Compagnie te verfchynen heden morgen is deeze ftaatelyke optogt gefchied, alle de Compagnien , of liever wyken , vergaderden deezen morgen elk op de Compagnies loopplaats, alle ordentelyk gekleed, hebbende dc wachwryen der wy. ken zich grootendecls by de Compagnien gevoegd zo dat dezelve nog eens zo fterk dan gewooplyk waren dc Compagnien toogen van hunne loopplaatzen, elk onder'c geleide hunner twee Gecommiceerden, naar de Neude, en na dac ze daar alle, een gecale van circa 3000 man, by elkander waren, van daar naar hot Stadhuis. — dac is te zeggen in de nabyheid van het Stadhuis, want voor noch achter het zelve liet zich niemand der -  C 322 ) derzelven vinden. De Compagnie Turkyen ftond op het Oudkerkhof ter zyden het Stadhuis nog buiten dc Ketting, agter deeze de Compagnie 't Paapevendel en de overigen alle naar rang, langs bet oudkerkhof door de Jansftraat, rot aan het St. Janskerkhof om tien uuren vervoegden'zich uit iedere Compagnie een dei Gecommitteerd'-;-: naar hec Stadhuis en wierden daar, na dat dc Burgemeefters waren binnen gekomen , by Heeren Burgemeeiteren geroepen , en gaven Gecommitteerden aan Heeren Burgemeeiteren te kennen , dac zy , in gevolge het geiequircerde , hunne Commitenten haddenbyeen verzogt, ora getuigen te geeven van hunne «pialificatie en Commisfie;, dat zy nu dezelve alle by den anderen hadden, ten einde Heeren Burgemeeiteren dezelve zoude kunnen opneemen en derzelver Conccnt tot het geprefentcerde afvraagen, wi door den Secretaris hunne naamen en qualiteiten laaien opiekcnen — Heeren Burgemeeiteren antwoordde dat zy de quahficatie van Gecommitteerden nu erkenden en deswegen op mo.gen favorabel raport inde Vroedfchap zouden-uitbrengen ■ Gecommitteerden repliceerden, dat zy gaerne die acte van erkendtcnisru fchnftelyk hadden, dac zy twyfeiden of hunne Committenten mee een mondelinge bootfehap zouden te vreeden zyn, nu zy op fpeciale requifitïc, waren opgekomen om de quahficatie hunner Gecommitteerden ce vertoonen. Dan, Heeren Burgemeeiteren zeiden alleen geiaft te zyn, om de quahficatie van Gecommitteerden te zien en daar van op morgen in de Vroedlchap rapport tc doen. En, dat zy ook niet langer tyd hadden zich op te houden, want dat zy naar de Staatenkamer naaide vergadering van Heeren Gedeputeerden moesten. Gecommitteerden vertrokken derhalven met dit mondeling berigt naar hunne Committenten: dan deeze, vreczende dat dc Vroedfchap op morgen misfehien mogte difficulteren om zich met het  ( 3*3 ) het rapport vin Heeren Burgemeeiteren te conformeren, en daaromtrent esn nader onderzoek willen in "t werk Hellen, even als omtrent het rapport van den ricere Hoofoffieier omtrent het gebeurde van den li Maart by hun Ed. Mog. plaatshad, en niec zeer gezind om daarom nog nïUer een' dag in hun werk te verzuimen, om weder by elkander te komen , gelaften hunne Gecommitteerden , om naar Heeren Burgemeeiteren ce rug ce keeren en nog heden te verzoeken Vroedfchaps vergadering te beleggen*, om collegialiter de qualificatie van Gecommitteerden te erkennen, dat zy te dien re. fpefte gaerne geduld zouden neemen 'daar op itraat zo lange te vertoeven, wyl zy de tyd daar toe nu genomen hadden. Ingevolge daar van vertrokken Gecommitteerden naar de Staatenkamcr, door niemand der Burgeren vcrzeld , en verzogten aldaar Heeren Burgemeeiteren buiten , en communiceerden aan dezelve, dat hunne Committenten niet tevreden waren met hec mondeling berigt, maar verzogten nog heden Vrcedfchaps vergadering te beleggen, ten einde-, eene Iegaale erkeatenis der quahricatiii tc erlangen. Hoe zeer dc jongfte Burgetneelrcr zich excufeerde, dat er geene vergadering ■ koedt belegd worden,wanc, dac hy vreemd volk bui-, fsnhjcf, cn mejer andere excufen, zeide nogthausde, pri.;fidcnt Burgemcefter v. Musïene*oek , dat hy terfcond Lcgro 12 uuren vergadering zoude laaten-. beleggen. Hec welk dan-ook gefchiedde, door .alle.) de leden die in de ftad waren , of welke binnen dien tyd, per expresfe, van hun buiten konden geconvoceerd worden. Het refultaat dier vergadering was,dat dc Vroedfchap erkende de qualiflcacie der iö gecommitteerden tncdeichuttery, op verzoek en begeerte - van een aanzien!yKaantal Schutteren en Burgeren he • den fillerendCjCn dac het Adres op gifteren ingediend, in dcr.otulenzal worden geinfereerden leverden: —-. ■ daar vanfchiiftelykextract der Refolutie, met mondeling berigt daar by, dac op morgen ochtend de Vroed.  C 324 ) Vroedfchap extraordinair zoude vergaderen orfi de jonglte publicatie in te trekken en heden verneemt men dat de Vroedfchap tegen morgen ogtend od oen eed geladen is tot intrekking dier publicatie. Ziet üaar Myn Vriend! zo kort en accuraat my naar de ©mftandigheden mogclyk was , het waar berigt van den aanmerkiykcn dag van heden. m . Het gaat verre boven myn vermogen , eene befchryving tc geeven van deezen groot, fchen optogt van her gAksche Volk van Utrkcht, en nog veel meer om uittcdrukken de gewaarwording die een waare Vriend van Vaderland en Vryheid op het gezigt daar van moeft gevoelen —1— de voorbeeldige bedaardheid en ftntc van ee» aantal van drieduizend menfchen, en zo veele aanfehouwers uit hunne vrouwen en kinderen en vreemdelingen, gaat alle denkbeelden te boven zy hadden zich alle op het mid¬ den der ftraat, elk by zyne Compagnie, als eene lange lykftarie, vier en \ier gepofteerd, zonder febietj van hun p<»ft te gaan , en dit van 's Morgens negen tot twee uuren , toen hun de refolutie van de Vroedfchap w«rd gecommuniceerd , wanneer zy, provifioneel voldaan, elke Compagnie geleid door zyne twee gecommit» tierden; in dezelve ftilce èn bedaardheid wederaftrokken naar hunne loopplaats, waar zy door hunne gecommitteerden werden bedankt voor hunne adfiitencie deezen 'morgen beweezen cn verdere moed en bedaarheid ingeboezemd ; en waar op eik naar zyn huis en arbeid vertrok. Zou er nu wederom iemand ftout genoeg zyn om dit kwaadaartig een faamgeroepen hoop oproerden te noemen, gewapend en ongewapend ? — zal men nog verder durven zeggen dat eenige, ziah noemende Geconftitueerden en Gecommitteerden , zich tot hun byzondere haerfch«ichtice oogmerken beroepen op het volk, " waar  C 325) waar van by onderzoek zon blyken dat men geene bewyzen konde aanvoeren. Wat "dunkt u myn Vriend ! Jzal men dit ook het lighaam en de ftemme des ganfcben volks kunnen noemen ? Zal men nog moeten gelooven dat Utrechts Burgers beginnen tc verflauwen jn het maintineren van hunne rechten en vryhe* den ? — neen, het blykt, zo als reeds meermalen gezegd is, dat zy een korter middel dan het prefenteren van requeften weeten , om het willekeurig dwarsboomen van haare belangen en verzoeken , tc weeren. —— zal men nog twyfelen of Utrechts Burgers in ftaat zyn, 0111 haare wettige Conftitutie , in weèrwii van ftoute Aristocraten , te herftellen, en, wanneer het noodig was, haare Regeering van onwaardige Leden, als zy zich niet beteren , door de ftemme des gan- lemen Volks tc zuiveren ! • Zal men niet alle befehuldigingen van drift en oproerigheid van Utrechts Burgeren en voorgangeren moeten afweeren , en in tegendeel hun de voorbeeldigfte bedaardheid toekennen, daar zy , niettegenftaande veele onderdrukkingen en tergingen , als met eene wysgeerige bedaardheid der heerfchzugt de mante boorde vol zoeken te meeten , tot dat de ganfche waereld zal moeten erkennen dac dezelve overloopendc isJ Zal'men tevens niet moeten bekennen, dat Utrecht, door haarer Burgeren eendragt , genoeg in ftaat is om in nood' zich zeiven te redden, zonder dat zy zich aan buuren of Bondgcnooten behoeft te wenden? — De tyd verbiedt my verdere reflectien te maaken een aantal_ vreemdelingen zal kunnen getuigen vaa de waarheid myner gezegden , en onder veelen uwer Stadgenoten uwen oudhoogfehout Calkoeh en andere Hollandfche en Gelderfche Heeren, welke van dit alles ooggetuigen zyn geweeft - — ik eindig met den wenfeh', dat Neerlands Burgers een voorbeeld van Meed , Bedaardheid en Star.i"  ( 3*6 > Standvoftigheid mogen neemen aan de Burgery van Utrecht dan kunnen zy beitendig vry zyn. Ik ben uw Vriend! Utrecht den 2 Auguftus Ultaajectimus Quartu». NB, In ons voorig No. ftaat, bl. 395. reg. ij. de laatften moet zye de 3 laatjtin. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Dempter, J. 'Verlens, D. Schuurman. Te Utrecht, by B. Wild, A. Stubbe, J.Lief* tu%, e" alom by dc meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  Ö E VRYE NEDERLANDER. No. 19. IX Utrechtfche 2 Auguftus heeft welligt zoveel goeds te wege gebragt, als de u Mae'rc Kwaads. Ln echter, welk onderfcheid heeft tusfehen deeze beide dagen, of derzelver gebeurdtenisfen, in hec wezenlyke, plaacs gehad? Alleen maar dat er geene leden van den Raad, gelyk oo den 15 Maert, het gebeurde voor oproerig heb, ben durven declareren misfchién om dat er Z f^dehBubgCr,S !"Ceds Beroken was dat men de fadto de Raadsplaatzen zoude vacant verklaaren van elk die tegen 'c gehouden gedrag der Burgery of derzelver gecommitteerden dortt te orotetteren —- of welligt dat onder de Coadïal ften van die, veele hunne voorige overylins van agteren hebben ingezien , en overtuigd zyn geworden, dat het geen boos opzet , van een mis leid gedeelte der goede Burgers en Ingezetenen maar een wel overlegd beOuit la ftandvaftig Zot'neemen van de ganfche Burgery is geweel?. om haare rechten te handhaven. Voor het ovè X rige  (3*3) rige is cv in beide gebeurdtenisfen geen ander örfderfcheid te bei'peuren , dan dac er zo veel cyds overig is geweeft om de Burgery behoorlyk cc couvoccreo, daar in het eerfte geval geen cyd toe o- ver fchoot >=- dac cocn de vergaderde' Burgery vóór, cn rondom hec Stadhuis door elkander liond, daar zc nu ter zyden het zelve eii ieder by zyne Cosapagnic waren verzameld. Daar de daaden en gciprekken van den u Maert anders even min oproerig waren als op den 2 Auguftus zo als ttrouwens uic alle informacien en hec rapport van den Heer Hoofdofficier zelve, is gebleken — dan wac zal men in dezen tyd al voor onmogelyk houden! De verlichtte Natuurkunde zelve heeft ons geleerd, dat veele haarer voordbrengzelen niet alleen alle trappen van verandering onderworpen zyn > maar zelfs dikwyis van het cenc rvk in-het andere overgaan — en waarom zou» d*n de menfehelyke denkbeelden nieï aaa het zelfde lot onderhevig zyn! cn hec geen nu goed is, in een anderen tyd kwaad zyn , bet geen kwaad ■was, weder in een arderen tyd goed worden"? Wy hebben daar van reeds te menigvuldige voorbeelden .in dit tydfchrift, en onder anderen nog in fi'o 17 opgegeeven, dat die noodig zoude zyn nog verder té bewyzen. Gelyk hec voor een kunftkenner noodig is, dat hy de voordbrongzelen der kunft op een zekeren afftand befchouwe, ora de voorwerpen in bun geheel te overzien en naar waarde te beoordeelen; zo is het ook geleden met de Staatsinrichtingen en f ebcurdreaisfen, welke nimmer beter kunntn beoordeeld worden-, dan wanneer men dezelve op een zekeren afftand befchouwt en niec zelve direct: daar in gemengd of betrokken is. In dezen voor Utrecht gelukkigen ftand bevonden zich de verdienftlyke Heeren v, Nyvenheim , Paludamos , Temmink, Lamisr'ectsen, Haringsma en Dumbar als Vricndfchaplyke afgezanten uit de ver-  ( 3*9 > vergadering van Patriottifche Regenten Uit zes der vereenigde geweften, met zulk een gevolg , dac zy , als gefetiikse beoordeelers tusfehen den Raad en het Volk van Utrecht de eerfren hebben overtuigd van de billykheid der vorderingen van de laacflen. Het intrekken der publicatie en Concept - Reglement van den ar July zal waarfchynlyk, door tusfehenkomft van bovengenoemde Heeren, van .verdere gevolgen zyn, dac de nieuwe publicatie ■neer naar 't genoegen der Burgery en overeeakomftig hetopgegevene byde pomften tot redres der bezwaaren, zal worden gereguleerd , en daar in gevolgd de conüderaticn door Geconftitueerden daar omcrenc opgegeven. — • Om onzen leze- ren ce duidelyker op ce kunnen geeven hec different dat er nog plaats had, in hec gepubliceerde en begeerde der burgery, zullen wy het gepubliceerde Concept - Reglement hier geheel laafeëfi volgen, met zodanige veranderingen, als door Geconllitueerden van tyd tot tyd zyn voorgeftekl, en de daar coe behoorendcbyvoegzelen, welke in'c gepubliceerde waren weggelaten, welke veranderingen en invoegzelen, eer onderfcheidinge hier cur~ jive zyn gefield. Ter wyl daaruit cevens, zo wel ftilzwygende, als lüit de daar bygevoegde redenen kan blyken, de noodzaakelykheid der gemaakte ver* anderingen, afiaatingen en byvoegzelen. X z CON*  C 330 ) CONCEPT-REGLEMENT Concernerende de tejlcllinge der Sinds Regeringe, het nomineren en eligeren van Raden in de Vroedfchap, Burgemeefleren en Schepenen, midigadcrs de erectie en introductie van een gequaltjiceerd Colicsie van Gecommitteerden uit de. Burgery. EERSTE HOOFDSTUK. Van de Raden in de Vr'.cdriwp en derzelver vereijcht wordende Qnailfcatien. Art. i. e Raad of Vroedfchap der Stad Utrecht za! beftaan uit Veertig Permanente Leaen. Art. 2. De Perfoonen, welke tot Raden in de Vroedfchap zullen kunnen en mogen genomineerd en verkoren worden, zullen moeten zyn geboren Burgers der Stad Utrecht , in dezelve t>i^d of Vryheid van die woonachtig ; of die tien jaren Burgers geweeft zijn en effective binnen deze Stad of Vryheid , gedurende de laatfte tien jaren, gewoond hebben, ten ware zy Relpublicx cauf? afwezig, of in dienft van de Ooft • of Weft-Indifche Compagnie geweeft waren. Dan zullen dezelve tot Raden in de Vroedfchap verkoren zynde, aldaar hunne inwoninge moeten biyven houden , except de geene, welke wegens de Stad of Provincie eene Buiten commisfie bekleden. Art. 3- Ook zullen nominabel ven eligibel zyn «lzulke'PeTfonen, die bin'nen de Provincie Utrecht geboren zyn cn gewoond hebben, of die aan eene geboren Burgeresfe dezer Stad, of welke als Burgeresfe dè laatfte tien jaren effeftivelyk bmnen deze Stad of Vryheid gewoond heeft, getrouwd zvn • mids dezelve perfonen in alle de opgemelde gcva'llen, gedurende de laatfte vyf jaren als Bur-  ( 33i ) gevs dezer Stad binnen dezelve of de Vryheid van die gewoond hebben. Are. 4. Doch zullen geene perfonen, fchoon op bovengezegde wyze gequalificeerd , mogen genomineerd of gekören worden, dan de kundigtte en gegoedfte Burgeren (*) openlyk Profesöe doende van den waren Chrifrelyken Gereformeerden Godsdienft, goede en getrouwe Patriotten, en ten vollen bereikt hebbende den ouderdom van twee cn twintig jaren. Art. 5. Ook zullen onder de Leden van de Vroedfchap, geene mogen wezen, of genomineerd en gekoren mogen worden, die in eenige particuliere Eeden, of dienften zyn van eenige Vorften, Princen , Stadhouders, Gouvernantcn , Heeren of Vrouwen, of die van dezelve eenige Penfioenen of Penningen genieten , ten zy dezelve alvorens dien dienft hebben nedergclega en daar uit oncflagen zyn; den Leenced en- den Eed aan de Generaliteit, wegens eenig Ambt of Commisfie "gedaan , daar van alleen uitgezonderd. Art. <5. Ook niet de zulke , die eenige Militaire Charges bekleden , prooftdyen , Prebenden, Prcebendaten , Vicaryen an andere Geeftclyke Beneficiën posfideren ; immers zullen zy, genomineerd en geüligeerd zynde, gehouden zyn alle dezelve neder te leggen en tc verlaten, alvorens zy jn den Eed als Raad zullen worden genoomen en hun Sesfie vergund wordt. Art. 7. En zullen geen Vader en Zoon, Grootvader en Kleinzoon, geene twee heele of halve Broeders, ook geen Raad met meer dan een Zwager, geen Neef met meer dan een Oom en Oudoom (*1 tiie yan dc notahdP.e fam-Utn zyn, ftaat hier by in het ccpublicaeme Reglement, dan men begrypt dat dit byvoczcl on. ïfottdig is, wyl reedi in Artykel 3. de qualitciten geftoeg bepaald zyn, en "men dus duendc ligt tem f*mUiereetcrmg zou tnureo iu te voeren. 6 « -x3  ( 33* ) oom in den bloede en een Oom in affiniteit; ook niet meer dan een Oom of Oudoom met twee Neeven , rr.idsgaders geen vier Neeven in den bloede of affiniteit in den vierden Graad beftaande te gelyk met eikanderen id den Raad mogen zitten, behoudens evenwel, dat de Raden naderband aan eikanderen door Huwelyk vermaagfchapt wordende, niet genoodzaakt zullen zyn hunne Raadsplaaufcn te verlaten. Art 8. Onder voorfz. Raden zullen mede geene andere mogen wezen dan die van echte Bedde en onbsrispeiyk van leevmsgcdrag zyn. TWEEDE HOOFDSTUK. Van de Nominatie en Electie der Raden in de Vroedfchap; en wel eerft van de Kiezers en derzelver Chtalificiitie. .„ ,. Be Nominatie van een Perfoon , ter vervuliinge van eene vacerende Raadsplaatfe zal «efchieden door 40 Kiezei?, uit het ganfche Lighaam der Burgery , te weten int ieder der agt Compagnien vyf; uit welke Nommat.è de Vroedfchap (*) by looting de electie zal doen. _ Art 2- Alle geboren Burgers of die ten minften zes iar'en gezeten Burgers dezer Stad zyn geweeft, mids gequalificeerd volgens Art. 4. zullen tot het benoemen en committeren van Kiezers bevoegd ZyArt <% Ten dien einde zullen de Scriba's der refpeeïive Compagnien by de Omfcliryvinge in ieder half iaar. eene Lvft formeren van alle geboJen Burgers of die ten minften 6 jaaren gez«c° r», Men be«rypt dat dit recht «iet londei; toettemraing der BuUrfkan worden wegschonken en om die reden .. lm* Vrv&ehf in plaats van Stadhouder getteld,  { 333 ) Burgers geweeft zyn. Zullende de aldus geqnalfrkeerde Burgers in de Voorlieden , raids zig daar roe by den Scriba der Compagnie, welke toe aan die poort ftrekc, voor den i May of i November aangevende, daar by gevoegd worden. Are. 4. Ten tydc van eene Vacature van eene Vroedfchapsplaatze, zullen alle de Compagnien binnen 14 dagen na die Vacauire, ieder in eene afzonderlyke^Kerk of andere plaats, volgens even. gemelde Lyfte, twee dugen te voren , door den Hoofdman der Compagnie , of by abfentie van denzelvcn door den Oudften ia rang preien: zynde Officier, met communicatie van de overige Officieren , geconvoceerd zyndc , ongewapend compareren des voornoens voor 9 uuren; zullen, de zo wel uit de Schutters als Wachtvrycn, niemand hier toe worden geconvoceerd, dan die geboren Burgers, of dié zedert 6 jaren gezeten Burgers dezer Stad zyn, cn den ouderdom van 18 jaren bereikt hebben; mids geen Livroidragcnde Bedienden zvn, noch ook geene bedeeiingen van Armbezorgers of pieufe Collcgicn genieten. Art. 5. Uit deze aldus gcqualificeerde Burgers zal dc Scriba van iedere Compagnie noch eene afzonderlyke Lyft opmaken van alzulke, welke aangetoond hebben , dat zy jaarlyks in de Reële of Confuüitive Lallen, of in beiden, een honderd en vyftig Gulden opbrengen, (volgends eene berekening" hier omtrend geformeerd en aan denzelven ter hand gebeld) en den ouderdom van 22 jaaren bereikt hebben: Wyders zal voorn- Scriba noch eene Lyft formeren van alzulke Burgers, die, zo als in 't vórige Hoofdftuk in het brede vermeld is, gequaïificeerd zyn om tot Raden in de Vroedfchap te kunnen genomineerd en verkoren worden, en zig daartoe aan den Scriba hebben aahge< geven; en welke Lyfte ten tyde van het maken eener Nominatie, aan de Kiezers zal moeten ge* produceerd en gecommuniceerd worden. X 4 Art.  ( 334 ) Art. «5. De Geconvoceerden als boven gecompareerd zynde , zullen dezelve geranglchikt worden, ieder onder zyn Officier; en daar op volgen de Wachtviyen, als mede die boven de Jaren zyn, Art. 7, Aldus garangfchikt zynde , zal de Capitain Lieutenant of oudfte Officier der Compagnie , in het byzyn van alle de prefent zynde Officieren, die deze Adtus moeten dirigeren , met luide ftemme oplezen de namen van alle de "Perfonen gequalificeerd als voren Avt. 5. gezegd is; welke alleen als Kiezers nominabel zyn zullen, en uit welke, door de prefente Leden, by meerderheid van ftemmen, vyf zullen verkoren worden Art. 8 Ten welken einde dc Officieren zig zullen fchikken aan een Tafel, waar de Compagnie Man voor Man zal voorby trekken; en elk aan den Capiteln Luitenant of oud (ten Officier oyergeven een toegevouwen Briefje , waar in de namen geftcld zyn van de geene, die hy als Kiezers ftemr. Art. 9 De Officier, die de Briefjens ontvangt, zal die één voor één moeten werpen in een Bak of Bus aan 't einde van de Tafel gefteld; zullende de Briefjens voor derzelver opening worden nageteld, om te zien of het getal der Briefjens met het getal der prefente Stem-geregcigUen overeenkomt. Art. 10. Dit. in orde bevonden zynde, zal één der Sergeanten zig ftellen aan het hoofd der Tafel en de Briefjens één voor één openen cn oplezen. Art. ii. De Scriba der Compagnie zal, by het oplezen der namen , de ftemmen voor dezelve exact, aantekenen en terftond te kennen geven, wanneer ééne opgelezene onder de Gequaljficeerden als boven niet behoorde. Art. 12. De Sergeant, die de namen opleeft, zal elk Briefje moeten overgeven aan den Capitain Lieutenanc, of by abfentie aan den oudften in rang  ( 335 ) rang prefent' zynde Officier, dïe hetzelve zal rond geven aan de op hem volgende Officieren , van hand in hand toe aan den Scriba, d e , na de ftem opgetekend tc hebben, het zal moeten overhandigen aan een tweden Sergeant, welke aan 'c benedeneinde der Tafel is, wélke dezelve één v^or één zal rygen aan een Lias, en welke Lias, na 't opncmerTder (temmen, door den Scriba aan de beide einden zal moeten verzegeld, en daar aan vaftgemaakt worden een Declaratoir, bevattende het getal der ftemmen ende Electie der Kiezeis; om alzo onder da Papieren der Compagnie bewaard te worden. Art. 73. Alle de Briefjens opgelezen zynde, zal men de vyf, die de meefte ftemmen he'sbén, afzonderlyk optekenen en oplezen, cn als Kiezers van de Compagnie voordien tyd declateeren. Zullende niemand mogen worden genomineerd, dan die by deze Aftus tegenwoordig is; en itigevallo bevonden wierdr, dat 'er minder waren genomineerd dan vyf, zal men op dezelfde wyze weder moeten ftemmen, toe da: het getal compleet is; zullende terftond aan dc genomineerden eene Acte van Verkiezinge, door alle de prefente Officieren en den Scriba ondertekend, uitgeleverd worden. Art. 14. Behalven bovengemelde Oualificatie, zullen onder deze vyf Kiezers geene mogen zyn, wier Vaders, Zoons, Broeders öf Zwagers in hec Collegie van de Magiftraat der Stad Sesfie 'nebben, ook geen die in Stads Ambten of Bedieningen zyn, van welke zy Jaarlyks aan de Magiftraat gehouden zyn de continuatie tc verzonken. Art. De Kiezers, welke by eene A&us ter Nominatie van een Raad hebben geadüfteerd, zullen by de eerft daar op volgende in die qualiceic niet mogen fungeren. Het vervolg in No. 20. X 5 La-  ( 33* > ï^azen wy onlangs in de Post van den Neder Riïyn eene treffende aanfpraak van den Heer 'jAcori van Haeften, Hoofdman van de Compagnie de Pek'ftoklwi , aan zyne Schutteren, thans hebben wy het genoegen onzen leezeren eene Reciproque aanfpraak, uit naam der Schutteren dier Compagnie, door een medefchutter en gecom. mitteerde uit die Compagnie, de Heer C. v Hengelaar, aaa den Hoofuman, op eene piegtige wyze gedaan, optegeeven. Od heden den 9 Auguftus, op welke deze Compagnie op haar tour moeft afvüufen en haare Zomer exercitiën einuigen, had men voorgenomen om des Hoofdmans vooiige aanfpraak te reciproceren. De Aanfpraak was aivoorens aan eenige Officieren en de Sergeanten der Compagnie gecommuniceerd en voorgeleezen, en hun verzogt aan hunne rotten daar van bchoorlyke Commumcatifi te geeven , op dat dus de aanfpraak konde gezegd worden door de ganfche Compagnie te ge fchieden. De Compagnie was ten getale van ruim twee honderd man in 't geweer gekomen en dus geheel Compleet, en na het loflyk verrigtcn van haars battailious Manoevres, werd door den Hoofdman, op verzoek var. den Heer C. y. Hengelaar, de kring geformeerd, zonder dat de Capitein iets wift van het einde en oogmerk waar toe zulks moeft «fchieden, begon gemelde Gecommitteerde der Compagnie mee eene luide en heldere ftem , die dooide geheele Compagnie e» het verbaazend aan. talaanfchouwcrs, op een rcdelyk verren afftand kon worden gehoord, de volgende aanfpraak tc re. citeeren. Wel  ( 337 ) WelEdel Geftrenge Manhaf.e Heer Hoofdman l 10) e gevoelens van Eerbied, van dankbaarheid " en verpligcing die ons van tyd tot tyd langs hoe ,, naauwer aanduwen geerbiedigden perioon vcr„ bonden hebben, roepen ons tnans , om uic de volheid onzer harten u een openlyke blyk onzer dankbaare erkentenisfe te betoonen, voor „ hec lofiyk betrachten van uwen pligt in hec voor„ traan onze rechten, _als vrye Burgers, die gy „ mede vertegenwoordigt. 5, hoe zeer wy coeuVan, zo als onze pligtbe„ trachtende Regenten erkennen, dat een Volks„ vertegenwoordiger eener viye Requbliek mets „ meer dan zijn eed en pligt naarkonn, wanneer „ hy de wetten der Vryheid en de Voorregtcn des „ Volks verdedigt en handhaaft Wy iveeten „ en erkennen ook te gelyker tyd, dac hec als dan „ de pligt van eiken Burger zij, den zulken zy.- ner eedgetrouwe reurefentanten alle eere ea „ dankbaarheid te betoonen, en alle vertrouweu in hem te ftellen en zich zyner zorge en liefde ,, waardig te gedraagen -—wyweecen dac dicdoor daadei^ce erkennen, de hoogde vergelding moet „ zyn voor hem, die uic een zuiver grondbeginzel „ mee een oprechc hart, de belangen zyner mede- „ burgers als de zyne behartigt. Dan hce „ zeer de iii'ilc overtuiging en hec daar uic vlooi- jend vertrouwen, op andere cyden, ons zeiven „ zoude kunnen vergenoegen en bevredigen: de „ tyd dien wy beleevcn vereifcht, dat wy thans „ zulks openlyk bekennen, de tyd vereifcht, dac „ wy eene openlyke onderfcheiding maaken tus„ fchen dc geenen die wy onzen dank verfchu!„ digd rekenen en tusfehen die geenen dien wy ,, denzelven niec meer waardig keuren; ctis- „ fchen zulken wier heil ea keven wy, is [het „ nood  ( 33§ ) „ nood met ons bloed zouden willen koopcn; en zulken die wy den hoogden vloek eenes vry,, man?, de ketenen dien zy onze ftem cn han„ den fmeeeden, toewenfchen. Ontvangi dan onze hoogfte vergelding, waar* dige vanj Utrechts Burger Hoofdmannen! ontvangt onze vuungfte dankbetuiging voor het on„ verfchrokken. voor hec ftandvaftig, voor hec f, belangloos \ oorftaan onzer rechten,, in een tyd dat anderen, trots op hunne waardigheid, dien „ zy tot fchande ftrekken, niec anders bedoelen dan eigen greocheid, en hun pligt vergeetende al„ les willekeurig zoeken op te offeren aan hun„ ne fnoode eer • en hccrfchzugc en door. trots „ verblind niec zien, dac zy hun eigen grootheid 5, hun roem en aanzien ondermynén en vernieti, gen en door hunne handelwyze verliezen die ' achting en eerbied die ccn vry volk hun heeft toegedraagén. Duld dan WelEdel Geftrenge „ Manhafte Heer! dat wy u, als onzen vriend, 3\ met de weinigen uwer mede Raaden die zich '3, onze vrienden betoonen, onze zaak, de zaak „ van Utrechts burgery, de zaak der vryheid, „ verder aanbevelen dat verder ons oelang ,, het uwe en uw belang het enze zy ! dat wy eendragtig zaamen werken tot één doeleinde! dat wv bet nimmer hooneloos opgeeven, zo laiu ,, er nog vi yhcids liefde in onze harten huisveft; ,, zo lang er noch Necrlands bloed door onze aderen ftraalt! Wy zuilen onzen eed cn phgt „ indagtig onze Mogülraat, als onze vettige Ove, , righeid, gchouw en getrouw zyn, zo lange (want ,, dit is de voorwaarde op welke wy hun onze „ trouw gezwooren hebben) zo lange ook zy aan hun eed en pligt beantwoorden, en onze weUige privilegiën óp allerlei wvzen zoeken te be- fchermen en te handhaven. maar wy zul- „ len ook (dit vordert ook onzen eed) alle ge* wdd tegen onze Rechten en Privilegiën met goed en „ bloed Stelpen af wierenwy zullen dit trachten te iJ e „ doen  C 33.9 ) doen onder uw geleide ■ Wy vertrouwen 3j op uwe kunde, yver en frandvaftigheid dac gy ,, door de kracht der Rede, naar al uw vermogen, „ voor ons belang zult pleiten dat gy onzea ,, oprecht en re~den gsgronde, verzoeken en voor- ftellen zult helpen onderfteuhen en aandringen, „ of, zo wy ergens in gedwaald hebben, ons het zelve als éen Vriend onder hec oog zult bren- ,, gen ■ maar wy verwachten ook even zeer ,, van u, dat gy ons nimmer zonder hoofd, zon- der aanvocrer en Raadsman, zulc laaten, wan-. „ neer toomelooze heerfchzucht uwe cn onze be,, daarde ré'dén tjèlacht, befpot en in den wind flaac, wanneer men de ftem der rede zelve zoekt „ te fmooren, en ons dus daar door van het waar,, digfte pand onzer Vryheid, onder valfche voor,, wendzels, te berooven. Wy verwachten van „ U, dat gy als dan die openlyk geweld tegen smze „ rechten en privilegiën mee de utterfte middelen, „ met goed en bloed, is het nood, zult helpen af- weeren! Zonder dit befluit kunnen wy niec ,s voldoen aan onzen eed , zonder die befluit kun. „ nen wy nier bcvryd worden van het juk der fla„ verny , onder 't welke men onze vrye halzen ,, zoekt ce kromteen. ,, Dac hy , wien de moed ontbreekt om zich hier toe te verbinden, afftand doe van de rech- ten der Vryheid! dat hy de wapenen der helde». ,, moed hflègge , cn ontfhg verzoeke' van zyn >, P'egtïg gedaanen eed , dat hy zyne handen uit- flccke om de boeyen te ontvangen die reed» ,, voor hem gefmeed zyn " ■ dat hy keere uit ,, ons midden , op dac hy ons niec tot een laft „ zy — en op dat wy ons niet te ruekeioos „ op hem verlaaten, a's onze eed ons roept om „ ons Moed voor de Vryheid van hec Vaderland ., te waagen! Hec is alleen de eendrage die ons kan redden, en er blyfe dus voor ons niets „ anders over dan te kiezen: Of wy ons een„ dragtig tot behoud der Vryheid willen ver- »j big-  ( 34 ) „ binden dan of wy onze halzen gewillig krommen willen onde." hec juk der flaverny.' B eze aanfpraak werd doar den Heer Hoofdman mede op eene treffende wyze beantwoord, dan wyl deeze ex tempore door den verraden fpreeker gefc'iiedde, en niet te vooren was opgetteld of gefchreeven, kunnen wy het genoegen niet hebben dezelve mede hier te laaten voigen — Alleen kunnen wy zeggen datze van IIaeften , dacze den Burgervriend, waardig, was, cn , even als de eerfte, den gevoeligen aannoorderen traanen van genoegen cn aandoening uit de oogen lokte, en door de verbazende menigte aanfehouweren met een luid driewerf hoezee ! werd geloueerd. Walk een verbaazend onderfcheid befpeurd men hier in met andere Hoofmannen der Compagnien! daar zich reeds drie Compagnien bckla-igen dac zy hec genoegen niec mogen hebben om afcevuuren en hunne zomerexercicien te befluiten, om dat haare Capiteins zich zo verre in de gunft hunner Schutceren hebben gewikkeld, dat zy niet durven afvuuren uit vrees dat niemand hunner Schitteren zal compareren. Hoe geëvenredigd is de vergelding aan de verdienden! ■ Kan een gede- cidaeruc Ariliocraac, of een die zich door dezelve heefc laaten vervoeren, immer dac genoegen ihraakcu dac hier de Burgervriend van Haeften ondervond! Alles was aandoening, alles was hier vreugd op het exercite veld —r— de Heeren De Nys en Ondaatjï, (om het openlyk gebeurde alhier by elkander te voegen) welke, fints zy ais Officieren van hec exercicie Gcnoocfchap hunne demisfie hadden verzqgc , honoraire leden van hetzelve waren gebleeven , gaven zich op nieuw aan om als Grenadiers jby het zelve Genoocfcksp yoortaan mede tc cxerceeren, de overige wer-  ( 34i ) wervingen en aanwinningen] van leden in *t gemeen voor dit Genootfchap, zo nier, als fints den 2 Augs. was te gelyk ongemeen. Om hec genoegen by deze gelegenheid mede uittedrukken, deelde de Heer Mr. J. C. Hespe die hier ook tegenwoordig was, aan de zich aldaar bevindende leden van de Burger focieteit de Eendragt, verfcheiden exemplaarcn uic van hec Vaderlandfchc liedje van den Heer Dr. Bois,op den 2 Augft dezes jaars vervaardigd, het welk, geaccompagneerd door hetmufyk der Compagnie, door alle ue fchuttersen aanfehouwers, geduurende het ruften enin het naar huis marcheren, buiten de Mad, word gezongen, en welk liedje wy niet kunnen nalaten hier ten flotte te laaten volgen. OP DE ZEGEPRAAL ENDE' V OLKS-5 T £ MM E VAN DEN TWEEDEN AUGUSTUS Te U T R E C H T. Wys: ó Zon aan 's Hemels Trans! Gri.uk, ó Burgery! '7* Deiz* Dag, deez' Mvdc Dag Gy zyt nu eerlang vry (£7 Dien ieder onzer zag, l~,:n alle (larffche banden; !$Zy etuwig by ons heilig! Geluk ó Purgkry ! ö Driewkrf dlyde dag ! Dk Volks iem Triumfeert Ohs Recht is nu bekend ; r.n die haar aan durfiT randen! (&En 'f Vyye ook altyd veilig, Ziet sic/) -geheel vernefrd. $>J En in ons hart geprent. De-Volkstem Triumfeert Ja 1 tot ont levens end! En die haar tan durfd' randen, ^*Slyf 't altyd by ons veilig, > Zilt zich geheel yerncürt. V 'n haf( geprent. De  ( 342 ) Re fnoode Ariflecraat, ^ Geluk 6 Burgery I Die naar uw Vryheii flcat, m. De vuige Dwinglandy En nmr uw Burger - rechten, $9 Zal eerlang moeten zwichten, De fnoaile Aiiilocraar, k Geluk ó Burgery! Hoe ook zyn wanhoop vioed, Een' Vaderlandsche Stoet, Moge U dan jlout bevechten, nGetrotiw aan eed en plkhttn, Gy weert dat h'lj'ch gebroed, Kt Zr! met een Heldenmoed, Offchoon 't in tuvlen moed y} Hoe Heei [ihzu'gt woelt en wroet, Uiv Vryheid durrt 'bevechten, Jtij^- 'n uw Naam verrichten, Gy weert dat helfch gebroed, Met waart Heldenmoed. •f *f n dan wel, of hy geïnfinueerde bereid is, om aan den Infinuant behoorlyke, en met de omftandighe* den der toesebragte injurie overeenkomende reparatie te doen. By weigering of niet vol* doenend antwoord, zult gy Deurwaarder wegens den (♦) Men zielhtt Tweede Iets voor |Utrechts Burgeren 'ct**Mcn 'zi« Bier verder over eert Ptlitiektn Kruyer N». «ör-M, £18' sn Sip-  C 347 ) den Infinuant, protefteren van injurien, cn van alle kotten en ichade, door den Infinuant deswegens reeds gehad en geleden, of nog te hebben en te lyden." „ Relateert uw wedervaren fchrifcelyk." „ Actum Utrecht den 8 Auguftus i-8j (was getekend) P. H. J. Yvoy". (onderftond) Na gedaane Collatie accorderende bevonden met de originele acte van Infinuatie, by my ondergefebr. Deurwaarder der Stad Utrecht, den 8 Augs. 1785. : (wxs getekend') P. v. Schoonhoven. Het antwoord dloor den gei'nilnueerden febriftelyk hier op gegeeven, was van den volgenden inhoud: ,, Indien de Heer Mr. P. H. J. Yvoy tegen den ondergetekenden, wegens voorkomende pasfages in No. 17. van het weekblad de Vrye Nederlander, eene actie meent te hebben , moet dezelve daar omtrent doen wat hem convenieert'". j. v. Manen, Adz. Y 3 Feu  ( 54» > Vervolg van het Concept - Reglement. Art 16. Deze voorfz Aftus zal moeten aflopen' dienzelfden Voormiddag, ten minften voor één uure, alles in prefent e van de Compagnie voorfz. _ Ait. 17. Zo dra vyf Kiezers uit eene Compagnie zullen verkoren zvn, zullen die zig immeaiaat begeven in de Groote' Raadkaimr van het Stadhuis, en'aldaar vergaderen, geadfifteerd door 4 Gecommitteerden uit de Burgery , en ontvangen worden door 3 Leden van den Raad, en de Se. Cretarisfen van de Polieie. Ten welken einde gesnelde Heeren en Secretarisfen , als ook de be. committeerden uit de Burgery, zig teo 12 uuren aan het Stadhuis zullen iaten vinden. En in gevat één of meer Kiezers mogtcn abfent blyven , zullen de prefente Kiezers zonder tegenzeggen van iemand voortgaan. Art 18 Deze Kiezers zullen alaaar Sesfie nee. men naar'rang van de Compagnien, uit welke zy ^"n^ro^Na dat de refpeftive Kiezers «hunne Afte van Qualificacie en Comrmsüe van hunne Compagnien refpeftive aan de Heeren Secretarisfen zullen hebben ove. geleverd, en daar van op, lezinVzal zvn gefchied, zullen zy alle in handen van bovengemelde twee Raden, expreslelykdaar toe gecommitteerd, moeten Eed doen, zo als hier ca zal worden voorgefchreeven ; waar na vooinoemde Raden zig zullen ablemeeren. A >20 Vervolgens zullen uit deze veertig Kieyeis by Loting? , twaalf worden gefchikt tot JS fl^^nS-^NomiMöft, op volgende WyA?t 21 Een der Heeren Secretarisfen zal zig nlaatzen Van het boveneinde van de Raaakamer, plaatzen <*<*u . o zwarte en 12 Wit- houdende een Zak, waai in 1 K,ezrers een XC Boonen zyn, uit welke U< ^^If^ voor één naar rang een Boon zullen «ekten.  C 349 ) zullende de 12 die de Witte Bconen getrokken hebben, in de Raadkamer blyven , om de eerlre Nominatie temaken, en üé 28 overige, die zwarte Boonen getrokken hebben , zullen zig voor een korten tyd in een der Vertrekken van het Stadhuis begeven Art. 22 Deze 12 eerfte Kiezers zullen daar op terftonac, zonder buiten de Raadkamer ce mogen gaan, eene Nominatie van 12 (*_) behoorlyk gequalificeer Je Perloonen, zoo als bv de Articulen van hec eerfte Hoofdftuk nopens de Qualificatie der Raden gemeld is, maken. Art. 23. Deze Nominatic'unaniem of by meerder... heid van ftemmen gemaakt, zal ten fpo'edigfte in gereedheid gebragt worden: waar op de 28 Kiezers, die zig buiten de Raadkamer hadden begeven , weder binnen zullen gelaten worden, en mee de overige^eder zittinge neemen als voren. Art. 21. Wanneer uit die 40, op gclyke wyze als voren, weder 12 Kiezers zullen geloot worden, zullende de ag, die zwarte Boonen getrokken hebben, zig weder buiten de Raadkamer moeten aefenteren, toe dac zy weder binnen gelacen worden. En zal als dan eerft aan evengemelde 12 Kiezers kennisfe worden gegeven, wie de 12 Perfonen zya, die door de eerfie Kiezers op de Nominatie icr vervulling van de vacante Raadsplaats gebragt zy*. En zullen dezelve, zonder zig te mogen ablentcren., terftond procederen om de Nominatie van 12 Perfonen te verminderen op g Per. fonen. Art. ^5 Vervolgens zullen op gelyke wyze weder 12 Kiezers geloot worden, die dit agttal, 'c welk aan htm a's voren zal bekend gemaakt worden, terftond verminderen zullen toe een viertal, waar C~) in 't gepuM. Rep,l. (laat hier 8 doch men vindt geen noedzaak om van hei getal van 12, zo als mede in 'trapper; dss C»m(uisfie bl. ïgi. Art. 22 U opge^etven, af te gaan. X 4  C 350 ) •waar van door de Secretarisfen zal aantekeninge worden gedaaD, Art s6 De aldus geformeerde Nominatie van twee geuuilificeerde Perfonen , in gereedheid gebragt zynde , zal djoreender Heeren Secretarisfen uit naam van de 40 Kiezers aan Heeren Burgemeefteren daar van kennisfe worden gegeven, en verzogt > dat de Raaa op den volgende dag isogte vergaderen tot net overleveren en ontvangen der bovengemelde Nominatie ; om door Hun jp.d. Groot AcJtth. verminderd te worden op twee, om daar uit by het lot eenen te verkiezen. "Zullende nog • thans niemand die voor de derde maal op de nominatie is, by deeze reductie mosen worden gepatfeerd. Are. 27. En zal deeze Nominatie Joor vier van 4e oudfte Kiezers, uic de vier eerfte in rang zyn dezer Provincie gezonden worden, omme daar uit 12 Schepenen t« verkiezen. Art. o, Duch zal by eene tus/cheniyds openvallende fchepensplaats door den Heere Stadhouder, in der tyd, zonder voorafgaande Nominatie een Schepen uit die Leden van den Raad ter vervuiling der vacerende plaatze worden gefurrogeerd. En nopens de continuaiit van denzelven plaat( hebben liet geen in An 7. omtrent de continuatie van een tusjthen tyds aangeJteiden Burgenieejter is gezega (*} Eei by de Kiezers telken reize te doen , by 't nomineeren van nieuwe Raden in de Vroedfchap en van Heeren Burgeineejleren. Dat zweere ik, dat ik ais Kiezer uit de Burgery, alhier kome a!s een geheel vry JVJan, die wegens de thans te maxene Nominatie geene voorafgaande affpraak of overleg met iémand, wie he: ook zyn moge, hebbe gemaakt of gehouden: of my daar toe, ter byzondere begunitigmg van iemand hebben verbonden, hec zy door beloften of anderszias, hoe ook uitgedacht : maar dac ik in de ie makene Nominatie alieenlyk zal achc geven op de bevorderinge van Stads eri der Burgeren belangen; en dus zo veel in my i«, zal zorgen, dac de te nomineeren Perfonen zyn nut en bekwaam, midsraders gequahficeerd overeenkomftig de valtgeftelde orde: 'Zfo als ik van gelyke zweeren, dat cot bevordering van iemand rot deeze Nominatie, aan my geene betoften zyn gedaan, tot net geven van Gjud of Zilver, gemunt of ongemunt, of ande» re giften of staven, veel min dat ïs daartoe van iemand wie hec ook zoude mogen zvn dergelyke gfcen of gaven; hebbe ontvangen, direttelvk of jndirecfeiyk, maar in tegendeel, dac ik als gezegd is, ƒ*) Dit is het 10 A:t. vin 't Ranort der 10 Ueeren Oecommlttet-Tdun dat men lucr bcgrypt, ta moetsu houden in plavj van het 9 der pubheatis , wyl dit recht naok aan de» Sudooud«r »s bttwitl.  ( 354 ) is, alhier ten vooifchreven einde kome geheel vry en zonder eenig engagement boe ook genaamd. Ze waarlyk helpt my riff. VIERDE HOOFDSTUK. Rakende etn gequalificeerd Collegie van Gecom' mitteerden uit de Burgery. Art. i. -w^r zal gedurende den permanenten Raad een beflendig Collegie van gequalificeerde Burgers worden geïntroduceerd , onuer de benaming van Gecommitteerden uit de Burgery. Art. 2* Dit Collegie zal befraan uit IS Leden, uit elke Compagnie of Wyk dezer Stad twee, by meerderheid van ftemmen te verkiezen. Art. 3. In de verkiezing der Gecommitteerden zal dezelfde wyze en orde woraen waargenomen , als by de Kiezers gefield is. Art 4.' iNa verloop vaa de eerlle vier jaaren zal dit Collegie om de twee jaaren moeten veranderen op den 13 Oclober, (doch zo dezelve op een Zondag kome, als dan daags daar na,) met de helft, zullende alsdan afgaan de oudfte uit ieder Compagnie of Wyk, en wederom zo veel nieuwen in derzelver plaatzen verkoren worden, welke dan, als jongfle gerekend, na verloop van vier jaren zullen afgaan. Art. 5. Dc afgegaane Gecommiteerden [zullen ten minften twee jaaren ftil zitten , eer dac zy wederom zullen mogen verkoren worden. Art. 6. By eene tusfchencydfche Vacature zal dezelve binnen veertien dagen op de bovengezegde wyze moeten vervuld worden , uic die zelfde Compagnie of Wyk, in dewelke de Vacacurc ge. vailen is-, dan ingevalle eene plaats van Gecom- mit-  C 355 ) ttltteerden komt te vacere. binnen de Iaatfre drie panden voor den 13 October in ieder jaar, z ! dezelve blyven vaceren, en niec vervuld worden voor den 13 October eerftkomende. Art. 7. Tot die Colleg]e zal niemand mooen verKoren worden, d,n die den ouderdom van**? als Buiger binnen deze Stad, of Vryheid van die faften ° óf t «S*- in de Reë,e °f ConStSl Laütn, of in beide te zam.n eene Somma van zvn dan ?nr i " ^r gePa>'enteerd mogen zyn, dan tot de vierde Graad van Affiniteit of Confcnguiniteit incluis. Ook zullen ™ Vader fpnVT,* GJ;ootv,ade'-en Kleinzoon enleene hee. echten bedje 'rroeï " V*n dk C°,!1e§ie zul!™ fefbfddlJifejeT fad^r"^nprdcd,S: ge Staats of S^^,^^^,^^ jaarlyks by de reaeerin^ „ ■ geIï0udcn zyn ne bedieningen SSerf- t T-T?]*^» hun" kige, of die^esne van h^.'nn °h T^5* Ban^reuben, of dié:Sle amenl Soeder?n. g^aan hebmoeten doen g ' Wegens In^une nebben ^W&TJéikS^1^ gedir" worden tot Kiezers. °gen benocmd Commisfie ÏS^>*1 fcJ^S** vao deze toe mogen verkoren wnS heeft gedaan' zal ö*ar uic zyn VVvk of ° d-enj en zal ook n'e™nd de, Lta n ogenCwïggene tl "* Verf°^ ZY°voor de eerfri rSSKrïSt twee-  c m) tweede reize een honderd Gulden , de eene helft een' behoeve van dezer Stads Aalmoefenierskamer, ert de andere helft ycor dit Collegie, wanneer hy des bei gerende voor alcyd zal worden vooibygegaan. Doch zal het aan iemand, die acht paren gefungeerd heett, en weder verkoren wo-dt, vryfraan zich te excufeeren, gelyk ook aan die geenen, die boven de zeftig jaaren oud s. A.t li Dit Collegie zal nauwkeurig acht geven , dat op het Regeerings • Reglement dezer pro. vinrie den Staatswyze ge- arrefieerd, noch ook op her nomineeren en eligc r»n v«n Raden inde Vroedfchap, mitsgaders van Hoeren Rurgemeefteren dezer Stad, volgens Vroedsfebaps Refdupe in da:o den .. grn tioduceerd , geene de minde mdracht geicme3e, maar met alle oplet'enheid toezien , dat voorv*n de Rechten en Privilégiën met jelatie tot gemelde Reglemcnr en Vroedfchaps Refolutie , alsmede de Voorrechten en erkende Privilegiën der Burgery in 't gevuen, en de tejpetlire Gildewetten, onveranderiyk blyven geconfen cerd. . , „. Art t '• En zwien ten yoorfchreven etndeeikburger etimvoóner zich aan dit Collegie, zonder forme van Rèdnefl, mondeling of fchriftdyk kunnen vervoegen%-aar na dn Collegie, de opgegwen bezwaaren gegrond vindende, dezelve bv R«r«/te of bymmde, naar dat de onhandigheden vereifchen zullen moeten vtordraagen aan de Magiftraat, ten einde daar in de nodige redres, ftn te verzoeken. ... , A'-t i«. Dit Collegie zd ook gequahficeerd zyn, $m in preïïame gevallen, m naam der ganjche burgery ; zndvnge Remonjtrantienen adres len aan de Ma. gkroat te prefereren , als nmr gedeldheid der om%andightden nood,g zal geoordeeld worden _ Art U 'Er zullen uit die Collegie jaarlyks vier Leden worden afgevaardigd tot het bywopen en hooren der rekeningen jJMdr.£ Wfauriers en Cameraars dezer S'ad, en daar van aan het Collegie behoorlyk raport doen. zul-  C 35? ) lende ten dien einde 14 dagen voor het doen der zei- Co\\e^géD raar Van dü0r de V'oedfchapaan dit Collegie kennisfe gegeven worden. UhJl // clke gequahfieaert zyn om tot Kiezers n p,' koren", COt Gf™^ecrden int de Bur^y VflJ" koren ie worden , benevens de Verific lie/ van" derzelver Qualrficatien, en dezelve S drde vin" dende.approberen , waar toe het Colle/ie etnê Commisfie meden haare zal decerneren. g ' Art. 18. De leden van dit Collegie ztflen «. duurende hunne Ftmctien vry zyn fan de SrgS wacht (*) Ü&ezt hier gefielde 12, n tn ic 5rf ru » ... 't Concept - Regiem tot r dres de 5 ' } HooWft- ™ 16 ArtO 2yB dSor de Vroedfcbïo i„ L, ,? de '3> ™ «epasfeerd , 2ynde daar van iV dê „«! SCpull,lceerde reglement alleen getod en heeft de yro "drcL Z f uï d° Vro^fcl,ap •* onüaeeren Z0 Z ft Krf £ de.ze Artyk.len door d?V"oedfeh. ,™ °rde" PW  ( 3o-8 ) wachten het Poortgeld, even als dj! Burger Officieren, en zitting hebben in de Burger-Krygs bSkÏÏ,t^oeiSS;ile mm da&n eens op êenbepaaluuur & vatten dag, vergaderen, m ^Aal.noetdcis.karner, en aldaar van^Jgen an Vuur en Licht voorzien ™den WJ fefve zal ook mogen extraordinair WSjg^V* rif> 7iken te veel zyn; om op de oidinane vei Sdeïufgeh af te doen,' wordende alsdan het bepaa. fen derzclve aan 'c Collegie overgelaten. A?t To. De Leden van dit Collegie zullen in hunne Vergaderingen zitten en item ten naar den Krdom, of eene bepaalde orde der Wyken of g-Sfc zoo als by de Kiezers plaatze zal hffif Eh zullen naai- goedvinden bepalen de feetens wegens abfcntie of te laat komen ; als medbet empioy van dezelve, mi.sgadershet geen verfer het hïuden der Vergaderingen aangaat en 71A hetzelve by meerderheid van ftemmen de no5-e veSeringen maken; zullende anders in du Reglement geene veranderige, vermeel der,n£ of vermmdcringe, hoe of aoor wie ook, mogen gemaakt woiden. Het vervolg en fiot in N»- afc verkopers aa Stuivers.  D E VRYE NEDERLANDER. No. 21, Vervolg enjlot van ha Concept.Reglement. Art. at. ECet prasfidie van dit Collegie zal alle drie Maanden veranderen, roulerende onder de vier boven aanzittende Leden, beginnende van den eerftcn af, en zo vervolgends: in alle zaaken zal by meerderhoid geconcludeerd worden, mids niet minder dan 9 Leden prefent zynde; de ftemmen ltaker.de, zal de Prefident eene dubbele ftem heioen, cn alzo concluderen. Art. s2. Die Collegie zal geadfifteerd worden door eenen Scriba, by het Collegie uic den haren te verkiezen, voor den tyd van deszelfs Lidmaa*. lenap, en zal zyn ftem en rang behouden , doch ook verphcht zyn nauwkeurige Notulen te houden van alle de Aöe van dit Collegie, en alle verei ebt worden Je Schriftuuren moeten ftellen, affchryven en regiftreeren; en zal aan dezen Scriba worden toegelegd eea Jaarlyks douceur van één honderd Gulden, ce betalen by den Heer Thefau?ier deezer Stad, en zullen de Gecommitteerden 2 van  ( 36o ) van Stadswegen voorzien worden van papier, pen* nen en Inkt, zo veel als nodig zal zyn, , Art. 23 Dit Collegie zal mede een Bode tot haren dienft heboen, die uit Stads Casfe zal gefalarieerd worden met ƒ 50 - o - o waar voor hy verplicht zal zyn de Vergaderingen te bedienen, en in het ombrengen der Convc*atiebriefjens, als anderzints, ten diende te zyn, en zal door het Collegie aangefteld worden. Art. 24. Ten einde nu alle deeze Articulen punctuëlyk worden nagekomen, en zonder eenige alteratie ongefchonden bewaard blyven, zullen de gecommitteerden by de eerde introductie en vervolgens zo by de Jaarlykfche vernieuwing* van dit Collegie, als by de aanrtelling vin nieuwe Leden, in handen van den Heer eerden Burgemeefter dezer Stad, den nagemelden Eed afleggen. Art. 25 By aldien onverhoopt eenig vcrfchillend begrip omtrent de oblervantie van de nieuw bepaalde Regeeringsforme en Reglementen daartoe ipecterende, tusfehen de Vroedfchap dezer Stad en het Collegie van Gecommitteerden uic de Burgejy mocht ontdaan, zullen 'er van wederzyden binxien df n tyd van zes weken benoemd worden twee Arbiters, welke v;er Arbiters eerft zullen inflaan den W eg van bemiddelinge, doch daar inne niet reüsferende, zullen dezelve onder Eede beloofd hebbende, in deze geene partyfehap noch faveur of affectie te zullen gebruiken, naar gemoadc en befte wetenfehap over het verfchillendbegrip oordeelen en uitfpraak doen. Indien de ftemmen der Arbiters mochten ftaken, zullen dezelve eenen vyf. den Arbiter asfumeeren, om daar dooreen meerderheid van ftemmen te bekomen. In de gedaane uitfpraak der Aroiters zal wederzydfch beruft worden, zonder dat eenig verder beroep of revjfje hoe genaamd zal mogen plaats hebben. Een of meer der benoemde Arbiters zullen mogen gcrecufeerd worden, wanneer dezelve ialva fame zullen wor«  ( 361 ) worden geëxcufeerd, en andere in derzelver plaatfen gefurrogeert, door de zyde, welke de geëxcufeerde verkoren hadde. Zo door do Vroedfch -p als door Gecommitteerden uit de Burgery zal aan de Arbiters worden gefuppediteerd, het geen zy vermcinen, toe adilructie van zaken nodig te zyn; De kollen der arbitrage zullen komen tot lallen van Stads Thefaurie, als zynde gevallen over eene zaak de geheele Stad en Burgery concerneerende. Eed te doen by het Collegie van Gecommitteerden uit de Burgery. Dat zweere ik, dat ik den tyd myner bedieninsre , zonder aanzien van perfonen, naar myn ' befte weten 5 zal toezien, dat noch in hec Reglement nopends de forme van Regeeringe dezer Provincie gearrefteerd den zo v-errc der Burgeren en Stads Rechten cn Privilegiën daar inne geconcerneerd zyn, noch in het Reglement nopens de Magiftraacsbeftellinge dezer Stad gearrefteerd den geene veranderingen worden gemaakt; maar dat dc. zelve onveranderd worden nagekomen, en zo daar inne eenige veranderingen wierden voorgeflagen of ondernomen, door wie zulks ook- zoude mogen wezen, dat ik in myne qualiteit als Gecommitteerde uit de Burgerye aanftonds zal helpen concurreren tot het inleveren eenér doleantie aan de Magiftraat dezer Stad, een einde dezelve, achtervolgens Hun ED. Gr. Achtb. gedane Eed, alle ondernemingen tcgens voorfchreven Reglementen helpen weeren, en dezelve buiten eenige alceracie geconferveerd blyven ; voores dac ik in alle opzichten my ftiptelyk zal gedragejE naar, en o. vereenkontftig aan het Rcglemnnt voor het Collegie van Gecommitteerden uic de Burgery, zoals hetzelve is vaftgefteld en aan my voorgelezen, als mede door my eigenhandig ondertekend is; geZ 2 lyk  ( 3*0 lyk ik óok niet zal toelaaten, dat aan dit Reglement eenige vermeerüeringe of vermindering» worde toegebragt Dat zal ik niet nalaten , om lief noch om leed , om Maagfchap of om Zwagerfchap, om giften noch om gaven , noch om «enigerhande zaken (,*). E r is hsaft geen twyfel aan of de Burgery va» Utrecht, ten minften dat groot en meerder gedeelte» of de 13^6 welke de acte van quahficatie op geconftitueerden hebben gepasfeerd , zullen zich met dit Reglement, met', de daarin gemaakte veranderingen , zo als het hier voorkomt, wel vergenoegen en men heeft even veel gronds, om, na de gtmftige ommekeer van den 2 Augs. iongftleden, te verwachten, dat de Raad zelve in "deeze hier opgegeeven veranderingen, zo al niet •woordelyk , ten minften wat het zaaklyke betreft, wel zal komen, en er dus eiadelyk, van dit gedeel» (*) Men heeft aeoordetW uit dezen Eed , als overtollig, tt moeten \ve»l»atcn, de betuiging van geene beloften of omkopingen tot verkryèing van deïen poft gedaaiv te hebban , wyl mei be°r.ypt. dat wanneer et ten penaal gefleld wordt op de weigering er bv de wyze opwelke d» verkiezing moet gelclueden, "een omkoop kan plaats hebben. — OoK heeft men Geoorde.)* alleen te moeten bepaalen vraqr mede, en met, waai mede dit Collegie zich niet z»l inofi«n bemacyea. Zo waariyk fcfe.  0363 ) dcelte van het Provintiaalé Regecrings reglement, eens eene afdoening zal komen. Hoe wcufcbelyk ware het dat te gciyk by hun Ed. Mog. een» eene afdoening omtrent het verdere Provintiale naar genoegen der in en op-gezetenen, werde daar gefield; cn dat de Stadhouder alsdan zich mede genegen betoonde, om dit algemeen verbeteringsplan der Provintie, te ampiccferen en te helpen arrefteren ? Immers indien de Stadhouder gehoor blyft geeven aan kwaade raadslieden en zich blyft oppoïeren tegen de algemeene volksitemi, of zich blyft beroepen op een onwettig en by ufurpatie ingevoerds en zonder concenfi» expresiusdes volks hernieuwdRegeeringsRpglement, zo is het imrfters ligt te verwachten envooruittezien dat de verwydering en verdeeldheden langs hoe grooter moeten worden cnHy meer en meer de over gebleve.'iaf htingenhec vertrouwenderNatie zal verliezen. Niemand die de klagcen, over verkorting en inbreuken op de rechten en Privilegiën , fints drie jaaren fchier algemeen opgeheven 5 bedaard nagaat cn over 'c geheel befchouwc, zal kunnen ontkennen dat dezelve allezins gegrond zyn, en hun oorfprong daar uit hebben genomen , dac het Volk te weing coezigt heefc gehad op zyne Regenten , en deeze dus, of uic eigenbelang of uic gewoonte en navolging dc voorrechten des Volks verwaarloosd eu aan den Stadhouder hebben weggef'chonken , zo dat deeze , uithoofde dat aan hém meer zaaken waren opgedraagen dan immer ééa Menfch in ftaat is om' naar behooren ce beheeren, zich heefc moeccn bedienen van zulke Raadslieden welke hy meende dat hem in alles wel en ter goeder trouw zouden' advyfeeren en behulpzaam zyn ■ Hier me zyn alle de Lieutenaht Stadhouders ontdaan , welke zo zeer door het uitdeden van ambten en voordcelen (het wettig eigendom dea Burgers) aan hunne vrienden en onbevoegde vreemdelingen of ongequalificeerde peribnen, zich den haat des Volks hebben op den hals geladen; en wel»  (3*4) welker) haat natuunyker wyze op den Stadhouder, in wiens naam zy alle hunne onrechtvaerdigheden J , en zelfs onderdrukkingen pleegacn moefi te rug vallen. Welk een middel blyft er dan oer, om deeze inbreuken beflendig te kunnen weeren , dan dan het volk zelve de aanftciler zyner Regenten zy, en dseze dus daar door aan niemand anders dan aan het Volk , dat zv reprefentcven, verpligting hebben, en niemand buiten deeze naar de oogen behoeven te zien: dat hec Volk zelve in (laat zy om te kunnen oordeelen over bet bellier der zaaken, en geldmiddelen van den lande, cn er dus •-een ongegrond wantrouwen of verdenken kan plaats grypen. —— Hoe veel meer" zal niet de Stadhouder zich de liefde en achting der Natie kunner waardig maaken, indien dezelve met langer behoeft aftehangèn van een hoop viever, e* "bedriegers, die hunnu onrechtvaardigheden en fouten en gebreken alleen op rekening van den .Stadhouder doen komen; maar wanneer■ Iloogftdezelve zich met meer yver en minder afgetrokken zal kunnen toeleggen, op de uitoeffemng yan die aaniherkiyke polten en bedieningen , welke deszelfs exiftentie voor deeze Republiek allcrneiizaamft en noodzaaklyk maakt. _ Tot dit einde, en niet uit cene perioncle haat of vya'ndfcbap tegen het Stadhouderlyke buis, is ftét verbetermgs plan van Regeering in de Provin. tie Utrecht» ingericht Men begeert een Re- «üblica'i'nicheh Stadhouder, men begeert Repubh«infehc Regenten, d i. Men begeert een Stadhouder, die een Eminenten dienaar der Republiek is zonder dat hy misbruik zou kunnen maaken van dieraam, welke aan zyne eminente cedienrng verknogc is. Men begeert Regenten die den Souverain, d. i. het Volk, vercegenwoordi. gen, zonder van iemand anders, óm het ganjehe Polk, afhangelyk, of rekenichap verfchukhgcl te ?yi, èm*mmm M.en begaert by deeze Rapublïcainfche  C 36*5 ) inrichting een opzicht, door het volk zelve, om toe tezien dac elk binnen zyne gefielde paaien biyve, en den evenaar der Regeering niec coc wil. lekeunge veelhoofdige Ariftocratie , of één hoofdige oejpocis'ne overflaa. Die is hec dat men by een verbeterd^ Regerjngs Reglemenc bedoeld heeft cn die is hec dac men meent gevonden ce hebben in het concept dac wy hier hebben opgegeeven, wanneer er de opgegeeven byvoegzelsen veranderingen zyn ingelafcht;' cn zydie zich dus zonder weerlegging van hetzelve daartegen verzetten, kunnen niec anders worden aangemerkt dan als vyanden van de waare Republikainfehe Re* geermgsform, die in de daad de Grond - Conftitutie van deozc Landen is. > Z 4 Oor-.  C3ordeelde zyne D?orl. Hoogheid WlfXEM os IV, in den jaare 174Ö in amwojrd op eene Misfive van Heeren Burgemeeftcrs en Regeerders der Stad Utrecht, waar by de zelve van den Kapitein Generaal verzogten om Mil tie voor hunne S*ad, dat voor en aleer zyne ten dien gevolge gegecvcn orde aan het Regiment Cavallerie van YkENpoorn a Blois werde geëxecuteerd , in tydt de Burger officieren onder de hand, tot hun pligt moeften worden aangemaand , dtwyl zyn H. vermeende dat Burgerlyke beweegingen door Burgers behoorden te worden gefiildt en daar toe ^.een Militie, den in den niterfien nood, en dan, wanneer het door de voornaamste Borgers verzogt werd, behoorde geSmplojeerd te worden: Hoe veel te meer was het m deezen tyd noodig, dac deeze verftandige ftelxegel, aaa den tegenwoordigen Stadhouder by dergelyke verzoeken door zyne Raadslieden werd voorgehouden, eu in antwoord op dergelyke verzoeken werd toegezonden. Als wy de omftandigheden der tyden, en het. gtwal van den jaare 17^.8 in welke even gemelde ftclregcl werd geapplicecrd , met den tegen, woordigen tyd en de omliandighedeti , in wélke, deze Provintie verleert, dan zal men een hemels* breed onderfeheid gewaar worden in de oinfrandigheden der jaaren 1748 en 1785. In eerftge. meld geval exteerden er in verfcheiden plaatzen van ons Vaderland oaadlyke muitzuchtige en oproerige beweegingen , door het onkundigfte en fchamele gemeen, om de pagten der confumptien aftefchaffen, door hec plunderen van de Huizen en goederen en 't mishandelen derperfonen der Collecteurs en pagters deezer middelen. Omitandigheden, by welke het volftrekt nood g was , dat in tyds le'ioorlyke maatregelen daar tegen werden genomen , es den gewapenJen arm, het zy van Burgery 0! M litie werde gebruikt o n zulke wanordes in een welgeregelde Maatfchappy op de cfficatieufte  C 367) tegen te gaan en te wl-erên. Mjt geheel anders is het gelegen nies hec geval en de oailtan* digheden van den Jaare 17 jt in deeze Provincie, He-c is verre af, dac men in de ,>taJ en r'rovm'ie van Utrcchc ten oogmerk zoude heuben om door eerige , veel min gewelddaaJige middelen de baudên van orce en Regiering ce verbrecken , of üe bronnen van fin.mtieel beftaan te ondetmynen of te vernietigen - - - men bedoelt in tegendeel eene grondwettige herfteliing der Conftitutie en veroetering der ingeflopen gebreken svan de Rcreermgsform en beftell ng en men bedoelt deeze in gevolge eene fpuci.v le oproeping der Regeermg zelve ; zbnd-.r dit men tot ltaaving zyner ingeleverde gegronde bewaren eemg an Ier middel gebruikt dan de overtuigende rede — zonder dat tot (laving zvnsr gegronde reden ee uge andere magt vertoond heefc dan de ftemme des ganfehen Voks. Hoe zeer dit aan geheei Nederland aan geheel Europa bekena is; heeft nogthans een gedeelte der Regeering van Amersfoort kunnen goedvinden den Kapitein Generaal te verzoeken om adfifiencie van Militie , aiieen om daar door. de opgegeeven bezwaaren eer Beigery fiechts ten behoeve en een genoegc van eenigè wei.'.» t leden uic hun ce redresferen Drie of vie< Hee¬ ren uic de twee voorltemmende lederi , zig noemende hun Ed. Mog. Gedeputeerden 's jtaads van Utrechc, hebben kunnen goed .-inden attaché te verleenen op een patent tot het inrukken van Miii ie, zonder da; het derde ea Notebelitc l;d vas (laat dat daar by het meefte géTiWrcsféerd is, daar ia is gekend, veel min in heefc gécoBienteerd. Écu gedeelte der Amersfoortfciw Regcerina vindt goc i de Militie in haare Stad te doen inrukken cn in den Eed tc nemen, zonder dac een ander gedeelte toe hec neemen, van het befluic daar roe geconvoceerd is. — Kan die eene vrye Republicainfche Rtgeering worden genoemd? — inden elk" ge'. 2 j dèei-  ( 3 e»  a INHOUD. Biadzy* «n Nico a as over een plan van defenue voor de Stad Ütrecbt. - - • 447 Zang voor de Geconftitueerden van Utrechts Burgery op de verjaaring var. haare eerfte vergadering, gevierd tien 22 Sept 1785. * " * -?45~ Over het niet verleenen van sureneance van Let Reglement va» 1074. met den 12 oa. 1785. 45s> Staatkundige droom, by gelegenheid der preliminaire des vredes niet den Kei. rzer. - * 46* Aan den Heere Kalkoen wegens eene pasfage voorkomende in No. V.derAmfterdamfcrie Brieven. 46? O-er het Reprefentatief der twee voorftemmenda Staatsleden van de Provintie Utrecht ende fuperiorrtcit van het derde. . - ; . - 47* Zang op de Nieuwe of derde Maren van het Genooticiiap 1'. P. & L. te Utrecht. • Over het vernieuwen van den eed op het Regeerings Reglement van 1Ó74. 487 Verontfchuldigejide Brief voor den Heere Mr. H. Caikoen en .Antwoord op denzelve. • '» .. - 497 Op het afvuureu van het exercitie Gen. p p. & L. te Utrecht, door Mej. fipodig zou kunnen zyn. Ver* " zoekende wy weiders, dat diergelyke Expres/en met " de vereifcht geloofsbrieven moogen worden gemunt' " terd\ 'kunnende UWEd. Manh. verzeekerd zyn, 11 dat wy dergelyke importante dienften, niet alleen ' aan ons, maar ook aan het ganfche Vaderland be. f> weezen, boven rellitutie van kojien , met fchuldige dankbaarheid zullen bcloonen , en ten allen tydcn * bereid zyn , zulks de recipreceeren — voor het o" ytrige kunnen UIVEd, Manh. verzekerd zyn, dat 1[ onze ganfche Burgery bereid is, Al* dringlcmdyi. met Goéd en Bloed te keeren, en dat zy eerder * zullen fmuvelen dan hunne Vrye halzen bukken on'X der het juk vanjlavemy. TTTrrr,-r' , Wenfchende dat de God der Vryheid UWEdelo 'Manhaften voor alk flaaffche onderdrukkinge , en " verraderlyke aanvallen zal beveiligen, tekenen wy 11 ons met alle Hoog-achting". Wee Edele Manhafte Heere». UWEdele Manhaf tmis ditnjt* vaardige D'enaaren en qp« regte .Vrienden. Utrecht n Aügusti, & Officieren en Direëteiu jmjjc ren van het Exercitie * Genootfchap Pro Patria & Libertate binnen Utre-cht. 8>e  C38x) Zo wy geïnformeerd., zyn is die ook bereids van die gevolgen geweeft, dat verfcheide Steden van Holland zich by hunne reprefentanten hebben vervoegd, ter afwending van eenige onhetien, die uit het verder aanrukken van Mjhtie zoude kunnen oncfraan, cn'dac ook retfds egtc berichten zyn ingekomen van changementen van guarnifoeccn'voorby deeze Provintie. Ten blyké dat men zelfs in de afgelegenfte geweften onzer Republiek belang fielt in hec onbelemmerd herdel der vryheid in deeze provintie, zullen wy hier rpededeelcn een particuliere brjef uit Leeuwaarden, en aetantwoor* daar op, luidende: Leeuwaarden den 21 Augs, 1785. Myn Heer ! Thj „ ramp die uwenilniurfind Amersfoort treft vervult myne waarde Medeburgcren met fmenc' 't geen door een yver, alleen aan Vr\e Nederlan. ders eigen, als door elkander geftrengeld is: Excflfeer dan de vrypoftrgheid die ik uic naam van «enige Vrye [Vrieien my aanniaatjge: wy zyn bedugt, myn Heer ! dac die zelfde mag: , die zo traag tegen een nabuurlyken vyand werkte , zo veelce fpoediger gereed zal zyn, UEd. dierbaare Stad (die pylaar van Vryheid) te berennen, en, zo mogelys, ten verderve tefleepen. Ookvreezea wy, dat uwe magt, hoe bedaard, hoe wel ook ■Aa 4 Isa-  C 382) b'"raaden, hoe ftandvaftig, voor een al te groote overmagt zal moeten hukken ■ daar wy aan een anderen kant niet twyfelen of de LF omringende Stedelingen en Landlieden, die met ons allen u t een en hec zelfde beginsel de wapenen hebben aangegord, zuilen op de eerfte maareter uw heder hulpe toefpringen en gereed zyn, om alles votir uwe Stad, met welke onze vryheid ftaat of vale, te willen opofferen. Wy zouden reeds een expresfc naar uw geacht Genootfchap hebben afgevaardigd, toe aanbieding van onzen dienft en hulpe, dan, de komft van eenen Willen den V, die in de andere maand, met deszelfs gemalinne hier verwacht worde —- ,—. hebben wy gejagt dit aan onze algemeene vergadering van Vriefehe Genootfchappen op te draagen, en hec aan derzelver wyze defiberacieu ce moeten overlaten. Deeze vergade. :?ing is de eerftkomende Vrydag. Nu fmeeken wy UWEd. op hec allerernftigft , ons voor dien tyd te willen berigten: I. Of uwe braave Medebürgeren tegen eene (door eigen zweet en goed) gehuurde magt, mecnen beftand te zyn. II. Of uwe Burgeren een Piatten Lande en in de Steden U ook zullen, of kunnen, adlisteren. III. Cf gy genoegzaam van Ammunitie zyt voorzien, ten einde, als er eenigen van ons a Colli kwamen, te kunnen wapenen. In welke verwachting ik my mee yver en Eer», bied nqeme. enz, ANT«  C 383 > ANTWOORD» Wel Edele Heer! JCda even uwen geéérden van den 11 deeze ontvangende, wil ik geen oögenbliR verzuimen, direct aan UWEd. verzoek te voldoen. Het deel dat onze mede Vaderlanders in den ramp onzer nabuur Stad, en de zorg die zy voor ons neemen, tran ons niet anders dan aanmoedigen, om op ons begonnen voetlpocr, tot nerllelhng der verdrukte vryheid, onbelcuroomj voord te gaan, en liever alles te waagen, dan onze halzen pp nieuw te bukken onder eene nog erger flaverny- Hoe zeer onze nabuurftad Amersfoort" op eene alleszins onwettige en illegale wy>:c als overrompeld is, —• hoe zeer wy wel hadden cewenfcht dat haare Burgery , op onze_ tydige waarlchou- wing zich eenigzins anders had gedraagen ■ zo hebben wy nogthans hoop, dat ons zulk een lot niet zal overkomen, ren minsten de dcclanro'ren dm wy van tyd tot tyd van onze Sraas^egeefïng ontvangen, dit gy nimmer zullen accorderen in het verleunen van at» tache op eenig patent voer troupen naar deeze Provincie, in deëzé.n tyd, geeven ons hoon, dac het niec alleen hier by zal bivven, maar, dac zelfs de poogingen der Buigvryen van verfche de hollandfche Scedcn, onder anderen Dordrecht, LeyderL Schoonhoven, Gorinchcm, zo ver wy wce:en, "door het prefettecren van eer, Requeft , tenderende^ om de croupes uic Amersfoort; ais ftaande mede ter reparticic van holland, ce rug ce trekken, niet geheel vrugteloos zulle.! zyn. f)an, wat betreft de adu'ilencie die wy to wachten zouden hebben van de overige öteden en hec platteland in dejze Provintie, daarop zouden wy weinig *iurven rekenen; daar wy oordeelen, dac dezelve Aa j aou.  zouden noodig hebben hun eigen huis tc bevroren dc" voornaamfte dienft die dezelve ons zouden kunnen doen , gelyk met die van andere provintien, zoude beftaan, ïn het tydig adverteren van den aanmarfch van troupen naar onze Stad of Provincie en het doen van remonftrancien «faar tegen, by de refpectivc fouverainen der provintien", ter wier repartitie dezelve ftaan ■ en . des noods, door dezelve in Hunnen weg te belemmeren. Voor het overige zouden wy onze voornïamfte fterktejin ons zeiven moeten vinden, en, wyl onz*Srad geheel en al ongefchikt is tot eenige defcnlie van buiten, zouden wy welligt onzen vyand binnen dezelve moeten opwachten en daar iederen voet gronds bctwiften. "En hoe ver dan onze Burgery tegen geregelde troupen heiland zoude zyn, zou tyd en uitkomt! moeten leeren die ver¬ trouw ik ten minften, dat het baar aan moed geenzins zal ontbreeken. Veel eer zoude ik bekommerd zyn , dat het vuur van deozen moed veelen zelve zoude verteeren. Wy kunnen op 2000 geoefende Burgars rekenen, die ieder hun nian zouden ftaan, en eer het leven dan de Vryheid verliezen onze Grysaarts , vrou- wen en kinderen, zouden hunne Zooncn, Mans cn Vaders geen hairbreedte in moed wyken , cn welligt menige Tryn van Limpe cn Kenau HasseIaaks uitleveren. Eehalven dc nieuwe geweeren waar van bovengenoemde Schuttery voorzien is, hebben wy by de Stad nog een voorraad van nieuwe wapenen — — -— — — 't Geneotfehap heeft haare vier nieuwe drieponders metalen Vëldftukjesaas de Stad ter defcnlie, » hec nood, aangeboden, mits dc finantie vergoede de reeds gemaakte, of nog tc maaken voorraad «au fcherp dan hier' op is nog geene dispofitie by de Vroedfchap genomen ■ oe Schuttery is-iecicr man van 24 fcherpe p'itröonen voorzien, behgivehde voorraad die nog by iederen hoofdman  ( 3«5 ) man enz. berufl. Zo dit wy mogelyk binnen cl» Stad ico , oco icherpe pacroonerï voor het gewee:-, 1-ehaiven — — -— zullen bezitten. ——— alk' gefchikt om onze Vryheid en leven, aan alle overweldigers, ten duur tien te verkoopen. De adfistentie van buiten, die ons het befte te Stade zoude komen, zoude dus voornaamelyk moeten beliaan n;dïe, welüe hec Genootfchap, by haare Circulaire inis'ive, aan da gewapende Geaootfehappen vraagt". — JHebbe de Eer Utrec'it enz, den 24 Augufty 1735. 3^iCen ziet uit het een en ander dat men do zaak van Utrecht, als de zaak der Vryheid , befchouwt en behandelt, en wel met dien ernft, dat, zo men al het voorneemen moge gehad hebben, om deeze Provincie mee meerder Militie te iovadér'en de daar tegen genomen ernftige maatregelen die voorneemens wel zullen doen verzwinden. En hoe zeer de Heeren Edelen en Ridderfehappe, in haare própofitieden 23 Auguftus, in haare byzondere vergadering, en daags daar aan ter Staaten vergadering uitgebragc, het daar by willen doen voorkomen, als of leezc Stad en Provintie zich „ in de zorgelykfte 0 n- „ ftandig.  x m) , Handigheden bevond,-door de onruftigè bcwee\ ringen van eenige menfchen}, welkers toeleg f fchyïit te zyn. onder den dekmantel van Vry" heid. Rechten en Privilegiën, de Regcevmgs " Conftitutie te renvenfeeren , cn om zich zelfs " een nieuwe Regeerhigsform naar hunnen fmaak -| tc formeren en aan anderen op te dringen"; 70 kan nogthans zulk een gezegde in vago, met vetfchoneii het bovengezegde gedrag van eenige perfonen trit hun Lid, zo min als dit gezegde "van eenige applicatie kan zyn op het tot hier toe gehouden gedrag der Burgery, in het voorftellcn van haare'bezwaaren, waar toe zy is opgeroepen i, - cn het gelykt integendeel veel eer daar eene renvertie der wettige Conftitutie, dat eenige weinige perfronen, eigener authoriteit, aan zich kunnen voorbehouden, de door 's Burgers zweet cn goed betaalde Militie te gebruiken, om hunne betaalsheeren binnen zodanige paaien te brengen, als de driefcheids fouverainen of He- ver, eenige ir.corporele leden wel gaarne youden zien En wat dezelve hier ook, ter gewiftftelling der in-en opgezetenen zouden willèn publiceren, dat zy nimmer geel agt hebben, om de Militaire magt tegen de Burgeryen , tot tegenftand van derzelver rechtmaatige bezwaren, of tot fmooring van derzelver redelyke ftemme te gebruiken; zo kunnen dergelyke woorden niet opweegén tegen de openlyke daaden, die het tegendeel doen Confteeren ■ als zy aan zich zcl- ven altyd reférvèren de explicatie der woorden, rechtmaatige bezwaaren, cn redelyke ftemme , > het geen hier juift de ftatus queftionii is, zo als uit ce onlangs rrepubliceerde interdictie op het remieLre- ren confteert. Wy zeggen dus hier, rast den Sctaryver der Hollanüfche. Hoogduitfchc Courant, over dit geval: ,» dat het ten ui ter - ' fte bedcnklvk is, de wapenen der UYDliue te fJ vvalien gebruiken tegen die der Burgcryen, m „ een  (33;) s. een Land, waar dc Burgerwapening van zulk ., e^n groot gcwigt is. De Noodzaakiyk- .,, heid , om mik eene een üirerfté gevaarjyke „ zaak te onderneemen, kan in ons Land naauwlyks anders pia-.es vinden, dan b, v». in gevailen, wanneer dc schuttery ccfier Stad°doof. „ kwaadwilligen wierden opgehitü om eene afge„ zweren Monarchale Regecrir.g, of zaaken die volftrekt daar toe leiden, in vé -voeren en haa- ,, re Magiftraat daar toe te dringen. ■ Maar „ in alle tegcnovergeftelde gevallen , daar de' „ Burgery iets verzoekt , ' waar van zy cn het .;, ganicne Land op goede gronaen denkt dat ze „ tot verbeterivg cn beveftiging eèner waare Repn,, bUxaihfctie Regeeringsform en ter voorkoming van. „ Arifiocratijche gebreken en Familie-Cabalen „ dienen, is dit een ganfeh andere zaak'', ï \*«»T3D3ooiq «* .■• jen faibovi viti Het verrigte van Geconft;tueerden en Gecomniitteerden uit de Burgery'.van Utrecht, tegen het gedrag d:er vK-.imge Heeren, 'welke op Sa'airdag den 13 Augs. de vergadering van Heeren Ged.-putcerhebben gecompofeerd, reeds door de nieuwspapieren zyiicje publiek- gemaakt, zo we! ais de Coritenance dier Heeren ter Staatsvergadering van den 17laateri wy hier alleen nog volgen het Mannelyk cn cordaat Advys van den onwankelbaaren Stads - en Burgervriend Smissaeut , in de Vroedfchaos ver-! gadering van den 22 daaraan vólgende: teii einde der Burgery meer cn meer te doen kennen , die marei- reprefentantcn, welke haar recht, het rëchc der Stad, in alle gelegenheden en om Handigheden willen en durven maintineeréa en handhouden. • £n£.  ( 388 ) Edele Groot Achtb. Heeren! ... L ,-. , .' èro rti . ' ' t-f-ro 33.S 6.» waren gebleven in de termen in welke dezelve voor den 2 Auguftus, fints den 11 Maart waren, of ingevalle de Raad zelve verder dirftciilteerde aan de billyke verlangens en verwachring der Burgery te voldoen , of dat , ten opzigte van Amersfoort, de meederheid der Regeering weigerig blyft in concurrentie met de minderheid aan de biliykc inftanticn der Burgeren, te accederen, en de Stadhouder, als Arbiter of Mediatcur, tusfehen den Raad en het Volk was, of werd, ingeroepen. Dan wy herzeggen, het komt ons voor dat er hier geen periculum exteerd, zo dra het Volk en den R*ad onderling conveniëren en eene lyn trekken. Hoe zeer dus de Heeren Edelen en Ridder fchappe, by hunne bovengezegde propofitie, fchy nen te veronderftellcn eene disfentie tusfehen ce ftedelyke Regeeringen en de Burgeryen, welke hoofdzaakelyK in effette alleen omtrent Amersfooic exteert, en voornaamelyk gefundeerd is op de premisfe van derzelver evengemelde propofitie, zo komt ons gemeldde propofitie, met veelen, om die reden ftifpetb genoeg voor , om dezelve te moeten verdenken van geheel andere oogmerken fdan wel anderen daarin zouden' meenen te vinden. Immers , indien met hec verband en flor. van dezelve propofitie befchouwt, wat moet men van derzelver oogmerk denken ? Volgends bet verbaud der redeneering kan men niet anders opmaaken, dan dat de voorgeflagen Commisfie in den Hage, alleen zou moeren ftrekKtm, , om middelen te beraamen tot tegenftand en , vervdeling der oogmerken van die eenige Menfchen, welkers toeleg fchynt te zyn, on' der den dekmantal van Vryheid , Rechten en ., Privilegiën de Regeerings Conftitutie te ren. verferen" enz. zo als de Ridderlyke acculatie luidt- Wie zyn nu die eenige Menfchen'? zynhet de fchy vers der publieke expresfelyk tot lafter mge. richte Nieuwspapieren en andere gefchriften? * wy  ( 397 ) wy weeten niet dat er in deeze Piovintie ?oh. nige papiarcn worden gedrukt of gefcbreever], welke hier door Heeren Edelen zouden kunnen worden bedoeld ; en zo dezelve cus buiten de provintie mogtcn exteren « kan tot beteugeling derzelven zodanig eene Commisfie van geen etfécr. zyn, even min als eenig verttandig man'z.il oord elen dar zulk eene extraordinaire Commisfie tor beteugeling van eeltige weinige menfchen zoude noodig zyn. Men zal dus mee grond moe¬ ten veronder ftellen dat onder deeze eenige M:nfchen worden bedoeld, dat grootfte en voornaam, fte gedeelte der Burgeryen, welke, nadat zy legaal zyn opgeroepen, hunne bezwaaren on éenc wettige wyze hebben opgegeeven, en op gronden der Conftitutie deezer Republiek hebben aangedrongen en geadftrueerd —'—• die, derhalven , welke door hun Ed. Mog. gecommitteerden op eene andere plaats gebiliykt worden , in het ver. herren haarer ftemme tegen een Regeerings Reglement dat zy , fchadelyk voor de Provincie ea drukkende voor de Regcering noemden. Wat zal er dan kunnen gewacht worden van den afloop van zulk eene Commisfie, als door gcmeldde Heeren Edelen wordt voorgeflaagen , daar dit, zal het gevolg aan het oogmerk derzelve beantwoorden , alleszins zal moeten contraheren mee de bedoelingen dier eénige Menfchen die hunne bezwaaren hebben opgegeever. < Worden de poogingen van deeze , onruftigt beweegingen genoemd , door welke men, onder den dekmantel van Vryheid, Rechten en Privilegiën de Regeerings. Conftitutie tracht te renverferen en zich zelf een nieuwe Regeeringsform naar zynen fmaak te formeren ■ Wat zal dan dat verlangde herftel en verbetering, waar toe die Commisfie zoude moeten dienen, zyn ? Heeft de Burgery van Utrecht , hei:'. bën die der fteden Amersfoort en Wyk, tot nog toe we! iet» anders gedaan, dan op eene behoor. Bb4 lyke  (398) 3yke wyze hunne bezwaaren , fin beantwoording aan de ftaatswyze oproeping , voor te draagen! Is er wel eenige andere reden, waarom zy hunne billyke verzoeken fomtyds nader en fterker hebben moetan aandringen , dan da weigering der ineederheiJ de Regeeringen aari welke dezelve ged>an wierden, om daar aan te beantwoorden of op te difponeeren ! Is niet het gehou¬ den ged'-ag van Utrechts Burgery door alle onzy. dige rechters geoordeeld alleszins billyk te zyn, en overeenkomftig de geftrengfte regelen en grondtal eeaer Repubhcamlche Regeeringsform. Daar wy het dus voos bewszen houden , dat er zich in deeze provintie geen party van eenige menfchen openlyk heeft opgedaan) welke, buiten opgemelde voórftanders der grondwettige Conftitutie herfteliing, door gemeldde Heeren Edelen zouden kunnen warden bedoeld mee de omfebryving, als zich onder den dekmantel van Vryheid enz. toeleggende 'op de renverfie der Regeerings Conftitutie", en volgends derzelvci fuftenu, dus ook uit deeze bedoelden geene kundige, bedaarde Vaderland - en Vryheid - Revende Mannen zouden kunnenvcrkoz.cn worden, om over derzelver Jledelyke rechten te worden gehoord ; maar in tegendeel dezelven zouden moeten worden benoemd, uit die ftillen ("bedaarde) in den Lande, die in aile opzigten hebben getoond, geen and?re zucht dan byzonder en familiebelang te bezitten en ta bedoelen zo zou het «ezwaarlyk te terwaenten zyn , dat 's Lands ingezetenen, dat volk, welkers billyke en redelyke ftemme zich verheven heefc , zich met de uitfpraak der zulken zoude kunnen vergenoegen en te vreden ftellen, of derzelver voordrage van de ftedelyke belangens als de waare en de hunnen aanmerken. Als men by dit een en ander eindeïyk in overweeging neemt, dat de bovengemelde propofitie vut dezelfde bron afkomftig is, waar uit gevloeid zyn  C 399 zyn de 7.0 zeer gunPcige refolutie van den 18 Maart ter extraordinair befchreven ftaacsvergadering van Utrecht, ten aanziene van tenigen zich quali. ficeêrende Geconilitueerden van 121 f Burgers, nevens eenige Gecommitteerden uit de refpective Schutters Compagnien deezer flad, en het verder doen aanrukken van Miiitie naar de ftad 'Amersfoort, ter beteugeling dier volkffi-em, welke niets anders dan de voldoening aan haare redelyke begeerte verzogt; dan Zal men niet verder behoeven te vraagen wie men door die eenige menfchen moet verftaan , en welk een herftel en verbetering men verlangt!!! Wet zullen wy dan moeten zeggen van de waarfchouwihg van den fchryver des Bataviers, den kundigen Bfrnard , ,, dat een alce groot vertrouwen de Utrechtfche Burgeren niet moet verblinden , maar naar maie zv vorderen, ook hunne voorzigrigheid moeten verdubbelen , dat de Ariftocraten, ziende dat alles verloren is, zich zullen vergenoegen (laven te zvn , gelyk zy ra vooren waren, wanneer zy zien zullen, dat hun geen ander middel vun wraak overfchiet"! Meer dan eens hebben wy in voorige mrmerös (onder anderen bl. 174 en 241) van dit tydfchrift aangedrongen op de admisïïe van eerirget Burgers op eene te houden Algemeene Nationale verga, dering, rot verzekerirg van het vertrouwen, dat, zo wel tle Burgerlyke vryheid nis der Regeeringsleden en Collegien in aanmerkinge genomen wierd, tot beceugelir.g zoj wel van het Ariftocransmus als) despotisraus. Dan men zier en bemerkt ligtelyk de nuttigheid en noodzaaklykheid van zulk eene byeenkomft, boven het geene wy hier van hec verhandelen der Domeftieke provintiale redresfen van Uirechc, in \s Hage, gezegd hebben: daar de algemeene zaaken , die elke provmüa even zeer aangaan, in veele opzigten redres noodig hebben, als daar zyn hec verleenen van patenten de evergelyke invloed das Stadhou- Bb 5 ciers  ders op de regeerings Collegien 'van elke Provirstie , en andere zaken, by welke iedere Stad en Provincie even zeer belang heefc , en waar toe het dus noodig is. om boven gegeeven redenen, dat de Burgers en Ingezetenen, zo dra er deswegen eenige veranderingen worden gemaakt, üaar in kennisfe of toeftemmingc drargtn , wil men geen gevaar loopen dat daar door of het vertrouwen in deeze vergaderingen verlooren ga, of de Vryheid in den lWgerftaat geheel en al worde onderdrukt en de ftemme en magt des Volks de gevaarlykfte kluifters gekneed en daadelyk bek3gd worden. Wy  ( 4°i ) hebben uit Amersfoort een brief ontfangen , waarin men zich zeer beklaagt over het gefielde in ons No. 21.!, op bl. 360 en 370. en daar door ten hoogften meent beledigt te zyn, hoe zeer hec gezegde aldaar, alleen ingerichc is om hen in zeker opzigc ce noodzaaken , om iet» ter hunner verdeediging aan hun publiek voor den dag te brengen, tegen de gerugcen die daar van liepen , waarvan zelfs in hec publiek gemaakce narre niccs ce vinden is. Om een blyk ce geeven van onze onzydigheid willen wy hier den bnef zelf woordelyk geeven, in hoope dac onze leezers daarin dia dëfenhe en Jultificacie zullen vinden welke wy verlangden. „ ïn uw No. 21. de jVrye Nederlander Pag. 369, en 370 fchynt men het er op gemunt te hebl ben, om de Amersfoortfche Burgery zodanig voor de Wereld ten toon ce willen dellen, dac men hec zig byua ten fchanden zal moeten reekenen, met dezelve in Gezelfchap van wac aart ook, te willen zyn, Drifc vervoert meenigmaal iemand tot zulke daden , welke men by nader inzien wel iets anders zoude willen gefield „hebben, ten zy eenige oog. m er- Myn Heer!  (4°0 «r erken daar door moeften volbrsgt worden , en men du', om dezelve te bevorderen, by bedaarde dverweeging geen andere weg, als de geene welke door uw ingeflageu is, weet; van UEd. oogmerken onkundig zynde, zal ik ook daarom geen refle&icn op het by UEd. gefielde maaken ; misftjiien ziet gy *an agteren , dat het gedrag van Amerfoous Burgeren omtend het inrukken der militie eene zwaardere fiag heefc voorgekomen, welke niet alleen voor Amersfoort, maar ook vot is dat Ariftocratifch plan, dat dc voord, gans onzer grondwettige herfteil.ng der Conftftuti« hindertl Men moet elkander , 't gaat hoe het gaat , maintineren ■ dc Burgery , al had ze 't grootfte celyk van de waereld, moet altyd in het ongelyk gefteld worden, om de fouten hunher Regenten te betaalcn ; cn die wel, om dac, als men zelf ook eens zyn pligt tc buiten gaat, men op gclyke wyze zal gehandhaafd worden, Nicolaas. Daar is zo wat aan. Dat ziet men ten duidcTv'-fte aan de Circulaire Misfive van de Staaten ' vn U'recht, waarin het gebeurde met Amersfoort, wordt Vedefendeerd, even als of het op eene legale wyze zich had toegedragen, zonder de competentie van Gedeputeerden, welke ontkent wordt, eenigzins aantetoonen. Karei. Tk had ten minften gedagt dat het derde lid 7ich daar over gevoeliger zoude getoond heboen, vooral daar de6 Stad gedeclareerd heeft , geene. kennis, veel min toeftemming, te hcobcn gedraa•ren in het verleenen van attaché op het patent, cn dat zy aan het verzoek van Geconftitueerden en  C 4c de, orde ce zenden tot het uittrekken uit Amersfoort. Kanl. 't Is te hoopen dat hec van goed effect, zal zyn, maar veronderfteld, dat dit eens niet reusfeerde, wat zal er dan behooren gedaan te wor* den? jtViccfaat. Dat zal zeker moefjelijk zyn te bepaalen. Maar het komt my niet vreemd voor, dat men dan zoude Willen in de termen als in. den fpaanfehen oorlog, toen men zich bezwaarde over het vreemde krygsvolk , dat toen ook hier in de provintie Utrecht guarmioen hield. Na dat de Staaten en de Stad Utrecht lange hadden aangehouden dat dit krygsvolk uit hunne Stad zoude getrokken worden, en zulks van tyd toe tyd door d<*n Landvoogd don Johan wel beloofd, maar niec uitgeroerd wietd, heeft de Burger v van Utrecht ein- Cc a' d«  delyk op den 27 èn 28 April des jaaPKffi dit zelve ter hand genomen, zonder tiat net blykt dat By daar toe byzonder dcor de Regcering yerzogt o't gelaft was , nochthans is zulks pp zo eene bedaarde cn ernftige wyze in zyn wtrk gegaan, dat die geheele zaak , niettegcnllaanöc de «' Soldaaten op de been waren gekomen, om de Siad'vool haare agterftallen in bedwang te houden, zonder eenige bloedftorting is afgeloopen. Karei. Maar waren dat geen vyandlyk Soldaaten ? Nicolaas. Ganfch niet. Ze ftonden in foldy der Staaten, doch in zo verre waren ze vyandelyk, dat ze allerlei baldadigheden in en om Utrecht pleegden, om dat men ze, uit geldgebrek, niet behoorlyk konde betaalen, dat in dren tyd niec zelden gebeurde. Karei. Er ftaa' my wel voor , iets daaromtrent gelezen te hebben , maar de omftandigheden Un ik er my niet van herinneren. PJicelaas. Hooft verhaalt ze uitvoerig in zyn Ivflorie* De Raad der Stad heeft er ook eene expresie hifto» rifche aantekening van gehouden in het dagelux Bouck der Stadt van Utrecht van 1^75 IJ77 welk verhaal door den Heer Bondam, in zyne verzameling van onuitgegeevca ftukken 11. D. b . 082 is publiek gemaakt; doch zo gy dat mogelyk Biet hebt, zal ik u eenige omftandigheden daar van zeggen: de drie vendelen Soldaaten, rreeft "Spanjaards en Walen , welke toen in de  C4» ) Stad lagen, waren op gemelddcn dag, tegen den avond, moe wapenen gekomen, het eene had hen Stadhuis, het ander de bolwerken aan de raifl-cejr poort bezet, en het derde hield op dc Neude ha-ir ordinaire wacht. De Burgers hier van verwittig begaven zichaile in 't geweer, ieder byzyn vendel en trokken mee vier vendelen of compagnien naar het Stadhuis, en met twee naar de töüte^g poort, cn vviffen door bedreigingen zo veel me "e werken, dat die van de Tolfteeg naniJbimne«uartïet&inwederkeerden; waar op zy overleiuen om zich S "acli" vaB s v ölks gewceren meeftcr te maaken en de OSicieren van htm bed re lieten hec welk hun ook gelukte, door de Compagnie van Tambergen, die op de Neude de wacht Ind te bezetten: waarna zy des morgens eenig,gefchut; op de neude aanvoerende , de wachthoudende C ompagnie deeden viaagen; of ze met gemak de Stad int wilden gaan? waarin deeze ten laatften bewillig, den, ondf?r Deding, van met hun geweer temogen uittrekken, het welk hun ook werd vergund. KareL Het blykt daar uit, dat het al-yd het vaft charakter van; Utrechts Burgeren geweeft is, dat als zy iets voorgenomen en wel overwogen hebben dat ze zich dan ook niet ligt laaten affchrifcfcen* maar bedaard en ftandvaftig daar mede voordgaan* Nicolais, Dit is het echter dac door anderen, dien deeze ftandvaftigheia niet aanftaat , halfterngheid wordt genoemd. «»$ugm Karei. Dat is nn het zelfde. Ik z0u mv diar niw s*. ftooren, indien de minderheid de^Reg eS lm Amersfoort met de Burgery cn die van [frecht Cc 3 ver-  ( 4i» ) vergeefs bleven infteren op het terug trekken haarer trot!pcn,eou ik er voor zyn.om ze opuezelve wyze te ver naancn als onze voorvaderen, om met gemak de Sutetrekken.W der Rcinteresfeerdisbyhetal of met guarnn oen houden vin Militie, dan de Burgery of Schuttery eei,er Stad. ' • JVtcoIaw. 7o is het te vooren ook altyd begreepen en ook wel deW ™et de Bugery over het al of St Trneemen lan Militie te vooren gJandeU . zo als ook de Staaten van Utrecht , kort na het even'emeld gevalaan haare afgevaardigden te Brusf1 fchrèven: dat de Burgeren elcanderen ge. tf' ander zyde. m te zullen laten, hn zeggen uc zelveffngelvk. inde Mw-wvan Okan f overgeleverd , om met de afgevaardigd den van Don Johan te handelen Dit de Burgerm ende Ingefitenen zoo gemoveert zyn, dat zy noch Z ieden noch om fterven, gaarnijoen zouden begee. ren te ontfangen. ^ Tk had wel gewild dat die van Amersfoort zo «i»J? en gehandeld hadden, eer ze de Militie Scn haarl muuren had gehad, daar zy het vob Vomenfte recht toe hadden , om dat de RegeeïinTreeis in April unaniem had gerefolveerd: ïSuurwde de onderhandeling over de bezwaaSn geen Mditie te zullen inneemen welk : «• Stie bv meerderheid riet mogt verbroken wor£n en er was geehe de minfte zwarigheid vq« Zweeft dat men zulk eene weigering van Mih¥ Z n als een daad van geweld zou hebben kunnen ïrmerken bv aulken die daar over onzydig kon- oordeelen hot uitdryven der troupen t\ ii V 77 zal door Don Jan ook wel ee*  C 4*3 5 Maar onzydigên zullen er geheel anders over gev oordeeld hebben. Nicolaast Wel degclyk hebben die*er anders over geoordeeld j die hebben er eveneens over gedagr. als men cnans denkt over de Amersfoorcfcbe zaak, da: ze 'c hoogfte récht hadden om Militie die haar jnconvenieerde, mee geweld, desnoods, te weeren. Zo ais zy ook te dier tyd door de bondgenooren van alle kanten wierden aangemaand , en gelaudeerd Het komt my daarom als een blauw excus voor, dat de Militairen arm in Amersfoort niet zal worden gebruikt toe afwyzing van der Burgeren rechtmatige klagten en bezwaren, of tot iinoortng van derzelver redelyke 'ftemme: want even tor. geen ander dan dat einde is hec dac men den Militairen arm ce hulpgeroepen heefc. Ka rel. Dat is zo klaar en duidelyk dac er ook geen menich aan cwyfclt, want de queftie was immers over nee al of niec erkennen der Gecommitteerden, die de Burgery uic zich had aangefteld tot verdere behandeling der bezwaaren in hun naam, waar toe zy waren opgeroepen; coc welke erkenning de meerderheid der Regeering niec wilde befluiten, nog ook vergaderen. • En wac toch is er geoorloofder, dan dat iemand een ander in zyn naam procureerd tot benandeling ecuer zaak, waar toe deeze meer bekwaamheid bezit en hoe veel ce meer nog eene ganfche Burgery of eerr voornaam gedeelte van dezelve, dewyl een zaak alcyd in veel bccer orde door weinigen dan dopr veelen kan afgedaan of behandeld worden. Nicolaas. Een Regeering is ook vcrpligt «m iemand die °c 4 op  C 414 ) op eene lagaale wyze gequalinceerd is , in die qualiteit te erkennen , hy zy dan wie hy zy, indien de Committent met denzelven tevreden is, ten zy dan dat er wettige reden tegen waren , welke alsdan de Regeering verpligt is te alltgueren; zonder dit is de nieterkenning een daad van willekeurig gf,zag, die in een vrye Republiek niet kan geduld worden en om die reden Mili¬ tie in te roepen, om zulk eene illegale willekeurige handelwyze te foutineren , is een daad van openlyk geweld en dwinglandy. Karei, Het is duidelyk te zien dat men het gebeurde maar als een voorwendzel heeft zoeken te gebruiken, om geen andere reden, dan om daar door het Regeerings Reglement alleen naar den zin der meerderheid der Regeeringsleden geredresfeerd te krygen, en in kracht dat van 1674 te behoudeii. Nicolaas. Gy wilt dan zeggen dat men dat Reglement even zo wetteloos en gewelddaadig wii itaande houden, als men net heeft ingevoerd? Karei. Juift! en mogelyk heeft men dit voor de geheele Provintie gezogt, maar toevallig als nog niet Kunnen uitvoeren Ik herinner my on¬ langs ergens, k eeioof in den Batavier, geleezen te hebuen. — „ dat men den Aristocraten reeds den weg tot verzoening baant, dat men hen vleit om hen te winnen , en zy reeds het oor beginnen te lecnen aan de nodiging die men „ ben doe:, om de opperfte en volftrekte magc ten minften met haar te deelen ■ dat mea by hun reeds overhelt om het grootfte gedeel-  t 415 ) ,/e der misbruiken in wezen te laaten, door aaa te bieden er eenigen aft efc haffen''. Jtficolaas, Wel nu , als er eene redelyke wederzydfche fchikking konde plaats grypen en daar door de zaaken tot een goed einde komen , dat zou immers wenfchelyk zyn! Men zal wederzyds iecs moeten fchittken en coegeeven , wil men tot elkaneer komen. Karei. Indien de fchikking tot nadeel van de Burgerlyke vryheid moet uidoopen, dan declareer k my tegen aïle fchikking, en ik kan niet zien hoe daar uic een goed einde zou kunnen geboren worden. ' — De fchikking die men fchynt te zoeken, zal welligt op eene verdeeling cusfehen do Monarchalen en Ariftocraten uidoopen, ik geloof als men verfcheide zaaken eens naauwfceurig naging, dac men geduurige fpooren hier van zoude kannen ontdekken Neemt maar eens b. v. hec poinct. der wapening ten platten Isndc. Wat is de reden dat dc wapenen , welke in gereedheid zyn gebragc, niec aan de landlieden, die er zo menigvuldige maaien om verzogt hebben, worden uicgereikc ? Zou hec nier. mi-fchien zyn, dac men bevreesd is, dac zy zich zouden verzeccen ccgen ceneMiiitaire magt, die men mogelvk ten oogmerk heefc toe uitueftening zyner desfynèn te gebruiken! Nicolaas. r Ik ben het volkomen met u eens, ik geloof dat de Schryver van den Batavier gelyk heefc dac, „ zo de Burgers toegeven, hec gedaan is, dac zy in de daad geen volftrekte onafnanklvkc „ Ariüocratcn zuilen heobch, maar zulken, die ,n „ naam van eene volftrekte magc, die hen beit;eCc 5 J5 ren  ( 4iö ) „ ren zal, de Burgers onder do plak zullen hou- „ den en weder in de fiaverriy dompelen*'. ■ Als men maar eens nagaat het gebeurde op den 7 Augs. jo' gfti. indeeze provintie, omtrent de heerIvkheid Renswoude, datopenlyk genoeg bekend is; ~ een noop oDgcruidde' Gelderfché Boeren, uit dc nabygelegen Dorpen Eede cn Luntereh, dreigt onder de reeds gewoone oproer leus, de braave Inwooners dier heerlykheid met moord cn plundering , alleen om dat dezelve, op voorgang en aanmoediging van hun braavcn .Heer , cn Drosiaard, zich vlytig in den Wapenhandel oefenen, hec gerecht adresfeert zich in den perfoon des Drosfaafds bp den 9 Augs. aan Heeren gedeputeerden, om ce ve: zoeken adfistentie van Militie., om hun goed cn leven zeker tc ftellen, tegen de gedreigde wederkomftvan 't oproerig gefpuis tegen Oen ic, of, dat zy zelf mogen voorzien worden va'ri depoodigetoegezegde wapenen, welke reids voor lange in gereedheid waren gebragt — doch Heeren Gedeputeerden vinden niec goed een Van beiden te accorderen, maaralleen den Drosfaard te geiaitcn, om de publicatie tegen hec diaagen van leuzen en het oproerig gcichreeuw Oranje borenl enz. aan te plakken, en van hec eerft aannaderend tumult kennisfe cc geeven, en mtusfchen'alleen, op advies van den Proc Generaal, de Acfiftentie \an drie dienaars van iuftitie toe te zeggen, waar van er egter maar één veifcheen. Karei, 's Is om razend te worden ! Een geheel dorp moet geëxponeerd worden aan een baldadig oproerig fchuim, het welk bcweezen is dac niet anders dan moord en plundering bedoelde ■ en men zal N. B. daar eerft kennis van gaan geeven als he: gevaar reeds op nieuw daar is, en wanneer als dan nog 24 uuren noodig zyn , om de vereifchtc adfiftentie van Militie te bekomen!  ( W ) en zo dra vraagt niet een Ariftocracifch gedeelte van ArnersfoOrcs Rcgecnng adüftencie , om een billyk verzoek haarer Burgery van de hand te kunnen wyzen, of zy bekomt ze! ——Het fchynt dus, dat de Militie maar alleen moet gebruikt' worden tegen zulke Burgers , die '# Lands wettige confticpcie kennen eu verdedigen, cn oat de voorftanders der hoogftnoodige Burgerwapening aan allerleie levensgevaren moeten geëxponeerd blyven , en de middelen van zelfverdediging hun moeten onthouden worden! Nicolaas. Over 'c geheel fchynt dit wel zo; én ook inzonderheid in onze Provintie, die den naam heeft dat zc in de wapenoefening exelleerd, is het vooral te bekla'en, dat ze zo weinig publieke protexie , veel minder aanmoediging, erlangt: maar nochthans heeft het gebeurde met het haagfche graauw getoond , dat men tegenwoordig dergelyke oproeren met altyd voor gepermitteerde vro. lykhrden houdt, of dergelyke affeftten voor hec S adhouderlyke huis ongeftraft zal laaten pasferen. Karei Het zal er op aankomen of die zaak tjen rigoureuste zal or.derzogt en geftrafc worden, en of men niec de aanleiders daar van, die openiyk bekend zyn , zal laacen loopên. Was er immers ergens gelegenheid geweeft om de fchuldigen op heecer daad by den kop cc vacten, zo was hec daar , wyl hec geweld in het gezigt der parade gefohiedde! Nicolaas. Om dat dc Staaten van Holland dit ook be- Ïreepen hebben , is het Commando over het laags guarnifoen ook voortaan gefield aan Gecom-  ( 4i8> «crnrnitteerde Raadfn ■ om dat het wat hart. zoude fchynen, dat de Kapitein Generaal de byzondere affectie voor z^n perfoon , zo als hét heet, zoude tegengaar. Karch > Maar is dit met dat al niet een krachtig be« wys tegen het gedrrg n et Amerffcorc gehouden? Endaar de heeren Ridders van Overyfiel dergelyke oproeren tot een vcorwendzel gebruiken iö hun advys, waarom zy difficuiteren aan het Amersfoorts guarnifoen ordes te geeven, zich met de gefchillen aldaar tusfehen de Regeering en de Burgery niet te moeijen , zo zoude, indien de argumenten van die Heeren Edelen ongelimiteerd doorgingen, moeten beweezen worden , dat men ook altyd tegen daadlyk oproer oogenbiikiyke en behöoriyke aafiftentie had ontvangen Nicolaas. En dit kan het gezegd geval van Renswoude in het tegendeel bewyzen, wyl deze heérlykneid hoegenaamd geene adfiftentie ontvangen heeft , aiettegenftaande het gerecht op nieuw , op den 19 Augs. zich aan Heeren Gedeputeerden by requefte had vervoegd, om van de wapenkamer ten miniren 25 a 30 igewceren te mogen heb« ben, wyl men bedugt was dat c'e Eejche oproerige hoop, zoalszy gedreigd hadden, op den 24, ie dag der verjaaring van den Erfprins , hunne moorddreigende vifue op Renswoude weder zonde henatten, dan op welk requeft als nog geene öispofitie is gevallen. En was het niet dat de in. wóorers der Heerlykheid zich in poftuur van tegenweer hadden gefield en een aantal fcherpe pa. troonen vervaardigd, voor dc oude en jagc - geweeren welke zy hadden kunnen by een brengen, en dat hec Hof van Gelderland, op den 21 een ftreiv  C 419) fi-renge publicatie tegen het oproer te Eede had la. ten drEgeren, zo zou het welligt tot een bloedbad aldaar gekomen zyn. Karei. Ik word uit het een en ander hoe langer hoe sieer overtuigd , dat ieder Burger en Inwooncr zelve op zyn hoede moet zyn en zich in ftaat ftellen, om zyn leven en goederen tegen allerlei geweld te beichermen, en wie weet wat er van onze Reptmliek reeds gewerden was, zo niet onze Burgeryen ten deele waren gewapend geweeft Mea wordt het nut der wapening by dergeivke oproeren wel te recht gewaar , maar van wat nut zal ze zyn tegen geregelde troupen. als fom nige Regeermgsleden, die den fterken arm weigeren tegen gedecideerde oproeren, ue Militie zoeken ce gebruiken tegen den Burger, die voor zyne rechten fpreekt? Nicolaas. Als men behoorlyke plans beraamt, naar welke men geregeld te werk wil gaan , dan twyfej ik geen oogenblik , of onze burgerven zullen zeer wel tegen de Militairen beftand zyn h0* haatelyk fommigen kunnen goedvinden de Milicairen afcefchilderen, hec aantal braaven onder de- welven is grooter dan men zou deuken « en hoe zeer de fubordinacie onder dezelve volflreKC noodzaaklyk is, zo worden zy nogthans door de. zalve niec onczet van dc rechten der Menfchheid en de naruuriyke vryheid , welke door de Godlyke infpraak der gezonde reden hen leert, geene ordes, welke daar mede ftryden , te obed'eren Hun eed kan hen niet verder verpügten dac tor* rechc en billykheid, en geenszins om in hec bloed hunner broeders, vrouwen en kinderen te baaden Ka.  C ^o) Karei. Hoe zeer ik van hetzelfde gevoelen ben , zo geloof ik toch dat het rnoeyelyk voor Militairen zou zyn, om een bchooriykconderfchcidmg te maaken, tusfehen wettige cn wedei rechtelyke ordes. Nicolaas Zo rnoeyelyk niet als men wel denkt. Wy beleven thans een tyd, waar in het ieder een mogclvk genoez is, om onderricht te worden van den ltaat des grfchilsen veele braave Militairen zyn genoeg geconvinieerd van de eigenlyke rechten eens vrven \olks, dat zy niet behoeven te raaden in hoe verre de gegeevcn ordes daar mede ftrooken oi ftrvden Er is geen twyfel aan, of het roemryk voorbeeld van de Cordaate Heeren DAvF.rruoui/ren van df.r Wyk zal, des noods, van veele Militairen eer gevolgd worden, dan dat zyzich tegen hunne onfchuldige medelandgenooten zouden laaten gebruiken. „ . Karei. Ho" zeer dit waar is, zo zou het toch rukeloos zyn zich daar op geheel te verlaaten. Nicolaas. Het is er ook veraf dat ik dit zoude (tellen. Ik heb daarom gezegd, dat men behoorlyke plans behoorde te beraamen eer het zover kwam want he' is niet genoeg dat men gewapend is; d it men kan exerceren; dat kunnen die van Amersfoort ook, en evenwel hebben zc zonder flag of floot de Militie ingeiaasen. Karei. Als het dan met die plans gaat, zo als meermaa. len, dat ze agter de bank worden gelegd, wanneer  C 421 ) ttaen dc moeke daar coc genomca heeft omze in orde Le brengen. Nicolaas. Het eerfte vereifchte van zulk een plan is eensgezindheid, indien die ontbreekt, dan moet men maar geen moeite doen, ert maar alles laaten gaaa on komen zo als hut-wil — dan is alles uit. Karei, Maar welk ccn plan zoude gy dan roeenen dat noodig was tót verzekering tegen alle geweld. Nicolaas, In de eerfte plaats, dat elk by het eerde op. komend alarm wi'ft wat hem te doen ftond, zonder dat men aivoorens een Raad behoefde te beleggen om alles te arrangeren. Zodanige plans cn ordes had men te vooren in deeze Stad, voor dat men' nog bezoldigde troupes in dienst had, eu toen ieder burger verpligt was, wanneer de nood hem riep, mede op zyn beurt te velde te trekken. Zo wierd in den jaare 1402 des Saturdags na St. Margrietendag by klokltiioinge in Utrecht afgekondigt, dat allen dié gefchikt waren om te velde te trekken, zich gereed zouden maaken om nog dien zelfden dag, *s namiddags na den eetcn , als de klok zoude liaan , voor het Raadhuis te komen om uittetrekken. En veertien dagen daar na od vrydag na Sr. Petersdag ad • vincufa, wierd weder by klokluidinge afgekondigt: ,, De Raat gliebietenen ygeliken, die glieordi„ neert is wt te reyj'en, dat hihem daar toe ziet, dat ,, hi rede zi morghen ter negender uren, ghewapent te komen op ter plaatzen, als men de kloek ftaat: dai is te wteten die Raet biden Rade, ende elc bi zine on, ,, dermans in zynghildi, ende die fentte bi horen hooft, mms, ende eife men die kloeke ander werve faet, dat fel weien ter tiender uren, ende danfelmen rechteyeart  C 4** ) „ wttrtcken. En op dat dit in de behooriyke orde zonde gefchieden, zo wierd daar by gevoegd: „ Voert „ zo en zei nyemani trecken, nochte varen voer der jïadt 3, wimpel, nochte nyemant en zei bhven after der Scut3, ter wimpel " Hier uic blykt dat ieder zyne beurce heefc gehad om uit-tetvckken, gelyk er ook insgeJyks ordes waren gebeid op de fubordinarie en discipline te velde, als mede een bannbfementvan een jaar, eene mylevan de Stad, voor die niec mede op zyn beurt uittrok, van welke uittogcen alleen fchynën bevryd geweer te zyn de zulken, die der stad geld hadden gefchoten toe de koften des oorlogs; zo als gy hetgeen en ander kunt lezen in de Utrechtfche juarboekm van Bprman i Deel bl. 26. en volgg. Gelyk men daar ook vind als een ftraf van disobedientie, dac in 'c jaar 1403, even voor denryd der verandering 2er Regeeringc, by den Raad befloten werd, dac alle die niec mede waren gegaan mee ftads wimpel, in hunne gilden niec zouden ce loocengaan, om de Regering van dac jaar ce helpen beltellen. Karei. Hec is zeer ligt te begrypen hoe dergelyke bspaalingen buiten efTefl zyn geraakt; om dat men zich geheel en al op de befoidigde foldacen heeft verlaaten, doch ik denk dat de cyd zelve vereifcht dat men voorige maatregelen weder in 'c werk fteit. Nicolaas. Wy zullen er daarom by nadere gelegenheid eens opzettelyker van ïpreekeu. Te Amfterdxm, by J. Weppelman, F. H. Dempter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by B. Wild, A Stubbe, J. Lief, tink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  VRYE NEDERLANDER No. 25; Myn Heer de Vryk Nederlander! Cïfy zuk waarfchynlyk geleczen hebben , ds jonglte publicatie by de meerderheid van Amers* foorts Regeering gearrefteerd, en welke zy vermeend heboen ter hunner justificatie tc moeten pubhek maaken ■ dan gy en alle weldenken. de vaderlanders zullen daar uit in tegendeel met my, veel eer een nieuw bewys van dc Aritlocratiiche principes dier Heeren Regeerders ontdekken,, vooral, als wy daarby in aanmerkingc neemen, lat dezelve publicat'e, als naar ouder gewoonte, eerft met overleg van den Litutenant Stadhouder aldaar. en. zynen Secretaris, is vervaardigd, en vsrvolgens aan de meerderheid voorgefteld, om door den Burgemeefter Methorst aan den Raad voor te dragen, en dezelve alzo als een wettig befluit van dcogeheelen Raad , in dc waareld te doen verfchynen zo als de toedracht der zake ten dezen geweest: is. Deze publicatie komt dan insgeiyks te voor» II. Stuk. Dd fchys  C 424 3 fchyn óp naam van de Regeerders der Stad Ansrr* /porlï bFfchooa negen Regenten daar tegen uitdriikkélyk hebben geprocedeerd, cn aangetoond, hoedanig het befraan van de meerderheid van den Raad ook in dezen was , als zy niet anders dan de| vergaderplaats van den Raad, enkel gebruikten o:n haare vooraf gefmeedde plans' uittevoeren en daar aan eene gedaante van quafie wettigheid te geven, en om daarmede op naam van den getreden Raad , voor het oog van de waereld te brilleren. De minderheid van den Raad heefc zig aan met die publicatie niet verêenigd, om dat de Burgers daar by op eene verregaande wyze onrechtmatig worden ten toon gefield, vryl de meerderheid van de Regcering daar by opzectelyk wil uic het oog verloren hebben, hoe de geheele Burgery by publicatie van den loden April 1784, ingevolge van der Staacen refolutie van den 2^ften February deszelven jaars, dopr de Magiftraat van Amersfoort plegtig is opgeroepen, om binnen den tyd van vyf weeken ap te geren, zodanige wettigt bezwareri, als zy vermenen zouden wegens de bejlellinge der Staats of Stads rtgeeringe te hebben. En let men op het oogmerk van die oproeping, dezelve was; op dat genoegzaame middelen zouden woraen uit. giiagt en aan de hand gegeven, waar door alle die bezwaren zouden werden weggenomen, de eensgezindheid en het onderling vertrouwen tusfehen de rejpeclive ftaats en Regeeringsïeden met de Burgers er, Inwoo. 'fiers bewaard, bevejligd en beflendig gemaakt. Wac zyn alle die vojmemens niec fraai op hec papier? maar heisas ! boe is 'c die van Amersfoort daar mede gegaan ? de Burgery heefc een groten getale haare bezwaaren overgeleverd , en zyn de Copyen daarvan toegezonden aan de Negen Heeren Haar Ed. Mcg. Gecommitteerden, om daar van tot het oogmerk van hunne commisfie gebruik te maken; wanneer die Heeren vervolgens feebben uitgebragt en op den 1 September 1784, ter !  C 425 > ter Staatsvergaderisg ingeleverd, een zeer ampei rapport, waar by die Heeren, onder welke zig bevinden den Heer van Natewisch en den Burgemeefter Harderwyk van Ai2ersfoort,aaq Haar £d: Mog: adviferen, dut aan de Burgery alhier en elders, alwaar zulks zonder inconvenienten gejehieden kan, eenig aandeel gegeven werde in de aaiijielling hunner Regenten, op zodanig eene wyze, als ter voorkoming van kuiperyen , cabalen, en andere desorders, meeji gefchikt zal geoordeeld worden. Edoch geconfedereerd dat dit een grooten omfiag, waar toe veele arrangementenen prcecaittiëh vereifcht'wierden, dewelke veel voegelyker door de Stedelyke Regeeringen mei derzelver Burger yen gereguleerd en geapplaneerd huwen worden, hebben Gecommitteerden gedagt, dit aandezeive Regeerders te moeten overlaten. Het was uithoofde van de bovengemelde oproeping en ingevolge van het gemeldde rapport, dat de Burgeren der Stad Amersfoort begreepen, dat hunne Regeering zig aan haar verbonden zag, zo tot hec wegnemen der opgegeeven wettige bezwaaren , ais tot het wedergeven van dac aandeel in de Regeering, mee de aanllelling hunner Regenten, zo als hec zelve hun op gronden van de oude conftitutie, rechten en voorrechcen coe behoord; en waarom zy dan ook van tyd coc cyd hebben verwacht, dat ook dit laatfte point in gevolge van het voorfz geadviseerde van den Heer van Natewisch en Burgemeefter Gies Hardlrwyk met dc Burgery dezer Stad zoude gereguleerd en geapplaneerd worden. Dan er fchynt zig thans te ontzwagtelen , een voorftel, dat by wegevan inductie aan ecniga Heeren van den Raad der Stad Amersfoort is gedaan, by gelegenheid van het voorgemelde uicgebragre rapport , wanneer te dien tyde aan die Heeren, door een der Heeren Edelen ', welke in de commisfie tot dat rapport mede hadde gebefoigneert, is voorgehouden, dat zy Heeren van' Amersfoort beloerden Ee begrypsa en aan hunne burgery te inDd 2 4u.  ( 426 ) ducercn, dat het recht van de Stad Utrecht, rti&é pat van haare Burgeren vnn Amersfoort zeer vee' verfchildé ; cn dat Amersfoort in het afdoen van hare ftedelyke cn Regeerings bezwaaren met Utrecht in geen evengclyken ftaat konde komen, da: zy Heeren'Regenten daarom die zaak behoorden te faciliteren — Deze inductie, welke genoegzaam in een ordinaire redevoering keirond, cn in fübftantie op het hier vermeldde uitkwam, wierd by die Regenten aangehoord , en onbeantwoord voor zodanige notificatie aangenomen, v,\-nr uit zy voor zig van dat ogenblik befioten, dat zy, noch hunne Stad ooit deelgenoten in het rtdres der bezwaren, waar toe men hunne Burgeren' had opgeroepen, zouden worden , maar dat men dit ten hunnen opzichte zoude behandelen, even als een formc, waar van men hot effect hen maar by wyze van een Memme poft, zoude toedienen Eh dit is tot hiertoe in de behandeling van alle het verrichte van de meerderheid van den Raad gebleken. ■ De oproepifig en het voorcemeldde rapport verpligt den Raad. om de overgeleverde bezwaren met hunne Burgers te reguleren, opplaneren, en aftedoen, en daar toe met dezelve en hunne Geconftitueerden en Gecommitteerden de vereifchte befoignes te hebben, — dan dit alles zvn zaken, welke tegen het hoge gezag van de meerderheid der Leden van Amcrsfoorts Regeerders aanlopen — de Burgery mag vry verzoeken en addreslenaan de Magiftraat overleveren; het is een genade , van die meerderheid ae bcofte tc bekomen, van daar over te zullen delibereren en refólveren als zy zullen bevinden te behoren, zy » naamcntlyk de veertien van de meerderheid, zeg. een , dat zv zelve het lichaam van de Burgery dezer Stad verbeeldende, en alzo tot het aannemen en behar. tieen van derzelver algemeene belangen verbonden, geen ander in die nuditeit erkennen konden op mogen', doch dit is, in het geval waarin de Burgery thans  C 4=7 ) verleert, ten eecenmale onwaaragcig, want de op. roeping van de bezwaren, en hec einde w.aar toe, is van dien aart, dac, voor al de zig toe hier toa geoppofeerc hebbende meerderheid van de Regenten , de verbeetders van het Lichaam der Burgery in diervoege niec kunnen zyn , om daarin eigendunkelyk of naar welgevallen te difponeren,' om dat het oogmerk van de oproeping :.<: in de eerfte plaats, htt wegnemen van de bezwaaren, en ten tweeden, het herftel van dc tensgezindheiden het onderling vertrouwen tusfehen de relpcciive Staats en Regecrings - Leden met de Burgers en Inwoners. Hec wegnemen van de bczwa^n, inzonderheid voor zo veel hec deel dat de Burgers in de nominatie van de Regenten cn hec jaarlyks Regcrings beitel, behoren ce hebben, geheven de Heeren van de meerderheid cp geene wyze met dc Burgery te regulecren en applaneren; 'en hoezeer het oproepen van de bezwaaren daar toe tendeert , hierin wil de meerderheid boven haar Burgers triumpheeren , cn hierin begrypen zy, dac hunne Burgers aan hunne willekeurige bcfltiitcn moeten gehoorzamen! befluiten, die", als gezegd, ruften, op een voorbereid voorneemen, om deeze Stad niet in het rechc te doen deelenj dat aan haar, wat hare Stedclykc rechten betreft, even gegrond toekomc , als aan de Burgers dei* Stad Ucrecht, en waarin zy p;et minder dan die van Utrechc behooren bewaard ce worden; het is o;n die reden, dac eene benoeming van Geconftitiieerden door 6tv Burgers, um derzelver bezwaren, met de Regeering afudoen, even min als hec verzoek cot derzelver erkenning, nevens dat van de Gecommitteerden, by hen van eenigen ingang kan zyn, hoe zeer de Staats en Scedelyke Reglementer:, ingevolge van de fubfi(terende' extraorumaris bêfchryviug, cot ftand moeten gebragt worden, de eruftige aanzoeken van de Burgers daar toe, «ros» den van de hand geweezen, geen beg4n, cn aai f Dd 3 gec*  ( 4*8 > eeen opening van zsaken mag er gemaakt, of aan de Bwvcrv bekend worden. — en Git gedrag van dó meerderheid van den Raad moet_ menen om dp eensgezindheid en het vertrouwen tusfehen de Reeeerhws - lfden met de Burgers te veltigen en herfteifen !! 1 Waar toe dan ook de gearrëfteerde publicatie van den jden September 1785, niet veel beter , dan oly in 't vuur is. Deeze Publicatie, welke niet anders is, dan het kwaadaartige voortbrcngzel der meerderheid van de Leden van A» mersfoorts Raad, betoont ten duidelykftcn, dat bet dezelve meerderheid om niets anders tc doen is geweeft, dan om een voor wendzel te hebben, onv haare Burgers door eene gewapende magt aan haafe violente"maatregelen te onderwerpen: zonder dat by die publicatie blykt, dat 'cr waarlyk en d'dclvk oproer of tumultueufe bewegingen hebben plaats gehad. Hel is ailcenlyk het verzoek tot erkentenis en het herhalen van het zelve, dat de zon. de van Amerfoorts Burgers uitmaakt; het is waar, men eoloreere het met een voorbedagtc kwaad, aanbeen nier. overeenkomftigaan de waarheid verzonnen ülacie, namelyk , dat de vyf, by pubn. catie genoemde perfonen, aan de grooto meer. derheid des Raads, uit naam van de Burgery, alle gehoorzaamheid en trouwe hadden opgezegd , ziende op het genotuleerde: dat de Burger, y byweigcrmg van hun verzoek, verzogt te mogen weten de Namen van die Heeren welke hwme verzoeken contram■netrden, als dezeb'e dan niet langer voor hunne reprejentanm zouden erkennen. In hoe verre de Bi rgers hier mede aan die Heeren alle gehoorzaamheid en. trouw hebben opgezegd , als by publicatie is geteld, laat rnen den onzydigen beflisfen, en geeft m ovcrwe«ing: als een meerderheid van Regenten een misbruik maakt van de reperfentative magt aan haar toevertrouwd en haarerzyds allereerft betoonen, dat haare verrigtingen gegrond zyn op eene verbrekinge van derzelver plegtigcn eed, waar door  C 4S9 ) zyzig aan eene fchsnding van dc geheiligd ite ban icn dér maaticluppy fcbaldi'g maaken , cn tevens gj|J«i gentre'd tot het verbreken van allo orde geven;* of een Burgery dan zodanige R/4?n*cn niec ai:eg.;: hoorzaamheii en trouwe vermogen bp£èZ£ggö>? en cf zodanige Regen-en langer "als reprxfenKnten kunnen of behooren erkend tc worden? en dusrl als er aan die meerderheid van da Amersfo.irtfchi Caba'.e a!'e gehoorzaamheid de trouwe wa~ opgazegel (als nochtans geenzins gefchied is) z»nadU zwaar tegen de Burgery of de Gecommitteerden kanuicmakeo; ook niec dac de Burgery te dier cv*i by een gcbleeven is, om op een favorabele dispocicie te blyven aanhouden, als uic hec voorga-: draagene van de negen Heeren Regenen ten duidelykften blykc , dat noch door den een , noch door den ander , iets oproerigs of tumultueusM verrigt; dat een eenig man tot ftijte of hulpe is geroepen of nodig geweeft. Mits dien het almede een der frivole voorwendsels van de meerdheid van den Raad is» a's zy afge • ven: datjzy door de omftandigheden genoodzaakt zyn geweeft, dt vergaderingen van den'Razd op 'te fchorten, en alzo eene Regeermgloosbe'd ce veroorzaaken, eer uitvoering van een gefmaeci verraade-lyk voornemea, om mee gewéld en op de ongeoorloofdfte wyze, Militie binnen deze Pro" vincie in te brengen; want alles was op den Auguftus 17S4 binnen Amersfoort inde voimaakt. fte ruft, niettemin moeft het cencamen van'ver. .raad gedaan, cn tot ftand gebragt worden, gelyk die door den Burgemeefter Methorst vodrge,*' field , door de meerderheid onderlleund, cn eter' mate cot Conclufie gebragt wierd, dac nog die* sclve namiddag cn atotid alles biuner. (Jtrerh* 'D.d 4 ' moeft  C 430 > moeft dlenfibaar zyn, tot de al'eronwettigfte ex» peditie , ten inroeping e van Militie ; het welk »ien geloofd heeft de "gevolgen te zyn , van ze» kere byeenkomft, gehouden ten huize van een af. geleefd Secretaris van een voornaam perfonagia in Hage, ►waar by dan ook zekere Burgemeefter, by het doen van een uitttap , by gelegenheid viin een Rekening, heeft gcadfiftecrt, en overleggii gen gemaakt, die hy ces nademiddags aan da xnaaltyd met fdien voornamen heefc overgeuit , en den \olgenden dag, zynde fatnrdag avond laat, jnede tot ftand heefc doen brengen , en daar deze daad niac anders dan geweld , verraad en het fineren var de wettige vclksftem blaaft, moet men dit by publicatie met een tour doen voorkomen, als of men aan de Heeren Staaten dezer Provintie, of de Heeren Ordinarii Gedeputeerden, alleenlyk maar voorzienige hadde verzogt, en dat dit verzoek van voorzienige, ten gevolge heeft gehad, dat Guarnjoen hinnen Amersfoort gelegd is, vaar door men tegens de waarheid asfumeert, dat de openbare ruft en NB. veiligheid in dezelve is herftdd. Daar de Burgery het getuigenis van negen Regenten en meer da" 1500 perfonen voor zig heeft, laat men het ïeftaan der Heeren van de meerderheid over ter "beoordeling aan alle onzydigen. Maar men kan alhierniec'voorby aantemerken, de Icozetrek by dc publicatie te vinden, als dis meerderheid er met durft voor uit komen, dat zy de militie van fedeputeerden gevraagd heeft, want zy zeggen: dat > n niets overbleef, dan provifioneel de ' ordinaire y readeringen ep te fchorten en haare omftandigheden HAM de llEEREi* Staten, of de Heeren derzelver ordwaris Gedeputeerden te kennen te geven, met ver. Zf'iK, VAN DAAR. tegen TE hei.FEN voorzien. Zy zyn de lieden niec die om militie gevraagd heb. ben, zy hebben maar een verzoek gedaan om tegen de opjehorting van hunne vergadering te helpen ¥ttf%itn\— zo dit niet een wel overlegd ftuk is gewe eft.  < 43i 3 weeft , waar dit die ticeren in Gedeputeerden h' i mee de meterddrheid van Amersfoort volkomen eens zyn geweeft, vraage men , wat dog de redenen zyn geweeft , waarom Heeren Gedepuceer. den aan hei Gerecht van Renswoude , tegen die van Eedt , de iterke hand , met toezending van militie nebben geweigerd? Dat gerecht wierd in een eminent gevaar , door oproerknapen vas buiten de provintie, gebracht, men heeft haar ter vöorzieninge daartegen met dne uienders voorzien, en de toezending van eene ^o.npagme Cavallerie afgewezen , wat jnftantien er ook wegens dat Gerecrr en Hooge heerlykheid gedaan zyn, om inftaat geftcldce worden, het steweid en de bedreigingen afte kedren ; alles is op de adüftentie van een enkele daar na coe gezonden diender uitgekomen. Waar alhier, daar geen het allermintte openbaar geweld, oproer, of tumult heeft plaats gehad, moeter op de enkele biifc tn 't verzoek van hulpe zonder uitbel, de militie ingehaald, enden Burger onder de plak der militaire executie gelegd wórde". Het is waarheid, de Heerlykheid van Renswoude maaxt «een Jiemmende Stad in Staat uic , wiens enkele meerdeiheid adflftentie vraagt; maar ook hec geval is o«derfcheiden: te Renswoude vraagt Hy.m adftfttntie tegens oraaje oproermakers, maar ia Arnerfoort heeft men een verzoek tot hulpe en voorziening gevraagd tegen Burgers, welke, ter bevordering van de redresfen, zo menigvuldige malen verzoek cöt erkentenis hunner Gecónftitueerden vrugteloos hebben gedaaan, in dit geval vond m-n zig vaardig, mee de alleruiterfte overhaasting militie bmncn onze Provintie te doen inrukken: en om hec overleg-daarvan in een klaar dag. hgc ce ftellen, vraage men, daar het verzoek van de meerderheid van den Raad was geaddresfeerd aan de Heeren Staaten deezer Provintie en by hoogft derzelver abfentie aan de Heeren Gedeputeerden, en dus, even «is men gewoon is groote zaken te D4 5 ad.  ( 432 > addi esfercn, waarom men deze zaak niet ia com«lisfie heeft geftöld en op den waaren toeftandder zake zig "geïnformeerd ? cn zig alzo gekweeten van dieft pligt, waarmede alle groote en zware zaken altoos behandeld worden; om naar ma .e dat men van de omftandigheden bericht was, daar over niet dan met voorkennis van de Staaten tc disponeren: In zo een geval was dc zaak naar order, en overcenkomftig aan he: overgroot belang en o-ewjgt van dezelve behandeld geweeft, wanneer dan ooic zoude gebleken zyn: dat er volftrekt geene redenen tor. het inroepen van die Militie exreeiclen , en dat het voorwenden: dat de openbare -ruft en'veiligheid in deze Stad zonde geftoord zyn, ten ccnemale tegen dc waarheid wierd geavanceerd, zo als hetzelve dan ook tegen de waarheid by het dankudres aan de Heeren Staaten , zo wei als by publicatie word voorgegeven, door het mrocpen van dc Militie herfteld te zyn. Het blykt dus, dat men in deze zaak geen voornemen. heeft gehad , dat onaerzoek te doen , waar toe men in dezen tyd vooral, geconfidcreert de omftandigheden, volftrekt verpligt was, en waai toe de incompleet, hek van de vergadering clc leden tc meer had behooren geadvifeert te hebben, maar neen , deeze zaak moeft er door, men moeft aan deeze Stad,, om dezelve in die vernedering te houden , waar toe men dezelve by het overleveren van hunne bezwaren gepredestineerd had, tot een voorbeeld ftellen, met hocdanige aeftivireit rr.cn inftaat was, de Burgers onder een geweldig juk van Militie te brengen, en hunne ftemmen, als men zulks nodig oordeelde, te fmooren; en dat ten coBtemplatie van eene meerderheid van Regenten , welke teeens alle rechten aan, oordelen bevoegd te zyn, om een Hoofdofficier als het Hoofd van dc politic tc maintincren in een poft welke hy-bekleedt uit hoofde, van een niec min onwettig Reglement, als dat van den jaare 1674, cn voorts om te be.  ( 433 ) letten dat de Burgery dezer Stad immer eenig deel in de nöminatien ter verkiezing van kuntrC Regenten, of van de jaariykfe nominatie ter electie van Burgemeeiteren zoude bekomen En voor al, dat alhier geen Collegie van Gecommitteerden uic de Burgery, ingevolge van het vierde Hoofdftuk der overgeleverde poincr.cn tot redres der beswaren, werde Geïntroduceerd. De grootheid en het tamilie.belang, waar aan die veertien Regenten onderling aan den anderen verbonden zyn , en de voordelige ambten waarvpn zy, met behulp van den Hoofdfchout, zig hebben meefrer gemaakt, waar by zy voor zich en hunne Familie, naar hun plan, moeten bewaard blvven, gedogen geen de ailerminde coegevenheid in de voortz.. poinctsn ; tegen Scads rechten cn privilégiën moet den Scheut door hun gemaintineérd worden in de onwettige cn onbehoor'ykc felïïe van de voorzitting in den Raad, want met zyn val, is ook hun val, cn die van het Reglement van 1750, gepaard, en zoude men hier'ia Amersfoors aan Burgers toegeven? hoe zoude dit dog mee de Heerlykheid van een kruisdrager.de Ridder beftaan !!!! de vroege kruisdragende Ridders, mogten hun geweld regens dc ongeloóvigen geappliceerd hebben, maar de Burgers begryüen niet dat als zy zich naar de fentimenten van die Heeren niet gelieven te voegen , dac zy, even als de ongelo. vigen, de voorwerpen der wraake van die Heeren, welke geloven dat zy van een ander geflagt van menfchen zyn, gemaakc worden Hec komt er ook ten deezen niet op aan, dat men om de Burgers geen woord te houden, een verkeerde cn ganfeh tegenftrydige uitleg aan zyn bevorens klaar genomen befluit geeft. Men durft niet onkennen dac er waarlyk eene Refolucie genomen is, om voor ce komen, dac geen attachés worden verleend op zodanige pacencen, als waarby eenig Guarnifoen, voor deeze Stad mogte worden gedes- pi-  (424) picieerd, zo lange het verzoek rakcrdc het verleenen van patenten, aan de Heeren Staten dezer Viovintie gedaan, in deliberatie gehouden wordt, en niet tot conclufie gebragt zal wezen. Dog welk point men op eene geheel andere wyze doet voorkomen, als het zelve wareiyk exteert, als zynde dit voorgedragen by de Generale rearesjèn der bezwaaren in bet eerfte artikel, zodanig dac de Burger-yen daarop irüeeren , om confoim het cerefolvcerde )n de groote Solemnele vergadering van den Jarei65i, herftel ce bekomen, en welk point cot hier toe, door de voorftemmende Leden, en byzondef door de Rïdderfchap, is gecontamineerd , waaronder dan byzonder hec fencimenc var ;den Schout van Amersfoort heefc gepredomineerd, als hy begrypt , dat wy alhier uit hoofde van Bet aan ons behouden recht tot attachés, geene verandering noodig hebben — en voorwaar, ais gebleken is , tot zyn oogmerk zeer juift, want zo daarin na het verlangen van de burgers de verzogte verandering had plaats gehad, Amersfoort .zoude zig zo rasch, en met zulk een Activiteit, van militie niet geinvadcert gezien hebben! En deze Regentten van de meerderheid durven voor .reden van hunne genomen refolutie geven, dat daar by maar alleenlyk tegen een gevreesd misbruik der falenten gezorgd is. Zo dit waaragtig is, gelyk hetzelve is, behoorden zy zig dan niet te fcjftrnen, om een onwettige en geweldige daad, waar door een dadelyk misbruik van het verkrygen cn geven van patenten heeft plaats gehad, nog by publicatie te wettigen, en op alle de frivoolfte gronden de uitleg aan een refolutie te -geven , die hen ia het aangezigt moet te rug fpringen» vooral daar dc onóerftelhng van de ftoringe van de binnenlandfche ruft , waar op men die geweldige onderneming tragt te wettigen, ook geen plaats heeft gehad, daar men om aan het publiek te vertonen dat hec oogmerk van de meerderheid der Regeerders van Amersfoort weldegejyk is, om tc blyven aanbou- de?..  ( 435 ) «ïen zig tegen de billyke vrezoeken hunner Burgeren te verzetten, en zig op geene wyze tot een concurrent afdoen der bezwaren te verftaan, men daar roe niet meerder nodig heeft, dan om te lezen die violente refolutie met al zyn omfiag den jden September genomen, op het adres van Geconfticueerden en Gecommitteerden uit de Burgery, den 2y Auguftus aan de Raad geprefenteerd, gcplaatftin de Utrechtfe Courant van den ifteu dezer Maand September. En daar die meerderheid wel degelyk by hunnen brief, den 13 Auguftus aan de Staten en derzelver gedeputeerdin afgezonden, die hulpe, ter mnincien van hunne Cabaie en gezag , dac. zy een wettig gezag noemen, in roepen, kan het d e Heeren geluften , by meergemelde publicatie, tot voorkominge van verkeerde uicleggmgen van hunne oogmerken, te verklaren, dat zy nimmer oogmerk gehad hebben, of nog hebben , om eenige |overmagt, hoegenaamd, yeti min die van het Guarni. J'oen deezer Stad te gebruiken, om iemand wie hy z" in het voorbrengen van deszelfs wettige bezwaaren en kl.igten, zo die hem in het byzonder, ah die het al. gemeen *yn aangaande te verhinderen of tegen te gaan; verklaringen, die goed zvn voor kinderen, maai' zo lange de daden van de meerderheid recht* ftrecks tegen haare woorden inloopen , zullen zo. danige deciaratoiren niers uitdotn, dan alleenlyk by dea onkundigen, waartoe men dezelve voorbrengt , om alzo hec niet geinformeerd publiek te misleiden en daar mede zand in de oogen te gooiïent en bet zsfct ook wat, die meerderheid bv pu. >:icatie te horen zeggen, „ dat zy de zodanige ', wel. f.e eenige gebreken in het publike beftier, of dat van iemand der Leden der Magiftraat in deszelfs qualiteV ont lekken mogen, zulks aan de Magiftraat ep een* be/cneidene wyze zullen willen voordragen, fteeds on. der de agtenswaardigfte Leden der Bitrgermaatfchappynouden, derzelver voordragten overwegen en daarop zedêmg reftheren zullen, als zy ten gemeenen. nutte oor.  ( 43Ö ) bordelen zullen te behoren. Daar immers het gcb.ee-Ie oogmerk der Oproeping der bezwaren daar toe ftrekc"; de gebrseken in hec pubhek bellier, zyn daar by op" eene befcheidene wyze opgegeven en aangewezen , hec onbeftaanbare van een Hoofdfchotit aan hec hoofd van onze pohcieken Raad is daarbv opgegeven , het onwettige en verregaande ten aanzien van de familie relacien, waarmede het meerendecl van de üeden van de overftemmende Raden aan den anderen vermaagdfehap zyn, is meer dan eens, mee behoorivke befcheidenheid voorgedragen, en wac zyn de gevolgen daar van geweeft? me" anders dan refolutien , waar by men top de aller frivoolfte gronden, hec gezag van den Hoofdofficier heefc gefoutineerd, ea een Ariftocracilche familie regering op de alleronbefchaamdfte wyze gcdefendeert , en'waarom ? Juift zo als zy by de publicatie ooentlyk zeggen, als zy zulks ten gerneenen nutte oordeelden te behoren, namentlyk ten hunnen cemeenen nutte. —En wat een aangenaam vooruitzigc voor de Burgery , als de meer. derheid bv himre publicatie daar op laat volgen ; eve" als zy ook. zullen tragten te handelen omtrent de bezwaren, bereids aan hun Ed. Achtb. opgegeven, zo ver daaromtrent nier is fgerefolveerd. been-be. foisnes geen, te rug Jpraak, geen conjerentien met de Burgerf zal er plaats hebben, maar daar over zal deze Ariftocratifche familiecabale refolveren, zo als zy ten hunnen geu.ecnen nutte zullen oordeelen'té behoren. En deze, met de op hunne inftantie door de militie gefterkte dwinglanden, begaan , om by hunne publicatie aan het publiek te willen wvsmaaken, dat het by hun er verre [zoude afzvn" dat men de Volksjlem zoude willen ver* doven door de militie van ftaat. Maar wien verftaan zy alhier door dcVolkfteml zyn het aie oediendens en al dat opgezogt en van hupi afhaneend gemeen , cn daar onder ook familie zoort van volk, welke men door den Secretaris op ei-  (43? ) gefi gezag ter Secreta% eene verklaaring helft doen tekenen? of zal het op die volkiftem uitkomen , waar toe de Notaris en mede Raad Suyk zig heeft doen gebruiken , om atteften of verklaaringcn tegen het erkennen van Geconftitueerden cn Gecommitteerden in te winnen. Want in een Stad als Amersfoort , een aantal van 1500 Burgers, waaronder zeer veele ordenrelyke en gegoede Burgers, voor de volksftem aantenemen, is zekerïyk onbeftaanbaar!! zy die zig alzo aan en voor het Raadhuis bevonden, waren geenzints gefchikt om de geheele Burgery dezer Stad te verbeelden, een party volk met vo'orfchootea enfehorteldoeken, vrouwen en kinderen, dat alles is maar jan Hagel, alhier moeten andere luiden paroisferen, gewezen knechts, bedienden*, bevoorrechte amtenaaren, aüe die in familie relatie ftaan, dezs moeten de volksftem uitmaken , en dit vooral met uitfluiting van alle roomfchgezinden, want het rinmer de intentie van de meerderheid van de Magiftraat is, geweeft , zo als zy ook nooit begrepen hebben , die Burgers van hot: oude familie cn hoedanig ook gegoed , voor Burgers 'die recht tot een volksftem hebben, te willen erkennen, andere zyn by de meederheid van den Raad ftilzwygende uitgefloten , en daar zit de knoop waarom men met zo veel violentie de erkenning van Gecommitteerden en Geconftitueerden tegen gaat. Zulk een volk moet onder de algemeene volksftem niet opgeteld worden , of men binnen Utreej, y/yk en Montfoort zo dwaas en oobeda-'t is, om die Lieden als Burgers in de algemene rechten en voordelen mede deelgenooten te maaken , het voorbeeld van Utrecht èn andere Steden xan almer tot geen regel ftrekken, want het ver. bond dat 'door acn Hoofdfchout met de Ariitocra. tifc.be familie Cabaa! gemaakt is, moet ten kofte wat het ook wil tot ftand, en hier moeten geen reomfche belhamels aan j het hoefd van het volk  C 4S§ ) gefield worden; het is a^vry wel, offchoon zy Oüi de Burgers zvn, itat zy de genade heooen, om onder de meerderheid van deeze regering en liet bedwang van militie een geruft en flil leven te leiden, en (iod ce bidden dat hun niets ergers overkomt. Maar is hec niec eene byzondere genade , om door deeze meerderheid aan de Burgers een weg geopend ce zien, met een belofte, waar toe zy eed en plichtshalven dermaten verbonden zyn, dat men juift een meerderheid van Amersfoort* Raden moet zyn, om dit by een publicatie in te vlegccn, a'szy om dc volksftem niet ie willen fmoren, daar op onmiddeiyk laten volgen , haar Ed. Achtb: aaar en tegen aan ieder, wie hy zy , verzoeken en gelegenheid willen geeven on vryelyk zodanige voordragen te doen als hy nodig, oordelen zal. Het vervolg in No. 26. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Dempter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by B. Wild, A Stublv.:, J. Lieftink, en alom byde mi'"1' Boekverkopers a 2 Stuivers»  V R Y Ë NEDERLANDER, No* a<5# Vervolg en ftot van No. 2J» 33e meerderheid wacht zich hier wei, om as» het volk een geopende deure te ftellen, endaarom fpreekeH zy maar van ieder Burger op zig zelh dit is een regt waar voor niemand aan hen Verph'gting heeft, zodanige verzoeken en voordragteu zyn zy verplicht te moeten ontfangen, dan, mea toont hierdoor wel duidelyk uit te zonderen, zo» danige voordragten welke door het Volk geza. menctyk gedaan worden, immers men verklaarter zich niet op, en houdt alzo een flag om den arm. En dat zyn de Regenten die verre afzyn om een volksftem te willen verdooven! en wat een overero» te toezegging, deeze particuliere en op zig zelfs ftaande Burgers , welke van een onwederipreekbaar recht hen toekomende gebruikmaken, zullen de heden zyn aan wien de genadige beveiliging en befcherming tegen alle overlaft belooft en roegezegd wordt, Blits daart bv geënt gepafte befcheidenJl. Stuk. foidt  ( 440 ) . tieid en yerplïgtten eerlied uit het oog verloren wofdii Wat zegt toeti deeze mits? behoren alle adresfen niet alzo ingericht te zyn , en zyn dezelve niet tot Hier toe alzo ingericht geweeft, dan z.fl het uit hoofde van deeze mits,, voor Amersfoort» Burgers zeer geraden zyn , voortaan aan de meerderheid van' deeze Publicatie te vraagen , wat zy door een ge. pa\\e bsfeheidenheid en verpligtten eerbied ver ftaan, om niet tegen de termen van deeze publicatie te zoedigen, om dat'er na het fubordineren van dc Burgers onder een Militaire executlve magt, zeekerlyk een ander verftand aan die woorden moet gegeven woiden, als dezelve bevorens gehad hebben. En dus om alle, gevaar voor te komen, zal het hoogft ncodzaaklyic zyn, aan den Heer Hoogj'chout en zyn Secretaris, en voorts aan de meer* derheid van de Rtaden, dc voorfz. uitleg te vragen. Maai- van een byzonderen inhoud is de daarop volgende verklaring , waar by de meerderheid van den Raad kan goedvinden te zeggen, dat zy tot het ontfangen van Gv.ami.joen binnen deeze Stad zig al» le'enlyk verpligt gevonden hebben, door zodanig een gedrag van zommige Veden , als 'der voren btjehreeven ftiat; zy hebben geen Guarnifoen verzogt, maarry zyn verpligt geweeft guarnifoen tc hebben moéten ontfan» gen — maar door wien zyn zyverplig;?—zo zy zeggen', door zodanig een gedrag van zommige Lieden", wie zyn die zommige geweeft? vyf perfonen. die een verzoek van een zeer voornaam gedeelte van de Burgery aan den Raad hebben voorgedragen; en op dispofitie aangedrongen, een ge* drag', dat zonder de rainfte oproer of onbehoorlyke beweeging is gehouden, een gedrag dat zig* zo bïdaard heeft toaged ragen, dat niemand, wie hy zy, in zyn perfoon, goed, of bezitting is gemoeid geweeft; kortom een gedrag, waar toe men de adfiftente of hulpe van eenig man niet heeft noodig gehad. En niettemin moet de fchildery van dat gedrag, zo der meerderheid gcluft dezelve te maken ,  (4Ai 3 ken, de verplichting tot het ontfangen van GuafniJoen opleveren 4 niet alleen , maar hec waren de voorzorgen voor het toekomende, dis noodlottige gevolgen 4 als daar uit voor de Burgery in het gemeen te duchten waren, namentlyk, ciie goede Burgery, n?ar de meening dezer meerderheid, hunne aankleveren en bejfunftigden, welke zig ten voordeele van deeze familieregeerdersopderzelver aanzoeken en inüaniien verklaard hebbens dac het zo gezegde grootfte en befte gedeelte der Ingezetenen deezer Stad, die even als de ondertekenaaren van het Sauvegarde, Requeft binnen Utrecht, mede onder die ftille behoren , welke inde byzondere protectie van den gewapenden Arm moeten genomen worden, het zyn zy,j van wien men alverder zegt: datzyee» afkeer hebben van alk oproerige bewegingen, geweld* offchending van hei gezag-ter wettige overheid, waar van haar Ed. Achtte da Heeren van de meerderheid, zig ten vollen over~ tingd houden* En daarom, gy zommige iieden, maakt hier uit uw volgend lot op! gy hebt door uw gedrag, u oproerig, geweldig en fchendende het gezag van een familie Cabaal , dit zig uwe wettige overheid noemt, gedragen, hadt gy nog niet genoeg geleerd-, van uwe nabuuren, dat de hoogheid van Ariilocraten, zo rasch men als een burger op zyn recht ftaats op geweld , of vis met jeu uic komt ; gy waare vergeten die geweldige refolucie van den i8den Maart, in een extraordinaire befchryvicg Uitgep bragt, waarmede uwe Burgemeefters zig ongelafh vereenigden, het zal, onder deeze militaire executie u gelden; citatien in perfton zullen geen gebrek heboen, zo men maar niet aanftonds door het over* wigt van zyn magt met- apprehenjïen corporeel begint, dat geliefkoosde middel van dwingelanden om de volksftem tefmoren: want wat verweering vait 'er agter de traliën? Gy ftaat dus docr uwe vyanden en openlyk gedeclareerde partyen, fwaar voor de HeerN*TEwi>CH en de meerderheidjvan uwe Regeerders, welke ook de meerderheid in uwe fclicpenbank aicmakerj, moeten gehouden worden) in eea eminent Ee ai ge.*  (442) gevaar gebragt te worden, waar voer gy u m<5èr, pté* ca veren. Leert oit riet voorbeeld van uwe Utrecht» fche naburen, wie gy voor Rechters niet b-.boorc of behoeft te'erkennen, en op wat wyze gy dezelve kunt tegenfpreken, en recufceren. War.c zeggen die inmerers of fnnemers, dat met de militie binnen uecze Stad niet anders bedoeld wordt, nogte dat die tot iets anders zal worden gebruikt, dan tot bewaaring der algemeene ruit en veiligheid: even of een welgewapende en in den eed Jlaartde Burgery daar toe niet bekwaam is, en of dezelve ook daar 10e niet verpligt is\—~ en over zulks ook aan dc anèrrc zyde , op dat niemand dvcr eenige overlafi worde verhinderd op eene bejcheiden wyze zyne gedagten ojen te leggen en voor te draagen. Men zoude dit lezende moeten geloven dat zodanige overlajl, lot verhindering plaatze genad hadce , maar als men deze periode vsel in ziet, flaac dezelve eerft op bet geene er itaat te gefchieden: alle de begunftigden van de Regeering derzelver familien, en alle die aan henap-ec dependeren, welke geene bezwaren hebben opgegeven, ftaan het gedrag van den Heere Hoofdofficier, zyn Secretaris. en de meerderheid met hunne goedkeurig te verceren , dat vereerend adres, behoort!vooral onder protexie te zyn, het Canoniferen van een familie Gahaal ea het verfterken van een zeer onwettig Reglement van 1750, waar uit mea zo veele voordeden geniet, üaarby moeten zy alle bewaard worden, en onder het dekkleed, dat de Magiftraat, door generhande. zamenrottineen of bedreigingen in derzelver vrye deliueratien"worde verhinderd, ofte gedwongen, tot het nemen van zocianige befluiten, als dezelve naar hunne begrippen met het waare belang der burgery oordeelt ftrydig te zyn : — onder dat klatergoud moet de inroeping van een geweldig ingebragfe militie worden gejuftificeerd. om eene Burgery welkers eed en trouwe men op geene wyze ' beproefd of ter hulpo ingeroepen heeft als  ( 4 $tad, zo inen het ovcrgroote nadeel alzo noemen kan, r» het alhemeente verwagtcn lieibenf En by dezepublicatie, welke niet. weinig ove"eenkoinit.jhecfc niet cVe.pJacaten van den Hertog van Aïba\ word op de pvcEdominfierende gronden van dien zalven Aiba m hec (lot een iegelyk vermaant , alle hier tegenfirydige vooroordelen bedaar delyk te onder, zoeken , te laten varen, en aan geene 'ruftyer[torende, imoezeiidngen gehoor te geven, dit laac zig door een JÜba* Raad en meerderheid aan een verdrukt en vertrapt volk wel voorfchryven , men. moet geheel ontnienfcht zyn, om aan vermaningen, welke alleen ftreKken om" de Burgers onder hei; kneilendfte juk, in yzeren ketenen ce. doen geboeid gaan, ontzet van haare rechten en voorrechte a, met den degen in de hand, ende fuaphaanop de borft, veri'comd en huDnsftemine verfmoord,'gehoor tegeven! — wie zal zig niec geregtigden bevoegd oordelen, zig daartegen mee alle magt te verzetten s om door dat verzetten hei: zyne toe te brengen, ter bevordering van de door geweld geftoorcie ruit en vrede onder de goede Ingezecenen, en hec volftrekt fmoren van die partyfehappen, welke hec op het bederf vaa alle braave' Burgeren tot hiertoe hebben toegelegd, ter beveiliging van hunne en hunner familie grootheid: het paft hun wel een ander te vermanen zig van bedreigingen, fcheldnamen en dergelyke hatclykheden te ontnouden, als zulks voornamcntlyk van applicatie tegens de makers van dat Aiba *s voorfehrift is, en mcu eens zien zal, hoedanig zy hen omtrent liet flot van dit g«weldig recept gedragen zullen , tls zy daar by. ■voorfchrvv.en , en vooral niemand, direct of 'indirect wegens het befcheiden voordragen van deze of ge-, ne begrippen, omtrend hst publieke beftier met eenige, fmaad te vervolgen, zo zv nu die verdraagzame heden zyn, welke zy voorgeven te zyn, en daar toe deze hunne vermaning iurigten. zoude zulks aan, ' ; Arneis-  C 445 ) Amersfoorts Burgeren een aangenaam vooruitziet van herftel kunnen geveu, 1112ar dan- alles tot xyn oorfpronkelyk oogmerk moet gebrage worden > kan men u:t deeze vermaning opmaken dac dc brave Burgery van Amersfoort , 'even als-die ce Rotterdam, in hunne verzoeken AntiJataUn te. verwagteu heeft, en dat de vooi dragten van die AntidO' talen zoianig ia protectie zullen genomen worden, dat die z?g daartegen mogt komen te verzetten , zal worden vervolgd , cn dat wel op practext van hec handhouden aan de poene van de wetten van den Lande; — En dit fraaije meefterftuk wordt gezegd gearrefteerd ce zyn by den Raid der Stad Amersfoort, hec welk. me» de waarheid niec overeenkomt , alzo het zelve door den Amersfoortferi Granvelle, met advies van bet opperhoofd, is te zamengefteld, aan de meerderheid- ter uitvoering aanbevolen en in een vergadering, gehouden den sden September , tegen het advies en proteft van negen Raden , eoorgedrongen en ter conclufie gebragt. Zo dac hec niec is Gearrefteerd by den l-bad , maar by de doordryvende meerderheid van den Raad der Scad Amersfoort. In kennisfe, sa» mentlyk by voorkennis fe van die meerderheid alleen en hun dirigerend hoofd toegedanen Secretaris Jan Both Hendrik/en. Zie daar onze gedagten over dat zonderlinge ftuk werks, ófdezelve eenigzints tot toeligting dienen kunnen: — tot verbetering hebben wy geen hoop, — en nog minder cct befchaming, alzo de volgendegebeurtenisfen aanco nen, dat de verdttikkers van Amersfoorts Burgeren , voor dac een en ander niec vatbaar zyn. Waarom deeze dan alleenlyk dient, om uic die verrigtte bedagt te zyn, op een voegelyk middel, om de Burgery van Amerifoort, uic eene egyprifche of zoottgelyke als een Alba's dienftbaarheid uicceleiden en ce verlosfen. Mogt deezen ter opwekking sn aanfporing voor alle braave en op. rechte Vaderlanders , en vooral onder dczelven Ee 4 d>e  SC 4*6 ) #ie van de Leden der Regering en onderitennara van Nederlandich Vryheid, dienen , zoude ik my deeze moeite beloond zien. Ter bereiking van welk voorgefteld einde deeze is geaudresleert, ter plaatzing aan den Autheur van den Vryen Nederlander, door Cprnelis vabt Amersfoort,  C 44? V Karei "^y fprakeri laatft van liet formeren van ce» plan van defeafie voor deeze ftad, waar over zeide dat wy eens opzettelyker zouden handcle 1, Zoudt gy duaroracrenc iets naders ; kunnen bepaalen. f Nicolaas. Ik hoop dat gy door een plan van defenfie'niec jeuk verftaan een plan van verfterking en fortificering onzer Stad, want dac zou een chirnctre- zyn. — Tegen eene formeele belegering is onze Stad geheel en al ongefchikt zich te verfterken, en wy hebben dus geen ander plan nodig, dan om ons tegen conflifle cn verwarring te verzekeren ingevaüe van aanmarfeh van Iigte troupen 't zy van vyandlyke, of onze eigene, welke ons tegen wil en dank Jzouden kunnen opgedrongen worden. 9 Karei, Zo begryp ik het ook en dat is ook het geene ik door zulk een plan vorftaa. Nicolaas» Wel nu, zulk een plan is het dat door de Comnjishe uit den krygsraad mee .Geconftitueerden en Gecommiceerden reeds oncworpen en aan de Vroedfchap geprefenceerd is ; doch dac door dezelve wordt; geoordeeld thans niec noodig ce zyn dewyl er geene vrees meer is voor aanaiarfch van froupen,  C 446 ) Karei. * Zo dat men dus de ftaatkundige regel verwerpt* dat men in vrede om oorlog moet denken I Nicolaas. Dat fchynt zo < er het 'is of dit het heer. fchend fvfthema van onze Republiek m deeze eeuw geworden is. Toen den fingellcnen OorJog reeds lange aan den gang was, begon men te delibereren over "net aanbouwen van iehspen. -—• "Toen ce Keizerlyke troupen ifi de JNederlandenwaren gemarcheerd, begon, men te onderzoeken den ftaat der frontieren, er. bevond,dczoi\e buiten, ftaat van defenfie — En, nu ze gezegd won,en m ftaat tc zyn om een aanval af te wecren, nu zal -nenden oorlog met fchande en. gekiuUoopen. Karei. Het fchvnt dus dat onze Generale directie nog piet veel beter is dan in den EngeUchen oorlog. Nicolaas. Dat kan niet wel anders wezen r——1 ^ »en up de particuliere directie niet ferm is , zal men het rog minder.zyn op de generale, In geKen zyn in ons ftaaugenei tot alle deelcndoorgedroneen, en er is geene verbetering voor het geheel te wachten, zo lang de byzondere deelcn met her.ft.eld en genezen zyn. Karei. Het komt er van daan dat veelen die aan de directie gefteld worden , zo weinig _ ver ftand of zSt hebben voor het geene zy dirigccren en Sar aïeen vk»fchen op"de voordeden die daar  ( 449 ) pit proflueren voor bun ' eigen particulier «• pn 'da: dus ce zaaken meelt alle aankomen op enkele perionen, die onmogeiyk in liaat zyn o;n pver alles behoorlyk tc kunnen oordeelen , of naar vercifch te onderzoeker:. Kn dit is de oorzaak dat zo veele zaakerj onafgedaan biyvcn leggen wyl een inenfch maar eene weg gaaif. Nicolaas. Dat zyn de gevolgen van deferances voor per» foonen en fumi ;•:*:., zonder ce zien op bekwaamheid en vevd!cr.,'U;. m de lenen der Coilegien dien het' opealyk es byzbnd'ej- beftuar is toeveffrouwu. Maar wy geraaken dus door deeze algemeene redeneeringen van ons byzonder plan, waarvan wy begonnen, Nicolaas» Als wy de conclufie van [deeze redaneering opmaa ken, dan Kunnen wy er ae reden van onze byzondere klagtenin vin Jen. K".rel. Zo dar gy dan aan om algemeen ingeworteld Öaatsgébrêk wik toefchryven, de icbvnbaare on. verfchilligheid of achteloosheid omcrenr de zekerheid deezer Stad en de geruftheid der Burgery? Nicolaas, t Gewis, En men behoeft niet meer dan twee Oogen te hebben om dit te kunnen z;en. Zo ver ik geïnformeerd ben, behelft het ingediend plan ajlcen zulke arrangementen , waar door dc gewapende Burgery op het eerfte oogenoük van gevaar of alarm zoude wecken wat baar te doen ftand  C 45o ) ftond. Alle'welkc arrangementen op het oogenbiik kunnen gearrefteerd worden, zonder dat daartoe eenige kotten noodig zyn. Karei. Des te meer zal het de zaak der Burgery zelve zyn, om zich zulk een plan te ontwerpen —■ en het is in de daad een zaak die zeer gefchikt is voor de vergaderingen der gewapende Burger, corpzen, en waar aan niemand meer dan haai' ge- Ic^en ligt, ■ ; Want veronde.fteld eens dat men door de Militaire magt overrompeld 'wierd, dan zouden altyd die Regenten, welke zich tegen de wapening der Burgery of derzelver noodigo plans van fecuriteit hadden verzet, genoeg voorzien zyn van fauve guarde en de Burgers die zich getrouw van hun pligt hadden gekweten zouden integendeel de dupe van de historie zyn — en daarom, offchoon Regenten ter hunner verzekering niet noodig oordeelen eenige plans te formeren-, of arrangementen te maaken tegen het inrukken van Militie; der Burgery van Utrecht lege er des te meer aan gelegen, of zy al of mqt veilig js, vooral daar zy' zien onvcrantwoordelyk zoude ftellen voor haare nabuuren, dat zy zich tot een voorbeeld van anderen zoude gcoefrend hebben in den wapenhandel en de krygsexercitien , z.onucr dat zy daar van eenige andere vrugt zoude ku rapen genieten, dan den lof op het exercitieveld. [ Nicolaas* Gy hebt het volkoinenfte gelyk. En hoe zeer men ook van den kant der Regcering geruft, mag wezen omtrent den aanmarfch van Militie, ik geloof niet dat de Burgery deeerftedrie maandendaar nog zo geruft op kan zyn. • Het is haar zaak, zo lang het Regterings - Reglement, zo fteuclyk als provinciaal, niet is gearrefteerd, wel op  ( 451 ) baar hoede te zyn * en zich niet door een ai te rukeloos vertrouwen te laaten bedriegen Zo wei als alle oogen op Dtrccnt geveftigd zvn. 7f> wei zyn ook a le liften werk-en waakzaam om ware 'c mogelyk Utrecht te verrasfen. Karei. Als ik maar eens bedenk wat er nog voor den m October moet gebeuren, om niet de vruzt van tw«jaaren arbjids in de afch t. ftorten,'da# s £ffi te voor/ien dat men althans geene middelenonbeoroefd zal laaten, om gebru.K te maaken van de nog heerfchende on.ensgezmdheid onder ïc leden \an:den ivaad, en derzelver befluiteloosheid. Nictlaas. De invoering van een nieuw Regeerings-Ke^Ie. teT Zi? n°g Z° leïenverl I ten , is eene zaak van dat uiterfte gewikt en aanhp ang, dat men zich daar by niet £ én ruekoÏÏ^ behoort aah te ftellen -'niet alSn^^ fUtsleden het daaromtrent nog met ééns zvn maar ook, omdat deoverige onderdrukte^Pmvmnen S uit een voorbeeld zullende neemen, de weende party daardoor alle haare krachten™1 inf™,?™ ware 't: mogclvk dit heilzaS me werite fcen " ï^ln^cZ °nl dc begmteïn^do^ arTcSen.Van * -^e^fe heS0tSLe.dat dC Achit0ftls «c zo£i ZANG  c +53 > ZANG VOOR DE GECONSTITUEERDE» VAN UTRECHTS BURGERY. Op de verjaaring van haare eerfte vergaderingGevierd den 22ften Sepiember, 1785» Air: Hoe zoet is 't daar'de Vritndfchip woont, t heil! als vlyt, met trouw gepaard,? Der Burgren heil waardeert, En 'tjuk, waarmeê zy zyn bezwaard. Van hnnne fchoudren weert; Dan juicht de maagd van 't vrye Sticht, Als men haar rampen heefc verligt, Verligt! verligt! verligt'.  ( 453 > 2. Zo wordt de dwinglandy geveld, Zo vlucht dc Ariftocraat; De vryheid in haar fchoon herfield £ Waar op men zich verlaat; Zo landt men aan een veilge Reê Zo juicht de ganfche Stad Hoezé! Hoezé! Hoezé! Hoezé! Zo ryfr de zon van 't Stichti geluk, Tot heil der Burgery; Zo weert men veilig ramp en druk; Zo wordt, het zy wie 't zy, Diefnood op onze Vryheid loert, Wel ra!ch uit zyn bewind gevoerd;. Gevoerd, gevoerd, gevoerd. 4. De Jaardag die men heden viert, Verfchafc ons vry wat vreugd; De Burgery vindt zich gefierd, Met Vryheid, Recht en Deugd, De gouden Srichcfche Vryheids - Zon Schiet ftraalen uit haar welluft bron, Haar bron, haar broa, haar bron.  ( 454 ) ?. Men won veel Veld in korten tyd, Maar 'c is nog niec gedaan; Men moet, eer 't uit de handen glydt, Het allerlaatlt beftaan ; Dan klimt de vrye Maagd ten troon, En vlegt voor Burgertrouw «en Kroon, Een Kroon! een Kroon! een Kroon! 6, Men vat , op 't heil van 'c Vaderland, Waar 't Recht der Brrrgren geldt, Den Beker met een Vryheids hand Nu Vryheid is herfteld: En juicht dan met dc Vryheid meé, Die vol van blydfchap galmt, Hoezé, Hoezé! Hoezé! Hoezé! Ex temporc den 22 September W. ten Houte, 5-73j. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp» ter, j. Verkm, D. Schuurman. Te Utrecht, by B. Wild, A. Stubbe J. Liefrink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers,  Jö È V R Y Ë ' NEDERLANDER* Ka* 27» M en heefc tot heden toe in de verbeelding ge. Weeft, dat men in de Nederlandfche Republiek eeae grondwettige herftelling der Vryheid des volks , en onafhanglykheid des Staats beoogde* Men heeft uit vedle omftandigheden tot nu toe opgemaakt, dat de Provincie utrecht daar mede een aanvang wilde maaken, doch de kinderan zyn gekomen tot aan de geboorte, maar daar, is geen kracht om te baaren! ■ De gevolgen toonen ten klaar ita , dat by hun , wiens zaak het alfrefteeren van zodanige grondwettige herftelling was, in 't geheel geen, of een zeer flegc plan exteerde. Men heefc erkend dat het fubfifterend Reglement van Regeering voor deeze Pro» vintie, van den jaare 1674/aan notabele gebreken laboreerde; dat het niét alleen onwettig was in* gevoerd, maar ook ftrydende was mee de rechten en coftumen van den lande, zo als die van ouds gc* weeft waren: Men heeft geoordeeld dat de ftem11. Stuk. Ff ra#  C 455 > me des volks te recht zich daar tegen oppofeerde* cn da: hetzelve bevoegd was op. een: behoorlyktf wyze deszelfs klagten naar regen uittebrengen —men heeft om die reden het volk openlyk opgeroepen om zyne bezwaaren tegen de regcerings beftellinge in' te brengen, ten einde in eens alle de klagten daar tegen optcheilen en de goede harmonie tusfehen de Regeering en de Ingezetenen te herftellen • het Volk heeft gehoorzaam daar aan beantwoord. Niet alleen de drie leden van Staat deezer Provintie hebben de verbetering van een Regcerings-Reglement tot een zekere bcpaaling gebragt; maar ook uicdrukkeiyk (wyl zy, volgends voorige overeenkomt!:, zich niet vermogten te bemoeijen met de Regeiïngs befteliing van Stad en Steden) aan de Magiftraaten der Stad en Steden overgeiaaten, omtrent hunne domeftique Magiftraats beftelüng zodanige arrangementen met hunne Burgers te maaken, als zy zullen vermecnen te behooren. Het is ook op fundament van dit föu-. verain recht der Stad, dat de Magiftraat van Uitrecht, op de «3nfchryving van den Stadhouder, heeft gediuiculteerd de poincten , betreffende hec domeftique van de Stad, ter esaininatie aan zyne .Hoogheid toe te zenden, en geoordeeld heefc die met haare Burgers alleen te moéten applaneren en arrefteren —— met dac gevolg ook, dac het provifioneel gearrefteerde Reglement, het domeftique betreffende, voor de tweede reize, tot dec laatften Saprember jongstleden, veertien dagen, tenflne van confideratien of approbatie, voor de Burgers heefc voor gelegen. Welke onzydige nu, zal uit deeze behandeling der zaake iets anders opmaaken, dan dac men voorneemens is geweeft, Stadsfoinrerainiteic in deezen te maintineren, en deeze huishoudelykc fchikkingen, na dac de Burgery daarin genoegen nam, finaal te arrefteren te iurefteeren vooren aleer de jaarlykfche veran.  dering der Regeering den '12 October • => inviel! — Dan het blykt uic de gevolgen , dat de Burgery zich in deeze verwachting fchrikiyk bedroogen heefc. Hec is wel waar, dat de tyd tusfehen den i'cn 12 Oüjber kort is, om een zaak van dat gewigt, als is het arresteren en invoeren van een nieuw Ve- geermgs-Reglement, afte doen ■ maar het as ook tevens waar , üac er reeds ce vooren anderhalf jaar is door gebragt om ce wikken en weegen alles wac daaromtrent behoorde in agc genomen te" worden — dac misfebien in de helfc van dien cvd' hec zelfde had kunne» uicgevoerd worden , indien er geene onnodigs dilayen hadden plaa':s gehad. —Hec is daar en boven waar, dat Cecontatu.eerden en Gecommitteerden uit dc Burgery, by hunne Conform made met hec uicgebragce Reglemenc, hebben gedeclareerd, uic naam hunner conftituenten, met alle* de cegenwoordige leden der Magilfraac de per* manence derzelven niet ce kunnen ingaan, ten zy alj vorens waren uic een wag geruimd, alle zulke no-» tabclc difrerfinccn,als tuskhen veelen derzclve ende Burgery nog exteerden: als wel inzonderheid de ge. fthilien met de Raadeo W.eliug en Yvoy en de overige leden van den Raad.welke'op den 14 Maart hunne' Raadsplaaczen hadden reder gelegd, en de gevolgen van dien —- dan, als men deeze zaaken met de behoorlyke aandagt befchouwc, zal men niec anders kunnen zeggen, aan dac de'Burgcr'v van ütrechc volftrekt niet anders kende handelen dan op' dweze wyze, indiec zy zich ijiefc aan een eeuwig verwyt aan haare nabuuren en nakomelingen wilde blootftellen — dat zydaardoor tekennan gaf, dat zy niets hooger fchatte, dan eeae volkomen cn beftendige harmonie, tusfehen zich en haare Reprefentanten: en welke zy bereid wasaantegaan cn irt her» nieuwen. En mea zal uk deaze aantooning van ber«idvaardigheid,uit den voorliag va-: intercesfie zelf* kunnen oomaaken, dat die inckknt geen oorzaak Ff» " var»  ( 458 ) van vmder dïïay behoefc te wezen, in gevalle fhw waarlyk het befte voor Stad en Volk beoogt. Het is buiten kvf, dat het volftrekt de zaak van Utrechts Burgcry'was, voor het aangaan van een nieuw reglement van Regeering, waar by de leden der Magiftraat geduurenae haar leven lang werden aangeftcld en gecontinueerd , dit notabel incident vcörd té brengen,, fints de n Maart zulk eene aartnicrkelyke vcrwydefirtg had tewège gtbragr. enCnïninceïe vervólgingen cn procedures had [opgele* xcn\ — Daar het tot dus verre by alle voorige in■voe'riftgén van veranderde Regcrïngs- Reglementen in Conftant gebruik was gcwesft|, dat uit de aanwezige leden des Raads , met even zo veele daar by genoemde perfonen, ter. geheel nieuw collegie me deezen te famen wierd verkozen en aangebeld, «at ook nu, daar het beroemen der Raadsleden door de Burgery ftond te gefchieden, dit voong gebruik ten minften in zo verre ftand greep, dat de haar onaangefiaame leden des Raads — uit hoofde dat dezelve zich ais hunne pa.ty hadden gedeclareerd, . door dergelyke verzoening, haar veraangenaamd wierden. En he'c ftrekt niet anders dan tot eene byzondere eer voor Utrechts Burgery en een [bevrya haarer vreedzaarr.c fenrimenten, datzy deezen zagtjlcn weg inftaat, daar zy welligt, op fundament van evengemelde voorbeelden van voonge tyden , had kunnen vorderen, dat zy nevens de leden van den Raad, die cr mi zyn, een evengelyk getal perfonen had benoemd, om uit ditdubbeld getal een nieuwen Raad van permanente leden, op de wyze als by het prbvifionccl gearrefteerd e Regiement bepaald is, te verkiezen. —— Daar cn boven was het de zaak der Burgerv, indien zy met de tegenwoordige [Magiftraats leden de perrnanence inging zonder eenige uitzondering, verzekerd te zyn, dat de gedeclareerde partyfebap haar naderhand van geene nadeelige gevolgen zoude zyn, indien dezelve niet wierd opgeheven —■ Want, daar tot nu toe het Stadhou* der  C 459 ) derfehap, naar deszelfs aart en goed oogmerk, kru de ft-ekken tót een cvonwigc tusTctfiin het voHe en deszelfs Reprefentanten, en de Stadhouder ieder jaar d_- der Bagcry öftaaagenaame ieden konde pasferen en anderen in derzelver plaats aanftclien,' zo wierd door deeze parmaneuce dit evasnwigt weggenomen ende Bufgery overgelaaten aandebefcheidenheid en onbeicneidenheid der permanente Regenten : eene ofnftaBdrgfeeid die wel, ten deele, ooor een te introduceeren. collegie van Gecommitteerden uic dc Burgery wordt weggenomen; maar waaromtrent echter de voorzigcigheid vorderc , dac men by dc introductie zo veel mogeiyk zorgt, dat dc mogelykfte harmonie tuschen dé .Regetring en dit Collegie plaats hebbe. Als men dit een en ander in aanmerkinge neemt, en daar by zich herinnert, dat reeds met den 20 September des voorleden jaars is gerefolveerd, dc werking van hec Regiemenc van 1074 tc lui » cheren, en daar van aan den Stadhouder by :nisfive kennis te geeven — dac ook om die reden de Hier Godin d' hordyn is gedisponeerd om in plaats van mec den 12 —— zo als zyn voor. ■ neemen was * mee den 11 j October zyne Raadsplaatza nedemeleggen , ten einde dezelve ce kunnen cónfiderüren als eene tüsfchentyds open-, ge\allen Raadsplaatze, van vvclkc de R'ege-nng, ia naam der Burgery en gemeene gilden de ver, vulling aan zich had genomen en dat dee«. ze furchcan'ce is gefchied, volgends reiolutie va» Hun Ed. Mog, in dato 21 September alleen voor die enkele" reizt — en wel , voigencs d<», propofitie van den oud Burgemeefter van den Bogaard , in de Vroedfchap gedaan , mede Qin reden , „ dat, zo dc verzettüsg der Regcèmig op „ den 12 October voordgang had, en dac de Re„ genten door den Heer Stadhouder wierden gej, continueerd, zulks zoudegefchieden', mits,d<,-;n. de dei thans Kibjilierenden eed % onjie,^ anderen i«« » f 3 *Wr  houdende het punctueel obferveeren cn nakomen vin.. „ het Regering! - Reglement van den Jaare 1.674., it-mlkers onwettigheid^ zo ten aanzien aer wyze 9) op het 'zelve is ingevoerd cn vernieuwd, "als ten. „•avi: ien der infraaien tegen V Lands en Stads„ Privileaitn , rechten en . welherbrc.gte Cofturnen, 9,-daar by gedaan, in deeze dagen zo .klaar is 'be. „ -tocgi en aangetoond , dat geen Regent kan s, worden cevergd, het zelve thans pro ut „ jacet op nieuw te bezweesen ; gelyk dan3, ook de ftemme des Volks, zich thans ten fterkften ,, daar tegen verheft'' enz. . als men, zeggen wy, in aanmerkiage neemt, dat op aceze"" gronden , de fnrcheance voor die reize is gefchied , moet men dun niet verftonui liaan dat men een jaar daar pa , in welke men. volkomen had kunnen gereed zyn met het invoeren van het nieuwe provinciale verbeterd reglement , nog difficulteert om aaa het billyk; verlangen des ganfehen volks in deezen te voldoen; en de vervulling dsr Vacature in den Raad niet alleen , maar. ook'de discontinuatïc of continua« tie, op den voet, waar voor men in den voorleden jaare zo zeer vreesde , cn declareerde djt geen Regeut konde gevergd worden zich daaraan te verbinden, ter discret!cl-van den Stadhouderov„r wil laaten!! Zuilen onze nabuuren, dithooreude daaraan geloof kunnen ftaan) — Zal men niet, ,höe yerrc men ook verwyderd ia van hit voorïu u eener üemocracifche Regeering, moeten erkennen,, dat de Burgers-en Ingezetenen, na al hst gebeurde ,' volftrekt niet kunnen gedoogen dc verdere werking van ccn Reglement , tegen welke. allé Staatsleden zich gedeclareerd hebben ? dat zy niet zullen afhangelyk willen gemaakt worden van de befcheiaenheid van zulken , welke er zich een pligt uit fchyncn gemaakt te hebben, de verzoeken van Stads Burgers en Ingezetenen te Coatradiceren. i Zsl men,  C 4fr ) der Burgery weder kunnen befchuldigen van oproerigheid, indien zy haare voor lange gebillykce ftemme , na alle andere mogeiyke middelen te vergeefs beproefd te hebben, op hec nadruklykfte zal moeten doen hooren en geiden! —-—■ Indien zy, aan hun eed indagtig, alleen die hunner Reprefentr-iten , welke zich overeenkomstig hun pligt , de befluiten des Raads , en de een» ftemmige begeerce der geconfulcerde ftemme des Volks, gedraagen, volgen en dezelve mainteneeren tegen aile willekeurige zwankingefl, en ongelykvormige. déspatieks dispoatien van zulken die niets dan hun eigenbelang behartigen! Utrechts volk kenc in deezen zyn pligc ; en de ganfche Natie — de geheele waereld , zal ge. tuigen kunnen , dac zy zich in allen dcele over- eenkomfsig denzelven gedragen heefc — ea dac haare Burgery volkomen beancwoord aan de verwachting en hec vertrouwen dac hasre medevaderlander:; in haare cordaatheid en ftandvaftigheid gefteld heefc. ff 4 Mta  Myn Heer de vrye Neierhndet i Jl-n de Couranten leezende dc praelirainairen va» den vrede met den Keizer, kwamen iny daarby allerlei gedagten en gewaarwoordingen voorde verbeelding, die in veele leezers 'van dien glorieufen vrede moeten opkomen. De edelmoedigheid van Frankiyk > de Rechtvaerdigheid des Keizers, en dc cordaathcid die er van onze zyde gehouden is , in de directie van deeze uegotiatien , waren zb veele voorwerpen die myn aandagc tot zich trokken *y zo dat ik nu eens het Vaderland- fche bloed voelde kooken in myne aderen , en dan weder weemoedig wierd over de ontelbaare Tampen waar mede ons Vaderland geftadig te wor. ïlelen heeft, zo door de heerfchzucht, als eigen"fcaac, welke'het geftadig van alle kanten befprin- gen en teftryden ■ ■ ik herdagt alle de in- trigues door welke deeze eertyds roemryke Rer publiek , was vernederd , uitgeput en bedorven - hoe zy de fpeelbal der Defpotisme en Ariftocratie was geweeft , die [nar elkander toe. leaatften, • '—— De gcliadige beweeging in welke zy alle de werktuigen van dit Gemeenebeft fcheenen te willen ftellen, misfebien om haar voor den roeft te bewsaren cn haare noodige. veerkracht te doen behouden • cn ik ontdek- te uit dat alles, dat onze buitcnlandfche oneenigheden, roeeft altyd waren ingericht geweeft om binnenlandfche oogmerken te bereiken, die alleen ten radeele der burgerlyke Vryheid wierden ia bet wérk gefteid. Dus denkende en peinzende, zeide ik by my zeiven: . die vrede is nu weer zo goed als gefloten, ■ ■ want hy moeft immers, ten koste wat het wilde, gefloten worden —— maar wat zullen wy nu weêy het*-  (4^3 ) hebben? • zou er niet weder een nieuwe afleider bedagt worden, om de aandagt des Volks afcecrekken van zo veele binnenlandfcne ongerechtigheden ? ■ En , wiens beurc zal het dan nu zyn? ■ ■■ Das denkande en herdenkende overviel my , laat in den nacht , i:en flaap — ik ging te bed, cn geraakte aan het droo- men, En deeze droom is my gedadig voor de aandagt, zonder dac ik cr de benoorlyke betekenis aan weec te geeven, Hoe zeer ik u hier door niet wil gehouden hebben als een uitlegger van dromen , zo heb ik nogthans niec onvoeglyk geoordeeld, u myn droom, met deezen, ter plaatzing in uw woekolad, toc~ tczenden, in hoope dac gy, of eenige uwer leczers, diar aan een. uicieg jouden kunnen geeven^ die onze tegenwoordige tydsomitandigheden to; eenig nut of waarfchouwing zoude kunnen ftrekken.' Ik verbééldde in myn droom my te bevinden jn een Vorftelyke gehoorzaal, welke meer van hec grootfche, dan hec prachtige vercoonde. ia dezelve bevonden zich een gry/.en krygsmarc, die alle cekens van een doordringend verl'tand en ver. hevenheid bezat; en een jongen man, op wiens gelaat alle de kenmerken van verlegenheid en raadeloosheid te leezen waren deeze febeerj aan den verhevea grysaard zyn beklag te doeu, én zich op dc geduurige bèftrafnngèn en verwytingen des Grysaarts ce willen verontfchuldigen, waar yan ik niets verttond dan de veelbetekenende gebaatdsn. .Eindelyk hoorde ik den Grysaarc den jongen man op een nadruklyken toon toevoegen: „ Hoor Coufin , haaje myn raad cn voorbeeld, ,, gevolgd , en geen yleyeri gehoor gegeeven, het zou nooit zo ver gekomen zyn ! Ik beklaagje vrouw en kinderen ■——- je neutje vy,, anden het zwaard in de hand gegeeven door mv „ eigen gedrag —1- uw yleyers daar gy op verEi 5 ' „ trouwd  ('464 ) trouwd hebt', hebben u -verraaden en het is na-, tuurlyk dat de Natie bootte gebreken op uw re3,'kening itelt." (De jongs man fcheen weemoemoedig °re worden.) „"wat kan ik er voor", antwoorde hy, ,, dat ik misleid wordt door ht;n „ die rfiy het grootfte vertrouwen inboezemden l „ lk vertrouwde dat ze zo wel vrienden van het „ vaderland, als van my en myn huis waren, en „zag te laat dat zy alleen zich • zclven en hun. \ 3, ne famdien zogten. Kan het kwade hart „ van anderen j] my-geweten worden?" „Ja!" antwoordde de grysaarc , . „ hy dien een hoogst „ ooit is toevertrouwd, moet uit zyn eigen oo« gen zien, en niet blindelings op anderen ver* „ trouwen ,• zoverre zelfs, dat, als hy hunne mis. , daaden gewaarwordt., hy op hunne laffevlcijery „ dezelve" ontziet en vergeeft, en op nieuw ,tiü „ zelfde lieden .vertrouwt, van wier kwaad hare „ hy zo veele bewyzen gesien hééft. — Als menfeh kan men veeleztakenoverftappen en veraecven. .maar als Staatsman, als k,-yg- „ overfte, gebreken, verzuimen, en_ ongehoorzaamheden te verueeven en tc bedekken , ..ia 'a een ondeugd', eeii verraadieg- van den .Staat „ en de Burgerlvke maatfehappy. Hy. die „ zulks doet"is óngefchikt om eea hoogen poft te „ bekiceden. . . ' . ■ „ Maar-hoe is het mogelvk", hervatte de jon. ge man, „ dat één inenfeh in.alle zaaken uic zyn f. eigen oogen ziet, zonder hulp van anderen? de groote. - - - • (den raam verftond ik niet) al. " leen, is.maar gefchikt om met zyn uitgebreid begrip alles te omvatten" -♦---„ Waar tos „ dan te ambiëren" , .viel kern Ide Grysaard in , j. hec geen niec'tot uwe qualitcit behoort! — het is alleen voor uwe zogenaamde vrienden, ' die er misbmik van maken, .dat gy u alle die „ by vallen hebt laaten opdraagen —gy of  !C 4% ) uwe voorvaders moetienze van dc hand geufa, „ zen bobben • dan zouücnze uier cot een », zv.'.iü:d in dc hand uwer partyen nebben"kun. 3, nen aienen, om u , by het 'misbruik 'dar gy j, door uw vertrouwen, ea uwé vrienden door hün zelfbelang, daar van gemaakt hebben, u voor „ de waerulj tep toon te ftéllep!" F-'^ de cude Heer wierd driftig-.de jonge weemoedig-. m hoorde lu-ii' nog êcfiige.. woorden wisiclen, maar kon er,geen van verftaan. Üö het zelfde ooge-noi;;: zag ik een pragtig jieefr intrcedun, houdende een Leiy in üe tfifta ^ dce/e. feneen verwonderd 'over de hartstóchten Cie hy befpeurde op twt gelaat van den. krygsnèM en .den bloozenden jongen man. üe Uutlie lelieen op hec gezigt van den inkomen Jen 'nog' meer vef. legen .té. worden en begon' ia plaats .van te iiïdtt- zen, te verdoeken i'mvd-gi, dat hy&eze verandering aan den reuk der Toly wiiee toei'ein'Oven, doch de andere fcheen he'.n tebcüu.'dc;'' 'd:\z dit _ weiljgt uic herinnering van vbqrmé gëbeiirtitemsicn en Ce weinig bewerirmg , . zyr. ourl;>v\w konde heobeu , De Gmaart pHk SÊSèlVk deeze (luie gcb.aa.den — „ Zie daar*: ' £ii'n s, Heer*.' zeide .hy tegen den man.met s> -zie daar enzen vriend, daar wy'laats: varil/nrfji„ ken! Gy weet hy is in'.ongunliige orntfandffr. „ heden, maar hec woidc,'zo'ó&ic, W&wfl&vfy »» herp- daar.eenigziiis ogg zander fchanJeuitjécV »» den .' r Gy aseec hy.. rs rai.t' zyn mgèjffirs Po j, buwrea in onmin, maar hec is meerzyneii Vr«öV- „ den dan hem te wy efj Wy -moeren "en ,, kleine Cotnedie fj^lep, en daar medé 'is "3c » zaak wüêr terecht —U^, .Hy heefc zich ,'w'êl- „ als tjw Vriend niec gedragen — maar gy »* E°eh de . gene.-aaie bemiddelaar — 'èen »» weiajgjo polieie. maakc immers hedehdaa»s i, de meefte Vrienden. . Ik zal den roi van 9ï misnoegden fpeélena zogy my belooft dat gy j, feeia  bem nyy niet zult laaten uitfpeelcn". De Ma» met de lely fcheen over dit voorltel verlegen " Hoe zal ik het voor de waereld verantwoorden, en myn zeiven gelyk blyven V' »• id„ hy , „ Even zo zeer als uwe andere „ medianen" , antwoordde de Grysaart. „ -Gy ' zuit daar door de groote, de edelmoedige vre, ^ maaker zyn en tblyven en er niets by verbe-en Gy kunt er voor inftaan, uat ik myne !! vorderingen niet te ver zal uititrekken ' ik ben zelve volkomen overtuigd van het ongelvk dat myn neef in degmeefte opzigten heelt, 'Vat veelen zyner Vrienuen fchelmcn zyn, die ten kolte valt hem zich alles hebben aange. " maatigd het is dus maar alleen een po- , litiek inzigt om zyn h«»reur op te houden, dat ik my verftoord zal noudefl , m gevalle gy " den rol van Mediaceur wilt fpeelen ' weet zyne meefters en buiiren zyn nog onder eï,, kander verdeeld, en die kans moeten wy waarneemen in zyn faveur: indien zy het onderling " eens wieiden, zoude het voor ons te laat zyn " , cn zy zouden weliigt, na uat zy , ook " door uwe tusfehenkomft, een en andermaal ingoL womdzyn om hun moed te koelen, een Coup de , uefperat on waagen, en zich up ntmne vyauden wrtkeml' „ Nu!" T elv om politieke redenen zal ik aan uw verzoek voldoen: en hoe zeer ik aan den mee ter " verbonden ben, my een vriend des dienaars be- " wonen, om uwen wil," ■ De jonge man fprong op van biydfchap en drukte den man met de L?ly de hand — „ ik zu het aan uwe Land- genooten, zeide hy, vergelden als u kan'" „ zorgt maar", zeide de man met de Lehr dat 'V uwe voorige fouten verbetert on toe^V^aanw^iegyuwewÈdaadenbefteedt. DeGrysaart haalde zyne fchouders op en ik omwaakte zlB  Zie daar, myn Heer! myn ganfche droom, z® ver ik hem my heb kunnen herinneren en in ver- band brengen ■ hec was nog geheel duider toen ik ontwaakte, waarom, ik my weder tot fia- pen wüde vleyen maar het'fcheen als of my dc reden de waakzaamheid wilde aanbevelen, waarom ik my nederzette om myn droom op het papier te Hellen, zo accuraat my moogelyk was, om hem aan u, cn door u aan onze medevaderlanders onder hec oog te brengen, of gy, of iemand hunner , daar aan eenige zekere uicleg zoude kunnen hegten. Indien gy deezen een plaats wilt vergunnen zal het my aanipooren om, wanneer ik weder op dergelyke wyze droom, u dezelve mede te dealen. Noeme my intusfehea uw Dienaar JUSTUS DSOOMER.  C 4^8 ) Aan oen Heera Mr. H. Citkoe.n , over eene paslage voorkomende op bl. 72 —» 74 der Amjierdamfcht brieven iVy. P". gefchrcevcn aan den wel Ecrw. en zeerge!. Hee. re F. A. van der. Kemp. WelEd. Hl er ! jGLoe zeer ik my- niet wil {keken in het open-., lyk gefchil tusfehen u en den Heere van der Kemp, kan ik nogthans niet voorby, u eene inaccuratesfe, welke gy begaat op bh 72 —74 var- No- UWC1* Amjlerdmvfche brieven, onder het oog tel brengen. Gy zegt , daar op bl 72. dat Geconstitueerde» en Gecommitteerden zich by de Vroedfchap hebbenvervoegd, om te begeeren het deportement van den Heere Yvoy." Èene inaccura:esfe die men niet zoude varwacht hebben, van iemand die zo exaflt fchynt te willen zyn op zyne woorden en uitdrukkingen cn die van anderen Het is geheel abiïfief Myn Heer! dat gy het bedoalde adres mede op naam van Geconjhtaeerden ftelc het is' een bewys dat gy of de Conftitutie en het oogmerk deezer beide Commisficn niet weet, of zelve het bedoelde adres niet ingezien , ten minften nveo de behoorlyke attentie niet geleezen hebt. . Er is nooit iets dergelyks uit handen van Gf.consTitueerden gekomen, of op hun naam ge- fchicd Zy zyn zelfs in het bedoelde adres niet eens geadvyfeerd ■ en er wordt ook m het zelve 'geen woord van hun gerept. Het is dus niet alleen eene laakbaare disattentie in een voorfpraak van het Recht, maar öok, volgends uw 1 Ff 4 pnn.  C 4°> ) Vrircipc, ccnè openlyke belediging, die ry Her «oor die ColLegie aandoet, door ha::r, volgends uw fentiment, eene injullitie aan te fchryven, waar aan zy even mlu d ' hébben dan r.-y zelve. Indien gy eens had nagegaan —- öf v/ift — het oo°rn»rk endeqtidiificatien deezer onderfcheiden commTsfien zoudt gy geen gevaar geloopen hebben, zdlk een vergryp te begaan — en welk een credjeï, myn Heer! moet die geeven aan uwe overige ïtelfineeö voorbeelden en aanhaaü 'gen .' Moet ik, moei ten anderen, dje van den waaren toedragtd'er zaake behoorhk oaderrigt zyn, op het leezen deezer pasfage met denken, dat gy ftudjeus de zaak in het vereerde, licht voortrek, om het crediec van e» eonjtuiiserden en hunne verrigtingen een vreef te geevTÈnf om aan hec oogmerk uwer principaa- len cn andere Ariftocraten des te beter te beantwoorden? Hoe pu, als het met het paralel van uwe applicatie eens eveneens gelegen is, ais met' de aceiiratesie uwer aanfaaaiingj Weet gy alles wat er gepasfeerd is mee den Heer Yvoy en de Bur. gery <- Weet gy wat er gepasfeerd is tusfehen hem en zyr.e Mederaaden? — Weet gv de ïï volgen welke een vöorig deswegen BeprjefonteeH reqaefl door de Burgery, heeft l&ad ? Weet gy hoedanig voorige adresfen, zo ten nn. zicn van der. Heer van Goens als meling. zyn aan genomen en behandeld? Ditaljef beboördèt gy te weecen, en naar vcreifch overwogen tc heb! ben , voor cn aleer gy dan nog hec ledra* van Gecommitteerden zejvefifc fallf, t0£n? erf •— voor cn aleer gv die geval rêl,,t S * de bedeling ^Vyg&ffi£gg 2 \ za! deeze ™* met verder intreeden , mm, de zelve overlaaten ter verdedigihe van rff n w„ ^ der Kemp, indien deeze S^oodig ooife of der Gecommitteerden zelve, die daai'by £ „ e' re.feerd zyn; my aileen vergenoegende me*Tot der het oog gebragt te hebben: dat Gec^nst^tu-  ( 470 ) ï er den nm Ut minjle *f™^J^Z\t steent zv op hun rekening fielt, en tevens uwe ie££Theb^engewaarfchuuwd, van niet a les voof poede munt nan te neemen, watgy, or ter Kwaa. Ie troiw ! of door disattentie , Haar wilt op den ■ST^S hier uit zult leeren in je vervolg VoorzigtigergJQ accurater te zyn, heb ik de eer my te noemen: Mïn Hesr! UEd. Letter j „ ,.„ Een Geconftitueerde UtrechC y.n Utrechts Burgery. den 4 October verkopers ai Stuiver».  D Ê V R Y Ë NEDERLANDER, fto. *9é w JL^et is bewezea en men houdt het voor onbc£ miftbaar zeker , dat de Stad Utrecht op zi4 zeiven omtrent haare domeftique rechten en zaaken eene fbuverainiteit bezit, geheel onaftanaeJyk van dc overige Leden van Staat —- cn dat deeze Souverainiteit, de byzohde-c rechten deezer Stad, voorheen hebben overtrof, fen de rechten vaa andere Steden van deeze cn andere Provintien. Eea blyk van de fuperioriteir van de Stad, als het derde lid van StaRaTSken , het voorgevallene in de jaaren 1581 en naderhand m i6i dat is dus te zeggen: dat de ongerechtigheden en willekeurige over heerfching nog geen einde hebben!!! Fiet is dus niec alleen bet recht van {lemming der ftad, als derde Lid van Staat, dat by overftemming hier door gcvioleerd wordt, maar deeze o* verftemming heeft zelfs plaats ten opzigce van een zaak» waar by dit Lid alleen geïmporteerd isj en waar by haar tegen de reeds erkende en aêfoude rechten en privilegiën wordt opgedrongen, een hoofd van haate schepensbank waar tegen zy mitdruklyk -protefteert. Hoe verre dit is overeenkomftig met den eed welke de Leden der Provintiale Staatsvergadering zweeren , om elkander by hunne rechten en privilegiën te maintineren, kan elk by de natuurelyke gevolgen geinaklyk V3n zelve opmaaken. — Kan men met eenige mogelykheid deeze handclwyze met den gezegden eed overeen brengen zelfs m gevalle men zich beroept op het Reglement van 1674 ? Want, daar volgeads het fuftenu der Stad de Hoofdfchout een geboren Burger * en niet befebreven in eenig ander lid van Staat, moet wezen, en dit fuftenu opgeenerhande wyze wederkgd is van den kant der voorftemmende ledengelyk ook door het voldoen aan de begeerte der Stad en haare Burgery, geen de minfte prejuditie wierd toegebragt aan de vooiftemmendc Leden, ■ ■ en zelfs even min aan het Reglemetsc van 1674, wyl dc Commisfie alleen voor drie jaaren bepaald is , en deze drie jaaren als nu waren geëxpireerd , en dat daarenboven het verzoek der Stad niet was om den tegenwoordigen Schout geheel en al van zyn ambt te ontzetten, ofte degraderen, maar in tegendeel, om hem in dien poft te contimieeren by provifie, en tót dat het Reglement G g 2 van  v470 vah Regeering deezer Provintie finaal zal zyfi gearresteerd ; zo is het een zeer onaangenaame hoon , dien door deeze handelwyze de ftad is aangedaan , waar door het fchynt, dac men haar' by voorraad heeft willen toonen, dat, hoe zeer men theoreciich ce Souverainiteit der Stad, omtrent baare domestieke Regeeiings beftelling, wil beWecren, men dezelve in effecteniet kan doen gelden, indien het den voorftemmenden Leden niet goed dunkt haar van haare patrimonicle rechten te doen iouisferen. Op dezelfde wyze is het gelegen met het geval, waar van wy in ons voong No.' fpraken, ingevalle het fufttmu doorgaat van hun , die geweerens halven het nieuwe Reglement op de Stad» Kegeerirgsbeftellingnietmeenen te kunnen aangaan, voor en aleer zy, Staatswyzt, van den eed op het Reglement van 1(574 gedaan, zyft ontflagen, — wat toch kan het baaten , dat de Stad te vooren gefuftineerd heeft , dat haar alleen competeerde het applaneren der domeftique poincten de Stad betreffende • ■ ■ - hoe zal zy in deezen van haare fouverainiteit profiteren kunnen , indien het aan de voorftemmende Leden ftaat, haar al of niet het gefiot te laaten van al haaren arbeid . haar a! of niet te ontflaan van den provintialen eed op het Reglement van 1674 gedaan, ter Staatsvergadering comparerende ? Hoe zeer men avoueerd, dat het Volk , het ganfeha lighaam der Burgery, magt en recht heeft, om dèn ganfehen Raad te ontflaan van den eed, die zy als Raaden aan de Stad aan hec volk . > heeft gedaan , zo kan dit nogthans van weinig nut zyn , zo lange men te gelyk zwaarigheid maakt, Om ter zeiver tyd den eed te doen op het nieuw geapplaneerd Reglement op de Regeeriag» beftelling der Stad , zo lange zy daar door zoude verftoken blyven van te CompareereB ter Staatsvergadering , indien de voor- ftéffi-  ( 475 ) (temmende Staatsleden konden go-dvinden, tc blyven perfisrcren by den cod op het provinciaal Reglement van 1674 gedaan. Hec is onbecwifrbaar zeker , dac hec nier aan elk lid van Regering willekeurig moet vryftaan in haar faveur zich van |ecn gezamelvk gedaanen Eed te ontflaan, wyl daar door alle banden van orde en Regeering al rafch zouden kunnen ontbonden worden; docli hét geval waar m wy thans ver- leren, is niet van dien aart, dac zv als willekeurig en cigendunkelyk kan worden bifehouwd; maar veel eer, j^t hét perlifteretj by den vaorigen eed en hec weigeren van' oritflag van denzelven by de voorltemmende Leden, wanneer dit door het derde Lid ernftig wordt begeerd, als een daad van willekeurige arrogantie kan worden aangemerkt. Als men in aanmerkinge neemt de Conftitutie onzer Pravinriale Regering j dat de twee voorltemmende Staatsleden, alcbans het Eerfte» volftrekt geen reprcfentacief, dat cigcnlyk de waare Republikainfcne Regecring moet uiernaaken, bezieten dat wel voorheen by hunne inftitutie dit reprefentatief heeft p4aacs gehad , tóen bet Eerfte lid dc veelvermogende Gecltelykhcid rep'o lenteerde, en toen alle de Ridders, als befenermers van den Lande, by w.en de kryg.smagt heruitte en wclka in tyden van oorlog mee een zeker getal manfehappen, op eigen kofte moeften te velde verfchynen , als de verdedigers der Vrvhdd wierden aangemerkt: doch zints du reprezencatief geheel en al ophoudc.zincs deJceftelykheid onhoudt, zints de Collegien welke te vooren door dit' liu ter Staatsvergaderingwerdengcreprefenceerd,van Conftruccie zyn veranderd* zints zy niets meer va:: hunne origine bcziccea , en zy zelve niets meer uicmaakui dan weraldlyke private perfoonen , even als andere pnvi'e Burgerlyke collegien, broederfcuappen en gilden; is ook het reprefentatief van het Lid der G S p ge-  C 47" ) eeëlieèeiuieri'» dit thans uit het ganfche lighaam der Burgeren kan verkoren worden , geheel chi- ineriek- Even eens ishc: gelegen met het lid der Ridderfchap ■ immers, dit lid verbeeld op zien zeiven niet meer de gewapende magt van den ftaat.' de Leden mogen zelve met meer in krygs dienft van den lande zyn — Zy brengen* zei ve daaraan niets meer en ze,fs veel minder toe dan een Burger. In tyden van oorlo? «erfchysen zy niet meer ais zodanig te veiv'e, tot afbreuk van den Vyand. ' over t. geheel zvn zy ze.fs met hunne huizeu ontheven van veèie latten , waar toe andere ingezetenen vejtpligt zyn Zy hebben de oude voor¬ rechten, die zy hadden toen zy in perjpneeic dienft van den lande waren , in veele , zo met alle, opzigten behouden j zy zyn zelve bevrvd van de Sehutteidykc dienftcn , waar toe andere Burgers en Ingezetenen verbonden zyn. „ Zy verbeelden niec meer dan de andere leden van Staat , de opgezetenen ten platten lande, en compareren dus ter Staatsvergadering , even als bet eerfte lid , niet anders dan voor hunne perfoonen —— cn hun reprefentatief is geheel chimaeriek ■ • Het derde Lid daar en tegen, beftaande uit ce Stad en' Steden van de Provincie berecht , bezie volkomen alle dc deelcn die toe eene Repuoh-. cainfche Rsprefentatie behooren. Het vertegenwoordigt met alleen bet ganfche lighaam der, Supers en inwoor/ers'der Steden, en onder die ook*dè cpllegien welke te vooren door het eerftc Lid wierden gereprjfentcoru, zo we! als op* d'e Edelen, welke a!s P,urge-s cn„Inwooners in de Stad en Steden gezeten zyn ——- maar het vertiervvoordigc ookmeds ais derde Lid van Staat S'optcScn^ten platten lande Dl, W wordt dus niec alleen verkozen ..uit fiét| ganfflhe lighaam dés Volks, dac door hetzelve vertegenwoordigd  ( 477 ) wordt. tfnar het is daaraan ook verantwoording en rekenfehap fchuldig hec we k van geen der andere leden kan gezegd en aan jeeoo^d worden ■ daar deeze veeleer zullen advoiieren, dan zy aan niemand dan God rekenfehap verfchuldigd zyn, Hoe zeer men nogthans woi wil avoi'eren, dat in deeze Conftitutie en 'Regeering deezer Provintie, zonder inconveniëncen geen verandering kan gemaakt wordca, en deeze beide Staatsleden behoren gedoogd te worden z3 willen wy ech~' ter daar int die gevolg afleiden : dac hec derde Lid van Staac, als reprefencerende alleen hec ganfche lighaam des Volks in Stad cn Steden , ook als hec nocabclfte Lid van «Staat, als daar by hec raeefr geintresieerd zynde , behoord aangemerkc te worden , cn als zoianig ter ftaatsvergaderiun; zyn iteai ook het me;!t behoort te galden ■ vooral daar de Compiratie der overige Leden met dit Lid in geene vergelyking kan komen, en niec anders dar, ieremonieel kan worden geeflimeerd,' in gevalle men dezelve waardeerc naar de fehattea welke door eik derzelven tot gemeen onderhoud worden aangebragt en gecontribueerd. D m , hoe zeer men in onze Reptiblikainfche ReprsefentatL'c Staatsregeering wel kan gedoogen eenige oude overblyfzelen der voorige regeeringswyze , welke thans geen realiteit meer bezitten, zo lange zy niec coc nadeel of prejudicie vat hec reële gedeelte verftrekken zo veranje/r nogthans deeze zaak geheel van gedaante, war?, neer het verouderd Chimericq gedeelte in fi^a'c kan zyn, om over hec reële te predomineren, èVi aanleiding geeven, dat de volksvertegenwoorjliging in gene perfonele zelfregeei ing veraart j en deeze, uithoofde der oöVerahf"w?>órdelykh(ïfd* geen ander dan zelfbelang hebbend:, de'conftjur' tionele reprefentative regeering over kan wée'2 gen. Gg4 za!  1478) £al men dan de overblyfzelen der au chemeriefc geworden rcpi efematie, in onze Staats regcering, zonder prejuditie van het reële gedeelte, kunnen blyven behouden, dan moet bet eerfte niet anders dan ten voordeele van het laatfte kunnen werken; dan moet het laatfte zo verre de overwigt behouden, als het belang zwaarder weegt van het ganfche Volk, dat daar door vertegenwoordigd wordt, — dan dat van eenige individus, op wien het byzonder belang meer mogelykheid heeft om tc werken. Pasfen wy dit nu top op het geval en de om,'' Handigheid 'in welke onze |Prorintie verfcert , dan zal men overtuigend zien , dat voor den tegenwoordigen tyd de behoorlyke evenredigheid niet in acht fchynt genomen te zyn, om het al» gemeene welzyfi boven de byzondere invloed te bcwaaren. Indien het waar is, zo als wy meenen op goede gronden te hebben aangetoond, dat de twee voorftemmende ftaatsleden niet! anders kunnen worden aangemerkt dan voor hunne individuus ter Staatsvergadering te verfchyncn en het derde lid daar en tegen in zich eén aanr tal van ten minften 50, coo Burgers en Ingezetenen reprclenteert, dan is het onbetwiftbaar zeker, dat de ftem van deeze in het belang van hun die zy reprefenteeren, de ovcrwigt behoort te behouden. Daar dan de ftemme des Volks roept om ontheven te worden ivan een Reglement van Regeering, dat met haare Conftjtutionele infich. ting niet ftrookt ——- welkers onwettigheid door de'drie leden van ftaat gezamelyk is erkend en aangetoond, zo zoude net als een daad van geweld cn overheerfching moeten aangemerkt worden, wanneer de voorftemmende Staatsleden gebruik wilden maaken van de magt van overftemming die haar, niet anders dan tot een goed einde, ja" ovctgekaten , en het derde Lid weigerde te »nt.flaan yan een eed, dien zy in gemoeüe Biet km.-  % m) pen houden, veel min vernieuwen ■ ■ ■- hier door zouden zy lchynen aan te duiden , dat het doen van een eed alleen eene formaliteit was, zonder eenige betekent*. Daar het intusfchen bewezen en buiten eenig gefchil is, dat het Volk volkomen magt en recht heeft, om te cifchén dat het overeeakomilig de Conftitutie cn aêloude rechten by reprefentatie worde geregeerd —*» dac hetzelve de magt —■ en de prigineele magt, heeft, om haare reprefen. tancen te oncflaan van de* eed dien zy .hebbea gedaan op een Regtcaient, dac alleszins fchadelyk voor de vryheid en rechten des Volks is geoordeeld; zo zou het een bewys zyn van de fchadelyfcheid der Provinciale Regecnngsform , indien ]de ftemmen der voorzittend» leden in ftaat waren, om tegen te houden zulk een begeerd ontflag uic den Provincialen eed , na dac een verbeterd reglement yoor de Stad is tot ftand gebragt, niet laborerende aan die gebreken, waarom hec voo rige voor de provincie fchadelyk wierd gekeurd. Men maake uit hec een en ander hec gevolg op, van het geene wy boven zeiden van dc gehouden handel wyze ter Staatsvergadering van den 2% September. Men maake al verder het ge ■ drag op van de handelwyze op den 7, 8 en o. Qclober gehouden! Daar het Collegie van Gedeputeerden is ingerigt om by abfentie der Staaten het Collegie van hun Ed. Mog. te reprefenteren, en aityd by de hand te zyn, waar toe dezelve Commislie ook haare inftrucVie oncvangc en haare legies gsniet, daar kan men mee grond oordee. len, hoe ver eenige leden aan dit oogmcrK be« antwoorden, ingevalle zy niet alleen een en andermaal op requifitie van het notabelfte lid van ftaat weigeren te Compareren, maar zelve zich van de hand maaken, zo dra zy van hec voornee. men om te vergaderen verwittigd zvn. Een van beidenis derhalvcn onbetwiftbaar zeker, Që S of  ( 4^0 ) «of de twee voorftemmende Staatsleden verfciry» nen niet ter ftaatsvergadcring in 's Volk naam,, maar alleen in hun individu, of zo zy mede ecdccltelyk het Volk vertegenwoordigen, handelen zy niet. overeenkomftig de 'Conftuutior.ele regeerings inlichting deezer Republiek , wanneer zy geen'gehoor , verleeren aan dc ftemme des Volk , welke zy hebben opgeroepen om hunne bezwaren tegen dc fob* ifterendc regeerings wyze dezer Provintie op te geeven. ■ ' En , by wettigen gevolge is het dan ook onbetwiftbaar , dat , zo zy zich willen gecontidereerd hebben als het Volk mede vertegenwoordigende, dat zy dan ook verantwoording aan hetzelve verfchuldigd zyn, ingevalle zy zich niec gedragen overeenkomftig hunne inüructic en bezworen verpligring. Als men dan eens wil nagaan, hoe verre m deezen de byzondere invloed boven hec algemeen belang predomincerd, dan behoefc men maar te. vergelyken het verzoek van Amersfoort en Utrecht tot net beleggen tn byeen brengen der vergade. ring van gedeputeerden -1 « ten minften tot bet concluderen in dezelve!!! De eerfte wierd geconvoceerd door één .... ten huogite ten faveure van eenige weinige perfonen , en ten na. deele van eene ganfche Bunrery de andere werd geweigerd , ten minften door veele leden, fchoon verzogt door dc Regeering van hec notabellle lid van ftaat, ten voordeele en requihtie van eene ganfche Burgery die zy vertegenwoordigt men beftisfe zelf, welke handelwyze meelt met het oogmerk ende Conftitutie eener vrye Re. publikainfche Volksiegeering by ; Reprcl-eacacie ftrookt of ftrydc! Men beftisfe al verder welk een naam men het zal moecen geeven , dat de overttemmig deezer voorftemmende Staatsleden, kan tegenhouden en doan weigeren, hec ernftig begeerd omflag uic den e^d o? het Reglement, zo allcszia, lirjdig mee de  C 457 ) Vryheid geoordeeld, dac men heeft noodig geacht «Ie werking daar van in den voorleden jaare te furcheren, tot dac hec nieuwe Reglemenr op ae Regeering der Stad zoude zyn geapplaneerd. —door zulk eene wyze van ilemmmg immers, ligc voor altyd dc, Souverainiteit der Stad , als hec notabeifte 'Lid van Staat in het voetzand getreeddtj, ingevalle zy zich 'déswcègèn niet weet ce mainti. peeren ■ hier door is hec ligc te voorzien, dat zy geheel cn al zich "zal moeten voegen naaide particuliere fentimemen van enkele perfoonen die de ftemvceren naar de wind van eigenbaat;, en deeze ftellen boven hec wejzyrj en belang des ganichen Volks en de onafhanglykheid een ar vrye Republiek. De tyd intusfehen' zal moeten Ieeren, welke gevolgen en uitwerking deeze handel wyze op de eigenlyke volksreprefencanten , de'Regenten der Stad en Steden, die hec derde lid van Staat uitmaaken, zal hebben, en hoe verre de flurgcry der Stad zal reüsferen in he; door haar gedeclareerde-, dat zy niec kan gedoogen dat haarej Regenten op nieuw worden gebragt onder den eed van een fchadelyk en drukkend Reglement; en of metfin gevolge eene werking van hec zelve , haar een nieuwen Raad zal opdringen die zy , vol¬ gends haar toegedaan, recht, niec kan ontvangen of erkennen. Hebben onze Voorr.Uilcren, by dc af/.weering van een dwifigefanJfchcn Pmut/s d:n II, ce recht gezegd: del lief Valk niet is o:u den Vorft , maar de {Surft om fiel Kolk, en zy om die reuen begrepen, dat hQt Volk de magt'en hec recht had, om een willekeurig Vorft aftezwecrJn en mee lan. ger voor Heer te erken.rm ; hoe zeer zo» men dan tegen deezen grondregel, op welke onze bcvrydv.g uic het juk der Spaanfche fhverny 'kegrondvcir'ji, .aatj werken , indien de iiicdrukiykfc pegeerte dei'Volksniet ;.n ftaat was, om te wege te  te brengen ', dat Haare Reprefentanten niet op, nieuws werden gebragt onder een eed, waar door zy volftrekt tegen de uitdruklykc wil en begeerte des Volks (die dc eenige oörfpronglykc fouvcrain van den lande is,) zien declareren , en verpligt worden aan te werken. Hoe zeer zou. de men niet toanen tc willen treeden in de voetftappen vai een willeurigen Philips, welke zich, boven de wetten verhecven achtte , cn zich der ftemme en klagten des Volks r.iet bekreunde! Hoe zeer zoude men betponen ue ftelregel onzer Voorvaderen en der Republiek te willea omkceren, en fchynen ftaande te willea houden, dat het volk om den Regent, enj niet de Regent om het Volk is , in gevalle men het Volk een Regent wilde opdringen dien het niet zelve verkozen had. Maar hoe zeer zone» men ook niet betoonen ,. dat men de woorden , eed cn pligt niet Panders hield dan voor ftopwoorden zonder zin of betekenis , ingevalle die Regenten , welke in den jaare 1784 hebben gerefblveerd tot de furcheance op het Reglement van 1674 , op fundament van deszelfs onwettigheid, als nu zouden kunnen goedvinden dat Reglement op nieuw te bezwceren, aangezien het zelve fints een jaar tyds nog niet is verbeterd, maar nog even ftrydig is met de regeering vaa den lande, zo .als die van ouds geweeft is • en nog even veel willekeurigs aan den Stadhouder overlaat als in den jaare 1784* • Welke ftaat zal men danj voortaan moeten jnaaken op dcclaratoiren, refolutien en propoüti- en? en het zal te bezien zyn of men niec tot de gedagten zal moeten komen , dat zich de woorden alleen fchjkken ,naar het cigbnbeiang , en niet naar hec wezen van dc zaak, ■ De Hemel geeve dat de wsorden, welke door onze voorouders zyn gelegd tot een grond van de verdediging der afzwering van {een Dwingeland, niet weder de gronden der verde- dit  C4«I) diging tier goede zaak des Volks moeten worden? Dat zy niet op dezelfde fundamenten van haaf onbetwiltbaar recht, haar magt zal behoeven te veftigen, en in kracht toonen dat de Volksmagt en Volksfte» meer zyn dan bloote woordfpeelingen en klanken, waar mede men de Eenvoudigen zoekt te doeken, om haar deafchya. voor het wezen te doen omvatten. 0Ï  C 4«4) OP DE NIEÜWE [voor het Genootfchap van Wapenhandel, onder de fpreuk: Pro Patria et Libertate te Utrecht. "verheft ü Eato's Zoonen! Klimt uit uw flaaven ftand ! Hier moet de Vryheid woonen, Hier is heur Vaderland. Hoe heerfchzucht woed door fnood geweld, Als 't Recht of Vryheid geldt Sprceke onze ftem Met kracht en klem: Dan moet elk Burger zich een held Voor 't Vaderland betoonen. De  ( 485 ) De lift van Aterlingen Dreig vty met vuur en ftaal ; Derlhelden Roers en Klingen, Zet aan de Dwangzucht paal. Wie immer 'c recht des volks vertrapp', En ding' naar 't Meefterfcbap,] Nooit bukken wy Voor Dwinglandy 'z Is met haar uit, waagt zy één ftap Om verder door te dringen» Staat pal dan, BatavierenJ Wat immer valle of wyk', Wy zullen zegevieren, Op 't fchreeuwendft ongelyk. Standvafrightw'd en Moed verwint, Als Eendragt haar verbindt. Dat tweedragt zwigt' Voor Burgerpligt; En 't recht in u befcherming vind'! -— Dan plukt gy eerlaurierea, Da«  C 486 ) Dan zullen uwe Zoonen, In hunnen vryen ftand, Uw nagedagtnis loonen, Tot eer van *t Vaderlandé Dan ziet hun deugd het fnooi geweld! Voor hunne magt geveld; En door de klem Van hunne ftem, De magt en de eer des Volk herfteld En hier de Vryheid woonen. J. v. M, Az# Tc AtnfUrdamt by J. Weppelman, F. H. Demp ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by B. Wild, A. Stubbe, J.Lieftink, en alom by de meefte Bock» verkopers a 2 Stuiver*  D VRYE NEDERLANDER» ,i Nu zyn ty het eens met ons, 20 lang wy voornaame. „ lyk beöogen een gezag te bcfnocyen, dst orieindii ■ „ buiten zyne rechtmaatige g'enzen geiteegel! was » - - maar als dit doelwit eens bereikt is, als het er op aankomt, om dc vvezenlyke rechten van een „ Vry volk, op onwrikbaare zuilen te laaten «eder„ zinken: ach dan ■— dan zullen ze zich doen kep. nen , en God geeve, ó myn Vaderland! dac ze dsa w de meede-rheid niet uitmaaken! "■ De Patriotten. TopctlJpJ, C^Taf de Vroedfchap 'der Stad Utrecht op den 23 September 1783 aan den Stadhouder kennis van het hgten eener pasfage uit den eed, bv de aankomende of gecontinueerde Raden gedaan moetende worden, betrekke^yk tot derzelver domestique verngtmgen, alleen om dat het hun voorkwam niet te Jirooken met het bekomen van mminaUen en Commisfien op zyn rang en ouderdom in de Reeeerim II. Stok. Hü en Nc. 29.  C 4»* ) cn dit wel voornaamelyk op fundament van hei nut eu de weivaard van Stad cn uUjfgery, welke JiV HUN DT7. HOOCSfE w 1 t MOKT ZYN. Hoe yreemd moet het dan niet elk in de ooien klinken, dac ook die zelve Raad niec Collegialiter re. fplveerc , op begeerte van dc ganiche Burgery, de ieden van hun collegie re conftricocereii toe hec doen van een geiykea eed, waar by zy zich niet verbinden iets na te komen aat met 's lands en Stads Privilegiën,'Rechten en welhsrbragte Cot* turnen Jirydt. Te meer, daar het neg pjm- nier geoleeKen is, dat het btgetven dei ambten ca Commisfisn , volgends eene nominatie of verkiezing, meer ftrydt met het nut en welvaaren der Stad en Burgiry » dan het bezweeren van een alleszins be» weézen, schadfxyk en drukkend Reglement» tegen het welke zich de Stemme oes Volks, hunne Rechten reclamerende, ten jlcrkjlen verheft, 1 daar ten aanzien van het eerfte , zich nimmer de ftemme des volks verheven heeft. Daar het nu dc pligt van een welmeenend Ret, gerit is, de kalmte, rujl en vreedzaamheid onder ,, dc Burgers en Ingezetenen te onderhouden, her„ ftellen en bevorderen, en alle te dttgten onheilen „ van onrust en verwarring en opfchudding met alle „ mogelyke middelen voor te Komen , ■ en deeze kalmte, ruft en vreedzaamheid niec fterkcr kan worden geturbeerd , dan door het van de hand wyzen van een allerbillykft verzoek der ganfche Burgery , dat een jaar te vooren alle louange en appai meritcerde, in zo verre dat daar " door eene furcheance van het onwettige Regie» ment, zo verre het de gewoone jaarlykfche Stedelyke regeerings verandering betrof, werd geëffectueerd; — zo zal men zich ten hoogde moeten verwonderen over de verregaande ongelykheid van de befchouwing der zaaken in her een en ander jaar!!! Is het; waar, zo als de Vroedfchaps refolutie * va»  C 4% > Van Maandag- den] 20 September 17*84 met ronds woorden zegt: ,j dat het Reglement van 1674 niet ,, anders dan onwettig en direct jlrydig tegen 's Lands ,, en Stads rechten en privilegiën 'kan bej'choüwd'woré ,, den", en het bezweeren van het zelve dus nier. anders kan worden gehouden dan danloopende tegen het nut en welvaaren van Stad en Burgery, welke by een Regent de Hoogste wet moet zyn; zo is het met het volRe r-;chc, dat de Burgery da zuiken, welke dit alleszins fchadelyk en drukkend Reglement opnieuw, pro ut jacet, bezweeren, niets anders houdt dan fchadelyk voor deeze Stad s en voorjianders van een drukkende regeeringsforme, welke ten eene'manle Contrdriectt en in zo veele opzigten (Irydig is met de Privilegiën, Èandveften enge* rechiighzden van deezen Lande , aan wien zy moeten onttrekken alle vertrouwen, en zich ontdoen van alle gehoudenheid envcrpligting: zo als zy zicht er waar-' fchowing, by voorraad, op den 11 October heeft uitgedrukt. En daar , niettegënftaande dit plegtig gedeclareerde van de Burgery, mee 's Vroedfc'haps ei=? gen woorden, veele Leden van den Raad hebben kunnen goedvinden het fchadelyke en drukkende Reglcmenc pro ut jacet op niéuw te bezweeren, en zich daar door niet alleen te verpligten tot onderdrukking van 's Lands en Stads privilegiën, maar ook, volgends hunne voorige Helling, opnieuw de hand*n binden om over eeaiae verbetering in het zelve te kunnen confereren; zo zullen zy het ook zich alleen te wyten hebben , wanneer ;dc Burgery (wier reprefentatief zy in deezen fchand lyk misbruiken) op hen by tyd cn wyle verhadt, al het fchadelyke en drukkende en alle verdere gevolgen waar in de Burgery zich hier door zal gebragt zien. Hoe zeer agtien Leden van den Raad het Reglement van 1674. niet dan onder referve op nieuw hebben beécdigd, en nog agt eene nietsbedt/iden* de reftrictie daar by hebben gevoegd; zo heefc H h 2 nog*  (49° ) fldgttians hst collegie zelve , gelyk in den voot* leden jaare , dcrwcgen geene finale cpnciiilie geno-men» maai' zich mcerendechftiizwygendi.» laaten welgevallen, ce weigerende dispofrie der voorfremmende Leden van Staat, aangaande de opheliing van den eed op dat Rcglem-mt, zo verre ku Stads domefticke Rcgccringsbeitellmg betrof; als ook de vrye befchikidng van den Stadhouder, omtrent de Regeeririgs verandering, ovsieenkomflig dac Replemcr.c, cn de vervulling der Vacature , — Wat is het oogmerk ge¬ weeft waarom men het willekeurig gezag en de invloed des Stadhouders en zyner Luitenants heeft tegengegaan en gefnuikt V Immers mets anders, dan dar de delpotickc handeiwyze dcrzslven niet ftrookte met de Conftitutie eener vrye en onafhanglyke regeering! dat de repre- fentative Regeerings wyzs vereifchtc , dat elk lidvan oen Raad vry en "onbelemmerd zyne gedagten konde uitbrengen, cn zyne Rem geeven o?ereenkomftig zvn pligt en geweetcn , omtrent het belang des vólks dac hy mede vertegenwoordigt, . zonder naar den wil van eenen hec ware welzyn des Volks ce verraaden en de oorfpronglyke Vryheid, die met zo veele ftroomen bloeds gekogt is, ce verkrachten. — En hoe ftrookt het met den aart onzer Regecnngsforme , die hec Volk vercegenwoordigc, en volgends zyn oorfpong aan hec Volk rekenfehap verfchuldigd is? wordt deeze grondconftitutie niet geheel en al tegengefprooken en omgekeerd, wanneer men het billykfte verzoek des ganfehen volks, (afhangelingen en Familien van Arifiokrarifche cn flaaffche Regenten daar niet onder gerekend} dac alleen gegrond is op de ervavenis, op de erkenning van alle onzydi-ze, verftandige, ftaatkundigen —■— op de uitdriiklyke letter 'der befluiten ue< Raads zelve, veracht en in den. windfjaac? Men heeft fints cenigen tyd veele Burgeren, welke zich aanhoudend beklaagden over verfcheide raadsbesluiten na den n Maart genomen, en zich op den 2 Auguftus hadden gevoegd- bv het verzoek hunner Oecominicecrjcu, tot vernietiging van dezelve, zoeken ne.ier te zetten,, met hec argument: dat de Regenten, het Volk vercegenwoordigende, nimmer konden gebragt worden cot. «enige kleinigheden, (als was het intrekken van  C 493 ) genomen refoluiieni) of de achtbaarheid van h»c Volk zelve wierd daar door verminderd en beledigd maar g^fceld e«ns dac deeze reden ia alle opzigtea gelde ■ dac èeag, fefp.luüe , by meerderheid genomen, zonder contradictie of procertdcr minderheid, voor wettig doorgaaf; hoe verre loopt hec dan niet aan tegen de uc ïcbïKheid van den Raad, en de onwankelbaarheid van derzeh er genomen refolutien, indien een gedeeke van'datcoli iegic, eene kleine meerderheid, dezelve, te^en hec verzoek' van her Volk, tegen hc: proteft der minderheid, terftond, of wanneer het haar g oei*dunkt, weder kan verniecigen cn buiten effect Rellen ! -r—— Ea wie kan ontkennen dat dit het geval is van de refolutie van den 20 September 17S4. en 4 April 178Ï? Vergelykt men dit geval.mee hec ver* zoek der Burgery, cot intrekking der refolutien en publicatie na den 11 Maart, welk een hemels, breed onlerfchejd befpeurc men d;.n niec in beiden De refolutien en publicatie na den n Waart waren genomen cn gedaan, niec zonder vooringenomenheid en voorbaarigheid, tegen hec pro« telt der minderheid en ten hoon en nadeele van de eer der Burgery ——• dc daar na genomen gerech:clyke iniormatien leverden daar van de be« wyzen op. — Hef befluit van den 20 S-p- tcmber daar en tegen, werd genomen op ver'/.oek der Burgery by drie requeiten , zonder dat de, eefi van de andere wift, waar van één ondertekend was door 1784 Burgers en Ingezetenen —het wed genomen op eene gelyktydïge proportie van verfeheide Leden des Raa'ds," voordgevbcii uic'. de betuigingen eener ftaatscoramisiie : liet werd dus byna eer.paarig geno nen , zonder eenige tegenfpraak de refolutie van den 4 April deezes jaars werd insgdyks genomen, uic aanmerkinge vanjice recht, 'dér Burgery toekomende: En beide deeze weccige en wettig genomen refolutien zyn het, die als nu, door eeH h 4 nc  C 494 ) ne kleine meerderheid , door eene hernieuwde invloed misichiea, worden vernietigd ; en waar tioor tevens de authoriteit der Raadsbefiuiten al haar kracht en waarde verliezen. Is het waar dat eene vergadering haare wettig en eeRparig genomen refolutien naderhand weder kan intrekken eh vernietigen ; het is ook waar dat deeze vernietiging even eerpaarig behoord tc ge- fchieden, als het neemen v,.n dexlve het is ook waar dat de reden daar toe even gewjgtig, even noodzaaklyk moeten zyn; enfin, "dat de nood, het recht, hetwelzyn des Volks , zulks moeten vereifchen. Dan wie zal durven bewee- ren dat dc nood, het recht, het welzyn des Volks, vorderden, dat het gefurcheerde Reglement van 1674, weder op nieuw in obfervantie gefield wierd na dat het fchadelyke en drukkende daar van was aangetoond; dat de eed op bet zelve weder moeste vernieuwd worden? Dat de aanftclling der Raaden, tegen 's Vroedfchaps refolutie, weder door dep Stadhouder moeftegefchieden, IjnietdeJalnsfofuli door alle tyden het zelfde in het eene jaar als het andere? Daar dan, dit welzyn des volks in, alle Regceringen cn allerbyzonderft in de Repu« blikainfche', de hoogfte wet moet zyn, daar de vox. Populi, de ftemme des Volks, in een regeering by reprefentatie de hoogde Wetgeever. is., hoe kunnen dan, (daar deeze vox Populi nog even dezelve is als in den voorleden jaare , cn"zich even zeer verheft , tegen het nog even fchadelyk en drukkend reglement van 1674,) dje geer.en, welke zich tegeu deeze falus&vox Populi verzetten, voor vertegenwoordigers van dat zelfde volk gehouden worden! Of het moet kunnen doorgaan, dar, zy reprefenteren dat gering gedeelte der Ingezetenen , dat niet anders dan eigen grootheid «gen vermeend voordeel , en de onderdrukking barnier medetmrgeren , dieniets dan algemeen welayn in 't ooghouden, bedoelen!! 'Of zeu het in de daad waar zyn, dat een teêr-  ( 495 > beid van geweten by die Regenten oorzaak is dat zy zich houden aan den eeci bv hunne aanfteiling sis Raaden gedaan ? • Dat' het cie zelve tcêr- van Confcieotie is, die hun dien eed weêr heefc «doen vernieuwen? Die kunnen wy, hoe vér wy ook de fiducie in hun willen uicfirekken, niet gelooven . . . . cn wy zouden integendeel zulk een voorwendzel voor de verregaandlie huicheiaiy aanmerken. Dan is het zeker, dac er te- genftrydige infpiratien en infpraken der Confcien- cien, in een en hetzelfde geval, exceren: - wyl hec gewetens - ceds- en" pliges- halven is, dac hec ander gedeelte der Regenten, die zich ze'lvèn, gelyk zyn gebleven, den eed op dac zelfde Reglement niet pro ut jacet hebben kunnen vernieuwen, om daczy zelve, cn hec wettig befluic des Raads, in den voorleden jaare hebben verklaard, ,, dat „ het van geen Regent kan «orden gévkrqd dien eed 3, weder te vernieuw en." -en echter, h.t worde gevergd! Hy wordt vernieuwd!!! > Maar hec kan ook niet waar zyn, dac dc teerheid van geweten oorzaak zoude zvn om niec van dac oude Reglement aftegaan. Wanc geen der Regenten heefc dien eed gedaan voor langer dan één jaar, en is dus mee het einde van ieder'jaar geheel daarvan los, hykan zelfs niec meer als Regen; worden aangemerkt, indien hyden eed niet by het begin van het volgende jaar, als weder op nieuw aangefield 4 prefteert: en hy is dus, dien eed vernieuwende, meer fcauldig aan de vêrwytingen die op onze voorvaderen worden gelaaden, wegens dé onwettige medeinvoering en vernieuwing van zulk een fchadelvk en drukkend Reglement, dan deeze, vvy! nimmer hec nadqehge daar vanzo openlyk enher* haald is aangewezen enbndervunden,als hedendaags, ~ " hec is dus veel eer een bewys van geweten- loosheid, van indifferentie voor hec algemeene welzyn, voor de ftemme des volks, die hunne infpiratb'r behoorde te zyn, daczy een eed, waar vanzy öhjK (laagen waren, in fpyc des voiks, weder hebben verHh j nieuwd,  nien wd, en daar door zich getoond, met |te willen vertegenwoordigen de Burgers en Ingezetenen der Stad Utrecht, maar de cóntradkereride ftemme van Luitcnantftadhouders die zich der gelegenheid trachten ten nutte te maaken, om de Burgery nimmer te doen jouisieren van haare Rechten en Vryheden, maar dezelve by vernieuwing te brengen onder een juk, dat zy met' alle haare krachten, ten nadeclcyan hun eigen byzondere belangen, hebben trachten afte- fchudden en verbreeken ' dat zy meer dan de dood fchuwen! . Hoe ongelukkig zyn zv, die zich zo zeer verllaaven en verlasgen, dat-zy de ftemme en het belang van een enkelen, hoven die van het ganfche volk,tot hunne wet ftellen! Hoeverre zyn zy met verbafterd van den aart eens vryen Nederlanders < van het oogmerk van hun beftaan — hunnes amts en pügts, die liever verkiezen zich tegen het ganfche "Volk en hunne mederegenten — regen ai e reden en billykheid te verzetten, dan aftezien van de willekeurige en onrechtvaardige opofferingen aan den Stadhouder, ten nadeele van het gemecne welzyn , dat de hoogfte wet is. — Wat zal toch het loon 2vn, dat zy van dit alles te wagten hebben? —dat zy de fiagtoffers van de willekeur des Stadhouders of zyne vlevers zullen zyn, dat zy onbe: (telbaar den haat des volks op zich zuilen laaden, dc zaak des Stadhouders-, dtcn zy meenen vcorteftaan, onherfteibaar zuMen bederven en ce afkeer des Volks tegen denzelven langs hoe meer zullen opwekken: ~1|aC zy oorzaak zullen zyn, dat de ruft der menlchelyke maatfebappy zal worden verfloo-rd -—dat de tydeu van fchrik en verwoefting, van eeuwige vyandfc iap en haat, de toneelen van wraak cn afgryzen welligt weder herboren zullen worden, die hun zuilen betwisten het genot van een! genoegen, dat zy zouden mogen Rellen in het heerfchen en onderdrukken van hun evenmenfeh van gelvke beweeging ais zy ! Die hun eeuwig zullen verwyten het yerwaarloozen  C 497 ) van hun eigsn en des Volks wezer.lyk heil —- die bun /al toeroepen dat zy ue oorzaaken zyn van deri g wisfen ondergang van het weleer bloeiieau Ne* u.rhnd.ü Myn Heer! T ,J^n No. 27. van den Vryen Nederlander heb ik gcicey.cn een brief van een Geconfticucerden van (Jtreencs Burgery, aan den Heere Mr. H. Calkoen, over eene paslage voorkoomende in de vyfde Amlterdarnfche brief, aan den Heere van de'k Kemp, waar de Heer Calkoen warén beichulaigd eeneinac.curateidé begaan ce hebben, door het requeft, totdimiteering van den Raad Yvoy , mede op rekening van Geccnjlitueerckn te tiellcn, hec welk door den (Jeconfticueeiden by dien tiriaf worde onckend immer rnede op naam van Gcconft. gedaan ce zvn, en web ke inaccuraiesfe mv ia heccerii, by de fecture van dien brief, voorkwam, niec zeer ebt fiducie van da gezegde aanhaalingen van den Heere Calkoen ce ftrekr ken; dan hier over met een myner Vrienden Ibreekende, bragt deeze my onder nef oog de .aancekekening van de Heeren Eyk , van Senden, Dc Ridder , Smissaart, van Haeften , Bukman de la Üassecour , en v/»n Dam, te vladen ia de Poli van den Nederrhyn No, 372. en over, tuigde my met de authöriteit van zéven Raaden in de Vroedfchap , dac, de Heer Calkoen wei dcgelyk gelyk, en de Geconjiitueerde volkomen ongelyk heefc. Ik zal u de woorden van gem 1de aantekening, waar uic die blykc, hier uit fchryi ven , om u zelve te laaten oordeelen. De aaateekemng dier Heeren begint: „ Dt ondsrge. fc'htee%  ( 48o) fchreeventn hunne aantekeningen hebber.de gereferveerd teen de heden agt dagen genomen conctujie , om'trent de kkgten en 't verzoek door het groot ere en erkende gedeelte der Burgery , by procuratie , zo pook Geconstitueerde^ als Gecommitteerden aan UEd. Groot Achtbaare gedaan , omtrent den Raad Jvoy , en vel voornaamelyk daarop uit' komende, dat , omme een door denzelven Raad op de Burgery gebragten blaam , en aan een groet en notabel gedeelte derzelver aangedaane lecfie, zodanig, dat liynhct vertrouwen en de dgting derzelven met alleen geheel verkoren hadde, maar dat gedeelte des Volks zich zeer door hem beledigd oordeelde, hy Raad Jvoy DE Facto van zyne Raadsplaaize zonae worden ontzet e. z. v". Ziet tiaar, Myn Heer i wat kunt gy duidelyker hebben ! zal men zich niet moeten verwonderen over dc ftoucbeid des be« rispers, en de woorden, op den Heer Calkoen toegepaft, den zich noemendeGf.constitueekden weder terug moeten kaatzen? — Dit achtte iknoo. digu onder het oog te brengen, tcnieinde uwen lee. zeren, van deeze begaane fout door uwen correspondent, beter en meer naar waarheid te kunnen onderrigcen, het zv door deezen een plaats in uw Tydfchrift te vergunnen, of op eenige an. dcre wyze. In welke verwachting ik de eer heb my te noemen: uw beilendige (Leezer. N. N. ant-  " y kunnen niet ontkennen zeer gefurpreneerd te zyn, op het leezen van gemelde No. ^72 van de Fpjtvonden Nedtrrhyn, niet, dat wy eemgzins in twyfel (tonden, wie gelyk moeft hebbe-n, de Heer Calkoen of de Geconjtüueetde ; maar daar over, dat vvy m het Advys der zeven genoemde Raaden dezelfde fout vonden die de Heer Calkoen en wedigtop authoriteit van deeze, heeft begaan ' he: 1$ waar, het woord Geconjlitueerden ftaat duideIyk in de Aanceckcning van zeven Raaden —• cn niettemin is het een fout. £n de Confticuent in ons No, 27. heeft volfcomen gelyk, dat zod>mg adres nimmer door Geconftitueerden is een<-e« ienteerd , niettegenftaande de ftelder deezer aan. tekening en dc Raaden die zich daar mede geconformeerd, en het zelve gcrefumeerd en getekend nebben ja met tegengaande de Schryver en ' correcter van de Poft van den Nederrhyn, die daar inéde van geïnformeerd konden zyn, die abuis „ie^ ' heboen gecorrigeerd. de verfchoomng der- halven die wy in deeze ontdekking voor den Heere Calkcfen vmden is, hoe zeer zyde zaakeenig: zins verandert, zeer gering, cn beveiligt en vet, item veel eer veele, gezegden van den' Conftitu- ent, dan zy dezelven zonde vernietigen hec krachtigftè dat men roe verfdiooaing van den Heer Ga Koen kan zeggen is, dat hy op authonteit van anderen gedwaald heeft; — doch dan L nog T vraag , ot net eene voldoende verfchooning voor een man van Studie kan zyn, dat hy door blinde navolging van anderen gedwaald heeft! Het voegt een geleerden, een' fchryver, dat hy uit dc broa zelve fcheppe, en nimmer op hooren zeggen oS authonteit van anderen, doorflaa. Dit is hit werk van halfgeleerden en uitfehryvers Hoe na der aan dc bron, hoe verder van't bederf Hst voege een Schryver, vooral die berispen wil C 499 > ANTWOORD.  ( 5öo 3 dat hy de zaak die hy wil berispen, wel en in zyn* oorfprcng onderzoeke, en niec maar by een ftuk of brok, den een of ander ontleend , zich te ba paajen, zonder te kunnen inttaan voor de egtheid of onegtheid daarvan — hec is dus wel deg'elyk ■waar, hec geen de Gecnftit. in ons No, &i zegt, dat dit weiVig creiiet geeft aan de overige (tellingen , voorbeelden en aanhaalingcn van den Heet Calkoen ; zvn zy 'op even zekere authoritcit als deeze geboud, dan vervallen dezelve welligc met he" onderzoek naar derzelver cgrheid. Den Heer Calkoen was zeer ce verfchooncn geweeft, indien hv geen ander publiek herige dan dat van den fojt had kiinndtf békoui-n ; zyn Ed. leeze Hechts dé fflterüAreM Cowvt, welke te Ainiterciam by Schoorman" wordt aitgegeeven, van dert 2 nueÜuu-- heeze's jaars , waar hy met alleen uic deri inhoud, maar. ook' uit dc naams ond-rtexemng, aÜèen van de 16 gecommitteerden , zal kun .en e 'a-brracerd worden' van de waarheid van het ge. zc empter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht,, by B. Wild, A Stubbe, J. Lieftink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  D E VRYE ' NEDERLANDER. 5Noi 3cS Magdalina. 't Staat alles iioopeloos; vergeef het my, Myn Heet! Wat uitkomft wacht gt toch i Ot nood groeit meet eu meet, van du W«rf. Schoon alles ons beggeft, God heeft om niet verlsate*. Ik hoop, ceia tejen hoop, op zynen onderiUnd. Van Merken5 't Uhs va„ Leyétltt a> fc Twm|- Myk Heer! dt Vrye Nedtrlandtr! TH) DublS zo nSlf buygerlyke vryheid onzer Ke. publiek zo niet hoopcloos, ten romften zeer rrf tiek ftaat; en inzonderheid de Provintie en Stad" II. 8k CritieteT.S^ldheid'gStflyta - • *• deelt;  ( 504 ) de'k* is het van het uiterfte aanbelang, dat q'g Natie wel onderrigt worde van den ftaat der publieke zaaken, zo wel ah van het geene haar in die omftan dighcden te doen, ofte laaten ftaa. Niets is g«vaarlyker , dan , dat de publieke fchryvers , welke d'c Burgers en ingezetenen zoeken voorcchchf-n en in welke zy vertrouwen ftellen, •zelve verkeerd onderrigt zynde de zaaTcen en omftandigheden in een verkeerd licht plaatzen, en dezelve "uit dac oogpunt oefchouwende, op dien verkeerden grond "voordredencrende dikwyls den bal zo ongelukkig misdaan, dat hy kant noch wal raakt. Ik heb inzonderheid omtrent de Utrechtfche zaaken by meer dan eenen fchryver redeneeringen en gevolgtrekkingen aangetroffen , die maar alceduidclyk deeden zien, dat zy, noch de regeenngsconfticutie deezer Provintie, noch den waaren ftaat der zaaken, noch de juifte omftandigheden en relatien der tegenwoordige gebeurcenisfen verftonden of daar van geïnformeerd waren Het is my om die reden fints lange voorgekomen, dat het niet ondienftig zoude zyn voor veele Nieuwstyding-leczers, dat zich iemand verledigde, om van tyd tot tvd, in de dagelyks uitkomende gefchriften, nate gaan de misvattingen , welke in dezelve begaan worden, en ze der Natie onder het oog tc brengen en zo veel mogelyk te verbeteren. Ik heb eindelyk zelve de hand eens aan het werk geflacen om te beproeven of ik hier in eenigzins aan de goede zaak des Vaderlands van dienft konde zvn: dan, na dat ik eenen andere mvner gedagten op het papier had gefteld, heb ik begreepen, dat het afzonderlyk uitgeeven derzelve in publieken druk, niet volkomen genoeg aan myne bedoeling zoude beantwoorden, wyl het genoegzaam aanta) dagelyks uitkomende papieren door geene nieuwen , met goed fucces , konden vermenigvuldigd worden. Ik heb my daarom bepaald om myne epfteilen aan het een of ander werklyk rouillerend ï tvdichrift toe te zenden, ea daar toe verkozen den r Vryeh i  C 505 ) VitYEN Nederlander, welken tytel niet alleen öiy, tot myn oogmerk, het beft bevalt, maar we'k b,aJ my ook zeer gefchikt daar toe v Oorkont, wy,! ik reeds meer dm eens dergelvke te recht* Hellingen, als ik my voorgenomen heb, daarin neb aangetroffen. Myn voorneemen is dus, zo myn ontwerp ti bevalt, om van tyd tot tyd u, als een' fuppiement voor den Vryen Nederlander, onierden tytel van dfn xnaleëzer, myne aanmerkingen op de darrelvks uitkomende gefchriften en papieren, over de tegenwoordige gefteidheid der Êrovintie en Stad Utrecnt, te doen toekoomen zo als daar van reeds eene proeve bier nevens gaat de plaatzing derzelve zal my een blyk zyn, dat mYn ontwerp u niet kwalyk bevalt en my aanfpoorèn •m die taak ie vervolgen, ik ben: uw beftendige |Leezer. De NALJEEZER. . — Onder de hedendaagfche tydfchryvers verdienè S "eer Bernard, dc fchryver van den Batavfer geen. geringe plaats. Sints de Courier van Euro. Jtozync reize te Amfterdam geftaakt heeft, is er geen die der heerfchzucht flouter onder'de oS gen durft zien dan de Batavier', geen die het'haatelyke en gevaarlyke der zich opwerpende Ar fto! cratie naakter en duidelyker heeft durven aar oo- als even deeze: zonder nogthaans der overdreeven yver, en vooruitlopende drift den ruifchflrrïï^f1 rehbieden» "f d« behoorlyke onderge. »n te° hC • n0Sdi^s ve"rouwen des Volks, de Pp ^"^Reprefentanten, overeenkom! Itig de Republicainfche Renrefentative Regeering ü 2 dee.  ( 5o6 ) deezer landen, te verminderen of te verzwakken; Dan alle de opgenoemde verdenften . en daar door verworven achting, by weidenkenden, die d-,t blad kennen en leezen, kunnen niet verhinderen dat er misftellingcn in voorkomen — en wy ons durven verftoutea dezelve ■ ■ niet maar om te beriepen , maar om dc zaak in zyn waare gedaante te (lellen, aan te toonen. ——— * Hét laatfte uitgekomen No, 45. van bet zelve ftrekt alleszins om de Burgery van Utrecht den roem te geeven die haar toekomt, wegens rmr bedaard gedrag op den 12 Ocrober jongft-leden— wy avoueren mede grootendeels de drie hoofftellifigen welke de Schryver in dit No betoogt ,• dan bet; komt hier voornaa'melyk aan op de gronden waar op deeze fteiliegen worden gebouwd, en de gevolgen die daar uit worden afgeleid. D« fteliingen zvn de volgende». De Burgery van Utrecht heefc den 12 och gedaan dat zy moeft doen. Waarom? 1. Omdat " zy niets van het geene zy gewonnen had, verhoren heeft. ». Om dat zy de gegrondfte hoope heeft, dat 3 zy eindelyk zal bekomen het geen dat zy verzoekt. 3. " Öro dat zy altyd ter bekwaamer tyd zal konnen doen " het geen zy den 12 Ocl., niet dan met veel gevaar, 11 had kunnen doen " Wv herzeggen, het met deeze drie hoofdftelhngen grootendeels eens te zyn: maar wy kunnen als nog niet zö volmondig mede toeftemmen; dat de Burgery de gf.grondste hoope heeft, van te zullen be. tomen het geen zy verzoekt. De grond deezer hoope althans, welke daar by wordt opgegeeven, komt on» in tegendeel nog zo wankelbaar voor , dat wy zwaarigheid zouden maaken in het vertrouwen op denzelven te beruften. De grond der hoope wordt opgecreeven te beftaan daar in, „ dat de Burgery van Utrecht 25 van de 40 Regenten heeft, op welke zy ftaat kanmaaken". 'tIs waar, dat men in den ftriktften zin maar kan zeggen dat 15 Raaden den eed op het Reglement van 1674 pro ut jacet hebben ver° Bieuwi  C 50; ) nieuwe], hoezee- zom.nldeezsr «Jie-nó» ontken nen cn eene andere weodjug dan-aan zoAvn te aeven dan, van de overige 24 kan de Burgery naaiiwlyks op 16 rekenen op welke zy (lm kan maaken, te-cwy} de rettr.ctic, weke de uu-ri»c9 by het uoen van dien eed hebben gevoegd, n ichikt isvom eene Spoedige en gewenfc.ue afromA van zaaken te beleoven, De reitnetie der bedoelde 9 Heeren was yqornaamelyk: „ Voorbehoudens de, Jtaatswyze deliberatienvan hun Ed, Mw. over een nieuw Kegeerings Reglement" , cn da:, onderwerpend* ' dc i.oiiiesueke poinften, omtrent Stads Regeeriags bede hng , aan de befl.sung der voontemmende SMatleden; welke zich voorheen verbonden hebben zich niec ce zullen moeijen mee de Magiltraats - beftelling in scad en StedenJ — Daar integendeel, de meeften der andere 16 leden van den Raad, zich ' by declaratoir, by het verhand van den eed, hebben verbonden, „ tenfterkjlen te zullen coöpereren om de DpmejïiqifeRegeenngsbeftellii^ deezer Stad, met ' den eerjlen te zullen afdoen'1. Maaken wy nu hier uit op de grond van hoope op he fpoedig afdoen' tier zaake - de hoop van ie zullen bekomen net geen men met zo veel reden verzoekt: waar/al men dan hec ende vinden ? laaien dc Meerderheid van den Raad der Stad, hederde hd van Staat, zelve in het begrip is, ciatzv zelve het domeftique van de Stads Regeerins niec* kunnen veranderen en arresteren, zonder de gezamelyke Leden van Staat — of ook van den Stad* houder ; wat hoope zal 'er dan nog overblvvèn voor de Burge.y, om te krygen het gee^e-zv met zo veele reden verzoeke? Het gebeurd,» omtrent het collegie van Heeren Gedeputeerden op dem 7, 8 en 9 October en ter Staatsvergaderiae van den 11 daar aan volgende , heef: geleerd, wat men zal te wachten hebben, indien geen R< ,'èmenc anders dan Staacswyze zal kunnen worden gearresceerd indien de Regenten niec anders dan Staatsgewyzc van den Eed op het Reglement van 1674 kunnen ontilagen worden, zelfs niec, zo li 3 verrs  ( 5-08 ) Vérre zulks Stads domeftieke poincten betreft. Ab men daar bv in aanmerkfüge neemt, dat d3 Radde-fchap zelve geproponeerd' heeft, het beroemen eener Commisfie uit Stad en Steden , om met den Stadhouder te confereren tot hec applaneren van een verbeterd Reglement, en du hec lid der Heeren Gcëligeerdcn zich volkomen voegt naar de fentimenten van den Stadnouder ; hoe verre zal men dan kunnen zeggen, dat het doen van den eed van gemcldde 9 Heeren, die zich aan hun Ed. Mog. hebben gerefereerd, verfchift, van de iv die zich, pro ut jacet, aan het Reglement van 367x hebben verbonden. En daar dus deeze, te iamen gevoegd.de meerderheid van de vroedfchap int maaken /en zich in de daad. te fatnen vóegen ; zo heefc de Burgcrv integendeel van de 40 Regenten 24., welke zich diametraal tegen derzelver verzoeken aankanten en blyven verzetten, en die dus, met de voorttemmer.de Staats leden zich vereenigende, alleszins een uitzigc zullen openen , da' niet anders dan ongunftig kan wezen, zo wel ■voor de zestien leden des Raads op welke de Bür. sery rekent, als voor de Burgery: - Een uitzigt, dat geheel en al contrastcerd met de ge. wenschte tiitzigten van den Batavier: dat de Geconjlitueerden der' Burgery zullen gehoord worden, gelyk zyin't voorleden jaar gehoord zyn, dat zy zelf beier, dan inde twee laatfte M.ianden, zuilen gehoerd votcltn. ——> Waar, roe men fiechts behoeft ia te zien en na te gaan het meergemelddegebeurde, ter Staatsvergadering van den li Odlober, cn het ga' ouden gedrag van veele der Gecommitteerden van h^c derde lid zelve. De grond van hoope voor de goede zaak van Utrechts Burgerv, moet derhalven in gansch andere middelen" berusten, eer men zich zal kunnen of mogen vlèjjen met alle die gevolgen welke de H->er Bfrnaro diar uit afleidt. Alle Zwaarigheden zouden als rook verdwynen—en niets wegen, indien de veroaderftelling van den Batavier et*  ( 509 ) ermiacn grond fud , dac 25 van de 40 Leden zich voor de gevoelens der Burgery verklaard hadden, dan, daar dit juist omgekeerd de w.iaMu,\ris, zo zil de vraag veel moeilyicer zyn om te beantwoorden: ,, Hoe zal de Burgery, mee eene mm„ derheid in den Raad, kunnen hoOnen, te zul,, len verkrygen hec geene zy verzoek? En nog „ Ce meer, indien 'zelfs nog veele on.ler die min„ derheid in hec dwaaland begrip daan, dat zy „ geen hunner domeithuc--punten' kuonen arrss,, teren, indien de voorite.innende Lede.1 hön niet „ Scaatswyze van km Eed op het Reglement van ,. i 074 willen omila mr"' Hec valt zeker mee rnoeyelyk om aantetoonen . (zo als in No 29 var, den foyeii Nederlander reeds gedaan is) dac veele Leden van den Ra id -zich zeiven , vergeleken met hunne voorige advyzeu in 't voprleeden Jaar , diametraal contra* rieten het valt niec moeijelyk , om, ui: den aart enzsr Republicainfche Regeeringsvorm, rantetoonen, dat net verfmaaden en verwerpen van 's Volks billyke verzoeken en bezwaaren, een daad van openlyk cn opzettclykgeweld is, ftrydig men den Eed door alie Regenten, tor handhaving der R/cbten.en privilegiën, aan den Lande gedaan; dat het reent der Natuur ', het recht van sejfver* dediging zelfs, vordert, dac men geweid met geweld te keer gaat, wanneet: men gevaar loopt met geweid in zyn leven, goederen , of vrvheid benadeeld ce wordeu. Veel mceilykcr zoude hec geweld kunnen genoemd werden , wanneer hec Volk , na vergeefs door Requesten, Adresfen, Rcinonftfantien of Protesten alles te hebben beproefd wac ia zyn vermogen was wanneer het, na lange ge- noeg getergd, getrapt en verdrukt ce zvn, ais een eenig man op kwam en eischte hes geon héctö vooren, cot onderfcheiden reizen , tè ver röefi verzogt had. - &v En op deezen grond misfehien zal hec moeten ü 4 zyn  C 5io ) zyr>, dat alleen de hoope v?n Utrechts Burgery kan gevestigd zyn. Dcch dit \t als dan van een gansch anderen aart, dan voorgegaan te worden door eene meerderheid dtr Regeeringsleden, welkers ftem altvd, het zy ze goed zy, of kwaad, door het vooroordeel en vooral door de dwingende heerschzucht — voor het alleen gewettigd gezag wordt gehruden. Geheel an¬ ders, en niet zo geroaklelyk, als de Batavier voorfielt , wordt als dan de zaak van Utrechts Burgeyy — veei jnoeylyker ——• veel hachlyker zelfs, dan die van onze voorvaderen, welke zich, eensgezind , zo Burgers als Regenten , met geheele Steden en Provinciën, tegen een van buiten aankomenden Vyand — eenen dwingclandfchen PW* jips, hadden te verzetten. Myn Heer de Vrye Nederlander l ^iCerwyl ik , niet lsng geleeden gezien heb, dat gy u wel eens met het plaatzen van een droom wilt verledigen, zo neem ik de vryheid 11 deezetj toe te zenden, met verzoek om der.zelven zofpoedig mogelyk te plaatzen. *t Was voor weinige dagen dat ik te bedde grande, en in ftaap gcraakende, al droomende my verbeelde te zyn in een prachtig huis, en wel in een groote en pragtig gefchüderde zaal van hetzelve, lk bezag de pragt van Meubelen, ta. pyten, en in een daar tegen over openftaande kamer, een kabinet van eenige fchilderyen. Terwyl jk my daarmede bezig hield, en den eigenaar daar van in myn hart moeft beklaagen, daar de blyken te' vinden van het fpreekwoord : koopmanfehaft •zender verftand , is verlits voor de hemd ; en daar ik by my zeiven verfoeide de loopjes van de zo-  ( rrn ) genaamde liefhebbery - handelaars van pichira » hoorde ik een benauwd gekerm, even als van e.. mand die aanjigt, podesra, of cohek laooreert; fotntyds ook wel met verheffing van ftem als van eene Vrouw die in de ïrterlte nood is. lk voegde my na by een middeldeur of porteprisc' , van waar ik vernam dat hec geluid kwam , en foen hoorde ik, dat er gezegd "wierd , ja my?. Heer, gy bevindc u in een zorgdyke omitandigheid; het is een verouderde Kwaal, en 'er moet een onbegrypelyke vergadering van kwade ftofren zvn; het zal een geheele kunft zyn, om er u van af ehelpcn, zo gy geen gevaar löopx, om ei hec hagje by in te fchieten: het is daarom noodig, dac gy u aan my overgeeft , ik zal u een braakmiddel voorfchryven , en dac moet gy om de ftoffe wac los te maken, eerft gebruiken , en naar maate dat het gewerkt heeft, zai ik zien of he-noodig is om een lavement ce apliceeren. On- dertusfehen wierd ik zeer nieuwsgierig wie cog die zieke was, myne nabyheid aan de deur, deed my ontw ren dat dezelve niet gefloten, maar alleen digcaan ftond, dac my al dromende deed befluicen , om dezelve za^r 'moi een reet open re ltoten, waar door ik opeen daar tegcnoverlhiand Vorltlyk Lid d'ange zag leggen , een zeer lyvig Heer, van een donkerbruin opflag van oog , en zeer opgeset van Couleur door de benauwdheid: dezen wierd, zoals ik toen zag, doorzyn Doctor een recept voorgefchreven , dar hv hem belave terftond in te nemen, en er br:af flappe thee mee een weinig melk, op te drinken, om niet den eerften ondasting van boven ce hebben. Na dit aan den lydcr zorgvuldig aanbevolen te hebben, nam de Doctor zyn affchcid , mee toezegging, om na verloop van een uur of cwee, eens Wederom tc zuilen icomen, en naar ae uitwerking \an hec vomatief te vernemen. Dc Doctor uitgelaaten wordende, cn de lyder een weinig tyd'alleen zvnde Ji 5 fcheen  C stik 2 fcheen het óat de pyn zich verhief, hy riep: och, Bodartje! Bodartje! Bodartjc Bermindiaml Bermincham!Bermincham! - och Olirier Nugentl IXugent! Nugent! och Boas. de C analen! Canalen! Ca'ialen! Tk was verwonderd , zulk een vreemde uitroep «oor pyn, te horen, \% kon my daar geen verbeelding van maken, ik was in de meerite verleegenheid, en wilde een en andermaal op den !yder toefpringen, maar wierd als weerhouden. Nog rrieer ftecg myne verbazing, toen dair op onmiidelyk me een allcrvreefely'kitc verheffing van fteai volgde: ó D.enenl Deenen'l Deenen! - . - . Tintel Tuite! Tuite! - . - - Coupons! dom pons! Coupons! na dien uitroep overwonnen van pyn, verflauwde de ftem, zo dat ik Ly herhaaimg, fiechts onmens mom s mompelende , veriiond: Cojitrcctenl Contracten! Contracten! é Weesk 6 Weesk ó Weesk - - - -! Wil ■ - ~ / Wil - - -.' Wil - - • .' my dage; dat is een wonderlyk kolykJ zo dat met ben Vomaeif rnoec gecureerd worden ; zal er iets vreemds voor den dag. komen de pyn een weinig fchy- Bende te ftillcn, wierd door een uicniimeid, die cr zeer wel uitzag, binnen gebragt, een kostbare Tnce-Stoof, ~,met een fraaije verlakte Thee» ketel , en Saxis Porceleine Trekpot en Spoelkom, dat op een niet mjn fraaije bcdtafel wierd gezet, het dek door hec woelen des lyders een weinig afgezakc zynde, werd door de g'edicnftige meid zeer galant'gelyk gelegd, en de orgemakkelykheid van de plo jen enz: wat weg getrokken. Ik wierd by my zelf onverduldig, en wenfehte de werking van hec vomacief te zien. Dan naauwlyks was de meid vertrokken of ik zag de deur weder oogenbliklyk openen —■ en , het beeld senes verftorvencn binnen trceden, op welke akelige gedaante ik met een fchrik ont- . waaivte, |Lang  ( SH ) lang lag lk te peinzen o- er deezen wonderen droom, zonder weder te kunnen iWflaapé'n: dan, emdelyk wederom in flaap gekende, droomde ik my weder op dezelfde;plaats, en zag nog den lyder , cn de Geeft voor zyn bed ftaande, met een rol papieren in de h3nd, waaruit deeze hem de biegt fcheen voor te leezen, ik zag duidelyk in dezelve gefchreeven: ongerechtigheden ge. ple.gdmet die van Boddaart, or.gerech-igheaen met Ber. nmïcham, en met groote Le:teren, onrechtvaardig, heden en Godlozen handel met Ü. NroEwT. Gmcr. anWoirdehken handel met de Canai.kn , on%erecktig. heden, bedrag, lijt'-ènt met ds Drr.r-.^n , bedriegtfokt inkopin'go ter bvetStt trouwt, van Qvipons; befteelén van alle middelmatige gegjede Bhrpts , onkundige bejaarde Vr^'fiers, Weduwe nen Weezen, met Con. traden, ter Weesk - - - - de liaan van du woord, was niet zeer leesbaar Op dit gezigt geraakte de lyder als geheel buiten zig zeiven, en verbleek:. Jc zodanig, dat zyn couleur met die des afgeftorvenen weinig verfchilde ; en welke Couleur te meer veranderde , toen de gedaante van dien af. geftorvencn begon te fprceken, en tegen den ly. der te zeggen; ik ftond in het rV* der levenden zynde, met u in een nauwe betrekking, wy deel. dén in een gelyken handel, en pleegden dezelve onrechtvaardigheden: hoe méetiigm'aa! hebben wy ons niet verrykt, door de onkunde van onze vermogende medemenfehen; als wy hen allerhande papieren verkogten, die wy of niet wiftcn dat dezelve goed waren, of wenr na wy geen onder* zoek déeden ; ja die wy, zeker wiften dat kwaad waren; z;et hier een rolle van onze ongcrechtig. heden, die gy weet dat maar een fehetze derzelve uitmaakt, zy zyn niet verborgen; in myren orgclukkigen ftaat, waarin ik my zedert dè overvoering :n het rykder afeeftorvenen bevind, is my alles geregeld tót myne vcrantwoordinge voorgelegd, ik heb myner geene verontfcnuldiging kun. nen  C 5u ) »en voordhrcngcn . en niets heeft my meer be. zwaard, dan hec zware Regiftcr waarin myne en ook uwe ongerechtigheden , tegen Weduwen , Wezen, onkundigen, en zig op "ons vertrouwen, den, aangetekend ftaan; myn iot is alicrfmercelvUt; uw beangftigd roepen, worde door my coc 'uwe waarfchoi|wing beantwoord, uwe onrcehevaardig, mee lift , bedrog , ten kosten van de bitterfte zugcingen van uwe vermogende en mindere mede menichen verkregen Goud, en zilver, Koets en Paarden , ja niets is inftaat om U van uw verderf ce redden , zo gy u -unec de opperfte Godheid niet verzoent, en doet dat ik heb nagelaten , dac is , dac gy uwe onrechtvaardigheid, met een ieder het zyne te rug te geven ,'boec! hier op verdween de gedaante. En naar het bed ziende van mynen Lyder, ging van hetzelve een rook van benauwdheid op, welke deze zonderlinge roe, ing en uitwerking van onderen en boven had, dac, na een alis.rbcnauwdsc roepen van Vrouw! Vrouw! Vrouw! ik een pragtig gekleedde Vrouw ter hulpe zag toefch.eten,'haar .Man, den Lyder ter hulpe , die van angft niet koude fpreeken, maar haar beduide dat by hem alles ftond los ce bartten, zo als ook onmiddelyk daarop gebeurde; wanc met een benaauwdhëid, of hy van dc waereld zoude fcheiden, raakte hy van bóven een groot deel taakje fiym kwyt en tévens •en papier, waarop ftond provifitn en Cwrtagien wegens Boddaart vyftig. duijend Guldens. By een tweeoe benauwdheid, mee wat meerdere lo:fc fiym, kwam er een rolletje voor den dag , waar op ftord: Provijisn en Conrtagien wegens Bermingham, yyf en zeventig Duizend Guldens, boven de nog in. fehouden en tot heden niet uitgedeelde revenuen van 'rodutïen. Waarop myn Lyder in zulk een he* vige omftandigheid van ben'aauwheid en pyn geraakte, dat zyne Vrouw, de hulp van al wat leef. . - &  ( 5i5 ) de moeft by de hand roepen; ik zag daarop tot hulp aanfehieten, een klein tanger zwart pokdalif mannetje, geheel in 't Oranje, deeze wierd ge" volgd door een opdruisfigen zeer pokdaligen, en zo liet fcheen meer in het Veld , ais binnen de Stad opgevoeden Jongeling , gevolgd door nog twee anderen, waarop in ryen volgde een Koet. zier, palfrenier en.de voorgemelde mooije meid, met nog twee meiden, en ik weet niet hoe veel naayfters, alle om den woedend benaamvden Ly. der, die als. dol was, val.t te houden, en voor ongelukken tc bcwa'arcn; mer deeze hulp «elukte het om hem tot liftte te bre.igen , waar&op hy kort daar na een Gulp van een hdve fpoelkoni zwarte Stof, gelykende naar gal, mèt een witte brok, kwyt raakte, dog de witce brok was een rolletje papier , waarop ftond , van de Negotiatie van O. Nugent een hondsrt duijent Guldens t na aftrek van. twee Jaaren betaalde Renten. Dat verligt mv zeide hy! maar op het zelve ogenblik fciioot hernaar beneden, en dit zo fchielyk dat men mee al. Ie hulp binten ftaat was een Onderftek aan te brengen, de bom ging oogenbliKlyk van onderen los, met zo veel geweld , dat het vertrek h-t welk my toefcheen, wel 40 voet lang, 25'voet breed, en meer dan 20 voet hoogte zyt:, eensklaps met die funJaincntftof vevuld wie^d dat geen van allen inftaat wasfuit zyn oog teen zien maar zo blind waren geraakt dat zy den een na den anderen taftede, dan ik W3S verwonderd na dat de damp van deeze losbarfting wat wee getrokken was, te verneemen , dat het geheele vertrek vervuld was door een onnoemelyk aantal papiertjes, even als of het een zwerm witte Kapellen waren , de vrouw ea al de omftanders waren verfteld , men verzamelde zo veel mcelvk alle dezelve, en daar hoorde ik leezen: proht aan gekogte Coupons en Obligatien van Denemarken  ( 5i6 )! ap dc eilanden , behorende tot de aanbetrouwde Commisfie , een NoVdert Duzf.nt Oui.df.n ■ ■ een ander ,, wegens vyf tien honiiert gedebiteerde Loten. van Murcia, in veertien dagen, vyfiien hondert „ Gulden, en nog aan profeit, drie Gulden per lot, „ maakt op vyftien hondert Loten , Jet Duizend „ G'ufdtnf —■ het wus niet mogelvk, al dat kleine papier zo fchielyk op te beuren. — Deeze vlaag «ver zynde, wierd dezelve van een onbedenklyke zware benauwheid gevolgd. Dewelke tot zyn overgifte had een zeventien mahge kort op den anderen volgende herhaaling, telkens m:ct de loflïng van een (nippertje papier", waar op ftond Contract No. 1. enz. tot 17. agter welk laatfte een rolletje voordelen zo van' prpv'ifièn, als op de beïbrgde Gapitalen van die Contracten volgde, bedragende Een honderd vyftig Duizend Guldens, verdeeld met den Sec , ,, nu kan ik voelen dat ïnyrt „ benauwtheid begint te minderen" , zeide hyt maar ! maar! en uaur op begon hy weder aan 't overgeven te gaan, mee zuik een geweld, dat hy byna een wateremmer vol door een gemengde, ftofj alles met papieren, kwyt raakte, op een papier ftond, gefplitfie übligatien, ten minften voor ƒ jcooo. Ongerechtigheden wegens het afhandig mat' ken van der Weduwen en Weezen, goede Obl'gatien verwis feit in kwaade, Voordeel, in negotiatien met recipisj'en ƒ 40000 gin. verzekeringen van Amersfoort Lakenfabriek ƒ 4000 gin. Tweemaal hondert duizend Gulden, en myn aanaeel in vyf maal honderd duizend Gulden, welke by de eerftenegotiatie van de Canalen nooit is te recht gekomen, maar aan de maat en de ftrykflok is blyven hangen, en wegens de verwisfeling van de vyf MilHoentn Canalen, met zo veel Capi* taais, nu verandert 'in fpaanfe kroon effetïen. Een. hondert duizirt Gulden. He! hc! he! Vrouw dat i* eene verligtjng! met eene fcheen de pyn watteftillen, en dè lyder geraakte ook wat aan \ bedaaren, maar  C 517 O maar het nam niet weg dat de voorgemelde omHarders eenigzints over deeze vreemde ontlaftig van dat Coiyk verdeeld waren, • wel hce is 't nu vraagde de Vrouw. Ik geloof ant- woorde hy, dac ik my van het voornaamüe gedeelte van myne benauwdheden ontlalï heb , maar Wil . . .! Wil . . . .' Wil , 1 Wat wil dat zeggen vraagde de Vrouw? mét een Hamelende cong ancwoorde by, maakt uit alle die overgegeeven (lukken en brokken eens op , waar van daan ik zo een Man geworden ben, en oordeelt eens, of ik met alle die ongerechtigheden den Hemel kan kopen , en of ik niet veel eerder met zo een handel als te vooren , met mvn Koets en paarden , der eeuwige verdoemenis regel recht zal inryden. Wil . . > Wi! » Wil . . ..' IK BELOOF ü IK ZAL MY BETEREN! op dit zeggen fenoot my te binnen, als het hem maar niet gaat, volgends het oude fpreekwoordals de zieke genas was hy erger dan hy te vooren was. En zo wierd ik wakker. My dagt dat deeze Droom onder de byzondere droomori , ook wel eens mogt mede gedeeld worden. Waar toe UwEd: dezelve bekomt. Van M j. Droomer. g iü de Droommaand. 1785. Wy  C 4«9 > Wy willen wel bekennen'geene gistingen re kun» nen maaken, op de uitleg van deezen droom, of waar dezelve te huis hoord. ■ Dan daar wy niet voor ons zei ven, maar voor anderen fohryven, en de Droomer welkgt reden heeft om te geloo. ven dat de een of ander een goede zin en uitleg aan dezelve zou weeten tc geeven • of wel- ligt eenige gulzige lieden daar door wil waarfehu» wen van haar maag niet al te zeer te |overlaaden en zich re belasten; kunnen wy geen reden van te rug houding vinden, hoe zeer het voor ons eene verborgenheid is zo deeze wondere droom tot verbetermg, waarfchouwing, of nadenken va» den een of ander ftrekc , zal mogelyk het doel van deezen droom volkomen bereikt zyn. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F H. Demp» ter, J. Verlem, D. Schuurman. Tt'lUtrecht, by B. Wild, A. Stubbe, J.Lieft tink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  ONDERREGTING VOOR 'T PUBLICQ. E N ANTWOORD Aan den fchendigen Schryver of Droomer van het zogenaamde Weekblad den VRYE NEDERLANDER EN WEL VAN DAT ONDER No. 30. Wanneer my uw fchendig Weekblad No. 30. ter hand kwam, en ik daar in geleezen had den Droom van J. Droomer en daar na uw Declaratoir vernam, wié ik niet of ik my meelt moeft verwonderen over de Godlooze lafter van uw Vriend den Droomer, dan wel over uwe onbefchaamdheid in 't liegen, van't begin tot aan het einde in dat fraaye Declaratoir te vinden, en dus wien van uw beide voor de grootfte Schurkte houden was, voor deze zoude diergelyke lafter door de Juftitie op her. ftcrkftc zyn geftraft, althans men durfde zyn pylen niet dan in het duifter te laten vliegen , dan voör het tegenwoordige gaat het geheel anders , federt men misbruik gemaakt heefc A van  (O van de vryheid der drukpers en die dos Envogue heeft weeten te brengen, ziet men de Winkels van vele Boekverkopers met de infaamfte lasterschriften en hoonenfte afbeelding brilleeren , hebbende te groter aftrek na mate in dezelve de grootfte Perfoonen, beneevens een groot aantal eerlyke Burgers, beampte en onbeampte fterker gepaskwilleert en in hunne Carafters, namen en Familie ohgèftraft gefchonden worden , 't is uit dien hoofde dat de mishandelde Ingezetenen van het laaftgenoemde foort geen andere Wapenen van verdediging in deze dagen hebbende genoodzaakt zyn of door publicque Advertentien , den lafter te ftuiten , en tegen te fpreeken, of van die natuur zynde dat zulks daar by om de wydlopigheid niet gevoeglyk konnende gefchieden , genoodzaakt zyn hun toevlugt op een andere wyze tot de drukpers te neemen, ten einde het veeltyds al te ligt gelovig publiek te desabufeeren; van dit laatfte zal ik thans gebruik maken, om myn Vriend den Heer D. W. van Vloten, Adminiftrateur van de Momboirkamer dezer Stad, dien uw Droomer op zo een infame leugenagtige wyze in zyn eer en goede naam heeft aangetaft, en die gy de onbefchaamdheid hebt om te durve declareeren niet te weeten waar die thuis hoord, en intusfchen onder dit leugenachtig voorwendfel uw blad en fchendige pen leend öift zülks publicq te maaken, te defendeeren. Al in den beginne heeft uw Droomer het mis want tegen die grote pragtige gefehilderde Zaal Waar van hy gew a maakt, is geen kamer tegen over, zo dat aldaar geen Kabinet van Schilde- ryen  Co) ryen te vinden is, en hy ten eerfte reeds aafi t dtvalen is geraakt, dan het fchynt hy in dë voorkamer te regt geraakt is , van waar hy dan m den higenaar van de door hem aldaar gevonden Scbilderyen beklaagt te hebben over het bedrog daarmede hem gefpeelt (zonder eeter te weeten watdiehemkofte,) hoorde hyeen benauwd gekerm, voegende zig naby een middeldeur of portebrifó^ (waar in hy geen onderfcheid ichynt tekonnen maken), van waar dat geluid kwam , verneemende daar van daaft zeeker raifonnement van den Do&or van een verouderde kwaal, een onbegrypeiyke ver^a* denng Van kwade ftofFen, en dat het een kunft zoude zyn, om er hem van af te helpen , zo hy er 't hagje maar niet by in fchoot, deed al-dromende om zyn nieuwsgierigheid te voldoen de deur die aan ltond open, waar door hy oP een daar tcegen over ftaande VorftelykLit d'Wö den Paüönt zynde eeh Lyvig Heer van een donkerbruin opflag van een Oog zag Ieagen aan wien den gem. Doétor een recept voor! ichreef, t= welk een vomatief Was, Waarop de Doctor na bevolen te hebben braaf ilappe thee met melk te drinken, vertrok. iMen ziet alhier een aaneenfchakelirig van dë uitgedagfte leugens; voüreerft heeft de Doétor nimmer diergelyk raifonnement gevoerd n0fr er ooit gevaar in gezien, nog van 't drinken van ilappe thee met melk gefproken. Geen Vorftelyk Lit d'Ange is er in de ganiche kamer te zien-, maar wel een eenvoudig pavelhoenrje met een groen Zay behangfel zo ais eeh leder dagelyks kan zien, gelyk almede het de uitgezogrte leugens zyn , datdepyn een A 2 wei.  (4) weinig fchynende te ftillen door een Dienftmeid dien er zeer wel uitzag een koftbaretheeftoof, met een fraai verlakte theeketel en Saxifch Porceleine trekpot en fpoelkom binnen .gebragt, en op een niet min fraaye bedtafel gezet wierd; veel minder dat door die gedienitige Meid bet dek dat door het woelen wat afgezakt was, gelyk gelegd en van ployen gezuiverd wierd. Vooreerft heeft myn Vriend maar twee Myden, waar van de Keukenmeid een menlch van by de 70 jaaren, en de andere wel een trouw braaf menfch dan die niemand onder defchoonheeden zal plaatfen, dit kan dagelyks gezien en onderzogt worden , dan men moeft hier myn Vriend die geduerende den tyd van omtrent 20 jaaren met'zyn lieve1 Vrouw volmaakt geleefd heeft by de weereld van ontrouw verdagt maken. Ten tweede heeft zo wel zyn Vrouw als zyn 1 Ed. my betuigd , nog thecftoof nog verlakte theeketel, nog bedtafel volgens de hier voorge- ■ melde leugenagtige befchryving te bezitten. Zo als den Droomer geheel mis heeft dat myn Vriend het Vomatief in hebbende op die Vifite van dat Beeld uit het ryk der dooden, op welkers akelige gedaante hy Droomer ontwaakte, alderbenauwft uitriep , Vrouw , Vrouw , op welk geroep hy een pragtige gekleede Vrouw zag toefchieten haar Man den Lyder te hulpe, hy moeft zig beter hebbe laten onderregtcn, alvorens zyn Droom in 't ligt te geeven. Weet dan dat het Vomatief Maandag den 3. Oéïober door myn Vriend ingenomen zynde, hy niet na bed gegaan is voor des nademiddags wan-  Cs) wanneer het zyn werking gedaan en hy daar van afgemat was, dat zyn Vrouw die uw Dromer zo pragtig gekleed tot zyn hulp heeft zien tocfchieten ter dien tyd nog te Amfterdam was, en niet voor daags daaraan met de middagfchuit geretourneert is ; dat het klein tanger zwart pokdalig mannetje geheel in 't Oranje die op het geroep van de gemelde Vrouw kwam toefchieten, mede op die tyd juift te Amfterdam was en niet voor dingsdag morgen is geretourneert , en hy alleen is geadfifteert geworden door zyn Zwager van Beeft. Wat dukt uw leezers van zulk een onbefchaamde Leugenaar. Dan dat is nog maar Copy, nu moeft: men met lafteren en liegen al verder voortgaan, cn de Man in zyn Eer en Crediet aantaften en zo veel mogelyk in navolging van andere NagtLilen hem tragten te benadeelen , en zyne mede Burgers teegens hem in 't harnas te jagen , daar van daan die voorgegcevene benauwde uitroepinge, en uitbrakingen van diverfe Negotiatien alsfe van Boddaart, Bermigham, Nugent, Deenen, Tuite, Canalen, Amersfoortie Lakenfabriek , Contracten (waar van het profyt met den geweezene Secretaris van de Mombpirkamer niet minder als tot een honderd vyftig duizend guldens was verdeeld) Coupons en wat daar al verder uitgebraakt ftaat. wel Godvergeete Lafteraar, ik zal my de moeite eens geeven, alleen om hetpublicq van uw vervloekte lafter te meer te overtuigen. Deze Negotiaties van ftuk tot ftuk te ontvouwen , beginnende met die onder directie van Boddaert, zegge het de waarheid is dat daar van door myn Vriend totzydleedweezen veel van gedebiteere A 3 is,  co Js ,.de provifie daar van door hem genoten is geweeft 2 per Cento, laat hy daar nu een millioen van verkogt hebben, dan zoude hetprofytdaar van ƒ 20000-:-: geweeft zyn, dan aan anderen (jen minlte van de helft) de helft van de provifie afgeftaan hebbende blyft het niet meer dan 10 duizend guldens, ziet daar die grote fchat, heeft hy nu niet allennts publicqgetoond, hy gemelde Directeur wanneer hy met de verdere betaling van jntreflen furcheerde in 't minfte niet ontzag, is hy het niet geweeft die wanneer den£elve mankeerde zyn woord geftand te doen namentlyk om alhier ampele opening van za}cen te geeven, hem ten fterkfte heeft nagereeden; in 't Maliehuis, Comparitie op eigen koften belegd heeft, en aldaar de Correfpondentie met gem. Heer Boddaertgeduerende den tyd van meer dan twee jaaren gehouden publiecq open gelegd heeft, ten einde een ieder daar uit konde oordeelen of by niet alles gedaan had wat eep Eerlyk man behoorde te doen, terwyl hy a! verder zonder dien Heer hoe groot en vermogend ook, niettegenftaandezyne gedane bedrygingen, zo in dep Haag als te Amfterdam , in Perfoon ten fcherpfte onderzoek na den ftaat cn behandelingen van die Negotiatjen gedaan hebbende , daar van op een nadere Comparitie opening gedaan en de ontdekte ftukken aan den dag 'gebragt heeft. Js hy het niet geweeft die geadfifteert met de Heer Ijentjnk pa dato na 's Hage geweeft is, om aldaar met gemelden Heer Boddaert te fpreeken, pn was het mogelyk' nog met denzelven voor 't ^angaan van de procedures fchikkingen tcq ^pordeelen v$n de Geïnterefleerdens temaken, dat  (?) dat de Heer Bentink, ja dat zyn grootfte vyand den berugten Procureur Hoevenaar ten wiens aanhoren zulks mede gefchied is, getuigen hoe hy zig aldaar gedragen heeft, hoe hy nu omtrend twee jaaren geleeden nog geen moeite oncfien heeft, om was het mogelyk als nog ten voordeelen van de Geïntereffeerdens fchikkingen wegens die Negotiatie te beramen , dan alles te vergeefs; dien Directeur zig verlatende op de nooit gehouden protexie dien hy by de Stad van Middelburg (aan welke men'zegt dat hyjaarlyks de Intreften voldaan heeft zo ver die Stad in zyn Negotiatie geïntereiTeert is) als anders gevonden heeft,deed de ongehoorfte vorderingen aan geen Eerlyfce Lieden te proponeeren ,die ook daarom door hem van Vloten met veragting van de hand geweezen wierden, zo als ditdeHeeren Bentink enPetfeh konnen getuigen, dat nu in hoe verre de fche]mftukken in deze Negotiatien ook gebleeken en aangetoond zyn, men dien Directeur tot heeden niet heeft konnen tot betalinge conftringueeren, en het verdiende loon voor zyn handel ten nadeelen van arme Weduwen en Weezen heeft konnen doen geworden, is dit myn Vriend zyn fchuld? immers neen ! byt dan vervloekte Lafteraar niet op de fteen maar ziet wie ze fmyt. Betreffende nu de generale Negotiatie onder myn Vriend zyn Directie bekend by de naam van Berninghem, daar van in December 1779 ten zynen Juftificatie een korten ftaat hebbende in druk uitgegeeven, is het onnodig daar van verder ietwes te zeggen, daar aan my dus refereerende -x zegge alleen dat een ieder daar ' A 4 he.'  C 8 ) belang by hebbende die nazien , en ik houde my verzeekerd met my te zullen moeten bekennen een Eerlyk man niet anders daar omtrend heeft kunnen handelen, hadBoddaert, Rynevjld , en andere zo gehandelt, geen mcnfch zoude reeden hebben, zig over bedrog te beklagen. Dat daar van egter nog geen betalinge gedaan werden , valt hart, dan men onderzoeke of zulks zyn fchuld is, alderiterkit heeft hyals Directeur en Heeren CommifTarHIen daar over aan den Agendaris van deze Negotiatie den Heer Albinus gefchrecven , en finale order tot het Exocuteeren van de onwillige Planters gegecven, dan wat antwoord heeft dien Heergegeeven , dat zo lange er geen andere Juftitie aldaar te krygen was by nimmer tot het Executeercn zoude overgaan , vermits het niet anders als kofte zoude veroorzaaken, zonder dat men het minfte Effect daar van zoude erlangen , met verzeekering nogtans dat er geen zwarigheid was, want dat alle Hypothequen errykelyk goed voor waren, die hier nu nog aan twyfek , dat hy't onderzoeke, wel Lafteraar zorgt nu dat hier in by Haar H. H. Mogende werd voorzien dat de Wcft • Indifche Compagnie onze Colonien zo niet meer laat dry ven en varen, en in plaats van bekwame Lieden onder behoorlyk betalinge van Zalaris daar na toe tg zenden , de manuance van Juftitie pverlaat aan onkundigen of aan de zulke dien bet met hun intereft nfet ftrookt om de Executien tc favorifeeren, en regt te doen erlangen fcorgt mede dat men zp een importante Colo-  ( 9 ) nie als die van Effequebo en Dcmerary, waar uyt raillioenen in ons Landaangebragt worden, door gebrek van de nodige aanvoer van Slaven waar toe die Compagnie allcfints verpligt is, tot oneindige lèhadcn voor ons lieve Vaderland niet laat verloren gaan, dit was een taak dien uw wat meerder eer zoude aandoen en met den onweerdigen titel van uw fchendig Weekblad meerder overeenkomft hebben zouden , dan onfchuldige Eerlyke Lieden doör het plaatfen van zulke lailerlyke Droomen in hun Eer en fatfoen te benadeelen. Nu overgaande tot de grootfte fteen des aanitoots, namentlyk de Negotiatie van O. Nugent, niet minder dan Honderd Duyzend Guldens, na aftrek nogtans van twee jaaren intresfen, heeft myn Vriend volgens het fchryven van uw Kromme Lafteraar, daarvan genoten , een andere Nagt Uil heeft dit nog erger gemaakt, en doen voorkomen dat alle de penningen van deze Negotiatie, door zyn Ed. met zyn complice (dat de Heeren de Kempenaar en Kerkhof geweeft zyn, onder wiens directie die Negotiatie gedaan is,) verdeeld waren, ik heb my de moeite gegeeven eens nauwkeurig onderzoek na deze Negotiatie te doen, en bevonde dat die genegotieerde Penningen in 't begin van 1775., zyn betaald geworden aan 't Comptoir van de Heeren Hope en Comp. te Amfterdam, zo dat die geene we'ke de minfte twyfFel hier over hebbe als nu aldaar onderzoek doen konnen, wanneer zy dit met my zo zullen bevinden, dus hier mede vooreerft weggenomen de godloze lader, als of dit Geld A 5 by  ( io ) by de: gemelde lieden verdeeld, en zo als men zegt, dit boeltje gefloopt was. Zynde my al verder gebleeken, dat myn Vriend niet ligtvaardig hier omtrent te werk gegaan is, hebbende alvorens zig er in te intresfeeren, zo na de Perfoon van Nugent als zyne gefielde Borgen, by zyne Vrienden de Heeren van Hemert en Bachus te Londen geinformeert, en van hen in antwoord dato 6. December 1774. het volgende aan my gefubitideerde berigt bekomen. „ Den Heer Olivier Nugent heeft ons ook ,, een Brief gefchreeven over dat fujet, die ,^wy heeden avond aan hem beantwoorden „ en het nodige melden. Wy kennen dien „ Heer niet nog van naam, nog peribonlyk, waarom wy ons by een goed kennis van ons daar na hebben geinforraeert, die hem een vry goed Carafter geeft, zyn Zufter is ook een Vrouw van groot vermogen , dien men „ denkt dat 3. Ton bezit, dus vry goed voor „ de fecuriteit &c." Konde men gunftiger berigt van Principaal en Borge verlangen. Met dit alles is in deze Negotiatie tegens alle verwagting aan , alles zodanig faut gelopen, egter buiten toedoen van de gemelde Heeren alhier, en zonder dat zy dit hebben konnen voorkomen, dat er geen exempel van te vinden is, die dit nader gedetailleert begeeren te weeten, addresfeeren zig by de gemelde Heeren de Kempenaar en van den Kerkhoff, die in ftaat zyn, hun dit alles ten klaarfte te doen blyken. Wat  C ii ) Wat is er nu verder in voorgevalle? dat myn Vriend kort voor de verfchyning van het tweede Jaar Renten van de deiperate omftandigheid der Negotiatien, door zyne Vrienden onderregt werdende, met hun is gaan fpreeken, en vernomen hebbende, het niet buiten hoop was om nog alles te regt te brengen, mits er geld gefpendeert wierd, daartoe en tot betalinge van dat te verfchynen Jaar Intresten, aan de geinteresfeerdens zyn Beurs aangeboden heeft, om daar mede toe te contribueeren. Dat dit geaccepteerd zynde, vooreerft daar uit die Renten ook betaald zyn, dat men verder een Advocaat uit Londen heeft laten komen, die agt dagen lang in 'S Hage gevaceert heeft, en met wien men alles ten beften van deze Negotiatie overlegd, en gearrangeert heeft gehad, dat men ook alle hoop gehad heeft, om de zaken in goede order te zullen krygen , dan dat door de fataliteit van den Oorlog, waar door dat Eiland in handen van de Franfchen geraakt zynde, als doen weder alle hoop verdween, dat egterna dato het weder in Engelfche handen geraakt zynde, men als nog niets onbezogt gelaten heeft, om tot behoud van deze Negotiatie te werken, waar omtrent men nog niet geheel buiten hoop is, dat nu dit myn Vriend reeds een zora van 3000. Guldens heeft gekoft, is my ten vollen gebleken. Nu overgaande tot de Negotiatie op de Canalen, het is bekend dat die Negotiatien Gefchied zynde onder Directie van de Heeren Heshuizen en Boas,en dat mvn Vriend zo min als zyn overledene Neef W. Van Vloten, eenige Direérie daar in gehad hebben, dat zy beide  ( 12 ) de zig daar in voor een goede Zom geinteresfeert hebben, is de waarheid, dan blykt nu daar uit, dat zy daar mede iemand bedrogen hebben, en dat van het geen aan de maat en ftrykftok, volgens uw voorgeeven is blyven hangen,een Penning door hun is geprofiteert? toont dit aan zo gy kunt, zo niet, waar voor moet dan al uw Droomen en Schryven gehouden worden, immers niet anders dan voor godloze leugen en lafter. Wat nu de Negotiatien van Tuite, die op de Deenfche Eilanden en Murcia betreft, daar by geen menfch een duit fchade geleden hebbende, en een ieder dit bekend zynde, in tegendeel met die van de Deenfche Eilanden, de thans op handen zynde onderhandeling doorgaande, heel veel van zyn goede Vrienden, merkelyk voordeel door hun de aankoop daar van aan te raden, toegebragt hebbende; heeft hy my betuigd, daar ontrent zeer veel fatisfactie te hebben, dus hier over onnodig uit te weiden. Maar nu blyven nog over de gekogte Coupons van de Negotiatien op de Deenfche Eilanden , daar myn Vriend ten minften Een Ton op zoude geproftieert hebben. Ik heb daar zyn Ed. eens op onderhouden gehad, en ziet hier wat zyn Ed. my daar omtrent gezegd beeft, het is waar myn Vriend, dat ik van de caprices van de menfchen daar omtrent geprofiteert, de meenigte Coupons gekogt, en veel aan geprofiteert hebbe, dan niet anders dan op de aller gepermitteerde wyze, hebbende die altoos publicq te 'Amfterdam ter Beurze laten kopen, of zelf aldaar zyn-  C 13) zynde gekogt, dan nimmer heb ik alhier, of elders 'een eenig menfch tot verkoop daar van geanimeerd; maar in tegendeel, ai myn Vrienden altoos' geraden, die te houden en uittezien, prefenteerende Hondert Ducacen voor den Armen te -willen geeven, die my het tegendeel kan aantoonen , wel Eerdief van eën Schryver en Droomer, is die de man niet gepermitteert geweeft , en is het niet klaar te.zien, dat de nyd dien niet kan gedogen dat het zyn even naaften wel gaat, uw in allen opzigten bezielt. . trio nfiv n Eidelyk valt denlafteraar nog. op Contracten alhier ter Weeskamer, met den vorigen Secretaris opgerigt, en waar van het profyt niet minder dan 150000. Guldens, tusfehen hun verdeelt is, het is zeeker dat myn Vriend zoo veel portie in eenige Tonnen Gouds gehad hebbende, fchatryk zyn moet, dat zo zynde, wel waarom hem die geen kinderen heeft, het plaiiier misgund, van wel en zo veel mogelyk na zyn fmaak en genoegen te leeven , zoude hy daarom met Koets en Paarden zo regelregt de verdoemenis moeten inreiden , zo als gy profane Schurk , hem deze woorden durft in de mond te leggen; en die verdiende met een honderd ftokllagen beantwoord te worden. Ik heb al mede my de moeite gegeeven om eens te informeeren hoe veel Contracten zyn Ed met de vorige Secretaris wel heefc opgerecht, en bevonden dat er zyn 8 ftuks, namentlyk, No. 10, 11, 12, 13, 14, 15, i<5 en 17. den ftaat van cie vier eerfte nagezien hebbende is den aanleg daar van by my zo voor lig gevonden, dat in dien de GeïnterelTeerdens in  C 14 ) in dezelven my die willen overdoen ik haar een derde winft op hun Capitaal offreeren No. 14 en. 15 zyn gedilfolveert en hebben de GeïntereiTeerdens genoegzaam], hun Capitaal daar van terug bekomen , No. 16. heeft; de meerderheid der GeïntereiTeerdens begreepen de daar in geweeft zynde Obligatien op de Spaanfe Canalen niet te verwiffelen, maar te laten verkopen, waar door zyiieden zig groot nadeel toegebragt hebben, met dit alles zoude er by verkoop van de Effeéteh en DifTolutie de helft nog wel van te regt komen. Van No. 17.: heeft men veel te zeggen gehad daar is den Aal ingepikt en duizende denkt men uitgehaalt, intulTchen die maar de moeite wit neemen en de eerfte reekeningvan den aanleg van 't zelve wil nazien, zal ras Ontwaar wordén dat de daar in :zig Geïntereffeerdens zelfs de - Leveranciers der Effecten geweeft- zyn v vermits de daar in genomene portien, alle met; Obligatien.igeiburneert zyn.y en alleen tien' Obligatien op de Deenfche Eilanden tot mertelyk voordeel van dit Contract aangekogt geworden zyn, dan dit heeft zommige in de krop geftooken.dat myn Vriend by de eerfte verandering der Spaanfche Negotiatie Wanneer hy daar over Comparitie in 't Maliehuis had belegd , de ftoutheid heeft gehad daar van aan de GeïntereiTeerdens een ton aan te bieden, declareerendc by refues daarmede niet verleegen te zyn maar die dan aan zig te houden, men was als doen dwaas genoeg van dit van de hand te wyzen en zig daardoor een fchade van/i75o dat jaar toe te brengen, teegen den welmeenende Raad van myn Vriend aan, maar dat moeft  :c is) moeft er toen mede door, myn Vriend moeft men zo men dagt met zyn Spanjaards laate zitten en dit nog eens inzien. De daar aan volgende Negotiatie waaren er mede dien bet zogte te contrequareeren, en wel de zodanige dien er geen duit intreft voor 'hun zelve by hadden, dan de overige geinteresfeerdens begreepen het hy geluk anders, men liet hen infinueeren, razen entieren, en ging er mede door, Negotieerende de daar toe nodige penningen, ter zomme van 50000. Guldens, alleen onder Verband van de Effecten van 't Contract, en vermeerderde daar door dit Capitaal ook 50000. Guldens, van welke genegotieerde penningen men Jaarlyks na een klyne uitdeeling op ieder portie, men uit de inkomende revenuen sflosiing gedaan heeft, zodanig dat thans niet meer dan 25000. Guldens, daar van refteert aftedoen, intusfchen zyn die Spaanfche Effecten die alsdoén by veele als geen ;geld waardig zynde geconfidereert wierden, thans tot 72 per Cent al geïteegen , zo dat mén daar van eenige willende verkopen, de fchuld daar uit zoude kennen atdoen , en de uitkëering jaarlyks merkelyk zoude konnen doen accreffeeren, vooral indien van de 40 duizend guldens aan Obligatien oider Directie van Boddaert, ookeindeJyk eens eenige betalinge gefchiede. Ziet daar nu alle Negotiatien, Contraéten &c. waarin myn Vriend ooit. de hand gehad heeft, aangeroerd en uitgelegd, wat kan wat moet men daar nu anders van zeggen, dan dat myn Vriend fchoon in zommige het ongelukkig getroffen te hebben, egter deswegens niec au-  ( i6 ) anders dan een eerlyk man betaamd gehandelt heeft. Den Lafteraar nu in zyn vervloek*; blad de Weeskamer mede aanroerende, en myn Vriend als daar over uitroepende doende voorkomen. Zeg ik daar omtrent alleen dit nog maar, j dat myh Vriend zig op de goede en getrouwe Adminiftratie zo verre die hem betreft, durft beroemen, vryelyk zig beroepende op t alle die Heeren Gecommitteerdens, met welke hy de Eer gehad heeft den tyd van 20. Jaaren, dat hy zyn poft als Adminiftrateur bfe- • kleed heeft, van tyd tot tyd aldaar te vaceeren, of iemand van Hun Ed. Achtb. immer eenige faufr bevonden hebben, door hem wil- ■ lens of weetens" gepleegd dan in tegendeel, durft hy -zig beroemen zyn poft met alle viyt j en alle mogelyke exaétitude te hebben waargfihbméfi, konnende die Heeren daar van beft : getuigen , zo mede ih hoe verre de Adminiftratien van gemelde Kamer, gedurende zyn tyd zyn geaccresfeert. Ziet daar voldaan aan 't geen ik vermeende : 'aan myn Vriend, uit hoofde van onzen zedert ! •Jaren lang gefubfifteerde Vriendfchap verfchul' digt te zyn , droomt, fchryft en vryft daar nu : zo lang over als uw goeddunkt galgenaas, dan denkt.niet, men uw immer de eer- weder zal aandoen , om teegen uw of anderen 1 haar fchenden en lafteren , meer pen op 't pa- j pier te ftellen. J. DEN WAAKER.  D ë V R Y É NEDERLANDER, No, 31. 33e goede iiitflag eetier zaak, hangt veeltyds af van het goed begin derzeive, Het is op deezen grond dat wy ons alles goeds belooven van de Regeerings verbetering van de Provintie Over» ytfel. De Magiftraaten der drie (temmende Steden deezer Provintie , Zwol, Deventer en Kampen, hebben Biet alleen haare Burgeren opgeroepen om,op het voorbeeld van de Provintie Utrecht, hunne bezwaaren zo zy zehaiden, op de fubfifteerende Regeerings beftelling.» enz. in te brengen ~ maar op aandrang der Maghtraat zelve, heeft ook de Burgery van Kampen twaalf leden uit zich gecommitteerd, om aan dezelve de bezwaaren en Coniideratien van het ganfche lighaam op te geenen, om als dan daar over met de Regeering in onderhandeling te treeden'. Dit beginzel voldoet zo alleszins cn volkomen aan het goed oogmerk, dat aaar uit ten vollen Confleert, deoprecly-e welmeenendheid van Over* ysfelsch braave tfedelyke Regenten, oro de bezwaa. II. Stuk. j£k v«f,  ( 5 2° ) ten der Burgery op de beste en fpoedigftewy/etiit den weg te ruimen terwyl tevens in dit ge¬ drag eene befohamende les ligt opgeftoten. voor veelen der Stigtfche Regenten, hoedanig zy hadden behooren te handelen. Hec is onbetwistbaar zeker , dat 'er geen behoorlyk redres kan gemaakt worden in ae Regeering e'cner ganfche Provintie of Stad met de leden der Burgery hoofd voor hoofd. Niet alleen is nier elk in ftaat om de gebreken die hy befpeurt duidelyk en in den grond optegee ven, maar nog veel minder om de middelen, welke het best gefchikt zyn totiher(telling en beftendige verbetering, in a( hun omvang en juist te beoordeelen. Het is daar en boven mede niet mogelyk dat de Regeering, in 't verbeteren der gebreken, de ganfche Burgery hoofd voor hoofd daar over kan hooren cn onderhouden, en de iomtyds verfchillende ge- dagren coc één brengen, Het is hier om volftrekt noodig, dat het lighaam der Burgery eenige leden uit zich verkiest, in welke zy vertrouwen (telt, en welke in haar naam tot de Regeering kan fpreeken, en welke onderling zich kunnen toeleggen om te overwecgen alles wat in deezen dienfti'g is tot het heilzaamst einde. ■ Wy durven daarom ten fterkfte beweeren, dat het eene Magiftraat nooit ernst is, de gebreken te herflellen en het volk genoegen te geeven , indien zy weigert die geenen te erkennen, dien hec aange- ftela heeft om in zynen naam te fpreeken ■ dat zy regen het oogmerk en den aart onzer Repuplicainfche regeerings inftelüng aanwerken , en de fouveraïniteit ufurperen en dus als geweldenaars be. hooren behandeld te worden. Eene andere heilzaame zaak om tot het bedoelde einde te komen, en die wy mede in de ingezetenen van Ovcrysfel admircren, is, dat 'er eene goede verftandhouding plaats hebbe tusfehen de gecommitteerden der onderfcheiden fteden eener Provintie, op dat niet, in het herftellen der ge- bre-  C 521 ) breken, door de eene meer worde gevorderd dia door de andere. En dit is niec alleen noodzaakelyk ren aanzien van het Provinciale, maar zelfs wat hec domeftique van iedere Stad in hec byzonder becreft. Wanc, hoe zeer in vroegers cyden,ond<»r de GrafelykelRegeering, aan byzonde;e leeden onderfcheiden voorrechten gefedonken zyn, wiar van fommigen nog in gebruik zvn, en andere in onbruik zyn geraakt, zo is hec'nogthans zefcer dac de gelykheid der Regeering in 'de byzonder' fteden eener Republiek en veel meer eener Provintie ,—veel toebrengt tot derzelver befiendigen duur. Er is niec aan ce twyfelen of dit is mede eene voornaame reden der byeenko.mst van Gecommitteerden uit de kleine fteden van Overysfel geweest: en welk begin dus, gaan zy op dien vo*r voord, niet anders dan een gunftig en fpoedig einde verfpreekt. Het is onweerfpreeklyk waar, dat voorbeeldei» en ondervinding de beste' leermeesters zyn • dac men een voorganger voor zich hebbende, en zich aan hem fpiegelende, zyne mispasftn kan verbeteren en zelfs zyne iiruikqijpgcn cn dwaalingen ter lee* ring kan aanwenden. Overysfel heefc dit zeker voor uic by Utrecht en zo zy deeze Provincie ten voorbedde van navolging zich heefc voorgefteld is hec zeker, zo als uit de beginzelen fchynt opgemaakt te kunnen worden, dat; zy alleen navoleer van het goede wil zyn. Het is waar, dac ln den beginne, by het onroepen der bezwaaren in de Provincie Utrecht escommitteerden uit de fteden, mee anderen uit de Stad, fchoon niet zo openlyk, hebben j?econfr reerd over de uittebrengen bezwaaren , en "dac ook-" de Burgers der fteden Amersfoort, Wyk enMonr foorc zich hebben geconformeerd, mee het békende Concepc Reglement tot Redres der bezwaaren, mee eenige weinige bygevoegde veranderfn gen omtrent hun ftedelvke dan men zal nbE thans moeten bekennen, dat deeze onderhandelirt K k a „PP  gen niet op den duur en tot den einde toe zyn door'" gézet en onderhónden. De Stad Wyk by Duurftede, levert ten vollen daar van net bëwys op. Het is wel waar dat de fteden het recht hebben, omtrent haare domeftique taaken zodanige arrangemen en te maaken, als zy vermecnen met haare privative rechten overeenkomstig te zyn ; dan het is ook even zeer waar, dat zulk eene zaak van aanbelang behoort tc eindigen even als zy is aangevangen. Dan , dit kan men in deezen "niet zeggen dat in allen deele onder het oog gehouden is. De Burcery van Wyk,(en die haar adviferen,) heeft in haar voordeel, en tc recht, genoomen, dc invloed welke zy had op haare Regenten, en heeft dus haar fted'dyk Re > glement volkomen geapplaneerd ,gckregen. Het is 'er verre van daan dat wy zouden willen beweeren dat zy dit niet zonder concurrentie van de overige fteden had belnooren te doen ■ veel binder dat wy zouden willen ftellen dat zy in haar ftedelyk Reglement iets zoude gefield hebben ten praejuditie der andere fteden, of dat aan haar niet roekwan; sgbar wy willen alleen dit zeggen: dat wy, behoudens de achting voor de cordaatheid en yver deezer Burgery, van oordeel zyn, dat het daadlyk arresteren en in trein brengén van het geapplaneerde, niet had behooren te gefchieden, zorder concurrentie of communicatie van de geauthorifeerden der andere fteden dit zoude gereciproceerd hebben aan het gedrag, het welke die van Utregt gehouden hebben by he: concipiëren van het Reglement, tot Redres der bezwaren , waar in zy niets zonder concurrentie en communicatie der andere fteden hebben gearresteerd. Hoe zeer ook de Burgery van Wyk het volkomenfte recht moge hebben óm re handelen zo als zy gehandeld heeft: zo is het niettemin onbetwistbaar zeker, dat zy niets van dat recht zoude verloren hebben indien zy met de andere fteden communicatief had te werk gegaan , er- zich,  (5^3 ) zich, eenigzins minder doordryveni, haclgefchikt naar den gang van hec werk in de andere lieden , om zo gezamelyk 'mee meerder kracht enfunda . menc te kunnen urgeren op hec gelyklyk introduceren der ftedelyké Reglementen, zo d;r ;.] niet, door het traineren by de voorltemmende leden, gelyklyk met het provintiale, liaatswyze, koude gefebieden. Uit de gevolgen is hec blykbaar genoeg, dat de Burgery van Wyk niets zoude verloren hebben mee zich ccn weinig re fdiikken naar de andere lieden, welkers Regeeringen niec zo bereidwillig en voord varend waren, om der Burgery genoegen te geeven; en hoe zeer de Burgery 'van Wj k mogc lustineeren , dat de ongelykueid der Regenten aan zich zeiven, in andere fteden, en de onbereidvaardigheid om aan de Burgery , cn het recht — genoegen te geeven , haar," die zich in gelukkiger fituatie bevinden, in 'c geheel niec kan praejudiceren , omniet te jouisfcren van die voordeden, welke haar de harmonie tusfehen het volk en zyne reprefentanten geeft: zo is hec, a's gezegd, nogthans uic de gevolgen blykbaar, dac hun avance hier in boven de andere fteden, hun weder «an den anderen kant in een predicament heeft gebragt, waar in hec haar niec alleen rnoeyelyk zal va!, len zich ce fotttineren , maar waar door zy ook tevens zich voor de andere fteden infruttueus ziet gemaakt om 'dezelve in haare. zaak ,en deeze haar, over en weder ce adtisteren. Getteld nu, dac de Burgery en Regeerir.g van Wyk , hec volkomen in alles eens zynde, hunne zaak tegen den Staac cn den Stadhouder willen volhouden: dat zy zich willen exponeren aan het gedreigd aanrukken van Militie, zullen zy, op zich zelvcn, zonder het uitetfte nadeel van hun beftaan , dit kunnen uithouden ? zullen zy de overi* geiteden, die in 't geheel niet gekend zyn inde aanleidende oorzaaken die hun h het preJicamenc hebben gebragt, waar by deze nogthans zeer geKfc 3 ï0.  ( 524 ) ïnteresfeerd waren, tot adfiilentie kunnen inroepen, en hun vergen, eene zaak te helpen foutinc ren, die hun in veele opzichten prtejudiceert , niet alleen om dar haar daar in, als 't ware, de loef werd afgeftoken, maar, om dat zy daar door verftoken zyn, van derzelver foutien ter Staatsvergadering , en die kracht aiet kunnen geeven aan den aandrang hunner billyke begeerte, indien zy gelyker hand haare zaak ten pricipala willen bevorderen. Indien dit voorbeeld door de Overysfeilche [teden in het oog gehouden is, en zy om die reden daarvan in haar voordeel gebruik hebben gemaakt, door in tegenoverftelling zich met elkander op het naauwfte tc vereenigen, tot behartiging hun. ner gemeene zaak, is het niet rnoeyelyk te voorzien, dat zy met kracht en tea fpoedigfte, daar in zulien reusferen. Het voordcel dat zy daar door zieh zeiven en de een den ander aanbrengen, is alleszins zigtbaar en gemaklyk op tc maaken.—— Daar als nog de Burgery en Regeering aldaar alleszins eendragtig fchynen, om het noodig redres in de Regeeringsbeftelüng te willen bevorderen, zo zou tiet zelfs in gevalle de Regeering van de céne of andere Stad weigerig bleef cm , of der Burger gecommitteerden behoorlyk te erkennen, of om met dezelve in de noödige onderhandeling tc trceden en de zaak naar genoegen te applancren, van minder nadeel voor bet geheel kunnen zyn, indien die Burgery zich bleef voegen by de overige lieden, en zich conformeerde met het geene door dezelve verrigt werd. Daar in tegendeel , wanneer de een of andere Stad, met hare domeftique arrangementen vroeger in gereedheid was dan wel de andere, en daarom, buiten Concurrentie der overige, dezelve, om bet pluimpje te willen hebben als de voorganger te zvn, wilde arresteren cn introduceren; zulks notoir eene diverfie moeten veroorzaaken , zq wel  C 525 J •wel tusfehen de regeeiringen ais de rerpcclive Btirgeryen Wy willen in 't geheel niet intreeden de beflisiing hoe verre iedere Stad ces niettegenftaahde, indien zy zag dat de andere in 'c geheel niet mee haar wilde corvenieren, het recht zoude hebben, om -buiten de andere, haare domeftique zaken te arrangeren en te arresteren — noch ook , hoe verre zy bet recht zoude hebben zich afzonderlyk van een voorigen eed te ontflaan en een anderen te introduceren!.- veel minder in hoe verre de overige leden van Staat dc magt — of liever hec recht, xoud.sn hebben, om zulk eene Hemmende Stad, en integrerend lid van Staat, tegen haar wil, de comparitie ter Staatsvergadering te ontzeggen, eri deeze aan die weigering van adinisfte zoude behoeven te obedieeren: dan dit is toch zeker, dat hec mee dac alles niéts uitdoet, zo lang zulk een integrerend lid van de vergadering uitgefloten blyft, en dat niec alle deszelfs protesten van nulliteit als andtrszims, ten aanzien van het gerëfólveerde in haare abfentie, van veel minder dienst zyn vcor de andere fteden, zo lange haare admisfie daar door niec wordt bewerkt, en intus» fchen de deliberaticn en concluf en worden voord- gevee Hec gedrag der Overysfel fche Regenten, door zelve haare Burgeryen aancefpooren om eenigen uic zich ce Committeren, om mee haar in conferentie te trceden, coc redres der billyke bezwaaren, is, zo als wy reeds aanmerkten , niec minder dan een duidelyk bewys van derzelver welmeencndbeid , om hec noodig redres te bewerkfrelügen ; gelyk hec zelve ook bij die van Vriesland, in zonderheid by de Regcering van Leeuwaarden , alle navolging Waardig is bevonden, hebbende dezelve haare Burgery zelve espelswyzc opgeroepen, om op gelyke wyze Burgergecommicceerden tot een gelyk einde te benoemen. Dan hoe zeer moet die een en ander niec ftrekken tot billyking van hetgeK k 4 drag  ( 5*6- ) rirag der Burgeryen van het Sticht, welkers aan* hcudende inftanrien helmen geftrekt om haare benoemde gecommitteerden by de Regeering te doen erkennen en ter befchsaming en overtuiging der onredclykheid, onrechtvaardigheid en gewelddadigheid van zuike Regenten, welke, alleen om die reden hebben kunnen goedvinden om s'Lards Militie te doen aanrukken tot beteugeling deezer ailerbillykfte begeerte des Voks ——- en hoe zeer zyn zodanige Regeeringen, welke door hun voorbeeld toonen , alleszins de noodzaak'» lykheid te befeffen van de aanftelling van geauthorifeerden uit de respeftivc Burgeryen, niet verpligt ds onderdrukte Amersvoorderste hulpe te komen, dat niet alleen aan haare billyke begeerte worde voldaan, maar dat zy ook worden verlost van het alleszins drukkend juk der Militaire magt, weiker febreeuwende ongerechtigheid voor eene vrye Volksregeering ondraaglyk is. Wenfchelyk ware het intusfehen dat de Staatsleden cn Regenten van de Provim ie Utrecht uit het een en ander voor zich de noodige nuttige keringen wilden trekken, en als nog wilden verbeteren het geen zy tot hier toe, voor het oog der waereld hebben geweigerd dat zy zich lieten leiden meer door de reden en billykheid, dan dat zy naderhand, daar zy de eerfte zyn geweest in het^oproepen der bezwaren, van de andere provintien zullen moeten leereu wat zy hadden behooren te doen; als zy zien, dat het alleen de beste en eenige weg was, om de inconvenienten in de Regeeringen weg te ruimen, om baar gezag ftaande te houden die hen door haare Bur- fers en ingezetenen was voorgehouden dat e Regenten der Steden niet maar uit de voorbeelden der Overysfelfche en Vriefche Steden leeren , hoe zy hun gezag en recht tot het herftellen haarer Stedelyke abuizen weeten te doen gelden ter hunner Staatsvergaderingen, op dat zy niet door der- dwaa-  C 527 ) dwaazen tu ^meester, de fchude en fchande, t,c iaat worden geleerd. De NALEEZER, ^Oe HollandifcJw zeitung of HoIIandfche Hoos?duitfche courant, verdient wel eens nu en dan te worden nageleezen. N In No. 82. van Viydag den 1+ 0.chen de REGEERING en inGEïETECJEN HERSTELD ek Wt-rde wederge- bragt enz" zo is het ook alleszins noodzaak. ]yk, om aan dit voorgeleide oogmerk met maar ten halven of ten deele te voldoen, du na het onderzoek dier bezwaren en de middelen tot wegruiming van dezelve, daar aan ook ten Jpoedigjle ir.ogclyk worde voldaan,- daar anders het oproepen der bezwaaren en het dilateren van derzelver uit den weg ruiming eene juist tegen overgeftclde uitwerking zal moeten hebben ; gelyk zulks reeds in den voorleden jaare by de Vroedfchap der Stad Utrecht alzo begreepen is; als zy zich by haare refolutie van den 20 Sept. 1784., en daags daar na ter Staatsvergadering uitgebragt, berf Maagt ,, dat de Heeren Gedeputeerden op den 6 „ Septemb. hadden begreepen en verdaan: dat de „ Extra Ordinaire befchryving, tot welke ter Staats„ vergadering van den 1 ften was gerefolveerd, ojii ,, geduurende dezelve te delibereren en te resot.vee ,, ren , op het gerapporteerde door den Heer van „ Sterkemburg en verdere gecommitteerden, concer„ nerende een Reformatoir Reglement van Regeerin* ge deezer Provihtie , niet eer dan tegen den 6 3, Ocï. behoorde plaats te hebben." — en van welk uitftel der vergadering zy verder zeggen ,, dat M de zorglykfte bedenkingen by alle welmeenens> de en rustbeminnende Burgers cn inwoonders deezer Stad, zyn veroorzaakt, de welke niet min* der dan een geheimen en 'nadeligen toeleg vermei' ,, nen te befpeuren , in het zo lang dilayeren der ,, deliberatiën van hun Ed. Mog. over opgemelde rapport en concept Reglement van Regeeringe.'* Daar dan nu het Collegie van den Raad, reeds ineer dan een jaar geleden, de prefumtie niet on» sa»  nacUtirlyk vindt, welke by alle welmenende ëfi Tuitbeminnende Burgers en inwooners plaats vond, dac 'er in het dilayeren der deliberatien van hurj Ed. Mog. over 'c Staats Rapport en concept Reglement Reformatoir, niet minder dan een geheimen en nadeligen toeleg was te befpeuren , zal men dan deeze prefumtie niec byna coc eene volkomen zekerheid zien gebragc, als men in aanmerkinge neemt, dat fints al dien tyd van een rond jaar by hun Ed. Mog. dac concept Reglement Reformatoir cn rapport, nog niec weder in eenige deliberatie is gebragc, veel min een cyd bepaald binnen welke hec eer deliberacie zat gebragc eu daar op geconcludeerd worden. Hoe zeer dan aan den eenen kanc hec bovengemeldde oogmerk in hec oproepen der bezwaaren — om hec vercrouwen cusfehen de Regeering en ingezetenen te herftellen — alleszins goed en pryzelyk moge zyn of fehynen, zo is hec nadeel, dac uic het dilayeren van die afdoening van tyd toe tyd gefproten is, en nog dagelyks fpruif, reeds zo grooc, dac zy niet alleen lange dac goed oogmerk geheel én al verflonden heefc, maar ook in gevaar ftaat by verder dilay in openlyk ongenoegen uittebarften. Immers zou men als nu zulk een geheimen en nadeligen toeleg moeten opmaaken; ais men in aanmerkinge neemt, dat de Staats commisfie by haar rapport in Augustus 1784. ter Staatsvergadering uitgebragt, zelve oordeelende, dat de arrangementen, om de Burgeryen der Stad en Steden eenig aandeel te geeven in de aanftelling haarer Regenten', aan de Regeerders der zelve Steden te moeien overlaaten, en dac deese arrangemencen, door de ftedeiyke Regenten mee haare Burgers, een wederzydfen genoegen gemaakt en geapplaneerd zynde. by flot van zaaken hec overig gedeelte van hst provintiaale Reglement als in de geboorte blyft fteeken, en de Burgers der fteden daar en boven worden verhinderd te iouisfeeren van haare aeloude en in LI 2 alie.  C 536) alienabele rechten overeenkomftig welke zy baa» re ftedelyke Reglementen met baare Regenten hebben geapplaneerd. Moet in alle Regeeringen en inzonderheid in de Republicainfchej bet welzyn des volks de hoog- lie — de eenige —- wet zyn: dan moet ook alles wat zich te^en deeze hoogfte vet aankant, als fchadelyk , als gewelddaadig , worden aangemerkt. Het l'alus Populo eischt voornaamelyk , dat de rust en kalmte onder de goece Burgery en ingezetenen worde bewaard, en'ailes uit den weg geruimd wat dezelve eenigzjns zoude kunnen (tooien of hinderlyk zyr. ~ Dan hoe zal men kunnen zeggen dat dit doör de even gemelddc handelwyze eenigzins gefchiedt? De eindeiyke proef op de fom hier van zal zich binnen kort van zelve moeten opdoen Niets i9 'er dat het daadlyk arresteren van het Reglement van Regeering langer kan tegenhouden daar de gronden van het oproepen der bezwaaren zyn geweest de ontrustheid van de gemoederen der ingezetenen uit hoofde van de vermeende bezwaren en de beraaming van convenabele middelen ter wegruiming van dezelve zo kunnen 'cr ook geeee redenen worden voorgewend van den kant des volks waar om in deezen verder dilay zoude plaats hebben is in de daad het oogmerk geweest om het volk by zyne Rechten weder te brengen, en niet maar de magt van fom- mige Regeerings leden alleen te vergrooten, > om het vertrouwen tusfehen de Regeering en Ingezetenen te herftellen, dan moeten zy , welke dit herftel vermeenen te moeten bewerken met de daad, en niet flechts met woorden, hunnebereidvaardigheid daar toe toonen. Het kan dus i» geenen deete tot verichooning van het uitftel verftrekken, dat de Stadhouder zyne Cvnfideratien nog niet heeft cpgegeeven; of, dat de voorftemmende Staats leden zich nog niet hebben gedeclareerd op het Staats rapport • ■ 1 '■ daar dit veel eer als een be- fchul.  ( 539 ) fchuldigend verwyt, dan eene verontfchuldigende verfefaooningkan vcrftrekken. Zuilen aan de ftedelyke Magiüraacen , weike hec eerfte en hoogüe belang bebben by hec bewaaren der kalm* ce en rust onder de Burgers en ingezetenen, die zy onmidaejyk reprefenteren, geduluig moeten aanzien , dac haare moeite en arbrjd in deezen niec alleen als vrugteloos, maar ook haare Magt» als derde lid van Staat • als niets worde geacht? en zullen zy als zodanig zien maar alleen als de lydende party mceten onderwerpen aan haare mede Staatsleden en zich genoodzaakt zien, willens of onwillens,, binnen bepaalden tyd rapporten of refolutien uic ce brengen , zonder dat zy op hun hsert mede deze daar toe zal kunnen verpljgten ? . . . Dit zoude naar overheerfching zweemen, om welke te weeren onze voorvaderen hun goed en leven hebben veil gehad. Daar dan hec vertrouwen tusfehen de Regesring en ingezetenen niet kan herftcld cn wedergobragc v/orden, zo lange hec nu geappianeerde ftcdeiyk Reglement niet gearresteerd en ingevoerd is, en daar hec zelve, volgends hec gevoelen van fommige Regenten, alleen ce gelyk mee hec Provinciale km worden gearresteerden in train gebragc, zo is hec de zaak van alle Scaas Regenten , em meer dan eene reden , zo zy anders hun pligt getrouw zyn , 0:n ten ernftigfie famca te werken, om eene e;ndclyke afdoening van zaaken ten fpoedjgfte daar te ftellen, en den overigen leden een tyd te bepaalen, binnen welke dezelve met haare refolutie in 'gereedheid moeten zyn. —- Dit is niec alleen van de u terfte noodzaakiykheid om dc onbetvviscbaare rechten van het derde en belangryksc lid van Staat, te doen gelden, maar ook om de Burgery en zich zeiven ce hoeden voor alle de onaangenaame gevolgen die uic een verder dilay notoir moeten reiulteren. Daar niec alleen de Burgery, ingevolge derzelver protesc in ütads notulen, die leden van den Raad, welk» het fchadelyk en drukkend geL 1 3 keur*  ( 54° ) keurde Reglement van 1674 pro ut jacet hebbea bezworen, niet als waardige volks Reprefentanten, aan wien zy houw en trouw verpligi zyn, kan ttrkennen, zo lange zy zich ftipt, ingevolge dien eed, aan dat Reglement verbonden rekenen en geene verbetering van het zelve helpen bewerken; maar ook, daar boven dien dagelyks nieuwe gefchillen zyn te dugten en tc voorzien, waar van reeds' op nieuw exteert de vacature in den Raad, welke noch door den Stadhouder, blykens de voorige|tusfchentydfche aanfteilmgen van drie Raaden— noch door den Raad zelve, kan gefchieden, blykens derzelver Refolutie in April deezes Jaars,waar by bepaald worde, zulks na het uitgebragte rapport over het ftedelyke Reglement, aan de Burgery, om aan derzelver verlangen, om eenig deel te hebben in de aanftelling haarer Regencen , te voldoen , te willen overlaaten. Hoe zeer men dan ook jin het begrip moge ftaan, dat 'er geen Provintiaal Regeerings Reglement buiten Concurrentie van den Stadbouder'kan worden ingevoerd, zo is het niettemin zeker, dat zo wel dc Stadhouder, als de Leden van Staat, reeds meer dan een jaar tyd hebben gehad om derzelver Conüderatien en refolutien op het Staats Rapport en concept Reglement Reformatoir, optemaaken en uittebrengen, en welk i uitbrengen van hun ndvys en gedagte volftrekt behoort plaats te hebben, voor en al eer het benoemen eener Commisfie rnn te Confereren noodig of van eenig effect, zal zyn, zonder dat in dezen gebrek aan tyd eene reden yan verder verwyl zal kunnen uicmaaken* Myi»  ( 54i ) Myn Hf.er de Vrye Nederlander! H -J^aar ik thans veel hoor fpreeken van eijls Grondwettige herftelling onzer'vervallen zaaken, en de Hooge Overigheid van meer dan eene Provintie hunne Burgers en ïngézeteq'èn oproe^n örn derzelver gegronde kiagten bet waaren in te brengen, heb ik reeds voor lange in beraad,geftaan om mede myne bezwaaren,'waar aan ik nL-c ,'twyfelde of zy gegrold waren, in te brengen dan my wierd gezegd, dat het geen gebruik was dat yr(puwen zich mei dergelyke /.aaken inlieten —--» dat als dan hit gïta! der klaagers veel te groot, .zoude worden — dac he: reeds veei grooter was geworden dan men verwacht had. c. z v. — Mee al zulke praatjes liet ik my afzeCten enfioeg 'er geloof aan, my aan deeze etiquette onderwer. pende en blyde was ik, daar aan gehoor ge- geeven te hebben, toen ik naderhand'zag, hoe een aamal Vrouwen, myne bekenden, weke zich met een openlyk beklag by Requeste aan de Staten van Utrecht mede hebbende ingelaaten, in een zaak welke van'agteren bleek dac zy niets van verftohden, by alle weldenkende Vrouwen en Mannen werden befpoc en nirjgej oud. Myne bezwaaren zyn egter van dien aart, dat ze zo zc-cr als eenige andere verdienen zo wel onder hec oog dar Nacie als van den fouverain te komen, ik heb daarom geen beceren weg kunnen uicden* ken, dan om dezelve by eene Misfive aan u toeterenden, mee verzoek dac gy dezelve een plaatsje in uw weekblad wik inruimen, met verzekering dac gy daar mede niec alleen my , maar ook veelen myner ongelukkig gemaakte vriendinnen en bekenden een wezenlyken dienst zult bewyzen. lk ^aa in die verwachting voord , mee eenvoudig myne gefchiedenis en bygevoegde gedagcen op ce geeren. Li 4 Ik  ( 54* ) Tk ben, om U de waarheid te zeggen, een van die ongelukkigen welke myn vermogen door goedvertraüwen ben kwyt geraakt; ik bezat een vryaanmerkelyk Capitaaltje aan goede Utrechtfche , Hollandfcbe en Generaliteits Obligatien; ik vergenoegde my met den matigen intrest welke ik daar van genoot, maar ongelukkig geraakte ik, eenige jaaren geleden, in gezelfchap van de; Huisvrouw van een der Heeren Kooplieden in Obligatien , die tevens het ampt van Makelaar bekleede, toevallig of opzettelyk, ik weet niet hoe, komt 'er een gefprek op de baan over de weinige Intresfcn welke 'er van 'sLands Obligatien wierden betaald, in vergelyking van de buitcnlandfcbe, zo men ze noemde Co knie efeclen. Men trok, zeide die Juffrouw, daar van tegen vyf en zes percent renten, dc Capitalen waren zo goed als de Bank, en als 'er iets -«an mankeerde, men kon by haar Man altoos zyn uitgegeeven geld, tegen de Obligatie terug bekomen , Wat dunkt u van zo een voorwaarde TJ vroeg ze my, ik zeide, als men zo zeker vyf of zes percent intresfe kan trekken , als op het Land j dan zoude men alligtelyk een ruilebuitje ondernemen. My wierd te gemoet gevoerd: ,, er is niets „ zekerder ais dat! en reken eens aan! hoe men „ zig bevoordeeltl door een ruimere levenswyze „ te konnen hebben ; die vodfige ryxdaalder Ren„ ten die *t Land'geeft, het is 'fchande, wie „ kan daar van beftaan ? en hoe veel Capitaal is 'er niet nodig om van zo kleine renten te le- ven, wel, Juffrouw! hoe ftaat gy 'er dog me* 3, de, zoudt gy geen fpeculatie krygen, om, zo ais gy zo even zeide, een ruilebuitje aantegaan?"* ik zeide zulks wel te willen doen, maar dat ik teen kennis van dien handel had, och zeide de kakelaars vrouw ,, Juffrouw daar toe behoort p weinig kennis, want by onze s'Lands Obligatien ,« is men altyd gefchoofen , met al die papieren. ?, van eigendom, je hebt 'er zomtyds wel een t, kruiwagen toe noodig, en een geflagtrol, als ..j die  * C 543 ) „ die van Methufalems Ieeftyd, cn dan ziener d* ,, Obiigatien ook nog zo wonder uic, ze zyn verflecen, en mee fyn linnen, of kamerdoek aaa „ malkander gezet,- en hec iastigfte van allen is, „ als men 'er rencen op wil lacen ontfangen, men „ moet alcoos de Obligatie uit zyn handen geven. „ Dit alles komt gy te boven. Onze Colomeaan,, delen, zyn op lchildcragcig fraai dik en grooc „ papier gedrukt, en de geheele eigendom be,> ftaat maar in één blad papier, deze eftecten zyn „ geen Transport ondeiheVig, myn Man heeft mee zyn ConfraCers 'er op uit geweesc, om al ., die last van Zegels en Impost van 't Land op hec ,, Papier weg ce nemen, daarom worden al die „ Obligatien uitgegeven op een open naam; die „ ze in de hand heefc is cr de eigenaar van, en „ om daar van geen misbruik cc konnen maken „ worden de Renten betaald cp ouicanticn, die ., inen Coupons noemt, waar van men er zo veei „ bekome, als iedere Obligatie cot den tyd der „ aflosfinge loopt, Wat dunkt u juffrouw " zede men tegen my „ zoude gy daar geen zin in heb„ ben i Uy hebt cegen dc verfchyndag vandeRen„ ten, maar met hec Coupon bv myn Man aan „ hec Compcoir te zenden, en 'dan kunt ev daar „ voor hec Geld bekomen." ik liet my bepraten dac haar Man de volgende v&iïT l^l ZOude koaien; zoals gebeurde, hy had verlcheide zoort van Obligaten, de eene was met guarancie, de andere mee borgtogc, een derde op Hypotheeken en behoorden alle chui* onder Esjiqmbo en Demerarie, hy bood mv de?.e y.e »?i;?n> te verruilen voor mvne s'i ^ is ?an ffieD™ï Ze!de hGm d3C ^ da" v^ van had, maar hy antwoorde my, m^n'rh „ breekt daar uw harsfens niet mede als wv*t „ eens zyn die aandcelen zyn zo goed als de „ bank, puik! puik! en wat voordeel aan renten?" kortom, na veel over en weder praten, wierdoa wy t eens, om een ruilebuitje te doen mee mvne ^ S Ge»  C 544 ) Generaliteits, en Hollandfche Obligatien, de Iaa> lte alle ten Comptoire Amdeidam , deze Obligatien welke te zamen ruim twee derden van myn Capitaal bedroegen verruilde i>c , alle tegen Obligatien in Negotiatien ten las'e van planters in de Colonien van EsJHitebo en Demerary, en wei een voornaam gedeelte zeetiwen , en ook Register Obligatien alhier Dehorende, ook te Haarlem, en mede op de Registers in den Haag en voorts te Amfteroam. Ik was wonder in myn fchik, want voor myne s'Lands Obligatien konde ik hec bedongen geld, tegen hec te mg geven der % erruikie aandelen altoos bekomen, de Man en zvn woord , waren als de bank. Ik rekende de Transporcen myner Obligatien:, die door dezelve koopman die te gelyk Notaris was , in gereedheid waren gemaakt, en by^d-notitie van de pryzen, was ik wonder in myn icbrik, om dat ik voor zo veel meerder Renten te trekken niets on myn Capitaal had behoeven toetegeven, alleenlyk het weinig verfchil van de renten, en de Transporten mee deexaracten, die my doe eer, weiBig uit myn gisfing gingen, dog dat ik overftapte, om dat ik begreep dat dit op de Koopmanfchap wel konde ovèrfchietcn. _ ' Ik gerust zynde {over deze verrignng, zond by he* einde van'het jaar met het verfehenen Coupon om de Renten, welke dan ook aan my prompc wierden betaald, het tweede jaar ging ook wel, maar het derdejaar, mankeerde een merkelyk aantal: on een klein gedeelte ontrlng ik de renten, erl op een ander klein gedeelte kon ik tegens vermindering ïvan renten betaling bekomen- « ging na myn Koopman toe en zeide, myn Heer! ho<. heb ik he' ?wat fcheelt 'eraan ? hyjzeide my ,.,,'ja l , de Directeur kan niet betalen, hy heek my gefchreven dac hy na zes Maanden zal kunnen zeg! gen of hy zal betalen en. wanneer; ' wel nu myn Heer zeide ik, gy hebt ray verzekeid dac deze effecten zo goed als de bank waren, en-dat  C 545 )' jk altoos tegen de Obligatie myn geld konde tc rug bekomen, een Man een Man! een Woord een Woord: ,, Gy hebt gelyk, zeide hy tegen my, . „ maar die verzekeringen van ons hebt gy kwa„ lyk begrepen, _ onze verzekering van dié zoort ,, van effeeccn ftaat gelyk met den eed van de ,, Procureurs en Advocaten voor de Collegien van „ justitie, die duuren maar een'Jaar, en dan moe. ,, ten zy weder vernieuwd worden of zy zyn 'er ,', van ontflagen, gy had daar mede met het ein. „ de van het eerfte en tweede Jaar ter vernieu„ wing van myn woord, moeten voor den dag „ gekomen zyn, fchoon ik 'er al na verloop van, „ 't eerfte Jaar af was, want op die tyd was al„ les nog goed , denkt gy 'dat wy voor di»as „ pers van Negotiatien konnen ihftaan ? — met geen gedagten! dan zoude hec ons in de hers„ tenen fchèelcn, och neen! Juffrouw, kom jy „ over zes Maanden eens wederom, en dan zal ik „ u wel eens zeggen hoe 'c 'er mede zit." Wel myn Heer, beantwoord dat aan uwe verzekering? dac fchynt wel misleider), zeide ik, en daar op bekwam , ik een antwoord; „ hoor Juffrouw die „ zaak is zo en niet anders , en als de Directeur „ aan my hec geid niec overmaakt, kan ik niet j, betalen, wilt gy aan my die Coupons tegens „ vyf _percent voor twintig .Gulden iacen, dan ,. zal ik hec wagen om ze van u overtenemen, en 'er dac Geld op betalen , mits gy my zeker„ beid voor hec geen ik u geef ftelc, en anders „ kunc gy den Directeur aanfpreken." ■ Het laatfte dagt my hec besce te zyn, ik las daar toe van te voren den inhoud der my belnndigdc Obligatien of aandelen, ik vond dat dezelve tcgen een bepaalde fomme, en op bepaalde zekerheden waren opgenomen, die wanneer 'er aan de voorwaarden voldaan waren, en dac de Direcreur nevens de Commisfarisfen aan hun pligt hadden beantwoord, dat ik en anderen, die ons Geld ge. Schoten hadden, zo ongelukkig niet zouden z'<-naat, eu wac dergelyke defenlien van uw Vriend meer zyn, zal blyven? Alvorens wy de"kracht uwer Redeneeringen ter toerfe brengen , moeten wy voor af onder het oog houden, dac de vriend dien gy vermeend, is een openbaar Notaris en beëemgde Makehar ; een Man voor welke men geen uicvlugc van onkunde kan maken , maar die naar rechten onderfleid wordt, kennisfe van de aan hem coebecrouwde zaken te hebben: hy vermag dus als Notaris of Makelaar de hand niec hebben toe hec bevorderen der opichietingen van Gelden, op hypothecquen , of hy moec van den ftaat van hec góed, cn hoe Mni4 da.  ( 558 ) danig het]| zelve'fby den eigenaar bezeten wordt, vplkptoen onderrecht zyn;" ten einde de rentheffers of Geldfchietcrs, in alle oprechtheid openin. ge re kunnen doen cn bei ieht te geven. Gy begint de verontfchuldiging van Uw' vriend met het debiteren van de Obligatien onder directie vr.n Boddaert, en het fchoonmaken van die zaak door het klein genot van zyn provifie, dat op een Millioen niet meer dan iooco. gis, zoude belopen hebben, dog gy zegt: dat uw Vriend dit by wyze van provifie heeft genoten; maar wat vorderde dan de pligt van hem? — Het waren immers gelden die op Hypothecquen gefchoten wier, den! men noemt daarom de uitgegeven Obligatien Aandeden in die Hypothecquen , die Hypothecquen moesten derhalven voor de uitgiften van de aandelen dadelyk in wezen zyn; uw vriend lermogt, op zyn eed als Makelaar", geene vandie sandeclcn voor den Dircóleur Boddaert, of wie hem ook mogte gebruikt hebben, onder de Man brengen of te gelde maken, dan na dat hy van het aanwezen van de hypothecquen, en den ftaat der verbondene plantagien volkomen onderr regt was. Wat voor verfchoning du kunt gy vcor iemand, van die qualiteit , inbrengen, die vooreen Miliioen Obiigaiien verkogt heeft, zonder dat aan htm of iemand van eenige zekerheid voor de Geldfchieters is gebleken! dat hy en andere» op hurne Registers Jaarlyks dc Renten hen daar toe overgemaakt betaalden; datzy intusfehen niet enkel als Makelaars, maar voorts als Kooplieden in Obligatien een zeer zwaren handel in de Obligatien, behorende tor de onderfcheide Negotiatien vanBoddaert hebben gedreven, en aan dezelve een zo onbepaald crediet gegeven , dat men derzelver zekerheid, om de meerdere beloofde renten, zelve boven s'Lands Obligatien fteldc, waar door zy zo hier als elders, niet als Makelaars maar als Kooplieden zeer grove  ( 559 ) grove winden hebben gehaald, zonder zigtebe» kreunen of 'er Hypothecquen waren of niec! en heefc niet deze Handel mei hen zo lang geduurd, tot den tyd, dat het eerlle furnisfemeut van de Renten, welke na nog ten agteren liaan, iiaperj de; Toen zag men zyn misdag, toen moest men drie Man zeven armen afhakken, toen was het overal heyj entoen begreep men te moeten doen, hec geene men bevorens moest gedaan hebben; toen heefc men allereerst van Büddaert afgevorderd, opgave van de plantagicn en de Hypornccqusn derzelvc; toen heefc men zig voor de arme Geld' fcMeiersy zo als men 't noemde, in debresfe gettold; maar coen waren de lieden haar geld kwyc, en had. den dus aan hec beifcier van zulke Makelaars ts danken, dat zy hun geld, zonder daarvoor de bepaalde zekerheid ce hebben, kwyc waren. Beoor* deelc nu zelve, waar vóór de onderzoekingen, waar op gy u beroept, ce houden zyn; Volgens den eed als Makelaar, moeften zy daar van voor de verkoop en uitgif.e zyn onderrecht geweest, en zig mee daar na, coen de zaken hec onherlieibaar weg hadden, doen onderrechten. Wat nu daaromtrent naderhand in den Haag, in tegenwoordigheid van de Heer Bentink en, zo gy hem noemt, de Grootfle Vyand van utv vriend, den Berngten Procureur Hoevenaar , met den Directeur mogte voorgevallen zyn; zyn zaken , welke de vorige gedragingen van uw vriend niec konnen rechtvaar* digen, want wie kan eert zodanig gedrag vryply, ten, dat men voor een Millioen Obligatien onaer de man brengt, daar van provifie gemec, door een gezegd Directeur zonder Oommisfarisfen getekend , en waar van men geene andere zekerheid heefc , dan de bloce letters van hec papier , cn dus niec meer dan een hand vol vliegen!.' Ais gy die nu volgends de gewoone regels van eerlyk, heid en pligt kuric verdedigen , dan is hec zeker de fchuld van uw vriend niet, dac veele I gtverMm $ "trou.  C 56o ) trouwende lieden van het hunne ontzet zyn. Doch zo uw Vriend u eens naar waarheid 'op bi.cgtte, zoude hy limisfchien, zo hy 'c zich kon herinneren, zeggen, dat'er wegens de.twee laatfte gedaane betalingen uer renten, tusfehen Boas, de Hf.shuisen en hein-, vtrfcheide Compariuen zyn geweest, ter overlegging om die betalingen te vinden; vermits de Direfteur toen al verklaarde buiten ftaat te zyn die betaalingen te konnen doen, of de daarvoor benodigde penningen re bezorgen; —*-— was her tyd om yopr het belang van da Gemteresfeerde Geldfchieters te zorgen , het was toen; dan, heeft men na dien tyd met he: ver- handelen der Obligatien opgehouden? ls men verzekerd geworden dat de directeur zyne verpligdng aan de Sr-id Middel*.. <.rg voldoet, om daar aan jaarlyks opening cn Rekening "te doen? wejjigt zou men by het onderzoek bevonden neb. ben hoe ook hier de hond hinkte:, en men had zich als dan niet bthoeven te behelpen met eic onbehoorlykc- protectie. Want had hygeen Obligatien of aandelun verhandeld, dan na dat hy van dc zekerheid zo van de Hypothecquen en 'c verband, als van den ftaat der bezittingen waar op het verband lag, volkomen oadenvcht was, geweeft, dan waren alle die te Iaat aangelegde onderzoekingen , ter ontdekking van de icheiinftukken welke in die Kegotiatieh gebleken zyn, ten eenemaale onnodig geweeft, ■ al dat na werk ftrekt tot een onlogenbaar bewvs, üdac uw Vriend zyn pligt als, Makelaar verre te buiten gegaan is: wan: op wat-grond konde hy dbg aan Boddaart een zo onbepaald credict van zó veele hondert duizende toekennen, dat men die Obligatien zelve tot hooger prys heef: verkogt, dun 's' Lands Obligatien? Waren die Obligatien van Boddaart r.iet van die zeiven aart , als al die zoort van Obligatien5" namelyk, wierden zy niet alle uitgegeven in Blanco? en waarom? in de eerfte- pla.u s.. om  C 56i ) ©m 'er deTransporten door te vermydcn: maart» de tweede plaats , 0111 daar door te ontlopen dat geene, waar toe men by de verkoop van 's Lands Obligatien cn zoortgelyke eiFecr.cn verpligt is , namelykj dat de Verkoper dezelve moet vryai ea waren. Hoe zoude dog - uw ' Vriend en zyne medehelpers er. by gefta tti hebben, indien zy als Kooplieden in Obligatien de verkogte aandaïen, ten aanzien van de zekerheid van hec ver. band hadden moeten vry waren'? want onder hec aanwezen van die verbanden wierden zy .ver. kogc, en voor hoe veel duizenden guldens aan verkogte aandelen . zou uw Vriend zig in de verpügting van vr-y waaring ent het opleveren van de 'Hypothecquen niec bevonden hebben ? voor welke by na , by hec fout lopen , daar dezelve niet aanwezig bevonden worden , of niet zo als dezelve hadden behooren te zyn , fchavergoeding aan de koopers zoude hebben moeten doem Zoude men 'c ontloopen van die genoudenheid , ais eea verantwoordelyke verrigting in den handel \a:i uw Vriend konnen goed maken, en wel zo goed maaken, dat men die zoort van Obligatien, m goeden gemoede boven die van 's' Lands Ooligatien zoude voortrekken V Bemerkt gy dus zeivt niet, dac uw Vriend hier va niec zo geheet oiifchufdig is als gy triumfanc op bl. 7 uitroept? want aan wien móet hec toegekend- worden, cac 'er wc. gens de Ncgoriacien vJtft Boddaart zo veele weeduwen , weezen . en fanilien ongelukkig-zyn? voornamentiyic aan niemand anders dan aan dergelyke kooplieden cn Makelaars van welke Bod» daarc zig als een werktuig bediend heefc Schoon hy als Directeur onder de allerfleChtfte moet gerekend worden, doec gy aan Boddaart een ongelyk aan, dat gy aan-hem in de eerlle plaats als Direcr éteur het ongeluk van zo veeie-weduwen en weezen toekent, dit is onwaarheid, en Bod Jaare zonde buiten de mogelykhcid geweeft zyn, om zulks te hebben konnen doen, zo maar de bedoelde Makelaars  laars zig overeenkomtlig aan hun eed en pügt hadden gedragen. En om u dit met een ftaal ui; uw eigen antwoord te bewyzen, aan wie hebben; de Geintresfeerdens in het Contract No. 17. te danken, dat onder de effecten van dat Contract gebragc zyn, veertig duizend Guldens aan Obligatien onder directie van Boddaert? dit hebben zy niet aan Boddaert te wyten, maar aan hem uit wiens pen dac contract voordfprooc, onder wiens i'ireótie dat Contract wierd opgericht, die als Obligatie Koopman er al die Obligatien in bezorgd heefc, op gronden van dac onbepaald Crediec, hec welk hy voor zig daarin Helde. Dan ik moet u hier nog herinneren een grove misrekening, gy geeft bl. 6. op: dat uw vriend aan het Millioen niet meer dan 10 Duizend Guldens voordeel zoude genoten hebben , maar dat is volgens uwe opgave anders: de helfc van de pro. viiie zegt gy, heeft hy genoten : dat is Tien Duizend Gulden en van dc andere helft heefc hy de helft afgedaan4 dus Vyf Duizend Guldens, zo dac uw vriend in gevolg» vau u en zyn eigen opgave geen Tien, maar l'yjtien Duizend Guldens aan provifie heeft genoten; herlees uw eigen gefielde cn maak dan de rekening nauwkeurig op en gy zult feevinden dac hier een grove misrekening plaats heefc. En hier mede, uw leidraad volgende, overgaande tot dc generale Negotiatie bekend by den naam van Bermitigham. Wie toch riep uw Vriend tot de directie dier Negotiatie? Wie riep hem om op het voeefpoor van Boddaert cn nu Rymevelt, een Generaale Negociatie aanterechten , om ten kosten van omcrenc Vyf Ton, het ongeluk van een meenigte deelnemers te vergroten? Moec men hem niec befchouwen als ee'.i zig zelf opgeworpen hebbend Directeur? als zulk eene Directeur, heefc hy de Condicien tot die zyne Generale Negotiatie ingericht, Als men het hoofd van die Conditiën leest, komt hec voor, en gelyk het ook  C 6H ) aok met 'er daad niet anders kan begrepen worden, als of de opgenomen 120,000 Guldens, alleenlyk verftrekt hebben en opgefchoten zyn, voor de plantagie La Providetice, zo als de mcenïgce Koo5 pers van die aandelen, in uie zekere begrippen zyn geweest, dac zy voor hunne aandelen volgens het bevoorrechte, recht van aanfpraak hadden;!op de plantagie La Providence zo als ook dit etrjle Geldfchiecers, naar den aarc en volgens het recht van Hypocheecq, voor hunne opgefchoien penningen'de alleen bevoorrechte moeiten gebleven zyn, want deze was de fpeciaal verbondene voor de opgenomen fomme, volgens de prifatie in het Hoofd van do Negotiatie opgegeven; hec ia'.waar, uw vriend zege daar by wel, dat verders in dezelve zul» len mogen genomen worden , een of meer, goede se», lidf. Hypothecquen in de Colonie van Esfeq' dat bericht. H^ebreeuwsch is, de byzoriderhederi vsn die korten ftaat in te treden, is van tc groten ómflag' daaromzai ik aileenvolgendsuw opgeven,my bepalen daar toe, dac gy u verzekerd houdt, ,, slat men by 't nazien van de Staat zal moeten bekennen dat uw vriend als een eerlyk man en niet ander's daaromtrend heeft kunnen handelen, cn dat wd boven Boddaert , en Rynevext". — Wat Boddaert betreft, die wil men aan uw vriend wel tocgéven; maar da: zyn gedrag door die korten ftaat opcegeven beter en eerlykcr is, en hem dus een preferentie Loven het Comptoir van Ryneveld zoude toekomen is onbewezen , het Comptoir van Rynf.vejcd, is in de opgave van den Stïar der Negotiatien veel nauwkeuriger te werk gegaan dan uw vriend , en dat Comptoir 'zoekt nog terjen drie percent te betalen, daar uw vriend°mec" al zyn $olide Hypochecquen tot (heden ingebreke blyft; hy heeft, wel is waar, hy dien korten ftaat tragtéd te bewyzaö: dat dc Stircheance van Intresfe , die mee primo Jannuary 17p0. in deze Négotiatie plaa's heefc genomen ; hein geenzincs te laste kon gelegd worden. Ik herzeg uw vriend beeft dit tragten te bewyzen, maar,daar deze korteftaat aantoont wat.; gebruik uw vriend van'de èpgefchojen gelden , tegen de voorwaarden vande Negotiatie aar,, heefc gemaakt , een aandien van de gebrekige Planters, blyfe de fchuld aboos 00 hem als Directeur, te meer, zo als hier voren is aangetoond, daar hy tot deze Directie niet wierd geroepen ; zo dat, by een wettig gevolg 'al het onheil dac de GeJdopfchieters in deze Negotiatie overkomen is, aan niemand anders dan aan hein kan toegekend worden. Hy is immers de Man en hy alleen, die de aandelen uitgegeven aan den Man gehoipen en daar van zyne provifi! en en voordelen heeft genocen! zonder alhier te [preken van de voordelen die hy naderhand als Koopman in Obligatien, fchoon Directeur, by in-  C 5*0 inkoop en weder verkoop van die aandelen heefc genocen. Het gedrag van uw vriend te rechtvaardigen met ons te verwyzen op den Hee r Alb ikus als zynen Agendaris, doet by lieden van Oordcel niets af, uw 'vriend had by de inrichting van de Negotiatie behooren geweten te hebben, dat hy gen vyf ton op Hypothecquen moeste overbrengen naar een Land, daar men als 't er op aankomt geen justitie krygen kan, het was immers zyn zaak om bevorens wel onderregt te zyn geweeft, of hy als Directeur by mangel van de be* raaiing der renten of aflosfinge van Hypothequen, dc door hem op het papier gebragte voorwaarden konde doen nakomen! ■ Daar dit niet onder het oog gehouden is, en der goeden lieden geld niet veel beter als r.nar de maan scholpenis, zig tot zyne verantwoording te willen bedienen , om de uitvoering ter redding van die ongelegenheid ten aanzien van H: H: M: op anderen te fchuiven, kan niet door den beugel. Gy begrypc lichtelyk dat het onze zaak niet is , om de bekbuldiging H: H: M: aangevreevenin te treeden, deeze zullen wy laaten ter verantwoording van uw Vriend , maar alleenlyk ten aanzien van de gelufchietcrs opmerken , daar uw Vriend dezelve in de door hem opgeworpen Negotiatie heeft ingewikkeld, en hy dezelve in de "thans plaatze hebbende ongelegenheid heeft [gebragt, dat het; daarom naiuurly- ker wyze niemand anders dan zyn des Di» recteurs — zaak is, om dit uit te voeren. Het vervolg in No. 34 Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp*, ter, J. Verlem, D. Schuurman. te Utrecht, by A. Stubbe, J. Lief* tink, en alom by de meefte Eoekverkopers a 2 Stuivers»  V R Y Ë NEDERLANDER, No. 34, \Vy zyn verpligt, uit den aart der zaake en het algemeen belang, wegens de tegenwoordige Hukken, het vervolg der wederlegging van J. dut waaker, voor deeze reizs agter te ftellen. éa Voor het tegenwoordige te geeven het Advies van de Heeren Oudburgemeesteren Behoer en van den Boocaard, nopen» de zaak van Wyk, uit gebragt in de ordinaire Vroedfchaps vergadering van de» 31 October 17850 j, De Heeren oud Burgermeefteren Berger en Vam den Boogaard zyn van advies, dat ter Staten vergadering van Stads wegen dieode ingebragt te U. Stuk. Na ttot^  C 5^ 5 worden, dc navolgende Pefoiutie: De Vroedfchap gedelibereerd hebbende on den inhoud der Misfive van de Heeren hun Ed. Mog. Ordimris Gedeputeerden van oen 10 der vorige maand October, den 24. daar aan volgende door Heeren tfwrge. meeftereh ter Vergadering van de Vröèdfciiap i£< gebragc, cn de daar bv gevoegde Copje Misfive van de Heeren Regeerders der tad IV.:;:, aan zyn Door!. Hoogh. den Heer Erflladhouder, mitsgaders de Copia misfive van zyn Door!. Hoogh, aan Hun Ed. Mog. de Heeren Staten dezer Provintie , rouilleeren dezelve over de nominatie »t Burgcrmeefteren door de Heeren Regeerders van de Stad Wyck aan zyn Hoogh. overgezonden; en her niec overzenden van een Lyst der Raden van dezelve Stad; verzoekt en authorifeerd de Heeren Burgermeéfteren en verdere Gecommitteerden ter befchryvinge ter naastkomende vergadering der Staten', van Stadswegen te declareren: Dac hun j£d. Groot Achtb. vermenen mee relatie toe de overgezonden nominatie tor Burgermeéfteren , dat aan hec oogmerk van 't Regeerings Reglement van den jaare 1Ó74. voldaan word, wanneer door Bargeraeefteven, Schepenen en Raden, eene Nominatie toe Burgermeéfteren , van een dubbeid getal van gequalificcerde perfonen in gereedheid gebragt , en acht dagen voor den 20 Oétober aan den Heer Stadhouder overgezonden word. Alzoo de wyze van hec doen der Nominatie by 't zelve Reglement niec is bepaald, cn dezelve dus ftaat aan de befchikking van de Vroedfchap, die dezelve nominatie, op de eene of andere wyze,. of zelve als reprefenterende de Burgery, dus" in derzei vernaam , of door hare Burgery kan doen , naardien tiet daar maar op aankomt, dat Burgenneesceren, Schepenen en Raden , acht dagen voor den 20 October eene behoorlyke nominatie verzorgen en overzenden, ten einde den Heer Stadhouder daar door in ftaat gefteld worde om volgen» het recht ' Hoogst  v~ 569) Hppgsidenzelye by het Reglement gegeven, eene verkiezing uit dezelve te doen, en het maken der nominatie eene domeftjeke zaak is, die tusfehen de Regcering, als reprefenrant, ende Burgeïy, welke zy representeert, gereguleerd kanen mag worden, als komende yolitrekc op hetzelfde uit, door wie Van die beiden zulks gefchied ; behalven dat daar deor aan hec Règlcmeuc, der ce., doerie Electie geene prejudicie word tocgebragc, dac daarom bun Ed» Groot Achtb. van oordeel zyn, dac de wyze van hec doen der nominatie in voege voorfchreven, dient gelaten të worden aan dc Msgi' ftraaf der Stad Wyck, en dat zyn Hoogh. dé verkiezing of aanftelling zeer wef kan doen, uit dé Bominatie zo als dezelve thans overgezonden is, wanneer 'cr maar niets aan de qualificatie der geüomireerde perfoonen Ontbreekt. Dat met relatie tct het overzenden eener Lyste der jegensWoordige Raden, wel by het voornoemde Regeerings Reglement van het overzenden van zodanige lyst niets is vermeld, dog dat egter zoo 't hun Ed. C-rooc Achtb. voorkomt, de etrjftandigheid van de zaken zulks medebrengt , en daarom 'c zelve by de Vroedfchap der StadUtrecf t. is gebruikelyk geworden, edog dac hun Ed. Grocé Achcb. van fentiment zyn, dat, daar thans by hun Ed. Mog. Gedelibereerd word over hec maken van de nodige veranderingen en redresfen in 'c Rege» rings Regleménc; en waar coe de höogè noodzakelykheid door de Staats Commisfie der negen Heeren reeds overlange zo kragcig en bondig is aange» toond , dac mee reden verwagc word, dat zulks eèrlang daadelyk za! worden geëffectueerd; daarom ter voorkominge van alle Confufie en moeyeiykhe. den, die in de tegenswoordige omftaadigheid, uit de verzetting der Regeering te Wyek zoud-n te dugten zyn, hun Ed. Mog. tef Cbnfervatie van de' rust en rranquiliceit onder de Burgeren en Ingezetenen aldaar, welke wy ons mbgeti verzekeNn 2 W ■  C 57* > fcn , fat san 7yn Doorl. Hoog. mei fcirdet dah aui hun Ed. Mog. ter harte gaat, dié'rt'dete;efol veren cn vei ftaan , dat alles ten dien opzichte in State zal blyven , tót dat de dclibtratien orïr de opgerextcne en ingebragte bezwaren tekens het jegensvcorcüg IXegcrings R'glen.ent, zullen zyn af gelden i en daar van by misfive kennisje te geven aan zyn DoorL Hoogh. cn aan de Magiftraat der Stad Wyck. En zyn dc Heeren oud Burgermeéfteren Berger en van den Eoogaara, wyders van advies: dat hun Ed. Groot Achtb. ten einde dat in de zaak van dc Stad Wyck eenige prejuditie of nadeel aan die Stad, voor zo verre haare rechten en voorrechten betreft, worde aangedaan, maar inzonderheid ook dat iets worde ondernomen, dat tot verkorting van dezer Stads en der Steden rechten respectivelyk direct of indirect zoude kunnen ftrekken, de' Heeren Burgermeéfteren en verdere Gecommitteerden ter befchryvingc, ten dien opzigte by eene afzonderlyke Refolutie, fpeciaalyk dienden te gelasten , wanneer de twee voorftemmende Leden Refolutie inbrengen , met die der Stad niet inftemmende, als dan geene Stads Refolutie intebrengen, en geene inftemminge of confent te draagen , op zaken der Stad en fteden rechten cn inzonderheid 't geval in questie betreffende, maar de Refolutien der voorftemmende Leden en verder alles over te neemen, om na vclkomene kennisfe van zaken, en eerder niet, Stads Sentiment,, fn niet hun n.iCEN'cF.voEt.T.Nsuittebrengent en van Stads wegen te ftemmen,'dat inmiddels alles te Wyck in State blyve, tot dat Vroedfchaps Refolutie zal zyn binnen gekomen, en door hun Ed. Mog. nader zal zyn gerefolvecrd; mitsgaders by weigering der voorftemmende Leden , tegeas alles van Stads wegen te protefteren." Dan dit adv ys beeft de goedkeuring van de meerderheid van de Leden van dan Raad niet mogen Wegdraager. maar is gcdeclineen, hebbende alleen zig  C57i ) zig by bet zelve gevoegd dc Heeren Etck , vak SeMDEN, DE RlDDER , AbU'-xMA , smissaert, Y\'OY, van Haeften, Bukman, en van Dam, zo dar de Burgery dus het genucgen niec heef: mogen hebben , dat hunnen Raad concurreerde eer bevordering van eene zaak , waar by zy vermeenden dat Stads en der isteden rechcen zo zeer geconcerneerd waren, en waar van in dezen zo veel afhangt. Slaagden de Heeren oud Burgermeéfteren Berger en van den Boog aerd met de verdere Heeren niet in deze hunne zo wel gezinde pogingen, waardoor ten aanzien van de Stad Wyck zeer Veele onaange. naamheden zouden zyn voorgekomen; zy hadden noch-ans het genoegen beter te (lagen in hun Eds. ten aelven tyde uicgebragte advies , betreffende de zaak van den Heere Hoofa Officier nopens hec voorgevallene ten Staatsvergadering van den 28 Septemjer dezes Jaars en welk advies was van den volgenden inhoud; „ De Heeren oud Burgermeesteren Berger en van pen Boogaard zyn van advies: dac ter vergadering van Staaten van Stads wegen diende uit» gebragt te worden navolgende Refulut.o Burgermeéfteren en Vroedfchap der Stad Un-ccht, gedelibereerd hebbende op her genotuleercein der Staten Notulen van den 28 September 1785 ia kende 't protest door Stads Gecommitteerden gedaan, tegen? de conclufie door de twee voorflèmmende Leden van Staac genomen , op de Gommis, fie van Z. D H den Heer Stadhouder dezer Provintie op den Heer Graave van Achlone, als Hoofdofficier dezer Stad verleend, voor 'den tvd van drie Jaaren, ter vergadering van haar Ed Mog. ten zeiven dage ingekomen, nietregcntialnde uezelve Commisfie by de Stad was overkomen, en ook daar es boven tegen deze Conclufie door dc Stad wierde geprotefteerd i hebben e Heeren Burgerm-eftereo, en verdere Gccomm-t. .sereen ter bdebryvinge verzogt en gawtüorifeérd,,  C 57* > 0-n van«Stads wegen ter naastkomsnde vergadering der Staten te declareren: ' Dat haar Ed- Groot Achtb. met bevreemding hebben bevonden , hoe de Ileeren van de twee voorftemmende Leden van zig hebben kunnen vcrkvygen, eene conclufie _i£ nemen in een zaak door het'derde Lid overgenomen, om in den hunne daar óver te delibereren' en refolveren Daar !t nogtans een allcrzekcrfte zaak is, dat eenig ftaatsbefiuit kan worden opgemaakt, ten zy dat alle drie de Leden van Staat hunne ftem over het object der deliberatie hebben uitgebragt, ca het niet minder evident is, dat wanneer eeh point van deliberatie der vergadering door een der Leden is in advies gehouden of overgenomen om in den hunne daar over te delibereren en refolve* ren; cr dan geen ftem door zodanig Lid is of word vtitgebragc, dan, na dat over dat zelve point by dat Lid is gedelibereerd, befloten cn een refolutie dies wegens ter vergadering der Staaten is uitgebragt. Dat dit een vaste regel is, van zelve profluerende uit de blote befchouwinge van den aart en natuur eener vergadering, uit eenige leden van ge'yk recht, magt, cn gezag betraande, en daarom ook alomme in alle zodanige vergaderingen aangenomen, gelyk mede in deze Provintie, zo als dan ook de Heeren Edelen en Ridderfch-p in derzelver DedaiUe, den 5 \Jttly i; waarders ontmoet, welke, na dat een of meervari hun gezegd hadden, dat is er ook eene , hunnes ■Sabels wilden trekKcn , waar op voornoemde perzoon zeide ik raad u dat gy nie:trekt ik molesteer niemand waar op zy hem lieten r gaan. Vervolgens gingen eenige Burgers over deftraat i wandelen, we.'ke op de Kamp door een troep ISoldaten, die vry meerder in getal waren, ge. weldadig met ontoiote zabeis aangevallen wierden, waar op zy refolveerden insgelyks te trekken, en ■ die bruteurs te tonnen dat hunne vrye klingen, door welgefpjerde bataaffche vuiften beftierd, in ; ftaat waren, hunne euvelmoed te beteugelen: gelïyk ras bleek, vallende de Burgers zo'j Courageus op de Soldaten aan', dat deze , na lat 'er jverfcheiden gekwetst waren, onder een angstvallig geroep, naar de wagt van de Kamoooort vlugeten* , onder welke gekweeften 'er eene was , welke ver. lchcide zwaare fabelliouwen en een breuk, overgewonnen had, zynde dit een jong Kaerel van ever, [20 Jaaren, andere gingen zonder vingers zwaa. re houwen in de kop en armen, naar hunne Quart,eren — en aan de zyde der Burgers was" er llegts eene welke even met de punt van een Sabel aan het hoofd; gekwetst was. De wacht van voornoemde Kamppoort, had hier op de itoutheid hunne post te verlaten, en den perfoon van Willem Methobst, welke, aan dc deur van WieLf.m te» Maaten ftond te kloppen, met hakken, .liaan en fteeken aan te vallen,zoo dat hyverfebei. dc houwen en fteken in zyn kleederen had, van welke laatste eene hem zekcrlyk het leven zoude gekost herben , zoo dezelve niet op eene zvner knoopen afgeftuit had, . hier niet mele K'h« ^een hy e«ter, met de vlugt in het Hjis van ScHtjjLEMAN,ontkwam, alwaar de wagc hem  ( 5?o ) hem vervolgde en ue gefloten deur met de kolven de.r geweeren mee geweld poogden te openen, waar in zy niet Hagende, de glazen mfloegcm Midle.rwyl waren eenige der Burgeren, welke in deze attasque waren geweest, de ftraat opgegaan, van welke enige tegen 40 en meerder zoldaten floegen, en die op de vlugt dreven, zoo dat 2' Burgers' eerst tegen 2 Officieren en 3 foldatcnflocgen welke de vlugt namen, waar na zy weder' door 7 foidateri geattacqueerd wordende 'er ftraks 3 deeden vlugten, blyvenue de overige nog een ■weinig ftaan, u dog waar van 'er ftraks weeder 3 hst op een löjpen fteldenj laatende hun mcedemakkcr alleen , welke toen ook op een evenredige wys zyn deel kreeg, raakende deze2 Burgers ongekwetst vry< Loor deeze en meer zoortgelyke onthalingen,; waren dc Soldaten zoo woedend „ dat zy op ver- icheice plaatzen de glazen in floegen cn zoo zy een tnkcld burger, zjrder onderfcheid, v?n Jaaren te maaken, ontmoetten, hakten zy op' denzèlve ais razende menfchen. ■ Ja zelfs de partoülles, vergaten zoo verre"hun plicht, dat zy de Burgers welke zy op ftraat vonden, niet alleen htm Zydgewecr ontnamen, maar met dezelve floegen "er. hakten: gelyk gebeurde aan den Perfoon van 'an Bekbergen , welken zy met, zyn eigen Zabe! een houw in het hoofd toebragten en in de hoofdwagt, even of hy een militair was, bragten Zommige laaghartige officieren , in plaats van de Soldaten te beteugelen * ftooktcn dezèlven op, zeggende, , er musz maar alles niederhaken" , het geen egter niet gebeurde , want er zyn op dien avo nd, flegts vier' of vyf Burgers gekwcift, welke ru reeds genezeazyn, dog aan de' zyde der_ Soldarcn is hec getal der gekvvetftcn vry grootèr , en oixier dcezen- ver-'  C 5«i 3 ■vtvfcheide welke de lidtekens, op'dien avond ont» fangen» nimmer goed genezen zullen. üog dingsdag avonds den i November j klom dc boosheid en moedwil der Soldaten ten top, want een troep van ten minden 80 ontmoette op de Kamp de Perzoon van Herman Stemfort welke zy omeingelden, en met vloeken dreigden, waar op hy zeide, kunt gy my niet ongemoïefteerd laten gaan ? ik moveer nie¬ mand. Waar op zy direct, onder het zeggen? dat lydt geen Teutfcher, op hem bcgonddn te bakken — Zoo dat eer hy zyn Zabel trok,reeds drie vingers zyner linkerhand, door twee Zabel- houwen, byna afwaren dog verre dac hy met het verlies zyner vingeren zyn moed verloor trok hy zyn Zabel, en op den hoop in vallende kwetfte hy vyf dier aanvallers, van welke een den arm van de fehoudcr tot aan de elleboog , al hec vleefeh met een gedeelte van het been afgehouwen is, en nog twee andere ook zwaar gewond zyn , krygenüe Stemfort coen nog een houw 111 bet hoofd, waar na hy in het huis van Antont Werneke vlugte, alwaar hy verbonden wierd, dog de Chirurgyn bet benodigde tot het verbinden ïmsfende , zond den Caftelein uit hec Koffyhuis, welke ter zyner adücentie op weg mede gegaan was, naar zyn huis, . om het benodigde te haaien , gevende hem tot zyne lyfs. befebermmg een piftool mede, dog omtrent'aan het buis van voornoemden Werneke weërom gekomen zynde , wierd hy door deeze troep Soldaten ontmoet, zyn piftool ontweldigd , en vier zwaars houwen in hec hcofd en een in den arm gegeeverj, welke toen met zyn hand enige uit den weg . fmycende , aldus gewond het gevaar entkwam. & Zie daar myn Heer.' een kort, dog echt verbaal, oordeelt, gy nu 1MC de |anfche on.  C580 zydige republieq oordeelen, of Amersfoorts Ëtrr* geren lafhartige • of aanvallende geweldenaars zyn, gelyk de lafteraar Gosse in zyn relaas van hun opgeeft? ïerwyl ik ben: Amersfoort. uw beftendige Leezer den 18 November Amersfortius» ï?8j. Wy hebben nog een tweede bericht uit Ameasfoort omvangen, dat op de naauwkeurigite informacien ftetmt ■ doch gebrek aaa ruimte belet ons het zelve thans te plaatzen, Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Deiüp-» ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A, Stubbe, J. Lief* tink, en alom by de meeite Boek» verkopers a 2 Stuivers»  V R v i NEDERLANDER, No. 3 j. Wanneer de ondervinding ieert, dat bet groot oogmerk de» wetten, htt heil Act algemetne nmatjïbcpry door dezelve» wordt benideeld, mag de Meerderheid haarer leden, nsa* ie onveranderlyke vootfebriften van recht en billykheid, alle fchadelyke herroepen, en andere, die aan het daar mede eigentlyk bedoelde oogmerk beter voldoen, iji d«ïelvtr plaats vastftellen. Want zulke wetten of inftellinStn, cfie voor het algemeen, of de grootfte meerderheid '»ati de leden eener Maarfchappy fchadelyk bevonden zyn dragen reeds ia haar zelve genoegeaara» kenmerken vaa' ■aare onbevoegdheid, om langer van kracht te blyven , uf alle haare leden tot de oiderweiping aan dezelve te vïï- Dï Patriot i\ «e.Eknzaamhi», ■M-ti No. 32. van ons Tydfchrift 'toonden wy aan, hoe zeer het de vsrpügting, uit den aart der' zaake en het oogmerk van de oproeping der be» ewaaren ia de provmtie Utrecht vloeyend», van II» Stek, Oo all#  alle drie dc Staatsleden medebragt, om niet allee» eenig redres in het Provintiaal Regeerings beftier en beftelling voor te'flaan» maar om bet zelveüaailyk en ten fpoedigfte te be.verkeu en daar te ftellen. Het oproepen der bezwaaren tegen het fübfi. flerend Regeerings Reglement, invulveert immers niet alleen ten vollen eene erkenning van deszelfs gebrekelykheid , maar ook eene bevoegdheid des volks onrdaar over, buiten deszelfs reprefentanten, te oordeelen, en verbetering te begceren. Ra wie, die de oorfpronglyke fouverainiteit in eene vrye Reptiblikainfche Regeering erken:, zal niet móeten toe ftaan , dat bok zonder het geene verandering in de fubfifterendc Regeerings beftelling kan of mag gemaakt en in het werk gefteld worden ? Dit dan toegedaan zynde; en voor bewezen houdende, dat het fubfisrerend Reglement van 1674 voor de Regecring drukkende en voorde Provintie fchadelyk is; zal men ook tevens moeten erkennen, dat het niet genoeg zy, dat het volk, de Burgers en Ingezetenen der Provintie, maar alleen recht en bevoegdheid hebben om haare bezwaaren en klagten tegen het fchadelyke cn drukkende Reglement op te geeven ; en ais dan derzelver verbetering aan hunne reprefentanten, zonder om zien, naar willekeur cc moeten over laaten: maar integendeel, dat zy ook bevoegd zyn om toe te zien, dat in de voorgeflagen verbetering volkomen aan het oogmerk worde voldaan cn hec fchadelyke cn drukkende niet maar van de eene naar een andere zyde worde verplaatst. Hec fchadelyke en drukkende van het Reglement van 1674 beftaat voornaamelyk daar in: dat in het zélve te veel willekeurigs aan den Stadhouder is over gelaaten. Den Stadhouder is daarby, zonder eeni»e bepaaling, over gelaaten de electie der perfonen uitmaakende de drie leden van Staat. En hoe zeer aan denzelven niet uitdruklyk is gedemandeerd de elecs.  C 585 > Ipjëctie der leden in dc ftads en ftedelyke Magiui ten; zo geefc bet hem nögrhans de faculteit om dezelvfe iaarlyks naar zyn goedvinden te Veranderen en een gedeelte daar van te discontintieren ed finderen in hunne plaatzen te verkiezen, zonder ■eenige tegenfpraak of contradictie —— het geefc hem tevens de magt o.u de Gedeputeerden fef Staaten Generaal enr. voor al of niet|aangehaanite vcrklaaren , mede zonder contradictie van ierhand. Dit willekeurige nu is het., dat te fecht door dc commisfie van hun Ed. Mog. by hun rapport als drukkend voor de Provintie wordt befchouwd. Maar het heeft ook daar en bövert nog dit fchddely» kèf, dat een gedeelte der inkomftén van goederen aan de provintie alleen toebehoorende, van dezelve onrechtmaatig worden veraheneerd en aan de willekeurige dispofitie des Stadhouders over gegecven. Zal dan dit fchadelyke eü drukkende behoorlyk worden weg geruimd, en een Regieinent ingevoerd dat voordeelig is voor de Provintie en dezelve van den druk ontheft. Dan moet men niet weder een gebrekkig voorfchrifc van Regeering invoeren , dat aan een andere zyde weder even fchadelyk cn drukkend zoude kunnen worden, als het voorige geweest is — tiet vbórdeëlige van het zelve moet over dc geheele Provintie , het vrye over alle derzelver leden en deden gebragt worden — mee een woord, het nieuwe Reglement moet zo na aan de volmaaktheid gebragt worderi, alsdeliaarr cn de gefteldheid van tyd, en het oorfpronglyke êener Volks - regeering by Rcprclenratie toelaat. Wy herzeggen, zo ver de gefteldheid van tyd toe" laat. Want wilde men de aanfteliing der ftedelyke Regeeringen wederom overbrengen tot de Gilden en de verkiezing door en uit dezelve doen gefchieden; dan zou men wel tot een oud recht cn gebruik te rug kee-en, maar in 't geheel niet voldoen aan het oogmark, om het ganOo a fshtf  fr.be volk in de verkiezing haarer Reprcientaflreft te coen deelen, daar de gefteidheid der gilden, vergeleken n et hunne aêloude conftitutie , zo zeer veranderd is dat men daar door geheel en al het waare oogmerk zoude misfen wilde n en even eens de verkiezing van het eerfte Staatslid alleen overlaaten aan de vyf ecclefien, om dooien uit haar te gefchieden, zo zoude men even zeer van het waare oogmerk afwyken en de gefteidheid des tyds uit het oog verliezen; daar deeze zogeraamde ecclefien, even als, er) meer nog dan de gilden, thans geheel iets anders zyn, dan ze in baar oorfprong waren en ook het eerfte ftaatsjid geheel iets anders uit maakt dan hy zyne origine • r De ecclefien zyn niet meer de byzitters dés Bisfchops, wiens geeftelyke ftole het Marfiaie curas bedekte, toen veelal de despat jeke Kerkvoogd het provintiale waereldlyk Staatsgezag opzynjduimdeeddraaijen. Maar fints dit waereldlyk gebied des bisfchops aan Keizer Kabel Ao. 1528. is overgedragen, verviel niet alleen der geeftelyken aan zig genomen waereldlyk gebied — maar nog veel meer wierd het veryolgends by de erectie der Staats Regcering en Kerk-hervorming zodanig een wezen in de hervormde Republiek, «lat daar van niet veel meer dan de nagedagtcnia over bleef. De ecclefien ftaan dus hier in volkomen gelvk met degilden. Gelyk de laatften voor heen hunne magt in de Regeering alleen daaruit hadden, dat zy de bloem des ganfehen volks uitmaakten; wyl niemand Burger konde zyn zonder een Gildebroeder van eenig Gild te wezen: en niet om dat zy bevoorrechte handwerken of neeringen dreeven; z» beftond ook de ftiperioriteit der eerften daar in, dat zy de gar.fche Geeftelykheid , allerbyzonderst onder een Geeftelyk opperbeftuur, vertegenwoordigde; en niet daar in, dat zy bezitters van groote poederen en uitgeftrekte jurisdictiën waren? wyl het laatfte alleen een gevolg waa van het eer. fte  ( 58/ ) ffe, voortgevloeid uic de denkwyze vanï die tyden en Godsdienst begrippen. Men zoude dus in de tegenwoordige tyden na de groote Kerkhervorming en Staatsverandering, even onovereenkomilig de ttyds - en volks - geitekifieid handelen wanneer men, by eene Staatshervorming of Regeerings verbetering, hec rfccht, dat gemeldde ecclefien by hunne voorige conftrucrie hadden, wilde doen wederkeeren —- dac men aar hun hec uitfluitend recht wilde toekennen, om uit cn door hun een Staatslid te benoemjn. dar niec meer hun dan anderen reprefenceerc: even als men ceger, de hedendaagfche fledelyke vo'ksin"eh! une zoude handelen, indien men uit en door de Gilden jaariyks Burgemeeftsren en Raaden wilde verkiezen, wyl dccze thans meer dafl de Gilden ♦ ertegenwoordigen. 1 £ Deeze voorbeelden zyn genoeg om te doen begrypen wat wy 'er door willen verftaan h bben SJ" een nie"w Regeerings Reglement to m tyd; aap de volmaaktheid moec brengen. Zal dan het Jchadelyh en drukkende der Regeerin- in lel hehn0',''7? Wünie'1 danlnoec 'er l«f.n rfte°Jykec eVCnmaat plaacs hebben onder dè leden die den fouverain verbeelden, en 'er moet SrlWd CVCrigt gefle,d *y« tegen de$. wyking der toebetrouwde magt; dat dezelve met misbruikt, en de inkotnften en middelen des lands met geroofd of verfpild worden. Van zulk een aarc nu is de inrichting der reM* geapplaneerdé ftedelyke Reglementenvaf de Sttd Utrecht en Wtk by Duurjlcde: welker, invoe ring dus, zal men aan het voorgefteld oo-merk jolkomen beantwoorden, zo fpoeuig mogefëk b e ddvk ftf fCfSe1; WyI me?^ich ^eïïwoor." «eiyK ltelt, wanneer men iets fchadelvks blvfr «enand heefc. Ifet » oibctwinbaar dat elke °° 3 Stad  ( $H ) Stad in *t byzonder her recht en de magt he.:*r. om het huishoudelyk Regeerings be'h'ar met haare ingezetenen zodanig re regelen cn té veranderen, als zy ten meesten nutte haarci Burgers noodig oordeelt, indien zy maar zorgen anderen in hunne wettige rechten niet te b^naueelcn. Dan liet zal hier, de vraag moeten zyn: of de grondwettige herftelling der Provincie er in d;; daad iéts, weze'nlyks by wint, wanneer iedere Stad op zich zelve» eerst zyne grondwettige' Regeering hcrftelt en verandert: 'en of de byzondere fteden 'er iets, by "verliezen wanneer deeze verbetering gezame- lyk Provintiaal en Harmonieus géfchieqt? Men moet wel onder hec oog houden, dat de vraap piet is: of de verbetering der Stcdelyke en Provintiale Reglementen alleen Staatswyze door de drie leden van Staac collegialicer moet ge. fchieden. Want wy houden met het rapport der Staatscommisfie vast, dac de Huishoudelyke fchikdingen der Steden beter afzonde lyk Smet de itedelyke Regenten cn haare Bufgc-yen kan gefchicden. Maar ons onderzoek gaaf alleen daar over, of, daar nier. enkel het Regeerings Rev £lemenc van IC74 voor de fteden , maar voor elk der drie leden' van Staat even zeer fchadelyk en drukkend is, een Pronratiaal Reglement niec van meerder kracht cn duur kan zyn , mdren de rechten van het een en ander hd over en weder worden bekrachtigd en gehandhaafd De Burgeryen van Utrecht en Wyk hebben te recht, uit krachte van het oorfpronglyke recht der fteden, by hunne Regeeringen.geipfteerd, op. het arresteren van ïhunne daargeftelde verbeteringen in hun huishoudelyke Regeerings befte lnr . ge -niet, om dat zv daar door de andere deelen en leden van Regcering der provincie in hunne i echten wilden verkorten met-, om dac zv ongenegen waren om dit meer harmonieus^ en geUmèlyk- te doen: maar om dat zy by de  C 589 ) overige Ie.!en geen de minde voordgang of begeerte naar eene fpoedige af Komsc van zaaken cn jJaai-ltelling der' gewunschte. icforrae bespeurden. "Hec is dus, als een blyk der waarachtige wetm.enJheid dier Vaderlan'dfche Burgers en Regen teutte verwachten , dat zy ,zb dru zy êcne naede* geneigdheid by de overige Staatslede.! gewaar worde rj , om de noodige reforme eene fpoedige voordgang te doen hebben, zeer gaerne nog een „'kleine tyd Je werking van haare herftcldc rechten zullen wiilen opfchorten, indien zy in de. byzondere deeiui tiaar by niets verliezen, ed het te voorzien is.dat het geheel daar by wirn. , , ' ' Wy zullen derhalven trachten aan tc to men : dat, vooreerft, ae byzondere Steden van Ufer'it en Wyk niets verliezen "by 'een kortftondig aitjbld»r i-itroduclie van haare Regeerings reglementen : en in Je tweede plaats: dat het te'voorzien is , dat hit geheel daar by zal winnen. I. De Steden verliezen niets by het ttitftel der in, trodutlie yan haare Regeerings Reglementen. Op welk eene'wyze zouden de Stede» kunnen geprejudicieerd worden in haare privative rechten, by eene ftaats onderhandeling over de verbetering van het Provintiale Regeerings - Reglement ? Hier op zal ieder kunnen antwoorden, dat deeze prejuditie zoude plaats hebben, wanneer de Stede, lyke Reglementen, na dat zy by Burger en .Regent zyn goed gekeurd, het Oordeel der overige Staatsleden zonden onderworpen worden. Dan, wie ziet niet dat deeze zwaarigheid meer gewige wordt bygezet, dan zy in de daad heefc! Want zouden de voorftemmende Staadslcjcn , na hér. uitbrengen van hec Staacsiipporc byna anderhalf jaar gewachc hebben, om weder iecs aan dac Rclement te doen; indien het niet geweest was om de Sceden gelegenheid ce geeven om eerft haare Doincftieike pointen zelve te Reguleren cn zo na aiogelyk overeenkomstig die het provinci.;!',- r~ O 0 4  ichoeijen 1 Blykt het niet by het ftaatsrapport ^elve , waar by de Commisfie verklaart, het DomeftieKe Scedelykc aan derzelver Regeeringen ea Burgeryen te moeten overlaaten ? en 'c welk ter Staatsvergadering, waar in het rapport wierd uitgebragt, als een voldongen zaak , geene de minfte tegenfpraak ondergaan heeft. Maar daar ea boven kunnen de fteden by een bepaald uitftei de: introductie niet verliezen, om dat zy altyd het recht en de magr in handen houden, om by» verder verwyl of onbillyke vorderingen der overige Staatsleden, hun Reglement afzondcrlyk vaft te ftellen cn jntevoeren. Het kort uitfte! van eenige maanden zegt dus niets, voor iets dat eeuwen zal behooren 'te werken. Te minder als daar uit II. Te voorzien is\ dat het geheel daar by 'zal vinnen. Dat het gebee/ zal winnen by het 'geza. melyk introduceren van het Provintiale Regeerings . Reglemenc , is niet alleen voor het algemeen , maar zelfs voor de byzondere deelen cn omftandigheden waar. Dit zullen wy ecmgzi.es meer uitgebreid in al zya omvang naar moeten gaan, om aan elk overtuigend de kracht daar van gewaar te doen worden. Om een groote zaak in a! zyn omvang en nuttigheden te kunnen beoordeelen, moet men deze!-ve niet maar in haare byzondere deelen en uitvloeü zeis nagaan; maar men moet dezelve op een zeketcb afftand befchouwen om haare onderfcheiden betrekkingen der deelen tot elkander te kunneai gewaar worden. Het verbond der Unie is in zyne boofdartyke3en de grond waar op de zekerheid van dit Ge. «ïeenebeft ruft. Het is een verbindtenis en vereeniging van zeven deelea tot een lighaam; welke onderfcheiden deelen alle even zeer moetea medewerken tot fterkte en duur van het geheel. %y moeten dus alle even onbelemmerd en vry kun- net  ( ) pen werken. Indien de vrye werking van het eene deel geftremd wordt, vertraagt of verzwakt dit tevens ook de vloeyende werking der andere, en van het geheel. Het is dus het belang van alle de léden , om hunne medeleden vgn alle Belemmering te bevryden en even vry te doen werken als zy. Wanneer dus de eene Provintie door haare Re- • geerings conftitutie of inftellingen meerder bloottrast voor de byzondere invloed van een enkelen, is het depligtder overige ,om haar in zulk een ftaac van onafhanglykheid te ftellen, dat zy aan niemand dan het algemeene bondgenootfchap onderworpen of verbonden zy. Buiten dit wordt zulk een meer afhanglyk lid in veele opzigten onnutj en zelfs fchadelyk voor het bondgenootfchap, wyl in hetzelve veele zaaken kunnen voorkomen die , volgend^ overeenkomit, niet by overftemming, maar alleen by algemeene bewilliging kunnen afgedaan worden. Het zelfde das omtrent het algemeene bondgenootfchap plaats heeft, geldt ook van elke Provintie in 't byzonder. Indien niet alle deelen en leden van een gewest even vry en onbelemmerd kunnen handelen en ftemmen, of op zich zei. ven ftaan, ftremc zulk een de handelingen der fou. ycraine provintie cn deeze vertraagt of verhindert dus de fooedige voordgang der deliberatien en Conclufien ter Generaliteit —:— en vermeerdert . de klagten van buitenlandfche Mogenheden, met welke zy in onderhandeling is, over den traagen voordgang der deliberatien eener RepuWiek. Het zyn alle deeze redenen welke ons doen befluiten: dat een generaal redres derRegeeringsfor. me over de geheele Provintie noodig zynde, het beter en heilzaamer voor hec geheel zy, wanneer dit redres gefamenderhand en te gelyk worde daar gefteld, dan dat zulks by afzonderlvke deelenge. ichieae. ■ — Indien 'er dan eene generale Cbm- mmie uic al!$ de leden en deelen'der PPovifHé O05 ,L Utrecht  ( 592 ) Utrecht woidt benoemd om het provinciaal Rffgeq rings beftel tc verbeteren., zou het dan van zuil: een g.oot nadeei zyn, ais veelen' zich verbcudcn5 dat jn die Commisfie en Conferentie met den Staeihouder ook de 'ftedelyke Reglementen of zogeraamde domesticke poinctcn,, wierden verhandeld. V Vooral, wanneer men in aar.mer- kinge neemt., dat zulk eene Commune niet mo^c worden geconfidcreerd als eene Staatsvergadering ' I ia'welke men finaal concludeert, maai enkel ais eene minnelyke by ceF.komst om harmoniërende icnikkingenovcreenkomftig ieders recht, re maaken -en daar van ter Staatsvergadering, en in elk' i.id te rapporteren, o;'n daar in tc concluderen. - Indien jhet • recht cn de magt der fteden door zulk eene gtmecne fchikking verkort qf geprej'u-' diccerd wicru, zduden wy verre af zyn van zulk eene conferentie aai)t,epryzcn ; doel) wanneer daar* door aan eenig mede integrerend ljd ,'* zonder pre-.' jtiditio van een ander, voordeel wordt aangchragt,. zyn «y verpligt,. om niet maar ons byzonder' wcj-( zyn alleen onvcrzettelyk tc beoogen. indrn het waar is, dat in de voorgemeldeCon ferentie in 't geheel niet moet gehandeld worde: over de bereids beraamde fchikkingen om;ren; ffi ftedelyke Regeerings beftelling van yfrfcm | JVykdan'is het ook waar, dat daar'in niet u.uo gehandeld worden over de regeerings bcllcllingdei. fteden Amersfoort , Rhenen en Mcntfoort, Daar nu in ,deezc drie fteden, door de fituatie haarer respeöive Rcgeeringen met hunne Burgeryen, alles nog is cn blyft op den ouden voet , volgends het Reglement van 1074 , en het niet te voorzien is dat de meerderheid of unanimiteit dier ftedelyke Regenten, elk in 't byzonder, op zich zelve eenige verbeteringen zullen daarftcllen ; zo is het immers daar'en tegen allernatuurlykst te voorzien, wanneer 'er een Generaal redres in de  t 591 ) geermgsbeftelling 'van bet derde lid van ftaat in die commisfie wordt beraamd, dat de Regenten dier fteden dan ook in de verpligting komen, om ook die redresfen te amplecteren en met haare Burgers te reguleren : Daar in tegendeel , wanneer alle de pointen het derde Staats lid concernerende , buiten de deliberatien der Commisfie worden gehouden, het ce voorzien is, dac-welligc in die fteden alles zal blyven op den ouden voet; en dus de gevryde fteden Utrecht en Wyk uit hun afzonderlyk redres niet die vrugt zullen kunnen hebben, die uit een generaale verbetering alleen proflueert. Wy zouden de fterke dry vers en voordandeys dier feparacie volkomen moeten toevallen, ind;en in de geamplccreeidc Conferentie eene conduite by overftemming konde plaats hebben, en dus als 't ware der fteucn Gecommitteerden een nee over het hoofd konde gehaald worden dan' daar als gezegd , 'er geene Concluü'e verder dan tot het rapport kan vallen, en 'er zelfs Derhalven dc leden der Regeering , ook , volgends het oogmerk, eenige Burgers in die Conferentie zullen "geadmitteerd worden; zo wordt immers de grond van ai 1 e wantrouwen en hec gevaar van overrompeling door eene nadeelige conclufie, geheel en al weggenomen. Daar en boven: zyn de reeds geapplaneerde ftedelyke Reglementen zo volmaakt, zo volkomen naar genoegen der ganfche Burgeryen, dat 'er volftrekt niets toe of af gedaan zoude kunnen worden? dat niet by wyze van negotiatie een poinct. van minder belang aan den kant der Burgery, zoude kunnen worden opgeofferd aan en verwisfeld voer een ander dat voor dezelve van meerder nuc en aanbelang konde zyn ? r- Wy gelooven voor ons veel eer, dat men alle iecie zaaken niec genoegzaam zal heiben inge- * zien  ( 55>4 ) zien, dan dat wy zouden willen veronderftellen |l dat men alleen uit een onverzcttelykheid in ded- ( zen, zoude te wérk gaan. Dc bondichappelyke en t vriendnabuurlyke toegenegenheid en bolaugei: vorderen deeze kleine opofferingen aan het hei! |i önzer mtde ingezetenen van een en dezelve pro- i vintie en wy gelooven voor ons met zeet i veel gronds, dat zy, die welmeenend voor zulk i eene feparatie van het ftedelyke en provintiale, i in de commisfonaale conferentie, yveren, onweetende de» zulken in de hand werken, die,uit [ een ander oogmerk en inzigc, quaüe zulk eene [ ï feparatie mede dryven cn voorftaan. Dit laatfte meenen wy ook na'der te knnncn ophelderen* Het is immers niemand, dien de kaart van het n land bekend is , vreemd, dat men by hun die te- z gen het noodig herftel der Staats- en Burgerlyke Vryheid opzien, niets anders zoekt dan retarde- i ment en uitftel, op hoop dat zy allengs door hun I li invloed de voorftanoers der Vryheid door belof • li ten of bedreigingen aan het wankelen zouden kun* g nen brengen, en van voorneemen doen verande- a ren. ■■ - Niets is beter voor hun gefchikt,om i\ hun oogmerk te bereiken, dan het middel waar a van wy fpreeken — door aan de eene kant de c voorftemmende Staats leden tc doen ftaan op het i lubmitteeren van alle de poinclen aan die Confe- » rentie —■— en aan den anderen kant dc Burgers i\ en Regenten der fteden te doen aan houden op t de feparatie der zeiven -— is het allerduidelykst te voorzien, dat de geheele conferentie zal opge- w fchort, (en het generaal redres geheel agter we- | m ge zal blyven men zal de fehuld als daa I « werpen op de fteden en derzelver Burgeryen [ ti deeze zullen gedeeltelyk haare Regeerings bedel- lt ling redresferén, doch daar van niet die vrugten !«] genieten, die wy boven hebben oggegeeven. en zon- lt der die, zonder uitzigten en bedoelingen van een b •neer algemeen redres, zyn onze verlangen* vee> llc  C 595 ) |, tc bekrompen, is ons poogen veei te klein —** ; en wy hadden den Cirkel zo groot niet behoeven te trekken om zulk een klein (lip te bevatten! Wat zulien dan de gevolgen hier van zyn ? —welligt. dit: de (leden Utrechten Wyk zulle» haare domeftiecme reglementen nrnichien ai resteren en introduceren, in weerwil der overige Staatsleden j, de laatften zullen daar tegen protelleren — inen I zal eene feparatie verwekken tusfdien de Staat? I leden, om. ... ten minden andere gewesten af te I fchrikken van een redres dat zo rnoeyelyk te vdr- | krygen is: om zelfs hier te doén afzien van eene verdere verbetering. Dan, weüigt hebben wy reeds te veel gezegd l j mogejyk hebben wy den fchuilenden adder al te | zeer ontbloot, en daar dooa gelegenheid gegeevea om een ander miaVel by de hand te neemen, om I het gezogte vcrwyl te bewerken .' — doch 'er fchoot ons geen nadere weg over, om zo veele belang hebbenden te waarfebuwen voor een verborgen hinderlage. Liever waagen wy ons am uen openlyken en bedekten haat, voor den Jtriuruchten wenk, dan |dat wy iets zouden agterhouden dat in ons oog hec gewis verderf of onheil van onze medeingezetenen zoude kunnen veroorza?- ken dit wy niet alles zouden opofferen wat wy vermogten , om hun geluk fpoedig te doen rvzen en tot eene duurzaame beiiendigheid te bevestigen. Wy onderwerpen onze gedagten gaerne aan het welwikkend oordeel van alle weidenkenden .• meenen zy dat onze fteilingen den toets der rede niet kunnen doorftaan — dat zy andere mideielea bezitten o.n alle de gevreesde geyolgen cn onheilen te voorkomen tegen te gaan: . d^ zy ons dezelve mededoelen. Dan 'dat zy ons alleen de zulken aan de hand geeven , die, wanneer zy geene waarborgen mee zich voeren, by de mislukking nog anderen overlaaten, die bet vêrwyt en onheil van dlC ea het volgende gedacht' niet me■e brengen! * Wy  ( 5# ) Wy bekennen gaernc zelve in ons No. 13 dtö j febyh gegeeven te hebben, als of wy van eens 1 nncfere gedagte waren dan wy thans hebben voor-[ gefteld ; en wy willen dit ook niet geheel en al I ontkennen, dan wy meenen voldoende reden te I hebben, waarom wy, me: meer anderen, van dier tot de eerfte algemeene gedagten zyn te rug ge- I komen, en op gelyke wyze denken als wy reeds l hy het inleveren der bezwaren, gequoteerd onder l No. 3. dagten, toen de commisfie tot het overbrengen van her door ruim aoco ingezetenen ondertekende concept - Reglement, by monde vaa" den heer Ondaatje, aan heeren Commisfarisfen verzogt, te willen voorzien : ,, dat ( onderande- I „ ren ) zo wanneer na hec Staatswys gerefolveerde ,, over de bezwaarpunten , eene Staatscommissie I „ gedecerreerd worde naar den Stadhouder, om I met hoogsrdtnzelven over de zaak ,in een foort van'onderhandeling te treeden . er dan ook „ door de Stad, als welker Burgery 'er 't meesc „ in geïnceresfeerd is, eene afzonderlykeCommis,, fie""benoemd worde,, die by die van den Staaè „ gevoegd, mee haar eene gemeene commisfie by „'den Stadhouder kan gaan afleggen." (Men zie bl. 71. van de PoinStsn tot redres der Bezwaaren op het Regeeringt - Reglement van den jaare 167.1.) Even 7.0 min nu , als mèn toen door die commisfie ver- < ftond en corbmttte van decifores welk over hec Staatswyze gerefolveerde eene eindelykc uitfpraak zoude moet en doen ; zo min befchou'wcn wy ook l de tegenwoordig geproponeerde Commisfie, en J het fubmitreren van alles wat in deeze provintie eenig redres noodig heefc, aan dezelve, als iecs, waar door de een of andere in zyn privaat recht ; zoude kunnen worden gerekend geprejudiceerd te zyn, en waar door in 'c byzonder zou kunnen peiegd worden dat de Stad eh Steden tacite avou- ; eerdèn, dat de voorftemmende Leden bevoegd I \ aren zich met het domeftieque hunner regee- I ring te gioeiien, ■ wyl deeze extraordinaire cour-, • nu»-  ( 59? ) ïMislie nimmer by eene ordinair geval in conft> •iiientie kan worden getogen, Is niet rjn- tegendeel het fubiifteend geval alleszins overeenkomllig met de lener van de Unie van Utrecht! en wel in het (loc van het eerfte Artykel, alwaar gezegd worde: Welverftaande, dat die quejlie die eenige van de „ voerjehreven Provintien , Leden cfte Su-den \vatt „ deze Unie weende , meiten andtren hebben , of'e ,, namaah zouden mogen Krygen, nopende haar luy. „ den particuliere ende fpeciale Privilegiën, Vmlie'„ den, Kxemtien, Rechten, 'Statuyten* leffclyke en „ de welhergebrachte Conftuimen, Ujantieu er'de an,, dcre haartieder gerechtigheden, dat de zelve by ordinaris Jufliiie, Arbiters of minnelyk accoorl „ bejiicht zullen worden, zonder dat de andere Lan. i> den ofte Provintien, Steden ofte Leden van dien „ (so LANGE ZICH BEIDE partyen 't R.echt sursMiTTERENj hem des zullen hebben te bemoeyen, „ ten ware hem geliefde te intercederen tot accoord". ~; Wie nu,die de omftandigheden deezer Pro* .vmtie kent , zal gchcelcnal kunnen ontkennen, dat zy vait in de.termen van dit Artikel? Wie zal kunnen bewecren, dat de .vporgellageo Commisfie cn Conferentie, mede niet alleszins overeenkomllig de middelen van beflisfirig der onderhnge queftien, in dit art. voorgefchreven , is ingericht V Niemaod*za* in daad kunnen ontkennen dat er werk lyk queftie is tusfehen de Leden en Steden deezer Provintie, dat in deeze queftie mede zyn ingewikkeld de refpective burgeren —en de Stadhouder der Provintie.' — Zulke ques. tien nu moeten, volgends de Unie , of door de nrdinaris juftitie, of door Arbiters, of by minhelyk accoord worden beflifcht. Iedere party op zich zeiven kan de zaak niet befhsfen! -—indien zich de partyen het recht de arbi¬ trageof het minnelyk accoord niet willen fubmitteren -.- kunnen de andere Landen, Provintien , Steden  den ofce Leden van dien, zich met het gefchi] bemoeijen. Daar du een minnelyk accoferd \ als de gereedfte en belle weg kan gehóuden wor- } den , om daar door alle vreemde arbiters buiten i het 1'pel te houden; moet men de voorgeflagen | confer«ntie voor niets anders houden, dat voor ' eene byeenkomft tot zulk een minnelyk accoord ) als by dit artvkel is voogeflagen: en hier toe zyn j tot deez Conferentie alle de \erfehillende party- 1 en, niet alleen uit de drie leden van Staat, maar ook uit de reir.ective Burgeryen en den Stadhou. der, tot die minnelyke onderhandeling genodigd. . En hier door kan dus > zo alswy reed» I meermaalen gerepeteerd hebben, niemand worden | geconfidereetd, zyn privatief recht te fubmitteren of afteftaan aan een ander dien het niet competeert. Elk deel der onderhandeling behoudt in gevolge den aart van zulk eene te famen komlt, zyn volle recht, om het accoord van de hand te wyzen , in gevalle hy bemerkt dat zya party zich 'in zyne réchten zoekt in te dringen, of zich het recht niet wil fubmitteren. Indien men derhalven in een gefchil, van des aart als die in deeze Provintie, zich niet wil gedraagen overecnkomüig het verbond der Unie ea zich fubmitteren of aan eene arbitrage, of aan een minnelyk .accoord » maar integendeel ter eerfter inftantie zich bedienen van de magt welke men bezit om zyne party te noodZaaken en te dwingen, dan worden alle verdragen en verbonden krach* teloos voor den zwakken, en nutteloos voor de» lterken. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp* ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A. Stubbe, J. Lief» tink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuiver*.  D E VRYE NEDERLANDER, No, 3ö, Vervolg van No, 33* 30 n draad opvattende, daar wy dezelve No^ 153. gelaten hebben, zal ik nu overgaan tot "den grootften lteen desaanftoots ,nainentlyk de Negotiatie van Olivier Nugent, wanneer gy vriend ■waaker, my niet kwalyk zult moeten nemen, (en doet gy zulks het verichilc my zeer weinig) dat ik opV>ede gronden zal aantonen dat uw vriend van Vloten met de Heeren de Kempenaar en Kerkhof* daar in eene directie gehouden hebben welke volftrekt onverantwoordelyk is. Want wat heefr; het vertrouwen dezer Negotiatie uitgemaakt, immers , dat voor het ter Leen opnemen van twee maal Hondert Tachtig Dnifend Guldens, en de Interesfen, door Olivier Nugent conform de Engelfche wetten en Ufantien zouden worden gehypothequecrt en verbonden twee plantagien op 't Ei» land Dominica, de eene genaamd the Villey of Lajou waardig gefchat L St. JQcco — ——en de andere genaamd Point Jacob geprifeerd op L St. 1014Ö. het welk men berekend heefc uittemaken circa ƒ540600. Hollands Courant, boven dien zoude voor dc zekerheid van 't ge. melde Capitaal van ƒ280,000 als mede voor de [ntresfen en aflosfingen volgends twintig particuliere Obligatien of zogenaamde, Botmds daar voor II, Stuk. Pp m  C 600 ) te pasferen, berge blyven Dame AnthonetU s'Kêf» ret,\ douariere van dén fcleer Rvberl s'kerret wonende te London, voor 't Capitaal en de Heer Au' thony Joachïm D'ondeuil Esqr. mede te London, voor de Intresfen', en dat daar aan voldaan was, door dien aan de Heeren Kempenaar en Kerkhof zoude tsr hand gefteld zyn, niet alleen alle de Bewyzen van eigendom der gemelde Plantagicn, voorzien met een Declaratoir van een voornaam Regtsgeleerde in London, d3t dezelve in ordrc waren, maar ook den Inventaris, en A&e'van Tax. atie, als mede de Hypotheca-he , Bounds met dei Borgtogt en verdere papieren tot deze zaak behorende; zo als zulks uitmaakt het Declaratoir van de Heeren Kempenaar en van den Kerkhof by Obligatie den 2de February 1775, v00r Jacobus Portegies Notaris en getuigen in s'Hagc verleden. Dit tot verftand dezer zaak voor af nodig zynde, zyt gy 't met my eens, dat de post van uw vriend, en als Makelaar en als Obligatie handelaar ook fu'ec vorderde in dezen ligtvaardig te werk te gaan, en daar toe alvorens zig er in te intresferen, zoo naar den Perfoon van Nugent als zyne gcfrel.de Borgen te informeren, en dac doet uw vriend, zoj hy 11 gezegd heeft, san het Comptoir van de Heeren van Hemerc en Backus te London, aan een Compcoir daar, blykens het antwoord voorn. Olivier Nugent over dat Sujet gefehreven had, en wat heefr. uw vriend tot antwoord bekomen ? Wy kennen dien Heer niet, nog van naani,'nog per' Jhonlyk, waarom wy ons by een goed kennis van om daar na hebben geinformeert, die hem een vry goed caraéter zeeft. Wat zegt nu dit antwoord anders dan dat de Heeren van Hemerc en Backus, van horen zeggen hadden dat Olivier. Nugent een vry goed caratter had, wat maake dog uit een informatie van horen zeggen ? en hoe kan men daar uic een zo guoftig berigt opmaken ? da**! dat berigt gcerr*'.ints inhoud dat geene waar tegen uvr vrient. zig van 'ligtveerdigheid tragt vry te'fpreken, nament lyk de fumTance en foliditeit van Olivier Nugent , gy zult my daar op antwoorden dat die zelve brief  (.fa 3 br'ef ook vermeld: zyn zuster is ook een vrowvan groot vermogen, Die men denkt dac drie Ton bezit, dus vry goed voor de Securiteit &c; Ik geef u ce beoordëelen wac gegronde zekerheid daar in lege, als men zege, ik denk dac diept <"•> Man of Vrouw drie Ton bezie? Als men iemand co'c Borg voor een Capitaal van ƒ 280000 —' zal nemen, behoort men dan niec op vaste ea zekere gronden van deszelfs fuffilance overtuigd te zvn is 'o een förh niec wel der moeite-waaraig om 'van zo een Borg te verzoeken opening van zvn of hare fuffifantie! en wie, die zig voor cea zo aanmerkelyke fomme tot Borge ftdc, zal aan tle Geldopfchieters weigeren ter harer geruscftelling opening van zodanige zekerheid te geven, behalven dac de billykheid-en redelyicheid zulks vorderezo wierd die in het geval waarin u« vriend zis tfagt te ontfcbuldigen,volftrekt vereisebt. w as zvn voornemen zig in deze Negotiatie te interes, feren , en daar toe als Makelaar en Koopman te handelen , zyn pligt vorderde, den principaal niet van horen zeggen, en een aanzien van de Borge niec van denken te kennen, gy en uw vriend vrakonde men gunft'ger berigt van Principaal en Borge verlangen? maar neemt my mee Kwalyk dat ik u vraag konde men wel ongunjliger, immers iets minder beduidende van Principaal en Borge bekomen < dan even dit? maar boven dien , wac is er van de zekerheid van den Heer Anthtmy JoachmD ondeuü , E«qr die voor de betaling van de Intresten JaarIvks zoude Borge blyven daar van doec uw vriend gyeen vermelding, hy heefc dan op dc voerschr.|o zeer gunftige berigten zig geinteresfeert in die Nesotiacie, of hy daarin niec ligtvaardig heeft gehandeld, dit zal ik niet beflisfen , maar ik zal hé* u lafen beoordelen , uic hec geene men aan onderfcheide deelhebberen wegens het rout lope» dezerNegotiatieheefc verhaald, en vraag 'er uw vriendeens naar, hy zal 'c niet konnen ontkennen, hy ontfchuldigt zig en de bovengem. Heeren, dat alles buiten hun toedoen zodanig fout gelopen is < dat die' Heeren dit niet lubbep konnen voorko- * Pp* m»  C 6u2 ) tre» tn dat 'er geen exenrpel van te vinden iiu Wat het laatfte betreft, dit geloof ik dat u vriend; naar waarheid heeft gezegd,naar het eerfte niet, hy heeft, reden van het fout lopen dezer'Negptiatie* aa'n u - e verbergen , en welke na zyn zeggen hiér in ge. Jeger, zoude zyn, dat ten tyde van de onderneming ce* ster Negotiatie zig te London zoude bevonden hebben, de Secretaris van 't eiland Dominica, aan wien de beide Heeren Gemachtigden de docurr.er.ten en papieren ter bezorging van de Hypotheeatie, conform de/Engeifche wetten ende ufaotien in de coionie vereischt wordende hebben toegezonden, dat zy ook in dieonderftelling, dac ailes alzo zoude bezorgd worden, hebben voortgegaan tot het inftand brengen dezer Negotiatie, dan dat zy even voor de betaling van het tweedejaar Renten berigt wierden, dat Olivier Nugent, door zyne fchuldenaren was uitgewonnen, dac zyn plantagien by infolventie verkogt waren; cn dac cie gezegde 'Secrecaris, een losbol zynde, de aan hem toegezonden papieren en documenten onder zig had blyven behouden, zonder de Hypothecatie te bezorgen; dac Dame Douariere kerret om haar fchulden in Newgate zat, immers voliirekc infolvent was, zodat 'er naar het zeggen van uw vriend geen exempel van te vinden is,dac een Negotiatie * waar omtrent men zo veele en voorzigcige voorzorgen heeft gebruikt, zodanig fout heefc konnen lopen. Ik heb, of fchoon my verzekert is dat men 'er deie reden van geeft, die altoos in twyffel getrokken, om dat zo dat berigt met de waarheid overeenkwam, 'er dan een volftrekte reden in lege opgefloten, om den droom door u o» uw vriend en zyne complices toetepasfen : want dan valt de vraag natuuriyk, waarvoor moec het declaratoir van de'Heeren de Kempsnaar en van den Kerkhof, by de uicgegeven aandelen te vir.den, gehouden worden? als zy daar by duidelyk en distinct verklaren: dat Olivier Nugent aan. "t gunt voorn, had voldaan, en dat (behalven andere opgetelde Papieren,) aan hen ter hand gefield was de Hrro.THEfrATii, Bounds met de Borg- togt  C *5©3 ✓ togt en verdere papieren tot deze zazk behorende, Waarin bettond de kragt dezer onderneming ? rijmers dac Olivier Nugent aan ailes voldaan twd, dac was, m de eer [Is plaats, dac de HyPothteatle oveieenkomftig aan de Engellche wetten en de Ufantien in de coionie, was gepasfeert, en die vestenis brief aan voorn. Hee/en was eer hand gefteid» En in de tweed* plaats , dac de Börgtogten mede in ordre bezorgd waren. Ik herhaal ais nog, zo hec zeggen waar op men zig beroepen heefc, dc waarheid is', namenclyk dac hec Hypothsecq , om redenen hier voren gemeld, roe heden niec gepasfeert is , en nimmer heefc konnen toe ftand gebragt worden , en dac men niectemin, in de uitgegeven aandeden leest, zullende de Hypotheegq - Brieven , Aiïens van Borgtogt, en verdere papieren tot deze Negotiatie fpeeïerende , tot de finale afiosfinge toe, onder den Heer eerjttn comparant ( den Heer de Kempenaar) gedepofiteert blyven; • waar voor moet nu dit eenen ander gehouden worden ? maak daar van zelf het befluit op', kan het door den beugel, dat Uw vriend aandelen inHypochecatien verkoopt, wel. Ke op die tyd toen hy dezelve verkogt, en tot heden toe niet ia de wereld zyn ? dat hy ter be. vordering van die Negoclatie 'er zo een ruim aandeel in heefc genomen, en ook afgezec, dac men zyn comptoir heefc bepaald om 'er oinnen de» ze Mad de interesfen te kunnen oncfangen ? het is pp de voorgemelde opgegeven gronden , dat ik aan u en de geheele Wereld te beflisfen laac, of er woorden konnen uitgedagc worden, om hec onverancwoordelyk gedrag van zulk een handel aftemalen,? en zo het de waarheid is, zo als men my heefc verzekerd, dac het Hypo. theecq tot .heden niet gepasfeert is , of dan niet naar de regelen van recht en biliyk* heid , uw vriend en zyne medeftanders zou len behoren verweezen te worden, om alle de verkogte en uitgegeven aandelen intewisfelen, cn dc Geldopfchietsrs .alzoj fchadeioos te ftellen » met. die  C m ) die uitgegeven aandeelen, uit fhurj privé jbeurs, pp te leggen en te betalen? Waar tegen niet geldt, flat uw vriend u zegt. dat die gene gootteer depenningen in hec begin, van 1775, zyn betaald geworden aan 't Comptoir van de Heeren Hope en Compagnie te Amfterdam, em dat daar tegen in bedenking komt hoedanig dat Comp'oir in dezen is gemoeid geweest , want immers uw vriends iiiedeilanders, wa^ ren de origineele gemachtigden , aan wien de opneemmg der Gelden , en hec uitgeven der aandelen was overgelaten , zy zyn 't ook die by ondertekening bekend hebben'de lommen voorde uitgegeven aandelen ontfangen te hei-ben , zonder dac by hunne handelingen den naam van hetgemelde Comptoir vermeld ftaat, dus kan die Comptoir in, dezen niet wel anders gemoeid zyn geweest, dart tot het overmaken dsr genfgotieer.de penningen * Tweemaal Honden en tachtig Buizend Guldens, aan dat Comptoir betaald ? is die ce geloven, en wel dat die fom aan dac Comptoir betaald is, in het begin van 1775, en dus op dezelve tyd als de aandelen zyn gedateert, te weten den eerften Maar$ 3775. ïs hec te geloven dat uw vriend en zyne vrienden zo eene fomme by anticipatie hebben. Overgemaakt? want gy zegt'immers dac die genegoiieerde penningen in 't begin van 177^ zyn betaald geworden, aan dat Comptoir! het waren dus geen in voorraad opgelchoccn , maar genegotieer,de gelden, en dus de zodanige welke uit het verhandelen van die aandelen waren voorrgefprocen, en by gevolge moec dit gefabriceerd papier ogenblikkelyk in geld geconverteerd zyn geweest; dac voor eersc niec te geloven is, maarzo het de waarheid is, op gronden van uw vriends bovengemelde bekentenis , een bewys van de onbegrypelykfte onbedagtzaamheid, en onverantwoordelykfie ligtvaardjgheid oplevert, wyl daar uic ontegenfprekelyfc zoude bewezen zyn, dat men der goeden lieden geld, dac bpfbet geloof en het vertrouwen van uw Vrienden, zyn? medeftanders aan hen was opgefcho- tea.  ( 6o5 ) ten , zonder 'er eenige zekerheid voor tc hebben, naai buiten s'Lar.ds hefifc verzonden. K&n d:t volgens uwe beweerde yoorzigtjgjieid door den beuge!?beantwoord dit voor uw vriend,terwy! ikhier van zal afgaan, en de zaak van die Negotiatie eens zal befenouwen, uit het gunfiigc oogpunt waarin dezelve by de aandelen woid,voorgedragen, cn, en inde vei ondtrüelüng dar a! hetgeenc 'er uw ■vriend van zoude gezegd hebben , n:c:_ gezegd was. In dat geval kom n de Gcldopfchieters in de omitandiglijiJ, dat hunne aandeden zo puik: puik goed zoude moeten zyn als de bank , want, dan hebben zy voor hun Capitaal van ƒ280,000 —Hypotheek Drieven van twee üukken goed, ter vva'arde van f540,600, en bo^en jdien hebben zy de Borgtogt van een Dame gegoed, ("echter zo men denkt) tot drie ton, en voor de betaling van de JaaVlykfe Renten, nog een Heer hier boven genoemd! 'moet iemand des kundig niet vragen, zo 'er aan de voorwaarden van de opneming der gelden waarlyk voldaan is, wat is dog de reden, waarom 'er by mangelder betaling van de Renten, en aflegging van het Capitaal, het Hypo» theecq niet word aangefproken, of dac de Borgen , ter voldoening aan hunne jverpügting niec worden ge'dwongen, uw vriend heeft in de zaken van Boddaert en Ryneveld voor de arme Geldopfchieterszo veeie beweging gemaakt, als nu hier alles zo. liquide, folide, cn zo|goed ah de bank was, wat is dog de reden waarom in dezen principaal,bor* gen en directeurs vrylonen, want hier van enkel te zeggen dat deze negotiatie zonder voorbeeld fout gelopen is, zonder ce zeggen of de planca; gien verzonken zyn , of door een lugebal naar eeri ander Weieldgedeelte overgevoerd, of op ce geven wac dezelve overkomen is, kan by iemand, die een gryntje oordeel bezie, niec voldoen, en wac is '»r desniettegenftaande verder in voorgevallen? zo als uw vriend u heeft onderrecht, dat hy kort voor hec verfchynen van hec cweede Jaar Henten ,van de desperate omflandigheid der Ne» gotiatie (zonder wederom aan.teroerea waarin die. Pp 4 d£j-  C6<*> gesperatiebeftond) geïnformeerd wordende^ metrum is gaan fpreken, en vern omen hebbende, dat het niet buiten hoop was, om nog alles te regt re oreaden, mits 'er Geld gelpendecrt wierd , daar toe* en tot dc betalinge- van dat te verfchynen Jaar ïnteresfen, aan de Geinteresfeerden zyn beurs beeft aangeboden , om daar mede toe re contribueren ; mag ik aan u eens vragen , heeft uw vriend i! by die opneming wel gezegd, door wie, en uit welke penningen het eerfte jaar Renten van die Negotiatie is betaald, was te dier tyd de zaak al niet fout? zoude iw vriend wel inftaat zyn een eenig Geïnteresseerde op te noemen, aan wien by zyn beurs heeft aangeboden, Bamentlyk, ikverftaa dat gy en uw vriend daar door verftaan arme geldop. fchieters, want om alhier door geinteresleerdens tc verftaap, Makelaars cn Kooplieden in Obligatien, welke met een goed gedeelte dezer aandelen inde kraam lagen, en mogeiyk rifico liepen om geruineert te zyn , en om regelrecht, aanfprakelyk^voor de te rug geving van Hoofdiom en Renten te worden, en door de aanbieding van uw vriends beurs de zulken in ftaat te*|ftellen, om die aandelen te konnen afzetten, dit geloof ik niet dat uw vriends meening is geweest, en zulks zo niet zynde, onderzoeke men welke de geinteresi#erden zyn ge. v/eest, ten wiens behoeve uw vriend een lom van /3°oo, heeft te koste gelegd ; het moeten dus de geldopfchieters geweest zyn, dan zo uw vriend een zo edelmoedig aanbod a'an dezelve heeft gedaan, en zo als gy zegt dat u ten vol. len gebleken is, door hem gedaan te zyn, dan heeft hy reden om over ondankbaarheid te klagen, om dat alle de Geldopfchieters uit eenen mond verklaren, dat zy van zodanig een aanbod niet het allerminfte weeten , en ei? noit van gehoord of geweten hebben voor dat zy dit in uw antwoord gelezen hebben , integendeel dat zy die alhier in Utrecht thuis behoren, de betaiing yan het tweede Coupon op hun a3udeel ten Comptoire van uw vriend hebben ODtfangen, «ender dac aan hen of aan iemand eenige de aller-  minfte opening of bekendmaking is gedaan van'de tiesparate omftaniigheid der Negotia ie , welke, voor de becaüngivan dac Jaar rente i aai uf.w vriend bekend was, en waar door uw vriend met de zyne gelegenheid hebben gegeven, dat nog lange tiaar na die aandelen als goed en dugugzyn verban Jdd,en zeer veele lieden hun ongeluk vergroe, c; of hier over nu wel of kwa'yk word gcdagc, die laac ik tusfehen beiden, maar ik wil wel eens weeten op.wac gronden mende handelingen wegens deeze tweede gedane betalingzal konnen verweeren enijvryfpreeken, tegen ben die naderhand daaraan bicter worft gegecen heb. ben, ja ook zelfs ten aanzien van die geldopfchieters welke by den ontfangft van dac twedc jaar renten in de waan wierden gehouden , dat hun efJedt nog zo goed en folideSals dc bank was, en wie van de geldopfchieters en deelnemersin deze Negotiatie kan hec kwaiyk genomen worden, dac zy voor hen geloven en vaft (.tellen, dat als uw Vriend daar by een fom van ƒ 3000 heef: opgefchooten, dac hy zulks gedaan heeft, om daar door voor zig zelfs grooccre fchaden af te wenden en voortekomen, want daar hy, blykens zyn tot hier gehoudene handelwyze, voor de Geldopfchieters van zyn eigene Directie, waar voor hy de goede , en Jblide Hvpothequen in een zo wc' geflooten verzekering alhier beruftende tieeft, g?en crediec eer wereld heeft, maar zyn beurs gelloccn houdt, moec immers een ieder verwonderd liaan over deeze ggnereusheid van uwj Vriend, 'er zyn heden geweeft, die gemeend "hebben, dat zy dc reden voor uw Vriends gedragingen ter zynerverfchoning moeten opmaken, in het geene gy voorwend , dal hét niet buiten hoop was om nog alles ü regt ie ■ brengen, en om de zaken in goede order te zullen %ry. gen ; dog dit word door eert ander om verre gefloten , mee aan te merken dac uw Vriend coen hy de f'irchcance der Incresfe van zyne diro^ic }uftificecrde, hy by zyne korte ftaac, de fiiMifaatie, foiidiceic en den goeden ftaat van de Hypo. cheequen en bezittingen heeft beweerd en opgePP 5 ge-  ( 6o8 ) geven, maar het [heeft de gckifchieters waarop, hy eene zo onmiddelyke betrekking had, niet ino-. gen gebeuren , dat de" beurs van hun Directeur o. pen heefc geftaan, zy zyn door hem zeer ras van het ih ■ gebreeke blyven) dier planters onderregt, en hebben by bevinding dac en planter en Geldopfchieters, by hem geen crediec hebben, en daarom zeggen de Geldopfchieters van uw Vriend, dac: 'er by hèm en zyne Vrienden een zeer verborgen ïeden moet gehuisvest hebben, die hen. totVchade en misleiding van de Geldopfchieters tot de betaling van het tweede jaar renten hebben aangezet, welke te onderzoeken, ik niet intrede , maar daar op, zo wel als op het verdere van uw antwoord deezen betreffende aanmerke, dat alle die vacatiën waar toe men agc dagen lang in s* Hage zig heefc bezig gehouden, mee eeu advocaat daar toe expres tót Londen overgekomen, 'niets uitmaken, daar hier de zelve argumenten wélke by vorige gemarkt zvn , haare toepasüng vinden, wyl hec uw V:iendsonvermydelyken poft en pligt was geweest, zig bevorens van de tiyporhecatien verzekerd gezien te hebben 'ea m een zaak van zo veel aanbelang het alles op hooren zeggen, cn denken niet te laten aankomen, cn ons te verwyzen ter informatie aan Heeren die met hem in het zelve geval zyn, en wiens beurzen om even dezelve reden , a.s die van uw Vriend, voor de by hun bekende Geintewfier den heeft opengedaan,, welke redenen nader zullen konnen ingetreden worden, als uw Vriend, o zal opgegeven hebben, hoe groat het aandeel van hem is geweeft, dat hy voor zyn eigen rekening in die negotiatie heeft genomen, aan wieen hoeVo'ot de verantwoording van de verr.ogte en uitgegeven aandelen is geweest, als hy aan u op dit een en ander nadere opening heeft gegeven, zal 'er, zo gy dc Geldopfchieters hier m-de wilt verwaardigen, gelegenheid konnen zyn, om nog iets over het verhandelen cn onder den Man brengen van deeze aandeden optegevcn, dar, jk voor als nog uier intrede, en tot uw Vrends  C 609;) gedrag gehouden in de Negotiatie op de Canalea 'aal overgaan. pit vervolg by de eerfte gelegenheid, Myn Heer Vriemd ! is nu vericheide 'malen dat gy op my vordert onderrcgc ie zyn, van net geene alhier van tyd tot tyd tusfehen qe Burgers'en de Militie is voorgevallen, ik heb daarin het voetlpoor van anderen niet willen volgen en in deze zo veel modelyk my nauwkeurig op het voorgevallene doen gonderregten , dus kan ik u berichten, dat by het exerceren van de Burger - Compagnien van de Heeren Visfchers en ter Horst, door de. militie aan de Utrechtfche poort by het uit en intrekken geen Honneurs bewezen zyn , en den Officier van de Militaire daar overnictandersisgeftraft,danmeteen kamerarrest van ahderhalven dag, zonder meer ;ecn Soldaat fteelt op klaar tigten dag aan de Kopermc*. len in hen gezlgt van de Vrouw van den huize,eenige nog natte hembden, hangende opeen gefpanncn touw om te drogen, om welke weder te bekomen de Vrouw tc vergeefs naar 't nemen van informatie wagt. Voorts is bekend , dat op een nagt de glazen ingeflagen zyn, aan het Huis van den Heer Hoofdofficier, Mr. Gerrit Methorst , Benjamin Cohen , den Admodiateur Vos , Dor. Hoofd van Huysduyncn, Abraham Cohen, en verfcheide anderen, waar van de Nachtwakers verhalen, dat zy gezien hebben dat zulks gefchied is door perzonen aan hebber de militaire kleding, en dat zy gé. vlugt zyn , immers dat zy by de, aehrervo'gini' de. zelve uit het oog verloren, op die hoogte in een huis daar veel Soldaten in eeh quanier leppen zo als zy de deur van dat Huis ook ongeflotenen op^n gevonden hebben; van dit gevaf heeft men ten jronrdele van de Militie verfpreid, dat her wel  ( 6io ) Burgers in Militaire kleding kunnen geweest zynj het geval van Reyer vem den Uytlmrn die op eene verraderiyke wyze door een Militair in de fchóuder wierd gehakt, zonder dat hy iets had misdreven, is te zeer bekend dat daar van vermelding, tot een blyk van de mishandeling welke de Burgers door de militie ondergaan , zoude gedaan worticn. En wie is by ons onbekend, dat op den 84 October des avonds, door'een groote troep, foldaten , met de Sabel in de vuist, zyn agter. volgd ,Cornelis Warneke Ants. Zoon Capit'ain van't Genootfchap, als ook de Loyer Pril , Armldus. ym 't Ncderent, Wulphert Stemfort en J, HarsIme, zo, dat voornoemde Pul maar even tyd had by Asjenrade en C. Warneke by zyn Oom. .Scheerden en de anderen hen ten huize van van Eevidere met de vlugt te redden, eu hoe zeer van dat voorgevallene zo inen wel meent te wecten, kennisfe aarTden Heer Hoofdofficier zoude gegeven zyn. zo is daar op tot heden toen iet geinformeert; die zeiven avond is Bart van den Brink door een grote troep Soldaten aangevallen , over de vingen gehouwen , zyn hoed, waar op een pannas en lirik was, o^e.weldigt , en hy verder üëerlyk mishan. dcit. Maandag den 31.' 06tob-:r toen de Burger Compagnien van voorn. Heeren Ter Horst twVisjchers heboen afgevuurd, zyn aan die Compagnien noch by het uit, noch by hetinmarcheren aan de poort door de Militaire wagt, of fchoon door een Officier gecommandeert de honneurs gedaan, enkel keeft'men voor 't Vaandel pelotton gepretenteert, maar dat voorby zynde 't geweer op fchoudergccommandeert, de Compagnien nauwclyks bedankt zynde,'s een Burger tambbur genaamt Balkens dooide Militairen mishandelt, zyn hoed af genomen , era flag aan het hoofd gegeven, de cocarde er afp-eruke, en den hoed op ftraat gelmeetcn, die geval, waar van tot heden ( : zo veel men almer bewust is) geene informatie is genomen, heeit wel de aanleiding van 'c ongenoegen gegeven, uan een gezellchap Burgers » welke in zekere Herberg  ( 6n ) ten gelage zynde, en daar van berigt wordende voornamen gezam.enr.fyk te gaan wandelen, deze'» ve waren omtrent zestien in getal, dan geen tien Huizen van de Heroerg afzynde, wierden zy door meer dan Twintig Soldaten, tegen het Ivf ellopen enfeitelyk geattaqueerd, zo dat die Burger* zig verpligt zagen zig ce vcrweeren, zojalszvwcl drie minuten tegens de Soldaten met de Sabel'inde vuist gcvogrcn hebben, verkiezende de Soldaten 't toen op een lopen ce ftellen: die zeiven avond is het huis van den grutter H. Overbeek, fchoon hy toe geen Compagnie behoorde, door êenVrote troupbo daten geweldig aangevallen, om dat dr e Burger heden op hun aankomst in zyn huis ae ^r^^i""' h«et rche!dcn ^dreigende en met de óabe.s oP de tieur ea venfters hakkende f huüman wonende naast het huis van Dor. Trol illart ftaat die zelve avond mee zyn Vrouw kind en eenige Burgers op de floep ce praten op de aannadenng van een groote croup Soldaten , n cr>! fing we go., begeven zy zig fa huis , dan wierd £ ogenblikkelyk daarop hec Huis geweldig aangeva' en en met Snaphanen op de deur gelopen wi ' lende ingelaten zyn, onder bedreiging dac zya74s zouden vermoorden, waarop zy de Seur van i£ nen met drie mannen hebben moecen geftotenho? den of fchoon door de force 'er nog een greS los fprong , dan dac zy hun oogmerk niec kunSe ^reiken, aldaar de glazen hebben ingeflaS en na dac verrigte van daar zyn vercrokken Jt langeitraat komende bebben^y een%ud Vfge e* M m,genaamd Albcrtus Breukman deerlyk XS StruyvenberS dc Koekebakker, dit geweld hS' fogen , zo dat 'er de houten roeden uitvlogen en  i (_ 612 ■) nv de bovenfi-e grendel op die deur willende fchuy'j vén wierd 'er neg een gat in een ruin geftoked . om hem door die ftfiek re treffen. waar na zy zyn Voortgetrokken. zo als dan ook vervolgens op de t . geftraaf een ongewapend man genaamd Jan van Géide' door hen déerlyk is gehouwen en geftokeri, dan zvndc twee by zig hebbende perfonen ,met namen Cornclis Schieman en Maurits Wjllemz. door run viügten ten huize van J. de Bram ontkolen h':er' zegt! men dat de trottp Soldaten wel e' Man is fterk gewecsr,, wyd-s hebben zydie zeiven a< ond , be pinnende van dett hooit van de, verkenmarkt, tot aan 'r Burger Weeshuis toe , aan mees; alle de Huizen de glazen ingertagen. Dienvolcer.de dag des avonds wierd Hermen Stemjort, faitfiaandeVdpór een grors troup militairen pp de ' St feitelyk géattaqueèrt j byna drie vingers van de Linkerhand afgehakt, cn nog eet, zware bouw in H Hoofd tóegébracht. Deze beeft zig zoveel mogelyk gedefendcert, en zig verder ge. fauveert in 't huis van den zilverfmic A. Wirneke, dan aldaar de Chinirgyn van Lmg komende, om hem te verbinden, en niet y0 komen voorzien JSridc, wierd naar deszelfs huis gezonden eene illudchvan de Mdm, zynde een Man van bui cj do vad dog deze wierd eenige Huizen van hec Huis van evéngenoemdë Warmte door een grote xróèp Soldaten overvallen , tegen de grongefme£n e i heefc eenige houwen in het hoofd bekoS- ook zoude'!»/ Crasjenbergh wonende op Soemendaal, kennen verklaren, de hein ove geko L,.n1p Mnrtelwvze door een Officier de paSle gelei *££ hy den 'Chirurgyn van Unl moetende halen en (lil angs dc ftraat gaande doof dien Officier wierd in dc borst gegrepen, en dooi uien hu oproermaker dan moes %Tffolk ym£ tn UshteeM, dan cordaet men iet u-* , Pareer Man, en zig ^SrS^^étoiSe;Sft"S& hem laten gaan.  ( **3 ) Jfeeken, opentlyk verhalen , narnentlyk, dat aan hun door een tamböiir (wel bekend) is gezegd, dat zy :t gemunL hadeeri op de perzoon van de Heer Erasinus Methorst, en dat wanneer zy die Heer maar dien avond konden vinden, dac zy hem dan zouden waarnemen cn dien Blugtm zoude geven, om dac hy een patriot was en oorzaak dat zy'hier moesten blyven, mén'lette daar uit eces, welke inductien aan de milicie gegeven word, daar het integendeel bekend is, dac die Heer behoord cot de minderheid van de Leden van den Raad, welke tegen het inrukken van het Guarnifoen ten fterkften heeft geproiefteerd, deze Heer heeft van dat voorgevallene opening inden Raad gegeven, men heefc ook dc beide van Bceken gehoord, die zulks ook verklaard hebben, en nieccegenftaar.de dat bewandelt de Tambour opentlyk de ftraat daar zo men dien knaap eens vattede. en hem op' een behpprlyke wyzeonzydig ondervraagde, zoucic 'er mogelykheiJ zyn dat men een draad vaneen kluven ontwinden zoude,waar aan ons veei gelepcn Icgd, die zeiven avond is de Bode van de Diaconie, welke dat Collegie moeste convoceren door de militairen mede zo jammerhartig gcflagen, dat hv ce aan hem belaste convocatie niet konde voibren gen. Maar by alle ongelukken viel 'er dien avon" nog deze bizonderheid voor : de Burgerenhat d Spaan, die bekend is van wat zoorc van Koopman, fchap of opkopen van goederen zyn beftaan heeft, horende dac de Soldaccn zyn mede Bur~e. ren z.ecr mishandelde, loopt de langftraat oP n%r den Hof, in dat geroegelyk vooruizigc , dat het hem gelukken zoude, den een of ander patriot te zien kloppen, venalt tegen zyn verwagtine zelfs onder den hoop Soldaten die hem allerdeelykst klopten , niettegenftaande ;hy luidkeel, ichreeuwde en protefleerde geen Patriot maar een Angelsman te zyn. Meerdere Haaltjes zoude i? u konnen opgeven, dan zal ik om redenen rr>r wat wagten; mtusfehen zoude gy, des goed *j£ den.  dende van deze een publiek gebruik konnen ma' ken , ik ftaa voor de egtheid in, en kan u per flot nog melden, dat om de kiagten anders om te keeren. er een voornemen is, (:of't zal volbragt worden weet ik niet:) om de Informatien bv de Soldaten intewinnen , tegen de Burgers, zónder dat men de Burgers tegen de Soldaten of miltiezal horen; dit kan ik u voor goede munt niet melden, maar wel, dac ons verzekerd word, dat- zulks gefchieden zal, en zo ras dit ce werk gefteld word zal ik 'er u aanftonds bengt van geven, maakt hier van tem onzen r.utten tegens alle kwade berigten gebruik , en wcest verzekerd dat" ik met alle achting ben Myn Heer en Vriend! Uw. Dw. Dienaar • Jan van Stoutcnburgh. Amersfoort den ao November 1785. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Dempter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A. Stubbe, J. Lief* tink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  D Ë V & Y Ë NEDERLANDER, No. 37. «^.lle Regeeringen, die uit inenfcheajbeftaaas, zyn aan gebreken onderworpen. Naar mate der deugdzaamheid en het verftand — of de ondeuga en onkunde van hun, dien het volksbeftier ia handen gefteld is, zyn ook de voordéeleh en ge* breken eener Regeerwyze zigtüaar. Welk eene Regeerwyze men zich ook voorftelle, indien zy j dien het volksbeftier en de magt is toebetrouwd g ftechts deugdzaam en verftandig genoeg zyn, en hun pligt betragten, zo zal dezelve volkomen be. antwoorden aan het algemeene oogmerk van alle Regeeringen, het heil, de befcherming en v«» lighcïd der volks - maatfchappy. ■ Doch e daar de menfchelyke natuur uit den aart geneigd is naar heerfchappy, naar Vermeerdering van magt ea gezag, tot koeftering van eigenliefde en eigen voordeel, meer dan tot heil van het algemeen *o vordert het heil des volks, dat in alle Regeetingen de hoQgfte wet moec uicmaaken, dat niet maar d e deugd des Regeerers of beftierers de waar ü Stuk. " q zyn alle de voorgenomen herftellingen hersfenfehimmen, wind.3 bellen. De tegenftand die men te beftryden heeft isjniet minder groot, de list niet minder gevaarlyk, dan die waar mede onze voorouders te wors< telen hadden. In ons 35fte No. gaven wy te kennen dat ons: beftreeven niet maar moest zvn, de herftelling van eenitre deelen , buiten verband van 't geheel. En ?n de daad, buiten zulk eene bedoeling moeten I Qcj* wy  ( 618 ) wy crs vocrreereen niet vergelyken met den tirt* ftag Ger zaake onzer voorvaderen! — Hoe grooter des ons doel zy, hoe meer wy met de Hoofddeugden onzer Vade.en moeten gewapend zyn, hoe meer wy noodig hebben eene geurengelde Eerdragt om al den tegenftand te kunnen weerftaan en overwinnen. Zorder eendragt is hec niet mogelyk eenig deel , veel minder het geheel te verbeteren, te herllellen. Er kan geen eendragt plaats heboen, wanneer 'er geen verti ouwen onder de leden eener Maatfchappy heerfcht — wanneer elk even zeer gerechtigd meent te zyn om zyn gevoelen op allerlei wyzen te doen boven dry ven—• wanneer de korczigtigfte en onkundigfte, om dat hy niet kan inzien en doorgronden alle de redenen en gronden om welke de zaaken niet maar zo lyn. recht volgends zyn oppervlakkige denkbeelden kunnen daargefteldi'worden , even veel rechten be. voegdheid heeft om te vorderen dat zyn oppervlakkig denkbeeld en onberedeneerd ftclzél gevolgd wordr" en een [ander, wiens denkbeelden tot een geheel arder punt uitloopen , het zelfde recht, dezelfde bevoegdheid heeft; en niet zy, wiens byzondere aanftelling hun verpligt en bezig houdt ter beraaming van de beste middelen voor het algemeen welzyn , vryelyk hun beredeneerd gevoelen kunnen volgen dan moet alles uit» Joopen in een chaos van verwarring Her is niet genoeg dat de lynen uit een punt zich verwyderen • maarzc moeten tot een punt famen loopen. Hebben de klagten over het verval en de vermindering der welvaard van oas eertyds bloeyend Nederland haar grond in de verbastering der voor ouderlyke zeden — de verwaarloozing der charakteristieke ISederlandfche deugden, door het opvolgen en invoeren van uitheemfche gewoonten 9 en uitlandfche gebreken! Het is allerzekerst, dac deeze *eraaring vooral dan befpeurd wordt, wanneer het ep de herftelling van die inbreuken, welke  ke uit zulk ecnè verbastering zyn voordgevloeid, aaa komt. Wy herhalen het, hec moeten Nederlanders zyn, met de voorvaderlyke deugden ver* lïerd, mee liet geduld, de moed, de bedaardheid ea flanivastigheid eens Nederlandfchen jukvérbrekèrs gewapend, welke alleen in (laac zyn on het heil eener algemeene Maatlchappy te herftellen en be. vorderen. Hec is waar, dat wy in de gevolgen onzer voórvaderlyke onderneemingen ineer eene werkzaime * weldaadige Voorzienigheid, dan eenMenfchelyk te vooren beredeneerd plan befpeuren —— dac de uitkomst misfehien geheel iets anders heefc daar gefteld , dan zy in den beginne bedoelden; dat hec geluk de onberaadenfte voorneemens, zelfs tegen hec oogmerk der welmeenenditen, üikwyls mee hec beste gevolg heefc bekroond: dan, wanneer wy befebouwen en nagaan de middekn cn wegen , door welke uit hunne vaak onberedeneerde onderneemingen een gelukkig einde is voordge. vloeid : dan zullen wy befpeuren, dat een Ji:mdvastig geduld, met welke zy de menigvuldige rampen die hun troffen , doorltonden; mee welke zy den moed bieeven benouden als alles tegen liep; mee welke zy hoop fchepten in hec onzigc* baare als alles hoopeloos ltond ,• hec-eenigtle fchiid was, dac hun genard deed zyn tegen de rampen van een tagtigjaarigen Oorlog, cegen den magtigflen Monarch van buiten en de lisciglte vyanden vaa binnen, en hun de onverwachtse uitkomst gaven. Daar dan niet zo zeer bet beginzel, maar dc uitkomst onzer voorvaderlyke onderneemingen ons ten voorbedde moet verftrekken, indien wy ons een zekerst voorbeeld, van navolging willen (tellen ; dan moeten wy ons niet enkel verlaaten op geluk, op eene medewerkende Voorzienigheid.» voor dat wy die middelen hebben beproefd , die onzen voorvaderen een beteren uitflag hunner pogingen gaven dan zy zelve bedoelden' —— dan raoècen wy de goede zaak niec enkel waagen aan 0,1 3 eea  C 620 ) per onzekeren uitflag van eene onberaden onders neerrj'iig aan de drift van eenige weinigen , die toonen en getoond hebben niet door dc^Nederlandfche deugden, bedaarde ftandvastigheid en ge. duld, maar integendeel door telkens veranderende phimeres bezield te zyn. Zy die de Vaderlandfche lierdcugden, zo zy vermeenen zeer geeiiig, in fchempnaamen verwandelen, en even eentoonig de woorden Modenatie, uit (lel, wachten, in' hunne wantaal vlegten, cn daar door deeze Nederlandfche charaktertrekken trachten tebefchimpen, zonder oordeel genoeg te bezitten om dit in de rechte gevallen en op zyn tyd en plaats te doen; toonen daar door alleen, dat zy ongefchikt zyn om pen groote zaak uittevoeren, zo zy anders eenige gefchikcheid tot iets bezitten, dan om hun aart te verraaden» Het is de eendragt cn bedaarde, reden alleen die ons op eene goede uitkomst kunnen doen hoopen, wanneer wy te doerj hebben met partyen die van. alle gelegenheden gebruik maaken, en maar toe zien om van elkCn nnsftap dien wy mogten begaan, zich in hun voordeel te bedienen. Indien wy het geluk hadden dat onze partyen hunne plans met drift wilden trachten uittevoeren, of zonder plan en uitzigt, onberaden hun begeerte wilden doordryven. zouden wy minder omzigcigheid noodig hebben, wyl zy zich openlyk vertoonden: maar nu zy zich in hunne loopgraven verberger., en ons door meer verborgen ondermyningeo trachten te doen initorten, moet men door tegenmynen hen in hunne onderneemingen voorkomen, en ons niet op den grond begeeven onder welke onze vyand verborgen ligt» Het is, om eendragt te heeten, niet genoeg, dat wy alle één oogmerk hebben waar ui twy werken ; wy moeten ons ook in de middelen van uitvoering vereenigen. Zy alle die eene verbetering in onze Regeerings beftelling noodig oordeelen — fn die dezelve tegen werkenj zullen, beweeren, dat  C 3 dat hun beginsel niet an Iers is dan het fatns populo Dan hoe zeer loopen niet hun ne middelen tot 'Jat einde uic eikander! —n— Maar wac baat hec dac hec grootlle en voornaarnsce gedeelte der Natie, van Regent en Burger, hét eens zyn, dat onze ftaat aan veele gebreken laboreerc, welke verbetering noodig hebben-'; indien zy het niec eendrag* tig zyn in de keuze der middelen roe die verbecering?' Hoe zeer er tusfehen de verwyderde gevoelens, of'er 'al., of geen verbeccriag moec p'.aacs hebben , wac ai of niec coc verb-'Cenng kan itrefcken , geene verzoening of overeenbrenging kan plaats hebben en daar door hec zelfoe noodig einde bereikt worden: zo behoort 'er al¬ thans eendragt té heerfchen tusfehen hen die uic één bcginzel torjéén einde tractacen ce werken. De eendragt tusfehen deeze, is hec voornaamelyk die wy bedoelen. Deeze eendragt nu kan geen plaats" vinden , indien niec de een den andërin voorkomt en iets overftapt in de kleinigheden die hen nog van hec juifte punc verwyderen. — Wanc hec zyn in 'betrekking tot de groote hoofdzaak, -kleinigheden,, wanneer men in de zaak en de üiddelen eens is, dat men over de wyze hoe, zich zal vërdeëlen. Wy hebben, om deeze verzoening; te bewerken, reeds in No. 35. 'ten aanzien dennog exterende verfehillen. in onze provintie en Uai Ut' -echt, over de invoering van een verbeterd Regeerings Reglement, het j|onze trachten toetebrengen — maar alhier onder de Burgery niet met den algemcenen gunftigen uitüag dien wy daar van hoopten, en wel, om dat het niet ftrookte met de plans van zulken, die alleen hun gevoelen voor het beste houden, om dat het het hunne is5, en welke daarom anderen, die alleen op Authon-e-'c oordeelen, daar tegen hadden vooringenomen eer zy de-zaak onderzogten; en die is dan ook dè reden waarom men een geheel anderen uitleg aan onze woorden heefc gegeeven, dan onze beden: Qq 4 i«»a  üng is; geheet iets anders daar uit heeft gelezea, dan 'er gefchreven ftaat. Gelyk het niet voorzigtig en ftaatkundig is, alle de gronden en motiven, waarom men dus en niet anders werkt, waarom men dus en niet anders of verder zich uitlaat, voor dc geheele waereld epen te leggen, wyl yeekyds d% goede reusfite eener zaak van de geheimhouding afhangt; ofwel eene gunftige veronderfteliing der kundigheid des lezers eene verdere explicatie der voorgeüelde gedagten mionoodzaaklyk maakt •■■ zo hebben wy ook, om een en andere reden , voor den leezer dvergelaaten, de invulling der overige redenen, waarom wy van oordeel waren, dat men niet zo openlyk zich tegen het fubmitteeren van alle de pometen, zo van het ftedelyke als provinciale Regeerings Reglement aan de Haagfehe Conferentie, die wy alleen als eene conferentie cot minnelyk accoord hebben willen conhdereren, behoorde te declareren, te meer, om dat behalven de Burgers en ingezetenen van de provintie Utrecht, een aantal mede Vaderlanders, die in ftaat zyn over de zaaken ce oordeeien, van de daar coe aanleidende omftandigheden konden bcwusc zyn — en op zich zeiven de reden, die men, door het ftaan op eene feparatie, zoude kunnen veroorzaaken, tot het terug ftellen van hec gereele redres, gewigtig genoeg is, om in formaliteiten iets toe te geeven, om de hoofdzaak niet uit het gezigt te verliezen. Daar de Staats Refolutie op dit pnnt waarfchyniyk reeds zal genomen zyn, eer dit het licht ziet, maaken wy geene verdere zwaarigheid , ons duidelyker uittelaaten , op de redenen , die ons bewogen om zo te fchryven, en nog beweegen om op de eendragt, en het overftappen van kleinigheden, die het wezen der zaak niet benadeeler, te blyven ftaan. Wy herzeggen nog , en het is uit ons even gemeld No.,' en alle onze vertoogen die daar over handelen , ten'duidelykfte te befpeuren,'dat wy wel  ( 623 ) wei verre af zyn-om toe te ftaan, dat het don.e; ftique van Stads Regeerinjjsbefteilih^ zoude onderworpen moeten zyn aan de bcfchikking en 't oordeel van de gezamelyke Staatsleden, of de twee voorftemmende in 't byzonder; en door de ftedelyke Magiftraaten met haare Burgers niet zoude kunnen worden gearresteerd. Maar wy hebben alleen geene zwaarigheid gemaakt, om op te geeven de redenen welke ons bewogen, om in zo verre van een onbetwistbaar recht geen ge. brink te maaken,dat wy het effect daar vanflechts eenigen tyd opfcho.rtte, om des te zekerder daar van te jouïsferen — dat wy pet ftedelyk Regie ment alleen ter communicatie en yifie bragren,, zonder iets van het wezenlyke af ce ftappeo; alleen om daar door de zulken voor te komen, die misfchien deeze gelegenheid tot een twistappel zouden willen capteren, om het geheele redres infruttueus te maaken. Wy herbaaien het, de zaak is van te veel belang , om dezelve aao kleinigheden te waagen. Dat het in de dapd eene kleinigheid is, in, vergelyking van de groote gevolgen de formaliteiten eri wyze van daari telling tegen het wezen der zaak over» gefteld, zal niemand kunnen ontkennen: en elk, dien hec niet onverfchillig is of zyn vaderftad in een chaos van verwarring, of eene geregelde volks Maatfchappy worde her'vo'fnjd, die zyne' onzekere harsfenfehimmen niet eene waarfchynlyke zekerheid voortrekt, zai liever in dcform, dan het wezen der zaak ,'ets willen misten ! Deezezyn. de gronden op welke wy eene moderatie , een weinig tcegeefiykheid als volftrekt noodig hebben geoordeeld. Wy zyn even min van oordeel, dat de domefticke arrangementen, ontrent rlè ftedelyke Re. geerings beftellmg, volftrekt niet buiten concurrentie van den Stadhouder, zo verre ze buiten he: provinciale Reglement loopen , zouden kunnen worden gemaakt, als wy verrnieéfreo dac de fchryver \ $ van  van den Batavieren zyn No 49, den Heer B"smak en zynzoon, die die onder een/ge anderebepaaiing begrypen, behoorlyk begreepen cn weêrJegt neef:, zonder iets meer uic hunne woorden aftelciden als dezelve uitdrukken. Geene der drie afgeleide reden, 'c zy dezelve al of niec hec fentiment dier heeren uitmaaken, zyn de gronden op welke wy de voorgeflagen conferentie nuttig keuten. MsaT alleen de vólgende. Wy zyn van oordeel dac de voorgefjagen conferentie voordgang behoort te hebben r. Om dac dezelve (zonder bepaling der forme) uit naam der Burgery, by het inleveren der bezwaren in Mei 1784» is voorgeflsgen of vërondërfteld. s. Qm dat, door de drie leden van Scaac of wel derzelver ord. Gedeputeerden, in hunne Misfive van den 27. Feb. 1784 aan den Stadhouder, op deszelfs-misfive van den 24. daar te vooren, inhoudende onder anderen bezwaaren tegen de Magiftraat der Stad Utrecht, in plaats van antwoord op die bezwaaren, is gecommuniceerd het decerneren eener Staatscommis-fie, tot wegneemiag van alle vermeende bezwaren, en dat intusichen Z. H. mis. fie by de respedlive leden was gehouden in ad. vies. 3. Om dac by de welgcintesstioneerde leden van Stads Règeering, welke het reeds geappla. neerde ftedelyke Reglemenc , zo verre hec nu is, hebben helpen daarftellen, buiten deeze nadere conferentie tot de noodige fanciie, eene huiverigheid tot het daadlyk introduceren buicen dien," plyfe refideren. Laat ons zien of deeze gronden dugtig genoeg zyn, om er ons gevoslen op ce bouwen. ~ Dan wy fchryven die alleen voor zulken, die voor reden vatbaar zyn, en niet voor zulken, wier chimères op den eerftcn aanval der rede inftorten! • Omtrent onze eerfte en tweede grond, merken wy alleen aan; Dat de ftemme des volks, zal ze " ** eer-  eerbied waardig zyn, zo wel als der hoogeïvertegenwoordigers van deezen fouverain, zich zeiven altyd gelyk moec zyn, en niec onderworpen aan de wispelturigheden van een enkel mensch. Dat nu de intentie der Burgery niec is geweest om een gedeelte der pointen toe redres der bezwaren afzonderlyk te arresteren, blykt nietjalleen ure de boven opgegeeven aanfpraak by het overgeevender bezwaaren gedaan; maar rog nader en duidélyker uit de na 'ere inftantien door gecommitteerden uit de agt Burger Compagnien aan Geconftuucerdeu i als de Gecommitteerden van Bünthem, vanDvk,. Heetvkld, Karels, van oè vooren, van der molen, LüBBERPlNG en roggeveen, mt naam hocner committenten uic de Compagnien Turkyen, Fortuin, Bloedkuil en Handvoeihoog, zich dus uitdrukken : „Daar wy geboord „ hebben dat de tien Heeren gecommitteerden toe „ bet formeeren van een Regeerings Reglement hec eerfte en tweede Hoofdftuk uic onze bezwaren „ hebben afgehandeld , en hec zejye liaan over ce „ geeven; zo begeeren wy, dac UEdelens zullen 5, aandringen, dac zulks niet gefchiede voor en 3, aleer de huishoudélyke zaaken, en alle onze in„ gegeeven bezwaaren, naar der Burgeren genoe„ gen zyn afgehandeld: want wy willen niec, „ dac die Heeren alle zulkeartykelcn en ftukken, „ waarin zy het meefte genoegen neemen, zullen ,, arresteren, en als dan onze rechten als op den 5, fneeuw zouden voorfchryven: neen! wy bc« ,. geeren dac alle onze bezwaaren zullen zyn afge„ Vjandeld, cn dat een concept daar van veertien dagen voorlegt, eer er een ftuk zal gearresteerd worden. "(*) Kan men iets duidclyker hebben om aancetoonen, dac men niet wil, dathtft ce (*) M?n zie het zaaMyki van dit fluk , ir de iJtrethtschu H&UVEir, No. 4. onilcr üe fpieuk; r.oai wjftkn noch wsnhbopus.  C62Ó ) eene buiten het andere gearrefteerd worde? ■ Dat het provinciale moet wachten tot dat het ftedelyke in oivie is, en het ftedelyke toe dac hec provinciale gearrangeerd zal zyn! -— Kunnen dus 'Geconjlitueerden, die hier coe expresfelyk zyn aangemaand , kunnen Gecommitteerden, die die verzoek mondeling en fchnfcelyk hebben gedaan kan de Burgery, die die verzoek en aanmaaning heeft laaten doen, dan wel zo oogenbliklyk op inftigatie van èen enkelen , van hun voong fyfthema afgaan , zonder zich voor de geheele wac. ïeld redicul tc maaken? Maar kan zy dit doen inde omftandigheid waar in zy thans, ten aanzien haa rer ftedelyke Regenten, verfeeit; zonder zich fchuldig te maaken aan hec verwyt, als of zy maaralleen haare Regenten zogten te contradiceren , zodat zy, wanneer het fchynt als of dezelve eenige poincen afzonderlyk wilden vascltellen , zy aandringen om alles te gelyk ce arresccren ; en wanneer zy zich naar de voorige begeerte der Burgery fchynt te willen fchikken, ter contrarie daar op ftaan, dat elk afzonderlyk worde geïntroduceerd? Het is dus de zaak der Burgery, zowel als van hun Ed. Mog. en Ed. Achtb. in gevolge voorgem. Misfive, om zich zeiven hier in gelyk te blyven, zonder zich te ftooren aan zulken dieniet gewoon of bekwaam zyn omreden te gebruiken. Onze derde reden vertrouwen wy geen minder gewigt te hebben als de voorige. Daar de Meerderheid der leden van de Vroedfchap zich van den beginne af genegen getoond heeft, om een verbeterd Regeerings-Reglement daar te ftellen, doch onder deeze meerderheid zich een gedeelte bevind welke, welligt om bovengemelde redenen, niet kan relolverep om het ftedelyke afzonderlyk , buiten communicatie en concurrentie van de overige ftaatsleden intevoeren ; en onder deezen niet te mm de zulken gevonden worden, die te allen tyde ruiterlyk voor het recht der ftad zyn uitgekomen en  C ) ïiet zelve hebben verdedigd, blykens nog onlang* onsNo.34, zo is het ligt ce voorzien, datzy van dac recht in de voorgeflagen Conferentie niet zullen afftaan, maar 2iende dat men hec in de daad'er op coe leide cm ftads rechten te verkorcen, liever die conferentie zullen afbreeken, en alsdan gebruik maaken van hec uicerfte recht, aan het derde lid van Staat competerende; zoneer dat zy zich verder zullen bekommeren, niec alles ce hebben coegebragc wac de harmonie konde bevorderen. En is die gevolg niec zekerder te voorzien, dan de goede reusfite wanneer men, in weerwil van zulk eene meerderheid zelfs in de Stads Regeering, hec ftedelyke Rcglemcnc daadlyk wilde introducé, ren ? üf moet men zich ook liever deeze anders wGlgeïnccntioneerde leden ten party maaken? Is het meerder honneur voor Regeering en Burgery, dac men de intercesfic der Bondgenooten zal behoeven, welke reeds by Holland geproponeerd is, als dat men oneer zich, zonder tusfehenfp-aak van anderen, by minnelyk accoord de zaak tot eea goed einde brengt? Wy weeten wei dat men de zwaarigheid op. werpt, dac, wanneer hec ftedelyke mede "in de conference der Staats Commisfie worde gepragc het dan ook aan hec oordeel der voorftemmende leden onderworpen wordt, en van derzelver goeddunken afhangt; — dat men voorwendt, dac 'er als dan r.iecs goeds van te verwachten is; dat het den voorftemmenden leden maar alleen te doen is om over het derde lid te predomineren -dat men zulks gezien heeft in de zaak van Wyk, in het inbrengen van Militie in Amersfoort, in de aanftel- hng van den Hoofdofficier der 'Stad e z. v . Doch wy vraagen alleen; wanneer de'voorftemmende leden zich oppoferen tegen fommige arty» kelen van het ftedelyke, zyn dezelve dan al ve?- metigd en afgekeurd? Zyn 'er dan geene redenen, om hec recht der Stad tege» die oppofi- de  ( 628 ) tie te defendcren? fchynt inen niet veéïcer eêri ■Wantrouwen te ftellen in het fundament waar op' rnen diearcykeien zo, en niet anders, geapplaneerd heeft? kan men Srads, kan men der Burger Gecommitteerden in die conferentie nier bvpaalert aan eene indructie, hoe verre zy het ftedelyke recht zullen doen gelden, of anders de conferentie afbrceken , en zich voor gedcfungeerd houden ? Maar daar en boven : heefc def Stad en derzelver Burgery niec evenveel belang by het provinciale als de voorftemmende leden ? ■ Waarom maakt men dan niet ten aanzien van het provinciale dezelve objectie met opzigc cot den Stadhouder! zal deeze zich niet even zeer ■ en meer nog oppoferen tegen het provin- tiale, zo als men het gaerne had «.en het rechceas behoort te wezen? Maar zal de Stad —> zal de Ridderfchap 1 ■ het daarom o.ergee- ven? **" Zullen zy daarom difficulteren om het in die Conferentie te waagen ? Zullen zy het niet des te meer in die Conferentie brengen, om gelegenheid te hebben om het onwettig en onréchtvaerdige van het Reglement van 1674 aan te toonen! • ■ En gefteld al eens. dat de voorftemmende Staatsleden^ het eens Waren, en Stads Gecommitteerden in d;e Conferentie overftemden; is dan de zaak daar mede afgedaan? Wel verre van daar ! de zaak kan geen beflag krygen , dan na dat ieder lid in den haare daar in heefc toegeftemd: wyl een zaak van dat belang,als is hec introduceren van een nieuw Regeerings Reglement, niec dan tjy Unanimiteit zyn beflag kan krygen. ■ E'1 het is immers veel eer te voorzien, dat de meerderheid van de Vroedfchap nooit zal toeftemmen in eene wczenlyke verkorting van het recht der Stad , als derde lid van Staat, dan datzy zich zulk eene overftemming en verkorting zoude laaten welgevallen ! ■ zulk een geval im¬ mers, zo als wy zo even zeiden, zoude niet anders  ders bewerken, dan dat Stads Regeering, ziende gesn harmonie, dan ten koste van haare privative rechten, te kunnen bekomec, geene verdere zwaarigheid zoude maaken, om daaqlyk het Reglement met haare Burgers te introduceeren ; dan had men eene meerderheid gewonnen, zon* der welke die introductie op geene genoeglyke wyze kan gefchieden; en men had daar tegen niets verloren, dan een weinig tyds die alleen ftrekte om aan de ganfche waereld te toonen, dat men niet anders dan goede harmonie, maar ook tefTens competent recht zogt en beoogde. — Daar in het tegengefreld geval, zo als wy in óns bovengemeld No. hebben betoogd, bet niet rnoeyelyk te voorzien is , dat men de gelegenheid zo'ude waarneemen, om zelfs de welgeïntentioneerden, vanhetgewenscht redres aftetrék. ken. Ziet daar! zulk eene Eendragt is het die wy bedoelden tusfehen hen die zich hebben getoond der goede zaak toegedaan te zyn • van dee- zen alleen hebben wy gevergd, dat zy eene kleinigheid — de formaliteit • op dugtige gronden , zouden overttappen! zal men niet de kracht van deeze drie redenen die ons overtuigd hebben , moeten ontzenuwen, eer wy van deeze gronden kunnen afgaan ? zal men dit niet met "reden, zonder er maar met de breede byl door te houwen , of in een courant, of Kruyer, daar maar zo wat woorden heen t» rabbelen cn in fociteiten als anders. zins goed vertrouwende lieden zand in de oogen te fmyten, zonder in ftaat te zyn eene gefundeerde reden voor zyne despotieke uitfpraaken en handelwyzen voor den dag te brengen, moeten doen ? Wy laaten het ter beoordeeling aan de geeheele Waereld over , of het patriottisme kan heeten,' in een tyd, waar in veele gemoede. ren.  t 6& ) ren, welke", by gebrek aan onderzoek, niet v&jt den waaren ftaat en gefteldne;d van zaaken geïnformeerd kunnen zyn , verhit en ontrust zyn * nog verder op te hiczen en te induceten dat zy misleid worden door Moderateurs, draayers, en wat niet al ? En wy vraagen, of niec zul¬ ke woelgeeften veel gevaarlyker zyn voor de goede zaak, dan zy, die er openlyk vooruit komen, dat het Reglement van 1674 geen redres noodig heeft? Wyl de eerfte de laatften een gelegenheid verfchaffen, die zy by eene bedaarde werkzaamheid nimmer zouden bekomen hebben, erd hun doel te bereiken! — Of men niet zulk eene Aristocratie in het Burgerlyke even zeer moec verfoeyen en fchuwen als in hec Politieke ??— Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp» ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A. Stubbe, J. Lief* tink, en alom by de meefte Boekverkopers;^ 2 Stuivers»  VRYE NEDERLANDER, No, 3** SA MENS PRAAKEN Gehouden i"n een Burger Sociëteit in de Provintie Utrecht, titsschen verschel oe Leden, en hunne buiten gasteiï over dfn tegenwoordigfn toestand dér Republiek. m Amfterdarnmer* W el magtig wat is het hier drok! 't is of mee by ons op de beurs komt. Stichtenaar. i Ja vriend, men kan niet zéggen dat vty niet? yitvocren maar wy praaien ooit aiec minder* II Stue. Rr lk  C ) Geldersman, Ik heb al duk verlangt om eens hier te wezen , ik loof dat men hier nog al wat heuren kan Ik wol dat men bi ons de helft van de levendigheid had die hier is, dat zol ons de ilaap wat uic de oogen holden. Stichtenaar. Waar ;is men heer van daan, als ik 't vraagen mag? Geldersman. Van Nymegen , God beter 'c! Middelburger. Wat zegi! God beter 't ? dan fchynji niet groot met je Vaderftad op te hebben Nymegen eb ik tog. altyd ehoord dat zoon kwade plaats niet is. Geldersman. Ik fpreek ook maar ten aanzien van het Patriot* tismus^ dac becekenc bi ons nog weinig. Middelburger* Dats wat anders ■ dan meugen wy wal fa. mer. gaan, by ons in zeeland, vooral uic "Middelburg, zal de hulpe ook niet komen. Amfterdammer* Als je van het patriottismus fpreekt, zeg dat vry nog eens God becer 't. Want ik geloof dat dac tegenwoordig zo goed aan den grond zit als hec Schip van de Bruin» Stick-  ( Hz 1 Sticht thaar. Öm dat 'er geen Amfterdamfche Schepen meer genomen worden? Of convooi behoeft ver» leend te worden? Amji, Zwyg jy mnar ftil fchalkj ik weet wel watje zeggen wilt. ■ maar ma t, hebben Je öiter- fenen ook met wei barder gefchreeuwd als tegen* woordig —— :s die eerde drifi niet overal veel verminderd, zo wel by v.e Burgets alj, by .le Regenten? Ik wil van Amfterdam niiniet eens i'p e«* ken --maar hier m de Provintie (jcreeht, is men daar niet meer agter uit üan vcor uit gej a, federt ander half jaar tyds, en federt d-t dé bezwaaren ingeleverd zyn? En is de algemeene yver tot den wapenhandel ook federt dien tyd niet veel verminuerd door de geneele Repu.' bliek ? Stichtenaar. Als mén alleen naar het uitcrlyke moest oor» deelen, zou ik je volkomen gelyk geeven, maar ik wil uw gezegde maar alleen onder vedcheide be* paalmgen toeftaan, en maak my dan fterk om aantecoonen dat wy geen reden hebben om de zaak zo' hoopeloos te ftellen , als gy ze doet voorkomen. Geldersman, f Ik weet niet of ik het niet op de hand van de«> zen Amfterdamfen heer zol nolden. We hebben fel ons in Gelderland er zo veule bewiezen van,duE ik er ja geen gat deure ziev Amersfosrief; Ik woct niet of wy by ons agter of voor uit gegaan zyn ——«— dat weet ik, dat het niet veul Rr 2 er*  0 634') erger [by ons |kan komen als het is, al wat wy krygen 'is winst maar wy geeven het nog niét op. Wyhntar. 't Ziet 'er by ons ook maar fchraal uit, maar zo moet het gaan als het eens te recht zal komen. Als het komt dan komt het te gelyk —— liever ce kop er aan gewaagd dan het.opgegeeven. Nosrdhollander. As je die mient die je daar cp heit, dan is'C veul ewaegd. Stichtenaar. ' Als men het zo niet fielt, als myn landslui daar - deen, dau'is 'er ook geen goed garen van te Ipinnen. Am [ter dammer. De ftichtenaars houden veel van een Kapitaal te waagen zonder zekerheid, als hun maar hooge in- trest beloofd wordt. Maar de Hollanders houden veel van asfuraderen. — Wy manqneeren by ons nog eene assurantie op de hoofden — als wy die hadden zouden wy mogelyk ook meer durven doen. Stichtenaar. Het Capitaal blyft in den boêl myn vrind. of wy 'er bezitters, of anze Kinderen erfgenaainen van zyn, dat is het zelfde wy moeten 'er toch eens afflappen —> ons Capitaa'l is de Vryheid, als wy die kwyt zyn, zyn zo wel wy als onze Kinderen geruineerd. Am- ■  ( «35 ) Amfterdammer. Dat is al te maal goed en wel, en ze kunne» wy nog lang in vsgp redeneren zonder een voetftap nader te komen uit lost alles nog niet op de wezen'.yke waarheid die ik zo et en opperde, en die niemand zal kunnen ontkennen, dat wymcc dat al ageer uitgaan. Mid lelburger. Mag ik dr,ar myn gedagten eens op zeggen? Sticht-naar. Als je wilt — Iaat eens hooren l Middelburgtr. Ik geloof dat niet anders dan natuurlyke gevolgen daar van de oorzaak zyn. ■—■ Dac her. met het Patriottisme tven als mee alle zaaken gaat, die alsze nieuw zyn met veel vuur en drift worden gedreeven, maar mecter tyd verminderen ej verzwakken. ( Air.ersfoor der. En ik geloof dat men in geen phiiique miar Politieke redenen, de oorzaak z*r moeten zoeltjn„ Stichtenaar. En ik geloof in beiden. Amjtir dammer. Zo kom je 'er af, als je maar elk gelyk geeft, dan is alle queseie uic — maar zo doende zouden wy al te diep in dei texc komen, als man diezaak al tc zesr zoude uitpluizen. Rr 3 CeU  Geldersman* Neen myn Heer, dat geloof ik niet dat de haten* tie var omen vrind zol zyn, ik mogt graag heu= ren welk gronden hi veur zyn fustenu zolde aas voeren. ' Stichtenaar* Ik wil gaarne myne gedagten zeggen 9 en redes geeven var. myn geloof, maar dan moeten wy'er bedaard toe gaan zitten en'er niet al te ios overheen Joooen we hebben h er een goed pioegje by malkander, "t is jammer dit er nu nog met een Oveiysfelfcheby is,dan kondenwv ten minften de drie o verheerde provintien onder ons reprefenceercn, Overysfeler. Asje daar om verlegen zyt, hier is 'er een, maar. jjk had liever auditor willen zyn. Amfter dammer* Wel nu, zeg niet meer alsje weet, dan wanneer het zo in de reden te pas komt. —— Nu kom aan Heer tractant, wat is je thema d..ar wy meê zullen beginnen? — ik geloof dat aks wy in Het Patriottisch zog komen, dat wy al ligt vlot zullen raak en. Stichtenaar, Myn Heer uw Dienaar! Als wy ordente. lyk zulle - redeneren, dan moeten wy voet by ftuk zetten en niet van het een op het andere fpringen , «n dan geloof ik dat de fop al vry ruim is daar wy in kunnen dobberen»  ( «37 ) Wfkenaar. Hadden wy dan onze flaapmuczen mede gebragt — ik hou anders veel van kort af ■ mee al het redeneren worde zo weinig afgedaan. Wy, ■ een muitten onze Natie, — hebben a! zo lang geredeneerd, dac 'er al weinig meer zal aan ontbreeken als het op de rede,by 't gewigt of den tel, aankomt. Geldersman* Nu, wy kunnen een minden hier onder onzepyp niecs beters doen, dan drinken en praaien —. Winnen wy 'er niec by , wy verliezen 'er nog min» dermeêdan met fpeeien — wy hoeven niec langer te redeneren als hec ons aan itaac 't Is winter dag; dac. wy van avond niec afdoen, knnnen wy morgen weêr beginnen, de avonden zyn lang, en ik denk my hier nog wat onder de patriotten te diverteren; maar ik wol niet graag thuis komen zonder myn landslui wat meê te kunnen deelen. Middelburger, . My dunkt heeren we maaken zo veel preludiums, dat, ais 'er nog wat interludiums by komen, wy wel in flaap zullen kunnen gefpeeld worden eer wy aan een reprife komen. Overysfeler. _ Dat de Heeren dan maar begonnen met dequestie die onzen Amfterdamfcnèn Heer gemoveerd heefc, dac hec Patrioteisme thans aan 't verminde, ren is, dat onzen ütrechtfehen Heer niet das onder reibrictie wil coefbaan. Stichtenaar. Zeer gaarne. Ik meen dat myn Heer zeide f dat &r 4 men  rflen zo wel bier in de Provintie als over het atrgemecn meer agter dan vooruit was gegaan —— dat ook de Burgerwapenhandel in ce Republiek allengs was vermind.rd. — En ik was het met onzen Middelburgfcben ei. |Amersfoortfcn vrind eens, dat men daar van en Natuurlyke, en Staatkundige gronden konde opgeeven. [Jmfleriammer. luist! Gaa zo voort, en ik zal my vei heugen zo gy ny op Natuurlyke of Politieke groncen kunt aantoonen, dat wy in patriottifche yver niet zyn verminaerd of veifl; uwt. Stichtenaar, Tk wil over het geheel niet ontkennen dat 'er veeier, die zich eerst vertoonden als eerfte voor. fianders van het patriottismus , geheel en al z.yn omgewend, zo wel order de Burgers als Regesten ; dat veele den fchyn voordeeden als of zy het wel met de goede zaak des Vaderlands meenden, die daarom in de daad en in hun hart niet anders dan eigen grootheid en \ oordeel beoogden -— doeh van zulke enkele laagen, kan men niet brfluiten tot het geheel Men kan daar¬ om evenmin aantoonen dat het patrioitisrousêvér hc geheel zoude verzwakt of verminderd zyn , om dat het minder, luidruchtig is dan wel te vooren, in eenige deelen — eerst in den jongiten I.ngelfchen Oorlog btgon men over 't algemeen bv ondervinding eerst in tc zien ,hoe zeer men in alle opzigten van de oorfpronglyke Vryheid verwyderd en verbas'erd was, de fatale gevolgen deeden ons de oorzaaken en bronren in veele op» zigten ïicn waar door aan veelen de oogen geo • perd wierden om te onderzoeken den ïlaat van welke zy verbasterd en afgeweeken waren —■ het geripgfte dus dat toen in 't werk gefteld wiörd tot  tot reclame van voorige rechten en privilegiën, klonk, als iets vreemus cn ongewoons, wyd eu ?y dit verwekte tegenftand by züiken wier zelfbelang mee eene hervorming niet gediend was: en deeze verfeniilende belangen veroorzaakte partyfehap die de drift des te meer verfterkte» en alles deed opfpeuren wac maar eenigzins zyn party afbreuk konde doen. Wvkenaar. Juist! En veele Regenten werkten mede om de Patriottifche yver der Burgers te fterken en aantefpooren. om daar dour de voorrechten der Burgery die zy eerst hadden weggefchonkeo, we. «Ier re verkrygen en aan zien te trekken. ■. Maar toen zy tot een zekere hoogte gekomen waren die zy bedoelde, weg was de yver voor «ie rechten en privilegiën der goede Burgers cn ingezetenen. •— Stichtenaar. Je doet zulke magcige yoordvareude fprongen myn goede landsman — we waren nog zo ver nie% IVyksnaar. Dat is om 'c even —■ 't is evenwel zo en niet anders beginc: waar in onae Hoofuftad met hec begeeven der Kleine ambten, en ziet een1- of het niet een fpiering was om de kabeljauw, de permanentie der Raaden, het zelf begeeven Jer Com- mi«lien, en zo «noords, te vangen? en daar hebje de politieke reden van verm.nderiug der Pa- trioctifche yver en het agteruitgaan onzer zaaken. Amersj'oorder. Dat is het daar ik maar op komen wilde —• daar hebben wy mede de droevige ondervinding van: onze Arift.icraten zullen ons zo veel zoeken te geeven als zy kwyc willen zyn — by ons Rr 5 zyn  zyn de Burgers orn de Regenten; en wy zyn 'er vry erger aan dan eer wy onze rechten kendea «c onze bezwaaren waren afgevergd. Geldersman. Als men maar courage behold, dan is 'er geen nood! het is by aului nog niet gedecideerd wie aan 't langfte end [zal komen het grootfte deel der Burgers is het toch eens om het fpel niet gewonnen tc geeven en blyven, nog wakker - maar hoe veelen /kapen 'er niet nog by ons, zonder datze een vin aurven verroeren, of het in de gedagten durven neemen om tc proteftcren — * onze genadige Burggraaf is de Heeroom met de gard, daar wy mee na bed worden gejaagd. Overysftler. Nu, nu, 'er zyn toch nog meer gelderfche fteden als Nymegen • die van Arnhem, Zut- phen, Harderwyk Elburg, Hattem toonen toch dat zy de Ariftocraten durven ftaan uw Ca pellen, Nyvenheim en Nyeveld; durven uwe onderdrukkers nog onder de oogen zien, en fchy. nen niet van zins te zyn om het nog op te geeven. Amfierdammer. En 'ondertusfehen gaan toch de andere hun gang. De Aristocraten en oranjeflaaven , die geen mindere Aristocraten zyn, zo als in Zutphen blykt, voegen zich by een, daar in tegendeel onze patriotten leggen te knibbelen over kleinig-. heden en| zich onderling verdeden, en zo haar party gelegenheid geeven om hun fpel te fpeejen en dit is de naruurlyke reden waarom de goede zaak agter uit gaat en men gevaar loopt om 'er het geheele boeltje by te verliezen. Stichtenaar* Ik bedank de Heeren voor hunne explicatie van de Philique en politieke oorzaaken der verzwakking van het patriottismus en de reden, waa.om wy meer fchynsh te verliezen dan te winnen , en ik moet in veele opzigten toeftemm.cn, dat ce ge»  C ') gegeeven redenen met de ondervinding over eïr< komen doch het zyn maar de, opperv lakkige en ;n 't oogloopendc oorzaa^en cr z\n nog minder z'gtbaare redenen, die evenwel meer naacel aan de goede zaak toebrengen , dan men zoude gelooven En die misfchien even natuur* lyk uit den aart der zaak volgen, als eenige op? gegeevene. IVykcnaar» En welke zyn die dan? Stichtenaar. Het gedrag der zogenaamde weImeenende,docb, or.bcdrevcne Patriotten zelve. Wyktnaar. Ik ruikje al klant. Dat zal de Wykenaars gelden i Snchtenaar. In 't minde niet. ik zie op het algemeen, en bedoel geen enkel perfoon of .Stad in't byzonder» Amjlerd^mmer. Nu laat dan eens hooren. Naar ik merk ziur len wy in eene febuk komen. Stichtenaar. Het is een onweèrfpreeklyke waarheid , dat hoe meer eene natie 'verlicht is, haare rechten en voorrechten kent, hoe nader zy by de Vryheid is, en in fraac om de zelve te bewaaren. Het is daar by bekend, dat het gros onzer natie, voor den jongfien Ëngelfchen Oorlog, ten aanzien van haare wezeniyke rechten nüg als in een flaap van verblindheid gedompeld lag , en eerst door dageiykfche tydfchrifren uit die verblindheid zyn opgewekt en" veelen hunner rechten aangewezen Gelyk het nu byna onmogelyk is, dat een Natie uit den flaap der verblindheid, volgends de ge (Irengfie regelen der zedekunde kan'ontwaken ; maar den fchok, door welken zy gewekt wordt, een meerdere levendigheid moet verwekken < ■ en gelyk, buitengewoone Izaaken  C «4* ) veeicyds buitcngewoono middelen vereifchen, zo kon hec ook niec mislenen , of in hec tegenwoordig geval moesten 'er zaaken voorkomen, die aan zulken, die aan het oude en gewoone verkleefd, zich aan de middelen theeën, zonder hec wezenlyk oogmerk genogzaam in te zien. Oyerysfelsr. Zouit gy dat niet wac duidelyker cn minder in gewikkeld kunnen expliceren, dat we 'c allemaal begrypen konden? Stichtenaar.- .F Zeer gemaklyk. hec is bekend, dac men zich in hec heriteilen van veele vereallen rechten eu voorrechten heefc moeten bedienen van adresfen en requesten aan de regenten,, welke Hukken , om dezelve de behoorlyke kracht te geeven., uic den boezem des volks moetende voordkomen , ook door ee» aancal cn aüerici flag van licaen moescen getekend worden: die maakte de verkeering onder allerlei rangen van Burgers meer gc- .meenzaam dan wel te vooren , r- de leeslust werd daur by meer algemeen opgefpooid cn aangewakkerd , zelfs ORd~r zulken die anders nimmer lazen; en wac was hec gevolg hier van ? De yver , mee welke door veele fchryvers voor eene" Volksregeering werd gepieit, werd door aüe leezers niec mee dc behoorlyke onderfcheiding begreepen daar zy leezen en hooren fpreeken, dac de fouverainiteit in het lighaam des grnfehen volks berust ——— dac de Regenten alleen de Reprefentanten en niec de fouverain zelve, da; zy dienaars van hec volk zyn, klinkt die voor hen zo fchoon, dac zy, nog ongewoon zo juisc te discingueren, geen behoorlyk onderlcheid maaken tusfehen hec ganjclie volk en elk psrticulkr lid van hec zelve zy verbeelden zich een deel der fouverainicelc beziccende, dac deel ook buiten concnrrencie der andere deelen ce kunnen uitoefe. een im zy hebben zich verder eenige denk- lseel«  <«40 heelden, zo uit den loop der gcbeurdtenisfen» ais tiit de gefchriften die hen onder hec oog zyn £re« komen, verzameld, ontwerpen zich een plan waar uau zy alle die verkregen denkbeelden ce koste leggen en buiten die plan meenen zy is 'er niets volmaakt . . . Amjierdammer, 't Is ofje een ideaal van een jong dichter maakt! Middelbuager. 'c Is hec gewoon geval van een mensch die zich in een nieuwe kring van werking begeeft—en naar mate de zinnen of verbeelding door de voorwerpen getroffen worden, heeft zy ook haare uitwerking op de driften of de Conftitutie van den nieuweling. . , Wyksnaar, Maar wat wil nu al die philofofle in ons geval zeggen? hoe maakt dat een reden uit "voor de verzwakking van h< r patriottismus ? Stichtenaar. Als ik maar ongei'nterrumpeerd mogtvoord»aan zou hec mogelyk blyken. ° Amjierdammer. Nu filentiam Heeren ! Stichtenaar. Het Natuurlyk gevolg daar van is, dat veele- 1'% aie ,T~~r?!11 hüt voorbeeld van onzen jftmiterdamfchen Heer jeens te behouden, zich e?an als de jonge dichters, op hunne verkregen fouvëramiteit veel laaten aanftaan, en alles wac niec cot het kleinfteftip toe, in hun fentiment valt, verdenken verketteren en een vyand van de goede zaak rekenen - Daar en boven, het denkbeeld dat zy zich van de vryheid vormen, is niets anders dan onbandighem; zy meenen zich daarom gerechtigd om hunne regenten hunne fouten een? Cordaac onder t oog ce brengen, en cc zeggen hoe hec maar we. zen moec, of dar anders het volk, de fouverain hec hun wel leeren zal. Dit baart natuurlvk, by Re-1  C $44) Régenten, die zelve geen oordeel van onderschei' dii g genoeg bezitten, of et ne'èrughou Jir.g,of eene vrees, of in do daad hec patriottisch fydiie na is,o,n fcene volftrekte volksregeering buiten reprefentacie in cc voeren er, het gevolg ia, dac zy zich tegen hec verdagc fyfthema veizecten, eu iiever' verkiezen tot de oude boeyen weêr te keeren —ten minften zich aan de bannonieerer.de gemeenzaamheid onttrekken , om dac zy niec kunnen iee* ren met allerlei flag van lieden te verkseren» Amjierdammer. Er is in dc daad veel waar aans Dac de fami. liaritéit van Regenten met h-;are burgers veel Toebrengt tot de harmonie, die in het her'ïeüen van Staatsgebrcken, in eene Republiekainfche Regeerings volftrekt noodig is, zal niemand ontkennen. Amersfoorder* En dat de geretireerdheid in tegendeel bet rechte' middel is om niets uittevoeren j en het patriottisch plan een flegte gedaante te geenen , ■ ondervinden wy by ons in den hoogften graad en myn Utrechtfche landslui hebben 'er ook leergeld genoeg in betaald. Wykenaar. De eensgezindheid van or.ze Retrenten en Burgers maakt daarom dat wy anderen zo ver voor tut zyn. ■ Anjier dammen En de disharmonie van uweSradmetdevoorft~m« mende leden , maakt dat gv weer by te provintie' zyt ag;e: uitgegaan, het geen gy in uw ftad ge* vorderd zyc! 1 GeUersman. Maar wac is nu de conclufie van dat alles? Stichtenaar. Dat in veele plaatzen dc familiariteit tusfehen de Regenten en Burgers is vermmderd , en de eer. ftea zien meer geretireerd houden, en er dus dié yve»  (%) ■yver nist meer by het ukerlyke te zien is, die 'er inden beginne plaats had; en dit maakt by fommjge,die maar alleen op het ukerlyke zien,her denkbeeld , als of het patriottismus zelve zo verre vcre minderd was. Middelburger. Stille waters hebben diepe gronden ■ > als he anders niet is, dan is dat nog geen zeker bewys dat het patriottisme in wezen , maar alleen in den uiterlyken fchyn, is verminderd. Zy die 'er den meeiten fchyn, hec grootfte gerugt aam hebben gegeeven , zullen'er misfehien ook het min. ite wezen aan toebrengen -even als de balken. treder wel de meefte beweeging en wind maakt by hec orgel, maar den fpeeler ons alleen ,in zyne ftille beweeging de coonen doec hooren. Overysfeler, Bravo! mee reverentie! —— ik hoop dat "dan de provintie Utrecht onze balkentreeder mag zyn geweest, en dac myne landgenoocen in bedaardheid hun ftuk zullen uitvoeren ■ en ons een redres daarftellen zonder beweeging. Stichtenaar. Zeer verpligt myn Heer voor uw Complimenc! ik gun u van harten een ftiller bezadigdheid in het herftel van uwe regeeringsvormej —. als men een voorbeeld voor zich heefc, kan' men zien wat navolgens - waardig of^verwerpelyk is en zich daar naar richten. Geldersman. En ik voorzie by ons geen redres met zulk eene bedaardheid de turf is by ons wat vo»c men zal wat fterker moeten blaazen en wat meer houd verftooken om ze in eene warme gloed te krygen. Middelburger. Nu daar kunnen wy op een andere tyd een* ©ver hebben, wy zouden het voor van avoadhier eens  eens by kunnen laaten, en morgen het weder op Vatten. Stichtenaar. Zo als gezegd. Maar laatenwe dan hefpreeken welke zaaken wy nog koncen behandelen, dan konden we 'er on* een wèeinig op bedenken: my dunKt, we hebben nu begonnen [met tc onderzeeken. Of het Patriottisnms in de daad begint te verftapten c.n de goede zaak agter uitgaat -en of hier van Politieke of Natuurlyke gronaen zyn op te geeven? Dat wy, als we d-eze zaak hebüer afgehandeld, dan eens verder orderzogten naar de reden. Waarom de R-trgerwapening niet zo algemeen wordt doorgezet en gefavorifeert door de Regeermgen ? En waarom men daar toe in Amfterdam onder an. deren, minder dan in andere plaatzen eene geneigdheid befpet.rt? Of Amfterdam minder redres noodig heeft dan an» iere fteden en provintien ? en vervolgends: Of de drie overhetrde Provintien door de andere niet behoorden verlost ie worden van haare drukkends Regeerings Reglementen ? Of zich daar toe hoope op doet ? En of deeze drie gewesten zich dan met een beteren uitjlag zullen kunnen vleyen, dan dat zy zulk een redres door hun eigen fouverainiteit te wege bragten ? En eindelyk, wat de waarfchynlyke uitflag der pos* gingen, tot redres-der ingefoopen abuizen, zal zyn? . Te^Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp* ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A. Stubbe, J .Lieftink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers,  V R Y Ê NEDERLANDER, No* 39« C Vervolg der Samenfpraak in Nt, 33. 3 J?ok wal eens volgen , ais de andere provintien reusferen — de wapenhandel onder de ingezeten! n neemt toch, tegen de verdrukking, ten minften in de kleine lieden, toe ■ Harderwyk , Elburg, Hattem bewyzen zulks en hoe zeer men in veele deden dezelve heeft weeten te onderdrukken ; zo vindt men nogthans in de poogingen der ingezetenen van Nymegen , zelfs van Lochcm en andere, een bewys, dat de Burgeryen wakker en waakzaam worden omtrent haare rechten —de gezwo • ren gemeenten zo te Zutphen, Arnhem als Nymegen èïi andere plaatzen , geeven hoop dar eer,? ein- delyk ook daar het licht zal opgaan — daar de 'goede beginzels zyn, is er hoop dat het vuur siiet weder onder dc asfeheza! verdooven, maar allengs de overige doove kooien zal ontftceken es verwarmen.. Ovër'ysfiüeu Als het zo ver komt, dat de wapening daar wat opgang maakt, zal men hoop kunnen fcheppen. Indien wy daar niet op hadden kunnen fteunen, zouden onze fteden tegen onze Riddcrfchap zeker jn het onderfpit zyn geraakt, en onze halffcheids fouverainen zouden ons de drostendiensten wel met de intresfen van dien hebben doen betaalen. Amjierdammer. rt Is waar, by ons in Holland befpeurt men ook van tyd tot tyd wel eenige redresfen ten voordee- le der Burgers ——■ Alkmaar • Dordrecht, Leyden, Schoonhoven ——— enz, hebben dit getoond  7 C«5i ) toond ■ ■■■ maar, of het komt om dat men ter ktaatsvcrgaciering nog te veel werk neeft mee het fnuiken van het ingedrongen Stauhouderlyk gezag, of war, 'er aan fcheelc. die is zeker, dac men 'er niet zeer veel opneefe, of aituans'Ichynt te hebben, met de algemeene Bure er '.va pening — of den invloed des . ciks op dc Kegeering en mogelyk is het eene een gevolg \ an hec andere* Stichtenaar. Zo doende zouden wy van zelve op onze tweede vraag, over hec ageer uitgaan der wapenoefening , kunnen komen. jimersfoor der. Dat dezelve althans ten aanzien van het favoriferen door de Regeeringen is agrer uitgegaan, is iets dac onweèrfpreekelyk is —^- ik wil nog niec eens komen op het platte land , of piaaczen waar dezelve niet is m gevoerd • maar zelfs in de lieden, by voorbeeld Utrecht, daar dezelve begonnen is, daar de meerderheid der Regecring in het eerst daar toe mede werkte — ziec men naar niec maar al ce duideiyk, dac, zo de Burgers zelve niet verk'cbc genoeg waren om hun belang te wceten , men het 'er op toe leidc, om de wapening tot zyn eerfte nietigheid'weder te brengen —> blykt die niec uit het willekeurig verleenen van demisfie aan alle Officieren die 'er maar om vraagen, cegen de uitdruklyke' letter der zo korts gearresteerde ordonnantie op de Schuttery—met vryiaaüag zelfs van het uitkoopgekh, al is het dat zy maar een half Jaar, in plaats van a^c Jaaren,hebben'geeliend — fchynt hec niet, ais of men daar door alle die geenen", welke de vernietiging deezer welgeregelde Schuttery trachten te bewerken, openlyk zoekc te favorifcren — ea door het nadeel_daar door aan de Krygakas ende Ss 3 wagc  wagtdoende Burgers roegebragt ,5 deezen laatfte^ bet mede onaangenaam te maaken, cn de wapenen te dóen nederleggen? Hoe fpoedig is men immers met het verleenen van gemeukte cl emtsfien , zelfs zonder rekuncie — daar in tegendcei alles wat tot eenig nader redres, of explicatie der ordonnantie ais anderszins, wordt gevraagd, aan den fpyker jaar en dag blyfe hangen — ef ageer de bank wordt geworoen. $ Amjierdammer. I Wel nu, daar hebje juist het geen ik in ons voorig gelorek zeide — A's het zo in dap'aats die men zich tot een voorbeeld en model ftelt, gelegen is, wat zuilen dan andere, die haar navolgen doea ? Wvkenaar. En w?t wil de warming over 't geheel zeggen , indien maar aileen de Burgers tier fteden, en tdet de opgezetenen van 't platte land mede gewapend zyn ! Worden de bevelen van den fbuverain dus doende met redieul! Men heefc hec epfchryyeri en exerceren geordonneerd, en nu de frósrefi ged.an en de wapenen in gereedheid zyn, weigert men ze , op het verzoek der landlieden zelve, uittegeevenï Stichtenaar. Ik moet al wederom hec zelfde argument ge« bruiken als daar even. Hoe zeer het waar is, dat de Burgerwapening door de Regeeringen meer wordt tegen gegaan —-— hec zy dan direct of in- direcf dan gefóvorifeerd: zo is die toch geen aadeeh'g hewys voor de progresfen derBurgerjyke Vryheid — Men heeft, in het eerst jan üe zyae van Aristocratifche Regenten , de Bur-  C #3 ) Burgerwapcnmg goedgekeurd en aangemoedigd, om zich tegen de op.ruyi.igen jJer, Staario^Jerjiy^e party te kunnen vet zeker/en maar toen men begon te bemerken, da: qp Burgc'rych zich.'zo wel tegen de overh.eerfchmj;eü der Aristocraten, als hec Scadhouderlyke despotisme^ wapenden, werd dc zelye van twee kanten onderdrukt- 'ea kracht' daadig tegen gegaan. Geldersman. Daar hoeft men by ons niet aan'tc twyfelen, als we maar eens zien op het gebeurde in onze Stad Nymegen ,, jwaar men alle luoeitein 'c werk heeft gefteld om een Genootfchap van wapenhandel op te richten, of ppze Sciiuttect in orde te brengen, maar ce vergeefs—hec gebeurde te Zutphen ce Thiel, re Lochem is bekend -en dergelyke voorbeelden heefc men overvloedig i alle provintien. Middelburger. Daar zit het hem by ons ook. Zirikzei is fchier de eenige plaats daar de wapening opgang maake — te Goes heeft men ze in 't eerst toe- gelaaten en naderhand weder verboden — en even als in. S'..ee;iwyk een tweede Genootfchap zoeken opterictuan, om hec r-rfte te ondenuynen Stichtenaar.. Dergelyke handelingen zyn de bewyzen, hoe. weinig Staatkunde zulke Regenten 'bezitten • het is hier mede gegaan als mee alie hervormin. gen; hoe meer men 'er zich tegen ftek, hoe meer ze voortfehryden en toeneemen i zo lange de Regeering dezelve ordonneert en aanzet,, worde zulks jdoor onkundigen voor een lasc aan* Ss 4 Se>  C *S4 ) gezien ■ maar wanneer het als een Privilegie, piet moeite te verkrygen is • wanneer de Re- gent 'er zich tegen aan kant, en het als een 1ehoud middel der Vryheid wordt beichoiiwt, dan zyn 'er geene verdere aanprikkeüngea noodig — Fn dit is het geval van den Burgerwapenhardel tegenwoordig : Waar dezelve geoefend wordt, is het een bewys, niet meer van blinde na\ olging van den voorgang der Regenten ; maar van het inzien zyner rechten, van yver voor de Vryheid in den Burgerftaat, om zo wel de Aristocratifche heerschzucht als dc Stadhouderlykc willekeur binnen de juiste paaien te houden en hoe veel is niet hier mede alleen gewonnen ? En vindt men het bewys hier van niet in die fteden en plaatzen zelve waar de Burgers gewapend zyn is het niet met meerder vry moedig¬ heid, dat zich de Burgers, om het herftel haarer vervallen rechten, aan de Regcering adresferen, ■i' - - en met meer fchroom dat de Regenten der zulker verzoeken durven afflaan» Amersfoorder. \ Bat hebben wy by ons gezien i!! Stichtenaar. 't Is waar men heeft zich in Amersfoort by verrasfing weeten te bedienen van den Militairen arm maar juist dit heeft ook gemaakt dat de natie weer op nieuw is opgewekt, en de noodzaaklykhcid der Burgerwapening van een anderen kant "heeft ingezien en voo'Dehoedzels tot adtiften. tie van eikanderen tegen dergelyke oppresfien heeft in 't werk gefteld zo dat misfehien derge- lyke invallen zo gemakiyk niet meer in zyn werk zouden gaan. Am*  ( *55 } Amjierdammer. De Aristocraten hebben bv- die gelegenheid mogelyk hun plan gedevei ppeert —» .ten beeft gezien dat de adiistentie de ... by de bondgenoten zogt, niet zo gemakiyk vlotce als men we} verwacht bad. Stichtenaar. En dit is juist de wenk geweest om ons de noouige huip in onzen eigen boezem te doen zoeken. Geldersman* Dat is het waare. Ik begryp dat het niet ge. noeg is dat wy ons maar tegen Je overheerfching der Stadnoude'rlyke party wapenen — en zich daar door in de armen der Aristocratie werpt. Stichtenaar. Vast niet. Het is de zaak van 'tl volk , der Burgers en ingezetenen, om zich tegen overheerfching en onderdrukking der Vryheid te wapenen, zonder dat men onderzoeke of die onder» drukker,-.Sptetts' of Prin/e party hief. Onze Natie, zo we! als ailc Republieken, heefc genoeg leergeldgegeeven, om tè kunnen wee:en,Jat iiaarc Burgerlyke Vryheid en veiligheid even min zeker was in Stadhouderlooze als Stadhouderlyke tj> den, wanneer zy niec algemeen gewapend en in Haat was, om zich tegen de inbreuken, van welken kant ze ook kwamen, te verzetten , of door haare gedugtheid deed voorkomen. Als dit onder de ingezetenen wat meer begreepen wierd , zou aer wat minder partyfehap plaats hebben ■ en zelfs wanneer de ftadhouderiyke parcy en deftaatsS s 5 ge-.  gezinden dit naar vereisch overwogen, zouden zy zelve pegrypen dac het haar beider zaak was, o;n de Burgerwapening wederzyds re favoriferen en alle parcyd'.ge iiaamen ce doen ophouden — wyl die hec eenige middel zoude zyn om elk by zy. ce rechten 'te Confervcren —-— daar het volk volgends eed en belang haare reprefentarten als de jouverain van den lande zoude doen respecteren en niet gedoogen dat een Stadhoudcrlvk imperium m imperio Handgreep noch ook, dat deftadROii- der in zyne wettig gedcfcrcerdc rechten verkofc wierd —- maar als hec flotfiuk inde bouworde, ons ftaatsgebouw de noodige hegtherJ en vereeniging der deelen gave. Middelburger, Maak de menfchen maar wys en deugdzaam en men zal g°»n behoedmiddelen tegen "overheerfching behoeven — of vreezen. — --ff et ongeluk van ons land is altyd geweest de verdeeldheid en partyfehappen , welke veel al op naam van zulken wierden geftookt, die 'cr dikw.yls hec mmfte deel of genot aan hadden. ' Stichtenaar. Met :s dus onze zaak, om alie partyfehap on. der de vrye onaf h'anglykc ingezetenen op ce heffen, en dezulken, die byzonder voor de een of andere party yveren , -als [afhangelingen en bclahgzoeker van of by die party te houden; en hun invloed zo veel mogelyk by hec onpartydig vrye volksgedeelte te ftremmen" en tc fnuiken. Het is onze zaak om onze Medeburgers hun eenigst belang, het belang van 't algemeen, recht te doen kennen , om hen te onderrechten, dac zy de wapenen moeten draagen, ter befcherming cn bewaaring-van hun eigen Vryheid en veiligheid te gei*  C 657 ) gen alle en elk, fwie| het ook zoude mogen zyn die daar op inbreuk zoude wil en ücen : hec Zy heerschzugr.igen volksreprêfentapr. her Zy doorluchten Staatsdienaar het zy bmten- Ja'ndsch opgeruid of wangunftig vorst of mogendheid, of wie ook. Orerysfekr, . Zol men dan wel verder hoeven te vraagen naarde reden, waarom de wapening door de Rcgeejjngen niec gefavorifcerd worde! Wykenaar. Men wendt voor , dat het gevaarlyk zoude zyn om alle.de ingezetenen té wapenen daar de oproeren, door de aanhangelingen van den Scadhouder, ten platten lande verwekc, van veel fchroo« melyker en nadeeliger gevolgen zouden geweest zyn , en kunnen worden, indien alk die opgezetenen vvaien gewapend. Geldersman. Een goed voorwendzcl om zyn eigen vues te bedekken en te bewimpelen -— maar waarom geeft men dan de wapenen niet af aan ^die vrywilligen, die 'er om gevraagd hebben ? Amcrsfoorder. Dat is juist het geval. De inwoo.ners van Renswoude, die alle zeer wel geintentioneerd zyn, hebben 'cr 0111 gevraagd , toen ze reeds daadlyfc door een troep oproermaakers geattacqueerd en nog verder bedreigd Jwaren, maar ze hebben ze tot verdediging van hun eigen leven en veiligheid niet mogen erlangen. Het zelfde verzoek is door ver. fchei.  C «58 ) fcheide dorpen hier in 't fticht als Maarfeveen, Breukelen, Nichtevegt. Westhoek], de Bilt, Zeist Zoest, Jutfaas en andere gedaan, maar met het zelfde effect. \Stichtenaar* Zo dat men by Hot van rekening zal moeten op. maaken , dat de reden, waarom men de algemeene Burgerwapening tegenwerkt, geene andere is, dan om dat men merkt, dat de Burgers en ingezetenen niet maar blindelings het Aristocratisch plan willen volgen , om zich ten haann voordeelt te* gen de Stadhouderlyke party te declareren ——• maar dat zy haare eigen , des' volks, rechten trach. ten te herftellen, en tegen alle inbreuken der beide "woelende partyen zeker te ftellen. Middelburger. Is dat niet geblceken by ons te ter Goes, waar men eerst een exercitie Genootfchap heeft gepermitteerd en naderhand trachten tc vernietigen ? föa is het niet zigtbaar het geval in meest alle plaat • zen, waar men even te vooren de wapening ia voerde of wilde invoeren ? Overysfeler. Ik gelove dat men niets zolde|gewonnen hebben., wen man maar de Stadhpuderlyke aanftelling deileden van Regeering, op de Regeerings Collegien zelve overdroeg, en daar door eene familie Regeering verfterkte • indien die aanfteliing niet aan het volk op een geregelde wyze zelve komt, ïyn wy geen baar beter als te voren men moet een grondige en niet maar een oppervlakkige herftelling onzer Republiek daarftellea. Stief*  C 6S9 ) Stiehunaar. Het is niet rnoeyelyk te zien, dat onze mede1 Vaderlanders , welke, tot nog toe voor de wapening hebben geyverd en nog yveren, ook niet anders hebben beoogd, en beoo^en, dan eene herftelling zo wel der volksrechten, als die der Regeering • en hoe zeer in veele plaatzen de Regeering zich om die reden tegen de Burger, wapening heeft aangekant, z-o is dit nog op verre na geen bewys, dat de goede zaak des Vaderlands ageer uit is gegaan of het patriotcismus verflaauwd. Men heeft in tegendeel de blyken dac, niet tegenft iande alle tegenftribbelingen, nu van twee kanten , verlcheide plaatzen de wapenen hebben opgevac, en van tyd tot tyd opvatten, en meer en meer beginnen te zien het waare oogmerk waar toe de Burgerwapenen moeten dienen. Middelburger. Men is by ons over 't algemeen in de ver» beelding dat men door het opvattèn der wapenen zich voor de party der Aristocraten verklaart en alleen dë Party van dea Prins zoekt te fnuiken, die men by ;>ns als hec tegengift van familie Aristocratie'aanmerkt — ik geloof als inen recht zal beginnen in te zien het even Gezegde waare oogmerk, dat 'er dan welhaast eene medewerkende geneigdheid om zich te wapenen zal worden befpeurd. Geldersman. Maar ik moet eens eene vraag doen. Zou het niec beter zyn geweesc dat men niet zo luidrugcig was geweesc met zich te declarerens dat men voor geen Aristocraten wilde vegtcn — dat men zich alleen wapende om de Rechten des Volks te herftellen en tegen alle heerschzuchtige volksver-  { 6"6ö ) Vertegenwoordigers zo wel als Stadboudcriykë despoten te verdedigen ■ Hier door zou rrien ten minsten zich in de protectie zelfs gdef Aristocraten hebben geïniinueerd , die de Burgerwapening op allerlei wyzen zouden hebben gefayorifeerd, in de verbeelding dat .sy aiieen un haaien voordeeie was mgengc ? Stichtenaar. In zekere opzigfea, ja, was het berer geweest,} dat men dit oogmerk wat meer onder zich had kunnen houden, dan had men ten minften maar eene party tegen gehad: maar had men ook in 'c generaal zich omtrent de Burgerwapening maar alleen uitgelaaten, dat men zich tegen alle buiten en binnenlands '.geweld wapende, zonder te zeggen dac men zich tegen een gewapenden Stadhouder moest wapenen, dan zouden ook de Oranjayveraars daar uic geene gelegenheid nebben kunnen -neemen om eenvoudigen coc oproerige be* weegingen tegen de wapening op ce ruyen. —• Doch wac 'er ook zy van uwe vraag, dit is zeker , dac zich van zelve de blyken moesten opdoen waar coe de Burgeryen zich met, en waartoe' al, hadden gewapend; welk eene Rcforme mert al, of niec, in de Regeermgsbeftelling beoogde. Eu zo dra her. dus bleek dac men alleen eene reprefentative volksregeering onder de noódige toezigt overeenkomftig s'Lands grondconftittitie be« doelde; was hec zeer natuurlyK dac zulke Regenten , die alleen uic heerschzuchtige oogmerken de Wapening hadden gefavorifeerd, zich direct daar' tegen aan kantten en daar de ondervinding meest overal heeft geleerd, dat maar een kleine minderheid der Regenten waare Volksvrienden ?.yn hielu daar door de aanmoediging en befchermmg des Burger wapenhandels op, en moest niet alleen op eigen wieken dryven maar ook  ( 66i.) ook tegen eene tweezydfche tegenkanting zich verzetten. Noordhollander, Maar was het niet mogelyk de ingelopen gebreken in de Regeermg te herftellen, zonder dac de Burgers of ingezetenen zich wapenden ? Amersfoorder. ' Ta, als je 'r, maar met je Regeering eens bent: En je te vreden wilt zyn zo als zy hec gelieven ie hefchikken dat zy de ambten onder haare familien en vreemden verdeelen — dat zysVands inkomfteö, door Burgerzweec opgebragt , beiteeden tot honorariums en defrayememen van celkens vermenigvuldigde ambten en' Commbfien. — Tot het redresfereft van een zaak heefc men wel geen wapenen noodig, dat heeft men nog deezo week gezien in Utrecht Maar zo 'lang de Regeering buiten de Burgery kan disponeren over s'Lands gewapende magt, is het noodig dat de Burgery gewapend zy , om zich tegen alle geweld ce kunnen verzetten, indien men haar met geweid wilde dwingen naar den wil dm- heerscbzuchc, waar van wy de ondervinding fmaaken. Stichtenaar. Hec is riet alleen noodig dat men gewapend Zy tot dat aeredresfen daar zyn; maar inen moet ook gewapend blyven om zyne herk.egen rechten te kunnen behouden, daar men anders nimmer zeker is, dar niet een willekeurige meerderheid hunne kans fchoon ziende, weder vernietige het geen pas opgebouwd is zo lang eene Meerderheid der Regeering meent, dat haare befluiten ais hec jiouverain bevel moeten geëerbiedigd wor- des  ( 66* ) oen zonder acht te geeven of dezelve aanlooperi tesen den wil des gapfchen volks die zy vertegenwoordiger. , of hunner mederaaüen, die meer de pl.et dan ogen belang beoogd zo lang zy rekenen dat zy in alle gevallen moeten gehoord tngehoorzaamd worden,al gebieden zy in de eene tyd iets, direct ftrydende met net geene zy even te vooren beweerden zo lange zal men ook noodig hebben zich gewapend te houden , wil men niet a'been den naam, maar ook het wezen eener vrye Republiek , en der Vryheid in den Burger ftaat beinouden. . . Geldersman. Dan'zal men zo lang gewapend moeten blyven als Regenten menfchen zyn? Stichtenaar* Juist! — Te Amfterdam, by J, Weppelman, F, H. Demp» tter f. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A, Stubbe, J Lief* tink, en alom by de meefte Boekverkopers aa Stuivers.  VRYE NEDERLANDER. No. 4c. (j Vervolg der Samenfpraak in No, 39. } Overysfeler. 3-k ben verlangende om nu eens te hooren , waarom de burgerwapening in Amfterdam minder algemeen wordt voordgezet en door de Regeering gefavorifeerd ; vooral daar de Kapiteins aldaar geen leden van Regeering zyn, zo als in Utrecht, en by ons in veeie lieden nog plaats heeft, Amjierdammer* Wel men kan niet zeggen dat men van de Wapenhandel by ons geer. werk maakt. Wat hebben niet onder anderen de kapiteins Basiert, van San, Beaumont en Slingelandt ?werk gemaakt van hunne Compagnien , omze in een behoorlyke orde te brengen • en deeze kunnen in veele opzigten met onze beste Schutteryen, en infanteristen monsce- XI Stok. Tt ren,  C«4 ) ren. En behalven die heeft men nog frerfcheida particuliere Genootichappen zo wel 'te paarü' als te voet. Stichtenaar. 't Is waar, men vindt in Amfterdam zo wel in de Regeer.ng als voornaamelyk onder de Burgers,een aantal braave Vaderlanders, die zeer wel hec'nut van den wapenhandel inzien, maar zo min als een particulier Burger op zich zeiven alleen iets van be ang kan uitrichten, zo min baat ook een klein gedeelte in den Raad, hoe welgezind hunne poogingen ook mogen zyn eh wy fpreeken hier van het algemeen en niet van partikuliere Burgers of Kapiteins. Wat baat het aan de algemeene Wapenoefening van eene Stad of Provintie dat een klein gedeelte gewapend of welgeoefend is, als het overig gedeelte dezelve belacht en befpot ! De fchutrery van Amfterdam is over 'c geheel zo wel ingerigt, dat ze met weinig moeite tot het bedoelde einde zoude kunnen dienftigzyn, en een voorbeeld voor de geheele Natie kunnen ftrekken. Amjierdammer» De Heer Bastert heeft bief toe reeds voor ec« m'gcn tyd een plan ingeleverd, volgends het welke om: rein driemaalen zo vee! manfchapDen zouden kunnen gewapend worden, en de anderen in het doen der wachten verligt • maar ik heb met verder van dar plan gehoord, het fchynt aan alle Kap^eirjs niet even zeer te fmaa; ten , en het minst op een weinig tyd veriies aan Jvwam. tot zogenaamde Ad els kunnen 'maaken, en Tc a ' dee-  ( 666 ) deeze oo adelborften alleen, 7.011de inen tot de batjtailions en Regin ent? exercitiën fcukkcrü cn dc (>'.evige i lö maar a leen behouden tot het gew >on betrekken t.cr wachten — waai v?n egter di overige 90 op hun tour niet zoudeu uitgefioo. ten zyn. Als men nu rot deeze adels nauide gegoed te burg' rs er Burgerkinderen , welk een lttiWi zou dan zulk een 'tger van , ken, wanneer de nood Het ''erekcht, om aan £, dc wetten kracht te geeven, een oproer te  C (6/ ) „ dempen , of den Vrede te handhaven (*}'' fk kan daarom niec begrypen da* Anirterdaro , uaaf eene vergadering van •. •urioctifcft.' Regenten wordt gehouden, 4i*> de BurgerWape .n., èn oprichting van Vryccrpzen in 'c eerst hebben noodig geoordeeld , niec binnen haare eigen kring daar mede een aanvang neef gemaakt, en een doorlu&tig voorbeeld gegeeven; Stichtenaar. Amfterdam was 'er myns bedunken? ook hec bes* tc geicta.kt tot , als uien het piacnlccrde zo ais ik zo even gezegd heb Daar m hec voikryk Amfterdam zuk een aantal ingezetenen worden gev uden, die na het afloopen der bedrstyd hunne vóornaamfte bezigheden hebben verrigt en ten niiiMien ecn'ge aagen te w :ek, allee».;1 naar e :ne uidpanning Verlangen, en ze nee,, en ; z. zou voor de zulken niets gefchikter en nuttiger zyn dun dé wapenoefening, waar toi zy zich dan ligt eens ccr week of om de twee wieken wel zoud-'n kunnen verledigen ,zonaer eenig cyd verzuim of fchade — en deeze tyd was genoegzaam tot het aanleerèn der baccaülops en Regiments ex. erchicn , wanneer dezelve gezet geschiedde onder beboorlyk opzigt iin van de 200 zyn er dus ligt 90 te vinden, die dit op den duur konden wachten, terwyl de overige 110, meer uit min. de- , (*) Zie Dr- R, Pricb in 2yne aanmerkingen over ie gewigtit. ttglieiet lier Staatsomwenteling in Ni. kd Amer ca. bl. 19. zyn naleeaer de Graaf de Miraiseau wil, dar zy liimne kinderen in_ pre nen , „ dat de Ivrygsdiensc fcJiandelyb is voer den Huurling „ ute zyn leven voor geid verkoopt; maar d.ic dien den naata „ veiecuuigt van den Burgéinefd , die zyn hookl waa<: voor „ zyne Medebrotders.'f b'. 101 en de- Friiïfi/je- SfaatMtncar Tur. got vnejrt.Vr by: ,. Mets is ireinaklykcr" dan at tafteDing van „ een beitcndis; leger mat een lam.ini'iuc fainen tc uaien , zoua„ mg dat de landmilitie 'c dooi beter: en da- 'er de Vr,' tid ,, te meer door beyeitfgd wovóe " Zie liet z-iHe fïaave werk. je , by .[. Weppel.vvn ko«:.r.as uicgceev,.», bl, 145. 'da: waardig is door elk vryman geLwen te wordeu. Tt s  dere Kicken en ambagtslieden beftaande, niet meer dar- nur.ne gewoone txesCkiea behoefden te ver. rieten, en door die augmentatie der Compagnien zelf* nog zouden winnen, wyl ze als dan des te minder zouden behoeven te waaken. Amjierdammer. Ik geloof dat dit alles gemaklyk zoude kunnen gefchieden, als de Burgery daartoe algemeen ge. neigdheid toondej en de Regeering medewerkte, maar hec is eer te vreezen dat 'er nietse van zal komen, dan dat men 'er op zou kunnen rekene,, —1 Want zonder algemeen aanzoek zal de Regeering 'er niet toe overgaan, om ftads Schuttery te reformeren en tot de noodige volkomenheid te brengen, en de Capiteitis en Coiionels zullen hec moeilyk ééns worden om gezamelyk dat redres te verzoeken ■— hec js mee zulk een groote Stad geheel anders gelegen als met een kleinere, daar de ingezetenen elkander meer van nabykennen en hunne gedagten aan elkander kunnen mededeclen , waar eene meerdere harmonie kan Dlaacs hebben — men begrypt daar en boven by ons, dat het geen voor andere fteden noodzaaklyk is, by ons gevaarlyk zoude kunnen zyn — dat men geen het minfte nuc zoude hebbea van alle die moeken en kosten. Stichtenaar. Het gevaarlyke dac men voor Amfterdam zou vinden in hec geregeld wapenen en. oefenen van alle ingezetenen, zou geheel en al weggenomen zyn, indien men -die geregelde wapening inrichtte* op den. voet zo als wy zo even zeiden , als naam'elyk dat lighaam der gewapende magt alleen beftond uit de adelborften, de voornaamfte gezeten en gegoedftc Burgers en derzelver zoonen, die het grootfte belang hadden by 't behoud, de rust  rust' en het welvaaren der Stad — Tn deeze zou' éi Stad en Regcering in de grootfte ongelegenbetierj altyd een fteun kunnen vinden , tegen allerlei niogelyke oproerige beweegingen voor welke een Koopllad als Amfterdam, waar het altyd kriek van vreemdelingen die niet onderfcheiden oogmerken in een tyd van algemeene verdeeldheid kunnen zwanger gaan ; En hoe zeer Amfterdam, door haare ligging, tegen een buiterdandfche vyand altyd genoeg verzekerd is, zo heeft zy nogthans mede,' als een hd van het bondgenootfchap , groorlyks belang by het behoud d- r naburige fteden en provintien , aan welke zy altyd in gevalie van nood de aanmerklykue onderfteunipg door deeze inrichting zoude kunnen toebrengen, —. behalven dat een buitenlandfche vyand niet altoos de eenig- fte of gevsarlykfte is; daar meft in deeze veruitziende tyden wollige gevaarlyker vyand in zyn eigen boezem konde krygen óf hebben, eer' men hec verwachtte of konde voorkomen. Noordhoilander. De Jaaren JiS;o en 171?? hebben Amfterdam' ge* leerd hoe noodzaak'.yk een eigen gewapende magt tegen binnenlands geweld is. Welke tooneelen door geene andere middelen zeker kunnen voorgekomen worden, dan door den fchnk der wapenen der' beste ingezetenen. Stichtenaar. , Wanneer men het zelfs met den Amfterdamfchen Hooglceraar P. Bürman, als het gefchiktlie midr del ter behoeding voor de verderriyke weelde be. fchouwt, en ten prikkel om het voorvaderlyk helden fpoor te betreden, dan was dit, zo als door onzen zeeuwfehen vriend te recht is aanmerkt , alléén genoeg, om voor Amfterdam belangry!- ce Tt 4 zyn>  C ) zvn, om hen de wapening aanteraaden en mei Bcrman toetcroepen. „ Dit, jonkers, zy uw werk, op datme eenu einclyk mannen „ Van vrouwen onderkcnne, en uit elkander houd." En met Hei/'etius. Gy, is van 't oude vuur U, brave I iets by* gebleven, „ Roer gy ten minften 'tHart met yver vlam- mén aan. Gy! die myn Burgers moest naar Meldcneer doen ftreven, „ En mannen prikkien, dat ze iets heerclyks beft aan • „ Maak gy, dat onze jeugd hare oudren niet bezwyke, „ Den vroegren roem hervat,'dien roem tc boven ga: „ Op dat geen eerloos kroost zyn' laffen vaar geiyké, Zyne eeu met met een'nacht van gruwlen over la; „ Niet leer', ach Hemel! in geducbrer kluisters zuchten, ,, Daar hen uitheerrfche weelde en wulpsheid bracht ten vai". Amjierdammer. r Ik ben met veelen myner Stadgenoten volkomen overtuigd van de noodzaakïykheid en het nut der Burger wapening maar 'ik kan niet zeggen dat myre Stadgenooten algemeen 'zo denken, of de Pegeering algemeen zo gezind is, dit blykt uic het wapenger.ootfchap , da: by ons reeds is opgericht, en dat intn verwacht had dat in weinig wee< '. , kea  ken ten minften tot duizend leden zoude aaBgfc groeid zyn; doch dat hier in nog niet zter aan de verwachting fchynt te beantwoorden r'er wordt in Amfterdam, na rato van andere fteden, o:uer veele Klasfen van Burgers veel te weinig ge. leezen, om van hun waar belang geïnformeerd te kunnen worden. En om de waarheid te zeggen, 'er wordt ook over Amfterdam het minst van allen ge-fchrevem Men heeft de Courier van Europa weeten te doen halte houden, toen hy tot aan Amfterdam geko \ en was ■ mklchien was men bevreesd dac hy rmrder als Candidus vóór Amfterdam of vóór de ingeflopen gebreken, zoude gefchreven hebben • men heefc het gezien aan Hespe en Vfrlem, wac lot zy te wachten hebben ciie de Amlferdamfche gemeente dc oogfchellcn trachten te bgten! Amirsj 'oorder. Men fchynt dan den regel te verftann, dat men het volk in onkunde moet laaten, om het :n fiaveiny te houden. Geldersman.', Amfterdam is evenwel de e?rfte geweest dh zich tegen de augmentstie van Lanotroupen heeft gedeclareerd en te recht, om dac men ze in een zeeiprlog niec noodig had • m >ar zal men evenwel niec geduurig bloot ftaan voor onbillyke vorderirgen van eiken fchraapzuchtigen nabuur, dan behooren ook wy aan üe'landzyde doo>- een behoorlyke magt gedekt te zyn — ev. welke magt li rookt dan beter met onze'Republicainfche Vry. beid, a's die wy door onze eigen handen be^ic- tei 9 Wie verzekerc ons, dacwyniecsce vreezen hebben van Pruisfen , indien wy ons niet wapenen? Wie verzekerc ons dac wy alle de ce. gemvoordige woelingen zullen te boven komen, »c 5 zon»  C 672 ) zonder dat wy ons ce een of andere tyd eens krachtdaadig zullen moeten verzetten tegen eene magc die tegen ons zoude kunnen worden opgeruid! ' - Stuhienaar. Zo lang.wy' ons ma'ar by gedeelten wapenen zullen wy'nooit'het oogmerk bereiken, dac wy «■et dezelve bedoren. "Onze inrichting, onzê oefening m'oet algemeen zvn, orn on onze eige» magt tegen geregeld "gëoefei.den te kunnen vertrouwen. Amfterdam konde hier toe het luiscerryküe voorüeeld geeven, zy konde zich door haar vermogen verfte^.en cn anderen ter adflftentie ftrekken. ' ATartt, al Was hec al dat men voor hec tegenwoordige niets tc vreezen had van eenige buitenland fche dMogenhcid, is hec dan onmogelyk, dac bv vervolg van tyd, onze vorfte}yke fm-uitcn ,d'oor huwlyken zich aan naburige Mogenheden verbindende*, dit van geenen invloed op or.s Répiiblicafrïs beftuur zoude kunrcn wezen , waar aoor wy wel eens kore yrugt zoude kunnen genieten van onze hedendaagfche redres- ren . 1 daar , even als in voorige cyden , hec volk zelve ondcriing verdee'd en cngev/jpend s en daar -tegen een hoofd over de Armee dief aan magtige' nabuuren op hc r.aauwrtc verbonden was, in de volkomenfte gelegenheid zoude zyn.? om zich naar zyn wil tc doen gehoorzaamen. Amjltrüüianer. Ik ben hec volkomen met u eens, dal" mendee? ze zaaken wel onder het oog behoorde te houden eL dat 'er vó'ftrekt geen ander middelvoor ons'over is, Din oive Vryheid behendig te bewaaren, dan dac alle in en opgezecenen behoorlyk gewapend'en geoefend zyn.  ( 67è 3 Geldersman. Wanneer bet by voorbeeld eens te eeniger tyd gebeurde, dac een Pruisfisch leger door Gelderland en Utrecht naar Holland zogt te trekken dat men in dat geval eens even veel zekerheid van hec tydig employ onzer Troupen als van onze Schepen in de expeditie van Bresthad, zouden dan, in gevalle de ingezetenen gewapend waren, die van Gelderland cn Utrecht alleen het fpic moeten afbyten toe dekking van Holiand? Stichtenaar. Als men aan bec waare oogmerk der Burger* wapening, op de wyze der Zwiizers behoorlyk zoude beantwoorden, dan zou men in zulke gevallen behooren te bepaalen de wyze van Ad fis* tentie der eene Scad en Provintie aan de andere, en 't getal der manfehappen en ammunitie die elk zoude leveren en'ha den aarc van her bond¬ genootfchap, zoude hec eene Stad of Provintie die meer verfterkc Was dan de andere, of minder voor den aanval blooc lag, daar door niec kunnen verfchonen van hec verlcenen van hulp en adfi? ftentie—-cn alhoewel Amfterdam zich zei ven door het watet zoude kunnen verdedigen, zo zou dit haar even min kunnen verfchoonen van het levéren van manfehappen tot adfiftentie der bygelegen provintien, als dat zy geheel voor den vyand blooc lag buiten dien zoude zy voor het bondgenootfchap , n iet tegen (taande haara hooge Contributie, van minder aanbelang zyn dan eenige andere Stad. Amjierdammer. Ik twyfel niet of Amftels Burgers zouden gewillig genoeg zya om "zich tot het algemeen oog.  ( 674 ) •ogmerfc mede dienftig te maaken, indien de Regeering nen daar toe aanipoorde, ze zyn op zich zeiven genoeg gewapend, en nee komt maar voor naamelyk aan op de groote exercitiën by ganfche Regimenten, en volgends de meuwiie' fchikkingcn. Amersfoorder, Hoe is het gegaan by ons en te Utrecht en in meer audere plaatzen? Daar heeft ié Regeering ook niec eerst begonnen, maar de Bar* gery heefc zicli by Requeste aan de Regcering ver. vocgd tiec getal der tekenaren was te Utrecht ook'maar.pas öoo, niet tcgenitaandc de Schuttery daar uit 1600 rrian heiraat—maar de overigen hebben zich naar de eerden gevoegd, toen zy zagen dat deeze reusfeerden alle de verdere re' dresfen zyn op verzoeken der Burgery zelv e meest alle bewerkt — cn hec is ook door haare ambitie dat zy in dien itaat zyn gebleven en tot die volkomenheid in oefening zyn geklommen , dat ze geregelde Militairen weinig behoeven toetegee.en» Stichtenaar. Er vale aan dc Amfterdamfchc Schuttery vry wat minder te redresferen, ais 'er aan de Utrechticbe tc verbeteren viel. Haar Inrichting opzien zeiVe is zelfs nü nog beier dan oe Utrechtfche, cn geheel naar de Zwitzerfche, in"geregelde byna even fterke Compagnien, voerende ieder haar vendel, en deeze wederom verdeeld onder haare Regimenten. A nflerdammer. Dit is misfehien ook de reden dat men meent in behoorlyke orde te zyn, en geen redres noodig  C «75 ) «3iat te hebben dit i* cn minften het voorwe; d/.e! van zulken die niet voor iets zyn waar van zy niec zo oógenblikiylc net effect, —- of wel byzondere voordeelen kien, Stichtcnazr. Men is echter nog zeer verre af van de volkomenheidi zo lange men niet verder weet dan een manuaal te maaken en wel en gelyk re chargeren enz., of men al we! en goed "de wachten kan betrekken, cn des zomers eenige reizen by zestig afzonderlyke Compagnien ieder van 80 of po man exerceert en manoeuvreert, daar mede nuarrés, Colonnes enz formeert, zou in gevalle van nood van weinig effect wezen , wanneer merj niet had geleerd, mee een Corps van iodo man of meer , uic onderfcheiden battaillons béftaande, te gelyk te ageren en geregeld te manoevreren : rot zulk een lighaam vsreenigd in linie of Colonnes zal men eerst in ftaac zyn om aan '1 behoorlyk einde te beantwoorden. En hier in zoude de Amfterdamfche Schuttery in korten tyd, onze geregelde Militairen kunnen overtreffen, daar hec deezen niec overal mogeiyk is, zich tot zulk een calryk lighaam te vereenigea en te oefenen; waar by nog komt, hec reeds by de achutteryen ingevoerd gebruik' van Veldftüicjes- die by der militairen exercitiën maar zeldzaam voorkomen, en welke Amfterdam doo;haare vermogende ingezetenen zich gemak'vk zouue kunnen aanfehafren. Noordhollanden Ik geloof als Amfterdam op deeze wyze voor. ging dat verfcheide Hollandfche plaatzen wel zouden volge.i, en gezamelyk exerceren. Stich-  C 6/6 ) Stichtenaar. 't Is ongelukkig dat men in algemeene zaaken altyd op'anderen ziet, en dc een na den anderen wacht. Heeft niet ieder Burger evenveel belang by het behoud der Vryheid ——< by bet herftellen zyner voorechten? kunnen dezelveliemonverfchillig zyn , om dat ze anderen onverfchillig zynrf Kan een particulier Burger eener vrye Re. publiek meer onverfchillig zyn als de Rcgecrende, dat zyne Vryheid verzekerd zy tegen alle foorten van wettelooze heerschzucht! Moet hy wachten tot dat deeze zegt: wapent u, op dat niet,te Beniger tyd de menfehelyke zwakheid my verleide om u meer myne grilligheid of heerschzucht dan de wetten te doen gehoorzaamen? Wykettaar. Mv dunkt dat het daarom zeer goed en nood* zaaktyk was, dat alle weldenkende Burgers zich by dé reeds roujllerènde acte plegtig verbonden tot handhaving der Republikainfchc Vryheid, tegen alle onwettige heerschzucht van wie ooki Amjierdammer, "Men heeft met die acte van verbindtenis niet overal even veel op, Veele Regenten by ons meenen, dat daar door eene Asfociatie wordt aan gegaan, tot een ander einde dan waar toe de poogingen van welmeenende Regenten ftrekken • dat het volk daar door eene uitvoerende magt aan zich neemt, die Conftitutionteei alleen aan de Regenren toekomt — en dat men zich liever had moeten verbinden tot onderfteuningder Vaderlandfche poogingen van welmeenende Regenten. Stick*  C ^77 ) Sticfipêttsats Het is uil de acte zelve djjidelyk genoeg 'te zien , dat 'er met die verbindtenis geen ander oogmerk p'!aacs heeft, dan de handhaving der wettige Conftitutie en dus in deïeerfte plaats, de ouderiteun;ng der poogingen dier Regenten, welke de wettigt conftitutie trachten te herftellen en handhouden: ik wil evenwel niet ontkennen dat men veritardig zoude gedaan hebben , met dit duideiyk en met ronde woorden pjttedrukken, om daar door alle grond tc beneemen aan dergelyke vaifche voor. wendxels. Want fchoon verilandige Regenten ge. noeg begrypen het waare oogmerk, zo als uit hunne eigen öndeitctccnmg dier acte blykt, zo is het óogtfians ook waar, dat men dat verftandig oor* deel even min by alle Regenten kan veronderftel- len als by alle andere klasfen van menfchen ■ dat zy even zeer voor misleiding door oakund* bloot foan als alle andere, vooral wanneer zy eenigzins afhanglykzyn van zulken, die geen redres begeeren, dah by hec welk hun byzondere groot, beid of voordeden alleen ia aanmerkinge komen,. Middelburger. Ik heb by ens in Zeeland ook wel over die acte hooren fpreeken, maar men begrypc, dac zulk eene fchnfceiykc verbindtenis overtollig is, dat men daar toe als een Vrygcvogtea Nederlander van zeive verpligt is, en de" fchrifrelvke verbindtems van geen meerder krachc zal zyn , als het inwendig bezef van phgc cn belang, Stichtenaar* / Deeze reden gaat door, als dezelve tevens gepaard gaac met eene imtaatffelling toe dat einde, doch buiten deeze is het een loos voorwendzcl, waar  C W ) waar door men eer zyn pligt zoekt te ontduiken dan te betragten in den mond van een gewapenden en wclgcoefenden Schut;er voegt deeze reuen maar zonder dat hy zich wapent, is hy buiten de mogelykheid om aan dien pliïtinalle deelen te beantwoorden met de goede wil kan men geen dwingiandy beteugelen. Wykenaan Als de negotie vrygelaaten of befchermd wordt meenen veele Amfterdammers, dat de conftitucie wordt befchermd. Amjierdammer. Daar mede ftaat of valt ook de Republiek —• doch daar van zullen wy eens nader fpreeken. —> ■3"? Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Denipter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A, Stubbe, J. Liefs tink, en alom by de meefte Eoek-» verkopers a 2 Stuivers»  VRYE NEDERLANDER, No, 41. § Vervolg der Samenfpraak in Nt, 4e. ) Wykenaan Het is om raazend te worden! — het kas! 'er niet door! heet dat een Republikain- fche, heet dat een Reprefentative Regiering*.form? Amersfoordtr. Wat is het, myn goede landsman? hoe z» ge» éoord ? Wykenaan Het kan 'er waarachtig niet door! Men zal oxii dwingen,- men wil ons met de fterke hand tot reden brengen; even of wy een conquest van een despoot waren —— 't is niet gefToeg dat men il Stuk. Vt  C 68ö ) onze Stad, een integrerend lid derfouveratne W gadenng — op een willekeurige wyze uit de vergidering heeft geftooten, maar men wil ons noE dwingen om nu onze Huishouding interichten naar de zin en 'c genoegen van een ander, die uiers met ons te fchaffen had. Stichtenaar, o Ik merk gy zyt geftoord over 't gebeurd» ter Staatsvergadering van voorleden woensda» ' maar troost u, 'er is immers geen conclufie Bevallen! en al was dat zo geweest, dan moet men nog eerst de explottering en executie zien. Het derdelid, de lieden, zullen immers nooit gedoogen dat ■»er binnen der fteden jurisdictie, tegen hunne eigen bewilliging eenige Staatsreioiutien worden geëxecuteerd : a Wykenaar. Dat kan wel waar zyn, maar moet men zich toch niet ergeren over zulke arrogantie? ÏL dat de grondwettige Regeerings herftelling die wv bedoelen? —, Kan 'er in Genetten gtootee Aristocratie plaats hebben ? Wat hebben de Kden ven ftaat met het huishoudelyke der ftedelvke Re, peering van doen, als 'er de Stads Regentenen Burgers mede te vreden zyn. , Jnd.cn het waar was, dat onze Stad iets begaan had tegen het Contract onder de Staatsleden dezer Provin. tic - laat men ons uit de fouveraine vergadering uitfluiten! Maar dat is dan ook he: uiterfte dat men zich over ons arrogeren kan' Maar als men zich zeiven over ons recht verfchaft heeft als men het uiterfte vonnis over ons heeft geëxecuteerd, en ons buiten de vergadering heeft gefloten , zo d°t ons deel, dat ons wettig aan de fouverainiteit competeert» ons mettze weid  ( *8i > weid wordt outnoraen; dat men dan nog daar eir boven alle zulke vonnisfen over ons durft vellen als de wetteloos te heetschzucht ingeeft, dat kan niét door den beugel. Geheel wat anders was het als onze Rcgeermg of Burgery het onderling oneens waren , en een van beiden geklaagd of om hidpe en recht of intercesile by den Siaac verzogt hadden 7 maar dat twee Staatsleden, die niemand dan zich zelyeri reprefenterea. ' geen ander, dan zelfbelang hebben,zo,n et alleen óver de ingezetenen, maar over derzelver eenige wettige fouvërain en reprefentarten heen zitten, gaat alles te boven, en kan door Natuur noch' Burgerlyk récht worden goedgemaakt, Stichtsnattr. Het is niet alleen de Stad Wyk die zich over dé voorftemmende Staatsleden te beklaagen heeft,' maar ook de Stad Utrecht, heeft grooteiyks reden' om niet over dezelve geftigt te zyn — de Stads Gecommitteerden zyn ter Staatsvergadering door. die Heeren behandeld, niet of zy gecommitteerd waren wegens het notabelfte lid van Staat maar even of zy particuliere onderdanen waren, die geneel en al af hauglyk waren van de fouveraine Ridders. Overysfder. Zo doende zou Utrecht wel in ons geva! kunnen komen, en 'er eene generale questie tusfehee Ridderfchap en Steden plaats krygen» Amersfoorder. Dat zoii omtrent het geval zyn als onze Meerderheid niet met hec heulde. Vv at Sticlr  ( 68a ) Stichtenaar. De Conferentie over het Reglement van 1674 legt cck den bodem ingeflagen * en wie weet wat 'er van het provinuaal redres nog wordt! jimjlerdamner* Ik weet niet wat ik van de zaak denken moet zou men haast niet moeten opmaaken dat 'erw • *s?eeten hos zy in het zelfde geval zouden gehandeld hebben. Middelburger. Het zeggen van den Zaligmaker aan de Tooden ; m\k /Taster onder u zal zyn kind, dat hem om brood bidt, een ft een geeven. Kamt hier te pas, Tja min ais zv, die nimmer Vaders zyn geween, do kragt van'dee^e woorden kunnen gevoelen, of befeffenf, zo min kunnen ook zy, die niemand reprefenteren die vermrcrrm aan niemand reken-, fchap verlchuldigd te zyn , befefFen, wac het voor een Regenr zv , een biliyk verzoek-, na onaflaacende befcheidene aanhouding, nier tegenftaaa. 4e een cn ander maalige afwyzing, aanae Burgeren die hy rcprcfenteert, wier belang, ais zyne kinderen, hy moec behartigen, afceflaan. Stichtenaar. De ganfche zwarigheid zal niets te beduiden hebben', in gevalle de Regenten maar met haare. Burgers welmèeneod handelen» Zo ernltig ais deeze laatlten op het behjud hairar rechten ftanneven zo yverig zullen zy zyn om hunne regenten, dio dezelve voorftaan , tegen aiie beledigingen en ge. weid mee lyf cn goed te befchermen, en hun te toonen dar "hec niec een opgevatccn haat of een wann-ouwen tegen hen is, die hun heefc daen aanhouden op her -toe!taan van hun verzoek, ma-ar alleen een gegrond vooruitzigc op verdere ce leurltelbngen van néér dan eene zyde, welke te leurüeilingen naar maate van het overgroot belang der zaake minder ware aftewachren dau voor te- komen, hec zy dan ook door welke middelen, zo dezelve maar eebigzias' den toeéï der reden konde deor liaan. Vv J Jm~  C 683 ) * Amjierdammer, Ik twyfel niet of alle wddenkeudea, dieniet befmetzyn met de vuige Aristocratie, zullen het gedrag van Utrechts Burgery moeien approbe- ren en Utrechts Burgery zelve zal door haar gedrag genoeg en overtuigend toonen, dac het ongcgroade laster is, dat zy eene volftrekte Democratie zou trachten in te voeren. • Dergelyke gevallen, zo als op den 19 en 20 December in Utrecht plaats hebben gehad, hoe onfchuldig ze ook zyn, maakt in Holland en by ons in Amfterdam veele Aristocraten, en maake eene reden uit waarom men zich niet voor de Burgerwaper.ing verklaart , of wil toelaaten dac men in publieke gefciiriftcn den Burger zyne rechte» onder het oog brengt. Stichtenaar. Men is dan, of geheel cn al onkundig van de geftelcheid van zaaken in Utrecht, of men verdraaitze mofcdwillig, of men onderfcheidt het gewone niet genoeg van buiten gewoone gevallen. Als veele Utrechtfche Regenten by hun voorig fys. thema waren gebieven, en niet vierkant aan werkten tegen het geene zy te vooren openlyk beweerd hadden, dan zouden dergelyke byeenkonv ften der Burgery onnoodig zyn. Maar als men in acht neemt dat" de Burgery door dc Regeering is opgeroepen om haare bezwaren optegeeven—-dat zy die heefc ingebragt, reeds byna twee jaaren geleden, dat na veele onderhandelingen over en weder die bezwaren eindelyk met de Regeering na genoegen zyn geredresfeerd dan is hec ligt cc begrypen dat een Burgery, die niet onverfchillig van haare der Stads — aéloude rechten is, de reeds vaatgeftelde Artykelen opnieuw zal waa»  ( 680 ) waagen aan het oordeel van zulken dien bet met competeert, en die maar alleen zoeken hun kans •waar te neemen, om de Stad onder de knie te krygen i hoe veel hier ook om gezegden ge- fchrevcn is, dar men te veel argwaan en te weinig vertrouwen voedt 'cr blykt niets beter als by ae Rukken zelf. Amersfavder* F Indien de Ridderfchap hiid geoordeeld , dat de redres fen niet buiten conferentie met uen Stadhouder kontien bewerkt worden, waarom moesten zy dan na het uitbrengen van het ftaats rapport byna een rond. jaar wachten eer ze met de propofitie des wegen voor den dag kwamen waarom dan d:e propofitie by het uitbrengen van he| rapport niet terftond "gedaan, dan had men reeds een groot jaar daar ove- kunnen gebefoïgneerd hebben i—waar toe was het dan noodig dat elk eerst, behalven de Geëügeetdcn en Ridderfchappen hunne confideraiien op dat rapport ter Staatsvargadering van 10 Augustus i;8ï moesten ui:» brengen — daar naderhand dat Rapport en Conceptreglement Reformatoir weder tot een grond en bafis der onderhandelingen ftond gelegd te worden. Wjkenaar. Er is geen andere reden van te geeven , dan dar men by de voorftemmende leden de zaak atieen heeft zoeken te dilayeren, om daar door van tyd tot tyd de leden van Stad en Steden in haare belangen te krygen — om zo doende, of in 'c geheel geen, of een redres alleen naar hun zin te bewerken. —Het blvkt ook van ag;oren, datpen de geheele haagfche Conferentie niet aens ge-  C 690 ) gezogt heefc, maar veel eer omgezien heefc naar middelen die men konde Capterèn om dc zaak on niec tc doen uitloopea. Eersc toen de Stad decla* rcerde in die Conferentie tc willen accorderen, voorbehoudens het reeds geapplancerde domei' fiieque der Stad , declareerde " de Ridderfchap, daar in geene reftrictien en exceptien ce kunnen toelaten toen weder de Stad zotder reftric tien gaaf confenreerde, waren Geëligeerden nog niet om daar toe te refalveren en Amersfoort, 'c conquest der Ridderfchap toen weer een uitzondering van haar domeitieque — En nu, daar dc Heeren Edelen declareren wegens het veranderen der zaaken by de Stad, tot die Conferentie niec te kunnen komen; nu zyn Heeren Geëligeerden in gereedheid !! Nooriliollander* Dat lykt waarlyk wel dopjes foei, ik zou dan wel haast'gelooven'dat d„c Heeren het meeste gcfchooren zyn geweest mee hec gaaf confenc der Stad, om dat dac hec nu moeilyk voor hun viel om wcèr een adder voorwendzel van dilay en rctardemenc tc vinden en daarom" al fchie- lyk het voorgevallene by de Stad hebben gecapteerd, om dac men daar hard over kan fchreeuwen, en intusfehen de Conferentie agter wegen De Prins op 'c Loo —i en het Reglement van 1674 in de waareld blyft ■ en wanneer dit moet duuren tot dat de Stad haare refolutie weder zal hebben in getrokken. —< Wyhnaar. Dan zullen er nog Riddertjes moeten gemaakt worden, die het zullen moeten beleeven. Stic'u-  C*9- ) Stichtenaar, Er is geen twyfel aau , of men ziet nu by de Sca'd zelve wac men van de Ridderfchap, waar op men zulle een goed vertrouwen ftelue, zoude te wacht', n gehad hebben, en zo de voor ftemmende leden blyven weigeren binnen drie maanden gezamelyk den eed op hec Provintiale Reglemenc van '.674 op ce beffen , of Scadsregencen voor zo verre de Stad becrefi daar van te onflaaa, zal men denkelyk geene verdere zwaarigheid om de gereedfte weg te volgen , wyl er niets anders overfchiec, zich door hec volk zelve van dien eed doen ontheffen. Geldersman. Zou die kunnen [gefcheiden zonder Contradictie. Stichtenaar, Niets legaalder dan dac Wie zyn de S>aa> tcn anders , dan de vertegenwoordigers van hec Volk' den eed welke gedaan wordt aan de Staaten van dèq Lande als representerende den Souvcram wordt aan niemand anders dan aan het geheele volk gedaan , wiens rechten en privilegiën de Regent zweert in deszelfs naam te zullen main- tineeren niemand is dus meer en beter be- voegt om den Regent uic den gedaanen eed ce ontdaan, dan het Volk, aan wien alleen den eed gedaan is ■ en hec zou zelfs veel eer een queftie kunnen zyn , of de Staaten wel , buiten expres confent van het volk , zouden bevoer! zyn , om een aan haar gedaanen eed op te hefferT Behalve dat hier nog wel degelvk in aanmerking zoude kunnen komen , of de beide voorftemmebde leden, zo meermalen is aangemerkt, wel te , recht,  C 692 ) fecrit , in haare tegenwoordigs gefteïdffeld , Hét volk" reprefcnteren. • De vcoraaaine , of mogelyk wel de eenige rede wéfké ihen zoude kunnes voorwenden waarom men niet alcyj tot zulk een zaak her ganfche Volk oproept of hun' oproepen zou zyn , dat het grootfte gedeelte onkundig is van zyne rechten en niet behooriyk daarover kan oordeelen , en dus wel ligt by zulk eene oproeping tweedragtig zou kunnen gemaakt worden , vvaar door het oogmerk der oproeping iUufoir zoude worden gemaakt. Doch dit heefc in Utrecht geene zwaarigheid meer de Burgery is daar reeds gewoon in orde by een te komen en haare item in het een of ander ge. val tc geeven en heeft by (baar tweede adres op den IQ December reeds gedeclareerd bereid ce zyn, de Vroeafchap als van. den eed ontflagen * te houdenof daadlyk te ontflaan. Amjierdammer. Dat zal geen kleine doorn in het oog wezefl' voor de Heeren Aristocraten als dat eens ge. beure. En de Heeren Ridders hun woord hou. dende van niet weder te willen vergaderen voo Stads refolutie is, ingetrokken , zo zal 'er immers eene fcheuring komen tusfehen de Staatsleden, efr daar door eene Regeering - loosheid worden veroorzaakt over de provincie.- étichtenaar. Een' fcheuring is tezr mogelyk" dochdaa'r zal niemand dan de Ridderichap oorzaak van' zyn ■— doch 'er kan daarom geen Rege.cring. loosheid plaats hebben, want Gedeputeerden blyven vergaderen cn al was het dat een der voorftemmende leden by eene Staatsbefckryvlng afwe. zigi  fcfg bleef, zo zouden des noods de overigen kuft? nen Concluderen» Wjkenaar. Men Zal misfchien de aangeboden intetcesfie van flolland by de Ridderfchap zoeken te amplecteren, om misfchien 7.0 by bemiddeling te be« komen hec geen men coc nog toe door audare w*. gen te vergeefs gezogc heefc, Aviersfoor der. En wat zon dat wezen? Wjkenaar. Het ftedelyke Regeerings Reglement in het Pfovintiale in te voegen, ert het zo onveranderbaar te maken zonder hun Ed. Mog. Middelburger. Wel nu, zou daar zwarigheid in fteeken? fk bcgryp wel dac net altyd moeylyker zal vallen wanneer men 'er eenige verandering in wil maa. ken , wyl dc Stads Regenten dan, a.tyd door de Staaten eerst weer uit den eed zullen moeten ühc fiagen worden maar ik kan daar nog zulk een groote zwaarigheid niet in vinden — want als het reglement eens goed en in order is, dan is het beter dac de interpretatie zo rnoeyelyk worde gemaakt als mogelyk is. ——— Zou hec niec mogelyk zyn dac anders by vervolg van tyd,door verkeerde invloed en cabaleringen weder dezelfde gebreken oaar in konde brengen wanneer het aan een enkel [rd ftond zodanige veranderingen te maaken als act zelve goedvond. Sticli.  ( 694 > Stichtenaar* Ik ben het in zekere opzigten met u eens —■* doch dit maakt geen reden uit om daarom het" Stads Reglement in het Provintiale te lasfehen, en de voorltemmende leden de beoordeeling over hec ftedelyke toeteftaan ■ -maar men zouimmersde generale pomten die de Stad als derde Staatslid raaken; by repetitie in het provjntiale Reglement kunnen overneemet,, zo als ze door de Stad waren gearresteerd. ——— Qverysfeler. Maar we hebben zo doende al onze tyd ver« praat, zonder dat we een woord van onze voorgenomen ftof hebben gefproken. Amjierdammer. Dats waar! we zouden onze ftof over Amfterdam vervolgen en onderzoeken of daar niet zo wel redretfen noodig waren als in andere ftc. den en Provintien. Geldersman. "f Is nu te laat om daar aan te beginnen, Iaate» we dat dan over laaten tot een volgende bycenkomst,. Stichtenaar* Goed. Ik ben te vreden tot weerziens. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demster, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A Stubbe, J. Lief* tink, en alom by de meefte Boekverkopers a 2 Stuivers»  D Ë V R Y Ë NEDERLANDER. No. 42. £ Vervolg der Samenfpraak in iVo, 41. )" OyerysftUr* S^yt welkom vrienden! ik verheug rfty u allen weder te zien ik hoop dac wy onze geinter- ruaipeerde ftof nu zullen vervolgen- Wykenaar. ]a, wy zouden het nu weêr over Amfterdam hebben was gezegd. Amjierdammer. Over de Amfterdammers mogelyk al zo veel! Ik meen dat onze tegenwoordige* taak was'. Of Amfterdam minder redres noodig zoude hebbes «lan wel andere fteden en provintien, II Sxo«. Xx , Stith*  Stichtenaar. Zo w^s cnze aftpraak. Het zal niet Wei- mg moeite in hebben, om hier in een voorzigtig en Qnzydig vonnis te vclien. Wy möeten hier, gelyk a'ryd, in het ocg honden , dat in slle regeermgerj het velzyn des volks (Jalrts Populo) de hooglie wet moet zyn. Dat derzelver geftelüfaeid moet ingericht zvn naar de oinftandigheöen des tyda en der Maacfchappy. Amjierdammer. Met. die praeludiums die gy daar maakt, zouden veele rnyicr ftadgenooten gaerne beweeren üat Amfterdam geen redres noodig heeft; want, zeggen zy , hoe zeer men in andere olaatzen eene gematigde democratische Regeering kan gedoogen, zo Iaat nogthans eene uitgebreide Koopftad als Amfterdam, daar allerlei Natiën u'ageivks zich op. houden daar allerlei foort van menfchen dagelyks heen vloeyen, niet toe, om zo veèle vryheden aan het volk toe te laaten , r.is men in andere plaatzen zonder gevaar zou kunnen gedoogen. Middelburger. Ik geloof zeker dat het voor Amfterdam noodiger is dan voor andere lieden, dat de Regeering eenigzin voifti ekterhaare bevelen kan doen uitgaaf om daar door geen voet te geeven aan zulken die onder voorwendze] van eenig verzuim of misbruik van magt, gevaarlyke desfeinen zoucen zoeken uittevoeren. Amersfoorder. Ja ik geloof, dat als 'er re Amfterdam zulk eene oproeping der Burgery moest plaats hebben , ais on den ïp en 20 December ia ütrcchf s h  C 697 ) is geweest, het by het rollen van 15 of 16 Goiiden en Zilverea Horologien, zo als een lascerlyken corresponaent van Pjerre Gosse, in de Haagfche Courant van den 9 deezer, van Utrecht zege* zoude gebleven zyn. Stkhtmaan ^ Ik ben van het zelfde geVoeleh ; maar dat is daarom nog geen a-gument dat Amfterdam «een redres noodig heeft : dat daar meer dan in andere fteden eene volftrekt Arisrocratifche familie' Regcering moet plaats hebben: dat de Regeerings leden met de voordeelige ambten en Commisiieri naar welgevallen, tegen de wetten, mogen cmfpringen, zich zeiven of hunne familien, het zy al of niet compatibel, met profitabele commistien mogen opproppen — de mindere ambten , met voor by gaan van geboren en gezeten Burgers, aan hunne dienstboden en vreemdelingen mogen wegfeheuken.- Amfttfdammtr. Daar hebt gy nu weder volkomen gelyk in. Onze Regenten gaan daar in even zo volftrekt en willekeurig te werk, ais in alle haare bevelen — een Amfterdammcr moec niec alleen den Raad — het Collegie zyner Regenten ■ maar zelfs elk perfoon en Regeerings lid buiten hec Collegie, wanneer hy niets meer dan een privaac man in de Re« publiek behoorde te zyn , als eea halven God ontzien , en durft hem niet anders dan op een ze', mieren afftand, in de demoedigfte houding nadeien,en rekent het zich een groote eer, wrnneer hy hec geluk mag hebben zyn Regent op de vloermat an verre toe te fpreeken. XX £  Noordhollander» En waar komt dit snders van daan, dan dateefi Amftérdams .Regent volftrekt qnafhanglyk is; dat hy zyre aanftelling aan niemand dan zyn Collegie verfchuldigd is, dar by ook aan niemand anders rekening of veramwooreing doet: Dat hy dus in een gegrond vertrouwen verfecr , dut z\ne feilen of gebreken, zo hy ze niogt begaan, daar gtmftige verfchooring of bedekking zullen erlangen, wyl hy beifid is zulks by gelegenheid op gelyke wyze te reciproceren. Stichtenaar. Dat is nu de Amfterdamfche Regeering van de kwaadfte zyde belchouwd. En hoe zeer men moec bekennen dat Amflels Regecring een groot deel Vadt rland , - burger . en Menschiievende Regertcn oplevert, zo is bet toch zeker, dat niet anders dan de pcrfoneele deugden der Regeeringsleden Amftcls Burgers van de gevolgen van dc evengenoemde gebreken kan bevryden: en niemand, die den aart eener Republikainfchc Reprefentatïve Eegeering^form befeft , zal ontkennen, dat dit ortoereikende is om een zekere waarborg te zyn voor een vry volk. Geldersman. Maar het moeilykfte zal zyn om een middel uittedenken om deeze Aristocratie te temperen, en een middel caar tt ftellen waar door de volks ■vryheid by haare natuurlyke rechten worde bewaard. Middelburger, Men heeft altyd te vooren gemeend dat de Stadhouder het juifle midden konde zyn tusfeheft de  de Regenten en het volk, on' derzelver wederzydfche rechten te Deletie;men ———doch men heeft gezien dat deeze Middelaar de rechten van bei jen zo zeer in bevraaring heefc genomen, üac hun geen van beiden fchier het genot, dan ten zynen genade, over bleef; — daar men nu zyn* reencen t; rug neemt, moeten dezelve riet maar te rug komen aan eene party, dac is de Regemen, maar aan hec volk zelve, in wiens boezem ze oorfprunglyk zyn, en wiens reprefentatie, door de regenten, niec anders aan ten voordeele der Maaifchappy in 't gemeen, en zonder nadeel van eenig byzonder lid, moet ingcrigt zyn Daar dus de begeeving der Ambcen cn Commisüen zo van Regcering, als der Admiraliceits Collegien, aan uen Stadhouder zyn opgezegd of verder bepaa d behooren te worden^ zo wel in Amfterdam als elders; zo behoorden 'er ook \oorzorgen te worden gebruikt dac hec volk by deeze veranderingen geen meerdere fchaden leed ■ 1 of zelfs daar van geene voordelen genoot; wanc indien hec faitis populi 'er niec by winc, al verliesc hec 'er niec mede, dan is alle verandering onnoodig, en de Regenten hebben geen het minde recht om iers aan zich te trekken,dal hec volk niec expres recla meer:» Stichtenaar*. Dac is Juist het geval. Hec is zo als wy meermalen hebben aangemerkt, dac dc Regceringsform zelve, en niec de deugd der Regeerers, de waar borgen moec zyn voor de Repub icainfché Vryheid. Men hee'fc by dc ondervinding gezien hoe rnoeyelyk hec valt willekeurige aanmaatigingen te beteugelen, en onbevoegde opoingtcn aan een Stadhouder in te trekken ■ doch die komt nog in geen aanmerking by hec beceugeien der Anscocracifche heerschzucht , wanneer dezelve ds>o.rgedrongen is: en het is daarom noodig dac Xx 3 het  het gevaar daar van-op allerlei wyzen worde voorgekomen; en bier toe zullen in Amfterdam dezelfde middelen en voorbeboedzcls als ir. andere provintien en fteden moeten in 't werk gefteld worden» Amtlerdammer* Gy bedoelt misfchien de aanftelling der Regeeringsleden! doch die is by ons niet door den Stadhouder gefchied, maar door de Vroedfchap zelve. Stichtenaar. Het is niet genoeg dat dit door den Stadhouder nut gefchied, maar het is npodzaakiyk dathet volk zelve eene behoorlyke invloed hebbe op de aanftelling zyner reprefentanten en eens behoorivke toezigt hpuce op derzelver rechten en privilegiën. En dit is in Amfterdam even r.oodzaaklvk als in andere Dlaatzen: buiten dit zou de Regcering van Amfterdam ten notoiren gevoige veèl volftrekter Aristocratisch worden dan den Staat van Venetien. In Vcnericn refideerc de fou„verainiteit by twee honderd en zes Eamilien,T die zich in vyf honderd en drieentwintig takken ver, deelen, en uit omtrent i de aanftelling haarer Magiftraats per-  perfonen, Burgemeefteren , fehepenen, enz. Daar de administratie der Politie en justitie aldaar aan een gering aantal perfoonen gedemandetrd is, in eene Stad die ruim 300,000 inwooners bevat zo is het noioir, dar het genng aantal Regenten zander de invloed van het volk, in ftabc is, on de Regeering en de ambten en Commislien onder weinige famihen te doen rouilleren en nat.r willekeur met de Burgeren te handelen," het gten ten gc.olge moet hebben, dat het volk ;e eemgenyd der Regeering moede, en ziende het voorbeeld van andere plaatzen van im Bondgenootfchap, naar veranuering moer ftaan, die van de gevaarlykfte uitzichten en gevoigen moec wezen. Amftrr dammer. Maar op welke wyze zal men dit het beste en op de gemaklykfte wyze voorkomen. Stichtenaar. Op dezelve wyze als in andere plaatzen,door, zo als ik zeg, het volk deel te geeven in de aanftelling haarer reprelentanten. Middelburger. Maar dit zal zo gemaklyk niet gaan in ruikeen volkryke Stad als wel in andere kleinere plaatzen. Stichtenaar. Zeer wel. Als men zich maar eenigzins fchikc naar de omftandigheden. Als men, by voorbeeld geiyk by het nieuwe Reglement in Utrecht be. paald is, by vacatuie van eene Raadsplaatze de nominatie van een nieuwen Regent doec maaken door gcquaiiriceerde Kiezers; dan wordt daar door het 'gevaanyke der Aristocratie cn familie ReXx 4 gee.  C ?Ott. ) geering direct voorgekomen. —— Men kan de qualificatie, uit hoofde der volkrykheid van dc Stad,zo nauw bepaalen als mogelyk is, om daar aoor alle verwarring voor te komen, enegterhet ganfche volk als 't ware in die verkiezing deel te doen hebben. Wanneer men bepaalt dat by eene vacature in den Raad of by de nominatie van Burgemeeiteren alleen de gezeten Burgers by wykcn wierden opgeroepen , dat deeze uit iedere wyk verkozen éen geboren Burger, die ten minften'duizend Gulden of meer aan vaste goederen binnen Stads Jurisdictie bezat, en dat uit deezen weder een zeker aantal geloot wierden tot Kiezers , die denominatie, op gelyke wyze ais in Utrecht, moesten uit brengen, en welke nominatie door den Magiftraat tot op een tweetal verminderd wierd 'en daar uit den nieuwen Regent geloot, dan was. de voornaamfte zwaarigheid opgeheven , en men zoude meer eene gelykheid in de Regeeringsforme der Republiek doen ftand grypca* Wanneer deeze zelfde wyze van Nomineren van fehepenen en Burger Hoofdlieden plaats had, zou dit, wyl deeze beide buiten het Collegie van de Magiftraat beltaan, te gelyk een waarborg voor de EurgerlyVe Vryheid kunnen zyn, dat in andeje plaatzen, waar en de Burger Hopluiden, en dc Schepenen , tot het Collegie van de magiftraat behooren , door een byzonder Collegie van Meentemannen of Gecommitteerden, uit de Burgery alleen kan gefchieden. Amjjterdammtr. Ik begryp zeer wel de noodzaaklykheid, maar ■Ook tevens de moeilykheid om die zaak te effectueren — men ftelt alle middelen in 't werk om by ons alles voortekomen wat maar eenigzinsnaar dergelyke redresfen zweemt, of daar toe kan leiden. Dit is ook de reden waarom ons Genootfchap van Wapenhandel zo weinig opgang maakt;. «ie*.  ( m > Men weet door dreigementen en beloften elk, op wien men maar eenig vermogen heeft, vanher Jidmaad'chap daar van , aftetrekken, en veelen myner Stadgenoten,het doe: my leed dat ik het moet peggen," hebben geen ander patriottismns dan de intrest van hun beurs, Stichtenaar. ' Als de Burgery zelve onverfchillig is omrent haare rechten, haare waarde niet wil, of weet ce doen gelden — wanneer zy verguld is met haar keten, dan is 'piet uit en het is niet der moeite waard, dat men zich om haar sekemmere, Amjierdammer. Er is echter nog een groot aantal Burgers , gelyk ook eenige Regenten, die gaerne alles zou, den willen toebrengen ,wat maar eenigzins zou kunnen ftrekken om de algemeene goede zaak te bevorderen cn tot hec uiterfte toe vuorteftaan. Stichtenaar, Wel r,u, dan behoorden die welmeenende Burgers, tot onderfteuning der beste Regenten, zich by een gepast adres aan den Magiftraa: ce vervoegen mee verzoek, dac ingevolge het algemeen project der Grondwettige herftelling der onaf hangly. ke| Reprefentative Volksregeering ook mede in Amfterdam de invloed des Volks op de aanftelling hunner Reprefentanten mogte worden geëffectueerd. Wanneer zodanig verzoek met den gepasten ernst wjrdt voorgefteld en door hec voornaamfte^edeel« te der gezeten Burgers wordt ondertekend, d n is 'er geen twyfel aan, of de besce Regencen,geyugfteund door hunne Burgers , zullen mee meerder kracht deeze zaak kunnen doorzetcen. Indien de Burgers niec zelve handen aan het werk ftaan, is Xx j het*  Cr©4) het, gelyk wy meermaalen gezegd hebben, niet ligt te voorzier; dat deeze zaak immer een aanvang zal neemen , veel min tot een goed einde zal gebragt worden. Amersfoorder. Het is onbetwisrbaar dit als de eene Burger al. tyd op den anderen blyfe zien en de een vuor den anderen niet de eerfte durft zyn , dat men dan al rasch vrywillige flaaven moet worden — wanneer men gelykerhand zuIk een zask in 'twerkftelt, dan vervak van zelve bet gevaar waar voor men bevreesd is, van het onttrekken van ciandific, leverantien, het opzeggen van ambten en bedienin» gen enz. behalven nog dat een weldenkend Burger zich moet vei genoegen met het- betrachten van zyn pligt, zonaer door eigen belang zich daar van te laaten aftrekken of te rug hóuden. Heefc men niet alreeds gezien hoe men hec voornaamfte bol» werk der Vryheid, de vrye drukpers heefc zoe. ken cc beteugelen, op eene wy/e die zelfs in Ve* netien niec fterker zoude gepousfeerd zyn , en die in eene Monarchie onftaackundig en ongeoorloofd zoude gerekend zyn. Amjierdammer. Het is zeker dar het geval van Hespe en Verlem in den beginne fterk geëclatteerd heefc, cn door veelen myner Stadgcnouten als een daad van ge» tveld is aangemerkt, en hoe zeer de Schepen Commisfaiïslen een verdediger hunner wondere crimineele procedures gevonden hebben, zo zaï tóch elk Nederlander welke dn zaak naauwkeurig inziet moeten bekennen, dac dezelve niec anders, dan door c'e chicane der praktyk, voor eene vrye Republiek zal kunnen goedgemaakt worden. Stick*  Stichtenaar. Wel bh, voor dergelyke gevallen ligt men date'vks bloot, wanneer het volk geen den minften invloed bekomt op de aanftelling tier Admnustrateurs der politie of justitie — want hoe zeer het Hof van Holland, om verder ec'at voor te komen de nukken der procedures heeft opgeëischt; van welke gevolgen is dit toch geweesc voor de gedaagden fzy hebben immers hunne vonni'fen moeten ondergaan, zonder dat 'er nog nader redres gevolgd is. En wac zal het gevolg zvn, m gevalle de Burgery blyft ftü zitten en toelaat dat de ftadhouderlyke invloed alleen gefnuikt worde? in gevalle men tracht te foucinereu dat de Graaflyke magc alleen op dc Staaten, 05, de Regen-en is overgegaan , zonder dac het volk daar eenig deel aan heeft; is men 'er dan nier veel erger aan wanneer de graaflykheid by vee en berust, als toen ze bv éénen huisveste ? Wanneer de cerften tot cyranny overflaan, wre zal hen dan becougeien en binnen de paaien te rug brengen , wanneer zy alle banden van hun gezag zo vast hebben weeten te maaken, dac ze aan alffc takken der Maatfchappv. verbonden zyn— Kn als dit de Vrvtieid was die wy bevogren hebben in onze voorouders, dan hebben wv niet de Graaflykhcid, maar den Graaf afgezworen 0111 ons onder eene ftrengcre eeuwig duurende Graaflykhetd van veelen te begeeven. Dan hebben wy ons te vergeefs mee de vryheid gevleid die wy nimmer bezeten hebben. Amjierdammer. Ik geloof zeker dat men het daar heen trachr te ftuuren en het zou my niet bevreemden dat de Stadhouderlyke party daar mede onder joeide. Stich*  (7^) Stichtenaar. Daar is geen twyfel meer aan — dc Stadhou. derlyke party heeft zich by de Aristocratifcbe ge. voegd, dit is de oorzaak dat de Volksvnender. overal de onderleggende minderheid uitmaaken. Middelburger. Ik geloof dat dit nog de politiekfte trek is van de pnnlche party, die zy nog heeft vertoont. Zy weet dat zy door de Aristocraten hoog te verheffen, dezelve het naalle aan hun val brengen, en zich zelven weder op den troon heipen, zo als in de jaaren '.674 en 1748 het geval waf. —Ivlen heeft gezien noe weinig moeite het in heefc om den Stadhouder binnen zyne' paaien te rug te brengen, indien het de Regenten recht ernst is maar ook hoe veel moeite het in heeft bet volk zyne rechtmaatige vorderingen te ontzeggen wanneer het zyne rechten kent en durft voorftaan. Die heeft'ons Utrecht geleerd. Kn ingevalle Amfterdam, in geval.ede Burgers van andere fteden die voorbeeld niet volgen — wanneer die van Utrecht zelve met haare Regenten, tegen de voorftemmende leden, niet volhouien , dan legt 'er het redres voor altoos toe, en men zal onder eene veelhoofdige Aristocratifehe Graaflykheid, en van deeze door de uufpattmgen des Volks, onder eene volftrekte eenhoofdige Regeering ge. raaken, veeLerger dan men immer te vooren geweest is, Stichtenaar. Daar is haast geen twyfel aan. En dit onheil is niet te voorkomen dan door de tusfehenkomst des volks zelve en deszelfs invloed op de Regeering. Hier coor zai men en den Stadhouder, 6 en  C 7*7 ) en de Regenten binnen hunne juifte bornes kunnen bepaalen en de Vryheid ftaande houden* Wykenaar. He Hemel geevc dat allen onze landgenooten eens d*i oogen geopend worden ,om het waar welzyn van hun en de volgende geflachten te zien! Myn^Heer de Vrye Nederlander t\ Tv at zyn toch de redenen dat de Heeren Gedeputeerde Staaten 'stands van Utrecht by aanfebrvving van den 12 November 1734 op autho. rifatie van de Heeren Staaten van den 10 derzelver Maand de respective Schouten en Gerechten ten platten lande hebban aangefchreeven en gelast, binnen den tyd van 14 aagen ter vergadering van welgemelde Heeren Gedeputeerden in te die» nen een behoorlyke opgaave der Perzoonen welke boven de 18 en beneden de 60 Jaaren binnen elks district gevonden woidcn, bekwaam om in Cas van no?d den Lande van diens: te zyn ? Wat zyn toch de redenen dat bovengemelde Heeren Gedeputeerde .Staaten den 10 December 1784 eene publicatie hebben gearresteerd, in zich bevattende eene provifioneele ordre op de exercitie ten platte Lande ? Wat zyn toch de redenen dat al verder dezelve Heeren Geuepureerde S'aaten by aanfehryving van den 28 January 178"? hebben gerequireerd de respective opgezer^nen te onderrichten van de waare intenrie van Hun Rd. Mog. ontrend het recht verftand der bovengemelde Publicatie van den 10 Xber 1784. te gelyk met recommandatie vaa'  van alle mogelyke aanmoediging tot dc .Vapenoér* fening ten platten Lande te doen ? Wat zyn toch de rédenen dat niet alleen fchouten en Gerechten maar ook de Predikanten en Roomfche Pastoors zyn aangemaand om hunne respeftive gemeentens tot de Wapenoeffening op te wekken en aan te rnaanen ? Wat zyn toch de redenen dat de Heeren Staaten of wel dc Heeren Gedeputeerden op Authorifatie van de Staaten voor ongeveer Zeventig Duizend Guldens aan Wapenen voor het platte Land hebben doen leveren ? Wat zyn toch de redenen, dat die Wapenen niet worden uitgeleverd, niet alleen aan allen die geenen waar voor dezelve gemaakt zyn, maar ook niet fpeciaal aan die van het platte Land , die daarom iterattvelyk, zoo by monde, als gefchrifte verzogt hebben* Wat zyn toch de redenen , dat de Heeren Staa* ten hebben gcrefolveerd, by refolutie van den 25 Feb. 1784. niet alleen de bezwaaren, van de' ïn maar ook van de opgezetenen te requireeren; en zulks tot heden by publicatie, of op eenige' andere wyze ten platten Lande, niet is gefchied? Wat zyn toch de redenen dat de Heeren Edelen of hèt tweede Lid van Staat, hebben kunnetf goedvinden te déclarceref): dat ten platten Lande geene bezwaaren zyn, daar zy niet ignorant kunnen weezen, dat 'er aa'nnierkelyke bezwaaren door diverfe Gerechten, fchoon ongevraagd, zyn ingele. verd, en 'er nog veel meer in te leveren zyn ? Wat zyn toch de redenen .. maar laat ik ophou. den met vraagen, wantik had anders nog" wel een geheel Boek papier noodig Ik zal liever by vervolg eens weder beginnen ; echter moet ik nog «enige vraagen op de bovengemelde vraagen doen. Hebben de Heeren Staaten, en by Authorifa. tie derzelver Heeren Gedeputeerden, de opgezetenen tot de Wapenoeffening aangemaand, om zich van bun Eed en Plicht te acquiceeren; om te avol-  c 709 ) voldoen San het Conftitutioneele van de republiek; aan het agrfte Articul der Urne van Utrecht, en orn de opgeiteier.en in ftaat te ftellen, om teu allen tyden en Dy alle voorvallen,, zich zelve te kunnen verdcedigen ? of is de aanmoediging gefchied, om de opgozetenen zoo by Publicatie, en in de Gerechtshuizen, als op de Predikftoelen, in de Proteftantfche en Roomfche Kerken , als 't ware openbaarlyk te abufecren, en op onnoodige kosten tc jaagen, met het doen aanneemen van dril - meefters, mitsgaders vuur , licht en kiuid ce doen betaalen, ronder daar van by vervolg eenige vrugt te genieten? Zyn de bovengemelde voor het platte Land gefchikte geweeren, als uit de Provinciaaie Kas bcaald zynde, niec hec eigendom van de opgezetenen? hebben zyn dienvolgende niet hec recht van zc te reclamccren ? kunnen de Heeren Staaten, of derzelver gedeputeerden, die met redenen aan de opgezetenen onthouden ? zouden de opgezetenen met mogelykheid wel verplicht kunnen worden eenige meerdere lasten r>p te brengen, voor en ai ter die wapenen (waar voor zekerlyic ook die meerdere lasten zouden geheeven worden) aan dc opgezet enen afgeleverd zyn? Kan 'er inec mogelykhcid wel een Provinciaal Regeerings Reglement, alleszints wettig, worden gearresteerd, voor en al eer de bezwaaien van de opgezetenen, regulier zyn gevraagd en ingediend? Eu zyn de opgezetenen, ja is bet ganfche volk deezer Provincie, niet notoir verplicht, zien te» gens.alle fchikkingen van hunne repiasfentanten, met alle decentie te verzetten, tot dat aan hetgee» ne 't welk hier by, als eene verplichting aan de zyde der Regeering is voorgedraagen , finaal is voldaan. Artwoord my myn Heer als een Cordaat Man, by de plaatfing van deeze in uw geacht Weekblad, by de eerfte gelegenheid, UEd» zult niet alleen al-  C?-0 allé waare Vaderlarders verplichten, maar ook ay uitneerflenheid die betuigd te zyn Myn Hesr de Vrye Nederlander! Utrecht UEd. D. W. Dienaar, den ii January. 1786. EL Leergraag*- ANTWOORD. IBTet is ons rnoeyelyk op alle.deeze vraagen* rondborstig te antwoorden, daar wy en alle die de zaaken, hier voorkomende,eenigzins nadenken, daar m alleszins eene tegenftrydigheidinde refolutien en ordonnantiën der Heeren Staaten en hun gedrag zullen moeten ontdekken — wy zouden geen beter middel wecten dan, den opgezetencn ten platten lande te raaden, door de gezamelyke Schouten der gerechten , met deeze vraagen zich te adresferen, in gepaste termen, aan hun Ed. Mog. of der* zeiver ordinaris gedeputeerden ■ ■ deeze zullen "er mogelyk voldoend op kunnen antwoorden. Te Amfterdam, by J. Weppelman, F. H. Demp* ter, J. Verlem, D. Schuurman. Te Utrecht, by A Stubbe, J. Liefrink, en alom by de meefte Boek" verkopers a 2 Stuivers* j  3D E V R Y Ë NEDERLANDER No. 43. £ Vervolg der Samenfpraak in N~o3 41. ) Oyerysfekn Ün gevolge ons voorig gefprekheb ik weinig moed op het onderwerp van ons tegenwoordig onder» zoek, of naamelyk de drie overheerde Provinciën niet djor de andere behoorden ver osc re worden van haare drukkende Regeerings Reglementen, Geldersman. Indien dat niet gebeurt, geloof ik dat 'er by «ns weinig kans is, dat wy van ouder dat juk zul» len bevrjd worden* Stichtenaar. Wanneer wy de zaak uit het rechte oogpunt B dat is van de zyie der billykheid, befchouwens M Stok» Yy *»*  C ft* ) daii Btantwóofdt bet zich v*n zeiven , dat die léden ui; hun Hoog Mog. d*ie in den jaare 1674 dat College Compefeerden, naameivk dc Provintien Holland , Zeekind , Westvriesland cn Groningen , op weiteers' authorifatie ra het' uittrekken " der Ftanfchen uit Utrecht, Celdsrlamd en Overysfel dc Regeenrgs verandering aldaar is gefchied, ook verpligt zyn, om het onwettige, zo vesi in hun is, te remedieeren. Middelburger, Hun Hoog. Mog. hebben Willem den derden niramèï gelast om ,in die drie provintien nieuwe Regcerii g Reglementen in te voeren , maar alleen, zo als het flot van derzelver refolutie van den 20 April IÖ74 woorde'yk luidt: ,, En hebben voorts „ haare Hoog. Mog. aan meer hmggemeLie fyne „ Hoogh-ydt gedefereert, gelyk de jelve deferteren 3, h deefen, de Magt, en Audoritcyt, om na in. „ gekomen informatie van nu af inde hooggemeltt Pro. vimie van Uytrecht, mitsgaders inde Steeden en pltatfen van Gelderland en Overysfel by de Unie „gekoomen, en in defelve Provintie' van Gelderland ,, en Overysfel, mitsgaders de vordere Steeden en „ Plaatfen van dien, foo haast die mee de onder de „•■mo.gt van ae Unie gekoomen tullen z^n, die geene „ die de Regeerings in de hooggemelte Provintien of „ inde fleeden van dien hebben gecompo/eert of eenige „ Ampten, *t zy van Politie, 'justitie of andere heb. ben geëxerceerd of bekleed m ge functie van de ,," vüOtsz. htare Ampten te continueren, te her/lel. „ len , of ook daar van te verlaaicn, en foodanige „ andere in haare plant/en , of mderfints 'in de va. ,, cante of déficiërenie plaatzen te committeren, en de de Regeeringe in de hooggemslte provintien fooda,, mg te crdonn;renj,n bcflcllen , aU hooggemelte fyne „ Hoogheyd oordeelen fal best, bsquaamst en voorden ,, Landen t fekerst te weefen '.behomkhk dat d'egee„ nen, alfoo van de yoorsch. bedieningen of Ampten  j /oz/de moogen werden verlasten, daardoor, aan dg {! eene zyde niet J'ulUn werden gequetst of benadeelt irt *' haare 'goede naam en faam, en dat ook van de an. \\ dsre zyde, die geene die bevonden Joude mogen wor- \ den, haar niet na behooren te hebben gecompor\ teert, door de voursz* verla'inge niet en fullen ' mogen pretenderen, geexcujeerd te zyn van de llraf■ fe, die derzelver competente Re'hun, na de Rech" ten en Placcaaten van den Lande Jbnae mogen h oordeelen teegens haar in Justitie te moeten gedecreteert en geexecuieert worden, en dat ai.le " hkt zflve saj geschied! n voor deeze réy» !, se, sulks sonder eenige praeju1mtie of l\ consequentie voor het toekomende , en j, mi ede onvirm1ndert , en sonder fenig „ naoeil ' oor het toekomende, tef>* aansien , van de Privilegiën, vry en gerechtighee- /, DEV, de hooggemelte PrOVINTIFN IN 't GE-' MEVN OF de LeDES en ST..eden VAN DIEN in het parttcouer C'OMpETt frfnde " Ziet daar ,in deeze refolutie wordt iamers geen woord gerept van eene verandering van Regeerings Reglementen, maar integendeel j dat deeze Regee-rings verandering a'leen voor deeze reize en zonder prejudifie van iemand zoude geicbieden — indien het dus .de intentie van hun Hoog Mog. was geweest zvne Hoogheid hier toe mede te Authorifeeren, zou 'er in deeze refolutie, die anders'in alle andere zaaken zo exact is,van moete» gerept zyn i Stichtenaar. Het is wel waar dat WiixeM dé Derde zya last even zo verre is te buiten gegaan,als de leaen die toen het Collegia van bun Hoog. Mog. Co npofeerden hunne magt hebb n ovevfchreden; maar niettemin zal men moeten erkennen, dat het eerfte ee> idvolg is geweesc v?n bet laatfte. H-.t derMental Heeren,"die zich toen de ataatea Generaal Yy 2 - soera»  riemden, zyn bytoelaating de oorzaken van dl hec ra< t'. 1 oat de provintie doov hec overfchryden van dm last van Willem ue III. overkomen is, en in hun zyn het de provintien door welke zy geccmn itreeid wavcn in de Staaten Generaal. "Hun gedrag is dus door htmneptiucipalen goed of afgeremd. Hét ctrfte bivkc, want anders hadden zy terftond regen de gekomen refolutie zien moeten •ji-ra eren en het gedrag van Oen Stadhouder afkeuien Dan dit laatfte niet gefcrHed zynde, kandid r ; t rnders dan een vverk der Provintien Holland, Z-eland , Vriesland en Gi oi.ingen wcrecn geregend. Dun «nen nu fiechts bchoeK te leezen het H jiorisch V.eihasl en dc Gefchjutkundigf verkmdekng over de wyze van invoering dier Reglementen, om hec alleszins on^e tige en onrechtvaardige voldongen te zien; zo zal men riet verder behoeven tt vraagen, cf de bondgenoot en recht hadden om met ihurnemede onaf twmgelyke integrerende ieden van he> Bendgenoócfchap ts handelen, gelyk zy geCar.n hebbtn: cn by gevolg, of zy verpligt zyn om harre Bori'gerorcn weder te vci 'osfen ^ an het juk. dat zy raar orrtchtvaercigcp den hals hebben gelegd —-— En het maakt hier ip de zaak pren ver;mc!e>irg,dat de grzegde 13 gecommitt. terG . ^ernhtcit ongeiaf-t zvn geweesc cioor hunne princ p den nooh ook dat zy cioorWikem dc III. of zyn handlanger Fagei. zelve zynmisieid en overgehaald!.* Geldersman, Maar is die hrndelwyze van hun Hoog Mog. ïliet vvn zelve nu 1 en van onwaarde, en vervalt dus riet van ?elve alles wat door W illem de )1I. op hunne atfrhorifatie, of ingevolge, of boven ce 7ét e heeft gedaan cn verrigt? Want, hun Hoog Mog 'hebben recht en bevoegdheid gehad om met "de orie Provintien zo tehardelen alszygedïsn l ebber—of zy hebbtn het niet gehad. Zo zy het gehad hebben,dan zyn ze ook Verpiigt, om. ,tén einde die  C fis ) dje provintien van eenig nuc voor het bondgenoot» fchap te doen zyn, dezele ie srlosferj van den k'miscer aan welken zy fints zo veei tyd geboeid zyn gëweesfj Zyn zy riiet, bevoegd gewéést om ee*?e authorifatie te'verieenen, gélyk zy aeitati hebben, dan zyn zy ook buiten (raat om zied ais nu zo veei gezag te arrogeren ov er de fouve:aiui-* tci'. van ieene byzondere provintie, die op zich zeiven onaf Itórtglyk 1», en w.iar over zyzichgeene befchikkingenkunnen aanmaatigen.die aeaelve niec zonder haar zoude kunnen uitoefenen. Stichtenaar. Het is wel waar, dat hun Hoog Mog. in 'c ge. neraal, of ce Staaten dier-Provintien, Wier gecommitteerden ia 1674 zich zodanig noemden, geen de minde authoriteit bezitten cm, zo min toenajsniï, eenig dergelyk gezag in eene andere proviatie uic tcoeffenan, "om in dezelve een Regeerings Regie, ment te arresteren of weder te vernietigen ; maar dat integendeel de Staaten der toen wetteloos overheerschte Pro-dKticn, als mede de leden van dien , nier alleen uic kiachte van haare eigen fouverainneit, maar ook uit hoofde der onwettige bandelwyzcj zelve en alleen bevoegd zvn, 01a haare onwettige cn met de Unie van Utrèchr ftry. dende Regeerings Reglementen ce veranderen of co vernietigen, zodra hec welzyn of de frenmedes volks zulks vordert ; "doch des niet tegen* ftaan de is het onbetwistbaar zeker , dat hun Hoog Mogi of die byzondere Provinciën welke in 1674. dac Collegie compoledde.1, |veel zoude kunnen, toebrengen en verpligt waren coetebrengen co* bevordering van die zaak. Geldersman. Ik ben verlangende om te we?fen op welk een&v wy/e dit zoude kunnen en be.iuo. cn te geleideden,.' 5f y 3 ftfeii,  Stichtenaar. De Staaten der overige Provintien waren vtrpfgt de drie overhcerde tc helpen verlosfen van het juk «at door Kunne bewerkiog of toelaating dezelve is op den halze gelegd, t. om zich zei ven daar door te onheffen van den blaam die het verwy dat hec jaar 1674 op hen gelaaden heefc. 2. Om daar door die Provinciën weder nutcig te doen zyn voor het bondgenootfchap en in ftaat tc ftellen om te kunnen beantwoorden aan hec verbord de- L:me van U:recnt. — En zy zouden die kunnen doen, wanneer zv bv eene Staats Refolut e declareerden: „ dat zy. uit de ondervindina van zo veele jaaren gezien hebbende , van weike allerfchadelykfte , gevolgen de Reglementen v«n Re-eeni-g voor de Provintien Utrecht, -ueluerland en Qverys. fel in de jaaren 1674 en'vjlgerden, door Wil. iem den II!. dezelve opgedrongen, waren ge- weesr, zo voor die Provintien in 't bvzonJer. als voor hec algemeene bondgenootfchap , aan» 3' gezien dezelve'daar door niet alleen waren beS, roofd van een grooc deel van haar wettig ei- genaom, maar ook zo verre afhang-lVk waren gemaakt van de byzondere inzigten der Stad„' houden in der cyd, dac zy daar door geheel en 3, al hauden verloren de ftem en hec gezag van Vryeleden der Unie, en dus buicen ftaat w^ren 11 om de belangen van het gemeene Bondgenoot. ' fc:-,ap ce behartigen verder dan de byzondere *, belanden van den Stadhouder in der tyd , van 3' wien zy volftrekt af hanglyk waren, hun wilden " toelaacen: dac dit alles de gevolgen waren van S, eene handelwyze hunner praedeccsfeuren of lie» *' ver derzelver Gecommitteerden , zonder be* " hoorlyte lést hunner Committenten, en bewerkt ][ door de aarmaat;giFigen van den Stadhouder.yan dien tyd , onder den dekmantel eener authoriSt- [\ tic van H. H. Mog. • Dat zy, om alles „ toetebrengen wat mogelyk is, om behoorlyk te  C w ) ,, remediëren alles wat door hunne preJecesf-ti. ,, ren was verzuimd, declareerden, al het geene, '„ wat door Wnkm den ili, ten aanzien der ;n„ voering der Regeerings Reglementen der jaa- ren 1674 en 167? voorde Provintien Ucrcc.m, ,, Gelderland en Overysiel was vernet, eigener authoriteit, en zonder last of qualifieatie hunner ,,, Provinccn te zyn gefchied en in zo verre door derzelver Gecommitteerden, buiten ken,, nis hunner principalen, daar toe eenige aut'.io„ rifatie mogee zyn verleend, zy zulks varklaren tc z*n nul en van onwaarde, als ftrydende, mee „ de unie van Utrecht en de byzorii.ere rechten „ cn Privilegiën van elk lid derzelve, 'welke zy „ gezamelyk hebben bezworen te zullen handhou. 3, den: Dat zy om alle deeze redenen, en om „ van zich en hunne provintie afteweer-n alie ver» „ denking , als of luimee prct'eceafauren of zy be,, lang hadden gefteld of ftelden in het onderdruk* t, ken hunner bondgenoten, en konden gerekend worden mede deel te hebben in het te ondcr,, brengen van derzelver Vryheid als voorfenre,, ven , proponeerden aan de Heeren Sraaten der Provintien Gelderland, Utrecht on Overysfei', ,, om , uit krachte hunner eigen fouverainiteit en „ de ongehoudenheid van cénen haarer leden aan itts onwettigs en met het welzyn hunner pro* „ vintien ftrydigs, zich, op de begeerte des volks, „ ontftaaen te houden van den e«d op diVRegle,, inenten, by deszelfs invoering en remtroductie ,, gedaan, ten «inde zy daar door zouden inftaat worden gefteld om als vrye leden van Set alge,, meene verbond der Unie het welzyn van net „ bondgenootfchap, zonder door particuliere be,, langen te worden afgetrokken, te behartigen. ,, Dac zy teffens daar toa alle hunne goede diens* ten aanboden waar hurne bondgenooten zouden ,, vermeenen dezelve te behoeven " — Zoude gy niet meenen dat zulk een deelaratoir en propofitie, ©feene dergelyke, van eene goede uitwar. '^Y4 kiaa  fctng zoude zyn op de Staatsleden der overheerde Provintien en tot ondertfeuning van zwakke gemoederen, alsook to? aanmoeoiging van Cordaare Regenten en ingezetenen alie dit noodig redres voor lange hebben ingezien en daar op gemftcerd,?- Geldersman* In de daad, ik geloof dat dit het beste middel zoude zyn om by ons alle dilay en retardjement geheel en al voor te komen —'en ik twyfel nog of wy zonder dat wel immer tol eeni.; redres zullen gersaken De Stadboucerlyke invloed, veroorzaakt , door de af hanglykhei i in welke de leden van Regeering door het Regeerings Reglement gebragt zyn, maakt dat men by ons var zeive van geen redres zal willen hooren of daar mede beginnen, en dus zou zeker door zulk eene declaratie en opwekking der bondgenooten dc braaven worden gefterkt en in 't gemeen uezwal'. ke gemoederen worden opgewekt en aangifpoord om zich der flaaffche banden te ontrukken ea tuttige leden te woraen voor het bondgenoot fenap. Middelburger, V Maar wat mag dan toch de reden zyn dat H. B Mog. geen werk maaken om het ïioodige redres der Regeerings Reglementen in de dne overheerde Provintien ie he'pen bewerken? Daar het algemeen belang zo zeer vordert dat 'er eene gelykheid in de Regeeringsvorme der vereenigde gewesten plaats heb'^e; ren minfien dat ze allee en vry zyn om hun gevoelen, en niet dat van den Stadhouder alleen, tot wederftreving van dat der anaere leden van het Bondgenootfchap, uit te brengen en de algemeene zaaken aaar door te vertiaagen en agier uittezetten.  C7I9 ) Stichtenaar* De reden daar van is ligt op te maaken — deeze is geene andere dan die wy ten aanzien van Jet tegenwerken der algemeene Burger wapening in een onzer voorige gefprekheu neobCii opgegee» tren. W denaar. Men heefr gezien dar men in de provintien Utrecht, Geiderlanu en Overysfel niet maar bedoel» de v.m Meester re veranderen , maar om eene groriwettige herfteliing 'ce weeg te brengen, en bet volk in zyne rechten te herftellen. ea fints men dit g'e/.i n heefc, is het ganiche tooneel verandert —mi n heeft, voora1 in Utrecht;, Waar •van men de grootfte •• erwagting had, gezien, gelyk men nog dageiyks ziet, dat men op ue laagfta •wyze by ve le Rtgeeringsleden zien zeiven volftrekt Comrarieert, en al zyn practyk aanwend om hec volk ce misleiden en te bedriegen -en ware het mogelyk in de grootfte ongelegenheden tebrengen Men fchreeuwc eeuwig dac men eene volftrekte dcnocratie zoekt intevoeren , en hoe zeer de Burgery op allerlei wyzen het tegendeel zoekt, tracht men by ce Regenten alleen zulke maatregelen ie neemen, die niec anders dan eene Democratie moeien ce wege brengen, zomenzicfi voo* eene volftrekte Anarchie zal willen bevry. dei.. ■■ i ii' i Rn daar dit in Utrecht zelve plaats vindt, waar de Regenten zelve eerst aangevangen heb-en om het volk uic ce ooodigen m haare bezwaren optegeeven , zo kan men ligt opmaakehde' red n waarom en waar door de bonJgenooten worden ce rug gehouden om zich daar op ce verklaa» sren. V y s Over*.  ( 7** ) Overysfeier. Het 'gedrag van veele Utrechtfche Regenten maakt te meer de medewerking der Bondgenoten noodzaaklyk , daar het ganiche \ olk der drie overbeerde provintien roept om redres, daar de Regenten zelve hebben gedeclareerd ; dat door medewerking der Bondgenooten het onwettige Reg'effient is ie de waereld gekomen ~— en zy nu zelve weigeren te doen wat zy kunnen om hét te vernietigen — daar wordt het, myns bedunkens, des te noodzaaklyker dat de bondgenoo'en hun werk maaken om voorcekomen eene Regceringloosheid , of eene blindeünge yver om zien weder in de arme» eener Despotismus tu werpen. Geldersman. r Maar zou 'er geen aparemie zyn, dat zich de bondgenooten op een of andere wyzedeclareer uen omtrent de onbegaanbaarheid der bekende onwettige Regeerings Reglementen, en hunne interecsfie aanboden om de zaaken op ttn goeden voet te brengen. Stichtenaar. r Dc Staaten van Holland hebben zich daaromtrent reeds ten deele by eene «risfive gedeclareerd aan de Staaten van Utrecht, dan het fchynt dat dir niet anders is opgenomen d*a voor een Compliment en in rjc daad, hoe zeer veele Regenten in Holland en elders ten aanzien van de Burgers van Utrecht genoeg overtuigd zyn van derzelver billyke vorderingen en eerlyke principes, alsook van hunne onveranderlyke ftaDdvastighejd ; zo zou bet mogelyk niet geheel cn al ttrooken met de intentie der ftichtfche ingezetenen dat de Bondge. rooten zich, verder dan ik ftraks zeide, in haare redrasfen mengden misfchien zouden zy  C ?2I ) •verhellen naar de zvde der Regenten en Snstfneren dat het volk zien mee het hmshoudelyke der Redering niet vemugt te moeyen, en dat het bewird zonter omzien des volks volkomen moest verblvvtn in de hmdtén der Regenten en zo dia hét volk hier in toeftemde jou 'er geenoogenblik getwyfeld worden of het v olk de bevoegdheid bad om hunne Regenten uit den eed te ontflaan-of dat zy zich zchen kondenomflaan— of liever, de voornaame qüestie tusfehen de RiddetfcHap cn ce S.ad zoude opgeheven zyn tn de zwakke gemoederen zouden in kloekmoedige he'den hervormd volden, die door den arm eer Buracry onderfteund alle geweid zouden tarten dat eemgzins hun gezag wiaie ue.wisten. Qverysfeier. Ik twyfel ook of Zeeland en Vriesland zich wel ten nadeele van het Reglement van .074 zul- }en verklaren mogelyk zou de eerde zich zo voordechg omtrent he. zelve declareren als zy zich ten nadeele der alliantie met Frankryk heb ben uit gelaaten. Stichtenaar, Het is hier met hec Reglement van Utrecht van een geheel anderen aart by alle gefchil- len uie 'er omtrent de mtiodsclie van een nieuw Reglement plaats heboen, is men hec nogthans eens — tea minden éeae geweest dat het Reglement van 1674 fchadeiys en drukkend is en met geweid is ingevoerd. Aan den anderen kant is het niec minder duidelyk tc befpeuren, dac men het 'cr alleszins op toelegc om ce rechten der He. den en derzelver ingezetenen by de voorftemmende leden te verkorten en dezelve te overheeren. Daar dit Jan duidelyk is, blyft, 'er geen ques ie over voor de bondgenooten, wat in dit ge^al hun-  ) fconae zaakzy, waar ruiar zy zich, overeenkom, ftig hunne bezworen verpligting by "t veibond der Unie, hebben te gedraagen Zybebben zich aaar by niet alleen verbonden om de X aaten der I rovintie of de Provintie in het gene-aal , te helpen handhouden ftyvep en fierken, Lefcbuduen ende ook btfchermên jegens alle en een y0pJyk.J • ■ ■ - maar, om die perliculicre /teden, Leien en de Ingezetenen van dien haar luyder fpeciale en de particuliere Privilegiën, ffryiieden, Éxenptien, Hechten, Statuyten, luffelyke ui de welhergebrdchte Costnymen, Ufantien ■ wet alle behoorlycke en de tnogelyke middelen, ja met lyf ende giet (is *t noot) te helpen handhouden enz. £n noe kan dan dit eerfte artykel der Ur,ie meer letter lyk te pas komen, danjin 't geval waar in thans de Burgery van Utrecht met haare eigen Regenten en devoot {temmende Staatsleden verfeert. Amersfocrder* Het Is aller onbetwistbaarst, daar alle R^geering is om het volk en Biet het volk pin de Rcgeermg, daar de Privilegie», Handvesten en gerechtigheden het eigendom zyn van niemand anders dan bet volk, dat dan ook de bondgenooten fnecbal bezworen hebben de Ingezetenen te befchermen tegen alle force en geweid die haar, van wie ook, zoude worden aangedaan. Stichtenaar. Juist. En in dit geval verfcrea ook de Burgers van Utrecht , Amersfoort] en Wyk. De laat (te wegens het weigeren van Admisfic aan haare Gecommitteerden ter Staats vergadering de tweede omtrent het fubordineren van hen onder eene militaire magt en de eerfte omtrent het gedrag van veelen haarer Regenten in het weigeren van voldoening aan derzelver billyke begeerte. Mi'do.  (7*5 y Middelburger, Wet , het Regbmenc op dc Stads Regeeringsbe* ueldBg in Utrecht en vVyk is immers by de Regcering geapplaneerd en gearresteerd en dus hebben die ueden geen zwaarigheid voor haare Regencen. IVykenaar. By ons is daaromtrent geene zwaarigheid : maar in Utrecht is het nog zo klaar niet: veele Regenten wendeu alies aan wat ma .r immer mogelyk is om de refolutie van den ?o December, op hec voorftel van de Ridderlchap, weder te annulleren en dus die reiolutie op den 20 Maar: buiten effect te laaten, op fundament, dat die refolutie door dwang genomen is, N'jardiiollander, 't is om raazend te worden . alle willekeurige en gewelddadige refo'ucien en executienzo ontren. Wyk als Amersfoort genomen, moeten als wett'g doorgaan - cn zo dra de Burger* maar, overeenko nftig hec Charakter van een vry volk, op een hartigen decenten toon voor baar recht fprcekc, is hec terftond geweld, wanneer hec voor het algemeen belang en niet maar vodr de byzondere voordeden der particuliere leden is:! Overys/eler. Miar daar de leden der Unie hebben gezworen fpeciial ook de Ingezetenen bv derzelver particuliere privilegiën enz. te helpen conierverea, zon het dan me' nÖodig zvn, dat de Burgers der fteden Utrecht, Amrsfoort en Wyk zich gezarneiyk aan de ISondgenooten adrcsfcerdèn, om hunne k'iagten by dezeive intebrengen en dezelve aancemaanen toe het Eaiiomcn van dien eed? Stichtenaar. Voorzeker, indien de Regenten het zo verre heten konen dat zy alle billyke verzoeken en inltan en, der Burgers en ingezetenen als met voeten traden en verfmaadden, dan zou men tot deezen uucrlten ftap moeten k€men, om zyn beklag bv «ie bonugenootea in te brengen, en dezelve te cojj^  C r*4 > compelleven op hunne bezworen verpligting —» en 'zo men daar van hec effect niet ontwairde* zou men zich zo goed men kon in het geval zelve moeren redden en van den nood een deugd maaken. JVykenaar. Wy hebben 'c by ons gezien van wac effect, het adres aan de bondgenooten is!! SticHtenaat, De zaak rfceï Wyk was van een geheel andere natuur dan in Utrecht. De Regenten van Wyk hadden voldaan aan dc begeerte der Burgery, cn had dus liever de Regeefmg dan de Burgery in dat geval zich-aan de bondgenoten geaddresdèerd zou het mogelyk van betere uitwerking geweesc zyn* Daar hec in Utrechc omtrent in dezelfde termen is als in f>.n ersfoort, waar flectics eene kleine minderhuid der Kegeering hec mee de Burgery m baard billyke vorderingen eens is, en deeze du*, gezarne.Vk mee de Burgery ofte gelyker tyd, zich aan de bondgenooten behooren te adresseren, in diert zy bv flot van zaken zien dat 'er geepe andere redelyke middelen ;overfchieten. Wykmaar. Maar üel eens dat de Burgery van Utrecht even' als wy by de bondgenooten te markt kwamen! welke middelen zouden 'er als dan overfchie en om zyne rechten flaande te houden, en niet als flaaffche onderdaanen behandeld ce worden? Stirlitenanr. Geene andere middelen dan zulkej'welke alleen gezarneiyk door eene eersgezinde Burgery, als die van Utrechc, kunnen worden urgeoefend, cot voorkoming van alle verwarring cn Regeringloosheid , waar op men hec misfchien zou kunnen coe- leggen Dan welke middelen niet veel eer als°derzelver executie labooien gepubliceerd te worden. • Want te vergeefs zal men zich vleyen de Burgery h de hardfte proef te zien wankelen of raadloos worden. Zo als een Cbrrcspbndent van den haagfeben Courantier reeds zien verteelt*  C 7'-$ ) beeld of anderen tracht wys te maaken, dar eeri aantal van 4 .0 Burgers tot inkeer waren gekomen m berouw hadden van bun gedrag op den iq en 'so Dcc gehouden, alt of 'er iets taisdaaüi'gsware gep'ecgd of iets waar toe niec hun pligt en gurgerecd hen direct rieo.... Amersfoor der. . Misfchien is dar ten p-einlium tot opwekking der bekende 12^ fa.nilie requestranten van den 11 Mi;rt,om zich op dc wer«ing tegon denaoMaert" ain (taande toe te leggen, om hu-1 Corps tot 400 nier domeftieken, Vrouwen en Iviideren te auginenteren J Stichtenaar. Dat. zal '?r weinig tó#d»en —• zulke bullebak, ken zyn goed om kinderen naar bed rejaagen, maar niet pin eene honderdmaal getergde en teleur geitelJf Burgery in eene weiDereclencerde za ik te rug tc doen keertn. ik geloof gewis,, als men hec loepje ucuer practifcerde om quafie dé Raads-nlaatfen r.eder te leggen, dac dit de Burgery geenzins zoude decontenaneeren. ——tc minder, omdat fnen wel za! zorgen dat alle arrangementen totexecutie van. , Wreed fchabs gepubliceei de en geaffi* geerde refoluti», voor dén so Maert zullen ge^ maakt zyn, het zy dan dac de Vroedfchap, ingevolge hec gedaan verzoek, daar toe wil condescenderen, of. dac dc Burgery, wier zaak het alleen is, zulks óp zich zelvcn ingevolge die refolutie aj-rangere. Want die is Onbetwistbaar ze* ker, dat zó dra de volk? reprefei: can-en hec bewind nederlcggen, hec zelve onmiddelyk te rug keeicin den fchoot des volks, uit wien het oorfpronglyk is; zonder dat, Stads Regenten delisterende'vaa hunne posten, bet bewind over de Stad zoude kunnen gerekend worden op de Staaten over te gaan, wyl 'er buiten «Ie Stad geen Staat fubfisteert, alzo de leden van denzelven niet anders en in geene andere qualiceic aldaar kunnen Compare«Ma«., „' ren  (tri ) ren, dan als Gecommitteerden, en reprefeHtè* reide de Burgers en Ingezetenen. Middelburger. Ik besrryP ook da, het gaa hoe het gaa, hec Staus:cutevmgs Reglement moet gearresteerd blyven, zonder üac'daai van onüer eenig Frivool pretev-t ka; worden te rug gegaard Btrten dat tsheê nu allerdu.delvkst te zien dat men fee, e hoe geraamde redres! eö zal bekomen, tri daar het ligt voor uu te zien is dat 'er binnen de twte naa ikoinende maanden buiteftgtwoune zaakcnzmlen voorvallen, zo moet dit der Burgery van UtrectV drek. Jen om zich te haroen tegen den fiorm die baat bovt n het hoofd hangt — en noe veel dit ook v n hun gevdgd zv, z«J ™et hen daar toe aapmoediaen de groötfche verwachting die de Natie met erond van haar heeft, en het onbetaaloaar heil dat tv daar door der ganfche Republiek, zo wel als zich zei ven zal aanbrengen, waar door zy, mfpyt van heerschzuchtigen en Alteriingen, den roem van alle de volgende gefluchten zal verdienen es weg- draagen. u Suchtenaar. Ik voeg myn Weflsch by de uwe hoezee* ik geen óogenblik twyfel of Utrechts Burgers zullen her vertfouwed der Natie, ge yk tot hiertoe, verdienen , en, wat ook enkele laagcn wat ook fommiae Regenten mogen veranderen, zich houden aan het eens gevormde fysthema, dat zy thans h itf eenigst heil el vertrouwen moet ftellen n» Godtt zich zeh en, zónder te hoopen of te fteunej*, op iemand anders. ~ Te Amfterdam, by J. Weppelmah, F. H. Dcffir* ter ï. Verlera, D. Schuurman. lt Utrecht, by ■ A Stobbe, J Lief. tink, en alom by de m< efte Boekverkopers a 2 Stuivcis»  D E VRYE NEDERLANDER; No6 44. £ P'ervolg en Jlot der Samenfpraak in No, 43. J Geldersman, jCk begin langs hoe meer te begrypen de moe!ivkheid der beantwoording van onze laadtevrar g;. Wat den waarjcl/ynlylen uit flag zal zyn van alle a& poogingen tot redres der ingefopen abuizen, daar wy volgends onze taak, tegenwoordig van zouden fpreeken. Middelburger, .. Ik geloof dat men daar toe een weinig van de gave der Prophetie noodig zoude hebben ■- ~ want om het zeker te kunnen uitrekenen, daar is geen mogelykheid op, 'er is niets veranderlyker dan menfchen, en ik zie hoe langer hoe meer dat rnen op dezelve geen ftaat meer kan maaken, eni üit niet alleen omtrent particuliere perf oonen, maar zelfs geheele Collegien van Staatsmannen. tl Stuk. Zz Sit'cb*  Stichtenaar» Dat maakt zeker het ,vooruitzigt laags hoe rjsfaflfr wer — welk een fteunpylaar voor de Vryheid meende men voor twee jaaren te hebben in Vriesland cn hoe merklyk is die hoop verdwe-inen ! De dageraad der Vryheid in Utrechc is in den vroegen morgen reeds met donderwolken overtogen? en hoe donker ziet het 'er overal uit! Overysfeler, Het fchynt dat gy reeds begint te wanhooper> myn vriend, aan dea goeden uitflag onzer poogingen? Stichtenaar. Als men op die geenen, waar van als middeloorzaaken onze redding komen moet, geen ftaat meer kan maaken, waar zal men dan op vertrouwen? Als Recht en billykheid, Godsdienst en Ge# weten, geen geheiligde deugden enpligten, maar ydele voorwendzels van heerschzucht eu eigen belang zyn gewotden, waar blyft dan de zekerheid en goede trouw, die de fteunen der Maatfchappy moe» ten zyn ? Middelburger. Gy hebt reden myn vriend om n zo zwaarmoedig uit te drukken, maar geef den moed niet ge« heel op dc waarheid en het recht moeten 8- Cn zullen toch eens zegepralen! Stichtenaar. o Ja! dat geloof ik ook: maar wanneer? ■■■ ■ •« Misfchien niet in onze dagen. Mid*  ( 7*9 ) Middelburger. 5t Is waar, dat het zedenbederf thans mede tof ons Staatsgeltei door gedrongen is, en dac wy te vergeets zouden hoopen, indien wy on/.e Staat*, gelneken thans alleen door. eene zeden qervorming wilden verbeteren. De hervorming der zeden kaö niec dan langzaam en door den ' yd gefehieden, daar de Staat-gebreken thans eene fpoed.gé ge*, peezing vereifchen, zo de kwaal niet geheel eood» ]yk zal wo-ucn Maar net geneesmiddel in uwe provintie is reeds voorgefchreven cn door. jlle ervaren anzen goedgekeurd en hec komt 'er nu maar alleen op aan, dac hec zelve geappkceerd worde. Wyhnaar, y ' Het gebeurt veelcyds dac de natuur tegen de bes» ie geneesiii udelen opziet, en de patiënt eene hui«j vering gevoelt, wanneer hy de voorgefchrcvc.n rnetiicamentcn moet iimcemen , 'al is het dat hydikwyls dezelve middelen aan anderen ais probatum rie > Hec is op dezelve wyze. gelegen met onze politieke kwaaien en derzelver geneezing. Onze Staat zelve is doodlyk krank het hoofd ,-. . dat is 4 zy, die het lighaam reprcfenteren is geheet «nttteld, zo dac her tot krankzinnigheid dreigt ovei. te (laan, bier toe worden fpoedige gegeesm-ddélen vereischt, die den .lyder, al is het niet overeen-, kbmftig zyn tegenwoordige fmaak, al is het met èwang-, moeten ingegcev en worden. ■,• , 4  C ?i* ) Noirdhollander* t)rar Zou ik het ook mede eens zvn: en voörtfli Wanneer de lyder zelve voor zyne verergering t het middel had helpen prepareren cn goedgekeurd, lk her het menigmaal bygewoundj dac etc pacienc tegen hec irineemen van een drank of ander geneesmiddel aan walgde en alle fchoone zagre woorden die men hem gaf, om hec goedwillig inceneemen, rr.ee bitsheid afwees en tegen zyne helpers lehold cn dreigde, als of hec zyne ergfte vyanden waren , en naderhand derzeive om vergiffenis bad voor die bejegening, wanneer hy merkte dat hec middel de gewemchte werking had gehad. Amersfoorder. De Heeren fchynen thans lief hebbery te hebben om verbloemd te fpreeken — zou dat het teken 3\n, dat de voorzeggende geesc begon ce werken? Stichtenaar* Wel het is 'er zo geheel ver niet af. Ik geloof ja, dat het eenigfte middel van behoud zal zyn.' dac men den lyder hec waare geneesmiddel opdringe, en indien dac gelukt, zal het het eenigfte zyn dat tot zyn behoud kan dienen. Jmfier dammer. Iaat ons dan meer distinct tot ors vraagpunt ©ns bepaalen; zullen wy het begeerd redres ini n/.e Republiek geboren zien, of niet? ■— zo ja! op welke wyze zullen wy het bekomen? Middelburger, Ik ftel vast dat Utrecht en Overysfel ons dit zullen moeten^ beantwoorden; e» dat wel byzond'T Utrechr  C?3* 3 Utrecht zal moeten voorgaan Zo dat wy ons, dunkt my, zouden kunnen bepaalen tot hec beantwoorden deezer vraagen: zal utrecht haar dreigend lot te boven komen? • Kn wtdke invloed zal dit dan hebben op de overige provin» tien ? Sikhtmaar. jk heb 'er niets tegen , dat men zich to: die vraagen bépaale. Wy hebben in onze voorige gefprekKen gezien» dac alle verandering geen verba», termg is, dac zo uc Burgerlyke Vryneid door eenige verandering niec gebeterd en verzekerd worut, hec dan geen redres kan heeten. > Zo dan in eene Republiek , die den naam van Vrye]draagt, de fouverainiteit in den boezem des Volks berust, dan kan ook de ftemme desganichen volks bepaalen de wyze, op welke zy de gebreken in de Regeeringsvorm wil. gebeterd hebben. Dit nu hebben de Regenten van Utrecht geavoueert en op naam van deeze verfcheide redresfen m hec Regecringsbeftier daar gefteld, coc zo verre, dac een nieuw Regeerings Reglement door den Raad en hec volk coc ftand is gebragc, zoiJer dac 'er iets aan ontbreekt dan de daadlykè invoe-. ï ing. — Indien het nu na den afloop van dic-alles, den leden van Regcering alléén vry ftaat tebe-, ftisfen, of de Burgery al of geen gebruik zal hebben van dat geene, hec wcik overeenkom-tig haar recht bepaald is dat haar toekomt dan is 'erin de daad geen onderfcheid tusfehen eene despo- tieke en eene Rtpubhkainfche Regeering —• doch daar het bewezen en zeker is, dac het voile nimmer door Ufurpatie zyne fouyerainiceits rechten heeft kunnen verliezen, zo is het tegenwoor-. dig gcflachc ook aan haare Nakomelingen verpligt, om nimmer door een laf hartig gedrag dac gr:ed resht afteftaaö, maar integenueel , nu develegenheid, die wehigc noojc weder komt., d3ar, 3 is,^  ( f3* > zich te ontflaan van een juk, dat ineen oogenblik van verwarring en onvermogen, haar op rleh' hals g'jlegd is, en een middel daar te ftellen,* waar door het tegenwoordig en volgend geflach! terzekerd kan zyn van haare Vryheid en onvervreemdbare rechten Amjierdammer. Maar kan men zeggen dat het nieuw gearresteerde Regeermgs Reglement voor Utrecht volkomen pvereènftemt met het aêloud recht der Burgery', én dat zy met recht het zelve kan reclameren?, Stichtenaar. Niets zekerder dan dat. Men kan uit hetzelve met vérgelyking van voorige Reglementen wei aantoonen, dat haar recht en invloed voor heen wel meer, maar niet minder ulgeftreki is ge-' wees: ■ doch men heeft zich hier in naar de tegenwoordige tydjgelegenheid gefchikt, cn voornaamelyk de Hoofdzaak-en niec alle kleine byzon. aerhedén in acht genomen , zo als wy m een voorig gefprek hebben aangewezen, dat in een Regcering Redres het voornaam oogmerk moet wezen ™ en dac hec volk recht heefc om zulk een redres te begecren, kan ook mar geen de minde grond in twyfel getrokken worden. Ons tegenwoordig bellek laat niet roe die in he£ breede te bewyzen, hoe gemaklyk dit anuers ook zondeval» len, maar méri zou daar omtrent korclyk die kunnen aanmerken, hec geen men ook by het Concept van Redres wel degelyk onder hec oog heeft gehad : Dac wy in het herftel van de rechten der Provincie- en stad 'Utrecht, in het oog moeien houden , den Staat oer Burgeriyke Vryheid zo als dezelve óorfpronglyk was, cn dan moec men niec maar ce ïUg zien op den tyd, onmiüdelys voor dca Jaare  \&n; maar alleen op die Rèjeepin^vormë, zo ais ze voor den Jaare ifaS, eer Keker Karei en zyn Zoon Philips de reelaten des volks'met voeten traden j plaats had. Dee/.e kan men als de oorfpro/aglykc aanmerken, en tot deeze had men na dc arzweering van Philips de li. moeten wederkceren, tc meer, dair by de Unie van ütreeht elks oyzondare Rectiten, "privilegiën cn weiher» bragie Cotturnen waren voorbehouden , en hec fchenden van deeze de' reden van de daar op volgende afzweermg van Pnilips is geweest doch daar dit niec terftond, wegens de cydsomÜandigheden, konde gelchieden, zo bleevcn die zelve rechten des volks even onvervreemdbaar, dd^r alle Reglementen van Regeering, welke na de fluiting der Unie van Utrechc, coc aan hec jaar 1674, omtrent der Stads Regeerings bettelling zyn voorgefchreven , in het hoofd of (loc zéggen, dac ze alleen maar provifwieele vöOrfchriftea zyn —— Willem de III. had dus, indien hy de waarheid had willen geitand doen, van een Regiem1 nt voor te fchryven, dit naast en meest over' tenkwam met de Regtering zo als die van ouds geveest was, zyn Reglement moeten inrichten naar die, welke 'vóór de Ufurpatie van Keizer Karei hadden gefubGstcerd dan juist hec tegengcltelde ver- rigtcine, en een Reglement met geweld in voerende cn voorfchryvendc, waar bv de rechten van Stad en Provincie werden vertraptenderzelver goederen geroofd,kon dit ,nietcegenitaande deszelfs weder vernieuwing,-door'c geweld van opgeruid gemeen, in hec jaar I747, niet langer van. eenige kracht zyn , aan de algemeenc verblindheid des volks duurde cn men zich gewillig wiide onderwerpen aan een juk, waar toe men met geweid gedwongen was Daar dan nu de afwerping van dit juk tot deezen tyd toe is bewaard gebleven, 'wyl zo wel de drie leden van Staat als de ftemrnr des volks, opcn'yk hekben erkend , deonwetti-heu van dat Reglement, cn dat hcï van eé$ Zz 4 ^Ti"-  C 734 ) eerlyk Regent nier konde gevergd worden den eed daar op te vernieuwen zo kan nimmer wórden gedemonftreetd, dat het 'Volk daar aan kan ge- . houden blyven, daar hec nimmer eenige kracht van Volkswet daar aan heeft bygezet —- wyl een doldriftig gefcbrêeiiw van een onkundig gemeen in' hec jaar 1747. daar voor niet kan gehouden wor. den. Zo dra derhalven het ganfche Volk, zo als ten aanzien van Utrechc met her volue recht' kan gezegd worden, zyne Repre!ent,.rte.i niet langer wil gehouden hebben aan een wederregtelyk voorfchrift, en declareert, dezelve oaiflagén tc houden van den eed; al te onbezonnen en ligtvaer» dig op hec zelve gedaan , dan is *er niets meer dat hun daar aan kan verbinden, of men moer nog eene fouverainiteit ftellen boven die welke iiu den boezem van hec volk ontleend is. ■ Dit echter is hec geval en den ftaat des gefchüs in Utrecht, cn Van de beflisftng daar van zal hec loc van die en misfchien der' andere gewesten afhangen. .... ... Middelburger. Pik beg.-yp dat dit een moeylyk gefchil i>, wanneer zich de partyen het reent riet willen l'nh'. riiitteren ——daar het rechten de reden volkomen aan de zyde der Burgery is, za! hier mede vpor de ganfche-waereld moetenbeilist- worden, of *cr daadlyk eene fouveiainiteic oorfpnmglyk in'den boezem des volks berust, en of ieder der zeven ■vereenigde gewesten eene reprefentative volksregeering, dan wel ee-e Staats fouverainiteit uit maaken en verder, of deeze meer recht¬ heeft om willekeurig te handelen , dan een despotieken Graaf, zonder dac hec volk zich daar ce- gen'zoude vermogen ce ftelles? lk weet wel, dar der Stads Regenten zich verfchoosen, dat zy wel het onwettige Reglement van 1674. wülen Leipen vernietigen, en het bereids gearj.es>' ■ ' r teer-  ( 735 > teerde invoeren, maar dac zy eerst door de Staaten, moeten ontflagen zyn van aen provin; ialen eed op, hec vorige gedaan: maar daar het volk door üe Staaten gereprefenteerd wordt, en dit reeds gedeclareerd heefc het daar voor cehoudes,als of zy tiaadlyK uic dien eed ontflagen waven , wac zal dan in die geval de ftem der Staaten meer uit doen, daar uerzelver principalen zich bereids gedeclareerd hebben. Stichtenaar. Het is duidelyk uic alle de omftandigheden optemaaken, dardic maar een loos voorweodze'1 ,