WA ARE en ONPARf YDIGË GEDACHTEN, OVER DE MISLUKTE PROEF Van 't Genoodschap F E L IX M E R I T IS. Aiomine tc bekooraen k 5I Stuiv,-  Oi cdr^iam Ofapientiam, üon&rc,  ( 3 ) Niets, hoope ik, zal het Publicq aangenamer zyn, als ecne onpartydige Lugt-Patriottifche gedagte ,• betreffende de fraaijs ver fier de Lugt-Zak, op kosten der Maatfchappy Felix Meritis, onder opzigt der Wel-Ed. Pïeeren Mede-Leden van Moerbeek, Weddik, van Bar>tevelt en Engert vervaardigt', op den ïoetfteen der waarheid te horen beproeven. Nimmer z.oude een — eenig weldenkende, de hier op, betrekking' hebbende even ziellooze als lasterende Hekelingen of Pasquillen, zynen aandagt waardig achten, indien niet de.algemeene nieuwsgierigheid, elk een ainprikkelde, om tc weeten wat hier over gezegt mooge worden en de .redenen zyn, dat dien gehoopte Lugtverheveling zich niet verre boven het brein zyner Beftierderi heeft kunuen verhogen. Ik zal in deezen trachten aan dit b'illyk verlangen te' voldoen; — en tevens op ecne vrymoedige wyzeT onderzoeken en aantoonen; waar door deeze Proef dc algemeene opmerkzaamheid van" 't Publicq tot zig getrokken heeft, en aan de zeer kundige Heereri Befiierdéreü zoo veele loftuitingen zyn toegewyd. Wat aangaat de mislukking der,Proeven: wie zoude 200 laag denkende zyn, dit aan de onkunde dier verhevene Natuur nafpoorende Mannén — bekend door hun-, ne geleerde Schriften , uitmuntends door de verhevenfte Proeven der Natuurwerkingen en de kragtcri der onderfcheidene Lugten,toe te fcbryven;Ik ondetfteüe veeleer en geloove". dat ieder, welke met eenige opietténheid de' A a Wé-  ( 4 ) recie reeds hier over gefchrevene Schriften geleezert ei? de Aftekeningen gezien heeft; daar van een Beitierder Worden, met beter gevolg en eenemetStrooluchtgevulde Bol Mn verryzen laten; — fwy.1 elk veritandige hier in gcene kundigheid of geleerdheid (tellen kan] zoo men niet, van de hier over gegevcue beproefde wetten, doot eene al tejgroote uit Luchtvollc Harlenvaatcn voortibruitende verbeelding zyner eigene vermogens, afvvykt. Om dan aan dit gefield onderwerp regelmatig te beantwoorden , heb ik zulks in 3 Hoofdflukken afged'eelf. HET EERSTE HOOFDSTUK Bevat de waare redenen waarom de Proef mislukt is* Dit valt van zelfs in 3 Onderdeelingen. Eerftelyk: Over de groote en zwaarte deezsr jErofiafjfchen Machiene. Deezen was van Montgolfter zyne opgaaven zeer veeï verfchillende en zekerlyk de groote oorzaak van deszelfs affiniteit met de Aarde. De zynen was uit dun geverniste Taf, zeer wyzclyk, dus Ügt te zamen gefield; — deezen daar en tegen uit grof, zwaar, dik gé»omd, gevernist en konftig bclineert Linnen; — waar door cïfr zichtbaar Lichaam, van 14. voeten hoogte en 17 voeten middellyns, het aanmerkelyke gewigt van circa negenrich ponden verkreegen heeft; zoo zeker dit is, vertrouwe ik ook: dat de Engel- fche uitrekening, door den wiskundige Heere JRnee be'Liu Jiu'gt; — waar door aan deze Machiene in alle zyne vol-  (5) volkomenheid, circa 30 ponden vcrryzende kragt, toegekend is; wel en wyzelyk uitgerekend — en op even en nog verhevener gronden, dezelve zoo iterK, duurzaam ea dik befmeert, tc laten vervaardigen. Imineiq kan men niet gelooven dat het gebrek van benodigde Penningen de redenen geweest zyn, in plaats van dunne Taf, grof Linnen te neemen; wyl de Edele Hecrcnte leur gefielde Leeden dezer Maatfchappy , door edel' moedige Intekening daar toe ecne Somma van omtrent negen honderd Guldens geconteibueert hadden; zouden ook de wyze redenen der Heercn ■ Beflterderen daar m beitaan? dat hy des te hoger zoude klimmen — een meerder aanklevings-kragt in de verheven dampkring bezitten, -— Iterker en duurzamer wezen, om de fariguen ter nafporing der Electrke S toffe, — Dondet en blixcm, — de vorming van Hagel en Sneeuw, de oorfprong der Rcegen, en wat dies meer Is, boeter te kunnen uitftaan? of wel, door zyne eindeïpoze verheffi; g by zynen aankomst, door de Lugt-verhevelingen of Pianeet-bewoonderen, met het behoorlykRelpect, voor het wapen onzer Waerelditad, of de zinnebeelden eeuer door verdienften bloeijende Maatfchappy, gebonoreert en outjarigen te worden ? Ten tweeden : Dc gedaante van het Groefwerktuig. Dit verfchil, met die geenen, welke Montgofi r (*.) en andere met ftcces vcrva-.rdigt hebbgn; was ook zeer opmerkelyk, zy waren alle bynalüol- of Ey-rond, waar door haar aile poogingen van omkantelen benomen w'erden,cn zy destc beter en zekerder kondenryzen; dceze integendeel zoude, om hem een veel heerlyker pra : -» (*) ne ?ynon $f Franfche vo£ten Dïajneeter en iynf jreJieeie c;r~ fUiuferctrtic Hedroeg ongeveer omtrent ï:qqs Cufftcq voeten , tcr^ ruiiii'dar pefchikt was. om 15*80 punten gemeene LucHt t c^oevktren 9 dc d.tmpluflt de nelft ligter zynde 5 bedrbeg $90 pond , dc Ballon me« ïyn tocKfhoorcn woog ^-9° pf,nd , hier uit vi^lgt; dat Iiy nog $i:c$ 5f-3 r-* -'' fÉfregzttidc kragt behield? A 3 ■  luister by te zetten, eene Colom verbeelden; en was dus' zeer langwerpig, van boven ftomp toeloopéndé'én meteen lange hals, volgens eigene vinding, — misfchieri daar op gegrond: dat alie Vliegers met een lange (taart voorzien, het egaallte opgaan en het Itiifte in de L'ugt ftaan. Dan hoe verheeven dit ook uitgedagt mag zyn! Ziet men ook hier in, hoe wankelbaar het is Kalteeleh in dé Lugt te bouwen; kan ooit iterker bewys hier van gevordert worden ? dan dit /Eroftastifche Moufter, hier van opgelevert heeft; wanneer zyn zwakke lichaam door ïyn drukkend hoofd zeer fchielyk moest bezwyken, en zig tot de aarde vernederen , om met een eerbiedig compliment, het Wierook zyner kragten, aan zyne voortreffelyke Beftierders weder te febenken; waar door zy genoodzaakt wierden, zyn ingeplant Levens-vuur (*) , aan de verheevene Lugt gewyd; — met een ander Element te verdooven, om hem aan her dreigend gevaar, of zyne geheele vernieling te ontrukken. Ten derden: De manier van vulling en loslating. Schoon dit ook veel opmerking verdient; kan men hier in de geleerdheid der Heeren Beftierders niet aan4 randen, wyl 'zulks niets 'meer vordert: als een gezonde beoordeelings-kragt. in hoe verre zulks geflaagt is,zal ik niet naauwkeurig bepaaleh, hier toe word höofdzakelyk vereischt: dat namaateri de Machiene met damp wordt ver* vuld, dezelve, door de om haar geplaatiteLieden, evenredig en "ïagjes verwydert word, en'niet met zoo veel geweld naar beneden getrokken, dat het Iterkfte koord verbreeken moest, gelyk by de eerfte vulling gebeurde. Dat de damp zoo fchielyk als mooglyk,zonder zoo eenaau" 1 '■ ■ ' ■ mer- (') Onder aan de hal« deezer Zak, was «en bak met branden Ja Voorloop geplaatst, om dooi desaelfs hitte, ecne de» te koger en iump g*»er xeuse toe te brengen, ... * j . (*) Onder aan de hal« deezer Zak, was een bak met brandends Voorloop geplaatst, om dooi desaelfs hitte, ecne de» te koget en duay g*»er reuse toe te brengen.  mcrjtelyke vlam, waar dopvdc Stoker of Machiene'gevaar loopt,' in gebragt, en men opmerkzaam zyn moet , hem dus wel gevult en ontvouwt zynde ; te regter tyd opeen duid'elyk Sein, cen Parig e!1 ogenblikkelyk los te laten. Ik hoopc in deeze 3 korte Afdeeüngen, de reedenen waarom de Attraxie der Aardfchc Lugt - Machine, zoo fpoedig als op een(*) Atlas neder daalde, voldoende verklaart te hebben en dus volgt: * HET TWEEDE HOOFDSTUK. Waarom deezen Proef de algemeen? opmerkzaam• heid van het Publicq geworden is. Dit heeft hoofdzakelyk in de verkiezing en het gedrag der Heeren'BeUierders haaien óorforonk. Eerftelyk: Wyl de Maatfchappy deeze , als de bekwaamde Mannen, de Ecre deezer Conimisfie opge-; draagen heeft; Haar Edclens uitmuntende en reeds aangeroerde bekwaamheeden, waar van zyinde Maatfchappy der verdienden, over de reeds bekende en herhaalde Proeven ccniger Lugt verfchynzelen; de fraaije en zeer 1 Intruciive bekendmaakingen der leeruelïing en verfchiileri, tusfehen FrankïynzU dp Abt Nokt, over ricElcclrice ftoffc — eii het deen Ryzeu van eenige kleine Lugtbollen met vaste Lugt gevult. In deszelfs gehoorzaal zulke uitmuntende blyken van kunde gegeven hadden; kon men ook van deezen , in andere Landen reeds hei- haal- f\De MmMu* viA in m tweede Hortin», ia-jt ot> de fchoud«en { ') De Maehiue viel in zyn tweede lïorting , ia;'st op de fchoad^en, tan een zi.va-.ke Man, en vertoomté dus niet ongsjyjt de Atlty va^ i MUU Capttgal. A 4  ( 8 ) haalde Proeven, niets minder als dc beste uitkomst te ger moed, en de oogen van duizenden op haar gevéstigt zien. Ten tweede: Hoe kon men het algemeen fterker, op iets grooter of heerlyks, doen hoopen en vast vertrouwen, dan het zelve van tyd tot tyd uit te Hellen, om alles ten faveur te hebben, wat vereischt wierd, om de Proef in zyne volkomenftc kracht ter uitvoer te brengen? Hoe kon men deeze invloed algemeener maaken, dan zulks in het Articul van Jmtferda'm, in den zeiven Courant, met de namen Uwer Wel-Edelen als flonker Lichten aan gantsch Nederland aan te kondigen 1 Ikerkenne zeeker: dat eerst genoemde naam alleen genoeg was — om alle, welke eenigzints in de geletterde Waereld bekend zyn, i n het fterkfte yertrouwe, in de abfolute — en beste gevolgen der Proeven te bevestige — en dat niemand iets minder verwagt heeft: als'wy alle, tegens verzekering zyns levens, met meedelyden aau- fchoud hebben. Ten derde: De overtollige uitnodiging door een mcenigte gedrukte brieven', welken boven het geöor loofde getal , tegens de Conditiën der Jnteekening ,\ aan een pnnoemelyk getal Perfoonen , van' allerlei Rang en Staat, onder de begroeting Wei-Edele Heer; zyn rond gezonden; dit zy'my vergund een weinig nader te befchouwen. De vier reeds genoemde Hccrcn Bellierderen, welker namen onder dezelven uitgedrukt itonden; hebben zeekerlyk haare zoo uitblinkende kunne niet alleen onder het lichaam van Felix. Meriiis, willen fmooren; maar, om doch zoo veel mooglyk, alle monden van haaren Lof. te hooren weergalmen; — daar door den toegang zelfs aan den geringde Schoenlapper, ik zegge: Wel Edele lieer S. L uitgenodigt , gejyk my zelfs, een dier brieven door .een Wel-Edele Heer Kruyer. als; Eigenaar derzclyen, vertoont is. Uit  ( 9 ) Uit welke kooker deeze brief zyne ooripronk verfchuldigt is, moet men uit de beide bovenst geteekende, beiluiten. Ik zal eens inwillige dat de plaatzingc der Naamcn van de Wel - Edelen Heere Beftierders naa 't Al~ phabelh , gelyk in de Courante en Entrée 7 Biljetten, 'êr door konde. Maar dat ze, onder evcngenoemde brieven aan de Wel-Edelm Heer en , de zeer Geleerde Heer Ab. v. Moerbeek M. D. onder aan geplaatst hebben ; kornt onbegrypelyk voor, daar Zyn Wel'Edels doch de twee bovenite Heeren altoos met zyn Geëerds Ördre, kan vereeren , niet om eene lucht naar welgevallen in ecne Machine te brengen; maar wel om het edelfte Lichaam, door een haar Edele eigener en meer beproefde Machine, met de nodige vogten te voorzien; om het overtollige of fchadende even als de lugtzak benederwaarts te kunnen ontfangen , het braaf Chara&er Zyner Wel-Edele, moet ieder weldenkende doen wenfchen; hem, nog dt Heer Weddik even zoo min, als de zeer Geleerde Heer Doctor Zweerts, welke naa het bywoonen van eenïge Comparitien zeer wyzelyk, voor het aandeel deezer eere bedankte ; ooit onder de Circulaire brief der Liigt - Beftici-ders gevonden tc hebben. . DERDE HOOFDSTUK. Betreffende de redenen , ivaar om het Publicq, de Heef ren Beftievderen , door zoo veele Lof - Schriften , aan de O/ifterftykheid hebben, willen ontrukken. Des tc groóiter de beloften en zekerder dé verwachting van ecne Liöhl in 't werk te ftelle onderneeming is. Des te groQteti moet ook, wanneer het Pablicq daarin .2 leu» gefield Word; de verachting zvn. :\ S Dit 4  C *> ) Dit volgt; Eerflelyk: Uit het onwankelbaar en zeker vertrouwe dat zy m de goede uitvoering deezer Commisiie niet konden misfen, zoo zeeker dit ook is; — indien zyde daar over gegevene reegelen en de veele afbeeldingen onder V oog gehouden hadden, eri niet door haare by't -algemeen zoo zeer bemind mankende eigenfchappen (*) daar van afgeweeken waaren; en dien raadt en Tegen werpinge op gevolgt hadden, haar Edele, door Dr Zweert s, reeds genoemde Medelid, voor zyne fchydmg uit 't beuier zoowyzelykmeedc gedeelt; ik zeggen niets te veel wanneer ik U Wel-Edele Heeren Hooft-Beftierders! de fchuldige dankwyde, voor de Eere onzer Stad- en Land- en wel by zonder 't verdienstelyk Genootfchap hier , door verworve. — Eene Eere Helaas! waar door wy dikwiis Infelix Merites, enz. enz. in alle Publique gezelfchappen horen noemen, En welk een glans, moet zignïct over uwe aangezichten verfpreiden; wanneer deeze voortbrengzelen uwer verdiende — de hoogfte trap van fchaamte, met den Eekfaam van Emerites Schaamte hoort beftempeld. Ten tweede: niet minder heeft de algeroeene bekendmaking: dat de Proef reeds genoomen en goed gekeurd was; als eene vrugtbaare Akker vonr ha onkruid dejr Pasquillen gedient. Waar van, leugen of laster zal ik niet zeggen, het tegendeel zelfs gezien te hebben, dan wie fcoudc dit in twyfel trekken, eenig wanti ouwe op de Heeren Beftierders (tellen of haare fchreewende verzekering geloot wygeren ? en wie zoude tegen dit alles een eenvoudige Huisman, welke betuigde de Proef driemaal gezien te hebben mislukken, fchoonhy zyn Huis erf //o/daar reegen wilde zetten, dat dp#0/niet op zoude ry zen, ecniggc- lopf C') De «eedrigIie;d e» zeldzame Efgenfchap osnder de Celeer-l:*,  i Iï,) 't oof hebben kunnen geeven ? Schoon hy zulks voor het begin 'der Proeve verzeekerdebevestigde de ondervinding, Eilaas! zyne voorzegging(*). 't Isonwederfpreekelyk,de zugttot alleen bezitting en verwerving &tt omfterfjeljke Eeté *x\ Roem in welken g-y/Z^e Wel-Edele Heeren Beftierders 1 uwe uitblinkende wysheid niet hebt willen verminderen 'door by de voorgaande Proeve, de Approbatie der yr^fe /fcere» Commisfarisfen, of andere des kundige Leeden dér Maatjehappy over uw zoo lchitvaardig gefielde goedkeuring afte wagten. Ten derde: Be verkoozene Plaats. Zoo ondoorgrondelyk wys, als alle de voorige verhevene inzichten , is ook deeze, — deeze, moest verre van de Stad en groot genoeg zyn, niet alken voor de Leecen der Maatfchappy — welke wel Expres op deeze Conditie Ingeteekend hebben, ciwoor welker Reekemng alle onkosten alleen liepen ; maar wel , duizende anderen, een byna gelyk genoegen, in dit fraai je TheaterStuk zoude mogen genieten; alle uwe verheevene Inzigten 'zyn ook in deeze beantwoord; de natheid des Lands deed noodwendig de proef van tyd tot' tyd uitftelkn, waar door de algemeene verlangens aankweekten en de groote zaak bekender wierd ; dan ook teevens 'om dit groot genoegen met geene geringe moeite, of kosten, te kunnen by wconen ,wat voor dank is men C/Voor alle deeze wyze heftieringe niet al fchüldig! mogi zoo lang den Am(iel ftroomt-, uwe Eere van dezelve gehoort worden en de 'uitmuntende Zeegeninge der veelcn Arbeidslieden, welken gy 'aan dien Oord) hier door van 'eene halve dag Arbeid en Broodwinning ontftagen en welken U te ge- ' W (*1 By 'tuito-aan der Poort fprak deze Huisman de hem vooorby ftree. vende mee'nigte', dus toe : viel tvat haaUgf n ? G..M doch tnaar zacn-és „v zult oog vroeg genoeg komen , de Bol zal tog met op gaan , zy hebben 't driemaal geprobeert en hy wilde met,_*ou hy't nouw vooj de vierde reis dpenv ft bouw myn Hms en Hof daar t. ge» , dat 1,/ jue< hoog zal reuen, of aan je vetwachung voldoen.  C " ) Jyk in tnéenigte toegewyd zyn; met erkentenisje van V' aangenomen worden. Hoe ftraalt ook uwe wyze en zeekere bereekening, in de uitwerking der Proef, en de verkiezing deezer gevaarlyke plaats, niet zichtbaar door ! Staat my eens voor een oogenblik toe: dat de Machine in dezelve richting flegts een groote hondert Schreeden verder neer gekomen was; — was hy dan niet juist gefchikt, het aller droevig ft e Tootieel op te keverend Daar Amftels zoomen met een aantal van circa twee hondert Koetzen of Rytuigen meest alle met de moedigde Paarden befpannen, welkèr honderde Pronk Cleraaden onzer Waereldfiad, die als Edele Bloetnemtp 't veld uwer fchaamte zoo luistterryk pryktcu verbeiden moesten; had ook niet uwe' willekeurige en wyzer lyk afgeraden handeling in deezen, door 't neerploften dier groote Hopzak op de puik gelpannen, dezelve in eene toomelooze verwarring , en een yze/yke fchfik en ' veele Rampen onder de menigte Aanfchouwers welken deeze weg beplante, kunnen veroorzaaken? , In deeze korte Schets, vertrouwen ik den onpartyd'- gen Leezer voldoende aangeweezen te hebbe; 1 ' de Reedenen waarom de Lugt bol niet aan de verwast in" heeft kunnen voldoen. 6 ' ü Waarom dczelven de algemeene Attentie tot zig pe- trokken en de beftierders zoo veel Lof verworven hebben. Het zy verre van my, om in manier eener Pmquille iemand te quetze of te lastere, ik heb in alles getracht waarheid te fpreeken ; en zo iemand het tegendeel mogt denken, hy brenge my zyne gedagten onder 't oog; ("indien V het waardig is) zal ik iiena pp myn vaste RjgA fnoer volgen — en 't gcene in dit duister mogt gebleven zyn m een helder dagligt feilen ; hier mede zoude ik eindigen, indien ik het grootmoedig gedrag myner brave ba*  ( 13 ) bataaffclie Medeburgeren, in myn Hart verbergen konde, wat is doek daar ik met meerder recht op -zou kunnen roemen ? nam gy lieden niet geduldig en ftilzwygende, de door de bellier der s opgelegde last, veel al metopoitèringuwerPenningen om in hec natte Land toegelaaten te worden , geduldig aan; om van naby de geschiktheid en vereischte bekwaamheid der vulling te zien en de fnellen opvaart der Machine met 't oog te kunnen vervolgen? Was 't niet deeze dryfveeder welken U by duizende naar deeze afgeleegene plaats lokten ? Zommige met merkelyke kosten, of ltilftand der Affaire, andere welke zoo gaarne uwe Kinderen dit Heerlyk Gezigt gegund, doch onttrokken, om aan uwe zyden geen inbreuk op de (Vetten, of uwe Biljetten te maaken en dezelve dus door andere genoegens te vreeden moesten dellen ? Hoe begeerig was niet elk uwer, omde LTvoorgefchreve Contrioutie, en een zoo benaauwt perk in te neemen, >nn dit wonderjpectakef zoo naby als mooglyk te koomen, eri uw Medeburger in dit genoegen plaats te gunnen? Hoe geduldig verwagten gy de eindelyk te voorfchyn gekomen kleine met vastte Lugt gevulde bolletjes en hoe oplettende vervolgden niet uwe oogen haaren fnellen opvaart, tot zoo verre als het fcheemerend Oog haar van 't blaauw Azuur onderfcheiden konde en hoe kon men over deezen, nu niets meer beteekenende Proeven , her genoegen op uw aller weezens gewaar worden; met recht verwagten gy dat 't vermoeide en afgematte Oog door een ander en grooter genoegen verkwikt zoude worden? 't Is waar! 't Gezicht vaneen figuur gelykende Galg konde uw zulks niet verfchaffen, maar zyn Hangebast meenden ik, dat uw dit genoegen zoude geeven. Ik Zag de herhaalde genoegens uit uwe Oogen draaien, wanneer by 't ontvouwen zyner wyde balg zich aan 't begeerende Oog, zyne Konst-Cieradi'èn begonnen te ontdekken, cn ik Eerbiedige uwe heufche ftilheid wanneer  ( H ) neer hy zich meer en meer ontvouwende, op't onvoos;» 'zicust' plotzeling nedervicl. Leedweezen en medeleden waren de Edelmoedige wraak welke men onder U allen béfpeurde, hoe hoopende op eene beteren uitkomst, vestigde gy uwe Oogén niet op de tweede pooging der gewenschte Proéf, en noch had uw geduld geen einde , toen gy deeze buitelende Zak ylings op de Aarden zach neder vallen , en hoé algemeen' was niet uwe blydfchap; toen hy ten' derdenmaalen, wanneer het dreigend gevaar, hem ten prooy der vlam fcheen beitemt te hebben, dit door een kleine opreuing fcheen tè oiitwyken, om in weinig oogenblikken als een dood aas Hinkende néder te komen. Dank Zy U Gy braven Land- en Stadgenooten, voor U voortreffelyk, boven alle Natiën uitblinkend Character; niemand dan de Heeren Beftierderen heeft meerder Redenen om U Lauwer-Kranzen te vlegteu en DankAfaarcn in de van haar vcrwachtwordendc geleerde Schriften, (misfchien over de Proefondervindelyke Wysbegeerte der JEroftalifche Machine) op te rechten. Ik zoude fchaamrood worden , U zoo weldenkende Medeburgers, meerder befchcidenheid dan gy zoo overvloedig gctoont hebt, voor de Perzoonen der Heeren Beftierders, te durve vergen; 't is op 't vertrouwen, deezer beproefde denkwyze, dat ik my vérzeekert houden; dat Gy lieden het verdienstlyk Genoodfchap, wiens ware Poogingen,, dé Aankweking van Deugd, Wysfieïd en Weetcnfchappen , als débroiinen der welvaard parer Stad-■", "Land- én Natuur -Genoot en, ten eenigeh doel heeft, nimmer wegens het misbruiken haarér ZinJpreuk, door eenige, als algemeene oorzaken, uwer te ieurftel'ing, zult' aanmerken , en dat alle weldenkende , die gelukkig door waaren verdienffe , in zyne bêminnelyke Eigenfchappen waardeeren kunnen , met de grootfte verontwaardiging, de" Ecren derzelve en haren befchermers quetzende' Schimp -Titels (*), dien Glans dér (*) Als: In felïx MeritU , Sint Meritis, TutAmentns, Emer/ti tri?.*.  ( 15) der Prul- Schriften, als 't waare kenmerk en de kenï van derzelver Inhoud zullen aanmerken, en dit Masguer als de dekmantel hunner naaktheid befchouwen , hun weezentlyke Eere in de toeneeming en volmaking ■ dier Loffelyke Eigenfchappen Hellende ; welken verknogt zyn •—• aan Felix Meritis, Sufficit.