M A G A Z Y N VAN STUKKEN TOT DE MILITAIRE JURISDICTIE BETREKKLYK, DOOR FR. ADR. VAN. DER KEMP, IV. DEEL. Te UTRECHT, £y B. WILD, Boekverkoopet; M D C L X XXII1,   LEZE R.' Zie daar Vier Deelen van Militaire Stukken! een grooter aental, dan ik verwagt hadt. Zie daer myne belofte vervuld; — den verdediger der ongelimiteerde Militaire Jurisdictie allen uitvlucht benomen. Ik bragt het tot het opdragen van het Stadhouderfchap , en andere met hetzel' ve thans vereenigde waardigheden, aen Willem IV. Glorieufer Gedagtenis, ten einde het mogte blyken, dat ook dien Vorft, welke pogingen Hoogftdczelve aangewend heeft? om zync bevoegdheid tot die Judicature aentewyzen, nimmer zulk cenq ongelimiteerde Militaire Jurisdictie door de Hooge Bondgenoten gezamentlyk, of Een derzelver privative» lyk is opgedragen: — ik fchroome niet 'er by te voegen, dat zulk eene ongelimiteerde Militaire Jurisdictie in commune deliSten en civïle zaeken, zonder de exprejfe bewilliging van alle deintegreerende Staets* 3 le«  iv B £ R I C II T. iéden ,NiMMjiR, (Tt zy met eerbied gezegd) door de üondgenuolen opgedragen kondc Worden. Vcrfchoon de drukfeilen , en onnaeu'fceurighedeil, welke 'er ongetwyffeJd zullen zyn ingcflopen, daer ik alles, war ik verricht heb in dézYn overmoeilyken arbeid, hebbe moeten afdoen, in drie groots maenden. Vaer wel!  INHOUD * DES VIERDEN DEELS VAN HET M A G A Z Y N VAN STUKKE N, TOT DE MILITAIRE JURISDICTIE BETREKKELYK. I. Reqxiest van Schout; Burgemeefteren en Schepenen van 's Gravenhage , 25. Juny 1721 'Bkdz.l II. Extract uit deRefolutien van de Heer en Staeten van Holland en Wefi • Friesland , 57.^71721. ... 4 * 4 IH.  ii I N II O ü p, III» MiJJlve van den Ed Hove van Holland, aen H,E. G. Mog. 27. Juny 1721. . . . BIz, 6 IV. Extratt uit de Refolutien van de Heeren StaePen van Holland en Weft- Friesland, 48. July 1721. ... £9 V. Korte Deduiïie, gedaan maken en aen de Ed. Mog. Hoeren Gecomm. Raaden van de Ed. Mog. Heeren Staaten van Hollander\Wefi- Friesknd, uit de^ naame en van wegen tie refpefyive Generaalen en Hoofd- Officieren van der cfpeftive Gardes te voet en te ■paard, concernerende de Juf risdiftie Afilitait, ... 30. VI. R e QiiEST van Johan van Roon aen de Ed. Mog. Heeren Gecomm. Raaden, van dl Ed Gr. Mog Heeren Staaten. van Holland co ÏVeJifriesland, , , 42 Vil  INHOUD. vil VII. CommiJJie van den/elven. . . Blz. 47 VIII. Memorie van drie Delicten, hegaen by 't Regiment G  INHOUD. Paard , wegens 't begaan van era Commune dejictum orderdeJurisdictie v&n Wisfenaer, den 13. Mey 1733. Blz. 83 XX. Verbaal van Enqvefle , 21. Dec. 1735. 86 XXf. Brief van den Heer P. E.Vegeien van Claerbcrgen aen hacr Ed. Mog de Heeren Kaeden van Staeteu , 9. Sept. 1736 lor Antwoord op denzeken , 10. Sept. 1736. IG3 XXII. Resolutie van de Heeren 'Kaaien van Staten omtrent Zwangeie Vrouwen , 4. Maert 1758 103 XXIII. Deductie van 't Hof van Friesland over de fake van liet Pardon ingemeene Delicten , en bifonder den Doodflag, 13. AtoT-f 1738. rlOf XXIV,  * INHOUD. XXIV. Nadere Deductie van het Hof van Friesland, 2. Macrt 1739. . . ' . .BIz. 117 XXV. Bericht van zyn Hoogheid do Heere Prince van (Jrange en Naffauw, &c &c. &c. Erffladhouder, en Capitein Generaal van Friesland. . 152 XXVI. Extract uit de Notulen van Weth en Raed van Vcere , 28. Apr. 11^%. . . 173 XX\7II» Extract uit de Rejol van de Ed. Mog. Heeren Raaden van Staaten der Vereenigde Nederlanden , 5. Sept. 1742, , . , 175 XXVIII. Deductie van 't Hoff van Friesland, concerneerende 't Confincment van Petreus enz aen de Staeten ingeleVèrt, 30. July 1745. . . 176 : XXIX. Extract . Mijive dato 30. Aug. 1747. van den Heer Pm-  T N H O U 0. «t Vrcefident van den Hove van Holland, Zeeland en Weft~ Friejland de Maüreg- nault Bk. I90 XXX. Extractuit't verbaal van de Gecommitteerdens geweest zynde in den Haag om aan zyn Hoogheid het Erfjladhouderfchap met den aenkleyen van] dien te offereeren, in Fehr. 1748. . . i iyzj XXXI. Missive van Bailliu, Btirgmr en Schepenen der Stad Veere aen de Heeren Burgmr Grave van Flodorf en Vereist. 27. Maert 1748. . . 192 XXXII. Missive van de Heeren Gra~ ye van Flodorf War- tensleben en VeRELST, Burgm* der Stad Veere, aen de Regering dier Stad, 9. Apr. 1748. ... 195 XXXIII.' Extract uit het Coll. van Wette der Stad Veere, 11. April 1748. . . . 201 XXXIV*  m INHOUD. XXXIV. Missive van Burgm" Schepe¬ nen en Raedender Stad Middelburg in Zeclani aen Z. H.'Willem IV. 22 April 1748. . . .Bh. 202 XXXV. Missive van Z. H. den Heere . Prince van Qrange en Nas- fau tot andwoort, 9. Mey 1748 20g < XXXVL Vonnis gewezen tegcns 'een Soldaet in 't Regiment van den Heer Generaal Major ^yan Rechteren, 5. Dec. 1748. . > • 2is 1 XXXVII. Missive van Willem IV. aen Burgmr Schepenen en Raaien der Stad Middelburgs 9. Dec. 1748. ... 214 XXXVIII. Missive aan Willem IV. tot andwoord, 21 Dec. 1748. 216 XXXIX. Militaire Jurisdictie. Stedelyke Notulen der Stad Middelburg. 238 XXXIX,  inhoud; Sin XL. Crimineels vomiijjèn over Militairen te Zierikzee. . .Blz. 24$ XLI. Brief van Mr. A. G. Wael- wyk , Auditeur Militair te Breda, over de Jurisdictie of het Rechtsgebied van Mi* litaire Rechters hier te Laflde , in crimineele zaeken, gefchreven aen Mr. Jan Wybo Advocaet Fiscaelder , Generaliteit, i^Felr. 1749. 247 XLII. Missive van Willem IV. aen den commanderenden Officier van het Guarnifoen van Zutphen, 14. Jan. 1749. 274 XLIII. Missive van de Raaden des des Furftendoms Gelre en Graaffchap Zutphen, aenZ. H. den Heer Erffladhouder Willem IV. ... , 27^ XLIV. Missive van Willem IV. tot andveordy t. . . 2§j' XLVi  I N H O Ü D. XLV. MrsivE gefchreeven aen Z /£, de Prince van Orange en NaJJatiw, door de Ed. Mog. Heeren Racden 'sHojfsvan Friesland, 11. Mae) 11749, Blz. 2ü„}<-;■>■ i ••••• >-- GrooE  tot ee MILIT. JURISD. &c. j> ,Groot Mog. hooghwichtige deliberatien met hef yoordraagen van gemelde faake by deefen te interrampeeren. Biddende dat U Edele Groot Mog. ons ten beften gelieven af te neemen , dat vvy hier voor af repeteeren het geene wy meermaalen in andere gevallen aan U Édele Groot Mog, hebben gefchreeven , dat namentlijck de adminiltratie der criminèele juftitie, en infonderheyt de jurisdictie queftien daar over ontftaande, het onaangenaamfte gedeelte is van de exercitie van de Ampten, die wy op commiiïle van U Edele Groot Mog. aangenoomen hebben te bedienen , doch dat wy echter; verplicht zijnde de hoogheyt en de gerechtigheeden voor te ftaan , die tot de algemeene Landts juftitie , ende de particuliere competentie van U Édele Groot Mog. Hofgericht zijn behoorende, niet nalaatigh daar omtrent moeten werden bevonden: maar in een materie als is het cas fubjecr,, aan Ü Edele Groot Mog. getrouwetyjck moeten remonltreeren dat geene, dat wy omtrent het doen adminiftreeren der gemelde juftitie vermeynen te weefen in de rechte orr dre, ende van hec waare beiangh dat U Edcie Groot Mog., onder fubmiffe correctie, hebben in aght te neemen. Wy hebben in den jaare feeventien hondert feeven een ampel bericht aan U Edele Groot Mog. laaten toekoomen over diverfche pointen van jmisdiétie, die de voorfchreeve Magiftraaf van 'sGravenhage pretendeeren tulfehen onsen haar in contraventi^ te bremren, doch de meenighvuldigheyt der gewichtige affaires , die U Edele Groot Mog. oceupeeren, is apparent de A 5 oor-  ïo VERZAMELING van STUKKEN oorfaake geweeft, waaromme tot nogh toe geen van de felve pointen is gereguleert. Het is oock foodanigh dat het felve Bericht op pag. 124. (a) en volgende in de Bylagen dit eyge point, dat jegenwoordigh is in queftie, explicite is voorgefteldt, mitsgaders contineerc de raifonnementen, van wederzyden- daar over bygebraght, gelijck meede verder daar achter , ende we] op pag. 147. (b) & feq. zijn geinfereerr, de twee Voorgemelde Refolutien, die meergemelde Magiftraat jegenwoordigh wederom iifa aanhaalende, omtrent dewelcke echter de f datien aan die van den Hage oock op de voorgaande pag. 126. (c) & feq. aireede foo coinpleetelijck zijn gegeeven , dat gemelde Magiftraat tot nogh toe niets daar tegen hebben ingebraght. Wy zijn in dit point met reeden in bedencldngh, dat by gemelde Magiftraat al weder fal werden overgeflaagen die voorheen gefielde reedenen van . den Hove met contra • reedenen te refcontreeren, en iightelijck fich fullen willen fundeeren op exempelen die wy met menighvuldige contrarie exempelen fouden kunnen refcontreeren, en daerom de felve niet anders tonnen aanfien , als voor ongefundeerde onderneminge, daar uyt een materie van deefe natuyre niet behoordt te werden geargumenteert, maar alleen uyt de natuyre en fondamenten der faake felfs, daar op de refpeétive jarisdiétien zijn gebouwt : Ende kunnen wy niet nakiaten van gemelde natuyre der faake felfs alhier kortelijck dat geen aan te haaien, dat wel in ons voorfa) BI. 113. van den /[to druk 1745. (b) BI. 136 & 14.0. 4to 174.5, (O BI. 115.  ïct ee MILIT. JURISD. &c. xi voorgemelde fchryven aan U Edele Groot Mog. ampelder is voorgedraagen, ende daar van fummige faaken oock nader fijn uytgebreyt in liet beright dat' over de jurisdidtie queftie met deh Hoogen Rade in den voorleeden jaare aan U Édele Groot Mog. gantfch refpectueufeJijck is toegedient. Ende wel voornamentlijck, Dat alle jurisdictiën zijn profiueerendc' uyt den boefem van den Souverain felfs. Dat een Ho;rgerighc het geene vice PrinciptSde Juftitie adminiftreert, ter plaat fe daar het relideert , allerley foort van jurisdictiën moet exerceren, foo in civilibu;, als- criminalibus, (d) exceptalleen , foo aidaar ter plaatfe uyc dé naam vaa de Prins noch een particulier Gereght is aangefteldt over fommige Perfoonen of foinmige iaaken aan dat Gereght in het byfonder aanbevoolen, van welcke aanbeveelingh dat particuliere Gereght, in cas van contraverfie moet doen blijeken hoe verre fy uyt den boefem van den Souverain over foodanige Perfoonen of fin. ken, als.fy willen fuftineeren , de jurisdictie hebben verkreegen, fonder dat ufurpatie tegen den Souverain te paffe komt, als wiens Hofgericht in Mandatis heeft alle onbehooriijeke onderneemin^e of -ingevoerde gebruyeken te be-' keten, (e) en in tegendeel die geéne die waerlijek uit den boefem van den' Souverain' jurisdictie verkreegen hebben, daar by te manuineerenl (ƒ) ■ ■ — - Plet (dj Infiru&U. van het Hof art. 2. (s ) Inftr. are, 8. in fine, \f) Inftru&ie art. 220.'  12 VERZAMELING van STUKKEN Het voorgemelde ampele beright van den jaare feeventien, hondert feeven heeft aan gemelde Magiftraat op, diverfche wyfe aanleydingh gegeven, ende haar gelijck als geprovoceert, dat fy de origine van haer jurisdictie foude- hebben aan te toonen (g) infonderheyt in de faaken van het crimineel, te meer , dewyl uyt oude Papieren of Handtveften is ondervonden, dat als het Hofgeright van de Graaven in der tydt in den Hage prefent was , by des Graave Schout én Gerechte aldaar geen crimineele jurisdictie geexerceert foude moogen werden (/;) het welcke alfoo gefteldt zijnde geweeft in den.jaare dertien hondert feeventigh, ons noyt is gebleeken, op wat fondament die van den felven Magiftraat oock in, de tegenwoordigheyt van des Prince Hofgeright crimineele jurisdictie zijn exercerende , of wanneer het felve aanvangt? heeft genoomen. Het is we] waar dat den inhoudt van die oude Handtvefl alhier niet werdt bygebraght, om aan den Hage te difputeeren dat geene , dat omtrent de exercitie der crimineele jurisdictie nu aireede is gefteldt buyten controverfie x nochte dat oock onfe intentie eenighfints daar heenen gaat, omme aan die van den Hage te vergen, dat fy omtrent alle faaken, die nu haar fchickingh buyten tegenfpraak hebben ontfangen, echter uyt oude Chartres de origine fouden moeten aantoonen, of dat fy, indien haare Chartres door injurien van de tydt verlooren mochten zijn, daar orer nieuwe alteratie foude moe- ($) Ampel Beright p. 20. p. 10. ed. 410 1745. (h) Ampel berigt in de Bylage £. print* loco p. 100. p. tf. ed. 4to 1745/  tot »i MILIT. JURISD. &c. i3 'moeten fubjeét zijn , maar echter met reeden by ons vermeynt werdt, dat ais die van den Hage dat geene willen beweeren, dat aan haarlieden van de eerfte oriderneemingh af is bedifputeert geworden, en daar van fy nooyt in vreedige pofleliie zijn geweeft:, fy ten minfteri foodanige faaken ab Origine fouden moeten bewyfeh, eer fy daar meede op foo fuffieante wyfe moogen voor den dagh koomen s als fy irl haar gemftineerde omtrent de erimineele jurisdictie in het cas fubject koomen te doen. (i) U Edele Groot Mog. fullen bevinden, dat die van den Hage by manquement van origineele bewyzen, het Schip (gelijck men feght) zyn wendende op een geheele andere boeglij en dat fy tot bereyckingh va;i haar ooghmerck, het Recht van hare Schepensftoel trachten te équipareeren met die van alle de andere Steden en Bailliuws Vierfchaaren in Hollandt, ende gelijck men die andere bevindt geconftitueert te zyn , omme over alle Perfoonen, onder haar territoir woonachtigh, of verblyvende, foo in het civiel als in het crimineel, jurisdictie te exerceren, die van den Hage oock het felve vermeynen te mogen affumeerea over alle Menfchen ligh alhier in den Hage bevindende , buyten de geene die van hare jurisdictie explicite fouden mogen wefen geè'ximeen , lbo dat na haar gedachten , de exemptie , by een yeder een die maar voor haare Vier/chaare weidt betrocken, by forme van exceptie foude moeten werden aangetoont, van wclcke iuftenue de abfurditeyt in het gemelde ampele bericht aireede, foo men vertrouwt , to" genoegen (») Pide het amjiei Beright p. 8.  14' VERZAMELING tan STUKKEN gen is aangetoont, foo verre dat het felve alshu niet weder behoorde te werden opgehaalt, (k) zynde dit onderfcheydt, (omme niet lange te zyn ) immers klaerlijck getoont, niet -alleen uyt de gemelde oude bepaalingh der crimineele jurisdictie var) denjaare dertien hondert feventigh; maar oock: in verfcheyde andere refpeéten, als wel voornamentüjck daar in , dat die van den Hage nooyt hebben gehadt in haar vermoogeni om eenige Perfoonen van buyten inkomende, te moogen doen arrefteeren , feO als nöghtans' het minflè Dorp in Hollandt is ufeerende omtrent alle menfchen niet fpeciaal door Stadts privilegiën daar tegen gemunieerc, zijnde daar omtrent notabel, dat of fchoon die van den Hage getenteert hebben in den jaare vyftien hondert tweeën feftigh by fupplicatie fulcks teverkrygen, het haarlieden uytdrnckelijck is geweygert. (Ij Daar nogh ten derden by komt, dat in geene andere Steeden van Hollandt gevonden werdt een Collegie gelyck U Edele Groot Mog. Provinciaal Hofgericht, het wefeke niet alleen juxisdiótie 3 maar oock Magiftratuer exerceert over alle de geenen, die onder de Magiftraat van den Hage niet zijn behoorende, en dat wel apparent is, dat in de oudtfte tyden, die van de Magiftraat van den Hage foodanige concurrentie met de Magiftratuere van dat Hofgericht niet fullen gehadt hebben als men aan haarlieden daarna heeft gegunt. (m) Be» (fc) Vide het ampel Beright p. 20. 22. en 63. of p. 17. ed. 4to 1745. O) Vide ampel Bericht pag. 47. en Lylage lit. G. pag. 112. ioi. ed. 4to 1745. (m) Vide de Bylaage van het ampel Bericht litt. EE. P'ag. 233 p. J23. ed. 410 1745.  tot de MILIT. JURISD. &c. Beha! ven dat in alle gevallen daar men de Vefligia van de concurrentie eerfl komt te vinden, aarfitonds uytbly'ckt, welcke de Perfoonen zijn, die door de meergemelde Magiftraat geprefenteert werden, ende dat geene anderen daar by zijp vermeldt, als de neeringhdoende Burgeren, dat is, die effectief'neeringhdoende zyn alfoo waar~ iïjck Luyden gewoon zyn te doen (n) Verder fiet men dat naderhandt, doe die van dea Hagü in grootheyt zyn geaccrefeert, eri haar tegen de Collegien van de Hooge en Pro» vincirale Raaden , mitsgaders de Kaamer van Reekeningh, iiadde beginnen te oppofeeren^ daar tegen in de eerfte tyden deefer Republijcque een Deductie opgeftelt gewerden, (o) en het. felve foo verre is gegaan , dat in den jaare feftien hondert veertien door U Edele Groot Mog. Vergaderingh een provifioneele Ordre op de differenten, met die van den Hage ontftaan, is beraamt gewerden , en dat de bewoording!* van het tiende Articul daar inne vervat, echter; foodnni h is geftelt, dat die van 's Gravenhage behouden fallen de jurisdictie over alle Perfoonen cxerceerende gemeene handtwereken of neeringen, fonder dat eenige extenfive uytdruckinge ter weerelt daar is bygevoeght, die op eenige andere van buyten ingekoomen Perfoonen kan werden betreckelijck gemaackt, of dat die van den Ha o°yt eenigh ander recht van jurisdictie by üytdruckingh van eenigh Piacaat, Ordre of Refolutie hebben korrnen verkrygen , immers voor foo (n) Vide het ampel Bericht pag. 22. en de Eylage lir, F. pag nr, p ?o. en 101. ed. 4to 1745. [oj Vide de Bylage van het ampel Bericht pag. 105. p. 95. ed. 4to J 745.  Yè VERZAMELING van STUKKEN foo veel ons, jegenwoordigh te voören kdmt. Alle welcke faaken omtrent den Hage plaats hebbende, en omtrent eenige Gerechten der andere Holhrïdtfche Steedert bevonden werdendej die van den Hage fich dienvolgende met defelve andere Gerechten oock geenfints konnen eqiüpareeren, maar in de natuure der faake ftiptelijck gereftrihgeert werdén tot haar Burger Magiftrature enkel en alleen. Ende dat de Gerechten der andere Steeden in tegendeel zijn exerceerertde omnimodam Juris'■'diitïonem, niet alleen over die geenen die het Burgerregt van de Stadt verkreegen hebben; maar oock fel ver over alle de Inwoonderen en andere Menfchen aldaar gevonden werdende, 'ende al is het maar vóór eenige tydt haar verblyf in die Steede houdende, foo gelijck men in het >'ranfch fpreekt, Waar op dan oock in het vervolgh aan die van den ilaage het verfoeck om Perfoonen te moogen arrefieeren, als gefeght, is geweygert geworden, Aile het welcke in het generaal alfoo geprasmitteert zijnde, nu foude te befien ftaan, of tot het geval in quseftie applicabel foude konnen werden gemaakt de twee voorgeallegueerde Re- fo- (nQ Vide de Byla^e r» het ampel Beright p. 2x33  ig VERZAMELING van STUKKEN folutien van U Edele Groot Mog., foodaanigh dat daar uyt foude koomen te proflueeren dat de Judicature over communia delitta, door Officieren of Soldaaten, in den Haage guarnifoen houdende , begaan, fpeciaal foude zijn gedemandeert aan den Gerechte van 's Gravenhaage. De difcuffie van dit voorde] is in de Bylage agter het meergemelde ampel Beright foo compleetclijck gedaan , (n) dat het is Mum agere,wanneer men dat alhier weder moet inbrengen, ende te meer verdrietigh , dewyle die van de gemelde Magiftraat de reedenen, aldaar bygebraght, nooyt hebben beantwoordt ; fy hebben alsdoen gemeynt , dewyl by de Refolutie van den dertighften September feftien hondert vier en vyftigh de ordinaire Juftitie gefteldt wierdt, in vergelijckir,gh met de militaire Kryghsraadt, dat fy Magiftraat van den Haage in omnibus hier ter plaatfe moeften gehouden worden voor de ordinaire Juftitie, raifonneerende op foodanige, verkeerde fuppofitie foodaanigh voort , als of de quacftie by gemelde Refolutie t'eenemaal was gedetineert en geappliceert ; daar nochtans TJ Edele Groot Mog. Hofgericht over alle Perfoonen, geen burgerlijcke neeringh doende, hier in den Haage immers foo wel is een ordinaire Juftitie, als het meergemelde Gerecht over haart Onderhoorigen. Sulcks dat de decifie, die by gemelde Refolutie gemaakt werdt tuffchen de ordinaris Juftitie ter eenre, ende den Kryghsraadt ter andere zyde, geenfints is een decifie tuffchen de twee reflbrten van de ordinaris Juftitie onder den («^ Vid.i die gemelde Bylage p. i2ff. en volgende,  tot de MILIT. ÏÏ7RISD. &c. t$ Öen anderen , die fich hier ter plaatfe zijn bevindende, maar dat de qureftie die tuffchen de felve kan koomen te ontdaan , by gemelde Refolutie geenfirits werdt aangeraakt. En wat aanbelanght de andere Refolutie van den feeven en twintigften Julii feftien honderC drie en feftigh , daar by gevoeght moet werden U Edele Groot Mog. Refolutie van den derden Augufti daar aan volgende, foo fal almeede niets ter wereld bevonden werden geftatueert te zijn, dat die van de meergemelde Magiftraat eenighfints foude konnen opituleeren. Het is waar dat de felve Magiftraat', om dat fy doch nooyt kunnen luxeeren de generaale fundmenten hier vooren in het generaal geleght, met ómifliè van de felve aan te raaken , daar op zijn gevallen , dat fy een uycdruck'mgh die gebraght was in de Propofitie van den Hove, hebben gecarpeert, en wel die geene , daar gefeght was , dat de Officieren van de Guardes fouden zijn U Edele Groot Mog. domefiu que Dienaaren ende Officieren des Efcroix, meynende een groote avantagie daar uyt behaalt te hebben , als fy den Hove hebben voorgeworpen dat die nooyt foude konnen bewyfen dat militaire Officieren, alhier in guarnifoen leggende, noch haare Einders Militair zijnde , ooyt op de Lyft van Domeftiquen en Officieren des Efcroix van den Prince van den Landen fouden zijn bekent ofte genombreert geweeft, noch by gevolge daar voor konnen werden gehouden. Maar of die van den Hage in dat foodanigh carpeeren van gemelde expreffie, gelijck of ongelijckzijn, hebbende, is almeede van feer cu« ïieufe recherche ,~aangefien de Offieieren van  ao VERZAMELING van STUKKEN de Militie of Guaroes die in andere Staaten varEuropa de Princen zijn bcivaakende , bevonden fullen werden op veele Plaatfen te moogen koomen aan eene van de Tafels der Princelijke Hofhoudmgh , ten minften aïtydt op die tydt als fy de waght hebben , het geene men ten tyde van de Stadthouders hier in den Haage aan haar Tafel oock foo heeft gepractifeert, ende waaromme men met recden foude mogen feggen dac de gemefde expreffie foo onvoorfightigh 'niet kan geconfidereert werderr geftelt te zijn, als die van den Haage defeive willen doen paffeeren Maar al was het fchoon dat het felve carpeeren al t'eenemaa! ducrgingh , foo foude het felve echter geenfints van die operatie zyn , dat daar door de Menue van den Hage in'allcR deefe foude weefen gewettight, of door wechgenomen dat generale fundament, dat militaire Perloonen door ordre van de Prince van den Lande alhier in den f lage komende Garnifoen houden, en gevplgelijck alhier geenfints aankomende ter contemplatie van de neeringhdoende Burgerye, niet fouden zyn van andere opfichte ten regarde van de jurisdictie , als de Burger? felfs: daar U ' dele Groot Mog. hier ter plaatfe een Provinciaal Hofgericht zyn hebbende, wiens judicature over alle van buyten komende Perfoonen die geen jus revocandi domum zyn hebbende , in het algemeen is aangefielt. Daar die van buyten gekoome Perfoonenfchoon dat fy Debiteuren aan yemandt van de Haagfche Burgery foude mogen wefen , echter by arrefr voor de Haagfche Burger-Maatraat nier mogen betrocken werden. Wy zyn, Edele Groot Mog. Heeren, niet van dar  tot de MILIT. JURISD. &c: si dat fèntiment, dat een militair Officier of Soldaat als militair,of om dat hy in militaire dienffc is getreden , daar door foude geëximeert zyn van de judicature van de Rechtbank van 'sGravenhaage (alhoewel die faacke in verfcheyde opfichten of gevallen noch al feer zyn fpeculatie foude konnen hebben) ende mèynen wel, dat foo wanneer een Haagfch Burger of een Burgers Soon fich in de militaire dienft komt te begeven , ende de felve zyn domicifium federt den aanvangh van den dien ft niet foodanigh heeft verandert , dat hy in den Hage voor een Advena foude moeten werden gebonden, het niet onvoeghlijck kan geacht werden, dat foodanige Perfoon , fchoon militair zynde , onder dc judicature van de Haagfche Schepensbank kan werden gelaten, alhoewel wy , dit foodanigh confï-derérende, eghter de judicature over foodanige Perfoonen fonder permiffie van U Edele Groot Mog. niet konnen overgeeven , te min nademaal de Ruyters ende Soldaaten,U Edele Groot Mog. alhier bewaakende, in een rechte fin genomen , verftaan fouden moeten xverden haar refidenrie te hebben op het Buyten- en Binnenhof daar fy op haare waghten zyn befcheyden, fonder dat haar verblyf elders de jurisdictie kan fondeeren van een particulier Gerechte. of men foude moeten fuftineeren , dat een Ruyter of Soldaat tot Voorburgli of Ryswyck verblyf houdende , aldaar foo wel betreckelijck foude wefen als in den Hage. Maar dat de militaire Perfoonen volgens patent op ordre van de hooge Regeeringh genootfaackt zynde alhier te moeten koomen Guarnifoen houden, ende alfoo van buyten inkoomenB 3 de,  22 VERZAMELING van STUKKEN de, geduyrende der fel ver verblyf alhier , de judicature van de Burger-Magiftraat fubject fouden gemaackt werden, kunnen wy nergens gefundeert bevinden , ofte hoe dat de judicature over de foodanige van wegen den Souverain haar foude wefen aanbevolen. Wy vinden in dat ftuck al weder een notable demonftratie van onderfcheydt tuffchen die van den Hage en de Reghtbanken van de andere Hollandtfche Steden, als by Refolutie van U Edele Groot Mog. op den feftienden May feftien hondert aght en feftigh is verftaan, dat fchoongenomen by de voorgaande Refolutie in den jaare feftien hondert vier en vyftigh aan de militaire Kryghsraadt in den Hage was gegeven het recht van door apprehenfie in fiagranti deMo tegens de militaire Perfoonen calange te moge n doen , felfs over communia delicla, fulcks nochtans ten opfichte van de Stadt Munnikkendam verklaart is geen plaatfe te moeten hebben, maar dat over Soldaten aldaar garnifoen houdende , met exclufie van de Kryghsraadt in communibus deliclis, de Scheepenen alleen Rechters iouden moeten wefen , buyten twyffel om die reden dat in die Stadt gelijck in andere, buyten den Hage, aan Scheepenen gedefereert is, omnimoda jurisdiiïio , felfs Jur tuuts les Halitans& manens, daar onder de guarnifoen houdende Sol laten dan oock verftaan werdende begreepen te zyn. Ons is vooralsnogh onbekent, of die van den Hage in de beweeringh van haar fuftenue oock eemgh gebmyck fullen willen maken, van dat geene dat fy in de eerfte conferentie onder anderen aan ons hebben geavanceert, van nament-, lijk,  tot de MILIT. JURISD. &c. 23 lijk. dat den Nedergeflaagene , fchoon zynde een Gereformeert Officier, eghter oock te vooren is geweeft een Ambaghtsdoende Gefel, ende fulcks haar jurisdictie fubject , als mede dat defelve was logeerende in het Huys van een Haaghs Burger , ende het neergellaage Lijck aldaar is gefchouwen ; maar U Edele Groot Mog. fullen feer Jight kunnen begrypen, indien foodanigh argument quam te werden geavanceerr, dat het felve foude zyn een argument (gelijck men feght) van groote veriegentheydt, aangefien het alomme by de geenen , die van het reght van crimineele jurisdictie maar een weynig hebben beginnen te leeren, ten vollen bekent is, dat in een geval gehjck het jegenwoordige,den Perfoon van den Nedergeflaagene niet eygentlijck in aanmerkingh komt , maar alleen die van den Perpetrant, om dat deefe faaeke foodanigh is, dat niet tegen het doode Lighaam moet werden geprocedeert , maar alleen tegen de Daader van de doodtflagh. Wel is waar dat daar gevallen zijn, daar inne de nedergeflagene of geledeerde Perfoon in aanmerkingh kan komen tot het fundament van Jurisdictie, doch het felve is extraordinair, ende komt dan te pas wanneer het fpeciaal door de Sonveram is gedemandeert, gelijck als by exempel , in het aghtfte en twaalfde articulen van delnftructie van den Hove, daar expreffelijck geftatueert is , dat injurien die koomen aangedaan te werden aan Officieren, Geeftelijcke of andere gepriviligeerde Perfoonen , of oock overlaffc aan Vrouwe ; Weduwe en arme Larrdtluyden fpeciaal moeten gevindiceert werden by den Hove, of dat andere gevallen extceren, die na de B 4 Wet-  '24- VERZAMELING van STUKKEN Wetten of gewoonte van even gelijcke natuurt zijni , maar buyten diergelijcke gevallen komt de Perfoon van de geinjurieerde of gegriefde niet in; anmerckingh om tegen den Dader Jurisdictie te fondeeren , gelijck U Edele Groot Mog. dat ieirs oock foodanigh hebben begrepen , ende uytdruckelijck gedecideert in het geval daar civer de meergemelde Refolutie van den jare . feftien hondert drie en feftigh is genomen, alwaar de gegriefde niet en was een geprivihV geert Perfoon, maar felfs een Burger van 's Gravenhage, fulcks dat wy te minder konnen begrypen, hoe dat die van den Hage tot den inhoudt van de gemelde Refolutie haar refu^e zijn nemende , of het moefte zijn om dat uyt de eerfte van dje twee Refolutien , te weten uyt die van den feven en twintighften Julii van dat jaar komt te blycken, dat de deliberatien van U Edele Groot Mog. doen ter tydt gegaan zijnde om een pertinent reglement te beramen, waar mede alie difcrepantie over het point van Jurisdictie tuffchen het Hof en den Hage voor het toekomende verhoet foude mogen werden, ende dat m die van den derden Augufti daar aa'nvolgende geindigiteert fchynt te werden , dat de Officieren van de Militie fouden zijn re diftingueeren, ende hebben een andere opfight als wel de Soldaten , fulcks dat by die van'den Hage verrneynt werdt dat in alle gevallen of fchoon de Jurisdictie aldaar in twyfFel werdt gefteldt, die over de Soldaten echter daar by aanhaar indif utabel foude wefen celaten , te meer, de, wyle fy foo menighmaal in civilibus de felve Soldaten voor hare Vierfchaar doen betrecken, dat de Jumd.e,t,e over de felye oock in criminali- bus  ■ tot de MILIT. JüRISD. &c. i5: fais buyten kyf behoorden gehouden te wer« den. Doch voor foo veel als wy de gemelde Refolutie hebben gelefen, en konnen wy de abfo]ute decifie omtrent de Soldaten daar inne foodanigh niet vinden , dac wy daar omtrent het fentiment van die van den Hage foude konnen toeftemmen , maar vermeynen dat de c,ua;ftie van Jurisdictie over de felve tot een nader deliberatie van U Edele Groot Mog. is gereferveert. Het is ons onbekent, of alle de redenen die omtrent defe materie zijn mihterende, door de Heeren onfePrajdeceffeuren in officio in die tydc zjjn geallegueert geworden ,' maar by de geene die wy daar van noch overigh bevinden, dient, wel voornamentlijck defe te werden gevoeght, ende in aght genomen dat wy de Jurisdictie over de Soldaten , foo feer aan die van den Hage niet willen difputeeren uyt dien hoofde, dat Soldaten uyt haar qualiteyt van Soldaatfchap juylt fouden gepriviligeert zijn, om ter eerfter inltantie'voor den Hove betrocken te moeten worden,maar wel om dat foodanige Perfoonen, die noy t Burgers van den Hage zijn geweeft, door ordre van de Regeeringh als Soldaten van buyten alhier inkomendeen verblyvende, voorden Rechtbanck van den Hage niet betreckbaar zijn,, ter oorfaecke dat die den Hage noyt Jurisdictie over de felve hebben verkregen: Maar dat de felve als advenae alhier moeten werden geconfidereert. Ende dat wy in dit ftuck oock geen onderfcheyt zijn vindende tuffchen militaire Officieren en de Ampele Soldaten, alhoewel die van B 5 den  t6- VERZAMELING van STUKKEN den Hage pretendeeren gelijck als in poffeffie geraackt te zijn van fimpele Soldaten memghvuldigh voor hare Vierfchaar te laten convenieeren: Want of fchoon veele fimpele Soldaten van geringh. vermoogen zijnde , figh voor die Vierfchaar laten betrecken , foo geeft de toelatingh van de eene Soldaat geen prejudicie aan een ander, die van fijn convenientie foude ttieynen te weefen, de Jurisdictie van die Reghtbanck te declineeren, gelijck lightelijck foude tonnen gebeuren, wanneer een jongelingh van goeden Huyfe zijnde uyt een van de Steden van Hollandt voor Volontair of als fimpel Soldaat fich alhier in Guarnifoen bevondt, en over een importante faacke, fijn Perfoon raackende, querel quam te krygen , in welckers reguarde als dan tuffchen een militair Officier en foo een fimpele Soldaat in de fondamenten tot het declineeren van de Haagfche Burger Vierfchaar geen redenen van onderfcheyt ter wereldt fouden gevonden werden, maar de eene foo wel als de andere voor een advena te houden wefen foude , uyt welcke aanmerckingh U Edele Groot Mog. foo vertrouwt werdt, wel fullen konnen fien, dat het van notabel gevolgh wefen foude , foo blindelinghs als die van den Hage het pretenderen, tuffchen Officieren en de Soldaten onderfcheyt te fbatueeren. Maar dat als de faacke wel fal werden gepondereert, en wat eygentlijck raadtfaam zijn foude, dat (onder reverentie) door U Edele Groot Mog. behoorde te werden vaftgeftelt, foo foude de fource der refpective competentien uyt geheele andere principes moeten gereguleert werden , als uyt die geene die door gemelde Ma-  tot de MILIT. JÜRTSD. &c. 27 Magiftraat van den Hage werden voorgeftelt, gelijck als wy oock in de voorgemelde Bylage op het eerfte point differentiaal al aanleydingh hebben gegeven, om daar omtrent op andere fundamenten te dencken : ende als wy daar op nader onfe gedachten ter begeerte van U Edele Groot Mog. fouden uytten , die alsdan aan U Edele Groot Mog. verder konnen voordragen, waar op foodanig univerfeel Reglement , omtrent de gemelde materie bequaamelijck foude konnen werden gemaackt, als U Edele Groot Mog in den jare feftien hondert drie en feftigfi hadden voorgenomen, ende doen ter tydt daar toe alree Gecommitteerde Leden genomineert, ondertuffchen heeft de faacke in quseftie na onfe gedaghten geenfints foodanige haaft, dat daar op in het particulier aanftondts een difpofitie gerequireert werdt. Wy hebben gemeynt aan U Edele Groot Mog. hooge wyfe deliberatie te moeten overgeven alle de voorverhaalde redenen, met veel eerbiedt geperfuadcert zijnde, dat als U Edele Groot Mog. de faacken gelieven te laten , foo als die van oudts en tot nogh toe zijn geconftitueert geweeft, in hare eyge natuure, de felve ons doen in cas fubjeél niet fullen difapprobeeren. De Juititie werdt door ons geadminiftreert niet als onfe eyge: Maar uyt de naam van U Edele Groot Mog. oock zijn wy geen apparte corporatie van policie, daar een'Schepensbanck bygevoeght is, gelijck die van den Hage, maar wy zijn in alle faacken van Juftitie even foo onpartydigh als UEdele Groot Mog, felfs. Welckers faacke het gevolgelijck enkel alleen is van hare eygen Provinciaale Hof Jurisdictie te difpo- uee-  ar VERZAMELING van STUKKEN neeren, foo als defelve het in alle gelegen theden het meeffce raadtfaam komen te oordeelen, fonder dat wy tegen die van den Hage in pari gradu en als twee partyen tegen den anderen beboeren te werden geftelt, alfoo dat indecent foude zijn aan de digniteyt van U Edele Groot Mog, Hof gerigbt. Ons incumbeert daar omtrent U Edele Groot Mog. finceerlijck te advifeeren, wat wy voor den dien ft van het gemeen, onder U Edele Groot Mog. wyfer oordeel , vermeynen te behooren, het geene wy vertrouwen in defe naar gemoede te hebben gedaan door alle het geene voorfchreve is, waar omtrent wy alleenlijck bidden Rillen , dat U Edele Groot Mog. ons ten beften gelieven te houden, dat de articulen van onfe Inftrucrie, ende het geene in het voorgemelde ampel beright breeder te vinden, by allegaatie zijn aangehaalt gewerden, ende wy ons daar toe refpectueufelijck hebben gerefereert, omme in defe door repetitien van het geallegueerde Uw Edele Groot Mog. met geen al te groote langhweyligheyt te verveelen. Wy hadden voorgenomen defe dus verre aan U Edele Groot Mog. te laten toekomen, fonder dat wy verwaght hadden , dat de meergemelde Magiftrait ons met der felver addreffe foude hebben gepra?venieert, maar die addreffe nu door U Edele Groot Mog. aan ons gefonden zijnde, vinden wy daar inne niet nieuws, dat niet airede hier vooren is aangeraackt ; het fy by expreffe beantwoordingh of anderfints foodanigh in fubftantie, dat het niet noodigh is voor als noch yets ampelder daar op te feggen. Wy  tot de MILIT. JURISD. &c. né Wy bidden Godt almachtigh U Edele Groot Mog. in lange voorfpoedige regeeringe te willen bewaaren. Gefchreeven in den Hage den feven en tvvinüigften Junii feventien hondert een twintigh. Onder ftondt, U Edele Groot Mog. gantfeh Dienftwillige, Den Prajfident en Raaden over Hollandt, Zeelandc en Vriesland t. Geteekent, joan Thiérry, I V. *E%tr,a& uit de Refohtien van de Heeren Staaten van Hollandt ende Wejl ■ Vrieslandt, in haar Edele Groot Mog. Vergaderinge genomen op Vrydagh den 18. Julii 1721. Xs ter Vergaderinge geleefen de korte Dedn« cue, uyt de naam en van wegen de refpeélive Generaals en Hooftofficieren van de refpeétive Gnardes te voet en te paardt , overgegeeven aan de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden, tot adftructie van de crimineele proceduyren van de Kryghsraadt der Voorfchreeve Guardes, gehouden tegen Jan Swartfauw, Ruyter in het Regiment Guardes te paardt in de Compagnie van den Ritmeefter Linden, ter faake van een manflagh, by den voornoemden Swartfauw in de voorleeden maande Juoii alhier in, den Haagh begaan aan den Perfoon  $ö VERZAMELING van STOKKEN foon van Chriftiaan Hoffelingh, Lieutenant en Partifan in de vrye Compagnie van den Major van Diemen. Waar op gedelibereert zijnde, is goetgevonden ende. verftaan , dat de voorfchreeve Deductie met de Bylaagen, foodaanigh als de felve hier na ftaan geinfereert, door de Heeren van de Ridderfchap, en andere haar Edele Grooc Mog. Gecommitteerden tot de faaken van de juftitie , op het voorfchreeve fubject bevoorens reedts gecommicteert zynde, geè'xamineert, en de Vergaderingh van advife gedient fal werden, blyvende onderwylen alles in fijn geheel en buyten verdere verwyderingh. Fiat infertio van de voorfchreeve Memorjjt en Bylagen. V . Vi. >j *} • Accordeert met de voorfz. Refolutien. V. Korte Deduclie , gedaan maaien en aan dó Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Hollandt en Weflvrieslandt overgegeeven. uyt de naame en van weegen de refpeêlive Generaalen en Hooftofficieren van de refpecXive Gardes te voet en te paardt , concerneerende de jurisdiclie militair. J)at het conftant en yeder kennelijck is, dac c ..ilitaire jurisdictie van alle oude tyden geftabileert, en by de Romeynen met fpeciaale. wet-  tot de MILIT. JURTSD. &c*. g-j wetten belaft, en met voorrechten begunffcighc is geweeft, En wel tot foo verre, dat felfs een Prsefes Provintiae gehouden was een Deferteur naar fijn Legioen of Regiment te verfënden, omme by het felve volgens de militaire wetten geftraft te worden. Dat in het tegenwoordigh Roomfch Keyferrijck, nabuurige Koninghnjcken, Vorftendommen en Staaten opgemelde jurisdictie in haar volle vigeur is gebleeven ; Dat alfoo meede alhier te Lande by het oprechten van de Unie gefeyde jurisdictie vaftge. fielt is; Dat den Souverain fpeciaale Wetten, Privilegiën , Placaaten , Reglementen , Artieulbrieven en Ordonnantiën voor de felve gemaackc heeft; Dat alle Militaire onder eede verplicht worden de felve te moeten nakoomen en te onderhouden, En alle Officieren volgens rigeur en den dnydeli jcken letter van dien te procedeeren en te fententieeren: Reedenen van dien, dat meenighvuldige gevallen in den militairen dienft gevonden worden , die voor capitaale crimina opgenoomen, En welcke de militaire Wetten willen , dat met de doodt geftraft fullen worden : _ Welcke gevallen by den politicqaen Rechter (in gevolge haar poliucque Wetten) nauwlijcks een geldtboete of reprimende waardigh geachc Worden, Reguleerende ten dien effe&e een hoogea JKrijghsraadc te velde,  32 VERZAMELING van STUKKEN En in yeder Guarnifoen fijne byfbndera Kryghsraadt: Doch , quod notandum, c at de Gardes, waar defelve fich moghten bevinden , Met een voorrecht van een fpeeiaale Kryghsraadt begunftight zyn, Dat is, haar eygen Kryghsraadt te moogen beleggen, alleen beftaande uyt Officieren van de Guardes, • Jaa felfs meede haar eygene en finguliere Auditeur militair, Blijckende by Refolutie van haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Hollandt, in dato den derüghften Januarii feeventien hondert dertien , gegeeven op de. Requefte en Refcriptie by de refpeólive Hooft - en verdere Officieren van de Gardes s foo te voet als te paardt, ingedient, • Op en jegens de Requefte van Johan van Roon, Auditeur militair van het Guarnifoen in den Haage, alhier gevoeght fub litt. A. Dat de exercitie van dien alhier in den Haage, en felfs meede te velde , van alle tyderi fonder eenige interruptie, oppofitie ofinbreucke van Fifcaalen van de Generaliteyt, van den hoogen Kryghsraade, van de Hoven van juftitie, of Bailliuwen en Schouten der Steeden belemmert is geworden. Dat men niet verhoopt op heeden te bevinden , dat niets meer heyfigh en ongefchonden magh blyven , of fchoon de fondamenteele Wetten van den Souverain een yeder binnen de paaien van refpectueufe en fchuldige onderdaanigheyr behoorden te houden. Het geval , waar over Jegenwoordigh con•roverfie is, beftaat hier mne, Dat  tot de MILIT. JURISD. &c. 3$ Dat Jan Swartfauw, Ruyter in het Regimenc Guardes, in de Compagnie Linden, Op den feeventienden Junii iaatftleeden, Omtrent aght uyren des avondts, Op de Zuydtcingel alhier in den Haage, Den Perfoon van Chriftiaan Hoffelingh_, Lieutenant en Partifaan in de vrye Compagnie van den Majoor van Diemen , Soodaanigh gewondt heeft, dat aanftondts aan de geinfiigeerde Wonde overleeden is. Dat fijne Excellentie den Heere Generaal Graave van Hompefch, Colloncl van opgemelde Regiment Guardes, gehoort het rapport van opgemelde manflagh, llico de noodige ordres gegeeven heeft gehadt , omme den voorfz. Jan Swartfauw overal op te foecken en te apprehendeeren, En jegens den felven volgens ftyle te procedeeren. Dat Johan vander Elft , Adjudant van het voorfchreeve Regiment , oock aanftondts, te weeten den felven avondt, Sonder een moment tydt te verfuymen, Neemende de Ruyteren van de Wacht, ende alleenlijck maar laatende een Officier met drie a vier Man tot Schiltwachten, Den Delinquant geftaadign opgefocht, En in den volgenden nacht van opgemelden feeventienden Junii, met meer Manfchap verfterckt, de Paffagien rondtomme den Haage befet heeft, En dat de Patrouilles van de Gardes te voet meede ten dien fine gernarcheert hebben gehadt. Dat na alle perquifitien en genomene inforIV. DiEi. C «a-  34- VERZAMELING van STUKKEN manen opgemelden Adjudant op den aghtiender? daar aan volgende meede vernoomen heeft , dat den Delinquant op een Rijtuygh verborgen geaufugieert was , en latiteerende verbleef. Van alle het gunt voorfchreeven is door den Adjudant rapport gedaan zynde, is Kryghsraadt beleyt tegens den volgenden dagh voormiddagh den neegentienden dito En is dan aldaar by de militaire juftitie van opgemelde Gardes gerefolveert en ge ordonneert, den gemelden Jan Swartfauw, Latitant, óp morgen den twintighffcen Junii op gewoond uyre en plaatfe by publicque Trompet gefehal in te daagen, Soo en in dier voegen, en op alfulcke termynen, als in diergelijcke gevallen by de Gardes van oudts in ufantie is, Dat op den twintighffcen de voorengemelde indaaginge in maniere voorfz. ook verricht is. Dat na dat alle mogelijcke devoiren, omme opgemelden Delinquant en Latitant te aghterhaalen, aangewendt, En de proceduyren en formalia tot de indaaginge , als voorfchreeven is , voltrocken geweeft zyn, Soo heeft men dan gevolghlijck oock getreeden tot het inventarifeeren van des felfs ivlontecringh en verdere Effecten, foo daar eenige moghten' gevonden worden, Doch met de uyterfte bevremdinge ondervonden , dat de Heer en Mr. Wolpnert Nobel ing als Fifcaal van den Hove van juftitie, En dat meede oock noch op ordres van het Gerechte van den Haage, Arreft op alles was geleght, en opfchry- vin-  tot de MILIT. JURISD. &c. 3g Vinge was gedaan , en Cachetten overal was op gehecht , Soo dat die van de militaire Juftitie in het doen van haar functie en bekoomene ordres belet,. De felve niet geheellijck' kunnen volbraght worden. : Op wat gefingeert pretext of fundament fulcks nu bv opgemelde refpeétive politicque Rechters gefchiedt magh zyn , en kan by die van de militaire Juftitie niet bedacht worden, Om reedenen , dat den eenen Perfoon, die den Doodtflaager en Deferteur is, Een Ruyter is, F,n den anderen , die neergeflaagen is, een Officier, Lieutenant en Partifaan is, Dus geen van beyde de judicature van een andere als van een militair Recht fubjeéf. zyn. . Den Souverain , die de crimineele Wetten gegeeven heeft, foo wel voor die van de refpeétive Hoven van juftitie, Als aan de refpeétive Steeden, Heeft daar van geëximeert de Militairen ec de Studenten, En voor yeder van henlieden een byfondere Rechtbanck geordonneert. Den Souverain heeft oock niet aan die vaa de Hoven van juftitie, Veel min noch aan die van den Gerechte van den Haagh , Wetten en ftraffen voorgefchreeven , hoe» daanigh een Soldaat, Doodtfkager en Deferteur te ftraffen , Maar wel en fpecifice en alleenlijck aan die van de Militie. C 2 D&  VERZAMELING van STUKKEN De Inwoonders van den Haage, wanneer eenige de minfte overlaft koomen te lijden, • Of ruften ,. gevechten , doodtfiaagen voorden , of wel fien gebeuren , begeeven fich aanftondts naar de militaire Wachten om adfiftentie. Gemelde Wachten zijn aanfrondts paraat, Apprehendeeren en vangen alle foorten van Perfoonen indijlinftuin, fonder te verneemen -wie die zyn. En foo wanneer de Gevangene een Suppooft Van den Hove, Of een Borger van den Haage, Of een ander politicq en geen effeétif Militair moghte zyn. Soo werdt den felve aanftondts op het eerde .reclameeren van dien Rechter overgeleevert, onder wien de felve moghte reforteeren, En dat fonder eenige de alderminfte difficulteyt te moveeren, Weetende dat gemelde Perfoonen, geen Militairen zynde, onder haar jurisdictie noch ri.goureufe wetten niet en behooren , Jaa dat oock by daagelijckfche ondervindinge sondeert y dat die van de Gardes, Specialiter geroepen , Als fy al yemandt, jaa felfs in flagranti deli. cle geapprehendeert hebben • Al was den Geapprehendeerde noch foo een vette vogel, En dat Sylieden alleen preventie, maar oock effeèlueele detentie fouden konnen allegueeren, Indien eenige conformiteyt in de militaire en politicune. wetten en'juftitie kon gevonden worden. Die  tot de MILIT. JURISD.- &e. gf Die toto ccëIo van den anderen verfcheelen , en niets gemeen hebben , ten minden in het crimineel, Sylieden (te wèeten die van de Gardes) echter niet begeerigh zyn op de jurisdictie van andere te impiteeren, Veel min Burgeren Goederen te faifeeren of verzegelen. Indien by de Gardes, of die van de Militie, het quaadtdoen der Militairen ongeftraft vvierdt gelaaten, Of indien de felve het quaadt al te licht of te weynigh ftraffen , en de goede Ingezeetenen daar duor quaamen te lijden, Waar van immers geene exempelen geallegueert fouden konnen worden, Soude het Hof van juftitie, of die vah den Haage, reedenen van klaghten konnen formeeren: Maar de militaire wetten zyn te rigoureus, En de Kryghsraaden re feer aan de uytvoeringe der ftraffen , haar by gemelde wetten voorgefchreeven, verbonden. Het is feer aanmerekenswaardigh, dat by de militaire Juftitie foo veelvuldige crimineele proceduuren gehouden zyn, En foo meenighte fwaare capitaale Sententien alhier in den Haage ter executie geleght zyn, En dat noyt, noch Fifcaal van den Hove, Noch veel min Bailliu van den Haage, Sich in de militaire jadicaturen ingedrongen of hinder en belet toegebraght hebben gehadt, Jaa felfs niet als wanneer een militair ge- weldt aan een politica, Perfoon gedaan hadt, C 3 On-  fB VERZAMELING van STUKKEN Onder welcke feer remarquabel is het fait door een Cadet van de Gardes, Genaamt Jonckheer Cabeljauw, Aen den Apothecaris Hi.rnius gepleeght, En waar over alhier in den Haagh gefenrentieert en op het Schavot aan de'Vyverbena publicq met den Swaarde onthalft is, • En, quod notandum, dat den opgemelden Cadet een Edelman , En den Beleedighden een Burger van den Haagh was. Meede is remarquabel het fait van Matthys Scholtes , Soldaat in het Regiment Gardes' Compagnie Zobel , 5 Gepleeght aan een Burgerman , een Kleertnaaker alhier in den Haagh , Waar over alhier meede ter felver plaatfé op het foo genaamde groene Zoodtje Jeevendbu van onderen op gerabraackt is. geweeft : En dat nu heeden in een faack , geheel en al militair, Daar den Daader en den Patiënt beyde Militairen zyn, als voorfz. is, Soo wel den opgemelden Heer Fifcaal van den Hove, Als die van den Gerechte van den Haage beyde te gelijck, ' Doch elck voor zich in het bifonder, hinder en belet, als voorfchreeven is, hebben getracht toe te brengen. Op diverfle geailegueerde execmien fal men met konnen feggen, dat de felve by het Jeeven van Cijn Majefteyt zyn voorgevallen, Wie de Gardes op het exempel van andere Iloningen en Vorften veele faveurs en vobrï recü»  TOT BE MILTT. JURISD. &c. 39 techten vergunt hadt , als zynde genoemt la Maifon du Roy, of Trouppen van des Koninghs H Want na het affterven van hooghftgedachte fijne Majefteyt is den Souverain met geftor- ven: , De Gardes zyn Gardes van den Staat, dat is van den Souverain, gebleeven. Dat de Gardes militaire jurisdiaie exerceeren is geen faveur of voorrecht van fijne Majefteyt °*c weeft Want fulcks competeert alle Militairen , en kan in geen twyffel getrocken worden. En pofito dat eenigh faveur of voorrecht alhier in confideratie genoomen wierdt, Soo zyn echter alle die faveurs en voorrechten niet vernietight of ingetrocken, Maar alles wat eenighfints de Gardes betreft gelaaten op den ouden voet, Item op den voet als ten tyde van fijn koninghlijcke Majefteyt geweeft was. Aldus is iri September feeventien hondert twee , en naderhandt by feer meenighvuldige voorvallen gedecideert en verftaan , En wel difiinctum by het alhier reedts geproduceerde lub lit. A. 1. & 2. loco, In welck den Auditeur Johan van Roon fuftineerde, dat de voorrechten en privilegiën, aan de Gardes by fijne Majefteyt verleent, Met des felfs overlijden waaren koomen te eeffeeren, En by de refpeétive Hooft- en verdere Officieren van de Gardes gefuftineert het contrarie van die: .. Waar op dan den dertighften Januarn feevc- C 4 l-eB  4» VERZAMELING van STUKKEN H^eren^r de"ien by haar Ede,e Mog. de is?eC°mmi"eerde Raade" uit^F-ke interdictie de Gardes niet meer moeyelijck te con^eif .êönt a?licr !" het korc S^educeert is conlteert dan evidentelijck, v™ ^ f mSaire Juftitie ^ de ërondtflagh van de Republicq geconfirmeert, Separaat, endeniets met de poiiticque Tuttitie gemeens heeft; 1 J fdieeïn^ ^ ^° ^ Va° dC° a"deren ver" Dat de felve op geene bedenckeiiicke wvfe geconfundeert konnen worden; Dat geene militaire Juftitie 'by preventie, of evocatie of appel, of wat pretext men foude willen bedencken, Door een anderen Rechter aan fich getrocken kan worden , wien den Articulbrief en verdere militaire Wetten en Ordonnantiën ontkent zyn, En wien geen macht gegeeven is over alfiilcke recht te fpreeken, Ten mintten niet in criminalibus■' Als in dit geval. In deefen fal niet konnen gepretexeert werden een onkundigheyt, dat den Delinquant, in Jam* L°ëlS opfchri'vinêh m bezegeh'ngh gei Een Militair is, ^ Vermits des kïïs Monteeringh, fingulariteyt vaa  tot de MIL1T. JURISD. &c. 4.$ van Schaberacq en verdere Equipagie de qualiceyt al te baarblijckelijck denoteercn. Welcke Monteeringèn aan de Compagnie toebehooren ., En by gevolge, als aan 'sLandts dienfl; toegeweyde Goederen, by alfulcke Rechters niet aanipraakelijck of arreitabel. Alle welcke pofitiven , alhier na recht en waerheyt in het kort ter needer geltelt, al te notoir zyn, En haar Edele Mog. al te kennelijck zyn, omme eenige de minile twyfFelingh toe te laaten, En die geene , die echter contrarie foude willen fuftineeren, daar tegens te hooren, Of te dulden dat Officieren, die wercks genoegh met 'sLandts dienft ende het doen obferveeren van een exacte difcipline onder de Militie te doen hebben , Met proceffen gematteert , onnutte kollen geruineert en door de fubtiliteyten eu chicanes van de praétycq gecjrcumduceert en verkorc fouden werden. Mits welcke de refpeétive Generaals en Hooftofficieren van de Gardes van de bekende equijeyt van haar Edele Mog. verwachtende zyn, gemainteneert te werden in die jurisdictie, die rot maintien en geruftheyt van de Republicq ( voor foo veel het Corps der refpeétive Guardes betreft) als haar by de fondamenteele Wetten van den Staat, en noch daagefijeks by Refolutien en Ordonnantiën van haar Edele Mog, gedemandeert is. Was geteekent, R V. Graef van Hompefch, J. Freyman, C S VL  %l VERZAMELING van STUKKEN V I. JtEQUESTE van JOHAN van ROON. Aan de Edele Mog. Heeren Gecommitterde Raaden van de Edele Groot Mog Heeren Staaten van Hollandt ende Wejivri es landt. (jT-cft met onderdaanigh refpect te kennen Jonan van Roon, by U Edele Mog. in den jaare feftien hondert vier en t'neegentigh aangeftelt tot Auditeur militair van de Militie alhier in den Hage in guarnifoen ende die namaals guarnifoen foude koomen te houden, fonder onderfcheydt, uytwyfens de Copye Acte van U Edele Mog. hier annex; dat de gemelde U Edele Mog. ordres, volgens de voorfchreeve Acte van alle militaire Regimenten, foo te peerdt als te voet, op U Edele Mog. betaalingeftaande, zynde geobedieert: Doch dat de respective Guardes , foo te voet als te peerdt (na dat de felve uyt Engelandc alhier retourneerende , en dat tot heeden toe) hem Suppliant in gemelde qualiteyt en volgens U Edele Mog. verleende Acte als Auditeur niet en hebben willen gebruycken, op praefuppooft, dat fy Koninghs Guardes en altydt gewoon waaren haar eygen Kryghsraaden te houden: Waar door den Suppliant fich genoodfaackt vond hem te addreffeeren aan U Edele Mog., en by Requefte verfocht geftyft en gefterckt te werden,'volgens en in conformiteyt uwer Edele Mog. opgemelde gegeeven Acte. Welke Requefte gefielt zynde in handen van de Edele Mog. Heeren van Weftbarendrecht en Bors van Waveren , m • in  TOT DE MItlT. JURISD. &C. la der tydt als Commiffariffen uyt het midden van uw Edele Mog. Collegie daar toe gecommitteert: Dewelcke na ingenoomen onderfoeefc fuftineerden en adverteerden , dat de voorfchreeve refpeétive Guardes meede gehouden waaren, foo wel als andere Militie, terwyl defelve alsdoen al op de Hollandfche repartitie waaren opgenoomen , en by gevolge geen Engelfche, maar Staate Guardes waaren, hemSuppliark meede als Auditeur te moeten gebruyckea en employeeren in hunne te houdene Kryghsraaden en Informatien als anders, en daar voor te doen erlangen en genieten het traètement als van oudts daar toeftaande, Doch dat daar op by wylen den Hooghedele gebooren Heer Prsefident van Duvenvoorde aan den Suppliant werd geprometteert op den Staat van oorlogh op feeker profitabel traètement te fullen werden gebraght, gelijck de Auditeurs voorheen plaghten gereguleert te worden , mits dat hy Suppliant die faake in die ftaat (alsdoen zynde) onvervolght foude laaten, fonder dat hy Suppliant tot heeden daar inne heeft gejouiffeert. Dat hy Suppliant vervolgens weder over gemelde faake Requefte aan U Edele Mog. heeft geprefenteert. Welcke Requefte U Edele Mog. hebben gelieven te Rellen in handen van wylen den Commis van Neck, omme U Edele Mog. daar op te advifeeren. Maar nadien gemelden Comrnis van Neck, vermits des felfs lieckte en affterven , geen rapport deswegens heeft gedaan , foo heeft den Suppliant al weder het ongeluk getroffen, daar op geen favorable Refolutie van U Edele Mog. te erlangen. Ende geconfi 'ereert de refpeétive Guardes na de doodt vm fijn Majefteyt van  4^ VERZAMELING van STUKKEN yan Groot Britiannien altydt op de repartitie van deefen Staat zyn betaalt geworden, en by gevolge eock yerfcheydene Privilegiën, aan haar by wylen hooghftgemelde Majefteyt verleent , zyn komen te cejjhren, ende in geen meerder reent omtrent deefe faack kunnen geconfidereert worden als andere van U Edele Mog. oudtfte Regimenten , die hem Suppliant , als voorfchreeven , altydt hebben geëmployeert en betaalt, te weeten,van yeder Compagnie te voet fes en dertigh ftuyvers en van een Compagnie te peerdt drie guldens drie fluyvers ter loopende maandt, het welck een feer geringh traélement is. Ende nadien hy Suppliant door de voorfchreeve onthoudinge van de gemelde refpeétive Guardes niet alleen reeds tot de uyterfte decadentie is geraackt, maar verder tot fijn, des felfs Huysvrouw en Kinderens totaale ruine Haat te vervallen , infonderheyt foo U Edele Mog. ordres, volgens de voorfchreeve Acte, niet en werden nagekoomen en gerefpeéteert by die meer gemelde refpeétive Guardes, die wel meelt en alle jaaren geduyrende den geheelen Winter tot dight aan de Campagne alhier in guarnifoen zyn. Waarenbooven U Edele Mog. noch gelieven te confidereeren, dat het voor den Lande van veel noodtfaackelyckheyt enaangeleegentheyt is, dat hy Suppliant als Auditeur over de voorfchreeve refpeétive Guardes gebruyekt werdt , vermits hy Suppliant geobligeert en gelaft is, U Edele Mog. van tydt tot tydt, als U Edele Mog. des begeert, te exhibeeren alle het geene in gehouden Kryghsraaden en Informatien crimineel werdt verhandelt, en daarenbooven oock gehoudenis, Copyen of Dubbelden daar ran over te leggen aan  tot de MILIT. JURISD. &c. 4S aan de GeneraliteytsReekenkaarner van het gunt hier in het Guarnifoen werdt gecenfureert. Behalven dat het meede feer noodigh is, dat den Auditeur overal prefent is , om quaade gevolgen en verduyfteringen te beletten en eviteeren, als in het fchouwen van doodtgefteeken en andere verongelukte militaire Lighaamen, mitsgaders om daar van een net pertinent verhaal by forme van verklaaringe en certificatie te kunnen doen aan U Edele Mog. en aan de opgemelde Generaüteyts Reekenkamer,het gunt hem Suppliant by fijne laatfte overgeleeverde Declaratie van koften en mife van juftitie aldaar wel fpecialijck by Apoftil met een Loquatur is geinjungeert en gelaft, op poene van nonbetaalinge: Mitsgaders dat hem Suppliant oock competeert het fchryven van Paspoorten en PafTen, als de Auditeurs in andere Steeden van Hollandt, als Gorkom , Heusden &c. doen en genieten. Waar door U Edele Mog. altydt konnen fien hoe fterck yeder Compagnie is. en wyders altydt (des noodts) kan gefien worden wie deferteert en aghterblyft , om de felve Perfoonen na de ordres van den Lande vervolgen? te kunnen indaagen , gelijck by andere Regimenten gewoon is, om daar door alle frauden en omiffien te beletten. En laatftelijck moet den Suppliant in üjn voorfchreeve qualiteyt jaarlijcks de Declaratie van koften en mifen van juftitie als andere van den Capiteyn GeweJdige Provooft alhier examineeren en verklaaren, dat het geene daar in ter neder geftelt, vervolgens en van tydt tot tydt alfoo is gefchiedt en uytgevoert. Waar van hy Suppliant meede werdt gefruftreert en belet, om dat gemelde Guar-  46" VERZAMELING van STUKKEN Guardes fulcks op haar eygen authoriteyt fententieeren, en by gevolge meenighvuldige omiffien en abuyfen door die reeden zyn gecommitteert. Om alle welcke en meer andere redenen hy Suppliant fich nochtnaals is keerende tot U Edele Mog., met ootmoedigheyt verfoeckende en biddende, dat U Edele Mog. (alfoo het bericht door den voorigen Gommis der Finantie des Suppliants Requefte vermits des felfs overlijden niet en is gefchiedt) derhalven na ingenoomen advis van de jegenwordige Commifen uwer Edele Mog. Finantie de voorfchreeve refpeftive Guardes, foo te peerdt als te voet, jegenwoordigh hier in Guarnifoen zynde en namaals te koomen, alsnoch gelieven te geladen en te crdonneeren, hem Suppliant, volgens de annexe Acte, als Auditeur te erkennen , en in alle Kryghsraaden en informatien als anders te employeeren , en op het voorfchreeve ordinaris traètement van fes en dertigh duyvers per yeder Compagnie Infanterye en drie guldens drie duyvers alle loopende maandt van yeder Compagnie Cavallerye , gelijck fyluyden tot Gorkom en Heusden aan de Auditeurs betaalen . en daar van by U Edele Mog. te verleenen Acte, van hun en yeder, die het aangaan magh , fich daar na te reguleeren. Onder ftondt, 't Welck doende, &c. Was geteekent, A. W. Stuckerusi Fr. Copii  tot dB MILIT. JURISD. &c. 4% V 1 l Copie auth. COMMISSIE D Gecommitteerde Raaden van de Staaten vaii .ollandt en VVeftvrieslandt, de geannexeerde Requefte van Johan van Roon , woonende alhier in den Hage, geëxamineert, gelet op het verfoeck by de felve gedaan, en gefien hebbenbende de Refcriptie van den Capiteyn A. van Schneck, commandeerende de vier Compagnien guarnifoen houdende alhier in den Hage: Lajlende en ordonneeren hier meede de refpe&ive Officie • ren over het jegenwoordig Guarnifoen. en die na. maals alhier in den Hage Guarnijoen fullen koomen te houden , ten eynde fy den voornoemden Suppliant als Auditeur fullen hebben te erkennen . en vervolgens in alle Kryghsraaden en te beleggen Informatien te employteren, hem daar van bevuorens kondtfehap te doen hebben , en voorts in alle andere faaken, daar van het noodigh fa] zyn Notulen te houden , hem als Auditeur te gebruyeken, alles op het ordinaris tractement^en emolumenten daar toe van oudts geftaan hebbende. Gedaan in den Hage den dertighften Maart feftien hondert vier en tnegentigh. Onder ftondt , Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. Ende was geteekent, Simm van Beaumont. Lager ftondt, Na gedaane collatie is deefe jegens de origineele Commiffie accordeerende bevonden bymy Notarispublycq ,in 's Gravenhage rcfideerende, op den drie en twintighften October leeveritien hondert een Wua geceekent, C. Middelman. Not. vul  &7 VERZAMELÏNC van STUKKEN VIII. Memorie van drie delicten , begaan by het Regiment Gardes te voet, Guarnifoen houdende binnen 's Gravenhage. JL)at op den veertienden Julii feeventien hondert veertien Andries Fack aan het Quartier is gekoomen van Chriftiaan Otto ( beyde Soldaaten in de Compagnie van den Capiteyn Soubiron) hebbende alvoorens eenige rufie met malkinderen gehadt , foo is den voorfchreeven Chriftiaan Otto van fijn Boovenkaamer naar beneeden met een gelaaden Snaphaan gekoomen , blyvende ftaan in het Voorhuys, en heeft den voornoemden Andries Fack, die op de Straat ftondt, doodtgefchooten. Dat op den dertighften dito Johan Frederick Regteren in 't westeinde is tegengekomen Pieter GeyfTen ( beyde Soldaaten in de Compagnie van den Capitein Baron van Langeracq) foo heeft den eerftgenoemden , fonder alvoorens eenige woorden met malkanderen gehadt te hebben, fijn üeegen uyt de Scheyde getrocken , ende den laatftgenoemden, die fijn Deegen niet uyt hadt getrocken, doodtgeftooken. De Gerechts Dienaars van de Magiftraat van 's Gravenhage hadden het voorfchreeve doodeLijck befet,het welck den Generaal Lieutenant des Villattes , toenmaals Lieutenant Collonel van de Guardes te voet; wierdt aangedient, die den Adjudant ordonneerde eenige Soldaaten by hem te neemen, om haar van het doode Lijck af te doen fien, het geen is gefchiedt. Dat op den tweeden October daar aan volgen-  tot de MILlt. JÜRISD. &c. 4$ gende Hendrick vanSprarigh, Capiteyn des Arthes in de Compagnie van deri boovengerr.eldeh Capiteyn Soubiron , fich felfs op de Solder, alwaar woonachtig was , aan een Touw heeft verhangen en geworghr. Zynde over deefe drie 'voorfchreeve delicten ( na alvoorens de twee Vluchtelingen by openbaare trommelflagh' driemaal waaren ingedaaght) by het meer gemelde Regiment Gardes te voet Kryghsraadt gehouden, op den vyfden October cn den aghtiten November van het zelve jaar feevehtien hondert veertien, 'een Sententie gevelt, dewelcke doenmaals zyn vertoont aan haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden , die fe haar wel hebben laaten gevallen, en bevoolen , dat de voornoemde Sententiën volgens den inhoudt fouden ter executie geltelq werden. Zynde de refpeétive Sententiën onder den Auditeur militair van de Guardes beruftendej en fullen meede op bevel van haar Edele Mog, geproduceert werden, des noodts. I Xi Requefte en Acle der refpefthe Hooft- en verdere Officieren van het Regiment blauws. Gardet. \ D -• Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Weftvrieslandt, de geannexeerde Requefte van de refpeétive Hooft- en verdere Officieren van de Guardens , foo te paard als te voet, jegenwoordigh guarnifoen houdenIV, Dêe£, D dé  jo VERZAMELING van STUKKEN de alhier in den Haagh, geëxamiaeert, en gelet .hebbende op het verfoek by defelve gedaan, verldaaren hier meede in hec verfoek, by den Auditeur Johan van Roon by Requefte aan haar Edele Mog* gedaan, niet te konnen treedsn, interdiceeren vervolgens den voornoemden Auditeur van Roon de Supplianten over en ter faake van die of diergelijcke verfoecken van • nu voortaan niet meer moeyelijck te vallen. Gedaan in den Hage by de Heeren van Sterrenburgh, Repelaar. Graswinckel, Ruyfch, Lefteycnon , Rooszak, van Schuylenburgh en Leenmans den dertighlten Januarii fèventien hondert dertien. Onder ftondt, Te ordonnantie van Gecommitteerde Raaden. Was geteekent, Simon van Beamnont. X. Aan de Edele Mog. Heeren Gecommitteerdé Raaden van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Hollandt ende Wefivriesland. CjTeven met fchuldige eerbiedigheyt te kennen de refpeétive Hooft- en de verdere Officieren van de Guardens, foo te paard als te vuet, jegenwoordigh guarnifoen houdende alhier in den Haagh, hoe dat defelve Guardens, foo voor, als na, dat defelve overgevoert ende geëmployeert zijn geweeft in Engelandt ende Yrlandt, altoos hebben gehadc haare eygene Kryghsraa- den,  tot d£ MILIT. JURISD. &c 5l den, onafhankelijck niet alleenigh van andere Kryghsraaden in de Guarnifoenen, maar fëJf; van de hooge Kryghsraaden , dat, naar dat de felve Corpfen wederom herwaarts zijn overgekomen, ende gemiliteert hebbende in de Nederlanden, fy van het felve voorreght hebbende gejoaisfeert gehadt, niet alleen geduyrende het leven van fijn Koninghlijcke Majefteyt van Groot Brittannien, maer oock daer na tot op den huydigen dagh , fonder interruptie , gelijck haar Edele Mog. de felve Guardens dan oock goedtgunftelijck hebben gelieven te conferveeren by den rangh, ende honneurs , die aan defelve te vooren waren toegedaan, en of wel mitsdien aan de Veftoonders privativelijk competeert de directie van haar refpeétive Kryghsraaden, mitsgaders het nemen van infermatien, houden van Verbaalen , en Notulen van het geene in de Kryghsraaden enConvocatien werdt verhandelt| met allen het geene daar van dependeert, en den dienft van de gemelde Corpfen is concerneerende 9 alles op dien voet als fy van oudts fulcks gewoon zyn geweeft te doen , en gevolghlijek niemandt anders tot de Guardes niet gehoorende, fich in de felve affaires, niet fouden vermogen te ingereren, foo hadde hec echter geluft gehadt aen Johan van Roon, fich quaÜficerende als Auditeur Militair van her Guarninen, alhier in den Hage, nu onlanghs (foo de Vertoonders in ervaringh zyn gekomen) Requefte fe prefenteeren aan Uw Edele Mog. en daer by op aoufive middelen te verfoecken, dat Uw tëdele Mog. aan de Vertoonders wilden gelieven te gelaften , dat fy hem Johan van Roon, als Auditeur , fouden hebben te erkennen , ênde Iri D 2 alle  53 VERZAMELING van STUKKEN 1 ' alle Kryghsraaden en informatien , als anders té employeeren en gebruycken, op een ordinaris traètement van fes en dertigh ftuyvers per yeder Compagnie Infanterie, en drie guldens drie ftuyvers vanieder Compagnie Cavallerie, ter loopende maendt, funderende den voornoemden van Roon fijn verfoeck pretenfelijck op feekere Uw Edele Mog. Refolutie van den dertigften Maert des jaars lbftien hondert vier en tnegentigh , maar uyt de lecture van dien confteert, dat daar by inhet minfte van de Guardes niet en werdt gemelr, noehte daer op kan fijn gerefleéteert geweeft , gelijck dan gemelde Refolutie oock t'federt dien tydt, zynde by naer volle aghtien jaten , nooit in opfichte van de Guardes in treyn gebraght , of werkftelligh gemaakt is gewórden, foo als volgens het eygen voorgeven van den gedachten van Roon, aen hem door den Heere Prefident Uwer Edele Mog. Collegie in der tydt is betuyght en aangefeght, dat hy van Roon fijne faecke jegens de Guardes onvervolght foude hebben te laaten, maer folliciteren om te bekomen een tractemeht op den Staet van Oorlogh; de Vertoonders vermeynen , onder reverentie wyders, dat den gemelden van Roon oock t'onrccht komt te avanceren, als of verfcheide Privilegiën van de Guardes, met de doodt van fijn Koninghlijcke Majefteyt van Groot-Brittannien , waaren koomen te ceffeeren, alfoo het contrarie van dien kenneiiick is, en wel fpecialijck het voorreght alhier in quajftie betreffende. alfoo het felve t'federt da dóódt van hooghftgedaghte Koningh by de Vertoonders tot nu toe, buyten indraght van den voornoemden van Roon of andere, altoos behouden,  tot de MILIT. JURfSD. &c. 53 tien , ende geufeert is geworden ; niet minder ongegront is het, dat den felven van Roon noch verder pretexeert, dat het van veele noodtfaackelijckheyt en aangelegentheyt voor den Lande foude weefen, dat hy als Auditeur van de Guardes gebruyckt werde, om dat hy quafi^ aan Uw Edele Mog. ( des begeert werdende)* van tydt tot tydt foude kunnen exhiberen, allen het geene in de Kryghsraaden, en by het nemen van informatien crimineel, by de Guardes wordt verhandelt, en wat dies meer by hem in het yervolgh is bygebraght, quajp vero , als of allen'het felve door der Vertoonders Bediendens oock niet alfoo wel en prompt, ter rcquifitie van U Edele Mog. t'elckens foude konnen, en oock moeten bygebraght , en uytgevoert werden ; zynde het voorts meede van weynigh applicatie, dat den voornoemden van Roon hem beroept op de Auditeurs van Gcrnichem ende Heusden, nademael defelve Auditeurs nooyt en hebben gefuftineert gehadt, dat fyiuyden de Kryghsraaden van de Guardes, als die aldaar voor een gedeelte in guarnifoen moghen hebben gelegen, fouden moeten bedienen als-Auditeurs, of fich in die qualiteyt met defelve Guardes eenighfints mogen bemoeyen, en dat wel waar magh weefen, dat het geeven van Paffen in de voorfchreve en andere Steden door de Auditeurs particulierlijck gefcbiedt; te weeten daaromme, op dat den Gouverneur of Commandeur van foodanige Fortreffe altoos pertinenten kennifie en onderrechtinge foude- konnen hebben van den fbaat, ende het getal van fijn Guarnifoen, maar het felve kan in cas fubjeci niet zyn van eenige fcoepafTinge of confeqyentie , aif0o Uw Edele D 3 Mog.  54 VERZAMELING van STUKKEN Mog. door de Vertoonders foo wel, en beter als door Joban van Roon voornoemt altoos konnen werden geinformeert van het getal der abfenten, gedeferteerde, en nieuw aangenomenc Ruyters of Soldaten, uyt de refpeétive Boecken en aanteyckeningen, die by yeder Corps van de Guardes daar van diftin£telijck werden gehouden , fooalsdanlaatflelijck oock de declaratien van koffen ende mifen van juftitie van dei geweldigen Provooft, foo wel door de Vertoonders , of der felver Gecommitteerde konnen werden geëxarnineert, als door den voornoemden van Roon, die echter van die onbefcheydentheyt is,dat hy hem niet heeft ontfien, de Guardes daerontrent yan onordentelijckheyt, in vage, te infimuleeren. En hier mede dan verhoopende de ongefundeertheyt van het voorfchreve verfoeck ten genoegen van Uw Edele Mog. te hebben aangeweefen , foo willen de Vertoonders oock dat eerbiedige vertrouwen hebben, dat Uw Edele Mog. geen fwarigheyt fullen maaken, van aan den voornoemden van Roon zyn verfoeck by des felfs Requefte gedaan te ontfeggen en hem te interdiceren dat hy de Vertoonders ter faacke van dien voortaan niet verders fal hebben sjgoeyelijckheyt aan te doen, ofte troubleren. Onder ftont, V, Welck doende, &c. Was geteekent, H. vander Saki. KL  tot de MILIT. JURISD. &c. 55 X I. EjxtraEt uyt de Refolutien van de Heeren Staaten van Hollandt ende Weft Frieslandt , in haar Edele Groot Mog. Vergaderinge genomen op Dinghsdagh den 22. Julii 1721. O ntfangen een Miffive van den Praefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den . . . deefer , houdende der felver bericht op een Deductie, by de Kryghsraadt van de Guardes te voet en te paardt aan de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden overgegeeven , tot juftiiicatie van haare crimineele proceduren , geè'ntameert tegen eenen Jan Swartshof, Ruyter in het Regiment Guardes in de Compagnie van den Ritmeefter van Linden , over een doodtflagh, door den felven Swartshof hier in den Haagh begaan aan eenen Chriftiaan Hoffelingh, geweefen Lieutenant in de vrye Compagnie van den Major van Diemen. Waar op gedelibereert zynde, is goetgevonden ende verftaan, dat de voorfchreeve Miffive, hier na geinfereert, door de Heeren van de Ridderfchap , en andere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden , op het voorfchreeve fubject reedts gecommitteert zynde , geëxamineert, en de Vergaderingh op alles van advife gedient fal werden; blyvende onderwylen alles in fijn geheel en buyten verdere verwyderingh. Fiat infertio. Accordeert met de voorfz. Refolutien. D 4 XII.  56* VERZAMELING van STUKKEN X I I. Miffive van Prcefident en Raaien van den* Hove van Holland. E DELE GROOT MOG. HEEREN, N a dat ontdaan was het geval van het doodtitecken van Chriftiaan Hoffeüngh, gewefen Lieutenant in de vrye Compagnie van den Major'vaa Diemen , op den fe ven tienden Junii laatftleden gedaan door eenen Jan Swartshof;' Ruyter in het Regiment Guardes, in de Compagnie van Linde t en dat over de bereghtingh van dat fait'door de Magiftraat van dén Hage, aan den Hove controverfie was gémoveert, ter welckeroccafie aan U Ed. Groot Mog. ondèrdanigh is gefchreven onfe Miffive van dato den feyen en twintighften Junii nu jongftleden , foo is ons verder door den Procureur Generaal van Hollandt beright geworden , dat de Militaire Kryghsraadt van de Guarde te Paardt alhier Guarnifoen houdende, by Trompette gefchal , de Daader van de gemelde doodtflagh mede hadde gedaan indagen, ende in bedenken gegeven, of die indagingh wel was conform aan de ordres die volgens den inhoudt van U Edele Groot Mog. voorheen genomen refolutien in dit fluck moeiten werden geobferveert , op welcke propofitien, wy aan gemelde Procureur Generaal hebben gelaft te fpreken met den Heere Grave van Hotapefch , als commanderende gemelde Ruyterye, ende figh te informeren'of die dighvaardingh gefchiede over defertie van gemelde Ruyter uyt fijn Militaire dienft, of over het delict, van de riflodulagh felve, welck laatfhe door.gemelde Co.m°  tot be MILIT. JURISD. &c 57 Commandant gedeclareert zijnde. gemelde Procureur Generaal hem heeft voorgehouden de Refolutie van U Edele Groot Mog. van dato den dertighften September feftien hondert vier en vyftigh,en of hy Commandant konde begrypen, dat foodanigen indagingh over een delict dat niet was Militair, maar een commune deliclum met de de gemelde Refolutie konde befhaan , daar by verklaart was, dat alle communia delïcla fchoon by militaire Perfoonen begaan, in haar natuyr fpeéteerden tot de judicature van de civïie of poliricque Reghter., dogh dat fonder praejuditïe van die verklaringh ten opfighte van de voorgaande praétiquen by forme van fpeciaie concefüe of delatie was goetgevonden , foo wanneer militaire Perfoonen in actuele dien ft zijnde, en alhier in den Hage Guarnifoen houdende, door ordinaris Patroülles van de Compagnies Guardes van U Edele Groot Mog., of ahderfints door ordre van militaire Officieren over gemeene delicten op verfcfee daadt geattrappeert en geapprehendeert moghte werden , foodanige gëapprehendeerde, als by preventie in handen van Militairen gekomen, oock ter judicature van de felve Kryghsraadt foude iverden gelaten. Dat gemelde Heere Grave van Hompefch, fb;ideryetwes tot folutie van het geargumenteerde uyt die Refolutie by te brengen, in (ubflantie heeft gefeght , dat het gébruyk foodanigh zijnde, als in defe by de militaire Kryghsraadt jegenwoordigh werdt gedaan, die voorfchreve iaake foude moeten voortgaan , tot hy nader ordre quam te ontfangen, het geene ons mededoor gemelde. Procureur Generaal- gerapoorteert pijnde, wy aan de Heeren UKdele Groot Mog. GeD $ cou>  fi3 VERZAMELING van STUKKEN committeerde Raden verfocht hebbende een conc ferentie, die fake hebben voorgefteit ende gevraaght, of haar Edele Mog. van verftandt waren, dat het doen van gemelde Krygsraadt met de gemelde Refolutie konde beflaan, ofte bevonden moeite werden daar tegen ftrydigh te zijn, het geene by Commiffariffen van opgemelde Heeren Gecommitteerde Raden aangenomen zijnde in haar Collegie te rapporteren, endede conferentie daar na met Commiffariffen uyt den Hove te fullen hervatten, is ons in de tweede byeenkomft gecommuniceert, dat wegens de gemelde Kryghsraadt fekere Deductie met Bylagen op dat fubject aan het opgemelde Collegie was ingedient, die haar Edele Mog. feyden, dat in U Edele Groot Mog. Vergaderingh foude dienen ïn overwegingh te werden gegeven , ende hebbende opgemelde Heeren oock goetgevonden op ons verfoeck die Deductie en Bylagen copielijck aan ons te communiceren, ten eynde wy de felve gefien hebbende onfe confideratien mede aan U Edele Groot Mog. foude konnen laten toekomen, ten welcken eynde wy ons verplight hebben gevonden aan U Edele Groot Mog. op dat fubject toe te dienen, dat wy in de felve Deductie niets ter wereldt hebben gevonden, als foodanige generalia omtrent de criminele Jurisdictie aan de militaire Kryghsraden van oudts ende fpeciaal aan de Guarde gedefereert, met byvoegingh van exempelen hoe de felve Kryghsraadt oock judicature hebben geexerceert in foodaanige particuliere gevallen die met het cas fubject geen gelijckheyt zijn hebbende, behalven dat tot folutie van het geene by deletter van de  tot de MILIT. JÖR'SD. &c. ffiJ de gemelde Refolutie is gedeclareert, niers ter wereldt werdt bygebraght, daar tegen wy yetives konnen repliceren , fulck's dat de faacke daar op aankomt of U Edele Groot Mog. in het geene by gemelde Refolutie is geffatueert, jegenwoordigh moghten goetvinden eenige veranderingh te maken, of gelieve te verklaren, dat de Guardes, alhoewel in de felve Refolutie fpecialijck vermeldt, eghter zijn van een-mder opfight of natunre als de felve Refolutie is declarerende, ende of de Kryghsraadt van de felve , fchoon geen appreheniie hebbende gedaan op de verfche daadt, eghter by indagingh ende default over een commune dsliStum kunnen doen procedeeren, van waar geen exempel wordt bygebraght , dat na het emaneren van de felve Refolutie foude wefen gedaan. Maar wy wel contrarie exempelen fouden konnen aan de handt geven, gelijck wy ons de eere geven een van de felve ons prefentelijck occurrerende hier by te voegen , dat namelijck in April feventien hondert tuffchen eene StevenJortckheer, gereformeert Officier, en "eeneJan Pugger, fbusexempt van de Guardes Hellebardiers" van fijne Majefteyt , een duel in het Bofch zynde voorgevallen , ende de gemelde Jonckheer nèdefgefl*. gen , het Hof de fchouwinge over het Lyck door Heeren Commiffariffen heeft laten doen, en tegen den Daader doen procederen; dat naderhandt de gemelde Pugger, by Requefte wel heeft verfocht Pardon van die Manüagh , die Requefte oock door de laatft overleden Heere Stadthouder , en Capiteyn Generaal, hooghloffeiyeker memorie , wel was geftdt in handen van den  $0 VERZAMELING van STUKKEN den Hoogen Kryghsraade, om daar op te berichten , dan dat het Hof echter by defaulc na dato tegen de Perpetrant heeft voort geprocedeert , fonder dat het felve in die tydt heeft gehadt eenige contradictie, alhoewel wy vermeynen dat , gelijck in voorgaande, rernonflrantien diverfche malen aan U Edele Groot Mog. is voorgedragen, de materie van Ju^ rifdiüis , niet op exempelen, maar op Weiten , Placaaten, ofte Refolutien., moet werden gefundeert, en dat de bewoordingh van de meergemelde Refolutie van dertighften September feftien hondert vier en vyftigh , foo uytdruckelijck gefteldt is, dat daar tegen, onder U Edele Groot Mog. wyfer oordeel , na onfe gedaghten geen exceptie te vinden is. Wy hebben in ons voorgemelde fchryven over de controverfie, door die van den Hage gemoveert, gantfch refpeétueuslijck gefeght, dat de materie van het reguleeren van Jurisdictiën is U Edele Groot Mog. eyge faake, die daar van konnen difponeren, foo als defelve nahare hooge wysheyt ten dienfte van het gemeen bevinden te behooren; ende fullen ons met permiffie van U Edele Groot Mog. in dat point, voor foo verre dat oock op de militaire Kryghsraad applicabel js, als nogh tot 't gemelde fchryven refereren, hebbende als gefeght is in het fchryven van de gemelde Kryghsraadt nietwes ter wereldt gevonden; waarom in de meergemelde U Edele Groot Mog- Refolutie eenige veranderingh behoorde te werden gemaackt, ende altydt Godt almachtig^ biddende , U Edele Groot Mog. in lai>  tót de MILIT. JURISD. &c. 6ï lange voorfpoedige Regeeringe te willen bewas* ren. Gefchreeven in den Hage den Julii feven* tien hondert een en twintigh* Onder ftondt, U Edele Groot Mog. gantfch Dienftwillige, Den Prcefident en Raaden over Hollandt, Zeelandt en Vrieslandt. Geteekent, Joan ThkrrVk xiii. y (a) Lyfi van Militairen ,teegens welken byhet liuff is geprecedeert en gejententieert. 16. Mey A°. 1Ó78. JJendrickEeecken,Ingenieur ter zaake van Quiryn van Lobbrecht, meede Ingenieur in een gevegt gequetft té hebben, zoo dat hy daar aan is overleeden, op confeffie gecondemneert onthooft te worden. 9. Novemb. 1682. Johan Hartman Lieut. te paardt, ter zaake van het quetfen van Willem Vos , Clercq ter Finantie, in Perfoon gedagvaart, en by fententie in een ordinair proce$ gecondemneert in een amende van 630 Gis. 25. (a) De volgende Iyften heb ik 't Fubllek niet willen onthouden.  62 VERZAMELING van STUKKEN 25. Ocïob. 1689. N. Guigien , Zwitzer en Exempt onder de Guardes Zwirzers, weegens het fchakeeren van een jonge Dogter, op Inten- dith gebanne op poene des doods. 10. Getob. 1690. Hans Sailler , Soldaet, weegens het fleelen vaii Aardvrugten uit een tuyn,gegeeflek en gebannen. 11. Novemb. 1693. Scipio Hille , Militair in dienft van den Koning van Engelandt, ter zaake dat hy prefent was geweeft , by feeker gevegt, alwaar een per-zoon was dood geftooken 3 in ï'ubmifiie ontfangen, en gecondemneert in een amende van 500 Gis. 2. Juny 1701. N. Soullies Capiteyn , N. Bousquet Lieutenant, de eerfte den Capiteyn de Riolles in dnel hebbende dood geftooken, ence tweede als Seconde gedient hebbende , op Intendith de eerfte gebannen op pcene des doods i en de tweede verklaart vervalle van fyne officied en digniteyten, en inhabil om ooit eenige te' bekleeden. X I V,  tot de MILIT. JURISD. &c. C3 X I V. N&titic van Civiïe zaaken tuffchen Militairen en Militairen , ofte zaaken waarin Mi' litaire>n gedaagdens zyn. 1585. No. 73. artholdMattenburgh, als gecommitt. van de gezamentlyke Ritm's Hopluiden en Bevelhebbers van de Krygsluiden van den Keurvorll van Keulen, Imp1. van arren, in R. A. r Contra Jonkheer Lodewyk Rompveld, Veldmarchal, voor hem zei ven , en vervangende, Gaspar van Heven, Ritmr, C. S. geden. i Ao. iCg. Uts. Kö. 213. Jan van Alfteren ge- naemt Hamel, Ritm'. van den Keurvor/t van KeuJen, en Frans van Dalen, Vendrig, Impien van mand"" van arreft. Contra Arent van Schouwenburgh als gemagtlgt van Hans Zedeütz RitI!ir, Jonkheer Lodewyk Romp {a) Overfte' Veldmarfchal, en (b) Gaspar van Heyen, gedaagdens. Ao. 1585. No. 347' . Hugo Trion van Camerick, Impt. in cas reliëf d'appel. Con- ( a) Dezelve die No. 73- genoemd wordt Romïvst V, Ia No. 73. is Jt Gaspar.  *4 Verzameling van stukken Contra Capiteyn Pieter Emanuel, gede. 'Aó. 1526. N°. 139. Hendrik Ülr'yckz. Mon* fter Schryver Impt. van R. A. Contra Jonkvroüwe Anna van Duivenvoorde Wede en Boedelhoudfter van Jonkheer Johan Cunigan, in fyn leeven Collonel gede N0 339. Uu*. A°. I587- N°. 2. Arent Ysbrands Bodegraven Impt. in R. A. Contra Juff*. Anna van Duivenvoorde Wede wylen Capit. Conigham (c) gede. —— Nff. 122. Johan Heere van Groes- beek Reqc. Contra Den Admiraal van den Rhynfèroom gereqe MILIT. JURTSD. M & Contra' Gtiillaüme •Doiiglas ert Anus Förbus, nieède Capitynen in' 't -zelve Regiment , lmpten van Appoinclnt van arre,il in R. A. Aö. ióioi N». 197. Juffw. Agneta Berch ? Wede van '' Saliger de lleere Colt Willem Ed- rnond, Impte in R. A. Contra De Wede -van de Heere ColP. du 8ois, ged* A°. 1620. N°. 68. . ;Bartholomeus Renier, Impte. van App'. van arrcft in Rf A. Contra Hans Èyfercramer , Cap'ic van een Compagnie Zwitzers, geue. A°. 1627, IN0. 104. DeWede. van Sal.Capt. de Roy , Impte. in cas relieff d appel, gemuteert in Rc formatie. Contra George Kievit, Capit. ten dienfie deezer Landen, gedc. A°. 1042. JX°. 15e. Louys de Ram, Irnp*. in R. A. E2 Con-  68 VERZAMELING van STUKKEN Contra Johan Grommel, Lieut. Coll'. van 't Regim. van den Collonel Morgan, Nom. Uxs. gede.r A°. 1650. N*. gif. De Kinderen en Erfge■ namen van Carel van Cats^ Impte. om Executie gedecerneert te hebben , en van Reqe. Civile. Contra Jasper van Blois gefeyt' Treslong, Capit. eil Commandeur op Loevefteyn, gede. '.™r>H «nmol >*f("S V. .oö SVi .o.iöi /A Notitie van Advyfen of Sententien by den Hove gcpronuntieert in zaaken van Militairen op de Rol bepleyt en anderen. 31 July 1647. N°. 41. Johanna Drommont, Impetr&. in R. A. Contra Willem Drommont Ridder , Coll1. van een Regiment Schotten ten dienfle deezer Landen, gede, . 20 Dec. N°. 69. Laurens van Swaans- wyck, Impc. van Mand1, van arreft en R. A. Contra Capiteyn Abraham vaaReaumont C. S., ged,s. 10.  tot be MILIT. JURISD. &c. 69 17 July 1618. N°. 76. Adam Coolhaas, Coll», Imp1. in R. A. Contra Capiteyn Gabriël de Haen, gede. 18 Juny 1649. N°. 75. Johan Pels, geweldige Gen1, van 't Leeger, Imp11. in R. A. Contra Jacob de Silla, Fiscaal van den Krygsraad, ged\ 15 July N°. 103. Gerard Maas, EyfR ïn- 'conv1. Contra Capiteyn Johan van Rabefway. 2/ Feb.1650. N°. 2(5. Daniël Renoud , Imp1' van Mand™, vanarreil in R. A. - Contra Anthony de Renoud de Berguirolles, Capi1. van een Compie. Carabyns van zyne Hoogheid, gede. 10 Oa. ATo. 148. Hendrik Wafe . W. in R. A. Contra Johan Cromwel (a), Coll1.. ten dienfte van den Lande, gede. 2 2 <*) Miflïhien dezelvde met Johan Crommel, p. et. a. 152. E 3  fï> VERZAMELING-van STUKEEN 22 Dec. 1672. N°.191.' Gerric G< rritze vand'er- - ■ 'Srnyck,C.S.impc.inR.A, GSYura- Corns. van TJiiencn, cn Johan- Boreel, Capitpeu ten dienïre deezer Landen, wootiende te Delft, elk in folidura,: ge ins. . ' : 31'Mey 1675.N°. xoo. Gaidrop de la CraiiTe, Impr in R. A, „ Contra . (a) EertinantPerpondier de Sedlnitsky, Col'L ten dienfte deezer Landen, gêdè. 26juny Np. 107. Nicohas de Gyzelaar, Requirant. Contra Johannes?/CoJpepcii, Capc. ten dienfte deezer Landen en Commandant "der Steede Oudewater, gereqde. ï6junyi67(5?N°. 158. Maria h Pdrüè, Impet* ■ .-• r. v jrrt tifclflp tn geèxcipd" Contra Johan Wede, Her-re van WaKnburgh, CqIÏC ten dienfte deezer Landen cn Gouverneur der Stad Grave , gede en excip'. 7 J"ly N°. ï59e Claude f erïo,' W. i in R. A. ■ Con- (a) Moet wacrfchynelyk zyn Ferdintmd de ferpmktr. I  tot de MILIT. JURISD. «Sec. ?r Contra N. Blair, Capiteyn ten dienfte deezer Lan« den, gede. 26 Feb. 1677. No. 54.- Oloff Lamb., Requirant. Contra Nicolaas Overfchie , Solliciteur, mitsgaders den Lieut. Coll. Ouwer, gereqdcs. 11 Maart 'N°. 72. Barent van Milaenen, ïmp'. in R. A. Contra Daniël van HarfaengedeMaroues, Rit". gede. 12 July N°. 156. Maria la Porte, Imp'. in R. A. en geëxpde. Contra Johan Wëede, Heere van Walenburgh, Coll'. ten dienfte deezer Landen en Gouverneur der Stad Grave, utf. («> ±678. N'°. 70- July N°. 211. Mr. Andries van Svvaans- wyk, Imp1. van AppoincL. van arreft poenael enR. A. Contra Guiliaume Stufel'ene, Capiteyn ten dienfte deezer Landen, gedc. 26N0V. N°. 260. Maria Hedwig van Weftrop C. S., lmpte van Mand', van arreft. Con- («) Moet waetfcbynetyk wezen 1676, n. 138. , Ü4  I* VERZAMELING van STUKKEN Contra ■ Willem Levin van Honderingh, Lieut Coll' en Commandeur tot Blokziel, gede. en gearreftdc." 18 Maart 1678.N0.3rJ. NicoJaes Overfchie, Solliciteer, Impt.van App'.van arreft en R. A. Contra Willem van Bemmel, Ritm'. ten dienfte deezer Landen, geu". en geamde. 29 July N°.i32. Nicolaas de Keyfer, Eyffc in convc. en Verwr. in Reconve. Contra Caspar Ooflhoff, Capit. onder het Regiment Van de Hr. van Heeswyk, Verwr. en EyiR. 17 Nov. N°. 194. Guillaume Beverits, Capit. ten dienfte deezer Landen, Impc. van Mand1, van R. A. en Verwr. in reconventie. Contra Johan van Beaumont, Coll'. van een Regiment Voetknegten, gede. en Eylfr. aojuny 1679. N°.p7. Jannetje van Breda, C. S. Imptcn in R. A. Contra Adam vander Duyn, Heere van 'sCravemoer» Colli  tot de MILIT. JURISD. Sec. 73 Colli, van een Regim1. Paarden en Quartiermr. Generaal van de Cavallëry, gede. lóOftob. N°.iói. Mr. Cornelis Vervelt» Imp1. van Mand', van arreft en gcè'xcipde. Cc*rtra James Arskin, Lieut. Coll'. onder het Regm1, van Robie, gearreftde ged8. en Excipc. 4Decb.i68o.N°.i33. Barbara Boucquelles, Impt. van app'. van arreft en R. A. Contra Pierre Aubert, geweeze Capt. ten dienfte deezer Landen, geue. 16 July 1681. K°. 80. Thomas Vos van Avefaet, Impt. van Mandt. van arreft en R. A. met edicTre. Contra Lucas Diderick de Man , Capt. ten dienfte deezer Landen, gede. pSeptb. 1682.N°. 23. Nicolaas Teekenborft, Impt. jn ^ Contra Maximiliaen Ivoy Quart"1. Genele. gede. 21 July 1683. N*. 113. Gerrit Ysbrants Rofen-" boom, C. S. Reqte. E 5 " Con.  74 VERZAMELING van STUKKEN Contra Gerrit Verreys, Capit. te water ten diende deezer Landen , gereqde. 2 Maart 1685. N°. 18. FrancoisCronelles, Imp'. in R. A. en geaccipde. Contra Herman Keppel, Capityn onder de Gardes van Z' H. gede. en Excipt. gMey—» NG. 43. Mr. Dirk van der Velde, Impt. van appc. in cas van falaris in verwr. en Re» conve. mitsgaders Excipc. Conrra Johan Jacobvan Waflenaer, Capit. ten dienijle deezer Landen, gede. EyiR. en geëxcip'*2. j6Mey N°. 48. Dirk Osdrie , Imp1. van mand1, prenaal met Edicle en verw1'. in Reconvc. Contra Hendrik Schilders, Capit. ten dienfte deezer Landen, gede. en Eyffr. 9! ju]y—95-, De Curateurs CS. inde boedel van Anna Ikwys, Imp6. van mand', in cas ' van falaris. Contra Johan Buvery* Capt. ten dienfte deezer Landen, gede. 8  Ter de MTLTT. JURTSD. &c. f$ 8Febr. 16S6. N°: 17. Patnk Barnewal, Vendrig onder het Regim'. van de Co!',. Ma rek , impr. van inandt. van R. A. Contra- Philips le Plath, Vendrig onder het Regim* van de Majoor GetA Lavergne, gede. 9 Oét. N°. '12-i &154. Lucretia van Barlehaer, Impte. van appf. van arreft in R. A. Contra ■ ■ . Fredrik Johan Baer, Heere van Slangenberg,Majoor Gen', ten dienfte deezer Landen, ged", en Lxcipc. 4july—-1 (587.N°.80. Margarctha van Oyck Impte in R. A. Contra ' Johan Palm , Capifyn t'erf dienfte deezer Landen, gede. 22Dec. 1688. N°. 162. Jacomina Wellemot , ImpL. in R. A. en geè'xcipde. Contra Reynier Vincent van Hompes, Ritrtr. onde? Garde van Z. H. gede. en Excip'. Zó  76 VERZAMELING van STUKKEN iöFebr. 1Ö89.N°. 18. Johannes Pifcator Imp5. van mand', van arreft in R. A. Contra Thady Burne, Luit. ten dienfte deezer Landen, gede. 2p ju]y j\ot Q r. Abrahamo Anthony Ba- guet, Imp'. van mand', van R.A. Contra Johan Forgel, Capt. onder de Gardes van zyn H. gede. 18 Novb. 1695. N°. 95. Philips le Plat, geweeze Luit. ten dienfte deezer Landen , Imp. van mand'. Van arreft in R. A. met Edicle. Contra Adriaen le Plat, Capt. ten dienfte deezer Landen, gede. , N°. 9<5. Uts. lojann. 169Ö. N*. .1. Johan Ooftwold van Eek, Capiteyn ten dienfte deezer Landen, Imp'. van mand'., pcenael en R. A. met EdïcTe en geëx- cip'. Contra Jan Tammingen, meede Capt. gede. en Excipt. 20  tot de MILIT. JURÏSD. &c. ff 20 Maart 1606. N°. 25. Harmen Halsband , Impt. van appoincL van R. A. Contra Hugo Viri, Majoor ten dienfte deezer Landen, gede. 28jann. 169-7. N°. 6. Pieter van Eek, Imp'. Contra Hendrik Johan van Appeldoorn eertyds Ritm1. nu Coll'. ten dienfte deezer Landen, gede. 29 Maart —• N*. 27. Jan Somer Nicolaesz. Impt. Contra Adriaan le Plat, Capit. ten dienfte deezer Landen, gede. 21 Maart 1698.N". 29. Martha de la Buffiere, Impte. Contra Jan Henry de Gellé Chirurg, Majoor van 't Reg'. van den Overften Gersheim, gede. 10 April 1699. N°. 31. Maria van der Myl, QQ. lmpte. Contra Adriaan van der Myl —- •— Colli van de AIiillery, gede.  7b' VERZAMELING van STUKKEN 22Dec.i700.N°iiir. Wendelina de Withj Impte. Contra Otto Fredrik van VittinghofF, Coll'. ten dienfte dezer Landen, gede. aijuny 1701. N°.45- Uts. contra Üts. XVI. Lyjl van Curateekn door het Hoff Verleent t in Boedels van Militairen ^^'irateele op den Advt. Mr. Johan Walbeeck , over den Boedel en Goederen van Wylen Heer Francois de la Four , Vicorate de Metz, Collonel ten dienfte deezer Lande Curateele op Johan vander Lifch, over den Boedel van den Collonel Scindelans - Acte waar by de Collönel Wolter Schot ende Alexander Petraeus, geftelt Worden tot Curateursover den Boedel en Goederen van Jacob Erskine, in zyn keven meede Collonel ten .dienfte deezer Lande - - 19 Febr. 16*4.1. Uit. July fPfêi 26 Novemb. 1656. Cu-  tot de MILIT. JURISD. &c. 7$ Curateele op Pieter Huydenraedt, over den Boedel en de nalatenfcbap van Capiteyn le Febure _ Curateele op den Notaris Cretfer, over den Boedel van den Capiteyn Dolman - Curateele op Hendrik van Hutten, over den Boedel van den Capiteyn Jan van Abcoude ( Curateele op den Notaris en Procureur CarelDisponteyn, over de nalatenfchap van den Capiteyn van'de Mylen Curateele ad Lites op den Notaris Cornelisde Grave, over den Perfoon van den Capiteyn Jean LouisBofch - Curateele op Mr. Pieter Biffchop, over den infolventen Boedel van wylen den Capiteyn Adriaan le Plat - Curateele op Daniël van der Wilp, over de Goederen van Elifabeth Zapf, Wed» van den Collonel Storck - 25 Mey 1Ö84. 27 Novemb. 1676. 30 Septemb. 16*81. 5 Septemb. 1679. 23 Mey 1698. 26 Juny 1699. 5 July 1748. Cu-  go VERZAMELING van STUKKEN Curateele op G. Trouillé en L. Sythoff, in den insolvente Boedel van wylen den Lieut. Gen1. Philip Hoeuft van Oyen - - 20 Mey 1755. XVII. Ext'raft uit de Refolutien van de Edele Mogende Heeren Raden van Staten der Vereenxgde Nederlanden, betreffende de Jurisdictie over de Auditeurs Militair. Venerisden 12. April 1728. Is gehoort het Rapport van den Secretan'3 'len Hove ingevolge van Haar Edele Mog. Refolutie van den 31. der voorledene Maand geëxamineerd een Miffive van den Krygsraad , en een van den Auditeur Militair van het Guarmzoen te Namen, rakende zekere procedure van iHiurie door den Ondermajor Teisfedre, tegens den voorn. Auditeur voor denzelven Krygslaad geëntameert , waarop gedelibereerd zynde is goedgevonden en verftaan te refcnbeeren aan voorgem. Krygsraad, dat by verfcheydene Refolutien, van haar Ed.Mogende van tyd tot tyd genomen , vastgefteld zynde, dat geen Auditeur Militair voor de Krygsraden aangefproken mogen werden; maar dat dezelve onmiddelyk orderworpen zyn de Jurisdictie en Judicature van dezen Raaü , daar van niet kan afgegaan worden , dog aat Haar Edele Mogende aan het oordeel van den Krygsraad te Namen overlaten, of den voornoemde Auditeur. Militair Boomhou- det  tot de MI UT. JURISD. &c. gt tier voor het proponeeren van de exce ms van incompetentie zig vry willig voor den Krygsraad in de_ principale zake in quaéftie heef,- mgela-ten: in welke geval de geproponeerde exceptie gerejucteert zoude kunnen worden. Was geparapheert van Uaeuhove , en was gecontraligneert O. ten Hove. X V I I I. Extract uyt de Refolutien van de Ed. Mog. Heeren Raaden van Staaten der Vereenigde Neederlanden. Over het ftraffen van een Ziel - verkoper, dii Soldaten Debauchecrde. Vrydag den n. May X731. X s gehoord het Rapport van de Heeren van oer Heirn en Secretaris ten Hove, hebbende in gevolge van Haar Ed. Mog. Refol. van den 26". April en den 8. defer geexamiueert twee miffi. fives van den Commandeerenden Officier van Sluys in Vlaanderen wegens eene geapprehendeerde zoogenaamde Zielverkoper Willem van der Elft breeder onder de Notulen van de voorfchreve datums gemeld, als meede ingevolge baar Ed. Mog. Apoinclement van den 9 defer op de Reque/te van Burgemeefteren en Schepenen van de Heerlykheid Nieuwvliet om redenen daer by gemeld den voornoemde Wilfem van der Elft reclamerende; Waar op gedelibereerc zynde is goed^evon* IV. D££I. f d«Q  82 VERZAMELING van STUKKEN den en verftaan, dat, hoewel buyten alle conteftatie is , dat het debaucheren van Soldaten uyt de Militie van den Staat, en het plegen van kwaede pra&ycquen dien aangaande, niet anders geconfidereert kan worden als deliften, directe]yk tegens de Militie begaan en zulks onder de Militaire Jurisdictie behorende. Dat egter in confideratie de voorn. VViliem van der Elft gezegd word te zyn een Burger van Middelburg en tot nog toe geen andere informatie tegens denzelve zyn ingebragt als over een eenig geval, dat tot betoning van alle mogeJyke civiliteit voor den Ordinaris Regter vart den voornoemden van der Elft, den commanderende Officier en Krygsraad te Sluys in Vlaanderen zal worden aangefchreeven, dat zy van 't voorfz. geval zullen kennis geeven aan den Bailliuw en Gerechte van Middelburg, met aanbieding van de voorn, perfoon en informaticn tegen denfelve in verwagting van goede juftitie tegen denfelve naa bevinding van fcaakeri. Dog in geval voornoemde Bailliuw en Ge-' recht den gem. Willem van der Elft tegen ver-' moeden zoude mogen declineren over te neemen, dat als dan de Krygs-raed , nae verloop van een behoorlyken tyd, die daer toe gert -ld kan worden, zal voort procederen, zoo defelve nae Regten zullen oordelen te behooren; • Dat voorts niet getreden kan worden in 't rerfoek by de voorfz. Requefte van de bur omme aldaer te zien, horen Eede ende zweeren al zulke Getuigen als de Gedffe- op de voorfz Interrogatorien voor gem. Heere Commiffariffen van meninge is te doen horen en belyden, daer jegens, by hem Contra-Interrogatorien te kunnen werden overgeleevert , indien hy zulx goedvind, alles volgens de ftyl van den voorfz. Hove. Levert mede Copie en Relateert Uw wedervaren by Gefchrifte. Actum in 'sHage den 8. Maart 1736. ( was geteekent) P. Bakker. Den inhoude dezes geinfinueert en geinthimeert aan de Clercq van den Proer- W. Coelemey, en daer nevens overgelevert 2. Copie Interrogatorien, omme ende ten fine, in de voorfz. Afte breeder Raat vermeit; waer op dezelve aan • . . my  Tor de MILIT. JURÏSD. &c. .9: my tot antwoord gaf, Ik zal het aan myn Mecfler .behandjgén. Actum den 8. Maart 1736. By my (was geteekent) Frederik Groneman. Uit kragte van zeker Mandament van 'Ftiygen in dato den 21. Decbr- 1735. deze myne relatie annex van den Ed. Hove van Holland g-impetreert by ofte van wegens M. B., meerderjarige Dogter, Imp'.e- ende ten hare verzoeke; Zoo is 't, dat ik ondergefch. Eerfte Deurwaarder van den voorfz. Hove my op den 19. Maart 173Ö. hebbe gevonden alhier in den Hage aan den perfoon van L. L._,B. R., ende hebbe denzelven van wegens de Hoge Overigheid gedagvaart te compareeren op huiden precies ten 12. uren in een van de vertrekken van de voorfz. Hove, voor de Hren- en Mrs- Anthonis Slieher en Adriaan van der Mieden, Raden in den voorgem. Hove, als Commiffe"r daer toe geordonneert en aldaer getuigènifl"£ der-waarheid te geeven op al zulke feyten ende vermoeten, als de voorn. Impte- ofte hare Procr- zal willen b-Jyden : Wacr op dezelve aan my tot antwoord gaf; Ja't is goet; 't welk UEiele Mogende reJateere. A&umutfupra. By my ( was geteekent) Fredenk Groneman 1736. Zoo hebben wy Commiffen- voort geprogedeert tot het hooren ende recolleeren van dezelve Getuige en onder Eede gehoort de per-, foon van L. L. P. d. R. Lieutenant van de Invalides, guarnifoen houdende te Woerden op het Recollement van zyne Refponfiven op de Interrogatorien den 15. Septemb"- r73J. voor de Hre- en Mrs- Cornelis Gerrit Fagel en Johan Iman Cau de DtifLn, ter requifitie van M. B. gegeven. Op  $i VERZAMELING van STUKKEN Op huiden den 15. Septemb1* 17~5. is voor ons Cornelis Gerrit Fagel en Johan Iman Cau de Duffen , Raden in den Hove van Holland , als CommilTen- hebbende tot adjunct. Mr- Adolph Cau, Secretaris in den zei ven Hove , gecompareert de perfoon van Louis L. P. d, R., Lieutenant van een Compagnie Invalides, Guarnifoen houdende tot Woerden, dewelke onder Eede folemneel gehoon en geè'xamineert zynde op de nevenftaande Interrogatorien daer op heeft geantwoord, als nevens ieder Articul hier na bevonden zal werden geftelt te zyn. Interrogatorien gedaan maken ende de Ed.Mog. Heeren en M,s- Cornelis Gerrit Fagel en Johan iman Cau de Duffen.Raden in den Hove van Holland, als Commiffariffen overgegeeven uit den naam ende van wegens M. B., meerderjarige Dogter, wonende alhier in den Hage, Impte- van Mandement om Getuigenis der waarheid, ter eenre ; omme daer onder eede folemneel na voorgaande bekomene permifTïe in de Franfche Tale te doen hore L. L. P. d. R. Lieutenant van een Compagnie Invalides in Guarnifoen te Woerden , Gede- in 't voorfz. Cas, ter andere zyde; De voorn. Getuige aftevragen. 1. Dit: qu'oui. Art. 1. 5'il ne fe nomme point L. L. P. R., Lieutenant 1'une Compagnie Invaides en guarnifon a Woerden ?  tot pe MILIT. JURISD. &c. 93 2. Dit: Depuis le 23. April 1726. 3- Dit: qu'oui. 4- Dit: qu'oui. 5. Dit: qui -il a vu la perfonne dans 1'ar ticle nommée fous le nom de fervante pendant i'cfpace d'environ cinq mois, 6. Dit: qu'oui, plufieurs fois? 7- Dit: qu'oui. 2. Combien de tems il y a, qu'il a écé en guarnifon dans le dit lieu ? 3- Si M. R., Capitaine de cette compagnie n'y a point été en guarnifon durant toutce tems la? +■ Si ne lui a point fait plufieurs vifites 1'allant voir familiairement chez lui ? 5- Si en étant chez lui, il n'y a point vu une jeune fille: qui ilnommoic M. B., qui étoit fa fervante? 6. Si fe trouvant chez ce Capitaine, il n'a point vu,qu'il avoit dansla manieres d'agir fort familiairement avec la dite fervante ? 7- Si ne les a point trouvé un jour dans une petite maifonnette couverte de Tuiles tous deux affis 1'un a coté de 1'autre & tous deux rouge comme du feu? ,5.  P4 VERZAMELING van STUKKEN1 8. Dit: qu'oui. 9: Dit: qu'oui: 10. Dit: qu'il ne peut pas dire, qu'il a entendu les par';les contenant 1'arricle , mais qu'en ce tems la R. lui a dit, qu'il avoit eu toujoufs plus n'incÜRationspours les peiites , que pour les grandes. n. Dit: qu'il a bien parle ces paroles , mais qu'il ne pent pas dire, qu il avoit dit ces paroles póur juftifier de ce qu'il auroit dit, qu'il aimoit bea'acoup fa fervante. 8. Si R. eh ce meme inftant ne lui a point coutè avoir bu unebouteille de vin rouge avec la dite Marguerite fa fervante? 9- Si R. pour excufe, que fon tein ètoit tout echauffé en fe promenant n'a point dit; eet* te petite Carognem'enyvreroit fans qu'il lui eri paroitroit ? io. Si R. ne lui a point declard, qu'il ;iimoit beau^1 coup fa fervante ? il. Et fi pour raifon il n'y a point ajouté qu'il avoit toujours mieux ai-" mé les petites qüe kè grandes ? I <2.  tot de MILIT. JURISD. &c. y$ 12. Dit: qu'oui. 13- Dit: qu'ouii . 14. Dit: qu'oui. Dit: qu'oui. 16. Dit: qu'oui. 12. Si R. le jour qu'il a fait deloger la dite Marguerite . n'efl: pas venu le voir ? 13. Si entr'autre il ne luï: a point conté qu'il n'avoit point dormi durant quinze jours n'ayant fait que ruminer de quelle maniere il fe deferoit le mieux de la dite Marguerite? 14- Et qu'il recevoit tous Ier jours des lettres d'une Demoilelle nommé Ter Bruggen , qui fe plaignoit,qu'elle y restoit fi longtemps ? 15- Si R. ne lui de meme point communiqué toutes les familiarités, qu'il avoit eu avec la dite Marguerite ,fa fervante? 16. . Si R.ne luiapoint dit, qu'il avoit couchè la première nuk (qv'elle ëtoit venu demeurer chez lui) avecelle? 17.  9$ VERZAMELING van STUKKEN Dit: qu'il a dit , qu i! i'avoit jamais baifè une rille , qui prit tant de piaifir qu'elle , & qu'elie criacontinuellement, ö Got, ö Güt. Die, comme defTus ? 19. Dit, comme fur 1'Article 17. 20. Dit, qu'il il a dit, eetteGarogne m'aura plus tien, jeTayaifezpayés. 21. Dit: qu'oui. 22. }it: qu'oui. ,17'. Et qu'il n'avoit jamais» baifé une fille avecplus de piaifir. 18. Et qu'elle y;avoit mellé des foupirs & des cris i 19. En qnoy fes cris, felon le rapport du dit R., ont confiftez? 20. Si R., lorsque Marguete fa fait. citer, ne lui a point dit; cette Truye n'aura plus rien j'ay affez donna ? 31. Et fi R. n'y ajoutapas, lorsque je me fuis ap-pitcl:s de fa grofieife, j'ay fait de mon mieux pour m'en defaire? 22. Si lui L. P. par maniere de converfation n a point demandé a R. , s'il étoit bien affuré, que la dite Marguerite n'etoit point groife d'Enfant, lorsqu'elle enfa en condition chez 1 u? 23.  tot de MILIT. JURISD. &c. *? 25. .Dit: qu'oui? Jjit: qu'oui* 25. Dit? qu'oui. zé. I) fik: que dans le temps, que R. avoit prefenté de jurer , le depofant a dit a fon Camerade le fecond Lieutenant en confidenje, que R. s'alloit damner , s'il faifoit le ferment, s7- . A ete repondu defliiSï 2$. Dit : qu'il en avoit la renommé dans la Ville de Woerden. IV, Deel. 23- Kt fi R. në Jui a pas affuré, qu'elle n'étoit aiicunement grofie d'Enfant? 24. Si lui L. P. eti pdurfuiVant Ie difcours ne lui a derechef pas deman* dé, s'il avoit bien pris gardes aux terma des heuf mois? 25. Et fi R, ne lui a point repondu,qu'il avoit de jour en jour fuivi cë conté i qu'il Ini avoit aflez donné d'argent ? 26. Si lui L. P. n'a point raconté eet entretieri pour divertir quelqu'un des fes amis , & pour montrer, combien qu'il étoit furpris , que R. youloit declarer fons ferment, n'avoir touché la dite Marguerite? 27. A' qui il la reconté? Si luiL.P. n'a pas tou» jours entendu dire, que R. eft un grand amateur du fexe?  p8 VERZAMELING van STUKKEN 33- 29. Pit: qu üui. Dit: qu'oui. 31. Dït: qu'oui, & qu'il a dit, qu'il donnoit a chacune d'eux pour falaire unepiece de vingt fols ? Dit: qu out. 29' • SiR. ne lui a point conté , qu'au paravant, que la dite Marguerite demeuroit chez lui, il fe divertiffoit avec deux autres putains, qui toi*r a tour venoient a fa maifon le foir a dix heures? SiR.ne lui a point dit, que 1'une de deux fe nommoitfusjeCoekoek, & qu'elle étoitnie^eou coufine de deux filles, qui demeurent vis avis de fa porte de derrière, qui font foeurs & qui fe nomment Helena & Clafina Jans v.d.B.? Si R. ne lui a point communiqué le falaire , qu'il donnoit a ces deux Nimphes ? 32. S'il a connoiffance, que les dites fóeurs Helena & Clafina Jans v. d. B. ont. donné une attefiation fcandaleufe & infame a fon égard a la requifition de R. ?  tot de MILIT. JURISD. &c. 99 , 33' Dit: qu'oui. 34- Dit: qu'oui, même en appellant trois fois Dieu pour temoin. 35- Dit: comme deffus? ?$ Dit: qu'il a une femme & trois Enfans? 37- Dit: qu'il peut attefter devant Dieu, quec'eft une fauffeté ablolue ce qui elles ont attefté a fon égarda fcavoir qu'il auroit eu a faire avec • elle. 33- S'il n'en a pas montré fon reffentimenta R. ? 34. Si R. ne lui a point die & affirmé folemnellement & avec proteitation , que dans 1'atteftation, que les dites deux fueurs ont donnez, il n'y eut pas le mot, qui put nuire fa reputation? 35- De quels a&ions & de qaetlès paroles le ditR. s'eft fervi pour lui perfuaJer qu'il n'y avoie rien dans J'attelfation, qui le touchoit? 3Ö. , Si lui L. P. n'a point femme & enfans? 37- Si en cas de neceflTté lui L. P. pourroit jurer , que 1'accufation, que la dite atteftation eontient a fon égard eft entierement faulfe? G 2 3«.  too VERZAMELING van STUKKEN 38- . . 38, Dit: que R. lui a con- S'il fe fouvient encorc té entr'autres chofes, d'autres chofes au fujet qu'apres fon diner il de R. & de Marguerite étoit accoutumé de qu'il les nomme. ? mettre Marguerite fur fes genoux & lui faire alors boire trois ou quatre verres du vin & qu'alors elle parloit, comme un Pairoquet. Zoo waarlyk moejl hem God Almagtig helpen. (was geteekent) L. La P R, ... ; (onderftond) uitgegeeven Copye By my ( was geteekent) J. A. Tubalkyn. Ende na dat de voorfchreeve Articulen van Interrogatorien en zyne Refponfiven aan Hem Depofant duidelyk waren voorgeleeze, heeft dezelve verklaart , dezelve Refponfiven waaragtig te weezen, en daer by als nog te perfifleeren: zeggende in de Franfche taaie: Zoo waarlyk mocjlc hem depofant God Almagtig helpen. (was getekent) Louis La P. . . . R . . . . (onderflond) uitgegeeven voor Copye By My (was geteekent) Jan Parker. Brief  tot de MILIT. JURISD. &c. 101 X X I. Brief van den Heer P. E. Vegelin van Claarbergen , aan haar Edele Mogende de Heeren Raden van Staten. EDELE MOGENDE HEEREN, t' ^edert de laatfte gedane reductie, bevinden zig alhier binnen deze Scad verfcheide gereduceerde Soldaten van die en andere Guarnifoenen , die nu en dan over geringe zaken in detentie genomen worden, dog die egter tot nu toe geen f'ware delióten begaan hebben, nogthans fchync het dat gemelde Soldaten eenigermaten haar aan baldadigheden overgeven , en hoe zeer zy beteugeld en in toom gehouden worden , nogtans dagelyks uitfpatten: waarfchynelyk , om dar. zy uit s' Lands dienft ontllagen zynde, oordeelen, jaa voorgeeven, de minfte fubordinatie of krygsdifcipline meer onderhevig te zyn, en gevolgelyk uit hoofde van die fuftenue, in een foort van libertinage leven , en uit die veronderftellinge of waan haar voorgaande Officieren zeer grotelyks komen te injuriëren , gelyk hetzelve nu eenige tyd geleden . aan een Capitein van het Regiment van den Collonel Baron van Zvvarfenberge gefchied is, derhalven den ondergefchreven als Commandant dezes Guarnifoens de vryheid neemt UEd. Mog. in alle onderdanigheid te verzoeken, derzelver interpretatie te mogen hebben in cas fubject, namenflyk hoe lange «en Militair perfoon in 's Lands dienil zynde Q 3 d$  tot VERZAMELING van STUKKEN de Judicature van den Krygsraad onderworpen is en blyft; alsdienaangaan.de nietwes gevonden werderide, als het Placaat van haar Hoog Mog. de Heeren Staten Generaal de dato den • ben verleent Brieven van pardon, dog dewelke alle wel ingefien zynde, geen de r.ninfté gemeenfenap hadden met dit tegenswoord'g geval , gelyk nader aan U Ed. Mug zal werden amsetoont. Waarom, Edele Mogende Heeren, het Hof fig in defe omftandigheden van faken, Ampts en gewetens iialve genoodfaakt gevonden heeft, ook in defen niet na te laten den Juffc, die op hun gelegt is, in getrouwigheit waar te nemen, en aifo het bloed , dat op het Land vergoten is, voor foo verré hare Jurisdictie betreft, niet ongewroken te laten , zynde haar tot nog toe geen gefundeerde redenen voorgekomen, die haar van' defe pligt hebben kunnen difpenferen. Immers, Edele Mogende Heeren , wat het geven van Pardon in defen belangt, moet het Hof, het welke niet alleen niet foekt eenige inbreuk te geven aan de prasêminentien van Syne VorlleJykc Doorlugtigheit, maar in tegendeel de- •  jog VERZAMELING van STUKKEN defelve ten allen tyde , foo veel in haar is, met allen, yver en eerbied fal tragten voor te ftaan en tcmaintene-en, egter met alle eerbied en ernft, U Edele Mogende betuigen, dat Zy volkomen van gedagten zyn , dat geen Chriften Overigheit, hoe groot, hoe magtig hy zy op Aarde, vermag te verlenen remiffie van een eigentlyke Doodflag, gelyk dit geval niet anders, volgens de préparatoire informatien , genoemt kan worden. Want het is en blyft een eeuwige Wet, dat, wie des Menfchen bloed vergiet, zyn bloed door den mertfche vergoten fal worden , en , dat geene yerzoeninge genomen fal worden voor de ziele des doodjlageis, die fchuldig is te Jlerven , maar dat die jekerlykfalgedood worden, (a) Behalven dat de verftandigfte Regtsgeleerden befluiten, dat, hoewei in fommige emftandigheden eenige capitale Delicten de clementie van den Souverain kunnen meriteren, het felve egter by een Godvrefend en Chriften Overigheit noit kan nog mag plaatfé vinden in fodanige misdaden, die volgens de Goddelyke en te gelyk natuurlyke Wet, met de dood geftraft en gewroken moeten worden. Dit alleen , p;dele Mogende Heeren, foude genoeg zyn , om voor Ü Edele Mogende, en een ieder Chriften te wettigen , tiat het Hof in defen heeft moeten fwarigheit maken, aan de .Verleende Brieven van pardon te defereren. Dog in dat gevoelen is het Hof volkomen be- ves- fV: Hier kan vergeleken worden de Deduftie tot meer-; der verdediging van 't oude recht van Pardon, zyn Hoogheitden Heere Pn'nce van Oranjen en NalTauw, Erfftadhouder, en Capitein Generael van Friesland, competeren» 4e door A. Wieling, p. 3-14.  tot de MILIT. JURBD. &c iop vefligt; wanneer het Zelve , na een naukeurig onderfoek , niet heeft kunnen nafpeuren de grond en origine, waar op het regt van Brieven van pardon en gratie te verlenen, door de Heeren Sradthouders en befonder in de fake van Doodllag, foude gefundeert zyn. • Want ingezien zynde de fucceflive Commiffien en inftruclien van de Heeren Stadhouders en Capitains Generaal in der tyd , heeft men nergens daar van eenig gewag vinden maken. Alleen heeft men gevonden dat de Heeren Stadhouders van Holland en Weft.vriesland voor defen met dat regt uitdrukkelyk in hare commiffien zyn begiftigt geweeft, gelyk onder anderen te zien is uit de inftruélie van Prins Maurits van den x November 1585, dog onder die bepaalinge , dat defelve door Syne forjïelyke Doorlugtigheit met de Gedeputeerde Raden, fouden verleent worden , na voorgaande advys van den Officier en Magiftraat van de Stadt of Plaatje, daar het feyt of delicl is gefchied, en mits dat dl Impetranten van voorfz. Brieven van Gratie gehouden fouden zyn , defelve te interineren na behoren ; en eindelyk onder die exprelfe, en met den Woorde Gods overeenkomende voorwaarde, dat van gcqualificeerde Doodflagen en andere enorme DeMen , geen remiffie of pardon foude worden verleent. Zodanig een inftruéïie, Edele Mogende Heeren , is gegeven aan de Stadhouders van Hol. land, en daar by aan Defelve, onder voorfzbepalingen , het regt van pardon en gratie expreffe verleent in die felve tydt, wanneer de Stadhouders, van deze Provincie fonder die pra;rogative zyn aangeftelt, waar uit men niet fonder reden kan opmaken, dat de'Staten vau dezen  no VERZAMELING tan STUKKEN zen Landfchappe, dat regt voor een Teer ge- wigtige fake , en als een Jus fummee Majeftatis hebben geconfidereert, het welke aan geen ander kan worden gecommuniceern, en het daarom aan fig felven hebben gei efer veert willen houden , en dat nog onder feer nauwe bepalingen, gelyk uyt 's Lands Ordonn II. 14. te zien is; welke ftatutaire Wet ten meeften dele genomen is uit een Placaat van Keyfer Carel van den 2ifte Üólober 1541; dewelke, noewel Heer van Friesland , aan dewelke by gevolge, gelyk aan alle Souverainen, onder boven gemaakte bepalingen , het regt van Pardon competeerde, fig felven egter aan het Interinement voor den Hove, en wat dies meer is, verpligt heeft. Welk loffelyk voorbeeld de Staten van Friesland, federt de erectie van de Republyk tot op den huydigen dag , gevolgt hebben. En waarlyk , wie fiet niet , behaiven de oor-deelen, die Godt felve heeft uitgefproken over het Landt, daar het vergoten bloed ongewroken op blyft leggen , de horribele gevolgen , die uit het verlenen van Brieven van pardon moeten volgen, als daar by niet op het naukeuri^fte in agt genomen worden de gegronde bepalingen, die rede boven gemaakt zyn. Is het enigfins met de reden, met de billykheit in een welgellelde Repubiyk over een te brengen? dat een en defelve misdaad, ja felve de Doodllag , by den eenen ingefeten begaan zynde, vergevelyk is, omdat hy Militair foude zyn, daar defelve by den anderen met de Dood foude «reboetet moeten worden, Edog , Edele Mogende Heeren , om behaiven het rede gefegde , dat noit Brieven van pardon kunnen gegeven worden van een eigent. Jyk  tot de MILIT. JURISD. &c. :«i lyk gefegdeDoodllag , voor hoedanig, volgensde préparatoire beëdigde, informatien , onder het Hof beradende, dit geval moet gehouden Worden, nog enige remarques , die het Hof vertrouwt, dat by U Edele Mogende van veel kiemen gewigte fullen zyn, te maken, en die dit geval particulier betreffen, fal het Hof U Ed. Mog. ter overweginge geven, dat gefteic zynde, dar de Heeren Stadhouders en Capitains Generaal van tydt tot tydt geëxerceert hebben het regt van Pardon, het felve eg er, hoe genomen, in defen geen effect nog plaatfe kan vinden. Want behalven dat de fehranderfte, en voornaamfte Regtsgeleerden, die over het Jus publicwn gehandelc hebben, van advyfe zyn, dat de Jura Majeftatis, waar onder het geven van Pardon fekerlyk begrepen is, nooit prafcriberen kunnen, en dat alfoo niemant door enige pofftffie, van hoe lange die ook zy, fig enige regten van den Souverain kan aanmatigen; is hier befonder aan te merken, dat defe Brieven van pardon verleent zyn, fonder dat ooit het Krygs-Geregt, op advys van het welke het zelve geaccordeert is, van het geval heeft eefien of genomen geëdigde getuigenifien, en alfoo heeft het felve Geregte gene bewvfen in Regten voldoende gehadt, om favorabel in een zaak van dat gewigte te adviferen. Daar en boven meent het Hof,' dat het in alJen gevalle ten volften feker en gewis is, dat geen Brieven van pardon en remiffie door den Heere Erffladhouder, hoe wettig defelve ook mogte wefen, knnnen worden verleent in eemeene deligen, welkers cognitie het Hof en liet Rrygs- Gerechte by preventie competeert, fio  tn VERZAMELING van STUKKEN fo lange het in het onfekere blyft, aan welfe Regter door dadelyke apprehenfie de prseventie komen fal, gelyk in dit geval gefchied is, waar in men by de Brieven van pardon elk eh een ikgelyk, en by gevolge het II if mede geordonneert vind, den Delinquant over zyn Dood/lag niet te molefterett. Immers dat het uitgeven van anterieure ediétale citatien , en het geene daar op gevolgt mag zyn, geen pneventie kan geven, wanneer een ander Regter , die insgelyks gefundeerde Jurisdictie heeft , den Delinquant , hoewel daar na, geapprehendeert heeft, het welke een titatio realis genoemt wordt, is een fake by de Criminaliften , en door de praclyk fo feker en gewis, dat daar over geen haelitatie vallen kan. Het-jjrelke fo verre gaat, dat fommige meenen, dat niet alleen de dadelyke apprehenfie prseventie geeft voor een ander Regter, die te voren edicfale citatie heeft laten uitgaan , maar dat felve die prseventie plaatfe moet vinden , niet tegenftaande by den anderen Regter rede by contumacie gevonniff. is4 Hier van kan in 't brede nagefien worden Mr. Pieter Bort in zyn traktaat van Criminele faken Tit. II. §. 3r. en volgende, om geen andere meer te noemen. Het is immers in Regten bekent, dat ediétdle citatien tegens een geaufugeerden delinquant geen regtsplegingen tegens den felven kunnen geven, al is "het Crimen openbaar en bewysbaar, en alleen van dat effeór. zyn , dat zyne goederen werden aangetekentengeconfisqueert, ingevalle hy fig binnen het jaar niet defendeert, tot welken einde volgens net Roomfche regt moeit  tot de MILIT. JURISD. &c. 113 moest geciteert worden ; en in de twede plaatiè is een edictale citatie gebruikelyk na Regten in Criminele faken, om de praefcriptie te interrumperen , Huber Pr al. XLFlll. 17, om in fb een bekende fake geen andere aan te halen. En buiten dat kunnen de edictale citatien geen regt ter weereldt geven, veel min prasventie. Hier by, Edele Mogende Heeren, foude het Hof Provinciaal het kunnen laaten, en oordelen, dat uit het gefegde U Edele Mogende overtuigt konde zyn , dat het Hof in defen niet heeft gedaan , als het gene Zy eeds en amptshalven verpligt waren, en dat het Zelve op die fondamenten , in gemoede niet anders konde doen, als in defen , niet tegenftaande de verleende Brieven van pardon, den weg van Juftitie te volgen. Dog vermits het Hof van ter zyden vernomen heeft, dat Syne Vorftelyke Doorlugtigheit de Heer Erfftadhouder wel ten principalen zyn regt van Pardon fouteneert uit een poifeffie, die de Heeren Stadhouders in der tyd daar van omtrent Militaire perfonen gehadt fouden hebben , fal het Hof alleenlyk nog maar aan U Ed. Mog. demonftreren; («) Dat voor eerft van de gevallen, die in het Leger zyn gepafleert , en waar over by den Kapitain Generaal of den Veltmarfchalk aldaar Pardon gegeven mogte zyn, gantfchelyk niet te raifonneren is tot het gene binnen de limiten van de Republycq , veel min defe Provincie, komt voor te vallen.' En (O Zie de Deductie over 't Re$t van Pardon tsfa A. Wieling, p. 23. en volg. IV. DfiEt. H  H4 VERZAMELING van STUKKEN En dat in de wede plaatfe onder de gevallen, dewelke aan het Hof zyn voorgekomen, geen van die een overtuigend bewys daar omtrent beeft kunnen uitleveren, behalven dat rede gefegt is, dat de Jura Majejlatis, na het befte gevoelen der Re^tsgeleerden, niet kunnen pnefcriberen. Een geval is aan het Hof voorgekomen van den J-ire 1590, wanneer Graaf Willem Lodewyk enen Pieter van Tongeren, dewelke enen Frans Harmens hadde ter neergemaakt, den nederllag geremitteert heeft. Dog U Ed. Mog. gelieven hier omtrent te remarqueren, det men niet foude kunnen fëggen, in dit geval een Doodflag begaan te zyn , vermits defe Frans Harmens alleen aan den arm gewond was geweeft , en alfo geen vulnus per fe lethale bekomen hadde, en dat dit geval is gefchied buiten de Schans Oterdum , alwaar fo de delinquant als de gewonde in Guarnifoen lagen , alwaar ook de gepardonneerde in Militaire gevangeniffe betrokken , en vervolgens in hegteniffe den Gewaldigen des Friefchen Regiments overgegeven is. Een omftandigheit, die een feer notabel onderfcheid maakt met het gene nu onlangs gebeurt is, in het welke de Delinquant nooit in handen van den Militairen Regter is geweeft; behalven dat het eerft genoemde is gebeurt op een plaats, alwaar her Hof geen Jurisdictie heeft, en van het welke het Zelve bygevojg geen informatien heeft bekomen. Behalven dit geval zyn enige aan het Hof opgegeven, als van de Jaren 1588, 1589, 1590, 1591 en 1592 , van welkers omftandigheden het Hof uit de verleende Brieven van pardon fel-.  tot de MI LIT. JURISD. &C. u& felve , die aan het Zelve niet gefuppediteerc zyn, geen gcnoegf-tme informatie heeft bekomen, en van dewelke, wegens de kortheit des tyds, binnen welke defe confkleratien van hec Hof aan U Ed. Mog. hebben moeten overgegeven worden , geen gcnoeglaarn berigt hebben kunnen bekomen , om aan U Ed. Mog. mee alle naukeurigheit open te legden. Alleen vertrouwt het Hof vaftelyk, dat alle defelve geen --waare Doodflag, gelyk dit geval is, fullen behelfen , of dat delelve buiten de Provincie, en buiten kenniffe van het Hof fullen zyn gefchied, en ten minden, nadat alvorens de gepardonneerde waren gevallen in handen van den Militairen Regter, en alfo by prasventie aan die Regtbank alleen ter judicature hebben moeten gebragt worden. Hoe het ook met die gevallen zy, meent hec Hof, dat alle, die gebeurt zyn in de eerfte beginfelen van onfe Republyk, en voor en al eer defelve tot eene volkomen confiftentie van Regeringe, gelyk die nu is, gebragt was, in geen confequentie kunnen getrokken worden. Waar en boven het Hof nog van ter zyden vernomen heeft , dat gefproken wiet de van eenige gevadcn, en onder andere, die in den Jare 1592, en lóór. fouden zyn gebeurt, dog welke geen Doodflag behelfen , maar andere deliden , deweike door Menfchelyke wetten geftraft worden, en waar van in fommige gevallen door den geene, die met die magt bekleed is, gepardonneert kan worden. Eindelyk is aan het Hof voorgekomen een geval van den Jare 1710, het welke nog minder bewys fal kunnen uitmaken, want ter.dier H & tyd  ii6* VERZAMELING van STUKKEN tyd Brieven van pardon verleent zynde door Prince Jan IVillem Frifo ( glorieufer memorie ) aan den Sergeant Albartus Eekhout, heeft die faak fig fodanig toegedragen, dat de genoemde Albartus Eekhout een ongelukkige flag met de hellebaart in het Leger hadde gegeven aan eenen Albert Hafekamp, in executie van Militaire ordres , daar tegens defelve fig faitelyk hadde geoppofeert, van welke flag de laaft genoemde enige dagen daar na is overleden. Een geval wederom gebeurt buiten de Jurisdictie van defen Hove , het welke aan het Zelve nooit is aangebragt, behalven dat het felve ganfch geen commune deliccum behelft, veel minder een Doodflag , als zynde, op zyn ergft. genomen, een exces in Militairen dienrt.err ordres uit te voeren. Dit zyn , Edele Mogende Heeren , de confideratien, die by den Hove in defe omftandigheden gemaakt zyn, en dewelke zig ter requifitie van U Ed. Mog. de eere geven aan Dezelve te fuppediteren, in vafte verfekertheit zynde, dat U Ed. Mog. na hare hoge wysheit en sequiteit, niet anders kunnen, als het gezegde volkomen overtuigend vinden, om te oordeelen, dat Het Hof in defe fake alle mogelyke attentie gebruikt heeft, en volgens eedt, ampt en pligt geen andere conduite heeft kunnen houden, als tot nog toe in de fake van Johannes Simmer is gedaan; en dat, hoe geerne het Hof gewenft hadde, in defen van de rigeur van Juftitie, die aan het Zelve gedemandeert is , zig te hebben kunnen difpenferen , het Zelve niet kan nalaten , behoudens de geregtigheit , tegens den felven voorts te procederen, gelyk het Hof al- tyt  tot be MILIT. JURISD. &c. n? tyt onverhindert de Criminele Juftitie heeft geëxereeert. Waar mede de Raaden 'sHofs van Frie?land, U Edele Mogende bevelende in Godes heilige protectie, verblyven Edele Mogende Heeren UEd. Mog. Dicnftwillige De Raaden 's Hofs van Frieslandt; In keanüfe vanmy Griffier, Onderftont H. Sloterdyk' XXIV. ■ Nadere Deductie van het Hof van Friesland, (a) EDELE MOGENDE HEEREN. ffet was in den voorledenen Jare op een na de laatue dag van den ordinaris groten Landsdag, namentlykden 14 Maart 1738, dat U Ed. Mog. op eene propofitie van Syne Vorftelyke Doorkgtigheit de Heere Erf-ftadhouder en Capitain Gefa) Deze nadere Deductie is Sc'hriftelyk overgegeven den 2den Maart 1739 aen de Edele Mogende Heeren Staeten van voornoemde Provintie, en ter Requilltie van Defelve, op Ordrs van hst Hof gedrukt. H 3  ii8 VERZAMELING van STUKKEN Generaal van deefe Provinti'e, genomen hebben een Refolutie, waar by 't Hof Provinciaal wort geordonneert; om eenen Johannes Simmers uit fyne detentie te ontflaan, ten einde de vryheit, hem dosr 't pardon van Syne Vorfielyke Doorlugtigheit geworden ,mege genieten, met wydere byvoeginge, dat, tot voorkominge yan diergelyh inconvenlenten , in het toekomende, wanneer Syne Vorfielyke Doorlugtigheit aan Militaire perfoonen pardon komt te verlenen over gemene delidten, waar over by prteventie by den Hove of den Krygsraad gevonnijl wert, daar van door den Getigts 'btholtus kenniffe fal worden gegeven aan "( Hof Provinciaal. üeek Refolutie, Edele Mog. Heeren , tegens 'de proteften van 't gehele üjiartier van de Se'venwouden , en bynade helfte van dat van Weftergo , alfoo op bet fcheiden van dien Landsdag genomen zynde, is't Hof daar door gedeftitueert geworden, van des zelfs nadere Remonftrantie daar tegen aan U Ed. Mog. te doen, dan heeft fich des tyds moeten vergenoegen , van alleen met weinige woorden , door Heeren Cominilïarien by monde te laien betuigen, ter ener kant haar gevoelig leedvveefen , dat U Ed. Mog- in het nemen van foclanig een Refolutie, dncételyk 'fc aller gewigtigltc ftufc van de Criminele Juflitie betreffende, geen re-flexie alioos hadden gelieven te nemen op de Deductie, over die materie door 'jl Hof in de kamer van 't Mindergetal overgegeven ; ende ter anderen zyde , hoe het aan 't Hof onmogelyk was, behoudens de vreefe voor de Goddelyh Majefieit, haaren gedanen Eed aan st Vaderland, en het bewaren van een rein gewiiTcj daar aan te konnen Voldoen. Waai*.  tot de MILIT. JURISD. &c. 119 Waarom dan ook nu, terwyl U Ed. Mog. op deefe grote Landsdag weder vergadert fyn, 'c Hof gemeent heeft, nog te konnen nog te mogen ftil fitten , maar Amptshalven verpligt te fyn, om het gewigte der redenen, die haar bewogen hebben fuik een conduite te houden, aan UEd. Mog. in het breede voor te dragen. En in falks doende teffens aan te tonen, dat 't Hof in het declineren van bevelen , in U Ed. Mog. foo gemelde Refolutie vervat, geen intentie of oogmerk heeft gehad, enige inbreuk te doen aan die gehoorfiiamheic, trouwe en veneratie, dewelke 't Zelve fich ten allen tyde verplicht houd te hebben voor de bevelen van U Ed. Mog.; daar in tegendeel de Raden Provinciaal betuigen, foo en als in den voorleden Jare reede door de Heeren Commiffarien by monde is geavanceert, dat 't Hof het fich voor roem en eere fal agten, alle goede ingefetenen in voiveerdige gehoorfaamheid en eerbied voor te gaan , dan dat in defen die verfchuldigde gehoorfaaraheit heeft moeten ftilïe ftaan voorde verpligtinge dieYZeH vè geiwifféris halve heeft aan de geboden van dc Hoojrfte Majefteit Gods, en aan de betragtinge van°de Juftitie, dewelke aan 't Hof Provinciaal is aanbevolen; in welken eenigen gevalle 't Hof van de sequiteit en rechtvaardigheit van U Ed. Mog. verwagten moet, dat U Ed. Mog. fullen juftificeren , dat de gehoorfaamheit aan de bevelen van U Ed. kome Rille te ftaan. En dat het waarlyk met de fake foo gelegen is, daar van fullen UEd. Mog., foo 't Hof vertrouwt , ten vollen overtuygt fyn , als U Ed. Mog. gelieven te pondereren de gewigtige redenen, die 't Hof by defe nadere Remonftrande H 4 fiS  ïao VERZAMELING van STUKKEN fig de eere geeft aan UEd. Mog. te exhiberen. Het welke het Zelve met te meerdere vryheit doet, terwyl 't Hof gcinformeert is geworden, dat U Ed. Mog. des daags na de vooren gemelde Refolutie , een Commiffie hebben gelieven te decerneren op 't Mindergetal, om een ontwerp te formeren , volgens 't welke omtrent 't geven van pardon, wegens gemene delicten, een reglement foude konnen beraamt worden ; in hope en verwagtinge, dat UEd. Mog. door defe nadere Remonflrantie fullen vinden genoegfame gronden, foo wel om 't Hof in hare gehoudene conduite te regtvaardigen, als om na de gehoudene nadere befoignes, fodanig te refol veren als meelt met de eere en de Heilige geboden Godts, omtrent dit gewigtig ftuk,de handhaving van de Juftitie, en het welzyn van 't lieve Vaderland overeenkomende fal fyn. Om derhalven tot de faake felve te gaan, fonder ons in te laten in het beforidere geval van de Corporaal Johannes Simmer, met het gene daar omtrent is voorgevallen , fal 't Hof wat omftandigcr, als in den voorleden Jaare , wegens kortheid des tyds, heeft konnen gefchieden, tot het onderfoek overgaan; Of en in hoe verre een ware en eigent lyke genoemde Doodflag, door een Souveraineiï Overigheit gepardonneert kan worden. En opdat de faake ordentelyk behandelt werde, fo fullen de Raaden Provinciaal de felve uit haar eigen grond-beginfelen tragten af te leiden, en in fulks doende overtuigelyk bewyfen, dat de Doodflag iynregt aanloopt tegens 't Regt der najciiürè,en :egensde uitdrukkelyke Wet van Godt, endatfe daarom volgens beide noodfakelyk met de Dood  tot de MILIT. JURJSD. &c. 121 Dood geftraft moet worden , fonder verfchoning: Het eene en het ander geblykt ontegenfeggelyk. Want 't recht der natuur gebied volftrekt, dit het Leven en de Dood van yder Menfche eenigiyk afhange van fynen Schepper, die alleen het Leeven geeft en weder neemt, wanneer hy wil; gevolgeiyk verbied dat felve regt even duidelyk, dat de eene Menfch in fyn Leven en in fyn Dood van den anderen eeniglints afhankelyk fy volgens de gemene regel , contrariorum contraria eft conclufio: Waarom ook in deefen opfigte met de grootfte nadruk wert gefegt ivan de Overigheit op defe Aarde, die 't fwaard draagt tot ftraffe der kwade, dat fe is Godts dienareffe, en niet den Menfche, maar Gode 't gerichte houdt. En gelyk de Doodflag ftrydig is tegen de Wet der naiuure , foo leert de ielve Wet, als in 't herte van een ygelyk redelyk fcliepfel ingefchapen, dat de overtreder daar van met geen andere ftraffe die misdaad boeten kan, als met verbeuringe van fyn eigen leven. Want doch uit dit beginfel was 't alleen, dat, voor en aleer 'er enige Wet op Aarde tegens den Doodflager was gepubliceert, egter de Broedermoorder Kaïn fich des doods waardig agtede,en 'c vonnifle daar van in fyne confeientie omdroeg, uitroepende, myne misdaad is groter dan datfe vergeven werde, al wie my vindt fal my doodJlaan. erkennende alfo uyt 't Jicht der natuure dat Godt in hem geiegt hadde, dat hy aan de verbrekinge der banden van de natuure fchuldig flond, en des doods waardig was, fchoon hy door de Goddelyke lankmoedigheit niet aanftonds door de tydelyke dood verflonden wierde. Even dtiidelyk is het hier gelegen met de H 5 uit-  122 VERZAMELING van STUKKEN uitdrukkelyke Wet van de Opperfte Wetgever, die aanftonds na den Zondvloed dat Eeuwigdurend gebod gegeven heeft aan Noach alh een Vader, niet van eenig befonder volk, namentlyk de Hebreen , maar alle volkeren , die na dien tyd geboren Ronden te worden , wie des Menfchen bloed vergiet fyn bloed fal door den Menfche vergoten werden, want Godt heeft den Menfche na fyn beeld gemaakt: Een bevel Godts fo klaar en foo algemeen, dat het alle uufondcringe omtrent een waare Doodflager voor altóós uitfluit, en daar omme is het onnodig, om hier over eenige uitbreidinge te maken. ( a ) En dit felve gebod is naderhand uit de mond Godts by Mofes herhaalt op verfcheidene plaatfen, als Exod. XXI. vs. 12, Levit. XX fV. vs. 17, en met een befondere nadruk Num. XXXV, alwaar te gelyk aan de Machten defer aarde, hunne pligt daar omtrent op het krachtigfte wert aanbevolen , met defe woorden . ende gy fait gene verfoeninge nemen voor de Ziele des Doodjlagers, want hy fal feekerlyk gedood worden, foo fult gy niet ontheiligen 't Landt, waar in gy zyt, want 't bloed ontheiligt 't Land, cn voor 't Land fal geene verfoeninge gedaan werden over 't bloed, dat daar in vergoten is, als door 'f bloed des genen,die dat vergoten heeft: Woorden,die alleen dit gantfctie Ruk completelyk voldingen, want kan 'er geen verfoeninge zyn over 't vergoten bloed als door het bloed van hem, die 't vergoten heeft, foo fpreekt het immers van felve, dat niemand , hy zy dan wie hy zy, al is 't de Hoge Overigheit (o) Zie de hoven aengehaelde DeduéVie van A, Wviling voer 't mht van Pardon, p. 7. en volg.  tot de MIUT. JURISD. &c. 123 heit ftlve, die immers al zyn macht van Codc ontfangen heeft, den overtreder van die Wee verfchonen of vergeven kan en mag. Maar opdat men weten mogte, wie voor fuiken Doodflager te houden zy, foo wert in het voorgaande van dit XXXV. Cap. in 't bree^e getoont , wie uitgefondert moeten worden van het getal der Dóodflagers , namentlyk die irene, en die ook allene, die door toeval oriverfiens en fonder opfetden anderen gedood hadde, waarom dan ook voor de foodanige aldaar werden aangewefc-n de Vryfteden, om daar henen'te vlieden , en in fekerheit geftelt te werden, terwyl alle andere ook felve aldaar geen fchuilplaatfe fouden vinden,maar fekerlyk moeiten gedood worden, al zoudenze ook felve van voor den Altaar des Heeren weg gehaalt, ja aldaar gedood worden , gelyk omtrent Jcab foo nadrukkelyk ge* boekt ftaat 1. Koningen if. vs. 28—34. Wannneer men nu het geven van Pardon eens by defe Vryfteden kome te vergelyken, en waar by fal men het felve oyt beter vergelyken konnen? foo fa! men aanftonds firn, gelyk defe alleen geweeft fyn voor den onvoorilenen Doodflager, breder in voorfz. Hooftftuk befchreven, (en waar over verdient gelefen te worden, het gene men vind by Joh. Andr. v der Meiden in Z} n Forum Confcientiae part. I. qu. 6., en in 't befonder pag. 148, & feqq. ) dat ook alfoo het geven van pardon aan diergelyke voorwerpen, voor fo verre defelve in een extraordinaire ftraffe van den Regter fouden incurreren , alleen applicatie heeft; of gefchied het anders, Godt doer felsen aan fuik een volk, dat hy op befimSere wyfe de ongeregtigheit van de imvoonderen dat Aar-  i24 VERZAMELING van STUKKEN Aarde befeekende ,dc Aarde ah dan haar bloed feude ontdekken, en haare Doodgeslagene niet langer bedekt houden, Jefaias XXVi. En dit alles komt Riptelyk over een met de Wet des Euangelinms, en de uitfprake van den Heiland felve, feggende aan Petrus, alle die 't /waard nemen, fullen door 't fwaard vergaan; en het is aanmerkelyk , dat de fleere Jefus defe woorden neemt tot de reden van dit zyn gebod, waar mede hy aan Petrus beveelt, om fyn fwaard op te Reken: Waar by nog alleen gevoegt fal werden het gelegde, Openb.XHJ. dat alle die met den fwaarde dooden met den fwaarde gedood moeten worden. Dus verre aangetoont fynde dat de ftraffe des doodts op den Doodflag, foo door de Wet der naruure, als het geopenbaarde Woort van Godt geftelt is, en dat gelyk voor en na de Wet door Mofes gegeven, foo ook onder 't Euangelium aan alle Chriftenen, fal men by onderfoek bevinden, dat felfs volgens uitdrukkelyke Wetten van eenen Draco en foo veele Heidenfche volkeren, de Doodflag met de dood geftraft wierde, fchoon zy ook maar alleen door 't licht der natuure geleidet wierden. Om niet te feggen, dat de gantfche Chriftenheit in alle tyden fulks RandvaRelyk beveRigt heeft, en dat 'er ook daarom van 'c geven van pardon aan een waren Doodflager door ChriRe]yke Overigheit, fob weinig gelefen wort. Overwaardig is het, om in de gewetens van alle Oppermagten diepe ingedrukt te worden, het geene men tot een eeuwige lof vind aangetekent by Chriflianus Matthias in zyn Theatrum Hifioricum pag. 921. van den Franfchen Koning Lodewyk de XI. „ dewelke eens om genade verlogt  ïót de MILÏT. JURISD. &c: ï2§ fogt fynde voor fekere misdadige, die ter Dood veroordeelt was „ ftemde fulks in het eerfte toe, „ doch de Koning onder het oogë gekomen zyn„ de de plaatfe , die men vindt Pfalm CVL wel„ gelukfalig zyn fe die regt onderhouden , die ter „ aller tydt geregtigheit doet, wierde aanftonds; „ bewogen, om de toegeftane gunft te herroe„ pen, met byvoeginge van defe memorabele fin„ fpreuk. een Prins, die de misdaad ftraffen kan„ cn het niet doet, is niet minderfchuldig voorGode „ als die de misdaad felve begaan heeft. Het felve genoegfaam met het geene in een diergelyke gelegentheit geantwoord wierde by Hendrik de I Vde, insgelyks Koning van Vrankryk , het welke wy hier met de eygen woorden van dien groten Koning ter nederftellen, „ Je ne veux pas pour l'a„ mour de vous charger fur moi ce mal heureus „ Crime dont il mefaudroit un jour rendre Compte „ devant Dieu: En fig daar na keerende tot de „ Gedeputeerden van het Parlement feide Hy, „ faites Juflice. En meer diergelyke grootmoedige en deugdfame voorbeelden van grote Vorften fouden hier konnen worden bygebragt.als 't Hof niet vreesde , de attentie van U Ed. Mog. te veel, door fig hier in te verre te elaigeren, te fullen vergen ; alleen fal men maar noemen het geene men vind van eenen Totilas der Gotten Koning, by Anth. Matth. ad tit. quib. mod. Crimina extinguuntur cap. V. N°- 2., en by den Hiftory-fcfaryver Thuanus Lib. XXXII. nopens Cosmus groot Hertog van Tofcanen, dewelke zynen eigen Zoone niet en fpaarde: En welke beide gevallenniet minder aanmerkelyk fyn, alsdie hier voren breder van twee  126 VERZAMELING van STUKKEN twee Koningen van Vrankryk fyn 'ter neder ge* fielt. En waarlyk wil men de natuur van de faake felve naukeurig befchouwen , geldt niet hier, foo oyt in eenige andere gelegentheit, dat een minder, jaa een onderdaan nimmer kan nog mag te vernietigen de Wetten van fyn meerdere en van fynen Koning en Heere felve, en vermag fulks niet te gefchieden onder Menfchen, die in de natuur alle aan malkanderen gelyk fyn ? hoe vee! te minder fal het konnen gefchieden van het fchepfel omtrent de wetten van fyn Schepper , en den Opper- Heer van allen ? Geldt niet hier foo ergens anders,dat niemand aaneen ander geven kan het gene hy felve niet heeft'} maar wat Monarch in deefe Weereld heeft het regt, om fig felven te ontflaan van de ftraffe, by Goddelyke en natuurlyke wetten geftelt, en waar aan hy als menfch gelyk alle andere verbonden is? Waarom ook Jnth. Matth. ad dict tit met foo veel nadruk fea;t, femper itaque exijlimavi, atque etiam nunc exijlimo, re£te largiri Principem indulgentiam eorum Criminum, quae civili magis quam divino jure vindicantur: Quae autem divina lex, aut rcéa ratio, gentiumque confenfus Capitis fupplicio punïri jubet, eorum indulgentiam a Principe trihui nullo modo pojje: Cujus fententue fondanten* turn firmum & immotum ejl quod Princeps legibus duntaxat civilibus folutus fit: Non divinis & naturalibus quibus obligatur tanquam homo , non genlium legibus quibus tanquam membrum djf pars humanacJocietatis obnoxius ejl; beveiligende dat ftuk verder aldaar met bondige redenen , foo uit den' wooït  tot de MILIT. JURISD. &c. 127 voorde Godts, als uit de ongewyde Hiflorieft genomen, gelyk aldaar kan nagefien worden. De faak is te klaar om 'er meer by te brengen, en feggen de Raaden Provinciaal hier omtrent daarom nog maar alleen, dat de magt van pardonneren fig uitftrekr even ver, als de magt van Wenen te konnen maken; defe twee faken gaan hand aan hand, en daar de laafte ophoud, daar vervalt de andere noodfakelyk van felve. Kan derhal ven geen Weereldlyke magt Wetten maken , waar door ftraffen, by het natuurlyke en Goddelyke regt onveranderlyk bepaalt, vernietigt werden , foo fpreekt het van felve, dat die ook geen pardon of quitfcheldinge kan verleenen aan den genen, die fig aan fulke ftraffen fchuldig gemaakt heeft: Over het een en her ander kan worden nagefien Ziegler: de Jur. Majefi. L. I. C. g., Carpz praèl. Crim. part. III. qu. 150. N\ 29. feqq , alwaar defe laatfte Auteur N°. 30. uit Befold. Difp. polt. III CloJT. u th. 14. bybrengt defe woorden , quemadmodum Majeftaticapoteftas Criminalem ob politicas duntaxat rationes introduftam poenam facilius condmiare potefl, ha a nemine remitti pojjünt eae poenae ad auStoritatcm Decalogi tuendam a Deo ipfo quae funt fancitae, en daar na, ac ut in fpecie de Crïmine homicidii dicamus omni certo tempore , tam divini quam Immani 'pais interpretibus, principum, quorundam mfuetudo, qua in dolofo, etiam deiiberato & confulto . homicidio reis veniam & poenae rcmijjionem indulferunt fummopore difplicuit, ajjèrentibus fimpliciter ne quidem Imperatori permijjum manifefium £f dolofum liomicidam a fuppücio mortis libcrure: waar op die felfde Carpz het gefegde beveiligt niet alleen met een aantal redenen, die  128 VERZAMELING van STUKKEN die van gewigte fyn, en aldaar gelefen konnen werden, maar ook "met aucloriteit van agt a negen befondere, foo Godgeleerde als Rechtsgeleerde Schryveren, die het met hem op de felfde wyfe begrypen, en onder welke Bodin. de Rep. Lib.I. Cap. 10. pag. 120., alwaar dit Ruk behandelt wert, fegt, ego vero nee Principibus ullis nee mortalium cuiquam veniam largiri lieer e filatu'o., fi fcelus divina lege Capitale fuerit. - En wert dit dus verre grondig bewefen gevoelen , niet het minRe gekreukt door de obje&ien, die men vernomen heeft al in de gedagten van zommige te zyn opgekomen, namentlyk, dat, foo men de Goddelyke Wet dicterende, dat het bloed moet gewroken werden, en geen verfoeninge daar voor mag aangenomen werden , als univerfeel en iii allen gevalle verbindende wil opnemen, daar uit foude moeten volgen, dat het verloop van 20 Jaren, waar mede alle Doodjlagen, wanneer geenindaginge gefebied, werden gepraefcribcert, na regte nooit plaatfe vinden mag , maar dat een Regter ook na dien tyd een Doodflager foude moeten ftraffen met de dood, alfoo het bloed niet meer met 20als ro Jaren en minder tyd wort weggenomen , of by Godt verfoeninge vinden kan, en ten tweden , hoe dan ooit falvus conduêtus aan een Doodflager kan verleent worden. Defe beide objeclien feggen wy, konnen geen de minRe veranderinge of wefen tlyk argument tegens het geRaafde gevoelen , dat geen eigenclyke Doodllag en andere misdaden, tegens ce Goddelyke en natuurlyke Wet begaan , gepardonneert konnen werden , uitmaken. _ , Want toegéftaan zynde dat en de praefcriptio en de falvus canduftus- beide in foro conjcientiae onge-  tot de MILIT. JÜRISD. &c. . 129 ©ngeoorlooft waren, fal immers dat geen argument konnen geven, dat het pardon in diergelyke delicten geoorloft zy. Behalven dat veele voorname Chriften Regtsgeleerden , en Criminaliden van gevoelen fyn, dat de ftraffe des Doodflags door geenderhande praefcriptie kan weggenomen , als te fien is by Brunêfri. in Tracl. de inquif, prtc. Cap. XI. §. 3. alwaar den Auteur fegt, excipiendumputo honiicidium, cujus poena nulla praefcriptione tolli pofjê vidctur, quia haec Jure divino dtflincte imperata. Terra purgandu femper a fanguine innoxïo , nee: currit haec praefcriptio reo exijlente in fuga; hier foude van die natuur veel konnen bygebragt worden, als mert over de natuur van de praefcriptie, wanneer defelve doorgaat , en wanneer defüve exceptie iydt , in 't breede in difcuffie wilde komen , daar kunnen behalven veele andere over nagefien worden, Carpz.part. III. qu. 41. befondcr §. 52. &? feqq. , en Profper Farinacius Prax. & Theor. Crim. L. I. Tit. 1. queji. 10. en bepaaldelyk $ 29. . Hoe dit ook begrepen werde, is hier omtrent in allen gevalle aan te merken , dat de praefcriptie in Crhninalibus door Heidenfe wettert geintroluceert zynde, in confideratie foude komen , of een Chriften Regter in Criminele faaken uit Godts Wet moetende regt fpreken, fig niet in 't geheel aan die Wet alleen moet bepalen, en geen ptaïfcriptie admitteren in dis delicten, vermits de Goddelyke wet daar van fwygt, defelve alleen in het vonniffen in over» weginge nemende, wanneer deliéten niet uit de Goddelyke en teffens natuurlyke wetten, maar IV. Dee£> l afleer;  i«ö VERZAMELING van STUKKEN alleen uit bet gerneene of Civile regt geftrafc moeren worden, y' Dog toegedaan zynde, dar de prasfcriptie Volgens het Róomfche regt plaatfe foude moeten vinden , eh de Chriften Regters daar na fouden moeten regt fpreken , fop fal in allen gevalle op defelve de verpligtinge leggen, om in 't werk te dellen die middelen van Citatie en anderfins, die de praefcriptie of geheel wegne* men of interrumperen; waar door de felve geheel buyten de fwarigheit gedelt zyn, van te vervallen in die tvvyfelagtigheit, of de Chriden Regters aan de prajfcriptie in Doodflagen, en andere diergelyke misdaden gehouden fyn te defereren: Behalven dat aangemerkt moet worden , dat de-auétoriteit van de Regters niet verder giat als hare Commifiien medebrengen , latende de verantwoordinge van alles daar buiten aan den genen, die het felve voor fig gereferveërc heëft. Omtrent de falvus Coniuclus fal alleen nog maar hier by gevoegt worden, dat het Hof van gevoelen is, dat het felve te verlenen aan een eigentlyk gefegden Doodflager, waar van de Regter bewys in handen heeft, allefins ongeoorloft is. Geen meerder grond om het bewefene gevoelen van 't Hof te verfwakken , heeft bet by•brengen van eenige voorbeelden uit de Heilige 'Schriftuur ; waar toe voornamentlyk gebragt 'WÓrdën de exempelen van Shneon en Levi , die "alle de Mannen van Skhem vermoord hadden ; dat Ddvid, de man na Godts herte, de draffe des Doods niet in alle gevalle hadde in agt genomen, waar toe bygebragt worden de faake, door  tot de MILIT. JURISD. &c. j3r door de Thecoïtifche Vrouwe , 2Samuel XIV. aan David voorgeltelt, 'c geene omtrent de Doodflag van Abfalom, aan zyn BroederAmnon bega;'.t^ geboekt ftaat;en 'r gene men vind van deDoodflagen, door Joab aan Abner en Amafa. Op alle defe voorbeelden foude men fig in hef breede konnen elargeren , om de ongegrondheit van diergdyke allegaten aan te tonen, als niec eenvoudig genoeg was te feggen, dat men naar wetten, en niet naar exempel n leven moet,en het gene nog meerder bind., dat nergens diergelyke voorbeef Jen van Godt als goed gekeurt gevonden worden, maar wei uitdrtikkelyk het tegendeel. En hier mede foude men van dit foort van uitvlugten konnen affcheiden , dagte niet het Hof Provinciaal, dat miffchien defe of geene in den fin mogte komen, dat evenwel de Koning David van den Heere felve is gepardonneert, wegens den Doodflag van Uria bedreven: Doch behalven dat Godt die doodfl ig regtvaardiglyk heeft WÜlen ftraffen , felfs in des zelfs eerft geboren Zone uit Bathfeba, foo gelieve men fig te erinneren, hoe weinig het aan het Schepfel betaamt ' te vragen aan zynen Schepper, wat doet gy, of waarom doet gy alfoo ? fal dan de Menfch fig aanmatigen te doen, het gene Godt na zyn Souverain en vrymagtig oppergebied , over alles voor fig alleen behouden heeft ? ofte fig tegens het üitdrukkelyk bevel Godts tragten te dekken, met het gene de Heere Godt in diergelyken gelegentheit, om Heilige en ons verborgene rede* nen gedaan mag hebben ? . De Raden 's Hofs van Frieslandt befluiten derhaiveh Ed. Mog. Heeren, op genoegfame gronI a der-  i32 VERZAMELING van STUKKEN den, als die gehaalt fyn uit het regt der natuure , uit de Wet van Godt, uit het gebruik der volkeren, en uit het oordeel der befte Schryvers over 't publycque regt , dat het een eeuwige waarheit is en blyft, dat geen Souveraine Magt op Aarde , hoe groor hoe magtig die ook fy, immermeer vermag te pardonneren een waren en eygentlyk gefegden Doodflag, als fynde een misdaad, van weikers fchandelykheit de natuure grouwek, en waar over Godt zelve de ftraffe des doods iri alle gefkgten ftandvaftelyk bepaalt heeft. Niet dat het Hof egter voor altoos alle gratie of pardon van den Souverain in alle gevalle foude willen uitfluiten, foo dikmaals als maar eenes anderens bloed vergoten was, geenfins. In tegendeel het Zelve gelooft vaftelyk, dat 'er gevallen konnen fyn , dewelke allefins de clementie van den Souverain meriteren, en daar in door Defelve met een goed gewiffe gebruikt kan worden , namentlyk wanneer de gevallen fodanig fyn, als waar voor onder Jfraël de Vryfteden 'waren ingeftelt, of het welke het felfde is, in welke de eene door den anderen onvoorfiens en fonder opfet gedood was : Waar over feer verftandig handelt de Heere Joh. Andr v. der Meiden'm fyn aangehaak traclaat de Foro Confciemiae part. I. qu. 3. Ja wy gaan felfs verder, en menen, dat in vele, foo niet in de meefte van die en diergelyke gevallen, de Regter felve niet tot de ordinaire , en in fommige omftandigheden tot geene ftraffe zelve vermag te gaan. Ook oordeelen wy .gelyk hier boven uyt Anth. Matthaus redeis aangehaak, wanneer de ftraffen dooi  tot de MILIT. JURISD. &c. i33 door Weereldlyke magt alleen , en na des felfs goeddunken zyn ingeflelc, dat in fommige gevallen door dien felven magt, voor 't geheel of fen deele, behoudens een goed geweten, gratie verleent kan worden, indien maar werden in agtgenomen die bepalingen, die door de befte Criminaliften, over defe materie fchryvende, doorgaans gemaakt werden ; en om die niet alle op te halen, in 't gemeen daar op uitkomen, dat van fulke ftraffen , als fo genoemt zyn, een misdadige kan en mag worden gelibereert voor't geheel of ten dele, foo dikmaals als de oeffeninge van de ftraffe voor den Staat meer fchadelyk, als de quitfcheldinge van dien voordelig gerekent mag worden. Dit alleen, Edele Mogende Heeren , foude meer als genoeg fyn, om yoor U Edele Mog. en voor de ganfche befcheidene Weereld te wettigen de foutenu en de conduite van 't Hof in delen. Doch om het ftuk met betrekkinge op Syn Vorltelyke Doorlugtigheit , de Heere Erf-ftadliouder en Capitain Generaal defer Provincie wat nader te komen, fullen wy met veel eerbied vota* dien Doorlugtigen Prince , en te gelyk met aile mogelyke menagement voor deszeifs praeë.ninet te bedieningen $ eens ter nader overweginge brengen. Ofte wel oyt aan de Heren Stadhouders of Capitains Generaal van Frieslandt, ofte aan eenige van die is opgedragen 't regt van pardon, foo in de faake des doodflags als andere delicten. Een onderlbek foo veel te bdlyker, als het te fekerder is, dat het geven van pardon notoir behoort onder de jura jummae inajeftatis, ca I 3 daa?:  134 VERZAMELING van STUKKEN daarom in een Koninkryk of Staat van niemand immers geoeffent kan worden, als aan die hec op een we tige wyfe gegeven is, om voor als nog niet te fprtken, of het wel aan ymand anders als aan den Souverain van den Lande eygemlyk oyt competeren kan. . Maar met wat naukturigbeit de Raaden Provinciaal daar ook na gefogt, en het felve navelpoort hebben, moeten die egcer rond uit verklaaren , niets te hebben gevonden , waar uit een diergelyke opdragt aan de .Heeren Stadhouders enCapitaihs defer Landfchappe, met eenigen fchyn foude kunnen afgeïeit woeden. Want ingeOen fynde der Zeiver fuccefïive cpmmiffien en inftruclien vint men nergens daar van eeraig gewag gemaakt te zyn. Daar in tegendeel in die felve tydt, de Stadhouders en Capitains Generaal van Holland met dat Regt in hare commiffien' of inftruclien begiftigt fyn , gelyk rede in den voorleden Jaare by 's Hofs Deduclie is aangeroert. Wordende ten eerfte her felve gevonden Art. xr. ïn de commillie van Prince Willem de P*c, beraamt en vaftgeftelt by de Staten van Holland ën Zeeland, Staatfche wyfe binnen Delft vergadert den 25 April 1376, te vinden in 't grooC Pl-!caat-boek 2de deel pag. 2124. & feqq. Waar op het Hof in 'c befonder lal remarqueren, dat, hoe feer men ook anders alles, ja het gantfche Vaderland felve , aan dien Doorlugtigen Held toevertroude. en ook daarom aan hem gave een feer ampele commiffie, waarin onder andere Articulen gëfegt; wierde, dat hy foude Jièbl en volkomen authoriteit en magt als Souverain en Opperhoofd' te gtbisden en tc verbieden, alles was.  tot de MfLIT. JURISD. &c. 135 wat tot befcherminge des Lands dienfiig foude zyn, men egter liet lbo begrepen heeft, dat daar uit geenfints vloeide , het regt van gratie of pardon te mogen verlenen, als een praerogatief ofte gevolg van zyne praeèminente bedieningen, neer? maar dat daar toe een uitdrukkelyke bewoordinge, waar by aan Zyn Vorffcelyke Doorlugtigheit dat reg: in 't belbnder gegeven wierde, abfoluit nodig was , en dat, het welke nog ook eene befondere opmerkinge verdient, niet tegenftaande die Prins in name des Konings van Spangien, Heer van defe Nederlanden , alles verrigtede. Vervolgens, en in de tweede plaatfe is het felve Regt aan Graaf Mauritz . te gelyk met de Gedeputeerde Raaden, na ingenomen advys van den Officier of Magiftraat der plaatfe.. gegeven, des dat defelve brieven van pardon wierden geinterineert, en dat niet van gequaiifceerde Doodjlagen , en andere enorme delicten panton verteens foude worden, gelyk te vinden is, in deszdfs initruclie , in dato den 1 November 1585, Art. 4., insgelyks in *c groot Placaat boek 3de Deel folio iqó. Ten derden, fouden hier op moeten volgen de inltruélien van Prince Frsdrik Hendrik en van desfelfs Zoon Prince Willem de llde, beide Gl. Mem., doch om dat die tot hier toe nergens by 't Hof gevonden fyn, is het te vermoeden, dat die defelve fullen fyn geweeft. met die, dewelke voormaals aan Prince Mauritz gegeven was; en fal het Hof daarom overgaan tot de commiffie, op den 4 July 1672 gegeven aan den laaften Stadhouder van Holland en Zeeland ,• Prince Willem de Ifldc naderhand Koning van Engeland, Gl. Mem., te vinden in 't groot Placaat-boek Deel pag. 150"., waar by aan dien Prins me14 de  13*5 VERZAMELING van STUKKEN de dat regt, van te verlenen, brieven van gratie 9 remiffie , abolitie en pardon , wert gegeven, na ingenomen advys van den Hove, des dat die brieven Jouden worden geinterineert na behoren, welverjiaando, dat van gequalificeerde Dood/lagen, en enorme delicten gecommitteertmet gcieyder laage ende opfettenwille geen remiffie of pardon foude verkent worden. Sodanige inltruótien , Edele Mogende Heeren , zyn van tyd tot tyd gegeven aan de Stadhouders van Holland, en daar by aan Defelve , onder voorfchreven bepalingen, bet regt van pardon uitdrukkelyk verleent, wanneer in die felve tyd de Stadhouders van defe Provincie zonder dat praerogatief zyn aangeftelt. Kan men nu daar uit wel yets anders opmaken , (om met de woorden van de vorige' Deductie te fpreken,) a;s dat de Staten van defen Landfchappe het regt van pardon en gratie, voor een allergewigtigff e faak, en als een jus Jummae majefiatis hebben aangemerkt, en daarom voor hg felven gereferveert hebben willen houden, en dat nog ten opfigte van den Dood-* fïag onder feer nauwe bepalingen , gelyk uit 's Lands Ordonnantie L II. Tit. 14. te iien is, welke ftatutaire Wet genomen is ten meeren deele- uit een Placaat van Keifer Karei do V^0, van den 21 Oftober 154r, dewelke (alhoewel Heer van Friesland, aan wien by gevolge, gelyk aan alle Souverainen, onder boven gemaakte linütatiön, het regt van pardon competeerde,) egter dat. Regt aan het interinenient van den Hove heeft willen bepalen. Welk loffelyk voorbeeld de Staten van Friesland, federt de erectie van de Republycq, tot op den huydigen dag tot htin eeuwigen roem ■4-  tot de MILIT. JURISD. &c. 137 altoos gevolgt hebben , gelyk daar van verfcheidene voorbeelden gevonden worden by Jac. Bouritius in zyn Traclaat de Officia advf-+ Cap. 42., fonder dat het geval van Mmilius Ottonis, 1637 gebeurt, en het welke de Raden onderftellen, by U Ed. Mog. bekend te zyn, daar de rainfte indragt in gemaakt heeft; wanc behalven dat des tyds reeds 24 Jaaren verlopen waren, dat het delict geperpetreert zoude zyn , waar op Wy ditmaal niet lullen biyven liaan, foo was die man ook nooit van ManOag overtuigt ; ja het is waarfchynlyk, dat hy buiten *s Lands in vryheit zynde, wanneer zyn Broeder over den Doodflag gevangen fat, alleen, om zyn Broeder te redden, de misdaad op fig genomen had, en dat haar Ed. Mog. , daar van overtuigt, te ligter tot het geven van pardon gekomen zyn. Aanmerkelyk is hier omrrent, 't gene gevonden wort by de Heer Uk. Hither- in zyn Prael. L. 48. Tit. 23. in deefe woorden, hoe jus dmdi veniam his qui fententiam paffifunt (en even alfo ook voor en aleer by den Regter gevonnift is) ubique cognitum , ignoratur apnd Frïfios: Nee fcio an unquam heic a Gubernatoribus Hispanico Jicgis ut Domini Frificc fit exereitum ; nee ordines in libertate pofiti id unquam injtituerunt, quod effbftum habuerit aut quisquam eorum iiomiue, quod mihi conjiet: Uit welk gevoelen van de Heer Huber klaarlyk geblykt, dat teonregte, buiten den famenhang, en fonder eenige bepalinge geallegeert wort uit de hedendaqgfe Regtsgekerthoit±AtBüek ïf^Capitt. (q)dqt de Stadhouder hier (te (a) Zie Reductie óvej \ recht van Partion door A, Wieling Dyl. U, 15  ss§ VERZAMELING van STUKKEN (te weten in Frieslandt, gelyk men buiten den Aucteur, en tegens zyne meininge per parenthelin ftelt) het regt van pardon foude hebben. Het ftaat dan vaft , dat hier m Friesland geen remiffien van Doodflagen gegeven konnen, worden , als by de Heren Staren van den Lande, volgens het voorfchrift, dat Maar Ed.iVlog. felve daar van in -i Lands Ordonnantie hebben gemaakt, fonder dat in die Ordonnantie of in ïiet Plaeaat, waar uit die genomen is, van P> Etycq of Militair een woord gefproken, veel min tuffchen die beide eenig onderfcheid in defen gemaakt won: Daar dan nu de Wet is algemeen , en fonder eenige exemptie van perfo»en, wie doch foude daaï van derven uitfondelen de Militerende perfonen, en daar door defe wet omtrent defelve maken illufoir , bifonder daar omtrent defe geen andere wet, commiflie cf inftruétie gevonden wort; en waarlyk daar kan ook geene reden uitgedagt werden, waarom het felve delict minder of meerder vergefelyk foude zyn, alleen uit oorfake van bet onderfcheid , dat *er is tuffchen Politique of Burgerij en de Militairen En opdat men niet denke , dat 'er onderfcheid in defen is, tuffchen *t geven van pardon, en het verlenen van remiffien, foo leert Bort. Trad;, van Crim. faken 6de Deel in het be;gin , dat remiffie het woord en de faake is, dewelke eigentlyk plaats heeft in een Doodflag, daar 't woord pardon eigentlyk in reguard van. alle andere delicten gewoonlyk gebruikt wort. De Raaden Provinciaal befluiten dan wederom , dat Haar Ed. Mog. de Heren Staten van Friesland om gewigtige redenen., nooit een. eenige van de Heren Stadhouders gegeven hebbes  tot de MILIT. JURISD. &c. 139 ben het regt, om aan Militaire perfonen (want yan andere behoeft niet gefproken te. worden, alfo fulks felve noit gefuftineert is,) pardon te* mog.-n verlenen. En is het Hof daar door van felve gedispenfeert, vaneen breed vorig onderteek," of en in hoe verre een Souverain fig van dat regt uitdrukkelyk . vervreemdens wyfe, foude mogen ontdoen, en aan een twede, van xvat praeëminentien hy ook anders in het Gemenebeft mogt zyn , het felve foude mogen opdragen, waar over anders veel gefegt foude konnen worden, maar het welke nu in weinige woorden fal werden befloten. Want is het waar ? gelyk het voorfeker is, dat 't geven van pardon en gratie behoort onder de fumma jura Majejlatis, foo fchynt van felve te moeten volgen, dat by niemand in een Staat dat Regt eigentlyk refideren kan, als by den genen , die daar de jura majejlatis heeft, dat is alleen de Oppermagt fdve. Men kan onder anderen daar over nafien, het gene breedvoerig daar van verhandelt worc by Carpz. pracl. nov. Crhn. part. III. quaejl. 350. I\° 9. 14-18., alwa-ir hy in bet bifonï der _N°._r4- , fo'H ergo dum Principi jus aggratiandi- reisque poenae veniam indulgendi competit , reêtiffime inter regalia feu jura majeftahs hoe refertur juxta veriorem ac communiorem tam politiccrum quam juris ■ confultorwn fententiam, en JN'°. 15; Nequc aliter antiquitatcm juaicajfe di-cit, Hcig. part. II. quaejl. 22. N° 7. ƒ» hoe enim jure vis Jummae potejtatis maxime innitefcit, quae non parum Legibus delïcta certo Jupp/icio purd-entibus der 0gat, ut v.ürum hand Jit eum Jolum Ie-  I4o VERZAMELING van STUKKEN legibus contravenire pojfe qui easdem promulgavis h'ancque poteftatcm contraveniendi (J'cilicct legibus) non minus inter jura majejlatis referri, ac facultatem condendi leges, waar bygevoegt kan worden, Petrus Heig. diiï. quaejl. N°. 6. Nihil enim verius neque jujiius quam poenae remijjionem Joli Principi Jupremo competere. En het is uit dien hoofde , dat Bodinus de Republica L. 1. Cap. 10, foo nadrukkelyk fegt, nam jura majejlatis ejusmedi ejfe ntcejje ejl ut Jummo quidem Principi tribui, Magijlratibus autem privatis non pojjint; aut Jijummïs Principibus ac privatis comviuniajint, jura majejlatis ejfe dejinant, fluitende met defe woorden , ea jura nee cedi nee dvJtrahi, nee ulla ratione abalienari a Jummo Principe poffe, ac ne ulla quidem temporum diuturnita* te praejertbi. En om hier over geen verdere uitbreiding? te maken, fal het Hof fig over dit fluk refereren tot het gene daar omtrent feer verfhmdig, en in het brede gefchreven is by de Heer HuIer de Jure Civitatis Lib. I. Secl: 3, Cap. 8., en bifonder N°. 59. en volgende. Waar mede in fo verre overeenftemt defelve Heer Uuber in zyn hedendaagfe Regtsg, IV. B, 8, Cap. Art. 4., alwaar hy fprekende van hec regt van Leven en Dood, fegt., dat geen Oppermagts regt van defe groote ten eencmaal ende vervreemdens •wyfe kan toegejtaan en overgedragen •worden, behoudens den eenighcit van den Staat, alfo er dan twee üppermagten Jouden zyn in een Staat, 'f welke niet meer gejehieden kan, als dat 'cr twee redelyke Zielen in een Lichaam Jouden konnen Jyn, waar by gevoegt kunnen worden de volgende 5 en 6 Arm. in huu iTaraenhang met liet voorgaande. ^ock  tot de MILIT. JURISD. &c. i^r Doch om fig hier niet langer meede op te houden , fal het Hof overgaan tot het gene het felve niet ontkennen kan, met verwonderinge geilen te hebben , dat gefouteneert is, namentlyk, dat dit liegt van remijjïe, gratie of pardon te verlenen aan Militaire , aan de praeëminente bedieningen van de Stadhouder en Capitain Generaal van felve vaft en gehegt foude fyn, en daar uit foude moeten voortvloeyen , en dat het felve ook daarom by de voorgaande Heeren Stadhouders en Captains Generaal van defe Provincie altoos geoeffent, en in allen gevalle door die oejfeiiinge felfs genocgfaam verkregen foude zyn. Want wat het cerjtc belangt , behalven het geene Wy daar van reede, ter gelegentheit van de commiflie Van Prince Willem de Lae, gefegt hebben, wie doch kan fig verbeelden , dat hier in dit geval het meerdere aan het mindere , het grotere aan het kleindere van felve foude moeten volgen, daar het regt tegengeflelde in alle andere gevallen plaatfe vindt. En immers kan een Regt van de Souverainiteit, ja fuik een allervoornaam!!: regt, als dit in cas fubjeét is, noit Itilfwygende ergens aart geannexeert geoordeelt worden, als aan de Sofa-a verainiteit felve, foo dat die eenvoudiglyk aan een of meer werdende opgedragen, in die opdragt van felve begrepen is het regt van gratie te mogen verlenen tegens de Wet, omdat hec felve een voornaam gedeelte van de Souverainiteit koomt uit te maken, en in gene opdragte van eenige andere waardigheit, of hoogheit. van wat natuur defelve ook foude mogen fyn. En waarlyk foude niet uit de contrarie ftel)inge moeten volgen een abfurditeit, die ter eer-  142 VERZAMELING van STUKKEN eerfter opflag aan een yder in het ooge loopt l namentlyk , dat foo doende aan de Heeren Stadhouders en Capitain3 Generaal van Friesland , omtrenr dit important ituk van Souverainiteit, ftilfwygende meer gegeven foude zyn, als de Heeren Stadhouders van Holland oit gehad. hebben , fchoon ook 't felve aan haaf uytdrukkclyk gedefereert was. Want het zelve niet anders gefchied zynde als onder fekere bepalingen, waar onder het interinement van brieven van remiffie, en het niet Verlenen van brieven van gratie in gequalificeerde Doodflagen, en andere enorme delicten, mede gevonden worden; fouden de Heeren Stadhouders defer Provincie, föo aan 't eene als andere niet gebonden fyn, omdat 'er van het verlenen van fulke of diergelyke gratiën in dér Zeiver commiffien en inftruclien in het geheel gefwegen werd. Behalven dat het mathematice feker is , dat ftilfwygende niet is overgedragen , het gene uitdrukktlyk niet gedefereert heeft konnen worden. En wat het twede betreft, het kan wel zyn,' dat 'er foo in de vroegere als latere tyden gevallen zyn geweeft, in welke Syne Vorflelyke Doorlugtigheit. en Syne Doorlugtige Voorvaderen, aan defe en gene Militairen de fafto pardon verleent hebben, maar behalven dat de meefte gevallen , die daar van ter kenniffe van 't Hof enigfins gekomen zyn, behelfen Militaire delicten, als defertien en andere mezufen, waar over het Hof geen judicature oeffent, en waar mede fig gevolgelyk ook niet te bemoeyen had ,gelyk anders buiten twyffel in die tyd al foude heb»;  tot de MILIT. JüRISD. &c. i43 hebben gedaafi;'foo is doch daar te boven aan ?t Hof tot nog toe niet een eenig geval voorgekomen , 'ivaar in de Heren Stadhouder-en en Capitains Generaal defer Provincie van een ware Doodllag pardon gegeven hebben: Zyn 'er fuike gevallen, het Hof verklaart, daarvan ten eenemaal ignorant te zyn , als zynde noit aan haar geexhibeert, veel min de omftandigheden, waar mede defelve waren bekleed , en die de faak in defen geheel van natuur felve konnen doen veranderen , immers foo verre , dat de Jurisdictie van den Hove Provinciaal daar door geen laefie ontfangt; weshalven het Hof fig hier omtrent gedraagt, tot het gene in vorige Deduftie daar van rede is gefegt, federt Weiken tyd geen nadere elucidatie bekomen is over de vyf of fes gevallen, dewelke van het geven van Pardon in de fake des Doodflags, federt de erectie van de Republycq, tot op den huydigen •dag, alleen geallegeert hebben kunnen werden, zonder dat dezelve behoorlyk, en in der zei ver omftandigheden bewezen zyn. Doch hoe het daar ook mede gelegen mag zyn , fal fulks geen veranderinge altoos in het Recht konnen maken, aangefien niet geoordeelt moet worden, na het gene door misbruik van tyd toe tyd mag zyn ingeflopen, en ongemerkt gepaffeert is, maar na de natuur van de faake felve. En wyders is aan te merken, dat de elatie, die daar uit gemaakt wort, na Regte ganfehelyk niet doorgaat, want dat fuike pardonnen en remiffien in defe en gene gevallen, al was het eens in een Doodflag geweeft, verleent zyn, geeft niét anders als een bewys, dat fulks Voor dien tyd is gefchied, fonder dat daar uit eenig  144 VERZAMELING van STÜKKEN eenig regc voor het toekomende te halen is. Want dat de Jura Majejlatis door geen verloop van tyd geacquireerc konnen worden, en alfoo aan geen praefcriptie onderhevig zyn* meent 't Hof evidentelyk te geblyken uit navolgende peremptoire redenen als, 1. Indien fodanige regten niet van de Souverainitéit kunnen worden gefepareert , en overgedragen aan een ander , by uitdrukkelyke toeftemminge en formele opdragt, fookonnen die nog minder by een ander verkregen worden door een ftilfivygen van den Souverain; dat, op zyn beft genomen, maar voor een prsefumtive toeftemming gelden kan,• maar het eerfte boven reeds getoont zynde, fal het twede van felve als waarheit moeten volgen. II. Omdat volgens de fundamenten van het Jus publicutn, het gantfche lichaam der ingefetenen , by de delatie van 't gebied aan een ofte meer, fig koomt te onderwerpen aan hunnen Koning, ofte aan de Staten van den Lande, en geenfins aan een verloop van tyd: Wel hoe dan foude doch door den tyd fuik een importante verandering in een Gemenebeft gemaakt konnen worden, waar aan niet alleen de onderdanen, maar ook de Souverain felve zig fouden moeten onderwerpen , en met goede oogen aanfien, dat een goed gedeelte van de Oppermagt onder het gebied van een of meerder ïngefetenen gebragt wierde ? ja het is 'er foo verre van daan , dat de Romeinen, welkers regt door aanneminge het onfe geworden is, geen praefcriptio longijjimi tem-  tot de MILIT. JURISD. &c. 10 poris hebben wijlen toelaten, felve omtrent? fchattiugeh en lallen, omdat die door da Qppermagt geheven wierden, L. 6. C de Pracjcrip trig vel quadr. annor., Grotius d$ Jur. bel. & pac. L. II Cap. 4. §. r. 31: En waarlyk lbo men het Ruk ongepraefu* •dicieert befchout, wie doch der ingefetenen, hoe hoog of laag die ook anders moge zyn, foude door den tydt een enige van de jura majejlatis konnen verkrygen ? daar het eerfte gebruik hem aanftonds fchuldig maakt aan een fwaare misdaad, die hem af het regt van verdere acquifitie gewiffelyk beneemt. IV. Soo leeren ons de fondamenten van 'tPublycq regt, dat, wanneer onderdanen eenmaal haar magt aan een of meer overgege* ven hebben, fy defelve naderhand nog voor het geheel nog ten deele, buiten regtveerdige redenen, daar van niet konnen ontfetten, al was 't ook het gantfche lichaam dier onderdanen, dat fulks ondernam, Ziegl, de Jur. maj. L. I. C. 1. § 43.; wel kan dat niet gelchieden door het gantfche volk? veel minder door eenig gebruik van eenig lid in het befonden En om al het gefegde over defe materie wat nader te appliceren op het cas fubject, wie doch kan in defen aan defe Regtsgeleertheit twyffelen, met betrekkinge op Syne Voritelyke Doorlugtigheit ? Wanneer men confidereert, dat al het regt, het welke Syne Vorftelyke Doorlugtigheit in fyn eminente bedieninge heeft, Hy! het felve van Haar Ed. JVf>g , de Heeren Stalt V. De ei,, & wjct  t4<5 VERZAMELING van STUKKEN ten defes Lands, verkregen heeft, en gevolgciyk in Haaren naam befit. Maar wat is nu bekender, als dat 'er in fuik een geval geen termen konnen fyn, in welkeoit een begin van praefcriptie gemaakt kan worden, immers niet tegens den Souverain felve, gelyk de Heer Huber, hoewel in een ander geval, feer bondig leert, Hedend. Regtsg. IV. B. tit. 14.. 51., de woorden fyn defe; Nog is 'er een vrage, of een Officier niet voor fyn perfoon gerekent, maar de geheele ordre fucceffivelyk genomen, by praefcriptie kan verkrygen eenig regt , dat hem van de Oppermagt niet is gegeven. Ik anfwoorde fegt dien Heer , ten aanfien van de ingefetenen, kan de praefcriptie wel kragt hebben, invoegen fy de Officieren moeten gehoorfamen in dingen, die by defelve van.oude tyden gebruykt fyn geweeft , fchoon eygentlyk de magt van 't officie fulks niet medebrengt: Maar ten aanfien van den Souverain, kan de praefcriptie geenderhande kragt hebben , fulks het in desfefs vermogen is, de magt van de Officieren, fchoon van ondenkeljke tyden foo gebruykt, te bcfnoeyen en te veranderen , de reden is, omdat de praefcriptie geen aanvang nemen kan, als by fuike , die een befittinge van goed of regt uit haar ■eigen name ende hoofde hebben aangevaart, 'twel■ke geen Officier kan doen . omdat al wat hy onderneemt gefchied op name van den Souverain, hot veel te minder fal alsdan dat regt , 't welk den Souverain felve onmidaelyk alken toekomt, by eenig Officier , door eenig langdurig gebruik , konnen geacquireert werden. Men kan verder naiien, hét geene gevonden wert by den felven Heer Hit■ ■ bit  tot de MILIT. JURTSD. &c. g$ iDer in zyn traclaat de Jare Civitatis lib 1 fecl 3. cap. 9. alwaar de pracfcriptione Jurium Majejlatis gehandelt wert. En dat ook waarlyk noit de de intentie van de Staten defes Lands geweeft is , het zy uitdrukkelyk , het zy fiilfwygende toe te ftaan aan de Heeren Stadhouders eenig regt van de Oppermagt, of te gedogen, dat eenig deel daar van, gelyk het pardon fonder difpuit is, van Haar Ed* Mog. afgetrokken werde, gebiykt ten allerklaarften uit de fuecefïive inftruclien en commiftien, aan de Heeren Stadhouders in der tydgegeeven, en ontegenfprekelyk uit de Inftruótia, aan defe tegenswoordige Heere Stadhouder verleent, in. dewelke Art. I. gevonden werden defe aanmerkelyke woorden; Ecrjielyk Jal de Erfjladhouder Ons als Staten yan den Lande, mitsgaders Onfe Gedeputeerden, na behooren eeren ende refpecleeren, ende fig in gesierleye manier mogen aanmatigen enig gefag over de Souverainiieit ofte Hoogheit van defen Landfehappe , nogte hem aannemen eenig poinct, '£ welke daar aan depcnd&ert. Mag nu volgens dit Art. I. de Stadhouder fig geen eenig poinct, het welke aan de Souverainiteit dcpcndeert, aanmatigen ? Wie fal doch het important regt, va/] pardon tegens de Wet te verlenen, daar van derven eximeren? of hoe fal men dan met eenigen fchyn konnen fouteneren, dat, federt het J:;ar 1711, wanneer defe inftructie voor Syne Vorftelyke Doorlugtigheit, nog weinig dagen geboren , is geconcipieert, foo een praeëminent regt aan des zelfs Charges door praejcriptie is bekomen, tegens de uitdrukkelyke woorden van de ïnftruétie felve? te meer daar uitK 2 druk  14$ VERZAMELING van STUKKEN drukkelyk in 't hooft van deefe inftruclie ftaaü," dat fig daar na de Heere Stadhouder, tot den ouderdom van 20 faaren gekomen Jynde, foude reguheren, het welk aifo federt den Jaare 1731, eerfb fyn begin genomen heeft. Niet minder in defen applicabel en aanmerke]yk fyn de woorden in het laatfte Art. van defelve inftructie, aldus luydende, Eindelyk fal de Hèere Erf Stadhouder niet mogen verfoeken, van te genieten eenig poinct. welke Wy ons alleen referveeren, ofte den felven Heere Erf - Stadhouder hy fyne Commiffie en Inftruclie niet hebben geaccordeert &c. Werden dog in deelè woorden niet uitdrukkelyk afgefneeden alle verkeerde raifonnementen, dat fudanig een regt van pardon en gratie te verlenen aan Militaire Perfonen, van félve uit het Ampt van Stadhouder en Capitain Generaal foude vloeyen , of dat het ftilfwygende foude geconcedeert en bekomen fyn ? daar uitdrukkelyk gefegt wort, dat de Stadhouder felve niets fal mogen verfoeken, om te genieten eenig poinct;, het welke by fyne commiffie of in/lructie niet is geaccordeert, gelyk dit regt fekerlyk niet en is; en immers fal dan veel minder Defelve, fonder verfoek daar toe te doen, fig fuik een regt van de Oppermagt mogen aanmatigen. Is het nu met de fake in 't algemeen fopdanig gele-, gen, gelyk de Raden Provinciaal hier boven in 't breede hebben aangetoont, hoe fal het dan niet buiten alle fchyn van twyffelinge.gefr.elt moeten worden, dat het immers voor en bovenal plaatfe vind ïn gemeenedelicten, welkers.cognitieaan het Hof, en aan den Militairen Regter by praeventie competeert, en wel infonderheit foo lange het in 'c or>  tot de MILIT. JURTSD. &c. 149 önfekere blyft, aan welken Regter door dadelyke apprehenfie de praeventie komen fal. Want dog al Relde met) , dat Syne Vorftelyke Doorlugtigheit, ais Capitain Generaal deler Provincie, onwederfprekelyk competeerde het regt van gratie en pardon aan Militaire misdadigers, aan wat delict ook fchuldig, te mogen geven, fo is het daarom volftrekt feker, dat aan het Hof niet kan benomen werden de exercitie van de Criminele Jurisdictie ( die aan het Zelve volgens de grondwetten van den Staat privative aanbevolen is,) door het verlenen van pardon of remiffie, voor en aleer men door enige mogelykheit weten kan, of de delinquant wel oit in handen van den Militairen Regter komen fal, hoedanig egter is geweeft het eclatant geval van Johannes Simmer in den voorleden Jire. Of wil men tegens alle verwagting het contrarie ftellen , foo fal daar uit ontegenfeggelyk moeten volgen, 't gene noit in defe Provincie gehoort is, namentlyk, dat het Hof van nu af aan, en voor het toekomende altoos over Militaire misdadigers , in gemene delicten , geen Criminele Juftitie meer oeffenen kan, als wanneer het aan Syne Vorftelyke Doorlugtigheit behaagt, al waaren het felve de allerverfoeylykfle misdaden , van welke dan immers gratie konde verleent werden, als op 't ogenblik dat die misdaden waren begaan. Waar van het Hof alleen , Edele Mogende Heeren , de gewigtige gevolgen wil overlaten aan de overweeginge van Defelve, om fig te difpenfeeren die te berde te brengen. Niet egter, als of de Raaden Provinciaal dagK 3 ten,  ï5o VERZAMELING van STUKKEN" ten,dat Syne Vorftelyke Doorlugtigheit oit bekwaam foude konnen zyn , om fo groot een misbruik te maken van de magt, die wy alfo inrekende onderftelien, dat aan den Zelven wetteJyk gegeven was. Verre fy dat van haar; maar het oogmerk is alleen, om aan U Ed. Mog. met eerbied te errinneren de gevolgen, die daar in van felve opgeflooten fyn, en daar by in ferieufe bedenkinge te geven , of niet alürft de voorfïgtigheit vordert, dat by een welgeftelde Regeringe in een ituk van foo veel gewigte, het foo werde gefchikt, dat nooit iets diergelyks door mogelykht id gefchieden kan. Eindelyk fy het geoorloft , Edele Mogende Heeren, nog op de Refolutie , die U Ed. Mog. op den h Maart van den voorleden Jare, over dit fubject genomen hebben , te remarqueren, dat na de letter daar uit foude moeten vo'gen een Confequentie , die wy vaft Rellen, nooit de meninge van eenig Lid van U Ed. Mog. geweeft te zullen zyn, namenrlyk , dat net regt van pardon van Syne Vorftelyke Doorlugtigheit plaatfe foude hebben omtrent alle Militaire perfbnen, het fy de praeventie by 't Hof, het fy by den Krygs-gerechte, of by geen van beiden bekomen ware, slfo geen diftinótie ter weereld in die refnlutie gevonden werr, dan alleen in fubftantiegefegt, dat door den Gerechts Scholtcs aan den Hove fal kenmffe gegeven werden .foo dihnaals den Heere Stadhouder pardon verleent over misdaden, .die gemene delicten genoemt werden , en van die natuur zyn, dat daar over praeventie plaatsheeft, fonder te bepalen , in welke gevallen het regc v33  tot de MILIT. JURISD. &c, 15 r van pardon plaatfe foude hebben, fo dat na de letter ( en die men mogelyk na verloop van tyd, niet nalaten loude te urgeren ,) foude volgen , dat het regt van pardon aan Syne Vorftelyke Doorlugtigiieid bleef, al was een Militair Delinquant over gemelde delicten door 't Hof rede in hegtenis betrokken, proces gehaakt, ja felve gevonnift, als werdende in de woorden der refolutie fonder eenige diftin&ie gefproken. En om hier mede te befluiten, Edele Mogende Heeren , menen Wy door al het gededuceerde ons gewiffe gequeten te hebben van diepligt, die op ons lag, en zyn verfeekert, dat uit hec gewigte der redenen , wanneer defelve fonder vooroordeel werden gepondereerc, U Ed. Mog. het Hof provinciaal fullen moeten billyken in de Conduite, door het Zelve in den voorleden Jare omtrent defe fake gehouden, als hebbende niets gedaan overeenkomende met de pügt van getrouwe Raden , dewelke door U Ed. Mog, zyn aangeftelt, dog Gode het Gerigte houden: En dat "het Zelve op aliergewigtigfte gronden heeft gedifficulteert, aan die meer gemelde Refolutie te gehoorfamen, gelyk het Hof als nog voor den Al wetenden God, ü Ed. Mog. en den geheelen befcheidenen Weereld tot haar leed wefen moet betuigen, dat het Zelve gewetens halven en behoudens Eed, pligt en getrouwigheit fig in het vervolg buiten ftaat zal vinden, aan die Refolutie te obtempereren, dan dat hst Zelve fig verpligt houd den weg van Juftitie in hec ftraffen der kwaad-doenders te volgen,fo als die tot nog toe tot een zegen over ons Land geoeffend is. Waar mede de Raaden 's Hofs van Friesland, K4 ü  •*5* VERZAMELING van STUKKEN U Edele Mogende bevelende in Godes heilige protectie, verblyven ■ Edele Mogende Heeren U Ed. Mog. Dienftwillige De Raaden 's Hofs van Frieslandt, In kennifle van my Griffier, Onderftont H. Sloterdyk XXV. Ber'tgt van Syn Hoogheit de Heere Prince van Ormge; en Naffauw , fifo gfc. é?« Erfftddhouder en Capitain Generaal van Friesland, &c. &c. &c. EDELE MOGENDE HEEREN N a het de Raaden in den Have mn Friesland behaagt hadde, aan U Fd. Mog. op den a Maart 1739 , en foo genoegfaam op het eynde van de ordinaris Landsdag over te geeven" een Deductie, rakende het Regt van Pardon, door ons en onfe Voorfaaten,. foo lang deefe Republyk weefen gehad heeft , geexerceert , foo meenden wy reeden te hebben, ons te beklaagen, dat het gemelde Hof, of liever de Pluraliteit van dien, niet onduidelyk heeft willen infinueren, als of onfe Voorfaaten , dien wy de eere hebben in de hooge Charges van Stadhouder (<0 Dit Berigt is fchriftclyk overgegeven aan de Edele JM ogende Heeren Vohuagten der Landen en Steeden vaa Frieslandt, op den ordinaris grote» Landsdag Staets-gs. fliryfe vergeeft, ï?40j ? '  tot de MILIT. JURISD. &c. tfi der en Capitain Generaal erffdyk te fuccederen, by loutere üfurpatie fig het Regt van, Pardon hadden gearrogcert. Dit koomt ons vreemd voor van een Collegie , van ouds foo berugt weegens haare kennis , niet alleen van het gemeene , maar in 't byfonder van het Staats-regt, wettige conftitutie, en fundamenteele gronden van Regeering deeièr Lanufchappe, waarvan de Leeden, onfe Voorfaaten aan het Hooft hebbende, foo dikwijs in 't componeren van Staats verfcbillen, en wegneemen van ingtflopen abuifen eclatante blyken hebben gegeeven, en alles, foo veel de tydtn en gelegentiieden toelieten, in behoorlyke rulle en tot eenigheit gebragt ; fonder dac oit iemant van hun in gedagten is gekoomen, om de regten van de Stadhouder en Capitain Generaal te fufpecleren, veel minder te coarcTxren; daar alle andere Digniteiten op het naukeurigfte uyt de primitive inllitutie wierden nagefpeurt, om die weeder tot de oude fland te brengen , waar van het Hof vermeende, dat ze allenskens tot nadeel van den Staat, en 'wettige Regeering geraakt waaren: Gelyk de Raaden 'shofs van Friesland onder anderen in het breede hebben gededuceert den 18. Februari 1664, en den 20 Juli 1677'; welke Hukken op hun ordre door den druk, tot onderrigting van 's Lands - Ingefetenen, fyn gemeen gemaakt. . In die tyt feide het Hof Provinciaal, feer kundig in 's Lands Hiftone en Staats-Regt , „ In fumma ejefto Rege Hifpane, is de hooge „ Souverainiteit gekeert tot het Volk, als ten „ tyde der Romeinen, de gemeene Edelen en „ Eigenerfden van Landen en Steeden " die & 5 voor  ï$4 VERZAMELING van STUKKEN voor het overige alle de MagiRraten gelaaten hadden in haar volkomen gefag, behalven dat bet welfyn van den Staat vereifchte, dat eenige nieuwe, als het Collegie der Heeren Gede-. puteerden , wierden aangeftelt; dat die alle voor fondamenteel , als Rennende op de wille des Volks, moeften worden aangemerkt. Hier onder is fonder eenige tegen fpraak de fcoogfte en' eerRe Digniteit het gefag van de Gouverneur of' Stadhouder en Capitain Generaal, en, als het ons betaamt te feggen , de oirfprong van de Vryheit van de Republyk; want onder de 's Lands - heeren waaren de Gouverneurs van de refpective Provinciën by geffaafden eede verpligt, de Grond • wetten en Privilegiën van deefe Landen te maintineren: Hier op ontvingen fy by de aankomft van een nieuw Heer , uyt des felfs handen reciproce foo wel den eed , als fy die van getrouüeit deeden. Deefe waardigheit durven wy wel feggen , want het Raat in alle U Ed. Mog. Refolutien, hebben de Gouverneurs uyt onfen huyfe fodaïiig bekieet, en hun geprefieerden eed foo heilig nagekomen , dat expulfo Tyranm, met haar volkomen gefag tot confervatie van de Vryheit tot op den huidigen dag in 't geheel is gefoleevenv Wy difficulteren ook al foo weinig, als ons Oud Oom Graaf Willem Ludowyk g. g. ïn den Jaare 1593 > om van ons Gouvernement aan deefe Vergadering reekening te doen, en te berigten op 'sllofs Deductie, in foo ver ons en onfe Voor-ouderen toufcheert. Wy hebben dari kortelyk willen demonRreren, hoe ver fig nopens het poinct vai Pardon ce  tot de MILIT. JURfSD. &c. itf en Remiffien liet wettig gebiet van dv* oude Gouverneurs deefer Provincie, op onfe Voorvaderen gedevolveert, en waar van wy in erfelyk befit fyn , extendeerde , en hoe van ons in het geval, dat gelegentheit tot 's//o/V Deductie gegeeven heeft, is geè'xcerceert. Wy hebben onfe Gratie verleent aan een Corporal Simmer, na ingenomen te hebben het advys van het Krygsgerecht der Friesfche Nasfauwfe Regimenten, 't welke fig dus na eenige redenen cn Regts - argumenten uite , „ So is „ het Krygsgeregte van advys, dat, by aldicn „ Uwe Hoogheit tot gratie mogte inclineren, „ de felve uit fyne Hooge Autoriteit de Sup„ pit. fyne misdaad foude konnen pardonneren , „ gegeven den 14 Feb. 1738. " Wy hebben hier in nagevolgt alle onfe Voor-; faten, en Gouverneurs van Nederlant, (a) die in delicten, onder Militairen bedreeven, den Militairen Regter hebben raad gepleegt, waar toe wy door het byfonder Krygs - geregte, met de Duitfche Benden hier in Friesland gebragt, en vorders na deefe Regeering geformeert, altooft gelegentheit hebben, fynde voorfien met een Gerögisfcholt en twee Afiefibren, alle Regcsgeleerden: Te vooren waaren het de Raaden alleen, die de Gouverneur waaren bygevoegd, ■ om hem met advyfen te affifteren, die hy ook gewoon was in te nemen, omtrent de verfoeken van Pardon van gemeene delicten , door Militairen bedreeven ; van welke na alle apparentie een voorbeeld is het Pardon, door de Gou- (a) Zie de Deductie over 't recht vza Pardon, &c* door A. Wieling p. 21.  ÏS6 VERZAMELING van STUKKEN Gouverneur verleent aan Henrik Bart els, van een Manflag te Harlingen bedreeven in den Jare I55ij gelyk gefien kan worden uit het Remis boek, op de Cancellarie beruftende. Uit gemelde Remis - boek geblykt, dat de oude Gouverneurs van Frieslandt niet alleen als Opperhoofden en Capiteins Generaal der Militie, fig binnen het Diftrict, van de Provincie bevindende , maar zelf uit hoofde van hun Politike qualiteit als Stadhouders, het regt van Pardon te geeven , weegens de Plooge Overig, heit, indiflincte hebben geëxerccen : So hebben ly geremitteert Manflagen en andere hooge en fwaare delicten aan Douwe JVybrant' Snort. Adriaan Adriaanfen Som , Gerbrant Bontfma en Wybe Haukes, mirsgaders aan tieyman Adriaanfen, Douwe jtlles, Claas Rieniks, Jooft Doytzes, Botte Tejes , en meer amiere ingeièteuen van Friesland, na alvorens ingenomen te hebben het advys van de Raaden Provinciaal. Ca) Wy hebben , om de critique omflan ligheden van deefe tyt, waar in al de leghime Facla van voorige tyden fchynen in twyftel getrokken ie worden, willen produceren het exempel, op wat wyfe Adriaan Adriaanfen Soon, om gratie van Manflag te obtmeren , fig aan de Grave van Arenbergh heeft geadrefleerr, en waar op hem gunfiig Pardon is verleent; welke wy goed gedagt hebben van woorde tot woorde hier te infereren, om te bewyfen, dat de Gouverneurs uit onfen Iluyfe van ufurpatie niet konnen ver- dagt (o) Zie de Deductie over 't recht van Pardon, &d -fÜAor A. Wieling, Byl. I. p. 22.  tot de MILIT. JURÏSD. &c. ifr dagt germakt worden, die in dat wettig Ge« bied zyn gefuccedeert, en door U Ed. Mogende Voorlaten gecontinueert. Den Edelen Wtlgpbocren Heer, H?ern Johan van Ligne, Grave toe Aremberghe, Vryheer toe ljarbaofon, Soevenberghen &e. Ridder van d.r Oerden der Gulden Vlies , Coe. Ma(. Stadtholder en Capiteyn Gtnerael van Vrieslandt, Oueryffcl, Groningen ende Lingen. {j[~eeft zeer oetmoedeiick te kennen, Ar'iaen Ac- riaenfz. hem onderholdende buyten den Lande van Vrieslandt , dat hy Supplt. eertyts wonende op Coe. Ma". Bilt in Frieslandt, op den vnden OStohris Anno xvc. negen ende vyftich, leftleeden, vergefelfchapt is geweeft met eenige goede luyden. (alwaer hy genoet was) binnen den Convente van Maricngaerde, aldaer mede onder anderen geweeft is eenen Roelof Thyefma, die welke vermits zyn dronk, foet fcheen, hem zeer onuerlatich aanfteldc, werpende die pullen met bier, nae hy die felve eens an den mont gefet hadde, op den taefel, alfoe dat hy, allen den geenen daar omfittende nat maakte, ende befonder hem fuppu., die hy zyn boxen zoe vol bicrs gegoten had, dat die waeren gelickerwys die felue in 't water hadden geweft. Sulcx dat Ü6 gasten een voor een wel fchuwente 't gefefchip van die voorfz Roeloff wech gegaen zyn , als hy fuppliant oek gedaen folde hebben, ten waer die voorjz. Roeloff hem gebeden had, dat hy fippliant noch eens een dronk van hem lioeloff voorfz. wachten folde, waar op hy fupp". tegen den voorfz. hoe-  ftl VERZAMELING van STUKKEN hff met goede woerden gejeght heeft. Roeloff goede vrundt 'uk wachtet van U. Dan ik bid (J om Goedts wille , gaet toe bed U luft doch geen meer toe drincken! het bier is toe goet om wech toe werpen , oeck zoe gaet men hier met geen pennynck hort om . denotierende daer mede dat men daer geen gelach folde rekenen ! t welk hoerende die voorfz. Roeloff', heeft die pullé aen die mout gefet. ende me dat hy daer uyt een lepel vol ofte twee gedroncken had., heeft die felve wederom, gelyk hy van toe voeren meer dan tien maal gedaeh had, op die taefel gefmeten, dattet bier, alle den geenen die .an den taefel fatcn op 't lyf lyep , hem tierende gelykerwys hy 't felve in verfmadeniffe van heni fupp'1'. ende allen anderen die daer waeren, gedaen had, 'twelk fienle hy fupp1*.; heeft gejeght, dit mot Godt gecheckt zyn, dat die gemeene gaftcn, om U, denotierende den voorfz Roeloff, wech moeten iaën. ende is alfoe vermits die onwaerdigheit ende infolentie hy die voorfz. Rneloff gcpleecht, met toornicheyt ontfteeken, ende heft den felve met een pulle, een gat in 't hoeft gefneeten , welcke wondinge , hoe wel die nyet letael en was , ende deur dien die felue cock by die voorfz Roeloff nyet geacht en wordde , vermits hy des nyettemin en liet zyn felfs waerek buytens huys toe doen, ymmers dat hy drie ofte vier daegen daer nae hy dié wondinge geereegen had, in een harden Noerd ■ oeften windt. gejien is aen een Dyck , alwaer hy ftondt die-Dyck te maeken , te arkyden. als hy oick nyet geheten heeft felfs vuyttegaen om hem toe doen verbynden , fonder anfehou te nemen , offet goed of (fuaet weder was, nyet tegenfiaende hy van den Me"f:er genoech gewaarfclwut was , als dvt }ty hem in huys folde holden, geiykerwys daar  ïot be MILIT, JURISO. &c. is§ af, ende van 't gene boven verhaalt is, nae. der ende breeder blyckt vuyt twee certificatien met A. ende B. geteyckent, hier by gevnecht : waer deur die voorfz. Roekjf tot zyn fuppUt. groote leetweefen geftorven is. „ Ende foe nae befchreeven Recht, foe wanneer emant contra falutares medicorum regulas misdoet , ende alfoe die mey fiers nyet wil gehoerfaam wefen, ende hem daer nae iets quaets overcompt, dat die geene hem fulcx felfs, ende nyet den geenen , die hoer gewondt hebben, moeten ende behoeren te emputieren , vermits quade toelicht, fine mala cuftodia vulneratu?, non mortalia vulnera fsepe reddant mortalia, mortemque innrit, item quod ille de Jure cenfeatur fe inrerimere, qui medicorum praeccpta negligit; (*) ende vuyt voorgaande Deductie ende die bygevoechde certificatien toe colligeren is, dat Roeloff. voqrfz. hem nyet heft willen wachten , noch die Meyfter nyet gehoerfaam heft willen weefen , dan dat hy exprejfelicken verclaerde wat vermaningen hem gefchieden dat die wonde nyet en hadde te beduyden, dat daerom hy fupp1'*, deur dien in den Dootflach van die voorfz. Roeloff nyet en isgeholden, (**) allen den welcken nyec tegenliaande, heeft hy fupp1'- evenwel, vrefende rigeur van Juftitie, hem buiten 'c landt van Vries- (*) Ende hoe-vel vuyt voorgaande Deductie wel blyckt dat den voorfz. Roeloff hem nyet heeft wiilen wachtea noch den Meyfter gehoorfaam zyn ( A. > {**) Nochtans vrcefende Rigeur van Jufticie ;s vuyt «ns voorfz Lande van Vrieslandt vertrocken, alwaer hy niet weder eo foude durven keeren noch frequenteren, iep fy dat Onfe gratie en genade verleent waare ( alfoa hy ieyij @cs era den felvea feer ootujoeJig biaegende te befchutten , Syn Gen. ende 't Hof hem in genaedige Compofitie gelieve te ontfangcn, ofte anderfints verfoekt andere alfuike appomftemente als U Gen. voor hem oorbaerlixt bevinden fal, dit doende &c. In Margine flonde. Sy geftelt in handen van den Prxfident en de Raden van den Provincialen Hove van friesland, omme hier na alfi.e te disponeren , als Haer E. na Rechte bevinden fullen te behoren. Aëtum Leeuwarden den 7 July 1587. (Was getekent) Wilhelm Ludwich Graaf zu Naflau* Verders in Margine. Advys van de ProC- Gener1-, AStum den g Julf J587. (GeLekent) ff. Baarde, met halen, b. vij. f. Nog in Margine. De ProcT' Gener1 's Hofs van Friefland gehoon ende verftanden hebbende die genadige wille ende meininge , van den Welgeboren onfen Genadigen Heere den Stadholder ende Capitain Generael ia den Landfchappe van briesland feit voor advys, dat men voor deefe reift des fuppliunts fade ex gratiu  i«4 VERZAMELING van 'STUKKEN tv el -fal mogen naerfien, ende hem fupplt. alfoe in cmtpofitie wel fal mogen ontvangen. Allum den vni July Anno 1587. (Was getekent) D. Wyaecda, met halen. Wyders Ronde in Margine. 't Hof gefien het advys, ontfangt de fupplt. in compofuic en author. Myn Heren Godofridi en Juckema de voorfz compofuie te maeken vocatis vocandis, actumdenS July 15H7. (Was getekent) H. Baarde b. xvh. E Eyndelyk in margine. • Volgens defen appointem. verf. is 'er Compofitie gemaakt by en ter prafentie van Myn Hm. Juckevia en Godofridi, fampt den Procr- Gener1' daer toe gecommitteert, op vyf en twintig Carolus guldens, te bei alen aan 't Comtoir van de Rentem. voor den leflen Sepiembris naaft komende. en daar te boven te boeten de koften, en de myfen van Juftitie, waar yoor Joojl van Ockinga 'onder renunciatie beneficii dlscuffionis, en hypotheke fyner goederen hem borge heef t geftelt't felve doende mits decfen. Aftum den 8 July isiïj, gefchiet ter prefent ie yan Jan Hendriks als Gecommitteerde van voorfz. R&ntemnr' General Ondcrjhnd, in kennijfe van my. Ter Ordonnantie van den Hove (Was getekent) S. Epene, met baaien. Wat" het ander deel van onfe functie als Hooft van de Militie ofte Capitain Generaal betreft, daar mede hebben de Raden van hec Hof fig noit als gevraagd mogen moeyen , felf wanneer 'er Gefaghebbers van minder magt als de ordinaire Gouverneurs in Frieslandt bevel hadden; f09 ver-  tot ce MILIT. JURISD. &c. 165 verhaalt Jan Charles Procureur Generaal van Frieslandt pag. 92. „ Duodeni, qui fe in Tur„ rim Doccumanatn receperant, quia contra Du„ cum juifa pugnaverant, ad fuppliciutn ducun„ tur, quod deinde remittitur aBillseo, pag, 174. „ Senatus^Batenburgium Sneca Leovardum trans„ portandum julferat infcio Billaeo, quod ille ve„ tat, captivumque Snecam reducendum imperat, pag. 172. Senatus a Billaeo confultus, „ quid de captivis fit ftatuendum , refponfum dat, » led flmul non aliter fuam opinionem referc, „ quam ut Billreo liberum fit pro fua prudentia „ & arbitrio flatuere quod videbitur & decre„ turn exequi. „ 't Is xvel waar, dat naderhand aan Prins Maurits van Orangen (die in quaiiteic van Capitain Generaal bevoegd was aan alle Militairen rerniffie te verleenen) 't Hof van Hollandt heeft willen aandienen, dat het niet kwaad en^waare, dat Syn Excellentie in het verleenen van Brieven van remiflje, mede het advys verfogte van het Hof, gelyk fyn Heer Vader dikwils gedaan hadde , te fien by Bort , in fyn Tractaat van Criminele faaken, Tit. 12. eerlte DeeJ Art. 57; maar nok heeft eenig Hof van Juftitie in Nederlandc het Regt van de refpective Capitains Generaal, om Pardon te verleenen aan Militairen, foo in gemeene als Krygs delicten, ondernomen in twyffel te trekken , fchoon gemelde Auteur verhaalt Art. 56. dar in J;ar ijór. by den Stadhouder in der tyt remiffie verleend fynde van een Doodflag, waar van de omftandigheden foodanig waaren geweeft, dat defelve daar van geen remiffie had behoren verleent te hebben, defelve remiffie egter was geinterineert, als goed fynde quoad fubjlantiam , qüamyis non L 3  i66* VERZAMELING van STUKKEN platte quoad formant; maar dat de Stadhouder daar van uoor Geueputeerden van het Hof was onderngt, gelyk oie Schryv-t-r een gevul vermeit, gebeurt m den Jaare 1591. . Aan ons, en (lbo veel wy weeten ) aan onfe Voorfaten, Stadhou deren en Capitains Generaal defer Provincie , fyn noit diergelyke remonftrantien gedaan, maar in tegendeel wy konnen bewyfen, dat defelve altyt feer fcrupuleus geweeft fyn in het verleenen van remiüien , felf op interceflie van de Heeren U Ed. Mog. Gedeputeerden, gelyk klaar con fleert uyt een geval, gebeurt in den Jaare 1004 > hebbende U Ed. Mog. felf wel gelieft, hun voorfpraak aan ter dood veroordeelde Militairen by den Capitain Generaal , te verleenen, ten einde die mogten gratie obtineren , als gefchiet is den iaatften Maart 1590. Het Hof van Frieslandt, heeft in het geval, waar van wy tegenwoordig moeten fpreken,ook voornamen tlyk voorgegeven, dar. Johannes Simmer in detentie hadden genomen , om dat onfe Brieven van gratie, aan hem verleent, den Hove niet gebleeken waaren ; daarom hebben b Ed. Mog. by Staats-Refolutie van den 14 Maart 1738, verklaart „ Johannes Simmer uyt fyn detentie te „ ontflaan, ten einde de vryheit, hem door het * pardon van Syn Vorftelyke Doorlugtigheit „ geworden, te mogen genieten, met wydere „ by voeginge , „ dat, tot voorkominge van „ diergelyke inconveniè'nten, in 't toekomende, „ wanneer Syn Vorftelyke Doorlugtigheit aan „ Militaire perfonen Pardon komt te verleenen „ over gemeene delicten, waar over byprajven- * tie by den Hm of den Krygs-raad gevonniffc » wert 3  tot de MILIT. JURISD. &c. 167 „ wert, daar van door de Gerigtfchoitns ken„ nis fal worden gegeven aan 'c Hof Provin„ ciaal. Wy hadden na deefe Refolutie verwagt, dat het Hof, wetende waar na fig te reguleren, deefe Vergadering ongevraagd niet foude hebben opgehouden met hare grieven, in meer gemelde Deductie vermeld , waar in men tragt het gefag van ons als Capitain Generaal , nopens het verleenen van Remitïien, twyffelagtig te maaken; wordende daar in wyders een lang discours geformeert, waar by de Staaten van Frieslandt, en alie andere Oppermagten het regt, van Pardon te geeven van Doodflag, wort betwift. Wy laten omtrent 't laafte de examinatie van die argumenten aan U Ed. Mog. over, dog fo verre ons aangaat, wy willen daar aan gaarn die interpretatie geeven, die-wy felf avoueeren, dat dit gedeelte van het Souverein gebied met geen minder attentie moet behandelt worden , ais de oeff :ning van criminele en civile Juftitie , aan den Hove gedemandeert: Wy verklauren ook mee de Ordonnantie, op de crimineele Juftitie in de Nederlanden geëmaneert, Anno 1570, en als nog in vol gebruik ; „ Dat de voorfz. gratiën „ alleenlyk gegeven moeten worden, als'cr eeni„ ge merkelyke circamftantien fyn, die het de„ lieten demisdaad verligten en verfchoonen, „ fulks dat wy na Regte beweegt moogen wor„ den , om de poene van de Dood, of de ftreng„ heit van de juftitie ofte Wet te verfoeten, „ foo dat in de equiteit en regtvaardigheit gear„ bitreert moet weefen, en dat de misdaad niet „ gedelibereerd , nog met opfetten wille gedaan t, en fy, maar dat het feyt eeniglints by geval L 4 n toe-  i68 VERZAMELING van STUKKEN „ toegekomen fy , of dat de perfoon daar toe „ geprovoceert is geweeft by wettige oorfake, „ en eenigfints by fyn party bedwongen , om p hem te weer te Rellen ., of diergelyke faake; „ fulks daar inne apparente equiteit fy, vereys„ fchende, dat gratie geprefereert worde voor „ rigeur, en de ftrengigheit van Juftitie, en dat „ te grote ftraf heit foude weefen de voorfchrc„ ven ftrengheit en poene van de Dood te ge„ bruiken, en dat men dien volgende hem reyt guleere: Neemende ook toefigt, dat men niet „ fgtelyk gratie geeve, den geenen , die Dood„ fiaan met opfteekers, metftokkaden van fweer„ den oft rappieren , met piftoletten, of eenig „ ander gefchut. Sulk een gebruik moet van dit Regt van Oppermagt, of door de Souverain felf, of van die geenen, aan wien hy dat heeft gedemandeert, gemaakt worden, en wy vinden met de geleerde Raads-heer Ulric Huber geen reeden, „' Waar„ om de Staten van Friesland hun fotiverain „ Recht, foo wel niet fouden konnen gebrui„ ken als andere Oppermacht hebbende „ in jyn liedend. Regtsgeleertheit , Lib. 6. Cap. 27. g. g.f felf omtrent Borgers , Jngefetenen of andere perfonen. die de fines van het moderamen 'incul* fata tutelce hebben gcexcedterf En waarlyk voor deefe ongelukkige is geen ander rcfugium als tot den Souverain, of die geene,die delèlve reprefenteert, want geen Hooven van Juftitie in deefe Landen , hoe ver haare Jurisdictie fig mag nytftrekken , fyn bevoegt, te prefereren gratie Voor rigeur van Juftitie , gelyk onder anderen klaar confteert uyt een Refolutie va!n de Heeren Sfaaten van Hollandt, van den 27 September. 1 66$. Wm.  tot de MILIT. JURISD, &c. 169 Want wat onfe'sLands-ordorinantie belangt, defelve is alleen refkétyf op perfonen , die fig in vincula tot purgt willen begeeven, en waar omtrent het Hof de Judicature is gelaten, an preces ad Qrdines veritate nitantur, Wy, die verpligt fyn volgens onfe commiffie en inltruótie, fteunende op het gefag van onfe Predeceffeurs, de Regten en het Souverain gebied van de Staaten deefer Provincie , met al ons vermogen . te maintineren , vinden , dat U Ed. Mog, felve een falvum conduclum aan Sitnon Hoek hebben verleent, die geaufugeert, en by den Hove over manflag ingedaagd,fulks van deefe Vergaderinge verfogte. indien de Militairen diergelyk vry-geleid nodig hadden, hebben felf U Ed. mog. Voorfaten, de Leeden van deefe Vergaderinge, fig niet anders als aan de Gouverneurs ais Capitains Generaal, geadreffeert; waar van, om een klaar exempel te berde te brengen, wy produceren het requeft van de Grietman Syds van Botnia, aan onfe oud Oom Graaf Willem Lodcwyk , om falvum conductum voor fyn Üoon, fchuldig aan een Doodflag , geprefenteert den j2 July j6ii , van woorde tot woorde aldus luidende. AAN SYNE GENADE ^J~eeft met fchuldige eerbiedinge te kennen Syds VAii Bothnia, Grietman van Wymbritferadeel, dat fekeren tyt geleden, fyn Soene Johan vanliothnia, Vendrighvan de Compagnie des Hopmans Ju. van PJarinxrria,' met fyne Dienaar ofte linegt, deur des felfs grote muetwille ende ongehoorfaamheit in querclle en gevecht tot fyn Supplts. dreuffcmffe ende L 5  170 VERZAMELING van STUKKEN leedwee/en geraakt fyn, een derde perfov.e daar tas gelope , en fonder meten van voorfch: fyn Soene jeekere inflictie bekomen heeft, daer aene hy corts daemae deefer Weerelt (eilaci) overleden is, tot welke ongevalalfoe de voorfch: Johan Rothriu ganfck onwillens is gekomen, gelyk fyne innocentie en onfchuld uyt de bygaande informatien luce clarius geblykt, en hy mits dien wel van finne ende meeninge foude fyn. omme hem van 't felve ongeluk te purgeren . indien hem toelaten worde fulks exrra vincula & carcerem te doene per Procurar^rem; fo bidt, verfoekt en begeert hy Supplt in alle ootmeude U. G. gelieve in 't reguard van dien, d' voorn, fynen Soene t' accorderen vry geleide voor den tyt van vier of yyf maenten . omme in middelèr tyde hem van t voorfrh: ongeval te purgeren, en in 't felve hem doen toe te laten , dat hy midlenvyle V ■zy in de vajie Steeien , en platte Landen. t' zame, of in de Landen buiten de Steeden. fyne andere gefcheften alsdan meede fonder eenige leefie ofte btfwaringe, dan vry en onver hindert beneffens ae voorfch: purge fal muegen verrigten. met belofte nogtans, dat voerfch: fyne Soene by handtajiinge, Adelyke eere en trouwe, fal aannemen, hem aïiefints tt fifleren, ten fine voorfch:, daar en fo U. G. guedvinden en believen zal, ofte verfuekt hy Suppliant hier te neffens anderen alfulken gratieufen en favorabilen difpofitle ,als U. G. voor hem en de voorfch: fyne Soene oorbaarlyxt fal dunken, 't welk doen: &c. Aclum den 12 Julii i6n.(a) Wy fyn by Eede verbonden, te helpen hanEhaven het Souverain gebied van deefen Land- febap- (0) Zie ook dit voorbeeld bygebragt in de DeduSi© over 'cRcchc van Pardon &c. p. 35. Byl. L.  tot be JVIILIT. JURISD. &c. 171 fchappe , en in het geheel te bewaaren het gefag van alle Collegien en Magiftraten , die tot .onfe fondamentelc conftitutie van Regeering behooren , en daarom konnen wy in geenen deele lyden , dat door yemant, wie het fy, daar omtrent eenige indragt gefchiedej wy fullen, fo lang adem in ons is, helpen protegeren de wettige Jurisdictie van het Hof van Juftitie, met al de regalia, die van ouds aan de Raden hebben behoort, als het Regt van te verleenen veniam atatis aan minderjarige, hun fekerlyk niet competerende als Regters, ( boven wiens magt dit is als Bedienaars, en geen bevryders of losmakers van de Wetten) maar als reprefen ter ende den Souverain in deefen , gelyk gedagte Raadsheer Huber te regt meld in fyn fledendaagfche Regtsgeleertheit, Lib. I. Cap. 20. 5. Schoon wy dit Regt te vergeefs fouden foeken in de Raden hun commiffie en inif.rucf.ie, die daar van geen de minfte mentie maaken, alfo weinig, als van alle de deelen van ons gefag, de onfe: Die, foo men na de letter wilde bepalen , men alle gronden van Regeering foude renverfeeren, en alles tot een defpotyke onfekerheit brengen, 't welk wy van het Hof, van ouds foo yverig voor de wettige conftitutie van dit Land, en behoudenifie van de Regten van alle Magiftraten, waar op deefe vrye Regeering, federt de opregting van de Republyk, heeft geruft , niet konnen of fullen denken. Wy meenen dan als Gouverneur deefer Provincie, de Raaden 's Hofs van Frieslandt te mogen vermaanen, de criminele en civik? Juftitie, hun aanbevolen , op het naukeurigfte. waar te neemen, fig «iet te ingereren in faaken, niet  172 VERZAMELING van STUKKEN fynde van hun departement, byfonder van Policie, Finanie en Militie, maar fulks over te laten aan U Ed. Mog., Ons en U Ed. Mog. Gedeputeerden; fonder dat hunne Commiffarien op de Landsdagen verfchynen, om te diftingue*ren ond-rde Hooge Leeden van de Regeeri'Le, wie Patriotten fyn of niet. Wy fyn aang'efteld op de felfde commiflie en infbuctie als Willem de iffe Prmce van Oranten, Graal Willem lodewyk, en aaderé Goiiverncurs van Fnesiandt, met de Eeren, rcjïten, prceeminentien, vryheden fcfr., tot de Hooge Charges van Stadhouder en Capitain Generaal jïaande: Wy hebben in den jaare j73#, aan UEd.iVJog. overgegeven de exempelen, lbo veel te vindén waaren, (nadien meelt alle Crimineele Sententie-boeken van het Krygs-geregt worden ver, milt) van het geeven van remiffien, door ons en onfe Voorfaaten aan Militairen, foo omtrent Krygs als gemeene Delicten; fy fyn 0ok nader gevoegd agter een „ Deductie tot meerder ver» w dediging van 't alloude Recht van Pardon, „ Syn Hoogheit den Heere Prince van Oran„ en Naffauw, Erfftadhouder en Capitain Ge„ neraal van Frieslandt competerende." (a^ U lidele Mog. hebben dit ons Regt door folémnele Refolutie erkent en gecorroboreert, waar in de pluraliteit der Raaden 's Hofs van Frieslandt behoorde te acquiefceren, fonder U Edele Mogende deliberatien met eenige fpeculative rèflexjen, omtrent de exercitie van eenige Jura Majejlatis, op te houden; fchoon wy gaarn fullen in- nee- (a) Deze is meer acngcliaelde Deductie van Abr. Wieling, i  tot MILIT. JURISD. &c. 173 neemen de advyfen van het Hof, indien ons op een decente manier worden gcfuppediteerr, na het exempel van onfe Voorvaderen, die defelve al tooit in hooge agtinge hebben gehouden. Dit is in het kort 't geen wy, foo ver ons tomcheerde, op de Deductie van het Hof Provinciaal hadden te berigten , met betuiginge, dat wy niet minder als onfe Voorouderen goed en bloed fullen befteeden tot confervatie van deefe vrye Regeering, en alle de Deelen en Leeden van dien. Wenfchende, dat Godt de Heere U Ed. Mog. ïnfpirere de Geeft van liefde en eendragt, om te famen te fpannen tot behoudenilfe van onfe foo dierbare vryheit; en dat uyt deefe U Ed. Mog. byeenkomft fodanige Refolutien mogen proiiueren, die de Kerk en Staat niet alleen hoe meer en meer veftigen, maar ook by vooruytfigt aan de nakomelingen, hun fekerheit en rulle moogen geeven, welke wy volgens ons pligt bereid fyn, met alles wat in ons is, te helpen executeren. Synde Edele Mogende Heeren, U Ed. Mog. feer gehoorfaame Dienaar W. C. H. F. PRINCE D'ORANGE. XXVI. ExtraEt uit de Notulen van Weth en Raad van Veere. Saterdag den 28. Ap1 1742. D e Heer Burgemeeflr Haak Kerkman heeft haar Edel Agtb. voor gedragen, dat de Heer Dre-  174 VERZAMELING van STUKKEN Dreves Commandeur van de Militie guarnifoen houdende binnen deze Stad, zyn Ed. Kenniffe hadde gegeven, dat twee Corporaaïs onder de Comp' van de Heer Capteyn van Yfelfteyn, over eenige dagen in queftie geraakt zynde, den een den anderen hadde gek welf, waarom dezelve ook waaren gebragt in detenfie op den Montfoorfen thobren binnen deze Stad, om na bevind van zaken daar over re werden geftraft, dog dat ter kennis van zyn Ede ook was gekomen , dat door den Auditeur Militair van het guarnifoen defer Stad ter fake voorse informatien waaren ingewonnen, ten eynde om tegen devoorgese delinquanten te Proeedeeren, en vermits zulks als een gemeen delict moeft worden geconfidereert, en zulks Jtjsticubel by den Civilen offPolitiquen Regter, zoo gafhy Heer Burgr haar Ede Agrbe in bedenken, op wat wys hier in tot Confervatie van het Regt defer Stad behoorde te werden gehandelt. Waar op gedelibereert fynde is goetgevonden en verftaan dat door den Heer Penfionaris, uyt naam van haar Ed. Agtbe een Mifïive aan den Heer van Sonsbeek, als fisce over de Militie binnen deze Provintie zal werden ontworpen, endaar by aangetoont, dat de kennisneeming en Judicature van defe faak aan haar Ed. Agthvre is competeerende, met verfoek dat van de Procedures tegen voornoemde twee Perfoonen geliefden af te fien, welke Miffive na voorgaande Refumptie der Heer J3urgems fal werden afgezonden. XXVII,  tot de MILIT. JURISD. &c. 175 XXVII. Extract uyt de Refolutien van de Ed, Mog. Heeren Raaden van Staaten der Versenigde Neederlanden. Woensdag den 5. .-September 1742. X s geleefen bet Advis van den Fifcaal van de Lrenerafiteit Mr J. Wybo , by Refolutie van haar Edele Mog. van den 27 der gepaifeerde maand July gerequireert ter occafie dat door den Graaf van Randwyk, als Droffaart van de Stad en Barronnie van Breda is gefullineert , dat feekeren Soldaat met naame Willem Karei van het Guarnifoen van Breda, befchuldigt een diefftal te hebben begaan, en door den Stadhouder van gemelde Droffaart uit Dirkxland afgehaald, en gevangelyk te Breda gebragt, foude moeten te regt liaan voor den" poiiticquen regter te Breda, als hebbende begaan een Commune delictum, immers dat de prseventie daar omtrent foude plaats hebben, en dat uyt dien hoofde den voornoemde Soldaat voor den Burgerlyken Regter te Breda foude moeten te regt liaan. b Waar op gedelibereert en nagezien zynde haar Edele Mog. Refolutie van den 25 July van het jaar .1719. genomen op een gelyk geval te Breda voorgevallen, is goedgevonden en verflaan, by inhasfie van gemelde Refolutie te declareeren, dat in de Stecden van het reffort van de generaliteit geen ftem in ftaat hebbende met Guarnifoen 'aan den Staat befet, /te Cognitie en Judicature tver Militairen ttn Commune dtli&mn begaan lub'  i76 VERZAMELING van STUKKEN hebbende , competeert aan de refpeétive Krygsraaden in die fieeden, en dat daar omtrent geen praeventie plaatfe heeft. iin fal Extract van deefe Refolutie worden gefonden aan de Gouverneurs of Commandeurs, mitsgaders aan de Auditeurs Militair in de fteeden van het refibrt van de Generaliteit, orn te ftrekken tot haar narigting. Accordeert met het Regifler. XXVIII. DeduEïie van 't Hoff concernerende 't Confinement van Petreus enz, aan de Sta* ten ingelevert den 30 Jut. 1745. EDELE MOGENDE HEEREN. J) e klagte die het Hot? onlangs aen UEd. Iviogd. heeft moeten brengen over het gedragh. van dè Heeren Gedepde Staten, was over inbreuk in de Crimineele Jurisdictie aen het hoff aenbevolen ; maer de faek die het hoff verneemt dat op defe tegenwoordige Landsdagh ter deliberatie van UE. Mogd. by wege van klagte , door het Collegie der heeren Gedepde Staten tegens de Raden Provinciael is gebragt, is voor het hoff van geen minder beledigende natuir, aengefien het Collegie onlangs in die fake aen het hoff felve het exerceren van hare jurisdictie niet alleen heeft gedisputeert, maer vi armata viandelyk begonnen te verhinderen. Een attentaet Ed. Mog. Heeren dat foo violent is, dat  tot de MILIT^ JURISD. Sec. zyf 'dat indien het HofF niet de uiterfte moderatie en fagtfinnigheit gebruikt hadde , de ftadt in een bloetbat , en de Ingefetenen ligtelyk tot een oproer gebragt foude geworden fyn. Een faek waer van het Hoff, uit dien hoofde felfs, voor dat het van UEd. Mog. gcreqüireert werdt völvaerdig is UEd. Mogd. fodanigfi berigt te geven, dat defelve genoegfaeme elucidatie fullen vinden om ds ongegronde klagte van het Collegie van de handt te kunnen wyfen , en aen het HofF behoorlyk maihtien te verleheri En om tefftoht ter fake te komen, eft UEd.' Mogd. attehtie niet boven de uiterfle nootfakelykheit op te houden , foo fal het Hoff een eenvoudigh verhael doen van het gene gefchiec is en aenleidinge gegeven heeft, tot defe ongehoorde Proceduiren van het Collegie, en teffens aen UE. Mogd. voordragen, de gronden en de wyfe waer op defe faeke by het HofF met veeü overlegh bedaertheit en moderatie behandelt is. Het Hoff immers Ed. Mogd. Hre» heeft figh; in defe fake niet ingedrongen, maer gelvk he£ felve noit als gehootfaekt de Crihainefe Juftitie exerceert, fob heeft het felvè ook in defen niet anders als uit de Verpligtingh die op het felve kigh gehandelt ; De Raden van Staten dogh der Vereenigde Nederlanden aen het HofF by misftve kenniffe gevende, dat de Fifcaal van de Generaliteit procedeerde in Cas de Appel, Criminaliter tegens de Lc Sluiterman en de V*hïCalthbff en Petreus, verfogt van het HofF als de Provinciale en Domiciliairen Criminele Opperregrer, dat defelve Perfonen tot haerer requifitie geapprehendeert en ifl goed» bewaringege- IV. Dfijsj,, jyj bragï  i;8 VERZAMELING van STUKKEN bragt mogren werden, op dat defelve door een G neraliteits Deurw" overgehaalt en voor haar te regt geftelt mogten worden; De fake by het HofF rypelyk overwogen fyn* de, heeft het felve gemeent figh niet te kunnen difpenferen aan die requifitie te voldoen , en heeft des wegen om het meefte menagement te gebruiken ordre gegeven aen twee van derfelDcurw13 om de gerequireerde perfonen te appréhenderen en op een veilige plaetfe te doen bewaren, in goede verfekeringe. Ingevolge van defe ordres is de gewefe Vaen* drig Petreus ( om van de andere als tot de faek niet doende te fwygen) in confinatie gebragt, en daer van is door het HofF aen den Raedt van Staten kenniffe gegeven. Sie daer Edele Mogende Hren een eenvoudigh verhael van het gene van het Hoff naer baer ligt en pligt in defen gehandelt is ten dienfte van de Criminele juftitie, en waer op men billyk hadde moeterj verwagten, dat niemandt eenige critique foude kunnen hebben; Edoch het Hoff heeft al wederom moeten ondervinden dat het Collegie der Heeren Gedepdc" hier uit occafie heeft gefogt, om de juftitie op een aldergevoeligfte wyfe te honen. • Want, daer de Raden Provinciael in de vacantie geerne ruften van het laftigh en gewigtigh werk haerer bedieninge, en de meefte Leden op het landt uitfpanmng en veranderingh foeken, heeft het Collegie kunnen góedvinden, van de in de Rad praïfente Heeren Raden te requireren, dat het HofF op eene by haer bepaelde dagh foude befchreven werden; hier aan hebben de praefente Leden , om alle mogelyke toegeventheit te gebruiken ,  Töï oe MlLIT. JURISD. &c./ 179 ken, voïdaen en dus de afwefenHe Raden, tegens dien tyt befchreven, niet.fonder merkely"* ke rotten van den Landè. Het Hoff figh op dien tyt tot een conferentie aengeboden hebbende, heeft door haere Cornm.jffarien,van gecommitteerden van het Collegie een voorflel gehoort, dat haer feer gefur* preneert heeft; Want van het Hoff wierde niet minder gerequireert als defe twee ongehoorde voorftellen, namen tlyk ten eerften , om aen het Collegie rede si te geven, waer om Petrcus geconfineert was gewor*. den op ordre van het Hoff, even als off het HofF ten opfigte van het Collegie , minder als een fubalterne regter, gerekent moeite worden, van welke'dogh het Hoff nooit reden van haer vonniflen en decreten vergt, terwyl het twede verfoek niet minder onregtmatigh was, öm namentlyk Petreus in handen en bewaringe van het .Col* legiè over te geven , onder voorwend/el „ dat het „ een militaire was , en aen het felve was aen be* volen", even als off aen het Collegie en niet aen het HofF de apprehenfie en bewaringe van Criminelen competeerde. Op fuik een wederregtelyke fequifitie heefc het Hoff niet anders als in fagte termes een verfchonend antwoordt kunnen geven en dus ver» klaert ongehouden figh te agten aen het Collegie redenen van hunne deliberatien te geven , alleen meldende, dat de apprehenfie ware gefchiet ter requifitie van den Raedt van Staten, en dat aen het twede verfoek niet konde werden voldaen. Maer wat gebeurt hier nn op, weinigh nae de gehoudene conferentie, befpeurde meri dat J?ec Collegie mee oogmerk om het Hoff ie ver* M % hin»  iSo VERZAMELING van STUKKEN hinderen, eenige difpofitie te hebben over een perfoon door haar in apprehenfie getrocken nae de plaetfe van het confinenient, font een deurwaerder met twee Soldaten , met de bajonetten op het fnaphaen, met ordre om te beletten dat de geconfineerde niet van daer gevoerc wierde. Een proceduire niet minder vreemt als voor het Hoff beledigende, en daer en boven buiten eenige nootfake, want al eens geftelt fynde, dat het Collegie grondt hadde off vermeende te hebben , m defen de jurisdictie van het HofF, off de Raedt van Staten over de Perfoon van Petreus te contefteren , wat fwarigheit was er dogh, dat de Geconfineerde foo lange bleeif onder bewaringe van een Hofs Deurwaerder alleen , tot dat UE. Mogd. daer over gedecideert en gedisponeert hadden ? het Collegie immers hadde geen grondt ter werek om te verwagten dat het HofF de fake buiten fyn geheel foude gebragt hebben, als het felve maer hadde willen avanceren; dat de faek ter deliberatie van UE. Mogd. foude gebragt werden, en verfoek gedaen^hadt, dat de geconfineerde inmiddels niet buiten de Provincie gevoert wierde; Het HofF kan ver klare» daer in geen fwarigheit gemaekt te fullen hebben, ende het Collegie hadde geen grondt 't tegendeel te vermoeden, vermits reeds by het requireren van de aenfchryvingh van de ahjente Leden van het Hoff een diergelyk verfoek gedaan enby het Hoff ingewilligt was. Maar off het gene voorfc: is nogh niet genoegh en ware, foo wierde weinigh tyts daer nae, aogh een deurwaerder by den eerflen gevoegt en,om deexceifen ten hoogden topte brengen, heeft  tot dé MILIT. JURISD. &e. igf beeft het Collegie figh niet ontfien, om de militaire hooftwagt, foo wel ais de foldaten, dewelke by den geconfineerden gecommandeert waren, te ordonneren , hunne fhaphanen mee fcherp te laden , en figh tegens de difpofitie Tan het Hoff over haeren geconfineerden gewapender handt te flellen , en die dus met het uiterfte gewelt tegen te ftaen; Dogh het Hoff kan figh in alle defe hatelykheden niet ingeven, maer fal liever over gaen tot de faek ten principalen verders te verhandelen. Het eenige waeromme men gepratendeert heeft dat het Hoff figh foude hebben te buiten gegaen wierde. geoppert dat het militaire wefen ( foo vonde men goedt figh uit te drucken) aen het Collegie gedemandeert was; "1' Hoff erkendt gaerne Ed. Mogende Heeren , en heeft het nooit betwift, dat in het algemeen aen den Stadhouder en Gedept» by Inftructie is aenbevolen, de executie van 's Lands Refolutien en ordres op 't ftuek van monfteringeen krygsdifcipline, 't verlenen van pasporten en wat dies meer is, en behalven dit, het ontvangen van appellen van het provinciale krygsgeregte in civile faken , maer weet ook teffens, dat daer uit geenfins te befluiten is dat aen het Collegie eenige Criminele regtspleginge offjurisdictie over militaire perfonen foude ge, demandeert fyn ; immers verklaert het Hoff; daer van ten eenemael ignorant te fyn. En dus kan men billyk vragen,hoe liet mogelyk fy, dat een Collegie, dat ge«n de minde Criminele Jurisdictie, felfs omtrent militaire perfonen heeft > figh tegens den Provincialen M 3 Opr  18,3 VERZAMELING van- S3PUKKEN Opperrigter.vj armsta derfft öppoferen, en haetf Jurisdictie met gewelf betwifien; Hadde het Kxygsgeregte off beter denJCrygsraedt ■ bedenkingeö.gemaekt, • .off niet-de apprehenfie door den Raedt van^Staten -aen defelve hadde kunnen off felfs moeten- 'gedemandeert werden,;men-fbudé haere redenen eenigfins in overweginge kunneg nemen ;i - Dogh-ak;dok dit ftuk i van naeby befchout wierde, fouden ook die bedenkingen van weisrigh;gewigte bevonden werden. Want immers van dewelke een apprehenfie gerequireert fal werden, moet eenige perfonelc jurisdictie hebben over de perfoon die gerequireert werdt ,-;dogh wy ontkennen dat de Krygsraedt, difcrgtiykc.'perfonele jurisdictie, over de perfoon van Pet reus hebben kan, want dogb verohdêrflfkIfynëei, dat defelve-, nae fyne fententie van..IvaCritie en.fyn retour hier in de Pro* vincie begaen hadt, eer, gemeen Crimineel diliét (want een Militair konde hy by mogelykheit. federt- dien tyt niet begaen) "foude het yrnandt in gedagten kunnen komen , dat er rus» ïchen het Hoff-én Krygsgeregte prceventie bleef? Immers .neen , want hy is van fyne militaire Charge dooreen wettige Regter daer hy felve in heruit heeft verftöken, en fyn Vaendel vacant verkiaert, en foo lange hy door Appel aen fyn kant geen reformatie van die fententie heeft bekomen , h er geen mogelykheit dat hy die bedieninge ooyt weder bekoomt, en dus kan bet -Krygsgeregre alhier de minfre perfonele jurisdictie over des felfs^ Perfoon pretenderen, ge» lyk rnea ook niet verneemt dat het felve fulx doet maer .elk.fal moeten toeitaon-y dat het Hoff ' alleen  tot de MILIT. JURISD. &e. 183 alleen in het boven voorgeftelt geval bevoegt was, over hem, gelyk alle andere Ingefetenen judicature te oeffenen. Hebben nu die van den Krygsraede geen Perfonele Jurisdictie meer over des felfs perfoon, wanneer hy mogt komen te dejinqueren , en kunnen fy hem des wegen uit eigen hoofde niet in hegtenis trecken, het fal ontwyvelbaer fyn , dat fy de handt daer toe aen een ander niet; lenen kunnen; Het Hoff verwagt niet dat ymandt hier tegen fal inwerpen , dat hangende het appel dö faek in fyn geheel biyft ; de tegenwerpinge foude gefundeert fyn , indien Petreus geappelleert hadde , maer het appel van de Fiscael om fwaerder ftraffe , fal niemandt fu flaneren , datde gecondemneerde, in fyne vorige waerdigheden, eer , en nutfchappen tot fyn bedieninge behorende herftellen kan; Nogh minder kan men vcrwagten , dat tegengeworpen fal kunnen werden , dat indien dan Petreus geen militair meer is nae de gewefe fententie van den Krygsraedt in het Leger, hoe dan de Raedt van Staten eenige Jurisdictie op hem kan prostenderen; Wy feggen voor aff Edele Mogende Heeren, voor en alleer wy hier op direct antwoorden , dat indien de geconfineerde voor lyn Perfoon off de Gedeputeerde Staten wegens de Provincie de jurisdictie van den Raedt van Staten in dit geval in twyffel hadden willen trecken en dus van het Hoff hadden verfogt off gerequireert, dat uit dien hoofde de overgaeff aen den Ra.'dc van Staten mogte werden uitgeftelt , tot dat da,er over de welmeninge van UE. Mogd. was, M 4. YQrn.Qi-  m VERZAMELING van STUKKEN vernomen; het HofF betuigt met genoegen daer in gcacquiesceert te fullen hebben, maer niet diergelyx voorgekomen fyade, gaen wy voort om dit Itnck als een tegenwerpinge, waerom de Raedt van Staten als een Militaire Regtbanck Competent kan fyn, niet tegenftaende de Perfoon geen Militair meer is, te beantwoorden. Het is dogh bekendt, dat federt dat de hoge krygsraedt , waar van de U Genrl. Unkel de laetfte permanente Prefident is geweeft, opgehouden heeft een geetabiiffeert Collegie van Juftitie in militaire faken te fyn, men particuliere Krygsraeden in de Guarnifoenen en te velde gehouden heeft, welkers Sententiën by den Generaliffimus van het Leger moeten werden goedgekeurt, en by dusdanigen Krygsraedt is defe Geconfineerde gevonnift, dogh het is teffens bekendt, dat alle defe Krygsraeden ftaen onder den Raedt van Staten , uitgefondert mogelyk het Ktygsgeregre binnen defe Provincie en te Groningen , dogh het welke thans in geen confiderade komt, (als fynde de geconfineerde daer door «iet gevonnift) aen welke Raedt van Staten, feggen wy, men figh magh beroepen en appelieren, foo in Civile als Criminele faken, ten welken einde het ampt van Fifcaei, het welke eertyts by' den Hogen • Krygsraedt behoorde , nogh in wefen is, en tegenwoordigh by Mr Jan Wybo bekleet werdt, welke Fifcaei, foo wel als de Beclaegden over een befwaerde Sententie kunnen appelleren, het appel in minima voor den genoemden Raedt aahftellen kan; Is het nu uit het gefegde feker dat de Raedt van Staten is een Collegie van Appel, en dat foo wel de Fiscael als de Reciaegde nae een gevelde  tot de MILIT. JURISD. &c. i8$ velde Sententie daer aen kan appelleren, foo is het te gelyk feker, dat foo een beklaegde, nier. tegenftaende hy door Sententie van fyn Militair employ is verftoken, voor dat Collegie moec te regte ftaen, welk verbandt niet gededuceerc moet worden van de perfonele qualiteit van den Perfoon nae fyn bekomen vonnis, maer nae de qualiteit waer in hy litem gecontefteert heefc voor den Regter , van wiens vonnis provocatie valt, terwyl felve nae regte in Cas d'appel geen twede htis conteftatie nodigh is, foo dat door de htis-conteftatie niet alleen gefchiet een fubmiffie aen den Regter waer yoor gelitiscontes* teert wordt, maer even daer door gefchiet tef> fens erkentenis van den Regter aen wien van dien Nederregter geprovoceert kan werden; By voorbeelt een Militair Perfoon het fy Officier off gemeen, aengefproken fynde voor het Rrygsgeregte hinnen defe Provincie over een pecuniaire fchult, en hy hangende die Proceduiren offhever nae het vellen van Sententie, daer over int den Militairen dienft ontfiagen off gecaiïeert fynde, aen wien moet fyn part? willende appelleren , fyn appel aenfteilen ? aen het Collegie van Juftitie, daer hy nu nae fyn perfo. nele qualiteit aep onderworpen is ? gewiflelvk neen maer aen het Collegie dat geftelt is om appellen van dit eerfte Geregte aen te nemen, en dat niet om fyn tegenwoordige qlt. want daer iti is hy een burger, maer uit hoofde van de qlt. waer m hy litem gecontefteert , en even daer door bekendt de provocatie waer onder dac Geregte geftelt is, en buiten dat eene is h* yoor het overige onder /reen Militaire ordres, M 5 * cor*  sSê" VERZAMELING van STUKKEN correctie off discipline meer, en bygevoige gen geen Jurisdictie van eenigen Militairen Regter buiten die van het appel, en alleen in dat cas onderworpen. Dit overgebragt fynde op het geval in qusestie fullen 'er defe fekere politiven uit moeten vloeien, i',n0. dat Petreus nae de gevelde Sententie ( waer van hy dus verre geen appel heeft aengeltek f©0 veel men immers weet ) niet meer als e~n Militair Perfoon kan aengemerkt worden ; al0» Dat des niet tegenflaende hy in cas de appel aenfprakelyk blyft voor den Raedt vah Staten; en 3"0. dat hy voor het overige aen geen anderen Militairen Regter meer onderworpen is i het geene de Hoeken fyn die te betogen waren ; Dogh om niets voor by te laten gaen het gene eenigfins kan uitgedagt werden in bedenkinge van defe off gene te kunnen komen , gelyk het Hoff kan betuigen in defe deliberatien foo yeel hun doenlyk was niets buiten overweginge 'gelaten te hebben dat maer eenigfins kan geëscogiteert worden in defe materie en bedenkinge gebragt te kunnen werden, foo foude mogelyk by defen off genen kunnen opkomen , om de Perfoon van Petreus , en die met hem in het fèlve cas fyn voor Militairen te houden , daE de Fiscael Van de Generaliteit geappelleert hebbende ..a- minisna, mogelyk de gecondemneerde ook foude kunnen aenftellen Communie van apr pel, en dat 'er aldus mogefykheit foude fyn, dat hy nogh by reformatie van de Sententie van den Krygsraedt foude kunnen werden geabfolveert, immers: in fyne Militaire Charge herftete • f9?  tot de MTLIT. JURISD. &c. iS? werden, en dat dus de faek in fyn geheel moeite bh/ven. • Maer fiet men niet ligtelyk, dat hier foo, ras op geantwoordt is , als defe bedenkinge is voorgéftelt, men neme het beneficium Legis ex tit. ff nihil innovari appellatione interpofita foo wyt als men wil ofF het eenigfins trecken kan , fiet men egter niet, dat, fal dat ftuck eenigfins ih b'edenkinge komen, 'er ten miniten een appel geinterponeert moet fyn door den gene die de faek in fyn geheel begeert te houden, en dat fulx de gehele grondt van de redeneringh uit dat beginfel fyn moet. Maer'wie heeft tot dus verre oyt van een verfogt appel aen de kant van Petreus gehoort ofte vernomen, en dus fiet men ligtelyk dat hier a pojje ad ejje quafyk geraifonneert foude werden. En dit fyn Edele Mogende "Heeren alle de bedenkingen, die men eenigfins by fpeculatie op de faek heeft kunnen uitdenken, dat by mo-, gelykheit fouden kunnen werden bedagt, om te fuftineren dat de geconfineerde Perfoon: , als pogh betreckinge foude kunnen hebben op eeö militaire Regter in defe Provintie , dogh hoe weinigh fundament en foliditeit defelve hebben is boven reeds overvloedigh aengeroont, en fa! daer uit teffens nogh veel kragtiger vertoogh vloejen , dat de gefulmineerde auctoriteit van, het Collegie in allen gevalle van. alle fundament gedeftitueert is. Dogh men veronderffcelle eens , waer van het tegendeel egter feker is, de Geconfineerde moeite eens dadelyk nogh voor een Officier gehouden worden 3 én dat 'er nogh ees Militaire  188 VERZAMELING van STUKKEN Regtbanck was van wien de Requifitie door den Raedt van Staten, hadde kunnen gefchieden, foude men dan daer uit mogen befluiten , dat de apprehenfie door ordere van het Hoff ten verfoeke van den Raedt van Staten onwettigh foude fyn? Het Hoff meent, hoewel het 'er hier met op aenkoomt, met voile fekerheit te kunnen feggen, dat de apprehenfie des niet ?egenfiaende even formeel en- in allen delen wet* tigh foude fyn; Want dogh wie kan ontkennen dat een territoriale Regter (hoedanigh een 'het Hoff in Frieslandt buiten tegenfpraek is ) bevoegt fy ter requifitie van een vreemde Judex Compttens ia hegtenis te nemen , een perfoon onder hun bedryff figh onthoudende, niet tegenftaende de v gerequireerde Regter over dat foort van delift waer over eigentlyk de apprehenfie gefchiet geen judicature heeft, het en komt immers hier op de judicature off het regtfprtken niet aen maer off de delinquant figh bevint op een plaets daer de Gerequireerde Regter het merum imperium off mindere Jurisdictie oeffent. De dagelyxe ervaremheit behalven de natuir der faeke leert dit ftuck ten overvloede; Hoe foude dogh anders een Deferteur uit de Militairen off nae reè'len dienft in eenige Stadt van de Republicq van de Geregten der plaetfe kunnen gerequireert werden gelyk dagelyx gefchiet. Geen ée'ne Stadt nogh Geregte pretendeert jurisdiftie over pure Militaire delicten , wie dogh fal des niet te min twyvelen , dat defelve bevoegt foude fyn ten verfoeke van Krygsraden off Admiraliteiten en derfelver Fis- caels  tqt de MILIT. JURISD. «&c. i& caels die de Calange doen een Deferteur te apprehenderen en aen den Competenten Regter over te Jeveren; Wie heeft ooyr gehoort dat in Hollandt by voorbeelt een Deferteur by een JJuitenlandfe Krygsraedt gerequireert ende geapprehendeert fynde te Amfterdam off in eenige andere Stadt Gecommitteerde Raden van Hollandt daer over gekendt fouden fyn , het gene waerlyk veel meer grondt foude hebben, aengefien dat Collecte in Hollandt in fekere delicten Criminele Jufhtie oefent, en in het befonder de excelfen van Militairen by praeventie ftraft. En om tot ons geval weder te keren fal het felve onpartydigh befchouwt fynde waerlyk van geen ander natuur bevonden werden , en een faek van die evidentie geen nacder betoogh nodigh hebben; Dus meent het Hoff Edele Mogende Heren aen haer kant alles gedaen te hebben, dat eenigfins van de alderomfigtigfte en befcheidenfte Regter gevordert kan worden, het Hoff heeft gene de minfie verhaeftingh nogh pra-cipitantie getoont, en het felve haere redenen en gronden onder het oogh van UE. Mogd. gebragt, om alle verkeerde vermoedens, en odieufe impreslen, die aen defelve foude kunnen gegeven worden te prevenieren, in die fekere verwagtinae dat het op die felve wyfe door UE. Mogd fal worden begrepen, gevolgelyk dat UE. Mo»d de Heeren Gedept. Staten fullen gelieven te ordonneren , haer Deurw'. wederom te lieten haere yordere gegevene ordres in te trecken! en de Coers van de J«fti«e niet reden te ftrsm-  l£q VERZAMELING van STUKKEN ilremmen ofte .anderfins in defe fake fodanigh te difponeren, als UEd. Mpgd. nae haere hoge wysheit verft aen fullen te behoren. UEd. Mogd. Dienftwiilige De Raden YHofs van Frieslandt Ter Ordtie van den Hove S. Tjallingi. XXIX. Ext ra ft Mijjïve dato 30. Aug. 1747. vatt den Heer Prcejident van den Hoove de Maurcgnault. WEL ED. GES. HÈER^ Jk ben Uw ten hoogden verpligt voor de toefending van twee.Extracten uyt de refolutie van de de Heere Staten van Zeeland dato den 20. April 1647. en 13. Apr. 1680. raakende het verleenen van remiffien , en pardon door den Heet Stadhouder; dog het waare te wenfen, dat tot voorcoming van abuyfen door onkunde, als anderfins , en wegneeming van alle dubiteyten in dit foo importante ftuk raakende de Hoogheyt van- de Provintie by refolutie van haar Ed. Mog. de Heere Staten van Zeeland het navolgende mogt werden vaftgefteld, dat den Heer Stadhouder, na ingenoomen advys van Prefident en liaaden van den Hove, fal moogen verkenen Brieven van !  tot de MILÏT. 7URISD. ip* ran gratie, remiffien, pardon en abolitien, en dab de voorfz. refpeétive Brieven fullen moeten wertden geinterineert als na behooaen. Wel vcr~ ftaande nogtans dat van gequalificéerde doodflaagen , ende enorme delicten gecemmitteert met geleyder laage ende opzetten wille, geen remiffie, ofte pardon ook geen abolitie fal werden verleent ofte gegecven. Deefe woorden en periode hebbe ik geëxtradeert uyt de Hollandfche Commiflie die aan den teegenwoordigen Heere Prinfe Stadhouder is gegeeven; dog ik heb 'er bygevoegt de gefublinieerde woorden ook geen. abolitie, die in de HoJlandfe Commiffie niet ibaan; ook vermeyne ik dat daar by behoorde te worden gevoegt, dat de gemelde Brieven van gratie, remiffie en pardon, ende abolitie fullen moeten werden uytgegeeven, onder het groot Zege? vsn de Provintie van Zeeland en Signature van den Secretaris en dat is ook conform aan het 17 Art. van het provifioneel accoort, van den 7. Maart 1607. fen het 34. Art. van het nader provifioneel accoort van den n. Juny 1674. als meede aan de refolutie van de Heere Staaten van Zeeland van 13. April 1680. en dan fal de faak gereguleert fyn voor het toecoomende in clare en evidente termen, en uytgeflooten fyn het arbitraire, waar door foo dik wils, en by onkunde, en by fubreptie notable misbruyken kunnen werden gecommitteert; ik twyffele ook niet of fulks fal volcoomen aangenaam fyn aan fyne Doorlugtigfte Hoogheyt den Heere Prince Stadhouder, die dan precife fouwdt weeten, waar na fig te reguleeren. Dit point fouwdt vervolgens met fyn Hoogheyt op de gronden hier vsoren gemeldt moeten .werden geconfenteero, en  Ï9® VERZAMELING van STUKKEN en vervolgens by eenStaate refolutie vaftgefteid%N weke refolutie by toefendinge van Extract authentyck fouwde moeten werden gecommuniceert aan den Prefident, ende Raden van den Hoove, om te ftrekken tot derfelver narigtin1ge; dit fyn myne geringe confideratien die ik feer geerne fubmiteere &e. X X & Extract uit het Verbaal van de Geconlmt* teerdens gewecjl zynde in den Haag ovi aan fyn Hoogheid het Erfjladhouderfchap met den aankleven van dien te óffereren in Februarius 1748. D at wyders Heer BorggraafF had voorgedragen , dat de Gecommitteerdens als nog in xnandatis hadden om fyn Hoogheids goedvinden inteneemen , omtrent eenige bedenkingen, die fig foo met relatie tot de Patenten aen de Militie als 't doen van den Eed door de Hoofd- en andere Militaire 015eieren kwamen op te doen , dat die voornamentlyck daar in beftonden. i°. Of aan de Gedeputeerde Staaten der refpeétive Quar tieren, daar de Troupes doormarcheerden , mitsgaders in of uit de Guarnifoenen trekkende, de Patenten door Syn Hoogheid gegeeven , zouden worden vertoont of niet. 20. Of wel gemelte Gedeputeerden op die Patenten Marsroutes foude verleenen of niet. 3*. Of het voorfz. Gedeputeerde Staaten in cas van noodfakelykheid wanneer fig Syn Hoogheid  Tot de MILIT. JURÏSD. &p, i$3 beid binnen de Provincie niet raogt bevinden, foude vryftaan uit de Troupes die in Guarmfu^ri leggen eenige detachementen binnen de refpeétive Quartieren te mogen doen, welverftaande nogtans,dat foo ras de noodfakelykheid cefieerde, die detachementen weder in haar voorige Guamifoenen te rug getrokken fouwde moeten worden. 4°. Welken Ëed de Hoofd en andere Miiit ire Officieren op deefe Provintie gerepartitieert fouden doen, en of dsar in den Eed vaii van getrouwiglicid en fuyvering, foo als in Holland is gearreueerr, fal gevolgt worden. . Wanneer en by wie. de Hoofd Officieren dien Eed fullen doen en hoedane Certificaat of Acte daar van aan haar fal gegeven worden;, 6'. Encindelyk waar, wanneer en in wat voegen de Capitains en Subalterne Oificieren den Eed fouden doen, en hoedane Acte of blyk aaii defelve daar'van gegeven fouwde moeten worden. Dat Syn Hoogheid op het eerfte poinct had vermeent en goedgevonden, dat de Paten'tin aan de Gedeputeerde Staaten in ieder Quarticr door de Troupes , het zy door marcherende, 't zy in of idt de Guamifoenen trekkende foude moeten worden verttont. Op het tweede : dat welgem. Gedeputeerden op de Patenten foude verleenen mars - routes. Op hét detde: dat defelve al mede fouwde bevoegt zyn , dog niet anders als m cas van noodzaaklykheid en wanneer sig Syn Hoogheid binnen de Provintie niet mogt bevinden, uyt de Troupes die in Guarnifoen leggen eenige detachementen binnen de refpeétive IV. Dl Ei. N {gaf.  W VERZAMELING van STUKKKS Quartieren te mogen doen, Mits nogtans dat daar van als dan Boog Gedagte Syn Hoogheid, ten spoedicsten kenniffe fullen hebben te geven, cn verders met dien verstande, dat soo ras de noodfakelykheid cejfeert, fodaene detachementen veder in h'iar- vcorige Guamifoenen fullen hebben te ntg te trckkeiï. Op het vierde poin£t 1 dat de Hoofd en andere Militaire 'Officieren fouden moeten doen den Eed van fuiveririg en getrouwigheid, op den voet, als fdx in de froimHe van Holland Word gedaan, zynde ran den volgende 'inhoud, „ ik verklaire én-de fweere, dat ik omme te „ bekoomen d.' charge van > nog „ door my felven, rtog door anderen nog te „ belooft' nogte gegeven te hebben, bclooven „ ofte geeven fa! , eenige giften gaaven of „ gefchenkén aan eenige Perfoonen binnen of „ buiten de Regeeringé , direclelyk of indi„ reételyk , in eeniger manieren. Beloove ik „ verders, dat in gevalle tot eenigen tyde tot „ myrie kenniffe foude moogen -koomen, dat „ iemand buiten myn weeten ietwes beloofd „ ofte gegeveii foude mogen hebben., belooi ven. ofte geeven foude, het felve aan Haar » Hoog Mogende , -den Raad van Scaate, of „ de Heeren Gedeputeerden Staaten, wie van' „ defelve 't foude mogen aangaan , aanft\>ntsi „ fal openbaaren met bekendmaaking van de ,j naarti van de Perfoon ofte Perfoonen by wie „ ofte aan dewelke, ietwes belooft bfre:ge„ geven foude mogen zyn , belooft 'ofte'ge„ geven foude mogen worden. „ Ik beloove en fweere de Staaten Genérael ,i der Vereenigde Nederlanden, die by de Unie „ en  tot de MILIT. JURISD. &c. 195 w en de handhouding van de Gereformeerde „ Religie fullen blyven, mitsgaders de Scaaten „ van de Provintien daar inne ik fal gebruikt „ worden, en ook de Regenten van 'dè „ Steeden, daar inne ik in Guarnifoen gelegt „ fal worden gehouw en getrouw te weefen, „ defelve onder het bevel van Syn Hoogheid , s, Gouverneur en Capxein Generaal der voor;, fehreven Landen, vromelyk en getrouwely.'c „ te dienen , en de voorfchreve Heeren Staa? „ ten Generaal en particulierlyk Syne Hoogheid-, B mitsgaders de andre Hoofden en Bevelheb„ Leren over my ■ geftelt en nog te flellen in „ haare beveelen te refpedbeeren en geboorfae„ men na beftooren en voorts my te regulee* „ ren na de Artieulen op den dienlt gemaakt en „ nog te maaken ". . Op het v.yfde : dat de Hoofd Officieren op defe Provintie gerepartitieert, van nu voortaan by Syne Hoogheid aangefteh en daar van Acte bekomen hebbende , met defelve Acle^.fig Jullen vervoegen by den Raad van Staaten , en aldaar haar Commisfie ligten, dat vervolgens by de eerfte Lan-. delyke vergadering fig aan de Heeren Staaten van de Provintie fullen moeten addrejfeeren , haar Commisfie verttonen , en als dan in de Landfchaps Vergadering den Eed van fuyvering en getrouwigheid op den voet als hier vooren gemelt in handen van den Borg -Graa/f, foo als van Ouds, af gelegt , .en dat daar van aan defelve als dan een behoorlyk Certificaat fal worden uitgegeven. •. ■ r Rn eindelyk op het .Jaatfte poinfl:; dat voor foo vel de Capitains aangaat, defelve by Syn Hoogheid aangeftelt , en daar van Acle bi koomen hebbende , fig daar meede cerft aan den Raad van JN 2 Stad-  rpó* VERZAMELING van STUKKEN Staaten fullen hebben te addreffeeren; en Commisfie te ligten, dat vervolgens de Commisfie fullen moeten vertoönen aan de Gedeputeerde Staaten van dat Qjiartier waar vp hunne Compagnien gerepartitieert zyn, en aldaar den Eed van fuyveringh en getrouwigheid, in voegen op het vierde poinB vermeit, doen. Edog dat ten aanfien van de Subalterne Officieren , defelve van Syn Hoogheid aangefteld en Me lekoomen hebbende, figh met die Acte direct fullen adreffferen aan de Gedeputeerde Staeten van dat Qiiartier, waar op gerepartitieertfyn, aldaar den Eed van fuyvering en getrouwigheid, als boven uitgedrukt, doen, en dat daar van vervolgens foo wel aan de Subalterne Officieren als Capitains een behoorlyk Certificaat geextradeert fal worden. Accordeert met voorfz. Verbaal, voor foo veel dit geëxtraheerde aangaat, Onderftont (Getek.) H. W. Srantfen. XXXI.  tot de M1LIT. JURtSD. <5{c. $p XXXI. (a) Missive vot Bailliu , Burgm'". etï Schepenen der Stad Veere aan de HeerenBargem. Grave van Flodorff Wartensleben en Verelst 27. Maart 174S.. WEL ED. GESTR. HEEREN. D en Bailliuw dezer Stadt, Mr. Lambert Jacoo van Tets heden in 't Collegie van Weth voorgedragen hebbende dat een Burger met naame Jan Herkelens op den 19. defers Maand des avonds ten halff e!ff door feker Soldaat uyt het Regiment van den Heer Geni". de Güy, zynde gerencontrrert, door den zei ven Soldaat fonders eenig gefchil , een fnee door 't aangefigt was toegebragt, over welke daadt door voorn. Herkelens aan den Commanderenden Officier van voorn. Regiment was geklaagt geworden- en verfogt hadt den felven mogte werden genomen in Arreft, 't welk van dat effect was geweeft dat den Soldaat, waar op de fufpicie was, in* mediaat was in Arreft gefedt, en tot heden gehouden; dat hy Heer Bailliuw fig wel nopens het begaan delict hadt laten informeeren, dog verfa) Deze Brief mag wel met Je volgende van de Stadt Middelburg warden vergeleken.. N 3  ip8 VERZAMELING van STUKKEN vermits ingefchil is (a), door wien de Cemmune dehiïen moeten werden geftraft , fig niet in ftaat bevondt deze faak te vervolgen en vervolgens ver.fogt hadt, dat haar Ed. Agtb. daar op geliefden te delibereren, en refolveren • waar op na :dat over de faak behoorlyk was gedelibereert, wy goetgevonden hebben deze aan U Wel Ed. toe te fenden met vrintgedienflig verfoek , dat U ff el Ed. het voorfz. geval gelieven te brengen onder 't oog van zyn Hoogheyt en vervoigens in te nemen het Sentiment van zyn Hoogheyt off als nog moet blyven vigeren de Relolntien van den Jaare 1651. (b) van haar Hoog Mog en die van den Raadt van Staten van den Jaare 1703. nopens 't ftraffen van Commune aehclen, dan niet (c), op dat eenemaal mogen weten waar na ons by vervol te gedragen , waar mede wy Uivel Ed. Geffr. bevelen m de protexie. Godes en blyven. Wel Ed Gé'ftr. f leereh U Wel Ed. Geftr. goede Vrunden, Bailliuw Burgertn'. en Schepenen der Stadt Vete, ter ordonnantie van dezelve. • ' (en was geteykent) „ * Jacobus de Cliever. Vere 47. Maart 1748. XXX H. (O Bit kan niet in gefchil zyn, zo lang de Refol. van 63 Mey 1597 m Zeeland ftand bleef houden, endoor geene Staets - Refolutie wettig was afgefchaftf van *t welk tot op heden geen bewys is kunnen bygebragt worden. t (6 . hurg. en Schepenen fchynen de Provinciale StaetsRefolutie var 23 Mey i597 zich nict erinnerdte hebben. laliteit der Ref.lutie van 25 Maart 1651 J°fJS a™P»ns Wil,em <'e iv'. in t jae- van wetten, Juo Mans, te veranderen?  tot de MILIT. JURISD. $c. 199 XXXII. Missive van de Heeren Grave van Flodorff Wartensleben en Veüelst , Burgem. der Stad Veere, aen de Regecring dier Stad. EDELE AGTBAARE HEEREN. Vr v hebben ons vereert gevonden met U Ed' Vtbaare ^ gerefpefteerde Miffive van den 27. defer laatft gepafleerde maant maert, waar by U E. Agcbaare ons gelieven aen te fchryven, ten eynde wy fyne Furftelyke üoorlugtigheyt den Heere Erfftadhouder fouden opwfgten, enfyne Furftelyke Doorlugtigheyt mtenue en goedvinden innemen, of ingevolge haar Hoog Mos. Refolucie van den Jaare ié5ren die van den Raat van State van den Jare 1703 de commune delicten voor den dagelykfen Regter van de Stad, daar het Guarnifoen i* leggende, foo wel omtrent de Militaire als Burgers of Ingefetenen moeten ventileeren en afgedaen worden ; Wy hebben niet gemankeert Edel Agtb. Heeren ! om foo ras wy daar toe. gelegentheyt hebben kunnen vinden, zyneFurftelyke Doorlugtigheyt het geval in queftie voor te dragen, en op dit en andre diergelyk voorvallen fyn Hoogheyts intentie en goedvinden in« tenemen. Het behaagdl fyn Hoogheyt ons. te zeggen , dat beyde de Refolutien genoomen waaren kort na het overlyden der refpeétive Heeren Stadhouders en ook alleen gevigeert hadden en onderhouden waaren wanneer de Republyk van geen Stadhouder of Capiteyn Generael was voorNa fun  ?oo VERZAMELING van STUKKEN jïcn geweeft, (a) dat bercyts eenige diergelyke gevallen en vragen zyn Hoogheyt waer en voorgekoomen en dat met advys van den hoogen Kn*?. raat, als (b) nü wederom grauws opgeregt geoerdeelt hadt iv. moeten decideeken; dat in alle, 't zy Militaire, commune of cmle deliSten de Militairen Officieren m gemeenen moeten teregtflaan en geftraft worden door den Militairen Krygsraat en den Borgers en Ingefetenen voor haaren dagelykfen RegtlV weike Regters over en weer een anderen daer toe ; verf^t fynde behoorden te fuppediteeren foof ari!Sc lh(ormatien interrogatorien en andre bcwyien en circumftantien als tot een regtsvorderrngh dienftigh en nootfakeiyk geoordeélt zullen worden, Wy hebben de eer van dit SE ons gegèyeh antwoort en fyn Hoogh. intentie en goedvinden UE. Agtb. kennis te geven en hopende hier mede aen UE. Agtb. rfquifitie te Wbbeti voldaen met het uyterlte reipect te verbJyven, • - - Ed. Agtbaare Heeren I UE. Agtbaare Dienftwillige, . _I_ (Was geteykent) Wühem Grave vanFlodroff, J, L. Verelft. Onderftont H;?ge den 9. April 1748. XXXIII. ?«.) De Refolutie van 23 Mey 15.97. was eene ProyKitinle Staets-Refolutie, ten tyde van Prins M au riïs genomen ; Men zie deze Refolutie I. Deel van dit Magaayn Bi 152 en de Refolutie van 18 April isfi BI. 135^ ( b > Nooit is de Hooge Krygs-Raed door ééne Staets'Refolune der Bond genoten, privatirelyk .of gezamenlyfc opgericht, of beveiligd. 1 ■  TOT BE MILIT. JURISD. &C: 201 XXXIII. Extratt uyt het Coll. van Wette der Stad Vers. Donderdag den 11. April 1748. (jeleezen een Miffive van de Heeren Burgenneeflers Grave van Flodroff en J. L. Ver-. elft,gefchreeven in den Hage den 0. April, dienende in antwoofde op de Miffive van Haer Ed. Agtb. de dato 27-. Maart laaftleden, houdende dat Zyne Doorlugtige Hoogheyt den Heer Prins van Örangie en Naffauw op haer Ed, Ver-toogn in naam van haar Ed. Agtb. voorgeftelt hadde gelieven te verclaaren dat in alle , 't zy Militaire _ Commune of civile deMen de Militaire Officieren en gemeencn moeien te regt fiaen en geftraft werden door den Militaire Krygsraat ende Burgers en Ingefetenen voor haaren dage-, lykfen Regter, welke Regters over en weder den anderen daer toe verfogt zynde behoorden te fuppediteeren foodanige informatien interrogatorien en andere bewyfen en circumftantien, als tot een ordentelyk regtsvorderingh dienfcigh en noodfakeiyk geoordeélt fullen worden: waer op gedsfibereert zynde is goedgevonden en verftaan voorn. Miflive voor notificatie aen te nemen, en den Heer Bailliuw te verfoeken figh dien conform te gedragen , werdende voorts den Secretaris verfogt en gelaft den, Commandeur van den inhoude van den voorn. Miffive kennis te geven en daer by te verclaaren, dat haar Ed^ Agtb. zigh des geenfins aentrekken de N S ge-  soa VERZAMELING van STUKKEN gedaene apprehenfie van den Soldaet die den perfoo\ yan Jan Herkelens foude hebben gekwetfl en fal Extracl defes aen den Heer Bailliuw en Commandeur werden ter hant gefield tot hun Ed. bsdicninge. XXXIV. Miffive van Burgmr Schepenen en Raden de? Stad Middelburg dn Zeeland aen Z. H Willem IV. 22 April 1748. DOORLUGTIG HOOGGEBORE FURST en HEERE! TXoe aangenaam het ons ook zyn zoude Uwe F. D. in delTeifs hoogwigtige befigheeden niet te verhinderen , hebben wy egter op het voorgebragte van de Heeren van de Weth ons niet kunnen difpenfeeren onder het Oog van UE. Hc te brengen de buytenfporigheid door Nics Wyngaarden Cornet onder het Regiment van den Gen1 Major Buys op den 11 defer aan twee onfer Stadsbedienden , in het werkelyk exerceeren hunner functien des avonds tuffen half 10 en 10 Uuren gepleegt, waar van wy de eere hebben de atteftatien hier nevens te voegen, om UE. F. D. niet tweemaal met de leélure van een en defelve faak op te houden , de Vryheid gebruikende ons daar aan feer eerbien'g te refereeren. Burgemeefieren en Schepenen hebben foo ras  tot de MILIT. JÜRISD. &c. 203 ras haar de aanklagte door den Hr fïoofdofficier hier over was gedaan , niet fti/ kunnen ftaan, door fyn Ed. den Collonel Cafembrood de troepes in Walcheren Commenderende te Jaten requireefen , -dat den gemc Cornet van fyn detachement te Serooskerke mogt werden afgehaeld en alhier in Arreft gezet , het geen niet alleen is gebeurt , maar ook daar van immediaat aan den Hr Heg: Burgem. kennis gegeeven, dog wanneer den Hr Baiiliu op hec nader difpofitif van den gerechte verfogt was den ten hunnen requifitie gearrefteerden van de Collonel Cafembrood af te vorderen, om daar tegen te procedeeren , heeft die l ieer kunnen goedvinden fulx iterativelyk te weygeren. Eene faak Doorlugtigfle Vorffc! niec alleen stkydig tegens de Privilegiën van onfe Stad op den 20. January 1489 door Maximiliaen Rooms Koning en Philips Aardshertog van Ooftenryk verleend , en door Koning Philips in den Jare ijoi. nader beveftigt , waar in aan Burgemeefteren en Schepenen magt en Authoritek werd gegeeven om te hebben en te neemen , berigt, kennijje , Judicature en exercitie van dien, van aile dood/lagen , vreedebreuken &c. die voortaan in hunne Stad en over al die Jurisdictie zouden werden gecommitteert, maar ook tegen den klaren letter Van verscheyde resolutie n {a) door de Heeren Staten defer Provincie meer dan eens tot ma in tien van het regt der steden, tegens het («1 Onder andere die van 18 April 1501 en die van 23 Mey 1507. Zie boven bl. j$q. not. (a).  ü04 VERZAMELING van STUKEEN het gesouteneerde der- Militaire Krygs. raden genomen, als mede tegen de bekende by de groote Vergadering op den 25 Maart 1051 genomene Refolutie Hamerende „ Dat de Com„ mandeurs met den Krygsraad in Remmende „ Steden niet verder fullen mogen gebruy„ ken of cxtendeeren de Militairen Jurisdictie , » als over de nalatigheid en overtredingen in „ togten en wagten, overgaan aan den Vyand, „ defertie van de Comp" of verloop van de eene » Compe onder de andere fonder paspoorte, *> mitsgaders exceflen en delicten die de OS„ eieren en Soldaten onderling of den eeii „ teegen den anderen fullen komen te begaan „ en verder niet invoegen dat dan cv:r » alle faken 't fy dan Crimineel of Civil die „ Militaire perfonen aprehenfibel, convenibe!,. „ jufticiabel en executabel fullen zyn by den » Civilen Regter". Het fchynr ons ook toe uit eene Miffive in de Maand Juny 1675 door zy Hoogheit , narnaals Koning van Groot Britanien Gl. ged. by forme van Advys aan de refpe Provinciën en Hoven van Juftitie provifioneel en tot nader foude fyn gedelibereerd, gefchreven, dog over welke by de Staten van Zeeland geen deliberatie is gevallen , apparentelyk om dat men geconfidereert heeft, sulx, foo veel de Provincie betreft, met de privilegiën te strtden , en dat fyn H1, de praeventie uitgefondert, van defelve gedagte als de Groote Vergadering was, blykt onder anderen, als zig dus expliceerende „ En |zoo „ wanneer eenige militairen fouden komen re * begaan eenige delicten, die men. noemt gemeene n dtliften, dat daaromtrent: pia;ventjc foo voor „ den  tot de MILIT. JURISD. &c. 405- i, den Burgerlyken als Militairen Regter behoor„ de plaats te hebben > foo wanneer die de„ liften zyn begaan aan of omtrent Burgerly,> ke perfonen of hare goederen en Familien , „ in voegen dat den regter 't zy Burgerlyk 'c * zy Militair die eerffc zoude mogen hebben „ gepracvenieert competent foude behoren te „ wefen, zoo nogtans dat den Militaire Reg„ ter nooyt tegen Politiquen of Burgerlyke i, perfonen foude mogen procederen , uitgeno- meri alleen in delicten die als voorfz. ganfch „ en ten eenemaal militair zoude weezen". En dat de Magiftraat defer Stad wanneer in defelve guarnifoen heeft gelegen; en door ytnand uyt het zelve eenige extravaguances wierden gepleegt , daar over alleen heeft gehad kenniffe, judicature en beregt kunnen wy aan UE. H* met de volgende exempelen bewyzen. In de maand Maart van den Jare 1687. hadde fekere Soldaat van deCompe van Cap" Bakker alhier Guarnifoen houdende, gepleegt eenige infolentien van flaan, fmyten en fteeken. werdende daar over door den Onderfchout geapprehendeert en na 'sGravenftein gebragt, maar onder de weg door een Adjudant en eenige Soldaten aan hem ontweldigt, dog is op ordre van den Krygs^ raad door dien Adjudant en Soldaaten ter felver plaats wederom overgelevert aan den Onderfchout , door hem in gevankenis gebragt, en aan de Judicature van de Weth overgelaten. In de maand Augs van den Jare 1694 is fckeren Reynier Roefl; over gepleegde manflag aan een Soldaat alhier guarnifoen houdende , door de Weth defer Stad gedaen apprehendeeren, en ge- fen-  206 VERZAMELING van STUKKEN fententieert om met den fwaarde ter dood te werden gebragt , het welk ook is gefchiet, niet jegenjlaande den Krygsraad hem als een deferteur van de Lyfcomp' van den Grave van Hoorn reclameerde. . . . _ , i Tuilen den 7 & 8 Juny van den Jare 1(598 (een geval met het jegenwoordige zeer na quadreerende, en alhier van veel applicatie) wierd de Stads Onderfchout geroepen fynde om eenige gepleegt wordende infolentien te ftuy.ten, door eenen Huift Luyt. van de Comp. uo^ Krygsraad der Vereenigde Nederlanden, zodanig dat alle Crimineele fententien aan ons ter approbatie moeten werden geprcefentecrt, met magt om als dan defelve in 't geheel te approbeêr e n of wel te mitigeren, of eindelyk, in cas wy oordeel/ten, dat de ftraf by fententien door pariikulierc Krygsraaen gewtefen , rjiec equipolienc is aan ie legaane misdaat, om den Fiscaal van de Generalheit te gclajten , daar van te appelleeren aan onfen hogen Krygsraad: Dit regc nebben onfe prajdeceffeuren gehad (a), en geconferveert, èh dat felve regt hebben wy ook door onfe aanftelling bekomen (b) : Daar tegen fyn van geen het mirfl'e gewigi de wetten , waar van UE in derfelver miffive van den 22 April laaftlederi geWair maken, dewyl uit de refpe datums van dien düidelyk is aftenemen, dat defelve fyn gemaakt ih een tyd, dat er geen Cap" Geni is ge weeft, behalven dat het geen by de groote Vergadering op den 25 Maart 1Ö51. is verhandelt alleen eene propofkie is geweeft (V), fonder dat daar op eene generale Refolutie is uitgebragt, hebbende in 't byzonder de Provincie van Zeeland in dat voorftel niet geconcurreerd (d) ot eeni- ta) Willem III, glorieufer gedagtenifie,heeftdezemagÈ gebruikt in het geval van Moiïes Paim & Vin. Ni» C H R I T T BI. 19. ( 6) Nooit is het aan Z. D. H. door de Bondgenoot ten, gezamenlyk of. privativejyk opgedragen; (c) De Propifitis is alleen geplaetft. in 't G. P. Bv V. D. 104. de Resolutie in Jt II. D. van dit Magezyn, en de UnivcrjaHuit biykt uit de voorige Refolutien, on? hetwïtlbaar. ( d ) Dit was deels onnodig uit hoofde der Staets • Re» folutie van 21 May 1597 ; maer de bygsbragts CorarfliJïï Zjlafchrift lil. 11. bewyzeo het wgend««!. " ., i V'. DfiSt. U  £10 VERZAMELING van STUKKEN eenige diergelyke propofitie gedaen en voor foo verre egrer die fogenaamde Refolutie ten tyde dat 'er geen Cap" Gen1 is geweeft als eene generale Grondwet verkeerdelyk by veele der 'Provinciën is opgenomen en agtervolgt, foo is uit de propofitie daar by gedaan felfs ten uitterflen evident -dat voor dato van dien (a) de Judicature der Militaire faken heeft geftaen aan den Militairen regter ; want anderfints was het ten eenemale onnodig geweell om in opfigt van fomrrige Militaire faken een uitfondering te maken, en defelve te wille brengen ter cognitie van den Burgerlyken regter: Het is op die felve verkeerde gronden geweeft, naamlyk van. die wetten, die t'federt de Jare 1050 tot 1672, in verfcheyde Provinciën geëmaneert waren, dat men aan onfen laatften Praedeceffeur, wanneer hy tot Capn Gen' was aangeftelt, heeft tragten te betwiflen het regt, 't geen'door deffelfs Pradecefieurs voor dato van dien was geexerceert geweeft, en wanneer hoogftged. onfe Praidecefleur uit een pure toegeveniitild (b) by deffelfs miffive in Juny 1675 aan de Provinciën eti Hoven van Juftitie afgefonden eene pvvifio* neele fchikkinge wel heeft willen voorflaan, heeft dezelve, gelyk UE by hunne miffive mede te kennen .geven , bemerkende dat by de Profa") 't Tegendeel blykt middaskla?r uit de Refolutien Van Zeeland r8 April 1591. 23 Mev 1597. de Relbluticm va" H. H, Moj. rs; en 17 Febr. 1594 en die van 3» Mey 1^98. Der Militairen menigvuldige infraüien maekten die plechtige Refolutie na de dood van Willem II. hoogft'ioodig ( Zie Memorie over de Militie van den Staeï door S. van Sl in sela nd, Mag. III. D. p. «34.  tot de MILIT JURÏSD. &c. en provinciën daar over niet gedèlibereért en doof het Hof van Hollant daar aan niet beantwoord #ièrd, in dier voegen als hadde mogen verwagt werden, da:>.r na fig in het felve regt van fyne Prrédecefienrcn gemaintineert, met dat gevolg, dat fulx naderhand nooyt Van yemand eenigë ■eontradtSie of oppofitie meer heeft geleeden , en tot bewys van welk gezegde geen 3 maar oneyndig getal van gevallen foude kunnen te berde gebragt werden, in voegen' dat daar uit dan gendégfeérri aftenemen is, dat de voorfz 3 gevallen by UE. voorfz. miffive geallegeert, geen regel of wet kunnen maken, maar indispenfabel rnoeten aangezien werden als een infracii€ in het notoire regt, het welke aan onfe Praedeeeffeur heeft gecompeteert, te meer daar niet alleen de Weth in allen opzigte onbevoegt is aeweeffc om over het gem. geval van Augs T694. te oordeelen , ais direct, ftrydig tegens de fi> TM. sco. zegt zyne Hoogheid , dat 'de Provintie •va» Zeeland in dat■ worftel niet geconvurreerd, of eenigediergelyke Propofitie gedaen had: inaer was de "Weth frisSelyks onbev&egd tot die Judicature uit hïofde cierStaetslUfelutif vaa 23- Mey 1597? Zie ook bl, 209. n. (4,3 IX.. ■ ,' (j zt  *■* VERZAMELING van*STUKREN Majr Buys, door den U Gen1 Lcuwe onlangs aan de Weth is overgegeeven geworden. Ondertuffen fchynen LE. by het flot van derfelver Miffive te. indigiceeren, dat ingevalle wy de faake van den Cornet Wyngaart fouden laten aan de Judicature van de Weth daar inne als dan de vereyfte Juftitie zoude werden gepleegt, en dat UE. anderfints met veel reden bedugt foude zyn, dat diergelyke grove buytenfporigheeden meer en meer impune fouden gepleegt wer* den , dog gelyk wy vooronderftelJen dat een yder Regter , 't fy de burgerlyke 't zy de militaire, fig altoos van fyn pligt acquiteeren , foo fullen wy ook altoos een yder daar toe trasten te houden, en tot dat eynde hebben wy reeds de nodige ordres aan den Commandeerenden Officier doen afgaan , op dat foo over het geval van den Cornet Wyngaart als over het geval vermeit in de by gevoegde atteftatie' fub Littera A. naar vereyfeh van zaken by den Krygsraad geoordeeld, en het verhandelde daar .by foo van het een als van het ander tot onfe Jtenniife gebragt werde. Waar mede. Erntfefte, voorfienige, difc et onfe lieve byfondere wy UEd. beveele in Gods heylkre protextie. , UE. Goedwillige Vriend (geteekent) - PRINCE D'ORANGE et NASSAU, ( onderftont) « ;ter ordonnantie van zyn Hoogh1 (geteekent) , „ „ J. de Back. v 1748. . xxxvi  tot de MILIT. JURISD. &c. 213 XXXVI. Den 5 December 1748. D. Hr Mr Dirk Mac ar è Heer van Seroerkerken Bailliu deezer Stad Ratione Officiij EiJ]y in Cas Crimineel. Contra Johan Jurry Emerigh * , gevangen en gepreJcmeerde. argemeefters en Schepenen doende regt , cundemneeren den gevangen en gepraifenteerden , aanftonds gebragt op een Schavot opgeregt voor den Stadhuife deefer Steede en aldaar ïin den Scherprogter overgtlevert om door den felven ftrenge'yk met roeden te werden gegeesfeld ten bloede en voorts gebrandmerkt met het brandmerk defer fteede, bannen jvyders den gevangen en geprse-fenteerde voor altoos uit de Provintie van Zeeland , Holland en Weftfriefland; ontfeggen den Heer Eyffcher zynen verderen eyfch en conclufie ten laften van den gevangen ten deefen gedaen en genomen, en Condemneeren verder den gevangen en gepra;fenteerden in de coftcn en mife van de Juftitie. O 3 XXXVII In margine jlond met de hand van den Secretaris, JVoiret gefchreeysn, * Soldaat in t Regiment van den Ifr. (i'neraal Major van Regteren , in de Comp. van wylen den Collonel Sauer, in guarnifoen binnen dite Stad.  tH VERZAMELING van'.STCKKEN XXXVII. MiJJhe van Willem IV. aan Burg. Sc!tep. en Raadtm der Sta.1 Mïdddd'wg, •9. . Dcc. 1743..; .... Erentfefte , Voorfienige , Difcrete onfe Lieve Byfonderel hebben ontvangen een Miro**e van den Lc Generaal Evertfen op den Eerfte der \o-. pende maand, uit VI iffingen aan ons afgezonden, daar by te kennen geevende dat óp-den 26 November daar bevorens een Soldaat van den Gen1 Maj. van Regteren, te Middeiburgin Guarnifoen,. door den Onderfchout van gem. Stad was geapprehendeert en direekt op 's Graven fbin m hegtenis gebragt; dat, een tweede ontloopen zynde , kort daar na op ordre van den Burgemr van Citters aan de Hoofdwage was gezonden fyn Knegt en den Onderfchout, om den ontlopen Soldaat uit zyn quartier te doen halen het geen aanftonds was gefchiet , en hy in de Hoofd wagt gebragt, alwaar dezelve als nu nog in arreft fittende: dat dit alles was gefchiet fonder kennis van den Commandant, fonder dat ook aan denfelven tot hier toe eenige informatien of klagten aan hem waren gedaan, dat hy L£ Gen! Evertfen daar op hadde goedgedagt aan den Burgem1 van Citters te doen verfocken, van den Soldaat op 's Gravenffein in hegtenis fittende over te willen geven, dan dat hy toï; antwoord hadde bekomen, dat hy het aan de ,weth hadde gecommuniceeit, en dat Dezelve  TOT DE MILIT. JURISD. &c 21$ van gedagten was, dat het geen Militair maar een Civiel delict was, en dat men derhalven niet refolveeren konde om dien gevangen overtegeven , met byvoeging dat er een diefftal by een Burger was begaan. En vermits wy by onfe Miffive van den o Mey Jaaftleeden fa) duidelyk hebben getoont'van be. grip te „ zyn dat zedert onfe ainftelling als Capn Generaal alle militaire faken foo Civile als Crimineele fonder onderfcheit, behoren tot de Judicature der Krygsrade , invoegen als het felve is geweeft ten tyde van onfe prasdeceffeurs" fop hadden'wy met reeden ook verwagt, dat die zaak in het vervolg geen bedenkinge meer fubiecl zoude geweeft zyn, en het is dan op die felve gronden by onfe voorfz. Miffive in hec breede gedetailjeerd , dat wy UE. by defen gelasten (è), omme de voorn. Soldaat met de ingewonnen informatien , foer eenige zyn , aan denKrygsraad van het Guarnifoen te Middelburg overtegeeven, voorts aan defelve in het neemen van verdere Informatien , fo fulx nodig foude mogen zyn, alle hulpe en byftand des gerequireerd fynde , te doen , ten eynde aldus den voorn. Soldaat, mitsgaders die geene, dewelke tegenwoordig in de Hoofdwagt in arreft fit, in cas dezelve fchukdig bevonden zullen werden , naer rigeur mogen werden geftraft, van welke o it ü R E wy ook! de nodige kenniffe hebben gegeven aan den Lc Generaal Evertfen om zig daar na te reguleren. Waar (a) Zie boven B 208. - (*! Gel ast en t. w. Burg. Schep, cn Itacden dejf Stad Middelburg, O4.  kitf VERZAMELING van STUKKEN Waar meede Erentfefle VoorGeriige Difcrete onfe Lieve byzoüdere Wy UEd. beveelen iq Godes heyhge Protectie. J UE. goetwiliige Vriendt ^was geteekent) . PRINCE D'ORANGE tx NASSAU ( onderftont) ,Ter ordonnantie van. fyne Hoogheid den Hage den ^' 4f ^ack' 9 December 1748. XXXVII I. MiJJïve acn Willem l V. fi. Dec. 1748. DOORLUCHTIGE HGOGGEROOORE FURST et HEEEiE, U^UUU*L B y ons in ferieufe overweging %nde genomen Uwe Höogh". Miffive vaf 7en o Sr Maand, waar by het UEh. behaagt heeft, óp de bekomen informatie en kennis geeving vaS den Lt. Gen. Evertfen, wegens de apprehenfie op den 26. JVov««. jongheden, door eenen van onSe Stads QnderfichoLn gedaan? van fe" leren Soldaat uit het Regint van den Gen. ?itJa ieCJhCer^' alhier in Guarnifoen ter oorfaak van door hem gepleegde dievery en huysbraakbmnen onfe Stad, on! daar by aantefchryven en te geeasten om den voorm Soldaat get de 1Dgewonne Informatien, foo,'er eenige faogten zyn, aan de Krygsraad van het fi2 foen binnen onfe Stad overtegeven, afa mSte aast  tot de MILIT. JURISD. &c. ai7 aan den felven in het nemen van verdere informatien , foo fulx gerequireerd wierde, foo ten opfigte van gem. Gevangen , als fekere meede Conplice van denfelven (dog die door die van de Militie aangehouden en in de hoofdwagt in arreft is gebragt) alle hulp en byftand te doen, en dit ailes op de gronden by hooggedagte U Hooghts. Miffive vermeld, en verder ook breeder in die van den p. Mey defes Jaars aan ons gefchreven, gedetailjeerd, foo hebben wy hec van onfe indispenfabele pligt geoordeélt te zyn, om by deefen met alle verschuldigde en behoorfyke eerbied aan UE. en ter beantwoording van U PP. Miffive hier vooren gemelt, te moeten voordragen de redenen waarom wy vermeynen, dat foo in defe als in foortgelyke gevallen , dewelke ons in het vervolg fouden mogen voorkomen, onder reverentie niet gevergd kan werden om aan d"intentie van U D, PP. (fo feer wy ook anderfints daar toe, ten allen tyde bereid en genegen zyn) te konnen voldoen, fonder te gelyk daar by grooielykx te krenken het regt, foo wel ons als onfe Burgers en Ingefetenen competerende, en fonder daar by ook geen geringe praejudicie te leggen en geen kleine krak te geeven aan de Privilegiën aan defe onfe Stede voormaals gegeeven en vergunt, en welkers obfervantie wy ons ook met folemnelen Eede verbonden hebben, van namentlyk de Keuren , Handveffen, Privilegiën ende goede Policien, van de Stad, 't onderhouden, die te vermeerderen en niet te verminderen, en dien wy dienvoigende gehouden zyn defelve allefints natekomen. Dog alvorens ons by defen daar op inteJaten moeten wy d'eer hebben U Pk nopen? O 5 de  mg VERZAMELING van STUKKEN de gevallen by defelve Miffive getoucheert preaJablement te informeeren. Dat, voor foo veel betreft, den by ons geapprebendeert geweeft fynden Soldaet, de procedures , dewelke foo op deffelfs confelfie ais convictie, door den ll1. Jiailliuw defer Stad, tegens hem geëntameert fyn geworden , reeds eenige dagen fyn afgelopen geiveeft, eer etë alvoorens Uwe Hooggedagte Miffive aen ons is toegekomen, fynde dezelve, foo wy door die van den Geregte geinformeert zyn geworden, na publicque Schavotteringe & corporeele ftraffe voor altoos gebannen , fooda*t (zo al eens gepofeert ware, dat wy vermeynen mogten de vryheid en Faculteit te hebben om den felven aen de Krygsraed over te geeven en te laten volgen ) het felve in cas fubject., een volftrekte en volflagene onmogelykheid foude wefen, om redenen foo even gemeld. Wat nu aangacc de voorn. Mede Complice door die van de Militie ter oorfaeke voorfz. geapprehendeert en injarreft gebragt, fy het ons gepermitteert U Hoogheid te mogen doen remarqueeren, deabufive informatien dewelke omtrent het voorfz. geval aen U H*. fyn gegeven geworden, en daerin. voornamelyk beftaende „ als of op ordre van den thans „ Regerende Burgemeefter Willem van Citterss „ ten tyde dat voorfz. Mede Complice de Juftitie „ zoude hebben ontlopen ende fig met de vlugt „ foude hebben tragten te falveren aan de „ Hooftwagt foude gefonden geweeft fyn Edc. „ knegt , benevens een van de Stads Onder„. fchouten, om den ontflopen Soldaat uit fyn a r^uartier te doen halen , het geene dan ook aanftonds foude fyn gefohiet en defelve ook » ver-  tot de MILIT. JURISD. &c. 21$» ^ vervolgens zoude wefen gebragc in de Hoofd„ wagt ". Zulx alles is een zaek, dewelke wy U H. konnen verfekeren dat, onder reverentie geheel aan de waarheid contrarie en almfief is , gemerkt fodardge orires door welgedugun i\r. Burgemeefler (volgens fyn Ed. eygen verklaring) nooit zyn gegeven ( hoe feer het ons ook voorkomt fyn Ed. daar toe ten vollen geregtigtwas) veel min fyn knegt daar toe ordre foude hebben gegeven, om ten dien eynde na de Hooftwagt te gaen, hebbende hy Hr. Burgemeefler in tegendeel aan ons betingt, dat „ nog eenige van fyn Be: „ dienden dien ganfehen nagt uyt den huyfe zyn v geweeft, nog zyn Ed. nog ymand van hec voorfz. huisgtfin, dien ganfehen nagt is opge„. fchelt om van het gepaffeerde gedurende de „ voorfz. nagt aan zyn Ed. kennis te geven" fynde het in tegendeel waaragtig, dat de voorfz. ontlopen Soldaet door die van de Militie felfs op de kennis dewelke door den Onderfchouc van de gepleegde dievery gekregen hadde, uit fyn quartier is gehaeld , en vervolgens in de gefegde Hooftwagt is gebragt geworden j Dat nu al verders (volgens het fchryven vanden Lf. Gen1. Evertfen) van de eerft gelegde apprehenfie geen kennis is gegeven geworden, aan den Commando van het Guarnifoen , nog dat ook aen denfelven tot hier toe eenige informatien of klagten ter zake voorfz. fyn gedaen, is een faek welke UHt. ligtelyk begrypt, dat uit de iburce en grond oorfaken (waer op wy het regt van onfe Judicature omtrent Militaire perfonen in alle fuike gevallen, als waer van het cas fubjeéieenis, komen te fundeeren) is proflueerende. En om welk voorfz. regt, nu (na de hier vooren-  as* VERZAMELING van STUKKEN voorengemelde preemiffen te hebben afgehan-j dek) een weinig nader te betoogen, fo fulien wy onder U H'. gunftig welduiden , de onwrikbare gronden , en doorflaande rcedenen,, waer op wy onfe begrippen omtrent het meergemelde regt komen te fonderen en te veftigen, foo uit het Civile als hedendaagfe Regt, gelyk mede uit onfe Vaderlandfe Statuten , privile? gien, Coftumen en Refolutien, maar met weinige (om alhier niet te vallen in een ampele de? ductie ) tragren aftefchetfen en onder het equitabel en onzydig oog van U Ds?. Ht. te brengen. Wat het Civile Regt betreft met opzigt tot de Judicature over alle Militaire faken, en wel infonderheidoverde fogenaamde gemene delicten door Militairen begaen , foo willen wy hier maar allee-, nig bvgebragt hebben, de L. 2. & 3. ff. de re militari, waar van in eerfb geallegeerde weth wel uitdrukkelyk gefegt word „ dat gelyk de „ misdaden, by Militairen gecommitteert", fyn of Mifta propria , die namentij k , door hen als eigentlyk fo gefegte Militairen werden gepleegt, «f wel delicta cum catteris communia te weten die fy met alie andere gemeen kunnen plegen, alzo ook na de natuur van voorfz. onderfcheydene misdaden, het onderzoek ende Judicature daar over, te weten van den Militairen of wel van den Civilen Regter, na dat defelve fig als dan is toedragende, geobferveert en in agt moeten werden genomen ; ja zelfs trekt de Regtsgeieerde Moüestinus in de Jaaftgem. L. 3. defe faak zo ver, dat hy van oordeel is, dat een Soldaat , welke zig aan defertie fchuldigmogt hebben gemaakt door den politiquen Regter, in cas, hy buyten voorfz, defertie, fig aan andere  tot de MILIT. JURISD. &c. »*i re grove misdaden mogt hebben vergrepen, niet'mag worden overgegeven, maar door den Regter van de piaats, al waer hy de gefegde delicten heeft gepleegt , moet werden geftraft, waar by met geen mindere grond , en in geen; mindere uitdrnkkelyke termen op defe materia iprekende , foude kunnen werden gevoegt dé L. fin. ff. de accufiat. gelyk mede de L. cod. ad Leg. Corn. de Sicariis, en de Nov. 8. Cap. 12. §. i. aan alle welke fo klaare en convincerende wetten, dan ook met regt de grootfte Regtsgeleerden hun Zegel hebben gehangen; onder defe alle is waarlyk geen van de minfle den fPProffr. Anth. Mattheus in tra£t de Criminibus lib. 48. tit. 13. cap. 5. n 3. en offchoon wel waar is, dat by fommige Regts - Doctoren, uit de hier voren aangehaalde wetten eenige verkeerde illatien werden getrokken, om waar het mogelyk defelve tot hun eigen oogmerk te repugneren en te enerveren, fo is 't dat wy (om ons by defen in geene juridicque controverfie intelaten) met den Hr. Prasfident van Bynkershoek fig op defe materie en aangehaalde wetten znsgelyks expliceerende alleenlyk fullen befluiten met té feggen, quod illis hotninibus (qui r.empe omnia militum crimina, a folo militari judiceapud Romanos vindicanda een/ent) os obturarc, aflet otio abutl. Waarom wy by defen verder voortgaende als nu nog kortelyk het voorfz. gepofeerde ook uit het hedendaagfe Regt fullen aantonen en met de leere van de Regtsdoétoren defer tyd nader tragten te confirmeeren ; men behoéve,|om ons met geene allegatie van ▼ede ia defea opteho.adeq , hec oog maar %  s«a' VERZAMELING sta» STUKKEN alleenïgiyk te flaen öp den Regtsgeleerden Borft in fyn trac. Cfim. tlt. j. §. 50. alwaar hy onder andore fegt „ maar wat die foorten van delicten . „ aangaat, qua communia yocantur, cum ea. tam* „ miles, quant nori mi/es colmmttere poteji, en „ dewélke over fulx de gemeene rust ofte Bur„ gerlyke Societeyt alleen choquecren, defelve .„ ftaan ter judicature van den Regter onder „ welkers Jurisdictie defelve fyn begaan " gelyk dan mede hier foude kunnen werden bygebragt. Groenew. de Leg. abt ad L. 6 Cod. de Jurist, om 'jüdiè', & ad L. 1. Cod de exhib. reis, en meer andere, als die ten minften het regt van prseventie daer by plaets komen te geven. Het foude nu, volgens ons oordeel het beftek van defe onfe refcriptie verre te buiten gaet*) ingevalle wy nu nog uit de VaderiarjdfcheWetten, Statelyke Refolutien, en infonderheid uit het groot aantal van exempelen , ten tyde van de vorige Hn. Stadhouders, Uwe FurftelykeD. Pnedeceffeuren, Hoogloffelyker Memorie, voorgevallen , alles foude willen te berde brengen 't geen tot adftructie van dit ons 'gevoelen, ten defen foude kunnen werden bygebragt, beha!ven dat wy ook foude vreefen, de attentie van U fP. met de Leöure van dien grootelykx te fullen fatigueren, weshalven wy dan hier maar alleen de vryheid zullen neemen, om eenige notabele zaaken daar van nog kortelyk aan U Hf. by defen voortehouden, en fonder ons dienvolgende als nu optehouden met de onderfcheidene Privilegiën , aen defe Stad van tyd tot tyd vergunt , als daar zyn de Privilegiën van Maximïliaan, Roomskoning , en Philips Aardshertog van Qoftenryk van den Jare 1498. als mede dat va»  TOT DE MILIT. JÜRISD. &C. 22§ van Koning Philips van den Jare 1501. medebrengende „ dat Burgermeefteren en Scheepenen „ magt enauthoriteit fullen hebben om te nemen „ berigt, kennis en judicature over alle doodfla„ gen, vreedebreuken &c. dié voortaan in hare „ Stad of Jurisdictie foude werden gecommit„ teerd" foo fullen wy liefftby deefen overgaan tot eenige Placcaten en Refolutien op defe materie geëmaneert en genomen , en waeromtrent ons dan in de eerfte plaatfe voorkomt fetere Ordonnantie, volgens bet getuygeniffe van Chriftinceus gemaakt en gegeeven in den Jare 1570. by den Hertog van Alba, doe ter tyd Gouverneur defer Landen, en het geen ons bedunkens al vry notabel is, geconfidereert desfelfs toegeventheid omtrent het Krygsvolk feer groot was , des niec jegenftaende, fegt onfen gem. Chriftin?eus,dat volgends die voorfz. Ordonnantie foude fyn gel aft en geordonneert „ dat „ voortaen by den Krygsraed alleen maer kenniffe „ foude mogen werden genomen van alle Militaire ., delicten, dog niet van gemeene delicten, ten ware dezelve in't velt of ook op togt en wagtewa«, ren begaen , als willende dat by ,de voorfz. gep vallen de Soldaten over gemeene misdaden, 3, door den Burgerlyken Regter fullen werden ge„ jugeert" welke voorfz. periode niet alleen door Kdhing Philips de IL is overgenomen en gebragt in dcbfelfs Ordonnantie op de Criminele Juftitie mede ten Jare 1570. geëmaneert , maar fchynt dezelve ook, gelyk ook nog meer anderen int die gefegde Ordonn. naderhand, wanneer het Spaanfe Juk van de halfen der bedrukte.Nederlanders reeds was afgefchud geworden, oiv, redenen van dsrfeiver asquiteic en billyk- heic,.  £24 VERZAMELING van STUKKEN iieic j door de Vaderen onfes Vaderlands t& wefen overgenomen, om het felve alfoo insge» Jykx als een gemeen gebruyk te onderhouden, immers de gevallen van die en volgende tydeii fchynen ons hier in meer en meer te beveiligen. Want gaet men n« hier eens op na, het geenè ter Vergad. van Haar Ed. M. de Hf1'" Staten van Zeeland met relatie tot defe materie van tyd tot tyd is voorgekomen, foo /uilen de retroaSla van al oude tyden af, ons onwrikbare bewyfen uitleveren dat Haar E. M, in geen ander begrip ooyt gewecfl fyn f of het voorfz. Regt van Judicatute was den fiem in Staat hebbende Steden competecrende, immers de ernjtige deliberatien dewelke hun Ed. Mog. meer dan eens, over defe materie hebben gehmiden, ( en waar van dat felfs een fpeciaal poinct van uitfehryvinge hebben gemaekt) kunnen ons tui aller klaerflen doen fien, bue zelfs op de minjle aanklagten en doleantie van een der Leden, op het impieteren van dit hun regt door die van de Krygsraed, hun Ed. M Jig tegens dien voorfz. inbreuk altyd hebben verfet, en dus dit hun regt, volgens verpligtingen, eok ahyd tragten te maintinèren(a). Het (a) Dit volgende is uit den Brief gelateri en in desélvs plnets gevoegt 't geen hier boven cnrfiv gedrukt is. ] - En in Kas de Krygsraad alleen het regt foude hebben om ovct fodanige geaeene delicten tö jugeeren, foo komt het ons voor, dat II. H. Mog. by derfelver refolutie van den 29. April 1589. den raad van State niet fouden hebbe» gequalificeert, om over fuike pure - m,lit*iïé deliïïen , by prsventie, ook ten uiterite inftantie te mogen jugecren. men voege nu eens hier .veïder by, 't geen by H. Ed. Mog. de Staten van Zeeland öp< deefe materie is gej|-  tot de MILIT. JURISD. &a 225 Het is dan ook geweeft tot mairitien van vooifz. regt dat Hr. lid. M. op .de klagten van de Magiftraat van Veere in. den Jare 1 joö. ter Vergaderinge gedaen,. ter oorfake de Baülin vatï hunne Stad fig wilde onttrekken die kenniffe vaa van fekere Quartiermeefter by hun, overeen begane manflag aldaar gevangen, daar over in 'c breedë hebben gefchreeven aan wylen fyn Exa Hoog- folveerd geworden; want wannier in den Jare ifoo. dies aang-'andu eenig veifchil was ontdaan ter oor fake divan hei. Krygsvolk, foo te •water'als te lande, fig in het geheel aen hunne ordinaire ftïagijlrate-n wilden «ntrekkenu en dat daar op vervolgens reeds de ordinaire pomtenvan be,fchryvinge waeren. afgezonden, nog een fpeciael ua-point dies aengaende was ontworpen, en acn de refpecliveLeden toegefonden géworden, fuo is r.a rypelyk Hier ovtft te wefen gedelibereert , en na dat'men ook alvorens (immers foo als het ons uit de retroafta is voorgekomen] de advyfen en berig'en hier over uit Holland met relatie tot het geen aldaar in .fuike gevallen wcrc geufeert, baft Ingenomen; Vervolgens op den 18 'April Tspr. by fym| Éd.Mög hier op goedgevonden en gercfdlveert} ziel 0.135) dat infodanige gevallen, als hier voren is', gcnelt \de> kenniffe da.ar van genomen fal werden by de bejlote Stee? den, ten ware defelve met gewoon guarnifoen bef et warenK 'en 't delift geperpetreert by 'een ofte eenige van. denfeit ten Guarnifotne , ende niet van andere Soldaten , welke van het voorfz.1 Guarnifoen niet waren, :.maar var} elders fouden wefen ingekomen, en, rs ook gefegde Refolutie „ na dat die aen wylen fyn Exell. den Heere Prirrce' Maurits was gecommüniceeit geworden, als declarerendpdaar Of te vreden te zyn , dat de Steden by hun' liedèr oua\ 'gebruik ende poffeffie (waer in fy meynden.te wefen) bleven.en. continueerden niet verder byvoeginge,. dat 'c feen door fyn Exell. defen aengaende in contrarie aen den aiüim van Vliffmgen was gefchreven, Julx was 'gefch'et. ip het verfook. van die van de Admiraliteyt van Zeel.v.t, en is p9k deeze voorfz. Refolutie op den 30. Jann. rs?;. aog nader g«connnneert. (ziel, D. 135.; IV. Dael, P  è2ö VERZAMELING van STUKKEN . Hoogloff. Mem. met vriendelyk verzoek van gemaintineer.t te mogen worden, in heure ge'regtighed-..'q , als de andere Steden ( a). Nadrukkelyk is daarom ook het advys van de H**. van Middelburg wanneer zy zig ter Vergadering van Staten op den 23, Mey 1597. op defe materie expliceerende, onder anderen feyden M dat onvermindert hunne 1'rivile„ gien in judicio contradictorio geconfïrmeert, „ van dat zy vermeugen fonder eenige excep„. tie kcnailie te nemen' van alle delicten, bin„ nep hare Steede gecommitteert fynde , oor„ deelen het den Landen van Zeeland in deefe „ geJegentheid dienftig te weefen, dat de ken„ niife van alle delicten foude blyven by de SteeB den , ten ware defelve waren gefchiet tuffchen 2 Soldaten of Bootsgefellen , in welk geval al„ leenlvk en anders niet, fy fouden „ agten dat praeventie behoorde plaats te heb* „ ben", met vvelk voorfz. advis die van Goes, Tholen, Vliffingen en Veere fig ook hebben geconfirmeert k b ). De Heeren Gedeputeerden van Zierikzee daarjop meedeadvifeerendé, declareerden „ dat de voorfz. „ kenniffe so n d er eenige limitatie of sj exceptie ('t geen nog zoo. veel verder „ gaet) by den Steeden behoorde te blyven, in „ aanzien van de groote fwarigheid, die ander„ fints daaglykx daar uit zoude mogen ryzen". Het is dan al mede op die felve grond , dat in den Jare 1631. Haer Ed. M. de fi". Staten («) Het volgende, fig ten die.n'eynde mede beroepende lp de Refüutien, bovcngem: is uit den brief gelaten. {b) Zn l l), 152 & 153-  tof de MILIT. JURISD. &c. 227 van deefe Provincie op het vertoog aan hun weegens de Magiftraat der Stad Zierikzee gedaan , by gelegentheit dat fekere Sergeant Majoor (a), beneffens andere Officieren van hec Guarnifoen aldaar, quamen te dirficulteeren om aan den Baillia van gemelde Stad overteleveren j fekere gevangen Soldaat over dievery befchuli digt, ten einde deafelven voor Burgemeeftererï en Schepenen mogt werden te regt gefield * hebben goedgevonden daar over te fchryveri aan wylen Zyn Doorl. Excell. met vriendelyk en te gelykernflig verzoek: „ dat aan de voorfz; i, Officieren mogt werden aangefchreeven-, 'en 5, gelaft., dat fy fig niet fouden hebben te on„ derwinden , of aan fig te hemen de kennis- fe j judicature of ftraffe van fuike en dier„ gelyke delicten niet Militair zynde, die by „ de Soldaten binnen voorfz. Stede en Juris}> dictie van dien, fouden mogen werden gepefc „ petreert, maar jdaar meede te laten gewor„ den Burgemeefteren en Schepenen voorn-. „ die daer toe (dus drukken fy zig in hun gem. a Miffive uit) nfet alleenlyk by oude voorgaen„ de Refolutie geauthorifeert, maar daar van ook" *, over veele Jaaren, ende in contintieelë pos» „ ftffiezyn geweefl": woorden waarlyk te klaar om daar aan eene onduyffere fin te willen geeven , of de regte meyninge van Haer Ed. Mi op dat fluk niet te bevatten. Wy fullen nu om in deefen al Verder vóortegaan (en gelyk wy reeds gefegc hebben) oris ook maar alleen te bepaalen, tot dat 't gunr. fpeéterende is, tot dié tyden in dewelke 'er eei CstV' (*) Carrey zie I. D. bi. 236 & 23". P s,  £2g VERZAMELING van STUKKEN Cap1- Gen1, is geweeft , ons dienvolgende rm niet inlaten, in die bewufte refolutie Van de gemeene Bondgenooten op den 25 Maart 1651. genomen, waar by zoo duidelyk en nomitiatim werden genoemt de mefufes en delicten, waar over (als alleen puur Militair fynde) de Krygsraed zoude mogen Jugeeren, en verder niet , alfoo alle andere fake daar by werden gelaten aen den Civilen of PolitiquenRegter, en in conformhevan welke refolutie dan ook Hn-Staten van de Provintie van Holland en Weftvrieslanc op den 30 September 1654. wel uitdrukkelyk hebben verklaard „ dat alle deli6len niet puur Mili„ tair zynde foude ftaan ter kenniffe van de orde„ Juftitie", en om welke feedenen fy dan ook gemelt hebben ; dat fulx als een permanente wet foude werden geobferveert en nagekomen, gelyk zy dan ook het felve aan den Hove van Holland by beflote Miffive hebben toegezonden , om zig in het toekomende daar naar te reguleeren, 't is dan ook om die gefegde reedenen dat wy in defen niet fullen rescontreeren , de refpeétive objeófien en argumenten welke U. F. D£- op die zoo bewufte refolutie hier bovengem'- by desfelfs hooggeachte Miffive van 0 Mey defes Jaers aen ons gefchreeven * heeft gelieven te maken, en om welke te folveveren , wy ons flatteren dat overbodige argumenten aan de hand fouden hebben, maar fullen liever daar vart als nu afgaan en te gelyk met voor by gaan van alle het geen federt die tyd dat 'er geen Cap"- Gen1- geweeft. is in de Regeerirg ïs voorgevallen, afdalen tot op den jare 1Ö75. welke ons al ras fal uytleveren het gevoelen, dat wylen Zyn Hoogh> Willem III. G1, Gedagteniflê over.dit ftuk  tot de MILIT. JURISD. &c. 229 fenk heeft gehadjWanneer by desfelfsHooggedagte lviiffiven,fooaan de refpéteiveProvincien als in die van den 16 Mey des gem. Jaarsaan de Hoven van Juftitie gezonden fig daaromtrent, hoewel mee eenige meerdere reftriclie, komt te verklaren, en waar van wy ( om niet te repeteren het geen daar over by onfe Miffive van den 23 April laalfleden gemeld-hebben) thans geen.aanhalingen fullen doen , en dus maar. alleenlyk by defen (onder b'Jioorlyke reverentie) tragten opteloffen de respcéliveredenen en argumenten by U Hts-Miffive van den 9 daar aan volgende, hier tegens geallegeert; want voor zoo veel betreft, dat de voorfz. propofitie of-declaratoir van wylen Hoog-gedagte Syn H£- door alle de refpeétive Provintien nogdoor die van 'tHof van Holland foude zyn aangenomen, in diervoegen dat die na derfelver gehoude deliberatien daar over als een refolutie, waar na zig te.reguleerc hadden, foude weefen aangemerkt, en dat dienvolgende door het niet aanneemen van defelve, Syn Hoogheid zig in zyn vorig regt fouden hebben gemaintineert, zoo fy het ons gepermitteert daaromtrent te mogen remarqueeren, dat buyten en behalven de redenen by onfe Miffive van den 25. April defes Jaers, ten vefpecle van defe Provintie geallegeerd , de wefentlyke en ware redenen waarom de voorfz. propofitie voor. geen reglement is aangenomen, Ons toefchynt te wefen, namentlyk, dat mg die voorfz. refpeftive Provintien nog het Hof van Jufli~ tic gaarne souden hebben gegusseert en afgegaan niet alleen van hun oud Regt enCostumen, maar infanderheid van foo een algemeene CfiRSCIPIEfiKDE WiTII, als by de «ESAMEflTLYP 3 KE  23o VERZAMELING vak STUKKEN ke Bontgenoten ten Jare 1651. was aangegaan, en fulx om ce moeten ampleéteeren een Regt 'tgeenalleenlyk in't vervolg bepaald foude blyven aan de gevallen van praeventie, hebbende dus liever met ftilfwygen daarin willen beruften, dan met het felve te converteren in een Refolutie, hun reeds vooren gearrefteerde om ver te werpen: En letten wy op dep voorflag felve eens, die by voorfz. hooggedagte Miffive word gedaan, fo leverd immers die een inconstabelbewys felve uit, dat wylen Syn Hoogheit Gl. M. ookin geen ander verflant omtrent het regt, dat gemelde Steden heden hadden , kan geweeft zyn," alfoo het niet te vermoeden is, dat zyn Hoogheit ander/mts fodanig een propofitie tot het aannemen van de Judicature hy pmventi,e, foude hebben gedaan. En of fchoon al waar mogt wefen, dat door ymand der refpeétive Bondgenoten gemelde propofitie mogt wefen geampleéleert, foo heeft die egter geen verandering kunnen maken of te wegen brengen aan het regt van d'andere Provinden foo min als aan Defe, als die het felve altyd (gelyk reeds hier voren aangetoond is) onwankelbaar en volgens verpligdnge heeft tragten vaft te houden, en te maintineeren. En waarlyk niet fonder allefints billyke en welgefundeerde reedenen , en jonden , als die zelfs op het regt van Souverainiteit fteunen , nadien het regt, het welk rui de ftemmende Steeden, over de Militie in ibmmige gevallen, foo als die van gemeene dehéten, is competeerende buiten alle bedenkinge (foo het ons toefchynt) komt te delhieeren uit het regt van Souverainiteit over de Militie, in welk  tot de MILLT. JURISD. &c. 231 welk regt dan ook de gemelde Steeden als iutegreereude Leeden fyn participerende; (a) wierd dan fa) Dit volgende, is uit den Brief gelaten. Waarom dan ook het felve regt aan die Steeden, dewelke geea item in Staat zyn hebbende, gelyk ook aan dewelke onder de Generaliteit waren rerorteerende niet is toegcftaan.C*) Men fpreeke nujnog niet eens van die inconvenienten. dewelke uit foo een gedecideerde en overgegeve algemeene regtsoefFening fouden komen te refulteeren en om welke reden dan ook buiten twyftel alle andere Mogentheeden felfs geprajtendeert hebben gehad , dat de Judicature over de Militie, welke zy in hunnen dientt quamen overtenemen in algemeene detiftea, en die niet puur Militair waaren, behoorden gelaten te worden aan de Eurgerlyke Regter 'van die Steden, in dewelke defelve Guarnifoen foude komen te houden, gelyk wy daar van onder anderen een notabel geval van fouden kunnen bybrengen van den Jaare 1666. ten opfigte van de Militie van den Staat, welke in da Cleeffe Landen wierden gslegt, cn over welke de Keurvorft van Brandenburg de Judicature in alle zulke gevallen als hier voren gezegt is, gaarne aan de Cleefie Over. heden gedemandeert zoude hebben gelaten, dog om geen andere Reedenen by H. H. M. gedifficulceert. als alleen sm het Regt van de Souverainiteit de rejpeiïive Jtemmende Steden in de refpeiïive Provinciën competeerende (| J. (•) Men vergelykc hier mede Art. 8. van de ConfiJeiaiien en Inclinatien van de Provincie van Gelderland. II. D. p. 35- Cf) Tot ftaeving van dit raifonn. ment kan dienen, dat by geene Mogenheid zulk eene ongelimiteerde Jurisdictie den MiKatren Rechter vergunt is , nog in Engeland , nog in Frankryk, nog OnMVnrvk- uit veifeheidene voorbeelden, welke ik zoude kunnen. Eigen', zal ik 'er één kiezen tot het Kaifte Ryk bctrekkdyk, uk 't welk middag klaer blykt , dat «ain de Ooltenryklehe Sedertandfche Steden , van Commune delf en t door M;lita„m ienèr etreert, de kennifle en Judicature door den B*m,tthaiun Rechter, waar 't fait geenmmitteert Is, wordt genomen en geoeffcnt, nimmer door den KBUtaifen Rechter. Zie hier c geval: MESSIEURS-! Comme un Officier du Regiment de ^^9^ * de aue nous croions le nommcr N. Ie L-olie, » enievete m.ifm'nw'un rapt de ieduction. une jeune; Uem.nte Ie de CQfld.MI, de tt« VUle, nommé, MurieTnelt, ag& de ta iVzu uS>, 4: qu» r 4  |3» VERZAMELING van STUKKEN dan nu aan die Militaire Juftitie (4) een onbepaekie en algemeene regtsoeffeninge geeedeerc, foo fullen jmporte a la Juftlce, que Ie coupabfc (bit arrété ,.nous kous .prions de faire-les recherches les plus exacïes , pou'r'fe decöuvrir , s'il fe rrouve fous le refioit de vorre Jurisdiclion , afin de 1'arrêtter ce de nous donner d'abord part, vous priant 'au furplus de faire fequeftrer la Demoifelle , dans quelque place convenable, li elle eft avec lui, nous joignons fon Portrait & forames dans 1'attente dc Votre reponfs ' ■ • • ■ , , , • MESSIEURS! Votre tiès-humblc & trés-obeïfltints Serviteurs, Les Bourguemaurcs, Echevins, & Confeil de la Ville de Bruges. kW (figné) '■] r. xi . ivr' H'j Se H°°gke van de Gauguerie. De Notre Aflèmbléc le 13 Decembfe 1777. Portra.'t. II eft de la taille d'épyïron öpied, il a Ic vifane rond les yeux cheveiix & fotrrcils noirs, porte ordinaire' n eut 1 Uniforme du Regiment blanc & noir, avec une capeHe bleue dnublée de blanc. 4' Geregijlreerd in 't Regifler van Hifives N°. 13 Fp. 20 ver Ja der Stad Mid. aelhnrg. MESSIEURS! ^Jv'us ayons 1'honncur de vous donner Part, que le nomtné' Le dWUe , léquel nous vous avons priés norre lettre de hier de faire ^iiêiter fous . votre Junsdicïion , peur le delit y Mentionné eft de3?. arêtcé a. Ypres, avec Ja Demoifelle euleviïe. qu'ainfi notre refluifitmn a fon regard vient a cefier; nous vous reaiercinns (ie récherches qne vous avez peut-ètre deja faites & vous offerons no* fervices reciproques en toute occurrcnce 1'onime' avec une reconnoiliance cliftinguée > ■ MESSIEURS! " Vos très-humble & trés - obdïflants Serviteurs. Les Bourgucmakres, Echevins, & Confiel de Ia Ville de Brages • ' (figné-) ^ ,rr ,,. &e llooghe van de Gaueuerir De notre Auenihlée ^"uguene. ©3 14. Decembre 4777. Ger'egijtreert in 't 13 Regifler van Misfives aan de Static Middelburg 94 F". 21. vrrfo. s v (<%) In een ander Ms. ftaet werdt nu aen dfe HdiUtij.  tot de MILIT, JURISD. &c, 2.3$ ien wel haaft die leeden, uit wiens boezem allegedemandeerde magt is prorluerende, lig met die van andere mindere en ten eenenmaal Subalterne Regeringe Oen paralel getleld, ja met eenen ook ontbloot van dat refpeót (hoe gering het felve ook (hans wefen mag) het geene immers die van de' Guarnifoenen met min, als andere Burgers en Ingefetenen , aan hunne Overheden en Souveraine leden verfchuldigtf zyn, gemerkt fy door het niet konnen oeffenen van hunne Jansdictie , willens, onwillens fomtyds fullèn moeten 'aanzien s dat, foo de mefufen en gemeene delicten niet al min of meer geconni veert wier Jen 3 fen minden niet met die vereifte oplettenheid geobferveerd, waargenomen en gecorrigeert fullen (b) worden, als wel de ruft en tranquiliteit wélke onfe Ingezeten en Burgers a'ltydgewopn geweeft zyn te genieten , komt te requireren: foo als wy dan ook geduurende de korte 'tyd van het Guarnifpén alhier daar van reeds fprekende bewyféu hebben gehad. Men fpreeke nu nog niet eens van alle verdere inconvenienten , die uit foo een overgegeve algemene Regtsoeffening moeten komen tc refulteeren , en geen kleyn grieff aan onfe Burgeren en Ingefetenen moeten komen te leggen , gelyk die immers 'dan ook onder andere gehouden zouden moeten zyn, in cas dez.lve eenige wettelyke reden van klagtên tegens een der Officieren of mindere van den Guurnifoene hadden in te brengen, te gelyk zig felven, in gevijlen van Reconventie, ; te regt moeten zien gefield voor dien Regter van dewelke defelve geheel {i) In een ander Mf. lees ik zouden  $ 34 VERZAMELING van STUKKEN heel en al independent fyn en aan geenerhande (a) Judicature als aan die van hunnen Civilen Regter onderworpen. Maar om nu verder na het einde te fpoeden fullen wy eyndeling hier nog by brengen een reekx van-exempelen, welke alle net geene hier voren gefteld is , nog nader fullen corroboreeren: Notabel is dienvolgende, het geval ten tyde van wylen Syn Excel. Prins Manrits'in den Hage, en dus genoegfaem als onder het Oog van hooggedagte Syn Excellentie voorgevallen, omtrent twee Militaire perfonen va» het Guarnifoen aldaer, die ter oorfake van een fchrikkelyke moord by hun begaan aan een Amfterdams Juwelier (dewelke fy derwaards hebbende doen komen onder praetext dat hy ten Hove foude brengen feekere Juweelen, om voor wylen Zyn Excellentie Prins Maurits te kopen , denfelven daar op in een Kamer zynde gebragt, met een Piftool hadden doorfchoten) ter oorfake van dien voor den Hove van Juftitie fyn gejugeert , en ook vervolgens door dezelve gecondemneert om gerabraakt te worden (a). Van geen andere gedagten nopens het voorfz. Regt van Judicature is ook geweeft 't provinciaal Hof van Juftitie in Vriesland , wanneer feker Soldaat van het Guarnifoen te Leeuwaarden over begaane manflag in de Jare i 606. ter dood hebben gecondemneerd. Maar om nu wat nader te komen tot de gevallen , welke binnen defe Provintie en infonderheid in . (a) In een ander Ms. ftaet geene andere. (a Zie Loshius Decif. en Qbjerv. caf. li. P. 331. »t 333.  tot de MILIT, JURISD. &c. z3S in defe onfe Stad fyn geè'xteert, foo foude men uit de retro atla daar van een groot aantal kunnen aan de hand geeven, als daar zyn de Capitale procedures ten Jare 1595. gehouden door den Hr* Remm*'- bewelten - Schelde in qualiteit als Hoogbailliu teegens fekeren Soldaat uit het Guarnifoen van Goes over begane manflag: ten Jare 15,7. door den H> Bailliu defer Stad, tegens eenen Trompetter in 's Lands dienft zynde, over gehouden Correfpondentie met den Vyant (a), ten Jare 1599. is een Soldaat van het Guarnifoen defer Stad, over moetwil en dat des nagts op ftraat was gevonden ter inftantie van den Heer Bailliu gebannen. In den Jare 1600. is mede een Soldaat in het Guarnifoen alhier, over het aanranden en flraatfchendery by fententie van de Weth gegeesfelt en gebannen; gelyk mede nog ten felven Jare een ander van het Guarnifoen alhier op de Galeye is verwefen, ter oorfake hy fig van fyn Capn- , met wien hy ter adfiflentie van een der Hn- Burgem13, des nagts was uitgegaan om feker rot boosdoenders opteligten en te vangen , fig hadde geabfenteert, en '' insgi lyks disordre gepleegt. Ten Jare 1602. is door den Hr- Bailliu tegens een Soldaat van 't Guarnifoen alhier meede over gepleegde moetwil geprocedeert, gelyk ook in den Jare 1603. over dievery, en in den Jare 1^25. insgelykx tegen een Soldaat van 't Guarnifoen defer Stad wegens begane Huisbraak : Buiten ai'e welke en behalven die geene vrjn latere tyden, en welke by onfe vorige Miffive gemeld, Wy nog wel 10 a 12 fouden k tinfa) Men vergelyke hier mede het treurgeval van dca ongelukkigsn de Witte,  «3<5 VERZAMELING van STUKKEN kunnen opnoemen, zo wy niet vermeynden dat dit aantal ten opzigte van onfe Stad groot genoeg was ; en fullen dienvolgende en om alle andere by defe dan ook voor by te gaan hier nog maar alleen by voegen de gevallen, welke in de naburige Stad Veere in vorige tyden, zyn gepasfeert, gelyk daar zyn de procedures by den Hr- Bailliu van gem. Stad ten Jare 1608. gehouden teegens twee Soldaten, van het Guarnifoen aldaar over dievery en brake: ten Jare 161 z. tegens fekere Luitenant over het contravenieeren van het Placaat van de Jagt: ten Jarei<5iö. tegens een Soldaat weegens het openbreeken van Vistonnen en het Reien van Vis daar uit. Ten Jarei6l7. tegens fekere Sergeant van deComp1Cap"- Cabeïjauw,in.Cas van adulterie en nog eindeling ten 1683. in den zaak van den Luitenant Oldenburg ter oorzake van delfelfs injurieufe expreffien tegens de regeering der gem. Stad,altemaal immers overbodige bewyfen ter betoog van dat geen, welke wy ons te demonftreeren voor-» gefield hebben. Wy vermeynen dan nu. hier mede klaar en fo wy hopen ten genoegen van U F. D'* in de eerfte plaats te hebben aangetoond, dat volgens het Roomfe Regt, en de befchreeve wetten het den Burgerlyken Regter, in faken van gemeen delicl over Militaire perfoonen ook gecompeteert heeft te mogen jugeren en vonniffen, dat wyders al het zelve ook volgens het hedendaagfe regt ten minften by pmventie altyd en ook nog. heeft plaats gehad; vervolgens vermeynen wy ook zoo uit de Placcaten, Privilegiën, Aéfens, als een groot aantal van exempelen.nader te hebben geadftrueert, dat het regt van Judicature alhier in controverfie » der»  tot de MILIT. JURISD. &c> 13? den Hemmende Steden, immers in defe Provincie , inconteftabel is toekomende. Een regel dierhalven waar van wy Eeds en pligts halven , vermeynen niet te kunnen afgaan, ten zy, óns uic de Refolutien en Aótens van den Souverain, kome ten blyken , dat het voorfz. Regt door de Souverain alleen aan den Militairen, en ook met aan den Civilen Regter is vergunt, en gedeinandeert gelaten. Waar mede Döorl. Hooggebore Furft en Heere zullen wy God bidden , dat hy uw Hoogheids illufler en dierbaar Peifoon genadiglyk gelieve te bewa* ren , en met eene voorfpoedige Regeeringe te zegenen. Blyvende Uwe Hoogheit onderdaenige Dienaereh Bofgermeefters, Schepenen en Raden der Stad Middelburg in Zeeland, Middelburg den ki Dec. 1743,. Ter Ordonnantie van dezelve. XXXIX.  s38 VERZAMELING van STUKKEN XXXI X. MILITAIRE JURISDICTIE. Steedelyke Notulen der Stad Middelburg (a). 2j ekere Soldaat over het Bedreven van infolentien geapprehendeert en door een Adjudant en eenige Soldaeten den Stadhouder ontweldigt , weder op dezelve wyze aan den Stadhouder overgegeeven, en door denzeiven gebragt op s'Gravenfleen. 5 April 16*87. Het Placaet waerby de Soldaeten werden verboden des Somers na tien uuren en des winters na negen uuren op de ftraet zig te laetenj vinden op poene van apprehenfie gearrefteert 26 July r , a Het verzoek van reclame van eenen Roeit, bevorens Soldaet ge- («) Nog is my voorgekomen een vertoog van den Lui-; tenant Admiraal Tresion, hebbende een Bootsgezel op fyn Schip doordeken , prasfenterende ter prsfentie van den "Bailliu van Middelburg te regt te ftaen daer fyn Excel, lentie fal believen, daer toe doende handtafting van ^en Raed. Zie Not. van Gecoiti. Raed 10 Julz 1584. Te fchryven aan fyne Excell. nopens de relaxatie van den gevangen Tresion, en beeft de Bailliu van Middelburg den gevangen fonder advis van den Raad of Staten gerelaxeert. Not. van Gecom. Raed. 15. Jïoy. 15S6. Zi» ook aa. Apr. en 18 Juny 1587.  töt de MILIT. TURfSD. Sec. geweeft zynde en alhier een Neerlaeg aen een Soldaet hebbende begaen, gedeclineert. 24 Aug. l<$9& Den Heer Bailliu , Capitain Major, Stadhouder, die van de wagt, en alle andere Stads Officieren gelaft: in cas van Straatfchendery , zo wel Militairen als andere Ingezetenen, te apprehendceren, en te brengen in arreft omme tegen haer te worden gtjprocedeert. 14 Juny i$o& De voorfz. Refolutie voor zoo veel dezelve betroff het misnoegen ter zaeke van de kwade bejegeningen aen den Stadhouder uyt naem van den Commandeerende Officier toegevoegt, vermits Leedweezen had betuygt, ingetrokken. 21 » ■' ■» Confentin een verzogt Pardon aen een Soldaet weegens defertie, 4 April 1744,' Reglement waer na de Militie in deeze Stad Guarnifoen houdende zig zal hebben te reguleert (a). it Nov. 1747, Wegens de Infolentie door den Cornet Wyngaerd aen de Portier van de Noordpoort, wei- (a) Dit raekt alleen het Cerenonieel.  &4ö VERZAMELING van STUKKEN gerende het Poortgeld te betalen, gepleegt en door den Baillia -dezer Stad geactioneerd , dog door den Commandeerende Officier van dit Eiland gereclameerd zynde , aen zyn Hoogheid te fchryven, met Verzoek dezelve mog gelaten wórden aen de Judicature van defe Weth. en die \'an de Krygsraad gelalt de geëntameerde Proceduren te onderlaten , als ftrydig tegen Üe "Privilegiën dezer Stadt, en verfcheide Refolutien van hun Ed. , Mog. 22en23Apr,i74g Op de Commünicatié van de Heeren van de Weth, dat door de bedienden van den Heer Bailliu was geapprehendeert én op 's Gravenfteen gebragt zeker Soldaet van het Régiment van Rechteren , wegens ontdekte Diefflal, en dat gem. fleer Bailliu ide .Procedures tegen denzelvé had geëntameert, is het vervolg dier zaek aen gem. Heeren gedemandeert. 30 Nov. Qp de Miffive van zyn Hoogheid requireerende dat. de Soldaet hier boven gem. met de ingewonne informatien aen den Crygsraad van het guarnifoen wefde overgegeven, te refcriberen, om kennis te geeven van dé tc-  tot de MIUT. JURISD: &C' S4i redenen en motiven die Haer Ed. Achtb. gehad hebben, om zich de Judicature van den zelve aen te trekken en den Soldaet te vonniilen. ï| Dec. — si Dec. »;»!^| 4 Jan. i?4£ In het gerequireerde van zyn Hoogheid door den Grave van Rechteren, om informatien en Proces Hukken jegens den Soldaet, bekend by de Notulen van den 30. Nov. 1748. aen den Collonel over te geeven, voor als nog gedificulteert, alzoo nog geen antwoord van zyn Hoogheid op de Miffive van deeze Vergadering van 14. Decemb. 1748. is ingekomen. 22 Febr, i?4^i Communicatie weegens de Heeren van de Weth, dat zekere Frederiek van Roffiirn na dat reeds eenmael weegens gepleegde Brutahteytén alhier in' hegtenis was geweeft en gefententieerd, zig andermaal binnen deeze Stad daer aen hadde fchuldig gemaakt, doch zich kort daer aen had geengageert in Militaire Dienft in het Regiment te Vlis» fingen guarnifoen houdende, dat IV. Deel. ' ge-  »4* VERZAMELING van STUKKEN de Krygsraed van datGuarnifoen gedifficulteerd had gem. Perfoon. aen den Bailliu dezer. Stad over te geeven , zonder daer over alvorens aen haer Koningl. Hoogh. te fchryven, dewelke by refcriptie den Krygsraed had geauthozifeerd gem. Perfoon ter Judicature van de Weth defer Stad over te geeven, mits dat zeker Soldaet uyt het Regiment te Vlisfingen weegens deeze feytlykheden alhier geapprehendeert aen den Krygsraed van dat Guarni-ï! foen werde ov'ergegeeven , dog geconfidereert zulks zoude kunnen zyn een zaek van veel confequentie aen de Hr Du Rocq te declareeren, dat Haer Ed. Agtb. daer toe niet konden inclineeren. 13 July 1754. X L.' Crimineele Vonnijfen over Militaire te Zierikzes. ï$86*. 5 Ju'y E en Trommelflager in dienfl van den Koning tot de Galgen verweefen. 1570. 23 Sept. Sententie in cas van een Injurie over de Scherpregter dewelke voorgaf eertyds met een Soldate vrouw alhier in guarnifoen gebouleert te hebben.  tot de MILIT. JURISD. &e. 343 1571. 13 0£lob, Een Soldate vrouw in guar«' nifoen in deefe Sta'd, weegens het befteelen van een Spaans Capitain en van de Meubilerj van den opper Dykgraeff daac denzelven was gelogeert, gecondemneert om te pronk te ftaan op een Schavot en gebannen. i . ■ ■ lbid van een andere vrouwe! (dog dit fchynt een Burgerend geweeft te zyn.) 1573. 6 Maart Weegens defertie. 1 .Mey Een Palfrenier en Soldaat van* Hopman Kloot, gebannen weegens exceffen aan de Land'luyden. »■ 1 Mey Andries Fieterfz, Soldaat wee* gens een neerlaag aan een ander Soldaat alhier in Guarnifoerj gebannen op de Galyen &c. 1574. 15 Maart Sententie tegen een Engelfche Soldate vrouw weegens Overfpel omme te wefen gebannen,' 1586. 6 Nov. Ses Soldaten uit Huift met ees fchuitje by Brouwershaven gekomen zynde om te mseskop-s pen gehangen.  è44 VERZAMELING van STUKKEN 3 O&ob. , Dirk Laurenfe, Matroos ia 's Lands dienft alhier gekomen zynde, om iemand uit Noordgouwe op te Jigten en gevangen na Steenbergen te brengen, gehangen. 8 July Dirk Pieters, ter voorn, zake gebannen. I594. 22 Jann. Een Matroos op een OorJogfchip over Straatfchenderyegegeeffelt en gebannen. ïjpö. 6 April. Twee Soldaten wegens een neerlaag gecondemneert om onthoofd te worden. XS97' *3 Decmb. Twee Bootsgezellen in 'slands Dienft over dievery gegeeffelt en gebannen. 'S600. C Sept. ' Twee Schotfe Soldaten alhier in guarnifoen weegens het fteelen van een Schaap gefen tendeert om te pronk te ftaan op een fchavot en gebannen 14 Jaaren. If5oo. 16 Sept. Item nog drie Engelfche Soldaten genoegzaam gelyke Sententie ter zake voorfz. 1662. S April. Teegens twee Soldaten alhier in guarnifoen over het fteelen van een Lam, om agt dagea te water en te brood gezet te  roT de MILIT. JURISD. dcc. . 24.5. te worden in de donkere put, en parthye zyne fehade indien hy zulx begeert. „ 2, Nov. Een Engelfche Soetelaar cn een Soldaat alhier in guarnifoen over differente dieveryen gehangen. 1C03. 21 Juny Twee Engelfche Soldaten alhier in guarnifoen weegens het ftelen van een Schaap gecondemneert tot de Gailey. 1604. 20 Maart Een Adelborft en twee Soldaten in guarnifoen te Brouwershaven , over hiiysbraak, fleeien, en ander gewek, gehangen. tfjog. 16* Febr. Twee Soldaaten, op verzoek en overlevering van hare eygen Capitein, den L* Collonel f larrewel, weegens veele capitale dieveryen zelfs met Huysbraak, gecondemneert om te werden gegeeflek en gebannen voor 7 Jiaren. i6~oS. 7 Juny Twee Soldaten alhier in guar- r nifoenom het fteelen van Schapen , en Lammeren gegeeifelt en gebrandmerkt en gebragt op de Hollandfche Gallye. t6o$. iq Juny Een Soldaat alhier in guarnifoen weegens dievery, gegeesfelt en gebannen voor 7 Jaaren. <2s iöïa,  H<5 VERZAMELING van STUKKEN |(5iï. 14 July Item, om te werden gegee. feit en gebrandmerkt, gebannen voor 21 Jaaren. $.662. 10 Eebr. Een Soldaat wegens het trekker? van zyn deegen tegens 's Heeren Dienaars gebannen voor 21 Jaaren. I?ö5. 10 Mey Jan Ryne Soldaat, wegens begaane Manflag op Schuddebeurs aan den perfoon van Jan Buikenbaas, gebannen (dewyl was voortvlugtig) voor zyn leven, op prene van met de koorde geftraft te worden. NB. hier over zyn wegens den Hertog verfcheide oppoft* tien door den Auditeur Militair gefchied , maar te vergeefs. XLL'  tot de MILIT. TURISD. &c. Hf- xl r. ErYef (d) van Mr. a. G. Waelwyk, Aiiditeur Militair te Breda, over de Jurisdiciic of het Rechtsgebied van Militairs Rechter? hier te Lande ,', in Crimineele zaken, gejohreven aen Mr. Jan Wybo , Advocaet l'iscael van de Generaliteit. 15. Febr. 1749. WEL EDELE GESTRENGE HEER! j[) c kortheid des tyds ende myne cxtraordIr Daire onvoorziene bezigheden, hoop ik, dat my zullen doen excufeeren, dat ik Uw Ed. Geflrenge hier mede maar kortelyk en met voor by gaan van veele particulariteiten fupped iteere myne geringe confideratien., over de Jurisdiïcie of het Regisgebied van de Militaire Regters hier te Lande, in Criminele zaken. Een materie, waar inne het my voorkomt, dat om daar van met zeekerheid en op goede gronde te kunnen oordeelen, drie zaaken wel voornamentlyk te confidereeren ftaan. 1 Den aard en hoedanigheid van dezelve Jurisdictie. 2 De (a) Het mangelt my aen tyd en lufr. om het valfche Van deze geirogtelyke verdediging van regel tot regel aentewyzen, ook zal 't voor niemand nndig zyn die deze IV. Deelön niet eenige oplettenheid heeft doorbladerd. ^4  VERZAMELING van STUKKEN 2 De uitgeftrektheid van dien , volgens 'e Roomfe Regt. 3. Wat dien aangaande hier te Lande van ouds af is geftattiecrt. , In opzigte van het Eerfte komt in aanmerïnnge, dat de Militie hier te lande niet alleen . heeft hunne byzondere Regters, ende een or? dmaire Regtbank in ieder Guarnifoen, en daar cn hoven nog een Supreem Hof van Juftitie, exerceerende in het hoogfte reffort alle foorren van Jurisdictie over de geheele Militie en over alle zaaken van Krygshandel , tot welkers bevordering en om het regt van de Hooge Overr heid waar te neemen , meede zyn aangeftelt Officieren van de Crimineele Militaire Juftitie, namentlyk een Fiscaal voor het Hooge Geregts Hof, ende voor de Ordinaire Regtbanken de Auditeurs Militair in ieder Guarnifoen; Maar dat wyders ook de Militie, ten refpefte van alle andere zaaken in 't generaal, van ouds af op zig zelfs heeft beftaen, ende zoo wel als de Borgers en Ingezeetenen van *t Landt, altoos heeft gehad haare byzondere Overheid, magt hebbende om over dezelve in alle zaken van krygshandel te gebieden, ende tot derzelver Regeeringe en beftieringe te maken allerlei Reglementen en difpofitien op het Militaire huishouden en beftaan, ende aan welke Militaire Overheid ende derfelver reglementen en difpofitien de Militie geheel en al zonder eenige uitzonderinge, is gefubordineert. Ende moet derhalven de Militie, hier te lande , worden aangezien, als een byzonder huysfcpiiden, niet alleen met relatie tot de Juftitie,  tot de MILIT. JURISD. &c. 249 paar in 'c algemeen ende in alles op zig zelfs heftaande , even zoo wel als het borgerlyke Huishouden, ende daar meede niets gemeens hebbende dan dat beide hebben een en dezelve "Souverain, ende beide even eens zyn verpligt, tot obfervantie van de algemeene wetten, door de Souverain geëmaneert, tot confervatie van de gemeene ruft, tot het opbrengen van 's Lands fchattingen en Jaften, ter bevorderinge van al* les, wat het gemeene Lands welweefen concerneert, en diergelyke. Dewyl nu ieder huishouden apart en op zig zelfs beftaat, ende ieder heeft zyne byzondere Overheid, zoo fpreekt het wyders van zelfs, dat de eene Overheid geen gezag altoos kan pretenderen over de Perfoonen en zaken, behorende tot het huishouden van de andere, zynde het zelve reeds by de Romynen zodanig begreepen, ende daar ontrent in Leg. 1. (Lib. r. T. 29.) Cod de Off. Majg. Mil. (a) expres geftatueert, niet alleen ten aanzien van de Geregtszaken , maar in 'c generaal met relatie tot het Magiftrale gezag , dat nog de hoofden en overheden van de Militie eenig gezag zullen hebben over de Borgerlyke Perfoonen, nog daar teegens ook de Borgerlyke Overheeden over de Militie. Ende kan gevolgelyk de Borgerlyke Overheid , Jure Magiftratus, geen gezag altoos prastendeeren over de Militie of over de zaken van Krygshandel, behoorende tot het Militaire huyshouden, even zoo min, als de Militaire Overheid -Tin llhtflres. Comités Magiftri peditum & taui* turn, in Provinciales nullam penitus habtnt potejlatsm: H<6 $iaj>lijjïma PrefeSura in mjlitares viras* 9,5  250 VERZAMELING van STUKKEN heid eenig gezag kan praïtendeeren over de Borgers en Ingezetenen van het Land, ten aanzien van zodanige zaken , die tot het Borgerlyke huishouden behoren, waar uit dan voorts cemakkelyk is op te maaken, of en in boe verre de Militie, ter plaatfe van hun Guarnifoen, is geobligeert tot nakominge van de Reglementen en difpofitien, door de Borgerlyke Magiftraat aldaar gemaakt ten opzigte van derfelver Borgerlyke huishouden, als meede of de byzondere i Privilegiën, door de Borgerlyke Overheden aan Gilder», Confrerien en andere verleent , ook teegens de Militie kunnen geappliceert cn van gebruik gemaakt worden , verder of anders , dan voor zoo_ veel zy door de Souverain , of door hunne eige Militaire Overheid zyn gelaft, zodanige Privilegiën te refpeéteeren. Beide deeze Overheeden hebben ieder afzonde rlyk en op zig zelf van de Souverain («)gekree;gen een Ma:>iftraats gezag, ieder over die geene aeiromtrent xlie zaaken, .waar over zy als Magiftraat zyn aangefteld, ende het is zeekerlyk uit hoofde en het gevolg van dat Magiftraal gezag, dat aan ieder in zyn huishouden ende over het geere, waar van het Magiftrale gezag door den Souverain' aan ieder is gegeeven , competeert -de exercitie van alle foorten van Jurisdictie, ende dien volgende zoo is de Jurisdictie van de Militaire zoo wel als van de Borgerlyke Regters in haar aart een eigen en Univerfeel regts- fa) Nimmer is 'er nog eenig bewys tc vooiTcbya gebragt ter ftaeving van deze Helling; simmer zal 'er een voprtgebrazt worden uit de Regifters van voor de porechting dezer Republiek tot-op dezen dag. . *  tot de MILIT. JURISD. Sec 251 gebied, ende zoo wel als de Borgerlyke Overheid uit hoofde van derzejver Jus Magijlratus exerceert een eenige Jurisdictie, zoo ook heeft de Militaire Overheid , als een gevolg van haar Magiftraal gezag het regt, omme of zelfs of door andere te oefFenen een eigen regtsgebied- Ende kan mitsdien het regtsgebied over de. Militie niet verftaan worden oorfpronkflyk te competeeren aan de Borgerlyke Overheid, a's een gevolg van derfelver Jus Magijlratus ofte van dezelve ontnomen, en alzoo aan de Militaire regters geconcedeert of gedemandeert te zyn; waar uit dan wyders kan worden afgenomen, of zig niet merk el yk hebben geabufeert die geene, die de Jurisdictie van de Militaire Regters willen geconfidereert hebben , als eene gedemandeerde of gedelegeerde Jurisdictie, ende die aan dezelve alleen maar willen geattribueert hebben een regt van Judicature over de Militie, voor zoo veel betreft de Difcipline Militair, zonder eenig regt van territoir over of in eenige plaats , daar de Militie zig onthoud, even of de Militie in alle andere zaken behalven alleen'dat gelimiteerde regt van Judicature, was onderhorig aan het gezag van de Borgerlyke Overheden , en of dezelve in al het overige moefte geconfidereert worden , als een gemeen huishouden met de Borgers en Ingezeetenen van het Land. Vervallende hier meede dan ten eenemaal de abufive gronden, waar op, uit hoofde van den aart en hoedanigheid der Jurisdictie van de Militaire Regters, is gebouwd geworden het fentiment van die geene, die, zonder te hebben nagegaan de hiér voor gedemonitreerde fourcé vat}  iS* VERZAMELING vak STUKKEN van het zelve regtsgebied, geoordeélt hebben, dat de Militie, uitgezondert alleen het geene derzei ver Militairen dienft ende de difcipline Mi» litair betreft, voor het overige in alle andere zaken, het zy privativelyk het zy by praevenrie zoude ftaan ter Judicature van de Borgerlyke Regters, Ende appareert daar teegens uit dit alles, dat zoo min als de Borgerlyke Overheeden in 't generaal eenig gezag kunnen oeffenen over de Militie of over de zaken tot het Militaire huishouden behoorende , even zoo weinig de Borgerlyke Regters zyn bevoegt, tot de exer-. citie van eenig regtsgebied over de Militie; ende dat zoo wel als de Militie heeft eene byzondere Overheid, ende in 't generaal alleen daar aan is gefubordineert, zoo ook dezelve in alle Judicieeie of geregts zaken heeft byzondere en eige Regters, ende alleen daar aan onderhorig is; Ende voorts ook, dat de Militaire Regters exerceeren niet eene gedemandeerde, maar eene eige en Univerfeele Jurisdictie. Welken volgende in het onderzoek van de uitgeftrektheid van de Jurisdictie eigentlyk niet ftaat na te gaan, in hoe verre en in welke byzondere gevallen de Militaire Regters als eera priviligeert Forum expres zoude zyn gequaiificeert tot de exercitie van eenig regt van Judicature , maar enkel en alleen , of die eige en Univerfele Jurisdictie , zoo als dezelve proflueert uit het Jus Magijlratus van de Militaire Overheid , is in zyn geheel en onverkort gebleven , of welke veranderingen daar omtrent door den Souverain zyn gemaakt; Invoegen dat alle zaaken die niet gevonden worden van de  tot de MILIT. J17RISD. Sccl &S3 judicature der Militaire Regters afgetrokken, en aan andere fpeciaal en expres gedemandeert te zyn, volgens den aard en hoedanigheid van hec regtsgebied der Militaire Regcers moeten geoordeélt worden, aan dezelve zyn gebleeven, en als nog te competeeren. Waar meede overgaande tot het hier voorgemelde Tweede PoinÏÏ, concerneerende de uitgeftrektheid van deeze Jurisdictie volgens het Roomfche Regt, zoo dient, voor eerft geremarqueert te worden, dat in de verhandelinga van deze materie de delicten doorgaans wel worgden onderfcheiden in Gemeene en Militaire DeHelen waar van ik door de eerfte zoort verft» de zulke, die de publique ruft en gemeene zamenlevinge choqueren en geene betrekking hebben tot de Militaire dienft of Krygshandel, ende door de andere komt het my voor , dar in tegenftellingen van de eerfte moeten verftaan worden alle misdaden, die tegens den Militaire Dienft of Krygshandel begaan worden , dog, behalven deeze generale verdeling der delicten, zyn nog de Militaire wederom twederlei: Eenige zyn alleen eigen aan het Krygsvolk en kunnen door niemand anders dan alleen door dezelve qua Milites gecommitteert worden , als by exempel , defertie, 'abfentie boven verlof, verlaten van fyn Pofl en Schildwagt , verzuim of nalatigheid van wagt of dienft , verliezen van wapenen, en diergelyke , de tweede of andere zoort zyn de zodanige, die wel tegens de Militaire dienft en Krygswetten aanloopen , door waar inne ook andere buiten het Krygsvolk kunnen vervallen , en derhal ven door Krygsvolk Biet begaan worden aw Milïïtf} maar die zy me?  te* VERZAMELING van STUKKEN met andere gemeen hebben, als by voorbeeld, ontvreemden of fleelen van Wapenen of Monteering , verfpieden van een Leger of Fefiling, beklimmen van Wallen en Fortificatiën , fchenden cn bederven van Fortificatiën , verleiden van Krygsvolk en bevorderen van Deferteurs en Defèrtien , violeren en mishandelen van Schildwagtcn, waar by ex Leg. 4 g. ïx fcf 12. Dig. de Re Milit. nog kan gevoegd worden, filiunt belli tempor e Militiee fubflraherö, vel debilitare, ut inhabilïs milities fit. (a ) Voor zoö veel nu in de bekende L. 2. pr. Dig. (L. 49. T. i6.)de Re Mil. (b) van de deliclamilitum word gezegt, quod funt, aut cum caterit communia, foo komt het myfalvö meliori voor, daar meede in der daad eigentlyk maar bedoelt worden de voorgemelde twederlei foort van Militaire delicten, waar van in de Wet word gefproken , aldaar vervolgens voorkomt onder de bepaalde benaminge van Propria Militaria deliüa , zoo moec ook het twede foort notoir op die zelve wyze bepaalt , ende in tegenftellinge der andere gehoemt worden Communia Militaria deli&a, waar uit dan proflueert, dat de delicten, welke in die wet voorkomen als Militum delitla feu admiffa , alleen maar zyn Militaire delicten, ende niet mede dezulke, die door het Krygsvolk tegens de pu- bli- • (a) Eer zoon in Oorhgssyd aan den Krygsdienjl te ont. rekken , of hem voor den Krygsdienjl onbekwaem te moeien! en dit goede Hemel! zal ook door Militairen moeten beoordeeld worden. (ft) Militum delitla Jive admiffa aut propria ftint, aut cum cateris communia: unde £? perfecutio aut propria auf communis ejl. Proprium Militare ejl deliUum,. quod ju^ uti miles admittit.  tot de MILIT. JURISD.'&c: 25^ 2>Hque ruft in gemeene famenleving, dog niee tegens den Militaire dienft bedreven worden, zynde de woorden van die Wet unde & perjecutio aut propriet dut communis ejl niet relatief te maken tot de perfonen of foort van Regters, maar tot de verfchiliende wyfe van ftraffen, zodanig dat de perfecutio propria moet worden 't huys gebragt tot zulke Militaire delicten, qua quis uti miles admittit, en tot die ftraffen , welke tegens geene andere dan effeétive Militairen kunnen geappliceert worden. E. G. munerum indiclio, Militie mutatio, graduum dejeêïio ignominiofa mijïïo; waar tegens dan de perjecutio communis betrekkinge heeft op de gemeene Militaire deliéten, waar inne, zoo wel de geene die buyten den Militaire dienft zyn, als de Militairen kunnen vervallen, ende waar van de ftraffen, die by de Krygswetten daar teegens zyn geftatueert, zoo wel tegens de eene als teegens de andere kunnen ter executie geftelc worden. Daar word dan in de voorfz. L. 2. pr. Dig. de Re Mil, niet gefproken van gemeene delicten , maar alleen van de tweederley foort van Militaire delicten, ende het is mitsdien ten eenemaal abufief, dat men uit die wet, ten res- • pecte van de gemeene delicten, komt te argumenteeren , ende alzoo daar uit tragt goed te maken de bevoegtheid van de Borgerlyke Regter tot de cognitie en Judicature over de gemene deiieten door het Krygsvolk geperpetreert, 'ende voorts eene bepalinge van de Jurisdictie der-Militaire Regters alleen tot Militaire delic- . ren, ende zulks dan nog niet generaal, ten aan- •aien van de beide foorten der Militaire delicten, * mm.  S56* VERZAMELING van STUKKEN maar alleen Van de propria of pure Militaria dCtttïa , welke verkeerde opvattinge en illatie al mede tot gevolg zonde hebben, dat het Krygs* volk, begaande een van de hier voorgm. gemeene Militaire delicten > deswegens zouden móeten geftraft worden, niet door de Militaire, maar door de Borgerlyke Regters en dat dan de Borgerlyke Rechters zouden moeten doen executeeren de ftraffen , die by de particuliere Krygswetten teegens de communia Militaria delicla zyn geftatueeert. Tot deftruftie van het Regtsgebied der Militaire Regters over de gemeene delicten van hec Krygsvolk beroept men zig Ook op de L. 3. pr. Dig. de re Mil. (a) dicterende, dat een Deferteur, indien die ter plaatfe , daar hy word aangehouden heeft begaan een fwaarder delict (fine ulla adjunct A defignatione, an commune an vero militare) dan zyne defertie, niet moet adfuum ducem of na zyn Regiment verzonden, maar geftraft worden ter plaatfe, daar het delict door hem geperpetreert, én hy is aangehouden, dog daar word in die Wet niet mede geordonneert, dat een zodanig Deferteur in dat geval,ter plaatfedaarhy een zwaarder delict heeft begaan,zal geftraft worden doordeBorgerlyke Regters ,'t geen insgelyks niet word gedecideert in de L. idt. Dig. (L.48. tit. 2.) accufat. (li) enfa ) Defertorem auditum ad fuum ducem cum elogio Pre* fes mittet : precterquam fi quid gravius Me defertor in t* Provintia , in qua repertus eft, admiferit: ibi enim emn fleÜi pana debere, ubi facinus admifjum Divs Ssv& rus & Antoninus refcripferunt, . (b) Alteriusprovincie reus apud eus accitjatur tttmno* tur, apud quns crimen contrattum ojlenditur: quod etism is militibus cjfe ebfervandum, eptim Prindpss nejin genipt! iittr refcripferunt.  tot de MILÏT. JURI3D. &é. 2.5* ende daar word mitsdien aan de inhoud van die twee wetten compleet voldaan, indien de Militaire Regters van die plaats, daar het dêi j£l is be* gaan , den vreemde Militaire delinquant daar over daar ter plaatfe ftraffen , even zoo als de Borgerlylse Regfers aldaar ftraffen moeten da Borgers en Ingefetenen van andere Provinciën „ die onder hunne Jurisdictie hebben gedelinqueert; v/ordende in de voorfz. L. uit. aan de Militaire Regters geattrioueert het Regtsgebied over alle? vreemde Militairen, die onder hunne Jurisdictie delinqueeren, op gelyken voec ende op derzelve wyze, als aan de Uorgerlyke Regters ovei? Borgers en Ingezetenen van andere plaatfen; behalven dat ook in de voorfz. L. 3. pr. Dig. de re Mil. niet word gefprooken in 't generaal van atrfc Militairen, maar alleen en' fpeciaal van de Deferteurs ende gevolgelyk daar uit niet in 't ge* neraal met applicatie op andere Militairen kan worden geraifoneert. De L. 1. Cod. (Lib. 0. tic. 16.) ad Leg. Com de fi$ar. (a)fpreekt in eene byzondere daar niet uitgedrukte omftandigheid, waar van gezien kan werden; het gevoelen van J. Voet de re mil. Cap. j.num. S. ende daar en boven zoo is het oogmerkdaar inne alleen maar,om in dat fpeciaale geval aan de geinterer«f feerde te doen begrypen, dat het in 't ftraffen zeer veel op de wil van den dader aankomt, enda (a> Frater vefier rettius fecerit, fi fe Prcefidi provincite oUulerit, qui fi probaverit non occit'endi animo hominem a fe efTe percufTutn , remiffa homicidii pcena, Jecundum difci* plinam militarem fertentiam proferet: crimen enim contrahitur.fi £f voluntas notendi intercedat. Ccsterum ea, qjus. ex improvifo cajü pitius quam fraude aetidmt, /«t« pit* rumque nsn noxa imputantur, . LV. Dhtï., K  £53 VERZAMELING van STUKKEN de dat, het geene onvoorziens gebeurt, niet z\ê een misdaad moet opgenomen, maar aan het geval en oagelukkig noodlot toegefchreven worden. Behelfende wyders de Novell. \l cap. 12. mede niet anders dan een fpeciale qualificatie en commiffie voorden Profes Provincies, fonder dat daar inne, zoo min als in de vooraangehaalde L. 1. Cod. ad L. Com. de ficar. of andere diergelyke regtspaffagien ietwes word gedefinieert van de hoedanigheid van het regtsgebied der Militaire Regters; ende ook kan uit deeze en dusdanige wetten,waar in alleen maar word gefproken van de Profes Provincie, geene illatie altoos worden gemaakt tot adflructie van het regtsgebied van alle Borgerlyke Regters in het gemeen over de Militie. Ende het is derhalven niet uic de voorfz. aangehaalde en diergelyke wetten , dat afgenomen of opgemaakt moet worden de etendu van de Jurisdictie der Militaire Regters volgens het Roomfche Regt; behelfende die wetten, te regt befchouwt wordende , ook nietwes altoos, waaromme men de Jurisdictie van de Militaire Regters alleen tot pura feu propria Militaria éleliccx zoude geneceffeert zyn te bepaalen, direct ftrydig tegen andere wetten, waarinne zeer duidelyk aan de Militie word toegekent een fuus judex, ende waar by aan de Militaire Regters word geattribueert eene generaale facultas judicandi & coercendi; Ende moeten mitsdien ten dezen praevaleren zodanige wetten uit het Room* fe Regt, waarinne direct word gehandeft over de Jurisdictie van de Militaire Regters,ende aan de Militie expres word toegefchreven een eigen Regter. Wa-rs  ÏOT DE Waaromtrent onder 'andere zeer decifoirv is de -jLó\ (Libi 3i-ii0i 13) Cod. de Jurhd. omn. jud. (a) ivaavinne aan de Militaire Regters word toegefhan de faculteit, om over de civile quffiftien te oordee• len, ende waar by ais de grond daar van , word aangehaald deeze reden, om dat een Miiitair delirtquerende door niemand anders kan geftraft Worden , dan door zyn eigen Militairen Regter, zynde de bewoordingen j waar mede dit aldaar* als een notoire en van ouds gerecipieerde zaak word bygebragt, ten uiterfte nadrukkelyk, ende van die kragt dat daar inne. niet alleen lege opgefioten eene si kentenis van de generale facuU *»r 'jüdkdndi der Militaire Regters in Criminele -zaken, maar ook eene exclufie van alle andere Regters. . Ende wat kan'er tot beveiliging van de Jurisdictie der Militaire Regters klaarder worden uitge■dagt, dan de difpofitie van L. 9. (L.48.T. 3) Dig. e MILIT. JURfSD. &c. s6x. feftrietie of uitzonderinge Militaribus hominibus toegekent de Facultas judicandi, ende komen daar inne de Militares Magijlratus & omnes taks hommes mede voor, als goedgekeurt ende gequaLrieeert, nt audiant lites easque dirimant, wordende daar inne ook weggenomen alle.fpecukcie en vreefe, die men zoude willen voorwenden , op pratext van derver onkunde of onbequaamheid toe de adminiftrutie van goede Juftiue. Hoe zeer nu uit dit alles zeer evident, meo faltem judicio, ap'pareert eia confteert, dat, volgens het Roomie Regt, de Militaire Regters met feclulit, van de Burgerlyke, hebben gehad de cogni-> tie en Judicature over allerlei zoo wel gemeene als Militaire delicten van het Krygsvolk; zoo is het evenwel een waarheid , dat zeer voornaame Regtsgeleerden fort & ferme deze bevoegdheid van der MilitaireRechters, om ook te oordeelen over andere dan Militaire delicten van het Krygsvolk , hebben tegengefproken, ende daar by uic het Roomfe Regt hebben getragf goed te maken de qualificatie van de Borgerlyke Regters , om te oordeelen over alle gemeene delicten van het Krygsvolk; dog het is mede waar, dat men d;;t gevoelen komt te veftigen op de abull ve explitie ende verkeerde opvattinge van de hier vooraangehaalde en diergelyke wetten,ende dat men daar inne op eene erroneufe fuppofitie heeft door- ge- hominihus judicandi facultns. Quid enim objlaculi, ejl homi. p.es, qui alicujus rei peritiam habent, de ea re judicare ? cum fciamus & militares magijlratus omnes tales hommes pev "'jfum quotidianum jam ejje npprobatos, ut audeant li~ tes easque dirimant, 'pro fui le£*s feientia frujusmt» 4i ah$rcitiimibus finm impenant, K 3  2Ö2 VERZAMELING van STUKKEN gegaan, zonder dat iemand van die Regtsgeleerv cfen, voor zoo veel ik heb kunnen nagaan, zig beeft ingelaten in, een nauwkeurig onderzoek, of de grond,waar op zy zig fundeerde,folide en beftendig was, en of in der daad de gedeclameerde wetten bchelfden dat geene dat zy daar uit komen te infereren en affumeren : Alle of immers de meefte van die Rcgtsgeletrden zyn geweeft politique of borgerlyke perfonen en liet is mogelyk uit een preventie, die aan veele Burgers en politiquen tegens de Militie fchjrit aangeboren en als natuurlyk eigen te zyn , of ten minden uit onverfehilligheid omtrent de zaken van Krygshandel ende de kenniffe van den wefentlyken aart, en het beftaan van het Militaire huishouden, dat men eene zoo abufive explicatie en applicatie van de gemejde wetten infenfihel heeft aangenomen. Wyders hebben die geene, die aan de Borgerryke Regters komen toeteftaan de qualifkatie, óm te oordeelen over de gemeene delicten van. het Krygsvolk , en daar tegen de Jurisdictie van de Militaire Regters hebben willen doen voorkomen , als eene zoo bepaalde en gedemandeerde Jurisdictie, daar toe, behalven het RoomfèRegt, ook gemeent van applicatie te konnen maken de Placaten , Ordonnantiën en algemeene Landwetten, 't geen vervolgens aanleiding geeft, om nog in overweginge te nemen , hét in'den beginne voorgeftelde derde Ptintl: Ende daar omtrent beroept men zig voornamentlyk op het ó§ Art. van de Criminele Ordonnantie van Koning Philips van den sJ'i'yWO- welke Ordonnantie, uitwyfens het pommium daar van be* ïaarat en ontworpen zynde door den Hertog van AJba  TOT DE MILIT. JURISD. &c. e<53; Aifea met eenige adjun&en, zekeclyk dezelve is, want bv Chrijlinams word gewag gemaakt, als van een' Ordonnantie ten tyden van de gemelde Hertog van Alba (a). Dog het is onbegrypelyk, hoe men de voorfz. m Art. der Criminele Ordonnantie heeft kunnen opnemen, als of die behelfde en dióteerde , dar. de Militaire Regters de kenniffe en Judicature maar hebben ,alleen in deze drie gevallen: i. Over h.'t geene in 't Leger gefchied. 2. Over de Mi* ütaire delicten van het Krygsvolk. 3. En als het zaken zyn tuffchen twee Militairen; en ie dat daar teegens de Borgerlyke Regters de kenniffe moeten hebben over alle andere gemeene delicten van het Krygsvolk, ende dat, even of het zelve daar by in diervoegen generaliter ten refpecte van de gemeene delicten was gedatueert; want die maar de voorfz. 68 Art. met de minde attentie en onpartydig nagaat, zal buiten twyffel bevinden, dat daar inne ende zulks niet als ietwes nieuws, maar volgens 't geene al re vooren tot verfcheide donden was gedatueert, aan de Overde Collonels of Provood, en mitsdien aan de Militaire Regters word toegefchreyjgp de. kenniffe; I. Van alk zaken van Krygshandel, cn alzoo niet alleen over propria , maar over cmnmur nia Militaria delicla, ende zulks zonder onderfcheid , door wie, waar, of wanneer die zyn begaan, ende gevolgelyk zoo wel tegen Borgerlyke als tegen Militaire Perzoonen. 2. Of f«) Deze Ordonnantie is vin die van den Hertog va» Aiba onderfcheiden; zie den brief des Magiftraets van Middelburg, bov. bi. 223. R 4  m VERZAMELING van STUKKEN c. Of 't gene des in den Leger gefchiet, welken volgende de Militair* liegcehs hier te' Lande , buiten bedenken , zynde competente Regters, over alles wat in 't Leger voorvalt, het zy het zyn zaken van Krygshandel of andere, of dac de geene , die"het aangaat, zyn Miiitaire-n en zulke die tot het Leger behoren, of and.re , zoo Wfs\ &)f„ gers en Ingezetenen van het Land als Vreemdelingen. S* n°k van '* geene de KrygsluiJen mij doen ter plaatfe van hun Guarnifoen, ai wederom ge-. Deraal, ende over zulks zonder onderfeheid of het zyn gemeene of Militaire delicten. 4, Of agter 't Land trekkende (a) , hu: zy in functie of op commando, of wel met ver-, lof op 't Land cf abfent zynde j 200 als ook volgens het Roomfe Regt het Krygsvolk tempore commcatus altoos fori prafcriptionem konde allegeren , volgens de L. un. Cod. m q-iib. cavf milfor prcefcr uti non pof. 5, Onder hun Vendel , hét zy marcherende , of cantonneerende of hoe en waar het ook z^ude mogen zyn, in 't vr.orbygaan moet ik alhier met een woord aanmerken, dat het al ietwes byzonder is , dat niet tegenfhaande de woorden, die hiervooren fub num. 3 4 en 5. uit den voorfz. 68 Art. zyn bygebragt daar inne al immers zoo duidelyk," ais al het ande' re, gevonden worden en ftaan uitgedrukt, men (V De ongerymdheid dezer fplitzjng Is reeds Juidelvfc sengera); daer 'er gelezen wordt , of agter 't Land toekkende ondSr hm Verniel. ~ Men. zie de Verhand, over is Muit. Junsd. vsn J. Rêspoü? p. 63 & 6/. *  tot de M1LIT. JURISD. dke. 2(55, men egter by de alJegatie van den inhoud van dien Articu! dezelve geheel en al heeft kunnen over 't hooft zien, of inmers ongemerkt heeft willen paffeeren, fedtranfeat. C, Of als 't te doen zal weezen van den eene ■ Soldaat tegen den andere, zonder onderfcheid van zaaken en al is het niet in 'c Veld of in 't Guarnifoen, nog op commando of gedurende bet verlof. Op ailen 'c welk tot meerdere beveiliging van de üniverfeele Jurisdictie der Militaire Regters in alle die geexprei]eerde gevallen nog komt te volgen, ende dit in alle zakeu en affairen, zoo capit aal als niet capit aal, waar door dan nog meer komt te vervallen de uitzonderingen van eenige delicten, ende voorts ook het onderfcheid dat fommige hebben willen maken, ten refpecte van de • gemeene delicten of dezelve zyn Capitaal, of minder en maar van weinig belang. Sic ibi generaliter, waar van egter in 't vervolg worden geexcipieert, ende ter kenniffe en Judicature van de Borgerlyken Regters gefield, niet in 't generaal de gemeene delicten, maar ajleen deze twederlei.. i. Capitaale en dus niet allerlei gemeene deliBen , geperpetreert by Krygsluyden Onderzaten van herwaards over, waar door niec kunnen verftaan worden alle Krygsluyden ■ maar alleen zulken, die zyn Onderzaten of Inboorlingen van de Nederlanden,, even als, door de Landen van hcrwaards over veri ftaan worden de Nederlanden, en in 'c byzonder de Provinciën van Holland en Zeeland als te zien by S. van Leeuwen, in notis R 5 ai  166 VERZAMELING van STUKKEN ad procemium van de crim. ordonn. mm, 13. buiten 't Leger of elders of anderzints dan 't gezegt is, welken volgende deze exceptie geene relatie heeft tot de gemeene delicten, of fchoon Capitaal en geperpecreert door zulke Krygsluyden, die Inboorlingen ofOn-r derzaten zyn van' de Nederladden , indien die zyn bedreven', in 't Leger of in 't Guarnifoen, of wel op commando of met verlof op Land abfent zynde , of op eenigei !y plaats onder het Vendel, en voorts ook niet, als 't te doen is van den eene Soldaat tegen den anderen. Exterende over zulks dit geè'xcipieerde geval , als een Soldaat zynde een inboorling van de Nederlanden, een Capitaal gemeen delict, begaat tegens een borgerlyk perfoon , gedurende , dat hy zonder ordre of verlof buiten "t Leger, of uit zyn Guarnifoen of van zyn vendel abfent is. , „ .' 9. Word ter kenniffe van de Burgerlyken ' Regter gefield , het geene zy, te weeten Krygsluiden Onderzaten van herwaards over, gecommhteert hebben, aleer zy inge\fchreven , of tot bezoldinge onlfangen zyn , *t geen vervolgens in de 71. Art. van deze Ordonnantie in 't algemeen nopens al het verdere Krygsvolk insgelyke word geordonneert. Buiten deze twee zoo klaar en diftinct geê> preffterde gevallen kunnen dan hier te landen de Burgerlyke Regters geene Jurisdictie altoos praetendeeren over het Krygsvolk; ende terwyl na regten exceptio firmat rigulam m cafibus non Bxceptis, zoo dienen zelfs deeze gsëxcipieerde 5e*  *ot de MILIT. JURISD. &e. a6> gevallen, om des te meer buiten alle tvvyffel te Hellen de generale Jurisdictie van de Militaire llegters in alle andere zaken , ende zoo ook aangaande de gemene delicten van liet Krygsvolk, 't geen nog daar en boven al mede is afte neemen uit de ordre, die in 't laat ft van den voorfz, 68- Art. voorkomt , waar hy aan de Militaire Regters word geinjungeert, om exemplare Juftitie te doen , zoo wel volgens d* Krygswetten, ah de gemeene Regten.. Want in wat opzigten zouden dog de Militaire Regters kunnen reguard neemen op de gemeene. Regten , zoo zy alleen maar hadden het regt van Judicature over de Militaire delicten, waarop alleen de Krygswetten van applicatie zyn, ende niet mede op de gemeene delicten, die ingevolge van de gemeene Regten moeten gecorngeerc en geftraft worden. Het blykt en confteert derhalven 'uit den voorfz, 68. Art. der Criminele Ordonnantie ter* allerklaarften, dat aan de Militaire Regters hier te Lande van ouds af en volgens de aloude Statuten en Landwetten heeft gecompeteert de Jurisdictie, niet alleen over alle Militairen, maar ook over allerlei gemeene delicten, uitgezonden alleen 111 de hier voor aangehaalde en expres geè'ximeerde twee gevallen , en men is mitsdien het fpoor ten eenenmaal byfter wanneer men uit dien 68. Art, tragt goed te maken de bevoegdheid van de BurgerJyke Regters to* de cognitie en judicature over de gemeene de. liften van het Krygsvolk. Wyders kan ook uit de 69,70 en 71 Articuien van dezelve Ordonitëime, van den 17. Maart 1548. daar inne ge, recJa.-  a68 VERZAMELING van STUKKEN reclameert ten aanzien van het vreemde Krygsvolk werden afgenomen en opgemaakt. 1. Dat aan de Militaire Regters van de plaats, daar het delict is geperpetreert , het zy ter plaatfe, daar het Hof of de Gouverneur Generaal zig bevind, het zy buiten den Hove in de Guarnifoens plaatfen , van ouds af heeft gecompeteert de Judicature over de vreemde Krygsluiden niet zynde onderzaten van herwaards over, en dat in alle zaken, indien die maar zyn voorgevallen, na dat zy ingefchreven Gf ter bezoldinge ontvangen zyn, zonder onderfcheid, of die vreemde Krygsluiden fyn van het Hof of Guarnifoen, of andere, als mede zonder onderfcheid, of het zyn zaken van Krygshandel of wel gemeene delicten, al was het zelfs een Capitaal gemeen delict door een Militair, niet zynde een Onderzaat van de Net derlanden, geperpetreert tegens een Burgeriyk Perfoon buiten het Leger of Guarnifoen , en zonder ordre of verlof agter *t Land trekkende, ende ook niet onder het Vendel 2. Dat den Alcalde, en naderhand de Militaire Juftitie van den Hove en van den Gouverneur Generaal, even eens als de Burgerly ke Regters van de plaats daar het Hof is, ende op gelyke wyze als 'dezelve van ouds af is bevoegt geweeft , tot het vervolgen ende de apprehenfie van alle en allerlei delinquanten op de verfche daad , ende dat ook, buiten den Hove, den Auditeur van het Guarnifoen ende de Militaire Regters aldaar zyn gequalifkeert geweeft tot de apprehenfie, niet alleen van alle Krygsluiden, maar ook van van vreemde Burgers en andere Vreem* de*  tot »e MILIT. JURISD, &c. z6% jdelingen, indien het delict is geperpetreert tusfchen vreemde Burgers en Soldaaten , of ter contrarie. 3. Dat ook, als het zyn zaaken mixti fori, te weeten, indien een Militair heeft een delict begaan teegens een Burger of ingezeten van de plaats, 't geen niet wel anders dan een gemeen delict kan wefen, in zodanig geval den Militaire delinquant door de Militaire Regters, het zy van den Hove of van het Guarnifoen, moet de detentie gehouden, gefententieert en geftraft worden, even eens als een Burger, die een delict tegens een Militair heeft begaan door de Burgerlyke Regters j Ende dat in 't generaal in alle zodanige zaken , die genoemt worden mixti fori, aangaande het neemen van informatien ende inftructie der Procedures de Militaire Regters even zo wel als, en gezamentlyk met de Burgerlyke zyn gequalificeert, ende het zelve door hun gezamentlyk heeft moeten ■gefchieden , zonder dat daaromtrent aaan de burgerlyke eenige meerdere directie of gezag word toegefchreeven, dan aan de Militaire Regters. 4. Ende dat ter plaatfe daar eenig delect is geperpetreert door een Vreemdeling , de Militaire Regters inzonderheid die van de Hove, boven en behalven hunne Jurisdictie over het Krygsvolk en derzelver Domeftiquen, wyders ook gezamentlyk, met, ende op dezelve wy,ze als de Burgerlyke Regters, zyn gequalificeert geweeft tot de cognitie , judicature en ftraffe van zodanige Vreemdelingen , immers Yoor zoo veel betreft de Guarniiöenea buiten «ui  VERZAMELING van STUKKEN* den Hove , indien het delict aldaar door eeft Vreemdeling is begaan tegen een Militair. De voorfz. aangehaalde Articulen van dé Crimineele Ordonnantie dienen mitsdien alle tot byzondere informatie cn inftructie, op wat vott en hoedanig het hier te Lande van ouds af is gefield geweeft met de Jurisdictie en hec kegtsgebiet van de Militaire Regters in Crimineele zaken , en wel verre, dat daar inne' zoude gevonden worden eenige preuve ) tot beveftiging van de bevoegdheid der Burgerlyke Regters, om te oordeelen over de gemeene deliften van het Krygsvolk, zoo komt in tegendeel de Crimineele Ordonnantie uitteieeveren een convincant en onwederfprekelyk bewys 'dat behalven alleen in de vooraangehaalde twee expres uitgezonderde gevallen, voor het overige aan de Burgerlyke Regters geen meerder gezag competeert ten aanzien van de communia, dat ten aanzien van de Militaria Militum delicta; ende wyders, dat, uitgezonden die twee ■gevallen voor het overigen in alle zaken hier te lande is in zyn geheel en onverkort gebleven de Univerfeele Jurisdictie, en het eigen Regtsgebied van de Militaire Regters, zoo als het zelve proflueert, uit het hier voor aangehaalde Jus Magijlratus van de Militaire Overheid. Apparerende verders uit de Commiflien of Inftruftien voor de eerfte Gouverneurs en Capiteins Generaal van de Unie , waar inne ex'prefièlyk word gerefereert tot de Commiffie en inflruftie voor den Hertog van Alba als Gouverneur Generaal der Nederlanden , als mede uit de Krvgs Articulen geëmaneert by den Gou- ver-  tot de MILTT. JURISD. 2?ï terneur Grave van Lycefter , en naderhand by Haar Hoog Mog. en ook uk de Inflruécie van den 18. Aug. 158+. voor Prins Maurits ende de Raden van Staren, by provifie gecommicteert ten Gouvernemente en Regeringe van den Lande, ende voorts ook uit de Inftructie voor den hooge Krygsraad, de Fiscaal van de Generaliteit, de Auditeurs Militair, en diergelyke (a), dat by de erectie ende in de eerfte tyden van de Republicq de Militie ende het Militaire huishouden op den ouden voet is geconftitueerc gebleeven, ende dien volgende de zaken, ten aanzien van de Militaire Juftitie, zyn gelaten, ■zoo als dien aangaande naar inhouden van dé voorfz. 68. Art. der Crimineele Ordonnantie van alle oude tyden is geftatueert geweeft. Maar uit het geene in de groote Vergadering van den Jaare i6$i. ten refpeétive van de Militie is geproponeerc ende ter deliberatie gebragt, ende uit de bekende Miffive va* ïyne Majefteit Willem de derde Hoogl. Ged. de dato uj. Mey 1675, is aftenemen, dat meer «Is eens is op het tapyt gebragt, om ten aanzien van de Militie eene nadere ordere en andere dispofitie te maken, 't geen ook in zommige Provintien en Steeden wel afzonderlyk is doorgedrongen , dog tot nog toe word voor zoo vee! ik hebbe kunnen nagaan, niet bevonden, dat hier omtrent by de Unie of gezamentlyk Bontgenoten de oude Conftitutie en Rege. Ja -) Op alle welke rnftructfen moet worden aengemerkfc, .£ dat m dezelve geen woord van zulk eene Si S Jrsd,ftie ist8 Vim,en' of dat deze nimm« fi U Bondgenoten zyn gegeven of erkend geward^  VERZAMELING van STGKEEltf gerings forme van de Militie is geabrogeert $ of deswegens eene nadere algemeene veranderinge gemaakt, ende zulks fpeciaal ouk niet ten opzigte" van het geflatueerde by voorgemelde artic'ulen der crimineele ordonnantie (a). Dog wat ook van die nadere propolitien en deliberatien, ende van de afzonderlyke befluiten van de eene of andere Provintie of Stad mag weezen * dit is jegenswoordig buiten alle bedénken * dat door de gelukkige aan* -ftellirtge van zyne Doorlugtigfte Hoogheid * Vergelyk de Miffive van Willem IV. aen die van JrtiddelUurg ¥an 9, Mey 1748. bi. 208, en aldaer de aent,  I - tot de fflum jUfcïSïT&e. 27? Deutechem gelast aan 112,1. • over te zenden de informatie in deeze zaak reeds ingewonnen , of nog. in te winnen , ais 'm.èede> ii gevalle dl$ Krygsraad nodig zoude hebbende vou.rfz. Ale-y* ia tleyjlcrkttmp tegens den . voorn, SofiauC Dieders ce confronteeren , haar als dan na Zutphen ten dien e}uu.e te doen brengen. Waar mede Edele Geftrenge, Vrome, onfe Lieve Getrouwe. •-.,! hi.blWw/ww ,-jvütiM vd ?, :j Wy UEd. bevelen in Gods heilige Protectie» UEd. Goedwillige Vriend, (Was Getek:nt) PRINCE d'ORANGE en NASSAU; Ter ordonnantie van fyne Hoogheid (Gecontraf) J, ie Back, Si 'i Ciavprbage ritu 14. Ja»i. 1749. ' . 1 S 2 XLIII*-  •*/<* VERZAMELING van STUKKEN XLIII. / Miffive van de Raeden der Furjléndoms Ge're en Graeffchap Zurphen, aan zyn Hooglieid den Heer Erfjtadhouder. i DOORLUG TIGSTEN VORSTen GENADIGE HEER ERF* STADHOUDER! D e Magiftraat der Stad Doesborgh heeft aan Ons by Miffive, waar van Vaffchrift hier by is gevoegt , 'kennis gegeven, dat tuffchen den 14. en 15. deefes des nagts, eenen Hendrik van Campen , Borger van haar Stad en eenMan van omtrent 80. jaren Oud, zeer jammerlyk was geitouwen en gewondet geworden door Menfchen, die in zyn Schuur hadden weten te komen en beefig waren geweeft met 't fteelen van Aardappelen, terwyl dezen ouden Man op dit geftommel wacker geworden zynde, opgeftaan was., en na die Schuure zig had begeven : En dat dezen ouden Man aan deefe verwon<&3nge des avonds daar aan was overleden, zynde volgens atteftatie van den Medicina» Doctor en Chirurgus deze wonde abfolut dodelyk geweeft, dat gemelte Magiftraat daar na in ervaringe gekomen zynde, dat drie Soldaten en eene Soldaten Vrouw als pligtigh en kennis van dit geval hebbende, op ordre van den Commandeur van haar Stad den Col). Rhode van Heeckeren waren geapprehendeert en in militaire detentie gebragt geworden , hier op den voorn. Commandeur hadden doen verfoeken tot uitvolginge yan deeze gedetineerdens, dog dat die daar inne awa»  tot de MILIT. JURISD. &c. 277 zwarigheid hadde gemaakt, alvoorens daaromtrent van U Hoogheid , waar aan voornemens was te fchryven, ordre zoude hebben ontfangen, en in tegendeel verzogt hadde , terwyl hy hier over informatie wilde nemen , dat de Magiftraat aan hem ter handen zouden flellen de attellarie van Dor en Chirurgyn 't dode Lichaam hebbende gevifiteert; dan dat gem. Magiftraat' daar inne mede hadde gedifficukeert, alvoorens van Ons te weeten, hoe zig omtrent een als ander te gedragen, aangefien de Magiftraat van Doesborg heeft d'apprehen fie, neemt d'informatien, en fend ons dezelve met de confeffien over, wanneer by Ons daar inne gedecideert en gefententieert word. Overzulx, dat by Ons deefe fake overwogen zynde, wy U Hoogheid niet kunnen verbergen, dat dezelve aan Ons verlegentheid baart, als fchynende aen de eene zyde de Militairen door een zodane verweigeringe , als inden voorf. cas, te fuftineren, dat de jurisdictie van de Krygsraaden tegenswoordig verder foude gaan als wel in de laafte tyden, en het aan de andere zyde fodanig is, dat de Heeren Staaten van deeze Provincie, na ingenomen Advis van Ons, hebben verftaan, tot nader verfland van de Refolutie van Haar Pfoog Mog. in den jaare 1651. op de Groote Saai genomen , „ dat voortaan, in 'tgeneraal alle delic„ ten, niet puurlyk Militair zynde, maar turberende de gemeine rufte en Burgelyke Societeit , gemeenlyk genaamt communia deliSta, „ begaan by Militaire Perfoonen, in haar natu„ re privativelyk zullen ftaan en gelaten woru den tot de kenniffe , judicature en correctie S 3 „ van  ft» VJBjAZAMELING van STUKKEN „ van de- ordinaris, Jttfikic ■over de rcfpeclbr „ Amgten, Geenen cn Plaat Jeu., ahUar Juodaefi ne dellden Stwktt begaen.; als U HoBgaeid Ïa\ gedieven te vernemen uit twee Refofutrén van den jaere 17.15..hier by mede gevoogr. mee en neffens 't Affqhnft van Ons Advis waar op de eerfte Refbluue gevallen is, en Copie van eene Miffive van den voorigen Heer Erfstadhouder , onfterfièiyker gedagtenis, in Ons voorfl Advis:met meerderen aangehaak; En waar by Wy dan nog voegen twee opgevolgde Refolutien in den jaare 172X. door hoüggemF Heeren Staaten genomen tot explicatie en 'interpretatie van die vorige Refolutiën dienende. ! Wy zouden het van Onzen pligt hebben geagt, en ook niet gemanqueert hebben, om inval de Heeren Staaten dezer Provintie vrgaedert waeren geweeft of in 't kort ftaqrfen te vergaderen, de bedenkingen, die zig hier omtrent opdoen , ter deliberatie van Haer Ed. Mog. te brengen; Dogh.van weegens derfelver ablentie fulx niet kunnende gefchieden, en toekende . re eviteren alle conflicten, van Jurisdictiën; Hebben wy vermeent niet beter te kunnen doen, als immiddels aan U Hoogheid niet alleen kennis te geven van dit voorvaftot D ,esborgh , maar ook van een tweede geval voor eenige dagen te Nunfpeet op de Veluwe ontftaan, alwaar een Ruiter van 't Regiment van den Heeren Prince van Heften Pliiüpsthal , die peffens eenige Dragonders van Schlippenbach aan een Huis aldaar, fdo gefeit word, met de Pallaffun de Glafen ingeilagen te hebben, d©q$ een fchoot uit dat Huis komende fodanig is ge•: ■ ó i ■ een  tot de MILIT. JURISD. &c. 27? quetft geworden, dat daer aan korten tyd daar na is overleden, het welke occafie aan Ons heeft gegeven, om fes Perfoonen in dat>Huis gevonden, en waar onder een Soldaat van 't Regiment van Mulert zigh mede bevind, te doen aporebenderen en laten overbrengen m de Gevankenifle op dezen Hove, mitsgaders om ordre te geven, om de voorf.Dragonders by provifie in een civil arreft te neemen, het welke egter om haar vlugt riet ter executie heeft kunnen geftelt worden: alles met dat oogmerk, dar. U Hoogheid, ziende deefe 0,;fe veriegentheid , fpmi-ende uit de mftenue van de Heeren Officieren en de daar tegens aanlopende Refolutien van de Heeren Staaten van deefe Provintie, welke Ons tot een richtsnoer van Ons gedkac zyn toegefunden, en Dit aln&g nikt zyn: INGoTKOKKEN OF VERANDERT , ml Van die gOCt- heid zal gelieven ts zyn, gelyk IVy eerbiedig by deefen de vryheid neemen te verfoeken , omtrent deefe materie , te mogen weeten en verftaan ü Hoogheids meininge en intentie, opdat by Ons, uit 'gebrek van" daer van geen kenniffe te hebben, niets magh in 't werk geilek: worden 'c geene daer mede niet over een fou komen; En wel in 't byfonder omtrent de navolgende gevallen die dagelyks kunnen gebeuren en gedurig nieuwe belemmeringen in bet adminiftreren van de Juftitie zoude kunnen veroorzaaken , ais namentlyk (a). i. Aen (a) Bit eerfte Poinft was door de Keibl. van 25. Mnert 1651. door twee. vozende van 1715 en 1728, welke ncoit ingetrokken of veranderd tvare», Stactsgewyze S 4  4*o VERZAMELING van STUKKEN < I. Aenwk de Judicature competeert omtrent txcejjen en deluien niet puurlyk militair zy.ii* de, die de Officieren en Soldaten van eenen liet zelfde Guarnifoen onderling, of die d'eene tegens den anderen zullen komen te begaen r 5. I tem tuffchen Officieren en Soldaten onderfmg, off yan den eenen tegens den anderen begaen wordende; inval de Officieren en Soldaten mogteu wefen van diyerfe Guamifoenen: $. Dan mede van Officieren en Soldaten tegens Borgers of Ingezetenen of andere geen Militairen zynde, fonder onderfcheid of met onderjcheid of het Officieren of Soldaten zyn van de Plaatfe, waar in Guarnifoen liggen, of dat van een andtr Guarnifoen zyn. 3. Voorts wanneer fodane exceffen of delLlcn voorvallen en gepleegt worden tuffchen Officieren en Soldaten onderling of tegens Burgers , Ingezetenen of anderen tet Plaatfe daar geen Krygsraad zig bevind, of op Dor* peil of andere l'laatfen ten platten Lande; 5. Qf dat figh Militairen tuffchen en met Borgers, Ingefeetenen of anderen 3 geen Militairen zynde, vermengt bevinden, en daar mede tegens anderen exceffen of deliüen komen te plcegen, cn wat diergelyke gevallen meer kunnen zyn; 6. Ook wat PtAATSE ZAL hebben omtrent Vrouwen en Kinderen van Militairenj En dan eindelyk. 7. Of in fodane gevallen, of in eenige van defelve eenige concurrentie van Jurïsdiftie en by gevolg eene praventie fou kunnen plaetfr hebben, en hier op met alle refpect. U Hoog- * fleits Refolutie en goedvinden zullende in- wag.  tot de MILIT. JURISD. &c. 281 wagr.en, eindigen Wy deefe, [biddende Go .t, Doorlugtigften Vorft en Genad gen Heer Erfftadhouder , U Hoogheid by voorfpoedige Regeringe en langdurige gefontheid te willen behouden. Gefchreven t'Arnhem den 21. Febr. 1749. U Hoogheids onderdanige en Dienftwillige, Die Raaden, &c. des Fürfiendoms Geire en Graaffchap Zutphen. Ter Ordonn. van dezelve. (Was getek,) J. van Effen, X L I V, Mifive van Willem IV. Edele Mogende Heeren byzondere goede Vrienden J A^Z'anneer wy met nauwkeurigheid hadden geexamineert UEd. Mog. Miffive van den 21 february laafileden , met alle de befcheyden, daar by aan ons toegezonden, hebben wy gemeend in het generaal met relatie tot de Militaire Jurisdictie te moeten vaststellen , dat de Militie hier te lande moet worden aangezien als S 5 de  282 VERZAMELING van STUKKEN een byzondere huyshoudinge, nietwes gemeens hebbende mee het Burgerlyke, en dat ingevolge de aloude Grondwetten dezer Landen, aan yder heeft gecompeteert een afzonderlyke Jurisdictie («). Dat voorts uyt de Commiffien aan de eerfte Gouverneurs en Capitains Generaal gegeeven duydtlyk afceneemen is, dat het Militaire wezen in conformiteit van de voorfz. grondwetten op denzelven voet is gebleven, en dat over zulks de cognitie van Militaire zaken, zonder onderfcheit, 't zy dar civile, 't zy dat criminele , en met relatie tot de laatfte, of dezelve ware fure Militaria dan deliBa Communia, alleen heeft geftaan aan den Militairen Riguer. Dat in den Jare 1651. ten tydedater geen Capitain Generaal is geweeft, de Provintie van Gelderland in de Vergaderinge op de groote Zaal, alhier in den Hage gehouden, heeft gedaan een propofitie, om daar door ten reguarde van verfcheidene zaken , het Regtsgebied van de Militairen te befnoeyen, tot een bewys zelfs, dat voor en_ nog ten tyde van het doen der voorfz. propofitie , het regtsgebied over de Militaire zaaken alleen aan de Militairen Rigter heeft gecompeteert. Dat daarom de voorfz. propofitie by dé Provintie van Gelderland eerft gedaan zynde , het zelve op gelyke wyfe "is nagevolgt by de Provintien van Utrecht en Overyffel, dan ( Dit is de voornaeme grond der bevoegdheid vam de Heeren Stadhouders tot eene ongelimiteerde Militaire Jurisdictie; maer nooit is Dezen , by derzelvercommiffie, S j Capitein. Generaals, de Militair» Jurisdictie opgedragen,  U® VERZAMELING van STUKKEN génerale vragen ih het ffot van UEd. Mog. Miffive aan ons voorgefteld, de meefte derzelver ook door het voorfz. hier bevorens gededuceerde zyn beantwoord, ais moetende:dezen generalen- regul altoos in het oog gehouden wor & Back, s Gravenhage 15. Maart 1749. XLV.  *»a VERZAMELING yan STUKKEN X L V. Miffive gefchreeven aen Syn Hcogheit de Prince van Orange en Naffdmv, door de Ed. Mogd. Heeren Raden ysHoffs yan Frieslandt, Den i r. Maart 1749. DOORLUGTIGSTE HOOGHGEBOREN FURST en HEER. 'W^y hebben de eer van ons by deefen aen Uw E. Hoogheit als het Uiuftre Hoofd van onfe Vergaderinge, met veel eerbied te addresfeeren ; ter gelegentheid dat door 's Lands Secretaris den Heer Sminia aen het HofF is overgebragt eene Refolutie van Haar Ed. Mogd. de Heeren Staten van Frieslandt in dato den 28. Decb. 1748 , waar by is goedgevonden ; dat voortaan alle deliften, het fy gemene, off andere , door Militairen geperpetreerdt, fullen ftaan ter cognitie van den Militairen Regter, en alle Militaire perfonen uit dien hoofde aen de Militaire Juftitie fullen worden overgegeven. Het is feer natuurlyk te denken Doorlugtig» ile Prins! dat eene Refolutie van aard als deefe , veel oplettentheit heeft moeten verwecken by'de Heeren van den Raadt, fiende hier door haar felven, fonder ooyt daar over te fyn gehoort, eens voor al gepriveert van een voorname tack van de Criminele Juftitie , welke volgens hare Inftruétie en Commiflien , federt  tot de MILIT. JURISD. &cZ 285 de erecrie van de Republycq, tot hier toe, fonder de minfte interruptie altoos by 't Hoff geweeft is; Waerom dan ook de laak in ernftige deliberatie gebragt fynde, om foo veel mogelyk te vinden het bequaamfte middel, waar door op de gemackelyklte en minft éclatanfte wyfe, hkr aen fouw mogen worden geremedieert; foo is eindelyk geoordeélt, het convenabelfte te fyn, dat het Hoff figh hier over eerff. en vooral wendede tot Uw £. Hoogheit als het Doorlugtigfte Hoofd van onfe Collegie, en alfo mede direct geinterelfeert in alles, wat het felve eoncerneert. Vergunt ons dan nu ook Doorlfte Prins, dac wy dat ftuck van foo veel Importantie wat nader voor Uw E. Hoogheit open leggen, in hope van de faak foo klaar te zullen maken, dat Uw E. Hoogheit na des felffs hoge wysheit, en alom beroemde aequiteit met het HofF van 't felve fentiment fal fyn , en haar met des felffs hoge authoriteit wel fal wilfen onderfteunen ; Immers het is alomme bekendt , dat het Hoff, foo voor, als by, en na de opregtingh van de Republycq tot hier toe althoos de Criminele Juftitie, fonder tegenfeggen van ytnant, aen Militaire Delinquanten by prteventie heeft geoeffent, foo dickmaals defelve figh aen gemene deliften hadden fcimldigh gemaakt; dit is een POSITIVE WAARïIEIT ry allen ERKENDT. En fulx conform van 's Hoffs fnftruótie en Commifiien van alle tyden aff tot hier toe; aen de Heeren van den Raad verleent, als waarby de exercitie vau Civile en Criminele Tu- JV. Deel. T, «fe  ïqo VERZAMELING van STUKKEN flitie aen haar-is gedemandeert, omtrent alle, en fonder uicfonderinge van yemant. Maar dat nogh verder, gaac, in de jaerlyxe Frocuratien der 'floeren VoJmagten ten Lands-; v dage , waar uit , en na , voorfeker alle de magt van haar Ed. Mogd. gehaak en affgemeten'moet worden, ftaat wel uitdruckelyk deefe notabile Periode. Dogh, dat onfe Folmagten niet sullen venmogen de fundamentele Wetten des Lands te. renverferéh, nogh te verbreken, nogh de Refolutie nopens de Collatie van de Officicn by de Ed. Mog. Heeren Staten van t Landt gearrefteert, den 16. May 1662., nogte mede die van den 20. Novbr. 166%. beroerende die ordre over de judicature, zoo vel van 't Collegie. der Heeren Gedeputeerde Staten, ah mede van den Hove Proyinciaal, fampt Nederregters. Off om de eigen woorden dier Refolutie te *- gebruicken , zoo als de felye onder anderen 4Art. 3. aldaar flaan. Dat onfe Rdden Provinciaal alken,, en wel neerflclyk zullen waarnemen cn bedienen, de criminele en civile Juftitie, in conformrte van 's Lands Ordonnantiën, Refolutie en 's Hoffs Injtru&ie; En Artl. 2. bevoorens; dat onfe Gedeputeerden niet zullen hebben te beletten de cours van de criminele en civile Juftitie ? 'p Hoff privatiye aenbevokn. Want hier uit volgt een twede pofityff, die ' • Waer-  tot de MILIT. JURISD. &cv *£g waerlyk boven alle èxceptien is , namentlyk^ dat de Heeren Staten van Frieflandt, omtrenE de ordre van het ftuck der juftitie geene veranderinge vermogen te maken, veel min gehelyk van het Hoff affnemen, en aen den militairen Regter overgeven fuik een notabel gedeelte van hare criminele Jurisdictie, die ten allen dage by 't HofF Provinciaal alhier geweeft is. Immers is het de natuur, van alle Procuratien," gelyk aen een yder is bekendtj dat daer buiten niet mag worden gegaan, veel minder yts gedaan, het welke daer inne uitdruckelyk verboden is, gelyk hier in dit geval. Maar niet minder convincant is de darde re«» den, waar op wy ons funderen, en welke wy hierop nu fullen laten volgen; Namendyk, daC UWE. Doorlfte Hoogheit felvs van dit begrip is geweeft j en daarom in des felvs nieuw geëmaneert Reglement van den 2r. Decbr. 174K. overde Rolle van deefen Hove geptïbliceert, op derj 27. dito het felve op het aller kragtigfte uitdruckt, zeggende Artl. 30. aldaer met deefe eigene woorden. Door het Hoff van Juftitie , fal de volle fc-Q criminele als civile Juftitie., als van oudt* • gehadt. hebben, wérden geëxerceirt Woorden foo klaar en overredende in defen l dat daer door al het raifonnement, dat men tegens het voorgaende nogh eenigfins fouw willen maken, op eenmaal ganfelyk vervalt; Behalven dat dit Reglement fal dienen tot een ' fundamentele en onverbrekelyke Wet, waar na alle Jaken, feo yqji Ptïïfie, als Juftitie daer in. verT 2 * yat,  ü02 VERZAMELING van STUKKEN vat, nortaen fullen worden beleidt en behandelt, gelyk de eigen woorden fyn, foo als aen het hoofdi van dit Reglement gevonden worden. En waar op als foodanigh alle de Leden van de Staten niet alleen, maar ook het Hoff enCorps op de allerplegtigffe wyfe den Eed hebben afgelegt, en wel op dien eigenften dagh, als wanneer deefe befwarende Refolutie daer'tegéns fchynt genomen „te zyn; yts, dat wy niet kunnen ontkennen, met veel ontroeringe geliert te hebben. Nu fouden wy hier tot ophelderinge van het Stuck nogh verfcheidene andere faken hebben kunnen bybrengen; uit Voet adtit.ff. de judic. Nr* iö3 en 104. en uit Bort van criminele faken Tit. 1. N*- 50. by welke beide deefe mattris breedvoerigh verhandelt wort; ook fouden wy ons nogh met veel redenen hebben mogen beklagen, dat eene Refolutie van foo veel gewigte als deefe. efi die de behandelinge van de Jullitie enkel en alleen concerneert, genomen is buiten alle kenniffe van het Hoff, en fonder dat daar over ooyt hare confideratien gevraagd zyn; ftrydigh met de Staate Refolutie van den 28, Febr. 1661. Om niet te feggen, hoe feer de Ingefetenen van den Lande in hare gerufte intvoninge daer by zyn geintereffeert, gelyk wy by de ftucken fouden kunnen aentonen. Dogh ^vy hebben de hier vooren bygebragte redenen foo peremptoir geagt te zyn , dat daer boven niets meer gerequireert kan worden, om overtuigt te weefen, dat deefe Refolutie, het zy gefegt met eerbiedt voor haer Ed. Mogd. en voor de hoogh- wyfe confideratien van UW E. Booilfte Hoogheit ftrydig met de alloude herken  tot de MILIT. JURISD. &