PROCLAMATIE VA N DE NATIONALE VERGADERING/ K.EPRESENTEERENDE HET VOLK van NEDERLAND. Gearresteert den 16 Maart 1796. het tweede jaar der bataafsche vryheid, In den HAAG, Ter 'aLands Or4kï, minder Vad?riandminnend , dan ten f.de der IVartnorf'en, der Wasfenaren ■, der Piet Jhyris , der Trompen, der de Ruiters? iv.'C:;,, Medeburgersi d;it zy verre; -wy durven, wy lJ',o"C!i ons al'es goeds van vwe Burger-deugd beloven, en Vatt uw gevoel van 'sLands &ógén nood vcrwagtcn. Waar-  C 5 > Waarom zouden wy dan dien nood voor uliede» verbergen ? , Het ftaat in uwe hand, daar aan te gemoet komen! Onze Schepen, die vele zyn, en meer dan genoeg» zaam, om de overmagt in onze Zeen te behouden, d nt wand allen toevoer van Mond- en Scbeepsbeiioc£tens uit het Noorden aüefhyden, en alzo tot eenen fpoe- digeh Vrede te dwingen, — onze Schepen hebben Volk gebrek. De gewoone Wervingen gaan traagelyk voort : —— De loffelyke , hoezeer min volledige maatregels», in zommige onzer Gewesten beraamd, tot fpoediger bemanning der Vloot, hebben de verhoopte uitwerking niet gehad! geen wonder, 't waren afzonderlyke pogingen en geenzins een uitvloeizel van da wi', der volle vertegenwoordiging van het Bataaffche Gemeencbest! Deze kan zich dan eindeiyk doen horen, zy zal uwen w&nsch vervullen, en door uliedcn onderfchraagd het Vaderland redden. Dat dan in alle Steden en Dorpen van Nederland, 't Volk plegtig worde opgeroepen : Dat het Voorbeeld vau Haarlem, het vryheidminnend Haarlem, dut alleen in deze dagen, meer dan twee honderd rappe Jongelingen aan den Zeedienst gefchonken heeft, overal ter navolging frrekke! Dat alle de geconfiitueerde Magten in hunne onderfcheide betrekkingen, de Bataaffehe Jeugd aanmoedigen! de Nationale verdediging van hunne handen vorderen ! die bloeiende Jongciingfehap Zal niet doof zyn voor de ilemme van het zuchtend Vaderland! Dat toch is hare aller eerfte moeder, die hen van hunne geboorte af gekoesterd, gevoed en befchermd heeft. A 3 We!-  Welaan, dat dan alle toevliegen tot de algemeene verdediging. De tyden van mishandeling, van onderdrukking op s'Lands Schepen zyn voorby; s'Lands Vloot ftaat onder bevel van ware Vaderlandfche Mannen, die in b.mnc Vioteüngen gene Slaven, maar hunne Medeburgers befchouwen ; het oog van 's Volks Vertegenwoordigers is onophoudelyk gevestigd op de behoeften van s'Lands Zeevolk, en ook dc'.e hunne Vertegenwoordigers zullen, door gepaste maatregelen, tonen, dat het belonen van heldenmoed en trouwe , het aangenaamst gedeeite van hunnen groten arbeid zal uitmaken. Waarom zouden dan onze Vaderlandfche Jongens aarfelen of huiverig zyn? Dat dan alle Vaders hunne Zonen, de Zusters haare Broeders, de Oudften des Volks de Jongelingen tot heldenmoed, tot dadelyke deelneming in s'Lands Zeedienst, tot handhaving van de Eer der Bataaffche Vlag, — tot redding Vah het Vaderland aanfporen ! Zy zullen, na het volbrengen van dien edelen taak, hunne beloning in onze tcderfte zorgc voor hun en de hunne, in de omhelzingen hunner Vriend n, in de Zegeningen van alle Braven, in de dankbaaro toejuiching van geheel Nederland ontfangen. — Aldus gedaan en gedecreteert ter bovengemelde Vergadering, in den Rage, den 16 Maart 1796. He? tivecdc Jaar der Bataaffche Vryheid. (Wa* geparapbeerr) P. L. van de Kastsclc, vt. (0;;djr Mond.) Ter Ordonnantie vaa dezelve, J. Valckcnaer.