Pag. i PUBLICATIE. 'WÈF^^W^ STAAT^ des ^^^^^^^ deszelfs misfive, gefchree^ ven in 's Gravenhage den 8. deezes Maands, heeft gecommuniceert, ?t A gee- KONiNKLIJKE BIBLIOTHEEK - Verz. Plakkatan  C » ) geene in de Stad Arnhem, met relatie tot het exerceren der Jagt der Borgeren, zeedert eenigen tyd was voorgevallen, en de daar over gehoudene correspondentie met de Magiftraat van dezelve Stad, en houdendefpeciaal,hoeHoogftdezelve zig bezwaard en onbevoegd bevond, om ten principaalen over 't poincl: van de Jagt der Borgers, in een onbelemmerde deliberatie te kunnen treeden, zoo lang 't impediment,uit hoofde van het bedreigende Declaratoir van een groot aantal van Borgers, in een zeeker Addres aan de Magiftraat gedaan, van zig zelfs , niet tegenftaande een fubfifterende en vigerende Wet ter contrarie, te willen richten, door feytelyk de gantfche Veluwe door te gaan jaagen, 't geen begreep aan zoo een vrye deliberatie te obfteren, in weezen bleef; fchoon anderzints Zyne Doorluchtige Hoogheid, aan wien Wy by 't Reglement van Regeering van den Jaare 1750. 't reguleren van al dat geene, 't welk de Jagt concerneert, voor zoo veel het Quartier van Veluwen aangaat, hebben gedefereert, zooras dit impediment behoorlyk zoude zyn weggenomen  ( 3 ) men, zoo veele redenen niet zoude vinden, om Zig, naa dat vooraf behoorlyk de noodige informatien en confideratien van die geene, welke zig by de confervatie, bederf of ruïne van de Wildbaan op Veluwen mogten reekenen geintereffeert te zyn, zoude hebben ingenoomen, en naa overlegd te hebben, wat gevoeglyk in ft Quartier van Veluwen tot het introduceeren van een ruimere Jagt voor de Borgers zoude kunnen worden geïntroduceert, tegens eenige verandering in 't Reglement ten deezen opzigte te verzetten. En dat Wy daar op, als meede op 't geen Zyn Doorlugtige Hoogheid nog verder daar by heeft' gelieven te voegen, van 't geen aan Zyn Hoogheid uit een gedrukt en alom verfpreid exemplaar van een requeft van fommige Perfoonen, zig qualificerende als Gecommitteerdens uyt de Gildens en Borgery der Stad Arnhem, was te vooren gekoomen, omtrent een fuftenue, als of in 't formeeren van nominatien tot vervulling van een Scheepen- en Raadsplaats te A 2 Ara-  ( 4) Arnhem, niet het teegenswoordige Reglement van Regeering, door Ons in den Jaare 1750. gearrefteert , maar een voorgegeeven Reglement van 1707. zoude behooren gevolgd te worden , met nog een gedrukt exemplaar van de Refolutie van de Gemeente van gemelte Stad, waar by 't zelve requeft, om redenen, daar in vermeld, wederom is uytgegeeven; na alvorens allezins geapprobeerd te hebben, 't geen 't Hof in Onze abfentie tot het ftuyten van alle feytelyke onderneemingen , ter tyd , en wyle toe, Wy zouden weezen vergaderd , en hier over zouden hebben gedelibereerd, en gerefolveerd, op den 16. Oétober laaftleeden, heeft doenpubliceeren, by Onze Refolutie van heeden,hebben begreepen , dat de importantie der overweegingen , welke zoo uyt voorfz. misfive, als uyt verfcheide van desfelvs bylaagen, zig kwam voor te doen, allezins Onze aandacht, en oplettentheid, zoo op zig zelvs, als uit hoofde van de gevolgen, die zulks alles, indien ongemerkt gepasfeeit wierd, met betrekking tot de gemeene ruft in deeze Provintie zoude kunnen heb-  C 5 ) hebben, kwam te verdienen, en te vereisfchen, en dat Wy daarom, om met alle omzigtigheid, zonder eenige verhaafting in deezen te handelen, en te procederen , hebben gemeend, alvoorens op den inhoud van voorfz. misfive en deszelvs bylaagen te hebben moeten inneemen 's Hoves confideratien en advis. ZOO IS 'T, dat Wy niet dan met leedweezen ziende, dat de Magiftraat der Stad Arnhem in Derfelver refcriptie aan Zyn Doorlugtige Hoogheid van den 26. September laaftleeden zig genoodzaakt heeft gevonden, om zig te moeten excuferen, uit hoofde van de circumftantien, waar in dezelve zig bevond, dat door geen meer efficacieufe middelen in deeze zaak heeft kunnen voorzien, en moeten praefereren, om voor als nog min kragtige mefures te ampleóteeren, welke nochtans gebleeken zyn, by de uitkomft weinig vrugt geproduceert te hebben, en waarom ook gemelte Magiftraat , volgens Deszelfs laatfte refcriptie aan Zyn Hoogheid van den 17. O&ober laatftleeden fchynd bewogen te zyn, A 2 om  C 6 ) om in de Publicatie van den Hove te beruften, en daar aan 't effecl: van dien overlaatende, Zig zelfs liever aan een verdere dispofitie heeft willen onttrekken : evenswei ook met genoegen verneemende, dat de Borgery van Arnhem aan die Publicatie heeft geobtempereerd 5 niettemin in de eerfte plaats alle en een ieder, uyt kracht van Onze Souveraine macht, met inhasfie van 's Hoves Publicatie van den 16. October jongftleeden, op Onze authorifatie gedaan, gebieden en gelaften, om zig te wagten van daar aan zig direct of indirect op eenigerley manier fchuldig te maaken , en rechtvaardige ftoffe aan haare Overheid, welke het alle bedaarde, en vreedzaame Burgers paft , in haare ordres te refpecteren, te geeven , om op zoo eene wyze zig te moeten excufeeren; terwyl de zoodanige te gelyk zullen begrypen, dat wanneer een, of meer te zamen, 't zy Gemeente, Gildens, Burgerye, welke nimmer dan op den gewoonen, en regulieren voet behooren te vergaderen, of wie 't zoude mogen weezen, mogten vermeenen in de een, of andere gelegenheid, door een  (7) een Magiftraat van een Stad bezwaard te zyn, nooit aan dezelve is afgefneden, de weg om fig tot Ons te keeren, en haare klagte aan Ons op een decente manier voor te brengen, in hoedanig een geval Wy nooit zullen weigeren om dezelve te hooren, en daar in, of zelfs de noodige dispofitie te verleenen, of die klagte te ren voyeren ter plaatfe daar zulks gehoord, waar van alleen ter bereiking van een afkomft van zaaken een duurzaame uyt werking is te wagten: En verbieden Wy daarom niet alleen expresfelyk 't generaale gebruyk van alle onbehoorlyke middelen, in wat zoort van zaaken zulks mogt weezen , maar interdiceeren ook voorts alle en eenjeder wel ernftelyk, om, hangende Onze deliberatien op voorfchreeve fubjeét, iets feytelyks ten aanzien van de Jagt, 't welk niet conform 't fubfifterende, en vigerende Reglement op de Jagt, 't geen Zyn Doorluchtige Hoogheid heeft doen emaneeren, mogt weezen, te onderneemen, of ook voorgemelte fuftenue tot 't veroorzaaken van eenige verhindering in den voortgang van 't formeeren van nominatien tot va- ce-  C 8 ) cerende Scheepen- en Raadsplaatzen in de Stad Arnhem, wanneer daar in gevolgd word 'tprsefcript van 't Reglement van 1750. al verder, hangende Onze voorfchreeve deliberatien, te pousferen of voorttezetten: Ordonnerende in tegendeel om in 't generaal alles te laaten in den ftaat,waar in het zig tegenswoordig bevind, by poene, dat alle de zoodaenige, 't zy dat alleen, of geasfocieerd met meer anderen mogten weezen zoo wel als haare Fauteurs, Aanvoerders, en Directeurs zullen worden geftraft, als die een ingreep in Onze Hoogheid tot vilipendie van Onze Wetgeevende Magt hebben koomen te doen, en de publicque ruft hebben geftoord. Hebbende Wy 't Hof Provinciaal in dit finguliere geval geautorifeerd deezen aangaande te doen neemen de noodige informatien, en vervolgens te doen procederen teegen zoodaanige perzoonen, zoo en als naar rigeur van rechten zal oordeelen , en bevinden te behooren: zoo nogtans, dat dit een en ander niet zal ftrekken eenigermaate tot prejudicie , of dat daar door in  O) in het geringde eenige inbreuk zal werden gedaan in 't recht van jurisdictie, de Stad Arnhem in criminalibus, als anderzins competerende, noch dat het zelve in confequentie zal kunnen of mogen getrokken worden. En zonder ook daar door den gewoonen weg van regten aan ymand te willen fluiten, als dewelke voor elk en een ieder word opengelaten. En op dat niemand hier van onwetenheid hebbe voor te wenden, en een ieder kennilTe van Onze intentie zal kunnen krygen, ordonneren Wy alle DrolTaarden, Amptluiden, Richters, en Magiftraaten van de Steeden, dat zy dit Ons Placaat doen publiceren en affigeren, en tot onderhouding van dien aan den Momboir deezer Landfchap in alles de behulpzaame hand koomen te bieden. Dies t' oirconde is des opgemelten Furflendoms en Graaffchaps fecreet Zegul op 't fpati- [B om  C io ) um gedrukt en deeze door den Griffier onderteykent geworden. Aldus gedaan en gearrefteert op eenen ordinaris Landdag binnen de Stad Zutphen^ den 12. December 1783. .( Onder/lond} Ter Ordonnnantie van Haar Ed. Mog. ( Was ^et eekent) F: V: van den STEEN. Te ARNHEM, By Willem Albert van Goor, ordin. Drukker van den Ed. Hov e van Gelderland, 1783.