KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK COLLECTIE-TH IERRY BRUIKLEEN van de Ned. Herv. Gemeente te 's Gravenhage 7118 - '35   GESCHIEDENISSEN DER VEREENI8DS NEDERLANDEN.   GESCHIEDENISSEN DEK. VEREENIGDE NEDERLANDER VOOR DE VADERLANDSCHE JEUQD» VEERTIENDE DEEL, WET PLAATEN EN POURTRAtTEN. te AMSTERDAM, ev JOH ANNE S ALLART, MD CCLXSXX.   EE INT EN-ZE VEN TIGSTfi GESPREK. I N H O ü D. Gevolgen van den Engelfihen Oorhg. Stilflavd des Koophandels. Beleeningskas te Amfler. dat* geopend, — Aanwas/cbende bloei van OJÏende. Stranden van een Engehcb Compagniefcbip-. — MMtftst Jtr ^ gens Engeland. — Ópfibudding en Vreet te Scbeveningen, Verovering van St. Euflatins d»or de Etigeljlbe». Gevelgen van deeze Verovering . Bljd/cbap ever dezelve in Engeland. — Ongelukkig gevecht van den Schout hy Nacht Krul, ttgltts de Engelfcben. - Krygsraad over de Luitenant van Halm. Verlies %an dt Volkplanting Demerari. _ Ongenoegen van Zeeland, over dit verlies, - Ongeluk van », Landt Oorlogfcbip de Prinfis Fredrica Louifa Wilbelmina. —_ Argwaan ngw ^ ^ A 3 *- van  é GESCHIEDENISSEN DER. van TFoIjfenbuttel. Commisjïe van de Burgemeesters Temmink en Rendorp by den jPrifts, —— De Hertog van IFolffenbutteJ beklaag* zig by de Algemcene Staatcn. Antwoord der Algcmeene Staaten op deeze klag' te. >— Tocht van zyr.e Hoogheid naar de Kinten van Holland. — Keizer Jefepbus komt bier ie Lande. Aanmerkelyk zegge» van denzelven. — Brand te Thamen aan den Uithoorn. Zwaare Onxveders in frjesland, Zeeland en te Amfleldam. —— Overwinning der Hollanders op Doggersbank. Gevolgen van den Slag op Doggersbank. Zinken ven V Schip Holland. Zorg voer de gewenden. Dood en Begraafnis van den Schout by Nacht Bentinck. — Bevordering der Zeeofficieren. — Daggtrbankfche Helden beloond. — Gevecht van de Cppitei. ven Oorthuis en Melvill tegens de Engel' feben. Gevolgen van V zelve. Capitein Andries de Bruin befcbulJigt. Dezelve verdedigt zig. Misnoegen tcgons den Schout by Nagt. Binkes. Krygsraad over denzelven. — De Kaap ie Geede Hovp beveiligt. -~ Vier Holland' fcsbe-  VEREËNIGDE NEDERLANDEN. ? febe Oestindtfcbe Compagniefcbepen , deer de Engel feben ,in de Saldanbabaay , verovert. — Voorzorg op Batavia genomen tegen de En' gelfcben. De Keizer laat de Barrière/leden flegton. — 't Schip Prins Willem verzeilt op de Zuiderbaaks. — Vonnis ever Kapt' tein de Bruin. * St. Euftatius door de Franfcben herovert. Saba en St. Martin desgelyks herovert, Edelmoedig gedrag van de Markgraaf de Beuilliê.— Het Beekje, genaamt dan't Volk van Nederland, verbeden. — Verli es van de Volkplanting de Berbicet. —» Sarimtame en Curacao beveiligt. <— Tivee nieuwe Kaperfchepen door de Engelfcben ge* nomen. Jlgterdenken bier over. —. Ongeluk van ,t Kaperfchip de Dappere Patriot. De Hoven van Weenen en Petersburg bieden den Staat hunne Mediatie aan. Besluitloosheid daaromtrent. — N%deelige Staat der Grooie en Kleine Visfcheryett. ■ Gemor en achterdocht onder V Volk wegens de algemeene Werkeloosheid in den Oetlog tegens Engeland. A 4 2. Waar  I GESCHIEDENISSEN DE* Z. Waarde Vader,, de akelige Schets ,, die gy my, by het einde van ons voorige Gefprek , ten opzigte van ons dierbaar Vaderland, gegeeven hebt, wekt myne nieuwsgierigheid op , om wat omftandiger de heillooze nadeeïen , die den onregcvaardigen Oorlog met Engeland ons aanbragt, van u te mogen verftaan. V. Zy zullen de Stof van dit en eer.ige volgende gefprekken uitmaaken. — Jammerlyk was het in den aanvang van dien Oorlog met onze Koophandel en Zeevaart gefteld. In plaats dat alles met het aangenaame Voorjaar van 1781. moest herleeven , en den Handel als gewoonlyk weder nieuw leven moest bygezet worden , bleef, alles dood ftij. Niemand dorst eenige goederen, hoe vol de pakhuizen ook waren, affehepen , uit vrees d»t dezelven in 's vyands handen mogten vallen. Te Amfleldam. Rotterdam, en andere Koopfteden van ons Vaderland, vertoonde zig byna geen volk op de Beurfen, terwyl de Waagen flegts maar aan eene enkele  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 9 kele deur open of wel geheel gefloten wa * ren, tot merkelyk nadeel van de zulken, die by 't gewoel des Koophandels hun brood wonnen , in welk ongeval niet alleen Sleepers, Pakkers, Kruyers enz. deelen moesten, maar men vond zelfs Kooplieden, die' twaalf en meer Knegis in dienst hadden, welken zy, by gebrek aan werk, af moesten danken. Z. Het zal zeker met het gereede gel* mede niet te breed gefteld zyn geweest, V. Dit kunt gy ligt denken. Het loopend geld wierd fchaars, en de waarde van 't papier verminderde dag aan dag, het welk zo ver ging , dat de Regeering van Amfleldam befloot, hoewel alleen voor haare Inwooners, een Beleeningskas te doen opeaen, waar uit men geld , tegen twee en een half tot drie en een half ten honderd , konde bekomen * na dat de goederen en EfFeclen waren, wel* ken aan. geen gevaar of fpoedig bederf onder* hevig moesten zyn. — De Zeevaard fcheen genoegzaam de bodem ingeflagen te zyn. Ten bewyze hier van zal ik u flegts een enkeld ftaaltje opnoemen , waardoor gy een verge* A 5 ■> !yw  *0 GESCHIEDENISSEN DEJfc Jyking omtrend alle anderen zult kunnen trekken. In het voorgaande Jaar i/8o. beliep het getal der UeUandfcbe Schepen , die de Zend gepasfeerd waren , tweeduizend achtënvyftig, en in dit noodlottige Jaar flegtsolf. Z. Welk een verbaazend onderfcheid l V. Hier by kwam nog de billyke vreezs ▼oor het geheele verloop des Handels, door de aanwasfende bloei van de Stad O/lende, welke niet weinig bevorderd wierd, door de Verzending der Goederen uit Duïtscbland, welken verder ter Zee vervoerd moesten worden. Daarenboven had de Ktizer die Stad niet alleen met het Voorrecht van een ▼rye Haven te mogen zyn , befchonken , maar ook last gegeeven tot het vergrooten der Stad, en het opheffen van den haatlyken geloofsdwang , welke oudtyds de Koophandel in Braband en Vlaanderen zo veel na. deels toegebragt had. Z. Verlieten geen voorna*me Kooplieden @ns Land, in deeze gefleldheid van zaaken, cm zig te Ofiende, daar zy zig veiliger konden aciuen, ter neder te Haan ? V.  VEREENK5DE NEDERLANDEN. *I V. De fpraak ging wel dat zulks gefchicden zou, doch diergelyke zaaken lasten zig gemaklyker zeggen dan doen , ook is by de uitkomst gebleken , dat niet dan eenige weinigen zig derwaards begaven , wier vertrek uit ons Vaderland geen merkelyk nadeel toebragt. —— Ondertusfchea had de vyand geen gering nadeel geleden , door het verlies van een hur-ner rykgehden Oost* indifche Compagniefchepen , de General Barker genoemd , welk Schip door zwaan? ftorm naar de» HeUandfcben wal gedreven zynde, den 16 February tegens den middag, by het Dorp Noerdzvyk op ftrand geraakte. Van de Schipbreukelingen, honderdënvyftien perfoonen fterk, wierden 'er honderd gelukkig gered, doch waar van de meesten voor Krygsgevangenen verklaard en naar Leyden gevoerd wierden. Vyftien perfoonen waren ongelukkig verdronken. De laading van het Schip , volgens de Evgelfcbe opgave zelfs, ruim drie mÜUoenen guldens waardig, wierd niet zonder de grootfte moeite , doornat en vry wat befchadifed , gered en naar dmfteh A è torn  18 GESCHIEDENISSEN DEH éitm gezonden, en vervolgens aan de mrest. biedenden verkogt. Het Schip zelve wierdr> door 't geweld der golven eerlang verbryzeld. Eenige Engelfcbe Kotters en Kaaperfcheepjes deelden in 't zelve onheil , en flrandden op de Zeeuwfcbe en Vlaamfde. Kusten. De geredde manfehap derzelven. wierd te Zierihzee en andere Steden van 7csland in gevangenhuizen geplaatst en over* al vry wat menichlievender behandeld dan, de ongelukkige Hellandfcbe Bootsgezellen, die te Terbay, of op andere Emgelfibe plaat-, fen, als Krygsge vangenen zsten. Z. Maar hadden de AI*emeene Staaten op, de Oorlogsverklaring van Engeland nog geene tegen vei klsaring gedaan? V. Dezelve verfcheen den is Maart in 't licht,, en toonde, op zulk eene bezadigde en tevens bondige wyze, alle de onbeftaaH' baare Handelingen van het Hof van Lenden , ten opzichte van ons Gemcenebest, aan, dat. tik onbevooroordeeld Nederlander dezelve moest goedkeuren. De ontrustingen. icr Évgeljcbc Kaapcr* aan. »nze Kusten bleeC oiOa  VERENIGDE NEDERLANDEN. T$ ondertusfchen voordduuren, en een derzelven had zelfs de ftoutheid om een Vlaar* iinger Visfcherhoeker tot voor Scbeveningen r daar dezelve op ftrand geraakte, niet alleen te vervolgen , maar zelve onöphoudelyk opzyn ontzeil Je prooy te vuuren, zo dat eenige kogels zelfs door de daken der huizen van het Dorp vlogen. Dit geval verwekte ondertusfchen niet weinig opfchudding , te meer, daar juist de Kerk terzelver tyd uitging. Welhaast vloog dit gerugt in het naby. gelegene V Gmvenbage, daar alles ook in rep, en roere geraakte. Men zond terftond eenbende Ruiters en Granadiers naar Scbevenin* gen, werwaards zig 's Lands Erfftadhouder, verzeld van den Hertog van Wolffenbutttl mede begaf, beneyens een ontallyke menigte, nieuwsgierigen , egter gebeurde 'er vervoUgens niets aanmerkelyks, de Engelfebe Kaper, deinsde af^ en de opfckudding. en vrees na», men tevens een einde. Z. Het waare te wenfchen geweest, dat xn«n altoos in deeze oorlog zo gelukkig met de.fchrik vry geweest was.. A 7 y.  t4 GESCHIEDENISSEN DER. V. Het veroveren van St. Eufiatius baarde zeker hier te Lande niet veel minder fchrik en vry wat grooter nadeel De Engelfcben hadden zig van dat Eiland den 3 February meester gemaakt. De Gouverneur de Graaf en de andere Leden der Regeering waren genoodzaakt geweest, daar zy geen de minfle wederftand konden bieden , het zelve over te geeven, te meer, daar de Engelfebe Admiraal Rodney hen flegts één uur tot bedenken had gegeeven. — Zo dra gemelden Admiraal zig meester van het Eiland zag , gaf hy het Fort Oranje den naam van George , het zy n-ar zynen Koning of naar zig zeiven, als zynde insgelyks George geheten, laatende voöfds op eene listige wyze de Hollandfcbo Vlig nog eenigetyd van het Fort waaijen, waardoor 't hem gelukte nog zeventien Koopvaardyfchepen , onbewust van zyne verovering, in handen te te krygen. Het Oorlogfchip Mars, op de Rhede van St. Euftatiés liggende, benevens omtrend tweehonderd Koopvaardyfchepen , die in de Havens van dat Eiland lagen, vielen den Engelfcben in handen, behalven nog drie    VEREENIGDE NEDERLANDEN. jS drie milJioenen aan gereed geld, en eene groote menigte van Oorlogsbehoeften. Vervolgens beroofde Rodney de ongelukkige In. gezctenen niet alleen van al hun geld, goe. deren, pakhuizen, boeken en papieren, maar joeg hen eindelyk, van alles ontbloot, uit Kunne wooningen, Z. 'Er fdiynt dan niet meer aan ontbroken te hebben , dan dat Rodney de bersofde Inwooners maar van 't Eiland verdreven en St. Enflatius dus in een puinhoop en wildernis moest veranderd hebben. - Hoe beklaagt myn hart de geenen die voor \ geweld eener fpoorlooze overheeifching moeten bukken! V. In Engeland wierd ondertusfchen over dit geval, als over eene glorietyke zegepraal, allerhande vreugde bedreven , doch deeze blydfchap maakt welhaast plaats voor een billyk misnoegen, wanneer men vernam, dat de EngeJfcbe Koopvaardyfchepen en goederen zo wel als die der Hollanderen genomen en. geplunderd waren. Verfeheiden Kooplieden in Landen beklaagden zig niet alleen hier over  IÖ- GESCHIEDENISSEN DER over , maar eenige Staatsleden in Engeland, inzonderheid de Heer Charles Bunbury , voerden vry fterke taal, en lieten over dit geval verfcheidene onaangenaame waarheden hooren , doch alles was te vergeefs. De meerderheid der Staatsleden , ingenomen met de vernedering der Hollanders , verdeedigde. Rodneys gedrag, prezen zyne onderneeming, en de item der biiïykheid moest zwygen Gelyk zelden , volgens het oude Hollandfchs' fpreekwoord, één ongeluk alleen komt, zo gebeurde het thsns ook, daar de. vvrmeestering van St Euflatius welhaast van een ander onheil gevolgt wierd. — De Schout by Nacht Willem Krul, voerende 's Lands Oorlogfchip. Mars, van zestig ftukken, was luim een et- maal voor de aankomst van Rodney aan St. Euflatius , met drieëntwintig, ryk geladene. Koopvaardyfchepen, van daar naar Europa. vertrokken. Dit was een. al te aardokïyken prooi voor de Engelfche roofzucht, om geen ppoging te doen om dezelve in handen te. krygen. De Engelfche Admiraal vaardigde. èm teiftond twee Schepen van Linie en een, Fre«  xiv.b.pLii.   VEftEENlCDfi NEDERLANDEN. Ï7 Fregat af. om den Schout by Nacht Crul en de Schepen onder zyn Convoy te vervol» gen. Den 4 February haalden zy het zelve op de hoogte van Antigua in. De Schout by Nacht nergens van bewust zynde,wierd welhaast door de Evgelfcben omringt en tot een ongelyk gevecht genoodzaakt. De dap. pere Crul deed al wat men van een braaf Zeeofficier verwachten kan , doch had het ongeluk van reeds in den aanvang van het gevecht te fneuvelen, zynde dus de Eerfte die in deezen Oorlog zyn bloed voor 't Vaderend ftortte. De Luitenant van Halm, die na hem 't bewind voerde, vond zig in de noodzaaklykheid om na verloop van een half uur te ftryken, en zig met de Koopvaardyfchepen naar St, Euflatius te laaien voeren, alwaar het Lyk van den gefneuvelden Schout by Nacht Crul , met alle Krygsëere , ter aarde befteld wierd. Z. Wierd het den Luitenant van Halm federd niet kwalyk genomen , dat hy dit fchoone Oorlogfchip den vyand had overge. gpeven ?  Il GESCHIEDENISSEN DER. V, De Hooge Krygsraad ter Zee, wegens dit geval, over hem gehouden, heeft hem volkomen vrygefproken, ook wierd de gedagtenis van den gefneuvelden Schout by Nacht, hier te Lande, met een Gedenkpenning vereerd. ■ Midlerwyl hadden de Engelfcben hunne vermeesteringen in de West' indien voordgezet , en zig niet alleen van de twee kleine Eilandjes Saba en St. Mar» tin meester gemaakt, maar ook de veel gewigtiger Volkplantingen, Demerary en Esfequebo , overweldigd. Het fpytigfte van dit geval was, dat men overtuigende bewyzen meeHde te hebben, dat deeze Volkplantin» gen als van zelve aangeboden en overgegeeven waren, het zy uit blohartigheid, 't zy ait kwaade trouw , of eenige andere oor* zaaken. Zeker is *t dat dit geval vry meer «pfpraaks baarde als de verrasfing van St. Euflatius. Ook waren de Staaten van Zeeland over deeze gebeurenis zo onvernoegd , dat zy van de Algemeene Staaten vorderden, dat den Bevelhebber en Raaden van Demerary, wanneer zy in 't Vaderland kwa* men*  xiv.b.pJLiix. GEVECHT VAN BEK SCHOUT BIJ SACHT KIWI TKGENS £ ETOELSPHE QOBLOG SCHEPE2C   VERENIGDE NEDERLANDEN. If reen, tc regt gefteld zouden worden , en ken fchuldig bevonden zynde, naar verdienften, de ftrarFen te doen ondergaan. — Eeven ongelukkig, doch minder misdaadig, was het verlies van een der beste Oorlogfchepen van ons Gemeenebest, de Prhfes Frediica Louifa Wilhdmir.a, een Schip vaa vierënvyftig Stukken, en voor twee Jaaren eerst nieuw gebouwd , welk Schip gantsch onverwagt, terwyl men met het kielen van 't zelve bezig was, ever zyde viel, en plots, lyk in de diepte verzonk, waar door den Lande eene aanmerkelyke fchade onderging» Z. Deed men geen onderzoek naar de oorzaaken van dit onheil ? V. Neen, dewyl het als een louter ongeluk wierd aangezien. Midlerwyl ont- ftonden by 's Lands inwooneren allerhande gisfingen, wegens de flegte loop der zaaken, en welhaast liep 's Lands Veldmaarfchalk , den Hertog vvaWolffinbuttel, by veelen in *t oog , als of dezelven te veel aan de £»gelfcbe party gehegt was, en door den invloed die hy op het gemoed des Prinfee Erf-  *° GESCHIEDENISSEN DER Erfïhdhouders had , Hoogstdezelvcn nadee. lige gevoetens , ten opzichte van zyn Vaderland, inplantte. Deeze achterdocht hand over hand toeneemende, rekende de Regeenng der Stad Amfleldam zig verpligt, haare klagten > wegens dit alles, voor den Erfftadhouder zelve uitteftorten. Ten dien einde wierd 'er een Commisfie beraamd, om naar 's Gravenbagg te vertrekken, en zyn Hoogheid van alle deeze bezwaaren kennis te geeven, te meer, daar Amfleldam, door de Steden Derdrecbt , Haarlem en Delft , niet weinig onderfteund wierd. Deeze aanzienJyke en gewigtige iast wierd toevertrouwd aan de Heeren Tèmmineb en Kenderp, Regeerende Burgemeesteren der voornoemde Stad, benevens den Penfionaris Visfeber. De Prins Erfftadhouder ontving dezelven , den 8 Juny , op het Huis in V Bescb , alwaar den voornoemden Penfionaris Visfeber, in de tegenwoordigheid van den Heer Raadpenffonaris va» Bleiswykt 's Volks klagten en bedenklykheden tegens den Hertog van Welffenbmtel. zyne Hoogheid voorlas en verders oYer^  CtQlMMïSSIEBIJ ZiprE HOOGHEID IK'T kuis IN't BOSCH»   VEREENIGDE NEDERLANDEN. &J overhandigde, doch dezelve niet zonder eene gevoelige geraoedsbeweeging, uit handen van den Prins weder te rug omfmg. Zes dagen hater wierd de memorie, begeleid door eenen brief van den Burgemeester Rsndorp, aai den Raadpenfionaris, weder aan den Heer Erfftadhouder ter hand gefteld. Z. Deed de Hertog van Woljfenbuttel geene pooging om zig van deeze blaam te zuiveren ? V. De ftap der Stad Amfleldam , ten zy. nen opzichte, wierd zeer euvel opgenomen, en den Veldmaarfchalk beklaagde zig 'er opentlyk over by de Algemeene Staaten, met verzoek van eene volleedige voldoening over den hoon hem, zo hy meende, hier mede aangedaan. Ook verklaarde de Prins Erfttadhouder terzelver tyd, dat men, zyns bedunkens, den Hertog niet konde weigeren , dat zyne zaaken grondig onderzocht wierden, dewyl het den Staat niet onver. fchillig konde zyn, of iemand, met zulk eene aanzienlyke waardigheid bekleed, fcbul« dig of onfchuldig was , aan het geene waar mede hy betigt wierd. £•  fta GESCHIEDENISSEN DER Z. Wat was het befluit van de Algemeene Staaten op dit alles ? V. Hun Hoogmogenden verklaarden geen de minfte reden of grond tot zulke befchul* digingen , als 'er tegens den Hertog in gebragt wierden , te kunnen ontdekken , wes halven hoogitgemelden den voornoemden Hertog volkomen vry kenden en zuiver hielden van den blaam , hem daar door , volgens het oordeel van hun Hoogmogenden , aangewreven. Deeze Verklaaring gaf ondertusfchen over het algemeen weinig genoegen , en de meeste van 's Lands Ingezeteren erkenden de ftap der Heeren van Amfteldctm, over welke de Hertog zig zo fterk beklaagde , als volkomen wettig en rechtmaatig , en dat de Regeerders dier Stad, fchoon de Hertog al in 't gelyk gefteld konde worden, nogthans geen het minfte verwyt verdienden, dewyl dezelven niet meer dan hun pligt gedaan hadden,en aan niemand eenige verantwoording des wegens fchuldig waren. Geduurende dat dit alles voorviel, had zyne Doorluchtige Hoogheid, verzeld van zynen Op-  VEREENICDE NEDERLANDEN. 25 Opperltalmeester, den Heer van Kebl en de Heeren van Heyden , van Rbeedo en Benti'nck, eenen tocht naar de Zuidlyke Kusten en Zeegaten van Holland gedaan , het daar liggende Krygsvolk in Wapenfchouw geno.. men , de ftaat der verdeediging van den Btielle , Hellevoetfluts , de Willemflad enz. befehouwd en de nodige bevelen gegeeven, zynde overal met groote eere en ongemeene vreugde ingehaald geworden , te meer, daar het de eerfte keer was, dat zyne Hoog. heid in deeze ftreeken gezien was geworden. Z. Was het niet om deeze tyd, dat ons Vaderland met het bezoek van den Keizer Jofepbus den Tweeden vereerd wierd? V. Ja, zyne Keizerlyke Majefteit kwam, ©nder den naam van Graaf van Falckenftetn, en alleen verzeld van den Graaf van Terey, den 7 July in Holland, bezigtigde de voor. naamfte Steden van die Provintie , en bevond zig onder anderen , den 13 July , te duifieldam, alwaar de Monarch al het voor* naamfte van die groote Stad bezigtigtl hebben*  S'4 GESCHIEDENISSEN DER bende » met de volgende aanmerkelyke woorden , van haare Regeerders affcheid nam, „ Myne Heeren ! ïk heb uwe groote Stad met veel vermaak gezien. Ik neem „ deeze gelegenheid, met veel nadruk, waar, om u te zeggen, dat ik u als waare Va* derlanders befchouw. Ik fpreek zo als ik denk, naamenlyk als een Waereldbur5, ger. Volhard, myne Heeren, by uwe ge„ voetens, en uwe Burgers zullen gelukkig „ zyn." -——— Twee dagen in Amfleldam vertoefd hebbende , vertrok zyne Majefteit naar Utrecht , en begaf zig van daar over Asken weder naar zyne Erflanden. • Eenige dagen na 's Keizers vertrek, ontftonH in het Dorp Tbamen aan den Uitbtern, den 23 July , door het broeien van een Hooiberg, zulk eenen hevigen brand,dat het Rechthuis van het Dorp , deszelfs Koornmolen, en meer dan vyfentwintig huizen, in de asfche gelegd wierden. Door de fchrik en verwarring, die'cr by dit ongeluk plaats greep, had men zeer weinig goederen knnnen bergen, en dit was des te b?ki?agiyke-r , daar, in  VERBENIGDfi NEDERLANDEN, 8g In 'c begin van dit Jaar, het zelve Dorp ook eenen feilen brand had moeten uitftaan, die niet alleen zeven huizen, maar ook de' Kerk der Mennonieten aldaar , tot asfche verteerd had. - Een ander ongeluk trof, eenige tyd vroeger , '$ Prinfen Lusthu|s ,fc Oranjewoud , buiten Leeuwaarden gelegen Wiens tuin, door een allerverfchriklykst onweder van ftorm, donder, blixem en zwaarehagel, genoegzaam ten eenemaal verwoest was geworden. Stukken ys , van Wee ea een half duim en grooter , waren uit de lucht gevallen, en hadden boomen, vruchten en graanen verbryfeld. In 't Lusthuis zelve was byna geen één g!as geheel gebleven , en rondom was niet één particulier huis of het was grof befchadigd geworden — Diergelyk onweder trof den volgenden dag den ii jmy, de Pf0vimie ^ £ zonderheid de Stad Middelburg en het Dorp Oud Vosmeer, in welke laatstgenoemde plaats elf huizen en zeven fchauren, door de blixem verteerd wierden . Niet fflinder ^ waren de onwcêrsbuyen die de Provintie Fries*  GESCHIEDENISSEN DER Friesland 'm de maand September troffen , door welken zo wel in de Steden, met het afwaayen van fchoorfteenen, daken enz. als ten platten Lande, door het vernielen van Graanen , Veldvruchten , Molens enz. aanmerkelyke fchadens veroorzaakt wierden. . Z. My geheugt dat hier, te Amfleldam, omtrent dezelven tyd, in den morgenftond; ook een zwaar en yslyk weder van donder , vervaarlyken blixem en vernielende hagel, geweest is. V. Ondertusfchen hielden de geweldenaaryen en mishandelingen der Engelfcben ter Zee nog fteeds aan , tot merkelyke fchade van Nederlands Koophandel, die buiten dat genoegzaam ftil ftond. De Vaard op de Oostzee die ons de meeste levensnoodwendigheden aanbrengt, bleef egter nog voordduu» Wn en 'er wierd welhaast Convooy derwaards verleend, welk Convooy onder den Schout by Nacht Zeuman, den Eerften Augustus, in Zee ftak. Het zelve beftond uit xeven Oorlogfchepen, zeven Fregatten, één Kotter en eenige Adviesjagten en Uitleggers. Het    VÈREEKICDE NEDERLANDEN. t? Met duurde geen vier dagen, of deeze Vloot ontmoette, op de hoogte van den Doggen. b*nkt het Engelsch Convooy van den ViceAdmiraal Parker, die ook eene Koopvaardyvloot uit de Oostzee naar Eiland geleidde. De beide Vlooten waren naauwelyks ia elaanders gezicht gekomen, of men bereid, de zig van weerskanten tot den Slag , die welhaast eenen aanvang nam , en door den dapperen Zoutman zo heldhaftig voordgezet wierd, dat hy, in 'c einde een volkome» overwinning op den vyand behaalde, dié des te grooter was, als men in aanmerking neemt, dat de Engelfche Vloot de onze, in meerderheid van Oorlogfchepen en Gefchut, verre overtrof. Een uitgebreid Verhaal van deeze beroemden Slag aan u te geeven, acht ik niet noodig , doordien de omftandigheden van dezelven te over bekend *Vn. Ik zal my dus alleen maar vergenoegen met u te zeggen, dat den onfteifclyken lanZ » ^ Z°Utmm> de E« landfche Natte, by andere Volkeren, in dee". ZS ,yd' reeds 20 diep gfdaaid, dat zy als B 2 ee»  -GESCHIEDENISSEN DER. een fpot en fchimp geworden was, in ze verre herftelde en op de been bragt , dat den naam der Hollanders federd weder met agting genoemd, en hunne dapperheid, door de gantfche waereld , ja zelfs door onze vyanden zelre geprezen is geworden. Z. Dit was dus het treffelyk gevolg van deeze behaalde overwinning. Doch hadden onze Oorlogfchepen geen merkwaardige fchade ondergaan? V. Alle onze Oorlogfchepen waren aan masten en tuig zeer befchadigd. Het getal der dooden en gekwetften op de Hollandfebe Vloot beliep op vyf honderd vyfënveertig, fchoon de Engelfcbe Nieuwspapieren het op meer dan duizend begrootten. Het Oorlog» fchip Holland, gevoerd by Capitein Dtdel, was zo reddeloos gefchoten , dat men genoodzaakt was het zelve te verlaaten, het geen met zeer veel moeite, des nagts en ondereen hevig onweder, gefchiedde, waar na het zelve welhaast, met eenige gekwetsten en zieltoegenden, die men na alle aangewende moeite , aan hun deerlyk lot had moe«  VEREENIGDE NEDERLANDEN- moeten overlaaten, met alles, in het diep* fte der Zee verzonk. —— Ondanks die ongeval bleef de blydfchap, wegens de bevochtene overwinning, eeven groot, en toen den braaven Overwinnaar met 's Lands Vloot en de behoudene Koopvaardyfchepen in Tijfel binnen liep, juichte een onbefchryflyke menigte menfehen, derwaard* gevloeid, om de zegepraalende Schepen binnen te zien komen , doch weende by het overfchepen der gekwetften, die naar Amfleldam gevoerd moesten worden, om hen te laaten genezen» De zorg , die men in deeze Stad voor die ongelukkigen betoonde, wees duidelyk aan dat de menschlievendheid nog fteeds in de harten van *s Lands Inwooneren blaakte. In 't Gasthuis had men , met alle fpoed, twee* honderd legplaatfen gereed gemaakt. De geWonden wierden niet alleen, met de uiterlle naauwkeurigheid, naar de regelen der kunst, door de bekwaamde Heelmeesters behandeld, maar verkregen ook alles wat tot hun, ne verfrisfing en genoegen konde dienen , en daar en boven ieder een Ducaat, die den  $Q GESCHIEDENISSEN DER. Prinfe Erfftadhouder aan dezeiven ter hand deed ftellen. Ook ontbrak het aan gee» edelmoedige mcnfcben, die de noodlydende Matroozen en Soldaatcn aanzienlyke gelchenken deeden. Z. Wierd dit Icffelyk voorbeeld van Amfleldam d oor ars dere Nid. ri&nd'lbe Steden niet gevolgd -? V. Ja, 'er wierden zo vvel in Holland als in de Provintien Zeeland en Friesland de nocdige voorzorgen gebruikt om, ook daar, de Gasthuizen , tot het ontfangen en verzorgen van de zulken, die in deezen Zeeoorlog g«» kwetst mogten worden, bekwaam te maaken.— Hoe veel zorg men nu ook gedragen bad voor de gewonden in deezenZeeflag, en voornaamlyk voor den braaven Kapitein Bentinck, welken zwaar aan den fchouder gekwetst was ge. worden, was egter alle menfehelyke voor" zorg, ten opzichte van den laatstgenoemden Kapitein , te vergeefs geweest. Men had den jeugdigen Held, aanftonds na den Slag . naar Amfleldam , en ten huize van den Fis de door den Chirurgyn ter Admiraliteit vo«r doodelyk gehouden zynde, ook tusfehen den 2$ en 24 Augustus, in den ouderdom vanmaar vyfëndertig Jaaren , overleed. Zyn Lyfc wierd, vyf dagen laater, op bosten van de' Admiraliteit, op eene zeer plegtige wyze t ten aanzien van eene ongelooffelyke menigte menfehen , van allerhande ftaat en ouderdom, in de Nieuwe Kerk, ter aarde befteld. Naderhand heeft het Edelmogend Collegie ter Admiraliteit te Amfleldam, 's mans naam en daad, niet alleen door het laaten vervaar* digen van een freaijen Gedenkpenning, maar ook door het oprichten van een aanzienlyk Eereteken, in het Cfaoor dier Kerke ge. plaatst, vereeuwigd. Z. Met dit alles was de dappere man eg* ter niet weder in 't leeven f' V. Eer en Bevordering zyn de fcherpfte prikkels tot manhaftigheid in den Krygsdienst, en 't is niet meer dan billyk, dat als de dapperheid in 't leevea niet beloond kan worden ; zulks dan ca de dood gefchied. , . . Doch laat ik met myn verhaal B 4 v«0ïd-  8* GESCHIEDENISSEN DER voordgaan. 's Lands Erfftadhouder liet, als Admiraal Generaal , kort na den Slag, aan den Opperbevelhebber der Vloot en ver» dere Officieren en manfch.Tp van 's Lands Oorlogfchepen , een' Brief van Dankzegging toekomen , waarby hy aan hunne heidenmoed de verfchuldlgde hulde en recht deed. Ook wierd den Schout by Nacht Zoutman tot Vice«Admiraal, en de Kapiteinen Bedel, van Braam, Kirgsbergen en Bentitick, toen nog aan zyne wonden liggende te zieltoo. gen , tot Schouts by Nacht bevorderd. Voords wierden de Doggerbankfcbe Helden , den 30 November deezes Jaars, met verfcheidene Eerfieraaden en Gedenkpenningen befchonken , welke plegtigheid op het Stadhouderlyke Hof, ten byweezen van de Gevolmagtigden der Staaten , alle de aanweezende Zeeofficieren en het geheele Hof, gefchiedde. Zyne Hoogheid, als Admiraal Generaal, omhing den Vice • Admiraal Zoutman, na eene gepaste aanfpraak, met den jouden Gedenkpenning en gouden Keten, en  VEREENICDE NEDERLANDER.. 33', en dc Schouts by Nacht , van Braam en Kivgsbsrgen , met een diergelyk gedenkftuk aan eea Oranje lint gefnoerd. Voords wierd den Heer Zoutman een gouden Degen , en. aan de andere Officiers kostbaare Sabels,, uitgedeeld. De Graaf van Weideren, die de. eerde tyding van den,gewonnen Zeeflag aan< Zyne Hoogheid gebragt had , was reeds tc vooren met een fraaijen diamanten Ring befchonken geworden. De gantfche plegtrgheid wierd met een pragtigen maaltvd op welke alle de aanzienlyke perfoonen, die by deeze overgaave der gefchenken tegenwoordig geweest waren , aanzaten , befloten. Z. Dit alles moet zeer tot genoegen van die dappere Zeebevelhebbers geweest zyn. V. Ondertusfchen had men hier te Lande tyding gekregen van een Zeegevecht tegens twee Engelfche Oorlogfchepen , den 30 May, op de hoogte van Kaap Sf> Mari^ voorgevallen; De beide Kapkeinea Oorthuis en MtMIl, de eene voerende het Oorlogfchip den Briel, en de andere de Caster, fceide van zesendertig Stukken, waren op S & hnn-  34 GESCHIEDENISSEN DER. hunne Kruistogt door de vyandlyke Oorlogfchepen, de Crefcent en de Flora, aangevallen geworden. De beide Zeehelden (treeden als Leeuwen, doch met ongelyke kans en uitflag. Kapitein Oorthuis had het geluk de Crefcent tot overgave te dwingen , doch Kapitein Melvilt was genoodzaakt zyn Schip integendeel aan den vyand over te geeven.. De braave Oorthuis konde nogthans zyn gemaakte prys niet mede neemen , doordien zyn eigen Schip dermaaten reddeloos gcwor* den was, dat hy zig genoodzaakt vond de eerfte haven de beste op te zoeken. Hy bereikte na veel fukkdens die van Cadix, alwaar zyne gekwetften , waar onder verfcheiden in een zeer gevaarlyke ftaat waren , in het Hospitaal gebragt en vaderlyk verzorgt wierden. De ongelukkige Melvili wierd met zyne Officieren en manfchap aan boord van het vyandlyk Schip de Flera gebragt , en vervolgens met bet zelve naar Engeland gevoerd. De Castor zo wel als de ©refant wierden nogtans op de te rugreize door twee Franfsit Fregatte» hernomen en  xrv.p.pi.vxr.   VEREENICDE NEDERLANDEN. £35 te Oriënt opgebragt. De Kapitein Oertbuit en zyn volk wierd, federd, door de Zeeraad aan de Muaze een aanzienlyke beloo «ing toegelegd. Ook verfamelden ee.ige edelmoedige Anfïel dimmers eene goede fom. me gelds, om aan de manfebap van dit Fregat het eerfte het welk een EH,Lci Oorlogfehrp federd de Vredebreuk had doen, "ryken, uit te deelen. Z, En hoe gedroeg men zig ten opzichte van Kapuem Melvill ? Behaalde hy bv ofLretfrad °P ^ M*aZ° gCen ond-V zvn Y WCgenS dC van zyn Sch.p ter verhoor opgeroepen? gehoud gedfl7g ok hct regtg ' Tchouwd en geprezen al, dat van een dap. Per man , die on por,» , Vla* ™n 1 c dfIyfee wyze de 2 " "n °Ud Cn «chip tegens. -n groot , nieuw en aetk Schip te fland was geweest. Daarenboven kreeg ft* ende zynen van de Algemee.e Staaten ee. « betoomn, in geJd, geiyk aan de moed' 36 * die  3<5 GESCHIEDENISSEN DER die zy betoond hadden. - ■■■■■ Geheel anders was het met den Zeekapitein de Bruin. gelegen, welken om deeze tyd befchuldigd wierd, als of hy met zyn Oorlogfchip de Prins Willem niet uit de Blaas had willen aeilen, om het Hollandsen Convooy naar de Oestzse te verfterken. Gemelde de Bruin, dus onder zwaare verdenking van pligtverznim liggende , en als of hy van elders bevel om niet uit te loopen ontfangen had, zuiverde zig best mogelyk wegens het eerfte punt, en gaf, wat het laatfte betreft, eene Verklaaring in 't licht, verfterkt door verfcheidene getuigenisfen , zo van zynen, Loots, als van de Officieren van zyn Schip «n eenige Koopvaardyfchippers. Z. Was men met deezs Verklaaring van den befchuldigden Kapitein te vrede? V. Dezelve gaf op verre na geen vol, doening aan allen, en de bygebragte getuigenisfen droegen zelfs by eenige lieden den fchyn van afgeperst te zyn. Het nee- Men van een HoUandfcben Smirnaasvaarder, icor de Engelfsben, gaf eok gelegendheid  VEREE.NIGDE NEDERLANDEN. om des Schout by Nacht Bi*ktj , die met drie van 's Lands Oorlogfchepen te Livor** lag, van verregaande werkeloosheid te befcbuldigen. Ook was. men inzonderheid op hem misnoegd , om dat zyne Scheepen den Verjaardag van Nederlands Erfstadhouder, met het losfen van 't gefchut en andere vreugdebedryven , gevierd hadden , terwyl men de noodige befcïierming aan de Koop. vaardyfchepen onthield , en men het kruid , zo als men toen openlyk zeide, beter in 't heroveren van een geraaakten prys zoude hebben kunnen befteeden. De Schout by Nacht fchreef wel eenen brief aan de Alge* meeoe Staaten ter zyner ontfchuldiging, doch dezelven vond weinig ingang , en kwam gantsch niet voldoende voor. Binkes zig ia zyn eer getast waanende, verzocht zelve, wanneer hy, in November, hier te Lande te rug gekomen was, een Krygsraad, om zyn gehouden gedrag ia dezelve te Iaaten onderzoeken, om zich dus van den hem opgetygden blaam te kunnen zuiveren. Z. Wierd hem zyn verzoek toegeftaan ? 3 7 ft  %t GESCHIEDENISSEN DER V. Ja, en in deeze Krygsraad, die uit de Luitenants Admiraal Wasjenaar en Hoeuft, de Vice-Admiraals Picbet, Byland en Zoutman , en de Schouts by Nacht Dedeï en Meyttns, beftond, wierd den Heer Binkes voor drie Jaaren van zyn ampt verhaten, van zyn Jaarwedden verdoken , en in de kosten van het Regtsgeding verwezen , we» gens het niet betoonen van behoorlyken yver en werkzaamheid, omtrend het hcrneemen eens Koopvaarders , door de vyanden te Livomo opgebragt zynde. Zyne Hoog» heid dit vonnis als Admiraal Generaal bekragtigende , voegde 'er by van denkbeeld te zyn, om gemelden Schout by Nacht geen Escader ter Commando meer toe te vertrou» wen , niet om dat Zyne Hoogheid hem van lafhartigheid of eenig kwaad oogmerk ver* dagt hield , maar om dat zyne booge jaaren hem die werkzaamheid hadden doen verliezen , welke ia een bevelvoerend Officier van een Escader vereischt wierd. — Midlerwyl was men hier te Lande zeer beducht voor een van 's Lands beste bezittingen op de-  VEREENICDE NEDERLANDEN» 39 «Je kust van Africa% naaraemlyk de Kaap de Goede Roep , op welke teEngslfeben federd lang reeds het oog gehad hadden, te meer, daar hen een rust en verveischplaats op hunne Reizen naar de Oostindiën ontbrak Gelukkig kreeg men aldaar reedi, den cp Maart, door een Franscb Schip , dat naar St. Materies ftevende, bericht van de Vredebreuk met Engeland. Te gelyker tyd ontüog men ook met een onzydig Schip de •ntrustende tyriing , dat den vyand reeds een Vloot onder de Bevelhebber Jebnfleua had uitgezonden , om niet alleen de Vaard der Nederlanders op Oostindiën zo veel me gelyk te benadeelen, maar zelfs om de Kaap de Goede Hoop aan te tasten , het welk geea Seringen kommer veroorzaakte, doordien de genoegzaam weerelooze Staat van deeze gewigtige Vastigheid te overbekend was. Ook leed het niet lang of men duchtte een aanbal, daar men, den sti JUDy, verfcheidea Oorlogfchepen in Zee ontdekte, die bepaald hunne zeilen na,r de Kaap wendden. Af. l?s geraakte aldaar in de Wapenen , en mea . neis-  40 GESCHIEDENISSEN DEK heiste de bloedvlag reeds van 't Kasteel op 9 wanneer de Inwooners, die alles fcheenen' te vreezen te hebben, op het aangenaamfte verrast en gelukkig in hunne meening be« drogen wierden. Z. Myn hart, het geen zig op uw verBaal reeds bekrompen gevoelde, fpringt op Tan vreugd, nu ik hoor dat de Kaapelingen van de roofzieke klaauwen der Engelfcben zyn bevryd gebleven , doch welke Schepen waren het toch , die oorzaak tot zo veel vrees gegeeven hadden? V. Het waren vyf Fraxfcbe Oorlogs- en twee Fregatfchepen , welken, onder bevel van den Admiraal de Sujfren , met twaalfhonderd krygsknegten, ter beveiliging van de Kaap de Gsede Hoop, uit Frankryk derwaards gezeild en thans gelukkig aangekomen waren, hebbende dus het oogmerk van den Engel fcben Bevelhebber Jobnftont, om nog vóór hen de Kaap te bereiken , ten cenemaalen verydeld. Daarenboven was de Kaap thans redelyk wel gedekt , doordien dezelve met omtrent drieduizend weerbaare ma®*  VERBENICDE NEDERLANDEN. fa mannen , zo Franfcbe als HoUandfcbe Soldaa« ten, Burgers en Macroozen bezet was, zo dat, fchoon men nog fteeds voor de overraagt van eene vyandlyke VJoot in vrees Weef, de E„gelfcb. Bevelhebber egter , in 2yn hoofdoogmerk, om zig, by een onverhoedfcnen aanval, meester van deeze aangelegene Vastigheid te maaken , volkomen te leur gefteld wierd . Jsiuftone zym ne onderneeming op de Kaap de Goede Hoop mislukt ziende, zeilde eerlang naar de St*. danbabaay, alwaar hy vernomen had dat nog eenige Hollandfcbe Oostindifcbe Compagniefchepeu voor anker lagen. Weinig moeite rond hy om zig van deeze weerelooze Sehe. pen meester te maaken. De Schippers, fchielyk en onverwagt zig befprongen ziende , hadden naauwejyks tyd hunne ankers te kapPen, en alles aan te wenden om de Schepen op het Land te zetten en de manfchap voor gevangenneeraing te bevryden. Een der genoemde Schepen geraakte ongelukkig in den brand, en fprong kort daar na in de luchtDe vier anderen wierden door Jobnfion, ge»  +a GESCHIEDENISSEN DER genomen en vervolgens in Engeland opge* bragt. Twee Hoekerfchepen , welken hy niet gevanglyk mede kon voeren , bleeven 'er onbefchadigd liggen, dewyl de Engelfche Bevelhebber niet wilde gedogen dat dezelven in brand geiloken of vernield zouden worden. Z. Had Jobuftone nog al eenige buit in de veroverde Schepen gevenden? V. Meer dan te veel, hoewel men hier te Lande het gerucht verfpreidde , dat de genomene Schepen meest, tot op een derde na, ontladen waren, hoewel de naderhand opgegeevene lysten dier Schepen het tegendeel genoeg uitwezen, dus was dit gerucht flegts een kranken troost in het midden van dit groot verlies geweest. Z. Liepen onze Bezittingen in de Oostindiën , en voornaamelyk te Batavia , ook geen groot gevaar van de Engelfche» ? V. Zo dra men aldaar de tyding van de Vredebreuk ontfangen had, was men bedagr geweest alles in gereedheid te brengen, om den vyand af te wagten. Verfcheide Scheen»  VEREENicDE NEDERLANDEN. 43 Pen, weliken reeds genoegzaam vaardig w*. ren om een tocht naar China , Bellen, Sursue en andere meer afgelegene Landen te doen, wierden ten Oorlog uitgerust om. de Engeirdcn te keer te gaan. Voords be. «oemde men de meerdere en mindere Vlootvoogden, en maakte de noodige fchjkkingen om de Landtroepen te vermeerderen en op een geregelden voet te brengen. Eenige vrywiliige Javaan,» oefFenden zig in den Wapenbandelj om de Vo]kp]tmiDg) ind.en dezelve vyandlyk mogt aangetast worden , te kunnen verdedigen en de ftranden alomte bezetten. Eindelyk hield men op Bata* *** eenen piegtigen Bededag, om >s Hemel» hulp tegens den vyand af te fmeeken. Z. Dus deed men zekerlyk alles wat tot veiligheid der Volkplanting in deeze netc &ge onmondigheden verricht kot, worden. V. Ondertusfchen wierd de Hooge Regeenng deezer Landen weder in nieuwe zwa"gheden gewikkeld , door de onverwagte eisch des Keizers , om de Barrisr, Steden 'e Hegten , en de Htllandjcb$ bezettingen daar-  44 GESCHIEDENISSEN DER daar uit te doen trekken. Vreemd klonk deeze begeerte van Jefipbus den Tweede», wien men hier te Lande nog onlangs zo veel eer bewezen had , in de ooren der Nederlanden, 's Lands Staaten deeden wel al wat mogelyk was , om dien Vorst van dit voorneemen af te doen zien, doch vergeefs, de Keizer, fteunende op 's Lands ongewapende gefteldheid, de belemmering waar in het zelve door den Engelfcben Oorlog geraakt was , en de daaglyks toeneemende verdeeldheid in de Republiek, zette, ondanks alle tegenkantingen van de zyde der Staaten, de zaak zo kragtdaadig voord, dat welhaast alle die Steden van het Hollandscb Krygsvolk ontbloot en van hunne kostbaare Vestingwerken beroofd wierden. Z. Welke waren deeze Steden die dus zulk eene aanmerkelyke verandering ondergingen ? V. Zy beftonden voornaamlyk uit de Steden Nieupoort , Veurne , Meenen , Doornik, Condé , Palencbyn , Maubeuge , Cbarleroy, mm», ^r, tlalle enz. benevens verfchei- de  VEREENIGDE NEDERLANDEN. de Kasteden en Schantfen. Verklaarende zyne Majefteit, dat geen enkele plaats van zyne Heerfchappy, waar in Hellandfche bezetting lag, van het flegten der Vestingwerken bevryd zouden blyven. Z. Maar gaf de Keizer geen voldoende reden van zyn gedrag ten deezen opzichte? V. Geeven Vorfïen , wanneer zy enkel door belang beftierd worden , wel immer voldoende reden van hun Gedrag ? Daarenboven vinden zy weinig zwaarigheid , wanneer zy met hunne zwakkeren over hoop liggen, wat zy zeggen of doen , of welke glimp zy ter goedmaaking van hun zaak bybrengen. Had ons Gemeenebest in een behoorlyker ftaat van verdeediging geweest en een aanzienlyke Landmagt op de been gehad, de Keizer zoude alsdan mogelyk zyn zaak zo ligt niet doorgezet hebben. • Het fcheen in deeze tyd of het eene ongeluk , hier te Lande , het ander volgde. '* Lands Oorlogfchip de Prins Wil. tem, van zesenzeventig Stukken, en gevoerd door Kapitein de Bruin, waar van ik hier voar  45 GESCHIEDENISSEN DER voor reeds melding gemaakt heb , was. trü eindelyk , den io September , uitgezeild, doch den 14 derzeiver maand, by klaaren dag en helder weder , op de Zuiderbaaks verzeild geraakt zynde , op die Zandbank verbryfeld geworden, deszelfs manfchap en eenig Gefchut en Scheepsgoederen wierd gered , doch dit groote en kostbaare Schip wierd een prooy der woedende Z^e. De verdenkingen wegens het niet uitzeilen van Kapitein de Bruin , voorheen op hem ge • vallen, wierden nu weder levendig en kre* gen nieuwe fterkte, daarenboven wierd gcmelden Bevelhebber, door Zynen Luitenant Koelierg, befchuldigd van menigvuldige gebreken in het Scheepsbeftuur, waardoor hy het doel der veragting des volks wierd, en men haalde het hart op met zyn gedrag te befchimpen en hem met fcbande te overdekken , waar in ook verfcheiden anderen, die men mede oordeelde deel te hebben in deeze en diergelyke veragteringen van 's Lsnds Zeewezen, rykelyk moesten deelen. Z. Maar wierd 'er over het gedrag van dien  3crv.p.Pl.vrn- XAKTJSISr DB HRUln VOB**UU. Oï^K ZÜMmSSI   VEREENIGDE NEDERLANDEN. Af dien Kapitein geen wettigen Krygsraad ge« houden ? V. Ja voorzeker, en in deezen wierd de ïituin voorgeteld als een Officier die, reeds vóór 't verzeilen van zyn Schip , onvoorzigtig, onoplettende en verward te werk was gegaan, en na het verzeilen van 't zeire, alle kenmerken van verwarring, verzuim en zorgeloosheid gedragen had, wes» halven hy , als fchuldig aan pligtverzuim , van den Krygsdienst deezer Landen wierd afgezet, en in de kosten van het over hem gehouden rechtsgeding verwezen. De Lui. tenant Keelberg wierd insgelyks uit den dienst ontflagen, egter met toezegging van zyn Soldy tot dien tyd, en de Lootsman wierd gevonnist om driemaal van de Raa te vallen, ftrengelyk gelaarsd en vervolgens van zyne bediening afgezet te worden, en daarenbo. ven in de gemaakte kosten verwezen. I Doch laat ik u een vrolyker gebeurenis mededeelen, die nog voor het einde van dit Jaar voorviel. Z. Waar in beftond dezelve?  4t GESCHIEDENISSEN DER V. In de herovering van het Eiland St* Euftatius, het welk gantsch onverwagt door den Markgraaf de Bouillé , Franseb Bevel hebber van Martinique, den 26 November * wierd ingenomen. Een Franscbman, die op dit Eiland, toen het van de Engelfcben ge plunderd wierd, gewoond had, geleidde by de landing en optocht het krygsvolk , dat zig van 't Kasteel, by verrasfing , meester gemaakt hïbbende, ook eerlang den Engel* feben Bevelhebber van het Eiland, Ccchbume, in handen kreeg. Te gelykertyd wierd ook het kleine Eiland Saba, door den Burggraaf de Dames, zonder eenige tegenweer, ingenomen. Het zelve lot viel het Eiland Sr Martin ook te beurt , in het welke flegts eene zwakke bezetting lag. De Markgraaf deBouillé gaf vervolgens bevel om de fterkte aldaar te vernielen, het Gefchut in Zee te werpen, en de Engelfcbe bezetting mede te voeren. De vyandlyke Officiers op St, Eu > flatius kregen verlof om , op hun woord van eer, naar een der Engelfcbe Eilanden, ser hunner eigene keuze te gaan , en de Sol-  VERÊÊNIGDE NEDERLANDEN. 4^ Soldaaten , die het Eiland bezet hadden eti uu ruim zeshonderd mannen beftonden , Wierden naar Martinique gevoerd. Z. En hoe ging het met de goederen die op dit Eiland gevonden wierden ? V. De Markgraaf de Bouil/ê handelde alleszins zeer edelmoedig. Verfcheide zakken wet geld, die ten huize van Ceekbume ge. vonden wierden en den geplunderde Hollanders toebehoorden, wierden hen wedergegeeven. Andere , welke Cockburms eigendom waren, wierden hem ter hand gefteld, doch eenige zakken gelds , volgens het opfchnft, aan den Admiraal Rodnty en andere Engelft,. Officieren behoorende , wierden prys verklaard , en onder de Franfcbe Bevelhebbers uitgedeeld. Voords riep de deugd. zaame Heroveraar van dat Eiland de oude Bollandfib. Burgers en Inwooners by elkander en verklaarde hen, in een hartroerende •«nrp„.k dat hy het Eiland op bevel va» den Koning van Frankryk hernomen had! doch niet om de Heerfchappye„ van zyJt Vorst te vergroofeu, maar alleen om hen *1V, DEEL. p ^ vas  30 GESCHIEDENISSEN DER van de overheerfching der Engelfiben te ver. losfen , en hen weder by hunne voorige Regeeringsvorra te hetftellen, zullende het Eiland door zyne troepen zo lang bezet houden, tot die door Staatfcbe troepen zouden kunnen afgelost worden. Ingevolge van deeze aanfpraak, wierden in het bur« gerlyk bellier van St. Euflatius Officieren uit de oude Burgers en Inwooners verkoren en de HoïJandfcbe Vlag opgeheist en begroet, het welk ook door de Franfcbe Schepen op de Rheede beantwoord wierd , tervvyl de Franfcbe Vlag terzelver tyd deeze eere ook ontfing. Voords liet men de Engelfche Vlag nog eenige tyd van het Fort waaijen, om de Engelfche Schepen, die van deeze gebeureni» nog niets wisten, te misleiden. Z. Dus wierd de Krygslist der voorige Veroveraars hen weder betaald gezet. V. Ondertusfchen was in het Vaderland de verdeeldheid en verbittering derwyzen toegenomen , dat men op veele plaatfèn allerhande fterke gefchriften, of openbaar verkogt, of by nacht en ontyde, langs de ftraat ftrooi-  VÈHEgmcDE NEDERLANDEN. gf gooide. Onder de laatstgenoemden was een gracht Boekje, genaamd, Aan V van Nederland, het welk door de gantfche Republiek verfpreid was geworden, wel he* voornaamfte. Het wierd ook door de hooge Regecring voor zo onbetaaralyk en lasterlyk gehouden, dat de Staaten van Heiland net net alleen ten allcrflrenglie verboden, maar zelve een premie van duizend gouden Ryder, beloofden , indien de Schryver ea deszelfs medepiigtigen ontdekt en het ge. recht in handen geleverd konden worden. Doch wel verre dat dit ftreng verbod "'acht genomen wierd, Zag nien die gefchnft welhaast herdrukt en genoegzaam in ieders handen , Waardoor de S-aaten der andere Provintien en de Alge» meene Staaten zelfs genoodzaakt ware», dtergelyke maatregelen, als die van Heiland genoomen hadden , insgelyks in het werk te ftellen, te meer, dewyl het zelve gehouden wierd als oudermynenJe de geheele Regeeringsgefteldheid van deeze Republiek, lasterende derzelver hooge Overheid en «„zetC *  Si GESCHIEDENISSEN DER tende tot oproer en tweedragt, waar van de fchroomelyke gevolgen nog meer verdervende voor 't Gemeenebest zouden zyn , dan de geweldige Wapenen der vyanden. Miriierwyl kreeg men hier het ongunftig bericht , dat Rio de Berbice, mede een der beste Volkplantingen van den Staat , flegts door twee Engelfche Kapers , met Landtroepen bemand , veroverd was. De Plantaadje van den Heer van Kimgsbergen , voorheen Kapitein in 's Lands dienst en broeder van den Schout by Nacht van dien naam, die vrugtelooze poo?,ingen ter verdediging had aangewend, wierd in brand geftoken , en de daar liggende Koopvaardyfchepen wierden medegenomen. De Inwooners bleeven voords ia het gerust bezit hunner goederen , op welke voorwaarde deeze Volkplanting ook aan den vyand was overgegeeven geworden. Ondertmfchen bleeven de Engtlfebe» 'er niet lang meester van , want de Franfche Bevelhebber Kerfaint heroverde dezelve zo wel als Demerary en Esfequebo , in 'c begin van *t volgende Jaar. Z.  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 53 Z. Waagden de Engeljcben ook geen kans op Suriname en Curaeaol V. Men had Suriname in een behoorlyken ftaat van tegenweer gefield , de Ves* tingwerken waren verbeterd en van alles wel voorzien , daarenboven wierd de Rivier door twee Oorlogfchepen en negen gewapende Koopvaarders bewaakt, en feboón de vyandlyke Kapers zig fïeeds langs de Kust en op de Rivier vertoonden, fchenen sy egter geen lust of moeds genoeg te hebben om een aanflag op het Eiland te ondernecmen , als wel verzekerd zynde dat men bereid was hen wol te ontfangen ; waardoor men te Suriname vry gerust was dat de vyand , indien dezelve met geen buitengewoon overmagt op kwam daagen, eene landing aldaar gantsch vruchteloos zoude onderneemen, — Op Curacae was men niet minder in de weer geweest om het Eiland , dat door zig zeiven bezwaarlyk is te genaaken , zo wel te verfterken , dat men daar insgelyks voor geen aanval der Zngelfcben beducht was. Een talryke bende C % ge»  .54 GESCHIEDENISSEN DER gewapende mannen, uit de Burgers, vrye Mulatten en Negers, benevens zo veel manfefcap als van de Oorlogs- en Koopvaardyfchepen geaiïst konde worden , wierd daaglyks in den Wapenhandel geöeffend , ook wierden alle Vaartuigen, daar toe ecnigszins gefchikt zynde, gewapend, terwyl de daar liggende Zeekapitein Boot de Engelfche Kapers van de Kusten weerde. Z. Ik verheug my over de moedbetooning deezer Eilanders, die tot een befchaamend voorbeeld voor anderen waren. V. Zo wel te vrede als men hier te Lande over deezen toeftand der Wettindifche Eilanden was, zo onvergenoegd was men over het neemen van twee onzer nieuwfte en beste Kaperfchepen door de Engelfchen , deeze waren genaamd de Hercules en Mars, en wielden gevoerd door de beide Kaperkapiteins Jan en Pieter Hogeboom , welken zig in den laatften Oorlog , met Franfche Comtnisfie vtarende , zeer treffelyk tegens de Engelfchen gekweten hadden. Zy waren te Awfteliam zeer kostóaar uitgerust, van ge  vereenigde nederlanden. SS gefehut en manfchap wel voorzien , wordende hunne Schepen dasrenboven gehouden voor de beste Kapers die ooit Zee bebouwd hadden. Geen wonder dat men dus de grootfie verwagting van hen voedde. Den dertigften November, uit Tesfil in Zee gezeild zynde, wierden zy, flegts drie dagen laater, reeds door een zwaar Engthtb Fregat agterhaald, die hen welhaast tot een gevecht noodzaakte , doch waar in zy de een na den ander ftreeken, hoewel zy het wand en de zeilen van het vyandlyk Schip zwaar befchadigd en deszelfs voorfteng ohbruikbaar gefchoten haddeu. De Hercules had in dit gevecht dertien dooden en twintig gekwetsten, en de Mars negen dooden en vyftien gekwetsten bekomen. Veel bedenkingen vielen 'er over het gedrag der beide Kapiteinen van deeze Kaperfchepen. Eenigen laakten hunne te groote ftoutheid, anderen befchuldigden hen van onvoorzigtigheid, zommigen van blohartigheid in het zo- fchielyk opgeeven, en veelen waren van oordeel dat hier verraad by plaats had gehad. C 4 Z.  GESCHIEDENISSEN DER Z. Doch wat gaven de Kapiteins voor reden van dit ongeval, want ik kan niet zien dat zy zich juist zo lafhertig ovcrgegeeven hadden ? V. De Kapitein Fitter Htgeboom gaf in eene beéédigde Verklaaring te kennen , dat de Engel'felen reeds wisten wat 'er daags voor het uitzeilen aan boord der twee Schepen wss omgegaan , doordien de tweede Kapitein van het Schip , waardoor zy genomen waren , heimelyk op een Visfchersfchuit, alles gezien had wat 'er gebeurde, dat voores een Porttigecsch Kapitein , met de beide K&perfchepen te gelyk uit Tesfcl gezeild , den Engelfchen van alles en ook van den gehouden koers onderricht had, en eindelyk dat 'er niet minder dan dertien Schepen uitgezonden waren, om op de beide Jlogebooms te kruisfen. Dit alles was egtcr niet in ftaat om den erg waan over het neemen dier twee Schepen op te doen houden, en ftrekte voords in 't geheel niet ter aanmoediging van diergelyke kostbaare ondergeemingen., —— Niet minder fpytig was bcjt.  SPRINGÏN VAH'ï KAPER SCHIP BE HAPPRKE PATRIOT.   VEREENIGDE NEDEREAXDEN. 5? het ongeluk een ander Kaperfchip, eenigen tyd te vooren, overgekomen. Het zelve, de dappere Patriot genoemd en door Kapil tein Verhaan gevoerd, was naauwiyks ia Zee gedoken of wierd door een Engeheb Fregat hevig aangetast, de dappere Verba*», al wat mogelyk was in 't werk ftellende om zig wel te verdedigen , kwam zo digt aan 't vyandlyke Schip dat Raa zm Raa raakte, doch na een gevecht van een h«if uur geraakte brand in 'c Kaperfchip., waar door het onverwagt met de geheele manfehap, die uit vierenvyftig koppen beftond, In de lucht vloog. Men heeft, dewyl geen levendige ziel van 't zelve overbleef, niet kunnen ontdekken door welk een toeval dit jammerlyk ongsluk gebeurde. Z. Het vyandlyke Schip zal mede vry waC fchade geleden hebben ?. V. Het zelve had verfcheide fchooten onder water gekregen en by de vyftis dooden en gekwetsten bekomen, kunnende daarenboven met een grootendeels verbrandde Tmgaadie zeer bezwaarlyk een Sebetfibe HaC 5 vea  S9 GESCHIEDENISSEN DER ven bereiken, om zig van de geledene fcha- de te herftellen. Geduurende de loop deezer onaangenaame zaaken, wierd 'er door den Keizer en de Keizerin van Rusland eene bemiddeling met Engeland den Staaten aangeboden. De voornoemde Vorftin zond zelfs ten dien einde eenen tweeden Gezant, de Heer v»n Markof, eene van haare Cancelaarieraaden, naar 't Gravenhage , om met en benevens haaren gewoonen Gezant, den Prins van Gallitzin , orer deeze zaak te handelen, doch te vergeefs, de befluitloosheid onder de Regeering was te groot, en terwyl de eene Provintie tot de Vrede en de andere weder tot den Oorlog overhelde, wierd van der Staaten zyde aan deeze voorg*flagene bemiddeling geen gehoor verleend, en de zaaken bleeven zo sis zy waren. — Ondertusfchen wiesch het nadeel, dat men door den Oorlog leed, dag aan dag. De Koophandel kwynde hoe langs hoe meer. De belargsyke Haringvisfchery bleef dit geheele Jaar, tot merkelyk nadeel van zo veele menfchen, als hun brood met deezen aanzien •  VEREEXIGDE NEDERLANDEN'. 59 zienlyken handeltak moeten winnen, Itüftaara, waardoor 's Lands Ingezetenen zo wel als de Buitenlanders dit veel vervullend en gezond voedzel moesten misfchen. Men had wel verfcheide poogingen gedaan, om eenige middelen ui: te vinden om de groote Visfchery voordgang te doen hebben, doch te vergeefs , en men vreesde niet zonder reden voor het geheel verval der Rederyen, en dat de Haringvangst eerlang zoude overgebragt worden in andere Landen, die zints lang nayverig op dezelve waren en bezig geweest om dezelve afbreuk te doen en 'er geheel meester van te worden. Z. Het zal 'er met de Walvisvangst zeker niet beter uitgezien hebben ? V. Dezelve ftond insgelyks ftil, tot groote fchade van de Scheepmaakeryen en het verkoopen van allerhande Scheepsbehoeftens, welk nadeel inzonderheid te Zaandam gevoeld wierd, alwaar de Grotnlandsvaarders niet alleen op de koop gebouwd* maar zelfs ter Visfchery verhuurd worden, het welk dat Dorp een groot vertier aanbrengt. DaarC 6 en»  fa GESCHIEDENISSEN DER enboven deed de fiïiftand der Gmulandfièè *n Straatdavidfcbe Visfchery de prys van de opgelegde Traan en Baarden geweldig fieigeren, waardoor die Koopwaaren zeer fchaars wierden. By alle deeze nadeelen , die uit den Oorlog en 't verval des Koophandels geboren wierden , kwam nog de verdeeldheid hier te Lande haare bittere rol fpeelen. Want aan het ongenoegen en agterdenken des volks , fcheen geen einde te zyn. De Couranten zelfs, flegts uit haaren aart gefchikt om onpartydig nieuwstydingen roede te deelen, veranderden in Staatkundige papieren en verdeelden zig mede in party-en , en onder de openbaare Nieuwsfchryvers wierden 'er niet weinigen gevonden , die den Erfftadhouder zeiven met geen geriag aandeel aan het verzuim der Zeezaaken en de onbegrypelyke en genoegzaam algemeene werkeloosheid befchuldigden , waar van het gevolg was, dat men alom hier te Lande zeer ongunuMg van Nederlands Kapitein en Admiraal Generaal begon te denken en te fpree* ïen, zoo wel als men de grootfte haatlyk-  VEREENICDE NEDERLANDEN. 6T heden verfpreiden tegen veele waare Vader» land- en Vryheidlièvende Regenten ; zoo dat de liefFelyke eendracht welhaast den Lande ontvlood , en plaats maakte aan de vreeslyke verwarringen , die gantsch Nederland federd beroerd hebben, waar over ik u in de volgende Gefprekken nog Kader zal moeten onderhouden. C ? ï Ni  tweeè'nzeventigste gesprek. INHOUD, Zvoaare mist in V Ilaege. Scbrikkelyke brand in 't Dorp Steenderen. Enge- lands aanzoek om zig weder met de Staaten te bevredigen. ■ De Heer Adams als Gezant van Noord-America erkend. — ■ Hollands Convooy loopt uit. 1 Ongenoegen in Friesland op den Heer van Aylva. —— Ziekte van den Raadpenjionaris van fileysivyk, in. n* Gefcbillen ever de uitfcbryving van den Bededag van *t Jaar 1782. Byzende-e Bededag in Friesland uitgefcbreven. — Gefchil met Denemarken. — Staatfcbe Troepen trekken uit de Barrierefteden. — De Graaf van Wasfenaar vertrekt als Gezant naer Weenen. ■ Befcbuldiging te* gens bet Gefcbrift de Pest van den NederRbyn. ——. Werkeloosheid van 's Lands Weet,  VEREENIGDE NEDERLANDEN. ,^3 Vloot. — Dapperheid van den Kaper-Kapitein le Turcq. Stoute verrigtingen van andere Zeeuwfche Kapers. Brand in *t Hotel van den Franfchen Gezant in V Haags, — Vryerkenning van Noord-America. Openbaare Scbeepvaard op Noord-America. • Reize van den Pri»fe Erfftadheuder naar '$ Nieuwe Diep. — Maandelykfcbe liedeftonden irgefleld. — Verfcbil met de Republiek van Venetien. — Nieuwe voor/Jagen tet Vrede met Engeland. «— Komst van den Grootvorst en Grostverftin van Rusland in de Nederlanden. Deputatie van Dordrecht hy den Erffladbeuder. ■ Tocht van den Prins naar Tesftl. Dezelve verantwoord zig. — Gevecht van Kapitein Geerman tegens de Engelfchen, — Ongenoegen met den Schout by Nacht van Krui- ne. — Commisfie by den Erfftadheuder . De Vaandrig de Witte gevangen. — Nieuwe Cemmisfie bier ever by den Prins, De Boomkweeker van Brakel gevangen. — Verzoek van den Franfchen Gezant em tien Sebepen mar Brest te zenden. Gevolgen van  GESCHIEDENISSEN DER' van dit Verzoek. — Dood van den Baron van Reifthacb. — Verzoekfchrift van fommige Zeeofficieren. — Gefcbillen ever de Militaire Jurisdictie- Algemeen ongenoegen wegens de Recemmandatien der Stadhouders. — De Baron van de Capellen tot den Poll in zyne eer berfteld. —— J)e Readpenjionaris van Bleiszvyk verzoekt zyn ent/lag. De zei ven word weder op nieuws ecngefleld. -—— Uitflrooijen van 'f ge. fcbrift, Gevonden Brief enz Klagte van den Koning van Pruisfen over ,t zelve. — Be Hoogleeraar van der Marck iveder te Deventer beroepen. —Weuive aanzoek tot Vrede met Engeland. Slegte flaat- van dat Ryk. ——— Dapperheid van den Kaper Kapitein Sextrocb. — Ver orgelukken van *j Lands Oorlogfchepen de Unie en Zierikzse. ■*——■' Openbaar Recbtgeding over bet Gefcbrift de Post van den Nederrhyn* — Dankadres der Haagfcbe Burgers aan zyne Hoogheid. Beweegingen ever bet zelve. Zogensemde vrelykbeid in den Haag op St. Nicolaas Avend. Gevelgen, bier van. Nieuw en  vereenigde nederlanden. 6*s veranderd Danklldres aan den Erfftadbouder. Dankzegging der Magiftraat van H llacge aan zyne Hoogheid. Zoon. Begon het Jaar 1782 gelukkiger dan het voorige Jaar zynen loopkring befloten had? Vader. Neen, want den 12 January, des avonds om zes uuren, viel 'er in %sHa~ ge zulk een geweldige mist, dat zelfs het licht van «ombouwen of lantaarnen niet, dan van zeer naby , zichtbaar en dus van weinig dienst was. Deeze mist duurde tot negen uuren, en was oorzaak geweest dat vérfcheiden menfchen in het water gelopen en eenige jammerlyk verdronken waren. — Niet minder ongelukkig was de verfchrikfceiyke brand, die, twee maanden laster, te Steenderen, een Dorp in \ Graaffchap Zutpben, omftond. Deeze brand was veroor. zaakt door éénén enkelen Blixemftraal, zonder dat 'er voor of na dezelven meer onweder vernomen wierd. Dezelve floeg bo?  €6 CESCHIEDENISSEN DER boven in bet fpits van den Toren, waar door denzelven met de fchoone Kerk in volle vlam geraakte , en zo wel als het Kosters- en Schoolmeestershuis, en nog drie andere wooningen, tot den grond toe verteerd wierd. Deeze brand duurde tot 's anderendaags morgens ten zeven of acht uuren, en deszelfs hevigheid maakte eene ah lerverfchrikkelykfte vertooning , te meer, daar de vlammen door de feilen Westen wind zo geweldig voordgedrevea wierden, dat men niet zonder grond oordeelde dat het geheele Dorp in de asfche gelegd zoude zyn geworden. Z. Wierd den Oorlog met Engeland on„ dertusfchen nog eeven flaauw voordgezet? V. De Koning van Engeland zocht in 't begin van 't jaar , door den Rus ft fcben Gezant , in 'f Ilaage, de Staaten tot eene onderhandeling over Vrede te beweegen, verklaarende zeer bereid te zyn om de oude vriendfchap weder te hernieuwen , die, zo als zyne Majefteit te kennen gaf , zo ongelukkig afgebroken was, den Staat aanbiedende  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 6> de een nieuw Verbond , op den voet van dat van 1674, te maaken, en toonde zig gereed om ten eerften bevalen tot een ftii» ftand van wapenen te geeven, indien de Aigemeene Scaaten, van hunnen kant, zulke maatregelen , overeenkomftig derzelver oogmerk , oordeelden te zyn, houdende zulks voor het gevoeglykfte middel om, door de bemiddeling en goede dienften der Rasfifrbe Keizerin , een einde aan de ram» pen van den Oorlog te maaken. Doch deeze aanbieding des Konings wierd, ten eerften, zo dra dezelve bekend was, openbaar afgekeurd. De Handeldryvende Ingezetenen van het Vaderland deeden zelfs verzoeken by haare hooge Regeeringen , 0ra dat aanbod ten eenenmaal te verwerpen , en de zaak van het Gemeenebest liever aan de beQïsflng der wapenen over te laaten , en dus wierd deeze aanbieding van het Hof van Lenden van de hand gewezen, als dragende de zichtbaare kenmerken van alleen te zyn uitgedagt om tyd te winnen , en door die weg de Raadpleeginger» hier te Lan-  6 5 GESCHIEDENISSEN DER. Land., over het erkennen der onafhanglykheid van Noord-America , den bodem in te flaan. Z. Was 'er niet reeds een Gezant van de Noord-Americaanen hier te Lande? V. ja, doch dezeJven was nog niet opentlyk erkend geworden. Dit tydftip was nu gekomen, en de Heer John Adams, van 't Americaanfcbe Congres herwaards gezonden, verkreeg een openbaar gehoor by de Algemeene Staaten , en leverde zyne Geloofsbrieven aan Hoogstdezelven over. Opmerkelyk was het, dat de Noord-Americaanfcbe Staaten deeze Geloofsbrieven , reeds meer dan één Jaar geleden , hadden verleend , zonder daar van een vroeger gebruik te hebben kunnen maaken. — Midlervvyl hadden de Algemeene Staaten, op de herhaalde verzoeken der Kooplieden, Convooy verleend naar de West-Indien. Het zelve beftond uit het Oorlogfchip de Zepbier , onder bevel van den Kapitein ÏViertsz , en het Oorlogfchip de Ampbiirite, onder bevel van den Kapitein vet» Ween fel, waar by zig op de hoog-  VERCENICDE NEDERLANDEN. o> hoogte van Uitlaad nog vier Fregatten en twee Snaauwen voegden. Deeze kleine Vloot, die met het begin van April uitgeloopen was, vervorderde haare reis fpoedig en keerde gelukkig te rug. Sommigen beweerden egter, dat dezelve met een even gunfïig gevolg reeds een Jaar vroeger had kunnen uitgeloopen zyn. - Dus rees het misnoegen dag aan dag, waar van den Heer van Aylva, in Friesland, om deeze tyd, geen gering deel ondervond. Deeze Heer had in den Zomer van het voorgaande Jaar , op eenen buitengewoonen Landsdag, geprotegeerd tegens het Staatsbezit, het welk toen m de zaak van den Hertog van miffinbuttel genomen was, waardoor hy by de Ingezetenen van zyne Grieteny , het Bildt, zo verre in den baat geraakt was, dat men hem thans niet wilde verkiezen , om als afgevaardigde van die Landftreek, ter Staatsvergadering van Friesland te verfchynen , wordende daar toe , by meerderheid van fteramen, den Heer van Haren benoemd. Z. Wat deed den Heer van Aylva hier te. gens? Vf  7» GESCHIEDENISSEN DER V. Deeze merkte zulks aan als een daad, waardoor men hem van de voordeden, aan zyn Ampt van Grietman verknogt, wilde berooven, en meende dat zyne Ingezetenen zig daar toe hadden laaten verrasfen , en dat voords de verandering, welke men daar mede bedoeld had , geenszins aan hunne belangen en welzyn zouden beantwoorden» Vervolgens fchreef hy aan zyne mederichters, dat hy zie; die fchade weinig bekreun* de, en edelmoedig genoeg zoude wezen, om nimmer, in zyne waardigheid als Rechter, de gelegenheid waar te zullen neemen om dat verlies te herhaalen. Het antwoord dier Heeren was, dat zy betuigden zig nimmer aan eenige zweem van wangedrag fchuldig te kennen , dewyl zy geen de minöe haat tegens zyn perfoon voedden, maar dat zy alleen gewerkt hadden uit zuivere be« ginfelen van liefde voor het Vaderland , waar van zy, noch door verwytingen, noch door bedreigingen, af zouden gaan, terwyl zy voor het overige bekenden even edelmoedig te denken en te handelen , (fchoon min1»  VEREENICDE NEDERLANDEN. „„,,, . g ns ftunne vyanden, de Engelen. A.dere Sfeden ^ ' « en z,g geweldig aan het woord Èi^SL Uosbetd. Verfcheidene andere Pr, 7 ^en mede den inbond ^ en inzonderheid toonde 'er zig 1' " ^ - en achtte dezeive zo IZ hoor-  ft GESCHIEDENISSEN tt& hoorlyk, dat de Staaten die zelfs ten eeneümaaien verwierpen , en in derzelver plaatfe eene andere opftelden en verzonden , die meer met de heerfchcnde gevoelens van 'c algemeen in die Provintie ftrookte. Z. Dit geval geeft duidelyk te kennen , dat de eendragt onder 's Lands Hooge magten nog verre te zoeken was. V.De bekommeringen vermeerderden daag» jyks, —Het Hof van Denemarken bragt om deeze tyd ook zwaare klagten in over den Kaper-Kapitein Likelie, welke drie Engelfche pasfagiers van een Deenscb Schip bad afeeligt, waar van een te Rotterdam gevangen opgebragt was, zynde de overige twee, met het Kaperfchip, ongelukkig verdronken. Het afligten van deeze drie lieden wierd door den Koniug van Dcenemarken zo hoog opgenomen , dat hy het zelve niet alleen als een openbaare fchending van het Recht der Volken aanzag, maar ook begeerde dat 'er vergoeding van fchade gedaan en den KaperKapitein voorbeeldig geftraft wierd. De Algemeene Staaten 's Konings klagte wettig ach*  v-ereemode nederlanden, fs ««„„e, en gcneIgd om eeregtighe d te reonen .w , aan ™ j Z eoncn» «"rongen 'er llerk op «n .om den Kaperkapitein, door den * w Adm.raiiteit „p de Jf* »« te zeggen d„ de drie «■ « 'ers zond" •»■«« * dJLLmJ^. I n 2y„ vertrokken, doeh „,en oordeel »te mte grond , da[ ^ StMKn » *•*««. «tohaiven „„ . den R f" H00S"ei', » d" '~Oen Raad ,er AdmiraHteit, dar den Kape" SS*'in naam cn "n »»"«= Hoonenden, verboden mossc KoriJ' «. gednnrende de tyd van zes maanden vÓ reT""!' CMis *P"ftM» « t« rede'vk" Verde" * vert"yzen ,„t  . , GESCHIEDENISSEN CES B Was de Koning van ^ f dit vonnis o«*=«»«;; ^lh wvlt van vriendlchap c\ei ^6 «en bly» van volkomen Staaten aan te «£», en nam dn ^ genoegen in den uitüag van Zo vergenoegd als men *er « L£ fcad der dit gefcbil een en.de genoi zo onvergenoegd wu men overde „ing van onze Barrierefteden, dre thans P ï ^ bevel gefchied was. De Offiae ren, welken aldaar het bevel voor den Saa gevoerd hadden, verkregen eene ee Te/ne goede ««., met voegende vedels en flaande trommels , naar B.'P»t 1„ en andere Grensplaten, in wetten z«at> en Vermus «v aeinkwanierd wierden. . „ =1 vleide, «at de Vestingwerken zig nog al vierde , d Ven van M>«« van de fle„tws. S-iereueden reed, ondergaan had-  VERJEENICDE NEDERLANDEN. 77 den, bevryd zouden hlyven, ronden de Alge*neene Staaten goed den Graaf van Wasfeaaar Twikkel naar Weenen te zenden , om orer deeze zaak, zo wel als over verfcbei» dene andere gewigtige belangens, met den Keizer te handelen. Na eene lange en moeilyke reize kwam de Gezant te Weetten , alwaar hy voord met 's Keizers Staat*dienaaren in onderhandeling trad. Z. Gelukte het den Gezant de Keizer te ovêrreeden ©ra zyne voorneernens, ten opzichte van het flegten der Vestingwerken van Namen, te laateu vaaren? V. Geenszins , zyne Majeiteit bleef on* verzet'yk by zyn befluit , en wilde niets hooren, zo dat Namen eindelyk zo wel ontmanteld wierd als de andere Steden gedaan waren , zonder dat men deeze willekeurige behandeling van het Hof van Weenen had kunnen beletten. Ondertusfchen waren vee» len hier te Lande van gevoelen , dat het verlies der Barrière-Heden juist zulk een groot ongeluk niet was als men waande, en D % de«  78 GESCHIEDENISSEN DER. den Lande, in plaats Tan nadeel, vee! voerdeel aan zoude brengen , inzonderheid beyverden de Schrvvers van het Weekblad de Post %*h den Neierrbyn zte fterk> om dit gevoelen hunne Landgenooten in te prenten , doch hier door en door 't openlyk bekend maaken van veel zaaken, waardoor fommige Regenten zig grievend beledigd hielden, wierden dezelven van eene te verregaande pattydigheid befchuldigd. De Prins Erffiadhouder zelve, begeerde dat het drukken en verkoopen van het zelve door de Redering van Utrecht verboden zoude worden , doch deeze wist eerlang hooggemelden Vorst te overtuigen , dat hy kwaalyk of wel ter kwaader trouw onderligt moest zyn, en indedaad dit vond zo veel ingang by zyn Hoogheid, dat hy kort daar na een zeer viiendelyk antwoord aan de Regeering der Stad Utrecht fchreef, waar jn hy beleed , dat de Schryvers van dat Weekblad in waarheid hun Vaderland beminden, en hy dus gaarne mogt lyden, dat zy  VEREENIGDE NEDERLANDEN, *>f. zy op dien voet voordgingen , enkel verzoekende, dat men zig, in 'c varvolg, niet partydig tegens het Huis van Oranje wilde toonen. Z. Deeze ronde betuiging van zyne Hoogheid fmaakt my, dewyl dezelve duidelyke blyken draagt, dat Hoogstdezelven het niet. misdaadig achtte, dat men met een Welmeenende taal 's Volks rechten en vryheden tegens alle aanvallen verdeedigde. V. Ondertusfchen bleef de Zeemagt van ons Gemeenebest weder genoegzaam werkeloos, en hield zig binnen Gaats ten anker, of zeilde in 't gezicht van den Hellandfcbsn wal flegts heen en weder, terwyl de Kiperfeheepjes van Plisjtngen meer uitvoerden dan onze geheele Zeemagt Inzonderheid toonde de Kaper-Kapitein le Turcq zyne onverfchrokken moed in het neemen van een Engelfche Sloep en Brik, welken hy den 7 February, in '£ gezicht van zes vyandlyke Fregatten en een groote menigte Koopvaardyen Transportfchepen, met eene onvcr^elyke» lyke dapperheid veroverde, voerende zyne D 4 ge.  tO GESCHIEDENISSEN DER gemaakte buit, in 't midden van het hsvig vuur der vyanden, dat van alle kanten op bem losbrandde , met zig, Men'kan ligt denken we!k een fpyt zulks voor den Engilfcbe Bevelhebber der Vloot moet geweest süyn. Om deeze koon te wreeken ftelde hy alle pocgingén in 't werk , en liet den Kaprr-Karitein eenige uuren, hoewel te vergeefs, agiervoJgeu, geduurende welke omilsüidjjhtden de Sloep zig voor tweeduizend Guinies vrykogt. De dappere le Turcq geraakte den volgenden dag te Qberbturg binaen, zette zyne gemaakte prys aan Lsnd, zoad zyn randzoenbrief derwaards, en koos, op h»op van nieuwe voordeden , aaailonds weder Zee. Niét minder moedig ge- draegen zig ook eenige andere , doch meest Zeeuzvfcbe Kspers. Onder anderen nam de Zitrikztefcbe Kaper-Kapitein Ctfjin, in weinige dagen na elkander, vyf aanzienlyke Engelfcbe pryzen, waar van hy 'er vier voor ▼eertienhonderd Guinies randzoeneerde, en één in Tesfel opzond. De lUtsflutsfcbe Kaper, de Ftdtrlunéer genaamd, wasvoorde R,ee<  XIY.33.PLX.   VSRSENIGDÏ NEDERLANDS ff. 8l Reedery aldaar niet minder voorfpoedig ge» weest, want den 12 February, naauwlyks uitgeloopen zynde , ontmoette hem een Eugelseb Vaartuig , rykelyk met Stukgoederen, Kan» ten en Lywaaten geladen , het welk zon« der veel moeite door hem genomen en opgebragt wierd. Z. De gelukkige gevolgen van dit alles lullen zekerlyk veelen tot meer diergelyke onderneemingen aangefpoord hebben. V. Ondertusfchen was in 's Grovtnh**%e den 2? Maart, omtreud middernacht, ganttch •averwagt brand omftaan, in het fraaye en, federd weinig Jaaren, meest pragtig vernieuwd Hótel van den Fr a*fcben Afgezant , den Hertog de U Fkugvyen, welken tot eene geweldige hoogte fteeg. De vlam, welken in de vertrekken van den Geheimfchryver vin den vooraoemden Gezant eenen aanvang nam, kreeg zo fpoedig de overhand, dat , metregenftaaode alle mogelyke hulpmiddelen , het geheels Hótel tot den grond toe afbrandde, blyvende alleen het buiten» muurwerk #a de daar ceveas ftaaade KaP 5 fel  t2 GESCHIEDENISSEN DES. pel ftaan. Veele kostbaare Meubelen wierden tot asfehe verteerd , of door 't water der fpuiten bedurven. De vlam fioeg zodaanig uit een groot aantal venfterraamen te gelyk, dat het, niet zonder rede, eene algemeene bekommering voor de verdere verfpreiding der brand verwekte. De oorzaak van dit onheil heeft men , ondanks alle aangewende nafpeuring , nimmer regt kunnen ontdekken. — Midlerwyl genaakte de tyd dat de vryverklaaring van Nëerdjimeric» by ons Gemeenebest haar volle beilag zoude krygen, waartoe den dag van den aa April wierd vastgefteld. Op deezen dag dan had den Heer Adttns , als gevolmagtigd Gezant van de Staaten van het genoemde Gemeenebest, zyn eerfte openbaar gehoor ter Algemeene Staatsvergadering , wordende aldaar, met alle de gewoonlyke plegtigheden, als gemeenlyk aan een erkend Gezant gefchieden, in- en uitgeleid, waardoor 's Lands Vaderen duidwlyk aantoonden, dat zy de dertien Vereenigde Americ*anfctt Staaten roor een vry Gemeenebest en derzei-  VERBENÏCDE NEDERLANDEN. 83 2e!ver Ingezetenen voor vrye Volkeren erkenden. De Gezant Adams had reeds de voorigen Zondag den Godsdienst in de Engelfche Kerk , in 's Haag», bygewoond en aldaar dezelve plaats vervuld, alwaar voorheen den Engelfchen Gezant Jorke pleeg te zitten. Z. Deeze gebeurenis zal zekerlyk vry wat genoegen hier te Lande gebaard hebben ? V. Zo ras de handeldryvende Ingezetenen deezes Lands dezelve vernamen, draalden zy geen oogenblik, om van de middelen, die hen ter uitbreiding van hunnen Kóóp* handel verleend wierden , gebruik te maaken , te Amfleldam wierden oogenbliklyk twee Schepen aange/lagen, welken naar Neerd-America zouden ftevenen, het eeae, de Generaal Washington genaamd , naar Bos* ten , en het andere , het welk den naam van den Generaal Green voerde, naar Pb% ladelpbia, —— Ondertusfchen was zyne Hoogheid, 's Lands Admiraal Generaal, eene reize naar het Nieuwe Diep gaan doen, i> 4 »,'■•*  34 OMCHIÏD?.NI*S*N DWR. om '6 Lands Vloot in oogenfchyn te r.eemen , aldaar de noodige maatregels aan te wenden, ea een Krygsraad aan boord van liet 0»rlo£tchip de Adn>ir**l Generaal te houden , doardien 'er bericht was ingekomen van de vermindering der Engelfche Zeemagt, om dus aan den Vice-Admiraal Htrtfmelt bevel te geeven, om ten eertten onder zeil te gaan en 's Lands Koopvaardyfchepen te geleiden, bem ve-ords bercelende alles aan te wenden wat moogelyk was, om den vyand op alle moogelyke wyzen afbreuk te doen, en alorome de eer •ran de Hellandfcbe Vlag te handhavenen, doch deeze voornee mens witrden wel-, haast deerlyk verydeld , toen men bericht ontfidg dat de Engelfche Vlooten, wel verre van verminderd te zyn , daagelyks «even fterk als te vooren , in het gezicht van Tesfel en 't Flie % kwamen, zo dat on§e Vloot zig genoodzaakt vond weder ftil te blyven liggen, tot groot nadtel der Koop-, ▼aardyfehepen, welken naar de Oestzst ke«end waren, «—; Alle deeze en andere m'  VEREÊNIGDE NEDERLANDEN. 85 onheilen gaven aanleiding, dat 's Lands Staaten te raade wierden, om in de byzondere Provintien maandelykfche Bedeïlonden in te Hellen, ten einde den Hemel niet alleen te danken voor de genadige befcherming, waar mede het weerlooze Vaderland tot nog toe was begunftigd geworden , maar ook te fiaeeken om byilani en zegening voor onze wapenen, welke egter, tot groot leedwezen van veelen , maar zeer flaauw gebruikt wierden. — Daarenboven wierden *s Lands omttandigheden daaglyks meer bekomtneriyk, watrtoe het netelig verfchil met de Republiek Venttitn mede niet weinig toekragt. Z. Wat was dit voor een gefchil? V. Het zelve «ntftoni uit een zwaar ongelyk, de Ampeldamfche Kooplieden Cbmtl en Jtrdan , door den VenetiaanfcUn Senaat, aangedaan, en waar van men met geene mogelykheid billyke voldoening had kunnen krygen, waardoor 's Lands Staaten gedwon." gen wierden de kragtjgfte maatregelen, tot hekooming van goed recht, in \ werk te *> 7 fteSe  $6 geschiedenissen d£r> ftellen , dus gaven zy bevel aan hunnen Gezant aldaar, van hertvaards te rug te kamen , ten zy dat den Senaat van Venetien hem, voor het ontfangen van deeze bevelen, gegronde redenen mogt hebben gegeeven van hun beftuit , om van de gemelde mishandelingen vergoeding te doen. Dit befluit der Algemeene Staaten wierd ook den Heer vsaWasfencar Tivikkel, hoogstderzelver Gezant aan 'c Hof van Weenen , medege» deeld , ten einde zulks den aldaar zynde Venetiaanfchen Gezant bekend te maaken, doch alle deeze aangewende poogingen waren en bleeven zender vrucht. ——— Intusfchen had de Koning van Groot-Brittattje zo wel aan den Staat, als aan Frankryk, Spanje en Neerd-America , weder nieuwe voorflagen tot Vrede laaten doen. De geheele waereld wenschte naar de Vrede. Engeland aan de eene, Frankryk , Spanje, Heiland en Neerd-America aan de andere zyde, haakten naar denzelven, de onzydige Mogendheden toonden eene gelyke begeerte, en gaven zig veel moeite om dezel- veo  VEREENICDE NEDERLANDEN. ff ven, het zy geheel, het zy gedeeltelyk, te doan fluiten, egter fcheenen alle de magten, welken met Engeland in Oorlog waren, eenpaarig van gevoelen te zyn, dat een byzondere Vrede, met een hunner, alleen zoude dienen om den algemeene Vrede te vertraagen, en dus meer kwaad dan goed veroorzaken , waar door het dus alleen maar aankwam de beste maatregelen te neemen, om daar door eindelyk aan eenen goeden en vasten algemeenen Vrede te komen. Lands Staaten zonden dierhalven den Heer Brantzen, gevolmsgtigde wegens Gelderland ter algemeene Staatsvergadering , naar Parys, ten einde de Vredesonderhandelingen , welken aldaar gehouden wierden, by te woonen, en tevens eene nieuwe Verbintenis tnsfehen het Hof van Perfailles en de Algemeene Staaten tot ftand te brengen. *— Te midden van deeze onderhandelingen genoot ons Vaderland de eer van hunne Keizerlyke Hoogheden , de Grootvorst en Grootvorftin van Rusland, onder de naam ▼an Graaf en Gravin van 't Morden, in deszelfs  g| GESCHIEDENISSEN DER. zelfs voornaamJte Steden te ontfangen Deeze Doorluchtige Reizigers kwamen den 15 July te Rotterdam, alwaar zy door den Prins Erfstadhouder , benevens haare Koninglyke Hoogheid de Prinfes, en de jonge Prinfem van Oranje , verwelkomt wierden. Vervolgens in 's Ilaage gekomen zynde , wierden hoogstdezelven, door het Stadhouderlyk Hof, op de Oranjezaal, op een pragtig Soupé, Bal ea Illuminatie onthaald. Na dat dezel ven te Leiden, Haarlem en Amfleldam al het merkwaardigst bezigtigd hadden , deeden deeze Vorftelyke perfoonea een tochtje naar Zaandam, onder geleide van den Aatftèdtmfcben Burgemeester, de Heer Rendtrp, alwaar zy, met een byzonder genoegen, dat huis bezagen, het welk in den Jasre 1697door hunnen grooten Voorzaat, Czaar Peter den Eerften, bewoond was geworden. Himsje Hoogheden vervolgden voords hunne reize over Utrecht naar Maastricht , en vaa daar naar Spa, om zo vervolgens door Duitscllani naar Rusland te rug te keeren. Z. Onze Helhndfcbe Steden kussen nog «1  VEREENÏCDE NEDERLANDEN. tf al dikwils zig beroemen , Vorftelyke per. foonaadjen binnen ha are wallen te zien komen. V. Ondertusfchen ontdekte men in ons Vaderland meer en meer de ontitoken ierer en drift, om de Rechten der Burgers te ftaaven en alle ingeflopene misbruiken te herftellen. De Regeering der Stad Dordrecht, door diezelve zugt gedreven , zond eene bezending naar den Prinfe Erfftadhouder , ora, uit derzelver naam, aan dien Vorst te berichten, dat de Heeren van de Magiftraat aldaar befloten hadden , voordaan alle de Ampcen, die de Stad aan zig had, gelyk ook de Commufien , zelve te zullen begeeren. De Stad Beïswaard , in Friesland, had reeds, in zeker opzicht, een voorbeeld van deeze zaak gegeeven, in 't aanftellen van een Gehehnfchryver, zonder de gedachten van zyne Hoogheid alroorens te vraagen , en andere Steden door deezen ftap van Dordrecht wakker gemaakt zynde, volgden welhaast het gedrag der Regenten van die Stad» waar van ik naderhand nog wel  $q GESCHIEDENISSEN DER. gelegendheid zal hebben om met u te fprceken. Ondertusfchen bleef 's Lands Vloot ia dezelve ftaat van werke loosheid als te vooren, hoewel den Admiraal Generaal, binnen de tyd van drie weeken, wel tweemaal, namenlyk den 20 An« gustus en den 5 September, naar Tafel heen en weder gereist was , zonder dat 'er iets van gewigt op gevolgd was, waardoor dien Vorst meer en meer in verdenking geraakte. Z. Poogde zyne Hoogheid zig niet van die verdenkingen te zuiveren ? V. De Erfftadhouder, meenende te bemerken datdievanfrt«Wwel byzonder tegens hem onvergenoegd waren, befloot zig by de Staaten van die Provintie te verantwoorden, en vertoonde hen, datHy federd langen tyd begeerd had om de magt van 't Gemeenebest in eene daadelyke werkzaamheid te brengen, en van dezelve met nadruk tegens den vyand gebruik te maaken, voor zo verre % Lands toeftand zulks zoude gedogen, betuigende zyne Hoogheid, dat hy daar toe alle ayne werkzaamheden, alle zyne bevelen, had  VBREENICDË NEDERLANDEN. 91 had geregeld en ingerigt, alleenlyk ztvaa. ïigheid maakende om aan te gaan tegen het gevoelen van zo veel Zeevaarenden, welkers dapperheid en ondervinding bekend was, en van welken de meesten getoond hadden, dat het hen noch aan moed, noch aan voorzichtigheid ontbroken had. Voords betuigde Hoogstdezelven , niet van zig te hebben kunnen verkrygen, volgens zyn eigen denkbeeld te werk te gaan , en zig verantwoordelyk te ftellen voor het lot des Oorlogs, met uitdruklyk te blyven ftaan op het uitloopen van de Vloot, in een tyd, waar in alle des kundigen het afrieden. Z. Hielden zig de Staaten van Friesland met dit antwoord te vrede? V. Verre van daar, integendeel wiesen het misnoegen dag aan dag aan, inzonderheii als men onze voorige Zeeoorlogen met de tegenwoordige vergeleek Ondertusfchen had men hier te Lande tydlng gekregen van een gevecht, by Curacao, tusfchen Kapitein Geerman, voerende het Heh landfcbe Hoekerfchip de Vreu-vo Magdalen*, en  92 geschiedenissen dek. en de Engelfche Kapitein Pfrler , roerende een Fregat van achiëndertig Stukken, den 15 juny, roorgevallen, waar in de IMUnifcb, Kapitein, na eene lange en hardnekkige verdeediging zig genoodzaakt vond te ftryken, en zig aan den vyand over te geeven, doch van dezelven esrter niet lang meester bleef, doordien 's Lands Oorlogfchip B.venvyk, gevoerd door Kapitein B»ct, en in de Haven van C*rac*. liggende, welhaast uitliep, om jagt op de beide Schepen te maaken , weiken hy ook dienzelven avond, ten zes uuren, agterhaalde, wanneer hy het geluk had, den voornoemden Hoeker weder te hernee. «en, zonder egter het vyandlyk Fregat dat ten eeriten was gaan vluchten, te nebbe* kunnen agterhaalen. - Met zo veel roem, als van deeze daad by elk gefproken wierd, met zo veel verachting fpraken fomangen, omtrend deeze tyd, van den Schout by Nacht m» Kruin., welke openlyk van pligtverzutm befchuldigd was geworden. Z. Wat had hier toe aanleiding gegeeven. r, Zekesr algemeen gerncht, als of Kapi-  VÏREENIGDË NEDERLANDEN. $% tein Stary, roerende 's Lands Fregat de Ja* /»*, een Engelsch Oorlogfcfaip in 't gezicht gekregen hebbende , gemelden Schout by Nacht rryheid had gevraagd om daar «p af te mogen gaan , doch ten antwoord zoude bekomen hebben, dat de Admiraal Genertai hera van Kmint geen berel had gegeeren om te vegten of uit te loopen, zo dat hy daar toe ook geen rryheid konde rerleenen. Be Heer van Kruine fprak dit verfpreidde rerhaal wel in 't openbaar tegen, als volftrekt ter kwaader trouw verfpreid zyade, doch kon daar door egter niet verhoeden dat de rerdenking op hem bleef berusten, bet welk zelfs zo rerre ging, dat by in de ZuidbaUandfebe en Diemermeerfebe Couranten op zulk eene hevige wyze aangevallen wierd , dat hy zig genoodzaakt Tond zyne klagtcn by de Algemeene Staaten in te leveren, en dezelven om hunne onmiddelyke befcherming te verzoeken, ten «inde zyne eer en goede naam , als het dierbasrfte van alle zyne bezittingen , tegen alk lasteringen, zonden worden gehandhaafd. Z.  94 GESCHIEDENISSEN DER Z. Hoe wierd dit Verzoekfchrift by het algemeen aangenomen? V. De meesten waren van gedachten, dat de Heer v&n Krater, by zyn gegeeven bericht van het gebeurde, opzettelyk het een en ander had uitgelasten , dewyl het zeef zeker fcheen ie zyn, dat 'er Evgtlfike Schepen voor Gaats gelegen hadden , ook had de Kapitein Story zig, in tegenwoordigheid van veele lieden, zeer fterk uitgelaaten over de onderhandelingen, tusfehen hem en den Schout by Nacht van Kruine voorgevallen. Doch hoe het ook indedaad mogt zyn , het ging met deeze ziak als met de dagelykfche gebeurtcnisfen van dien tyd, de waarheid daar van wierd niet volkomen bekend, en de veronderftelling van het kwaadc , veroorzaakte onvermydelyk zeker wantrouwen op deezen of geenen, die in 't hoog bewind van 's Lands Regeering waren , waar door gevo3gel>k alle eerbied voor de zodaanigen vcrlooren ging. — Midlerwyl vonden de Staaten van Holland , hoewel niet zonder tegenkanting van de Ridderfchap en  VËRÊEN1CDS NEDERLANDEN. n 'en eenige Steden, goed, eene Commisfie uit de hunne te benoemen, om, overeenkom, ft« «et algemeene belang, met zyne Hoog. hetd den Prins Erfftadhouder in onderhandeling te treeden, en zig by Hoogstdenzelven, over het fteeds voordduurende flaauwe gedrag ter Zee te beklaagen, en zyne Hoogheid, als Admiraal Generaal, de rede van dit alles af te vorderen. Deeze Commisfie, die *ry wat geruchts maakte, wierd bekleed door de Heer de Cytèloutr* Penfionaris van Dordrecht, de Heer van Staveren, Penfionaris Leiden, en de Heer Fisfiber, Penfionaris van Amfleldam , benevens de Heeren Nyveid en Meerens , Geheimfchryvers der Steden Rotterdam en Hoorn. Z. Hoe wierd deeze Commisfie by zyne Hoogheid ontfangen ? V. 's Lands Erfftadhouder, hunne last aangehoord hebbende, voerde hen te gemoet, van gedachten te zyn, dat Hoogstdenzelven *ig met verpligt achtte om aan de Staaten van Holland afzonderlyk van zyn gedrag rekenfchap te geeven, maar hen egter, ten ©ver»  ^6 GESCHIEDENISSEN DER overvloede, wel op eenige hunner voorn»* gen wilde antwoorden, voords beloovende , in 't vervolg, een breed verflag van alle zyne verrigtinjen , els Admiraal Generaal , aan de Algemeene Staaten te zullen overhandigen, welk antwoord zeer weinig genoegen gaf. Ook gertakte zyne Hoogheid welhaast in nieuwe moeielykheden met de Staaten van Holtand , waartoe bet geval van den Vaandrig de Wisse aanleiding gaf. Deeze Jongeling was , gantsch cm* verwagt , door zekeren Eoomkweeker té Boskoop, van Brakel genaamd, befcHoldtld geworden , van met den- vyand onderhandeling te hebben gehouden , om een gedeelte van de Provintie Holland , namentlyk het Eilasd Gotdtretde, in Engelfebe handen te doen vallen, en op deeze befchuldiging in 't begin van October 1782. gevangen genomen. Nu was de vraag, of dezelven voor den Hoogen Krygsraad deezer Lande» dan wel voor 't Hof in den Hat ge gevonnist moest worden. Zyne Hoogheid was voor 't eerfte , d* meet.  VERENIGDE NEDERLANDEN. ff meerderheid der Staaten van HolUnd voor het laatfte gevoelen. De gefckillen over , 6 20 ««««flrydige gevoelens liepen zo hoog dat de Heeren Staaten weder eene t.ommlsfie benoemdenj on ^ ^houder daar over i„ onderhandeling te Z. Welke Heeren bekleedden deeze «. wigtige Commisfie ? ' aar^enT "e,n,0«end« h^den daartoe aangeficld de Heeren /* eié en M« 7,,; Burgemeester «„ p„floaaris „„ • * Heer hriwta.,, „ m^ '^ *«. den ,r October, ,er geh„„r , °4 «nol d. H„ofdwa{t in de » Iof' « me. de ftande trom, 0>(ier de . ' Pteeïin, met de „antW<) de Heeren vL de CommMe omSng, die, rooraf, i„ «ea «n de ver«tke„ m de Ceeoll|1IÜ XIV. B E Ra„.  $3 GESCHIEDENISSEN DES, Raaden by den onderen waren gekomen 5 en van daar gezamentlyk, door de buiten* gallery, langs het Binnenhof den weg hadden genomen, en alzo gekomen in de Kamer, tot hunne ontfangst gefcbikt, daar aan het hooger einde de ftoelen voor de Heeren, en daar tegen over de ftoel voor den Stadhouder geplaatst was. Zo dra de Heeren van de Commisfie zitting genomen hadden, deeden zy bericht aan zyne Hoogheid van het beduit der Staaten van Hellend, betreklyk de zaak van de Witte, op den voorigen dag genomen , en gaven te kennen, dat deeze hunne Commisfie wel voornaamemlyk was bepaald, om zyne Hoogheid te berichten, dat het verlangen en de ▼erwagting der Heeren Staaten was , dat, hangende Hoogstderzelver Raodpleegingen over deeze zaak, geen nadeel aan dezelve zoude worden toegebragt, maar alles in de tegenwoordige gefteldheid blyven. Z. Wat antwoordde zyne Hoogheid op dit voorftel ? V. Dat Hoogstdezelven van begrip was, dat  VEREENICDE NEDERLANDEN. ..99 dat de gevangen Vaandrig de Witte , door zynen bevoegden Rechter was geoordeeld dat hy niet twyffelde of dit zyn begrip zoude , wanneer het zelre behooilyk en namwkenrig door Gecommitteerden onderzogt zoude zyn geworden, in geenen deele ongegrond bevonden worden. Verzoekende voords dat, indien, tegens alle verwagting Gecommitteerden van een ander gevoelen inogten zyn, het dan aan de Heeren Staaten mogte behagen , alvoorens een bepaald befluit te neemen , kennis daar van mort hebben, om by gelegenheid fchriftelyk aan Iloogstdezelven onder het oog te kunnen brengen de gronden, waar op zyne Hoogheid vermeende dat de gehoudene Rechtspleging met den voornoemden Vaandrig dengdelyk en wel was. Zo dra deeze onderhandeling afgeloopen was , en de Heeren van de Commisfie zyne Hoogheid beloofd hadden, zyn antwoord en bygevoegd verzoek aan de Staaten van Holland te zullen berichten , wierden zy met die zelfde eerbewyzingen weder uitgeleid, als zy ontEa fto  lÜ GESCHIEDENISSEN DER fangen waren. —— Geduurende dit alles had 'er ondertusrchen een vry algemeen gerucht geloopen , dat de Boomkweeker Bretel, die , zo als ik zo eeven gemeld heb, de Vaandrig de Witte van verraad befchuldigd had , en by den Raadpenfionaris van Bleisvoyk aangegeeven had, zelfs een verrader was, die niet alleen het geheim, reeds lang voor dat hy het zelve ontdekte, geweeten had, maar ook, geduurende deezen Oorlog , verfcheide verdachte reizen naar en van Oflende gedaan had. Het vermoeden tegens hem greep dus zo veel plaats, dat hy eerlang, door den Drost van 't Hof» door eenige Gerechtsdienaars verzeld , van Boskoop gehaald en op de Castelenye van 't Hof , in 's Gravcnbaage , gevangen gezet wierd. Z. Het doet my vermaak dat deeze ongeoorloofde handelwyze van den verraderfchen Boomkweeker aan den dag kwam. V. Ondertusfchen had de Fravfibe Gezant by ons Gemeenebest, de Hertog de Ja Vau* gutien, op bevel van zyn Hof, «en verzoek ge-  VEREENIGDE NEDERLANDEN. lox gedaan, dat hunne Hoogmogenden, met de meeste fpoed, tien Oorlogfchepen van Linie naar Brost zouden doen zeilen, ten einde door de Krygs verrichtingen met zyn Hof, aan den gemeenen ryand meerder afbreuk te doen, en hem te noodzaaken tot billyke voorwaardens van eenen vasten Vrede. Het verzoek van dien Gezant wierd ten eerften bewilligd, tot byzonder genoegen van de Staaten van Holland, fchoon de Ridderfthap en Edelen dier Provintie zeer ómflagtig verklaard hadden , hoe 'er vry wat bedenkelykheden uit dit verzoek zouden kunnen ontftaan. Veele lieden geraakteu hierdoor op de gedachten, hoe 'er ook veel ligt wel eene of andere redenen gevonden zouden kunnen worden, tot verhindering van deeze reis. De tyd leerde ook welhaast dat deeze gedachten gantsch niet ongegrond geweest waren, want de Prins Erfftadhouder gaf eerlang aan den Staat kennis , dat Hy van den Vice-Adniiraal Hartfinek bericht ontfingen had , dat de Bevelhebbers van de Schepen, tot den tocht naar Brost bepaald, •» % ver*  £02 GESCHIEDENISSEN DER verklaarden 5 door gebrek aan levensmiddelen, touwen, zeilen, ankers, kleeding voor liet volk, en andere noodwendigheden, zich» buiten (laat te bevinden, om eene zo gewichtige en verre tocht te daen. Dit bericht verwekte vry veel bedenkingen en argwaan tegens de Admiraliteit van Amfleldam , en was, naar fommiger meenirg, een allerduidelykst bewys van eene onvergeeflyke traagheid in het behandelen, of onbedagtzaamheid in het verleenen van de vereischte bevelen der zaaken , bekragtigende dus ten fterkllen de klagten der Heeren Staaten van de onrieifcheidene Provintien. Geen wonder dierhalven , dat 'er weder op nieuws met zyne Hoogheid gehandeld moest worden, tot wel* ke handeling de Heeren de Gy zeiaar, va» Staveren, Fisfcher, Zuilen van Nyveld, Meerens en de Uaadpcnfionaiis van Bleiszvyk , benoemd wierden, laaiende de Steden Berdrecht , Leiden , Amfleldam , Rotter dim en Hoorn, wiens Penfionarisfen en Secrctarisfen de voornoemde Heeren waren, zig ten fterkflea aan deeze zaak gelegen liggen, welke van  VEREENIGDE NEDERLANDEN, IOJ van een zo lange nafleep wierd , dat 'er gantfehe Jaarcn met dit onderzoek verliepen , en waardoor ik dus gelegenheid zal hebben om 'er u meermaals ©ver te moeten onderhouden. Z. De Leden der Hooge Regeering kregen dus de hatiden vol werk , terwyl ik befpeur dat de ftaat van ons lieve Vaderland hoe langer hoe neteliger en gevaarlyker wierd. Doch laat ik u in 't vervolgen van 't verhaal van 's Lands Gefchiedenisfen niet verder frooren. V. Ik kan niet halaaren n te melden , dat, geduurende deeze toeftand der zaaken, den Baron van Reifcbaeb, Gezant van zyne Roomsch Keizerlyke Majefteit, den 4 October, in 's Gravenhaage, in den Ouderdom van ruim vierentachtig Jaaren, overleeden was. Deeze Heer , welke ieders achting wegdroeg, had van den Jaare 1741 cf, en dus omtrend eene halve Eeuw, de zaaken van zyn Hof, met veel lof, waargenomen gehad , en nog op 't einde van zyn Ge« zsatfehap de ihiert moeten ondergaan van E 4 ie  3O4 GESCHIEDENISSEN DER te zien, lioe de tot dus verre ftand gehouden hebbende vriendfchap, tusfchen den Keker zynen meester en de Algemeene Staaten , wegens het verfchil over 't flegten der Barrierefteden, gekrenkt was geworden, •er Geen minder fmert en ongenoegen ver« wekten de menigte fpotfchrifcen , die dagelyks en overal, tegens den Vice-Admiraal iltrtjixck en andere bevelhebbers ter Zee, verfpreid wierden, aan de geenen die zig ten hoogften hier door beledigd achtten te zyn. Gemelde Vice-Admiraal en eenige andere Zeeofficieren gaven eerlang een Verzoekfchïift aan den Admiraal Generaal over, waar in zy de bitterde klagten over zo veel eerroovende gefchriften, als 'er thans in zwang gingen, uitftortten en zyne Hoogheid baden, dezelve klagten onder het oog der Algemeene Staaten te brengen, tot herftel ven hunne eer, en ter afweering en verhindering van alle deeze verregaande Lasterfchriften. Z. Zyn Hoogheid zal zeker zeer gereedelyk aan dit verzoek voldaan hebben ? V.  VEREENICDE NEDERLANDEN. IoJ V. Hoogstdezelven , welken zeiven i\% meermaalen over het misbruik der vryheid van de Drukpers beklaagd had , gaf van het verzoek der Zeeofficieren eerlang kennis aan hunne Hoogmogenden, met by voeging dat hy verzekerd was , dat, byaliien tegens deeze cerroovende Gefchriften geen voorziening wierd gedaan, gemelde Officieren zig van 't bellier van 's Lands Schepen zouden ontdoen, welk voorneemen, de Vorst betuigde, ten hoogften te moeten rechtvaardigen, als weetende hoe gevoelig het was, na alles gedaan te hebben wat de pligt vorderde , niet te min by de gemeente verdagt gemaakt te worden , als of men daar in nalaatig geweest was. Voords toonde zyne Hoogheid tevens aan, hoe nood» zaakelyk het was om eens de noodige ordres in deeze buitenfpoorigheden te Hellen. De Algemeene Staaten, over dit onderwerp geraadpleegd hebbende, vonden goed zulks aan de Staaten der andere gewesten mede te deelen, met eraftig verzoek, dat iéder ia dc haare dc noodige middelen zouden E 5 be<»  106 GESCHIEDENISSEN DER beraatnen cn voorzieningen doen, ter beteugeling van de verregaande ftoutheid der Cour rantiers of Schryvers, der van tyd tot tyd uitkomende gefchrifcen, met lastgeeving, om tegens de overtreeders, volgens de Wetten van den Lande, te werk te gaan. Z. Welke uitwerking had dit verzoek der Algemeene Staaten? V. Het feheen dat by de tegenwoordige omftandigheden van tyden het Vaderland tot dien (laat gebragt was , dat zodaanige feepaaling niet wel konde geregeld worden , althans het gantfehe verzoek bleef, geduu rende de raadpleegkgen, op de klagten der Vlagofficieren, en nog langen tyd daar Ba, zonder gevolg. —— Gewigtiger en van meer aanbelang was het gefchil , dat om deeze tyd, wegens de Militaire Jurisdictie, gerezen was, welke Regtbank van de eene zyde als hoogstnoodzaakelyk , en van de andere kant als een monfter van onrecht» vaardigheid befchouwd wierd. De Provintie van Fiiesland was de eerfte, die over deeze zaak ieverig werkzaam was geworden, cn  VBftföENICDE NEDERLANDEN. JOf en poogde duidelyk aan te toonen, dat de ongeregeldheden, uit dat Rechtsgebied voordfpruitende, en waar door de burgerlyke Overheid haar wettig recht verloor in zaaken , die niet volftrekc tot den Krygsraad behoorde , meer dan eens het onderwerp van ernftige klagten geweest waren, en wel op zodaanige wyze, dat men zig moest verwonderen hoe dit Rechtsgebied nog zo lang ftand had kunnen grypen. Het geval met de Vaandrig de mtte had tot deeze twist de grootfte aanleiding gegeeven , en de Stad Amfleldam bragt eerlang een befluit uit, ter ftremming van de ongehoorde en onwettige uitwyzingeu van eeH Gerechtshof, dat thans in de algemeene haat geraakte. Ook wierd het by de meesten ten uiterften vreemd geacht , dat de Militaire Jurisdictie het zo verre konde dryren in ft geval van den meeigenoemden de mtte, aangezien Landverraad een gemeene misdaad was, die by den Stedelyken Rechter, daar de Verraader te huis koorde, moest worden geftraft, of anders, zo als in dit geval, van een MiliE 6 tair,  ÏC-S GESCHIEDENISSEN DER. tair, die geen vast verblyf had, by 't Hof van Juftitie , onder het welke hy zig bevond. ■ Befchouwde men dus de Militaire Jurisdictie als een haatelyke zaak , niet minder ongunftig dachten de meeste Nederlanders thans van de Stadhouderlyke Recemmandatien* die by veelen als ten uiterften gevaarlyk voor de Vryheid befchouwd wierden. Z. Maar wat zyn eigentlyk Stadhouder!?ke Recommandatie»? V. Het zyn die aanbevelingen van deo Stadhouder in der tyd, waardoor de meeste Leden van de Wcthouderfchap gewoonlyk in de Regeeïing geraakten en niet Amp» ten en Bedieningen begiftigd wierden. Dus was het in alle de Steden van ons Vaderland, Amfleldam egter uitgezonderd , daar zulks nimmer plaats vond , tot een vast gebruik geraakt, dat , by een openvallende Vroedfchapsplaats , de Stadhouder zodaanig een perfoon aanprees als hy gaarne aangefreld zag, die als dan altoos hier toe v/ierd verkooren, waar door men thans van  VEREENICDE NEDERLANDEN. ï9} van oordeel was, dat riet alleen fommige verdienftelyke Regenten, doch welken het geluk niet hadden van in de gunst van den Stadhouder te ftaan, voor nltoos uitgefloten konden blyven, maar voegde men 'er by, 't konde ook niet anders zyn, 0f langs deezen weg moesten alle Volksvertegenwoordigers in dit Gemeenebest , alle de Befchermers en Voorflanders *an 's Lands Wetten, Voorregten en belangens, volkomen onderworpen zyn aan des Stadhouders goedvinden. Ja fommigen gingen zelfs zo verre, dat zy meenden, dat zodaanig een ingevoerd gebruik, door de bykoomende kwaade gewoonte gevestigd, eencn gereeden toegang openen konde, om het vrye Staats bellier tot eene volkomene Alleenheerfching re brengen, hoe min men ook den tegenwoordigen Heer Erfftadhouder van het koesteren van zulke neigingen konde of behoorde te verdenken. Ondertusfchen vermeerderden de onaangenaamheden van zyne Hoogheid door alle deeze zaaken niet weinig, terwyl de liefde veeier Ingezetenen langzaamerhand van fi? her»  110 GESCHIEDENISSEN DE*. hem afgetrokken wierd. —— Meer genoegen ondervond midlerwyl de Ridder van da Cappcllsn tot den Poll, welken Heer den i November weder ter Staatsvergadering van Overysfel verfcheen , en dus volkomen in zyn eer herfteld wierd. Z. Dit moet eene heuchlyke gebeurenis, zo wel voor dien Ridder als voor deszelfs medeftanders, geweest zyn, doch liep deeze plegtigheid nog al gelukkig en in rust af? V. Men was zeer bedugt voor buitengewoone Leweegingen onder de overgroote menigte te zaamengevloeid volk, by deeze gelegenheid, zo dat de Heer van de Cappellen , uit dien hoofde, door een agterdeur van het huis van een der Geheimfchryvers der Stad Zwolle naar de Vergadering ging , aldaar gekomen zynde , maakte hy eene diepe buiging voor de tegenwoordig zynde Leden , waar op hy door den Drost van Sallandy onder de zigtbaarfte blyken van gevoelige aandoening , verwelkomd wierd. Eenige der Edelen reikten den waardigen Rid-  VEREENÏGBE NEDERLANDEN. III R'dder de hand toe , anderen roI(Ien ^ raanen van blydfchap langs de wangen, ja £ Ridrnen,die.tevooren de hand - des R,dcIers omzet£ing , k dg geleend hadden, lieten thans alle tekenen van vergenoegen zien. In een woord, het was een aandoenlyk tooneel en de zege P-al der deugd, Wanneer de Heer lal « de Vergadering kwam , en door de Sasfenftraat gmg, waren alle lieden voor hunne deuren, en deeden de vrolykfte betuigingen van dankbaarheid over dit geval terwyl eik over de gemaatigdheid e« vrien' delykheid des edelmoedigen Ridders verwonderd ftond 0p denzelven dag, dat zulks te Zwolle voorviel, was in >s H* a l g«, ter Vergadering van de Staaten van Holmede iets merkwaardigs voorgevallen, hebbende de Raadpenfionaris van Bleismk diezyn gewigtig Staatsampt nu tien jaaren' bekleed had, de vryheid genomen zyn on" ^n rTken' d°°rdien Zyn klimmen*« laaren en afneemeodc liChaamskragten hem> zo  na GESCHIEDENISSEN DER zo als zyn Edele de Staaten te gemoet voerde , weinig hoope overlieten , om de last van zyne zwaarvvigdge bediening veel langer naar beboeren te kunnen torfen. • z. Hoe wierd dit verzoek by de Staaten van Heiland opgenomen? V Onder de Staatsleden was over het zelve vry wat bedenklykheii. Veelen derzeiven meenden dat den Heer van Blei** wyk de verzogte rust niet diende geweigerd te worden, ja de meeste Steden waren van diezeive gedachten, doch de Heeren van de Ridderfchap oordeelden , dat men zig voordaan van zynen byzondcren raad en daad, als te vooren, behoorde te bedienen. Geduurende de Raadpleeging der Heeren Staaten over dit onderwerp, vervolgde de Heer van Bleiswyk zyn post, tot dat eindelyk de zaak wierd afgedaan met het verlangen der Ridderfchap te bewilligen, waardoor het Ampt des Raadpeniionaris voor nog vyf jaaren bleef voordduuren. — Ondertusfchen wierd de Natie niet weinig gaande gemaakt, door het uitftrooijen van zeker lomp en niet minder kwaad*  VEREENIGBE NEDERLANDEN. j,s lwM[IaarIig Sch0,rcMf.ri ^ Doorlucb.ise Hoosheid e„ des2eIf. Ka E f i„ T ^ *"» ««* «eu w,1Ite .n door 2yn Ge2aDt^ 8 ' de Hew v™ »»/„,,,„., by de Al »«„e Staa[cn „„ iiet : £ Hoe icQotm ^ ^ verlpre.den en rerkoope. „„ „„ noemde Schotfchrift, bdoovende ,evtDS L alle , 5 ' temyl -"««fchen •He Weidenkenden i„ deu Landej yjm Pwty dezelven ook w^n, het haatelvk des Schry^S, en de ooSmerkea waar mede dit verfoeielyk en eerroovend ten veroordeelden.^ Toonde naen dus aan de  Hjr GESCHIEDENISSEN DER de eene zyde een billyke afkeer voor diergelyke buitenfpoorigheden , aan de andere kant Week men geen minder lust te hebben om waare verdienften te beloonen, althans de Stad Deventer, erkennende de groote bekwaamheden van den Heer van der Marck, gewezen Hoogleeraar te Groningen, en wiens geval ik u in een onzer voorige Saamenfpraken verhaald heb (*), beriep hem van hingen in haare Stad, om aldaar van zyne onbetwistbaare groote geleerdheid gebruik te maaken, te meer, daar de voorige gebeurenis zyn perfoon in geenen deele had onteerd, en men hem te vergeefsch getragt had daar door te hoonen. —— Geduurende dit alles deed het Hof van Lenden weder nieuwe aanzoeken om de Vrede met haire vyanden te herftellen , gedragende het zelve zig nu als of het waarlyk tot het ophouden van den Oorlog van harten geneigd was. De eerfte Staatsdienaar des Konings van Frankryk, (?) Vaderlandfche Gefcbied. in '/ kort. XI11. Biel, pag. 144 — 147»  VEREEN! GDE NEDERLANDEN. Hg ryk, den Graaf de Vergejints, hier van bericht bekomen hebbende, zond ten eerften den Heer de Raineval naar Londsn , om het Engelfche Hof deszelfs volkomen meening af te vraagen , het welk openhartig antwoordde, dat, hoewel het zig tot eenen aanftaanden Veldtocht in ftaat bevond, en het geld ten dien einde gereed had , het zelve egter bereid was een Tractaat van Vrede te fluiten, op welke verklaaring welhaast de hand aan dit werk geflagen wierd. Z, Het Hof van Londen zal zekerlyk zo wel de Vrede noodig gehad hebben als de andere oorlogende Mogendheden. V. Het was blykbaar dat 'er onder het Engelfche Zeevolk een algemeen misnoegen over de flegte betaaling heerschte , waardoor de Bevelhebbers der Oorlogfchepen zig dik wils in de grootlïe zwaarigheden gedompeld vonden , daarenboven gehoorzaamde men niet dan zeer langzaam aan de bevelen van het Parlement, waardoor men voor een volkomene regeeringloosheid vreesde , en fchoon men hoopte dat de ontbinding van  Il6 GESCHIEDENISSEN DER van het zelve en 't beroepen van een nieuw Parlement de zaaken van gedasrte zouden doen veranderen, hadden de nieuwe Leden van 't ze! ve egter niet volkomen aan die verwagting beantwoord, om alle welke redenen het juist niet te verwonderen was, dat Engeland van harten de Vrede verlangde gsRoten te zien.—- Terwyl men dus de herfteliicg der rust als van verre te gemoet zag, betoonden onze Zeeuwfcbe Kapers weder haare oude dapperheid, oader welken Kapitein Sextrocb, voerende het Ksperfehip de Goede Verwachting, niet weinig uit* muntte, Deeze moedige Zeeman vernsees»; terde niet alleen, den aS October , de Engelfcbt Paketboot, gevoerd by Kapitein Flyn, welken hy te Brouwershaven opbragt, maar ook eenige dagen daar na een vyandlyk driemast Fregatfchap, het welk wel honderdenvyfeig duizend Guldens waardig gefchat wierd. Oek wierd gezegd dat de lading der veroverde Paketboot geen minder fchats bedroeg. Z. Dit waren dus al zeer aanzienlyke pry- zca»  V1R2ENICDE NEDERLANDEN. ïlf *«, welken de Kaaprederye niet weinia voordeel moeten toegebragt hebben, V. Alle deeze behaalde roordeelen kon. den egter de fchade niet opweegen die den Lanoe kortte vooren, wegens het verliezen J« twee haarer beste Oorlogfchepen, weder ge,eden had. Het eerfte was het Schip * Ume van vierenzestig Stukken, gevoerd door den Graaf „, midertn % ^ den i, October, in de ift^f des middags omtrend één uur, gantsch onverwagt Cn met V0l,e tuiS> oP eenmaal emfl0eg en ten eerften derwyze naar den grond zonk , dat er niets meer van te befpeuren was. Van al het volk, dat zig 0p het zelve bevond , waren fregts twaalf mannen behouden en in aangekomen. De jeugdige wette onder de vér! ongelukten was, wierd van elk ten uiteren betreurd. Eenige dagen l„ter kwa» » Lands Oorlogfchip Zierikzee, raede van vierenzestig Stukken, en gevoerd door KaPitein Haringmau, een diergelyk ongeluk over , welk Schip door zwaare ftorm beloo. pen  fIg GESCHIEDENISSEN DER pen zvnde, by Aalburg ftrandde en in ftnfcr ken geflagcn wierd. - Ondertusfchen was 'er weder vry wat te doen geweest over het meergemelde Weekfcbrift, de Post van den Nederrhyn, welk blad, hoe zeer ook m de algemeene* ftnaafc der Ingezetenen zyn* de , egter in fommige Nummers vry wat fterk over de tegenwoordige tydsoraftanaigheden gefprokeu had, waardoor veele Leden van Staat zig beledigd achtten. De Hoofdofficier der Stad Utrecht van gedachten zynde, dat 'er dingen in waren, welken naar alle regelen van goed recht niet konden worden geduld, maakte, amptshalven, een gerechtelyken aanfpraak tegens den Drukker en Uitgeever van dit zo fterk geleZen wordende Weekblad , den Boekverkooper G. T. van Paddenburg, Burger bin„en gemelde Stad, en deed by het openbaar pleitgeding over het zelve voordraagen, als of de daar toe gebruikte bewoordingen op den Prins Erfftadhouder toepaslyk waten , waardoor gantsch Nederland het oog op dit Rechtsgeding gevestigd had. JQrf  VËREËNIGDE NEDERLANDEN. JI$ 2. Wat was de uitflag van het zelve? V. De zaak wierd van de andere zyde zo wel en yverig behandeld, dat de Heer Hoofdofficier het geding verloor, wordende de onfchuld van den Schryver of Schryvers van het zelve, zo uit de Staatsbefluiten Memorien en Voorftellen van Heiland, Zeel land , Friesland , Greningen , ja zelfs van Streelt, aangewezen, als of gautsch Neder land, als met eene ftemme , de taal van den verdeediger bekragtigde. De talryke gemeente , welke daaglyks by dit pleidooi tegenwoordig was, toonde zig over den uitflag van het zelve zodanig verblyd, dat men fteeds een onafgebroken gejuich en handgeklap hoorde , aan al het welke duidelyk bleek, welke gevoelens thans onder s Lands Ingezetenen de overhand begonden te krygen, het geen juist geen gunftig voor. uitzicht voor Nederlands Erfftadhouder gaf, wiens gedrag by veelen reeds in verdenking' geraakt was, terwyl anderen egter de uiterfte pogingen aanwenden, om de onfchuld van dien Vorst in het klaarfte daglicht te flel.  12?> GESCHIEDENISSEN DER ftellen en van aïle laster vry te fpreeken. Tef bereiking van dit oogmerk wierd 'er in *t üaage een Dankadres aan zyne Hoogheid opgefteld, en ter teekening aangeboden, doch over den inhoud van het zelve rees vry wat gefchil, waardoor fommigen zulks weigerden te tekenen , en anderen zig ongenegen toonden om het zelve , zodanig als het opgefteld was, te onderfchryven. Zyne Hoogheid van deeze zaak kennis gekregen hebbende, betuigde datj hoe aangenaam hem ook deeze blyk van liefde en achting voor zyn perfoon was, het hem egter een byzonder leed zoude doen, wanneer over het tekenen of niet tekenen van zulk een Adres , eenig ongenoegen onder de Ingezetenen ontftond, verzoekende zelfs de Magiftraat van 's Gravenbaage om de noodige maatregelen te neemen, ten einde alle ongenoegen voorgekomen en de rust bewaard mogt blyven. Z. Dit verzoek van zyne Hoogheid ftrekte dan > tot een bewys van Hoogstdeszelfs afkeer van alle or.behoorlyke dwangmiddelen in dit geval ? V.  verèenigde nederlanden. *iaI V. Jammer was het masr dat zo veele verregaande fpoorloosheden wierden aangericht ; want wanneer 'er op St. Nicolaas Avond, op het Buitenhof, ter eere van den Prins Erfftadhonder, een vuurwerk afgeftoken zoude worden , lieten zig daar meer dan duizend aanfchouwers , van allerhande ftaat en ouderdom , vinden, waar onder veelen, met oranje cocarden en linten verfierd, door hun geduurig gejuich en onophóudelyk fchreeuwen van Oranje boven , en Vivat de» Prins van Oranje, vry wat vrees voor de gevolgen verwekten, zo dat zelfs de Vergadering der Heeren Staaten 'er over by een geroepen wierd, aangezien de meesten oordeelden , dat uit zulk een 'gedrag nimmer iets goeds konde geboren worden, fchoon wederom anderen egter zulks als eene enkele onfchuldige vrolykheid wilden doen voorkomen. De Staaten van Holland begrepen het geval nógthans zo êmftig te zyn, dat zy niet alleen het Hof van Justitie belastten om deeze zaak terflond na te vorfchen, en de aanlegger*, wanneer zy ont- XIV. dk F dekt  IS1 geschiedenissen des. dekt mogten worden , naar de Wetten va» den • Lande te ftrafFen , maar ook om van den Procureur Generaal en van den Baljuw van '* Gravenhaag* reden van hunne werke* loosheid te eisfehen. Z. Maar hoe ging het inmiddels met het Dankadres, waar over zyne Hoogheid zyn ongenoegen getoond had ? V. Het zelve wierd door de Regeering van 'j Gravenbaage afgekeurd, en het rond brengen en tekenen van het zelve verboden, doch tevens een ander Gefchrift van dien aart goedgekeurd. Dit laatfie was door den Burgemeester Slicher opgefteld, en behelsde hoofdzaakelyk eene verzekering van liefde en trouw voor zyne Hoogheid en zyn Vorftelyk Huis , een beklag over de omftandigheden, waar in de Vorst zig thans, in deeze duistere tyden, bevond, een dankzegging voor al het geen Hoogstdezelven tot nut en welgyn van het Vaderland verricht had, en eene betuiging van niets meer te verlangen, dan dat eens een heilzaam middel mogt uitgedagt worden» waardoor het verfpreiden van  VERSENIGDE NEDERLANDEN. I3| van alle oproerige gefchriften, zo tegen zyne Hoogheid als andere hooge Staatspersonen , thans meer dan te veel in 't licht komende, konde belet worden. Dit Adres wierd op de Schuttersdoelen aan alle de Burgers en Inwooners van 's Haagt ter tekening voorgelegen , en door de meesten derzelyen , als mede door alle de Leden der Krygsraad en verdere Officieren getekend , wordende voords den Heer Erfftadhouder door de Overheid van genoemde Stad op eene heufche wyze dank betuigd, wegens deszelfs betoonde vredelievenheid en zucht, voor de waare belangens hunner S ad en Burgery, en met dit geval nam bet Jaa? 1782 tevens een einde.  DRIEËNZEVENTIGS7E GESPREK. INHOUD. De Prins Erffladbeuder tragt zig te verdeedi* gen tegens de befcbuldigingen ten zynen laste, — - Onderzoek naar de bewerkers der zogenaamde Haagfcle Vrolykbeid, — Voor* fiel van zyne Hoegheid wegens den Vaandrig de Witte. *—■ De Admiralitcits Coliegiett te Amfleldam en op de Maaze verontfcbuldigen zig. —- Buitengewtone Vergadering der Bewindbebberen van de Oestindifcbe Mttatfcbappy, — Vrede tusfcben Engeland en de Neerd-Amtricaanen. —— Vertrek van ten Hollandscb Gezant naar Noord Ameri* ca0 — ■ Franfcbe Gezant komt weder in V Haage. —- Klagte van den Koning van Pruisfen over benadeeling van den Erffladbeuder. ——»• Vrede tvsflben Frankryk, Span-  vereenïgde nederlanden. i-j Spanje en Engeland. — Bedenkingen over de Militaire jurisdictie. - Misnoegen tegens don Vice-Admiraal van Byland. — Stiljland van Wapenen met de Engelfchen. — Bedefionden te Utrecht. > - Klagte der Oostindifche Mastfebappy. Voor- fiag van de Stad Rotterdam. ~ Twist in Friesland ever bet begeeven der Ampten, Verzoek van den Kening van Frankryk. Raadplegingen over hetzelve. Twist tusfiben den Erffladbeuder en de Stad Deventer. — Adres der Burgery van Zutpben. — Be Ridder van de Capellen tot den Peil febryft aan de drie Overysfelfcbe Steden. Affchafflng der Brostendienflen /« Overysfel. Komst van den Ridder van de Capellen tot den Poll te Amfleldam. > — Verzoek der Boeren in Gelderland. > . Brief van zyne Iloegheid over de Hoogt Krygsraad dezer Landen. - , Herfiel der Schutter yen te Utrecht en te Leyden, —— Aanfpraak van den Lt. Admiraal van Wasfe«aar aan den Erffladbeuder. Gewei- dig oproer te Arnhem * Feegingen et» de  ïü$ GESCHIEDENISSEN DEE de Vrede niet Engeland te fluiten. Dezelve werd getekend. Inhoud van dezelve. Gevoelens ever dezelve.— Gefcbil tusflcben zyne Hoogheid en de Stad Utrecht.-* Edelmoedigheid des Konivgs van Frankryk, -— Plegtigbeid der Scbuttery te Utrecht. — De Heer van Lynden tot Gezant naar Lenden voorgeslagen. '--»■ ■« Voorftel van de Stad Schiedam. Ander voor* flel van den Erffladhouder. ——— Byêên* komst van eenige Regeeringsleden te Amfleldam, • ■ 1 1 Recommandatie» des Stadhou* dors te Utrecht afgsfchaft. Misnoegen al" daar tegens den Schepen van Geens. ■■ » Openhaar Gehoor van den Nederlandfcben Gezant in America. •• Verfcbillen met den Keizer. Voorval op den Doel. Vermeestering van eenige Forten deor de Keizerlyke Troepen. Ontfleltenis bier ever in Ssaatsvlaanderen, Klagte van bet Gouvernement der Oostenrykfcbe Nederlanden. Antwoord en tegenklagten der Staaten. VerJtlaaring van den Keizer. De Grootmajoor van Lillo van zyne Bediening epgejcbort. — Verteeg der Otstindifebe Maatflcbappy aan de*  vere5nigde nederlanden» la? den Staat. — Gefcbil tusfcben den Erffiadbonder en de Stad Alkmaar. — Hevige twist tusfcben de Ridderfcbaj» van Heiland en den Penfionaris van Dordrecht. Zoon. ik heb in ons voorgaande Ge* fprek gemerkt dat de verdenking tegen 't Lands Erfftadhouder hoe langs hoe hooger fteeg, doch deed deeze Vorst niets om zig van alle deeze befchuldigingen te ontheffen ? Vader. Zyne Hoogheid gaf eerlang eene wydloopige verdediging van zyn gedrag ia'c licht , waar in hy poogde aan te toonen, dat alle de onheilen die het lieve Vaderland, onder zyn beftier, en wel voornaamlyk federd den laatften Oorlog, getroffen hadden , buiten zyn fchald waren en aan hem in 't geheel niet geweeten moesten worden , dat hy niets anders dan tot welzyn van den Lande gearbeid en volgens zy» eed en pligt gehandeld had , en eindigde dezelve met de volgende uitdrukkingen , n Verre zy het van ons dat wy, door drift F 4 t3 be*  Il3 GESCHIEDENISSEN DER. „ befHerd, of door wraaklust aangedreven, „ de welverdiende ftrafoetTening vragen of „ verlangen zouden van die geenen , die „ zig zo grovelyk tegen ens misgrepen hebben, maar het geen wy mecnen van de j, hooge Bondgenooten te mogen vragen , „ het geen wy begrypen van hoogstdezel„ vea te mogen eifchen, op grond van de „ regten der menschlykkeid , uit kragte van „ de in ftand zynde Wetten, uit hoofde van „ het gezag, met het welke wy in deeze »| Republiek bekleed zyn, (en van het welk „ een iegelyk der geenen , die op eenige „ wyze deel hebben in de Regeering, weet, „ dat wy nimmer misbruik gemaakt, nog „ getragt h?bben deszelfs paaien uit te breiden,) beïïaat daar in, dat eindelyk , ter „ behoudenisfe van de inwendige rust, en „ van de wettige ondergefchiktheid, zon„ der welke geene Regeering beflaan kan, „ worden by de hand genomen de noodige „ maatregelen, om voor het vervolg te voor„ komen en kragtdaadig te beletten de boos0 aartige peogingen , die aangewend zyn, a om  VSRERNICDE NEDERLANDEN. ï2^ om het vertrouwen tusfchen Overheden en „ Onderdaanen weg te neemen, alle grona den van Regeering te ondermyneu , het „ Volk tot oproer aan te zitten, den Soun verain deszelfs wettig gezag uit de hanj, den te rukken, en die geenen, die door „ hunne gevoelens, liefde, en door hunne „ Amptsbedieningen, eerbied waardig zyn, „ nevens die geenen, die in hooger of laa» ger Rang met zodaanige gewigtige pos„ ten bekleed zyn , waar van de eer en „ de zucht van hun leven voor het Vader„ land te waagen, een der grootlïe beraoe»» digingen is, om hen de veelvuldige ge„ vaarcn , waar van zy daaglyks omringt s> zyn, kloekmoedig te doen doorftaan, aan „ de veragting , haat en verguizing , niet „ flegts van deeze Natie , maar zelfs van „ geheel Europa bloot te Hellen." Z. En wat waren de gevolgen deezer ver* dediging van zyne Hoogheid? ^ V. Ondertusfchen had het Hof van Justitie in *s liaage niets nagelaten, om, volgens ber S vel  Ï3« GESCHIEDENISSEN DER. vel van de Staaten van Heiland , de zogenaamde St. Nicolaasvrolykheid van den voorgaanden Jaare > naauwkeurig te onderzoeken, en bevonden dat twee der voornaamfte aanleggers van deeze vreugd , zig door de Vlucht naar \ Kleeffcbe Steedje Kranenburg, de magt der Justitie van Heiland hadden onttrokken. Zy wierden wel ten eerften opgeëischt, doch eer de Regeering van Kranenburg bewilligde om dezelven over te geeven, waren zy reeds van daar naar eenig ander en verder gelegen gewest van Duitscb» land vertrokken. De onderzoeking wierd egter niet te min vervolgd, met een eraftig voorneemen van de fchuldigcn te recht te doen ftaan. — Midlerwyl vond de Erfftadhouder goed de ©m deeze tyd gerezene twist, wegens de Militaire Rechtsoeffening, voornaamlyk in het geval van den Vaandrig<*V Witte, te ftillen, verklaarende ter Algemeene Staatsvergadering , niet ongenegen te «yn, om, indien hun Hoogmogenden hem zulks toe wilden ftaan, by infehiklykheid, in dit  VEREEN1GDË NEDERLANDEN. 131 byzonder geval ^ onverkort een ieders rechten, en zonder daar van «enige gevolgtrekkingen te maaken, den Hoogen Krygsraad de noodige bevelen te geeven , om den meergemelden Vaandrig de Witte naar de Voorpoorte van den Hove te doen overbrengen, en hem, ter regtspleging van den Hove der Justitie over te laaten. Z. Wierd dit Voorftel van den Prins Erfftadhouder aangenomen ? V. De Staaten van Zeeland, fchoon vöor eenigen tyd zig ten duidelykften verklaard hebbende, dat hun gevoelen zeer veel met dat des Stadhouders verfchilde, namen 'er nu genoegen in De Steden Middelburg , Zierikzee en Vlisfingen hadden egter geoordeeld , dat het onbetwistbaar recht der Provintie en byzonder ook in het tegenwoordige geval, dat van Heiland, om den misdaadiger door haare eigen Rechtbank te doen rechten, niet in twyffel behoorde getrokken te worden, doch de drie andere Zeeuwfcbe Steden y yeeret 1Men en Coes, bewilligden F 6 in  IS» GESCHIEDENISSEN DER in den overgaave, volgens 's Prinsfen Voorftel , by welke gelyke verdeeldheid van ftemmen zig de Heer va» Lyndeti, als Eerfte Edelen van Zeêlatid, by de laatstgenoeraden voegde. De Provintie van Holland weigerde het bemiddelend Voorftel aan te neetnen, en grondde zig op haar onbetwistbaar recht op den gevangenen , te meer, daar deezen zig op het grondgebied dier Provintie daadelyk bevond, waar door zy in deezen, buiten alle twyftel, tot het rigtig onderzoek der zaaken gewettigd was. - . Ondertusfchen wierd het onderzoek , wegens het niet zenden der Oorlogfchepen naar Brost, ook nog eeven vlyrïg voordiezet, en daar hst fcheen als of de Admiraüteits CoIIegien deezer Landen mede eenig deel in de vertraaging van deeze zaak gehad hadden, zo vonden deezen het van hunnen onvermydelyken pligt, zig hier over te moeten verontfchuldigen. Het CoIIegie ter Admiraliteit te Amfleldam deed zulks door eenen brief aan de Algemeene Staaten, waarby te kens«?a wierd gegeeven, hoe zeer het voor- noeae.  VEREENIGDE NEDERLANDEN. igg noemde Col'egie buiten alle reden van beschuldiging was. Dat van de Maaze, eeven zeer getroffen, betuigde nu ook, niet onverfchilüg te kunnen zyn omtrend het openbaar bericht, dat namentlyk de Schepen zig van de Reize hadden moeten verontfchuldigen, uit hoofde van gebrek aan Scheepsbehoeftens, niet kunnende gelooven dat de berichten der Kapiteinen, onder hun CoIIagie behoorende , eenige aanleiding hadden kunnen geeven tot die beledigende geruchten, biedende des niettegenftaande aan nog een nader onderzoek wegens de voornoemde berichten by hunne Officieren te zullen doen , indien zulks de Algemeene Staaten welgevallig zoude zyn. Z. Wat befluit namen 's Lands Staaten hier op? V. Hunne Hoogmogenden ftelden de beide Brieven der voorgemelde Collegien ter Admiraliteit in handen van hunne Gemagtigden tot de Zeezaaken, en fchreven daar op aan de Admiraliteit op de Maaze, om by de Officieren, onder hun Collegie ftaan-;  134 GESCHIEDENISSEN DER de, zodaanig onderzoek te doen als dat Collegie bereids voorgeflagen had. —- Ondertusfchen wierden de Vredesonderhandelingen tusfchen Frankryk en Engeland fterk voordgezet, en de Oostindifche Maatfchappy deezer Landen had bericht gekregen , dat zo dra de Vrede tusfchen die twee Hovea gefloten zoude zyn, de Engelfchen ten eerften een verbond van vriendfchap met de Noord- Americaanen aan zouden gaan, waar van gemelde Maatfchappy zig weinig goeds beloofde , dewyl men niet zonder rede vreesde dat Engeland, zig met zyne vyanden bevredigd hebbende, alles wat hetzelve by deezen Oorlog verlooren had, van de zyde der Nederlanders, zoude tragten vergoed te krygen* Om deeze en diergelyke redenen wierd derhal *cn eene buitengewoose Vergadering van Zeventienen in 's Haags befehreven. Zo dra dezelve begonnen was, gaf zyne Hoogheid, als Opperbewindhebber, aan dezelve kennis, dat Engeland, tot eene voorwaarde van de Vrede met de Nederlanien, dc overgaave van de Stad Negapatnam, mes  VEREENIGDE NEDERLANDEN» I»g «iet deszelfs onderhoorig gebied , benevens de vrye Vaart in de Oosterfche Zeeën, bleef vorderen. Lang wierd over deeze gewigtige eisch geraadpleegd , en het einde van die Raadpleging was , dat alle de Leden en zyne Doorlugtige Hoogheid zelve , eenpaarig begrepen , dat de voornoemde vordering der Engelfche» tot niets minder ftrekte dan om deeze Compagnie het allerweezendlykfte van haare Bezittingen en Voorrechten te ontneemen, en alzo aan haar een der doodelykfte (lagen toe te brengen, te meer, daar de Maatfchappy, buiten dien, reeds federd eenige Jaaren in een merke» lyk verval geraakt was en als tot haaren ondergang fcheen te neigen. Z. Maar wat wierd 'er in 't werk gefteld om dit dreigend gevaar af te weeren? V. De Leden der Vergadering waren eenpaarig van gevoelen, dat het nimmer voor de Deelgenooten van de Maatfchappy was te verantwoorden , indien men niet alles wat mogelyk was aanwendde , om de zo oirechtnaatige eisfcken van de Kroon van JÉ*  *sS eE.SCHIEDENlSS.EN DER Engeland , langs de meestgepaste wegen , tegen te gaan, en om hier toe te geraaken, voegden zig Bewindhebberen by de Algemeene Staaten, die zy by eene breedvoerige Memorie hunne zeer bedenklyke ftaat van zaaken onder het oog bragten, poogende te bewyzen, dat den tegenwoordigen Oorlog daar de oorzaak van was, voegende 'er te vens by het verzoek om eenen onderfland van twaalf of veertien millioenen Guldens, om alle gedaane en nog te doene noodzaaklyke onkosten goed te maaken , (tellende voords haare voornaamfte reden, waardoor zy de Algemeene Staaten tot het verleenen van Hoogsrderzelver befcherming meenden te moeten aanzoeken , daar in gelegen te zyn, dat zy fteeds met de hoogfte vaardig, beid haare betaaling aan den Staat gedaan hadden. , Midlerwyl was de Vrede tusfchen den Koning van Engeland en de dertien Vereenigde Staaten van Neord-Amerie» gefloten geworden , waar by de Koning dezelven erkende als vrye en onafhangkely. ke Souvereinen, en met hen, als dezulken, lp  VËREENIGDE NEDERLANDEN. J^7 in onderhandeling trad , afftaande , zo voor zig zei ven, als voor zyne erf'enaamen en opvolgers, van alle eisfchen op de Regeering, eigendommen, en Territorieele Regten der gezegde Staaten, benevens alle aan* kleeven van dezelven , nu en ten eeuwigen «lage. Z, Zie daar dus weder een nieuw Gemeenebest by deszelfs vryheid en onafhangklyk* beid bevestigd! V. Op zulk eene Iuisterryke wyze eindigde het heldhaftig gedrag der vryheidlievende Ntord-Americaanen, en dus wierd het verfchriklyk Tooneel van eenen onnatuurlyken Oorlog, ia dat van eene bevallige en roem» ruchtige Vrede veranderd. ■ De Staaten van Holland ondertusfchen ziende hoe noodzaakelyk het was, in de tegenwoordige ge» fteldhcid van zaaken, eenen Afgezant by de thans vry erkende Americaanen te hebben, benoemden hier toe den Heer en Mr. Pieter Joban van Berclel, Burgemeester der Stad Retterdam, welke Heer van hunne Hoog» mogenden en vervolgens van de Staaten van  IS« GESCHIEDENISSEN DER. Holland affcheid genomen hebbende , dea 2.6 Juny, uit Tesfel, naar America vertrok, aan boord van 's Lands OorJogfchip Overysfil, onder bevel van den Kapitein Rhmersma, en kwam, naar eene gelukkige reize, in October aldaar behouden aan. — Een geruime tyd voor het vertrek van den Heer ven lierckel naar America , was de Franfche Gezant, Hertog de la Vaugulen , the zig om gewigtige zaaken naar Paryt begeeven had , weder in *s Haage te rug gekomen, alwaar hy fterk aandrong tot het ontwerpen van een Verbond van Koophandel en Vriendfckap tusfchen Frankryk en deezen Staat te fluiten, als ook om geduurende den tegenwoordigen Oorlog gemeenzaamerhand te werk te gaan , doch zyn Voorftel vond nog veel tegenftreevers , te sneer, daar men met Engeland reeds over de Vrede in onderhandeling was- — By deeze tydsomftandigheden ontftond 'er hier te Lande een vry algemeen gerucht, als of door «enig Lid van Staat in Heiland een veorflag gedaan was, om den Piins Erfftad- hon-  VEREENICDE NEDERLANDEN. 135 houder het bevel over de Land- en Zeemagt deezer Provintie te ontneemen. Schoon vee* len weinig geloof aan dit gerucht floegen , en het zelve niet hooger dan eene ftraatmaa* re achtten, verwekte het egter zo veel aandacht aan het Hof van BerJin, dat zyne Ko«inglyke Majefteit van Pruisfen goedvond, opentlyke klagten, door zynen Gezant, den Baron van Tbulemeyer, by hunne Hoogmogenden te laaten doen, met by voeging, dat hooggemelden Vorst geloofde dat de ontwerpers van een diergelyk Voorftel, ter be« nadeeling van JÜeêrlands Erfftadhouder, uit byzondere inzichten , vyanden van het Huis van Oranje waren , en dat alle opregte Vaderlandsgezinden het met de zodaanigen niet eens konden zyn , weshalven zyne Majefteit vertrouwde dat de Algemeene Staaten een befluit zouden neemen, om zulke factiën te weeren. — Ondertusfchen kreeg men hier te Lande de ontrustende tyding , dat de Vrede tusfchen Frankryk, Spanje en EnStl*nd, met uitfluiting van den Staat, getekend was. Z.  143 GESCHIEDENISSEN DER. Z. Op welke Voorwaarden was deeze Vrede zo fpoedig gefloten geworden ? V. Wat Frankryk betreft; de Onderdaanen van dat Ryk zouden voordaai?, zonder eenige bepaalingen , op de Banken van New feundland mogen visfchen, en aldaar dezelve Voorrechten als de Engelfchen genieten. De JEilanden Tabage en Mentferrat , en alle andere veroveringen, geduurende deezen Oorlog gemaakt, wierden aan Frankryk tegens eene behoorlyke vergoeding afgeftaan. Ook zouden de Franfchen zonder eenige verhindering in Sur at te handel dry ven. De Vestingwerken van Duinkerken zouden geflegt blyren, en de onderlinge belangens van den Koophandel op nieuws kerfteld, enz. Met Spanje wierden de verfchiilen op een gelyken voet gefchikt , dat Ryk ontfing OestFlorida en behield het fFesterfcbe , waar tegen Engeland de Eilanden Bahzma en Previdence bekwam, benevens verlof om in de Baai van Hendura Hout te mogen kappen.— Terwyl de liefFelyke Vredezon dus onze Nafeuuren befcheen, mistte men hier te Lande niet  VERÊENIGDE NEDERLANDEN. 14» niet weinig over de beftaan- of onbeftaanbaarheid der Militaire Jurisdictie. Veelen waren fterk voor de affchaffing van dezelve, en befchouwden het gezagoeffenend vermogen van den Souverain over de in zyne Provintie in Guarnifoen liggende en door denzelven betaald wordende troepen, als ten hoogften billyk en regtmaatig , ja als een herftelling van federd langen tyd misbruikte Rechten. Anderen beweerden integendeel, dat in het affchaffen van het voornoemd? Gerechtshof eene verkorting van de Rechten des Stadhouders opgefloten lag. Ondertusfchen wierd het onderzoek wegens de zaak van Brest nog eeven ieverig voordge* zet, en veele Staatsleden waren ten uiterften misnoegd op den Vice-Admiraal van Byland, van wien gezegt wierd, dat hy een der voornaamfte oorzaaken was , dat den tocht naar voornoemde Haven niet gelukt was. Zelfs liep 'er een gerucht, dat de voornoemde Vice-Admiraal in *s Harge tegens verfcheiden Heeren van aanzien gezegd «oude hebben, „ dat hy de tocht naar Brest „ niet  GESCHIEDENISSEN DSR „ niet zoude volbrengen , al was het dat „ hem dit zyn kop zoude kosten, want dat „ hy liever zyne Commisfie aan den Adini„ raai Generaal te rug wilde geeven, dan „ zich te laaten gebruiken, om de beste „ Schepen van den Staat aan Frankryk te s, leveren , of zich onder het bevel van 9, een Fransch Officier te ftellen." Door sulke woorden wierd, na veeier gedachten, de Miiitaire Subordinatie in gevaar gebragt van geheel omver geworpen te worden, en de Zeemagt van den Staat, zo wel als het Admiraal Generaalfchap van zyne Hoogheid, onnut gemaakt. Ook wierd gemelden Vlootvoogd in de openbaare Gefchriften , volgens het gebruik van dien tyd, mede niet weinig gehekeld, en 't algemeen ongenoegen tegens hem dus meer en meer aangeftookt. Z. Het was maar ongelukkig dat door deeze en diergelyke zaaken de tweedragc hier te Lande hoe langer hoe meer veld w*a f V. Ondertusfchen was 'er tusfchen de Algemeene Staaten en het Hof van Grmirit. t*tp>  VÏREENICDË NEDERLANDEN. S4§ ta»j*, den is February, een ftilftand van Wapenen gefloten, waar by alle vyandlykheden tusfchen de beide oorlogende Mogendlieden een einde moesten neemen. De Ingezetenen van ons Gemeenebest wierden dus gelast, geen daad van vyandfchap tegens Engelfibe onderdaanen te pleegen, of aan dezelven eenige fchade of nadeel toe te brengen, dienvolgens moesten alle Sche» pen en goederen, die in 't Kanaal of de Noordzee , na het tekenen deezer ftilfland van Wapenen , genomen wierden, weder« zyds te rug gegeeven worden. Daarenboven hieven de Algemeene Staaten, tot nader bevel , weder op alle de bevelen en de uitvoering der Plakkaaten , welken geduurende de twee laatst verloopene Jaaren gegeeven waren, ter gelegendheid van den Oorlog , zo met opzicht tot de verboden ïn- en uitvoer van Schepen , Goederen ; Waaren en Koopmanfchappen, daar in ver» meld, als die geenen, waardoor de verzekering, Zeevaart of Visfcheryen , van de Ingezetenen der Republiek waren bepaald ge?  Vft GESCHIEDENISSEN DER. geworden, onverminderd nogtkans de verboden tekens den uitvoer van Contrabande goederen verleend. Inmiddels verga¬ derden de Staaten in de onderfcheidene Provintien, om raad te pleegen over de Vredesonderhandelingen met Engeland , welken traaglyk voordgïngen , waardoor men niet zonder rede, vermoedde dat 'er zwaarigheden van de kant van Groetbrittntije gemaakt wierden, wegens de te rnggaave der van ons Gemeenebest overmeesterde bezittingen in Oost- en Westivdi'ên. Althans de Staaten van Utrecht vonden zodaanige gefteldheid van zaaken zo gevaarlyk, dat zy befloten de Maandelykfche Bedefïonden niet alleen te doen voordduuren, maar ook in dezelven en in de openbaare Gebeden , den Al* magtigen aan te laaten roepen om deszelfs zegen over de thans gehouden wordende onderhandelingen van Vrede, op dat dtzelven voor het Gemeenebest zo mogten uitvallen, als met deszelfs waare belangen, eer en waardigheid overeen kwam, en tot beftendigen luister en welvaard van het lieve Va-  vereenigde nederlanden. I4J Vaderland zoude kunnen verftrekken. —— Midlerwyl hielden de Engelfchen nog eevet* fterk aan om tiegapttnan en Trïnconmah, benevens de vrye Vaart en Koophandel in ie Indifche Zeeën te eisfchen, tot merkelyk nadeel der Omindtfcbe Maatfchappy dee. zer Landen, welke Maatfchappy niet naliet om de Algemeene Staaten haare feiliyke klagten weder te doen hooren. In dezelven toonde zy niet alleen aan de netelige toe, ftand, waar in dezen Oorlog haar gedompeld had, met by voeging, dat zulks haar ia de hooge noodzaakJykheid bragt, om ronduit te belyden buiten ftaat te zyn om uit haar eigen boezem de middelen tot herftel te verfchaffen, maar ook haare vreeze voor eene geheele vernietiging, indien de hooggaande eisfchen der Engelfchen ingewilligd moesten worden, doordien dezelven voorwerpen betroffen, die tot de allerweezendlykfte belangen van de Maatfchappy behoorden, ja zodaanige waren dat dezelve daar by moeste ftaan of vallen. Verders vertrouwde meergemelde Maatfchappy, dathunXIV. deel. G He  I46 GESCHIEDENISSEN DER 11e Hoogmogenden , gelyk Hoegstdezelven al» toos gewoon waren te doen, dus ook , vooral in het tegenwoordige tydsgewrigt , in ernftige overweeging zouden neemen de wyduitgeftrekte en onnngaanbaare invloeden, die de Oestitidïfche Maatfchappy had op het beftaan en de welvaard van zo veel duizenden van Kederlandfcle Iegezetenen , zig dus verzekerd houdende dat gemelde Algemeene Staaten haar verzoek billyk zouden vinden, en, ingevolgen van dien, alles in 't werk ftellen wat meest dienftig konde zyn, ter voorkooraing van den ondergang «ener Maatfchappy, wier val tevens die der beste Steden van het Gemeenebest zoude zyn , en welke aan het geheele Land een geweldigen fchok moest geeven. Z. Deeze klagten toonen duidelyk aan , dat die, eertyds zo bloeiende, Maatfchap» py , thans in een merkelyk verval moest geraakt zyn. V. Midlerwyl raadpleegden de Staaten van Heiland onafgebroken over de te maaken Vrede met de Engelfchen, welke nu , onder  VEREËNICDE NEDERLANDEN. 14? der bemiddeling van het Franfcbe Hof, voordgezet wierd. De Stad Rmerdam zeer na de Vrede haakeude , en bevreest zynde dat de onderhandeling , op dien voet als dezelve mi voordgezet wierd, te lang zoude duuren, floeg voor om een Gezant hoe eerder hoe beter naar Londen zelve te zenden, ten einde het regeircgt met Engeland af te doen, zonder zig langer net de bemiddeling van het Franfcbe Hof op te houden. De Steden Dordrecht, Haarlem, Leiden, Amfleldam, Gouda en Hoorn, befchouwdcn deeze voor. fiag als een zeer onvoorzichtigen ftap, en kantten zig met alle magt daar tegen, zo dat het voordel van Rotterdam in geen verdere aanmerking kwam. — In FrUsUU twist e men omtrend deezen tyd niet weinig over de begeeving der Ampten, welken men oordeelde geheel niet tot den post van den Stadhouder te behooren , het zelve was , meende men , een toegevoegd voorrecht' daar de geenen, die zulks in een zeker op. zicht hadden willen wegdenken, geen be. voegtheid toe gehad hadden, ja men beweer. G* de  J43 eESCHIfcDENISSfcN DER. de dat een Stadhouder van dit Gemeenebest, ais zynde Kapitein Generaal en Admiraal, geenszins de onbepaalde magt toekwam om de Atnpten te begeeven aan wien hy goed mogt vinden , daar zulk een gedrag feheen te ftryden met de vryheid der Republiek, voor welke onze Voorouders zo veel bloeds gehort hadden. Daarenboven begreep men , dat de Stadhouder nimmer kwalyk zoude neemen, dat het welzya der Burgerhaat gevestigd bleef op het beveiligen hunner Voorregten, men vertrouwde zelfs integendeel, dat de Vorst, wien 't belang des Vaderlands aan 't harte gong, met genoegen zoude zien, dat ieder Stad van 't Gemeenebest voor de wederverkryging van haare oude en wettige Voorrechten leverde. Alle de Steden van Friesland waren egter niet van het zelve begrip, inzonderheid poogden de Steden Har* lingon, Staveren en Worlum , de Stadhouderlyke invloed in deeze zaak te behouden. üe meerderheid der Steden had het egter zo verre gebragt, dat 'er een rooster der Arabulatoire Atnpten van dat Kwartier was opge-  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 149 gemaakt, waar op de Stad Deikum een Verzoekfchrift ter Staatsvergadering van Frisland inleverde, ten einde de Staaten hunne fchJkkingan daaromtrent geliefden goed te keuren en vast te Hellen, in navolging ven diergelyke Regeling, voortnaals voor het Kwartier van Westergt gemaakt, waardoor alzo hun goed recht mogt worden verzekerd, betuigende voords dat het Kwartier der Steden genoegen vond, alleszins gehan* deld te worden , overeenkomftig het oogmerk van wylen den Stadhouder , Prins Willem ie Vierde, roemruchtiger gedachtenis. Z. Hoe wierd dit Verzoekfchrift door de Staaten van Friesland ontfangen ? V. Na eenige kleine tegenkantingen der drie Steden, tlarlingen, Staveren en IVerkum, die in het tegenovergefteld gevoelen der acht andere Steden waren, begrepen de drie Landkwartieren van Friesland, dat dit verzoek, waar ia zo veel belang wierd gefield, door het gantfche Kwartier der Steden behoorde te gefchieden, ten welken einde de G 3 Vol-  159 GESCHIEDENISSEN DER Vohnagten dus ook ten Landshuize veifchenen, en, by meerderheid van fïemmen, een Kwartiersadvys, wegens deeze gewigtige zaak, op den Landdag uitbraden , het geene vervolgens door de Staaten van de Landkwartieren wierd bekragtigd, hoewel de Volmag. ten van de meergemelde Steden, Harlingen, Staveren en Workum, desniettegenflaande alle poogingen aanwendden , dat daar over geen Staatsbefluit mogt worden genomen , voor en aleer zyne Hoogheid den Stadhouder , by wien zy daaromtrent een Adres gemaakt hadden , deszelfs welbehagen dies* wegens te kennen gegeven had. ■■■ — Ondertusfchen bleef de Koning vsn Engeland nog al op de voorgefiagene en fcben , ten opzigte der Vrede , aanhouden, fchynende op geenerhande wyze te bewegen te zyn om 'er van af te zien. Het Hof van Frank' ryk, thans niets meer dan de Algemeene Vrede ter harte gaande , verzocht nu op het alle rem ftigfte, dat, terwyl de tegenwoordige gefteldheid der zaaken van Europa volftrekt vorderde , dat door het fluiten van een  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 151 een alles bepaalende Vrede, dat waerelddeel tot een volkomen rust gebragt wierd, en de andere Mogendheden, welken daar aan deel hadden , met veel iever op het bepaaldelyk fluiten aandrongen, hunne Hoogmogende» nu insgelyks eene eigentlyke en eindelyke afkomst van zaaken mogten maaken, en be-1 geerden dierhalven , dat aan de Raadplegingen der Algemeene Staaten, over dit gewigtig onderwerp, alle mogelyke fpoed bygezet wierd. Deeze Verklaaring van het Hof van Verfailles gaf niet weinig Hof tot rype raadpleegingen ter Staatsvergadering, alwaar men begreep , de allezins gevaarlyke omfcandigheden der Republiek in aanmerking genomen zynde, dat uit drie onderfcheidene zaaken flegts één konde worden aangenomen, betraande daar in, dat de Staaten van dit Gemeenebest de nadeelige voorwaarden, hen door hunne vyanden aangeboden , van de hand wez;?n, en niettegenftaande de verdere oorlogende Mogendheden de Vrede gefloten hadden , egter den Oorlog met Engeland voord te zetten. Of dat men, met het Hof G 4 van  ïgl GESCHIEDENISSEN DER vau Lenden zelve, direct zog; te handelen, cn voordeeliger voorwaarden van Vrede t£ bedingen, of eindelyk dat men, op de best mogelyke wyze, al wa;e het met aanneezniag der harde en onbillyke eisfchen, tot de algemeene Vrede toetrad. Z. Welke waren de gedachten der byzondete Provintien over deeze voorflagen. V. De Staaten van Friesland merkten aan, dat het buiten alle tegenfpraak zeker was, dat hot eerfte deezer voordellen best, zo niet eeniglyk met de waardigheid der Republiek overeen zoude komen , en ook alleszins overeenkomftig was met het fyfthema van de voorgemelde Provintie , die het zelve zig al van den beginne des Oorlogs voorgefield en, als het voortreffciykfie van allen zynde , ftandvastig gevolgd had. Doch de verdere Bondgenooten begrepen, niet zonder rede, dat de wil van zig te doen eerbiedigen of te wreeken, zonder het vermogen daar toe te hebben , niet genoegzaam was, doordien een vyandlyke overmagt het Gemeenebest omringde en aan alle zyden be-  VERËENïCDE NEDERLANDEN, J53 benaauwen konde, en 'er dus geen goede uitkomst uit het vervolgen van den Oorlog te voorzien was. —— Ondertusfchen vermenigvuldigdeu de gefchilïen over de Atnpten , binnen 's Lands, daaglyks. De Stad De. venter geraakte om deezen tyd in gefchü met den Stadhouder, over *t verkiezen van twee Gemeenslieden, waar toe de Stad de Heeren Bndde en Bejier , en zyne Hoogheid de Heeren van Sugtelen en Hagedeern , benoemd had. Laatstgemelde Heeren hadden egter goedgevonden voor hunne aanftelling te bedanken, waar op de Regeering der geknielde Stad eenen brief aan zyne Hoogheid fchreef, met verzoek dat Hoogstdenzelvea niet alleen de door hen benoemde Heeren wilde goedkeuren , maar ook tevens het onselyk , twee hunner Burgemeesteren , de Heeren J ordent en Doomwk, wien ttvee andere Heeren als oud Schepenen boven het hoofd gefteld waren , waar in door zyne Hoogheid, ten nadeele van voornoemde Burgemeesteren , bewilligd was, wilde herftellen, beweereade voords dat alle recht en G 5 bil-  154 GESCHIEDENISSEN DER, billykheid voor hen pleitte , en dat ten klaarden bleek dat de gedaane verkiezing wettig was gedaan, en dierhalven door den Heer Stadhouder behoorde goedgekeurd te worden , waardoor gemelde Vorst aan de gantlche braave Burgery van Deventer e?n zonderling genoegen zoude geeven, ja zeer veel toebrengen tot behoud der rust en goe" de eenigheid in de Stad. De gevoelens der Leden van de Regeering van Deventer, wegens het afzenden van zodaanigen brief aan den Vorst, verfchilden egter merkelyk, doch de meerderheid wendde des niettegenftaande alle mogelyke moeite aan, om den Stadhouder te overreeden van de begeerte van het meerder gedeelte der Burgers in te willigen. Z. Welke party nam zyne Hoogheid in dit gefchil ? V. Het behaagde den Vorst het algemeen verlangen der Burgery van Deventer, in dit geval, niet tegen te gaan , dus wierden de Heeren Jordens en Detmink, door den Prins Erfftadhouder, weder in haaren ouden rang her-  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 155 herfteld, en de verkiezing der Heeren Buide en Bejïer tot Gemeensluiden bevestigd. — Het voorbeeld van Deventer had welhaast invloed in verfcheidene andere Steden, om zig in haare oude Voorrechten weder te doen herfteUea , althans te Zutphen vereenigden zig kort na dit voorval meer dan tweehonderd van de voornaamfie Burgers , om een Adres op te ftel/en en aan de Gemeensluiden hunner Stad voor te drsagen , by welk Adres zy poogden aan te toonen hoe , tot elks leedwezen , federd eenige jaaren herwaards, de voornaamfie Voorrech* ten der Burgery in 't algemeen, en die van de Gemeensliedea, het tweede Lid der Stads Regeering uirmaakende, in 't byzonder, in vergeetenheid waren geraakt, leggeude alle hunne grieven en bezwaaren open , met zulk een eniftig verlangen als vast vertrouwen , dat 's Volksvertegenwoordigers niets onbeproefd zouden laaten, om op de krag? tigfte wyze, waartoe zy door eed en pligt gehouden wierden, by den Achtbaaren Raad dier Stad uit te werken- dat al die nadeeG 6 len,  I5t» GESCHIEDENISSEN DER len, zonder tydverzuim, uit den weg mogten worden geruimd. De Burgers, welken dit Adres getekend hadden, vergaderden hier op den 2 April in het Stads Wynhuis, en benoemden , na slvoorens aan 't CoIIegie van Gemeenslieden kennis van hun voor »eemen gegeeven te hebben, twaalf van de voornaamfie perfoonen uit hun midden, die twee aan twee, onder een grooten toeloop van volk , naar het Stadhuis gingen. Zy wierden aldaar door vier Heeren Gemeens* mannen ontfangen en in hunne Vergadering geleid , alwaar een der Gecommitteerden , de Heer en Mr. B. va» Hasfelt, na een zeer gepaste Aanfpraak, de Voorrechten en be« langens der Burgery, op eene aandoenlyke wyze voordroeg en vervolgens het Adres overhandigde. Na dit alles verrigt was, wier den de Gecommitteerden , tot onder aan de trappen van het Stadhuis, weder uitgeleid. Z. Deeze pooging van Zutpbetis Burgery wierd dus op eene onbefprokene en gefchikte wyze, zonder eenig geweld, in het werk gefield. V.  VEREENIGDE NEDERLANDEN. j5? V. Des niettegenftaande zag men onbegryplyk veele verhinderingen te gemoet, eer men het gewenschie einde zoude kunnen bereiken, hoewel de moed egter niet weinig aanwakkerde, door de gelukkige uitflag van veele diergeJyke onderneemingen, . Ondertusfchen had de Overysfelfihe Ridder van de Capelle tet den Peil, by gelegendheid van een nieuwe ontfïaane twist over de Provintiaale Commisfien, eenen zeer ernfiigen brief aan de drie Steden, Kamp,» , Deventer en Zwel, gefchreven, waar in de' Ridder zig beklaagde, dat de Commisfien niet naar het voorfchrift van het Regeerings Reglement der Provintie van Overysfel, door wylen Prins Willem de derde gegeeven, en in 't Jaar 1747. door den laatstoverleden Stadhouder bevestigd, begeeven wierden maar wel naar 's Vorsten willekeurig goedvinden , betuigende voor zig zeiven geen vryheid te hebben, om den inbreuk op het zelve langer ongemerkt te Iaaten doorgaan en alzo door ftil te zwygen , zulks mede* voor zyne rekening en verantwoording te G 7 nee-  158 GESCHIEDENISSEN DER neemen , betuigende egter met de meest mogelyke befcheidendheid en eerbied voor het Carakter van den Heere Erfftadhouder te werk te zyn gegaan , hebbende zyne Hoogheid reeds eenige tyd te vooren verzogt, van hem dat recht te willen doen, van overtuigd te zyn van zyne billyke oogmerken , in het handhaven van het voornoemde Reglement. Daarenboven betuigde de edele Ridder, dat hy van oordeel was den Stadhouder een wezendlyken dienst te hebben gedaan , met hem dit alles onder het oog te brengen, en daar door een gepast middel aan de hand te geeven , om 's Volks vertrouwen , reeds te verre, wegens het gebeurde in den tegenwoordigen Oorlog , van zyne Hoogheid vervreemd, weder te kunnen winnen, wanneer het zelve 's Prinsfen naauwgezetheid, in het nakomen en doen nakomen van 's Lands geftaafde grondwetten, gezien zoude hebben, doch daar deeze billyke onderneeming hem mislukt was, fchoot 'er, zeide de Ridder, geen antïer middel voor hem over, om d5 ver*  VEREEMGDE NEDERLANDEN, I59 vereischte hulp tegens den inbreuk aan de Confhtune toe te brengen, dan zig tot de drie Hoofdlieden van Overysfel te vervoegen, ten einde derzelver Regenten zodaa. mge kragtige en fpoedige voorzieningen zou. den kunnen doen , ais het gewigt fin ^ aart der zaaken vorderde. Doch hoe zeer de drie ge.oemde Steden, en inzonderheid Deventer, ook deeze zaak behartigde en wegens dezelve by den Prins Erfftadhouder aanhielden , zyne Hoogheid was en bleef van begrip, zig niet bevoegd te oordeelen 1 van eenigszins aan het verzoek der Regenten te moeten voldoen, grondende zyn gevoelen op het hem opgedragen recht van Erfttadhouderfchap , waar van , zeide zyn Hoogheid, hy niet af mogt gaan, vond men dierhalven, vervolgde de Vorst. in het tegenwoordig plaats hebbend gebruik, dat door eene onafgebrokene gewoonte zo zeer bevestigd was , iets gebreklyks, dan moest zulks door een Staatsbefluit der geheele Provintie weggenomen worden, beloovende ia dat geval gaarne het genoegen der Regee- rin*  %fo GESCHIEDENISSEN DEE ringen te willen volgen, als kunnende daar in voor zig zeiven geen het minfte belang beöogen. Z. Nam men in Overysfd met deeze Ver. klaaring van zyne Hoogheid genoegen? V. Verre van daar, want hoedaanig ook de zaaken door den Stadhouder behandeld wierden, of hoe veel redenen, ter verdediging van Hoogstdeszelfs gevoelen, ook bygebragt kouden worden , het fcheen egter in geenen deelen te kunnen overeenitemmen met de thans heerfchende geneigdheid en denkwyzc der Natie, welke tegenwoordig meer dan ooit eene vrye Regeeringsvorm was toegedaan, en een haat opgevat had tegens alles wat dwang genoemd konde worden , waar van men nog kort te vooren een treflyk voorbeeld gezien had in het affchaffen van de zo gehaate Drostendienften, welke affchaffing, niet zonder groote moeite , thans eindelyk plaats had gehad. —— Het was den 25 February geweest, dat Ridderfchap en Steden van Overysfel by Publicatie goedgevonden hadden te verklaaren , al-  VEREENICDE NEDERLANDEN. ifj alle zogenaamde Drostendjenften , of de afkoop van dezelven, af te fchaffen en te vernietigen, en de Ingezetenen ran het doen of blyven volharden van dezelven ten eeuwigen dagen te verlosfen en te ontheffen. Du befluit, hoe heilzaam o»k , was egter niet zonder tegenfpraak gebleven, want verfcbeideae Ridders eh Edelen protefteerde» tegens het zelve, en behielden aan zig om ten allen tyden daaromtrent zodaanige aantekeningen te doen als zy dan vermeenden te behooren. De Drost van Zalland, by wien zig verfcheide andere Leden voegden, verklaarde , uit enkele toegevendheid en zonder te willen bekennen dat de Drosten«lienita, niet wettig Z0lIden zyn , in het affchaffen van dezelve dienden toe te ftem«en, en hier mede kreeg deeze aanmerktlyke zaak zyn vollen beflag. — De groote yveraar voor de affchaffing der Drostendienffen, den Ridder van de Cafelle nt den r»l , verwierf 'er by alle menschlieveiide Ingezetenen, door geheel Nederland, groote roem mede, en deed eenigea tyd daar na, in  IGZ GESCHIEDENISSEN DEE in gezelfchap van den Baron Pallandt tot Zuitbem, eene keer naar de Provintie vxn Holland, en Amfleldam, had, den 28 April, het genoegen , deeze edele Reizigers, be« nevens nog een groot aantal andere Regee ringsperfoontti, onder welken zig ook de Penfionarisfen van Dordrecht en Haarlem bevonden, binnen haare muuren te zien. 's Middags wierden deeze aanzienlyke perfoonen in de Doelen, op de Garnaalenmarkt, plegtig ter maaltyd onthaald, op kosten van een groot getal voornaame Burgers deezer Stad, Na den eeten befchouwden hooggemelden Baron van de Capelle en zyn byhebbend gezelfchap de Exercitie der Burgercompagnie , onder bevel van den Heer Kapitein Basterd, mede een der aanleggers van bovengemelden maaltyd, op bet Drilveld der Stad, met veel genoegen, waarby de Baron de juistheid en vaardigheid der Burgers, die byna voor geen Militairen behoefden te wyken , hooglyk roemde , en federd zeer voldaan naar zyn Vaderftad te rug ktferde. - - Naauwlyks was de af- fchaf-  VBREENIGDE NEDERLANDEN. 163 fchafflng der Drostendienften in Overysfel bekend geworden, of de Boeren in Gelderland haakten mede naar dezelve vryheid die hunne nabuuren genoten, en beklaagden zig op den Landdag te Nimwgen niet weinig aan de Staaten hunner Provimie, over de flaaffche dienften met welken zy zo on« waardig gedrukt wierden. Z. Verkregen zy een eeven gelyk geluk als de Boeren van Overysfel te beurt gevallen was? ^ V. Men maakte niet alleen vry wat zwarigheid in hun verzoek, maar men verdoedigde de Officieren, onder welken zy behoorden, zo wel in hunne bezittingen, dat hoe zeer ook de Ridder van de Capelle tot den Marscb zig voor de Boeren in de bres Helden,'er zeer weinig ten hunnen voordeele uitgevoerd wierd, wordende hen op hun verzoek niets anders geantwoord dan dat, indien zy vermeenden bezwaard te zyn, de weg van rechten voor hen open Hond, om hunne zaak, door het Hof Provintiaal te Iaaten beflisfen, waarmede zig de Boeren  ï&j. GESCHIEDENISSEN DER. ren te vrede moesten ftelien. —■ ■- De gefchillen over de Militaire Jurisdictie ondertusfchen nog blyvende aanhouden , en de Staaten van Heiland goedgevonden hebbende dat Gerichtshof aan te fchryven, om geenerley gezag cf regtspleeging op het gebied hunner Provintie te eeffenen , trok zig 's Lands Erfftadhouder deeze zaak ten hoogflen aan, en fchreef aan welgemelde Staaten eenen breedveerigen Brief, waar ia hy zig beklaagde geen de minfte voorkennis van deeze zaak gehad te hebben, fchoon hy des niettegenftaande goedgevonden had, de Hooge Krygsraad te bevelen , by voorraad en tot nader aanfchryvinge geenerley gezag of rechtsmagt te oeffenen, verzoekende daarenboven de ernftigfte raadplegingen der Staaten , tot het doen in ftand houden van een Gerechtshof, dat reeds ten tyde van zyne Voorzaaten , de Prinfen Maurits , Fredrik Hênrik en Willem de Tweede , in gebruik was geweest , dat vervolgens door Prins Willem de Derde , wanneer hy Kapitein Ge neraai van de Unie was geworden, weder her«  VRREENICDE NEDERLANDEN. 165 kerfield was, en welk geduurende zyn leven opemiyk de Rcchtsmagt geöeffend had, dat daar na, wanneer Prins Willem de Vierde , 'sVorflen Vader, het Kapitein Generaalfchap opgedragen was, ook weder aanftonds was gebruikt, en dat, van dien tyd af en dus ten minften vyfëndertig Jaaren lang, deszelfs gezag en Rechtsmagt in 'j Gravenbaage gehandhaafd was geworden , zodaanig dat niemand in de Republiek daar van onkundig had kunnen zyn , en wiens bevoegdheid op zig zelve door den Souverein was erkend, gelyk ook de kosten van 't zelve, federd meer dan dertig Jaaren op den Staat van Oorlog waren gebragt, en zo wel door de Staaten van Heiland als door die der andere Provintien toegedaan waren, waar uit de Vorst oordeelde dat van zelfs volgde, dat, door die daad , de Staaten van Heiland niet aHeen gedoogd, maar zelfs betoond hadden, de beftaan baarheid van den Hoogen KrygsT*%df en deszelfs daadelyke werkzaamheid w haare Provictie te wettigen, gelyk de Algemeene Staaten dat Gerechtshof insgelyks er-  XÖ5 GESCHIEDENISSEN DER erkend hadden. Stellende verders de Staaten van Holland voor , dat indien zy by hun genomen béffuk bleeven volharden , daar uit onvermydelyk de grootfte en onoverkomenlykfte zwarigheden en nadeeligfte gevolgen voord zouden fpruiten, zo met betrekking tct het beftier der Regtspleeging in het algemeen, als ten opzigte van de eer en krygstucht van de troepen van den Staat in 't byzondei. Voords drong zyne Hoog. heid aan, dat welgemelde Staaten van Hel* land, geduurende de raadpleegingen over deeze zaak, mogten goedvinden toe te «aan dat-de Militaire Jurisdictie, eeven als te vooren , haare verrigtingen op het Grondgebied van Holland mogt pleegen , terwyl de Vorst voor het overige betuigde niet meer te verlangen, dan dat 'er op dit fluk, door hunne Edelgrootmogenden en de andere hooge Bondgenooten , met zyn medeweeten , zulke fchikkingen gemaakt wierden, waardoor die zaak, welke zo lang in verfchil geweest was, eens en voor altoos, op eene onwrikbaare wyze konde worden vast»  VEREÈNICDE NEDERLANDEN. Ï(J7 vwtgefteld, zonder dat de Krygstucht, zo hoognoodig in den Militairen dienst, daar - door kwam te lyden. Z. Vond dit verzoek van zyne Hoogheid oe gewenschre ingang? V. Neen, het fcheen thans geen tyd om diergelyke verzoeken aan te neemen . Ondertusfchen wierd in 't algemeen geklaagd over het verval waar In de Schutteryen in verfcheidene Steden geraakt waren, hetwelk welhaast aanleiding gaf tot het herlïel derzeiven, cn waardoor verfcheidene gezelfchappen opgericht wierden om zig fc, den Wapenhandel te ocffenen, ten einde, des noods, alle geweld, oproer en moedwil van bianen en buiten te kunnen keeren. De Stad Utrecht gaf >er he£ voorbee]d yan ^ waar een tairyk Vrycorps gewapende Burgers opgerecht wierd, om te dienen, zo als de oprichters van het zelve betuigden, tot handhaaving der rust en vrede , benevens tot verzekering van de welvaart der Stad en deszelfs Intvooners. De Burgers en In. wooners van Leydeu volgden welhaast dit voor-  geschiedenissen dee roorbeeld, in welke laatstgemelde Stad, hoewel niet zonder tegenkanting van de Schuttery aldaar, mede een aanzienlyk Vrycorps opgerigt wierd, het welk zyne Exercitiën, agter het Rechthuis te Leiderdorp, verrichte, en federd zyn do Vrycorpfen , door genoegzaam het geheele Land, van tyd tot tyd in- gevoerd geworden. Men konde egter met dit alles niet zeggen, dat door deeze en diergelyke gebeurenisfen de oude en gelukkige eensgezindheid in ons Gemeenebest herleefde. De zo wenschlyke eendragt was in 's Lands hooge Collegien nog ver te zoeken, daar de eene de zaaken dus, den anderen weder regtftreeks anders befchouwde. Inzonderheid betoonde de Lt. Admiraal m» JPasfenaar, in een Aanfpraak, die hy aan 't hoofd van het Corps der Zeemagt, op 's Prinsfen Verjaardag, deed, door welke gevoelens hy bezield was, wanneer hy verklaarde, dat het geheele Corps der Zee,, magt hun eigen leed had vergeeten , en „ alleen gevoelig was over den hoon hun Opperhoofd aangedaan door de lasteringen, „ die  VEREENIGDE NEDERLANDEN. Ufo ii dlc ten zynen nadeekn daaglyks verfprekt * W1Grdea door «ne naar verandering der ,. Staatsgefteltenis haakende hoop, met daï » «Mgi , om daardoor zyne Doorlugti» " HoogheIfI de "eWe te ontneemen van » ^]e Nftie' *le met zo veel reden aan * van den Erfftadhouder verknogt was, van " Wiers ^^rmoeiden yver en zorg, 0m. " r h?£ ^ernagt, z/;be°:; " f CTemge amIere burgers der Republiek, * korden oordelen en overtuigd waren.» n Het was derhalve,,, zeide de Heer ™ " Verdcr' * dat Zy met bly. » «oed^d de geleedheid waarnamen " °m fyne "«^ te betuigen, dat zv' %b™]i^-«^s op te okren tZ0 » verdedtgmg van de door onze Voorou » ders ze> duurgekogte vryheid , zlgZZ • ftiJJ.ftn Doorlogrlga Voorndér C ?' t dlgClW3S> Cndat ^emeeU * Z Z eminent H00« *« kond » iie  170 GESCHIEDENISSEN DER. „ tie eens de oogen zoude openen , om „ door zig zel?e van de poogingen , door „ zyne- Hoogheid tot welzyn van den Lan,, de gedaan , onpartydig te oordeelen , ,, waardoor als dan het zo noodige ver„ trouwen , in den perfoon van den Erfj, ftadhouder, weder zoude herlceven. Bie„ dende voords aan zyne Hoogheid alle w hunne perfoonen en vermogens aan , op s, zodaanige wyzen als hy , tot hand? „ haavinge van de tegenwoordige Staatsge„ fteldheid, dezelven, zo wel ais Burgers en „ als Officiers van dit Gemeenebest, zouden „ gelieven te gebruiken , beveelende daar „ toe hun Corps in de hooge befcherming „ van zyne Hoogheid." Z. Zulke betuigingen van eerbied en verkleefdheid, aan 's Vorften perfoon, moeten ?yne Hoogheid, in deezen tyd, zeer gevallig geweest zyn. V. Ondertusfchen befpeurde men hier en daar verfcheidene onrustige beweegingen in fommige Steden van ons Vaderland, doch nergens geweldiger dan in Gelderlands Hoofd* flad  VEREEXIGDE NEDERLANDEN. j?x ftad ArnUm , fltnir den 4 Augustus een geweldigen opfïand ontftaan was, waar van de rede was, dit de Magiftraat van genoemde Stad goedgevonden had een nieuw Kerk» «of, buiten de Stad, aan te leggen, en het de Stad, aan zekeren Jood, Meyer ^naamd , te ftM„ , met bevel dat de Diacomeartnen , of zulken die geen graf konden koopen , voordüan op dat nieuwe Kerkhof begraven zou:len worden. Op den dng der Afkondiging van dit bevel, was 'er reeds vry wat gemor onder fommige Inge» -tenen gerezen, welken begeerden, dat de Regeenng zfg verPllgt3n zoude , d>t ?' °f iemarUl der hü™e overleed, die als dan, zonder aanzien van perfoonen, ook ter voorgemelde plaats zouden moeten begraven worden, doch deeze begeerte wierd welhaast afgeflagen. Uier op deed het gemeen een fterke aandrang by eenigen der gezwo. ren Gemeente en by de Krygsraad, ten ei«. tl IV" WCrk *CftcId wierd, om hen £ .ode Kerkhof, by de gr0Ote Kerk, wcder te doen geworden. Intusfchen vermeerH 2 der-  J7& GESCHIEDENISSEN DER derde de totloop des volks, en ichoon eenigen dtr nseest geachte onder het zeive alles aanwendden ora de gemoederen te Uillen s cuchten egter drie gemagtigden uit de Burgery een befïUfend antwoord van de Regeering , doch te vergeefs. De Regeering ziende dat het volk meer en meer in woede ontftak, befloot toen zesrnn gewapende Ruiters en een dubbele wacht van Soldaaten voor het Stadhuis te plaatfcn, met bevel van, des noods, met fcherp te mogen fchieten. Deeze fchrikbaarende vertooning, in plaats van het volk bevreesd te maaken, diende integerdeel om het zelve nog verder in 't harnas te jaagen, althans men hoorde alom door de gantfche Stad het geroep van Burgen l Burgers i toont nu wie gy zyt l erypt uw fopbaan en degen, verdedig uwe vertrapte voorregten. De Alarmtrom wierd geroerd, en eensklaps was de Burgery onder 't geweer en naderde de welgewapende Krygsbende , die voor 't Stadhuis gefchaard ftond. Burgers en Soldaaten dus tegens elkander over ftaande, begrepen de laat-  VEREENICDE NEDERLANDEN. 1?. Ifftften egter wyifelyk, om bUcdvergietinz te vermyden, van het plein te vertrekken het welk f.derd door de gewapende Bar' gers bezet wierd. Z. Was bet hier mede geëindigd? V. Verre na niet. Op dienzelfden dag wierd, des avonds omtrend acht uuren, de vrouw van een Sergeant van Baden Durl«'b op het nieuwe Kerkhof, buiten de Stad, begraven, waar toe de Commandant bevel gegeven had, niettegenftaande 'er reeds een graf voor haar in de St. Janskerk ge*ogt en gereed gemaakt was. Vermits men niet zonder reden, bevreesd was voor de overgroote menigte volks, dat naar bui:ett letrokken was, reden zestien Ruiters te Paard voor het Lyk, en een Bataiilon Voet. vo k volgde het zelve, terwyl de beide zy^ der ftraat, binnen de poort, „et Soldaaten bezet waren, wordende voords het I«f tot 's anderendaags middags bewaakt r>oc de fterkfte beboedmiddLn w * vruchteloos om het woedende gemeen fa -om te houden, hec welk die/nj, H S  ï74 . GESCHIEDENISSEN DES. de huizen van fommige Regeeringsperfoo»en, vry wat baldadigheid pleegde, 't geen ten gevolgen had , dat de Magiftraat den volgenden morgen af liet leezen, „ Dat het „ genomen befluit, om op het Kerkhof bui, ten de Stad te begraven, by voorraad, en " om reden wierd ingetrokken." Deeze toeg^evenheid kwam egter te laat. De woe* dende menigte «reefde naar het nieuwe Kerkhof, opende de yzere deuren van het Zelve , bailée het begraven Lyk uir den grond, bragt het voor 't huis van den Commandant en daagde denzelven , onder het zwaaien met de Sabels, uit. Intusfehen begonnen eenige Wy ven en jongens, in de St. Janskerk, de klokken te luiden, waarop tien mannen dc kist, waar in het Lyk lag, op hunne fcheuderen namen, terwyl zig voor en agter het zelve eenige anderen, met ontbloot zydgeweer, voegden, alles onder een geftadig gefchrecuw van Vivat ie Arnhemfebe Burgers' wordende voords het Lyk op een doodbaar gezet, met een zwart rouwkleed omhangen en in de gemelde Kerk ter aar«  VEREENIGDE NEDERLANDEN. ^ aarde befteli. Daar na rukte men de yzere hekken van het nieuwe Kerkhof, welken eertyds voor het oude geftaan-hadden, om ver , wordende het eene door een troep mansperfoonen , cn het andere door eene bende woedende vrouwlieden, met groot «efchreeuw, de Stad rond gedragen en eindelyk voor het huis van den Jood Meyer nedergelegd, terwyl de «nuuren van het meuw opgerechte Kerkhof, welken nog geen Jaar geftaan hadden, met eene vreeslyke woede werden omvergerukt. 2. Hier uit blykt duidelyk dat het ge«een, wanneer het aan >t woeden is, zo mm tegen gehouden kan worden als een hollend paard, wanneer zulks in ?t middea van zyn rennen is. V. Ondertusfchen ontftond 'er een gerucht ais of een Regiment Zwüfers van 2YW. g*n naar Arnhem in aantogt was , het welk «. veel beweeging veroorzaakte, dat men hiHyk voor de Stad bekommerd begon te worden. Binnen dezelve fcheen ieder bewul te zyn goed en bloed voor derzelver H 4 be.  I7& GESCHIEDENISSEN DER behoud op te offeren, en buiten vergaderden de Kapiteinen hunne Schutteryen aan den Rhynbruj, deeden de posten aan de Vieren bezetten en lieten alle Ponten aan de Stadszyde brengen. Voords begaven eerage braave en vredelievende Burgers zig by de Heeren van de Regeering , welken zy afvr«egen , of dezeiven eenige bewustheid van de aankomst der troepen uit Kim* wegen hadden, en fchoon dczeh'en betuigden geen de geringde kennis hier van te hebben , begeerde men egter dat de Magiftraat den Rhynbrug uit zoude laaten dryven, om de gevreesde overkomst der Krygsbenden te beletten, verklaarende door geen loontrekkende bezoldelingen in hunne voorneemens verhinderd te willen worden. Intusfchen drorgen de Gemeensmannen ten fterkften aan op het herftel van Arnhems rechten, de befcherming van hunne vryheid en beveiliging hunner bezittingen, betuigende voor de gevolgen niet te willen inftaan , zo de Regeering, binnen vierentwintig uuren , geen beflisfend en voldoenend antwoord  VEREENICDE NEDERLANDEN. woord gaf, waarop deze,ve ejRde,yt hA£ benuit nam, dat het oude Kerkhof, waar van den Jood Mejer reeds beloofd had afHand te doen, wederom tot gebruik voor de Armen zoude zyn. Dat de Sradsampten voorden aan Burgers en geen vreemdelingen gegeeven zouden worden. Dat de ge, zworen Gemeensmannen zulke gematigden me hun midden konden benoemen , a!s zy best gefcuikt oordeelden, om met de Bur. gemeesteren te fpreeken , en ten laaiden , dat de Regeering bereidwillig zouie zyn om aan de Burgery alle mogelyke voordeelen en genoegen te vcrleenen. Z. Dit zal onder de Ingezetenen van Arn. lem ^ wat blydfchap verwekt hebben doch was ieder eeven zeer te vrede met' het uiteinde, welke deeze gebcurenis genomen had ? V. Gy kunt ligt begrypen dat de tegenPany 'er niet veel genoegen in konde neeme», ook behaagde deeze bewegingen zo wem,. aan den P[iD{è Erfftadhouder, dat Hoogstdezelven aan de Staaten van GcWr. H 5 (and  J75 GESCHIEDENISSEN DEE. Und liet betoogcn, dat 'er maatregelen ge nomen behoorden te worden, om de Regeering te beveiligen onder haare vrye Raad pleeging , en voor te bomen dat de Burgers zig niet bemoeiden met zaaken, waar van zy, volgens het gevoelen van zyne Hoogheid, geen verftand hadden. Eerigen waren ook van gedagten dat het aan geene braave Burgers voegden , hunne Over. beid, met de wapens in de hand, wetten voor te fchryven, en weder anderen meenden dat de Burgers wel degelyk bevoegd waren, hunne waare bekngens niet alleen naauwkeurig te onderzoeken, maar zelf* met kracht te handhaven. — Had dit oproer te Arnhem veel gerucht gemaakt , niet minder beweeging ontftond uit het geval met den Hoogleeraar Uofflui; den eerfien September , te Utrecht voorgevallen , welke van Rotterdam derwaards gekomen zynde , door het gemeene volk op eene verregaande wyze, met fcheuren, ftooten en flaan, mishandeld was geworden, in zo verre dat, indien hy door de z©rg der Regering  VEREEN1CDE NEDERLANDEN. 170 ring van de Stad Utrecht niet Ontzet was geworden, hy 'er zelfs het leven by in had kunnen fchieten. Deeze en diergelyke fchandelyke voorvallen wierden nogthans by alle gemaatigde vrybeidiievende Vaderlanders, volgeni recht en rede, afgekeurd en aangezien in ftaat te zyn om de goede zaak, welke men voorgaf te verdedigen, de grootfte oneer toe te brengen en achter uit te zetten. -~ Geduurende dit alles wierden de poogingen om de Vrede met Eiland te treffen niet mt het oog verloren. De Algemeene Sta,, ten gaven bevel aan hunne Gezanten te Pa. *Wi om zo veel mogelyk was toe te geeven aan de voorwaarden der afftand van Mg'P*tn*m> mitsgaders de vrye Vaart in dC °«»'f<* Zeeën en het doen van \ gevorderd Saint, tf, op de minst n.deeligfte wyze tot een afkomst van z*,keri ko.de dienen. Zo haast dc gemelde GeZanren dee* last omftngen hadden begaven zy zig naar den Graaf datorge*^ eerde Staar,, 1?""" ^*'^ ^ ntóruklyk onder het oog bragten «1 het h.rde, on- H * regt.  lgo GESCHIEDENISSEN DER regtvaardige en hooner.de, dat in de Voor waarden, die Engeland vorderde, opgefloten lag, laater.de niets onbeproefd om den Fran* fcben Staatsdienaar te bewegen deszelfs uiterfte poogingen te doen, om de verdrevene vorderingen van Greotbrittanjc te maa- Z Wat gaf de Graaf de Vergen*** op zudc een dringend voorftel ten antwoord? V. Hy verklaarde, dat bet hem hartelyk leed deed, zyne aanhoudende poogingen daar toe te hebben zien mislukken, Dat de Staaten zig 's Konings goede dienften, ftaande deezen Oorlog, moesten herinneren , inzonderheid het behouden van de Kaap de Goede Heep, en het heroveren hunner gewiegde bezittingen , fchoon da Staat van zynen kant niet werkzaam was geweest, waardoor den Oorlog eenen ongunftigen keer voor dezelven genomen had. Dat men moest herdenken hoe Frankryk zelve, by den Vrede van den Jaare 1763, een foortgelyk lot had moeten bezuuren , dkch daarom egter zyne waardigheid riet ver*  VERENIGDE NEDERLANDEN. ,$E verloren bad Voord* dat hy, Cr**f, zelve bet-tekenen des Vrede* onder allerhande Voorwendselen had doen vertraagen-, en hot Hoi van UnJen meermaalen had doen voor houden, dat men zig met de ilW/„*rx in het billyke verdragen moest, wilde de Vrede zyn volle befbg krygen Dat eindelyk de omftjndigbeden van Europa en 'c belang van V Koning, Onderdaanen verdeden, dat de tyd tot het tekenen der Vrede bepaald wierd Beloovende egter dat hy roKilerwyl gemaatigder voorwaarden zoude poogen te bedingen , zonder, zig nogthans van zyne goede dienflen daar omtrent iets gunftjgs te durven belooven." De uitkomst der ziak toonde, welhaast dat de Graaf * rergemes zig niet vergist had. De W. Ah, G.zant begeerde niets van zyne eisfeuen te laaten vallen, zo dat men genoodzaakt was, op de gevorderde voorwaarden tot de Vrede toe te treeden, die eindelyk den 2 September getekend wierd. Z Op welke voorwaarden gefchiedde zulks dan nu ? H 7 Vj  IS2 GESCHIEDENISSEN DER. V. Voor eerst zoude 'er van nu af eene oprechte en ftandvastige vriendfehap tusfchen den Koning van Greotbrittanje, deszelfs Ryken , Staaten en Ondcrdasnen, en de Algemeene Staaten der Vereenigde Nederlanden, derzelver Staaten en Onderdaanen , plaats hebben, welke vriendfehap van beider zyden op het kragtigfte zoude gehandhaafd worden, zonder eenige inbreuk op dezelve, hoegenaamd, te gedogen, zullende ook alles , wat 'er voor of federd den Oorlog mogte begaan zyn , in vol (bekte vergetelheid bedolven worden. Ten tweeden, belangende de eer der Vlag en de begroeting ter Zee, door de Schepen der Republiek voor die zyner Greotbrittannifcbe Majefteit, zoude hier in gehandeld worden als 'cr voor het begin des Oorlogs plaats had gehad. Ten derden, zouden alle de Krygsgevangenen, van wederzyden, zo te Lande els ter Zee gemaakt, binnen zes weeken, zonder rantzocn, te rug gegeeven worden. Voords zouden ook de Oorlogs- zo wel als de Koopvaardyfchepen, die na den ftilfland van wa-  verêenigde NEDERLANDEN. ïSj wapenen genomen mogten zyn , insgelyks aan weerskanten , ter goeder trouw , met alle derzeiw uurusiingen en laadingen, te rug worden gegeeven. Ten vierden, zouden de Algemeene Staaten afftand doen van de Stad fflgapatham, met alle derzelver aanhooren, en dezelve in vollen eigendom aan den Koning van Engeland verzekeren, beloovende hoogstgeraelde Koning egter, des niettegenftaande, Negapatnam , voornoemd, weder te zuilen geeven, ingevallen de AI» gemeene Staaten in het toekomende iets ee~ venwaardigs aan zyne Majefteit hadden aan te bieden. Ten vyfdèn, zoude voornoemde Koning de Algemeene Staaten weder te rug geeven Trinctnomah, benevens alle de an* dere Steden, Sterktens, Havens en Bezittingen , in den tegenwoordigen Oorlog , 0p hunne Hoogmogenden veroverd, alles in dea ftaat waar in zy zig zouden bevinden. Ten zesden, beloofden de Algemeene Staaten en verbonden zig van de Vaart der Britfib* Onderdaanen, in de Oeiterfcbe Zeeën, niet te zullen belemmeren. Ten zevenden, zou- den  ïl4 GESCHIEDENISSEN DER den 'er Gemagtigden benoemd worden, om de nog niet afgedaane verfchillen, wegens de Vaart op de Kusten van Afrlc*, en ten aanzien van dc Kaap ApolUma, behoorlyk, af te doen , om alle redenen van klsgten tusfchen de beide Natiën voor te komen. Ten achtften , zouden alle de Landen en Territoiren , welken , in wat waerekldeel ook, veroverd mogten zyn, en welken niet in deeze Artikelen begrepen waren, noch fci hoedaanigbeid van afftand, noch in die van wed rgaave , zonder verhindering of vergelding te rug gegeeven worden, Ten negenden , zoude een vasten tyd bepaald worden tot de wedergeevingen en ontruimingen , in deeze Artikelen vermeld , ten welken einde de ncodige bevelen door de beide partyen zouden worden afgevaardigd., met de wederzydfche vrygeleibrieven voor de Schepen, die dezelven, daadalyk na de bekragtiging der Vrede, zouden overbrengen. Ten tiend-n, beloofden zyne Grtttbrittannifebe Majefteit en hunne Hoogmogenden, opregtelyk en ter goeder trouw, ai-  VERENIGDE NEDERLANDEN. j8s aUe de Artikelen, hier voeren genoemd, in acht te zullen neemon , en niet te zulkn gedogen dat daar tegen, bepaald of onbepaald , door hunne wedsrzydfcbe Onderdaancn eenige inbreuk gemaakt zoude worden. tinJelyk garandeerden de beide hooge partyen wederzyds eikander, ten opzigte van alle de bepaalingen der tegenwoordige Artikelen. Dit Tractaat van Vrede was ondertekend door den Engelfchen Gezant , den Hertog van Manchester , en der Staaten Ge« volmagtigdcn, de Heeren Lemvenon van Berkenrode en Brantzen. Z. Hoe wierd deeze Vrede by Nederlands Ingezetenen opgenomen ? V. Verre de meescen waren 'er weinig vergenoegd over. Inzonderheid ftond hen den afftand van Nega^tn.m , de vrye Vaart der Engelfchen in de Oesterfche Zeeën, en de onderdaanigheid aan de Brltfche Vlag , wel het meest tegen, doch anderen beweerden daarentegen dat Negapatnam voor ons van weinig aanbelang was , want dat de Lynwaathandcl door andere wegen , daar wy  \%% GESCHIEDENISSEN DEE wy Ptiliacéitte en Meztilipatnam nog haisien, eeven zo goed gefchieden konde, zo dat wy eeven zo weinig by deezen afftand verloren , als Engeland 'er by won, dat voords de vrye doortogt door de Oosterfcbe Zeeën ▼oor ons zeer onverfchülig was , dewyl de Engeljcben geen Handel op dezelven zouden dryvea, inaar alleen, in gevallen van noodzaaklykheid , in de Havens aldaar inloopeu, eh indien zy al eenige onderneemingen zouden mogen willen doen, wy als dan door alle de hooge handelende partyen , van den tegenwoordige Vrede , volkomen van onze bézittingen aldaar verzekerd zouden worden, en wat eindelyk de begroeting op Zee betrof, dat het zelve flegrs eene bloote ge.woonte was , die wy zeer ligt, zonder eenig nadeel , omtrent eene gekroonde Mo. gendheid konden waarneeraen. Zo dat deeze Vrede , volgens de meening der geenen die 'er dus over oordeelden , veel voordeeliger voor ons was, dan wy met eenige redenen hadden durven verwachten. Doch ondanks dit alles heerschte 'er egter by het meerderdeel  VEREENIGDE NEDERLANDEN. lS? deel des volks eene hooggaande ontevredenbeid, welke haaren grondflag had in het ge. houden bellier der algemeene zaaken, geduurende deezen nu geëindigden Oorlog. Z. Maar wierd de inwendige rust hier te Lande , na het afloopcn van den kryg, nu niet weder herfteld? ,V; Het was 'er nog verre af, ook liet het zig integendeel aanzien dat de oneenighedea noj zo ipoedig niet bevredigd zouden worden. Ondertusfchen was de Regeering der Stad Utrecht met den Prins Erfftadhouder in gefchil geraakt, wegens het inneemen van meer Krygsvolk aldaar als na gewoonte. De Vroedfchap van gemelde Stad fchreef aan zyne Hoogheid , om dezelven te verzoeken geen fterker bezetting binnen de Stad te leggen dan een Batailjon, tot voorkooming van alle onaangenaamheden met de Burgery, welke gantsch niet vergenoegd was dat men de Stad met een geheel Regiment Krygsvolk wilde belasten. Zyr.e Hoogheid verzocht mer op te mogen weeten , uit wat gronden het opgemeld verzoek of de gevreesde on- aau-  188 GESCHIEDENISSEN DER aangenaamheden fprooten , als hebbende Hoogstdezelven , in vroegeren tyd, meer dan eens aanzoek van de Wethouderfthap gehad, om meer Krygsvolk in de Stad te leggen. De Heeren van Utrecht bragten het egter zo verre, dat de vergrooting der be • zetting geen plaats had, doch ondanks dit was het wantrouwen der Burgery zo zeer toegenomen , dat deeze niet begeerde dat het nieuwe Krygsvolk in zoude trekken voor dat het oude 'er uitgegaan was, *t welk dus oorzaak tot nieuwe twisten gaf, welken door daaglyks bykomende omftandigheden hoe langer hoe fterker vermeerderden. Geduurende dit alles wierd men hier te Lande van de edelmoedigheid des Konings van Frankryk ouverwagt overtuigd, wanneer zyne Majefteit liet verklaaren dat hy de Eilanden St. Euflatius en Demsrary > twee zulke gewigtige bezittingen voor ots , en die , volgens het recht des Oorlogs, hoogstdeszelfs wettige eigendommen geworden waren^ ten teken van zyne toegenegendheid, als «en gefchenk ons weder wilde geeven, zonder  Vn*tmCM NEDERLANDEN, ,8> fchcn""'" I"mi"ï V°°r W Za"°a ch' Z. Dit edelmoedig gedrag van t,Jtwyk j, Z'"'°m\ "°« »« W*t door ieder b=. wonderd en geprewn zyn geworden V. MldIetwyI W8S .„ „ dag Ie,. Dcn „ 0„ob de C^agnie X! 'e êi'ie T 8e0aami1 ' «"der fele.de ™, den Raad en Hoofd,„a„ r„„, -ardeExerci,ieplaM> ia h« SlarreboScb , Reg.er.ng der Stad gefchonken , op eene Plegnge „y2e aan de Con,p,g„ . L « even oPhet£xera„reM « ver'™," l Md"0° "° ~e d« Stad, Wapen, in M Bnrge,kr,„s, andJ °' V'°edIiha? aan de„ „eer rv,} omh ' > vroeg, 0f Zy dit momvc Vaandel voor  19© GESCHIEDENISSEN DES. voor het hunne aannamen, het geen door de Schuttery met een drievoudig Ihuzee beantwoord wierd, daar na wierd bet oude Vaandel , waar in het Wapen van Ut* reeU in 't midden van een Oranjekrans ftond, en 't welk in den Jaare 1747» by gelegeudheid der Inhuldiging van wylen Prins Willem ie Vierde, aan de Schuttery vereerd was geworden, onder een algemeen gejuich, verbrand en het nieuwe, na het verrigten van eenige manoeuvres , met groote ftatïe ten huize van den Hoofdman gebragt. Z. Een blykbaar teken , hoe men thans hier dacht omtrent het gezag en den invloed van den Erfftadhouder. V. Vermits men nu met Groetbrittanje zo goed als bevredigd was, befloten de Afiemeene Staaten eenen nieuwen Gezant naar het Hof van Londen te zenden , om de belangen des Vaderlands aldaar waar te neemen. De Staaten van Zeeland, am wie 't benoemen van deezen Gezant ftond , floegen hier toe de Heer van Lynden, voormaals Gezant der Staaten aan 't Hof van Zweeden, voor. De Prins  VEREENICDE NEDERLANDEN. m Erfftadhouder was van gedagten, dat niemand anders dan den voorigen Gezant de Graaf van Weideren, tot deeze post be.' noemd moest worden, dewyl zyn gedrag, geduurende zyne bediening als Afgezant hem geenszins verdiend gemaakt had , dat hy van dezelve zoude worden ontdoken De Stad Middelbos bragt haare ftem ui£ op den Heer van Citters, doch de meer. derheid van vyf tegen twee ftemmën ver koor den voornoemden Heer van Lynden " welken ook daadlyk tot het bekleeden van die gewigtige waardigheid aan de andere Bondgenooten wierd voorgedagen. — Niet lang hier na ftelde de Regeering der Stad Schiedam ter Algemeene Staatsvergadering voor, „ 0f men niet zoude behooren te „ befluiten , dat voordaan geene politieke „ Ampten of Bedieningen aan Vreemdelin„ gen of Uitlanriers mogten gegeeven wor>, den, maar alleen aan Inboorlingen der s, zeven Vereenigde Provintien, of der Ge „ neraaliteits Landen en den Resforte van ». dien.» Zo dra den Prins ErflUdhonder van  l9X CESCHIEBENWSSN DL3. van dit Toorftel der Stad Schiedam verwittigd was, floeg zyne Hoogheid reeds den volgenden dag, den 9 October, de Staaten van Holland voor, als eene vermeerdering op het bovengemelde voordel, of hunne Edelgrootmogcnden niet zouden kunnen goedvinden, tot alle politieke Ampten en Bedieningen geene anderen toe te laaten dan zulken, die Ledemaaten waren van de waa* re Gereformeerde Christelyke Kerke. Z. Zulk een voorflag moet in de tegenwoordige tydsomftandigheden vreemd in de ooren geklonken hebben. Doch hoe liep het met de beide voordellen af? V. Dat van Zyne Hoogheid, wierd door de Staaten van Hollend, ter zyde gelegd, en over dat der Stad Schiedam rypelyk geraadpleegd. — Ondertusfchen waren eenige Heeren der Regeering , allen bekend als ievefige Voorftandprs van de Vryheid en Rechten des Volks , te -dia* fieldam , in deeze maand October , vergaderd geweest, welke Vergadering van 's mor-  ,ie'1 "»'.?» «" •« n.n,idd,gs ten v«r uuren duurde , en w„,r i„ over ISS!*' beU^" ™ *« Vaderend gtnandeld was geworden. Z. Kunt gy my de naamen van deezHeeren, waar na ik zcer Bkllmgieri met mede deeJcn? V' Ik Za! ze u «et veel vermaak opnoemen, uit cu. i > ~. ■ uit Gelderland verfchenen de Bronnen Njvnlei„ t „„ ^ • eu van Zullen t«t m r, «Jen tet Nyvsld . u; n 1 TT ' ™ ^^ff^^Vroed^ der S,ad v*n der Burg , V5oedfchappen der Sfad Abbetr.a . Storv nu ' Vr^Ari m Van der Hoop, Vrpedfchappen der Stad ^fdam ; J„\ ^, Vroedfchap der Stad Scbconb0VM \ van Jsr Meden, PaluiaKUS ^ ^ > Vroedlchappen der Stad t * o,,,,. „ . Mad *l*>**ar> benevens. en Nannmg du Tn,,*- c «*..*.« en vr,?r.' S£Cre,a™fe0 ^ ria  IJ4 GESCHIEBENISSEN DEE ris der Stad Enkbuizen. Voords uit Utrecht, de Baron van der Capelien tot Scb$nauwen$ uit Friesland , de Grietmannen van Aylva, van Tsftnga, Andringa de Kempenaar en Btrgm»; en uit Overysfel, de Baronnen van Palland tet Zuithem en Capelien tot den Pol. Doch uit Zeeland en Groningen waren ^'er geen Leden tegenwoordig. In de l,f0' vintie van Utrecht waren intusfchen de Récommandatien des Stadhouders , op verzoek der Burgery, afgefchaft geworden, van welk befiuit zyne Doorlugtige Hoogheid plegtig kennis gegeeven wierd. De Prins Erfftadhouder liet niet na zyn ongenoegen over het zelve te toonen, te meer, daar de Wethouderfchap eene nieuwe fchikking op het begeeven der Atnpten en Bedieningen, en eene verandering in den gewoonen Eed gedaan had. Hier kwam nog by een federd lang opgevat misnoegen der Burgers van Utrecht, tegens eenige van haare Regeenngsperfoonen, en inzonderheid tegens den Schepen van Geens, welk ongenoegen , na dat het lang gefmeuld had, thans was uitgcbor- Z» ftcn.  vekeenicdje nederlanmk. t9$ J. Wat gaven de Burgers voor reden van haar zwoegen tegens den Heer Jr, , V Men befd3uIdigde hem« ™^ Schryver van het Politik v *>* , het wdic ont eltr" * «erucht gemaakt had ei? , ** - Toongele hede^/tai: » h^ ook te ,at het ^ n; *r men door hen, r ^«««W *e. »-gerS der Stad^ .deT"' ^ ^ zo gezegd wie d T ^ 2aak had , zonder ,i„ center gefpeeld . tonner r/wfJ!Mj we* waard, her Congres thans 2yne Vergadering verlegd tod, zyn openbaar gehoor. De Gezant reed, in zyne eigen Koers, naar de plaats, alwaar de Staaten vergaderd waren , en wierd, beneden aan de trappen, door twee Heeren uit het Congres ontfangen en naar binnen geleid, alwaar hy, na eene trcffe. lyke Aanfpraak gedaan te hebben , zyne Geloofsbrieven overleverde, en voords door den PteOdent der Vergadering beantwoord 2ynde , wierd den Gezant verders op e- n plegtig middagmaal, dat het Congres voor hem had lasten aanrechten, genoodigd, ook wierd de Heer m» Berckcl, nog den zei ve n dag , vereerd met het bezoek van den voornaamften grondlegger der eaanfche Vryheid, den Generaal Wasbi^t»», die hem verfcheiden andere Legerhoofden vïb dien nieuwen staat vwwfttiWe» *b van 1 » wien  |£| GESCHIEDENISSEN DEE wien by voords, zo wel als van het Congres, met de uiterfte eerbied en hoogachting bejegend wierd. Z. Dit moet ecu zeer plegtige gebeurcnis geweest zyn. V. Terwyl den Staat dus in een afgelegen Waerelddeel in zynen Afgezant geëerbiedigd wierd , gebeurde 'er op deszelfs grenzen een geheel onverwagt voorval, het welke vry wat lastige gevolgen had. Het begraven van een Soldaat der bezetting van Liefkensbeek , op het Dorpje den Deel, gaf aanleiding tot een zwaar verfchil met den Keizer , Jefefbus de Tveeede, Welke Vorst meende dat men zyn grondgebied hier mede gefchonden had , fchoon men bereids eenige jaaren te vooren de gewoonte gehad had om de Lyken , zo wel der Burgeren als der Soldaaten, te Liefkensbeek, alwaar geen Kerkhof was , aldaar te begraven. De Regeering der Oostenrykfcbe Nederlanden nam dit egter thans zo euvel op, dat zy het voornoemde Lyk niet alleen lieten ontgraven en op een Kar naar de voornoem-  VÏREEMGDE NEDERLANDEN. I99 noemde Schams te rug voeren, maar ook eenige dagen laater, by wyze van wedervergelding, de Staatfche Forten, St. Denaas, St. Paul en St. Job, overrompelde en in bezit namen. Zeer groot was de ontfteltenis die deeze ondernceming der Keizerfcben, op de grenzen en in de nabygelegene plaatfen, maakte. Te Sluis in Vlaanderen wierden terftond de Wagten aan de poorten verdubbeld, en eene menigte Ingezetenen des Lands van Kadfand kwamen, met fehuiten en ponten, met hunne beste goederen en huisraad, naar de Zeeuwfcbe Steden vlug* ten , alwaar zy de fchrik allerwegen verfpreidden. Inmiddels had het Gouvernement ▼an de Oostenrykfcbe Nederlanden zwaare Wapen tegen den Staatfcben Commandant gedaan, en daarenboven zig zeer beledigd getoond, zo over het gedrag der Staatfda Bevelhebbers in die Landftrcek , als ever het Wagtfchip voor Lille en het afvorderen van rechten voor een loutere voorbyraart over de Schelde, betuigende uitdrukkclyk geen grondgebied der Staaten buiten 1 4 de  GESCHIEDENISSEN DÉR de paaien der yérfchanfingén te erkennen, en élslchendé een voldoening, geëevenredlgd san den hoon , den Keizer, wegene openbaare fchenduig van zyn grondgebied, tafgedaan» Zi Antwoordden de Staaten niet op alle deeze klagten ? V. Hunne iïcjogmogenden gaven eerlang zo een fpoedig en voldoend antwoord, als «Je natuur der zaak en de om Handigheden des gefebi!>, die in meer dan een opzigt vry ingewikkeld waren, vorderden, en leverden, kort daar na, van haaren kant5 ook de fterkfte klagten in , wegens de onverwagte overrompeling van eenige haarcr Bezittingen , door de Ksizerfche troepen , welke yertoogen door het Hof van Brus/iTyttlhaist beantwoord wierden, doch wel verre van het recht der Staaten op de meergenoemde forten te erkennen , het geen de voornaamfie zaak des gefchils was, beweerde het gemelde Hof , dat dezelven 's piztrs onwederfpreeklyke eigendommen waren. Ondertusfchen poogden de Staaten alles  VEREENIG DE NEDERLANDEN. aof les in der minne by te leggen, en floege» den Keizer voor, Gematigden naar ürusfil te zenden, om net de Regeering aldaar in onderhandeling te treeden , waar op de Keizer den 30 November vet klaarde hier in volkomen genoegen te willen nee.-uen , beloovende den Graaf van Eeigiojofo , Hoogst* deszelfs Gevolmagiigde Minister aan het Hof 'van Brunei , de noodige Volmagt te doen toekomen, ten einde affc gefohilien, ovar de Grensfcheidingen gereezen, vereffend en een overeenkomst gefloten mogt worden , waar by, voor het toekomende, alle fttfen* ken van twist zouden worden weggenomen. Betuigende zyne Majefteit verders te verlan" gen, om in dit en alle andere gevallen de Staaten blyk te geeven van zyne agting en vrieedfehap voor de Republiek. Intusfchen lieten de Staaten niet na onderzoek te haren doen naar het gedrag der Bevelhebbers van Wh en Uefkembcek , en bevonden hebbende dat deeze Officieren niet wel van onvoorzigtigheid in dit geval vrygep?eir konden worden, befloeren bmire Hfogaroge,1 5 den  2<3i CRSCHlEDCNlSSEN D£f den den Grootmajoor van Lilh terrTonri in zyne bediening te fchorten , hem na den Haagt te ontbieden , en zyne Wedde tot nader bevel in te houden, en den Commandant van Liefken'sbtek voor eenen Krygsraad ter verantwoording te laaten dagvaar» den. Met dit alles waren egter de ver* fchillen nog niet uit den weg geruimd, daar de vorderingen van de beide Mogendheden en hunne wederzyds beweerde rechten en eisfchen nog te flcrk verfchilden, dan dat men zig met grond vleien konde met eene fpoedige vereffening van zaaken. Z. Deeze onaangenaame voorvallen moeten de Staaten veel werks verfchaft hebben. V. Dit is ligt te begrypen, te meer, daar zy in een tyd kwamen dat den Staat genoegzaam geheel weerloos was, en de ee* ne gewigtige zaak voor en de andere r.a zig telkens opdeed. Het nieuwe Vertoog, dat de Otstindiftbe Maatfchappy, om deezen tyd, aan de Algemeene Staaten deed inleveren , ftrekte 'er welhaast een versck bewys van. In het zelve, dat zeer wyd- loo*  ha3ren b«°"««ri-ken ftaat duidelyk roo, en toonde aan,:dat zy Lr d n wirr"°r5,§ehfei **** ^ " indien Bi»* tin», ha.r niet ; eene fomïae wn veertien Miiiioenea hulp kwameH s WMrdoor dMel7e •ollwiBI gered zoude kunnen worden*' d«r zy anders niets dai h«-M « i.r»!»t-« . lCn onrerrnv- 2£ yaI te zag , welken de« onde^nf ran geheele Steden in het Va, d riand na « Mudt ^ ^ ? rdUCkh:e * door de gehee. Ie Repubhek zouden doen gevoelen. D £ -druk*k Venoos h>d |ea ^ £ * I-ands Staaten de Maatfchappy aee VTf Mahoenen gereed geld byftonden, en voord, «ne Geldleening van agt Millioenen Gul. dens ten haaren behoeve openheide», Waa» »" de eerstgemelde forame ce rug geree. ren zoude worden, door welken o^er*»d de Maatfchappy wedn ^ haaren benaauwden ftaat gered vrierd **mmBfri nam de onenigheid hier »  2j04 geschiedenissen der Lande meer en meer toe, inzonderheid wm 'er een zwaar gefchil tusfchen den Erfftadhouder er„ Ie Regeering van Alkmaar gerezen , ' taan uit het befluit dier Stad , reeds den 24 February deezes Jaars genomen , waar by vastgeficld geworden was , voordaan geene aanbevelingen van den Stadhouder meer te erkennen, maar ook geene benoemingen meer te maaken tot de begeeving der Ampten van Burgemeesteren, Schepenen , Thefaurier en Vroedfchappen der Stad, om daar op de verkiezing van den Stadhouder of van iemand anders te verwagten, begeerende de Stad zelve voordar.n haare Regeering te verkiezen. Z. Vlet is ligt te denken- dat zulks- zyne Hoogheid fterk mishaag.1 zal hebben. V Hoogsidezeiven B2m deeze zaak zeer ernftig op , en verklaarde dszelve aan te zien als een wezendiyke en verregaande Inbreuk op zyne rechten als Erfftadhouder , die hem onbetwistbaar toekwamen. De Regeerirg van Alkmaar beantwoordde deeze ^erfcisaring naar hun be.t inzien, en ftelde hls-  VERrCCNIGOS NEDERLANDEN. hiare zaak in handen der Staaten van Holhand, welken goedvonden geen uiifpraak ii het gefchil tusfchen den Eifïtadhouder- en de Stad Alkmaar te doen, befluitende egter ais Souverein van den Lande , voor deeze keer en ter tyd toe dat de gefchil len volkomen onderzogt zouden zyn', de Regeeringsbeftelling in voornoemde Stad op zig te neemen. Dit beflait der Staaten voldeed egter zo weinig aan zyne Hoogheid, dat hy niet lang daar na , by rondgaande' brieven, aan alle de (remmende Steden van Holland zig hier over ten hoogften beklaagde, met dringend verzoek -m het bewuste gefchil, gemerkt het gewigt der zaak, tot eene fpoedige vereffening te willen brengen, fchoon deszelfs pooging in deezen geheel vruchteloos was. — Geen minder ge. fchil omftond- 'er-, eer dk Jaar i7g3. nog verloopen was, tusfchen de Ridderfchap van Holland en den Penfionaris van Hordrtabt, Mr. Cornelis do Gy zei aar, welke Heer dooide voornoemde Ridderfchap befchuldigd wierd. zyn pligt verre te buiten te zyn ge1 7 gaan,  205 GESCHIEDENISSEN DEE gaan , door zig tegen dezelve op eene gantsch onbetaamelyke en hoonende wyze te hebben gedragen , en hen met woorden «n dasden ten uiterften beledigd te hebben, weshalven zy van de Wethouderfchap va» Dordrecht eene behoorlyke voldoening begeerde , waardoor de ftoutheid van den Penfionaris, zo als de Ridderfchap zig uitdrukte , kragtdaadig beteugeld en hy binnen dc paaien van befcheidenheid gebragt en gehouden mogt worden. Z, Wat antwoordde de Regeering van Dordrecht op deeze hevige klagten? V. Dezelve fprak haaren Penfioaaris van alle deeze befchuldigingen volkomen vry, «u weet alles aan de onverzettelykheid der Heeren van de Ridderfchap, die nu al een geruimen tyd zig altoos tegens de be* grippen en vertoegen van de meerderheid der Leden in de Staatsvergadering van Heiland verzet hadden, en nam al het geen den Penfionaris ten dien opzigte gezegd mogt hebben voor het haare aan , verzekerende tevens de Ridderfchap, dat zy, Re-  ftegeercrs van Dordrecht , van al he WeI be™" vergadering rerril nf ^ StWtS- an * _ S VCrrKhc of S^egd vrierd. Die " T ™ Heeren van Bordrlh\ kaarde zo veel "'rtrtcut rv a r genoegen aan haare Burge- Bnr! s 1 tk; r n *?"nf- trast »nnJ • '"'"nd, *>ch de Majit. »«■ welke ,fwr2inj Je Ki n£ weinis Terbawd deed ftaa„ """" me' fchen Je Re5Eerins na Dtririctt ^ "* *« de Penfionari, ^ »■ «oor deeze g«„ *  e8 GESCHIEDENISSEN DEE. \ebt in de Notulen der Vergadering van recht, m ^Mve v?eïd be* H#/Wte plaatfen, doch dezelve w pMldelyk van de hand gewezen. I !*r  VfEftÊNZgV ʧTJGS'IE GESPREK. ï N H O V D. Gefciilhn met de Venetiaane» Ocrlagfilepeee naar de Middellandfcbe Zee gezoden. De Keizer bemiddelt bet gefcbil met tinetien* " Zzvaare Storm e* teefebaié. Ver- éngelubken van 'r Öorhgfchip Drenthe Harde en lar.gduurende fTtnter — Zwaa- te Overflroomiygtn en Dykb.euke». - Hevig oproer te Rotterdam. Misnoegen tusfchen de Regeerirg en Burgery aldaar*. Commisfie uit de Sfa .ten van Holland naar het ter dam. Ongenoegen over dezelve. Plegtige Inhaalt tg van dezelve. Kaat MesfeJ en Keet ZwenÈe gevangen. ~— Nieuw C/roer te Arnhem Gevolgen van V zelve. ~- Oproerige beweging te Leyden. - Gpjland'te Zutpben \ ts Uel en andere Steden, -~ Onderhandelingen met den Kei  JIO GESCHIEDENISSEN DER Keizer. Gezanten «aar Brusfel gezonden. Zwaare eisfchen des Keizers. Gemagtigden naar de Frontierflaatfen. Gefcbil over de Generaals Martveld en du Bleulin. Dezeiven in byzondere hefchermir.g genomen. . Bekragtiging der Vrede met Enge- JêNit mmmmm. Vonnis over den Vaandrig de Witte en den Boomkweeker van Brakel. *** Twist tusfchen den Prins Erfftadhouder en de Steden Utrecht en Wyk te Duurfteit. Onmin van zyne Hoogheid en de Provintie Zeeland. — De Staaten van Holland verbieden *t draagen van Lenzen. —— Klachten van den Koning van Pruisfen. — Rondgaande Brief van den Erffladbeuder. Veerjïcl van Zeeland. Verbond met Frankryk voergeflagen. — Dood van den Ridder van de Capelien tot den Pol. —— Ontdekking der Acte van Raadgeeving tusfchen den Prins en den Hertog van Wolffenbuttel. Misnoegen der meeste Previntien Ugens den Hertog. De Erfftadhouder verdeedigd ienzelven. De Staaten van GelierUnè kturtn '# Uwttgs gedrag gesd, De Her-  vereenigde nederlanden. au Hertog ontflaat zig van zyne Atnpten en vertrekt naar Dultsebland. • . Vervolg van V onderzeek der zaak van Brest. • - Vervolg van V gefcbil met den Keizer. — De Forst van Nasfau fVeilburg verzoekt zyn ent/lag, De onderhandelingen **et den Keizer geflaakt. Vertrek van des**/ƒ> Gezant uit den Haag. Vrees voer Oorlog met den Keizer Aanzlenly- ie veerdeelen der Hollanders in de OostIndien, Zoon. De gefchillen en oneenigheden zullen ia 'c Jaar 1784. to* het welke wy nu gekomen zyn , in ons beroerd Vaderland, zekerlyk nog niet vereffend zyn geweest , dewyl dezelve, zo als uit ons voorgaande gefprek gebleken is , hoe landen meCr hUnnCn iHTl0Cd deeden Vader. Alle braave en bedaarde Vaderlanders wenschten 'er nog te vergeefs na, daarenboven smakte hsi gef(?Ml ^ ^  fft* CËSCHIEÖENISSRN DEt Gemeenebest v"2n Veuetièn , met den Anvang van het voornoemde Jnar , zo veel geruchts, dat men billyk voor eenen openburen Oorlog met het zelve bedugt begon té worden. Dit verfchlï was reeds verfcheide Jaaren fleepende gebleven , en had de aandacht in H eerfte weinig na zig getrokken, doordien het flegta een enkel Huis van Koophandel te Amfitlitm betrof» het welk ioot den R.ad van P***ti*m in deszelfs goed recht benadeeld was geworden ; doch liep door de flinkfche handelwyze der PiUÊtiaaun nu zo hoog , dat den Souverein genoodzaakt was zig 'er mede te bemoeien; doch welke Vertoogen 's Lands Staaten oo* lan den Raad van wmthm lieten doen, of hoe vriendelyk men ook de zaak behandel de, de Vtnetiatnsn ontdoken telkens de gevorderde voldoening te geeven. De Staat hier door getergd en telkens te leur gefteld zynde, befloot hier op een talryk Escader Oorlogfchepen naar de Mtddtllandfcbe Zee te zenden . onder het opperbevel van den Viee-Adrairaal ft»*M, beftaandc uic elf zwaars  VERBENïCDE NEDERLANDEN. »] ft Oorlogfchepen en vier mindere Vaartuigea, doch befloot tevens de bemiddeling van den Keizer te verzoeken, om de gefchillen, zo '£ mogelyk was, nog buiten de weg der Wapenen \ af te doen. De Keizer nam het verzoek der Staaten aan, en poogde de Venetiaanen op alle wyzen tot red°e «e brengen , doch hier in weinig vorderende , lag den Staat een beflag op alle de Fenetiaanfehe Schepen, welken in de Havens deezer Landen lagen, dit beflag en de Oorlogfchepen van den Staat in de Middelland. Jcbe Zee, maakten den Raad van Venetien handelbaarder, en de gefchillen wierden, nog zonder bloedvergieten, afgedaan. Z. De Sraarcn hadden das getoond, dat *y hunne Ingezetenen niet ftraffeioos lieten verongeJyken. V. Ondertusfchen waren 's Lands Schepen m de Middellandse Zee, den S February, door eenen allerverfchrikkelykiren ftorm beIoopen, welke, zonder eenige tusfehenpooamg, v.erentwintig uuren na elkander duurde, waardoor verfcfaeide Schepen dermaaten he-  gï^ GESCHIEDENISSEN DER befchadigd waren, dat zy ter naauwernood en met de grootfte moeite en gevaaren eenige Haven konden bereiken, om aldaar, zwaar befchadigd, binnen te loopen. 's Lands Oorlogfchip Drenthe , gevoerd door Kapitein Smisftert, was in deezen ftorm egter met al het Scheepsvolk verongelukt, zon» der dat twee andere Schepen , mede zeer gehavend zynde, in ftaat waren, hoe naby zy ook lagen, eenige hulp toe te kunnen brengen. In 't kort, deeze ftorm had 's Lands Oorloifchepen derraaaten getroffen, dat den Staat genoodzaakt was een nieuw Escader, onder bevel van den Scheut by Nacht KinSsherSen, weder naar de Middel- Undfche Zee te zenden. • Midler- wyl zulks o? Zee voorviel had men te Land© te worftelen met een harde en niet minder langduurende Winter, waardoor een menigte van Huisgezinnen in de bitterfte armoede gedompeld wierd, doordien de aanhoudende vorst belette dat de fmalle getneente iets verdiende , en dezelve zoude mogelyk door gebrek 'vergaan zyn , had de  VEREENIGDE NEDERLANDEN. fl,$ de Mderlandfcbe deugd van weldaadigheid zulks niet verhoed , en de nood der Armen met de uiterfte goedwilligheid en be- reidvaardigbeid te gemoet gekomen. - Wierd de Landzaat in 't algemeen dus door de felle koude gedrukt, de Provintien van Gelderland en Overysfel hadden in 't by. zonder, met het begin m Mam? ^ ^ oer te lyden , door de zwaare Overftroo"ingen en Dykbreuken, waar mede dezel▼en bezogt wierden, en die een goed gedeelte dier gewesten in de deerniswaardigfte toeftand bragtcn, waar van onder ande, ren de Steden Nimwegt», ZutpU» en Z>#. venter de droevige getuigen ftrekten , hoewel dit onheil ook weder raerkelyk was verzagt geworden deor de algemeene zucht om den noodlydenden Landgenoot , die door deezen Watervloed van have en erve beroofd was geworden , door aanzienlyke giften mildeiyk te hulp te komen. Z. Deeze Watervloed zal den Lande dus weder een merkelyk nadeel toegebragt hebben ? - ' * ■«««(BIJ Kg giften mildeiyk te hulp te komen. Z. Deeze Watervloed zal den Lande dus weder een merkelyk nadeel toegebragt hebben ?  SJQ" GESCHIEDENISSEN DER V. Niet minder nadeelig en ruim zo fchadejyk waren de geweldige oproeren, die dit jaar door het geheele Vaderland voorvielen, en waar van de Stad Rotterdam , den 3 April, liet eerfte voorbeeld gaf. Lang had aldaar een onderling misnoegen tegens elkander gefmeuid , het welk dien dag in zulk een woede los gebroken was, dat het gemeen zig niet ontzag , de Eurgers , welken dien avond naar het Stadhuis optrokken , en door den Kapitein Elfevier geleid wierden, op eene geweldaadfce wyze aan te vallen. Eerst hoonde men de Burgery door menigvuldige fcheldnaamen, daar na wierp men met fteenen naar dezelve , poogende op allerhande wyzen de Eurgers uit elkander te jaagen. De Bevelhebber zulks onmooglyk langer kunnende dulden , en door het volk ten uiterften getergd, liet toen met los kruid onder de hoop ichieten, ten einde hen daar door te verwyderen , doch in plaats dat zulks van eene goede uitwerking zoude zyn, wierd de verbittering onder 't gemeen 'er grooter fioor, die thms met een verdubbelde  verbeniode nederlanbek. tï? de woede weder aanvielen, waardoor men zig toen genoodzaakt rond, om dit geweld te keer te gaan, en met fcherp onder de moed» willigen te fchiefcn , het welk van die uitwerking was dat 'er eenigen faeuvelden en anderen zwaar gewond wierden , terwyl de meesten , ziesde dat het nu regt ernst begon te worden, fchielyk naar een goed heen komen zagen en in de uiterfte verwarring de vlucht namen. Sederd bedaarde het oproer wel, doch de Burgers konden het onder elkander nog lang na niet eens worden, en 'er w^ren zeer veel onder welken het Vrycorps , het weik aldaar , eeven eis in andere Steden, opgericht was, voor de eerfte oorzaak van alle die beweegingen aanzagen , en weiken daarom by de Regeering der Stad op het ieverigfte aandrongen, om het Genootfehap van Wapenhandel vernie. tigd te 2iea. De Overheid, meenende door dien weg de rust in de Stad te bevorderen, voldeed eindelyk aan het verzoek der geenen , welken zo fterk op de vernietiging van het voorengemclde Vrycorps aandronXIV. deel. k gcri|  SIS GESCHIEDENISSEN DEB. gen, hoewel dit nogthans weder groot mis» noegen baarde by alle de geenen , die dit Genootfchap als de fterkfte ftean der Stad aanzagen , en dus bleef de oneenighcid tusfchen de Regeeriug en haare Ingezetenen niet alleen voordduuren , maar fteeg zelfs tot zulk eene hoogte , dat de Staaten van Bolland befioten eene Commisfie uit hun midden naar Rotterdam te zenden, ten einde alles, zo 't mogelyk was, weder in orde te brengen. Z. Welke Heeren wierden met deeze gewigtige Commisfie bekleed? V. Dezelve beftond uit de Heeren Tiding mam Berkhout, Raad en Schepen van Delft, van Halteren , Oud Prefident-Schepen van Leyden; Visfcher, Penfionaris van Amfleldam; Bettey Turcq en Mtllerus, Raadsheeren in den Hogen Rade en Hove van Bolland , en den Advocaat Baalde, welken de Commisfie als Gehcimfcbryver diende. Verre was het 'er nogthans af dat het befluit, tot het zenden deezer Commisfie , ter Staatsvergadering met «npaarigheid van ftemmen genomen was ; want  VEREENIGDE NEDERLANDEN. aiJ Wam dc Heeren van de Ridderfchap, benevens de Gemagtigden der Stede Delft, Briel. 1', Enkbuizen, Edam en Medonbilk begeerden het zelve flegts aan te zien. De Ge. toagugden van de Stad Rotterdam verklaar den hisr in geenszins toegefternd te hebben en die van Hoorn gaven te kennen het voorbelde b.ïïuit te moeten tegenfprecken. Des nietregenftaande had de CommisGe voordgang , wordende te Rotterdam het Ge«eenelandshuis voor dezel/e in gereedheid gebragt, ook maakte men dc noodige Barakken voor de troepen , welken dezelve zouden verzeilen, en uit vier Compagniea Gaarde, te Paard en een Batailjon Voetvolk benouden. Het Jacht met de Heeren Cemnmfarisfen , den *8 Augustus , des namid« dags om vier naren, aangekomen zynde, wierd met eenentwintig rchoorea van dè Bolwerken van Rotterdam begroet, welke groete uit het J*cht met zeven febootan be. antwoord wierd , terwyl een Detachement Ruitery op net Oo.terhoofd in parade ftond , dC52e]fs Le^1«ts begeleidde. De Burge K 2 mees-  a20 GESCHIEDENISSEN DE». meesteren en eenige andere Leden der nriümJcU Regecring maakten, zo wel als de Commandanten en Officieren der troepen, vervolgens hunne opwagdng by de nieuwe Commisfadsfen , die nog eenige tyd in haar Jacht bleven, tot de Rekenkamer op het Stadhuis , "elke tot hunne Vergaderplaats gefchikt was, gereed was. De eerfte Vergadering van dezelve wierd , in tegenwoordigheid van de Wethouéerfchap , den 31 Augustus, ep het Raadhuis gehouden, en de Commhfle wierd, na het eindigen derZ9ive, door de Regcerirg van Retteri*m9 op de Stads Doelen, deftig ter maahyd or.t. haald. Den volgenden dag wierden twee beruchte Vrouwspeifoonen , gemeenlyk Kta? M'fil en Keet Zwenke genaamd, als fchul' dig aan oproerigheid , gevangen genomen , ook wierden verfebeide andere perfoonen voor de Commisfie gedagvaard en verhoord, hoewel alles zo geheim behandeld wierd , d*t men 'er met geen zekerheid iets van verncemen konde, fchoon dies, zo als van achter kenbaar werd, naar de Itrikfte regels van recht en billykheid behandeld W1erd.  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 11% * Z. Dus zette de Commisfie haar werk egter ieverig voord. V. Het was maar te bejammeren dat, ora de verfchiHende partyen met elkander te vereenigen , geen de minlte mogelykheid fche^n te zyn , dewyl de verhittering tegen elkander vee! te groot was, waar van men daaglyks de droevi|fte voorbeelden zag gebeuren, —— Terwyl dit alles te Rotterdam voorviel, was ^er geea minder bcwee* ging te Ambem geweest, alwaar den n July weder een geweldig oproer ontftond, het welke vooral niet minder daa dat van het voorige Jaar was. Een woeste hoop volks viel dien dag het nieuwe Kerkhof aan, haalde, in flegts weinige oogenblikken, het fraaije y ze ren Hek van ket zelve onder de voet, en fioopte tot den grond toe al wat van de muur van 't Kerkhof federd het voorgaande Jaar nog over was gebleven , zonder dat men de Burgery eenige beweeging zag maaken, om deezen moedwil te verhinderen, waardoor dezelve by de Regeering in verdenking geraakte, als of deK 3 zei-  S12 GESCHIEDENISSEN DSE zelve het gemeen tot deezen euveldaad op •geftookt had , of ten roinflen de vernieling van het Kerkhof met vermaak zoude aangeaien hebben. Dewyl de Wethouderfchap de Burgers dus wantrouwde , gaf dezelve aan de Soldaaten van het Gaarrdfoen van Arnhem bevel om het Kerkhof te bezetten, en het gemeen met geweld van daar te dryven. Dit bevel wierd door de Burgery der Stad zeer euvel opgenomen , als oor« deelende zelve daar toe nader dan het Krygsvolk gewettigd te zyn, welk misnoegen in een zeer korte tyd zodaanig toenam, dat de Buigery, nu ongeroepen, in, de Wapenen verfcheen , om het Kerkhof te bezetten. Ondertusfchen wilden de Soldaaten zig van het Kerkhof niet verwyderea, waardoor zy eerst met de Burgers aan 't fchelden, ca daar na , in 't midden van den nccht, aan 't Haan geraakten De Burgery weerde zig in dit geval zo dapper , dat het Krygsvolk, fcliooa , zo gezegd wierd, fterker in getal dan de Burgers, egter uit. elkander gedreven wierd, na dat een Gra- na:  WKSgNICfflB NEDERLANDEN. 22J nadier van de Militie doodgefchoten en verfcheide Soldaaten zwaar gewond waren geworden. Van de Burgers verzekerd men dat niemand gefneuveld of gekwetst was geweest, dat zeer te verwonderen was. Z. Dit geval moet vry wat fchrik en ontroering door de Stad gegeven hebben. V. Dit kunt gy ligt nagaan. De volgende morgen fcheen men weder op nieuws aan den gang te willen gaan. De Burgery bezette het Stadhuis, en de bezetting der Stad geraakte in een ©ogenblik ook weder op de been, doch de bedaardfie en gefchikfte Burgers namen , terwyl het woest gemeen in de Kroegen zat te drinken , het Geweer cp en gingen naar huis , waardoor het oproer, het welk gefchapert fvheen om de gantfche Stad in een bloedbad te Hellen, federd geheel ophield. Drie of vier der voornaamite Belhamels in het afbreeken van het Kerk» hof gevat zynde, wierd een van dezelren geduurende zyn leeven in het Tugthuis der Stad opgedoten. ——- Te Leyd*n was ter selver tyd mede vry wat veorgevallea, alK 4. watr  2Ï4 GlSCHIEDENiSSEN DER. waar het gemeen aas verfcheide huizen ai* ierhande kwaadaartigheid pleegde , en de bevvooners van dezelven met plunderen en andere mishandelingen dreigde, weiken dus aan het uiteifte gevaar bloot gefteld waren. De Regeering kondigde hier op eer.e ftrenge Publicatie af, en nam zulke maatregelen ter hand, waardoor de toomelooze menigte aan de band gehouden en de Burgers voor verdere beledigingen bevryd bleven , en na dat eenige der voornaamfte oproermakers gevat en na rechten gsftraft waren geworden, wierd de rust weder fpoedig herfteld. —— Te ZutfUn had het zig mede niet vredig toegedragen , want niet alken dat 'er een geiuimen tyd reeds een merkelyk misverftand tusfchen de Leden der Regeering zelve heerschte, maar de Burgers waren ook niet minder onder elkander oneenig. De eene party ieverde fterk voor het oprichten van een Genooifchap van Wapenhandel , zo als in andere Steden plaats had, en de andere poogde met geweld ce Oranje Compagnie, welke in den Jaa-  VEREEN1CDE NEDERLANDEN, aiS Jaare 1748. opgericht geweest was, wederom in te voeren. Deeze twee tegenftrydige begeertens verwekten vry veel onrust in de Stad, rot dat de Wethouderfchap van Zutpban goedvond te befluiten, dat aan de Wagtgeldbetaalende Burgeren hun verzoek , om zig in de Wapenhandel te mogen oeffenen, zoude toegedaan worden, doch tevens om de oprechting van een Vrycorps van de hand te wyzen* Daarenboven nam de Regeering ook het befluit, om het verzoek der wederinvoering van de Oratsfê Compagnie af te flaan, ais ongeraaden vindende afzonderlyke Corpfen toe te laaten, daar men vaste Burger-Corapagnien in de Stad had. Z. Deeze befluiten zullen geen van beide de partyen zeer na den zin geweest zyn. V Het misnsegen der Ingezetenen bleef ook , niejtegetiftaande deeze maatregelen , voordiluuren. Zag hst 'er dus op¬ roerig te 'Cutpben uit, geen tuinder beweeging ontilond 'er ten deezen tyde te Tiel, in welke Stad niet alleen verfcheide faar  ft&< GESCHIEDENISSEN DER- «enrottingen gehouden , en dag en nacüsï Henzet en Vivat Oranje gefchreeuwd wierd, maar, het peen nog rry miidaadigcr wss, verfcheide lieden op de ftraat aangerand wierden, welken men dan dwong te ver» kiaaren , of zy Prinsgezind of Patriottiescb waren , en welken men indien zy zig voor de laatstgenoemde party verklaarden, dan dreigde over de Stads muuren te zullen werpen, waardoor niemand dan in de uiterfte vreeze langs de ftraat dorst gaan. De Wethouderfchap , niet zonder reden , voer de ergfte gevolgen van deeze onördemlykheid beducht, deed den ** July eene Publicatie afkondigen, waar by alle oproerige beweegingen en faamenrottingen , maar ook tevens, alle openbaare krygsöefferingen der Burgers verboden wierden, over welk Iaatfte verbod niet weinigen onder de Ingezetenen van Tiel misnoegd waren. la eenige andere Steden der onder» fcheidene Gewesten van ons Vaaerland , w?s het muitvuur, doch in de «ene meer das in de andere , insgelyks ontftoken geweest , „  VEREENICDE NEDERLANDEN. 227 weest, doch nog taamelyk fpoedig gedoofd geworden. Terwyl dit alles in 't hart van Nederland voorriel , hadden *s Lands Staaten ondertusfchen hun be« gedaan om het gevaariyke gefchil met den Keizer af te doen , en om zulks met vrucht uit te. kunnen werken , wierden nieuwe Gezanten naar Brnsfel verkooren , welken beftonden ait de Heeren Lestevenen, Heer van Hazertsweude , Schepen en Raad der Stad Haarlem,»; Gevaarts, Burgemeester der Stad Dordrecht, doch deeze Heer bedankt hebbende, in deszelfs plaats Jonkheer van Lcydev , Heer van Nieuland en Burgemeester van Gorincbem , en van de Perre, Heer van de vier bannen van Duivel and. Z Bragteu deeze Heeren de gefchillen fpoedig tot een gelukkig einde? V. Verre van daar. Schoon deeze Gezanten alle megelyke middelen in 't werk {lelden om de zaaken, by wege van een vriendelyk vergelyk, af te doen, zagen zy zig egter telkens in hunne goede voorneeraens gedwarsboomd, en de hoop, die men ton K 6 ®e.*  2£& GESCHIEDENISSEN DEE eene bevredigirg opgevat had , wierd geheel verydeld door de fteeds aanhoudende en nieuwe eisfchen des Keiztrs, die in plaats van te verminderen hoe langer hoe hooger liepen, en eindelyk op niets minder dan op de opening van de Rivier de Schilde en de vrye Vaart op de beide Indien uitkwamen. De Staaten zulke hooggaande vorderingen onraogelyk kunnende inwilligen , poogden zig toen in ftaat van tegenweer te ftellen, 's Lands Sterktens te voorzien, cn de Opgezetenen ten platte Lande te wapenen. Die van Heiland ftelden zelfs de Heeren deCyzelaar en Visfcbtr, Pecfionarisfcn van Derdtecbt en Amfleldam, ende Kempenaar, Vroedfch.ïp te Alkmaar, benevens de Raadpenfionaris van Dleis-wyk, tot Gemrgtigden aan, om den ftaat van 's Lands Frotitierplaatfea en Magazynen te onderzoeken , waar over deeze Heeren met de Generaals Martfeld en du Meu'in raadpleegden , welke twee Generaals welgemelde Heeren de vereischte openieg gaven. Dit gadrag der beide Generaals mishaagde den Raad van Staatep ge- wel-  VEREENICDE NEDERLANDEN. 22$ weldig , ook wierd hen geboden geen de minfte openingen van den ftaat der zaaken aan iemand anders te geeven dan aan bai vengenoemden Raad van Staaten. Die van lltlland namen egter weinig genoegen in deeze handelwyze, en bcfloten de Generaals Martfeld en du Moulin in hunne openflyke befcher»ning te neemen, en te dekken tegens alle onaangenaarne bejegeningen , die hen, ter zaake van de gegeevene openin» gen, mogten worden aangedaan. De Rid« derfchap van HtUand keurde dit befluit egter ten tterkften af, en poogde aan te toonen, dat den Raad van Staaten alleen bevoegd was o,n diergelyke openingen te vraa* gen, houdende zy, Heeren van de Ridderfchap, zig ten volle verzekerd, dat welgemelde Raad van Staaten niet zouden weigeren om aan de Heeren Staaten van HtU land, of hunne Gemagtigden, alle behoorlyke voldoening nopens den ftaat van 'a Lands Frontieren te geeven. Midlerwyl had de Raad van Staaten zig aan de Algemeene Staaten vervoegd, zig eensdeels beklaagende & ? over  2$0 GESCHIEDENISSEN DER over het gehouden gedrag der Staaten van Heiland ten zynen opzichte, en anderdeels zig vryfpreekende van alle verzuim in het wel verzorgen van de Frontieren van den Staat , doch eer de Algemeene Staaten op dit alles antwoordden, was den Raad van Staaten reeds van gedachten veranderd, en had zyn verbod, aan de voornoemde Ganeraals gegeeven, weder ingetrokken. Z. Hoe ! deeze fpoedige verandering van denkbeelden verwonderd my. V. De Raad van Staaten had nogthacs verklaard, „ flegts in dit byzonder geval 9, wel te willen vergunnen dat de gevor„ derde openingen aan de Gemagtigden ven Holland gegee «ren wierden, onverminderds, egter haar billyk recht in deeze zaak, en 3, voords de Generaal du Mtulin gelast, om „ telkens aan den Raad van Staaten fchrif „ telyk verfiag te doen van het geene hem zoude voorgehouden zyn, en van de ope* „ ningen die hy zoude gegeeven hebben, „ en om werkelyk in gefchrifce verflag te 3, doen van het geene voorgevallen was in ,> de  VIS.EE NIC DE NEDERLANDEN» 23* M.de onderhandelirgen, welken bereids mes ,1 de meergemelde Gemagtigden van Hel„ land mogten plaats gehad hebben." Doch hoe het ook ware, dit gemaatigd befluk van den Raad van Staaten bragt te wege, dat deszelfs twist met de Staaten van H$l~.. land zo ernftig niet wierd als het zig wel in den beginne had laaten aanzien. - ■ Ds Vrede met Engeland, waar van ik u de voorwaarden reeds gezegd heb , in onze voorige Saamenfpraak (*), was nu eindelyk , den 10 Juny, door de Staatf:be Gezanten, Lestivenon van Berkenrede en Bram fen, en den Engel'fcbtn Gezant üarrls, be* kragtigd geworden , egter zonder de bemiddeling der Hoven van Weenen en Petersburg, welker bemiddeling nimmer door het Hof van Lenden erkend was geworden. Daags daar aan gaven de Nedsrlandfcbe Gezanten den Staat hier van kennis, met be. tuiging hoe zeer het hen leed deed , dat een (*) Vaderlandfebe Gefibied. in 't kort. XIF, Dtel, pag. Egt tet 285»  tZl GESCHIEDENISSEN DEE een faamenloop van ongunftige omftandigheden hen belet had in deeze hunne taak beter naar wensch te flasgen , hoopende dat de Staaten overtuigd zouden zyn, dat het hen aan geenen iever had ontbroken , en dat zy al het mogelyke hadden aangewend, om de belangen van den St*st en der JVederlandfcbe Maatfchappy, wier welzyn hen altyd innig ter harte had gegaan, te handhaaven. Z. Ik derk niet dat 'er veel vreugdebedryven over deeze Vrede zyn aangelegd geworden. V. Wanneer men begrypt dat deeze Vrc de , wegens het daar by geledene verlies van Negspxtnsm , een der fchoonfte bezittingen van den Staat, fh de OestinJt'ën, over 't algemeen voor zeer nadeelig gerekend wierd , kan het u zekerlyk niet verwonderen dat 'er weinig om vreujdeblyken ge. dacht wierd Daarenboven liet de kommerIyke ti eiland van het lieve Vaderland zulks ook geenszins toe, want wel verre dat de t: it en eensgezindheid van binnen eenige voet  VEREENIGDE NEDERLANDEN. £33- roet zoude winnen , verwyderde de eendragt zig hoe langer hoe meer van ons , terwyl aan den anderen kant den Staat door een geduchten Oorlog met een onzer magtigfte Nabuuren, den Keizer, gedreigd wierd, zonder dat wy op de hulp van eenden Bondgenoot met zekerheid ftaat konden maaken. Doch laaten wy ons verhaal vervolgen. —— Slegts eene korte tyd voor het bepaaldelyk fluiten van den Vrede, wierden door het Hof van Htllani de Vonuisfen over den Vaandrig de Witte en den Boomkweeker Brakel, den ai May, geveld. De etrstienoeade wierd verwezen van zyne Militaire waardigheid vervallen te zyn, voor zes jaaren in een verzekerde plaats gezet, en na dien tyd uit de Pro vintien van Holland , Zeeland, Utrecht en Friesland, ten eeuwigen dage , gebannen te worden. De laatstgemelde wierd gevonnist om met de ftrop om den hals, onder de galg, ftrengelyk gegecsfeld en gebrandmerkt te worden , voords voor vyfëntwintig jaaren in een  «34 GESCHIEDENISSEN DEE een Tugthuii gezet, om met zyner handen arbeid de kost te winnen , en daar na ten eeuwigen dage mede uit de vier voornoemde Provintien gebannen , zonder , op ftraffe van de galg , daar ooit weder in te mogen konten , welke Vonnisfen beide gemelde perfoonen ook vervolgens ondergaan heb* ben. Wordende de Wiste op de Gevangen Poort in *s Haage , en vei» Bmkel in het Tugthuis te Geuda geplaatsr. Z. De laatfte, als zynde een dubbele verrader, is 'er nog al genadig afgekomen. Hy had, dunkt my, uit hoofde der fnoodheid van zyn gedrag, en de grootheid zyner misdaad, de allerzwaarfte ftraf verdiend. V. Ondertusfchen was de Prins Erftlad houder weder in nieuwe moeilykheden gewikkeld geworden, en had thans niet weinig verfchillen met de Steden Utrecht en Wyk te Duurftede. In de eerstgemelde Stad wierden door de Regeering twee open gevallene Vroedfehapsplaatfen, op verzoek der Burgery en buiten kennis van zyne Hoogheid;,,  VEREENICDE NEDERLANDEN. 255 keid, begeeven , welke egter had begeerd dat hcra de vervulling der Vroedfchapsplaatfcn, als na ouder gewoonte, gelsaten wierd, dcch deeze begeerte was van de minfte uit' werking niet geweest, integendeel verklaarde de Regeering vsn Utrecht voordaan alle Raadsplaatfen, welken tusfchentyds zouden komen open te vallen, zelve te vervullen, van welk befiuit zy den Prins Erfftadhouder kennis gaven , als ook van de beweegredenen , welken haar tot het neemen van het zelve bewogen hadden , en van de gronden op welke het fteunde. Dit bericht der Utretbtfche Regeerisg , en de daar og. daadiyk gevolgde beëediging van twee nieuwe Raaden in de Vroedfchap , mishaagde zyce Hoogheid ten uitcrften , en gaf aan Hoogstdezelven z© veel ongenoegen , dat hy zig eerlang aan de Sraaten der Provintie van Utrecht vervoegde , en in een' zeer ern* ftigen en wydloopigen Brief ee\wdeels zyne bevoegdheid tot het vervullen van\ih; openvallende Vroedfchapsplaatfen omftandig trachtte te beweejen, en door verfcheidene bewy- zm.  23 6 GESCHIEDENISSEN DÏR zen in een overtuigend daglicht poogde te ftellen , en anderdeels zig zeer radruklyk beklaagde over het bedsan van de meerder* heid der Utrechtfcbe Wethoudeifchap, welke zig, naar 't gevoelen van zyne Door'ugtige Hoogheid, een onwettig gezng ia de Regeeringsbeftelling, ten kosten zyner ©nbetwistbaare Stadhouderlyke rechten , aangemaatigd en met eene zonderlinge verhaasting daadlyk uitgeöefFend had. Ondtnks dit alles ging de Rejfeering van Utrecht in haar voorgenomen belluiten voord, waardoor het verfchil tusfchen den Prins en de Stad hoe langer hoe ernftiger wierd. Z. En wat was 'er iniusfithen te Wyk tt Duurftede voorgevallen ? V. Genoegzaam het zelve als te Utrecht, want men had daar insgelyks twee Raads* plaatfen , buiten kennis en tteftemming van zyne Hoogheid, vervuld gehad, over welke zaak Hoogstdezelven geen minder misnoegen als over het voorgevallene te Utrecht toonde. ■ Ten deezen tyde heerschte ook een merkelyk verfchil tusfchen de Staa-  VEREENIGDE NEDERLANDEN. «S? Staaten van Zeeland en den Stadhouder, welken goedgevonden hadden geene Militaire Jurisdictie, hoe geraamd, in burger Iyke missryven te zullen erkennen of gcdoogen , en dus geene andere misdryven aan het Militair Rechtsgebied over te laaten dan de zulken, die regtftreeks tot den Krygsdienst behoorden. Daarenboven hadden welgemelde Staaten vasrgefteld den eed der Militairen , binnen Zeeland in bezetting leggende , uit te breiden en hen nu ook te doen zweeren, de bevelen en fchikkingen van voornoemde Staaten » omtrent de Militaire Jurisdictie gemaakt, of nog te raaa» ken, te zullen nakomen en doen nakomen, van al het welke de Staaten van Zeeland by eenen Brief den Prins ErfAadhouder kennis gaven. Zyne Hoogheid nam zeer weinig genoegen in deeze zaak, en fchreef aan die van Zeeland, dat hy dit Staatsbefluit 9 als onwettig genomen , afkeurde , beweerende dat de Staaten onbevoegd waren, om aan bet Krygsvolk, binieen hunne Provintie, een Formulier van Eed voor te fchryven. Doch dit  «38 GESCHIEDENISSEN DEE. dit fchryven van zyne Hoogheid konde de Staaten van Ziel and geenszins bewegen om van haare eensgenoraene befluiten af te gaan , waardoor de onmin tusfchen den Stadhouder en die Provintie niet weinig vermeerderde. ■ Ondertusfchen wierden 'er in Heiland nog veel lieden gevonden, welken voor de belangens van zyne Hoogheid niet weinig ie verden, en welke iever zy, onder anderen ook door het draagen van Oranje linten en ftrikken, betoonden , waardoor de andersdenk#nden forti* tyds ge/aar liepen van allerhande onaangenaame ontmoetingen te ondergaan. De Staaten van Heiland hier in willende voorzien, en begeerig zynde haare Provintie zo veel mog«Iyk was in rust te houden , verboden, den ié Juny, by een vry fterke Publicatie, het draagen van eenige tekenen of Ieuzon van partyfchap of oproer, veel meer andere te dwingen om dezelven te draagen, op ftraiTe van hoogstderzelver hoogfte verontwaardiging, midsgaders van als verftooreis der gemeene rust aangezien en als zulke ftrengelyk te zullen geilraft worden. &  VEREENIGBE NEDERLANDEN. 23f Z. De oproerige bewegingen te Rotterdam. voorgevallen, zullen zekerlyk groote aanlci* ding tot dit verbod der Staaten van Holland gegeven hebben? V. Midlerwyl had de Koning van Pruis* fen eenen aanmerkelyken en nadmkkelyken Brief, ten voordeden van zynen Neef den Prins Erfftadhouder, aan de Algemeene Staaten gefchreven , waar in zyne Majefteit klaagde, „ dat ondanks zyne welmeenende „ vertoogen en vriendnabuurlyke aanmaa„ ningen, eenige onrustige, eerzuchtige ei 5, alleen lyk hun eigen voordeelzoekende per„ foonen beftendig voordgingen roet d«n Pries Erfftadhouder op de vyandlykfte wv„ ze te verbolgen, en hen in zyn perfoon, „ waardigheden en voorrechten aan te vai„ len Voords erkende de Koning het Staats„ geftel van de Republiek niet genoeg te s, kennen, betuigende geen oogmerk te heb„ ben om het zelve te beoordeelen , veel min te bedillen, doch, zeide zyne Ma», jefteit , het was algemeen bekend , dat „ het Gemeenebest aan *s Prinfen Vader en 1J ^  &tp GESCHIEDENISSEN DES. „ alle zyne nakomelingen het Erfftadhouder», fchap, met alle de daar mede verknogte „ Voorrechten , onherroepelyk had opge„ dragen , welke Voorrechten zynen Neef „ dus niet willekeurig eenzydig , zonder „ zyne bewilliging en zonder medewerking „ der geheele Republiek, veel minder door „ enkele Steden of Landfchappen, maar zo terftond en daadlyk konden afgenomen worden , zig wel verzekerd houdende, ,, dat de Prins Erfftadhouder geen misbruik „ van zyne Voorrechten maakte of zoude maaken, en dat noch hunne Hoogmogen„ den , noch eenig weldenkend Medelid „ van den Staat, voorneemens zouden zyn „ om het Erfftadhouderfchap wederom ge„ heel en al af te fchaffen, of zodaanig te „ beperken, dat alleen de enkele voorftel„ ling van eene ydele waardigheid 'er van ,, overbleef." enz. Voerds hoopte en vertrouwde de Koning , „ dat de Staaten „ deeze voorftellingen enkel en alleen zou9, den aanzien als een gevolg van zyne f) vriendelyke en nabuurljke gevoelens, als „ me-  VKRIENIGM NïDERïiAN'DSN. 841 n mede van het aandeel, het welk hy niet kon nalaaten te neemen in het lot van „ een Vorrtelyk Huis , het welk hem zo *> na in bioedverwantfchap beftond, en deM zeiven niet zouden aanmerken als of hy n zig in hunne inwendige aangelegenheden >, zogt te dringen , en de zo wel verkre! „ gene als bevestigde Vryheid van den Staat te na wilde komen." Sluitende vervolgens deezen Brief met de volgende nadrukI kelyke verklaringen en verzoeken. „ AI r het geen wy tot dus verre hebben aan„ gehaaid , is zo duidelyk, dat het zelve p aan geene de minde twyffldingen onder„ hevig kan zyn. Wy verzoeken uwe Hoog» megenden dan op de erndigde en drinU gendfte wyze , om de plaats hebbende ,, onlusten op het krachtdaadigde te willen „ bemiddelen, en zodanige duurzaame maat* „ regelen te neemen, dat de thans zo ge. „ woor.e hevige en nadeelige gefchriften , r zo tegens bet Erffladhouderfchtp, als van » beide zyden, aJs waardoor de verbittering maar vermeerderd en aangeftookt -aIV. oesl, t ^ „ word,  241 GESCHIEDENISSEN DEE, .„ word , in het byzonder ten ftrergftea 91 mogen worden verboden en geftraft, als „ wanneer eeven het zelfde in onze na„ buurige Landen zal gefchieden. Dat voords „ de vervolgingen en perfoneele beledigin„ gen, den Heer Stadhouder, en die gecnen welken zyne vrienden zyn , aange„ daan, nadruklyker en meer overeerkomftiger met de wetten worden tegengeg-an. , Dat mede alle voorkoomende nieuwig„ heden en de daar uit natuurlykerwyze „ voordfpruitende onlusten en factiën , op alle mogelyke wyzen worden voorgeko„ men. Dat verder getragt worde om ec„ ne verzoening en eensgezindheid te be„ werken, tusfchen den Heer Erfftadhouder „ en die perfoonen welken hem tegen zyn. „ Dat de Heer Erfftadhouder in het rustige bezit van alle die Rechten en Voorreg„ ten , welke hy tot nu toe heeft gehad, „ verblyve , dat geene van dezelven hem „ willekeurig worden ontnomen, dat dezul,, ken, welken hem reeds ontnomen zyn, s, te rug gegeeven worden , en dat in het « ver-  VEREENIGDÏ NEDERLANDEN. m » vervolg de zaaken van Staat met hem „ zo als de oude Staatsgefteldheid het me* * debrCrSt ' met onderlinge eensgezindheid » en te vreedenheid worden bezorgd en », volbragr. Wanneer ditgefchied, [vervol? » de zyne Majefteit..] zal daar door zeker» ryk de rust en wtfftatffl van hét Gen-eenebcst aanftonds wederom herfteld en be , vesrigd worden, en u,ve Hoogmogenden " 3,!e h!mne denkende medeburgeren » .naar ook van geheel ^ , befc ,] £ Deeze Brief moet al vry lang geweest V. Ik heb u egter do voornaamfte inhoud •Ml veel opzietis bMrd,. Vee>e„ J, ' gN*. Mogendheid * 'rao « ttM» beffler ^^W» J*** *-»,„„, „...^T e^U P"* d= S«*~«M der 4,S L 2 niet  a44 ♦RSCHI1DBNISS1N DBR. niet genoeg te kennen, Anderen meenden dat al Uet geene zyne Majefteit beweerde, wet;ens de vervolgingen van den Prins Erfftadhouder , en het verkorten van zyne Rechten , in zulke algemeene en onbepaalde bewoordingen vervat was, dat het, zeiden zy , fchier een raadzel bleef, wie zyfe Majefteit eigenlyk bedo.clde, Doch fommigen preezen het beftaan des Konings , welken zo fterk het belang van zynen Neef behartigde , en niet wilde toelaaten dat Hoogstdenzelven langer onderdrukt en ftraffeloos gehoond wierd , waar tegen anderen egter aanmerkten, dat een Koning zekerlyk door kwalykgezinden misleid en een denkbeeld ingeboezemd was, als of men waarlyk het wettig gezag des Stadhouders wilde vernietigen, daar het integendeel zeker was dat men alleen de ingeflopene misbruiken , ftrydig met 's Lands Wetten en Voorrechten, in verfcheidene Provintien tragtte te weeren. « * Terwyl de Raadplegingen , wegens het te geevene antwoord op den'zo veel geruchts makenden Brief des Ko«  VER.EËNIGDE NEDERLANDEN, s^sj Konings van Pruisfi», in de onderfcheidene Provinciën voordgezet wierd, vond de' Prins Erfftadhouder goed, om zig by eenen rondgaanden Brief aan de Staaten der Provintien te vervoegen , waar iu zyne' Hoogheid zyn gedrag, geduurende den jongften Oorlog gehouden , poogde te verdedigen , zyne zucht voor 's Lands vryheid en welvaart uitboezemde, en zig over het aanranden of verkorten zyner Stadhouderlyko' Voorrechten beklaagde, betuigende zig onfchuldig te kennen aan alle de rampen van den laatften Oorlog , en ook ec?en vervreemd te zyn en te zullen blyven vanhet oogmerk, om zyn gezag buiten deszelfs wettige- paaien te willen uitbreiden , biedende alles aan wat in zyn vermogen wjs, om mede te werken tot de overzicning en het onderzoek van alles wat betrekkelyk was tot den inweadigen ftaat der zaa. ken van 's Lands Regeering, en tot verbetering van den innerlyken ftaat der geheele Republiek. Vertrouwende voords dat dit zyn voordel aai,gez;en zoude worden *• 3 al»  246 GESCHIEDENISSEN DER als een doorflaand bewys van HoogstdeszelfS iever voor het welzyn en voor de waare, belangen des lieven Vaderlands, en van de valsheid der betigtingen hem te laste gelegd , waardoor de inwendige rust in den Lande, de goede verstandhouding tusfchen de Leden der Regeering onderling en het vertrouwen tusfchen de Regeering en de Ingezetenen , weder herfix-id en bevestigd kou ie worden. Z. Hoe wierd deezen rondgaanden Brief ' van zyne Hoogheid opgenomen? V; De gevoelens cu bestippen oratrend i het waare oogmerk van deezen ftap van i zyne Hoogheid waren zeer verfchiliende A naarmiaten het oogpunt was,waar uit dezelve: befchouwd wierd. De vrienden en voor. ftanders van het Doorluchtig Huis van Oran* js roemden den Brief, als een overtuigend, bewys van 's- Vorften onfchuld , en hartelyke zucht tot het herftel van 's Lands inwendige rust en het weeren der ingeflope» ne misbruiken, die door niemand, die eefcigsias wel dacht, van welke party by ook* mog - •  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 24? mogte zyn, ontkend konde worden. Doch anderen befchouwden den voornoemden Brief als eenen naderen aandrang van de klagten des Konings van Pruis feu, te meer, daar zyne Hoogheid, eeven als den Koning, niet opgenoemd had door wie , en in welke Voorrechten in 'c byzouder, Hoogstdezelven verongelykt wierd. — Ondertusfchen hadden de fteeds toencemende verdeeldheden den iever van de Staaten van Zeeland gaande gemaakt en aangefpoord om de verdere voordgang derzelven, indien het nog mogelyk was , te fluiten. Om dit heilzaame oogmerk te beieiken, Qocgen zy voor eene algemeene groote Vergadering, vanalle de fiondgenooten, in 'x Gravenbaage te beleggen, op denzelven voet, doch egter zonder zo veel omilag, als die van den Jaare 1651, en in dezelve op de hartelykfte en oprechtfle wyze de middelen te be. raamen, om alle ingeflopene misbruiken in de Regeering te weeren, de tegenswoordi-ge Regeerings/orm, zonder benadeeling van iemands wettig gezag, op eenen vasten voet L 4 |C  Ï4$ GESCHIEDENISSEN DEK te ftellen , en alle redenen van wantrouw wen en misnoegen weg te neemen. Doch hoe nuttig deeze zaak ook voor den Lande mogt wezen , zo had dezelve toch , door nieuwe voorvallende omftandigheden, geen voordgang. —- Reeds eenige tyd te voeren hadden veifcheiden Staatsleden, en in» zonderheid de Ridders ven der Capelien tot den Pel en van der Capelien tot den Marscb, een Verbond tusfchen deezen Staat en den Koning van Frankryk voorgeflagen , waar toe zeer veele Regeeringsperfoenen in dh Gemeenebest overhelden, doch 't welk weder door anderen op allerhande wyzen ge* dwarsboorad wierd. Men was 'er egter reeds zo verre mede gevorderd, dat men «1 een ontwerp tot het zelve gereed had-, en de Algemeene Staaten bereids met zes Provintien toegetreden waren , doch de Afgevaardigden van Overysfel verklaarden niet gelast te zyn om in deeze zaak zig by de oveiige Gewesten te vervoegen, waar van de aanhoudende gefchillen en fcheuiing tusfchen Ridderfchap en Steden dier Provintie, waar.  VEREENIGDE NEDERLANDEN. 249 waai* uit dien hoofde geen Staatsvergadering meer gehouden wierd, de voornaamfte oorzaaken waren. Hier door wierden de onderhandelingen over het Verbond met Frankryk fleepende gehouden en op de lange baan gebragt, tot groot ongenoegen van zulken , die zig de heilzaamfte gevolgen* van deeze zaak voordelden^ Z. Dus had bet voorgeflagen Verbond' met Frankryk eeven weinig voordgang alsde door Zeeland voorgeflagene groote Vergadering. V. Het zelve is egter eenige tyd laater tot ftand gekomen , zo als uit een onzer volgende gefprekken zal blyken , fcbooa een der grootfre Voorftanders van het zeive zulks niet heeft mogen beleven: ik be. doel Jonkheer Jeban De+h, Baron v*n der Cvpellen tot den Pol, welke groote Staatsman te Zwel, den 6 juay , in den ouderdom van drieënveertig Jaaren , overleed. Zyn vroegtydige- dood verwekte hier teLande vry veel-aandoening, en hy, wierd„• om zyn verheven karakter,, algemeen be. «•ga Maagd i,  J50 CBSCHIEDENIS5EN DER klaagd, kunnende zyne vyanden zei ven niet ontkennen dat hy met zonderlinge zielsvermogens begaafd was, of fchoon zy zyne groote daaden alleen aan eerzucht en aan wraaklust, tegens het Huis van Oranje , toefchreeven. Op veele plaaiföi* in Over* ysfet \Tierd, zo door het luiden der klokken als door andere treurtekenen. over zyn dood openbaare rouwe bedreven , terwyl jyne nagedagtenis door pkgtige Lykredenen cn treficlyke Gedenkpenningen der onfttrflykheid toegewyd wierd. Zyae dankbaare Landgenooten befloten, ter zyner geheugenis, een pragtig Gedenkftuk in de groote Kerk te Zwel op te regten, doch het welk egter, door de verandering der tyden, niet gefcliied is, en fchoon zyne begraafplaats, federd te Gersfel opgerecht , verwoest Is geworden, zal nogthans zyne nagedagtenis by alle gevoelige en weldenkende harten lang in zegen blyven , en den edelen Ridder, om het affchaffèn der haatelyke Drostendienften , als een weldoener van het aasasebdom, altoos geprezen worden.—— Jie?-  XIV.n.1*! VT   VEREENIGOE NEDERLANDEN. i$ | Eenige tyd voor zyn overlyden was zekere Acte van Raadgeeving, tusfchen den Prins Erfftadhouder en zynen gewezenen Voogd, dèn Hertog van Brunsivyk Wvlfenbuttei , ontdekt, hoewel dezelve agttïen Jaaren lang geheim gebleven was. De Staaten van Heiland lieten ten eerften door den Raadpenfionaris van Blehvoyk , en de Heeren d* Gyzelaar en van Berehel, Penfionarisfen van Derdrecbt en Amfleldam, by zyne Doornigtige Hoogheid , naar deeze Verbintenis, naauwkeurig onderzoek doen Zyne Hoog* beid ichroomde niet dezelve , zo als zy lag, den Staaten van Holland mede te deelïn, waardoor zy wedwast openbaar en in ieders handen geraakte. Dc yverigfle Patriotten oordeelden dezelve ten uiterften nadeelig voor den Lande te zyn , doch de liefhebbers van het H#W van Oranje namen de regtvaardiging van dezelve vaardig" op. De voornoemde Acte bragt egter in de ztaken van den Hertog , die buiten dat reeds zo diep in den haat der meeste Ingezetenen vervallen was, eene aanraerkclyL 6 k*  i$Z GESCHIEDENISSEN DER' fee verandering voord. De meeste Provin* «tien betoonden zig by deeze gelegenheid ten uitenten op den Hertog gebeten, en namen vry geweldige beflukcn tegens hein. De Prins Erfftadhouder, wien het heil van, zynen gewezenen Voogd , uit dankbaar© gevoelens voor denzelven , zeer ter hart© ging, liet niets onbeproefc om den Hertog by dezelven te verdedigen, en alles aan te voeren wat mogelyk was om den ouden Veldmaarfchalk te behouden, De Staaten van Gelderland, welke zeer op 's Prinsfea zyde waren , keurden 's Prinsfea gedrag ia deeze zaak niet alleen goed , maar betuigde» Heogstdenzelveu ook hunne dankbaarheid' voor zyne handel wyze , verklaarende dezelve aan te zien als* een blyk van zyn Hoogheids zorg en icver voor 's Lands vrelvaaren , en om alle misnoegen weg te deernen. Doch wegens de Acte zelve lier aen zy- zig, nogthans niet. nader uit. Hoe, gedroegen zig de andere Provia* tien in d&eze gewigtigc zaak ?„ \h D*. Staaiea. van. Friesland. verklaarden •Is  VEREENÏÖDE NEDERL'AND.EN. 053- de Acte voor krapeloos en van onwaarde-, en ontzetten den Hertog, van alle zy* e Atnpten. Die van ZteUnd namen een gemaatigï der bedui:, verklaarende de gemelde Acte wel voor nietig en den Hertog, vervallen van zyne Ampten, doch wilde hooi,. midft zig buitenslands onthoudende, wel een Jaar. lyks inkomen, gefehikt naar. zyn rang en geboorte , toegelegd hebben. De Staaten van Utrecht verklaarden den Hertog insgc lyks van aile zyne Ampten verlasten te zyn, zonder hem eenige Jaarwedde te doen behouden. Dc Staaten van Heiland namen het befluit om hooggeraclden. Heneg van alle zyne Atnpten te ontdaan, hem geen de minfte Wedde of Jaargeld te geeveu , en hem voor altoos van het grondgebied der Republiek te, verwydcren. Dit befluit wis egter niet met algemeene freramen genomen want de gemagtigden van Schiedam verklaarden , niet in de verwyderiag des Hertogs te kunnen Hemmen. Die van Rit~ serdam zeiden niet gelast te zyn , noch tot het ontflag, noch tot de verwydering das. Her?-  ff54: GESCHIEDENISSEN DER Hertogs. Die van Honrn verklaarden rot het zelve geenszins medegewerkt te hebben. De Ridderfchap, besevers de Steden Delft, Brielle , Enkhuizen, Edam en Meitmhlik, protefteerdeu ten fterkften tegens het befluit der meerdeiheicl , en verklaarden het zelve onwettig en van onwaarde. De Staaten van Overysfel en Groningen waren nog tot geen befluit gekomen, wanneer den Her tog , om alle verdere onaangenaamheden voor te komen , zelve het befluit nam om zig van alle zyne Ampten en Bedieningen te ontdaan, en het GemeeEebest te verlaaten. Van welk beflwït hy de Algemeene Staaten by eenen Brief, van den 14 October, kennis gaf, in welken Brief hy zig nogmaals op zyn onfchuld , en de agting die men hem in vroeger dagen *had toegedragen , beriep. De Algemeene Staaten namen 's Hertogs ontdag bereidvaardig aan, doch begaven egter voor als nog zyne hooge Ampten, van Veldmaarfchalk en Bevelhebber van V- Hertegenbescb , niet , &Uoon zyne mindere Krygiampten kort na zyn  VEREENtGDE NEDERLANDEN. 353. z*n tmtfl*g reeds vervuld wierden.. Den 15 October nam de gewezene Veldmaarfchalk een plegtig affcheid van de Officieren en de Bezetting van V Hertege^scb 9 en vertrok naar Aaken , van waar hy zig naderhand dieper in LuitschUnd begeeven heeft, alwaar hy, aan 't Hof te Eifeuseè, den 12 May 1758, overleden is. 1 Z. De oude Hertog , die in vroeger tyd by 's Lands Ingezetenen zo bemind en geprezen is geweest toont door zyn voorbeeld , myns dunkens , duidelyk aan , hoe onbehendig aardfche magt, eer en aanzien is. V. Ondertusfchen was de zaak van Brest nog niet vergeeten , maar het onderzoek eeven viytig voordgezet, hoewel de Commisfie , wegens de agterhoudendheid van den Vice-Admiraal Byiand, weing vorderde , waardoor de zaak meer cn meer op de lange baan geraakte. Midlerwyl liep 'er een gerucht , dat den voornoemden ViceAdmiraal zig eindelyk gedrongen had geVonden , eenen tot dus ver geheim gehou- derj  ^$ GESCHIEDENISSEN DIE dett Brief van den Admiraal Generaal te vertooaen, waar by hem, ByUnd, het uit. loopen naar brest was verboden geweest. Zo dra had den Prins Erfftadhouder hier geen bericht* van gekregen, of Hoogscden* zeiven betuigde opentlyk en op de ailerplegtigfte wyze aan 's Lands Staaten, dat deezen voorgewenden Brief niet anders dan een leugenagtig en lasterend uitftrooizel wa-s, en dat nimmer door hem zodaanig verbod was uitgegeeven. 's Lands Staaten veront^huldigden ook eerlang hunnen Erfftadhouder van deezen blaam. Ondanks dit alles zoude de verbittering tegens zyne Hoog* ïifeid, by een Hchtgsloovlg gemeen, over deeze nietswaardige- befchuldiging ten hoog* fïen top geftegen zyn, indien de Commisfie zelve zyne Hoogheid niet vrygefproken had , door opentlyk te verklaaren nimmer dusdaanigen Brief gezien te hebben. Geduurende dit alles- waren de gefchiilen tusfchen den Staat- en Keizer Jeftphus i* Tweede hoe langer hoe hooger geloopen , want-hoe groter de gersaatigdheid der Sta** te»3  XIV.ll.Pl. XII.   VEREENIGDE NEDERLANDEN. tgfr ten voor dien Vorst was , hoe meer hoonencier eisfchen Hoogstdenzelven deed, weï« ken den Staat, sis eene onafhangklyke Mogendheid zynde. enmooglyk, zender verlies van eer en aanïien, konde inwilligen. Ook toonde men duidelyk niet ligt van zyn goed recht af te zullen gaan, want wanneer den i October een Keizerlyktn Brik de Schelde op wilde vaaren, zonder eenige de minfte tol te willen betaalcn-, wierd hem zulks door de uitleggen by Lilt* met geweld belet, en, niettegenfraar.ee de bedreigingen van de» Ktizerlyken Kapitein , derwyzên op hem gefchoten , dae hy welhaast ge» noodzsakt was zyne onderneeming te laaten vaaren en weder te rug te Keert*. Dit geval wierd aan 'c Hof van■ Brusfil zo hoog opgenomen, dat zulks voor niets minder dan een Oorlogsverklaring van de zyde der Staaten aangezien wierd*, hoewel deezen door haare Gemagtigden aldaar lieten betuigen, niets minder dan eene belediging aan 's Keizers Vlag in den zin gehad , maar alleetilyk bedoeld te hebben haai.  SS8 GESCHIEDENISSEN DE*. haar goed en overoud recht op de Scheldt te doen eerbiedigen. —— Geduurende de loop deezer zaaken verzocht de Vorst van IVasfau Weilbur?, Zwager van den Prins Erfftadhouder, en die fommigen meenden dat den ouden Veldmaarfchalk in deszelfs Ampten zoude opgevolgt zyn , onverwacht, by den Staat , zyn ontflag van alle zyne Krygsbedieningen , welk hy ook na ec-nig verwyl verkreeg, het welk aan veelen hier te Lande groote verwondering baarde. Z. Wat of dien Vorst tot deeze onverwagte ftap bewogen mag hebben ? V. Dit is en blyft een raadzel, hoewel men over 't algemeen deezen ongewoon en ftap van dien Prins aan byzondere belangen toefchreef, die hem hier toe bewogen hadden, en dat wel juist in een tyd waar in de verfchillen tusfchen den Staat en den Keizer, in wiens dienst hy mede was, niet wel andeis dan door de wapenen fchee* «en beflischt te kunnen worden. Althans de onderhandelingen te Brusfel tot nog toe fleepende gehouden, wierden, na het voorval  VEREENIGDE NEDERLANDEN. a$f val met de Keizerlyke Brik, ten eerften ge (hakt, en aan den Baron van Reifebacb, Keizers Gezant in den Haagt , wierd van Weent» bevel gezonden, om zonder uitftel de voornoemde Hofplaats te verlaaten, waar op ook gemelde Baron, den 2 November, zeer aangedaan, mn^Ritterd^m, en vervol, gens met een Jacht naar Ibusjll vertrok. Terzei ver tyd had de Keizer aan alle Bui* teiilandfche Hoven eenen Brief rond gezoaden , wcike met de zwaarfre klachten tegens de Algemeene Staaten opgevuld was, en waar by tevens keunis gegeeven wierd, van bet terug roepen van.'s Keizers Gezant, en van de fchikkingen des Keizers, 9mt een Leger van Tagtig duizend mannen naar de Nederlanden op te hmten trekken. De Algemeene Staaten uit dit alles ziende dat de zaak zeer ernfiig ftond te worden , verklaarden dat zy nog fteeds by hunne bevredigende nei^irgen bleeven volharden, en indien deze 1ven van geen uitwerking war ren , zy als dan zich, hocvvtl met tegenzin, genoodzaakt zagen gebruik te moeten nut»  *6o GESCHIEDENISSEN DER. maaken yan die middelen , tot welken zy door het recht der Natuur en der Volken gemagtigd waren, in hoope dat de Godlyke befcherrning en de goedkeuring der be* vriende en onzydige Mogendheden de wettige verdeediging van haare onbetwisibaare rechten zouden ondertonnen. Uit dit allss zag men hier te Lande een zwaaren Oorlog met deeze mngtige Nabuur , niet zonder angst en febrik , te gemoet , welke bet reeds genoeg gefolterd Vaderland eenen ▼bikomen ondergang dreigde. 1 Ondertiufrhen had men by het einde vsn 't Jiar 1784. de a3Kgen?ame tyning gekreegsn, dat het Escader Haiimdfshe Oorlogfchepen, onder bevel van den Heer van Braam, naar de Oostindiën sezon.ueu zynde, aldaar ver fcheide gewigtige voordeden op fommige inlandfche Koningen op Malacea, vyanden van de Oostindi/ebe Maatfchappy , behaald had, welke overwinningen dus nog eenige troost aanbragten in de zwaare verliezen der genoemde Maatfchappy, welke dezelve federd den Engelfcbin Oorlog geleden had. BE-  BERICHT VOOR DEM HINDER, ™t !• • tegen over Bladz. 14,