G tt. O O T PLACAATBOEK, VERVATTENDE DE PLACAATEN, ORDONNANTIËN en EDICTEN, VAN DE Hoog Mog. II EER EN STA ATEN GENERAAL der Vereenigde Nederlanden; EN VAN DE ■ Edele Groot Mog. HEEREN STJATEN van HOLLAND en WESTVRIESLAND; mitsgaders van dé Edele Mog. HEEREN STAATEN van ZEELAND. De twee eerfte Deelen by een verzameld door Mr. Cornelis Cau, Rechtsgeleerde; en vervolgens tot den jaare 1682 in het licht gebracht door Mr. Simon van Leeuwen, Rechtsgeleerde; en laatstelyk door Jacobus, Pa ijlus en Isaac Scheltus tot den jaare, 1750 gecontinueerc, En nu tot dep, jaare 1760 in het licht gegeeveri door M\ DIDERICUS LULIÜS, e n M\ J O ANNE S van der LIND E N, Advocaaten voor den Ilove van Holland. A G T S T E DEEL. Te AMSTERDAM,. By J. OHAN.NES A L L A R T. Anno 1795*    BERICHT VAN INTEEKENIN G op het GROOT PLACAAT-BOEK, vervattende de PLACAATEN, ORDONNANTIËN EN EDICTEN> zo van de Hoog Mogende Heeren STAATEN GENERAAL DER VEREENIGDE NEDERLANDEN, als van de Edele Groot Mogende Heeren STAATEN VAN HOLLAND EN WESTVRIESLAND, en van de Edele Mogende Heeren STAATEN VAN ZEELAND; Waarby gevoegd zyn verfcheiden PLACAATEN van voorige GRAVEN en PRINSEN derzelver Landen, als mede allerhande PUBLICATIEN, ORDONNANTIËN en RESOLUTIEN van veele Aanzienlyke CoJleo-ieij. en andere belamjryke Stukken; bevoorens, ten deele door Mr. CORNELIS CAU, en ten deele door andere voornaame Regtsgeleerden, van tyd tot tyd, by één verzameld, en in het ligt gegeeven, tot het Jaar 1750. ingeflootenj dog thans in beter en nauwkeuriger Orden gebragt, mitsgaders merkelyk vermeerderd, en vervolgd tot het einde van het Jaar 1793; door Mr. JAN EVERARD REUVEN S, Advocaat voor de Hoven van Juflitie in 's Gravenhage. Te AMSTERDAM, by JOHANNES ALLART.  ( i ) Êene volledige en wel gefchikte Verzameling van 'sLands Wetten moet, buyten tegenfpraak, gezegd worden onontbeerlyk te ayn', voor allen, die eenig deel' hebben aan het Beituur der algemeene zaaken, of aan de uytoeffening van eenigerleije daar aan ondergefchikt Bewind, mitsgaders voor allen, die het zelve, tot opheldering van 'sLands Gefchiedenisfen, of om welke reden het anders zyn moge, van nader by begeeren te kennen; in het byzonder voor alle Regters en Regtsgeleerden; en in het algemeen voor een iegelyk, die, uit hoofde van zyn be roep of andere omftandigheeden, belang heeft, om, van tyd tot tyd, te moeten nagaan, wat, ten opzigte van een of ander onderwerp, door den Wctgeever zy bevolen, verboden of vrygelaaten. Het is tog in de meeste gelegenheden volftrekt omnogelyk, om, buyten behulp van eene zodaanige daar toe gefchikte Verzameling, alle Wetten en Befluyten, welke, zederd eenen geruymen tyd, aangaande een of ander onderwerp zyn gemaakt en vastgefteld, terftond, wanneer men die benoodigd heeft, op te fpooren en met elkander te vergelyken, daar veele van dezelve niet anders worden gevonden, dan hier en daar verfpreid, of in Stukken, welke niet in ieders handen zyn; en men daar te boven, door het gebrek aan Rangfchikking, zoude verpligt zyn, de gantfche menigte van alle zodaanige Werken, waar in Wetten, Staatsbefluyten of andere Zaaken van dien aart te vinden zyn, van het begin tot het einde na te gaan, eer men zig met regt zoude kunnen verzekerd houden, alles, wat tot een bepaald onderwerp betrekking heeft, te hebben aangetroffen. Zeer algemeen is daarom gebruyk gemaakt van het Groot Placaat-boek , in het midden van de voorige eeuw in het ligt gegeeven door Mr. CORNELIS CAU, cn, van tyd tot tyd, vervolgd door andere voornaame Regtsgeleerden, waar van thansZeven Deelen voorhanden zyn, eindigende met het Jaar 1750. in welke, volgens het oogmerk van derzelver Zamenitellcrs, zouden moeten vervat, en in zekere orden by één gebrzgt zyn, de Placaaten, Ordonnantiën en Ediclen van de Hoog Mog. Heeren Staat en Generaal der Vereenigde Nederlanden, cn van dc Ed. Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en IVestvriesland', mitsgaders van de Ed. Mog. Heeren Staaten van Zeeland, tot het- zelve Jaar 1750 ingeflooten, met byvoeging van eenige Placaaten van de voorgaande Graven en Prinfen derzelver Landen, voor zo veel dezelve als nog in gebruyk zyn. Het gemelde Werk is egter niet vry van aanmerkelyke gebreken, welke, aan de eene zyde, aan het zelve een groot gedeelte van de vereischte nuttigheid ontneemen, en, aan de andere zyde, van dien aart zyn, dat ze by eene nadere uitgave van eene diergelyke Verzameling, door eene oordeelkundige hand, ligtelyk kunnen worden verbeterd, op eene wyze, die voor het algemeen gebruyk, zo wel als voor een geregeld en aan één gefchakeld onderzoek, veel meer voldoende moet befchouwd worden. Onder de voornaamfte gebreken van hetzelve Groot Placaat-boek moet, in deeerfle plaats, geteld worden, dat indeTmeEerfteDeelen,welkeeigentlykhetoirfpronklyk Werk hebben uytgemaakt, eene gantsch andere Verdeeling en Rangfchikking der byzondere Stoffen plaats heeft, dan in de Vervolgen, zynde het Derde en verdere Deelen, is in acht genoomen, en dat zelvs deezeVervolgen hier omtrent niet, in allen opzigte, aan elkander gdyk zyn. A % w  t 3 ) meerdere volledigheid, nauwkeurigheid, klaarheid en orden, als waar voor fiït vatbaar was, en welke het verdiende. Byzondere omftandigheeden fchynen de gelegenheid tot eene zodaanige onderneeming van zelvs aan de hand te geeven, en te begünfligen. Er is namelyk zederd het Jaar 1750, waar mede het laatfle Deel van het Groot Placaat-boek eindigd, een tyds-bellek van byna drie en veertig Jaaren vevloopen, het welk. tot hier toe niet is aangevuld. Het Groot Placaat-boek word hier door allengskens meer en meer onvolledig cn onvoldoende, en, gelyk het Werk, zo als het thans beflaat, ter 'sLands Drukkerye is uytverkogt, en daar door tot eenen veel hoogeren prys, m alles in eene bekwaarrie ordre, overeen:werp der voerige Deelen, te rarigfehik- liet zevende D behelzende een Ordonnantiën < tien en Regleti land en Zeclan nigdc Nederlan den jaare 1740 met het vervol voortgang zyn de vtfn tyd tot t digheden, én g betreffende, de ker óermaten \ omflagtig werk caat-Boek, n zints de voorra voor een tyd-b pende tot den ; ruimen tyd in £ Dan, na dal 'sLands Drukk lart teAmfterc vlyt en yver in kunnen leveren dit Placaat-B( een aantal oude vertrouwen, da Recht zeernutt ons toegelegt, < komftig het om  TAFEL En aamvyzinge der Placaaten, Ordonnaü* tien, Handvesten, Privilegiën, Edicten, Refolutien Accorden, Oclroyen, &c. zoo als defelve, vol- * gens de methodifche verdeeling van het werk, onder Boek en Titul zyn uitgedrukt. HET EERSTE BOE K. Vervattende de fundamenteek Wetten der Regeeringe van de Vcrcenhde Nedcrlandfche Provinciën in het generaal, mitsgaders van Bolland en Zeeland in het particulier. Eerste BOEK eerste Titul. Begrypende algemeene Landwetten, het Land - Stands beftier betreffende. ^^^p^g|nie en Verbod tusfchen de Rid5 derfehap, Edelen en Steden è iSiPr van Holland, waar by aan fSPflL Willem den I. Prince vanOran^v^^S^ gien gedefereerd werd de —" Hooge Overheid van defelve Landen, zo lange die in den Oorloge of Wapenen zyn. Den n July. 1575, Pag. 1 Eerste BOEK, tweede Titul. Behelfende verfcheide Ceremonieeïe Wetten en Obfervantien. Refolutie van de Staaten van Holland op de folemneele geleegentheid van de receptie van den Koning van Groot Brittannien op den Bodem van Holland. Den 24 Mey 1660 Pag. 4 Refolntie van de Staaten van Holland op de folemneele uitleydinge van den Koning van Groot Brittannien op de Grond van Holland. Den 31 Mey 1660. 5 Refolutie van de Staaten Generaal op een Misfive van den Magiftraat van Embden, houdende Notificatie van het Overlyden van den Fnrst van Oostvriesland, en van de posfesfie door den Koning van Pruysfèn van die Landen genomen. Den 6 Juny 1744- 5 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by bepaald word de manier, op welke door de Gedeputeerden ter vergadering van haar Hoog Mogende, mitsgaders derfelver Minifters, de rouw over zyne Hoogheid behoorde te-worden aangenoomen. Den 25 October 1751. 6 Refolutie van de Staaten Generaal, wegens het afleggen van een Compliment van dankVIII Deel. fegging aan den Graave van Holdernesfe op desfelfs afgelegd Compliment van Condoleantie. Den 9 November 1751. 6 Refolutie van de Staaten GeaeraaJ, op een Misfive van den Secretaris van hun HöogMog. Envoyé aan 't Hof van Pruysfen, wegens de niet gedaane Notificatie van het Overleiden van zyne Hoogheid aan den Heer van Helle, alhier waarneemende de zaaken van 't gemelde Hof. Den 12 November 1751. 7 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Raad van Braband word toegeiiaan een Subfidie van ƒ 1850 - :-, tot betaaling van den rouw over zyn Hoogheid. ) Ben 10 November 17 51. 7 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Rentmeester der Exploiéten van den Raad van Vlaanderen te Middelburg geauthorifeert word, om aan ieder der Leden en Miniflers voor den rouw over zyne Hoogheid uittekeeren 25 ponden Vlaamfch. Den 22 November 1751. 8 Refolutie van de Staaten Generaal, om het Lyk van zyne Hoogheid ten kosten van den Lande te begraaven. Den 24 December 1751. g Rapport van den Raadpenfionaris, mitsgaders Refolutie van de Staaten van Holland, wegens de Ceremoniën, by de begraafFenis van zyne Hoogheid te oblèrveeren. Den 14 January 1752. 9 Refolutie van de Staten Generaal, wegens den rang van haar Hoog Mogenden, en van haar Edel Groot Mogenden op de Begraaffenis van zyne Hoogheid. Den 18 Janua- /y 1752. 13 Nadere en finaale Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de gemeice rang word gereguleert. Den 22 january 1752. 14 Refolutie van de Staaten Generaal op een Misfive van den Raad van Staten, wegens desfelfs ordre en rang op de BegraafFenis van zyn Hoogheid. Den 16 January 1752. 15 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by géapprobeert word de ordre der Lykftatie van zyne Hoogheid, benevens een Memoa . rie  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. oVer het afïterven van haare Koninglyke Hoogheid. Den 17 January 1759. Pag. 55 Refolutie van de Staaten Generaal, om het Lyk van haar Koninglyke Hoogheid ten kosten van den Lande te begraaven. Den 19 January 1759. 55 Refolutie van den Hove van Holland, inhoudende het Verbaal van opening der beflote Actens van uytterste wil van wylen haare Koninglyke Hoogheid. Den 31 January '759- ' , 56 Refolutie van de Staaten van Holland, wegens den rang van haar Ed. Gr. Mogenden op de Begraafrenis van haare Koninglyke Hoogheid. Den 3 February 1759. 60 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de rang van haar Hoog Mogenden, en van haar Edele Groot Mogenden, op de BegraafFenisfe van haare Koninglyke Hoogheid word gereguleerd. Den 5 February i?59- 64 Refolutie van de Staaten van Holland op het gecommuniceerde van den Raadpenfionaris wegens den dag tot de BegraafFenis van Haare Koninglyke Hoogheid vastgefteE Den 6 February 1759. 65 Refolutie van de Staaten Generaal, op eëne Misfive van den Raad van Staaten wegens desfelfs rang op de begraafrenis van haare Koninglyke Hoogheid. Den 13 February 1759. • 65 64 Eerste BOEK, derde Titul. Behelfende Refolutien, Drdres, en Reglementen van Staat. Ordonnantie op het houden van de Vergaderinge ende Befoignes van de Staten van Holland. Den 17 Maart 1581. 66 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende het verkenen van Brieven van Seureté du Corps. Den ^Oclober. 1605. 69 Refolutie van de Staaten Generaal, noopens den voet en ordre, waar op, en waar na de Commisüen van de Generaliteit naar Maastricht voortaan zullen werden gereguleert. Den 16 September 1643. 69 Refolutie van de Staaten van Holland, makende de Requesten, waar by verfogt word prolongatie van Seureté du Corps. Den 15 September 1654. 70 Refolutie van de Staaten Generaal, tegens het bekleeden van twee Ampten Politicq en Militair door één perfoon. Den 2 Mey 1741. 70 Refolutie van de Staaten van Hollland, waar by aan Mr.Balthafar Mandt zyn verleent Brieven van Seureté du Corps, en wel fpecialyk ook tegens Sententien, Condemnatien, enVonnisfen onverminderd de Refolutie van den 19 O&ober 1605. Den 7 April 1751. 70 Refolutie van de Staaten Generaal nopens het affenden en publiceeren van de Placaaten en ordres van den Lande, ten aanfien van de Polders en Landen geleegen in Staats Vlaanderen, dog waar over de Jurisdiétië gebleeven is aan de Heeren der' Heerlykheeden of hunne Gerechten op OostenrykfchenBoodem. Den joVJuly. 1,75/. Pag. 71 Inflructie voor het Collegie van de Gecommitteerde Raaden v.m de Heeren Staaten van Holland en West vriesland. Den 28 Augustus 17 51. 72 Inflruclie voor den Secretaris van de Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West vriesland, in Westvricsland en het Noorder Quartier. Den 28 Augustus £'7S& 77 Infirucue voor de Gecommitteerden in deReekenkaamer van Holland en \\> estvriesland. Den 28 Augustus 1751. 79 Inftru&ie voor" de Secrètarisfen van de Reekenkamer van Holland en Westvriesland. Den 28 Augustus 17.51. 84 Inflruclie voor den Ontfanger Generaal van de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, in Wcstvriesland en den Noorder Quartiere. Den 28 Augustus 1751. gtf Refolutie van de Staaten van Holland, wegens het overfenden van de Staaten van den veertigiien penning, en van het Trouwen en Begraaven. Den 28 Augustus 1751. 89 Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by aan de Steede Grootebroek w^ord toegekent het regt, om aan haare Inwoonders Brieven van Voorfchryving 30t het obtineeren van venia atatis te verleenen. Den i4 0clober 1751. 90 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verftaan is dat de Heerlykheid Stem niet behoord onder het Roomfche Ryk, maar onder de Souverainiteit van den Hertog van Braband. Den 19 Oelober 1751. 91 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan zyne Hoogheid, en geduurende desfelfs Minderjarigheid aan haare Koninglyke Hoogheid, werd gedefereerd de vernieuwing van de Wet der Stad 's Hertogenbofcfu Den 19 November 1751. pi Refolutie van de Staaten Generaal, om zoo wel de Publicatie van den 23 November 1752-, als in 't toekomende, alle derfelver Publicatien en Ordonnantiën, zoo wel in de Heerlykheid Mechelen, als in de overige Ban- ■ ken van St. Servaas, te publiceeren en afïïgeeren. Den 20 Maart 1753. 92 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfchryvinge aan den Hoogh-Proost, Deeken en Capittel van St. Servaas, om voorzieninge te doen omtrent de publicatie en en affixie van haar Hoog Mog. Placaaten en Ordonnantiën in het Dorp Mechelen, en op den voet daarby vermeit. Den 2 April . 1753. v 92 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verftaan is, dat wanneer een Boode van dé Generaliteit een bekoomen Reyfe door een ander laat verrigten, hy in de genieene a z Bus-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. agter dezelve Refolutie gevoegt, over vier differentiële Poinéten, door de Gecommitteerde Raaden, met een Gecommitteerde wegens de Provincie van Utrecht op den 24 O&ober 1757 aangegaan. Dena7 0ctober 1757. Pag. iIO Refolutie van de Staaten van Holland, tot wegnecmuige van het bezwaar van Dykgraaf en Hoogheemraaden van het groot Waterfchap van Woerden over de voorfz. Conventie van den 24 October defes jaars. Den 14 December 1757. 113 Refolutie of Reglement van de Staaten Generaal, waar by eenige ordres zyn gefield, fpecialyk met relatie tot de Bedienden Van hun Hoog Mog. in cas 'er brand in den Hage, op het Hof, in of omtrent eenige Vergaderplaatfen, Vertrekken, Comptoiren of elders kwam te ontftaan. Den 21 December 1757. II4 Refolutie van de Staaten Generaal, weegens het Hellen van nog eenige Paaien, tot meerder fecur/teit, binnen de Landen van Overmaze op de Limiten, tot onderfcheiding zoo van het Territoir van de Republicq , als van andere Mogendheeden. Den djuty 1758. 116 Refolutie van de Staaten Generaal, om op de vereischte Piaatfen van het Quartier van Kempeland, Meyerye van 's Hertogenbosch, daar desfelfs Limit aan den Luikfchen Bodem grenst, de nodige Paaien te doen planten , voorfien met het Waapen van den Staat &c. Den 6 July 1758. 117 Refolutie van de Staaten Generaal, om te dóen amoveeren en Qegten een zéker gedeelte van den Ophovenfêhen Dyk, op het Luykfche Territoir, door een groot getal Arbeydsluyden, geadfifteerd met de fterke hand. Den 17 Augustus 1758. 117 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende, dat de kosten wegens het Planten der Paaien op de Limiten van Kempeland, aan den Luykfchen Bodem, Quartiersgewyze over alle de Dorpen van 't zelve Quartier gerepartitieert en voldaan zullen worden. Den 18 Augustus 1758. u3 Refolutie van de Staaten Generaal, noopens het ftellen en reguleeren der Grenspaalen op hoogst derzelver Territoir in den Lande van Daalhem, Overmaze. Den 25 September 1758. np Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Albertus de Jager, fchoonnog geen volle twintig jaaren hebbende bereikt, Brieven van venia cetatis zyn verleent. Den 16 November 1758. 120 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Willem Julius van Overveld, om redenen daar by vermeld, Brieven van venia atatis zyn geweigert. Den 17 November 1758. I20 Generaale Inflruétie van Gecommitteerde Raaden op den Brand op of omtrent het Hof, als mede voor den Brandmeester enBodens van haar Ed. Gr. Mog. &c. Gearrefteert den 28 November 1758. Pag, l2o Refolutie van de Staaten van Holland,' houdende een aanfehryving aan 'tHof, metopzigt tot het openen van een Dubbelt van de Acte van provifioneele benoeming van Perfoonen tot de educatie der Vorftelyke Kinderen, door haare Koninglyke Hoogheid op den 21 Mey 1755 eigenhandig ingevult, geteekent, en ter Cuflodie van den Hove overgegeven, mitsgaders aan het einde van dezelve Refolutie geinfercert. Den 16 January 1759. I27 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Heeren Frederik Henderik van Wrasfenaar, en Joan Abbekerk Crap, zyn gecommitteert tot de educatie van de Vorflelyke Kinderen van wylen haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante. Den 22 Maart 1759. I2p Refolutie van de Staaten van Holland, wegens het houden der Vergadering gecluurende de minderjarigheid van zyne Hoogheid tot de electie van Burgemeesterenof ceheepenen van de Hemmende Stceden, die volgens de Privilegiën binnen zeekeren bepaalden tyd moet gefchieden. Den 23 Maart 1759. 130 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Thomas van Schaak, budfte Ciercq ter Provinciale Reekenkamer, is gegeven de Titul van premier of eerfle Ciercq, en voorts aan hem en deszelfs Succesfcurs geaccordeert een douceur voor het maken van den Index op de Refolutien van het voorfz. Collegie. Den 2S April 175^. j3I Refolutie van de Staaten Generaal, op de klakten van den Canfelier en Raaden van het Confeil privé te Luyk, over een Refolutie van den Raad van Staate, wegens het verbod van Loteryen binnen Maastricht. Den 13 Juny 1759. I32 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens het different tusfehen haare Koninglyke Hoogheid en de Regeering der Stad Haarlem, over de aanflelling van Salomon van Echten tot Burgemeester der voorfz. Stad. Den 6 September J759. I33 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verklaard is, dat aan den Heer Huysfen van Cattendycke, als zynoe Ontfanger van de weederhelfte van het Last en Veylgeld, geen fesfie konde worden verleent in de Vergaderinge van hun Hoog Mog. Den 10 September 1759. ° 134 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by hunne voorige Refolutie van den 21 December 1757. ten aanzien van hunne Werkbaazen , tot het doen van asfiftentie ingeval van brand genomen, tot zeekere piaatfen in den Haag word gerestringeert. Den 16 Oótober 1759. 135 Refolutie van de Staaten van Holland, op de gedaane Uitfpraak van Arbiters op den 12 November 1759. omtrent het poincr. van # 3 de-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. Ordre van de Gecommitteerde Raaden, waar na alle de Meesters Knegts, Bedienden en Werklieden in de Magazynen, Affuitmaakerye, of op de Werven te Delft gebruikt wordende, haar zullen moeten gedragen. Den 7 Juny 1753. 185 Refolutie van Gecommitteerde Raaden , inhoudende hoedanige Atteftatien de vita door de Gepenfioneerde Officieren, en ook van de Waardgelders, ter Finantie moeten worden geëxhibeert. Den 18 July 1753. 186 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by gepermitteert werd Artillerye en Ammunitien van Oorlog te verfenden op een fchriftelyke verklaaring van den Commis, zonder pasport. Den 28 November 1753. 187 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende , dat de Officieren ter repartitie van deefe Provintie, geduurende de vier eerfle jaaren de korting van een vierde moeten ondergaan , fchoon op andere Provinciën reeds korting zynde üibjeci geweest. Den 9 Mey 1754. 187 Reiblutïe van Gecommitteerde Raaden, houdende dat de Penfioenen van Officieren, die zig met verlof naar Oost of West-Indien begeeven, zullen cesfeeren, tot dat defelve zyn geretourneert. Den 2 Augustus 1754. 188 Refolutie van de Staaten van Holland, om aan geene Officieren en anderen Servies - gelden te betaalen, als in de qualiteit, waar in zy Traótement of Soldyen effeétief trekken. Den 2(5 November 1754. 189 Refolutie van Gecommitteerde Raden, waar by aan zeekere OJSc-J^reu der Waardgelders word toegedaan hunne Penfioenen op Atteftatien de vita Pro Deo te ontfangen. Den 7 January 1755. 189. Refolutie van Gecommitteerde Raaden, waar by bepaalt word > welke Cadets in de Monfterrolien mogen worden aangenoomen. Den 4 Maart 1755. ico Ordre van haare Koninglyke Hoogheid aan de Onder-officieren &c. die zig naar 's Hage begeeven om te recruteeren, om hunne verlof- pasfen aan den Hoogen Krygsraad over te geven. Den 30 September 1755. 191 Inflruótie voor den Commis, tot het keeren van Buskruit in de Magazynen. Den 27 Oélober 1755. 191 Inflruclie voor den Officier, of Bombardier van de Artillerie tot het Kruitkeeren gecommandeert. Den 27 Oélober 1755. 193 Refolutie van de Staaten Generaal, op een Misfive van den Heer van Cortenbach, wegens de vrydom van desfelfs Huis, hof en goederen van logeeringe en andere perfoneele Lasten. Den 15 December 1755. 195 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende dat de Generaals en andere Hooge Officiers verpligt zyn tot betaaüng van den taux op de Huys • huuren te 's Hertogenbofch. Den 23 September 1756* 196 Refolutie van den Raad van Staaten, wegens verfoeken, om met dubbelde of meerdere Penfioenen op den Staat van Oorlog «rebragt te werden. Den 25 February £757. 10r Refolutie van de Staaten Generaal, om geene Troupes door de Stad Doornik te laaten doortrekken en inlogeeren, zonder fpeciaale ordre van haar Hoog Mogende. Den 31 Mey 1758. I0$ Refolutie van de Staaten Generaal, houdende 4 dat ook de Militairen te Venlo gehouden zyn in de Stads - rechten op de Koornmaat aldaar, als mede de goederen, met dieh Irm ost belast, door de daar toe gefielde perf>oncn te doen inllaan. Den 15 February 1759- 108 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert worden de fchikkingen, door de Heeren Gecommitteerde Raaden gemaakt mot opfigc tot de Militie in 's Hage garnifoen houdende, ingevalle haare Koninglyke Hoogheid kwam te overly- ^ den. Den 28 February 5759. 199 inflruclie en Reglement van Gecommitteerde Raden over de bewooning van 's Lands Barakken, als mede de bewaaring en uitdeeling, en het gebruik van 's Lands Föurnitures voor, endoor de Militie in Guarnifoen leggende te Helvoetfluys. Den 20 September 1759. 205 Reglement van Gecommitteerde Pvaden voor de Opfienders van het Fort Loeveflein, behelfende verfcheide ordres tot voorkominge van Brand &c. Den 16 Oélober 1759 206 Reglement voor het Gaarnifoen en de WagCetl in 'sGravenhage, geformeert door den Heer Hertog van Brunswyk, en door Heeren Gecommitteerde Raaden geapprobeert. Den 29 Augustus 1760, 207 Refolutie van Gecommitteerde Raden, wegens het uifdee'en van Turf en K?arsfen aan het Commando Invalides in de Wierikerfchaas en te Loeveflein. Den23December 1760. 214 Eerste BOEK zesde Titul. Racikende de Auditeurs Militair, Nihil. Eerste BOEK, zevende Titul. Behelzende verfcheide zaaken, rafc kende den Oorlog te Water, Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Zeeland, houdende Verbod.aan de Schippers of Schuytevoerders in defelve Provincie, om eenige Bootsgefellen in te neemen, of naar eenige andedere havenen overtevoeren, dan na exhi-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. de Ceremoniën by de audiëntie van den Ambasfadeur van Vrankryk. Den 2 Mey 1753. Pag. 229 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Heer Buys, haar Hoog Mog. Minifter by den Neder • Saxifchen Kreytz, gepermitteerd word, de kosten tot den uitvaart van zyne Huisvrouw in reekening te mogen brengen. Den 24 September 1753- 229 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen het verfoek van J. v. Anoli > om vergoeding van fchade, veroorfaakt door brand, welke in desfelfs huis ontdaan was, geduurende dat hy in de Capelle van haar Hoog Mog. den Heiligen dienst was waarneemende. Den 8 April Ï754- 230 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den tweeden Secretaris van den Ambasfadeur van 't Turkfche Hof voor 't overbrengen van twee brieven word gegeven een Goude Medaille, als mede /'2500-:-: tot vergoedinge der reis-kosten. Den 23 April 1755. 230 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Conful te Livorno, om zyne verfchoote porten van brieven en pacquetten in reekening te mogen brengen. Den 7 July 1755. 231 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful de Paraviciny word toegedaan vergoeding der reyskosten, door hem gemaakt ter occafie van eene rupture met de Regeermg van M%\ets. Den 24 July 175$. -A 031 RefoJutje van ere Staaten Generaal, weegens het aandellen van een nieuwen Conful te Alicanten. Den 8 July 1756. 232 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Graaf van Wartensleben word toegedaan een zeekere fomme voor Nieuwejaars giften en andere onkosten. Den 8 February 1757. 233 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful Hofman te Tripoly word toegelegt eene fomme van ƒ 1000-:-:, uit hoofde van eenige extraordinaire onkosten. Den 7 Maart 1757. 234 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Pvefident de Braconier, een jaarlykfche fomme voor extraordinaire onkosten word toegelegt. Den 6Mey 1757. 235 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by bepaalt word, hoedanige fomme aan de Envoyes en Refidenten voor Equipagie - geld zal worden toegelegt. Den 6 Mey 1757. 23S Refolutie van de Staaten Generaal , waar by aan den Graave van Gronsfeld, Extraordinaris Envoyé aan 't Hof van Fruisfen, word toegedaan, nog twee maanden na zyn retour te mogen declareeren, zonder korting zyner Dag-gelden. Den 21 Juny l75%- 236 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by VIII Deel. aan den Conful Leuet word afgeflaagen des* felfs verfoek om vermeerdering van appointementen en grootere volmagt. Den 4 September 1758. Pa„ 2„6 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful Welther te Alicanten word geaccordeert het Confulaat van 't Hof van Denemarken aldaar te accepteeren. Den 13 November 1758. 237 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful de Hochepied te Smirna word toegedaan de Deenfche Confulaire affaires aldaar waar te neemen. Den 13 November 1758. 237 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Graaf d'Affry, als Ambasfadeur van 't Hof van Vrankryk by deefen Staat, van het doen eener publique intreede word gedispenfeert. Den 17 January 1759. 238 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende, dat haar Hoog Mog. Ambasfadeur aan 't Hof van Vrankryk van de ceremonie der publicque intreede zal gedispenfeerd worden. Den 16 February 1759. 238 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan haar Hoog Mog. Minider by 't Hof van Portugal een zekere fomme word toegelegt , tot vergoeding van de fchade door de aardbeeving te Lisfabon geleden. Den • 2 6 February 1759. 239 Refolutie van de Staaten Genersal, houdende de aandelling van drie Miniders, -om by het Hof van Groot - Brittannien de klagten over het opbrengen der Scheepen te doen, en op de convenabelde wyfe een afkomst dier zaake te maken. Den 23 Maart 1759. 240 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende eenige Dispofitien nopens het in reekening brengen van de reys - kosten en huis - huuren der Miniders aan het Hof van Groot Brittannien gefonden. Den 12 Augustus 1760. 241 Eerste B ÖEK, dertiende Titul. Inhoudende de Tra&aaten van Vreedè en Commercie, &c. tusfehen deefen Staat en andere uitheemfche Koningen, Prinfen en Potentaaten gemaakt en geflooten* Nadere Conventie tot explicatie van zekere Artykelen van het Traetaat van Marine met Engeland van den 1 December 1674., in dato 30 December 1675. 242 Preliminaire Articulen van de gefloote Vreede tusfehen zyne Maje/Teit den Koning van. Groot-Brittannien en de Heeren Staaten Ge. neraal der Vereenigde Nederlanden ter eenre, ende zyne Majedeit den Koning van Vrankryk, ter andere zyde, gearredeerd en geteekent te Aken. Den 30 April 1748. 243 Generaal en Definitief.Traétaat van Vreede ge. b llo.  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk donder Vhckam van haar Hoog Mog. Den 16 July i/5'v Pag. 289 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfchryving aan den Vice- Hoog - Schout te Maastricht, ten einde haar Hoog Mog auctoriteit teegen de excesfen der Roomfchgezinden te raaintineeren. Den 26 Augustus i75i- 290 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres tot het fluyten van de Roomfche Kerk te Sluys in Vlaanderen, tot dat zeekere Vervoerde Weeskinderen zouden zyn overgeleevert. Den i<5Juny 1752. 290 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Pastoor en Kerkmeederen van de Roomfche Gemeente te Hilvarenbeek, na dat zy zeeker verwulfzel en andere nieuwigheeden uit hunne Kerk hadden geamo, veert, weederom de'oeffening van hunnen Godsdienst word toegedaan. Den 29 July 1752. 291 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permislle aan den Pastoor en Kerkmeesteren te fJüvarenbeek, om het Rieten-dak van hun Kerken-huis zonder cieraad te befchieten en verwulven. Den 20 December 1752. 292 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende interpretatie van derfelver Refolutie van den 5 Maart 1721, omtrent de vernieuwingen, Ti mmeragien, en Melioratien van de Roomfche Kerk-huyfen. Den 20 December *753. 293 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan den vice Hoog,- Schout te Maastricht, om tegen de Roomscbgeijnden^ by het hou^<.n vun een jubilé in hunne Kerk excesfen gepleegd hebbende, te procedeeren. Den 9 January 1753. 294 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende benoeming van Commisfarisfen tot het arrangeeren van zeekere differenten met den Prins Bisfchop van Luyck, des egter, dat geene Pausfelyke Bullen zonder Placet van haar Hoog Mog. gepubliceert zouden worden. Den 29 January 1753. 294 Refolutie van de Staaten Generaal, omme te conniveeren zeekere Verwulvingen te Udenhout en Efch gedaan. Den 2 i^Maart 1753. 295. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Roomfche Pastoor en Kerkmeesteren van Boxtel worden gelast de kosten op 't fluyten en ontfluyten van hunne Kerkfchuur uit hunne privé beurs te rembourfeeren. Den 21 Maart 1753. 296 Refolutie van de itaaten Generaal, houdende permislle om te Wouw of Gastel een tweede Capellaan te moogen aandellen. Den 26 April 1753. 297 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van Hoogstderfelver Regt van Placet ten aanfien van het di vulgeeren der Paufelyke Bullen. Den 27 Juny 1753. 298 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot aankoop van een Woonhuys Voor de Pastoors te Duyfel b onder zeekërë mitfen daar by vermeit. Den j 2 July 17 5 3 « Pag. 9.9È Refolutie van de Staaten van Holland waar by de Bailliuw van Kennemerland word oemaintineert in den ontfangst der Recognitiën van de Roomfche Kerken op de Dorpen aldaar. Den 28 September 1753. 299 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by hoogstdefelve nader perfisteeren by het maintein van hun recht van Placet tot het divulgeeren van Pausfelyke Bullem Den 2 ï January 1754. 2g9 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot Vernieuwing van de Kerkfchuur te Ten Ryen, mits zonder ornamenten. Den 3 April 1754. 300 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende weigering aan die van de Roomfche Gemeente te Steenbergen, om een Orgel in hun Kerken-huis te moogen oprigten. Den 24 Oétober 1754. 30a Refolutie van de Staaten Generaal, waar by * met alteratie eener voorige Refolutie van 28 July I730, aan den Prior en Canonicken van het Klooster St. Agatha in den Lande van Cuyk, gepermitteert word in plaats van de afgedorven Ledematen nieuwe te mogen aanneemem Den 21 April 1755. 301 Refolutie van de Staaten Generaal, tot het üuyten van de Roomfche Kerk-Schuur te Eerfel, tot dat zeekere vervoerde jonge dogter zou zyn te voorfchyn gebragt. Den 20 Juny 1755. 302 Refolutie van de Staaten Generaal , houdende verbod tegen het gebruiken, vaneen vreemd Priester tot het waarneemen van den dienst by de Roomfche Gemeente te Sluys in Vlaanderen. Den 12 September 1755. 302 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan den Luytenant Droslaard 's Lands van Valkenburg om teegen de geenen, die zig aan het houden van publique Procesfien en anderePaapfche doutigheden hadden fchuldig gemaakt, volgens 's Lands Placaaten te procedeeren. Den 5 April 1756 303 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens de validiteit van erflaatingen of maakingen aan de Roomfche Armen in 's Hage. Den 31 July 1750. 304 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende auélorifatie op het Officie Fiscaal van Braband, om den Roomfchen Priester van Ntïland te doen nemen en houden in detentie, tot dat zekere ontvoerde jonge dogter onder de gehoorfaamheid van haare Ouders zoude zyn te rug gebragt. Den 15 November 175Ö. 304 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Roomfchen Pastoor en Kerkmees^ ters te Helmontword toegekent het Recht, om privativelyk over de zitplaatfen in hunne Kerk - Schuur te disponeeren. Den 27 December 1750". 305 h a Re«  Volgens de methodifche verdeeïing Van het Weik. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan de Predikanten en Ouderlingen van de Gereformeerde Gemeente van Stutgard en Canftad, in het Wirtenbergfche, tot het verkoopen van hun Kerk-Gebouw. Den 5 Augustus 1751. Pag. qoo Refolutie van de Staaten van Holland, waar by voor vyf jaaren geaccordeert word een jaarlyks fubfidie van ƒ 2000-:-: tot onderhoud van Predikanten &c. in Penfilvanien. Den 27 Augusttis 1751. 322 Refolutie van de Staaten Generaal, raakende de aanflelling van de Regenten van de Gereformeerde Religie in de Dorpen van het Marquizaat van Bergen op Zoom. Den 29 February 1752. 303 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het aanftellen van Gereformeerde Scheepenen der Banke van Trembleur. Den 3 July 1752. 323 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by dezelve hebben verklaard, dat haare Refolutie van den 3 April 1751, tenreguarde van het Clasüs van Bergen op den Zoom genomen, mede zal fland grypen met betrekking tot de Stad en Dorpen onder het Clasfis van Breda resforteerende» Den 2 i July 1752. 324 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Emeritus Predikant van de Walfche Gemeente te Sas van Gent, werd toegelegt eené Somme van ƒ 250:-: : om goed te doen het gunt door den zeiven tot voortzetting der Gereformeerde Religie in Vlaanderen was gedebourfeert, "Den 3 "February 1753. 324. Reïdiucie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen het verzoek om een liefdegaave, door den Predikant te Permafens, geleegen in het Ampt Limberg, gedaan. Den 3 April 1753. 325 Refolutie van de Staaten Generaal, tot approbatie der aanflelling van een Scheepen van de Roomfche Religie te Gulpen. Den 4 Juny 1753- 325 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by geperfifteerd word by derzelver vorige Refolutie , om het Traktement van de Predikanten in de Colonien by verfterf of vertrek te doen ophouden. Den 25 February 1754- 32(5 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende derzelver intercesfie ten behoeve van de Gereformeerde Synoden in het Hertogdom Berg, ter zaake van een ordre der Regeering te Dusfeldorp, om hunne Synodaale Aclen en Papieren open te leggen. Den 12 November 1754. 326 Refolutie van de Staaten Generaal, raakende de continuatie van het jaarlyks Penfioenvan ƒ 500-:-: tot onderhoud van den Predikant en Schoolmeester te Ghemen toegelegt. Den 17 July 1755. 327 Refolutie van de Staaten Generaal, ten einde zeekere Penningmeester van den Polder, genaamt Pepers Koedyk en Vlieit, als van de Roomfche Religie zynde, werd geremoveert, en een Gereformeerden in zyn plaats aangeffelt. Den 30 Juny 1750". Pag. 327 Refolutie van de Staaten Generaal, wa'ar by aan een Roomfchen Penningmeester in de Meyerye van 's Bosch verleent word dispenfatie van het 3 Articul van het Reglement op de Politique Reformatie. Den 20 September 1756. 328 Rc-lblude van de Staaten van Holland, waar by het fubfidie van ƒ eoco -: : aan de Gereformeerden in Penfilvanien bevoo<-ens geaccordeert, voor nog drie jaaren word gecontinueert. Den 30 November 1756", 329 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het aanftellen van Gereformeerde Leeden in den Magiftraat der Heerlykheid Wouw. Den n February 1757. 329 Refolutie van de Staaten Generaal, tot continuatie van het Penfioen van ƒ 500 - : - , ter onderhouding van een Predikant en Schoolmeester te Ghemen. Den 7 Juny 1757. 330 Refolutie van de Staaten Generaal, tot rerootie ,vm een SchathcrTer te Heerle van de Roomfche Religie, en aanflelling van een Gereformeerden in desfelfs plaats. Den 13 December 1758. 331 Refolutie van de Staaten Generaal, betreffende het confereeren van zeekere Beurfen, gefundeert te 's Hertogenbosch. Den 16 Maait 1759. 332 Pvefolutie van de Staaten van Holland, waar by nog twee jaaren gecontinueert word een fubfidie van f 1500-:, ten behoeven van de Ger^cr3x>&e>T3^i ia Peafilvanien. Den 29 November 1759. 333 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordres aan Dykgraaf en Heemraaden 'sLands van Heusden, om in hetnomineeren van Heemraaden de Gereformeerde boven de Roomfche, of die van andere Religie zyn, te prsefereeren. Den 7 February 1760. 333 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by 't verzoek van een Predikant in het Hesfen - Darmftadfche, om verhoging van Penfioen, word afgeweezen. Den 14 February 1760. 335 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word gediliiculteert in het verzoek van de Hof- en Regeerings-Raaden van hetGraaffchap en Heerlykheid Limburg, om permisfie tot het doen eener Collecte tot opbouw eener Kerk. Den 7 Mey 1760. 335 Refolutie van de Staaten Generaal, hoedanig de Kerkenraaden te Maastricht zullen hebben te handelen met de Monniken en Religieufen, die op voorgeven van verandering van Religie zig aan hun addresfeeren. Den 27 December 176b. 336 Tweede BOEK, derde Titul. Betreffende de Kerken-ordening. Refolutie van de Staaten van f Iolland, rakenb 3 de  Volgens de methodifche vefdeeling van het Werk. Refolutie van de Staaten Generaal , waarby ten behoef e van de Tafel van den zoogenaamden Grooten H. Geest te Maaftricht een Sub'fidie geaccordeerd word. Den 4 Maart 1751. Pag. 350 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan J. P. Fontaine Predikant in de Walfche Gemeente in den Brielle, met afwyzing van zyn verzoek, om augmentatie van Traélement, een jaarlykfche gratificatie word toegelegt. Den 18 Mey 175 r. 350 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van de woorden Salvo honore in 't verleenen van 't Emeritus-fchap gebruikelyk. Den 28 Mey 1751. 351 Refolutie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van 't Oélroy op 't ffcuk der Erffenisfen aan Diaconen van de Nederduytfche Gereformeerde Gemeente te Amfterdam, en voorts NB. generalyk aan andere Diaconien of Godshuizen verleend. Den 16 Juny 1751. 351 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by bepaald word het recht der Ambagtsheeren van Zuidfcharwoude en Broek op Langendyk, betrekkelyk het beroepen van een Predikant aldaar. Den 6 Oétober 1751. 352 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by gereguleert word de ordre in het bidden voor de Overheden in de publicque Kerken. Den 23 Oétober 1751. 353 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan die van den Oudenbosch, tot reparatie der Kerke aldaar, die in den laatften Oorlog zeer was ontramponeerd, een Subfidie word jw-geitegc Den 5 November i'75*« 354 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by vermits het afflerven van zyne Hoogheid,_ gereguleerd word de ordre in het Formulier van het publicq Gebed. Den 10 December 175 r- 354 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen ten behoeven van Diaconen van de Gereformeerde Nederduytfche Gemeente te. Naarden. Den 12 February 1752. 355 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Commandeur van Philippine, in desfelfs recht om inde Conliiiorie te verfchynen: als mede ordre aan den Predikant aldaar, om voor denzelven te bidden. Den 25 February 1752. 355 Refolutie van de Staaten van Holland, ten einde Ds. J. Royer, offchoon tot Capellaan van haare Koninglyke Hoogheid aangeflelt, zoude behouden het Traélement en de Rechten der ordinaris Predikanten in de Walfche Kerk in 's Hage. Den 12 April 1752. 356 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 'c ftuk der Erffenisfen, ten behoeven van de Huis- en DiaconieArmen van Oudshoorn en Gnekhoek. Den I Juny 1752. 35(5 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy van 't ftuk van Erffenisfen> aan Diaconen en Armen Voogden van Nieuwendam. Den 2 Juny 1752. Pag. 357 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Vryheer van Gemert in het Recht van Patronaatfchap aldaar. Den 16 Juny 1752. 357 Refolutie van de Staaten van Holland, hdende Oélroy op 't ftuk van Erffenisfen aan Diaconen van de Nederdnitfche Gereformeerde Gemeente te Oostzaandam. Den 15 July 1752. 358 Refolutie van de Staaten van Holland, omtrent het Emeritus verklaaren van Predikanten, welker Traélement niet uit het Kerkelyk Comptoir , maar door de Steeden betaalt word. Den 28 July 1752. 359 Refolutie van de Staaten- van f lolland, tot verhoging van het Traélement van den Engelfchen Predikant te Dordrecht. Den 29 July 1752. 360 Refolutie van de Staaten Generaal, tot bepaaling van de Kerkelyke Limiten 's Lands van den Vrye, Den 15 Augustus 1752. 360 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen aan de Regenten van de Godshuyfèn, mitsgaders aan de Diaconie en Grooten Armen in den Brielle. Den 3 Oéloberi752. 361 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie om in plaats van den overleden Predikant van de Hoogduitfche Kerke in 's Hage een ander te beroepen. Den 5 December 1752- 361 Refolutie van de Staaten van Holland, houéencle Ai3&&rifat'i<: op den Oncfangev der Kerkelyke Goederen , om met de Rentfchuldige Perfoonen te mogen convenieeren. Den 8 February 1753. 362 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by geconfirmeert word een Reglement van den Raad van Staaten, betrekkelyk de aanflelling van Kerkmeesteren van Sas van Gent. Den 9 February 1753.' 362 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by H. G. Certon,Predikant in de Walfche Gemeente te Dordrecht, Emeritus verklaard word: ook met behoud van zeekere bevoorens aan hem toegelegde Gratificatie. Den 13 April 1753. 3^3 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen het verzoek van den Magiftraat van Geertruydenberg, om tot reparatie van de Kerk en Tooren aldaar, een algemeene Colleéte * te doen. Den 3 Augustus 1753. 363 Refolutie van de Staaten van Holland, tot aanflelling van een Ziekentrooster in plaats van een tweeden Prèdikant re Katwyk aan Zee. Den 17 Augustus 1753. 364 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy ten behoeven van Burgemeesteren, Scheepenen en Kerkmeesteren van het Dorp de Waal op 't Eiland Texel, (behalven een fubfidie en quytfchelding van Ver-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. Diaconien in den Lande van Vianen, tot Vrydom van Verpondingen van de Pluyfen van voorfz. Diaconien, en ten behoeven van dezelve gebruykt wordende, als mede Auétorifatie tot uitkeering van het Oortjesgeit. Den 3 Oétober 1755. Pag. 379 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by gereguleert word de ordre in het houden der Gecombineerde Vergaderingen van het Gerecht en den Kerkenraad te Öost-Ysfelmonde. Den 8 November 1755. 380 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen, zoo aan Diaconen van de Gereformeerde Kerke te Purmerende, als aan Regenten van het Huysfitten Armen- en Gaóhuys aldaar. Den 6 December 1755. 380 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de fuppletie van het Traélement van den Predikant te Loenen. Den 17 January I75Ö. 381 Refolutie van de Staaten van Holland , tot maintien van de auótorkek der Regeen'ng van Rotterdam, betrekkelyk de beroeping van een Predikant aldaar. Den 23 January *75& 381 Refolutie van de Staaten van Lfolland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen aan de Diaconie - Armen en Weefe - Voogden van Barfingerhorn en Colhorn. Den 3 Maart 175(3. 382 Refolutie van de Staaten van Holland , ten einde zeekere Proces-kosten, by den Kerkenraad van Weesp gemaakt, niet ten lasten van de Steede Casfe van Weesp gebrast zouden worden. Den 6 Maart 1756. 383 Refolutie van d& Scaaan van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Wormerveer. Den 19 Maart 175 6. 3 8 3 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk der Erffenisfen aan en ten behoeven van de Armen te Ransdorp. Den 30 July 1756. 384 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op het ftuk der Erffenisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente, en de Arme-Voogden te Abbekerk. Den 27 November 1756. 384 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende remisfie van ordinaris en extraordinaris Verpondingen aan Kerkmeesteren en Regenten van Oterleek op de Kerkelanden aldaar , en voorts Combinatie van de Kerk te St. Pancras , met de Kerken te Outdorp en Oterleek, met bepaaling nopens de Paftorye en het Traélement van den Predikant aldaar. Den 18 January 1757. 385 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by den Kerkenraad van 's I lage gelast word, om in een geval, in 't welk eene nominatie van Predikanten by den Hove geapprobeert, en by den Magiftraat van 'sHage gefeponeert was, op nieuw een drietal te formeeren, en ter approbatie refpeélivelyk teprefenteeren. Den 29 January 1757. 385 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Willem van Neck, Predikant te Maastricht, falvo Mimjierii honore , Emeritus verklaard word. Den 23 Mey 1757. f%» n Refolutie van de Staaten van Holland', waar by aan Regenten en den Kerkenraad der Heerlykheid Spyk, ter reparatie van hunne Kerk-Toren en Paftoryen een fubfidie word geaccordeert. Den 16 Juny 1757. 388 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende het regt van approbatie en improbatie van den Predikant te Urshem. Den 17 Juny 1757- 388 Refolutie van de Staaten van' Holland, tot interpretatie van het Oélroy den 29 Augustus 1754, aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Naarden geaccordeert. Den 30 July 1757. 39Q Refolutie van de Staaten van Holland, hou-. . dende Oélroy op het ftuk der Erffenisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Kerke te Hoorn. Den 1 Oétober 1757. 390 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op het ftuk der Erffenisfen, aan de Üiaconen van de Gereformeerde Gemeente te Amfterveen. Den 1 Oétober 1757- 391 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende eene buitengewoone voorziening omtrent de te doene beroeping van een Predikant te Crimpen op de Leek. Den 10 November 1757. 391 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Marcus Guiton, Walfch Predikant te Maastricht , "Emeritus verklaard word. Den 17 7Vc>v fen. Den 9 February 174(5. 707 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Weeskamers worden gequalificeert, om de aan haar devolveerende Boedels te aanvaarden, zonder beneficie van Inventaris nodig te hebben. Den 4 December I751- 708 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word het verleenen van een Mandament van Appel door den Hoogen raad van een Appointement van 't Hof, waar by een verfoek van Confinement en Curateele was afgeweefen. Den 7 April 1753- 708 Refolutie van de Staaten van Holland nopens het inhibitief effeéc der provocatie van een Vonnis van Dykgraaf en Heemraden van de Crimpenrewaard aan den Hoogen Raad. Den 8 November 1753. 7°9 Waarfchouwing van den Hoogen Raade in Holland, raakende het employ van 't middel van Requeste Civile, in dato den 11 Fe¬ bruary 1757, en gepubliceert den 15 dito" Pag. 709 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert Word het verleenen van een Mandement van Arrest, en om Executie te zien decerneeren, mitsgaders van Rau-Aétie, met de Claufule van Edicte door den Hoogen Raade gedaan tegen eeri Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland ter Vergadering van haar Hoog Mogende. Den 3 Maart 1757. 710 Vierde BOEK, derde Titul. Raakende de Justitie tusfehen Holland en Zeeland. Refolutie van de Staaten van Zeeland, raakende de Judicatuure over de Officiers in Zeeland. Den 11 September 1609. 713 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende , hoedanig Recht ende macht aan de Provinciën van Holland en Zeeland refpectivelyk is competecrende over de beide • Hoven van Juftitie. Den 11 Augustus 16*56. 713 Waarfchouwing van dé Staaten van Zeeland, Zóo tot handhaving van derzelver authoriteit, mitsgaders de Rechten en Privilegiën van den Lande van Zeeland in het ftuk van de Crimineele Rechtspleeging, als tot fiuitinge van verfcheide provifien van Juftitie, by den Hove van Llolland aan eenige Ingezeetenen van Middelburg en Vlisfingen tegen de Officieren en Gerechten der voorfz. Steeden verleend. JDea 19 September: l7°^ 715 Vyfde BÖEK, vierde Titul. Raakende de Juftitie en Rechtsvore dering in de Landen van Braband, Vlaanderen en Overmaaze , als mede binnen dè Stad Maastricht. Act.ë van approbatie op de daar in geinfereerde Ordre en Reglement, dienende tot reformatie van de Pleyt-Kosten, als men appelleert aan de tien Banken, onder het Capittel van St. Servaas te Maastricht resforteerende, beraamt by weederzydiche Commisfarisfen Decifeurs aldaar. Den 23 September 1652. 717 Refolutie van den Raade en Leenhove van Braband, omtrent de revocatien van Procuratien , geinfereert in Contraéten onder willige Cóndemnatie gepasfeert. Den 27 September, en gepubliceert den 4 Oétober 1679. 718 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryvinge aan het Hof van het Overquartier van Gelderland, om een Sententie van den Raad van Braband ter executie te leg-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. tember 1758, omtrent de waarneeming der Ampten van Drosfaard en Secretaris door twee Per/bonen, meede betrekkelyk is op de elf Banken van St. Servaas, en de Dorpen van Redemtie. Den 11 Mey 1759. Pag« 737 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgellagen een verfoek van Drosfaard en Scheepenen van Tilburg en Goirle, ten einde de Litiganten te noodzaaken tot het employecren van een Procureur. Den 25 July »7öo. 737 Refolutie van de Staaten Generaal, omtrent de confanguiniteit en affiniteit van Scheepenen van de Brabandfche zyde te Maastricht. Den 27 December 1760. 738 Vyfde BOEK, vyfde Titul. Raakende de Crimineele Justitie en Rechtsvordering. Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het te houden Domicilium van den Ruard van Putten. Den 28 February 16*54- 739 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over zeekeren Haecx, geweefen Hoogen Raad in Brazyl, word gelaten aan het Hof. Den 16 September 1654. 739 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de bevoegdheid van den Procureur Generaal, om zoo wel Ingefeetenen als Vreemdelingen hier te Lande tot het geeven van getuigenis der waarheid te constringeeren. Den 3 Oftober 1654. 740 Refolutie van de Staaten van Holland; De Judicatuure over den Commis Antony van Mierop: Item meer anderen ob connexitatern te laten of te brengen aan 't Hof. Den 12 July 1*559. 740 Nadere Refolutie van de Staaten van Holland, nopens de Judicatuure over den Commis Mierop aan 't Hof. Den 17 July 1659. 741 Refolutie van de Staaten van Flolland, waar by de Judicatuure over zeekeren Adriaan van Angeren word gelaaten aan den Gerechte der Stad Dordrecht, als hebbende in die zaake geprevenieert. Den 15 Mey 16*60. 742 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen een verfoek van Abolitie, gedaan door vier Koopluiden in Wynen te Rotterdam, die zig disrespeclueus jeegens de Heeren Gedeputeerden terVerpagtinge gedragen hadden: en Gecommitteerde Raaden gelast met de Crimineele Procedures jeegens dezelven voort te gaan. Den ii December 1676*. 743 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende dat van crimineele vonnisfen in Braband geweefen geen Appel ofte Reformatie vallen VIII. Deel. kan; en wyders omtrent de quaerela en dë recurfus ad Principem. Den 15 April 1707, Pag. 744 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de corporeele ftraffe van Geesfelen en Brandmerken, die aan de Perfoon van de Gecondemneerde weegens derfelver defaillance niet konde geëxecuteert worden, word gehouden voor geinfligeert. Den 4 January i73o- 745 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen een verfoek van mitigatie van ftraffe, gedaan door iemand, die by Sententie van 't Hof was gecondemneert naar een Colonie voor zyn leven getransporteert te worden. Den 23 Juny 1731.746 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by incompetent verklaard worden zeekere Crimineele Procedures, door den Procureur - Generaal tegen een Secretaris van de Weeskaamer van 's Hage ondernomen. Den 31 July 1731. 748 Refolutie van de Staaten Generaal, op een verzoek van den Schout van Venlo, tot fuppletie van een zevenden Scheepen ter deerne van zeekere Crimineele Procedures. Den 26 Juny 1741. 749 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Judicatuure van den Hove word gerenvoyeert de cognitie over zekere drie Perfoonen, die te vooren als fufpeér. zyn^ de van Spions te weefen , door Gecommitteerde Raaden gearresteert waaren. Den 25 July 1747. 750 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Ruard van Putten zeekere fomme word toegelegt tot reparatie van fchaden aan het Slot en Hove van Geervliet door een zwaare florm geleeden. Den 21 Maart 174S. 750 Refolutie van de Staaten van Holland, op een Misfive van haare Hoog Mog. ten einde op verzoek van het Hof van Brusfêl geapprehendeert moge werden een Perfoon, die de Keizerlyke Krygs-casfe hadde beftoolen, en zig te Gorinchem zoude bevinden. Den 3 September 1750. 751 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende qualificatie op Fcheepenen van Budel, om zeekere drie geapprehendeerde vagabonden voor eenige jaaren tot lasten van de Meyerye te conflneeren. Den 13 January 1751* 75* Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan Scheepenen van Beek en Donk, om tegen zeekere reeds gevonnist zynde perfoonen ter zaake van nieuw opgekoomene befchuldigingen de novo te procedeeren. Den 5 February 1751. 752 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het (haffen der geenen, die zig aan bedelen en vagabonden, zonder eenig ander flrafbaar fait gecommitteert te hebben, hadden fchuldig gemaakt. Den 22 April 1751* 753 Refolutie van de Staaten Generaal, tot vers goe-  Vorens de methodifche verdeeling vari het Werk. het verleenen van Brieven Submisforiaal, door haar Hoog Mog. Commisfarisfen Inflructeurs te Maastricht. Den 2 April 1755- , Pag- 777 RcfoJutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeweezen een verzoek van Reliëf tegen den laps der fatalia appellationis van een Crimineel Vonnis, by den Hoogen Brabandfchan Gerechte te Maastricht geweezen. Den 21 April 1755. 777 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Cognitie en Judicatuure over Crimineele befchuldigingen ten lasten van Johannes van Wena, Predikant te Weèfp, word gedemandeert aan den Hoogen Raade. Den 14 Mey 1755. 7:8 Refolutie van de Staatert van Holland , waar by verklaard word de onbevoegdheid van Scheepenen van Delft, om in plaats van den Officier weigerende met geëntameerde procedures voort te gaan, een ander aan te Hellen ; en voorts buiten erTeél geilek een aanfehryving desweegens door 't Hof aan gemelde Scheepenen. Den 19 December 1755- 784 Refolutie van de Staaten van Holhnd, houdende Auétorifarie op 't Hof, orn impuniteit aan inedepligtigen van Dieveryen en Hüfsbraaken te mogen belooven. Den 17 January 1750V 7^5 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Judicatuure over twee Vreemdelingen, befchuldigt van valfche Oostenrykfche Munt te hebben gefabriceert, te 's Hertogenbosch in detentie gebragt, en door den Yiscaa\ van Brabant gereclameert, word gelaaten aan Scheepenen van 's Hertögenbosch* Den 22 Oétober 1756. 785 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende. Auétorifatie op den Drosfaard des Marquizaats van Bergen op den Zoom , om zeekeren gedetineerden, die deszelfszwaarde del iét op Oostenryks Territoir geperpetreert had, aan den Provoost,Generaal van het Oostenryks Brabant over te geeven. Den 5 November 1756. 786 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, welke boetens by het Officie Fiscaal van Brabant genooten mogen worden , en over welke het zelve Officie mag compofeeren. Den 19 November 175Ö. 787 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek, om tegen de executie van een Crimineel Vonnis, extraordinair en op confesfie gewezen, by haar Edele Groot Mogende voorzien te werden, is afgeweezen. Den 7 December 1756. 788 Refolutie van de Staaten Generaal, tot voortzetting van Crimineele Procedures tegen een Luykenaar , die op Staats Territoir een Moord begaan had. Den 29 July 1757. 790 Refolutie van de Staaten Generaal, op een verfoek van den Heer van Olne, dat de Bailliuw aldaar niet teffens zoude mogen zyn Sergeant en Cipier van deil Dorpe Bligner. Den 8 November 1757. Pag. 790 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan Scheepenen van Hilvarenbeek, oin teegen zeekeren Gedetineerden diverfe Dieveryen geconfesfcërt hebbendé, vonnis te wyfen, zonder den zeiven aan den Militairen Rechter weegens bevoorens gepleegde Dcfcrtie over te geven. Den 13. February ) 758. 791 Refolutie van de Staten van Holland, waar by een verfoek om Mandament van Réviflëpro Deo, dóör de Weduwe van Swieten gedaan, word afgewecfen. Den 16 November 175 8. 7 92 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Rentmeester van het inkoomen der Gevangenpoort te's Hertogenbofch verleend worden Letteren Executoriaal, tot inninge der aan hem verfchuldigde penningen. Den 4 December 1758. 793 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende aanfehryving aan den Hoogen Raade, betrekkelyk de dis'pöfitie, bp een 'verfoek van Johanna Brouwers om Reviüe pro Deo te vallen. Den 25 April 1759. 793 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de verpligting van den Hoogfchout der Stad feh Meyerye van 's Hertogenbofch, tot het betaalen van zeekere verteeringe en karrevragteh breeder daar by geroeid. Den 5 September 1759. 794 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens het aan den Lande in reekening brengen van de kosten op het onderhoud van géconfineerde Perfoonen. Den 14 Septem- < b?r 1749- 794 Reiolutie van de Staaten van Holland, op een verfoek 'om Mandament van Revifiepro Deo, door Dirk Sire de Boo gedaan. Den 14 February 1760. 795 Refolutie van de Staaten Generaal, tot tnaintien van den Magiftraat 'sLznós Van den Vryen in derfel ver Jurisdictie, tegen gedaane indragt van den Magiftraat der Stad Sluys. Den 14 February 1760. -796 Refolutie van de Staaten van Holland, op gedane klagteh van den Magiftraat van 's Hage , ter zaake dat 't Hof het Lyk-Van zeker verdronken Vrouwsperfbou , by gemelden Magiftraat gefchouwd, door den Drosfaard en Dienaars uit het Luyhuys vari de Groote Kerk hadde doen halen. Den i ) Maart 1760. 797 Refolutie van de Staaten van Holland, tot het repareeren en onderhouden van het Slot te Geervliet, ten einde aldaar de Vief fchaaf van den Lande van Putten te kunnen houden. Den 10 Mey 17do. 800 Vyfde BOEK, zësde Titul. Betreffende de Rechtsvordering in de Stee den, den Haage, en ten Platten Lande. Refolutie van de Staaten van Holland, houe 2 den-*  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. kende de Qaknges tegen eenige Wynkoopers te Amfterdam, ter zaake, van het niet verwonen en overgeven van Schippers Declaratoiren, wegens Dranken, buiten de Provincie vervoert. Den 31 July 1756. Pag. 818 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, hoedanig te procedceren door een Bailliuw, aan wien op een verfoek om Decreet van Dagvarding in perfoon in cas van gemeene Midddelen Nihil was verleend. Den 28 January 1757. 819 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens de Judicatuure over een geaüthorifeerde Looper en Cherger, zig aan ontrouw fchuldig gemaakt hebbende. Den 17 January 1758. 821 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen het verfoek van de Procureurs voor Gecommitteerde Raaden poftuleerende, omme reftitutie der penningen , bevoorens voor hun Procureurs-Ampt gefurneert. Den 10 Maart 1758. 821 Refolutie van de Staaten van Holland, opeen verfoek, om jeegens een Comparuit, in cas van Reformatie by Gecommitteerde Raaden verleent, gereleveert te worden. Den 8 Juny 1759. 822 Vyfde BOEK, agïste Titül. Betreffende de Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. ReCohltie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat in zeekere Revifie by de Admiraliteit de prefente, en niet de inmiddels afgegaane Raaden van dat Collegie, over defelve Revifie zouden hebben te vaceeren. Den 3 February 1745. 823 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan de Collegien ter Admiraliteit , om in de Aélen den naam van haare Koninglyke Hoogheid, als Gouvernante en Voogdesfe van zyn Hoogheid, te gebruiken. Den 25 Oclober 1751*. 824 Refolutie van de Staaten Generaal, op een verfoek van den Envoyé van Deenemarken, ten einde de verfchillen tusfehen Deenfche Schippers en derfelver Matroofen aan de deciüe van den Deenfchen Agent of Conful hier te Lande te werden geren voyeert. Den 11 April 1754. 824 Refolutie van de Staaten Generaal, Waar by de Judicatuure omtrent de aanhouding van zeekere twee Runderbeesten, die van den Oudenbofch naar Gastel zonder Paspoort vervoert waren, word gelaaten aan de Admiraliteit. Den 5 Augustus 1757. 825 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende klagtenaande Staaten van Zeeland, over den Magiftraat der Stad Veere, welke had kunnen goedvinden, om twee Scheepen door den Commis Generaal wegens fraude aangeflagen, uit het arrest te ontdaan, fieri 31 Maart 1758. pag. 826 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, in welke gevallen het aan de Admiraliteit gepermitteert is Rapportgeld te mogen declareeren. Den 7 April 1758. 828 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan 't Hof van Venlo, om zig met geene zaaken 's Lands in en uitgaande Rechten raakende te bemoeyen. Den 6 September 1758. 829 Refolutie van de Staaten Generaal tot maintien van de Admiraliteit, in derfelver recht van Judicatuure over de aanhaaling van zeekere Runderen >, die zonder Paspoort vervoert waaien. Den 16 November 1758. 829 Vyfde BOEK, negende Titul. Betref ende de Manier van Procedeer ren voor Dykgraaf en Heemraaden Van Rhynland, Delfland enSchieland &c. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenerwaard word gedelegeert de decifie van zeekere differenten, tusfehen Waarsluyden en Ingelanden van de Polders de Kromme - Geer en Zyde, in den Ambagte van Ouderkerk op den Ysfel, ter eenre, en Schout en Heemraaden van Lekkerkerk, ter andere zyde j ontftaan. Den 12 Mey 1752- 830 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy aan Ingelanden van Stads en Godshuis Polder, omtrent het aanftellen van Poldermeefters over de voorfchreevö Polder. Den 27 Mey 1742. 832 Refolutie van de Staaten van,Llolland, waar by aan het Collegie van Heemraaden van Waterland word toegekent de Cognitie over alle zaaken, ook in cas Crimineel, de Waaterlandfche Zeedyken concerneerende. Den 19 Mey 1753. 832, Vyfde BOEK, tiende Titul. Betref ende de Manier van Proce* deeren voor Houtvester en Meefierknaapen. Nihil. Vyfde BOEK, elfde Titul. Betreffende de Manier van Proce* deeren voor Stadhouder en Leenmannen. Nihil. e 3  Volgens de methodifche vérdeeling van het Werk. Appointement van den Raad van Staate, op de Requestevan Johan Schatters, Auditeur Militair, houdende dat een Auditeur Militair met desfelfs Familie niet onder den Rurgerlyken, maar alleen onder den Militairen Rechter gehooren. Den 8 February 1737. Pag. 847 Refolutie van den Raad van Staate, wat omtrent het uitftellen van de Straffen van zwangere Vrouwen by de Krygsraaden moet geobferveert worden. Den 4 Maart 1738 847 Refolutie van den Raad van Staate, hoe de Krygsraaden zig moeten gedraagen omtrent de kosten, die op het innemen van een Ad vis van Rechtsgeleerden koomen te loopen, en door wien defelve kosten zoo in Civile als Crimineele zaaken moeten worden betaak. Den 13 Maart 1739. 848 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verftaan is, dat zeeker Deferteur te Embdcn, die na expiratie van den tyd, by het Placaat wegens het Generaal Pardon gefixeerr, zig aldaar vry willig had aangéfeeven, om réedenen daar by vermeit, van 't vporZ. Pardon moet jouïsferren. Den 14 April i74i. 848 Refolutie vari de Staaten Generaal, waar by verftaan is, dat zeeker Deferteur wegens zyne begaane defertie zal worden gepardonrieert, zonder egter daar by den Capiteyn te verpligten, om denfelvén Deferteur weder in zyn Compagnie waar uit hy gedeferteert was, te neemen, en te laten dienen als Soldaat. Den 26 April 1741. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Jncobus Wils, geweefen Soldaat, begfeepen is in het Generaal Pardon; mits zig fifteerende by zyne Compagnie, dog ten aanfien van zyn verfoek, Öm niet geapprehendeert te worden, Werd afgeweefen, en den Auditeur te Sluys gelast tegert denfelvén te procedeeren. Den 29 July 1741 849 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verklaard word, dat een gedeferteerd Soldaat, zig in Indien bevindende, van het Generaal Pardon zou mogen jouïsfeeren, mits by zyn retour uit Indien, zig aanftonds by zyn Regiment fifteerende. Den 10 September 1746". 850 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Krygsraad van 's Hertogenbofch, om zeekeren Delinquant,op de misdaad vanDieverye betrapt, en nog geen jaar en zes weeken uit den Militairen dienst geweest zynde , aan den Hoogfchötit der voorfchreeve Stad over te leeveren. Den 5 Oétober 1746. 850 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het fchouwen van verdronken of andere doode Lichaamen, fpeciaal van Militaire perfoonen, binnen het Diftriét der Fortificatiën in de Barrières. Den 18 Oétober 175c 851 Refolutie van den Hoogen Krygsraad der Ver- eenigde Nederlanden, omtrent het vorde^ ren van pretenfien tot laste van Officieren, ter fomma van dertig guldens of daar onder. Den 22 Maart 1751. Pag. 852 Refolutie van de Staaten Generaal, tot mamtien van den Magiftraat van Venlo, in derzelver recht van Judicatuure over Militairé perfoonen, die zig aan contraventie en fraudes in 't ftuk van Gemeene Middelen fchuldig maken. Den 5 November 1751. 853 Publicatie van den Hoogen Krygsraad, tegens het geven van Credit aan Officieren ter zaake van Verteeringen. Den 24 December 1751. 854 Publicatie van den Flöogen Krygsraad, tegen het plegen van Zwindelaryen ingevalIe van Geldleeningen aan Officieren. Den 24 December 1751. 855 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens het overgeeven van Burgers en Ingezetenen in de Barrières, zig aan eenig deliét teegens Militaire perfoonen fchuldig maakende. Den 10 Augustus 1753. 856 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens het addresfeeren van Letteren Requifitoriaal tot het hooren van Getuigen, Militaire perfoonen zynde. Den 17 September 1753. ' 856 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de Judicatuure over eenige perfoonen, zig aan het forceeren van de buitenfte Barrière te Maaitricht fchuldig gemaakt hebbende. Den 7 December 1753. 857 Refolutie van den Raad van Staate, omtrent de verpligting der Auditeurs Militair, tot hec gebruiken van Zeegels, in procedures, waar in zy rahorn offïcii ageeren. Den 12 Maart 1754. 858 Refolutie van Gecommitteerde Raaden, nopens de onbevoegdheid van den Hoogen Krygsraad tót het geven van ordres aan de Solliciteurs, om uit Traéternenten of Penfioenen van Officiers, ter repartitie deezerProvincie ftaande, eenige betaaling te doen. Den 29 Mey 1754. 859 Refolutie van Gecommitteerde Raaden, waar by gereguleert word de forme van procedeeren op verzoeken van körtinge op de Traéte meuten of Penfioenen van Officieren. Den 1 Auguftus 1754. 859 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het overgeven aanBailliuw en Scheepenen van Axel en Neufen , van zeker Burger, die benevens een Soldaat door de Militaire Wagt geattrappeert was in het Ca naai van Axel, bezig zynde met Mosfe len te vangen, en vervolgens in de Pro voost gebragt. Den 6 Juny 1755. 8do Refolutie van de Staaten Generaal, nopens dè verpligting der Zwitzerfche Officiers tot het gebruiken van gezegeld Papier tot Documenten in procedures dienende. Den 18 September 1755. 8(51 Nadere Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de verpligting der SwitferfcheKrygs- raa-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. th verminkte Postillons. Den 28 Mey 175Ö. Pag. 897. "Refolutie van de Staaten van Holland, tegen het ryden der vreemde Postweefens op het Territoir van den Staat, mitsgaders het aangaan van Tractaaten of Conyentien met defelve, anders dan óp approbatie van haar Edele Groot Mog. Den 2 December 1756. 898 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de administratie van het Generaale Post-Comptoir te Amfterdam. Den 25 January 1757. 898 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen een verfoek van Bailliuw en Kerkmeesteren van s Gravelande en Zand-Ambagt, om de Lammer-Tienden, bevoorens aan dé Domeinen afgeftaan, aan hun te retrocedeerem Den 10 Juny 1758. 900 Placaat van de Staaten van Zeeland, ter ontdekkinge van Tienden, Ambagts - porden en Leen-landen, by faute van Capabel Hoir, of verhef, aan de Domeinen vervallen. Den 30 April 1759. 901 Conventie tusfehen de Heeren Staaten van Holland en Zeeland, over de contentieufe Limiet - fcheiding van het Territoir van haar Edele Groot Mog. en de LIeerlykheid van Sommelsdyk. , Den 12 Juny 1759. 90a Refolutie van de Staaten van Zeeland, tot approbatie en ratificatie der bovengemelde Conventie. Den 25 Juny 1759. 904 Refolutie van de Staaten van Holland, tot approbatie en ratificatie der bovengemelde Conventie. Den 10" Augustus 1759. 905 Zesde BOEK, tweede Titul» Raakende de Zeevonden en Strand- rooverjen. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, teegen het in Zee visfehen en ophaalen van Ankers, Touwen, en ander verongelukte Goederen, zonder defelve aan te brengen. Den 2 Oétober 1670. 906 Reglement van de Staaten van Zeeland, op de geflrande, genaufrageerde, buiten eh binnen de Tonnen geviste en opgebragte Goederen, waar na de Rentmeefters Bewesten en Beoosten Schelde, Bailliuw van de Wateren, en Vafallen van de Provincie van Zeeland, met het Regt tot Zeevonden en geflrande Goederen geinvestieert, Zig voortaan (voor zoo veel een yder van hun aangaat]) zullen moeten reguleeren en gedragen. Den 14 juny 1751. 907 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, teegen het inkoomen van Scheepen of inbrengen van Goederen , van Conftantinopolen ofuit de Levant komende , vermits de aldaar grasfeerende peftiVIII. Deel. lentiaale ziekte. Den 6 November 1751 Pag, 915 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanflelling van een Commisfm's van haar Hoog Mog. in het Graaffchap Cornwal, of? op de Kust van Monsbay in Engeland, fpecialyk om de aldaar invallende of ftrandende Scheepen te hulpete komen. Den 1 December 1755. 915 Refolutie van de Staaten Generaal, tot ampliatie der Commisfie van den Commisfaris in het Graaffchap Cornwal, ten aanfien van te verleenen adüftentie aan 's Lands Oorlogfcheepen. Den 21 Mey 1756. 916 Publicatie van Gecommitteerde Raaden vanHol* land , tegen het losmaaken van eenige ZeeTonnen ; mitsgaders tot bepaaüng van het Bergloon van afgedreeven Zee - Tonnen. Den 12 A ugustus 1757. 917, Refolutie van de Staaten van Holland, ge-' noomen op aanfebryving van haar Hoog. Mog. tot het neemen van de noodige precautien tegen het inbrengen van geftrandè Goederen van befmette piaatfen uit cie Levant komende. Den 24 Augustus 1759 918 Zesde BOEK, derde Titul. Raakende de Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veer en. , Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verlüaaring nopens de betaaling van het Straat- / geld wegens den Straatweg tusfehen s'iïer- togenbofch en Eindhoven. Den 9 Maart I75L 921 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Magiftraat van 's Hertogenbofch tot het flellen eener Barrière op den Steenweg by het Dorp van Vugt. Den 11 Maart 1751. 921 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring, welke zoorten van voitures het bovengemelde Barrière - geit verfchuldigt zyn. Den 15 Juny 1751. 922. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie, aan welke perfoonen com-. peteert de vrydom der Gabellen, tot het heffen van welke Burgemeesteren en Re^ geerders der Steede Weesp by Oélroy int dato 31 July 1744 Zyn gequalinceert geworden. Den 13 Oétober 1751. 922. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie van het Oélroy den 2t . July 1745 aan Dykgraaf en Heemraaden van de Watergraaf of Diemermeer, tot het heffen van Gabellen van Wagens en Paarden, de voorfz. Meer pasfeerende, verleend. Den 26 Mey 1752. 924 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy tot het aanleggen van een Veer over de Oude Maafe tusfehen de Heerlykheeden Rhoon en Goidf fchaL  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. Raeaaten van 21 February en 8 Maart 1752, in de Landen van Overmaafe &c. by provifie buyten executie te houden. Den 10 Maarjc 1752. Pag. 94.6 Refolutie van de Staaten Generaal, dat de Brabandfche Oortjens in Staats Vlaanderen niet hooger dan tot een duit Hollands zullen worden uitgegeeven en ontfangen. Den 1? April 1752. 947 Relolutie van de Staaten Generaal, tot approbatie van zeekere gedaane evaluatie der Permisfie Schellingen door den I love van Venlo. Den 19 April 1752. 947 Publicatie van de Staaten Generaal, tot het doen circuleeren van de heele, halve en quart Ryxdaalders, buyten de Vercenigde Provinciën gemunt. Den 15 September 1752. 947 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde der Permisfie Schellingen, zoo in de Stad Venlo, als jn het Ampt van Montfoort, en in de Heerlykheid Stevens waart. Den 9 November 1752 943 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde der nieuwe Brabandfche Permisfie Schellingen, in de Piaatfen aan Oostenryks Vlaanderen grenfende. Den 25 Mey 1753. 949 Placaat van de Staaten Generaal, teegen het verfenden naar buiten 'sLands of het verfmelten der Nederlandfche Zilvere Standpenningen ; mitsgaders het befiioeyen en biquetteeren van Goude of Zilvere Penningen. Den 28 November 1753. 94.9 Refolutie van de Staaten Generaal, tegen het verleenen van Pasporten tot den invoer van vreemde Duytplaatjes. Den 9 July 1754. 95i Placaat van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde van zeekere nieuw gemunte Luykfche Schellingen. Den 7 Oétober 1754. 951 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van den nieuwen Cours der Geldspeciën in de Landen van Overmafe, het Graafffchap Vroenhove, Dorpen van Redemtie, en de elf Banken van St. Servaas. Den 29 April i75d. 952 Refolutie van de Staaten Generaal tot confirmatie van de Luykfche Cours der Geldfpecien, plaats hebbende te Budel, onder de Baronnie van Cranendonk. Den i<5 November 1757. 953 Waarfchouwing van de Staaten Generaal tot onderfcheyding van zeekere valfche Ducaten in eenige Diflriéten van Duytfchland gedebiteert. Den 6 December 1757. 954 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de kosten van zeekere Commisfie, door den Efayeur Generaal af-8 gelegt, door de respeétive Muntmeefters moeten werden gedragen en voldaan. Den 29 Maart 1758. Pag. P55 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende qualificatie op de Muntmeefters van Holland en Westvriesland, tot het munten van nieuwe Neederlandfche Pyl - ftuyvers. Den 30 November 1759. 956 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan de Ontfangera van 'sLands Middelen om de Nederlandfche Goude ongerande Ducaten tot zeekere prys in betaaling aan te ncemen. Den 8 Maart 1760. 95°" Placaat van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde van de Franfchè Kroonftukken, vyfBlamuyfer - flukjes, dubbelde Brabandfche en Luykfche Schellingen. Den 27 Maart 17*50. 957 Refolutie van de Staaten Generaal, tot qualifkatie van het Hof van Venlo , om tenaanfien der Circulatie van /legre Zilvere Speciën, in het Over-quartier van Gelderland te vigileeren. Den 19 Mey 170*0. 958 Waarfchouwing van de Staaten Generaal, houdende eene Renovatie en Ampiiatïe van het Placaat van den 1 Mey 1750, tot redres der Goud-fpecien gearrefteert. Den 2 Juny 176c. 958 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van het Joon, aan de Munteren tebetaalen, voor het Munten en Randen der Goude Ryders. Den 2 Juny 1760. 96b Placaat van de Staaten Generaal, tegen het inbrengen en debiteeren van Brabandfche halve fluivers-en oortjes -frakken in het Diftricl: van de Generaliteit. Den 4 Juny 1760. 96r Refolutie van de Staaten Generaal, houdende diverfe bepaalingen omtrent de intrinfique waarde der te munten Goude Ryders en Ducaaten. Den idjuly 1750. 9<5r Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordre, aan de Muntmeefters deefer Landen, om voortaan alle Zilvere fpecien met een Karteling of Cabeltje om den rand te voorfien. Den 3 November 1760. 963 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring,dat het maaken der Nieuwjaarspenningen geene relatie heeft tot het bevoorens gedaan verbod, om niet anders dan ophooge ordre Muntfpecien te flaan. Den 10 December 1760. 9 f53 ZEVENDE BOEK. Zevende BOEK, Eerste Titul. Raakende de Finantie. Refolutie van de Staaten van Zeeland, waar by geintroduceert word eén belasting óp de Ampten binnen defelve Provincie, of buyten defelve op Collatie van iZeeuwfche Colf 2 le:  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. dende verklaaring, dat Commisfarisfen van 's Lands Posteryen en derzelver Miniders, aan de quartaals kortingen der Traélementen zyn gefubjeéteert. Den 7 Oélober I756'- Pag. 981 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het Traélement van den Prefident van den Hove met den dag van het depecheeren zyner Commisfie ingang neemt. Den 3 Mey 1758. 981 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het Arïsptgeld, en den 200 Penning, te betaalen door de Secreta risfen van de Provinciaale Reekenkamer. Den 17 January 1759. 981 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Subftttufi Griffier van den Hove, en alle verdere Amptenaaren en Officianten, by den Hove wordende aangeflelt, en uit de Grime betaalt,aan de Quartaals kortingen der Traétementen zyn gefubjecteert. Den 17 January 1759. 982 Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Anipt van Commisiaris tot het recipieeren van de doorpasfeerende Militie binnen Dordrecht, van het Quohier van den 200 Penning.- Den 9 Mey 1759. 983 Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt van eerfte Boekhouder van de Timmerwerf van de O. I. Compagnie ter Kamer Amflerdam,- en tot aanflag daar en tegen van het Ampt van den Equipage - meester en van den vierden Ciercq der voorfz. Timmerwerf in de Lyst der /Imptgelden, en het Quohier van den 200 Penning. Den 8 Juny 1759. 983 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring dat Mr. A. van der Mieden , van tweede tot eerfle Secretaris van haar Ed. Gr. Mog. aangeflelt zynde, geen nader furnisfement van Amptgeld, nog korting van Traélement fubjeél is. Den 14 July 1759. 984 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het Amptgelt, door de Clercquen ter Griffie van den Hove van Holland te betaalen. Den id Augustus "759. 984 Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt van Sluyswagter van de St. Anthonis Sluys te Amflerdam. van de Lyst der Amptgelden, en het Quohier van den 200 Penning. Den 20 Oélober 1759. 985 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de ordinaris Clercquen ter Secretarye van Llolland, voor derzelver meerder werk een Jaarlyks douceur word toegelegt. Den 12 Juny 1760. 985 Zevende BOEK, tweede Titul. Raakende de perfoneele Quotifatie. Nihil. 'Zevende BOEK, derde Titul» Weegens de Liberaale Gifie of Vyf tig/ie Penning. Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by word afgeweezen een verzoek, om exemtie van de liberaale Gifte, door de Regeering van de Klundert uit hoofde van de geringe gefleltheid van derzelver Inwoonderen gedaan. Den 19 Oélober 1747. Pag. 985 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen het verfoek van verfcheide Koopluiden en Asfuradeurs te Amflerdam en te Rotterdam , om gedispenfeert te zyn van den eed by het doen van de liberaale Gifte. Den 25 Oftober 1747. 987. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek om exemtfe van de lineraale Gifte, zoo veel aangaat der Supplianten Landeryen onder den Vy« and geleegen, en die op hooge ordre waren geinundeert. 'Jen 2S öótober 1747.987 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig de Legaatenin de begrooting van de liberaale Gifte gereekent moeten worden. Den 5 July 174.8. 988* Refolutie van de Staaten van Holland, houdende , op wat wyze geprocedeert moet worden tót invordering van de Liberaale Gifte, tegen Adriaan Bastiaanfe, welke in de maand November 1747, en dus na het emaneeren van het Placaat, uit de Stad Gouda met 'er woon was vertrokken na Zegveld in de Provincie van Utrecht. Den 5 September 1748. 988 Refolutie van de Staaten van Holland, op een Misfive van Commisfarisfen tot de Liberaale Gifce te Giefen Nieuwkerk, betrekkelyk het geval van zeeker perfoon de betaaling van de liberaale Gifte declineerende, op prsetext van te zyn een Zeeuwfche Vlugteling, wiens Landeryen om den Vyand waaren gcinundeert. Den 5 September I748- 989 Zevende BOEK, vierde Titul. Raakende de Gemeene Middelen ten tyde der Verpachting. Refolutie van de Staaten van Holland j dat de Transporten en Hypothecatien van Scheepen in de Stad Amflerdam mogen worden gedaan voor Notarisfen en Getuigen. Den 20 July 1669. 990 Zevende BOEK, vyfde Titul. Raakende het Provifwnee! Middel tot remplacement der afgefchafte Pagten. Nihil. /3 Zft-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. dende bepaaJ/ng, op welken voet het aan de Bierfleekers gepermitteert is hunne verzuurde Bieren aan Branders, Azyn-maakers en Catoen-drukkers te verkoopen. Den 29 Jimimy 1751. Fag. 1025 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Hoeden - Fabriqueurs vergunt word den Impost op de Turf op den zelfden voet als de Verwers te betaalen. Den 29 January 1751. 1026 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van de Ordonnantie op 't Zout Art. 1.8 en 23. — op de Zeep Art. 12.— en op de Brandewynen Art. 22 en 23. Den 18 February 1751. 10-26 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de kortinge van drie percent voor Leccagie, aan de Grosfiers in Zeep, word ingetrokken. ' Den 18 February 175!. 1027 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende lyerklaaring, dat van Schippers- en Jagers - Knechts geen Heere-gcid bchoefc betaalt te worden. Den 19 February 175 r. I 1028 Publicatie van de Staaten van Holland, tot elucidatie van het 6 en 8 Art. der Ordonnantie op het Karosfen Geld. Den 20 February I75I, I02 8 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende eenige bepalingen betrekkelyk den Impost öp de Waag. Den 23 February i75i- 1030 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by gepermitteert word tot het vervoeren van Goederen, Impost fubjea, een gehuurd Schip of Vaartuig té gebruiken. Den 27 February 1731. 1030 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 4 Art. der Generaale Ordonnantie. Den 2 Maart 1751. 1031 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het tonnen van de Turf ten diende van de Pypen- en Potten - bakkers Trafiquen te Gorinchem. Den 10 Maart 1751. 1032 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het recht van de inkoomende Tabak niet alleen van de Tabak, die in de Provincie word gelost en opgeflagen, maar ook die alleen de Provintie pasfeert, betaalt moet worden. Den 13 Maart 1751. - 1032 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de betaaling van het Kluit-geld, in de Ordonnantie op de Confamtie van de Turf vermeld. D»en 8 April 1751. 1033 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling nopens den Vrydom van Grutters, Vleeshouwers en Bleekers in het Karosfen- geld , van de Rytuigen , wTaar voor zy hunne Paarden gebruiken. Den Io April 1751. 1033 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by onder zeekere precautien aan de Grosfiers van Zeep te Gorinchem gepermitteert word het uitÜaan van Zeep naar piaatfen, alwaar 'sLands Impofitien niet geheven wórden. Den 20 April 1751. 0 jw I0^ Publicatie van de Staaten van Holland .betrekkelyk 1. den Eed, door de'Wynkooperé te doen. 2. het betaalen van Impost door de Koópluyden en Grosfiers voor hunne Confumtie. En 3. de Quantiteit van Sterke Dranken- door de Herbergiers en Tappers ten platten Lande in te flaan. Den 20 April 1751. . 1034 Publicatie van ^de Staaten van Holland, concernecrende Y.et uitHaaii en verwerken van Scharrebier. Den 20 April 1751. 1035 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Heeren en ReJciTirie-gekl te betaalen van Chirurgyns Leerlingen of Knegts. Den 21 April 1751. 1036 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by verklaart Word, dat het Recht op de groove Waarcr. moet betaalt worden van alle Lood, zonder onderfcheid of het van Oud Lood, dan wel van Nieuwe Blokken verfmoken is. Den 22 April 1751.1037 Publicatie vjn de Stxncn van llolland, betrek* kelyk den Eed, te doen door de Molenaars en hunne Knegts maaiende oo Brouw- of Mout-Molens. Den 14 Mey x75l> io3? Refolutie van de Staaten van Holland, waar by onder eenige precautien aan de Faétoors en Zeehandelaars in buitenlandfch Spek, gepermitteert word wegens hunne In- en Uitflag van tyd tot tyd met de Gaarders af te reekenen. Den 15 Mey 1751. 1038 Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanig het Heeren en Redëmtie-geld te betaalen van Ondermeesters of Ondermeesteresfem Den 19 Mey 1751. I039 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens het ftedelyk recht van Vlaardingen in het ftuk van de Gemeene Middelen. Den 21 Mey 1751. j^joq Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de betaaling van het Waag-geld van Honirig| die in' Smaltonnen en Tiersjes, en niet by het gewigt verkogt word. Den 2 6" ^ey 175*-" 1040 Refolutie van de Staaten van Llolland, ten einde de Wynkoopers te confhïngeeren tot het afleggen van den Eed, aan dezelven opgelegt. Den 27 Mey 1751. 1041 Refolutie van de Staaten van Holland, approbeerende zeekere gemaakte fchikking tusfehen de Bakkers en Molenaars te Amflerdam omtrent het afgeeven van Billietten aan de Molenaars , ten einde daar op de te maaien Graanen by de Bakkers af te haaien. Den 29 Mey 1751. 4-04! Publicatie van de Staaten van ■•Holland, nopens het betaalen van het Heeren- en Redemtie geld van de Tuinlieden en Tuinknegts. Den 19 Juny 1751- 1042 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende vermindering van Impost op de binnengebrouwe Bieren. Den 23 Juny 1751.1043 Bar  Volgens de methodifche verdeeling van het Werlc Üé Spaanfche Zeep. Den 26 January 1753'. Pag. 1061 Refolutie van de Staaten van Holland, tot eenige verandering in de Inflruclie van den Contrarolleur van des gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder Quartier betrekkelyk deszelfs te doene voorjaars-ronde. 1 Den 30 January 1753. 1062 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de vrydom van 's Lands Impofitien, aan de Diaconie-Armen vergunt, zoo dié in Godshuifen gealimenteert, of by anderen bedeed worden; Den 3 0 January 1753. 1063 Publicatie van de Staaten van LJölland, houdende verklaaring, dat de geenen, die in het Koffy- en Thee-geld tauxabel zyn, zig moeten opgeeven in de hoogde Clasfe, waar onder zy gehooren. Den 31 January 1753. 1963 Refolutie van de Staaten van Holland \ houdende ordre, dat de geenen, die in den Hage de qanliteiten van Wynkooper en Slyter of Tapper te zamen exerceeren, zig omtrent de continuatie in eene van beide die qualiteiten moeten declareerem Den 8 . Maart 1753. 1064 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Auélorifatie op Gecommitteerde Raaden, om den impoft van twaalf ftuyvers op de Ton Zeep voor vyf jaaren in admodiatie te geven. Den 9 Maart 1753. 1065 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende dat het Koffy - en Theegeid moet worden betaalt ook weegensDienstboden, die Kostgeld genieten. Den 10 Maart 1753. j 06$ Refolutie van de Staaten van Llolland, tot vermindering van den Impoft op de Zeep ten behoeven van de Fabriqueurs tot de Warp- en Fuftein-balie te Leyden betrekking hebbende. Den 27 Maart 1753. iodf> Refolutie Van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat in het 3.- Art. van de Ordonnantie op het LIeerengeld, onder Bakkers Knegts niet zyn begreepen PaflyBakkers-Knegts en Meiden. Den 11 Mey - 1753- ioód Publicatie van de Staaten van Holland, tot verbetering van een Druk-fout in het 30 Art. der Ordonnantie op de Wynen. Den 11 Mey 1753. IGd7 Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering Van den Impoft op de Kooien, in zeekere Yzer-gieteryen gebruikt wordende. Den 12 Mey 1753. 1067 Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impoft op de Kooien, in zekere Glasblazerye te Rotterdam gebruikt wordende. Den 12 Mey 1753. 10Ó8 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het woone'n van Branders of DiftillateurS met Grosfiers of Slyters of Tappers in.één Huis of naast malkanderen. Den 15 Mey . 1753- 1069 Publicatie.van de Staaten van Holland, houVIII. Deel. dènde ordre aan do Prifeerders van liet BePStiaal om de geprifeerde Beeften dadel yk te merken. Den 15 Juny 17 5 3. Pag. 107Ó Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 6 en 7 Art. van de Ordonnantie op 't klein Zegel. Den 28 Juny J753- 1070 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, ten einde zig by het doeri der befchry vinge of opgaven opregtelyk en zonder verzwygen te gedragen. Den 2 • Jnly 1753- 1071 Refolutie van de Staaten van Holland, Waarby aan een Logementhouder by gratie word gepermitteert Wyn te tappen in een Huis, geleegen naast een Wynkoopers Kelder. Den 4 July 1754 1072 Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impoft van het Brandhout ten faveure van de Platteel - cn Teegelbakkers binnen deeze Provincie. Den 6 July 1-753. 10?i Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 8 Art. van de Ordonnantie op de Turf en Kooien. Den 7 July I753« 1073 Publicatie vari de Staaten van Holland, waarby bepaald word, hoedanig dé Run moet betaalen in het Recht van de ronde Maat. Den 3 Augustus 1753. 1073 Publicatie van.de Staaten van Holland; tegen het bloetritfen van .eenig Vee anders dan door beëedigde Perfoonen en na betaaling van den Impoft. Den 18 September 1753. 1074 Publicatie van de Staaten van Holland, bepaaIende hoedanig gezeegeld Billet tot de Koek, van buiten in deeze Provincie inkoomende, moet worden gebruikt. Den 2 November !753- io74 Auélorifatie van Gecommitteerde Raaden van Holland op de Gaarders onder het Diftriét. der Stad Dordrecht by alle In- en Opgezeetenenom, naar de Impoft fubjeéle Goedereri onderzoek te doen. Den 10 December 1753' i°75 Auélorifatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, op de Gaarders onder het Diftriét. der Stad Amflerdam, om by alle In- eri Opgezeetenën naar de Impoft fubjeéle Goederen onderzoek te doen. Den 3 January l754> ■ . 1076 Refolutie van de Staaten van Holland, waarby de permisfien, gegeven by de Ordonnantie op de Wynen, Arr. 2 . en op dé Brandewynen Art. 11 en 12. tot de onhertrouwde Weduwen geëxtendéert worden. Den 11 January 1754. 1076 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by hét gerafineerde Zout, aan de Haringbuizen geleevert wordende, van het Recht van de Ronde Maat word vry geftek Den .12 February 1754. 1077 Publicatie van de Staaten van Holland, tot intrekking der Publicatie van 23 Juny 1751, waar by het Recht op de binnen gebrouë wed  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk, &C. Holland, houdende voorfiening tot voorkooming, dat door de Ingefeetenen in de Langftraat geene fraude gepleegt word in het haaien van Turf uit de Moervelden te Oosterhout. Den ii Augustus 1755. Pag. 1096 Publicatie van de'Staaten van Holland, houdende voorfiening, tot fecuriteit voor het verhaalen der boetens, waar in de Koornmolenaars zouden mogen vervallen. Den 8 November 1755. 1097 Auélorifatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, op de Gaarders en Cherchers in den Eylande van over - Flacque, om by Ingefeetenen aldaar naar de Impost fubjeéle goederen onderfoek te doen. Den 6 January 1756. 1098 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het vermengen van Gruys met aarde of zand. Den 11 Maart 1756. 1098 Refolucie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Banket en Suykerbakkers gehouden zyn van hunne Knegts het volle Heeren-geld te betaalen. Den 15 Mey 1756. 1099 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het brengen aan de CoIIeéle Comptoiren van de Schippers Declaratoiren, in het 53 Art. van de Ordonnantie op de Wynen vermeit. Den 25 Mey 1756. 1C99 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, hoedanig Billiet tot den inflag van verfche Oogstbieren met andere zwaarder Bieren te gelyk word vereifcht. Den 26 Mey 1756. 1101 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oóiroy tot Vrydom van eenige lm •pofitien, en van Verpondingen voor zekér Plofje te Amflerdam: — Dog dat hy vervolg geen Vrydom van Verpondingen voor pieufe Geflichten, door particuliere perfoonen opgerecht, geaccordeert zoude worden. Den 24 Juny 1756. 1101 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het combineeren der qualiteiten van Wynkooper en Tapper of Slyter. Den 21 July 3756. 1102 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy tot Vrydom van eenige Impolitien voor de Fundatie van de Vrouwe van Renswoude te Delft. Den 22 October 175 6. 1103 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat by de vervoering van Fruiten door of voor den Eigenaar derfelven, of door den Eigenaar prefent gefonden wordende, geen Billiet nodig is. Den 7 December 1756. 1104 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat de Varkenflagers by den op of inflag der varkens geen ander, dan een ongefeegelt Billiet van twaalf penningen nodig hebben. Den 8 December 1756. 1104 Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaring, dat de Varkenflagers by verfending van Spek naar buiten, gehouden zyn daar van te haaien een Billiet van twaalf penningen. Den 8 December 175& Pag. 1105 Publicatie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van de Lyst, voorkoomende in het 2 Art. van de Ordonnantie op de Groove Waaren. Den 25 January 1757. 1105 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den vryen inflag van Faéloors en Zeehandelaars in buitenlandfch Vleefch. Den 25 February 1757. nod Advertentie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot verbeetering van eenige Drukfauten in de Publicatie van 25 January 1757. Den 3 Maart 1757. 1107 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Publicatie van 21 July 1756 op de Brandewyn - branders of Distillateurs, en te gelyk Slyters in fterke Dranken appiicabel is. Den 17 Mey 1757. 1108 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het inbrengen van inlandfche Tahuk in deefe Provincie, en het verfenden van Tabak van de eene Stad of Plaats binnen deefe Provintie na de andere. Den 22 Juny 1757. 1108 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, tot maintien Van het middel van het Veergeld. Den 21 July 1757. 1109 Publicatie van de Staaten van Llolland, houdende verbod aan de vreemde Turffchippers, om met tweederley foort van Turf in een en het zelfde Schip deefe Provincie in te komen of door te pasfeeren. Den 1 September 1757. 1110 Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost op de gefponnen Varinas Tabak, komende direél over Spangne van de Kust van de Caraques en MaracaibÖ. Den 8 Oélober 1757. 1110 Waarfchouwing van de Gecommitteerde Raaden van Holland, omtrent de verpligting der In-en opgefeetenen van de Districten waar over Compofitie is verleend, om, alvorens de Goederen van buiten de Provintie te ontbieden, een behoorlyk Billiet te haaien. Den 18 Oélober 1757. nu Publicatie van de Staaten van Llolland nopens de verpligting der Varkenflagers en Spekverkoopers, tot het haaien van Vry-Billietten. Den 4 November 1757. 1112 Auélorifatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, op de Gaarders onder het Quartier van Leyden, Gouda en Schoonhoven, tot het doen van recherge by de In-en-opgefeetenen aldaar. Den 19 April 1758. 1112 Publicatie van de Staaten van Holland, omtrent de verpligting van de Styffelmakers tot betaaling van 'sLands Rechtop de'Waag. Den 13 Juny 1758. 1113 g a Re*  Volgens de methodifche Verdeeling van het Werk. Refolutie van de Staaten van Holland op eene Misfive van Gecommitteerden ter Auditie van des Gemeene Lands Reekeningen van Holland, betrekkelyk den tyd van het overbrengen van de Staaten van het Collateraal, en van den Impost op de ongefundeerde Procesfen. Den 20 January 1752.Pag.1132 Ordonnantie op de invordering en betaaling van den tagtigften Penning van alle publicque verkoopingen van onroerende en roerende Goederen, Veld-en Boomgewasfen daar onder begreepen, in de Steeden en over het geheeie Land van Vianen, geformeert by den Magiftraat van Vianen, en door de Heeren Gecommitteerde Raaden, als gequalificeert tot de adminiftratie van het Domein van Vianen, met de nodige veranderingen geapprobeert en gearrelieert. Den 6 July 1752. 1132 Refolutie van de Staaten van Holland, wegens de betaaling van het Collateraal in een geval, daar de Testateur hec ufufmcl van zyn nagelaten Goederen aan zyne zuster, en den .eigendom daar van aan haare Funderen hadde gemaakt. Den 29 September 1752- 1134- Refolutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard is, dat H. Hogenberg volgens de Publicatie van den 29 Juny 1743, gehouden is het dubbelt Collateraal te betaalen van de Portie, welke hy uit kragte van 't Testament van zyn overleeden Broeder meerder heeft bekoomen, dan hy ab inteftato zoude hebben geërft; fchoon die meerdere Erf portie byna geheel door "Legaten, dog in contante gelden beftaande, 'was uitgeput. Den 15 Augustus 1753. /134 Refolutie van de Staaten van Llolland, Waar by verklaard word, dat de Plantagien in de Colonie van Surinamen het middel van het Collateraal fubjecl zyn, ingevalle de Eigenaars derfelve in Holland komen te overlyden. Den 13 September 1753. 1135 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de betaaling van het Collateraal in eenige dubieufe gevallen, concerneerende de Nalatenfchap van overleedene Egtgenooten. Den 2 November '1753'. 1136* Refolutie van de Staaten van Holland, op de Requeste van Maria Dasfelaar, Weduwe Stelterman, wegens de betaaling van het Collateraal van zeeker Legaat van tien doyfent guldens. Den 6 December 1753. 1137 Nadere Refolutie van de Staaten vah Llolland op hetzelve fubject. Den 18 Mey 1754. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard is, dat een Erfgenaam met Fidei commis belast overleeden zynde voor de Ufufruétuaire Erfgenaam, in dat geval van de proprieteit der Fideicommisfaire goederendoor diegeenen, op wien defelve by fubstitutie zyn gedevolveert, geen Collateraal behoeft te worden betaalt. Dén 9 November 1754. 1138 Refolutie van de Staaten van Holland, waar ter plaatfe de aangeeving en betaaling van het Collateraal moet worden gédaan b zoo der Leraaten als van het derde part der Erffenisië van wylen de Vrouwe van Renswoude, het Weeshuys der Stad Delft competeerende. Den 22 November 1754. Pag. 1139 Refolutie van de Staaten van Holland, weegens de'betaaling van het Collateraal der Goederen buiten deefe Provincie ge'eegen, en ook verftorven, maar door een Ingefeeten deefer Provincie verkreegen wordende. Den 8 April 1755. 1139 Relblutie van de Staaten van Holland , hoedanige voet te obferveeren omtrent de Taxatie-rechten der vaste goederen in de Provincie, .waar van het Collateraal moet worden betaalt; En hoe te taxeeren de waarde van vaste Goederen buiten de Provincie leggende, als mede van Plantagien in de Colonie van den Staat, Aéticn enLyfrenten. Den 1 November 1755. 1140 Refolutie van de Staaten van Holland, nooper.s den tyd der verantwoording, zoo van het Collateraal, als van de boetens der ongefundeerde Procesfen; als rr.ece binnen welken tyd de Staaten van het Collateraal door de Secretarisfen moeten werden overgebragt. Den 10 December 1755. 1141 Refolutie van de Staaten van Holland., waar byis afgeflaagen 't verfoek van John Charles, om Declaratoir, dat hy niet gehouden is Collateraal te betaalen van de Goederen by zyn Huisvrouw nagelaatcn , die in Engeland zyn geleegen. Den 13 January 1757 1142 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de betaaling van het Collateraal van Saxifche Steur - ObJigatien te bereekenen naar derfelver volle Capitaal. Den 2 Maart J757- 1142 Refolutie van de Staaten van Holland, waar ' by is afgellagen bet verfoek van Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente in den Hage, om dispenfatie van de betaalinge van het Collateraal. Den 23 J'^y 1757- 1143 Relblutie van de Staaten van Holland, waar by verftaan is, dat van een zeekere party Actiën, zonder aftrek van de daar op gedaane beleeningen en transporten, het Regt op de CoHateraale Succesfiên door den Erfgenaam ten vollen moet worden betaalt. I3en 15 Maart 1759. 11*43 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van derfelver Waarfchouwing van den 21 December 1728, en Publicatie van den 29 Juny 1743 , betrekkelyk de Allodiaale Nalatenfchap van wylen Jan de Cerfi ' Den 24 July 1760. 1144 Refolutie van de Staaten van Llolland, tot interpretatie van derfSver Waarfchouwing van den 21 December 1728, en Publicatie Van den 29 Juny 1743 wegens het Recht der CoHateraale Succesfie van de AmbachtsheerS 3 lyk-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. Van Reqnesten om Remisfie van Verpondingen. Den 16 Mey 1756. Pag. 1165 Refolutie van de Staaten van Holland, tot refh'tutie en vrydom van Verpondingen betreffende de Waagen te Dordrecht, Delft en Oude water. Den 31 Maart 1757. n 66 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de betaaling van de Ordinaris en Extraordinaris Verpondingen van het Huys, door den Ambasfadeur van Spagne in 'sHage bewoond wordende. Den 2 7 July 17 5 8 1167 Refolutie van de Staaten van Holland , betrekkelyk het betaalen der Verpondingen van het Hotel van den Franfchen Ambasiadeur in 'sHage. Den 15 September 1758. ïi68 Refolutie van de Staaten van Holland, tot af- fchryving van de Verponding van de Kö* nyn - duinen, genaamt de Raaphorfler Duynen onder Wasfenaar, en om defelve als andere Klingen en Geestlanden in de Verponding te doen aanflaan. Den 29 December t758. Pag. ndp Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre tot het vertoonen der Transportbrieven van Getransporteerde Huyfen, Landen en Hcerlyke Goederen door Ingefeetenen van Engelen, &c. en verdere Dorpen in het Land van Heusden, ter Secretarye van het Dorp waar onder die goederen zyn geleegen, als ook van die hun aankoomen door fchifting, fcheyding, deeling of andere Contraéten; en verpligting voor de Secretarisfen ten dien einde. Den 27 Oétober =759. 1170 A G T S T E BOEK. Behelfende de Ordonnantiën, Placaaten en Refohitien der Gemeene ' Middelen van Zeeland. Pag. 1172. Nihil. Als zynde de Stukken, tot deefe materie betrekkelyk, vermits de extenfie van dit Deel, verfchoven tot het volgende IX Deel. NEGENDE BOEK. Negende BOEK, eerste Titul. Behelfende Gemèene Middelen, Verpondingen , Tienden, &c. onder het Resfort van de Generaliteit. Refolutie van de Staaten Generaal, op het different tusfehen het Hof in hetOverquartier te Venlo en de Magiftraat aldaar over den Vrydom van Stads Accynfen voor de Raaden, Bedienden en Suppoosten van gemelden Hove; als mede over den Vrydom van Militaire inlogeeringe. Den ii Augustus 1723. jI72 Refolutie van den Raad van Staate, waar by aan de Ingefeetenen van Deurne en Liesfel geordonneert word, zig te reguleeren noopens het Gemaal na de Placaaten daar op geëmaneert, &c. Den 17 April 1736. 1173 Refolutie van den Raad van Staate, tot executie van haare voorige Refolutie van den 17 April 1736 nopens het Gemaal in de Heerlykheid van Deurne en Liesfel. Den 6 Maart 17*7. 1173 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van de Ingefeetenen der Pvepublicq, in derfelver recht, om haare Vruchten, Gewasfen op Landen op Oostenrykfch Ter¬ ritoir geleegen, zonder betaaling van uitgaande Oostenrykfche Rechten 't huis te haaien. Den 7 April 1751. 1174 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen een verfoek tot interdictie aan de Officieren, om zig tot den ontfang der Collecten te laaten gebruiken; en houdende voorts ordre tot het verpagten der Collecten te Wouw. Den 10 Juny 1751 1176 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by bepaalt word, hoedanig recht van Vrydom van den Grooten Brabandfchen Swygenden Landtol aan de Ingefeetenen van Helmont competeert. Den 3 February 1752. 1176 Placaat van de Staaten Generaal, houdende belasting op de vreemde Bieren; en nadere voorfiening teegen het vervoeren van binnenlandfche Gebrouwe Bieren binnen de diftantie van anderhalf uur gaans van de befloote Steeden. Den 19 July 1752. H77 Refolutie van de Staaten Generaal 5 waar by aan een Inwoonder van Duyfel voor eenige jaaren word verleend remisfie van Verpondingen , en andere reëele Lasten, tot vergoeding van fchade door brand hem overgekoomen. Den 28 September 1752. 1179 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. te weinig waaren ingelaaden geweest. Den 16 February 1759. Pag. 1197 Placaat van de Staaten Generaal, behelfende eenige fchikkingen raakende de Vaart uit deefe Landen, en het lichten van een tienden Man van de Groenlandfche, enden vyfdeh Man van alle andere Scheepen. Den 27 Maart 1759. n98 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan de Zee Capitains, om geene Prefenten te doen, zonder ordre of permisfie van hun Hoog Mogenden. Den 2 November 1759. u 99 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Monftcr- Commisfaris op Texel om zyn Domicilie elders te mogen hebben. Den 11 Augustus 17de 1200 Tiende BOEK, tweede Titul. In[lruclkn voor de Ontfangers, Commifen Generaal en Particulier, Collecleurs, Cherchers, &c. Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de onbevoegtheid van den Ontfanger Generaal van de Admiraliteit te Amflerdam tot het declareeren van Provifie of Makelaardyloon van eene Négotiatie van Penningen. Den 15 Juny 1758. 1200 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Contrarolleur van de Convoyen en Licenten binnen de Stad Grave, om desfelfs Ampt by fubstitutie te mogen laten waarnemen, hen 21 Juny 1758. 1201 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de Ontfanger der Convoyen en Licenten te Delfshaven kan voldaan met zyn vaste refidentie zoo te Delft, als te Delfshaven te houden. Den 5 December 1760. 1202 Tiende BOEK, derde Titul. Behelzende de Placaaten, Ordonnantiën, Rsfolutien , Verdragen, Accorden en Lysten op het Jluk van de Convoyen en Licenten, en het Veylgelt geëmamert. Refolutie van de Staaten van Holland, wegens het configneeren der penningen voor 's Lands inkoomende Rechten van geflrande Goederen. Den 2 February 1730. 1202 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan de Eigenaars van het Schip de Hoop Vrydom is verleend van's Lands inkoomende en uitgaande Rechten van geflrande Goederen. Den 19 September 1750. 1203 Refolutie van de Staaten Generaal, dienende tot interpretatie van de exemptie der betaalinge van Licenten , Lasten en VeylgelVIII. Dëeu. den, te Maastricht en in de Landen van Overmaaze plaats hebbende. Den 28 February 1755. pag> Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Gorinchem, om zig voor drie jaaren uit die Stad te mogen abfenteeren. Den 6 July 1757. 1205 Tiende BOEK, vierde Titul. Behelzende de Pilotagie, Lootfen en Vuuringe langs de Stranden. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van het geen betaalt moet worden, door de Schippers, binnen de Vereenigde Provintien , of het resfort van de Generaliteit 't huis behoorende, by het ordinaris Schut vaarende door 't Sas van Gent. Den 19 September 1754. 1206 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling omtrent de bereekening van het Vaurgeld, dat door de Oost-Indifche Compagnie betaalt moet worden. Den 28 September 1754. 1207 Nadere Refolutie van de Staaten van Holland, volgens hoedanige meetinge der Scheepen het Vuurgelt door de Oost-Indifche Compagnie betaalt moet worden. Den 1 Maart 1755- 1208 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan de Koopvaardyfcheepen onder de Vlag van den Staat in eenige Havenen van Groot Brittannien inloopende, om de Boaken en Vuurgelden volgens gebruik te moeten betaalen. Den 10 November 1755. 1209 Publicatie, van de Staaten van Holland, houdende verbod aan de Lootsluiden te Texel, om geene Scheepen in Zee' te brengen , ten zy het Post-geld by het expedieeren of klaaren te Amflerdam of in Texel is betaalt. Den 16 December 1757. 1209 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tegen het afzeilen van de Reepen der Baken-tonnen , op de Zeeuwfche Stroomen leggende, als mede tegen het opnaaien, agterhouden of ontvreemden van afgeflagen of afgereeden Reepen. Den 12 February 1759. 1210 Tiende BOEK, vyfde Titul. Raakende de zaaken van de OostIndifche Compagnie. Oélroy van de Staaten van Holland aan de OostIndifche Compagnie verleent, dat de Gagien. en Maandgelden van perfoonen, dewelke in dienst van de voorfz. Compagnie zyn, geduurende hunne uitlandigheid niet gearrefleert mogen werden, &c. Den 9 Mey 1Ö74.1211 h Re-  Volgens de methodifche verdeeling van het Werk. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Wafcb, Jughten, en Indigo provifioneel van alle inkoomende en uitgaande rechten worden vrygeflelt. Den 5 Maart 1754. Pag. 1237 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Secretaris van de Kaamer van den Levantfchen Handel en Navigatie in de Middellandfche Zee, refideerende te Amflerdara, een vermeerdering van jaarlyks Tractement word toegelegt. Den 9 February 1759. 1238 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende interpretatie van haar Hoog Mogende Refolutie van 9 April 1676, betrekkelyk zeeker Last - geit, door de Scheepen, naar Cadix of St. Lucar flevenende, aan Directeuren van den Levantfchen handel tebetaalen. Den 9 February 1759. 1239, Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Conful te Smirna, om van zeeker Comptoir van GriekCche Koopluiden aldmv en te Amflerdam geëtablisfeert, niet meer dan de gewoone Confulaat- gelden te vorderen. Den 3 April 1759. 1239 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende voorfiening omtrent een plaats tot het leggen der Scheepen die quarantaine moeten houden, mitsgaders omtrent de kosten tot derfelver berging vereifcht wordende. Den 14 September 175.9. 124.0 Refolutie van de Staaten Generraal, houdende aanfehryving aan den Conful Roguin te Barcelona, om geene Lastgelden der Middellandfche Zee van eenige Scheepen af te eisfehen, en het ontfangene te restkueeren. Den 22 December i7do. 1241 Tiende BOEK, agtste Titul. Raakende de Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groot e en kleine Visfcheryen ter Zee, als meede in de Rivieren en Binnenwateren. Placaat ende Ordonnantie van de Staaten van Holland, betreffende het Vangen, Souten, Havenen, Keuren, Packen, ophoogenende leggen van den LIaring, ócc. Den 30 Mey 165 6. I242. Renovatie - Placaat van.de Staaten van Zeeland, tegen het onbehoorlyk Visfen in de Stroomen en Rivieren derfelve Provincie. Den 17 Maart 1707. 1250 Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod aan Vreemden of Buitengefetetenen van defelve Provincie, om op de Stroomen en Binnenkusten te mogen vangen Vifch,- Mosfelen, Krabben of Kreuckelen. Den 2 Juny 1707. 1251 Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het vangen, verkoopen, enbuyten 's Lands vervoeren van Saad - Mosfelen. Den 30 Maart 1722. 1252 Refolutie van de Staaten van Llolland, waat by de Vrydom aan de Schepen ter Visvangst uitgerust by voorige Refolutie verleend, geëxtendeert word tot de HaringScheepen. Den 14 April 1751. Pag. 1253 Refolutie van de Staaten van Holland, tot reftitutie der betaalde Impofitien aan de Scheepen ter Wal visvangst uitgerust. Den 15 Mey 1751. 1253 Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanige Eed door de Schippers en Stuurluyden van de LIaring-en Visfcheepen, ten aanfien van het Zout by hen gebruikt werdende, moet weiden gedaan. Den 22 Mey 1751. 1254 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de Haaring-Visfcheryen in de Zuider-Zee. Den 31 Mey 1752 1255 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het gebruiken van onbehoorlyke Salmflaaken, mitsgaders raakende de diepten der te zetten Fuyken of Schuttingen. Den 1 September 1752. 1256 Waarfchouwing van de Staaten Generaal, houdende voorlleninge tegen het occupeeren van drie Groenïandfche Scheepen, welke in het Rheenerveld door het Ys waaren befet geraakt. Den 1 December 1752. 1258 Nadere Publicatie van de Staaten van Llolland, betrekkelyk de Haaring - Visfcherye in de Zuyder-Zee. Den 9 Mey 1755. 1259 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere voorfieningen tot voorkoming van de Verlanding der Rivieren door onbehoorlvke Visfcheryen. Den 29 January 1757. 12 do Placaat van de 5taaten Generaal, houdende diverfe voorfieningen tot confervatie van de Haring - Visfcheryen deefer Landen. Den 24 july 1759. i25i Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van de wydte van het Schutwand, tot het visfehen op Paaling en Aal gebruikt wordende. Den 24 July 1760. 1262 Tiende BOEK, negende Titul. Raakende de Commercie en Koophandel in het gemeen. Placaat van de Staaten van Holland, tegen het doen van Ventjageryemet Zyde, Wollen of Linnen goederen. Den 8 April 1751. 12(53 Ordonnantie van de Staaten van Holland, tegen den onbepaalden handel van de respective Galanterie - Kramers in het debiteeren van Goude en Zilvere Werken. Den 15 April 1751. 1264 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende auélorifatie op Gecommitteerde Raaden tot het geren van permisfien aan de Ingefeetenen zoo van deefe Provintie, als van h 2 de  Volgens dc mcthotïiichc venteeïing van liet Werk. ELFDE ELFDE BOE K. Behelzende O&royen tot bedyktnge en droogmakinge van Polders en Plasfen. Octroy door de Staaten vari Holland verleend aan Schouten en Ambachtsbewaarders en Gefwoorens van Zevenhuifen, tot het droogmaaken van een gedeelte van de Swanlafche Polder, geleegen onder Zevenhuifen. Den 21 January 1752. Pag. 1303 Refolutie van de Staaten van Holland, dienende tot ampliatie van 't Oélroy, bevoorens tot het droogmaken van een gedeelte van de Swanlafche Polder onder Zevenhuifen verleend. Den 10 Mey 1753. 1303 Oélroy van de Staaten Generaal, tot het bedyken van zeekere Schorren en Slyken, leggende voor de Polders Cambron, Huliler - Ambagte. Den 9 July 1753. 1305 Octroy, door de Staaten van Holland verleend aan Schout en Ambagtsbe waarders van Stompwyk, tothetBedykenenDroogmaaken van , een gedeelte van de Damhouders - Polder. BOEK. Den 6 Mey 1758. Pag. I30? Oélroy van de Staaten van Llolland, tot het bedyken en droogmaaken van de Plasfen en Wateren , geleegen in de respeélive Hooge en Ambagts - Heerlykheeden van Haferswoude, Benthuifen, Noordwaddinxveen, Hoogeveen, Soeterwoude en Benthorn ,• benevens de Reglementen tot die bedyking, en op de beheering van die Droogmaaking. Den 12 Mey 1759. 1308. Oélroy van de Staaten van Hollaand , tot het bedyken en droogmaken van de Buitenwegfche Polder , geleegen ten noord - oosten van den Dorpe van Zegwaard, binnen den Ring van het Hoogheemraadfchap van Rhijnland: beneevens het Reglement tot die bedyking en droogmaaking. Den 9 Juny 1759. 1323 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, aanwien in de Dykagie van de JBylniermeer competeert het recht tot het pasfeeren van Transfporten, en gaaren der verpondingen aldaar. Den 8 November 1759. I32g  REGISTER En aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordom nantierig Ediclen en Rejolutien, na de ordre des tyds 5 in het agtfte Deel van het Groot Placaatboek begrepen. 1530. |Pag. -^z^f—^^jjadere verklaaring van het Placaat van Keiler Ka- §i]l§Ék^ * 1520, aangaande de Jljf!^ ff Tienden van Novaa-I [^jyt w ^Uj ien s en nieuwe Gebou-I wen, waar in beesten opgekweekt! zouden worden, als ook nieuwe en 't eeneraaal te vooren onbekende zoorten van vrugten en dieren, en het regt van Verjaaringe omtrent Tiendgeregtigheeden. Den 15 September i53°- ' ' 87r 1575* Unie en Verbond tusfehen de Ridderfchap, Edelen en Steden van Holland, waar by aan Willem den I. Prince van Orangien gedefereerd word de Hoogel Overheid van defelve Landen, zo] lange die in den Oorloge of Wapenen) zyn. Den 11 July 157$. I 1 1576". Verdrag tusfehen den Lleere Prince van Orange, mitsgaders de Staaten van Holland ter eenre, en de Suppoosten van den Hove beneevens den Magiftraat van den Hage ter andere zyde, wegens de redemtie van het Bosch van den Hage. Den 16 April 1576. 654 1577* Ordonnantie van de Staaten van Holland , ende Zeeland, weegens het cesfeeren van den Azing, ende het Recht te houden met Scheepenen, mitsgaders van de Appellatien. Den 9 Oélober 1577. * —— 578 • 1378. Refolutie van dé Staaten Van Holland en Zeeland, waar bydeMagiftraatenvan de Steeden zyn geauclorifeerd, om op de Banken van Leeninge behoorlyke ordre te ftellen. Den 6 November 1578. -——- 422 1580, ' Pag; Octroy van een vrye jaarlykfe ZaadMarkt, als ook een jaarlykfe vrye Leer-Marlet aan die \an Rotterdam. Den 28 Mey 158,\ —— «—\ ^21 Oélroy aan die van Dordrecht, dat ghe'ëne Bieren nog Wynen binnen een half myle van haar Stad zullen mogen ge-j tapt, gefleeten nog verteert worden,! zonder Accys daar van betaalt te heb j ben. Den 13 Juny 1580. I 423 Refolutie van de Staaten van Holland,] tot inteipretaüe van het 3 Art. van de Politicque Ordonnamie weegens het trouwen voor de Magillraaten of Kerken-Dienaaren. Den 6 July 15ËÜ. 529 Octroy van een vrye Paarde - Markt aan die van Gorinchem*. Den 24 Augustus 1580. • '— 424 Placaat, beroerende de Tollen van Paar de-Markten van Vlaardingen, Voorfchooten ende Valckenburg. Den 5 September 1580. ——— —— Oélroy van een Vrye Jaarmarkt, aan die van der Goes in Zuydt-Beveland. Den 23 December 1580. 1581. Octroy van Koning Philips aan die van Amflerdam nopens de Regeering en de Electie van dèn Magiftraat aldaar. Den 3 January 1581. m Oélroy van een Paarde - Markt voor die van den Haghe. Den 8 January 15 81. 4.2 7 Ordonnantie op het houden van de Vergade ringe ende Befoignes van de Sta ten van Holland. Den 17 Maart 1581. ^6 Formulier Van den Eed, door Leenmannen van Holland te doen. Den 19 Augustus 1581. ——. — tf45 1582. Prolongatie van 't Oélroy aan Francois Masfazia , als Commisfaris Generaal over de Bancken der Leeninge over! Holland en Zeeland. Den 27 De-j cember 1582. —— —-—! 429 1583. ) Oélroy van Prins Willem den L aan die vaj*  Edidcn, &c. na de ordre des tyd& IÓ05. [Pag. i trlTt. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by is toegeftaan het Huwelyk van een Weduwenaar met zyne overleeden Huisvrouwe Broeders Weduwe. Den 18 January 1Ó05. 529 Refolutie van de Staaten van Holland, omtrent het verkiefen van Scheepenen van Sybecarspel en Benningbroek. Den 22 January 1605. 581 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende het verleenen van Brieven van Seureté du Corps. Den 19 Ocber 1605. . 69 1606. Refolutie van de Staaten van Holland, raakende het Bleyken op Zondagen en andere Rustdagen. Den 15 February 1606. ■ 319 Refolutie van de Gecommitteerde Raaden, aangaande den Dwang Koornmoolen op den Ey lande van ter Schellinck. Den 22 Mey idod. 606 Refolutie van de Staaten van Holland, tot feparatie van her Huwelyk tusfehen een Weduwenaar en zyne eerfte Hulsvróuwe - Moeders volle Zuster. Den 7 July _t606". 530 Refolutie van de Staaten van Holland, weegens het trouwen der Mennoniten. Den 31 Augustus 1006. 1 530 I608. 1 Advertentie van de Staaten van Holland, wegens het verkopen van Los-renten ten behoeve van Wees - kinderen, als mede van Lyfrenten op een of twee Lyven. Den n Juny idoS. 607 IÓOO. Ordonnantie van een vrye Marckt in den Hage voor alderley Brood, van klaren Tarw ende Rogghe gebacken, mitsgaders Bisfchuyt ende andere Eetwaaren, &c. Den 11 Maart idop. 433 Refolutie van de Staaten van Zeeland, raakende de Judicatuure over de Officiers in Zeeland. Den 11 September 1609. ■ ..1. .... 7!j 10*10. Oélroy voor de Brielfche-Marckt. Den 18 December 1610. 437 rtfii. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen de ongereegeldheeden en overlast van de Bedelaars, door den Hage loopende. Den 14 April idn. ' 554 VIII. Deil. Ordonnantie van de Staaten van Holland I teegen de moedwilligheeden, vechte'j ryen en andere baldadigheeden in den) Lande en Bailliuwfchappe van Woerden. Den 19 November-1611. 634 l6l2. Oélroy van de Staaten Van Holland, om den Huyfe van Marquette met het recht van Hooge Heerlykheid aldaar te houden als een onverfteffelyk Erfleen. Den 24 Maart 1612. 64Ö 16*13. Oftroy van de Staaten van Holland, aan , die van Haarlem, -tot het oprechten vaneen Bank van Commisfarisfen al' daar. Den 19 July idi3. 581 1614. Oélroy van de Staaten van Llolland, aan den Bailliuw van Noordwykerhout, raakende de nominatie, eleélie, het ampt, en falaris van Welgeboren Mannen aldaar. Den 15 Maart 1614. Oélroy van de Staaten van Holland, op 't Rellen van den Magiftraat te Maaslandsfluys. Den 16 Mey 1614. 583 1615. Oélroy van de Staaten van Holland, aan die van Rotterdam, omtrent de verkiefing van vier en twintig Vroedfchappen aldaar. Den 17 September 1615. sgj Oélroy, voor die van den Haghe, noopende de Nieuwe Vaart. Den 8 December 1615. q8 Oélroy aan de Stad Amflerdam, nopens de preferentie der Melioratie, zoo met het Capitaal als de verloopên Ren ten, op 't gunt de gronden van die Erven ende het getimmerte daar op de Melioratie by Taxatie ge fielt is, intyden en wylen waardiger gevonden worden, dan ze te voren waardig waaren. Den 22 December 1 di5. Oélroy van de Staaten van Holland, houdende approbatie op de fcheiding der Heerlykheeden Katwyk en Valkenburg; en dat voorts de Heerlykheid van Valkenburg zou worden gehouden tot een onverfteffelyk Erf-leen. Den 22 December 1615. 16*23. Publicatie van den Hove van Llolland * ter ontdekking van H. D. Statius, A. A. van Dyk, C. Geesteranus en G. Velfius, als fchuldig aan confpiratie1 i fc§> jPAÖ»  Edidten, &c. na de ordre des tyds. 1636. Pag. Ordre van de Staaten van Holland, raakende de Magiftraats beflellinge inde Steede Goedereede. Den 4 Oélober 1636. - • <-g. Inftructie voor den Asfayeur particulier van des Graaffelykheyds Munte tot Dordrecht Anthonius van den Beecke. Den 24 Oélober 1(536. 1640. Oélroy van een Beeste - Markt tot Puttershoek. Den 22 Juny 1640. 440- Refolutie van de Staaten Generaal, dat de Judicatuure over frauden en contraventien, by Militaire Perfoonen in 't ftuk van 's Lands Gemeene Middelen gepleegt, aan de Gerechten in de Steeden', met Guarnifoen befet, competeert. Den27November 1640 g34 '6*43» Refolutie van de Staaten Generaal, nopens den voet en ordre, waar op, en waar na de Commisfien van de Generaliteit naar Maastricht voortaan zullen werden gereguleert. Den 16 September 1643. ^ 1644. Aéle van approbatie, door de Staaten] van Holland verleend op de Keure van Bailliuw en Mannen van Kenne l merland, raakende de Vechteryen aldaar. Den 30 January 1644. Oélroy van de Staaten van Holland, aan de Stad A^mflerdam, tegen het doen van frauduleufe Transporten van roerende Goederen, door lieden, die komen te failleeren. Den 30 Septemtember 1644. —■ • 607 164%. Refolutie van de Staaten van Holland, rakende het different tusfehen Kerkmeesters van de oude en nieuwe Niedorp en het Hof Provinciaal over de Judicature van de Kerkelyke Goederen. Den 4 July 1648. 338 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens de betaalinge der onkosten van de Clasfis van Leyden over het Kerkelyk different van Woubrugge. Den 27 November 1648.' 339 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by den Llove Provinciaal is aangefchreeven haar Mandement Poenaal, aan Regeerders van Niedorp tegens Kerkmeesteren aldaar verleent, in te trekken, zonder zig met diergelyke differenten over Geestelyke Goe- 1648. Pag. deren meer te bemoeyen. Den 4 December 1648. ~ ' 33p 1649. Refolutie van de Staaten van Llolland, raakende de exorbitantie en floutheid van de Pausgefinden, en de augmentatie van de Traélementen der Predikanten ten platten Lande, met een fomme van vyftig guldens; als mede een Ampliatie van het Kindergeld voor het vyfde Kind tot het agtfte incluys. Den 3 December 1Ó49. 339 1651. Publicatie van de Staaten van Llolland, op vier diflinéle Pointen, by de Synode van Zuidholland voorgeflelt J omtrent de augmentatie van de Tractementen der Predikanten, en hetpasfeeren der Attedaden wegens het getal hunner Kinderen, mitsgaders het wegneemen der limitatie nopens het Kindergeit, by vorige Refolutie gemaakt. Den 2 Maart 1651. 341 Refolutie by de extraordinaris Vergadering van de Bondgenooten op de Groote Zaal van het Hof van Holland genootnen, omtrent de Militaire Jurisdi&ie in de Steeden flem in flaat hebbende. Den 25 Maart 1651. 834 '652. Acte van approbatie op de daar in geinfereerde Ordre en Reglement, dienende tot reformatie van de Pleytkosten, als men appelleert aan de tien Banken, onder het Capittel van St. Servaas te Maastricht resforteerende,1 beraamt by weederzydfche Commisfarisfen Decifeurs aldaar. Den 23 September 1652. - . 7!7 1653. Refolutie van de Staaten van Holland, tot flriéle executie van de Placaaten teegens de Pausgefinden, als mede tegens de ontheiliginge van den Sabbath. Den 10 Maart 1653. Zl9 Refolutie van de Staaten van Llolland, houdende approbatie en confirmatie van de geamplieerde Inflruólie voor de Commisfarisfen Politicq op de respective Synoden van Zuid en Noordholland. Den 28 Maart 1653. 342 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende derfelver verfoek aan den! Hove Provinciaal, om tot weeringe van zeekeren Priester, die binnen den Dorpe van Wasfenaar by de Kerke * 2 al-  Ediften, &c, na de ordre des tyds. 1664. Pag- CoHateraale Succesfie over de'nagelaaten goederen van Heeren in eenige CoL'egien van Staat gecommitteert. Den 3 April 1664. 1123 l66$. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Zeeland, houdende Verbod aan de Schippers of Schuytevoerders in defelve Provincie om eenige Bootsgefellen in te neemen, of naar eenige andere havenen overtevoeren, dan na exhibitie van hunne Paspoorten. Den 17 January 1665- ' — 216 1668. Refolutie van de Staaten van Holland , omtrent de Judicatuure over een Soldaat, die een ander Soldaat in de Stad Monnickendam had doodgeltooken. Den 16 Mey iöo'S. 837 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, houdende Vrydom voor de geenen die met hunne Perfoonen, Huysgefmnen en Gevolg, zich naar Surinamen willen begeeven. Den 6 Julyiö"d8. 1215 1669. 1 Refolutie van de Staaten van Holland,] dat de Transporten en Hypochecatien van Scheepen in de Stad Amflerdam mogen worden gedaan voor Notarisfen en Getuigen. Den 20 July 1669. _ 990 Nadere Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland teegen het laaten maaien van het Koorn op vreemde Moolens door de Ingefeetenen van Poortvliet. Den 13 December 16Ó9. « ': 6ï0 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, teegen het in Zee visfchen en opnaaien van Ankers, Touwen, en andere verongelukte Goederen, zonder defelve aan » te brengen. Den 2 Oétober 1670. 906 1671. Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het plegen van moedwilligheden aan Hoven, Boomgaarden, Bosfchen, Plantagien ,of Vrugten te Velde. Den' 23 July 1671. 1 661 1672. Publicatie van de Gecommitteerde Raa- 1672. Baö. den der Staaten van Zeeland, waar by aan alle Capiteinen, mitsgaders haare onderhoorige Officieren en Landfaaten, bevoolen word met Waagens, Karren, Schoppen, &c. te compareeren tot het planeeren der Duynen, en andere Werken. Den 11 April' ióyz. 154 1673. Placaat van de Staaten van Zeeland, ter ontdekkinge van zodanige Regenten, of anderen , publicque bedieningen hebbende, welke aan het pleegen van Corruptien fchuldig zouden mogen zyn. Den 14 September 1673 ; 5^° Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot weeringe van Schade en Overlast, door de Militie aan de Eigenaars eh Opgezetenen ten platten Lande wor-< dende aangedaan. Den 20 i\ovember 1673. ' , J55 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende advertentie, dataandegee nen, die by een oproer door deBurgerye of de Justitie worden onder de voet gefchooten of gewond, geene actie competeerd , nog desweegens iets verbeurd word. Den 20 November 1673. ' 1 5^5 Ï674. Oélroy van de Staaten van Holland aan de Oost-Indifche Compagnie verleent, dat de Gagien en Maandgelden van perfoonen, dewelke in dienst van de voorfz. Compagnie zyn, geduurende hunne uitlandigheid niet gearrefteert mogen werden , &c. Den 9 Mey 1674. ' ,1211 Placaat van de Staaten van Zeeland, tot introductie van verfcheide Lasten en Impofitien in de Colonie van Su-j rinaamen. Den 2 Augustus 1674. U216 l675. Misfive van zyne Hoogheid Willem den III, Prince van Orange en Nasfau, aan den Hove van Holland gefchreeven, behelfende voorflaagen tot wegneeming van disputen over de Militaire Jurisdiétie. Den 19 Meyl 1675. ■ 837 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de Augmcntatie van Traétement voor de Predikanten ten platten Lande, ter fomme van honderd guldens 's jaars. Den 6 December id-5. 343 1 Nadere Conventie tot explicatie van zekere Artykelen van het Tractaat van i 3 Ma-  Edi&en, &c. na de ordre des tyds, 1707. |Pag. Reforraad'e vallen kan ; en wyders omtrent de quaerela en de recurfus ad Principem. Den 15 April 1707. 744 Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod aan Vreemden of Buitengefeetenen van defelve Provincie om op de Stroomen en Binnenkusten te i mogen vangen Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreuckelen. Den 2 Juny 1707. , 1251 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie van derfelver Edict van den 27 September 1663, wegens het provoceeren van Gewysdens in cas matrimonieel tusfehen Ouders en Kinderen. Den 25 Eebruary 1708. ■■ ■ 53° Refolutie van den Raad van Staate, weegens het verleenen van Arresten op de Ordonnantiën, by denfelvenRaad gedepecheert wordende, ten behoeve van Militaire Officiers, Aanneemers van Werken, en anderen. Den 28 Juny 1711. 841 1712. Refolutie van den Raad van Staate, dat de Commifen van 's Lands Magafynen niet te regt {taan voor de Krygsraaden van de Garnifoenen. Den 13 Mey I7I4' Refolutie van den Raad van Staate, dat de Krygsraaden mede met advys van Regtsgeleerden vonnisfen kunnen wyfen. Den 28 February 1714. 343 Refolutie van den Raad van Staate, dat Scheepenen in de Steeden niet bevoegt zyn kennis iéneemen vanqusestien over de Soldyen, met den aankleeven van dien; als mede dat aan de Magiitraaten van de Steden niet competeert het doen van Interdictien &c. aan de Krygsraaden omtrent het ftuk der Judicatuure. Den 2 November 1714. ■"■ 843 1715. Refolutie van den Raad van Staate, dat de Judicatuure over de Directeurs en Ingenieurs der Fortificatiën, in zaken haar Ampt raakende, competeert aan den Raad van Staate, en niet aan den Krygsraad. Den 19 July 1715. 844 17 id. Pag. Nadere Refolutie van den Raad van Staate, dat de Directeurs en Ingenieurs der Fortificatiën in zaaken haar Ampt raakende, niet fubject zyn aan de Judicatuure van den Krygsraad , maar alleen aan die van den Raad van Staate. Den 7 Augustus 1716. 844 1720. Renovatie-Placaat, inhoudende verbod dat geen Jefuiten, Priesters, Papen, Monnicken of andere geordende Perfoonen van de Roomfche Gefinden, in defen Lande zullen mogen komen j of verblyven, &c. vorder datniemant, eenige Conventiculen der Papisten zal mogen frequenteeren, of eenige Pausfelyke Superftitien exerceeren, nog ook geene Kinderen ter Schoole, of ter Studie te zenden, of te leggen in eenige Univerliteiten , Schooien of Collegien van Jefuiten; mitsgaders geene Collecten of vergaderingen van Geld, Goud, Zilver, Gemunt of Ongemunt, of andere Goederen of Waren, voor of ten behoeve van eenige Gasthuifen , Geestelyke of andere Collegien of Conventiculen te doen. Verbiedende wyders de 'tfamen-wooninge van de Kloppen, ende haar bedryf; item, dat geen Weeskinderen (welkers Ouders, ofte een van defel ve, is geweest van de Gereformeerde! Religie ,3 zullen werden opgevoed by) Papistilche Vooghden, ende eynde-| lyk fcherpelyck verbiedende alle conniventien ende andere quade gangen van de Officiers. Den 25 Mey 1720. 279 1721. Refolutie van den Raade en Leenhbve van Brabant, tot betaalinge der Rapport-gelden &c. ter Griffie, en andere onkosten , mitsgaders het ligten der dispofitien by de respective Pro cureurs. Den 12 Mey 1721. 720 Refolutie van den Raade en Leenhove van Brabant tot Hgting der Zakken van geaccordeerde zaaken, of waai van Partyen komen te delifteeren. Den 12 Mey 1721. * r—. 720 1722. Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het vangen, verkopen, en buyten 's Lands vervoeren van Saad-Mosfelen. Den 30 Maart 1722. 1252 1723. Refolutie van de Staaten Generaal, op hêt  Edïëteh, &c. na de ordre des tyds; 1731. Pag. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre op de beroepinge van een Predikant te 's Gravendeel. Den 14 J"ny i73i- 344 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen een verfoek van mitigatie van ftraffe, gedaan door iemand, die by Sententie van 't Hof was gecondemheert naar een Colonie voor zyn leven getransporteert te worden. Den 23 Juny 1731. 74(5 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre op de beroepinge van een Predikant op dc Dorpen van Westmaas en Group. Den 2 8 July 1731. 345 Refolutie van de Staaten van Holland,!7 houdende ordre op de beroepinge der! Predikanten te Ransdorp, Hoüuoot J Durgerdam, Zuiderwoude, UitdamJ Landsmeer, Watergang, Sanderdorp, Nieuvvendara, Broek, Schellingwou-j de en Buyküoot, alle Dorpen in Wa-i terland. Den 28 July 1731. 345 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by incompetent verklaard worden zeekere Crimineele Procedures, door den Procuretir Generaal tegen een Secretaris van de Weeskaamer van 'sHage ondernomen. Den 31 July 1731. 2 , 748 Refolutie van de Staaten van Holland, om aan jan Walraaven, als Erfgenaam-, van zyne overleedeneiiuisvrouw Mar-] gareta Trip, te doen restitaeeren dej Penningen, welke defelve wegens het Collateraal van een Erffenis direételyk uit de hand in linea descendenti inde-j bité had betaalt.. Den 18 Oélober! I73I- 1127 1732. Refolutie van de Staaten van Holland op de Requeste van de beide Synoden over het Kindergeld aan de Predikanten in deeze Provincie toegelegt. Den 14 February 1732. Refolutie van de Staaten van Holland^ waar by is afgellagen het verzoek van wegens de Predikanten in groote en kleyne Steeden, om te hébben het Kindergeld, even gelyk de Predikanten ten platten Lande. Den 29 April 1732. , 348 Refolutie van den Raad van Staate, dat een, Vonnis by den Krygsraad op Intendith of by contumacie geweefen, aan den Gecondemneerden niet verhinderd , indien hy naderhand of van zig zelve weederom komt of gevangen word, zig als nog te purgeeren, en zyne defenfie te doen. Den 5 De-j eember 1732. \ 846 VIII. Deel.- 1736. !Pag. Refolutie van den Raad van Staate, waar' by aan de Ingefeetenen van Deurne en Liesfel geordonneert word, zig te! reguleeren noopens het Gemaal na de Placaaten daar op geëmaneert, &c. Den 17 April 1736. H73 1737. Appointement van den Raad van Staate, op de Requeste van Johan Schutters, Auditeur Militair, houdende dat een Auditeur Militair met desfelfs Familie niet onder den Burgerlyken, maar alleen onder den Militairen Rechter gehooren. Den 8 February 1737. 847 Refolutie van den Raad van Staate, tot, executie van haare voorige Refolutie] van den 17 April 1736, nopens het! Gemaal in de Heerlykheid van Deur-] ne en Liesfel. Den 6 Maart 1737.4175 1738. Refolutie van den Raad van Staate, wat omtrent het uitliellen van de Straffen van zwangere Vrouwen by de Krygsraaden moet geobferveert worden. Den 4 Maart 1738. 847 1739- Refolutie van den Raad van Staate, hoe ƒ de Krygsraaden zig moeten gedraagent omtrent de kosten, die op het innemen van een Advis van Rechtsgeleerden koomen te loopen, en door wien defelve kosten zoo in Civile als Cri- * mineele zaaken moeten worden betaalt. Den 13 Maart 1739. 848 Refolutie van de Gecommitteerde Raaden, raakende de aangeeving en betaaling van het Collateraal door een Jood, als Erfgenaam van zyne overleede Huisvrouw, waar meede hy met een Joodfch Contraél van Huwelyk, bekend onder den naam van Ketuba, is getrouwt. Den 24. November 1739.1129 Refolutie van de Gecommitteerde Raaden , waar by den Bailliuw van Noord wykerhout is bevoolen, den Priester en Kerkmeesteren der Roomfchgezin- de Gemeente aldaar, aan te maanen tot rust onder den haren * en defelve j te gelasten de Stoelen van Mr. Ge-j rard van de Velden weder als voren] te piaatfen in de Roomfche Vergader-] plaats. Den 28 February 1741. ! 283 Refolutie van de Staaten Generaal, waar\ by verftaan is, dat zeeker Delerteurj * te 4  Editten, &c. na de ordre des tyds 1747. Pag. radeurs te Amflerdam en te Rotterdam, om gedispenlèert te zyn van den eed by het doen van de liberaale Gifte. Den 25 Oétober 1747. 987. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgellagen een verfoek om exemtie van de liberaale Gifte, zoo veel aangaat der Supplianten Landeryen onder den Vyand geleegen, en die op hooge ordre waren geinundeert. Den 28 Oélober 1747. 987 1748. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Ruard van Putten zeekere föm'me word toegelegt tot reparatie van fchaden aan het Slot en Hove van Geervliet, dooreen zwaaren ftorm geleeden. Den 21 Maart 1748. 75° Prxliminaire Ardcufen van de gefloote Vreede tusfehen zyne Majefleit den Koning van Groot-Brittannien en de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ter eenre, ende zyne Majelteit den Koning van Vrankryk, ter andere zyde, gearrefleerd en geteekent te Aken. Den 30" April 1748. 243 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig de Legaaten in de begrooting van de l\be-\ raale Gifte gereekent moeten worden.) Den 5 July 1748. / 988 , Refolutie van de Staaten van Holland,/ houdende,op wat wyze geprocedeertj moet worden tot invordering van de Liberale Gifte, tegen Adriaan Bastiaanfe, wTelke in de maand November 1747, en dus na het emaneeren van het Placaat, uit de Stad Gouda met 'er woon was vertrokken na Zegveld in de Provincie van Utrecht. Den 5 September 1748. . 988 Refolutie van de Staaten van Holland, op een Misfive van Commisfarisfen tot de Liberale Gifte te Giefen Nieuwkerk, betrekkelyk het geval van zeeker perfoon, de betaaling van de liberaale Gifte declineerende, op praetext van te zyn een Zeeuwfche Vlugteling, wiens Landeryen om den Vyand waaren geinundeert. Den 5 September 1748. 989 Inflruclie voor de Colleéleurs van het regt van de ontgronding en uytvoering, mitsgaders den Doorvaart van de Turf. Den 20 September 1748. 991 Inftruétie voor de Coileéteurs in fommige Steeden, en op de Dorpen enj platten Lande, van de Regt en van de j Waag (daar die volgens de Ordonnan-j tie mogen weezen,) de ronde Maat,! de inkoomende Graanen, de inkoo-S 1748. PAG; mende Tabak, en Groove Waaren welke Rechten met de tiende Verhooging van dien, ingevolge en ter executie van haar Ed, Gr. Mog. Refolutie van den 7 Augustus 1748, ten behoeve van het gemeene Land ingevordert zullen werden. Den 2 Óctober 1748. im , ppg Inflruélie voor de Colleéleurs in de respeélive Steeden van Holland en Westvriesland , van de Regten van de Waag, de ronde Maat, de inkoomende Graanen, de inkoomende Tabak, de groove Waaren, de neegendePenning van de Salm en Steur, welke rechten met de tiende Verhooging van dien, ingevolge en ter executie van haar Ed. Gr. Mog. Refolutie van den 7 Augusty 1748, ten behoeven van het Gemeene Land ingevordert zullen worden, en welke Collecteurs in de Steeden, uit confideratie dat de Colleéleurs in de Dorpen en op het platte Land, haar ontfangen Gelden zullen moeten overbrengen aan den Collecteur van de Stad, waar onder zy resforteeren, aangemerkt en gehouden zullen werden voor Lloofd Collecteurs van de voorfchreeve Rechten. Den 2 October 1748. 997 Generaal en Definitief Tractaat van Vreede gefloten en geteekent te A| ken, tusi'chen de Heeren Extraordinaire Ambasfadeurs en Vlenipotentiarisfen van zyne Majetteit van Vrankryk , ter eenre; en de Heeren Extraordinaire Ambasfadeurs en Plenipotentiarisfen van zyne Majefleit van Groot - Brittannien, en de Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, ter andere zyde. Jn dato den 18 October 1748. . , 240* Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren worden geauthorifeert, om in de Inflructien voor de Collecteurs de noodige verande ringen en verfchikkingen te maken. Den 9 November 1748. 100& 1749. Inflructie voor de Collecteurs in de beflooten Steeden van het Regt dat by Collecte geheeven werd op het wit gerafineert Zout, dat van buiten , uitgezondert uit de Provincie van Zeeland, in de Provincie van Holland en Westvriesland gebragt werd, om in dezelve Provincie gefleeten of geconfumeert te werden, als meede van het diergelyk Zout, dat van buiten inkoomende als boven, door deeze Provincie pasfeert, en na elders bui-  Ediéten, &c. na de ordre des tyds. 1751. Pag. j dezelve tot beplanting der Binnenduinen geimpendeert. Den 20 January 175 —' ' 668 Refolutie van de Staaten van Holland, tot het geven van verley van de Hooge en Ambachts - heerlykheeden van Esfelykenvoude en Heer Jacobswoude, mits zeeker verfuymd verley alvoorens werde gerectificeert. Den 21 January 1751. 6$ 1 Publicatie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van het 29 Art. der Ordonnantie op de binnen Gebrouwe Bieren. Den 21 January 1751. 1024 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Authorifatie op Gecommitteerde Raaden, om tegen het eludeeren der Ordonnantiën op de Gemeene Middelen provifioneele ^oorzieninge te doen. Den 21 January f751, 1024 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de betaaling van het Collateraal door Mr. M. van Berchem, als Erfgenaam van zyne overleedene Dogter, weegens derfelver Moederiyk Bewys by Acte van Uitkoop aanhaar toegefegt, Sec. Den 2 7 January Publicatie van de Staaten van Holland, tot protectie van 's Lands Bedienden in het vifiteeren van Scheepen, Karren en Wagens. Den 29 January i751. \ 568 Refolutie van de Staaten van Holland J betrekkelyk het getal der Scheepenen! Commisfarisfen van 's Lands gemeene Middelen te Amflerdam. Den 29 January 1751. ■— > 802 Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by aan de LToeden - Fabriqueurs vergunt word den Impost op de Turf op den zelfden voet als de Verwers te betaalen. Den 29 January 1751. 1026 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, op welken voet het aan de Bierfteekers gepermitteert is hunne verzuurde Bieren aan Branders, Azyn-maakers en Catoendfukkers te verkoopen. Den 29 Janua ry i75I. , I025 Refolutie van de Staaten Generaal, teegen het buiten 's Lands diverteeren van Gelden, koomende uit de op komflen der goederen van de Proostdye van Meersfen, en teegen het negotieeren op, en aliëneeren van de Goederen derfelver Proostdye, zonder permisfie van haar Hoog Mogende. Den 4 February 175 j. 449 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan Scheepenen van Beek en Donk, om tegen zeekere reeds gevonnist zynde perfoonen ter 1751. , Pag. zaake van nieuw opgekoomene befchuldigingen de novo te procedeerer. Den 5 February 1751. ^a Refolutie van de Staaten van Holland. tot interpretatie van de Ordonnantie op 't Zout Art 18 en 28. — op dt Zeep Art. 12. — en op de Brande wynen Art. 22 en 23. Den 18 Fe bruary 1751. (02d Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de kortinge van drie percent voor Leccagie, aan de Grosfiers in Zeep, word ingetrokken. Den 18 February 1751. <• 1027 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat van Schippers-en Jagers-Knechts geen Heere-' geld behoeft betaalt te worden. Den 19 February 1751. 028 Refolutie van de Staaten van Holland,l waar by aan die van Oud en Nieuwl Goudriaan tot reparatie van hunne Kerk! een Subfidie geaccordeerd word, en| vootts gepermitteert het doen van eene; Negotiatie en Omflag. Den 20 February 1751. 349 Publicatie van de Staaten van Llolland, tot elucidatie van het 6 en 8 Art. der Ordonnantie op het Karosfen Geld. Den 20 February 1751. 1028 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende eenige bepaalingen betrekkelyk den Impost op de Waag. Den 23 February 1751. 1030 Refolutie van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament van Appel door 't Hof verleent van een dispofitie van Scheepenen van Amfterdam , waar by zeekere bevoorens gedecerneerde Curateele was opgeheeven. Den 24 February 1751. 702 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van 't Placaat van 23 Oélober 1733,- betrekkelyk hetcontinueeren van een Zilverfmits - winkel door de Dogter van een Zilverfmits Weduwe. Den 25 February 1751. 405 Placaat van de Staaten van Holland, raakende de Huwelyken van jongelui den, die buiten kennis hunner Ouders of Voogden wegloopen en doorgaan. Den 25 February 1751. 535 Publicatie van de Staaten van Llolland, waar by gepermitteert word tot het vervoeren van Goederen, Impost fubjeél, een afgehuurd Schip of Vaartuig te gebruiken. Den 27 February. 1751. ——103c Placaat van honderdfte en tweehonderdfte Penningen respeélive, te betaalen in twee termynen, de eene helft voorj den vyftienden Mey toekoomende ,1 £ 3 en  EcMen, &c. na de ordre des tyds, 1/5 r. Pag. vervoerd was: mitsgaders teegen h:t vervoeren van nog twee andere Kinderen, in de Gereformeerde Religie opgevoed. Den 14 April 1751. 285 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Vrydom aan de Schepen ter Visvangst uitgerust by voorige Refolutie verleend, geëxtendeert word tot de Haring-Scheepen. Den 14 April (751. 1251 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by bepaalt word, voor hoe veel de twee Reprefentanten van zyne. Hoogheid by de Oost - Indifche Compagnie , een Secretaris en twee Clercquen van defelve Reprefentanten, en een Secretaris van de Keprcfentanten van zyne Hoogheid by de West-Indifche Compagnie, in de Quohieren zoo van het Amptgelt, als van den 200 Penning zouden worden aangellagen. Den 15 April 1751. I 966 Ordonnantie van de Staaten van Holland, tegen den onbepaalden handel van de rcspeótive Galanterie - Kramers in het debiteeren van Goude en Zilvere werken. Den 15 April 1751. 1246 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk i.den Eed, door de Wyn koopers te doen. 2. het betaalen van Impost door de Koopluyden en Grosfiers voor hunne Confumtie. En ü de Cmantiteit van Sterke Dranken door] de Herbergiers en Tappers ten plat-J ten Lande in te Haan. Den 20 Aprill 1751. ' ' 1 1034 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by onder zeekere pecautien aan de Grosfiers van Zeep te Gorinchem gepermitteert word het uitflaan van Zeep naar piaatfen, alwaar 'sLands Impofitien niet geheven worden. Den 20 April 1751. ■ ^34 Publicatie van de Staaten van Holland, concerneerende het uitüaan en verwerken van Scharrebier. Den 20 April 1751. . io35 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het LIeeren en Redemtie-geld te betaalen van Chirurgyns Leerlingen of Knegts. Den 21 April 175 r. > 1036 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de differenten over de Recognitiën , door de Roomfche Gemeentens aan de Officieren betaalt wordende, worden gelaaten ter decifie van Burgemeesteren in de Steden, Rem in Staat hebbende. Den 22 April 1751. 287 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het ftraffen der geenen, die zig aan bedelen en vagabonden, zonder eenig ander draf baar fait gecommitteert te hebben, hadden fchuÜ 1751. Pag. dig gemaakt. Den 22 April 1751. Refolutie van de Staaten van Holland, waarby verklaart word, dat het Recht op de Groove Waaren moet betaalt worden van alle Lood, zonder onderfcheid of het van Oud Lood, dan wel van Nieuwe Blokken verfmolten is. Den 22 April 175r. 1037 Aanfehryving van de Staaten van Holland aan de respeófive Steeden, houdende bepaaling van den tyd, binnen welke de Quohieren der Ordinaire en Extra ordinaris Verpondingen geiuivert moe ten worden. Den 22 April 1751. 1159 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening ten einde de nieuwe ■ Getimmertens en Gemelio reerde Perceelen neevens andere naar behooren in de Verpondingen te doen contribueeren. Den 22 April 1751.1160 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende auctorifutie op Gecommit teerde Raaden tot het geven van per misfien aan de Ingefeetenen zoo van deefe Provintie, als van de Provinti en van Gelderland en Utrecht, en van het Resfort van de Generaliteit, tot hei verweiden van hun Rundvee. Den 24 April 1751. ■ 1267 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Roomfch perfoon, zeedeit een geruimen tyd den Gereformeerden Godsdienst geoeffent hebbende, hoewel daar van nog geene openlyke profesfie hebbende gedaan, ge permitteerd word, om, na de gewoo ne Proclamatie, met een Gereformeerde Vrouw te trouwen. Den 12 Mey I75I. , , 538 Publicatie van de Staaten van Llolland, betrekkelyk den Eed, te doen door de Molenaars en hunne Knegts maaiende op Brouw-of Mout-Molens. Den 14 Mey 1751. 1037 Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Zeeland, waar by verbooden word het laten loopen of weyden van Beesten op de Fortificatie - werken van Lillo, Oud-Lilio, en Liefkenshoek. ■ Den 15 Mey 1751. 155 Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by onder eenige precautien aan de Faéloors en Zeehandelaars in buitenlandfch Spek, gepermitteert word wegens hunne In - en Uitflag van tyd tot tyd met de Gaarders af te reekenen. Den 15 Mey 1751. 103S Refolutie van de Staaten van Holland, tot reftitutie der betaalde Impofitien aan de Scheepen ter Wal vis vangst uitgerust. Den 15 Mey 1751. i2$3 Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by aan J. P. Fontaine, Predikant■ in de Walfche Gemeente in den Briel-j  Meten, &c. na de ordre des tyds. I75Ï. 'Pag. op de binnengebrouwe Biereh. Den 53 Juojr 1751. I043 Relblutie van G-comraicteerde Raaden ^ houdende ordre op de uitkeering van het^ een zesde part in de boeten aan de Toezienders, door welke eenige aanhaaling is gedaan. Den 5 july 1751. . _ 8o3 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by bepaald word, welke Contra-prefenten door de Miniflers van den Staat in hunne Declaratie gebragt mogen worden. Den 7 July 1751. 22* Placaat van de Staaten van Holland, houdende interpretatie van den Eed door de Wynkoopers te presteeren. Den 7 July 175U —— —. io4o Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanig door de Wynkoopers den Impost te betaalen van de Wyn, die zy in hunne Tuinen of op hunne Buitenplaatfen confumeeren. Den 9 July 1751. _ .- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan de Regeering van Yfendyke, om zeeker Roomfch Perfoon, bevoorens te Gouda gewoond hebbende, aldaar met 'er woon te admitteeren. Den 14 July 1751. 288 Refolutie van de Staaten van Holland, dat van een pecunieele pretenfie ten lasten van een Polder k fpraitende uk\ het üot van een Conclufive Reekening] van een Penningmeester, waar van een} Jaa/Jykfche Intrest betaalt was, het! I Collateraal moet worden betaalt. Den - 14 July I75i* ~- n3I Refolutie van de Staaten Generaal j nópens het affenden en publiceeren van de Placaaten en ordres van den Lande, ten aanfien van de Polders en Landen geleegen in Staats Vlaanderen, dog waar over de Jurisdictie gebleeven is aan de Heeren der LIeerlykheeden of hunne Gerechten op Oostenrykfchen Boodem. Den 16 July 1751* fi Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres tegen het verfpreiden van Pausfelyke Bullen, Brevetten, of Decreeten, mitsgaders het doen van ongewoone Piocesfien, zonderPlaciturn van haar Hoog Mog. Den idjuly Refolutie van de Staaten Generaal, tot continuatie van het penfioen van ƒ500 -: -: ter onderhouding van den Predikant. en Schoolmeefter te Ghemen. Den id July 1751. —_ 321 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het getal der Scheepenen Commisfarisfen van 's Lands gemeene Middelen te Leyden. Den 16 July 175 r- — 804 Publicatie-van de Staaten van Hollands VIII. Deel. tegen hét exerceérën van de WynJ koopers neering ten platten Lande.' Den id July i7$li _ Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan de Predikanten en Ouderlingen van de Gereformeerde Gemeente van Sttrgard en Cönftad, in het Wirtenbefgfche, tot het verkoopen van hun Kerk-Gebouw. Den 5 Augustus 1751. 324 Refolutie van de Staaten Generaal,- waar by aan den Extraordinaris Envoyé van Burmania gepermitteerd word de onkosten van zyn Reis - equipagie in reekening te brengen. Den 12 Augustus 1751. .—&2S Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanigen Impost te betaalen van de korte Turf, door de Brouwers, Branders en andere TrafiqUanten tot hunne neeringe gebruikt wordende. Den 13 Augustus 175l iö4$ Refolutie Van de Staaten Generaal, Waar by tot herbouwing der geruineerde •Pagthoeven én Gebouwen in de buiten Poorteryen te Bergen op den Zoom, aan derfelver Eigenaars gepermitteert word het emplo y van vreemde Werkbaafen én Arbeiders. Den 14 Augustus 1751. „ —b,— , 450 Placaat van de Staaten Van Holland, ten einde de Wynkopers nader te conftrin- I geeren tot het afleggen van den aan hun geinjungeerdenËed. Den 14 Augustus i75i. _ L0.y Refolutie van de Staaten Generaal * houdende aanfehryving aan den Vice-HoogSchout te Maastricht* ten einde haar Hoog Mog aucloriteit teegen de excesfen der Roomfchgezinden te maintineeren. Den 2d Augustus 1751. 20& Refolutie van de Staaten van Holland, waar by voor vyf jaaren geaccordeert word een jaarlyks fubfidie van ƒ2000-:-: tot onderhoud van Predikanten &c. in Penfüvanien. Den 27 Augustus 1751, _ m^m 22i Inllruclie voor het Collegie van de Gecommitteerde Raaden van de Heeren Staaten van Hollanden Westvriesland. Den 28 Augustus 1751. y2 Inflruclie voor den Secretaris van de Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, in Westvriesland eh het Noorder Quartier Den 28 Augustus 1751. — 77 Inflruclie voor de Gecommitteerden in de Reekenkaamer van Holland en Westvriesland. Den 28 Augustus Inflruclie voor de Secretarisfen van de f Reekenkamer van Holland, en Westvriesland. Den 28 Augustus 1751. 84 Inflruclie voor den Ontfanger Generaal) l vm  Edicten, &c. na de ordre des tyds, 1751. Pag. dende aanfehryving en ordre aan alle Muntmeefters deefer Landen, om met het Munten van Goude, zoo heele als halve Ryders, te fupercedeeren. Den 3 November 1751. 942 Relblutie van de Staaten Generaal, waar by aan die van den Oudenbofch, tot reparatie der Kerke aldaar, die in den laatiten Oorlog zeer was ontramponeerd, eenSubfidie word toegelegt. Den 5 November 175 i. 354 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Magiftraat van Venlo , in derzelver recht van Judicatuure over Militaire perfoonen, die zig aan contraventie en fraudes in 't ftuk van Gemeene Middelen fchuldig maken. Den 5 November 1751. J 853 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, teegen het inkoomen van Scheepen of inbrengen van Goederen, van Gonftantinopolen of uit de Levant komende vermits de aldaar grasfeerende peftilentiaale ziekte. Den 6 November 1751. 915 Refolutie van de Staaten Generaal, wegens het afleggen van een Compliment van dankfegging aan den Graave van; Holdernesfe op desfelfs afgelegd Com-i pliment van Condoleantie. Den 9 November 17514 — - 6 Refolutie van de Staaten Generaal, o\4 een Misfive van den Secretaris van! hun Hoog Mog. Envoyé aan 't Hofi l van Pruysfen, wegens de niet gedaaner / Notificatie van het Overleiden van zyne Hoogheid aan den Heer van Helle, alhier waarneemende de zaaken van 't gemelde Hof. Den 12 November 1751. 7 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan het Godshuis", genaamt den Heiligen Geest te s' Hertogenbofch, verleent word Executoriaal Generaal tot het innen van Renten, Koornpagten en Landhuuren. Den 15 November 1751. 4S3 Refolutie van de Staaten Generaal, waar byaan den Raad van Braband wordj toegeflaan een Subfidie van ƒ 1850-: :, tot betaaling van den rouw over zyn Lloogheid. Den 18 November 1751. 7 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan zyne Hoogheid, en geduurende desfelfs Minderjaarigheid aan haare Koninglyke Lloogheid, werd gedefereerd de vernieuwing van de Wet der Stad 's Hertogenbofch. Den 19 November 1751. , ,. ' pi Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan haare Koninglyke Hoogheid, geduurende de minderjarigheid van den Heere Prince van Orange, werd ge-| I751' Pag; ■ defereerd het verleenert van Pardonnon en Gratiën over de Generaliteit Den 19 November 1751. " 75f Refolutie van de Staaten Generaal waar by de Rentmeester der Exploicten van den Raad van Vinanderen te Md delburg gcauthonfeerd word, om aan ieder der Leden en Miniders voorden rouw over zyne Hoogheid uittekceren 2 ponden Vlaamfch. Den 22 November 1751. g Refolutie van de Staaten van Holland, wakr by aan haare Koninglyke Hoog beid word gedeferéeft de begceving der Militaire Charges.. Don 24 November 1751. —_ ,43 Commisfie voor haare Koninglyke Hoogheid als Groot-en Opper - Houtvesterfche of Jagermeesterfche van den Lande van Holland en VVestvrieslaud. Den 24 November 1751. ^9 Placaat van de Staaten van Holland, teegen het vermengen en verval fohen van Olyen. Den 27 November 175 .. 12.68 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Weeskamers worden ge' qualifieeert, om de aan haar de vol vee rende Boedels te aanvaarden, zonder beneficie van Inventaris nodig te heb ben. Den 4 December 175^1. 708 Publicatie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van het 11 Art. der Ordonnantie op hetBeeftiaal, betrekkelyk het levendig overdoen van reeds, opgeüageh Varkens door Spekverkoo pers en Varkenflagers. Den 7 December 1751. , ó Placaat van de Staaten van Holland, be trek/yk den in - en uitvoer van Rundvee. Den 7 December 1751. l270 Refolutie. van de Staaten Generaal, 4 waar by, vermits het afflerven van zyne lloogheid, gereguleerd word de ordre in het Formulier van het publicq Gebed. Den 10 December 1751. 354 Refolutie van de Staaten Generaal', hou dende interpretatie van derfelver Placaat van den 3 Juny 1750, raakende het aangaan van Huwelyken met perfoonen van de Roomfche Religie. Den| 15 December ? 751. Publicatie van Gecommitteerde Raaden vari Holland, nopens het heffen van Impofitien by Colle&e in de Sceederi en Landen van Vianen en Ameiden. Den idDecember 1751. 1050 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling , van wiens departement het is in den Lande van Gryfoort, om te ageeren in materie van des gemeene lands Middelen. Den 18 December 1751. -j go4, Refolutie van de Staaten Generaal, om\ 1 2 het  Edicten, &c. na de ordre des tycfe 1752. Pag- Ordres en Inflruclien , belangende het beleid van de Begraafrehisfe, -en het voorkoomen van inconvenientien in defelve, zoo ten aanfien van de Militie , als van de verfcheide funclien, welke waargenoomen zullen worden door zeekere perfoonen, die tot ieder derfelve bequaamst zullen geoordeek worden. 21 Inflruclie voor den Major le Jeune, die de hooge en laage Officieren zal aanwyfen hun rang en Plaats. 22 Inflruclie voor le Fevre , Hofmeefler van den Generaal, die de Domefticquen en Bedienden van het Hof zal aanwyfen hun rang en plaats. c±i Inflruclie voor Casper Concert, Contra* rolleur van de derde en vierde Divifie. 23 Inftmclie voor Willem We/s, Contra rolleur van de vyfde Divifie. 23 Inflruclie voor Willem Nieuwierth,Fourrier van het Hof. 23 Inftructie voor Gotlieb Sebold, Sadelmaker van 't Hof, die de hooge en laage Bedienden, tot de Kamer van wylen zyne Hoogheid behoord hebbende , zal aanwyfen hun rang en plaats. 24 Inltruclie voor een Officier, om de Generaal Majors en Coilonels , die by het Lyk zullen gaan, te arrangeren l maakende de agtfte Divifie. J 24 Inflruclie voor den Lieutenant Wage- meeseer Generaal Dankers. I 24 I Inflruclie voor den Contrarolleur Generaal van de Marfch, Hendrik van Goor. 25 Inflruclie voor den Pauker van het Regiment van Orange Vriesland. 26 Ordre voor den Drost Pypers. 26 Ordre voor de Bodens van de Generaliteit. 16 Ordre voor de Trompetters. 27 Ordre voor de Koetfiers. 27 Refolutie van de Staren van Holland, waar by word goedgekeurt de ordre der Lykflatie van zyn Hoogheid, door Heeren Gecommitteerde Raaden geformeert. Den 1 February 1752. 27 Lyst van de Heeren van haar Edele Groot Mog. Vergadering op deBegraaffenisfe van het Lyk van wylen zyn Hoogheid , glorieufer gedagtenisfe , den Heere Prince van Orange en Nasfau, adfifleerende, als meede van de Koetfen. 3° Memorie of Inflruclie voor Deeken en Hoofdluiden van de Boodens van de LIeeren Staaten van Holland en Westvriesland. 32 Ordre voor de Koetfiers. 34 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende Auélorifatie op den Magiftraat1 1752. iPAÖ; van Philippine, om elk Burger haar zyn Haat te taxeeren, tot het vinden van het te kort koomende aan het Tradement van den Chirurgyn en Vroedmeefler aldaar. Den 1 February 1752. ' 454 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig Zeegel te gebruiken tot de Billietten voorde Turf en Kooien. Den 3 February1752. 4054 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by bepaalt word, hoedanig recht van' Vrydom van den Grooten Braband-j fchèn Swygenden Landtol aan de In-j gefeetenen van Helmont competeert.) Den 3 February 1752. 1176 Placaat van de Staacen Generaal, tégen(: het buyten 's Lands vervoeren van Mo-j lens, en daar toe behoorende Gereed-' fchappen of Materiaalei!. Den 3' February 1752. 1273 Refolutie van de Staaten van Holland,i inhoudende verfcheide fchikkingen no-J pens 't geval, dat haare Koninglyke Hoogheid geduurende de minderjarigheid van den Heer Prince Erfftadhouder , of van de Princesfe Carolina mogte overlyden. Den 10 February. 1752. 143 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by nader word vastgeflelt, dat de Refièenten hunne woonplaats in den Ha-' ge moeten houden. Den 12 Febru-1 ary 1752. \ 226 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Öclroy op 't ftuk der Erffenisfen ten behoeven van Diaconen van de Gereformeerde Nederduytfche Gemeente te Naarden. Den 12 February 1752. 355 Placaat van de Staaten Generaal, totreduclie der Brabandfche zoo genaamde' Permisfie of andere Schellingen. Den 11 February 1752. j 943 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Commandeur van' Philippine, in desfelfs recht om in de Confiftorie te verfchynen: als mede ordre aan den Predikant aldaar, om voor denzei ven te bidden. Den 25 February 1752. j 355 Refolutie van de Staaten Generaal, raakende de aanflelling van de Regenten van de Gereformeerde Religie in de Dorpen van het Marquizaat van Bergen op Zoom. Den29 February 1752.; 323 Refolutie van de Staaten Generaal, waar, by gearrefteerd word een Project, om] de Troupes van den Staat op een meer folide en min kostelyken voet te brengen , het welk fuare Koninglyke Hoogheid had doen formeeren. Den 2 Maart 1752. 157 / 3 ' Re-  Ediftcn, &c. na de ordre des tyds, r/52. Pag. bellen van Wagens en Paarden, de voorfz. Meer pasfeerende , verleend. Den 26 Mey 1752. • 924 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende eene aanfehryving aan den Minifter Buys by den Neder - Saxifchen Kreits tot obfervantie van het Contract met de Stad Hamburg van den 22 Mey 1609. Den 27 Mey 1752^ ^53 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy aan Ingelanden van Stads en Godshuis Polder, omtrent het aanftellen van Poldermeefters over de voorfchreeve Polder. Den 27 Mey 1752. 832 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de Haaring-Visfcheryen in de Zuider-Zee. Den 31 Mey 1752- ï:i55 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word goedgekeurt, dat door haare , Koninglyke Hoogheid de ordre van de Jarretaire voor zyne Hoogheid werde geaccepteerd. Den 1 Juny 1752. 35 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oclroy op 't ftuk der Erffenisfen, ten behoeven van de Huisen Diaconie-Armen van Oudshoorn en Gnephoek. Den 1 Juny 1752. 356 Refolutie van de Staten Generaal, op eene Memorie van den Heer Yorke, waar by defelve aan haar Hoog, Mo^.l kennis geeft van de electie van zyne\ Hoogheid tot médelid der ordre vani ' de Jarretlere. Den 2 Juny 174.2. I 35 Refolutie- van de Staaten van Holland, houdende Octroy op 't ftuk van Erffenisfen, aan Diaebhen en Armen Voogden van Nieuwendarn. Den 2 Juny 1757. • 357 Rapport van de Gedeputeerden van haar Hoog Mogenden , inhoudende de Ceremoniën en formaliteiten, by de inftallatie van zyne Hoogheid, als Ridder van de Jarretiere. Den 7 Juny 1752. » — 36 Refolutie van de Staaten Generaal,houdende ordres tot hef fluyten van de Roomfche Kerk te Sluys in Vlaanderen , tot dat zeekere vervoerde Weeskinderen zouden zyn overgeleevert. Den 16 Juny 1752. 290 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Vryheer van Gemert in het Recht van Patronaatfchap aldaar. Den 16 Juny 1752. 357 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring , dat de Switzers, onder het resfort van de Generaliteit in Guarnifoen zynde , zig naar het Echt-Reglement gedragen moeten. Den 16 Juny 1752. 540 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het aanftellen van Gerefor-I 1752. Pao» meerde Scheepenen der Banke van Trembleur. Den 3 July 1752. 323 Ordonnantie op de invordering en betaaling van den tagtigften Penning van alle publicque verkoopingen van onroerende en roerende Goederen, Velden Boomgewasfen daar onder begreepen, in de Steeden en over het geheele Land van Vianen, geformeert by den Magiftraat van Vianen, en door de LIeeren Gecommitteerde Raaden, als gequalificeert tot de adminiftratie van het Domein van Vianen, met de nodige veranderingen geappro-j beert en gearrefteert. Den. 6 July] 1752. " — ili3a Refolutie van de Staaten van Holland J nopens de zitplaats der Bailliuwen o-j ver het platte Land, wanneer zy in' zaaken van de Gemeene Middelen' voor Scheepenen in de Steeden iets, te verrigten hebben. Den 13 July; 1752* 1 • I 807 Refolutie van de Staaten van Llolland,! houdende Confent aan Bailliuw enj Kerkmeesteren van 's Gravefande enj Zand-Ambagt, tot het cedeeren deri Lammer-tienden aan haar Edele Groot! Mog. Domeinen. Den 14 July 17;.2.! 885 Refolutie van de Staaten van Llolland ,i houdende Octroy op 't ftuk van Erf-j 1 fenisfen aan Diaconen van de Neder- ' I duitfche Gereformeerde Gemeente tel I Oostzaandam. Den 15 July 1752. 1 35$ / Refolutie van de Staaten Generaal, hoa-J dende verklaring, dat te Loon op Zand] even gelyk in andere Piaatfen van! Staats Braband, de publicque Veylingen ten overftaan van denDrosfard, of desfelfs Stedehouder, moeten gefchieden. Den 19 July 1752;' 456 s Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, door welke Rechters' en op welken voet de questien o!rer de van ouds gecollecteerde middelen berecht moeten werden. Den 19 July 1752. . 807 Placaat- van de Staaten Generaal, hou-l dende belasting op de vreemde Bie-j pen; en nadere voorfiening teegen het; vervoeren vanbinnenlandfche Gebrouwe Bieren binnen de diftantie van an-j derhalf uur gaans van de befloote Stee-j den. Den 19 July 1752. 1177 Refolutie van de Staaten Generaal , waar by dezelve hebben verklaard, dat haare Refolutie van den 3 April 1751, ten reguarde van het Ciasfis van Bergen op den Zoom genomen, mede zal ftand grypen met betrekking tot de Stad en Dorpen ónder het Ciasfis - van Breda resforteerende. Den 21 July1752. 324 Refolutie van de Staaten van Holland,- waar  Ediéten, &C. na de ordre des tyds. I/52. Pag. betrekkelyk het getal der Scheepenen Commisfarisfen van 'sLands Gemeene Middelen te Haarlem. Den 27 September 1752. 810 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Inwoonder van Duyfel voor eenige jaaren word verleend remisfie van Verpondingen, en andere reëele Lasten, tot vergoeding van fchade door brand hem overgekoomem Den 28 September 1752. 1179 Refolutie van de Staaten van Holland, ten einde voortaan geen Oélroyen te verleenen op het drukken van de Luterfche Pfalmen en Geestelyke Liederen ; mitsgaders tegens het drukken van Luterfche Bybels, anders dan met approbatie der Luterfche Gemeente. Den 29 September 1752. 458 Refolutie van de Staaten van Holland, wegens de betaaling van het Collateraal in een geval, daar de Testateur het ufufruél van zyn nagelaten Goederen aan zyne zuster, en den eigen* dom daar van aan haare Kinderen hadde gemaakt. Den 29 September 1752. — 1134 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't Ruk der Erffenisfen aan de Regenten van de Godshuyfen, mitsgaders aan de Diaconie en Grooten Armeninden Brielle. Den 3 October 1752. \ 361 Refolutie van de Staaten Generaal, hou-j dende bepaaling, door wien de kosten,! op het repareeren der Gooten langs de Straaten te 's Hertogenbofch vallende , gedragen moeten worden. Den 27 Oélober 1752. —- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende remisfie aan eenige Dorpen in de Quartieren van Oosterwyk en Peelland, ten aanfien van Verpondingen, Beedenen Gemeene Middelen, ter zaake van de fchade, hun door het verhaagelen haarer Veldvrugten overgekomen. Den 2 November 1752.1179 Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde der Permisfie Schellingen , zoo in de Stad Venlo, als in het Ampt van Montfoort, en in de LIeerlykheid Stevenswaart. Den 9 November 1752. 948 Refolutie van de Staaten van Holland, teegen het ftellen van een Rysgewas, Stooven of opgaande Geboomte inde nabyheid van de Watermoolen in de Polder van het Westmaasfche Nieuwland. Den 1.0 November 1752. 460 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy aan de Arme Voogden van Purmerland, zoo tot het heffen van eenige belastingen, als het beuren van Erffenisfen van gealimenVIII, Deel. 1752. PAö, teerde perfoonen. Den 16 November 1752. 4£0 Refolutie van de Staaten Generaal, tot obfervantie van het Placaat der Staaten van Holland van 18 December 1699 nopens de fuccesfien ctb inlestato in den Eylande van Curacao. Den 17 November 1752. j12*? Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan zekere Koper - Raffinadery te Sunderdorp vrydom van Impofitien op de Brand - Stoffen word verleend. Den 18 November 1752. I059 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende voorfieninge omtrent diverfe irreguliere gedragingen van de Regeering te Venlo. Den 23 November 1752.; 461 Publicatie van de Staaten Generaal, hou-j dende verbod, om op de Weegen in de Landen van Overmaze te gebrui-! ken Rytuygen, befpannen met Paar*] den één voor één agter malkandereh gaande. Den 23 November 1752. ,,; 462 Waarfchouwing van de Staaten Generaal,' houdende voorfieninge tegen het occupeeren van drie Groenïandfche Scheepen , welke in het Rheenerweld door het Ys waaren befet geraakt. Den 1 December 1752. —-—— 1258 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie om in plaats van )den overleden Predikant van de Hoogduitïche Kerke in 'sHage een ander te beroepen. Den 5 December 1752.* 361 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de betaaling van den Impost op de Yrfche Boten Den 7 December 1752. Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by gearrefteerd word het Formulierder Accord- Cedullen van de Waag. Den 14 December 1752. w6o Refolutie van de Staaten Generaal, houdende interpretatie van derfelver Pla caat, raakende de ongelyke Huwely ken van Proteflanten met die van de Roomfche Religie , met opzigt tot de Barrière piaatfen. Den 15 December 1752. - > " 1 54j Refolutie van de Staaten Generaal, hou dende permisfie aan den Pastoor en Kerkmeesteren te Llilvarenbeek, om het Rieten - dak van hun Kerken - huis zonder cieraad te befchieten en verwulven. Den 20 December 1752. 292 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende interpretatie van derfelver Refolutie van den 5 Maart 1721, omtrent de Vernieuwingen, Timmeragien, en Melioratien van de Roomfche Kerk - huyfen. Den 20 December 1752. » 293 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by gearrefleert word een Project, van m te-  Edidten, &c. m de ordre des tyds. 1/53. Pag. kende de compofitie over de incestueufe con verlatte, door zeekeren Huybregt van Peenen gehouden, Den 22 February 1753. ?6q Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan Gecommitteerden, tot het houden vauConferentien met Gedeputeerden van den Prins van Luyk, geadjungeerd word de Secretaris van den Raad der Stad Maaflricht van de Brabandfche zyde. Den 23 February 1753. , « 4^ Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre, dat de geenen, die in den Hage de qualiteiten van Wyn kooper en Slyter of Tapper te zamen exerceeren, zig omtrent de continuatie in eene van beide die qualiteiten moeten declareeren. Den 8 Maart 1753* * 'oö4 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Au&ortiatie op Gecommitteerde Raaden, om den Impost van twaalf ftuyvers op de Ton Zeep voor vyf jaaren in admodiatie te geven. Den 9 Maart 1753. . ' 1065 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende, dat het KofFy-en Theegeld moet worden betaalt ook weegens Dienstboden, die Kostgeld genieten. Den 10 Maart 1753. • \ta6$ Refolutie van de Staaten Genetaal, om\ zoo wel de Publicatie van den 23 No-\ vember 1752, als in 't toekomende J alle derfelver Pablicatien en Ordon-l nantien, zoo wel in de Heerlykheid Mechelen, als in de overige Banken van St. Servaas, te publiceeren enaffigeeren. Den 20 Maart 1753. 92 Refolutie van de Staaten Generaal, omme te conniveeren zeekere Verwulvingen in de Roomfche Kerk te Udenhout en Efch gedaan. Den 21 Maart 1753. 295 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Roomfche Pastoor en Kerkmeesteren van Boxtel worden gekst de kosten op 't fluyten en ontliuyten van hunne Kerkfchuur uit hunne privé beurs te rembourfeeren. Den 21 Maart 1753- 296 Placaat van de Staaten van Holland, houdende, dat het bevoorens gedaan ver-J bod van in en uitvoer van Rundvee voor eenigen tyd word buiten effect, geftelt. Den 21 Maart 1753. 1277 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Vader van zeker perfoon, die van een manllag wierd befchuldigt, om voor zyn Zoon by wegen van fuggestié defenfie te doen. Den 27 Maart 1753. 751 Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost op! de Zeep ten behoeven van de Fabri-i 1/53- Pag. qüeurs tot de Warp - en Fuftein- haile te Leyden betrekking hebbende. Den 27 Maart 1753. 1066 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by geregideert worden de Solemniteiten tot receptie van den Ambasfideur van Vrankryk. Den 31 Maart I753- 228 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryvinge aan den LlooghProost,Deeken en Caplttel van St. Servaas * om voorzieninge te doen omtrent de publicatie en affixie van haar Hoog Mog. Placaaten en Ordonnantiën in het Dorp Mechelen, en op; den voet daar by vermeit. Den 2 April 1753. . ± Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen het verzoek om' een liefdegaave, door den Predikant! te Permafens, geleegen in het Ampt1 Limberg, gedaan. Den 3 April 1755.' 325 Relblutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word het ver-j leenen van een Mandement van Appel door den Hoogen Raad van een1 Appoinétement van 't Hof, waar by, een verfoek van Confinement en Cu-' rateele was afgeweefen. Den 7 April 1753. ?0g Refolutie van de Staaten Generaal, waar by meede aan den Drosfaard van Bre-j da worden toegelegt de pramien byi haar Hoog Mog. Placaat van 1 April) 1738. op het apprehendeeren van Va-! gabonden en Landloopers uitgeloofrJ Den 12 April 1753, [■ ?6o Refolutie van de Staaten van Holland,! waar by H. G, Certon, Predikant inl de Walfche Gemeente te Dordrecht ,j Emeritus verklaard word: ook met' behoud van zeekere bevoorens aan hem toegelegde Gratificatie. Den 13 April 1753. _ 3(53 Reglement op het doen der executien tot het invorderen van de Verpondingen, reëele en perfoneele Lasten en Ongelden, by het gemeene Land omgeflagen, in de Steedenen Landen van Vianen en Ameiden. Den 14 April 1753. 8l2 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan de Officieren van de Banken van St. Servaas, om de informatien van aldaar begaane Moorden of Doodflagen aan den Raad van! Braband ovér te zenden. Den 17 April 1753. — - '| f6l Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie om te Wouw of Gas-j tel een tweede Capellaan te moogen; aanftellen. Den 26 April 1753. j 2g~ Refolutie van de Staaten Generaal, raa ! kende de Ceremoniën by de auÉen-| m 2 , tie  Édicten, &c. ha de ordre des tydé. 1753- Pag» Ëccfolude van de Staaten van Holland, waar by aan een Logementhouder by gratie word gepermitteert Wyn te tappen in een Huis, geleegen naast een Wynkoopers Kelder. Den 4J11- , 1753- —- 1072, Refolutie van de Staaten van Llolland, tot vermindering van den Impoft van .het Brandhout ten fave^e van de Platteel- en Teegel - bakkers binnen deeze Provincie. Den djuly 1753.1072 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende alterarie en nadere bepaaling van het Amptgeld wegens het Schout-Ampt der Stad Hoorn en Jurisdictie van dien. Den 7 July 1753. 96S Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van bet 8 Art. van de Ordonnantie op de Turf en Kooien. Den 7 July 1755. 1073 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod aan vreemde Schippers, om op Piaatfen alwaar geen vaste Marktdaagen zyn, eenige Impost fubjeéle waaren direélelyk uit hunne Scheepen te verkoopen. Den 7 July 1753- —1 1278 Octroy van de Staaten Generaal, tot het bedyken van zeekere Schorren en Slyken, leggende voor de Polders Cambron,! Hulfter- Ambagte. Den 9 July 1753. i3°5 Refolutie van de Staaten Generaal , hou-l dende permisfie tot aankoop van een] Woonhuys voor de Pastoors te Duy-I fel, onder zeekere mie fen daar by ver-I ' melt. Den 12 July 1753. Refolutie van Gecommitteerde Raaden, inhoudende hoedanige Atteflatien de vita door de Gepenfioneerde Officieren, en ook van de Waardgelders, ter Finantie moeten worden geëxhibeert. Den 18 July 1753* i8d Publicatie van de Staaten Generaal, hou dende eene Generaale Amnestie omtrent het geen ter zaake van zeekere difiidentien en oneenigheeden in de Colonie van Surinamen was voorgevallen , met recommandatie tot een ftil en respeclueus gedrag voor het vervolg. Den 20 July 1753. 1219 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de inappellabiteit der Crimineele Vonnisfen in Braband geweezen. Den 25 July 1753. , 762 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Mr. Johan Hop word geaccordeerd, by afftand van het Ampt van., Raad en Thefaurier Generaal van de Unie , weeder fesfie te moogen neemen in den Hoogen Raad op zyn voorigen Rang, en te mogen blyven fubjecl de Judicatuure van den Hoogen Raad. Den 2 Augustus 1753. —■ ■ i 94 1753; Pa& Refolutie van de Staaten van Holland J tot het formeeren van een nieuw en' generaal redres van de Verpondingen; op de Huifen en Gebouwen in deefe' Provincie. Den 2 Augustus 1753. Indo Refolutie van de Staaten van Holland J waar by de Koorn- moolen , cum annexis, te Meerkerk, word vry verklaard van de Verpondingen. Den 2 Augustus 1753. —1—* ïïièi Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen het verzoek van den Magiftraat van Geertruydenberg, om tot reparatie vari de Kerk en Toorenaldaar, een algemeeneColleéte te doen. Den 3 Augustus 1753. 3^ Publicatie van de Staaten van Holland,! waar by bepaald word, hoedanig de! Run moet betaalen in het Recht vari de ronde Maat. Den 3 Augustus' ' 1753. U073 Refolutie van de Staaten Generaal, wegens het effeél van geobüneérde Octroyen, öm van Goederen in Staats Vlaanderen geleegen , by uitterfle wil te mogen disponeeren. Den 7 Augustus 1753, . , 4^ Publicatie van de Staaten Generaal, houdende recommandatie aan alle Schippers en Stuurlieden, om de Turkfche of Moorfche Vaartuygen met de gepaste vriendelykheid te bejeegenen. Den 8 Augustus 1753. — 1104 Refolutie van de Staaten Generaal j waar by verklaard word, dar zeekere F. A. Jabach, als door, t verkrygen van 't Burger-recht te Middelburg een genaturalifeerd Ingefeeten geworden zynde , begreepen is onder de Traélaten nopens het regt van Aubainè. Den 9 Augustus 1753. i—1 26ó Refolutie van de Staaten Generaal, nopens het overgeeven van Burgers en Ingezetenen in de Barrières, zig aan eenig deiiél teegens Militaire perfoonen fchuldig maakende. Den 10 Augustus 1753. » ■ ■ 85$ Refolutie van dé Staaten van Holland, waar by verklaard is, dat H. Hogenberg volgens de Publicatie van den 29 Juny 1743 , gehouden is het dubbelt Collateraal te betaalen van de Portie, welke hy uit kragte van 't Testament van zyn overleeden Broeder meerder heeft bekoomen, dan hy ab inteflato zoude hebben geëerft; fchoon die meerdere Erfportie byna geheel door Legaten, dog in contante gelden beflaandej was uitgeput. Den 15 Augustus 1753. ... 1134 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, ten einde by het pasfeeren van eenige Tollen de ingelaade Goederen behoorlyk aan te ié i ge-  Ediéten, &c. na de ordre des tyds. 1753* Pag. pen en Ambagten in de CrimpenerWaard, tot het heffen der DorpsLasten , by parate executie. Den 6 November 1753. — 3^ Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat in den Lande van Vianen de Tabak geene Tienden verfchuldigt is. Den 6 November 1753. « _ 895 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens het inhibitief effect der provocatie van een Vonnis van Dykgraafj en Heemraden van de Crimpenrewaard aan den Lloogen Raad. Den 8 November 1753. - • - 709 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan Scheepenen van 's Hertogenbofch, om in Crimineele! Procedures op Decreet geintenteerd,! van den Hoogfchout Rapport-gelden] te vorderen, ten waare dezelve met de kosten triumpheert. Den 12 November 1753. . 7<52 Refolutie van de Staaten Generaal, waar! by gepermitteert word Artillerye en Ammunitien van Oorlog te verfenden op een fchriftelyke verklaaring van den Commis, zonder Pasport. Den 28 November 1753. . ^7 Placaat van de Staaten Generaal, teegen! het verfenden naar buiten 's Lands of het verfmelten der Nederlandfche Zil-I vere Standpenningen; mitsgaders heu \ befhoeyen en biquetteeren van Goude) of Zilvere Penningen. Den 2 8 JSfo-l vember 1753. , j 949 [ Publicatie van de Staaten van Holland ,| waar by het heffen van den Impost! op de Speelkaarten en Dobbehïeenenj' tot nader Advertentie word gefur-j cheert. Den 6 December 1753. \1018 Refolutie van de Staaten van Holland, op de Requeste van Maria Dasfelaar, Weduwe Stelterman, wegens de be-! taaling van het Collateraal van zeekerj Legaat van tien duyCent guldens. Denj 6 December 1753. - 1*37 Nadere Refolutie van de Staaten vanj Holland op het zelve fubjeét. Den 18 Mey 1754. II3? Refolutie van de Staaten Generaal, no-1 pens de Judicatuure over eenige perfoonen, zig aan het forceeren van de buitenfle Barrière te Maaflricht fchuldig gemaakt hebbende. Den 7 December 1753. . 8 Auctoriiatie van Gecommitteerde Raaden van Holland op de Gaarders onder het Diflriél der Stad Dordrecht, om by alle In- en opgezeetenen naar de Impost fubje&e Goederen onderzoek te doen Den 10 December 1753. ' l0?5 Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Zeeland, waar by een premie i/53- Pag. beloofd word tot ontdekking van degee nen, die aan Pagters, Collecteurs en Deurwaarders van de gemeene Mid delen feitelyk geweld gepleegd hadden. Den 11 December 1753. 50*9 Refolutie van de Staaten Generaal, tegens bet verleenen van Ordonnantiën tot betaalinge van liefdegaven ofgrati ficatien door hunne Gecommitteerden, als Commisfarisfen Decifeurs naar Maa flricht gaande. Den 14 December 1753. 95 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan de Judicatuure van den Raad van Brabant word gelaaten een zaak in cas van Injurie tegen den Prefident Scheepen van Tilborgh, en waar in drie andere Scheepenen als Getuy- ' gen waaren geconcerneert. Den 28 December 1753. . . 724 1754. Auclorhatie van Gecommitteerde Raaden van Llolland, op de Gaarders on-| der het Diflria der Stad AmfterdamJ om by alle In- en Opgezetenen naari de Impoft fubjeéle Goederen onder-j zoek te doen. Den 3 January 1754.; 1076 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan die van Wa verveen geaccordeerd word een fubfidie tot foulagement van den opbouw hunner1 Kerke. Den 11 January 1754. I 307 Refolutie van de Senaten van Holland J waar by de permisfien, gegeven by de Ordonnantie op de Wynen, Art. 2f. en op de Brandevvynen Art. 11 en 12. tot de onhertrouwde Weduwen geëxtendeert worden. Den 11 January 1754. . 6 lefolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't ftuk derSrffenis' fen aan Regenten van het Burgei Weeshuis te Gouda. Den 12 January 1754. — 1 46? lefolutie van de Staaten Generaal, om haare Koninglyke Hoogheid te verzoeken den "Gouverneur van Maastricht aan te fchryven, om, tot het doen der publicatie en affixie van Hun Hoog Mog. Placaaten in het Dorp Mechelen, de flerke hand met de Militie van den Staat te verleenen, &c. Den 14 January 1754. ^5 lefolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den termyn tot het hooren van getuygen in procedures over zaken van gemeene Middelen. Den 17 January 1754. 815 Vaarfchouwing van Gecommitteerde Raaden, tegen het weghaalen van Zand van zeekere Plaat geleegen in de Rivier de Maaze, tusfehen Zwarte .  Ediéten, &c. na de ordre des tyds. 1754. Pag- zonder ornamenten. Den 3 April 1754- — 300 Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanige gezegelde Billietten te gebruiken by de aangeeving van Styffel, Brood, Bifchuyt en Meel, van buyten in deeze Provincie ingebragt wordende. Den 4 April 1754. 1078 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het aangeeven en gebruiken van Graan tot voeding of mesting van Vee. Den 4 April 1754. 1079 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van den tyd der aangeeving van Meel, Brood, &c, in deeze Provincie ingebragt wordende. Den,4 April 1754. 1080 Refolutie van de Staaten Generaal, waarl . by word afgellagen het verfoek van j. V. Anofi, om vergoeding van fchaa-j de, veroorfaakt door brand , welke in desfelfs huis ontdaan was, geduurende dat hy inde Capelle van haar Hoog Mog, den Heiligen dienst was waarneemende. Den 8 April 1754. 23° Publicatie. van de Staaten van Holland, houdende nadere voorziening omtrent de vrydom van het Zout, aan de Haringbuyfen gelevert wordende. Den 9 April 1754. -—-— jo8o Publicatie van de Staaten. van Holland, tot coneétie van Dmkfauten in del Ordonnantie op de Ronde Maat. Den]' 9 April 1754. •—; J1081 Refolutie- van de Staaten van Holland,! betrekkelyk het hooren. der geenen, ■ die eenige peilinge gedaan, of daar by geadüfteert hebben , op Interrogatorien. Den 10 April 1754. 8id Publicatie van de Staaten van Holland J tot interpretatie van Art. 17 en 28, der Ordonnantie op 't Gemaal. Den| 10 April 1754. jio8i Publicatie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie, welke Waaren , uit deele Provincie vervoert wordende , vry zyn van de Ronde Maat. Den 10 April 1754. —- 1082 Refolutie van de Staaten Generaal, op een verfoek van den Envoyé van Deenemarken, ten einde de verfchillen tusfehen Deenfche Schippers en derfelver Matroofen aan de decifie van den Deenfchen Agent of Conful hier te Lande werden gerenvöyeert. Den 11 'April 1754. 824 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring, dat de flraffe van Confinement alleen betrekkelyk is tot Vagabonden enLand/oopers, en niet tot andere Delinquanten. Den 12 April 1754. — 764 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende belofte van, VJII. Deel. 1754- Pao. een proemie tot ontdekking van zee kere verregaande refillentie en geweld, aan 's Lands Bedienden gepleegd. Den id April 1754. 57I Refolutie van Gecommitteerde Raader. van Holland, aan welke perfoonen Paspoorten van Vrydom, zoo van de Graaffelykheids, als WasfenaarfcheTollen, voor Meubilaire Goederen behooren geaccordeerd te worden. Der; 30 April 1754. — — 928 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende, dat de Officieren ter repartitie van deefe Provincie, geduurende de vier eerfte jaaren de korting van een vierde moeten ondergaan, fchoon op andere Provintien reeds korting zynde fubjeél geweest. Den 9 Mey 1754, ~ — W Refolutie van de Staaten van Holland, houdende vrydom van diverfe 'sLandsj Lasten ten behoeven van zeeker Hof-j je, door Gysbert de Leng te Dordrecht gelïicht. Den 14 Mey 1754. ji'083' Refolutie van de Staaten van Holland,' houdende verklaaring , wanneer hetj rabat , aan de Bierfteekers en Bierbe-j fchoyers gegeven , plaats heeft. Den! 14 Mey 1754. I1084 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy op 't ftuk der Erffenisfen aan Regenten van het Aalmoes1 femcïshuis te Gouda. Den 15 Mey 1 1754. — — : 469 l Refolutie van de Staaten van HollandJ houdende verklaaring, dat Vrouwen van IMotarisfen buyten gemeenfehap van Goederen getrouwd;, boven den Commisfaris van 't Zeegel zyn gepra;fereerr. Den 15 Mey 1754. 613 Refolutie>an de Staaten van Holland, tegen het verhuureh van Bierfleekeryen, ten dien effeéte, dat defelve in een ander Huis, op de Lyst niet bekent, worden geëxerceert. Den f* Mey 1754. — " i'084 Refolutie van Gecommitteerde Raaden, nopens de onbevoegdheid van den Lloogen Krygsraad tot hec geven van ordres aan de Solliciteurs , om uit Traélementen of Penfioenen van Officiers, ter repartitie deezer Provincie flaande, eenige betaaling te doem Den 29 Mey 1754. —-~ 859 Refolutie van de Staaten van Llolland, wegens den rang van de Provinciale Rekenkamer, en de Lloven van Juftitie in het Haagfche Berigt - boekje. Den 5 Juny 1754. ' 39 Nadere Refolutie van de Staaten Generaal , nopens de inappellabiliteit der Crimineele Vonnisfen,, in Braband geweezen. Den 6 Juny 1754. . j 764 I Refolutie van de Staaten Generaal, hou- n den-  Ediélen, &c. na de ordre des tyds. 1754- iP ag. Vianen, gearresteert, ingevolge het Oélroy van haar Ed. Gr. Mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, van den 3 December 1749, by haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden. Den 29 Augustus 1754. , — ioi8 Ordonnantie, waarna betaalt zal worden het recht van het klein Zeegel, in de Steeden en Landen van Vianen en Ameyde , met de onderhoorige Dorpen ; gearrelteert ingevolge het Oélroy van haar Edele Groot Mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, van den 3 Decembe 1749, by haar Ed. Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden, op den 29 Augustus 1754. lI47 Placaat van de Staaten Generaal, tegerf de frauduleufe vervoeringen van Vee./ Bou wgereedfchappen en Graanen, naai vreemde Territoiren , door eenige Bruikers in prejudicie der Eigenaars gepleegt wordende. Den 30 Augustus 1754. .— 642 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende diverfe fchikkingen en bepaalingen tot herftelling van de vervallen Kerkelyke Finantien te Hulst. Den 13 September 1754. 470 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van het geen betaalü moet worden , door de Schippers,) binnen de Vereenigde Pro vin tien, of/ het resfort vm de Generaliteit 't huis behoorende, by het ordinaris Schut vaarende door 't Sas van Gent. Den 19 September 1754. i2od Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, van welke Waaren het Recht van de Ronde Maat betaald moet worden. Den 2d September 1754. . 1092 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling omtrent debereekening van het Vuurgeld, dat door de Oost-Indifche Compagnie betaalt moet worden. Den 28 September 1754. , l20y Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de verkiezing van continueerende Scheepenen te 's Hertogenbosch. Den 1 Oélober 1754. 472 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Biervoerders van de Vreemde Bieren te Amllerdam, word toegelegt drie ftuyvers van ieder Ton. Den 1 Oélober 1754. 1092 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een fubfidie geaccordeert word aan de Kerken van Grosthuyzen en Avenhorn. Den 3 Oélober 1754. 37° Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat de Stalhou-! 1754- |Pag. ders en Voerlieden op het Karosfe-geld mogen verreekenen de Veer-gelden. Den 4 Oélober 1754. ^93 Placaat van de Staaten Generaal, betrekkelyk de cours en waarde van zeekere nieuw gemunte Luykfche Schellingen. Den 7 Oétober 1754. 95! Refolutie van de Staaten Generaal,houdende verklaaring, hoedanigeKost-en Schadeloofe extraditie van papieren en Effecten door den Vice - Lloogfchout van Maastricht aan zeekeren Tancrede de Hauteville, aldaar gearrelteert geweest zynde, moeste worden gedaan. Den id Oftober 1754. 77/ Refolutie van de Staaten Generaal, houdende weigering aan die van de Roomfche Gemeente te Steenbergen, om een Orgel in hun Kerken - huis te moogen oprigten. Den 24 Odober 1754. n00 Refolutie van de Staaten Generaal, tot vernietiging van het 16. Art. der ln-i üraéiie van den Raad van Braband, betrekkelyk het opineeren van den Advocaat Fiscaal , in Fiscaale zaaken. Den 1 November 1754. 77Refolutie van de Staaten Generaal, we gens het afleggen van den Eed op het Placaat van den 10 December 17 door de Gedeputeerden in de Vergadering van hun Hoog Mog. Den 8 i November 1754. . g7 I Refolutie van de Staaten van Holland, ' waar by verklaard is, dat een Erfgenaam met Fideicommis belast overleeden zynde voor de Ufufruéluaire Erfgenaam, in dat geval van de proprieteit der Fideicommisfaire goederen door die geenen , op wien defelve by fubstitutie zyn gede vol veert, geen Collateraal behoeft te worden betaalt. Den 9 November 1754. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende derzelver intercesfie ten behoeve van de Gereformeerde Synoden in het Hertogdom Berg , ter zaake van een ordre der Regeering te Dusfeldorp, om hunne Synodaale Acfen en Papieren open te leggen. Den 12 November 1754. . , ,. , qog Verbaal van de Gecommitteerden van de Staten van Llolland en Zeeland, wegens de beëedigingeninftallatie van Mr. Adriaan de Grande tot Prefident van den Hoogen Raade. Den 15 No. vember 1754. Refolutie van de Staaten van Llolland, houdende bepaling, tot welke jurisdictie de Molenaars, bemaalende de Watermolens in den Over-enNederwaard, met hunne Vrouwen en Kinderen, met opzigt tot de publicque Alimentatie, behoorende zyn. Den 21 November 1754. 371 «2 Pu-  Ëdi&en, &c. na de ordre des tyds» tfS(k Pag' Verpondingen, hondcrfte en tweehonderd/te penningen, mitsgaders een Subiidie ten behoeven van de Kerkte Sybecarpfel. Den 5 Maart 1755. 375 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan Regenten van het Dorp. van Schyndel tot het erigeeren van een of twee Hopwaagen aldaar. Den 10 Maart i755- [II82 Refolutie van de Staaten van Holland , l houdende bepaaling van het geen door den Griffier van den Hove van Holland , wegens Goederen by willig Decreet geleeverd wordende, in reekening mag worden gebragt. Den 12 Maart 1755. - j 9$9 Refolutie van de Staaten Generaal, hou-, dende verklaring, dat aan Gouver-'| net» en Raaden in Surinamen com-: peteert het recht van Policiqae ukzet-j ting. Den 15 M;,ut -17 5 5- [O*2 | Relblutie van de Staaten van Holland tot aanftelling van een Hoog - Dykheem-j raad'sLands van Vianen; en bepaa-j ling, om voortaan de openvallende] ampten in dat Domein te begeeven! op eenjaarlykfche recognitie voor drie jaaren. Den 21 Maart. 1755- ] 8o<5 Relblutie van de Staaten Generaal , tot: maintieu van den YcKmeester Gene-j raai, door haar Hoog Mogend? over, ', Meyeryevan'aIieïtogenbofcliaav\-| " geftefc. . Den 24. Maart 1755, j 472 Placaat-van 4e Staaten vw Holland rwaprj . by het bevoorens gsduan verbod' van invoer van Rundvee voor nog ceni- \ ' gen tyd word buigen j eflect gePvQlc*. Den 25 Maart 1755. ; 1284 Refolutie van de Staacen Generaal, tof nader interpretatie van het recht totde Jagt aan den 'Heer van Cadfant enj Aardenbm-g - Ambagt door haar Hoog': Mog. toegekent. Den 28 Maart_ Refolurie van de Staaten, van Holland,! tot vermindering van het Ampt van'; Thelaurier Ordinaris der Stad Leyden op het Quohier yan den 200 Penning." Den 20 Maart 17^5. —— . 97° ■Refolutie van de.StaatenJleneraal, nopens h"et verleenen van Brieven Submisfortaal, door haar Hoog Mog. Commisfarisfen Inftrücleurs te Maastricht. Den 2 April 1755. . 777 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling, hoedanig de Koekebakkeis by de verfending van Koek zig omtrent het haaien van Billietten gedragen moeten. Den 5 April 1755.. 1 . ,I094 Refolutie van de Staaten van Holland , waarby aan de Vingerhoed-makeryen in deefe Provincie word.„verleend Vrydoni yan den Impost cp de Kooien' 1755. p01 tot defelve Fahriquen gebruikt wordende. Den 5 April 1755. I1095 Refolutie yan 4e S.taaten van Holland, weegens de betaaling van het Collateraal der Goederen buiten deefe Provincie geleegen, en ook verdorven, maar door een Ingefeeten deefer Provincie verkreegen wordende. Den 8 April 1755. 1139 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word toegedaan, om van de Goederen van de AbtdyenvanRhyns-1 burg en Leeuwenhorst alleen te betaalen de helft van de honderdfte en twee honderdfle Penningen. Den 8 April 1755- llS7 Refolutie van de Staaten van Holland, weegens twee bedenkelykheeden over het Reglement van procedeeren in zaaken van de gemeene Middelen, by haar Edele Groot Mog. op den 29 I July 1749 gearrelteert. Den 9 April 1755. :—- — 81 d f Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, wanneer de zaaken van gemeene Middelen aan de geheele 'Scheépehsbank, en wanneer aan Scheepenen Commisfarisfen, behoofen. Den 9 April 1755. 817 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Weduwe van den Franfchen Predikant de la Douespe, 1 fchpon buyten 'de Provincie abfent, >( het: Weduwen-Tractetnent 'geaccor- ' deerd word. Den 12 April 175$. I 375 Refolutie yan de Staaten van Holland', tot conferyatie van zeekere' Vógelkooyen, tusfehen de Steeden Enkhuyfen en Medeüblik geleegen. Den 18 April 1755- ,671 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verfcheide ordres tot aanmoediging van het Scheepsvolk in den Oorlog tegen de Algerynen. Den 21 April 1755. ■ • 216 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by, met alteratie eener voorige Refolutie van 28 July 1730, aan den Prior en Cauonicken vm het Klooster St. Agatha in den Lande van Cuyk, ■ gepermitteert word in plaats van de afgekorven Ledematen nieuwe te mogen aanneemen. Den 21 April 1755. 301 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeweezen een verzoek van Reliëf tegen den laps der Mjjti appellationis van een Crimineel - Vonnis, by den Hoogen Brabandfchen Gerech- Ite te Maastricht geweezen.' Den 21 April 1755. 777 Refolutie van de Staaten Generaal, waar hy aan den tweeden Secretaris van den Ambasfadeur van 'tTurkfche Hof voor; 't overbrengen van twee brieven word: : n 3 ■ ge-  Edi&en, &c. na de ordre des tyds. tot cjiiytfchelding van agterftallige Verpondingen; mitsgaders een fubfidie ten behoeven van de Kerk te Oostwoude Den 9 July 1755. .— . 378 Placaat van de Staaten Generaal, teegen het doen van frauduleufe Transporten in het Diltriét van de Generaliteit. Den id July 1755. —— 614. Refolutie van de Staaten Generaal, raakende de continuatie van het jaarlyks Penfioen van ƒ 500 -: -: tot onderhoud van den Predikant en Schoolmeester te Ghemen toegelegt. Den 17 July 1755. 327 Refolutie van de Staten Generaal, waar by geapprobeert word het gedrag van den Kerkenraad en Magiftraat van Oosterhout, in het weigeren vaneen derde Huwelyks - proclamatie, eer dat aan de Voor - kinderen bewys van hun Moederlyk goed gedaan was. Denl j 21 July 1755' 545 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful de Paraviciny word toegedaan vergoeding der reyskosten, door hem gemaakt ter occafie van eene rupture met de Regeering van Algiers.^ Den 24 July 1755. 231 Publicarie van Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende voorfiening tot voorkooming, dat door de Ingefeetenen in de Langltraat geene fraude geplcegt word in het haaien. van\ Turf uit de Moervelden te Oosterhout. Den 11 Augustus 1755- \1c96 j Publicatie van de Staaten van Holland,! waar by is afgellagen het verfoek van Jannetje de Bruyn, wiens Man by contumacie was gebannen op poene van de dood, om te hebben disfolutie van den band des Huwelyks. Den 21'Augustus 1755. '545 Refolutie van de Staaten van Holland, tot het doen van een verbod aan de Courantiers, om eenige Propofitien, Brieven, Refolutien, Rapporten, Memoden of andere Aélens van Staat, in hunne Couranten te infereeren. Den 29 Augustus 1755. ——- 572 Refolutie van de Staaten Generaal, raakende het geven van een Bienvenu aan den Heer der Heerlykheeden Tilburg en Goirle. Den 5 September 1755. . 4?5 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verbod tegen het gebruiken van een vreemd Priester tot het waarneemen van den dienst by de Roomfche Gemeente te Sluys in Vlaanderen. Den 12 September 1755. 302 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de verpligting der Zwitzerfche Officiers tot het gebruiken van gezegeld Papier tot Documenten in pro- 1755. Pa& cedures dienende. Den 18 September 1755. ■ • ■■ ■ 861 Refolutie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van haar Hoog Mogende Refolutie van 14 Juny 1754, raakende het dekken van de Daaken der Huyzen met Leyen of Pannen, in plaats van met Stroo. Den 19 September 1755. .« 475 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Mr. Cornelis Baart, benevens zyne drié Kinderen, tot Brabanders zyn genaturalifeert. Den 22 September 1755. — — iot Refolutie van de Staaten Generaal, tot confirmatie van het recht van Vrydom van Accyfen, aan de Weduwen van de Raaden en den Griffier van 'c Hof van Venlo competeerende. Den 2d September 1755. . '1183. Ordre van haare Koninglyke Hoogheid I aan de Onder - officieren &c. die zig ' naar 's Hage begeeven om te recrutee ren, om hunne verlof - pasfen aan den Hoogen Krygsraad over te geven. Den 30, September 1755. l9i Refolutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word,dat iemand,van wien klaarlyk confteerde, dat defelve niet in uitterlyken fchyn tot de Gereformeerde Religie was overgegaan, niet valt in de termen van het Placaat van 24 ]anuary 1755. Den 1 O&o- ber 1755. —- 1 S46 Refolutie van den Hove van Holland, omtrent het brengen van zaaken , die voldongen zyn, op de Pleyt-Rolle. Den 22 Oétober 1755. 704 Refolutie van de Staaten van Holland , houdende Octroy ten behoeven van verfcheyde Diaconien in den Lande van Vianen, tot Vrydom van Verpondingen van de Huyfen van voorfz. Diaconien, en ten behoeven van-dezelve gebruikt wordende, als mede Auctorifatie tot uitkeering van het Oortjesgelt. Den 3 October 1755. 379 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy aan die van Jaarsveld, om de agterftallige Verpondingen, 100, 200 en andere Penningen, &c. mitsgaders Dorps Lasten te mogen doen invorderen by parate executie. Den 11 October 1755. 818 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende recommandatie aan den Raad van Staate, om by het inkoopen van Vivres de producten van dit Land boven die van andere Landen te prefereren. Den 13-Oétober 1755. g2g Inftruétie voor den Commis, tot het keeren van Buskruit in de Magazynen. Den 27 Oétober 1755. 191 In-  Edicten, &c. na de ordre des tyds. 1755- 'Pag* £00 van het Collateraal, als van de' boetens der ongefundeerde Procesfen;! als mede binnen welken tyd de Staaten van het Collateraal door de Secretarisfen moeten werden overgebragrj Den 10 December 1755. 1141 Refolutie van de Staaten Generaal, op een Misfive van den Heer van Cortenbach, wegens de Vrydom van desfelfs Huis, hof en goederen van logee-4 ringe en andere perfoneele Lasten; Den 15 December 1 755. 195 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word de onbevoegdheid van Scheepenen van Delft, om in plaats van den Officier weigerende met geëntameerde procedures voort te gaan, een ander aan te Rellen; en voorts buiten effeét geftelt een aanfehryving desweegens door 't Hof aan gemelde Scheepenen. Den 19 December 1755. ■ 784 Refolutie van de Staaten van Zeeland, nopens de betaaling van het Amptgeld door de geenen, die over de helfc van het jaar een Ampt bekleed hebbende, het zelve daar na verlaaten of fterven. Den 24 December 1755. 977 Refolutie van de Staaten van Zeeland, tot verdubbeling van het Amptgeld, in die Provincie geheeven wordende. Den 24 December 1755. 977 1756. V' Auélorifatie vm Gecommitteerde Raadem van Holland, op de Gaarders en Cherchers in den Eylande van Over-Flacqué , om by Ingefeetenen aldaar naar de Impost fubjeéle goederen onderfoek te doen. Den 6 January 1756. 1098 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk defuppletie vanhetTractement van den Predikant te Loenen, Den 17 January 1756. 381 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Auélorifatie op 't Hof, om impuniteit aan medepligtigen van Dieveryen en Huisbraaken te mogen belooven. Den 17 January 1756. 785 Refolutie van de Staaten van Holland, tot maintien van de auéloriteit der Regeering van Rotterdam, betrekkelyk de beroeping van een Predikant aldaar. Den 23 Januaty 1756, ——— 381 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat eene Dispofi-j tie van de Raaden te Curacao, totj voortgang van zeeker Huwelyk uitge-j bragt, effeél moest forteeren, onaan-! gezien.daar van geinterjeéteerde Revi-! fie. Den 28 January 1756. '1224 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by een Officier vag de Luterfche Re-! VIII. Deel. i 1756. * "Pag. ligie willende trouwen met een Vrouw, die van den Roomfchen tot den Luterfchen Godsdienst was overgegaan, ontflagen word, om zyne Geboden van zes tot zes weeken te laaten gaan Den 20 February 1756. 547 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't (luk der Erffenisfen aan de Diaconie - Armen en Weefe - Voogden van Rarfingenhorn en Colhorn. Den 3 Maart i75d 382 Refolutie van de Staaten van Bolland, waar by voor zes jaaren gecontinueerd word het verbod van den uitvoer van Pot-en Pan-aarde. Den 3 Maart 1756. , 1287 Refolutie van de Staaten van Holland , ten einde zeekere Proces - kosten, by den Kerkenraad van Weesp geraakt, niet ten lasten van de Steéde Casfe van Weesp gebragt zouden worden. Den 6 Maart 1756. 383 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het vermengen van Grays met aarde of zand. Den 11 Maart i75d. 1098 Reglement van de Staaten Generaal, voor de Heerlykheid van St. Michiels Gestel, tegens de overlast en fchaade dooE het weyden van Beesten veroorfaakt wordende. Den 16 Maart 1756. 615 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't Ruk der Erffenisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Wormerveer. Den 19 Maart 1756. »■ 383 Placaat van de Scaacen van Holland, houdende nadere Surcheance van het ver bod van uit en invoer van Rundvee. Den 26 Maart 1756.' • > 1288 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het aanftellen van een tweeden Penfionaris te 's Hertogenbofch. Den 29 Maart 1756. 47d Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan den Luytenant Drosfaard 's Lands van Valkenburg om teegen de geenen , die zig aan het houden van publique Procesfien en andere Paapfche ftoutigheeden hadden fchuldig gemaakt, volgens 'sLands Placaaten te procedeeren. Den 5 April 1756. 303 Refolutie van de Staaten van Holland, tot afichryvinge van het SecretarisAmpt van Uitgeest, zoo in de Amptgelden als in het Quohier van den 200 Penning. Den 17 April 1756. 977 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van den nieuwen Cours der Geld - Speciën in de Landen van Overmafe, het Graaffchap Vroenhove, Dorpen van Redemtie,1 en de elf Banken van St. Servaas.] Den 29 April 1756. » > S 952 0 Re-  Eiïicta), &c* na de ordre des tyds. I75& Pag. van Wynkooper en Tapper of Slyter. Den 21 July 175*5. 1102 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een Huwelyks - questie tusfehen de Weduwe en Dogter van iemand , die geweest was Suppoost van den Hove, en teffens Weesmeester van 'sHage, word gelaaten aan de Wet of het Gerecht van 'sHage. Den 29 Juh/1756- 705 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op 't (luk der Erffenisfen aan en ten behoeven van de Armen te Ransdorp, Den 30 July 175Ö. .—. 334 Refolutie van de Staaten van Holland, nopens de validiteit van erflaatingen of maakingen aan de Roomfche Armen in 'sHage. Den 31 July 1756. 304 Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de Calanges tegen eenige Wynkoopers te Amflerdam , ter zaake, van het niet vertoonen en overgeven van Schippers Declaratoiren, wegens Dranken, buiten de Provincie vervoert. Den 31 July 175 6. 818 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende , dat geene Comptabele Perfoonen mogen Rem hebben bp 's Lands Vergaderingen der Stenden van de drie Landen van Overmafe, nog als Scheepenen over zaaken de Collecten raakende , delibereeren. Den3Augus-l tus 1756. • Relblutie van de Staaten van Holland,) houdende dispenüuie van Burgemees-1 1 teren en Vroedfchappen te Haarlem, van het gerequireerde by 't Oélroy van 22 Juny 1651, raakende de Nominatie van Burgemeesteren aldaar. Den 1 September i75d. 595 Refolutie van de Staaten van Holland, tot betaalinge van honderdfte en twee honderdrb Penningen van de Tienden tot de Domeinen van Wilem III behoorende , en geleegen onder de Made by Geertruydenberg. Den 3 September 1756. i 1157 Refolutie van de Staaten van Llolland, nopens dé betaaling van het Amptgeld by verplaatfing van Commifen ter Recherge. Den 10 September I756. • 979 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Roomfchen Penningmeester in de Meyerye van 's Bosch verleent word dispenfatie van het 3 Articul van het Reglement op de Politique Reformatie. Den 20 September 1756. . 328 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende, dat de Generaals en andere Hooge Officiers verph'gt zyn tot betaaling van den taux op de Huys-huu- Pao. ren te 's Hertogenbofch. Den 23 September 1756'. ' 105 Refolutie van do Staaten van Holland, betrekkelyk den Aanflag vaneen nieuw aangeftelden Ciercq ten Comptoire van den Raadpenfionaris, in het Amptgeld en 200 Penning. Den 25 September 175(5. 98c Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring , dat Commisfarisfen van 's Lands Posteryen en derzelver Minifters, aan de quartaals kortingen der Traélementen zyn gefub-j jeéleert. Den 7 Oélober 1755. 981 Placaat van de Staaten Generaal, hou-j dende voorziening tot exacte aangeeving in het middel van het Hoofdgeit door de Ingezeetenen van het platte! Land van Staats Braband. Den 12 October 1756". ■ 'IZ85 1 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het ligten van een; vry Pasport, aan die van den Lande; van Cleef en van andere PruisCifchej Landen, met hunne Goederen van ' derwaarts koomende vlugten. Den 13! Oélober 1756. . j Placaat van de Staaten Generaal, hou-) ^ dende nadere voorfiening ter voorkooming, dat geene Beesten geflagt worden, zonder daar van alvoorens den Impost betaalt te hebben. Den 21 ■Oétober 175(5. a85 Refolutie van de Staaten Generaal, waarj by de Judicatuure over twee Vreemdelingen, befchuldigt van valfchel Oostenrykfche Munt te hebben gefabriceert, te 's LIertogenbosch in detentie gebragt, en door den Fiscaal van Brabant gereclameert, word gelaaten aan Scheepenen van 's Hertogenbosch. Den 22 Oétober 1755.! 785 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy tot Vrydom van eenige Impofitien voor de Fundatie van de Vrouwe van Rensvvoude te Delft. Den 22 Oélober i75d. 11103 Refolutie van de Staaten van Holland,] houdende Oélroy op *t ftuk der Erf'! fenisfen aan de Opfienders en Diaconen van de Waaterlandfche en Groninger Gemeente binnen de StadEnkhuyfen, als mede aan de Opfienders en Diaconen van de Vriefche Gemeente te Venhuifen. Den 2d October 1756. — 480 Refolutie van de Staaten Generaal,houdende bepaaling omtrent het aiimenteeren van Soldaaten Kinderen te 's Hertogenbofch. Den 07 October 1756. 481 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verfcheide ordres met opfigt tot de vreemde Commisfie-vaarders. Den 3 November 1750". 219 0 2 Re~ (  Ediétcn, &c. na de ordre des tyds. 175& Pag* Keurmeesters den Yck aldaar te exerceeren. Den 26 November 1756. 497 Refolutie van de Staaten Generaal, tot; continuatie van het recht van den Heer en Regenten der Heerlykheid MierJo, om aldaar eenen particulieren door hun aangeflelden Yck-meester te employeeren. Den 26 November 1750". Refolutie van de Staaten Generaal, tot continuatie van het Recht van Regenten van Waahvyk, mitsgaders van Tilburgh en Goirle, om aldaar eenen particulieren door hun aangeftelden Yck-meefter te employeeren. Den e<5 November 1756. 499 Refolutie van den Hove van Holland, aangaande het prefenteeren van Re queften aan de Huyfen van Heeren Commisfarisfen. Den 26 Novembei 1756'. . 7o5 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy op het Ruk der Erïïènisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente, en deArmeVoogden te Abbekerk. Den 27 No vember 1756. -— — 384 Placaat van de Staaten Generaal, hou dende verbod tegen het verkoopen van eene meerderequantiteit Graanen,dan de verkooper ten tyde der Verkoopinge effecfive in eigendom befit; of te doen Verkoopinge op tyd, genaamt Optie-partyen. Den 29 November! I 1756. US9 \ Refolutie van de Staaten van Holland,! j waar by het fubfidie van f 2000-: I l aan de Gereformeerden in Penfilvanien bevoorens geaccordeert, voor nog drie jaaren word gecontinueert. Den 30 November 1756. 329 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, waar het Prothocol van een Notaris, gewoond hebbende op Stichtfen grond, dog zyne functie op Hollandfch Territoir geëxerceert hebbende, gebragt moet worden. Den 30 November 1756. 5°° Refolutie van de Staaten van Holland, tegen het ryden der vreemde Postweefens op het Territoir van den Staat, mitsgaders het aangaan van Tractaaten of Conventien met defelve, anders dan op approbatie van haar Edele Groot Mog. Den 2 December 1756. 898 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek , om tegens de executie van een Crimineel Vonnis, extraordinair en op confesfie gewezen, by haar Edele Groot Mogende voorzien te werden,is afgewezen. Den 7 December 1750. 1 788 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat by de vervoering van Fruiten door of voor den' 1755. |Paq. Eigenaar derfelven, of door den Ei-! genaar prefent gefonden wordende ,| geen Billet nodig is. Den 7Decem-! ber j?5<5. ,1104 Refolutie van de Staaten van Holland,! houdende verklaring, dat de Varkenflagers by den op of inflag der Varkens geen ander, dan een ongefeegelt Billet van twaalf penningen nodig hebben. Den 8 December 1756. 1104 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat de Varkenflagers by verzending van Spek naar buiten, gehouden zyn daar van te haaien een Billiet van twaalf Penningen. Den 8 December 1756. 1105 Refolutie van de Scaaten Generaal, waar by aan den Capitein C. A. Trouchin word toegelegt eene fomme gelds tot vergoeding der extraordinaire kosten, welke hy op zyn togt naar Marocco had moeten maken. Den 14 December 1756. ■ 218 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Roomfchen Pastoor en en Kerkmeesters te Helmont word toegekent het Recht, om privative-, lyk over de zitplaatfen in hunne Kerk Schuur te disponeeren. Den 27 December 1750". ■ 305 175?. Traótaat tusfehen haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal der Veree-I nigde Nederlanden, en de Regeeringe van Algiers. Geflooten in het jaar 1757. ■ Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan een Brabands onderdaan, om voor den ordinaris Luykfchen Rechter te mogen procedeeren. Den 7 January 1757. 728 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by is afgeflaagen 't verfoek van John Charles, om Declaratoir, dat hy niet gehouden is Collateraal te betaalen van de Goederen by zyn Huis ) vrouw nagelaaten, die in Engeland) zyn geleegen. Den 13 January 1757.(114* Refolutie van de Staaten van Holland ,| houdende remisfie van ordinaris en extraordinaris Verpondingen aan Kerkmeesteren en Regenten van Oterleek op de Kerkelanden aldaar, en voorts Combinatie van de Kerk te St. Pancras, met de Kerken te Outdorp en Oterleek, met bepaaling nopens de Paftory en het Tractement van den Predikant aldaar. Den 18 January I757- 385 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening omtrent de di0 3 reclie  Ediéten, &c. na de ordre des tyds. 1757' Pag. Gelderland ter Vergadering van haaJ Hoog Mogende. Den 3 Maart 1757.' 710 Advertentie van Gecommitteerde Raa-; den van Holland , tot vcrbeetering' van eenige Drukfouten in de Publicatie van 25 January 1757. Den 31 Maart 1757. Refolutie van de Scaaten van Holland,! houdende verklaaring , dat het Placaat van 24 January 1755, niet betrekkelyk is tot perfoonen van de Gereformeerde Religie, geen Ingefeetenen deefer Provincie,'maar vreemdelingen zynde. Den 5 Maart 1757. 548 Refolutie van de Staaten Generaal, waarj by aan den Conful Hofman te Tripoly word toegelegt eene fomme van ƒ 1000-:-:, uit hoofde van eenige f extraordinaire onkosten. Den 7 Maart 1.757. _ j Relolutie van de Staaten van Holland,l I houdende verklaaring, dat de Ontfanger van de middelen te Gorinchem, in het Collegie van Gecommitteerde Raaden gecommitteert zynde , zyn Ontfangers Ampt inmiddels door een ander mag laten waarneemen. Den 9 Maart 1757. , Nadere Refolutie van de Staaten Generaal tot ampliatie en interpretatie der Refolutie van den 13 Oétober 1756, raakende het geven van vrye Paspor-! ten aan lieden die uit het C\eenche\ - 1 kwaamen vlugten. Den 21 Maart] 1 1757. . f no J Refolutie van de Staten Generaal, waar f by bepaalt word, door wie de kosten van het vergieten der Klokken van den Tooren te Heefe, en het maken! van een nieuw Belfort in defelve ge-f dragen moeten worden. Den 28 Maart 1757. , — £q2 Refolutie van de Staaten Generaal, weegens het waarneemen van de Secretarye te Loon op Zand door een Subftituut. Den 30 Maart 1757. 503 Placaat van de Staaten van Llolland, tot nadere Surcheance van het verbod van invoer van Rundvee. Den 30 Maart 1757. . —_ l2p2 Refolutie van de Staaten van Holland, tot reflitutie en vrydom van Verpondingen betreffende de Waagen te Dor-1 drecht, Delft en Oudewater. Den 31 Maart 1757. ll66 Refolutie van de Staaten van Holland, tot het laaten gaan van twee Huwelyks -proclamatien op éénen dag. Den 6 April 1757. 54p Refolutie van de Staaten Generaal, tee gen het bouwen van Roomfch-Catholyke Armen-huifen, zonder voor afj daar toe permisfie en Oélroy van haar I 1 1757- Pag. Hoog Mogende bekoomen te hebben Den 7 April 1757. ' Refolutie van de Staaten Generaal, dat' voortaan geene Ampten door hun zul-| len worden vergeeven, ten zyalvoo-! rens behoorïyk confleere van de va-j catuure. Den 18 April 1757. 106* Refolutie van de Staaten Generaal,waar by de aanflellinge van eenen Heerkens tot Griffier van het Hof van Juftitie! des Overquartiers van Gelderland, om reden daar by gemeld, word geannulleert. Den 18 April 1757. \ Iö6 Refolutie van de Staaten Generaal, hou-J dende weigering aan de Regeering der; Cleeffche en Marckfche Landen, om! zonder betaaling van Rechten of Tol\ len eenige Fourage van Hooy, Haver! en Stroo hier te Lande op te koppen. Den 22 April i757. \ Refolutie van de Staaten Generaal waar by aan Mr. Carel de Verdun word gei permitteert, om het Ampt van Raad] en Reekenmeester van de Domeyneni van zyne Hoogheid te mogen accepteeren, en het zelve beneevens dat van Raad in den Raade en Leenhove! van Braband te gelyk te mogen waarnemen. Den 2 Mey 1757. 107 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende nadere en meer ferieufe inftantien by den Keurvorst van de Paitz tot het te rug bezorgen van zekere ontvoerde jonge dogter. Den 2 Mey i757. • o Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het ligten van een vry Pasport aan de Ingefeetenen van het Graaffchap Bentheim met hunne goederen van derwaarts; koomende vlugten. Den 4 Mey 1757. 932 Refolutie van de Staaten Generaal, tegen het violeeren van Hun Hoog Mog. Territoir, en de Jurisdictie van Itteren en Mersfenhoven, do orde Gedeputeerden van de Staaten van Luik, en eenige uit den Gerechte van Neerharen. Den 5 Mey 1757. I07 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van dispenfatie van het Placaat van 25 February 1751 tegen het doorgaan. Den 5 Mey 1757. | 549 Inftruélie voor den Advocaat Fiscaal van de thans by Colieéle geheeven wordende Gemeene Lands Middelen voor het Collegie van Gecommitteerde Raa-f den. Den 5 Mey 1757. |I02a Refolutie van de Staaten Generaal, hou-: dende bepaaling, welke Perfoonen te Venlo vrydom van Accyfen genieten.! Den 5 Mey 1757. Il88 Publicatie yan de Staaten van Holland,; te-  Édiélèn, &c. na de oïdré des tyds. 1757- JPah. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Stadhouder en ordinaris Gecommitteerden des Quartiers van Maasland , worden verleend Letteren Executoriaal Generaal, tot het invorderen van Renten, &c. Den 18July 1757. — ■— 505 Waarfchouwing van de Staaten van Holland , tot maintien van het middel van het Veergeld. Den 21 July 1757. 1100 Refolutie van de Staaten Generaal, tot voortzetting van Crimineele Procedures tegen een Luykenaar, die op Staats Territoir een Moord begaan had. Den 29 July 1757. 79° Refolutie van de Staaten van Llolland, tot interpretatie van het Oélroy den 29 Augustus 1754, aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente teNaarSS den geaccordeert. Den 30July 1-757. 39° Refolutie van de Staaten Generaal, hou- ' dende ordre, omtrent hetgeevenvan Zeebrieven aan uitgaande Schippers, voerende Scheepen hier te Lande t'huys behoorende. Den 1 Augustus 1757. — II00- Refblutie van de Staaten Generaal, houdende, dat in Braband de Ampten van Drosfaard en Secretaris niet mogen worden bekleed, door een en dezelfde perfoonen. Den 5 Augustus 1757. , _ 73, Refolutie van de Staaten Generaal, waat\ \ by de Judicatuure omtrent de aanhouding van zeekere twee Runderbeesten, die van den Oudenbofch naarf f Gastel zonder Paspoort vervoert waren, word gelaaten aan de Admiraliteit. Den 5 Augustus 1757. 825 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Llolland,tegen het losmaakenvan eenige Zee-Tonnen; mitsgaders tot bepaaling van het Bergloon van afgedreeven Zee-Tonnen. Den 12 Augustus 1757. 917 Reglement van de Staaten Generaal, voor de Notabelen der Steden en Ambagten van Axel en Neufen. Den 15 Augustus 1757. So- Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verklaard is , dat de affiniteit uit een voorgenomen Lluwelyk van Mr J. F. van den Broeck, Raad en Momboir in den Hove te Venlo, met de Dogter van een der Raaden uit den gemelde Hove, hem in de behouding en exercitie van zyn voorfz. Ampt niet zal obfteren. Den 17 Augustus l757' ' 1 109 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, in wat voegen Bewindhebberen van de Oost-Indifche Compagnie in deze Provincie aan de refpeélive Weeskaameren zullen uitVIII. Deel. 175?' PA 5* keeren te goed zynde Gagien van Perfoonen in Indien overleeden. Den) 31 Augustus 1757. 1214 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod aan de vreemde Turffchippers, om met tweederley lbort van Turf in een en het zelfde Schip in te komen of door te pasfeeren. Den 1 September 1757. 1110 Nadere Refolutie van de Staaten Generaal wegens het different, tusfehen de Generaliteits Reekenkamer en de Commifen van de Financie over het opneemen van de Declaratien van Daggelden en Verfchotten van Dire&eurs en Ingenieurs in 's Lands dienst gevaceert hebbende. Den 26 Septetn- ter 1757. 109 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy op het Ruk der Erf-j fenisCen aan Diaconen van de Gere-j formeerde Kerke te Hoorn. Den 1 Oélober 1757. —, 390 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy op het ftuk der Erffenisfen , aan de Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te AmftelveenJ Den 1 October 1757. 391 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan het Hof te Venlo word verboden zig aan te trekken eenige aah hun gedaane klagten, de Politie con-i cemeerende. Den 4 October 1757. i 507 Refolutie van de Staaten Generaal, hou-j dende ordre aan de Schippers, vaa-j rende naar de Middelmdiche Zee, om zig van Turkfche Pasporten te voorfien. Den 4 October 1757. 1195 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen het verfoek om den gedetineerden Pastoor van Nuland te ontflaan, en in tegendeel gelast de Roomfche Kerkfchuuren in dien om trek te fluiten, tot dat zeekere ontvoerde jonge dogter zou zyn te rug gebragt. Den 5 October 1757. 3IO Refolutie van de Staaten van Llolland 5 tot vermindering van den Impost op de gefponnen Varinas Tabak, komende direct van Spagne van de Kusc van de Caraques en Maracaibo. Den 8 October 1757. ni0 Waarfchouwing van de Gecommitteerde Raaden van Holland, omtrent de verpligting der In- en Opgefeetenen van de Districten waar over Compofitie is verleend, om, alvorens de Goederen van buiten de Provincie te ontbieden, een behoorlyk Billet te haaien. Den 18 October 1757. 1111 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by buyten effect geftelt word een Mandement van Reformatie, door den! Raad van Brabant verleent van een P Re*  Èdt&eh, &c. na de ordre des tytk' 1758. ]Pag* ment van 'deri Vórfter te Haaren. Den 8 Maart 1758. 7gx Relblutie van de Staaten van Holland, waar by Word afgellagen her verfoek van de Procureurs voor Gecommit teerde Raaden poftuleerende, omrae reftitutie der penningen, bèvoorens voor hun Procureurs-Amptgefurneert. , Den io Maart 1758. 821 Refolutie van de Staaten Generaal, waat by aan de Judicatuure van den Raad van Braband word gelaaten zeekere j quaestie over de faculteit tot het em ployeeren van een Notaris, in plaat; van den Secretaris, tot het doen ee ner publicque verkoopinge. Den 2c Maart 1758. -——-< 732 Refolutie van de Staaten Generaal, hou dende verklaaring, dat de kosten va zeekere Commisfie, door den Efay eur Generaal afgelegt, door de res l peélive Muntmeesters moeten weiden gedragen en voldaan. Den 2 c Maart 1758. _^ 955 Placaat van de Staaten van Holland, tc nadere furcheance van het verbod var invoer van Rundvee. Den 30 Maar 1758, —— 1297 Refolutie van de Staaten Géneraal, hou dende klagten aan de Staaten van Zee land, over den Magiftraat der Stat Veere ^ welke had kunnen goed vin den, om twee Scheepen door deni Gommis Generaal wegens fraude aan-] geflagen, uit het arrest te ontflaan.l Den 31 Maart 1758. —- / 826 f Octroy van de Staaten van Holland, tot het verlengen van de Haven van Middelharnis, met concesfie van verscheiden voorrechten tot uitvoering van dit werk. Den d April 1758. 689 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Auélorifatie tot het bouwen van een nieuw Predikants-huys te Vlymen in den Lande van Heusden. Den 7 April 1758. 395 Refolutie van de Staaten Generaal, hou dende verklaaring,, in welke gevallen het aan de Admiraliteit gepermitteert is Rapport-geld te mogen declareeren. Den 7 April 1758. 828 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek, om de Goud en Zilver Smits Neering ten Platten Lande te exerceeren. Den 7 April 1758. . »t v* 1298 Auélorifatie van Gecommitteerde Raaden van Bolland , op de Gaarders onder het Quartier van Leyden, Gouda en Schoonhoven, tot het doen van recherge by de In- en Opgefeetenen aldaar. Den 19 April 1758. 1112 Refolutie van de Staaten Generaal,hoü-/ dende Aéle van denaturalifatie aan een( * 1758. gebooren Brabander. Den t Mey 1758. . J ilt Refolutie van de Staaten van Holland, waar by benoemt worden Gedeputeerden tot de beëediging en inllallatie van Mr. Adriaan van der Mieden, als Prefident van den Hove van Holland. Den 3 Mey 1758. 4$ Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek om te mogen trouwen met de vader van iemand, met wien de Suppliante te voren in articulo mortis getiouwt Was, zonder egter met denfeiven eenige vleesfchelyke converfatie gehad te hebben; Den 3 Mey 1758. 53ï Publicatie van Gecommitteerde Randen, nopens het buyten tyds doen vertrekken van Dienstboden ih den Lande van Vianen en Ameyden.- Den 3 Mey 1758. — \ di3 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de aanflelling van een Dykgraaf en Penningmeester van deni Lande van Vianen. Den 3 Mey 1758. _ Refolutie van de Staaten van Llolland, houdende verklaaring, dat het Traetement van den Prefident van den Hove met den dag van het depecheeren zyner Commisfie ingang neemt. Den 3 Mey 1758. . —pSi Verbaal der Gedeputeerden van de Staten van Holland en Zeeland, wegens de beëediging en inflallatie van Mr. Adriaan van der Miedeh. Den 6Mey Odroy, door de Staaten van Holland ^ verleend aan Schout en Ambagtsbewaarders van Stompwyk, tot het Bedyken en Droogmaaken van een gedeelte van de Damhouders-Polder. Den d Mey 1758. ^ Refolutie van de. Staaten van Holland, waar by aan Schout en Gerechte van Simonshavën en Biert geaccordeert word een Subfidie tot reparatie van het Paflory-huis aldaar. DenioMfv 1758. , 1^ Refolutie van de Staaten Generaal\ waar by de Ontfanger van het Hollands Licent te Middelburg van desfelfs verpligting tot continueele prefentie werd gedispenfeert. Den 10 Mey 1758. tiot Refolutie van de Staaten van Holland, ' houdende Oélroy tot het opregten van een Diaconie Weeshuys te Nieuwendam met Vrydom van Verpondingen en andere voorregten. Den 11 Mey 1758. _ . Refolutie van de Staaten Generaal, houdende eenige ordres aan haar Hoog Mog. Ambasfadeur by denTurkfchen Keyfer, betrekkelyk de CongratulaJ  EcUden, &c. na de ordre des tyds. 175Ö. Pag. lykheid Beek en Donk tot het houden van twee J:ia markten aldaar. Den 7 Augustus 1758. 513 Refolutie van de Staaten van Holland, rot het dispiciecren van een Predikant in de oude Tonge, geduurende de Crimineele Procedures tegen Ds. Andries Klink. Den 16 Augustus 1758. 398 Refolutie van de Staaten Generaal, Om te doen amomeerenen flegten een zeker gedeelte van den Üphovenlchen Dyk, op het Luykfche Territoir, door een groot getal Arbeydsluyden, gcadfifteerd met de fterke hand. Den 17 Augustus 1758. - IÏ7 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende , dat de kosten wegens het Planten der Paaien op de Limiten van Kempeland , aan den Luykfchen Bodem, Quartiersg-wyze over alle de Dorpen Van 'r_ zelve Quartier gerepanitieert' en voldaan zullen worden. Den 18 AügUStUS 1758. • m*if ii8 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Prefident Scheepen te Loon op Zand geaccordeerd word om voor den tyd, dat het Officie by hem is waargenomen, het Tractement van den Officier te mogen genieten. Den 28 Augustus 1758. - 513 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende eene nadere Confirmatie van het 9 Art. van 't Tractaat van Commercie met den Koning van Vrankryk, vani 21 December 1739. Den 30 Au-) gustas 1758. \ 277 Nadere Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost op de Varinas of Kanasfer Tabak, koomenae direct over .-pagnc van de Kust van Caraques en Maracaibo. Den 30 Augustus (758. n 15 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by gereguleerd word het Traclement der Predikanten te Maasfluys, als mede van Ds. J. M. Hofman, Emeritus Predikant aldaar. Den s, September 1758 398 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Conful Leuet word afgeflaagen desfelfs verfoek om vermeerdering van appointementen en grootere volmagt. Den 4 September 1758. 236 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan 't Hof van Venlo, om zig met geene zaaken 'sLands in en uitgaande Rechten raakende te bemoeyen. Den 6 September 1758. - ■ ■ 829 Publicatie van de Staaten van Zeeland, waar by een prasmie belooft word ter ontdekking van de geenen, die aan het Huis en den Hof van den Collecteur • van het Billiet-geld te St. Maartens 1758. Pag. dyk geweldadigheeden gepleegd hadden. Den 14 September 1758. 574 Refolutie van de Staaten Generaal, op een Misfive van de Admiraliteit in Zeeland, om zeekere geloste Goederen uit een geltrand Franfch PrysSchip buyten de Republicqte vervoe ren. Den 15 September 1758* 221 Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het betaalen der Verpondingen van het Hotel van den Franfchen Ambasfadeur in 's Hage. Den 15 September 1758. nd8 Refolutie van de Staaten van Llolland, betrekkelyk de reftitutie van Zeekere penningen, door den overleeden Predikant van Doveren en Genderen, voor de Kerk van Doveren, aan de Ciasfis van Gorinchem verfchoten en betaalt. Den 23 September 1758* ' 4°^ Refolutie van de Staaten Generaal, noopens het ftellen en reguleeren der Grenspaalen op hoogst derzelver Territoir in den Lande van Daalhem, Overmaze. Den 25 September 1758. 119 Refolutie van de Staaten van Lloliand, waar by verleend is een Octroy om van Leengoederen te mogen disponeeren, conform het oude Formu lier van 22 January idoo. Den 26 September 1758. 653 Reglement van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, raakende de Vragtloonen, waar naar de Vryfchippers van de Polders van Lillo, Stabroek, Bee1 rendrechc, Sandvlier, den Doel, St. Anne Keetenisfe, zig zullen hebben te gedragen. Den 28 September. '758. 935 Warrfchouwing van de Gecommitteerde Raaden van Holfind, waar by een premie beloofd word, ter ontdekking van de geenen, die aan 's ands Bediendens te Aarlanderveen reliftentie hadden gepleegt Den 11 October 1758. 5?5 Refolutie van de Staaten Generaal, hou dende ampliatie der Letteren Executoriaal, ter invordering van Renten &c. bevoorens aan Stadhouder en or dinaris Gecommitteerdens van het Qu artier van Maasland verleend. Den 30 October 1758. ... 514 Refolutie van de Staaten van Holland, tot ontlasting van de Brood - en Koekebakkers in de betaaling van het Heeren-en Redemtie-geld. Den 2 No vember 1758. ■ r 115 Publicatie van de Staaten van Holland,' houdende voorfiening tegen de kwaa de behandelingen van de Koornmolenaars ten platten Lande. Den 3 No vember 1758. — J dip Refolutie van de Staaten Generaal, waar P 3 by  Ediéten, &c, na de ordre des tyds. I/5£. Pag. landen in de Verponding te doen aanüaan. Den 29 December 1758. 1109 I759- Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de aanflelling en het Tractement van den Ontfinger der nieuwe . Middelen , en der Servicien te Maastricht. Den 2 January 1759. U91 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de extenfie der Octroyen, om van Leengoederen te mogen disponeeren. Den 11 January 1759. 654 Refolutie van de Staaten van Holland, inhoudende verfcheide ordres en arrangementen ter geleegenheid van het Overlyden van haare Koninglyke Lloogheid. Den 13 January 1759. 49 Refolutie van de Staaten van Holland,] op het rapport van den Raadpenfiona-l ris wegens verfcheide fchikkingen, door haar Hoog Mog. ter geleegenheid van het Overleiden van haare Koninglyke - Hoogheid gemaakt. Den 13 January i?59- 53 Rapport weegens het afleggen van een Compliment van Condoleantie over het affterven van haare Koninglyke Hoogheid. Den 13 January 1759. 54 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Heer Hertog van Brunswyk word aangeftelt, om geduurende de minderjarigheid van den Erfftadhou der het Capiteyn - Generaalfchap waar, te neemen. Den 13 January 1759.' 150 Inftracfie voor den Heer LIertog vanj Brunswyk, als reprefenteerende zyn] Hoogheid den Heere Prince van Oran-j ge en Nasfau, of by vooroverlyden! van hoogscdenzelven haare Lloogheids Mevrouwe de Princesfe Carolina, in qualiteit als Capitein - Generaal der Vereenigde Nederlanden. Den 13 January 1759. • x5- Refolutie van de Staaten van Holland, op een Mislive van den Hertog van Brunswyk, waar by defelve het overlyden van haare Koninglyke Hoogheid aan haar Ed. Groot Mog. bekend maakte. Den id January 1759. 5+ Relolutie van de Staaten van Llolland, houdende een aanfehryving aan 't Hof, met opzigt tot het openen van een Dubbelt van de Acfe van provifioneele benoeming van Perfoonen tot de educatie, der Vorftelyke Kinderen, door haare Koninglyke Lloogheid op den 21 Mey 1755 eigenhandig ingevult, geteekent, en ter Cuftodie van den Hove overgegeven, mitsgaders aan het einde van dezelve Relblutie geinfereert. Den id January 1759. j 127 Lyst van de Steeden en Collegien, 1759- Pag. welke derfelver Nominatien van Magiftraats perfoonen aan den Heer Erffftadhouder zenden. Den ió January 1759- 597 Refolutie van de Staaten Generaal, wegens het aanneemen van den rouw door haar Hoog Mogenden, en derzelver Minifters, over het affterven van haare Koninglyke Lloogheid. Den 17 January 1759. i 55 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Graaf d'Affiy, als Ambasfadeur van 't Hof van Vrankryk by deefen Staat, van het doen eener publique intreede word gedispeafeert. Den 17 January 1759. , ' 238 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het verfoek van de Roomfche Kerkmeesteren te Vlymen tot vermin dering van Recognitie werd afgeflagen. Den 17 January 1759. 312 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het Amptgeld, en den 200 Penning, te betaalen door de Secretarisfen van de Provinciaale Reekenkamer. Den 17 January 1759- 981 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Subftitut Griffier van den Hove, en alle verdere Amptenaaren en Officianten, by den Hove wordende aengeftelt,en uit de Griffie betaalt, aan de Quartaals kortingen der Tradementen zyn gefubjecleert. Den 17 January 1759 pg2 Relblutie van de Staaten Generaal, oml het Lyk van haar Koninglyke Hoogheid ten kosten van den Lande te be graaven. Den 19 January 1759. 55 Refolutie van den Llove van Holland, inhoudende het Verbaal van opening der beflote Aclens van uytterste wil van wylen haare Koninglyke Hoogheid. Den 31 January 1759. 5<5 Lyst van zodanige Ampten, waar van de Heer Erfftadhouder by vacatuure heeft gedisponeert. Den 1 February 1758. I53 Refolutie van de Staaten van Holland . wegens den rang van haar Ed. Gr. Mogenden op de BegraarFenis van haare Koninglyke Hoogheid. Den 3 February 1759. 6o Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de rang van haar Hoog Mogenden en van haar Edele Groot Mogenden, op de Begraaffenisfe van haare Koninglyke Hoogheid word gereguleerd. Den 5 February 1759. 64 Refolutie van de Staaten van Holland, op het gecommuniceerde van den Raadpenfionaris wegens den dag tot de Begraaffenis van haare Koninglyke Hoogheid vastgeftelt. Den 6 February 1759. 65 Re-  KJidcil, &c. na de ordre des tyds. i/5p. Pag. Refolutie van de Staaten van Molland, wegens het houden der Vergadering geduurende de minderjarigheid van zyne Hoogheid tot de eleetie van Burgemeesteren of Scheepenen van de iremmende Steeden, die volgens de Privilegiën binnen zeekeren bepaalden tyd moet gefchieden. Den 23 Maart 1759. „ 130 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende de aanftelling van drie Ministers , om by het Hof van Groot-Brittannien de klagten over het opbrengen der Scheepen te doen, en op de convenabelfte wyfe een afkomst dier zaake te maken. Den 23 Maart 1759. 240 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by gearresteerd word een nieuwe ordre van verftoeling over de Dyken van Dregterland. Den 24 Maart 1739. 69$ Placaat van de Staaten van Holland, tot nadere furcheance van het verbod van invoer van Rundvee. Den 24 Maart 1759- ' ' ' 1298 Placaat van de Staaten van Holland, houdende, dat de Kettingen van het Hollands Zeyldoek moeten werden gemaakt ten minsten van vyf en veertig Gangen of negen honderd Draaden. Den 24 Maart 1759. 1300 Renovatie-Placaat van de Staaten Generaal , houdende verbod te^en hetwei-l ven van Bootsvolk voor vreemde dien-j Ren &c. Den 27 Maart 1759. J 222 Placaat van de Staaten Generaal, behel-l fende eenige fchikkingen raakende de Vaart uit deefe Landen, en het lichten van den tienden Man van de Groenïandfche, en den vyfden Man van alle andere Scheepen. Den 27 Maart 1759. .—. . U98 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Conful te Smirna, om van zeeker Comptoir van Grieklche Koopluiden aldaar en te Amfterdam gëtablisfeert, niet meer dan gewoone Confulaat-gelden te vorderen. Den 3 April 1759. 1239 Refolutie van de Staaten Generaal, tegen het verkiefen van Priors uit een Klooster buiten het Territoir van den Staat, of het ontfangen van Conventuaalen, geene Inboorlingen zynde. Den 13 April 1759. 313 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende voorziening omtrent het begeeven der Zitplaatfen in de Kerk te Helmont. Den 23 Aprii 1759. 402 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende aanfehryving aan den Hoogen Raade, betrekkelyk de dispofitie, op een verfoek van Johanna Brouwers om Revifie pro Deo te vallen. Den 25 April 1759. . 1 793 1759. Pag. Refolutie van de Staaten Generaal, hou-j dende nadere ordres, om de Priors te' verkiefen uit een, Klooster, geleegen binnen het Territoir van den Staat, en daar op approbatie te verfoeken. Den' 27 April 1759. 3i4 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Thomas van Schaak, oudRe Ciercq ter Provinciale Reekenkamer, is gegeven de Titul van premier of eerfte Ciercq, en voorts aan hem en deszelfs Succesfeurs geaccordeert een douceur voor het maken van den Index op de Refolutien van het voorfz. Collegie. Den 28 April 1759. 13 ï Placaat van de Staaten van Zeeland, ter, ontdekkinge van Tienden, Ambagts-J ' portien en Leen-landen, by fautevan' Capabel Hoir, of verhef, aan de Do-' meinen vervallen. Den 30 April 1759. * — , 1 Refolutie van de Staaten van Holland,) tot het beroepen van een Adjunéc Predikant te Obdam onder de Clasiisvan Hoorn, met bygevoegd Commisiö riaal, omtrent het Emeritus verkiaaren van Predikanten in Westvriesland, en het Noorder Quartier. Den 9 Mey 1759. • 4°3 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Geinteresfeerdens in de agterftallige Lyfrenten ten lasten van de Provincie van Groningen word verleend de nodige protectie enfterke hand ter confèqueering van hun agterweefen. Den 9 Mey 1759. 6*20 [ Refolutie van de Staaten van Llolland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt van Commisfarisfen tot het recipieeren van de doorpasfeerende Militie binnen Dordrecht, van het Quohier van den 200 Penning. Den 9 Mey 1759. —— o8, Refolutie van de Staaten Generaal, hou- J dende verklaaring, dat de Relblutie van 20 December 1758, omtrent de waarneeming der Ampten van Drosfaard en Secretaris door twee Perfoonen , meede betrekkelyk is op de elf Banken van St. Servaas, en de Dorpen van Redemtie. Den 11 Mey 1759- ' ■ 737 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy tot het vorderen van een honderdtte penning, als mede het accordeeren van een Sublidie, en Vrydom van diverfe Impofitien tot opbouw van een nieuwe Kerk te Oostzaanen. Den 12 Mey 1759- 403 Octroy van de Staaten van Holland, tot het bedyken en droogmaaken van de Plasfen en Wateren, geleegen in de refpective Hooge en Ambagts-Heerlykheeden van Haferswoude, Bent£ hul-  Kcfidten, &c. na de ordré des tyds. 1759' :Pag- by geapprobeert word het gedrag vanj den commandeerenden Officier te Ype-J ren, in het vervolgen en apprehen-j deeren van Deferteurs op den Bodem1 van de Castelenye der voorfchreeve Stad. Den 23 Augustus ï?$g. \ 868 Refolutie van de Staaten van Holland,' genoomen op aanfehryving van haar Hoog. Mog. tot het neemen van de noodige precautien tegen het inbrengen van geftrande Goederen van bé-j fmette piaatfen uit de Levant komen-I de. Den 24 Augustus 1759. ! 918 Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de verpligting van den Hoog* fchout der Stad en Meyerye van 'sf Ier ■ togenboseh, tot het betaalen van zeekere vertèeringe enkarrevragten brèè-j der daar by gemeld, Den 5 September 1759. 794 j Refolutie Van de Staaten van Holland J nopens het different tusfehen haare, Koninglyke Hoogheid en de Regee-I ring det Stad Haarlem, over de aan-| ftelling van Salomon van Echten tot; Burgemeester der voorfz. Stad. Den; 6 September 1759. ; 133 Refolutie van de Staaten Generaal, waar; by verklaard is, dat aan den Heer; Hüysiêri van Cattendycke, als zynde Ontfanger van de wcederhelfte van heti Last en Veyigeld, £een fesue konde^ worden verleent in de Vergaderinge! van hun Hoog Mog. Den 10 Sép4 I tember 1759. ■ » [ *34 l Refolutie van de Staaten van Holland,! nopens het aan den Lande in reeke-J f ning brengen van de kosten op beton- j derhoud van geconilneerde Perfoonen. f Den 14 September 17-79. 794 f Refolutie van de Staaten Generaal, hou- f dende voorfiening omtrent een plaats tot het leggen der Scheepen, die quarantaine moeten houden, mitsgaders omtrent de kosten tot derfelver berging vereifcht wordende. Den 14 September 1759. ■——— 1240 Refolutie van Gecommitteerde Raaden, houdende bepaaling, tot welke fomme de Solliciteurs aan de Officieren op Credit mogen avanceeren en kortingen verzoeken. Den 18 September 1?59j 1 B69 Refolutie van de Staaten van Holland,! houdende derfelver reprsefentatien aan de Staaten van Zeeland, tegen het oprigten van een Academie of Univerfiteit binnen de Stad Zierikzee. Den 19 September 1759. 604 Inflruélie en Reglement van Gecommitteerde Raden over de bewooning van 's Lands Barakken, als mede de bewaaring en uitdeeling, en het gebruik van 's Lands Fournitures voor, en door 1759. ?ACt„ de Militie in Guarnifoen leggende te 1 lelvoetfluys. Den 20 September I75P- ■ 2°3 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat by Huwelykfche Voorwaarden, zonder Oélroy, Voogden en Admimftrateufs met exclufie van de Weeskamer, aangefteltj mogen worden. Den 28 September! 1759; ■ « ! 6*24 Refolutie van de Staatëh Generaal, waar] by aan den Pastoor van Bouchaute het waarneemen van den dienst te Philip-j pinegeinterdiceert Word, zonder voorj af daar toe admisfie verfogt en geob-J tineert te hebben. Den 5 Oétober'; 1759. < v I 314 Reglement van Gecommitteerde RadenJ voor de Opfienders van het Fort Loe-j veftein, behelfende verfcheide ordres] tot voorkominge van Biand Sec. Den 16 Oétober 1759- | 2'oS Refolutie van de Staéten van Holland, houdende permisfie aan Regenten van Middelharnis om hunne Havenhoofden tot zeekere hoogte boven het laage water te mogen doen aanvullen. Den 18 Oétober 1759. 696 Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt vanSluyswagtervan de St.Anthonis Sluys te Amfterdam van de Lyst der Amptgelden, en het Quohier vam den 200 Penning. Den 20 Oélober) i759. . „ / Refolutie van de Staaten Generaal,houI dende interpretatie van haar Hoog MögJ Placaaten tegen het dienst neemen inf vreemde Compagnien. Den 25 Oc-j tobér 1759. . 223 Refolutie van de Staaten van Holland ,j tot maintien van de Ambachtsvrouw^ van de Loosdrechten in derfelver recht en posfesfie tot het eligeeren van Scheepenen Crimineel aldaar. Den 25 October 1759. 599 Refolutie van de Staaten Generaal,waan by hunne voorige Refolutie van denj 21 December 1757. ten aanzien van! hunne Werkbaazen, tot het doen van! asfulentie ingeval van brand genomen! tot zeekere piaatfen in den Haag word] gerestringeert. Den 26 Oélober 1759. 135 Publicatie van de Staaten van Llolland ,1 houdende bepaaling, wat gehouden] moet worden voor Voorloop, en or-| dinaris Koopmans goed. Den 2dOc-f tober 1759. — fin9' üefolutie van de Staaten van Holland,] houdende Oélroy tot het opregten van] een Arm - en Diaconiehuis te Durger-j dam, met Vrydom van Verpondin-j gen en andere Impofitien. Den 27! Oétober 1759. -—- ï 405 q a Re .  Ediden, &c. na de ordre des tyds. 1760. Pag. Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de verkiefing en aanflelling van Colleéleurs, tot Schatheffers der gemeene Lands en Banks Middelen te Heerle. Den 22 January 1760. 1192 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening tot onderfteuning van de geenen, die door de inundatie van de Crimpenerwaard ongelukkig geworden waaren. Den 2 February 1760. 519 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordres aan Dykgraaf en Heemraaden 's Lands van LIeusden, om in het nomineeren van Heemraaden de Gereformeerde boven de Roomfche , of die van andere Religie zyn te prefereer en. Den 7 February 17 60.1 333 Refolutie van de Staaten van Holland,) wegens het voorgenomen Huwelykj van Mevrouw de Princesfe Carolina met den Heere Prince van NasfauWeilburg. Den 12 February 1760. 137 Refolutie van de Staaten van Holland,/ waar by Mevrouwe de Princesfe Carolina van Orange en Nasfau en de Heer Prins Carel van Nasfau-Weilburg , gedispenfeerd worden van het doen gaan der Huwelyks Proclamatien, by de Politicque Ordonnantie gerequireerd. Den 12 February i7do. , 556 Refolutie van de Staaten van Holland ,\ waar by een fubfidie van ƒ 2o,ooo:-:-j uit 's Lands Casfe word toegeftaan tot) j herftellmg eener zwaare inundatie inl . / den Crimpenrewaard.' Den 12 February 17Ó0. " ——■ 697 Aanteekening en Refolutie van de Staaten van Holland door derfelver Gedeputeerden ter Generaliteit ingebragt, betrekkelyk de approbatie van het Huwelyk van Mevrouwe de Princesfe Carolina van Orange Nasfau, met den ITeere Prins Carel van Nasfau - Weilburg : beneevens de contra aanteekening der andere Provinciën. Den 13 February 17Ó0. 55 8 Refolutie van de Staaten Generaal, waar by 't verfoek van een Predikant in het Lïesfen - Darmftadfche, om verhoging vanPenfioen, word afgeweefen. Den 14-February 17 do. 335 Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy op 't fluk der Erffenisfen van óe Armen-Voogden en Wees- Vaders aan het Gereformeerde, Armen en Weeshuis te Westzaandam. Den 14 February 1760. 520 Refolutie van de Staaten van Holland, op een verfoek om Mandament van Revifie pro Deo, door Dirk Sire de Boo gedaan. Den 14 February 1760. 795 Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Magiftraat 'sLands 17^0. PArJ; van den Vryen in derfelver Jurisdictie, tegen gedaane indragt van den Magiftraat der Stad Sluys. Den 14 February 1760, 79 d Refolutie van de Staaten van Llolland, houdende concesfie aan Regenten van een aantal Westvriefche Dorpen, omten behoeven van derzelver Ingezeetenen aldaar te mogen veen fpnten en modder baggeren uit de Slooten, tegen betaaling van zeekere fomme aan den Lande. Den 15 February 1760. 698 Placaat van de Staaten van Holland , tot! nadere furcheance van het verbod vanj invoer van Rundvee. Den 7 Maart'' 1760. . . 1301 Publicatie van de Staaten van Holland ,1 houdende ordre aan de Ontfangers vanj 's Lands Middelen, om de Nederland-I fche Goude ongerande Ducaten tof zeekere prys in betaaling aan te nee-; men. Den 8 Maart 1760. I 956 Publicatie van de Scaaten van Holland, teegen het verkoópen van Bieren door' Bierdraagers, Brouwers-knegts en Bierfleepers. Den 12 Maart 1760. n 20 Refolutie van de Staaten van Llolland,• houdende Auélorifatie aan Schout, Predikant, Regenten én Kerkmeesteren! te Vlymen, tot het negotieeren van| penningen ter reparatie van de Kerkj aldaar; mitsgaders het heffen van eenige belastingen om dezelve weder te " kunnen vinden. Den 14 Maart 1760. 408 Publicatie van de Scaaten van Holland, betrekkelyk het haaien van Vry-Billietten van Scharrebieren. Den 14 Maart 17 do. ■ . li 120 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Prothocollen der Notarisien, zoo wel in gevalle van aflland, als van overleiden, ter Secretarye gebragt moeten worden. Den 15 Maart 1760. . 521 Refolutie van de Staaten van Llolland, waar by geweigert werd de Collatie der Revenuen van zeekere Vicarye op een perfoon van de Roomfche Reli gie. Den 26 Maart 1760. I 316 Refolutie van de Staaten Generaal, tot] het houden van behoorlyke procedures in de infolvente Boedels in de Colonie van de Berbices vallende. Den 26 Maart 1760. ■ —I2g5 Refolutie van de Staaten Generaal, tot het houden van behoorlyke procedures in de infolvente Boedels in alle de West-Indifche Colonien vallende. Den 2d Maart 1760. 1236 Refolutie van de Staaten van Holland, op gedane klagten van den Magiftraat van 'sLIage, ter zake dat 't Hof het Lyk van zeker verdronken Vrouwsperfoon, by gemelden Magiftraat gefchouwd, q 3 door  Edi&en, &c, ha de ordre dés tyds. ï?6o. Pag. iïoenen van Officieren Den a July ReibJittie van de Scaaten Generaal, houdende diverfe bepaalingen omtrent de intrinlique waarde der te murtcen Goude Ryders en Ducaatën. Den i d July 1700. — odi Refolutie van de Scaaten Generaal, waar by een Subiidie word toegelegt tot ond.'rileuning van de Financie der Latynfche Schooien te Maastricht. Den 23 July «760. 42 x Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod aan de Branders, om eenig Brood ter confumcie voor zig of anderen te mogen bakken. Den 24 Jaly 1760. xl22 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van derfelver Waarfchouwing van den 2 1 December 1728, en Publicatie van dén 29 Juny 1743, betrekkelyk de Alloiiaale Nalatenfchap van wylen Jan de Cerf. Den 24 July 1760. 9. U44 Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van derfelver Waarfchouwing van den 21 December 1728, en Publicatie van den 29 Juny *743» wegens het Recht der CoHateraale Succesfie van de Ambachts-j heerlykheid van Oud-Beyerland, by! wylen Jan de Cerf nagelaaten. Den 24 July 17de. . ;Il4Ö PubJicao'e van de Staaten van HollandJ houdende bepaaling van de wydté van het Schutwand, tot het Visfchen op' Paa'ing en Aal gebruikt wordende. Den 24 July i~do. I25a Refolutie van de Staaten Generaal,waar by word afgefiigen een verfoek van' Drosfaard en Scheepenen van Tilburg' en Goirle > ten einde de Litiganten te noodzaaken tot het emplöyeeren van een Procureur. Den 2S July 17n-0. —_ 737 Refolutie van de Staateri van Llolland, nopens de validiteit der erflatingen en makingen, aan den Roomfchen Armen te Zaandam nagelaten. Den 26 July 1760. — 3t7 Refolutie vart de Staaten van Holland, dat voortaan op de Brieven van Voorfchryvens, by Burgemeesteren van JVluyden tot het obtineeren van venia cetatis verleent, by de Staaten reguard zal worden genomen. Den 30 July 1760. - _ i3§ Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den MonfferCommisfaris op Texel dm zyn Domicilie elders te mogen hebben. Den 11 Augustus 17 do. 1200 Refolutie van de Staaten Generaal, hom dende eenige Dispofitien nopens het in reekening brengen van èe reys-kosJ ten en huis-huurert der Ministers aan' het Hof van Groot Brittannien gezonden. Den 12 Augustus 17de j «41. Reglement voor het Guarnifoen en de Wagtcii in 's Gravenhage, geformeerd door den Hertog van Brunswyk, en dooi- Heeren Gecommitteerde Raaden geapprobeert. Den 29 Augustus 1760. 20/ Refolutie van de Staaten Generaal, tot nul-verklaaring van alle Overeenkorafteri en Conventien buiten kennisfe en approbatie van haar Hoog Mog. aangegaan, waar by dë Ingefeetenen zig tot het opbrengen van penningen ten behoeven van eenige Pastoors ver pligten. Den 2 September 17Ó0. £18 Refolutie van de Staaten van Holland, J houdende Oélroy op 't ftük der Erffenisfen aart Diaconen van de Gerefors meerde Kerk ert Armen-Voogden van Urfem en Rullenburg. Den 5 September ï~6c. —'—— 41 $ Publicatie van de Staaten van Holland, waar by aan de Grosfiers of Myters in fterke dranken word gegeven recht vari preferentie voör den vërfchooten Impost. Den 12 September 1760. 6üB Refolutie van de Staaten van Holiand, waar by verleend word redemtie van de nulliteit eener Codicülaire Dispoütiè wegens defe6t vart Zégel ^ met de Claufule van Reliëf. Den 12 September 1760. —. ...-. . Refolutie van dë Staaten van Holland, tot interpretatie van derfelver Refolutie van 2 September 1758. betrekkelyk de bepaaling van het Traclement der Predikanten te Maasflüys. Den 18 Septémber \j6o, Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat niemand, die eenig permanent Ampt, zyne vaste rëfideritie elders requireerende, befit, kan weeien Schëepen en Raad te 's Hertogenbofch. Den 22 September i7do. Reglement en Ordonnantie op de Jacht, onder de Heerlykheid van Ameide: Gearrefteeft den 17 Mey 1760. En door de Edele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden geapprobeert den 22 September 17 do. 67^ Conventie tusfehen de Staaten van Llolland en de Staaten van Stad én Lande, betrekkelyk de differentenöverdewanbëtaalingder Groningfche agterflallige Lyfrenten. Den 27 September 1760. Placaat van de Staaten van Holland, tee gen de Landlöopers} Vagebonden en Bedelaars, mitsgaders het pleegen van derfelver moedwilligheeden. Den 25 , October 1760. • . " ^6 Waarfchouwing van de Staaten van Holland <  Fol. i PLACAATEN, ORDONNANTIËN, RESOLUTIE N, E N E D I C T E N; HET EERSTE BOEK, hervattende de fundamenteele Wetten der Retreermge van de Vereenigde Nederlandfche Provinciën in bet generaal, mitsgaders van Holland en Zeeland in het particulier. EERSTE TITUL. Algemeenc Landwetten, het Land Stand- beftier betreffende. Unie en Verbond tusfehen de Ridderfebap, Edelen en Steden van Holland, waar by aan Willem den I Prince van Orangiengcdefereert werd de Hooge Overheid van dezelve Landen zo lange die in der Oorloge of Wapenen zyn- Den ii. >/ji575. J fÉ^i^5|| maai cVAimoë^ God, S|v>J|h * door zyne zonderlinge gratie 3 IvBj en §enade ' dcn Emdc van ^8 a8kll Z> HoUand en Zeeland, jegens UuWKpf dcn Hertog van Alva, en de " =» heerfchappy der Spanjaarden, met haren aanhank, van de quaatwillige en bloeddorftige vyanden der zeiver Landen wonderbaarlyk tot nog toe heeft behoed, daar toe rriet zyn Goddelyke woord verlicht, en alzulx den ingefeetenen van dien van de llavemye foo in den lichame ais in der confeientie heeft verlost uit de handen van haare voorfz: vyanden, jegens wiens aanloop, groot geweld en heirkracht aan alle oorden aangewend, de mogendheid en goedertierentheid Gods tot meermalen fonderlinge voorfpoed en victorie heeft verleent, door middel,vlyt en forgvuldigheid van den doorlugtigen en hooggeboren Vorst vTII. Deel. ademaal cf Almogende God , door zyne zonderlinge gratie en genade , den Lande van Holland en Zeeland, jegens den Hertog van Alva, en de heerfchanov der SmnhnvAm én heer Wilhelm Prince vanOrangien, Gmve van Nalfau, &c. met een verwecldnge des genioeds van den volken en ingefetenen voorfz:, in der yoegen, dat den vyand in fynen kragt en macht feer gefwakt of gekrenkt zynde totzyn quaad voornemen niet heeft konnen geraken : welke Gods werk: want niet allcenlyk te verwonderen, maai-. als een grote weldaad On genade by een yegeiyk Haat aan te nemen, en in 't generaal met alle polityke ordenihge te bevestigen, om voortaan alle faken gefield, en gehouden te werden in goede geregeltheid, discipline en onder een beter beleid, dan tot nog toe mits de menigvuldigheid der lasten, en affairen van de Oorloge, en aanpersfmgen der vyanden wel heeft mogen gefchieden, of in 't werk gebragt werden , fulx dat hier door de faken der Landen, en van allen den'ingefetenen in meerder verA fe-  Aigemeene Lands Wetteiï* o ïanu, onder den zeiven Hove reforterende, in allen zaken tot kennifle van den Zeiven Hove ftaande, zonder nogtans te verleenen eenige provifie, of t'admittercn eenige proceduren jegens d'ordonnantie of relblutie van de Staaten: En mits dat de zelfde Raad vórder hem zal hebben te voegen na befchreeven rechten, equiteit, mitsgaders alle deugdelyke privilegiën en coftumen, en in materie van appellatie en executie van haare fententien, na de provifioncele laatfte ordonnantie en refolutie van de Staatem Des zal zyne Excell. den zeiven Raad, allen hooft Officiers, en andere Officiers van dë Juftitie (tot collatie van dë kamere van de Rekeninge na gewoonte niet ftaande) Rellen en ordónneeren van Wegen den Conink als Graavë Van Holland en Zeeland, te weten, zoo wanneer eenige van de jegenwoordige zal mogen ' overlyden, of den tyd van eenige officieren geëxpireert zyn, ten waare om redenen,zyne Excell. mitsdien zal mogen doen in byden ge- j vallen, met advys Van de Staaten, dewelke I zyne Excell. tallen tyden zullen denomineren drie perfoonen, uit ten welken tot vaceerende Staaten en Officien refpective zyn Excell. één zal verordonneeren; mits dat in den voorfz. Raad van Holland ültyds twee zullen zyn uit Zeeland, als na ouder herkoomen of privilegie van den zeiven Lande. En zullen die van den Raade voornoemt by provifie mogen verleenen alle provifien m materie van gratiën, als reliëf en reftitutie, zulx als by den grooten Raade van Mechelen plag gedaan te werden. Item alle beneficiën van rëgten, als beneficiën van inventaris, eestten, en diergelyken. I Zullen ook by provifie ter eerfter iniiantie 1 kennilfe hebben van alle queftien feudaale, mits dat in zulke zaaken by hem zullen zyn den Stadhouder en Raaden van de Leenen van ouds geweeft hebbende, en nog jegenwoordig zynde. ; By zyne Excell. als by de Overheid zullen mogen werden verleent alle gratiën, als remisficn, pardons, refpyten, quinquernellen, legkhnatien, en diergelyke van wegen den Conink als boven, na behoorlyk advys van d'Officieren en Wethouderen van der piaatfen, of ! anderen als na ouder gewoonte , van gelyken alle Octroyen, beneficiën, en prerogati ven of privilegiën , wel verftaande, dat in 't verleenen van eenige Oéfcoyen of Privilegiën aan eenige Communiteiten, Steeden en Vlekken 't zélfde gedaan zal werden met Advys van de Staaten, om alle queftien vooitekomen. Zyne Excell. zal onder zyne hand en Zegel verleenen de Sauvegarde en Paspoorten, als 't zelfde totnogtoe geufeert en gedaan is, zónder dat iemand in Llolland, nog Zeeland, wie hy zy , hem zulx zal onderftaan dan by expresfe authorifaÜe van zyne Excell. Item zyne Excell. zal eligeeren , creëren én vernieuwen ten gewoonlyke tyde, de Magiftraten in de Steden, als na ouden Herkomen, Handvesten of Privilegiën van den Stee¬ den, wel verftaande indiende nood of verzekerheid mogte vercyflehen eenige afilellinge of vernieuwinge van Officieren , Wethouderen, of Magirtmten van de Steden, buiten den gcwoonlyken tyd, zal zyne Excell. 't zelve ook mogen doen, met kennifle van zaaken, en van 't meerendeel der geenre, die de Vroedfchap en 't corpus derzelver Steden zyn reprcfenterende, als onder prejudicie der Steeden voorfz. LIandvesten en Privilegiën, die niet te min gehotvden zullen worden, enblyvenin haaren geheel. Gelyk zyne Excell. ook handhoudenenbefchemien zal alle rechten, Privilegiën, Geregtigheden, Vrydornmen, ert ïöflykë Coftumen der Landen, en Steden van Holland en Zeeland onder zyne gehoorzaamheid zynde, in 't gemeen en van elk een byzönder,metverftand, handhoudinge, en protectien van de preëminentien, en autoriteit van alle wettely| ke Officieren b Magiftraten , en Overheid, ' zonder eenige Steden of Piecken onderhouden te werden eenige andere Collegien of Conüftorie, dan met advys, nominatie eninftellinge van de Magiftraten derzelver Steden, of van de gemeene Staaten. En aangaande de Religie, zal zyne ExcelL admitteren en handhouden d'oeffeninge van de Gereformeerde Euangelife Religie , doende furcheeren en ophouden d'exercitie van de Roomfe Religie, conftituerende tot vorderinge der voorfz. Gereformëerde Religie drie of vier gequalificeerde Perfonen, als generale Commiflariifen in 't ftuk der Religie, dewelke zullen letten op de qualité van de Predikanten en Minifters, mitsgaders op haar behoorlyk onderhoud voorzien , in de Steden met advys van de Magiftraten, en ten platten Lande van de Hoofd-Officiers van der Plekke. Zonder dat Zyne Excell zal toelaten, dat men iemands geloof of confidentie zal inquïreren, óf dat iemand ter caufe van dien eenige moeyenisfe, injurie of letzel aangedaan zal worden, doende vorder by advys van de voornoemde Gecommitteerden, d'oeffeninge der voorfz. Religie aangaande, ftelle alzulke goede ordre, als na gelegenheid van der zaaken, en conditiën van der Steden ten mecsten gërustigheid en commoditeit van de gemeente, zonder verminderinge van Godes eere bevonden zal worden te dienen en te behoorén, ook met advys van de Staaten is 't nood. En zal zyne Excellentie in 't gunt voorfz. is tot zynen Raaden en adfiftentie verkiezen alzulke gequalificeerde perfoonen, Nederlanders, en 't meerendeel Hollanders en Zeelanders weezende> als zyne Excell. believen zal, zonder advys of denominatie van iemand. En zullen de Staaten in 't gemeen, ook de Officieren, Magiftraten, Schutteryen, en Gemeenten in alle Steden en Vlekken eed doen, Zyne Excell. in de voorfz zyne Regeeringe, bevoelen en ordonnantiën boven verhaald, en tot onderhoudinge van dien getrouw, onderdanig en gehoorzaam té wezen. Ais ook by of van wegen Zyne Excell. reciproquelyk gezwooreo zal worden, in de 2 - voorfz.  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. lyk geëquiveert, en het regt van Haar Edele Groot Mog. om de voorfz. receptie op haaren Boodcm alleen te doen, in de bequaamfte en kragtigfte manieren voorgefteld, en op dat fundament, is het doenelyk, het werk by onderling accord met de Heeren Gedeputeerden van de andere Provinciën , ter intentie van Haar Edele Groot Mog. tot befluyt gebragt zal worden , ten welken einde extraordinarie gecommitteert zynde de Heeren van Dordrecht, van Haarlem, van Amfterdam, van Alkmaar en van Hoom, om met en neevens de Heeren Haar Edele Groot Mog. Ordinaris Gedeputeerden aldaar het gunt voorfz. is, ten beften te helpen beleiden; Is naderhand by rapport verftaan, dat ter Generaliteit by onderlinge communicatie en bewilliginge goedgevonden was, dat in gevalle Haar Edele Groot Mog. de zaake van de voorgeroerde receptie laaten verblyven by de Heeren Gecommitteerden, die van wee- 5 gen dezelve in gevolge van voorgaande Refolutie van dato den 13. dezes, albereids omtrent den hoogstgemelden Koning zyn, of dat Haar Edele Groot Mog. het getal van dezelve zouden moogen augmenteeren, zondernogtans het voornoemde officie te doen en corps nog metter daad nog met de naam, alsdan alles verders zoude gelaaten werden by de voorfz. Haar Hoog. Mog. Refolutie van den 1 d. deezes 5 en dat ook agter de Notulen daar van ter G eneraliteit gehouden, tot contentement van eenige Provinciën gevoegt was de navolgende claufule: Behoudende Haar Hoog Mog. aan haar de vryheid, om derzelver Gedeputeerden Jegenwoordig hy Zyne Majefleit zynde, meede te verfierken: onder mondelinge verldaaringe nogtans, dat egter zulks niet en zoude gefchieden; en hebben Haar Edele Groot Mog., haar; na voorgaande nieuwe deliberatie het voorfz. geadjusteerde met de andere Provinciën wel laaten gevallen. s- Refolutie van de Staaten van Holland op de folemneele uytleydinge van den Koning yan Groot Brittannien op de Grondt van Holland. Den 31. Mey idöo. Xs na voorgaande deliberatie goedgevonden ende verftaan, dat van wegen Haar Edele Groot Mog. ter Generaliteit de zaake daar heenen zal werden gedirigeert, ten einde de Vergaderinge van Haar Hoog Mog. en Corps den Koning van Groot Brittannien voor deszelfs vertrek mooge gaan valediceeren aan 3- Is gehoort het rapport van de Heeren van Heeckeren tot Roderlo, ende andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van Oostvriesland, hebbende,ingevolge entotvoldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie Commisforiaal van den tweeden deezer loopende maand, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staten, geëxamineeit de Misfive van den Magiftraat van Embden, aldaar gefchreeven den negen-en twintigfte der voorleeden maand, aan haar Hoog Mog. kennisfe gevende van het overlyden van den Furst van Oostvriesland, en van de posfesfie door of van weegen Zyne Majefleit den Koning van Pruisfen van die Landen genomen, volgens de expectantie door den Keyfer Leopold in het jaar feftien hondert vier en negentig aan Zyne Majefteits Voorouders verleent, als meede dat gemelde Magiftraat hooggedagte Zyne Majefleit voor haar wettig Opperhoofd en Landvorst hadden erkent, ingevolge van een Conventie den veemenden Maart jongst" zyn Hoff alhier, zonder haar met het uitleiden van zyne Majefleit,'tzy en Corps, 't zy door Gedeputeerden te bemoeyen, om redenen op 't fUbjeét van de receptie van hoogst-, gedagte zyne Majefleit in voorgaande Notulen, onder dato den 24. dezer loopende maand breeder gementioneert. leeden geflooten, waarby ook haar Hoog Mog» guarantie geen nadeel zoude lyden, zoo wanneer haar Hoog Mog. het fuccesfions regt van zyne Majefleit en zyne Defcendenten zouden agnofceeren, alles breeder in de voorfz. Misfive vermeld. WAAR op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelden Magiftraat van Embden zal worden gerefcribeert, dat haar Hoog Mog. haar bedanken voof de notificatie, die aan haar hebben gegeeven van het overlyden van den Furst "van Oostvriesland, Carel Eclfard, zonder Defcendenten na te laaten, en te gelyk van de posfesfie door zyne Majefleit den Koning van Pruisfen van de nagelaate Landen van den overledene Furst genomen, of nog te neemen, ingevolge van de expectantie döor den Keyfer Leopold in het jaar festien hondert vier en negentig aan het Huis van Brandenburg verleent: dat haar Hoog Mog. | altyd veel deel genomen hebben in de welftand van Oostvriesland, hopen en wenfehen, dat door deeze verandering de vooA 3 rige Refolutie van de Staaten Generaal op een Mis- Jive van den Magiftraat van Embden, houdende Notificatie van het overlyden van den Furft van Oostvriesland,, en van de posfesfie door den Koning van Pruys fen van die Landen genomen. Den 6. Juny 1744.  Ceremonieele Wetten en Obfërvantieii Moldernefle uit rsfcip van haar Hoog Mog. een compliment van dankzegginge af te leggen, tiaar in gebruinde zoodanige expreslien, als hy meest beJovaam zal vinden, om haar Hoog .Mog. erkentenis uit te drukken, met betuiging dat haar Hoog Mog. ten hoogteen gevoelig zyn aan de attentie, die hoogstgedagte Zyne f Majefleit in deeze geleegèntheïd voor de Republicq gelieft te toonen, en niets meer wenfchen als de hoogst geëstimeerde vriendfchap en geneegentheid van Zyne Majefleit voordeezen Staat te confervceren, waar toe haar Hoog Mog. ten allen tyde van haare kant haar uiterfle devoiren zullen aanwenden. 6. Refolutie van de Staaten Generaal, op een Mis- Jive van den Secretaris van hun Hoog Mog. Envoyé aan 't Hof van PruyJJen, wegens de niet gedaane Notificatie yan het overlyden van zyne Hoogheid aan den Heer van Helle, alhier waarneemende de zaaken van V gemelde Hof. Den 12. November 1751. O ntfWén eert Misfive van den Secretaris van den Heere Graave van Gronsfeld, haar Hoog Mog. extraordinaris Envoye enPlenipotentiaris aan het Hof van Zyne Majefleit den Koning van Pruis fen, gefchreeven te Berlyn den fesden deezer loopende maand, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, daar by kenhisfe geevende, dat het fcheen, als of men aldaar eenig ongenoegen hadde opgevat, ter zaake, dat de Notificatie van het overlyden van Zyne Hoogheid , met de gevolgen van dien, niet gedaan was geweest aan den Heere van Helle, alhier waarneemende de zaaken Van hoogstgedachte Zyne Majefleit; verlangende hy Secretaris daar omtrent de noodige eclaircisfementen te moogen ontfangem Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelden Secretaris zal worden gerefcribeert, dat hyzullcs en daar het van dienst kan weezen zal verzeekeren, dat haar Hoog Mog. alle mogelyke refpect en hoogachting hebben voor den Perfoon van hoogstgedachte Zyne Majefteit, en ook uit dien hoofde hem Secretaris, by abfentie van den Heere Graave van Gronsfcit, derzelver extraordinaris Envoye en Plenipotentiaris , aanftonds na het voorgevallen evenement hebben aange- fchreeven en gelast, daar het behoord communicatie te geeven van het overlyden van Zyne Hoogheid, en van het waarneemen en beideeden van het Erf-Capitein en Admiraalfchap Generaal door haar Koninglyke Hoogheid, geduurende de mindeïiarigheid van den Heere Prince Willem van Orange en Naflau; dat van gelyke niet in gebreeken zouden zyn geweest, de behooriyke Notificatie aan Zyne Majefteits Minifter alhier te laaten doen, indien zig alhier iemand gevonden had met het Caracter van Minister of Refident van hoogstge dachte Zyne Majefteit bekleed; doch dat haai Hoog Mog. niet gewoon zyn door de Heeren haare Gedeputeerden , of door haaren Agent ooit eenige Notificatien te laaten doen -aan Legations Secretarisfen, tot het waarneemen van zaaken enkel en alleen gechargeert, welker Caracfer in het Ceremonieel by haar niet bekend is, en dat daar omtrent by deeze occafie geene andere voet gevolgt is, als die in alle voorige diergelyke geleegentheeden geobferveert is geworden. En word den Griffier Fagel verzogt hier van aan gemelden Legations Secretaris van Hellen kennisfe te geeven* 7» Refolutie van de Staten Generaal, waar by aan den Raad van Braband word toegeftaan een fubfidie van f 1850 - : -, tot betaaling yan den rouw over zyn Hoogheid. Den 18. November 1751. Is gehoort het rapport van de Heeren van Weideren, en anderen haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Finantie, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van derzelver Refolutie Commisforiaal van den vyfden deezer loopende maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert een Memorie van Mr. Johan de Kempenaar, Griffier en Rentmeester der Exploiclen van den Raade en Leenhoove van Braband en Landen van Overmaaze, houdende, dat gemelden Raad en Leen¬ hof in conformiteit van andere Collegien en Lloven van Juftitie, meede gerefolveert zynde den fwaaren Rouw aan te neemen weegens het droevig affterven van Zyne Doorluchtige Hoogheid, hem gelast hadden, zoo als voor heen in diergelyke droevige omftandigheeden gepraétifeert was geweest, de daar toe noodige Penningen ter fomme van achtien honderd en vyftig Guldens uit de Exploiélen te voldoen. Ke erende zig den voornoemden Rentmeester der Exploiften, alzoo dezelve daar toe niet toereikende waaren, tot haar Hoog Mog., met  Cerèmötilcëe Wetten en Óbfcrvantiea» 9 I0' Rapport van den Raadpenfionaris, mitsgaders Re¬ folutie van de Staten van Holland, wegens de ceremoniën by de begraajfenis van Zyne Hoogheid te obferveerel Den 14. January 1752* De Raadpenfionaris heeft ter Vergaderingé gerapporteert,dat deHeeren vandeRidderlchap en verdere haar Edele" Groot Mog. Gecommitteerden, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, tot voldoeninge aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van gisteren, hebbende nagegaan wat by occafie van de Begraeffenisfen der voorige Heeren Stadhouders van eenige confidentie was voorgevallen en gerefolveert, hadden bevonden; En wel eerftelyk ten opzigte van de Begraaffenisfe van den Heere Prince Willem den eerften, dat op den 20. July 1584. was gerefolveert, dat dezelve zoude werden gefolemnifeert by de,Edelen, de Gëdeputeerdens van de Steeden, by die van den Hoogen en Provincialen Runde, en. van de Kamer van Reekeningen met lange Rouwmantels tot de enklauwen toe, en dat tot dien einde alle de Edelen, en vier uit de groote, en twee tut de kleine Steeden verfchynen zouden, elk met haar Boodens agter haar gaande, met eenfwarte Mantel en Bosfe op de Borst of Mantel. Dat op den 16. July daar aan volgende nog was gerefolveert, dat het Wapen van-den Graaffchappe van Holland óp de uitvaart meede zoude werden gebruikt. Dat zy ten opzigte van den tang als doen gehouden, onder de Notulen van haar Edele Groot Mog. van den 2. Augufty deszelven 1 jaars alleen hadden gevonden , gereldlveert, / dat de Raaden van Zyn Exellentie in den Rouw zouden gaan voor de Staaten Generaal, en dat het zelve op den 3. daar aan volgende ter Generaliteit in deliberatie zynde gelegt, de andere Provinciën het zelve hadden gecontradiceert, en dat haar Edele Groot Mog. als doen ook hadden gefuftineert, vermits de publicque acte van Begraaffenis zoude gefchieden in haare Provincie, dat zy behoorden te gaan voor de Staaten Generaal, dog dat het zelve nagegeeven was , en het voorts zoodanig gefchikt, dat de Staaten van Holland hadden gegaan immediaat na de Staaten Generaal, en den Raad van Staaten, onder de Provinciën waar van zy waaren Gedeputeeit. Dat ten refpecte van den Uitvaart én Begraaffenisfe van den Heere Prince Maurits op den 11. September 1625. was gerefolveert, zoo de Uitvaart als de Begraaffenisfe te asfifteeren, en dat voorts onder haar Edele Groot Mog. Notulen van den 13. September daar1 aan volgende wierd gevonden, dat dé Uitvaart Van het i yk tot de Schuiten om na Delft te Werden gevoert, was geasfifteert by de geheéle Vergadering in den Rouw na de Staaten Generaal en Raad van Staaten, en voorts door de Collegien van den Hoogen en Provinciaalen Raade, Kaamer van Reekeningen en Magi- 1 VIII. Deel. ftraat van 's Gravenhage, en dat op den id, daar aan volgende in voorfchreeve ordre de Begraaffenisfe te Delft was gefolemnifeert geworden. Dat betreffende den Heere Prince Fredrik Hendrik, zy hadden bevonden, dat op dert 17. April 1 d47. ter Vergadering van haar Edele Groot Mog. was bekend gemaakt de dag van de Begraaffenisfe teegens den 10. Mey daar aan volgende, als wannéér alleen was gerefolveert, dat aan de Heeren van Delft zouden werden gevalideert de kosten tot het maaken van Staketfels en andere geleegenheeden langs de ftraatem Dat op den 6, Mey daar aan volgende was gerapporteert, dat de Raad van Zyn Hoogheid beezig was met het beraamen van de ordre der folemniteiten van de Begraaffenisfe, en dat dezelve daar in wilden voortgaan met kennisfe en communicatie van Haar Edele Groot Mog. en dat zy ten dien einde Commisfarisfen uit haar Edele Groot Mog. Vergadering hadden verzógt.om.de ordre tc arreftéeren; dat haar Edele Groot Mog. daar toe als doen hadden gecommitteert de Héeren Obdam cn van der Mylen , met de Heeren Gecommitteerde Raaden., en te gelyk de zelve hadden geauthoiïfeert , de Rouwkoetfen , als andere zaaken het ftuk der voorfchreeve Begraaffenisfe concerneerende , te bezorgen. Dat op dén 9. Mey was geleezen het getal van de Gecommicceerden van de refpective Steeden, als meede van de Carosfen dewelke gerefolveert wierden van zestien of zeeventien. te vermeerderen, te approprieeren om zes of minder Perfoonen te moogen voeren, als wanneer ook verders ordre óp dé verdeelinge van dezelve Carosfen, &c. Was gefield. Dat als doen nog verders was verftaan, dat voor haar Edele Groot Mog. zouden gaan twee Kaamerbewaarders in den Rouw met ongedekten hoofden en ftokken in de hand, en dat daar óp zoude volgen, meede gaande met ongedekten Hoofde, de Heraut der Wapenen, behoorlyk aangedaan met de Cotto d'Armes, draagende een ftok met de Kröoné iii de hand en rustende op de Borst; dat als doen voorts tot de bezorging van het zelve waaren gecommitteert de Heeren van Schaagen, en Ruysch^ Gecommitteerde Raad van haar Edele Groot Mog., en datlaaftelyk alsdoen nog wasgoedgevonden , dat de Dienaars van haar Edele Mog. en de Booden van dezelve in den Rouw Of in het fwart geldeed agter zóuden fluiten het Corps van haar Édele Gróót Mog., marcheerende en tróüpé of halve maans-gewyfe. Dat fy ten öpfigté vari den rang by deefe geleegenheid gehouden, in de Regifters Van haar Edele Groot Mog. of van haar Hoog 8 Mog.  Ceremonieele Wetten en Obfèrvantien. 11 "Dat voorts de Heeren Gecommitteerde Raaden behoorden te werden verfogt, na ingenoome informatie van die geenen, die tot het beleid van de Begraaffenisfe zyn gequalificeert, het geene voorfchreeve is en alles het geen verder noodig lal zyn, als het beforgen van de Koetfen, Rouwmantels voor de Leeden die defelve fullen requireeren, te efFectueeren, en van het geene fy desaangaande fullen hebben verrigt, tot narigt van de Leeden aan haar Edele Groot Mog. kennisfe te geeven; en dat ten dien einde de Leeden ook behooren te werden verfogt aan de Heeren Gecommitteerde Raaden optegeeven het getal der geenen, dewelke wegens ieder Lid de voorfchreeve Begraaffenisfe fullen asfifteeren. Dat omtrent het tweede point, concerneerende den rang, uit de te vooren gedetailleerde Retroaéla zynde beweefen , dat by haar Edele Groot Mog. (hóe feer ook ongehouden') doorgaans toegeeventheid was gebruikt, (foo als het felve uit een Refolutie van haarHoog Mog* van den i Maart 1685. met meer exempelen werd beweefen) het daarop aanquam, of haar Edele Groot Mog. het felve in deefen weederom, behoudens haar notoir regt, en das behoudens en fonder prejuditie van haar Souverainiteit, föuden goedvinden te doen, en foo ja, op welke wyfe het felve gevoeglykst foude kunnen gefchieden. Dat fy Heeren Geoommitteerden hadden gemeent , dat, gelyk voor deefen, ook in het jegenwoordig geval door haar Edele Groot Mog. toegeeventheid foude kunnen werden gebruikt; en dat fy hadden gemeent, dat fuiks fonder nadeel van de Souvèrainiteit van haar Edele Groot Mog. foude kannen gefchieden in ge- 1 lyke maniere als by den Doop van fyn Hoog- f heid den jegenwoordigen Heere Erfftadhöuder was gefchied ; volgens het geene onder de Notulen Van haar Edele Grcot Mog. van den 3 April 1748. is vervat. Dat fy Lïeeren Gecommitteerden ten opfigte van den Raad van Staate niet konden verwagten, dat defelvë fullen pretendeeren den rang van haar Edele Groot Mog., maar dat, ingevalle egter het felve wierd gefuftineert , fy hadden gemeent, dat daar aan niet foude kunnen werden gedefereert, dewyl de exempelen van de Lïeeren Princen Maurits en Frederik Hendrik , maar twee in getaale zynde, ook niet meer als exempelen waaren, waarop, in detail werdende getreeden,. feer veel foude kunnen werden gefegt, en welke ook niets kunnen opereeren om haar Edele Groot Mog. te vergen, aan een Collegie, hoe illuftre ook uit haar felfs, egter geen reprefentatif caraóter hebbende, foo als van haar Hoog Mog. Vergalde ring kan werden gefegt, een voorrang te geeven by een actie, waarby fy als Souverain Staatsgewyfe op haar eige Territoir asfifteeren: en foo in allen gevallen by haar Edele Groot Mog. in deefe eenige toegeeventheid foude werden gebruikt, dat het felve foude kunnen werden bepaalt op de wyfe foo als gemeld is, dat op de Begraaffenisfe van den Heere Prince Willem den eerften, gïorieufer gedagtenisfe, is gefchied; foo dat de Leeden van den Raad van Staate fig fouden kunnen fchikken onder de Heeren Staaten Generaal by de Provincie, waaruit fy zyn gecommitteert. Waarop gedelibereert zynde, zyn de gemolde Heeren Gecommitteerden voor haar genoome moeite en gedaan rapport bedankt, en is, foo veel het voorfchreeve eerfte voorgeftelde point van deliberatie aangaat, goedgevonden en verftaan, dat in het teegenwoordige geval de Vergadering van haar Edele Groot Mog. als voor deefe door een Herault fal worden geprecedeert, alles in maniere foo als in de hier vooren aangehaalde Refolutien van 1647, en 1651* is gemelt. Dat wyders om deefe actie met alle eer en digniteit verder te executeeren, vóórhaar Edele Groot Mog. vooraf zullen gaan in den Rouw agt Staaten Boodens met ongedekte Hoofden, en haare Bosfchen op de Borst. Dat daarop fullen volgen de twee Kaatnerbewaarders van haar Edele Groot Mog., meede in den Rouw, met ongedekte Hoofden en ftokken in de hand. En vervolgens de Herault des Armes, behoorlyk aangedaan met de Cotto des Armes, draagende een Stok met de Kroon in de Hand, rustende op de Borst. Dat naast de Koetfen fullen gaan de Dienaars van de Leeden. En dat het Corps van haar Edele Groot Mog. wederom met agt Boodens fal geflooten worden* Wordende de Lïeeren Gecommitteerde Raaden verfogt, na ingenoome informatie van die geenen die tot het beleid van de Begraaffenisfe zyn gequalificeert, het geene voorfchreeve is, en alles het geen verder noodig fal zyn, als het beforgen van Koetfen, Roumantels voor de Leeden die defelve fullen requireeren, te effectueerên, en van het geene fy des aangaande hebben verrigt , tot narigt van de Leeden aan haar Edele Groot Mog. kennisfe te geeven ; ten welken einde de Leeden ook worden verfogt aan de Heeren Gecommitteerde Raaden Optegeeven het getal der geenen, dewelke weegens ieder Lid de voorfchreeve Begraaffenisfe fullen asfifteeren. En foo veel het voorfchreeve tweede voorgeftelde point van deliberatie betreft, is goedgevonden en verftaan, dat, gelyk voor deefe, ook in het jeegenwoordige geval door haar Ede* le Groot Mog. toegeevendheid fal worden gebruikt, in gelyke maniere als by den Doop van fyne Hoogheid den jegenwoordigen Heere Erfftadhöuder is gefchied ; te weeten , dat haar Edele Groot Mog. met haar Hoog Mog» Rillende concurreeren op de Begraaffenisfe van wylen fyne Hoogheid, gïorieufer gedagtenisfe, de Heeren Gedeputeerden van deefe Provincie ter Generaliteit fullen worden gelast, foo als gelast worden by deefe, uit naam van haat Edele Groot Mog. te verklaaren. Dat het is een inconteftabel Regt van haaf Edele Groot Mogende, dat aan niemand als B a aan  Ceremonieele Wetten cn Obfervahtien. Dat voorts foo veel den Raad van Staaten betreft, hoe leer tor Edele Groot Mog. niet kunnen vevwagten, dat defelve fal pretendeeren den rang voor haar Edele Groot Mog. ingevalle egter het felve wieroe gefustineert , daaraan niet lal werden gedefereerd , dewyl de exempelen by de Heeren Princen Maurits en Fredenk Hendrik, maar twee ingetale zynde , ook niet meer als exempelen waaren , waarop, in detail wendende getreeden, feer veel foude kunnen werden gefegt, en welke ook niets kunnen opereeren om haar Edele Groot Mog. te vergen, aan een Collegie, hoe ïlllufter ook uit haar felfs, egter geen reprefentatif saracter hebbende, foo als van de Ver- 13 gadermg van haar Hoog Mog. km werden « legt, een voorrang te geeven by een acrfë waarby fy als Souverain , Staatsgcwyfb on haare eige Territoir asfifteeren. Èn dat L Jt len gevallen, foo by haar Edele Groot Moin deele eenige toegeevendheid fal worden oZ bruikt, defelve daarin lal beftaan , dat overSegeevcn fal moogen worden, dat in dit opfk gevolgt worde het geene gèprachïeerd is op d&e Begraaffenisfe van den Heere Prince WfSem den eeritcn, gïorieufer gedagtenisfe, foo dat de Löeden van den Raad van Staaten fig foudeir kunnen ïbhikken onder de Heeren Staaten Generaal by de Provincie, waar uit fy zyn gécommitteert. ö II. Refolutie van de Staten Generaal, ivegens den rang yan haar. Hoog. Mogen den , en vaulmar Edel Groot Mogenden op de Begraajjenis van Zyne Hoogheid Den 18. January 1752. De Heeren Gedeputeerden:van de Provincie van Holland en Westvriesknd, hebben ter Vergaderinge voorgedraagen, dat Hooghgemelde Lïeeren Staaten met haar Hoogh Mogende Rillende koomen in concurrentie op de Begraaffenisfe van wylen Syne Hoogheyd gïorieufer gedaghtenisfe, haar Heereir Gedeputeerden hadden gelast te verklaaren, foo als fy verklaarden by deefen, dat het is een inconteftabel reghtvan Hooghgemelde Heeren Staaten, dat aan niemand als aan haar competeert de. Souverainiteyt over de Provincie van Holland en Westvriesland, en over Rïlcks over het Territoir waarop deefe folemneele Aétie lal gefchieden, en dat by gevolge buyten alle twyffel in deefe aan Llooghgemelde Heeren Staaten , als op der felver Souverain Territoir, de voorrangh van Reghtsweegen toekomt voor haar Hoogh Mogende, als konnende op fondament van reght niemant booven haar in rang admitteeren of erkennen, fonder aan haar reght van Souverainiteyt te kort te doen; dat niet te min Hooghgemelde Heeren Staaten hier door zyn onverlet, om in dit Ipeciaal geval gelycke politesfe en beleeftheyd te oeffenen, als te meermaalen felfs tusfehen Souverain en Souverain in diergelycke geleegeutheeden plaats heeft gehad en gebruyekt is geweest; en dat indien fin en overfulcks om op het Territoir van Hooghgemelde Heeren Staaten Eere en Civiliteyt te doen aan de Vergaderinge van haar Hoogh Mogende, uyt een byfondere confideratie voor defelve, als reprsefenteerende in faaken de Generaliteyt aangaande de gefaament- i lycke feeven Souveraine Provinciën, en mitsdien in dien deele het geheele Lighaam van de Republicq, hooghgemelde Heeren Staaten goedgevonden hadden in het bywoonen van de voorfchreeve folemneele Actie, foo in het gaan uyt den Hage na de Stad en Kercke van Delft, als m het keeren uyt defelve, den voorrangh aan haar Hoogh Mogende te geeven, defelve immediaat in ordre en rangh volgende, met dien ■verilan.de nogthans, dat Llooghgemelde Moeren Staaten hier door niet in het°minfte van haar voorfchreeve inconteftabel reght willen cedeereri, en dat voorts alles op defelve wyfe foude werden behandelt, gelyck als ter occafie van den Doop van Svn Lloogheyd de tegenwoordige LIeere Erfftadhöuder is gefchied; dat Hooghgemelde Heeren Staaten niet kunnende verwaghten, dat de Raad van Staate dcn voorrangh van haar lal pretendeeren, eghter , in gevalle fulcks contrarie foude moogen gefchieden, haar Heeren Gedeputeerden verder hadden gelast te declameren, dat fy daar aan met fullen kunnen defereeren, alfoo het felve Collegie, hoe illuftre uyt figh felfs, geen fodamgh reprefentatif caracter heeft, foo als van haar Hoogh Mogende kan worden gefeght; dogh dat Hooghgemelde Heeren Staaten, om alle moogelycke toegeeventheyd in deefen oock te toonen, wel moogen lyden, dat de Leeden van den Raad van Staate figh fullen kunnen fchicken onder haar Hoogh Mogende, by de Provincie waaruyt fy zyn ge committeert ,< op gelycke wyfe als op de Begraafrenis van wylen den LIeere Prince Willem den eerften, gïorieufer gedaghtenisfe, is gefchied. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat haar Hoogh Mogende intentie is, om op de aanltaande Begraaffenisfe van wylen Syn Hoogheyd, gïorieufer gedaghtenisfe, te compareeren, de eerfte in rangh na de Bloedvrienden, volgens het oude gebruyek en de exempelen die omitandigh zyn aangehaald in haar Hoogh Mogende Refolutie van den eerften Maart festien honderd vyf en taghtigh, fonder daaromtrent eenige nieuwigheyd in te voeren, of eenigh reght van voorrangh aan Hooghgemelde Heeren Staaten te advoueerén. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland, hebben voor haar advis R <2 ■o 3 ver-  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. ïnoogelycke facilireyt te willen gebruyken, en is dienvolgende goedgevonden en verftaan, dat haar Hoogh Mogende in dit particulier geval de vootflagfc door de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland , met betreckingh tot de Vergaderinge van haar Hoogh Mogende op den aghtienden deefer gedaan, lullen accepteeren, fonder te treeden in de discusfie van het reght van voorrangh door de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland gefustineert, welck reght van haar Hoogh Mogende nooyt kunnen of fullen erkennen of nageeven; en dat voorts ten aanfien van den Raad van Staate, oock in dit particulier geval aan de Leeden van welgemelden Raad de vryheid gelaaten fal worden, om figh te kunnen fchicken, elck by en aghter alle de Lïeeren Gedeputeerden van de Provincie, waaruyt fy zyn gecommitteert, met dienverltan.de, dat een LIerault voor de Generaliteyt fal werden geëmployeert, aghter welcke de Hofmeester van den Staat fal marchceren. , En fal Extraéi van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Staate, met verfoeck, om tot deefe fchicking van haare kant oock alle moogelyke £iciliteyt te willen toebrengen. De Lïeeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland hebben ge- 15 intmeert haar verklaaringe, den aghtienden deelcr uyt naam en op ipeciale last van de Heeren Staaten haare Principaalen gedaan, en byfonderiyek het reght van voorrangh aan ffooehgemelde Heeren Staaten haare Principaalen op derfelver Territoir voor haar Hoogh Mogende competeerende, als onbetwistbaar producerende uyt de Souverainiteyt, die aan hooghgemelde Heeren Staaten van de Provincie van Holland en Westvriesland ongetwyfeld toekomt, het geen door geen contrarie exempelen weggenoomen kan werden, behalven dat, als eenige exempelen in confideratie fouden kunnen koómen, daarop oock veel te feggen foude kunnen vallen, en hebben op die gronden , om van deefe tedieufe deliberatien, foo disrefpeélueus voor den Staat, een eynde te maacken, verklaart wel te mogen lyden, dat conform het voorige gerefolveerde de Begraaffenisfe van wylen Syne Hoogheyd, gïorieufer memorie , werde gefolemnifeert, fonder dat daar uyt verders eenige illatie of confequentie in het vervolgh fal moogen worden gemaackt of getrockeri. De Heeren Gedeputeerden van de andere Provinciën hebben gereferveert haare contraaanteeckeningen in gefchrifte te fullen over< geeven. 13. Refolutie van de Staaten Generaal op een Misfivè van den Raad van Staten, wegens deszelfs ordre en rang op de Begraaffmis van Zyne Hoogheid. Den 16. hanüar* 1752. J J Ontfangön een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den LIage den vyfentwintighften deefer loopende maand , houdende eenige confideratien op haar Hoogh Mogende Refolutie van den twee en twintighften daar te vooren, genoomen op het fubjecr. van de ordre by de ranftaande Begraaffenis van wylen Syn Hoogheyd , gïorieufer gedaghtenisfe, te obferveeren , by welke Refolutie haar Hoogh Mogende ten aanfien van den Raad de vryheid gelaaten hebben, om figh te kunnen fchicken elck by en aghter alle de Lïeeren Gedeputeerden van de Provincie, waar uyt fy zyn gecommitteert , met verfoeck aan den Raad van Sraate, om tot deefe fchickingh van haare kant alle ïnoogelycke faciliteyt toetebrengen: En houdende de voorfchreeve Misfive, dat om aan het voorfchreeve verfoeck van haar Hoogh Mogende te beantwoorden, fy na rype overweegingh gerefolveert hebben defelve aan te neemen, onder de navolgende mitfen. Eerftelyck,.dat haare Kamerbewaarders figh fullen voegen neevens de Kamerbewaarders van haar Lloogh Mogende, dogh geevende aan defelve den rang. Ten anderen, dat haare Hofmeester fal marcheeren neevens den Hofmeester, van haar Hoogh Mogende, dogh aan deszelfs hhekerzyde. Ten derden, dat foo wel haar Ministers als de Griffier van haar Lloogh Mogende aghter haar Lloogh Mogende en den Raad fullen gaan. En laatftelyck, dat van al het felve uyt de te fonneeren Lyst van deLykftatie expresfelyckfal blycken, en dat overfulcks in defelve fal worden gefteld: De Kamerbewaarders van de Heeren Staaten Generaal en van den Raad van Staate. De Hofmeester van de Heeren Staaten Generaal en van den Raad van Staate, ofwel, de Hofmeester van den Staat en die van den Raad van Staate. De Lïeeren Staaten Generaal en Raaden van Staate met derfelver Ministers. Oordeelende den Raad van Staate onder beneficie van de voorfchreeve mitfen , deefe haare toegeeventheyd en by haar felve en by een yder te fullen kunnen verantwoorden, met verklaaringh, dat foo fy die mitfen alle te faamen en elck van dien in het byfonder, Ibnder eenige reftrich'e, uytfonderingh of palliatie niet fouden moogen obtineeren, fy en yeder Lid van haar gerefolveert waren de voorgellagen fchickinge cordaatelyck te declineeren, lbo als defelve in dat geval van nu af aan declineerden , en dan te reclameeren de oude en ongeinterrumpeerde posfesfie waarin fy tot hier toe zyn geweest, van by forme van Collegie te vol-  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. ^ 15- • Ordre van de Lykfiatie of Begraaffenisfe van zwè Hoogheid, onfier Ifelyker memorie. J De Marsch zal werden geleid door den Lieutenant Collonel van Nusler, als Major van het Hof, by lig hebbende eenige Ordonnantiën Sergeanten: gevolgt ' door de Regimenten Guarde Dragonders Guarde te Paard. Guarde Switzers. Guarde te Voet. Cent Suisfes. NB, De Guardes du Corps lal het Lyk escorteeren langs de Ryswykfche Weg tot aan de Poort van Delft. Alle met haare groote Monteeringe, Hier op fullen volgen, Alle hooge en laage^ Officieren, lbo te .Land als ter Zée, In hunne Montceringen en' volgens haar rang en ouderdom. Dan fullen volgen de Domestiquen van het Doorlugtig Huis. Vyf Aides van de Keuken. Twee Braadmeesters. Twee Pastybakkers. Vier Chefs of Opperkoks. Drie Suikerbakkers en een Aide. Drie Keldermeesters. Drie Schenkers. Twee Pourvoyeurs en Dispenlïer. Een Onder Hoünccster. • Twee ('apiteinen van het buiten en binnen jagt. Een Buxenfpanner. Een Barbier. Een Dansmeester. Twee Casteleynen. Vier Kamerdienaars. Een Apothecar. Een Medicus en Chirurgijn. Seeven Commis en Clerquen van de Secretarye. Vier Commis en Clerquen van het Cabinet. Twee Architecten. Twee Piqueurs. Twee Onderftalmeesters. Een Cappellaan. Dr. Middelbeek. Profesfor Thomas Swenke. Koning, Raad Bibliothecarius. Een Lyffnedicus en Profesfor Winter. De Raadsheer Charon de St. Germain. Twee Paukers. Twaalf Trompetters. Nota: deefe zal Den lieutenant Waagenmeesniet mede ïuar- ter Generaal Dankers, met vier sSe!0^ 2ïdT*ntiQn ie paard'om de nioec overal zyn. Koetien m orde te piaatfen, en den weg aan te wyfen. VIII. Deel. Een Herault van Waapenen, Wolfgang. Paard met het Waapen van Nasfau geleyt. rDoor den Heer Jacob Ter regter hand J van Wasfenaar Ob[ dam. Ter linkerhand [D?or d^n Heer Al> c. thony Bentinck. Standaart met het gemelde Waapen, gedraagen door den Heer Collonel van Lynden van Blitterswyk. Paard met het Waapen van Orange geleyt, rDoor den Heer NicoTer regter hand J laas van den Boetze| t laer. fDoor den Heer Wil- Ter linker hand 1 lem Frederik Scharl terbah van Burmania. Standaart met het gemelde Waapen, gedraagen door dcn Heer Pyrrhus Wilhelmus van Sytzama, Heer van Bellingeweer. Twee Commis en Ciercq ter Thefaurie. Ses Commis en Clercquen van den Raad. Twee Procureurs. Advocaat. Een Kamerbewaarder van den Raad. Twee Auditeuren. Een Thefaurier Generaal. Het Collegie van Prejident en Raaden van fyrre S/uogficicf. Een LIerault van Waapenen, Hendrik Maas. Vlag vertoonende de Zeemagt met het devies. Je maintiendray. Gedraagen Door den Lieer Burgermeester Gerard Arnaud Hasfelaar. Ter regter hand S Dei?nHeer Vice-Ami° | raai Roos. Ter linker hand £ De11 THeeI Vice" AdmiL raai Lynflager. Vaandel vertoonende de Landmagt met het devies. Vindice tuta Libertas. Gedraagen door de Heer Lieutenant Generaal Ifendoom a Blois, Lieer van Cannenbergh. Ter regter hand f^en Hfr Lie^enant c. Generaal van Leiden. rDen lieer Lieutenant Ter linker hand J Generaal Eliot, Grave ( van Morange. Pennon van Waapenen. Gedraagen door den Heer Generaal Major Jetfe Etfard van Bunnania. Guidön van Waapenen. Gedraagen door den Heer Vice - Admiraal Sappius. C Paard  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. Lëusdëm NB. De jongste Heukelum. voor aan- Oyen. Onderwater, Raders. Malprade. Majoribanks. La Rivierei Thierry. Cornabé. Greutznachl May. Inihofi Pieterfon. 1 Schouten Boudaan. J by Nagt. Tiet verhemelte fal gedraagen worden door Collonels. De Hëeren van den Glooster» Aylva. Boucquet Sytzama, Mackay; De Raadt. Galembrood. Burmania. Hardenbroek. NB. De jongste Acronius. voor aan. Humalda, J. A. Martsvel'-. % F. Martsvelt De Rook, TullekenSo Mnysforu. . Falaizeaux* CJiambrier. Bedanlx. Houfton. Kalm. . . Van Dongen. Roode van , Heeckeren. Aan leder hoek varr het Lyk een Sous-Brigadier van de Guardes du .Corps, aan de buitenzyde van de geen die de Daïs draagen, en' booveri dien een Officier van Ordonnantie. . Agter het Lyk. Syne Hoogheid ^en Heere Prince vat} Baden - Dourlach. Aan desfelfs reg- f Den Lieer Bentinck, ter hand. \ LIeere van Rhoon. Aan desfelfs lin- r Den Lieer van Borsfelen, kerhand. \ Heere van Borsfelen. De Heep van de Mantel gedraagen door den Lieer Collonel Bosc de la Calmette. Syne Hoogheid den Heer LIertog van Brunswyk. Aan desfels reg- f Den Heere van G ter hand. \ der Luhe. I daartoe Aan desfels lin- fDen Heer de^zvey kerhand. \Larrey. (zy" e' De Heep van de Mantel gedraagen door een Adjudant van fyne Hoogheid. Agt Boodens van haar Lloogh Mog. Twee Kamerbewaarders van haar Hoogh Mog. Vier Trompetters. Een Herault voor de Generaliteit b Ifaac Dier. Pen Hofmeester van den Staat. De Hoogh Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Necderhnden. Agt Boodens van haar Hoogh Mog. Agt Boodens van Holland. Twee Kamerbewaarders van Holland. Een Herault voor Holland, Johan LIendrik Schriller. De Edele Groot Mog. Lïeeren Staaten vari Holland en Westvriesland. Agt Boodens van Holland*, - . „ , Eerfte Deurwaarders van den Hoogen Raade. De Prefident en Raaden van den Hoogen • Raade over Holland Zeeland en Vriesland. Eer/re Deunvaard&rs van den Hove Van Holland* De Prefident en Raaden over Holland, ' Zeeland en Vriesland. wW n w • De van Delft. NB. De Magistraat van n„ T\/r„„:n. ^ ■> ^ Deifi fai fig te De/f" De Magiftraat van 'sGra- eerst voegen op venhaage. haar piaats, foo ais Predikanten van Delft. ook de Predikan- tj j-i , * • ten van Delft. Predikanten van sGravenhage. 1& Memorie van eenige fchikkingen op de Begraaf nis van zyne Hoogheyd, gïorieufer gedagtenisfe^ De Begraafrenis van zyn Hoogheid, gïorieufer gedagtenisfe, zal gefchieden Vrydag den 4 February. ■ . De Tour', die de Lykftatie zal neemen,' zal weezen van het Hof door de Stadhouder lyke Poort, oyer het Buitenhof, door de Gevangenpoort, over de Vyverberg, midden door hët Voorhout, over de Kneuterdyk, over de Plaats, door de Hoog-, Veen-, én Waageftraaten, tot dé Waagebrugge aan de Bierkaay, alwaar die Heeren, die na het Lyk zullen volgen, zullen treeden in de Koetfen, gerangeerd langs de Bierkaay,en zoo vervolgens, De train van de Begraaffenis zal beginnen des morgens ten neegen uuren, en zullen de Koetfen van de Heeren, die na het Lyk, zullen volgen , moeten zyn op haare respeótive vêrzamelplaatfen, ten agt uuren. De Heeren Princen en Lïeeren die haar accompagneeren Zullen verzogt worden voor neegen uuren te koomen op het Llof, in de Befogliekamer van dé Admiraliteiten, en de fleepdraagers in hef kleine Kaamert- • je daar-naast, ten waare gemelde Heeren Princen mogten prefereeren zig te vervoegen in een van de Stadhouderlyke Appartementen.. C st De  Ceremonieele Wetten en Oblervantien. den Boode ter hand /tellen, om daar van gebruik te maakeu. De Vergadering van Holland zal verfogt worden in den haaren ordre te Hellen op al het geen de Vergadering van Holland en de verdere Collegien agter haar marchecrende aangaat. Te Delft by de Stad gekoomen zynde, zullen de Leeden van de Vergadering uit haare Koetfen treeden, en op haar Ordre volgen na de Heeren Princen, en zullen de Koetfen de Stad omryden regts af, en koomen wederom voor de Kerk door de Keetel-poort, na de aanwyzing van den Lieutenant Wagenmeester Dankaarts. De Lykfbatfie zal worden gehouden voor geëindigt by het retour in de Koetfen te Delft, dog tot voorkooming van confufie zullen de Koetfen die na den Haag ryden den anderen in dezelve rang moeten volgen. Aan ieder Koetfier zal zes guldens voor zyn moeite worden toegeleid, en zal den Domeinraad verfogt worden ordre te Hellen op de betaaling. De Generaal van Bunnania zal verfogt werden te beforgen dat de Marsch geilooten word door een Detachement van de Dragonders. De Generaal van Burmania zal ook verfogt worden aan den Drost Pypers tor zyne Asfiftentie en om becter ordre te konnen hou- 2r den in zyne verrigting toe te voegen een Onder- Officier met twee Man van"de Infanterye; gelyk defelve ook verfogt zal worden des morgens om agt uuren een Onder - Officier en agt Man te willen laaten koomen aan de Vergadering van haar Hoogh Mog., om twee daar van geplaatst te worden aan de groote Deur van de Vergadering, twee aan de Deur van de Griffie, twee op de Gallerye boovcn, en twee aan hetBniggetje by het Huis van Prins Maurits. Den Hofmeester zal een fchuit beforgen aan het Sieke voor de Kamerbewaarders, Bodens en Trompetters van haar Lloogh Mog., die daar meede na Delft zullen vaaren, na dat de Leeden in haare Koetfen aan de Wagebrugge zullen zyn getreeden. Zal ook een Koets moeten beforgen voor den Hofmeester en Herault van haar Hoogh Mog. voor de Koetfen van haar Hoogh Mog. op de Bierka;:y, om na Delft te ryden. De Lïeeren van Holland zullen verfogt worden een ordre te geeven, om op den dag van de Begraaffenis niemant in het Binnehof te laaten, als die geen die tot de Begraaffenis gehooren, met haare Bedienden. De Ordre van de Lykftaariie zal gedrukt, en des daags voor de Begraaffenis aan ieder Lid van de Vergadering een Exemplaar daar van ter hand gefteld worden. I7- Ordres en Inftru&ien, belangende het beleid vm de Begraaffenisfe, en het yoorkoomen van inconvem'e/m'en m tfe/e/iv, V^£^ yav de Militie als yan de verfcheide funftien, welke waargenoomen zullen worden door zeekere Perfoonen, die tot ieder der zelve bequaamst zullen geoordeeld werden. Inftru&ie voor den Lieutenant - Collonel van Nusler Sergeant Major van den Haage. Hy zal, ingevolge de gegeevene ordres, zorge draagen de Militie in ordie te hebben des morgens ten zeeven Uuren, gerengeert op de volgende wyfe: 1. De Gardes du Corps op het Binnenhof, front maakende na de Franfche Kerk. 2. De Cent Suisfes onder de Gallerye van gemelde Kerk. 3. Twintig Dragonders met een Officier op het Buitenhof, front maakende na het Hof, om te fluiten tot de Hoogftraat toe, en van daar naar de Ruiter-wagt te gaan, en te patrouilleren. 4. De Hollandfche Gardes te Voet van de Gevangenpoort, midden over de Vyverberg, tot zoo ver defelve zig ftrekken. 5. De Zwitferfche -Gardes vervolgens. 6. De Gardes te Paard daar na, hunftrekkende voorby den Doele midden door het Voorhout. 7. En eyndelyk de Gardes Dragonders aan het hoofd van de Marsch, welke zal werden geleid door hem Lieutenant Collonel van Nusler. De gewaapende Burgerye van den Hage, moetende ten half agt in twee reyen gerengeert ftaan van de Hoogftraat na het Sieken, zoo ver zy reiken kunnen. De Militie zal voor agt uuren beginnen te defileeren om terrein te winnen langs de Kneuterdyk, over de Plaats, door de Hoogftraat, over de Markt, door de Veeneftraat, zoo •ver als terrein nodig zal hebben om zig te extendeeren. De Gardes Dragonders en Gardes te Paard -twee en twee, en de Switferiche en Hollandfche Gardes vier in front marcheerende; wanneer gemelde Militie zig zal geëxtendeert hebben, zoo, dat ieder Corps op zyn diftantie zal geplaatst zyn, zal gemelde Lieutenant Collonel van Nusler doen halte maacken aan C 3 al-  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. 23 20, Infiruclievoor Casper Concert, Contraroïleur van de derde en vierde Divifie. Berde Tj? za* v00r^en zyn vaö een Lyst Divifie XX. met de naamen der Perfoonen en Ornamenten in deefe Divifie behoorende, beginnende met den Herault van Wapenen Wolfgang, Auditeur van de Dragonders, en eindigende met den Heer van Sytzama, draagende het Standaart van Orange • Hy zal defelve in tyds informeeren, van zig in de vertrekkaamer van Gecommitteerde Raaden voor agt uuren te laaten vinden, en zorge moeten draagen, dat gemelde Herault immediaat volge op de Trompetters, hy zal geflaadig toefien, dat alle die tot zyn divifie behooren op een behoorlyke diftantie van malkander marcheeren, ook zal hy die van den Raad van zyn Lloogheid waarfchouwen, wanneer defelve zullen moeten volgen. De Paarden van Nasfau en Orange zullen door Palfreniers van het Hof gehouden en geplaatst worden op het Binnenhof agter de Gardes du Corps. Vierde Hy zal de Vierde Divifie in tyds inDivifie. fonneeren van zig in de boovengemelde Vertrekkamer te laaten vinden voor agt uuren, en wel agt geeven van op de Derde Divifie te doen volgen. Zullende zig verder gedraagen na de aan-* wyfingh van den Contraroïleur Generaal van Goor. 2ï. Inpru&ie voor Willem ÏVeis, Contraroïleur van de vyfde Divifie. Vyfde Divifie Hy zal voorfien zyn van een Lyst met de naamen der Perfoonen en Ornamenten begreepen in deefe Divifie, beginnende met den LIerauIt van Waapenen, Hendrik Maas, Secretaris van de Artillery, en eindigende met den Lieutenant Generaal Heer van Heynenoort, draagende de Baniere per Angusta ad Augusta. Hy zal de gemelde Perfoonen informeeren, dat zig in de Vertrekkamer van Gecommitteerde Raaden No. 2. moeten laaten vinden VOOr agt varen, en zal hy zorge draagen dat de Ornamenten van zyne Diviue aldaar vol¬ gens de ordre van zyn Lyst geplaatst moogen zyn. Hy zal vervolgens wel agt geeven , dat de Herault Maas immediaat op de Vierde Divifie volgt, en geftadig toefien, dat alle die van zyn Divifie zyn, op een behoorlyke diftantie van malkanderen marcheeren. De Paarden van Bataille en Parade zullen door Palfreniers van het Hof gehouden en agter de Guardes du Corps geplaatst worden op het Binnenhof. Zullende zig verder gedraagen na de aanwyvan den Contraroïleur Generaal van Goor. 22. InflruBie voor Willem Nieuwierth, Fourrier van het Hof. Zesde TTy zal voorflen zyn van een Lyst Divifie. j£~J_ met de naamen der Perfoonen en Ornamenten in deefe Divifie begreepen,; beginnende met de Vier Quartieren waar van Courland het eerfte is, gedraagen door den lieer Lieutenant Generaal van Groveilins, en eindigende met dePrincelyke Kroon, gedraagen door Yjen Heer van Wasfenaar Catwyk. Verders zal hy de gemelde Perfoonen informeeren dat zig in de Vertrekkamer van Gecommitteerde Raaden No. 3. voor agt uuren moeten laaten vinden, en zal hy zorge draagen, dat al de Ornamenten van Zyn Divifie aldaar volgens de ordre van Zyn Lyst geplaatst moogen zyn. Hy zal vervolgens wel agt geeven dat de gemelde VierQuarti eren immediaat volgen op den Heer van Heynenoort \ en geftadig toefien dat alle die in zyn Divifie behooren op een behoorlyke diftantie van malkander marcheeren. Liet Rouwpaard zal door Palfreniers van het Llof gehouden en geplaatst werden op het Binnenhof agter de Guardes du Corps. Zullende zig verder gedraagen na de aanwyfing van den Contraroïleur Generaal van Goor* 4nfiritÊtk  Ceremonieele Wetten ën Öbïèrvantien* s» t)it geval zoo naa mogelyk bekend Zyndè* zal de Koetfen van de geenen die voor en by het Lyk fungeeren, rangeeren, de voorlte op de Ryswyklè weg langs de Boomen ter regtër zyde, ert de agterfte Koetfen zoo na aan de Wagebrugge, als de ruimte van het Terrein zal kunnen toelaaten. Tot beftiering van deefe Koetfen Zal hy drie Ordonnantiën te paard employeeren, en defelve verdeelen by de voorlte, de middelfte en agterfte Koetfen j geevende hun ieder een Lyst van de Nommers van gemelde Koetfen, na de ordre daar in defelve moeten gerangeert ftaam 6 6 Nota. AÜe deefe Koetfen zullen maar met twee Paarden mogen befpannen zyn. 3. Hy zal de Koetfen, die agter het Lyk volgen, laaten rangeeren, door den Drost Pypers en Boodens, die daar toe gettelt zyn, de voorfte naby de Wagebriig, daar de Koetfen zullen ftaan van de Heeren Princen van Baden en Wolffenbuttel, ieder befpannen met zes Paarden, daar agter die van de Staaten Generaal, die van de Staaten van Holland, Hoogen Raad, Hof van Holland, Magiftraat van den Hage, Predikanten van den Hage, befpannen ieder met twee Paarden, alle welke Koetfen zullen in ordre moeten geftelt worden langs de Bierkaay, na de Uileboomen, «Sec.' zig uitftrekkende. Hy zal het terrein aanwyfen voor de *6> Inftrudtie voor den Contraroïleur Generaal van de marsch, Hendrik yan Goor* Hy Zal voorzien zyn van een genëraale Lyst van de geheele Lykftatie, met uitdrukking van de Perfoonen en Ornamenten daar toe behoorende, beginnende met dé hooge en laage Militaire Officieren, en eindigende met de Predikanten van den Hage. De Perfoonen en Ornamenten, van de Lykkoets af tot vooren toe verdeeld zynde in agt Divifien, zullen by ieder der zelve distmete Perfoonen geftelt worden, Welke agt Perfoonen door hem 'van Goor zullen gewaarichouwtwerden, wanneer hunne Divifien zullen moeten marcheeren op volgende Wyfe: zoo ras de Guardes du Corps in marsch Zullen zyn, zal hy den Major le Jeune, die der eerrvnd-1Vlfie' beftaande in alle hooge èn laage Officieren, waarfchouwen van zyn divifie te 1! ayanceeren> het welk gedaan zynde, zal hy den Controlleizr van de tweede divifie, Nicolaas le Fevre, aanfeggen zyn Divifie te doen aantreeden, vervolgens de Controlleür van de derde en vierde Divifie, Casper Concert; daar na de Controlleür van de vyfde Divifie, Willem Wys, vervolgens de Con¬ trolleür van de zesde, Willem lVieuwirth en van de zeevende Divifie Gotlieb Sebold. ' Deefe alle langfaam in de marsch zynde gebragt, zal eindeJyk de agtfte Divifie volgen, beftaande uit alle de Perfoonen die tót de bediening van het Lyk behooren. Den Officier, door Nusler nader te benoem men, aan defelve Perfoonen hunne Piaatfen aangeweefen hebbende, zal hy van Goor den zeiven infonneeren,dat het tyd is dat de Lykkoets avanceert; waar na hy de Princen vari Baden en Wolffenbuttel zal doen waarfchouwen, &c. En ten einde buiten Delft alles zig weer irj defelve ordre mooge gerangeert vinden, zal* na zyn verrigting hier gedaan te hebben, zig fpoeden ten einde aldaar in tyds te kunnen zyn. In de Kerk te Delft zal hy door de Controlleurs van ieder Divifie doen oproepen de naamen der Heeren welkers Koetfen voor zyn* In gevalle hy eenige verdere ordres mogt noodig hebben, zal hy zig addresfeeren aan den Heer Generaal van Burmania. ^ inftruftie Koetfen van ieder Collegie, nan de geë* hen die gelast zullen zyn om defelve in ordre te rangeeren > waar na hy aiie deefe Koetfen zal doen oplluiten. 4> Zullen alle Voorfchreeve Koetfen, zoó die voor als na hét Lyk behooren, den 4. February voor neegen uuren moeten geplaatst ftaan volgens de Ordre hier boven gémelt; 5. Hy zal zorge draagen, dat de Koetferi malkander behoórlyk volgen. 61 j t| del^ 8ekoomei1 zyndè tot voor de Stad, en ieder uit zyn Koets gegaan zynde, zullen alle gemelde Koetfen ter regter hand over dë Brug de Cingel langs óm de Stad werden gebragt, eri de Keëtelpoort weer ingëleid dóór deii gemelden Lieutenant Wagemeester, volgens de route aan hem bekent, en door de Magiftraat van Delft gereguleert. 7» Na gedaane Ceremonie, wannéér een ieder weer in zyn Koets zal zyn gegaan , om fta den Hagé tekeeren, zal hy met zyn Ordonnantiën voor de eerfte Koets ryden tot buiten de Haagfche Poort, wanneer de voorfte Koetfen na believen zullen moogen ryden, dog alle agter malkandèr moeten volgen tot in den Hage. Hy zal deefe Ordre aan alle de Koetfiers moeten aanfeggen, en de o vertreeders door zyn Ordonnantiën beletten, en ook daar toe mogen gebruiken de De» tachementen, welke Ordre zullen hebben om langs den Weg te patrotiilleeren.  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. Een andere Bootte in den Rouw gekleed, met de Bos op de Borst, fal fig neevens den Drost Pypers ten voorfz. daage des morgens voor agt naren laaten vinden op de Bierkaay, 2/ om aldaar de Koetfen te helpen rahgeeren en den dienst doen, breeder vervat in de ordre voor den Drost Pypers, 3°- ' Ordre voor de Trompetters. De vier Trompetters zullen fig in twee Geleederen rangeeren, die by beurten op Sourdinen fullen blaafen. Zy fullen voor agt uuren in haar ordinaris Monteering met de Trompetten en verdere Ornamenten moeten koomen op de Gallerye by de Griffie van haar Hoogh Mogende, om aldaar geplaatst te worden agter de Kamerbewaarders, Gekoomen zynde aan de Wagebrug fullen . zy fig in een Trekfchuit aan het Sieken leggende begeeven oin na Delft getransporteerd te worden. 31» Ordre voor de Koetfiers. N°. De Koets van den Heer Zal fig op Vrydag den 4 February 1752 * des s'morgens ten agr; uuren, tot^de Begraaffenis van het Lyk van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince vari Orange en Nasfiuw, hooglofFelyker memorie, moeten laaten vinden op de Bierkaay, alwaar de koetfen in een rey fullen worden gefchaart, met éen genoegfaaïrie distantie, dat zy elkander konnen pasfeerén en rangeerên, in die ordre, als haar door den Drost Pypêtó, daar toe gelast, zal worden' geordonneert. De Koetfiers fulleri haar cxaïïclyk gedraagen na de' ordre'g, die aan haar door den gemelden Drost fullêri worden gegeeven , en fig foodanig fchikken en rangeeren, mitsgaders malkandêren in goede ordre volgen, als haar gë- ordonneërt fal worden, fonder defelve eenigfins tegen te fpreeken of contrarie te doen. Te Delft gekoomen zynde,'■ fullen aldaar op volgen de ordres van den Lieutenant Wagcnmeefler Dankers. . . En zoodanige weg ryden als haar zal worden aangeweefén, zonder zig eenigfins uit haar weg en ordre te bègeevèm. En worden de gemelde Koetfiers wël fcherpelyk verbooden, zoo in den Uitvaart als het weederkeeren van Delft na den Hage, haar buiten haare rei en ordre te begeeven, of eenig Rytuig voor by te ryden of te jaagen,, maar altoos haar rang en ordre te houden, zoo als zy gefehikt zyn geworden, tot dat defelve aan het Sieken by den Hage zullen zyrf gekoomen. 32- Refolutie van de Staten van Holland, waar by word goedgekeurt de ordre der Lykftatie van zyne Hoog-, held, door Heeren Gecommitteerde Raden ge formeert Den ii February 1752. Ontfangen een Misfivë vari de Heeren Gecommitteerde Raaden gefchreeven alhier in den Hage op heeden, waar by zy aan' haar Edele Groot Mog: kenhisfé geeven van het geene door haar is verrigt, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog: Rëfoiutie van den 14 der voorleeden Maand, waar by zy verfogt zyn , om na ingënoome informatieri van die geenen, die tot het beleid van de Begraaffenis van wylen zyne' Hoogheid', gïorieufer gedag-: tenis, zyn gequalificeert, te effedueeren-, het' geene by haar Edele Groot Mog: voorfchreeve Réfölutie ,om met eer en digniteit de voor-!, fchreève Begraaffenis door haar Edele Groot Mog: en corps te werden geasfiileert, is gerefolveert geworden, en alles het geene verder noodig lal zyn, als het beforgen van Koetfen , als meede van Rouwmantels voor de Leeden, die defelve zouden requireeren, Zynde de voorfchreeve Misfive met de Bylaagen daar toe behoorende aan het einde deefer geinfereert. . . . Waar op gedelibereerd zynde j' zyn de-Keeren Gecommitteerde Raaden voor deilelver genoome moeite en gedaan Rapport bedankt l en hebben haar Edele Groot Mog: figh laaten welgevalen, het geen door do Heeren Gecommitteerde Raaden is gedaan en verrigt. D a Edele  Ceremonieels Wetten en Obfervantien. - 20 Koetfen ten dienste van haar Edele Groot Mog. Vergadering- moge worden gehouden, geen rang of ordre ^ onder de Koetfen is gehouden , maar dat defelve zullen worden genommert; dat aan de Koetfiers tot haar vergaderplaats des Morgens ten agt uuren is aangeweefen het nieuwe Voorhout, en daar beneevens twee van de.Staaten Boodens zyn gcordonncert, om de voorfz.Koetfen te rangeeren, én te Rellen in zoodanige rei en ordre, als vervat is in een Lyst haar ter hand gefield; Dat de Koetfen in dier voegen aldaar gefchikt zynde , de gemelde Boodens de voorfz. Koetfen fullen geleiden langs de Princesfegragt en Uileboomen, tot dat die zullen fluiten aan de Koetfen, die ten dienlte van de Heeren van de Generaliteit zyn gefchikt, en dat de gemelde, Koetfen van de Generaliteit tot aan de Wagebrugge gekoomen zynde, zy met de Koetfen onder haare befcellingen zynde en houdende defelve in goede ordre, meede zullen avanceren tot de voorfz. Wagebrug,en alsdan by het intreeden van de Heeren in ieder Koets gedestilleerd, de Portieren van de voorfz. Koetfen zullen openen en fluiten; en dat tot adfiftentie van de voornoemde Boodens, en om beeter order te konnen houden in haar voorfz, verrigtinge, op de requifitie van de Ge- committeerde Raaden is toegevbegt geworden een Onderofficier met twee Man van de Infanterie alhier guarnifoen houdende. Dat ook al verder ter onderrigtinge van de Koetfiers, aan ieder van defelve zal worden gegeeven een gedrükte precife ordre, houdende haar Nommeï de naam van die de Koets toekomt, mitsgaders het gunt de gemelde Koetfiers zullen hebben waar te neemen, niet allen in het ryden na Delft, maar ook in het retour na den Hage. . , Dat aan oè Gecommitteerde Raaden van weegens de Heeren, die tot het beleid van de voorfz. Begraaffenis zyri gequalificeerd, verfoek gedaan zynde, dat de fluitboomén zoo van de Vyverberg als Voorhout ,^ten dage van de Begraaffenisie mogten worden geopent, tén einde den Train daar door zoude konnen pasfeeren, als meede dat de Piaatfen en Straatên waar door de Begraaffenis-train zal gaan, van de flyk en vuiligheid mogten worden gefuivert en gereinigt, daar óp de noodige ordre is. geftelt, voorzoo verre de Graaffelykheids Grond betreft Dat op gelyk verlbek dé Vertrek-kaamer naast de Vergadering-kamer van haar Edele Groot Mog. is. toegeftaan ten gebraik van de Heeren vari de respective Hoven van' Juftitie en der zeiver Ministers, die de .Begraafrenis zullen bywoonen, om aldaar te zaamen' te koomen. Dat het vertrek naast de Collegiekamer van de Gecommitteerde Raaden ten zeiven einde zal worden gebruikt, om daar in te laaten de Heeren die de Banieren van Orange en Nasfau zullen draagen of geleiden, beneeyens de Heeren van den Raad der Domeinen. Dat in het daar aan volgende vertrek zullen worden gelaaten de Heeren, die de Vlag van de Zeemagt en het Vaandel van de Landmagt en verdere Infignia zullen draagen En dat in het derde of laatfte vertrek zullen worden gelaaten de Pleeren van de Hofhouding Adjudanten en Pages. ' .. Dat tot het waarneemen van ieder der voorlz. Kamers ook een Boode is geordonncert, en voorts dat defelve aldaar haar voorfz. d'ienst geëindigt hebbende, haar zullen begeeven langs het Spui na de Bierkaay, om aldaar de Boodens van den Kerkhof en van den Oever in het openen en fluiten van de Portieren der Koetfen behulpfaam te zyn. Dat ook de Rouwmantels voor de Leeden van haar Edele Groot Mog. Vergadering, die defelve hebben gerequireerd, zyn verforgt' geworden om aan de Logementen van de gemelde Leeden gebragt te worden; des dat dezelve des avonds na de Begraaffenisfe weder aan de Gecommitteerde Raaden te ruggemoogen worden gefonden, en aan den Brandmeefter Schuller of iemand van zyne Bedienden overgegeven. Datook door de GecommitteerdeRaaden is gerequireert een Onder-Officier met agt man Infanterye, om de Poort of Ingang onder de Gallerye na haar Edele . Groot Mog. Vergaderkamer te befetten, en een iegelyk die daar niet behoord van daar te weerem. En eindelyk, dat een Delffche Trekfchuit is geprest en geordonneert gelegt te worden aan het Sieken , om van daar de twee Kamerbewaarders van haar Edele Groot Mog., met de festien Staaten Boodens, die den marsch zul- , len bywoonen, na Delft te voeren. Dat ook nog door de Heeren, die tot het beleid van de voorfz. Begraaffenisfe zyn geqmlificeerti, verfoeck gedaan zynde, dat ten dage van de Begraaffenisfe niemand in het Binnenhof mogte worden gelaaten, als die geene die tot de Begraaffenisfe behooren , met haare Bedienden, ook diesaangaande de vereischte : ordres door de Gecommitteerde Raaden zyn geftelt. En dat nog heeden verfoeck zynde gedaan als vooren,, dat de navolgende pasfages, als aan de hoek van het Logement der Stad Haarlem, de hooge Nieuwftmat, agter het Logement der Stad Dordregt, wyders van de hoek van de lange Houtftraat tot de hoek van . de Balie van het Voorhout als mede op de hoek van de Balie vanhet Voorhout tot de hoek van het Huis van de Vrouw van Duivenvoorde, ook de Vyverberg op de hoek by het Huis van de Vrouw van Maasland, mitsgaders het Heul-' ftraatje en het Hartogftraatje mogten worden met Baricades befet, ook het zelve is toegeftaan geworden. ° , En ook nog op heeden goedgevonden zynde j dat de Koetfen, ter voorfz. Begraaffènisfe zullende dienen, ieder van twee Flambouwen zullen worden voorflen, dies aangaande meede de vereifchte voorfieninge is gedaan geworden. ., Waar meede de Gecommitteerde Raaden vertrouwen, zoo veel in'haar is, de vereischte fchikkingen te hebben gemaakt, dat de voorfz. Begraaffenisfe met alle eer en digniteit van deefe Provincie door U Edele Groot Mog. D 3 Vei-  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. st ï)e Heel' én Mr. Ferdinartd Van] Collen, Heer ^iGunterilein,SIn deKoetg Tienhoven > &c« oud Burge-1 van de Heer meester der Stad Amflerdam. |\ *fde' De Heer der Stad Am-1 I2i fterdaim j De Heer en Mr. Gerard Kuysteni ^ irJ0C^n? Vroedfchap dcrL de Koets Stad Amfterdam. / van de Heer De Heer en Mr. Joannes Staal > j Krelblom" Raad en Penfionaris der Stad j^cT' j q Amfterdam. j ' Öe Heer cn Mr. Ëmst Graafland,] In de Koets Raad én Penfionaris der Stad van de Heer I Amfterdam. , J Reeken- De I-Ieer en Mr. Willem vanStry-f S en, regeerend Burgemeester der No. 14. Stad Gouda* J De Heer en Mr. Willem Sebas^ tiaan Boers, Heere van Zuyd-\ waddinxveen , regeerend Bur- In de. K°ets 7 o van de Heer gemeester dér Stad Gouda. C Reeken- ƒ ï)e Heer enMr. Gerard van Brand-1 meeseer van wyk, Heere van Bleskingsgrave, 1 ^ey* oud Burgemeester en Raad der i Stad Gouda, J De Heer en Mr. Jacob Snels, Raadi m de Koets en Penfionaris der Stad Gouda. | van de Heer De Heer en Mr. Herman Vinger- ^ Be0cerye.taris hoed , regeerend Burgemeester | No.'id* der Stad Rotterdam. j De Heer en Mr. Hendrik Gevers,] Heere van Piershil, oud Bur- jIn de Koets gemeester der Stad Rotterdam.\™v£Z De Heer en Mr. Hugb Cornets de j No. 17.' | Groot, oud Burgemeester der] Stad Rotterdam. J j De Heer en Mr. Abraham Adriaan] du Bois, Heere van Molenaars-1 graaf, Giesfen en Steenhuyfen, I in de Koets Raad in de Vroedfchap der Stad! vau deHeer Rotterdam. > B,eys" De Heer en Mr. Nicolaas Mon- No. 18* tauban, Raad en Penfionaris der Stad Rotterdam. De Heer en Mr. Gerrit Meerman ,y Raad en Penfionaris der Stad \, , „ Rotterdam. I^hS De Héér Cornelis van der Does, h THenus. regeerend Burgemeester der Stad ƒ ^To. 1 °< Gorinchem. j De Heer Willem van Gennip, re-^ geerend Burgemeester der Stad |1 vaif M°ets Gorinchem* 1 vrouw van Dè Heer en Mr. Nicolaas Ouwens, J> dtr Heim- Oud Burgemeester der Stad Go- j 3No' 2öi rinchem. De Heer en Mr. Nicolaas de Gy-^ felaar, Raad in de Vroedfchap, . , mitsgaders Penfionaris der Stad va„ 1 Gorinchem. vrouw Re- De Heer Hendrik Bosfchaart, re-f^!aargeerend Burgemeester der Stad 21' Schiedam. j De Heer Adriaan Doom, Regee-i rend Burgemeester der Stad IIn de 50Sti o 1 • i f van lYle* Schiedam. ; vrouw de De Heer Pieter van Schagen, Re-i Jlaet- geerend Burgemeester der Stad' * 22« Schiedam. j De Heer en Mr. Thomas Hoog,] ^ de Koeti Penfionaris der Stad Schiedam. | vra"uwMe; De Heer en Mr. Otto Scheltus, > derWaayen. Regeerend Burgemeester der) Noi 23. Stad Schoonhoven. j De Heer Adrianus van Ovcrveldt,] regeerend Burgemeester der Stad I Schoonhoven. \lnJae *0eets De Heer Johannes Brouwer, oud L vrouw van Burgemeester en Raad in de f ^aaslandv Vroedfchap der Stad Schoonhó- iNa ^ ven. } De Heer en Mr. Adriaan Nicolaasi van Overveldt, Raad in de Vroed- f in ds Koets fchap der Stad Schoonhoven. I van MeDe Heer en Mr. Cornelis Hendrik '* van Leeuwen, regeerend Bur-l Nö. iii gemeester der Stad Brielle. J De Heer en Mr. TheodorusBeels,! in de Koets regeerend Burgemeester der Stad ™n de Heer _ Uuclle. y Schuylen. De Heer jan Arnoud Gallas, oud! lenburs- . Burgemeester der Stad Brielle.J No. 20V De Heer en Mr. Gerard Hoyer,-» Penfionaris der Stad Brielle. jIn de Koe« De Heer en Mr. Jacob Lycochtenl ™ £££ Hoogkamer, regeerend Burge-[ fen. meester der Stad Alkmaar. J No. 27* De Heer Cornelis Elias , regee-^ rend Burgemeester der Stad Alk-!10 K°ets nianr- i. 5/uyske. De Heer Gerrit Martyn du Tour,l No. 28; Vroedfchap der Stad Alkmaar. J De Heer en Mr. Jacob van B0-1 deghem, Vroedfchap der Stadjin de Koets Alkmaar. | van Me- De Heer eri Mr. Joan AUard Scha- f ™rW B°n' gen, prtefideerendc Burgemees- No? 29. ter en Raad der Stad Hoorn. J De Heer en Mr. Hendrik Berk-ï hout, regeerend Burgemeester| m de Koets én Raad der Stad Hoorn. I van de Heer De Heer Joan Abbekerk - Crap , f ™eAngltien' oud Burgemeester en Raad der / No. \öt Stad Hoorn. j Dé Heer Petrus Lambertus Vellus ,-y Secretaris der Stad Hoorn. 'In de Koets De Heer en Mr. Fredrik Verbrug-\. van ïoS ge, Prsefident Burgemeester enl feldtRaad der Stad Enkhuyfen. J Nó* 31* De Heer Cornelis Francois Duy-i véns , regeerend Burgemeester j en Raad der Stad Enkhuyfen. & de Koets De Heer en Mr. Jacob van der |> ^uffrou^ Ramhorst, oud prtefideerende ]Sj0e' «g. Burgemeester en Raad der Stad Enkhuyfen* j 0e  Ceremonieele Wetten en Obfcrvantiën. 53 TP\e Boodens van den Kerkhof, en van den JL# Oever word gelast Vrydag morgen den 4. February aanflaande voor agt uuren haar te laaten vinden in het nieuwe Voorhout, en aldaar af te wagten de koinfte Van de Koetfen, gefchikt ten dienste van de Heeren van de Vergadering vm de Staaten van Holland en Westvriesland, ter begraaffenisfe van het Lyk van zyne Doorlugtige Hoogheid, Hoogloffelyker Memorie; alle gemeld op de Lyst aan hen Boodens ten dien einde ter hand gefield. ^ Zullen zorge draagen, dat de voornoemde Koetfen ten weederzyden van het voornoemde nieuwe Voorhout haar fchikken, met zoodanige ruimte tusfehen beide, dat de gemelde koetfen, volgens de Nommer, aan defelve VIII. Deel. gegeeven, haar in eene rey volgens de voorfchreeve Lyst konnen formeeren. Alle de voorfchreeve Koetfen ter plaatfe Voorfchreeve gekoomen zynde, zullen zy dezelve aldaar, volgens de voorfchreeve Lyst en Nommers, behoorlyk rangeeren en in een rev ftellen. De gemelde Boodens aldaar de tyding krygende, dat de Koetfen voorde Heeren Staaten Generaal in behoorlyke ordre zyn gefchikt, waar na een van defelve zig zal informeeren , zullen de voorfchreeve Koetfen, om* der haar beflelling zynde, langs de Princesfegragt en Uyieboomen in een goede ordre geleiden, tot de plaatfe alwaar de Koetfen vart de Generaliteit zullen eindigen, en aldaar afK wag-* v. • Twee van defelve Boodens, insgelyks in het zwart gek/eed met de Busfen op haar Borst, zullen haar een voorfchreeven dage, des 'smorgens ten half neegen uuren laaten vinden in de Helbardiers-Zaal op het Stadhouderlyk Quartier, ten einde, om, als hen zulks zal worden aangefegt,door de Controlleür van de marsch Hendrik van Gcor, een van hen als dan aan de Vergaderkamer van haar Edele Groot Mog. kloppen, en de Heeren Leeden van haar Edele Groot Mog. waarfchouwen om de voorfchreeve Lykftatie te volgen; dat de andere Boode, aanfègging krygende dat de Heeren van de Hoven van Justitie by den anderen zyn, in het vertrek naast de Vergaderkamer gelyke boodfehap aldaar zal doen. VI. Een van de gemelde Boodens, in alles als Vooren in den Rouw gekleed met de Busfe op de Borst, zal waarneemen de Vergaderkamer van haar Edele Groot Mog., om daar uk te laaten de Leeden van haar Edele Groot Mog.; een ander Boode zal waarneemen de Vertrekkamer naast de Vergaderkamer van haar Edele Groot Mog., om daar in te laaten de Heeren van beide de Hoven van Justitie met derfelver Ministers* Een - ander Boode zal waarneemen het vertrek naast cle Collegiekamer van de Heeren Gecommitteerde Raaden, om daar in te laaten de Heeren, die de Baniere van Orange en Nasfau zullen draagen, beneevens de Heeren van den Raad der Domeynen. Nog een ander Boode zal waarneemen het daar aan volgende vertrek van de Gecommitteerde Raaden, om daar in te haten de Hee- Gedaan in den Hage den 1 February 17524 (Onderjiondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden, QVds geteeckent) . A. van STRAATEN. ren die de Vlag van de Zeemagt en het Vendel van de Landmagt en verdere I&fignja zullen draagen. Nog een ander Boode zal waarneemen het j derde of laatite Vertrek van de Gecommitj teerde Raaden, om daar in te laaten de Heeren van de Hofhouding, Adjudanten en Pages. VII. De voorfchreeve Boodens haare gemcldé diensten verrigt hebbende, en de Heeren uit de gemelde Kamers vertrokken zynde, zullen haar langs het Spuy en Bierkay begeeven na de Wagenbrugge, om aldaar de Boodens van dcn Kerkhof en van den Oever te adfifleeren by de Koetfen in het openen en fluiten van de Portieren van de Koetfen voor de Heeren die in dezelve treeden. VIII. 1 Twee andere Boodens, met naamen vari | den Kerkhof en van den Oever, inden Rouw i geldeed met de Busfe op de Borst, zullen zig ten voorfchreeven dage des morgens voor agt uuren laaten vinden in het nieuwe Voorj hout, om aldaar de dienst te doen, breeder vervat in de Inftructie of Memorie ten dien einde haar ter hand gefield. I X. En word alle de voornoemde Boodens nadrukkelyk aanbevoolen, haar in haare voorfchreeve aangeweefe diensten exaételyk te gedraagen na de ordre by deefe aan defelve gegeeven, en defelve wel fcherpelyk verboden haar in den drank eenigfms te buiten te gaan, 1 op poene dat die geenen, die bevonden zullen | worden contrarie gedaan te hebben, desweegen zullen worden gecorrigeert als bevonden zal worden te behooren.  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. 35 36. Refolutie van de Staten Generaal, tv aar by word göedjgèkeurt, dat door haare Koninglyke Hoogheid de ordre van de Jarretaire voor zyne Hoogheid werde geaccepteert. Den 1. Juny 1752. Pe Heer Bout, ter Vergaderinge praefideerendc, heeft aan haar Hoogh Mog. voorgedraagen, dat haare Koninghlycke Hoogheyd aan hem heeft gecommuniceert, dat zyn Majefteyt de Koningh van Groot-Brittannien zyn Hoogheyd den Heere Prince Willem van Orange en Nasfau vereert hadde met de ordre van de Jarretaire, met dispenfatie van den Eed en van de onderhoudingh der Ceremoniën , Conditiën en Obligatien van defelve ordre, in dier voegen als de voorige Heeren Princen van Orange en Nasfau, gïorieufer Memorie , daar van gedispenfeert zyn geweest. Dat Hooghstgedaghte Haare Koninghlycke Hoogheyd de voorfchreeve ordre voor zyn Hoogheyd den Heere Prince Willem niet hadde willen accepteeren, zonder daar van kennisfe te geeven aan haar Hoogh Mogende, en der zeiver goedé meeninge en intentie daar omtrent te vemeemen. Dat Hooghstgedaghte Haare Koninghlycke Hoogheyd ook verfoght hadde, dat, in cas van acceptatie, haar Hoogh Mogende door eenige Heeren Gedeputeerden uyt haare Vergaderinge de Ceremonie van het inftalleeren van zyn Hoogheyd op de Orangezaal in het Huys in 't Bosch zouden willen bywoonen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verfoecken den Heer Bout, ter Vergaderinge prxfideerende, om Haare JConmghlycke Hoogheyd te bedanken voor de voorfchreeve obligeante communicatie, met betuyginge, dat het aan haar Hoog Mogende ten uyterften aangenaam zal weefen, dat Hooghstgedaghte Haare Ko¬ ninghlycke Hoogheyd de voorfchreeve ordre voor zyn Hoogheyd den Heere Prince Willem accepteert, op den zeiven voet als de voorige Heere Princen vari Orange en Nasfau, gïorieufer Memorie, die ordre hebben aangenoomen. En werden voorts de Heeren van Lynden tot Resfen, van Heeckeren tot den Brantzenborgh, Bentinck, van der Duyn, van der Does, Raadpenfionaris Stevn, Mogge van Renesfe, Bout, d'Ablaing van Giesfenburgh, van Uitenhove tot Bottefteyn, van Aylva, van Itsma, van Paöand, Scriverius, Alftorphius en Rengers van Farmfum, met den Griffier Fagel, verfoght en gecommitteert, de ceremoniën van het inftalleeren van zyn Hoogheyd op de Orange-Zaal in het Huys irA Bosch te willen bywoonen. De Heerèn Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland, Zeeland, Utreght, Vriesland, Overysfel en Stad en Lande, hebben verklaart, niet te verftaan, dat door het benoemen van een dubbeld getal van Heeren tot de voorfchreeve Comisfie door die van Holland en-Westvriesland de minfte prejuditie kan werden toegebraght aan het reght van egaliteyt, het welck aan alle de Provinciën respecïwelyck competeert, maar figh by allé occafien defelve faculteyt te referveeren. Veifoeckende zy Heeren Gedeputeerden, dat hec Betbgne Jen zeeven en cwindghilen July zeeventien honderd aght en veertigh by haar Hoogh Mogende gedecemeert, ten fpoedighften gehouden, en dit poinct eenmaal finaalyk gereguleert mooge werden. 37. Refolutie van de Staten Generaal, op eene Me¬ morie van den Heer Torke, waar by dezélve aan haar Hoog Mog. kennis geeft • van de eleclie van zyne Hoogheid tot medelid der: ordre van de Jarretiere. Den 2. Juny 1752. Y J De Heer Bout, ter Vergaderinge prsefideerende, heeft aan haar Hoogh Mogende voorgedraagen en bekend gemaackt, dat de Heer Yorke, Minister Plenipotentiaris van zyne Majefteyt, den Koningh van Groot Brittannien, by hem was geweest, en aaii hem overgegecven hadde een Memorie, waar by aan haar Hoogh Mogende kennis geeft van de electie van zyn Hoogheyd den Heere Prince van Orange en Nasfau tot Meedelid van de Edele Ordre van de Jarretiere, met dispenfatie van de Ceremoniën en Obligatien van de Ordre, welcke ftrydigh zouden kunnen weefen met de gebruyeken van de Re- publicq; volgende de voorfchreeve Memorie hier na geinfereert. Hauts & Puisfants Seigneurs ! Le Souffigné Miniftre Plenipotentiaire de ft Majefté Brittannique a 1'honneur de notifier a VösHautes Puillances, que le Roi fon Mait're, corame Souverain du trés Noble Ordre de la jarretiere, elu par les Suffiages unanimes des Chevaliers Confrères, fon Alteffe Serenilfime le Prince d'Orange, Stadhouder Hereditaire , Capitaihe & Amiral General des Provinces Unies, pourAflbcié de ce Noble Ordre. E 2 En  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. roeren van de Trom en met het Vaandel, en vervolgens in verfcheyde Koetfen, door Booóen van Staat ^eprecedeert en gevolght, zigh Vervoeght heben na de Orange Zaal op liet Huys in 't Bosch, alwaar de voorfchreeve Inftalhtie ifond te worden verright. Dat aldaar aangekoomen zynde, gevonden hebben benecden aan de Trappen van het Bordes twee Onder- Officieren van de Cent Sw'fles, en voorts op elke trap twee van de Cent Suisfes, een aan de reghteren een aan de lincker zyde, aan den ingangh van het voorhuys vier van de Cent Suisfes met een Officier, beneevens nogh een Officier van de Ordonnantie, in het voorhuys twee Officieren, twee Sousbrigadiers en dertigh Guardes du Corps, een Major van de Ordonnantie, eenige fchildwaghten aan de Deuren van de groote Zaal en van de Appartementen ter reghter en flincker zyde, de Livreybedienden van het Hof in het voorhuys met een van de Stalmeesters, de Pages aan de Deuren van de Appartementen, een Sousbrigadier en zes fchildwaghten in de Zaal geduurende de Ceremonie. Dat zy Heeren Gedeputeerden, na dat eeven te vooren den Heer Yorke, Minister Plenipotentiaris van zyne Majefteyt den Koningh van Groot-Brittannien, enden Wapenkoningh den Heer Anftis, waaren gearriveert, aan het Portier van haare Koetien zyn gerecipieert door alle de hooge Officieren, Edelluyclen, en Aides de Camp van Haare Koninghlycke Hoogheyd; dat de Gardes by haar arrivement hebben geparadeert, en alle de Militaire hormeurs beweefen met het roeren van de Trom en het iaiueeren van het Vendel ; dat zyn Hoogheyd haar op her Bordes van de floep heeft ontfangen, en gebragt m / het Appartement aan de reghter zyde van het Huys; dat alles in gereedheyd gemaackt zynde, twee Edelfuydcn haar Heeren Gedeputeerden zyn koomen af haaien, en haar geieyd hebben in de groote Zaal tot op de piaatfen voor haar gedestineert aan de reghter zyde van het geftoelte van zyn Majefteyt, en vlack teegen over dat van zyn Hoogheyd, alwaar zeeventien Armftoelen zyn geplaatst geweest, alle bedeckt zynde met een gelycke Daïsals che over het geftoelte van zyn Majefteyt en yan zyn Hoogheyd. Dat een weynigh daar na haar Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Carolina gekoomen is in de Zaal,by zigh hebbende twee Edelluyden, en gevolght van Mevrouwe de Princesfe van Hesfen en van alle de Dames van het Hof, zynde voor hooghstgedaghte haare Hoogheyd geplaatst geweest een Armftoel een weynigh aan de lincker zyde van het geftoelte van zyn Hoogheyd. Dat immediatelyck daar op zyn Hoogheyd is binnen gekoomen met den Minister van Groot-Brittannien, marcheerende op de volgende wyfe: De Adjudanten twee aan twee, de Edelluyden twee aan twee, de Chambellans, de VVaapenkooningh draagende de Commiffie van zyn Majefteyt, den Heer Yorke, Minister Plenipotentiaris van zyne Majefteyt den Koning van Groot-Brittannien; zyn Hoogheyd, gaande tusfehen den Opperhofmeester en den Heet Opperftalmeester, gevolght door de Officieren van Ordonnantie zoo van de Guardes du Corps als van de Cent Suisfes; dat alle d« geen die in de Procesfie gemarcheert hebben m de Zaal gekoomen zynde drie buygin^en hebben gedaan voor het geftoelte van 'Zyne Groot-Bnttannifche Majefteyt, de eerfte'by het mkoomen van de Zaal, de tweede in het midden, en de derde eer zy haar piaatfen hebben genoomen; dat zyn Hoogheyd zyne Eerbewyfmgh gedaan hebbende, op zyn geftoelte is needergezeten, aan zyne reghter zyde hebbende den Heer Opperhofmeester, en aan zyne lincker den Heer Opperftalmeester, de Heeren Plenipotentiarisien gefeeten zynde op Annftoeleii, voor haar aldaar geplaatst, teiwyl de Heeren van het Hof zigh gerameed hebben aghter de Dames langhs deBaluftrade : dat daar op de Muficq heeft beginnen tefpeelen; dat de Heeren Plenipotemiarisfen daar na opgeftaan zynde, zyn Hoogheyd hetzelve heert gedaan, gelyck meede de Heeren haar Hoogh Mogende Gedeputeerden; dat den Heer eerfte Plenipotentiaris als doen een reverentie gedaan hebbende aan het geftoelte van den Koningh, en vervolgens aan zyn Hoogheyd, voortgegaan is met zyn Hoogheyd in weynigh. woorden te informeeren van het geene do Koningh hem gelast hadde te doen, verfoeckende dat de Commiffie moght worden geleefen; dat de Waapcnkoningh de Commisfie gegeeven heeft aan den Heer Yorke, deefe aan zyn Hoogheyd, en zyn Hoogheyd aan een Secretaris Horst om die te leefen; dat de CommsSc overiuyd gefeeieh zynde, en een yeuer zoo langh overend geftaan hebbende, de Commisfie aan zyn Hoogheyd is gegeven , en door zyn Hoogheyd te riigh gegeeven aan den Wapenkoningh; dat daar op een yeder wederom is gaan zitten, en de Muficq gefpeeld heeft; dat de Heeren Plenipotentiansfen daar na opgeftaan zynde, en haar reverentien gemaackt hebbende, de Wapenkoningh de Jarretiere heeft genoomen en geprefenteert aan den Keer Yorke, die defelve vast gemaackt heeft aan het lincker been van zyn Hoogheyd, leefende de Waapenkoningh ondertusfehen de Admonitie; dat de Wapenkoningh op defelve wyfe genoomen heeft het blaauwe lint en de George, en het zelve geprefenteert aan den Heer Yorke, die defelve zyn Hoogheyd heeft omhangen onder het weederom leefen van de Admonitie. Dat vervolgens de Purpere Mantel, den Rock, den Halsband, het Boeck der ïtatuten en de Muts met Pluymen, op gelycke manier zyn overhandight, om zyn jonckheyd niet aangedaan, maar alleen vertoont, en daar na op een kusfen needergeleght. Dat als doen den Heer Yorke gedaan heeft de Aanfpraacke hier navolgende geinfereert. E 3 Men-  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. «0 als doen de eerfte van de Heeren haar Hoogh Mogende Gedeputeerden heeft ingefteld de gefondheyd van den Koning, daar na de Heer Yorke die van zyn Hoogheid den Heer Erfstadhouder, nieuw aangeftelde Ridder van de Ordre van de Jarretiere, den Heer Opperhofmeester die van de Heeren Staaten, de Heer Yorke die van Haare Koninghlycke Hoogheid , en de eerfte van de Heeren Gedepu- 39* Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Prins Bisfchop van Luik word toegeftaan de titul van Altesfe Serenisfime. Den 22 Juny 1753. Is ter Vergaderinge geleefen een Memorie van den Heere Huift, Refident van zyne Hoogheid den Heere Bisfchop en Prince van Luick, raakende de Titulature van den jegenwoordigen Heere Bisfchop en Prince; volgende de voorfchreeve Memode hier na geinfereerd. Hauts & Puisfmts Seigneurs/ 11 fêroitmutiï d'etaler aux yeux de Vos Hautes Puislances 1'ancienneté, la grandeur & le lustre de 1'Auguste Maifon de Baviere, puisqu'elles la reconnoisfent comme toutes les Cours de L'Europe, qui la traitent fuivant le rang qui lui est du, lans refufer aux Princes qui en font isfusleTitre d'Altesfe Serenisfime. Comme cependant Vos Hautes Puisfances n'ont pas donné jusqu'è prefent ce Titre au Duc Theodore de Baviere, Evêque & Prince de Liége; le fousfigné fon Miniftre est chargé de prier Vos Hautes Puislances de traiter ce Prince fur le même" pied qu'il est traité par les autres Cours Souverains. Ce fera le moyen d'entretenir la bonne harmonie & le bon voifinage que fon Altesfe Serenisfime ne manquera pas de cultiver, ni de faire voir en toute occafton, combien elle s'empresfe a aller au devant de tout ce qui pourra être du plaifir de Vos Plautes Puisfances & de 1'interêt de la Republique. Fait i. Ia Haye le dix-neuviéme Juin mille fept cent cinguante trois. Signê. I B. HULFT. Waar op gedelibereerd, is goedgevonden en verftaan, dat, in confideratie dat den jegenwoordigen Heere Bisfchop en Prince van Luick is uit het illuster Huis van Beieren, aan den zeiven voortaan gegeeven zal werden de Titul van Altesfe Serenisfime, en dat de Brieven aan den zeiven te fchryven daar na zullen werden gedresfeert, zonder dat zulcks in confequentie zal worden getrocken voor het toekomende, wanneer het Bisdom van Luick in andere handen moght geraacken. En dat daar van in het Titulboek, ter Griffie berustende, aanteeckening zal werden gehouden. En zal Extradlvan deefe haar Hoog Mogende Refolutie door den Agent van Byemont aan gemelden Heer Huift worden ter hand gefteld, om te ftrecken tot zyne narightinge. 4°« Refolutie van de Staaten van Holland, wegens den rang van de Provinciale Rekenkamer, en de Hoven van Justitie in het Haagfche Berigt-boekje. Den 5- J^ny 1754. Is geleefen de Requeste van Cornelis van Zanten, 'sLands klein Zegel en Ordinaris Stads Drukker alhier, te kennen geevende in fubftantie, dat den fuppliant in het voorleeden jaar 1753. by Requeste hebbende verfogt, van haar Edele Groot Mogende zoodanige ordre of regul te moogen hebben, waar na hy zig konde reguleeren ontrent den rang van de Provinciaale Reekenkamer en de Hoven van Juftitie, ten einde defelve te moogen piaatfen in het jaarlyks uitkoomende Haagfche Berigt-of Collegie - boekje, zoo dat de Suppliant buiten alle correctie zoude kun¬ nen blyven, haar Edele Groot Mogende als doen aan den Suppliant hadden verleent een Refolutie van den 28 Juny 1753, om zig dat jaar daar na te reguleeren, en niet verder; en dat hy Suppliant volgens het jaarlyks gebruik voorneemens zynde het voorfz. Berigt-boekje wederom te drukken en uit te geeven, zig verpligt vond hem nader te addresfeeren aan haar Edele Groot Mogende, en te verfoeken, dat defelve hem gelieven te qualificeeren en te ordonneeren, hoedanig hy zig zal hebben te gedraagen in het piaatfen van de Provinciaale Reekenkamer en de Hoven van Justitie, zoo voor teerden die van Mevrouwe de Princesfe Caroline, en dat daar meede deeze folemneele Actie is beflooten, en een yder zonder Ceremonie is vertrocken. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Hoog Mogende gemelde Heeren Gedeputeerden voor haar genoomen moeite en gedaan Rapport bedanckt, zoo als bedanckt werden mits deezen.  Ceremonieele Wetten en Obfervantien. ^t beneevens de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zechnd te doen. En na dat van de voorfz. hm Edele Groot Mogende 'Relblutie aan de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland communicatie was gegeeven, en vastgefteld, dat de voorfz. beëedigingc en introductie zoude gefchieden met defelve folemniteiten, die gepleegt waai en omtrent de introductie van den Heere Mr. Hendrik van Hees, Heere van den Tempel, Bcrkcl en Roodenrys, in zyn leeven Prsefident van den gemelden Hoogen Raade, en dat daar toe na voorgaande gedaane collatie van de Commisnen van de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën ten behoeven van den voornoemden Heere de Grande in qualiteit voorfz. gedepecheert, was beraamt de dag van huyden den 15. November 1754, zoo hebben de meergemelde Heeren ha.sr Edele Groot Mogende Gecommitteerden teegen tien uuren 'smorgeiis zig laaten vinden in een van de beneeden . vertrekkamers van haar Edele Groot Mogende, ftaande aan de oostzyde van de Vergaderplaatfe van de Heeren der zeiver Gecommitteerde Raaden; cn hebben aldaar ingewagt de meergemelde Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland, en defelve op haare aankomfte te gemoct getreeden en ingehaalt aan de voordeur van de Gallery dooide Heeren Gevaarts, en Spiering, en de Raadpenfionaris Steyn, dewelke in het ingaan aan de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland den voorrang hebben gegeeven, en na dat defelve in dier voegen in de voorfz. Vertrekkamer gekoomen waaren, heeft de welgemelde Fleer Bentinck, Heer van Rhoon, de Fleeren Gedeputeerden van Zeeland gecomplimcnteert; en zyn voorts de gefaamentlyke Heeren Gedeputeerden needergefeetente weeten de gemelde Heer Bentinck, Heer van Rhoon, aan de linker zyde van de Tafel, met den voornoemden Raadpenfionaris Steyn daar neevens, hebbende de rugge gewent teegens de fchoorfteen, en vervolgens aan defelve zyde de voornoemde Fleeren Gevaarts, deVryTemminck, de Dieu en Spiering; hebbende de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, namendyk den Heere van Borsfele, en daar neevens den welgemelden Heere Secretaris du Bon, en vervolgens aan defelve zyde de voornoemde Heeren van der Poort, Boeye, Parker, Ligtenberg, van Floorn en Schoorer, hunne piaatfen gehad aan de regterhand of zyde van de voorfchreeve Tafel; en heeft de Raadpenfionaris Steyn in naame als booven vervolgens aan de meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland voorgehouden, of niet derzelver intentie was, dat de gemelde Heelde Grande niet alleen op de voorfchreeve Commisfien, maar ook op de Inftmctie van den voornoemden Hoogen Raade en de Ampliatie van dien, zoude worden beëdigt, en dat hem in Ipecie meede zoude worden voorgeleefen het Articul van de nadere Ampliatie der voorfchreeve Inftmct.ie van den jaare id44, fpreekende van het ontfangen en genieten VIII. Deel. ✓ van giften, gaaven of gefchenken, zynde het eerfte onder den titul van middelen dienende tot bevorderinge van een goede en opregte Justitie, &c. en getrokken uit het tiende Articul van de Inftruétie voor den voorfchreeven Hoogen Raade, waar op by de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, na gedaane collatie van de voorfchreeve eerfte en tiende Articulen geantwoord weefende, wel te moogen lyden, dat het gemelde eerfte Articul den meergemelden Prefident ten fine als booven zoude worden voorgeleefen, edog dat defelve daar op zullen moeten verklaaren, dat de voornoemde nader Ampliatie niet gearresteert zynde by de hooggemelde Provincie, maar by haar Edele Groot Mogende alleen ter needergeftelt weefende, ook demafven daar op by henluiden eigentlyk geen regard konde worden genoomen, edog weetende de intentie en iever van de Heeren haare Principaalen tot weeringe van alle corruptien en van alle het geene- daar toe aanleidinge konde geeven, ook bemerkende dat het voorfchreeve Articul van de voorgevoerde nadere Ampliatie niet esfentieel discrepeerde van het voorfchreeve tiende Articul vm de Inilruótie van den Floogen Raade, dat zy luiden niet en twyffelden, of den inhoude van het meergercerde Articul zoude dezelve hunne Heeren Principaalen wel gevallig en aangenaam weefen. Waar op leétuure gedaan weelende van het Formulier voor deelen gebruikt, omme na de afneeminge van den voorgeroerden Eed ten oirkonde van dien op den rugge van beide de voorfchreeve Com- | misfien gefchrecven en weederzyds onderteekent te worden, hebben de Heeren Gede- 1 pureerden van beide de Provinciën haar het vooricnreeve Formulier wel laaten gevallen zynde het zelve hier na volgende van woorde te woorde geinfereert. Op huiden den 15. November 1754. heefe de Heer en Mr. Adriaan de Grande , in het witte van deefe genomineert, in qualiteit als Prefident van den Hoogen Raade, op deefe zyne Commisfie, en op de Inftruétie van den gemelden Hoogen Raade, gedaan den behoorlyken Eed, in handen van de Heeren Bentinck Ree- . re van Rhoon, Gevaarts, de Vry-Temminck, de Dieu, Spiering, en den Raadpenfionaris Steyn, van weegens de Provincie van Holland en Westvriesland, en van de Heeren van Borsfele, van der Pooit, Boeye, Parker., Ligtenberg, van Hoorn, Schorer en den Secretaris du Bon, van weegens de Provincie van Zeeland. Het welk gedaan weefende is vervolgens de meergemelde Heer de Grande in de voorfchreeve vertrekkamer binnen befcheyden, en gefet op een ftoel, bezyde de Tafel of agter de ruggen van de Heeren Gedeputeerden van Zeeland geftelt, alwaar gefeeten weefende, heeft de meergemelde Raadpenfionaris Steyn F hem  Ceremonieele Wetten en Obfcrvmtien* 43 vier en gevolgt van vier Boodens, en na dat een Boode was vooruitgegaan om te adverteeren , gereeden na de ingang van den Hoogen Raade over de Castelenye, en vervolgens gegaan in het vertrek aan de Oostzyde, en die van Zeeland in het vertrek aan de West* zyde van de Raadkaanier, zynde uit dezelve vertrekken door Gedeputeerden van den wel* gemelden Hoogen Raade ingehaald, en door verfcheide deuren gelykelyk van de eene en van de andere zyde in de kaamer ingeleid, en hebben vervolgens haare piaatfen genoomen aan de Tafel van den meergemelden Raade, te weeten, de voornoemde Heeren Gedeputeerden van haar Edele Groot Mogende aan de hoogerhand of zyde, en die van Zeeland aan de andere zyde van defelve Tafel, laatende booven aan het einde de Prefldiale ftoel leedig, en na dat de Heeren Raaden in den gemelden Raade meede haare piaatfen hadden genoomen aan defelve Tafel beneeden de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de Provinc'en ten wederzyden, heeft de Raadpenfionaris Steyn, zig, neevens de verdere Heeren Gecommitteerden, als meede de Heéren van den Raad, gedekt hebbende, vervolgens in fubftantie verhaald, dat de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, ende Heeren Staaten van Zeeland, mits het overlyden van den Heere Mr. Hendrik van Hees,Heere van den Tempel,Berkel en Roodenrys, in zyn leeven Prefident in den gemelden Raade, noodig geagt hebbende, dat tot meerder luister en maintien van het respect, voor den voorfz. Raade, mitsgaders tot beter directie van de befoignes en expeditie van zaaken, een ander gequalificeert en vertrouwt Perfoon tot den voorfz. Raat in desfelfs plaatfe wierde gefteld, hadden gedaan nominatie van een tripel getal van Perfoonen tot bekleedinge van den voorfz. Raat van Prefident , en om de goede kennisfe die de hóóggemelde Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën hadden van de wysheid en ervaarentheid van den welgemelden Heere de Grande, zoo in materie van Juftitie als Politie, mitsgaders van zyrie regtvaardigheid, vigilantie, integriteit en getrouwigheid, den zeiven Heer de Grande tot den voorfz. Raat met eenpaarige Remmen van alle de Leeden van beide de Provinciën meede hadden genomineert, en dat haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante den zeiven Heer uit de genomineerde Perfoonen tot Bedieninge van den voorfz. Raat hadde geëligeert, en dat vervolgens de hooggemelde Heeren Staaten van beide de Provinciën hem Heere de Grande daar toe hadden gecommitteert, en dat mitsdien de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de hooggemelde Provinciën, volgende de last en authorilatie van de hooggemelde Heeren haare respe&ive Principaalen , den gemelden Heere de Grande op huiden in de voorfz. qualiteit folemneelyk hadden beëdigt, als alle het zelve in fubflan¬ tie uit de leétuure van de twee Commisfien en de endorfementen daar op gefteld quam te blyken, met byvoeginge, dat haar Edele MoVV!7 r( Z°° V6rre f heid dien last gëduurende de voorfchreeve hem betreft:) mM5 kennisfe moogewer- minderjaarigheid wel op zig zal wSaS den gegeeven, met verfoek, dat zyn Hoog- ' men. b 4^ Refolutie van cle Staten van Holland op het rap¬ port yan den Raadpenfionaris wegens verfcheide fchikkmgen, door haar Hoogh Mogenden ter gelegenheid van het overlyden van haare Koninglyke Hoogheid gemaakt. Ven 13 January 1759. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heer Prsefideerende ter Vergaderinge van haar Hoog Mogende op heeden kennisle had gegeeven, dat de Heer Hertog van Brunswyk deefe morgen by hem was geweest, om aan haar Hoog Mogende kennisfe te geeven, dat in de gepasfeerde nagt omtrent elf uuren was koomen te overlyden haare Koninglyke Hoogheid Mevrouwe de Gouvernante, dat hy Heer Prsefident mitsdien van zyne indispenfabele pligt had geoordeeld, om de Vergadering van haar Hoog Mogende te beleggen, ten einde haar Hoog Mogende in de eerfte plaats kennis te geeven van die droevige en beklaaglyke gebeurtenisfe, en haai-Hoog Mogende en de gantfche Republicq daar over te condoleeren; en in de tweede plaats, om de Curialia te reguleeren en vast te ftellen ,• en eindelyk om aan haar Hoog Mogende in bedenken te geeven, of niet zouden kunnen goedvinden, tot handhaaving en maintien van de prefente constitutie van de Regeeringe, en tot confervatie en onderhoudinge van de raste, harmonie en eendragt tusfehen de Bondgenooten, die zoo ooit, nu in deefe critique omftandigheeden van tyden ten hoogften noodig was, ten fpoedigften de verdichte ordres te ftellen op de waarneemingvan de hooge Charges van Capitein- en Admiraal Generaal van de Unie, mitsgaders van Stadhouder van Braband en Vlaanderen, &c. gëduurende de minderjaarigheid van zyne Hoogheid den Heere Prince Willem, in zoo verre zulks af hong van haar Hoog Mogende Vergadering; dat daar op door de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën, en in het byzonder van haar Edele Groot Mogende was gedaan de betuiginge in derzelver Refolutie van heeden vervat, en daar op de Curialia waren gerefolveert geworden, en voorts een befoigne gedecerneert, om ten fpoedigften te examineeren en te overleggen, wat ordres ten aanfien van de waameeminge van het Erf-Capiten-en Admiraalfchap Generaal der Vereenigde Neederlanden, mitsgaders het Erf - Stadhouderfchap van Braband, Vlaanderen en het diftrict van de Generaliteit, byde tegenwoordige minderjaarigheid van zyne Hoogheid gefteld zoude moeten werden, en voorzoo verre eenige poincfen daar in voorkoomen, betrekking hebbende tot hec departement van den Raad van Staate, daar over met eenige Heeren Gecommitteerden uit denzelven Raad, ! hv hfinr E 7p1f<; te> tinmmonmn :~ -j — ■ »v «vuuu^icij, ju ujiueren- tie te treeden, en van alles ter Vergadering rapport te doen. Dat het zelve Befoigne daar op aanftonds zynde gehouden, de Heeren Gedeputeerden van haar Edele Groot Mogende opening hadden gegeeven van derzelver Refolutie deefen morgen genoomen, en dat het zelve was geweest van dat gewenfcht fucces, dat de Heeren Gedeputeerden van de respe&ive Provinciën haare dankfegging hebbende betuigt over de promtitude door haar Edele Groot Mog. in deefen geadhibeert, zig daar meede eenpaarig hadden geconformeert; dat daarvan vervolgens ter Vergadering van haar Hoog Mogende aanftonds was rapport gedaan , en het zelve geconcludeert; dat daar op den Heer Griffier was verfogt, van die genoome Refolutie aan den Heer Hertog van Brunswyk kennisfe te geeven, met verfoek, om die last wel * op z\g te wuien neemen, en vervolgens nog j. ftaande Vergadering den Eed te koomen' af- . .3 Tl* A> -/V. i ■> u gaderinge van haar Hoogh Mogende, mooge werden gemaintineert. 54» Refolutie van de Staaten van Holland op het ge* communiceerde yan den Raadpenfionaris weegens den dag tot de Begraaffenisfe van haare Koninglyke Hoogheid vast geftelt. Den 6 February 1759. De Raadpenfionaris heeft ter vergadering gecommuniceert, dat de Heeren Beaufort en vanSchinne, Domein-raaden van wylen haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, gïorieufer gedagtenisfe, op gisteren aan hem Raadpenfionaris kennisfe hadden gegeeven, dat de dag tot de Begraaffenis van hoogstgedagte haare Koninglyke Hoogheid op Vrydag den 23 deefer maand February was vastgefteld, indien haar Edele Groot Mogende dien dag zouden gelieven te aggreëeren. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mogende den voorfz. vastgeftelden dag geaggreè'ert, en vervolgens goedgevonden en verftaan, dat door den Raadpenfionaris daar van aan gemelde Domeinraaden kennisfe zal worden gegeeven, met byvoeging van een compliment van dankfegging voor de attentie in deefen voor haar Edele Groot Mog. betoont; en dat wyders de Heeren Gecommitteerde Raaden zullen worden verfogt, zoo als verfogt worden by deefe, om van den voorfz. vastgeffelden dag aan Burgemeesteren Van alle de Steeden deefer Provincie kennisfe te geeven, en defelve in gevolge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 13 der voorleede maand aan te fchryven, om ieder in den haare ordres te Rellen en die voorfieninge te doen, dat de Klokken in defelve Steeden moogen worden geluid drie dagen voor de Begraaffenis, gelyk meede den dag van de Begraaffenis zelfs, en dat driemaal daags, en telkens een uur lang, en in den Hage op den dag van de Begraaffenis, gëduurende den gantfchen tyd, dat defelve in den Hage in train zal wr>pfpn 55» Refolutie van de Staaten Generaal, op eene Misfive yan den Raad yan Staaten wegens deszelfs rang op de begraaffenis yan haare Koninglyke Hoogheid. Den 13 February 1759. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den neegenden deefer loopende maand, houdende derfelver confideratien op haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyfden daar te VIII. Deel. vooren, waaruit hadden gefien, dat haar Hoogh Mogende, na alvoorens geaccepteert te hebben zeeckere voorflagh door de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland op het werck van de Begraaffe- T nis-  Ordres, en Reglementen van Staat» pareeren, dan die by de E delen uit haer Collegie, ende by de Steden uit haare Raaden ofte Vróedfchappen zullen weefen gecommitteert; allen de geenen, die in de Vergaderinge van de Staten verfchynen, zullen voor al belooven ende zweeren, des Lands Privilegiën, Handtvesten ende gerechtigheeden, ende de oude lofFelycke Coustumen, te zullen voorftaen ende defendèeren, alle des gemeene Lands zaecken met raedt ende daedt te helpen vorderen, daer inne advifeeren ende befluiten, zulcks zyluiden naer haerluiden verftant ende rechte confeientie, tot de gemeene beste en welvaren, bevinden zullen te dienen, zonder affectie, gunste ofte ongunste tot eenige Steden, ofte Perfoonen in het particulier; alle Ordonnantiën ende Refolutien van de Staten, de Commisfien ende Lasten hun Staetsgewyze bevolen, naer haren vermogen ende wetenfehap, gëtrouwelyk te volkomen, ende voorts fecreet te houden alle zaecken in de Vergaderinge derzelver Staten gehandelt ofte beRoten , die bevolen zullen worden fecreet te houden, zonder die te openbaaren; welcken Eedt in het beginfel van alle Vergaderingen, ende voor alle befoignes; by de Öudfte van de Edelen preient zynde, alle de Gedeputeerden zulcks zal afgenomen worden. De Gedeputeerden van de Edelen ende Steden zullen gehouden weefen, op alle befette ofte befchreeve daghvaerden van de Staten, en oock in de dagelyckfche Vergaderinge, ter geordonneerder tydt ende plaetfe als vooren te compareeren, op poene tegens de abfenten van hare ftemme te verliefen in zaecken, in haerluider afwefen getracteert, ende niet te min gehouden te zyn te achtervolgen en geftandt te doen, het gunt by de prsefenten zal zyn gedaan ofte belloten, in zaecken daar overftemminge valt, naer ouder gewoonte, ende te verbeuren voor de eerfte dagh twaalf Caroli Gul* dens,_ende voor alle navolgende dagen, de Daghvaert gëduurende, drie Guldens tot laste van de Steden, aan de Gedeputeerden te verhalen, ten ware defelve eenige legitime oorfaecken ofte excufen hadden, die by de andere Steden werden aangenomen: Ende zuilen de Gedeputeerden , ter daghvaert gekomen zynde, ftellen den tydt ende uure van hare aanftaande befoigne, ende dagclykfche ver1 a ga-  Ordres, en Reglementen van Staat deringe alle daegh 's morgens werden gerei ümeert ende voorgeleden alle Refolutien, die des d.eghs te vooren zullen zyn genomen, ende zal daar af Register gehouden worden als naer behooren; welcke Refolutien opgeleefen ende geregisnecrt by de Edelen, ende twee van de Gedeputeerden van de Steden, by gebeurte geteeekent zullen worden, van welcke Refolutien de Edelen ende Ste¬ den het dubbelt uytgelevert zal moeten worden tot koste van dcn Lande, ende zulcks als naer ouder gewoonte, ten ware anderfmts omme zeeckere refpecten weide geordonneert: Van alle welcke Poincten ende Articulen behoorlycke Brieven van Verbandt, onder de Zegelen van de Edelen ende de Steden gepasfeert en verleent zullen worden. 2» Refolutie van de Staaten van Holland, raaken¬ de het verleenen van Brieven van Seureté du Corps. Den 19 Oclober 1605. Nadien de Heeren Staaten van Holland, t van weegen den Prssüdent en Raaden van den Hoogen Raade, by eenige uit denzelven Raade is vertoont, dat de Seureté du Corps jeegens Sententien gegaan in kragte van gewysne, immers niet teegens arresten van den Hoogen Raade niet en behooren verleent te worden, byfonder niet in faaken, daar beide de .Contendenten Zeelanders zyn, als onlangs voor Balthazar de Moucheron jeegens Laurens Christïaaniz. is gepraétileert. Soo is 't, dat de Heeren Staaten voornoemt, na rype deliberatie daar op gehouden, verftaan en gerefolveert hebben, gelyk Haar E. verftaan en refolveeren mits deefen, dat den voorfz. Balthazar de Moucheron, na de expiratie van agt daagen eerstkomende, hem met de 'Acte diesaangaande den id.Juny laastleeden verleent, niet en fal moogen behelpen, maar dat dezelve daar na gehouden fal worden als niet verleent: en dat voortaan geene Brieven van Seureté du Corps verleent Rillen worden , dan by confent van het meerendeel van de Crediteuren van de Requiranten ofte derzelver Crediteurs, en met de claufule, dat die geene plaatfe en fullen hebben jeegens arresten van den Hoogen Raade, ofte eenige andere Sententien gegaan in kragte van gewysde. 3» Refolutie van de Staaten Generaal, noopens den voet en ordre, waar op, en waar na de Commisfien van de Generaliteit naar Maastrigt voortaan zullen werden gereguleert. Den 16 September 1643. Zynde gehoort het rapport van de Heeren Linteion, Nederhorst, en den Griffier Mufch, in kragte van Haar Hoog Mog. Refolutie van den 11 deefes, te laamen gebefoigneert hebbende, noopende den voet en ordre, waar op, en waar na de Commisfien van de Generaliteit naar Maastrigt voortaan fullen werden gcreguleert, is, na voorgaande deliberatie , goedgevonden en verftaan, mits deefen te arrefteeren en vast te ftellen, dat de Commisfien van Haar Hoog Mog. tot vemieuwinge van den Magiftraat binnen Maastrigt voornoemt, de deelden der geinftrueerde Procesfen aldaar, als anderfints, na ouder gewoonte vallende, uitgevoert fal moeten werden binnen den tyd van twee maanden of uiterlyk tien weeken; en op dat fulks met menage , ook tot behoorlyk refpecf van den Staat deefer Landen, mag werden uitgevoert, lbo werd de gemelde fleeren toegeleid de fomme van eens twee honderd guldens, om daar uit tc betaalen alle vereeringen, bellechieren en aalmisfen, die fy te Waater of te Lande, in Herbergen of daar buiten, binnen Maaftrigt of gëduurende de voyage fouden koomen te doen, uit wat oorfaaken of refpecf het felve foude moogen weefen, of koomen te gefchieden ; en wat belangt de verteeringe, met den gevolge en aankleeven van dien, voor de Heeren Commisfarisfen felfs, haare Dienaaren, en een Generaliteits Boode, mitsgaders een Amanuenfis, die defelve Heeren Commisfarisfen gëduurende de .Commisfie fullen moeten met neemen, om in de Procesfen gebruikt te werden, daar vooren werd elke Commisfaris daagelyks toegeleid vyf en twintig guldens, maakende te fiiamen vyftig guldens voor hun beiden, en dit boven en behalveu Paardenhuuren, Waagens, Scheepsvragten, Convoigelden, en het kruyen van Bagagie, gelyk ook hier in niet en werd begreepen het daggeld van een Boode tot een daalder daags, nog ook honderd guldens voor- den voorfz. Amanuenfis, die boven al het geene voorfchreeve is by de Generaliteit fullen werden betaalt: en verklaaren haar Hoog Mog. dat dit Reglement ook fü ftrekken voor de fleeren Commisfarisfen, die uit den Raad van Staate ook na MaasI 3 trigt  Ordres, en Reglementen van Staat» Is goedgevonden en verftaan, dat ten behoeve van den Suppliant-Brieven vanSureté du Corps Voor den tyd van fes maanden zullen worden gedepecheert, en wel fpecialyk ooi? tegens Sententien en Condemnatien, mitsgaders Vonnisten , zoo van den Hove en Hoogen Raade in Holland, als van laage Geregten geweefen , en gegaan in kragte van gewysde, om immid- dcls met desfelfs Crediteuren' te kunnen harp delen en accordecren; zonder nogtans daar" door eenige atteinte te geeven aan haar Ed* Gr. Mog. Refolutie van den 19 October 1605, waar by is goedgevonden, dat geen Brieven van Sureté du Corps zullen worden verleent tegens fententien of provifien gegaan in kragte van gewysde. 7* Refolutie van de Staaten Generaal, nopens bei afzenden en publiceeren van de Placaaten en Ordres Van den Lande, ten aanzien van de Polders en Landen gelegen in Staats Vlaanderen, dog waar over de JurisdicJie gebleeven is aan de lïeeren der Lleerlykheeden of hunne Geregten op Oostenr.ykfchn Boode'm* Den id July 1751. Is gehoort bet Rapport Van de Heeren van j Heeckeren tot den Brantzenborg, en an- f dere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot J de laacken van Vlaanderen, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Relblutie Commisforiaal van den veertienden der ' voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geexamineert een Misfive van den Raad van Vlaanderen, gefchreeven te Middelburgh in Zeeland, houdende antwoord op haar Hoogh Mogende Refolutie van den vierden Mey laatstleeden, waar by haar Hoogh Mogende hun hebben toegefonden Copie van een Refolutie I van den Raad van Staate van den agtften De- \ cember des voorleeden jaars, raackende het ) niet doen in fommige Polders van de generaale J Collecte, geordonneert by haar Hoogh Mo- \ gende Refolutie van den agtften Mey feeven- 1 tien honderd neegen en veertigh, tot herftel der Kercken van Bergen op den Zoom en Sas van Gent, als meede Copie van het Beright en van deBylaagen daar neevens gevoeght van de Magiftraat 's Lands van den Vryen te Sluis, in dato den neegenden February deefes jaars, om derzelver advis daar op aan haar Hoogh Mo^gende te laaten toekoomen, door welke middelen de beetere obfervantie van zeeckere Conventie by de voorfchreeve Magiftraat van den Vrye gellooten met den Heere van Watervliet en Waaterland Francois le Bouff, den aghtienden December des jaars zestien hondert drie en zestigh, en den vyftienden April zestien honderd een en zeeventigh by haar Hoog Mogende geapprobeert, zoude kunnen worden geëftectneert, en op wat wyfe in het generaal voor de publicatie en obfervantie van haar Hoogh Mogende Placaaten in verfcheide Polders, breeder by de voorfchreeve Refolutie van den Raad van Staate, en verdere Bylaa- , gen gemeld, Zoude behooren te worden gé* lörght. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ongeprejudiceert het reght aan de Magiftraat 'sLands vari den Vrye, uit kraghte van de voorfchreeve Conventie competeerende, de Placaaten en Ordres van den Lande voor zoo veel defelve zigh zullen uitftrecken over de Polders en Landen, geleegen onder de fouverainiteit van den Staat in Vlaanderen, dogh waar over de Jurisdictie, volgens het Traéraat van Limitfcheiding van den jaare zestien honderd vier en zestigh ge* bleeven is aan de Heeren der Heerlyckheeden of haare Gereghten op Oostenryckfchen Boodem, onder welcke te vooren hadden behoord, voortaan by provifie gefonden zullen werden aan denRvad van Vlaanderen te Middelburgh, die mits deefe geauthorifeert word defelve af te zenden aan de voorfchreeve refpective Gereghten, om door defelve in de Polders en Landen op Staaten Boodem, onder haare Ju* risdiclien geleegen, gepubliceert, geaffigeert, nagekoomen, en geëxecuteert te worden. En zal Extract, van deeze haar Hoogh Mo gende Relblutie gefonden werden aan gemelden Raad van-Vlaanderen, tot derzelver narightingh, en om zigh daar na te reguleeren. Voorts zal Extract van dezelve gefonden worden aan den Advocaat Fiscaal van Vlaanderen, meede tot zyne narightinge, en met last om toe te zien, en zoo veel in hem is, de hand daar aan te houden, dat de Placaaten en Ordres van den Lande in voegen voorfchreeve werden gepubliceert, geaffigeert, en effect forteeren. En zal gelyck Extract gefonden werden aan den Magiftraat 'sLands van den Vrye, en aan den Bailliuw van Sas van Gent, om te ftrecken tot derzelver narightinge refpective. M>  Ordres, en Reglementen van Staat. , *i den werdende onderling te werden geapplaneert, en zorge te draagen , dat de executie, die defelve Refolutien in het vervolg zullen moeten hebben, op een eenpaarigen voet gefchiede, en om dan te gelyk op de verdere Voorgekoomene zaaken, waar op nog geen Refolutien gevallen zyn, ten meesten dienste van den Lande te refolveeren. V 1 11 Zullen als dan meede moeten werden geëxhibeerten geëxamineert de respeétive Maand-Staaten van de Ontfangers Generaal, van de Ontfangers van de gemeene Lands Middelen, van de Colleéleurs en Gaarders van de colleétive, bevoorens verpagte, middelen, geformeert volgens onderling concert, en op een en defelve forme, om na te gaan, hoe verre aan de rigtige executie der Placaaten en Ordonnantiën, en aan de eenpaarige praétycq zal zyn voldaan , en om aan de ingelloopene abuifen te werden geremedieert. I X. Zullen voorts jaarlyks aan den anderen moeten communiceeren de restantlysten van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen, ten einde om in gevalle van mahquement van de rigtige invordering de noodige ordres . te kunnen werden geftelt; en zullen voorts elkander moeten geeven alle zoodanige verdere openingen , eclaircisiementen, extracten of copien als noodig zullen werden bevonden. X. Zullen jaarlyks in den Hage moeten vergaderen , om te advifeeren op de generaale Petitie van de Staaten van Oorlog, en als dan moeten maaken een verdeeling na het apparent inkoomen van elk Quartier, in die verdeeling daar op lettende, dat geen particuliere posten werden gefplitst, maar geheele posten op het een en ander Quartier gefteld, en als dan voorts met den anderen moeten liquideeren, met dat effeét, dat na maate van het geen by het een of ander Quartier zal overfchieten, de volgende repartitie daar na zal moeten werden gefchikt. X I. De Gecommiteerdc Raaden zullen als van ouds haare Depêches uitgeeven, te vveeten, die in den Hage renderende op de navolgende Titule, de Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en PFestvriesland, en die in het Noorder Quartier refideeren, de Gecommitteerde Raaden in JVestvrieslanden het Noor der Quartier; uitgefondert de Depêches en Beveelen van den Volke van Oorlog , die zy uitgeeven zullen op de naam van de Heeren Staaten ter relatie van de Gecommitteerde Raaden. X I I. De Edelen en Gedeputeerden van de Steeden van Holland en Westvriesland iets te proponeeren of te verfoeken hebbende, zullen altyd hebben vry acces in het voorfz. Collegie, omme haare last te openen en verfoek te doen, en zal daar op ten fpoedigsten moeten worden gerefolveert. XIII. De voorfz. Gecommitteerde Raaden zullen VIII Deel. I moeten houden goede correspondentie met déii Heere Erfftadhöuder in der tyd, of met die geene die volgens onfe Refolutie van den ló November 174.7 defelve plaats zal bekleeden, en voorts met alle Quartieren en Steoden van defen Lande. XIV. Zullen fpecialyk daar op letten, dat des ge* meene Lands Geregtighcden, Vryheden, Privilegiën , Costumen, Traétaaten en Contraéten, en in het byfonder, dat de Souverainiteit van de Staaten en haare jegenswoordige Regeeringsforme, en zulks meede in het particulier onfe Refolutie van den id November 1747 °P het Erfftadhöuder-, Capitein- en Admiraalfchap Generaal genoomen, in alle haare deelen geconferveert en bewaard werden; en wanneer haar/iets zoude moogen voorkoomen, dat daar tegens zoude werden getenteert of ondemoomen, direct, of indirect, zullen zy gehouden weefen aan ons, den Heere Erfftadhöuder in der tyd, of Vrouwe Gouvernante, alles in den zin cn ordre by voorgemelde Refolutie vastgefteld, daar van ten eerften kennisfe te geeven, en daar tegen, gelyk'meede teegens die geene, dewelke verders bevonden zullen worden iets voor te neemen, dat tot verraderye, muiteryefeditie, oproer, vervalfching van de Munt en mishandeling van 'sLands Vivres, Munitiën van Oorlog, en andere Goederen zoude mogen ftrekken, de behoorlyke ftraffe by preventie moeten deercteeren en doen executeeren, zonder dat zy nogtans dies aangaande of in eenigerhande wyfe iets zullen" moogen doen tot prejuditie van de Geregtigheeden van eenige Quartieren, Leeden of Steeden van deelen Lande, X V. En zullen voorts ten aanfien van de Collective Middelen zoodanige Judicatuure exerceeren, als aan haar zoo by het Generaal Placaat als by de particuliere Ordonnantiën en Refolutien op defelve Middelen is gedemandeert en aanbevoolen. XVI. Gelyk zy meede by Arrest kennisfe en Judicatuure zullen hebben van alle questien en gefchillen, tusfehen parthyen vallende ter oorfaake van den opheeve van alle inkomften, omflaagen en contributien, die by ons zyn geconfenteeit, of namaals geconfenteert zullen worden, zonder zig anders het fait van de ordinaris Juftitie, aan den Hoogen of Provinciaalen Raade, de Collegien ter Admiraliteit, en de Geregten van de Steeden, of andere Regteren competëerende, te onderwinden. XVII. De voorfz. Gecommitteerde Raaden zullen moeten beforgen, dat alle des gemeene Lands Penningen na behooren, en volgens de gefielde ordre en confenten opgebragt en verantwoord werden, en dat onfe Domeinen, Geestelyke, geconfisqueerde, en geannoteerde goederen ten meesten profyte en oorbaar geregeert en geadminiftreert werden. K XVHI.  Ordres, en Reglementen van Staat. 75 en Westvriesland werden verleent of gedepecheert, by wie dat het ook zy,ook niet by de Gecommitteerden van de Provinciaale Reekenkamer, dan alleen by haar Gecommitteerde Raaden, by die van de Univeifiteit, en van het Comptoir der Geestelyke goederen te Leyden, mitsgaders by de Hoven van Juftitie, voor zoo verre defelve gewoon zyn op de Cowptoiren van de Exploicfen Ordonnantiën te depechecren; en zullen dus in het byfonder moeten toefien, dat by de Reekenkamer de Ordonnantiën, anders gedepecheert, in de Reekeningen werden geroyeert. XXIX. Zullen niet pasfeeren eenige ordonnantiën van de geen, die in 'sLands zaaken hebben gereist en gebefoigneert, als na dat blykt dat de reifen en befoignes by fchriftelyke last en commisfie van ons, den Heer Erfftadhöuder of Vrouwe Gouvernante in der tyd, of Gecommiteerde Raaden voorfz. ten dienste van den Lande zyn gedaan, mitsgaders dat van der zeiver befoignes zy rapport gedaan; en zullen Gecommitteerde Raaden beforgen, dat geen Commisfien werden gegeeven in zaaken}-die buiten kosten van den Lande kunnen werden verrigt. .X. IC ^X» Alle ordonnantiën van betaalinge Zullen moeten worden geteekent, voor zoo verre het Zinder Quartier aangaat by drie, en ten aanfien van het Noorder Quartier by twee van de Gecommitteerde Raaden, en daar na gefonden in de Finantie, om aldaar op zyn respect, geregistreerd te werden met de Notule, ' Registrata folio tali, en dan ten laatften onderteekent by den Secretaris, dewelke geene ordonnantiën zal moogen teekenen, als die ter Finantie geregistreert zullen zyn; en zullen geene ordonnantiën ter Finantie moogen werden geregistreert, als die eerst by drie of j twee van de Gecommitteerde Raaden refpective in maniere bier boven gemeld zullen werden geteekent. XXXI. Zullen geene ordonnantiën moogen werden verleent van gekogte of gekeverde goederen, dan op fpeciücatie van de goederen, inhoudende de quantiteit en qualiteit met de prys van defelve, by den Verkooper geteekent, met bèkentenisfe van de geene die defelve ontfangen heeft, en daar voor comptabel zal weefen; en zullen aan de ordonnantiën in het generaal moeten werden geannexeert en daarby blyven de Declnratien of andere Documenten, waar op defelve geilaagen zullen zyn. XXXII. Zullen voorts wel letten, dat onfe Refolutien van den 6 Maart en 22 April 1751, op de betaalinge van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen, als meede van den 6 Maart op de betaalinge van den tvyeehonderdften Penning op de Ampten, ftriclelyk werden geobferveert; en daar van aan ons in conformité van defelve Refolutien jaarlyks moeten kennisfe geeven. XXXIII. Gelyk defelve zig in het byfonder meede zullen moeten reguleeren na onfe Refolutie van den 6 Maart 1751. op het ftuk der abandonnementen van de Landeryen, en doen obferveeren onfe Refolutie van den 22 April 175 t. omtrent de opgaaven der nieuwe Getimmerten, Uitterwaarden, Aanwasfen &c. genoomen. XXXIV. Zullen zig in het advifeeren op Oétroyen van vrydom of remisfie van Verponding of van andere Middelen moeten reguleeren na het Reglement van den 26 Augufty 1728. en Refolutie van 5 September 1750. En zullen geen remisfien van Verponding of andere lasten moogen verleenen; dog zullen om merkelyke reedenen met kennisle van zaaken moogen. verleenen furcheantie van executie tot onfe eerfte aanftaande Vergadering, en dat maar voor één reife gëduurende tot tien of twaalf dagen in defelve Vergadering, waar na de. Ontfangers gehouden zullen zyn met haare executie voort te vaaren, zonder op eenige verdere furcheantie agt te geeven, op poene als by Refolutie van den 26 Maait 1670. is gearrefteert. XXXV. De Gecommitteerde Raaden in het Zuider Quartier zullen volgens onderlinge fchikkinge moeten waarneemen de Vergadering van de Heeren Staaten Generaal, en vólgens onfe Refolutie van den 11 Maart 1751. helpen beforgen , dat aldaar geen gratuiteiten werden verleent , en dat de Reglementen op de Ambasfades en buitenlandfche Commisfien gearrefteert, zonder difpenfatie werden geobferveert, en voorts tegengegaan, dat iets tegens onfe Refolutien of het regt en hoogheid van ons werde gedaan; maar zuilen al het felve aan ons moeten renvoyeei en, om daar op na bevinding te Werden gediiponeert; gelyk meede zullen beforgen, dat ten opfigte van de posten, waai over de Raad van Staaten gehouden is te liquideeren , defelve volgens de gefielde ordres daar aan voldoe; en, om het felve na behooren te kunnen nagaan, dat op alle ordonnantiën , alvoorens die zullen moogen werden geteekent, geannoteert zal zyn, of defelve tot lasten van de Generaliteit zullen moogen werden gebragt, en daar van, booven de aanteekening in de andere Boeken, nog een ander Boek apart te doen houden. XXXVI. En zullen Gecommitteerde Raaden volgens onfe Refolutie van den 3 Maart 1751. geen overbetaalinge moogen doen, het zy ten refpeéle van de Unie omtrent de posten van den Staat van Oorlog, of op verfoek van den Raad van Staate, of op eenige Petitiën, fchoon dat het zoude gefchieden onder voorgeeven dat het felve wederom zoude kunnen werden geremplaceert en elders gevonden, als na dat daar op alvoorens het goedvinden van ons zal zyn verftaan, en voorts daar op moeten letten , dat de furnjsfementen op de Petitiën in K 2 ge-  Ordres, cn Reglementen van Staat. 77 t&n VèVéfeélt, zulks M de portie van de ab* fente aan de prefente zal accresléerén. Waarenbooven defelve nog voor Emolumenten zullen genieten jaarlyks voor Konynegeld, Flambouwgcld, Almaiwkkegeld en Legpenning finnen ƒ 183-0-0, cn by het lecdigen van de Muntbusfe, in de jaaren wanneer zulks noodig zal worden bevonden, voor alle de Leeden ƒ 1483-10-0, booven en behalven een Kusfen, by het neemen van fesfie gegeeven wordende, en de genictinge van de noodige fchryf behoeftens. En zullen de Gecommitteerde Raaden in het Nóorder Quartier meede als van ouds genieten voor Traclcment ƒ 730-0-0, voor Meyen Novcmbergcld ƒ 3 51 -12-0, en reifende twee Guldens daags voor vacatie en vjy transport en defroyement ten laste van den Lande, gelyk meede nog ieder Gecommitteerde, uitgefondert die van Hoorn/9-0-0'smaands voor Reis- en Transportgeld, in cas van extraordiris befchryving ƒ 5-0-0 zullen genieten, cn Vöorts een Preientiegeld van f 14.-0 o voor ieder fesfie onder de Prefenten te verdeeien, zoodanig dat de portie van de abfente aan de prefente zal accresfeeren. Waarenbooven defelve voor Emolumenten nog zullen genieten voor Nieuwejaars gifte, Prefentkaafen, Bokkinggeld en voor Brieveporten ƒ 418-19-0. Gelyk meede de Gecommitteerde van Alkmaar nog zal genieten eenjaargeld van ƒ456-7 o, van Hoorn ƒ413 • 0-0, van Enkhuifen ƒ410-7-0, van Edam ƒ 382-10-0, van Monnikendam ƒ 382-10-0, van Medenblik ƒ 368-4-0, van Purmerende ƒ 382-10-0, boven en behalven een kusfen, by het neemen van fesfie gegeeven werdende, en de genietinge van de noodige fchryf behoeftens. En zullen de Gecommitteerde Raaden zig zeiven verder geene Tractementen of Emolumenten moogen toeleggen. Gelyk deièlve ook geene albereids geconüitueerde Tracfementen , Emolumenten , Weddens of Douceurs zullen moogen verhoogen, veel min eenige nieuwe, van wat aard of natuur defelve zouden moogen zyn, conftitueeren, zonder dat defelve alvoorens by ons ingewilligt en daar toe de vereischte Refolutien genoomen zullen zyn;. Waar onder nogtans niet zullen weefen be- gröep^en de bètöoningeh, die aan OpfienJ-rs, Gaarders of Colléteurs eh verdere BediendenS van de Colleclive Middelen gegeeven moeten werden, mits egter daar in bctragtendc alle mogelyke menage. X L V I. Zullen geen Giften of Gaaven moogen neemen of ontfangen, direct of indirect, by de befchreeve Regten ccnigfins verboden. X L V I I. De voorfchreeve Gecommitteerde Raaden zullen belooven en zweeren, de Staaten van Holland en Westvriesland gehouw cn getrouw te zyn, en dat zy hen zullen reguleeren na deefe Inftruche, cn in alle zaaken ten meesten dienste van den Lande helpen advifeeren en refolveeren, zonder aan te zien eenige Quartieren of Steeden, hen zelve, of iemand anders van haar Vrienden, Maagen of anders , in het geen de gemeene zaaken hinder* lyk zoude moogen weefen, maar alleen voor oogen zullen hebben het gemeene best en welvanren van den Lande; en dat zyniet ontdekken zullen de communicatien, deliberatien of Refolutien in het voorfz. Collegie of in de Vergadering van de Staaten vallende, die fecreet behooren gehouden te worden: nogte gëduurende haaren dienst iemand anders als de Staaten van Holland en Westvriesland ten dienste zullen ftaan, of van iemand eenige Penfioenen, Giften, Prefenten, by de befchreeve Regten verbooden, direélelyk of indireCtelyk ontfangen; dat zy meede, directelyk of inclirectelyk, geen part of deel zuilen hebben in de koop of verkoop van eenige waaven, meteriaalen of andere zaaken voor of by het Land respeótive te doen, nogte in eenige Acten of Ordonnantiën tot laste van den Lande fbreekende; en voorts alles te doen, dat een gosd en getrouw Gecommitteerde Raad van de Staaten voorfchreeve fchuldig is te doen. X L V I 11. En referveeren de Staaten aan haar de interpretatie van alle duisterheeden en twyffelagtigheeden, die uit deefe Inftrucxic zouden moogen reifen, en ook de ampliatie, vermeerdering of verandering van dien, zoo als ten meeaten dienst van den Lande zullen bevinden te behooren. Gearrcsteert den 28 Augustus 1751. 9« Inflruclie voor den Secretaris van de Gecom¬ mitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, in Westvriesland en het Noorder fMiartier, Den 28 Augujlus 1751. Art. I. I Xe Secretaris zal weefen een Perfoon ftaanJL# de ter goeder naam en faam, profesfie doende van de Gereformeerde Religie, gelyk defelve alhier te Lande in de publicque Ker¬ ken beleeden en geleerd word, hebbende ervaarentheid van 'sLands zaaken, en ten minsten in de Latynfche en Franfche Taaien geverfeert, en hebbende bereikt ten minsten den Ouderdom van vyf en twintig jaaren; en zal K 3 ge.  Ordres, en Reglementen van Staat. 79 en wat des meer mogte zyn, waar in defelve zullen zyn gelegt, zoodanig dat alles ten allen tyden promptclyk zal konnen werden gevonden en geëxliibeert. X V 1 I I. Zal exarnineeren de Maand - Staaten van de respeélive Ontfangers en van den Contraroïleur over de gemeene Lands Middelen geftelt, en in een Memorie vervatten de remarques zoo op de fonne der Maand-Staaten, als op de materie of inhoud, welke hem in het examineeren derzelve zullen voörkoomen, met zyne confideratien en advis op defelve, en die Memorie overgeeven aan Gecommitteerde Raaden, om daar op gerefolveert te worden. X I X. Zal byzondexlyk agt geeven op de zaaken van Finantie, met attentie en applicatie nafien de retroaéla, notabla voorvallen en geltelde ordres raakende het ftuk der Finantien, en daar van notitie houden, na het gewigt der zaaken, en zoodanig van dit dies zyn werk maaken, dat hy altyd in ftaat zy om aan de Gecommitteerde Raaden te fubminiftreeren de noodige retroaéla, en aan defelve opening te geeven van de conftitutie van de Finantie in het geheel of ten deele. X X. Zal beforgen, dat alle het gunt de Clercquen aanbevoolen zal worden te fchryven, werde gefchreeven met een goede en leesbaare hand, gefuivert van alle fchryffouten, zoo van ortographie als anderfins. XXI. Zal beforgen, dat de Clercquen op haar gefielde uuren ter Secretarye zullen maaken te zyn, en aldaar gëduurende den tyd daar toe gefteld, of nog te ftellen, blyven, zonder dat iemand buiten weeten van den Secretaris zig zal moogen abfenteeren, en zal in cas van contraventie aan Gecommitteerde Raaden zulks bekent maaken, om daar in te voorfien, en zal voorts letten, dat de Clercquen haar Inftruérie nakoomen en Eed van getrouwheid doen. XXII. Zal ordre ftellen, dat niemand dan de beëdigde Clercquen in de respeótive Comptoiren acces hebben, en dat dienvolgende de Deurwaarders, Booden, en alle andere Perfoonen daar buiten werden gehouden, en haar De* peches daar buiten afwagten. XXIII. Zal geen Requesten of Remonftrantien moo¬ gen voordraagen of leefen zonder goedvindeïl van Gecommitteerde Raaden, maar defelve op de Tafel voor de hand leggen, cn voorts Zig omtrent het waarneemen van het Collegie gedraagen , als tot hier tóe in gebruik is geweest. X X I V. Zal zig Wagten van hem te bemoeien met eenige follieitatien tot Ampten voor eenige Perfoonen, het zy van Policie of juftitie, aan Gecommitteerde Raaden, ten waare defelve hem in maagfehap tot in den vierden graad quamen te beftaan; dog in het werk van de Middelen by Colleéte, kundige en ervaare perfoonen moogen voordraagen* XXV. In gevalle hy Secretaris zyneil dienst mogt koomen te verhaten, zal volgens zyn Eed moeten fecreet houden alle kennisfe die hy van 'sLands zaaken gëduurende zyn dienst heeft bekoomen; en zal zig niet moogen be* geeven in dienst van eenige Princen, Republicquen of Collegien, zonder onfe expresfe bewilliginge. XXVI. Zal van niemand , die eenige zaaken by ds Staaten of Gecommitteerde Raaden, of Depêches uit. de Secretarye heeft te vorderen, het zy van Ampten of Commisfien, van be* taalingen, van Oétroyen, Remisfien, of vart wat natuure defelve ook mogten zyn, moogen neemen eenige giften of gefchenken, directelyk of indireételyk. X X V I L Zal alle Refolutien > Apoftillen, Oétroyeft en Commisfien, particulieren aangaande, om reedelyk falaris, by Gecommitteerde Raadert daar toe gefteld, moeten uitgeeven, zonder dat hy onder eenig pretext het zelve zal moogen excedeeren, nog gedoogen dat zulks doof de Clercquen gedaan word. XXVIII. De voorfchreeve Secretaris zal in handen van Gecommitteerde Raaden Eed doen op deefe Inftruétie, om fig daarnagetrouwelyk te gedraagen. XXIX. Zal voor Traélement jaarlyks genieten een Zommevan twee duifend Guldens, booven en behalven de vaste Emolumenten tot heeden toe genootenj als namentlyk* van honderd vyftien Guldens voor Bokkem-, en honderd vyftien Guldens voor Kaasgeld, en twee Guldens Prefentiegeld voor ieder fesfie; en zal zyn Brieveporten in reekening moogen brengen. io. Inflruclie voor de Gecommitteerden in de Ree- kenkaamer van Holland en Westvriesland* Deit 28 Augujly 1751, Alzoo tot de rigtige invorderinge en ver_ antwoordinge van 'sLands Penningen op den 22 April 1751 is goedgevonden te erigeeren een Provinciaale Reekenkamer, en daar toe eenige uit beide de Quartieren te committeeren, om op zeekere last en inftruétie te befoigneeren, zoo zyn daar toe befiooten de navolgende Aiticulen. Art* I*  Ordres, en Reglementen van Staat. 81 op in het byfonder zoo veel doenlyk zal letten, dat geen Reekeningen werden gediftnS bueert van de Ontfangers of Steeden, waar van de Leeden in die Kamer zyn geasfigneert, als meede dat geene twee jaaren na den anderen de Reekeningen van delëlve Rendancen door defelve Kamer opgenoomen worden. I X. En om den voorfchreeven Prajfideerendcn Heer daar toe in (laat te ftellen, zoo zullen ds Secrétarisfcn van de voorfchreeve Kamers een Register houden van de Reekeningen en Staaten, dewelke zullen weefen overgebragt, en het felve alle morgen aan hem moeten exhibeeren, om als dan daar uit de diftributie te kunnen doen; ten welken einde het volle Collegie alle morgen te zaamen zal vergaaderen, alvoorens de Gecommitteerden zig ieder in haar Kamer van den anderen zullen feparee ren; als wanneer ook zal worden rapport gedaan van de Reekeningen of Staaten, dewelke by de Gecommitteerden in ieder Kamer zullen opgenoomen zyn, en van de bedenkelykheeden daar in voorgekoomen, om als dan met de meeste Remmen te werden geconcludeert, en dien conform geëxecuteert; en zullen geene Refolutien by een competent getal van Leeden genoomen, in abfentie van defelve, indien die prefent kunnen zyn, veel minder by een klein getal moogen worden ingetrokken of verandert, maar zal het felve in prefentie ten minften van zeeven Leeden moeten gefchieden. X. De voorfchreeve Gecommitteerden zullen in het generaal wel toefien, dat de Ontfangers, Rentmeesters en verdere Comptablen haare Ordres en Jnftrucftien of Reglementen, zoo by ons als by onfe Gecommitteerde Raaden genoomen, ftiptelyk agtervolgen, en bevindende dat daar tegens werd gedaan, of dat op de eene of andere zaake eenige nadere voorfiening behoorde te gefchieden, zoo zullen zy het zelve aan ons of onfe Gecommitteerde Raaden moeten voordraagen. X ï. Ten welken einde aan het voorfchreeve Collegie zullen werden toegefonden alle Ordres, Reglementen, Inftruétien, en Refolutien op het ftuk van de Finantie en derfelver beheering, zoo by ons als by onfe Gecommitteerde Raaden genoomen (zoo verre die nog in obfervantie zyn) als die namaals genoomen zullen worden; en zal het voorfz. Collegie verders van onfe Gecommitteerde Raaden moogen verfoeken zoodanige Openinge, Vifie of Extracten, als zy noodig zullen nebben, ge lyk defelve meede ten allen tyde aan onfe Gecommitteerde Raaden, den Raadpenfionaris en derfelver Secretarisfen zullen moeten geeven zoodanige Openinge, Vifie en Extracten als defelve zullen requireeren, mits dat eenige Documenten werdende gerequireert, defelve aanftonds na het gebruik wederom zullen moeten werden gereftitueert. X I I. De Reekeningen of Staaten, dewelke by VIII. Deel. het voorfchreeve Collegie zullen opgenoomen moeten worden, zullen, op den tydby de Inftruétie n of byfondere Refolutien bepaalt en in alle gevallen daar geen tyd zoude moogen zyn bepaalt, binnen den tyd van zes maanden na de expiratie van ieder jaar, ten opfigte van het Zuider Quartier in maniere als tot heeden is gefchied, moeten werden overgefonden, uitgcfondert dat de Officieren en Èailliuwcn zullen moogen volftaan alle drie jaaren te reekenen. En ten aanfien van het Noorder Quartier, zullen de Reekeningen of Staaten binnen den hier vooren bepaalden tyd aan de Gecommitteerde Raaden in dat Quartier befoigneerende moeten werden overgefonden uitgefondert dat de Ontfangers van des gemeene Lands Middelen aldaar als van ouds alle twee jaaren zullen moogen reekenen, en binnen zes maanden na expiratie van defelve haare Reekeningen moeten overfenden ,• en zullen de voorfz. Gecommitteerde Raaden dezelve refpeétive Reekeningen gehouden zyn aanftonds aan de voorfz. Reekenkamer toe te fenden, aan wie defelve, na dat die opgenoomen, gehoord en geilooten zullen zyn, te rug zullen moeten werden gefonden, en zullen de Comptabien in het Noorder Quartier daar toe moeten houden, dat van haar adminiftratie drie eensluidende Reekeningen formeeren, om te dienen één voor de voorfz. Kamer* één voor Gecommitteerde Raaden aldaar , en één voor de Rendanten. X I i I, En om te beforgen, dat de Reekeningen en Staaten op de behoorlyke tyd kunnen werden opgenoomen en geilooten, en om voor te koomen, dat defelve niet geraaken in verloop, zoo zal door de Secretarisfen of een van defelye gehouden moeren werden een Lyst van alle die geenen, die aan defelve Kamer te verreekenen fchuldig zyn; en zullen de voorfchreeve Gecommitteerden de refpeétive Comptablen in het Zuider Quartier daar toe houden, dat zy op den tyd in het voorige Articul bepaalt haare Reekeningen of Staaten overfenden, en zullen die geenen, die daar omtrent in gebreeke zullen blyven, by befloote Misfive daar toe moeten infmueeren, en andermaal in gebreeke bly vende en wederom niet obedieerende, nog wettige excufe allegeerenda, ten genoege van het voorfchreeve Collegie, zullen als dan daar omtrent aan onfe Gecommitteerde Raaden in het Zuider Quartier moeten kennisfe geeven, om by defelve conform de requifitie van het voorfchreeve Collegie daar toeby Gyfelinge of anders te werden geconftringeert: en ten aanfien van het Noorder Quartier aan onfe Gecommitteerde Raaden aldaar moeten kennisfe geeven, zoo wanneer eenige Comptablen in gebreeke zullen zyn, om by defelve na infinuatie als vooren verder meede by Gyfelinge te werden geprocedeert. X I V. Eenige flooten van Reekeningen van afge treede of afgeftorve Rendanten nog ope.iftaande en ongefuivert vindende, zullen zyde Ren L dan-  Ordres, en Reglementen van Staat 83 waar óp de posten zullen worden gevalideeit op Ordonnantiën als booven geinunieert van Curateuren van de Ühiverfiteit en Burgemeesteren der Stad Leyden, of van het Capittel ten Hogelande op ordonnantie van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Leyden; als meede de Reekeningen van de Exploiéten van de beide Hoven, voor zoo verre de Hoven gewoon zyn op die Comptoiren ordonnantiën te depecheeren. En ingevalle zy Gecommitteerden zouden moogen bevinden, dat op Refolutien van onfe Gecommitteerde Raaden zal weefen gedeclareert of ordonnantie gedepecheert, die zy vermeenen dat tegens de Inftruétien, Ordres of Reglementen zoudenftryden, zoo zullen zy een conferentie daar toe moeten verfoeken aan onfe Gecommitteerde Raaden,, om het zelve te remonftreeren, zoo verre het Zuyder Quartier betreft, en ten opfigte van het Noorder Quartier aan defelve daar over moeten fchryven, of by occafie dat defelve in den Hage zullen weefen, met defelve daar over confereeren, om als dan na bevinding nader te werden gerefolveert. En zullen niet gedogen, dat eenige Comptable Perfoonen wederom in de volgende Reekeningen brengen, posten die in de voorige Reekeningen zyn geroyeert, zonder nader bewys of elucidatie dien aangaande over te leeveren; en zullen die geenen, die contrarie zullen onderneemen, moogen muléteeren, en defelve daar meede in haare Reekeningen belasten, zoo als zy na exigentie van zaaken zullen bevinden te behooren, gelyk ook Gecommitteerde Raaden over de geroyeerde posten niet zullen moogen difponeeren, zonder het Advis van defelve Kamer daar op alvoorens te hebben ingenoomen. X X. Zoo wanneer de voorfz. Gecommitteerden zullen goedvinden eenige Comptable Perfoonen te ontbieden, om met haar over hunne Reekeningen of adminiftratie te fpreeken, zuilen als dan defelve laaten infinueeren by befloote Misfive, en in gebreeke blyvende, ten tweedemaal doen fchryven, en wederom niet obe dieerende, nog wettig excus ten genoege van de voorfchreeve Kamer allegeerende, als dan defelve moogen muléteeren met een boete van fes guldens daags, en verder niet obedieerende, aan onfe Gecommitteerde Raaden daar van kennisfe moeten geeven, om door defelve by Gyfelinge of anders conform de requifitie daar toe te werden geconftringeert. XXI. De Reekeningen of Staaten by de refpeétive Departementen opgenoomen zynde, zal gedaan werden rapport van de Reekeningen of Staaten by defelve opgenoomen, en van de bedenkelykheeclen daar in voorgekoomen, in het volle. Collegie, invoegen als hier vooren Articul 9 is gemeld, en na genoomene Refolutie zullen defelve dien conform werden geëxpedieert, en door de Gecommitteerdens, dewelke over defelve Reekeningen hebben gebefoigneert, geteekent werden, als meede door dcn Secretaris defelve hebbende geasfifteert, Ter Ordonnantie van de -Gecommitteerden in de Reekenkamer van Bolland en Westvriesland. X XII. De voorfchreeve Gecommitteerden zullen geen Ordonnantiën moogen . liaan ten laste van den Lande; maar zullen de Reekeningen van behoeftens als anders, hoe genaamt, door twee Gecommitteerden gevifiteert en dooreen Secretaris geteekent, moeten zenden aan onfe Gecommitteerde Raaden, om daar op by defelve ordonnantiën gedepecheert te worden. X X 11 L Zullen aan zig zeiven, nog aan haar Secretarisfen, of Uediendens, geen Traélemcnten, Emolumenten of Salarisfen mogen toeleggen , meerder als by derzelver Inltruétien is bepaald. , XXIV. Zullen alle zaaken, dewelke fecreet moeten gehouden worden, aan niemand mogen openbaaren buiten de Gedeputeerdens van de Leeden van onfe Vergadering, daar toe last hebbende van de Heeren haare Principaaden, en in het by fonder ook niemand moogen geeven eenige openinge van den toeftan d van 'sLands Financie, van het beloop der Reekeningen, en wat verder daar toe betrekkinge heeft, uitgezondert het geen hier voor Articul 11 is geftatueert. XXV. Zullen zorge draagen, dat de Reekeningen, Chartres, en Papieren van de Rcekenkamer in goede ordre werden gehouden, en dat aan niemand eenig Acces of Copie, verder als by deefe Inftruétie is. gepermitteert, werde gegeeven, en aan die geene die daar toe geregtigt zullen zyn. X X V I. De voorfchreeve Gecommitteerden zullen geen Giften of Gaaven moogen.ontfangen, by de befchreevene Regten eenigfins verboden, directelyk nog indireételyk, van eenige Comptable Perfoonen of van iemand, die iets aan de voorfchreeve Kamer te verrigten heeft. XXVII. Voor alle welke diensten de voorfchreeve Gecommitteerden zullen genieten, te weeten de Edelen s'jaars ƒ 1700-0-0 en ƒ300-0- 0 voor Huishuur, en de Gecommitteerden uit de Steeden elk/1200 - o - o, en meede/300- o - o voor Huishuur, daar van hen alle drie maanden betaling zal werden gedaan op ordonnantie van onfe Gecommitteerde Raaden; en zullen daarenboven genieten voor Konyne-, Leg-, Flambeau- en Almanak Gelden / 283-0-0 jaarlyks, en voor het transport van haare meubilen by het fesfie neemen en vertrekken, elke reis vyftig Guldens, dewelke aan defelve op ordonnantie van Gecommitteerde Raaden zullen werden betaald, boven en behalven een Kusfen by het neemen van fes/ie gegeeven wor dende, en de genietinge van de noodige fchryf behoeften. L 1 XXVIII.  Ordres, en Reglementen van Staat. waar meede defelve Rendanten m extraordinaris ontfang zyn befivaart, om daar op te letten, dat defelve na behooren werden verantwoord, en zulks gefchied zynde, op defelve Lysten noteeren, in welke Reekeningen en op wat folio dezelve zyn verrekent, en beforgen dat een Lyste daar van aan de Heeren Gecommitteerde Raaden werde gefonden, geformeert, zoo als in de Inftruétie voor de Gecommitteerden van de Reekenkamer is geordonneert. X I. Zullen geene Reekeningen, Documenten, Extraden of Copien, als met kennisfe van de Heeren Gecommitteerden moogen uitgeeven , en. wel moeten zorge draagen, dat de Chartres, Reekeningen, en verdere Papieren van de voorfchreeve Kamer in goede ordre werden gehouden. X I ï. Zullen meede beforgen, dat alle de Inftructien, Ordres, Reglementen en Oétroyen, dewelke aan de voorfchreeve Reekenkaamer door ons of door onze Gecommitteerde Raaden zullen werden toegefonden, behoorlyken in goede ordre werden bewaard, en een bequaain Register daar van kunnen werden geformeert, ingebonden worden, en een goede Index daar op werd gemaakt. XIII. Zullen beforgen, dat al het geen de Clercquen zal worden aanbevoolen te fchryven, werde gefchreeven met een leesbaare hand, gefuivert van alle Schryffbuten, zoo van Ortographie als anders. XIV. Zullen beforgen, dat de Clercquen op haar geftelde uuren ter Secretarye zullen maaken te zyn, en aldaar gëduurende den tyd daar toe te Rellen blyven, zonder dat iemand buiten weeten van de Secretarisfen zig zal moogen abfenteeren; en zullen in cas van contraventie zulks aan Gecommitteerden bekent maaken, om daar in te voorflen; gelyk zy voorts ook zullen letten, dat de Clercquen haare Inftruétie nakoomen en den Eed daar op doen. XV. Zullen ordre ftellen, dat niemand dan de beëedigde Clercquen in de Secretarye acces hebben , en dat dienvolgende de Deurwaarders, Boodens en alle andere Perfoonen, daar buiten werden gehouden om haare Depêches af te wagten. XVI. Zullen moeten fecreet houden alle zaaken, dewelke uit de natuur van de zaak fecreet zullen moeten werden gehouden, en in het byfonder die geene dewelke de conftitutie van de Financie concerneeren, zonder die aan iemand buiten de Leeden van onfe Vergadering op fpeciale last van de Heeren derfelver Principaalen, onfe Gecommitteerde Raaden, den Raadpenfionaris, of derfelver Ministers te openbaaren. XVII. Ieder van de voorfchreeve twee Secretarisfen zal hebben een domefticq Ciercq, en daar voor genieten ƒ 300-0-ó, wel verftaande dat by defelve domefticque Clercquen tot ftstb van den Lande niet zal mogen Verden gedeclareert. XVIII. En aan de Clercquen die ten dienfte van de voorfchreeve Kamer zullen werden geëmployeert, zal werden toegevoegt ieder een Traéfeément van ƒ 1000-0-0, en verdere vaste Emolumenten, zoo als de Clercquen ter Secretarye van Holland genieten. Des zal aan de jegenwoordige Clercquen haar leeven gëduurende door Gecommitteerde Raaden een ordonnantie jaarlyks werden gedepecheert ter fomme als defelve jegenwoordig meer genieten. En zullen alle de voorfchreeve Clercquen weegens Expedkiegelcl, of uit wat hoofde het zy, niets verders mogen ontfangen, of genieten, en zullen zig voorts ftiptelyk moeten reguleeren na de Inftruétie, door Gecommitteerden van de Reekenkamer voor defelve te formeeren. XIX. Voor de voorfchreeve diensten, cn die geene dewelke namaals goedgevonden zouden mogen werden by ampliatie aan de Reekenkamcr te voegen, en zonder deswegens iets verders te zullen mogen pretendeeren, zullen de voorfchreeve Secretarisfen genieten een Traétement ieder van, ƒ3 000-0-0, boven de /^oo-o-a aan ieder voor een domefticq Ciercq toegelegt, en boven de vaste. Emolumenten, dewelke by deefen worden geaccordeert, als voor iLeggelden . . ƒ 81-0-0 "Konynegeld . . 120-0-0 Flambouwgeld . . 48-0 o Nieuwe jaaren . . 120-0-0 zonder ietwes verders weegens expedieeren, apoftilleeren der Reekeningen of Staaten, of uit wat hoofde het zelve zoude moogen zyn, te moogen genieten of ontfangen, directelyk of indireételyk, des dat aan de jegenwoordige Secretarisfen voor het gemis der Emolumenten voor het opneemen der Reekeningen tot nu toe genooten, ,haar leeven lang gëduurende, nog daarenbooven op ordonnantie van GecommitteerdeRaaden zal werden betaald f i 19 5 - 0-0, i en zulks aan ieder ƒ 1097 - o - o, a^s wanneer ; defelve zullen genieten conform haar opgaave, de vyf laatfte jaaren door den anderen geflaagen. X X. Zullen geen giften of gaaven moogen ontfangen , by de btfehreeve Regten eenigfins verboden, directelyk of indireételyk, van eenige Comptable Perfoonen, of iemand anders , die iets aan de voorfchreve Kamer te verrigten hebben. XXI. De voorfchreeve Secretarisfen by ons aan te ftellen, zullen in handen van den Praefideerenden Heer Eed doen op deefe inftruétie , om zig daar na getrouwelyk te gedraagen. Gearrefteert den 28 Augustus 1751. L 3 In-  Ordïes, en Reglementen van Staat. 87 Renversalen te zullen moogen geeven. De Ontfanger n0S zvne Commifen of Klerken zullen geen betaalinge moogen doen (uitgefondert van Renten, Obligatien en Interesten) óm op Ordonnantie van twee Heeren Gecommitteerde Raaden en van den Secretaris van de Gecommitteerde Raaden geteekent, zonder op eenige andere beveelen betaalinge te moogen doen. XIV. Zal ook niet moogen aannemen eenige Actcn van quytfcheldinge, alleenlyk onder de fignaturen van een van onfe twee Secretarisfen op eenige Requesten of anders gefteld, maar al zulke Aélens renvoyeeren aan de Finantie van Holland, om daar opgemaakt te worden behoorlyke Acte, geteekent als vooren, gelyk meede niet aanneemen zal eenige Aélens van Atterminatien of Surcheantien, ten zy blyke dat defelve ter Finantie behoorlyk zyn geregistreert, en by een van onlè twee Secretarisfen geteekent ter ordonnantie van de Staaten, die de atterminatie of furcheantie hebben verleent; uitgefondert dat hy zal moogen aanneemen, en gehouden zal zyn te respecteeren de Surcheantien, welke byabfentie van de Vergadering verleent werden door de Heeren Gecommitteerde Raaden tot den tienden a twaalfden dag van de naaste Vergadering. X V. Zal ook geen betaalinge doen op ordonnantiën , by dewelke niet zyn geattacheert alle de behoeften, waar van in den text van de Ordonnantiën of Aélen mogt zyn gementioneert, of daar toe de Ordonnantie of Aéien zouden moogen refereeren, («fat defelve daar annex zyn) op poene dat de Ordonnantiën of Aélen daar aan het geene voorfchreeve is gebreekt, niet in reekeninge zullen worden geleeden. XVI. Op de Ordonnantiën zal geteekend worden quitantie by den geenen daar op de Ordonnantie ftaat, of by iemand anders daar toe last en fpeciaale of generaale Procuratie van hem hebende, met expresfie van den dag en datum van de gedaane betaalinge, of zullen by gebrek van dien niet gevalideert worden. Welverftaande dat de Ordonnantiën van foldyen, en andere, welke zullen gedepecheert worden voor de Militie, zullen gevalideert worden op •quitantie van een der geadmitteerde Solliciteurs Militair, zoo als tot nog toe geufeert is: XVII. En byaldien de perfoon niet fchryven kan, zal hy met het ftellen van zyn Merk moogen volftaan, mits daj; een of meer andere Perfoonen van goede naam en faam, of een Notaris , met haar eigen hand ter zyde van het zelve Merk attesteeren, dat zoodanigen Merk is het regte Merk van alzulken perfoon, met naam en toenaam, of dat in hunluiden prefentie het zelve Merk by den voorfz. is gefteld. XVIII. De Ontfanger nog zyne Commifen zullen niet vermoogen eenige fchulden, aétien of pretenfien, ten laste van het Gemeene Land van Holland en West vriesland, of Ordonnantiën by de Gecommitteerde Raaden verleend te koomen te mangelen, te beleenen, of daar inne te participeeren, op de verbeurte der zelve, zonder ook dat zy by eenige Rabatten , Giften of anderfmts daar op iets zullen vermoogen te profiteeren, alles direételyk nog indireételyk in eeniger manieren, hoedanig of onder wat pretext het zelve zoude moogen weefen, maar betaalen het geene geordonneert is. X I X. De Ontfanger zal gehouden weefen te houden een journaal, verdeeld in twee deelen, en zal in het eene gefchreeven werden den ontfang van alle penningen tot zynen ontfang gehoorende, en in het andere alle den uitgaaf. X X. Zal daar en boven houden twee Registers, het eene dienende tot den Ontfang, het ander tot den Uitgaaf. Het Register van den Ontfang zal hy verdeelen in zoo veel Capittelen, als er piaatfen of perfoonen zyn, daar uit den zeiven Ontfang is ontllaande, Rellende in het hoofd van elk, wat ieder plaats of perfoon heeft te betaalen, en zal daar ouder aan dagelyks overdraagen den Ontfang, die op ieder fchuld werd gedaan, of ten minften t' einde van de week alles pcrtinencelyk overgedraagen moeten hebben. X X I. Het Register van den uitgaaf zal hy verdeelen in zoo veele natuuren van Capittelen als den uitgaaf zal beftaan, en als zyn Reekeninge ordinaris en extraordiaris is uitbrengende, met een Index of Tafel, om ieder natuure van betaalinge promptelyk te moogen vinden, en daar inne uit het Journaal de gedaane betaalinge dagelyks, of ten minsten t' einde van ieder weeke als vooren, overdraagen op elke natuure van zaaken, den uitgaaf by hem gedaan, omme daar uit zyne Reekeningen te formeeren. XXII. Uit de voorfchreeve Journaalen van ontfang en uitgaaf zal hy met expiratie van elke maand aan de Fleeren Gecommitteerde Raaden overleeveren maandlyken ftaat van den ontfang die maand gehad, en den uitgaaf daar tegens gedaan, na het Formulier door Gecommitteerde Raaden aan hem te geeven , ten einde geweeten mag werden wat gelden van tyd tot tyd ontfangen werden, en daagelyks in casfe koomen , welverftaande, dat by zoo verre de Ontfanger eenige beeter ordre op het houden van de Journaalen en Registers, dan by het jegenwoordige, ende voorgaande drie Articulen uitgedrukt ftaat, zoude weeten te beraamen ,en dat zulks by hem aan de Heeren Gecommitteerde Raaden aangeweefen zynde, defelve haar de voorfz. nader beraamde ordre wel mogten katen gevallen, dat het in zulken cas den Ontfanger vry zal liaan, dien aangaande te volgen en te obferveeren zoodanigen ordre en forme, als by fchriftelyke Refolutie van de ge-  Ordres, cn Reglementen van Staat. ftmctie, en als dan meede cn voorts jaarlyks Copie Authenticq van desfelfs Borgtógte. XXXV. De Ontfanger zal meede moeten ftellen fuffilan.ee Borgen ter fomme van dertig duifend guldens voor zyne adminiftratic tot contentement van de Staaten voornoemt. XXXVI. De Ontfanger voornoemt zal moeten verantwoorden voor alle zyne Commifen of Clercquen , des hy van defelve wederom zal moogen neemen zoodanige verfeekeringe daar meede hy zal weefen bewaard. XXXVII. En zal de Ontfanger, mitsgaders ook zyne Commifen of Clercquen, voor zoo veel haar aangaat, bclooven 'en fweeren alle de voorfchreeve poinéten neerftelyk en getrouwelyk te onderhouden, en dat zy voorts niet en zullen ontfangen eenige giften of gaaven, by dc befchreeven Regten eenigfms verboden, directelyk of indireételyk. XXXVIII. En zal hem op den Eed verboden weefen, iemand, wie die zoude moogen zyn, te recommandeeren , ope ttyk of bedektelyk, tot eenige Ampten van Financie, relatie hebbende tot het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, of tot de Provinciaale Reekenkamer. XXXI X. De Ontfanger Generaal zal genieten, en aan hem in zyn Reekening geieeden worden, drie düyferjd guldens 's^aars, te weeten twee duyfend guldens voor Tractement en duyfend guldens voor desfelfs Commifen of Clercquen, welke alle zullen moeten weefen ervaaren in materie van reekenen, en aan de Heeren Gecommitteerde Raaden aangenaam; en zal dé Ontfanger Generaal gehouden zyn daar voor zyn Ampt met het geen daar van dependeert volgens deefe Inftruétie naarftelyk en getrouwelyk waar te neemen. X L. De Ontfanger Generaal zal niet moogen participeeren, directelyk of indireételykaan het falaris of executie - kosten der Deurwaarders van zyn Comptoir, nog eenig voordeel daar uit trekken, en zal, zoo veel in hem is, zorg draagen dat de Deurwaarders van zyn Comptoir precifelyk nakoomen de Refolutie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 22 January 1682. op het ftuk van de invordering der Verpondingen genoomen, zoodanig nogtans, dat de termyneh daar in voorkoomende zullen moeten worden geobferveert, zoo als die by onfe Refolutien van den 2Ö Mey 1730. en 6 Maart 1751. zyn gereguleert. Van welke Refolutie vart den 22 January 1682. aan den Ontfanger Generaal een Copie neevens deefe Inftruétie zal werden ter hand gefteld. X L I. Zal zyn refidentie moeten houden te Hoorn; en niet moogen vernagten buiten defelve Stad zonder kennisfe van Gecommitteerde Raaden, zoo verre eert of meer Heeren te Hoorn prefent zullen zyn, veel min zig begeeven buiten de Provincie van Holland en Westvriesland, zonder fpeciaal confent van de voorfchreeve Heeren Gecommitteerde Raaden. Gearrefteert den 28 Augustus 17512 13'. Refolutie van de Staaten van Holland, wegens het overzenden van de [laaten van den veertig/ten Penning, en van het Trouwen en Begraaven. Den 28 Augustus 1751. ' r | ^e$ geleegentheid van het arrefteeren van I de Inftruélien voor de Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, en om derfelver befoignes zoo veel mogelyk zonder ondienst van den Lande te faciliteren. Is goedgevondenen verftaan, dat de Staaten van de veertiglte Penning en van het Trouwen en Begraaven voortaan, te beginnen met den jaare 1752, in plaats van alle . half jaaren zullen moeten worden overgefonden alle jaaren binnen twee maanden na expiratie van ieder jaar, te weeten, zoo veel" het Zuider Quartier aangaat, aan de Provinciaale Reekenkamer, en ten opOgte van het Noorder Quartier aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in dat Quartier, op de poene by haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6 Maait deefes jaars vastgeltelt, en dat vervolgens de Staaten welke anders zouden expireeren met primo Oétober, zullen moeten werden geconVIII. Deel. tinueert tot ultimo December aanftaande; met dien verftande, dat de respeétive Secretarisfen, dewelke Rendanten van Reekening van de voorfz. Middelen zyn, gehouden en verpligt zullen blyven óp de invordering van defelve by continuatie zoo prompt te vigileeren, als of defelve Staaten als nog alle half jaaren overgefonden moesten worden, en dat zy dus meede alle half jaaren de penningen by haar in kasfe zynde van de respeétive Comptoiren van des gemeene Lands Middelen, waar onder zy resforteeren, zullen moeten furneeren. En zal hier van Extract worden gefonden aan Gecommitteerden ter Auditie van des gemeene Lands Reekeningen in de respeétive Quartieren, mitsgaders aan de Secretarisfen den Ontfangst der voorfchreeve Middelen hebbende, om te ftrekken tot derzelver narigt en zig daar na te reguleeren. M Rt*  Ordres, cn Reglementen van Staat. I5« Refolutie van de Staaten Generaal, waar verftaan is dat de Heerlykheid Stein niet behoord onder het Roomfche Ryk, maar onder de Souverainiteit van den Hertog van Braband. Den 19 OCtober 1751. Ontfangen een Misfive van de eerst-Prasfideerende en andere Raaden van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den een en twintighften der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Relblutie van den tienden Augustus laatstleeden, derzelver advis op de Requeste van Drosfaard, Scheepenen en Regenten der vrye Baronnye Ellloo; verfoekende om geallegeerde reedenen, dat haar Hoogh Mogende haar Supplianten gelieven te authorifeeren, om tegens die van de Rycks Baronnye van Stein reprefalien te moogen gebruicken, of wel uit derzelver Souveraine maght, zulcke andere kraghtdaadige middelen van conürainte, het zy door het verleenen van de ftereke hand of anderfins in het werek te Rellen, als haaf Hoog Mogende tot maintien en confervatte van het Privilegie der Gulde Bulle zouden oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat aangefien haar Hoog Mogende van begrip zyn en fustineeren, dat de Heerlyckheid Stein niet en behoorde onder het Roomfche Ryck, maar in tegendeel onder de Souverainiteit van den Hertog van Braband, en dat mitsdien het Privilegie van de Gulde Bulle aldaar ten aanfien van de Ingefeetenen van de Baromiye van Ellloo geen plaats hebben kan, overfulcks in het verfoek gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, niet kan werden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen. 16. Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar by aan zyne Hoogheid, en gedurende deszelfs minderjarigheid aan haare Koninglyke Hoogheid, werd gedefereert de vernieuwing van de Wet der Stad V Hertogenbosch. Den 19 Novemb. 1751. De Heer Buteux, ter Vergaderinge prsefideerende, heeft aan haar Hoogh Mogende voorgedraagen, dat haar Hoog Mogende by haare Refolutien van den vyf en twintighften September festien honderd dertigh, tienden Maart festien honderd een en dertigh, veertienden September festien honderd twee en feeventigh, en twaalfden September feeventien honderd feeven en veertigh, aan wylen de Heeren Princen van Orange, hooghloffelycker gedaghtenisfe, abfolutelyk hadden gedefereert de vernieuwinge van de Wet der Stad 's Hertogenbosch, in conformiteyt van haare Privilegiën en het oude gebruyek, dat de hooghgemelde Heeren Princen van Orange, hooghloffelycker memorie, daar in tot haar overlyden toe hadden gecontinueert, en dewyl de jegenwoordige Heer Prince van Orange en Nasfau gefuccedeert was in alle de charges, hoogheeden, reghten, eeren en praeëminentien, die zyne Hoogheyds loffelycke Predecesfeurs hebben befeeten gehad, dat hy Heer Prasfideerende derhalven aan haar Hoogh Mogende in bedencken moest geeven, of haar Hoogh Mogende de vernieuwinghvan den Magiftraat der meergemelde Stad 'sHertogenbosch, als nu meede aan hooghgemelde zyne Hoogheid, en gëduurende desfelfs minderjaarigheyd aan haar Koninghlycke Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Douariere, in qualiteyt als Gouvernante en Vooghdesfe van meer hooghstgemelde zyne Hoogheyd, op den yoorigen voet en maniere, niet zouden gelieven te defereeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan meergemelde zyne Hoogheyd, en gëduurende desfelfs minderjaarigheyd aan haar Koninghlycke Hoogheyd, abfolutelyck zal werden gedefereert, gelyk aan defelve gedefereert werd mits deefen , de vernieuwinge van de Wet der gemelde Stad 's Hertogenbosch, in conformiteyt van haare Privilegiën, het oude gebruyek, en de fuccesfive Refolutien van haar Hoogh Mogende van tyd tot tyd daar op gevolght, zullende den Gouverneur, Hooghfchont en Magiftraat hier van kennisfe gegeeven werden, met last, ordre en begeerte, dat zy haar tegen Baafmisfe, en voortaan jaarlycks over de veranderinge van de voorfchreeve Wet directelyck aan zyne hooghgemelde Hoogheyd, en gëduurende desfelfs minderjaarigheyd aan haare Koninghlycke Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Douariere, in meer hooghgemelde haare qualiteyt, zullen hebben te addresfeeren, en desfelfs difpofitie, af te waghten, en hun daar na te reguleeren. M * Re- 91  Ordres, en Reglementen van Staat. klaarcn, dat zy de voorfchreeve Publicatie en affixie niet zouden laaten gefchieden, zonder praalabel confent van den Hooghproost-, bfyckende uyt het Helaas van gemelde Comptoirboode, gaande aghter de fchriftelycke Ordonnantie van gemelden Ontfanger Generaal, copielyck neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Hooghproost, mitsgaders Deecken en Capittel van St. Servaas zal worden aangefchreeven en gelast, zoo als gelast werd mits deefen, zoodanige voorfieninge te doen, dat de Publicatie en affixie van haar f loogh Mogende placaaten en Ordonnantiën in het voorfchreeve Dorp Mechelen , op den zeiven voet als in de andere Dor- P3 pen van voorichreeve Capittel werd gedaan, en van het geene door hun in deefen zal zyn gedaan, binnen ten tyd van veertien dagen na receptie van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie , aan haar Hoogh Mogende kennisfe te geeven. En is dien onverminderd goedgevonden en. verftaan, dat Copie van de voorfchreeve Misfive gelleld zal werden in handen van de Heeren Vlaardingcrwoud, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de drie Landen van Overmaaze, om met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, by haar E. zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by verftaan is, dat wdnneer een Boode jan de Genera■ liteit een bekomen Reyfe door een ander laat verrigten, hy in de gemeene Busfe der Boodens moet inbrengen, niet alleen de help van het geene door het Land voor een Reyfe word betaald, maar ook zelfs de helft der onkosten óp die Reyfe gevallen. Den ' 25 Mey 1753. Ts gehoord het Rapport van de Heeren van 1 Lynden tot Resfen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de faacken van de Griffie, hebbende , ingevolge .en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den aghtften Maart laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate en des Generaliteits Reeckenkamer, geëxamineerd de Requeste van Pieter Hols de Winckel, ordinaris Boode van de Generaliteit, houdende, dat de Suppliant op den zes en twintighften January laatstleeden van de Secretarye van Haare Koninglyke Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Gouvernante, op zyn beurt hadde gekreegen een Reis na de Provincie van Groningen, met ordre oin defelve met alle fpoed en precipitantie voort te zetten. Dat de Suppliant ter dier tyd zigh in een omfbmdighekl hadde bevonden om defelve reife niet in perfoon te komen doen, zulcks hy in zyne plaats derwaards hadde afgefonden den Asfiftent Bode Dirck Vermazen: dat den zelve Dirck Vermaazen de voorfchreeve reife volbragt hebbende en herwaards zynde geretourneert, hy fuppliant aan den zeiven weegens onkosten op die reife gevallen hadde betaald de fomme van honderd neegen en dertigh Guldens volgens SpecificqueReeckeningen door hem daar van overgegeeven, en daar booven als na gewoonte nogh moeten betaalen de helfte van het geene door den Lande voor eene reife na Groningen wierde gegeeven, ter fomme van aghttien Guldens, en zulcks te laamen een fomme van een honderd zeeven en vyftigh Guldens. Dat offchoon by haar Hoogh Mogende Refolutie van den aght en twintighften Augustus zestien honderd vyf en zestigh was gereguleert, dat in gevalle de Boodens de reife zelve niet konden doen, maar defelve door een van haare Confraters of Asfiftent Boodens lie- J ten verrighten, zy aan die geene die het voor ' huri waarneemen de halve reife zonden laaten genieten, en dat ook nader by Refolutie van , des Generaliteits Reeckenkamer van den zes en twintighften February zestien honderd zoeven en neegentigh was vastgefteld , dat zoodanige Gequalificeerde Perfoonen voor andere de reis doende, zouden moeten genieten en profiteeren het halve voordeel van dien, na aftreck van de geheele onkosten; des niet tegenftaande de andere Generaliteits Boodens hadden konnen goedvinden te fastineeren, dat niet alleen in derfelver Gemeene Busfe moest inkoomen de helfte van het geene door het Land voor eene reife betaald wierde, maar ook zelfs de helfte der onkosten op die reife gevallen. Dat indien de Suppliant zigh na de voorfchreeve fustenue van zyne Confraters zoude moeten gedraagen, by de voorfchreeve reife uit zyn privé Beurfe zoude moeten byleggen de fomme van neegen en zestigh Guldens tienftuivers, gemerekt de voorfchreeve reife voor hem in voegen als vooren gedaan, by des Generaliteits .Reeckenkamer'afgedaan zynde in het geheel met de fomme van een honderd vyff en zeeventigh Guldens, hy Suppliant in gevolge de fustenue in de Busfe zoude moeten inbrengen niet alleen de fomme van • aghtien Guldens, zynde de helfte vm het M 3 men-  Ordres, en Reglementen van Staat. pg 21, Refolutie van de Staaten Generaal, 'tegens het verkenen van Ordonnantiën tot betalinge van liefdega av en of gratificatiën door hunne Gecommitteerden * als Commisfarisfen Decifeurs naar Maftricht gaande. Den 14 December 1753. Ontfangen een Miffive van den Raad van Staaten, ge&hreeven alhier in den Hage dcn 12 deefer, fendende daar neevens Copie van een Memorie van gratificatiën op ordonnantie foo van de lïeeren Gedeputeerden van haar Hoog Mogende als van Gecommitteerden uit gemelden Raad van Staate, van jaar tot jaar betaald door den Ontfanger Generaal van de Beedcn in cie Landen van Overmaze, beginnende met den jaare 1716 en eindigende met dcn jaare 1751, welke Memorie door de Heeren, die de Commiffie na Maftricht van hunnent weegen in het laatftgemelde jaar hadden waargenoomen, aan hun was overgebragt. Waar uit haar Hoog Mogende meteen opflag van het oog fouden ontwaar Worden, hoe de voorfchreeve gratificatiën allengskens waaren vermeenigvuldigt, en het montant der felve daar door van eenige geringe tot eene merkelyke fomme voor ieder Commiffie was aangegroeit, het welk gemelde Raad van Staate bewoogen hadde, om vast te ftellen, dat voortaan geene ordonnantiën tot betaalinge van liefdegaaven of gratificatiën door hunne Gecommitteerden fouden worden verleent, maar dat defelve in de plaats van dien, voor de Commisfie na Maftricht in haare Declaratie fouden moogen brengen eene fomme van drie honderd guldens eens ,• waar van gemelde Hee- 22. Refolutie van de Staaten Generaal, om haare Kon. Hoogheid te verzoeken den Gouverneur yan Maastricht aan te fchryven, om, tot het doen der publicatie en affixie yan hun Hoog Mog. Placaaten in het Dorp Mechelen, de fterke hand met de Militie van den Staat te verleenen, &c. Den 14 January 1754. Ontfangen een Misfive van Mr. Cornelis Rofa van der Haar, Ontfanger der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, gefchreeven te Maastrigt den twaalfden deefer loopende maand, houdende advertentie van de zeer verregaande, en zelfs met dreygementen vermenghde refiftèntie der Ingezeetenen vari het Doip Mechelen, tegens de publicatie van haar Hoogh Mogende Placaaten, welcke niet alleen direetelyck impugneerde het hooge gefagh en fouveraine reght van haar Hoogh Mogende over defelve Heerlyckheid, als een der elf Bancken van het Capittel van St. Servaas, maar ook hem verhinderde om als nogh haar Hoogh Mogende Placaat van den aght en twintighften November laatstleeden, teegens het uyt voeren en verfmelten der Nederlandfche zilvere Standpenningen, mitsgaders het Com¬ mercie - Traótaat mét den Koningh der béyde Sicilien, binnen Mechelen voornoemt te doen publiceeren, breeder blyckende by het Relaas van den Comptoirboode G. Stevens, neevens de voorfz. Misfive gevoeght. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan \ dat Copie van de voorfchreeve Misfive en Bylaage gefteld zal worden in handen van haare Koninghlycke Hoog-* heyd, met verfoek, dat höogstdefefve tot maintien van haar Hoogh Mogende gefiagh en. mdifputabel reght van Souverainiteyt over de Heerlykheid Mechelen, als een der elf Bancken van het Capittel van St. Servaas, en tert eynde de publicatie en affixie van haar Hoogh Mogende Placaaten aldaar, gelyk in de andere Bancken, na behooren en met alle zeeckerheyd mooge worden gedaan, den Gouverneur der ren geene andere veraiitwoordinge fouden fchuldig zyn, als dat zy die fomme zouden brengen als uit gegeeven aan charitable uitreikingen gëduurende de Commisfie. Geevende gemelde Raad van Staatén aan haar Hoog Mog. wyders in bedenken, of niet zouden konnen goedvinden, met relatie tot de Heeren hunne Gedeputeerden een gelyke Refolutie te neemen. Waar op gedelibéreért zynde, is goedgc vonden en verftaan, mits deefeninsgelyks vast te ftellen, dat door de Heeren haar Hoog Mog. Gedeputeerden, die voortaan als Commisfarisfen Decifeurs na Maftricht zullen gaan, geene ordonnantiën tot betaalinge van liefdegaaven of gratificatiën zullen worden gedepêcheert, maar dat defelve daar voor in Declaratie zullen moogen brengen een lömme van honderd filvere Ducatons eens; waar van gemelde Heeren geene andere verantwoord) nge fchuldig zyn, als dat die fomme door haaf is uit gegeeven aan charitable uitreikingen, gëduurende de Commiffie., En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan den Raad van Staate, en de Generaliteits Reekenkaamer; i mitsgaders aan den Ontfanger Generaal der J Beeden in de drie Landen van Overmaze, ont 1 te ftrekken tot der zeiver narigtinge.  Ordres, en Reglementen van Staat. 97 24. Refolutie van de .Gecommitteerde Raaden, om voortaan geene eertitulen in Requesten, aan hun Edele Mog. te prefent eer en, te admitteer en. Den 24 July 1754. Ts, na voorgaande deliberatie, by eenpaariI ge advifen van alle de prefente Leeden, en om goede infigten, in navolginge van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 20 Maart i<557 , verftaan en gerefolvecrd, dat van nu voortaan alle Perfonagien of Perfoonen van hooge of laage qualiteit, Onderdanen van haar Edele Groot Mog., of andere particulieren, zonder onderfcheid, voor haar particulier iets hebbende aafi haar Édele Mog. te remonftreeren of te verzoeken, het zelve zullen hebben te doen by Requesten in termen van fupplicatie, en met demonftratie van behoorlyk refpect of onderdanigheyd, zonder dat de Supplianten of Vertoonders hun zelve in de voorfchreeve Requesten voor haare naamen zullen hebben te adfcribeeren eenige ecrtitalen, het zy van Jonkheer, Heere, Grave, Prince, of diergelyke; maar alleenlyk te ftellen haare bloote naamen, en agter defelve haare woonplaatfe, Heerlykheid, Ampt en Bediemhge, of andere alfulke wettige qualiteit, waar meede defelve kennelyk van anderen zullen konnen werden onderfcheiden. En werd de Secretaris in der tyd het Col-' legie van haar Edele Mog., waarnemende, by deefe wel expresfclyk belast en bevoolen geene Requesten, Remonftrantien of Vertogen, die hy zal weeten, contrarie het geen voorfchreeve is, te wezen ingefteldt, aan te nemen, of anderfins defelve by inadvertentie aangenoomen hebbende, zoo haast hy het abuis zal bemerken, aan haar Edele Mog. niet voor te dragen of verder voorteleefen, maar defelve wederom uit te geven om na de bovenftaande Refolutie van haar Edele Mog. gedresfeert te worden. En zal Extract, deefer worden gegeeven aan de Secretarisfen Boey en van der Straten, om te dienen tot derfelver narigt, en voorts worden gedrukt, mitsgaders uitgegeeven- aan de Heeren, althans gecommitteert, en in het vervolg gecommitteert zullende worden in haar Edele Mog. Collegie, mitsgaders de Procureurs voor haar Edele Mog. Collegie occupeereade, om te dienen tot derfelver narigt. 25. Refolutie van de Staaten Generaal, vuegens het afleggen van den Eed op het Placaat van den 10 De* cemb. i-7i$. door 4e Gedeputeerden in de Vergadering van hun Hoog Mog. Den 8 Novemb. 1754. Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat tot beeter en eenpaariger obfervantie van haar Hoogh. Mogende Refolutie van den tienden December zeeventien honderd vyftien, de Heeren Gedeputeerden in de Vergaderinge van haar Hoogh Mogende voortaan, alvoorens hunne fesfie te neemen, zullen afleggen den Eed op het Placaat van den tienden December feeventien honderd vyftien. 26. Refolutie van de Staaten Generaal, om de Nieu- wejaaren, volgens de hier na geinfereerde Lyste, uyttedeelen. Den 4 Decemh. 17 <±. Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat de Nieuwe - Jaaren zullen werden uitgedeelt, volgens ende in conformiteit van de Lyste hier na geinfereerd, ende dienvolgende daarop ordonnantie gedepecheerd werden. Lyst van de Nieuwe-Jaaren. Guldens. De Ordinaris Clercquen van de Griffie. . . . . . . ƒ 25-0-0 De Commisfaris Otto Koetfch. . 30-0-0 VIII Deel Guldens. De Deurwaarders van haar Hoogh Mogende vyf en twintigh Guldens, te faamen ƒ 50-0- Hendrikvan Goor, Deurwaarder van de Griffie, ƒ 18-0-0 Noch volgens haar Hoogh Mog. Refolutie van den vierden January festien honderd zeeven en zestig , voor het beforgen en ftellen van het Horologie in haar Hoogh N Mog.  Ordres, en Reglementen van Staat. 99 Guldens. Groote Kerck, volgens Refolutie van haar Hoog Mog. van den aghtienden December zestien honderd een cn zeventig 25-0-0 De Kosterinne Stuart van de Engelfehe Kerck, volgens Reftv lutie van haar Hoogh Mog. van den tweeden January zestienhonderd neegen en zeeventig. . 12-0-0 Jlaac Dier, Koster van de Franfche Kerck e, volgens Refolutie van haar Hoogh Mogende van den aghtienden December Zestien honderd een en zeeventigh. . . . . . 12-0-0 EvaSmits,Kosterinne van dePIoogduitfche Gereformeerde Kercke alhier in den Flage, volgens Refolutie van haar Hoogh Mog. van den zeevenden January zestien honderd neegenen zeeventigh. . . * . . . 12-0-0 Henderick Ponfen, Asfiftent-Boode, volgens haar Hoog Mog. Refolutie van den veertienden December zeeventien honderd vyftigh. . . . . . 25-0-0 Johan Wilhelmfen, Asilftent-Boode volgens haar Hoogh Mog. Refolutie van den twaalfden December zeeventien honderd zeeven en veertig 25-0- 0 Dirck Veraiaafen, Asfiftent-Boode, volgens haar Hoog Mog. Refolutie van den vierden November zeeventien honderdneegen en veertigh. . . . 25-0-0 27. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by ordres zyn gefteld, om de Regenten en Ingezeetenen van de Dorpen van Redemptie, en fpecialyk die van het Dorp Fallais, tegen de gedreygde executie door het Hof van Brusfel • met de fterke hand te adftfteeren, en tegen alle molest te befchermen, mitsgaders het recht van hun Hoog Mog. over de voorfz. Dorpen te maintineeren. Den 29 April 1755. Is gehoord het Rapport van de Heeren Bartens, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den twintighften der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van den Ontfanger Generaal der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, Air. Cornelis Rofa van den Haar, gefchreeven te Maastright den zeeventienden daar te vooren, houdende , dat het Flof van Brusfel op het eynde van het voorleeden jaar zeeventien honderd vier en vyftigh, goedgevonden hebbende, een generaale opfchryvinge te laaten doen van alle de Ingezeetenen van Oostenryeksch Braband, en daar onder meede te begrypen de Dorpen van Redemptie, ([aldaar gemeenlyck genaamt Terres Franches) onder anderen ook aan het Dorp Fallais, een van gemelde Dorpen van redemptie, omtrent tien uuren van Maastright .en vier uuren van Na men geleegen, een gedruckte Ordonnantie teil eynde voorfchreeve was toegeionden geworden , waar aan door de Regenten van dien eghter niet geobtempereert zynde, defelve inge^ volge van voorfchreeve Ordonnantie door het Flof van Brusfel voornoemt des weegens waaren gecondemneert geworden in een Arnende van N 2 hon- 1 • . _ Guldens* Jan Broeckman, Asfiftent-Boode, volgens haar Hoogh Mog. Refolutie vaiidenneegentienden December zeeventien honderd zeeven en veertigh. . . 25^0-0 De Contraroïleur Scriverius en de vier Kloppers van het Generaliteits klein zegel, volgens haaf Hoogh Mog. Refolutie van den zestienden December zeeventien honderd vier. . . i 25»ö - ó Frederick van der Linden, Parapheur van het Generaliteits klein Zegel, volgens haar Hoogh Mog. Refolutie van den een en dertigften December zeeventien honderd vyf en veertig. . 25-0-0 Henderik van der Burgh, voor het onderhouden van de Staale Zegelfchroeve, volgens haar Hoogh Mog. Refolutie van den drie en twintigften December zeeventien honderd vyf. 15-0-0 De Gefaamentlyke Boodens van de Generaliteit voor het oppasfen aan het Geftoelte van haar Hoogh Mogende in de Klooster Kerk, volgens haar Hoogh. Mog. Refolutie van den neegen en twintigften January zee^ ventien honderd vyf en twintig. 150 - o - o De Trompetters van het Corps Guardes du Corps van zyne Hoog- X. heid ^ volgens haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegenden December zeeventien / honderd vyftigh. . . . |o-o-ö  Ordres, en Reglementen van Staat. 101 fkiger wel eenigh gering furnisfement van penningen is gefchied, dan dat wanneer men zulcks tot eenige extraordinaris Petitiën, gelyk het object, van deefe opfchryvingh fchynt te zyn, heeft trachten te extendeeren, of de gemelde Dorpen met inquartiering van Militie te incommodeeren, haar Hoogh Mogende daar tegen de Jngezeetenen hebben befchermt, en haar recht zelfs gemaintineert met de fterke hand. Dat hy Heer van Haren vervolgens, geinfonneert van de gronden, waarop men in deefe zigh altoos heeft blyven fouteneeren, zulcks en daar het van de meeste vrught kan zyn, de vereyschte reprefentatien zal doen, ten eynde de voorfchreeve ordre van opfchryvinge, met relatie tot de boven meergemelde Dorpen van redemptie, als een notoire en verregaande nieuwigheid, ftrydende met haar Hoogh Mogende recht van Souverainiteyt, met de gevolgen van dien mooge worden ingetrocken, en de gedreyghde executie tegen die van Fallais buiten verdere pourfuite gefteld,- cn dat dien onvermindert haar Hoogh Mogende declareeren de voorfchreeve ordre van opfchryvingh ten opfichte van de Dorpen van redemptie te houden voor nul en van onwaarde, ten eynde deefe ondemeemingh nimmer jegens haar goed recht zoude kunnen worden geallegeert. En dat inmiddels, nog door feytelykheid, nog door verkeerde toegeeventheid der geïntimideerde In- en Opgefeetenen, het recht van haar Hoogh Mogende Superioriteyt over de Dorpen van redemptie en verdere resfort van Maastricht niet werde geimminueert. Is voorts goedgevonden en verftaan, dat Mr. C. van der Haar, Rentmeester Generaal der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, zal werden aangefchreeven en gelast, dat hy aan de Regenten van a1lc de Dorpen van redemptie zal aanfehryven, in naame en op fpeciaale ordre van haar Hoogh Mogende bevcclen, de Ordonnantie van Opfchryvingh, braldien haar van het Gouvernement van de Oostenrykfche Neederlanden moghte zyn toegezonden, niet te publiceeren, immers en in allen gevalle zoo al yetwes diergeiyeks moghte zyn gefchied, aan defelve niet te obediee^ ren, als werden Je de gemelde Ordonnantie verklaart ten opfichte van de Dorpen van redemptie voor nul en van onwaarde, op poene dat jeegens die geene, welcke zig in deefe niet precifelyk conform de jeegenswoordige interdictie koomen te reguleeren, geprocedeert zal werden als tegen weederhoorige aan de bevelen van de hooge Overheid, en dat, in gevalle zy met eenige reëele bedreygingen wierden geincommodeert, of met executien overvallen, zy daar van immediaat kennisfe zullen geeven aan den voornoemden Ontfanger Generaal van der Haer, welcke de bekoome informatie communiceeren zal aan den Generaal Aylva, Gouverneur van Maastricht, ten eynde de gemolefteerde Dorpen door den zei ven te werden geadfiYfeerr en gemaintineert. En dat ten dien eynde haare Koninghlyke Hoogheid zal worden verfoght, zoo als verfoght word mits deefen, om aan den voornoemden Generaal van Aylva, Gouverneur van Maastricht te ordonneeren, dat hy de voorfchreeve Regenten enlngezeetenen, op derfelver requifitie,in voegen voorfchreeve ingekoomen, met de ftereke hand adfifteeren, tegen alle executien en molest befchermen, en het reght van haar Hoogh Mogende over de Dorpen van redemptie, met de ftereke hand te fouteneeren en maintinceren. 28. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Mr. Cornelis Baart, beneyens zyne drie Kinderen, tot Brabanders zyn genaturalifeert. Den 22 September 1755. Ontfangen een Misfive van den Hooghfchout en Scheepenen der Hoofdftad s' Hertogenbofch gefchreeven aldaar den een twintighften deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den derden daar te vooren, derfelver beright en advis op de Requeste van Mr. Cornelis Baart, gebooren Burger en thans Commisfaris van de kleine banck van Justitie der Stad Haarlem, in huwelyk hebbende Bregitta Allarda Storm van 's Gravefande, Doghter van wylen Pieter Storm van s'Gravefmde, in zyn leeven Scheepen en Raad der gemelde Stad 's Hertogenbofch, mitsgaders Ontfanger van haar Hoogh Mogende Convoyen en Licenten te Eindhooven; verfoeckende om reedenen in de voor¬ fchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende uit derzelver Souveraine maght, den Suppliant gelieven te diipenfeeren van het difpofitif van het eerfte Articul Cap. 7 van de Costumen der gemelde Stad 's Hertogenbofch, ftatueerende „ dat niemand tot Poirter van 's Her„ togenbosch mag worden geadmitteert, ten „ zy hy twee jaaren te vooren zyne continu? „ eele vaste wooninge binnen delèlve Stad ge„ houden heeft " en vervolgens hem Suppliant te verklaaren admisfibel en capabel tot het voorfchreeve Poirterfchap, zonder dat hy vo.>r» af aldaar twee jaaren zyn permanent domiciliura zal behoeven te houden, en voorts aan den Suppliant zoo voor hem als zyne drie Kinderen te verleenen Brieven van Naturalifatie als gebooren Brabanders, N 3 Waar  Ordres, en Reglementen van Staat 103 een van zyn onuerhebbende Scheepsvolk mogte koomen te overlyden, of op eenige andere wyfe zyn dienst te verlaaten, terftond daar van kennisfe te geeven, en binnen den tyd van veertien dagen aan lïeeren Commislarisfen tot de groote Fortificatiën voor te liaan twee of drie Perfoonen, die hy in gemoede oordceld de bequaamfte te zyn tot de vacccrende post, ten einde daar uit een by haar Edeje Mog. werde aangebreid. cx I I. Wanneer de Jagten te Rotterdam havenen, zal de Schipper daar op altyd ftellen de behoorlyke Wagt, en zal de Man, de wagt hebbende , buiten kennisfe van den Schipper daar van niet mogen voor zyn tyd afgaan, op poene van drie dagen te wagt te ftaan, en zoo iemand van het Scheepsvolk, buiten weeten van den Schipper, zig in anderen dienst komt te begeeven, zal de Schipper defelve agt dagen de wagt mogen doen houden. XII. Zullen ook van nu voortaan op het voorfchreeve Jagt niet mogen werden aangefteld Matroofen beneeden de twintig of boven de zes en dertig jaaren oud, en die niet ten minften zes jaaren gevaaren hebben op de Binnenftroomen met een Smalfchip of diergelyk Vaartuig. X I V. Niemand van het Scheepsvolk zal vermogen Tabak.te rooken agter de Mast, op poene van twee dagen te wagt te ftaan. X V. Zoo dra het ]agt aan een Stad of Plaatfe ftil legt, zal het Scheepsvolk aanftonds haare Monteeringe moeten aantrekken, waar toe de Schipper het Scheepsvolk zal houden, onder poene als vooren. XVI. Wanneer eenig ongeval aan het Jagt gebeurd, zal de Schipper daar van aanftonds kennisfe geeven aan het Collegie van haar Edele Mog.; ook zal hy gehouden zyn, wanneer het Jagt of de Chaloup om te kalfateren op de Helling moet werden gebragt, daar toe alvoorens ordre te verfoeken van de Heeren Commislarisfen tot de groote Fortificatiën, en wanneer de reparatien, &c. zyn gedaan, daar van terftond aan gemelde Fleeren Commisfarisfen kennisfe geeven. XVII. De Schipper' zal gehouden zyn aan het Scheepsvolk goede en behoorlyke Kost te doen fchaffen, en het Scheepsvolk, vermeenende desweegens reeden van klagten te hebben, zal niet vermogen den Schipper qualyk te bejegenen of fchelden, maar door over haare klagten doen aan haar Edele Mogende, of aan der zeiver Heeren Commisfarisfen, om daar op gedisponeerd te werden na bevinding van zaaken. XVIII. De Schaffing voor de Officieren, Matroofen en andere Bedienden van het Jagt' van s'Lands weegen bekostigt en door de Schippers bezorgt moetende werden, zal voortaan niemand van het Scheepsvolk, uitgefonderd de Schipper, ILofineester, Trompetter en Kok mogen eeten op het Jagt met de Domefticquen van de Fleeren, welke het Jagt gebmiken, het zy in Commiffie of anders: op poene dat die geene, die aan dit Articul zal hebben gecontravenieerd, gefuspendeert zal werden voor den tyd van zes weeken, en zyn Tractement ten profyte van het Land ingehouden: en zal bovendien de Schipper voor de exacte nakoo* minge van dit Articul ook moeten verantwoorden , en in cas van groove nalaatigheid des/ weegens arbitralyk gecorrigeerd werden. Aldus gedaan en gearresteert in 's Gravenhage den 2 November 1755. Ter Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden. 30. Refolutie van de Staaten Generaal, omtrent het verzoeken van foulaasv in het draagen der Begraaffenis-kosten door de nagelaatene Weduwen of Kinderen van Ordinaris of Adfiftent-Boodens. Den 9 December 1755. /^Vntmngen een Misfive van den Raad van V_Jr Staate, gefchreeven alhier in den Flage den vyftien deefer loopende maand, houdende , dat als zy ontfangen hadden haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyf en twintighften November laatstleeden, waar by aan Anna Sophie Tackman, Weduwe van Jan Broeckman, in zyn leeven Asfiftent Boode van de Generaiiteyt, tot foulaas van de Begraaffeniskosten was toegeleght geworden een fomme van vyftigh guldens, en den Raad van Staate ver¬ foght , daar van ten behoeve van de Suppliant* de noodige ordonnantie te doen depecheeren, gemelde Raad van Staate tot het opmaacken van voorfchreeve ordonnantie de vereyschte ordre hadde gefteld; dat defelve Weduwe bereyds bevoorens aan den Raad! van Staate een gelyk verfoeck gedaan, en een favorable di fpofitie hadde bekoomen, en dus een dubbeld douceur geobtineert hadde, en dat een diergelyck geval in den jaare zeeventien honderd drie en vyftigh by het overlyden van den Adfiftent  Ordres, en Reglementen van Staat. 105 32. Refolutie van de Staaten Generaal, nopens het different tusfehen de Generaliteits Reekenkamer en de Comtnifen van de Finantie, over het op nee men van de Declaratien van Daggelden en verfchotten van Direcleurs en Ingenieurs in 's Lands dienst geva ceert hebbende. Den ao january 1757. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tót den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Finantie; hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van dcn vyf en'twintigften November des voorleeden jaars, nader geëxamineerd het gerapporteerde van welgemelde Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Finantie, tot nakoominge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den zestienden Augufty daar te vooren, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, en des GeneraliteytsReeckenkamer in conferentie geweest zynde over het different tusfehen de Generaliteyts Reeckenkamer en de Commifen van dè Finantie, nu ruym twee jaaren geleeden, ontftaan, over het opneemen van de Declaratien en Daghgelden en Verfchotten van Directeurs en Ingenieurs in 's Lands dienst gevaceert hebbende, en geëxamineerd en overleght hebbende, op wat wyfe. na billyckheid en met de meeste harmonie het voorfchreeve different finalyck zoude kunnen worden'getermineert,het voorfchreeve gerapporteerde meedebrengende, dat de Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate in de voorfz. conferentie verfoght i zynde te pneadvilèeren, hadden voorgedraagen, geen becter nog bequaamer temperament tot weghneemingh van het Voorfz. different te kunnen voorflaan, ais het geen reeds te vooren by haar was geaggreëert en gementioneert in het rapport van den drie en twintigften January des jaars zeeventien honderd vyf en vyftig; namentlyk, dat men voor het toekoomende zoude vastftellen,dat wanneer deDaghgelden geaccompagneert waaren met Verfchotten, en de laatstgemelde niet ftirmonteerden een modicque te fixeeren ibmme, by voorbeeld van vyf en twintigh guldens, de eene en andere zouden gefonden worden aan de Commifen van de Finantie, dogh die fomme furmonteerende, aan de Generaliteyts Reeckenkamer. Dat de Heeren Gecommitteerden uyt de Generaliteits Reeckenkamer de voorfz. voorflagh van den Raad hadden verworpen, zeggende dat die al voor den tweeden July zeeventien honderd vier en vyftigh door den Secretaris van Royen aan den Secretaris dat aart alle de Clercquen irt de refpeétive Comptoiren ter Griffie, de Kamerbewaarders , de Contraroïleur van de Boodens, en alle dè Ordinaire en Affiftent-Boodens zal worden gelast, zoo als aan defelve gelast word mits deefen, om zig, foo ras ergens brand ontftaat, ten fpoedigften op hunne refpeétive Comptoiren te laaten vinden. En zal de Contraroïleur van de Boodens, indien het Binnenhof door de Wagt of anderfints mogt worden afgeflooten, aanftonds aan ieder avenue van het zelve een Boode piaatfen, ten einde defelve den toegang moo"e beforgen zoo aan de Heeren Gedeputeerden van haar Hoog Mog, als aan de Officianten en anderen, welker prefentie op het Hof gerequireerd word. En dat laatftelyk de Raad van Staaten zal worden verfogt, zoo als defelve verfogt word mits deefen, om aan den Commisfaris Generaal van s'Lands Leegerfcheepen te ordonneeren, dat hy, wanneer op of omtrent het Flof brand ontftaan mogt, zal hebben te beforgen dat eenige Schuiten in de Vyver gebragt worden om daar van, in cas van nood, gebruik te konnen maaken. (Was geparapheert,) HEIDEN HOMPESCH, vt. * (Onder fiondf) Accordeert met het voorfz. Register. (Was geteekent f) H. FAGEL. P 2 , Re-  Ordres, en Reglementen van Staat. ^ 43» Refolutie van de Staaten Generaal, om op de yereifchte Plaat/bi van het Quartier van Kempeland Meyery van s' Hertogenbofch, daar deszelfs Limit aan den Luikfchen Bodem grenst, de noodige Paaien te doen planten, voorflen met het Waapen van den Staat &c. Den 6 July 1758. Is gehoord het Rapport van de Heeren Bartens, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de Militaire zaacken, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den derden deefer loopende maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van den Stadhouder van den Quartierfchout van Kempeland, Meyerye van 's Hertogenbosch, de Jongh, gefchreeven te Valkenswaard den eerRen deelër loopende maand, houdende, dat dien zeiven dagh een Corps Hanoverfche Troupes in de Luykfche Kempen ingerukt, en over het platte Land de Contributien hadde uytgefchreeven: dat de Ingefeetenen met haare goederen, met alle maght in de Dorpen van het voorfchreeve Quartier van Kempeland quamen vlughten, al het welcke groote vreefe en ontfteltenis by de voorfz. Ingefeetenen veroorfaakte, bedugt zynde, of die Piaatfen daar door t' eeniger tyd ongeluckig zouden konnen worden, terwyl het Luyckerland aan het voorfz. Quartier quam te grenfen, en geen zightbaare Paaien ofRaakens zynde, dickwils een overloop gedaan zoude kunnen werden, onder pretext, dat de Limiten niet kenbaar zouden zyn ,• dat hy Stadhouder gemeent hadde daar van kennis aan haar Hoogh Mogende te moeten geeven, dewyl verfcheyde Piaatfen in den Quartiere van Kempeland het digtfte aan het Luyckfche grenfen: dat het wenfehelyk zoude weefen, dat de fcheydinge van de Territoiren, zoodanig door het zetten van Paaien met de waapens van den Staat daar aan gellagen, wierden zightbaar gemaakt voor de Trotv pes, het welck in korten tyd geniackelyk zoude kunnen gedaan worden, wanneer daar toe yemand wierde gecommitteerd, en met de noodige ordres van haar Hoogh Mogende voorflen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den Stadhouder van den Quartierfchout van Kempeland,de Jongh, mits deefen zal werden gelast, dat hy met communicatie van den Raad en Rentmeester Generaal der Domeynen van Braband, de Schmelingh, hoe eer zoo beter, op de vereyschte Piaatfen van het Quartier van Kempeland, Meyerye van 's Hertogenbosch, daar desfelfs Limit aan denLuyckfchen Bodem grenst, de noodige Paaien zal doen planten, voorflen met het waapen van den Staat, en Inicriptic, Territoir van haar Hoogh Mogende, ter 011derfcheydingh van den Staaten Bodem van die van den Prins en Bisfchop van Luyck, of andere aanpaalende Territoiren, houdende precife aanteeckeningh der Piaatfen, waar eenige derfelve zullen hebben doen ftellen, daarvan een Lyste, neevens rapport van het gunt kraght deefes verright zal zyn, aan haar Hoogh Mogende doende toekoomen; met verdere last, omme 's Lands Ingefeetenen aldaar aan de Limiten gehuyst, op het ferieuste te Waarfchouwen, dat geene kryghs- of mondbehoeften van de Armeen of Equipage van Militairen, in wekken dienst defelve ook zouden mogen. Weefen geëngageert, onder de vlughtende goederen zullen bergen, als waar door aanleydingh gegeeven zoude kunnen werden, dat defelve vervolght en het Territoir van den Staat niet gemenageert zoude werden. 44. Refolutie van de Staaten Generaal, om te doen amoveeren en flegten een zeker gedeelte van den Ophovenfchen Dyk, op het Luykfche Territoir, door een groot getal Arbeydsluyden, geadfifleert met de fterke hand. Den 17 Augustus 1758. I s gehoord het Rapport van de Heeren Pieck I van Zoelen, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van het Overquartier van Gelderland; hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den zeevenden deefer loopende maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamimeerd twee Misfiven, een van den Momboir Joh. Fr. van den Broeck, als meede een van den Raadsheer van den Broeck, en van den Momboir, gefchreeven te Venlo den tweeden en vierden daar te vooren respeétive, houdende, in gevolge en ter1 voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutien van den tweeden Juny en vyf en twintighften July beide laatstleeden, derzelver beright en confideratien, met relatie tot het werek van de fleghtinge van den Ophovenfchen Dyck, waar omtrent bevonden hadden, dat niet ter bester trouwe wierd te werek gegaan, werdende tot de voorfz. fleghtinge als nogh geene preparatien gemaakt; zynde neevens de voorfchreeve tweede Misfive geP 3 voeght  Ordres, en Reglementen van Staat. 119 aangrenzende Dorpen aan- Luyckerland en Braband , konden werden gedraagen, maar Quartiersgewyfe over alle Dorpen van het Quartier van Kempeland behoorden te worden omgeflagen, ten waare haar Hoog Mogende oordeelden, dat defelve kosten by het gemeene Land moesten werden gedraagen; zullende zy desweegens haar Hoogh Mogende ordre te gemoet zien, ten wiens lasten zy die zouden repeteeren. Waar op gedelibereerd, en het verrighte ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Re¬ folutie van den zesden July faatstleeden, by boovengemelde Msfive breeder gemeld, geapprobcerd zynde, is goedgevonden en ver* Raan, dat de kosten ter dier zaacke gevallen, als geimpendeert ten oirbaar van het gantfche Quartier, Quartiersgewyfe gerepaititieert en voldaan zullen moogen worden. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad en Rentmeester Generaal der Domeynen van Braband, en den Quartierfchout van Kempeland, om te ftrecken tot derlèlver narightinge. 46, Refolutie van de Staaten Centraal, noopens het ftellen en reguleeren der Grenspaalen op hoogst derzelver Territoir in den Lande yan Daalhem, Overmaze. Den 25 September 1758. Is gehoord het Rapport van de HeerenPieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van den Lande van Overmaaze, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den vyfden deefer loopende maand, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , geëxamineerd een Misfive van den Lieutenant Drosfaard van Staats Daalhem, Laurens Ghyfen, gefchreeven te Maastright den dertighften der voorleede maand, houdende antwoord op haar Hoogh Mogende Refolutie van den zesden July laatstleeden, waar by haar Hoogh Mogende ten aanfien van het planten der Paaien op de Limiten tot onderfcheydinge van het Territoir van de Republicq van het grondgebied van andere Mogentheeden, hebben geordonneerd, precife aanteeckeningh te houden van de Piaatfen, waar diergelycke Grenspaalen , zoo op haare evengemelde als op voorige ordre waaren opgelleld, en van defelve Notitie of Lyste, beneevens een Rapport van het geene uyt kraghte van dien zoude weefen verright, aan haar Hoogh Mogende te laaten toekoomen: En verfoeckende by de voorfz. Misfive, dienende tot Rapport van zyn verrighte, en daar by zigh wyders refereerende tot de refpeétive Bylaagen en Memorien, zoo van de geplante Paaien, als van zyne nadere Confideratien, tot vermindering derfelye, dat haar Hoogh Mog. aan hem Lieutenant Drosfaard haare ordre gelieven te laaten toekoomen, omme die Advertentie-Paaien te reduceeren en reguleeren in diervoegen als breeder by de Misfive en de daar neevens gevoeghde Confideratien is gemeld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat haar Hoogh Mogende zigh in het generaal laatende welgevallen het gunt in deefen ter voldoeninge van haar bovengemelde ordres verright is, op hoogstderfelver Territoir in den Lande van Daalhem, Overmaaze, zullen worden geapprobeert ten fine voorfchreeve, het ftellen van de navolgende Grenspaalen, als namentlyk een te oost byhet inkoomen van de kant van Maastright; drie in Bombay, als een by Bombaye op den Bergh tegen Cherat, raayende in een reghte Linie op de Paaien, gefteld op de hooghte van Daalhem, en aan den Berg booven Fenneur; en nogh twee op de hooghte aan de Hegge by Bombaye, vifibel noord en zuydwaards; vervolgens te Trembleur, in plaats van twaalf, om reedenen in de additioneel e emarques der Confideratien gegeeven, vier als een boven de Favecamp na het crucifix van Bolan gaande ; een tweede tegen de hooge wegh na Herven, en hetLimburghfche by hec roodekruis; een derde Loven Montroufe, op de groote / wegh na Maastright door Bombay; een vierde daar de groote pasfage hope van Herve, Lt.yck, Barchem en Cherat na Vifet; wyders te Fenneur een aan den Bergh boven. Fenneur, raayende noordwaards, op die van Daalhem, en de bovengemelde eerfte te Bombay; als meede een te Daalhem op den Bergh by Daalhem, raayende als voorfz. is noordwaards op de eerfte te Bombay, en zuydvvestwaards op de laatstgemelde boven Fenneur; te Olne in plaatfe van zestien op yyff", de eerfte aan de Rivier de Vesdre by Frepont, de tweede tegen over de Barrière d Ayneux by het zoogenaamde Papierehuys, de derde in de wegh na Verviers, de vierde op het veld in de wegh na Soiron binnen de Limitpaal op Staaten grond, de vyfde op het Bosch van Olne, tot aan de Rivier de Vesdre, op de hooghte van de Limit-fteen op Staaten grond, met last, om, in gevalle ter voldoeninge aan haar Hoogh Mogende Refolutie van den veertienden Augufty laatstleeden, tot het herftellen der geamoveerde Paaien, binnen den Banck van Olne genoomen, niet reeds verright moght zyn, om in plaats van het qualyk verbeelde waapen, en abufive gefielde inferiptie op de voorfz. vyf Paaien, gelyk op alle andere gefchied is, gefchilderd zal werden het Generaliteyts Waapen met een Inferiptie in het Duytsch en Fransen, Territoir yan haar Hoogh  Ordres, en Reglementen van Staat. 121 ren Commislarisfen voor derfelver genoome moeitens en byfondere attentie in deefe geadhibeert bedankt zynde, is goedgevonden en Verftaan, eerftelyk, dat de Inftruétie op den m April 1724 by haar Edele Mog. gearresteert, om by tyde van Brand op het Hof, dooiden Brandmeester en anderen te werden geobferveert, zal werden nader geamplieert, gealtereert cn geëlucideert, omme in het generaal van applicatie te kunnen weefen, in maniere als volgt. Generaale Inflruclie op den Brand, op of omtrent het Hof, als meede voor den Brandmeefleren de Boodens van haar Edele Groot Mog., en alle de verdere Bediendens en Werkhaafen van haar Edele Mog., dewelke geëmpïoyeert zullen moeten werden in cas van nood hy de Brandfpuiten van haar Edele Groot Mogende. Art. T. In cas van Brand aan of omtrent het Hof, of waar ook defelve zoude moogen zyn ontftaan, zal de Brandmeefter gehouden zyn ten fpoedigUe alle de Leeden van haar Edele Mog. Vergadering , den Heere Raadpenfionaris, en de Secretarisfen van haar Edele Groot Mog, daar van te doen adverteeren, en fpecialyk hier van immediatelyk kennisfe doen geeven aan den eerften Heer van het Col- , legie van haar Edele Mog. in den Hage prelënt zynde, als meede aan den Heer Raadpenfionaris. I I. Ten dien einde worden de Bodens van haar Edele Groot Mog. gelast, zoo als defelve gelast worden by deefe, omme by de minfte teekenen van Brand, by 'het luiden van de Klokken, blafen van de Trompet , of roeren van de Trom by haar befpeurt, of waar van aan haar door de Nagtwakers of anderfmts waarfchouwinge is gedaan, haar te vervoegen voor de Deur van de Vergaderplaats van haar fidele Groot Mog., omme door den Brandmeefter te worden gefonden en geplaatst, in conformité van de aan hen gegeeven last. ML In cas onverhooptelyk de Brand aan of omtrent het Hof mogt weefen ontftaan, zullen alle de Leeden van haar Edele Mog. Vergadering, beneevens den Heer Raadpenfionaris en de Secretarisfen van haar Edele Groot Mogende, verpligt zyn na het bekoomen van deefe Advertentie , of wel hy het befpeuren van eenige teekenen van Brand aan of omtrent het Hof, haar zonder verfuim te laaten vinden in de ordinaris Vergaderkamer van de Gecommitteerde Raaden, ten einde aldaar te delibereeren over het geene in het SyTII. Deel. werk zal dienen te werden gefteld, en daar toe de noodige ordres te kunnen geeven. I V. Van gelyken zullen in het voorfz. cas de Ontfanger Generaal van Holland, de Advocaten Fiscaals der collective Middelen en Domeinen, de Commifen, Boekhouder en Clercquen van de Finantie , de Commis en Clercquen ten Comptoire van den Heere Raadpenfionaris, de Clercquen ter Secretarye van haar Edele Groot Mog., de Commis, Boekhouder en Clercquen van het Comptoir der collective Middelen, de Clercquen van het Comptoir Generaal van Holland, van de Graaffelykheids, Domeinen en van de Leenkamer, de Kaamerbewaarders van haar Edele Gr. Mog., de Drukker en desfelfs Knegts, verpligt zyn haar ten fpoedigften op haare refpeeftive Comptoiren te laaten vinden. V. Een der Boden zal gehouden zyn zig des avonds na het Hof te begeeven, en aldaar de Wagt gëduurende de gantfche Nagt te houden, in gevolge de Tourbeurten daar van te formeeren; aan wien voor elke Nagt extra betaald zal worden een Gulden, en zal defelve zyn verblyf hebben in.het ordinaris Vertrek der Bodens , waar in een Lantaarn geplaatst en gëduurende de Winter een Kaggel geftelt zal werden, welke Bode zig welfqrgvuldig zal hebben te wagten van aldaar Tabacq te rooken, of Wyn of fterke Drank by zig te hebben, op poene, dés ontdekt zynde, van f $0-0-0 te verbeuren ten behoeven van den Armen, en zal de voorfchreeve Bode in cas van ongemak ten fpoedigfte door den Brandmeefter werden gefonden aan den eerften Fleer van het Collegie van haar Edele Mog. in den Hage prefent zynde, als meede aan den Heer Raadpenfionaris. V I. De Brandmeefter zal de andere Bodens na maate dat zy opkoomen, meede zoo dra moogelyk fenden na de verdere Leeden van haar Edele Mog. en der zeiver Minifters, als meede aan den Pnefideerenden Heer van den Provinciale Ree kenkamer, of by desfelfs abfentie aan de daar aan volgenden Heer en aan de Secretarisfen van het zelve, collegie aan de Pnefidenten van de Hoven, als meede aan het Hof van haare Koninglyke Hoogheid, en aan ieder avenu van het Hof ten eerften eender Bodens piaatfen. V I I. De Bodens die aan de avenuen geplaatst zyn , zullen fpeciaal letten, dat niet alleen welgemelde Leeden van haar Edele Mog., maar ook dat de Leeden van de Provinciale Reekeotoer en van Q de  Ordres, cn Reglementen van Staat 123 der toeval belet mogten zyn om in perloon te koomen, derfelver Meefterknegts in hunne plaatfe zullen weefen voorflen: en zuilen aan de gemelde Baafen voor haare Knegts worden gegeeven Fifelle Linten twee Ellen lang, roode voor de geenen die tot de eerfte Brandfpuit, en blaauwe voor die tot de tweede Brandfpuit behooren, welke haare Knegts om den regter Arm zullen moeten winden, en altoos by haar zullen moeten draagen, cn zullen boovendien, zoo aan de Baafen als aan de Knegts, werden uitgedeelt Brandpenningen met het Waapen van Holland en Nummer van de Brandfpuit als vooren, welke Penningen defelve meede altoos by haar zullen moeten hebben. X V I. De Brandmeefter zal. met den Lieutenant Brandmeefter aan den Onder - Brandmeefter by der zeiver aankomst immediaat acces geeven tot de bergplaats van de Brandfpuiten van haar Edele Groot Mog., en zal de Brandmeefter zorge moeten draagen, de Sleutel van dien ten prompften altoos by de hand te hebben, daar toe defelve niet alleen by zig draagen, maar ook verförgen dat een gelyke Sleutel op een fecuure plaats in zyn wooning werde bewaart, ten einde die by zyn abfentie, in cas van nood, immediatelyk van daar kan worden gekreegen. X V I I. Om precies geinformeertte zyn van het aanweefen zoo der refpeétive Baafen als van haare Knegts, zullen defelve gehouden zyn hunne Naamen te doen aanfehryven door een der Kamerbewaarders van haar Edele Groot Mog., waar na een iegelyk Knegt tot belooning zal werden gegeeven/1-10-0, dog welke belooning niet zal werden gegeeven, als na dat, de Brand gedaan zynde, een iegelyk van haar zal werden gedimitteerrt, wanneer haare Naamen op nieuws door een der Kamerbewaarders van haar Edele Groot Mog. zullen werden opgeleefen, met uitdeelinge van de daar toe geftelde belooning door den gemelden Kamerbewaarder. XVIII. De Baafen zullen dienvolgens verpligt zyn om zoodanige Knegts te beforgen, die aan geen Brandfpuit van de Sociëteit geaffecfeert zynde, in cas van Brand by de Brandfpuiten van haar Edele Groot Mog. haar immediaat kunnen laaten vinden. XIX. Tot voorkooming van alle confufie, en ten einde zoo Baafen als Knegts precifelyk moogen zyn geinformeert, tot wat Brandfpuyt en tot wat werk by ieder Brandfpuit defelve zyn gedefigneert, is daar toe gearrefteert de hier na volgende Lyst. Lyft der Geaffèéleerdens gchoorende tot de Brand/puiten van de Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden alhier in den Hage, ftaande op het Binnenhof, en geteekent Nurn. 1 en 2. 'Lieutenant Brandmeefter Carel Gulden, Mr. Timmerman, tot Brandfpuit Num. 1. 1 Hendrik Blom, Onder-Brand¬ meefter. 2 Jeremias Blom, Trompvoerder. 3 Jan vander Velden, Asfiftent van den Trompvoerder. Harmanus Valkenburg, Mr. Timmerman, met zyn Knegts. Deagtien ^rfteGe- 4 Martyn Fabrie. fefZhooA 5 Cornelis vander Valk. ren tot dei 6 Ary van Kuyk. f uild'm \ 7 lm de Waal' umetzyn 8 Gerrit Bleffing. gevolgen. 9 Samuel Aadon. 10 Pieter van den Hemel. • 11 Jacobus Sas. 12 Daniël van Keerbergen. Jacobus Wapper om, Mr. Metfelaar, met zyn Knegts. 13 Toon Sardyn. / /14 Machiel Lavenje. ƒ 'S Jan Janfe. id Machiel Maas. 17 Jan Bierens. 118 Sebaftiaan Bruykers. ri9 Pieter Roofendaal. Weduwe wylen Jefyas Marda, Leydekfter en Lootgietfter, met haar Knegts. 20 Matthys Doom. 21 Willem Kruyferkers. Dé twaalf \ volgende Lverhardus Nieuwenhuifen, Geafec- Mr.Smit, met zyn Knegt r 53* Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Thomas van Schaak, oudfte Ciercq ter Provincialê Reekenkamer, is gegeven de titul van premier of eerfte Ciercq, en voorts aan hem en deszelfs Succesfeurs' geaccordeert een douceur voor het maken van den In-> dex op de Refolutien van het voorfz. Collegie. Den 28 April 1759. Ontfangen eene Misfive van de Heërert I Gecommitteerde Raaden en van de Hoeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer , gefchreeven alhier in den Hage derr ' 9 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinctement van den f5 Mey des voorieeden jaars, geëxamineert de Requeste van Thomas van Schaak, oudfte Ciercq ter Provinciale Reeken-' kamer, te kennen geevende, dat hy Suppliant zeedert January 1730 als Ciercq hebbende gefungeert ter Kamere van Auditie \ in gevolge van haar Edele Groot Mogende Refolu- Ven eerfte tot Scheepenen zouden werden Verkooren. Dat nu by haare Heeren Principaalen refideerde een bekommering, dat zy niet altoos gëduurende de minderjaarigheid van den Heer Erfftadhöuder in ftaat zouden zyn om aan de voorfchreeve Refolutien van haar Edele Groot Mogende te kunnen voldoen, en teftëns het regt, aan haar Stad by voorfchreeve Privilegiën vergunt, ongekrenkt conlërveercn: door dien het ligtelyk zoude kunnen gebeuren, dat de omftandigheeden van tyden en zaaken befwaarlyk toelieten, om de Vergadering van haar Edele Groot Mogende by den anderen te laaten blyven, op den tyd tot het maaken der Nominatie en doen der electie by de voorfz. Privilegiën gefixeert, of wel dat defelve tyd quam te vallen op dagen, wanneer 'er nimmer Vergadering word gehouden, en welk laatfte geval zig aanftonds zoude koomen op te doen by de aanftaande Magiftraatsbeftellinge; vermits den 29 April deefes jaars, zynde den dag tot het maaken der Nominatie beftemd, op een Zondag, en den 30 April , zynde den dag wanneer op het allerlaatst des avonds de electie gefchied moet zyn, op een Maandag komt in te vallen, op welke dag het buiten ufantie geraakt is Vergadering te houden, om aan de Leeden, die gewoon zyn weekelyks een keer na huis te doen, daar door geleegentheid te verfchaffen tot het doen van Rapport van het gepasfeerde in die laatfte week aan de Regeeringe van haare refpeétive Steeden. Dat de Heeren haare Principalen egter de voorfchreeve allegatie niet quamen te doen met een oogmerk, om zig geheel en al te onttrekken de ordres by de voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Refolutie vastgelleld, de- 1 welke zy in tegendeel bereid waaren punctueel na te koomen, mits aan haar alvoorens volkoomen gerustftellinge mogte werden gegee¬ ven, dat het meergemelde obftacul by haar Edele Groot Mogende zelfs zoude werden weggenomen. Waar toe dan haares bedunkens geen ander middel overbleef, als dat alle de Leeden van haar Edele Groot Mogende zig formeel quamen te engagceren, dat gëduurende de exercitie der Voogdye over den Heere Erfftadhouder, door haar Edele G root Mogende * hoogstdcrfelver Vergadering op den 29 of 30 April (op welken dag yan de week defelve tyd dan ook zoude moogen invallen) altoos by den anderen zoude zyn, ten einde als dan de Nominatie aan haar Edele Groot Mogende in de voorfchreeve qualiteit zoude kunnen werden toegefonden, en de electie op de behoorlyke tyd in conformité der voorfchreeve Privilegiën gefchieden. Verfoekende mitsdien, dat daar van ten fpoedigfte, immers voor de aanftaande Magiftraats-verandering in haar Stad, mogte werden gearrefteert de noodige Refolutie. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge* vonden en verftaan, dat wanneer de electie van Burgemeeftereri of Scheepenen van de Steeden, fesfie hebbende in haar Edele Groot 1 Mogende Vergadering, volgens de Privilegiën binnen zeekeren bepaalden tyd moet gefchieden, haar Edele Groot Mog. als dan, zonder onderfcheid wat dag het zoude mogen zyn, op zoodanigen tyd precifelyk zullen vergaderen , ten einde de electie te kunnen doen; en worden de Heeren Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, zig in dat geval bevindende, i verfogt, om telkens, wanneer dat geval ftaat j te exteeren, daar van tydig aan den Raadpenf lionarïs waarfchouwinge te doen, om te beforgen, dat de Vergadering van haar Edele Groot Mogende, niet by den anderen zynde, daar toe door de Heeren Gecommitteerde Raaden werde befchreeven. tie van den 28 Augustus 1751, met de erectie van de Provinciale Reekenkamer, in defeh ve qualiteit (zynde doen bereids de oudfte,) was en nog wierd geëmployeert: dat by defelve Refolutie zyne belooninge zynde gereguïcërt geworden op den voet zoo als hy bf de Kamer van Auditie was genietende, (zoo als hy ook zeedert had genooten:) hy ver-» trouwde dat zulks was gefchied in onderftelling dat zyn werk niet merkelyk zoude zyn befwaart geworden, dan dat hy daar van het teegendeel had ondervonden, niet alleen door het overbrengen van het werk van het Noorder QuaF R a ttefj  Ordres, en Reglementen van Staat. Maastright permitteerde, aan welcke ordres van gemelden Raad van Staate de zelve ViceHooghfchout op dcn twaalfden der zelve maand voldaan heeft, met verfoeck van te moogen weeten of het generaal Verbod van Collecte binnen Maastricht de Luickfche Loteryen oock raakte, waar op gemelde Raad van Staate een nadere Refolutie op den neegentienden February , waar van mentie gemaakt word in de Misfive van Cancelier en Raaden, genoomen heeft, waar by aan gemelden Vice - Plooghfchout gelast is de Publicatie van den veertienden Maart zeeventien honderd zeeven en dertigh, beneevens die nadere Refolutie, te doen publiceeren en affigeeren; in gevolge van welcke ordres die Publicatie en Refolutie heeft doen publiceeren en affigeeren. Dat de zaak in dier voegen zynde gepasfeert, baar Hoogh Mogende niet kunnen zien nogh avoueeren, dat de gemelde Raad van Staate, in het geene voorfchreeve is eenigermaaten de paaien van hunne authoriteyt zoude zyn te buiten gegaan, en gevolgelyk ook niet, dat de gemelde Vice - Hooghfchout zigh zoude hebben misgreepen met in cas fubject het gefagh te erkennen, en de ordres te obedieeren van een Raad, aan welcke 'sLands Finantien, waar toe de Loteiyen niet weinigh contribueeren, ipecialyck zyn gedemandeert. Dat het geene Cancelier en Raaden allegueeren, ddi de Magiftraat en de Burgers van Maastricht den Eed van getrouwheid aan heide de Princen, en niet aan den Raad van Staate doen, niets ter zaacke doed, raackende zulks alleen den gemeenenRaad der Stad, als indivis zynde, maar den gemelden ViceHooghfchout als om zoo te fpreekeen rlivis zynde geenfmts, terwyl alleen aan haar Hoogh Mog. en niet aan den Heere Prince van Luick den Eed heeft gedaan, en daarom ook geen ordres van hooghst defelve is afwagtende , veel min zigh behoeft te onderwerpen aan ordonnantiën van de Magiftraat, voornamentlyk zoo daar door de minfte indraght op het privative gefach van haar Hoogh Mogende gedaan wierd; zoo als daar toe tenonregtëgeallegueert word, *33 een Refolutie Magiftraal van den twintighften July zestien honderd zeevcn en dertigh, waar by zoude verboden zyn geene ordres van den Raad van Staate aftewaghten, of ter executie te ftellen, daar in de voornoemde Refolutie als questie zynde over het heffen van de Licenten alleenlyck gefeght word, dat zigh de Magiftraat daar over aan beide de Princen zoude addresfeeren. Dat veel min tot de zaacke doed het geen Cancelier en Raaden verder allegeeren, dat de Magiftraat willende eenige Loteryen ten dienste en profyte der Stad opreghten, zigh daar over aan heide genaadigeHeeren m Princen heeft geaddresfeert; dat zulcks wel waar is, om permisfie tot het opreghten van Loteryen te moogen hebben, dogh dat haar Hoogh Mogende het Octroy der Loteryen als een reght aan haar Hoogh Mogende privativelyck, ter exclufie van den Heere Prince van Luyck, toekomende, alleen hebben verleend, zoo als haar Floogh Mogende ook alleen het reght hebben om Placaaten enÖrdonnantien binnen Maastricht te doen publiceeren, zonder daar toe noodig te hebben een prasallabel confent van den Prince van Luyck zoo als zulcks meede ten onreghte geallegeert word, dat derhalven indien door het publiceeren van de Refolutie van den Raad van Staate aan de Souverainiteit zoude weefen te kort gedaan, haar Floogh Mogende, en niet den Prince van Luyck, daar over misnoegt zouden dienen te weefen. Dat haar Hoogh Mogende om deefe geallegeerde reedenen van meining zyn, het Verbod van Loteryen binnen Maastricht te collecteeren, te laaten berusten by het generaale Verbod van den Raad van Staate, en in den voorflap van Cancelier en Raaden, om diergelyk Verbod van hunne kant oock te doen, niet kunnen treeden, alfoo de Souverainiteit van den Prins van Luick genoeghfaam gemenageert is, m de Publicatie van den Raad van Staate, waar by de Luyckfche Loteryen te Maastricht gepermitteerd worden.. 55- Refolutie van de Staaten van Holland^ nopem het different tusfehen haare Koninglyke Hoogheid en de Regeer mg der Stad. Haarlem, over de aanfieU Ivng van Salomon yan Echten tot Burgemeefterder voorfz. Stad. Den 6 September 1759. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport, den 19 July laatstleeden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderlchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 8 February deefes jaars, geëxamineerd de Requeste van agttien Leeden, en zulks uitmaakende de meerderheid van de Vroedfchap der Stad Haarlem, op den 27 September 175& aan haar Edele Groot Mogende geprasftenteert, waar by defelve omftandig hebben voorgedraagen het geen by de laatst geformeerde Nominatie en daar op gevolgde electie of aanftelling van Burgemeefteren derfelve Stad was voorgevallen, en zig daar over particulierlyk beklaagt , dat Salomon van Echten door wylen haar Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenisfe, tot Burgemeefter was geëligeert of R 3 aan*  Ordres, en Reglementen van Staac. Inftru&ie, den zesden Juny zeeventien honderd twee gearrefteert, alleen gehouden is Reeckeningh te doen aan de Heeren Burgemeefteren van Middelburg; en dat boven dien gemelde Heer zeedert dat hy het voorfchreeve Ampt had befecten, niet eens, maar verfcheiden maaien ter Vergaderingh was toegelaaten, zonder dat ooit daar op eenige bedenckingh was gevallen,en dewyl eghter deHedrenGedeputeerden van de andere Provinciën aandee fe inftantien niet hebben gedefereert, heefÉ gemelde Heer Gedeputeerde de voorfchreeve Conclulie gecontradiceert, referveerende daaf tegen zoodaanige aanteeckeninge te doen > i\U de Heeren Staaten zyne Principaalen zullen vinden te behooren. 57» Refolutie van de Staaten Generaal, waar hy kmne vorige Refolutie van den 21 December 1757. Ün, aanzien van hunne Werkbaafen, tot het doen van asfftentie in geval van brand genomen, tot zeekere piaatfen in den Haag word gereftringeert. Den 26 October 1759. 1 Op het gemoveerde ter Vergaderinge gedaan , of het niet dienstig zoude weefen dat haar Hoog Mog. Refolutie van den 21 December 1757, genoomen op het geval van Brand alhier in den Hage, in zoo verre df.at by geordonneert is aan de Werkbaafen van haar Hoog Mog., met zeeker getal van Knegts, zonder eenige bepaaling van plaats > en dusgeneralyk in geval van Brand op te koomën, en zig aanftonds op het Binnenhof te begeeven tot het doen van ailiftentie, niet eenigfints nader gereftringeert en bepaald foude kunnen worden tot zoodanige piaatfen in den Haag, van waar eenig weefentlyk gevaar voor de Gebouwen van het Hof te vreefen is. Is goedgevonden en verftaan, dat de voornoemde Werkbaafen nader zullen worden gelast, zoo als gelast worden mits deefen, dat zy alleenlyk öpkoomen, en conform haar Hoog Mog. Refolutie van den 21 December 1757, zig met het bepaalde getal Knegts op het Binnenhof zullen moeten begeeven tot hulp en asfiftentie wannneer de Brand ontftaat by of omtrent het Hof, als namentlyk, öp de Cingel, het Buitenhof, de Plaats, de Kneuterdyk, het Voorhoudt, de Hooge Nieuwftraat, de lange en korte Vyverberg ^ het Toumooiveld, de groote Houtftraat, het Plein, de lange Poote, de Hofftraat, de Kapelsbrug, de Spuiftraat, Veeneftraat, Hoogftraat, het Halftraatje, het Gort- en Kettingftraatje, of in de booven gefpecificeerde omtrek; wordende haar Hoog Mog. boovengemelde Refolutie van den 21 December 1757 hier meede in zoo verre gereftringeert. (Was geparapheert,) A. È E R G S M A, VL (Onderfiondf) Accordeert met het voorfz. Register. (Was geteekent f) IL FAGEL 58* Refolutie van de Staaten van Holland, op de gedane uitfpraak van Arbiters op den 12 November 1759. omtrent het poincl van Dedommagement, ten behoeve van den Heer van Dalem gepretehdeert, wegens de fchaden door denzelven Heer aan de Dalemfche Dyken geleden, &c* Den 24 Noyem* ' her 1759. Ontfangen een Misfive van de Heerën 1 Bosfchaert en Gillis, Penfionarisfen der Steeden Dordrecht en Haarlem, gefchreeven alhier in den Hage den 13 deefer, daar by aan haar Edele Groot Mogende kennis geevende, op wat voet zy met de Heeren Brantfen en Heekeren tot Beurfe, als van weegens de Heeren Staaten van Gelderland ten zeiven einde gecommitteert, als göëiigeerde Arbiters ingevolge haar Edele Groot Mogende Refolutie van  Ordres, en Reglementen van Staat. Mogende langdurig te witten houden in zyne gemadige befcherming, en U Edele Groot Mogende Regeeringe op alle wyze te zeegenen ten beste van het lieve Vaderland, met de diepfte vencratie verblyven. Edele Groot Mogende Heeren! x (Onderjlond) U Edel Groot Mogende gansch dienstwillige en onderdaanige Dienaaren. (Geteekent,) laage den 13 C. BOSSCHAERt November e n 1759. P. A. GILLIS. In de zaake differentiaal tusfehen de Provincie van Gelderland ter eenre, en de Provincie van llolland en Westvrieslnnd ter andere zyde, onrilaan over het dedommagement by de Provincie van Gelderland voor en ten behoeve van den Heer van Dalem, van de Provincie van Holland en Westvriesland, te laaflïen ter fomme van neegen en twintig duifend drie honderd en zeeventig guldens, gepretendeert weegens de fchaadens, welke dezelve Heer'van Dalem zoude hebben geleeden, en de voorfieningen welke , die aan de Dalemfche Dyken thans genoodfaakt zoude zyn te doen, uithoofde van het gunt tusfehen de tweehoog- gemelde Provinciën, ingevolge het mutueele Verbaal door weederzydfe Gecommitteerdens op den 14 December en volgende dagen van den jaare 1757 gehouden, is geconvenieerten verdraagen: gefien en geëxamineert by ons ondergefchreeven geëligeerde Arbiters de weederzyds geformeerde Memorien met de Hukken daar toe relatif, mitsgaders de hinc inde geëxhibeerde fecreete Deduótien, voorts op alles gelet, waar op in deefen eenigfints te letten ftonde, doende uitfpraak uit kragt van de overgifte van weegens de Heeren Staateri van hooggemelde twee Provinciën aan ons gedaan, verftaan, dat de Provincie van Holland en Westvriesland gehouden is tot een generaal dedommagement voor alles dat in deefen is gevordert, aan de Provincie van Gelderland voor Of ten behoeve van den Heer van Dalem te geeven cn te betaalen een fomme van elf duifend caroli guldens, en dat daar meede voor als nu en voor het toekoomende kan volllaan, verklaarende de Provincie van Gelderland, voor zoo ver den eisch van fchadelooshouding voor en ten behoeve van den Heer van Dalem, of by gedeeltens of te iaamen verder of anders ten laste van de Provincie van Holland en Westvriesland, is gedaan, daar in niet te weefen ontfankelyk. Aldus gedaan en gearbitreert, mitsgaders daar van gemaakt twee .origineele Actens van uitfpraak,om een aan de Provincie van Gelderland , en een aan de Provincie van Holland geëxtradeert te werden. Geteekent in 'sGravenhage den 12 November 1759. W. R. BRANTSEN. C. BOSSCHAERT, J. A. v. HEECKEREN. P. A. GILLIS. 59' Refolutie van de Staaten van Holland, zve* gens het voorgenomen Huwelyk van Mevrouw de Princesfe Carolina met den Heere Prince van NasfauFFeilburg. Den 11 February 17 do. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van haar Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, gefchreeven alhier in den Haage op den 11 January 1759, en des daags daar aan ter Vergadering ingekoomen, houdende , dat gelyk haar Koninglyke Hoogheid in hoogstdesfelfs particulier niets teerderder aan het harte konde leggen dan de bevordering van het geluk en welweefen van desfelfs lieve Kinderen, en daar onder voor geen van de minfte zaaken te reekenen was, het wel beraamen van een Huwelyk, waar op men reede konde hebben den Zeegen van God Almagtig te verwagten, en haare Koninglyke Hoogheids Dogter de Princesfe Carolina tot dien ouderdom was gekomen, dat haar Koninglyke Hoogheids Moederlyke zorge vorderde, zig daar omtrent met ryp en bedaart overleg te bepaaVIII. Deel. len, ter geleegentheid dat de Heer Prins Carel van Nasfau-Weilburg, zig aan haare Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, al voor eenigen tyd hadde geaddresfeert, om hoogstdesfelfs Dogter van haar ten Huwelyk te verföeken, haare Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, alles dien aangaande hadde overwoogen, en byfondere reflexie gemaakt op de goede qualiteiten van weigemelden Heere Prince, die met haar Koninglyke Hoogheids Dogter, uit een en het zelve Huis gebooren, en voerende defelve naam, daar by zig aan de Princesfe Carolina zoo aangenaam hadde gemaakt , dat hoogstdefelve niet ongeneegen zoude weefen een wettig Huwelyk met weigemelden Heere Prince aan te gaan, indien het zelve door haare Koninglyke Hoogheid, cn door haar Edele Groot Mogende mogte geagS greëert  Ordres, en Reglementen van Staat. Waar op gedelibereerd, en in agting genoomen zynde, dat op de Memorie van de kleine Steeden (op welker voorfchryvens byte Edele Groot Mogende Brieven van venia cetatis zouden tvorden verleent) niet werd gevonden de Steede Muyden, is goedgevonden en verftaan, dat voortaan op de Brieven van voorfchryvens, by Burgemeefteren der Steede Muyden aan haare Inwoonders verleent, om 139 van haar Edele Groot Mogende venia cctatis te obtineeren, by haar Edele Groot Mogende reguard zal worden genoomen, en dat de voorfz. Lyst der kleine Steeden, die van hetfelve regt jouïsfeeren, daar meede zal worden geamplieert; en worden dicnvolgende aan den voorfz. Gysbert Stoel de voornoemde Brieven van venia cetatis by deefe door haar Edele Groot Mogende verleent. 61. Refolutie van de Gecommitteerde Raaden, in* houdende verfcheide ordres en difpolitien nopens de Turf van den Hof-brand &c* Den 19 November 17 do. By haar Edele Mogende gcfien zynde, dat de Lysten van de Turf van den Hof brand van jaar tot jaar koomen te accresfeeren, en dat met reedenen mag worden onderfteld daar van geen geringe oorikak te zyn, dat de ordres, hier op gefteld, niet na behooren werden nagekoomen, . en dat ook tot obfervantie van defelve eenige nadere precautien zouden kunnen werden vastgefteld,» is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, den TurfSchry ver of Boekhouden van de inleevering en uitleevering van den Hofbrand Pieter Dankaerts, mits deefe te gelasten, om zig voortaan na den inhoud van de Inftructien aan hem by het bekoomen van zyne Commisfie ter hand gefteld, precifelyk te gedraagen, en defelve in allen deelen te agtervolgen, zonder onder pretext van het een of ander voorig gebruik daar van af te gaan, of toe haten dat door anderen daaraan werde gecontravenieert; dathy ook particulier zal gehouden zyn, altoos by I de in- en uitleevering van de Turf tot den Plof brand prefent te zyn, en zelfs te verrigten al het geene aan hem by zyne voorfz. Inftrueftien is geinjun geert, en voor zoo verre hy door indifpolitie zig daar toe niet in ftaat zoude moogen bevinden, gelyk hy gedeclareert heeft uit dien hoofde zeedert drie a vier jaaren , zelfs niet prefent te zyn geweest, dat hy gehouden zal zyn in dien gevalle een ander getrouw en bequaam perfoon, haar Ed. Mog. aangenaam, ten zynen kosten gëduurende zyn indispofitie te fubftitueeren, de welke by zy- ; ne abfentie in desfelfs plaatfe zal fungeeren, dog alvoorens in handen van haar Edele Mog. . by eede zal moeten belooven, dat hy in de plaatfevvnn den voornoemden Pieter Dankaerts fungeerende, zal verrigten al het geene defelve Pieter Dankaerts prefent zynde, zoude moeten doen, en zig in dien opfigte getrouwelyk zal gedraagen na de Iirftrucf ien voor den Turf - Schryver of Boekhouder van de in- en uitleevering van den Hofbrand gearresteert, waar van aan hem een Copie alsdan zal worden ter hand gefteld. Dat wyders ook aan de twee Turf-Kruyers en Turf - Tonftcr, by haar Edele Mog. aangefteld, en welke op haare bekoome Commis- I fien den eed hebben afgelegd zal worden gej last, zoo als aan haar gelast woid by deefe, om zig precifelyk en getrouwelyk na den inhoud van haare beëedigde Commisfien te reguleeren , zonder insgelyks onder voorwending van eenig voorig gebruik, of onder wat pretext het zoude moogen weefen, daar van af te wyken, op pcene van daar teegens contravenieerende, na bevindinge van zaaken het zy met fuspenfie of casfatie te worden geftraft, en zal daar van door den voornoemden Dankaerts aan haar kennisfe moeten werden gegeeven , zoo als de voornoemde Pieter Dankaerts, of de geene die in het voorf/,. geval by des; felfs abfentie in zyn plaats zal fungeeren, zeer ernftelyk aan de drie Opdragers van de Turf, en de twee Mans en twee Vrouwen tot het vullen der Mandens in de Kelder en Schuur geëmployeert wordende, welke door gemelde Pieter Dankaerts worden benoemt, en zonder Commisfie van haar Edele Mog. en zonder beëediging fungeeren, zal moeten rnterdiceeren, van eenige Turf of Kluiten, het zy voor zig of voor anderen, aan den Lande te ontvreemden , en belpeurende dat het zelve gefchied, daar van aenftonds aan haar Edele Mog. kennisfe te geeven, ten einde de geene die zig daar in zoude moogen hebben vergreepen, na vereifch van zaaken te worden gecorrigeert en geftraft, zoo als insgelyks aan den Brandmeefter Schuilei word gelast, om het zelve te verrigten ten opfigte van de drie perfoonen byhem geëmployeert werdende om de Turf voor de Vergaderplaatfen, Vertrekken en respeétive Comptoiren van haar Edele Groot Mogende, en van haar Edele Mogende uit de Kelder of Schuur te haaien. En is wyders nog tot meerder precautie, goedgevonden en verftaan, dat voortaan geen Turf, Kluiten of Doovekoolen, uitgefondert alleen de Turf voor de Dienders van het Hof gedeftineert, zullen moogen werden gedraagen of vervoert van het Binnenhof, en gebragt buiten het zelve, maar dat zulks getenteert werdende, de Turf, Kluiten en Kooien, door de Wagt zullen worden aangehouden, als meede de perfoon of perfoonen die zulks zullen tragten te doen, tot dat zy zullen hebben opgeS 2 gee-  Stadhouders, Gouverneurs, Capitcins, &c. i^t 2. Refolutie van de Staten van Holland, tot het afleggen van den Eed door haare Koninglyke Hoogheid op de Commisfie yan wylen zyne Hoogheid. Den 22 O cl o her 1751. in agtmgn genoomen zynde, dat by Relolutie van den 16 November 1747, op het Erfftadhouderfchap genoomen, onder andere is verftaan, dat ingevalle de Charges van Stadhouder, Capitein- en Admiraal-Generaal, quaamen te devolveeren op de Mannelyke of Vrouwelyke Defcendenten van den overleeden ] Heere Erfftadhöuder nog minderjaarig zynde, defelve Charges, Digniteiten en Waardigheeden, gëduurende de voorfz. minderjaarigheid, door de Vrouwe Moeder als Voogdesfè van defelve minderjaarige, zoo defelve nog in leeven zoude zyn, en zulks zoo lang defelve gëduurende de voorfz. minderjaarigheid WeS 3 du^ zulcks zoo lange defelve gëduurende de voorfchreeve minderjaarigheid Weduwe zal zyn, en in de Vereenigde Nccderlandcn zal reiideeren, als Vooghdesfe, en onder den Titul van Gouvernante, alles op zoodanigen voet en wyfe , en met gelycke faculteit ten reguarde van het benoemen en voordraagen van een geëxperimenteert Hoofd voor de Militie in cas van Oorlogh, en by het uittrecken van de Trouppes van den Staat te Velde, en onder gelycke restrictien als daar by ten aanfien van de voorfchreeve Vrouwelyke Deicendenten van zyn Hoogheid, op welcke de voorfchreeve Charges, digniteiten en waardigheeden zouden moogen devolveeren, is vastgefteld; Is goedgevonden en verftaan, nademaal teegenwoordig het droevigh geval exteert, dat de voorfchreeve charges van Erf - Capitein en Admiraal Generaal gedevolveert zyn op den minderjaarigen Heere Willem, Prince van Orange en Nasfau; dat derhalven, in conformiteit van de voorfchreeve haar Hoogh Mogende Relolutie , haar Koninghlycke Hoogheid Mevrouwe de Princes/è Douariere zal werden verfoght, om in haare .voorfchreeve qualiteit van Gouvernante en Vooghdesfe van den Heere Prince Willem, Prince van Orange en Nasfau, Erf-Capitein en Admiraal Generaal der Vereenighde Neederianden, mitsgaders Erf - Stadhouder van Braband, Vlaanderen en verder District, van de Generaliteit, den Eed op de Commisfie van Capitein en Admiraal Generaal van de Unie, mitsgaders op het Formulier vervat in haar Hoogh Mogende Refolutie van den veertienden Maart zestien honderd zeeven en veertigh, by wylen zyn Hoogheid, hooghioffelycker memorie, op den vyftienden Mey zeeventien honderd zeeven en veertigh 1 gedaan, aan haar Hoogh Mogende af te leggen, j En werden voorts verfoght en gecommitteert de Fleeren Verfchoor, Bentinck, Raadpenfionaris Steyn, Buteux, van Utenhove tot Bottestein, van Aylva, van Palland, Gesfeler, met den Griffier Fagel, om deefen namiddag de kloeke zes uuren te gaan doen het officie van Condoleantie aan hooghgemelde haar Koninghlycke Hoogheid, over het droevigh affterven van wylen zyne Floogheid, Godzaliger Gedaghtenisfe, en om met eenen den voorgemelden Eed van meer hooghgemelde haar Koninghlycke Floogheid af te neemen; voorts hebben haar Hoogh Mogende gerefolveert, dat een officie zal werden gedaan aan Mevrouwe de Princesfe Douariere van Orange en Nasfau, Moeder van hooghstgedagte Heere Prince van Orange en Naslau, Godzaliger Gedaghtenisfe ,en dat hetbeklaaghlyck affterven van den Heere Prince Willem zal genotificeert worden aan alle de Heeren Ambasfadeurs en Minifters, zigh alhier ophoudende van weegens Uitheemfche Koningen, Princen en Potentaaten; ook is gerefolveert, dat van hetzelve affterven en het waarneemen cn beklecdcn van de voorfchreeve charges, gëduurende de voorfchreeve Minderjaarigheid, ook zal werden geadverteert aan de Ministers van deefen Staat buiten 's Lands refideerende, met last om daar van door hun respectivelyk, zulks en daar het behoord communicatie te werden gedaan, en zal- de gemelde Minifters, de Confuls uitge| föndert, werden aangefchreeven, dat zy zullen hebben aan te neemen den grooten Róuw, en diesweegens moogen declareeren volgens en in conformiteit van de ordres van het Land. pullende zoo veel dit point aangaat Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Staate en des Generaliteits Reeckenkamer, om te ftrecken tot derfelver narigtinge. Item zullen de Heeren Staaten van de respeétive Provinciën, mitsgaders de beide Heeren Veldmaarfchalken, de Gouverneurs en Commandeursin Braband, Vlaanderen, enalomme in de Frontierpiaatiën, als ook aan de Collegien ter Admiraliteit daar van yeder na hun geleegentheid worden geadverteert, om dienvolgende ordre te ftellen en hun daar na te reguleeren, dat hooghstgedaghte haare Ko.ninghlycke Hoogheid, als Gouvernante en Vooghdesfe van den minderjaarigen Heere Prince Willem van Orange en Naslau, in defelve digniteiten gerespecteert, en dat de Patenten en ordres, die defelve in tyden en wylen zal koomen te geeven, nagekoomen en gepareert mogen werden, zonder daar van te blyven in gebreeken. Zyn voorts ter Vergadering van haar Hoogh Mogende befcheidèri de Fleeren Raaden van Staate, om aan haar de bovenftaande Refolutie by lecture te communiceeren.  Stadhouders, Gouverneurs, Capitcins, &c. 143 4- Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan haare Koninglyke Hoogheid word gedefereert de begeving der Militaire Charges. Den 24 Novent* ber 1751. , £f~\p het geproponeerde van de Heeren van \ J de Ridderfchap en Edelen; Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat aan haar Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, als Voogdesfe van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Naslau, Erf-Capitein Generaal van deefe Provincie, zal werden gedefereert, zoo als gedefercerd word by deefe, de collatie en begeeving van alle de Charges over de Militie, ftaan¬ de ter repartitie van deefe Provincie, van Vendrig tot Collonels incluis, blyvende niet te min in zyn geheel het geene ten opfigte van de begeeving van Militaire Charges onder de Switzerfche en andere overgenoome Trouppei by gemaakte Traétaaten of Capitulatien aan andere is geaccordeert. En zal hier van by Misfive aan haare Kd* ninglyke Hoogheid kennisfe worden gegeeven* 5. Refolutie van de Staaten van Holland, inhoudende verfcheide fchikkingen nopens t geval, dat ' haare Koninglyke Hoogheid gëduurende de minderjarigheid van den Heer Prince Erfftadhöuder, of van de Princesfe Carolina mogte overlyden. Dek 10 February 1752. T\e Raadpenfionaris heeft ter Vergadering \J gerapporteerd, dat de Heeren by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den ad.Janu* ary laatstleeden gecommitteert, en by Refolutie van den 28 daar aan volgende nader verfogt, om van haar Koninglyke Hoogheid ter audiëntie werdende geinviteerd, te verneemen hoogst derfelver confideratien op de Propofitie van de Heeren van de Ridderfchap den 18 December laatstleeden ter vergadering van haar Edele Groot Mog. gedaan, concemee* rende de nadere voorfieninge vast te ftellen uit kragte van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 16 November 1747 op het Erfftadhöuder- , Capitein- en Admiraalfchap Generaal genoomen, voor het geval, dat God Almagtig van haar Koninglyke Hoogheid onverhoopt mogt disponeeren gëduurende de minderjaarigheid van zyne Hoogheid den Heere Erfftadhöuder of van haar Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina, op gisteren ter audiëntie in het Huis in het Bosfch zynde verfogt, daar na toe waren gereeden omtrent half zeeven uuren, en aldaar op defelve wyfe als op den 28 January waren gerecipieerd geworden; dat haar Koninglyke Hoogheid aan haar Heeren Gecommitteerden tot antwoord had gegeeven, dat hoogstdefelve haar Edele Groot Mog. Refolutie als meede de Propofitie van de Heeren van de Ridderfchap met alle attentie had geëxarnineert en overwoogen, en vervolgens verfogt , dat zy Heeren aan haar Edele Groot Mog. uit hoogst derfelver naam wilden rapporteeren. Dat Haar Koninglyke Hoogheid had bevonden , dat in de Propofitie van de Heeren van de Ridderfchap waaren voorgefteld de beste middelen , dewelke zouden konnen dienen tot bereiking van het oogmerk in de Refolutie van den 16 November vastgefteld, voor het welweefen van den Staat, en van hoogstderfelvef Vorftelyke Kinderen. Dat egter moest remarqueeren ten reguardd van de educatie, waar omtrent haar Edele Groot Mog. verfogten, dat Hoogstdefelve eenige perfoonen aan haar Edele Groot Mog. zoude willen voordraagen, het zelve was een zaak van het uiterfte gewigt, en ftrekkende tot het dubbeld oogmerk, voor het welzyn vart den Staat en hoogstderfelver Vorstelyke Kin-* deren, waar op hoogstdefelve mitsdien na rype deliberatie zoude moeten refolveeren, en om die reeden meende daar op niet te moeten werden gepresfeert; dat wel wilde aanneemen, zoo ras daar op zoude weefen gedeter3 mineert, eenige perfoonen aan haar Edele Groot Mog. voor te draagen, om by defelve te worden gecommitteert, verwagtende te gelyk in aanmerkinge van het vertrouwen, het geen haar Edele Groot Mog. in deefe betoonden in hoogstdefelve te ftellen, dat haar Edele Groot Mog. geen zwaarigheid zullen maaken, in gevalle dat onverhooptelyk God Almagtig, inmiddels en bevoorens dat hoogst defelve die Perfoonen aan haar Edele Groot Mog. zoude hebben voorgedraagen, van haar mogt koomen te disponeeren, te committeeren de perfoonen , dewelke by een befloote Acte door hoogst defelve gepasfeert en onderteekent, tot de edücatie fullen werden bevonden benoemt te weefen, op de alzoo benoemde perfoonen als dan zoodanige wel gemeriteerde reflexien zouden moogen vallen, waar uit zoude proflueeren, dat, ingevalle haar Koninglyke Hoogheid by het pasfeeren van de voorfchreeve Acte daar van kennisfe hadde gehad, defelve tot welzyn van derzelver Vorftelyke Kinderen niet zoude hebben benoemt. Dat  Stadhouders, Gouverneurs, Capiteins, &c. zyn Hoogheid den jegenwoordigen Heere Erfftadhöuder , cn van haar Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina gëduurende derfelver minderjaarigheid, ais ten opfigte van de Voogdye of waarneemige van de Digniteiten en Charges van Erfftadhöuder-, Capitein- en Admiraal Generaal deefer Provincie gëduurende de voorfz. minderjaarigheid, beide in het onverhoopt geval, dat aan haar Koninglyke Hoogheid gëduurende defelve minderjaarigheid iets Menfchelyks mogte overkoomen. Is alvoorens omtrent de voorfz. twee pointen ietwes te termineeren , goedgevonden en verftaan , dat de meerderjaarigheid zoo ten opfigte van zyn Hoogheid, als van haar Hoogheid Mevrouwe tic Princesfe Carolina, voor het geval dat onvcihoopentlyk zoude kunnen exteeren, dat zyn Hoogheid in de minderjaarigheid van Hoogst defelve zoude kunnen overlyden , zal werden gefixeert, zoo als gefixeerd word by deefe, op den geadimpleerden ouderdom van agtienjaaren, en zulks dat zyn of haar Hoogheid als dan in de exercitie van de Digniteiten en Charges van Erfftadhöuder, Capitein- en Admiraal Generaal van deefe Provincie zal werden gefteld, op gelyke Commisfie , als aan wylen zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, is gegeeven, en voorts met zoodanige preeëminentien en prerogativen, als aan Hoogstdefelve zyn gedefereerd geweest, met ampliatie ten opfigte van haar floogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina, zoo als by dë Refolutie van den 16 November 1747 is vastgefteld. Dat wyders, zoo veel aangaat het eerfte voorgeftelde point, de educatie betreffende, haar Koninglyke Hoogheid zal worden verfogt, zoo als verfogt word mits deeiën, eenige Perfoonen byfonder uit de Regeering voor te draagen , om vervolgens ftaatsgewyfe door de Provinciën, waar uit defelve door Haar Koninglyke Hoogheid zullen werden benoemd, gecommitteerd te werden, met last, om het onverhoopt geval exteerende (onder de authoriteit van haar Edele Groot Mog. zoo verre de perfoonen, by haar Edele Groot Mog. te committeeren, betreft) met communicatie en overleg van de Voogden by wylen zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, en by haar Koninglyke Hoogheid geftelt of nog te ftellen, voornamentlyk te behartigen en forge te draagen, dat haar Hoogheid in de principes van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, zoo als defelve in de publicque Kerken hier te Lande werd geleerd, werde onderweefen, en dat •Hoogstdefelve werde geinftrueerd van de waare belangens van den Staat, desfelfs Hoogheid, Pnsëminentien, en Geregtigheeden, Conftitutie van Regeering, en wat daar verder toe behoord, zoo om zyn Hoogheid te formeeren om op de bepaalde tyd de eminente Charges op hoogftdenfelven geconfereerd in navolging van wylen zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, en van desfelfs illuftte Predecesfeurs ten besten van den Lande te bekleeden, en dus een werktuig in Gods hand tot welzyn van VIII. Deel. het zelve te doen zyn, als omme Haar Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina, indien het onverhoopcntlyk mogt gebeuren, dat zyn Hoogheid zonder wettige Descendenten na te laaten mogte overlyden, en dat dus op hoogstdefelve, volgens Refolutie van den ió November 1747 de voorfchreeve Digniteiten en Charges zouden moeten devolveeren, daar toe behoorlyk geinftrueert en in ftaat te doen zyn, om onder Gods Zeegen defelve Digniteiten en Charges ten besten van den Staat te'bekleeden. . En dewyl het voordraagen van de voorfchreeve Perfoonen is een zaak van het uitterfte gewigt, en ftrekkende tot het dubbeld oogmerk voor het welzyn van den Staat, en hoogstderfelver Vorftelyke Kinderen, waar op haar Koninglyke Hoogheid na rype deliberatie zal moeten refölveeren, om welke reedenen hoogstdefelve daar op niet kan werden gepresleert, zoo hebben haar Edele Groot Mog. wyders, om te betoonen het vertrouwen het geen defelve in haar Koninglyke Hoogheid "ftellen, goedgevonden en verftaan, dat in gevalle het God Almagtig onverhoopcntlyk inmiddels, en bevoorens dat haar Koninglyke Hoogheid de voorfchreeve perfoonen aan haar zal hebben voorgedraagen, van Hoogstdefelve mogte disponeeren, haar Edele Groot Mog. zullen committeeren de perfoonen, dewelke by een befloote Acte, door haar Koninglyke Hoogheid gepasfeerd en onderteekend, tót cle. educatie zullen worden bevonden benoemt te weefen, ten waare op de alfoo benoemde perfoonen zoodanige welgemeriteerde refiexien zouden moogen vallen, waar uit zoude proflueeren, dat in gevalle haar Koninglyke floogheid by het pasteen van de voorfchreeve Acte daar van kennisfe hadde gehad, defelve perfoonen tot welzyn van derfelver Vorstelyke Kinderen niet zoude hebben benoemd. En ten opfigte van het tweede point, raakende de Voogdye of waameeminze van het Erfftadhöuder- Capitein- en Admiraaïfchap Generaal deefer Provincie; is goedgevonden en verftaan, dat defelve zal werden geëxerceert by haar Edele Groot Mog., in maniere als omtrent ieder der zaaken by de Commisfie voor wylen zyne Lloogheid, hoogloffelyker memorie, op den 12 Mey 1747 gearresteerd, op hoogstdefelve geconfereerd, nader zal worden verklaard. En mitsdien gelet zynde, dat by de voorfchreeve Commisfie op wylen zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, is geconfereerd geweest, de maght, authoriteit en fpeciaal bevel; eerftelyk, om den ftaat van Gouverneur, Capitein Generaal en Admiraal voortaan te houden, te exerceeren, en te bedienen, daar inne voor te ftaan, te bevorderen, en te bevorderen de Hoogheid, Geregtigheid, Privilegiën en Welvaaren van de voorfz. onfen Lande, Leeden, Steeden en Ingezeetenen van dien, mitsgaders het gebruik van de waare Christelyke Religie, zoo die tegenwoordig by publicque authoriteit in onfen Lande geleerd word, defelve te conferveeren en te befcher- T men  Stadhouders, Gouverneurs, Capiteins, &c. verdere conditiën en voet als in de voorfchreeve Inftruétie is geordonneert. Dat, betreffende het werek der Fortificatiën en Magazynen en Ammunitie van Oorlog , de Fleeren Gecommitteerde Raaden zullen werden verfogt, zo$> als van nu voor als dan verfogt worden by deefe, om, het geval exteerende, daar omtrent op zaaken van confideratie niet te difponeeren, als met communicatie en overleg van hooggemelden Heere Hertog Louis van Brunswyk. Dat, voor zoo verre betreft de exercitie van het Admiraalfchap Generaal van deele Provincie, het Commandement over de Militie te water, in tyd van Vreede, zynde van zoo gering belang, nog by provifie buiten dilpofitie zal worden gelaaten, en dat, zoo veel de functie van Admiraal Generaal ten opfigte van de Collegien van de Admiraliteyten aanbelangt, defelve Collegien tot nader difpofitie zullen continueeren op den voet zoo als voor de verheffing van wylen zyn Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, is gefchied, onverminderd nogtans de nadere deliberatie van haar Edele Groot Mog. over het geene by het Rapport van Finantie van den ao November 1750. ten opfigte van de Collegien ter Admiraliteit is voorgeflagen. En des dat de aanflelling der Vlag-Offficieren, gëduurende de minderjaarigheid van zyne Hoogheid of van haare Hoogheid , door haar Edele Groot Mog., als exerceerende de Voogdye van hoogstdefelve in opfigte van het Erfftadhöuder-, Capitein-en Admiraalfchap Generaal deefer Provincie, begeeven zullen worden; en dat ten opfigte van de Capiteins, de Nominatien door de refpeétive Collegien zullen moeten worden gefonden aan haar Hoog Mog., om by defelve , in qualiteit als exerceerende de Voogdye ten opfigte van het Capitein- en Admiraalfchap Generaal van de Unie, daar uit de electie te worden gedaan. En dat, zoo verre betreft het vyfde point, raakende de Qualificatie, om de Burgemeesteren , Scheepenen en Wetten te veranderen na behooren, en agtervolgende de Privilegiën van de refpeétive Steeden en Piaatfen; de Steeden, Piaatfen en Collegien, zullen worden gelast, zoo als van nu voor als dan gelast worden by deefe, om, het geval exteerende, de nominatien, dewelke dezelve gehouden zyn aan den Heere Erfftadhöuder volgens derfelver refpeétive Handvesten of Privilegiën of oude Gebruiken te prefenteeren, aan haar Edele Groot Mog. te zenden, om by defelve, als exerceerende de meergemelde Voogdye van zyn Hoogheid den Fleere Erfftadhöuder of van haar Hoogheid, de electie te werden gedaan; wordende van gelyken ten opfigte van de Nominatien van Ampten en Officien by haar Edele Groot Mog. te begeeven, en waar van de Nominatien aan den Heere Erfftadhöuder voor deefe zyn gefonden , in het voorfchreeve geval mits deefe vastgefteld, dat tot het formeeren van gelyke Nominatien door haar Edele Groot Mog., H7 en voorts aanftonds tot de electie geprocedeert zal worden in qualiteit en manie als vooren. En is meede goedgevonden cn verftaan, dat de Raadpenfionaris met zyn uiterfte vermoogen zal moeten beforgen, dat, (het geval exteerende) deefe haar Edele Groot Mog. Refolutie in alle haare deelen werde bewaard en nagekoomen, op gelyke voet als in het derde Articul van de Inftruétie voor dcnfelven den 5 July 1749. gearrefteert, ten opfigte van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 16 November 1747, op het Erfftadhöuder-, Capitein-, en Admiraalfchap Generaal genoomen, is ter needergefteld; wordende het derde Articul van defelve Inftruétie vervolgens daar meede geamplieert. En zal Extract deefes gefonden worden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders aan den Prefident en Raaden van den Hoogen Raade en van den Hove Provinciaal, om aldaar geregiftreerd te worden. En is voorts nog goedgevonden en verftaan, dat van alle het geene voorfz, is, ultgefondert van de Initructie voor den Heer Hertog van Brunswyk, ter bequaamer tyd de concert en met overleg van haare Koninglyke Hoogheid, door de Heeren Gedeputeerden deefer Provincie ter Generaliteit opening zal werden gedaan, met verfoek aan haar Hoog Mog. om aan de refpeétive Bondgenooten daar van kennisfe te geeven; en dat de zaake voorts aldaar daar heen zal werden gedirigeert, dat de meerderjaarigheid ten opfigte van het Erfftadhouderfchap van de Generaliteit en van het Capitein- en Admiraalfchap Generaal van de Unie, meede werde bepaald op den geadimpleerden ouderdom van agtien jaaren. Dat viyders, om zyn Hoogheid of haar Floogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina by het aanvaarden van de voorfz. Digniteiten en Charges te meerder kennisfe van zaaken van den Staat te doen hebben, te gelyk wer.de gerefolveert, dat aan zyn Hoogheid en ook aan haar Floogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina, in het onverhoopt geval dat zyn Hoogheid gëduurende de minderjaarigheid mogte komen te overlyden, op den geadimpleerden ouderdom van vyftien jaaren fesfie in de Vergadering van haar Floog Mog., en in den Raad van Staate zal werden gegeeven, en tot derfelver Befoignes zal werden geadmitteerd, na dat in beide de gevallen door hoogstdefelve de Eed van Secretesfe alvoorens zal weefen afgelegt. Dat voorts de pointen ten opfigte van de exercitie van het Eifftadhouderfchap van de Generaliteit, en van de functien van het Capitein- en Admiraalfchap Generaal van de Unie, met het geen daar toe behoord, en aan wylen zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, is gedefereert geweest, het geeven der Patenten, en het arrefteeren van een Inftruétie voor den Fleere Hertog Louis van Brunswyk, ten opfigte van de Militie van den Staat, conform haar Edele Groot Mog. gerefolveerde, werden vastgeltelt. T a Als  Stadhouders, Gouverneurs, Capitcins, &c. teerde Raaden respeétive van Commisfien te werden voorfien in onfen naam, als exerceerende de Voogdye over zyn Hoogheid of haar Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina , ten opfigte van het Erfftadhöuder-, Capitein-, en Admiraalfchap Generaal. VI. Zal in het begeeven van de voorfchreeve te vaeeereh Militaire charges zig in het byzonder moeten reguleeren na het Reglement by ons op den 18 January 1716 met de ampliatie den 12 October 1737 gearresteerd, zoo. verre het zelve van applicatie kan zyn, zoo dat de Officieren van de Militie ter repartitie van deefe Provincie in het voorfchreeve Reglement gemeld aan hem van de vacatuures zullen moeten kennisfe geven, alles conform het voorfchreeve Reglement en ampliatie van dien. V I I. Zal in het byfonder, tot ontlastinge van 's Lands Finantie, de gepenfioneerde Officieren remplaceeren en geen nieuwe moogen aanftellen, zoolange defuppletieuit de gepenfioneerde Officieren kan gefchieden, en capabel tot den dienst gevonden zullen werden, als oponfe fpeciale Refolutie, en na daar toe bevoorens van zyne reedenen en confideratien te hebben gediend, om daar op by ons na bevinding gerelbiveerd te worden. VIII. Zal geen Officieren ter repartitie van deefe Provincie moogen penfioneeren, maar zullen de verfoeken daar toe aan ons ten opfigte van de Collonels, Lieutenant CoWonels, Sergeanten , Majors, Ritmeesters en Capiteinen, en aan onfe Gecommitteerde Raaden ten opfigte van de Capitein- Lieutenants, Lieutenants en Vendrigs, gedaan moeten worden, om daar op na ingenoomen advis van den zeiven by ons of onfe Gecommitteerde Raaden gedisponeerd te worden. I X. Zal de verloven mogen accordeeren, mits daar van kennisfe geevende aan den Raad van Staaten, of aan onfe Gecommitteerde Raaden, en daar omtrent in het by fonder moeten obferveeren de ordres by de Refolutien van haar Floogh Mog. van den 31 Maart 1714 en .18 November 1732, en van den Raad van Staaten van den 7 juny en 31 Augustus 1714, en 22 January 1728 en vervolgens vastgefteld, om in conformiteit van de ordres van het Land geëxpedieerd te worden, zoo als zulks is gefchied voor de verheffing van zyn Hoogheid, hoogloffelyker memorie, als Capitein Generaal. X. Zal de Gardes en verdere Militie, in den Hage onfe Refidentieplaats guarnifoen houdende , laaten aan de ordres van ons en onfe Gecommitteerde Raaden, en zullen defelve aan niemand, wie het zy, verders moogen obedieeren, directelyk of indireételyk, uitgefondert het geen hier bevoorens Articul 2 en 4 149 is gedetcreerd, en zal dienvolgende het geeven van het wagtwoord en alle verdere tcekencn van gelag over de Militie voorfchreeve moeten verblyven aan onfe Gecommitteerde Raaden, zonder dat defelve zig zulks in eenigerhande maniere zal moogen onderwinden. X I. Zal zig geenfins bcmoeijen met eenig® zaaken, de Religie, Politie, Finantie of Justitie raakende, nog ook met eenige andere zaaken , privativelyk ftaande ter dispofitie van ons of van de respétive Bondgenooten, ofwel eenige Leeden van defelve concerneerende, hoedanig en van wat natuur die zouden moogen zyn; nog ook met zaaken de Unie en Verbintenisfe tusfehen de Bondgenooten opgeregt; en veel min zig te immisceeren, directelyk of indireételyk, in de questien ofgefchillen, die tusfehen de Bondgenooten, of eenige van defelve, of ook wel tusfehen de Leeden en Quartieren van de eene of andere Provincie mogten komen te ontftaan, ten waare by allerzyds partyen mogte werden verfogt, zyn goede offkien van intercesfie en mediatie te willen interponeeren, of ook wel dat de zaake aan zyne uitfpraake en decifie by allerzyds geinteresfeerden wierd gefubmitteerd. X I I. Zal zig binnen het Territoir van deefe Pro* vincie geen authoriteit of gezag moogen aanmaatigen buiten expresfe bewilliging of delatie van ons of onfe Gecommitteerde Raaden, maar daar meede ons of onfe Gecommitteerde Raaden,; of die daar toe geregtigt zyn, moeten laaten geworden, en overfulks onder pretext van commisfie of authoriteit van haar Floogh Mog., of onder eenige andere titul, fchyn df couleur, niet moogen onderneemen, te doen of in het werk te ftellen in liet Territoir van deefe Provincie , nog ook teegen eenige Regeerders , Bedienden of Ingezeetenen van defelve, hoe of waar het ook zoude moogen weefen, directelyk of indireételyk, in een iger maniere, zonder daar onder egter te begrypen de Militie en Militaire ordres raakende derfelver discipline met het geen daar toe behoord. X 11 I. Zal tragten zoo veel mogelyk goede Correspondentie te houden, byzonder op het geen op de Frontieren en daar by geleegen Landen pasfeert, en iets van confideratie aanhemdesweegens voorkoomende, aan ons of onfe Gecommitteerde Raaden moeten kennisfe geeven. X I V. Zal voorts gehouden zyn de ordres van ons of onfe Gecommitteerde Raaden punétuelyk te agtervolgen, en zulks, het zy dat defelve conform of teegens zyn fentiment genoomen zouden moogen weefen. En zal alvoorens in de exercitie te treeden gehouden zyn, in onfe handen den Eed te doen, van deefe Inftruétie punétuelyk te zullen agtervolgen. X V. Referveerende aan ons de interpretatie van T 3 air  Stadhouders, Gouverneurs, Capitcins, &c. 151 Dat wyders, ten aanfien van de waarneemin ge van het Erf-Capteyn Generaalfchap der Vereenigde Neederianden, aan zyn Hoogheyd den Heere VeJdfflaarfchalk Hertogh Louis van Brunswyck, onder den titul als reprefenteerende zyn Hoogheyd den Heere Prince van Orange en Naslau, of by vooroverlyden van hooghstdefelve, haare Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Carolina, in qualiteyt van Capiteyn Generaal van de Vereenigde Neederianden, gëduurende hooghstderfelver minderjaarigheyd, op de Initructie in de fecreete Notulen van heeden geinfereert, zal worden gegeeven de maght en authoriteyt, om de Militie van den Staat te ordonneeren, en te commandceren, en dat hctfelve aan de Generaals, Lieutenant Generaals en Generaal Majors, zoo van de Cavallerye als Infanteiye, in dienst van haar Hoogh Mogende, als meede aan de Gouverneurs en Commandeurs in Braband en Vlaanderen, en alomme in de Frontierplaatfen zoo buyten als binnen de Provinciën zal werden aangefchreeven, met last en ordre, om denfelven lieer Hertogh Louis van Brunswyck, in de voorfchreeve qualiteyt, gëduurende de minderjaarigheyd van zyn Hoogheyd, of van haare Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Carolina , in het onverhoopt geval, dat zyn Hoogheyd gëduurende de minderjaarigheyd moght koomen te overlyden, te reipecteeren, en desfelfs ordres te pareeren., met expresfe uitfonderinge noghtans, van het geeven der Patenten , dewelcke gëduurende de minderjaarigheyd van zyn Hoogheyd, of van haare Hoogheyd , wederom zullen worden verleend conform de ordres daar op by de groote Vergaderinge in den jaare zestien honderd een en vyftigh vastgefteld, en zoo als van het jaar zeeventien honderd twee tot zeeventien honderd zeevcn cn veertigh, tyde der verhefnngh van wylen zyn Hoogheyd, gïorieufer gedaghtenisfe, is gepra&ifeert geworden, eghter met communicatie en overlegh van gemelden Heere Hertogh van Brunswyck, ten waare by desfelfs abfentie, of presfante nood hetfelve niet doenlyk wierd bevonden. Dat voorts omtrent de benoeminge van Generaals, Lieutenant Generaals en Generaal Majors, zoo van de Cavallerye als Infanterye, en de begeevinge van Gouvernementen en Commandementen in het Diftriét van de Generaliteyt, of in de Barrière, zal werden geftatueert, dat de Heer Hertogh aan haar Hoogh Mogende zal laaten toekoomen een Nominatie van drie Perfoonen, welcke defelve de bequaamftc zal oordeelen tot die Posten, om daar uit door baar Hoogh Mogende, als exerceerende de Voogdye van zyn of haar Hoogheyd, een Perfoon geëligeert en met Commisfie voorflen te worden, mits ten opfighte van de laatstgemeld e figh rcguleerende na haar Floogh Mogende Refolutie van den aghtften Augufty zeeventien honderd neegen en twintigh. Dat, betreffende het werek der Fortificatiën en Magazynen, den Raad van Staate zal Worden verioght, zoo als verlbght word by deefen, om daar omtrent op zaacken van confideratie niet te difponeeren, als met communicatie en overlegh van hooghgemelden Heer Hertogh. Dat voor zoo verre betreft de exercitie van het Admiraalfchap Generaal der Vercenighde Neederianden, het Commandement over de Militie te water, in tyd van Vreede zynde van geringh belangh, nogh by provifie buiten difpofitie zal werden gelaaten, en dat zoo veel de functie van Admiraal Generaal ten opfighte van de Collegien ter Admiraliteyt aanbelanght, defelve Collegien tot nader difpofitie zullen continueeren op den voet, zoo als voor de verheffingh van wylen zyn Hoogheyd, gïorieufer gedaghtenisfe, is gefchied, en dat vervolgens ten opfight van de vaceerende Capiteynsplaatfen ter zee, de Nominatien door de refpeétive Collegien wederom zullen moeten worden gefonden aan haar Hoogh Mogende, om by defelve als exerceerende de Vooghdye ten opfight van het Admiraalfchap Generaal van de Unie, daar uit de eleétie te worden gedaan, zullende daar toe de noodige ordres aan de refpeétive Collegien ter Admiraliteyt worden toegefbnden. Dat, belangende de adminiRratie van het Erfftadhöuder- en Capiteyn-Generaalfchap over de Piaatfen en Landen van Braband en Vlaanderen, als meede van het Overquartier van Gelderland, de drie Landen van Overmaaze, en Wedde en Westwoldingerland, gëduurende de minderjaarigheyd van zyn, of haar Hoogheyd , in het voorfchreeven onverhoopte geval , defelve adminiRratie aan haar Hoogh Mogende in qualiteit als Vooghden ten opfighte van de voorfchreeve Charges zal worden overgelaaten, uitgeibndert alleen, voor zoo ver het Commandement over de Militie aan den Heer Hertogh Louis van Brunswyck is gedemandeert. Dat haar Hoogh Mogende insgelycks in de voorfchreeve qualiteyt van Vooghden van zyn Hoogheyd de Remisfien, Pardonnen en Gratiën in het Diftriét van de Generah'teyt zullen verleenen, en in defelve qualiteit de vernieuwinge doen van de Magiftraat van 's Hertogenbosch , en dat daar van de gerequireerde kennis zal worden gegeeven zulcks en daar het behoord. Dat laatfteïyk de Gages en Traétementen van den Erf-Capiteyn-Generaal van de Unie, van den Erfftadhöuder over Braband en Vlaanderen, en der drie Landen van Overmaaze, als meede van den Erfftadhöuder der refpeétive Provinciën, als fesfie hebbende in den Raad van Staate, met de Emolumenten tot die Charges behoorende, betaald zullen werden aan deö Domeinraad van zyn of haar Hoogheyd, en de noodige ordres daar toe zullen werden gegeeven aan de geen die zulcks aangaat. En dat van het geen voorfchreeve is aanftonds kennis zal worden gegeeven aan den Heer Hertogh van Brunswyck, met verfoeck, dat zynFIoogheyd den boovengenoemden last gëduurende de voorfchreeve minderjaarigheid wel ] op zigh zal willen neemen. En  Stadhouders, Gouverneurs, Capitcins, &e. V L Zal de verloven moogen accordeereri \ mits daar van kermis geevende aan ons cn den Raad van Staate respeétivelyk, en daar omtrent in het byfonder moeten obferveeren de ordres by onfe Refolutien van den 31 Maait 1714 en 18 November 173a, en van den Raad van Staate van den 7 Juny en 31 Augustus 1714 22 January 1728, en vervolgens vastgefteld , om in conformiteit van de ordres van het Land geëxpedieert te worden, zoo als zulks is gefchied voor de verheffing van zynHoogheid, hooglogffelyker memorie , als Capitein Generaal van de Unie. V I I. Zal zig geenfmts bemoeyen met eenige zaaken de Religie, Politie, Financie of Justitie makende, nog ook met eenige andere zaaken privativelyk ftaande tot onfe dispofitie, ofdievande Bondgenooten, of wel eenige Leeden van delelve concerneerende, hoedanig en van wat natuur die zouden moogen zyn, nog ook met zaaken van de Unie en Verbintenisfe tusfehen de Bondgenooten opgeregt; en veel min zig immisceeren, directelyk of indirectelyk, in de questien of gefchillen, die tusichen de Bondgenooten of eenige van defelve, of dok wel tusfehen Leeden en Quartieren van de eene of andere Provinciën, mogten koomen te ontftaan, ten waare by allerzyds Partyen 8» Lyst van zoodanige Ampten, waar. van dé Heer Erfftadhöuder by Facature heeft gedifponeert. Den 1 February 1759. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gecommuniceert, dat de Fleer de Larrey, Secretaris van wylen haare Koninglyke Floogheid de Vrouwe Gouvernante, gïorieufer gedagtenisfe, aan hem Raadpenfionaris had ter hand gefteld de aan het einde deefes geinfereerde Lyste van zoodanige Ampten, waar van de Heer Erfftadhöuder by Vacature hadde gedifponeert. Waar op de deliberatie is uitgefteld; zullende Copie van defelve Lyste gegeeven worden aan de Leeden. Lyste van zoodanige Ampten, waar van de Heer Erfftadhöuder by Facature heeft gedifponeert ,geëxtraheert uit het Politicq Amptboek, be* rustende ter Secretarie van hooggemelden Heere Erfftadhöuder. - Capiteinën van den ouden Schutters Doelen te Hoom. 1 yjXT. Deel, mogte vveroen veriogc, zyne goede oificiën van intercesfie en mediatie te willen hrterponceren, of ook wel dat de zaake" aan zyne uitfpraake. en decifie by allerzyds geinteresiëerdens wierd gefubmitteert» VIII. Zal tragten zoo veel mogelyk goede Correspondentie te houdëri, byfonder omtrent het geen op de Frontieren en daar by geleegen Landen pnsfeert, en, iets van conlideratie aan hem desweegens vöorkoomende, aan ons en den Raad van Staate daar van kennis geeven. I X. Zal voorts gehouden Zyn de respeétive ordres van ons en den Raad van Staate punétuelyk te agtervolgen, en zulks het zy dat defelve conform of teegen zyn fentiment genoomen zouden moogen wee-^ fen. En zal volgens onfe Refolutie op heeden genoomen in onfe handen dcn Eed doen, van deefe Inftruétie punétuelyk te te zullen agtervolgen. X. Referveerendc aan ons de interpretatie van alle duisterheeden of twyJfelagtigheeden, die uit deefe Inftruétie zouden moogen ryfen, en ook de ampliatie en verandering van dien, zoo als ten meestert dienste van den Lande bevonden zal worden te behooren. Uit Nominatie van de overige Capiteinën. Capiteinën van den nieuwen Schutters Doeleri te Hoorn. Üit Nominatie van de Overige Capiteinën. Lieutenant Houtvester van Holland en Westvriesland. Directe aanftellingi Houtvester van Gooyland. Direéte aanflelling. Hoogheemraaden van Rhynland. Uit Nominatie van Hoogheemraaden.Hoogheemraaden van Delfland. Uit Nominatie van FÏoog* heemraaden. Hoogheemraaden van Schieland. Uit Nominatie vart PloogheemraademMeesterknaapen van de Houvesterye van Holland en Westvriesland. Directe aanflelling. Meesterknaapen van de Houtvesteryö van Gooyland, v m  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. teih (dies beurte het zal welen) een wetc laten doen, om met zyn Compagnie ofte de helft van dien, ter beltemder plaetfe af te komen, alwaer wy oock diïnck - Bier voor de Lant - luiden hebben ge-ordonneert, ook werekbafen om haer het werek aan te wyfen: Zoo is 't, Dat wy hier op alvoorens gehadt hebbende het advys van de Gedeputeerden van de dry Steden defes Eylants, noodig hebben gevonden te ordonneeren, zo als wy ordonneren by defen, aan alle de Capiteinën, mitsgaders hare onderhorige Officieren cn Lantfaten, op onfe ordre en wete ter beltemdertyten plaetfe te compareren, eenige met Wagens of Karren , en zommige met den Lyve, doch alle 155 voorficn met Schoppen en Spaden, daer van met aenltaende Donderdag een begin zal worden gemacckt, met het planeren van deDuynen ontrent het Fort den Ha eek, zonder dat yemandt hier van mooghe blyven in gebreecke op poene dat de gebreckige ofte wederhoorighe zullen vervallen in een Boete van dry Gulden voor ieder Dagh, en daer- en- boven gehouden blyven, haere werek - daghen voikomentlyk te voldoen; Zullende defe Boeten by reeele en parate executie werden ge exigeert door een gefwooren Deurwacrder, zonder eenige conniventie, en dezelve gebracht in handen van de Capiteinën, onder welcke zoodanighe gebreeckige en wederhoorighe zullen forteren. Aldus gedaen en ge - arresteert in 't Flof van Zeelandt tot Middelburgh, den elfden April Ï672. • (Ter Ordonnantie yan den wel-gemelten■ Raedtl) J U S T U S de HUYBERT. 2. Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot weer Inge van fchade en overlast, door de Militie aan de Eigenaars en Opgezetenen ten platten Lande wordende aangedaan. 'Den 20 November 1673. De Staten van den Lande, ende Graeffelyckheydt van Zeelandt, allen den genen die defen zullen zien ofte hooren lefen Saluyt; Doen te 'weten, Alfo ons zeer veele klachten door de Eygenaers van de Landen, mitsgaders de Opgefetenen ten platten Lande, zyn voorgekomen, over de fonles, exaótien en overlast, van de Militie te Peert en te Voet, die aldaer is geleght en ingequartiert gheweest, niet teghenftaende defelve van behoorlycke logementen, en hare Paerden van Stallinghen en Ruygh-voer, waren voorflen, waer mede zy haer wel hadden behooren gecontenteert te houden, zonder de voorfz. Eygenaers en Opgefetenen daer-en-boven kost, dranck en fomwylen noch geldt af te presfen, oock te berooven van haer Vee, Gors, Flooy, Haver en andere gewasfen van 't Landt, waer door defelve t'eenemael onmachtigh zouden worden, om de gemeene Lants middelen te konnen dragen, tot onderhout van de Militie geconfenteert, en aen de Eygenaers van de Landen de beloofde Pachten te betalen, daer uyt zy de voorfz. Middelen vervullen moeten, byaldien daer teghens niet tydelyck en met behoorlyck vigeur cn na-druck werde voorficn: Zoo is 't , dat Wy ons daer toe niet alleen genegen, maer oock Ampts-halven geobligeert vindende, noodigh gevonden hebben te ordonneren en te Hameren, gelyck Wy ordonneren en ftatueren by-clefen, Eeiitelyck, dat alle de fchade ende den overlast, dewelcke by de voorn. Militie te Paert ende te Voet, de voorfz. Eygenaers en Opgefetenen zullen werden aenghedaen, aen die gene, die defel¬ ve fchade "ende overlast zullen hebben geleden, op hare begrootinghe, onder Eede voor den Gerechte van de Stadt ofte Plaetfe, alwaer de voorfz. befchadighde Ingefetenen woonachtigh zullen zyn, op ordre van de Heeren onfe Gecommitteerde Raden uyt de particuliere Gagie ofte Traétementen van de Ritmeefteren ende Capiteynen gekort, ende gereftitueert zullen werden: Ten anderen, dat de voorfz. Eygenaers en Opgefetenen, van nu voortaen vry zal ftaen, het voorfz. gewelt, met tegen geRelt gewelt te weeren ende te beletten tot zoo verre, dat al ware het zaecke, dat daer door eene ofte meer van die gene, die de voorfz. ontroovingen ofte geweltdadigheden zouden mogen komen te ondernemen, gegrieft, gequetst, ofte oock nedergeflagen mochten weerden, ter dier oorfaecke niet alleen niemandt voor de Juftitie aenfpreeckelyck ofte ftraf baar zal zyn, maer dat oock den Officier, Ritmeefter ofte Capiteyn van zoodanighe gegriefde, ofte nedergeflagene Ruyteren ende Soldaten daer toe zal werden gehouden, dat hy aen de voorfz. Eygenaers en Opgefetenen zal moeten vergoeden ende reftitueren alle de fchade die defelve zullen hebben geleden, en dat daer en boven tegens de Lichamen der gener, die invoegen als voorfz. is zouden mogen werden nedergeflagen, noch zoodanige ftraffe van infamie ende anderfints zal werden gedecreteert, als naer exigentie van zaken bevonden zal worden te behooren. Voorts lasten ende bevelen Wy wel expresfelyck ende fcherpelyck mits-defen, allen Krygs-Overften, Collonellen, Ritmeefteren, Capiteynen V 2 ende  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande» t$f Refolutie van de Staaten Generaal > waar b$ gearrefteert word een Project, om de Troupes van den Staat op een meer folide en min kostelyken voet te brengen , het welk haare Koninglyke Hoogheid had döeii formeercn. Den i Maart 17531 ipve Heeren van Haarfolte en andere haar jj Hoog Mog. Gedeputeerden tot de Militaire zaaken hebben ter Vergadering gerapporteert, dat zy Heeren Gedeputeerden, beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, door den Heer Raadpenfionaris Stein verfogt zynde geworden tot eene conferentie over Militaire zaaken, gemelde Heer Raadpenfionaris uit den naam en van weegens haare Koninglyke Hoogheid aan haar had geëxhibeert een ProjeU om de Troupes van den Staat te brengen op een meer folide en min koftelyke voet als tegenwoordig, het welk haare Koninglyke Hoogheid had doen formeeren in conformiteit van de idees, gemelt in hoogstdesfelfs Propofitie tot het doen van de provifioneele Reductie, die by haar Hoog Mog. Refolutie van den 11 December laatstleeden was vastgeftek, en vervolgens geëxeeuteertgeworden, v Dat hy Heer Raadpenfionaris zig had gere-' fereert tot de ïécture van het gemelde Project., alfoo het zelve zoo fuccinctelyk was opgeftelt, dat 'er geen fummier van kon gegeeven worden , zonder aan de zaaken, daar by voorgeftelt, te kort te doen; dog met byvoeging, dat hy zig niet kon dilpenfeeren van aan de Leeden van de conferentie vooraf uit den naam als booven voor te draagen. Dat de executie van het gemelde Project met 'er tyd zoude geeven een profyt van over de vyftien tonnen Gouds in het jaar, en van nu af aan een profyt van over de agt tonnen Gouds, en dat de Armée van den Staat daar door zoude worden vermindert in getal van eftective gemeene dienstdoende Manfchappen met niet meer dan ruim zestien honderd. Dat verfcheide nieuwe en noodfaakelyke avantages aan de overblyvende Militie by het gemelde Project waaren toegevoegt, ten einde de Compagnien te fuiveren van meenigvuldige defecten, die daar in thans wierden gevonden, en dat een convenabel middel was aangeweefen om de Troupes voortaan prompt te betaalen. Dat voor die geenen, die haare posten zouden koomen te verllefen, geforgt was op eene wyfe, die , gelet wordende op de abfolute noodfakelykheid van eene importante Reforme , geene wettige reedenen van klagten overliet en aan de Republicq alomme eer zoude moeten doen. Dat hoe paradox en ftrydig het gefegde in den eerften opflag mogt voorkoomen, al het zelve nogtans by examinatie van het Project en de daar neevensgevoegde Staaten zig zoude bewaarheid vinden. Dat verders alle partialiteit en injuftitie waa¬ ren vermyt, en dat niet was aangegaan tegeri eenige Capitulatien, uitgefondert met opfigt tot de drie Battaillons van Orange - Nasfau, en de twee Battaillons vart den Heere Furst van Waldeck, hier te Lande zynde, dewelke by dit Project gehandeit waaren op gelyken voet als de Nationale Troupes, fchoon fe eigentlyk overgenoomen Corpfen waaren; dog dat haare Koninglyke Floogheid ten regarde van de eerstgemelde haare toeftemming gaarn daar toe had gegeeven, en dat hoogstdefelve ten regarde van de laatstgemclde den voornoemden Fleere Furst alvoorens door den Generaal Major Cornabé desweegens had doen fondeeren, en uit het antwoord van den zeiven en daar neevens gevoegt Gefchrift, dewelke hy Heer Raadpenfionaris exhibeerde, had gefien, dat hooggemelde Furst op eene feer genereufe wyfe confenteerde, dat zyne twee Regimenten, in dienst' van den Staat en hief te Lande zynde, zouden worden te zaamen gevoegt om maar een Regiment te maaken, en om ten dien opfigte egaal te zyn met de Nationale Troupes, onder de .navolgendeconditiën. Eerftelyk, dat het derde Battaillon, liet welk zig actueelyk in de Staaten van hooggemelden Furst bevind, dog in foldy van de Republicq is, zoo lang in desfelfs foldy zoude blyven als de twee eerfte Battaillons, die voortaan maar één Regiment zouden uitmaaken, en ten regarde van welke de Conventie zoude moeten duuren ten minfte tot den 20 Mey van den jaare 1758. Ten andere, dat gelyk het tweede Battaillon zoude worden gevoegt by het eerfte, dö Collonel Commandant van het gemelde eerfte Battaillon zoude blyven effe&if aan het hoofd van het Regiment, en dat de te reformeeren Officieren zouden worden gehandeit ten opfigte van haare Penfioenen op den zeiven voet ais die van de Nationale Troupes van den Staat* Ten derde, dathy Heer Furst van Waldeck zig engageerde om op requifitie van haar Floog Mog. zyn voorfz. derde Battaillon te zullen doen marcheeren in twee Battaillons van defelve fterkte als het eerfte Regiment zoude zyn, zon-; der eenige betaaling te vraagen voor de aanwerving van de Soldaaten van deefe nieuwe augméntatie, uitgefondert voor de Wapenen en Kleeding. Ten vierde, dat in cas deefe augmeatatiö plaats mogt hebben, de waarfchouwing drie maanden te vooren foude moeten worden gedaan , ten einde tyd te geeven om alles in ordre te brengen. Laatftelyk, dat voor zoo veel de marfch van dit laatfte Regiment betrof, fulks foude V 3 bly--  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. t ra het einde deefer is geinfereert, exhibeerden ter Tafel van haar Hoog Mog. beneevens de boovcngemelde Miffivc en daar by gevoegde Conditiën van den Heere Furst van Waldeck. Waar op gedélibereert zynde, hebben haar Hoog Mog. het voorfz. Project in allen opfigte gelaiidecrt, cn haare Koninglyke Hoogheid bedankt voor de fonderlingc applicatie, waar meede hoogstdefelve dit important en irjoeilyk werk ten beste van den Staat en van het geheel Militaire weefen had gelieven te behartigen en dirigeeren; en is voorts goedgevonden en verftaan, dat het zelve, beneevens de voorfz. verhooging der Traktementen van de Capitein-Lieutenant en Lieutenant-Ingenieurs zal worden gearresteert, zoo als het een en ander word gearresteert mits deefe , cn dat dc boovengemeide Conditiën, by den Heere Furst van Waldeck voorgeftclt, fullen worden geaccepteert, zoo ais worden geaccepteert mits deefe, zullende desfelfs geëxhibeerde Misfive en Bylaage worden gefeponeert ter Griffie. Dat dienvolgcnde haare Koninglyke Hoogheid zal worden verfogt, zoo als verfogt word mits deefe, om het voorfz. Project, voorzoo veel de Militaire arrangementen betreft, te doen executeeren, cn, voor zoo veel de promte en compleete betaling van de Militie voor het toekoomende aangaat, met de Heeren Staaten van de respeétive Provinciën en Landfchap Drenthe de noodige fchikkingen na ieders huishouding ten meefïen nutte van'sLands dienst te concerteeren. Dat de Raad van Staate zal worden verfogt, zoo als verfogt word mits deefe, om de Staaten van Oorlog in con formiteit van het gemelde Project, en, voor zoo veel de Tractementen der Capitein-Lieutenant en Lieutenant - Ingenieurs betreft, in conformiteit van het voorfchreeve geproponeerde van weegens haare Koninglyke Hoogheid te dresfeeren, en om met opligt tot de Switfers zorge te draagen, dat derzelver Monlterrolien op den voet van de dertiende Paragraaf van het Project werden geilooten. Dat van deefe haar Floog Mog. Refolutie, met byvoeging van het gemelde Project en desfelfs Bylaagen, by Misfive kennisfe zal worden gegeeven aan de Heeren Staaten van de refpeétive Provinciën en Landfchap Drenthe, en daar by aan defelve gefchreeven, dat haar Hoog Mog. niet twyffelen, of hooggemelde Heeren Staaten zullen na examen van het gemelde Project met haar overtuigt zyn, niet alleen van het weefendlyk foulaas, dat aan de Financien, maar ook van het weefendlyk nut, dat aan 's Lands Militairen dienst daar door zal worden toegebragt. Dat haar Hoog Mogende dienvolgende op het alleremftiglte verfoeken, dat hooggemelde Fleeren Staaten voor de betaaling van de Militie, die op ieders repartitie zal worden gebragt (waar van de Raad van Staate verfogt word, om, indien de Staaten van Oorlog daar toe niet vroeg genoeg in de Provinciën zouden kunnen zyn, in tyds aart haar kennis te geeven) gelieven zorge te draagen in conformiteit van de Lyst van Soldy, neevens het Project gevoegt ónder dc Letter 13, en zulks van den 25 Maart aan* ftaande af met opligt tot de ordinaire Militie en Artillerie, en van den 1 April af met opligt tot de Mineurs, zonder eenige verdere of andere inhouding van Soldyen te doen of te gedoogen gedaan te worden als de gemelde Lyst van Soldy en het Project meedebrengen, en dat met opligt tot de Switfers de betaaling gelieven te doen, zonder eenige korting volgens de Monlterrolien ter Financie van de Gef neraliteit geilooten, insgelyks van den 1 April aanftaande af. Voorts dat hooggemelde Heeren Staaten door twee a drie Heeren, in het ftuk van de Militaire betaaling en Financien kundig, van haarentweegen hoe eerder zoo beeter te committeeren, met haare Koninglyke Hoogheid gelieven te overleggen cn vervolgens te arrefteeren zoodanige fchikkingen noopens het employ van de Soldyen derMaö> fchappen, die minder zullen moogen worden -aangehouden, en noopens de'lasten en kortingen, die in het vervolg by.de Militie zullen worden gedraagen, als na ieders huishouding meest bequaam en voor den dienst van het Land best zullen worden geoordeeld, waartoe haar Hoog Mog. vertrouwen, dat hooggemelde Heeren Staaten geneegen zullen zyn om van haare zyde alle reedelyke faciliteit toe te brengen, ten einde zoo veel ongelykheid en defeétueusheid in het ftuk van de betaaling en effeétive fterkte van de Militie, als tot grooten ondienst van den Staat hoe langer hoe meer zyn ingekroopen, eenmaal in den grond werden uitgeroeid, en dus beantwoord werde aan de falutsire poogingen en iever van haare Koninglyke Hoogheid om de zaaken daar toe te brengen, dat de Bondgenooten aan malkander en aan het gemeen belang Juftitie doen, by welke poogingen en iever haar Hoog Mogende geperfuadeert zyn, dat hoogstdefelve zal volharden, zoo lang 'er eenige hoop overblyft om tot het gewenschte einde te geraaken. Dat Extract uit het voorfz. Projeét contineerende de 2, 3,'4, 5, 6, 7, 8,9,10 en 1 ide Paragrafen, beneevens Copie van den Staat van het Regiment van Waldeck onder Num. 21. en van de Lyst van Soldy onder B. als meede Extract van deefe haar Hoog Mog Refolutie by Misfive zullen worden gefonden aan den Heere Furst van Waldeck, en daar by aan hooggemelden Furst gefchreeven, dat haar Hoog Mog. zeer voldaan zyn over de genereufe bereidwilligheid by hem getoond, om zyne twee hier te Lande in haar Floog Mog. foldy zynde Battaillons te onderwerpen aan de combinatie, die haar Hoog Mog. met opfigt tot haare Nationaale Troupes zouden goedvinden te doen; dat zy dienvolgende accepteeren de conditiën, by hem Heere Furst van Waldeck voorgeftelt, en niet twyffelen of hy zal na lecture der voorfz. Paragrafen en verdere ftukken reciproquelyk voldaan zyn over de fchikkingen, daar in vervat, en by haaf  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 161 De groote cn kleine Staf van het Regiment Gardes beftaat tegenwoordig uit een Collonel, een Major, een Adjudant en een Chirurgyn, dog zoude behooren te worden geaugmenteert met een deegelyk Piqueur voor het geheel Regiment in de plaats van een Piqueur per Compagnie, en met een Pauken led eiRegiment Cavalerie heeft thans wel een Pauker, maar hy is by het Land niet bekent. De boovengcmelde twaalf ordinaris Regimenten Cavalerie foudenbehooren te worden vermindert op zes Regimenten, ieder van agt Compagnien, en verdeelt in vier E squadrons, het welk gevoeglyk kan worden geëffedtueert door het onderfteeken van twee Compagnien in ieder Regiment onder de vier overige, en dan die vier overige Compagnien van ieder Regiment met de vier overige van een ander te combineeren, waar door zes groote en kleine Staaven en vier en twintig Compagnien zullen koomen uit te vallen, en maar agt en veertig ordinaris Compagnien refteeren. De Staat van ieder Compagnie zoude behooren te zyn ais volgt. ilRitmeefter. 1 Lieutenant. 1 Sous - Lieutenant of Cornet. 2 Wagtmeefters. i (Trompetter. 1 Solliciteur. 71 39jRuiters, waar onder drie Corporaals. 461 En de groote en kleine Staf van ieder overblyvend Regiment, teegenwoordig beftaande als die der Gardes, zonde behooren vermeerdert te worden met een Lieutenant Collonel, waar toe de oudfte Major van eiketwee te combineeren Regimenten zoude behooren te worden aangeftelt, voorts met een Piqueur en een Pauker. De jongfte Chefs van elke twee te combineeren Regimenten zoude in die qualiteiten behooren uit te vallen, en by de eerfte vacature van de Collonels plaats van ieder Regiment, met welke het haare zal zyn gecombineert geworden, weederom in Commandement en ordinaris Tractement te worden herftelt. Een Major, die overfchieten zal, vermits het Regiment van Buys thans twee Majors met Tractement heeft, zoude insgelyks by de eerfte vacature behooren in te vallen. De jongfte 'en minfte in rang zynde Ritmeefters in ieder Regiment zouden (except daar byzondere reedenen ter contrarie zyn) haare Compagnien behooren te verliefen, dog in functie te blyven, en op den voet van Ritmeefters Commandanten door haare Koninglyke Hoogheid by de in weefen blyvende van ieder Regiment geplaatst worden, om daar by te dienen tot dat zy zullen zyn ingevallen. De jongfte Lieutenants van ieder Regiment zullen in die qualiteit uitvallen, dog behoudens haer rang blyven dienen, en in de overblyvende Compagnien geplaatst worden VIII. Deel. als Sous-Lieutenants of Cornets, en op SousLieutenants of Cornets Gagie, en de jongfte Sous-Lieutenants of Cornets, die men teveel zal hebben en dienvolgende reformeeren, zullen zig moeten vergenoegen met ordinaris Penfioenen , zonder gehouden te zyn actueelyk te blyven dienen, tot dat zy zullen weefen geremplaceert; Edog van Tractementen, Dedommagementen cn Penfioenen zal hier na feparatelyk worden gefprooken. §. I I I. De Dragonders beftaan teegenwoordig uit een Regiment Gardes van tien Compagnien en uit drie ordinaris Regimenten, dewelke volgens den voet van betaaling meede ieder uit tien Compagnien .beftaan, dog waar van een Compagnie per Regiment, volgens haar Hoog Mogende Refolutie van den 30 December 1749, voor de fchulden der Dragonders is gereduceert geworden, weshalven gereekent moet worden, dat de voorfchreeve drie ordinaris Regimenten ieder maar neegen Compagnien fterk zyn. Een Compagnie "Gardes Dragonders is volgens den voet van betaaling fterk veertig gemeene Dragonders, de Corporaals daar onder begreepen, dog moet maar gereekent worden op een en dertig, nademaal volgens de gemelde Refolutie neegen Gemeenen en een Tambour tot gelyken einde zyn gereduceert, en onder de voorfchreeve een en dertig zyn nog verfcheide andere defecten begreepen. Een ordinaris Compagnie houd volgens den voet van betaaling dertig Dragonders* Dog in realiteit moet men ieder Compagnie Gardes Dragonders niet hooger ftellen als -op vyf en twintig a. zes en twintig Dragonders, en ieder ordinaris Compagnie op vier en twintig a vyf en twintig. De Gardes Dragonders hebben twee Sergeanten of Wagtmeefters en twee Tambours per Compagnie. De ordinaris Compagnien nebben maar één Sergeant of Wagtmeefter, en een Tambour; dog met den tweeden Sergeant of Wagtmeefter, die zy gehad hebben, is het eveneens geleegen als van de Cavallerie is gefegt, en het Regiment Gardes Dragonders beneevens dat van Ditfourlt hebben ook iedereen Piqueur, dog op ongelyken voet. Uit de voorfz. vier Regimenten Dragonders zouden kunnen worden geformeert drie Regimenten, te weeten een Gardes en twee ordinaire, ieder van welke drie foude beftaan uit agt Compagnien, zoo als by de Cavallerie, en verdeelt zyn in vier Esquadrons. Dus foude ieder Compagnie gecompofeert zyn als volgt. 1 Capitein. 1 Lieutenant. 1 jVendrig. 2; Sergeanten of Wagtmeefters. 1; Tambour. 1' Solliciteur. 7 39 Dragonders, waar onder drie Corporaals, Ende groote en kleine Staf van elk der ge-'  Placaaten, die. voor de Militie te Laridë» ir5j i Tambour. i Solliciteur. ?! 48 Geméenen, waar onder drie Corporaals. s? By ieder Regiment of by elke twee Battaillons zouden behooren te worden geconibrveert een Collonel, een Lieutenant Collonel, twee Majors, twee Adjudanten en twee Chirurgyhs, waar by een Tambour-Major zoude behooren te wórden gevoegt. En dewyl het Regiment Walen uit drie Battaillons volgens dit Project, zal beftaan, zullen daar by een Collonel, een Lieutenant Collonel, drie Majors, drie Adjudanten en drie Chirurgyns dienen te worden geconfërveert, met toevoeging van eert Tambour-Major. De wyfe, die tot het uitvoeren van deefe Reforme onder de Infanterie meest bequaam en minst fubjeót aan inconvenienten fchynt te zyn, is de volgendei In het Regiment of Battaillon vart OrangeGelderiandj in ieder Battaillon van OrangeVrieslanden in het Regiment of Battaillon vari Orange-Stad en Lande zoude de tweede Compagnie Grenadiers behooren te worden géftooken onder de eerfte, om elke twee van die Compagnien te brengen tot een Compagnie van twee en vyftig gemeene Grenadiers, volgens den Staat, die hier booven is te zien. De tien overige ordinaris Compagnien van Orange-Gelderland zoude door onderfteeking van twee behooren te worden gebragt tot agt, ieder van agt en veertig gemeene Hoofden. De twintig refteerende ordinaris Compagnien van beide de Battaillons van Orange-Vriesland, zouden door middel als vooren behooren te worden gereduceert tot vyftien Compagnien. De tien refteerende Compagnien van OrangeStad en Lande tot zeeven Compagnien ,■ Alle welke ordinaris Compagnien zouden behooren te zyn van agt'en veertig gemeene Hoofden, volgens den ftaat van een ordinaris Compagnie, hier booven ter needergeftelt. In het Regiment van Baden-Baden zouden de twee Grenadier-Compagnien dienen te blyven fubfifteeren en geaugmenteert te worden tot den voet hier boóven bepaalt. De tien overige Compagnien zouden door onderfteeking behooren te worden gebragt tot zes ordinaris Compagnien, gecompofeert als vooren, als wanneer het gemelde Regiment door byvoeging van twee overtollige Compagnien van Orange-Gelderland, drie van Orange-Vriesland , en een van Orange-Stad en Lande zal weefen gebragt op den voet van veertien Compagnien, om in twee Battaillons verdeelt te worden. Dit vooraf geftelt zynde, refteeren 'er vier en veertig Battaillons Nationalen of Duitfchers, ieder van tien Compagnien. In ieder van defelve zoude de tweede Compagnie Grenadiers moeten worden geftooken onder de eerfte op gelyke wyfe als 'hier booven ten opfigte van de Battaillons van Orange- 1 Gelderland, &c. is gefegt. De agt overige ordinaris Compagnien zouden door onderfteeking van twee behooren te worden gebragt tot zes, en ieder Battaillon op die wyfe tot zee-_ ven Compagnien zynde gereduceert, zal men," wanneer de boovengcmelde vier Battaillons van Orange, na aftrek van de Compagnien, die by het Regiment van Baden-Baden zullen worden gevoegt, daar by worden gereekent, hebben agt en veertig Battaillons, dewelke door de combinatie van twee Battaillons tot een Regiment zullen uitmaaken vier en twintig, en met het Regiment van Baden-Baden vyf cn twintigllegimcnten, Nationaalen of Duitfchers; de Regimenten of Battaillons van Orange-Nasfittï en die van den Furst van Waldeck, met toeftemming van haare Koninglyke Hoogheid en van hooggemelden Furst refpeéfivelyk, daaf onder begreepen. By elk Battaillon van de drie Regimenten Schotten van Halket, Majoribanks en Steward zal met de Compagnien Grenadiers moeten worden gehandeit op gelyke wyfe als hier booven van de Nationalen en Duitfchers is gefegt. De overige zestien ordinaris Compag. nien van ieder der voorfz. Regimenten zullen door onderfteeking van zes worden gereduceert tot tien, en uit het Regiment of Battaillon van Drumlanrig zullen worden geformeert zes Ordinaris Compagnien. Twee van de voorfchreeve tien overgebleeve ordinaris Compagnien van Halket zullen worden gevoegt by de overgebleeve Grenadier- en ordinaris Compagnien van Majoribanks, twee by de overgebleeve Grenadier- en ordinaris Compagnien van Stewart, en de zes, die als dan nog zullen refteeren, by de overgebleeven GrenadierCompagnie van het eerfte Battaillon van Halket. Voorts zullen de zes overgebleeven Compagnien van Drumlanrig worden gevoegt by de overgebleeven Grenadier-Compagnie van het tweede Battaillon van PMket, waar d ooimen zal bekoomen drie Regimenten Schotten, ieder van twee Battaillons, elk van zeeyen Compagnien. In ieder van de drie Battaillons Walen zal dit Project zoo ten aanfien van de Grenadierals verdere Compagnien ter uitvoer worden gebragt, na den felven regul, die hier booven ten opfigte van de Nationalen en Duitfchers is geftelt, het welk gefchied zynde zullen deefe drie Battaillons voortaan maar één Regiment uitmaaken. Door de voorenftaande Reforme zullen uitvallen zeeven en twintig Colion els en Lieutenant Collonels. De Major, Adjudant, en Chirurgyn van Drumlanrig zullen overgaan in het tweede Battaillon van Flalket, en by het Regiment van Baden - Baden, als meede by de Schotfche Regimenten van Majoribanks en Stewart zullen een Major, een Adjudant en een Chirurgyn nieuwlyks moeten worden aangeflelt. Voorts zullen uitvallen honderd vyftig Compagnien Nationalen, of Duitfchers; agt en twintig Compagnien Schotten en neegen ComX a pag-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lancië. iKè rotmens m de lange maand, te verminderen. Zy geeven dog maar een fchyn van meerder ftcrkte aan de Compagnien, die niets beteekent. De geheele hier voor gedetailleerde Reforme , Incorporatie en Combinatie zouden behooren geteekent te worden haar volle beflag te hebben met den 24Maart aanftaande, ende nieuwe voet zoude met den 25 Maart behooren in te gaan, offchoon het faifoen van het jaar het marfcheeren van Compagnien en Regimenten , zoo als tot de volkoomene executie deefes zoude van noode zyn, zal koomen te beletten $ waar toe egter de eerfte gcleegentheid zal dienen te worden waargenoomen. §. V I. Het Corps Troupes, hier booven befchreeven , zal uitleeveren. Gemeene Ruiters. . . : | 2iod Gemeene Dragonders. . . 93ó Nationalen en Duitfchers. . 17000 Schotten 4 2040 Walen. 1020 Total. . . . * . ; 23102 Een getal , het welk riiemant ontkennen zal gering te zyn na de fituatie en omftandigheeden van de Republicq, en het welk uit dien hoofde ten minften compleet zoude behooren te worden aangehouden. Maar zulks is niet moogelyk, ten zy men de fpeciale oorfaaken van de teegenwoordige defuétueusheid wegneeme, en de Militie libereere van de Interesfen van agterftallen en van andere Lasten en Kortingen; dan het welk eene merkeiyke vermindering zoude maaken in het profyt van de Reforme, en daarom op het inilaan van een middelweg in deefe heeft doen denken. Die middelweg zoude beftaan in het amplecteeren van de navolgende voorflaagen. Eerftelyk, zouden zommige Traétementen en Gages, welker geringheid thans ooorfaak van defecten is, behooren te worden verbeetert, en eenige weinige, die by het Land niet bekent zyn, zouden ten laste van het Land behooren gebragt te worden. Ten andere, zoude de betaaling van eenige Posten, waar voor thans Manfchappen manqueeren, direëtelyk ten laste van het Land behooren te worden gebragt. Ten derde, dewyl de abfolute compleetheid, en teffens prompte betaaling meer te wenfehen als te hoopen zyn, zoude in allen gevalle op een eenparigen voet over alle de Provinciën geborneert en gefixeert behooren te worden, hoe verre de defeétueusheid zal moogen gaan, en ten dien einde zoude kunnen worden vastgeftek, dat vier Man en vier Paarden per Compagnie Ca vallede en Dragonders, en vier Man per Compagnie infanterie zullen moogen manqueeren. De volle Soldyen der zelve zouden in elke Provincie met overleg van haare Koninglyke Hoogheid geëmployeert worden, als een middel om de Militie, zoo veel doenlyk. te libereeren van den last der interesfen, waar meede zy is befwaart, cn tot Wegneeming van alfulke verdere oorfaaken van incompleetheid, ais waar toe de eerfte cn twee* de der voorfchreeve voorflaagen niet zyn gefchikt , waar van hier na een fchets zal worden gegeeven. Laatftelyk, zouden de refpeétive Provinciën zig behooren te laaten overreeden tot het aboleeren van Lasten en Kortingen, die dé Militie drukken, immers om defelve fn reedelykheid te mödereeren. §. VII. Met de voorfchreeve eerfte voörftag Wórd gebuteert de verbeetering der Tractementeri van de Adjudanten en Chirurg yns óver de geheele Cavallerie, Dragonders en Infanterie $ voorts van de Ritmeefters en Subaltemen van de Gardës te paard, en van de Capiteins en Subaltemen van de Dragonders, zoo Gardes als andere; het nieuwlyks vastftellen van Tractementen voor Piqueurs by de Cavallerie en Dragonders, voor Paukers by de Cavallerie j voor Tambour-Majors by de Dragonders en Infanterie, en voor de Capiteins Commandanten van de Grenadier Compagnien, als meede het geeven van een avantagïe voor de Grenadiers en derfelver Tambours, en voor de Corporaals by de geheele Infanterie, al het welk vereischt nader gedetailleert te worden. Genoegfiam alle de Adjudanten zyn teegenwoordig Subalterne Traétement of Penfioen trekkende Officieren, om dat het bloot Adjudants Traétement te gering is om een convenabel fubjeét op dat Traétement alleen tot die post te kunnen vinden, zoo dat men of eert Subaltern Officier, waar van men 'er in het vervolg niet te veel zal hebben, daar voor mist, of wel een Penfioen booven het Adjudants Traétement betaald. Dus was het veel beeter dit Traétement op een behoorlyken voet te brengen, en niet te gedoogen dat een Adjudant van eenig ander Traétement öf Penfioen Voortaan jouïslèere, mits aan die geenen die in dat geval zyn, de keufe gelaaten wordende, of zy Adjudanten willen blyven of niet, waar door een vry groot getal Penfioenen teffens zal worden gefpaart. Het Adjudants Tractement by de Cavallerie is tegenwoordig ƒ 47 -1 - 5, en by de Dragonders en Infanterie ƒ40-0-0 ter loopende maand; dog zoude voor het toekoomende behooren gefixeert te worden op ƒ 100-0-0 ter loopende maand by de Gardes te Paard; op ƒ 85-0-0 by de ordinaris Cavallerie; op ƒ 75-0-0 by de Dragonders, en op ƒ50-0-0 by de Infanterie. De Adjudanten van de Cavallerie en Dragonders zouden verpligt zyrf een Paard te houden. Het Traétement van een Chirurgyn-Major is teegenwoordig ƒ20 - 5 - 6 ter loopende maand by de Cavallerie, en ƒ 20-0-0 by de Dragonders en Infanterie, waar voor geen goed Chirurgyn Major op verre na te bekoomen is, en dit is oorfaak, dat de Ritmeefters en Capiteins in de meefte Regimenten een maandefykfche' contributie doen tot verbeetering van X 3 het  Thciiatcn, &c. voor de Militie te Lnndc» tfy zoude moogen zyn, of eenige Penfioen trekken, en het avanttgte van twee Huivers s weeks voor de Tainbours en Grenadiers zoude directelyk ten laste van het Land behooren genoomen te worden. Het 1 taètcment van den Capitein zoude dienen gefixeert te worden op ƒ83-o-o in de lange maand, het welk is een Lieutenants Traétement verhoogt rcet/30-0-0; en de Soldy van een Tambour zoude bedraagen ƒ 12 -11 - o; en die van een Grenadier ƒ 12-17-0 ter lange maand by de ordinaris Infanterie; gevolglyk by de Schotten ƒ13 -4-0 voor een Tambour, cn ƒ 13-12- i\ voor een Grenadier. Egter zoude in het geen voorfchreeven is behooren te worden gemaakt deefe eene uitfondeiïng, dat een Capitein Commandant van een Grenadier Compagnie, die in het geval is van reeds een Lands Traétement van ƒ900-0-0 in het jaar als Capitein a la furie te trekken, het furplus van die ƒ 900-0-0 booven het voorgemelde nieuwe Capitein Coramaqdanüs Traétement zal moogen behouden. Lnaritelyk moet met een woord gefprooken worden van het avantagie voor de Corporaals by de Infanterie. Het Land geeft twaalf 'guldens, voor het avantagie van drie Corporaals by ieder Compagnie Cavallerie en Dragonders., maar by de Infanterie niets, waar van de reeden thans is onbekent. Ondcrtusfchen zyn ze by de Infanterie ten minite even noodiaakelyk, en zy zyn 'er ook; maar de Capiteins betaalen het avantagie uit haas eigen beurs; niets kan derhalyen reedelyker voorkoomen, dan dat het avantagie van drie Corporaals per Compagnie Infanterie meede ten laste van het Land genoomen, en daar voor f 10-16-0 ter lange maand werde goedgedaan. Aan het einde deefer heeft men gemeent onder de Letter B. te moeten voegen een Lyst van Soldy en Stafs-Traétementen van de Militie van den Staat, die volgens alle de voorenilaande veranderingen en verbeeteringen is gedresfeert. Zonder die verbeeteringen zal men by continuatie zig zelve bedriegen, want het moet dog uit de lengte of de breedte koomen, gelyk het fpreekwoord zegt. §. VIII. Plet brengen van eenige Posten, waar voor thans Manfch'ippen manqueeren, directelyk ten laste van het Land, waar toe de tweede der boovengcmelde voorflaagen tendeer^, zoude beftaan in de volgende. By haar Hoog Mog. Refolutie van den 4 Maart 1751. is goedgevonden, dat de agtergelaaten fchulden der Ruiters, die na de troubles fuccesfivclyk gecasfeert waaren uit alle de Regimenten Cavallerie except de Gardes,Hei- ! nenoort en Linteïó, aan de refpeétive Ritmees- | ters of haare Reprefentanten zouden worden goedgedaan, en dat om het noodige Fonds daar toe te vinden een Ruiter en een Paard per Compagnie by het Regiment van OrangeVriesland, en twee Ruiters en twee Paarden ■ per Compagnie by de overige Regimenten on- j der exceptie als vooren, uitmnakende in het geheel honderd zes en twintig Ruiters en Paarden zouden moogen manqueeren, voor Zoo Jangen tyd als zulks zoude worden vereischt. Ingevolge van die Refolutie heeft dc Raad van Staate, na overleg met zyne Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, met dcn Solliciteur Heeneman gemaakt een fchikking, volgens, welke hy het totaal montant der voorfchreeve fchulden promptelyk heeft voldaan onder conditie, dat de Soldyen der gemelde manqueerende Ruiters en Paarden door de refpeétive Ritmeefters ieder Heeremaand aan hém zouden werden uitgekeert, tot dat het opgefchoote Capitaal met den Interest van dien ten volle zoude zyn gequeeten. Deefe Soldyen, gereekent teegen ƒ 25-0-0 ter lange maand voor ieder Ruiter na het voorfchrifc van gemelde haar Floog Mog. Refolutie, bedraagen te laamen ƒ3150-0-0 ter lange, en ƒ2173-10-o ter korte maand, en volgens eene exacte uitreekening daar van gemaakt , zal de voornoemde Solliciteur de voorfchreeve refpeétive foramen ter lange en korte maand moeten blyven ontfangen tot de Heeremaand, ingaande den 25 Maart 1^50* incluis; als wanneer hem over de maand, die ingaan zal met den 6 Mey daar aan volgende, nog zal moeten worden voldaan eene fomme van ƒ 1513-11-14, waar meede hy zal weefen afbetaald. . Ter zuivering van dit defect is geen beeter middel, dan de gemelde maandelykfche fomme te brengen op den extraordinaris Staat van Oorlog, om aan den voornoemden Solliciteur promptelyk en zonder eenigen aftrek van maand tot maand te worden betaald, tot dat de tyd van de volle voldoening daar zal zyn, en zulks is des te noodfaakelyker, om dat de honderd zes en twintig Ruiters nu op een veel kïeinder, getal van Compagnien zouden moeten worden gemist. Booven dien zouden ze een geheel jaar langer moeten manqueeren tot het vinden der Aanritsgelden voor de weeder aanfchafiïng, en men confidereere nog daar by, dat door het brengen van de gemelde fchuld op den Staat van Oorlog, de Provinciën drie guldens op ieder vyf en twintig guldens profiteeren, nademaal de Soldye van een Ruiter agt en twintig guldens bedraagt, en de Ritmeefter maar vyf en twintig guldens daar van uitkeert. Op genoegfaam gelyke wyle is gehandeit met de fchulden der Dragonders, want deefe beneevens het montant van de vermindering van haare Wapengelden zyn genoomen ten laste van het Land by haar Hoog Mog. Refolutie van den 30 December 1749, en daar by is wyders goedgevonden, dat by het Regiment Gardes Dragonders zouden gecasfeert worden neegentig Dragonders en tien Tambours, en by de ordinaris Dragonders drie geheele Compagnien, waar van de Soldy op den Staat van oorlog zoude blyven, en door de Provincie van Holland en Westvriesland by continuatie betaalt worden, tot dat de totale fomme van de fchulden der Gardes. Dragonders uit de Soldy van de gemelde neegentig Dra.  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 169 Yan haare Koninglyke Hoogheid fullen worden geëmployeert, als een Middel om de Militie zoo veel doenlyk te libereeren van den last der interesfen, waar meede zy is befwaart, en tot wegneeming van alfulkc verdere oorfaaken van incompleetheid, als waartoe de eerfte en tweede der hier booven gedaane en gedetailleerde voorflaagen niet zyn gefchikt. Het is alhier de plaats om die idees te developpeeren en aan te pryfèn door het geeven van een korte fchets van het cmploy, het welk van dc voorfchreeve Soldyen zal kunnen worden gemaakt in de eene Provincie met meerder en in de andere met minder efficacie, dog in alle, zoo vertrouwt word, met groote nuttigheid voor 's Lands dienst. De respeétive Quartieren van de Provincie van Gelderland', de Provincie van Holland cn Westvriesland', die van Utregt en Overyffel zyn in het betaalen der Soldyen, en de drie eerstgemelde Provinciën ook in het betaalen der Hoofdtraétementen, eenige Heeremaanden, de eene min, de andere meer, ten agteren. Deele Soldyen en Hoofdtraétementen worden door de SolUriteuts geavanceert, waar voor de Militie aan haar Interesfen betaalen moet, en daar het agterftal het grootst is, drukt die last het meest. Nu is het fcekér, dat, indien aan de gemelde Provinciën van elders en zonder eenig befwaar voor haar kon worden beforgt een Capitaal, het welk groot genoeg zoude zyn om de Militie, op haare repartitie zullende ftaan, voor het toekoomende daar uit van maand tot maand contant te betaalen gëduurende zoo veele maanden, als zy nu ten agteren zyn, die Provinciën ondertusfehen voortgaande met van maand tot maand een van haare agterftallige maanden af te betaalen, zoo als zy nu werkelyk doen, zy met de afbetaaling der laatfte maand, uit haare agterftallen zouden weefen gered, en dat 'zy, op die wyfe uit haare agterftallen gered zynde, daar na en in het vervolg uit haare eigene kaslen contant zouden kunnen betaalen, want, de loopende bctaaling inmiddels uit het voorfz. beforgde Capitaal zynde gedaan , zouden 'er geene nieuwe agterftallen weefen gemaakt. Dit voorftel dient eigentlyk om het geen met de Soldy der manqueerende Manfchappen gedaan kan worden vatbaarder te maaken, want Capitaalen aan de Provinciën te willen beforgen zonder eenig befwaar is buiten het bereik van dit Project. De Soldy der manqueerende Manfchappen moet aangemerkt worden als een fonds, waar ■op een Capitaal genegotieert, en waar uit de betaaling van den Interest en weeder aflosfing van het genegotieerde Capitaal kan gevonden worden, en dienvolgende word ten deefe voorgeflaagen, dat in ieder der boovengemelde Quartieren en Provinciën op dit fonds zal worden genegotieert zoodanige fomme als fufficient zal zyn, om het voorgeftelt effect te prelteeren, en dat het fonds zelve heiliglyk en fonder eenige de minfte aftrek zal worden geëmployeert Vin. Deel. tot voldoening van den Interest en quyting van de opgenoome fomme. Maarhetoogmerk van ditProjeét is met het vinden der gemelde fomme nog niet geheel voldaan. Op de Provinciën van Gelderland, Hollanden Westvriesland, Utregt en OverysfëlzyndeCompagnien Dragonders en Infanterie belast met Wapen-gelden, waar van de Capiteins de interesfen betaalen moeten, en eenieder die de regte kennis daar van heeft, zal, zoo vertrouwt word, moeten toeftemmen , dat dit etablisfement niet is vry te fpreeken van ongerymtheid, en dat het eene weefentlyke ontlasting aan de Militie geeven zal, indien de te negotieeren fomme word vergroot met het montant der Wapengeldcn op ieder repartitie, waar onder zouden kunnen worden begreepen niet alleen de Wapengelden der Compagnien, die in weefen blyven, maar ook van die, dewelke ondergeftooken zullen, worden, en aan welker Capiteinën of haare SoUiciteurs de Wapengeiden behooren te worden gerembourfeert. Dus zouden alle Wapengelden moeten worden afgelost en voor hettoekoomendegeëxtingueert. Booven dien ftaat te letten, Cat, behalven de reeds genoemde defecten, op de Provincie van Gelderland twee Man per Compagnie manqueeren in de Regimenten Infanterie van Brakel en Broekhuifen, om daar uit te vinden het rembourfement der Wapen-gelden van de geweefe krygsgevangen Compagnien van het Regiment van Oyen, geftaan hebbende op de repartitie van gemelde Provincie, het welk in den jaare 1748 is geincorporeert. Dit rembourfement zal afgeloopen zyn teegen de maand December 1753. Nog manqueeren op Gelderland drie Man per Compagnie van het Regiment van Rantwyk, dewelke tot gelyk einde ten behoeve van twee andere Compagnien zyn gereduceert geweest, dog dit laatfte rembourfement heeft reeds zyn befiag, en deefe Manfchappen fouden op den 18 Juny 1752 weeder moeten weefen aangefchaft. Op Holhnd' en Westvriesland manqueeren insgelyks drie Man per Compagnie Infanterie, die tot voorfchreeve einde zyn gereduceert geweest, maar dit rembourfement zal met den 25 Maart 1752 zyn beflag hebben. En op Overysfel is hetzelve defect, waar van de oorfaak met het einde van den jaare 1752 zal weefen gecesfeert. Voor zoo veel nu de voorfchreeve rembourfementen niet zyn afgeloopen, zoude het te negotieeren Capitaal nog moeten vergroot worden met het montant van het geen daar aan zal manqueeren , om aanftonds afgedaan te worden. Uit het gefegde is ligtelyk op te maaken, dat hoe grooter het te negotieeren Capitaal zal moeten zyn, en hoe hooger de cours van Interest is in ieder der gemelde Provinciën, 'er zoo. veel langer tyd verloopen zal eer de losfing gedaan zal zyn. Het zoude zelfs kunnen gebeuren, dat het geen na betaaling van den Interest uit de voorfz. Soldy zal overfchieten, tot de losfing zoo gering zal weefen, dat men zal moeten denken op andere accesfoire Y . raid-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. in¬ een gedeelte van dien gëduurende het leeven der teegenwoordige Schryvers aan haar uit de gemelde Soldy nog kunnen worden goedgedaan , en by provifie alleenlyk het overfchot van die Soldy tot afbetaaling der agterllallige Soldy-Ordonnantien gebruikt, om vervolgens na het uitfferven der Schryvers geheel daar toe geëmployeert te worden, waar door de Provincie met 'er tyd eene conliderable ontlasting zal erlangen. Van het Lcmdfchap Drenthe valt ([zoo veel men weet) niet anders te zeggen, als dat aldaar ook drie Man per Compagnie voor Schryvers-Traétement manqueeren booven den Schryver, die onder de prima plana begreepen is; maar de Schryvers zelve, die dit Traétement voor deefen trokken, zyn afgefchaft, en het word thans geprofiteert by het Landfchap. Deefe fchikking behoort te cesfeercn, en het Landfchap zal in de plaats van dien kunnen trekken de Soldy der vier manqueerende Manfchappen. Het voorenltaand detail tendeert eeniglyk om in het generaal te vertoonen, wat nuttig gebruik op elke repartitie van de Soldy der vier manqueerende Manfchappen zal kunnen worden gemaakt, en daar toe word vertrouwt genoeg te zyn gefegt. Die geleefen heeft zeeker Ontwerp tot foulaas van de Infanterie op de repartitie van Holland en Westvriesland, door zyne Hoogheid, hoogloffelyker gedagtenis , aan de Heeren Staaten van gemelde Provincie op den id April 1751. overgegeeven en aangepreefen, zal daar in de fource van deefe idéés reeds hebben gefien. Voor het overige zullen de Heeren Staaten van ieder Provincie en van het Landfchap Drenthe zoo ras doenlyk, indien deefe voorllag om vier Man op ieder Compagnie minder te houden by Refolutie van haar Hoog Mog. word vastgefield, met haare Koninglyke Hoogheid in nader overleg dienen te treeden over het meergemelde employ van derfelver Soldyen, ten einde dien aangaande zoodanige precifer fchikkingen te arrefteeren, als na de gefteltheidvan elke Provincie in den haaren geoordeeld zullen worden aan het voorgeftelde oogmerk best te kunnen beantwoorden. §• X. De lasten en kortingen, waar aan de Militie onderheevig is, zyn van diverfchen aart, als daar zyn: de honderdfte Penning; betaaling ten twee en dertig daagen in plaats van ter loopende maand, korting van een vierendeel jaars Traktement gëduurende de vier eerfte jaaren, na dat een Officier eene Compagnie of hooger Militaire Charge heeft gekreegen; Amptgeld; drie ftuivers te ponde Vlaams; halve Sollicitude; korting van h'oofdtra&ementen; Equivalenten; Officie en Taxatiegelden; Stuiver geld of twintigfte Penning , en wat dies meer zoude moogen zyn. •Sommige van deefe hebben plaats op de eene repartitie, andere op de andere; fommige derfelve zyn draagelyk, andere zeer drukkende. Het oogmerk van de vierde of laatfte der hier boovengedaane voorflaagen is niet om alhier in een detail van de voorfchreeve gcënu. mereerde lasten of kortingen te treeden. Aan de Heeren Staaten van ieder Provincie zyn de haare bekent. De abolitie van fommige en de moderatie van andere meriteeren derfelver favorabele reflexie en het appui van haare Koninglyke Hoogheid. Dog buiten de hier booven geënumereerde is 'er nog een korting van tien Huivers ten honderd guldens of een half per cent van de Soldyen, die op Holland en Westvriesland alleen in gebruik is, en dewelke dient tot een fonds van Penfioenen voor Officieren, die uit hoofde van ouderdom of uit oorfaak van infirmiteiten moeten worden gegageert. Deefe korting is zoo reedelyk, dat niemand zig daar over beklaagt, en het waare derhal ven te wenfchen, dat defelve generalyk by alle de Provinciën wierde in trein gebragt, het welk gefchiedende de post voor Gereformeerde Officieren op den ordinaris Staat van Oorlog ftaande , dewelke nooit tot een perpetueel établisfement is gedeftineert geweest, zoude behooren te worden gemortiriceert, en de Penfioenen die daar uitbetaald worden, op den extraordinaris Staat van Oorlog overgebragt. §. XI. Maar het is niet genoeg de voorgeftelde Reforme te hebben gedetailleert en middel aangeweefen, om de Troupes te kunnen houden in compleetheid. Men kan geen vier en dertig Collonels, agt en twintig LieutenantCollonels, twee Majors, twee honderd vier en twintig Ritmeefters of Capiteins, en neegen en vyftig Capiteins-Commandanten van Grenadier-Compagnien laaten uitvallen, zonder defelve behoorlyk te dedommageeren. Want of fchoon het een waarheid is, dat met alle groote redresfen eenige iniquiteit gepaart gaat, die met de publicque utiliteit word gecompenfeert, zoo is het nogtans niet minder waar, dat men de hardigheeden, die particulieren tot behoud van de gemeene zaak verpligt worden te ondergaan, zoo veel eenigfints doenlyk is, moet verfagten. Dit is ten regarde van de boovengemelde Officieren met ordinaris Penfioenen niet te doen, maar zy behooren met meerder generofit,eit te worden getraéteert. Veele onder defelve zyn oude Dienaars ,• veele, en wel voornaamentlyk die van de Infanterie, zyn door desaftres in fchulden ingewikkelt, zonder dat aan haar tot nog toe eenig foulaas is gegeeven. Zoo men die Luiden met ordinaris Penfioenen afwyst, ruïneert men ze compleetelyk, en men ruïneert daarenbooven die geenen, aan wien zy fchuldig zyn. Dienvolgende word voorgeflaagen: Dat alle de groote Stafs-Officieren, dewelke in die qualiteiten uitvallen, haare volle Traétementen moogen behouden. Dat aan alle Ritmeefters, die haare Compagnien verliefen zullen, werde toegelegt een extraordinaris Traétement van / 1500-0-0 Y 2 'sjaars9  placaaten, &c. voor de Militie te Lande. m defelve zyn gereguleert, fupponeeren, dat de Compagnien fterk zyn twee honderd of honderd vyftig Hoofden, en geeven geen Reglement voor de teegenwoordige fterkte. De Capiteins zelve hebben zig ook aan de Capitulatien in dit ftuk niet precies gebonden, en de eene Compagnie varieert hier in van de andere. Sommige hebben zes Sergeanten en vier ïambours, andere vyf Sergeanten en drie Tamboers, welk laatfte getal thans evenwel nog te groot is. Boovendien is in ieder Compagnie een Provoost en een Pyper, en derhalven twaalf Provooften en twaalf Pypers, per Regiment, waarvan de helft genoeg zoude zyn. . Dienvolgende word geproponeert, datés prima plana van eene Compagnie Switfers, zoo lang zy op honderd Hoofden zullen blyven, werde gereguleert als volgt, ij Capitein. i Capitein Lieutenant» i (Lieutenant. i Smis,-Lieutenant» ijVendrig. 4|Sergeanten. i Provoost of Pyper; zulks dat in zes Compagnien van een Regiment geleeden zal worden een Provoost, en in zes andere Compagnien een Pyper. i (Secretaris. 1 Chirurgyn» 4 Trawanten» 2 Tambours. ijVoor den Commisfaris Generaal, ï Voor den Solliciteur. 20 Door welk Reglement het getal der Corporaals , Appointez en Gemeenen zoude worden gebragt tot tagtig, en dienvolgende het tegenwoordig getal derièlve met vyf Gemeenen by zommige en met drie by andere Compagnien vermeerdert, waar door de Capiteins niet alleen geen fchade zullen lyden, maar in teegendeel bevoordeeld worden. Voorts behoort geen Adjudant te pasfeeren voor een Man in een of meer Compagnien, als moetende zyn Traétement genieten uit het Stafs - Traétement van den Collonel, die geen reeden heeft van klaagen, dat het zelve te gering is; om beneevens de andere lasten van de Staf een Adjudant per Battaillon daar uit te betaalen; en voor zoo veel 'er in verfcheide Compagnien van de Regimenten van den Lieutenant Generaal Stuiter, Lieutenant Generaal Conftant, en Generaal Major Planta nog tweede SousLieutenants zyn, die voor een Man pasfeeren , en waar voor boovendien drie Man manqueeren, dog welke tweede Sous - Lieutenants uitfterven moeten, behoort zorg te worden gedraagen, dat defelve niet werden geperpetueert. Het etablisfement van den Switferfchen dienst eifcht prompte en compleete betaaling, maar in conformiteit van de maandelykfche Monfterrollen ter Financie van de Generaliteit geilooten, en de Provinciën, dewelke de §witferfche Capiteins aan kortingen of onkosten fub- jeéteeren, en daarenteegen betaaling doen fonder de voorfz. Monfterrollen te eisfehen of zig daar na te reguleeren, geeven oorfaak tot relachement en defeétcn. §. X I V. De' Compagnien Artillerie zyn feedert de provifioneele Reduétie, by haar Hoog Mog. Refolutie yan den 22 December 1751 vastgeftek , thans gecomponeert als volgt. 2 Capitein met zyn Jonge. 2 Capitein - Lieutenants met zyn Jonge. 2 Ordinaris Vuurwerkers. 3 Sous - Lieutenants. 9 Bombardiers. 94 Kanoniers. 2 Corporaals van de Timmerluiden. 8 Timmerluiden. 122J Hoofden. Dog daar op ftaat te remarqueeren. 1. Dat de Jongens van den Capiteinën Capitein Lieutenant beeter afgelaaten als meedegetelt worden, zoo als hier booven ten aanfien van de Dragonders en Infanterie reeds is gefegt. ia. Dat van de vier en neegentig ICanoniers een mag manqueeren voor een Solliciteur, volgens Refolutien van den Raad van Staate van den 2 6 July 17 24 en 18 November 1749, en dat het derhalven beeter foude zyn den Solliciteur op de Lysten der Compagnien te noemen als te cacheeren. 3. Dat het getal der Kanonniers te klein geworden is om voor te ftellen, dat 'er Manfchappen zullen moogen manqueeren , om te dienen tot een fonds voor prompte betaaling, en dat dit voorftel te minder kan worden gedaan, om dat het getal der manqueerende Kanonmers grooter foude moeten zyn als by de andere Militie, dewyl de Compagnien Artillerie meer als eens zoo fterk zyn, i en dienvolgende het montant der Or¬ donnantiën veel hooger is. Des nietteegenftaande is het gemelde fonds even nooófaakelyk voor de Artillerie als voor de andere Troupes, en dienvolgende, dient het gevonden te worden daar meede, dat de SoldyOrdonnantien geflaagen werden na rato van ten minften vyf Kanonniers meer als 'er thans zyn. Zulks dat de Lyst van eene Compagnie Artillerie voor het toekoomende zoude behooren te worden gedresfeert als volgt: 1 Capitein. 1 Capitein-Lieutenant. 2 Ordinaris Vuurwerkers. 3 Sous-Lieutenants. 9 Bombardiers. 98 Kanonniers, waar van 'er vyf moogen manqueeren. 2 Corporaals van de Timmerluiden. 8 Timmerluiden. 1 Schryver op den voet van Kanonnier. 125 Y 3 Nog  Placaaten, &c. voor dc Militie te Lande. 175 OjWaldek eerfte en tweede Battaillon. ftEvertzen en du Vergé. I j twee Compagnien van 1 I Orange Gelderland. J een Compagnievan O( range Stad en Lande. 2Swanenberg en Prins van Stolberg. 2 (de Guy en Maleprade. 2Croyé en Bekker. 2 Orange-Vriesland eerfte en tweede Battaillon. 1 2 Aylva en Glinftra. a'Burrnatiia en Prins van Baden Durlach. a Rumpf eivAcronius. s vanden Glooster en Prins van Beveren. 2, Orange Stad emLande en Orange-Drenthe. i sLewe en Veltman. j B. Lyst van Soldy van een Compagnie Gardes te piaard, ordinaris Cavalerie, Gardes en ordinaris Dragonders, Nationale, Duytfche, Schotfche en Walfche Infanterie, Artillerie en Mineurs, mitsgaders van de Stafs-Tra&ementen der Regiments - Officieren , gedrefjeert in conformiteit van het voorenjf aanck Project. Compagnie Gardes te Paard, 52 Paarden en 47 Perfoonen. Paarden. Perfoonen 1 Ten 42 dagen. 3 1 Pvitmeefter ■ , ƒ 400 o o 2 1 Lieutenant —— 155 o o 2 / 1 Sous-Lieutenant ■ . ■ 140 o o 2 1 Cornet ■ . 1401 o o 2 2 Wagtmeefters a ƒ45-0-0 ieder — 90! o o 1 1 Trompetter — 35 0 0 1 1 / Voor den Solliciteur — 2'g 0 0 tpM —— ' I ■—. .1- 13 I 8 Prima Plana —— \ ƒ 988 o o 39 I 39 Gemeene Ruiters k f 28 -0-0 ieder; 1092 o o ! Voor het avantage van 3 Corporaals i 1200 52Paardeni 47 Perf. • . 1 ƒ2092! o; o Af 4 j 4 Die minder mog.worden aangehouden! 1121 o o 48 Paardenf 43 Perf. Waar onder 35 efeclive Ruiters - \ ƒ1980! o o Compagnie ordinaris Cavallerie a 50 Paarden en 46 Perfoonen. Paarden. Perfoonen. ITen 42 dagen 3 1 Ritmeefter ■ > ■ ƒ 325; o o 2 1 Lieutenant ■ • 130' oj -c 2 1 Sous-Lieutenant of Cornet 120* o! o 2 2 Wagtmeefters a ƒ 45 - o - o ieder — 90 0 0 1 1 .Trompetter ——- • 35! dj o 1 1 Voor den Solliciteur —-—— 28' ö o n 7 Prima Plana > ƒ728' oj o 39 39 Gemeene Ruiters — 10921 oj o Voor het avantage van 3 Corporaals 12! o. o 50 Paarden 46 Perf. . 1 ƒ1832! oj o Af 4 4 Die minder mog. werden aangehouden] 112 J oj o 46Paarden 1 42 Perf. \JVaar onder 35 ejfeclive Ruiters -\ ƒ17201 oj o Oom* 2 Saxen - Hilburghaufen en Rechteren. 50 Battaillons Nationale en Duitfchers. Schotten. 2 Halket, met zes Compagnien van Drumlanrig. 2 Majoribanks, met twee Compagnien van Halket. 2 Stewart, met twee Compagnien van Halket. óiBattaillons Schotten. Walen. 3 Lillers, Smisftart en Cornabé. 1 Regiment of Battaillon van Saxen-Gotha. Blyft op zig zelf.  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 177 Compagnie Grenadiers Schotten a 61 Hoofden. Hoofden. Ten 42 d ?Pf-nr —]—' ' ' / 158 o o 1 ] Capitein Commandant , 83 0 0 , 1 Lieutenant ■ • , 50 0 0 1 Sous-Lieutenant of Vendrig 48 o o 2 Sergeants a ƒ 25-4-0 ieder . 50 8 o 2 Tambours a ƒ 13-4-0 ieder — — 26 8 o 1 Voor den Solliciteur , 1 . I2 0 0 9 Prima Plana , : , T^o 16 o 52 Gemeene Grenadiers a ƒ 13-12-24 . 707 15 o Voor het avantage van 3 Corporaals ■ ■ ■< 10 16 o 61 Hoofd. — . i2 : , ƒ'.1149 7 ö Af 4 I Die minder mogen werden aangehouden - ... 54 810 57Hoofd. I /Vaar onder 48 efe&ive Grenadiers ƒ 1094 18 2 Compagnie ordinaris Schotten d 55 Hoofden. Hoofden. f Ten 42 dagen. 1 Capitein . . ƒ I5gi J 0 1 Lieutenant ■ • ;— . . 53 0 0 1 Sous-Lieutenant of Vendrig. — 48 o o 2. Sergeants a ƒ 25-4-ieder — 5o 8 0 1 Tambour —-—— . 1— i2 i2| 0 1 Voor den Solliciteur . .. - . l2 0 o 7 Prima Plana. . "ƒ 334 o "o 48 Gemeene Soldaaten h f 13-0-24 . 624 iq 0 Voor het avantage van 3 Corporaals ■— 10 16 o 55Hoofd. < . . ~J~969 6 o Af 4 \Die minder mogen werden aangehouden ——— 52' o 10 51 Hoofd. \Waar onder 44 efe&ive gemeene Soldaaten —| ƒ917! 5! * Compagnie Grenadiers yan het Regiment van Saxen-Gotka a 49 Hoofden. Hoofden. ] |Ten 42 dagen. 1 1 Capitein — . ƒ1581 os o 1 Lieutenant . , ,\ 53] 0 o 1 Sous-Lieutenant ' ■—: " .[■ 48* of o 1 Vendrig 1 -—— • 48 o' o 2 Sergeants a ƒ 24-0-0 ieder . ... 48 o! o 2 Tambours b f12 -o - o ieder -— 24 0 0 1 Voor den Solliciteur . ■ 12 0 0 r 1 1 ■, / — | 9 '\ Prima Plana . . ,[ ƒ391 o' o 40 Gemeene Grenadiers k f 12 - 5 - 0 490 o o Voorden Capitein Commandant —■—ƒ30-0-0 Twee Huivers 'sweeks of twaalf Huivers ten 42 dagen voor ieder Grenadier enTambour/*25-4-0 ' 1 55 4 _o 49Hoofd. .— , ƒ936' 4j o Af 4 Die mindermoogen yver-den aangehouden*^'° ° j j 45 Hoofd. Waar onder 36* e feelive Grenadiers 1 ƒ 884! 1 dj o VIII. Deel. Z Com  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande, 179 By de Ordinaris Cavallerie.. • Ter loopende maand. 1 CoUonel IVoor den Pauker ƒ 25-10-0} faamen / 225 10 O i Lieutenant Collonel -—m — 80 o o 1 Major , 60 o o 1 Adjudant . - - , — 85 o o 1 Piqueur • , . 50 O o l Chirurgyn . 1 , 40 o o ƒ 540 10 o By de Dragonders, zoo Gardes als ordinaris. Ter loopende maand. *v.fi,«,«i /Voor hem felf f 200-0-0") r r f I Collonel {Voor den Tambour Major > a.-o-oj fiamen / »' ° 0 i Lieutenant Collonel. . _ , 80 o o 1 Major ——— 1 —— 60 o o 1 Adjudant ■ • —— 75 o .0 1 Piqueur ■ . , | 50 o o l Chirurgyn . _ , j 40 o o ! ƒ526 oj o 1.—— 1 — 1 By de Nationale, Duitfche en Schotfche Infanterie. Ter loopende maand. t rwirmpi JVoor hem felf ■ f 200-0-0] _ „ 1 CoUonel {voorden Tambour Major ƒ 12-0-oj faamen / 212 0 0 1 Lieutenant Collonel ——— ——. , go o o 2 Majors k f 60-0-0 ieder . . I20 o o 2 Adjudanten k f 50-0-0 ieder ■ —— IOo o o 2 Chirurgyns a ƒ 40 - o - o ieder ■ _ ' 80 o o ƒ 592 o o By het Regiment Walen van Lillers Ter loopende maand. m rvu™oi JVoor hem felf — ƒ 200-0-0? r I r \ 1 Collonel {voordenTambour Major f 12-0-oj faamen /212 0 o 1 Lieutenant Collonel « , 80 o o 3 Majors k f60- 0-0 ieder i ^0 0 o 3 Adjudanten k f 50-0-0 ieder —- 0 o 3 Chirurgyns a ƒ 40-0-0 ieder —- — ï20\ 0 0 ƒ742 _o o By het Regiment van Saxen-Gotha. Ter loopende maand. ï Collonel - ■■ , . , /200 0f o 1 Lieutenant Collonel . —_ 80 0 0 1 Major —i , öo o' 0 1 Adjudant ■ . - . 40 0 0 1 Chirurgyn ■ . —. 40 o o |, ƒ 420 0 o Z 2 $j  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. i8ï onder defelve, buyten confent en toeftemminge van de refpeétive Magiftraaten, onder de Burgers zullen praétifeeren, veel min eenige operatien doen, op poene dat teegens den geene des contrarie doende, na bevindinge van zaacken op het rigoureufte door de Auditeurs Militair zal worden geprocedeert. En zal hier van by Misfive kennisfe gegeeven worden aan haare Koninghlycke Hoogheyd , met verfoeck om daar aan de hand te willen houden, dat deefe haar Hoogh Mogende Refolutie behoorlyck werde nagekoomen. 6. Reglement van haare Koninglyke Hoogheid omtrent de Chirurgyn-Majors der Regimenten. Den 26 July 1752. Haere Koninklyke Hoogheid geinformeert zynde, dat tot hier toe op het werk van de Chimrgyn - Majors der Regimenten geene genoegftame voorziening is gedaan, vermits zy by het eindigen van voorgaande oorlogen uit 's Lands dienst wierden ontllagen, heeft goedgevonden daar omtrent voor de Chirurgyn - Majors van de Cavallerie, Dragonders, Nationale, Duitfche, Schotfche en Walfche Infanterie van den Staat, de Guardes te voet en het Regiment van Saxen - Gothe daar onder niet begreepen, te arrefteeren en te ordonneeren de Pointen hier navolgende. Art. 1. Wanneer de Chirurgyn - Majors plaats van eenig Regiment of Battaillon vaceert, zal de Chef van het zelve den Perfoon, welken hy daar toe zal hebben gedespiceert, addresferen aan 's Lands Doétoren en Chimrgyn in 's Gravenhage, die hem in de Theorie en Praétycq van het geen een Chirurgyn-Major tot geneezing van gequetfte en kranke Ruiters, Dragonders en Soldaten noodig heeft te weeten, en te praétifeeren, naauwkeurig zullen examineeren, en bevonden hebbende, dat hy is bequaam en voorzien van de noodige Initrumenten, volgens de Lyst by Refolutie van den Raad van Staate van den i8 Juny 174.3 gearresteert, daar van geeven haare'Atteftatie, waar voor zy in reedelykheid zullen vermoogen te declareeren. I I. De gedespicieerde Perfoon bekoomen hebbende voorfchreeve AtteRatie, zal gemelde Chef hem addresfeeren aan haare Koninklyke Hoogheid, en zal hoogstdezelve voor hem doen opmaaken de noodige Acte, om daarop by den Raad van Staate in Eed genoomen, en met Commiffie voorzien te worden. I I I. Den Eed gedaan hebbende, zalhy zig vervoegen by het Regiment of Battaillon, waar by hy is aangeltelt, om by het zelve erkent en in de posfesfie van zyne Bedieninge geftelt te worden. I V. Hy zal voor het Traétement, het welk hem van weegens het Land betaald word, alleenlyk verpligt weefen, om zynen dienst zoo aan de Officieren als Onderofficieren en Gemeenen te prefteeien, in het vifiteexen der Patiënten en haar te cureeren van haare Ziektens, Wonden en Accidenten, het doen van Verbanden, Operaticn, en het geene verder tot zyne functie behoord, zonder dat hy voor zyn Traétement tot rafeeren of leeveren van Medicamenten zal gehouden zyn. V. Niet te min zal hy verpligt zyn om voor het rafeeren der Onderofficieren en Gemeenen zorg te dragen, mits hem daar voor door ieder Ritmeefter of Capitein voor zyne Compagnie weekelyks betaald werde twaalf ftuivers, het welk haare Koninklyke Hoogheid begeert dat by alle Regimenten geintroduceert en exaételyk zal worden nagekoomen, zonder dat aan de Onderofficieren en Gemeenen eenige korting daar voor zal worden gedaan. V 1. In de Garnifoenen, daar geene ordinaire Garnifoens-ITospitalen zyn, zal hy gehouden weefen tot het leeveren der Medicamenten, en daar voor weekelyks genieten, Van ieder Ritmeefter of Capitein o!i2i o Van een ordinaris Capitein Com- I mandant van de Grenadiers. o 6 o Vaneen Lieutenant, Sous-Lieutenant, Cornet of Vendrig. 030 Van een Wagtmeefter en Sergeant o' 1 o Van een Ruiter, Dragonder, Grenadier, Soldaat, Trompetteren Tambour. .... O Oj 8 Alles in Hollands Geld gereekent. V I I. De voorfchreeve leverantie en contributie zal ook plaats hebben te Velde, zoo lang de Patiënten by de Regimenten kunnen blyven. VIII. Ten dien einde zal hy zoo te Velde als in de gemelde Garnifoenen geftaadig voorfien moeten weefen van alle zoodanige in- en uitwendige Medicamenten, als begreepen zyn in de Lyst der Medicamenten voor een klein Garnifoens Hospitaal, gearrefteert by Refolutie van den Raad van Staate in dato den 15 Oétober 1742, immers van alle de zulke uit dezelve, die geen bederf onderheevig zyn. I X. In cas van extraordinaire Ziektens, zal hy in de voorfchreeve Garnifoenen op ordre van den commandeerenden Officier van het Regiment of Battaillon, gehouden weezen een geZ 3 2ra-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande, 183 7* Refolutie van de Staaten Generaal, waar by gearrefteert word een Project yan re du elk onder de Gardes du Corps, en de Regimenten Hollandfche en SwitJerJ'che Gardes. Den 21 December 1752. en Is gehoord het Rapport van de Heeren Vlaardingerwoud, cn andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de Militaire zaacken, hebbende in een Conferentie met Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate ter prefentie van haare Koninghlycke Hoogheyd, geëxamineert een Project van reductie onder de Gardes du Corps, mitsgaders de Hollandfche en Switzerfche Gardes, het vvelck hooghstdefeive, in confideratie dat de gemelde Corpfen by de reforme van den derden Maart laatstleeden, niet waaren aangeraackt, tot verdere verlightingh van deFinantien had doen formeeren, en aan haar Heeren Gedeputeerden en Gecommitteerden in de voorfchreeve Conferentie gecommuniceert, -luidende als volgt; Project van reductie onder de Gardes du Corps, en de Regimenten Plollandfche en Switzerfche Gardes. Paar- [loof- Soldyen in het den. den. Jaar. Van de Guardes du 1-. \ Corps te reduceeren 42 42 18980: o' o Van de Hollandfche y \ GuardesteVoettere-l 1 \ \ duceeren zestien Ge- Ij I meenen per Compag-l II Ij nie, dus over veertien i II Compagnien . . — 224 26280; o o De aght Compagnien Switzerfche Gardes, yeder fterek zynde honderd vierenveertig Hoofden, te verminderen met vier en veertig Hoofden, te weeten twee Sergean- \ ten, een Tambour, eenPro voost of Pyper en veertigh Gemeenen, waar door de Ordonnantie, die tegenswoordig geüaagen word na rato van twee honderd f loofden, en zee ven en twintig piaatfen van gratificatie, ter fomme van twee duyfend neegen honderd vyf en zestigguldens vyftien ftuyvers in de loopende, maand, zal kunnen worden verminderd op den voet yan honderd vyftig Hoofden en vyf en twintig Paar Hoof- Soldyen in het den den, I Jaar. piaatfen van gratificatie, ter fomme van twee duyfend twee j honderd zes en taghtigh guldens zeeven ltuyvers zes penningen, meede in de loopende maand, het geen over de aght Compagnien zal bedraagen ... — 352^ d522o, o o 42di8J I Somme . . (110480 o o En dus zal een Compagnie Switzerfche Gardes voortaan beftaan uit, ifCapiteyn. 1 Capiteyn Commandant. 2 Lieutenants. 1 Sous-Lieutenant. 1 Vendrigh. 5 Sergeanten. 2 Secretaris en Chirurgyn. 4\Muficanten en Tambours. 1 Provoost en Pyper. 4|Tra wanten. 2 Commisfaris en Solliciteur. 7 6 Soldaaten. iooHoofden. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Hoogh Mogende haare Koninglycke Hoogheid bedankt voor den yver en zorge door hooghtdefelve tot redres van de vervallen zaacken by continuatie aangewend, en is voorts goedgevonden en verftaan, dat het voorfchreeve Project zal worden gearrefteert, zoo als het word gearrefteert mits deefe, en dat hoogstdefelve haare Koninghlycke Hoogheid zal worden verfoght, zoo als verfoght word mits deefe, hetfelve ter executie te willen ftellen. En zal van deefe reductie by Misfive kennis gegeeven worden aan de Heeren Staaten. van de refpeétive Provinciën, met verfoeck, om yeder zoo veel haar aangaat, op de betaalingh van de twee retourmaanden voor de te > reduceeren Switzers ordre te ftellen, en by Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie aan den Raad van Staate, om zigh by het formeeren van den Staat van Oorlogh over het aanftaande jaar daar na te reguleeren. te O  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 185 Ordre van de Gecommitteerde Raaden, waar na alle de Meeftersknegts, Bedienden en Werklieden in de Magazynen, Affuitmaakerye of op de Werven te Delft gebruikt wordende, haar zullen mosten gedraagen. Den 7 Juny 1753. De voornoemde Perfoonen zullen moeten zyn van een behoorlyk gedrag, en bequaam om haar werk te doen, en nugteren haar te gedraagen. Zullen ter gefielde tyd op haar werk in de Magazynen, als defelve werden geopent, moeten koomen, en aldaar naarling en met vlyt haar werk moeten doen, zoo als het felve haar aanbevoolen werd. Indien defelve dronken of onbequaam zynde om haar werk te doen, in de Magazynen koomen, zullen defelve tot het werk niet moogen worden geadmitteert, maar daar van geweert, en daar van kennisfe aan den Commis moeten werden gegeeven, op dat de zoodanige door defelve na bevindinge daar over moogen werden gecorngeert. Zullen ook onder het werk geen Tabak moogen rooken, of {Verken Drank altoos moogen gebruiken, op pcene van daar over door den Commis gecorrigeert te worden. Zullen de geftelde tyd preciefelyk waarneemen zonder te laat op haar werk te koomen, of te vroeg daar van af te fcheiden, maar de volle werktyd geflaadig en behoorlyk moeten arbeiden, op poene dat by de betaaling van haar Arbeidsloon, de tyd die defelve niet hébben gewerkt, aan haar Loon zal werden gekort. Zullen het Hout, Yzer en andere MateriaaJen en Inftrumenten behoorlyk en ten nutte van 's Lands Werk moeten gebruiken, zonder het felve te verwaarloofen tot fchaade van het Land. Zullen ook op 's Lands Magazynen en op derfelver Werven niets moogen maaken of doen, dan tot 'sLands dienst is geordonneert, door die daar toe bevoegt is. De Werklieden eenig Hout, Yzer en andere Materiaalen of Inftrumenten tot 'sLands Werk benoodigt hebbende, zullen het felve moeten verfoeken aan den Commandeur van 'sLands Magazynen, en by het bekoomenvan Gedaan in den Hage den 7 Juny 1753. (Onderfond f) Ter Ordonnantie van de Gcommitteerde Raaden. (JVas geteekent f) A. v. STRATEN. VIII. Deel. A a Rei defelve aan denfelven Commandeur moeten geeven een Quitantie, en het werk afgemaakt zynde, het voorfchreeve Hout, Yzer en verdere Materiaalen en Inftrumenten behoorlyk moeten verantwoorden. Zullen de Inftrumenten en Materiaalen, zoo van Hout als Yzer als anderfints ten oirbaar van den Lande moeten gebruiken, op dat geen Hout verfneeden of eenig ander Materiaal tot fchaade van den Lande werde verwaarloost, zoo dat geen fwaar Hout tot ligte ftukken of lang Hout tot kort werk worde genoomen, en zullen het overgefchoote Hout, Yzer of andere Materiaalen of Inftrumenten, onder geenerhande pretexten, niet van de Magazynen of Werven moogen wegdraagen, maar alles ten voordeele van het Land moeten laaten. Zullen het Werk,het welk haar te marken aanbevoolen is, na behooren moeten maaken op de Maat, Teekening, Mallen en Modellen aan haar daar toe ter hand gefteld, en haar arbeid waarlyk befteeden aan 's Lands Werken, zonder iets anders voor haar of voor anderen in de 'sLands Magazynen en op de Werven van dien te maaken. De voornoemde Perfoonen zullen alle eerbied en gehoorfaamheid bewyfen aan de Heeren Commislarisfen tot de Magazynen, den Inlpecleur, Commis, Commandeur en Conducteur, en gehouden zyn behoorlyk na te koomen de ordres die aan haar door defelve zullen werden gegeeven, op poene van uit 'sLands werk en dienst te werden gedimitteert. En op dat deefe Ordre preciefelyk en na behooren mooge werden nagekoomen en agtervolgt, zal deefe worden gedrukt en op diverfche piaatfen in de Magazynen, Affuitmaakerye en Werken van dien werden aangeplakt, ten einde een iegelyk hem daar na mooge gedraagen.  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. cie van Holland en Westvriesland, dat defelve in leevende Lyvc, niet geremplaceert, of eenig ander Employ te hebben bekoomen, alhier en dus bin- I87 hen deefe Provincie woonagt'g is. Aétum den Accordeert met het voorfz. Register. Refolutie van de Staaten Öeneraat, zvaarbj gepermitteert word Artillerie en Ammunitien van Oorlog te ver/enden op een fchriftelyke verklaring yan den Commis, zonder pasport. Den 28 Noycmber 1753. Is gehoord het rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den vyfden deefer loopende maand, met èn neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van weigemelden Raad, gefchreeven alhier in den Hage den t ienden Augustus laatstleeden, waar by haar Hoogh Mogende verfogt hebben, dat tot voorkoominge van zeer veel omllagh, by een generaale Relblutie verftaan moght werden, dat Artillerye en Ammunitie van Oorlogh van het eene Generaliteyts Magazyn na het andere zal mogen worden verfonden, op een fchriftelyke verklaaringe van den Commis, die met de verfendingh is gecbargeert, geftelt onder de Lyst door denfelven te formeeren, zonder dat het noodig zal zyn, dat defelve van een Pasport van haar Hoogh Mogende voorfien worde. En dat haar Hoogh Mogende vervolgens de noodige ordres daar toe aan de respeétive Collegien ter Admiraliteit gelieven te laaten afgaan. En daar neevens geëxamineerd hebbende de Misfive van de respeétive Collegien ter Admiraliteit, houdende derfelver Confideratien en Advifen op het voorfz. fubjeét, alhier ter Vergaderinge ingekoomen den neegen en twintighften Augustus, derden en zeeventienden September, vyf en twintighften Oétober en vyfden November laatstleeden, breeder in de Notule van de voorfz. datums gementioneert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat voortaan Artillerye en Ammunitien van Oorlogh van het eene Generaliteits Magazyn na het andere binnen de respeétive Provinciën of in de befloote Steeden van de Generaliteit zullen moogen Worden verfonden op een fchriftelycke verklaaring van den Commis, die met de verfendingh is géchargeert, gefteld onder de Lyst door den zeiven te formeeren, en by de goederen te voegen , zonder dat het noodig zal zyn, dat deI felve van een Ipeciaal Pasport voorfien zyn 94 dogh dat het overige en in het byfonder inopfigt van Transporten van Artillerye en Ammunitien na of uit de Steeden met Trouppes van den Staat befet, dogh geleegen buiten het Territoir van den Staat, waar voor ook in deefen moeten gehouden wordende Steeden van Maastright, Venlo en Steevenswaard 3 als meedö l van of na onbefloote Piaatfen in het platte Land van de Generaliteit, zal moeten gevolght werI den de ordre, geftatueert by het Placaat van | den een en dertighften july zeeventien honI derd vyf en twintigh, en ipeciaal het zeevende \ Articul van het zelve, en dat derhalven in zoodanige gevallen Pasporten van haar Hoogh Mogende zullen noodig zyn. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Moj gende Refolutie geibnden worden aan de respeétive Collegien ter Admiraliteit, en defelve daar neevens aangefchreeven, om dien conform de noodige ordres te ftellen en voorfieninge te doen. En zal gelyk Extraét gefonden worden aan den Raad van Staate, om te ftreeken tot derfelver narightinge. 12. Refolutie van de Staaten van Holland\ houdende, dat de Officieren ter repartitie van deze Provim tie, gëduurende de vier eerfte jaareri de korting van een vierde moeten ondergaan, fchoon op andere Provintien reeds korting zynde fubjecl geweest. Den $ Mey 1754. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 6 deefer, hebbende ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinctement van den 12 der voorleede maand, geexamineert ce Requeste van Willem Jacob Fredrik de Dopff, Collonel van de Infanterie ten dienfte deefer Landen, verfcekende om daar by geAa 2 alle.  Piacaaten, &c. voor de Militie te Lande* den Raad. van Staate der vereenigde Nederlanden, en dat defelve Refolutie zal worden gedrukt in Quarto, om geinfereert te worden in het Reeueil van de Inftruétien en Refolutien , dat op de Tafel van haar Edele Mog. leggen moet. En zal Extract deefer gegeeven worden aan de Commifen en Boekhouder van de Fmantien, om te dienen tot derfelver narigt. Accordeert met het voorfz. Register. 14* Refolutie van de Staaten van Holland, oni aan geene Officieren en anderen Servies-gelden te betalen , als in de qualiteit, waar in zy Traclement of Soldyen ejfetlief trekken. Den 16 November 1754. By refamtie gedelibereerd Zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekoomen den 3 der voorleede maand, waar by ter obediëntie aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 29 Augustus deefes jaars aan haar Edele Groot Mogende onder JSTum. 1, 2, en 3 hebben laaten toekoomen lpecmque Lysten van de Serviesgelden, zoo als die in de jaaren 1700 en 1703 in het Zuider Quartier, en in 1753 en 1754 in het Noorder Quartier zyn betaald ,• als meede van ce Fotirageof'Hooygelden betaald wordende aan de Militie te Paard in den Hage in Guarni* foen leggende, als zynde van defelve natuur als de Serviesgelden. Is goedgevonden en verftaan, mits deefe vast te ftellen, dat in het vervolg aan geene Officieren, Onder -Officieren 01 andere, hooger fervis Gelden zullen moogen worden be¬ taald als in de qualiteit, Waar in zy Traétement of Soldyen effectief koomen te trekken; en dat voorts haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante by Misfive zal worden verfogt, om in ferienfe deliberatie te neemen , of niet, om voor een gedeelte de zwaare last der Serviesgelden te verminderen, het Guamifoen in den Hage foude kunnen worden vermindert , als door welk fterk Guarnifoen de Finantien van haar Edele Groot Mogende zoö merkelyk worden befwaart, en om reedenen daar voor deefe nooit zoo een fterk Guarnifoen aldaar heeft geleegen. Zullende haar Edele Groot Mogende voorts met den eerften verwagten het Advis by haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 10 Maart 1751 omtrent het maaken van Cafernes in den ITage van de Heeren Gecommitterde Raaden gerequireert. IS Refolutie van Gecommitteerde Raden, waaf by aan zekere Officieren der Waardgelders word toegeflaan hunne Penfioenen op Atteftatien de vita Pro Deo te ontfangen. Den 7 January 1755. In agtinge genoomen zynde, dat haar Edele Groot Mog. by derfelver Refolutie van den 29 Auguftus 1754 hebben goedgevonden het grootfte gedeelte van de Penfioenen aan de gelicentieerde Officieren van de Waardgelders by haar Edele Mog. Refolutie van den 6 December 1741 geaccordeert, met 1 January 1755 te verminderen, zoo als in de Lyst aan het einde deefes geinfereerd, fpecificq kan worden gefien, en daar neevens geconfidereerd zynde, dat het van die Officieren, om dat gefteld zyn op de ordinaris Appoincteez - Penfioenen , niet wel is te vergen, door het overfenden van fcabinale Atteftatien, en het doen opmaaken van de noodige Ordonnantiën van Penfioen eenige kosten van Zeegels te draagen. Is, na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, de Commifen van de Finantie by deefen te authorifeeren en te gelasten , de drie en tagtig Penfioenen van de Officieren der Waardgelders op de hier agter ge- infereerde Lyst gemeld, met primo January 1755 te brengen agter in een apart Capittel op de Lyst van de Appointeez, en dus van den voorfchreeven 1 January tot den 15 Maart 1755, wanneer defelve Lyst van de Appointeez zal koomen te vervallen, voor twee maanden en vyftien daagen, en op volgende Lysten fucceffivelyk van fes maanden tot fes maanden , en worden de gemelde drie en tagtig Officieren der Waardgelders by deefen gedifpenfeert van de ordre vervat in haar Edele Mog; Refolutie van den 18 July 1753, om haar fixum domicilium binnen deefe Provincie te moeten houden, en haar als nu gepermitteert in een van de geünieerde Provinciën, of het Diftriét van de Generaliteit te moogen woonen, gelyk defelve meede worden geclifpenfeert van de last, om zelfs in Perfoon tot het ontfangen van haar Penfioenen alhier in den Hage over te koomen, maar moogen volftaan met haar Penfioenen op behoorlyke Atteftatien Aa 3 de  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 191 Ordre van haare Koninglyke Hoogheid', aan de Onder-Officieren £rV., die zig naar V Hage begeven om te ree rut er en, om hunne Ver lof-pas fen aan den Hoogen Krygsraad over tegeven. Den 30 September I75S- Hiere Koninklyke Hoogheid last en ordonneert hier meede aan alle de Gouverneurs , Commandeurs en commandeerende Officieren der Steeden en Piaatfen, met Garnifoen van den Staat bezet, dat zylieden behoorlyke zorge zullen hebben te draagen, dat door de Auditeurs Militair der refpeétive Garnifoenen , in de Verlofpasfen der Onderofficieren en Gemeenen, dewelke zich willen begeeven naar 's Gravenhage, het zy om te recruteren ofte anderfins, voortaan werde geftelt , dat dezelve Onderofficieren en Gemeenen, binnen de drie eerfte dagen na hunne aankomst aldaar, hunne Verlofpasfen in perfoon zullen moeten overgeven aan den Hoogen Krygsraadt der Vereenigde Nederlanden, met opgave waar zy logeren, en vernieuwinge van die opgave, zo dikwyls zy van Quartier veranderen. En op dat de nalatige Onderofficieren en Gemeenen ontdekt en geftraft zouden kunnen werden, zal by den gemelden Hoogen Krygsraadt, alwaar een ieder der Verlofgangéren voor zyn vertrek uit den Hage zyn Verlofpas in perfoon zal moeten komen weederhaalen, op de refpeétive Verlofpasfen geftelt werden, dat dezelve aldaar zyn overgegeven geweest; zullende alle die geene van de meergemelde Verlofgangeren, dewelke in hunne Garnifoenen te rug koomen, de voorfchreeve Pasfen aldaar wederom door de respeétive Auditeurs moeten laten examineren, welke Auditeurs vervolgens bevindende dat eenige Pasfen niet in handen van den opgemelden Hoogen Krygsraaadt geweest zyn, daar van gehouden zullen zyn kennisfe te geven aan den commanderenden Officier van het Garnifoen, die den Houder of Houders van zodanige Pasfen, terftond zal hebben te doen ftellen by den Geweldigen Provoost, en daar van aanftonds kennisfe geven aan hooggemelde haare Koninklyke Hoogheid. Lastende hooggemelde Haare Koninklyke Hoogheid eindelyk aan de hier bovengemelde Gouverneurs, Commandeurs en commanderende Officieren, om van defe ordre kennisfe te doen hebben aan de Chefs of commanderende Officieren van ieder Corps, onder hunne ordres ftaande, ten einde een ieder in zyn Corps dezelve bekent doe worden, en teffens aan zodanige Verlofgangeren, die zich airede in den Hage mogten bevinden, zoude kunnen aanfehryven, dat zy meede aan deze Ordre zullen hebben te voldoen; op dat niemand daar van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren. Gegeeven in 's Gravenhage den 30 September 1755. (Was geteekent,) ANNE. (Onderftondf) (L. S.j Ter Ordonnantie van Haere Koninklyke Hoogheid. (En gecontraffgneert f) J. de BACK. 18. Inflruclie voor den Commis, tot het keer en van Buskruit in de Magazynen. Den 27 October 1755.. Art. I. flf 00 en wanneer aan den Commis in eenige JLa plaats van de Magazynen, zal gelast worden,om hetBuskruit in zyn onderhebbende Magazyn te doen keeren en droogen, zal de Coiiirris daar van ten eerfte kennis hebben te geeven aan den Commandant van de Plaats, en aan den Officier of eerfte Bombardier van het Detachement Artilleristen, aldaar Guarnifoen houdende, of tot dien arbeid na die Plaatfe toegefonden en gecommandeert zynde, en zoo en wanneer de dag tot het beginnen van den ar*  FHcaaten, &c. Voof de Militie te Lande/ 1^3 En Zal, gëduurende den arbeid in het Ma£)'/.yn, dikwils nafien, of de Bonibardier wel 'eftaadig in het Magazyn by zyn Volk prefent blyft, en zyn functie behoorlyk waarneemt en in gevalle dat hy den zeiven abfent of buiten het Magazyn zal bevinden, zal den zeiven moeten waarfchouwen, om lig niet te abfenteeren uit het Magazyn, of dat hy anders ann haar Edele Mog. daar van kennisfe zal geeven. X I I. Ook zal de Commis ten overltaan van den Bombardier de quantiteit Vaten Kruyt hoe zeel ieder dag door het Volk zyn afgewerkt, bekeurt en verkuipt, opneemen en noteeren, m daar meede dagelyks continueeren, om te ionnen weeten, of het Volk den eenen dag £00 wel en ieverig gewerkt heeft dan den anderen, en daar in veel verminderinge bevindende , zal hy Commis by den Bombardier daar over klagen, en hem recommandeereu, om het Volk beeter tot hun pligt en werk te obligeeren, of dat daar van kennisfe aan haar Edele Mogende zal geeven. XIII. De Commis zal nooit permitteeren, dat 'er 's avonds by het uitfeheiden van den arbeid, eenige gekeerde of ongekeerde Tonnen met Kruit op de Plankenvloer in het Magazyn blyven leggen, maar zal verforgen dat alles behoorlyk opgeltaapelt en gerengeert zy. XIV. Ook zal hy forge dragen, dat alle avon¬ den , zoo dra liet Krüyt gedroogt en van de Linne Kleederen zal weefen aïgenoornen en geborgen, de Liane Kleederen en Planken tot het droogen dienende, onder het Afdak in het Magazyn geborgen en voor alle vogtigheeden bewaart werden. X V Verder zal hy wel opletten, dat by verplaatfmgc van Tonnen, ook altoos de "felfde Nommers en graden op de oude en geleedigde Ton bevonden, op de nieuw gevulde Ton overgebragt en gemarqueert Werdem XVI. Na dat het keeren van het Kruyt in het i Magazyn gedaan zal weefen, zal de Commis formeeren een exact e Lyst van al het Goed, reparabel, en defecte Kruit in zyn Magazyn zig bevindende, noteerende daar by in de Colomme van het defecte Kruit, hoe veel by het keeren en vifiteeren van het felve op nieuws defect is bevonden; zullende ook by het overfenden aan haar Edele Mog. van deefe Lyst, in zyn Rapport meede by voegen, in wat ftaat het Kruit, onder hem berustende, zal zyn bevonden. XVII. De Meefter Kuiper zal op desfelfs Declaratie door dcn Commis en den Bombardier laaten attefteeren de quantiteit van Vaatenbanden en Hoepen, by het keeren aan de KruytTonnen gebruikt, als meede het getal van Tonnen, die door hem geopent en toegedaan zyn, en hoe veel dagen hy gewerkt heeft* Aldus gedaan en gearrefteert in den Hage den 27 October 1755. QOnderfiond,j Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekent,) A. v. STRATE N. 19, Inftruclie voor den Officier, of Bombar dier yan de Artillerie, tot het Kruitkeeren gecomman- deert. Den 27 O&oher 1755. Art. I. TP\c Officier of Bombardier tot het keeren \_J? en droogen van het Buskruit in het Magazyn, zal zorge dragen, dat hy zig dagelyks nugteren en bequaam bevind, en zal het gevaarlyke werk, dat hem onder zyne directie word toevertrouwt, met vernuft en alle noodige precautie en voorfigtigheid moeten behandelen. I I. Hy zal 's morgens een vierde uur voor dat hy in het Magazyn moet weelen, het Werkvolk by hem doen vergaderen, en wel ferieus aan bet felve recommandeeren, zig van Tabak VIII. Deel. en alle tot het rooken noodige Inftrumenten te ontdoen, als meede om zig voor alle overvloedig gebruik van fterken Drank te wagten, en zal by het Volk Man voor Man in zyne prefentie alle haare zakken doen leedigen en vifiteeren, of 'er eenige Tabaksp}'pen, Staal, Vuurfteenen, Mesfen, of Yferwerk, Genever of Brandewyn in zyn, en defelve bevindende, haar afneemen, en het Volk wel informeeren, dat, zoo 'er iemand in het Magazyn befchonken gevonden word, of dat zy diergelyke Gereedfchappen en Goed nog mogten by zig hebben, dat het felve bevonden werdende, daar over ten zwaarften, volgens B b de  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 'en een halve duim hoogte uit malkandercn gefpreid en gedroogt moeten werden, en zal daar by moeten obferveeren, dat hetfelve Kruit van tyd tot tyd wet houte Krukkens oragekeert word, tot dat door en door droog zal zyn, en dat de Korrels niet meer aan de handen blyven hangen, cn dat 'er de flof by het keeren wel opkomt en in de lugt vliegt» X. jVa dat het Kruit dan wel en door droog is, zal hetfelve in een ander drooge leedige Ton geborgen en de eerfte Ton daar in het felve is geweest, een a twee dagen buiten het Magazyn, aan het heete van de Zon gefteld en gedroogt, dog 's avonds altoos in het Portaal opgeflooten moeten werden. X L Zoo wanneer aan diergeïyken vogtig Kruit 4 door de Lugt of door de Zon ontdekt word eenig fchimmer of fchyn, als of 'er Glas onder de Korrels ware geftrooit, het welk altoos diend tot bewys, dat de Kooien onder dito Kruit heel beftorven, rot, en de Salpeèter aan het uitlmiyen is, zoo zal het moeten werden wel door gedroogt, en, na het droogen op een aparte Stapel gelegt worden, en de. Tonnen met een Kruis, of met ce Letter D. gemerkt werden, om üiccesdvelyk tot het doen van falutfchooten, en tot het exerceeren der Tiouppes te werden gebruikt. XII. Het vogtig Kruit zal nooit eerder of laater, tot het droogen buiten het Magazyn, en op de Linnen Kleederen gebragt werden, dan 's Zoomers ten agt en 's Winters ten neegen uu- 20. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den tienden deefer loopende maand, houdende,, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den drie en twintighften July laatstleeden, derfelver Advis op de Requeste van den Baron Lamberts, Heere van Cortenbagh, verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar floogh Mogende den Schout en Scheepenen van Heede gelieven aan te fchiyven, ren voor den middag, en niet laater buiten moogen leggen dan 'sZoomers tot zes en '3 Winters tot drie uuren des agtermiddags. Ook zullen alle de Planken met de Linnen Kleederen alle avonden weederom onder het Afdak en in het drooge gebragt werden, om defelve teegens alle nat of vogt te bewaar era XIII. Zoo dikwils ah om reeden hier vooren geallegeert het Kruit uit eene Tonne in een andere overgevult word, zal de Officier of Bombardier de oudeNommersof Merken, zoo 'er diergelyke op de Ton, waar het Kruit word ingebragt, gevonden worden, royeeren^ en defelve Nommers, Merken en Graden, op de leedige Ton zig bevonden hebbende, op die Ton daar het Kruit nieuwlyks in is gedaan , precifelyk opftellen, om alle confufie in het Magazyn te eviteeren. X I V. Na dat al het Kruit zal weefen gekeerd, zal het Magazyn zuiver ge veegt, alle deHaire Kleeden van de Vloer opgenoomen, buiten het Magazyn wei uitgefiagen, en van het ftof gefuivert, faamen gerold, en weederom in het Magazyn bewaard worden. X V. De Bombardier zal zorge draagen, om z\v door den Commis met authentique Atteftatien te voorfien, dat hy zig met zyn Detachement, gëduurende den tyd van het keeren van het .Kruit, wel en behoorlyk heeft gedraagen, en hoe veel daagen, en met hoe veel Manfchappen dagelyks heeft gewerkt. om het Huis, Hof en Goederen van Cortenbagh, in gevolge van een folemneele Transactie en accord niet alleen met een gewysde of condemnatie van den Reghter in het hooghste resfort, maar felfs met de approbatie' van haar Hoogh Mogende als Souverainen van den Lande bekraghtight, by vervolgh te laaten jouisfeeren van de Vrydommen van logeeringe, billietteeringe, Correwyden, en andere perfoneele lasten, en dat mitsdien defelve Schout en Scheepenen zoude moogen worden Bb 2 • gein* Aldus gedaan en gearrefteert in den Hage den 27 Oélober 1755. (Onderfondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden* (JVas geteekentf) A. van der STRATEN. Refolutie van de Staaten Generaal, op een Misfive van den Heer van Cortenbach, wegens de vrydom van deszelfs huys, hof en goederen van logeeringe en andere perfoneele Lasten,, Den 15 December 1755.  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. iiieutenant- Generaal of ueneraai Major, hun dornicilium perman entin 's Hertogenbosch houdende, en ai daar by continuatie met hunne Familie cn huishoudingh woonaghtig, wanneer de Régimenten, waar van zy effeétif Collonel zyn, dogh waar by een Collonel Commandant, Lieutenant Collonel en Major gevonden werd, binnen de voorfchreeve Stad in Gamifbenzyn, in de betaalinge der tauxen van de huuren der Huilen door haar bewoond wordende, gehouden zyn, en daar van uit te geeven haar l loogh, Mogende Refolutie. Waar op gedelibereerd, en in aghtinge genoomen zynde, dat by haar Hoogh Mog. Refolutie van den zeeven en twintiglten November zeeventien honderd drie en veertigh, waar by gearresteert is het heffen der tauxen op de Huishuuren, en om te vinden een fonds der Aantimmering van dc Baracquen, binnen 'sHertogenbosch, op meer als eene plaats werd geftatueert, dat niemand van de voorfchreeve tauxatie zal moogen worden vrygehaten, met byvoeging, dat deefe vrylaatmg niet zoude moogen gefchieden al was het oock dat iemand uit hoofde van eenigh Ampt of anderfrnts gelibereeid waare geweest van de inlogeeringe der Soldaaten, ter zaacke deefe tauxatie was eene extraordinaire belastingh, waar van niemand behoord te weefen geëximeert, als alleen de Militairen van het Garnifoen; en dat overfulcks de uitdrukkingh der Geëximeerden, namentlyk de Militairen van het Garnifoen, ih deefen moet verftaan werden in den ftrict- 197 ftenzin,en alleen aan te duiden zoodanige Militairen van het Garnifoen, welcke in de naauwe betrekking tot het Garnifoen behooren, dat zonder (pedaal verlof niet vermoogen afweezig te zyn, cn dat vervolgens daar onder niet zyn gecomprehendeert Generaals, Lieutenant Generaals, of Generaal Majors, welcke, zynde by haar Regiment, aldaar Garnifoen houdende, en een Collonel Commandant, Lieutenant Collonel, en Major, alleen uit vrye verkiefing in 's Hertogenbosch haar permanent verblyf en dornicilium houden; Is goedgevonden en verftaan, ten overvloede te ver^ kïaaren, dat de Officiers, bekleed met het Caraéler van Generaal, Lieutenant - Generaal of Generaal-Major, hun dornicilium permanent in 's Hertogenbosch houdende, en aldaar by continuatie met hunne Familicn en huishoudmgh woonaghtigh zynde, wanneer de Regimenten , waar van zy effectif Collonel zyn, binnen de voorfchreeve Stad in Garnifoen leggen, en daar by een Collonel Commandant, Lieutenant CoUonel en Major gevonden werd, in de betaaling der tauxen van de huuren der Huifen door haar bewoond werdende, gehouden zyn, en ivocten contribueeren. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mog* Refolutie gefonden werden aan den Gouverneur , Commandeur of Commandeerende Officier van 's Hertogenbosch, ter zyner informatie, en aan den geauthorifeerden tot dert Ontfangst der voorfchreeve tauxen, Noortbergh, om zigh daar na te reguleeren. 22. Refolutie van den Raad van Staaten, wegens verzoeken, om met dubbelde of meerdere Penfioenen op den Staat van Oorlog gebragt te worden. Den 25 February 1757. Ts gehoort het rapport van den Heere The§ laurier Generaal Hop, hebbende, ingevolge haar Edele Mog. Appointement van den 31 der voorleede maand, geëxamineert de Requeste van Carel Baron van Geufau, uitgevalle Capitein van het Regiment van den Markgraaf van Baden-Douriach, te kennnen geevende, dat hy Suppliant, zig met verlof van haare Koninglyke Hoogheid tot Carelsruhe or.thoudende, by inadvertentie verfuimt heeft ter behoorlyker tyd ter Secretarye van haar Edele Mog. over te geeven Atteftatie de vita, en vervolgens met desfelfs Traétement als ukgevalle Capitein van den Staat van oorlog over deefen jaare afgelaatenis; verfoekende dat haar Edele Mog. hem op den Staat van oorlog over het aanftaande jaar met een dubbeld Tractement gelieven te doen brengen: mitsgaders nog, in gevolge haar Edele Mog. Appointement van den 9 deefer loopende maand, geëxamifleert hebbende de Requeste van Michiel de 'Kinfelach, gepenfioneert Capitein Lieutenant in het gew eefen Regiment van Totleeben, te kennen gcevende, dat hy Suppli¬ ant door verfuim van zyn Correspondent, die genegligeert had de aan hem afgefonde Atteftatie de vita in te leeveren, van den Staat 'van oorlog over het loopende jaar met zyn Penfioen was afgelaaten, en om geallegeerde reedenen verfoekende, dat hy Suppliant op den Staat van oorlog voor het aanftaande jaar met een dubbeld Penfioen mogt worden gebragt. Waar op gedeübereert zynde, is goedgevonden en verftaan, beide voorfchreeve Requesten te ftellen in handen van den Heer Thefauriér Generaal Hop, met verfoek om forg te draagen, dat de Supplianten op den Staat van oorlog voor het aanftaande jaar met een dubbeld Tractement en Penfioen respeétive gebragt worden; mits dat zullen gehouden zyn ten tyde, wanneer de Attteftatien de vita, om op den Staat van oorlog over het aanftaande jaar gebragt te worden, zullen moeten worden ingediend, by behoorlyke Atteftatie of Certificatie, gepasfeert of gegeeven voor of door Schout of Scheepenen of Secretaris of Notaris van de Plaats haarer wooning, Of wel Bb 3 voor  . Placaaten, &c. voor de Militie te Lande, \m Refolutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert worden de fchikkingen, door Heeren Gecommitteerde Raden gemaakt met opzigt tot de Militie , in 'sFJage garnifoen houdende, ingevalle haare Koninglyke Hoogheid kwam te overlyden. Den 28 February 1759. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage op gisteren, waar by zy aan haar Edele Groot Mogende laaten toekomen drie Refolutien by haar op den 13, 15 en 30 der voorleede maand genoomen, ter executie van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den io February 1752, betreffende de eventueele voorfieninge omtrent het onverhoopt geval , dat haar Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, gïorieufer gedagtenisfe, gëduurende de minderjaarigheid van zyn Hoog¬ heid den Heere Prince van Orange, of, by hoogstdesfelfs overlyden, van Mevrouwe de Princesfe Carolina, mogte koomen te overlyden, voor zoo verre haar Edele Groot Mogende by defelve Refolutie onder andere hebben vastgeftek, dat de Guardes en verdere Militie alhier in den Hage, de Refidentieplaats van haar Edele Groot Mogende, guarnifuen houdende, aan de ordres van haar Edele Groot. Mogende, en van de Heeren Gecommitteerde Raaden fouden worden gelaaten, en dat defelve aan niemant, wie het zy, direct, of in- Fouragie gevonden had, dat 'er na verloop van veertien dagen nog Hooy, nog Haver meer te krygen was, zoo dat de Paarden van de twee Esquadrons binnen den tyd van viermaanden niet anders gegeeten hadden als Stroo, Gerst, en Spelt, gemengt met Haver, zoo als defelve te bekoomen was, alles nogh tot zoo hooge prys, dat het execdeerde het dubbelt van de ordinaire betaalingh, welcke haar Hoogh Mogende aan den Dragonder geeven tot onderhoud van zyn Paard. Dat de Suppliant en verdere Officieren van de vier Compagnien aghtien honderd vaten Haver, en honderd aght en twintigh duyfend ponden Hooy, met groote kosten van Maastricht hadden doen koomen, alle welcke Fourages te Venlo gearriveert zynde, men defelve had laaten ontlaaden, uitdraagen, bewerken, in Magazynen brengen, door de Dragonders, gelyck van alletyden, zoo by de Cavallerye als Dragonders gebruikelyk is geweest; dogh dat tot hunne groote verwondering het aan de Sakkedragers hadde gelieven te gelusten een pretens recht van eene ftuiver en een half oortje par Malder Haver te vraagen , zeggende, dat hun zulks toequam, en de Dragonder egaal met den Vreemden moeste betaalen; dat htm daar op gevraagt hebbende, uit welcken hoofden zy üistineerden, dat de Dragonder diergelyckë last moeste draagen, hem Suppliant eene Stads Ordonnantie was vertoond, in deweïeke hy niet gefien hadde, dat'er eenig gewag gemaakt wierde van het Militaire: dat buitenen behalven die Rechten de Stad nogh tien ftuivers quam te vraagen voor ieder twaalf Malder, die aan de Ai aas onti'cheept wierden, als ook zes oortjes voor ieder Karre, die de Fourages in de Stad bragt, Tol, na alle apparentieingefteld voor den Vreemdelingh, of voor die in Graanen handelen, alle Karren in de Stad t'huis hoorende, als meede de Inwoonders, voorzoo verre haar eigen Gewas aangingh, vry zynde van diergelycken Impost; Verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende hem gelieven te gelasten, wat voor conduites hy diende i e houden, en op welcke wyfe in het toekoomende zal handelen, zynde de zaack des te presfanter, nademaal door het Verbod van uitvoer, het welck de Franfchen in alle geconquesteerde Landen hadden laaten doen, gelyck meede op het Paltzifche Territoir gedaan was, daaromftreeks geen bos Stroo meer te vinden was, en derhalven verpligt waaren, om hunne noodige Fourages van de booven of beneeden Maaze te laaten koomen Waar op gedelibereerd, en in agtingh genoomen zynde, dat by het Beright deswecgens ingekoomen blyckt, dat reeds van de zes oortjes Tol op ieder invoerende Karre afgefien, en dus dit point van befwaar vervallen is. Ten anderen, dat de geëifchte Stads Rechten tót tien Huivers voor ieder twaalf Malder aan de Maas ontfeheept, is de koornmaat binnen Venlo met approbatie van haar Hoogh Mogende geheeven, zoo dat daar van niemant vrygefteld of geëximeert is; en dat laatste!yk een algemeen gevolgh van de heffing eener Impost is, dat de Goederen daar meede belast, als ingeflaagen werden door beëedigde, en daar toe gcfteldc Perfoonen, gelyk in deefe van ouds de Sakkodraagers zyn, op een gefixeert loon werden opgedaan; Is goedgevonden en verftaan, dat de .Suppliant in deefe, en nu, en in het toekoomende, de boovengemelde Impost op de Koornmaat verplight zal zyn te voldoen , en tot het opdoen in het vervolgh met betaalingh van het ordinaris Draaghloon te employeeren de aldaar geordonneerde Sakkedraagers, welcke mits deefen gelast worden zigh ter waarneemingen hunner dienst by de Scheepen , die gelost zullen worden, tydelyck te bevinden: zullende voor deefe reyfe, als zigh by de losfing niet hebbende aangeprefenteert, van het gevordert reght verfteeken zyn.  Placaaten, ócc. voor de Militie te Lande. 201 Extraclen uit het Register der Refolutien van de Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland', genoomen op Den 13 January 1759. Is, na examinatie van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 10 February 175e, voor het geval, dat haare Koninglyke Hoogheid , gëduurende de minderjaarigheid van den Heere Prince Erfitadhouder, of by vooroveriyden van hoogstdefelve van Mevrouwe de Prmccsiè Carolina, mogte koomen te overlyden, genoomen, en in confideratie dat de Heer Hertog van Brunswyk op huyden, den Eed op desfelfs Inftruétie, als reprefenteerende hoogstdefelve in qualiteit als Capitein Generaal, ter Vergadering van haar Edele Groot Mogende heeft afgelegt, goedgevonden en verftaan, dat betreffende het werk der Fortificatiën, en Magazynen, en Ammunitie van Oorlog, op zaaken van confideratie niet zal verden gedisponeert als met communicatie en Dverleg van hooggemelden Heere Hertog van Brunswyk. Dat voorts aan den Major van het Hof zal werden geordonneerd, zoo sis defelve geordonneerd word by deefe, dagelyks het IVagtwoord te koomen vraagen in het Collene van de Heeren Gecommitteerde Raaden, )f, defelve niet vergadert zynde, aan den eerten Heer in den Hage prefent weefende. En zal Extract deefer werden gegeven aan Heeren Commisfarisfen tot de Militaire faaken, Heeren Commisfarisfen van de Magazynen, Hee•en Commisfirisien tot de groote en kleine fortificatiën nu en in der tyd, aan den Heer laadpenfionaris, als meede aan den Major van iet Hof, zoo verre hem aangaat, om zig daar na te reguleeren. (Onderfond,) Accordeert met het voorfz. Register. (Geteekent f) ARIS v. d. MIEDEN. Den 15 January 1759. De Wel Edele Heer Bentinck, Heer van ïlhoon, heeft aan hun Edele Mog. voorgeIraagen, dat, mits het fmertelyk en ontydig ffterven van Haare Koninglyke Hoogheid, ïoogloffeiyker memorie, ingevolge van de irrangemeii-en, proflueerende uit haar Edele Groot Mogende Refolutien van den 10 February 1752 en van den 13 Januaryjongstleeden, het noodig zoude zyn, dat met alle fpoed omtrent het Guarnifoen alhier in den Hage behoorlyke fchikkingen werden gemaakt, en de vereischte ordres ten dien reguarde vastgefteld, en dat dienvolgens by Refolutie van hun Edele Mogende van 13 January jongstleeden reed? ordre aan den Major van het Hof omtrent het haaien van het .Wagt woord gegeeven zynde, nu verder zoude behooren te werden gerefojf veert en vastgefteld. Ecrstelyk, dat het voorfchreeve Wagtwoord, in conformité van het reeds geordonneerde, van dag tot dag zal worden gegeeven by haar Edele Mog.; dut Ce Major van het Hof het zelve vervolgens alle dagen de klokke tusfehen tien en elf uuren zal', komen af haaien , brengen aan den Heere Hertog Louis van Brunswyk, en daar ra verder distribueeren, volgens de gerecipieerde ordre van de Guarnifoenen, en dat de voorfz. Major van het ITof by tyde van het niet byeenkomen van hun Edele Mogende Collegie, het gemelde woord afhaalen en ontfangen zal van den eerfte Heer in rang, die van de Heeren hun Edele Mog. Collegie compofeerende, alhier in den Hage prefent zal zyn; dat de voorfz. Major het gemelde Woord ook zal overgeevenaan den Major van deBurgerwagt alhier in 'sHage, en dat de voornoemde Major van de bovengeroerde Burgerwagt in den Hage gehouden zal zyn, liet voorfz. Woord van hem Major van het Hof te koomen afhaalen. Dat voorts in agtinge genoomen werdende, dat ook in dit byfonder geval van minoriteit van den Fleere Stadhouder, waar in de Republicq zig nu bevind, en welk geval bevoorens nooit heeft geëxteert, aan het Collegie van Gecommitteerde Raaden meede is gedevol veert, 1 niet alleen het geeven van het voorfz. Wagtwoord, maar ook alle verdere teekenen van gefag over het Guarnifoen in den Hage; en dat dienvolgens ten opfigte der gewoone eerbewylïngen aan het welgemelde Collegie de behoorlyke egards dienen te worden beweefen, meede zoude behooren te werden vastgefteld , dat de Wagtcn zoo op het Binnenhof, als de Ruiters wagt op het Buitenhoff, by pasfagie van den eerfte Heer in rang, die vm de Heeren Hun Edele Mogende Collegie compofeerende alhier in den Hage prefent zal zyn , haar zullen hebben te rangeeren voor de Wapenen , en dat de kleine Posten aan de" respeétive Bruggen» en elders in den Hage, by gelyke pasiagie het Geweer voor weigemelden Heer zullen hebben te prefenteeren, en dat daar toe de behoorlyke ordres fouden dienen te werden gegeeven. Ten tweeden, dat zoude behooren te werden gerefolveert, dat alle de Posten alhier in den Hage zullen blyven befteld en belet door het gewoone getal Volk, en opgeleid door Officieren, zoo en in dier voegen als zulks tot hier toe plaats heeft gehad. Ten derden, dat van weegen hun Edele Mogende aan het Guarnifoen van den Hage de nodige ordres werden uitgegeeven; dat aan den Heere Hertog van Brunswyk, als reprefenteerende zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, in. qualiteit als Capitein Generaal van den Lande van Holland en Westvries| land, de convenable eerbewyfmgen werden j geprefteert; dat daar toe voor het Hotel van Cc wel-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande, 203 den aan den Heere Hertog van Brunswyk, in den Hage prefent zynde, en by desfelfs abfentie aan den oudfteu Commandeerenden Officier zig in den Hage prefent vindende, om defelve ordres haar effect, te doen erlangen. En werd de Wei-Edele Heer Bentinck Heere van Rhoon verfogt, uitnaam van haar Edele Mog. met een Compliment ter materie dienende, hier van, neevens overgeevinge van Extraét deefes, aan den Heer Hertog van Brunswyk kennisfe te geeven. En is voorts goedgevonden, den WelEdele Heere van Rhoon, en de Heeren van den Honaert en Testart, haar Edele Mog. medebroederen in Raade, en Com- 26. Art ï. De 'sLands Commis, en de 's Lands Opüeuder van voorfz. Fort, zullen goede toefigt hebben, en zorg draagen, dat door de Aanneemers van het onderhoud, de 'sLands Barakken, volgens de Bellekken buiten eenige defeólen, in een goede Raat koomen te werden onderhouden. 1 I. Wyders zorg draagen, dat niemant buiten fchriftelyk confent van de Heeren haar Edele Mog. Commisfarisfen tot de groote Fortificatiën, buiten de Militie op het voorfchreeve Fort Guarnifoen houdende, in de Barakken hun verblyf, nog wooninge moogen hebben, als meede, dat geen 'sLands Fournitures tot gebruik aan defelve werden gegeeven. I 1 I. Aan de Heeren Officieren van voorfz. Guarnifoen zal werden gegeeven een Paardshaire Matras, met haar Hoofdpeulen en twee Deekens, ieder maand ook een paar fchoone Laakens, en weekelyks een Flanddoek, mitsgaders om de zes maanden versch Stroo in haare Bedfteeden. De Onderofficieren, de Bombardiers daar onder begeepen (jen met de weinige zynde zes Canonniers die zig aldaar in misfarisfen tot de Militaire zaaken, te committeeren en te verfoeken, de reip. Hoofdofficieren van de Regimenten en Corpfen alhier in den Hage Guarnifoen houdende,, voor zig in een van de Vertrekken te doen komen, en aan defelve zoo van haar Edele Groot Mog! voorfz. Refolutie, als van deeië haar Edele Mog. Refolutie kennisfe te geeven, en defelve aan haar bekent te maaken, tot derfelver narigt. En zal Extradt deefes worden gegeeven aan de Fleeren Commisfirisfen tot de Militaire zaaken , als meede aan den Heer Raadpenfionaris, om te ffrekken tot derfelver narigt. guarnifoen zullen bevinden, indien 'er Paardshaire Matrasfen genoeg over mogten zyn) zullen de Getrouwden ieder een Paardshaire Matras, en dito Hoofdpeulen, en de Ongetrouwden twee aan twee, een Matras en Hoofdpeulen werden gegeeven, en twee Deekens, dog aan de Canonniers alleen eene Deeken, ook alle maanden een paar Laakens, en .weekelyks een Handdoek per Redfteede, en ieder zes maanden twee Bosfen versch Rogge- of Tarwe-Stroo in de Bedftee* den, of wel zoo anders geen deefer Fournitures genoeg mogte zyn , of grooter aantal dan zes Canonniers aldaar in guarnifoen mogte koomen, zullen de Canonniers zig moeten behelpen metBuIfakken of Palliasfen, en met eene Deeken, gelyk als de nagenoemde Fufeliers zyn doende. Aan de Gemeenen zullen de Getrouwden ieder werden gegeeven een linde Bulfak of Palias met dito Stroo opgevult, met een Paardshaire Hoofdpeulen en eene Deeken, en de Ongetrouwden twee aan twee, een dito Bulfak en Hoofdpeulen met een paar Laakens maandelyks, en een Handdoek weekelyks per Bedfteede, als ook ieder zes maanden twee Bosfen versch voorfz. Stroo in de voorfz. Bulfakken, en zullen jaarlyks alle C c 2 de (Onderjlona' f) Accordeert met het voorfz. Register. (Geteekent f) A R I S v. d. M I E D E N. JnjlrucJie en Reglement van Gecommitteerde Raden over dc bewooning van 's Lands Barakken, dis meede de bewaaring en dit deeling, en het gebruik van 'sLands Fournitures voor, en door de Militie in Guami/heu leggende te 'Hellevoet/luis. Den 20 September 1759.  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 205 werd, op dat de 's Lands Fournitures en aangehoorige ten gebruik gegeeven,. met en beneevens de Tafels, Banken, onderlaagen in de Bedfteeden, &c., en wat meer van Timmer- en Yferwerken van die natuur aan defelven, en aan de Gebouwen niet mishandelt, befchadigt, nog vermist werden, op poene dat de fchaade insgelyks aan den Aanneemer van het ouderhoud vergoed en bekostigt zoude werden. X I. By verandering van Guarnifoen zal daags voor het vertrek van de Militie alle de 's Lands Fournituren en verdere aangehoorcnde ten gebruik gegeeven, ten overftaan van een Officier, door de Regiments Quaitiermeefter moeten werden overgeleevert aan den Aanneemer van het onderhoud, alle compleet in getal, in foorten en zonder befchadigt te zyn buiten ordinaire ilytagfe, op pcene gehouden te zyn de fchaade invoegen als by Articul neegen en tien gemeld, te moeten werden bekostigt, mitsgaders ook by het vertrek der Verlofgangers, jaarlyks gelyke ordre van overleeveringe moeten werden geobferveert; en nademaal het onderhoud van deele Fournimre en met alle hun aangehoorige, als zig bevinden in de Barakken, en met derfelver Gebouwen , in voegen deefer conditie komt te melden, is aangenoomen, zoo werd den 'sLands Commis en den 'sLands Opfiender aldaar by deefen geauthorifeert en gelast, om meede zorg te draagen, dat alles conform arm dit Reglement werde nagekoomen, en dienaangaande met den commandeerenden Officier aldaar te concurreeren, en des vereisfehende van een en andere, na bevind, behoorlyk verllag te doen aan haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden, of wel aan derfelver Heeren haar Ed. Mog. Commisfarisfen tot de groote Fortificatiën. X I I. De Sleutels van de 'sLands Regenbakken , zoo wel die aan de Barakken, teegens de AdmiraJiteits Loots, als aan de Magazynen en aan de Kerk, binnen deefe Forteresfe zyn, zullen blyven berusten in handen van den commandeerenden Officier in der tyd, die ook zorg zal heb¬ ben te draagen dat de dagelykfche diftributie van het Reegenwaater, behoorlyk worde uitgedeeld aan de Militie, en meede na tyds omftandigheeden anderen des gebrek hebbende, als zal bevonden werden te behooren, niet verleegen te laaten. XIII. De Hoofdofficieren bencevens de Capiteinën , die aldaar in der tyd in Guarnifoen zullen zyn, als meede de Commis van 's Lands Magazynen zullen met haare Vrouwen en Familien by afweefen van haar Edele Mog. Gedeputeerdens, Familien, en byhebbende gevolgen, mitsgaders by die van andere gediftingueerde Collegien deefer Landen, Familien en gevolgen, plaats moogen neemen in de Banken van haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden, ftaande in de Kerk aldaar, en de Subalterne Officieren, Vrouwen en Familie in de Banken die voor haar verweefen zyn, dog zal in gevalle by verandering van Guarnifoen weeder als vooren een Detachement aldaar mogte koomen, de commandeerende Officier met zyn Vrouwe en Familie moogen plaats neemen in de voorfz. Banken van haar Edele Mog., dog alle andere Subalterne Officieren met haare Vrouwen en Familie in andere Banken, die voor defelve in voorfz. Kerk gedeftineert zyn. X I V. De meergemelden Commies beneevens den Opfiender ztülen van alle de Fournitures, en alle het verdere ten gebruik van de Militie in 's Lands Barakken zig bevindende, een Inventaris moeten formeeren, en daar van overgeeven Copie behoorlyk onderteekent, mitsgaders by de jaarlykfche Commisfie van de Heeren haar Edele Mog. Commisfarisfen tot de groote Fortificatiën, en aan derfelver Controlleür Generaal verflag doen van den ftaat waar inne defelve zig bevinden, en of de geene dewelke volgens de Bellekken ten lasten van den Aanneemer, door defelve by reparatienof vernieuwingen, behoorlyk werden onderhouden, en of defelven meede door de 'sLands Militie ordentelyk in het gebruik behandelt werden. Gedaan in 's Gravenhage den 20 September 1759. Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. Cc 3 Rê-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 207 2y* Reglement voor het Guarnifoen en de Wag¬ ten in ''sGravenhage, ge farm eert door den Heer Hertog van Brunswyk, en door Heeren Gecommitteerde Raden geapprobeert. Den 29 Augustus 1760. GENERALE ORDRES. Art. I. De Regimenten en Corpïen van het Guarnifoen zullen in goede harmonie en eendragt met malkanderen hebben te leeven, en zullen zoo wel de Officieren als Onder-Officieren en Gemeenen, malkanderen geeven het behoorlyk refpeét, dat Militairen in het generaal, en in het byfonder die eene Mogentheid zyn dienende, en als Trouppen van den Staat, malkanderen verfchuldigt zyn; gelyk zy meede zullen doen omtrent alle Burgers en Inwoonders, en haar wel wagten, van defelve op een onbehoorlyke wyfè ce behandelen, of haar eenig nadeel toe te brengen. I I. De Commandanten der Regimenten zullen zorge draagen, dat het Geweer in goeden ftaat is, en ieder Soldaat de Wagt optrekkende voorfien is van twaalf fcherpe Patroonen en twee Vnurtleenen. I I h De Wagten van de Infanterie zullen alternativelyk (volgens gewoonte) gegeeven worden door de Hollandfche Guardes te voet, en de Switferfche Guardes; alleenlyk zullen de Hollandfche Guardes eenige kleine posten daagelyks blyven befetten, om den dienst te égalïlèeren na rato van derfelver fterkte; en moet het Regiment dat de Hoofdwagt heeft, fourneeren alle extra Wagten, als voor de Comedie &c., die op dien dag zullen geordonneert worden. I V. De aflosfinge van het Detachement op de Wierikerfchans, rouleert meede alternativelyk onder de twee Regimenten, en word regulier alle vier weeken afgelost volgens de ordre. V. De vergaderinge zal des morgens om elf uuren geilaagen worden, en de Parades om twaalf uuren afdefileeren, en zal by quaad weeder, of anderfints, de Cavallerye na de Infanterye omtrent het afmarcheeren zig hebben te reguleeren. V I. Ook zal men in allen deelen zoo by het vifiteeren der Wagtparades, het doen der rapporten, als anderfints, obferveeren de Ordre en Reglement op de Wagten en andere zaaken in de refpeétive Guarnilöenplaatfen gegeeven door wylen zyne Doorlugtige Hoogheid,hoogloffelyker memorie, in dato den 28 April 1749, voor zoo verre defelve hier in den Hage tot het Guarnifoen betrekkelyk zyn, welke ordres de Officieren zig moeten kennelyk maaken. V I I. De Major van het Hof zal alle daagen des morgens de klokke tusfehen tien en elf uuren het IVagtwoord koomen afhaalen aan het Collegie van haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden, en op de daagen, welke het zelve niet vergadert, by den eerften Heer in rang van het zelve Collegie in den Hage prefent zynde, het zelve Woord brengen aan den Heere Veldmarfchalk Hertog van Brunswyk, en daar na verder diftribueerenaan de Adjudanten van het Guarnifoen, en den Major van de Burgerwagt alhier in 's Hage, welke zig ten dien einde om tien uuren 's morgens op het Binnenhof moeten laaten vinden, gelyk meede om rapport van het geene is voorgevallen, of voor de Regimenten moet gevraagt worden. VIII. De Major zal ook de parool geeven aan den Capitein ofcommandeerenden Officier van de Hoofdwagt, die defelve vervolgens geefc aan den Capitein of Officier die hem komt af te losfen. I X. De Adjudant van de Cavalerye geeft de parool aan den Officier die de Ruyterwagt optrekt, en de Adjudanten van de Parade-Infanterye aan den Officier of Sergeant, commandeerende de Wagt aan het Huys in het Bosch. X. Alle de Wagten zullen de fterke hand leenen aan de Opfienders en Lieden die door de Colleéleurs van de Imposten geëmployeert worden, en zullen de Onderofficieren van die Posten zorge draagen, dat aan haar geen molest gefchiede met woorden of anderfints, zullende de geene die zulks doen, in arrest neemen, en daar van kennis geeven aan de Hoofdwagt, die defelve zal laaten afhaalen. X I. Niemand van de Militairen zal zig hebben te bemoeyen met de funélie van den Drost van het Hof, den Onder- of Subftitut-Schout van 'sHage of haare Dienaars, veel minder haar beletten in haar Ampt of exploiélen, in het byfonder wanneer zy iemand willen arrefteeren,op poene van fcherpe ftraffe; ook zullen de Wagten zonder uitftel aan haar asfiftentie verleenen, wanneer zy defelve vraagen. XII. Alle Marktdaagen zullen twee a drie Onderofficieren van ieder Regiment gaan patrouilleeren , gelyk meede van tyd tot tyd zullen doen de Adjudanten, tot voorkoominge van disordres, en om in het arrest te neemen alle die van het Guarnifoen eenige disordres zouden koomen te doen, en zoo defelve reeds by Schout of zyne Dienaars mogten gevat zyn, die te kunnen overneemen, en ten eerften na de Hoofdwagt in arrest te brengen. Ge©»  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 9nr» de Regimenten haar ten eerfte hebben te vervoegen op haare reftcchVe Allarmplaatfen, dc Cavallerye, een Esquadron op het Tournoyveld, een Esquadron op de Plaats, en een Esquadron op de Groenmarkt; het Esquadi 011 Gardes Dragonders op de Kalvermarkt. Het Regiment Hollandfche Gardes te voet op het Plein daar de ordinaris Parade geftelt word. Het Regiment Switferfche Gardes aan de andere zyde van het Plein teegens over de lange Plout- aan de Heen. ïiftraat. XXVI. De Tambours van het Guarnifoen zullen irt iet vervolg by alhrm, en dat 'er brand ontlaat, niet meer de vergaderinge, maar het illarm liaan, zoo als in den dienst gebruikelyk s, en zoo dra het zelve by de Hoofdwagt gefiaagen word, zullen de Tambours meede het allarm liaan, van haare Quartieren af tot op haare Allarmplaatfen toe. XXVII I Van ieder Regiment of Corps, in cas van illarm, en dat 'er brand ontftond, zal een ' Dfficier op ordonnantie gefonden worden aan le Hoofdwagt, om de ordres te ontfangen die gegeeven zullen worden. X X VJIJ. By de Regimenten Infanterye zal by allarm Df brand de afgetrokkene Wagten eens vooral Tewaarfchouwt worden, dat zy haar zullen ïebben te vervoegen op de Posten waar van &y het laatst zyn afgelost geworden, de Wagt in het Huys van het Bosch daar van alleenlyk uitgefondert. De Regimenten Hollandfche Gardes te voet m Switferfche Gardes zullen alle Paradedaa[en houden een Officier du jour of in het pimet, dewelke gehouden zal zyn ten minften ïenmaal in de vier en twintig uuren alle kleine Wagten en Posten te vifiteeren, om te den of de Manfchap prefent, en alles in orIre is. X X X. De Major' zal volgens zyne Inflruclie alle le Wagten van de Militie zoo te voet als te j 3aard moogen vifiteeren, om te zien of defelve na behooren worden waargenoomen, en laar omtrent eenig manquement bevindende, ïanftonds daar van aan den commandeerenden 3fficier van de Hoofdwagt kennis geeven, die lan gehouden zal zyn daar op behoorlyk orIre te ftellen. XXXI. De Schildwagten van het Guarnifoen zulen, op haar Post ftaande, met niemand moo;en praaten, en niet meer als twintig pasfen egts en links van haar Post wandelen. En daar twee Schildwagten te gelyk geplaatst £yn, zullen defelve niet vermoogen met maf kanderen te wandelen en te gaan praaten, maar zullen ieder op haare zyde apart blyven. Alle Schildwagten zullen voor alle Officieen, zoo wel vreemden als die van het Guarlifoen zyn, hebben front te maaken. VUL Deel. De Grenadier-Schildwagten zullen, front maakende, het Geweer aan de voet neemen cn niet met de Cordon over fchouder hangende! Alle de Schildwagten zullen den geenen die' Vuyligheid onder haar Post brengen, waarfchouwen van het zelve niette doen, en ten dien einde op haare Posten allert blyven en toefien, en zullen zig wel hebben te wagten iemand den Hoed af te neemen, of Geld op haare Posten te vorderen, op poene van geftraft te worden. X X X I L Als zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhöuder zal zyn verblyf des Zoomers neemen op het Huys in het Bosch, zal de Hoofdwagt nogtans befet blyven met een Capitein, een Lieutenant, een Vendrig "met het Vendel, als na gewoonte. En zal alsdan een Wagt van een effectief Lieutenant van de refpeétive Gardes met de noodige Manfchappen Grenadiers en Musquettiers gecommandeert worden tot Wagt voor het Huys in het Bosch, die haare ordres van het.geene te obferveeren hebben, aldaar zal gegeeven worden. ORDRES Voor de Hoofdwagt. Art. I. Het Zal den Capitein van de Hoofdwagt alleenlyk vry ftaan, om, gëduurende de vier en twintig uuren, maar tien k twaalf uuren, na dat de daagen lang of kort zyn, op zyn Wagt te blyven; alle andere Officieren, Onderofficieren en Gemeenen blyven vier en twintig uuren; dog moet de Capitein, van de Wagt gaande, ordre laaten, waar te vinden zal zyn, indien 'er iets mogte voorvallen, om alsdan ten eerfte weederom aan de Wagt te kunnen koomen. I I. Men zal niet meer te gelyk als zes Man moogen laaten gaan om te cetcn, en dat niet langer als voor drie quartier uurs ieder, dog des avonds word geen verlof gegeeven, en moet alles op de Wagt piefent blyven. I 1 L De Capitein van de Hoofdwagt zal des morgens een fchrifcelyk rapport van het voorgevallene op zyn Wagt door een Sergeant zenden aan den Heere Veldmarfchalk Hertog van Brunswyk, of die in desfelfs abfentie' het Guarnifoen mogte commandeeren; gelyk meede door een Sergeant van de Wagt des morgens mondelyk rapport zal gedaan worden aan den Major van het Guarnifoen. I V. Van al het geene extra komt voor te vallen, zal men ten eerfte door een Sergeant rapport laaten doen als hier vooren. V. Als 'er van de kleine Wagten rapport gedaan word dat zy iemand in arrest hebben, zal de Hoofdwagt defelve ten eerfte Laaten Dd af-  Plncnnten, &c. voor de Militie te Ü&ftd& 211 O r d R E s Voor den Brand of Allarnk Art. X I I. Als 'er Brand ontftaat, en de Hoofdwagt daar van door de Brandklok of ander ingekoomen rapport geinformeert is, zal ten eerften de Wagt onder het Geweer koomen, een Sergeant, een Corporaal en twaalf Man daar na toe gefonden worden, om zoodanig Huis te bevryden voor plundering, en het zelve te befetten, en geen anderen daar by laaten als die den Brand koomen blusfchen, ook zorge draagen, dat defelve door Jongens en Toekykers niet verhindert worden haar werk te doen. Ook zal ten eerften door een Onder- Officier , dat'er Brand is, rapport gedaan worden aan den eerften Heer van het Collegie ■■ der Heeren Gecommitteerde Raaden, in den Hage prefent zynde, aan den Heere Veldmarfchalk Hertog van Brunswyk, als meede aan den Major van het Hof. Als men voor vast weet dat 'er Brand is,: en geen valsch allarm gemaakt word, zullen ten eerfte de Tambours van de Wagt gefonden worden het allarm te liaan over het Plein en langs het Voorhout. Wanneer de Capitein aart de Wagt zal gekoomen zyn, en dat 'er reeds eenige Manfchap van de oude Wagt, die 's morgens van de Hoofdwagt zyn afgelost geworden, tot verfterking daar by zullen gekoomen zyn, zal de Lieutcnar.t van de Wagt met een Sergeant en nog twintig Man na den Brand gefonden worden, die van tyd tot tyd rapport zal laaten doen vm het geene 'er. pas/bert, en of meer- / dere Manfchap vereifcht worden en noodig zyn. Alle Wagten blyven onder het Geweer ftaan, totdat ordre komt dat kunnen binnen rukken, wanneer de oude Wagten die tot verfterkinggekoomenzynweederomafmarchceren. CEREMONIE EL Voor de Hoofdwagt. Art. XIII. Wanneer haar Edele Groot Mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland vergadert zynde, koomen te fcheiden, zal de Hoofdwagt neevens haar Geweer koomen ftaan, met de Officieren voor de Front, en zoo lang blyven tot dat die Heeren gepasfeert zyn, in gevolge hoog derfelver Refolutien in dato den 7 en 8 December 1657, en de Ordres vervat in het ncegende Articul van de Inftruétie voor den commandeerenden Officier van de Militie, Guarnifoen houdende alhier, by haar Edele Mog. gearrefteert den 12 December 1707. De Hoofdwagt moet voor haare Doorlugtige FSoogheeden, den Heere Prince Erfftadhöuder en Mevrouwe de Princesfe van Naslau Weilburg onder het Geweer koomen, het zelve preienteeren, de marsch Haan en falu¬ eeren met Vendel ert Ëspontöns, zoo mee-* nigmaal hoogstdefelve koomen te pasfeeren , zoo als tot nog toe is geichiedi Ook zal de Wagt meede falueeren als zynd Hoogheid onder de Gallerye voorby de Corps de Guardes pasfeerende, de Stadhouders Poort uit gaat. Het ülueeren der Officieren van dc Wagt zal te gelyk en in een tempo moeten gefchieden, zoodanig, dat .het Vendel en de Espontons te gelyk na beneeden gebragt worden. Op tyden dat 'er gepredikt word in de Fraiv fche Kerk, of dat om andere reedenen geen Trom foude moogen geroert worden, kan ook niet geflilueert worden, maar zal men nogtans het Geweer laaten prefentcren, als de grootfte honneur die men ibnder Trom te roeren kan doen. Verder zal de Hoofdwagt by het Geweer uittreeden voor den eerfte en voor/i ttende Heer van het Collegie van de Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden, en in desfelfs abfentie zullen defelve honneurs gefchieden aan den opvolgenden Fleer van welgemelde Collegie, volgens haar Edele Mogende Refolutie in dato den 15 January 1759; defelve honneurs zullen ook gefchieden voor den Heer Raadpenfionaris, volgens haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 14 Maart 1759. Voor alle andere Perfoonen, van wat rang of diftineftie defelve ook mogten zyn, doet de Hoofdwagt niets; ook word door de Schildwagt op het Binnehof ftaande, geen Geweer geprefenteert als voor de geene daar de Ploofdwagt het zelve voor zal koomen te doen. De Schildwagten maaken/alleenlyk Front voor alle Officieren zonder onderfcheïd in rang, dog alle andere Schildwagten van de Hoofdwagt gefteld, en buiten het Binnenhof ftaande , prefenteeren het Geweer voor hooggemelde haare Hoogheeden, den eerften Heer in rang by het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in den flage prcfent zynde, den Fleere Raadpenfionaris, als meede voor de Hoofdofficieren van haare Regimenten, zoo als by de kleine Wagten gefchied. Wanneer door haar Edele Groot Mog. of Gecommitteerden uit defelve, of de Gecommitteerde Raaden, of Gecommitteerde Staaten van eene der Povincien, of van de hoge CoF legien, als Staaten Generaal en Raaden Van Staaten, een Deputatie in ftatie en met voorafgaande Boodens gefchied, moeten de Wagten onder het Geweer koomen, het zelve prefenteeren , de marsch Haan en falueeren, dié Heeren in Koetfen koomende, moeten gefalueeit worden, ieder Koets in het byfonder, dog het Vendel blyft by het falueeren van de Heeren in de eerfte Koets fittende leggen, tot dat zy alle gepasfeert zyn. Van welke Deputatien, gelyk meede van alle voorvallende Ceremonieelen, als het ontfangen en innaaien van Ambasfadeurs ecc,, zal de Hoofdwagt door den Major van het Hof geadverteert worden van het geene daar omtrent geordonneert zal zyn te gefchieden. Dd 2 Ah  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande* 213 examineeren of alles fchoon is, want zoo eenige Vuiligheid omtrent zyn Post wierd gevonden, zal de ScMdwagt die afgelost moet werden, hetzelve met zyn handen wegdraagen. I V. De Tur/^n de Wagten geleevert wordende, zullen de Corporaals de regte vérdeelinge daar over maaken voor de daagen dat zy zullen ontfangen hebben, en malkanderen het zelve in ordre overleeveren. Ook zullen zy, haar Turf ontfangen hebbende , een Man van haar Wagt met de Turfwaagen zenden tot aan de 'volgende Wagt daar Turf moet afge-lcevert worden, op dac daar van niets weggenoomen werd. V. Als rufie en ' vegteryen onder dc Wagt voorvallen, zal men de Daaders trngten in arrest te neemen, en daar van rapport laaten doen aan de Hoofdwagt. V I. By aldien iemand komt te klaagen dat hem molefte in zyn Huys aangedaan word, en asfiftentie van de Wagt verleekt, zal men defelve geeven, en in arrest neemen die zulks koomen te doen. - ■ V I I. Dog zoo 'er klagten koomen van Dronkaarts of flegte Hoerewaarden, en dat zy rufie onder malkanderen hebben, zal zoo wel den eenen als den anderen in arrest genoomen, en daar van rapport gedaan worden aan de Hoofdwagt , die defelve alsdan zal laaten afhaalen. VIII. Als het mogte gebeuren dat een Wagt gewaar word, dac door vegtery of anderfints iemand op ftraat mogte gequetst of dood leggen, zal daar van ten eerfte rapport gedaan worden , en zal men een Schildwagt daar by ftellen , vooral zoo het een Militair of iemand van het Guarnifoen mogte weefen, tot dat die van de Hoofdwagt daar by zullen gekoomen zyn. I X. De Onderofficieren van de. Wagten zullen niet toelaaten , dat op haar Wagt word gedobbelt of om Geld gefpeelt. X. Ook zullen zy wel oplettend zyn, dat haar Schildwagten met niemand zullen ftaan praaten, maar haar Geweer ordentlyk draagen, front maakende voor alle Officieren, , en toefien wat op haar Posten pasfeert, zonder zig met iets anders op te houden. X I. Men zal niet meer als aan één Man van ieder kleine Wagt verlof geeven, de Wagt van de Geest twee Man, en zal het verlof niet langer gegeeven worden, als des Zoomers , op de Wagt gekoomen zynde, tot drie uuren 'snademiddags, en des avonds van zeeven tot neegen uuren, zullende in den Winter des avonds geen verlof gegeeven worden, en moeten de overige tyd alles - aan de Wagt prefent blyven. X I I. De Wagten van de drie Boschbmggcns, zullen alle de geene, die met groen Hout gclaaden uit het Bosch koomende, willen paslceren, in arrest neemen en daar van rapport laaten doen. Ook zullen zy den Onderhoutvester en de Opfienders de fterke hand bieden, en aan defelve aslillcntie verleenen, ais zy iemand over Houtdievcrve veribeken in arrest te neemen.^ X I I L De Corporaal de Wagt hebbende aan de Maliebaan, zal van tyd tot tyd het Turfrnagazyn van buiten vifiteeren, om te zien of 'er ook aan gebrooken is, en openingen gemaakt zyn, waar door men den Turf zoude konnen wegneemen, vooral moet daar wel opgepast worden des Winters als de Gragt daar voor bevrooren is. De Schildwagt zal beletten, dat niemand op het Secreet gaat om agter het Magazyn te koomen, als alleen het Volk van de Wagt. De Corporaal moet ook, voor dat de Wagt overneemt, alles omtrent gefegde Magazyn nafien en vifiteeren, nietaflosfen, en rapport doen laaten zoo 'er iets mogte manqueeren, want die het laatst de Wagt heeft zal daar voor aanfpreekclyk zyn. X I V. Zoo 'er omtrent een Wagt brand mogte ontftaan, zal de Onderofficier daar van ten eerfte laaten rapport doen, en zoo het allarm geflaagen word, zullen alle kleine Wagten met de oude afgekoomene Wagt worden verfterkt, en zullen beide de Wagten in het Geweer blyven ftaan tot dat alles over is. X V. Alle kleine Wagten zullen uitkoomen en het Geweer prefenteeren voor haare Doorlugtige Hoogheeden den Heere Prince Erfftadhöuder en Mevrouwe de Princesfe van Nasfau-Weilburg, voor den eerften Heer in rang by het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, in den Hage prefent zynde, voor den Heere Raadpenfionaris, en voor de Hoofdofficieren van haare Regimenten, zoo dikwils defelve koomen te pasfeeren. Voor den Officier van het Piquet word het Geweer op Schouder gehouden. ORDRES Voor den Officier, de Wagt hebbende aan de Comedie. Art. t Als zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhöuder in de Comedie gaat, zal van het Regiment dat dien dag de Wagt is hebbende, gegeeven worden een Officier, een Sergeant, een Tambour, een Pyper, en vier en twintig Man, dewelke op het Pleyn vergaderen, en met Icille Trom daar na toe marcheeren. I I. De Officier met zyn Wagt aan de Comedie Dd 3 ge-  Placaaten, &c. voor de Militie te Lande. 215 dere Piaatfen hadden om zig by de Burgers te inquartieren, en zig daar door op een onkostelykè wyfe van Brand en Ligt te voorfien , en dat het derhalven met de billykheid zoude overeenkoomen, dat men, om die oude Luiden, welke den Lande veele jaaren gctrouwelyk hadden gedient, en waar van verfcheiden met quetfuuren of andere ongemakken waaren befet, door haare verplaatling niet te zeer te befwaaren, een raodicque quantiteit Turf en Kaarsfen aan defelve diftribueerdc. Dat zoo veel betreft de Fournitures, dewelke aan haar in de Barakken zouden worden gegeeven, zy Fleeren Commisfarisfen meenden, dat die oude Luiden ook éenigfmts op een favorabelder voet als ordinaris zouden behooren te worden behandelt; dat aanhaar Heeren Commisfarisfen by geleegentheid van het onderfoek van deefe zaake ook was voorgekoomen, dat de oude Luiden in de Wierikkerfchans met geen moogelykheid in ftaat waaren, om in de Corps de Guardes of Buitenwagt agter defelve Schans, in den jaare 1759. geintroduceert, en in haar Edele Mog. Refolutie van den 6 Juny van dat jaar gementioneert, waar te neemen, en te prefteeren den dienst, welke door de Bediendens van de colleaive Middelen, aldaar geplaatst, van haar wierd gevergt. En dat zy Fleeren Commisfarisfen op de voorfz. gronden van advife zouden zyn; Dat aan de twee Officieren van de Invalides , op commando zynde in de Wierikkkerfchans en op het Fort Loevefteïn, zoude behooren te werden uitgedeelt 's jaars aan ieder Officier vyftig tonnen Turf en vyf en twintig ponden Kaarsfen, en aan defelve wel vrye Wooning in de Barakken maar geen Fournitures gegeeven; Dat aan de Wagten in de Corps de Guardes in de voorfz. Forten, de uitdeelinge van Turf en Kaarsfen zoude behooren te worden gedaan op den voet van het Reglement van den 20 July 1706; en dat voor de Sergeanten, Corporaals en Gemeenen, om onder hen in egale portien te worden verdeelt of genooten, in ieder Fort zoude behooren te worden gegeeven honderd tonnen Turf en zestig ponden Kaarsfen in het jaar; des dat defelve Turf in een der leedige Barakken onder het opfigt en directie van den Officier zal moeten worden bewaard. Dat aan de Sergeanten, Corporaals en Gemeenen , in de beide Forten zouden behooren te worden gegeeven gelyke Fournitures als aan de Militie te Hellevoetfluis, te weeten een Stroo Bulfak met een Paardshaire Hooftpeulen, Deekens, alle maanden een paar Laakens, alle weeken een Handdoclc, Tafel, Banken, Asbak, Tang, Schop, yferen Kandelaar, Wateremmer, Haardketting, en om de drie maanden versch Stroo in deBulfakken, en booven dien een Paardshaire Matras. Dat voorts door haar Ed. Mog. zoude behooren te worden gepermitteert, dat by ieder van de voorfz. twee Commando's vier Vrouwen, dog niet meerder, zig by haare Mans in de Barakken zullen moogen ophouden, des dat zy geen Kinderen by zig zullen moogen hebben, en zig allefints ordentelyk zullen moeten gedraagen, en dat aan defelve beneevens haare Mans een vrye Barak met de noodige Fournitures behoorde te worden gegeeven. Dat ook om, in gevalle van Brand in de Wierikerfchans, zig te beeter te kunnen redden , in defelve Schans, eeven als te Loeveflein is gefchied, zouden behooren te worden geileld zes Lantaerns met yfere Armen, om den geheelen naght te branden; En dat laatftelyk by provifie en tot nadere ordre, de voorgemelde Buitenweg aan de Wierikerfchans zoude behooren te worden ingetrokken ; Waar op gedelibereert zynde, zyn de gemelde Fleeren Commisfirisfen voor derfelver genoom e moeite en gedaane rapport bedankt, en hebben haar Edele Mog. zig met derfelver advis geconformeert en het zelve in een Refolutie geconverteert, zoo als het daar in geconverteert word by deefe, met last aan de Commifen van 'sLands Magazynen in de Wierikerfchans en op Loeveftein om zig daar na te reguleeren, En worden de welgemelde Heeren Commisfarisfen verfogt, om ieder zoo veel haar departement aangaat ter executie van het geene voorfz. is de noodige ordres te ftellen, en ook by den Heere Hertog van Brunswyk de noodige ordres tot intrekking van de voorfz. Buitenwagt aan de Wierikerfchans te effeétueeren. Zullende Extract, deefes gegeeven worden aan welgemelde Heeren Commisfarisfen, de Provinciale Reekenkamer, de Commifen en Boekhouder van de Finantie, den Controlleür Generaal Prevoost, den Commis van 's Lands Magazyn van de Turf en Kaarsfen te Gouda, en de Commifen van 's Lands Magazynen in de Wierikerfchans en op het Fort Loeveftyn, zoo om te ftrekken tot derfelver narigt, als orn zig daar na te reguleeren. ZES-  Rankende den Oorlog te Water. gezeetenen van deefen Sta.it, welke door haare Kmysfers na den ao deefer loopende maand fouden worden ontmoet, verovert, en voor goede Prinfe gehouden fouden worden, en wy derhalven genoodfaakt zyn alles by te brengen ter be/èherminge van de Commercie en Navigatie van de Ingezeetencn van deefen Staat,. en teffens te gebruiken het regt, het geene ons door het beftaan van de voornoemde Regeeringc gegeeven word, om reciproquelyk defelve en haare Onderdanen alle moogeiyke afbreuk te doen. Zoo is 't, dat wy ten deefen einde, met communicatie en overleg van haare Koninglyke Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Gouvernante, ordre gefteld hebbende tot het uitrusten van eenige Fregatten van Oorlog , by deefe geleegentheid hebben goedgevonden termeerder aanmoediging van het Volk van Oorloge ter Zee tot den dienst van het Gemeen, vast te ftellen. Art. L Dat aan de Scheepen van Oorlog, wanneer defelve onder Gods zeegen eenig Schip of Scheepen behoorende aan de Onderd vanen of Regeeringe van die van Algiers, mogten koomen te veroveren, tot belooning niet alleen zal worden gelaaten de gantfche portie, welke aan het gemeene Land in de Prinfe door Scheepen van den Staat opgebragt, competeert , om vervolgens na den gewoonen regul te worden verdeeld. II. Maar dat ook nog daarenbooven aan defelve zal worden gegeeven een preemie van vyftig guldens voor ieder Man, die in het begin van het gevegt op het Vyandelyke Schip zal zyn geweest, en dat dienvolgende voor ieder honderd Koppen een fomma van vyf duifend guldens zal worden betaald. I I L Zullende deefe voorfchreeve praemie verdiend zyn, niet alleen, wanneer het Vyandelyke Schip verovert, en opgebragt, maar ook wanneer het zelve tusfehen de verovering en opbrenging verongelukt, of wel op een andere manier vernielt mogte zyn. I V. Alles met deefen verftande nogtans, dat, wanneer het Vyandelyke Schip teegens een Bank, of het Strant mogte weefen aangejaagt, zoodanig dat het Schip wel vernielt, maar egter het Scheepsvolk daar op geweest zynde, aan Land geborgen mogte zyn, in foodanig geval alleen de helft van de voorfchreeve praemie genooten zal worden, en dat de geheele pramie niet verdiend zal zyn, ten zy het Scheepsvolk, dat op het Vyandelyke Schip is geweest, opgebragt, of dood zyn, en dat daar van koorae te blyken. V. En vermits het niet wel practicabel is, dat de voorfchreeve Scheepen met derfelver op hebbende Manfchappen na een van de Havenen deefer Landen fouden worden opgefoaVIII. Deel. 217 aen, zoo lullen aetelve moogen worden opgebragt, ter plaatfe daar de commandeerende Officier zulks zal koomen goed te vinden, mits eenig Minifter, Conful of ander Perfoon van weegens deefen Staat daar toe gecommitteert, zig aldaar bevinde. V I. Voorts in gevalle het gebeuren mogte, dat eenige Scheepen of Goederen toebehoorende aan Ingezeetenen van deefen Staat, by die van Algiers genoomen, weeder herovert en vrygemaakt mogten worden, zoo zal aan die Scheepen van Oorlog, welke de herneeming zullen hebben gedaan, indien de herovering binnen tweemaal vier en twintig uuren is gebeurt, een geregte vyfdepart van de opregte waarde van het weeder vrygemaakte Schip en Goed moeten worden betaald, cn by aldien de voorfchreeve herneeming na de voorfchreeve tweemaal vieren twintig uuren gefchied, een geregte vierdepart van de opregte waarde, dog binnen viermaal vier en twintig uuren, na dat het voorfchreeve Schip en Goed in de magt der Algerynen is geweest, gebeu-, rende, als dan een geregte derdepart van de voorgemelde waarde, en indien defelve Scheepen na de voorfchreeve viermaal vier en twintig uuren worden hemobmen, dat in fuiken gevalle de geregte helft! van de voorfchreeve waarde by de Herneemers zal worden genooten , zonder verdere reflexie, hoe veel langer tyd de voorfchreeve Scheepen in de magt der Algerynen zouden moogen zyn geweest. VII. En zullen deefe preemien worden betaald door den Ontfanger van het verhoogde Lasten Veylgeld, en voldaan na bekoome Sententie van de Collegien ter Admiraliteit. En op dat dit voorfchreeve aan alle en een iegelyk, welke fulks eenigfints mogte aangaan, kennelyk mooge zyn, zoo ontbieden en verföeken Wy, de Heeren Staaten, Vrouwe Gouvernante, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeétive Provinciën , en allen anderen Jufticieren en Officeren van defelve Landen, dat zy deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle piaatfen daar fulks noodig weefen zal, en men gewoon is zoodanige Publicatie en affictie te doen: lasten en beveelen verders de Raaden ter Admiraliteit en den Advokaaten Fiscaal, mitsgaders allen Admiraalen, Viceadmiraalen, Capiteinën, Officieren en Bevelhebberen, deefe onfe Publicatie te agtervolgen, en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren teegens de Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, oogluiking, diffimulatie of verdrag, want wy fulks ten dienfte van den Lande en ten beste van de goede Ingezeetenen van dien, bevonden hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan en gerrrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Fleeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden, in Ee 'sGra-  Raakende den Oorlog te Water. na den Hage, die de gemelde Capiteinën volgens de voorfchreeve Refolutien insgelycks hadden genooten. Waar op gedelibereerd, en in aghtingh genoomen zynde, dat by haar Hoogh Mog. Refolutien van den aghtienden November en van den twaalfden December feeventien honderd dertigh aan den Capitein Schryver, en by Refolutie van den eerRen Maait feeventien honderd zes en dertigh aan den Capitein Reynst voor haar Tafelgelden zes honderd guldens is toegeleght, en vyf guldens vyftien Huivers daaghs voor Vacatiën, gëduurende haare reyfe van Amlterdam na den Hage en te rugh, en geconfidereerd zynde, dat gemelde Capitein Tronchin de Confuls Butler en haar gevolgh op differente reyfen heen en weeder getranfporteert heeft, en verplight is geweest verfchei- 219 den Favoriten van den Erfprins van Marocco te tracteeren; Is goedgevonden en verftaan, aan gemelde Capitein toe te leggen een fomme, van zes honderd guldens voor de extraordina-" ris depenfcs, die hy by voorfchreeve geleegentheeden heeft moeten doen; ten tweeden, aan hem te permitteeren, om gëduurende zyne reyfen van Amlterdam na den Hage en te rug, in Declaratie te brengen vyf guldens vyftien ftuivers daaghs booven de reyskosten; en ten derden, te approbeeren de Prefenten ter fomme van drie honderd aghtien guldens, die hy Capitein te Tunis volgens Declaratoir van den Conful Leuet heeft uitgegeeven. En zal Extract, van deefe haai Hoogh. Mog. Refolutie gefonden werden aan de Generaliteits Reeckenkamer, om te Rrecken tot derfelver narightinge. AGTSTE TITUL. Behelzende de Placaaten en Ordres omtrent de Commisfievaarders, Kaperyen, Prinfèn, en Buiten, met den aankleeve van dien; als mede tegens alle vreemde dienften te Water, geëmaneert. 1. Placaat van de Staaten Generaal, houdende verfcheide ordres met opzigt tot de vreemde Commisfie - vaarders. Den 3 November 1756. De Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen jeegenwoordige fulllen zien ende leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo wy berigtworden , hoe dat eenige vreemde Vaartuigen van Oorloge, en Commisfievaarders koomen te misbruiken de vr3'dom, die haar word vergunt in het reguard van het aandoen, en gebruik van onfe Haavenen by voorval van nood of andere geleegentheeden, het zy met haare onderhebbende Scheepen alleen , of wel met de Scheepen en Goederen by haar op haare Vyanden verovert, en dat het ook zoude konnen gebeuren, dat defelve zig fouden onderftaan, de foodanige veroverde Scheepen en Goederen in het geheel hier te Landen te vervreemden en te veralieneeren, directelyk teegens onfe goede meening, en dat daar uit in tyden en wylen onlusten tusfehen deefen Staat en derfelver Nabuuren veroorfaakt foude moogen worden, waar teegens wy, zoo veel in ons is, met alle middelen foeken te voorfien. Zoo is 't , dat wy overwoogen hebbende, het geen tot voorkooming van dien foude moogen dienen, by deefen goedgevonden hebben te verklaaren, ordonneeren en ftatueeren, dat van nu voortaan alle vreemde gewaapende Vaartuigen en Commiffievaarders, hoedanig of van waar die ook fullen zyn, die de Rheën, Stroomen of Rivieren van deefen Staat koomen aan te doen, by haar aankomst de Vlag, onder welke zy behooren, zullen hebben te hysfen, en niet verder de Rivieren inwaards opzeilen, als waar zy haar teegens onweeder of ander ongeval kunnen bergen, ten zy defelve daar toe van de Admiraliteit van het DiftricF permisfie fullen hebben bekoomen: Dat defelve vervolgens haar fullen hebben te onthouden van alle daadelykheeden, waar door iemand, het zy Vreemden, het zy Ingezeetenen deefer Landen, zoude kunnen beleedigt of befchaadigt worden, en zig inteegendeel op de voorfchreeve Rheën, Stroomen en Rivieren met alle befcheidentheid en betaamelykheid, zonder offenlie aan iemand te geeven fullen moeten gedraagen, op poene dat defelve ter contrarie doende, geen de minfte asfiftentie niet alleen fullen hebben te verwagten, maar ook met geweld werden verdreeven, en dat in gevalle het gewaapende Vaartuig, het welk teegens deefe onfe Ordre, fonder Vlag te verthoonen, zal ingekoomen zyn, of fonder permisfie van de Admiraliteit van het Diftriét op de Rivieren of Stroomen zal gevonden worden, met een Commisfie van Retorfie mogte weefen voorfien, de EquipaE e 2 ge  Placaaten &c. omtrent cte .Commisfievaarders, &c. 221 2. Refolutie van de Staaten Generaal op een Misfive van de Admiraliteit in Zeeland, om zekere geloste Goederen uit een geflrand Fransch Prjs-Seldp buiten de Republicq te vervoeren. Den 15 September' 1758. Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit in Zeeland, gefchreeven te Middelburgh den elfden deefer loopende maand, houdende, dat zy ingevolge haar Hoogh Mogende Refolutie van dan aght en twintighften July deefes jaars hadden gepermitteert, dat eenige Goederen uit de Prys door de Franfchen te Zierikzee opgebraght, wierden gelost, en het Schip zoo verre gerepareert, dat wederom Zee konde kiefen, dat daar op volgens informatie, alle die Goederen, welcke daar uit waaren gelost, weeder in het zelve waaren ingelaaden. Dat twee Franfche Oorlogfcheepen, genaamt la Danaë en f Harmonie, vervolgens waaren opgekoomen ter Rheede van Zierikzee, van welcke de Capiteinën Bart en juin kennis gaven, dat de reeden van bun komst was het afhaalen der twee Prysfcheepen. Dat ook den, eerften September laatstleeden die twee bewuste Oorloghfchcepen met de twee Pryfen en een klein Advisjaghtje waaren in Zee geftoocken, met een goede Zuyd-ZuydOosten wind, dogh des anderen daaghs wederom ter Rheede voornoemt waaren geretourneert. Dat de Capiteinën hadden gerapporteert aan den Equipagie-meefter te Zierikzee, dat even buiten gekomen zynde, hun waaren gerencontreert vyf Engelfche Ooiloji icheepen, terwyl de wind hun contrarie was geworden; dat zy ziende niet beftand te zullen zyn tegen de overmaght, hadden gerefolveert weeder na binnen te koomen, dat hunne eene Prys door de Engelfche was hernoomen, en de andere in het binnen komen ged ree ven op de Plaat, genaamt de Onrust, dat dat Schip daar nogh op vast zat, en ,j£onder eenige zeer fpoedige hulpe, na alle apparentie zoude moeten vergaan met de gantfche precieufe Laadingh, veifocckende op het enrftigfte de adfiftentïe van eenigh Volk en Lighters, ten einde nogh eenfge Goederen te moogen bergen, voegende daar by, dat reeds een Vaarmygh van Veere gekoomen, op hun verfoeck aan boord van het geftrande Schip was geweest, en eenige Goederen uit het zelve aan boord van de Oorloghfcheepen had gebraght, gelyk ook hun Advisjaghtje gedaan had. Dat de Equipagie-meeffcer zigh in de uiterfte verleegentheid, op het hooren van die propofitie, hadde gevonden; dog dat, weetende wat gevaar er in het waghten zoude zyn, en dat het geeven van adfiftentie, zoo men iets wilde redden, geen uitftel konde ly den, had gerefolveert, om die Capiteinën hulpe te geeven van Manfchap en Lighters, daar by voegende een Perfoon die behoorlycke notitie hielde van het geen uit dat Schip wierde overgelost, en waakers (tellende op die Vaartuigen, die de geloste Goederen in hadden, in het voorneemen van defelve op te liaan in 's Lands Magazyn, ter tyde dat dë or ires van denPvaad desaangaande hadontfmgen,- dogh dat de Goederen, die h Gaarens beftonden, en van onder het water, het geen in het Schip ftond, waaren gehaald in de Lighters, op malkanderen zoodanig hadden beginnen te broeijen en heet te worden, dat men voor het aan brand geraacken vreesde, en daarom het beste had geoordeeld die eerst te laaten droogen alvoorens defelve in de Magazynen te brengen. Dat, ha dat dus reeds eenige Scheepen met Goederen te Zierikzee waaren aangekoomen, ter kennisfe van den Equipage-meefter aldaar was gekoomen, dat de Rentmeefter Generaal bewesten 't Schelde was gekomen ter plaatfe van het verongelukte Schip, en de verdere vervoeringe na Zierikzee had geinterdiceeit, fuftineerende uit hoofde van het Strandreght der Provincie, dat de Goederen van dat Schip onder zyne ordres behoorden te worden gelost, en onder zyne cuftodie geftelt. Dat het gemelde Collegie wel het contrarie had gefuftineert, en vermeent, dat een Prys altyd van defelfde natuur' bleef, zoo lange binnen hunne Zeegaten wasv en dat ingevolge haar Hoogh Mogende Placaaten, het beletten van de vcralieneeringe der Goederen privative aan de Admiraliteit was gedemandeert, dat zy zulks niet hadden kunnen executeeren, zonder de Goederen te hebben onder hunne bewaaringe, en andere argumenten meer; dog dat veele van die Goederen reeds onder zyne directie opgeflaagen zynde , en hy perfifteerende, zy in afwagtinge van haar Hoogh Mogende Refolutie niet anders hadden kunnen doen, dan te interdiceeren, dat 'er niets van die Goederen zoude vervoert of veralieneert worden; geevende het gemelde Collegie ter Admiraliteit aan haar Hoogh Mogende in bedencken, of niet het beste middel, om alle inconvenienten voor te koomen, daar in zoude beftaan, dat de geloste Goederen, zoo wel die door den Rentmeefter Generaal aan Land opgeflagen, als; die onder den Equipage-meefter Heshuyzen berustende waaren, aldaar zouden verblyven, tot dat een Fransch Koop vaar dyfehip na die Stad wierde gefonden, om defelve, na betaalinge der gemaakte onkosten, in te laaden, en buiten de Republicq te vervoeren; en zullende met verlangen de Refolutie van haar Hoogh Mogende te gemoet zien, om daar na den Equipage meefter te Zierikzee te gelasten, en aan de Capiteinën der Franfche Oorloghfcheepen kennisfe te geeven, hoe te handelen. E e 3 Waar  Placaaten, k& omtrent de Commisfievaarders, &c. En ten einde niemand, onder pretext van geene kennisfe gekrecgen te hebben van deefe onfe Ordre, oorfaake hebbe hein te onfchuldigen ordonneeren en bevoelen wy wel expresfelyk, dat de Vrouwen, of naafte Vrienden van de geenen, die aireede vertrokken zyn, ten einde voorfchreeve gehouden zullen Weefen den zeiven van den inhoude van deefen te waarfchouwen, aangefiefl wy tot deefer Landen dienst verftaan, dat deefe onfe Ordonnantie punétueelyk agtervolgt, en onderhouden zal worden zonder eenige conniventie of disfimulatie. Ontbieden en verfoeken daaromme de Heeren Staaten, Gecommitteerde Raaden, en Gedeputeerde Staaten van de refpeétive Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren , dat zy deefe onfe Ordonnantie alomme doen verkondigen, uitroepen en publiceeren, daar men gewoon is uitroepinge en publicatie te doen. 223 Lasten en bcveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaten Fiscaal, mitsgaders Admiraals, Vice-Admiraals, Capiteinën, Officieren en Bevelhebberen, als meede Commisfarisfen en Commifen ter recherche, zoo in de Zeegaaten als elders, deefen onfen Placaate na te koomen, en te doen nakoomen, procedeerende, en doende proccdceren, tegen de Contraventeurs van dien, zonder oogluikinge, faveur., disfimulatie of verdrag", want wy zulks alfoo ten dienfle van dcn Lande noodig bevonden hebben te weefen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Fleeren Staaten Generaal, in's Gravenhage den 27 Maart 1759. (JVas geparapheert,) F. H. van Wasfenaer, yt. (JJnderjlondfjYex ordonnantie van defelve.(Ge Aélen van Afftand der Keizerin-Koningin van Hongaryen en Bohemen en den Koning van Sardinien zullen met derzelver Ratificatien van het tegenwoordig Tractaat aan den Extr. Ambasfadeur en Plenipotentiaris van den Katholyken Koning worden overhandigd; even eens als de Extr. Ambasfadeurs en Plenipotentiarisfen van den Allerchristelykften Koning , en van den Katholyken Koning teffens met de Ratificatien van hunne Majefteiten aan dien des Konings van Sardinien ter hand zullen ftellen de ordres aan de Generaals van de Franfche en SpaanfcheTroupen, om Savoyen en het Graaffchap Nizza overtegeven aan de Perfonen, die door dien Prins gecommitteerd zyn om dezelve te ontfangen; zoo dat de Reftitutie der gem. Staten en de Bezitneming der Hertogdommen Parma, Piazenza en Guaftalla, door of in den naam van den Doorluchtigften Infant Don Philip op één en denzelfVIII. Deel. 249 den tyd, ingevolge de Aéten van Afftand, van dewelke de inhoud volgd, tot uitvoer gebragt kan worden. b (IJier is geïnfereerd de Ac7e van-Afftand van de Keizerin-Koningin in "die Latynfe Taal, waar by, na dat eerst het vierde Artikel van de Praliminairen, en vervolgens het zevende van dit Tractaat zyn aangehaald, dezelve zich in dezer voege uitdrukt f) Om deeze reden, en ten einde aan het geen wy by de tegenwoordige Artikelen verphgt zyn te voldoen, als mede in de vaste hope dat de Allerchristelykfte en Katholyke Koningen, zoo als ook de toekomende Bezitter van de drie Hertogdommen en zyne mannelyke Defcendenten, den inhoud der hier voor genoemde Artikelen ter goeder trouwe i zuilen nakomen, en dat de Staeten en Plaet! fen, die uit krachte van het tweede en aardende Artikel van de Preliminairen aan ons moeten worden te rug gegeven, op even gelyken voet, zoo voor ons als voor onfe Succesfeurs, op de Conditiën, in de voornoemde Artikelen geftipuleerd, aan ons gereftitueerd zullen worden, doen wy Afftand en Renuntiatie van alle Regten, Actiën en Pretcnfien die onder wat titel of uit wat hoofde het ook zyn moge, ons kunnen toebehoren op de voorn, drie Hertogdommen Parma, Piazenza en Guaftalla, te voren door ons bezeetenwelke Regten, Actiën en Pretenfien wy aan den Doorluchtigften Infant van Spanjen Don Philip, zoo als ook aan zyne mannelyke Defcendenten, uit wettig huwelyk geboren, op de beste en plegtigüe wyze als het gefchieden kan overdragen. Wy ontftaan in 't algemeen alle de Inwoonders van de voorn. Hertogdommen van den Eed,-dien zy aan ons gedaan hebben; wel verftaande, datzy niet genoodzaakt zullen wefen dien Eed aan die gene aan welke wy onfe Regten afftaan, te doen als in het geval, wanneer de bovengem. Doorluchtigfte Infant Don Philip, of iemand van zyne Defcendenten, den Throon van de beide Sicilien of dien van Spanjen niet zal beklommen hebben: en wy referveren wel uitdrukkelyk zoo voor ons als voor onfe Succesfeurs alle Regten, Aaien en Pretenfien, die ons te voren op defe Hertogdommen hebben toebehoord, als mede het regt van terugkeering, in geval de bovengem. Infant zonder mannelyke kinderen overlyd. (Insgelyks is alhier de A&e van Afftand van den Koning van Sardinien geïnfereerd. Dezelve is in de ItaliaanfcheTaal, en behelst het volgende f) Uit kragte van de tegenwoordige AcFe renuntieeren, cederen en transporteeren wy. zoo voor ons als voor onze Succesfeurs, aan den bovengem. Doorlugtigften Infant Don Philip en zyne Mannelyke Kinderen uit wettig I i hu-  Traflaaten van Vreede en Commercie, &c. ïït gendheden belooven en zich verbinden, om niets wederom te eisichen of te vorderen van de Contributien, welke zy in de Landen, Steden en Vlmtfen, die door hen gëduurende den loop des Oorlogs ingenoomen Zyn > mogten hebben vastgefteld, en die in den tyd dat de geval/en van den gem. Oorlog hen genoodzaakt mogten hebben om de voorn. Landen, Steden en Piaatfen te verlaten, niet betaald mogten zyn, blyvende alle diergelyke Pretenfien uit kragte van het tegenwoordig Tractaat vernietigd. XI. Alle de Papieren, Brieven, Documenten , Archiven, welke men in de Staten, Landen, Steden en Piaatfen, die te rug gegeven zyn, gevonden heeft, en die, welke aan de afgeftane Landen. toebehoren, zullen op denfelfden tyd van de Befitneeming, indien het mogelyk is, of ten langften twee Maanden na de uitwisfeling van de Ratifkatien van het tegenwoordig Tractaat, van alle de agt Partyen respectivelyk ter goeder trouwe uitgeleeverd of ter hand gefteld worden, in wat voor Plantten de gem. Papieren of Documenten zig ook bevinden mogen; namentlyk die, welke men uit het Archif van den Hoogen Raad van Mechelen mogt hebbên weggebragt. XII. Zyne Majt. de Honing van Sardinien zal alles, waai* van defelve van ouds af en nieuwlyks het genot had, in befit blyven behouden, byzondedyk Vigeranasco, 't welk hy in 't jaar 1743 gekreegen heeft, een gedeelte van Pavefano en het Graaffchap Anghiera, op die wyfe als'die Vorst defelve uit kragte van de Cesfien, welke daar van aan hem gedaan zyn, hedendaags bezit. XIII. De Doorluchtiglïe Hertog vari Modem zal uit hoofde, zoo van het tegenwoordig Tracfaat, als van zyne Regten, Prerogativen en Waardigheden, zes weeken of eerder , indien mogelyk, na de uitwisfeling der Ratificatien van het gem. Tractaat, bezit nemen van alle zyne Staten, Piaatfen, Forten, Goederen en Renten, generalyk van alles, waar van hy voor den Oorlog het genot had. Ten zeiven tyde zullen de Archiven, Documenten , Gelchriften en Meubilen, hoedanig zy ook mogen zyn, insgelyks aan hem te rug gegeven worden, zoo als ook de Artillery, Tuig en Behoeften van Oorlog, die men in de Landen, ten tyde dat defelve in bezit genomen zyn, zal gevonden hebben. Wat aanbelangd het geen ontbreeken zal; of het welk men in een andere gedaante zal hebben gebragt, zal mende juiste waarde der zaken, die dus weggenomen zyn en te rug gegeven moeten worden, in contant geld betalen, weke waarde zoo als ook het equivalent der Leengoederen, die de Doorluchtigfte Hertog van Modena in Hongaryen befat, indien deefe hem niet worden te rug gegeven, gereguleerd en vastgefteld zal worden door de respeétive Generaals of Commisiarislèn, die volgens het agtfte Artikel van het teegenwoordig Trac¬ taat twee Weeken na de teekening te Nizza moeten vergaderen, om over een te komen wegens dc middelen, om de wederzydfche Restitutien en In- bezit- Hellingen ter uitvoer te brengen, indiervoege dat op dcn zeilden tyd, en den zelfden dag, dat de Doorluchtigfte Hertog van Modena van alle zyne Staten bezit neemen zal, defelve dus in het genot, het zy van zyne Leengoederen in Hongaryen\ het zy van het voorn, equivalent treeden \ en de waarde der zaaken ,* die aan hem niet zullen kunnen gerefbtueerd worden, ontiangen kan. Men zal insgelyks binnen den voorn, termyn van zes weken na de uitwisfeling der Ratificatien aan denfclven op de Allodiale Goederen van het Pluis Guaftalla recht verfchaffen. XI V. De Doorluchtigfte Republicq Genua zal, uit hoofde zoo van dit tegenwoordig Tractaat, als van haare Regten, Prerogativen en Waardighccden, zes weeken of eerder, indien mogelyk, na de uitwisfeling der Ratfficatien van dat Tractaat, weder in bezit komen van alle hare Staten, Forten, Piaatfen, Landen, hoedanig zy ook mogen zyn, Renten en Inkomften, waar van defelve voorden Oorlog het genot had; inzonderheid zullen alle en een iegelyk van de Leden en Onderdanen der gemelde Republicq, in den voorn, termyn na de uitwisfeling der Ratificatien van het teegenwoordig Tractaat Wederom in 't bezit, genot, en vryheid komen, om van alle de Fondfen, die zy in de Bank van Weenen, inOostenryk, in Bohemen, of in eenig andér gedeelte der Staten van de Keizerin-Koningin van Hongaryen en Bohemen, en van die des Konings van Sardinien, hoedanig ook genaamd, hadden te difponeeren, zullende de Intresfen iliptelyk en regulierlyk aan hun betaald worden, te reekenen van den dag der Uitwisfeling van de Ratificatien van het tegenwoordig Traétaat. X V. De acht hooge Partyen hebben met elkander beraamd en vastgefteld, dat tot welzyn en de bevestiging van den Vrede in 't algemeen, en voor de rust van Italiën in 't byzonder, alle de zaken, aldaar in den ftaat, waar in zy voor den Oorlog waren, blyven zullen, behoudens en na dé uitvoering der fchikkingen, die by dit tegenwoordig Tractaat gemaakt zyn. XVI. Het Asfientio-Traktaat ten opfigte van den Handel der Negers, den 26 Maart 1713. te Madrid geteekend, en het Artikel van het jaarlyks Schip, 't welk een gedeelte van dat Tracfaat uitmaakt, worden ten opfigte van de vier jaren, gedurende dewelke het genot daar van zederd het begin van den tegenwoordigen Oorlog geftaakt is, byzonderlyk by hét tegenwoordig Tracfaat bevestigd, en mén zal die op denfelfden voet en op defelfde conditiën, als zy voor den gem. Oorlog zyn of hebben moeten Worden ter uitvoer gebragt, wederom uitvoeren. XVII. Duinkerken zal aart de Land-zyde in den ftaat, als het zelve werkelyk is, geli 2 fbr-  Tracftaaten van Vreede en Commercie, &c. fteit, van dc Heeren Staten Generaal der Vereenigde Provintien, de tegenwoordige Separate Artikelen hebben geteekend, en de Zegels Gedaan te Aken den 18 October 1748. 253 van onze wapenen daar by doen Hellen enz. Zynde zoo wel het Tractaat als de twee Separate Artikelen geteekend door de volgende Ministers. Sx. SE VERIN D'ARRAGON, LA PORTE du THEIL. SANDWICH, TH. ROBINSON, W. BENTINCK, G. A. IlASSELAER, J. v. BORSSELE, O. Z. van HAREN. 4. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de eene aanfehryving aan den Minister Buys by den Ne der-S'axij'chen Kreits tot obfervantie van het Contract met de Stad Hamburg van den 11 Mey 1609. Den 27 Mey 1752. T"\e Heeren Gedeputeerden van de Provfn\_J cie van Holland en Westvriesland hebben ter Vergaderinge voorgedragen, dat de Fleeren Gedeputeerden der Stad Delft gereprefenteert hebben uit de naam en van weegens de Heeren haare Principalen, als van de verdere Leeden van de groote Visfcherye .in deefe Provincie aan hooggemelde Heeren Staaten de niet ongegronde bedugting, welke by verfcheide van de voornaamfte Reeders, Boekhouders en andere Geinteresfeerdens van de groote Visfcherye langs de Maaze was ontftaan , dat de Engelfchen weederom in dit jaar, even als in den jaare 1750 hunne eerfte verfch gevangene Haring direct uit Zee fullen verfenden na Hamburg, om dus door haare eerfte invoering van Haring de latere inkoomende Hollandfche Haring aldaar tot minder prys te doen verkoopen, en in declin te brengen. Dat fy Heeren Gecommitteerden geconfidereert hebbende, dat by het Contract op den 22 Mey van den jaare idop tusfehen hooggemelde Heeren Staaten ter eenre, en den Raad deiStad Hamburg ter andere zyde aangegaan, expresfelyk is geftipuleert, „ dat hooggemelde „ Heeren Staaten binnen haare Landen, en „ den eerbaaren Raad der Stad Hamburg bin„ nen haare Stad en Jurisdictie van dien jaarlyks voor het uitvaaren van de Buyfen of Haringfcheepen by openbaare Publicatie zou„ den verbieden, dat niemand eenige Haring „ vangen en in Tonnen lal mogen zouten voor „ den 25 Juny, ftilo novo, op de verbeurte „ van den Haring ten behoeve van de Wees„ huifen daar defelve eerst ingebragt fal wer,, den, &c. en voorts dat tot executie en obfervantie van dien, binnen Holland en „ Westvriesland, mitsgaders binnen de Stad j, Hamburg, en de Jurisdictie van dien, fcher- ,, pe toeficht genoomen fal werden, dat gee,, ne Haring aan Land geftagen worde, ten zy „ daar by gaa eene wettige Certificatie van dat „ defelve na den 24 Juny gevangen, en bin„ nen de Scheepen daar meede die gevangen „ is in Tonnen gezouten zy, &c. en dat alle „ andere Haring, die fonder foodanig bewys „ of Certificatie binnen de Stad van Hamburg 1 „of Jurisdictie van dien gebragt foude wor,, den, het zy uit 'er Zee, of uit eenige an- / dere Landen, geene uitgefondert, gehou„ den foude worden voor ontydige Haring, • „ en dat daar tegens de voorfchreeve poene „ fal worden geëxecuteert." En dat niettegenftaande zoo eene folemneele Conventie, door de Engelfchen, in den jaare 1750 te gelyk met den nieuwen Hollandfchen Haring waaren ingevoerd twintig Tonnen Engelfchen Haring, en aldaar tot Hamburg Ui co publicq verkogt, zonder dat daar by was geweest een Certificatie, inhoudende, dat defelve na den 24 Juny was gevangen, en binnen de Scheepen , waar meede die gevangen was, in Tonnen was gelegt, en dat felfs, niettegenftaande de devoiren daar tegens by den Heer Buys, Minifter van den Staat by den Nederfaxifchen Kreitz, ingevolge desfelfs Miffiven op den 10 en 14 July 1750 uit Hamburg gefchreeven, aangewend, en de ordres by haar Ploog Mog. Refolutie van den 18 der voorfchreeve maand July van denfelven jaare 1750 op dat refpect aan den gemelden Heer Minifter Buys gefonden, door den Raad van Hamburg tot hier toe de noodige geruftheid voor de grootè Visfcherye deefer Landen niet was gegeeven, dat zy de gemelde Conventie voor het vervolg ih alles ftiptelyk fouden nakoomen, en doen nakoomen; vervolgens zy Heeren Gecommitteerden, ter mftantie van de gemelde Reeli 3 ders  Tratoten van Vreede en Commercie, &c, lyk mogen vertrekken met de Waaren die hy aan boord zal hebben gehouden, zonder iets daar vooren te betaalen. En ten opfigte van de contrabande Goederen, als Buskruit,Swavel, Planken, en alle andere foorten van Hout tot de Scheepbouw dienende, Touwwerk, Pek, Teer, Snaphaanen en alle andere Oorlogsmaterialen , daar van zullen de Onderdaanen der gemelde Vereenigde Nederlanden niet gehouden zyn eenige Regten aan hooggemelde zyne Majefteit te betaalen. I I I. In gevalle hetkoome te gebeuren, dat eenige Scheepen of Vaartuigen van zyne Majefteit of van de Vereenigde Nederlanden quamen te vervallen in eenige Baayen of Havenen van zyne Majefteit of van die der Vereenigde Nederlanden, het zy defelve daar toe genoodfaakt waaren geworden door Vyanden, Tempeesten op Zee of andere toevallen, zullen defelve bevryd zyn van het betaalen van Ankergeld, of van het geeven van Buskruit of andere diergelyke zaaken, onder de benaaminge van Plaveregten of andere Impofitien, zoo by het inkoomen als by het vertrekken uit de voorfchreeve Havenen, en ook zonder aan defelve eenige verhinderinge of moeyelykheid toe te brengen. I V. De Scheepen of Vaartuigen zoo van hooggemelde zyne Majefteit of van desfelfs'Onderdaanen, als die van opgemelde Heeren Staaten Generaal, of van eenige derfelver Onderdaanen, zullen de Zee bevaaren en negotieeren, zonder van de eene nog van de andere zyde gevifiteert, opgehouden nog gemolefteert te mogen worden. Insgelyks zullen alle Perfoonen of Pas fagiers, van wat Land of Natie die ook zouden mogen weefen, die zig met haare Penningen, Goederen, Koopmanfchappen en Meubilen in eenige der voorfchreeve Scheepen zullen bevinden, volkoome vryheid genieten, en zal niemand van de eene of andere zyde gearrefteert, opgehouden, geplundert, ofineeniger maniere befchadigt mogen werden. V. De Oorlogfcheepen of andere Vaartuigen van opgemelde zyne Majefteit of van desfelfs Onderdaanen, in volle Zee, en buiten de Piaatfen dependeerende van haar Hoog Mog, de Heeren Staaten Generaal, ontmoetende eenig Koopvaardyfchip of andere Scheepen van opgemelde Heeren Staaten Generaal, zullen aan boord van. defelve Scheepen der Vereenigde Nederlanden mogen zenden haare Sloep alleenlyk met twee Man, behalven de Roeyers, en zal ook niet meerder Volk op eenig Koopvaardy- of ander Schip moogen koomen, zonder permisfie van den Capitein of Schipper, dewelke haar behoorlyk Pasport, volgens het Formulier aan het einde deefer geinfereert , vertoont hebbende, zal de voorfchreeve Sloep gehouden zyn aanftonds af te houden, en het Koopvaardyfchip zyne reife kunnen vervolgen zonder fchade nog moeyelykheid. Enreci- proquclyk wanneer eenig Schip of ander Vaar. tuig van hooggemelde zyne Majefteit en den Capitein van een der voorfchreeve Scheepen vertoont hebbende een behoorlyk Pasport, geteekent door ordre van hooggemelde zyne Majefteit, en te gelyk een Certificaat van den Conful van hooggemelde Heeren Staaten Ge. neraal,die in der tyd totSalé of andere Plaats Zal refideeren, of by overlyden of abfentie van den Conful, geteekent door het grootfte gedeelte van de Commercianten der Vereenigde Nederlanden, tot Salé of andere Plaats re. lideerende, zal het voorfchreeve Schip of Vaartuig zyne reife vryelyk mogen vervolgen. V I. Geen Capitein of andere Perfoon van eenig Schip of Vaartuig van hooggemelde zyne Majefteit, zal uit eenig Schip, toebehoorende aan Onderdaanen van de Fleeren Staaten Generaal, mogen ligten eenig Perfoon of Perfoonen , wie defelve ook fouden mogen zyn, om die na elders te transporteeren, of omme aldaar te werden ge'ëxamineert, onder wat pretext zulks ook zoude mogen weefen, veel minder zal het aan hun gepermitteert zyn, te pynigen of eenig geweld te ploegen a ai eenige Perfoonen , van wat Natie of conditie defelve ook fouden mogen zyn, die fig bevinden zullen aan boord van eenige Scheepen toebehoorende aan Onderdaanen van haar Hoogh Mog., onder wat pretext of ter wat oorfaake fulks ook foude mogen zyn. V I I. In gevalle eenige Seheepen of Vaartuigen van opgemelde haar Hoog Mog. de Heeren, Staaten Generaal, of eenige van derfelver 1 Onderdaanen of Onderhoorigen, mogten koof men te flranden op de Kusten van hooggemelde zyne Majefteit, zullen defelve Scheepen met alle derfelver toebehooren, Gereedfchappen, Goederen en Laadinge niet geconfisqueert, nog de Equipage tot Slaaven gemaakt worden: Maar inteegendeel zullen de Onderdaanen van hoogstgemelde zyne Majefteit verpligt zyn, alle mogelyke middelen te gebruiken om het Volk en Laadinge te falveeren; en fullen de Goederen ter goeder trouwe en fonder eenige benadeelinge of vermindering© worden overgegeeven aan den Capitein of Gefaghebber, of aan de Eigenaars, of aan de geenen die van hunnent weegen tot de overneeminge der voorfchreeve Goederen zullen zyn geauthorifeert, alleenlyk bemalende den. arbeid volgens gewoonte, en zal aan het Volk, dat op zoodanigen geftrande Schip zal zyn geweest, volkoome vryheid werden gelaaten omme te gaan werwaarts het haar goeddunken zal, zonder eenige moeyelykheid ter contrarie, VIII. Geene Onderdaanen van zyne Majefteit nog van de Heeren Staaten Generaal zullen Commisfien mogen neemen van eenige andere Potentaaten of Princen, omme met Scheepen hurj toebehoorende, of wel met Scheepen van andere, te infefteeren of eenig molest te doen aan  Tradtaaten van Vreede en Commercie, &c. 2<7 niet prefent mogten zyn, zal de Executeur van het Testament, door den overleedenen wettelyk daar toe aangeflelt, na het maaken van een behoorlyken Inventaris van alle de voorfz. Goederen en Effecten, defelve ter goeder trouwe onder zyne bevvaaringe neemen, zonder eenige bciemnieringe, ten einde te beforgen, dat alles langs fecuure weegen in handen van de wettige Erfgenamen koome te geraaken. Dan in gevalle eenige der voornoemde Onderdaanen mogten koomen te overlyden fonder Testament gemaakt te hebben, zal de Conful der Vereenigde Nederlanden, of by desfelfs abfentie den geenen die door het grootfte gedeelte van de Commercianten der voorfchreeve Vereenigde Nederlanden daar toe zal zyn geauthorifeert, alle de voorfchreeve Goederen en Effecten onder een behoorlyke Inventaris overneemen, omme die aan de Bloedvrienden en Erfgenaamen van den overleedenen te doen geworden. X V. De Commercianten der voorfohreeve Vereenigde Nedcrknden, zoo Christenen als Jooden, die zig in eenige der Steeden van zyne Majefteit zullen bevinden, zullen in geenerhande manieren verpligt zyn eenige Waaren tegens haar zin te koopen , maar zal het in tegendeel altoos aan haar ftaan, de zoodanige te koopen, die zy oordeelen zullen haar dienftig te zyn: ook zal het aan geen ■ Alcayde, Gouverneur of Onderdaan van den Keifer gepermitteert zyn gewaapender hand posfeffie°te neemen van eenige Goederen of Koopmanfchappen toebehoorende aan Onderdaanen der Vereenigde Nederlanden, zonder alvoorens over de prys te, zyn geconvenieert, of dat de penningen daar vooren zyn betaald ,- of zoo / als zy met eikanderen zullen zyn ovèreengekoomen, alles fonder eenig her minfte geweld te. pleegen. Niet minder zal geen Capitein der Vereenigde Nederlanden, nog Schipper, verpligt zyn eenige Goederen tegens zyn zin in te laaden, omme die te tranfporteeren-of over te 'voeren na eenige Piaatfen, werwaarts hy niet foude begeeren tec zeilen; zoo als de Gonful der voorfchreeve Vereenigde Nederlanden nog ook de Onderdaanen van defelve niet verpligt zullen zyn eenige fchulden te betaalen voor andere.Onderdaanen van defelve Vereenigde Nederlanden, ten waare fy op' -een wettige wyfe daar vooren borge waaren geblee ven. . Ook fullen geene Scheepen opgehouden nog gearrefteert mogen worden, onder wat pretext fulks ook foude moogen zyn; gelyk ook geene Stuurlieden nog Bootsgefellen van de voorfchreeve Scheepen geligt zullen mogen werden, onder wat voorwendfel fulks ook foude moogen w'efen. Niet minder fullen de Confuls der Vereenigde Nederlanden nog der felver Onderdaanen aanfpraakelyk of refponfabelzyn voor eenige piraterie, diefïfal of fraude, van wat natuur die ook foude moogen weefen, diegepleegt fouden kunnen werden aanGoederen toebehoorende aan Onderdaanen • VIII. Deel. van fyne Keiferlyke Majefteit, die in Hollandfche Scheepen of andere Vaktuigeri gelaaden fouden moogen weefen, ten waare de voornoemde Confuls of Onderdaanen der Vereenigde Nederlanden de voorfchreeve bevragtinge hadden verfeckert of op een publicque wylè tot Borgen daar voor waaren gebleeven. Blyvende den Conful alleenlyk verpligt, wanneer hy van het pleegcn dier euveldaad zal zyn geinformeert, daarvan aanftonds aan de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal kennisfe te geeven, ten einde door haar Hoog Mog. voorfieningen werden gedaan, om te doen apprehendeeren den Capitein of Schipper en Equipagie van foodanig Schip of Vaartuig, aan welkers boord diergelyke piraterie, diefftal of fraude mogte zyngepleeia, en behalven dezelve te doen ftraffen volgens de Wetten der Vereenigde Nederlanden, ook voor zoo veel in hun is tragten te beforgen, dat de geenen die befchaadigt fouden mogen zyn voldoeninge koomen te genieten. ° XVI. De Onderdaanen van haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal, zoo Christenen als 'jooden, zullen in gevalle 'van Procesfen inde Ryken van zyne Keiferlyke Majefteit niet verpligt zyn zig te onderwerpen aan eenige jurisdictie dier Landen, en zullen dus in"gevalle van opgekoomene questien, zoo civile als crimineele, (alleen tusfehen die van de voorfchreeve Nederlandfche Natie) vóór geen ander Regter gehouden zyn te compareeren } als alleen voor haaren Conful of voor die van de Natie der voorfchreeve Vereenigde Nederlanden, de welke compieete authoriteit zal hebben om alle de differenten af te doen, zoo in het civile als in het crimineele, en ■namentlyk in de gevallen van geweldige dood , quetfingen en andere delicten, waar inne geprocedeert zal worden -volgens' de ïnftructien en Ordres van haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal; X V I I. In gevalle eenige Onderdaanen van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal, zig in de Ryken van zyne Keiferlyke Majefteit bevindende, een Moor quamen te befchaadigen ofte querien,. zal de zoodanige worden geftraft cp de eigen rite wyfe en niet zwaarder dan een Moor zoude werden gedaan, in gevalle hy 'diergelyke delicten gepleegt zoude hebben. Dan, in gevalle van doodflag zal hy alleenlyk geoordeeld worden door zyne Majefteit, zonder tusfehenkomfte van eenig ander Regter, en zoo de zoodanige mogte koomen te ontvlugten, zal de Conful nog geen andere Onderdaanen van haar Hoog Mog. de fleeren Staaten Generaal ter dier zaake geinquiëteert nog gemolefteert mogen worden. XVIII. Het zal aan de Fleeren Staaten Generaal vry ftaan een of meerder Confuls te zenden in zoodanige Piaatfen onder het gefag van den Keifer der Maroccen gehoorende, - als hoogst- Kk des-  Traétaaten van Vreede en Commercie, &c. 239 Formulier van het Pasport, het welk de Scheepen gehoorende aan Onderdaanen van haar Hoog Mog. de PPeeren Staaten Generaal der yereemgde Nederlanden zullen moeten hebben, waar van in het yyfde Articul van dit Tra&aat mentie is gemaakt. By de Gecommitteerde Raaden ter Admiraliteit der Vereenigde Nederlanden: Laat pasfeeren het Schip [V. N., Schipper N. N. met zyn Pasfagiers, Goederen en Koopmanfchappen, zonder eenig embarras, detentie, arrest nog molest, als zynde ons door goede getuigenisfe gebleeken, dat het voorfchreeve Schip is toebehoorende aan Onderdaanen der Vereenigde Nederlanden. Gegeeven onder onfe teekening en Zegel van de Admiraliteit in ... . Het voorfchreeve Pasport zal gefchreeven zyn op een Pergament, in het boovenfte gedeelte de figuur hebbende van een Schip door midden gefneeden, waar van de boovenfte gedeeitens zullen werden overgegeeven aan de Capiteinën der Kaapers, die uit Salé of andere Havenen zullen Ioopen, omme by het ontmoeten van Scheepen, gehoorende aan Onderdaanen van haar Hoog Mog., te konnen zien of defelve in de Pasporten pasfen, en daar meede overeenkoomen. En om alle fraudes te eviteeren, en dat geene andere Natien zig van de voorfchreeve Pasporten koomen te bedienen, zullen haar Hoog Mog. de Coupures van defelve zoo dikwils mogen veranderen als zy dienftig oordeelen zullen te behooren, waar van de Conful communicatie zal geeven, zoo ook van de tyd wanneer zoodanige Pasporten haar begin zullen neemen. Dan, gelyk het zoude kunnen gebeuren, dat de Scheepen van de Oostindifche Compagnie ter oorfaake van de verafgeleegene reifen zig in tyds van zoodanige nieuwe Pasporten niet zouden konnen voorfien, en zyne Keiferlyke Majefteit en de Heeren Staaten Generaal wenfthende zoo veel doenlyk zy alle foorten van difputen te eviteeren, zyn geconvenieert, dat, het zy de Pasporten voor de andere Koopvaardyfcheepen werden vernieuwt dan niet, de Scheepen van de voorfchreeve Oostindifche Compagnie altoos gekent en gedifiingueert zullen weefen door een groot Zeegel met de Waapenen van de Staaten Generaal, het welk op haar Pasport gevonden zal worden, welkers Hoofd insgelyks met het eigenfte Zeegel ter regter zyde gezeegeld zal weefen, en door den Conful van haar Hoog Mog. aan de Kaapers van zyne Keiferlyke Majefteit feparaat werden overgegeeven; en de voorfchreeve Zeegels en Coupures conform bevonden werdende , het zy deefe Pasporten different zyn of niet aan die van de andere Koop vaardyfchee pen, zal men nogtans de voorfchreeve Schee- pen van de Oostindifche Compagnie viyelyk laaten pasfeeren, werdende zoodanigen Pasport en Zeegel voor permanent verklaart ter tyd toe zyne Keiferlyke Majefleit en haar Hoog Mog. eenfteinmig anders zullen koomen te difponeeren. Tvee.nb"rN2T CWJ Uit kragte van zyne Kei1752. zerlykeMvjelteitsvol- Maan Mo- le magt aan my, harara 14-». uó6. MOHAME f LUCAS. (L.S.) Uit kragte van haar Hoog, Mog. de Staaten Generaal volle magt aan ons, FRANCDIS BUTLER. LE WIS BUTLER. Agter de Copie in het Spaansch ftond in het Engelsch. De voorenftaande is een opregte Copie van het Tractaat van Vreede, geilooten en geteekent by ons van weegens haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, met zyn Excellentie den AlcaydeMohamet Lucas, van weegens den Keifer van Marocco, Muley Abdala, gedateert als boven, en by zyne Keiferlyke Majefteit onder zyne handteekening geratificeert tot Fez den 28 dag der Maan Moharam ndd, volgens de Hegira correfpondeerende met den 4 December 1752 van onfe ftyL (JVas geteekent,) FRANCOIS BUTLER. LEWIS BUTLER Tranflaatvan den Brief van Muley Abdala', Keifer van Marocco, aan de Hoog Mog. Fleeren Staaten Generaal, gedateert te Fez den agt en twintigften dag van de Maan Moharam 1166, overeenflemmende met de Plegira, en na onfe ftyl den 4 December 1752. Geloofd zy den eenen God, daar is geen andere God dan hy, en Mahomet is zyn Propheet, &e. &c. Abdala, by der gratie Gods, Keifer der Geloovigen, &c. &c. Aan de Vergadering van de zeeven Hoofden, Gouverneurs van de zeeven magtige en Vereenigde Provinciën der Nederlanden: vreede en goedgunftigheid. Wy hebben ontfangen Uwen Brief, welke gy ons gefonden hebt door Uwe Ministers Francois en Louis Butler, en met het felve het Geld voor Uwe Onderdaanen, die in Onfris. 2 %  Traétaaten van Vreede en Commercie, &c. ters der Koninghlycke mfownften eghtcr in die proceduuren fustineerden, dac ibodanigh een bewys dat dc Supp#iK ató Burger by de Magiftraat van Middelburgh was geadmitteert, en zyn Eed in die qualiteit gedaan had, niet genoeghfaatfl zoude zyn, omme daar meede te verifieeren, dat de Suppliant als Onderdaan van deefen Staat moeste worden geconfideieerd, op wien derfelver Tractaaten weegens het geabrogeerde droit d'Aubaine met de Kroon van Vranckryk vigeerende zyn plaats zoude konnen vinden, maar dat daar toe met relatie tot Vreemdelingen nogh meerder fblemniteiten of andere Naturalifatie-brieven gerequireerd wierden; Verfoeckende den Suppliant, om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, haar Hoogh Mogende Refolutien declaratoir, waar by defelve gelieven te verklaaren, dat de Suppliant, als zeedert den jaare zeeventien hondert een en twintigh het Burgerreght tot Middelburgh in de Provincie van Zeeland verkreegen hebbende, by haar Hoogh Mogende als een genaturalifèert Ingezeeten van deefen Staat geconfidereert word, en dat foodanige admisfie onder de Burgeren in de Steeden deefer Provinciën genoeg is, om als Onderdaanen van den Staat, op wien de Tractaaten, met de Kroon van Vranckryk iub/ifteerende, hunne applicatie vinden, te worden geconfidereert, fonder dat daar toe eenige andere Brieven van Naturalifatie van de Staaten der respeétive Provinciën gerequireerd worden. En wyders Brieven van voorfchryvens aan haar Hoogh Mogende Ambasfadeur, aan het Hof van Vranckryck refiderende, waar by defelve worde aangefchreeven, zoo aan het Hof aldaar, of waar verder noodigh zoude moogen zyn, alle kragtdaadige devoiren aan te j wenden, ten einde de voorfchreeve Traétaa- j 2ÖI ten, tuslcnendeefen Staat en gemelde Kroon fubfifteerende, met relatie tot 'den Suppliant moogen worden gemaintincerd en geftand gedaan, en de Suppliant dien conform in de decifie zyner zaacke prompte en goede Justitie erlangen magh. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de Suppliant, als feedert dcn jaare zeeventien honderd een en twintigh het Burgerreght tot Middelburgh in de Provincie van Zeeland verkreegen hebbende, by haar Hoogh Mogende als een genaturalifèert Ingefcetcn van deezen Staat geconfidercerd word, en dat foodanige admisfie onder de Bur geren in de Steeden deefer Provinciën genoegh is, om als Onderdaanen van den Staat, op wien de tractaaten, met de Kroon van Vranckryk fubfifteerende, hunne applicatie vinden, te worden geconfidereert, fonder dat daar toe eenige andere Brieven van Naturalifatie van de Staaten der respeétive Provinciën geobtineert behoeven te worden. Dat wyders Copie van de voorfchreeve Requeste gezonden zal worden aan den fleere Lestevenon van Berkenrode, haar Hoogh Mogende Ambasfidcur aan het Hof van Vranckryck , en den fel ven daar neevens aangefchreeven, fulcks en daar hy het van vrugt zal oordeelen , zyne goede oificièn en meest kraghtige devoiren aan te wenden, ten einde de voorfchreeve Tractaaten, tusfehen deefen Staat en hooghgemelde Kroon fubfifteerende, met relatie tot den Suppliant moogen worden gemaintineerd en geftand gedaan, en aan den Suppliant dien conform in de decifie fyner faacke prompte en goede Justite mooge worden geadminiftreerd. 7* * Tradtaat van Commercie tusfehen zyne Ma¬ jefleit den Koning der beide Siciiiën en de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , &c. Ge Booten in den jaare 1753. Zyne Majefteit den Koning der beide Sicilien en haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, even geneegen zynde om de banden van vriendfchap en goede correspondentie tusfehen defelven en hunne wederzydfche Onderdaanen gelukkiglyk fubfifteerende, hoe langs hoe meer toe te haaien, en geoordeeld hebbende dat ten dien einde niets meerder konde contribueeren als het fluiten van een Traétaat van Commercie en Navigatie tot onderling voordeel der beide Natiën, is men desweegens in conferentie getreeden, en na rypelyk daar over te hebben gedelibereert, is men van de volgende Articulen en Conditiën overeengekoomen. Art. ï. Voortaan zal 'er tusfehen zyne Majefteit, f desfelfs Succesfeurs de Koningen der beide Sicilien, en desfelfs Koningryken ter eenre, en de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ter andere zyde, een vaste , naauwe en duurfaame Unie weefen, en dienvolgens zullen de Onderdaanen van zyne Majefteit en die van de Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden weederzyds met betrekking tot de Commercie en Navigatie, een ample en volkoome vryheid genieten binnen alle de Koningryken, Staaten en Provinciën der beide Mogentheeden in Europa geleegen, en voor allerley Waaren en Koopmanfchappen, waar van de Commercie en het transport niet generalyk zoo aan de Onderdaanen als Vreemdelingen door de Wetten en Ordonnantiën van de Staaten onder derfeiver Gebied gehoorende, verbooden zyn. Kk 3 Dien?  Tra&aaten van Vreede en Commercie, &c. 2Ó3 VIII. Zoo het gebeurde, dar uit hoofde van eenige Wettige pretenfien ten laste van de Onderdaanen van eene der contracteerende Partyen, of ten laste van andere vreemde en geëtablisfeerde Natiën, de Onderdaanen van een der contracteerende Partyen genoodfaakt mogten weefen hun toevlugt tot de Juftitie te neemen, zullen de Regtbanken en Magiftraaten, voor welke die zaaken zullen gebragt werden, kort en onvertogen regt doen, omme de reifen der Negocianten met alle de vaardigheid, die de Commercie vereischt, te verhaasten en voort te zetten; en niemand wie het zy, zal onder faveur van Ampten, Privilegiën en Waardigheeden zig aan Geregtelyke vervolgingen of wettig geinftitueerde actiën moogen onttrekken , nog eenig uitftel aan zyne Partye nadeelig, in de Koningryken of Staaten der twee contracteerende Mogentheeden moogen obtineeren, en zoo men in het vervolg aan eenige andere Natie het regt van een gedelegeert Regter, of Jus Confervador mogt koomen te accordeeren, zal het zelfde regt aan de Onderdaanen van de Republicq ook werden toegeftaan. I X. Daar zal geen onderibek in de Hui fen, Pakhuifen, of Winkels der Koopluiden, en andere Onderdaanen van eene der contracteerende Mogentheeden, die in de Staaten van de andere refideeren, gedaan mogen werden, onder pretext van reeds ingebragte dog gepermitteerde Waaren, van dewelke men voorgeeven zoude dat de Regten niet zouden weefen betaald,nog in die vooronderftellingeeenige recherche gedaan, ten zy in het geval dat de Koopwaaren op het moment dat defelve in het Huis of Magazyn gevoert wierden, wierden aangehouden; in welk geval zy de confiscatie onderheevig zouden zyn, en den Eigenaar de ftraffe onderworpen, aan dewelke volgens de Wetten van ieder Land, en de Reglementen der refpeétive Souverainen, een gebooren Onderdaan, of die van een andere meest gefavorifeerde Natie fubject zoude weefen; maar als men agterdogt en zeer fterke preuves hadde, dat 'er in een Huis of Magazyn Koopmanfchappen, door de Wetten en Conftitutien van de relpective Staaten verbooden, zig bevonden, zal men ten allen tyden huisfoeking moogen doen, by dewelke deBefchuldigde den Conful van de Natie zal konnen roepen, om het onderfoek by te woonen, dewelke alleen voor getuigen zal konnen dienen, en zonder dat men, om den Conful te wagten, het onderibek zal moogen uitftellen, en zonder dat hy prefent zynde den voortgang daar van zal moogen ftremmen, en het minfte beletfel daar in veroorfaaken; en verhoede Koopwaaren gevonden werdende, zal de Eigenaar defelfde ftraffe onderheevig zyn, die een Onderdaan voor een diergelyke misdaad zoude moeten ondergaan. Dog in welk der voorfchreeve gevallen het ook zoude moogen weefen, zal men egter nooit zyne Boe¬ ken, Gefchriften en Brieven moogen aanmaken, nog hem te dier zaaken in regten betrekken , maar alleenlyk, gelyk in het vyfde Articul gefegt is, als 'er geattefteert zal moeten werden om de proceduures en onkosten te vermyden. En in geval men geen Contrabanden vind, zal het niet alleen aan een ieder die eenig ongelyk of fchaade zal geleeden hebben, vryftaan in Regten te ageeren, om een behoorlyke reparatie of fchaadeloosftelling te verkrygen; maar de Aanklaager of Aanklaagers zullen daarenbooven ftrengelyk aan den lyve geftraft werden. En byaldien de eige Onderdaanen van den Koning of van eenig ander Prins, Staaten, Natiën of Steeden, bereids, of wel in het vervolg favorabelder ten dien opfigte wierden behandeld, zullen de Onderdaanen van hoogstgemelde fleeren Staaten Generaal van desgeiyken behandeld werden X. Om allerley Contrabanden voor te koomen, en te vermyden dat de regten der refpeétive Souverainen werden gefraudeert, is men overeengekoomen, dat de vifitatie der Scheepen in de refpeétive Staaten gedaan zal werden op de wyfe by de Wetten derfelve Staaten relpectivelyk vastgefteld; in voege dat de refpeétive Onderdaanen aan geen zwaarder gehoudentheeden onderheevig zullen weefen, als die, aan welke de Inboorelingen zelfs van ieder Land , of wel de meest begunftigde Natiën volgens de Wetten der refpeétive Staaten of het Reglement van hunne refpeétive Souverainen, onderheevig zyn. En wat aanbelangt het aangeeven der Koopmanfchappen, den tyd van zulks te doen, en de wyfe op welke het felve diend te werden geaathentifeert, als meede wat betreft het aan Boord zetten van een Wagt of Soldaaten, en generalyk alles wat betrekkelyk is tot noodige precautien, zoo om zorg te draagen, dat geen Koopmanfchappenheimelykwerdenontfcheept, als om het Huiken van Contrabanden voor te koomen, zal men weederzyds in agt neemen de Wetten van ieder Land, en de Reglementen van hunne refpeétive Souverainen, zoo als die met betrekking tot de eige Onderdaanen , en andere meest gefavorifeerde Natiën in gebruik zyn. X I. Het zal aan alle Capiteinën, Kooplieden, Schippers en andere Onderdaanen der contracteerende Partyen volkoomen vryftaan, in de weederzydfche Staaten hunne zaaken zelfs waar te neemen, cn daar meede den geenen die hun goeddunkt te belasten, zonder gehouden, te weefen zig van eenig Tolk, Maakelaar, Faétoor of andere Perfoonen, daar toe by publicque authoriteit aangefteld, te moeten bedienen, of hun eenig loon voor het aangeeven van hunne Scheepen te moeten betaalen. XII. Wanneer in de Havens van de eene of de andere Staat eenig gefchil tusfehen den Capitein of Schipper van een Schip en zyne Matroofen zal toornen te ontftaan, en het felve door  Traclafefen van Vreede en Commercie, &c. 265 tméteerende Partyen als van een derfelver. De zelfde Onderdaanen en Ihwoonders ziülen ook met de zelfde vryheid en zeekerheid, fonder hinder of belet van wie het zy, met hunne Scheepen moogen vaaren, en met hunne Koopmanfchappen handel dryven, wie dat ook de Eigenaaren daar van fouden moogen zyn, uit Piaatfen, Havens en Rheeden der Vyanden van de eene en de andere der voornoemde Partyen, of van een derfelven in het particulier, niet alleenlyk direct uit de gemelde vyandelyke Piaatfen, maar ook van de eene vyandelyke Plaats na de andere; het zy dat fc in de Jurisdictie van een en de zelfde Souverain , of in die van diverfche Souverainen geleegen zyn. X X. Die tranfporten en handel zullen zig over alle foorten van Koopmanfchappenuitftrekken, uitgefonderd die van Contrabanden. XXI. Onder dit fooit van contrabande Goederen fullen maar alleen alle foorten van Waapenen en andere Asförtisiementen derfelver begreepen zyn, als Kanons, Musquetten, Mortiers, Springbusfen, Bomben, Handgrenaaten, Saucisfen, Pekkranfen, Affuiten, Forketftokken, Bandelieren, Kruit, Lont, Salpeeter, Kogels, Piquen, Deegens, Stormhoeden, Flelmen, Cuirasfen, Flellebaarden, Werpfpiesfen, Paarden, Paardezadels, Holfters, Draagbanden en andere Asfortisfementen dienende tot gebruik van den oorlog. X X I ï. Onder contrabande Waaren fullen, Olyen, Wynen, Zouten, en generalyk alles wat tot voedfel en onderhoud van het leeven behoord, niet begrepen zyn, maar defelven fullen gelyk alle andere Koopmanfchappen en Waaren, die in het voorgaande Articul niet begreepen zyn, vry blyven, en daar van zal het transport gepermitteert zyn, zelfs na vyandelyke Plaetfen van eene der contracteerende Partyen , uitgefondert na beleegerde, gebiocqueerde of berende Steeden en Piaatfen, en om hier omtrent alle twyffel weg te neemen, fullen geen Flavens of Steeden voor beleegert of geblocqueert gehouden worden, als die geene, die ter Zee ten minften door zes Oorlogfcheepen binnen de diftantie van wat meer als het Kanon van de Plaats befet zyn, teffens te Land door opgeworpe Batteryen en andere Werken; zulks dat men in de gemelde Havens en Steeden niet koomen kan, fonder onder het Kanon der Beleegeraars te pasfeeren. XXIII. De contracteerende Partyen zyn onderling overeengekoomen, dat het boovengemelde op de volgende wyfe zal worden geëxecuteert, namentlyk, dat de Scheepen en Barken met Koopmanfchappen der Onderdaanen van eene der contracteerende Partyen in eenige Flavens van de andere gekoomen zynde, en daarvan daan na die der Vyanden willende vertrekken, alleen gehouden zullen weefen aan de Officie- Vlll. Deel. ren der Flavens deefer laatfle waar uit zy zullen vertrekken, hunne Paspoorten te vertoonen, inhoudende een Specificatie van de Laading van hun Schip, geattefteert en gemerkt met het ordinaris en bekend Zeegel, en onderteekening^ der Officieren van de Admiraliteit der Piaatfen, waar van daan zy eerst vertrokken zullen weefen, met opgaave van de Plaats werwaarts zy gedeftineert fullen zyn, alles in de ordinaire en gewoone forme, na welke exhibitie van hunne Pafpoorten in opgemelde forme, zy niet ontrust, gerechercheert, aan nog opgehouden fullen moogen worden, onder wat pretext het ook weefen mag; welverflaande nogtans dat by aldien de gemelde Scheepen na het vertrek uit hunne Havens op hunne reife een andere Haven aandeeden, en aldaar eenige Koopgoederen innaamen, de Capitein en Schipper der Scheepen van gelyken verpligt fullen zyn hunne Lyste, en de expeditien der Koopmanfchappen die zy ingelaaden zullen hebben te vertoonen, op de felfde wyfe als zy gehouden zyn die te vertoonen, wanneer zy directelyk. de Havens van de een en andere Staat koomen in te loopen, en binnen den tyd en op de wyfe als fulks in iedere respeétive Staat gebruikelyk is. XXIV. De Scheepen en Vaartuigen der Onderdaanen van eene der contracteerende Partyen, die op eenige Rheën der Landen onder het Gebied van de andere Partye gehoorende, zullen koomen, fonder de Flaven te willen inloopen, of die 'er binnen loopen fullen fonder daar te willen losfen, of haare Laadinge breeken, fullen niet gehouden konnen werden reekenfchap van haare Laadinge te geeven, als in geval dat 'er fuspicie was dat fe aan de Vyanden eenige partye contrabande Goederen, gelyk hier booven gefegt is, bragten. XXV. En in het voorfchreeve cas van. apparente fuspicie fullen de gemelde Onderdaanen gehouden zyn haare Paspoorten in de Flavens in de booven gefpecificeerde forme te vertoonen. XXVI. Indien eenige Scheepen of Vaartuigen van Oderdaanen van eene der contracteerende Partyen op de Rheën of in volle Zee door Oorlogfcheepen van de andere Party, of Scheepen door haar Onderdaanen ter Kaap uitgerust gerencontreert wierden, zullen deefe, om alle desordres te vermyden, hun niet naader by koomen, als tot het bereik van het Kanon, en het zal in het eerfte geval maar alleen aan de Officieren van de Haven het naaste by de Rhee geleegen; en in het tweede, aan de Capiteinën van de gemelde Scheepen ten oor-' log, of ter Kaap uitgerust, gepermitteert zyn, een kleine Bark of Sloep aan Boord van de eerftgemelde Scheepen te fenden, en 'er maar twee a drie Man in te laaten treeden, aan wien de Paspoorten of Zeebrieven door den Schipper of Capitein vandeeerstgemelde ScheeLi pen  TracWtefl van Vreede en Commercie, &d 267 poene van in hunne Perfoonen en Goederen gehouden te zyn, weegens kosten, fchaade en interesfen, geleeden en nog te lyden, tot tyd en wyle toe de gemelde vergoeding en reparatie zal zyn gedaan. X X X. Ten dien einde zal ieder der Capiteins en Commisfievaarders voor zyn vertrek gehouden zyn voor de competente Regters goede en fuffifinte cautie te Rellen ter fomme van vyftien , duifend guldens Tournois, om ieder van hun in folidum in te ftaan voor de malverfatien, die zy op hunne togten en reifen zouden kunnen koomen te begaan, en voor de contraventien van hunne Capiteinën en Officieren, tegens dit tegenwoordig Tractaat, en tegens de Ordonnantiën en Edicten die door de Partyen Uit kragte en in conformité van het felve gepubliceert zullen worden, op poene van verval en nulliteit der gemelde Commisfien. X XX L Zoo het gebeurde dat iemand der gemelde Capiteins en Commisfievaarders van eene der Partyen een Schip der Onderdaanen van de andere, gelaaden met Effecten of Goederen van Contrabande hier booven gemeld, quam te bemagtigen, zal het de gemelde Capitein niet vry ftaan de Koffers, Valilen, Baaien, Pakken, Tonnen en Kisten te doen openen, nog openflaan, of defelve te tranfporteeren, verkoopen of verwisfelen, of anderfints veralieneeren, voor en aleer fe ontlaaden en aan Land gebragt zullen zyn, in de Landen en Staaten van de Heeren Staaten Generaal, ter prefentie van de Regters der Admiraliteit, en in die van zyne Majefteit den Koning der beide Sicilien ter prefentie van de competente Regters, en door defelven een Inventaris van de gemelde Koopmanfchappen die in het voorfchreeve Schip gevonden zyn, gemaakt zal weefen, ten zy de gemelde contrabande Goederen niet meer dan een gedeelte van de Laading uitmaakende, de Schipper of Capitein van het Schip goedvond en toeliet, dat de gemelde contrabande Goederen aan den voorfchreeven Capitein overgeleevert wierden, om zyne reis te konnen vervolgen; in welk geval de gemelde Schipper of Capitein geenfmts belet zal konnen worden zyn cours voort te zetten. XXXI I. In gevolge de egaliteit van de behandeling geftipuleert by de voorgaande Articulen voor de weederzydfche Onderdaanen, en in gevolge van de vryheid der Navigatie van gelyken in de voorgaande Articulen geftipuleert, zullen de Scheepen der Onderdaanen van beide de Partyen, om wat reeden of pretext het zoude moogen weefen, niet konnen onderworpen zyn aan de generaale of particuliere Reglementen, die de eene der Partyen raakende de Scheepen van haare eigen Onderdaanen zoude konnen koomen te maaken, het zy om te reguleeren de grootheid, toerustinge, fterkte, en de Equipagien der Scheepen tot zeekere togten gedeftineert, of uit eenig ander diergelyk motif, in voege- dat de Scheepen der Onderdaanen van eene der twee Partyen zullen moögen vertrekken uit de Haven van de andere, na welk Land het ook weefen mag, en ten allen tyde met een egale vryheid. XXXIII. Voorts zal ieder der beide contracteerende Partyen, om de Onderdaanen van de andere even zoo gunftig te behandelen als de zyne% alle de noodige ordres ftellen, ten einde de Gewysdens en Arresten, die gegeeven zullen werden over Pryfen ter Zee behaald, met alle regt vaardigheid en sequiteit gegeeven zullen worden j in de Landen der Heeren Staaten Generaal , door de Regters van de Admiraliteit, en in de Landen en Staaten yan zyne Majefteit, door de competente Regters* En gemelde Partyen zullen precife en kraptdaadige ordres ftellen, op dat alle de Arresten, Gewysdens en Beveelen van Juftitie, bereids gegeeven of nog te geeven, promptelyk en behoorlyk geëxecuteert moogen werden na haare forme* XXXIV. En wanneet de Ambasfadeur of eenig ander publicq Minifter, en by desfelfs afweefigheid de . Conful van een der Partyen die zig by de andere bevind, zyn beklag zal koomen te doen over Gewysdens gegeeven in zaaken by het voorgaande Articul gemeld, zal men de voorfz. Gewysdens doen revideeren, volgens de manier en op den voet als zulks gepracfifeert word, wanneer men revifie verleent in de Landen en Staaten der beide Partyen; en op dat daar inne binnen eenen reedelyken tyd mooge werden voorfien, zal het felve binnen den tyd ten langften van drie maanden dienen te gefchieden, en niet te min zullen nog voor, nog na het eerde Gewysde hangende de revifie, de gereclameerde Goederen en Effecten niet verkogt moogen werden, ten zy met confent der geinteresfeerde Partyen, om het bederf der gemelde Koopmanfchappen voor te koomem XXXV. Als ter eerder of tweeder inftantie proces gemoveert zal weefen tusfehen die geenen die Pryfen gemaakt zullen hebben, en de Geinteresfeerdens in defelven, en voorfchreeve Geinteresfeerdens een favorabel Gewysde of Arrest zullen hebben verkreegen, zal het gemelde Gewysde of Arrest zyne executie hebben onder cautie, niettegenftaande het appel van den geenen die de Prys zal hebben gemaakt, maar geenfmts in het contrarie geval. XXXV L De Onderdaanen van eene der Partyen zullen geene Commisfien moogen neemen tot particuliere toerustingen, of Brieven van reprefaille, van Princen, Landen en Staaten, die in vyandfehap met de andere Partye zouden moogen koomen te geraaken;nog desfelfs Onderdaanen op eenigerley wyfe ontrusten of befchaadigen uit kragte van zoodanige Commisfien of Brieven van reprefiille, nog zelfs zig daar van ter Kaap bedienen, op poene van als Zeeroovers vervolgt en geftraft te worden; LI 2 en  Tractaaten van Vreede en Commercie, &c. ££te andere gefeide Geeftelycke Perfoonen, Collegien, Conventen, of Bedienaers van iereken ende Godtshuyfen toevoeren, arbitrayck aen den lyve na exigentie van zaecken :ullen worden geftraft, en dat alle de geene iie voortaen bevonden zullen worden daer toe enige penningen gecontribueert te hebben, ;ullen verbeuren hondert ponden Vlaems eleks, :oo dick ende meenigmael zy bevonden zulen worden hetfelve gedaen te hebben; allé velcke vordere boeten ende poenen wy verdaert hebben, ende verklaren mits defen, dat ;eappliceert zullen worden voor de eene helft en behoeve van den Aenbrenger, ende voor le wederhelft ten behoeve van den Officier lie de executie doen zal. Verklaren mede lat alle contraventien tegen defe onfe Orbnnantie gefchiedt, ende die namaels ontleckt zullen konnen worden, niet tegentaende eenigen laps van tydt, geftraft zullen vorden in allen fchyne, of die op verfche daet varen gefchiedt ende aghterhaeldt, ende de geeïe die niet machtigh zullen wefen de voorfchreve Nn boe-  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgezinder!. 20*3" kere getuigen tot Antwerpen gepasfeert: en verzoekende dat haar Edele Groot Mog. gelieven de voorfchreeve Gifte of Collatie te confirmeeren, en daat van te verleenen Brieven in ordinaria firma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, voor deeze reis te confirmeeren de voorfchreeve Gifte en Collatie, en dat daar van ten behoeve van den Gebeneficeerden de nodige Brieven van Confirmatie in ordinaria/orw^gedepecheert zulle nworden. Dog by deeze geleegentheid in agting genomen zynde, dat de Brieven van Confirmatie van Vicaryen, welke by haar Edele Groot Mog. worden verleent, uitdrukkelyk inhouden , dat de Gebeneficeerde in de Gereformeerde Religie zal worden opgetoogen, en dat mitsdien voorige Conlirmatien van Vicaryen geconfereert op Roomschgezinden by inadvertentie zyn verleent, of by fub- en obreptie verkreegen, is na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat van nu voortaan geen Collatie van Vicaryen zal mogen worden gedaan, veel min zal worden geconnrmeert, als aan Perfoonen van de Gereformeerde Religie, en aan geen andere: En dat, om deefe haar Edele Groot Mog. Refolutie des te zeekerder te doen hebben haar effect, en om voor te koomen dat by fub- en obreptie geen Confirmatie werde bekoomen op Collatien gedaan aan andere Perfoonen, als aan die, welke zyn van de Gereformeerde Religie, by de Requesten, waar by van haar Edele Groot Mog. verfogt word Confirmatie van Collatie van Vicaryen, zal moeten gevoegt worden behoorlyke Atteftatie, of ander wettelyk bewys, dat de Gebeneficeerde is van de Gereformeerde Religie., zullende by gebrek van zodanig bewys op dezelve Requeste niet gedisponeert worden. En zal Extract deefes gegeeven worden aan den Raadpenfionaris, en aan de Secretarisfen van haar Edele Groot Mogende, om te dienen tot derfelver narigting. 3« Refolutie van de Gecommitteerde Raaden, waar by den Bailliuw van Noordwykerhout is bevoolen, den Priester en Kerkmeefleren der Roomsgezinde Gemeente aldaar , aan te maanen tot rust onder den haar en, en dezelve te gelasten de Stoelen van Mr. Gerard van de Velden weeder als vooren te piaatfen in de Roomfche Vergaderplaats. Den 28 February 1741. Geleezen zynde de Requeste van Mr. Gerard van de Velden, oud over de feeventig jaaren, en woonende te Noordwykerhout, te kennen geevende, dat zyn Suppliants overleeden Broeder Mr. Albert van de Velden, in den jaare 1725, in dé Roomfche Vergaederplaetfe aldaar, ten tyde van den jegenwoordig aldaar nog zynde Priester Gysbert van der Kun, tot zyn gerief, en van hem Suppliant, als ook van andere vreemde fatzoenelyke perfoonen, op het zoogenaamde Choor of omtrent den Autaar hadde gedaan ftellen vier Stoelen met vier kusfens, ten einde aldaar in derzelver hoogen ouderdom, buiten het anderfints onvermeidelyk gedrang van het groot aantal Boeren-Volk, derzelver Godsdienst met te meer attentie en ordre te konnen waarneemen. Dat hy Suppliant en deszelfs voornoemde Broeder in zyn leeven, en tot zyn overlyden toe, f zedert den gemelden tyd daar van in een zeer vreedige posfesfie zynde gebleeven tot Zondagh den 15 January laatstleden , en zulks weinigh minder dan zestien jaaren aan den anderen, enoffchoonhy Suppliant op zyn eigen kosten nog een nieuwe Nootenboomen Preekftoel in den jaere 1728, in de voorfchreeve Vergaderplaets had laaten maaken, het als doen ("op den voorfchreve 15 January namentlyk) was koomen te gebeuren, dat hy Suppliant in de gemelde vergaderinge prefent zynde, en ingevolge van het gebruik onder de Roomschgezinde Janfenisten, als meede van de by hem altoos in agt genoomen en nooit verhinderde gewoonte, op zeekere woorden by den Priester uitgefprooken, in het Latyn antwoordende, hy Suppliant niet alleen op een zeer indiscrete wyfe van den voornoemden Priester in de gemelde vergadering desweegens publicquelyk gereprocheert en gecenfüreert; neemaar ook zulks te doen, voor het toekoomende ablblutelyk geinterdiceerd was geworden. Dat hy Suppliant al verder tot zyn groote verwondering had moeten ondervinden, dat de bovengemelde vier Stoelen op den 21 January daar aan volgende aan hem Suppliant, 's avonds omtrent zes uuren, op ordre van den voornoemden Priester, door vier perfoonen waeren t'huys gebragt, en dat aan hem uitnaam als vooren was aangefegt geworden: Eerftelyk, dat zylieden de gemelde Stoelen ter plaatfe, daar dezelve nu zo lange jaaren geftaan hadden, niet langer wilden dulden; ten andere, dathy Suppliant nooit of ooit een eenige voet weeder omtrent het gemelde Choor zoude hebben te zetten; en laatftelyk, dat hy zig van nu voortaan zoude hebben te wagten, als voorfchreeve was, op het bovengemelde door den Priester uit te fpreeken meerder te antwoorden , in tegendeel, dat hy in een boekje zoude hebben te leefen, alles met toegevoegde bedreigingen, dat zy lieden hem, de gemelde aanfegginge contravenieerende, met den arm Nn 2 uit  Placaaten cn Refolutien tegens de Pausgezinden. 2S5 Stadhouder Juyn, en alle anderen des noods worde geinterdiceerr, defelve Refolutie op eenigerhande wyze , ten aanfien van of teegens haar, ter executie te Rellen, en voor zoo verre alfoo ten hunnen opfighte reeds ter executie zoude moogen zyn gefield, zulcks na behooren te redresfeeren, zoo noghtans dat de Supplianten, cum fuis, na dato onvermoedelyck meedeplightigh bevonden wordende, ter-zeiver zaacke op gelycken voet als de verdere fchuldigen zullen worden gehandeit en getradteert, zonder eenige conniventie of gratie. En daar neevens, in gevolge en tot voldoeninge van haar floogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den twintighlten deefer loopende maand, geëxamineerd hebbende een nader Misfive van gemelden Graaf vanRechteren, gefchreeven alhier in den Hage den neegentienden daar te vooren, waar by kennisfe geeft van den toeftand der faacken binnen den Dorpe Berchem, met relatie tot de reformatie van verfcheide Roomfche Ingezeetenen aldaar , en waar by overlend een ampele verklaaringh van die Luiden, welcke volgens haar Hoogh Mogende Refolutie vermeld tot Berchem zyn ingelogeert; als meede een Misfive van den Predikant Schonenberg, ftreckende tot een bewys, dat de ftoutigheeden en infultes der Roomschgezinden hoe langer hoe meer de overhand namen, zoödanigh dat daar uit grooter onheilen te dughten zouden zyn, indien niet efficacieus en prompt daar tegen wierd voorfien, alles 'óreeder in de voorfchreeve Misfive en Notulen van den vyf en twintighften der voorleeden en twintighften deefer loopende maand vermeld; Waar op gedelibereerd en gelet zynde, dat de Supplianten zyn in gebreecke geblëeven van te voldoen aan de requilitie van den Stadhouder van het hooge Officie, om by hem te koomen, en aan hem de noodige informatien en elucidatien te geeven, fpecialyck oock meede te brengen de Commisfie, Procuratie of last van de verdere Ingezeetenen, op wekker naamen zy de boovengemelde Requeste meede hebben geprefem teert, ten einde hem Stadhouder, zoo veel haar aangaat, in ftaat te ftellen tot het formeeren van een volleedig beright en advis op de voorfchreeve Requeste; is goedgevonden en verftaan, dat het verfoeck daar by gedaan zal worden gehouden buiten dispofitie, tot dat de Supplianten aan de gemelde requilitie zullen hebben voldaan. Voorts in aghtingh genoomen zynde, dat de Roomfche Psstoor te Berchem, wiens naam meede onder de Supplianten gevonden word, niet alleen niet voorgekoomen heeft, dat aan de Gereformeerden aldaar, of die genêegen zyn tot de Gereformeerde Godsdienst over te koomen, eenigh molest, het zy met woorden hetzy met daaden, is aangedaan, zoo als hem door den gemelden Stadhouder uit naam van haar Hoogh Mogende, in gevolge haare Refolutie van den aghtften September laatstleeden , is aangefeght dat hy zoude doen, op pce¬ ne van by ontftentenisfe van dien de faéfto gedeporteert te zullen worden, maar dat hy in teegendoel door zyne machinatien en overleggingen met de bitterfte Roomfchgezinden den voortgangh der Reformatie zoo veel in hem is traght te (tuiten, ca dat hy zelfs zigh niet ontfiet de Roomschgcfinde Mans, wekker Vrouwen Gereformeerd geworden zyn, te vermaanen defelve ftraf te behandelen en haar kort te houden, nietteegenftaande hy by zyne admisfie op zyn Priesterlyck woord verklaard heeft, de Leeden van zyne Gemeenfchap na zyn uiterfte vermoogen te zullen vermaanen tot gehoorfaamheid aan haare Wettige Overigheid; nog goedgevonden en verftaan, dathy van zyne Bedieningh van Pastoor te Berchem de fiicto zal worden gedeporteert, zoo als hy gedeporteert word mits deefen, en dat hy zal worden gelast, zoo als gelast word mits deefen, om binnen den tyd van vieren twintig uuren na infinuatie deefes uit Berchem te vertrecken, en zigh te begeeven buiten het Resfort van den Staat, zonder zigh erghens daar binnen op te houden of daar weeder in te koomen, op pcene van zwaardere ftraffe; en word voornoemde Hooghfchout mits deefen geauthorifeert, om deefe haar Hoogh Mogencle Refolutie aan den gemelden Pastoor te doen infinueeren, en voor de nakomingh derfelver zorge te draagen, als meede om den Vicaris van het zoo genaamde Bisdom van 's Hertogenbosch uit naam van haar Hoogh Mogende aan te fchryven, dat hyaan hem Hooghfchout moet opgeeven drie h vier'moderate, vreedelievende en behoorlyck gequalificeerde fubje&en, om daar uit by haar Hoogh Mogende na dat aan haar gebleecken zal zyn' dac aan die geenen die de Roomfche Religie reeds verlaaten hebben, en tot de Gereformeerde zyn overgegaan, en die zigh daar toe geneegen toonen, alle welcke mits deefen genoomen worden in haar Ploogh Mogende fpeciale befchermingh, volkoomen vryheid daar toe gelaaten word, byfonderlyck door de Mans aan haare Vrouwen, en dat alle weederftreevingh aan deefe haar Hoogh Mogende intentie cesfeert, een tot Pastoor te Berchem in de plaats van den Gedeporteerden gedespicieert, door hem Vicaris met een Aéte van zendingh, en by den Raad van Staate met een Aéte van admisfie voorfien te worden, ten wekken einde hy Hooghfchout de gemelde door den Vicaris te doene opgaave aan haar Hoogh Mogende zal overfenden, met byvoegingh van zyn beright en confideratien. Laatstelyck, nademaal fommige Roomschgcfinde Mans, wekker Vrouwen de Gereformeerde Godsdienst reeds hebben omhelst, of defelve zyn toegedaan, gegronde reeden geeven van te dencken, dat zy niet ongeneegen zyn om haare vaste Goederen te verkoopen, zulcks gedaan zynde na elders tevertrecken, en haare Vrouwen te verlaaten, dat alle zoodanige alienatien zullen zyn kragteloos en van geener waarde, en dat gemelde VrouNn 3 wea  Placaaten en Refolutien tegens de Pansgczinden. 287 de Drosfard was van dc hand gewecfen, confteerende by het neevens de voorfchreeve Misfive gevoeghde fub K°- 1 en 2. Dat ondertusfehen was koojnen te gebeuren, dat de meergemelde Cornelis van den Oetelaar, daar na op den gemelden zesden January deefes jaars uit de gemelde Iieerlyckheid, apparent door toedoen cn met behulp van zyn Vader, zyne pretenfe Stiefmoeder en andere Roomschgefinden, op inductie zeeckerlyck van de Roomfche Geeftelyckheid, was vervoert, en na Vorilenbosch, Lande van Raveltein, verbraght geworden. Dat den gemelden Drosfird wel devoiren hebbende aangewend, om den gemelden jongelingh te doen weder koomen, dan alle welcke te vergeefsch geweest zynde, booven dien oock middelen had in het werek gefteld, om den toeftand der vervoeringe, de wyfe op welcke, en door wie defelve gefchied was, te verneemen, niet anders had kunnen ontdeckem, dan dat gemelde Jongelingh Cornelis van den Qetelaar, des namiddags de kloeke drie uuren, nogh binnen gemelde Iieerlyckheid was, en dat bereids dien zeiven avond te zes uuren in Vorilenbosch (zynde circa vier uuren van gemelde Iieerlyckheid) was aangekoomen, biyekende uit het neevens de voorfchreeve Misfive gevoeghde fub J\°. 2,3, 4,5, 6 en 7. waar toe gemelde Drosfard zigh kortheidshalven refereerde; en houdende de voorfchreeve Misfive verders, dat het te dughten was, dat twee Kinderen van den geweefen Schoolmeefter van Gemunde, wekker Moeder, met een Roomsch Man hertrouwt, bereids de waare Christelyke Religie verlaaten, en de Roomfche omhelst hadde, zynde deefe defelve Weduwe, waar over de Ciasfis van 's Hertogenbosch zigh aan haar Hoogh Mogende hadde geaddreslëerd, en waar op haar Floogh Mogende Refolutie en Placaat van den derden Juny zeeventien honderd vyftigh, op het ftuck van ongelycke Iiuuwelycken was gevolght , ook mogelyck binnen korten op gelycke wyfe buiten het Territoir van haar Hoogh Mogende zoude konnen worden vervoert, gemerekt de voornoemde twee Kinderen, met naamen Johan en Johanna Cicilia van Ophuyfen, reeds dertien en elf jaaren oud, al een geruimen tyd niet als fchoorvoetende, en genoeghfaam als door dwangh, en voor het jegenwoordige, zoo de voornoemde Drosfird nu maar weinige dagen gekeden door den Schoolmeefter aldaar onderright was, in het geheel niet meer ter Schoole quaamen, en op gelycke wyfe by den Predikant de Catechilatien by woonden, zoo als haar Hoogh Mogende zouden gelieven te zien uit de Misfive van dcn Predikant derfelve Iieerlyckheid aan hem geaddresfeerd fub 8.; en welcke Kinderen, de Vrienden die profesfie deeden van de waare Christelycke Gereformeerde Religie, gaarne na zigh zouden neemen, en voor derfelver opvoedinge en alimentatie zorge draagen, biyekende uit het neevens de voorfchreeve Misfive gevoeghde fub N°. 9. dogh aan welcke de Moeder ongetwyifelt defelve zoude weigeren te laaten volgen; verfoeckende gemelde Drosfird derhalven met haar Hoogh Mogende beveelen te worden vereert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den gemelden Drosfird der HeeriyckheidMichiels Geftel en Gemunde zal werden aangefch reeven en geauthorifeert, zoo als geauthorifeert werd mits deefen, om in naam van haar Hoooh Mogende den Roomfchen Paftor der gemelde Heerlyckheid ferieufeiyek aan te zeggen, dat hy zal hebben te efteétuecren, dat meergemelde Jongelingh Cornelis van den Oetelaar, binnen aght of uiterlyck veertien dagen na de gedaane aanfegginge, ten koste van de Roomfche Gemeente aldaar, worde gereproduceert en overgegeeven; en by ontftentenisfe van dien, dat de gemelde Drosfaard de Roomfche Kerck binnen de voorfchreeve Heerlyckheid zal moogen doen fluiten, en den Roomfchen Paftor te interdiceeren geene Paftoraale funéhen te doen of exerceeren, tot zoo lange hy zal hebben geëffecfueert, dat de voorfchreeve Jongelingh Cornelis van den Oetelaar, ten koste van de Roomfche Gemeente, gereproduceert en overgegeeven zal zyn. Als meede om den Stiefvader over de twee gemelde nagelaaten Kinderen van wylen den voornoemden Schoolmeefter, en de Moeder van defelve, te gelasten, die Kinderen, als zy door haare Vrienden, profesfie doende van de waare Christelycke Gereformeerde Religie, worden verfoght en gecischt, terftond over te geeven en te laaten volgen; en in gevalle van weigeringh den voornoemden Pvoomfchen Stiefvader en haare gechangeerde Moeder daar toe te houden en des noods te verplighten. 6. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de differ enten over de Recognitiën, door de Roomfche Gemeentens aan de Officieren betaald wordende, worden gelaten ter decifie van Burgemeefter en in de Steden, fiem in Staat hebbende. Den 22 April 1751. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport den 10 deefer ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden , in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Com-  Placaaten en Refolutien tegen de Pausgefinden. iielis van Etten, Borger tot Gouda, zigh daar by beklaagende, dat zy hem op zyn Requeste , als Borger en Inwoonder hadden gewetgert te admitteeren, met verfoeck, dat haar Hoogh Mogende haar gelieven te gelasten zulcks te doen, of anderfints reedenen van refus te geeven; en verfoeckende gemelde Bailliuw, eerfte en andere Hoofdmannen van Yfendycke, dat haar Hoogh Mogende, om reedenen in haare Misfive geallegeert , haar gelieven te ontlasten van denfelven Cornelis van Etten als Borger en Inwoonder te admitteeren, en in gevalle haar Hoogh Mogende onverhoopt derfelver Refolutie wilden doen Rand grypen, dat haar Hoogh Mogende haar gelieven te authorifeeren, om Perfoonen van de Roomfche Religie in het vervolgh niet meer te admitteeren, op dat die van de waare Gereformeerde Religie meer en meer moogen worden aangequeeckt tot hun beftaan en onderhoud, en ook te gelyck tot verbeeteringh van de Stads Finantien. Waar op gedelibereerd, en in aghtinge genoomen zynde, dat offchoon gemelde Cornelis van Etten is van de Roomfche Religie, eghter uit een Atteftatie en Verklaaringh van Burgemeefteren en Regeerders der Stad Gouda komt te blycken, dat defelve van Etten beneevens zyn Huysvrouw Johanna van Loon, binnen gemelde Stad eenige jaaren als Borger heeft gewoond, en zigh in al dien tyd tot 289 heeden gedraagen, zoo als een eerlyk Borger betaamt, zonder dat ooit ten zynen Jaste of tot laste van zyn Vrouw eenige klaghten zyn voorgekoomen; Is goedgevonden en verftaan, dat aan Bailliuw, eerfte en andere Hoofdmannen van Yfendycke zal werden aangefclneeven, om den gemelden Cornelis van Etten als nogh als Borger en Inwoonder te admitteeren, en aan hem te permitteeren, om aldaar met zyn Familie te moogen woonen, onder de Aéte van feciiriteit en borghtoght, neevens zyne voorfchreeve Requeste gevoeght, ten opiight van des Suppliants Vrouw en drie Kinderen, by Burgemeefteren en Regeerders der Stad Gouda gegeeven, mits dat de Suppliant zyn vaste woonplaatfe te Yfendycke zal moeten houden. En werden de gemelde Heeren Pieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van Vlaanderen, mits deelen verfoght en gecommitteert, om met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate by haar E. zelfs te nomineeren, te examineeren en te overleggen , of en in hoeverre in het toekoomende de admisfie van Perfoonen van de Roomfche Religie binnen Yfendycke, en in andere Piaatfen van Vlaanderen behoord te werden gedeclineert, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen. 8. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordres teegen het verfpreiden van Pausfelyke Bullen, Brevetten, of Decreet en, mitsgaders het doen van ongewoone Proces (ten, zonder PÏacitum van haar Hoog Mog. Den 16 July 1751. Ontfangen een Misfive van de Commisfarisfen Inftructeurs van weegens haar Hoogh Mogende te Maastright, gefchreeven te Maastright den veertienden deefer loopende Maand, houdende, dat zy gewaar waaren geworden , dat door zeecker gemeen perfoon op een bedekte wyfe langhs de Straaten en Huifen wierd gedistribueert zeecker Boeckje, geintituleert algemeen Jubilé, geaccordeert door onfen regeerenden PausBenediétusde XIV. voor den jaare zeeventien honderd vyftigh, preténfelyck gedruckt te Luyck, dogh uit welkers inhoud klaar te zien was, dat het zelve alleen gefchickt was voor de Stad Maastright, met expresfe benoeminge van de vier gefielde Kercken, namentlyk, de Cathedraale Kerck van St. Servaas, de Parochiaale van St. Jacob, de Collegiaale Kerck van de lieve Vrouwe, en Parochie Kercke van St. Nicolaas. Dat of fchoon tot hier toe niet gebleecken was,uit wiens ordre zoodanige distributie was gefchied, dewyl het noghtans op zoo een clandestine wyze gepractifeert was, het haar voorquain dat zulcks opfettelyk was gedaan, om daar door aan het regaal van haar Hoogh MoVIU. Deel. gende te kort te doen, en vervolgens als een onbetaamelycke nieuwigheid en infraétie van haar Hoogh Mogende Souverainiteit moest aangemerekt en tegengegaan werden, uyt welcke confideratie de Brabandfche Vice-Hoogfchout, zoo ras hy hier van kennisfe hadde gekreegen, met authoriteit van de Brabandfche Scheepenen, den Distributeur, met naame Silvester van den Camp, in Gyfelingh hadde doen ftellen, en actueel beefigh was om de noodige informatien noopens dit geval te neemen; verfoeckende gemelde Commisfarisfen Inftructeurs hier omtrent haar Hoog Mogende intentie en ordres te mogen verneemen, hoezy zigindeezen zullen gedraagen, te gelyk aan haar Hoog Mogende in bedenckingh geevende, of, tot voorkooming van verdere inftadtie en tot confervatie van haar Hoogh Mogende Jurisdictie (zoo lange de Autheuren niet ontdekt zouden zyn) niet zouden kunnen goedvinden, dat men aan de Regenten van de vier Kercken in het Boekje genomineert, behoorde te interdiceeren en te verbieden , van geene ongewoone Procesfien van de eene Kerck na de andere of door de Stad te doen, voor en al eer zy zouden vertoont O o heb-  Placaaten en Refolutien tegens de Paiisgezinden. 291 ' fbeck van den Buyten-Regent Fabritiüs met alle bedenckelycke voorfightigheid hadde doen arrefteeren, van fints weefende, om defelve des naghts met zoo weinig eclat als moogelyck wederom te laaten vervoeren, dogh welcke precautien niet waaren geweest van het gevvenschte efiëdr,, alfoo de voorfchreeve Jongens met een waagen zynde gekoomen buiten de Stadspoorte, aan de eerfte Barrière met ge. weid door eenige gewaapende Lieden waaren aangevallen, gegreepen en vervoert, uitwyfèns het Relaas van den Sergeant Lander, neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght, over welcke ongehoorde violentie hy zigh zoo aan den Magiftraat als aan den Hooghbailliuw ten hooghften hadde beklaaght, eisfchcnde fatisfactie en fpoedige weederieeveringe der voorfchreeve Jongens, dogh welcke eenpaarig geprotefteerd hadden nergens van te weeten, beloovende eghter alle moogelycke recherches te zullen doen; en verfoeckende gemelde Commandeur hier omtrent met haar Hoogh Mogende ordres te moogen werden vereert. Als meede nogh in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den neegenden deefer, geëxamineert hebbende een Misfive van den Heere van Haren, haar floogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheid Prins Carel van Lotharingen, als Gouverneur Generaal van de Oostenryckfche Nederlanden, gefchreeven te Brusfel den aghtften daar te vooren, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, houdende, dat hy zigh eeven na het vertreck van de laatfte Post ten Hove hadde begeeven, en aan den Prins Gouverneur voorgehouden de irregulariteit derproceduurenvan den Magiftraat van Doornick, de conduite van den Fiscaal, en hoe dat, als men wilde, men ftracks zoude konnen weeten, wie de Weeskinderen hadden geënleveert by Pontachin, en waar zy waaren, vermits dat fait door een publicque Waght was begaan, en in prefentie van den Oppasfer van de Barrière , en den Waard en zyn fluïsgezin, daar reght over woonende, waar op hooghstgedaghte zyne Hoogheid hadde gefegt, dat zeer te onvreeden was over den Fiscaal, en dat zigh na zyn conduite zoude doen informeeren, en voorts, dat de ordres om die zaacke te onderfoecken op het fcherpfte zouden worden herhaalt, dogh dat in plaats van de gemelde Perfoonen te doen arrefteeren, als meede de Waght van het Dorp die de gewaapende man^ fchap had uitgeleevert, en andere reghte ferieuie middelen in het werek te ftellen, hy daaghs te vooren de Misfive en Bylaage, neej vens de voorfchreeve Misfive gevoeght, uit de Secretarye van Staat hadde bekoomen, waar uit haar Hoogh Mogende zouden zien de weinige apparentie die daar was, dat aan defelve fatisfaciie zoude worden gegeeven, nadien men de tyd hadde laaten verloopen, den Belhamel doen evadeeren, en niemand der boovengcmelde Perfoonen hadde goedgevonden te arre^ fteeren. En wyders nogh een Misfive van den Lieutenant Generaal Lewe, Commandeur der Stad en Citadelle van Doornick, gefchreeven te Doornick den zeevenden deefer, insgelycks het voorfchreeve fubjecf concerneerende. Waar op gedelibereerd en in aghdngh genoomen zynde, dat in deefen even weinigh effect, van nader te doene reprefentatien aan het Gouvernement der Oostenrycklche Nederlanden, te hoopen is, als men gehad heeft van die, welcke haar Hoogh Mogende hebben laaten doen in het voorleeden jaar, ten einde den Magii haat van Brugge moght worden gelast zeecker arm Meisje, genaamc Marytje Dirx, die van den Armen van Breskens was weghgeloopen, aan den Magiftraat van die Plaats over te leeveren, vermeit in haar Hoogh Mogende Refolutien van den zestienden January en dertienden en zeeven en twintighften February en twee en twintighften Maart zee ven- , tien honderd een en vyftigh. Is goedgevonden en verftaan, dat aangefchreeven zal worden aan den Hoogh-Bailliuw der Stad Sluys, dat hy de Roomfche Kerck aldaar aanftonds zal doen fluiten, en defelve geilooten houden tot dat hem gebleecken zal zyn, dat de twéé Weesjongens uit het Weeshuys der Stad Sluis, en het voorfchreeve Meisje van den Armen van Breskens weghgeloopen, aan de Magiftraaten der voorfchreeve Piaatfen relpeótivelyck of haare Gequalificeerdens zyn overgeleevert, en dat hy van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie kennis zal geeven aan den Paftoor der voorfchreeve Kercke, om te dienen tot zyn naright. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan de gemelde Magiftraaten, om te dienen tot derfelver informatie. II. Refolutie van de Staaten Oeneraal, waar by aan den Paftoor en Kerkmeefteren yan de Roomfche Gemeente te Hilvarenheek, na dat zy zeeker verwulfsel en andere nieuwigheeden uit hunne Kerk hadden geamoveerd, weederom de oefening van hunnen Godsdienst word toegeftaan. Den 29 July 1752. Is ter Vergadering geleefen de Requeste van Martinus van Litzenborg, Roomsch Pastoor, Mr. Hendrik Jofephus Nageharackers en Willem Cox, Kerckmëesteren van het Roomfche Kerckenhuys van Hilvarenbeeck, houdende, dat haar Hrjogh Mogende by derOo 2. fel-  Placaaten en Refolutien tegen de Pausgellnden. <2Q1 anten, als dóen nog ignorant van gemelde haar Hoogh Mogende Re/ölutie van den derden der voorfchreeve maand, een nader Requeste aan haar Hoogh Mogende tot foutien van haar gesustineerde, en destructie van dat geene het welck ver/noedelyk door den meergemelden Hooghfchout by desfelfs beright zoude werden geallegeert, hadden geprefenteert, aan de hand hadden gegeeven een middel, waar door de Supplianten het by hun in voegen voorfchreeve getimmerde zouden konnen blyven behouden , de Supplianten eghter hadden vermeent, dat het haar Hoogh Mogende aangenaamer zoude zyn van de zyde van de Supplianten te ondervinden een prompte gehoorlaamheid en blinde onderwerpinge aan de Ordres van haar Hoog Mogende, als een nader addres te ontfangen, omdat geene, het welcke tegens de intentie van haar Hoogh Mogende fcheen verright te zyn, te doen blyven in weefen, en waarom dan ook de Supplianten al het geene in voegen voorfchreeve door henlieden was gedaan timmeren, aanftonds na de voorfchreeve bekoomén ordres van haar Hoogh Mogende hadden doen afbreecken, en alles ftellen in dien ftaat als het voor dato van de voorfchreeve Timmerage was geweest, gelyck haar Hoogh Mogende uit de Verklaaringen, neevens de voorfchreeve Requeste gevoeght, zouden konnen zien, en van welck hunverrightede Supplianten dan oock hadden doen kennisfe geeven aan Otto Juyn, Stadhouder van meergemelden Hooghfchout, ten einde defelve zoude kunnen examineeren, of niet punctueelyck aan de ordres van haar Hoogh Mogende vervat in de gemelde Refolutie van den derden July voorfchreeve was voldaan en geobedieert; verfoeckende de Supplianten, om reedenen in voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende aan htm gelieven te permitteeren het Riete dack van hun voorfchreeven Kerckenhuis, tot voorkoominge van alle de inconvenienten, breeder in de voorfchreeve Requeste gementioneert, van binnen met plancken te moogen befchieten en verwulven. En hebbende wyders geëxamineert het Beright van den Grave van Rechteren, Hooghfchout der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch byden Raad van Staate op de voorfchreeve Requeste ingenoomen, en in de Conferentie geëxhibeert. Waar op gedelibereerd en gelet zynde, dat de Supplianten hebben geobtempereert aan den inhoud van haar Hoogh Mogende voorgemelde Refolutie van den derden July laatstleeden, is goedgevonden en verftaan mits deefen te confentceren in het verfoeck by der Supplianten voorfchreeve Requeste gedaan, en dat dienvolgende aan haar zal werden gepennitteert, zoo als gepermitteerd word mits deefen, om het Riete Dak van haar Kerckenhuys vanbinnen met plancken te befchieten en verwulven , des dat het zelve zal gefchieden zonder ereraad, en dat de Supplianten zullen gehouden zyn aan gemelden Hooghfchout alvoorens uyt haar privé Beurs te rembourfeeren de onkosten by hem ter zaacke van het fluiten en ontfluyten van het voorfchreeve Kerckenhuis gefupporteert; Waar van by Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie aan den zeiven zal worden kennis gegeeven tot zyn narightinge. 13. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de interpretatie van derzelver . Refolutie van den 5 Maart 172.1., omtrent de Vernieuwingen, Timmeragien en Melioratien van de Roomfche Kerkhujfèn. Den 20 December 1752. De Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh , en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, in conferentie geweest zynde, hebben ter Vergaderinge voorgedragen, dat zeedert korten tyd in meer dan een geval is voorgekoomen, dat by de Roomfche Paftoors en Kerckmeefters in de voorfchreeve Meyerye in conteftatie word getrocken, of onder haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyfden Maart zeeventien honderd een en twintigh, gerenoveert den tienden January zeeventien honderd vier en veertigh, waar by vastgeftek is, dat geene Roomfche Kerckenhuyfen in Braband, resfort van den Staat, zullen moogen werden vergroot of vernieuwt, zonder voorafgaande permisfie van haar Hoogh Mogende, verftaan moeten worden meede be¬ greepen te zyn Vernieuwingen, Timmeragien en Melioratien, die binnen de voorfchreeve Kerckhuyfen worden gemaackt, en hebben dienvolgende in bedencken gegeeven, of niet dienftigh zoude zyn de voorfchreeve Refolutie van den vyfden Maart zeeventien honderd een en twintigh, voor zoo veel des noods, te elucideeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren , dat geene Vernieuwingen, Timmeragien nogh Melioratien binnen de voorfchreeve Kerckenhuyfen moogen worden gemaackt, zonder permisfie van haar Hoogh Mogende, op poene by de voorfchreeve Refolutie uitgedruckt. Voorts dat defelve en deefe haar Hoogh Mogende Refolutie niet alleen zullen ftand grypen in Braband, Resfort van den Staat, maar oock in Staats Vlaanderen en in het Land van Kuyck, en zulcks zoo wel in de O 0 3 Stee-  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgezinden. 2d< haar Hoogh Mogende benoemd zonden kunnen werden, om daar over met de Gemaghtighden van den Heere Bisfchop en Prince van Luyck in onderhandelingh te treeden, en de zaack met onderlinge harmonie in te fchicken, zoo ver het eenigfmts beftaanbaar is met de Reghten en Proeemincntien van haar floogh Mogende binnen Maastright. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Hoogh Mogende hooghstgedaghte haare Koninghlycke Hoogheid voor de voorfchreeve communicatie bedanckt. En is voorts goedgevonden en verRaan, dat, om noghmaals een preuve te geeven van haar Hoogh Mogende bereidwilligheid, om alles wat van haar dependeert toe te brengen tot confervatie van de goede, harmonie en 'vrundfchap met meergemelden Heere Bisfchop en Prince van Luyck, conform aan den voorflagh van haare Koninghlycke Hoogheid, den regeerenden Burgemeefter der Stad Maastright, Reinick, mitsgaders den Penfionaris derfelver Stad, van den Heuvel, zal worden aangefchreeven, gekst en geauthorifeert, zoo als defelve gelast en geauthorifeerd werden mits deefen, om met de geenen, die den meergemelden Heere Bisfchop en Prince van Luyck zal goedvinden daar toe te gemaghtigen, over de voorfchreeve dirferenten in onderhandeling te treeden, te traghten zoo weegens het gepasfeerde als voor het toekomende tot weederzyds genoegen een fchickinge te maacken, en daar van aan haar Hoogh Mogende rapport te doen, eghter in haare onderhandeling met den gemaghtigde van den Luyckfchen kant altoos in het oogh houdende, dat haar Hoogh Mogende niet kunnen avoueeren of toelaaten, dat «enige Pausfelycke Bullen binnen Maastright gepubliceert zouden werden, zonder voorafgaande Placet van haar Hoogh Mogende , als zynde een zaack die in geen Roomsch-Catholycke Landen zelfs getolereerd werd, en veel min plaats kan hebben te Maastright, alwaar oan haar Hoogh Mogende het privatif gefagh aver de Kercken, Kloosters en Geeftelyckheid buiten alle conteftatie competeert. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den Vi- ce-Hooghfchout Bogaart, om te ftrecken tot desfelfs narightinge. MADAME! Je viens d'apprendre par mon Miniftre, qui refide a la Cour de votre Altesfe Royale, que 1'on cherche & faire renaitre la difficulté furvenuë 1'occafion des Curés de Maaftright, qui ont averti leurs Paroisfiens des Indulgences accordées par le dernier Jubilé; je comptois, Madame, d'avoir asfoupi cette conteitation avec feu le Serenisfime Prince Stadhouder votre Epoux, de glorieufe memoire, quandj'eus 1'honneur lui en parler ici; mais comme cette affaire n'a point été mife fur le tapis k la derniere Commisfion de Maaftright, & que mon intention fincere eft de ne rien laisfer, que puisfe occafionner de la mès-intelligence, je fuis toujours pret d'en traiter avec votre Altesfe Royale, par des Commisfaires &nommer de part & d'autre, comme étant la voye la plus conforme a la parfaite harmonie; j'ofe elperer, Madame, qn'elle voudra bien favoir _,pour agreable, & entretems difpofer les chofes de facon, que fon Officier de Maaftright tienne toute pourfuite en furcheance. Je fuis très-parfaitement. A Liége le dixneuvième Janvier mille lept cent cinquante trois. MADAME, De votre Altesfe Royale, Le très-affectionné Coufin & Serviteur. (Sigtiéf) JEAN THEODORE, Cardinal de Baviere. Refolutie van de Staaten Generaal, omme tt conniveren zekere Verwulvingen te Udenhout en Esch gedaan. Den 21 Maart 1753. Is gehoord het rapport van de Heeren van Lynden totResfen, en andere haar Floogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van s' Hertogenbosch, hebbende , in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegentienden December des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van den Quartierfchout van het Quartier van Oosterwyck, Meyerye van 's Hertogenbosch , C. van Syfen, gefchreeven te Groningen den zestienden daar te vooren, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van hajr  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgezinden. werden gelast, zoo als gelast worden mits deefen, aan den Suppliant uit haar privé beurs te rembourfeeren de onkosten by hen ter 29/ zaacke van het doen fluiten en ontsluiten van haare Kerckfchuur, by de voorfchreeve Requeste gemeld, gefupporteert. 18/ Refolutie van de Staaten Generaal, houden* ae permisfie om te Wouw of Gaftel een tweeden Capeliaan te mogen aanftellen. Den 26 April 17c» Is gehoord het Rapport van dé Heeren van Haarfolte, en andere haar Hoogh Mog. -Gedeputeerden tot cle zaacken van de Placaaten en Reglementen; hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Relblutie Commisforiaal van den zestienden September des voorleeden jaars, mêt en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Edmundus de Vylder, Prelaat der Abdye van St. Bernards op de Schelde by Antwerpen, houdende, dat haar Hoogh Mogende by derfelver refpeétive Refolutien in dato den eerften en tienden Mey zeeventien honderd neegen en veertigh, geconfidereert de groote uitgeftrektheid der Paftoryen van Wouw en Gaftel, Marquifaat van Bergen op den Zoom, mitsgaders het groote getal der Roomfche Gemeentens, welcke met geen mogelyckheid door een Priefter of Capellaan alleen konden bediend worden, aan den Suppliant overzulks gratieufelyk hadden gelieven te permitteeren, om de vacante Paftoorsplaatfen zoo tot Wouw als Gaftel voornoemd weederom te moogen vervullen, zonder dat het getal van twee Capellaanen tot één zoude gereduceert worden, edogh bepaaldelyck voor die reife alleen, en onder deefe verdere mitfen, dat voldaan zoude moeten worden aan de requifitien van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden July zeeventien honderd'dertigh, en dat de tweede Capellaan niet zoude zyn tot laste van de Gemeente. Dat althans Benedictus van Mol, meede Lidmaat van des Suppliants Abdye, die de Paftorye in de Hoeven met asfiftentie alleen van eene Capellaan, vermits die Gemeente zoo talryck nog uitgeftrekt niet was als tot Wouw en Gaftel, en mitsdien aldaar ook geene drie Priefters nodigh waaren, zeedert lange jaaren hadde bediend, van hem Suppliant hebbende verfoght, dat hy zig wederom na zyne Abdye zoude moogen begeeven, vermits hy door langduurige ziecktens buiten ftaat was geraackt om die zyne Paftorye na behooren langer te kunnen waarneemen, en dat mitsdien des Suppliants Plaatfe aldaar door een an¬ der Paftoor zoude moogen worden vervult, de Suppliant dan ook wel geneegen zoude zyn, dat zyn voorfz. billyk verfoek in te willigen, en in desfelfs plaatfe aan te ftellen tot Paftoor van de voorfchreeve Capellen van Wouw of Gaftel voornoemd; verfoeckende den Suppliant, om reedenen in de voorfchreeve Re-* queste geallegeérd, dat haar Hoogh Mogende aan hem gelieven te permitteeren, om een vaiï de voorfchreeve Capellanen, het zy van Wouw of Gaftel, tot de Paftorye van de Hoéve voornoemt, promoveerencle, weederom een tweede Capellaan aldaar in plaatfe van den in dier • voegen gepromoveerde te moogen aanftellen, zonder dat het getal van twee Capellaanen aldaar, ten minften voor als nogh, of zoo lange als haar Hoogh Mogende zullen oordeelen de reedenen van gemelde difpenfatie daar ter plaatfe als nogh te blyven fubfifteeren, tot één worde gereduceert, mitsgaders voldaan wordende aan de requifitien, vervat in haar Hoogh Mogende gemelde Refolutie van den neegentienden July zeeventien honderd dertigh , en dat ook de tweede Capellaan niet zy ten laste van de Gemeente. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant zal worden vergunt, zoo als aan hem vergund word mits deefen, om een van de voorgemelde Capellaanen, het zy van Wouw of Gaftel, tot de Paftorye van de Hoeve voornoemt promoveerende, weederom eene tweeden Capellaan aldaar in plaatfe van den in dier voegen gepromoveerden te moogen aanftellen, zonder dat het getal van twee Capellaanen aldaar voor deefe reife tot één werde gereduceert, mits wyders voldaan wordende aan de requifitien, vervat in haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden July zeeventien honderd dertigh, en dat de tweede Capellaan niet zy tot laste van de Gemeente. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan de refpeétive Drosfaarden van het Oost- en WestQuartier des Marquifaats van Bergen op den Zoom, om te ftrecken tot derfelver narightinge. VIII. Deel. pp gg_  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgezinden. En zal ExtracT; van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Grave van Rechteren, Hoogfchout van de Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, en 299 wan uuii wiiuaagur van uen twmti°huen en veertighften Penning aldaar, van Palland, om te ftrecken tot derfelver naright respeótive. 21. Refolutie van de Staaten van Holland, zvaar by de Bailliuw van Kennemerland word gemaintineert in den ontfangst der Recognitiën van de Roomfche Kerken op 'de Dorpen aldaar. Den 28 September 1753. Is geleefen het advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinctement van den 19 Mey deefes jaars, geëxamineert de Requeste by Mr. Jacob Deutz, Bailliuw van Kennemerland, aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, houdende in fubltantie, dat hy by den aanvang van zyne Bedieninge hadde bevonden, dat de Gemeentens der Roomschgefinden, die onder de Bailluagie van hem Suppliant talryk en vermoogende waaren, gewoon waren aan zyne Voorfaaten in officio te betaalen, iedere byfondere Gemeente een zeekere fomme jaarlyks, het geen ieder derfelver op gelyke voet den Suppliant hadde aangeboden , met verfoek om zyne protectie; dat hy geen zwaarigheid had gemaakt defelve te accordeeren, mits zig in ftilligheid gedraagende naar het voorfchrift van de Placaaten door haar Edele Groot Mogende van tyd tot tyd gedaan, emaneeren; dat dienvolgende ook diverfche van de voorfchreeve Gemeentens zig conform de aangeboode Ichikkinge hebben gedraagen , en de geconvenieerde fommen fuccesfivelyk betaald, dog dat onder die Gemeen-; tens verfcheiden ook werden gevonden, die in het voldoen derfelve zeer agterlyk zyn, fchoon hy Suppliant om hun te gemoet te koomen aan defelve van tyd tot tyd merkelyke afïlag in de jaarlykfche betaaling op hun verfoek om de Iterfte onder het Rundvee had gegeeven; verfoekende vervolgens om verdere reedenen daar by geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende aan de Opfienders van de Roomfche Statiën, die weigerig en in gebreeken zyn gebleeven, gelieven te gelasten, om aan den Suppliant aanftonds te betaalen het geene zy ieder weegens hunne recognitie ten agteren zyn, en voorts met de betaaling van defelve recognitiën by vervolg te continueeren, en dat haar Edele Groot Mogende by verdere weigering van dien den Suppliant zouden gelieven te qualificeeren, om zoodanige andere middelen te gebruiken, als haar Edele Groot Mogende zullen oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Bailliuw van Kennemerland mits deefen te authorifeeren en te qualificeeren, om de Roomfche Kerken te Uytgeest, Akerlloot, Heylo en Caftricum te. fluiten, zoodanig dat in defelve geen dienst / werde gedaan, en die geilooten te houdenr tot dat den Bailliuw zoo in opfigte van de reeds. verfchuldigde restanten, als omtrent de betaalinge van de recognitiën voor het toekoomende, contentement zal zyn gegeeven. 22. Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar hy hoogstdezelve nader perfifteeren by het maintien van hun recht van Placet tot het divulgeeren van Pausfelyke Bullen. Den 21 January 1754. Ontfangen een Misfive van den Burgemeester Reinick, en den Penfionaris van den Heuvel, haar Hoógh Mogende Commisfarisfen tot de conferentien met de Luyckfche Gevolmagtighden, gefchreeven te Maastright den veertienden deefer loopende maand, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, daar by kennisfe geevende, dat van tyd tot tyd veele en divjerfche inftantien hadden gedaan, om een cathegorisch antwoord van de Luykfche Gemaghtigden, in de zaack raackende het Jubilé en Placet, tebekoomen op de Contra-Memorie den eerften Augufty des voorleeden jaars, aan haar volgens haar Hoogh Mogende beveelen. vervat in derfelver Refolutie van den Zeeven en twintighften Juny daar te vooren, overgegeeven, dogh dat telkens door het een en an» der voorgeeven waaren opgehouden geworden, tot dat eindelyk op derfelver ferieus nader aanhouden , defelve Gemagtighden den vierden daar te vooren, aan haar hadden overhandight de nadere Memorie neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght, by welke de Luyckfche Gevolmagtighden in het minst niet afgingen van haare voorige fuftenue, dan als nogh bleeven volharden in het reght van Placet, notoir aan haar Hoogh Mog. competeerende, teegen te fpreeken, gelyk apparentie wTas dat nogh zouPp 2 den  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgczinden. 301 Orgels quaamen te 'pms&crcn, dogh dat aan de Supplianten niet onbewust waaren de ordres v?n haar Hoogh Mogende, vervat in derfelver Refolutie van den vyfden Maart zeeventien honderd een en twintigh en tienden January zeeventien honderd vier en veertigh, waar by haar Hoogh Mogende wel expresfelyk hebben geinterdiceert, dat niet alleen geene Roomfche Kerckenhuifen in Braband, resfort van den Staat, zouden moogen worden vergroot of vernieuwt, zonder permisfie van haar Hoog Mogende, maar ook by nadere interpretatie op de twee gemelde Refolutien, van dato den twintighften December zeeventien hondert twee en vyftigh, wel fpedaal hadden goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat geene Vernieuwingen, Timmeragien, nogh Me- 25. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Floog Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den twintighften July des jaars zeeventien honderd drie en vyftigh, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate , gelamineerd het gerapporteerde ten zelve n dage gedaan door de we/gemelde Fleeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver RefólUtiê Commisforiaal van den tweeden Juny zeeventien honderd vyftigh, meten neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineerd hebbende de Requeste van Plybertus Reynders, Vicaris Generaal van het Order der Canonicken Regulieren van het H. Kruis, Prior en Pastor van Vv eeglibergh, als fpeciaale last en procuratie hebbende van den Generaal der voorfchreeve orden, L. E. Fyfen, mitsgaders den Prior en verdere Reguliere Canonicken van het Klooster St Agatha, geleegen in den Lande van Ctryck, houdende, dat het zelve Klooster en Goederen, daar by gehoorende, nu reeds meer als een eeuw geleeden, hadden gecompeteert aan her Doorkightige Huis van Orange en Naslau, van het welck der Supplianten Pradecesfeurs zeedert cien tyd het gemelde Kloofter en Goede en in paght of Admodiatie hadden geobtineert en bemeten voor zeeckere fomme jaarlycks, zoo als de Supplianten in deefen dan ook nogh acmeelyk defelve gunste quaamen lioratien binnen de voorfchreeve Kerckenhuifen zouden moogen worden gemaakt, zonder daar toe op gelyke wyfe van haar Hoogh Mogende permisfie verkreegen te hebben, op de poene by de voorfchreeve Refolutien uitgedrukt; Verfoekende de Supplianten derhalven, dat haar Floogh Mogende aan hun gelieven te accordeeren en te vergunnen, dat zy binnen hun Kerckenhuis een Orgel moogen oprigten, en de Supplianten in dit" geval van de voorengemelde Refolutien van haar Hoogh Mogende, voor zoo verre defelve hun zouden obfteeren, moogen worden geëximeert. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dr.t in 'het voorfchreeve verfoeck niet kan werden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen. te genieten van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau; dat of fchoon nu de Supplianten in deefen geen Monnicken waaren, nog die van derfelver ordre ooyt waaren geweest, maar dat zy contrarie alle waaren Canonicken Regulier, en voor dusdanig ook alomme bekend; dat zy mitsdien ook geenfins leefden van den Beedelfack, maar van hunne eygene Middelen en Inkomften, zoodanigh dat zylieden niet alleen niet en waaren ten lasten van yemand, maar in tegendeel en zonder jaftantie gefeght, gelyk die van de Abdye van Postel, Everbode, St. Bernards, Tongerlo en Bom, op een genereufe wyfe omtrent de arme en behoeftige Menfthen, zoo Inwoonderen als Vreemde Paslagiers, zonder onderfcheyd van Religie, en dus"zoo wel aan die van de Gereformeerde als die van de Roomfche Religie quaamen meede te deelen en onderftand te doen, boven en behalven de bekende Hospitaliteyt voor luyden van meerder rangh, en zelfs voor die van de eerfte geboorte en illustre afkomften, zy Supplianten des niet te min evenwel het ongeluck hadden gehad van by haar Hoogh Mogende Refolutie van den aght en twintighften July zeeventien honderd dertigh aangemerekt te worden, als of zy effeclivelyk Monnicken waaren , en dat zy lieden daaromme meede zouden moeten uitfterven, en door geene andere moghten worden verwisfeit of gefuppleert, met byvoeginge van dusdaanige precautien, tot voorkoominge van alle contraventien, als breeder by defelve Refolutie van haar Hoogh Mogende de dato den twaalfden Maart zeeventien honderd een en dertigh was goedgevonden en verftaan, dat insgelyks het BagyPp 3 nen Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar by, met alteratie eener voorige Refolutie van 28 July 1730, aan den Prior en Canonicken van het Klooster St. Agatha in den Lande van Cuyk, gepermitteert word in plaats van de afgeftorven ^Ledematen nieuwe te mogen aanneemen. Den 11 April 1755.  Placaaten en Refolutien tegens de Pausgczinden. 303 28. Refolutie van de Staaten Generaal, houden* de ordres aan den Lieutenant Drosfaard 'sLands yan Valkenburg, om tegen de geenen, die zig aan het houden van publicque Procesfen en andere Paapfche floutigheeden hadden fchuldig gemaakt, volgens 'sLands Placaaten te procedeeren. Den 5 April v I75Ö-- S^\ntft.ngcn een Misfive van den Lieutenant V_/ Drosiaard 'sLands van Valckenburgh, gefchreeven te Maastright denderden deefer loopende maand, houdende, dat op Maandagh den drie en twintighften February laatstleeden, eene groote meenighte Volks, zoo men meende, te Nyswyler, en andere Piaatfen onder het Ryck gehoorende, te zaamen gevloeyt, des morgens in het Dorp van Meerfen aangekoomen was, aan haar hoofd hebbende een Capucyner Monmck van Wetten, en den Pastoor van Nyswyler, beneevens een Jongeling, draagende een groot Kruis, (dog beneedenwaards gekeert) alle met luider ftemme biddende en prevelende, welcke tot omtrent het Huys van den Roomfchen Pastoor gekoomen zynde, voor het zelve een wyl tyds vertoeft hadden, terwyl gemelde Voorgangers in het Pastoors huis getreeden zynde, immediaat daar na weederom uitgekoomen waaren, en dus door den Capellaan van Meerfen met de fleutelen in de hand (zoo het fcheen) op eene pompeuie wyfe de Kercke waaren ingelyd geworden, alwaar defelve aan den gemelden Capucyner Monnick het noodige Choorgewaad gefurneert hebbende, vervolgens door voorfchreeve Monnick de Misfe geleefen of gefongen was geworden; welcke Kerkplegtigheeden tot na twaalf uuren des middaghs geduurd hebbende, de Samengerotte Procesfiegangers zigh door het Dorp ginsch- en herwaards hadden verfpreid om te refraicheeren, terwyl de Geestelycke Leydsliedenhet middaghmaal aan het Huys van den Pastoor namen, het welck gefchied zynde, des namiddags omtrent één uur op het timpen of kleppen van de Klokken, weederom in de Kercken vergaderd waaren, alwaar zy het ove¬ rige van haaren Godsdienst verright hebbende, zigh niet ontfien hadden (eevenalsin het hartje van een Roomsch Land) Procesfies gewyfe met opgeftoocken Kruys en vliegende Vaane de Kercke uitkoomende, langs de Dorpsftraate hard op biddende of zingende te vertrecken, zoo als haar Hoogh Mog. het eene en het andere zouden gelieven te zien uit de beëedigde informatien op dat ftuck genoomen, en neevens de voorz. Misfive gevoeght onder de Letters A. B. C. en D. Dat hoe zeer dat ftout beftaan onder anderen eenigh nadenken hadde behooren te beraamen, om zig van gelykfoortige onderneemingen te onthouden, eghter op Maandagh daar aan volgende, zynde den eerften Maart, een tweede meenighte vreemd Volck van Alt- Valckenburgh, en aan het hoofd hebbende zeeckeren. Capellaan le Keur, langhs eenen anderen weg, met een omgekeert Kruys, voorgegaan zynde, in het Dorp gekoomen was, en aldaar haare devode (hoewel met minder luydrugtigheyd) meede verright hadde: welken voorganger le Keur, ter inftantie van hem Lieutenant Drosfaard gearresteerd zynde, gerelaxeert hadden het Handfchrift, by Copie neevens de voorfchreeve Misfie gevoeght onder Litt. E., waar by niet alleen bekende, ter oorfaacke van een Beedevaart, by zig hebbende het Kruys, gearrefteerd te zyn, maar ook beloofde zigh ten allen tyden in loco arresti te zuilen fisteeren ; allen het welke gemelden Lieutenant Drosfaard des te meer ftrydigh was voorgekoomen aan haar Hoogh Mogende Placaaten fuccesfivelyck teegen de Paapfche ftoutigheeden geëmaneert, om dat defelve Procesfien niet ingeright waaren geweest om zig met alle modestie door het Hoogh Mogende gelieven te permitteeren, dat tot Onderpaftoor van hunne Kerck van tyd tot tyd moogen accepteeren en gebruicken een Candidaatuit het Seminarium van den Bisfchop van Brugge, opgeleght tot een Priefter van defelve ftaat en orden als hunnen jeegenwoordigen; en wyders dat zoo lange als in het Land van Cadfand geen Roomfche Kerck gevestigt is, den Paftoor en Onderpaftoor der Stad Sluys gepermitteerd mooge zyn aan de Roomfche Ingezeetenen aldaar de Kerckreghten te bedienen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in der Supplianten verfoecken, zoo als die leggen, niet kan worden getreeden, en werden defelve derhalven afgeweefen. Wordende eghter aan de Supplianten vry en onverlet gelaaten, om, produceerende valabel bewys, dat de Paftoor van Sluys in Vlaanderen dusdanigh door ouderdom en indifpofitic verfwackt is, dat zig niet in ftaat bevind zynen dienst waar te neemen, voor te ftellen een Weerelds Priefter, gebooren onderdaan van den Staat, en bereid te aghtervolgen die ordres, welcke by haar Hoogh Mogende Refolutien van den neegentienden July zeeventien honderd dertigh en twaalfden Maart zeeventien honderd een en dertigh voorgefchreeven en vereischt worden. En daar neevens te doen zoodanigh verfoeck ter adfiftentie binnen de Stad Sluys voor eenigen tyd, als te raaden zullen worden.  Placaaten en Refolutien tegen de PaiwgezindeU lloogh Mogende te brengen, het voor de Supplianten zeer droevige geval in de maand Mey laatstleeden aan haare Doghter van zestien jaaren weedervaaren, en hoedanigh defelve uit der Supplianten voorfchreve Huyfmge vervoert, en in den Lande van Ravelfeyn in een Nonnen Klooster te Udcn opgellooten , en aldaar verleid was tot eene openbaare profesfie van den Roomfchen Godsdienst. Pat gelyk als de Supplianten met reeden 7jgh ten uiterften over de voorfchreeve ontvoeringe cn verleidinge van haare Doghter tot het Roomfche Geloof hadden beklaaght gehad, met dat gevolgh, dat haar Hoogh Mogende, ingevolge van derfelver Refolutien in dato den drie en twintighften Augufty en elfden October jongstleeden, nu reeds tweemaal de goedheid gehad hadden, ter zaacke voorfchreve, aan den Heere Cornet, Refident van zyne Churfurftelycke Doorlughtigheid vandePaltz, zeer ftereke reprefentatien te doen, de Supplianten ook wel gehoopt hadden, dat zulcks genoeghfaam efficacieus en van zoodanigen uitilagh zoude zyn geweest, dat ingevolge haar Hoogh Mogende voorfchreeve Refolutien, der Supplianten Doghter reeds voor lange geproduceert zoude zyn geweest, dogh dat tot haar uiterfte leedweefen inteegendeel bevonden, dat die zaack by het Hof van de Paltz niet alleen in longueur getrokken wierde, maar dat de zaack in zyne omftandigheeden, in plaats van te verbeeteren, dagelycks erger wierd, aangefien men bevoorens nogh wel hadde toegelaaten gehad, dat de Supplianten haare Doghter in het voorfchreeve Klooster van voor de traliën hadden moogen zien en fpreecken, het zy in perfoon of door goede vrienden, maar dat zulcks na dato van haar Hoogh Mog. nadere Relblutie van den elfden October jongstleeden niet meer gepermitteerd wierde, zittende defelve der Supplianten Doghter nu geheel, ten minften voor haare Ouders of die 303 geenen die van nunnentwegen quaamen, bun ten alle acces, zoo als de Supplianten des noods aan haar Hoogh Mog. verifieeren konden ; verfoeckende de Supplianten, om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende zoodanige nadere voorfieninge gelieven te doen, die van dat gevolgh konnen zyn, dat aan de Supplianten, of die geenen die hunnentweegen met fchriftelycke ordre koomen, geen acces by der Supplianten Doghter geweigert worde; en op dat eindelyck defelve, na dat nu reeds zes maanden in het voorfchreeve Klooster is opgehouden geweest , met alle de Goederen haar toebehoorende, en in het voorfz. Klooster te Uden berustende, kost- en fchadeloos onder demaght en gehoorlaamheid van de Supplianten werde gefteld; alles in conformiteit van haar Hoogh Mogende voorfchreeve Refolutien van den drie en twintighften Augufty en elfden October deefes jaars, ter deefer zaacke genoomen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat by provifie, en on~ vermindert haar Hoogh Mogende nadere eh nogh meer nadrukkelycke dilpofitie, het Officie Fiscaal van Braband zal werden geauthorifeerd, zoo als geauthoiïfeerd werd mits deefen , om den Roomfchen Priefter van Nuland te doen neemen in apprehenfie, en denfelven te houden in ftricte detentie, tot dat de voorfchreeve minderjaarige Doghter van de Supplianten met de voorgemelde Goederen zal weefen wederom gebraght onder de gehoorfaamheid en het bewind van haare Ouders, en dat die zelve Priefter uit de gemelde detentie niet eerder zal worden gerelaxeert of ontilaagen, dan na dat hetfelve met 'er daad gefchied zynde, zullen weefen betaald en voldaan alle de kosten, zoo aan de zyde van het Officie-Fiscaal, als aan die van de Supplianten in deefen gevallen en nogh te vallen. 31. Refolutie van de Staaten Generaal, waarby aan den Roomfchen Paftoor en Kerkmeefters te Helmont word toegekend het recht, om privativelyk over de Zitplaatzen in hunne Kerk-fchuur te difiponeeren. Den 27 December 1756. Ontfangen een Misfive van H. van Adrichem, Drosfaard van Helmont, gefchreeven aldaar den vyf en twintighften deefer; houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den aghtstendaar te vooren, desfelfs beright en advis op de Requeste van Rudolphus Vervlasfen, Roomsch Pastoor, Willem en Andries van Haandel, Kerckmeesters van de Roomfche Kerckfchuur te Helmont, houdende, dat gelyck de noodfaackelykheid vereifchte, om alle confufien en wanordres voor te koomen en te vermyden, zeeckere Perfoonen daartoe aangefteld, hebbende opfight, begeevinge en VIII. Deel. befehikkinge ovér en van de Sitplaatfen in de Roomfche Kerckfchuuren onder het Gebied van haar Hoogh Mogende gunstiglyk geconniveert wordende, en dat zulcks doorgaans van het departement en beftel was van den Pastoor en Kerckmeesteren van de respeétive Roomfche Kercken of Kerckfchuuren zoo oock altoos de opfigte, befehikkinge en beftellinge van de Sitplaatfen, en mitsdien het piaatfen van alle de Sitbancken en Stoelen in de Roomfche Kerckfchuur tot Helmont voornoemt, was geweest van het departement, en gecompeteert hadde aan den Pastoor en Kerckmeesteren van de Roomfche Kerekfehuure van Qq Hel-  Placaaten en Refolutien tegen de Pausgezinder*. w 33- Refolutie van de Staaten Generaal, te even het bouwen van Roomsch-Catholyke Amicn-hutzen zonder vooraf daar toe permisfie en Oélroy van haar Hoog Mogende bekomen te hebben. Den 7 April 1757. Ontfangen een Misfive van Hendrick i£melius Panhuys, een van haar Hoogh Mogende Commisfarisfen Inftruét eurs te Maastright, gefchreeven aldaar den een en dertighften der voorleeden maand, geaddreslèert aan den Griffier Fagel, houdende, -dat vermeende amptshalven verplighc te zyn haar Hoogh Mog. kennisfe te geeven, dat wylen den'Canoniek Maximiliaan Salden, by zyn Teftament geinltituëeft hebbende de Roomsch-Catholycke Armen der gemelde Stad, en van denfelven boedei, na aftloeninge van verfcheidene moeyelyckheëden, zoo by Vonnisfen als Transactiën, ten behoeve van voorfchreeve Roomsch-Catholycke Armen overgebleeven zynde eene fomme van omtrent zeeventigh duifend Guldens Brabands, der gemelde Stads cours, de Heeren Commislarisfen Decifeurs van beide de Heeren en Princen, by derfelver Refolutie van den vier en twintigften Oétober zeeventien honderd vier en vyftigh de directie over denfelven boedel en het employ van de revenuen van dien, ten behoeve van de gemelde Roomsch-Catholycke Armen hadden goedgevonden toe te vertrouwen aap de Luyckfche Leeden van den Indivifen Raad der gemelde Stad Maastright, biyekende uit de Copie Refolutie neevens de ■ voorfz. Misfive gevoeght fub N°. i. Dat vervolgens de Superintendenten van voorfchreeve Roomsch Catholycke Armen, zigh in den voorleeden jaare zeeventien honderd zes en vyftigh weederom by Requeste geaddresfeert hebbende aan de als doen aan- weefende Heeren Commislarisfen Decifeurs van beide de Heeren Princen, defelve geobtiheert hadden een authorifatie en permisfie om dusdanige Erven by malkanderen geleegen, / in te koopen en te engageeren, zoo als tot beste nut en profyt Van voorfchreeve Armenhuis zouden bevinden te behooren, biyekende uit de Copie Requeste en Refolutie neevens de voorfz. Misfive gevoeght fub N. 2. Dat vervolgens de voorfchreeve Superintendenten , ingevolge van de gemelde authorilatie en permisfie, niet alleen verfcheiden Huyfèn met ■ confiderablc Erven by malkanderen geleegen in de Leureftraat te Maastright voornoemt hadden ingekoght, maar daarenbooven ook voorneemens waaren, defelve tot een groot, formeel en ftacieus Gebouw en Armenhuys voor het grootfte gedeelte van nieuws op te timmeren en te approprieeren, gelyck daar toe reeds de noodige preparatien en zelfs ook al een begin gemaackt wierd met de Fundamenten te leggen, het geen hem Commisfaris Inftructeur voorquam geenfmts te moogen gefchieden alleen uit kragte van de gemelde generaale Authorilatie door de Heeren Commisfarisfen Decifeurs van de twee Heeren Princen , welcke zyns oordeels alleenlyck de permisfie tot het employ der Penningen in zigh behelsde, maar geenfmts het aanleggen en optimmeren van een zoooanigh publicq Gebouw en formeel Roomsch Catholyck Armenhuis, waar toe defelve daarenboven eerst en vooral van haar Hoogh Mogende in het byfonder zouQq 2 den oordeelen te behooren, en dat dien onvermindert aan gemelden Heere Cornet tot antwoord op zyne voorfz. Memorie zal worden toegevoeght, dat haar Hoogh Mogende met attentie hebben geleefen en geëxamiheert de bewyfen doorhem bygebragt, om aantetooncn, dat de voorfShreeve jonge Dogter zigh niet na het Klooster te Uden zoude hebben begeeven és met content van haar Vader. Dat veel te zeggen zoude vallen op het geene by die geleegentheid is gebeurt, en met wat infight zommige discoursfen doen ter tyd zyn gevoert: maar dat het niets ter zaacke doet, of de Jonge Dogter met of zonder confent van haaren Vader is weggegaan, en of zy zulks vrywilligh dan gedwongen heeft gedaan; dat het incontestabel is, dat de voorfchreeve Jonge Dogter na de wetten deefer Landen in allen opfight minderjaarig is, en ftaande onder de gehoorfaamheid van haare Ouders, en dat haar Ouders haar jeegenwoordig reclameeren: dat defelve booven dien als een onderdaan van den Staat door haar Hoogh Mogende word gereclameert, en de Roomsche Religie zoo wel kan exerceeren hier te Lande als "elders ,i de Republicq een Land zynde van Vryheid waar in een ieder zoodanige profesfie van Religie kan doen, als met zyn Consciëntie overeenkomt, en dat haar lloogh Mogende, op die gronden van de Vriendfehap en goede Intelligentie tusfehen haar en meergemelde zyne Churfurstelyke Doorlughtigheid fubfifteerende, venvaghten, dat hoe eerder hoe liever de noodige ordres zullen worden gefteld, ten eynde de voorfchreeve Doghter, met de Goederen door haar meede genoomen, zonder verder uytltel werde gereproduceert, zynde dit het eenighfte middel, waar door de Roomschgefinden van Nuland fpoedigh zullen kunnen worden geholpen, om beryd te werden van het geen volgens de gemelde Memorie van hem Heere Cornet haar zoo zwaar fchynt te vallen. En zal ten dien eynde Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie door den Agent van Byemont aan gemelden Heere Cornet worden ter hand gefteldt.  Placaaten en Refolutien tegen de Pzusgcfmócn. qoo fints zoodanige voorfieninge in deefen gelieven te doen, als haar Hoogh Mogende oordeelen zullen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Requeste gefteld zal werden in handen van dc Heeren Nagel, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbofch, om in een Conferentie aan den Heere Cornet, Refident van zyne Churfurstelycke Doorlughtigheid van de Paltz, voor te draagen, dat haar Hoogh Mogende gewaght hadden, dat na de belofte door gemelde zyne Churfurstelycke Doorlughtigheid gegeeven, de voorfchreeve minderjaarige vervoerde Doghter neevens haare Goederen reeds kost- en fchadeloos zoude zyn gereproduceert : Dat met furprife hebben vernoomen, dat znlcks tot nog toe niet is gefchied, en dat in tegendeel de ordres van meergemelde zyne Churfurstelycke Doorlughtigheid daar toe gefteld, op verfcheide frivole pretexten worden geëludeert. Dat haar Hoogh Mogende deefe be- 35- Is gehoord het rapport van de Heeren Pieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den een en twintighften April laatstleeden, geëxamineert de. Requeste van de Superintendenten over de Goederen en Revenuen , by Teftament van wylen den Canoniek Maximiliaan Salden, aan de Roomsch-Catholycke Armen der Stad Maastright gelaaten, houdende, dat na dat verfcheiden Procesfen over de gemelde nalaatenfchap zoo by vonnisfen deciibir als by transactiën waaren worden gefmieert, en alles dies aangaande was worden geëifent onder approbatie van den indivifen Magiftraat van voornoemde Stad, de Supplianten, haar nader by Requeste in den jaare zeeventien honderd vier en vyftigh hadden geaddresfeert, zoo aan voornoemde Magiftraat, als aan Heeren Commisfirisfen Decifeurs van belde de Heeren cn .Princen, ten einde om te weeten, hoe en aan welcke de directie en het employ der Revenuen van voorfchreeve Goederen zoude werden toevertrouwt en overgelaaten; dat de voornoemde indivife Magiftraat en gemelde Commisfarisfen Decifeurs , by approbatie zulcks hadden overgelaaten aan de Luyckfche Leeden of eenige van dien, onder haar te nomineeren, onder de protectie en byftand van den indivifen Raad; mits geene alienatie van Goederen gefchiede, als met derfelver voorkennisfe en approbatie, uitwyfens derfelver Refolutie neevens de voorfchr. Requeste gevoeght; dat zoo ras de handelingen niet langer met onverfchilligheid kunnen aanfien, en genoodfaakt zullen weefen by langer uitftel van de voorfz. reproductie, andere cn ftereker mcfures ten dien opfighte te neemen, welcke zy liefst zouden eviteeren, cn daarom hem Heere Cornet noghmaals veiföecken, op het fericuste aan meergemelde zyne Churfurstelycke Doorlughtigheyd daar over te willen fchryven, en eftectueeren, dat de voorfz. minderjaarige Doghter ten fpoedighfte en zonder langer uitftel weederom kost- en fchadeloos onder de gehoorlaamheid van haar Ouders werde gebraght, tot voorkoominge van onaangenaamheeden, die anderfints hiet uit zullen moeten refulteeren. En zal Extraét van deefe haar floogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den f leere Graave van Wartensleben, haar Hoogh Mog. Minifter Plenipotentiaris aan verfcheide Duytfche Hoven, om te ftrekken tot zyne narigtinge, en zulks en daar het van vmght kan zyn, tot bereyeking van haar Hoogh Mogende ooghmerek, te coöperecren. Supplianten waaren worden genomineert tot Superintendenten van meergemelde adminiftratie, zy teffens bedaght waaren geweest, om middelen te beraamen, ten einde de Roomfche Armen yan voornoemde Stad met 'er daad te foulageeren, en daar toe aan den Indivifen Magiftraat nader hadden vertoond, geen beeter nogh nuttiger middel te weeten, dan een getal van Straat-Beedelaars en Leedighgangers in een Schuurenhuis te ftellen, en aldaar te doen wereken, mits defelve voorfiende van kost> kleederen en alle nooddruft, zoo in ziecktens als ge fondheid, welck verfoeck aan de Supplianten was worden geaccordeert. Dat ingevolge van dien, defelve die fchickingen hadden begonnen met April zeeventien honderd vyf en vyftigh, met dat fucces, dat omtrent de veertigh zoo Doghters als bejaarde Vrouwsperfoonen tot een gefchickt leeven, en uit de leedigheid tot het wereken gebraght waaren, waar door de Gemeente niet alleen in zoo verre van Aalmoesfen worden bevryd, maar ook defelve Stad, en de Finantie voordeel genooten hadden, door het werek van Woifpinncn als andere, welck de Kooplieden genoodfaackt waaren, faut van Arbeiders en voornoemde Ledighgangers, op vreemde Territoiren te laaten maacken, en waar van zy, om de verfeeckeripge van het werek en goede directie, gaarne de preferentie aan die arme menfehen vergunden. Dat de Suppliantien, infiende dat fucces, en hoopende de aangroeijinge van dien, tot zoo verre van met 'er tyd door het werek van Aalmoesfen, alle Straat-Beedelaars en LeedighQ.q 3 gan- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende Octroy tot het bouwen van een nieuw Roomsch CathoJyk Armhuis te Maastricht. Den 8 July 17 57.  Placaaten en Refolutien tc^en de Pausze/Indon o 11 37« Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van de Recognitie, door de Room- fche Ingezetenen te Vianen aan den Drosfaard aldaar te betaalen. Den 8 Juny 1758. By refumtie gedelibereerd zynde op het advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 5 der voorleeden maand, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinetement van den 25 Maart 1756, geëxamineert de Requeste van de RoomschCatholyke Ingefeetenen van Vianen, bediend geweest zynde door wylen Nicolaas Bormans, in leeven Roomsch Priester der zoogenaamde welmeenende Clerefie deefer Landen, verfoekende , om reedenen by defelve Requeste gedetailleert, en in het byfonder uit hoofde van haar gering getal , beftaande alleen uit agttien a, twintig Leedemaaten, van een gering vermoogen zynde, dat haar Edele Groot Mog. gelieven te verklaaren, dat de Supplianten geen Recognitie aan Heiman Smith, Drosfaard 'sLands van Vianen, behoeven te betaalen, maar daar van zyn geëximeert; en wyders te permitteeren, dat de Supplianten gëduurende haar Edele Groot Mogende deliberatien daar over, door een Priester van de zoogenaamde welmeenende Clerefie deefer Landen moogen worden bedient , tot dat aan defelve een ordinaris Paftoor volgens de Placaaten deefer Landen zal zyn gefonden; Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de Supplianten zoo voor het geene reeds verfehuldigt is als voor het vervolg by provifie, en zoo lange haar Gemeente uit een zoo gering getal weinig vermoogende Leedemaaten zal beftaan, zullen kunnen volftaan, met aan den Drosfaard in der tyd jaarlyks tot Recognitie te betaalen de fomme van vyf en zeeventig guldens, zonder dat aan denfelven zal vryftaan de plaatfinge of zendinge van een Priester, confonn de Placaaten van den Lande gequalificeert, langer tegen te houden of te beletten, Re- wyfe direct: of indirecf geparticipeert hadde, maar dat hy desaangiande zelfs ook by de Ouders van de voornoemde Doghter niet gefuspecfeert, veel min befchuldigt was geworden , biyekende by de beëedigde Verldaaringe van drie confonante Getuigen, neevens de voorfchreeve Requeste gevoeght, zoo als defelve Ouders dat alles ook aan den Suppliant in perfoon betuigt hadden, gelyck hy des noods in ftaat, en bereid was onder folemneeJen Eede te verklaaren; Verfoeckende den Suppliant om reedenen in de voorfz. Requeste geallegueert, dat haar Hoogh Mogende het Officie - Fiscaal van Braband gelieven te authorifeeren, en des noods tegelasten, van des Suppliants voornoemden Broeder Willem Penninghs, Roomsch Priester te Nuland voornoemt , uit desfelfs detentie op de Gevangenpoort te 'sHertogenbosch te relaxeeren, en op vrye voeten te doen ftellen, ten minften en by provifie, en onder handtastinge van zigh des gerequireerd toties quoties op de aanmaaninge weederom te zullen üsteeren en in heghtenislete begeeven, tot dat by haar Hoogh Mogende nader of anders zal zyn gedisponeert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in het verfoeck gedaan by de Requeste in de voorfz. Memorie gemeld, niet kan worden getreeden, en word het zelve dienvolgende afgeweefen, en geperftfteert by haar Hoogh Mog. Refolutien van - mm — 0 M. * den vyf en twintighften Juny, drie en twintighften Augustus, en vyftienden November zeeventien honderd zes en vyftigh. Dat wyders het gemelde Officie - Fiscaal van Braband zal werden geauthorifeerd, zoo als geauthorifeerd werd mits deefen, om noghmaals by provifie en onvermindert haar Hoogh Mog. nogh nadere en nogh meer nadrukkelycke dispolitie, zoo aan den gedetineerden Priester , als generalyk aan alle de Priesters in het Quartier van Maasland, Meyereye van's Hertogenbosch voornoemt, te doen denuntieeren, en aanzeggen, dat binnen den tyd van zes weeken zullen hebben te effecfueeren, dat de voorfchreeve minderjaarige Doghter wederom te Nuland, met en beneevens de gemelde Goederen, kost- en fchadeloos onder de maght van haare Ouders worde gebragt, en de verdere een en andere kosten betaald, en by aldien zulcks binnen den voorfchreeven tyd niet gefchied, om als dan alle naby Nuland geleegene Roomfche Kerckfchuuren, onder het gemelde Quartier van Maasland te doen fluiten, en aan de Priesters en Capellaanen aldaar , Pastoraale Fiinctien te interdiceeren, op de poenaliteyten teegens de Priesters, zonder admisfie dienst doende, by haar Hoogh Mog. Refolutie van den neegentienden July zeeventien honderd dertigh, geftatueert, en zulcks alles ter tyd en wyle toe, als by haar Hoo den de Gereformeerde booven de Roomfche, of die van andere. Religie zyn, te prefereren. Den 7 February 17 do. De Heer Penfionaris Gilles heefc ter Vergadering gerapporteerd de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 1 November 1759, geëxamineert de Requeste in September • daar te vooren aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert by diverfchePerfoonen,zig qualificeerende de notabelfte Ingelanden van de Gereformeerde Religie, te faamen Befitters en Eigenaars van een groot gedeelte der Landen geleegen in de Dykagie 's Lands van Heusden; daar by te kennen geevende, dat de Ordonnantie by haar Edele Groot Mog. op de voorfz. Dykagie den 7 December idi2. geëmaneert, zoude ftatueeren; dat op St. Gregorius dag, zynde den 12 Maart, by Dykgraaf en Heemraaden,met Advis van de notabelfte Ingelanden, zouden worden geftelt zeeven nieuwe Pleemraaden, drie uit de Stad, en vier uit de Dorpen, te weeten twee booven, en twee beneeden de Stad, dan welk getal van zeeven by wylen zyne Doorlugtige Hoogheid den fleere Prince Stadhouder, gïorieufer memorie, in den jaare 175r. tot tien was gebragt, namentlyck vier Uit de Stad, en zes uit de voorfz. Dorpen, en dat 's jaars daar aan by Dykgraaf en Heemraaden zee ven, en dus na den jaare 1751. tien nieuwe Heemraaden mitsdien, als vooren op Advis van de notabelfte Ingelanden, zouden worden genomineert, om uit defelve nieuwe genomineerden, mitsgaders de zeeven, thans tien, oude by haar Edele Groot Mogende, of by de Heeren Geoommitteerde Raaden, of Tt3> by  Placaaten, &c. tot Reformatie van den waaren Godsdienst, 335 27* Refolutie van de Staaten Generaal, waar bv 7 verzoek van een Predikant in het Hesfen-Darmftadfche, om verhooging van penfioen word afgeweezen. Den 14 February 1760. Is gehoord het rapport van de Heeren van Heeckeren tot Keil, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Finantie, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den aght en twintighften November des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van ]ean Philippe May, Predikant te Rohrbacq, Wenbach, en Hahn, geleegen in het HesfenDarmftadfche, houdende, dat hy Suppliant circa vyf en dertigh jaaren, zoo teOffenbach, Waldorffals voornoemde Kercken den dienst in gemelde qualiteyt had waargenomen, en waar voor aan hem, onder het welbehaagen van haar Hoogh Mogende, was toegelegt geworden eene fomme van twee honderd Guldens Hollands jaarlyks; Verfoeckende den Suppliant om •reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert , dat haar Hoogh Mogende hem in zyn opklimmende jaaren en moeyelyke waarneemingen yan zynen dienst eenige verhoogingh van zyn jaarlycks penfioen gelieven toe te leggen, aangemerekt dat van zoo veele Predikanten der Kercken van Duytsland, door haar Hoogh Mogende in voorige jaaren Penfioenen genooten hebbende , behalven den Suppliant, 'er nu nog maar één was, namentlyck Locus Iofeph Merat, Predikant te Gochsheym in het Wurtemberghfche, dewelcke een jaarlycks Penfioen quam te genieten, en die daarenboven een Gratificatie van den Prince van Schaumburgh trok, konnende den Suppliant zulks van den Prince van Hesfen-Darmftad niet verwagten, confidereerende de fituatie, waar in die Prins zigh thans zelf was bevindende. Waar op gedelibereerd en geconfidereert zynde , dat vermits het daar toe bevoorens geaffecteert fonds was koomen op te houden , bereyds in den jare zeeventien honderd neegen en twintigh wss vastgefteld, dat zoodanige Douceurs en Penfioenen in het vervolgh niet meer geaccordeert zouden werden, gelyk ter dier zaacke by veele confecutive Refolutien zoortgelyke verzoecken waaren gedifficult'eert; Is goedgevonden en verftaan, dat in des Suppliants verfoeck niet kan werden getreeden, en werd het zelve derhalven van de hand geweefen. s8m Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word gedifnculteerd in het ver/bek van de Flof en Regeerings-Raaden van het Graaffchap en Heerlykheid Limburg, om permisfie tot het doen eener Collecle tot opbouw eener Kerk. Den 7 Mey 1760. Ontfangen een Misfive van de Hof- en Regeeringhs-Raaden van het Graaffchap en Heerlykheid Limburgh, gefchreeven te Baiidonf den een en twintighften Maart laatstleeden , houdende voorfchryvens in faveur van de arme Evangelifche onderdaanen van het Bailliuwfchap Gefchivend, ten eynde aan derfelver Gemaghtighde mooge worden gepermitteert het doen van een collecte hier te Lande tot het bouwen van een Kerck in het gemelde Bailluwfchap, hebbende de Souverainen reeds door een milde fundatie voor het onderhoud van een Predikant gezorgt. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge¬ vonden en verftaan, dat aan de gemelde Hofen Regeeringhsraaden van het Graaffchap en Heerlykheid Limburgh zal worden gerescribeert, dat haar Floogh Mogende zoo dikwils worden lastigh gevallen met verfoecken, om Collecfens voor arme Luyden of Gemeentens hier te Lande, dat niet raadfaam kunnen vinden, hunne Ingezeetenen verder te bezwaaren met diergelycke contributien van Penningen, ten behoeve van Buytenlanders, en dat haar Hoogh Mogende uyt dien hoofde zigh genoodfaakt vinden om in het voorfchreeve verfoeck te moeten difficulteeren. Re-  Betreffende de Kerken-ordeiimg. ggj* 2. Refolutie van de Staaten van Ho/land, wee¬ gens het Recht yan Palronaatfchap der AmbacHttPPeeren, &c> zoo voor als na de Reformatie. Den 24 Augustus 1589. TT\e Staaten van Holland hebben verftaan en verklaard, dat de particuliere Heeren , en andere Perfoonen binnen den voorfchreeven Lande, die voor date van den Oorlog recht van Nominatie en Prefentatie van Dienaars van de Kerken gehad hebben, niet verkort zullen moogen worden, nog geprejudicieert by eenige Synodale of Clasücale Ver- 3- Allbo Schout, Ambagtsbewaarders eri Scheepenen van Aelsmeer, voor hen zeiven en uit den naam van de gemeene Ingezeetenen aldaar, de Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland te kennen gegeeven hebbende, dat hen in Martio laastleeden by defelve Gecommitteerde Raaden belast is geweest, op de repartie van de Kerke tot Aelsmeer te voorfien, door dien defelve anderfints gefchaapen Zoude zyn te vervallen, en geheelyk te ruineeren en vergaan, en de penningen daar toe noodig zynde, te moogen vinden by de bequaamfte weegen en middelen; volgende welken de Supplianten by gemeene bewilliging en confent, .. / zoo van de Wet, als van de gemeene Gebuuren van Aelsmeer geëligeert hadden, en gecommitteert agt bequaame perfoonen, die onder haaren geftaafden eede, na haare beste kennisfe en weetenfehap feekere taxatie, reparatie en ommeüag gemaakt hadden, ter fomme van veertien duifend twee en veertig ponden, van veertig grooten het pond, en by de voorfz. Wethouders en Buuren voorts noodig bevonden de eene helft van dien te doen betaalen den 1 Juny, en de andere helft den 1 Augustus, beide eerst koomende, en indien de voornoemde bewilligde fomme bevonden word niet genoegfaam te zyn tot de voorfz. reparatie, bewilligt hadden, dat men als dan nog een geregt vierdepart van dien zoude ommeftaan en colleóteeren; gemerkt tot de voornoemde Kerke geen inkomften van Renten, Landen of anderfints zyn fpeóteerende; en nadien de voorfchreeve reparatien noodelyk binnen deefen bequame fayfoene diende gevordert, en overfulks den voorfz. ommeflag gaderingen, nog anderfints in haarluider gé* regtigheid van Nominatie' en Prefentatie van de Predikanten, mits dat by dezelve geen Predikanten zullen worden aangenoomen , dan die by de Ciasfis van de piaatfen alvoorens zullen weezen geëxamineert, en bekend te weezen gezont in leer en leeven. met den eerften gedaan, en de penningen van dien gecolleóleert en geinnet, verfoekende daar omme approbatie en confirmatie van den voorfz. ommeflag, volgende den Quohiere by de Supplianten overgeleevert, en voorts confent en authorifatie, om defelve te mogen doen colleóteeren , innen en ook executeeren, is het nood, by parate executie, als des gemeene Lands penningen, by alfulke Perfoonen, als de Supplianten daar toe zullen cómmitteeren; Hebben de Gecommitteerde Raaden voornoemt : in aanfieninge van de noodelykheid der zaake aangaande de reparatie van de voorfchreeve Kerke, en dat de penningen daar toe by ommeflag gevonden en gefurneert moeten werden, de Supplianten alhier geconfenteert, geoctroyeert en geauthonïèert confenteeren, octroyeeren en authofifeeren by deefen, de voorfchreeve penningen, die tót reparatie' en opmaakinge van de voorfchreeve Kerke tot Aelsmeer zullen noodig weefen, te mogen omllaan, vinden, en doen contribueeren over de gemeene Ingefeetenen van den Banne en Parochie Van Aelsmeer, het zy Eigenaars of Bruikers, zonder dat de Eigenaars of Bruikers, daar buiten gezeeten, in den zeiven ommeflag of de onkosten voorfz. zullen gehouden weefen; en dat voorts de Supplianten de penningen van de voornoemde geoctroyeerde en geconfenteerde ommeflag zullen moogen innen en executeeren als des gemeene Lands penningen, mits dat de voorfz. penningen alleenlyk tot reparatie en opmaakinge van de voorfz. Kerke zullen werden geëmployeert, en dat daar of by de Supplianten verantwoord zal worden ten overftaan van de Gecommiteerden van de Staaten. Confent en Authorifatie van Gecommitteerd® Raaden tot den ommefag der penningen, noodig tot de reparatie yan de Kerke tot Aelsmeer. Den 11 Mey 1595* VIII. Deel. Vy Re-  Betreffende de Kerken ordening. ven, met toefendingc van defelve Refolutie, omme haar daar na te reguleeren, ten ware dat het welgemelte Bof reden had ter contra- Op de Requeste van de Ciasfis van Leyden en Neder-Rhynland; Is na deliberatie goedgevonden, dat aan dezelve zal worden betaald de fomme van agt honderd en agt guldens, over de onkosten gedoogt in 't Kerkelyk different van Woubrugge, met dien verftandc, dat na date van deze zoodanige onkosten tot laste van den Staat niet en zullen 8. Is geleefen een Brief van de Lïeeren Gecommitteerde Raaden van den NoorderQuartiere, in dato den zes en twintigften der voorleeden maand November, wefende responfief op den Brief van haar Edele Groot Mog. van den 29 September voorleden, hebbende tot Bylage gehad de refcriptie van den Hove Provinciaal, wegens het intrecken van zeeker Mandament Poenaal, by de Regeerders van de Niedorpen, op ende jeegens de Kerkmeefteren aldaar geimpetreert; waar by zynde geleefen de Refolutie van haar Edele 9* Zyn in de Vergaderinge gekomen vyf Ge; deputeerden van de Zuyd ende NoordHollandfche Synode, ende hebben aan haar Edele Groot Mog. zoo mondeling als fchriftelyk omftandelyken gereprefenteert de vermetele ftoutheid ende exorbitant bedryf van de Pausgefinden in de Meyerye van den Bosch, 339 riet waar op zy haar Edele Groot Mog.met den eerften zullen hebben te referibceren. worden aangenoomen, nog van de een nog van de andere' zyde, dan na fpeciale' deliberatie en formeele Refolutie dienthalven te neemen. [NB. Ziet wegens diergelyke gevallen de Refolutien van den 29 Mey 1743. en 8 Maart 1754.] Groot Mog. van den 4 October 1625, op het voorfchreeve fubject ftaande, .ende het zelve decideerende; Is naa deliberatie goedgevonden, dat het Plof Provinciaal zal werden aangefchreven, ten einde het opgemelde Mandament Poenaal werde ingetogen, zonder zig met diergelyke differenten, over Geeftelyke Goederen ontftaande, meer te bemoeijen, maar defelve te laten ter judicature en kennisfe , zoo in 't posfesfoir, als in 't petitoir, volgens de opgemelte Refolutie van den 4 October 1625. om te beletten den loop des Èvangeliums, ende reformatie aldaar, voorflaande tot remedie van dien zonderlinge twee po/néten, te weten het weeren van de Papen, mitsgaders de Papisten Officieren, Secretarisfen, &c. ten tweeden, van nieuws recommanderende het vermeerderen van de Tractementeu van de Vv a Pre- Refolutie van de Staaten van Holland, no* pens de betalinge der onkosten van de Ciasfis van Leyden over het Kerkelyk different van IFoubrugge. Den aj November 164.8. — [Ziet nopens dit different de Refolutien van den 20 July 1635. en 20 December 1647.' in 't 2de Deel van 't Kerkcl. PI. Boek, pag. 326 en 360.] Refolutie van de Staaten van Holland, zuaar by den Hove Provinciaal is aangefchreeven haar Mandament Poenaal, aan Regeerders van Niedorp tegens Kerkmeefteren aldaar verleent, in te trekken, zonder zig met diergelyke differenten over Geeflelyke Goederen meer te bemoeijen. Den 4 December 1648. Refolutie van de Staaten van Holland, raa* kende de exorbitantie en ftoutheid van de Pausgegefmden, en de augmentatie Van de Tra&ementen der Predikanten ten platten Lande, met een f omme van vyftig guldens; als mede een Ampliatie van het Kindergeld voor het' vyfde Kind tot het agt ft e incluis. Den 3 December 1649.  Betreffende de Kerken-ordening. minst in huure opbrengende; -Ende het verdere kort by fubfidie wc de Comptoiren van de gemeene Middelen daar by moeten werden gedaan. Ende ten annzicne van den Noorder - Qunrtiere, alwaar geen aparte ontfang van de Geestelyke Goederen is, maar der Kerken Goederen geadminiftreert worden by de refpeétive Geregten van de Dorpen, aldaar zoude het meerder gedeelte van de voorfz. algemeene ÏO. Is geleezen het advis van de Heeren Gecomm. Raaden op vier diftinéte poinclen, by de Gedeputeerden van de Zuidhollandfche Synode voor deezen gemoveert, in voegen hier na volgende. Edele Groot Mogende Heeren! E enigen tyd geleeden is in den naame van de Zuidhollandfche Synode, jongst vergadert geweest tot Schoonhoven, aan Uwe Edele Groot Mog. verzoek gedaan van vierderlei zaaken, als, Ecrifelyk, dat de augmentatie van de Traétementen der Predikanten meede volgen mogte die in de kleine Steeden. Ten tweeden, dat de voorfz. augmentatie mogte aanvang neemen met den 3 December 1649. ende^ niet met Januarius 1650. Ten derden, dat de Atteftatien in plaatfe van volgens de geraamde ordre te pasfeeren by de Schouten ende Geregten, aangaande het getal en den ftaat der Kinderen van de Predikanten, mogte worden verleent by de Kerkenraaden ofte Clasfen. Ende ten laatften, dat weggenoomen mogten werden de reftriétien ende limitatien, by de voorfz. augmentatien gedecerneert, daar in beftaande, dat in geen confideratie moogen koomen, Kinderen ten huwelyken ftaate, tot avancement, ofte ook tot den ouderdom van 25 jaaren gekoomen zynde, en dat met meergemelde augmentatie zyn koomen te cesfeeren alle voorgaande extraordinaire fubfidien. Waar op Uwe Edele Groot Mog. tot voldoeninge van derzelver Refolutie gelieven gedient te weezen, voor zoo veel het eerfte point aangaat, dat (onder 't wel- 341 augmentatie gevonden konnen werden uyt het inkoomen van gemelte Kerke Goederen • Ende het vordere ter bester mesnage moeten verftrekt worden uyt de gemeene Middelen. Dog refereeren haar de Gecommitteerde Raaden niet te min tot Uwe Edele Groot Mog. wyfe dispofitie. Gedaan in den Hage uyt den naam van de Gecomm. Raaden van beyde de Quartieren, den 27 Juny 1645. neemen van Uwe Edele Groot Mog.) wel dienftig ende noodig weezen zoude, alvoorens daar op finalyk te difponeeren, dat ge weeten werde, welke Predikanten onder die van de kleine Steeden werden begreepen, ende dat zulks de Gedeputeerden van de voorfz. Synode behooren uit te brengen fpecificatie van dezelve, ende daar beneffens by verklaaringe van de Magiftraaten der respeétive kleine Steeden doen blyken, hoedanigen Traétement dezelve Predikanten zyn trekkende, zoo weegens het gemeene Land, als tot laste van de meergeroerde Steeden in 't particulier. Dat het tweede poinét behoord gelaaten te werden by den voet dienthalven genoomen, als met de ordre van het Comptoir der Geestelyke Goederen tot Delft, jongst geftaan hebbende onder het bewind van den Ontfanger Schilperoort, best is overeenkoomende. Dat de Atteftatien, geroert in het voorfz. derde poinét, in aanzien van de fcrupule der Predikanten, yoortaan zouden moogen verleent werden by de refpeétive Kerkenraaden, ende geteykent by twee van denzelven uit aller naam. Ende wat het laatfte point aangaat, meinen de Gecomm. Raaden (onder het welneenem als vooren) dat de voorfz. limitatien ten aanzien van getrouwde, ende ongetrouwde Kinderen, ende anders , vry hard zyn, ten opfigte dat de Predikanten door het uit-huwelyken van haare Kinderen niet alleen veeltyds van haaren dienst ende hulpe ontzet, maar ook meer bezwaard als verligt werden, ende dat zulks het getal van Kinderen in 't leeven hlyvende, de voorfz, fubfidien ofte augmentatien daar na zonder onderfcheid behooren te werVv 3 den Refolutie van de Staaten van Holland op vier diftindte Poinclen, by de Synode van Zuidholland voor gefield, omtrent de augmentatie van de Traktementen der Predikanten, en het pasfeeren der Atteftatien wegens het getal hunner Kinderen, mitsgaders het wegneemen der limitatien nopens het Kindergeld, by vorige Refolutie gemaakt. Den 2 Maart ió$i.  Betreffende dc Kerkcn-ordening. ^ *3» Refolutie van de Staaten van Holland, raa* , kende tle augmentatie van Tractement voor 'de Pre¬ dikanten ten platten Lande, ter fomme van honderd guldens sjaars. Den 6 Decemfer 1675. BY refumptie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden, in voldoeninge van derfelver Refolutie van den 25 September 1,661. geformeert alhier in den Hage den 29 November daar aan volgende, op de Requeste by "die van het Ciasfis van Zuidholland aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, daar by dezelve verfogte augmentatie van Tractement voor de Predikanten ten platten Lande, breeder onder de Notulen van den 8 en 9 December van den jaare 1662. voornoemt gementioneert; Plebben de Heeren van dc Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, in den naame en van weegen Burgemeefteren en Vroedfchappen van dezelve Steeden, gecon- fenteert en bewilligt, gelyk haar Edele Groot Mog. confenteeren en bewilligen mits deefen, in de augmentatie van het voorfz. Tractement, tot hondert guldens jaarlyks voor alle de Predicanten ten platten Lande, zonder onderfcheid, en boven het geene defelve jegenwoordig zyn genietende, de voorfz. augmentatie in te gaan en aanvang te neemen met den 1 January 1076. En is voorts goedgevonden en verRaan, dat de Heeren Gecom- l mitteerde Raaden in beide de Quartieren zul.len werden verfogt en gelast, gelyk defelve verfogt en gelast werden by deefen, de nodi- / ge ordre te ftellen, ten einde defe haar Edele Groot Mog. goede meeninge en intentie zyn / effect bekoomen mag. I4« Refolutie van de Staaten van Holland, raa¬ kende het oeffenen van de publicque Kerkelyke Cen[ure. Den 18 September 172.7. TT\e Heer Hendrik van Hees, Raad inden JL-X Hoogen Raade, hebbende in qualiteit van Commislaris Politicq wegens haar Edele Groot Mog. bygewoont het jongfte gehouden Zuydhollandfche Synode, ter Vergaderinge verfcheenen zynde, heeft by monde omftandig Rapport gedaan van de voornaamfte zaaken , welke voorgevallen zyn jii het voorfz. Synode, en in het byzonder van de gehoudene deliberatien over het revideeren, en maaken van verfcheiden generale Kerkelyke Wetten en Reglementen, en over het exerceeren van de publicque Kerkelyke Cenfure, op een wyze, welke zedert een langen tyd van jaaren in de meeste Kerken zeer zelden gepractileert is. Waar op gedelibereert zynde, is de gemelde Commisfaris Politicq voor zyn goede en voorfigtige conduite, in het voorfz. Synode gehouden, bedankt: En is voorts goedgevonden en verftaan, dat de poincten van deliberatie, fpruitende uit het voorfchreeve Rapport, welke de gemelde Commisfaris Politicq ten dien einde verzogt word kortelyk in ge- fchrift te vervatten, door de Heeren van Leyden , en andere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken geëxamineert, en de Vergadering vervolgens van derfelver Confideratien en Advis gedient zal worden: En dat dien onvermindert de Commisfarisfen Politicq tot de beide. Synoden zullen verfogt en gelast worden by continuatie te dragen de noodige zorg, ten einde dat de Synoden omtrent de voorfchreeve, en omtrent alle andere zaken zig onthouden, van,, in het vigileeren voor dè gerecipieerde Leere, en voor de goede Zeeden, waaromtrent zy altyd hebben te wagten de hulp en voorftand van haar Edele Groot Mog., iets te onderneenen, ofte te ftatueeren, zonder derzelver voorkennis en goedvinden, 't welk niet zou3e overeenkomen met voorige Refolutien en Drdres van haar Edele Groot Mog., of met iet geen, dat zedert lange jaaren in de Kerken geufeert is. En dat het zelve , ten opIgte van de Kerkenraaden, zal worden gere:ommandeert aan de Burgemeefteren en Re* meerders van de relpective Steeden,  Betreffende de Kerkén-orcfeniög. 345 van verkooping van de Amtagwheerlykheid van 's Gravendeel en Leerambt het Articul fpreekende van het Beroep van Predikanten aldaar te redresieeren conform het Verdrag in de Re¬ queste gemeld, en daar van te doen geeven de noodige advertentie aan de Gegaadigdens voor de verkooping. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre op de beroepinge yan een Predikant op1 de Dorpen yan Westmaas en Groupi Den a8 >lJ i73i. De Heeren Gecommitteerden tot de zaaken van de Domeinen hebben ter Vergadering gerapporteerd, dat Zy, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinftement Commisforiaal van den 2 6 deezer , hebben geëxamineert de Requeste van de Gedeputeerden van het Zuidhollandsch Synode , met en van weegens de Kerkenraad van Westmaas, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, ten einde zeeker Articul geinfereert in de gedrukte Conditen van Verkooping der Ambagts-heerlyklieeden van Westmaas en Group, raakende het Beroep van een Predikant over defelve Dorpen, gecorrigeert en verandert mogte worden: dat zy Heeren Gecommitteerden wel eenige reflexien hadden gehad, of haar Edele Groot Mog. eenige Requesten behooren aan te neemen, die niet door den Predikant of Kerkenraad van de piaatfen zelfs aan haar Edele Groot Mog. wierden geprefenteert; als meede, of de zaak in de voorfchreeve Rqueste vervat van die importantie was, om voor haar Edele Groot Mog. te worden gebragt, immers na dat de tyd der Verkooping reeds zoo ver was ingefchooten , dat de Schout en Geregte van Westmaas en Group niet tydig genoeg ontbooden en gehoort zouden hebben konnen worden, en het different in questie haar concerneerende, met geen gevoeglykheid afgedaan zoude konnen worden zonder hen te hooren : Maar dat zy, alles geconfidereert, meest inclineerden, en van advis zouden zyn, dat, zonder te treeden in eenig verder onderzoek op de gefundeerdheid of ongefundeertheid van de gedaane klagten, door haar Edele Groot Mog. behoorde te worden verklaart, derfelver meening en intentie te weefen , dat zoo dikwils de Predikantsplants op de voorfchreeve twee Dorpen vacant mogte worden , omtrent de fuppletie van dien zal moeten worden gevolgt in alles het voorig gebruik, en dat de gedrukte Koops - Conditiën tot zoo ver daar meede gereétificeert of opgeheldert behooren te worden. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mog. haar met het bovenilaande advis geconformeert: En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden, die de Verkooping zullen waarneemen, by deefe verfogt hier van, voor de veiling, behoorlyke denuntiatie of advertentie te laaten doen. 18. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende ordre op de beroepinge der Predikanten te Rans dorp, IPo li floot, Durgerdam, Zuiderwoude, Uitdam, Landsmeer, Watergang, Sunderdorp, Nieuwendamh Broek, Schellingwoude en Buykfloot, alle Dorpen in Waterland*. Den 28 July 1731. De Heeren Gecommitteerden tot de zaaken Van de Domeinen hebben ter Vergadering gerapporteerd de confideratien en het adVis van defelve Heeren Gecommitteerden, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Appoincfemeht Commisforiaal van den 19 deefer maand, geëxamineerd de Requeste van Burgemeesters en Regeerders van de zes gecombineerde Hoofddorpen van Waaterland, aanhaar Edele Groot Mog. geprefenteert, waar by defelve verfogten, dat in de gedrukte Koops-Conditiën, waar op de Ambagts heerlykheeden van defelve Dorpen wegens haar Edele Groot Mog. aangeilaagen waaren, om te worden verkogt, deefe en geene veranderingen mogten worden gemaakt. Waar op gedelibereerd, en voor al ia agVHI Deel. * tinge genoomen zynde , eensdeels dat geene van die remarques het Regt van de Graaffelykheid of Hoogheid van deefe Provincie concerneeren, maar de respect!ve Dorpen onderling , en anderdeels, dat van defelve Remaï^ ques de eene meer, en de andere minder important zyn; Is goedgevonden en verRaan, dat om aan de inclinatie van Burgemeesters en Regeerders van de voorfchreeve zes gecombineerde Hooftdorpen te gemoet te koomen, in de gedrukte Koops Conditiën de veranderingen hier na volgende zullen worden gemaakt. Als eerstelyk, op het Capittel van Ransdórp, Durgerdam, en Holiüoot, met een klein gedeelte van Uitdam i Dat verkogt zal worden de Ambagtsheerlyfc- Xx heid  Betreffende de Kérken-ordening*. o 34/ Sehellingwoude zal worden gevoegt, dat defelve meede fungeeren in het C/vil en Crimineel als de andere Hoofddorpen, dienen een jaar, cn worden &c. Dat het Articul van de zes Kerkmeesteren zoodanig geëluci  Betreffende de Kerken ordening. 381 veel het voorleedenc-aangaat, werden gelaaten by het regt en posfesfie, welke zy geacquireert en geëxerceert hebben ten opfigte van de Goederen, nagelaaten by Perfoonen door haar gealimenteert, en fonder Kinderen, Kindskinderen, of verdere Descendenten overleeden, zonder daar in eenige prejuditie te lyden; en ten aanfien van het toekomende geauthorifeert en gequalificeert, om te mogen behouden en na zig te neemen al het geene zal worden nagelaaten door eenige Kinderen'of andere Perfoonen door de Supplianten gealimenteert, minneer defelve koomen te fterven zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Descendenten na te laaten , ten ware defelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke defelve Kinderen of andere Perfoonen voor den tyd van haare alimentatie of eigen of aanbeftorven zyn, voor haar te blyven behouden, daar onder niet begreepen het geene defelve Kinderen of andere Perfoonen gëduurende derfelver alimentatie by Erffenisfen, Legaaten of Giften zouden moogen hebben verkreegen, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen mogen genieten den tyd van de voorfz. alimentatie en langer niet. En by welke Octroyen de Supplianten verder in gevolge van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den ld. Juny 1751 zullen worden geauthorifeert en gequalificeert, om in geval een bejaard Perfoon, Kinderen, KindsKinderen of verdere Descendenten hebbende, by henlieden werd gealimenteert, en defelve gëduurende die alimentatie eenige ■Erffenisfe, Legaat of Gifte op komt, welke door de Supplianten ontfangen word, by het fterfgeval van zoodanig een bejaart Perfoon van die* opgekoome Erffenisfe, LegaatofGifte, welke aan de Descendenten zal worden uitgekeert, af te trekken, en voor haar te behouden het montant der alimentatie by de overieedene bejaarde Perfoon genooten, zonder dat de gemelde aftrekking egter eenigfints verder als de voorfz. alimentatie zal moogen worden geëxtendeert. 76*. Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de fuppletie van het Traclement van den Predikant te Loenen. Den 17 January 1756. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 15 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinctement van den 26 Juny 1755, geëxamineert de Requeste van Mr. Ysbrand Kiest Balde, Heere van Kronenburg Loenen, verfoekende om reedenen daar by in het breede geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende den Ontfanger Generaal van de Geestelyke Goederen te Delft gelieven te authorifeeren, om het geene by den Suppliant in de voorfchreeve Requeste word aangebooden, met 'er daad gepresteert zynde, van nu voortaan, in plaats van twee honderd en vyftig Guldens, agtervolgens haar Edele Groot Mog. Acte van den 17 Augustus 1696, aan den Predikant te Loenen jaarlyks, ingaande met den 1 July 1755, te betaalen een fomme van vier honderd guldens tot fupple- ment Traclement van den denfelven Predikant. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Ontfanger Generaal van haar Edele Groot Mogende Kerkelyke Goederen,Mr. Gerard van Vredenburch,mits deefe te authorifeeren en te gelasten, om aan den Predikant van Loenen in plaats van twee honderd en vyftig Guldens jaarlyks te betaalen een fom van vier honderd Guldens, in te gaan met den 1 January i75d, mits de Suppliant aanneeme en by folemneele Aèfte beloove, het resteerende Tractement van twee honderd en vyftig Guldens's jaars aan den Predikant te Loenen te doen betaalen, met het geene verder tot den Kerkendienst aldaar behoord , en daar voor affecteeren een Capitaale fom van veertien duyfend Guldens aan Obliga-. tien ten lasten van het gemeene Land van Holland en Westvriesland. 77- Refolutie van de Staaten van Holland, tot main- tien van de aucloriteit der Regeering van Rotterdam, betrekkelyk de beroeping van een Predikant aldaar. Den 23 January 1756. De Heer Penfionaris van Royen heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaacken, hebbende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 2 6. November laatstleeden, geëxamineert de Propofitie, door de Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam, uit den naam en van wegens de Heeren haare Principaalen ter Vergadering gedaan, ter oorfiiake van de weigering van denGrooten Kerkenraad aldaar, omme volgens de handopening op den 29. July 1755 door de Heeren van de Bbb 3 Weth  Betreffende de Kerken-ordening. og^ 7^. Refolutie van de Staaten van Hottend, ten einde zeekere Proces-kosten, by den Kerkenraad yan Weefp gemaakt, niet ten lasten yan de Steede Casfe van Weefp gebragt zouden worden. Den 6 Maart 1756". Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 3 deefer, hebbende', in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinétement Comïnisforiaal van den 24 January 1755 , geëxamineert de Requeste van Hendrik van Neck cum fuis , Oudburgemeesteren en Raaden, en Oudfcheepenen der Steede Weesp, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende; dat haar Edele Groot Mog. fouden gelieven in te trekken en te ftellen buiten effect de Refolutie by eenige Leeden van de Regeeringe der Stad Weesp op den 3 November 1754 in dewaereld gebragt, waar by was verftaan, dat alle de Kosten derproceduuren by den Kerkenraad der Steede Weesp tegens de Ciasfis betreftende de zaake van Johannes van Wena gevoerd, uit de Stads Casle ibuden worden betaald, en dat haar Edele Groot Mogende in tegendeel zouden gelieven te verftaan, dat geene van de kosten by den Kerkenrad van Weesp, weegens de voorfchreeve procedures bereids gemaakt of nog te maaken, met alle de gevolgen en aankleeven van dien, tot laste van de Steede Casfe van Weesp moogen worden gebragt, ofgeieeden, direételyk of indireételyk; of wel dat haar Edele Groot Mogende in deefe zoodanige andere voorfieninge zouden gelieven te doen en te refolveeren, ais defelve ibuden vinden te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de voorfchreeve Refolutie by eenige Leeden van de Regeeringe der Steede Weesp op den 3 November 1754 genoomen, inits deefe te ftellen buiten effect, en teffens te gelasten, dat om de byfondere. omftandigheeden der iaake geene van de kosten by den Kerkenraad van Weesp, weegens, de procedures tusfehen den zeiyen Kerkenraad en de Ciasfis van Amfterdam gemaakt, met den gevolge en aankleeven van dien, tot laste van de Steede tasle van Weesp mogen worden gebragt of geleeden, direételyk of indireételyk. Zullende hier van Extraét worden gefonden aan Burgemeesteren en Regeerders der Steede Weesp, mitsgaders aan den Kerkenraad aldaar, om te ftrekken tot derfelver narigt, en zig daar na te reguleeren. 80. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Octroy op V ftuk der Erffenisfen aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Worm'erveer. Den 19 Maart 175Ó. Op de Requeste van Diaconen van de Gereformeerde Gemeente teWormerveer, is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6 Juny 1733. ten behoeve van de Supplianten zal worden verleent Octroy, waar by defelve werden gequalificeert en geauthorifeert, om te moogen behouden en na zig te neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige Perfoonen door hun Supplianten gealimenteerd en groot gemaakt, wanneer defelve koomen te fterven zonder Kinderen, Kindskinderen en verdere Defcendenten na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of hunne Succesfeurenin der tyd daarvan uitkoop hadden ge¬ daan ; mitsgaders. om de geringe Middeltjes 5 welke de Kinderen of bejaarde Perfoonen, die door de Supplianten reeds worden . gealimenteert, of na deefe gealimenteert mogten wor « den, voor den tyd haarer alimentatie eigen of aanbeftorven zyn, voor hunne Diaconie té blyven behouden; daar onder nogtans niet begreepen het geene defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen gëduurende haare opvoeding of alimentatie by Erffenisfe, Legaat, öf Gifte zouden moogen verkrygen, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lang defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen opgevoed of gealimenteerd zullen worden, en langer niet. Re  Betreffende de Kerken-ordening. 3*5 83. Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende remisfie van ordinaris en extraordinaris Verpondingen aan Kerkmeefteren én Regenten van Oterleek op de Kerkelanden aldaar, en voorts combinatie van de, Kerk te St. Pancras met de Kerken te O ut dorp eiKOterleek, met bepaaling nopens de Paftorye en het Traclement van den Predikant aldaar. Den 18 January 1757. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Kaaden in Westvriesland en het Noorder Quartier , ter Vergadering ingekoomen den 16 December van het voorleede jaar, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 20 Mey daar te vooren, geëxamineert de Requeste van Kerkmeesteren van de Gereformeerde Kerke te Oterleek, gevoegt met de Regenten aldaar, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, eerftelyk RenpsÖë van het agtervveefen der ordinaris en extraordinaris Verpondingen op de Kerkelanden verfchuldigt tot 1755 incluis, ter foramc van' twee duifend zes honderd vyf en iwintig guldens zes penningen; ten anderen, dat de Kerkenlanden na den jaare 1755 moogen genieten vrydom van de Verpondingen, waar meede defelve zyn aangeflaagen ter fomme van een en tagtig guldens twee ftuivers tien penningen ; en tenderden een fubfidie van drie honderd neegentig guldens 's iaars tot fupplement van het gemis, het welk de Supplianten fustineeren, dat voor zooverre haare "jurisdictie ftrekt in debedykte Schermer, uit kragte van het in den jaare 1736 verkreegen Octroy ten behoeve van haar Kerk had moeten koomen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe aan de Supplianten te verleenen quytfchelding van een fomme van twee duifend zes honderd en drie guldens zeeven ftuivers en twee penningen weegens agterftallen van ordinaris en extraordinaris Verpondingen op de Kerkenlanden tot Oterleek tot den jaare 1755 incluis verfchuldigt, met authorilatie op de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende, om de noodige Ordonnantiën desweegens te doen depecheeren, mits gebleeken zal zyn, dat de Regenten van Oterleek het boovengemelde agterftal aan de Kerk aldaar hebben geremitteert; wordende der Supplianten andere en verdere verdoeken gevveefen van de hand; en is verder goedgevonden en verf!aan, mits deefe te verklaaren, dat de Kerk te St, Pancras zal worden gecombincert mét de Ke'vken tot Ontdorp en Oterleek, zoodanig dat de Paftorye zal blyven tot Ontdorp, en de Predikant genieten tot Traétement zes honderd guldens, mitsgaders tweemaal vyftig guldens voor de dubbelde Combinatie, waar toe zal betaalen Outdorp één honderd guldens, en het gemeene Land vyf honderd guldens voor Tractement, en tweemaal vyftig guldens voor de dubbelde Combinatie, en dat dienvolgende, by de eerfte Vacature vallende tot Outdorp of St. Panels, de Predikants plaats niet zal worden gefuppleert, maar de Combinatie aanvang neemen; wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden, te Hoorn refideerende gequalificeert, om de noodige ordre ter executie van dien te ftellen, mitsgaders te disponeeren omtrent het geene dien aangaande zal voorkoomen en meer nodig zal worden bevonden te behooren. En zal ten dien einde Extract van deefe Refolutie aan ^de gemelde fleeren Gecommitteerde Raaden worden toegefohden. 84. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by den Kerkenraad van *s Hage gelast word, om in een geval, in 't welk eene nominatie van Predikanten by den PJove geapprobeert, en by den Magiftraat van 'sHage gefeponeert was, op nieuw een 'drietal te formeeren, en ter approbatie refpeclivelyk te prefenteeren. Den 29 January 1757. TT\e Heer Penfionaris van Royen heeft ter \jr Vergadering gerapporteert, dat de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, in gevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 30 November laatstleeden, hebben geëxamineert de Reque?te door of van weegens den Grooten VIII. Deel Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier in den Plage aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, daar by te kennen geeven de, dat een Predikantsplaatfe in defelve Gemeente in Maart van het afgeloope jaar i75d door overlyden zynde koomen tevaceeren, zy Supplianten korten tyd daar na, zoo by den Hove van Holland als by Burge* C c c mees-  Betreffende de En dat eindelyk door de Gecommitteerden vim de voorfchreeve Groote Kerkenraad napraeleéture in het befoignc aan de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden was overgegeeven een Memorie, behelfende voornatnentlyk de korte Notulen of Extracten van het geene in het Register van den Kerkenraad was aangeteekent, zoo met relatie van het gepasfeerde gëduurende het jegenwoordig gereeledifferent, als met opfigt tot het geene was voorgevallen in den jaare 1604., en vervolgens, ter geleegenheid van de geformeerde, dog eenen andermaal gefeponcerde Nominatien tot fuppletie van de doenmaals exteerende vacature door het overlyden van wylen den Predikant Saldenus. Dat de ITeeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden uit het gunt voorfchreeve is hebbende gefien, dat 'er geen middel overig bleef om het ontftaane different met onderlinge harmonie te concilieeren, vervolgens waaren getreeden tot het examen der voorfchreeve aan hun overgeleeverde Extract Notulen en Refolutien van den Hove hier neevens gevoegt fub Litt. A., en van de Memorie der Gecommitteerden van den Grooten Kerkenraad voornoemt ten deefe annex fub Litt. B. en daar uit bevonden hadden , dat de reedenen, welke den Pr&Cident en Raaden van den Hove van Holland tot het declineeren van den voornoemden voorflag gedetermineert hadden, in fubftantie daar op uit quaamen, dat in en omtrent het formeeren van de- voorfchreeve Nominatie niets informeels was gepasfeert, maar dat desaangaande volkoomen was geobferveert het vyfde en zeevende Articulen van de Ordre en het Reglement by haar Edele Groot Mogende tot confervatie van de rust en vreede in de Kerken deefer Provincie op den 18 December 1694 gearrefteert, dewyl nog op de Leer nog op het Leeven der genomineerde Predikanten iets te feggen viel: En dat voorts de voorfchreeve Memorie van de Gecommitteerden van de voornoemde Groote Kerkenraad niet anders inhield, dan het geene daar van hier bevoorens reeds was gemeld, dog dat niettemin daar uit teffens zeer klaar bleek, dat het ongeluk in den jaare 1695 gewild hebbende, dat het eerfte geformeerde drietal by den Hove geapprobeert, en by de Magiftraat van den Hage gefeponeert was geworden, daar op by den Kerkenraad was geprocedeert tot het formeeren van een tweede drietal, en dat het zelve doenmaals by den Hove gefeponeert, en by de gemelde Magiftraat geapprobeert zynde, meergemelde Kerkenraad zig daar door hadde genoodfaakt gevonden, om ten derdemaaien tot het formeeren van een nieuw drietal te koomen: En dat zy Heeren Gecommitteerden vervolgens dienende van derfelver Confideratien en Advis, onder verbeetering, van gedagten waaren, dat in aanmerking, dat in het geval in qusestie de approbatie van den Kérken-ordening. ^ Hove van Holland, tegens de fepofitie van den Magiftraat van 's Gravenhage overftond cn dat die beide Magiftraaten in dit geval, ieder ten zynen opligte employ gemaakt hadden van een regt, waar toe zy indisputabel bevoegc waaren volgens de gedeclareerde intentie van haar Edele Groot Mogende vervat in derfelver Refolutie van den 17 September 1687, (als waar by wel uitdrukkelyk geftatueert is, niet alleen dat die geene, welke het regt van approbatie hebben, ook hebben het regt van reprobatie, maar ook dat zy ongehouden zyn van het geene zy dien aangaande koomen te doen,eenigereedencnte geeven) en dat mitsdien van deefe zaake zonder prejudicie of atteinte toe te brengen aan het regt, zoo aan den Pradident en Raaden van den voorfz. Hove, als aan de Magiftraat van den Hage ten deefe competeerende, geen afkomst konde werden gemaakt, ten zy 'er op nieuws tot het formeeren van een ander drietal van Predikant ten wierde geprocedeert, gelyk zulks ook in | de fuppletie van de hier boovengemelde Vacature, door het overlyden van den voornoemden Ds. Saldenus geoccaCioneert, eenen andermaal was gepractizeert, derhalven haar Edele Groot Mogende den voorfz. Grooten Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier behooren te authorifeeren en te gelasten, omme zoo fpoedig doenlyk zal zyn tot het formeeren van een nieuw drietal van Predikanten te procedeeren volgens Kerken-ordre en het gebruik alhier in den Hage vigeerende, en het zelve vervolgens wederom ter approbatie, zoo aan weigemelden Hove van Holland, als aan Burgemeesteren van 's Gravenhage te prefenteeren. En dat Extra& van de Refolutie hier op te neemen behoorde te werden ter hand geftelt aan den Prefident en Raaden van den Hove mitsgaders aan den Magiftraat van den Hage' als meede aan den Grooten Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier, omme zig, ieder ten zynen reguarde, daar na te reguleeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Grooten Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier te authorifeeren en te gelasten, omme, zoo fpoedig doenlyk zal zyn, tot het formeeren van een nieuw drietal van Predikanten te procedeeren volgens Kerken-ordre en het gebruik alhier in den Hage vigeerende, en het zelve vervolgens wederom ter approbatie, zoo van den Plove van Holland, als aan Burgemeesteren van 's Gravenhage te prefenteeren. En zal Extract deefes gefonden worden aan den Praüdent en Raaden van den Hove, mitsgaders aan de Magiftraat van den Hage, als mede aan den Grooten Kerkenraad van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier, omme zig ieder ten zynen reguarde daar na te reguleeren. Ccc a Re-  Betreffende de Kerken-ordening. 389 den 7 October 1756, hebben geëxamineert dö Requeste aan haar EJcle Groot Mogende geprsefenteert by of van weegens Samuel Hubert en Nicolaas Stephanus Werdenier, Predikanten te Hoorn en Enkhuifen, als Deputati van het Christelyke Synodus van Noordholland daar by om geallegeerdc reedenen veribekende, dat het haar Edele Groot Mogende zoude moogen behaagen by interpretatie van de Koopconditien van de Ambagtsheerlykheid van Ufshem te decideeren, of liet regt van approbatie en improbatie van Predikanten in de gemelde Ambagtsheerlykheid, aan den tegenwoordigen Ambagtsheer met gemelde Ambagtsheerlykheid is verkogt, dan ol" bet zelve aan Scheepenen van Urshem alleen competeert. Dat zy Heeren Gecommitteerden geinforfteert zyn geworden, dat Mr. Willem Dekker de voornoemde Ambagtsheerlykheid van Urshem in den jaare 1730. uit de Domeinen van haar Edele Groot Mogende gekogt hebbende, het in den jaare 1744. gebeurt is , dat de Predikantsplaats aldaar in den zeiven jaare zynde koomen te vaceeren, een Predikant door den Kerkenraad derfelve Plaatfe beroepen, en vervolgens bevestigt was geworden, zonder dat het zelve beroep ter approbatie aan den voornoemden Ambagtsheer was geprefenteert geworden. Dat gemelde Ambagtsheer fuftineerende daar van in posfesfie te zyn, in den jaare 1745. van den Hoogen Raade hadde verfogt en geobtmeert Mandament van Maintenue, en uit kragte van dien geconcludeert, om in qualiteit als Pleer van Urshem te worden gemaintineert, geftyft en gefterkt in de posfesfie fel quafi van in cas van beroepinge van een Predikant te Urshem door den Kerkenraad aldaar, te hebben de approbatie. Dat daar tegen door die van den gemelden Kerkenraad, mitsgaders door Scheepenen van Urshem, als zig voor hun regt en interest met den Kerkenraad voegende, het interdict, redoubleerende en eisch doende in reconventie, geconcludeert is, dat zy zouden worden gemaintineert, geftyft en gefterkt in de posfesfie vel quafi van in cas van beroepinge van een Predikant tot Urshem, defelve beroeping te doen zonder eenige concurrentie veel min approbatie van den gemelden Ambagtsheer. Dat die zaak vervolgens zoo in conventie als in reconventie wel heeft gekreegen een behoorlyk voldingen, dog dat defelve nog door den Ambagtsheer, nog door den Kerkenraad en de Gevoegdens met defelve niet is voortgefet, en alfoo tot nu toe is gebleeven litispendent. Dat ondertusfehen de gemelde Mr. Willem Dekker na Oostindiën vertrokken zynde, in het begin des voorleeden jaars de Predikantsplaats te Urshem door het beroep en vertrek van Ds. Henricus Spykers na Boovencarfpel, weeder is koomen te vaceeren, en dat daar door te gelyk de voorfz. nog ongedecideerde questie is vernieuwt geworden. Dat zy Heeren Gecommitteerden vervolgens het voorfchreeve verfoek van de Supplianten in overweeging genoomen hebbende, gemeent hebben, dat haar Edele Groot Mogonde het zelve niet gevoeglyk zouden kunnen accordeeren, devvyl het voorfz. gefchil bereids aan den Regter is gebragt en aldaar zyn voldingen heeft gekreegen,en dat de gemelde procedures door dc verfogte interpretatie vernietigt , en de gemelde Ambagtsheer, zonder daar over gehoord te zyn, in het ongelyk zoude kunnen geftelt worden. Dat zy Heeren Gecommitteerden wel getragt hebben te effeétueeren, dat deefe zaak binnen kort, het zy judicieel, het zy in der minne, wierde getermineert, of dat ten rriinften daar van een provifionccle afdoening wierde gemaakt, dog dat zy daar in zoo weegens de uitlandigheid van gemelden Ambagtsheer, als weegens het overlyden en quiteeren der Practizyns, die in deefe zaak gedient hebben, niet hebben kunnen reusfecren. Dat zy ondertusfehen geconfidereerd hebbende, dat de Gemeente te Urshem nu meer dan een jaar lang van een ordinaris Leeraar gepriveert is, en daar by vreefende dat defelve daar van door het traineeren der voorfz. procedures nog in lange niet zal worden voorfien , gemeent hebben, dat vermits de prejuditie , die de voorfchreeve Gemeente daar by komt te lyden, en dat het zelve ook ten eenenmaale ftrydig is met de heiltaame. oogmerken en Refolutien van haar Edele GrootMogende, hét ten hoogften noodig is, dat door de authoriteit van haar Edele Groot Mogende daar tegen voorfieninge werde gedaan. Waar op gedelibereerd zynde, is conform het Advis van de gemelde Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, de gemelde Supplianten in hun qualiteit mits deeien te qualificeeren, om met en beneevens den Kerkenraad van Urshem hier vooren gemeld, een Perfoon van een onbefprooken leer en leeven tot Predikant op de voorfz. Plaats (des noods met meerderheid van ftemmen) te beroepen, om vervolgens na Kerken-ordre bevestigt' te worden, zonder dat die beroepenePredikant,nog door den Ambagtsheer, nog door het Geregt van Urshem zal worden geapprobeert, alles met dien verftande, dat het zelve alleen plaats zal hebben in dit particulier geval, zonder confequentie voor het toekoomende, en zonder eenige prejuditie van het regt en posfesfie van de discrepeerende Partyen over en weder; en wyders de voorfz. differenten tusfehen den Ambagtsheer en den Kerkenraad en de, Gevoegdens met den zeiven te renvoyeeren en over te laaten aan de ordinaris Juftitie. En zal Extraét van de Refolutie hier op te neemen gegeeven worden aan de gemelde Supplianten , en den voorfz. Kerkenraad van Urshem , om zig daar na te reguleeren. Ccc 3 Re-  Betreffende de Kerken-ordening. overleeden bejaarde Perfoon genooten, zonder dat de gemelde aftreding egter eenigfints verder als de voodz- alimentatie zal moogen worden geëxtendeert. Alles ongeprejudicieert de Oétroyen aan 391 ue vveesnuuen oinnen de Stad Hoorn verleent. En zullen hier van Brieven van Oélroy eedepecheert worden. 6 £0. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oftroy op het ftuk der Erffenisfen, aan de JJiaconen van de Gereformeerde Gemeente te AmJtelveen. Den 1 Oétober 1757. Op de Requefte Van Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Amftelveen, is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6. Juny I733 j de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat te laaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert en geacquireert hebben ten opfigte van de goederen nagelaaten door Peribonen by haar gealimenteert en opgevoed, en zonder Kinderen of verdere Descendenten overleeden, zonder daar in eenig prejudicie te lyden of ook eenige reclame fubjeét te zyn weegens het geene zy uit dien hoofde reeds hebben genooten; en belangende het toekoomende, de Supplianten te qualificeeren en te authorifeeren, om te moogen behouden en na zig neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige Perfoonen door de Supplianten gealimenteert of opgevoed, wanneer defelve koomen telterven zonder Kinderen of verdere Descendenten na te laaten, ten waare delelve met de Supplianten of haare Succesfeuren in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; als meede om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen of bejaarde Perfoonen, die door de Supplianten reeds worden opgevoed of gealimenteert, of in het vervolg opgevoed en gealimenteerd zullen worden, voor den tyd van derfelver opvoeding of alimentatie ei- 91. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende eene buitengewoone voorziening omtrent de te doene beroeping van een Predikant te Crimpen op de Lecq. Den 10 November 1757. De Heer Penfionaris van Royen heeft ter Vergadering gerapporteerd, dat de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 2 Maart laatstleeden hadden geëxamineert de Requelte aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert door of van weegen den Kerkenraad der Gereformeerde Gemeente van Crimpen op de Lecq, houdende, dat den Predikant Diderik Colonius, door haar Edele Groot Mogende in de maand Mey van den jaare 1755 Emeritus verklaart zynde, en de Predikants plaats aldaar gevolglyk zynde koomen te vaceeren, de Supplianten beneevens den Oud-Kerkenraad, en twee nabuurige Predikanten, als hunne Confulenten na bekoomene handopening van Mr. Abraham Delcourt, Prefident Scheepen, en Raad der Stad Amlterdam, Heer van de voorfchreeve Plaats, op den d. Augufty des zeiven jaars l755 hadden geformeert en uitgebragt een Nominatie van drie Perfoonen, als namentlyk .... Syblink, Predikant te Giesfen Nieuwkerk, Amoldus van der Palm, Pre; gen of aanbeftorven zouden moogen zyn, voor haar Diaconye te moogen blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen het geene defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen gëduurende haare opvoeding of alimentatie by 1 Erffenisfen, Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens nogtans, dat de Supplianten de yrugten daar van zullen genieten, zoolang defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar zullen worden opgevoed of gealimenteerd, en langer niet. En wyders nog in gevolge van haar Édele Groot Mogende Refolutie van den idjuny 1751 de Supplianten te qualificeeren, om, in geval een bejaard Perfoon, Kinderen hebbende, door de Supplianten word gealimenteerd, en aan defelve gëduurende die alimentatie eenige Erffenisfe, Legaat of Gifte opkomt, welke door de Supplianten ontfangen word, by het overlyden van zoodanig een bejaard Perfoon, I van de opgekoome Erffenisfe, Legaat of GifI te, welke aan de Descendenten zal worden / uitgekeerd, af te trekken en voor hunne Dia( conye te behouden het montant der alimentatie by de overleede bejaarde Perfoon genooten zonder dat de gemelde aftrekking egter eenigfints verder als de voorfz. alimentatie zal moogen gaan. En zullen hier van Brieven van Oétroy gedepecheert worden.  Betreffende de Kerken-ordening;. Schout en Geregten ter eenrw, en de meergemelde Kerkenraad vnn Crimpen op de Lecq ter andere zyde, over de vervulling van de Predikants plaatfe fubfifteerende, mitsgaders tot voorkoming van het verval der Gemeente aldaar, welke na bereids over de twee jaaren van een Herder en Leeraar is verftooken geweest, en dus tot weering van alle ergernis, goedgevonden en verftaan, den voornoemden Mr. Abraham Delcourt, Ambagtsheer van Crimpen op de Lecq, mits deefen te qualificeeren , om een Perfoon van een onbefprooke Leer en Leeven tot Predikant te Crimpen op de Lecq te despicieeren, en van de gedaane despecl-ie aan den Kerkenraad kennis te geeven, ten einde defelve door de gemelde Kerkenraad beroepen, en vervolgens na Kerken- 8& ordre bevestigt moge werden, zonder dat ié voorlchreeve Kerkenraad zulks zal mooeéi weigeren, of dat eenige approbatie van "de voorlchreeve Schout en Geregte noodig 7,i zyn, alles zonder confequentie voor het* toekoomende , cn zonder eenige pnejuditie van het regt aan den Ambagtsheer, Schout en Gerechte, en den Kerkenraad van Crimpen op de Lecq, omtrent de fuppletie van een va*' ceerende Predikants plaats aldaar competeerende. En zal Exrraét vah deefe Refolutie gegeeven werden aan den Ambagtsheer, Schout en Geregte, mitsgaders den Kerkenraad voornoemt, om zig ieder in zynen reguarde daar na te reguleeren. 92. Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar by Marcus Guiton, Wülsch Predikant te Maastricht, Emeritus verklaard word. Ben 17 November 1757. Is gehoord het rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborg, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden to,t de zaaken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derzelver Refolutie Commisforiaal van den aghtienden Augustus deefes jaars, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, nader geëxamineert het Rapport door welgemelde Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden, ter Vergaderinge uitgebraght den voornoemden aghtienden Augustus deefes jaars, op de Requeste van Marcus Guiton, verfoeckende, om daar by geallegeerde reedenen, Emeritus verklaart te moogen werden, en ontflaagen van zynen dienst, 'behoudens desfelfs Traétement en voorreghten als oudfte Leeraar, en dat hy als zoodanig mooge werden geconfidereert, na het voorbeeld van zyne Predecesfeuren, Frederick le Fa cheur, en Paulus Barbin , die den neegentienden Augustus zeeventien honderd zes en twintigh, en den tweeden February zeeventien honderd vyftigh Emeritus zyn verklaard geweest. Waar Op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Suppliant zal worden verklaart Emeritus falvo honore, en voorts zoodanigh, dat hy van zyn Traétement van dertien honderd Guldens zal behouden elf honderd Guldens, en dat de Predikant, die in zyn plaats zal beroepen werden (waar toe de Waalfche Kerkenraad van Maastright word geauthorifeert mits deefe) geen hooger Tractement zal genieten ais van zeshonderd Guldens , het een en ander ih te gaan met de Bevestigingh van den laatstgemelden; en voorts met dien verftande, dat haar Hoogh Mog. Refolutie van den twee ën twintigllen. hmy zeeventien honderd vyftigh, waar by eene nieuwe fchikkingh omtrent de betaalingh der Traétementen van de Waalfche Predikanten in de voorfz. Stad voor het toekoomende isgemtroduceert geworden, in het teegenwoordigh geval geen effeét zal forteeren. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden worden aan den Raad van Staate, aan die van den Waalfchen Kerckenraad te Maastright, en aan de Cunuemen van de Schooien aldaar, om te ftrekken tot derfelver nanght respeétive. 93- Refolutie vdn de Staaten van Holland, houdendende Oélroy op 't ftuk der Erfenis jen aan en ten behoeven van den Armen te Buikfloot in. tVaierland, Den 11 December 1757. Op de Requeste van Diaconen van de Gereformeerde Kerk en Gemeente en Beforgers van de Huisfittende Armen te Buikfloot in Waterland, is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutie van VIII. Deel. den 6 Juny 1733, de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat te laaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert en geacquireert hebben ten opfigte van de Goederen, nagelaaten by Perfoonen door haar gealimenteert of opgevoed, en zonder KindeDdd ren  Betreffende de Kerken-ordening. 395 ten behoeve van de Supplianten de noodige ordonnantie of ordonnantiën te doen depecheeren tot voldoeninge van het voorlchreeve openftaandc Stipendium, van den i july 1755 af tot den laadfen December 1756 toe. En is voorts goedgevonden en verdaan, dat voortaan, wanneer eenig Predikant van de waarneeininge van zyn dienst zal weefen gefuspendeert, desfelfs Tractement van den dag van zyne lüspeiiüe af ingehouden, en daar van geene betaalinge aan den zeiven gedaan zal werden, ten zy defelve fuspenfie naderhand word opgeheeven, en hy weederom tot den Predikdienst geadmitteert; en dat ten dien einde aan de respeétive Clasfen binnen deefe Provincie zal worden aangefchreeven cn gelast om te beforgen, dat zoo ns eenig Predikant van de waarneeminge van zyn dienst zal weefen gefuspendeert, daar van met den eerften aan de Heeren Gecommitteerde Raaden van het Quartier, waar onder de gefüspendeerde Predikant de betaalinge van zyn Tractement ontfangt, kennis werde gegeeven. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, in den Hage en te Hoorn refideerende, om te ftrekken tot derfelver narigtinge, en daar van ieder in den haare kennisfe te geeven daar het behoord. 95. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende O&roy op 't ftuk der Erffenisfen aan den Kerkenraad van Waddinxveen. Den 4 Maart 1758. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 3 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinólement Commisforiaal van den 20 January 1757, geëxamineerd de Requeste van den Kerkenraad van Waddinxveen, reprefenteerende de Diaconye-Armen aldaar, te kennen geevende, dat door het fteeds toeneemende getal der Armen en andere noodlydende Perfoonen, de Supplianten genoodfaakt wierden een Huis aldaar te koopen en bequaam te laaten maaken om de arme en andere noodlydende Perfoonen onder het opfigt van een Binnen-Vader en Binnen- Moeder daar in te logeeren; en verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende aan haar Supplianten gelieven te verleenen zoodanig Oétroy ten opfigte van de Goederen en Nalaatenfchap van die geenen, welke door de Supplianten in of buiten het zelve zullen worden gealimenteert, als in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6 Juny 1733. aan verfcheiden anderen was geaccordeert ; en wyders vrydom van ordinaris en extraordinaris Verpondingen van haar voorfchreeve Armhuis en Erf, mitsgaders pennisfie om zinnenloofe Perfoonen onder haare jurisdiétie behoorende in het voorfchreeve Huis te moogen confmeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, in conformiteit van haar Edele Groot. Mogende Refolutie van den 6 Juny 1733, de Supplianten te qualificeeren en te authorifeeren, om te moogen behouden en na zig neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige Perfoonen door de Supplianten zoo in als buiten haar Armhuis gealimenteert of groot gemaakt, wanneer defelve koomen te fterven zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten na te laa¬ ten , ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; mitsgaders om de geringe Middeltjes , welke de Kinderen of bejaarde Perfoonen, welke in der Supplianten Armhuis reeds ingenoomen zyn, of nog ingenoomen zullen worden, of die daar buiten gealimenteert worden, voor den tyd van derfelver inneeming of alimentatie eigen of aanbeftorven zyn, voor derfelver Armen te moogen blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen het geene defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen gëduurende haare opvoeding of alimentatie by Erffenisfe, Legaatenof Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lang defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar zullen worden opgevoed of gealimenteerd, en langer niet; En is voorts goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten te verleenen vrydom van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen van het voorfchreeve Armhuis en Erve, zoo lange het zelve tot dat einde zal koomen te ftrekken. En laatftelyk aan de Supplianten te permitteeren om zinnenloofe Perfoonen onder de jurisdictie van Waddinxveen behoorende in haar voorfchreeve Huis te moogen inneemen en bewaaren, met deefe bepaaling nogtans, dat het zelve alleen zal moogen gefchieden omtrent zoodanige fubjeéten, welke door de Supplianten worden gealimenteert, en reeds een geruimen tyd, ten minften van een jaar, zyn gealimenteert geweest, en mits zulks niet gefchiede dan met voorkennis van den Geregte aldaar. En zullen daar van Brieven van Oétroy worden gedepecheert. Ddd 2 Re*  Betreffende de Kerkcn-ordcning. 397 98. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende O&roy tot het opregten van een Diaconie Weeshuys te Nieuwendam met vrydom van Verpondingen en andere voor regten. Den 11 Mey 1758. /~\ntfangen een Misfive van de Fleeren \ ƒ Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, gefchreeven te Hoorn den 9. deefer, houdende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 1 der voorleede maand, derfelver Confideratien en Advis op de Requerte van de Diaconen der Gereformeerde Kerke, mitsgaders van de Arme Voogden te Nieuwendam, verfoekende om daar by geallegeerde reedenen qualjficatie tot het opregten van een Diaconye - Weeshuis binnen haar Dorp tot beeter educatie van de Weefen, en behoorlyke beforging van bejaarde Perfoonen» en ten dien einde vrydom van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen van het Huis daar toe te approprieeren, als meede .vrydom van des gemeene Lands Middelen by Collecte geheeven wordende, eeven als andere Diaconyen en publicque Godshuifen genieten. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verRaan, aan de Supplianten te verleenen Octroy tot het opregten van een Diaconye - WTeeshuis te Nieuwendam, en voorts te verklaaren, dat het Huis, door de Supplianten tot een Diaconye-Weeshuis te approprieeren, bekend op het Quohier van Zunderdorp en Nieuwendam onder No. 66. aangeflaagen in de ordinaris Verponding tot vier Guldens en drie ftuivers, met den jaare 1759 zal vry en exempt weefen van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen, en het Quohier van de Huifen en gebouwen onder Zunderdorp en den Nieuwendam met den taux van het voorfchreeve Huis vermindert worden, mits door Regenten Declaratoir werde gegeeven, dat het voorfchreeve Huis met 'er daad tot een Diaconye - Weeshuis is opgeregt; en wyders aan de Supplianten te verleenen vrydom van des gemeene Lands Impofitien van al het gene in het voorfchreeve Diaconye-Weeshuis zal worden geconfumeert en uit de inkomften en Revenuen van het zelve Huis betaalt, mits de Supplianten in het haaien van de Biiiietten en omtrent de voorfieninge tegens misbmiken zig precifelyk reguleeren na de ordres dien aangaande geftelt of nog te ftellen; en dat de Supplianten in het voorfchreeve Huis niet zullen moogen inneemen eenige Proveniers, maar alleen Arme en onvermoogende Perfoonen, het zy bejaarde of minderjaarige. En zullen de Supplianten gehouden zyn, om het Octroy, hier van te depecheeren, ter Secretarye in Westvriesland en het Noorder Quartier te doen regiftreeren. 99. Refolutie van de Staaten van Holland, wam" by geaccordeert word een fubfidie tot reparatie van de Kerk, Paftorye en Schoolhuis te Valkenburg; mitsgaders O&roy tot het heffen van eenige belastingen ten zelfden einde. Den 1 Augustus 1758. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 23 Juny deefes jaars, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 4 Oétober 1755, geëxamineert de Requeste van Schout en Kerkmeefteren van de Heerlykheid van Valkenburg, om de daar by geallegeerde reedenen verlbekende , om door haar Edele Groot Mogende te moogen worden gefublidieert met een fomme van agttien honderd guldens, zoo tot het effeétueeren der noodwendige reparatien van haare VerVaHe Kerk, Paftorye en Schoolhuis, begroot op eene fomme van zestien honderd Guldens volgens de Calculatie by de Requeste ge voegt/als tot het aflosfen van een Obligatie van twee honderd Guldens ten behoeve van den H. Geest Armen genegotieert; en wyders dat haar Edele Groot Mog. haar Supplianten gelieven te authorifee- y refumtie gedelibereerd zynde op het ren, om tot onderhoud en reparatie van de voorfz. drie gebouwen te moogen heffen de belastingen by defelve Requeste gemeld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten in haare qualiteit te accordeeren een fubfidie van zes honderd Guldens ten laste van het Comptoir der Kerkelyke Goederen, en Inkomften van haar Edele Groot Mogende; en wyders de Supplianten te Oétroyeeren, om gëduurende den tyd van vyftien agtereenvolgende jaaren , ingaande met dato deefes en te expireeren met den 1 Augufty 1773. tot onderhoud en reparatie van de Kerk, Paftorye en Schoolhuis in den Dorpe van Valkenburg en Jurisdictie van dien by Collecte te vorderen een halve Huiver van ieder Ton Turf aldaar ter Haardbrand opgedaan, en van ieder half Vat Bier drie ftuivers, van ieder ftoop Koele of Brandewynen en allerhande gedisteleerde Waateren, ter confumtie ingefiaagen eene ftuiDdd 3 ver,  Betteffende de Kcrkcn-ordening. m Hofman, Predikant te Mattfluö* aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, houdende in fubftantie, dat het'haar Edele Groot Mogende gunstelyk hadde behaagt hem Suppliant by Aéte van den 24 January 17 55 te verklaaren Emeritus falvo honore tifffpendio, en dat gelyk alle andere Emeriti Predikanten te Maasiluis uit de Kerkemiddelen aldaar van alle tyden af hadden genooten een jaarlyks douceur van twee honderd vyftig Guldens, de Suppliant ook van zyne zyde by Kerkmeesteren der voorfz. Plaatfe alle moogelyke devoiren tot verkryging van het voorfz. douceur,' aan alle desfelfs Predecesfeuren, en zelfs nog onlangs aan Dom. de la Coste toegelegt, kerativelyk hadde aangewend, dog allefmts te vergeefs, en vervolgens om die en andere reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende hier in zoodaanige dispofitie geliefden te maaken, als defelve na acquiteit tot het meeste foulagement van den Suppliant en nuttigheid zyner Gemeente zouden oordeelen te behooren. Mitsgaders nog het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, den idMaart voorfz. ter Vergadering ingekoomen, houdende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 9 December 1755 derfelver confideratien op de voorfchreeve Requeste, en by welk Advis de Heeren Gecommitteerde Raaden van gedagten waren, dat haar Edele Groot Mogende de Kerkmeesteren van Maasfluis zouden behooren te gelasten, om aan den Suppliant uit de mkomften van het Octroy, door haar Edele Groot Mogende aan de Kerk van Maasfluis verleent, zyn leeven lang gëduurende te geeven jaarlyks een gelyk doacear van twee honderd V3dtig Guldens, als aan Dom. Ruysch en ' la Coste door hun was toegelegt, ten waare haar Edele Groot Mog. prefereerden om aan den Suppliant booven het Traétement het geen hy van het land trekt, om reedenen dat hy buiten Raat is den dienst waar te neemen, by provifie toe te leggen zes honderd Guldens tot onderhouding van een Capellaan; ingaande met den 1 September 1756. Dat zy Heeren Gecommitteerde Raaden in het onderfoek der voorfz. zaake geremarqueert hadden, dat het boovengemelde Oétroy door haar Edele Groot Mogende aan de Kerk van Maasfluis verleent, ongeclaufuleert geaccordeert zynde, ex post facto niet wel gevoeggelyk konde werden gelimiteert, en dat door het ampleéteeren van de tweede voorflag, by het voorfz. Advis gedaan, een exempel zoude worden gegeeven, het geen in zyne gevolgen voor 's Lands Finantie prejudiciabel zoude kunnen zyn, en dat in alle gevallen de Gemeente van Maasfluis voorfz., die gewoon was door drie vaste Predikanten bedient te worden, daar meede niet zoude zyn geholpen. Dat zy Heeren Gecommitteerden om deefe reedenen gemeent hadden op andere expepediënten bedagt te moeten zyn, om den voornoemden Johan Martinus Hofman, welke door de voorfz. weigering van Kerkmeesteren vart Maasfluis te gelyk in zyn beftaan benadeelt, ert in zyn agting, lchoon allefmts ongemeriteert eenigzints getoucheerd wierd, in ftaat te ftellen om van haar Edele Groot Mogende voorfchreeve gunftigc Refolutie van dcn 24 January 1755. te kunnenjouïsfeeren, en dat zy ten dien einde by verfcheide geleegentheeden een en andere voorllagen, zoo aan den Kerkenraad als aan Kerkmeefteren van Maasfluis voorfz. gedaan hebbende, eindelyk als een allefmts sequitabel en voldoenend middel om van deele zaake tot weefentlyk nut van de Gemeente te Maasfluis en ten genoegen van de Geinteresfeerdens een afkomst te maaken, aan de evengemelde Kerkenraad en Kerkmeefteren voorgehouden hadden, dat wanneer de meergemelde Kerkenraad konde rei uivoeren een jongfte Predikant, die tot nog toe ter voorfz. Plaatfe een Traétement van duifend vyftig guldens genooten had, namentlyk vyf honderd guldens uit het Comptoir der Geestelyke Goederen 5 en vyf honderd vyftig guldens weegens DorpsTraétement, te beroepen op een Traétement van neegen honderd guldens, het geen gevonden zoude worden uit de vyf honderd guldens , die door den Ontfanger der voorfchreeve Geestelyke Goederen betaald werden, en drie honderd guldens uit het ordinaris Dorps Traétement, met byvoeging van nog een geringe fomme van honderd guldens, extraordinaris Wedde, door Kerkmeefteren van Maasfluis te betaalen, de voorfchreeve Kerkmeefteren daar door in ftaat zouden woorden geftelt om den voornoemden Johan Martinus Hofman de boovengemelde twee honderd vyftig guldens in qti£stie,die van het ordinaris DorpsTraétement van den jongften Predikant zouden worden ingehouden, jaarlyks te voldoen, en hem overzulks op een gelyken voet als zyne Predecesfeuren te behandelen, en dat door denfelven weg het esfentieel interest, zoo van de voorfchreeve Gemeente, als van de Kerke te Maasfluis in allen opfigte bevordert zoude worden. Dat de gemelde Kerkenraad zig deefe voorflag hebbende laaten welgevallen, de voorfchreeve Kerkmeefteren, fchoon dikwils en met veel toegeeventheid door hun Heeren Gecommitteerden over dit fubjeét onderhouden, met betoog van de nuttigheid, welke uit het ampleéteeren van de voorfchreeve voorflag zoude refulteeren, en van de geringheid van den last, die daar door op de Finantie van haare Kerk zoude koomen, egter niet te permoveeren waaren geweest om eenige condefcendance te gebruiken. Dat zy Heeren Gecommitteerden niet te min van de foliditeit en billykhcid van de voorfchreeve propofitie blyvende overtuigt, en daar beneevens geconfidereert hebbende de overgaave van den gemelden Kerkenraad, gemeent hadden aan de weigering van de voorfchreeve Kerkmeefteren, als op geen lüfficiente gronden berustende, niet te moeten defe- ree-  Betreffende de Kerken-ordening. 4öÉ die der Diaconye zynde gefepareert, het fonds van den H. Geest Armen belfond in omtrent twee duifend twee honderd Guldens Capitaal, zoo tot het gemeene Land en Kerk derfelva Heerlykheid, als toe lasten van Particulieren, loopende door den anderen op interesfen jegens drie per cento, in drie i vier Huifen en zestien en een halve mergen Lands onder defelve Heerlykheid geleegen, en nog in het geene op de publicque verkoopingen ten behoeve van deefen Armen wierd bedongen; dat dc inkomften van alle het zelve, na aftrek van de Verpondingen ^ Ongelden^ reparatien en diergelyke lasten jaarlyks, het eene jaar door het andere gereekent, geen twee honderd Guldens bedroegen, en dat daar meede op verre na niet konde worden voldaan aan de behoeftigheid der geenen, welke Honden ter beforging van de Supplianten; dat daar en tegen de Diaconye aldaar van haar Zelve ftaaye inkomften is hebbende, en zeer weinig last van alimentatie, en dat de Predikant, Ouderlingen en Diaconen, uïtmaakende den grooten Kerkenraad en Directeuren van delèlve Diacony Armen, van het geene voorfchreeve is geperfuadeert zynde, zig geneegen hadden getoond, om door middel van de Combinatie van den H. Geest mee de Diacony Armen, de Armen ter beforging van de Supplianten ftaande beeter te fubleveeren, uitwyfens het Declaratoir neevens deRequefte gevoegt: verfoekende de Supplianten derhalven, dat haar Edele Groot Mog. daar toe de nbodige qualifb catie gelieven te verleenen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, conform het verfoek by voorfchreeve Requefte gedaan, de Supplianten mits deefe te authorifeeren en te qualificeeren, om de Effecten; Goederen en Inkomften, den Grooten of H. Geest Armen te Jaarsveld toebehoorende, te combineeren met die van de Diaconye derfelve Heerlykheid, en defelve te brengen onder de adminiftratie van den Kerkenraad en Directeuren van de Diacony aldaar, om alfoo uit de revenuen en inkomften der voorfz. gecombineerde Goederen, gelden en effecten te alimenteeren en onderhouden, zoo verre zulks zal kunnen toereiken, de Arme In-en Opgefeetenen van de Heerlykheid van Jaarsveld, zonder onderfcheid, het zy Leedemaaten, of geen Leedemaaten, met derfelver Kinderen, mits dat defelve Directeuren gehouden zullen zyn van jaar tot jaar van haar bewind, adminiftratie en bedeeling ten överftaan van den Drosfaard en Schout van Jaarsveld en twee Commisfarisfen uit den Geregte te doen behoorlyke reekenin^ en verantwoording. 0 En voorts de gemelde Kerkenraad en Directeuren van de Diacony, en haare fuccesfeuren in officio, insgelyks tot alle het geene voorfz. is te authorifeeren en te qualificeeren en, voor zoo veel des noods, het zelve aah haar te beveelen en te ordonneeren. I04. Refolutie van de Staaten Generaal, waar hy haar Hoog Mog. Gedeputeerde te Brusfel word geauthorifeert, om in de Capelle van den Staat aldaar vaceerende den dienst tegen zeekere belooning te laten waarnemen door den Predikant van Antwerpen. Den g February 1759. Ontfangen een Misfive van den Heere van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerden by zyne Hoogheid Prins Carel van Lotharingen, als Gouverneur Generaal Van de Oostenryckfche Nederlanden, gefchreeven te Brusfel den aghtften deefer loopende maand, geaddresfeerd aan den Griffier Fagel, houdende, dat den Predikant Anofi, dewelcke verfcheiden jaaren de Capelle van den Staat bediend heeft, in de voorleeden maand van Augufty deefer waereld overleeden zynde, zoo als hy Heere van Haren op zyn tyd aan haar Hoogh Mogende had gemeld; gemelde Heer van Plaren wel hadde getraght, dogh tot nogh toe te vergeefsch, om een fubjeet te ontdekken, en haar Hoogh Mogende voor te draagen, dewelcke in de beide Taaien den Godsdienst konde waarneemen; dat in die tusfehentyd, om het Heiligh Avondmaal te bedienen op Nieuwjaar voorleeden, zoo voor zyn Huisgëfin, als de Gereformeerden aldaar woonaghtig, of Pasfagiers, den Predikant van V lil. Deel. Antwerpen, Dicpelius, had verfogt, dewelcke ook ten dien eynde was overgekoomen: dat nu op aanftaande Paasfchen weederom volgens gewoonte aldaar het hooghgemelde 's Fleeren heyligh Avondmaal diende te werden u'ytgedeelt, en zelfs tusfehen beyde eens of tweemaal behoorde te worden gepredickt, zoo wel, op dat met Christelyke vertroostingh na de Gemeente moghte kunnen werden omgeften, als om te bekoomen eenige Collecten tot adfiftentie van continueele pasfeerende behoeftige Geloofsgenooten; Verfoeckende hy Heere van Haren, permisfie, om voornoemde Ds. Diepelius ten dien eynde wederom aldaar te doen koomen: dat hoewel Antwerpen de naafte geleegene Plaats van Brusfel gereeckent was, niet alleen, maar daarenboven nogh het byfonder gemack van de Barcque of Trekfchuyt langhs het Canaal met zigh braght, eghterdie reys aan eenige onkosten was onderheevlgh, dewelcke van den Predikant niet konden werden geverght; Verfoeckende voorts, ofhyde Eee kos-  Betreffende de daar voor jaarlyks een modicquen tax, door Kerckmeesteren daar op te /lellen, ten behoeve van het inkoomen van de Kerck zullen moeten betaalen; dat de geenen die in voegen voorfchreeve een .Banck of Uitplaats hebben verkreegen, den zeiven, zyne Weduwe en Descendenten, onder betaalinge van den voorfchreeven tax, deefe Banck of Sitplaats by continuatie zullen blyven posfideeren, zoo lang Kcrkcn-ordening. 403 iemand van hun in leeven, en te Helmont woonaghtig is; dogh dat de Weduwe en Descendenten van den eerften verkryger overleeden en uitgeftorven zynde, of haar Dornicilium te Helmont verlaatende, en na elders transporteerende, de Banck of Sitplaats aan de Kerck van Helmont zal vervallen zyn, en door Kerckmeesters daar van ten behoeve van een ander gedisponeert worden. 107. Refolutie van de Staaten van Hollandtot het beroepen van een AdiunB Predikant te Oh dam onder de Ciasfis van Hoorn, met bygevoegd Commisforiaal, omtrent het Emeritus verklaaren van Predikanten in tVestvriesland en het Noorder-Quartier. Den 9 Mey 1759. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, geichreeven te Hoorn den 13 der voorleede maand, houdende , in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 2 February deefes jaars, derièlver Confideratien en Advis op de Requeste van Petrus Juyst, Bedienaar des Goddelyken Woords in de Gemeente te Obdam onder de Ciasfis van Hoorn, verfoekende, in confideratie van zyne langdurige indispofitie, confiderable verfwakking en ongelukkige quaal, mitsgaders ouderdom en onvermoogen, dat haar Edele Groot Mogende hem gelieven te verklaaren Emeritus, falvo honore & fiipendio. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden e:i verftaan, aan den Kerkenraad van Obdam te permitteeren, om te beroepen een Adjunct Predikant op een Traétement van vyfhonderd Guldens 'sjaars, te betaalen van drie tot drie maanden uit 's Lands Kas, met wooninge in de Pastorye, en conditie, dat by overlyden van den jegenwoordigen Predikant Jayst, de Adjanói Predikant op het ordinaris Traétement van zes honderd Guldens zal invallen, en het Adjunéts Traétement weder zal koomen te cesfeeren. Dog is te gelyk goedgevonden en verftaan, dat door de Heeren Gedeputeerden der Stad Leyden, en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, zal worden geëxamineert en overwoogen, hoedanige generaale voet zoude behooren te worden gehouden in het 1 efolveeren op verfoeken van Predikanten in Westvriesland en het Noorder Quartier, om falvo honore & fiipendio Emeritus te worden verklaart, ende Vergadering daar op gedient van derfelver Confideratien en Advis. 108. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy tot het vorderen van een honderd/Ie penning, als meede het accordeeren van een fubfidie, en vrydom van diverfe Impofitien tot opbouw van een nieuwe Kerk teOostzaanen. Den 12 Mey 1759. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder-Quartier, gefchreeven te Hoorn den 13 der voorlede maand ,-houdende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 2. February deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Requefte van Burgemeefteren, Scheepenen en Yroedfchappen te Oostzaanen, uitmaakende de Regeering aldaar, verfoekendein aanfien van haar vervalle en bouwvallige Kerk, authorifatie en qualificatie, om tot opbouwen van eene nieuwe Kerk te moogen vorderen onder Solemneelen Eede een honderdfte Penning van de Capitaalen en Befittingen van alle derfelver Bur¬ gers en Inwoonders, niemant uitgefondert, fë' betaalen in vier termynen, namentlyk ieder vierendeeljaars een geregt vierde part van dien, op poene van parate executie; en dat het haar Edele Groot Mogende verder behaagen mag, met de boovendien vereischt wordende penningen haar gunftiglyk te fubfidieeren, en wyders te accordeeren vrydom van de Impofitien van de Groove Waaren, Rondemaat en Zeegels met opfigt tot de'Materiaalen tot den opbouw van de voorlz. Kerke nodig, gelyk meede vrydom van den Impost der Bieren, gebruikt wordende door de Perfoonen die aan de voorfz. Kerk zullen arbeiden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgeEee s. vos-  Betreffende de Kerken ordening. op de voorenftaande fomme ten gemeene Lands Comptoire tot Medenblik hebben afbetaald. En word der Supplianten ander verfoek geweefen van de hand, en aan defelve gelast 405 net verkreegen uctroy te doen regiftreeren ter Secretarye van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het NoorderQuartier. 11 o. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaaring, dat alleen de oude, en niet de teegenwoordige Kerkenraads-Leeden te fi^eefp, weegens zeekere Proces-kosten aanfpraakelyk zyn. Den 20 July 1759. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 13 deefer, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 11 Augufty 1758, geëxamineert hebbende de Requeste van Johannes van Deventer en Hendrik Willem Aeltius den Appel, Predikanten; mitsgaders Gerrit Bellaer, Fredrik Engelhart, Roelof Oostwaert en Gerrit de Vries, Ouderlingen; als meede Wouter van der Horst, Jacob van Marken Cornelifz., Albert Emmelkamp en Gerrit Brouwer, Diaconen in de Gereformeerde Gemeente der Stad Weelp, te finnen uitmaakende den tegenwoordigen Kerkenraad der voorfchreeve Gemeente, om daar by in het breede geallegueerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende by interpretatie van derfelver Refolutie van den 6 Maart 1756, nader geliefden te verftaan en te verklaaren, dat weegens de kosten by de oude Kerkenraad van Weefp in de procedures tusfehen defelve Kerkenraad en de Chsfis van Amfterdam gemaakt, met de gevolgen en aankleeven van dien, geen andere dan die Perfoonen, welke defelve kosten hebben veroorfaakt, en mitsdien niet de Supplianten, of de jegenwoordige Kerkenraad aanfpraakelyk zyn; en dat, hangende de deliberatie van haar Edele Groot Mogende over dat verfoek, de voorfchreeve zaak in cas van falaris mogte worden gehouden in ftate en furcheance. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, te accordeeren het verfoek van de Supplianten, en mitsdien haar Edele Groot Mogende Refolutie van 6 Maart 1756. interpreteerende, nader te verklaaren, dat weegens de kosten by de Leeden van den ouden Kerkenraad van Weefp, in de procedures tusfehen den Kerkenraad van Weefp en de Ciasfis van Amflerdam gemaakt, in het geval van den ge weefen Predikant van Weena, geen andere dan die Perfoonen, welke defelve kosten hebben veroorfaakt, en mitsdien niet de Supplianten, of de jegenwoordige Kerkenraad, aanfpraakelyk zvn. III., Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy tot het opregten van een Arm- en Diaconie-huis te Durgerdam, met vrydom van Verpondingen en andere Impofitien. Den 27 Oclober 1759. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder-Quartier van den 11 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 18 Augufty deefes jaars, geëxamineert de Requeste by Arme-Voogden en Diaconen van den Dorpe Durgerdam aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, verfoekende Octroy tot het opregten van een Weeshuis binnen het zelve Dorp, als meede vrydom van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen, waar meede het Huis, het welk daar toe zal worden geapproprieert, is aangeflaagen, mitsgaders vfydom van alle des gemeene Lands Middelen by Collecte geheeven wordende, even als andere publicque Godshuifen genieten, en daar van te verleenen Brieven in formi. I Waar op gedelibereerd zynde, is goedgei vonden en verftaan, aan de Supplianten te verleenen Octroy tot het opregten van een Arm- en Diaconiehuis tot Durgerdam, en voorts te verklaaren, dat het Fluis daar toe te approprieeren, bekent op het Quohier van Ransdorp onder N°. 84, aangefiaagen in de ordinaris Verponding tot vyf guldens, met den jaare 1759. zal vry en exempt weefen van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen , en het Quohier van de Huifen en Gebouwen over Ransdorp met den taux van het voorfchreeve Fluis vermindert, mits dat door de Regenten zal worden gegeeven een Declaratoir, dat het voorfz. Huis met 'er daad tot een Arm- en Diaconiehuis is opgeregt; en wyders aan de Supplianten te accordeeren vrydom van des gemeene Lands Impofitien van al het geen in het voorfz. Arm- en DiaconieEee 3 hui*  Betreffende de Kérken-ordening. 40? 113* ïlefolutie van de Staaten van Bolland, hou* dende auélorifatie, om de kosten tot reparatie Vün de Paftorye te Engelen te mogen negotieeren, en by omflag van de Eigenaars der Landeryen weder in te vorderen. Den 29 November 1759. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 24 April deefes jaars, en 5 Mey daar aan volgende ter Vergadering ingekoomen, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 2 December 1755, geëxamineert de Requelte van Schout en Geregte van Engelen, geleegen in den Lande van Heusden, waar by defelve te kennen geeven, dat de Paftorye Huyfmge aldaar, zoo aan Dak als anderfints dermaten ontramponeert en gedevalifeert is, dat defelve voor den Predikant niet langer bewoonbaar xvas, en derhalven verfbeken, dat haar Edele Groot Mogende tot voorkoming van alle bedenkelykheeden, de Supplianten in conformité van de Refolutie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den id Mey *755> gelieven te authorifeeren, om de voorfz. Paftory-Wooning te doen repareeren, mits zorge draagende, dat de kosten niet koomen te excedeeren de fomme van twee duifend Guldens, en voorts om de Penningen daar toe nodig over de refpeétive Landeryen in de Binnen- en Buitenpolder aldaar geleegen, na proportie van de Verpondingen om te flaan, en met een aparte post van de Eigenaars te vorderen en te ontfangen, mits defelve omflaagen niet excedeerende de voorfz. fomme van twee duifend Guldens, en dat door de Supplianten aan haar Edele Groot Mogende of de Heeren Gecommitteerde Raaden daar van worde gedaan behoorlyke reekening en verantwoording, of anders, dat haar Edele Groot Mogende dö goedheid gelieven te hebben tot foulaas det Ingelanden eenige Penningen uit het Geestelyk Comptoir daar toe te contribueeren. r Is goedgevonden en verftaan, in conform^ té van de Refolutie van de fleeren Gecommitteerde Raaden van den 15 Mey 1755, fcchout en Geregte van Engelen by deefen te authonleeren, om derfelver Paltory te doen repareeren, mits zorge dragende, dat de kosten niet komen te excedeeren de fomme van twee duifend Guldens, als meede om de voorfz. fomme van twee duifend Guldens tot zoo modiquen Interest als doenlyk zal zyn ten laste van het Ambagt te moogen negotieeren, des dat defelve binnen den tyd van twintig jaaren, ieder jaar een twintigfte gedeelte, weederom worde afgelost; en het montant van dien beneevens den Interest van dit genégotieerde Capitaal over de Landen binnen en buiten de Polder geleegen, mergen mergensgelyk jaarlyks om te flaan en van de Eigénaars in te vorderen, zoo en in dier voegen,als men in gevolge de Placaaten van den Lande gewoon is de omflagen in te vorderen, zullende de Supplianten gehouden weefen daar van aan de Heeren Gecommitteerde Raaden te doen behoorlyke reekening en verantwoording. En hebben haar Edele Groot Mog. wyders gerefolveert aan de Supplianten te verleenen vrydom van de honderdfte en twee honderdfte Penningen van het voorfz. door haar te negotieeren Capitaal voor den tyd van twintig jaaren, en der Supplianten verder verfoek te wyfen van de hand. 114« Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende O&roy tot remisfie van Verpondingen aan Kerkmeefteren en Armen-Voogden van tf^adweyde; En voorts combinatie van de Kerken te PVognum en Wadweyde, met bepaaling nopens het Tra&ement van den Predikant aldaar. Den 29 December 1759. Gedelibereerd zynde op het tweede poinét van de jegenwoordige befchryving van haar Edele Groot Mogende Vergadering, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder-Quartier van den 30 Augufty 1759, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 31 Maart 1757, geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mogende geprcsfenteert by Kerkmeefteren en Arme-Voogden van Wadweyde, gevoegt met de Regenten aldaar, houdende, dat door het gering Capitaal van de Kerk, Paftorye en Armen, in de betaalinge van de ordinaire en extraordinaire Verpondingen van haar Kerke- en Armen-lan- den  Betreffende dc Kerken-ordcning. ^oo last, welke het Dorp door de bouwing van een nieuwe Paftorye in dcn jaare 1758. heeft moeten ondergaan, en de onmagt der voorfz. Kerke en Gemeente, als maar uit zeeventien Huisgefmnen beftaande, tot voorkooming van derfelver onvermydclyk verval, ruïne en ongelukken , te begunftigen met een fubfidie van neegenden honderd twee en vyftig guldens uit het Kerkelyk Comptoir Generaal, ten einde de Sup$mten daar door in ftaat mogten werden gefteld, om het geen tot reparatie en in ftaat Helling van de voorfchreeve Kerk noodwendig wierd gerequireerd, volgens de Ciering neevens de Requeste gevoegt, te kunnen en te moogen effeétueeren. Is goedgevonden en verftaan, der Supplianten gedaane verfoek, om een fubfidie uit het Kerkelyk Comptoir, by deefe te wyfen van de hand; en om de Supplianten in ftaat te ftellen, om voor het tegenwoordige aan de Kerke van Vlymen de noodige reparatien en vernieuwingen te kunnen doen, en die in het vervolg na behooren te kunnen onderhouden, defelve wyders te authoriieeren en te oétroyeeren, om met vrydom van honderdfte entweehonderdfte Penningen, tot laste van het Ambagt en Kerke, op den minften interest, waar op de penningen te bekoomen zullen zyn, te moogen negotieeren een Ibmme van twee duifend guldens, en voorts gëduurende den tyd van vyftien jaaren, ingaande met den eerften Mey 1760, ten voordeele van de Kerke te moogen blyven vorderen en ontfangen van ieder Lyk, het welk booven de twaalf jaaren oud is en in de Kerk begraaven word, twee guldens en tien ftuivers; en van ieder Lyk, het welk beneeden de twaalf jaaren oud is en in de Kerk begraaven werd, eene gulden en vyf ftuivers; en ook voortaan te moogen vorderen en ontfangen van ieder Lyk, dat booven de twaalf jaaren oud is en op het Kerkhof begraaven word, eene gulden; en van ieder Lyk, dat beneeden de twaalf jaaren oud is, en op het Kerkhof begraaven word, tien ftuivers; voorts voor het gebruik van de groote Baar zonder het Baarkleed, telkens twaalf ftuivers, en van de kleine Baar zes ftuivers, en voorhet gebruik van de groote Baar met het Baarkleed telkens agtien ftuivers, en van de kleine Baar met het Baarkleed twaalf ftuivers; als meede nog om op de Stoeien en Zitplaatfen in dc voorfz. Kerke zoodanige belastingen te moogen leggen, als by de Supplianten zal worden geoordeeld bequamelyk te kunnen worden gedraagen, en ook in de Kerk een tweede zakje ten behoeve van de Kerk te laaten omgaan; en eindelyk, om gëduurende de eerstkoomende tien jaaren, meede ingaande met den 1 Mey 1760, over alle de in- en Opgefeetenen van den Dorpe en Ambagte van Vlymen, geene van dien uitgefondert, inreedelykheid en na mnate van een ieders vermoogen jaarlyks om te liaan, te vorderen en te ontfangen een fomme van twee honderd en vyftig guldens; wordende de Supplianten geauthorifeerd, om alle de voorfz. belastingen van de gebrekige Betaalders te moogen invorderen by parate executie door den Boóde van het Ambagt; alles onder deefe conditie, dat de Supplianten zullen gehouden zyn in het doen der voorfz. reparatien en vernieuwingen aan de Kerk zoo veel mogelyk de menage te betragten, zonder dat ietwes voor vacatiën of verteeringen, zoo weegens het doen der befteeding, als anderfints, in reekening zal mogen werden gebragt, en dat de Supplianten ook jaarlyks al het geen van het provenu der voorfz. belastingen, en van de overige inkomften van de Kerk, na aftrek van de interesfen van het voorfz. Capitaal en van de verdere noodige betaalingen voor de Kerk zal koomen over te fchieten, zullen moeten employeeren tot aflosfing van het voorfz. Capitaal, en in allen gevalle jaarlyks daar van ten minften twee honderd guldens zullen moeten aflosfen. Zullende wyders by vacature van de Predikantsplaats te Vlymen, tekens voor de kosten van de Beroeping en het losmaaken niet / meer moogen worden betaald of in reekening gevalideert als een fomme van honderd guldens. En is eindelyk nog goedgevonden en gerefolveert, de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende, by deefe te verfoeken, om een generaal Reglement te concipieeren op de onkosten, die ten aanfien der Beroepingen van Predikanten ten platten Lande voortaan zouden behooren te worden gevalideert, en het zelve aan haar Edele Groot Mog. te laaten toekoomen, om daar op als dan te kunnen worden gerefolveert, als bevonden zal worden te behooren. 116. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan H. van der Horst, Predikant te Schoonhoven tot onderhoud van een vast Proponent, een jaarlyks douceur van ƒ 500: -: word toegelegt. Den g Mey 1760. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 11 der voorleede maand, hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende VIII. Deel Appoinétement Commisforiaal van den 28 Maart daar bevoorens, geëxamineert de Requeste van Herman van der Horst, oudfte Predikant in de Gereformeerde Gemeente te Schoonhooven, Fff te  Betreffende de Kérken-ordening. y\i ken of Piaatfen daar ïn hebben verkreegen uyt gunst, -zullende de geenen die defelve gekogt hebben > van het voorfchreeve meerder impost als zy nu betaalen, by provifie bevryd zym Voor ieder Stoel of Plaats in een open Bank zal jaarlyks betaald werden vier en twintig ftuivers wanneer de Bezitters in ftaat zyn om defelve te kunnen betaalen, voorts vyftien ftuivers wanneer de voornoemde Bezitters de eerstgemelde fomme niet kunnen voldoen; en eyndelyk twintig ftuivers voor ieder Stoel door Domefticquen bezeeten werdende: Zullende de voorfchreeve respeétive fomma's volgens de fchikking van Kerkmeesteren op dat poinét ingevordert worden. i v. Zullen geen andere Stoelen moogen Werden geplaatst als witte Esfe Stoelen van één hoogte , welke door Kerkmeesteren ten reedelyken kosten van de Bezitters beforgt zullen worden. V. Niemand zal een befloote Gettoelte of Bank in de Kerk moogen laaten zetten als met confent van Kerkmeesteren, en daar voor eens ten behoeve van de voorfchreeve Kerk moeten betaalen dertig Guldens, en daarenbooven nog jaarlyks dertig ftuivers voor ieder Sitplaatfe, welke defelve groot mogte zyn. V I. Niemand een befloote Bank of Geftoelte in de Kerk hebbende laaten maaken, zal vermoogen defelve af te breeken of weer weg te neemen, maar zullen defelve na overlyden van den Eygenaar of na defelfs verhuyfing uyt de Stad van zelfs vervallen aan en ten behoeve van de Kerk, behoudens nogtans, dat des ti3t Refolutie van de Staaten Generaal, waar by een fubfidie geaccordeert word, tot reparatie en onderhoud van de Nederduitfche Gerefornïeerde Kerken te Maastricht; en voorts gearreflèerd een Reglement op de Zitplaat.fen in dezelve Kerkem Ded 3 Juny 1760. De Heeren van Hoytema en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de faacken van de Finantie, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den drie en twintighften November zeeventien honderd twee en vyftigh en andere verfcheyde datums % voornoemden Eygenaars Kinderen èn Desceh* denten het regt zullen hebben ■, om gëduurende hunne vaste wooning in de Stad of Schout* Ampten Van dien* de voorfchreeve Banken iri eygendom te moogen behouden zoo voor zig als hunne verdere Descendenten in regte linie; VII. Wyders zal niemand vermoogen eygener authoriteit eenige reparatie of verandering aan Stoelen of Banken te moogen laaten maaken maar zal zulks ten hunnen verfoeke en kosteri door Kerkmeefteren, indien des goedvinden $ moeten beforgt worden. V I I L Ën alfoo allé de voorfchreeve taxen dér Sitplaatfen ■, het zy op Stoelen , het zy op opene en befloote Banken, immediaat ten behoeve van de Kerk moeten koomön j zoo zullen defelve moeten voldaan en betaalt worden aan den Rentmeefter der voorlchreeve Kerk of desfelfs Gemagtigden, en wel precifelyk op deri verfchyndag. i x. Het Voorfchreeve Reglement zal verftaan worden ingang genoomen te hebben 1 January 1760: X. En indien iemand onwillig Of nalaatig is omme dé voorfchreeve betaalingen precifelyk té doen, zullen Kerkmeefteren defelve vermoo£ gen te innen by paraate executies En ten einde niemand ignorantie Van hei geen voorfchreeve is mogte koomen te pré^ tendeeren, willen wy* dat deefe binnen dé Steede Vianen zal worden gepubliceert, tef plaatfe daar men gewoon is publicatie te doen? met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden Uyt den Raad van Staate, geëxamineert het gerapporteerde van de Heeren vari Heeckeren tot Brantzenburgh en van der Does* als haar Hoogh Mogende Commisfarisfen Decifeurs in den jaare zeeventien honderd twee en vyftigh geweest zynde te MaaFff & ftïighti Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel Van den Lande den 27 Mey1 176b* (Onderfondt ~) .ter Ordonnantie van de Gecbmmitteerde Raadëm QPds geteekent 1 C. GLOTTËRBÖÖKË;  Betreffende de Kérken-ordening. eenige Piaatfen in Bancken of op Stoelen, waar voor tot nu toe nooit is ten behoeve van de Kerk - Fabricq betaald geweest, binnen den tyd van drie maanden gehouden zyn aan den regeerenden Kerkmeester zigh aan te geeven en te verklaaren, of zy en eenyegelyk vanhun, de by haar befeeten Piaatfen in de Bancken of op Stoelen geneegen zyn te behouden, en desweegens, te weeten van elcke Plaats, te bekoomen een Aéte van voornoemde Kerckmeester, en daar voor aan den zeiven ten behoeve van voorfchreeve Kerck-Fabricq te betaalen het montant van de hier na Articul IV. te melden jaarlyksche recognitie. I L Alle de geenen, wekken zigh in voegen als voor binnen den voorfchreven tyd van drie maanden niet zullen hebben verklaart, nogte aan den Kerkmeester de voorgemelde Acte voor haare Plaats of Piaatfen ineen ofinbeyde voorfchreeve Kercken verkreegen, en daar voor de gerequireerde fomme niet hebben betaald, zullen gereekent en gehouden werden als aan defelve gerenunti'eert te hebben, en zullen de Kerckmeesters van defelve Plaats of Piaatfen ten behoeve van andere Perfoonen moogen disponeeren , en daar van Acte verleenen, onder betaalingh als voor. III. Van de hier na te melden jaarlykfehe recognitie werden uytgefondert de Bancken voor Haar Edele Mogende de Fleeren Gedeputeerden, voorde Heeren Gouverneur, Commandeur en Groot - Major, voor de Heeren van de Magiftraat, en voor de Heeren Militaire Officieren, en verders zoodanige Bancken, als tot nu toe voor eenige derfelver, ofte haare Vrouwen, als meede voor de Regenten der Latynfche Schooien, en eenige andere Beampten, in de beyde Kercken gedestineert en geaffecteert zyn geweest, gelyck ook alle de Bancken en Piaatfen in beyde de Hekjes , en alle dewelcke tot nu toe voor gemeene Plaatien gehouden zyn, en waar op het aan de eerstkomende gepermitteert is zigh te piaatfen. IV. In ieder der voorfchreeve Kercken zal voor elcke Plaats in een der verdere Bancken jaarlyks moeten betaald werden twee Guldens, voor ieder Plaats op de derde, vierde, vyfde, zesde en zeevende Rey Stoelen in ieder der voorfchreeve Kercken 's jaars eene Gulden tien ftuyvers, en voor ieder Plaats op de twee eerfte Reyen Stoelen, als mede op de verdere Stoelen eene Gulden, alles Brabandsch Maastrighter cours. V. Wanneer een van de Piaatfen, waar voor een jaarlykfehe recognitie betaald moet worden , by overlyden, of anderfints komt open te vallen, zal defelve overgaan op een der Descendenten van den voorigen Posfesfeur dogh in alle andere gevallen van Vacature zullen de Kerckmeesters van de Vaceerende Piaatfen moogen disponeeren. V L Telkens als iemant eenige Plaats in een Bank of op een Stoel, het zy by fuccesfie of op nieuws komt te acquireeren, zal daar van door de regeerende Kerckmeesters een Aéte werden verleent, en zal by het aanvaarden derfelve moeten werden betaald het montant van de daar op gefielde jaarlykfehe recognitie, dus dat die recognitie voor dat jaar tweemaal zal moeten werden betaald. V I I. Een iegelyk zal gehouden zyn de recognitiën weegens de Plaats of Piaatfen aan hem by Aéte geaccordeert jaarlyks, en zulks voor de eerfte reyfe in het begin van Oétober des jaars zeeventien honderd een en zestigh te betaalen aan handen van den regeerenden Kerckmeester waar toe defelve in de eerste weeck van October drie dagen, en voorts in de maanden Oétober en November ten minften eens 's weeks zal moeten vaceeren, van welcke te houden fitdagen jaarlyks op den laatften Zondagh in September van de Predikftoelen aan de Gemeente kennis zal worden gegeeven. VIII. En zullen die geenen die in gebreeke zullen blyven haare jaarlykfehe recognitiën uyterlyk voor Kersmis daar aan volgende te betaalen , van haare Piaatfen verfteeken en vervallen zyn, die vervolgens door Kerkmeesters en anderen zullen kunnen werden verceeven IX. 6 Dit Reglement zal tot een ieders naright van de Predikftoelen werden afgeleefen en op de Kerckdeuren geaffigeert. X. Referveerende haar Hoogh Mogende aan zigh, om het voorfz. Reglement, en daarby vastgeftelde recognitiën, na bevind van zaacken te altereeren, te verhoogen ofte verminderen; &c. Fff 3 Re*  Betreffende de Kcrken-ordening. 4^5 binnen Maastricht van weinige en geen genoeghfaame inkomflen is voorfien, om daar uit in behoorlycke reparatie onderhouden te konnen worden, en dat noodigh is daarin eenigfmts te voorfien, zoo zullen de tegenwoordige Pos/èsfietirs van eenige Piaatfen in geilooten of open Bancken, gehouden zyn binnen den tyd van drie maanden zigh aan dén regeerenden Kerkmeefler aan te geeven, en te verklaaren , of zy en een iegelyck van hun de by haar befeeten Piaatfen in de geilooten of open Bancken geneegen zyn te behouden, en deswecgens, te weeten van elcke Plaats, te bekoomen Aéte, waar voor die geenen, dewelcke haare befeeten Piaatfen bevoorens zelve gekoght hebben, ten behoeve van voorfchreeve Kerck-Fabricq slleenlyck betaalen zullen het vierde part van de hier na Art. IV". te bepaalen jaarlykfehe recognitie; dogh alle die geenen, welcke alle haare voorgemelde Piaatfen befitten zonder daar voor iets betaald te hebben, het zy dat zy defelve by fuccesfie of anderfints verkreegen hebben, zullen gehonden zyn voor de te bekomen Aéte te betaalen het volle montant van de na te noemen jaarlykfehe recognitie. Alle de geenen, welcke zigh in voegen als voor binnen den voorfz. tyd van drie maanden niet zullen hebben verklaard, nog de voorgemelde Aéte voor haar Plaats of Piaatfen verkreegen , en daar voor de gerequireerde fomme niet hebben betaald, zullen gereeckend en gehouden werden als aan defelve te hebben gerenuntieert, en zal van defelve Plaats of Piaatfen ten behoeve van andere Perfoonen werden gedilponeert, endaar van Acte verleend onder betaalingh van de volle jaarlykfehe recognitie. I I I. Van de hier na te melden jaarlykfehe recognitie werden uitgefondert de Bancken van haar Edele Mogende de Heeren Gedeputeerden, voor de Heeren Gouverneur, Commandeur en Groot-Major, en derfelver Vrouwen, voorde Heeren van de Magiftraat, en Officianten van de Landen van Overmaaze, voor de Heeren Militaire Officieren en derfelver Vrouwen, voor de Predikanten en Kerckenraad, en afgegaane Leeden van dien, en voorts alle andere Bancken en Piaatfen, welcke tot nu toe voor gemeene Piaatfen gehouden zyn, en waar op het aan de eerstkomende gepermitteert is zigh te piaatfen. I V. Voor ieder Plaats in een' der geilooten Bancken, voor welcke tot nu toe by het obtineeren derfelve eens betaald is tien guldens, zal voor het toekoomende jaarlyks moeten betaald worden twee guldens voor ieder Plaats; in een der opene en andere Bancken, waar voor tot nu toe by het obtineeren derfelve eens betaald is vier guldens, zal voor het toekomende jaarlyks betaald moeten worden eene gulden, alles Brabandsch Maastrichter cours, welcke betaaling van voorfz. jaarlykfehe recognitie in het aanftaande jaar voor de eerfte reife zal moeten gedaan worden door die geene welcke volgens Art. I. het volle montant der jaarlykfehe recognitie voor het bekoomen van een Aéte gehouden zyn te betaalen; dogh zullen alle die geenen, welcke ingevolge *an het zelve Articul als nu maar het vierde part van voorfz. recognitie moeten betaalen, in confideratie van haare bereids uitgefchooten penningen , van de betaalinge van de voorfz. jaarlykfehe recognitie geëxiraeert blyven, gëduurende de vyf eerstkomende jaaren, en alleenlyck gehouden zyn, defelve in liet zesde jaar voor het eerfte jaar, en als dan by vervolgh te betaalen, welcke exemptie eghter by vacature aanftonds zal komen te cesfeeren. V. Wanneer een van de Piaatfen, waar voor een jaarlykfehe recognitie betaald moet worden, by overlyden of anderfints komt open te vallen, zal defelve overgaan op een der Defcendenten van den voorigen Posfesfeur, dogh in alle andere gevallen van vacature zal van de vaceerende Plaatfenmoogen werden gedifponeert. V I. Telkens als iemant eenige Plaats in geilooten of andere Bancken, het zy by fuccesfiQ of op nieuws komt te acquireeren, zal daar van aan den fejven Aéte worden verleent , en zal by het aanvaarden derfelve moeten werden betaald het montant van de daar op gefielde jaarlykfehe recognitie, dus dat die recognitie voor het eerfte jaar tweemaal zal moeten werden betaald. V I I. Een iegelyk zal gehouden zyn de recognitie of recognitiën weegens de Plaats of Piaatfen aan hem by Aéte geaccordeert, jaarlyks te betaalen aan handen van den regeerenden Kerckmeefter, waar toe defelve in de eerfte week van Oétober drie dagen, en voorts in de maanden Oétober en November ten minften eens 's weeks zal moeten vaceeren, van welcke te houden Zitdagen jaarlyks op den laatften Zondagh in September van de Predikftoel aan de Gemeente kennis zal werden gegeeven. VIII. En zullen die geenen, die in gebreeke zullen blyven haare jaarlykfehe recognitiën uiterlyk voor Kersmis daar aan volgende te betaalen , van haare Piaatfen verfteeken en vervallen zyn, die vervolgens aan anderen zullen kunnen worden vergeeven. I X. Dit Reglement zal tot een ieders narigt van de Predikftoelen worden afgeleefen, en op de Kerkdeuren geaffigeert. X. Referveerende haar Hoogh Mogende aan zigh om het voorfchreeve Reglement en daar by vastgeftelde recognitiën na bevind van zaacken te altereeren, te verhoogen of te verminderen. Aldus gearrefteert &c. Re-  Betreffende dé Kérken-ordening. haar opvoeding of alimentatie by Erffenisfen; Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens nogtans, dat de Supplianten de vrugran daar van zullen genieten, zoo lang defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar zullen worden opgevoed of gealimenteert en langer niet. En wyders nog, ingevolge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 16 Juny 1751, de Supplianten te qualificeeren, om ingeval een bejaard Perfoon, Kinderen of verdere Descendenten hebbende, door de Supplianten word gealimenteerd, en aan defelve gëduurende die alimentatie eenige Erffenisfe * 122, TTXc Heer Penfionaris van Royen heeft ter JL^ Vergadering gerapporteerd, dat de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de Kerkelyke faaken s met en beneevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 20 July 1759, hadden geëxamineerd de Requefte door den Kerkenraad van Maasfluis aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert; verfoekende, om reedenen daar by breeder geallegueert, dat haar Edele Groot Mogende tot wegneeming van de difficulteiten by Kerckrneefteren aldaar gemoveert ter zaake van een pretenfe duisterheid, dewelke zy zouden bevinden in haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 1 September 1758, zouden gelieven defelve Refolutie goedgunftelyk te elucideeren, en te verklaaren s wat haar Edele Groot Mogende verftonden door het by gemelde Refolutie gementioneerde tiieuwelyks geïntroduceerde extraordinaris Dorps Traclement, waar uit een fomme van honderd guldens 's jaars zoude moeten werden betaald aan den nieuw beroepenen Predikant, en door wie de voorfz. honderd guldens 's jaars aan den zeiven zouden moeten worden voldaan. Dat het hun Heeren Gecommitteerden was voorgekoomen, dat de voorfz. haar Edele 4l? Legaat of Gifte opkomt, welke door de Sur3« plianten ontfangen word, by het overlyden van zoodaanig een bejaard Perfoon, van de opgekoomene Erftenisiè, Legaat of Gifte * welke aan de Descendenten zal worden uitge. keerd, af te trekken en voor hun te behouden het montant der alimentatie by den overleeden bejaarde Perfoon genooten, zonder dat de gemelde aftrekking egter eenigfints verder als de voorfchreeve alimentatie zal moogen worden geëxtendeert. En zullen hier van Brieven van Oétroy ge* depecheert worden, Groot Mogende Refolutie van den 2 September 1758 was duidelyk en klaar > en dat dé by gemelde Kerkmeefteren voorgewende duisterheid , die zy daar inne zouden hebben gevonden , was ten eenemaale gefogt en ongegrond. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, te verklaaren, dat dë voorfz. fcrupule en pretenfe duisterheid van Kerkmeefteren voorfz. omtrent het verftand en intentie van haar Edele Groot Mog. meergemelde Refolutie van den 1 September 1758* is voorgekoomen als gefogt en ongegrond , en dat dierhalven haar Édele Groot Mogende als nog van begrip zyn, en verftaan, dat de honderd Guldens, die aan den derden beroepen* Predikant by de voorgemelde haar Edele Groot Mogende Refolutie zyn toegelegt, door gemelde Kerkmeesteren zonder eenig verder dilay of vertrek zullen moeten werden voldaan en betaald uit het zelfde fonds der Kerkelyke Middelenen Inkomften, waar uitalsnoglaatstelyk aan de Emeriti Predikanten Ruyfch en dé la Coste een jaarlyks douceur van twee honderd en vyftig Guldens is voldaan en betaald geworden; en dat van deefe Refolutie Extraét zal worden gegeeven zoo aan die van den Kerkenraad, als aan Kerkmeesteren yan Maasfluis voorfz. omme zig daar na precifelyk te reguleeren» Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van derfelver Refolutie van 1 September 1758. betrekkelyk de bepaaling van het Traclement der Predikanten te Maasfluys. Den 18 September 1760. 123* Refolutie van de Staaten Generaal, houden^ de qualificatie op Commisfarisfen Decifeurs te Maastricht, om van tyd tot tyd de Kerkenboeken aldaar te examineeren. Den 27 December 1760. Is gehoord hét rapport van de Heeren van tot voldoening van derfelver Refolutie Corri- Welderen, en andere haar Hoogh Mogen- misforiaal van den dertighften September laatst- de Gedeputeerden tot de zaacken van de Lan- leeden, geëxamineert de Pointen van delibe- den van Overmaaze, hebbende, ingevolge en ratie, refulteerende uyt het extraordinaris VerVIII. Deel. Ggg baal  Betreffende de Kerken-ordening. 419 of Gifte zelfs te kunnen admfniftreeren, met dien verftande, dat de voornoemde Perfoonen behoorlyke kennisfe hebbende ontfangen van een opgekoomen Erffenis, Legaat of Gifte, zoo zy vermeenen defelve op eene of andere voordeelige wyfe te kunnen employeeren, zig Zullen vermoogen te addresfeeren aan de Supplianten, die als dan met kennis en goedvinden van die van den Geregte zullen moogen toeftaan, dat zoodanige Perfoonen, na alvoorens aan de Supplianten de geimpendeerde alimentatie-penningen te hebben gereftitueert, van zoodanig eene opgekoomen Erffenis, Le¬ gaat of Gifte, ten voorfchreeven einde een goed en nuttig gebruik maaken. En belangende het tweede poinét van der Supplianten verfoek al mede te ftatueeren dat defelve bevoegt en geregtigt zyn om van al zulke opgekoomen Erffenis, Legaat of Gifte, ten tyde der voorfchreeve extraditie te moogen aftrekken, en ten behoeve van haare Diaconie-Armen of Wees - kas behouden het montant der alimentatie by den overleeden bejaarden Perfoon, niet alleen na dato van het verleenen van het voorfchreeve Oétroy, maar ook voor dato van het zelve genooten. I. VIERDE TITUL. Begrypende de School-order. Refolutie van de Staaten Oeneraaf houdende auclorifatie aan Drosfaard en Scheepenen van Tilburg, om aldaar een School te eta bil sferen. Den 5 July 1757. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den aght en twintighften der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den drie en twintighften April des voorleeden jaars, derfelver Advis op de Requeste van Drosfaard en Scheepenen der Heerlykheid Tilburgh, Quartiere van Oosterwyck, Meyerye van 's Hertogenbosch; Verfoekende om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, haar Hoogh Mog. confent en authorifatie, om aan feeckeren Jean du Perron, zynde van de Gereformeerde Religie , en zigh aan hun geaddresfeert hebbende, met verfoek, om zigh binnen Tilburgh voornoemt te moogen etablisfeeren, en te onderwyfen in de Franfche Taal, principes van het Latyn, Schiyven, Cyfferen en Geographie, onder zoodanige exemptien en faveuren, als zy Supplianten zouden goedvinden, als meede aan desfelfs fuccesfeurs in opficio, des by hun Supplianten noodig geoordeeld wordende, te moogen toeleggen een vast jaarlycks Traétement van een honderd en vyftigh Guldens, in plaatfe van deverfoghte exemtien, mits dat hy niet meerder als een Gulden per maand zal moogen vorderen van ieder Discipel, by hem in de Fransche Taal onderweefen wordende. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoeck gedaan by de Requeste n de voorfz. Misfive gemeld, en dat dienvol¬ gende aan de Supplianten zal worden verleent, zoo als aan hun verleent word mits deefen^ confenten authorifatie, om aan gemelden Jean du Perron, zynde van de Gereformeerde Religie, en zigh aan hun Supplianten geaddresfeert hebbende, met verfoeck van zigh binnen Tilburgh voornoemt te moogen etablisfeeren, en te onderwyfen in de Franche Taal, principes van het Latyn, Schry ven, Cyfferen en Geographie, onder zoodanige exemptien en faveuren als zy Supplianten zullen goedvinden, als meede aan desfelfs fuccesfeurs in opficio, des by hun Supplianten noodigh geoordeeld wordende, te moogen toeleggen een vast jaarlycks Traétement van één honderd en vyftigh Guldens in plaatfe van de verfoghte exemptien, mits dat hy niet meerder als eene Gulden per maand zal moogen vorderen van ieder Discipel by hem in de Franfche Taal onderweefen wordende, en mits dat gemelde du Perron, nogh zyne Succesfeurs, derfelver Scholieren niet zullen moogen inftrueeren in de Duytfche Taal; dat de Franfche Schoolmeester zal moeten zyn van de Gereformeerde Religie , en dat de Supplianten zullen verplight zyn, telckens by het aanftellen van een nieuwe, de approbatie van haar Hoogh Mog. te verfoecken, mitsgaders deefe haar Hoogh Mogende Refolutie te laaten registreerenten Comptoire der Geestelycke Goederen des Quartiers van Oosterwyck tot 's Hertogenbofch, Ggg 2 Re-  Begvypcnde de School order. 421 3- Refolutie van de Staaten Generaal, zvaaf bi een fubfidie word toegelegt tot onder/leuning van Ié Finantie der Latynfche Schooien te Maastricht. Den 23 July 1760* Is gehoord het rapport Van de Heeren van Heeckeren tot Keil, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den dertienden Maart des jaars zeeventien honderd aght en vyftigh, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineerd de Requeste van de Curateuren der Latynfche Schooien binnen de Stad Maastricht; verfoeckende om reedenen inde voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende uit de penningen als toen te provenieeren van de Prsabende van wylen denCanonicus Bonhomme, in bovengemelde maand Maart ter Collatie van haar Hoogh Mogende vacant gevallen, de Finantie der Latynfche Schooien door een geringh fubfidie van een duifend, of ten mintten aght honderd guldens Hollands, in die Raat gelieven te ftellen, dat daar uit de betaalinge der Tractemcnten van de Pneceptoren en Profes^ foren op zyn tyd kan gefchieden, en de nogh openftaande fchuld, mitsgaders het verfchot van den Rentmeefter kan voldaan worden. Waar ' op gedelibereerd zynde, is goedge* vonden en verftaan , dat dm reedenen by de gemelde Requeste breeder geallegueert, de Supplianten zal worden toegelegt, zoo als aan defelve toegeleght word mits deefen, eens, een fomme van aght honderd guldens Hollands, te betaalen door den Ontfanger Generaal der Beeden, van der Haer, die daar toe by deefen word geauthorifeert, en desweegens door den Raad van Staate, uit het Fonds der Canonifyen te Maastricht vacant vallende, op exhibitie van een behoorlycke Quitantie zal worden gerembourfeert. En zal Extraél van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan boovengemelden Ontfanger van der Haer, tot zyn naright, en om zigh daar na te reguleeren. Ggg3 DER-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. m noemde thoonderen, ende willende henluyden bewyfen, zoo veel ons doenlyck is, alle voordernisfe, hebben den zeiven ghegimt, gheoétroyeert ende gheconfenteert, gunnen, octroyeeren ende confcntcrcn by defen, dat zy binnen de voorfz. Stede van Rotterdam, zullen moghen opftellen, erigeeren en houden een vrye jaerlyckfe Zaedt-Marckt, van alderhande ront ende plat Zaedt, beginnende alle jaers des Woensdaeghs na den eerlten Sonnendagh van den Oegstmaendt, ende gheduerende acht daghen daer nae, aen dcn anderen volghende. Mitsgaders, een vrye jaerlyckfe LeerMarckt, van alderhande Leer, beghinnende alle jaers den 29 Oétober, ende gheduerende ghelycke acht daghen daer naer, binnen wekken tyden refpeétive alle de gheenen, die ter vryer Jaermarckt, zoo van alderhande Zaedt, als Leeren, begeeren te komen, zullen aldaer vryelyck ende onbelet moghen verkeeren ende hanteeren Koopmansghewyfe. Ende ten dien eynde hebben wy den zeiven verleent, ende verleenen by deefen, viy ende vast gheleyde ende veyligheydt de voorfz. Jaermarckten refpeétive gheduerende, zonder dat zy gaende, komende, blyvende, hare Koopmanfchappen doende, ofte wederkeerende, ghehouden, ghearrefteert ofte bekommert zullen worden, aen lyf noch aen goederen, om eenighe civile zaecken, uytghefondert onfe eyghen fchulden ofte penninghen, hier inne oock gereferveert, ons ende onfe voorfz. Landen van Hollant vyanden, ende onfen ende den zeiven Lan¬ den wederpartye houdende; Behoudelyck dat de voorfz. thoonderen, defen jeghenwoordighen in onfen Kamer van Reeckeninghe inden Hage, binnen twee maenden eerstkomende, zullen doen regiftreren. Ontbieden daeromme ende beveelen onfen voorfz. Stadthouder, Proefiderende ende luyden van onfen Raede, ende reeckeninghe van Hollant, den Bailliu ende Schout der voorfz. Stede van Rotterdam, ende alle andere Jufticieren, Dienaren ende Onderzaten, dat zy den voorfz. thoonderen, doen laten ende ghedoghen, van de voorfz. vrye jaerlyckfe Zaet- ende Leer-Marckten, rustelyck ende vredelyck, ende volkomelyck ghenieten ende gebruycken, zonder hen daar inne te doen, nochte ghefchieden, eenigh hinder, letfel ende moeyenisfe, ter contrarie: maer veel eer den zclven thoonderen tot onderhoudenisfe van defen, te doen alle hulpe ende asfiftentie. Ontbieden mede den eerften Deurwaerder van onfen voorfz. Rade, hier op verfocht, defe tegenwoordighe in allen onfen Steden ende andere Plaetfen van Hollandt, daer men gewoonlyck is Publicatie te doen, ende die thoonderen begheeren zullen, tot kennisle van een yeghelyck openbaerfyck te verkondighen, want ons alfoo gheiieft. Des t'oirkonden hebben wy den Zeghele van onfe Leen-hoven van Hollandt, 't welck wy in ghelycke zaecken ghebruycken, hier aen doen hanghen. Ghegheven binnen onfer Stadt van Antwerpen op den 28 dagh van Meye in 't jaer ons Heeren 1580. 3. O&roy aen die van Dordrecht, dat gheene Bieren noch Wynen binnen een half myle van haer Stadt zullen moghen ghetapt, ghefleten noch vertiert worden, zonder Accys daer yan betaelt te hebben. Den 13 Juny 1580. T)hi!ips by der gratie Gods Koning van CasI tiüen, &c. Alfoo de Burghemeesteren, Scheepenen ende Raedt onfer Stad van Dordrecht ons vertoont hebben, hoe dat de voorfz. Stadt rontsomme omcingelt zynde met water, wefende de doortocht van Hollandt naer Brabandt, Vlaanderen, ende andere Provinciën, niet dan eene Voorborgh ofte Voorftede en heeft, alwaar de Pasfagiers zoo in 't uytreyfen als innekomen ghewoonlyk zyn ter herberghe te gaan, Verwachtende aldaar hareWaterghetyden, waer door niet alleenlyck de Bewoonders van de voorfz. Voorborch, maer oock de voorfz'. Stede grootelycks placht te profyteren in haare Accyfen ende Neeringhe. T is nu alfoo dat ten aenbeghinne defer Oorloghe 't voorfz. Voor- burgh ofte Voorftede, 't welck van te vooren een open plaetfe was, als doen omwalt ende befloten is geweest, tot meerder verfekertheid der voorfz. Stede; ter oorfaeke van welcke belluytinghe de Pasfagiers ende Koopluyden arriverende by nachte ende ontyden, ofte oock by daghe, ende moetende verwachten het nacht ghetyde, benoodight ende gheoccalloneert zyn, hen te begheeven ter herberge op 't Zwyndrechtfe Veer ende elders, tot grooter prejuditie der voorfz. Stede, die op 't voorfz. Veer als oock binnen den anderen Dorpen van Zuydt-PIollandc niet meer en genieten dan een ftuiver op de Tonne Biers, waer door ook ghebeurt, dat veele Borghers in grooter meenighte hen daghelycks transfereren op 't voorfz. Veer, hanterende aldaer hare Koopmanfchappen ende houdende hare ghelaghen, overmits men de Wynen ende Bieren aldaer beter koop ende tot veylder pryfe drinckt dan binnen de voorfz. Stede, tenderende al tot grooten nadeele ende fchade van defelve Stede, ende den inwoonendeTappers ende Herbergiers, zittende op zwaare lastighe Huyshuuren, moetende daerenboven helpen draghen veele lasten van der Stede, van de Contributien, Wake, &c. daar die van den platten Landen onghemoeyt van blyven, ende hoewel de Supplianten mitsdefen ende meer anderen urgente reedenen, wel zouden mo-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 'zouden het welvaren der voorfchreven Stede tot foulagement van de Inwoonderen aldaer, Verfoetinge van heur luyder voorfchreven geleden fchaaden: ende dat hen by provifie zeer vorderlyck zouden wefen een jaarlickfche vrye Paerdemarckt. Biddende ende verfoeckende ons daeromme hen dezelfde Paerde-Marckt te willen gunnen ende accorderen, omme alle jaren binnen der voorfchreven Stede op den acht - en * twintighften ende negen - en twintigften September ghehouden te werden, ende tot dien fyne heur luyder verleenen onfer opene letteren in zulcken zaken dienende. Doen te weten, dat wy de zaecken voorfchreven overgemerckt, genegen wefende ter bede van de voorfchreven Remonftranten, zonderlinge in aanfieninge van heur luyder voorfchreeven lasten, ende fchaden, ende daeromme begeerende hen-luyden, zooveel in ons is, tot vordernisfe der voorfchreven Stede te gratificeren, hebben by deliberatie van onfen lieven ende beminden Neve den Prince van Orangien, Grave van Nasfau, &c. voor ons Stadthottder ende Capiteyn Generaelover onfe Landen van Hollandt, Zeelandt ende West-Vrieslandt, ende Uytrecht, mitsgaders van de Staten van Hollandt voorfchreeven, den voorfchreven Remonftranten ghegunt, gheocfroyeert, ende geaccordeert., gunnen, octroyeeren ende accordeeren uyt onfe zonderlinghe gratie by dezen, binnen onfen voorfchreeven Steden van Gornichem te mooghen opftellen , erigeeeren, ende houden ter bequaamfter plaetfe een vrye ]aar-Marckt van Paerden alle op den acht ende twintighften ende neghen ende twintighften September, tot welcker Jaer-Marckt een yeghelyck vry ende onbelet zal moghen komen , defelfden verfoecken, frequenteren, ende koopmans - ghewys aldaer hanteren twee daghen voor ende twee daghen naer de voorfchreeve principale ghedefigneerde marckt - dagen, gheduerende mitsdien de vrydom derfelfder marckt in alles zes gheheele daghen. Ende te dien eynde hebben wy den zelfden, verleent, ende verleenen by defen vry ende vast gheleyde, ende veyligheyt, 4^5 zonder dat zy gaende, komende, blyvende haar Koopmanfchap doende ende wederkerende den voorfchreven tydt ende Jaar-Marckt gheduerende, ghehouden, ghearrefteert ofte becommert zullen werden aen lyff noch aen goederen om eenighe Civile zaecken, uytghefondert onfe eyghcne fchulden ende penningen, ofte gerechtigheeden, hier inne oock buyten ghelloten onfe ende onfer voorfchreven Landen van Hollandt vyanden, ende den gheenen die onfen ende derfelfder Landen wederparthye houdende, ofte daer uit ghebannen zynde. Authorifeeren vooits den voorfchreeven Remonftranten by openbare Publicatie van defen, binnen der voorfchreven Stede, ende oock by affixie van Billetten alomme ter pïaetfen des noots zynde, de voorfchreven vrye Jaar - Marckt een yeghelyck be« kendt te maacken; des zoo werden zy luyl den ghehouden defen jeghemvoordighen met\ ten eerften te doen regiftreeren binnen onfer Camere van den Reeckeninghe in Hollandt. Ontbieden daeromme, ende bevelen onfen voorfchreven Stadthottder, Prefiderende, ende andere luyden van onfen Rade ende Reeckeninghe in Hollandt, den Drosfart tot Gorcum, ende allen anderen onfen Officieren, Rechteren, Jufticieren ende Onderfaten, van wat qualiteyt ofte conditie die zyn, dat zy den voorfchreven Remonftranten van de voorfchreven vrye Jaer-Marckt, ende voorts van allen den inhouden van defen doen te laten ende ghedogen, rustelick, vredelik ende volkomelick genieten ende gebruiken, zonder, hen daer inne te doen noch te laten ghefchieden eenigh hinder, letfel ofte moeyenis, ter contrarie , want ons alfoo ghelieft: des t' oircon/ den, hebben wy den Zeghele van onfen | Leen-hove van Hollandt, 't welck wy in gelycke zaecke ghebruyeken, hier aen doen hanghen. Geghevën binnen onfen Huyfe van den Haghe, op den vier - en - twintighften dach van Augufti in 't jaar ons Heeren vyftien hondert ende tachtigh; «jé Placaet, beroerendeden Tollen van de Paerde- Marckten van Vlaer dingen, Voorfchoten ende Valckenburg. Den 5 September 1580. T*Ve Grave van Bousfu, Heere van Beury JL^/ Gammeraiges, Blangy, &c. Stadthouder ende Capiteyn Generaal by provifie, die Prefident ende Raden desKonincks over Hollandt ende Vrieslandt, den eerften gefwooren Èxploiétier van der Camere van den Rade in Hollandt hier op verfocht, Saluyt. Alfo van wegen Heere Philips, Grave van Ligne ende van Faulquenberge, Baron van Wasfenaer, &c. Ridder van der Ordene van den Gulden Vliefe, ons verthoont is, dat onder andere heerlycke goeden van Wasfenaer gehouden worden van VIII. Deel. de Conincklycke Majefteyt te leene, die Paerde-Marckten ende Tollen van dien binnen der Stede van Vlaerdinghen, ende den Dorpe van Voorfchooten ende Valckenburgh, die vryheyclt van defelve Marckten jaerlycks ingaende, te weten van Vlaerdinghen acht daghen voor St. Pieter ende Pouwels Apostelen dagh, ende geduerende acht daghen daer nae, ende die Marckt van Voorfchooten acht daghen voor St. Pieters avondt ad vincula, geduerende acht daghen daer na; ende die Marckt van Valckenburgh acht daghen voor S. Lambrechts Hhh dagh,  Begrypende allerhande Politicque zcinkeii. voorfz. Stéde van der Goes, is den eenigbe Stede binnen den Eyknde vm Zuydt-Bevelandt, in goeder bequaamheyt ghcleegen, om aldaer eenige Marckten, zoo van Paerden, als van alderhandeBeeften te moghen ghelecht werden het welcke oock weefen foude zonderlinge tot grooten gherieve ende diende van den Inwoonderen van de omlegghende Eylanden aenghefien in verre daer nae by egheen dierghelycke Marckt ofte gheleegentheydt en is, verfoeckende ende biddende daeromme" de voorfz. thoonderen ons ootmoedelyck henluyden van weegen der voorfz. Stede in aenfieninghe van 't gunt voorfz. is, favorabelyck te willen gonnen ende accordeeren een jaerlyckfe vrye Marckt, zoo van Paerden ende Beeften, als voorts van allerhande Koopmanfchappen, ingaende alle jare des Zaterdaeghs voor den eerHen Dinghsdagh in de Marckt, ende gheduerende den tydt van zes daeghen, ende tot dien fyne henluyden te verleenen ende te doen expedieeren onfen brieven in fulcken zaken dienende: Doen te weten, dat wy de zaecken voorfz. overghemerckt ende ghenegen wefende ter beede van de voorfz. Remonftranten, zonderlinghe in regard van de groote fchaade ende verlies, zoo wel by 't geheele Corpus onfer voorfz. Stede van der Goes, als by den Borgheren ende Inwoonderen van dien in 't particulier, door de voorleeden Oorloghen ghehadt ende geleeden: Begheerende daeromme zoo veel in ons is, den zei ven Remonftranten tot vordernisfe der voorfz. Stede te gratiflceeren•. Hier op eerst ghehadt't Advys van de Gecommitteerde Raeden van onfer Landen van Zeelandt, hebben by deliberatie ende goetdunken van onlen lieven ende beminden TsTeve den Prince van Orangien, Grave van Nasfau, &c. voor ons Stadthottder ende Capiteyn Generael over Hollandt, Zeelandt, Vrieslandt ende Utrecht, den voorfz. Remonftranten ghegunt ende gheaccordeert, gunnen, oétroyeeren ende accorderen uyt onfe zonderlinghe gratie by defen, binnen onfer voorfz. Stede van der Goes te mogen opftellen, erigeren ende houden eenen vry en Jaer-iVlarckt van Paerden ende Beesten, mitsgaders van allerhande Koopmanfchappen, ingaende ende beghinnende jaerlycks des Saterdaeghs voor den eerften Dinghsdagh in de Maerte, ende ghe¬ duerende den tydt vanzescontinueele daghem Authoriferende henluyden by affixie van Billetten alomme ter plaetfe des noodigh zynde , de voorfz. vrye Jaer-Marckt een yeghelyck bekent te maecken, binnen welcke zes dagen alle die gheene, die ter voorfz. vryer Jaer-Marckt begheeren te komen, zullen aldaer vryelyck ende onbelet moghen verkeeren ende hanteeren Koopmans-ghewyfe, ende ten dien eynde hebben wy den zeiven verlcendt ende verleenen hy deefen, vry ende vastgheleyde ende veyligheyt,de voorfz.Jaer-Marckt gheduerende, zonder dat zy gaende, komende , blyvende, haere Koopmanfchappen doende, ende wederkeerende ghehouden, ghearrefteert, ofte bekommert zullen worden aen lyf noch aen goeden, om eenighe civile zaecken, uytgheiönde'rn onfe eyghene fchulden ofte penninghen, hier inne oock buyten ghereferveert onfe ende onfer voorfz. Landen van Zeelandt vyanden, ende de gheene die onfer ende derfelver Landen weder-partye houdende zyn. Behoudelyck dat de voorfz. thoonderen ghehouden werden defen jegenwoordighen metten eerften te doen regiftreeren binnen onfer Camere van Reeckeninghe in Hollandt; ontbieden daeromme ende beveelen onfen voorfz. Stadthouder, Prefideerende, ende andere Luyden van onfen Raade ende Reeckeninghe in Hollandt, onfen Rentmeeflers Generaels bewester ende beooster Schelt, den Bailliu onfer voorfz. Stede van der Goes, haren Stedehouderen ende alle andere Officieren, Reehteren, Jufticieren ende Onderzaten, van Wat qualité ofte conditie die zyn, dat zy de voorfz. thoonderen van de voorfz. Jaer-Marckt ende voorts van allen den inhoude van defen, doen laecen ende gedooghen rustelyck, vredelyck ende volkomelyck ghenieten endeghebruyeken, zonder hen daer inne te doen ofte laten ghefchieden, eenigh hinder, lettel ofte moeyenis ter contrarie, maer veel eer den zeiven tot onderhoudenisfe van defen, te bewyfen alle hulpe ende asfiftentie, want ons alfoo ghelieft: des foorkonden hebben wy den Zeghele van onfen Leenhove van Hollandt, die wy in ghelycke zaecken gebruycken, hier aen doen hanghen. Gegheeven binnen onfer Stadt Delft den 23 dagh Decembris in 't jaer ons Heeren 158c, 7. Octroy van een Paerde-Marckt voor die van den Haghe. Den 8 January 1581. Philips by der gratie Godts Koninck van Caftilien, &c. Alfoo onfen wel beminden de Bailliu, Schout, Borghemeesteren, Scheepenen ende Regheerders van onfen Vlecke van den Hage ons vertoont hebben, dat wylen Ho. Mo. Hertog Willem van Beyeren, Grave van Hollandt, omtrent denjaere 1406, de voorfz. Vlecke van den Haghe ghegunf. ende ghegeeven heeft, een vrye Jaer - Marckt van Paerden, Beesten, ende andere goeden, die aile jaers ingaet acht daghen voor Mey-dagh, ende gheduert veerthien daghen, binnen wekken tyde eenen yeghelycken, Vyandt nogh Ballinck weefende, de Marckt aldaer vryelyck Hhh 2 zou-  Bcgijpcncfc allerhande Politicque zaaken. 429 Prolongatie van 7 Oclroy aen Francois Masfazia, ais Commisfaris Generael over de Bancken der Leeninge over Llolland en Zeeland. Den 27 December 1582. Wilhelm by der gratie Godts Prince van Orangicn, Grave van Naslau &c. Alfoo Francois Masfazia, Commisfaris Generael der Tafelen van Leeninge Over Hollandt ende Zeelandt, woonende binnen der Stede van Leyden, ons verthoont heeft, dat hem Suppliant in aenlieninghe van goede officie ende dienden by hem der ghemeene zaecken beweefen ende gedaen, (daer van ons ende den Staten van Hollandt ende Zeelandt, tot meermael gebleken was) in den jare drie ende t' feventich lestleden gegondt ende geoétroyeert om als Commisfaris Generael, in plaetfe van eenen Barnardye Succa, hem buytenslandts by den vyanden begheeven hebbende, met allen Tafel-houders van Leeninge als doen wefende , ofte noch toekomende binnen der voorfchreeven Lande van Hollandt ende Zeelandt tot zynen goedt-duncken te mogen handelen, ende eyndelyck overkomen, alles op conditiën, privilegie ende gewin, als den zeiven Tafel-houders by heur-luyder Iaetfte Oétroyen gegondt ende geaccordeert was geweest, mits dat die zelve Tafel-houders gehouden zouden wefen op 't Advys van den voorfchreven Masfazia, van ons te impetreeren nieuwe Brieven van Octroy, zonder dat yemandt binnen den voorfchreeven Lande defetfde Tafelen van Leeninge zoude moghen houden, noch oock heure gerechtigheyt ende aétie van dien malkanderen transporteren in eenigher manieren, dan alleenlyck met kennislê, expres confent ende advys van den voorfchreven Suppliant, op peyne van hondert gulden, alle welcke te verbeuren by den genen die contrarie deeden, tot profyte van den zeiven Suppliant: Ende alfoo tot kennisfe van den Suppliant voornoemt gekomen was, dat eenige Perfoonen hen vervorderen te vervolgen gelycke Privilegie ofte Oétroy, waer door hy Suppliant gefchapen was uit zyne voorfchreven Commisfie van 't Commisfarisfchap geftooten te werden tot zynen grooten agterdeele, niet tegenftaende de groote getrouwigheydt ende asfiftentie by hem nae zyn qualité ende gantfche vermogben (als vooren) der gemeene zaecken beweCen, verfoeckende daeromme ootmoedelyck, dat ons gelieven wilde die voorfchreven zyne commisfie te continueren, ende den tyt van dien voor zeeckere jaren te verlenghen. Doen te weten, dat wy de zaecken voorfchreven overghemerckt, gheneegen wefende ter begeerte van den voorfchreven Francois Masfazia, ten reipeéte van zyne voorfchreven bewefen getrouwigheyt, ende dat hy in zyne eere ende geloove gehouden, mitsgaders zyn bederffenisfe verhoedt mach werden , ende hier toe oock gefien die voorgaende fchriftelycke bewilliginghe van onfen wel beminden den Staten 'sLandts van Hollandt j van date den lesten Mey vyfthien-hondert. ende tachtigh, hebben den voornoemden Masfazia gegondt, geaccordeert ende geoétroyeert3 gunnen, accorderen ende oétroyeren uyt onlèr zonderlinghe gratie, mits defen continuatie ende prolongatie ofte verlenginghe van zyne voorfchreven Brieven van Commisfie ende Octroy , hem als Commislaris Generael over die Tafelen van Leeninge gegeeven in dato den twaelfden Mey vyftien-hondert vier en t'feventich, ende dit voor den tydt van zeven jaren, ingaende ter expiratie van de jaren in de voorfchreven Brieven gementioneert, willende ende ordonnerende mitsdien, dat de voorfchreve Commisfie ende Oétroy alomme binnen Hollandt ftandt grype, ende volkomen effeéte forteeren zal: ende overzulcks den voorfchreven Francois Masfazia, als Commisfaris voorfchreven, van den zeiven effeéte ende inhoude der voorfchreven Commisfie onder die conditiën daer inne begreepen, geduyrende den voorfchreven tyde zal blyven genieten ende gebmycken, en dat daer op overfulcx onder zyne Advyfe, Confent, ende Accoordt alle Tafelhouders zullen moghen werden geoétroyeert in 't houden ende tranfporteren van de Tafelen van de Leeninghe als naer behooren, zonder dat binnen den voorfchreven tyde yemandt anders binnen Hollandt tot het voorfchreve Generaelfchap geadmitteert ofte aengenomen zal worden. Dat voorts gheen Tafel-houders toeghelaten én zullen werden dan by voorgaende Advys ende Accoort van den voorfchreven Masfazia; ende dit alles voor zoo veel als 't aengaet die Tafelen van de Leeninghe binnen die Provintie van Hollandt; ende vorder, alfoo wy die Tafelen van de i Leeninghe in Zeelandt , ende den particulier Oétroye dies aengaende by ons onlancks verleent , by defen gheen prejudicie en willen te gefchieden, behoudelyck ende wel verftaende, dat zoo verre eenige Steden binnen de voorfchreven Provintien van Hollandt middelertydt te raede zoude werden montem pietatis in den heuren op te rechten, dat 't felve gedaen zal mogen werden met beiieve van de Staten voorfchreeve, ende onder behoorlycke Inftruétie, die daer op in 't gemeen gemaeckt zal werden: ontbieden daeromme ende bevelen onfen lieven ende getrouwen, die luyden van de Camere van de Reeckeninge in Fïollandt, ende 1 alle Officieren, Rechteren, Jufticieren,Capiteynen, Soldaaten ende andere onfen Onderfaten binnen den felven Landen, die defen eenichfins zal moghen aengaen, dat zy ende een yegelyck vart hen den voorfchreven Masfazia, het inhouden van zyne voorfchreven Brieven van Commisfie, Oétroy, beroerende Hhh 5 die  Begrypende allerhande Politicque zaaken. omme alle Officiers, Dienaren ende Onderfaten der voorfchreeven Hooghe Overigheydt zoo hen toebehoordt, dat zy deefe Geboden ende Beveelen obedieren ende onderhouden, ende oock u dit doende alle hulp ende vordernisfe doen, zonder des te laten in eenigher wys, op alle 'tgunt zy des voorfchreven Hoghe Üverigheydts thoorn duchtende zyn, en- 43T de daer jeghens verbeuren moghen. Certificerende ende relaterende wes ghy hier inne gedaen zult hebben, ende u weder-varen zla wefen. Gegheeven in den Hage, onder tZeghel van Juftitie hier onder op gedrtickt in forme van Placcaate, den 21. Auguftianno 1586. 10. ÖcJroy, houdende nadere bepaaling van den tyd der Jaar-Marckt te Goes. Den 10 Jugufti 1587. TJ obert Grave van Leycester, Baenderheere van Denbigh, &c. Alfoo de Burghemeesteren ende Scheepenen der Steede van der Goes aan ons vertoont hebben, hoe dat tot verbeteringe van dezelve Stadt henluyden gegunt ende geoétroyeert is geweest, in den jaere vyfthien hondert tachtigh, te moghen erigeeren ende opftellen een vrye JaerMarckt van Paerden ende Beesten, mitsgaders van alderhande Koopmanfchappen, ingaende ende beginnende jaerlycks de Vryheydt van dien, Saterdaaghs voor den eerften Dinghsdagh in Maert, ende geduerende den tydt van zes continuele daghen, biyekende by de Copye Auétentyck van de Brieven van Oétroye daer van zynde, ons vertoont. Ende alfoo mits het redres ende achterhalen van het jaer, den tydt van thien daghea de zelve Jaer - Marckt eer komt dan defelve eerst geleydt was, ende over iulcks onbequaem voor diverfche Koopmanfchappen aldaer komende ende gevent wordende: dat van gelycken de experientie Ieerdt, dat midts de generaliteyt van de vrydom aldaer, jaerlycks gebracht word by den vremden, alfulcke meenighte der Manifaéturen, dat daar door de Ambachten der voorfz. Stede, weefende Moeder ende Plantfoen van alle Gemeente, grootelycks geinteresfeert ende befchadigt worden, ende zulcks in plaetfe van de verhoopte vertéringhe, dezelve Jaer - Marckt in dien deele eer zoude komen te cauferen verargeringhe ende verminderinghe der Poorteren ende Inwoonderen van de voorfz. Stede, verfoekende ende biddende daeromme reverentelyck, dat ons geliefde de voorfz. Jaer Marckt te verfetten, ende in de plaetfe van den Saterdagh, koomende voor den eerften Dinghsdagh , voor den tweeden Dinghsdagh in Meerte, mitsgaders de generaliteyt van den Vrydom in den voorgaenden Oétroye vermeit, te restringeren ende derogeren met claufule, uytghefondert eenighe Manifaéturen ofte hantwercken. Doen te weeten, dat wy de zaecken voorfz. overghemerekt, ende geneeghen wefende ter bede van de voorfz. Remonftranten, begeerende denfelven tot vordernisfe der voorfz. Stede te gratificeren, hier op eerst ghehadt het Advis van de Gecommitteerde Raden van Staten van Zeelandt, hebben by de¬ liberatie ende goedduncken van' die van den Rade van Staten neftens ons, den voorfz. Remonftranten gegunt, geoétroyeert ende geaccordeert, gunnen, oétroyeren ende accorderen uyt zonderlinghe gratie by deefen, de voorfz. vrye Jaer - Marckt van Paerden ende Beesten, mitsgaders van alderhande Koopmanfchappen , te moghen verletten, ende in de plaetfe van den Saterdagh, koomende voor den eerften Dinghsdagh in Maerte, defelve achterwaerts te moghen trecken, gelyck wy defelve oock verfetten, verleggen ende achterwaerts trecken by defen, op den Saterdagh voor den tweeden Dinghsdagh in Maerte te beginnen, ende te gedueren den tydt van zes continuele daghen, ende dat met den vry heden , liberteyten ende oock restriétien in de voorgaende Brieven van Oétroy vermeit, restringerende niet te min mits deefe, der generaliteyt van de vrydom der Koopmanfchappen in de zelve Brieven van Oétroye begreepen, de welcke wy willen alfoo verftaan te worden, dat voortaan by den vreemde aldaer, geenderhande Manufaéturen oft handtwereken ter zeiver Marckt en zullen moghen gevent oft te koope gefteldt worden, veranderende alfoo in dien deele het voorfz. Oétroy, d'welck wy anderfints ende voor de reste defen niet contrarierende, verftaen te blyven in zyn geheel : Behoudelyck dat van de voorfz. veranderinghe, zoo van den tydt als van de Claufule restriétive behoorlyck advertentie ende Publicatie, tot koste van de Remonftranten, aen den Steden ende Plaetfen daer zulcks wordt vereyfcht goedts tydts gedaan worde. Ende dat oock de voornoemde thoonderen gehouden worden, defejeghenwoordighemetten eerften te doen registreeren in de Camere van de Reeckeninghe in Hollandt. Ontbieden daeromme den Stadthouder, Prefident ende andere Luyden van den Rade ende Reeckeninghe in Hollandt, den Rentmeesters Generaels van bewester ende beooster Schelde, den Bailliu der Stede van der Goes, haare Stedehouderen ende allen anderen Officieren ende onderzaten, van wat qualiteyt ofte conditie die zyn, dat zy den voorfz. thoonderen van de voorfz. vrye jaer marckt, ende voorts van allen den inhouden van defen, doen laten ende gedooghen, rus-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. watqualité ofte conditie die zyn, dat zy den voornoemde Supplianten de voorfz. vrye jaermarckt als vooren, doen, laaten, ende gedoghen, rustelyck, vredelyck ende volkomelick genieten ende gebruycken, zonder hen daer inne te doen ofte te laten gefchieden ee- 4o3 nicn mnaer, ïeuei orce moeyenisle, ter contrarie. Des t'oirconden hebben wy onfen grooten Zegel hier aan gehangen. Gegheven in 's Graven - Haghe voornoemt, den vyfthienden Martii anno vyfthien hondert zeven ende tnegentich. 13. O&roy aan den Heere van Schaghen , van een vrye jaerlyckfe Paer de-marckt. Den 27 February 1603. De Ridderfchap, Edelen ende Steden van Hollandt, &c. Alfoo Heeren Johan Heere tot Schagen, Burchoorn, Goudriaen, &c. ons verthoont heeft, als dat de Heerlyckheyt van Schagen is legghende midden in 't landt, ende ter plaetfe daer men zeer bequamelicken eene vrye Paerde-Marckt zoude moghen Oprechten, als geleegen drie mylen weeghs tusfehen de Steden van Alckmaer, Hoorn ende Medenblick,zoodat defelve zeer commodieux voor den gemeenen man zonder hinder ofte letfel van yemanden kan ge-erigheert ende daer gehouden werden; Ende dat hy verthoonder niet gaerne hier inne yet zoude willen ftatueren, zonder vooral daer toe te hebben onfe authoriteyt, die hy daer inne naer billicheyt begeert te agnosceeren, verfoeckende daeromme , dat ons believen zoude hem verthoonder in de voorfchreeven zyne Heerlicheyt van Schagen te vergunnen alfulcken vryen PaerdeMarckt op ten feeventhienden Juny, acht dagen voor S. Jan Baptisten dach te mogen oprechten, ende jaerlicks doen houden als de Heeren van Wasfenaer binnen Valckenburgh, Voorfchooten ende andere Plaetfen dus langhe gehadt hebben, met allen prerogativen ende gerechticheyden daar toe gehoorich. Soois't, Dat wy de zaecke voorfchreeven overghemerekt, ende ghenegen wefende ten verfoucke van den Heere van Schagen voornoemt, den zeiven uyt onfer rechter wetenfehap, volkomen macht ende authoriteyt verghunt, geconfenteert, bevvillicht, ende geoétroyeert hebben, vergunnen, confenteren, bewilhghen ende octroy eren by defen eene vrye PaerdeMarckt in zyne Heerlyckheyt van Schagen jaerlicks gehouden te moghen werden op ten zeeven tienden Juny, acht daghen voor S. Jan Baptisten dach, met alfulcke prerogativen ende gerechtigheeden, (uytgefondert den Thóf) als de Heeren van Wasfenaer binnen Valckenburch, Voorfchooten ende andere Plaetfen tot noch toe gehadt hebben, mits dat hy ghehouden is defe onfe vergunde, confente, bewilliginghe ende oétroye in onfe Camere van de Reeckeninge in Holland te doen vifiteeren, interineren ende regiftreren als 't behoort, 't welck gedaen zynde, ontbieden ende beveelen wy allen ende eenen yegelicken , die defen aengaen mach, Dat.zy den voornoemden Heere van Schagen van defen onfen Confente ende Oétroye doen, laten, ende gedoghen, rustelicken, vredelicken, ende volkomelicken genieten ende gebruycken, zonder hem daer inne te doen ofte laaten gefchieden eenich hinder , letfel ■, ofte empechement ter contrarie. Gegheeven in den Haghe onder onfen grooten Zegele hier aen gehanghen den zeven- en twintichften February anno festhien-hondertende drie. 14 Ordonnantie van een vrye Marckt in den Hage voor alderley Broodt, van klaren Tarw ende Rogghe gebacken: Mitsgaders Bisfcuyt ende ' andere Eet-waren, &c. Den n Blaart 1609. Maurits gebooren Prince van Orangien, Graave van Nasfau, Catfenellebooghe, Vyanden, Diets, &c. Marquis van der Veere ende Vlisfmghen, Heere van S. Vyt, Daelfburgh, de Stadt Grave, ende van den Lande vanKuyck, &c. Gouverneur, Capiteyn GeVIJL Deel. nerael ende Admirael, mitsgaders de Prefident ende Raden over Hollandt, Zeelant ende Vrieslandt. Alfoo ons gebleeken is, dat Schout, Burghemeefteren ende Gerechte van 's Gravenhaghe, op ten neegenthienden Januarii laastleeden, gemaeckt hebben zeeckere Iii Ge-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. Des zullen de Backers moghen bacüenKoecx'kens, Krakelinghen, Bifcuytghens, Timpkens ende diergelycke, doch van gheen minder pryfe als van een duyt het ftuck. Ouwigh, harigh, lymigh °fte niet genoegh gebacken Broodc, zal niemand moghen backen oft verkoopen, opeen boete van dertigh ftuyvers. Ende zoo wie bevint in 't opfnyden van Broot zulk Broot gekoght te hebben, zal 't den Backer moghen wederbrenghen ende zyn geldt weder eysfchen, 't welck indien hy weygherde, zal verbeuren dubbelde boeten. Ten eynde de Backers beter oorlake moghen hebben om toe te zienj dat zy den goeden Luyden goedt ende behoorlyk Broodt verkoopen, van goede ftoffe wel gebacken ende ter voller gewichte conform defe Ordonnantie, zullen niet alleen naer ouder gewoonte de Broodt-weeghers, maer oock den Officier ende zynen Subftituyt, ofte eenighe andere perfoonen, by die van den Gerechte daer toe te committeeren, tot allen tyden ende zoo dickwils het henluyden goetduncken zal, oock fmorghens vroegh en favonts laet, moghen gaen vifiteren alle Backershuyfen, zoo wel in de Backeryen als elders, omme op alles toeficht te neemen, dat defe Ordonnantie mach naergekomen ende volkomentlyeken achtervolght worden; ende zullen de breuckighe verbeuren de boeten hier vooren gefpecificeert, interdiceeren eenen yegelycken den Broodt-weeghers ofte eenige andere gecommitteerde perfoonen, yet te misfegghen ofte misdoen, direételyck ofte indirectelyck, op een boete van zeeventhien ponden ende correctie van Scheepenen, item zullen alle Backers ghehouden zyn, in haer voorhuyfen te hanghen eene juyfte oprechte Balance, met goede ge-eyckte wichte, daer by eenen yegelyck die 't begheeren zal, zyn Broodt voor zyn ooghen weeghen, op een boete van dertigh ftuyvers. Niemandt van buyten alhier komende, zal Wit, Tarwen oft ander Broodt alhier moghen verkoopen, dan alleenlyck Rogghen-Broodt, 't welk den buyten-luyden toeghelaten wordt in 't openbaer te verkoopen, des Manendaeghs op den ordinaris Marckt-dagh ende anders niet, midts dat 't zelveRogghenBroodt in conformité ende volghende defe Ordonnantie gebacken ende verkocht zal worden* met zulcken verderen verftandè, dat defeve Buytenluyden gehouden zyn alle 't Roggenbroodt, 't gunt des Manendaeghs onverkocht blyft, datelycken naer hen weder te neemenj zonder 't zelve in eenige huyfen, kelders ofte plaetfen in den Haghe ofte Jurisdictie van dien te laten ftaen, ofte oock ondertusfehen te verkoopen ofte doen verkoopen, op de verbeurte van 't zelve Broodt en de boete van zeeventhien ponden, Werd meede alle ende eenen yeghelycken gheen Backers zynde* mits defen expresfelycken verboden eenigft Broodt, het zy buyten oft alhier binnen gebacken te flyten ofte te mogen verkoopen, op een poene als boven. Behoudelyck nochtans, dat de flyters ofte flytfters, alhier toegelaten word te mogen verkoopen koeexkens, timpkens ende 433 kraeckelinghen, ten hooghften van een dort ftuyvers'tftuck. Ende ten dien eynde werdt in deefe Ordonnantie belast de Bifcuyt-Backers van buyten komende toegelaten, haer Bifcuyt in 't openbaer op den ordinaris Marckt-dagh te verkoopen, ende dat op den Manendagh alleen , op een boete van dertigh ftuyvers. Ende ten eynde defe Ordonnantie in alle Poincten ende Articulen mach worden naergekomen ende geobferveert, zoo zyn niet alleen de Officiers, Subftituyt ende Dienaers alhier, maer oock de Broodt-weeghers,Deeken ende Hooftmans van 't Backers-Gilde, mits defen geauthorifeert ende gecommitteert, den Contraventeurs te achterhalen, bekeuren, ende de refpeétive boeten hier inne begrepen te executeren, ende welcke boeten ende breuckeri bekeert zullen worden 's Graven-haghe, den Officier ende den Aanbrengher elcks een derdendeel. Aldus gepubliceert van 't Raethuys van 's Gravenhaghe, naer 't luyden van de Stedehuys-klocke aldaer, op den zesthienden February anno zesthien - hondert neghen. By my ende was onderteeckent: H. A. van Zuydervliet. Alfoo den Schout, Burghemeefteren endé Gerechten van 's Graven-haghe gebleken isj dat verfcheyden Perfoonen komende met het Roggen-Broodt van 't platte Landt, haer vervorderen 't zelve Broodt buyten aen de Haeghfche-Siecken, ende wefende buyten des HaeghsJurisdiétie, aen den Inwoonderen alhier te , verkoopen: Verklaaren meede d'felveverkoopers wel uytdruckelycken aen gheen Keuren ofte Ordonnantiën van 's Gravenhaghe verbonden te willen zyn, nochte d'felve ih 't backen ende uytüyten van haer Broodt te willen onderhouden. Dat meede eenighe perfoonen van buyten met hun Broodt ter Marckt alhier komende, boven de helft aen de Marckt niet enbrenghen, omme aldaer in't openbaer naer behooren verkocht te worden, maer 't zelve onder weeghen in eenighe huyfen ofte bedeckte plaetfen alhier verfteecken, omme 't zelve Broodt onder fmuyck te verkoopen: Tendeerende alle 't zelve niet alleen tót kleynagtigheyt ende misbruyek van de voorfz. Keure ende Ordonnantie, bedriegherye ende prejuditie van de fchamele Gemeente, die onder 't deckfel van een Broodt een duyt ofte een oortgen beter koop te gheeven, 't zelve op zyn behoorlyck gewichte, noch van goede ftoffe niet en backen, vreefende dat haer bedrogh door 't onderhouden van de zelve Ordonnantie ontdeckt zoude worden, maer oock tot defraudatie ende verminderinghe van des gemeen Landts impost, by myn E. Fleeren Staaten 'sLandts, op de Confumptie van de Greynen geftelt. Ende wallende daer inne behoorlycken verfien hebben, by Ampliatie gekeurt ende geordonneert, keuren ende ordonneren de Poinéten ende Articulen hier naer volghende. Dat niemandt van nu voortaen komende met zyn Broodt naer 's Gravenhaghe, lii 2 't zei-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 43? voorfz. hare Eet-Waren ende anderen , zullen moghen vóórhellen ende verkoopen op 'c Buytenhof van defen Hove, ter plaetfe daer 't haer by den Procureur Generael zonder haer kosten aangewefen zal worden. Lastende ende ordonneren den Bailliuw ende Schout van den Haghe, ende allen anderen die deefen aengaen mach, dat zy den voornoemden te Marckt komende Luyden mettet voorfz. Broodt, Bifcuyt, ende andere Eet-Waren, ende andere Waren, daer inne gheen moeyenisfe, hindernisfe ofte bekommeringhen en doen, ten ware zy in andere Poinclen niet voldaen en hadden de voorfz. Keure op arbitrale correct ie. Ende met die limitatie ende reftrieftie hebben wy geapprobeert ende approbeeren mits deefen de vordere Articulen van de voorfz. Keure, zoo veel defelve de Edelen ende Suppoosten voornoemt konnen raaken. Alles ter tydt ende wylen toe anders by defen Hove zal wefen geordonneert. Ende op dat niemandt hier van ignorantie en pretendere, hebben wy meede geordonneert ende ordonneren by deefen dal defe voorfz. Ordonnantie gepubliceert zal worden op de Audiëntie van de Rolle; ende voorts gelast ende geauthorifeert, lasten ende authorifeeren midts defen, den eerften Deurwaerder van de Kamere van delen Rade hier toe verfocht, defe onfe Ordonnantie naer voorgaende klock-ghellagh te publiceeren van 't Stadthuys van den Haghe, tot Delft, Ryswyck, tot Voorburg ende elders, daer 't van noode ende hem gelast zal werden, ten eynde een yeghelyck weeten mach, waer naer hem te reguleeren. Gegheven in den Haghe, onder 't Zeegel van Juftitie hier onder op gedruckt in Placcate, den n Martii 1609. (Onderftondt gefchreeven) by mynen Heeren den Gouverneur, Prefident ende Raden over Hollandt, Zeelandt ende West-Vrieslandt. (Ondertekent^ A. Duyck. Hebbende onder op 't Ipatium van defen, een opgedruckt Zeeghel van roo- den Wasfche. 15. O&roy voor de Brielfche-Marckt. Den 18 December idio. De Ridderfchap, Edelen ende Steden van 1 Hollandt, &c. Alfoo Bailju ende Leenmannen van den Lande van Voorne, mitsgaders Burgemeesteren ende Regierders der Ste- 1 de van den Briele ons verthoont hebben, hoe dat defelve Stede van allen ouden tyden heeft gehadt eene Maendaegfch Weeck marckt, die I by verfcheyden Luyden zoo uyt Hollandt, het landt van Voorne, als andere Quartieren werde ghefrequenteert, dan alfoo aldaar niet anders ter Merckt. en werde gebracht dan alderley zoorten van Greynen, Hoenderen, Ganfen, Calcoenen ende diergelycke Waaren, zoo en was de voorfchreeven Merckt-dagniet foo goed, ende en werden foo feer niet befocht, als defelve wel zoude doen, by zoo verre ook aldaer te Merckt quamen allerley Beesten, als Paerden, Koeyen, Kalveren, Schaapen, Verekens ende anders , die d'inghefetenen van den voorfchreeven Lande aldaer wel ter Merckt zouden brenghen, inghevalle zy binnen den voorfchreeven Stede voor eenighen tydt in't jaer mochten ghenieten de vydommen van arresten ende becommeringhe op haare perfoonen, Goederen ende Penninghen van defelve Goederen procederende, als zy in andere plaetfen ghenietende waren, zulex de voorfchreeven ingefetenen van de voornoemde Lande hen Supplianten hebben aengheboden, ende waren de Supplianten oock van verfcheyden Perfoonen van buyten de voorfchreven Weeck - merckt freuqenterende, aanghefproocken, dat zy de zaecke daar toe zouden belyden, dat de voornoemde ingheletenen neffens haere Greynen ende andere waaren, oock haere Beestialen aldaer ter Marckt zouden brenghen, dewyle het haer zeer gerieflyeken zoude weefen om defelve met eenen aldaer op te kopen, ende dewyle de voorfchreeven vrydom (alhoewel het meest raéckt ende aengaet de Burgerye der voorfchreeven Stede) niet en konde nochte mochte gegeeven werden by hen Supplianten, maer koomen moeste van de hooghe handt, verfcheenen zy Supplianten voor ons, ootmoedelyck verfoeckende , dat ons gheüefde aen de inghefetenen van den voorfchreeven Lande, ende alle andere de voornoemde Wecck-marckt frequenterende , te verleenen, gheven ende vergunnen, dat hare perfoonen ende goederen, nochte de penningen daer van procederende op de voornoemde Weeck-marckt niet en zouden wefen arrestabel voor de Maenden van Maerte, April, Mey ende Juny, meenende zy Supplianten dat zulex dienstelycken zoude zyn voor den inghefetenen van de voornoemde Lande, ende allen den geenen die de voornoemde Weeck-marckt zouden befoecken, Zoo is 't , dat wy de voorfchreeven zaecke ende verfoeck overghemerekt, ende gheneghen wefende ter bede van den Supplianten, uyt onfer rechter Wetenfchap, volkomen macht ende authoriteyt, defelve Supplianten vergunt, geconfenteert ende gheoeïroyeert hebben, gunnen, confenteren ende ocfroyeren by deefen, dat alle inghefetenen van den Landen van Voorne ende alle andere perfoonen, de Weeck-marckt van de Stede van den Briele frequenterende, voor de marckt daghen, vallende in den Maend van Maert, April, Mey ende Juny in hunnen Perfoonen ende Goedelii 3 ren  Begrypende allcih mde Politicque zaaken. moghen aennemen ende behouden tot tauxatie van Scheepenen van rs Graven - ] Iaghe, die oock dcn Eyghenaers van de Landen in de voorfchreeven inghetrocken plaetfen ghelcghen, ende de Supplianten voor deefe tydt niet van doen zouden mogen hebben, zouden moghen ten dienste ende tot fublevement van de onkosten van de voorfchreeven wereken affchatten de verbeteringe dewelcken zy door de voorfchreven intreckinge waren ghenictende, meede tot tauxatie van Scheepenen. Dat mede zy Supplianten de Visfcheryen in de Wateren by henluyden aireede ghedaen graven, ende noch te graven, onbecommert zouden moghen hebben ende behouden, zonder dat yemandt daer op nimmermeer zoude hebben te pretenderen, ende op dat de voorfchreven wereken doorappellatie ofte provocatie niet belet, verhindert, of geretardeert en zouden werden, dat zyluyden Supplianten niet jeghenftaende eenighe appellatie of andere handtlluytende provifie van Justitie met de voorfchreeven tauxatie ende executie van dien zouden moghen voorts varen : Behoudens partyen die meynen zouden by de voorfchreeven tauxatie befwaert te wefen hare fimpele provocatie omme te mogen fustineren, dat de Landen ende Gronden aireede inghetrocken, of noch inne te trecken, zoo nopende den eyghendom, als oock nopende de verbeteringhe, onredelyck of onbehoorlyck zouden wefen getauxeert of gefchat. Zoo is 't, dat wy de zaacke ende verfoecken voorfchreeven overghemerekt, ende genegen wefende de Supplianten in haer verfoeck te favoriferen voor zoo veele 't zelve in reedene behoort, uyt onfer rechter wetenfchap, volkomen macht ende authoriteyt dezelve Supplianten in qualité voorfchreeven, en tot 'sHaeghs dienste ende nutte geconfenteert, geaccordeert, geoétroyeert ende geauthorifeert hebben, confenteren, accorderen, oétroyeren en authorifeeren by delen, omme de Landen ende Gronden binnen de aireede ingetrocken plaetfen, ende de gheene die als noch innegetrocken zullen worden, geleghen, mitsgaders alfulcke als de Supplianten verftaen zullen noodich te hebben, te moghen aennemen ende behouden, tot tauxatie van twee uytten Rade van den Hove van Hollandt, by die van den zeiven Rade daer toe te committeren, ende van Schepenen van den Haghe, dewelcke te zaraen oock d'Eyghenaers van de Landen ende Gronden in de voorfchreven inghetrocken of nogh in te trecken plaetfen geleghen, ende die de Supplianten voor defen tyt niet van doen en zullen hebben, ten dienste ende tot fublevement van de onkosten van de voorfchreeven wereken zullen moghen afichatten de verbeteringhe, die de zelve Eygenaers door de voorfchreeven intreckinge zullen hebben: Accorderende de Supplianten mede in Eyghendomme de Visfcherye in de Wateren by henluyden aireede gedaen graven ende diefe noch doen graven zullen moghen, zonder dat immermeer yemanden daer op yets zal moghen pretenderen, gelyck den Supplianten mede geaccordeert ende geoétroyeert wert, niet jeghenftaende oppofitie, appellatie, provocatie of andere handtsluytende provifie van Justitie, met de voorfchreeven tauxatie ende executie van dien te moghen voortvaren, gereferveert parthyen die meenen zullen by de voorfchreeven alfo gedane tauxatien befwaert te wefen, haer provocatie by reformatie aen den Hove, omme aldaer te moghen fustineeren, dat de Landen ende Gronden aireede innegetrocken of noch in te trecken, zoo noopende den Eygendom als oock de verbeteringe, onredelyck of onbehoorlyck zouden moghen wefen getauxeert of afgefchat, ende ten eynde de Supplianten defen onfen confenten, accoorde, Oétroye ende authorifatie moghen genieten als naer behooren , zullen zyluyden defe Brieven in de Griffien van de respeétive Hoven ende ter Camere van de Reeckeninghe moeten doen registreren, 't welck gedaen wefende, ghelyck wy des oock ordonneren buyten kosten van de Supplianten te werden ghedaen, lasten wy ende ordonneeren de Prefidenten ende Raden in den Hooghen ende Provincialen Hoven van de voorfchreeven Landen, die van de Camere van de Reeckeninghe, ende allen anderen Officieren, Jufticieren en Onderfaten, datfe den Supplianten van deefen, ende alle poinéten van dien, doen laten ende gedogen, rustelyck vredelyck ende volkomentlyck genieten ende ghebruyeken, cesferende alle beletfelen ende wederfegghen ter contrarie. Gegheven in den Haghe onder onfen grooten Zeeghel hier aen gehanghen op den achften dagh van December in 't jaer ons Heeren, eenighen Heylandts ende Zalichmaeckers 1615. Ende was geparapheert. J. van Oldenbarneveldt. Op de plycke ftondt, Ter ordonnantie van de Staten, Ende was onderteyekent A. Duyck. Hebbende onder uythanghen een Zeegel van rooden Wasfchen in dubbelden Franchinen ftaerte.  Begrypende' allerhande Politicque zaaken. 44-t hypothecarisfen, in cas van dispute, op de preferentie haer zouden moeten alleen contenteren, niette taxatie van de waerde van defelve Erven ende gherimmert, tot zulcker fomme toe, als de taxatie van de voorfchreven vergravene ende geroyde Landen ende Erven, fuccesfivelyêk by Scheepenen ghedaen waren, zonder voordei, met welcke preferentie de Remonftranten in deefen meenden te zouden wefen ghedient. So zouden nochtans de Reinonftranten defen aengaende ende noopende alle questien, die op zoodanighe preferentie in tyden ende wylen zouden moghen vallen, gaerhe des wefen verfeeckert, ende gheftelt worden in zoodanige pointen ende ftaate, dat ze daar op egeen difpute, nogte eenige zwarigheydt zouden hebben te verwachten, waren derhalven zy Remonftranten te rade gheworden, haer aan ons t' addresferen, ende te verfoecken Oétroy ende fpeciael Privilegie daer by, by ons uyt volcomene authoriteyt ende abfolute macht, de voorfz. Stadt gegeven ende ghegunt zoude worden, recht van preferentie, met alle zoodanighe Rente - Brieven, zoo in Capitaél, als met alle de verloopen van defelve, die onbetaelt bevonden zouden mogen worden, als by de voorfz. Eyghenaers aireede zouden, moghen wefen gepasfeert, ofte nog gepasfeert zouden moghen worden, uyt zaecke van de voorfz. opgeleyde ende ghetaxeerde Melioratien, ende dat op 't gunt de voorfz. gronden van Erven ende Ghetimmert daer op aireede geftelt, ofte noch te ftellen, beter ende waerdigher in tyden ende wylen bevonden zouden worden, als 't gunt defelve te vooren waerdigh waren, zonder regardt te worden genomen , wat defelve, door de voorlz. inhalmghe binnen de voorfz. Stede waerdigher zouden moghen gheworden wefen, ende zonder confideratie van de voorfz. opgeleyde Melioratien, de voorfz, Voorgaende waerde ghenomen, tot alfulcke fomme, als die van den Gerechte tot Amftelredam, d" andere vergravene ende geroyde Landen ende Erven in de refpeétive Quartieren fuccesfivelyck ghetaxeert hadden. Ende dat over zulcks d'oude Hypothecarisfen, zoo Generaale als Speciael, Conventioneel als Legael hypotheque hebbende, in cas van eenighe dispute te vallen, op de preferentie van de penningen, daer van in tyden ende wylen te procederen, haer zouden moeten contenteren met de voorfz. taxatie van de waerde van defelve Landen ende Erven, genomen als vooren , namentlyck tot fulcken fomme, als die vin den Gerechte voorfz. andere verdorvene ende geroyde Erven ende Landen ghetauxeert hadden, ende dat defelve Hypothecarisfen voorder, noch meer niet en zouden hebben te pretenderen, ende dat de Stadt voor alle defelve Hypothecarisfen, ende voorts een yeghelyck met de voorfz. Rente-Brieven ende alle de verloopen van dien, op alle 't voorder boven de voorfz. ghetauxeerde fomme daer van te procederen, zoude worden ende blyven geprefereert, met derögatie van alle Rechten, Privilegiën ofte Couftumen ter contrarie weVIII. Deel. fende, of dienende, ende met hst aen eert yeghelyck haer daer naer mede te reguleren ende aen alle Jufticieren in conformité van dien recht te doen. Zoo is 't, Dat wy de zaecke ende verfoecke voorfz. overghemerekt hebbende, ende ghenegen wefende de Remonftranten in t geene voorfz. te believen, defelve uyt onfer rechter wetenfehap, kennisfe, volkomen macht ende fouveraine abfolute authoriteyt, gheaccordeert, geoétroyeert, gegheven ende geprcviligeert hebben, accorderen, oétroyeren, gheven ende previligeeren by defen, recht van preferentie, met alle zoodanighe RenteBrieven , zoo in Capitaél, als met alle de verloopen van defelve, die onbctaelt bevonden zouden moghen worden, uyt zaecke van opgeleyde ende ghetauxeerde Melioratien ter zaecke voorfz.: Ende dat op 't gundt de voorfz. gronden van erven ende getimmerten daer op aireede geftelt ofte noch te ftellen, beter ende waerdigher in tyden ende wylen bevonden zullen worden, als 't gundt defelve te vooren waerdigh zyn geweest, zonder dat regard genomen zal worden, wat defelve door d'inhalinghe binnen de voorfz. Stede Waerdigher zullei^mogen géwordén wefen, ende Zonder confideratie van d'opgheleyde melioratie de voorgaende Waerde ghenomen tot zulcken fomme als die van den Geréchte van Amftelredam d'andef vergravene ende geroyde Landen ende Erven in de refpeétive Quartieren fuccesfivelycken ghetauxeert hebben. Ende dat over zulcks d'oude Hypothecarisfen zoo gheneiael als fpeciael, conventioneel als legael Hypotheque hebbende, in cas van eenighe difputen, te vallen op te preferentie van de penninghen, daer van in tyden ende wylen te procederen, haer zullen moeten contenteren mette voorfchreeven tauxatie van de waerde van defelve Landen ende Erven, defelve waerde ghenomen als vooren i namentlyck tot zulcken fomme, als die van den Gerechte voorfchreven andere verdolven ende geroyde Erven ende Landen ghetauxeert hebben, ende dat defelve Hypothecarisfen voorder nochte meerder niet en zullen hebben té pretenderen. Ende dat de Stadt Amftelredam voor alle defelve Hypothecarisfen, ende voorts eenen yeghelyck mette voorfchreeven RenteBrieven ende alle de verloopen van dien, op alle het voorder, boven het voorfz. getauxeerde fomme daer van te procederen, zal worden ende blyven geprefereert. Behoudelyck nochtans, dat de Stadt van de Capitalen van alzulcke Rerte-Brieven, ende alle de verloopen van dien betaelt zynde, de Hypothecarisfen op 't voorder overfchot (mgevalle eenighe wefen zal) blyven zullen op haer recht, derogeerende ende te niete doende, tot dien eynde, alle Rechten, Privilegiën, Couftumen, Ufantien of Gebruycken, defen eenichfins contraherende, of die daer toe bevonden Zoude moghen worden te dienen. Ende ten eynde de Remonftranten defen onfen Accoorde, Oétroye, Gifte ende Privilegie mogen genieten, als na behoren, zullen zy defen Brieve prefenteren Kkk aen  Begrypende allerhande Politicque -2aakerl. 443 hondert ende tachtigh voorfchreeven: Welck Placcaet daer naer op t verfoeck van wylen M. Cornelis van der Hoogh, als Rentmeester Van den Htiyfe van Wasfenaer, op den drie en twintichsten Juny anno vyfthien hondert acht was gerenoveert: ^ Ende want den verthoonderbevont, datdaghelycx weder veele Cöntraventien gefchieden in 't defrauderen van de Thollen ende gereclltigheyt van de Paerdeniarckt tot Valkenburgh, als meede in 't ftoören ende beroven van de Eyeren vart de Zwanen aldaer, alles tot zyn merckelycke prejuditie ende nadeel: Ende derhalven verfoeckende met aucthoriteit daer inne voorfien, ende Ordre geftelt te worden. Zoo is 'T, dat wy dit overgemerckt ende gheconfidereert hebbende , U lasten ende committeren mits deferi 'te trecken over al in de Steden, Dorpen, ende Vlecken daer 't van noode wefen, ende ghy des verfocht zult werden, ende aldaer by openbare Edicle voor den Volcke, d'Officiers Van der plaCke des noot daer over gheroepen, ghebiet ende beveelt van weeghen de Hooghe Overigheyt, dat niemant hem en vervördere geduyrende de voorfz. Valckenburger Marckt, ende de Vryheyt van dien, eenighe Paerden aldaer ter Marckt komende te koopen, of verkoopen, anders dan ter plaetfe, daer de voorfz. Marckt ghehouden, ende de Paerden ghewoonlyck zyn gebracht, ende verkoght te werden, ende dat tusfehen ftaende Cruycen, op de verbeurte van defelve Paerden: Dat ook niemant hem en vervordere op 't platte Landt eenighe Paerden te koopen of verkoopen , geduyrende de voorfz. Marckt, öp de verbeurte van de Paerden voor de VerkooperS, ende van de pryfe dat die verkocht zouden moghen weefen, by den koopers, hier uyt. ghereferveert ende uytgefcheyden deDienaers van den Huyfe van zyne Excell. den Prince van Orangien, Gouverneur Generael over Hollant, Zeelandt ende Vrieslandt; Dat mede niemant wie hy Zy, hem en vervordere eenighe eyeren van de Zwanen te beroven ofté te beneemen, noch oock eenighë Zwanen van haar nesten te verjagen, verftoorën of fchiéten, het zy met Busfen, Booghen, of anderfints , by Wat maniere dattet zy, op peyné Van daer over gheftraft, ende fcherpelyck ghecorrigeerd te werden, naer ghelegentheydt van de misdaet, ende ten exemple van anderen: Van 't welck te doen, wy U geeven volkomen macht, ertdë authoriteit, ende fpeciael bevel, ontbieden daeromme ënde beveelen allen Officieren, Dienaren ende Onderfaten der voorfchreeven Hooge Overigheyt, elcx zoo hen toebehoort, dat zy defe gheboden ende bevelen obedieren ende onderhouden, ende oock U in dit doende alle vordernisfe doen * zonder des te laeten in eeniger manieren, op alle 't gunt zy des voorfchreeven Höoghé Överigheyts thoom duchtende zyn, ende daer jeghens verbeuren moghen, certificerende ende relateerende wes ghy hier inne ghedaen zult hebben, ende U wedervaren zal weefem Gegheven in den Haghe onder 't Zeghel van Justitie hier op ghedruckt in forme van Placcate den vierden September anno zesthien hondert zeven ende twintigh. (Onderftontf) By mynen Heëren den Godverneur, Prefident, ende Raederi over Hollant, Zeelant, endë Vrieslant» ï9' Ö&roy ende Ordonnantie van het Huys van Leeninge, binnen de Stadt Rotterdam. Dcn 28 Jpril 1635. De Ridderfchap, Edelen ende Steeden van Plollandt ende West-Vrieslandt, reprefenterende de Staten van den zeiven Lande, alle den gheenen, die deefen jeghenwoordighen zullen zien ofte hooren leefen, faluyt. Doen te weeten: Hoe dat ons verthoont is by de Burgemeefters ende Regeerders der Stadt Rotterdam, dat defelve van ouden tyden geprevilegieert zyn van aldaer te doen houden ende exerceeren een Banck van Leeninghe, die volghens d'ordre daer in ghebruyckelyck ; aen houders van defelve, die men gemeynlyck Lomberden noemt, in Pacht gegeeven, ende door defelve bedient is geworden, tot noch toe: Maer zy verthoonders bevindende, dat den woecker op den ouden voet, voor de Arme Gemeynte, te fwaer vallende, ende noch andere disordre daer in gelegen is, hadden geraetfaem gevonden op te rechten, in plaetfe van den voorfz. Lombert, een Banck van Leeninghe, te bedienen van Stadts-wee- ghen door Commisfarisfen by hen-Iuyden daar toe te ordonneeren, op alfulcke Ordonnantie als daer toe is gheconcipieërt, ende nevens defen aen ons werde geexhibeeit, t'eenemael in allen Articulen, ende van woordt tot woordt conform de Ordonnantie op ghelycke Huys van Leeninghe, gemaeckt by de Heeren Burgemeefters ende Regeerders der Stadt Amfterdam , als blyckt by de ghedruckte Copie van dien ons verthoont. Ende alfoo tot meefte vasticheydt van defelve wel dienftelyek was* dat de voorfz. ordre vóór zoo veel 't noot zy, by ons werde gheconfirmeertj ende namentlyck dat de voorfz. Stadt op de Panden, die ten voorfz. Huyfen zullen werden ghebracht, mach hebben reeht van Preferentie voor alle andere Crediteuren van de eyghenaers derfelver uyt de Penninghen daer mede defelve Panden beleent zullen wëfen, verfochten de verthoonders , dat ons beliefde te verleenen ende doen expe dieeren behoorlyeke Acte van ConfirmaKkk 2 tie  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 445 fwaert, beleent, ofte ten onder-pandt geftelt werden, den Koopluyden ofte andere aen te draghen, ofte oock hoogher als teeghen den penningh festhien te lliiyten, op poene van fuspeniie, ofte privatie van haer Officie, tot discretie van den Gerechte. Aldus gedaen ende gearrefteert den achtienden April, anno festhien-hondert vyf-en dertich: A. Dullert Bailju, Kouwenhoven, Burgemeefter, ende alle de Scheepenen. Ende ten eynde de Verthoonders onfen Confente, Accoorde ende Ordonnantie van het Huys van Leeninghe moghen ghenieten als naer behoren, lasten ende beveelen wy een yeder, die defe zoude moghen aengaen, hun puncfuelyck naer den inhoude van defen onfen Accoorde, ende voorfchreeven Ordonnantie te reguleeren. Gedaen in den Haghe den acht-en-twintichften April zestien hondert vyf-en-dertigh. 20. Publicatie van Gecommitteerde Raden, over 't openen van de Kerkelyke Graven in de Klooster Iverck. Den i November 1035. De Gecommitteerde Raaden van Staten van Hollandt ende Westvrieslandt: Doen te weten eenen yeder: Dewyle het Godt den Heere gelieft heeft alhier in den Hage verfcheydene Huysgefinnen te belbecken met de befwaerlycke zieckte van Pestilentie, waer door veele perfoonen fchielycken uyt de Werek werden geruckt, die als dan nootfaackefycken dienen ende moeten beaert ende begraven werden: dat oock veele perfoonen in de Klooster-Kercke Graven voor defen ghekocht hebbende, nu met parthyen van drie vier, vyf ende zes te famen refolveren, om met malkanderen van heure t' famentlycke Graven Kelders te doen maecken, waer door groote gaten gegraven werden, die tusfehen den tydt datter Predicatie in de voorfz: Kercke werdt ghedaen, niet konnen toegemetfelt, gedecf. ende overwulft werden, gelyk als het behoort, 't welck veele perfoonen van qualiteyt, ende oock de goede Gemeente, aldaer komende om Godes Heylige Woord te hooren, zeer aanftootelyck is: ende oock klachtigh doet vallen, uyt oorfaecke van de dompigheydt ofte vermuftheyt vandeaerde , die uyt de voorfz. Graven komt 't welck hen - lieden grootelyck is empecheherende, ende quade luchten toebrengende: Behalven dat den Heeren Kerck-meesteren van de voorfz Kercke oock ter ooren gekomen is, dat door't maecken van de voornoemde Kelders, eenighe perfoonen ontaert, ende in de Kercke publyckelyck neergeftelt zyn, die maer een dagh acht ofte thien begraaven, ende van de heete zieckte geftorven waren, 't welck een vuyle ende ongefonde lucht (infonderheydt in deefe ghelegentheydt van tyden) is cauïèrende; zoo hebben de Heeren Gecommitteerde Raaden voornoemt ghelast endegheinterdiceert, lasten ende interdiceren mits defen; Dat niemandt voortaen eenighe Graven ofte Kelders in de voorlz. Kercke zal mogen openen, ofte doen openen, om Kelders te doen maken, zonder expres confent van de Heeren Kerck-meesteren voornoemt, ofte derfelver Rentmeester Adriaan van Perfyn, de wekken als dan zal zorghe draghen, dat dezelve geopent worden op alfulcke daghe datter geen Predicatie werdt ghedaen, ende datfe oock binnen den tydt van de Predicatie wederom toegemetfelt zyn, op poene van thien ponden, te veertigh grooten 't pondt, te verbeuren by die gheene, die de Kelders zullen doen maecken, ende dat ten behoeve van de voorfz. Kercke: waer van de Rentmeester voornoemt gehouden zal zyn te verantwoorden. De voorfz. Perfoonen zullen oock ghehouden zyn ter eerfter inftantie, ende zoo haest de aerde uit de Graven zal gedolven, ende in 't voorhout uyt-ghevoert zyn, defelve datelyck ende zonder eenigh vertoeven wech te doen voeren, ten minften binnen den tydt van twee eerstkomende dagen, op poene dat 't zelve by den Rentmeester voorat, tot haer laste zal worden befteet, ende daer en boven noch op te verbeurte van zes ponden, te veertich grooten't pondt, toteenamende, ten behoeve als vooren. Ende oft zaecke ware, dat de voorfz. perfoonen weygerigh vielen, de voorfz. amenden ofte boeten promptelyck aen den Rentmeester te voldoen, zullen de Graven daer voor moghen aenghefprooken worden , ende executabel weefen, ende daer inne dan fulcks gedaen, als de Heeren Kerck - meesteren voornoemt zullen ordonneren ende goedt vinden: Tot welcke executie de Heeren Kerck - Meesteren voornoemt midts defen wel expresfelycken werden geauthorifeert. Indien oock eenige perfoonen quamen te overlyden van de heete lieckte ofte anders die op dagen datter Predicatie werdt gedaen, moesten beaerdt zyn, zullen de ouders ofte vrienden verdacht zyn, de doode lichaamen te doen beaerden, ende dat de Graven bequamelyck zullen zyn gheftopt voor het tweede Gheluy van de Predicatie, op dat de Ghemeente daer door niet werde ontfticht, op poene van thien gelycke ponden: Ende by zoo verre het doode Lyck ofte Lycken mochten koomen naer het tweede Gheluy, zullen de voorfz. Vrienden ghehouden zyn met het Lyck ofte Lycken wederom te keeren: Ende werd den Grafmaecker midts defen wel expresfelyck ghelast, hem hier naer precyfelyck te reguleren, op poene van casfatie. Kkk 3 De  Begrypende allerhande Politicque gaa&efl; andere reedenen, tot gerief ende accommodatie als vooren, in den voorfz. Dorpe van Putters-hoeck, te oef royeren ende itabilieren een jaerlyckfche vrye Marckt van maghere Beesten, die aenvanck neemen zoude t'elcken jare den eerften Donderdagh in de maent van April, ende dat zoo continuerende zes weecken t'elcken Donderdagh aen malkanderen, des dat alleen by de Koopers tot profyte van de Armen van den voorfz. Dorpe van Putters-hoeck, betaelt zoude worden van eenSchaep of Vareken een halve ftuyver, van een Winter-Os, Stier of Veers, een blanc, item van een, twee of drie-jarighen Os een ftuyver, ende van een vier-jarige Os ofte Koe twee blancken, mits by den Suppliant daer-en teegens tot zyns zelfs kosten aen-nemen, 't onderhoudt van de Veerman, 't maacken van de Hoofden, daer de Pont ende Schuyten' ordinaerlyck aenende afvarende zyn, mitsgaders mede de Equipagie van de voorfz. Veerpont ende andere noodighe behoeften meer, ten eynde een yegelyck naer contentement gerieft zonde moghen worden, ende zulcks hem Suppliant daer van te verleenen Brieven van Oétroy in forma. Zoo is 't, dat wy de zaacke ende verfoeck voorfz. overghemerekt, alvoorens hier op ge¬ hadt hebbende het Advys van die Van onfö Camere van de Reeckeninghe, geneeghen weefende ter beede van den Suppliant, ende tot beneficie van 't voorfz. Dorp van Puttershoeck, uyt onfe rechte wetenfehap* volkomen macht ende authoriteyt, gheconfenteert ende gheoétroyeert hebben, confenteren ende octroyeren by defen, dat nu voortaen binnen den voorfz. Dorpe van Putters-hoeck, zal mogen gehouden worden een vrye Jaer-Marckt van allerley maghere Vee of Beesten, beginnende ende aenvanck neemende, t'elckens den eerften Donderdagh in de maent van April, ende zoo voort continuerende alle Donderdaeghs daer aen, tot zes weecken aen den anderen $ mits dat de eerfte Jaer-Marckt eerst weefen zal in April zesthien hondert twee-en-veertich. Ende ten eynde dit ons Oétroy effeét moghe forteren naer behoren, lasten wy allen ende eenen yeghelycken die 't zelve aengaen zal, naer dat 't zelve in onfe Camere van de Reeckeninghe zal wefen geregiftreert, ende gepubliceert daer 't behoort, hen daer naer te reguleren. Gegheeven 'in den Haghe onder onfen grooten Zeeghele hier aen gehanghen, deii twee-en-twintichften Juny anno zestien hondert veertigh. 22. Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland\ dat de verkrygers van eenige Brieven van Gratie en andere Oclroyen, zonder te kunnen volftaan met té ligten Extracten uit de Notulen, de Brieven zelve in forma op behoorlyk Zeegel moeten doen opmaaken en regïflreeren. Den 3 July 1683. De Staten van den Lande en Graeffelyckheyt van Zeelandt, Doen te weten; Alloo wy onderricht worden, dat verfcheyde perfoonen, op wekkers verfoeck en fupplicatie wy bewoghen worden, aen defelve te accorderen en toe te ftaen brieven van Emancipatie , Surete de Corps en andere Gratiën, mitsgaders Oétroyen om van Leengoederen te mogen telleren, ofte om eenige nieuwe Dyckages te doen, en daer toe eenige vrydom en exemptie te genieten, zonder echter daer van de gewoonlycke Brieven in forma te lichten, maer haer daer in alleen trachten te behelpen met fimpele Extraéten uyt onfe Notulen en Relblutien, om daer door te ontgaen het betalen van de Zegels en andere onkosten daer toe ftaende, het welcke alfoo niet en behoort, en oock ftreckt tot vilipendie van onfe gunftige Concefïien: Soo is 't, Dat wy alle en een yder by defen wel hebben willen waerfchouwen, en verklaren, dat de Impetranten van Emancipatien, Surete de Corps en andere Gratiën, misgaders van Oétroyen, om van Leengoederen te difponeren, ofte om eenighe nieuwe Dyckages te doen, en daer toe eenighe vrydommen en exemptien te genieten, van alle zoodanige Conceffien en Gratiën geenfmts zullen moogen Jouisferen ofte uyt dien hoofde te ageren of dilponererti op pene Van nulliteyt, voor dat zy daer van de gewoonlycke Brieven in forma zullen hebben gelicht, het Kleyn Zegel en andere gerechtigheden daer van voldaen en betaelt, en dat gewoonlyck is, ter Rekenkamer geregiftreert te werden, aldaer behoorlyck gedaen regiftreren, en by aldien zoodanige lichtinge en regiftrature van Brieven, niet en gefchiede binnen den tyt van zes weken, naer dat die geobtineert zyn, (behalven dat voor de Oétroyen om van Leenen te difponeren tot het regiftreren zes maenden is geftelt) dat de Impetranten van dien daer van t' eenemael zullen wefen vervallen, en niet anders als door een Reliëf, daer toe van de Heeren Gecommitteerde Raden binnen den tyt van drie maenden daer aen te verfoeeken, van den laps des tyts zullen konnen werden herftelt, en dan voor het lichten en regiftreren van hare Brieven, de Zegels en andere onkosten dobbel moeten betalen, welck Reliëf en herftel oock zal konnen en moeten verfocht en geobtineert werden, drie maenden na de dootvande voorfz. Impetranten, in cas defelve uyt een fimpele Refolutie uyt de Notulen geëxtraheert, zonder het lichten of regiftreren van de Brieven in forma, eenighe aétie ofte dispofitie by Testamente, Contraéten of an-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 449 July 1697 Haar Edele Groot Mog. gelyke vryheyd hadden verleent aan de Doopsgezinde Gemeente binnen den Dorpe van de llyp op het Eyland, gelyk als wyders Haar Edele Groot Mog. zoodanige gratie hadden verleent aan diverfche andere Godshuifen, by der Supplianten gezindheid geërigeert, en wel fpecialyk meede op den 23 Mey 1696, en 7 Augusti voorleeden, aan die van Oost, West ende Noord einde van Graf; weshalven de Supplianten haar keerden aan Haar Edele Groot Mog., in alle onderdanigheid verzoekende, dat derzelver goede geliefde zy, aan de Supplianten te confenteeren vrydom van Impofitien van alle Middelen die binnen het voorfz. Huys, tot opvoedinge en onderhoudinge van de gemelte haare Arme Weduwen ende Weefen, en andere nootdruftige Perfoonen, tot haar Gemeente behoorende, zouden werden geconfumeert, die buyten en zonder de byzondere behulpfaame hand van meedclydende Menfchen, noodfaakelyk in haar Armoede zouden moeten vergaan. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan , dat aan de Supplianten zal werden geaccordeert, zoo als aan defelve geaccordeert werd mits deefen, vrydom van Impofitien van alle Middelen, die binnen het voorfz. Huys, tot opvoedinge en onderhoudinge van gemelte haare Anne Weduwen en Weefen, en andere nootdruftige Perfoonen, tot haare Gemeente behoorende, zullen werden geconfumeert, des dat behoorlyke prsecautien tot weeringe van fraudes in des Gemeene Lands Middelen van tyd tot tyd werden geadhibeert, ofte dat anderfints de Supplianten van den effeéte van deefen confente zullen werden \ ontfet ende verfteeken. 24. Refolutie van de Staaten Generaal teegen het buiten s'Lands divertceren van Gelden, koomende uit de opkomften der Goederen van de Proostdye van Meers Jen, en tegen het negotieeren op, en alteneer en van de Goederen derzelver Proostdye, zonder permisfie van haar Hoogh Mogende. Den 4 February 1751. Ontfangen een Misfive van den Ontfanger Generaal der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, Mr. Cornelis Rofa van der Haar, gefchreeven te Maastright den eerften deeler loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den elfden der voorleede maand, desfelfs Beright en Advis op de Requeste van Philippus Crepin, Proost van Meersfen, Lande van Valckenburgh, Partage van haar Hoogh Mogende; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat het haar Hoogh Mogende gelieven mooge , hem als haaren getrouwen onderdaan, tegens de onwettige onderneemingen van den Abt d'Eaucourt, in haare befcherminge te neemen, en vervolgens hem Suppliant, immers by provifie ob periculum in mora te maintineeren in de rustelycke en vreedelyke posfesfie van de Proostdye van Meersfen, en genot van alle reghtën en gereghtigheeden, inen opkomften van dien, niets gereferveert, zoo en gelyck des Suppliants Predecesfeurs de Proosten van Meersfen die altyd geposfedeerd en genooten hebben, met interdictie aan den Abt d'Eaucourt, en desfelfs Geconftitueerde Bernardus Poisfan, en allen anderen, dien het aangaan mooge, hem Suppliant daar in eenigh hinder of beletfel toe te brengen, dan ter contrarie van haar weederreghtelycke onderneemingeaf te zien, zonder immermeeryetsdiergelycks te onderneemen, op pcene van haar Hoogh Mogende indignatie; dat meede haar Hoogh Mogende voor nu en altoos gelieven vast te ftellen en te ordonneeren, dat geene VIII, Deel, Gelden, koomende uyt de opkomfte der Goederen van de Proostdye van Meersfen, elders en buyten 's Lands zullen moogen werden gediverteert, en dat geene nieuwe negotiatien van Penningen op de Goederen van defelve Proostdye, of alienatie van dien zal moogen gedaan werden, als tot nutte en beste van defelve Proostdye, en na daar toe geobtineert te hebben haar Hoogh Mogende permisfie en Octroy , op poene van nullittyt, en dat die Goederen der Proostdye van Meersfen daar voor niet verbonden en aanfpreeckelyck zullen weefen; en dat middelerwylen, hangende haar Hoogh Mogende deliberatien, de zaacken moogen werden gehouden in ftate en furcheance. WTaar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, voor zoo veel aangaat het eerfte poinét van des Suppliants verfoek, om gemaintineerd te worden in de posfesfie van de Proostdye van Meersfen, met den gevolge en aankleeven van dien, den Suppliant mits deefen te renvoyeeren aan de ordinaris Justitie, om aldaar zoodanige provifie van Justitie te verfoecken, als hy zal vermeenen noodigh te hebben. En voorts mits deefen te verklaaren en vast te ftellen, dat de Gelderen koomende uyt de opkomften der Goederen van de Proostdye van Meersfen, niet zullen vermoogen elders en buyten 's Lands gediverteert, maar ter contrarie ten meesten nutte der voorfchreeve Proostdye geëmployeert moeten werden; dat oock geene negotiatien van Penningen op de Goederen van defelve Proostdye, of alienatie van dien zullen moogen werden gedaan, zonder Lil daar  Begrypende allerhande Politicque zaakeii. heid van de Supplianten by Refolutie gelieven te verftaan, dat de Eigenaars der geruïneerde Pagthoeven in de voorfchreeve Buiten - Poorteryen, zeedert haar Hoog Mog. Refolutie van den 3 Juny 175°'» en zeedert de Refolutie van den Magiftraat. der gemelde Stad van den 9 Maart daar te vooren neevens de voorfchreeve Requefte gevoegd, tot de herbouwinge hunner Pagthoeven, zig hebben moogen bedienen van vreemde Werkbaafen, AmbagtsJuiden, en die verder aan gemelde herbouwinge te pasfe koomen, gelyk meede die gëduurende den tyd van drie jaaren zig in het vervolg nog van vreemd Werkvolk zullen willen bedienen, zonder eenige poenaliteit te incürreeren, en dat de Gildens en Ambagten der Stad Betgen op den Zoom dit zullen hebben te gedoogen. Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verftaan , dat het geen by het veertiende Articul van haar Hoog Mog; voorfZ; Refolutie van den 3 Juny 1750. tot faciliteering van den opbouw der geruïneerde Huifen te Bergen op den Zoom is vastgefteld, insgelyks efteft zal hebben, met opfigte tot de herbouwinge der geruïneerde Pagthoeven en ■43* G ebouwen in de Buiten - Poöitëryen 'én Jurisdictie van gemelde Stad, en dat het dienvolgende aan de Eigenaaren der gemelde Pagt' hoeven en Gebouwen, gëduurende den tyd van drie jaaren by de voorfchreeve Retblutié bepaald, heeft vry geftaan, en nog vry ftaat $ om insgelyks alle vreemde Werkbaafen ; Ambagtsluiden, Arbeiders, Schippers, Voerluiden en die verder aan den opbouw der gemeldë Pagthoeven en Gebouwen te pasfe kunnen koomen-, te gebruiken, zonder eenige ptenaiiteit te incurreeren, met last aan de refpeef ivë Gildéns om allé het zelve té gedoogen, eh zig daar na, als ook na de Refolutie by dert Magiftraat der voornoemde Stad, ten dien regarde genoomen, of nog verder op dcn voet van deefe haar Höog Mog. Refolutie te nebmen, exaételyk te reguleeren; zullende eeii goed getal Exemplaaren van deefe haar Hoog Mog. Refolutie werdert gedrukt en geföndert aan den Magiftraat der Stad Bergen op dëri Zoom, met last om defelve tê doen publiceeren en affigeeren, daar het in de vöorfchreevè Stad, mitsgaders de Buiten-Poorteryen eh Jurisdictie van dien gebruikelyk is;, QVas geparapheert,) Pr; BUTEÜXj Vu (Onderftond,) I Accordeert friet het voorfz. Register* (Was geteekent,j PI. F A G Ë U a^ Refolutie van de Staaten Generaal, ïvaar b'^j gelast word*» de Daaken van zeekere fluyzen te Oir schot, die met Stroo gedekt waaren, ingevallè van Reparatie met Leyen of Pannen te dekkent Den 3 September 1751. Ontfangen ëeh Misfive van W. van Itsma* Quartier-Schout van Kempeland, gefchreeven alhier in den Hage den eerften deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden Mey laatstleeden desfelfs beright op de Requeste van de Regenten van Oirfchotj Quartiere voorfz. * Meyerye van 's Hertogénbosch; verfoeckende, om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert j dat haar Hoogh Mogende op zeeckere pcenaliteyt gelieven te ordonneeren; dat alle Huyfen ftaande in de Kom en Gingel van het Hertgangh, genaamt den Kerckhof* en die met ftrooy gedeckt zyn, niet meer met ftrooy moogen gerepareert worden $ maar dat Wanneer de Daken gerepareert of vernieuwt worden 4 zulks niet anders dan met Pannen of Leijeh zal mögeh gefchieden; en dat daar" onder meede begreepen mooge zyn het Dack Van de Roomfche Kerk. Waar op gedelibereerd zynde i, is goedge= vonden en verftaan, dat aan de Inwoonders van Oirfchot, welcke haare Huyfen hebben leggen in de Kom öf Cingel Van het Dorp (te weeten van het eynde van de Koeyftraat \ vanouds genaamt de Schutskoey, zoo voorts de geheele Koeyftraat op wederzyden met de Huyfen in de Heyftraat, en die aldaar aghter in de Hoven ftaan 6 en zoo het geheele .Marckt-* veld in de ronde > en zoo voorts de geheelë Nieuwftraat met het Kerk- end * ende Huyfen by en omtrent de Gemeëntens Blyck van daar de geheelë Gasthuysftraat; met de Straat gënaamt de Bosch wegh, het Kef ckftraatje geheel 3 en van de Kinderen Hendrick Scheëpehs töt LU i  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 4S3 29. Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar b$ aan het Godshuis, genaamt den Heiligen Geest te *s Hertogenbosch, verleend word Executoriaal Generaal tot het innen van Renten, Koornpagten en Landhuuren. Den 15 November 1751. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van Mr. Abraham Juftus Verder, Raad en Oud-Scheepen der Stad 'sHertogenbosch, in qualiteyt als Rentmeefter van het Godshuys, genaamt den Heyligen Geest, binnen defelve Stad, houdende, dat verfcheyde Debiteuren van het voornoemde Godshuys in gebreecken, bleeven, haare Renten, Koornpaghten, Landhuuren, als anderfins aan te betaalen, en fommige van dien eenige jaaren ten aghteren waaren; dat de Suppliant in zyne voorfchreeve qualiteyt geen middel zagh, om defelve Debiteuren in der minne tot de voorfchreeve betaalinge te perfuadeeren, en mitsdien wel gaarne zoude zyn voorfien van haar Hoogh Mogende Executoriaal Generaal, om de gebreeckige Debiteuren door middel van executie te conftringeeren; en dat ook ten merekelyken nutte en voordeel van het voorfchreeve Godshuys zoude dienen, dat de Regenten en Secretarisfen gehouden moghten zyn meede ten opfighte van den Suppliant in zyne qualiteyt, zoo wel als van 's Lands Ontfangers en Rentmeefters, zigh te reguleeren na de vyfde, zesde en zeevende Articulen van het Reglement van den Raade van Staate in den jaare zeeventien honderd neegen en twintigh voor de Deurwaarders geëmaneert, zoo als haar Edele Mogende de Heeren Raaden van Staate ook hadden gelieven te doen by het Executoriaal Generaal van den vyftienden Maart zeeventien honderd een en veertigh aan het voorfchreeve Heylige Geesthuys verleent; verfoeckende den Suppliant derhalven Executoriaal Generaal ten fine voorfchreeve in ordinaria forma,- en met last aan de refpeétive Regenten en Secretaris* fen, om ten opfighten van den Suppliant in zyne qualiteyt zigh meede te reguleeren na de vyfde, zesde en zeevende Articulen van het voorfchreeve Reglement van den Raade van Staate, in den jaare zeeventien honderd neegen en twintigh voor de Deurwaarders geëmaneert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge* vonden en verftaan, dat ten behoeve van den Suppliant Executoriaal Generaal ten fine voorfchreeve in behoorlycke forma zal werden ge» depecheert, met last aan de refpeétive Regenten en Secretaiisfen, om ten opfighte van den Suppliant in zyne qualiteyt zigh meede te reguleeren na de vyfde, zesde en zeevende Articulen van het voorfchreeve Reglement van den Raade van Staate in den jaare zeeventien honderd neegen en twintigh voor de Deurwaarders geëmaneert. 30. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oclroy aan Burgemeefteren van Amfterdamy als Ambagtsheeren van Urk en Emmeloort, tot het opregten van een Loterye, ten einde uit het profyt van dien de voorfz. Eilanden te doen con~ ferveeren en repareeren. Den 14 January 1752. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, ter Vergadering ingekoomen den 17 December van het voorleeden jaar, geformeert op eene Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam van den 7 April 1751, waar by defelven ter kennisfe van haar Edele Groot Mog. hebben gebragt de klagten aan haar als Ambagtsheeren gedaan door Schout en Burgemeesteren van het Eiland Urk, over de hooge nood in welke het voorfz. Eiland zig bevindt door de daagelyklche afneeminge van de Zee, zoodanig dat het te dugten was, dat, indien daar teegens geen efficacieufe middelen wierden in het werk geftelt, en de noodige piaatfen met Paaien voorfien, het gemelde Eiland in korten tyd door de Zee geheel zoude worden vermeestert, en waar by gemelde Heeren Burgemeesteren hebben gereprefenteert de groote importantie dat het Eiland behouden blyft, en voorts verfogt, dewyl groote kosten tot de voorfz. voorfieninge zouden worden vereischt, dat eenige penningen uit 'sLands Kasfe mogten worden befchikt om daar meede de noodige voorfieninge te doen, of zoo ononverhoopt fulks niet zoude kunnen gefchieden , dat het dan gepermitteert mogte zyn binnen de Stad Amfterdam een* Loterye op te regten, zoo als in den jaare 1710 was gefchied, volgens het plan daar neevens gevoegt, om uyt de winst daar van koomende het Eiland, was het doenlyk, eenigfmts te herfiellen; Is goedgevonden en verftaan, dat aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam , als Ambagtsheeren van de twee EilanLll 3 den  Begrypende allerhande Politicque zaaken. en dat de inkomften van haare Plaatfe niet konden fupporteeren om defelve te betaalen; verfoeckende, om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegueert, dat haar Hoogh Mogende haar gelieven te authorifeeren, om elck Burger en Inwoonder na zyn ftaat te taxeeren, om jaarlycks in te fiamelen de fomme van vyftigh guldens, tot voldoeninge van de voorfchreeve Traétementen van Stads Chirurgyn en wyfe Vrouwe manqueerende. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confentee- 455 ren in het verfoek gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dienvozende gemelde Magiftraat zal worden geauthorifeert, zoo als geauthorifeert word mits deefen, om elck Burger en Inwoonder na zyn ftaat te taxeeren, om jaarlycks te kunnen inzamelen de fomme van vyftigh guldens, tot voldoeninge der Traétementen van Stads Chirurgyn en wyfe Vrouwe, booven de één honderd guldens door den Raad van Staate toegeleght, benoodight zynde. 33- Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan .de Secretarisfen van verfcheide Brabandfche Dorpen word afgeflagen derfelver verzoek, om bewyd te zyn van het houden v~an fixum Dornicilium aldaar. Den 10 April 1752. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den zesden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hcogh Mogende Refolutie van den vyf en twintigften November des voorleeden jaars, derfelver Advis op de Requeste van Tieleman Hoofkens, Secretaris der Dinghbancke Vesfem, mitsgaders Oost- en Middelbeers, zoo voor zig zelfs als uyt naame van de Secretarisfen van Eerfel, Duyfel en Steenfel, mitsgaders van Veldhoven, Zeelst enBIaarhem, als meede van Bergheyk, Riethoven, Westerhoven, Berckel en Schaft; verfoeckende om reedenen in de voorlchreeve Requeste geallegueert, om van de precilè nakoominge van haar Hoogh Mogende Refolutien van den vier en twintigften September zeeventien honderd vier en twintig, voor zoo verre het houden van fixum dornicilium betreft, en van den zes en twintigften November zeeventien honderd vyf en veertig, bevryd te zyn. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoek, gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, niet kan werden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen, en geperfifteert by haar Hoogh Mogende Refolutien van den vier en twintigften September zeeventien honderd vier en twintig, en zes en twintigften November zeeventien honderd vyf en veertig. 34- Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende O&roy aan Diaconen van de Lutherfche Gemeente te Amfterdam, om de Erffenisfen aan hun Armen- of TVees-huis opkomende, zonder Beneficie van Pnventaris te aanvaarden. Den 29 April 1752. Ontfangen eene Misfive van den Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Haage den 27 deefer, houdende , in gevolge en tot voldoeninge van Haar Edele Groot Mog. Appoinétement van den 14 deefer, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Diaconen van de Gemeente toegedaan de onveranderde Augsburgfche Geloofs belydenis binnen de Stad Amfterdam, tendeerende om te erlangen Octroy, of confent en vergunning, dat de Erffenisfen die by Testament, Codicil of andere dispofitien ten behoeve van der Supplianten Armen of Weeshuis worden gemaakt of die ook by verfterf aan defelve koomen te devolveeren, door de Supplianten moogen worden aanvaart, fonder aan eenige fchulden, lasten of Borgtogten verder gehouden of verpligt te zyn, als de fuivere Effeéten en Goederen des Boedels toereiken. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten behoeve van de Supplianten Brieven van Oétroy zullen worden gedepecheert, waar by defelve werden geauthorifeert en gequalificeert,om de Erffenisfen die by Testament, Codicil of andere dispofitie ten behoeve van der Supplianten Armen of W7eeshuis worden gemaakt, of die 'ook by verfterf aan defelve koomen te devolveeren, te moogen aanvaarden zonder een Mandament van Beneficie van Inventaris noodig te hebben, en fonder aan eenige fchulden, lasten of Borgtogten verder gehouden of verpligt te' zyn, als de fuivere Effeéten en Goederen des Boedels toe-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 45? 36*. Refolutie van de Staaten van Holland\ hou¬ dende Confent, aan de Regeering van Asperen, tot liet betaalen hunner agterftallige Verpondingen in ter my nen; en voorts Oclroy tot het heft en van hnpofitien op verfcheide Conji/mptive Waaren. Den 16 July 1752. Gedelibereerd zynde op het Zeevende Point van befchryving van haar Edele Groot Mog. Vergadering van Maart deefes jaars, nader gebragt in hei dertiende Point van de jegenwoordige befchryvinge, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 23 February deefes jaars, geformeert op de RequeRe den 22 April 1749 aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert door Drosfaard, Dykgraaf, Schout, Burgemeefteren, hooge en laage Heemraden der Steede en Lande van Asperen, geleegen in de Dykagie van den Tielerwaard, om reedenen daar by in het breede gededuceert verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. aan de Supplianten gelieven te permitteeren, dat de Supplianten haare agterftallige extraordinaris Verpondingen van den jaare 1743 tot 1748, te faamen beloopende een fomme van ƒ 12947-17-0, moogen betaalen met ƒ 3000-0-0 binnen de twee eerfte maanden, na dat op deefe der Supplianten verfoeken door haar Edele Groot Mog. zal weefen gedisponeert, ën vervolgens de nog resteerende fomme van ƒ 9947 -17 - 0 in drie volgende termynen ieder van agt maanden, t'elkens met een geregte derdepart, en voorts de Supplianten te authorifeeren om tot bekoominge van penningen daar toe, en tot het repareeren van de Steede - Werken noodig, des noods, tot laste van de gemelde Steede en Lande, onder zoodanige modique interest als die eenigfins te bekoomen zullen zyn, dog niet hooger dan tot vier per cento, te negotieeren de vereischte gelden, met exemptie en vrydom van de honderdtte en tweehonderdfte penningen en laatllelyk dat haar Edele Groot Mog. aan de Supplianten gelieven te verleenen Oétroy tot het heffen van zeer veele onderfcheidene Imposten en Lasten, breeder by de Requelte met expresfie van den voet en wyfe op welke, gedefigneert en geëxpresfeert. Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, uit den naam en van weegens Burgemeefteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mog. confenteeren en bewilligen by deefe, aan de Supplianten te permitteeren, om hunne agterftallige extraordinaris Verpondingen te betalen in de vol1 gende termynen, te weeten twee agterftallige jaaren, en zulks de jaaren 1743 en 1744 met 1751 voor de expiratie van de maand Mey aanftaande; 1745 en l74-6 met net jaar 1752 de jaaren 1747 en 1748 met het jaar 1753; VIII. Deel. en de jaaren 1749 en 1750 met het jaar 17-4* alles op de termynen volgens de ordre van den Lande, op pcene van zonder conniventie daar toe paratelyk te zullen werden geëxecuteert. En voorts de Supplianten te Oétroyeeren, om voor den tyd van twaalf jaaren, aanvang neemende met deefen loopenden jaare, op' den voet van de jongfte Ordonnantie op 'sLands gemeene Middelen geëmaneert, tot verval van de onkosten op de Stads Werken vallende j en zulks tot fouden der SteedeEinantie, by Colfeéte te heffen, vorderen en ontfangen van ieder Scheepel Tarw of Masteluyn drie ftuyvers, en van alle andere Koorn een en een halve ftuiver van het Scheepel het geen binnen Asperen gebrooken werd, en ook van het Meel dat van buiten binnen Asperen inkomt of uitgebragt werd; voorts van een Ton Bier dewelke binnen Asperen geconfumeert werd zes ftuivers, wyders van ieder Beest, Kalf of Varken het welk binnen Asperen geflagt werd, als meede van het vleesch dat van buyten werd ingebragt twee ftuivers van de gulden van de koopprys of prifatie, en van een Schaap of Lam drie ftuivers, voorts van ieder Anker Wyn eene gulde tien ftuivers, van ieder Anker Brandewyn, Genever of Gedistilleerde Wateren twee guldens, van ieder Kinnetje Zeep drie ftuivers, van ieder zak Zout zes ftuivers, en laatllelyk van ieder Anker Azyn drie ftuivers, meerder en minder quantiteit alles na advenant, met regt van paraate executie teegen de Quaadwilligen, en eindelyk, de Supplianten nog meede te authorifeeren om voor den tyd van zes jaaren, integaan als booven met dit loopende jaar, over de Inwoonders van Asperen te doen eenevenreedige en egaale omllag na een ieders gegoedheid, mits in het jaar niet excedeerende een fomme van zes honderd guldens, meede met regt van paraate executie teegen de onwillige, des dat de Supplianten gehouden zullen weefen , om van het provenue van alle het geene voorfchreeve is na de expiratie van ieder jaar, en uiterlyk voor de maand Mey van het volgende, behoorlyke reekening en verantwoordinge te doen aan de Gecommitteerde Raaden, op poene van het effect van het hier van te verleenen Oétroy te zullen verliefén; wordende der Supplianten verder of ander verfoek geweefen van de hand. En zullen hier van Brieven van Oétroy gedepecheert worden. Mmm R*{  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 459 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, door wien de kosten, op het repareeren der Goot en langs de praaten te 'sPPrtogenbosch vallende, gedragen moeten worden. Den 27 Olilober 1752. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derzelver Refolutie Commisforiaal van den zeeventienden December des voorleeden jaars, geëxamineert de Requeste van Scheepenen, Gefwoorens en Raaden der Hoofdftad 'sHertogenbosch, houdende, dat haar Hoogh Mogende na gehoord rapport \ van de Heeren van Randwyck, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, by Refolutie van den zesden Oélober zeeventien honderd zes en veertig hebben goedgevonden en verRaan, dat de Magiftraat der voornoemde Stad, of Commisfarisfen van haarentvveegen daar toe gefteld, noodigh en dienftigh oordeelende, dat deStraaten moeten worden vernieuwt en gerepareert, een yegelyck als dan fchuldig en gehouden zal zyn om de onkosten daar op gevallen te betaalen aan den Politie Rentmeester der Stad's Hertogenbosch, te weeten, na maate hy langhs de Straaten, alwaar de vernieuwing of reparatie gefchied, is geërft, en dat volgens de uitreeckeningh door den Gefwooren Opfiender van Stads Wereken daar van gehouden, en dat voor die onkosten aanfpreeckelyk zullen zyn de Bewoonders' en Gebruyckcrs der Huyfen en Erven, voorbehoudens dat defelve het geene zy uit dien hoofde koomen betaalen, weeder zullen kunnen korten óp haar uitgeloofde Huurpenningen; dat, ingevalle over de opmeetingh of betaalingh der voorfchreeve onkosten eenige differenten of difputcn ontftaan, Scheepenen der Stad 's Hertogenbosch bevoeght zullen zyn, om, na verhoor van de geenen, die in de voorfchreeve difputen of differenten zyn geconcerneert, defelve de plano en zonder form van proces af te doen, met last aan een yeder, na de uitfpraack by Scheepenen daar over te geeven zigh te gedraagen, zonder zigh desweegens verder te kunnen beklaagen, of van de uitfpraack te provoceeren aan een hoogeren Reghter; dat de Supplianten na dato .van deefe Refolutie was voorgekoomen, dat de Gooten van de Straaten, loopende langhs de Huyfen van haare Stad, op veele piaatfen geene behoorlyke breedte en afdeelingh hebben, zoodanigh dat het waater hier en daar bleef ftagneeren, het geene ftanck en ongemack veroorfaackte; dat de Supplianten vermeenden Jure Magiftratus wel bevoeght te zyn, om een yeder te verplighten van zyn Goot behoorlyck op te maac¬ ken en te herftellen, dan dat zy confidereerden, dat dit een werek was het geen een yegelyck affonderlyck niet in de vereischte ordre zoo wel zoude verrighten, (voornamendyck als daar toe onervaarene Metzelaars en Straatmaackers wierden gebruyekt) maar dat zulcks -gevoeghlycker en oock met minder kosten zoude gefchieden, wanneer de Gooten van een geheel vack, te weeten daar die beginnen te heffen tot de plaats alwaar defelve in de gemeene Canaalen uitwaateren, wierden opgebroocken en egaalyck vermaackt, door een bequaam Metzelaar of Straatmaacker, daar toe door de Supplianten te despicieeren, en dat de onkosten daar op vallende wierden gevonden tot laste van de Huyfen en Erven, na mate een yeder langs de Straaten, alwaar de Gooten veranderingh noodigh hebben, ge. erft is. Dat of wel de Supplianten vermeenden dat de Gooten zyn eene dependentie van de Straaten, en dat zy aldus ten opfighte van de onkosten, vallende in het repareeren en veranderen derfelve, zouden kunnen handelen als by haar Hoogh Mog. Refolutie van den zesden Oétober zeeventien honderd zes en veertigh is geftatueert,met relatie tot deStraaten , defelve noghtans bedught waaren, dat zy daaromtrent by deefe of geene oppofitie zouden kunnen' vinden; verfoeckende derhalven, dat haar Hoogh Mogende by ampliatie van de Refolutie van den zesden October zeeventien honderd zes en veertigh gelieven te verklaaren, dat alle het geene haar Hoogh Mogende by deefe Refolutie met betreckingh tot de Straaten hebben geftatueert, ook plaats zal hebben omtrent de Gooten, en dat de S appüanten, of de Commisfarisfen van haarentwegen daar toe gefteld, noodigh oordeelende, dat de Gooten langhs de Straaten der Stad YHertogenbosch moetende gerepareert, veranderd, verbreed of verdiept worden, en ten dien eynde een geheel vack derfelve opgebrooken, de onkosten daar op vallende even en aleens zullen worden gevonden en betaald, zoo als de onkosten worden gevonden en betaald op het veranderen en repareeren der Straaten, volgens het geene is vervat in haar Hoogh Mogende Refolutie van den zesden Oétober zeeventien honderd zes en veertigh, voorbehoudens noghtans , dat nieuwe Spont- of Kant ftucken tot eenige Gooten noodigh zynde, defelve affonderlyk zullen moeten koomen tot laste van de geene, langhs wiens Huyfen en.Erven defelve worden gefteld, en dat deefe Spont- of Kantftucken door de Supplianten by de voet zullen worden geleevert, tqt zoodanigen prys als die aan de Stad koomen te kosten. Mmm 2 Waar  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 461 waar by met confent van den Heer en Regenten van die Plaatfe ver/beken tot onderhoud van de gemeene Armen te moogen herten en vorderen van haare Ingezeetenen een belasting by taxatie na een ieders gegoedheid: als meede den tagtigsten Penning voor rantcoen van alle vaste Goederen, welke by pubhque Veiling aldaar zullen worden verkogt, en eindelyk ook Oétroy, waar by verklaard werde, dat alle Erffenisfen van Perfoonen, door haar Supplianten gealimenteert geweest, en zonder descendenten koomende te overlyden, aan haare Armkasfe zullen vervallen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten behoeven van de Supplianten zullen worden verleend twee Octroyen, namentlyk een waar by de Supplianten werden gequalificeert, om tot onderhoud van de Gemeene Armen jaarlyks te moogen doen en omfiaan een Quotifatie na ieders gegoedheid over de Ingezeetenen van Purmerland, zoodanig dat de gegoedste per Week werde aangeflaagen tot twee ftuivers, andere tot een en een halve ftuiver, tot een ftuiver of tot een halve ofquart ftuiver, welke quotifatie jaarlyks zal moeten worden gedaan door twee Regenten en een Armevoogd, en de Lyste daar van geformeert aan de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende moeten worden geprefenteert, om by defelve geëxamineert en geapprobeerd te worden; en by welk Octroy de Supplianten verder werden gequalificeert om te moogen vorderen den tagtigften Penning voor rantcoen van alle vaste Goederen, welke in publique Veiling te Purmerland zullen worden verkogt, en zulks voor den tyd van vyftien jaaren, ingaande met datum van het zelve Octroy,* zullende de Supplianten gehouden zyn dit Octroy te doen regiftreeren ter Secretarie in Westvriesland en het Noorder Quartier, en alle drie jaaren aan de Heeren Gecommitteerde Raaden aldaar reekening te doen. En worden de Supplianten meede gelast om de zeeven deymten drie honderd zeeven en taghtigh een en een half roeden Lands aan den Armen toebehoorende, publicq te verkoopen en de agterftallen te fuiveren. En ten tweeden Oétroy, waar by de Supplianten ten aanfien van de Erffenisfen van gealimenteerde perfoonen, voor zoo veel het voorleedene aangaat, werden gelaaten by het reght en posfesfie, het welke zy geëxerceert en geacquireeit hebben, zonder daar in eenige prejuditie te lyden en fonder ook weegens het geene zy uyt dien hoofde genooten hebben, eenige reclame fubjeét te zyn. En ten opfigte van het toekomende geauthorifeert en gequalificeert om te moogen behouden en na zig te neemen al het geene zal werden nagelaaten by eenige perfoonen onder der Supplianten opfigte gealimenteert, wanneer defelve koomen te fterven, zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Descendenten na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of haar fuccesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan, mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen, die onder de alimentatie reeds zyn of ha deefen zullen koomen, voor den tyd hunner inneeming of eigen of aanbeftorven mogten zyn, voor haar Weesof Armekas te moogen blyven behouden, daaronder nogtans niet begreepen het geene defelve Kinderen gëduurende haare opvoeding in voorfchreeve Huis by Erffenisfe, Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lange defelve Kinderen onder de voorfchreeve alimentatie opgevoed zullen worden en langer niet. 41- Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de voorfieninge omtrent diverfe irreguliere gedragingen van de Regeering te Venlo. Den 23 November 1752. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Relblutie Commisforiaal van den veertienden deefer loopende maand, geëxamineert de poinéten van deliberatie, refulteerende uyt het Verbaal van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh en van der Does, haar Hoogh Mogende Commisfarisfen Decifeurs jonghst geweest zynde te Maastright, fpecialyk het gerapporteerde van de extraordinaris zaacken, gëduurende de Commisfie aan haar voorgekoomen Articul 13, infonderheyd ter occafie van derfelver verblyf te Venlo. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge¬ vonden en verftaan, dat aan Burgemeester, Scheepenen, en Raadsverwanten der Stad Venlo zal worden aangefchreeven, dat haar floogh Mog. geenfins voldaan zyn van de conduite by haar in verfcheiden opfighten gehouden, dat haar Hoogh Mogende geenfins approbeeren dat zy by haare Magiftraats-Refolutie van den vier en twintighften April zeeventien honderd een en vyftigh, den LandRentmeester van het Over-Quartier van Gelderland hebben weerhouden eenigh fchriftelyk Beright of Informatien op het fubjeét van de Reeckeningen der Stad Venlo aan de Heeren haar Hoogh Mogende Gedeputeerden over te leeveren. Dat zulcks niet over een komt met de zin en meeningh van haar Hoogh Mogende Refolutie van den drie en twintigften Mey Mmm 3 zee-  Begrypende allerhande Politicque znakdri. ren, en onderhouden der weegen, punétueelyk zullen hebben te reguleeren na de Ordonnantie op dat ftuk geëmaneert. En op dat niemant hier af eenige ignorantie hebbe te pretendeeren, zoo ordonneeren wy, dat deefe zal worden gepubliceert en geaffigeert ter Rolle van den Raade van Braband, en wyders alomme in de Steeden en Piaatfen van de drie Quartieren van Overmaaze, de Graaffchap van den Vroerihove, en daar aangrenfende Dorpen en Heerlykheeden, Resfort van deefen Staat, alwaar men gewoon is publicatie, en affixie te doen: want wy het zelve ten dienfte van den Lande alfoo bevonden hebben te behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heere Praefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier op den 23 November 1752. Was geparapheert, W. Siccama, vt. Onderftond, ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generael, Geteekent, H. Fagel. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een zwarten Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 43. Refolutie van de Staaten Generaal, waar bf aan Gecommitteerden, tot het houden van Conferentten met Gedeputeerden van den Prins vart Luyk, geadjungeerd word de Secretaris van den Raad der Stad Maastricht van de Brabandfche zyde. Den 15 February 1753. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van Mr. Laurens Ghyfen, Secretaris van den Raad der Stad Maastright van de Brabandfche zyde, houdende, dat de Suppliant van ter zyde geïnformeerd was, dat haar Hoogh Mogende hadden gelieven te committeeren de regeerende Burgemeester en Penfionaris van de voorfchreeve Stad, Reininck en van den Heuvel, om met eenige fleeren Gedeputeerden van den Heere Prince van Luyck in conferentie te treeden, over de differenten, welcke aldaar waaren ontftaan, ter occafie dat onder het District, van haar Hoogh Mogende eenige Pausfelycke Bullen en Bisfchoppelycke Ordonnantiën waaren gepubliceert, zonder dat daar toe de noodige permisfie was verfoght en verleent. Dat de Suppliant vermeynde in zyn voorfchreeve qualiteit van Secretaris gereghtigt te zyn tot het adfifteeren van de gemelde Gecommitteerden in de voorfchreeve conferentien, onder het genot van de Jura en rerauneratien daar toe ftaande, gelyck zulcks omtrent alle Commisfien van de Stad by decifie Van de Heeren Commisfien Decifeurs in dato den neegen en twintigften September zestien honderd twee en neegentigh neevens de voorfchreeve Requeste gevoeght, was vastgeftek; Verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Moogende hem aan de voornoemde Gecommitteerden gelieven te adjungeeren en te verklaaren, dat de Suppliant als Secretaris defelve in de te houden conferentien zal adfifteeren en genieten de jura en remuneratien daar toe ftaande. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Suppliant mits deefen. aarfde voornoemde Gecommitteerden te adjungeeren en te verklaaren, dat de Suppliant defelven als Secretaris in de te houden conferentien zal adfifteeren, en genieten de jura en remuneratien daar toe ftaande. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan de voornoemde Burgemeester Reininck, en Penfionaris van den Heuvel, om te ftrecken tot derfelver narightinge. 44» Refolutie van de Staaten Generaal, tot ver¬ mindering der Leeden van den Magiftraat te Aardenburg; mitsgaders bepaaling, wie aldaar yan de Stads Accyfen zullen vry weezen. Den 24 Mey 1753. Is gehoord het Rapport van de Heeren Pieck van Zoelen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van Vlaanderen, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegenden July zeeventien honderd een en vyftigh, geëxamineert de Poincten van deliberatie, refulteerende uyt het Verbaal van de Heeren Verfchoor, d'Ablaing van Giesfen- burgh, van Isfelmuden, en Lynden van Cantes, haar Hoogh Mogende Gecommitteerden, in den jaare zeeventien honderd een en vyftigh geweest zynde na Vlaanderen tot het veranderen van de refpeétive Magiftraaten, en het opneemen der Reeckeningen in de refpeétive Steeden en Piaatfen in Vlaanderen, en fpecialyck het Geverbalifeerde, waar by onder anderen gerapporteerd hebben, dat aan haar door  Begrypende allerhande Politicque zaakett. *6*< 4& Refolutie van de Stdateti Generaal, nbpem het effect van geobtineerde Oétroyen, om van Goederen in Staats Vlaanderen geleegen, by uitterjle wil te mogen difponeeren. Den 7 Augustus 1753^ Ontfangen een Misfive van den Eerst-Prsëfideerenden en andere Raaden, geordonneerd over Vlaanderen, gefchreeven te Middelburgh in Zeeland den tweeden der voorleeden maand, houdende, ingevolge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vierden April laatstleeden, derfelver Advis op een Misfive van Burgemeester en Scheepenen 'sLands van den Vrycn, verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende by weege van interpretatie geliefden te verklaaren; Eerftelyk, of Adriaan Michielfen, in zyn leeven gewoond hebbende in Schoondycke, uyt krachte van zeecker Oétroy by hem en zyn eerfte Huysvrouw, van haar Hoogh Mogende den een en dertighRen December zeeventien honderd vyf en dertigh geobtineert, gequalificeerd was gebleeven omme na doode van zyn gemelde eerfte Huysvrouw, by zyne Codicillaire Dispofitie, verleeden en gepasfeert voor Notaris en Getuygen den elfden January zeeventien honderd drie en vyftigh, over zyn minderjaarig Kind uyt zyn laatsteHuwelyk geprocreëerd, beneevens zyn Huisvrouw. Sara du Caftel, vreemde Vooghden aan te ftellen met feclufie van de Weeskamer, dan of het zelve Oétroy in opfigte van het eerfte Huwelyk moet werden geconfidereert zyn effeétte hebben gehad. En ten anderen, of in alle andere gevallen, door twee eghte Lieden van haar Hoogh Mogende Oétroy geobtineert zynde, om van hunne Goederen in Staats Vlaanderen te moogen difponeeren met feclufie van de Weeskamer , en daar van ftaande Huwelyk het effëét zynde genooten, of de langhstleevende in of buyten ander Huwelyk het volle reght van honderd guldens betaald hebbende, uyt kragte van het zelve geobtineerde Oétroy naderhand en affonderlyck difponeeren kan, en hoedanig zy Burgemeester en Scheepenen zigh in de voorfchreeve gevallen zullen moeten gedraagen. En houdende wyders nogh, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den aghtienden van de voorfchreeve maand April derfelver Advis op de Requeste van de voornoemde Sara du Caftel, W7eduwe van den gemelden Adriaan Michielfen; verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende aan haar Suppliante gelieven te permitteeren ,• om het voorfchreeve Oétroy aan haar voornoemde Man op den een en dertighften December zeeventien honderd vyf en dertigh verleend, te moogen fuppleeren, en na gedaane fupplement het zelve te houden in desfelfs volle kraght, op dat zy Suppliante, als Moeder en aangeftelde Vooghdesfe, beneevens de verdere aangeftelde Vooghden, haar minderjaarigh Kind VIII. Deel. en desfelfs Goederen zoude moogen adminï-* ftreeren, en de kosten, die anderfints doof de Weeskamer worden gereekent, zoude kunnen menageeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren by weege van interpretatie van haar Hoogh Mogende Refolutie van den elfden Juny zestien honderd vyf en neegentigh: Eerftelyck, dat twee Eghtgenooten Oétroy^ om van haare Goederen in Staats Vlaanderen geleegen by uiterften wil te moogen difponeeren, met feclufie van de Weeskamer, geobtineerd hebbende, ën door de langhstleevende het volle reght van honderd guldens betaald zynde, de zelve zoo wel uit kragte van het voorfchreeve Oélroy vermagh te difponeeren als de Eerstftervende, fchoon het voorfchreeve Oétroy albereyds ten reguarde van de Eerstftervende zyn effect, heeft geforteerdt. Ten tweeden, dat als wanneer voor het voorfchreeve Oétroy alleenlyck is betaald vyftigh guldens, en de Impetranten ingevolge van het zelve koomen te difponeeren, ten behoeve van Vrienden of Vreemden booven de twintigh gemeeten Lands, geleegen in Staats Vlaanderen , in prejuditie van hunne Erfgenaamen ah intejlato, contrarie de Vlaamfche Costumen, zoodanige difpofitie zal weefen nul en van geender waarde, volgens haar Hoogh Mogende voorfchreeve Refolutie van den elfden Juny zestien honderd vyf en neegentigh. Ten derden, dat, ingevalle de Impetranten van hunne Goederen ten behoeve van Vrienden of Vreemden in prejuditie van hunne Erfgenaamen ab inteftato niet hebben gedifponeert, maar alleen de Weeskamer gefecludeert ingevolge van het zelve Oétroy, behelfende te gelyck een authorifatie om de Weeskamer uit te fluiten, de voorfchreeve feclufie zyn effeét zal forteeren, fchoon defelve meer als twintigh gemeeten hebben nagelaaten, en alleenlyck yeder vyftig guldens voldaan, mits wordende rightelyck gefuppleert het geen te weynigh betaald zal zyn. En is dienvolgende goedgevonden en verftaan, dat het verfoeck by de voorfchreve Misfive gemeld zal worden geaccordeerd, zoo als geaccordeerd word mits deefen, en aan de Supplianten gepermitteert om het voorfchreeve Oétroy, aan haaren voornoemde Man op den een en dertighften December zeeventien honderd vyf en dertigh verleent, te moogen fuppleeren, na het doen van welck fupplement het zelve zal behouden desfelfs volle kraght, tot feclufie van de Weeskamer. En zal Extraét van deefe haar Hoogh MoN n n gen-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 467 48. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Oclroy op V ftuk der Erffenisfen, aan Regenten van het Weeshuis en PPuiszitten-Armenhuis te Monnikendam. Den 3 November 1753. Op de Requeste van de Regenten van het Weeshuis en Huisfittend Armenhuis binnen de Stad Monnikendam, is na voorgaande deliberatie, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutien van den 6 Juny 1733. en 16 Juny 175,1, goedgevonden en verftaan, de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat te laaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert en geacquireerd hebben ten opfigte van de Goederen, nagelaaten by Perfoonen door haar gealimenteert en opgevoed, en zonder Kinderen, KindsKinderen of verdere Defcendenten na te laaten overleeden zyn Je, zonder daar inne eenige prejuditie te ïyden, of eenige reclame fubjeét te zyn weegens het geene zy uit dien hoofde hadden genooten; en zoo veel het toekoomende aangaat de Supplianten te authorifeeren en te qualificeeren om te moogen behouden en na zig te neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige Perfoonen door haar gealimenteert en opgevoed, wanneer defelve zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten na te laaten koomen te overlyden, ten zy dezelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; als meede ook om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen, die door de Supplianten reeds worden gealimenteert en opgevoed, of namaals gealimenteerd en opgevoed zullen worden, voor den tyd van die alimen-> tatie en opvoeding of eigen of aanbeftorven moogen zyn , voor haare Armen-Kasfe te blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen , het geen defelve Kinderen gëduurende haare opvoeding by Erffenisfe, Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lang defelve door de Supplianten zullen worden opgevoed , en langer niet; mitsgaders nog om in gevalle een bejaard Perfoon, Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten hebbende, door de Supplianten word gealimenteerd, en aan defelve gëduurende die alimentatie eenige Erffenisfe, Legaat of Gifte opkomt en door de Supplianten ontfangen word, by het fterfgeval van zoo een bejaard Perlbon van die opgekoomen Erffenis, Legaat of Gifte, de welke aan de Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten zal worden uitgekeert, te moogen aftrekken en voor hunne ArmeKasfe behouden het montant der alimentatie by den overleeden bejaarden Perfoon genooten, zonder dat nogtans de voorfchreeve aftrekkinge eënigfints verder als de voorfchreeve alimentatie zal moogen werden geëxtendeert. En zullen daar van Brieven van Octroy gedepecheert werden. 49. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy op 't ftuk der Erffenisfen aan Regenten van het Burger-Weeshuis te Gouda. : Den 11 January 1754. ip de Requeste van het Burger Weeshuis te Gouda: Is na voorgaande deliberatie p-oedp-evonden en verftaan. in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6 Juny 1733 de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat te laaten by het regt endé posfesfie, welke zy geëxerceerd of geacquireerd hebben ten opzigte van de Goederen , nagelaaten by perfoonen door de Supplianten gealimenteert, fonder daar in eenige prejudicie te lyden, en zonder ook weegens het geene zy uit dien hoofde genooten hebben eenige reclame fubjeét te zyn; en ten opfigte van het toekoomende de Supplianten te qualificeeren en te authorifeeren om te moogen behouden en na zig te neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige perfoonen in der Supplianten Huis gealimenteerd, wanneer defelve koomen te fterven zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Descendenten na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan, mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen, die in der Supplianten Weeshuis reeds ingenoomen zyn , of na deefe nog ingenoomen zullen worden , voor den tyd hunner inneeming, of eigen of aanbeftorven zouden moogen zyn, voor het voorfz. Weeshuis te moogen blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen het geen defelve Kinderen gëduurende haare opvoeding in het voorfz. Huis, by Erffenisfe, Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter, dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lang defelve Kinderen in het voorfz. Weeshuis worden opgevoed, en langer niet. En zullenj daar van Brieven van Oétroy ge* depecheerd worden. Nnn % Re-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 469 52. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy op 7 ftuk der Erffenisfen aan Regenten van het Aalmoesfeniershuis te Gouda. Den 15 Mey 1754. Op de Requeste van de Regenten van het 1 Aalmoesfeniershuis binnen de Stad Gouda; Is na voorgaande deliberatie, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutien van den 6 Juny 1733, en 16" Juny 1751, goedgevonden en verftaan, dat ten behoeven van de Supplianten zal worden verleent Oclroy, waar by zy voor.zoo veel het voorleedene aangaat werden gelaaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert hebben, zonder daar in eenige prejuditie te lyden, en zonder ook weegens het geene zy genooten hebben eenige reclame fubjeét. te zyn; en waar by zy ten opfigte van het toekoomende worden geoétroyeert, om te moogen behouden en na zig te neemen al het geene zal worden nagelaaten by eenige Perfoonen, dewelke voor deefen door haar het zy in het vooifz. Aalmoesfeniershuis of daar buiten opgevoed en gealimenteerd zyn geweest, of jegenwoordig gealimenteerd worden of na deefe gealimenteerd zullen worden, wanneer defelve koomen te overlyden zonder Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaanmitsga¬ ders om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen die reeds in het gemelde Aalmoesfeniershuis ingenoomen zyn, of daar buiten gealimenteerd worden, of na deefe ingenoomen en gealimenteerd zullen worden, voor den tyd hunner alimentatie of eigen of aanbeftorven zouden moogen zyn, voor het voorfz. Aalmoesfeniershuis te moogen blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen, het geene defelve Kinderen, gëduurende haare alimentatie, byErffenisië, Legaat of Gifte verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, zoo lang defelve Kinderen door het voorfz. Aalmoesfeniershuis worden opgevoed, en langer niet; en laatllelyk nog, om, ingevalle een bejaard Perfoon, Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten hebbende, door de Supplianten werd gealimenteerd, en aan defelve gëduurende die alimentatie eenige Erffenisfe, Legaat of Gifte opkomt , by het fterfgeval van zoo een bejaard Perfoon van die Erffenisfe, Legaat of Gifte af te trekken en voor haar te behouden het montant van alimentatie by den overleeden Perfoon genooten. 53. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de bepaaling van den tyd tot het houden der Kermis te Vught. Den 7 Juny 1754. Ontfangen een Misfive van den Graave van Regteren, -Hooghfchout der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, gefchreeven alhier in den Hage den vyfden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den aght en twintighften Maart laatstleeden, desfelfs Beright en Advis op de Requeste van de Regenten der Heerlykheid Vught, Quartiere van Oosterwyk, Meyerye van s' Hertogenbosch; verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende gelieven te permitteeren, dat de Kermis binnen Vught, die aldaar jaarlyks invalt den tweeden Zondag in Oétober, en een hunner vier Jaarmarekten, invallende op den laatften September, voortaan mogten worden gehouden, te weeten, de Kermis den derden zondag in de maand July, en de voorfchreeve Jaarmarckt woensdag daar aan volgende. Waar op gedelibereeid zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoek gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dienvolgende aan de Supplianten zal worden gepermitteerd, zoo als aan hun gepermitteerd word mits deefen, om de Kermis binnen de Heerlykheid Vught voortaan te houden in plaats van op den tweeden Zondagh in Oétober den derden in July, en de voorfchreeve Jaarmarckt Woensdagh na de Kermis, en dusWoensdagh na den derden Zondagh in July. Nnn % R*-  Begrypende allerhande Puïitlcque zaaken. in flot van Reeckeningh; en verfoeckende ge- | melde Bailliuw, Burgemeefter en Scheepenen, s dat zy de origineele Documenten, neevens j de voorfchreeve M&ive gevoegt, moogen te rugge bekoomen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verban; E-enïety** dat aan de-Magiftraat der Stad Hukt, als reprefenteerende derfelver BinnenParoclfaancn, zal werden gepermitteerd, zoo als aan haar gepermitteert werd mits deefen, om'onder verband der Kercke - middelen te moogen negotieeren eene fomme van zeeven honderd ponden Vlaamsch, teegens zoo laagen Interest afó zal te bekoomen zyn, immers niet hooger als drie en een half per cento, ten eynde om door middel van die negotiatie in ftaat te zyn óm te konnen betaalen de L. 531 voor haar aandeel verfchuldigt, tot aflosfingh en quytingh van de nieuwe Capitaalen en flooten van Reeckeningh, en om te konnen f unieeren en voldoen de L. 200, die voor haar aandeel na proportie van de Buyten - Parochiaanen zeedert zeeventien honderd aght en twintigh tot zeeventien honderd drie en vyftigh inde Gemeene Kercke - Reeckeningen te weynigh hebben gecontribueert. En wyders om de Obligatien van de oude Capitaalen voor den jaare zeeventien honderd neegen en twintigh genegotieert ter fomme van L. 1464: 5:4, die volgens het Contraél met de Tiendeheffers blyven ten privativen laste van de Binnen-Parochianen, loopende teegens den Interest van vier per cento, te moogen intrecken, en andere teegens drie en een half per cento, onder verband der Kercke Middelen aan de houders in de plaatfe behandigen, of wel anderfints, indien die houders haar Capitaalen reclameerden, een gelyke fom tot afloslinge van defelve teegens drie en een half per cento, onder verband der Kercke Middelen in de plaats te negotieeren. Ten tweeden, dat zullen worden geapprobeert, zoo als geapprobeerd werd mits deefen, de fchickingen vervat in het Accord, den twee en twintighften Juny zeeventien honderd drie en vyftigh tusfehen de Magiftraaten van Hulster -Ambagt geilooten, met betrecking tot het by vacature verminderen van het Ontfangers Traétement, het vernietigen van de augmentatie van het Kosters-Traétement,' en de bepaalinge der Leges voor de Auditie der Reeckeningen, des dat indien by het exteeren van de vacature van het Ontfangers - Traétement eenigh different moghte ontftaan, tot wat fom het voorfchreeve Ontfangers-Tractement behoorde vermindert, of wel tot wat fom het zelve by uytkoop behoorde gebraght of gefixeert te worden, dat different ter kennisfe van haar Hoogh Mogende zal moeten werden gebraght, om na bevind van zaacken te worden gedisponeert. Ten derden, dat voorts aan den voornoemden Ontfanger van nu af aan voor Ontfanghloon van de Kercke-Middelen en contributie der Tiendeheffers, waar van hy voor deefen 47t vyr per centu goHuowu noerc., m geene ueeckeningen meer zal werden goedgedaan als drie per cento, en voor interest van Hot of flooten van Recckening, iu plaats van vyf per cento niet meer als vier per cento, als meede dac het Ontfanghloon a L. 1:5:0 van het Kosters Traétement, welk Tractement door het. Land betaald werd, voortaan geheel zal cesfeeren. Ten vierden, dat ook het Traclement van den Organist en Klockenist, tegenswoordigh bedraagende L. 25 Vlaams, dogh waar van maar de helft ten lasten der gcJaamcntlyke binnen - en buyten Parochiaanen mooge werden gebraght, en waar van de andere helft thans is ten laste alleen van de Binnen-Parochiaanen , by Vacature zal worden verminderd met L. 8:6:4, en dat die minderingh alleen zal worden geimputeert op de helfte van het Tractement, privativelyck zynde ten laste der Binnen - Parochiaanen. Ten vyfden, dat wyders van nu voortaan ten behoeve van de Kerck zal werden geheeven een reght voor de Zitplaatfen in de Kerck, eens zoo hoogh bedraagende als het geen tot nu toe ten voordeelc van de Koster is betaald, met dien verftande, dat de helfte van dat reght zal blyven ten voordcele van den teegenwoordigen Koster, tot zyn aftreeden of overlyden toe. Ten zesden, dat voorts volgens het by de voorfchreeve Misfive van de Magiftraat van Hulst herhaald verfoeck, aan defelve Magiftraat provifioneeiyk voor den tyd van vier jaaren'zal werden gepermitteert, zoo als'aan haar gepermitteert werd mits deefen, het verdubbelen van de Accynfen, dewelcke ten behoeve van de Kerck verpaght wordeii. Ten zeevenden, dat de gemelde Magiftraat zal werden gelast, zoo als gelast werd mits deefen, van nu af aan de Reghten van de Kerck voor het luyen en ophangen van de Wapens, dogh niet voor het begraaven dubbeld te doen heffen, te introduceeren een Reght van Trouwen, voor de Kerck te heffen, zoo wel over de geenen die in de Kerck, als over de geenen die voor den Magiftraat trouwen; gëduurende de Predikatie ten behoeve van de Kerck met een zackje te doen omgaan, en zorge te draagen, dat omtrent de leeverancie van Beefems, Turf, Kaarsfen, &c. alle moogelyke menage gepraclifeerd werde. Ten aghtften, dat voorts zal werden verklaart, zoo als verklaard werd mits deefen, dat in de extraordinaris Kercke Reeckeningh, de binnen -Parochiaanen alleen concerneerende, geen leges voor de Magiftraat weegens de auditie dier Reeckeningh zullen moogen gebraght worden, gelyk ook niet voor de Boodens der Stad, maar alleenlyk voor den Griffier, weegens het apoftilleeren en doubleeren dier Reeckeningen tien fchellingen, zonder meer, en dat aan den zeiven Griffier voor het apoftilleeren der andere Reeckeningen, de Binnen- en Buyten-Parochiaanen in het gemeen, I en de Tiendeheffers in het particulier concer1 nee-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 473 Yckreglement; luydende, dat alk Steeden en Dorpen het Lycken van onfan Eyckmeester zullen fubjecizyn, ten waare defelve aan ons konden vertoonen by Privilegie gereghtigt te zyn zelfs een Eyckmees ter te moogen ftellen, zoo als haar Hoogh Mogende ook nog by Relblutie van den zes en twintighften February zeeventien honderd vyf en vyftigh nader hebben gelieven te verftaan 5 en dat, ingevaile fommige der voornoemde Heerlyckheeden haare Privilegiën aan haar Hoogh Mogende quaamen te vertoonen, hy Suppliant vermeende haar Hoogh Mogende in confideratie te moogen geeven, of haar Hoogh Mogende daar by niet zouden gelieven te gelasten, dat defelve binnen haare Heerlyckheid blyven moesten, om den Yck van haar Hoogh Mogende niet elufoir te maacken, dan dat, by aldien de voornoemde Dorpen en Heerlykheeden in gebreecken bleeveu Privilegiën aan haar Floogh Mog. të produceer en, haar Hoogh Mogende als dan den Suppliant gelieven te authorifeeren en te gelasten, om den Yck generalyck op alle Piaatfen in voorfchreeve Meyerye te verrighten, óm dus de anders onvermydelycke oneenigheeden voor te koomen of anders hier inne zoodaanige voorfieninge te doen, als haar Floogh Moogende zullen vinden te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de gemelde Eyckmeester Generaal van de Meyerye van s' Hertogenbosch zal worden geauthorifeert en gelast, zoo als geauthorifeert en gelast word mits deefen, om generalyck over alle de Piaatfen van de Meyerye voornoemt den Yck na gewoonte te verrighten, volgens zyne Commisfie, en overeenkomstigh aan het Yck-reglement van den jaare zestienhonderd eenen taghtigh, ten waaren de Heeren of Regenten van eenige piaatfen konden vertoonen by Privilegie gereghtigt te zyn om zelfs een Eyckmeester i te ftellen, welke privilegiën als dan aan haar Floogh Mogende ten fpoedighsten zullen moeten worden vertoont, ten eynde defelve geëxamineert zynde daar op by haar Hoogh Mogende naader worde gedispöneert, zoo als bevonden zal worden te behooren. 5§è Publicatie van de Staaten Generaal, tot ver* , . beetering der publicque Wegen in den Lande van 'Overmaaze. Den 16 Juny 1755. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefe zullen fien of hooren leefen, falut; doen te weeten, dat wy in ervaaringe gekoomen zynde, dat de Weegen in den Lande van" Overmaaze in den Graaffchap van den- Vroenhof, in de Banken.van St. Servaas en Dorpen van redemtie, zoodanigflegt gefteld zyn, dat fe niet zonder gevaar voor Rytuygen met twee Paarden naast een bykoppelinge befpannen , -te gebruiken zyn, en daar teegen hebbende tragten te voorfien by onfe Refolutie en Publicatie van den 23 November 1752; egter ten dien opfigte door de reprefentatien onfer Onderdaanen en ingekoomen Berigten ontwaar zyn geworden, dat de goede ordre by gemelde Publicatie beoogt, ter zaake defelve niet meede op gelyke voet by de Heeren en Princen der daar naast aanpalende Landen zyn beraamt en werkftellig gemaakt, als nog het voorgeftelde nuttig effect, niet kan voorbrengen. Is goedgevonden ter tyd en wylen tot het gemelde oogmerk in de rondsom geleegen Landen werde geconcurreert, onfe Publicatie van den 23 November 1752 voornoemt te furcheeren, gelyk gefurcheert werd by deefe : Dan gemerkt de quaade gefteldheid der Weegen genoegfaam doed fien, dat de wyfe waar op defelve in boovengenoemde onfe Landen werden verforgt, niet toereikende is, om zoo VIII. Deel aan de Ingezeetenen in het generaal, als aan de Reifigers de behoorlyke faciliteit der pasfagie te doen genieten, hebben wy daar in willende voorfien tot bevordering der Commercie en gemak der Pasfanten, goedgedagt te ordonneeren en ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen: Dat alle de weegen in de Landen van Overmaafe, de Graaffchappe van den Vroenhoven, de Banken van St. Servaas, en Dorpen van redemtie, mitsgaders in de daar aangrenfende Dorpen en Heerlykheeden onder deefen Staat resforteerendc, binnen den tyd van vyf maanden na de publicatie deefes op haare vereifchte breedte herfteld en opgemaakt zullen moeten werden, en daar het zelve door de Steenrotzen als anderfints belemmert zoude werden, egter (zoo doenlyk) in diervoegen, dat defelve ten allen tyde met Rytuygen met een Disfelboom en twee Paarden naast den andere befpannen bequamelyk gebruykt en de Spooren overgefet konnen werden. Dat ten dien einde alle Boomen, Heggen, en het gunt meerder de Weegen zoude moogen belemmeren, zoodanig zullen moeten werden geruimt, ingekort en opgefnoeit, dat de Weegen de volle lugt heemelsbreedte zullen kunnen hebben, en door Zon en Wind opgedroogt werden. Dat om het zelve in goede ordre werkftelOno ' lis  Begrypende allerhande Politicque zaakeri. de gevolgen van dien ten allen tyde te moogen doen. Eindelyk, ten einde al het gunt voorfz. is precifelyk werde agtervoJgt, willen en begee- 475 ren wy, dat deefe gedrukt, verfonden ^gepubliceert en geaffigeert werden daar en zoo zulks gebruikelyk is. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generael der vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 16 Juny 1755. (JVas geparapheert,) Zynde óp het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een roöden Ouwel overdekt met een papiete Ruyte. P I E C K, vro (Onderfondf) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent f) H. FAGEL 59. Refolutie van de Staaten Generaal, raakende het geeven van een hienvenue aan den Heer der Heerlykheeden Tilburg en Goirle. Den 5 September 1755. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den vyf en twintighften der voorleede maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zeeventienden Juny laatstleeden , derfelver Advis op de Requeste van Drosfaard, Scheepenen en verdere Regenten en Leeden, gezaamentlyk reprefenteerende het Corpus der Gemeente van Tilborgh en Goirle; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert , haar Floogh Mogende toeftemmingh en authorifatie tot het geeven van een bienvenuë van twee duyfend vyf honderd guldens aan den nieuwen Heer van de voorfchreeve Heerlykheeden, zonder confequentie in het vervolgh , en tot het negocieeren van de daar toe vereyschte Penningen op de Repartitie en Voorwaarden, breeder in de voorfchreeve Requeste gemeld, of zoodanige andere Ordres en Beveelen, als aan haar Hoogh Mogende zoude behaagen. \ Waar op gedelibereerd zyftde, is göedge- VUuueii cu VG111.CUU1, vit». —~« ö~ daan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, zoo als het zelve leght, niet kan worden getreeden, en word het zelve dienvolgende afgeweefen, wordende de Supplianten echter onverlet gelaaten, aan haaren nieuwen Heer toeteleggen zoodanigh bienvenuë, die eens door een extraordinaris reëelen omftagh reedelyckerwyfe zal konnen gevonden worden, mits die bienvenuë niet excedeere de fom aan den laatst voorgaanden Heer der voorfchreeve Heerlykheeden tot een bienvenuë gegeeven. Dat voorts aan de Supplianten zal worden gepermitteert, zoo als aan hun gepermitteerd word mits deefen ? zigh als dan nader tot het obtineeren van permisfie tot het doen van zoodanige extraordinaris reëelen omflagh aan haar Floogh Mogende te addresfeerem 60. Refolutie van de Staaten Generaal tot interpret aüe van haar Hoog Mogende Refolutie van 14 Suny i74, raakende het dekken van de daaken der Huyfen met Leyen of Pannen, inplaatfe van met Stroo. Den 19 September 1755. /^\ntfarigen een Misfive van W. van Haren, V^l Quartier-Schout van het Quartier van Peelland, Meyerye van 's Hertogenbosch, ge¬ fchreeven te Brusfel den zeeventienden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en: tot voldoeninge Van haar Floogh Mogende RefoO002 kl"  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 47 waar genoomen, een tweeden Penfionaris te moogen aanftellen, dog dat daar omtrent, alle Minifteriale Ampten binnen de Stad 's Herto^enbosch vaceerendej niet zullen difponeeren als na alvoorens te hebben ingenoomen het'hoo^lnvj'S Advis en de Confideratien van haare Koninghlycke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden Worden aan Scheepenen, Gefwoorenen en Raaden der Stad 's Hertogenbosch, om te ftrekken tot derfelver narigtinge, en haar daar na te regulee* ren. d.2. Refolutie van de Staaten van Holland, hou* dende Oclroy op *t ftuk der Erffenisfen aan Regen-* ten van het Lutherfche Weeshuis in 'sHage. Den 22 Mey 1750". ' Op de Requeste van Regenten van het Weeshuis van de Euangelifche Lutherfche Gemeente alhier in den Hage, is na voorgaande deliberatie, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refolutien van den 6 Juny 1733 en 16 Juny r75i, goedgevonden en verftaan, de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat te laaten by het regt en posfesfie, welke zy geëxerceert en geacquireert hebben ten opfigte van de Goederen nagelaaten by Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar gealimenteert en zonder Kinderen of verdere Defcendenten overleeden,. zonder daar in eenige prejuditie te lyden; en zoo veel het toekoomende aangaat, de Supplianten te authorifeeren en te qualificeeren, om te moogen behouden en na zig neemen al het geene zal worden nagelaaten door eenige Kinderen of bejaarde Perfoonen door de Supplianten gealimenteert, wanneer die zonder Kinderen of verdere Defcendenten na te laatenkoomen te overlyden, ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeurs in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke defelve Kinderen of andere Perfoonen voor den tyd haarer inneeminge of alimentatie eigen of aanbeftorven zouden moogen zyn, voor haar Weeshuis te blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen het geene defelve Kinderen of andere Perfoonen gëduurende derfelver alimentatie by Erffenisfen, Legaaten of Giften verkreegen zouden moogen hebben, behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zullen moogen genieten, gëduurende den tyd van de voorfz. aiimentatie en langer niet; en laatstelyk nog in gevalle een bejaard Perfoon Kinderen of verdere Defcendenten hebbende, door de Supplianten word gealimenteert, en aan defelve gëduurende die alimentatie eenige Erffenis, Legaat of Gifte opkomt, die door dö Supplianten ontfangen word, by het fterfgeval van zoo een bejaard Perfoon, van die opge" koomen Erffenis, Legaat of Gifte, welke aart de Defcendenten zal worden uitgekeert, ten behoeve van het Weeshuis te moogen aftrek-8 ken en behouden het montant der alimentatie by den overleeden Perfoon genooten, zonder nogtans dat de voorfz. aftrekking eenigfints verder als de voorfz. alimentatie zal moogen worden geëxtendeert. En zullen daar van Brieven van Octroy gedepecheert worden. 63. Placaat van de Staaten Generaal, tegen het geeven van Kraammaalen in het Diftricl van de Ge* neraliteit. Den 3 Juny 17$6. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten; alfoo wy in ervaaringe gekoomen zyn, dat dagelyks ter occafie van het in het Kinder-of Kraambed leggen der Vrouwen van Huysluyden of andere Opgezeetenen ten platten Lande van het Diftriét. van de Generaliteyt , onder ons Gebied gehoorende, op verfcheide piaatfen werden aangeftelt en gegeeven Kraammaalen, welke door de meenigtevan Menfchen op defelve koomende , niet alleen veroorfaakten groote onordentelykheeden, maar ook daarenbooven ondraageiyke kosten, zoo voor de Huysluyden welker Vrouwen bevallen zyn, als door de Contributien van die geenen welke op die Kraammaalen koomen te verfchynen, booven en behalven het verfuym van derfelver Landbouw of Handwerken, waar jeegens wy noodig geoordeeld hebben, dat ten besten van onfe goede Ingezeetenen en tot voorkooming van alle desordre, behoorlyk moefte worden voorfien: Soo is 't, Dat wy, alvoorens gehad hebbende .het Advis van onfe Lieve getrouwe, de eerst Prsefideerende en andere Raaden van Braband en Vlaanderen, interdiceeren alle en een iegelyk van onfe Huysluyden of Opgezeetenen Ooo 3 in  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 479 daar meede het Reglement op het ftuck der Salarisfen der respeétive Secretarisfen van den neegentienden January zestien honderd twee en zestigh en tvvintighften September zeeventien honderd vier en twintigh te amplieeren. Waar op gedelibereerd en in aghtingh genoomen zynde, dat by het Reglement op het ftuck jjer Salarisfen der respeétive Secretarisfen van de Meyerye van 's Hertogenbosch, Marquiiaat van Bergen op Zoom en Baronnye van Breda , den neegentienden January zestien honderd twee en zestigh by haar Hoogh Mog. geaggreëert en gearresteert, en vervolgens op den twintighften September gerenoveert, is geftatueert, dat de Secretarisfen van de Conditiën en vacatiën van de Koopdagen der Meubilen of Inboeken, zoo van Sterfhuyfen als die by executie verkogt werden, te weeten, daar geen Stockhouders of Vendumeesters zyn, zullen moogen profiteeren aght penningen van de Gulden, en voor het uytleeveren vanCopie vier ftuyvers voor ieder Blad. En dat daar uyt ontwyffelbaar consteert, dat de asfistentie van een Secretaris by de verkoopingen van meubilaire Goederen geenfmts te pasfe kan koomen, wanneer 'er een Stockhouder of Vendumeester is; Is goedgevonden en verftaan, dat in des Suppliants verfoeck niet kan werden getreeden, en werd het zelve derhalven afgeflaagen en gewcefen van de hand, en daar benecvens den Suppliant gelast zigh precifelyk te reguleeren na het Reglement van den neegentienden January zestien honderd twee en zestigh, en desfelfs Renovatie van den twintighften September zeeventien honderd vier en twintigh, als daar by werdende geperfisteert by deele. Dan gemerckt by de bovengemelde Misfive en Advis van den Raad van Braband meldingh gemaakt werd van verfcheyde weegen en middelen; volgens welcke onder diverfche benaamingen veel hoogere lalarisfen door fommige Secretarisfen in het Marquifaat, en zoo waarfchynlyk voorkomt, meede op andere Piaatfen in de Generaliteyt weegens Verkoopingen der Meubilaire Goederen werden genooten, het zy dat op derfelver Plaatfe geene, het zy dat aldaar aparte Stockhouders of Vendumeesters zyn, ofwel, dat de functien van Secretaris en Stockhouder in één perfoon concurreeren; is wyders goedgevonden en verftaan, dat de Raad yan Braband nader zal werden aangefchreeven, aan haar Hoogh Mogende te advifeeren, of daar tegen by Placaate niet behoorde te werden voorfien, en als dan tot weevinge van het zelve misbruyck een concept Placaat te formeeren, en het felve aan haar floogh Mog. te laaten toekoomen. fit Nadere Refolutie van de Staaten Generaal, nopens het aanftellen yan een tweeden Penfionaris te 's Hertogenbofch. Den 21 Jirly 1756. Js ter Vergaderinge geleefen de Requefte van Mr. Anthony van Heurn, houdende, dat hy in den jaare zeeventien honderd vyf en dertigh door de Magiftraat van 's Hertogenbosch was aangefteld tot derfelver Penfionaris, dat hy deefe Bedieninge thans den tyd van meer als een en twintig jaaren hadbeldeed, dat den Suppliant den ouderdom van twee en zestigh jaaren naderende, en nu zeedert een jaar herwaards geincommodeert zynde met eene aanhoudende indispofitie, welcke hem' nog by bleef, waar door hy belet wierd de Vergaderingen van de Magiftraat meeften tyds te kunnen bywoonen, en de expeditien tot zyn Ampt fpeéteerende te doen, het geene Stads belangens by veele geleegentheeden nadeel toebraght, derhalven in de maand November van het gepasfeerde jaar zeeventien honderd vyf en vyftigh zigh by Requefte aan de Magiftraat van" 's Hertogenbosch had geaddresfeerd en verfoght gehad, dat tot zyne adfiftentie een tweede Penfionaris moghte worden aan,gefteld, mits dat den Suppliant zyn leeven lang gëduurende zoude blyven trecken het Traétement, Baaten en Emolumenten tot het Ambt van Penfionaris ftaande, zoo als hy defelve tot nogh toe had genooten; dat verre het meerendeel van de Leeden van de Magiftraat inclineerende, om iri des Suppliants Ver- foeck te bewilligen, daar van een point van deliberatie was gemaakt ,• dat zulcks ter kennisfe van haar Hoogh Mogende gekoomen zynde hoogstdefelve de Magiftraat van 's Hertogenbosch , by Refolutie van den zeeventienden November zt eventien honderd vyf en vyftigh hadden aangefchreeven gehad, van met de aanftellinge van een tweeden Penfionaris niet voort te gaan alvoorens aan haar Hoogh Mogende over te zenden haar Beright en Confideratien over de noodfaakelykheid en reedenen, waar op des Suppliants verfoeck was fteunende, om het zelve gefien zynde, daar op gedisponeerd te werden, zoo als bevonden zoude wTorden te behooren. Dat tot nakoominge van haar Hoogh Mogende beveelen, de Magiftraat deefe confideratien en. reedenen in een ampel en gedetailleert Beright aan haar Hoogh Mogende had voorgedraagen, dat hoogstdefelve met de voorfchreeve confideratien en reedenen genoegen genoomen hebbende, by Refolutie van den neegen en twintigften Maart deefes jaars aan de Magiftraat van 's Hertogenbosch hadden gepermitteert, om tot foulaas van den Suppliant in het exe.rceeren van zyne Bedieninge een tweede Penfionaris te moogen aanftellen; dogh dat daar omtrent, gelyck voortaan alle Minifteriaale Ampten binnen de Stad 's Hertogenbosch  Begrypende allerhande Politicque zA&kcïh 48! ÏLefolutie van de Staaten Getier aai, houden* de bepaaling omtrent het alimenteercn van Soldaaten-Kinder en te \ Hertogenbosch. Den -27 Oftobera756. Ts gehoord het rapport vart de Heeren Bar' tensi en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de faacken van de Meyerye van 'sHertogenboich, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie Commisibriaal van den aghtienden Augustus laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van Scheepenen, Gefwoorens en Raaden der Hoofdftad s' Hertogenbosch , gefchreeven aldaar den neegenden daar bevoorens; Verfoeckende om reedenen in de voorfz. Misfive geallegeert, eerstelyk, dat hangende haar Hoogh Mog. deliberatien over het arrefteeren van een Generaal Regiement ten respecle van de verforginge van Vader- en Ouderloofe Soldaaten-Kinderen, zy even gelyck als die van Breda moghten volftaan, met het alimenteeren van Soldaaten- Kinderen, waar van de Vaders aldaar Garnftben houdende binnen gemelde Stad zyn overleeden, en daarentegen ontheeven van de verforginge van Soldaaten- Kinderen, welcke aldaar zyn gebooren, of waar van de Vader of Moeder, van de gemelde Stad geboortigh zynde , elders zyn overleedenten andeven, dat haar .Hoogh. Mog. hun gelieven te libereeren van de verforginge van het verlaaten Kind van den gedeferteerden Soldaat van het Battaillon van Acronius. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge-- ■- —uj—ufói———- 1 I ' i —■——9— Vonden en verftaan, ten opfighte van het eerfte verfoeck mits deefen te verklaaren, dat de Kinderen van Soldaaten, in dienst van den Staat zynde, welke binnen de Stad 'sHertogenboich Guarnifoen houdende koomen te overlyden, door den Magiftraat aldaar ,, gelyck tot hier toé gefchied is, gealimenteerd zullen moeten worden; en dat daar tegens. de gemelde Magiftraat mits deefen .vrygefteld werd van de last van alimentatie en educatie van aldaar gebooren Soldaaten - Kinderen, wekkers Ouders, elders Guarnifoen houdende, koomen te overlyden. Dan dat ten opfigte van het tweede poinét.; geconlidereert de Gedeferteerde Jn deefen gehouden moet werden chiliter mortuus, in het verfoek van de meergemelde Magiftraat niet kan worden getreeden, en word het zelve dienvolgende afgeflaagen en geweefen van de hand. Met dien verftande, dat de voorfchreeve verfoeckers de faculteyt behouden, om by aldien de Gedeferteerde by het voorfz. Regiment weederkeerde * of dat zy moghten ont> deeken, waar defelve zigh moght onthouden ^ het gemelde Kind den Vader te restitueereri of toe te zenden. En. zal ExtracT: van deefe haar Hoogh Mog,, Refolutie gefonden werden aan Scheepenen 5 Gefwooren en Raaden der Hoofdftad 's Hertogenbosch, om te ftrecken tot haar narightinge ^ en om zig daar ra. te reguleeren^ — 1 (_ 68. Refolutie van de Staaten Generaal ± tot con- ■ tlnuatie van het recht én de posfesfie '-van Regenten der PPeerlykheid Lóón op Zand, om 'aldaar eenen particulieren door lum aange(lelden' Tck-mecster te employ eer en. Den 26 November 'i/^ö; Is gehoord het rapport van de Heeren van der Capellen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van. 'sHertogenbosch; hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den dertighften Mey van het laatst afgeloopen jaar 1755, met en neevcais eenige Heerën Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de 'Requeste van de Regenten ' der fleerlyckheid Loon op Zand, en met defelve voor zyn interest zigh voegende den Prince van Salm-Salm, als Grondheer van defelve Heerlyckheyd; • houdende, dat aart de Heeren van dè voorfz. Grondheerlykheid, van alle oude tyden, onder andere Voorreghten en Preëminentien, hadde gecoropeteert het reght;, omme tot de Keuren en Eyken van Bier-V aaten, alle natte VIJL Deel. n&v jbirJ! v,'o ^bcrt.ierrierïas rtoo icrywiw en drooge .Maaten, Ellen en Gewighten, Keur-. of Yck-meesteren binnen- defelve Heerlykheyd aan te ftellen; van welck reght te oeffenen, defelve oock altoos waren geweest in een rustige, vreedige en ongeinterrumpeerde posfesfie, zonder dat, of den Yckmeester over de Meyerye, of iemand anders, buyten den Heere aangeftelt, ooit of ooit in die qualiteit heeft gefungeert. Dat noghtans de Supplianten met de uiterfté bevreemdingh quaamen te ondervinden, dat de jegenwoordige Yckmeester van de Meyerye, Willem van Böeckholt, op den vyf en twintighften' dèr voorfchreeve maand Mey, binnen de voorfz. Heerlykheid Loon op Zand, door den Vorfter hadde gedaan publiceeren ij dat hy aldaar 's Lands Yck zoude koomen doen over alle Bier-Vaaten,; drooge. en natte MaaPpp ten,  Begrypende allerllande Politicque zaaken. felve, voor zyn interest, zigh voegende den vry Baanderheer van de voornoemde Plaatle; verfoeckende de Supplianten, om reedenen in de voorfchreeve Requeste in het breede geallegeert, dat haar Hoogh Mogende goede geliefte mooge zyn, den Yckmeester over de Meyerye van 's Hertogenbosch te gelasten, vart "zigh geheelyck te onthouden van het doen vin Yck binnen gemelde Baronnie, immers en ten minden by provifie den zeiven te gelasten daar meede ftille te ftaan, tot dat haar Hoogh Mog. nader op deefe zaacke zullen hebben gedisponeert. Waar op gedelibereerd, gelet en geëxamineerd zynde de Reglementen, Ordonnantiën, Aclens van aa ïfteUÏnge der Yckmeesters, en verdere Bewyzen aan de voorfchreeve Reglementen geannexeert, waar door ten klaarften blyekt, dat de Supplianten bereyds voor de reductie der Stad en Meyerye van 'sHertogenbosch geweest zynde in een rustige en vreedige posfesfie van te hebben haaren byfonderen Yck, en de exercitie derfelver door den Yckmeester door haar aangefteld, en dat de Supplianten tot nu toe in het voorfchreeve bezit zyn gebleeven, het welck dus, van immemoriaale tyden overgebragt, genoeghfiam fnbintreert voor den Titul, welcke ter exercitie van een Dominiaal Reght gerequireerd ivord: Is goedgevonden en verftaan te verklaaren , dat de Supplianten zullen blyven continueeren in het exerceeren van hunnen eygen Yck* en dienvolgens door hunne Yckmeester doenYcken en branden alle Ellen, Maaten en Gewighten binnen de Baronnie vanBoxtel, als van ouds geëmployeert wordende; behoudens noghtans, dat, zoo wanneer een generaal redres op het ftuck van de proportie der Ellen, Maaten en Gewighten over de Meyerye van 's Hertogenbosch by ons zoude moogen worden gearrelteert, als dan noopens de proportie in gelykheid met alle andere zullen worden getracteert. Werdende inmiddels de Supplianten gelast, omme van de Ellen, Maaten en Gewighten te Boxtel, als van ouds ge- 4o3 bmycktj binnen den tyd van zès maanden ten haaren kosten te beforgen precife Leggers tef Leen en Tolkamer in 's Hertogenbofch * omme aldaar te worden gefeponeert: des dat; by aldien de Supplianten in gebreecken moghJ ten blyven binnen den bepaalden tyd de ge* melde Leggers ter Leen en Tolkamer te fur-4 nceren, defelve Van de gratieufe verklaaringh in deefe zullen vervallen, en onder de generaale Yck van haar Hoogh Mogende betrokken worden. Dan vermits de Bieren, welke ifl de Brouweryen, binnen de Baronnie van Boxtel gebrouwen, eninVaatwerck aldaar geëyckt en gebrant, gevaat werden , als een object van handel geconfidereerd; behooren te worden gepermitteert om verfonden te werden daar men defelve zal requireeren. Is wyders goedgevonden en verftaan, dat aan de Brouwers aldaar vergunt zal worden haare gebrouwe Bieren in aldaar gebrant vaatwerek te verfenden na Piaatfen onder den bedryve van den generaalen Yck van haar Hoogh Mogende geleegen , zonder onderheevigh te zyn, het zelve door deö Yckmeester der Meyerye te laaten hereyeken, of daar voor eenige Jura te betaalen ,* behoudens noghtants, dat den Yckmeester voorfz. ten allen tyde zal vryftaan het voorfchreeve Bier in Vaatwerek te Boxtel met den laatften Yck gebrant, in zynen bedryve bevindende, by meetinge te examineeren, of voldoet aan de Maat en Legger weegens Boxtel ter Leen en Tolkamer gefurneert, en by zoo verre hy diesweegens eenigh merckelyk manquement of fraude zoude moogen ontdecken, dat het hem zal vryftaan daar jeegens, volgens het Reglement, als jeegens ongeëyekt Vaatwerek zoodanigh te procedeeren, als bevonden zal worden te behooren. Werdende de Supplianten laatstelyk gelast, deelë haar Hoogh Mogende Refolutie te doen regiftreeren ter Griffie van de Leen en Tolkamer, en voorts defelve te doen infmueeren aan den Yckmeester der Meyerye, Boeckholt, om zigh daar na te reguleeren. y0t Refolutie van de Staaten Generaal, tot con¬ tinuatie van het recht en de posfesfie van Regenten van Asten en Ommelen, om aldaar eenen particulieren door hun aangeftelden Tckmeejler te employee* ren. Den 26 November 1756. Is gehoord het Rapport van de Heeren van der Capellen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, hebbende ingevolge en tef voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den neegenden Juny van het laatst afgeloopen jaar, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requefte van de Heeren en de Regenten van Asten en Ommelen, geleegen in het Quartier van Peel- land, Meyerye van 'sHertogenbosch, exfribeerende daar neevens by Copien Authenticq de uytgifte der Heerlykheid Asten , mitsgaders de fuccesfive aanftellingen van Yckmeefters door de Heeren van Asten in der tyd gedaan, ten bewyfe dat het reght van privative Yck aan haar is competeerende; verfoeckende de Supplianten derhalven, dat haar oud en wel verkregen reght mooge worden geconferveërt, en aan Willem Boeckholt, Yck> meefter van de Meyerye, gelast van hem te Ppp 2 , 9nt*  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 485 Dorpen in de Meyerye van 's Hertogenbosch, en Ipeciaal in de drie Quartieren vanPeelland, Kempeland en Oosterwyck zoude zyn; dat defelve by Privilegie waren gcreghtigt, om in haare Dorpen een particulieren Yckmeester aan te ftellen, daarnoghtans de Supplianten, zoo voor als na het aanftellen van den Yckmeester der Meyerye, en het formeeren van het Reglement van den twintighften Maart zestien honderd een en taghtigh, altoos waren geweest en nog waren in eene rustige en vreedige posfesfie van het exerceeren van hunnen eigen Yck, zoo als haar Hoogh Mog. zoude confteeren uit twee byfondere Declaratoiren neevens de voorfz. Requeste gevoeght fub Num. 1 & 1. Dat des niet jegenftaande de voornoemde Yckmeester der Meyerye, van Boeckholt, op Maandagh den neegentienden Mey van het afgeloopen jaar binnen der Supplianten Heerlyckheid hadde kunnen goedvinden te doen publiceeren, dat hy op Maandag en Dingsdagh dat weefen zoude den zes en twintighften en zeeven en twintighften der voorfchreeve maand Mey, den Yck zoude koomen doen over alle Bier-Vaten, drooge en natte Vaten, Maaten, Ellen en Gewighten, en dat zoude Zitdag houden 's morgens van neegen uuren tot 's middaghs vyf uuren, ten huyfe daar de Supplianten hem aanwyfinge zouden gelieven te doen, confteerende uyt de Publicatie by Copie Authenticq neevens de voorfchreeve Requeste gevoeght fub Num. 3; verfoeckende de Supplianten, om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoog Mog. by interpretatie van derfelver Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en vyftigh gelieven te verklaaren, dat defelve Refolutie alleenlyck betrekkelyk is op zoodaanige Piaatfen, welcke in geene wettige posfesfie zyn van haaren eigen Yck te exerceeren, of die in voorige tyden hebben verfuymt het zelve aan te toonen en te demonftreeren, en dus geenfmts op der Supplianten Heerlyckheid, als tot hier toe in een ongeinterrumpeerde posfesfie zynde, en by zoo verre daar omtrent nog eenige bedenckelykheid by haar Hoogh Mog. moghte exteeren, de Supplianten gelieven te renvoyeeren aan de ordinaris Juftitie , omme aldaar jeegens den Yckmeester der Meyerye, zoodanige fuftenue of fuftenuen te voeren, als de Supplianten tot maintien van hun goed reght en deugdelyke posfesfie zullen oordeelen en vinden te behooren, en dat inmiddels , en hangende haar Hoogh Mog. deliberatie, de Supplianten mogen werden gehouden voor diligent, zoo als haar Hoogh Mog. by derfelver Refolutie van den aghtienden December zeeventien honderd zestien, ten refpecte van de Officieren van Helmond en Heerlyckheid Deurne en Lisfel, mitsgaders Tilburg, Goirle en Hilvarenbeeck hebben gedaan gehad. Waar op gedelibereerd, gelet en geëxamineerd zynde de Declaratoiren aan de Requeste geannexeert, en nader overgegeeven, welcke genoeghftam doen zien, dat de Supplianten , tyde van het emaneeren van het generaal Yck-Reglement, bereyds als doen vari onheughelycke tyden in posfesfie waren van het exerceeren van hurinen eigen Yck, en dat de Supplianten tot nu toe daar van gebleeven zyn in het zelve rustige en vreedige bezit, het welck dus van immemoriaale tyden overgebraght, genoeghfaam ftibintreert voor den titul, welcke ter exercitie van een Dominiaal Reght gerequireert werd: Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat de Supplianten zullen blyven continueeren in het exerceeren van hunnen eigen Yck, en dienvolgens door hunnen Yckmeester doen ycken en branden alle Ellen, Maaten en Gewighten binnen de Heerlyckheid Drunengecmployeert werdende, behoudens noghtans, dat zoo wanneer een generaal redres op het ftuck van de proportie der Ellen, Maaten en Gewighten over de Meyerye van 's Hertogenbosch by ons zoude moogen werden gearrelteert, als dan noopens de gemelde proportie in gelyckheid met alle anderen zullen werden getra&eert; wordendd immiddels de Supplianten gelast, omme van de Ellen, Maaten en Gewighten, aldaar als van ouds gebruyekt, binnen den tyd van zes maanden ten haaren kosten te beforgen precife gejuyfte Leggers ter Leen- en Tol-Kamer in 'sHertogenbosch, omme aldaar te worden gefeponeert, des dat, by aldien de Supplianten in gebreecken moghten blyven binnen den voorfchreeven bepaalden tyd gemelde Leggers ter Leen- en Tol-Kamer te furneeren, defelve van deefe gratieufe verklaaring vervallen, en vervolgens onder haar Hoogh Mog. generaale Yck zullen betrokken worden. Dan vermits de Bieren, welcke in de Brouweryen binnen de Heerlyckheid Drunen geleegen, gebrouwen, en in Vaatwerek, aldaar geeyekt en gebrand, gevaat werden, als een object, van handel geconfidereert, behooren te worden gepermitteert om verfonden. te worden daar men defelve zal requireeren: Is wyders verftaan , dat aah de Brouwers aldaar vergunt zal worden j haare gebrouwe Jbieren m aiüaar gebrand Vaatwerek te veifenden na Piaatfen onder den bedryve van den generaalen Yck van haar Hoogh Mogende geleegen, zonder onderheevigh te zyn het zelve door den Yckmeester der Meyerye te laaten her-yeken, of daar voor eenige jura te betaalen; behoudens noghtans, dat den Yckmeester voorfchreeve ten allen tyde zal vryftaan, het voorfchreeve Bier te Drunen in Vaatwerek met den laatften Yck oebrandt, in zynen bedryve bevindende, het zelve Vaatwerek by meetingh te examineeren, of voldoet aan den Maat en Legger weegens Drunen ter Leen- en Tol-Kamer gefurneert: en by zoo verre hy diesweegens eenigh merckelyk manquement of fraude zoude moogen ontdekken, dat het hem zal vryftaan daar jeegens, volgens het Reglement, als jeegens ongeeyekt Vaatwerek te procedeeren als bevinden zal te behooren. I Werdende de supplianten laau-ieiy». gciasu, Ppp 3 deefe-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 487 in plaats van Titul tot het exerceeren van Dominiaale Reghten gerequireert, hebben geëxerceert reghten, en tot den jaare zeeventien honderd vier en twintigh blyven exerceeren, die welcke als toen aan die van Breugel en Zonne gegeeven zyn: Dan dat daar jeegens door den Yckmeester der Meyerye, Boeckholt, word geavanceert, dat zvn Predecesfeur in den loop der laatfte jaaren zoude geweest zyn in de posfesfie aldaar den Yck te exerceeren: Is goedgevonden en verftaan, dat aan de Supplianten zal worden gepermitteert , omme zigh binnen den tyd van drie maanden na dato deefes nader aan haar Hoogh Mog. te addresfeeren en te fuppliceeren, omme op den voet en in maniere als die van Breugel en Zonne te moogen worden geoétroyeert , ten eynde defelve Supplicatie gefien en geëxamineerd zynde, daar op te worden gedisponeert als bevonden zal worden te behooren; en dat gëduurende den loop van de voorfchreeve drie maanden de zaacken van den Yck aldaar zullen blyven in die ftaat, als by haar Hoogh Mog. Refolutie van den veertienden July zeeventien honderd vyf en vyftig is gedisponeert. Dan dat by faute van dien nu voor als dan der Supplianten verfoeck, by derfelver Requeste van den veertienden July van den laatst afgeloopen jaare gedaan, zal worden afgellaagen en geweefen van de hand; Werdende nu voor als dan, te weeten na het verloop van drie maanden, by ontftentenisfe van de te doene Supplicatie den Yckmeester Boeckholt geauthorifeert en gelast, te St. Oedenroode den Yck weegens haar Hoogh Mogende conform zyne Commisfie en Reglement waar te neemen en blyven exerceeren. En zal Extraét deefer gefonden worden aan den Yckmeester Boeckholt, om te dienen tot zyn naright, en zigh, het laatstgemelde geval exteerende, daar na precifelyck te reguleeren. Yckmeester der Meyerye van 's Hertogenbosch, aan de eerfte Supplianten zynde geinfmueert haar Hoogh Mogende Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en vyftigh, waar by haar Hoogh Mogende hadden goedgevonden gemelden Yckmeester te authorifeeren, om generalyck over alle de Piaatfen van de Meyerye den Yck te verrighten, ten waare de Heeren of Regenten van eenige Piaatfen konden vertoonen, by Privilegie gereghtigt te zyn om zelfs een Yckmeester te" ftellen, welcke Privilegiën als dan aan haar Hoogh Mog. zouden moeten werden vertoont, ten eynde, defelve geëxamineerd zynde, daar op by haar Hoogh Mogende nader te worden gedisponeert, zoo als bevonden zal worden te behooren. Dat de Supplianten uyt de middelen van de Requeste, door den voornoemden Yckmeester aan haar Hoogh Mogende geprefenteert, metdegrootfte bevreemdingh was voorgekoomen, dat defelve daarby pofeerde, dat het alleenlyck een voorgeeven van verfcheydeHeerlyckheedenen oock Staate Dorpen, en fpeciaal in de drie Quartieren van Peelland, Kempeland en Oosterwyck zoude zyn; dat defelve by Privilegie waaren gereghtigt,. om in haare Dorpen een particulieren Yckmeester aan te ftellen, daar nogtans de Supplianten, zoo voor als na het aanftellen van den Yckmeester der Meyerye, en het formeeren van het Yck - Reglement voor denfelven van den twmtighften Maart zestien honderd VIII. Deel. een entaghtigh, altoos waaren gêweest in eene rustige en vreedige posfesfie van het exerceeren van hunnen eygen Yck, zoo als haar floogh Mogende zoude consteeren uyt twee byfondere Declaratoiren neevens de voorfz. Requeste gevoeght fub Num.. 1 en 2. Dat de Heerlyckheid Geldrop zyn eyge Yckmaat en Gewight van alle oude tyden hadde gehad, gelyck te fien was in de befchryving der Stad en Meyerye van 'sHertogenbosch, door Oudenhoven, alwaar duydelyck de Reghten van vrye Yck ten respeéte van Geldrop worden aangehaald; verfoeckende de Supplianten, om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende haare oude herkoomen gelieven te confirmeeren, en dus den gemelden Willem Boeckholt te interdiceeren, om hem te onthouden van den Yck binnen de Heerlyckheid Geldrop te exerceeren. Waar op gedelibereerd, gelet en geëxamineerd de Bewyfen, zoo door de Supplianten neevens de Requeste overgelegt, als in defelve geavanceert, welcke genoeghfaam doen zien, dat bereyds, tyde van het emaneeren van het Yck Reglement, die van Geldrop waaren in een immemoriaale posfesfie van het exerceeren van hunnen eygen Yck, en dat de Supplianten daar van tot nu toe zyn gebleeven in defelve rustige en vreedige posfesfie, welck dus van onheughelycke tyden overgebraght, genoeghfaam fubintreert voor den Titul, welcke ter exercitie van een Dominiaal Reght gerequireerd werd: Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat de Supplianten zullen blyven eontinueeren in het exerceeren van hunnen eygen Yck, en dienvolgens door hunnen Yckmeester doen Ycken en branden alle Ellen, Maaten en Gewighten binnen de Heerlyckheyd Geldrop geëmployeert: behoudens nogtans dat zoo wanneer een generaal redres op het ftuck van de proportie der Ellen, Maaten en Gewighten over de Meyerye van 'sHertogenbosch by ons zoude moogen werden gearresteert, als dan noopens de gemelde proportie Qqq en  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 491 zoo wanneer een generaal redres op het ftuck van de proportie der Ellen, Maaten en Gewighten by ons zoude moogen worden gearrefteert, als dan noopens de proportie en gelyckhevd met allen anderen zullen worden getrafteert Werdende immiddels de Supplianten selast, omme van Ellen, Maaten en Ge. wiffhten aldaar van ouds gebruyckt, binnen den tyd van zes maanden ten haaren kosten te beforgen precife Leggers ter Leen - en Tolkamer in 'sHertogenbosch, om aldaar te werden gefeponeert, des dat by aldien de Supplianten in gebreecken moghten blyven, binnen den voorfchreeven bepaalden tyd de gemelde Leggers ter Leen- en Tolkamer te furneeren, defelve van de gracieufe verklaaringh in deefe zullen vervallen, en onder den Generaalen Yck van haar Hoogh Mog. betrocken worden. Dan vermits de Bieren, welcke in de Brouweryen binnen de Heerlyckheeden Heeze en Leende geleegen, gebrouwen en in vaatwerek aldaar geyekt en gebrand, gevaat worden, als een objeft van handel geconfidereert, behooren te worden gepermitteert, om verfonden te worden daar men defelve zal requireeren ; is wyders verftaan, dat aan de Brouwers a'ldaar vergunt zal worden haare gebrouwen Bieren in Vaatwerk aldaar met den laatften Yck gebrand, te verfenden na Piaatfen onder den bedryve van den Generaalen Yck van haar Hoogh Mog. zonder onderheevig te zyn het zelve door den Yckmeefter van de Meyerye te laaten heryeken, of eenige jura daar voor te betaalen; behoudens noghtans, dat den Yckmeefter der Meyerye ten allen tyden zal vryftaan het voorfz Bier in Vaatwerek te Heeze en Leende, met den laatften Yck gebrand, in zynen Bedry ven 'bevindende, het zelve Vaatwerek by meetinge te examineeren, of voldoet aan den Legger, weegens Heeze en Leende ter Leen- en Tolkamer gefurneert: en by zoo verre hy diesweegens eenigh merekelyck manquement of fraude zoude moogen ontdecken, dat het hem zal vryftaan, daar jeegens volgens het Reglement, als jeegens ongeyekt Vaatwerek te procedeeren zoo als bevinden zal te behooren; werdende de Supplianten laatftelyck gelast deefe haar Hoogh Mog. Refolutie ter Griffie van de Leen- en Tolkamer te doen regiftreeren, en vervolgens defelve te doen infinueeren aan den Yckmeefter der Meyerye, Boeckholt , om zigh daar na te reguleeren. Vervolgens op de verdere verfoecken , zoo van de Regenten van Aalst, en van den met hungevoeghden Heer derfelve Heerlyckheid, als van de Regenten van Eerfel en Duyfel booven gemeld, gedelibereerd en gelet zynde, dat de refpeétive Supplianten, nogh by exhibitie van Privilegie, nogh by genoeghfaam blyck van immemoriaale posfedie, welcke aangenoomen kan worden als te fubintreeren in plaatfe van een Titel tot het exerceeren van een Dominiaal Reght gerequireert; ls goedgevonden en verftaan, dat in het eerfte lit van het verfoeck der refpecfive Supplianten niet kan worden getreeden, en word het zelve derhalven gedifficulteert. Werdende mitsdien de aanfehryving en gevolghde Relblutie van den vierden juny zeeventien honderd vyf en vyftigh aan den Yckmeefter gedaan, omme met het doen van den Yck zoo binnen de Heerlyckheid van Aalst, als binnen die van Eerfel en Duyfel voor als nogh en tot tyd en wylen van haar Hoogh Mogende finale Refolutie te fupercedeeren, opgeheeven en geftelt buyten effect, en derhalven den Yckmeefter, ingevolge van haar Hoogh Moogende Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en vyftigh, gequalificeert den Yck binnen de gemelde Heerlyckheeden te exerceeren: werdende eghter dien onvermindert aan de voorfz. Supplianten, by aldien vermeenen moghten haar gefustineerde tot het moogen aanftellen van een eygen Yckmeefter , en het doen Ycken en branden der Ellen, Maaten en Gewighten binnen hunne reCpeéiive Heerlyckheeden te gebruycken, op den voet van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyftienden Maart zeeventien honderd neegenden, den Reghten genoegh te kunnen bewyfen, den wegh der Juftitie voor den Raad van Braband open gelaaten, dogh niet anders als in cas petitoir. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden werden, zoo aan den Raad van Braband, als aan den Yckmeefter der Meyerye, Boeckholt, om te ftrecken tot derfelver narightinge, en zigh daar na te reguleeren refpecf ivelyck. 77. Refolutie van de St a-at en Generaal, waar by word . afgeweefen het verfoek van den Heer der Heerlykheid Vlier den, tot het aanftellen van een particulieren Tck- meester aldaar. Den ad November 1756. Is gehoord het Rapport van de Heeren van der Capellen,en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 'sHertogenbosch; hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den zeeventienden December van het afgeloopen jaar, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Johan Franciscus Daulnerie, Heere van de Heerlyckheid Vlierden, Quartiere van Peelland, Meyerye van 'sHertogenbosch, houQqq 2 den-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. men kan werden als te fubintreeren in plaatfe van een Titul tot het exerceeren van eenDominiaal Reght gerequireert: Is goedgevonden en verltaan, dat in het eerfte Lit van der Suppliantes verfoeck niet kan werden getreeden , en werd het zelve derhalven afgellaagen en geweeièn van de hand: Voorts werd mitsdien de aanfehryving, in gevolge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vierden December zeeventien honderd vyf en vyftigh, aan den Yckmeester van de Meyere van 'sHertogenbosch Willem van Boeckholt, gedaan, omme met het doen van den Yck binnen de voorfz. ITeerlyckheyd, voor als nogh, en tot tyd en wylen van haar Hoogh Mog. finale Refolutie, opgeheeven en gefield buyten effect: Voorts den Yckmeester, ingevolge haar Hoogh Mog. Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en vyftigh, gequalificeert den Yck binnen de 493 Heerlyckheid Waalre en Valckenswaart te exerceeren : Dan word dien onverminderd aan de Suppliante, by aldien vermeenen moghte haar gefustineerde tot het aanftellen van een eygen Yckmeester, en het doen van Ycken en branden der Ellen, Maaten en Gewighten, binnen haare Heerlyckheid te gebruycken, op den voet van haar Hoogh Mog. Refolutie van den vyftienden Maart zeeventien honderd neegentien, den Reghten genoegh te konnen bewyfen, den wegh van Justitie voor den Raad van Braband open gelaaten, dogh niet anders als in cas petitoir. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden worden aan weigemelden Raad van Braband, en aan den Yckmeester der Meyerye, Boeckholt, om teftrecken tot derfelver narightinge, en zigh daar na te reguleeren respectivelyk. 79- Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar by word afgeweefen het verfek van den lieer der Heerlykheid Beeck en Donck, tot het aan feilen van een particulieren Tck-meester aldaar. Den 26 November 1756. Is gehoord het rapport van de Heeren van der Capellen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 'sHertogehbosch; hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyftienden December van den afgeloopen jaare, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Gerard de Jongh, Heere van de Heerlyckheid van Beeck en Donck, Quartiere van Peelland, Meyerye van 'sHertogenbosch; houdende, dat de gemelde Heerlyckheid, door Koning Philip, als Plertogh van Braband, op den zeeventienden November zestien honderd drie en veertigh zynde uitgegeeven en verkoght, met de hooge, laage en middelbaare Jurisdictie, en verdere Reghten en Gereghtigheden, Prseëminentien en Authoriteit, als andere Vafallen, hooge Juftitie befittende, in Braband gewoon waren te genieten en te gebruycken, en hy Koningh Philip zelve hadde vermoogen te doen. Dat defelve verhoogingh en uitgifte by Refolutie van haar Hoogh Mog. van den neegen en twintighften Juny zestien honderd zes en veertigh geapprobeert zynde, des Suppliants Voorfaaten ook van tyd tot tyd, en nu laatftelyck ook nogh de Suppliant, binnen voornoemde Heerlyckheid onder anderen hadde aangefteld een particulieren Yckmeester tot het ycken van alle drooge en natte Maaten, Ellen en Gewighten, op zoodanige profyten en emolumenten als daar toe van ouds waren ftaande, confteerende het een en ander uit de Producten neevens de voorfz. Requeste gevoeght fub Num. 1, 2, 3, 4 en 5; verfoec¬ kende den Suppliant, om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mog. den Yckmeester van de Meyerye van 's Hertogenbosch gelieven te gelasten, zigh geheelyck te onthouden van den Yck binnen de Heerlyckheid Beeck en Donck te exerceeren; immers by provifie hem Yckmeester te gelasten daar meede ftille te ftaan, tot dat haar Hoogh Mog. nader op de voorfz. zaacke zullen hebben gedifponeert, en dat de difpofitie hier op te neemen zonder refumtie mooge worden uitgegeeven. Waar op gedelibereerd, en gelet zynde, dat den Suppliant nogh by exhibitie van de Privilegie, nogh by genoeghiaam blyck van een immemoriale posfesfie, welcke aangenoomen kan worden als te fubintreeren in plaatfe van den Titul tot het exerceeren van een Dominiaal Reght gerequireert: Is goedgevonden en verftaan, dat in het eerfte Lid van des Suppliants verfoeck niet kan worden getreeden, en word het zelve derhalven afgellaagen en geweefen van de hand: En werd mitsdien verder de aanfehryvingh, ingevolge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den vyftienden December zeeventien honderd vyf en vyftigh gedaan, aan den Yckmeester van de Meyerye van 'sHertogenbosch, Willem van Boeckholt, omme met het doen van den Yck binnen de voorfz. Heerlyckheid Beeck en Donck, voor als nogh tot tyd en wylen van haar Hoogh Mogende finale Refolutie te fupercedeeren, opgeheeven en gefteld buiten effect; en voorts den zeiven Yckmeester, ingevolge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en vyfQqq 3 «gh  Begrypende allerhande Politicque zaaken, 495 8l. Refolutie van de Staaten Generaal, lot cöH~ tinuatie van het recht van die van Oirfchot , omdoor hy hun aangeftelde Keurmeesters den Tck alk daar te exerceeren. Den 16 November 1756. Is gehoord het Rapport van de Heeren van derCapellen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de jyleyerye van 's Hertogenboch; hebbende ingevolge en ter voldoeninge van haar Floogh Mog. Refolutie van den tienden April van het afgeloope jaar zeeventien honderd vyf en vyftigh, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requefte van Scheepenen, Gefvvoorens, Raaden, Kerck-en Armmeefteren, reprefenteerende het geheele Corpus van Oirfchot; houdende, dat op den veertienden der voorfz. maand April van weegens den Yckmeefter, Willem van Boeckholt, aan haar Supplianten geinfinueert zynde haar Hoogh Mog. Refolutie van den vier en twintighften Maart des jaars zeeventien honderd vyf en vyftigh, waar by gelast was aan alle Heeren en Regenten van eenige Piaatfen, die zouden konnen vertoonen by Privilegiën gereghtigt te zyn om zelfs een Yckmeefter aan te ftellen, zylieden defelve Privilegiën aan haar floogh Mog. ten fpoedighften zouden moeten vertoonen, ten eynde defelve geëxamineerd zynde, daar op by haar Hoogh Mog. nader zoude werden gedisponeert, als bevonden zal werden te behooren; de Supplianten mitsdien de vryheid moesten neemen aan haar Hoogh Mog. te erinneren, dat zy reeds in antecesfum aan die ordres hadden voldaan, als hebbende de Supplianten al op den zeeven en twintighften October zeeventien honderd twee en vyftigh daar over een Requeste aan haar Hoogh Mog. geprefenteert, en daar by hunne Privilegiën overgeleght, en dat het haar Hoogh Mog. behaagd had het zelve te ftellen in handen van den Quartierfchout van Kempeland, om te berighten, het welcke ingekoomen zynde, haar Hoogh Mog. by derfelver Refolutien van den neegentienden December zee ventien honderd twee en vyftigh dat werek hadden gelieven te maacken Commisforiaal met den Raad van Staate; verfoeckende de Supplianten derhalven, dat haar Hoogh Mog. dit werek finaal gelieven af te doen, dewyl als dan te gelyk zal weefen gedecideert, of de Supplianten hebben zoodanig Privilegie, en by continuatie daar van zullen moogen blyven jouïsfeeren; verhoopende, dat zy Supplianten daar meede by provifie aan haar Hoogh Mog. voorfz. Refolutie van den vier en twintighften Maart zeeventienhonderd vyf en vyftigh hebben voldaan. Hebbende wyders welgemelde Heeren Gedeputeerden en Gecommitteerden, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie Commisforiaal van den nee¬ gentienden December zeevennen hondefcÉ twee en vyftigh, meede geëxamineerd de Misfive van den Quartier - Schout van Kempeland, Meyerye voorfchreeve, ten zelveii dage gefchreeven alhier in den Hage, houden-* de, ingevolge en ter voldoeninge van haaf Hoogh Mog Refolutie van den aght en twintighften Oétober daar te vooren, desfelfs Beright en Advis op de Requefte van de boovengemelde Supplianten; verfoeckende, dat haar Hoogh Mog. derfelver Generaalen Yckmeefter der Meyerye van 's Hertogenbosch \ van Boeckholt, gelieven te ordonneeren, dat hy de Supplianten m haar indisputabel reght vari Ycken, zoo tot Oirfchot als in de Dinghbancke van Vesfem, Wintelre en Kneghtlël niet meer zoude hebben te turbeeren. Ten anderen, dat de voornoemde Boeckholt aan haar zoude hebben te refundeeren met de kosten een fomme van zeevenen veertigh guldens vyf ftuivers, welcke zy by interventie , breeder in de voorfchr. Requefte gemeld , voor zeeckere gecalangeerde Jan Coorenblom, tot ftateeringe der executie hebben uytgefchooten. En laatftelyck dat haar Hoogh Mog. gelieven te verklaaren, dat de Biervaten uyt de Brouweryen onder haar Supplianten Yck resforteerende, geyekt en gebrand met het merek van den Yckmeefter van Oirfchot, het welck waaren de Gefwoorens, overal moogen worden verfonden onder den bedryve van haar Hoogh Mog. generaalen Yck, zonder gehouden te zyn die Vaten wederom te laaten mereken en branden door den generaalen Yckmeester der Meyerye van 's Hertogenbosch , of ook aan hem by weege van redemtie eenige jura te betaalen. Waar op gedelibereerd, en in agtingh genoomen zynde, dat uit de ftucken, door de Supplianten ter betoogh van haar gefuftineerde, dat namentlyk het reght hebben om door den Keurmeefter binnen de Heerlyckheid van Oirfchot aan gefteld, den Yck aldaar te doen, genoeghfaam confteert, dat wanneer weegens de Aartshertogen in den jaare zestien honderd zeeven geordonneerd wierd, dat door de kleine Steeden, Vryheden en Dorpen, resforteerende onder de Meyerye van 's Hertogenbosch, zouden werden overgebragt alfulcke Costumen en Landreghten, als een iegelyk van defelve was hebbende en gebruickende, omme ter Griffie van den Raade van Braband ; te Brusfel te werden geregiftreert, dat als toen de Scheepenen, Gefwoorens en Raadslieden, Kerck- en Heilige Geest-meesteren, | reprefenteerende het Corpus der voorfz. Vryheid van Oirfchot, ter obediëntie van de voorfz. 1 beveelen in den gemelden jaare zestien honderd  Begrypende allerhande Politicque zaakeü 4^ 82. Refolutie van de Staaten Generaal, tot continuatie van het Recht van de Officieren en Regenten yan Hilvarenbeek, om door by hun aangeftelde Tck- en Keurmeefters den Tck aldaar te exerceeren. Den 26 November 1756. t s gehoort het Rapport van de Heeren van 1 der Capellen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 'sHertogenbosch; hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog.Refolutie van den zestienden July van het laatst afgeloopene jaar, meten neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van de Officieren en Regenten van de vrye Heerlyckheid Hilvarenbeeck, Quartiere van Oosterwyck, Meyerye voorfchreeve, houdende, dat de Supplianten by fpeciaal Oétroy en Privilegie, aan haar verleend by Koningh Philip, als Hertogh van Braband, in dato den vier en twintigften November vyftien honderd zes en vyftigh, geregtigt waaren tot het ftellen van eyge Yck- en Keurmeefters, biyekende by Gopie Authenticq van het gemelde Octroy en Privilegie neevens de Requefte gevoeght fub N°. 1.; verfoeckende, om reedenen in de voorfz. Requefte geallegeert, dat haar Hoogh Mogende den Yckmeester van de Meyerye van 's Hertogenbosch, Willem van Boeckholt, gelieven te gelasten van zigh geheelyck te onthouden van den Yck binnen de vrye Heerlyckheyd te exerceeren. Waar op gedelibereerd, gelet en geëxamineerd zynde de aan de Requefte geannexeerde Copien Authenticq, zoo van het Handvest van Koningh Philip, als Hertogh van Braband, aan de Supplianten verleent den vier en twintigilen November vyftien honderd zes en vyftigh, als van het Reglement voor de Yck en Keurmeesters over de Vryheyd en Heerlyckheyd van Hilvarenbeeck den fes en twintighften November zestien honderd {wee entaghtigh beraamt en gearresteert^*'** den een en twintighften Maart zestien honderd drie en taghtig gepubliceert, en verdere overgelegde ftukken; Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de Supplianten by continuatie zullen blyven genieten het effect van het voorfz. Handvest, van den jaare vyftien honderd zes en vyftigh, en dat dien overeenkomftig Ordonnantiën maacken, en voorts met het Gereghtelycke teecken der voorfz. Heerlykheid zullen doen Ycken alle Ellen, Maaten en Gewighten der Waaren, die met de Maaten verkoght, geleevert en in de gemelde Handvesten gemeld worden;behoudens noghtans, dat zoo wanneer een generaal redres op het ftuk van de proportie der Ellen, Maaten erf Gewighten over de Meyerye van 's Hertogeribosch by ons zoude moögen worden gearrefteert^ als dan noopens de gemelde proportie, in gelyckheid van allé anderen zullen worden getraéteerts Werdende immiddels de Supplianten gelast, omme van de Ellen, Maaten en Gewighten, aldaar volgens de voorfz. Handveste gebruickt, binnen den tyd van zes maanden ten haaren kosten te beforgen precife Geyckte Leggers ter Leen en Tolkamer van 's Hertogenbofch, omme aldaar te worden gefeponeert; des dat by aldien de Supplianten in gebreecken moghten blyven, binnen de voorfz. bepaalde tyd ^ gemelde Leggers ter Leen en Tolkamer te furneeren, defelve van de gracieufe verklaaring in deefe zullen vervallen, en vervolgens onder den generaalen Yck van haar Hoogh. Mog, betrokken worden. Dan vermits de Bieren, welcke in de Brouweryen , geleegen binnen Hilvarenbeeck, gebrouwen, en in Vaatwerek aldaar geyekt en gebrand, gevaat worden, als een objeét van handel geconfidereerd, behooren te worden gepermitteert om verfonden te worden daar men defelve zal requireeren; is wyders verftaan , dat aan de Brouwers aldaar vergunt zal worden, haare gebrouwe Bieren, in aldaar gebrand Vaatwerek te verfenden na Piaatfen onder den bedry ven van den generaalen Yck van haar Hoogh Mog. geleegen, zonder onderheevig te zyn delelve door den Yckmeester der Meyerye te laaten her-yeken, of daar van eenige Jura te betaalen; behoudens noghtans, dat het den Yckmeester voornoemt ten allen tyden zal vryftaan het voorfz. Bier in het Vaatwerek binnen Hilvarenbeeck met den hutden Yck gebrand, in zynen bedryven bevindende $ het zelve Vaatwerek by meetinge te examineeren, of voldoet aan de Maat en Legger weegens Plilvarenbeeck ter Leen en Tolkamer gefurneert, en by zoo verre hy des weegens eenig merckelyk manquement of fraude zoude moogen ontdekken, dat het hem zal vryftaan daar jeegens volgens het Reglement als teegens ongeyekt Vaatwerk te procedeeren, als bevinden zal te behooren. Werdende de Supplianten laatstelyk gelast, deefe haar Hoogh Mog. Refolutie te doen regiftreeren ter Griffie van de Leen en Tolkamer, en defelve te doen infmueeren aan den Yckmeester der Meyerye, Boekholt, om zigh daar na te reguleeren» VIII. Deel. Rrr  Begrypende allerhande Politicque zaaken. manquement of fraude zoude ontdekken, dat het hem zal vryftaan j daar jeegens als jeegens ongeyekt Vaatwerek, volgens het Reglement zoodanig te procedeeren als bevinden zal te behooren. Werdende de Supplianten laatfte- 499 lyk gelast, deefe haar Hoogh Mog. Refolutie ter Griffie van de Leen- en Tol Kamer te doen regiftreeren, en voorts defelve te doen infinueeren aan den Yckmeester der Meyerye Boeckholt, om zig daar na te reguleeren. ' 84. Refolutie van de Staaten Generaal, tot con¬ tinuatie van het recht van Regenten van tVaalwyk, mitsgaders van Tilburgh en Goirle, om aldaar eenen particulieren door hun aangeftelden Tckmeester te employ eer en. Den '16 November 1756". Is gehoord het rapport van de Heeren van der Capellen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de faacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch; hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Hoogh Mog. Refolutie van den zes en twintigften Mey van het laatst afgeloope jaar, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van de Regenten der Steede en Vryheyd Waalwyck, en der Heerlyckheyd van Tilburgh en Goirle, en met defelve voor hun interest zigh voegende de Heeren van de voorlz. Piaatfen, houdende, dat alhoewel aan de Supplianten en Gevoeghdens ontwistbaar competeerde het opfight en bellier over het werek yan den Yck, of over het behoorlyck gebruyek van allerley Maaten en Gewighten binnen de voorfz. Piaatfen, en om de contraventeurs te doen bekeuren en te doen invorderende boeten en breucken daar op geftelt; en mitsdien dan ook als een noodwendig gevolgh, daartoe Yck en Keurmeesters aan te ftellen,- en ofschoon de Supplianten en Gevoeghdens daar van waaren in immemoriaale posfesfie, zonder ten dien respecfe te weefen af hangelyck of onderheevigh aan dén Yckmeester, die by haar Hoogh Mog. wierde aangefteld over de Meyerye van 's Hertogenbosch, het eghter onlanghs aan Willem van Boeckholt, zigh noemende Yckmeester Generaal over defelve Meyerye, hadde kunnen gelusténby Requeste aan haaf Hoogh Mog. te klaagen over verfcheide Plaaatfen in de Meyerye weegens pretenfe óppofitien, welcke hy aldaar qUam te ontmoeten, daar onder ook fpecialyck benoemende Waalwyck en Tilburgh, hebbende op zyn notoir fub en opreptif te kennen geeven weeten te obtineeren, fonder dat de Supplianten of Gevoeghdens daar over waaren gehoord, haar Hoogh Mog. Refolutie van den vier en twintigften Maart bevoorens, waar by was goedgevonden en verftaan, dat gemelden Yckmeester wierde geauthorifeert en gelast, over alle de Piaatfen den Yck na gewoonte te verrighten, volgens zyne Commisfie,overeenkomstigh aan het Yck - Reglement van den jaare zestien honderd een en taghtigh, ten waare de Heeren of Regenten van eenige Piaatfen konden vertoonen by Privilegie gereghtigt te zyn, om zelfs een Yckmeester te ftellen, welcke Privilegiën als dan aan haar Hoogh' Mog. ten fpoedigften zouden moeten worden vertoond, ten eynde defelve geëxamineerd zynde, daarop by haar Hoogh Mog. nader te worden gedisponeert, zoo als bevonden zal worden te behooren, welcke Refolutie hy Yckmeester vervolgens op den twaalfden April ook aan de Supplianten hadde laaten infmueeren. Dat hy Yckmeester zonder eenige nadere dispofitie van haar Hoogh Mog. af te waghten, en terwyl de Supplianten zig waaren prepareerende, om aan haar Höogh Mog. het noodige betoogh van zaacken te doen,^ ondertusfehen hadde goedgevonden Publicatie» te laaten afgaan, waar by hy hadde doen aankondigen op feeckere gefielde dagen te zullen zithdagh koomen houden, om 'sLands Yck te koomen doen, over alle Maaten en Gewighten, welck voorneemen hy binnen Waalwyck zoude konnen werckftellig maacken Donderdagh, Vrydagh en Zaturdagh, den neegen en twintighften, dertighften en een en dertighften der toen volgende maand Mey; Verfoeckende de Supplianten, om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mog. den Yckmeester van de Meyerye gelieven tegelasten, van zigh geheelyck te onthouden van het doen van den Yck binnen de Steede en Vryheyd Waalwyck, en de Heerlyckheid Tilburgh en Goirle, immers by provilie hem Yckmeester te gelasten, daar meede ft die te ftaan, tot dat haar Hoogh Mog. nader op de gemelde faacken zullen hebben gedisponeert; en welck laatfte lid van dëf Supplianten verfoeck geaccordeert, en aan den voornoemdén Yckmeester is aangefchreeven geworden. Waar op gedelibereerd, gelet en geëxamineerd zynde, ten opfighte van de Steede en Vryheid van Waalwyck, de Translaaten der oude Brieven, zoo van Hertogh Jan van Braband van den jaare twaalf honderd drie, dertien honderd drie, als van Wenfeslaus van Breemen van den jaare dertien honderd vier en festigh, vervolgens de verdere Verklaaringe, waar door consteert, dat dienvolgens aldaar in den jaare zestien honderd vier en twintigh een eyge Yckmeester is aangefteld, en ter regarde van Tilburgh en Goirle, gereflecteert op het Reglement op de Policie, en Ipeciaal op de ordre daar in vervat, concerneerende de Ellen, Maa- Rrr 2 ten  ïkgrypencie allerhande jPoliciCfJue zaakeit Ml vonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, tin de Supplianten in haare voorlchreeve qualiteit te gelasten, dat de Protocollen van den voornoemden Joan Adolf Wmkeler, mitsgaders de Aéfeiis* en Papieren door hem als No¬ taris ingevolge zyne Hollandfche Creatie gë» pasfeert, of tot die zyn funétie ipeéteerendëj geene vail dien uitgefondert * zullen moeteii worden gebragt onder het Geregt van HoP lands Loenen* 86". Refolutie van de Staaten Generaal, houdefa de O&roy aan die van St. Oedenrode tot het aanftellen van een eigen Tek-Keurmeester. Den ii February 1757. TTs gehoord, het Rapport van de Heeren Pieck JL van Zoelen,.en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch; hebbende > ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den dertighften Decent ber van het afgeloope jaar, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate geëxamineert de Requefte yan Scheepenen en Tienmannen der Vryheyd van St* Oedenroode, Quartiere van Peelland, Meyerye van 's Hertogenbosch; verfoeckende om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mog. de Supplianten als van ouds, en op-den voet en maniere als die van Breugel en Sonne gelieven te Oétroyeeren, om een eygen Yck - Keurmeefter aan te ftellen, mitsgaders Ordonnantiën te maacken op het Gewight, Ellen, Koornmaaten, Brood, Bier en Oly, en diergelycke Waaren enlvoopmanfchappen, die binnen, der Supplianten Vryheyd penninghswaarde worden verkogt, zoo als van alle oude tyden binnen de gemelde Vryheyd gebmykelyk is geweest, en binnen de voorlz. Dorpen van Breugel en Sonne als nogh geobferveert word. Waar op gedelibereerd Zynde, is goedgevonden en verftaan te confenteeren in der Supplianten verfoeck, en dat dienvolgens op den voet en Acte van Confirmatie aan die van Breugel en Sonne den dertighften September Zestien honderd aght en vyftigh verleent, ten behoeven van de Supplianten het Octroy in gewoonlycke forme gedepecheert zal worden, met last om alvoorens daar van gebruyek te maacken, het gemelde Oélroy ten Comptoire der Domeynen te doen regiftreeren. Werdende daar beneevens de Supplianten mits deefen gelast, omme van alle de Maaten en Gewighten aldaar gebruykt binnen den tyd van zes maanden ten haaren kosten te beforgen precife gejuyste Leggers ter Leen en Tolkamer te 'sHertogenbosch, omme aldaar te worden gefeponeert j des dat byaldien dé Supplianten in gebreecken moghten blyven binnen de voorfz. bepaalde tyd gem. Leggers ter Leen-en Tolkamer te furneeren, defelve van de precife Concesfie in deefe zullen vervallen, en onder den Generaalen Yck vari haar Hoogh Mog. betrokken worden. En is laatftelyk verftaan, dat vermits dé Bieren inBrouweryenbinnen bet Diftriét van Sts Oedenrode gebrouwen en in Vaatwerek aldaar geyekt en gebrand werdende gevaat, als eeii object van handel geconfldereert, behooren te worden gepermitteert,. om verfonden ré Worden4 daar men defelve zal requireeren 4 dat aan de Brouwers aldaar vergunt zal worden haare gebrouwe Bieren in aldaar met den laatften Yck gebrand Vaatwerek te verfenden M Piaatfen onder den bedryve van den Genefaa» len Yck van haar Hoogh Mog. geleegen, zonder onderheevigh te zyn defelve door deii Yckmeefter der Meyerye te laaten her-yekeüj of daar voor eenige jura te betaalen; behoüdens noghtans, dat het den Yckmeefter déf Meyerye ten allen tyde zal vryftaan het voor» fchreeve Bier in het Vaatwerek te St. Oedenrode met den laatften Yck gebrand, biri= nen zyn bedryf bevindende, het zelvë Vaatwerek by meetingh te examineeren, of voldoet aan den Maat en Legger weegens St. Oedenrode 'ter Leen - en Tolkamer gefurneert; en by zoo verre hy diesweegens eenigh merckelyk manquement of fraude zoude moogen ontdekken, dat hem vryftaan zal daar jegens volgens het Reglement, als tegen ongeyekt Vaatwerk, zoodanig te procedeeren, als bevinden zal te behooren • Werdende de Supplianten laatftelyk gelast deefe haar Hoogh Mog. Refolutie ter Griffie van de Leen - en Tolkamer te doen regiftreeren, en voorts defelvë te infinueeren aan den Yckmeefter der Meyerye, Boeckholt, om zigh daarna te reguleeren* Üïf | ****  Begrypende allerhande Politicque zaaken. ' rdeeld, (gemereki door het neemen van haar lloogh Mogende Kefolucie van den vyfden Mevlaatsch eden, tot rightigheid gebragt was het point, door wie en op welcke voet de exemcien der Gemeene Middelen aldaar genooten zouden werden) den voorfchreeven Magiftraat by haare Refolutie van den zesden luly daar aan volgende aan te fchryven, dat ten Ipoedigb'ften hadden aan te ftellen een Commisfie omme alle branches van haare Reedelyke Finantie en detail te examineeren, vervolgens alle de refpecfen van haare Stads Reeckeningen, en zelfs van particuliere posten, van eenige aan geleegentheid twintigh jaaren her waards Coloms ge wyfe naast den andere te ftellen, en dus door vergelycken derfelven te ontdekken, het verloop of verminderingh der ontfangh, en aan de andere zyde, de vermeerdering'-! dér uytgaave, om nagaande de oorfaacken, daar beneevens te Advifeeren, of de gediminueerde Ontfangh niet zoude kunnen verbeetert, en het accres der lasten geretrancheert werden, en dat het refultaat van dit examen door de Magiftraat vervat zynde in een Ampele Misfive, gefchreeven in Venlo den drie en twintigften September laatstleeden, waar by verfcheyde Bylaagen gevoeght hadden? defelve gefteld was in handen van den Raad en Land - Rentmeefter van Aefferden, om te dienen van zyne Confideratien en Advis, en dat bet zelve Beright met het eynde van het afgeloope jaar was ingekoomen, waar uyt bleek, dat hy over de daar by gedaane voorflaagen bevoorens ingenoomen hadde de Confideratien van den Magiftraat, dat vervolgens alle de voorfz. Misfiven, Memoden, Bylaagen en Berighten in de Conferentie geexhibeert, en meede het objeét van derfelver discusfie geweest waaren. Waar op gedelibereerd, en in aghtinge genoomen zynde, dat door het accomplisfement van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zeevenden February van deefen loopenden jaare, en dus door het by den LandRent-Meefter van Aefferden ter leen gedaane opfchot van vyf duyfend vyf honderd guldens Hollands, jeegens den interest van drie per cent, tot het negotieeren van welcke fomme de Magiftraat voorfchreeve by voorige Refolutie van den aght en twintighften Oétober laatsdeeden geauthorifeerd was, het kort, het welck de Stad bevonden was te zullen hebben, tot en met den een en dertighften December zeeventien honderd zeeven en vyftigh aangevult en vereffent is, en dat dienvolgens refteert de voorfiening, hoe en door welcke middelen der Stads inevitabele lasten voor als nu en voortaan door de voorgeflaagen menagie en verftereking der ontfangh gevonden zouden kunnen werden; Is goedgevonden en verftaan, dat mits deefen geapprobeert zal werden, dat de Commisplaats van de Maaspoort, als meede een der Stads Billietteermeesteren, en twee der vier Naghtwaakersplaatfen 509 zullen werden gefupprimcert, en de Traétementen daar toe ftaande cesfeeren. Dat de gagie van den Agent der Stad alhier in den ÏTage met honderd guldens verminderd, de toelegh van aght Pattacons aan den Kamerbewaarder Leenders, in den laatlten oorlogh, weegens extraordinaris devoiren gedaan, beneevens de I Iuyshuure voor den Gerightsboode gediscontinueert, en teffens de menagie door de Magiftraat geproponeert op de Traétementen, zoo aan de Rehgicufen van het H. Geest Klooster als van het Klooster der Kruysbroeders voor het houden der refpeétive Schooien bevoorens toegevoeght, geaggreëert zal werden ; kunnende eghter niet werden getreeden in een gelyk voorftel, om op het niet aanfteecken en doen branden der Stads Lantaernen eenige menagie te vinden, en dat derhalven de Magiftraat in die noodige voorforge als voorheen zal blyven continueeren: dan overmits bevonden is, dat de Daghvaarten, Reyfen enConfulten van tyd tot tyd weeghens de Daghgelden der Commisfien en in Reeckeningh gebraghte Reyskosten aan de Stads Finantien geen geringh befwaar hebben toegebraght, dat de Magiftraat zal werden gelast, zoo als gelast werd mits deefen, geene Commisfien of Befendingen tot Stads lasten voortaan te decerneeren, als met voorgaande kennis, verfoghte en bekoomene goedvinden van haar Hoogh Mogende. Dat voorts op een proef, en zulks voor den tyd van dit loopende en drie daar aan volgende jaaren ([omme beneevens de voorgemelde menagien te kunnen vinden het kort, het welck geprefumeerd werd, op Stads revenuen te zullen vallen) de Magiftraat voorfchreeve zal werden geauthorifeerd en gelast, gelyk dezelve geauthorifeerd en gelast werd mits deefen, omme by weege van verhooging der na te noemene Imposten extraordinaris boven den taux van de jeegenwoordig in train zynde middelen te moogen heffen, nog drie ftuivers Ruremonds op yder honderd pond Mout , van yder malder Weyt een fchellingh, van yder aam Wyn, door de Tappers of Wynverkoopers verkoght, of uitgeleevert werdende, drie fchellingen, en door de particulieren voor eygen provifie ter confumptie ingeleght, twee fchellingen, met dien verftande, dat de Wyn door Tappers, Wynverkoopers of die in Wyn negotie doen, ingefiaagen op den voet, als ten opfighte van de particulieren gebruikelyk is, zal werden gepegelt, en den Impost na advenant van de maat by de pegelingh bevonden, betaald. Wyders reflexie gevallen zynde op het declin van de Excyns op de Bieren, door de confumptie van Coffy en Thee, dat een nieuwe Impost op defelve fpecien, als meede op de Rook- en Snuyf-Tabak. zal werden geintro duceert, en dus meede voor den zei ven tyd geheeven van yder pond Koffy, eene ftuyver, van yder pond Thee, twee ftuyvers, en van I yder pond, zoo Rook-als Snuyf- Tabak, eene I ftuyver, alle Ruremonds: en dat laatftelyk de Sss 3 Land-  Begrypende allerhande Politicque zaakeh. git 98. Refolutie van de Staaten Generaal, houden* ds aUe van denaturalifatie aan een gebooren Brabander. Den 1 Mey 1758, Ontfangen een rVTisfïve van den ViceHooghfchout en Scheepenen van den hoogen Brabandfchen Gereghte van weegens haar Hoogh Mog. te Maastright; gefchreeven aldaar den ncegen én twintighften der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Misfive en Refolutie van den aghtienden daar te vooren , derfelver Advis op de Requeste van Petrus Jofephus Bannen, Advocaat en Borger der voorfchreeve Stad Maastright, van de Roomfche Religie en van de Brabandfche nativiteyt, te kennen geevende, dat den Heere Bisfchop en Prinfe van Luyck by Appoinétement van den aghtften der voorleede maand gegeeven op de Requeste van Johan Hendrick Bosc de la Calmette , insgelyks Borger dér gemelde Stad en van de Gereformeerde Religie en Luyckfche nativiteyt zynde, had verklaart, Zoó ras haar Hoogh Mogende zouden hebben gelieven den Suppliant te denaturalifeeren, zyne Hoogheyd by wylè van uytwislèhhg als dan meede zoude denaturalifeeren den perfoon van gemelde Johan Hendrick Bosc de la Calmette; Verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende hem by verwisfelingh met den voornoemden Johan Hendrick Bosc de la Calmette, van zyne Brabandfche Geboorte gelieven te ontftaan, en daar van verleenen Acte in formaV Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoeck gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dienvolgende de Suppliant zal werden ontllaagen van zyne Brabandfche nativiteyt, daar toe ten zynen behoeve een Aéte van denaturalifatie in behoorlycke forma1 zal werden gedepecheert, om effect, te hebben zoo haast, aan den hoogen Brabandfchen Gereghte binnen de Stad Maastright by formeele Aéte zal blycken, dat Johan Hendrick Bosc de la Calmette door den Heere Bislchöp en Prince van Luyck van zyne Luyckfche nativiteyt is ontflaagen en gedenaturalifeert. 99. Refolutie van de Staaten Generaal, waar bi aan den Drost, Schout, Houtvester, Secretaris en Stokhouder der Heerlykheid Osfendrecht word gepermitteerd, zyn verblyf te houden te Bergen op den Zoom. Den 21 Juny 1758. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van Johan Theodoor Marin, Drost, Schout, Houtvester, Secretaris en Stockhouder der Heerlykheeden Hoogerheyden en half Osfendreght, van weegens de Heeren van Voshol en Hoogerheyden, en Secretaris en Stockhouder der Heerlykheeden Woensdreght, Putte en half Osfendreght, weegens den Heer Marquis van Bergen; houdende, dat hy Suppliant voor de beleegeringh der Stad Bergen op Zoom, gëduurende eenige jaaren zyn verblyf hadden gehouden binnen de Heerlyckheid Osfendreght, dogh in het fatale jaar feeventien honderd zeeven en veertigh, gëduurende de belegering voornoemt , met zyn Familie met groot gevaar zigh van daar had moeten retireeren en vlughten, met aghterlaatinge en verlies van veele Goederen, nadat reeds in den voorgaanden jaare zeeventien honderd zes en veertigh,gëduurende de belegeringh van het Kasteel der Stad Antwerpen, door de Franfche Trouppen, op-ordre van de Regenten der respeétive Dorpen, de Registers en Documenten der Secretarye waaren gebraght binnen de Stad Bergen op den Zoom ^ die anders eene totale deftruétie zouden onderheevigh geweest zyn: dat vervolgens den Suppliant by Refolutie van haar Hoogh Mogende van dato den drie ën twintigften February zeeventien honderd aght en veertigh ten opfigte van zyne non refidentie in de plaats zyner bedieninge was gehouden en verklaard voor diligent, en hem gepermitteerd zyn verblyf elders te houden, mits ftellende een Gefubltitueerde in loco. Dat na de evacuatie van de Stad en het Marquifaat van Bergen op den Zoom door de Franfche Trouppen, de Suppliant, die door de gemelde ongelukkige belegeringe dier Stad Bergen op den Zoom, zoo binnen als buyten de Stad, groote verliefen hadde geleeden, en meer als half geruïneert was, gebruyek maackende van de voorfz. Refolutie, zig "had blyven ophouden binnen de Stad Bergen op den Zoom, waar van hy reeds voor zyn aanftellinge als Officier en Secretaris der gemelde Dorpen een Lid der Regeeringe was, om dus te traghten zigh eenighfints van zyne geleeden merekelyke verliefen te herftellen, en met zyn Familie te fubfifteeren: dat zulcks geweest was van dat fucces, dat hy by de eerfte Magiftraats Vergaderinge ingevallen zynde, zeedert in de Regeeringe was blyven continueeren, ja zelfs thans als Hoofd derfelve Regeeringe of Burgermeester buyten de Bancke was  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 513 10ié Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de Oclroy aan Regenten der Heerlykheid Beek en Donck, tot het houden yan twee Jaarmarkten aldaar. Den 7 Augustus 1758. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den tweeden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zes en twintigften Mey laatstleeden, derfelver Advis op de Requeste van de Regenten der Heerlyckheid Beeck en Donck, Quarrjere van Peelland, Meyerye van 'sHertogenbosch; verfoeckende haar Hoogh Mog. Oétroy tot het houden van twee Jaarmarckten of Marcktdagen, de eene op den zeeventiendeh April, en de andere op den eerften maandag in Augufty van ieder jaar. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan de Supplianten zal worden verleend, zoo als aan hun verleend word mits deefen, permisfie om jaarlyks twee Jaarmarckten of Marcktdagen te moogen hebben en houden, te weeten de eene op den zeeventienden April, en de andere op den eerften maandagh in Augufty van ieder jaar; des dat de eerfte, wanneer den zeeventienden April Zoude moogen koomen in te vallen op Zon- of Beede dagen, defelve als dan daaghs daar aan zal moeten werden gehouden; ten tweeden, dat van de Beestiaalen aldaar verkoght wordende, zal moeten worden betaald het reght van den Tol, gelyk op de nabuurige Plaatièn op dusdanige Jaarmarckten gedaan word; en ten derden, dat de Supplianten zullen gehouden zyn ter zaacke van de voorfz. permisfie jaarlycks aan het Comptoir der Domeynen van Braband, te 'sHertogenbosch, te betaalen een Recognitie - Chyns van drié guldens, cn daar voor ten haaren kosten ter Griffie vaii de Leen- en Tol Kamer binnen den tyd van zes weecken te pasfeeren behoorlyke Verband-Brieven, mitsgaders deefe haar Hoogh Mogende permisfie te laaten regiftreeren, ten voorfchreeve Comptoire der Domeynen, op poene van het effect, van dien te zullen verliefen. 102. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Prefident Schepen te Loon op Zand geaccordeert word, om voor den tyd, dat het Oppcie by hem is waargenomen, het Traclement yan den Officier te mogen genieten. Den 28 Augustus 1758.' Ontfangen een Misfive van Drosfaard en Scheepenen van Looh op Zant, Quartiere van Oosterwyck, Meyerye van 's Hertogenbosch, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyf en twintighften Mey laatstleeden, derfelver beright op de Requeste van Jan van Cleef; verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende by derfelver Refolutie gelieven te verklaaren , dat aan den Suppliant voor het waarneemen van het Drostampt te Loon op Zant, gëduurende de Vacature het Traétement pro rato temporis toekomt, en dienvolgende den Officier en Regenten van Loon op Zant te gelasten, om het Traétement, ftaande tot het Drostampt aldaar, aan den Suppliant te betaa¬ len gëduurende den tyd dat hy het zelve als Prasfident Schepen in plaats van den Officier heeft moeten waarneemen, of wel den Suppliant te authorifeeren om zyne ondergaane kosten, last en vacatiën ten lasten der Gemeente in te moogen brengen, en dus kost en fchaadeloos gefteld te worden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant zal worden geaccordeert, zoo als aan hem geaccordeerd word mits deefen, om voor den ty d, dat het Officie by hem is waargenomen, het Traétement van den Officier te moogen genieten , zonder eenige verdere onkosten ten laste van de Gemeente te moogen inbrengen- VIII. Deel. Ttt Rtr  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 5ï5 Deurwaarder of hunne Be-oden, Vorfter en lngebicder, tot hetdirigeeren van gemelde executien, door dien volgens dc letter van gemelde Executoriaal fcheen, dat zoodanige authorifatie alleen door den Stadhouder en ordinaris Gecommitteerdens van voorfchreeve Quartier zoude moeten werden verleent, die van hunnen kant daar inne hefiteerden; dat zy Supplianten dienvolgende over het dirigeeren van gemelde executien zouden bloot ftaan aan procedures van oppoütie, jegens qualyck gedirigeerde of onwettige executien; verfoeckende de Supplianten derhalven, dat haar Hoogh Mogende by ampliatie van gemelde Executoriaal gelieven te verklaaren, dat het zelve Executoriaal voor altoos, immers tot herroepens toe, ftant grype, en dat de Supplianten, het zy door een Deurwaarder of door hunne Booden, Vorfter en Ingebieder, op authorifatie van de Supplianten, of derfelver Kerck- en Arm-meesters, hunne gebreeekige Debiteuren uit kraghte van dien moogen doen executeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat het Executoriaal op den dertienden Juny zeeventien honderd zeeven en vyftigh aan den Stadhouder en ordinaris Gecommitteerdens van het Quartier van Peelland verleent, ftand moet grypen, zoo lange tot dat de voorfchreeve gebreeekige en onwillige Debiteurs haare fchulden zullen hebben voldaan: En dat de Stadhouder en ordinaris Gecommitteerden voornoemt, aan wien het voorfchreeve Executoriaal is verleent, het zy door een Deurwaarder of Boode, het zelve kunnen doen exploiéteeren. 105. Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende interpretatie van 't Oclroy in dato 2 July 1749. aan de Pleilige Geest vlrmen te Hillegersberg en Rotterban, tot het heffen van twee duiten per gulden by publicque Verkoopingen, verleend. Den 23 December 1758. ts geleefen het Advis van de Heeren Ge- I committeerde Raaden van den 21. dee- I ;r, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge an haar Edele Groot Mogende Appoinctenent Commisforiaal van den 15. September lefes jaars, geëxamineert de Requefte van !chout en Annmeefteren van de publicque of 00 genaamde H. Geest Armen van Hillegerserg en Rotterban, waar by defelve te kenen geeven, dat haar Edele Groot Mogende y Oétroy in dato 2. July 1749 aan defelve ebben gelieven te vergunnen, dat voor den /d van twintigh jaaren, ingaande met het rapende jaar 1749, en eindigende met den are 1769, van alle verkoopingen, het zy ublicq, of onder de hand, van alle vaste of moerende Goederen , hoe genaamt, die 'er innen denfelven Ambagte zouden gefchieen, ten behoeve van voornoemde Armen an iedere gulde in koop te belooven, zoude morden betaald twee duiten, en booven de ulde oneffen koomende, meede twee duim, alles breeder blykende by de Copie van et zelve Oétroy aan de voorfz. Requeste mex: dat zulks aan de Supplianten en derdver Predecesfeuren reeds den tyd van neegen aren (zoo wel van verkoopingen van. vaste of moerende Goederen, die buyten als binnen den anbagte van Hillegersberg zyn gefchied, indien ,e Goederen maar binnen voornoemde Am>agt geleegen waaren) zonder eenige contraliétie van iemand is betaald geworden, edog lat het nu onlangs aan Cornelis van Heel, voonende te Rotterdam, als kooper gèworlén zynde van zeekere Wooning en Landeyén, geleegen in de Bergpolder binnen den- 1 fel ven Ambagte, heeft kunnen gelusten, de betaaling van de twee duiten per gulde van de koopfchat te declineeren, op pretext quaft dat het voorfchreeve Octroy maar zoude melden van verkoopingen die 'er binnen den voorfz. Ambagte zouden gefchieden, en dat voorfz. Wooning en Landeryen zouden zyn verkogt in het Logement het Swynshooft ge* naamt, binnen de ftad Rotterdam, en dus niet binnen maar buyten den voorfz. Ambagte : Verfoekende vervolgens, tot prevenïeering van het nadeel, dat derfelver Armen door diergelyke fustenuen zouden koomen te lyden, haar Edele Groot Mogende Refolutie, waar by gelieven te verklaaren, dat haar Edele Groot Mogende door de woorden, dat voortaan van alle verkoopingen, het zy publicq of onder de hand, van alle vaste of onroerende Goederen, hoe genaamt die 'er binnen denfelven Ambagte zouden gefchieden, ten behoeve van de publicque of PP. Geest Armen van Hillegersberg, van ieder gulde in koop te belooven, zoude worden betaalt twee duiten, en booven de gulde oneffen koomende meede twee duiten, by het voorfz. Octroy geëxpresfeert, niet zoo zeer hebben verftaan de plaats alwaar de verkoopingen gefchieden, als wel de plaats waar onder het verkogte geleegen is, en dat mitsdien haar Edele Groot Mogende wil en welbehagen by het verleenen van het voorfz. Oétroy is geweest, dat de Supplianten van alle verknopingen van vaste of onroerende Goederen onder Hillegersberg en Rotterban geleegen, het zy dei felve binnen of buyten den/elven Ambagte Ttt a zou-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 5*7 twaalfden Juny deefes jaars, ter oorfaacke van het nadeeligh floth,van deReekenmghder Gasthuyfen over den jaare zeeventien honderd zeeven en vyftigh ter fomme van ƒ 5 34 : 5 • 9Waar op1 gedelibereerd zynde, is goedgevonden en ver/tam, dat om de voorfchreeve Gastlmifen, wederom te brengen, zooniet in den voorigen ftaat,ten minften omby provifie het nadeelige iloth te zuiveren. Eerstelyck, de Fundatie, ingeright zynde om te alimenteeren vyftien Mannen en zeeven Vrouwen, dogh waar van het getal om de fchraalheid van de kas reeds is uytgeftorven op dertien Mannen en vyf vrouwen, gereduceert zal moeten worden, en tot dus verre uytfterven. , TT Ten tweede, dat de Magiftraat van shertosenbosch (die volgens Conventie met den Grave van Maldegem, op den vyftienden September zeeventien honderd aght en dertigh aangegaan, en geapprobeert by haar Hoogh Mog. Refolutie van den vyfden November daar aan volgende, jeegenwoordigh maar drie en een half per cento aan de Gasthuiien betaald van de Capitaalen, ten haaren laste loopende ; dogh zig by voorfchreeve Conventie verplight heeft vier per cento ten honderd te betaalen, zoo ras aan de Magiftraat zal gebleecken zyn, dat de revenues van de voorlz. Gasthuyfen niet beftendigh zyn tot derlelver onderhoud, en in die betaalingh te continueeren, tot het nadeelige Slot gefuivert zoude zyn) zal worden gelast, zoo als gelast word mits deefe, aan voorfchreeve Conventie te voldoen, en mitsdien vier per honderd van voorfchreeve Capitaalen te betaalen met den jaare zeeventien honderd zestigh, en daar in te continueeren tot dat het nadeeligh Slothgefuyvert zal zyn. Ten derde, dat de Adminiftrateur der Gasthuyfen en Gifter der Beurfen, voor de waarneeminge van beyde die posten, volgens de intentie van de Testatrice, en volgens haar Hoogh Mog. Refolutie van den tweeden Maart zeeventien honderd drie, genietende een Traaement van een honderd en vyftigh guldens jaarlycks, het zelve Tractement, het geen tot nogh toe in het geheel ten laste van de Gasthuyfen gebraght is, voortaan voor een derde ten laste van de Beurfen zal gebraght worden. Ten vierde, dat het voorfchreeve Traétement van ouds, en fpecialyck by gemelde Refolutie bepaald zynde op een honderden vyftigh guldens zonder meer, dogh eghter ingekroopen zynde, dat aan den Rentmeester gevalideert is vier en zestigh guldens en twee ftuyvers voor het inftelleeren, fchryven, co- pieeren en inbinden der Reeckeningen, mitsgaders voor fchryf behoeftens en briefporten, defelve Emolumenten teegens haar Hoogh Mog. Refolutie genooten, zullen werden afgefchaft, dogh aan hem gepermitteert, zoo als gepermitteerd word mits deefen, om op gelyken voet als s'Lands Ontfanger en Rentmeesters te declareeren, een en een halve ftuyver voor ieder Blad van zyn Reeckeningh, de fchryf behoeftens daar onder gereeckent, mits de twee Reeckeningen zoo der Beurfen als der Gasthuiien, die te zaamen nu niet meer als veertigh Bladen bellaan, niet meerder zullen moogen bedraagen als vyftigh Bladen, en dat daarenboven aan den Rentmeester zal gevalideert worden drie guldens voor het inbinden der Reeckeningen, waar van de helfte zal koomen ten laste van de Gasthuyfen, en de wederhelfte ten laste van de Beurfen. Ten vyfde, dat de voornoemde Adminiftrateur ook nogh tegens de aangehaalde Refolutie genietende een mudde Rogge voor krimp van de twee en twintigh mudden weegens het zolderen van de Rogge het zelve voordeel zal werden afgefchaft en aan hem gelast, zoo als gelast word mits deefen, op gelycke voet als 'sLands Rentmeesters der Geestelycke Goederen, die Rogge te verkoopen , en het Geld volgens de effraétie van Ligtmis te verantwoorden in zyn Reeckeningh, en dat hy Adminiftrateur aan de Vrouwen, d e in het Gasthuis niet gealimenteert worden, maar een honderd Guldens 'sjaars, en een mud Rogge in fpecie trekken, het zelve mud in Geld volgens voorfchreeve Peegel aan ieder van haar zal betaalen, met last aan den Ontfanger 's Gravefande, jaarlycks in zyn Reeckeningh aan de Generaliteyts Reeckenkamer te berighten, hoe het ftaat met het floth van de Reeckeningh der Gasthuifen, om te kunnen zien in hoe verre deefe oeconomique fchikking aan het oogmerck voldoen zal. Ten wekken eynde Extraét van deefe haar Floogh Mogende Refolutie gefteld zal worden in handen van den Adminiftrateur van Breugel , om zigh daar na te gedraagen, en geen verdere als de voorfchreeve posten in zyn Reeckeningh te brengen. Zullende gelyk Extraét gefonden werden aan den Magiftraat der Stad 's Hertogenbosch, en aan den Ontfanger 'sGravenfande, zoo om } geen andere als voorfchreeve posten in de Reeckeningh van gemelde Adminiftrateur te pasfeeren, en te vigileeren op de Adminiftratie van de Gasthuifen, als zoo veel de Magiftraat aangaat, om de betaalinge der Interesfen by provifie op gemelden voet te doen. Ttt 3 Ke'  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 519 Minuten, Aélen en Papieren, voor zyn Suppliants Vader als Notaris gepasfeert, onder hem zal moogen behouden, dewelke gëduurende hy mede Notaris is geweest, zyn gemaakt; dog dat de voorgaande, ingevolge het voorfchreeve Placaat van haar Edele Groot Mogende van den 22 April 1670. ter Secretarye der Stad Haarlem zullen moeten worden overgebragt. 110, Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende voorziening tot onderjleuning van de geenen, die door de inundatie van de Crinrpenerwaard ongelukkig geworden waren. Den 2 Ftbruary 1760, De Heeren Gedeputeerden der Stad Schoonhoven hebben uit den naam en van wegens de Heeren haare Principaalen aan haar Edele Groot Mogende voorgedraegen, de perplexe en in allen opfigte deerniswaardige omitandigheeden, waar in de Ingezeetenen van de Crimpenerwaaad haar bevinden, door de tegenwoordige inundatie van den 26 der | gepasfeerde maand January, veroorfaakt door het Water van de Rivier, dat nooit (ten minRen by geen menfehen geheugen) tot zoo een excesfive hoogte is gereefen geweest, van booven af koomende en gekeerd werdende door een Ysdam, welke zig by Bergambagt op de Lek heeft vastgefet, en thans een inbraak heeft gemaakt van over de dertig roeden breedte, waar door eenige duifendenmergen Lands met Ysbergen zyn als overdekt: een aakelyk gefigt zelfs voor die geenen die daar in geen belangen hebben, hoe veel te meerder voor de geenen die zig daar door tot de uitterfte elende vinden gebragt, zynde door het fchielyk overvallen van het Water van alles beroofd, derlelver Landen tot by de vyf voeten hoogte overRroomd, haar leeven ge fmveerd hebbende op de Dyken of in de Kerken en andere piaatfen die het hoogfte zyn geleegen, dog vóórhaar zelve gebreklydende aan het noodige voedfel, veel minder dat zy haar Vee van het zelve zouden hebben kunnen beforgen, alhoewel zy defelve nog op hooge ftaketfels hebben gefteld in haare armoedige Hutten, egter beroofd zyn van het noodwendig onderhoud voor defelve, en nog voor haar zeiven het benoodigde voedfel van anderen, die neg iets gerings over hebben, tot ftilling van haar bytende honger moeten afbedelen. Dat dit een en ander hun had genoodfiakt deefe elende en miferien onder het oog te brengen van haar Edele Groot Mogende, met een allerferieust verfoek, fteunende op de meedegaande, billyke en menschlievende gevoelens, dat haar Edele Groot Mogende ten allerfpoedigften zoodanige voorfieningen gelieven te doen als dienftig oordeelen te zyn, ten einde deefe ongelukkige Menfehen niet door gebrek koomen te vergaan, en ten dien einde zonder refumtie van deefe deliberatie, Heeren Gecommitteerde Raaden gelieven te qualificeeren, om alles by te brengen dat tot fubfiftentie en voorfiening van de Menfehen en van net vee als anaenints bevonden zal worden noodig te weefen, en fpecialyk om de Heeren Burgemeefteren en Regeerders der ïabuurige fteeden Gouda en Schoonhooven yan weegens haar Edele Groot Mogende te qualificeeren, om al het geen tot fubfiftentie en voorfiening van de Menfehen en het Vee, en verder in die Quartieren voor eerst noodig zal bevonden worden, daar het met de meeste promptitude te bekomen zal zyn, ten reedelyf e pryfe te koopen, of als in een zaak waar in het dominium eminens notoirlyk te pasfe komt, ten reedelyke pryfe te doenfurneeren, en te zenden na die piaatfen daar het noodig zal zyn, alles ten kosten van het gemeene Land, om promptelyk uit 's Lands kasfe voldaan of gerembourfeerd te worden, in diervoegen zoo als zulks goedgunftiglyk door haar Edele Groot Mogende geaccordeert en toegeftaan is by de inundatie van de Alblasferwaard, in gevolge haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6 January 1741. Dat zy bovendien nog twee reedenen hebben tot aandrang en het verfoeck dat hier in goedgunstelyk door haar Edele Groot Mogende ten fpoedigften mag worden voorfien. Voor eerst, om dat de Vergadering nu twee dagen van den anderen zyn zoude, en het voedfel niet tot haar Edele Groot Mogende nader deliberatie kan ontbeerd worden: en ten anderen, om dat zy van goederhand geïnformeerd zyn, dat bereids veele woeker en baatfugtige Menfehen, zig bevlytigen tot het aankoopen van het Vee van de thans in ongeluk zig bevindende Inwoonderen van de Crimpenerwaard, het welk door die behoeftige Menfehen, wanneer zy zig buiten hoope bevinden het noodig Voedfel voor haar Vee te zullen bekoomen, het zelve voor een gering bagatel verkoopen, en haar daar van ontdoen, en dus de zenuwen van haar beftaan misfende, in zyn geheel buiten ftaat gefteld worden om by vervolg haar te redresfeeren, en de Geregtigheeden aan den Lande te kunnen voldoen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, Heeren Gecommitteerde Raaden by deefe te authorifeeren, om alles by te brengen, dat tot fubfiftentie en voorfiening van de voorfz. noodlydende Menfehen, en van het Vee en anderfints, zal worden bevonden noodig te weefen, en fpecialyk om  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 521 112. Publicatie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaring, dat de Prothocollen der Notarisfen, zoo wel in gevalle van afftand, als van overlyden, ter Secretarye gebragt moeten worden-. Den 15 Maart 17Ó0. -ipve Staaten van Holland en Westvriesland; 1/ Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Alfoo wy geinformeert zyn, dat omtrent het verftand van het agtfte Articul van de Initructie van de Commisfarisfen over de Notarisfen deefer Provincie, op den 30 Juny 1731. by ons gearrefteert, dicteerende dat de Commislarisfen zullen moeten zorge draagen, dat de Prothocollen der Notarisfen by derfelver overlyden en afftand werden overgebragt volgens den inhoud van ons Placaat van den 22 April 1670, eenige dubieteit is gereefen, ter zaake dat by het gemelde Placaat alleenlyk is geftatueert, dat de Prothocollen der Notarisfen by derfelver overlyden moeten werden overgebragt ter Secretarye van de Steeden of Dorpen van de Piaatfen van haare refidentie, dog dat daar by niet woordelyk is uytgedrukt het geval, wanneer Notarisfen afftand van de exercitie van het Notarisfchap in de Piaatfen haarer admisfie koomen te doen, waar omtrent in het voorengemelde agtftë Articul. van de Inftruétie Voor de Commisfarisfen ordre is gefteld, dat zulks by afftand insgelyks zal moeten gefchieden , en dat daar uyt Procedures zouden kunnen ontftaan, en mitsdien noodig is, dat wy ons omtrent de verpligting, waar toe de No- 113. Ts geleefen' de Requefte van Mr. Hendrik I van der Goes, Secretaris der Stad Delft, in qualiteit als by Burgemeefteren derfelve Stad aangefteld tot Commisfiris over de Notarisfen, te kennen geevende, dat wanneer Francois de Bas, Procureur voorde refpeétive Hoven van Juftitie in Holland, in December 1759. afftand had gedaan van de exercitie van het Notarisfchap binnen gemelde Stad, VIII. Deel. tarisfen in cas van afftand gehouden zyn, nader verklaaren: Zoo is 't , Dat wy, tot wegneeming van alle dubieteiten hier omtrent nader willende voorfien, goedgevonden en verftaan hebben, by ampliatie van ons Placaat op den 22 April id/o. gearrefteert, te ftajueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat van nu voortaan de Prothocollen der Notarisfen, in cas defelve van haare admisfie renuncieeren, immediatelyk of ten minften binnen den tyd van drie maanden na haaren afftand zullen moeten werden overgebragt ter Secretarye van die Steeden of Dorpen, alwaar zy op voorafgegaane admisfie het Notarisfchap hebben geëxerceert, op eeh boete van twee honderd Caroli guldens, te verbeuren by de geene die in gebveeke zullen blyven binnen den voorfchreeven tyd van drie maanden de Prothocollen over te brengen, en op een boete van duifend guldens voor die geene, die de voorfchreeve overleevering niet doen binnen zes maanden, te reekenen als vooren. • En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe zal Worden gepubliceert en geaffigeert, alomme daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. hy Suppliant, ingevolge het agtfte Articul van de Inftruétie van de Commisfarisfen over de Notarisfen den 30 Juny 1731. gearrefteert, denfelven de Bas kort daar aan wel had aangemaand zyne Prothocollen ter Secretarye der Stad Delft over te brengen, dog dat door denfelven daar in was gedifficulteert geworden , op fundament dat haar Edele Groot Mogende Placaat van den 22 April 1670, V v v zul^ Aldus gedaan in den PJage onder het klein Zegel van den Lande, den 15 Maart 17do. (Onderftohd,) Ter Ordonnantie van de Staatërt. (JVas geteekent,) ARIS v. d. MIEDEN. Refolutie van de Staaten van Holland, omtrent de applicatie van haar Ed. Gr. Mog. Publicatie van 15 Maart 1760. betrekkelyk het overbrengen der Notariaale Prothocollen. Den 30 April iy6o.  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 523 VI. I Die zonder luvden doen begraaven, zullen voor geregtigheid ten behoeve van de Kerk betaalen vyf en twintig guldens, en aan den Koster met de Luydcrs als in het derde Ar- ticuL v 11 Niemand zal onder het luyden van een ander moogen begraaven worden, ten zy voor ^eder de volle geregtigheid worde betaalt. V I I I. Geene Dooden zullen op Zondaagen of daagen van devotie moogen werden begraaven, edog zal het zelve moogen gefchieden op alle andere daagen des voomoens tusfehen elf en twaalf uuren, en des naarnoens ttisfchen twee en drie uuren, die langer tardeert en over het uur laat luyden, zal booven het luyden betaalen ten behoeve van de Kerk tien guldens, en aan den Doodgraver voor het opwagten twaalf ftuivers, ten zy iemand ten tyde der Begraaffenis geordonneert mogte hebben langer als een uur te luyden, die daar voor zal betaalen als Articul II. ftaat uitgedrukt. I X. Item zullen geene Dooden by avond moogen werden begraaven, ten zy alvoorens ten behoeve van de Kerk betaalt werde, voor een Perfoon die op een Baar gedraagen word vyf en twintig guldens, en met een of meer Koetfen dertig guldens, voor een Kind zes guldens, mitsgaders aan den Koster en Doodgraver dubbeld^ Geld. X. Voor het begraaven van een Lyk met Koetfen by daage, zal ten behoeve van de Kerk betaalt worden twaalf guldens. X I. Indien iemand het Lyk van een Perfoon die binnen de Steede Vianen of de Vryheid van dien geftorven is wil vervoeren, zal door den geenen die het Lyk aangaat ten behoeve van de Kerk, alvoorens den Doode mag werden vervoert, betaalt werden voor een Perfoon die op een Baar gedraagen werd twaalf guldens, en met een of meerder Koetfen twintig guldens: En voor een Kind half geld, mitsgaders aan den Koster tien ftuivers, en aan den Doodgraver agtien ftuivers, voor ieder Lyk zonder onderfcheid. XII. Die het begraaven of overbrengen van een Lyk verzwygt, en de Kerkmeefters niet aan en brengt, zal ten behoeve van de Kerk verbeuren vyf en twintig guldens. XIII. Die een Blafoen of Waapen in de Kerk doet hangen, zal ten behoeve van de Kerk betaalen agt guldens; met vier Quartieren twaalf guldens; met agt Quartieren zestien guldens; met zestien Quartieren vier en twintig guldens; en indien het zelve in het Choor gehangen werd dubbeld Geld. X I V. Word verbooden het Laaken over de Kisten van jonge Luyden of Kinderen met eenige Bloemen, Groenten j of Veroerfels toe te maaken, anders als met drie Takken op de. Kist, op poene van te verbeuren ten behoeve van de Kerk zes guldens. X V. Die een Kleed over een Kist koopt, zal gehouden zyn het zelve te laaten in de Kerk, de helft voor de Kerk cn de wederhelft voor' het Weeshuys. XVI. Item zullen geene Vrouwen meede ter Begraaüënisfe moogen gaan, nogte gebeeden werden , op pcene als vooren Articul XIV. XVII. Niemand zal vermoogen ongeroepen in huis te gaan omme te drinken, na dat het Lichaam ter aarde gebragt en den drank gegeeven is, op poene van drie. guldens te verbeuren ten profyte als vooren, en zal den Bidder die zulks niet heeft geweert verbeuren vyftig ftuivers. XVIII. Zullen geen meerder Draagers moogen werden gebeeden als twaalf, die daar toe veertien Perlbonen gebruikt, zal gehouden zyn te betaalen ten behoeve van dc Kerke drie guldens, en voor zestien Perfoonen zes guldens. X I X. De Bidder zal genieten voor het bidden ter Begraaffenisfe door de geheele Stad, en het Lyk ter aarden te geleiden, eene gulden tien ftuivers, die twee Bidders gebruikt zal gehouden zyn aan ieder zoo veel te betaalen, die meerder als twee Bidders gebruikt, zal voor ieder meerder Bidder betaalen drie guldens ten behoeve van de Kerk, booven en behalven voorfchreeve eene gulden tien ftuivers voor ieder der zeiven. , X X. Voor het openen van een Kelder zal betaalt worden ten behoeve van de Kerk zes guldens* aan den Doodgraver twee guldens en tien ftuivers , en aan den Kerke-Metfelaar voor het toeleggen zestien ftuivers. X X I. Voor het openen van een Graffteede voor een Lyk dat op een Baar gedraagen werd, zal de Kerk genieten drie guldens, de Doodgraver voor het graaven agtien ftuivers, en op het Vrouwen-Choor twee guldens; voor een Graffteede in de Kerk twee diep te graaven, re weeten zes en een halve voeten, eene gulden tien ftuivers, en op het Vrouwen-Choor drie guldens, den Kerk-Metfelaar voor het toeleggen agt ftuivers. XXII. Voor het openen van een Kinds Graft, zal ten behoeve van de Kerk worden betaalt dertig ftuivers, aan den Doodgraver tien ftuivers, en op het Vrouwen - Choor vyftien .ftuivers, aan den Kerke-Metfelaar voer het toeleggen vyf ftuivers. XXIII. Voor het openen van Kelders of Graffteeden op het Vrouwen-Choor zal de Kerk gemeten dubbeld Geld. V v v 2 X XIV'  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 525 zyn vast verblyf aldaar te houden. Dat haar Hoogh Mogende by Refolut/e van den zestienden Oaober zeeventien honderd zes en twintigh hadden geftatueert, dat niemand tot Scheepen of Raad der Stad 's Hertogenbosch zoude mogen worden aangeftelt, die part of deel hadde aan de Regeeringh van een van de Geünieerde Provinciën, uyt hoofde van zyne radicale qualiteit, of anderfints, en die uyt dien hoofde aan eenige Provincie met Eede vertonden was: dat vervolgens aan haar bedenkelyk was voorgekomen, of den gemelden Justas Clant Schatter, als by continuatie Lid van van de Magiftraat der voorfchreeve Stad zoude kunnen verblyven, waar van zigh verplight vonden aan haar Hoogh Mogende kennisfe te geeven, om derfelver goedvinden desweegens te moogen verftaan; en daar beneevens geëxamineerd hebbende de Requeste van Justus Clant Schatter, Raad en Scheepen der Stad 's Hertogenbosch; verfoeckende om reedenen in het breede in de voorfz. Requeste gemeld, dat hy Suppliant van desfelfs Raad en Scheepens ampt, welck hy, onberoemt gefprooken, altoos met honneur en tot nut der gemelde Stad 'sHertogenbosch bekleed hadde, niet moghte werden gepri veert, maar in tegendeel, daar in door haar Hoogh Mogende gemaintineert, en dat voorfchreeve Requeste voorantidotaal mooge werden aangenoomen. Waarop gedelibereerd en in aghtinge genomen zynde, dat gemelde Justus Clanc Schatter voor eenige dagen is overleeden, en daar door de deliberatie over het voorfz. geval wel is koomen te cesfeeren, maar dat andere gevallen van gelyken aart kunnen opkoomen, waar omtrent by tyds voorfieninge gedaan behoord te worden; Is goedgevonden' en verftaan , by ampliatie van haare Hoogh Mogende Refolutie van den zestienden October zeeventien honderd zes en twintigh mits deefen te verklaaren, dat voortaan in het vervolgh niet alleen niemand tot Scheepen en Raad der Stad 's Hertogenbosch zal moogen worden aangefteld, die of deel heeft aan de Regeeringh van een van de Geünieerde Provinciën, maar ook niemand die, het zy in de Geünieerde Provinciën, het zy in het Distriétyan de Generaliteyt , eenigh permanent Ampt befit, het welcke zyne vaste en continueerende perlbneele refidentie elders als in de Stad 's Hertcgenbosch requireert, en dat die geen die reeds Raad en Scheepen zynde, . zoodanige qualiteyt in het vervolgh zoude moogen bekoomen, daar door ipfo faêïo van zyne Raad en Scheepensplaatie vervallen zal worden gehouden. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den Magiftraat van 's Hertogenbosch, om te ftrekken tot derfelver narightinge. Il6. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verfcheide voorzieningen en vergunningen tot herftel van den vervallen ftaat der Financie te Sluys m Vlaanderen. Den 5 December 1760. By refumtie gedelibereerd zynde op een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den drie en twintighften Oftober laatstleeden, en ter Vergaderinge ingekoomen den een en dertighften daar aan volgende, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den elfden April deefes jaars, derfelver Advis op de Requefte van de Magiftraat der Stad Sluys, Waterreght en Nieuwmuyden; verfoeckende van haar Hoogh Mogende te mogen erlangen, eerftelyck, de continuatie van Oaroy voor den tyd van tien jaaren, om binnen haare Stad extraordinair te mogen heffen eene ftuyver van een ftoop Wyn, drie guldens op een Ton Taback, vyf ftuyvers op een zak Tarwe, Sluyfe maat, Rogge en andere fpecien na advenant, voorts eene gulden van ieder Last Turf aldaar opgedaan, en gefleeten wordende, met continuatie van het genot van 's Graven Domeynen over de Stad enQuartiere van dien, beneevens van het Pasfagiegeld. En ten anderen dat haar Hoogh Mogende de Houders der Obligatien, loopende ten lasten van de voornoemde Stad, die door de Supplianten opgegeeven zyn te monteeren tot een Capitaal van drie en veertigh duyfend neegen en vyftigh guldens, gelieven te gelasten» defelve aan de Stad te laaten ter tyd en wylen de Supplianten in ftaat zouden zyn defelve op te leggen en af te losfen;en houdende derfelver Confideratien in het generaal over de vervallen Financie der Stad Sluys, en het geen tot herftellingh van dien behoorde te worden goedgevonden: Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoeck gedaan by de Requefte in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dienvolgende aan de Supplianten zal worden gepermitteert, zoo als haar gepermitteerd word mits deefen, voor den tyd van tien jaaren, ingaande van en met den eerften Oaober zeeventien honderd zestigh, tot en met den dertighften September zeeventien honderd zeeventigh, binnen haare Stad by continuatie te moogen heffen een ftuyver van een ftoop Wyn, drie guldens op een Ton Taback, vyf ftuyvers op een zak Tarw, Sluysfche Maat, Rogge en andere ipecien na advenant, eene gulden van ieder Last Turf, die binnen voornoemde Stad opgedaan en gefleeten word, voorts het genot van 's Graven Domeynen over de Stad en Quartiere van dien, met en neevens het Pasfagiegeld. Vvv 3 Dat  Begrypende allerhande Politicque zaaken. Dat alle uytgaaven onderden naam van Muniteyten, in het Capittel der benoodigtheeden voorkoomende, zullen cesfeeren, dan voor zoo verre daaronder begreepen zyn, verfchotten van Briefporten en Zeegels, ten behoeven van de Stad geëmployeert, defelve door den Grffier zullen moeten worden verfchoten, die daar van het eynde des jaars twee aparte fpeci'licatien zal moeten formeeren, en defelve op den Eed aan de Stad gedaan, onder die fpecirlcatie certificeeren, en dat defelve aan hem aldus gecertifieeert, by feparate posten in de Reeckeningh te brengen, zullen moeten werden voldaan. Dat van gelycke de Nieuwejaaren aan de twee Boodens faamen niethooger als een pond Vlaams, of zoo althans minder zyn geweest, op den ouden voet in reeckeningh gebraght en geleeden zullen worden, met verder last, om met retranchement van alle douceur, onder de Muniteyten bevoorens begreepen, alle verdere inevitabele en noodige uytgaaven, met behoorlyck bewys in Reeckening te verantwoorden. Dat al verders de toelegh van een last Turf aan den Schoolmeester, en een gelyck last Turf aan de twee Stads Vroedvrouwen gewoon te^eeven, afgefchaft, den eerstgemelden voor een dedommagement twintigh Guldens, en ieder der twee laatstgemelde tien Guldens toegeleght zal worden, met last aan de Magiftraat, om op de noodige confumptie der Turf, ten gebruyeke van het Raadhuys en Burger - Naghtwaghten een Reglement gemaakt hebbende; te zorgen, dat aan dienoodwendigheedenmet zes Lasten '« jaars voldaan worde. Dat tot fubventie van de onkosten van vuur en light in deelen, door de Stad, voor de Burger - Naghtwaghten te doen, de Schutterye of Burgerwaght gelast zal worden, van alle haare Inkomften, daar meede in begreepen de compofitie gelden, jaarlycks aan de Magiftraat Reeckeningh te doen, in, uytgaaf brengende de lasten van haare Bediendens. Als den Major politicq met f 60-0-0 De Tamboers te faamen met 20-0-0 De neegen Sergeanten met 22-0-0 De Calfaéter. . . . 15-0-0 De Stads Bodes. . . d-0-0 En voor de onkosten van den Orgel. . • • 30-0-0 Zonder in die Reekeniogh te brengen of te lyden eenige andere onkosten van Vergaderingen hoe genaamt. Dat die Reeckeningh in voegen voorfchreeve geftelt, opgenomen, de helfte van het batelyke Hot ter zaake voorfchreeve aan de Stad overhandreikt, en de weederhelfte door de Schutterye of Burgerwagt tot haare teeringen geëmployeert zal moogen worden. Dat aan den oudften Capitein de voorfchreeve kas admmifteerende, en ter inningh de bovengemelde Bediendens op het boven ge- 5^7 fpecificeerde falans employcercndc, zes guldens voor zyne moeyten, en vier guldens voot het formeeren en. doen der Reeckeningh in uytgaave geleeden zal worden. En dat daar meede de douceurs tot Stadslasten bevoorens voldaan aan dcn Major politicq, Tambours, Calfaéter en Boodens zullen ophouden , en uyt de uytgaave van Stad Reeckeningh geKght zullen worden. Dat by provifie meede het douceur van aghtien guldens, jaarlyks aan den Krygsraad, zal worden gedscontinueert, gelyk meede als onnut , van Ronden af aan gediscontinueert zal worden de Haavenmeesters plaatfe, en het Traétement daar toe ten laste van de Stad ftaande. Vervolgens het Traétement aan des ■ Stads Doétor , korte jaaren geleeden toegegevoeght, op de helfte vermindert, en by overlyden of afftand van den teegenwoordigen Stads Doétor, het zelve in het geheel zal moeten ophouden. Dat de Douceurs aan den Onderfchout en 'sHeeren Dienaar, booven haar ordinaris Wedde, onder het Capittel der behoeftigheden voorkoomende, of geheel zullen moeten cesfeeren, of niet hooger als tot drie pond of aghtien guldens aan yeder moogen worden uytgeleght, en als dan verantwoord in het ordinaris Capittel van Gagien en Traétementen, met fpeciale interdiétie van aan geene Bediendens, nieuwe Traétementen of verhooging der oude, het zy by forme van douceurs als anderfints toe te voegen. Dat wyders het Traétement van den Karreman, tot twee honderd zes en zeeventigh guldens 's jaars, onder het Capittel der Gagien en Traétementen voorkomende, voor een jaar gecontinueert, dogh het Haavergeld en verder douceur aan hem daarenboven toegevoeght, onder het Capittel van behoeftigheden, afgefchaft zullen worden, met last aan den Magiftraat, om inmiddels op de zuyveringh der Stad en den voorfchreeven dienst een Reglement te formeeren, en daarop het zelve publicquelyk op approbatie aan te befteeden, dan dat de Magiftraat ter fubventie van deefe on- * kosten, de Gildens zal gelasten, gelyck defelve een vierde van haare teer-penningen tot onderhoud van het Stads Orgel uytkeeren, een gelyck vierde part uyt te leggen tot Stads behoef voor de voorfchreeve zuyveringh der Steede. Dat Stads Thefaurier genietende jaarlyks vier per cent van het montant van het fchadelyke Hot, in het vervolgh niet zal profiteeren van dat gedeelte van de fomme, welcke het llot van de gedaan wordende Reeckeningh voor dat jaar meerder importeert, als dat van het voorgaande , als hebbende van die meerdere uytgefchooten penningen geen jaar in verfchot geweest. Dat ten aanfien van de Recognitie, welcke aan den Gouverneur, Commandeur, GrootMajor en Onder-Major jaarlycks gegeeven worden, en in de laatfte vier jaaren voorkoomende te bedraagen, Aan  Fol. 529 TWEEDE TITUL. Van de Huwelyks - zaaken. i; Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het ^de Art. van de Polit. Ord. wegens het trouwen voor de Magiftraaten of Kerken-Dienaann. Den 6 July 1580. Is verklaard, dat onder de navolgende woorden , vervat in het Placaat van de Politie; te weten, zullen de Perfoonen hy de Magiftraaten of Kérken-Dienaar en getrouwt werden, volgende de Ordonnantiën, die in de Kerken gehruykt werden, ende die de Magiftraaten daar toe hy de voorfz. Staaten over¬ gezonden zullen werden: de meininge en refolutie te zyn van de Staaten, dat alle Perfoonen , van wat Religie, gemoed, of gevoelen dezelve zullen mogen wezen, gehouden zullen zyn hun te laaten trouwen, het zy voor de Magiftraaten, of de Dienaaren, die in de Kerken in of buiten de Steeden zyn geordonneert. 2. Refolutie van de Staaten van Holland, zvaar by is toegeftaan het Huwelyk van een Weduwenaar met zyne overleeden PPuisvrouwe Broeders Weduwe. Den 18 January 1605. Op de Requeste van Gysbrecht Reijertsz tot Naarden, daar by hy hem beklaagt, hoe de Predikant en Kerkenraad tot Naarden, mitsgaders die van de Clasfe van Amfterdam weigerig zyn, hem in heiligen Echte na ordre van de Kerke te bevestigen met eene Catharina Quiryns Dogter, overmits defelve Catharina is zyne overleeden Huisvrouwen Broeders Weduwe; verfoekende daaróm ordre daar jeegens, en last op die van de Ciasfis en Kerkenraad, hem als nogte trouwen, terwyl tusfehen hem en defelve Catharina niet en. is nog confanguiniteit nog affiniteit; is na deliberatie gerefolveert en geappoinóteert. De Staaten, &c. gefien hebbende deefen ende bygaande Requeste, ende gelet op de zaake daar inne voorgefteld; verklaaren geene reedenen te vinden, waaromme de verfogte Trouwe te doen zoude moogen worden opgehouden; ordonneeren daaromme die van de Ciasfis van Amfterdam^ Kerkenraad en Predikant tot Naarden, en anderên deefen aangaande, den Suppliant met Catharina Quiryns Dogter, in de Requeste genomineert, in Echte te bevestigen, ten' waare zy andere pregnante reedenen hadden . ter contrarie, die ze gehouden zullen weefen binnen veerüen'dagen naastkoomende te adverteeren. Nader Refolutie van de Staaten van PPolland op hetzelve fubje&. Den g Maart 1605. Op de Requeste van Gysbrecht Reijertsz., Burger tot Naarden, is gerefolveert en geappoincfeert. VIII. Deel. De Staaten, &c. gefien hebbende de Refcriptie van die van de Clasfe van Amfterdam, en op de reedenen daar in vervat, volkomentlyk gelet; verftaan ende verklaaren als nog geene reedenen te weefen, dat de Suppliant met Catharina Quiryns Dochter in den heiligen Echte niet en zoude werden bevestigt; ordonneeren zulks, zoo verre den Kerkenraad en Predikant tot Naarden egter in weigeringe van het zelve (na behoorlyke Proclamatieh) te doen blyven, dat de Magiftraten der Steede van Naarden, de Proclamatien na behooren van den Stadhuyfe alvoorens gedaan, den Suppliant met Catharina Quiryns Dogter voornoemt trouwen, en in Echte bevestigen zullen, ende defelve Perfoonen getrouwt zynde, voor getrouwde en wettelyke Echte Perfoonen te houden en erkennen na behooren. Refolutie van de Staaten van Holland weegens het trouwen in het Regthuis van Westzaanen. Den 3 February 1606. Op het verfoek van Scheepenen en Regeerders van Westzaanen, ten einde den Schout geordonneert mogte worden de trouwinge te moeten laaten doen ter behoorlyker tyd in den Regthuife, en niet t' zynen huife; Is geappoincfeert. Alfoo het verfoek in deefen is conform de Politicque Ordonnantie, word den Schout wel expresfelyken gelast en geordonneert hein daar na te reguleeren. Xxx Rt~  Van de Huwelyks-zaakeri. teert by Mr. Johah de Veert Secretaris van de Generaliteits Rekenkamer, om interpretatie van haar Ed. Groot Mog. Refolutien van den jaare 1597, en van derfelver Edict van 't jaar 1663, wegens 't provoceeren van gewysdens in cas Matrimonieel tusfehen Ouders en Kinderen breeder onder de Notulen van den voorfz. 14 December vermeld, als meede geëxamineert de Misfive van den Prefident en Raden van den Hoogen Raade tot berigt op de voorfchreeve Requeste van Mr. Johan de Veer, houdende, hoe dat eene Hermanus Brouwer, zynde een Huysmans Soon van Giefen Nieuwkerk* dewelke als Knegt by eenige Heeren binnen de Stad Delft en daar naa alhier in den Hage hadde gewoond, hadde beftaan des Suppliants Dogter Cornelia de Veer te ontvoeren, den Suppliant defelve zyn Dogter ontdekt hadde * haar uit kragte van een Aéte van Auétorifatie en confinement van den Hove van Holland hadde gedaan confineeren in een Beeterhnis binnen Delft; dat de voorn. Brouwer daar op hadde ondernomen den Suppliant en zyn Huysvrouwe mitsgaders derfelver voornoemde Dogter Cornelia de Veer by Mandament van Rau Aétie te doen dagvaarden voor gemelden Hove van Holland, als zynde den competenten regter ter eerfterinftantie over den Suppliant, als een Suppoost van den Hove zynde, en aldaar prëtenfelyk te contenderen, jegens de gemelde Cornelja de Veer, als mëerderjaarig zynde, dat defelve zoude worden gecondemneert met hem Brouwer in facie Ecclefise na de wetten defer Landen te trouwen, en dat de Suppliant en zyne Huisvrouwe meede zouden werden gecondemneert zulks te gehengen en gedoogen , waar jegens uit den naam van den Suppliant en zyne Huysvröuwe in Conventie was genoomen contrarie conclufie, en voorts gedaan eisch in Reconventie, en geconcludeerd, dat de pretenfe trouwbeloften zouden werden gecasfeerd en verklaard hul en van onwaarden , en de voornoemde Brouwer gecondemneert aan den Suppliant over te geven wat dienaengaande onder hem mogte hebben, zoo hadde de Curator ad Lites over de perfoon van de voornoemde Cornelia de Veer by den gemelde Hove aangefteld in regarde van de gemelde Cornelia de Veer, gedaan prefentatie en verklaart te vreeden te zyn, zig te zullen reguleeren na de Sententie die by den Hove ofte uitterlyk gewysde, 't geene tusfehen den voornoemde Brouwer ter eenre, en den Suppliant en zyn Huisvrouw ter andere zyde zoude koomen te vallen * zodanig dat zy zig zeiven na dezelve Sententie of het gemelde gewysden in dier voegen zoude reguleeren* als of het zelve mede in 't byzonder tegens hem in zyne voorfchreeve qualiteit was gepronuncieert; waar jeegens de voornoemde Brouwer hadde gedaan contra prefentatie, en verklaard te vreeden te zyn de voorlchreeve prefentatie te accepteeren, mits gemelde Cornelia de Veer of de voornoemde Curator ad Lites van wegens defelve overgevende, dat zy het voorgenomen HuwélyR met hem Bronwetf in facie Eeclefise zoude voltrekken, zoo haast de Suppliant en zyne Huisvrouwe zouden zyn gecondemneert het zelve te gehengen én gedogen, welke contra prefentatie by den meergemelden Curator ad Lites in zyne voorfchree* ve qualiteit weefende geaccepteert, zoo waö daar op verfogt, en op de overgifté van parthyen by den Hove gedecerneert condemnatie. Dat de zake tusfehen den Suppliant ende de meergemelde Brouwer vervolgens voor den Hove na voorgaande wisfelinge van Hukken in't Collegie van den Raade weefende bepleyt ^ zoo was by Sententie van welgemelde Hove den vornoemden Brouwer zynen voorfchfeeven Eysch en Conclufie in Conventie ontfeyt $ en in Reconventie de pretenfe trouwbeloften die hy Brouwer met Cornelia de Veer onderling zoude mogen hebben aangegaan, geeasfeert* en hy gecondemneert de Aéte, Brieven* en wat hy dies meer des aangaande onder zig mogte hebben, aan de Supplianten overtegee-* ven; van welke Sententie de voorn; Brouwer tragte te appelleeren aan den Hoogen Raade in Holland; het was nu zuks dat by Refolutie van haar Edele Groot Mog. in dato den 5 December des jaars 1597 was geftatueert, dat in matrimonieele zaaken, daar inne de verklaaring van den Magiftraat met de verklaaring van de Ouders, ofte de langstlevende van derfelve overeenkwam, van zodanige verklaaringe niet zoude mogen gereformeert, geappelleert, geprovoceert,nogte eenige proviïie daar teegens verleent werdem Dat de exaéte obfervantie van de voorfz. Refolutie noodzaakelyk zynde geoordeelt, haar Edele Groot Mog, by Ediét van den 27 September idd3 de voorfz. Refolutie hadden gerenoveert, en geftatueert in forme van perpetueel Ediét, dat in 't toekoomende different of questie ontftaande tusfehen Kind of Kinderen ten eenre* ende Ouders of langftleevende van dien ter andere zyde, in materie ofte zaken Van Huwelyken, zoo wanneer de dispolitie of verklaring van den Hove, ten aanzien van Suppoosten van denfelven Hove, en ten aanzien van alle anderen by de Wet en Gerechten gedaan* volkomen effeét zouden forteeren * zonder dat daar van geappelleert, gereformeert, geprovoceert* Revifie ofte eenige andere provifie van Justitie verleend zoude mogen werden. En of wel mitsdien de voorfz. zaake volgens de intentie van haar Ed. Groot Mog. niet en was provocabel, nademaal tot dien eynde by de voorfz. Refolutie en Ediét maar alleenig werd gereguleerd , dat de verklaaringe van den competenten Rechter over een quam met de verklaaringhe van de Ouders ofte Langstleevende van dien, zoo was de Suppliant egter bedugt, dat de voorfchreeve Brouwer hier jegens zoude tragten te cavilleren, als of de voorfchreeve Refolutie en Ediét niet applicabel zouden weefen, om dat de voorfchreeve Sententie quafi maar Zoude zyn geweefen tusfehen hem ter eenre, ende de Ouders van Cornelia de Veer ter andere zyde, en niet direételyk tusXxx 2 fchen  Van de Huwelyks-zaaken. de, als of om deele zaake buyten appél óf provocatie te houden, volgens 't voorfchreeve Ediét. van den jaare 1663 allettn nodig zoude zyn, dat het oordeel van den Regter ter eerRer inftantïe was overeengekoomen met het oordeel van hem Secretaris de Veer, daar nogtans 't voorlchreeve Ediét vereyfcht een ander en zeer notabel réquifit, k vvelk alhier deficieert, gelyk aanftonds nader zal werden aaneetoont: en eyndelyk nog zeer abufievelyk % zaake zodanig toumeerdc, als of het eenige middel, waar op de voornoemde Brouwer zyn appel zoude willen fondeeren, daar in zoude beftaan, dat het voorfchreeve Edid van den jaare 1663 fprak vanproceduren tusfehen Ouders en Kinderen, hoedanige proceduuren hier niet zouden zyn geweest, daar nogtans de voornoemde Brouwer voornamentlyk hadde gefustineerd, dat het voorfchreeve appel hem moeste werden vergunt, om dat op het wyfen van de voorfchreeve Sententie geen zodanig getal van Raaden teegenwoordig waren geweest, als volgens 't voorfchreeve Edict, was gerequireerd , en dat op die voorfchreeve abufieve gronden de voorfchreeve Secretaris de Veer hadde verfogt, dat haar Edele Groot Mog. by interpretatie van 't voorlchreeve Ediét zouden gelieven te verklaaren, dat gewysdens in materie van huwelyk niet provocabel zouden zyn, wanneer het oordeel van den Regter was overeengekoomen met het oordeel van de Ouders, niet alleen in zodaanigen geval, als Kinderen hadden geageert tegens hunne Ouders* in welke termen de letter van 't voorfchreeve Edi&leyt, maar ook in fodanigen geval als teegens de voornoemde Ouders geageert hadden die geenen, die pretendeerdenbevoegt te zyn om met de voorfchreeve Kinderen in weerwil van defelve Ouders te trouwen, hoedanig eygentlyk waaren de proceduren, dewelke tusfehen den voornoemden Brouwer en den Secretaris de Veer waren voorgevallen, door welk Declaratoir van haar Edele Groot Mog. de voornoemde Secretaris de Veer dan verder den voortgang van 't voorfchreeve appel in opgemelde zaake indireételyk of ftilzwygende zoekt te ftremmen; Indien, Edele Groot Mog. Heeren, den Hoogen Raade het voorfchreeve appel had verleent, ofte het verleenen vart 't voorfchreeve appel als nog had willen ftaande houden, om dat de voorfchreeve Sententie van den Raade Provinciaal niet was geweefen tusfehen Cornelia de Veer, meerderjaarige Dogter van den voornoemden Secretaris de Veer ter eenre, ende haare Ouders ter andere zyde, maar tusfehen den voornoemden Brouwer, aan wien de voornoemde Cornelia de Veer zig met trouwbelofte had verbonden ter eenre, en den voornoemden Secretaris de Veer, ter andere zyde, zy zouden van begrip konnen zyn dat de voornoemde Secretaris de Veer reeden zoude kunnen hebben gehad van aan haar Ed. Groot Mog. te verfoeken interpretatie van het voorfchreeve Ediét, maar zulks is geenzints de reeden geweest, waarom het voorfchreeve Mandament in cas d'appel ver¬ leent is geworden * maar als men aan de zydë van den voornoemden Secretaris de Veer hadde willen fustineeren, gelyk het oogmerk van 't prefentecren van de voorfchreeve Requestë was, dat als men liet voorfchreeve declaratoir van haar Edele Groot Mog. Zoude hebben ge obtineert, als dan eo ipfode voorfchreeve Sententie van den Raade Provinciaal ook geen provocatie zoude wefen fubjeét* ehdc zulks hel different over de voorfchreeve provocatie eeniglyk en alleen zoude afhangen van het de claratoir of elucidatie van haar Edele Groot Mog. omtrent dat voorfchreeve poinét, óf om* trent de perfoonen die Litiganten tegens malkanderen waren geweest, zoo konden zy niël afzyn van haar Edele Groot Mog. by deefen eerbiediglyk voor te dragen de principaale reeden , die haar hadde gemoveert om het vöör* fchreeve appel te verleenen, ende die zy begrypen dat plaats zoude blyven houden, fchoon genoomen het voorfchreeve Declaratoir of Elucidatie door haar Edele Groot Mog. aan den voornoemden Secretaris de Veer, volgens zyn intentie wierd gegeeven, ja fchoon genoomen" de voorfchreeve Sententie van den Raade Provinciaal alleen wsCchen den voornoemden Secretaris de Veer ende zyn Dogter was geweg* fen, welke reedeii deeze is, dat haar Edele* Groot Mog. by 't voorfchreeve Ediét van der! jaare i6fJ3 niet hadden verftaan, dat in matë= rie van Huwelyk indistinételyk alle Sententiën van gemelden Raade Provinciaal, en alle Vonnisfen geweefen by de Wet of den Geregten van bemuurde Steeden in Holland geen provo» catien zouden weefen onderworpen, wanneet de dispGÜtie of verklaaringe van den Regtef zoude overeenkoomen met het gefustineerds van de Ouders, gelyk de Secretaris de Veef in zyne voorfchreeve Requeste de zaake zodanig zeer abufivelyck doet voorkoomen, maar dat haaf Edele Groot Mog. in het voorfchreeve Ediét met klaare en uitdrukkelyke woorden hadden verftaan , ,,dat het zelve alleen dan plaats zon* de hebben, wanneer over het wyzen vart zodanige Sententien of Vonnisfen zoude zyn prefent geweest het gantfche Collegie in vollen ende compleeten getaale, immers niet be* needen de twee derde parten van het zelve Collegie, hebbende namentlyk haar Edele Groot Mog. in dat particuliere geval van huwelyk, wel een voorregt willen geeven aan Ouders, en alfoo het middel van appel of provocatie, anderfints in regten favorabel, affnyden, maar hadden ook haar Ed. Groot Mog. daar by wel fpecialyk gewild , dat wanneer de Ouders van zodanig voorregt zouden jouïsfeeren, als dan ook zodanige zaaken * ató zynde van het uitterfte gewigt, zouden moe* ten weefen getermineert en afgedaan by het , volle Collegie, of ten minften dat over de voorfchreeve zaake geen minder getal van Regters zoude hebben gefeeren, als die uit* maaken twee derde van het zelve Collegie \ nu autem zyn in fa&o waar deeze twee fpecialiteyten, als eerst* dat den Raade Provinciaal is gecompofeert uit een Prefident en elf? Xxx 3 ****  Van de Huwelyks - zaaken. 535 haar Hoogh Mogende van den derden Juny laatstleeden, en daar neevens gevoeght Placaat op dat fubjeét geëmaneert, dat haar Hoogh Mogende derzelver voorfchreeve Refolutie van den elfden Mey zeeventien honderd neegenen dertigh nader gelieven te interpreteeren, en te verklaaren, of onder de generaale benaaminge van Officieren oock alle andere Politicque Beamptenaaren,als Scheepenen en diergelycke begreepen zyn, zoo als het de Supplianten begrypen, dan of die daar van geëximeert zyn, op dat de Supplianten moogen weeten, waar na zigh in het vervolg, by het voorkoomen van diergelycke gevallen te gedraagen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat onder de benaamingh van Politicque Officieren, zoo als defelve voorkomtin haar Hooffh Mogende voorfchreeve Refolutie van den elf* den Mey zeeventien honderd neegen en dertigh, begreepen zyn alle Officiers en jufticiers, cn generalyck alle Beampten in het Resfort van de Generaliteyt, het zy dat defelve tot de Policie, het zy dat zy tot de juftitie of Finantie behooren, en dat dienvolgende gemelde haar Hoogh Mogende Refolutie met opfight tot alle defelve moet ftand grypen. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Staate, om te ftrecken tot derzelver narightinge. 7. Placaat van de Staaten van Holland, raa¬ kende de Huwelyken van jonge luiden, die buiten kennis hunner Ouders of Voogden wegkopen en doorgaan. Den 25 February. 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, lalut: Doen te weeten: Alfoo wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat zeedert een geruymen tyd herwaards veele ongetrouwde jonge Luyden buyten kennisfe en in weerwil van derfelver Ouderen, de langstlevende van dien en Voogden, met den anderen wegloopen en doorgaan, alles in veragtinge van de Ordonnantie Gods, en ftrydig met de pligt van gehoorfaamheid en eerbied, die Kinderen aan Ouders of die over haar geftelt zyn, verfchuldigt zyn: En dewyl zoodanig doen niet alleen is (trekkende tot groote droefheid van de Ouders, Voogden en Naastbeftaanden, maar ook allefmts oneerbaar en onbetamelykis, doorgaans ook agtervolgt van een flegte en quaade uytkomst. Zoo is 't, Dat wy teegens zulke ongeregeldheden en quaade praétyequen begeerende te voorfien, na ingenoomen advis van den Prsefident en Raaden van onfen Hove, tot rust en welvaaren van de goede Ingezeetenen deefer Landen goedgevonden hebben te ftatueeren, gelyk wy ftatueeren by deefen: Eerftelyk, dat zoo eenig Mansperfoon, eenige jonge Dogter, Vader en Moeder hebbende, of een van defelve, zonder onderfcheyd van welke jaaren of ouderdom die Dogter zy, quame te ontvoeren, of met defelve door te gaan, of dat de voorfchreeve jonge Dogter zig aan haare Ouderen, of de Langstleevende van dien quame te onttrekken, of uyt haare Woonplaatfe of Huyfinge te abfenteeren, omme de voorfchreeve Ouders of de langstleevende van dien daar door dies te eerder tot confent van het Huwelyk te conftringeeren, zoodanig Mansperfoon en jonge Dogter beyde aanftonds en de faclo, uyt kragte Van deefe Wet, zullen inhabil zyn om te konnen difponeeren onder de leevenden of ter zaake des doods van de Goederen, dewelke zy ten tyde van het committeeren van het voorfchreeve fait zullen befitten, geene van dien uy tgefondert, en zulks zonder onderfcheyd uyt wat hoofde of van waar defelve aan haar zouden moogen opgekoomen zyn; zoo als zy meede niet zullen kunnen difponeeren van zoodanige Goederen, als zy daar na van haare Ouders of Nabeftaanden, waar aan zy ab inteftato zouden moeten fuccedeeren, op eenige wyfe zullen koomen te acquireeren; en zal het ook aan de voorfchreeve Mansperfoon en jonge Dogter niet weefen gepermitteert eenige voorfieninge, in cas van minderjaarigheyd haarer Erfgenaamen, omtrent de voorfchreeve Goederen te moogen doen, zullende de voorforge daar van gelaaten moeten worden aan de difpofitie van de Wet, of het goedvinden van den Regter, onder welkers Jurisdiétie hen zoodanige minderjaarige Erfgenaamen zouden moogen bevinden, of tot welkers Jurisdiétie zy zouden mogen gereekent werden te behooren. Vergunnende wy egter uyt eene zonderlinge gratie aan de voorfchreeve doorgegaane Perfoonen, indien tusfehen defelve een wettig Huwelyk zal zyn gecontraéteert, en daar uyt Kinderen mogten zyn geprocreëert, de vryheyd om over de voorfchreeve Goederen onder defelve Kinderen by uyterfte Wille te mogen difponeeren, gelyk ook, om, in gevalle geen Kind of Kinderen mogten nablyven, onder derfelver refpeétive Erfgenaamen ab inteflato zoodanige Teftamentaire voorfieninge te doen, als zy zullen koomen goed te vinden. Des zal tusfehen den voorfchreeven Mansperfoon en jonge Dogter geen gemeenfehap van Goederen of van winst of verlies plaats hebben, en zullen defelve ook ten geenen tyde van den anderen uyt de voorfchreeve Goederen moogen neemen of heffen eenige Douarie, Lyftogt of andere gaaven, het zy  Van de Huwelyks - zaaken. 537 En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zoo begeeren wy dat deefe alomnie zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar het behoorden te gefchieden gcbruykelyk is: Lastende ook alle Regteren en Officieren deefer Provincie, deefen onfen Placaate na te koomen en te doen nakoomen, procedeerende teegens de Contraventeurs, zonder eenige oogluykinge, diffimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dien* fte van den Lande en ten beste van de goede Ingezeetenen van dien bevonden hebben te behooren. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 25 February 1751. (OnderfloncT) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent) C. B O E Y. g# Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de verklaaring, dat de Refolutie van 3 Maart 1738, tegen de Huwelyken van Gereformeerde Officieren met Roomfche Vrouwen, ook met relatie tot de Switfers en 'Grifons moet fiand grypen. Den 1 Maart 1751. Is gehoord het Rapport van de Heeren Cock, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de (Placaaten en Reglementen, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den elfden der voorleede maand, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van den Heere van Haren, haar Hoog Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheyd Prins Carel van Lotharingen, als Gouverneur van de Oostenryckfche Nederlanden, gefchreeven te Brusfel den aghtiten daar te vooren, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, zendende daar neevens een feeckere aan hem ter hand gefielde pro Memoria, welcke principaal daar op uytquam, of onder het Reglement of Refolutie van haar Hoogh Mogende, waar by verftaan was, dat geen Gereformeer. de Officieren zigh in huwelyck moghten begeeven met Paapfche Vrouwen, oock begreepen waaren de Zwitfers en Grifons in dienste van de Republicq; wenfchende den Predikant aldaar te Lande dat point hoe eer hoe beeter door een fpoedige decifie te fien geëclaircisfeert. En hebbende daar op ingenoomen de hooghwyfe Confideratien en het Advis van zyne Hoogheyd. Waar op gedelibereerd en in aghtinge ge¬ noomen zynde, dat het ooghmerck van haar Hoogh Mogende Refolutie van den derden Maart zeeventien honderd aght en dertigh, op het voorfchreeve fubject. genoomen, voor al niet minder op Zwitïerfche en Grifonfche Officieren als op andere applicabel is, en de dispofitie van gemelde Refolutie zigh uytftreckt tot alle Militaire Officieren, zynde in eed en dienst van haar Hoogh Mogende, die zig in het geval bevinden, zonder uytfonderingh, dat defelve dienvolgende behoord tot de Militaire Wetten van den Staat, dewelcke volgens de Capitulatien, met de Zwitfers en Grifons aangegaan, zoo wel aan haar als aan anderen tot rightsnoer moeten dienen; Is goedgevonden en verftaan, dat aan den Heere van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheyd Prins Carel van Lotharingen , als Gouverneur der Oostenryckfche Nederlanden , zal werden gerescribeert', dat haar Hoogh Mogende begrypen, dat de boovengemelde Refolutie oock met relatie tot de Zwitfers en Grifons moet ftand grypen, en dat hy den geenen, dien het aangaat, daar van zal informeeren. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Staate, om te ftrecken tot derfelver narightinge. VIII. Deïl. Yyy Re-  Vm dc Huwelyks-zaakerï. 539 beide wÖonagtig in de bedykte Schermeer, houdende dat des eerften Suppliants voornoemde Huisvrouwe is geweest een Zusters Dogter van de tweede Suppliante, en verfoekende de Supplianten om reedenen by de Requeste geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende aan haar gelieven te verleenen dispenfatie van de Politicque Ordonnantie cn admisfie om met den anderen te moogen aangaan een wettig Huwelyk. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , der Supplianten gedaane verfoek te wyfen van de hand. ii. Refolutie van de Staaten Generaal, houden* de interpretatie van derzelver Placaat van den 3 Juny 1750, raakende het aangaan van Huwelyken met PerJ'oonen van de Roomfche Religie, Den 15 December 1751. Ontfangen een Misfive van den Magiftraat van Sluys in Vlaanderen, Waterregten en Nieuwmuyden, gefchreeven te Sluys den neegenden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyf en twintighften der voorleeden maand, derfelver Beright op de Requeste van Boudewyn Dyferinck, Jonghman oud omtrent dertigh jaaren, gebooren en woonende te Aardenburgh, in het District: van de Generaliteyt, houdende, dat hy Suppliant, zynde van de Mennonitifche GeRndheid, zoo oock zyn in leeven zynde Vader Cornelis Dyferinck, en .overleeden Moeder Elifabeth Dobbelaer, zigh na verfoght en geobtineert confent van gemelde zyn Vader op den zeeventienden daar te vooren binnen de voorfchreeve Stad Sluys in Vlaanderen, Distriét van de Generaliteyt, in wettige ondertrouw had laaten aanteeckenen met Jacoba Pieternella van Nee, jonge Doghter, oud zeeven en twintigh jaaren, gebooren te Yperen, en thans ten verfcheyden jaaren te vooren woouaghtigh binnen Sluys voornoemt, en voor als nogh profesfie doende van het Roomfche Geloof, met dat reciproque voorneemen, om, na dat de drie Proclamatien zoo te Sluys als Aardenburgh voorfchreeve, agtervolgens hetEght-reglement by haar Hoogh Mogende den aghtienden Maart zestien honderd zes en vyftigh gearrefteert, van weeck tot weeck zouden zyn gefchied, een wettelyk Huwelyck aan te gaan, het welck by den Kerckenraad van de Gereformeerde Gemeente binnen Sluys voornoemt vermeent wierde in voegen voorfchreeve niet behoorende of moghte te gefchieden, maar dat ter contrarie verftonden, dat des Suppliants drie Huwelycks - Proclamatien met Jacoba Pieternella van Née, zouden moeten gaan van Zes tot zes weecken, üytwyfens de Atteftatie van des Suppliants gedaane Ondertrouw, by Copie authenticq neevens de voorfchreeve Requeste gevoeght, waar uyt aan haar Hoogh Mogende zoude consteeren ? dat voornoemde Kerckenraad van Sluys, den Suppliant, die, fchoon van de Mennonitifche Gefindheid was, oordeelde begreepen te zyn by het Placaat door haar Hoogh Mogende tot het verhinderen van de ongelycke Huwelycken in het Resfort van de Generaliteyt, gearrefteert den derden Juny des voorleeden jaars, daar noghtans by het zelve door haar Hoogh Mogenden gearresteerde Placaat, eeniglyck mentie wierd gemaackt van Huwelycken tusfehen Perfoonen van de waare Gereformeerde en die van de Roomfche Godsdienst; verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende de voorfchreeve Kerckenraad van Sluys, en alle anderen die zulks moghte aangaan , gelieven te ordonneeren en gelasten, de Huwelycks - Proclamatien van den Suppliant met gemelde Jacoba Pieternella van Neé te doen en laaten gefchieden van weeck tot weeck, conform het gemelde Eght-reglement. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, by interpretatie van haar Hoogh Mogende Placaat van den derden Juny des voorleeden jaars, geëmaneert tegens de ongelycke Huwelycken, dat onder deele benaamingh begreepen zyn en verftaan moeten werden alle Huwelycken van Protestanten, en by gevolge zoo wel van Lutheraanen en Mennoniten als van Perfoonen de waare Gereformeerde Religie toegedaan , met Roomschgefinden, en dat dienvolgende in het voorfchreeve verfoeck niet kan werden getreeden , maar werd het zelve afgeweefen. Yyy 2 Re-  Van dc Huwelyks-zaakëil* 1^, Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de interpretatie van derzelver Placaat, raakendè de ongelyke PPuwelyken van Proteftanten met dié van de Roomfche Religie, met opzigte tot de Barriereplaatfen. Den 15 December 1752.. , Is gehoord het rapport van de Heeren van Lynden tot Resfen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de faacken van de Placaaten en Reglementen, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den zeeventienden der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van den Kerckenraad van de Gereformeerde Nederduytfche Guamifoens - Gemeente te Namen, gefchreeven aldaar den aghtften daar te vooren , daar by aan haar Hoogh Mogende berightende, dat 'er in den jaare zeeventien honderd vyftigh, by geleegentheid van de doenmaals gedaane Kerckvifitatie door de Vifitatoren der Ciasfis van Maastricht, aan defelve overhandight was een Placaat van haar Hoogh Mogende , raackende de ongelycke Huwelycken van Protestanten met die van de Roomfche Religie, dogh dat by de infchryvingen voor en na daar omtrent eenige difficulteyten ontftaan ert voorgekoomen waaren; verfoeckende dë gemelde' Kerckenraad, als zigh daar toe tert eenemaale genoodfaackt vindende, derhalven; dat haar Hoogh Mogende aan hun antwoord gelieven te laaten bekoomen op de volgende' Poinéten. Eerstelyck, of het öoghmërck van haat Hoogh Mogende is\ dat de inhoud van dat Placaat in het Guarnifoen van die Plaats geëxecuteerd worde, alfóo hogh Gouverneur nogh Auditeur diergelycke Placaat (zoo veel hun bekend was) ontfangen hadden. Ten tweeden, of het zelve als dan alleen fpeéleerende is tot de Officieren, of oock tot de Onderofficieren en gemeene Soldaaten. Ten derden, en (Zulcks zoo zynde) ofmêri daar onder die van de Lutherfehe Kerck zoo wel als die van de Gereformeerde moet begry- Pen- Ten vierde, eneyndefyck, of het de Kerckenraad geoorloofd zy by deefe en geene geYyy 3 vaP Maart laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive Van den Lieutenant Collonel Meyer, Commandant van het Battaillon Switfers van den Generaal Major Sturler, althans in Guarnifoen te Sluys in Vlaanderen, gefchreeven aldaar den neegenden daar te vooren, houdende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegen en twintighften February deefes jaars, derfelver Beright op een Misfive van den Magiftraat van defelve Steede, zigh daar by beklaagende, dat gemelde Commandant, in weerwil van haar gedaane reprefentatien, en ftrydigh tegens het Eght-Reglement van den jaare zestien honderd zes ert vyftig, zigh niet öntflen had door den Predikant van voorfchreeve Battaillon, zonder voorafgegaane gewoonlycke drie HuwelycksProclamatien in haare Kerck, zeeckere jonge Doghter te laaten trouwen met een Vivandier van de Switfers. En hebbende daar neevens geëxamineert het Advis van den Fiscaal van de Generaliteyt by den Raad van Staate op het voorfchreeve geval ingenoomen, en in de Conferentie geexhibeert. Waar op gedelibereerd, en geconfidereerd zynde, niet alleen 'dat het Eght - Reglement I is een algemeene Wet voor het resfort van ' de'Generaliteyt, waar na ook de Switfers, aldaar in Guarnifoen, zelfs met Switferfche Vrouwen trouwende, verplight Zyn zigh te reguleeren, maar byfonderlyck ook, dat in het voor handen zynde geval de jonge Dagh-> ter was een geböore onderdaan vart den Staabj en by de tien jaaren te Sluys had gedient, zoo als de voornoemde Commandant zelfs erkent, en waar door zyne mistastingh in deefe dés té groover is: Is goedgevonden en verftaan të verklaaren, dat het voorfchreeve Huwelyk is nul en onbeftaanbaar, waar van by Extract; van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie zoo aan gemelde Magiftraat als aan den Com* mandant. van het boovengemelde Battaillon kennis zal worden gegeeven, om te ftreëken tot derfelver naright, ën met last aart den laatstgemelden om de geinteresfeerde Parthyen daar van te informeeren. En is by deefe geleegentheid wyders goedgevonden en verftaan^ dat haare Koninghlycke Hoogheyd zal worden verzogt, zoo als verfoght word mits deefen j te willen aanfehryven aan de Chefs der Schotfche en Switferfche Regimenten in dienst van den Staat, dat haar Hoogh Mogende verftaan; dat haare onderhebbende Officieren en Gemeenen zoo wel als andere Ingezeetenen; verplight zyn zigh in het ftuck van het Hüwelyck met den aankleeven van dien té gedraagen na de filutaire Wetten en Ordres vart dit Land, op poene van anders doende te iricurreeren de pmnaliteyten daar by tegen de overtreeders geftatueert, en dat zy Chefs dienvolgende ook zullen hebben zorge te draagen, dat haare Predikanten tot de infrac-' tie derfelve niet koomen te coöpereeren ^ ën de onkundigen in ongeleegendheyd brengen*  Van de Huwelyks - zaaken. 543 Placaat van de Staaten van Holland, rad" kende de Huwelyken tusfehen Gereformeerden eH Roomschgezinden. Den 24 January 1755. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hopren leefen, fajut r Doen te weeten: Alfoo wy niets meer ter harte neemen als de confervatie en vermeerdering van de waare Gereformeerde Religie, en zoo veel in ons is willen voorfien, dat defelve geen inbreuk of nadeel koome te fyden, en wy egter tot ons leedweefen verneemen, als of hec voor een indifferente zaak zoude kunnen werden aangefien, dat Perfoonen van de Gereformeerde Religie zig in Huwelyk begeeven met die van de Roomfche Religie, waar uit in het vervolg een indifferentie van Religie meer en meer te vrOefen is, buyten dat uit zoodanige Huwelyken niet alleen veele twisten en oneenigheeden tusfehen zoodanige Egtgenooten, derfelver Kinderen en Huysgefinnen ontftaan, maar waar door ook komt te gebeuren, dat eenige, zoo niet alle de Kinderen, uit zoodanige Huwelyken gebooren, in de Roomfche Religie worden opgevoed, ja dat zelfs zulke Gereformeerde Egtgenooten door lastige aanhoudingen en vexatien van -haar Roomschgefmde Mans of Vrouwen, en derfelver aanhang, worden gepermoveert en verleid, om tot openbaare ergernisfe, de waare Gereformeerde Religie te verlaaten, en zig te begeeven tot de Roomfche Religie. Zoo is 't, dat wy, met communicatie en overleg van haare Koninglyke Hoogheid de Vrotrwe Gouvernante, na ingenoomen advis van den Pnefident en Raaden van onfen Hove, willende voorkoomen, dat onfe goede Ingezeetenen door jonkheid van jaaren, onbefonnen driften, verkeerde infigten, en zonder overweeging van de beklaaglyke en verderffelyke gevolgen van de voorfchreeve Huwelyken, zoo voor het eeuwige als tydelyke, tot het aangaan van defelve worden verleid, en inteegendeel aan de zulken die daar toe reeds een voorneemen mogten hebben, of in eenige zoodanige Huwelyks- of Trouwbeloften zyn ingewikkeld, de tyd en geleegentheid willende geeven om te luifteren na goede raadgeevingen, en van het voltrekken van die voorneemens of engagementen af te zien, goedgevonden hebben te ftatueeren en vast te ftellen, zoo als wy ftatueeren en vastftellen by deefe: Eerltelyk, dat (inhereerende onfe Refolutie yan den 21 Mey 1737. ten refpecfe van Militaire Officieren ter repartitie van deefe Provincie genoomen) die geene, dewelke voortaan Vrouwen van de Roomfche Religie zullen trouwen, niet zullen moogen worden aangefteld tot eenige Ampten of Bedieningen, maar eeven als de Roomschgefinden, daar van zullen zyn geëxcludeert, en dat niet alleen die geene, dewelke eenige Ampten of Bedieningen befitten, en de Roomfche Religie zullen aanneemen, maar ook die geene, dewelke zig in Huwelyk begeeven met Vrouwen van de Roomfche Religie, met 'er daad zullen weefen vervallen van de Ampten en Bedie* ningen, welke zy bekleeden,en dat die Ampten en Bedieningen daar door zullen zyn vacant en impetrabel. Ten tweeden, dat aan geene Perfoonen van de waare Gereformeerde Religie, of daar in opgevoed, van wat ftaat zy zouden mogen zyn, eenige Huwelyksgeboden met Perfoonen van de Roomfche Religie, het zy met of zonder confent van Ouders, Groot-Ouders of Voogden, zullen moogen werden gegunt, zoo lang defelve, het zy Mans- of Vrouwsperfoonen, den ouderdom van vyf en twintig paren niet volkoomen zullen hebben vervult, waar van by exhibitie uyt de Doop-Registers of andere valabele bewyfen aan die geene die de Huwelyksgeboden infehryven, zal moeten blyken, ten waare oogfchynelyk genoeg te zien was, dat defelve meer als den voorfz. ouderdom hebben bereikt; als meede niet aan eenige Perfoonen den ouderdom van vyf en twintig of meer "jaaren (zonder onderfcheid of defelve Perfoonen reeds in eerder Huwelyk mogten zyn getrouwt geweest dan niet) hebben bereikt, zonder confent van Ouders, of een van beide, Grootvaders en Grootmoeders, of eenige of een van defelve, voor zoo verre die in leeven zyn, op poene in voorfchreeve beide gevallen, dat de Huwelyken, contrarie aangegaan, zullen zyn onbeftaanbaar, en de Kinderen daar uit gebooren onwettig, zonder ooit dan om groote byfondere en dringende reedenen, die ons daar toe zouden mogen moveeren, gelegitimeert te kunnen worden. Ten derden, dat alle Trouwbeloften tusfehen de voornoemde Perfoonen, van wat jaaren zy zouden mogen zyn, hetzy mondeling of ook fchriftelyk, reeds gegeeven of nog te geeven, zullen zyn abfolut kragteloos en zonder effect; en dat het dienvolgende aan alle de voornoemde Perfoonen ten weederzyden zal vryftaan om ten allen tyde, niet alleen voor het aanteekenen van de Huwelyks-Proclamatien, maar zelfs na dat die reeds zouden mogen zyn gegaan, van de voorfchreeve Trouwbeloften te refiüeeren en af te gaan; zonder dat het aan eenig Regter gepermitteert zal zyn op de voorfchreve Trouwbeloften regt te doen, veel min iemand tot het nakomen van zoodanige Trouwbeloften te conftringeeren. Ten vierden, dat tusfehen de voorfchreeve Gereformeerde Perfoonen en die van de Roomfche Religie, met welke, zy in Huwelyk zullen treeden, al was het fchoon met confent van Ou-  Van de Huwelyks - zaaken. 545 18, Refolutie van de Staaten. Generaal, zvaar by geapprobeert word 'het' gedrag ' van den Kerkenraad cn Magiftraat van Oosterhout, in het weigefen van een derde Huwelyks - Proclamatie , eer dat aan de Voor-Kinderen bewys van hun Moederlyk Goed gedaan was. Den 21 July 1755. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den elfden deefer loopende maand, houdende , ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zesden der voorleede maand, derfelver Advis op de Requeste van Joost de Hamer, Poorter en Burger der Stad Bergen op den Zoom, zeedert drie jaaren Weduwenaar van Elifabeth de Graaf, en Anna Ruyfenoort, minderjaarige Doghter, gebooren en woonende te Ooster- \ hout, zigh° by defelve Requeste befwaarende over een Refolutie van den Magiftraat van Oosterhout voornoemt, waar by den Predikant en Kerckenraad aldaar gelast waaren geworden met het derde Huwelycks voorftel van hun Supplianten niet voort te gaan, maar daar meede te lüpercedeeren, tot dat de eerfte Suppliant het bewys van Moederlyk goed van zyn voorkinderen zoude hebben geproduceert; Verfoeckende haar Hoogh Mogende difpeniatie van het gaan van der Supplianten derde Huwelycks Gebod, te Oosterhout voornoemt, met authorifatie op de eerfte Magiftraaten, Commisfarisfen van Huwelycks ' zaacken, Kerkenraaden en Predikanten deefer Landen, aan wien de Supplianten haar Hoogh Mogende Aéten van dispenfatie zouden vertoonen , de Supplianten in den Eghten Staat in te zeegenen en te bevestigen; en dat de Magiftraat beneevens de Kerckenraad en Predikant van Oosterhout het zelve zouden hebben te gehengen en te gedoogen, of wel dat haar Hoogh Mogende den gemelden Predikant en Kerckenraad zouden gelieven tegelasten de faclo het voorfchreeve derde Gebod te Oosterhout onverhindert zyn voortgangh te laaten hebben, op het ontfangen van haar floogh Mogende in deefen te neemen Refolutie , onvermindert zoodanige Aétie, zoo van injurie als anderfins , welcke de Supplianten en een yeder van hun in't byfonder uyt kraghte van het een en twintighrte Articul van het Eght-reglement, of uyt anderen hoofden ten lasten van voornoemde Magiftraat, Kerckenraad en Predikant van Oosterhout, of teegens een of meer van defelve zouden vermeenen te hebben, om defelve te moogen inftitueeren, daar en zoo als te raaden zouden worden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te laudeeren en te approbeeren den yver en vigilantie, zoo van den Predikant en Kerckenraad, als van de Magiftraat van Oosterhout. .Dat voorts in het verfoeck gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, niet kan werden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen: wordende den Suppliant wyders mits deefen gecondemneert en gelast, zoo aan de voorfchreeve Magiftraat ais Predikant en Kerckenraad van Oosterhout voornoemt te doen vergoedinge van de kosten , die zylieden defelve genoodfaakt hebben in deefen te moeten maacken. Refolutie van de Staaten van Holland, zvaar by is afgeftaagen het verzoek van Jannetje deBruyn, wiens Man by contumacie was gebannen op poene van de dood, om te hebben disfolutle van den band . des PPuwelyks. Den 11 Augufty 1755. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van den Prsfident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland, op den 3 der voorleede maand ter Vergadering ingekoomen , houdende, in gevolge en ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 18 July 1754, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Jannetje de Bruyn, Huisvrouw van Cornelis Droog, woonende aan de Binnenweg onder den Ambagte van Kool buiten de Stad Rotterdam , om de daar by geallegeerde reedenen, en particulierlyk op fundament dat haar voorVIII. Deel. noemde Man by Vonnisfe van Scheepenen en Mannen van Schieland, by contumacie geweefen , ter zaake van een Manllag by hem tusfen den 4 en 5 Augustus 1752 geperpetreert, was gebannen uit den Lande van Holland , Zeeland en Westvriesland, met bedreiginge van met de dood te zullen worden geftraft, by aldien hy weder in deefe Provincie mogte koomen, verfoeckende, dat haar Edele Gr. Mogende ex plenitudine poteftatis den band van het voorfz. Huwelyk zouden gelieven te disfolveeren, en de Suppliante als een ver, laatene Vrouw te octroyeeren en. permitteeZzz rea,  Van de Huwelyks - zaaken. 547 Waar by dan in de derde plaatfe quam, dat den voornoemden eerften Suppliant Paul du Cailar een Predikant en Leeraar van de waare Gereformeerde Religie zynde, en zyn dienst met allen yver, trouwe en onberispelykheid den tyd van elf jaaren lang zoo in de Walfche Gemeentens te Yperen in Vlaanderen, als te Goes in Zeeland hebbbende waaro-enoornen-, dog nu door ziektens genecesfiteerd geweest zynde zyne dimisfie te verfoeien, (zoo ^s hy die ook had geobtineert) rustende weefende, met geen de minfte fchyn van reeden konde worden geprsefumeert zig zoo verre te zullen hebben vergeeten, en zig zelve te buiten zoude willen gaan, van zig in den Huwelyken ftaat te begeeven met iemand, van wiens ientimenten en gevoelens omtrent het ftuk van den Godsdienst hy niet evenveel verfeekert zoude zyn als van zig zelve. Verfoekende de Supplianten derhalven, dat het haar Edele Groot Mogende gunstiglyk mogte behaagen, omme tot voorkooming en affhyding van alle difficulteiten, die aan haar Supplianten omtrent hunne te verfoeken Huwelyks geboden en de voltrekking yan derfelver voorgenoome Huwelyk, het zy door Commisfarisfen van de Huwelycks zaaken, Kerkenraaden of Predikanten uit hoofde van dit Placaat zouden moogen kunnen werden gemoveert, te verklaaren, dat dit Placaat op het geval waar inne zy Supplianten verfeeren niet is applicabel, immers en in alle gevallen, dat by aldien haar Edele Groot Mogende mogten vermeinen, dat het zelve daar toe meede betrekkelyk was, als dan hun Supplianten van alles wat in het zelve tegens hunliedcr voorgemelde voornoemen mogte werden bevonden geftatueert te zyn , op de aller ampelste en favorabelfte wyfe te verleenen dispenfatie, en mitsdien de Commisfarisfen van Huwelyksfaaken, Kerkenraaden en Predikanten dien het aangaan mogte, te qualificeeren tot het aanteekenen der Huwelyks Geboden, en het voltrekken van hun Supplianten Huwelyk in ordinaria forma, als ook hier van te verleenen Acte na, behooren. Waar op gedelibereerd, en in aghting genoomen zynde, dat uit het voorfz. te kennen geeven, klaarlyk consteert, dat de tweede Suppliante van het Roomfche Geloof tot de Gereformeerde Religie niet is overgegaan alleen in uiterlyke fchyn, en met intentie, om na het voltrekken van het Huwelyk tot het Roomfche Geloof weder te keeren, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de Supplianten niet vallen in de termen van haar Edele Groot Mogende voor gemelde Placaat van den 24 January deefer jaars, en dat vervolgens het zelve Placaat op haar voorgenoome Huwelyk niet is applicabel.- 21. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by een Officier van de Lutherfche Religie, willende trouwen met een Vrouw, die van den Roomfchen tot den Lutherfchen Godsdienst was overgegaan, ontflagen word, om zyne Geboden yan zes tot zes weeken te laaten gaan. Den 20 February 1756. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van Willem Carel Baron van Lautitz, Capiteyn in het tweede Battaillon van den Vorst van Waldeck; houdende, dat hy Suppliant zig geëngageert hebbende aan de Freule Eleonora Helena van Bulow,in dien tyd Roomsch Catholyck, hy Suppliant haar bewoogen hadde tot het verlaaten van dat Geloof, en het aanneemen v?.n het Lutherfche, zoo als zy dan ook van het zelve confesfie gedaan hadde den zesden January zeeventien honderd vyf en vyftig, biyekende uit de Atteftatie van den Collonel van het voorfchreeve Regiment, neevens de voorfchreeve Requefte gevoegt, en zeedert dien tyd op de gewoone tyden gecommtmiceert. Dat den Suppliant vermeend hebbende, door tot hier toe de voltrecking van zyn Huwelyk op te fchorten, aan het Placaat van haar Hoog Mog. in dato den 3 Juny 1750. te hebben voldaan, en zyne ondertrouwde Bruyd verfogt hadde te Namen, alwaar de Suppliant was Guarnifoen houdende, by hem te koomen, om het Huwelyk te voltrekken. Dat hy Suppliant, wanneer zy daar was gearriveert, zig ten dien einde hadde aangej geeven aan den Predikant van de Nederduytfche Guarnifoens Gemeente aldaar, dog van denfelven had vernoomen, dat ingevolge het gemelde Placaat van haar Hoogh Mogende de Huwelyks - Proclamatien van zes Weecken tot zes Weecken moesten gaan, en de Suppliant dus nog aghtien Weeken geobligeert zoude zyn om te wagten, al het welck aan i den Suppliant onbewust was geweest, en hem I thans in groote ongeleegentheid bragte; Verfoeckende den Suppliant om reedenen in de voorfz. Requefte geallegeert, dat haar Hoog Mogende een weynig aan derfelver Placaat gelieven te relacheeren; met hem Suppliant te ontftaan van de verplighting om desfelfs Huwelyks Geboden van zes tot zes Weecken te laaten gaan, en gunftig te verleenen de vryheid om zyn Huwelyk ten fpoedigften te voltrekken. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het voorfchreeve verfoek, en dat Zzz 2 dien-  Van de Huwelyks - zaaken. 549 Refolutie van de Staaten van Holland, toi 3* jjet jaatm gaan van twee PPuwelyks - Proclamatieri op één en dag. Den 6 April 1757. Ie «eleefen de Requeste van tfredrik Willem v&in Hompesch de Rurich, Kamerheer van zvne Keurvorstelyke Doorlugtigheid van de PalB enEliiabethLouifa de Surmont, Vróuwe van Vlooswyk, Douariere van August Maria ter Borch van Kerkring, te kennen geevende in fubftantie, dat de Supplianten binnen de Stad Amfterdam in ondertrouw zynde opgenoomen, aanbun op den 31 der voorleede maand Maart door Commisfarisfen van de Huvvelyksfaaken aldaar waaren ingevvilligt Huwelycks Geboden, zoo in de Kerken als van de Puye van het Raadhuis der gemelde Stad, met belastinge om de Gebooden meede alhier m denHaage te laaten gaan; dat de Supplianten vervolgens de noodige voorforge hebbende gedraagen, dat hunne eerfte Huwelyks proclamatie laatstleede Zondag, den 3 deefer maand April .binnen gemelde Stad Amfterdam was afgekondigt, zylieden ook wel geforgt hadden, ten einde defelve hunne eerfte Huwelycks proclamatie gepaslëerde Zondag meede, zoo inde Kerken als van de Puye van het Raadhuys, alhier m den Hage mogte worden afgekondigt, dog dat der¬ felver daar toe gëgeeve ordre niet tydig genoeg inden Hage zynde aangekoomen, daar door was veroorfaakt, dat hunne derde Huwelyks proclamatie alhier niet op een en defelve tyd als binnen Amfterdam zal kunnen worden afgekondigt , ten zy aan hun Supplianten op aan* ftaande Zondag alhier in den Plage twee Gebooden mogten worden gegunt; Verfoekende derhalven, dat haar Edele Groot Mogende op Commislarisfen van de Huwelyksfaakeri alhier daar toe de noodige authorifatie gelieven te verleenen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, Commisfarisfen van de Huwelyksfaaken alhier in den Hage mits deefe te authorifeeren en te qualificeeren, om de Supplianten aanftaande Zondag, zoo in de Kerken als van de Puye van het Raadhuis alhier, te moogen gunnen haare eerfte en tweede HuWelyks proclamatie, ten einde hunne derde Huwelycks proclamatie zoo binnen de Stad Amfterdam als alhier in den Hage op een en defelve dag mooge worden afgekondigt. 24. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verzoek van difpenfatie van het Placaat van 25 February 1751. tegen het doorgaan. Den 5 Mey 1757. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van den Prsefident en Raaden van den Hove, ter Vergadering ingekoomen den 1 der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 1 December i75d, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Rombout Willem Luycken, Sous Lieutenant in het Regiment Cavallerye van den Lieutenant Generaal Hop, en van Helena Magdalena Alstorphius, egte lieden, woonende te Doesburgh in de Provincie van Gelderland, tendeerende, om reedenen daar by breeder vermeld, dat haar Edele Groot Mogende hen goedgunstiglyk gelieven te dispenfeeren van derfelver Placaat van den 25 February 1751 teegens het wegloopen en doorgaan van jonge Lieden geëmaneert, met alle de gevolgen en aankleeven van dien, en hen daar van te verleenen Brieven in forma\ Is goedgevondenen verftaan, der Supplianten gedaane verfoek te wyfen van de hand, en dien onvermindert de Voogden van de tweede Suppliante te authorifeeren, om uit de Goederen aan haar toebehoorende, aan de Supplianten af te geeven een fomme van drie duyfend guldens, zoo nogtans, dat het employ daar van te maaken, met kennisfe en goedvinden van de gemelde Voogden ter voorkooming van alle noodeloolè en nutteloofe beften dingen gefehiede. 2zz 3 Kt'  Van de Huwelyks - zaaken. 551 2.6. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek om te mogen trouwen met de Vader van iemand, met wien de Suppliante te vooren in articulo mortis getrouwd was, zonder egter met denzelven eenige Vleesfchelyke cony er fat ie gehad te hebben. Den 3 Mey 1758. Ontfangen eene Misfive van de Eerfte en en andere Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 17 Maart laatstleden, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 23 Juny 1757, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Pieter Dirkfe Groot en Grietje Fransfe, beide woonende te Oostzaandam, waarby aan haar Edele Groot Mog. hebben te kennen gegeegeeven, dat de Supplianten inden jaare 1752 verlooft zynde aan Roelof Groot, de Zoon van den Suppliant, alstoen haare Gebooden met hem heeft laaten aanteekenen; dat Raande de Gebooden de voorfz. Roelof Groot in een doodelykeziekte gevallen zynde, zonder eenige hoope van herftelling, hy egter te rade was geworden om zyn voorgenoome Huwelyk met de Suppliante te laaten folemnifeeren, en dat vervolgens de voornoemde Roelof Groot ziek te bedde leggende, en genoegfaam in articulo mortis met de Suppliante was getrouwt, en na voltrekking van het Huwelyk binnen twee dagen was overleeden, zonder dat eenige copula carnalis tusfehen hem Roelof Groot en haar Suppliante na de celebratie van het voorfz. Huwelyk was gelchied, prefenteerende de Suppliante roet folemneelen Eede te verklaaren, dat zy nooyt of ooyt eenige vleesfchely- ke converfatie met den voornoemde Roelof Groot heeft gehad. Dat dc Suppliante vervolgens by den Suppliant hebbende ingewoond, tusfehen haar door de tyd mutueele geneegentheid was ontftaan, en dat zy ongelukkiglyk daar in zoo verre waaren gegaan, dat de Suppliant in den jaare 1756 de Suppliante had befwangert, met dat effect, dat de Suppliante daar na was verlost van een Zoon; en dat zy Supplianten thans gemoedshalve en ter legitimatie van het voorfchreeve Kind gaarne te zaamen een wettig Huwelyk zouden aangaan; Verfoekende derhalven , dat haar Edele Groot Mog. aan haar gelieven te verleenen dispeniatid van de Politicque Ordonnantie, en zulks hun te permitteeren om met elkander een wettig Huwelyk aan te gaan. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten gedaane verfoek, als ftrydig teegens Goddelyke en Wereldlyke Regten, en chocqueerende de. honestas publica, af te flaan, zoo als het zelve afgellaagen word by deefe. En zal hier van Extraét worden gefonden aan den Prsefident en Raaden van den Hove, ten einde zorge werde gedraagen, dat de fchandelyke en ergerlyke famenleevinge van den Suppliant met de Suppliante ophoude, indien die niet bereids zoude moogen zyn gecesfeert. Refolutie van de Staaten Generaal, om het Placaat tegen het aangaan der Huwelyken tusfehen Protefanten- en Roomfchen, binnen Maastricht, voor als nog buiten executie te houden. Den 31 Mey 1758. Is gehoord het Rapport yan de Heeren van Hoytema, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van den Lande van Overmaaze, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den agtften September 17 5 6 met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van den Vice Hooghfchout van weegenshaar Hoogh Mogende te Maastright, de Jacobi de Cadier, gefchreeven aldaar den zesden bevoorens, houdende, dat volgens haar Hoogh Mogende Placaat van den derden Juny zeeventien honderd vyftigh, de Huwelycken tusfehen Proteftanten met Roomschgefinden, en vice verfa, zoo veel mogelyk wierden teegengegaan en belet door de poenen daar by geftatu¬ eert: dat eghter des niet jeegenftaande, voor eenige tyd Jacob Frederick Reinicke, na defelve by de Dominicaanen ofPredick-Heeren der gemelde Stad afgefwooren te hebben, zigh niet ontfien hadde met een Roomschgefmde te trouwen, zonder zigh aan het voorfchreeve Placaat te ftooren, volgens welcke aan Proteftanten tot de Roomfche Religie overgegaan zynde, geen Huwelyks Geboden moghten worden gegunt, dan na verloop van een jaar, na dat zy de Gereformeerde of Prcreftantfche Godsdienst verfaackt, en van het Roomfche Geloof profesfie gedaan zouden hebben gehad; daar voorfchreeve Perfoon geen vier weecken had laaten verloopen, toen hy zyn trouw gefolemnifeerd had, direét ftrydigh teegens haar Hoogh Mogende Placaat, ja dat zelfs onlangs  Van de Huwelyks - zaaken. 553 bevoordeelen, en de Supplianten gequalificeert om het effect daar van te kunnen genieten, mitsgaders bevoegt om by Testament of anders te disponeeren ten behoeve van eikanderen, zoo als zy zouden oordeelen te behooren; als meede dat aan de Supplianten werde gepermitteert, dat hunne Gebooden van agt tot agt da^en als' ordinaris zullen moogen gefchieden, en haar Huwelyk aldus voltrekken, ^ Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, aan den Suppliant te permitteeren , om by Huwelykfche Voorwaarden de Suppliante met de helft zyner Bezittingen te bevoordeelen, en verder ookby Testament haar te beneficeeren; als meede de Suppliante te qualificeeren om het effect daar van te kun-, nen genieten; en in zoo verre de Supplianten van het voorlchreeve Placaat van den 24 January 17 s 5 te dispenfeeren; alles met dien ver- 29. Ontfangen eene Misfive van den Prtefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den28 deefer, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinctement van den 26 January deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Mofes Fles, zynde van de Hoogduitfche Joodfche Natie, woonende te Amfterdam , waar by te kennen heeft gegeeven, dat hy Suppliant geneegen zyp.de te trouwen, zig daar toe hadde verbonden gehad aan een Vrouwsperfoon, met naauie Edel Jacobs, gebooren, en doenmaals zynde onderdaan en woonagtig in de vrye Ryks-Stad Frankfort aan den Mam; dat de voornoemde Edel Jacobs in de gemelde Stad Frankfort met den Suppliant zynde verbonden ten Huwelyk, zy van daar na herwaards over was gekoomen in de Stad van Amfterdam, des Suppliants doenmaals en nog zynde woonplaats, en aldaar op den 20 December 1744. door Heeren Scheepenen in den egten ftaat waren bevestigt; dat het ongeluk voor den Suppliant hadde gewild, dat tusfehen hem en de voornoemde Edel Jacobs waren ontftaan merkelyke huiskrakeelen en verbitteringen, met dat gevolg, dat op den 26 Maart 1753. voor den Notaris Hermanus van Heel en zeekere Getuigen, tusfehen den Suppliant ter eenre, en de voornoemde Edel Jacobs, geasfifteert met Mofes Gomperts ter andere zyde, was gepasfeert een Acte van provifioneele feparatie van Bed, Tafel, By wooninge en Goederen, uit hoofde van welke ter Vierfchaar der Stad Amfterdam, op den 8, 10 en 11 VUL Deel. ftande, dat, ingevolge van.het geene de Supplianten by haare Requeste hebben geoftëreert, by de Huwelykfche Voorwaarden zal moeten worden geftipuleert, dat de Kinderen, welke uit der Supplianten aan te gaane Huwelyk zullen worden geprocreëert, in de Gereformeerde Religie zullen moeten worden opgebragt, en dat, indien de Suppliante voor den Suppliant zal koomen te overlyden, de Magiftraat deiStad Haarlem, of van de Stad of Plaatfe alwaar de Supplianten ten tyde van het zelve overlyden zullen woonen, ten dien einde de noodige ordres zullen ftellen; wordende der Supplianten verder of ander verfoek geweefen van de hand. En zal hier van Extract worden gefonden aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem , om op de na -koominge van het geene voorfchreeven is, attentie te maaken. Mey 1753, Scheepenen der gemelde Stad den Suppliant en de voornoemde Edel Jacobs by provifie hadden gefepareert van Bed, Tafel, By wooning en Goederen, met authorifatie, om daar van de gewoone Publicatie te doen, (zoo als op den 25 van gemelde maand Mey ook was gedaan) en noopens de fcheidinge der Goederen, parthyen hinc inde hadden gecondemneert in den inhoude en nakoomen van de voornoemde Acte van feparatie, met de gevolgen en aankleeven van dien, zoo als dan wyders tusfehen den Suppliant en de voornoemde Edel Jacobs op den 19 Juny van den jaare 1753. voor den Notaris Hermanus van Heel en Getuigen te Amfterdam voornoemt was gepasfeert zeekere Acte van quitantie en voldoening aan de boovengemelde Acte van feparatie; dat aan den Suppliant daar op door de Wetgeleerden van de Joodfche Natie, onder het oog gebragt zynde de gevolgen, dewelke uit een zoodanige feparatie, als tusfehen hem en de voornoemde Edel Jacobs was gepasfeert, zouden konnen ontftaan, en dat hy overfuiks verpligt was, na de Joodfche Wetten aan defelve Edel Jacobs te doen hebben een fcheidbrief, om alfoo aan zyne zyde in zyn gemoed gerust te zyn, in gevalle defelve Edel Jacobs zig met een ander Mansperfoon mogte verloopen, daar door geweetenshalve, na de begrippen van die van de Joodfche Religie, zig overreed hadde gevonden daar toe (na dat de voorn. Edel Jacobs uit deefe Landen, zonder dat de Suppliant aan haar eenige geboorte verwekt hadde,was vertrokken, en zig weder had begeeven by haar Ouders in de gemelde Aaaa vrye Refolutie van de Staaten van Holland, ivaar 'by gedisfolveerd word het Huwelyk van een Jood, dk van zyn- Vrouw bevoorens gefepareerd zynde, aan dezelve een fcheidbrief had gegeeven, en welke Vrouw zeedert in Duitschland met een ander was getrouwd. Den 29 July 1758.  Van de Huwelyks - züakeri. 5S§ Voegt en geregtigt om volgens de Cóstumen in Duitschland onder de Jooden getolereert, met een ander Vrouwsperiöon te mogen trouwen, vermits zy, gebruik gemaakt hebbende van de aan haar gegeeven fcheidbrief, zig met een ander Mansperfoon aldaar in Huwelyk 1 radde begeeven; hy Suppliant nogtans vóór geen Regtbank aldaar zoude worden geadmitteert j om diesweegens in Regten gehoord te worden, vermits de Jooden in het Duitfche Ryk waren onverhindert om na haare Wetten, zoo in het aangaan, als in het fcheiden van haare Huwelyken, zig ten vollen te gedraagen, en zoodanige zaaken door de politicque Regters niet aan zig getrokken worden, om daar over te oordeelen. Dat de Suppliant dat alles rypelyk overwoogen hebbende, en geen uytkomst ziende, om door den weg van Juftitie tegens de voornoemde Edel Jacobs hier te Lande of elders te ageeren, en zyn oogmerk te béteiken; mitsgaders deefe zaak geconfidereerd hebbende té weefen meer een objeét van Politie als wel van Juftitie, zig derhalven genoodfaakt vond te keeren tot haar Edele Groot Mogende, zeer ootmoedelyk verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende na derfelver gewoone attentie overweegende ai het gunt voorfz. is, uit dërfelver fouveraine magt en authoriteit aan den Suppliant gelieven te permitteeren en toe té ftaan, omme met een ander Vfouwsperfoon te trouwen na dé Wetten én Costumen defëf Landen, in materie Van Huwelyk geftatueert ên gerecipieert, met last en ordre aan alle eri een iegelyk, om in cas de Suppliant zig ten tweeden Huwelyke mogte begeeven, herri dësweegens binnen deefe Landen niet te mdlefteeren, of te incommodeeren, in eeniger manieren, en ten dien einde aan dén Suppliant te verleenen Brieven in óptima forma. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden eh verftaan, in dit fpeciaale geval ex plenitudine poteftatis den band des Huwelyks tusfehen den Suppliant en Edel Jacobs mits déefeii te disfolveeren, en aan den Suppliant té permitteeren om met een ander Vrouwsperfoori te tróuWén na de Wetten ën Costumeii deefer Landen in materie van Huwelyken geftatueert en gerecipieert, met last aan alle eri een iegelyk, orh in geval de Suppliant zig ten tweeden Huwelyk mögte begeeven, hem desweegens binnen deefe Landen niet te mölefteeren of incommodeeren in eeniger manierë ï zullende daar van opéne Brieven onder het groot Zeegel van den Lande worden gedepecheert. Zondër egter dat haar Édele Gróót Mog. door het accordeeren van het voörfz: verfoek in voege vooren gemeld, begryperi ëenigfints te derogueeren aan derfelver Reff> lutien van den 30 Sëptember 1Ö56. en ï§ Mey 1712, omtrent der Jooden Huwelykëri. génoomen,om zig in alles te moeten reguleeren na de Politicque Ordonnantie van deÖ jaare 1580. 30. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van difpenfatie van 't Placaat van 24 January 1755. aan een minderjaarig Gereformeerd Jongman, welke zig aan eeti Roomfche Vrouw verbonden, en dezelve bezwangerd hadde. Den 12 July 1759. / Ontfangen eéne Misfive van den Prtefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 4 deefer, houdende, ter voldoeninge aan baar Edele Groot 1VI ogende Appoinétement van den 7 der voorleede maand ^ derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Jan Rodée, oud drie en twintig jaaren , zynde van de Gereformeerde Religie , geasfisteert met zyrt Vader Andries Rodée, en van Catharina van Geldelo, zynde van de Roomfche Religie, en geen Ouders of Familie hebbende, beide woonende onder de Heerhkheid van Valkenburg in Rhynland; by welke Requeste de Supplianten in fubftantiete kennen geeven, dat zy Supplianten met bewilliging van den Vader van den eerften Suppliant eikanderen een geruimen tyd hebbende gefrequenteert, met voorneemen om te faamen een wettig Huwelyk aan te gaan, de tweede Suppliante door aanhoudende inftantien van den eerften Suppliant de zwakheid hadde gehad, zig aan denfelven zoo verre over te geeven; dat zy thans zig van hem befvvangert bevond ^ den tyd van vier maanden, en dat vervolgens^ indien omtrent der Supplianten Huwelyk zoude moeten worden geobferveert het voorfchrift van haar Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January .1755, op het aangaan yan Huwelyken van Gereformeerden met Roomschge* finden gemaakt, de tweede Suppliante door een optydige dood van den eerften Suppliant zoude kunnen blyven onteert * en het Eind waar yan zy zwanger gaat, Bastaart worden; verfoekende de Supplianten om die en verdere reedenen by de Requeste geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende uit derfelver Souverainemagt en authoriteit de Supplianten van den inhoud van het voorfz. Placaat, voor zoo verre het zelve henlieden in haar oogmerk mogte obfteeren, goedgunftiglyk geliefden te verleenen dispenfatie, en aan haar te permitteeren om na het voor af gaan van de drie gewoo Aaaa 2 ö©  Van de Huwelyks-zaak^rt. 55? ninglyke Hoogheid , als een conditie van het aan te gaane Huwelyk is vastgefteld, dat de Kinderen, dewelke verhoopentlykuit het zelve gebooren zullen worden, in de Christelyke Gereformeerde Religie, zoo als die in de publicque Kerken deefer Landen geleerd word , opgevoed zullen worden; Verfoekende hy Heer Hertog teffens, dat het haar Edele Groot Mogende behaagen moogen, hooggemelde Heer Prince van Nasfau - Weilburg en Me-' vrouwe de Princesfe Carolina, te dispenfeeren van het doen gaan der Huwelyks - Proclamatien, welke zouden moogen geftistineerd worden uit kragte van de Politicque Ordonnantie binnen Holland, het celebreeren van het voorgenoomen Huwelyk te moeten precedeeren. Waar op gedelibereerd en in agting genoomen zynde, dat haar Edele Groot Mog. by derfelver Refolutie op heeden genomen, om de reedenen breeder by de voorfz. Refolutie gemeld, verklaart hebben den voortgang en voltrekking van het voorfz. Pluwelyk van haare Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Carolina met den Heere Prince van Nasfau - Weilburg te zullen aanfien, zonder zig daar teegens te zullen oppofeeren, en dat de Retroaéla van haar Edele Groot Mogende Vergadering, onder de datums van den id April 1625 en van den 6 December id4d, voorbeelden van gelyke dispenfatien uitleeveren; is goedgevonden en verftaan, de verfogte dispenfatie der gewoone Huwelyks - Proclamatien, op den voet van de Refolutie op heeden genoomen, en onder de restric\ien daar by uitdrukkelyk gemaakt, te accordeeren, en ten dien einde te arrefteeren de Aéte hier na volgende geinfereert. De Staaten van Holland en Westvriesland, doen te weeten: Nademaal den Heere Hertog van Brunswyk aan ons by Misfive heeft vertoond, dat haare Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, op den n January des voorleeden jaars, aan ons en de Heeren Staaten van de andere Provinciën, by Misfive kennisfe hadde gegeeven, dat Mevrouwe de Princesfe Carolina van Orange en Nasfau, haare Koninglyke Hoogheids Dogter, tot eene Huwelyks-Alliantie aangefogt was geworden door den Heere Prince van Nasfau - Weilburg, en dat die Alliantie aan hoogstgedagte haare Koninglyke Hoogheid zeer aangenaam zoude weefen. Dat het grootfte gedeelte der Bondgenooten het aangaan van die Alliantie zeedert met hoogst derfelver approbatie vereert hebbende, daar op dan ook gevolgt is de toeftemming van zyne Koninglyke Majefteit van Groot-Brittannien , en van haare Hoogheid Mevrouwe de Princesfe Douariere van Orange en Nasfau, als toefiende Voogden, als meede van hooggemelden Heere Hertog als administreerende Voogd,gelyk meede van zyneHoogheid den regeerenden Heere Hertog van Brunswyk, als adminiftreeiende Voogd in de Duitfche Staaten, zulks dat de voortgang van het voorgemelde Huwelyk, onder inwagtinge van GodsZt egen, op den 5 Maait aanftaande was bepaald g eworden , waar van hoogstdefelve aan ons by defelve Misfive kennis gaf, in hoope en verwagtinge, dat het voltrekken van het zelve aars ons niet onaangenaam zoude weefen, en dat wy de hooge Contractanten by continuatie wel met onfe geneegentheid en vriendfehap walden vereeren. En dat wy ons verfeekert konden houden, dat, conform wylen haare Koninglyke Hoogheids Misfive, als eene conditie van het aan te gaane Huwelyk vastgeftek was, dat de Kindei en, dewelke verhoopentlyk uit het zelve gebooren zouden worden, in de Christelyke Gereformeerde Religie, zoo als die in de publicque Kerken deefer Landen geleerd word * opgevoed zullen worden. Verfoekende hy Heere Plertog teffens , dat het ons behaagen mogte, hooggemelde Heere Prince van Nasfau-Weilburg en Mevrouwe de Princesfe Carolina te dispenfeeren van het doen gaan der Huwelyks - Proclamatien, welke zouden moogen gefustineert worden uit kragte van de Politique Ordonnantie binnen Holland, het celebreeren van het voorgenoomen Huwelyk te moeten precedeeren. Zoo is 't, dat wy, uit aanmerking dat in voorige tyden, by geleegenheid van het contraéteeren van Huwelyken tusfehen Furstelyke Perfonagien gelyke dispenfatien zyn verleent, na rype deliberatie van Raade, uit onfe fouveraine magt en regte weetenfehap, den weigemelden Heere Prince van Nasfau - Weilburg, en haare Hoogheid Mevrouwe Carolina, geboore Princesfe van Orange en Nasfau, gedispenfeert en ontheeven hebben, zoo als wy defelve dispenfeeren en ontheffen by deele, van het gaan der Kerkgebeden, die men zoude moogen fustineeren, dat in gevolge de Politicque Ordonnantie op de bondigheid der Huwelyken gemaakt, voor het folemnifeeren van den Trouw zouden behooren te gaan, met verdere verklaaringe, dat het voorfz. Huwelyk dien onvermindert van weegen de hoogheid en geregtigheid deefer Landen zal moogen hebben zyn voortgang, en van alfulke kragt en waarde zyn, als of de voorfz. Politicque Ordonnantie deefes aangaande volkoomen was geobferveert; authorifeerende en gelastende allen Kerken Dienaaren, die deefe Aéte zal worden vertoond, het voorfz. Huwelyk te folemnifeeren , en alle Regteren, Just'cieren en Officieren, die deefen aangaan mag, het voorfz. Huwelyk voor goed, vast, bondig en van waarde te houden, zonder daar teegensdirecr. of indireét te doen, of te gedoogen by iemand gedaan te worden, want wy het zelve alfoo goedgevonden hebben te behooren. Gedaan in onfe Vergadering onder het groot Zeegel van ons hier aangehangen den &c. En word de Raadpenfionaris verfogt en gecommitteerd, om aan den Heer Hertog van Aaaa 3 Bruns-  Van de Huwelyks - zaaken. 559 en ander haare . Koninghlycke Hoogheyd had gepermoveert hooghstdeslèlfs mondchngh confent daar aan te geeven, en ingevolge het Diploma van haar Edele Groot Mogende in dato den zestienden November zeeventien honderd zeeven en veertigh, haar Edele Groot Mogende gantsch vriendelyk te verfoecken, het voorfchreeve Huwelyk met haar Edele Groot Mogende approbatie te honoreeren, en wel infonderheyd ten deefen effeéte, dat de Kinderen, die uit het zelve Huwelyck zouden mogen gebooren worden, opgevoed wordende in de Gereformeerde Religie, en op haar tyd daar van profesfie doende, zouden blyven jouïsfeeren van de Regten en Prerogativen aan haar in dat cas by het voorgemelde Diploma van haar Edele Groot Mogende van den zestienden November zeeventien honderd zeeven en veertigh gegunt, verfoeckende haare Koninghlycke Hoogheyd, gïorieufer gedaghtenis, insgelycks op het geneegenfte, dat dewyl het hooghstdefelve tot een verdubbelt genoegen zoude ftrekken, dit voorgenomen Huwelyk hoe eerder zoo beter te zien voltrekken, haar Edele Groot Mogende die goedheyd zouden willen hebben, om de deliberatien daar over te accelereeren, waar door haare Koninghlycke Hoogheyd gïorieufer gedaghtenisfe, zigh op een bylbndere wyfe aan haar Edele Groot Mogende zoude verplight houden. En in agtinge genomen zynde, dat de refpeétive Leeden eenpaariglyk hebben verklaart, in den Perfoon van denPleere Prince van Nasfau-Weylburgh te vinden zoodanige goede qualiteyten en loffelycke hoedanigheeden, dat daar uit, by aldien de gemelde Heere Prince van Nasfau-Weylburgh, in conformité van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den zestienden November zeeventien honderd zeeven en veertigh profesfie was doende van de waare Christelycke Gereformeerde Religie, zoo als defelve inde publicque Kercken deefer Landen geleerd word, onder Gods Zeegen een geluckigh Huwelyk, zoo voor de belangens van den Staat, als van Mevrouw de Princesfe Carolina te wagten zoude zyn, dogh dat de Belydenisfe van de Augsburghfche Confesfie, welcke de gemelde Heere Prince van Naslau-Weylburgh is doende, en de confideratien van de gevolgen, die daar uit zouden proflueeren, dat namelyck de Mannelycke Descendenten van gemelde haare Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Carolina, zouden werden verftooken van de Prserogativen aan hooghstdefelve anderfints cafu quo by de voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Refolutie van den zestienden November zeeventien honderd zeeven en veertigh toegefeght, eenige Leeden van het geeven van hun confent en approbatie, tot voltrekkingh van het voorfchreeve Huwelyk hebben wederhouden: dat daar tegens by fommige Leeden wel is geremarqueertjdat die zwaarigheyd zoude konnen werden weghgenomen, door het verleener van difpenfatie van de gemelde Refolutie, dai dat andere Leeden het verleenen van dilpen tien van een Grondwet, als zaaken van zoo 2V een uytfight, en van zulcke zwaare ge3lgen hebben aangemerekt, dat zy geoordeelt ebben, daaraan niet te konnen ofte moeten enken, en dat de discrepeerende fentimenten an de Leeden over dit fubjeét, na veelvuldige ehouden deliberatien ^ met den anderen niet ebben konnen worden geconcilieert; en voorts elet zynde, dat eghter by de meeste Bondenooten inclinatie word betoond, om het oorfchreeve Huwelyk zyn voortgangh te doen ebben; Is, om aan derfelver inclinatie zoo eel mogelyk te gemoet te komen, goedgeonden en verftaan, te verklaaren, zoo als aar Edele Groot Mog. verftaan en verklaaren y deefe, dat zy de voortgangh en voltrekingh van het voorlchreeve Huwelyk zullen anfien, zonder zigh daar tegens te oppofeeen, behoudens noghtans, dat hier doorniet sal mogen worden verftaan eenighfints gederojeert of eenige de minfte atteinte te zyn gegeven aan meergemelde Refolutie van den zestienden November zeeventien honderd zeeven en veertigh, welke haar Edele Groot Mogende als een onveranderlyke Grondwet van den Staat alleilnts pretendeeren te houden in zyn geheel. En word de Raadpenfionaris verfoght en ge:ommitteert om aan den Heer Hertogh van Bmnswyck in convenabele termen van de voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Refolutie kennis te geeven, en daar neevens Copie van defelve ter hand te ftellen. (Onderjiond,~) Accordeert met de voorfz. Refolutien. De Pleeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland, Zeeland, Vriesland, Overysfel en Stad en Lande gefien hebbende de Aanteeckeningh en de Refolutie van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland ter Vergadering ingebragt, concerneerende de conclufie op gisteren gevallen, omtrent het hooge Pluwelyk van Mevrouwe de Princesfe Carolina met den Heere Prince van NasfauWeylburgh, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Plolland en West vries, land ernftigh verfoght, de voorfz. Aanteeckeningh en Refolutie wel te willen intrekken en af te zien van de gronden raakende de erffelycke fuccesfie by opgemelde Refolutie geleght, aangefien de Heeren Staaten hunne Principalen defelve niet kunnen advoueeren , nogh daar in eenighfints berusten, dewyl in het voorfchreeve Huwelyk eenpaarigh geconfenteert en het zelve geapprobeert hebben, ten dien effeéte dat wanneer de Kinderen, die uit dit Huwelyk zouden mogen voortkomen , opgevoed en onderweefen worden in de waare Christelycke Gereformeerde Religie, zoodanigh, als die in de publicque Kercken deefer Landen geleerd werd, en op haar tyd daar van profesfie doen, het Mannelyck oir, en  Tegen de corruptien en aannemingen van Gefchenken, &C. géi pieert, die haer als vooren, aen ons zullen komen aengeven, andere ten exemple te doen verklaren voor eerloos en infaem, en voorts vervallen te zyn van alle Ampten, Beneficiën en digniteyten, en daer-en-boven na gelegentheyt en circumlbntie van zaecken noch fwaerder ftraffèn Wy gelasten en ordonneren wyders, dat onfe Officieren Ampts - halven zullen hebben te onderfoecken, offer zoodanige vuyle en corruptible perfoonen, als vooren ffaen gefpecificeert, te vinden zyn, en defelve ontdeckende te calangeren, in conformité van dit en ons voorgaende Placcaet, te¬ gens het ontfangen van ongeoorlofde giften en gaven geëmaneert: Daer op wy willen eri ordonneren, dat kort, prompt en onvertogen Recht en juftitie zal werden geadminiftreert $ zonder eenige disfimulatie ofte verdragh. Ën op dat niemant hier van eenige ignorantie en kome te pretenderen, ontbieden en bevelen Wy alle onfe Officieren * jufticieren en M igiftraten, dit ons Placcaet niet alleene te doen publiceren ende affigeren, maer oock zonder disfimulatie ofte verdragh als boven te executeren , alfoo wy het zelve ten dienfte van den Lande alfoo bevonden hebben te behooren» Aldus gedaan en gearrefteert in *t Hof van Zeelant, tot Middelburgh, den veerthienden September 1673. Ter Ordonnantie van haer Edete Mogentheden, JUSTUS de HÜYBERT. 2, Refolutie van de Staaten Generaal, houden* de bepaaling yan het geen door het Opficie Fis-1 caal, zoo van Braband, als Vlaanderen, mag wof* den gedeclareerd; beneevens eene Publicatie tegen de knevelaryen van de Officiers, en derfelver Subftituten, ten aanzien van de Roomschgezinden. Den 27 November 1755. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot Brandfenburg, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Placaaten en Reglementen, hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Hoog Mogende Refolutie van den 2 5 September laatstleeden , met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Miffive van den Advocaat Fiscaal van Braband, gefchreeven alhier in den Hage ten daage voorfchreeve, om reedenen (in de voorfchreeve Misfive in het breedegeallegeert) verfoekende haar Hoog Mog. explicatie , of interpretatie van hoogst derfelver Refolutie van den 19 July 1730 , raakende het vorderen van betaalinge weegens Jura of Leges, mitsgaders kosten van Roomschgezinden, en wyders in bedenken geevende, of de Publicatie van dien datum, laatst vernieuwd 25 Augustus 1735, niet zoude behooren te worden vernieuwd met alteratie, zoo als in de voorfchreeve Misfive vermeit. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat het Officie Fiscaal, zoo van Braband als Vlaanderen, weegens het geeven van Berigten aan haar Hoogh Mog. de Raad van Staate, als meede zoo aan den Raad van Braband als VIII. Deel. Vlaanderen over Requesten, geprefenteert door of van weegens Roomschgezinden, Geestelyken of Gemeentens, of Particulieren, ten lasten van de Supplianten Zal vermoogen te declareeren zoodanige falafisfen, als in gelykfoortige gevallen ten opfigte van anderen gewoon zyn te doen. Dat voorts defelven, gelyk bevoorens altoos gefchied is, zullen vermoogen ten laften als vooren te declareeren, en vorderen de kosten zoö op gedaane calangien, als fluiten van Kerkfchuuren vallende, des noods ter taxatie van den Regter. En is wyders goedgevonden, dat de Publicatie van den 19 July 1730 zal werden geëlucideert en gealtereert, zoo en in dier voegen als aan het einde deefes is geinfereert, en dat defelve aldus op nieuws alomme verfonden zal Worden, om daar men gewoon is in de Diftriéfen van de Generaliteit publicatie en affixie te doen, te werden gepubliceert en geaffigeert. En dat vervolgens de voorfchreeve Publicatie, volgens de dispofitie van haar Hoog Mog. Refolutie van den 19 July 1730, van vyf tot vyf jaaren op nieuws zal worden gepubliceert en geaffigeert, (en dat ten dien einde het noodige getal Exemplaaren verfonden, en van deeBbbb f«  Tegen de corruptien en aannemingen Van Gefchenkeri, &c. 56$ Ën op dat het geene voorfchreeven is, tot kennisfe van een iegelyk koomen mag, zoobegeeren wy, dat deefe onfe Waarfchouwinge alomme in de Steeden > Vryheeden en Piaatfen in het Diftriét. vari de Generaliteit zal werden gepubliceert eri geaffigeert; Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 27 November 1755. (JVas geparapheert) Pr. BUTEUX, \% (Onderfiond) Ter ordonnantie van defelvé. (Was geteekent f) H. F A- G E Li 3« Refolutie van de Staaten van Holland, tVaitr hy de Lieutenant Collonel van Byland yan den Eed van zuivering word' gedijpen/èert. Den 28 December 1759. Ontfangen een Misfive van den Heerë Hertog Louis van Brunswyk, gefchreeven alhier in den Hage op heeden, waar by hoogstdefelve aan haar Edele Groot Mogende ter approbatie prefenteert de aanftelling by denfelven op heeden gedaan van den Lieutenant Collonel by het Regiment Guardes Dragonders, Frederik Christoffel Willem Lodewyk van Bylandt, tot Lieutenant Collonel by en Major effëétif van het Battaillon van den Lieutenant Generaal van Lindtman, mitsgaders tot Capitein van een Compagnie onder het zelve Battaillon, alles in plaats van den op desfelfs verfoek gedimitteerden Lieutenant Collonel * Major en Capitein Francois Guüliaume de Courvoify, in vooronderftelling, dat haar Edele Groot Mog. den gemelden van Bylandt wel zouden gelieven te dispenfeeren van den Eed van zuyvering, voor zoo verre hy zig ingelaaten had met den voornoemden Lieutenant Collonel de Courvoify, om het verfdeken van zyne dimisfie te faciliteren, ais hebbende gemelde van Bylandt aan hoogst denfelven gerapporteerd, dat haar Edele Groot Mogende hem in dat opfigt wel van den Eed van zuyvering zouden dispenfeeren; en zynde de voorfz. aanflelling door den Heer Hertog booven gemeld gedaan in conformiteit van de Inftruétie door haar Edele Groot Mogende op den 10 February 1752 voor denfelven gearresteerd. En is daar beneevens geleefen de Requeste van gemelden van Bylandt, onï daar by gealle¬ geerde reedenen vérfoekende, dat haar Edelë Groot Mogende hem gelieven te ontheffen van den Eed van zuyveringh, voor zoo ver hy in het voorfz. geval aan den voornoemden Jean Francois Guüliaume de Courvoify totbebetaaliug van zyne fchulden hier te Lande heeft gegeeven een fomme van duifend Ducaaten, om dat anderfints van hier niet konde vertrekken, zonder van zyne crediteuren të werden geincomodeert. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mogende, als exerceerende dé Voogdye over zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhöuder, de voorfz. gedaane aanflelling by deefe geapprobeerd; en vervolgens goedgevonden, dat voor denfelven de noodige Commisfie zal worden gedepecheert, mits alvoorens daar op doende den behoorlyken Eed, als meede den Eed van zuyvering op het Formulier vervat in haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 2 6 Maart 1675; met dien verftande egter, dat de nieuw aangeftelden Lieutenant Collonel, Major en Capitein van Bylandt in dit fpeciaal geval, om de byfondere reedenen in deefen geoccurreert hebbende $ en zulks zonder eenige confequentie voor het vervolg, in zoo verre hy aan den voornoemden gedimitteerden Lieutenant Collonel, Major en Capitein de Courvoify, tot betaaling zyrier fchulden hier te Lande duyfend Ducaaten heeft gegeeven, van den Eed van zuyvering , in de by hem geobtineerde qualiteiten té presteerën, by deefe werd gedispenfeem Bbbb 2 VIER-  Macaateri tegens (edhieufë Peffooneri, &c. Sgj I. Publicatie van den Hove van Holland\ té¬ gen het houden van oproerige dis cour Jen, of het plegen van feitelykheeden binnen den Dorpe van Saafdam. Den 23 November 1635. Alfoo tot kennisfe van den Hove van Hollandt ghekomen is, dat binnen den Dorpe van Saerdam t'federt de leste oproerte ende tumulte, die aldaar is geweest, ende nae 't pardon, by eenighen daer aen fchuldigh geweest, ende daer over gebannen zynde, verkreegen: fommige onrustige Perfoonen aldaer woonachtigh weder zoecken op te halen de oude oneenigheydt ende disfentie, ende daar uyt occafie te gheeven tot eene nieuwe oproerte ende zwarigheydt, om alfoo het voorfchreeve Dorp weder in ghevaer te ftellen, daer toe ghehruyckt werden veele vreemde propoosten ende discourfen: Zoo is 't, dattet voorfchreeve Hof, omme daer inne te voorfien, eenen yeghelycken wie hy zy, van wegen de Hooge Overichheydt, verboden ende geinterdiceert heeft, gelyck hen verboden ende geinterdiceert werdt mits deelen, voorts aen eenighe propoosten ofte discourfen teghens yemandt te ghebruycken, nochte oock eenighe feyte lykheeden te pleegen, die tot éenige nieuwigheydt, disfentie, ofte vordere zwarigheden, directelyck ofte indirecfelyck eenigh- 3- De Staten van den Lande, ende Graeffelyckheydt van Zeelandt, Allen dert genen die defen zullen zien ofte hooren lefen Saluyt: Doen te weten; Alfoo tot maintien van de publique Authoriteydt, niet noodfaeckelycker is, als dat de Juftitie tot voorftant van de goede en ftraffe van de quade, haar behoorlycken cours on verhindert werde ghelaten, ja dat zonder defelve ordentelyke Borgerlycke by een woninghen t'eenemael zouden komen te vervallen, en te veranderen in puyre confufienj gewelt en moorderyen, het welcke echter by eenige gheringhe, onbefuysde en boosaerdighe menfehen, zoodanigh niet en wert geconfidereert, gelyck het wel behoort, tot groot misnoeghen van de goede Borgerye en Ingefetenen, en tot haer merckelyk nadeel* peryckel en bekommeringhe, en niet min tot fins zouden moghen ftrecken, ofte de §e* meente oorfaecke tot nieuwe onruste te gheeven : Maer werdt ter contrarie eenen yegelycken midts deefen belast, met woorden ende wereken hem in alles alfoo te dragen , gb lyck een goedt Inghefeten met zyn Regeerders èndë meede Inghefetenen, omme in ruste, vrede ende eenigheydt te leeven ende omme te gaen, fchuldigh ende gehouden is te doen, Op peyne van teghens den geenen ter contrarie doende, geprocedeert te werden als naer? ghelegentheydt ende exigentie van zaeckerl bevonden zal werden te behooren: Ende op dat hier van niemandt en hebbe te pretenderen eenighe onweetenheydt ofte ignorantie; zoo committeert ende authorifeert het voorfchreeve Hof den eerften Deurwaerder van den zelveri Hove daer toe verfocht, defen naer voorgaende klock-gheflagh, zoo binnen Saerdam voorfchreeven, als elders, daer 't van nobdeii weefen zal, te publiceren, ende eenen yegelycken fcherpelycken te belasten, hem hier naer te reguleren op peyne als voorem Isefie van onfe hooge Authoriteyt en Juftitie, Soo als eenighe van die vrevelige en boosaerdighe foorte vart menfehen, op den 17 defef loopende Maendt binnen de Stadt Middelburgh hebben beftaen de handt te legghen aan dè Juftitie, die de Admiraliteyt aldaer aen acht Boots-ghefellen publyquelyck ghenoodfaeckt was te doen adminiftereren, ende executie van defelve oock zouden verhindert hebben, ten ware haer boos voorn eemen doofde goede ende vigoureufe voor-forge van de Heeren van de Magiftraet en Regeringe van de gemelte Stadt, ende bereyt-willigheydt van de goede Borgerye, die tot dien eynde was geordonneert, en oock gekomen in de Wapenen, was geftuyt gheworden, invoegen dat de Executie van de gedecerteerde fuftitie haer volkomen en onverhinderde cours heeft geBfebb 3 ' hadt Gedaen in den Haghe, den drie en twintichften Novembris, anno zesthien hondert vyf ende dertich. In kennisfe van my, Fr. C R i È Pi Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende advertentie, dat aan de geenen, die by eetï oproer door de Burgerye of de Juftitie worden onder de voet gefchooten of gewond, geene actie competeert, nog desweegens iets verbeurd word. Den 20 November 1673.  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, cVc. 4. Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, tot mainüen van de publicque rust, ter geleegenheid dat over een zeeker Beroep te Middelburg desordres gereezen waaren. Den 9 December 1676. De Staaten van den Lande ende GraeffèJyckheydt van Zeelandt, Allen dengenen die defen zullen zien ofte hooren lefen, Saluyt: doen te weten: dat wy met groot leetwefen en geen minder ongenoegen, hebben ondervonden, en gefien, dat in de goede Stadt van Middelburgh 't zedert eenigen tydt herrewaerts verfcheyde moeyelyckheden, twisten, oneenigheden en disordres zyn opgerefen, ter oorfaecke van zeecker beroep binnen de gemelte Stadt voorgevallen; Zoo hebben wy tot de meeste ruste van de gemelde Stad, noodig gevonden alle Ingefetenen binnen de felve Stadt, en voorts alle andere daer buyten zynde, van wat qualiteyt ofte conditie defelve zouden mogen wefen, by defen wel expresfelyck te ordonneren en te gelasten , haer geenfmts met defe zake te bemoeyen, 't zymet woorden, wereken, Gefchriften, gedruckt ofte ongedruckt, ofte op eenighe andere ma¬ niere onder wat pretext het oock zoude mogen weefen, direételyk ofte indireételyk, maer alles dien - aengaende te laten aen de gene die daer toe zyn gewettigt en gequalificeert, op poene dat de genen die bevonden zullen worden contrarie defen te doen, zullen vervallen onder onfe hooghlte indignatie, om als perturbateurs van de gemeene ruste, na geleghentheydt van haar bedryf andere ten exemple rigoreufelyck geftraft te worden. Gelastende en bevelende alle onfe Officieren, Justicieren en Wethouderen, om dit ons verbodt en Placcaet precyfelyck te doen obferveren, en vervolgens de overtreders van dien te achterhalen en aan te klagen, en daer op kort en onvertogen recht en Justitie te doen. En op dat niemandt hier van eenige ignorantie zonde mogen pretenderen, zoo bevelen wy dat defen alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daer men gewoon is Publicatie en Affixie te doen. Aldus gedaen en gearrefteert, in 't Hoff van Zeelandt tot Middelburgh, den 9 December 1676. Ter Ordonnantie van Hoogh-gemelte Heeren Staaten, JUSTUS de HUYBERT. 5. Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, tot ftuiting van oproerige beweegingen, ter geleegenheid der invordering van het Zout- en Zeep-geld ontftaan. Den 1 December 1724. TP\e Staten van den Lande ende GraefteJL/ lyckheyt van Zeelant; Allen den genen, die defen zullen zien ofte hooren lefen, Saluyt : Alzoo wy in ervaringe zyn gekomen, dat onlanx, tusfehen den 25, en 20'. der voorledene Maent, tot Dreyfchor annex den Eylande van Schouwen, groote bewegingen en beroerten zyn ontftaen; ter gelegentheyt der invorderinge van het Zout en Zeep-geit, volgens aldaer gemaekte Quotifatie, op onfe ordre; gelyck oock binnen de Steden van Zie > rikzee, en Brouwershaven, en in de Landen van Schouwen en Duvelant alomme is gedaen: En dat zich de Opgefetenen niet ontzien hebben een getal van do. of 70. Vruchtboomen, in den Boomgaert van den Schout der plaetfe, de voorfchreeve invorderinge doende, te fchenden; ende het Heek daer van wegh te nemen. Maer oock daer en boven een gansch oproerigh Billiet aen te flaen: alles, om te beletten, waare het mogelyck, de invordering van de gemelde Middelen, en de Proceduuren tegens eenige quaetwillige, tot betalinge der vervalle termynen den laetften September 1724. begonnen: Dat defelve verder onderftaenhebben, na dat een der prefumtive Belhamels, by de Benden van Ordonnantie met 's Heeren Dienaers door de Regeringh van Zierickzee gefonden was geapprehendeert, gewapent aen den voornoemden Schouts Huys te komen kloppen, met rafen en tieren; waer door genootfaeckt is geweest zigh van daer en naer de Stad Zierickzee te moeten falveeren. Alle zaecken van het uytterfte gevolgh, zynde genoeghfaem eene openbare muytery en opftant verwecken; 't welck in een Land van Juftitie niet kan werden geleden, maer in alle manieren tydighlyck moet werden tegen gegaen engeftremt: Zoo is 't, dat wy, na rype deliberatie, tot voorkominge van dien, allen ende eenen yegelycken, op het allernadruckelyckfte, willen gewaerfchouwt hebben, zich  Placaaten tegens fedkiQufc Perfoonen, &c. 569 gaan en af te keeren, en tot dut eynde zig van het noodige Geweer tot hunne defenfie te voorfien. . . En op dat niemand hier van eenige ignoran¬ tie zoude kunnen pretendeeren, gelasten wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, alwaar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van dcn Lande den 29 January 1751. (Onderft and,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. BOEY. 7 Publicatie van de Gecommitteerde Raaden V* yan Zeeland, maf by een precmie beloofd word tot ontdekking van de geenen, die aan Pagters, Collecteurs en Deurwaarders van de gemeene middelen feitelyk geweld gepleegd hadden. Den 11 December i7«. I De Gecommitteerde Raaden van Zeelandt: Allen den geenen die deezen zullen zien, of hooren leezen, Salut: doen te weeten:'Dat wy, tot onze uitterfte lürprife, en bekómmeringe, in het zeekere zyn geinformeert, dat zommige kwaadaardige Menfehen, in den Eilande van Tholen-, zig niet ontzien, de Pagters van de Gemeene Middelen van Confumtie ; derzelver Colle&eurs; mitsgaders 's Lands Deurwaarders aldaar; niet alleen, publycq met fchampere woorden, en hooggaande dreigementen, kwalyk te bejegenen; maar zelfs zoo verre zyn gekoomen, dat eenige dagen geleeden, zeeker Pagter van het Slagtgeldt ten platten Lande van Tholen, in zyne functie zynde, des avondts op het onvoorzienst is geattaqueert en gekwetst geworden; en de week daar aan, eenen van 'sLands Deurwaarders, door een fchoot in 't hoofdt, gevaarlyk is gewondt: en dewyl zulke verregaande boosheden, en de gevolgen van dezelve, zeer te apprehendeeren zyn, zoo ten refpecte van de publycque ruste en veÜigheidt, als ten refpecle van den hoognoodigen ophef Van de Gemeene Middelen van Confumtie, als eene voornaame zenuwe van 'sLands Inkomften, zonder dewelke, de zwaardrukkende Lasten, die de Provincie genoodtzaakt is op te brengen, onmooglyk konnen worden gedraagen; en de Juftitie overzulks daar aan ten hoogften gelegen is, dat de Daader, of Daaders van zulke enorme faiten worden ontdekt, agterhaaldt, en anderen ten exempel, naar verdienden geftraft. Zoo is 't, dat wy by deezen beloven eene prsemie van honderdt zilveren Ducatons, aan den geenen, die den Daader, of Daaders van de voorfz. forfaïten, zal ontdekken, en aanbrengen, zoodaanig dat in handen van de Juftitie geraaken, en van hunne misdaadt worden overtuigdt; zullende des Aanbrengers naam, zoo hy het mogt begeeren, worden gefecreteert. Terwyl wy by deezen, op de gronden vervat in verfcheiden Placaaten der Heeren Staaten van Zeelandt, en Ipeciaal van den 27 Maart 1699, 10 April 1702 , 10 September 174a, en 11 October 1748, elk en een iegelyk vermaanen, en waarfchouwen, zig, gelyk het goede Ingezeetenen betaamdt, voor alle kwaade praótyequen tot het fraudeeren, of verkorten van 'sLands Gemeene Middelen; mitsgaders voor het infulteeren, met woorden , of daaden, van de Pagters, hunne Collecteurs, en 'sLands Deurwaarders., in derzelver refpeétive ftmétien, zorgvuldig te wagten; en dezelve Perfoonen te confidereeren, als in de hooge protectie van den Souverain ftaande. En zal deeze, door de Bedienden van de Juftitie, in de refpeétive Diftriéten in den Eilande van Tholen, worden geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige affiétien te doen. Aldus gedaan in 't Hof van Zeelandt, tot Middelburg, den 11 December 1753. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van welgemelten Raadt. (En was geteekent f) JACOB du BON. VIH. Deel. cccc pla'  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c. bellen of Prenten gefonden worden, het zy om te verkoopen, vereeren, diftribueeren, leenen, of leefen, gehouden zullen weefen defelve aanftonds te brengen en over te leeveren aan den Officier of Magiftraat ter Plaatfe van hunne refidentie, of daar zy die zullen ontfangen, op poene dat zy voor de Autheurs van dien gehouden, en als defelve in voegen voorfchreeve geftraft zullen worden. Lastende en beveelende voorts alle en een iegelyk zig zorgvuldig te wagten, van eenige Ingezeetenen deefer Landen, wie het ook zoude mogen weefen, ter zaake van het gepasfeerde in voorige dagen in hunne perfoonen , Familien of Goederen op eenige wyfe te beleedigen, defelve onder eenige benaaminge te fmaaden, haatelyk te maaken en te benadeelen, op poene by onfe voorige Placaaten 571 geftatueert; ordonneerende wel exvre&lvtt alle Officieren dit ons tegenwoordig pi 7, ftnélelyk en precifelyk te LeïJ * Ts ielfs forme en inhoude, zonder eenige dim mulatie of conniventie, op poene van orivsZ van haarheder Officie, by aldien het zelve haare kennisfe gekoomen zynde, defelve daa tegens in conformité van deefen Placaate niet zullen hebben geprocedeert, lastende den Procureur Generaal, dat hy tegens alle-zoodanige wandevoirige en nalaatige Officieren met alle rigeur zal hebben te procedeeren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, nemaar weeten mooge waar nahem deelen aangaande zal hebben te reguleeren zoo begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 7 Maart 1754. (Dnderflond f) Ter Ordonnantie van de Scaaten. (Was geteekentf) C, B O E Y. 9* Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende belofte yan een praemie tot ontdekking van zeekere verregaande rejiftentie en geweld, aan 's Lands Bedienden gepleegd. Den 16 April 1754. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo wy in ervaringe zyn gekoomen, dat zeekere Perfoonen op den 27 Maart jongsdeeden haar niet hebben ontfien, om hunne grove ftnokkelaryen omtrent 's Lands gemeene Middelen, en voornamentlyk omtrent den Impost op het Gemaal, te pleegen met een opgeheeven hand, en zulks niet alleen met malkanderen daar in te adfifteeren, maar ook 'sLandsBediendens, die haar zulks tragten te beletten, op een zeer verregaande en feitelyke wyfe te refifteeren, en tot dat einde zelfs Schietgeweer tegen de voornoemde 's Lands Bediendens te gebruiken, zoodanig, dat een der 'sLands Bediendens daar door is gequetst, nietjegenftaande de gemelde 'sLands Bediendens door haar Edele Groot Mog. zyn genoomen in derfelver fauvegarde en fouveraine proteclie, en alle reftftentie tegen defelve 'sLands Bediendens ge- pleegt , werd gehouden als begaan directelyk tegen de hooge Overheid zelfs. Zoo is 't, dat wy hebben goedgevonden den Raad Advocaat Fiscaal, mitsgaders den Drosfaard der Stad en Lande van Heusden, te authorifeeren, en te gelasten, zig aangaande die hier voorgemelde ten hoogften ftraf baare refiftentie, met allen iever en naukeurigheid te informeeren, en tegen de fchuldige te' procedeeren , en ten einde defelve des te beeter zullen kunnen werden ontdekt, te belooven een prsemië van honderd zilveren Ducatons, aan die geene, die de Perfoonen, die de voorfchreeve feitelyke refiftentie aan 'sLands Bediendens op den 27 Maart jongstleeden onder den Dorpe van Vlymen hebben gepleegt, of eenige van defelve komt te ontdekken, en aan te wyfen, zoodanig dat defelve geraaken in handen van de Juftitie, zullende des Aanbrengers naam werden gefecreteert,- en eindelyk 'sLands Bediendens aldaar te gelasten, zig van Schietgeweer te voorfien,- en daar Cccc 2 siee-  Placaaten tegens (editicufc Perfoonen, &e. g^j Ut. Publicatie Van de Staaten Van Zeeland, zoaat by een prcemie beloofd word ter ontdekking van d'è geenen, die aan Pagters en Colleéleurs met woorden en daaden hadden gerefijhefd. Den 28 No* Vember 17 SS* De Srasten van Zeelandt: Allen den geenen die deeze zullen zien, ofte hooren leezen, füut! doen te weeten: Dat aan ons, tot onfe uitterfte furprife en bekommeringe, klagten zyn gedaan, door zeekeren Pagter van eenige onzer Gemeene Middelen van Confumtie, over den Eüande van Tholen, nevens zynen Medeftander; dat fommige kwaadtaardige Menfehen aldaar, zig niet hadden ontfien, onlangs, en zulks naa de jongstgedaane Verpagtinge der Gemeene Middelen , voorlz t Pagter, niet alleen, met injurieufe, en lasterlyke woorden, te bejegenen, maar zelfs hem met de daadt te attacqneeren, in zoo verre, dat genoodfaakt was geweest, zig met de vlugt te falveeren. Dat al verder diergèlyke Booswigten, mede hadden durven onderlfaan, de glafen van de Huifen van eenige der Collecteurs van meergemelden Pagter, te St. Maertensdyk, Scherpenisfe, St. Annelandt, en Stavenisfe, refpeétive, by nagte en ontyde, uit te liaan, en te fmyten; waar door voorfz: Colleéleurs zoodanig waaren geintimideert, dat aan vornoemden Pagter hadden verklaardt, zig niet langer tot het Colleéleerenvan'sLands Imposten te durven laaten employeeren, indien tegens zulke verregaande inlölentien niet efficacieuslyk wierde voorfien: En dewyl diergelyke boosheden, en derlèlver gevolgen , zeer te apprehendeeren zyn, zoo ten refpeéte van de publycque ruste, en veiligheidt, als ten refpeéte van den rigdgen ophef van onze Gemeene Middelen van Confumtie, zynde eene der voornaamfte zenuwen van 's Lands Inkomften, waar van de handhavinge zoo zeer als ooit, tot onderfteuninge van de Provinciale Financien, en het opbrengen der zwaar drukkende Lasten, hoogstnoodig is; en overzulks het Gemeen belang, benevens de Juftitie daar aan ten uitterften is gelegen, dat de Daadèrs Van Zulke enorme forfaited, wou* den ontdekt, agterhaaldt en anderen ten ex* empel, en affchrik, naar verdientten, rigoureuslyk en zonder verfchooninge geftraft. Zoo is 't; dat wy by deele beloven ëenê prasmie van honderdt goude Ducaaten, aan den geenen* die de Daaders van de voorfz J euveldaaden, of eenen van defelve , zal ontdekken en aanbrengen, zoodaanig dat in han* den van de Juftitie geraaken, en van de mis* daadt worden overtuigdt; zullende des Aanbrengers naam zoo hy het mogt begeeren, worden gefecreteert: met verdere belofte vart impuniteit, indien hy mede-pligtig mogte zyn. Terwyl wy by deeze, op de gronden, be« greepen in verfcheide onzer voorige Placcaaten^ en Ipeciaal die van den 27 Maert idc-o, io April 1702, 10 September 1742, en n October 1748* elk en een iegelyk ernftig veï* maanen, en waarfchouwen, zig, gelyk het getrouwe Onderdaanen, en welmeenende Ingefeetenen betaamdt, die 's Lands behoudt ert welvaaren ter herte behoordt te gaan, zorgvuldig te wagten voor alle fnoode praétyequen, tot het fraudeeren of verkorten van de Gemeene Middelen; mitsgaders, voor hetinfulteeren, met woorden, of daaden, van de Pagters, hunne Colleéleurs, en 's Lands Deurwaarders, in derfelver refpeétive Funétien, en defelve Perlbonen te confidereeren, als in onze hooge proteétie en befcherminge ftaande; aan welkers maintenue, wy ons altoos ten uitterften zullen laaten gelegen zyn. En zal deefe, door de Bedienden van de Juftitie, in de refpeétive Diftriéten, in den Eilande van Tholen, worden geaffigeert, ter plaatfe, daar men gewoon is zoodaanige affic* tien te doen. Aldus gedaan in 't Hof van Zeeland, tot Middelburg, den 28 November 1755. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Hooghgemelde Heeren Staaten. (Ende is geteekent f) JACOB DU BON. Ce ces  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c. Collecteur van het BtHiet-gek, zyn eed en plicht betrachtende,in nakominge van 'sLands Ordonnantiën tegens eenige fraudateurs van het zelve Middel heeft geageert: en dewyl zulke geweldadigheden, en de gevolgen van dezelve, zeer te apprehenderen zyn, zoo ten refpeéte van de publycque rust en veiligheid, als ten aanzien van den hoognoodigen ophef van 'sLands Gemeene Middelen; en der Juftitie overzulx daar aan ten hoogften gelegen is, dat de Dader of Daders van zulke violentien, worden ontdekt, achterhaald, en anderen ten exempel, na verdienfte geftraft: Zoo is 't, dat wy by dezen beloven een prsemie van honderd Zilveren Ducatons, aan den genen, die den Dader of Daders van de voorfz. geweldadigheden en violentien zal ontdekken en aanbrengen, zoodanig, dat in handen van de Juftitie geraken, en van hunne misdaad worden overtuigd; zullende des Aanbrengers naam, zoo hy het mogt begeeren, worden gefecreteert; met belofte zelfs van ftraffeloosheid, zoo de Aanbrenger een der medeplichtigen aan de gemelde geweldenaryen mogte zyn. 575 Terwyl wy om te toonen, hoe zeer ons ter herte gaat de eenpaange en exacte zoo wel als de geruste en veilige ophef onzer Gemeene Middelen, zonder welke het ftuur en Regeringe, ten beste van onze goede en getrouwe Ingezetenen, in een tyd, dat de Provintie genoodzaakt is zulke zwaardrukkende lasten op te brengen, onmogelyk zoude kannen gaande gehouden worden, by dezen wel expresfelyk verklaren, alle de Pachters en Collecteurs onzer Gemeene Middelen te nemen en te houden in onze hooge Protectie en Sauvegarde; zulx, dat alle de genen, die dezelve Pachters of Collecteurs in derzelver functie feitelyk mogten verhinderen, of dadelyke infolentien aan derzelver Huizen of Goederen plegen, als geweldigers en die de Hooge Overigheid wederftaan, zonder eenige oogluyking ofte verfchooning zullen worden geftraft. b Eri zal deze ten fine van publicatie en affixie worden gezonden haar de refpeétive Steden en Plaatzen dezer Provintie, alwaar zulx gewoon is te gefchieden. Aldus gedaan in 't Hof van Zeeland, te Middelburg den 14 September 1758. (Onderftond f) Ter Ordonnantie van de Hooghgemelde Lïeeren Staaten, (En geteekend f) W. van C I T T E R S. 14. Waarfchouwing van de Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by een pramie beloofd word ter ontdekking van de geenen, die aan 'sLands Bedienden te Aarlanderveen refiftentie hadden £etlee*t Den 11 October 1758. s/"'é?'- TP^e Gecommitteerde Raaden van de Staai J ten van Holland en Westvriesland, Alle de geenen die deefe zullen zien en leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo tot onfe kennisfe gekoomen is, dat verfcheyde Boosaardigen zig op Woensdag den 13 September deefes jaars niet hebben ontfien, om (nietteegenftaande haar Edele Groot Mog. alle de 'sLands Bedienden van de Collecte hebben genoomen in haare fauvegarde en fouveraine protectie, en geordonneert, dat alle feytelykheeden en geweld, teegen defelve Bediendens gepleegt, als begaan direételyk teegen de hooge Overigheid zelfs, aan den Lyve, en zelfs met de dood, na exigentie van zaaken, zal worden geftraft) te Aarlanderveen twee 'sLands Bedienden van de Collecte, welke aldaar het Pasfagiegeld wilden invorderen, niet alleen met zwaare vloeken en verregaan¬ de fcheldwoorden te infulteeren en op defelve aan te dringen, maar zelfs met het gooyen van Sand en Steenen van daar te doen retireeren; en alfoo de hooge Overigheyd daar aan ten hoogften geleegen legt, dat de Daaders en Uytvoerders van de voorfz. feytelykheeden werden ontdekt, zoodanig dat defelve koomen in handen van de Juftitie. Soo is 't, dat de Gecommitteerde Raaden voornoemt door deefe belooven een premie van drie honderd guldens, aan den geene die de fchuldige of eenige van dien komt te ontdekken, zoodanig dat defelve geraaken in handen ' van de Juftitie, en naar verdienften kunnen worden geftraft, zullende des Aanbrengers naam (des begeerende) worden gefecreteert; en voorts alle een ieder, zoo In- en Opgefeetenen als Vreemdelingen, door deefe op het ernftigfte waarfchouwen, dat zy zig onthouden  Placaaten tegens feditietife Perfoonen, &c. 577 eieren van omtrent geleegene Diftrieten in de gemelde Provinciën, en Resfort van de Generaliteit , van tyd tot tyd te correspondeeren, gemeen overleg te maaken. En alfoo wy onfe Gecommitteerde Raaden by onfe Refolutie van den 22 Augufty 1725 hebben geauthorifeert en gelast, om in de Dorpen en ten platten Landen, daar, en zoodanig het dienftig zullen bevinden, die ordre te ftellen, dat de In- en Opgezeetenen zig voorHen van behoorlyk Geweer, om op het luyden van de Klokken, na de piaatfen van het alarm toe te fchieten, en ook haar zelve te befchermen; Lasten en beveelcn wy alle de In-en Opgezeetenen zoodanige ordres precifelyk na te koomen. En beveelen voorts generalyk alle de In- en Opgezeetenen, in de Dorpen en ten platte Lande, van den ouderdom booven de zestien, en onder de zestig jaaren, op het luyden van de alarm Klok, tot hulpe van malkan deren en eigene befcherminge te voorfchyn te.koomen, en daar in te volgen de ordre van Schouten en Geregten, op de boete van vier guldens t'elkens te verbeuren , ten waare door ziekte of andere Lighaamelyke quaalen, of voorige abfentie, zulks niet hadden konnen doen ,• de voorfz. boete te appliceeren ten behoeve van den Armen van de Plaatfe, en paratelyk te executeeren. Authorifeeren en beveelen wyders de Officieren, wanneer, vermits de meenigte of refiftentie, meer asfiftentie, als haar eigen Manfchap, van nooden hebben, de Klokke van de naaste Plaatfe te doen luyden, en nog meer hulpe van nooden hebbende, zig te addresfeeren aan de Officieren van de nabyleggende Militie, dewelke aan defelve, en ook by alarm en noodfaakelykheid gehouden zyn de Officieren en Geregten met de Militie de hand te bieden. En zullen ook de Schouten en Geregten in fchielyke voorvallen van geweld, waar teegen de komfte van de Officieren niet zoude jnoogen werden afgewagt, vermoogen onder- wylen alarm met het luyden van de Klokke te maaken en geweld met geweld teegen te Vin. Deel. Heerlickheyt van Poortvliet voornoemt, op pene dat de gene die contrarie komen ofte pogen te doen niet alleene zullen verbeuren het Koorn, zoo veel als t'elckens op een ander Molen zullen hebben gebragt, maar noch daer en boven voor de eerfte reyfe dry ponden Vlaems, voor de tweede reyfe dobbel, en voor de derde reyfe arbitrale correctie, werdende alle andere Molenaers buyten Poort-» vliet by defen mede geinterdiceert geenderhanHhhh de  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &d k\\ leeventendeerende ten eynde het haar Hoogh I Mogende goede geliefte moghte zyn, het zy ' by forme van interpretatie der Placaaten van haar Hoog Mogende van den een en dertighften Oétober zeeventien honderd neegen , en zeevenden Mey zeeventien honderd zes en twintigh, het zy op eenige andere wyfe^ als het haar Hoogh Mogende behaagen moght, te verklaaren, dat de Suppliant nomine uxoris, mitsgaders zyne voornoemde fehoonfusters Marguerite en Jeanne Thouron, uyt kraghte van de voorfchreeve haar Hoogh Mogende Placaaten niet zyn geëxcludeert van de fuccesfie van wylen Pierre Thouron, nemaar capabel om van denfelven te konnen erven, mits dat het Capitaal, het welck zylieden van voornoemde Pierre Thouron zouden koomen te erven, op zoodanige kraghtige wyfe als haar Hoogh Mogende zouden gelieven te ordonneeren, ten behoeven van desfelfs inlandfche gepretendeerde Erfgenaamen ab intestato, werde en blyve geaifeeteert en verbonden, den tyd van vyf en twintigh jaaren, of zoo veel langer of korter, als het haar Hoogh Mogende zouden gelieven goed te vinden, ten dien effeéte, dat ingevalle den Suppliant, desfelfs voornoemde Huysvrouw, en gemelde zyne Schoonfusters, als meede haarlieden eventueele Mans en Descendenten, of yemand van defelve, zigh binnen den voorfchreeven tyd na Vf anckryck met 'er woon moghten begeeven, als dan het gemelde geheele Capitaal de faéto zoude vervallen, en gereftitueert moeten worden aan de gemelde inlandfche pretenfe Erfgenaamen ab intestato van den voornoemden Pierre Thouron, of derfelver Erfgenaamen of Reprefentanten in der tyd. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, in fuppofitie gemelde Suppliant André Brun, en zyne Huysvrouw Catharine Thouron, mitsgaders desfelfs fehoonfusters Marguerite en Jeanne Thouron, zyn van de Gereformeerde Religie, mitsgaders eenige nagelaate Kinderen van Jean Thouron, Broeder van Pierre Thouron, en eenige Testamentaire Erfgenaamen | van gemelden Pierre Thouron, mits defen te verklaaren, dat des Suppliants voorfchreeve Huysvrouwe, en Schoonfusters, met naamen* Catherine, Marguerite en Jeanne Thouron, door haar Hoogh Mogende voorfchreeve Placaaten niet zyn geëxcludeert van de fuccesüe van den voornoemden Pierre Thouron, nemaar integendeel tot de voorfchreeve fuccesfie admisfibel, onder deefe uytdruckelyke mitfen en voorwaarden, dat den Suppliant zigh voor zyne voornoemde Huysvrouw Catherine Thouron, en voor zyne voornoemde Schoonfusters Marguerite en Jeanne Thouron, of wiel defelve des Suppliants Schoonfusters, voor haar zalven, zigh zullen moeten addresfeeren aan een van de Hoven van Juftitie deefer Landen, ofeen van de Magiftraaten van de j Steeden, of van de Schouten en Gereghten j van de Dorpen , ondei weieker jurisdiclié defelve zouden moogen woonaghtig zyn of zigh zullen willen begeeven* en aldaar'aan* wyfinge zullen moeten doen en verifieeren dat zylieden in Vranckryck van Gereformeerde Ouders zyn gebooren, en in de profesfie vdn de Gereformeerde Religie zyn opgevoed; eri altoos van die Religie in Vranckryk profesfie hebben gedaan, op zulck een wyfe als zulcks aldaar kan gefchieden, en vervolgens mee haare naamen zullen moeten werden aangéteeckent en geregiffreert worden, met byvoeginge van de piaatfen van waar zy gekoomen en gerefugeert zyn; dat zylieden vervolgens aan het voorfchreeve Plof van juititie, Magiftraat of Gereghte, publicquelyck en folemneelyk oock zullen moeten declareeren, dat zy haar woonplaats in Vranckryk geheelyck hebben verlaaten, en van meeninge zyn voortaan haar Leeven langh hier te Lande * ónder het Dominium van deefen Staat te zullen blyven woonen; en mitsdien als Onderdaanen eri Ingefeetenen van deefen Staat wenschten té zyn geconfidereert; en voorts aanneemen eri belooven, dat zy geene van de Goederen$ Gelden of Effeéten, welcke zy van gemelde Pierre Thouron, of uyt desfelfs Boedel zullen erven of vetkrygen, gëduurende den tyd vari zes en dertigh jaaren zullen alieneeren, vervoeren of vervreemden, op geenerhande wyfe, direct of indirect, en dat zylieden toe meerder verfeeckeringh daar van, aanneemen en belooven te zullen beforgen, dat het voorfchreeve verband en affectatie ter plaatfe alwaar de vaste Goederen, welcke zy van den voornoemde Pierre Thouron zouden moogen erven, geleegen zyn, zal werdén geannoteert, als meede dat zulcks van gelycke zal werden geannoteert op zodaanige Obligatien en Rentebrieven, welcke zy uyt den voorfchreeven Boedel zouden moogen ervéh, oi dewelcke uyt gelden, Koopmanfchappen eri gereede Effeéten, in denfelven Boedel gevonden, zullen kunnen, en ten laste van het gemeene Land moeten aangeleght worden; alles ten behoeve van de verdere Erfgenaamen ab intestato Van den meergemelden Pierre Thouron , hier ,te Lande zynde, ten dien effeéte; dat ingevalle de Suppliant, zyn voorfchreeve Huysvrouw en Schoonfusters, als meede haare eventueele Mans of Descendenten, of ymand van defelve, zigh binnen den voorfchreeven tyd van zes en dertigh jaaren weederom van hier buyten js Lands met 'er woori moghten begeeven, als dan de geheele portié van die geene, welcke zigh van hier buyten 's Lands met 'er woon moghten begeeven het> ben, de faéto zal vervallen zyn aan en terï behoeve van de verdere Erfgenaamen ab intestato van gemelde Pierre Thouron, hier ié Lande woonende, buyten den Suppliant, zyrt voornoemde Schoonfusters, of haar eventueele Mans en Descendenten,- of derfelver" Erfgenaamen of Reprefentanten in der tyd. H hhh £ p Mi*  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &e. g}i 9. Publicatie van de Staaten van Holland tip¬ pens het recht van preferentie aan de Vleeshouwers en Spek/lagers competeerende. Den 12 Mey 1753. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefe zullen fien of hooren leefen, Salut; Doen te vveeten: Dat wy, op de reprefentatien aan ons door eenige Vleeshouwers in deefe Provincie gedaan , na voorgaande deliberatie hebben goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefe, dat de respeétive Vleeshouwers en Spekftagers binnen deefe Provincie weegens hunne leeverantien van Vleefch en Spek aan infolvente Perfoonen gedaan, op derfelver infolvente Boedels zullen hebben regt van preferentie voor een geregt zesde part van hunne wettige pretenfien, ter zaake van geleevert Vleesch of Spek, mits niet ouder zynde dan drie jaaren; wordende alle particuliere eoncesfien, waar by aan de Vleeshouwers of Spekflagers van deefe of geene Stad of Plaats eenige meerdere of mindere preferentie zoude moogen zyn gegeeven, mits deefe ingetrokken en gefteld buyten effeét. En op dat niemant hier Van ignorantie prétendeere, maar allen die zulks aangaat zig daar na reguleere, willen en beveelen wy> dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoort en te gefchieden gebmykelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 12 Mey 1753. (OnderftoncT) Ter Ordonnantie van de Staatefh (Was geteekent,) C. B O Ë % 10* Refolutie van de Staaten van Holland, hoü* dende verklaaring, dat Vrouwen van Notarisfen^, buyten gemeenfchap van goederen getrouwd^ boven den Commisfaris van 't Zeegel zyn geprefereertt Den 15 Mey 1754, "Ts geleefen het Advis van de Heeren Ge§ committeerde Raaden van den 14 deefer, hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 14 February deefes jaars, geëxamineert de Requeste van Mr. Pieter Rendorp, Heere van Marquette, Burgemeester en Raad der Stad Amfterdam, als Commisfaris over de Notarisfen aldaar, om de daar by gededuceerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende by Refolutie gelieven te verklaaren, of de Suppliant in zyn qualiteit conform haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 31 July 1749 , met het geene het Land door het niet behoorlyk Zeegelen van de Minuuten der Notariale Aétens te kort komt, op de Boedels der Notarisfen is geprefereert voor derfelver Huisvrouwen, ofïchoon defelve zyn getrouwt buiten gemeenfchap van Goederen, en voor zig hebben geftipuleert het regt van dote en legaal Hypotheccq, mitsgaders in de termen zyn om daar van te jouïsfeeren j dan of de Huisvrouwen der Notarisfen in de ëvengemelde ömftandigheid yerfeerende, Zoo die ten Huwelyk zyn getreeden, na dat hunne Mannen reeds tot Notarisfen waaren geadmitteert i als dewelke bevoorens zyn getrouwt, met hunne deugdelyke preferentie den voorrang moe-; ten hebben. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat Vrouwen van Notarisfen, die met behoorlyke Huwelyksche Voorwaarden zyn getrouwt , waar by de gemeenfchap van Goederen, mitsgaders van winst en verlies is gefecludeert, of ten minften de keufe, mitsgaders het regt van dote en legaal Hypotheecq is geftipuleert, voor zoo veel aangaat de Goederen , die zy met behoorlyke ftaaten, voor het voltrekken van het Huwelyk gemaakt $ kunnen bewyfen ten Huwelyk te hebben gebragt , regt van preferentie hebben booven of voor den Commisfaris van het klein Zeegel met opfigt tot het regt van legaal verbant hert Hhhh 3 typ  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c, 615 ken niet voorwaarts gaan, en dus wel zouden konnen geraaken in die omftandigheeden van haaren Boedel aan haare Crediteuren te moeten overgeeven, korte weeken bevoorens hunne beste Panden, Meubilaire en andere Goederen koomen te alieneeren, vermangelen, en door andere flingfche weegen de Eigenaars haare ingehuurde Huifen, Bouweryen, Landen, en andere haare Crediteuren te benadeelen, en gemerkt zulke frauduleufe handelingen en quaade praéfycquen allerweegen behooren te worden teegengegaan. Zoo is 't, Dat wy tot weeringe van al zulk bedrog, waar meede onfe goede Ingezeetenen niet alleen in Hulfter - Ambagt, maar door het ganfche Diftriét van de Generaliteit zouden kunnen werden benadeeld, goedgevonden hebben te ordonneeren en ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefén, dat voortaan niet zullen valideeren eenige Transporten, Cesfien, Verpandingen, Vermangelingen, of eenige andere handelingen van Meubilaire of roerende Goederen, Schulden, Actiën of Crediten gepasfeert, zoo | door Huurders van Huifen, Wooningen, 1 Landeryen en alle andere Debiteuren, tot betaalinge , of verfeekeringe van fchulden, ook niet ten behoeve van die geenen, die hun als Borgen voor zoodanige fchulden verbinden of verbonden hebben, ten zy dat de Aéle daar van publicquelyk zal zyn gepasfeert, en behoorlyk ter Secretarye van des Debiteurs Woonplaatfe geregiftreert, ten minften zes weeken, voor dat zoodanige Debiteur om zyne fchulden zig zoude moogen abfenteeren, latiteeren, of opentlyk voor Banquerottier gehouden worden, of anderfints iniblvent koomen te fterven; of wel dat defelve Goederen voor dato als vooren, in handen en posfesfie van zoodanige wettige Crediteur waaren overgegaan en verbleeven, en dat onvermindert en in zyn geheel blyvende, al het geen zonder onderfcheid van tyd, jeegens Transporten, Cesfien, Verpandingen, of andere handelingen ex caitfa lucratlva gepasfeert, gelyk meede jegens participeeringe van fraudes, hoewel ex titulo onerojb, gratificatiën of anderfints, na befchreeven Regten geftatueert is. En op dat niemant hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, lasten en beveelen wy, dat dit ons Placaat alomme in het Diftriét van de Generaliteit zal worden gepubliceert , ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in'sGravenhage den 16 July 1755. (JVas geparapheert,} W. van I T S M A, yt, (Onderftondf) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent f) H. FAGEL. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog. Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. i«. Reglement van de Staaten Generaal, voorde, Heerlykheid van St. Michiels Ge ft el, tegen de overlast en fchade door het weyden van Beesten veroor* zaakt wordende. Den 16 Maart 1756. De Staaten Generaal der Vereenighde Neederianden, allen den geenen, die deefen zullen leefen, falut: Alfoo by Requeste aan ons door Drosfaard, Prsefident en Scheepenen der Heerlykheid van St. Michiels - Gestel, Quartiere van Oosterwyck, Meyerye van 'sHertogenbosch, gepraefenteert, fubflantieelyk is te kennen gegeeven, dat aan haar Supplianten dagelyks meer en meerder klaghten voorquamen over het geweld gepleeght wordende met het dryven en hoeden van Beesten en Schaapen op een anders Hooy-, Teel en Weylanden, en het befchaadigen door defelve der Houtgewasfen op gemelde Landen ftaande, en dat zy tot voorkooming van defordre geeoncipieert en beraamt hadden een Re^  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. van die het Vee agterhaald en gefchut zal hebben. X. En dit alles onvermindert de Actie Van den Eygenaar of Gebruycker van het Land tegen den Eygenaar van het Vee, tot vergoeding der fchaade, die door het zelve veroorfaakt mogte zyn. En op dat dit Reglement exactelyk werde nagekoomen,en niemand daar van ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy, dat het zel- <5l7 ve terftond, en voorts jaarlyks op den eerften Zondag in Maart binnen de voorfz. Heerlykheid zal worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar het behoord en gebmikelyk' is' want wy zulks ten beste der voorfz. Heerlykheid bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooghgemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in den Hage den zestienden Maart zeeventien honderd zes en vyftigh. 14. Publicatie van de Staaten van Holland, te¬ gen het verzenden van vuyle Lywaaten en Kleederen naar Bleekeryen buyten de Provintie, om dezelve aldaar te laten wasfehen. Den 16 February !757- TTVe Staaten van Holland en Westvriesland; JLJ Allen de geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falat; Doen te weeten: Alfoo door de refpeétive Kleerbleekers in de Heerlykheid van Heemfteede, Bennebroek, Overveen, en Bloemendaal, aan ons by Requeste is verfogt, dat wy tegens de onderneeming van verfcheide Ingezeetenen deefer Provincie, om hunne Lywaaten en andere vuile Kkederen, zoo Tafel- als Beddegoed, te zenden om te wasfehen buiten deefe Provincie, zoodanige voorfieninge gelieven te doen, als wy zullen vinden te behooren. Zoo 'is 't, dat wy, om het verval der Bleekeryen in deefe Provincie, en de nadeelige gevolgen van dien, zoo veel doenlyk te voorkoomen, hebben goedgevonden en verftaan, aan alle de relpective Inwoonderen deefer Provincie te interdiceeren, zoo als wy interdiceeren door deefe, om hunne vuile Ly¬ waaten en vuile RIeederen, Tafel- en Beddegoed daar onder gereekent, na buiten deefe Provincie te vervoeren, ofte verfenden, om defelve te laaten wasfehen, of bleeken op Bleekeryen geleegen buiten deefe Provincie, op een boete van drie honderd guldens by de Contraventeurs te verbeuren, en alle Schippers en Voerluiden op gelyke boete te verbieden eenige vuile Lywaaten of vuile Kleederen, Tafel- en Beddegoed als vooren daar onder begreepen, voor Inwoonders deefer Provincie te voeren of beftellen na of op Bleeken buiten deefe Provincie geleegen. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 2.6 February 1757. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,") C. BOE Y. VIII. Deel. Iiii Pu*  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 619 16, Publicatie van de Staaten van Holland, hou¬ dende voorziening tegen de kwaads behandelingen yan de Koornmoolenaars ten platten Lande. jjert 3 November 1758. De Staaten van Holland en Westvriegland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, ialut; Doen te weeten: Dnt tot onfe kennisfe is gebragt, dat de Bakkers en Opgezeetenen ten platten Lande door de Koornmoolenaars in het bemaalen van hunne Graanen qualyk werden bediend. Zoo 1 s 't , Dat wy daar jegens willende voorfien, hebben goedgevonden en verftaan mits deefen te ftatueeren, dat tot voorkooming en afdoening van alle disputen, die 'er tusfehen de Koornmoolenaars ten platten Lande en de refpeétive Bakkers en Opgezeetenen over het bemaalen van hunne Graanen zouden kunnen ontftaan, de refpeétive Koornmoolenaars verpligt zullen zyn zig precifelyk te gedragen na de Keuren en Ordres, die 'er op het bemaalen der Graanen in de Ambagten en Dorpen zya gefteld, en in cas 'er in de voorfchreeve Dorpen en Ambagten diesweegens de noodige voorfieninge niet is gedaan, dat zy zig alsdan zullen moeten reguleeren na de Keure, die 'er in de Hoofdftad van hun resfort op is geftelt, en dat het aan de refpeétive Opgezee¬ tenen , mitsgaders aan de Bakkers ten platten Lande vry zal ftaan, om in cas zy meinen door de voorfchreeve Moolenaars te zyn benadeelt, of in het bemaalen hunner Graanen qualyk bedient te zyn, de Keurmeesters die 'er in de voornoemde Steeden tot het doen van de proeven op het gemaale Graan worden geëmployeert, (ten zy in de voorfchreeve Ambagten en Dorpen reeds Keurmeesters voor het publiceeren deefes waaren aangefteld) ten kosten van on gelyk te ontbieden , en het voorfchreeve gemaale Graan door defelve te doen keuren, en dat in cas de Moolenaar bevonden mogt werden niet aan de voorfchreeve Keuren te hebben voldaan, defelve aan de refpeétive Bakkers en Opgezeetenen behoorlyke vergoeding van fchade zal moeten geeven. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguieere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 3 November 1758. (Onderftond,~) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent.,) C. BOEY. ijm Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de bepaaling, hoe verre een Weduwe uit kragte van een Oclroy om te testeeren, door haar te zamen met haaren overleeden man geobtineerd, na deszelfs dood mag difponeeren. Den 29 November 1758. Ontfangen een Misfive van den Raad van Vlaanderen, gefchreeven te Middelburgh in Zeeland den twee en twintighften der voorleeden maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden September daar te vooren, derfelver Advis op de Requeste van Pieternella Sonk, Weduwe van wylen Johannes de Sayer, overleeden den drie en twintighften Maart deefes jaars binnen Sluys in Vlaanderen, Boedelhoudfter ten voorfz. Sterfhuyfe, en Burgeresfe der voorfchreeve Stad; verfoeckende de Suppliante om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende gelieven te verklaaren, of haar Hoogh Mogende intentie was geweest, by het verleenen van derlèlver Oétroy aan haar Suppliante en aan haar voornoemden overleeden man op den neegen en twintigften Augufty zeeventien honderd neegen en twintigh, Iiii 2 de  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 621 Koopman te Amflerdam , zoo voor hem zelve als gequalificeert van een groot getal geinterestèerdens in de bekende agterftallige Lyfrenten ten laste van de Provincie van de Stad Groningen en Ommelanden, waar by aan haar Edele Groot Mogende in het breede heeft voorgedraagen, hoedanige middelen, zoo van vriendelyk verfoek en intercesfie, als van Juftitie, by hem zeedert den jaare 1752, tot hier toe omtrent welgemelde Heeren Staaten waaren aangewend om eenmaal voldoeninge van de voorlchreeve zoo deugdelyk verfchuldigde agterftallen te moogen erlangen, dog al wederom zonder het gewenschte effect, en vervolgens verfoekende haar Edele Groot Mogende protectie en fterke hand, als het eenigIte overig zynde middel om de geinteresfeerdens aan betaalinge te helpen en klagteloos te ftellen, ingevolge de Misfive dien aangaande by haar Edele Groot Mogende op den n November 17393311 de Heeren Staaten van de Provincie van Stad en Lande gefchreeven. En in agtinge genoomen zynde de allefmts doorflaende deugdelykheid van de gepretendeerde fchuld zelve, zoo als die by de geinteresfeerdens ten laste van de Provincie van Stad en Lande is geformeert, en welke zoodanig is, dat de Heeren Staaten van welgemelde Provincie nooit ietwes van eenige de minfte validiteit daar tegens hebben kunnen avanceeren, maar in tegendeel defelve volkomen hebben moeten advoueëren ,• daar beneevens de meenigvuldige intercesfien en aanmaaningen, welke hy haar Edele Groot Mogende ten behoeven van de voorfchreeve geinteresfeerdens by de Heeren Staaten van Stad en Lande in meenigvuldige occafien, zoo door Heeren Gedeputeerdens van haar Hoogh Mogende als fchriftelyk zyn in het werk gefteld, dog welke alle, offchoon met alle vriendelykheid en ernst gedaan, van weegens welgem. Provincie zyn gelaaten onbeantwoord, immeis zonder het alderminfte effect, gelyk laatftelyk nog is gebeurt omtrent de nadrukkelyke Misfive en Waaifchouwinge van haar Edele Groot Mogende van den n November 1739, op dat fubjeét aan meergemelde Heeren Staaten geaddresfeert; en voorts gelet zynde op al het geen zeedert en wel infonderheid van den jaare 1752, tot op deefen tyd toe, van weegens de voorgemelde geinteresfeerdens in defelve agterftallige Lyfrenten verders by de Heeren Staaten van Stad en Lande is verfogt en geinftitueert geworden, en ook op de Procedures by defelve geinteresfeerdens daar toe voor de hooge Juftitie - Kamer van welgemelde Provincie geintenteert, die volgens het nieuw gemaakte Reglement, en voor altoos vastgeftelde Wet op de zaaken van Politie en Juftitie by wylen zyne Doorlugtige Hoogheid Prins Willem de vierde, gïorieufer gedagtenisfe, den 27 November 1749 geëmaneert, haare behoorlyke loop hadden moeten houden, dog welke weg van Juftitie al meede door welgemelde Heeren Staaten aan de voornoemde ge¬ interesfeerdens is belet en toegeflooten *ewoden, en dat alfoo niets anders resteer omdefelve ongelukkige Ingefeetenen te helpen" dan eindelyk te refolveeren tot het veileenen van zoodanige protectie en fterke hand als waar door defelve in ftaat kunnen werden gefield van in deefe Provincie door den weg van Juftitie aan het haaren te kunnen geraaken, en waar van haar Edele Groot Mogende welgemelde Heeien Staaten van Stad en Lande bereids voor lange hebben gewaarfchouwt gehad. Js goedgevonden en verftaan, dat aan de voornoemde Jacob Roeters, zoo voor hem zelve, en als gequalificeert van een groot getal geinteresfeerdens in de bekende agterftallige Lyfrenten, ten lasten van de Provincie van de Stad Groningen en Ommelanden, zal werden gegeeven en verleent de noodige protectie en fterke band ter confequeering van derfelver deugdelyk agterweefen, en overfuiks, dat aan defelve Jacob Roeters in qualiteit voorfchreeve zal werden gepermitteert, de hand te moogen leggen op alle Effecten en Goederen, geene uitgefondert, welke hy binnen deefe Provincie zal kunnen bekoomen, en magtig werden, ende Heeren Staaten van welgemelde Provincie van Stad en Lande, of eenige Leeden, Steeden of Piaatfen van dien, of ook welaan eenigen of iemand derlngefeetenen van defelve Provincie in eigendom zullen toebehooren, om daar aan door dc gewoone weg van Juftitie in deefe Provincie gebruykelyk, voor zoo verre zulks zal kunnen ftrekken , te moogen verhaalen het deugdelyk agterweefen van de voorgemelde geinteresfeerdens , en dat defelve daar meede zal vermoogen te continueeren, tot dat de voorfchreeve fchalden geheel zullen zyn gequeeten en voldaan , of diesweegens van welgemelde Provincie eenig reedelyk genoegen zal hebben bekoomen, des dat de Suppliant van deefe Authorifatie en Permisfie geen gebruik zal vermogen te maaken, den meten na den eerften Oétober aanftaande, ten einde meergemelde Heeren Staaten als nog tyd mooge werden gelaaten, om het effect van deefe verleende retorfie door eene daadelyke en voldoende Refolutie te kunnen prasvenieeren. Dat voorts, om aan dat oogmerk des te beter te voldoen, nogmaals aan de Heeren Staaten van Stad en Lande by Misfive zal werden gereprefenteert, dat haar Edele Groot Mogende vertrouwen en verfeekert zyn, dat aan de Heeren Staaten van Stad en Lande zoo zeer als aan haar Edele Groot Mogende zelve zullen bekend zyn de meenigvuldige welgefundeerde klagten, die in voorige tyden genoodfaakt zyn geweest te doen van weegens de Ingefeetenen deefer Provincie, Eigenaaren der Lyfrenten ten behoeven van de Provincie van Stad en Lande genegocieert, voor de wanbetaalinge van de voorlz Lyftenten, welke f meerendeels zeedert den jaare 1685, onbe| taald zyn gebleeven, en dat daaromme haar | Edele Groot Mogende hooggemelde Heeren Iiii 3 Staa-  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 62% ganschelyk teegens haare geneegentheid, en niet als door de uiterfte nood geperst, tot het neemen van de voorlchreeve Relblutie gekoomen zyn, en waar van de i ieeren Staaten van Stad en Lande als eene van haare Bondgenooten, de zaaken thans nog in haar geheel zynde , ook by deelen voor af wel hebben willen waarfchouwen, ten einde, gelyk daartoe haar Edele Groot Mogende derfelver gantsch vrundelyk dog niet te min zeer ernstig verleek hier by voegen, de I Ieeren Staaten van Stad en Lande het werkftcllig maaken van dien zouden kunnen en gelieven te voorkomen door eene fpoedige en vrugtbaare te neemen Refolutie, om aan de voorfchreeve haare wettige Crediteuren als nog een billyk genoegen te geeven , en waar omtrent haar Edele Groot Mogende zig te meerder vermeinen te mogen flattecren, door dieft het kennelyk is, dat de Heeren Staaten van Stad en Lande wel middel hebben weeten te vinden, om haare eige Ingefeetenen over defelve fchuld buiten klagten te Hellen, en dat ook nog fuccesfivelyk by defelve aan deefe en geene perfoonen betaalingen van agterftallige Lyfrenten zyn gedaan geworden ; terwyl by dit alles haar Edele Groot Mogende de Heeren Staaten van Stad en Lande ook wel kunnen verfeekeren, dat na alles dat gepasfeert is, de voorfchreeve fpoedige en vrugtbaare Refolutie alleen in ftaat zal konnen zyn de verdere gevolgen van haar Edele Groot Mogende voorfchreeve genoome beiluit te pneveniceren, en ook alloo te verhoeden alle meerdere onaangenaamheeden, die door eene langer weigering, tegens alle regt en bilfykheid aan, hier over tusfehen haar Edele Groot Mogende en de Heeren Staaten van Stad en Lande zouden kunnen ontftaan dog waar van haar Edele Groot Mogende! volgens al het gunt in deefen gedaan hebben' zig volkomen vry kennen en onfchuldig houden, en die alleen te wyten zullen zyn aan de eige concluïtes van de Heeren Staaten van Stad en Lande, die al het zelve door deele laatfte vrindelykc pasfe van haar Edele Groot Mogende als nog kunnen voorkoomen, indien by defelve maar een waare geneegentheid is om op deefe of geene genoegdoende wyfe een reëel en billyk genoegen te willen geeven aan de zoo meenigwerf herhaalde veriöeken van voorfchreeve geinteresfeerdens, daar toe aan de Heeren Staaten van Stad en Lande zelve gedaan , en aan de zoo iterative en ernstige in* ftantien dien aangaande door haar Edele Groot Mogende aan welgemelde Heeren Staaten voorgehouden , dog waar van tot derfelver lecdweefen nooit eenig ander effect, hebben konnen befpeuren, dan het gunt hier vooren in het breede is aangeweefen, en waar door haar Edele Groot Mogende om regt te doen aan haare Ingeleetenen, en de verdere ruïne van zoo veele ongelukkigen te voorkoomen , tot dit uiterfte zyn gepermoveert, en als het eenigfte overig zynde middel zyn genoodzaakt geworden. En zal Extract, van deefe Refolutie, voor zoo verre de voorfz. verleende authorilatie en permisfie aangaat, werden gegeeven aan den voornoemden Jacob Roeters, zoo voor hem zelve als in zyne qualiteit, om zig daar na te reguleeren, en zig daar van te bedienen daar zulks van nooden zal zyn. 20. Refolutie van de Staaten Géneraal'9 waar by Voogden geauclorifeert worden, om de penningen hunner Pupillen in Generaliteits Obligatien te mogen aanleggen. Den 10 July 1759. Ontfangen een Misfive van den Raad van Vlaanderen gefchreeven te Middelburg in Zeeland dcn tweeden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den agtften der voorleeden maand, derfelver Advis op de Requefte aan haar Hoogh Mogende geprefenteert by Leendert van Oostdorp, woonende inde Helena polder, Lande van Biervliet, en Cornelis Janfe Verplanke, woonende in den Polder het Vogelfchor, Neufer Ambaght, in qualiteit als Testamentaire Voogden van de minderjaarige Erfgenaamen van Anna van Dyck, Weduwe van wylen den Burgemeefter Francois van Oostdorp, der Supplianten Moeder en Schoonmoeder refpeétive, houdende, dat onder hun in hunne voorfchreeve qualiteyt waaren berustende verfcheyde Capitaalen hunne Pupillen competeerende, welcke zy Supplianten gaarne ingevolge het neegen en dertighfte Articul van de Ordon¬ nantie op de Weeskamer van Axel gearrefteert, en door haar Hoogh Mogende op den derden October zeeventien honderd vyf en dertigh geapprobeert, en welcke te Biervliet meede locaal was, hadden aangeleght in het aankoopen van onroerende Goederen, het zy Huyfen, Landen en Tienden, &c. of aan Particulieren op Interest gegeeven, onder cautie van twee fufhfante Borgen, dan dat zulcks aan haar Supplianten by gebreck van geleegendheyd abfolut onmogelyk was geweest; dat zy Supplianten gaerne die penningen zouden aanleggen tot het aankoopen van Provinciaale of Generaliteyts Obligatien, dan dat zy Supplianten zwaarigheyd vonden zulcks te doen, zonder daar toe te hebben geobtineert haar Hoogh Mogende authorifatie, te meer, om dat by het gemelde neegen en dertighfte Articul van de voorfchreeve Ordonnantie desweegens nietI wes wierd bepaald; verfoeckende de SuppliI anten derhalven haar Hoogh Mogende autho- ri*  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 625 22« Publicatie van de Staaten van Holland hou¬ dende een generaal bejlag op alle de Efféien en Gelden van Groningfche Ingezeetenen, tot lècuritelt der Geintresfeerdens in de agterjlallige ƒ f renten ten lasten der Provincie van Groningen Den 1 November 1759. De Staaten van Holland en West vriesland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Dat de Heeren Staaten van de Stad Groningen en Ommelanden in vroeger tyden voor en ten behoeven van defelve Provincie van veele Ingezeetenen binnen deefe Provincie hebbende genegotieert en opgenoomen importante fomrnen van Penningen op Lyfrenten, onder de gewoone verbintenisfen, na luyd der Brieven daar van aan de Geinteresfeerdens geëxtradeert, defelve Fleeren Staaten al van den beginne af aan, zeer gebrekkelyk aan haare beloften hebben voldaan, en verders van tyd tot tyd daar meede zoodanig zyn ten agteren gegaan, dat defelve Lyfrenten met den jaare 1685, en vervolgens, meerendeels hebben gelaatenonbetaalt, waar van dienvolgende de gefaamentlyke welgefundeerde pretenfien tot eene notabele fomma, veele tonnen Gouds importeerende, zyn geaccresceert. Dat gelyk opgemelde Heeren Staaten met dit alles egter daar toe nimmer hebben kunnen refolveeren, om de deugdelykheid van defelve fchulden eenigfmts in twyffel te trekken of te willen teegenfpreeken, alfoo t'elkens wel hebben willen aanhooren de welgefundeerde klagten over de wanbetaahhge door de Geinteresfeerdens aan haar gedaan, zoo als ook de meenigvuldige follicitatien en reprefentatien dies weegens door alle tyden heen, en zonder ophouden, by ons daar toe geëmployeert, en welke verfcheyde maaien by haar Ploog Mog. zelve zyn geappuyeert, dan dat al het zelve, buyten en behalven de weinige betaalingen, welke daar op, veele jaaren geleeden, zyn gevolgt, wanneer men in deefe Provincie dien aangaande met nadruk heeft beginnen te procedeeren, is geweest van geen het mimte fucces, terwyl het opgemelde Heeren Staaten, die wel middel hebben weeten te vinden haar eygen Ingezeetenen genoegen te doen hebben, nooit aan pretexten heeft ontbrooken, om defelve zaaken, ten opfigte van de Geinteresfeerdens in deefe Provincie, te doen traineeren , onder geduurige beloften van ten fpoedigfte en met alle ernst haare deliberatien te zullen voortfetten, om eenmaal defelve buyten klagten te doen verblyven, dog van alle welke zoo folemneele gedaane toeleggingen nimmermeer ietwes tot effect is gebragt, en omtrent welkers weinige Terieufe intentie wy ten vollen zyn geperfuadeert geworden, wanneer laatftelyk ons is gebleeken, dat, offchoon wylen zyne Doorlugtige Hoogheid, hoogloffelyker memorie, by authorifatie en overgifte van VUL Deel. hooggemelde Heeren Staaten, de zaaken van Politie en Juftitie by eene altoosduurende Wet en Regiement in den jaare 1749 binnen de voorfchreeve Provincie hadde gebragt op eene billyke en vaste grond, en de voorfchreeve Geinteresfeerdens, in conformité van dien, defelve Heeren Staaten over haar agrerweefen in Juftitie hadden aangefprooken en geroepen, en verfcheyden jaaren de noodige procedures over deefe wettige fchuld voor de hooge Juftitiekamer aldaar teegens defelve hadden voortgefet, opgemelde Heeren Staaten de condemnatie in Juftitie niet weetende te ontgaan , zelfs die geenen zyn geweest, welke teegens die vastgefteide Wet aan, de deur van de Juftitie voor de gemelde Geinteresfeerdens eigener authoriteit hebben geilooten; zonder dat zelfs daarenbooven de hooge intercesfie van wylen haare Koninglyke Hoogheid, gïorieufer gedagtenis, in die tusfehentyd te meermaaien tot quyünge, immers tot behoorlyke fchikkinge van deefe regtmaatige fchuld, voor defelve Geinteresfeerdens aan welgemelde Heeren Staaten gedaan, zoo veel heeft konnen effectueer en, dat defelve zig tot eenige de minfte vriendelyke enbetamelyke arrangementen hebben gelieven in te laaten. Dat overfulks de voorfz. zaak op die wyfe ziende behandeld, en in zoodanige fituatie gebragt, welke niet alleen nimmer onder Bondgenooten behoorde plaats te vinden, maar welke ook vertrouwt werd, dat nergens, nog ook na eenig regt, met de naam van goede trouwe zal konnen beftempelt werden, wy dienvolgende na dit alles, volgens het regt en billykheid, en op voorige exempelen, hebben geoordeeld ons niet anders overig te zyn, dan aan defelve Geinteresfeerdens eindelyk te moeten verleenen de fterke handen proteaie, op die 'wyfe als by hun te werk is gelegt, als het eenige middel om daar door aan haar deugdelyk agterweefen te kunnen geraaken, dan waar toe wy nog geenfmts zyn gekoomen, als na dat welgemelde Heeren Staaten een geruymen tyd bevoorens daar van hebben gewaarfchouwt, ten eynde op een reedelyke wyfe zulks zouden willen voorkoomen, dog waar op al wederom niets is gevolgt, dan alleen dat by eene onvriendelyke Refcriptie en op eene gantsch ingratieufe wyfe vyftien per cento van het voorfz. agterweefen hebben durven prefenteeren; een aanbiedinge naauwlyks toereikende tot de onkosten by de Geintereslèerden in zoo veele jaaren ter invordering van dien gefupporteert. En nademaal wy booven dit alles met zeer veel bevreemdinge zyn ontwaar geworKkkk den,  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 627 23. Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende advertentie, dat het doen van nieuwe Arresten op goederen van Groningfche In* gezeetenen tot den 1 Juny werd gejurcheerd. Jjm 14 Aprü 17Ó0. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland; Allen de geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Nademaal haar Edele Groot Mogende de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland by Refolutie van den 13 Maart deefes jaars, genoomen ophetfubject der agteiftallige Lyfrenten, door de Heeren Staaten van Stad en Lande aan de Ingezeetenen van deefe Provincie verfchuldigt , hebben gelieven te verklaaren, dat haar Edele Groot Mog. uit toegeeventheid voor de intercesfie der Bondgenooten, en om te doen zien hoe zeer zy aan de Provincie van Stad en Lande ten besten willen te gemoét koomen, niet ongeneegen zyn, mits hetzelve alvoorens in de Provincie van Stad en Lande, ten reguarde van de Ingezeetenen van deefe Provincie, zal gefchied zyn, om, blyvende alle de Arresten, zoo generaale als fpeciaale, die gedaan zyn, van volle kragt, by eene Publicatie te doen adverteeren, dat van doen af aan tot den 1 Juny aanftaande geene verdere Arresten op eenige - Scheepen, Goederen of Effecten, de Ingezeetenen van de Provincie van Stad en Lande toebehoorende, zullen gedaan werden, ten einde daar door, by provifie, alle Commercie in zoo verre weederom open en vry te ftellen, en om aan de Heeren Staaten van Stad en Lande, desnoods, een overvloedige tyd te laaten, om zig op de cordaate offertes van deefe zyde gedaan, te konnen bedenken, en deefe zaak op eene billyke voet tot een volkoome afkomfte te konnen brengen, indien by opgemelde Heeren Staaten daar toe een finceere inclinatie is re¬ fideerende, met die expresfc voorbehouding nogtans, dat, de voorfz, tyd vrugteloos verloopen zynde, haar Edele Groot Mog. nog de Geinteresfeerdens aan deefe gedaane prefentatie geenfmts verders zullen gehouden zyn, en aan haar referveeren, omme daar na alle zoodanige verdere bequaame middelen weederom by de hand te neemen, als zy tot deeindelyke voldoeninge van deefe pretenfien meest, oirbaar zullen vinden; En wy geinformeert' werden, dat de Heeren Staaten van Stad en Lande door derzelver Publicatie van den 3 deefer loopende maand aan de mits, in opgemelde haar Edele Groot Mog, Refolutie vervat, als nu hebben voldaan. Zoo is 't, Dat wy, uit kragte van de authorifatie ons by voorfz. Relblutie verleend en met overleg van de Heeren Gedeputeerden van deefe Provincie ter Generaliteit, goedgevonden hebben by deefe allen en een iegelyk te adverteeren, dat, blyvende alle de Arresten, zoo generaale als fpeciaale, die voor dato van deefe onfe Publicatie zyn gedaan, in volle kragt en vigeur, van nu af aan tot den 1 Juny aanftaande geen verdere of nieuwe Arresten binnen deefe Provincie op eenige Scheepen , Goederen of Effecten, de Ingezeetenen van Stad en Lande toebehoorende, zullen werden gedaan 5 wordende ten dien einde gëduurende die tyd alle Commercie by provifie in zoo verre weederom open en vry gefteld. En op dat niemand hiervan ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat de. fe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoort en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 14 April 1760. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (PFds geteekent p) £. CLOTTERBOOKE. Kkkk 2 Pu*  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. fc* even zoo als wy het zelve by onfe Refolutie van den 20 Maart id8o aan de Bakkers hebben vergunt gehad: Soo is 't , Dat wy, zoo veel doenlyk aan het voorfchreeve verfoek willende te gemoet koomen, goedgevonden en verftaan hebben te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat aan de Grosfiers of Slyters in fterke Dranken binnen deefe Provincie, zoo tegenwoordi¬ ge, als toekoomende, voortaan zal werden vergunt het regt van preferentie op de Boedels van Flesfiaanen, tot zoo veel als bedraagen zal hunne betaalde en verlchooten Impost' En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, zoo begeeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande, den 12 September 1760. (Onderft ond,j Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekentf) ARIS v. d. MIEDEN. *l6. Conventie tusfehen de Staaten van Holland en de Staaten van Stad en Lande, betrekkelyk de differenten over de wanbetaaling der Groningfche agterftallige Lyfrenten. Den 2? September '17 60. De Raadpenfionaris heeft uit de naam van de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteit weegens de differenten tusfehen deze Provincie en die van Stad en Lande over de wanbetaaling der Groningfche agterftallige Lyfrenten ontftaan, ter Vergadering gerapporteert , dat de zaaken ter Generaliteit eindelyk zoo verre waaren gebragt, dat zy het genoegen hadden aan haar Edele Groot Mogende te communiceeren, dat de gemelde differenten eindelyk gelukkig waaren getermineert geworden, en desvveegens een Conventie gecoucheert, die op heeden nog was geteekent, en hier agter is.geinfereert; met verfoek, dat haar Edele Groot Mog. ingevolge het tiende Articul van defelve Conventie, het zelve gelieven te ratificeeren, ten einde de Ratificatien der wedcrzydfche Heeren Staaten daar op tegens den anderen kunnen worden uitgewisfelt. CONVENTIE. Alzoo tusfehen de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland ter eenre, en de Heeren Staaten van Stad en Lande ter andere zyde, differenten en oneenigheeden waaren gereefen, over en ter zaake van de agterftaUige Lyfrenten aan verfcheide Ingezeetenen van Holland en Westvriesland ten laste van de laatstgemelde Provincie competeerende, en de Heeren Staaten van eerstgemelde Provincie niet ongeneegen zyn geweest om, in plaatfe van op de volle en dadeb ke voldoeninge der geheele zoo deugdelyke en geagnosceerde pretenfien hunner onderdaanen te blyven insteeren, uit deference voor de intercesfie der Bondgenooten en in aanmerking van de befwaarende toeftand, waar in de Finantien van de Provincie van Stad en Lande zyn geraakt, de gereefene differenten door een convenabel aecommodement te doen cesfeeren en uit de weg te ruimen, gëlyk dan ook de Heeren Staaten van Stad en Lande zig meede bereid hebben getoond tot het ampleéteeren van zoodanige middelen, waar door de fubfifteerende verfchillen op een billyke enasquitable voet getermineert, en alle klagten weegens wanbetaalmge voor het vervofg geprevenieeit zullen konnen worden. Zo o is 't, dat wyondergeteekenden als Gedeputeerden, uit naam en van weegens de hooggemelde Heeren Staaten, mitsgaders uit kragte van de fpeciale lasten authorifatie ons ten voorfz. einde respectivelyk verleend, na veelvuldige gehoudene conferentien, op intercesfie en door tusfchenkomftV van de Heeren Gecommitteerdens van haar Hoog Mogende de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Neederianden, met den anderen zyn overeengekomen en verdraagen in de Pointen en Articulen hier na volgende. Art. I. Dat door de Keeren Staaten van de Provincie van Holland en Westvriesland, voor en ten behoeve van haare onderdaanen in de agterftallige Lyfrenten ten laste van de Provincie van Stad en Lande geconcerneert, tot volle quytinge van . derzelver pretenfien genoegen genoomen zal worden met de betaalinge van tien Kkkk 3 per-  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. 631 fecteerd cn verbonden word by deefe, het rendement van de Impofitie op de Tabak, bedraagende, tien jaaren door den anderen gereekent, jaarlyks de fomma van vyf en veertig duyfend vyf honderd zes en veertig guldens, zoo en in diervoegen als het zelve middel althans binnen de gemelde Provincie word geheeven, of in het vervolg geheeven zoude moogen worden. V II. Dat de voorfz. Impofitie op de Tabak, voortaan zullende dienen tot een fonds, waar uit de jaarlykfehe Interesfen der uit te geevene Obligatien zullen moeten vervallen, ten aanfien van dat fonds zal worden geconditioneert en overgegeeven , zoo als geconditioneert en overgegeeven word by deefe : eerftelyk, dat de gemelde Impofitie, zoo lang defelve Obligatien niet zullen weefen afgelost, voor het geheel, en zonder eenige vermindering of discontinuatie in train zal worden gehouden; ten anderen, dat het provenu van dien, nu nog nooit, tot eenige andere gebruiken geëmployeert, nog daar uit eenige andere betaalingen zullen moogen worden gedaan, voor en aleer de voorfchreeve jaarlykfehe Interesfen aan de Houders der Obligatien zullen weefen voldaan en afbetaald; ten derden, dat daar toe, gelyk meede tot naakoominge van de geheelednhoud der Obligatien, by Eede zullen worden verbonden de lïeeren van de Reekenkamer mitsgaders den Ontfanger Generaal, en allen die geenen aan wien de maniantie van de Provinciale Kasle is toevertrouwt, zonder dat defelve daar van om eenige reeden in gebreken zullen moogen blyven, of daar omtrent eenige ordres, van wien het ook zoude moogen zyn, al was het van haar Heeren Staaten zelfs te moogen refpeefteeren, onder welke verbintenisfen derfelver Succesfeuren in officio, in der tyd meede zullen worden gebragt: zullende van de voorfz. onder Eed neeming aan haar Edele Groot Mogende de Heeren Staaten van Holland en WestVriesland kennisfe worden gegeeven. En dat laatftelyk door gemelde Heeren Staaten aan haar Edele Groot Mog. om de twee jaaren zal worden overgefonden een precife ftaat van het provenu van het voorfz. Middel, ten einde wanneer het zelve in tyd en wylen eenig notabel decres mogte ondergaan, als dan met ouderling overleg, een ander fonds tot fuppletie van het gemis moge worden beraamt en vastgeftek. VIII. Dat aan de Houders der voorfz. Obligatien zal worden vrygelaaten, zoo als aan defelve word vrygelaaten by deefe, om, indien door de Heeren Staaten van Stad en Lande tegens eene der voorge¬ melde ftipulatien en verpligtinien mogte worden ingegaan, of niet worden nagekomen, als meede ook ingevalle twee jaaren of daar boven, de gemelde Provincie in gebreke mogte blyven de Interesfen van de voorfz. Obligatien binnen Amfterdam te laaten betaalen en voldoen in een van defelve gevallen, en anders niet,, het geheele Capitaal der Obligatien aanftonds te mogen opeisfehen, wordende van weegens welgemelde Heeren Staaten by deefe wel expresfelyk beloofd en aangenoomen, om in dien gevalle het geheele Capitaal met de daarop verloope Interesfen binnen Amfterdam af te betaalen, en in promptis te zullen voldoen. I X. Dat nademaal de Lyfrenten, waar over de pretenfien van de Hollandfche Crediteuren zyn gevallen, origineelyk geconftitueert zyn geweest, in voldoening van zoodanige gelden, welke aan de Provincie van Stad en ..Lande in de allerbekommerlykfte tyden tot weeringe van den Vyand, en tot befcherming van de Perfoonen, Regten en Befittingen der Ingefeetenen van gemelde Provincie zyn opgefchooten, en ook met 'er daad tot deefe einden zyn geëmployeert, o verluiks het ten allen tyden, en by alle geleegentheeden daar' voor zal worden gehouden , dat de uit te geeven Obligatien altoos zullen zyn en blyven van alle zoodanige natuur , kragt en uitwerkinge als de primitive Lyfrenten, in welkers plaatfe defelve Obligatien als nu zullen fubintreeren, wordende dienvolgende van weegens haar Edele Groot Mogende de Heeren Staaten van Holland en WestVriesland wel uitdrukkelyk aan zig gereferveert de magt en faculteit, om indien welgemelde Heeren Staaten van Stad en Lande t'eeniger tyd, onverhooptelyk, en teegens alle verwagting in gebreke mogten blyven aan den inhoud van deefe Conventie te voldoen, als dan ter erlanging van het effect, van dit geconvenieerde, zoodanige middelen by de hand te neemen, als daar toe dienftig en convenabel zullen oordeelen; gelyk meede de Heeren Staaten van Stad en Lande ter andere zyde verklaaren aan zig te referveeren van te zullen blyven onverminderd in haare fustenue ten aanfien van het by hun gedeclineert perfoneel en re' ëel verband der particuliere Perfoonen en Goederen van derfelver Ingefeetenen, en niet gereekent zullen wordeö daar van eenigfints afgegaan te zyn. X. Dat uitterlyk binnen den tyd van agt dagen, na dat by de Heeren Staaten van Stad en Lande door het furnisfement der contante Penningen, en het uitgeeven der Obligatien aan het derde en vierde Ar-  Civiele Wetten, Rechtzaaken, &c. resfeert, die tot hief toe nalaatig mogten zyn geweest hunne pretenfien als booven op te geeven, by deelen te waarfchouwen, om als nog binnen den tyd van drie weeken na de publicatie deefes, daar van behoorlyke opgaave te doen aan den voornoemden Jacob Roeters, als Geraagtigde van alle de tot hier toe bekende Geinteresfeerdens, of wel zig ten dien einde by de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Stad en Lande alhier in 's Hage te vervoegen, op pcene dat de geenen die daar van binnen den voorfchreeven tyd in gebrecken zouden moogen blyven, van defelve hunne pretenfien voor altoos zullen weefen verftooken, en dat aan defelve zal werden geimponeert, zoo als nu voor als dan gcimpo- neert werd by deefe, een eetiwigduurend ftih fwygen en ftlentium: Ten waare noctans de reeden van uitlandigheid of eenige andere wettige oorfiak zoude kunnen werden geallegueert als wanneer de Geinteresfeerdens .zig m zoo* danig geval bevindende, zelfs na expiratie van de voorlchreeve tyd, zullen vermoogen hun te addresfeeren aan de Heeren Staaten van Stad en Lande, en van defelve de betaalinge op den voet van de voorgemelde Conventie zullen erlangen. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande, den 30 Oef ober 1760. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekentf) AR1S v. d. MIEDEN. a8. Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot Interpretatie van de dubiëteiten, dewelke, omtrent de Preferentie der Hypothécarisfen, op Scheepen, Schuiten, of Vaar'tuigen, die, wegens begaane Fraude van 'sLands Gemeene Middelen van Confumtie, worden verbeurdt verklaardt, zouden mogen ontftaan. Den 8 December 1760. De Staaten van Zeelandt; Allen den geenen, die deefe zullen zien, of hooien leelèn, Salut! doen te weeten: Dat wy, tot Interpretatie van alle dubiëteiten, dewelke omtrent de Preferentie der Hypothécarisfen, op Scheepen, Schuiten, of Vaartuigen, die, wegens begaane Fraude van'sLands Gemeene Middelen van Confumtie, worden verbeurdt verklaardt, zouden mogen ontftaan, hebben goedgèvonden te verklaaren, en te ftatueeren , gelyk wy verklaaren, en ftatueeren by deefen: dat de Eigenaars der Capitaalen, voor welke eenige Scheepen, Schuiten, of Vaartuigen zyn gehypothéqueert, in cas van aanhaalinge, en verbeurdt verklaaringe van defelve, wegens begaane Fraude van onfe Gemeene Middelen van Confumtie, op het provenu van zoodaanige Scheepen, Schuiten, of Vaartuigen, zyn gepr&fereert. Gelyk wy egter, tot voorkoominge van alle finiftre, en verkeerde praéfyequen, die in het opfchieten van Gelden, op Scheepen, Schuiten, of Vaartuigen, zouden konnen worden gepleegdt; verder hebben goedgevonden, by deefen te ftatueeren: dat,in cas van verVIII. Deel. koopinge van eenige verbeurdt verklaarde, en gehypothéqueerde Scheepen, Schuiten' of Vaartuigen, de Schippers van defelve, boven en behalven de boete en prenen, in welke, volgens onfe Generale en Particuliere Ordonnantiën, op de Gemeene Middelen geëmaneert , en fpeciaal onfe Placcaaten, van den 04 September 1755, en 8 Oétober 1756, moeten worden gecondemneert; nog zullen gecondemneert moeten worden, in de betaalinge van de volle fomme, waar voor zoodaanige Scheepen, Schuiten, of Vaartuigen, zullen weefen verkogt; te weeten indien het rendement minder, of maar even veel mogt bedraagen, als het daar op gefchoten Capitaal: Dog ingeval het provenu van de voorfz: Vaartuigen, meerder dan het daar op gefchoten Capitaal, mogt koomen te rendeeren; zal zoodaanigen Schipper, nog daar en boven moeten worden gecondemneert, in het montant van het voorfz: opgefchoten Capitaal: zullende alle de voorfz. boeten en breuken worden geappliceert en bekeerdt, zoo, en indiervoegen, als by onfe voorfz. Ordonnantiën en Placcaaten, refpeétivelyk, is geftatueert. L 111 Ein-  .Aangaande crimineele zaaken. 635 tttö moctwilficheeden, vechtcrycn ende andere diergelycke baldadicheyden, alle defelve boosheyden zoo vermeerderden ende toenamen , dat hoocfo nodich ware by ons naerder daer inne te worden voorfien. Z o o is 't, Dat wy by Advyfe ende goetVinden van onfen lieven ende ghetrouwen den Prefident ende Raden in den Hove van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslandt, gheordonneert ende gheftatueert hébben, ordonneeren ende ftatueeren by defen, de Poinéren ende Articulen hier na volgende: willende dat defelve in onfen Stede, Lande ende Bailliufchappe van Woerden zullen worden gheachtervolcht, naergckomcn, ende onverbrekelick geobferveert. Art. T. In den eerften, wanneer binnen 't resfort van de Bailliufchappe van Woerden, twee ofte meer oneens teghens den anderen wordende, malkanderen met vuyften llaen, defelve zullen verbeuren drie guldens, doch yemandt van hen konnende bewyfén, dat een ander eerst toegheflaghen heeft, die zal vry zyn, ende zal den anderen de boeten heel moeten betaalen. I li Die zyn mes ofte ander geweer in 't gekyf ofte anderfints in ernftighen moede op yemandt treckt, ofte met ftocken, kannen, fteenen ofte eenich ander dinck, daar men yemandt mede qtietfen ofte zeer doen mach, naer yemandt flaet, fmyt, fteeckt, ftoot, werpt, ofte daar mede dreycht, ofte poocht te llaen, fmyten, fteecken, ftooten ofte werpen, zonder yemandt te guetlen, die zal verbeuren zes ponden. I I I. Maer zoo hy yemandt komt te quetfen, ende het gheen keur-wonde is, zal verbeuren negen ponden. I V. Ende een keur-wonde zynde, zal verbeuren twaelf ponden. V. De keur-wonde is een lidt diep, ofte twee leeden lanck. VI Den eerften Aenvechter zal de voorfchreeven boeten moeten betaalen, ende zoo het niet ghewisfelyck is, wie het geweest is, zullen partyen die famen wyfen. V II. Dan waert zaecke dat de gewonde met eene ghetuygen konde bewyfen d'eerfte aggresfie by zyn weeder-partye gedaen te zyn, 't zelve oock affirmerende by Eede, defelve zal als dan van de boeten werden geabfolveert, ende zyn weder-partye daer inne gecondemneert, VIII. Zoo wie yemandt in 't aenficht fpuyt met quade moede, defelve verbeurt zes ponden. I X. Die met quaden, oft evelen moede aen ye- mandts deure ofte veynfters ftoot, fteeckt ofte fmyt, met voeten, mesfen, ofte andere wapenen , zonder yemandt te quetfen, ofte vorder te procedeeren, defelve zal verbeuren twintich ponden. X. Ende kompt hy daer met fortfe inne zon» der yemandt te misdoen, zal als dan verbeuren veertich gulden, ende voorts arbitralycken gecorrigeert worden. X fi Maer daer inne wefende, ende yemande misdoende met uyt-drift ende andere fortfe, zal verbeuren zyn lyf, ende indien yemandt binnen denfelven huyfe hem te neder leydt, zal daer niet aen verbeuren, maer zal gehouden worden voor noot-were. X I I. Die in yemandts glafen fmyt of werpt, uyt evelen moede, zal verbeuren twintich ponden. XIII. Gelycke boeten van twintich ponden zal verbeuren den gheenen, die met evelen moede met fteenen, of diergelycke dinghen langhs de ftraaten of weghen werpt, of met mesfen of anderen gheweer in de ftraaten ofte weghen loopt fchrappen ende fnyden. X I V. Ende indien yemandt eenighen onpartydighen perfoon, ofte andere zyn weg gaende op eenighe ftraaten ofte wegen aenrandt, ende onweerlycken aangrypt, ofte anderfints met eenigh geweer ofte ander dingh fmydt, fteeckt, werpt ofte flaat, of dreycht te fmyten, fteec* ken,üaen, ofte werpen, 't zy hy hemquetst ofte niet, zal verbeuren dertich ponden, ende daer en boven arbitralycken ghecorrigeert werden na geleegentheyt van de zaecke. X V. Niemandt zal moghen eenighe langhe opfteeckers ofte Broodt-mesfen draghen of by hem hebben, dan van zeven duymen, ende daer beneeden de temmeren, op een boete van twaelf ponden. XVI. Dierghelycke boeten zullen verbeuren, die eenighe langhe mesfen-binnen't voorfchreeve Bailliufchap verkoopt, ofte te verkoopen brenght. XVII. Ende zoo wie met langher mesfen als vooren bevonden, ofte overtuygdt werdt ghevochten, ofte eenige moetwil bedreven te hebben, zal boven de voorfchreeve thien ponden noch verbeuren de helft meer, als hy anderfints ghedaen zoude hebben, indien zyn mes boven de behoorlycke lenghte niet gheweest en ware. X V i I L Die een ander flaet ofte quetfte, om dat hy over hem de fleeren gheclaecht, ofte jegens hem ghetuycht hadde, ofte dat hy teghens hem in rechte ftaet, die verbeurt zyn rechterhandt, oft zal anders ghecorrigeert worden nae gheleegentheyt van der zake. LUU XIX.  Aangaande crimineele zaaken. nieren te berghen, op poene van Lyf ende Goet te verbeuren by den geenen die bevonden zal werden contrarie van dien ghedaen te 637 hebben, zonder dat eenigh verloop van tyd at wast oock van veel jaren, hen luyden eenighfints te bate zal komen ofte verlchoonen Gedaan in den Haghe, den negenden February anno 1623. In kennisfe van my F. CRI EP. 4« Puhkcatte van den Hove van Holland, ter ontdekking van R. en W. van Oldenbarnevelt, A. van der Dusfen, David Coorenwinder, en A. en L Blancert, ah fchuldig aan con/piratie teegen den Staat. Den 16 February 1623. 5 Alfoo naer de Publicatie den neegenden deefer maent, ter ordonnantie van den Hove van Hollandt ghedaen, van de ontdeckinghe der zeer grouwelyke ende fchandelycke Conspiratie, teghens den Staet en Welvavaren van 't Landt, bevonden is daer van mede Beleyders ende Aendryvers gheweest te zyn Rey nier van Oldenbarnevelt, Heere van Groeneveldt: Willem van Oldenbarneveldt, Heere van Stoutenburch: Adriaen van der Dusfen, woonende tot Rotterdam: David Coorenwinder, ghewefene Secretaris van Berckel: Abraham Blancert, ende Jan Blancert, beyde woonende tot Leyden, die welcke mitsdien alle mede latiterende, ende zulex niet te bekomen en zyn. Zoo is 't, dat \ voorfz. Hof by defen verwitdght eenen iegelycken dat de ghene, die defeive perfoonen, ofte eenighe van dien, zal komen te openbaaren ende aenbrenghen, zulex dat d'zelve levendigh in handen van de Juftitie moghen geraecken, zal vereert worden, in regard van de voornoemde Reynier ende Willem van Oldenbarnevelt, mitsgaders Adri¬ aen van der Dusfen, elcx mette fomme van vyf duyfent Karolus Guldens: van Coorenwinder mette fomme van vier duyfent, ende van Abraham ende Jan Blancert, elcx van zes hondert ghelycke guldens: Ende zullen boven alle t' zelve ghenieten impuniteyt van 't zelve delief, indien zy luyden daer aen mede fchuldigh zouden mogen wefen. Lastende ende bevelende oock eenen ieghelycken wel expresfelycken, die zouden moghen weeten, waer eenighe van de boven genomineerde perfoonen hen onthouden, dat zy defelve datelyck ende fecreetelyck aen den Hooft-Officiervan de plaetfe aenbrenghen: Ende interdiceert ende verbiet mede eenen ieghelycken, eenige van de voornoemde perfoonen te logeeren, huyfen, hoven ofte in eenigher manieren te bergen: Alles op poene van Lyf ende Goet te verbeuren by den ghenen, die bevonden zal worden contrarie van dien ghedaen te hebben, zonder dat eenigh verloop van tyd, al wast ook van veel jaaren, henluyden eenichfints te bate zal komen, ofte verfchoonen. Gedaan in den Haghe, den zesthienden February, anno zesthien-hondert drie ende twintigh. In kennisfe van my, F. C R I E P. 5« Publicatie van den Hove van Holland, ter ontdekking van den Perfoon van Bernardus Dwinglo, teegen zyn bannisfement deeze Landen frequenteer rende. Den 11 April id23. Alfoo by den Hove van Hollandt bevonden is, dat Barnardus Dwinglo, eertyds Predicant tot Leyden, ende neffens eenighe andere Predicanten uyt defe Landen mede gebannen , hem niet alleen en heeft onderftaen, contrarie van dien, defelve Landen te frequenteren , ende heymelycke Predicatien aldaer te doen, maer oock boven dien, beneffens anderen, te helpen beleyden ende aenwenden verfcheyden confpiratien jegens den Staet ende Regieringhe van defelve Landen: Z o o is 't, dat 't voorfz. Hoff by deefen eenen ieghelicken doet verwittigen, dat de geene die den voorfz. Dwinglo zal komen te openLlll 3 ba-  Aangaande crimineele zaaken. Placcate te procederen tot executie van dien, zulcks als vooren, zonder eenighe conniventie of disfimulatie. Gedaen in den Haghe den thienden Janua- 639 ry, anno zesthien hondert vyf- en twintigh, ten oirkonden 't Zeghel van Juftitie hierop ghedruckt in forme van Placcate. 7. Ordre van den Hove van Holland tot bet reyn houden van de Hooge Nieuwftraat in den Hage. Den 8 September 1633. Frederick Hendrick; by der Gratie Godts Prince van Orangien, Grave van Naslau , Catfen - Elleboge, Vyanden, Dietz, Lingen, Meurs,Buyren, Leerdam, &c. Marquis van der Veer ende VJislmgen, Heere ende Baron van Breda, der Stad Grave, ende van de Lande van Cuyck, Diest, Grimbergen, Herftal, Warnefton, Kranendoncq, Arlay, Noferoy, Sc. Vyt, Doesburgh, Polanen, Willeuiftadt, Niervaert, Ysièlftein, Sint Maertens - dyck, Geertruydenbergh, Chasteau Regnardt, de Hooghe ende Leege Swaluwe, ende van Naeltwyck, &c Erfburgh-Graef van Antwerpen ende van Belan9011, Erf-Maerfchalck van Hollandt, Gouverneur, Capiteyn Generaal ende Admirael, mitsgaders de Prefident ende Raden over Hollandt, Zeelant ende Vrieslant, den eerRen Ghefwooren Exploicf ier van defen Hove hier op verfocht, faluyt. Alfoo ons verthoont, ende behalven dien ons oock-zelfs wel kenne lyck is, dat verfcheyden Placcaten ende Ordonnantiën voor defen gemaeckt, ende Publicatien ghedaen zyn geweest, van reyn te houden de Hooge Nieuwe-lïraet alhier in den Hage, als gelegen in 't beste van defe Plaetfe, in de welcke aireede verfcheyden notable Huyfen ftaen, ende naer alle apparentie noch meerder ghebout zouden werden, zoo d' voorfz. Ordonnantiën wel wierden onderhouden, 't welck nu infonderheidt behoort te gefchieden, overmits van 'c Bosch ende Houtltraet af na de voorfz. Hooghe Nieuwe-Rraet toe, tot groote kosten, eenfchoone hooge cierlicke ftrate is ghemaeckt, ende dat ook behalven de Waghens van Leyden, mede op 't eynde van defelve ftraet, geordonneert zyn ende ftaen de Waghens van Haerlem, waer door aldaar te meer Pasfagie is vallende. Dat mede verfcheyden ftraten tot cieraad van deefe Plaetfe, ende commoditeyt van de Pasfanten ende Ca- f rosfen, die dagelicx veel vermenichvuldighen, werden verwyt oft verbreet door het intrecken van Stoupen, Leuyven ende Sit-bancken, daer ter contrarie in de voorfz. Hooge Nieuwe - ftraet verfcheyden uytfteeckfelen van hout tot Waghen oft Carots - Huyfen zyn gheftelt, ende Paerde-misfe ende andere ftinckende Vuyligheydt wert geworpen, daer deur defelve ftraet zeer ontciert, geincommodeert ende byna onbruyckbaer ghemaeckt, mitsgaders de Waterloofinge deur de Gooten vermindert werdt, behalven dat de fchaamele Luyden oft Bedelaers, verwachtende heur Aelmoesfen uytte Pluyfen, de heete Kooien uytte Asfche uytte zelve Huyfen komende, waren opraapende, ende daer meede achter d' voorfz. houte Koets- oft Waghen Huyfen in defelve ftraet vyer ftoockten, 'c welck dikwils pericule zoude moghen cauferen van grooten brandt, zynde mitsdien 'tfel.e onlydelick, ende een zaecke zonder exempel, in eenige andere ftraten, daer nochtans alhier in den Haghe Perfonagien in Koninghlycke Arabasfaden zynde, ende anderen van groote qualiteyt woonen, die haer Stallen ende Paerden hebbende, de Vuylicheyt op haar eyghen Ers'en oft elders houden, zonder defelve tot deformatie van de Straten, ende onlust van de Ghebuyren, op of bezyden de Strate te werpen , 't welck immers dan zoo wel in de voorfz. Hooghe Nieuwe Straet als andere Straaten behoord gevolcht, ende het contrarie van dien, als gantsch onfatfoenelick, onredelick, ende ten hoogften onghebuyrlïck, wel ftriclelick verboden te werden, zonderlinghe in een Strate, gheen achter Straate, maer gelyck aen de Zuyt-zyde het Zuyt-eynde. Deïe, aen de Oost - zyde het principael innekomen van den Hage zynde, niet alleen van de Waghens van Leyden, Haerlem, Amfterdam ende Noordt-Hollandt, maar oock van Uytrecht ende wat daer boven is in den Hage komende. Ende omme alle 't gunt voorfz. is te verhoeden, ende daer inne voorfien ende remediëren. Zoo is 't, dat wy U lasten ende beveelen , dat gy terftondt ende zonder vertreck of dilay, van weghen de Hooge Overigheydt, openbaerlyck kundicht, gebiet ende beveelt, eenen ieghelycken, van wat qualiteyt hy zy, die Stallen aen de voorfz. Hooge Nieuweftraat hebben, dat zy haer niet vervorderen de misfe van haer Paerden, of andere vuyligheydt van Asfchen ende diergelycke, ende oock die gheene die daer Huyfen hebben, gelycke Vuyligheydt buyten haer Huys op oft bezyden de Straet te werpen oft doen werpen, op peyne van te verbeuren 25 gulden, zoo dickwils zulex bevonden werdt ghedaen te zyn, boven de verbeurte van de misfehen of vuyligheydt , ende dat de Eyghenaers of Huyrders van de Stallen oft Huyfen daer vooren paratelick zullen moghen werden geëxecuteert. Ende zo iemandt, 't zy de Stalknechten of anderen , den geenen die de verbeurde misfche of vuyligheydt zoude willen wechhaelen, eenighe refiftentie deeden met woorden of wereken  Aangaande crimineele zaaken. 641 van anderen) geordonneert ende geftatueert, ordonneeren ende Hameren by defen, dat de voorfz. infolentien ende delicten, voortaen gheflraft zullen worden in manieren nacrvolghende. Art. I. In den eerden, wordt allen ende een yeder wel fcherpelycken verboden, een Mes ofte ander geweer in grammen gemocde op yemanden te trecken, op poene van vyftigh guldens te verbeuren. I I. In gelycke poenen zullen vervallen, allen de ghcenen die na yemandt in toornighen gemoet met Stocken, Kannen, Potten, Steenen ofte diergelycke inftrumenten, ende quetfelyck geweer quame te flaen, ftooten ofte werpen, alles zonder qraetfen. I I I. De gheene die yemandt in gemoede als vooren, met een Mes ofte yet anders kome te quetfen, zulcks dat hy bloet liete, zullen verbeuren hondert guldens. I V. Indien zulcken Mes ofte ander geweer trecken ofte quetfen refpeétive, by nachte ofte in doncker, ofte een uyr naer zonnen-onderganck, ofte in prefentie van de Magiftraet ofte Gerechte gefchiede, zullen de Delinquanten verbeuren twee honderdt guldens. V. De gheene die niet machtigh zyn eenighe der voorfchreeven boeten, daer inne zyluyden vervallen zyn, te betalen, zullen arbitralycken geftraft worden tot discretie van den Rechter. V I. Zullen de Chirurgyns ende fTerbergiers gehouden zyn datelycken ofte binnen een uur daer na ten langften, alle vechtingen den Schouten van de plaetfe aen te brenghen, op poene dat de gebreeckigen Chirurgyn ofte Herbergier, ten minften zes weecken van haer Handtwerck ofte Neeringhe zullen worden gefuspendeert, welcke Schouten, ten langhften binnen twee mael vier-en-twintigh uyren daer naer, 't zelve den Hooft-Officier ofte desfelfs Stede houder zullen moeten bekendt maecken, op poene van te verbeuren zoodanighe boeten , als teeghens de Delinquanten hier vooren is geftatueert, V I I. Ende zal den Hoofd-Officier, zoo haest hem aengebracht zal zyn, dat yemandt gekwetst, ende de quetfttre eenighfmts lethael oft periculeus is, datelycken den hantdadighen faifeeren ende in verfeeckeringe moghen neemen. - VIII. Verbieden voorts een yegelycken eenighe Doodt-flagers ofte andere Perfoonen, over eenighe vechtinghen aufugierende ofte vlugtende, hoe dattet feyt zoude moghen gefchied zyn, te huyfen, hoven, herberghen, ofte defelve te asfifteren, de hand te bieden, voort te helpen, wegh te leyden ofte oock wegh te VIII. Deel. voeren, ofte brenghen met Scheepen, Schuyten, Waghens, Karren, Sleeden, Paerden ofte eenighe andere manieren, hoe hét zelve oock zoude moghen gefchieden, ofte daer toe eenighe raedt te geeven, ofte yet wat te contribueren , 't zy met het leenen van Scheepen Schuyten, Waghens, Karren, Sleeden, Paerden ofte yet wat anders, op poene dat de gheenen die bevonden zullen worden contrarie gedaen te hebben, daer over arbitralycken zullen worden gecorrigeert, boven de verbeurte van defelve Scheepen, Schuyten, Waghens, Karren, Sleeden ofte Paerden, ten ware zy haer by Eede purgeerden van 't feyt gheen kennisfe gehadt te hebben, ofte dut zy hen naer in bloede ofte affiniteyt beftonden, 't welck zal ftaen tot discretie van den Rechter. I X. Alles onvermindert voorgaende Placcaten, Ordonnantiën ende Refolutien, dewelcke men verftaet in vigeur ende in weerden te blyven, voor zoo veel defelve by defen niet en zyn verandert. X. Behoudende aen ons Leen-Mannen de interpretatie, vermeerderinghe ende verminderinghe van defe Ordonnantie, by aldien daer inne eenighe duyfterheydt ofte twyftelinghe mochte worden bevonden. X I. Ontbieden, ordonneeren ende beveelen by defen allen Schouten, Gerechten ende Inghefetenen van Kennemerlandt, ende alle andere die dit eenighfmts aengaen magh, dat zy haer naer den inhouden van defen reguleeren. Aldus gedaen, gekeurt ende gearrefteert binnen Haerlem, by Lodewyck van Alteren van Jaersvelt Ridder, Bailliu van Kennemerlandt, Franchoys Valcke, Gerrit van Schravem'a, Vranck de Jonck, Symon van den Broeck, Dirck Schout, Willem van Groenhout, Willem van der Horn ende Pieter de Jongh, Leen-Mannen, Collegialiter vergadert zynde op den een-en-twintichften January zes-, thien-hondert vier-en-veertigh. (Ende was onderteyekenf) L. van Alteren van Jaersvelt. F. Valck. Gerrit van Schravenma. V. P. de Jongh. S. van den Broeck. D. Schout. W. van Groenhout. W. van der Horn. Pieter de Jongh. (Lagerjiondt,) My prefent Secretaris, (Ende was onderteekent) J. Z. van BERENSTEYN. Ende hoewel zy Supplianten by haer zelfs gequalificeert, ende oock in oudt gebruyek warén, om Keuren ende Ordonnantiën over de refpe&ive Dorpen ende Inghefetenen van Mm mm Ken-  Aangaande crimineele zaaken. 643 Verfchuldigde Huurpenningen, en vcdfins daar onder begreepene lasten der Landtn, maar ook van Paarden, Vee, Bouwgereedfchappen, gepagte Tendens, en wat dies meer is, welke dc Èigenaaren voor hunne Bruykers uitgefchooten, betaald, of daar voor Borg gefprooken hadden, dat door deefe voornoemde frauduleufe en quaadaardige onderneemingen, de Eigenaars der Landeryen van het haaren gepriveert, en zoodanig befchadigt wierden, dat te dugten Rond, dat daar door verfcheide Eigenaars zouden werden geruineert, en derfelver Landeryen buyten culture zouden blyven leggen. Zoo is 't, Dat wy, om zoodanige gepnemediteerde, frauduleufe en boosaardige dieveryen en beroovingen teegen te gaan, goedgevonden hebben te ordonneeren en ftatueeren , gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat alle Huurders en Bruykers der Landeryen iri de Generaliteit, die zullen koomen te onderftaan op een clandeftine en malitieufe wyfe met haar Vee, Bouwgereedfchap- pen en Graanen of de Koopprys der gemelde Graanen, zig na een vreemd Territoir te begeeven , en zig aldus fugitief te maaken, hatende niet alleen onvoldaan haare verfchuldigde'Huurpenningen, en veelfmts daar onder begreepen lasten der landen, maar ook de Paarden , Vee Bouwgereedfchappen, gepagtc Tienden en wat dies meer is, of eenige van dien, welke de Eigenaars voor defelve Huurders en Bruykers, uitgefchooten, betaalt, of daar voor Borg gefprooken hebben; indien defelve Huurders en Bruykers in handen van de Justitie koomen te geraaken, zonder cenniventie gegeesfelten gebrandmerkt zullen werden, met de ftrop om den hals, en daarenbooven tien jaaren agter een geconfineert in een Tugthuys. En op dat niemand hiervan eenige ignorantie koome te pretendeeren, lasten en beveelen wy, dat dit ons Placaat alomme in het District, van de Generaliteit zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 30 Augufty 1754. (Was geparapheert,) P I E C K, vr. (Onderpond) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. H. FAGEL. I0« Publicatie van de Staaten Generaal, teegen het ontfangen door eenige Officieren of derjèlver Subftituuten, van onbehoorlyke Recognitiën van Roomfche Priesters of Ingezeetenen. Den 27 November 1755. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Nademaal zeederd een geruimen tyd aan ons verfcheide klagten zyn voorgekoomen, aan de eene zyde van Ingefeetenen, profesfie doende van de Roomsch Catholyke Religie in de Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch en andere Quartieren van de Generaliteit, Over de proceduren van verfcheyde Officieren, om de voorfchreeve Ingefeetenen te conftringeeren tot betaalinge van zeekere Recognitiën voor de permisfie tot oeffening van den Roomfchen Godsdienst onder conniventie,- en aan de andere zyde van gemelde Officieren over veele ftoutigheeden der gemelde Roomsgefinde Ingefeetenen en over der felver weigeringe omtrent de betaaling der voorfchreeve Recognitiën, die gemelde Officieren fchynen te willen reekenen als ordinaris Emolumenten van haare Ampten, en wy na examinatie van die klagten, en van de oorfaaken waar uyt die koomen te fpruyten, op den 19 July I7305 goedgevonden hebben te reguleeren , hoe veel van ieder Roomfche Kerk, alwaar de Roomfche Godsdienst onder conniventie werd geoeffent in de Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, de Baronie van Breda, het Marquifaat van Bergen op Zoom, en in Vlaanderen, Resfort van den Staat, jaarlyks Mmmm 2 zal  Aangaande crimineele zaaken 645 11. Nadere Publicatie van de Staaten Generaal teegen het ontfangen door eenige Officieren, 0f derfelver Suhflituten van onbelworlyke Recogui)ifu fan Roomfche Priesters of Ingezeetenen. JJen is jyQm yember 170b. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Alien den geenen die deelen zullen zien of hooren leefen falut: Doen te weeten; Nademaal de Publicatie van den 27 November 1755 (raakende de Compofitien van de respeétive Officieren, in de diverfe Quartieren van de Generaliteit, met de Roomfche Priesters of Roomsgefinde Ingezeetenen, of het genieten of bedingen van eenige Gelden van defelve) in gevolge onfe Refolutie van dato voorfz., binnen korte moet worden vernieuwt, en dat ons voorgekoomen is, dat by fommigen in twyffel getrokken word, of niet* de voorfz. Officieren, van, of over het geeven van berigten op Requesten van Priesters j of Gemeentens buiten hun Diftriét, en van dewelke geen jaarlykfe Recognitie genieten, jura zouden moogen trekken; Zoo is 't, Dat wy, fchoon ten overvloede, tot wegneeming van die twyffeling, goedgevonden hebben, by vernieuwing en ampliatie van onfe Waarfchouwinge van den 8 Mey 1666, item van de voorfz. Publicatie in dato 27 November 1755; door eleefè onfe Publicatie te verklaaren en te ftatueeren, dat aan die geene, dewelke een of meer Officieren, Stadhouders of Subftituten van defelve, in de Stad en Meyerye van 's Hertogenbofch , de Baronie van Breda, het Marquifaat van Bergen op Zoom, Vlaanderen, Resfort van deefen Staat, en andere Quartieren van de Generaliteit (als voor welke Stadhouders of Subftituten de principaale Officieren, omtrent dit ftuk, in zoo verre zullen moeten inftaan en verantwoorden) zullen weeten aan te brengen, met behoorlyk bewys aan de Raaden of Fiscaal van Braband en van Vlaanderen, die, contrarie onfe Placaaten, en de Refolutie, by ons op den 19 July 1730 genoomen , welke Refolutie wy begeeren dat in allen deele precifelyk en punctueelyk.nagtkoomen werde, met eenige Roomfche Priesters, of Roomsgefinde Ingezeetenen, zullen hebben gecompofeerd, of eenig geld genooten of bedongen, het zy weegens jaarlykfehe zoo- j genaamde Recognitiën voor de permisfie tot ; oeifeninge van den Roomfchen Godsdienst onder conniventie, admisfie van Priesters, en in het byfonder meede van den Vicaris-Generaal van het zoogenaamde Bisdom van den ! Bofch, of van derfelver Capellaanen, het zy wegens het geeven van Berigten op Requesten der Roomsgefmden om te bekoomen vernieuwinge of reparatie van derfelver Kerk- j fchuuren, of onder wat benaaminge het zelve I zoude moogen zyn, alles direételyk of indi- i reételyk, mitsgaders zonder eenig onderfcheid, j of de voorfz. Roomsgezinden öndtr derfelver Diftricten zyn woonende of behoorende , jaa of neen, uitgefonderd alleen het geene aan de Officieren is toegelegt, by onfe voorfz, Refolutie, promptelyk, weegens het gemeene Land, voor ieder van defelve, tot een premie , zal worden betaald de fomme van zes honderd Caroli Guldens, te vinden uit de goederen van gemelde Officieren; dat defelve Officieren daarenbooven nog zullen verbeuren het vierdubbeld van het geene zy in maniere voorfz. genooten of bedongen zullen hebben, te appliceeren de helfte aan den Fiscaal die de calange zal doen, en de weederhelfte aan den Aanbrenger, die defelve weederhelfte genieten zal booven de voorgemelde zes honderd guldens, die aan denfelven promptelyk by de aanbrenginge gegeeven zullen werden, gelyk hier vooren geftatueert is en wiens naam, des begeerende, zal werdén géfecreteerd. Dat daar beneevens alle Officieren fchuldig bevonden werdende, van haar Bedieninge zullen werden gecasfeerd, en andere in haare plaatfe gefteld \ en dat booven dien de Stadhouders of Subftituten, die zig in deefen fchuldig zouden moogen hebben gemaakt , zullen verklaard werden inhabil, eerloos en infaam, en uit den Lande gebannen, enzeifs, naar exigentie van zaaken, aan den Lyve zullen werden geftraft. En op dat het geene voorfz. is, tot kennisfe van een iegelyk koomen mag, zoo begee* ren wy, dat deefe onfe Waarfchouwinge' alomme inde Steeden, Vryheeden, en Piaatfen, in het Diftriét van de Generaliteit, zal worden gepubliceerd en geaffigeerd. Ende ten einde van de gemelde te doene publicatie en affixie ten vollen verfeekert te zyn, zoo gelasten wy by deefe de voorfz. Officieren, Stadhouders of Subftituten van defelve, ieder in derfelver Diftriét respeétive, aan de Advocaaten Fiscaal, zoo in Braband als in Vlaanderen, uitèrlyk binnen den tyd van een maand, na dato deefes, fchriftelyke, en by hun onderteekende kennisfe te doen hebben, dat de gemelde publicatien en affixien daar en ter plaatfe alle andere doorgaans worden gedaan, behoorlyk zyn gefchied, met byvoeginge van de precife dag wanneer, op de boete van vyf en twintig guldens, de helfte ten behoeve van de Armen daar defelve boete verbeurd word, en de weederhelfte ten behoeve van het Officie-Fiscaal de calange doende, te verbeuren door zoodanige van de voorfz. Officieren, welke in gebreeke zouden moogen zyn gebleeven, de gemelde publicatie en affixie te laaten doen, als meeue door de zooM m m m 3 da-  Zaaken van Leen. my by ofte van weegen de Hooge Overigheid ende Graaflykheyd voorfz. geordonneerd ofte bevoolen zal werden, zonderiet te openbaaren, 't welke tot achterdeel derfelver eenigfmts zoude moogen weefen, ende voorts dienvolgende al te doen, dat een getrouw Vafal ende Leenman fchuldig zal moogen zyn te doen. Zoo waar lyk moet my God helpen, ende zyn Heylig Woort. Forme van de vernieuwinge van de voorgaande Eeden, hy de Leenmannen t& doen. Alfoo Philips, Koning van Spaigne, teegens den Eed ende plicht, daar meede hy als Graave van Holland, Zeeland ende Vriesland, defelve Landen ende de Ingezeetenen van dien was verbonden, defelve alleenlyk niet befchermt, maar ter contrarie by alle middelen van geweld, heymelyke aanllaagen ende listigheeden lange jaaren gearbeyd heeft, ende als nog is arbeydende in eene eeuwige eygenfchap ende flavernye te brengen , ende in haare Vrydom ende Gerehtigheyd alderhande letfel, hinder ende fchaade aandoende, de voorfz. Landen van haaren welvaart tyrannelyk te berooven, ende voorts 'buyten alle rechten, de goede Vafallen ende ingezeetenen derfelver als openbaar Vyand met Vuyr ende Zwaard in goed ende bloed aan te grypen, mids het welk tot befchermenisfe ende verfeekertheyd der 647 Landen ende Ingezeetenen voornoemt, by de Edelen en Steeden, reprefenteerende de Staaten van denfelven Lan den, hoognoodigbevonden is denfelven Koning van Spaigne te verlaaten, ende voorfz. Ingezeetenen te ontllaan van den Eed, plicht ende verbintenisfe, daar meede zy denfelven verbonden moogen zyn, zoo verklaaren wy by Eede, dat wy ons geheel ende zonder eenig nadenken houden ontfiagen van alle Eeden, plichten ende verbintenisfen, daar meede wy den Koning van Spaigne voornoemt, als Graave van Holland, Zeeland ende Vriesland, verbonden moogen zyn geweest; belooven ende fweeren voorts den Prince van Orangien als reprefenteerende, ende hem gedefereert zynde de Plooge Overigheyd en Regeeringe van de voorfz. Graaffelykheyd ende Landen van Holland, Zeeland ende Vriesland, mitsgaders de voorfz. Graaffelykheyd ende Landen gehouw ende getrouw te weefen, denfelven Heere Prince in de voorfz qualiteyt te gehoorfaamen ende te asfifteeren, na ons uyterfte vermoogen teegens alle ende een iegelyk zyner Furstelyke Genadens ende der voorfz. Landen Vyandens, beloovende voorts" al te doen dat goede en getrouwe Ingezeetenen van de voorfz. Landen haaren Plooft ende Hooge Overigheyd fchuldig zyn te doen. Zoo waarlyk helpe ons God ende zyn Heylig Woord. 2, Oclroy van de Staaten van Holland, om de FPeerlyke Goederen van den Huyfe van Brederode hy vervolg te houden als een onverfterjfelyk Erffleen. Den 22 O tl ober 1599. De Ridderfchap, Edelen ende Steden van Hollandt ende West-Vrieslandt, &c. Alfoo Heere Walraven fleere tot Bredenrode, &c. ons te kennen gegeeven heeft, dat hoewel de Duynen, Wildernisfen, Heerlyckheeden, Ambachten ende Goederen, aen den Huyfe van Brederode ten rechten Leene gehouden zyn geweest, ende door 't overlyden van L. Mo. Heeren Henrick Heere tot Brederode, &c. als geen Descendenten achtergelaten hebbende, aen de Graeffelickheydtvan Hollandt gekomen waren, wy nochtans bewilligt ende geoétroyeert hadden, dat defelve Goederen ende Heerlyckheeden, naer het affterven van Vrouwe Amelia Pals-Gravinne by den Rhyn, Chur-Furstinne, &c. eertyts Weduwe van den wei-gedachten Heer Henrick, aen wien de Duwarie daer van by ons was geaccordeert, zoude komen om gehouden te worden tot een recht Leen op des Remonftrants Heer Vader, oft gebreke zynder, op zynen outften zoone als dan in leevende lyve zynde, wy daer toe beweeght zynde, eensdeels om dat hier voormaels de Prince van den Lande defelve Goederen, wanneer die by verfterf aen de voorfz. Graaffelickheyt zyn vervallen gheweest, altydt verlyt ende verleent hebben aen den outften ende naeften Man-hooft van den overleeden; Ende ten anderen op dat de ftamme van Brederode, die als gefprooten van den Graaven van Hollandt, over veel hondert jaaren in eeren was geweest, niet en zoude vergaen, maer in wefen mochte gehouden worden, ende dat des Remonftrants welgedachte Heere Vader deefer weerelt overleeden zynde, achterlatende hem Remonftrant als zynen outften zoone in 't leeven zynde, ende oock noch weefende in leevende lyve, de hoog-  Zaaken van Leert* ^ 4» O&roy van de Staaten van Holland, houdende approbatie op de fcheiding der Heerlykheeden Kat* wyk en Valkenburg; cn dat voorts de Heerlykheid Van Valkenburg zou worden gehouden tot een onverfierfelyk Erf-leen. Den 22 December 1615* "|~^e Ridderfchap, Édelen ende Steden van ±J Holland, &c. Alfoo Johan de Hartoge van Osmale, ons verthoont heeft, hoe dathy Suppliant in de maendt jmio lestleden gecoft hadde van de Hoochgeboren Vrouwe Princesfe van Ligne, &c. de hooghe, middele, ende leeghe Jurisdictie van Valckenburgh; doch alfoo de voorfchreeven hooge Jurisdictie tot noch toe annex was gheweest aén de Heerlykheyt van Catwyck, weefende een onfterffelyck Erheen , ende die middelbare ende leege Jurisdictie met hare dependentiën voor een recht Leen , waren ghehouden geworden, zoo keert hy Suppliant zich t' onswaert dienstelyck ende reverentelyck verfoeckende, ten respeéte zynen Vader om de ghemeene zaecke 'veel gheleden, ende hy Suppliant zich zelve in 's Landts dienste nu een tydt van veerthien jaren ghebruyckt hadde, ende noch daghelycx deede, dat het onfe goede geliefte ware hem Suppliant (lettende op 't Advys van die van de Camere van de Reeckeninghe, by hem Suppliant over eenighe tydt vercreeghen} te VIII, Deel. vergunnen de Splisfmge van de voorfchreeven hooge Jurisdictie, ende defelve te annexeren de middele ende leeghe Jurisdictie van de Heerlyckheyt van Valckenburg, mits defelve middele ende leege gheconverteert werden in een Onsterffelyk Erfleen, daer voren den voorfchreven Suppliant te vreden ware aen ons en de voorfchreeven Landen te betaalen alfulcken redelycken recognitie van penningen, als wy naer geleghentheyt van dë zaecke vinden zullen te behooren, ende hem daer van te verleenen onfe Brieven van aggreatie, fplisfinghe met annexie, ende van Converfie in de beste forme. Zoo is 't, dat wy op de zaecke ende verfoeckej midtsgaders de redenen vooren verhaelt, ende anderen daer over in confideratie komende, gelet hebbende ende geneghen wefende den Suppliant (zoo ten aenfien van zyne Vaders diensten, als de geene van dén Suppliant zelfs aen den Lande gedaen, ende dien hy daghelycks noch is doende) in de zelve te favoriferen , naer rype deliberatie, ende alvorens daer' Nnnft over naer orte neure Dienaren was veriuymt te verheffen ende continueren. Zoo is 't, dat wy de zaken ende verfoucken voorfchreeven overghemerckt, ende kennisfe hebbende van de goede dienlten van des Remonftrants Vader , ende van de gheene by hem zelfs in verfcheyden treffelycke occurentien ghedaen, willende den Remonltrant in zynen oprechten goeden yver noch meerder encouragieren, ende zonderlinghc gratificeren, denfelven uyt onfer rechter wetenfchap, volkomen macht ende fouveraine authoriteyt, gheconfenteert, gheaccordeert, ende gheoétroyeert hebben, confenteren, accorderen ende oétroyeren midts defen, dat 't Huys by hem gekocht van den Heere Grave van Arenberghe, gheleghen in Heemskerck, van nu voortaen ende gheduerichlj'ck zal ghenoemt worden het Huys van Marquette, ende hebben daer-en boven den Remonltrant mede gegheven ende geaccordeert, geven ende accorderen by defen, voor hem, zynen Erven ende Nakomeh'nghen, ende Recht, of Actie van denfelven verkrygende, zo in 'tzelve Huys, als in de Grachten van dien, mitsgaders twee Roeden breete uyt defelve Grachten in plaetfe van de Chinghelen, Hooghe Jurisdiétie, welcke Hooge Jurisdictie den Remonltrant mede van de Graeffelickheyt van Hollant ten onver-fterffelyck Erfleen, met ende beneffens zyne anderen Rechten in een Leen ontfanghen ende houden zal, doch alles onvermindert eenen yeghelycken zyns rechts: - ende ten eynde ««cuuufcciicumciuc, accoorde, oétroyeendö gifte vast ende onverbrekelick blyve ende den RemonRrant, zynen Erven ende Nakomelim ghen, ofte Aétie ende Recht van defelvö verkrygende* 'teilèét derfelver mogen ^nieten naer behoren, lasten wy onfen lieven ende" getrouwen die van onfe Camere van de Reeckeninge defen te vifiteren, inteiïneren ende regiftreren, mitsgaders Heere Johan van Olden- ' barneveltj Ridder, Heere yan den Tempel, Roodenrys, &c. onfen Stadhouder ende Register - meefter van de Leenen, den RemonRrant mette name zyns Huys van Marquette de Hooghe Heerlickheyt in denfelven Huyfe, de Grachten van dien, ende twee Roeden breete uyt defelve, beneffens zyne andere rechten ten onverfterffelyck Erf-leen in een Leen te verlyden > ende de Brieven ende Registeren daer na te rechten, ghelyck des in ghelycke zaecken naer ftyle van onfen Leenhoven gebruyckelyck is, 'twelck gedaen zyluyden ende allen anderen onfen Officieren, Jufticieren ende On derfiten, die defe raecken of aen-gaen zal moghen, hen nae den inhouden van defen zullen hebben te reguleeren , zonder den Remonftrant,zynen Erven, Nakomelingen, ende Recht ofte Aétie van defelve verkryghende in 't gebruyek van defen te doen of aeffelyckheyt van Hollant competeerende, ende onder den Bailju/chap van RhynLint behoorende, aen 't voorfchreeven ghedeelte van de Stad Leyden wierde ghevought, aen - ghelien als dan in de felve tfaemen- ghevoughde ghé deeken van de Hooghe Jurisdictie van Oestgeest een ghenoughfaem ghetal van goede eerlycke ende bequame luyden zouden weiden ghevonuen,; daer uyt men een bequaem Collegie van Rechters aldaer zoude konnen oprechten, waeromme de verthoonders haer reverentelyck tot ons waeren keeren de met ghedienitigh verfouck: dat wy favorabel regardt neemende op 'tgheene voorfchreeven is, beliefden 't voornoemde resterende gedeelte van de Hooghe Heerlyckheyt van Oestgheest de ghemelte Graeffelyckheyt competerende, aen de Stadt van Leyden te cedeeren, om by defelve Stadt aen haer voorder eyghen ghedeelte 65* van de voorfchreeven Heerlyckheyt tenevnrde vooren verhaelt, ghevought te werden en de hen-luyden daer van te verleenen 'onfe opene Brieven in forma. Zoo is 'T hevdt lasten ende beveelen, naeiftighe toelicht te doen, ten eynde defe Ordonnantie niet en werde overtreden, maer de Contraventeurs gheftraft moghen werden naer behoren. Ghegeven in 's Gravenhaghe, onder het Zeghel van Juftitie hier op ghedruckt in Placcate, den vierden July anno zesthien hondert acht-ende-twintigh. In kennisfe van my Hebbende op 't fpacium een opghedruckt Zeghel in rooden wasfche. F. CRIEP. 4. Placaat van de Staaten van Zeeland, teegen het pleegen van moedwilligheeden aan Plovsn, Boomgaarden, Bosfchen, Plantagien, of 'Vrugten te Velde. Den 23 July 1671. De Staten 's Landts ende Graaffelyckheyts van Zeelandt: Alle den genen die delen zullen zien ofte hooren lefen, Saluyt; Doen te weten. Alfoo onfe goede ingefetenen en Onderdanen by de Lantbouwerie, Hoven, Boomgaerden, Bosfchen en andere Plantagien geinteresfeert, ons hebben geclaeght dat deielve, zoo door moetwillige als baetfoeckende menfehen daer inne groote fchade en overlast komen te Iyden, en wel byfonderlyck vermits defelve onder pretext van het droog, of zoo dat genoemt won Kraeck-hoat in de voorfz Hoven, Boomgaerden, Bosfchen en andere Plantagien te gaen raepen, het groen en groeyende Hout komen te kreucken, en te breeken, om het zelve eenigen tydt daer naer insgelycx als droogh hout naer haer te fleepen,- Gelyck zy haer mede vervorderen af te breeken, de Heeningen, Tbuyningen, die tot bevrydinge van de Hoven , Vruchten en Plantagien worden gemaeckt, alsmede de drooge Boomen en tacken uyt de Boomgaerden en andere Plantagien, haer zeiven toe te eygenen, waer door dan de boomen zeer worden beleedicht, gefcheurt en gefchonden, oock de Bosfchen zeer ydel en dunne van hout gemaeckt: Dat oock wyders niet alleene de voorfz. Plantagien, zonderlinge ftaende aen en omtrent de wegen door het weyden van de Beeften langs defelve zeer worden gelchonden en geruineert, maer dat ook het bcfayde en vruchten te velde, immers zoo grooten overlast en fchade daer van komen te lyden, behalven andere ongemacken, die daer uyt zomwylen zyn voortgekomen ( niettegenftaende tegens alle het gene voorfz. is, zoo by de Keure van Zeelant, als diverfche Piaccaten en particuliere Ordonnantiën, al voor defen is voorfien geweest ); doch bemerekende dat het zelve nu eenigen tydt herwaerts niet zoo vigoureufefycJc is geëxeeuteert geworden, als het wel hadde behooren te gefchieden: Soois't, dat wy by deliberatie en Advys van de lïeeren onfe Gecommitteerde Raden, van nieuws hebben geordonneert ende geftatueert, gelyck wy ordonneren ende itatueren by defen. I. Eerftelyck, dat van nu voortaen, niemant zich zal vervorderen ondancx te begeven in eenige Hoven, Boomgaerden, Bosfchen, Plantagien, of wel Vruchten te Velde, veel min door eenige Haeghen ofte Heeningen tot befcherminge van dien geftelt, te breeken, veel min daer in te komen fchieten, delven, hacken ofte kerven , ofte daer omtrent eenige de minfte fchade te doen ofte te veroorfaecken, op poene van twintich Guldens. I I. Item wort van nu voortaen alle en een ye« gelyck by defen verbooden en ge - interdiceert eenigerhande Kruyt, Boom ofte Aert-gewas, noch oock eenich Groen, droogh ofte Kraeckhout, 'tfy groot ofte kleyn noch oock eenige Meyen van Eycken, Bereken, Elfen Dooren ofte andere geboomten in eenighe Hoven, Boomgaerden, Bosfchen, en andere Plantagien te plucken, breeken, raepen, wechdragen ofte vervoeren, op poene voor de eerfte reyfe daer op bevonden of naderhandt achterhaelt werdende, van vyf - en twintich guldens, voor de tweede reyfe dobbel, en voor de derde reyfe gelycke fomme en arbitrale correctie. I I I. Item, de genen die haer voortaen zullen vervorderen eenige '1 huyningen ofte Heeningen af te breeken, alsmede met Bylen,Houmesfen, of andere inftrumenten in de HoOqoo 3 ven.  Houtvesterye en Jachtzaaken 66% 5* Renovatie-Placaat van de Staaten van j?eê+ land tot het uitroeijen van de Exter, Kraaijen of Vlaamfche Gaayen- Nesten. Den 12 mJZÏ 1743. man De Staten van Zeelant, allen den genen die defen zullen zien ofte hooren lefen, ialuyt: doen te weten, nademael tot onfe kennisfe is gekoomen, dat, niet tegenftaende onfe Publicatie van den 24 Maert 1712., tot weeringe van de Kraeyen, Exters en Vlaemfche Gaeyen, de Ordres daer by geftelt, ten platten Lande niet onderhouden ofte naegekoomen werden; Zoo is 't , dat wy, om daer tegen te voorzien, goetgeyunden hebben, dezelve andermael te renoveeren, en doen afkondigen, gelyk hier nae volgt: Alzoo hy dagelykfche experientie, ondervonden wert, het getal van de Kraeyen, Exters en Vlaemfche Gaeyen, alomme binnen onfen Lande merkefyk toe te nemen; daer door niet alleen groot nadeel aen de Wildernisfen, mitsgaders excesfive fchade aen 't Gewas toegebracht; maer ook noch veel andere inconvenienten, zoo aen Huyfen, Daken, Kieckens, Eyeren, ende anderfins, gecaufeerd werden; Wy derhalven , omme de voorfchreve inconvenienten, zoo veel mogelyk, te verhoeden, ende tendien fine 't voorfchreve fchadelyke Gevogelte uyt onlen Lande te weeren, geordonneert ende geftatueert hebben, gelyk wy ordonneren en ftatuëren by defen, dat alle en een iegelyk van onfe Onderdanen ende Ingefetenen van den voorfchreven Lande, zoo Eygenaers, Pachters of Baenders van eenige Landen, Boomgaarden, Hoven ofte Plantagien, de Nesten van 't voorfchreve fchadelyk Gevogelte , op ofte boven den Gront, die zyluyden , 't zy in eygen dom, 't zy in huyr, befitten, gemaekt werden, zullen uytroeyen en weeren; op poene, dat die gene, in welkers gehuyrde, ofteeygenePlantagien, Boomgaerden, Hoven, ofte ander Geboomte, 't zy binnen, 't zy buyten de Steden, op ofte nae den eerften Mey, jaerlyks en vervolgens, eenige Exters, Kraeyen enVlaemfche Gaeye Nesten, daer inne zullen werden bevonden, daer over verbeuren drie fchellingen vier grooten Vlaems voor yder Nest, ten profyte van den Schout ofte Officieren van de Plaetfe, die daer over mede bekeuringe zullen doen; authoriferende by defen de voorfchreve Schouten ende Officieren, de voorfchreve boete paratelyk te executeren, 't zy op de Eygenaers, Pachters ofte Baenders van de voorfchreve Plantagien, Boomgaerden, Hoven ende ander Geboomte: Lastende ende bevelende mede by defen de voorfchreeve Schouten en andere Officieren, uyt haer Functie daer toe gequalificeert, des verfocht zynde, de behulpfame handt te bieden > én te asfifteren, als tiaer behooren: En op dat onfe goede en ernftige meyninge, in defen uytgedrukt, punctuëlyk moge werden agtervolgt ende gehoorfaemt; zoo gebieden ende ordonneeren wy mits defen de voorfchreeve Schouten en Officieren, inde Maenden van Mey en Juni van 't jegenwoordige jaer, en voorts hier nae, van jaer tot jaer, binnen de respeótive Diftricten van hare Jurisdiétie, drymael, te weten, eens op den eerften Mey, eens op denlaetften van defelve Maent, en eens op den laetften Junii, infpeétie te gaen nemen * en neerftelyk te onderfoeken, of ook eenige Exter, Craeye of Vlaemfche Gaeye-Nesten binnen defelve Jurisdiétie werden bevonden; en daer over bekeuringe ende executie te doen, volgens 't gene hier boven is geordonneert: Stamerende voorts, tot meerder extirpatie en verftoringe van 't voorfchreve fchadelyk Gevogelte , dat allen en eenen iegelyken van onfe Onderdanen en Ingefetenen voorfchreve, het zelve Gevogelte, alomme, en t' allen tyde, door middelen ende praktyk, geoorloft, en by voorgaande Placaten niet verboden zynde, zal trachten op te vangen, en te vernielen ; en ten eynde ieder een daer toe des te meerder moge werden opgewekt en geanimeert, dat derhalven alle de genen, die in zulker voegen, eenige oude Exters, Kraeyen of Gaeyen, zullen hebben opgevangen, en vernielt, voor ider ftuk van 't voorfchreve Gevogelte, dat defelve zullen leveren aen de voorfchreve Schouten en Officieren, tot een premie genieten zullen twee ftuyvers voor ider ftuk, als boven; welke twee ftuyvers, voor ieder ftuk, als boven, wy de voorfchreve Schouten ofte Officieren ook by defen gelasten en bevelen, met kennisfe van den Se* cretaris van de Plaetfe, zonder eenigh uytftel ofte wederfeggen, op te leggen ende te betalen , ende daer van pertinente aenteykeninge te doen, met uytdrukkinge van dagh ende datum, mitsgaders van de perfoonen, op en aen dewelke zoodanige betalingen zullen wefen gefchied, en daer van t' zyner tyt, behoorlyke Declaratien, by de voorfchreve Secretaris, als Getuygen, mede onderteeckent, over te leveren aen onfe Rentmeesters der Domainen in de respeétive Quartieren; wy ook mitsdefen ordonneeren, de Penningen, by de voorfchreve Schouten ende Officieren; ter zaecke als boven gedebourfeert, op hunne Declaratien, invoegen als voren gequalificeert, hen-luyden behoorlyk te laten valideren. En ten eynde niemant hier van igno- ran*  Houtvcsteryc en Jachtzaaken. en Schutters moogen verhaelen, die alsdan gehouden werden, de fchade niet alleen te vergoeden, maer ook daerenboven zullen vervallen in de boeten by dit Placaet uitgedrukt; en daer van door den Hooft - Officier gecalangeert. Ende op dat niemant hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, ontbieden 66$ en beveelen wv alle nnf% r>m~.- „ ren en Magiltraeten, dit ons PJaQ eenige disfimulatie ofte verdragh, te' ^ru teeren, en doen executeeren: alfoo ^, voor deefe Provincie, onfe goede ïn^^e nen, Onderdaenen en Ge-erfden, tenhooT ften dienlhgh en nodigh ge oordeek hebben Aldus gedaan én gearrefteert ter Vergaderinge van de Pleeren Staaten van Zeeland in 't Hoff aldaar, te Middelburg, den5 December 1743. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Hooghemelde Heeren Staaten. (JVas geteekent,) J. P. RECXSTOOT. 7» Refolutie van de Staaten Generaal, honden- de voorzieninge teegen Ufurpatien van het regt van de Jagt, door de Officieren van het Guarnifoen van Venlo en Stevenswaart in het Ampt van Mant fort gepleegt. Den 8 January 1750. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Randwyck, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van het Overquartier van Gelderland, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den zeeven en twintigften December laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommiteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert een memorie van den Heere Du Commun, Secretaris , waarneemende de zaacken van zyne Majefteyt den Koning van Pruysfen, raackende het Ufurpeeren van het reght van de Jaght in het Ampt van Montfort, door de Officieren van het Guarnifoen van Venlo en Steevenswaart, en door den Baron van Heydentot Walburgh. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaen, dat aangefchreeven zal worden aan de respeótive Commandeurs, of by derfelver abfentie de Commandeerende Officieren van Venlo en Steevenswaard, dat zy zig zullen informeeren, of eenige Officieren van haare onderhebbende Guarnifoenen in vilipendie van het Reglement, by haar Hoogh Mogende op den vyf en twintigften Mey zeeventien honderd zeeventien op het ftuck van de Jaght in het Overquartier van Gelderland gedaan emaneeren, hebben gejaaght, en dat zy zonder conniventie zullen doen corrigeeren de geenen, die zig daar aan zouden moogen fchuldig hebben gemaakt, berightende aan haar Hoogh Mogende, wat by haar in deefen zal zyn bevonden en gedaan. Dat hier van kennisfe zal gegeeven worden aan den Heere Du Commun, Secretaris, waarneemende de zaacken van zyne Majefteyt den VIII. Deel. Koning van Pruysfen, en daar beneevens tot antwoord op zyne voorfchreeve Memorie toegevoeght. Eerstelyk, met opzigt tot de klaghten van de Officieren der boovengemelde Guarnifoenen, dat haar Hoogh Mogende niet alleen nooyt goedgekeurt hebben, dat Officieren of Soldaaten de Jaght in het Overquartier van Gelderland zouden exerceeren, maar in tegendeel zulcks wel fcherpelyk hebben verboden by het twintigfte Articul van het boovengemelde Reglement; dat de Jaght in het Overquartier van Gelderland volgens dat Articul alleen is gepermitteert aan de Commandanten te Venlo en Steevenswaart, gebruyckende het zelve met discretie, en zig onthoudende van te Jaagen in zoodanige vrye Heerlykheeden en Piaatfen, alwaar de Heeren privative het reght van de Jaght zouden moogen hebben, en dat de intentie van haar Hoogh Mogende geenfins is om die permisfie verder te extendeeren. Ten anderen, met opfight tot de klagten over den Baron van Heyden, dat aan haar Hoogh Mogende nooit ge bleeken is, dat de Heer van Montfort zoude hebben het reght van privative Jagt in het voorfchreeve Ampt, en dat zelfs uit een Memorie van weegens zyne Majefteyt Heer Vader, gïorieufer°gedaghtenis, op den aghften April zeeventien honderd zeeventien aan haar Hoogh Mogende geprefenteert, klaarlyk is afteneemen, dat wylen zyne Majefteyt toen ter tyd niet is geweest in die idees, dewyl haar Hoog Mog. by gemelde Memorie zyn verfoght geworden om zoo wel in het Ampt van Montfort, als te Venlo en Steevenswaard, te doen vernieuwen Pppp en  Houtvesteryen en Jagtzaaken* 667 S. Placaat van de Staaten van Zeeland tegen het Je henden, kraaken en rooven van Hout in Bosfchen, Plantagien, Boomgaarden, en 0p 'sHeeren Wegen, enz. Den 20 Maart 1750. De Staaten van Zeelandt; Allen den geenen , die deezen zullen zien, of hooren leezen; Salut! Doen te weeten: dat ons, van tydt tot tydt, continueele, en zwaare klagten voorkoomen, over den moetwil, en de baatzugt van fommige Menfehen, die zig niet ontzien, het Hout en Plantfoen, in Hoven, Bosfchen, Plantagien, Boomgaarden, en op 's Heeren Wegen te fchenden, kraaken en rooven: niet tegenftaande 't zelve, onder anderen, by onze Placcaaten van den 11 Juli 1662, 26 Januari idd4, en 23 Juli 1671, ernftig, en op zekere poenen, is verboden; Zoo is 't: Dat wy tegen zulke verregaande excesfen van nieuws willende voorzien, onverminderdt het geftatueerde by voornoemde Placcaten, allen en een iegelyk, wie hy zoude moogen wezen, by deezenfcherpelyk interdiceeren en verbieden; eenigerhande Boomen, Plantfoenen, Heggen of Haagen, hoe genaamdt, ftaande in Hoven, Bosfchen, Plantagien, Boomgaarden, vlakke Velden, op Dyken en 'sHeeren Wegen, aan kanten, Booten en watergangen, den opllag in 't Landt zelf niet uitgezonderdt, te fchenden - fcheuren, kerven, kraaken, befchaadigen, verderven , uit den grondt te rukken, uit te woelen, af te houwen, te fteelen en te rooven, 't zy op pretext van Meyen te plukken, te fprokkelen, of onder wat ander voorwendfel het ook zoude moogen zyn; op pcene, dat die geenen, die zig daar aan vergrypen en fchuldig maaken, voor de eerfte reize, zullen worden gemuléteert met een Boete van zestig guldens. De tweede reize, met eene dobbelde Boete , en arbitrale correctie. En dat, voor de derde reize, zonder eenige conniventie, publycquelyk aan den Lyve, en met Bannisfement of Confinement, jaa zelf aan het leeven zullen worden geftraft, naar de merite, exigentie, en circumftantie van zaaken. En alzoo zulken moetwil en overlast veeltydts wordt gepleegdt door Kinderen en Dienstboden, hebben wy wel expresfelyk geftatueert, gelyk wy ftatueeren by deezen: dat de Ouders, Meefters en Vrouwen * voor hunne Kinderen en Dienstboden aanfpreekelyk en calangeabel zullen zyn: 't zy het geperpetreerde mogt weezen gedaan met hunne kennisfe of ordre, dan niet: Des zullen de Meefters en Vrouwen, aan het geperpetreerde onfchuldig zynde, hunne fchaade, moogen recouvreeren, op de huur en het loon van hunne Dienstboden voornoemdt. Zullende ook die geenen, by wien eenig geftoolen, of geroofdt Hout zal worden gevonden, en 't zelve, als hun eigen, gebruiken, insgelyks de bovengemelde Amenden incurreeren, en onderworpen zyn. En worden niet alleen de Hoofd-Officieren wel expresfelyk gelast, deezen onzen Placcaate ftricfelyk te executeeren, en doen executeeren : maar ook de Schouten ten platten Lande, die van de Bende van Ordonnantie, en de Gezwooren Schutters van de Dorpen, fpecialyk aanbevolen, ieder in zyn Diftrict, zoo uit zig zeiven, als op de aanklagte van de Geinteresfeerden, de Contraventeurs van deezen Placcaate te agtervolgen, en den Hoofdofficier of zynen Gefubftitueerden aan te brengen. En om de voornoemde Schouten; die van de Bende van Ordonnantie; mitsgaders de Gezwooren Schutters, tot het geene voorfchreeven is, te animeeren; zullen de hier boven geftatueerde Geldboeten, voor de helft, t'hunnen profyte worden geappliceert. Dog in cas dezelve, door onagtfaamheidt, faveur of onwilligheidt, de Contraventeurs niet agterhaalden of aanbragten; (mzonderheidt, wanneer zy daar toe by de Geinteresfeerden zyn verzogt en vermaande) zullen de Geinteresfeerden hunne geledene fchaade aan hen moogen verhaalen; en zy daarenboven, door den Hooft-Officier, tot het betaalen der Geldboeten, hier boven uitgedrukt, worden gecalangeert. En op dat niemant hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zal deeze alomme worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert, ter Vergadering van de Heeren Staaten van Zeelandt, in 'tHoff aldaar, te Middelburg den 20 Maart 1750. (Onderjlondt,) Ter Ordonnantie van de Hooggemelde Heeren Staaten, (Ende is geteeckent,) Jn. Pr. RECXSTÖO f, Pp pp 2 Ri'  Iloutvesteryen hebben haar Ed. Groot Mog. zonder te doen eenige deeifie over het regt van dc hooge of vrye Heedykheid van de voorgemelde Duinen, en zonder iets te bepaalen omtrent de Geregtigheeden van die van Castricum tot de exercitie van Keur en Schouw over de meergemelde Agter-of Zeeduinen, goedgevonden en verftaan, dat van nu voortaan de Schouwe over de Buiten-of Zeeduinen meergemeld, mistgaders de daar aan gelcege Vlakte of Valeye, tot de agterfyde van de Voorduinen toe, ingevalle van klagten over de beplantinge van defelve Agterduinen en Valey, zal worden gedemandeert, zoo als gedemandeert, en Jagtzaaken. ^ word by deefe, aan haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden in der tyd, tot de waarneeming van de fuperintendentie over de Asfendelver- en St. Aagtcndyk, om defelve te doen ter occafie van de beraaming van de Werken op de voorfchreeve Dyken , en dat de voor- en agterfyde van de Binnencuinen mitsgaders de Konynheining zullen werden bekeurt en befchouwcn by Schout en Scheepenen van Castricum, zoo als defelve daar toe by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 28 November 1659 reeds zvn gequalifjceerd geworden. 10. Commisfie voor haare Koninglyke Hoogheid als Groot- en Opper- Houtvesterfche of Jager rncesterfche van den Plande van Holland en Westvriesland. Den 24 November. 1751. "T\e Staaten van Holland en Westvriesland, JL/ doen te weeten: Alfoo wy ten dienfte van onfen Lande van Holland en Westvriesland, en omme het Ruk van de Houtvesterye en de Wildernisfe van defelfde Landen met de Hoogheeden en Pneëminentien van dien, onder goede authoriteit en ordre te conferveeren, noodig bevonden hebben den Staat als Groot- en Opperhoutvester of Jaagermeester van de voorfchreeve Landen, zulks als van oude tyden gebmikelyk is geweest, te doen bedienen. Zoo is 't, dat wy met rype deliberatie onthouden, geordonneert en gecommitteert hebben, onthouden, ordonneeren en committeeren mits deefen, in den Staat als Groot- en Opperhoutvesterfche of Jaagermeesterfehe van den voorfchreeven onfen Lande, haare Koninglyke floogheid, Mevrouwe de Princesfe Douariere van Orange en Nasfau, gebooren Koninglyke Princesfe van Groot-Brittannien, &c. &c. &c. als Gouvernante en Voogdesfe van zyne Hoogheid den Heere Willem Prince van Orange en Nasfau, &c. &c. &c.1 Erfftadhöuder, Capitein en Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden,- geevende hooggemelde haare Koninglyke Hoogheid volkoomen authoriteit en fpeciaale magt, denfelven Staat van Groot- en Opperhoutvesterfche of Jaager- . meesterfche, voortaan te houden, exerceeren en bedienen, de Hoogheeden, Geregtighee- \ den en Prseëminentien van de Bosfchen, Wil- \ dernisfen, Wild, en het geene daar toe is ! behoorende, te bewaaren en te doen bewaaren, en tot dien einde te kiefen en te ftellen een gequalificeert Lieutenant Generaal, met • last omme goede opligt te hebben dat de Bosfchen, Duinen en het Wild daar inne zynde, wel en behoorlyk onderhouden en gaade geflaagen worden, zonder te gedoogen dat by iemand, niet daar toe geauthorifeert zynde of fpeciaal bevel hebbende, eenig Wild gefchooten of gevangen, of eenige Geboomte afge¬ houwen worden, en voorts te beforgen, dat de Ordonnantiën en Placaaten op het ftuk van de Wildernisfe en Jaghte gemaakt en gepubliceert, of nog te maaken en te publiceeren, werden agtervolgt en onderhouden, zonder die te laaten infringecren, maar teegens de Transgresfeurs van dien, na inhoud van defelve , zonder faveur of disfimulatie te procedeeren, en ten dien einde voor haar of haaren Lieutenant Generaal ter gewoonelyker piaatfen, daar het Regt van de Houtvesterye gehouden word, te doen dagvaarden de Delinquanten, en teegens defelve te procedeeren na behooren. En voorts alles te doen dat een goede en getrouwe Groot- en Opperhoutvesterfche of Jaagermeesterfche van den voorfchreeve Lande mag, behoorden toeftaat te doen, volgende de Inftructien en Ordonnantiën daar van zynde , alles tot de Gagien, Regten, Prserogativen, Prseëminentien, Vryheeden, Profyten en gebruikelyke Emolumenten daar toe ftaande en behoorende, en op den Eed by haare Koninglyke Hoogheid aan ons gedaan; ontbieden daar omme en beveelen de Prefidenten en Raaden van den Hoogen Raade en onfen Hove, de Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, als adminiftreerende onfe Domeinen, en alle andere Jufticieren, Officieren en Onderfaaten van de voorfchreeve Landen, die deefen aangaan mag, dat zy haare Koninglyke Hoogheid van den voorfchreeven ftaat van Groot- en Opperhoutvesterfche of Jaagermeesterfche van den voorfchreeven, Lande, en van de Gagien, Regten, Eeren, Prerogativen , Prseëminentien, Vryheeden, Profyten en Emolumenten voorfz. doen en laaten genieten, volkoomentlyk en vreedelyk,zonder eenige contradictie of empechemenf ter contrarie. Gegeeven in den*Hage den 24 November 1751- Pppp 3 R*  Houtvesterye en Jachtzaaken. g*j qualiteyt alsCastelyn en Gouverneur van Sluys in Vlaanderen; verfoekende, op fundament van de gevolgen van verren uycfight, welcke in tyd en wylen zoo voor het gefagh als fecuriteyt van den Staat zouden kunnen refulteeren uit de Refolutie van haar Hoogh Mogende van den dertighften Mey zeeventien honderd drie en vyftigh, waar by Johan Daniël d'Ablaingh Vryheere van Giesfenburgh, als mmine uxoris Posfesfeur van de Leenen van het Hof van Cadfmden Aardenburger- Ambaght, aan den Gouverneur en Hooghbailliuw van Sluys, als derde Houtvester over geheel Vlaanderen is geadjungeert, en het zelve Houtvester Ampt met het reght van de Jaght in geheel Vlaanderen daar uyt refulteerende aan de posfesfie van de voorfchreeve Leenen geannexeert; dat haar Hoogh Mogende de gemelde Refolutie in alle haare omihmdigheeden en gevolgen naarder gelieven te overweegen, en na bevindinge van zaacken te altereeren.' Dat zy Heeren Gedeputeerden insgelycks meede hadden geëxamineert het belangh, op de voorfchreeve Requeste weegens voornoemden Johan Daniël dAblaingh op denzeevenden February laatstleeden ter Vergaderingh van haar Hoogh Mogende ingedient, tendeerende, ten eynde haar Hoogh Mogende gelieven te perfifteeren by voorgemelde Refolutie van den dertighften Mey zeeventien honderd drie en vyftigh, als na rype examinatie van zaacken met overlegh van haare Koninghlycke Hoogheyd en eenpaarige toeftemminge van alle de Bondgenooten genoomen. Dat zy fleeren Gedeputeerden verders mondelingh met den Heer d'Ablaing over de bovengemelde gevolgen van verren uytfight, door den Heer van Burmania opgegeeven, in het breede hebbende geconfereert, de Lieer d'Ablaing hadde gedeclareert altoos te zullen eviteeren eenige Jaght onder het Kanon van de Stadt Sluys te komen exerceeren, en wel te moogen lyden, dat by zyn overlyden, of by zyn afftand van voorfchreeve Leenen, zyne Succesfeurs in defelve, zigh wederom op nieuw over liet voorfchreeve derde Houtvesterfchap zullen addresfeeren aan haar Hoogh Mogende, om als dan daar op gedifponeert te worden, zoo als bevonden zal wórden te behooren»' of wel by aldien zy moghten goedvinden, zoodanig verfoeck niet te doen, of dat by haar Hoogh Mogende als dan daar in moght werden geditlïculteert, de Posfesfeur der voorfchreeve Leenen als dan de privative Jaght zal hebben in de voorfchreeve Leenen van Cadfant en Aardenburgh-Ambaght, zonder het voorfchreeve derde Houtvester-Ampt te exerceeren. Dat zy Heeren Gedeputeerden van gedaghten zouden zyn, dat haar Hoogh Mogende, de bovengemelde Declaratoiren van den Heer d'Ablaingh accepteerende, de meergemelde Refolutie van den dertighften Mey zeeventien honderd drie en vyftigh daar meede zouden kunnen amplieeren, en vervolgens houden daar door aan het verfoeck van den fleer van Burmania te zyn voldaan. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Hoogh Mogende zigh met het uytgebraghte Rapport geconformeert, en is dienvolgens goedgevonden en verftaan, dat de Refofutie van den dertighften Mey zeeventien honderd drie en vyftigh, omtrent de erectie van het derde Houtvester-Ampt van Staats Vlaanderen, ten faveure van Johan Daniël d'Ablaingh, als Posfesfeur van de Leenen van Cadlant°en Aardenburgh-Ambaght, genoomen, met desfelfs Declaratoiren, in het bovenftaande Rapport vermeld, zal worden gehouden te zyn geamplieert, en dat daar meede aan het verfoeck van Gemmo Onumphrius van Burmania, in qualiteyt als Casteleyn en Gouverneur van Sluys in Vlaanderen, by desfelfs Requeste van den zesden Augufty zeeventien 'honderd vier en vyftigh is voldaan. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Plolland en Westvriesland hebben op het voorlchreeve Rapport doen aanteeckenen, dat daar in het voorfchreeve Rapport van privative Jaght word gefprooken, eghter na haar gedaghten de Gouverneur en Hooghbailliuw niet behooren te worden uytgeflooten, en door de voorfchreeve woorden verftaan moeten worden ongeprejudicieert te zyn en te blyven in haar reght. 13. Refolutie van de Staaten van Holland, tot confervatie yan zeekere Vogelkooijen, tusfehen de Steeden Enkhuyzen en Medenhlik geleegen. Den 18 April 1755. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, gefchreeven te Hoom den 10 deefer, houdende ingevolge en ter voldoeninge aan haar Ed. Gr. Mog. Appoinétement van den 2© November 1754-, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Jan Groen, Pieter van Loofen, Jan Palenftein en Gerbrand Semeyn, refpeétive Eigenaars van vier geoétroyeerde Vogelkooyen, geleegen tusfehen de  Houtvesterye en jachtzaakeft. 'werden aangemaarit, door hunne Schouten-, volgens den inhoud van Haar Edele Mogende Placcaaten, alle vigilantie aan te wenden, om de bovengemelde fnoode praétyquen te ontdekken, en te helpen weeren: Zullende wy %7l aan de executte, hier tegens geëmaneert, dè hand houden. En op dat niemand hier van eenige onkunde voorwende, zal deefe alomme, daar't gewóón is te gefchieden, geaffigeert worden. Aldus gedaan en gearrefteert, in 't Hof'van Zeeland, tot Middelburg i dén 3 Juny 1735. Ën wéderom gerenoveert, den 1 Juni 1750*, (Onderflond,) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden van Zeeland, (Ende is geteekent,) JACOB du BON. $- Refolutie van de Staaten van Holland, tot hè beplanten der Voor duinen, als meede het opvangen der Conynen op de Landen gelegen onder de Heerlykheid Baccum. Ben 8 July 175Ö. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland eh hét Noorder Quartier, gefchreeven te Hoorn den 4 der voorleede maand, houdende , ingevolgé en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 6 Maart deefes jaars, derfelver Confidèratien eh Advis op de Requeste van de géfamentlyke Ingelanden van de Heerlykheid Baccum, klaagende, dat door hetoverloopén van de Voorduinen, de Duinheiningen genoegfaam waaren geworden van geen de minfte utiliteit; en Vervolgens verfoekende, dat aan de Duinmayers binnen de voorfchreeve Heerlykheid mogte worden gelast, hunne Voorduinen behoorlyk beplant en bepoot té onderhouden, en voor hét overftuiven te préferveeren; als meede aan de Supplianten te verleenen Confent en Octroy, om de Conynen óp hunne Landen binnen defelve Heerlykheid koomende weiden, met Affetnetten en Fretten te moogen opvangen en depopu- leeren, mits nogtans dat zulks niet anders werde gedaan dan ten overftaan van een beëedigt Coddebeyer, door de Supplianten daar voor behoorlyk te falarieeren en voldoen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de Eigenaars van de parken Duins geleegen onder Baccum, mits deefe te gelasten, om zelfs door haare Huurders dé Voorduinen met Helm en Stroo behoorlyk té be- I planten én tegens de overftuiving te préfer- f veeren, ten minften twaalf roeden Duinwaards in, van de fchutting af te meeten, terbefchouwinge van de Regenten van Baccum ; en wy- | ders aan de Supplianten te verleenen Oétroy en Confent voor den tyd van vyftien jaaren, ingaande met den jaare 1756, om het Conyn koomende weiden op hunne Landeryen binnen Baccum, met Netten te moogen afletten, opvangen én depopuleeren; dog niet anders dan ten overftaan van een gefwooren Coddebeyeri 1 door de Supplianten daar voor te falarieeren. Placaat van de Staaten van Holland, teegen het fchiet en, kloppen, ftoot en, en pleegen van an* dere infolentien by of omtrent de Voogelkooyen in ■Zuidholland. Hen 3 January 1760. T\e Staaten van Holland en WestVriesland; JL/ Allen den geenen die deefe zullen fien of hooren leefen, falut: Dben te weeten: Alfoo wy in ervaaringe gekoomen zyn, dat, nietteegenftaande onfe ernftige Placaaten teegen hetlchieten, kloppen, ftooten en het pleegen van andere infolentien, by of omtrent dé VoVIII. Deel. gelkoyen, geleegen in Zuidholland eh deri Landé van Stryen en Putten, en welke Plaéaaten van tyd tot tyd zyn vernieuwt en bevestigt j en nog laatstelyk op den 13 February des jaars 1722, veele quaadwillige en baatfugtige Menfehen zig niet ontfienj niet alleen zoodanige infolentien daar ter plaatfe ën elders Qqqq «  Houtvesterye en Jachtzaaken. verneurs en Commandeurs over de Militie in de Steeden, Piaatfen en Forten van onfen Lande, dat zyluiden (des verfogt zynde) de Officieren van de Juftitie en andere Geauthorifeerders in het vervolgen en faifeeren van de voorfchreeve Perfoonen zullen bieden de behulpfaame hand en adfiftcntie, en datzy voorts, haare onderhebbende Militie daar toe zullen hebben te houden, dat defelve met geene Roers na buiten gaan of in Schuiten of Schouwen na buiten vaaren, omme te koomen omtrent eenige Vogelkoyen, met verklaaringe, dat, contrarie gefchiedende; de voorfz. boeten en poenen tegens defelve ftriételyk zullen worden geëxeceteert. En ten einde niemand daar van ignorantie zoude kunnen pretendeeren, ordonneeren wy voorts, dat deefe alomme zal worden ^publiceert en verkondigt, ter plaatfe daar men gewoonlyk is publicatie te doen: Ontbieden voorts alle Officieren, Jufticieren en Onderzaaten, die het raaken of aangaan zal haar na den inhoude van deefen te reguleeren; pro_ cedeerende en doende procedeeren teegens de Overtreeders, zonder eenige gunfte, faveur, disfimulatie of verdrag, tot vergeldinge en inninge van de poenen en boeten in deefen geftatueert, niettegenftaande eenige appellatie of provocatie, en dat zonder prejuditie van defelve, alfoo wy zulks tot dienfte van dcn Lande bevonden hebben te hehooren. Gedaan in den Plage onder het klein Zeegel van den Lande, den 3 January 17de (Onderflondj Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) AR IS v. n. MIEDEN. Reglement en Ordonnantie op de Jagt onder de Heerlykheid van Ameide: gearrefteert den 17 Mey 17'60, En door de Edele Mog. lïeeren Gecommitteerde Raaden geapprobeert den 22 September 1760. 17. Extracl uit het Register der Refolutien van de Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en IVestvriesland, ge■ noomen op Den 22 September 1760. jf"^ ehoord het Rapport van den Heere van \PX Leyden, (den Heer Warin abfent zynde) haar Edele Mog. Meede-Broederen in Raade, en Commisfarisfen tot de zaaken, betreffende het Domain van Vianen, hebbende, in gevolge en ter voldoening aan haar Edele Mog. Acte Commisforiaal van den 19 Mey deefes jaars, geëxamineert de Requeste en Bylaage, aan haar Edele Mog. geprefenteert by of van weegen Arnout Leers, Fleere van Ameide enHerlaer, waar by defelve om reedenen by de voorfz. Requeste gefpecificeert, verfoekt, dat het haar Edele Mog. goede geliefte zy een neevensgaande door den Suppliant gearrefteert Reglement en Ordonnantie op het ftuk van de Jagt, in de Heerlykheid der Steede Ameide voortaan te obferveeren en na te koomen, met derfelver goedkeuring en approbatie te bekragtigen, zoo als haar Edele Mog. op den 17 September 1743 insgelyks hebben gelieven goed te keuren en te appro- beeren diergelyk Reglement op de Jagt onder de Pleerlykheid van Meerkerk. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde het PJacaat op het ftuk van de Jagt in den Lande van Vianen en Ameide, op den 30 April 1681 door Hetwich Agnes, Frouwlyn van Brederode, als Vryvrouwe van Vianen en Ameide geëmaneert, waar na de respeétive Koopers van het regt der privative Jagt in de Heerlykheeden onder Vianen en Ameide voornoemt, in gevolge de respeétive Koopconditien gehouden zyn zig te reguleeren ; en voorts, dat des nietteegenftaande aan den Eigenaar van het regt van privative Jagt onder Meerkerk in den jaare 1743 is geaccordeert het uitgeeven van een nieuw Reglement en Ordonnantie op het ftuk van de Jagt aldaar, en het zelve is geapprobeert: is dien volgende goedgevonden en verftaan , het gepresenteerde Reglement en Ordonnantie van den Suppliant voor de Heerlykheid van Ameide, mits deefen met eenige veranderingen meede te approbeeren, zoo en in diervoege, als het zelve hier na is geinfereert. Reglement en Ordonnantie op de Jagt onder de Heerlykheid Ameide. Alfoo de Edele Groot Mog. Heeren Qqqq 2 Staa-  Houtvesterye en Jachtzaaken. 6ff V. Gelyk defelve al meede zullen gehouden zyn in het exerceeren van voorfz. Wyvverk haar modestelyk en met discretie te gedraagen, en daarenbooven niet meer als twee Haafen en een koppel Patryfen op eenen dag zullen moogen vangen , op poene en verbeurte vooorfz. V I. Dat zy ook niet meer als tweemaal des weeks zullen moogen Jaagen, meede op poene en verbeurte als vooren. V I I. Item dat zy geene gevange Haafen of Patryfen zullen moogen verkoopen, of anders tot Geld maaken, op poene en verbeurte hier vooren verhaalt. VIJL Item zullen de gemeene Inwoonders tot prsefervatie van haare Voogelkoyen moogen hebben en ftellen met voorweeten en kennisfe van onfen Houtvester, die wy belasten daar op wel te letten, kleine enkelde vallen, alleen voor open en agter toe, van de lengte van een en een half voet, en wyd een halve voet in het vierkant, op dat de Val voor ten hoogfte maar vier duim open mag ftaan, en ten aanfien men bevind, dat diergelyke Vallen fuffifant genoeg zyn om het Ongedierte omtrent haare Koyen te vangen, belastende alle Opgezeetenen van Ameide geene ander of meerder Val of Vallen te ftellen op een boete van vyf en twintig guldens, op ieder Val voor de eerfte reis, de tweede reis vyftig guldens, en voor de derde reis insgelyks vyftig guldens, en daarenbooven uit onfe Heerlykheid gebannen te worden voor den tyd van zes jaaren; en nadien men bevind, dat wanneer eenige perfoonen deefen aangaande worden beboet, qualyk te bewyfen is, wie die Vallen competeeren, ten aanfien die dan worden geloochent, zoo verklaaren wy onfe meening te zyn, dat de Bruiker van het Land, daar de Vallen opftaande gevonden worden, voor de boete zal moeten repondeeren, ten waare hy bewyfen konde wie defelve aldaar op zyn Land geftelt hadde, om daar na van de boete bevryd te worden. I X. Item of het gebeurde, dat iemand bevonden wierd Strikken, Klemmen of andere Inftrumenten in het Veld te ftellen of op te neemen, zoo is onfe wille, dat de Overtreeder aanftonds zal worden met de Strikken om den Hals gefchavotteert, en uit de Heerlykheyd Ameide gebannen met defelve verklaaring in het einde van voorgaande Articul bevindelyk. X. Item of iemand eenige Haafen of an* der Wild, jong of oud, booven niet toegelaaten te moogen vangen, onweeten- de mogte vangen, het zy met Raapenof ander Koorn te maayen, of anderfints, sullen defelve gehouden weefen het voorfchreeve Wild binnen tweemaal vier en twintig uuren te brengen aan ons, of in abfentie, aan handen van onfen Houtvester of Meesterknaapen , of indien het zelve niet gequetst is, laaten loopen of vliegen, op pcene van tien guldens voor de eerfte reife, voor de tweede reis twintig guldens, en voor de derde reis dertig guldens, en daarenbooven arbitrair geftraft te worden. X I. Item dat niemand, wie hy zy, alfoo .het een fchaadelyk inftrument is, zal moogen jaagen met Sak en Schild, op poene van openbaarlyk gefchavotteert te worden met Sak en Schild om zyn Hals, en daarenbooven gebannen uit onfe Heerlykheid Ameide, andere ten exempel. X I I. Dat niemand meteenig fteek- of ander Garen , Netten of ander Inftrument zal vangen moogen eenige Wagtels, Vinken of Ganfen, op pmne van alle haare Netten , en t'elkens zes guldens by de Contraventeurs te verbeuren. XIII. Item zullen de Huisluiden en andere in de Heerlykheid van Ameide woonende , geene jaagende Honden of nagtjaagende Honden of Spilioenen moogen houden, nog ook eenige andere Honden $ hoe genaamt, ten zy die by onfen Houtvester keurfaam bevonden worden, omme ten Huife of Hoffteede te basfen en te bewaaren, en dat daar booven defelve Honden een lleepende Knuppel fteeds aan den Hals hebben hangen, op poene, dat die geene contrarie deefen bevonden word, op ieder Hond verbeuren zal zes guldens, en dat booven dien de Honden doodgefmeeten of doodgefchooten zullen worden, en de poene dadelyk geëxecuteerd X I V. Zullen insgelyks geene ingezeetenen van Ameide of andere Diftricten onder Ameide, mogen te Veld, of op Land gaan met eenige Honden, ten zy die geknuppelt zyn, invoege voorfz., op verbeurte van de Konden en zes Caroli guldens, by de Contraventeurs te verbeuren, alle welke poenen men met 'er' daad zal moogen executeeren. X V. Item clat niemand het zy jong of oud van nu voortaan zal moogen gaan in onfe Heerlykheid Ameide met eenig Roer, Booge, of ander Jagt-inftrument, hoedanig die genaamt zoude moogen worden, daar/ meede men het Wild zoude konnen befchadigen, op poene van dadelyk geapprehendeert te worden, en daarenbooven op verbeurte van vyf en twintig guldens Qqqq 3 e®  Houtvesterye én Jachtzaaken. XXVI. Indien eenig Wildbraad by eenige Landsluiden of uitheemfche Perfoonen, heimelyk of in het openbaar in onfe Heerlykheid van Ameide gebragt word , zullen het zelve voor allen onfen Houtvester moeten prcefenteeren, en zoo zy ook niet weeten te verdeedigen, als wel en geregtelyk gevonden, zal de Aanbrenger hebben het Wild, en het derde deel van de boete daar toe ftaande. XXVII. Zal voorts niemand eenige Voogelkoyen, nu zynde, of namaals geftelt wordende, moogen berooven, ftooren, nog daar omtrent, om defelve te befchadigen, fchieten, op pcene van vyf en twintig guldens, en de Roers te verbeuren. XXVIII. Insgelyks zal niemand, wie hy zy, hem mogen vervorderen, opbreeken, kappen, houwen, mayen, fnyden eenig Gras of Koorn, Boomen, Tuynen of Heggen der fluisluiden, op pcene dat wie contrarie bevonden word gedaan te hebben, zal verbeuren zes guldens, en zullen de Ouders voor haare Kinderen en de Meefters of Vrouwen voor haare Knegten moeten refpondeeren, en wordende Boode, Jager en Dienaar van de Juftitie wel fcherpelyk bevoolen hier wel op te letten, op pcene van" casfatie haares Ampts. XXI X. Item Zoo iemand, die eenig confent van ons hebben bekoomen, om te moogen jaagen, gelyk onfe Geregtsboode, Jager of Dienaar der Juftitie, bevonden, dat eenige Perfoonen contrarie deefen onfen Reglemente en Ordonnantie koomen te jaagen, of deefe Articulen te excedeeren, zullen het onfen Houtvester te kennen geeven, omme by denfelve geaccufeert te worden, op pcene van vyf en twintig guldens, en daarenbooven te verbeuren twee jaaren haar privilegiën, die de Houtvester bevinden zal hier in gefimuleert te hebben. X X X. En zullen alle de voorfz. geftatueerde boeten geappliceert worden tot onfen profyte het eene, het tweede voor onfen Houtvester, en het derdedeel ten behoeve van den Aanbrenger, indien daar eenig is, anders de voorfz. twee derdens voor den Houtvester. XXXI. _ Belasten daarom en beveelen onfen f houtvester, dat hy teegens de Over treeders van deefen ftrictelyck en zonder eenige fimulatien of verdrag procedeeren zal tot de executien der pcenen, daar in verhaalt, beveelende tot dien einde onfen Meefterknaapen, en alle anderen die des aangaan zoude moogen, dat zy het geen booven verhaald doen agtervolgen, en onfen voorfz. Houtvester daar op doen goed, kort en onvertoogen regt. XXXII. Welke regtfpraaken wy ftatueeren, dat op een van de volgende drie ordinaire Regtdagen, die wy daar toe vastelyk bepaalen, zal moeten gefchieden, en welde eerfte, dat die gehouden zal moeten worden veertien dagen na de opening van de Jagt, de tv/eede ter halver Jagttyd, en de derde korten tvd na het fluiten van de Jagt in ieder faifoen, dan by zoo verre het mogte koomen te gebeuren, dat 'er in die respect! ve tusfehentyden faaken quaamen voor te vallen die geen uitftel konden leiden, en dan ook niet tot een volgende ordinaris Re aan ..... wVv„ c„ ^nii «f bewaarim vanRing en Waterfchap aldaar , teegen het tnhZ aie den ken van het Water! Den aS FebruSrJ De Ridderfchap, Edeleri ende Steden van Hollandt, &c. Alfoo de Scheepenen van Urfen, ende de Vrede-makers van Oostmyfen, over ende in den namen van de gemeene Ingeërfden ënde Ingelanden aldaer, ons verthoont hebben, dat zy Supplianten met zekere morghentalen, aenkomende die van Noort-Schermer, in een Waterfchap genaamt Myferkooch, onder eenen Watermolen ende Rinck bekaet Jegghen, contribuerende in de kosten ende oneelden van denfelven Water-molen mat mats ielyck, ende hoewel mitsdien denfelven Rinck ende Waterfchap behoort dicht ende oock met goede vaste kaden gehouden te worden, omme het buytenwater uyttet binnen-lant te keeren, ten eynde door d'voorfz. gemeene Polder, die binnenlanden goedts tydts droogh gemalen ende droogh gehouden moghen worden, ghelyck men in de bekade Polderen ende Waterfchappen van Hollandt, onder eenen Molen ende Molenkade befloten zynde, doorgaens is gebruyckende, defe niet jegenftaende, fchynt dat die van Noort - Schermer haerluyder kade niet zoo hoogh noch zoo fwaer en maacken als t behoorde, maer defelven zoo licht ende fwack maecken, dat deur ftorm ende onweder, ofte aenparfinghe van buyten-water defelve kaden over-loopen ende inbreecken' Invoeghen dat des Winters, oock verfcheyden gaten in haer-luyden kaden bevonden worden, waer door het buyten - water inne gelaaten wordt, oft inne loopt, tot belastinghe ende bederifenisfe van der Supplianten Landen, welck zulex niet en behoort, ende repugneert 't gemeenen gebruyek doorgaens over allen kaden oft bedyekten Polderen, onder eenen Watermoolen legghende alhier in Hollandt, geobferveert, ende oock contrarieert zekeren Planttesten van Ho. Mo. Hertoghe Aelbrecht van Eeyeren, in date 'svrydaeghs na S. Agmeten dagh anno 1398. Verfoeckende daer omme de voornoemden Remonftranten, dat ons believen wilde henluyden t' o&royeeren VIII. Deel. conform ftvoorfz. gemeen gebruyek, midts». gaders de voorfz. Handtvesten van Ho Mo Hertoghe Aelbrecht van Beyeren, dat de Rinck van de voorfz. Polder met goede vaste kaden dicht gemaeckt, ende onderhouden zoude worden, om daer by 't binnen-landt van overftortinghe ende inbreek van 'tbuytenwater gepreierveert te worden, zonder eenighe doorfteeckinghe ofte inlaatinghe van ;c voorfz. buyten-water te laten gefchieden ende dat voorts tot dien fyne, op alle de kadyeken van de voorfz. Polder keuren geleydt zouden worden, eenpaerlyk in hooghte breette ende anders naer behooren, by vyf Heemraden gefamenderhant, te weten, twee van Urfen, twee Van Noort-Schermer oft Schermer-hoorn, ende een van Oostmyfen, die oock de voorfz. geheelen Rinck zouden fchouwen t allen tyden des noodt ende oorbaerlyck zynde, mits dat elck Schout van de voorfz. drie Bannen, die Schouwen in zyn bedryf mette voorfz. vyf Heemraaden dryven zoude, dat oock de Molenaren met de voorfz. Watermoolen, tot allen tyden ter Ordonnantie van de voorfz. vyf Heemraden oft meerendeel van dien, gehouden zouden zyn, tot gemeene kosten van voorfz. Polder te malen, immers zoo langhe tot dat de lae?e Landen in denfelven Poldergeleeghen, gantsch droogh zouden wefen, ende hen Supplianten m den name als boven, hier toe te willen verleenen ende doen expedieeren behoörlycken Brieven in zulcken zaecken dienende. Doen te weeten: dat wyde zaacke voorfz overghemerekt, ende begheerencle den voorfeyde Remonftranten alle voördefhisfé ons doenlyck zynde te bewyfen, eerst hier op gefien 't fchnfteJyck Advys van den Dyckgrave van Drechterlandt ende Geestmaer- Ambacht, hebben denfelven Remonftranten ghegundt' geoctroyeert ende gheaccordeert, gunnen', oeïroyeeren ende accordeeren by deefen, dat omme alle aenparfinghe ende inconvenientien van den inbreek van Water te verhoeden Rrrr ende  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. 683 3. Publicatie van de Staaten van Holland no¬ pens het Tken der Scheepen, vaar ende in den ^Doorvaart en Ontgronding van dén Turf. Den 18 Mey 1756. TP\e Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Alfoo wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat de Scheepen vaarende in den Doorvaart en Ontgronding van den Turf, zoo wel de Vreemde als de Hollandfche, tot hier toe geenfmts na behooren, en dus op een eguale voet zyn ge'ëykt, het geen niet alleen tot zyn gevolg heeft een groote inegualiteyt in het draagen van de voorfchreeve lasten, maar ook zelfs {trekt tot groot nadeel van verfcheyde Trahcquen binnen deefe Provincie: Zoo is 't, Dat wy, daar jegens willende voorfien, de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden in den Hage refideerende, by onfe Refolutie van huiden niet alleen hebben geauthorifeert en gequalificeert, om te ftellen zoodanige Ordres, en te maaken zoodanige Reglementen , als tot de introduótie en executie van een precife, juilte en eguale Eyk van alle de Scheepen in den Doorvaart of Ontgronding vaarende, meest efficacieus en bequaain zullen werden bevonden, maar ook teffens goedgevonden, ten eynde de voorfchreeve Eyk uyt kragte van de daar toe geftelde ordre nieu- welyks gedaan, niet vrngteloos zoude werden gemaakt, aan alle Turfichippers, zoo Vreemde als Hollandfche, in den Doorvaart en Ontgronding vaarende, te interdiceeren en te verbieden , gelyk wy aan alle defelve interdiceeren en verbieden door deefe, om aan of in hunne Schecpen, rat dat defelve alvoorens van nieuws behoorlyk zullen weefen geëykt, eenige verandering, het zy door het verfetten van Befchotten of anderfints, te maaken, direct of indirect, op een boete van duyfend guldens, en voorts aan alle defelve Schippers te gelasten, gelyk wy defelve gelasten door deefe, om van de verandering, die zy by vertimmering hunner Scheepen aan defelve gemaakt zouden moogen hebben, by hun eerfte doorvaart kennkfe te geeven aan'den Hoofdgaarder, geftelt aan de Sluyfen die zy pasfeeren, en by haar retour het leedig Vaartuyg weeder van nieuws te doen eyken, op gelyke boete vafï duyzend guldens. En ten eynde niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pretendeeren, gelasten wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 18 Mey 1750. (Onderjiond,) Ter Ordonnantie van de Staaten, (JVas geteekent?) C. BOEY. 4. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende een Reglement van gegoedheid in Landeryen voor Dykgraaven en Dyks-Regenten van de vier Ambagten van de IVestvriefche Dykagie. Den 27 January 1757. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport, den. 15 December 1756 ter Vergaderinge uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 21 October i75d, met eh neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende, hebbende geëxamineert een Misfive van de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, ten felven dage ter Vergadering ingekoomen, waar by als eene der reedenen van het verval der oude Landen in Westvriesland, hebben opgegeeven, dat van ouds veele Landeryen in Westvriesland wierden befeeten by de eerfte Luiden van het Land, notable Perfoonen, Regenten en gequalificeerde Ingefeetenen, en Rrrr 2 dat  Dyk-WateiTecht, Ontgrondingc en SkehtürVen. gjg Een Hoofd- Ingeland van de Scha- Een Heemraad van de Niedorper ger Cogge teegens Mey 1757. 8 Merg. Cogge teegens Mey 1757. 4. Mers- En met Mey 1761. — 12 En met Mey 176*1. 1 12 - per Cogge ieder teegens Mey Een Secretaris van 'de Niedorper- 1757- 6 — Cogge. — . _ 12 - ... En met Mey 1761 ieder. 8 ■- 5' Refolutie van de Staaten van Holland, tot obfervantie van het Oclroy van bedyking van de Rondeveenfche Polder van 23 January 1674, en het oi> gevolgde Accord van 27 February i574i Ben 17 December 1757. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van dcn 12 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 26 September 1755, geëxamineert de Requeste door Wouter Hendrik van Nilleftein, Daniël van Almonde,en verfcheide anderen ) alle of Poldermeefteren of Ingelanden van de Polders van Waveren, Botshol en Ruigewilnis, Waverveen, Meydregt, Wilnis, Oudhuifen, Demmerik, Vinkeveen en Proostdye en Aasdom in het Veen, te faamen uitmaakende de Rondeveenfche Polder, houdende klagten, dat omtrent, verfcheide pöinten, de beheeringe en directie van de Rondeveenfche Polder concerneerende, niet wierd geobferveert het geene het Octroy van bedyking van defelve Polder van den 13 January 1674. en het daar op gevolgde Accord van den 27 February 1674, als meede het interest van defelve Polder quam te requireeren, beItaande defelve pointen van klagten, en die nader zyn voorgeftelt in een Berigt aan de Heeren Gecommitteerde Raaden overgegeeven, voor zoo verre daar aan niet reeds is voldaan, in deefe volgende: Eerftelyk, dat de refpeétive Ambagtsheeren van de voorgemelde Ambagtsheeiiykheeden of Polders zig teegens den inhoud van het voorfchreeve Octroy van 23 January 1674. van de aanftelling van Heemraaden van de Rondeveenfche Polder in posfesfie zouden hebben geftelt , en daar toe perfoonen gecommitteert, die conform het Oclroy niet behoorlyk zouden zyn gequalificeert. Ten anderen, dat tot Dykgraaf was aangefteld Mr. Petrus Leonardus Schippers, maar neegen mergen Lands hebbende, en dus volgens het Accord van 27 February 1674. daar toe niet zoude weefen gequalificeert. Ten derden, dat in de plaetfe van den Secretaris Luiken, die buiten ftaat was zyne functie waar te neemen, en zeedert is overleeden, in December van den jaare 1754. door Dykgraaf en Heemraaden by meerderheid van ftemmen aangefteld zynde Jacob de France, door de oppofitie van de daar tegens geprotefteert hebbende Leeden Wierd geëffeétueért dat aan defelve geen Commisfie wierd verleent. Ten vierden, dat de Benker-Moolen, 'iri 1756. afgebrand, binnen zeekeren te bepaalefi tyd vveeder mogte werden opgebouwt. En laatftelyk ten vyfden, dat de kosten by de Poldermeefteren en Ingelanden gemaakt, om op de voorfz. en verdere thans afgedaan! poinclen redres te erlangen, door het Collegie van Dykgraaf en Heemraaden over alle dë Polders van de Rondeveenen in het gemêefi mogten werden gerepartieert eh omgeflaageni En hebben de Heeren Gecommitteerde Raaden voorts ingevolge van haar Edele Groöd Mogende Appoinétement van den 4 Növerriber 17 5 5. ook geëxamineert de Requeste, door de fungeerende Heemraaden van de Rondeveenfche Polder tot wederlegging van den ïhhoud der eerstgemelde Requeste geprefenteert; en wyders ingevolge van haar Edele Groot Mogende geconvenieerde met de Heeren Staaten van Utrecht van den 24 October deefes jaars, daar over met den fleer Woertman, als daar toe by hoogstgemelde Heeren Staaten gequalificeert, geconfereert, en te fiamengeconcerteert het geene door de Heeren Staaten van de beide Provinciën op de voorfchreeven vyf Pointen zoude behooren te worden geréfolveert. Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mogende zig het Voorfz. geconcerteerde laaten welgevallen, en dienvolgende ten opfigte van het voorfz. eerfte Poinét, raakende de aanftellinge van Heemraaden, in agting genoomen zynde, dat hoe zeer by hét Oétroy van den 23 January 1674. wei is gegeeven aan Poldermeefteren en Ingelanden de aanftellinge van Heemraaden, bepaald by het Accord van den 27 February 1674. tot de reedelykfte, aanfienlykfte en bequaamfte Perfoonen, egter de Ambagtsheeren, volgens informatie , zig daar in zonder interruptie hadden gemaintineert, en het derhalven onbillyk zoude zyn, defelve, ten minften zonder daar op gehoord te zyn, daar van te ontfetten, is goedgevonden en verftaan, dat de Supplianten diesweegens zullen worden gerenvoyeert aan Rrrr 3 dd  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. 687 & Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende approbatie eener ABe, op Refolutie, op naam yan de Staaten van IPollantl en yan Utrecht genoomen , raakende de beheering van de Rondeveenfche Polder. Den 1 February 1758. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage den 30 der voorleede maand, houdende, dat zy ter executie van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 20 December van het voorleeden jaar, niet verfuimt hadden op de naam van de Heeren Staaten van Holland en van Utrecht te doen dresfeeren een Refolutie of Acte, in fubftantie overeenkomende met haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 17 December 1757 , genoomen op de Poincten differentiaal raakende de beheering en adminiRratie van de Polder de Rondeveen, alleenlyk met uitlaatinge van de reedenen van decifie, om daar door by het uitgeeven van defelve Aéte nieuwe contentien en inconvenientien voor te koomen, en defelve, door den Secretaris Boey onderteekent , te doen toekoomen, by abfentie van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, aan derfelver Gedeputeerde Staaten, welke zorge hadden gedraagen, dat de gemelde Aéte door den Secretaris van de Heeren Staaten van Utrecht, en ter ordonnantie van defelve, onderteekent, aan haar Heeren Gecommitteerde Raaden wederom was gefonden, en vervolgens op naam van de Heeren Staaten van de beide Provinciën Rond te worden geëxpedieert, zynde de voorfchreeve Aéte in orginali neevens de voorfchreeve Misfive gevoegt, en aan het einde deefes geinfereert; Waar op gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mogende geapprobeert het geene door de Heeren Gecommitteerde Raaden in deefen is gedaan, en verder de voorfchreeve Misfive aangenoomen voor Notificatie. De Staaten van Holland en Westvriesland , mitsgaders de Staaten 's Lands van Utrecht, gefien en geëxamineert hebbende de Requeste door Wouter Plendrik van NelleRein, Daniël van Almoode, en verfcheiden anderen, alle of Poldermeefters of Ingelanden van de Polders van Waveren, Botshol, RuigeWilnis, Waverveen, Meydrecht, Weinis, Oosthuifen, Demmerik, Vinkeveen en Proostdye en Aasdom in het Veen, te faamen uytmaakende de Rondeveenfche Polder, in den jaare 1755 geprefenteert, houdende klagten, dat omtrent verfcheide pointen de beheeringe en directie van de Rondeveenfche Polder concerneerende, niet wierd geobferveert het geen het Oétroy van Bedyking van defelve Polder van den 23 January 1674, en het daar op gevolgt Accord van den 27 February 1674, als meede het interest van defelve Polder quam te requireeren, beltaande defelve Pointen van klagten, en die nader in een overgegeeve Berigt zyn voorgeftelt, voor zoo verre daar aan niet reeds is voldaan , in deefe volgende : Eerftelyk, dat de refpeétive Ambagtsheeren van de voorgemelde Ambagtsheerlykheeden of Polders zig teegens den inhoud van het voorfz. Oétroy van den 23 January 1674, van de aanflelling van Heemraaden van de Pvondeveenfche Polder in posfesfie zouden hebben geftelt, en daar toe Perfoonen gecommitteert, die conform het Oétroy niet behoorlyk zouden zyn gequalificeert. Ten anderen, dat tot Dykgraaf was aangefteld Mr. Petrus Leonardus v^chippers, maar neegen mergen Lands hebbende, en die dus volgens het Accord van 27 February 1674 daar toe niet zoude weefen gequalificeert. Ten derden, dat in plaats van den Secretaris Luiken, die buiten ftaat was zyn funétie waar te neemen en zeedert is overleeden, in December van den jaare 1754 door Dykgraaf en Heemraaden by meerderheid van Stemmen aangefteld zynde Jacob de France, door de oppolitie van de daar tegens geprotefteert hebbende Leeden wierd geëffeétueért, dat aan denfelven geen Commisfie wierd verleent. Ten vierden, dat de Bancker - Moolen,in 1756 afgebrand, binnen zeekeren te bepaalen tyd weeder mogte worden opgebouwt. En laatstelyk ten vyfden, dat de kosten by de Poldermeesteren en Ingelanden gemaakt, om op de voorfchreeve en verdere thans afgedaane pointen redres te erlangen, door het Collegie van Dykgraaf en Heemraaden over alle de Polders van de Rondeveenen in het gemeen mogte worden gerepartieert en omgeflaagen. En hebbende ook gefien en geëxamineert de Requeste door de fungeerende Heemraaden van de Rondeveenfche Polder, tot weederlcgging van den inhoud der eerstgemelde Requeste geprefenteert. Is, na dat daar over door Heeren Gecommitteerden van beide de Provinciën onderling was geconfereert, op de voorfz. vyf pointen gerefolveert in maniere hier na volgende, en wel ten opfigte van het voorfz. eerfte point, raakende de aan. ftel-  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. 6Bq 7' Oclroy van de Staaten van Holland, tot het verlengen van de Haven van Middelharnis met concesfie van verfcheiden Voorregten tot uitvoering van dit werk. Hen 6 April 1758. Gedelibereerd zynde op het tweede Point van Befchryving van haar Edele Groot Mogende Vergadering van Maert 1757, nader gebragt in het tiende Point van de jegenwoordige befchryvinge, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 22 Maart 1757, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 2 Juny I752, geëxamineert de Requeste van Bailliuw en Leenmannen, mitsgaders Schout en Scheepenen van Middelharnis, na voorgaande communicatie en goedvinden van de Halsheeren der gemelde Heerlykheid aan haar Edele Groot Mogende geprsefenteert, om de daar by gededuceerde reedenen verfoekende, dat het haar Edele Groot Mogende behaage de totaale ruïne van der Supplianten Dorp en Negotie, en alle de daar uit te refulteeren nadeelige gevolgen voor de Finantie deefer Provintie te helpen pnevenieeren, door het verlengen van der Supplianten Haven tot aan het Noord-diep, en de twee daar toe nodig zynde Hoofden en Spuyen ten kosten van het gemeene Land te doen maaken en voltooyen, of wel anderfints daar toe uit des gemeene Lands kas aan de Supplianten te accordeeren een zeekere fomme van penningen, mitsgaders aan hen-Jieden te verleenen remisfie van de ordinaris Verpondingen honderdften penning der Huifen, integaan ten tyde wanneer aan het voorfz. werk zal werden begonnen, en te geduuren tot zoo lange, tot dat het zelve werk zoude zyn voltooit, en de penningen daar toe nodig te negotieeren, wederom met de Interesfen van dien zullen zyn afgelost, en betaald; als meede Authorifatie, om conform der Supplianten geoétroyeerde Keure op den afiflag van de te vangen en te verkoopen verfche Visch ten lasten der Visfchers een meerder penning dan eene ftuiver per gulden, die defelve althans tot het onderhoud der jegenwoordige Haven, Hoofden en andere werken contribueeren, te moogen innen, vorderen en ontfangen; dat ook de Ingelanden van de Polder het oude Land van Middelharnis, voor hunne als dan te krygen nieuwe uitwatering,-door de intercesfie van haar Edele Groot Mogende werden geperfuadeert tot eenige contributie in eens, en jaarlyks, of tot een van beide; en dat haar Edele Groot Mogende gelieven te verleenen confent om de doorgraavinge ter verlenging van der Supplianten Haven door de Plaat Flacqué te mogen doen, onder overgifte, dat wanneer de Haven zal zyn gemaakt, den aanwas en gorsfingen die ten weederzyden van dezelve van tyd tot tyd zullen accresceeren, zullen Vin. Deel. koomen ten profyte van de Haven, immers zoo verre de Jurisdiétie van Middelharnis is ftrekkende, om des te beeter de noodige penningen te kunnen negotieeren; en laatftelyk, dat haar Edele Groot Mogende de Supplianten geheven te authorifeeren, omme de Gelden, welke nog booven de Penningen door haar Edele Groot Mogende te accordeeren en die by den Polder het Oudeland zouden werden gecontnbueert tot het maaken ert voltooyen van de voornoemde verlenging der Haven, Lfoofden, Spuyen en verdere aankleeven van dien zullen noodig zyn, te moogen negotieeren teegen een convenabele Interest, vry van honderdfte, tweehonderdfte en andere Penningen, onder verband van des Dorps inkoomen, en te verleenen remisde der ordinaris Huis-Verponding en honderdften Penning, mitsgaders de aanwasfen in gevalle die aan de Haven mogten volgen; Mitsgaders op het nader Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden op den 18 January deefes jaars ter Vergadering ingekoomen, waar by defelve ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 26 July van het voorleeden jaar aan haar Edele Groot Mogende hebben laaten toekoomen de Confideratien van den Profesfor en Infpeéteur Generaal Lulofs en andere kundige Luiden, ten opfigte van de Ingrediënten van het eerstgemelde Advis Van de Heeren Gecommitteerde Raaden, met byvoeging van de confideratien en remarques, welke by de Heeren Gecommitteerde Raaden daar op waaren gevallen; Hebben de Fleeren van de Ridderfchap'en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, uit de naam en van weegens Burgemeefteren en Vroedfchappen van defelve Steeden geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mogende confenteeren en bewilligen by deefe, dat de Haven van Middelharnis zal mogen worden uitgebragt en verlengt tot in het Noord - diep op den voet van het daar van geformeerde Plan, zoo als het is afgeteekent op de Kaarte figuratif aan het einde defes geinfereert fub Litt. A* met die verandering alleen, dat de Hoofden van de nieuwe Haven tagtig, immers ten allerminfte zestig, roeden oostelyker dan op de voorfz. Kaarte geteekent is, zullen moeten werden gebragt, en des dat de te maaken Hoofden zoodanig van Paalwerken zullen moeten worden gemaakt, dat het water daar onder door heen kan fpoelen. Dat voorts de kosten, welke tot het maaken der noodige Werken zullen worden vereischt, en volgens de daar van gemaakte calculatie omtrent honderd duifend guldens zulS s s s lea  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven, En dat op dien voet de Supplianten zullen werden geauthorifeert, om booven het furnisfement ter fomme van agtien duyfend Gulden door de voorgemelde Landen te doen, met vrydom van honderdfte en twee honderdfte Penningen, onder verband van de Goederen en Inkomften van Middelharnis, na mate dat defelve nodig zullen worden bevonden, te negotieeren een fomme van twee en tagtig duyfend Guldens tot drie percento in'tjaar, mits defelve uyt de voorfz. Fondfen en verleende remisüen binnen den voorfz. tyd van elf jaaren weder werdende afgelost, volgens het Plan hier neevens gevoegt fub B. en dat daar toe ook zullen moeten worden gebruikt de door haar Edele Groot Mogende verleende remisfien, volgens de Memorie hier agter meede gevoegt fub C. Alles nogtans met dien verltande, dat by- Opl aldien tegen verwagting de kosten tot het maaken der Havendyken, Hoofden en gevolgen van dien mogten excedeeren de lommen die aan dc Supplianten door haar Edele Groot Mogende by deefe worden geaccordeert, aan haar Supplianten in zoodanige gevallen geen verdere gratiën zullen werden toegeftaan, als meede dat de kosten, die 'er na verloop vari tyd tot het verdiepen van het nieuwe Canaal en Haven of Spuyen, ("dewelke dog ten hoogfte waarfchynlyk zoo wel als andere Ha" ven aanllikkingen onderheevig zullen weefen) geimpendeert zullen moeten worden, altyd door de Supplianten of haare fuccesfeurs zonder eenig befwaar tot laste of nadeele van den Lande zullen moeten gevonden worden. En zullen hier van Brieven van Oétroy ten behoeve van de Supplianten worden gedepecheert. J^s Als men negocieert twee en tagtig duyfend guldens tot drie per Cento, en defelve wil afosfen in elf jaar, lm veel heeft men dan ieder jaar noodig? Het eerfte jaar interest van ƒ82000-o-, maakt 1 I | de fomme van . 1 , ƒ2450 o o Af te losfen tV, bedraagt. ■ ■ 74541101 o Ergo het eerfte jaar noodig. »■ ■ 9914 10 o Het fonds tot de Aflosling is. ■ 7l3& o °| Dus het eerste jaar te kort. ■ « ■ — — 'ƒ2776 10 o Het tweede jaar rest Capitaal ƒ 74545-10-o,\ 1 \ maakt aan Interest. . 2236 8 o Afte losfen tt. > / 7454)10 o Noodig ——— 9690 18 o Plet fonds als vooren is. ■ 7138 o o Het tweede jaar te kort. -'„, i — — 2552 18 o Hét derde jaar rest Capitaal ƒ 67091 -0-0, interest. » ■ — 2012 15 o Afte losfen 7'T. «— 7454 £© 0 Noodig. —■ 9467 5 o Plet fonds als vooren is. » —-—• 7138 o o Plet derde jaar te kort ——— - ■ — ~ 2329 5 o Het vierde jaar rest Capitaal ƒ 5963 6-10 - o, interest — - 1789 2 o Afte losfen tt *— ■ 1 7454 10 o Noodig '■ 9243 12 o Het fonds als vooren is ■ 7138 o o Het vierde jaar te kort 1. —- — 2105 12 O Het vyfde jaar rest Capitaal ƒ52I82-o-o, interest — 1565 10 o Afte losfen 7? 1 7454 10 0 Noodig 9020 o o | Het fonds als voorenis «—— ■ ■ 7138 o o| . Het vyfde jaar te kort >■ —— ■' —■ — I 1882' o o Transporteere —— 11646] 5 o Ssss 2 Bet  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. <%>3 C» Staat van het beloop der geaccordeerde remis- p'en aan Schout en Geregte van Middelharnis om daar uit te vinden het geene defelve gëduurende de tyd van elf jaaren op de Negotiatie van twee en tagtig duifend guldens, zoo weegens de betaaling der Interespen, als aflosfmg van het Capitaal, jaarlyks te kort koomen. Te kort i jaar 2776 10 Ot , „ Remisfie van de f ] 1 2jaar 2552 18 03 ƒ 53 9 o o or(jmarisVerponding van vyftien honderd een en dertig gemeeten vyftig roeden « I Lands tot . 2639 7 !o Komt voor het ijaar' -'- 2639 7 o 2 jaar 2639 70 3 jaar — — — | 2329J 5 o Remisfie voor \ \ i _ _ ƒ5278 14 o f gedeelte van 2639! 7 o Voorhet3jaar _ - 2309 8 10 4 jaar 2105 12 o? Remisfie voor \ 5jaar 1882 o oi 0 gedeelte van 2639 7 o Voorhet4jaar 1979 10 4 1 I 5 jaar tl979 10 4 <5jaar — — — 1658 6 o Remisfie voor \ I /_ l-l 3959 0 8 gedeelte van 2639 7 0 I Voor het 6 jaar _ - j 1649 11 14 7jaar 1434 14 o? ^ 0 Remisfie voor de 8jaar 1211 1 oi ^ helft van . 12639(710 Voorhet7jaar \ — — 1319 13 8 8jaar 1319 13 g 9jaar*—— 987 8 O Remisfie voor Ij 1 . _ 2639 7 o gedeelte van 2639 7 o Voorhet9jaar _ 989 15 2 I o jaar — —■ 7^3 15 0 Remisfie voor % j gedeelte van 2639*7 o I Voor het iojaar - _ _ _ 824:16 o II jaar —• — 54° *3 0 Remisfie per fioth i —. _ 591; 8 14 18242 2 o ' 18242 /"2 j 1>" 8. Refolutie' van de Staaten van Holland', be¬ trekkelyk de aanflelling van eed Dykgraaf en Penningmeester van den Lande van Vianen. Den 3 Mey 1758. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 27 January deefes jaars, waar by defelve aanhaar Edele Groot Mogende hebben laaten toekoomen het Rapport van de Heeren Commisfarisfen uit het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, welke geëxamineert hebben de refpeétive Requesten van de Sollicitanten om in plaatfe van wylen Mr. Gerard Callenburg Baartmans te worden aangeltelt tot Dykgraaf en Penningmeefter van den Lande van Vianen, behelfende de Confidera¬ tien waarom gemeent wierd dat voor ditmaal behoorde te worden afgegaan van het geené haar Edele Groot Mogende by derfelver Ordonnantie voor den Dykftoel van Vianen van den 6 Mey 1746, hebben geftatueert, dat de voorfchreeve als nu vaceerende Ampten by de eerfte Vacature zouden werdengefphtst, en niet meer by den anderen gecombineert blyven ; en dat overfulks de gemelde twee Ampten voor ditmaal door een en defelve Perfoon zouden dienen te worden bekleed; als meede dat defelve zouden behooren te worden geconfereert op Gerard van der Hoeve, jeSsss 3 gens-  Dyk-Waterrecht, Ontgi'oildinge en Slacliturveii. lö. Refolutie van de St aaien bah Holland, tvdaf by gearrefteerd word een nieuwe ordre 'yan yer„ ftoeling over de Dyken van Dregteriand. Den za Maart 1759. 4 Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, gefchreeven te Hoorn den 1 deefer, houdende in fubftantie, dat zy in de waarneeming van de Superintendentie over de Westvriesfche Zcedyken, welke haar Edele Groot Mog. nu ruim tagtig jaaren lang op den voet en forme vastgeltelt by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 3 April 1677,'s jaarlyks hebben gedemandeert aan iemand van de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, en de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, ondervinden, dat de van ouds geïntroduceerde en nog Rand houdende Verftoeling van de Dregterlandfche Dyken onder de Steeden en Dorpen daar in geleegen, door de gefepareerde Parken niet zoodanig was gefchikt als de jegenwoordige conftitutie en fecurifceit van defelve Dykagie en Dykwerken quamen te vereisfchen; dat zy daarom de noodfaakelykheid en nuttigheid om verfchikkinge te maaken in de jegenwoordige Verltoeling, aan Dykgraven en Waarfchappen van Dregteriand hadden voorgeftelt, met dat gevolg, dat de Waarfchappye had ontworpen en aan haar Heeren Gecommitteerde Raaden hadde laaten toekoomen een Concept van een nieuwe Verftoeling, met byvoeging van de reedënen daar toe dienende, en dat zy het zelve hadden geëxamineert en geapprobeert, maar meenden, dat, om de executie daar aan té geeven na behooren, defelve door haar Edele Groot Mog. behoorde te worden gearrefteert en vastgeftek; zendende derhalven aan haar Edele Groot Mog. de Ordre van Verltoeling tot hier toe in train geweest zynde, als meede de voorfchreeve nieuw geprojecteerde fchikkinge, met verfoek dat haar Edele Groot Mog., om die en verdere reedenen by de Misfive geallegeert , de voorfchreeve Ordre van een nieuwe Verltoeling gelieven te approbeeren, en op de nakooming van dien de noodige ordres te ftellen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te approbeeren de voorfchreeve Ordre van een nieuwe Verltoeling over de Dyken van Dregterlahd, zoodanig als defelve aan het einde deefes is geinfereert, ën aan Dykgraaf en Dyksregenten van Drégterland te gelasten, voortaan zig daar na te reguleeren, als meede de fleeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier te authorifeeren, om zorge te dragen, dat de voorfchreeve nieuwe Ordre van Verftoelingë over de Dregterlandfche Dyken geobferveert worde* Ordre van een nieuwe Verftoelingë vande Dregterlandfche Dyken, in Parken of Nommers ieder lang vyftig roeden , Dregterlandfche maat. NOORDERDYK, fVersvershove. No. Een tot zes incluis. Oudyk. No. Zeéven tot elf incluis. Lutjebroek. No. Twaalf tot twintig induw* Groot ebr dek. No. Een en twintig tot zeéven én deftig incluis; Bovencarfpeh No. Agt en dertig tot neegeh eh veertig incluis. Enkhuifen en Westende. No. Vyftig tot vyf en vyftig incluis?. Lloogcarspel. No, Zes en vyftig tot drie en zeevenng incluis. Enkhuifen én Weftende. No. Vier èn zeeventig tot néègen ëri zéeventig incluis, t' einde van de Noor= derdyk aan de Stad Enkhuyfen. ZUIDERDYK. Enkhuifen en Westende-, No. Een, twee en drie. Westwoud. No. Vier tot neegen incluis; Bovencarfpel. No. Tien tot zestien incluis. Venhuyfen. No. Zeeventien tot drie en dertig incluis. Hem. No. Vier en dertig tot agt en veertig incluis; Biri-  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. maakene Hoofden zoodanig van Paalwerk zouden moeten worden gemaakt, dat het Water daar onder doodpoele. Dat, ingevolge van dien , de voorfchreeve verlanging van der Supplianten Haven in deefe Zoomer tot heeden zoo verre was volbragt, dat zy hoopten dat binnen weinige dagen daar van door hunne Scheepsvaart gebruik zoude kunnen worden gemaakt, en dat zy, om aan de voorfchreeve in haar Edele Groot Mogende boovengemelde Oclroy gemaakte bepaaling te obedieeren, de Paaien aan de IToofden t' einde hunne Haven flrekkende, vier voeten wyd van den anderen hadden doen liaan, zoo dat dus het Water onder die Hoofden konde heenenfpoelen; maar dat de ondervinding reeds had doen zien, dat de dieptens, die door uitbaggering tusfehen de gemelde Paalenhoofden waaren gemaakt, door de Sanden en Slikken, die te gelyk met het Water tusfehen de voorfz. Paaien quamen door te fpoelen en aldaar neder te Hinken, die dieptens daar door telkens wederom waren aangevult, waar van de waarheid door een aan'de voorfz. Requefte geannexeert Declaratoir van de Werkbaafen, die de voorfe. uitdiepingen hadden laaten doen, en de gemelde aanflikking telkens in weinige dagen zelfs zoo hadden bevonden, wierd bevestigt. Dat de Supplianten vooruitfiende, wanneer de Paalenhoofden zoodanig ten eenemaal onder Water open blyven, dat zulks het zetten van Plaatjes of Sandbankjes in de mond der nieuwe Haaven zoude kunnen veroorfaaken, en dat da*ar door de Scheepsvaart in en uit de voorfz. Haaven zeer hinderlyk en op veele tyden ondoenlyk zoude werden gemaakt en dus het gewenschte gebruik daar van niet worde genooten, derhalven aan haar Edele Groot Mogende verfogten, dat de voorn, bepaaline in zoo verre mogte worden geëlucideert, dat aan hun wierde gepermitteert, met authorifatie , des noods, om hunne ftrekkende Havenhoofden van onderen te moogen doen fluiten, en met Ryswerk of anderfints aan te vullen ter hoogte van ten minften drie voeten booven het ordinaire laage Water, ten einde daardoor niet alleen die Hoofden een meerder fterkte toe te brengen, maar wel voornamentlyk, om het reeds bevondene inconvenient daar door te prevenieeren, en om het fpuywater daar ter plaatfe tegen verfperring en tot effect van uitfehuring ten uiteinde van de Haven hoofden toe te bewaaren. Is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten hun gedaane. verfoek te accordeeren, en hun te permitteeren om derfelver nieuw gemaakte Havenhoofden tusfehen de Paalwerken of anderfints te moogen aanvullen en fluiten tot de hoogte van ten minften drie voeten booven het ordinaris laage Water, des egter de Supplianten geen nader verfoek tot het verder verlangen hunner gemelde Haaven zullen moogen doen, en defelve ook zorg draagen geen hooger aanvulling aan de Paaien te doen, als aan hun by deefe word gepermitteert. 12. Refolutie van den Staaten van Holland9 waar by een Subfidie van f 20000-0-0 uit 'sLands Casfe word toegeftaan tot herftelling eener zwaar e Inundatie in den Crimpenrewaard. Den 12 February iy6o. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 11 deefer maand, hebbende, ingevolge en tot voldoeningvan haar Edele Gioot Mog. AppoinctementCommislbriaal van den 8. daar bevoorens, geëxamineert de Requeste van Dykgraaf en Heemraaden, Cavels en Ingefeetenen van de Crimpenrewaard, waar by defelve te kennen geeven, dat het God Almagtig behaagt had, 3p den 26 der voorleede maand January des morgens omtrent vyf uuren, na dat door het zetten van een confiderable Ysdam van het booveneinde van Lekkerkerk tot aan het Veer pan Crimpen op de Lek, in de Rivier de Lek het geweldig fterk van booven koomende Opperwater in dier voegen was opgekropt, dat het zelve Water in zeer korten tyd over de Dyken en Zandpaaden ftroomde, zoodanig dat alle menfehelyke voorfieningen daar teegens met alle moogelyken iever, onder perieul van yf en leeven gedaan, ten eenemaal vrugteloos ïvaaren geweest, de Lekkendyk door het geiveld van het voorfz. Opperwater, op BergVIII. Deel. fchoor, regt voor het Dorp van Berg-Ambagt, te breeken, en daar door de voorlz. Waard ten eenemaal te doen inundeeren, tot zoo verre, dat het water was gekomen tót agt k neegen voeten op het Land,' en zeer te dugten was, dat het zelve water hooger zoude koomen, dan ooyt bevoorens, geconfidereert het nog fterk indringen van het water door de breuk; reprefenteerende de Supplianten daar by verder in het breede de beklaaglyke omftandigheeden, waar in de In- en Opgezeetenen van de voorfz. Waard door deefe gevalle inundatie waaren gebragt, en de facheufe gevolgen, welke nog verder te dugten waren; en dat, indien men niet wilde zien, dat de gegoede Ingefeetenen de Crimpenrewaard verlieten , en haare daar in leggende Landen abandonneerden , de Dyk van Schoonhoven af tot Crimpen op de Lek toe, merkelyk zoude moeten werden verhoogt en verfwaart, om voor het toekoomende inundatien voor te koomen , en dat vooral het zonder voorbeeld gevalle grondgat ten fpoedigften diende te worTttt den  Dyk-Waterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. onder opfigte van de Heeren Gecommitteerde Raaden van het Quartier, en daar van aan de Supplianten te verleenen Aéte in forntó. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verfiaan, aan de Supplianten te permitteeren continuatie van voorige concesfie, ten dien effeéte, om in de voorfchreeve Dorpen ten behoeve en gebruik alleen van de Inen opgefeetenen aldaar te moogen Veen fpitten en Modder baggeren uit de llooten, om daar van (als van ouds) Turf te maaken, om tot haar Haardbrand te gebruiken, en. Zulks voor den tyd van agt jaaren integaan primo January 1760, en zullende expireeren ultimo December 1767, mits daarvoor aan den Lande ten Comptoire, waar onder de voorfchreeve Dorpen respecfivelyk resforteeren, jaarlyks betaalende een vaste fomme, als namentlyk Berkhout vyf honderd vyf en zeeventig Guldens, Avenhorn met Oostmyfen een honderd en zeeventig Guldens, Grosthuifen een honderd vyf en twintig Guldens, Scharvvoude vyf en zestig Guldens, Oudendyk een honderd vyf en zeeventig Guldens, Urfum twee honderd en vyf-' tig Guldens, Oterleek neegentig Guldens, Warden twee honderd vyf en zeeventig Guldens , Purmerland één honderd vyf en twintig Guldens, en Landsmeer met Watergangmee- uc een nunoeiu vyi en twintig Guldens des dat alle harde Turf uit de Veenen tot Haardbrand in de voorfchreeve Dorpen geconfumeert wordende, zal betaalen den vollenimpost tegèffls vier ftuivers de Ton , en dus de Voorlchreeve permisfie alleen plaats zal hebben omtrent de Turf, die aldaar uit het Land ofSlooten word gemaakt of gebaggert, en alleen tot der In- en opgefeetenen particulier gebruik en confumtie zal worden vereischt, en zonder dat zoodanige gemaakte of gebaggerde Turf door haar of iemand anders buiten de respeétive Dorpen of Districten verkogt, verfonden of vervoert zal moogen worden, directelyk of indireételyk, op een boete van drie honderd Guldens, en op poene van daar en booven te zullen verliefen het eftécf van deefe aan haar verleende permisfie; wordende alle en een ieder gelast zig na het geene voorfchreeve is te reguleren, en de Bailliuwen, Schouten en Geregten in het byfonder om de noodige toefigt te neemen, dat van deefe verleende permisfie, met opfigt tot het verkoopen, verfenden of vervoeren van de Turf geen misbruik werde gemaakt; en de Heeren Gecommitteerde Riaden tot Hoorn refideerende te authorifeeren, tot executie van het geene voorfchreeve is de noodige ordres te ftellen. Tttt % VYF-  Juftitie &c. voor 't Hof. 701 2' 0rd™ van den Hove van Holland, om in dê conditiën van Executoriaale verkoopingen t* u // de Claufule, Behoudens den fleer zyn recht. nl 12 January 1632. " *ê TTof van Hollant heeft om zekere conX JL fideratien, ende tot confervatie van des Graelfelyckheyts kleyne Domeynen, de Deurwaerders van denfelven Hove belast ende geordonneert, gelyck henluyden belast ende geordonneert word mits deefen, dat zyluyden voortaen in alle Voorwaerden van Verkoopinghe van Goederen, die by executie ende den uytganck van de barnende Kaersfe gedaen zullen worden, ftellen zullen defe naervolghende claufule , Behoudens den lieer zyn Recht, ende namentlyck des Graeffelyckheydts Erfhueren, Chynfen, Hof-penninghen, Capoengelden,ende andere dierghelycke kleyne Renten, indien de voorfz. Goederen daer mede belast zouden moghen weefen; 't welck 't voorfz. Hof oock verftact, dat in de Imerpofitien van alle willige Decreeten meede zal worden alfoo geftelt. Gedaen in den Haghe, ende ter Audiëntie van de Rolle gepubliceert den twaelfden January anno zesthien hondert twee-en-dertigh. 3* Ex ecutor ie van den Hove van Holland om zekere Jaarlykfehe Thynfen of Renten van de vier Dorpen van den Schut-Ambagte van Broek by Parate Executie te mogen invorderen. Den 17' Wv 1657- TTV Prefident ende Raaden over Hollandt, JL*r Zeeland en Vriesland, den eerften gefvvooren Exploiétier, hier op verfogt, falufc: Alfoo Dirk van Widemsfe, gefeyt Baans, ons te kennen gegeven heeft, dat hy befittende is zekere onlosbare, ten eeuwigen dage duyrende, erffelyke Cynfen of Renten van twee ftuyvers 'sjaars, op yder huys, ftaande in zekere Dorpen van Westvriesland, en onder anderen verfcheyde meerder in alle de vier Dorpen van den Schout-Ambagte van Broek; als namentlyk in Boven-Karfpel, Grootebroek, Lutkebroek en Hoog-Karfpel, by zyne Voorzaten van de Graven van Holland en West vriesland, door titule van Koop, op haaren ergeren en verbeteren, eertyds verkregen, onder expresfe Conditiën ende Voorwaarden , dat die aan den Kooper, ofte actie van hem hebbende, buyten haren kosten, tot allen tyde, als hy ofte zy des begeeren zouden, zouden doen hebben zulke executie, omme jaarlyks tot inninge van de voorfz. Thynfen ofte Renten te mogen komen, als den Heere Grave zelfs hadde ende behoefde op zyne andere Domeinen in zynen Lande van Hollandt ende West-Vriesland. Ende gemerkt dat de voorfz. onlosbaare, ten eeuwigen dage duyrende, erffelyke Thynfen ofte Renten beftaan in kleyne partyen van vyf, zes, zeven, minder ofte meerder guldens van yder Dorp, jaarlyks, naar advenant de quantiteyt van de Huyfen, die by de refpeétive Burgemeesters ofte Gedeputeerden der Dorpe by haren Eede in der tyd waren aangebragt, ende by haar jaarlyks geinnet wefende, aan den Heere Grave voor defen, ende daar na aan den Supplianten zyne Voorlaten tot nog toe betaalt zyn geworden, ende overzulks niet lyden en konnen, omme daar over by ordinaris wegen van Juftitie regt te vorderen. En dat althans de Burgemeesters ofte Gedeputeerden van de voornoemde vier Dorpen van den Schouts-Ambagte van Broek haar nalatig en onwillig zyn Hellende, omme defelve onlosbaare, erffelyke, jaarlykfehe Thynfen ofte Renten aan den Suppliant, zedert eenigen tyd van jaaren,, d'eene'éen, d'andere drie, vier, en ook eenige elf of twaalf jaaren verloopen wezende, te betalen, en hy daar door ofte van zyne betalinge gefruftreert, ofte omme defelve te confequeren veele langduyrige procesfen en onkosten zoude moeten fuftineeren, ten waare daar inne wierde verfien, alzoo hy zeyd, verfoekende daar omme, ende omme in het exerceren van het Regt van Pa-, rate Executie, zyne Voorfaten fpecialyk verkogt , geen obftakel te vinden, onfe Letteren Executoriaal, in zulken zake dienende. Zoo is 't, dat wy u van wegen de Hooge Overigheid committeren en authoriferen mids dezen, jegens d'onvviilige Debiteuren van de voorfz. Thynfen ofte Renten van de voorfz. vier Dorpen van de Schout-Ambagte van Broek en andere, by parate Executie te procederen, gelyk men gewoonlyk is in zulke materie te doen. Gegeven in den Hage onder 't Zegel van Juftitie, den 17 July 1657. CEn was geteykentf) A. POTS. Tttt 3 Re-  Juftitie &c. voor 't Hof. ^ 6. Refolutie van de Staaten van Hol/and tot maintkn van de Kamer van Juftitie te föanp derzelver recht van Judicatuure. Den 12 FehlZJZ 1754. J-evtuary TP\e Heer Penfionaris Gilles heeft ter Verjjr gadering gerapporteert de Confidcratitien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende , in gevolge en tot voldoeninge van twee Refolutien Commisforiaal van haar Edele Groot Mogende van dcn 15 January laatstleeden, met en neevens Heeren Commisfarisfen van de Gecommitteerde Raaden en van den Hove, geëxamineert eene Misfive van den Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 11 January laatstleeden, houdende ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den . 9 November 1753, derfelver Confideratien en Berigt op eene Misfive van de Kamer van Juftitie te Vianen en Ameyden van den 8 derfelver maand, houdende klagten over het exploiéteeren in den Lande van Vianen van een Appoinclement van Comparitie met Surcheance door Heeren Commislarisfen van den Hove op den 4. van de gemelde maand November verleend aan Hendrik van Barneveld, Droslaaft van Noordeloos, op desfelfs gedaan verfoek om Mandament Poenaal en R, A. teegens feekere Procedures van Arrest, by Arie en Bastiaan van Steenis teegens hem voor den geregte van Tienhooven ge'éntameert. Als meede eene gelyke Misfive van den Prefident en Raaden van weigemelden Hove, meede gefchreeven alhier in den Hage den 11 January laatstleeden, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 1 o November van het voorleedene jaar, derfelver Confideratien en ftdvfe op de Requeste aan haar Edele Groot Mogende gepndènteert door Hendrik van Barneveld, Drosfèarï van Noordeloos &ci tendeede om te obtineeren furcheance van de voorgemelde Procedures, door Arie en Bastiaan van Steems voor den Geregte van Tienhooven teegens hem geëntameert, als meede om restitutie van zeekere agt Paarden breeder by de voorfz. Requeste gemeld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Judicature der voorfz. gefchillen tusfehen Hendrik van Barneveld, Drosfaard van Noordeloos, en de voornoemde zyne Parthyen Arie en Bastiaan van Steenis gereefen, zal werden gelaatenaan den Regter in den Lande van Vianen, zoo evenwel, dat aan den gemelden Hendrik van Barneveld, Drosfaart van Noordeloos , zal vryftaan omme daar teegens zoodanige provifie van Justitie van de Kamer van juftitie te Vianen te konnen en moogen verfoeken, als hy vermeenen zal na regt en pracfyeq hem dienstig te zyn en te competeeren. En zal Extract, van deefe Refolutie by Misfive werden gefonden aan den Hove, mitsgaders aan de Kamer van Juftitie te Vianen voornoemt tot derfelver narigtinge; mitsgaders gelyk Extract, gegeeven werden aan de geenen die m deefen zyn geinteresfeert, omme zig daar na te reguleeren. T9 Refolutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk de Judicatuure over zeekere Gefchillen tusfehen de Ciasfis van Amfterdam, en Johannes van Wena, Predikant te Weesp, gereefen. Den 8 Maart 1754- TTV Heer Penfionaris Gilles heeft ter VerU? gadering gerapporteerd de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 10 January laatstleeden, met en neevens Heeren Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mogende geprefenteerd by de Ciasfis van Amfterdam, tendeerende in fübftantie, ten einde haar Edele Groot Mogende zeeker Appoinétement van Heeren Commisfarisfen van den Hove, en het Mandament Poenaal daar by aan Johannes van Wena, Predikant te Weefp, verleent, gelieven in te trekken ofte ftellen buyten effect,- en in tegendeel te verklaaren, dat defelve Predikant van Wena zal hebben te verfchynen voor de Ciasfis van Amfterdam, om te worden gehoord en zig te verantwoorden over zeekere neegen zeer ergerfyke Briefjes by de Requeste gemeld, en veele andere welke de Supplianten. hem zouden voorhouden, en dat, het zy hy compareerde of niet, de Ciasfis dien aangaande zoude moogen handelen , zoo als defelve tot eere Gods en ftigtinge der Kerke zouden vermeinen te behooren; dat haar Edele Groot Mogende verdere voorfieninge zouden gelieven te doen, dat de Supplianten over deefe en diergelyke zaaken zou-  Juftitie &c. voor 't Hof. p. Refolutie van de Staaten van Holland, voaar by een Huwelyks-quaftU tusfehen de Weduwe en Dogter van iemand, die geweest was Suppoost van den Hove, en teffens Weesmeester van 's Hage, word gelaaten aan de Wet of het Gerecht van 'sHage. Den 29 July 1756. De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 20 der voorgaande maand Mey, met en neevens Heeren Commisfarisfen van den Hove, geëxamineerd de Requeste, door Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage, den 21 April aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, houdende klagten over het verleenen van een Mandament Poenaal by het Hof aan Antonia van Steeland, Weduwe van Mr. Dankerc van Asfendelft, in zyn leeven geweest zynde Weesmeester van 's Gravenhage, tegens den voortgang van. het Huwelyk van derfelver Dogter Helena Catharina van Asfendelft; en verfoekende om geallegueerde reeden, dat het haar Edele Groot Mogende goedgunstiglyk zoude moogen behaagen den Hove van Holland aan t-e fchryven, het voorfchreeve Mandament Poenaal op den 17 April voorlz. verleent te Rellen buiten effect, en zig de cognitie dier zaake ter eerfter inftantie niet verder aan te trekken,maar daar van afte fien, en defelve volleedig over te laaten aan dekennis en decifie van de Wet of het Geregt van 's Gravenhage : Mitsgaders eene Misfive van den Preefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Plage den 20 Mey voornoemt, en houdende, ingevolge en ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 der voorgaande maand April, derfelver Berigt op de voorfchreeve Requeste van den Magiftraat van 's Gravenhage , met inftantie daar beneevens, ten einde haar Edele Groot Al ogende, doordien wylen de voornoemde Mr. Dankert van Asfendelft tot zyn dood toe zig jaarlyks als Advocaat voor den Hove hadde doen recenfeeren, en daar door was gebleeven een Suppoost van denfelven Plove, het voorfchreeve verfoek van den Magiftraat van 's Gravenhage zouden gelieven te wyfen van de hand, en aan den Move verder over te laaten de cognitie en judicature over de voorfz. zaak. Waar op gedelibereerd en in agtinge genoomen zynde, dat wylen de voornoemde Mr. Dankert van Asfendelft, door te blyven Suppoost van den Hove, en te hebben aangenoomen het Weesmeesrerfchap van 's Gravenhage, zig heeft geadfujetteert en onderworpen aan tweederlei Jurisdictiën, en overfulks heeft gehad een forum duplex, welke geen van beide ook dienvolgende desfelfs Weduwe, daar voor geroepen of geconvenieert zynde, vermag te recufeeren, of zig daar aan kan onttrekken ; is goedgevonden en verftaan, dat het Hof zal werden aangefchreeven, het Mandament Poenaal, op den 17 April laatstleeden aan de voornoemde Weduwe van Mr. Dankert van Asfendelft verleent, te ftellen buiten effeét, en zig de cognitie der zaak daar by gemeld ter eerfter inftantie niet verder aan te trekken, als werdende defelve gelaaten aan de kennis en judicature van de Wet of Geregte van 'sGraven hage. En zal van dit gerefolveerde by Misfive kennisfe werden gegeeven aan den Btwfident en Raaden van den Hove, om te dienen tot haare narigtinge, mitsgaders totgelyken einde Copie aan de Magiftraat van 's Gravenhage , en verders aan die geenen, dewelke in deefen 1 zouden moogen zyn geinteresfeert, om zig 1 daar na te reguleeren. 10. Refolutie van den Hove van Holland, aan* gaande het prefenteeren van Requesten aan de huyfen van Heeren Commisfarisfen, genomen op den 26 November 1756. Op het gemoveerde in den Rade is na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat wanneer de refpeétive Procureurs, voor deefen Hove postuleerende, Requesten aan den VIII. Deel. Hóve prefenteeren ten huyfe van Heeren Commisfarisfen van de Rolle, om te obtineeren Provifien van Juftitie, van nu voortaan gehouden zullen zyn zulx te doen in eygener Vvvv per«  Juftitie &c. voor den Hoogen Raad. dat hy Parthye in maniere voorfz. is beftaande, 't zelve den Raade tydelyk aan te dienen, en hém te excufeeren; en zal deze Refolutie gevoegt worden tot de Inftruétie van den Hoo- 7'oj gen Raade , en neffens dezelve mede werden achtervolgt. Gedaan in den Hage den 23 Mey 1602 3- Refolutie van den Hoogen Raade m Holland, Wegens het verkenen van profyten van het eerfte en tweede default, zoo in Appel, als Reformatie, van befchreeven Procesfen. Den 9 February 1746. Jacob Kakelaar obtineert van den Rade Provinciaal Mandament vanRau Aétie met de Claufule van Ediéte ad valvas Curice, disponerende tegens de Oostindifche Compagnie, als meede teegens allen en een iegelyk dié zig parthyen zouden willen ftellen,dat door Bewindhebberen van de Oostindifche Compagnie ter Kamer van Amfterdam aan hem wierde geëxtradeert de geregte helfte in de wederhelft van de nalatenfchap van Jan Kakelaar, voor desfelfs Vrienden van s'Moeders zyde by gemelde Bewindhebberen ingehouden. Op de gedaane Ediétaale Citatie tegens alle anderen niemand zynde gecompareerd, is by den voorfz. Jacob Kakelaar geprocedeert by defauiten, en voorts gédient van Irttendït, waar op gevolgt is eene Sententie van den Raade Pro vintiaal 14 April 1744, waar by de Defaillanten voor 't profyt en uyt kragte van de gedaane defauiten, wel zyn verftoken van alle Exceptien, dog aan den Impetrant zyn Eisch en Conclnfie is ontfegt. De gemelde Jacob Kakelaar obtineert van die Sententie van deefen Hoogèn Rade Mandament van Reformatie met de Claufule van Ediéte ad valvas Curice. Op dé eerfte Citatie niemand compareeirende is voor 't profyt van 't eerfte default by den Impetrant verfogt, en aan hem verleend een ander Mandament met de Claufule van Edicte ad valvas Curice; op de tweede Citatie meede niemand zynde gecompareerd, is aanden Impetrant verleent het tweede default, en voor 't profyt van dien te niet gedaan de Sententie van den Rade Provinciaal, en d'Impetrant geadmitteert zyii Intendit over te leggen, mitsgaders geconfenteert een derde Mandament met de Claufule van Ediéte ad valvas Curice, om 't zelve te zien verifieeren. Op de derde Citatie insgelyks niemand gecompareerd zynde, is aan den Impetrant verleent het derde default b en voor 't profyt van dien geordonneert, dat van alles Aéte gemaakt en gevoegd zal worden by den Intendit, om in 't vifiteeren van dien daar op alfulk, reguard genomen te werden als bevonden zal werden te behooren. ■ Des Impetrants Procureur zegt daar op ter Rolle te dienen van Intendit en verfoekt regt. De voorfz. zake aan de Tafel zynde gebragt, is bevonden, dat niet gedient vvas van een nieuw Intendit voor den Hoogen Rade, maar dat by den Inventaris van den Impetrant was gerefereert tot het procés ais proces by gefchnfte, zodanig als het voor den Raade Provintiaal was geinftrueert, belloöten en geëvangehfeert overgezonden ,• zulks dat niet anders dan op den Intendit, waar van voor 't Hof Was gediend, als nog recht zoude kunnen worden gedaan. Dog is by den Raad begreepen; dat in dé voorfz. zaake niet Was geprocedeert volgens de Inftruétie. van den Hoogen Raade, en dat vöor 't profyt van 't tweede default te niet zynde gedaan de voorfz. Sententie van den Raade Provinciaal, nu in de voorfz. zaake geen recht konde worden gedaan. Weshalven gerefolveevt is des Impts. Procureur Thomeeze te ontbieden voor Heeren Commisfarisfen , dewelke hem zyn zak met Rukken in de voorfz. zaake van Reformatie met Ediéte ad valvas Curice zullen te rug geeven, ënde hem van weegens den Raad aanzeggen, dat de Raad niet in ftaat is gefteld, om in die zaake recht te doen, aho hy Procureur daar in niet heeft geprocedeert in conformité vart het 228 Art. van de Inftruétie van den Hoogeh Raade; dat, om den Raad daar toe in ftaat te ftellen, zulks zal moeten werden geredresfeert, en dat dan hetfelve zoude behooren te gefchieden in deefer voegen : Dat hy Procureur de voorfz. zaake wederom prefenteere ter Rolle om renunciatie en verfoek te doen, welke prefentatie opgeleefen zynde, hy zoude behooren te renüncieereri van de profyten van 't eerfte en verdere defauiten aan hem bevoorens verleend, met alle de gevolgen en aankleeven van dien 3 en op nieuws verfoeken, dat in plaats van 't gemelde aan hem verleende profyt van 't eerfte default, zynde geweest een ander Mandament met Ediéte ad valvas Curice, werde verleent een ander Mandament met Ediéte ad valvas Curice, en met inthimatie; welk verfoek aan hem door Commisfirisfen van dé Rolle zal wérden geaccordeert: dat het gemelde te verleenen ander of tweede Mandament na behooren geëxploiéteert zynde/ ën ten dage dienende niemand compareerende, alsdan voor 't profyt van 't tweede default zal werden geappoinéteert, V Hofhond de zaake voor voldongen, en ontfangt het proces als proces by gefhrifte, omme,&c.; waar na hy Procureur öp nieuws ter Rolle zal moeten dienen van aéten ert munimenten, én by deefen Hoogen Raade in de voorn, zaake kunnen werden gefententieert. Vwv 2 Eri  Juftitie &c. voor den Hoogen Raad, 709 & Refolutie van de Staaten van Holland no¬ pens het inhibitief effeft der provocatie yfn eet, Vonnis van Dykgraaf en Heemraaden van de Crim penrewaard aan den Hoogen Raad. Den 8 November 1753. De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteerd de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 26 September laatstleeden, met en neevens fleeren Commisfarisfen van den Hoogen Raade, geëxamineert eene Misfive van Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard, gefchreeven in Gouda den 15 Augufty daar te vooren, en ter Vergadering ingekoomen den iddito, houdende klagten over een Mandament van Appel met de C/aufule van inhibitie ftadhoudende tot den dag in regten dienende, by Heeren Commisfarisfen van den Hoogen Raade op den 17 October van het voorleeden jaar verleend van zeeker Vonnisfe door Dykgraaf en Heemraaden voornoemd, uit kragte van haar Edele Groot Mogende authorifatie in dato den 12 Mey 1752. tusfehen Waersmannen van de Cromme Geer en Zyde, geleegen onder Ouderkerk op den Ysfel, en Schout en Heemraaden van Leckerkerk op den 12 Augufty 1752. geweefen, en wel infonderheid over een Appoincfement en Sententie van Heeren Commisfarisfen van den Hoogen Raade, op den 28 July laatstleeden in de voorfchreeve zaake ter Rolle gepronuntieert, waarby de gemelde Claufule van inhibitie is gecontinueerd geworden ten uiteinde van de zaak; fuftineerende voornoemde Dykgraaf en Heemraaden, dat de executie van haar opgemelde Vonnisfe door geen inhibitie had moogen werden opgehouden, en mitsdien verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende zouden gelieven te verklaaren, dat hunlieder voorfchreeve Vonnisfe geen andere provocatie aan den Hoogen Raade onderhee¬ vig is, als onvermindert de executie van het zelve. Mitsgaders eene Misfive van de Prefident en Raaden van den Hoogen Raade, gefchreeven alhier in den Hage den 25. en ter Vergadering ingekoomen den voornoemden 26 September laatstleeden, houdende ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 16 Augufty daar te vooren, derfelverBerigt op de Misfive van Dykgraaf en Pleemraaden van de Crimpenrewaard hier vooren gemeld. Waar op gedelibereerd, en in agtinge genoomen zynde, dat de Refolutie van haar Edele Groot Mogende van den 12 Mey 1752, waar by Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard tot het Vonnisfen in de voorfz. zaake zyn geauthorifeerd geworden, is meedebrengende, dat Partyen ten wederzyden zouden zyn onverlet, om van de Difpofitie of het Vonnis door Dykgraaf en Heemraaden voornoemt daar in te geeven, op den voet en in conformiteit van het twee honderd veertiende Articul van de Inftruétie van den Hove, als meede van het twee en twmtigfte en honderd eerfte Articulen van de Inftruétie van den Hoogen Raade te moogen provoceeren, mitsgaders gelet op den inhoude van de voorfz. Articulen; Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat in het verfoek door Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard in deefen gedaan niet kan werden getreeden, en werd mitsdien het zelve geweefen van de hand. En zal Extraft van deefe Refolutie by Misfive worden gefonden aan den Prefident en Raaden van den Ploogen Raade, mitsgaders gegeeven werden aan Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard voornoemt, omme te dienen tot haare narigtinge. 7. Waarfchouwing van den Hoogen Raade in Holland, raakende het employ van 't middel van Requeste Civile, in dato den n February 1757. en gepubliceert den 15 dito. TTXe Hogen Raadt in ervaringe gekomen JLjr zynde, dat de Procureurs voor gem. Raade postuleerenden wel zouden tragten elkanderen zoo nu en dan eens na derfelver fchikkingen en welgevallen te dispenfeeren, om het middel van Requeste Civile te employeeren in zaaken en gevallen, waar in het nogtans zoo by de Inftruétie, als by de opge¬ volgde Ordonnantiën van den Hoogen Raade en anders feer duydelyk is geftatueert; door welke dispenfatie en misbruik niet alleen des gemeene Landts geregtigheydt zoude werden verkort, maar ook andere inconvenienten zelfs ten laste van de voorn. Procureurs zouden kunnen koomen te redundeeren; om al het welke te voorkoomen de Hoogen Raad heeft Vvvv 3 goed-  Juftitie &c. voor den Hoogen Rand. gen, en dagvaardinge om ten geprefigeerden dage voor gemelden Hoogen Raade te" compareeren. Vervolgens aan de voorfchreeve U Edele Groot Mogende requilitie fuccinételyk zullende voldoen, hebben wy genoeglaam niet anders dan het geval in questie eenvoudiglyk voor te Rellen. Het zelve beftaat hier in, dat Johan Willem du Faget van Asfendelft tot Cralingen, alhier in den Hage overleeden zynde, en over desfelfs nalaatenfchap, en die van zyne voor overleedene Huisvrouwe Sara Silvercroon, eenige differenten gereefen zynde, by hunne Erfgenaamen op den 21 Juny 1738, den Staat en Inventaris van de voorfz. nalaatenfchap gearrefteert en geapprobeert is geworden door een formeele Aéte en Conventie , om dien boedel en nalaatenfchap zoo ras doenelyk te brengen tot liquiditeit, met verdere overeenkomst, dat de goederen des boedels zouden werden verkogt, en dat die verkoopinge zoude werden gedaan door den Impetrant van het voorfchreeve Mandament met en beneevens den Heere van Zoelen, den Gedaagde in deezen, of door die geene, die zylieden daar toe zouden gelieven te nomineeren, zynde al verder verdraagen, dat des Gedaagdens Moeder zoude inbrengen en aan denBoedel van gemelde Heere en Vrouwe van Cralingen reftitueeren en goeddoen zeekere by haar genootene dote onder rabat van dertien honderd Guldens, en zulks by finale vereffening en fcheiding van den voorfchreeven Boedel: dat daar by nog al verder eenige fchikkingen gemaakt zynde, meede ten opligte van een Borgtogte, door den Gedaagden in deefen voor zyne Moeder te interponeeren, aan den Impetrant en den Heere van Zoelen, den Gedaagde in deezen, was gelaaten de uitvoering van al het geconvenieerde en de adminiftratie dien conform te doen; beloovende de respeétive Comparanten (den Gedaagde in deefen daar onder • begreepen) elkander het effeéf van het voorfchreeve geconvenieerde te zullen laaten gemeten , en renuncieerende wel voorbeda ^telyk van alle exceptien, reliëf en alle andere'hulpmiddelen in Regten bekent, die de Comparanten of een van hen, daar jeegens eenigfints te ftade zouden moogen koomen, met fpeciaal verband en fubjeétie ten bedwange van den Hove van Holland, en onder overgifte van hen daar toe vrywillig te laaten condemneeren by den voorfchreeven Hove of Hoogen Raade. Dat vervolgens op den 2d September van denfelven jaare 1738 door deefen Hoogen Raade condemnatie is gedecerneert op de voorfchreeve Aéte van approbatie, accort, conventie en belofte, waar door mitsdien het daar by geconvenieerde geworden is een Sententie van den Hoogen Raade, om welkers executie te erlangen het voorfchreeve Mandement eeniglyk is verfogt en geobtineert, waar omtrent als een conftante praéfyeq kan werden aangemerkt, dat een Sententie by een Regter wettiglyk geweefen zynde, ook by denfelven 7IÏ Kegter zyne executie mac vindo» . u behalven dat alhier geverLrTwo^ ïfïfïï Boedelibheiding vaifeen HeredS vallen, en ten deeie questie is over een r£" kening van Adminiftratie alhier gedaan kende den Impetrant zyn verhaal en indemnf teit op vast goed alhier geleegen, zonderden Perfoon, Familie, Domesticquen, Equipagie Bagage, Meubilen, Huisraad of eenig ande? toeftel van den Heere van Zoelen te beiemmeren of m het allerminste te incommodeeren. Het kan derhalven, Edele Groot Mogende Heeren! met anders dan zeer apparent voorGeld^' ^ ^Heeren Gedeputeerden van £^!l^hunne meede Gedeputeerden den gemelden Heere van Zoelen,niet exaételyk zyn gemformeert geweest van alle de on;ftandigheeden en de fituatie der zaake, waar m ten deefen werd geverfeert, vermits het rftlefms waarfchynlyk «, dat gemelde Heeren Gedeputeerden zig anders tot het doen vL de voorfchreeve Propofitie geenfins zouden hebben kunnen laaten permoveeren, eeven als of eenige atteinte en aanranding 'zoude weefen toegebragt aan het publicq en inviahbel caraeter van hunne meede Gedeputeerden, en als of defelve niet zoude konnen of mooeen dcfereeren aan de voorfchreeve dagvaarding zonder quetfing van den Eed by het aanvaarden van een Commisfie ter Generaliteit, aan de Heeren Staaten van het Furftendom Gelre en Graaffchap Zutphen gedaan, hetwelk" in allen gevalle een zaake zoude weefen, dewelke de Heer van Zoelen aan zyne Provincie zoude moeten verantwoorden, of fchoon wv met kunnen zien, dat daar toe eenige materie is, vermits niets natuurlyker en met alle regulenvan regt en billykheid meer overeenkomftig is, ajs dat iemand zig Vrvwillté aan het Regtsgebied van een Regter hebbend! onderworpen, en op zyn vry willige overdfte gecondemneert zynde, gehoudenis het fudicatum voor den zeiven Regter te voldoen Wy agten overzulks, Edele Groot Mogende Heeren! ganfchelyk onnoodig, U Edele Groot Mogende gewigtiger deliberatien te interrumpeeren met een detail over de Refolutie van haar Hoog Mogende in dato 27 July 16^ by de voorfz. Propofitie gereclameert, als meede over de gedagten en het declaratoir by U Edele Groot Mogende desweegens geformeert en gedaan, met m'tdrukkelyke gedaane aanteekening ter Generaliteit, dat U Edele Groot Mogende zig aan die Refolutie niet konden gedraagen; en nog minder zullen wv ons behoeven in te laaten in een verhandeling 01 discusfie over het Privilegium fori van de Heeren Gedeputeerden in de Generaliteits Collegien; genoeg zynde, dat het aan de eene kant zeeker is, dat het zelve Prhikgium fon, hoe geëxtendeert men het ook zoude kunnen of moogen opvatten, egter zyne uitfondering heeft, en dat het aan de andere kant aan geene exempelen manqueert, dat Heeren Gedeputeerden van de refpeétive Vereenigde Provinciën, in de Generaliteits Collegien  ÖERDE TITUL. Raakende de Juftitie tusfehen Holland en Zeeland Ié Refolutie van de Staaten van Zeeland, rad- kende de Judicature over de Officiers in Zeeland. Hen ii September idoo. "V Toot handen genoomen weezende het dëfV de poinét van befchry vinge, rakende de Judicature over de Officiers in Zeeland, J nader in den zeiven articule gementioneert, naa dat daar op is gedelibereert, is verftaan, dat de Judicature ende kennisfe over d'Officiers, ende hunne excesfen van oude tyden heeft gecompeteerdt den Hove Provinciaal, gelyk dat d'Inftruétie van den zeiven Hove meede brengt; ende alfoo daar tegen niet en is gedisponeert by den Provifionele Accorde of anderfints, maar veel eer geconfirmeert, ende dat daar omme de Raadsheeren van den voorfz. Hove Provinciaal, mitsgaders de Advocaat Fiscaal, ende Procureur Generaal, Griffier, ende andere Officiers zö wel in Zeeland de Judicature hebbende, hun Ampt behooren te excercéeren, als in Holland, dat de voorfz. Officiers ter eerltér inftantie zullen te recht ftaan vóór den voorfz. Hove ende Raade Provinciaal, endeinde tweede Inftantie voorden Hoogen Rade, alles conform de Inftruétie van beide de Raaden, ende deïraétaten enAccorden, mitsgaders de ïnterpretatien ende Refolutien daar na gevolgt. 2' Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende, hoedanig recht ende magt aan de Provinciën van Holland en Zeeland refpeclivelyk is competeerende over de beide Hoven van Juftitie, Dgd 11 Augufty i6%6. De Raadpenfionaris heeft ter Vergaderinge gerefereert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver fuccesfive Refolutien Commisforiaal in datisden 17 en 22 der voorleede maand, na recapitalatie van de Grieven teegens dén Prsefident en Raaden van den Plove, door extraordinaris Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland, op den voorfz. 22 der voorleede maand aan haar Ed. Groot Mog. in, het lange gereprefenteert, defelve Grieven of de fubftantie van dien aan Commislarisfen van den gemelden Hove voorgehouden en bekent gemaakt, ook daar op gehoort en ingenoomen het Berigt en de Confideratien van denfelven Hove, zoo by mondelinge beantvvoordinge door Commisfarisfen voorfz. daar jeegens gedaan, als by fchriftelyke Deduétie en andere Stukken, breeder gementioneert in de voorgeroerde Refolutie van date den 17 der voorleede maand daar op gegeeven, en by Misfive van date den 14 daar bevoorens de Vergaderinge toegefonden; En voornaamentlyk in agtinge genoomen, het I VIII, Deel. verfoek, by de voorgemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, neevens de reprefentatie van de meergeroerde Grieven alhier ter Vergaderinge gedaan ; dat namentlyk haar Edele Groot Mog. in kragté van de focietyt, en agtervolgende de Verdraagen op het ftuk van de Juftitie tusfehen beide de Provinciën gemaakt , mitsgaders om reedenen by monde in het breede gededuceert, de Heeren Staatert van Zeeland zouden willen dé hand leenen, omme de refpeétive Hoven van Juftitie te houden tot paritie en nakoominge van de Refolutien, die by haar Edele Mog. fuccesfivelyk zyn, en nog voortaan van tyd tot tyd zullen worden genoomen. Waar op gedelibereert, en byfonderlyk gelet , zoo op de origine, ende compofitie van de gemelde Hoven, mitsgaders op de regten en geregtighèeden uyt de natuure van dien, beide de voorfz. Provinciën in en voor defelve refpeclivelyk competeerende, als meede op de Inftruétien by tyden van de Graaveri Philip Of Carel van Bourgogne, en Keifer Carel iri de jaaren I4d2, 1521 en 1531$ I voor den voorfz. Hove, en na de abjuratie vart - X x x x de-  Raakende de Juftitie tusfehen Holland en Zeeland. landfche en Zeeuwfche Raaden, mitsgaders in het ftellen van Proefidenten, Advocaten Fiscaals, Griffiers, Secretarisfen en Rentmeesters van de Exploicten, tot groote prejuditie van de Provincie van Holland en Westvriesiand merkelyk is gedefleóteert, van het gunt dien aangaande agtervolgende de voorgeroerde Privilegiën van Vrouwe Maria van Bourgoigne, en de natuure van der zaake zoude behooren geobferveert te worden : dat derhalven hooggemelde Heeren Staaten van Zeeland niet alleenlyk het boovenltaande in antwoorde op het voorgeroerde haar Edele Mog. verfoek zal worden toegepast, maar dat defelve ook daar beneevens by Misfive zullen worden verfogt , haar Edele Groot Mog. occafie en geleegentheyd te willen vergunnen, om van de voorgeëxpresfeerde derfelver befwaarnisfen aan haar Edele Mog. openinge gedaan, en daar over de vereischte communicatie of conferentie aangefteld te moogen worden; des zal in de gemelde aan te ftellen conferentie weegens haar Edele Groot Mog. van de voorgeroerde derfelver befwaarnisfen, met de reedenen daar toe dienende, openinge gedaan zynde, voorts de zaaken daar heenen gedirigeert worden, eerftelyk, ten einde de Ingezeetenen van beyde de Provinciën, voorbehoudens nogtans ieders Privilegiën, Geregtigheeden, en wel hergebragte Couftumen, de Jurisdiétie van de voorfz. Hoven egualyk, of de eene van dien, zoo verre als de andere fubjeél zyn en onderwor- 715 pen ojyven moogen; ten anderen, dat de proportie tusfehen de Raadsperfoonen uit de een en de andere Provinciën in de voorfz. Hoven werde gereguleert, volgens de Privilegiën van Vrouwe Maria van Bourgoigne voornoemt' en ten derden, dat de electie van de Prseft! dent en andere Officieren van den Hove mooge gefchieden op den voet, en volgens het Reglement over de electie van die in den Hoogen Raade geformeert, en jongst op den 14 Mey des voorleeden jaars 1655. omtrent de electie van een Pnefident in denfelven Raade gepraétifeert;en zoo verre het mogte koomen te gebeuren, dat men in defelve communicatie of conferentie na wisfelinge van reedenen, buiten vermoede, den anderen niet en konde verftaan, dat als dan na gedaan rapport van het geene in defelve communicatie of conferentie zal weefen gepasfeert, en by haar Edele Groot Mog. op het laatfte Lid van het voorgeroerde zes en twintigfte of naastlaatfte Articulen van het meergemelde provifioneel Accord nader deliberatie aangefteld, en dien aangaande zoodanig gerefolveert zal worden, als men na exigentie van zaaken zal bevinden te behooren; en zal de bovenftaande haar Ed. Gr. Mog. Refolutie by Extraét authenticq aan meergemelden Hove toegefonden worden, omme te ftrekken tot derfelver narigtinge, met verfoek en begeerte, omme de voorgeroerde berigtinge 't zynder tyd aan haar Edele Groot Mog. te willen doen. 3. Waarfchouwinge van de Staaten van Zeeland, zoo tot handhaving van derzelver authoriteit, mitsgaders de Rechten en Privilegiën van den Lande van Zeeland in het ftuk van de crimineele Rechtspleeging, als tot ftuitinge van verfcheide provifien van Juftitie, by den Hove van Llolland aan eenigs Ingezeetenen van Middelburg en Vlisftngen tegen de Officieren en Gerechten der voorfz. Steeden verleend. Hen 19 September 1704. De Staten van den Lande ende Graaffelykheyt van Zeeland, allen den geenen die deefen zullen zien off hooren leefen faluyt, doen te weeten, dat op den 16 January defes jaars binnen Middelburg een vervaarlyk complot tegens de Regeringe uitgeborsten, en door quaataardige menfehen een opftant tegen de Magiftraat aldaar verweckt, dog door den yver van de Regenten, en getrouwigheyt der gewapende Burgers onder Gods Zegen geluckelyck gedempt en vernietight zynde, naar voorgaande genoomen informatien, en verkreegen authorifatie van het Gerecht aldaar, door onfe Officieren extraordinair, en criminelyck is geprocedeert tegen dien haar aan de voorfz. gevaarlycken oproer meest fchuldig hadden gemaakt: Dat oock den Officier der Stad Vlisfingen op voorgaande infomatie en verkregen authorifatie van het Gerecht aldaar, over andere delicten meede extraor¬ dinaire criminele proceduuren hadde ontgonnen jegens eenige ingefetenen aldaar: dat off wel defelve ingedaaghden haar defenlie zoo zy eenige hadden, behoorden te hebben konnen proponeren voor den Gerechte daar voor zy respectivelyk criminaliter ingedaeght waaren , eenige van dien ter contrarie zig hadden vervoegt aan den Prefident ende Raden van den Hove Provintiaal, en van defelve tegens de voorfz. ontgonnen proceduren verkreegen meenighvuldige provifien van Juftitie, het welck aan ons klaagelyck voorgedragen, ende door ons bevonden , ende geoordeelt zynde, dat de voorfz. provifien van den Hove aanliepen tegens de Voorrechten en Privilegiën van den Lande van Zeeland, Steden, en Leeden van dien, in het ftuck van de crimineele rechtspleeginge, dewelcke defelve volgens de Privilegiën, en ou* de Hcrkoomens independenteiyk, en by arrest altyt exerceren, zoo hebben wy by on> Xxxx 2 der*  Fol. 717 VIERDE TITUL. Raakende de Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, Vlaanderen en Overmaaze, als meede binnen de Stad Maastricht. I. A&e van approbatie op de daer in geinfe- reer de Ordre en Reglement, dienende tot reformatie van de pleyt-kosten, als men appelleert aen ds thien Bancken, onder het Capittel van St. Servaes te Maeftricht refor teer ende, heraemt hy wederzydfche Commisfarisfen Decifeurs aldaer. Den 23 September 1652, De Staten Generael der Vereenighde Nederlanden. Allen den geenen die defen zullen fien of hooren lefen, faluyt. Doen te weten; alfoo de Heeren onfe Commisfarisfen Decifeurs, jonghst totMaeftricht geweest zynde, volgens onfen laetften Commisfie, hebben beraemt en gemaeckt zeeckere Ordre en Reglement, dienende tot reformatie van de pleyt - kosten, als men appelleert aen de thien Bancken, onder 't Capittel van St. Servaes reforterende, daer van den inhoude hier na voJght van woorde te woorde geinfereert. Conceptus reformationis antiquorum jurium & onerum appellationis ad decem Bancas Ecclefiae St. Semcii Oppidi Mofje Trajectenfis pro parte Prsepofiti Decani & Capituli ejusdem Ecclefiae, exhibitusPotentibus & Generofis Dominis Commisfariis Deciforibus Praepotentum Dominorum Statum Generalium Confoederatarum Provinciarum Belgii. Expenfee undecim Bancarum haótenus necesfario fuerunt magnas propter ïnultitudinem Bancarum & numerum perfonarum, quae ex qualibet Banca ad illam congregationem mitti folebant, idcirco, ut dietse expenfe & onera, quantum fieri potent, minuantur, dignabuntur Potentes & Generofi Domini Commisfirii Decifores examinare, an infra fcriptis modis posfit fine ullo incommodo antiquis incommodis opportunum adhiberi remedium. Sufficiat deinceps in caufis majoris momenti ex qualibet Banca mittere unicum deputatum, eumque ex magis qualificatis, qui in Banca inveniuntur, qui Deputams, antequam det fuffragium, poterit tempore congregationis cum novem aliis aliarum Bancarum deputatis conferre & confultare & fic folidius fuffragium dare, quarn quando confultant interfe, quoaut tres fsepe parum intelligentes ejusdem Banccae Deputati, ut antea fieri folebat. I I. Ea ratione poterunt confueta jura congregationis minui ad medietatem & infra, quando decem Bancarum deputati convocabuntur, & loco triginta duorum florenorum aureorum Rheni folum folvi fexdecim aut pauciores vel eorum valor, & nihilominus deputati accipere titulo jurium tantum aut plus, quam antea comparentes accipiebant. 11 i Prandium, quod post congregationem undecim Bancarum dari folebat ad onus appellantis, quodque valde augebat appellationis expenfas, cum non fit neceffarium, & fiat contra confuetudinem omnium aliorum Tribunalium, in pofterum omittatur. I V. In caufis minoris seftimationis poterunt fieri appellationes ad tres deputatos per decem Banccas eligendos juxta formam fubfequentem, videlicet per Banccas Sepperen, Conincxfem, Grootloon, & Suyfeneligaturunus deputatus, per Banccas Vlytingen, Plefe, & Mechelen. unus, & par Banccas Haar, Berge & Berne unus, & Schok Tribunal fuppleat locum Banccce, a qua appelatum fuerit, quoad eleótionem Deputati. V. Quando appellatio fiet ad deputatos iïlos tres per decem Banccas, modo pnefcripto eligendos, praeter Vleytingenfis folum exigere poterit ab appellante medietatem jurium talibus Banccis ante folvi folitorum. V I. Caufe vero minoris seflimationis cen> febuntur,in quibus principalis petitio non excedit valorem feptuaginta quinque PatXxxx 3  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c Hinderfum, Vrouwe van Dalenbroeck ter eenre, en Johan Ernst, Baron van Raville ter andere zyde, by den Raad van Braband in judicia contradiclorio geweezen, op de goederen en effecten van gemelden Baron de Raville, in het Overquartier van Gelderland geleegen, naar desfelfs inhoude ter executie te leggen, ingevolge van de Letteren Requiiitoriaal van weigemelden Raad van Braband en volgens de praétycq en gewoonte van gemelde twee Hoven van Juftitie, omtrent de 7$ executie van weederzydfche Sententien altoos geobferveert, en vervolgens de behoorlyke en gewoonlyke attachés tot executie van de voorfz. Sententie op de Letteren Requifitoriaal van den Raad van Braband te verleenen, ën ten dien eynde meede opheffende en voor nul verklaarende alle defauiten, pendente hac fite by het Hof van het Overquartier van Gelderland , op de inftantien van den Baron de Raville tegens de Vrouwe van Dalenbroek eri andere verleent. 4^ Nadere Refolutie van de Staaten Generaal\ over het executeeren van de voorfz. Sententie van den Raad van Braband. Ben 9 O&ober 1705. Ontfangen eene Misfive van de eerfte Prsefideerende en ander e Raaden van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den 6 deefer, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Misfive en Refolutie van den 24 September laatstleeden, derfelver Confideratien en Advis op de Requefte ten zeiven dage aan haar Hoog Mog. geprefenteert, by ofte van Weegen Johan Ernst, Baron de Raville, Vryheer van Dalenbroeck , daar by hadde te kennen gegeeven ; dat het Hof geordonneert in het Overquartier van Gelderland tot Roermonde op geene Letteren Requifitoriaal Brieven van 'Attaché verleende, voor en aleer openinge en communicatie was gegeeven aan dé geene tot wiens lasten de executie was verfocht, en zoo wanneer der oppofitie wierde gedaan, en nieuwe kennisfe van zaaken wierd verfocht, het zelve Hof als dan Eed en Ampts- halven was verpligt de oppofitie te admitteeren, en nieuwe kennisfe te neemen; dat zulks uitdrukkelyk zoude weefen geftatueert by de Landrechten van het gemelde Overquar tier, in defelve Requeste breeder geallegeert; dat de Suppliant wyders hadde gedecouvreert, dat Anna van Hinderfum alle hare Rechten en Actiën, dewelke zy .tot lasten van hem Suppliant was hebbende, hadde verkogt, gecedeert en getranspörteert aan Gerard Asfuerus, Baron van Horion; dat hy Suppliant daar op aan het gemelde Hof van Gelderland Requefte hadde geprefenteert, ten eynde Anna van Hinderfum, als Cedente, ende den Baron d'Horion, als Cesfiónaris mogte worden belast de Aéte van koop en cesfie te exhibeeren, en by Eede te affirmeeren de fomme daar voor betaalt of belooft, op dat de Suppliant zoude konnen delibereeren, of het niet beeter en convenienter met het interest van hem Suppliant zoude weezen te refundeeren de betaalde ofte beloofde fomme, als vervolgens de gedaane oppofitie, dat zulks regt van vernadering en redemptie door de Keyzerlyke regten was ingevoert, en in alle Landen en in fpecie in Gelderland ook was gerecipieert, 6tt daar by hy Suppliant hadde verfogt, dat haar Hoog Mog. geliefden te verklaaren, dat hy voor den Raade van het Overquartier van Gelderland zoude moogen vervolgen het aldaar gedaane verzoek, om exhibitie, en beëeding van Cesfie tusfehen Anna van Hinderfum, en den Baron van Horion, om door denfelven Rdad gedecideert te worden, of over defelve Cesfie vernaderinge en redemptie viel ofte niet, en dat ingeval d' executie van dé Sententie van den Raad van Braband, van dato den 8 Mey 1699, daar meede niet mogte koomen te cesfeeren, by denfelven Raad^ in conformiteit en op den voet derLand-rechten van het Overquartier van Gelderland zouden worden aangenoomen de reedenen vari oppofitie, die de Suppliant tegen de voornoemde Sententie geproponeert haddfej en wyders dagte te proponeeren, mét verder verzoek, dat in cas den Raad van Braband, of den Baron van Flörion op den naam van Anna van Hinderfum iets mogte hebben ingedient, het welke onverhbpehtfyk zoude konnen retardeeren, haar Hoog Mog.finaleRefolutie in faveur van des Suppliants equitabel verfoek te relaxéeren, hem daar van mogte worden verleent openinge en Copie, en dat haar Hoog Mog. Refolutie van den 26 Augusti 1705 mogte worden wéederhöuden en gefurcheert, ter tyd en wylen haar Hoog Mog. anders zouden hebben gedifponeert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgévonden en verftaan, dat voor zoo veel gemelden Baron de Raville meent gedecouvreert te hebben, en ook te kunnen doceeren, dat Anna van Hinderfum hare Aétie tot zynen laste heeft gecedeert en getranspörteert aan den Baron van Horion, en verfogt heeft van het Hof te Roermonde te mogen vervolgen zyn verfoek om exhibitie en beëdiginge van voorgemelde Cesfie, en vervolgens te kunnen delibereeren eri refolveeren, om dezelve te naderen ën redimeeren of niet, nademaal die gantfche zaake voot den Raad van Braband is geventileert j en beyde partyen voor gemelden Raad, en niet voor het Hof van Roermonde Bankvast zyn geweest, dat gemelden Baron de Raville zoodanig verfoek binnen den tyd van zes weeken  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. fö\ 7* Refolutie van den Raade en Leenhove vatt Braband, wegens het overgeven van ge/pacificeerde Declaratien aan de partyen ten haren kosten en het taxeeren derzelver. Den 14 Mey * De Raad te meèrmnalen in overweginge genomen hebbende de meenigvuldige klagten en inconvenienten, die daagelycx voorkomen over het onordentelyk declareeren van veele Practizyns en litigeerende partyen, vooral wanneer 'er van dezelve komen te triumpheeren met de kosten, die dan tot laste van dezelve dikmaals zeer exorbitant werden geftelt, daar by komende, dat doorgaans de Practizyns weygetig zyn te extradeeren aan partyen, ingevalle van condemnatie, gefpecificeerde declaratien, defelven alleen overgevende een begrootinge van defelve, en by weygering van betaling in dier voege, zo werden dezelve genootlaakt te moeten ondergaan de tauxatie van den Raad tot haar privé kosten, zelfs nog daar defelve voor het overleveren van het libel van kosten dikmaals meerder komen aan te prefenteeren, dan by gedaane tauxatie bevonden werd toe getauxeert te zyn; Alle welke inconvenienten zeer ftrekken tot nadeel van een yder, en zeer prejudiciabel zyn vóór tequitable Practizyns en Litiganten: zo is by deezen Raade goedgevonden en gerefolveert, dat in 'ttoekomende alle de Practizyns zullen gehouden zyn ter requiJitie van de gecondemneerde partyen, en tot haare redelyken kosten te geven een fpecifique ftaat van kosten vmalle de Posten, voor het formeeren of maaken vari ëen formeel libel , waar door als dan occafie zal werden gegeeven, om te gevoegelyker te kortnen accordeeren , 't geene partyen in zodanig geval zullen gehouden zyn te moéten doen, voor zo veel die in Brabant woonagtigh zyn, binnen den tyd van drie weeken, té reekenen na dato van de overleveringh van dé gefpecificeerde ftaat van kosten, en voor zo veel partyen woonen in de Landen van Overmdzè , of elders, binnen den tyd van zes weken na dato van de overleveringh van gem. ftaat. Ende als wanneer parthyen daar omtrent den anderen niet konnen verftaan, en bevonden werdende meerder geprefenteert te zyn dan werd toe getauxeert, dat als dan alle de nakosten zullen werden geroyeert $ en bovendien na bevind van zaaken gecondemneert iri het ipecie-gelt, of een gedeelte van dien, 't geene anderfints altyd werd gebragt ten lasten van zodanige parthyen, ten wiens lasten als gedeclareerde de tauxatie werd gedaan; en zal hier van gebruyk gemaakt werden met den eerften July aanftaande. En zal dit gerefolveerde even voor het aartgaan van de naaste Rolle alle de Procureurs in de vertrek-kamer door den Griffier werden voorgelezen; 8. Refohttie van de Staaten Genetaal, betrekkelyk het nomineeren en aanftellen van een Secretaris en Vorfter ie Oorfchot. Den 11 Juny 1751^ Ontfangen een Misfive vari den Raad vari Braband, gefchreeven alhier tri den Hage den zes en twintighften der voorleede maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyfden September des jaars zeeventien honderd neegen en veertigh, derfelver Advis op de Requeste van Johan Willem Daniël de Jongh, Stadhouder over den Quartiere van Kempeland, by haar Hoogh Mogende voor de eene helft aangefteld zynde als Officier tot Oirfchot, mitsgaders Scheepenen, Gefwoorens, Raaden, Kerck- en Heyligen- Geest Meesteren, reprefenteerende het geheele Corpus der Vry- en Heerlyckheyd van Oirfchot, Quartiere van Kempeland, Meyery van 'sHertogenbosch, prefenteerende zy Supplianten daar by aan haar Hoogh Mogende, by Vacature van een Vorfters Ampt, vermits het overlyden van Andreas Stryckhooven, de perfoonen van Jan Aleylingh, Jan Cornelis Soetens, en Philip Retert; met verfoeck $ dat haar lloogh VIII. Deel. Mogenden daar uyt een perfoon gelieven te verkiefen, en tot Vorster te Oirfchot aan te ftellen, mitsgaders daar toe Afte in forma té doen depecheeren; en dat, indien haar Hoogh Mogende, onverhoopt eenige bedenckelyckheeden moogen occurreeren ^ defelve het examen en onderfoeck van de voorfchreeve Réqueste en de daar neevens gevoeghde ftucken tot bewys van der Supplianten voorgegeeven reght, gelieven te renvoyeeren ten fine vartxAdvis, aan gemelden Raad van Braband, of aan zoodanig Hof van Juftitie, als haar Hoogh Mogende zullen goedvinden, om^ het zelve Advis ingekoomen, zoodanigh te disponeeren, als haar Hoogh Mogende tot maintien van der' Supplianten reght zullen oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen aan te ftellen den Perfoon van Philip Retert tot Vorster der voorfchreeve Vry- en Heerlykheid vari Oirfchot, daar toe ten zynen behoeve Gom- Y y y y itiiSr  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. 723 tien honderd vier en veertigh, dogh daarentegen geremarqueert moet werden, dat het gemelde Concordaat is aangegaan en geilooten ingevolge en op fundament van een voorafgaande Tracfaat van Vreede, tusfehen defelve hooge parthyen in het Leeger voor de Stad Venlo geilooten den twaalfden September vyftien honderd drie en veertigh, waar by boovengemelde Hertogh Willem van Gulick in een zeer onderdaanige geftalte en op zyn knien Keyfer Carel V. om vergiffenis gebeeden , en gerenuncieert hebbende aan al zyn reght op de Provincie van Gelderland, van den boovengemelden Keyfer verkryght de reftitutie van het Hertoghdom van Gulick, als meede de Stad, het Cafteel en Land van Ravefteyn, hoewel het laatRe uytdruckelyck als een Leen- en Openhuyfe van Braband, zelfs met hét reght van inlosfingh, het vervolgens niet te dencken is, dat Keyfer Carel den boovengemelde Hertogh Willem van Gulick, en desfelfs Gulikfche Onderdaanen booven alle zyne eygene onderdanen, oock die van het Keyferryck, zoude hebben willen begiftigen met een zoo groot voorreght als is de exemptie van de gewoone middelen van Juftitie, en gevolghlyck oock van arresten, met betreckingh niet alleen tot het Keyferryck, maar oock tot alle desfelfs verdere Staaten en Landen, geene uytgefo adert, van hoedanige exemptie geen voorbeeld of weederga te vinden is. Dat daar by gerefleéteert moet werden, dat by het zestiende Articul van dat gereclameerde Concordaat uytdruckelyck werd geftipuleert, dat tot kraght en beftendigheyd van dien zoude werden verfoght de ratificatie en approbatie van de refpeétive Scaaten, welcke ratificatie niet gevonden werd dat ooyt daar op gevolght is, in het byfonder niet met betreckingh tot de Staaten van Braband. Dat wyders voornamentlyck gerefleéteert moet werden, dat het gereclameerde Concordaat een Tracfaat van Confederatie en Nabuurfchap zynde, eygentlyk is aangegaan en geilooten tot voorkoomingh van feytelyckheeden, zoo tusfehen de hooge Contractanten als derfelver Onderdaanen, en dat mitsdien daar by aan de gewoone en alomme gerecipieerde Reghtsmiddelen (Roedanigh ordinaire Arresten zyn) niet kan werden geprefumeert gerenuncieert te zyn, maar dat alleenlyck de intentie daar by is geweest , dat men tot weeringe en verhoedinge van allerhande ruïneufe invafien, repreialien en andere feytelycke onderneemingen, (die voor dien tyd tot merekelyck nadeel der refpective Ingezeetenen zeer fterek hadden in fwangh gegaan) voortaan van weederzyden in alle zaacken de wegh van Juftitie zoude inflaan. Dat tot bereyekingh van het voorfchreeve ooghmerek daar by dan vastgefteld wierd, dat alle questien en differenten, die 'er tusfehen de voorfchreeve Vorften zelve moghten ontftaan, door Commisfarisfen, daar toe ten weederzyde te benoemen, zouden werden afgedaan en gedecideert, waar na dan verders met relatie tot de relpective Ingezeetenen by het aghtfte Articul is geftipuleert geworden, dat wanneer de Ingezeetenen van een der contracteerende parthyen ten laste van des anders Ingezeetenen eenige aétie of pretenfie zouden moveeren de aanlegger zoude moeten volgen en verkiefen de Reghtbanck van den Gedaaghde, zoo men een perfoneele Aétie, of van het goed zoo men een reëele aétie zoude moeten infhtueeren; en dat in cas Parthyen geen behoorlyck reght konden erlangen, en dat daar over eenigh different tusfehen de voorfchreeve Vorften moghte reyfen, zulcks meede door Commisfarisfén als boven zoude werden getermineert, met deefe verdere byvoeginge, welcke ten deefen principalyck in confideratie komt; Dat om gemelde reedenen, te weeten, om geweygerde, of geprotraheerde Juftitie, of om eenige andere, tegen de onderdaanen van beyde kanten geen Brieven van repretaiUe, of van arreitatien, tocgelaaten of geaccordeert zullen moogen werden; NB. uytgefondett noghtans een yegelycks fchuld en eygen deliét; waar uyt ten vollen manifest is, dat om alle feytelyckheeden tusfehen de weederzydfche Ingezeetenen te weeren , wel is geftatueert , dat de refpeétive Ingezeetenen met hunne Debiteuren voortaan 'zouden moeten procedeeren, volgens de ordinaire wegh van juftitie, en voor den competenten Reghter, zoo in perfoneele, als in reëele zaacken, en dat men om geenerhande reedenen zoude verleenen Brieven van reprefaille, of van arreitatien, anders oock Brieven van Marqué genaamt, welcke geen ordinaire Arresten zyn teegen de eygentlycke Debiteuren, voor hun eygen fchuld, maar buytengewoone hulpmiddelen tegen onfchuldige Ingezeetenen, (wekker ordinaire Reghters de Juftitie aan de Ingezeetenen van den Souverain, welcke die Brieven verleent, heeft geprotraheert of gedenegeert, voor een anders fchuld, waar door de loop' van de Juftitie geftremt en verhindert zoude kunnen werden, en daar onder mitsdien geenfmts begreepen, maar wel uytdruckelyck zyn uytgefondert geworden, yeders particuliere Ingezeetenen in haar privé, die weegens haar eigen fchuld of delict aanfpreeckelyk waaren, zoodanigh dat het over en weeder zoude vryftaan , om teegen zoodanige particuliere Ingezeetenen , zoo in civiele als crimineele zaacken , by arrest te procedeeren, als een ordinair middel van Reghten, het geen en in de Nederlanden van Keyfer Carel, en in de Landen van den voornoemden Hertogh Willem van Gulick ook altoos te vooren was gebmyekt geweest; en dat mitsdien de voornoemden Keyfer Carel, wel verre van het voornoemde gewoone middel van arrest in de Nederlanden met opfight tot de Gulick- en Berghfche Ingezeetenen te hebben willen opheffen en vernietigen, hetfelve integendeel wel foigneufelyck by het voornoemde Traétaat met uytgedruckte woorden heeft gereferveert: al het welcke te klaarder blyckt uyt vergelyckingh van dit gereclameerde aghtfte Articul met het tiende Articul van het Tractaat van Vreede, Yyyy a tus-  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband tor w nigh te disponeeren- voor haar te Droredee- ren als na ftyle , en voorts daarin reght te fpreecken, als in goede Justitie zullen vindén te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te authorifeeren den gemelden Raade en Leenhove van Braband, om over de gemelde des Suppliants zaacke jeegens voornoemden Jacob Vlaardingerwoud kennisfe te neemen, en op het verfoeck van den Suppliant, ten dien eynde aan gemelden Raade en Leenhove te doen zoodanig te disponeeren, voor haar te doen vrorrid? ren als na ftyle, en voorts daar in rSvht te" fpreeken, als in goede Juftitie zullen vinden te behooren. • Zullende ten dien eynde Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie aan gemelden Raade en Leenhove van Braband worden toegefonden. ;::.\* Dn II. Refolutie van de Staaten Generaal, zvaar by $ Hof van Venlo word geauclorijèerd, om in zeekere zaake, de Jacht-gerechtigheid raakende, bh het egaal getal van vier Raaden een impartiaal Rechtsgeleerde te mogen asfumeeren. Den 12 Augustus 1754. Ontfangen een Misfive van de Eerst Prefideerende en andere Raaden van den Hove geordineert in het Overquartier van Gelderland, gefchreeven te Venlo den agtsten deefer loopende maand, daar by aan haar Hoogh Mogende voordraagende, dat de Vryvrouwe van Olmisfen, genaamt Muistro Zur Hallen, als Befitterfe van den Huyfe Friest, geleegen onder Vlodrop, in den Ampte van Montfoort, resfort van haar Hoogh Mogende, om te voldoen aan haar Hoogh Mogende Reglement op het ftuck van de Jaght en de Visfcherye in het gedeelte van dat Overquartier van Gelderland den vyf en twintigften Mey zeeventien honderd zeeventien geëmaneert , en de daar op gevolghde Refolutie van haar Hoogh Mogende van den twaalfden Augusty zeeventien honderd aghtien, voor een Commisfaris van het Hof aldaar den zeevenen twintighften April zeeventien honderd twee en vyftigh hadde overgegeeven diverfche Hukken en befcheyden, raackende de Jaght gereghtigheyd weegens het voorfchreeve Huys gepretendeert , den Raad en Momboir daar toe gedaaght. Dat in die zaack na ftyle tusfehen voorfchreeve Parthyen voorts geprocedeert, en defelve nu kortlinghs in ftaat van wyfen gefteld zynde, de voorfchreeve Vry-Vrouwe van Olmisfen by Requeste, den een en dertighften July laatstleeden aan dat Hof geprefenteert, om daar van decifie te hebben, als Aanleggeresfe hadde geconfenteert en verfoght, dat defelve by egaal getal van vier Raaden moghte gedecideert worden. Dat den Raad en Momboir daar op gehoord zynde, by zyn Beright van den eerften deefer hadde gepofeert, dat meede zeer gaarne zoude confenteeren dat die zaacke met het voorfchreeve egaal getal wierde afgedaan; dogh dat daar aan obiieerde haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden November zeeventien honderd aghtien , waar by haar Hoogh Mogende hadden geauthorifeerd wylen den Advocaat Lenarts om in plaatfe van den Raad en Momboir, met en beneevens de vier andere Raaden van het gemelde Hof, te befoigneeren tot het examineeren der Tituls en de fustenuen raackende het reght tot de ]aghte, volgens haar Hoogh Mogende Refolutien van den twintighften July en twaalfden Augusty zeeventien honderd agttien, om welcke reedenen zyaan der Supplianten yerfoeck niet konden defereeren, zonder daar van alvoorens aan haar Hoogh Mogende kennisfe te geeven: en geevende aan haar Hoogh Mogende in confideratie, of defelve om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegeert, niet zouden goedvinden het gemelde Plof te authorifeeren, om in dit geval en voortaan een zulck verfoeck toe te ftaan, of een impartiaal Reghtgeleerde te asfumeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het gemelde Hof zal werden geauthorifeerd, zoo als het zelve geauthorifeerd werd mits deefen, om in het voorfchreeve geval een impartiaal Reghtsgeleerde te moogen asfumeeren. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den gemelden Hove, om te ftrecken tot derfelver narightinge. Yyyy 3 Re-.  Juftitie m Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. 7 % terwycK te verbieden ter Secretarye van den Suppliant, welke om reedenen in de voorfchreeve Requefte vermeld, even gelyck die van Mr. H. H. Fenema, als Secretaris vari Oosterwyk en Udenhout, ten hunnen huyfe, zeedert lenghte van jaaren gehouden is, en moet gehouden worden, over Aétens en wat dies meerder is, te ftaan als Getuygen, veel min defelve, wanneer daar toe ge vaceert hebben, door desfelfs authoriteyt, dewelcke als gemeenlyk de Officieren befitten over defelve heeft te intimideeren, als meede denfelven te interdiceeren van particulier op des Suppliants Secretarye eenige excesfen in het pretendeeren en invorderen van te hooge jura of falarisfen te begaan, of zigh op defelve aan te maatigen, het geen aan hem uyt hoofde van zyn Ampt niet en competeert. En dat haar Hoogh Mogende wyders, ontrent het een en ander, zoodanige voorfieninge gelieven te doen, als zullen goedvinden te behooren; en dat hangende haar Hoogh Mog. deliberatien, den Stadhouder en Scheepenen van Oosterwyck moogen worden gelast, in voldoeninge van haar Hoog Mog. Placaaten , alle Actens op des Suppliants Comptoir als van ouds te pasfeeren, en hem even gelyck met den Secretaris Fenema te behandelen, en zoo als reeds vyf en twintigh jaaren aghter den anderen met den Suppliant getracteert hebben. Hebbbende welgemelde freeren Gedeputeerden en Gecommitteerden voorts meede, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog. Relblutie van den neegentienden February laatstleeden, geëxamineerd de nadere Requeste van den meer boovengemelden Secretaris Seghbroek, breeder by evengenoemde Refolutie gemeld. Waar op gedelibereerd, en gelet zynde, dat wanneer in den jaare zeeventien honderd aght en twintigh het Griffierfchap van het Quartier van Oosterwyck, en het Secretariaat van de Heerlykheyd Oosterwyck, en van de Dorpen Udenhout, Haren, Berckel, Enfchot en f leuklom, bevoorens bediend werdende door een perfoon te Oosterwyck woonende, waren gefepareerd, en op den Suppliant het Secretariaat der vier laatstgemelde Dorpen was geconfereert, tot het uyt de wegh ruymen van de vervolgens ontftaane differenten, over de zaacken welcke tot het departement van ieder der voorfz. Secretarisfen ipecleerende, is geformeert en gearresteert op den aghtienden February zeeventien honderd vier en dertigh een Reglement, waar na zy zigh in het toekoomende zouden moeten reguleeren; dan waar by eghter de expeditie van verfcheyde objecten Jimsdi&ionis voluntarice en andere zaacken indistinctelyk zoo wel aan den eenen als aan den anderen der voorfchreeve twee Secretarisfen waaren gereferveert en vrygelaaten om te expeoiéeren, en zonder en met interventie van Scheepenen van Oosterwyck, als wekkers Dinghbanck mits de bevoorens geïntroduceerde combinatie, zoo ten opfighte van Ju- diacele zaacken, als het pasfeeren van indêré Scabinaale Actens zigh over alle de boSven genoemde Dorpen van ouds her uytaSKr had; ls goedgevonden en verRaan, tot v™? kooming van verdere verfchillen te verkharVn dat de Secretaris van Haren, Berckel,' En fchot en Heuklora ter expeditie der Zaacken " welke door hem volgens het Reglement vari dcn jaare zeeventien honderd vier en dertigh, kunnen of moeten werden bevordert, zyn vaste woonplaats zal houden in de Heerlykheid Van Oosterwyck, zoo nogtans, dat gefubjecfecrt blyve aan de dispofitie van haar Hoogh Mog. Refolutie van den zes en twintighften November zeeventien honderd vyf en veertig, om op ieder der Piaatfen, waar van Secretaris is, ten minften een dagh in de maand te moeten vaceeren, en verblyven, om dë zaacken de Gemeente concërneerende met de Regenten af te doen. En dat wyders aan hem, gelyck zulks dé laatfte vyf en twintigh jaaren gefchied is en als nogh door den Griffier van het Quartier van Oosterwyck, en Secretaris van de Vryheid Oosterwyck en Udenhout gepraétizeert werd, by provifie, en tot nader ordre zal werden gepermitteert, de Chartres, ProthocoUen* Papieren en Actens, verleeden en gepasfeert zeedert de feparatie der meergemelde Secretariaaten, en na de overbrengingh der voorïgé gemeene Hukken op het Raadhuys van Oosterwyck, feparatelyck ten zynen Huylètebewaaren, en aldaar Secretarye houden, metrn* terdictie aan alle en een iegelyk, aan hém in het exerceeren van zyn Ampt aldaar eenige belemmeringh toe te brengen , en dat ten dien eynde de Stadhouder van den Quartierfchout van Oosterwyck, als Subftitut Schout der gemelde vier Dorpen, onderdes Suppliants Secretarye gehoorende, en Scheepenen van de gecombineerde Dinghbanck aldaar, door den voorfchreeven Secretaris behoorlyck verfoght zynde, omme te ftaan over zoodanige Aclens * als by het meergemelde Reglement bepaald' zyn ter zyner expeditie; of privativelyck, of ook meede indiftinclelyk aan hem te behooren; verplight zullen zyn, hem daar in als bevoorens te adfifteeren, onder het genot yan zoodanige leges of jura als daartoe volgens Placaaten en gewoonte zyn ftaande; zoo nogtans dat de Stadhouder voorfchreeve ingevolge van haar Hoogh Mog. Refolutie en Interpretatie van den derden February zestien honderd vyf en taghtig over het pasfeeren van eenige aldaar gefpecificeerde Verlyen eh Scabinaale Actens ftaande, niet meerder zal genieren als de Scheepen aldaar meede fungeerenie zal profiteeren. En werd laatstelyk verftaan, geconfidereeit )y het derde Articul van het Eght-Reglement fan den jaare zestienhonderd zes en vyftigh, .tyt het Gereght als Commisfarisfen tot hét aan;eeckenen van den Ondertrouw van aanftaanle Conthoraalen werden gedespicieert tweë Scheepenen, dat dienvolgens de trouw* en ondertrouw der Perfoonen onder de Diftriéteri vari  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. yi§ ie van Bergeyck toegeleghde jaarlyks Traclement van honderd twaalf guldens, zal moeten worden betaald, Door die van Bergeyck met ƒ52- 5-0 Door die van Riethooven met 26-15-0 Door die van Westerhooven met 19- 5-0 Door die van Borckel met . . 7-5-0 En door die van Schaft met . 6-10-0 Blyvende voor het overige haar Hoogh Mog voorfchreeve Refolutie in zyn geheel en volle kraght. En werden de Supplianten eyndelyk mits deefen gelast, deefe haar Hoogh Mogende Refolutie te laaten regiftreeren ter Griffie van de Leen- en Tolkamer te 's Hertogenbosch. 16. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Forster en Gerechtsbode van den Dungen, vrydom der Stad 'sHertogenbosch, een jaarlykfehe wedde word toegelegt. Den 8 July 1757. Is gehoord het rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch ,hebbende, ingevolge en ter voldoeningh van haar Hoogh Mog. Refolutie Commisforiaal van den vyftienden July van het laatst afgeloopene jaar, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Johannes Soetens, Vbrfter en Gereghtsbode van den Dringen , vrydom der Stad 's Hertogenbosch, houdende , dat haar Hoogh Mogende onlanghs by verfcheyde Refolutien aan Vorfters en Gereghtsbodens in de Meyerye voorfchreeve, in plaatfe van het ophaalen van Oöghst, Paasch-Eyeren, Kermis-, Nieuwejaars-giften , en andere geringe emolumenten, hadden toegeleght een bepaald vast jaarlycks Traclement ; dat de Suppliant ook wel wenschte, dat aan hem in plaatfe van het ophaalen van Paasch - Eyeren moghte werden toegeleght een vast bepaald jaarlycks Traclement; verfoeckende den Suppliant derhalven , dat haar Hoogh Mog. aan hem gelieven toe te leggen een vast Traélement tot een fomme van zestigh Guldens jaarlycks, of zoo veel min öf meer, als haar Hoog Mogende zullen oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat op den voet by voorgaande foortgelycke verfoecken gehouden, aan den Suppliant by uytkoop van al het geen hy tot dus verre, zoo ten lasten van de Gemeente , het zy in Traclement of Vfydommert, als van de In- en Opgefeetenen weegens Ooghst, Koorn, Paasch-Eyeren, Kermis en Nieuwejaars of andere diergelycke giften, onder wat benaaminge hét zoude moogen wéefen, genooten heeft, mits deefen zal werden toegeleght eene fomme van veertigh Guldens jaarlyks, aanvangh zullende neemen met het aanftaande jaar zeeventien honderd aght en vyftigh daar onder eghter niet begreepen het gebruyek van zeecker Hooy veldje aan den kleynen Hekel, het welck de Suppliant eh zyne fuccesfeurs daar beneevens voortaan zullen blyven profiteeren, ten zy de Regenten moghten oirbaar oordeelen het zelve ten profyte van de Gemeente te employeeren, wanneer de Suppliant of zyne fuccesfeuren daar van zullen aflien, en het zelve overgeeven ten nutte van de Gemeente, met bepaalinge noghtans, dat als dan weegens de Gemeente voorfchreeve aan den Suppliant of zyne fuccesfeuren ter dommagement van het gemis van het voornoemde Hooy veldje, jaarlycks zullen voldaan werden zestien Guldéns, welcke als dan met de voorfchreeve veertigh Guldens zullen uytmaacken een Traétement vari zes en vyftigh Guldens jaarlycks, mits dat de Suppliant, eh allé na hem vólgende Vorfters gehouden zullen zyn, ten dienfte van de Gemeente, Kerck en Armen van Dungen te verrighten alle binnen - vacatiën en exploiélen, waar toe^zy door of van weegen de Regenten als Vorfters zullen werden geëmployeert, gelyck ook alle Publicatien, Citatien, het beleggen van Comparïtien en het oppasfen der Regenten by het houden van dien, mitsgaders generalyck alle Gemeentens-, Kercke- en Armefaackeh, van wat benaamingh defelve zouden moogëh zyn, bedaght of onbedaght; des dat zy op poene van Casfatie niet en zullen moogen pretendeeren of genieten eenige vrydom of exemptien vari 'sLands en Dorps Lasten, bevoorens genooten of niet. En zullen al meede van de Ingefeetenen niet moógett ophaalen, vraagen of ontfangen eenigh Ooghst - Koorn, Paasch-Eyeren , Kermis , Nieuwejaars, of andere diergelycke giften, ónder wat pretext óf naam zulcks zoude moogen Zyn. Zullende den Suppliant gehouden zyn, deefe haar Hoögh Mog. Refolutie te laaten regiftreeren ter Griffie van de Leen- en Tolkamer te 'sHertogenbosch, als meede ter Secretarye van Dungen voornoemt. VIII. Deel; Zzzfc Re-  Juftitie cn Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. 731 l8, Refolutie van de Staaten Generaalwaar fa buyten effect ge/telt word een Mandament van Reformatie, door den Raad van Braband verleend van een Refolutie van den Magiftraat van Bergen op den Zoom, tot politique uitzetting van zeekere twee perfoonen genoomen. Den 26 Oclober 1757. Is gehoord het rapport van de Heeren van te; mitsgaders nog een nadere Misfive van , Hoytema, en andere haar Hoogh Mog. welgemelde Raad van Braband, gefchreeven Gedeputeerden tot de zaacken van de Meye- alhier in dcn Hage den twintighften der voorrye van sHertogenbosch, hebbende, in ge- leeden maand, zendende daar neevens in gevo ge en tot voldoeninge van derfelver Refo- volge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den lutie Commisforiaal van den een en twintig- vyfden Augusty laatstleeden, de Memorie en Ren der voorleede maand geëxamineert de ftucken van weegen den Magiftraat van Bergen Requeste van Drosfaard Schout, Burgemees- op Zoom, in de voorfcheeve zaak aan Comteren, Scheepenen en Raaden der Stad Ber- misfimsfen van gemelden Raad overgegeeven gen op Zoom, haar beklaagende over een alles breeder in de Notulen van den derden Mandament van Reformatie met de Claufule Maart, zeeven en twintigften Mev vvfden Auvan Surcheantie tot den dage in reghten die- gusty, en een en twintighften September tanende , en dien dag al, by gemelden Raad ver- leeden vermeld leent aan Johannes Adrianus Bisfchaer en Al- Waar op gedelibereerd, en fpecialyk gelet bertme Hennca Bisfchaer Vader en Doghter, zynde op de Confideratien van gemelden Raad en tendeerende de voorfchreeve Requeste, van Braband, vervat in haare Misfive vanden ten eynde haar Hoogh Mog. het voorfchree- vyf en twintighften Mey laatstleeden, en op ye Manaament van Reformatie geheven te Rel- de Memorie en Rukken overgefonden by haaien buyten effeét, het zy door te declareeren, re Misfive van den twintighaen der voorleeby forme van interpretatie van haar Hoogh den maand, is goedgevondenen verftaarj dat Mogende Refolutie van den aghtften July zee- in dit fingulier geval om byfondere reeVnen ventien honderd vyftigh, dat de toelaatinge zonder daar door eenigfints te advoueeren het daar by gemeld, om van politicque dispofiti- reght van politicque uitfettingen, het welck en van den Magiftraat te moogen verfoecken de Magiftraat van Bergen op Zoom fustineert Mandament van Reformatie, niet was exten- aanhaar te competeeren, de Refolutie van fibe! tot het geval ten deefen met de voor- gemelden Magiftraat van den twee en twintigfchreeve Bisfchaer, en zyn Doghter in quass- Ren November zeeventien honderd zes en tie of wel tot diergelycke gevallen, of wel vyftigh, waar by aan Johannes Adrianus Bisanderfmts door alleenlyck, zonder tot die in- fchaer, en Albertina Henrica Bisfchaer Va terpretatie te koomen, of terwyl die wierd ge- deren Doghter, de Stad Bergen op Zoom houden m deliberatie, op het geval inqiiEestie hebben ontfeght, zal werden geapprobeert affonderlycke attentie te neemen, en uyt aan- zoo als die geapprobeerd word mits deefen' merekinge van alle omftandigheeden der fiiacke, en dat dienvolgende het meergemelde Mandade Refolutie van den Magiftraat van den twee ment van Reformatie, by den Raad van Braden twintighften November zeeventien honderd band in de voorfz. zaack verleent, zal werzes en vyftigh, te approbeeren. den gefteld buyten effect, kunnende in eenigh En daar neevens geëxamineerd hebbende verder of ander verfoeck van gemelde Magieen Misfive van den Raad van Braband, ge- ftraat niet werden getreeden, maar werd het fchreeven alhier in den Hage den vyf entwin- zelve afgeweefen. tigfte Mey laatstleeden, houdende, in gevol- En zal Extract van deefe haar Hoo^h Mog ge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. ! Refolutie gefonden werden aan den Raad vari Refolutie van den derden Maart daar te voo- Braband, om te ftrekken tot derfelver narigh- ren, derfelver Beright op de voorfz. Reques- tinge. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den zesden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyftienden December des voorleeden jaars, derfelvér Advis op de Requeste van Willem de Gier en Jacobus Kamphoff, Vorsters der Dinghbancke? van Oosterwyck, Meyerye van 'sHertogenbosch , houdende in fubftantie, dat zy SuppliZzzz a an- l9' Refolutie van de Staaten Generaal, tot con¬ firmatie van het jaarlyks Tractement van den Parfter te Haaren. Den 8 Maart 1758.  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c 2r* Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen een verfoek om tot de Ampten van Drosfaard en Secretaris te Eckhard, één en dezelfde perfoon te mogen aanftellen. Den 27 t-uh 1758. ' J f Ts ter Vergaderinge geleefen een Memorie JL van het Officie Fiscaal van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den eerften deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den twaalfden daar te vooren, desfelfs Beright op de Requeste van Johan Carel de Jeger, Heere van Eckhart, Quartiere van Peelland, Meyerye van 'sHertogenbosch; verfoeckende, om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende den Suppliant van derfelver Refolutie van den vyfden Augufty zeeventien honderd zeeven en vyftigh, zouden gelieven te difpenfeeren, en te permitteeren van de vacante Ampten van Drosfaard en Secretaris van Eckhart voornoemd, ten behoeve van één Perfoon te moogen difponeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits defen te verklaaren, dat in des Suppliants verfoeck niet kan werden getreeden, maar word het zelve afgellaagen, en den Suppliant gerecommandeert binnen den tyd van eerstkoomende zes weeken te procedeeren tot het aanftellen of committeeren van twee diftinéte bequaame Perfoonen van de waare Gereformeerde Religie tot de voorfchreeve Ampten van Drosfaard en Secretaris refpeétive te Eckhart, mitsgaders van die gedaane aanftellingcn, zoo ras gefchied zullen zyn, behoorlycke kennisfe te geeven aan het Officie-Fiscaal van Braband alhier in den Hage, en vervolgens defelve Perfoonen conform aan het vierde Articul van de Politicque Reformatie , en opgevolghde haar Hoogh Mogende Publicatie van den vierden Maart zeeventien honderd zes en veertigh binnen gelycken tyd van zes weecken daar na aan haar Hoogh Mogende te prefenteeren, ofte laaten prefenteeren, omme by haar Hoogh Mogende aangenaam verklaard te worden. Dat voorts Copie van de voorfchreeve Memorie, voor zoo veel den verderen inhoud betreft, gefteld zal werden in handen van de Heeren Pieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, om te vifiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen. Zzzz 3 Re- caaten genomineert; dat terwyl des onaangefien van die verkoopinge een aanvangh was gemaackt, defelve interdictie des namiddaghs nogmaals had doen reïtereeren, dogh met geen ander gevolgh, als dat, in vilipendie Van de gemelde herhaalde interdictie, de verkoopinge gecontinueert en ten eenemaale voltooyt was geworden. Dat vermits haar I f oogh Mogende by gemelde Placaaten, de Officieren der Piaatfen hadden gelieven te authorifeeren , om teegens de overtreeders van defelve haar Hoogh Mogende beveelen, zonder conniventie de pcene paratelyk te doen executeeren, hy vermits de notorieteyt der Contraventie, en de baarblycke pertinaliteyt der verkoopfter, ter Rolle van dcn tweeden October zeeventien honderd zes en vyftigh, tot haare laste had verfoght fommatie, ten eynde van voldoeninge der geincurreerde amende : Dat Scheepenen alvoorens daar op te difponeeren, hadden goedgevonden in te neemen het Advis van een onparthydig Reghtsgeleerden, het welck ingekoomen zynde, op den een en twintighften April zeeventien honderd zeeven en vyftig beraamt, en den zeeven en twintighften daar aan volgende, na voorgaande Citatie van beyde partyen, Vonnisfe gepronuncieert was, waar by de verfoghte fjmmatie wierde geaccordeert, aan welcke condemnatie eghter door defelve Weduwe niet voldaan wordende, hy zigh genoodfaackt hadde , gevonden, renovatie van fommatie tot haaren | lasten te verfoecken; dat gemelde wS ; daar na hadde kunnen goedvinden 1 w , cours by Requeste te neemen tot den T?J£ I 2 leenhove van Braband, en dus per faltum & omtsfo medio judke, tegens Reglementen en ftyl van praétifeeren voor gemelden Raade te koomen fuftineeren, „ dat namentlyk haare „ ondernoomene Verkoopingh van alle Bees„ tiaalen, Bouwgereedfchappen en Huys„ Meubilen, niet zoude zvn van dien aard „ en natuur, dat daar toe aduftentie of con„ currentie van een Secretaris zoude worden „ gerequireert,en overftdeks niet vallen konde „ m de termen van haar Hoogh Mogende ,, Placaaten; verfoeckende hy Lieutenant Drosiaard om reedenen in de voorfz, Misfive geallegueert , dat haar Hoogh Mogende by nadere verklaannge en interpretatie derfelver intentie en goedvinden gelieven te uyren en inmiddels te gelasten, dat hangende haar' deliberatie over het gemelde poinét de geëntameerde procedures voor gemelden Raad en Leenhove blyven in furcheance en fiat* quo. Waar op gedelibereerd zynde, 'is goëdge* vonden en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoeck door gemelden Lieutenant Drosfaard Farjon, by zyne voornoemde Misfive gedaan, met kan werden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen.  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &e. lil ■*-"«utiuu cn uen j^iinue van uvermaaze Partage van haar Hoog Mog., niet zullen moogen werden aangeflelt, onder den naam van Drosfaard, Officier, Bailliuw of Schout, als meede niet tot Secretaris refpeétive, Perfoonen , die bereids met een van de voorfchreeve Ampten ter Plaatfe, alwaar defelve anderfints tot het andere zouden moogen koomen in confideratie, zyn gebeneficeert, maar dat in teegendeel tot de voorfchreeve beide Ampten refpeétive zullen moeten werden geëmploieert twee diitinéte Perfoonen, en dat overfulks op aanltellingen, ter contrarie gedaan of nog te doen, geen approbatie by haar Ploos Uóè zal werden verleent. i00g Mo&' En zal Extraét van deefe haar Hoog Mo*. Refolutie gefonden werden aan de r-foeS. Hooge Officieren in Braband en Landen *S Overmaaze, Partagé van haar Hoog Mol ten einde op de exacte nakoominge deefér té letten; en daar van kennis te geeven, aan alle die hier in eenigfints zouden moogen'weefen geconcerneert, en fpecialyk (ten reguarde van de Officieren in de refpeétive Heerlykheeden aldaar) aan de Heeren van defelve Heerlykheeden. 24« Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de bepaaling, welke zaaken by den Scheepenftoel van 's Hertogenbosch door de Litiganten zelve geinftrueert, en de plano gedecideert moeten worden; als meede geene provocatie fubject zyn. Den 28' Dé* cember 1758. "Ts gehoord het rapport van de Fleeren vari J_ der Capellen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken'van de Meyerye van 's Hertogenbosch; hebbende ingevolge en ter voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den zeéven en twintighften Mey zeeventien honderd zeeven en* vyftigh, geëxamineert de Requefte van Scheepenen , Gefwoorens en Raaden der Hoofdftad 's Hertogenbosch; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requefte geallegeert, dat haar Hoogh Mogende gelieven te verftaan, dat alle differenten voor den Scheepenüoel der Stad 's Hertogenbosch ontltaande, het zy dat defelve betrekking hebben tot overtreedingen van politicque Keuren en Bevelen, of wel tot pretenfien tusfehen particulieren, en waar van de hoofdfomme niet/meer als twintigh Guldens of daar beneeden beloopt, door de Parthyen litiganten zelfs mondelingh zullen werden aangenoomen en geinftrueert, en de plano gedecideert; voorbehoudens noghtans, dat de voorfchreeve zaacken of differenten met feyten geënclaveert zynde, dat Scheepenen oordeelen, dat defelve op geene mondelinge voldingen de plano konnen werden afgedaan, Parthyen zullen moogen renvoyeeren om die te befchryven : en wyders dat in alle zaacken niet excedeerende de fomme van twintigh Guldens, Scheepenen van 'sflertogenbosch by arreste zullen wyfen, zonder dat daar van eenige provocatie of reformatie aan den Raad van Braband zal vallen. En daar neevens geëxamineerd hebbende een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den vier en twintighften Mey daar te vooren, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Floogh Mogende Refolutie van den vyfden April daar te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de voorfz. Requefte. Waar öp gedelibereerd zynde; is goedgevonden en verftaan, dat alle differenten voor den Scheepenftoel der Stad 's Hertogenbosch ontltaande, het zy dat defelve betrekking hebben tot overtreeding van politicque Keuren ert Bevelen, of wel tot pretenfien tusfehen twee particulieren, en waar van dé hoofdfomme niet meer als twintigh Guldens of daar beneeden beloopt, door de Parthyen Litiganten zelfs, of met asfumptie van een ander Burger of Ingebeten, mondelingh zullen werden waargenoomen en geinftrueert, eri de plano gedecideert; voorbehoudens noghtans, dat de voorfchreeve zaacken of differenten zoodanig met feyten geënclaveert zvnde, dat Scheepenen oordeelen,' dat defelve op mondelingh voldingen de plano kunnen werden afgedaan, Parthyen zullen moogen renvoyeeren om die te befchryven. En dat wyders in zaacken, betrekkingh hebbende tot overtreedingen van zoodanige politicque Keuren en Beveelen, welcke met haar Hoogh Moogende fpeciaale approbatie zullen zyn bckraghtight, en niet excedeerende de fomme van twintigh Guldens, voortaan de Scheepenen van 's Hertogenbosch by arrest zullen moogen wyfen, zonder dat daar van eenige provocatie of reformatie aan den Raad van Braband zal vallen; dogh dat in zaacken con> cerneerende pretenfien tusfehen twee particulieren , fchoon de hoofdfomme daar van niet meer als twintigh Guldens beloopt, de ordinaris provocatie of reformatie aan den Raad van Braband aan een iegelyek zal open blyven. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Braband, om te ftrecken tot derfelver narightinge, en haar daar na te regulee= rem Re- '  Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, &c. 7-37 turnen der Stad 's Hertogenbosch voornoemt, of andere gelyckluydende Privilegiën aan die van gemelde Stad gegeeven, alleen te verftaan zyn van zulke gebooren Poorters, welcke van elders gereverteert en hun laatfte Dornicilium verlaaten hebbende, zigh wederom binnen de voornoemde Stad met 'er woon hebben ter needer gefteld; en dat haar Hoogh Mogende, hangende derfelver deliberatie, de zaacke op het fubjeét. der Befchryfbrieven van Scheepenen der Stad 's Hertogenbosch in dato den een en twintighften December zeeventien honderd aght en vyftigh, met den gevolge en aankleeven van dien, gelieven te houden in ftate en furcheance. Waar op gedelibereerd zynde, js goedgevonden en verftaan, dat Scheepenen van 's Hertogenbosch zullen werden aangefchreeven en gelast, zoo als gelast worden mits deefen, de Uyt- of Befchryf-brieven by haar den een en twintighften December zeeventien honderd aght en vyftigh, aan zeeckeren Gerard van Asten verleend, in te trekken, en Parthyen tot Scheepenen der Vryheyd Oosterwyck te renvoyeeren. 27. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de Refolutie van 20 December 1758. omtrent ae waarneeming der Ampten van Drosfaard en Secretaris door twee perfoonen, meede betrekkelyk is op de elf Banken van St. Servaas, en de Dorpen van Redemptie. Den n Mey 1759. Ontfangen een Misfive van den Ontfanger Generaal der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, C. R. van der Plaer, gefchreeven te Maastright den aght en twintighften der voorleede maand, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, houdende, dat haar Hoogh Mogende by Refolutie van den twintighften December des voorleeden jaars goedgevonden hadden, derfelver Refolutie van den vyfden Augusty zeeventien honderd zeeven en vyftigh, raackende de waarneeminge van de Ampten van Drosfaard, Bailluwof Schout, en die van Secretaris, door twee distinéie perfoonen , te amplieeren, en ook te extendeeren tot de Landen van Overmaaze, met last aan de respeétive Hoofd - Officieren, om daar van kennisfe te geeven aan allen die daar in eenigfmts zouden moogen weefen geconcerneert. Dat hoewel de voorfchreeve twee Refolutien ook aan hem waaren toegefonden geweest, hy eghter daar van als nogh geen kennisfe hadde gegeeven aan den Proost en het Capittel van St. Servaas, als Heeren van de zoo genaamde Elf bancken, nogh aan de 28. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den een en twintighften deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vierden daar te vooren, derfelver Beright op de Requeste van Drosfaard en Scheepenen der Heerlyckheyd Tilburgh en Goirle, QuarVIII. Deel. Heeren van de resp. Dorpen van Redemptie , vermits defelve Elfbancken en Dorpen in haar Floogh Mogende voorfchreeve Relblutie van den twintighften December zeeventien honderd aght en vyfcigh niet wierden genoemd: verfoeckende haar Hoogh Mogende nader intentie te moogen weeten, of de gemelde Elfbancken en Dorpen onder de voorfchreeve Refolutie meede zyn gecomprehendeert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat by interpretatie van haar Hoogh Mogende Refolutie van den twintighften December laatstleeden, zal werden verklaard, zoo als verklaard werd mits deefen , dat defelve meede betrekkelyk is op de Elfoancken van St. Servaas, als meede op de Dorpen van Redemptie. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den gemelden Ontfanger Generaal der Beeden in de drie Landen van Overmaaze, om te ftrekken tot desfelfs narightinge, en om daar van kennisfe te geeven zulcks en daar het behoord. tiere van Oosterwyck, Meyerye van 's Hertogenbosch ; houdende, dat aan de Supplianten van tyd tot tyd voorgekoomen zynde, dat parthyen Litiganten veeltyds haare zaacken in Perfoon buyten adfiftentie van Procureurs waarnamen, en dat daar door confufien en disordres wierden geoccafioneert, in het inftrueeren der Procedures, het geen ftreckte tot naAaaaa deel Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflagen een verfoek van Drosfaard en Scheepenen van Tilburg en Goirle, ten einde de Litiganten te noodzaaken tot het employ eer en van een Procureur. Den 25 July 1760.  Fol. 739 VYFDE TITUL. Raakende de Crimineele Juftitie, en Rechtsvordering. %è Refolutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk het te houden Dornicilium van den Ruard van Putten. Den 28 February 1654. In deliberatie geleid zynde, is goedgevon- verobligeert en verbonden zullen zyn Domi- den en verftaan, dat de toekoomende cilium te houden binnen de Steede van Geer- Ruard van Putten, en voorts alle die geenen vliet, als zynde deHoofdplaatfe vandenLan- die hier namaals by fucces van tyden tot de- de van Putten voorfchreeve. felve Charge zouden mogen werden geëligeert, 9* Refolutie van de Staaten van Holland, waar h de Judicatuure over zekeren Haecx, geweezen Hoogen Raad in Brazyl, word gelaaten aan het Hof. Den 16 September 1654. De Raadpenfionaris heeft omftandiglyk gerapporteert, 't geene gëduurende d'abfentie van haar Edele Groot Mog. ter Generaliteyt was gerefolveert, omtrent het overgeven, ende verlaten van de Conquesten in Brazyl, ende naamentlyk dat by haar Hoogh Mog. geoordeelt zynde de voorfz. zaake niet te moogen blyven buyten recherche, het werk by de Heeren Gecommitteerde Raaden, ende haar Edele Groot Mog. ordinaris Gedeputeerden ter Generaliteit daar heenen was gedirigeert, dat by haar Hoogh Mog. aangefteld was een Krygsraad, geformeert uyt neegen hooge Officieren in dienste van den Staat, met aanftellinge van een Fiscaal, ende Griffier, omme kennisfe te neemen van de wandevoiren, ende excesfen, die in de voorgeroerde geleegentheyd by den perfoon van den Lieutenant Generaal Schoppe, ende andere Militaire Officieren, ofte gemeene Soldaten zouden mogen weefen gepleegt; Dat ook de voornoemde Lieutenant Generaal, ten verfoeke van haar Hoog Mog. by de opgemelde Heeren Gecommitteerde Raaden in verzekeringe was genoomen: Ende dat de Hooge Raaden Schonenburgh ende Haecx, meede door ordre van de Heeren Gecommitteerde Raaden, in haare respeétive Logementen wierden bewaert, zonder dat tot nog toe eenige dispofitie was gevallen op de judicature over de zelve: neemaar dat de zaake dienthalven was gehouden in haar geheel, ende buiten eenige prejudicie, omme by haar Edele Groot Mog. daar op te werden gerefolveert, zulks, ende in der voegen als defelve naar exigentie van zaaken zouden bevinden te behooren. Waar op zynde gedelibereert, ende geconfidereert, dat de voornoemde Haecx is een Ingezeeten deefer Provincie, ende dat de abfolute Jurisdiétie over zoodanigen is een van de Souveraine Regten haar Edele Groot Mog. als hoogfte Overigheeden van den Lande van Flolland ende Westvriesland competeerende, fonder dat defelve Jurisdictie by de Unie van Utrecht, ofte eenige nadere overgifte daar op gevolgt, met de andere Geünieerde Provinciën in eenigen deelen is gemeen gemaakt: ook hier op fpecialyk in achtinge genoomen zeekeradvis by den Hove van Holland den 21 July 1648 op gelyk fubjeét, ende op de geleegentheyd van de Judicature over eenige geweefen Hooge Raden in Brazyl voornoemt, aan haar Edele Groot Mog. gegeeven, is by eenparige advifen van alle de Leeden goedgevonden ende verftaan, dat de judicature over den voornoemden Haecx zal werden gelaaten, ende aanbevoolen aan den voorfchreeven Hove, omme ex vi ordinaria Jurisdiclionis daar inne recht te doen, ende justitie te adminiltreeren, tot abfolutie, ofte condemnatie, zulks als naar exigentie van zaaken bevonden zal worden te behooren: ende zal 't zelve den gemelten Hove van weegen haar Edele Groot Mog. by Misfive werden bekend gemaakt, met toefendinge van alle de rapporten, Notulen ende Stukken, zoo ter Griffie van haar Hoogh Mog. deefen - aangaande berustende , als by de Bewindhebberen der Geoétroyeerde Westindifche Compagnie in de Vergaderinge van de neegentienen alhier gerecouvreert, Aaaaa 2 daar  Crimineele Juftitie cn Rechtsvordering. bragt de Requefte uyt den naame en van weegen de Huys vrouwe en Kinderen van den voorfz. Commis Mierop aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, met verlbeck, ten eynde denfelven .Mierop, als incompetenter, qualyk ende t'onregte geapprehendeert, om reedenen by de voorfz. Requefte in 't lange gededuceert, by authoriteyt van haar Edele Groot Mog. uyt zyne gevankenisfe mogt werden' ontflaagen, ende hcrftelt in zoodanigen ftaat, als hy voor date van de voorfz. capture ende detentie is geweest, alles overmindert ende zonder prejuditie van zoodanige pretenfe actiën ende cauiatien, ai s ie mand zoude vermeynen t zynen laste te hebben, om defelve jeegens hem te inftitueeren ende te vervolgen voor desfelfs compétenter] Regter; op alle 't welke ter begeerte van haar Edele Groot Mog. gehoord zynde de berigtinge van de Heeren Gecommitteerde Raaden, noopende 'tgunt in de voorfz. zaake by abfentie van haar Edele Groot Mog. was gepasfeert ende voorgevallen , met exhibjtie ende leéture van de Refolutien, by de gemelte Heeren Gecommitteerde Raaden den 24 ende 25 Mey, mitsgaders den 17 Juny, alle laastleeden in de voorfz. zaake genoomen; Is, na voorgaande rype deliberatie, ende overweeginge van alles verftaan ende gerefolveert, dat de judicature over den voornoemden Commis van Mierop, ende de feyten, hem albereids te laste geleyd, of die nog naderhand t' zynen laste zouden moogen opkoömen, gelaaten zal werden aan den Prafident ende Raaden van" den Hove, als ordinaris ende in de eerfte inftantie competenten Regter over de Edelen, Suppoosten, ende Domestique Dienaars van haai-Edele Groot Mog. , omme daarinue zoodanig te difponeeren ende ftatueeren, als zyluyden naar exigentie van zaaken in goede Juftitie zullen bevinden te behooren, ende dat die van den gemelten Raad van Staate by refcriptie verfogt zullen worden de Hukken en befcheyden, die defelve tot laste van den voorfz. Mierop in handen hebben, of nog naderhant zouden moogen bekoomen, aan den voorfz. Hove te willen overleeveren, gelyck oock aan t'zelve Hof gefonden zullen werden de Rukken, ende papieren, die de voorfz. zaake concerneerende . onder de Heeren Gecommitteerde Raaden zouden moogen berusten: Dat mee- 74i de defelve Heeren Gecommitteerde Raaden zal werden gerecommandeert ende aanbevoolen, gelyk henluyden gerccommandecrt'ende aanbevoolen werd .mits deefen van 'eLands weegen te ageeren, of doen ageeren teegens den voornoemden van Mierop, roUndemnj!. teyt voor zoo veel by hem, ofte door Zynè faultc,, 'tgemeene Land zoude moogen weefen befchadigt, ende dat by maniere van voeginge neevens den Advocaat Fiscaal, ófte anderfmts, zulcks als naar overleg met 's Lands Advocaaten gevoeglykst, ende ooibaarlykst gcoordeelt zal worden; Dat voorts dien onvermindert de voorlz. Misfive ende Deductie van den gemelten Raad van Staate geftelt zal worden in handen van Gecommitteerden uyt deefe Vergaderinge, met ende neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, ofte eenige van defelve by 't Collegie daar toe te deputeeren, omme naar examinatie van de voorfz. Deductie met de Rukken, daar op gehoort ende ingenoomen de naadere ond.cnLtin:?c van de Hollandfche Raaden in den gemelten Raad van Staate, haar Edele Groot Mog. te dienen van haare Confideratien en Advis, of iets en wat teegens den voornoemden Commis van Mierop by politique cenfure zoude konnen ofte behooren gedifponeert te werden; ten welken eynde uyt deefe Vergaderinge verfogt ende gecommitteert werden by deefen, d' Heeren van Haarlem, van Leyden, van Amfterdam, van Alkmaar ende van Hoorn. Ende wat belangt de voorfz. vordere gedetineerden , voor zoo veel defelve meede in Holland woonagtig zyn, is verftaan ende geoordeelt behoorlyk, en dienftig te weefen dat defelve, mitsgaders alle zoodanige andere Inwoonderen deefer Provincie, als jeegenwoordig bereyds betigt zyn, ofte naarmaals nog betigt zouden moogen werden, ter zaake van frauden .ofte mefufen omtrent de Scheeps Leeger-dienften gëpieegt, 'propte? caufis connexitatem meede gebragt, en geftelt werden ter judicature van den voorfz. Hove: en werden mits deefen de refpeétive Steeden deefer Provincie, weikers Geregten ter eerfter inftantie tot zoodanige judicature zouden moogen weefen bevoegt, raids deefen verzogt daarinne ten dienfte van 't gemeen, onder behoorlyke Acte van non prsejuditie te willen confenteeren. 5« "* Nadere Refolutie van de Staaten van Holland> nopens de Judicature over den Commis Mierop aan *t Hof. Den 17 July 1659. Ontfangen een Misfive van den Praefident ende Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 16 deefer loopende maand, houdende Verfoek, ten eynde haar Edele Groot Mog., omme reedenen by de voorfz. Misfive in 't breeder gededuceert, de zaake van den Commis Anthony van Mierop, by derfelver Refolutie in dato den 12 daarbe*voorens, aan den gemelten Hove gerenvoyeert, by de Heeren Gecommitteerde Raaden zouden gelieven te laaten termineeren, ende in allen gevallen in deefen 't regt van de IngeAaaaa q ze*-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. den gelaaten ter judicature van die van den Geregte van Dordrecht voornoemt. En werden die van den voorfz. Hove mits deefen verfogt engelast, de informatien diezyluiden, raakende den perfoon van den voornoemden van Angeren, aan het gemelde Geregte zouden konnen fuppediteeren, te ftellen in handen van den voornoemden Officier; Mende ten zeiven einde meede gefchreeven werden 743 aan oen Kaad van btaate, en des Generaliteits Reekenkamer, ook met verfoek J eerfte, omme denfelven Officier exaétehdï 1 willen doen informeeren, en met raadasü/W ren door den Advocaat Fiscaal Silla, nu vee" le jaaren in de voorfz. zaaken gebefoigneert en dienvolgende daar inne exaéte kennisfe be' koomen hebbende. 7. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van aboütie gedaan door vier Koopluiden in Wynen te Rotterdam die zig disrefpeclueus jeegens de Pleeren Gedeputeerden ter Verpagtinge gedragen hadden: en Gecommitteerde Raaden gelast met de crimineele Procedure* jeegens dezelven voort te gaan. Den 11 Decmber 1676. De Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden en corps ter Vergaderinge verfcheenen zynde, hebben geraoporteert, dat defelve ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 28 November laatstleeden, hadden geëxamineert zeekere vier Requesten van een en defelve innehouden, by of van weegen Dirck van Husfen, Pieter van den Abele, Johan Duyfmgh, en Dirck Zeelen, alle Koopluiden m Wynen tot Rotterdam, aan deefe Vergaderinge geprefenteert, houdende, dat tot kennisfe van de voorfz. Koopluiden in Wynen gekoomen was haar Edele Groot Mo<* Refolutie in date den 17 September 1676. op het ftuk van de Verpagtinge van de Wynen gearrefteert; dat de voorfz. Koopluiden om die reedenen ten tyde van de laatfte Verpagtinge meede op het Stadhuys gekoomen waaren, op die prefuppoosten, dat de reedenen waar door geoord eelt wierde de voorfchreeve Refolutie inpraéttcabel, aldaar zouden voorgedraagen worden; dat de voorfz. Koopluyden in Wynen door drift en iever tot haare Negotie, in die generale disordre en confufie, wel eenige woorden onbedagtelyk gefprooken hadden, die het reipeét en de reputatie van de Heeren Gedeputeerden ter Verpagtinge hadden gechocqueert, dat zy evenwel het zelve niet en wisten, dat de voorfz. Koopluiden met geen ander desfein of opfet als voorfchreeven is, booven gekoomen waaren, dat de voorfz. Koopluyden over het gepasfeerde ten alderhoogften bedroeft waaren, en vertrouwden , dat het felve voor geen crimen maar voor een imprudentie by haar Edele Groot Mog. zoude werden geconfidereert; Dat de voorfz. Koopluiden in Wynen daar over in Perfoon by haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden gedagvaart waaren, dat defelve Proceduuren zeer finertelyk, en ten hoogften voor de voorfz. Koopluiden in Wynen ruïneus waaren, dat de voorfz. Koopluiden haar Edele Groot Mog. baeden, te willen prefereeren gratie voor rigeur van Juftitie, en den loop van de voorfz. Proceduuren ftremmen; dat ook haar Edele Groot Mog. het voorfz. fait, met alle gevolgen zouden willen aboleeren, en het felve ftellen in volkoomen vergeetenheid; En hebben de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden vervolgens gedaan een gecircumftantieert berbt van de informatien, die defelve genoodfaakt geweest waren over de voorfz. zaake te moeten neemen, en wat zy zoo wel in het generaal, als in het particulier, ten laste van de voornoemde Dirk van Husfen, Pieter van den Abele, Johan Duyfmgh en Dirk Zeelen meede bragten, met byvoeginge, dat defelve geoordeelt hadden, niet te hebben konnen afweefen, om, ingevolge van haare Inftruétie, teegens de voornoemde van Husfen, van Abele Duyfmgh en Zeelen, en andere in de voorfz' informatien genoemt, te procedeeren, en ook met de voorfz. geëntameerde Proceduuren te moeten voortgaan, onvermindert en zonder prejudicie van alle zoodanige middelen van defenfie, als de voorfz. gecaufeerde Perfoonen tot beweeringe van haar onfchuld zouden konnen bybrengen, en haar niet te min met alle fchuldige gehoorfaamheid zouden reguleeren en gedraagen na de ordres en beveelen van haar Edele Groot Mogende. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden zullen werden bedankt, gelyk defelve bedankt, werden by deefen, voor den goeden iever, zorgvuldigheid en cordaatheid omtrent de voorfz. zaake ende Proceduuren aangewend, en voorts verfogt en gelast, gelyk defelve verfogt en gelast werden by deefen, de voorfz. Proceduuren ten einde te brengen, zoo als zy na verhoor en defenfie der voorfz. befchuldigde Perfoonen, en ieder van defelve, indien zy zouden moogen compareeren, en haare defenfie doen, of anderfints ook by contumacie na de Regten en Costurnen deefer Landen, in goeden gemoede zullen oordeelen te behooren; En dat overfulks in het voorfz. verfoek van abolitie niet en kan wer-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 745 9" Refolutie van de Staaten van Holland zvaar by de corporeele ftraffe van geesfelen en brandmerken, die aan de perfoon van de Gecondemneerde weegens derzelver defaillance niet konde geëxecuteerd worden, word gehouden voor 'geinjligeert. Den 4 January 1730. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 23 der voorleede maand', waar by zy, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 14 daar bevoorens, genoomen op een voorige Misfive van denfelven Hove, raackende het geval van zeecker Vrouwsperfoon genaamt Maria Brink, welke by derfelver Sententie is gecondemneert om te worden gegeesfeit en gebrandmerkt, dog aan dewelke die Sententie niet heeft konnen worden geëxecuteert, voor zoo veel de Corporeele ftraffe aangaat, om de defaillance, waar in defelve perfoon was vervallen, dienen van haare Confideratien en Advis, of, en in hoe verre de ftraffe, tegens de voornoemde Maria Brink gedecreteert, zoude konnen of behooren gecommuteert, of gemitigeert te worden: luidende de voorfz. Misfive als volgt. Edele Groot Mog. Deeren! Wy hebben op den 16 deefer maand December laatstleeden wel ontftngen U Edele Groot ivïog. Misfive van den 14 derfelver maand daar bevoorens, met U Edele Groot Mog. Refolutie ten zeiven clage genoomen, op den inhoude van onfe Misfive den 13 van defelve maand aan U Edele Groot Mog. gefchreeven, raackende het geval van zeecker Vrouwsperfoon genaamt MariaBrink dewelke by onfe Sententie is gecondemneert, omme gegeesfeit en gebrandmerkt te werden; dogh aan dewelke die fententie niet heeft kunnen werden geëxecuteert, voor zoo verre de Corporeele ftraffe aangaat, door de defaillance, waar inne de voorfz. perfoon was gevallen. En dewyle het U Edele Groot Mog. gelieft heeft by de voorfchreeve Refolutie te requireeren onfe Confideratien en Advis, of, en hoe verre de voorfchreeve ftraffe jegens de voornoemde 'Maria Brink gedecreteert, zoude kunnen, of behooren gecommuteert, of gemitigeert te werden, geeven wy ons de eere U Edele Groot Mog. dien aangaande te berigten, dat de ftraffe jegens de voornoemde Gevange by ons zynde gedecreteert in conformité van de Placaaten van den Lande, en zulks moetende werden geconfidereert na de nature van het gecommitteerde delict te zyn een condigne ftraffe; dat wy vermeenen dat daar omtrent egeene veranderinge en behoort te vallen, te meer, dewyle die Sententie niet alleen ter audiëntie van de Rolle is gepronunVIII. Deel. cieert geworden, maar ook omtrent eenige Leeden van defelve ten aanfien van de Gecondemneerde zyn effect, heeft geforteert, en dat de verdere executie met relatie tot de gedecreteerde Corporeele ftraffe, t' eenemaal is gewerden imposfibcl, door de defaillance, Waar inne de Gecondemneerde is vervallen, en dewelke zoo verre is gegaan, dat desfelfs leeven daar door, ter dier tyde, in pericul is geweest, zoo als U Edele Groot Mog. uyt het Declaratoir van den Doctor, de conftitutie van de Gecondemneerde hebbende gevifiteert, by onfe voorgemelde' Misfive aan U Edele Groot Mog. copielyk gevoegd, hebben kunnen zien. En gelyk het als nog niet alleen te bedugten ftaat, maar ook volgens het fentiment van den voornoemden Do&or, na alle apparentie is waarfchynlyk, in gevalle de Gecondemneerde tot het ondergaan van de gedecreteerde ftraffe weder ter plaatfe van de executie wierde gebragt, desfelfs leeven daar door andermaal in pericul zoude werden geftelt, en zulks de verdere executie van de Corporeele ftraffe weder gemaakt ondoenlyk, maar ook de Gecondemneerde geëxponeert aan een ftraffe niet geproportioneert na de natuure van haar geperpetreerde delict; om welke reedenen wy van gedagten zyn, dat de voorfchreeve Sententie (de condemnatie van Bannisfement jegens de Gecondemneerde als nogh zyn effeét forteerende) ten aanfien van de Corporeele ftraffe, zoude kunnen, en behooren te werden gehouden voor voldaan; ons niet te min refereerende tot de hooge wysheid en discretie van U Edele Groot Mog., in vertrouwen dat wy hier meede aan derfelver intentie hebben voldaan, zullen wy God Almagtig bidden, U Edele Groot Mog. in lange en voorfpoedige Regeeringe te willen conferveeren. Gefchreeven in den Plage den 23 December 1729. (Onderftontf) Uwer Edele Groot Mog. gantsch Dienstwillige. De Prsefident en Raaden over Hollandt, Zeelandt, en Vriesland. .(JVas geteekent,) JOHAN THIERRY. 1729. Bbbbb Waar  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. Mog. in lange en voorlpoedige regeering te willen conferveeren. Gefchreeven in den Hage den 22 Juny 1731. (Onder/lont,) Uwer Edele Groot Mog. gansch Dienstwillige, De Prsefident en Raaden over Holland , Zeelandt en Vriesland. (JVas geteekent,} JOAN TIERRY. ï73i- Edele Groot Mog. Heeren! Ons is wel overhandigt gewerden de Requeste by of van weegen Godfried Winkler, jegenwoordig gevangen op de Voorpoorte van den Hove, aan U Edele Groot Mog. geprsefenteert, houdende verfoek (dewyle hy by Sententie van den Hove is gecondemneert omme gebragt te werden na een Colonie buiten Europa; omme aldaar zyn leeven lang gëduurende te moeten blyven, met byvoeginge verders, dat in die gevangenisfe zoude werden gehouden, -tot dat tot het doen van desfelfs transport occaüe zoude werden gevonden) dat U Edele Groot Mog. hem goedgunfteiyic zouden gelieven te ontllaan uit de voorfchreeve gevangenisfe en hem te permitteeren,omme zig in vryheid buiten de jurisdictie, diftriét en territoir van den Hove te begeeven, en tot zoo verre de voorfz. Sententie te mitigeeren en te verfagten. En gelyk het U Edele Groot Mog. gelieft heeft de voorfz. Requeste te ftellen in onfe handen, omme defelve te examineeren, en U Edele Groot Mog. daar op te dienen van onfe Confideratien en Advis, zoo geeven wy ons de eere U Edele Groot Mog. te berigten, dat als wanneer wy hebben geconfidereert de zaake, waar over de voornoemde Godfried Winkler by ons gecondemneert is, wy geoordeeld hebben dezelve te zyn van die aangeleegentheid en uitligt, dat wy vermeint hebben dat dezelve daar over hadde verdiend met zeer zwaare ftraffe te werden gepunieert, en dat wel zonderling de natuur der zaake vorderde, dat defelve Winkler, indien desfelfs ftraffe niet wierd capitaal, immers en in allen gevalle desfelfs perfoon behoorde te werden gebragt in ftaat, omme zoo veel doenlyk buiten alle commercie en ommegang in de menfehelyke focieteit gehouden te worden, want de voornoem- ( Ti de Winkler heeft moeten bekennen zig te hebben aangemaatigt, dat hy hadde de verfchyninge van Engelen, en door de ingeevinge van defelve bequaarn wierde gemaakt, omme bovenmenfehelyke zaaken te kunnen zeggen en fchryven, wel voorgeevende, dat zulks zoude zy'n geweest in phrenefy, dog evenwel zoodanig , dat hy bekent in ftaat te zyn geweest van den Lieutenant Generaal Banier, by wien hy als Secretaris diende , door middel van die Briefjes van den Engel, te kunnen bedriegen, en zig daar door meester te maaken van zvn geld, en door zulke bedriegeryen desfelfs geld al voor een groot gedeelte in handen van een van des gevangens Broeders, en meer andere van desfelfs infolvente adherenten te brengen, en de gemelde Generaal daar van alfoo te priveeren. En gelyk wy vermeinen, dat de Sententie by ons jegens den voornoemden Winkler geweefen, waar by wy hem hebben gecondemneert na een Colonie voor zyn leeven getranspörteert te werden, niet alleen is conform aan het regt, en de noodfaakelykheid, welke de natuure en gewigtigheid van het deliét quam te vereisfchen, zoo en vinden wy geen reedenen, waaromme de Sententie niet na de letter zoude behooren geëxecuteert te werden, ten welken einde wy dan ook U Edele Groot Mog. daar van kennisfe hebben gegeeven, met verfoek, dat U Edele Groot Mog. die voorfieninge geliefden te doen, en de vereischte ordres te ftellen, tot desfelfs transport, zonder dat zulks tot nog toe zyn effeét heeft gehad: En dewyle de Suppliant ons als nog voorkomt een zeer dangereus Perfoon, en een fubjeét waaromtrent geen beeterfchap, maar na allen fchyn te verwagten is, dat hy, zyn vryheid door de verfogte mitigatie komende te erlangen, niet zal nalaaten zyne verfoeielyke fentimentcn andere menfehen in te boefemen, maar ook defelve, is het mogelyk , door zyn fmiftre practyequen omtrent het haare niet minder te verkorten, als hy, na bevoorens daar over reeds tot Neurenburg gecorrigeert zynde, naderhand op nieuws alhier te Lande omtrent den Lieutenant Generaal Bamer heeft geëxerceert, zouden wy vermeinen, dat ten aanfien van den Suppliant de zaake zoodanig blyft geconltitueert, dat defelve als nog buiten alle commercie en ommegang, immers binnen Europa, behoord gehouden te werden, en ook geene ree-denen dienen, waaromme de Sententie jegens hem geweefen na de Jetter niet zoude behooren geëxecuteert te werden. Ons niet te min refereerende tot de gewoone wysheid en discretie van U Edele Groot Mog., aan dewelke wy by deefe weederfenden de voorfchreeve ReBbbbb 2 ques-  Crimineele Juftitie en Rechts vordering 740 »Crravenhage voornoemt, zynde zyne ordinaris en competente Regters, en aan hun benoomen de cognitie over de voorfchreeve zaake: En dat zy Heeren Gecommitteerden daarom van Advis waaren, dat het Hof behoorde te worden verfogt de Informatien tegens den voornoemden Anthony Pieterfon genoomen, aan haar Edele Groot Mog. te zenden, ten einde om aan den Schout van 's Gravenhage ter hand te worden geilek, om daar van te maaken zoodanigen gebruik, en tegens den voornoemden Anthony Pieterfon geprocedeerd te worden, als bevonden zal worden in goede Juftitie te behooren. waar op gcdelmereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mog. zig mee het voorfchreeve Rapport en Advis geconformeert, en mitsdien goedgevonden en verdaan den Hove van Hn land te verfoekfin en te gelasten, gelyck w zelve verfogt en gelast word by deefe, de In formatien ten laste van den voornoemden An" thony Pieterfon aan haar Edele Groot Mog* toe te zenden, ten einde om aan den Scmout van 's Gravenhage te worden ter hand gefteld, om daar van te maaken zoodanigen gebruik' en tegens den voornoemden Anthony Pieterfon geprocedeert te worden, zoo als in goede Juftitie bevonden zal worden te behooren. 12. Refolutie van de Staaten Generaal, op een verzoek van den Schout van Venlo, tot fuppletie van een zevenden Schepen, ter decifïe van zekére crimineele Procedures. Den 16 Juny 174.1 1 Ontfangen een Misfive van het Hof van het Overquartier van Gelderland, Resforte van haar Hoogh Mogende, refideerende te Venlo, gefchreeven aldaar den drie en twintigfte deefer loopende maand, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den aghtften Maart laatstleeden derfelver Berigt en Advis op de Requeste van Mr.Paulus vanDarth, Schout der Stad en Byvanck van Venlo; verfoekende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende het Gereght der Stad Venlo gelieven te gelasten ■, om met zes Scheepenen tot het oordeel van de Crimineele proceduuren weegens den Manflag door Carel Anthony Dolhof, begaan aan den perfoon van Johannes van Homoet, Burger der voornoemde Stad, te procedeeren, of een van de Advocaaten in de voorfchreeve Requeste genoemt, te authorifeeren en te gelasten, om in plaats van den Scheepen Bucken met de andere zes Scheepenen reght te doen, pf wel te verklaaren dat het Gereght te Venlo, volgens het Landreght van het Overquartier Art r. p. 282 en 283, met Scheepenen uit andere Gereghten van het Resfort van haar Hoogh Mogende zal worden vervult; of dat haar Hoogh Mogende in dit en andere gevallen den voortgangh der Juftitie by het Gerecht te Venlo ftremmende, zoodaningh gelieven te voorfien, als haar Hoogh Mogende zullen vinden te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge¬ vonden en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoek by de Requeste van den Suppliant gedaan, niet kan werden getreeden, en werd dienvolgende het zelve afgewezen, en werd de Suppliant gerenvoyeert tot de hier voorgemelde Articulen van het Landreght van het Overquartier van Gelderland, om hem daer na te reguleeren; of om volgens gebruyek hem aan het Hof van Venlo te addresfeeren, en aldaar fupplement van een onpartydigen Reghter te verfoecken. Dat zoo yeel belanght het Beright van het gemelde Hof op het verder verfoek van den Suppliant, ten eynde den Griffier van den Hove gelast moge werden, aan den Suppliant officie weegen verfterende in zaacke van haar Hoogh Mogende en ten dienften van het gemeene beste, en niet van zyn particulier, alle Depêches van den Hove kost en fchaadeloos zonder uitftel op den voet van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zestienden Mey zeeventien honderd vyf en dertig te laaten volgen, om die ten fpoedigften aan haar Hoogh Mogende te zenden, of die direételyk aan haar Hoogh Mogende te laaten toekoomen; Copie van de voorfchreeve Misfive geftelt zal werden in handen van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van het Overquartier van Gelderland, om te vifiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen. Bbbbb 3 Rê«  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 7-, *5» Refolutie van de Staaten van Holland, op een Misfive van haar Hoog Mog., ten einde op verzoek van het Hof'van Brusfel geapprehendeert moge werden een Perfoon, die de KeiferlykeKryrscasfe hadde befioolen, en zig te Gorinchem zoude bevinden. Den 3 September 1750. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Scaaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, gefchreeven alhier in den Hage den 1. deefer, waar by zy aan haar Edele Groot Mog. laaten toekoomen Copie van eene Misfive van den Heer van Haren, derfelver Gedeputeerde by zyne Hoogheid Prins Carel van Lotharingen, als Gouverneur van de Oostenrykfche Nederlanden, als meede een daar neevens gevoegde Brief, Memorie en Defcriptie aan hem uit de Secretarye van Staat ter hand geftelt, tendeerende, ten einde mogte worden gearrefteert zeekere van der Mandere, Priester te Keulen, die de Keiferlyke Krygscasfe hadde beftoolen, en, zoo men vermeinde, zig jegenwoordig te Gorcum bevond; verfoekende haar Hoog Mog. dat haar Edele Groot Mog., geconfidereert de ftrafwaardigheid van gemelden Delinquant, dié in alle opfigten verdiende agterhaald te worden, de noodige ordres gelieven te geeven, dat op zyn Perfoon, breeder in de voorfchreeve Bylaagen befchreeven, zoo veel mogelyk geinquireert, en defelve gevonden wordende, aangehouden en in detentie gelaaten mooge worden, om vervolgens dien aangaande nader gerefolveert te worden. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Misfive en van de daar neevens gevoegde befchry ving van den voornoemden perfoon, zullen worden gefonden aan den Drosfaard der Stad Gorinchem, met last om op denfelven perfoon naauwkeurige recherche te doen, en zoo hy hem mogte ontdekken, hem te neemen in apprehenfie en in goede bewaaringe te ftellen, geevende daar van kennis aan haar Edele Groot Mog. of aan derfelver Heeren Gecommitteerde Raaden, om alsdan op desfelfs overleevering nader gerefolveert te werden, in ftaat ftellen van het voorfchreeve Slot aan den Ruard zoude worden toegelegt een fomme van twee duifent agt honderd twee en zeeventig guldens, en wyders jaarlyks nog voor onderhoud twee honderd guldens, zonder egter te moeten inftaan voor brand of andere fortuite toevallen; dat het voorfchreeve Slot in behoorlyke ftaat zynde gefteld, de Suppliant (offchoon de voorfz. jaarlykfehe fomme van twee honderd guldens in verre na niet koude toereiken om daar uit de noodige jaarlykfehe reparatie en onderhoud te kunnen vinden) het zelve in die behoorlyke ftaat heeft onderhouden, dog dat door de excesfive fvvaare ftorm van den 12 December van het voorleede jaar, buitengewoone fchaade zoo aan het voorfchreeve Slot als aan desfelfs Hooven is toegebragt geworden, zoo dat een groot ftuk Muurs in de Achtergeevel is weggewaayt, in het Dak verfcheide gaaten zyn toegebragt, alle de Vorsten meest weg en ontranponeert, ontrent wel de helft van de Pannen van de Gaandery en van de Gevangenplaats aan Hukken geflaagen, de Leye Daaken van de Toorens zeer befchadigt, veel Loot van defelve of vermist of aan Hukken gefcheurt, veele Raamen en Glaafen gebrooken, voorts de Heiningen, vier honderd zes en zeeventig voeten groot, geheel vernielt en tegens de grond geworpen, welke mitsdien geheel nieuw zouden moeten worden opgeregt; daarby koomende, dat de houte Befchoeying rondom het Hof of I Slot zoodanig was vergaan, dat defelve niet meerkondewordengerepareert; tother(lel van al het welke een merkelyke fomme zoude moe. ten worden geimpendeert, welke de Suppliant om reedenen verder by de Requeste geallegeert vermeende, dat niet tot zynen laste* maar tot laste van het gemeene Land zoude moeten koomen, en vervolgens verfoekende haar Edele Groot Mog authorifatie, om alle de voorfchreeve fchaadens, en liet geene verder aan het voorfchreeve Slot en desfelfs Hoven behoord te worden gerepareert of vernieuwt, als buitengewoon en toevallig zynde, te moogen doen herftellen, en de daar toe noodige kosten tot laste van den Lande te moogen brengen, of zoodanig tot herftel van de ichaadens te disponeeren, als haar Edele Groot Mog. zouden bevinden te behooren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat onvermindert haar °Edele Groot Mog. voorfz. Refolutie van den 10 February 1732, aan den Suppliant zal worden toegelegt, zoo als aan hem toegelegt word by deefen, een fomme van twee duifent agt honderd zes en zestig guldens, om daar uitte doen de reparatien en vernieuwinge van de fchaaden door den laatften fwaaren Storm van den 12 December van het voorleede jaar aan het Slot en Hooven van Geerliet toegebragt, mits doende blyken aan de Heeren 'Gecommitteerde Raaden, dat die fomme geimpendeert is tot die zaaken, die als noodig tot de voorfz. vernieuwing en reparatie zyn opgegeeven.  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 753 daan, ingevolge haar Hoogh Mogende Refolutie van den dertighften April des voorleeden jaars, onder die Heerlyckheyd waren geapprehendeert twee vreemde Landloopers, de eene zynde een Mansperfoon, genaamt Jacob Cornelisfen, anders Jacob Jansfen, en de andere een Vrouwsperfoon met naame Anna Catherine Wouters, welcke ter zaacke van haar ongebonden leeven, en dat zy onder het Resfort van de Generaliteyt hadden omgefworven en gebeedelt, door hun by Vonnisfe van den aghtften Juny zeeventien honderd vyftigh neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght, waaren gecondemneert tot een geesfelingh, en verders voor altoos uyt de Jurisdiétie der gemelde Heerlyckheid gebannen; dat na het pronuntieeren van gemelde Vonnisfe, dogh alvoorens hetfelve ter executie te ftellen, zigh nieuwe befchuldigingen tot laste van de voorfchreeve gevangenen hadden opgedaan; dat daar op de Drosfard der voorfchreeve Heerlyckheid zigh met de nadere ingewonne informatien de fiovo aan haar hadde geaddresfeert, en verfoght, dat de gevangen Mansperfoon, weegens zyne malitieufe ontkentenis van verfcheyde enorme delicten, ter fcherper examen moghte werden gebraght, of wel, dat de zaacke daar toe niet gedifponeert zynde, Scheepenen op den voet van haar Floogh Mogende Refolutie van den aghtften Oétober des 18. Ïs gehoord het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den vyfden der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van de Scheepenen der Heerlykheyd Berlicum, Quartiere van Maasland, Meyerye van 's Hertogenbosch, gefchreeven te Berlicum den derden daar te vooren, houdende, dat ter geleegentheyd van het houden van een generaale Jaght in de Meyerye van 's Hertogenbosch, ingevolge haar Hoogh Mogende Refolutie van den dertighften April des voorleeden jaars, oneer de Heerlyckheyd Berlicum geapprehendeerd waaren twee vreemde Landloopers, zeggende genaamd te zyn de eene Jean Olland alias la Jeunesfe, gebooren te Grave, en de tweede Jean Baptiste Charpentier, gebooren teBefancon: zynde by ingewonne informatien aan haar niet gebleecken, dat defelve eenige deliéten hadden gepleeght, maar wel dat zy eenigen tyd hadden gevagaVIII. Deel. voorleeden jaars, denzelven zoodanigh aan den Lyve, mitsgaders met eenconfinement zouden ftraften, als 'defelve na de Wetten en Placaten deefer Landen, en ter beveyligingh der Ingefeetenen, zouden vinden te behooren; voorts haar Hoogh Mogende voordraagende, of niet zouden kunnen goedvinden haarlieden te permitteeren, dat zy, onaangefien het voorfchreeve Vonnis van den aghtften Juny zeeventien honderd vyftigh, op de voorheen, en als doen van nieuws aan hen overgegeeven ftucken, zoodanigh reght en juftitie zouden moogen adminiftreeren, als na bevindingh van zaacken zouden meenen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde Scheepenen van Beeck en Donck zal werden gepermitteerd , zoo als aan hen gepermitteerd werd mits deefen, dat zy onaangefien haar voorfchreeve Vonnis van den aghtften Juny zeeventien honderd vyftigh, op de voorheen, en naderhand van nieuws aan haar overgegeevene ftucken, zoodanigh reght en Juftitie, tegens de voorfchreeve twee Gedetineerden zullen moogen adminiftreeren, als zy na bevindingh van zaacken zullen oordeelen te behooren. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan Scheepenen van Beeck en Donck voornoemt, om te ftrecken tot derzelver narightinge. bondeert en op den wegh gebeedelt; zulcks dat defelve, als zynde tegens haar Hoogh Mogende verbod vervat in het neegende Articul van het Placaat van den eerften April zeeventien honderd aght en dertigh, onder het Resfort van de Generaliteyt koomen beedelen en vagabondeeren, door haar niet anders zouden kunnen worden gecondemneert, dan tot een Geesfelingh en Bannisfement. Geevende gemelde Scheepenen van Berlicum , om reedenen in de voorfchreeve Misfive breeder gemeld, aan haar Hoogh Mogende in bedenckingh, of niet nader zouden kunnen gequalificeerd worden, om de voornoemde twee geapprehendeerde Mansperfoonen, in plaats van tot de voornoemde ftraffe, tot een Confinement in een Tugthuys ten laste yan de vier Quartieren van de Meyerye van 'sHertogenbosch voor eenige jaaren te condemneeren, zoo als haar Hoogh Mogende by derfelver Refolutie van den dertienden January laatstleeden , Scheepenen der Heerlyckheyd Budel daar toe hadden gequalificeert. Waar op gedelibereerd en in aghtinge genoomen zynde, dat Scheepenen van Budel by haar Floogh Mogende Refolutie van den Ccccc der- Refolutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het ftraffen der geenen, die zig aan bedelen en yagabondeeren, zonder eenig ander ftrafbaar fait gecommitteert te hebben, hadden fchuldig gemaakt. Den 22 jipril 1751.  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. zeeventig Guldens eene penningh by den Suppliant, als Secretaris van het gemeene Land, weegens Transporten, Vesten en Geloften, zeedert primo January zeeventien honderd vyftigh ontfangen, niet in te vorderen, maar voor memorie in desfelfs Reeckeningen te brengen, en dat haar Hoogh Mogende de Regenten van Deurne en Liesfel gelieven te authorifeeren , en des noods te ordonneeren, om ingevolge haar Hoogh Mogende Placaaten van den vierden Juny zestien honderd zeeven en vyftigh, aght en twintighften April zestien honderd een en neegentigh, twintighften October zestienhonderd drie en neegentigh, zesden January zeeventien honderd zeeven, en eerften April zeeventien honderd aght en dertigh ; mitsgaders haar Hoogh Mogende Refolutie van den zestienden Mey zee ventien honderd twintigh, aan hem Suppliant en zyne Bywoonderen, uyt een perfoneele omflagh over de Inwoonderen aldaar te doen , na voorgaande asquitable taxatie, dé fchaade, welke den Suppliant op zoo een violente en irrefiftible wyfe is toegebraght, te vergoeden, en zulcks op gelyke wyfe als haar Hoogh Mogende by Refolutien van den dertiende Maarc zeeventien honderd zeeven en twintigh, en vyftienden Juny zeeventien honderd neegen en twintigh aan andere Regenten van Piaatfen in de Meyerye van 's Hertogenbosch geleegen, in gevallen meede in haar Hoogh Mogende Placaaten begreepen, hebben gelieven te authorifeeren en te ordonneeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Regenten van Deurne en Liesfel zullen werden aangefchreeven en gelast, zoo ais defelve gelast werden mits deefen, om de fchaade, welcke den Suppliant en de zynen is toegebraght, te vergoeden, en tot dat eynde te formeeren een fpecifique Lyst en Taxatie van al het geene op voorfchree- 7 SS ven vyf en twintighften November des voorleeden jaars, op zoo een violente en irrefistible wyfe uyt des Suppliants Huys is gerooft en ontweldigt, en onder de voorfchreeve Lyste te doen ftellen en ten hunnen overftaan te laaten pasfeeren een verklaaringh van den Suppliant en die van zynen Huyfe, die eenigh Goed misfen, of Declaratoir daar van kunnen pasfeeren, dat zy na den voorfchreeven vyf en twintighften November zeeventien honderd vyftigh al het geene op voorfz. Lyste zal werden uytgetrockên, hebben vermist, en dat zy, in cas eenige van dien tegens verwaghtingweederom moghten maghtigh worden, aan de Gemeente ten allen tyde de waarde van dien zullen refundeeren. Dat voorts het import van de voorfchreeve fchaade zal moeten worden gevonden uyt een perfoneelen omflagh over de Ingezeetenen van Deurne en Liesfel, op te haaien binnen den tyd van drie eerstkoomende jaaren, na dato van deefe haar Hoog Mogende Refolutie, of zoo veel eerder als de Regenten voornoemt zullen oordeelen dat zal kunnen gefchieden ; dat de voorfchreeve Regenten daar van zullen hebben te doen formeeren aparte Cohect-ceduiien by haar behoorlyck onderteeckent, in het hoofd van dewelcke deefe haar Hoogh Mogende Refolutie, mitsgaders de voorfchreeve Lyste en Taxatie moeten worden geallegeert, en de voorfchreeve Collefte, mitsgaders de' betaalmgen aan den Suppliant en de zynen daar uyt gedaan, by aparte Capittels van ontfangh en uytgaave te verantwoorden in hunne Dorps Reeckeningen respecf ivefyck, als meede by defelve over te leggen deefe haar Floogh Mogende Refolutie. En word den Suppliant mits deefen gelast, om deefe haar Floogh Mogende Refolutie te laaten regiftreeren ten Comptoire der Domeynen van Braband, en van den s veertighften Penningh te 'sHertogenbosch- 2a Refolutie van de Staaten van Holland, betrek¬ kelyk het overgeven van zeker perfoon, die in Vrankryk verfcheide fourheries gepleegd had, en door den Bailliuw van 'sPPage was ge apprehen deert. Den 20 Mey 1751. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering voorgedragen, dat de Heer Ambasfadeur van Vrankryk by hem was geweest, en te kennen had gegeeven, dat zeeker Perfoon, de naam hem onbekend, van diverfche Luiden in Vrankryk, niet alleen had weeten te obtineeren eenige Goederen om defelve te verkoopen, zonder dat hy defelve had gerestitueert of het geld daar voor betaald, maar dat hy ook van zeekere Koopvrouw, hebbende eenige Goederen gekogt, de Recepisfe of Quitantie daar voor gegeeven, met opbreekinge van de Kas waar in defelve waaren bewaard, had weeten magtig te worden, en daar meede was doorgegaan, en wel na Brusfel; dat men aldaar ter requifitie van den Heer Marquis dePuyfieulx, op ordre van den Fleere Prince Garel van Lotharingen, getragt hadde denfelven te apprehendceren, dog dat°hy daar meede was geëchappeert, en voorts alhier na den Hage was vertrokken, alwaar defelve Perfoon op fchryven van den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Minister te Brusfel, door den Bailliuw van den Fiage was geapprehendeert geworden; Dat hy Heer Ambasfadeur als nog geen ordre hadde om de extraditie van denfelven te verfoeken, en wel wenschte te weeten, alvoorens daar over aan den fleer Marquis de Puyfieulx te fchryven, of daar toe verfoek gedaan wordende, het felve zoude Ccccc 2 wer-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. ^ èè* Refolutie van de Staaten Generaal\ waar bi aan haare Koninglyke Hoogheid, gëduurende de minderjarigheid van den Heere Prince van Oranee werd gedefereert het verleenen van Pantonnen ed Gratiën over de Generaliteit. Den 19 November 1751. De Heer Buteux * tef Vergadering prtefideerende, heeft aan haar Hoogh Mogende voorgedraagen, dac haar Hoogh Mogende op den neegen en twintighften Mey zeeventien honderd zeeven en veertigh aan zyne Hoogheyd den Heere Prince van Orange en Nasfau, hooghlofFelycker gedaghtenis, by zeeckere Acte doenmaals gedepecheefc, hadden gedefereerc het verleenen van remisfien, pardonnen en gratiën over het Resfort en Jurisdiétie van den Raade van Braband, refideerende alhier in den Hage-, mitsgaders over de Stad Maastright, het Resfort en Jurisdiétie van dien, als ook over de Graaffchap van den Vroenhove, ftellende mitsdien haar Floogh Mogende in bedencken, of de voorfchreeve Aéte als nu ten behoeve en op naam van zyne Hoogheyd, den jegenwoordigen Heere Prince van Orange en Nasfau niet behoorde gerenoveert te werden, en of de executie van het voorfchreeve reght niet aan haare Koninghlycke Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Douariere, in qualiteyt als Gouvernante en Vooghdesfe van hooghstgemelden Heere Prince, gëduurende de mmderjaarigheyd van meer hooghstgemelden Heere Prince gelaaten behoorde te werden. Waar op gedelibereerd zynde, 4's goedgevonden en verftaan, dat de voorfchreeve Acte ten behoeve en op den naam van hooggemelde zyne Hoogheyd zal werden vernieuwt, en meede geëxtendeert over het Resfort en Jurisdiétie, zoo van den Raad Van Vlaanderen^ als van het Hof van het OvCrqua tier van Gelderland, en dat de executie van het voorfchreeve reght, gëduurende de minderjaadgheyd van zyne Hoogheyd gelaaten zal werden aan haare Koninghlycke Hoogheyd Mevrouwe de Princesfe Douariere, behoudelyck noghtans , dat voor de gemelde Raaden van Braband en Vlaanderen, en het Overquartier van Gelderland refpeétive geprocedeerc zal werden tot interinement van de voorfchreeve remisiien, pardonnen en gratiën, daar toe de Raad van Braband, voor zoo veel haar aangaat, dë Jurisdiétie en het Resfort van de gemelde Stad Maastright, en van den gemelden Graaffchappe van den Vroenhove, fpecialyk werd gedelegueert; Zul'ende haar Ë. hier van Extraét toegefonden werden b om te ftrekken tot narightinge, en wyders te dienen zulcks en daar het behoort. ^3* Refolutie van de Staaten Generaal\ Waar by word afgeweezen een verzoek van Scheepenen van 's Bosch, om aan zeekere vyf geapprehendeerde perfoonen derfelver langduurige gevangenisfe voor ftrafe te mogen toereekenen. Den 30 December 1751. Is gehoord het rapport van de Fleeren van Lynden tot Resfen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, hebbende, ingevolge en tor voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den een en twintighften deefer loopende maand, geëxamineert een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage dert twintighften daar te vóoren, houdende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutien van den vyftienden October en twintighften November laatstleeden, derfelver Advis op twee Misfives van Scheepenen der Hoofdftad 's Flertogenbosch, gefchreeven aldaar den veertienden Oélober en neegentienden November daar te vooren respeétive , in bedencken geevende, en verfoec¬ kende gequalificeert te werden, omme aati vyf geapprehendeerde perfoonen daar by .vermeld, haare langhduurige gevangenisfe voor ftraffe te moogen toereeckenen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaau, dat aan de gemelde Scheepenen op beyde de vóorfchreéve Misfives zal werden gerefcribeert en aangefchreeven, dat zy de vyf perfoonen in hunne Misfives vermeld^ volgens het neegende Articul van het Placaat van haar Hoogh Mogende van den eerften April Zeeventien honderd aght en dertigh moeten ftraffen, zonder dat des aangaande in deefen eenige veranderinge zal kunnen plaats hebben^ uyt confideratien van de langhduurige gevangenisfe , waar inne defelve Vyf perfoonen zyri geweest. Cccce g  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 759 25- Refolutie van de Staaten Generaal, betrekke- lyk de kosten van het onderhoud der Gevangenen te 's Hertogenbosch gedetineert zynde. Den % February 1753. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den neegen en twintighften der voorleede maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den jaare zeeventien honderd een en vyftigh, derfelver Advis op de Requefte van Scheepenen , Gefwoorens en Raaden der Hoofdftad 'sHertogenbosch,- verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requefte geallegeert; eerftelyck, dat haar Hoogh Mogende gelieven te verklaaren, dat de Supplianten, gechargeert zynde met het verforgen van de Gevangenisfe, het ftellen van het Schavot, en het onderhoud van een gegageert Scherpreghter, tot dien bereydwillighzynde, tot haaren laste, of wel van het inkoomen van de Gevangenpoort te neemen, het onderhoud van zoodanige crimineele gedetineerdens, welcke binnen de Stad 's Hertogenbosch of onder het vrydom hebben gedelinqueert, of aldaar t'huys hooren, gelyk ook van Vagabonden en Landloopers, binnen voorfchreeve Stad of het vrydom geapprehendeert, de Supplianten voor het overige niet zyn verplight tot het onder- | houd van eenige andere Delinquanten, Vagabonden en Landloopers, door den Hooghfchout op de Gevangenpoort overgebraght, ook niet in het betaalen van de helfte der fommen van twee honderd, en een honderd en vyftigh guldens refpeétive door de crimineele Officieren genooten wordende, door het te reght ftellen van Vreemdelingen, Vagabonden en Landloopers, voor zoo veel defelve laatfte binnen de Stad 's Hertogenbosch of onder het vrydom derfelve worden geapprehendeert. Of wel, ingeval haar Hoogh Mogende moghten bergrypen, dat het onderhoud der crimineele Gevangens moet koomen tot laste van het gemeene Lighaam van de Jurisdiétie, onder wekkers Resfort defelve in detentie zyn, alsdan mooge worden verklaart, dat de Piaatfen in de Meyerye van 's Hertogenbosch, immediatelyck in het crimineele onder haar Hoogh Mogende resforteerende, in dat onderhoud meede gehouden zyn; te weeten yeder Plaats voor de Delinquanten by haar t'huys hoorende, mitsgaders voor de Vreemdelingen, ' Laudloopers en Vagabonden binnen haare Piaatfen refpeétivelyck geapprehendeert, en dat de Hooghfchout die onkosten van het onderhoud tot laste van defelve Piaatfen zal moeten invorderen. Ten tweeden, dat aan den Hooghfchout mooge worden gelast, aan den Suppliant te reftitueeren de fomme van honderd tien guldens veertien ftuivers, door haar onder proteftatie en uit commiferatie als voor uytgefchooten, tot inkoop van Klecdercn voor de adueel gedetineerde Vagabonden en Landloopers. Ten derden, dat aan den Plooghfchout al meede mooge worden gelast, aan'den Cipier zyn nogh openftaande Reeckeningh weegens het onderhoud van Vagabonden en Landloopers in de Meyerye geapprehendeert, en by hein in detentie overgebraght, te voldoen, en in het vervolgh voor het onderhoud derfelve zorge te draagen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in de verfoeckeiV, gedaan by de Requeste in dq voorfchreeve Misfive gemeld, niet kan werden getreeden, maar dat aan de Supplianten zal worden geordonneert, zoo als aan hun geordonneerd word mits deefen, om de betaalinge der helfte van de fomme van twee honderd en vyftigh guldens refpeétive, volgens het Placaat van den eerften April zeeventien honderd aght en dertigh , in het toekoomende, het cas daar toe refpedivelyck exteerende, aan den Hooghfchout te praeftecren, zullende tusfehen den Hooghfchout en de Supplianten over het gepasfeerde tegens haar gedaane verfchot tot inkoop van Kleederen voor de actueel gedetineerde Vagabonden en Landloopers worden geliquideert; wordende niet te min aan de Supplianten vry en onverlet gelaaten, om ten aanfien van het onderhoud der Gevangenen, die buyekvaste Ingezeetenen zyn van de Meyerye, of aldaar geapprehendeert tot laste van de Meyerye, zoodanigh nader verfoeck te moogen doen als te raaden zullen worden, omme die van de Meyerye in hun belangh gehoord zynde, by haar Hoogh Mogende als dan gedifponeerd te worden na behooren. Re-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. fen daar zy zyn geapprehendeert, te faamen een fomme van drie honderd en vyftigh guldens. En dat vborts de Prsemien in het zceventiende Articul van haar Hoog Mogende Placaat van den eerften April zeeventien honderd aght en dertigh aan de Crimineele Officieren toegelegt, in het vervolgh ook aan de gemel- de Drosfird1 der-Stad en Baronnye van Bréda zullen worden betaald van alle Vagabonden, Bcedelaars1 en Landloopers, tegens welcké in conformiteyt van het voorfchreeve Placaat döor hem de plano word geprocedeert, ofichoort delelve by Vonnisfe alleenlyck in den Tught> huyfe geeonfineert of gebannen mogten worden. 28. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Vader van zeker perfoon die van een manfiag wierd befichuldigt, om voor zyn Zoonby wegen van fuggeftie defenfie te doen. Jen j^ntfangen een Misfive van den Raad van \Jr Braband, gefchreeven alhier in den Hage den vyfden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden January laatstleeden derfelver Advis op een Misfive en daar neevens gevoeghde origineele Bylaagen van Hendrick du Puits, Cnmineelen Officier van Bernauw, een der Bancken van de Kerck van St. Servaas, binnen Maastright, gefchreeven te Bemauw den vyftienden daar te vooren, zendende daar neevens, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegentienden December des voorleeden jaars, Copie authenticq van de informatien door hem genoomen over denManslagh begaan aan den perfoon van Theodoor du Puits, waar over hy den perfoon van Frangois de la Beye quam te befchuldigen, met de Aéte van Schouwinge van het doode Lighaam van den voornoemden needergeflaagen Theodoor du Puits, als meede van den Inventaris van de Goederen van denfelven Francois de la Beye, mitsgaders van het verfoeck van Decreet van Apprehenfie door denfelven Crimineelen Officier daar over tegens den voornoemden Francois de la Beye aan Scheepenen van Bernauw gedaan, en van het Decreet van Apprehenfie daar op dóór defelve Scheepenen verleend, mitsgaders vart de Procedures, die daar op gehouden en gevolght zyn. 6 Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Vade van den Suppliant zal worden gepermitteert < zoó als hem gepermitteerd werd mits deefen om me, niettegenllaande het Reglement van haar Hoogh Mogende van dato den derden Mev zestien honderd zeeventigh, tegens de interventien voor fugitive en ingedaaghde Delinquanten by weege van fuggestie behoorlycke defenfie voor den Suppliant te doen, en dat deliircheance van de extraordinaris Procedures by haar Hoogh Mogende Refolutie van deri neegen en twintighften November des voorleeaen jaars verleend, ten dien eynde zal worden gecontinueeit, tot dat by haar Hoodi Mogende op het nader te kennen geeven en verloek van den Crimineelen Officier van Bernauw des aangaande nader zal worden gerelolveert, wordende het verder of nader ver foeck, door gemelden Francois de la Beye oo den neegen en twintighften November laatst* leeden by Requeste gedaan, van de hand. geweefen. 29. Refolutie van de Staaten Generaal, houdendé ordres aan de Officieren yan de Banken van St Servaas-, om de informatien van aldaar begaane Moorden of Doodfiagen aan den Raad van Braband over te zenden. Den 17 April 1753 Ontfangen een Misfive van den Advocaat Fiscaal van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den zestienden deefer loopende maand, houdende een ampel en breedvoerig detail van de reedenen, welcke hem Advocaat Fiscaal bewoogen hadden, om ter geleegentheid van zeeckere begaane Manslagh tot Bernauw, een van de elf Bancken van St. Servaas, aan den Raad van Braband voor te flaan, of het niet nuttig en oirbaar zoude zyn, VIII. Deel. om aan haar Hoogh Mogende in bedenckingë te geeven, of haar Hoogh Mogende niet zouden kunnen goedvinden en verftaan, om allé de Officieren van de Bancken van St. Servaas te ordonneeren, omme van nu af aan en voortaan , ingevolge van de Placaaten van haar Hoogh Mogende van den zesden September zestien honderd eén en zestigh, en aght en twintighften April zestien honderd een en neegentigh, zoo wanneer 'er Moorden of DoodD d d d d - fla-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 763 o2ï Refolutie van de Staaten Generaal, omtrent het dragen der kosten van het onderhond der Crimineele Gevangenen, zynde huykvaste Ingezeetenen van de Meyerye van 's Bosch. Den 1 Maart 1754. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den twee en twintighften der voorleede maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den een en dertighften January laatstleeden, derfelver Advis op de Requeste van Scheepenen, Gefwoorens en Raaden der Hoodftad 's Hertogenbofch; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoog Mogende gelieven te verklaaren, dat de onkosten van het onderhoud der Crimineele Gevangens, indien defelve zyn buyckvaste Ingefeetenen van de Meyerye, moeten worden gedraagen door de Gemeentens van de Piaatfen alwaar zy t'huys hooren, of zoo defelve zyn Vagabonden of Landloopers, als dan door de Gemeentens van de Piaatfen alwaar zy geapprehendeert zyn, en dat de Hooghfchout van 's Hertogenbosch het voorfchreeve onder¬ houd zoude moeten verfchieten en repeteeren tot laste van de Piaatfen die zulks aangaat; en dat wyders haar Hoogh Mogende op dien voet ook gelieven te ordonneeren de betaalinge van de Gevangenpoort te 'sHertogenbosch, weegens onderhoud van Vagabonden en Landloopers in de Meyerye geapprehendeert; als meede op de Berighten van den Hooghfchout van 's Hertogenbosch, en de respeétive Quartierfchouten van de Meyerye, den neegenden Mey, drie en twintighften Juny, en agtsten Augusty des voorleeden jaars ter Vergaderinge van haar Hoogh Mogende ingekomen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de onkosten van het onderhoud der Crimineele Gevangens, indien defelve zyn buyckvaste Ingezeetenen van de Meyerye, moeten worden gedaan door de Gemeentens van de Piaatfen alwaar zy t'huys hooren, of zoo de* Ddddd 2 fei¬ te vooren, houdende, dat hy in zyn qualiteyt, na alvoorens van gemelde Scheepenen van 'sHertogenbosch, als crimineeleReghters, op de Bewyfen en Informatien aan haar overgele^ht te hebben geobtineert Decreet tot Daghvaardinge in Perfoon ter crimineele Rolle, genoodfaakt was geweest voor gemelde Scheepenen teegens Christiaan Paulus van BeereReyn te entameeren zeecker crimineel Proces, het welck voor het grootfte gedeelte ten nadeele van hem Hooghfchout was gedecideert, en waar van ook reeds aan den Raad van Braband was geprovoceert geworden; in welcke zaacke het voornoemde Scheepenen hadde kunnen gelusten om van hem te vorderen, voor de helfte der Rapportgelden, de fomme van twee honderd neegen en twintigh geldens, die van zynent weegen niet betaalt wordende, en vervolgens voor het geheel by den gemelden Beerefteyn voldaan zynde, Scheepenen voornoemt al verder hadden konnen goedvinden, om zonder verhoor van het floogh Officie aanftonds aan den gemelden van Beerefteyn by een folemneele Acte tegens hem te geeven cesfie van Actie, en defelve Rapport-penningen voor de helfte van hem te repeteeren, en uyt welcke Aéte de voornoemde Beerefteyn bereyds procedures van executie tegens hem hadde ge'ëntameert, als traghtende defelve kosten by parate executie van hem te repeteeren; Verfoeckende gemelden Hooghfchout om reedenen breeder in de voorfchreeve Misfive geallegeert, dat haar Hoogh Mogende uyt derfelver fouveraine maght en authoriteyt teegens zoo een ongehoorde nieuwigheid promptelyk gelieven te voorfien, Scheepenen voorfchreeve gelastende, om ilico de voorfchreeve Aéte van Cesfie van Actie, tegens hem aan den voornoemden Beerefteyn verleent, in te trekken, en wyders in het vervolgh geen Rapportgelden van het Floo^hOfficie te vorderen, ter zaacke van Proceduures by den Hooghfchout ratione Officii geintenteert, of in het vervolgh te intenteeren, immers niet in crimineele zaacken , ten waare defelve met de kosten moghten hebben getriumpheert, en die penningen konden werden geconfequeert, nemaar, zigh in tegendeel te vergenoegen met den taux hun voor het vifiteeren der crimineele Procesfen, jaarlycks by den Magiftraat toegeleght of in het vervolgh toe te leggen, en dat haar Hoogh Mogende wyders, hangende derfelver deliberatien, gelieven te furcheeren zoodanige procedures van executie, als de voornoemde Christiaan Paulus van Beerefteyn uyt hoofde der voorgemelde Aéte van Cesfie van Aétie teegens hem bereyds geëntameerd heeft, of nogh verder zoude willen entameeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat gemelde Scheepenen van 's Hertogenbosch zullen werden aangefchreeven , de Aéte van cesfie van Aétie door defelve tegens den Hooghfchout aan Mr. Christiaan Paulus van Beerefteyn verleent, in te trecken en te revoceeren; en wyders in het vervolgh geen Rapport gelden van het Hoogh Officie te vorderen ter faacke van Crimineele Proceduuren by den Hooghfchout ratione officii, op voorgaande Decreet van Scheepenen geintenteert of in het vervolgh nogh te intenteeren, ten waare defelve met de kosten moghte hebben getriumpheert, en die Penningen konden werden geconfequeert.  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 765 35. Reglement voor de twee eerfie Deurwaarders van den Hove van Holland, omme hen in het formeeren van hunne Declaratien ten laste van den Lande, in crimineele en andere zaaken, na te re guleeren. Den 25 July 1754. Art. I. De voornoemde Deurwaarders, buiten den Hage moetende vaceeren, zullen (boven de noodige verfchotten van Wagen- en Schuiten-Vragten, welke hun zullen worden geleeden, ter discretie van den Hove) vermoogen te declareeren voor vacatie in vier en twintig uuren ƒ 4-0-0, en gelyke ƒ4-0-0 voor hunne verteeringen, behoudens nogtans, dat defelve genoodzaakt zynde des nagts Exploicfen te doen, meede voor ieder zoodanige nagt zullen mogen declareeren vier guldens , als meede voor de verteeringen, die zy in zoodanige gevallen reëelyk zullen hebben moeten doen. En zullen gehouden zyn daar voor alles te doen, wat hen zal weefen gelast, of hun Ampt meedebrengt, zonder iets verder te moogen declareeren, hoe genaamt, uitgefondert voor Citatien, het zy van getuigen als anders, mitsgaders Apprehenfien, Arresten &c. die door hen by abfentie van den Drosfaard, of uit kragte van Mandamenten Crimineel, of andere ordres van het Hof, of desfelfs Commisfarisfen , mogten werden gedaan. I I. Voor een Citatie van ieder getuigen, met de Aéte of fchriftelyk Relaas niet meer als ƒ 2-8-0, het zy defelve effeétivelyk aan de Perfoon, of daar zulks plaats kan hebben, by Misfive werd gedaan, des dat iemand niet formeelyk als getuigen geciteert werdende, maar alleen door een boodfchap ontbooden werdende, daar voor maar zal mogen werden gedeclareert ƒ 1-4-0. III. Voor het beuellen van een befloote Misfive , het brengen van de Recepis en neemen van Quitantie, te faamen ƒ 1-4-0, boven het geen by hen voor de Recepis mogt weefen verfchooten. I V. Voor een Citatie by Ediéte, de Aéte van Affixie, en al het geene daar toe behoord ƒ 5-12-0. V. Voor een Dagvaarding in Perfoon, met de Aéte van Relaas, Copie Mandament en het geen verder daar toe fpeéteeit /4-id-o. V I. Voor een Gedaagde uit te roepen zes ftuivers. V I I. Dog in de voorfchreeve gevallen eene apprehenfie door een der Deurwaarders gedaan, daar by koomende, zal mogen werden gedeclareerd als hier na Articul XV. is gereguleert. VIII. Voor het adfifteeren by de examen en het hooren van getuigen, het zy van een of meer, per uur agttien ftuivers, mits niet excedeerende vier guldens daags. I X. Voor het Verzeegelen van Kisten, Kamers &c. met de Aéte of Rapport, ƒ 3-12-0, voor de Ontzeegeling, meede met de Aéte of Rapport, ƒ 2 - 8 - o; en voor het Verzeegelen van Papieren, met het Rapport /i-4-o X. Voor het publiceeren van een Placaat, met al het geene daar toe behoord ƒ 3-0-0. X I. Voor het adfifteeren by een Schouw ƒ 4-0-0. X I I. Voor het extraordinaris convoceeren van den Raad, het zy desfelfs Leeden binnen of buiten den Hage zyn, booven hunne noodige vragt of verfchot f 6-0-0, zonder verder Dag- of Mylgeld te mogen declareeren. XIII. Voor het infinueeren van de Deurwaarders om capitale Juftitie te adfifteeren ƒ 9-9-0, en der Boodens ƒ 6-0-0. X I V. Voor alle extraordinaris Vacatiën in den Hage, of by Gearrefteerdens, op expresfe Ddddd 3 W- paam en van weegens Mr. Christiaan Paulus , van Beerefteyn, door hem in zyne qualiteyt als Hooghfchout der Stad en Meyerye van 'sHertogenbosch, aan haar Hoogh Mogende geprefenteert, tendeerende ten eynde aan hem moghte worden vrygelaaten om zyne geobtineerde Reformatie van zeecker Vonnis van Scheepenen van 's Hertogenbofch in dato den neegentienden September zeeventien honderd twee en vyftigh, voor den Raad van Braband tegen denfelven Paulus Christiaan van Beerefteyn te moogen vervolgen en profequeeren. Waar op gedelibereerd zyn de, is goedge¬ vonden en verftaan, mits deefen te perfifteeren by haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyf en twintighften July zeeventien honderd drie en vyftigh, en dat dienvolgende de voorfchreeve zaack zal werden gerenvoyeert aan den Raad van Braband, om by defelve geëxamineerd te werden, of de voorfchreeve Sententie van Scheepenen van 's Hertogenbofch laboreert aan nulliteit en informaliteyt, om in dat geval de geëntameerde Reformatie voortgangh te laaten gewinnen, en anders defelve van de hand te wyfen.  Crimineele Juftitie eri Rechtsvordering, gal mitsdien niet meer werden gereekent voor het overgeeven van Misfivens, als verfoeken van permisfie, of adfiftentie tot apprehenfie, of iets diergelyks. I I I. Zal vermoogen te declareeren voor Schuiten Waagenvragcen, verteering van Gevangenen, Porten van Brieven, cn andere diergelyke Verfchotten, op ordre van den Hove of Procureur Generaal gedaan, als meede voor correspondentie gelden, op ordre of met communicatie en goedvinden van den Hove of Procureur Generaal geëmployeert, mits daar van aan den Procureur Generaal verantwoording doende, en die post of posten, door den Procureur Generaal particulier wordende gecertificeert, dat defelve op zyn ordre, of met communicatie en goedvinden van het Hof, of hem Procureur Generaal zyn geëmployeert, IV. Voor extraordinaire Patrouilles, op fpeciaale ordres, of recherches op Dieven of andere Misdaadigers, voor een geheelen dag, in of omtrent den Haage ƒ 4-0-0, en voor een geheelen dag en nagt f 6-0-0, zonder voor eenige verteeringen te moogen declareeren. V. Voor het kennis geeven van een Manfiag, Drenkeling, Diefllal, Huisbraak en andere Crimineele zaaken, die recherche zouden kun* nen requireeren ƒ 1 -16 - o. V h Voor het neemen van informatien, op fpeciaale ordre, ieder uur agtien ftuivers, het Rapport daar onder gereekent, mits in alles niet excedeerende vier Guldens per dag, dog indien het Rapport fchritelyk word gerequireert, zal als dan daar voor moogen declareeren zes Huivers per blad aan eene zyde compres gefchreeven : namentlyk in den Hage: maar buiten den Hage Zal hy voor deefe zaaken niet moogen reekenen, vermits dan het volle daggeld word geleeden. V I I. Voor het ftaan als Officier over een Schouw ƒ 6-0-0, des dat dan niets meer mag werden gedeclareerd, hetzy voor het ftellen van ordres, beforgen van Doétor en Chirurgyn > of onder wat naam zulks weefen mogte. VIII. Voor een mislukt exploiét, na een geordonneert arrest of apprehenfie, het zy met of zonder huisfoeking ƒ 2 - o - o, dog de huisfoeking gedaan wordende met het openflaan der Deuren, voor de huisfoekingh en het openflaan der Deuren te zaamen eens ƒ 4 - o - o, te weeten binnen den Hage, dog daar buiten niet meer dan de helfte van de voorfz. fomma, alfoo als dan daggeld werd geleeden. I X. Voor een aanhouding of arrest van een ftoute Beedelaar of Hoer ƒ 4 - o - o, en van meer als een ter zeiver tyd, zaamen /' 6 - o - o, van andere fuspeéte perfoonen f 6 - o - o, voo r een apprehenfie van Crimineele Misdaadigers, zoo wel buiten als in den Hage ƒ 12-0-0, het zy met of zonder huisfoeking, dog dié huisfoeking gedaan werdende met openflaan der Deuren, voor het openflaan der Deuren ƒ2-8-0 daar en boven, zonder verder diesweegens iets meer te moogen declareeren, het zy voor een Gevange in zyn bewaaring gehad te hebben, of op de Poort, in de Castelenye, of in de Dienaars Waght te brengen, of wat naam daar aan zoude mogen werden gegeeven. X. Voor het overneemen of overgeeven vari een Gevange, binnen den Hage ƒ 1 -16 - o i het Rapport daar onder begreepen,. buiten den Hage niets, als werdende daar voor daggeld geleeden. XI. Voor het vifiteeren van een gefaifeeït fuspeét perfoon ƒ 1 -16 - o. X I I. Voor eenVifite in arrest agtien ftuivers * dog booven de vier Vifites loopende, voor ieder daar booven twaalf ftuivers. XIII. Voor het piaatfen en ordonneeren van eéri of meer Dienaars by een Gearresteerde f 1 -4-0 voor eens, ten waare by den Hove of den Procureur Generaal verandering gemaakt wierd in de eerst gegeeven ordre, dan weederom eens ƒ 1-4-0. XIV. Voor het adfifteeren by een examên in dert Hage', per uur aghtien ftuivers, by een examen en confrontatie, het zy van Gevangenen hetzy van Getuigen tegens een Gevange, per uur ƒ 1 - 4 - o, zonder te mogen declareeren , wanneer eenige Getuigen zonder de Gevange gehoord worden, het zy tot convictie of confrontatie; by een examen met de Tortuur eens f 2-8-0, en voor het adfifteeren van een examen van een Gevange of Confrontatie buiten den Hage, de helfte van de voorfchreeve fomme, als werdende als dan daarenbooven daggeld geleeden. X V. Voor het ontflaan van een Gevange vaii de Poort ƒ 1-4-0, en van een Gearrefteerde aghtien ftuivers, en voor een perfoon uit den Hage te leiden ƒ 2 - 8 - o, ten waare een Gebanne op de Confinien wierd gebragt, als wanneer daggeld en verteeringen worden geleeden i zonder iets meer. X V L Voor het overbrengen van een Gearreltéerde na het Hof om gehoord te worden ƒ 1 - 4- dj als meede voor denfelven te rug te brengen 4 het zy na de Poort, Castelenye, of na de Dienaars Wagt ƒ 1 - 4-0. x v 1 i. Voor het Transporteeren van eën of mëef Geconfineerden na een Tugthuis, zal niets hoé genaamt boven het daggeld, tot vier Guldens eens, en gelyke vier Guldens voor verteeringen mogen werden gedeclareert, en Zulks niets voor het overneemen, bewaaren, of overgeeven van den Geconfineerden* XVIIL  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 76*0 op privatie van zyn Officie) zoo zal hy gehouden weefen by believen van den Hove, .Advocaat Fiscaal of Procureur Generaal, in zyne plaatfe te ftellen een bequaam, fuffifant en getrouw Dienaar, gëduurende zyn abfentie, dewelke insgelyks gehouden zal weefen den behoorlyken Eed te doen van de Ordonnantie op de bewaarnisfe van de Gevangens en het ftuk van Concherge te onderhouden en te agtervolgen. V. Voor welken Dienaar, mitsgaders voor de malverfatie , onagtfaamheid of fchulde van zyne Dienstbooden en Domefticquen of Huisgenooten, de voorfchreeve Cipier gehouden en verobligeert zal zyn te verantwoorden, na difpofitie van de befchreeven Regten. V I. Zullen daarenboven de Dienaars van den gemelden Cipier Eed doen van deefe Ordonnantie voor zoo veel haar aangaat te zullen agtervolgen of nakoomen, en haarvorders getrouwelyk te gedraagen in het geen haar van den voorfeyden Cipier omtrent de Gevangenen en de gevangenisfe zal werden belast of bevoolen. V I I. De .Cipier en zal in de Conchergie geen Taverne, Cabaret of andere oneerlyke converfatie houden, of met de Gevangens moogen fpeelen met Kaarten en anderfints, of ook van de Gevangens hem laaten traéteeren, op arbitrale correctie. VIII. En zal gehouden weefen Register te houden , en daar inne te teekenen de Naamen en Toenaamen van de Gevangens, wanneer, en van waar zy ingekoomen, of waneeer zy uitgegaan zyn, en particulier Inventaris te maaken van de Kleederen, Geld en andere dingen die de Gevangens over hen gehad zullen hebben, koomende in de gevangenisfe, en zal van denfelven Inventaris gehouden zyn dubbeld te leeveren aan den Griffier van den Hove, mitsgaders aan den Procureur Generaal; en zal de Cipier de goederen van de Gevangenen onder zig houden en bewaaren; en daar voor refponfabel zyn. I X. Alle de Gevangens om capitaale Crimen in de gevangenisfe toornende, zullen in de boeijen of yfere" geflaagen, of in bellooten piaatfen geleyt of gelogeert worden, zulks als de Procureur Generaal of zyn Subftituit zeggen of ordonneeren zal, zonder dat die Cipier defelve gevangenisfe zal moogen verligten of verfoeten, dan by expres confent van den Flove. X. De Cipier zal de Gevangens leggen en tot kosten van de Graaffelykheid moeten onderhouden en verfien van goed Brood, Potagie en Bier, ten minften van drie guldens de Tonne, Stroo of Bulten, en het gunt daar aan kleeft, ter arbitrage of discretie van den Hove, of van den Advocaat Fiscaal of Pro- VIII. Deel. cureur Generaal als vooren, voor tien ftuivers daags; en aangaande de Gevangens, die tot haar eigen kosten leggen, of van haar Partyen, zal gehouden worden defelve ecrlyk en reynelyk te traéteeren, en verfien van goede Spyfe en Drank voor agttien ftuivers daags, of zoo veel min of meer, als by den Hove of by de Staaten 'sLands, getaxeert of geordonneert zal werden, na geleegentheid des tyds. X h En op dat de gevangenisfe van alle ftank, infeétie en corruptie bevryt blyven, zal gehouden weefen defelve zuyverlyk en reynelyk te houden, en die vuyligheid en immuniditeit te doen weeren, ten minften eens ter weeke, daar op by den Procureur Generaal of zynen Subftituit, reguard genoomen zal worden, en de Gevangens in gayole leggende eens ter weeke te voorfien van versch Stroo, waar voor hy tot kosten van de Graaffelykheid zal moogen declareeren drie ftuivers ter week, en by zoo verre ter Ordonnantie van den Hove aan defelve Gevangens in het Winter-Saifben een Deeken werd toegeftaan, zal hy daar voor insgelyks ten iasren als vooren nog moogen declareeren zes ftuivers ter week. X I I. En indien eenige gifte van Spyfe, Drank, Kleederen, Geld of anderfints ten behoeven van de Gevangenen gedaan wierde, zal hy gehouden weefen na voorgaande behoorlyke vifitatie, defelve getrouweïyk te diftribueeren en omdeden, zonder iets daar van te neemen of behouden tot zynen profyten. XIII.' Zal meede gehouden weefen, wel fcherpelyk toe te zien, dat de Gevangens, byfonder om Crimen capitaal, geen Mesfen, Yfers of andere Inftrumenten gelaaten werden, daar meede zy hen zouden moogen behelpen tot infractie of anderfints om te misdoen. X I V. En tot dien einde zal hy fchuldig weefen te vifiteeren en befigtigen alle de Gevangens en gevangenisfen, ten minften driemaal 's weeks, en zoo dikmaals by dage en by nagte als van nooden weefen zal. X V. En by zoo verre by quaade toefigt, verfuim of negligentie van den Cipier, eenig Gevangen ter zaake van Crimen capitaal uit de gevangenisfe quaame te ontgaan of echappeeren, zoo zal de Cipier daar over meede capitalyk of wel anderfints na bevind van zaaken werden geftraft, en van gelyke meede ter zaake van andere delicten met defelve ftraffe waar meede de ontvlugte of geëvadeerde geftraft zoude zyn geworden, in conformiteit van de befchreeven Regten. XVI. En indien hetfelve mogte toegekoomen zyn by faulte van zyne Dienstbooden of andere Domefticquen, zoo zal de Cipier ook ter dier zaake aan den Lyve ftrafbaar zyn, by zoo verre de ontvlugten eenig deliét of crimen mogte hebben begaaa. E e e e e Item  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 77* verder fcherp by hem zal moogen hebben of houden, of wel anderfins in cas van bcdenkelykheid gehouden weefen de fpyfe aan de Gevangens zelfs voor te fnyden. XXX. Voorts zal de Cipier gehouden weefen alle avonds terftond na neegen uuren de Kaarsfen en het Ligt alomme van de Gevangens of Gyfelaars weg te neemen, en teegen alle ongeluk van Vuur en anderfins verforgen, en zullen de Gevangens en Gyfelaars terfelver uure hen tot rust begeeven, mits dat de Cipier zal gehouden weefen te beforgen, dat'savonds ten zeeven uuren de fpyfe gediend en aangeregt werde. XXXI. Zal ook de Cipier alle daags een iegclyken, niet gegyfelt of gevangen zynde, des middags ten elf uuren doen vertrekken buiten de Poorte, en die zelve geilooten houden tot twee uuren naar noen, en des avonds zulke perfoonen meede doen vertrekken des Somers ten zes, en des Winters ten vier uuren, zonder gehouden te zyn aan iemanden van buiten acces te geeven des Saturdags of des Zondags onder de Predikatie. XXXII. Welverftaande, dat de Gyfelaars alleen, en geen andere Gevangenen, elk maar eenen Gast des middags t' haaren kosten zullen moogen hebben , zonder dat zyluyden des avonds eenige Gasten moogen houden. XXXIII. En zoo verre de Cipier kan bemerken dat eenige Gyfelaars hen met dronken drinken zouden ontgaan, zal des dan hem onthouden, en ook niet vermoogen den felven verder Wyn of Bier te laaten volgen, of ook om dronken drinken van buiten op de Poort te laaten brengen. XXXIV. En zullen voorts defelve Gevangens en Gyfelaars hen laaten genoegen en contenteeren, mits geaccommodeert zynde hunner twee met één Bedde, maar die alleen begeeren te ilaapen, zal de Cipier denfelven moeten verfien van een goed Bedde met zyn toebehooren na het faifoen van het jaar, en daar voor niet hooger moogen declareeren dan drie ftuivers ieder nagt, het zy daar op een of twee perfoonen ilaapen, het opmaaken van het Bedde daar onder gereekent, en dat het zelve den Gevangenen aangefeyt worde , en haar daar van gegeeven haar optie en keufe, en dat tot dien einde voortaan geen andere Beddens, Hoofdpeuluwen, Oirkusfens, Deekens of Lynewaat op de Voorpoorte van den Hove zullen mogen werden gebruikt, als die by den Cipier zullen werden beforgt. XXXV. Werd voorts den Cipier wel expresfelyk verboden, dat hy de Gevangenen niet en zal aandienen eenige quaade gecorrumpeerde Spys of Drank, op poene van gemulcleert te werden na geleegentheid van zaaken, waar op de Procureur Generaal meede belast v/ord goed reguard te neemen, doende tot dien einde weekelyks vifitatie. XXX V I. De Cipier zal den Turf-moeten leeveren met geëykte Mandens en voor een Tonne Turf genieten vier en twintig ftuivers, en de helfte na advenant, en aangaande het Kaarsligt dat hy den Gevangenen leeveren zal, zal hy genieten zeeven ftuivers voor het pond. En byaldien hy aan de Gevangenen of Gyfelaars eenige leeverantie zoude moogen doen van Wyn, Brandewyn, Genever en diergelyken, zal hy desweegens moogen declareeren voor ieder Fles Wyn agtien ftuivers, voor ieder Muddetje Brandewyn drie ftuivers, voor ieder Muddetje Genever twee ftuivers, de Tabak gereekent na advenant En by zoo verre de Gevangenen of Gyfelaars van buiten wierden toegebragt eenige Wyn , zal hy daar voor profiteeren zes ftuivers van ieder ordinaris Fles. En aangaande de kleederen en diergelyke behoeftens, die hy op ordre van den Hove of Procureur Generael aan Gevangenen verftrekken zal, zal aan hem in zyne Declaratie geleeden worden het geene desweegens by hem zal weefen gedebourfeert. X X X V 1 I. De Cipier zal van alle Comparitien die beneeden op de Examineerkamer in het reguarde van de Civile Gevangens zullen werden gehouden, genieten des Soomers eene Gulden , en des Winters eene Gulden tien ftuivers ; en by zoo verre de Crimineele Gevangenen genoodfaakt zyn te befoigneeren met haare Vrienden of Practizyns, zal de Cipier voor ieder Comparitie beneeden op de Examineerkamer zoo wel des Winters als des Soomers genieten eene Gulden; en wanneer die Comparitien gehouden werden alwaar de Gevangenen haar verblyf hebben, zal hy desweegens maar moogen declareeren tien ftuivers. En wanneer den Raad op de Voorpoorte zal vergaadert weefen, om eenige Gevangenen te examineeren, getuigen te hooren of confrönteeren, het zy het zelve lang of kort komt te duuren, zal de Cipier gehouden weefen te leeveren Papier, Pennen en Inkt, en des Winters Vuur en Ligt, cn zal hy daar voor genieten des Soomers drie Guldens, en des Winters vier Guldens; en zoo wanneer Commisfarisfen van dcn Flove ter zaake voorfz. aldaar koomen te vaceeren, zal hy genieten half zoo veel. XXXVIII. De Cipier zal ook niet gehouden zyn of vermoogen iemand te laaten uitgaan, zoo lange , hy by iemanden, in welkers reguarde zyne ontfiaaginge niet en is toegeftaan, behoojlyken is gerecommandeert. XXXIX. De Cipier werd ook geauthorifeert om allen de geenen wie die zouden moogen weefen die acces hebben, zooby de civile als by de Crimineele Gevangenen, haare Huyken, Faülies, Eeeee 2 Sluy»  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 770 fidereert, en dat nog uyt zyne Papieren, nog uyt andere indiciën was gebleecken, dat hy zigh aan eenige groove misdaaden zoude hebben fchuldigh gemaakt, waar over hy of te Maastright of elders te reght gefteld behoorde te worden: dat haar Hoogh Mogende daar op zeeckerlyk gerefolveert zouden hebben, gemelden Hauteville aanftonds te relaxeeren, indien hy Heer Ambasfadeur niet tusfehen beyden was gekoomen, en geinfinueert hadde eenige Documenten en Bewyfen uyt Vranckryk te verwaghten, uyt welcken ten klaarften zoude confteeren, dat gemelde Hauteville zoodanige deli&en zoude hebben begaan, waarom hy overgeleevert zoude behooren te worden; dat haar Hoogh Mogende eenigen tyd daar na gewaght hebbende, hy Heer Ambasfadeur eyndelyck de voorfchreeve Memorie heeft overgegeeven, en denfelven Hauteville gereclameert, op fundament, dat hygepleeght zoude hebben verfcheyden falfiteyten, en diesweegens in procesfen zoude zyn ingewickelt, en dat hy daarenbooven in Engeland eenige infame Libellen tegen de geheyligde Perfoon van zyne Majefteyt zoude hebben gefchreeven; dat wanneer haar Hoogh Mogende die pofitiven hebben geëxamineert, zy niet hebben kunnen vinden, dat het eerfte foort van delicten, al was het zelve beweefen, van die natuur is, dat men daarom gewoon is eenige Delinquanten aan een andere Mogendheyd over te leeveren; en wat het tweede foort belangt, aan hem Heer Ambasfadeur genoeg bekend is, dat in een vrye Republicq, geconftitueert als die van deefen Staat, het zeer moeyelyk is, hoe groote zorgh en precautie daar tegen werd genoomen, re beletten dat infaame Libellen, zelfs tegen het Gouvernement van deefen Staat, van tyd tot tyd in het light koomen, en dat het van een oneyndige confequentie zoude weefen, indien alle die geenen die zigh onderwinden om yetwes teegen vreemde Mogendheeden te fchryven, moeten worden geapprehendeert en aanftonds aan gemelde Mogendheeden overgeleevert. Dat de aghting en confideratie voor de Perfoon van zyne Majefteyt noghtans alhier zoo groot is, dat haar Hoogh Mogende aan hem Heer Ambasfadeur wel tyd hebben willen geeven om zigh op den aart van de Libellen, waar van hy in zyne voorfchreeve Memorie gewagh heeft gelieven te maacken, te inquirèeren, ten eynde die aanhaar Hoogh Mogende te kunnen vertoonen, om daar uyt geoordeeld te werden, of defelve zoo atroce en van zoo dangereufe gevolgen moghten zyn, dat daar op zoo verre reflexie gemaakt zoude kunnen werden om den Autheur daar van over te leeveren, dan dat nu veertien dagen verloopen zynde, zonder dat eenigh het'minfte Libel ten nadeele van den Perfoon van hooghstgedaghte zyne Majefteyt aan haar is vertoond geworden, haar Hoogh Mogende aan de adminiftratie van goede Juftitie hier te Lande gebruyckelyk en altoos heylighlyk geobferveert, tekort zouden doen, indien zy den gemelden Hauteville buyten fundament langer in arrest hielden, en derhalven volgens de Wetten deefer Landen niet anders hebben kunnen doen, als haaren Vice Hooghfchout te Maastright te gelasten, den voorfchieevengcarrefteerden op vrye voeten te ftellen, van welcke haare R.efolutie zy niet hebben willen nalaaten aan hem Heer Ambasfadeur kennis te geeven, niet twyffelende, of meer hooghstgedaghte zyne Majefteyt zal deefe haar Hoogh Mogende behandelingh niet alleen moeten juftificeeren, maar daarenbooven zeer vergenoeght zyn over de byfondere egards, die haar Hoog Mog. voor hoogstdefelve in deefe geleegendheyd hebben getoond, gelyck zy in voorige gevallen, wanneer de zaacken daar toe waaren gedifponeerd, getoond hebben, hoe zeer zy aan diergelycke inftantien met 'er daad hebben gedefereert. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie door den Agent van Bycmont aan gemelden Heere Marquis de Bonnac worden ter hand gefteldt. 39' Refolutie van de Staaten Generaal, waar by gedifficulteerd word in de overgaave yan zekeren Hauteville, te Maastricht gearrefteert, en door den Refident van den Prins Bisfchop yan Luyk gereclameert. Den 5 Augustus 1754. Is gehoord het rapport van de Heeren Pieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de buytenlandfche zaacken, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegentienden April laatstleeden, geëxamineerd een Memorie van den Heere Huift, Refident van zyn Hoogheyd den Heere Bisfchop en Prince van Luyck; verfoeckende de extraditie van eenen Hauteville, teegenswoordig gearrefteerd binnen Maastright, j ten eynde uelelve geheld zoude kunnen werden in handen van den Heere Durant D'Aubigny, Minister van Vranckryk, die denfelven hadde gereclameert, breeder in de voorfz. Memorie, en in de Notulen van den agtften April laatstleeden vermeld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelden Heere Huift tot antwoord op de voorfchreeve Memorie zal werden toegevoeght, dat haar Hoogh Mogende, geen kennis hebbende van de reeEeeee 3 de-  Crimineele Tultitie en Rechtsvordering. «.*<4 41» Refolutie van de Staaten Generaal, tot ver¬ nietiging van het 116 Art. der Inftrucfle van den Raad van Braband, betrekkelyk het opineeren van den Advocaat Fiscaal, in Fiscaale zaaken. Den i November 1754. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den een en dertighften der voorleede maand, houdende, dat zy by hunne Misfive in dato den agtften February zeeventien honderd zeeven en veertigh, waar toe zigh refereerden, aan haar Hoogh Mogende onder anderen in het breede hadden in bedencken gegeeven, of haar Floogh Mogende niet zouden konnen refolveeren, dat in tyd en wylen het honderd zestiende Articul, conform aan het zestiende Articul van de Ordonnantie of Inftruétie van gemelden Raade, meedebrengende, dat de Advocaat Fiscaal zoude geroepen werden tot ter vifitatie en deliberatie van de Procesfen, die aangaan zouden de Fiscaale zaaken, en dat defelve daar inne zoude moogen opineeren en delibereeren, het was dat hem goed daghte, by maniere van advertisfemente, en dat zonder de prefentie van den Advacaat Fiscaal niet zoude moogen geilooten of gevuideert werden, met het aankoomen van een volgende Advocaat Fiscaal zoude cesfeeren, en buyten gebruyek geftelt werden; waar op haar Hoog Mogende by Refolutie van den elfden February zeeventien honderd zeeven en veertigh dat poinét van hunne gemelde Misfive hadden gemaackt Commisforiaal, en by nadere Refolutie van den veertiendenApril zeeventien honderd zeeven en veertigh de Heeren haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen verfoght, om dat befoigne ten fpoedighften voort te' zetten. Dan ge- merekt, zoo veel gemelden Raade van Braband bewust was, daaromtrent geene naadere finale Refolutie by haar Hoogh Mogende was genoomen, en zy geinformeerd wierden, dat vermits de hooge jaaren en indispofitie vanhunnen tegenwoordigen Advocaat Fiscaal, haar Floogh Mogende verfoeck zoude werden gedaan, om denfelven eenen Adjunét toe te voegen, zy als nu gemeend hadden de bequaamfte tyd en geleegentheyd gebooren te zyn, om haar Hoogh Mogende te verfoecken, dat haar Floogh Mogende alvoorens te disponeeren op zoodanig Request om tot Adjunét Advocaat Fiscaal te werden aangefteld, hetgedecerneerde befoigne gelieven voortgangh te doen hebben , en op hunne gemelde Misfive van den aghtften February zeeventien honderd zeeven en veertigh finaal te disponeeren. Waar op gedelibereerd, en gehoord zynde het rapport van de Heeren van Weideren, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, de voorfchreeve Misfive nogh ftaande Vergaderinge geëxamineerd hebbende, is goedgevonden en verftaan, dat met het aankoomen van een nieuw Advocaat Fiscaal, het zy by weege van fuccesfie of adjunétie, het voorgemelde honderd zestiende Articul van de Ordonnantie of Inftruétie voor den Raad van Braband , zal cesfeeren, en buyten effeét gefteld werden, zoo nogtans, dat de jeegenwoordigen Advocaat Fiscaal, Mr. Willem van Erpecum, zyn leeven lang gëduurende voor zyn per- Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat, offchoon de Refolutie by haar Floogh Mogende den vyfden Augufty zeeventien honderd vier en vyftigh, op het voorfchreeve fubjeét genoomen, zoo duydelyck en klaar fpreekt, dat defelve geen nadere interpretatie noodig heeft, eghter geconfidereert, dat de Vice-Hooghfchout Bogaert aan deefe Refolutie in alle zyne deelen niet heeft goedgevonden te obedieeren, maar daar en tegen verfcheyde difficulteyten te moveeren , tot voorkoomingh van alle verdere dispuuten, by gemelde Refolutie zal werden geperfifteert, zoo als daar by geperfifteerd word mits deefen, en dat dienvolgens gemelde ViceHooghfchout als nogh zal werden gelast, zoo als gelast word mits deefen, alle Charters, Boecken, Papieren, Gelden en Effeéten, die aan hem by zyne detentie zyn ontnoomen, aanftonds aan den Suppliant te extradeeren, enbvertegeeven, voor zoo verre daar aan nogh niet is voldaan; werdende tot elucidatie van dien verders verftaan, dat door de woorden kost- en Jchaadeloos, niet alleen verftaan worden de kosten van de detentie, maar ook alle de kosten, die onvermydelyk by den Suppliant en zyn Vrouw hebben moeten aangewend worden, om deefe ontflaginge by haar Hoogh Mogende te obtineeren, gelastende verders den Vice-Hooghfchout de gemelde kosten zonder eenig retardement in reedelykheid te voldoen, en in gevalle gemelde Vice-Hooghfchout het eene en het andere in eenigerhande manier mogte koomen te declineeren, werd aan gemelden Flauteville nu voor als dan gepermitteerd, den Vice-Hooghfchout daar over voor den Raad van Braband rauwlyks te convenieeren, zullende in dat geval aan denfelven verleent werden Acle pro Deo.  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 777 43' Refolutie van de Staaten Generaal, notens het verkenen van Brieven Submisforiaal, door haar Hoog Mogende Commisfarisfen Inflrucleurs teMnZ tncht. Den 2 April 1755. *W*r" Is ter Vergaderinge geleefen het Advis van 's Lands Advocaaten, geformeert alhier in den Hage den tienden February deefes jaars, ingevolge en tot voldoeninge van haar Floogh Mogende Refolutie van den derden January deefes jaars, geëxamineert hebbende een Misfive van Commisfarisfen Infirucleurs van weegens haar Hoogh Mogende te Maastright, gefchreeven aldaar den eerften daar te vooren, daar by aan haar Hoogh Mogende kennisfe geeven de van zeecker verfoeck, aan hun gedaan door Gondulph Tükin, Inwoonder van Paifve, een der Dorpen van redemptie, ftaande onder de Souverainiteyt van haar Hoogh Mogende, ten behoeve van den gemelden Suppliant zouden gelieven te verleenen zoodanig Declaratoir tot bekraghtiginge van de aan den Suppliant reeds verleende Brieven Submisforiaal, breeder by de voorfchreeve Misfive gementioneert, als haar Floogh Mogende, zoo voor het jeegenwoordige geval, als voor die geene die in het toekoomende zouden konnen voorkoomen, tot acceleratie en adminiftratie van de Juftitie aan derfelver Onderdaanen, bequaamst zouden oordeelen, met verfoeck haar Hoogh Mogende beveelen dies aangaande te moogen verneemen; mitsgaders geëxamineert de Byfogen daar neevens gevoeght. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat alle zoodanige Brieven Submisforiaal, na de gewoone Style en Ufantie te Maastright en onderhoorige Dorpen, by of door haar Hoogh Mogende Commisfarisfen Inftructeurs aldaar altoos zyn en behooren te worden verleent, zonder dat nodigh is dien aangaande nadere Brieven van ratificatie, aggreatie of confirmatie by haar Hoogh Mogende of derfelver Gedeputeerden als Commislarisfen Decileurs te obtineeren; en dat mitsdien ook de voorfchreeve Brieven Submisforiaal by den voornoemde Suppliant Gondulph Tilkin van haar Hoogh Mogende Commisfarisfen Inftructeurs te Maastright in dato den dertighften Mey zeeventien honderd vier en vvftieh geobtineert, wel en te reght en na de gewoone Styl en Ufantie behoorlyk zyn verleent geworden, en dat defelve mitsdien haar effect behooren te forteeren, en te worden rerefpecteert. En zal Extract: van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan gemelde Commisfarisfen Inftructeurs van weegens haar Hoogh Mogende te Maastright, om te ftrecken tot derfelver narightinge. 44. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeweezen een verzoek van Reliëf tegen den laps der fatalia appellationis van een crimineel Vonnis, by den PPoogen Brabandfchen Gerechte te Maastricht geweezen. Den 21 April 1755. Ontfangen een Misfive van Scheepenen van den Hoogen Brabandfchen Gereghte der Stad Maastricht, gefchreeven aldaar den neegentienden deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den aghtften daar te vooren, derfelver Beright op de Requeste van Anthony Geyflel, Burger en Schoenmaaker te Maastright voornoemt; verfoeckende, om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende hem Suppliant gelieven te releveeren van den laps der fatalia appellationis van het Vonnis Crimi¬ neel by gemelden Hoogen Brabandfchen Gereghte ten zynen laste gevelt, in dato den drie en twintighften November zeeventien honderd vier en vyftigh, en den vyf en twintighften daar aan volgende behoorlyk gepronuncieert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in het verfoeck, gedaan by de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemelt niet kan werden getreeden, en word het zelve dienvolgende geweefen van de hand. VIII. Deel. , Ff fff Re.  Crimineele juftitie en Rechtsvordering. ï¥c\ '26. De haatelyke Infinuatien die de Impetranten en Verweerders, of wel liever de tweede Impetrant en Verweerder verders bedektelyk van des Gedaagden en Eisfchers Perfoonen gedrag (waar het doenlyk) tragte te geeven, 27. Als zullende op zyn tyd wel blyken, 28. Dat defelve, of niet van het onderfoek ten deefen, 29. En dus alleen maar uitgedagt zyn om eenige couleuren aan zyne gantsch ingratieufe fuftenuen en voorgeevens te geeven, 30. Of dat by aldien de tweede Impetrant en Verweerder zig daar over de Cenfure wilde aanmatigen, of zig als Accuiateur van den Gedaagden en Eisfcher daar omtrent wilde opdoen, 31. En die quafi tot nog toe geceleerde zaaken en omftandigheeden onder het oog van den Regter brengen, 32. De Gedaagde en Eisfcher zig wel op zyn tyd tegens alle calumnieufe voorgeevens, al waar het van den tweeden Impetrant en Verweerder onverhooptelyk zelve, by regtelyke wegen zoude weeten te verfetten. En voorts daar by in reconventie voor replicq en in conventie voor duplicq was geperfifteert. Dat den 21 july 1752. de voorfchreeve zaake ter Rolle van den Hove zynde voldongen, en verdraagen na voorgaande wisfelinge van Inventaris en Rukken te bepleiten in het Collegie van den Raade ten pericule van de Impetranten en Verweerders, den 24 July 1752. by den voorfchreeven Hove, op de Requeste ten dien einde door de Impetranten en Verweerders geprefenteert, by Appoinétement was geordonneert, de voorfz. zaake den 25 September 1752. in den Raade voornoemt te bepleiten, en Partyen inmiddels gelast van Inventaris en Rukken te wisfelen, van welk Request en Appoinétement ten zeiven dage aan den Procureur van den voornoem* den Predikant van Wena was geleevert Copie, die het zelve hadde o vergenoom en onder ex* presfe proteftatie van faiten. Dat zeedert die tyd ten lasten van den voornoemden Predikant Wena waaren verfpreid verregaande en zeer nadeelige gerugten, welke ook wel Waaren gekoomen ter oören van de Ciasfis van Amlterdam, immers van fommige Leeden derfelve, dan dat een ieder was uitfiende gebleeven, wat daar van door de tyd zoude openbaar worden. Dat de Supplianten egter niet konden ver* bergen, dat zy met uiterfte bevreemding waa* ren aangedaan geweest, als zy hadden vernomen , en uit authenticque Rukken gefien, hoedanig de voorfchreeve zaake was getermineert en afgedaan geworden: en wel namentlyk. 1 Dat de voornoemde Impetranten eri Ver- ! weerders onder anderen, tot probatie van derfelver voorfchreeve gemaakte pofitivenj op derfelver Inventaris van Hukken hadden geproduceert eenige eigenhandige origineele iVlisfivens van den voornoemden Predikant Wena niet alleen, maar verder fub Littera G. 4. en vervolgens tot 12 locis neegen Briefjes [ welke daar by gezegt worden meede te zyn eigenhandige Briefjes, door den Predikant Wena aan zeekere getrouwde Vrouw binnen de Stad Weefp gefchreeven, en dat zy daar by verder hadden vernóomen, dat na dat de voornoemde Predikant Wena daar van door desfelfs Praétifyns hadde verfogt en bekoomen Vifie, defelve had kunnen goedvinden, den 31 Oftober 1752, (en wel na dat hy Wena wist, dat de Supplianten bereids kennis hadden bekoomen van den gruwelyken inhoud van de voorfchreeve neegen Briefjes, waar van hy by de voorfchreeve Inventaris opentlyk als dö fchryver en autheur was voorgedraagen, van welke Briefjes de Supplianten Copien authen» ticq, neevens defelve haare Requefte hebben gevoegt) na het pofeeren van eenige middelen , om zoo het fchynt aan zyn doen eenige couleur te geeven, te doen een Declaratoir, Renuntiatie, Prefentatie en Acceptatie, in fubftantie overeenkomende met het geen waaf toe het voorfchreeve Mandament van Rauactiö en opgevolgde Eisch was tendeerende; Dan dat dewyl de voorfchreeve prefentatie doorparthye niet wierd geaccepteert, en daar door mitsdien niet konde worden gepraweni-* eert, om de zaacke en de voorfchreeve ge- i daane productie te doen koomen onder het oog van den Hove, te minder\ om dat de f parthye infteerde op de voortgang van dö Pleidooyj (welkers dag bereids verloopen Was) en tot die tyd nog niet had kunnen ges honden worden, de voornoemde Predikant Wena op den 5 December 1752 hadde gedaan inhrereeren het Declaratoir > Renuntiatie, Prefentatie, en Acceptatie, waar van op den voorfchreeven 11 Oétober bevoorens ter Rolle van den Hove was gedient, en, defelve te amplieeren, en te doen nadere prefentatie van bereid en te vrecden te zyn, omme te bea taaien de kosten in de voorfchreeve inftantie gevallen (des noods) ter tauxatie van den Hove dat daar op was gevolgt dat de Impetranten en Verweerders voornoemd den 11 December 1752 het voorfchreeve Declaratoir* Renuntiatie, Prefentatie en Acceptatie, mitsgaders nadere prefentatie hadden geaccepteert^ en daar op, volgens verfoek, hinc inde gedaan , condemnatie by den voorfchreeven Hove was gedecerneert, en de voorfchreeve zaake aldaar gefinieert. > Dat al immiddels, en wel opden voorfchreeven 2 Oétober 1752, was koomen te gebeu^ ren, dat door ëen Litmaad der Gereformeerde Gemeente te Weéfp aan de Supplianten zeer zwaare klagten en befchuldigingen teegens dert Predikant Wena waaren ingebragt, die hy wilde verifieeren met verfcheyde authenticFff ff 2 quê  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. ^§1 gegeeven, zoo door het fchryven van de voorfchreeve neegen fchanclelyke Briefjes, en een meenigte andere van die natuur, welke de Kerkenraad meede wel hadde konnen magtig worden (maar die nu waaien in handen van de Ciasfis) zoo hy defelve als de zyne by hem gefchreeven moeste erkennen, en ten opfigte van den Kerkenraad, dat die neegen vuyle Hukken onder derfelver oog gebragt zynde, eerst by Copien authenticq, en naderhand in originali, defelve dien aangaande niet hadde gehandeld, zoo als zylieden voor de eere ' Gods en het nut der Kerke hadden behooren te doen, ja dat zy veele andere diergelyke Briefjes hun aangebooden niet eens hadden opgeëischt of ingefien. Dat de Supplianten daar op met de alleruiterfte bevreemding hadden moeten ondervinden , dat de gemelde Predikant Wena, in plaatfe van zig over de voorfchreeve hem te laste gelegde gruwelen (des moogelyk) te verontfchuldïgen, of daar over desfelfs berouw en leedweefen te betoonen, en zigtefubmitteeren aan den KerkelykenRegter, wiens oordeel over wangedraagingen hy niet kon of mogt ontgaan, nog die vrymocdigheid had gebruikt, om zig te addresfeeren aan 'den Hove van Holland, en zulks aan dien zeiven Regter, wiens oogen hy hadde afgekeert van de voorfz. neegen hem ten laste geproduceerde Briefjes, en teegens de Supplianten te verfoeken Mandement Poenaal. Dat daar op by Appoincfement in dato dert 29 Juny 1753, aan de Supplianten geinfinueert den 7 July 1753 , zynde geordonneert een Comparitie voor Heeren Commisfarisfen uit gemelden Hove tegens den 18 July 1753, (van welk Request en Appoinctement Copien authenticq neevens de voorfz. Requesie waaren gevoegt), de Supplianten door hunne Gecommitteerdens op de geordonneerde Comparitie eerbiedshalve waaren verfcheenen, in gedagten dat een vcordragt der zaake, en de ei- j ge pofitiven van het Request om Mandament Poenaal, genoegfaam waaren om te doen zien de ongefundeertheid en verkeerde toeleg van het voorfchreeve verfoek, dog dat hun Supplianten Gecommitteerdens berigt zynde, dat een verfoek van die natuur moeste worden gepleyt, zy daar toe dan ook Praclifyns hadden aangefogt, en dat die faakop de voorfchreeve Comparitie gedeeltelyk was afgepleit, wandeer de abfentie van den Predikant Wena, Requirant van dat Poenaal, occafie hadde gegeeven dat die Comparitie was gecontinueert tot Woensdag na de groote Vacantie, zynde den 5 September 1753, en daar op den 22 July 1753 door den Kerkenraad aan de Ciasfis was gefonden een Refolutie by Burgemeesteren en Scheepenen der Steede Weesp op den 27 Juny bevoorens genoomen, waar van Copie authenticq meede neevens de voorfchreeve Requeste is overgelegd. Dat de voorfchreeve nadere geordonneerde Comparitie ook als doen in tegenswoordigheid van den voornoemden Predikant Wena was ge- j houden, met dat gevolg, dat de Heeren Com* midanslen hebbende gedaan en aangedrongen diverlche propofitienj en wel eerst om waa^ het mogelyk de geheele zaak te fchikken en buiten verder éclat te houden, dan waar vm de onmogelykheid door of van weegen der Supplianten Gecommitteerdens zynde aangetoond, Was daar van afgegaan, maar verder geproponeert, de differenten over het voortgaan of niet voortgaan van de Ciasfis te &tök» ken door het bepaalen van zeekeren tyd; dat hun Supplianten Gecommitteerdens daar op hadden gedeclareert, niets anders in mandatis te hebben, dan omme aan te dringen dat het verfogte Poenaal mogte worden ontfegt en geweefen van de hand, te meer om dat zy declareerden , dat het geene de Supplianten met den Predikant Wena, en den Kerkenraad van Weesp hadden te verhandelen, geene gemeenfchap hadde met de verfchillen en procedures die hy Wena met den voornoemden Thuret j hadde uitftaande; dat het de Ciasfis was om verfchillig, of Thuret een aaie inltitueerde of niet; dat de Ciasfis moest waaken en yveren teegens ergernis en boosheid, ook dan, wanneer daar inne by eenige Kerkenraad niet na derfelver importantie wierde gewaakt, en dat zy mitsdien vermeenden, ter zaake voorfchreeve te regte den gemelden Predikant van Wena en de Kerkenraad van Weesp ten derdemaal voor de Ciasfis geciteert te hebben; voegende daarby, dat, zoo gemelde Predikant van Wena of de Kerkenraad vermeende beftvaard t& zyn by het geene door de Ciasfis bereids, of Ronde te worden gedaan, defelve daar jeegené Kerkelyk moeste voorfien; dat de voorfchreve Comparitie was afgebrooken, om nader te worden hervat tot het afpleiten op het Pranaal* en daartoe op den 24 September 1753 weeder van weegen de Supplianten verfoet zynde gedaan, de verdere Pieidooy was opgehouden* door dat de Pra^tifyns van den Requirant quafi haar Mr. hadden gepefmoveert tot het bepaalen van zeekeren tyd, &c. en dat zy zouden overgeeven een Project Verbaal; dat daar tee= gens van weegens de Supplianten zynde ge* infteert op dispofitie, den 27 September 1753 weeder was gehouden Comparitie, en doof dePraitifyns van den Predikant Wena (quafi Op approbatie van hunne Meester) overgegeeven het Project Verbaal neevens de voorfz. Re^ queste gevoegt; dat der Supplianten Procureur daar op hadde blyven infteeren op dispofitie, en niet dan op goedvinden van Heerert Commisfarisfen overgenoomen hadde het voorfchreeve Projed Verbaal; dat van alle het zelve aan de Ciasfis den 1 O&ober 1753 om* Randig zynde rapport gedaan, hadde defelvé gerefolveert, deefe zaake, (des noods) in derfelver omftandigheeden aan haar Edele Groot Mogende te moeten voordraagen * zoo om te doen zien * dat het was buiten hunne fchuld 4 dat de Predikftoel wierd beklommen, en dé heilige Sacramenten in de Kerke Gods bf continuatie bediend door een Leeraar, welke té laste was leggende, dat hy zoude zyn dë Fff ff 3 8ehry*  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. felver Vrouwen en Kinderen aan gevaarlyke alteratien te exponeeren, en dat weegens een zaake, die zy als Herders en Opfienders der Kerke verpligt waaren geweest te doen, wilden zy hun niet fchuldig maaken, om den toorn Gods over Land en Kerke te verwekken; Verfoekende derhalven, dat het Hof van Holland mogte werden aangefchreeven en gelast met de voorfz. proceduuren van Complamte niet verder voort te gaan, of doen voortgaan. Hebbende de gemelde Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden ingevolge van de voorfchreeve Refolutie Commisforiaal van den 13 Maart deezes jaars, meede geëxamineert het Berigt van den Prsefident en Raaden van den Hove den 15 January deefes jaars op de voorfchreeve laatst geprefenteerde Requeste ter Vergadering ingekoomen, gelyk ook het Contra-berigt van den Prafident en Raaden van den Hoogen Raade op den 13 Maart daar aan volgende ingekoomen. En hebbende verder ook reflectie gemaakt op haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 11 November 1754, ingevolge van dewelke aan den Magiftraat der Steede Weefp is aangefchreeven en gelast, om op het ontfangen van defelve aanfehryving die ordre te ftellen , dat de voornoemde Johannes van Wena hangende de deliberatien van haar Edele Groot Mogende, en tot derfelver nadere ordres,zig Van het Prediken en van alle verdere deelen van den dienst koome te onthouden. Waar op gedelibereerd, en in agting genoomen zynde, aan de eene zyde het groote eclat, het welk deele zaake zoo in deefe Provincie, als daar buiten, heeft gemaakt, en dat het tot weering van ergernisfe hoognoodig is, dat over de befchuldigingen tot laste van den meergemelden Johannes van Wena ingebragt , hoe eerder zoo beter een finaal oordeel werde ge velt, en dat ten dien einde zoo veel mogelyk werde afgefneeden al het geene daar aan hinderlyk zoude kunnen zyn; en aan de andere zyde, dat voor de confervatte van het refpeéf. van de Juftitie dienftiger is, dat het verfchil, in deefe tusfehen de beide Hoven ontftaan, door eenig expediënt als door een pofitive decifie van het verfchil zelfs, werde getermineert; en dat ook de ordinaris Regter te Weefp, zoo door de verregaande verdeeltheden en troubles, dewelke bereids zeedert een geruimen tyd weegens de zaake van den voornoemden Wena, met al het geene daar op gevolgt is, niet alleen in de Gemeente, maar ook in de Regeeringe gereefen zyn, als door de byfondere omftandigheeden, waar in het geheele werk zig althans bevind, niet in ftaat is om de voorfchreeve falutaire oogmerken te bereiken; is om die reedenen in het jegenwoordig geval, en zonder dat daar uit in andere gevallen eenige confequentie zal kunnen worden getrokken, en zonder daar door ook eenige de minfte prejudicie toe te brengen aan het regt van de beide Hoven, of aan de privilegiën en geregtigheeden aan de Steede Weefp en de Ingezeetenen van dien competeerende, of aan het regt van de Ciasfis van Amfterdam of van den Kerkenraad van WTeefp alle welke Regten, Privilegiën en Gerechtigheeden worden gelaaten in haar geheel en ten eenemaal onverkort, met eenpaarige bewilliging van alle de Leeden goedgevonden en verftaan , dat de cognitie en judicature over de voorgemelden befchuldigingen ten laste van den voornoemden Johannes van Wena ingebragt, zal worden gedemandeert, zoo als gedemandeert word by deefe, zoo ten reguarde van de crimineele pourfuites, welke daar uit voor den waereldlyken Regter zouden moeten worden gedaan, als ten opfigte van de Kerkelyke Cenfure, die daar over zoude moeten worden geoeffent, aan den waereldlyken en Kerkelyken Regter refpecfivelyk, welke daar over, ieder in zyn reguard, in het hoogfte resfort zoude hebben moeten oordeelen, en zulks aan den Hoogen Raade in Holland, en aan de Christelyke Synodus van Noordholland refpectivelyk. En is dienvolgende verder goedgevonden en verftaan, dat zoo veel aangaat de crimineele pourfuites voor den waereldlyken Regter, aan den meergemelden Johannes van Wena zal worden vrygelaaten, zoo als aan hem vrygelaaten word by deefe, om binnen den tyd van zes weeken, en zulks uiterlyk voor den 16 Juny aanftaande, zig voor den Ploogen Raade in Holland over de voorgemelde befchuldigingen ten zynen laste ingebragt, ter purge te ftellen, om daar op verder voor den Hoogen Raade na ftyle te worden geprocedeert; en dat by faute van dien de Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal over Holland, Zeeland en Vriesland, zal worden gelast, zoo als gelast word by deefe, om indien hy, na te hebben ingenoomen en bekoomen de vereischte informatien en befcheiden, zoude moogen bevinden, dat het Regt van de Hooge Overigheid in deefen zoude weefen geconcerneert, teegens den voornoemden Johannes van Wena ter zaake van de voorgemelde befchuldigingen voor den Hoogen Raade zoodanig te ageeren en te procedeeren, als hytot bewaaring van het regt van de Hooge Overigheid in Juftitie zal oordeelen te behooren; wordende de Ciasfis van Amfterdam en de Kerkenraad van Weefp gelast om aan den gemelden Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal op deszelfs eerfte requifitie ter hand te ftellen zoodanige informatien en befcheiden, als ten reguarde van de voorfz. befchuldigingen onder haar zyn berustende. En dat wyders de Christelyke Synodus van Noordholland zal worden gequalificeert en gelast , zoo als gequalificeerd en gelast word by deefe, om indien 'er, na dat de waereldlyke Regter in deefe zal hebben gedefungeert, nog eenig verfchil met betrekking tot het Kerkelyke mogte overblyven, het zelve zoodanig te reguleeren en termineeren, als na de Kerkelyke Ordres en Reglementen zal worden bevonden te behooren. Bly-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 785 47< Refolutie van de Staaten van Holland, houdende auélorifatie op 't Hof, om impuniteit aan medepligtigen van Dieveryen en Huisbraaken te mogen belooven. Den 17 January 1756". Ontfangen eene Misfive van den Prafident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage, op gisteren, houdende, dat zeedert eenigen tyd herwaards verfcheide Dieveryen en Huisbraaken in en omtrent den Hage gepleegt zynde, waar van de Daaders tot hier toe, nietteegenftaande alle aangewende devoiren, niet hadden kunnen worden ontdekt nog agterhaalt, zy Prafident en Raaden tot beetere en zeekerder ontdekkinge der voorfz. Dieveryen en Huisbraaken wel zouden hebben gebruik gemaakt van het zesde Articul van haar Edele Groot Mog. Placaat van den 19 Maart idi4, en aan de Medepligtigen by Publicatie als anders doen belooven impuniteit van haare misdaaden, indien zy daar in niet waaren tegengehouden door haar Edele Groot Mogende Relblutie van den 17 September 1676 by dewelke haar Edele Groot Mogende hadden goedgevonden, (*) Zie de aangehaalde Refolutie van den 17. September 1676. in 't gr. pl. boek 7. Deel fol. 957. dat by Prsefident en Raaden van den Hove in het vervolg geen Actens van impuniteit meer ' zouden worden verleent; en dat fchoon defelve Refolutie was genoomen by een andere geleegentheid, zy Prsefident en Raaden egter hadden gemeent beeter te zullen doen haar desweegens te addresfeeren aanhaar Edele Groot Mogende, zoo als zy in den jaare 1738. hadden gedaan, met verfoek van haar te authorifeeren , op het fubjeét. van de Dieveryen en Huisbraaken tot derfelver beeter ontdekkinge Aétens van impuniteit aan de Meedepligtigen, Heelders en Aanhouders van de Dieven en Huisbreekers by Publicatie als anders te moogen belooven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verRaan, de Prasfident en Raaden van den Hove mits deelen te authorifeeren, om tot beeter ontdekking der voorfz. Dieveryen en Huisbraaken in den Hage, Actens van impuniteit aan de Meedepligtigen, Heelders en Aanhouders van de Dieven en Huisbreekers , by Publicatie als anders te moogen belooven. 48. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Judicatuure over twee Vreemdelingen, befchuldigt yan yalfche Oostenrykfche Munt te hebben gefabriceert, te 'sHertogenbosch in detentie gebragt, en door den Fiscaal yan Brabant gereclameerd, word gelaten aan Scheepenen van 's Hertogenbosch. Den 22 Oélober 1756. Is gehoord het rapport van de Heeren Bartens, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 'sHertogenbosch, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegen en twintighften der voorleede maand, geëxamineerd een Memorie van het Officie - Fiscaal van Braband, daar by aan haar Floogh Mog. in bedenckingh geevende, of haar Hoogh Mog. niet zouden gelieven goed te vinden, aan den Hooghfchout en Scheepenen der Stad 's Hertogenbosch aan te fchryven, dat de Judicature over twee vreemde perfoonen (waar van de een zoude zyn Lieutenant van de Invalides, en de andere Cadet, beyden in dienst van haare Keyferlycke en Koninglyke Majefteyt, en gebooren te Antwerpen, mitsgaders op den elfden Augusty deefes jaars te 's Hertogenbosch voornoemt in detentie gebragt, en te zaamen verdaght van Valfche VIII. Deel. Oostenryckfche Munt te hebben gefabriceerf) als privative aan den Raad van Braband toebehoorende, aan gemelden Raade zoude worden gelaaten, en mitsdien aan Hooghfchout en Scheepenen van 's Hertogenbosch voornoemt aangefchreeven, zigh van de verdere cognitie daar over te onthouden, en in tegendeel de bewyfen en informatien, die desweegens by en van hun respeétive bereyds in genoomen zouden moogen zyn, ten allerfpoedighften aan het Officie - Fiscaal van Braband te laaten toekoomen, ten eynde zigh daar op verder te konnen informeeren, en tegens de geene die hy zoude mogen ontdecken daar aan fchuldigh te zyn, voor den Raad van Braband te procedeeren, volgens rigueur van de Placaaten van den Lande , met verdere last aan den voornoemden Hooghfchout en Scheepenen , om niet alleen de twee voornoemde Perfoonen zoo langh in detentie te houden, tot G g g 0 g dat  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering, 7g; 50. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de bepaaling, welke boetens by het Officie Fiscaal yan Braband genooten mogen worden, en over welke het zelve Officie mag compofeeren. Den 19 A70vember 1756. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den zeeventienden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den dertighften Juny laatstleeden, derfelver Advis op de Memorie van het Officie Fiscaal van Braband , op den vyf en twintighften February daar bevoorens aanhaar Hoogh Mogende overgegeeven , waar by aan haar Hoogh Mog. in bedenckinge geeft, of aan het zelve Officie Fiscaal niet zouden gelieven te laaten toekoomen derfelver goedvinden, noopens ten wiens behoeve, in het geval by gemelde Memorie vervat, als meede in zoodanige andere gevallen , waar in zulks by de respeétive 's Lands Placaaten en Refolutien niet uytdruckelyk zoude weefen bepaalt, moesten werden geappliceert, en in wat voegen verdeelt, de respeétive pecunieele boetens tot betaelinge van dewelcke de Contraventeurs aan defelve Placaaten en Refolutien, op vervolgh zoo van het Officie Fiscaal als van de verdere Officieren in Braband zouden worden gebraght of genecesfiteerdt; Verfoeckende het gemelde Officie Fiscaal , dat haar Hoogh Mogende oock by deefe geleegentheid, tot weghneemingh van alle bedenckelykheeden, gelieven te verklaaren, of niet derfelver meeningh of intentie is, dat het gemelde Officie Fiscaal, daar toe merckelycke reedenen vindende, zoo wel als de verdere Officieren in Braband, over de pecunieele boetens by de respeétive 's Lands Placaaten en Refolutien geftatueert, zoo voor zigh zelve , - als voor de zoodanige die bevonden zouden mogen worden verder by de boetens geinteresfeerd te zyn, vermaghte Compofeeren, zoo verre het zelve by de respeétive Placaaten en Refolutien niet expresfelyck is verboden ; waar op haar Hoogh Mogende hadden gelieven te requireeren haar Advis, met fpeciaale aanfchryvingh van attentie te maacken op de fuppofitie die in de voorfchreeve Memorie leght opgeflooten, dat namentlyck het Officie Fiscaal van Braband zoude weefen bevoeght te profiteeren van boetens, die tot een bepaalde fomme by 's Lands Placaaten en Refolutien zyn geftatueert, en tot betaalingh van welcke de contraventeurs op vervolgh van het voorfchreeve Officie worden gebraght of genecesfiteert, offchoon die aan het zelve Officie niet nominatim mogten zyn toegeleght. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren : Eerstelyck, dat het Officie Fiscaal van Braband bevoegt is, voor zig zeiven, zonder verantwoordingh aan het Land fchuldig te zyn* te profiteeren die boetens, die tot bepaalde fomme by 's Lands Placaaten en Refolutien geftatueert, in eene van zyne qualiteyten van Advocaat Fiscaal of Procureur Generaal, of in beyde te zaamen, nominatim aan het zelve zyn of zullen worden toegeleght. Dat, zoo wanneer by 's Lands Placaaten en Refolutien de boetens zyn geappliceert, of aan de gemeene zaack, of aan de Hooge Overigheyd, of in andere fynonime bewoording, in alle die gevallende boetens door het Officie Fiscaal wel moeten vervolght en ingevordert worden, dogh geprofiteert by het gemeene Land: En dat, by aldien wel geftatueert word een pecunieele boete, maar niet gedefinieert, hoedanigh die boete moet worden geappliceert en verdeelt, en ten wiens behoeve, als dan defelve behoort geappliceert te worden ten behoeven van het gemeene Land, en mitsdien door het Officie Fiscaal te worden verantwoord, en wel geheel en al, zonder dat eenige verdeelingh daar omtrent te pas komt» ; Ten tweeden, dat, als by *5 Lands Placaaten of Refolutien aan de Officieren boetens zyn of werden toegeleght, het gemelde Officie Fiscaal als dan onder die generaale benaamingh niet moet worden geoordeelt begreepen te zyn, en vervolgens niet bevoeght is tot het vervolgen en invorderen van die boeten. Dat eghter, in opfighte van het Placaat van den zestienden April zeeventien honderd vyf en veertigh, waar in niet uytgedruckt gevonden word, hoe de boete moet worden geappliceert en verdeelt, en ten wiens behoeven, aan den Fiscaal van Braband voor zyn perfoon de daar by geftatueerde boete zal worden toegevoeght. En laatstelyck, dat in het algemeen aan het Officie Fiscaal van Braband omtrent de boetens, gedemandeert aan desfelfs vervolgh, defelve permisfie van compofeeren zal worden toegeftaan , die toegeftaan word aan andere Officieren , ten opzigte van boetens, welcke door defelve kunnen of moeten vervolght worden, en by defelve voor het geheel of ten deele geprofiteerd worden. En zulcks niet alleen in de gevallen van gepermitteerde Compofitie voor zigh zelve, als het Officie - Fiscaal voor zigh zelve de boete of een deel daar van, Zoude profiteeren, maar oock voor zoodanige die verder by de boetens zouden zyn geinteresfeert, waarmeede gefien word, of op zoodanige, welcke in de boetens zouden participeeren, het zy den Armen, het zy den Aanbrenger, of alfulcke > of oock op het interest van het Land; in de Ggggg 2 ge«  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 780 pelyk tot bannisfement, mitsgaders in de kosten en mifen van Juftitie; zonder dat de Supplianten van z'g hadden konnen verkrygen tot het een of tot het ander hunne ftemmen te geeven. Dat op de voorfchreeve drie ftemmen een Vonnis zynde gcëxtendeert, waar by de voornoemden Kom was gecondemneert geworden in de voorfz. boete van drie duyfènd guldens, en in gevalle hy defelve niet magtig was te betaalen, als dan tot openbaare gcesfeling en bannisfement voor altoos, met condemnatie in de kosten en mifen van de Juftitie , dc Supplianten daar tegen hadden geprotefteert, en aan zig gereferveert van daar over te advifeeren, mitsgaders daaromtrent te doen zoo als zy zouden vinden te behooren; en zulks wel om reeden, dat het aan de Supplianten notoir en klaar was voorgekomen, (gelyk het aan defelve onder eerbiedige reverentie als nog voorquam) dat het voorlz. Placaat van haar Edele Groot Mogende, in welker boete cn ftraffe de voornoemde Cornelis Kom by het voorfz. Vonnisfe was gecondemneert, in geenen deele applicabel is op het uitfehryven en voorleefen van een Pasquil op particuliere Perfoonen gemaakt, zoodanig als door den voornoemden Kom was gec'onfesfeert by hem in onweetentheid te zyn gedaan, zonder dat eenig 'ander befwaar uit de voorfz. confesfié tot zynen laste was op te maaken, dewyl het voorfchreeve Placaat, zoo als uit desfelfs -prxfatie en geheele context ten klaarfte quam te blyken, alleenlyk betrekkelyk was op de Pasquillen, fameufe Gefchriften en Prenten, waar in de Hooge Regeering en forme van dien, mitsgaders hooge Pcribnagien by haar Edele Groot Mogende ten hoogfte refpeclabel, op een fchandaleufe en diffamatoire wyfe wierden gecalangeert en getraduceert, ende Gemeente tot oproer enfeditieufe beweegingen aangefet, alles tot vermindering van. de authoriteit van haarkvider Overigheid , Magiftraaten en Geregten van de Steeden en Piaatfen van deefen Lande, en tot afkeeringe van de goede affectie, refpect, eer en gehoorfaamheid, die zyluiden aan haare wettige Overigheeden en hooge Perfonagien van den Lande verfchuldigt zyn; tusfehen hoedanige Pasquillen en andere, welke alleen op particuliere Perfoonen zyn gemaakt, met opfigt tot de zwaarheid van de misdaad, en vervolgens van de ftraffe, welke defelve verdiend , geen proportie, maar een zeer groot different na der Supplianten meening wierd gevonden, waar inne zy ook door onpartydige Regtsgeleerden, daar over gevraagt, verfterkt waaren, en dat het vervolgens de alleruitterfte hardigheid zoude importeeren, dat iemand die een Pasquil op Particulieren alleenlyk gecopieert, en aan een en ander meedegedeelt hadde, en zulks in zyne onweetenheid buiten eenige malice, defelve ftraffe zoude moeten ondergaan als de Maakers en Autheurs van zoodanige feditieufe, oproerige en hooge Ma- jefteits fchendende Pasquillen of Gefchriften by het voorfchreeve Placaat bedoelt. Dat aan de Supplianten die onderftelde rigoureushcid nog te meer onbillyk in het cas fubjeét voorquam, dewyl de voornoemde Kom, (die anders ter goeder naam en faam ftond, en een Huishouden hadde van een Vrouw met vier Kinderen) zig weegens armoede buiten ftaat bevond de voorfchreeve zoo zwaare boete te voldoen, en vervolgens met publicque geésfeling en eeuwigduurend bannisfement zoude moeten geftraft en gefcandalifeert worden. Dat het in teegendeel aan de Supplianten, onder eerbiedige correétie, voorquam, dat de voornoemde Cornelis Kom van nu af aan bereids hadde ondergaan, en als nog onderging, eene zoo zwaare ftraffe, als zoude moogen gereekent worden sequipollent aan de gecoufesfeerde misdaad, door naamentlyk buiten alle acces gevangen te zitten in dit guure winterfiyfoen, zonder vuur of ligt, in een plaats daar de aliergrootfte Misdaadigers pleegen gedetineert te worden, en alwaar hy ook zoo van ongedierte als andere ongemakken zig in een depiorabfe toeftand bevond. By welk alles de Supplianten nog meede niet konden verfwygen, dat by aldien deefe ftraf van openbaare geésfeling aan- den voornoemden Cornelis Kom zoude moeten geëxecuteert worden, als dan, indien de voornoemde Stadhouder met gelyke rigoureusheid zoude voortgaan te procedeeren jeegens alle die geene welke gelyke misdaad begaan hebben, waarfehynelyk zeer veele Perfoonen en Huysgefmnen, waar onder zelfs een Bloedverwant van den Stadhouder genoemt wierd, op gelyke wyfe geftraft en gefcandalifeert zouden moeten worden. En gemerkt de Supplianten in de voorfchreeve omftandigheeden, terwyl het voorfchreeve Vonnisfe niet te min daar zoo legt, hoewel na hunne gedagten informeel, en apparentelyk binnen weinige dagen jeegens hunne proteftatien aan de Perfoon van den voornoemden Cornelis Kom ter executie zoude konnen gelegt worden, (obfteerende tegen Appel of ander Addres aan den Raade Provinciaal haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 10 September 1591.) van zig niet konden verkrygen om in deefen ftil te zitten , nemaar zoo uit hoofde van de liefde aan hunnen eevenmensch verfchuldigt, als uit confideratie van hunnen pligt in het adminiftreeren der Juftitie^ ten einde zorge te draagen en voor te koomen, dat daar omtrent geene verregaande hardigheden en onbillykheden plaats greepen, als meede tot maintien van de agting en reputatie van het'Collegie, waar van zy Supplianten Meedeleeden zyn, zig gedrongen vonden om hun befwaar in deefe aan haar Edele Groot Mogende voor te draagen, en te verfoeken, dat het haar Edele Groot Mogende goede geliefte mogte zyn, omme de voorfchreeve executie te houden in furcheance, tot dat nader Ggggg3 hier  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 791 waar uyt vervolgens niet dan veelerhande inconvenienten zouden tedugten zyn, by aldien daar inne niet na behooren wierde voorfien; verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende den voornoemden Ifaac Warnier gelieven te gelasten, zigh van de voorfchreeve Bedieninge van Sergeant van den Dorpe Bligner, aanftonds en abfolut te ontdoen, en by ontftentenisfe of weygeringe van dien, het Bailliuws - Ampt der Heerlykheid Olne vacant en impetrabel te verklaaren. En daar neevens geëxamineerd hebbende een Misfive van Laurens Ghyfen, Lieutenant Drosfaart van den Lande van Daalhem en 's Hertogenraade, gefchreeven te Maastright den neegentienden September laatstleeden, houdende, ingevolge en tot voldoeninge yan haar Hoogh Mogende Refolutie van den zestienden juny daar te vooren, desfelfs Beright en Advis op de voorfchreeve Requeste. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verRaan, mits deefen te verklaaren, dat de Suppliant in zyn voorfchreeve tweederley verfoeck, op de middelen in en by zyne voorfchreeve Requeste gedaan, is ongefundeert en niet admisfibel, en werd dienvolgende het voorfchreeve verfoek hier meede afgeweefen. 54. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan Scheepenen van PPilvarenbeek, om tegen zekeren Gedetineerden, diverfe Dieveryen geconfesfeert hebbende, vonnis te wyzen, zonder den zeiven aan den Militairen Rechter wegens bevoorens gepleegde Defertie over te geven. Den 13 February 1758. Is gehoord het rapport van de Heeren VJaardingerwoud, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 'sHertogenbosch, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den drie en twintighften January laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van Anthony Timmers, Drost van Hilvarenbeeck, gefchreeven aldaar den twee en twintighften bevoorens, houdende, dat op Maandagh den zes en twintighften December van het afgeloope jaar, in detentie gekreegen hebbende zeecker Mansperfoon, zeggende genaamt te zyn Hendrick Marcelis van Rooy, geboortigh van Oirfchot, welcke op fuspicie van gepleeghde dieveryen onder Westelbeers aangehouden was, hy Drosfaard zigh vervolgens daar op had geinformeert, en na bekoome informatien aan Scheepenen der gemelde Dinghbancke van Hilvarenbeeck, waar onder Westelbeers gehoorende is, ten lasten van gemelden Hendrick Marcelis van Rooy, verfogt Decreet van apprehenfie, zoo als ook by voornoemde Scheepenen der Dinghbancke van Hilvarenbeeck op den dertighften daar aan volgende , ten lasten van denfelven was verleent geworden, uyt kragte van welcke hy den voornoemden Gevangen Hendrick Marcelis van Rooy, ten overftaan van voornoemde Scheepenen der gemelde Dinghbancke, op Articulen hadde gehoord, wanneer defelve niet alleen iterative Dieveryen bekend, maar daar by ook geconfesfeert en beleeden hadde, dat hy op onderfcheyde tyden en piaatfen twee leevende Byeftocken geftoolen hadde, als eene omtrent St. Jan des jaars zeeventien honderd zes en vyftig onder de Baronnye van Boxtel, en de andere des naghts of in den morgenftond van den vierden December zeeventien honderd zee ven en vyftigh onder de Heerlykheid van Oirfchot, zoo als haar Hoogh Mogende zoude consteeren uyt des Gevangens eyge confesfié, neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght fub No. 1, booven en behalven, dat die gepleegde dieveryen nogh by beëedigde verklaaringen beweefen waaren, en waar door de Gevangene mitsdien notoirlyk was vervallen in de termen van haar Hoogh Mogende Placaat van den zeeven en twintighften Maart zeeventien honderd vyf en veertigh, in gevolge het zelve zonder eenige conniventie met de koorde behoorde geftraft, en zyne Goederen geconfisqueert te worden , ten welcken eynde zigh de gemelde Drosfard byRemonftrantie op den dertienden derfelver maand January, aan Scheepenen der gemelde Dinghbancke hadde geaddresfeert, en daar by verfoght , dat defelve op des Gevangens Confesfié, extraordinair reght doende, denzei ven zoodanigh zouden gelieven te ftraffen, als in gevolge de Wetten en Placaaten van den Lande zouden oordeelen en vinden te behooren. Dat of wel gemelde Drosfaard dan ook billyk hadde verwaght, dat Scheepenen der Dinghbancke van Hilvarenbeeck, op des Gevangens Confesfié extraordinaris reght doende , denfelven in gevolge haar Hoogh Mogende voorgemelde Placaat van den zeeven en twintigften Maart zeeventien honderd vyf en veertigh, zouden hebben gecondemneert om met de koorde te worden geftraft, dat 'er de dood na volghde, en daar en booven zyne Goederen geconfisqueert, hem Drosfvard met de uytterste bevreemdingh was voorgekoomen, dat Scheepenen voornoemd, na ingenoomen Pree-Advis van een Regtsgeleerde binnen de Stad 's Hertogenbosch, hadden uytgebragt een gantsch onbeftaanbaar en inicq Vonnis, direcf aanloo- pen-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 793 5& Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Rentmeefter van het inkomen der Gevangenpoort te 's Hertogenbosch verleend worden Letteren Executoriaal tot inninge der aan hem verfchuldigde penningen. Hen 4 December 1758. Is gehoord het rapport van de Heeren van der Capellen, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den een en dertighften Mey laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert het gerapporteerde van de Heeren van Hoytema, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, met en beneevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyftienden February laatstleeden, geëxamineerd hebbende een Mislive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage den dertienden daar te vooren, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den veertienden December des voorleeden jaars, derfelver Advis op de Requeste van Gerardus Hamers, als by Scheepenen der Hoofdftad 's Hertogenbosch aangefteld tot Rentmeester van het inkoomen der Gevangenpoort aldaar; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Floogh Mogende aan den Suppliant gelieven te accordeeren hooghstderfelver Letteren Executoriaal tot het invorderen der Penningen, welcke de Quartieren, Piaatfen en Dorpen van de Meyerye van 'sFIertogenbosch refpeótivelyk aan hem' Suppliant in zyne voorfchreeve qualiteyt wegens het onderhoud der Crimineele Delinquanten nogh ten aghteren en verfchuldight zyn , en in het vervolgh ten aghteren en verfchuldight zullen worden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant in zyne qualiteyt zal werden geaccordeert en gedepecheert Letteren Executoriaal tot het invorderen der Penningen, welcke de Quartieren, Piaatfen en Dorpen van de Meyerye refpectivelyk aan den Suppliant, ingevolge haar Hoogh Mogende Refolutien van den aghtften Oef ober zeeventien honderd vyftigh en eerften Maart zeeventien honderd vier en vyftigh, in zyne qualiteyt weegens het onderhoud van Crimineele Delinquanten, nogh ten aghteren en verfchuldight zyn, en in het vervolgh ten aghteren en verfchuldight zullen werden; mits dat de Suppliant, alvoorens van de voorfz. Letteren Executoriaal ten opfighte van de Quartieren, Piaatfen en Dorpen voorfchreeve, welcke ter zaacke boovengemeld eenige Penningen ten aghteren en verfchuldight zyn, of zullen worden, gebruyk maake, defelve na advertentie van zyn bekoomen reght van parate executie, ter voldoeninge van hunne agterftand zes weeken bevoorens zal aanmaanen en interpelleeren, met overfendingh van een Memorie, houdende de naamen der Gedetineerden , de dagen, der detentie en de fomme, welcke de Geinterpelleerden desweegens verfchuldight zyn. 57. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende aanfehryving aan den Hoogen Raade, betrekkelyk de difpofttie, op een verzoek van Johanna Brouwers om Revifie pro Deo te vallen. Den 25 April 1759. De Refolutien genoomen op den 30 der voorleede maand zyn gerefumeert, en na voorgaande deliberatie gehouden voor gearrefteert; dog is teffens by ampliatie van de Refolutie Commisforiaal ten voorfchreeven dage genoomen op de Misfive van den Prsefident en Raaden van den Flove, raakende de van haar gerequireerde opening ten opfigte van de Vota van de Leeden van den Flove, gefeeten hebbende over de Crimineele Sententie van Johanna Brouwers, goedgevonden en verftaan, dat onvermindert de deliberatien van VIII. Deel. haar Edele Groot Mogende, die ingevolge van de voorfchreeve Refolutie Commisforiaal zullen koomen te vallen over het geene voor het toekoomende omtrent diergelyke gevallen zal moeten plaats hebben, aan Prafident'en Raaden van den Hoogen Raade zal werden aangefchreeven, dat zy uit de rVusfive van den Prsefident en Raaden van den Hove van den 30 der voorleede maand, waar van aan haar om zig tot het te houden befogne te prepareeren een Copie is toegefonden, zullen hebben gefien, dat de Sententie in de zaake Hhhhh van  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. ^ Tugthuis te Leyden voor mondkost, Ieeren werken, en gereedfchappen van twee Perfoonen , welke by het Collegie van Welgeboore Mannen waaren gecondemneert om met haarer handen arbeid de kost te winnen, en bedraagende te faamen eene fomme van vier honderd vier en vyftig guldens, niet waaren gevalideert, maar geroyeert; en verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer gelieven te authorifeeren en te gelasten, om de gemelde twee posten, als onvermydelyke onkosten van de crimineele Juftitie, aan hem Suppliant als nog in uitgave te lyden, mitsgaders de posten van gelyken aard, die hy na behooren geverifieert in zyne fuccesfive Reekeningen en Verantwoordingen van uitgave zal koomen te brengen. Waar op gedelibereerd en in agtinge genoomen zynde de reedenen en motiven by het voorfchreeve Advis van de Gecommitteerden ter Provinciaale Reekenkamer ter needer geftelt , en voorts geïnformeerd zynde, dat uit de Declaratien van de Cipierfter van het Tugthuis der Stad Leyden blykt, dat voor Kost en Drank van die twee Geconfmeerdens niec te hoog is gereekent, is goedgevonden en verftaan, welgemelde Gecommitteerden te authorifeeren en te gelasten, zoo als geauthorifeerd en gelast worden by deefe, de twee voorfchreeve geroyeerde Posten op de laatst geflooten Reekening van den Bailliuw van Rhynland, bedraagende te faamen een fomme van vier honderd en vier en vyftig guldens, aan denfelven als nog in uitgaaf te doen valideeren; met verdere authorifatie en last aan welgemelde Gecommitteerden ter Provinciaale Reeken¬ kamer, omme ook by vervolg tot nadere dispofitie van haar Edele Groot Mogende diergelyke kosten van Geconfmeerdens, wanneer haar zal zyn gebleeken, dat defelve niet te hoog zyn bereekent, aan alle Graaflykheids Officieren in derfelver Reekeningen ten kosten van den Lande te laaten valideeren. En is wyders, om het gunt voorfchreeve is te beter te doen komen in de vereischte ordre, goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren te verfoeken en te authorifeeren, om de Inftruct.ie van de Graaflykheids Officieren, als meede het Reglement voor den Scherpregter, beide van dato 2 Juny 1728, te re videeren en na bevindinge van zaaken defelve Inftructie en Reglement met zoodanige Posten te amplieeren, als in reedelykheid zullen oordeelen, dat voortaan in Uitgaav' en Declaratie aan des Graaflykheids Officieren en den Scherpregter zullen behooren gelèeden te worden. Wordende voorts, ten einde het gunt voorfchreeve is mooge koomen tot minfte befwaar van den Lande, de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot het groot Befogne, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren en die van den Hove van Holland, verfogt en gecommitteert, omme de deliberatien in voorige tyden aangeïegt tot het erigeeren van een Provinciaal Tugthuis, ten fpoedigfte te reëntameeren, en haar Edele Groot Mogende dien aangaande, en omtrent het gunt verders in deefe tot meeste menagie van 'sLands Finantie zoude kunnen ftrekken, te dienen van derfelver Confideratien en Advis. 60. Refolutie van de Staaten van Holland, op een verzoek om Mandament van Revifie pro Deo, door Dirk Sire de Boo gedaan. Den 14 February 1760. Ontfangen een Misfive van den Prsefident en Raaden van den Hoogen Raade, gefchreeven alhier in den Hage den 8 deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Misfive van den 22 December des voorleeden jaars, derfelver Confideratien en Advis op de daar by gevoegde Requeste van Dirk Siere de Boo, gevangen op de Voorpoorte alhier, tendeerende, om op fundament van de reedenen, by de voorfchreeve Requeste geallegeert, van haar Edele Groot Mogende te obtineeren Mandament van Revifie pro Deo van het Arrest in cas Crimineel by hun tegen hem Suppliant op den 2 November van het zelfde jaar gepronuncieert, en by welk Arrest de Suppliant is verklaart by de Sententie van den Raade Provinciaal in dato den 3 November 1758 te weefen niet befwaart; zynde het voorfchreeve Advis aan het einde deefes geinfereert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge¬ vonden en verftaan, het verfogte Mandament van Revifie pro Deo aan den Suppliant by deefe te accordeeren. Edele Groot Mogende Heeren ! Wy hebben op den 31 December van het gepasfeerde jaar ontfangen UEdele Groot Mogende Misfive in dato den 22 bevoorens, waar by UEdele Groot Mogende hebben gelieven te requireeren onfe Confideratien en Advis op de daar by gevoegde Requeste van Dirk Siere de Boo, Gevangen op de Voorpoorte alhier; tendeerende, omme op fundament van de reedenen by de voorfchreeve Requeste geallegeert, van UEdele Groot Mogende te obtineeren Mandament van Revifie pro Deo van het Arrest in cas Crimineel by ons tegen hem Suppliant op den 2 November van het zelfde jaar gepronuncieert, en by welk Arrest de Suppliant is verklaart by de Sententie van Hhhhh 2 den  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 797 hadden verfoght, dat haar Hoogh Mogende de gemelde Magiftraat weegens den voorfchreeven onbefcheyden handel geliefden te corrigeeren met interdictie van in het toekomende diergelycke onderneemingen te doen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Magiftraat van Sluys aan te fchryven, dat zy bewust zynde, dat zeedert het Accord tusfehen haar en den Magiftraat 'sLands van den Vryen den dertighften April zestien honderd zestigh getroffen, en by haar Hoogh Mogende geapprobeert, geen nadere overeenkomst wegens de wederzydfche Jurisdiétie Limiten was gemaakt, teffens uyt de leéture van het vyfde Articul van het gemelde Accord, vergeleeken jeegens de Kaarte ftguratif als toen van de gereguleerde Limiten volgens ordre geformeert, hadden kunnen opmaaken, dat de plaats waar op het verdronken Lighaam den zes en twintighften Juny van het afgeloopen jaar door haar was bevonden, niet was leggende binnen de [trekking, die haar in den jaare zestien honderd zestigh precife tot een Limiet haarer Jurisdiétie was afgeftaan, en zy zig dus buyten haar Territoir hadden begeeven ; dat derhalven de demarche van die van het Vryen tot het houden van een conferentie over haare in dier voegen geëxerceerde fchouwingh, met meerder befcheydentheyd hadden behooren te rescontreeren, met verdere last, om, zig houdende aan het gunt in meergemelden jaare zestien honderd zestigh is geaccordeert en geapprobeert, zoo als op de geformeerde Kaarte ftguratif ftiptelyk kan werden nagegaan, in het toekomende zig van diergelyke onderneemingen op de Jurisdiétie van die van den Lande van het Vryen foigneufelyck te abftineeren. 62, Refolutie van de Staaten van Holland, op gedane klagten van den Magiftraat van 'sHage, ter zaake dat V Hof het Lyk van zeker verdronken Vrouws-perfoon, hy gemelden Magiftraat gefchouwd, door den Drosfaard en Dienaars uit het Düyhuys van de Groote Kerk hadde doen halen. Den 27 Blaart 17 do. Is geleefen de Requeste van Schout , Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage , te kennen geevende, dat zeekere Elizabeth Spiering, in dienst geweest zynde by wylen . . . Tengnagel (ongehuwde Dogter, gewoont hebbende in de Kraanftraat alhier, mitsgaders aldaar, na de Stads Accynfen, als een onderhoorige Ingezeetene te hebben betaald gehad, al op den 12 February deefes jaars overleeden) op den 9 deezer uitgegaan, en den 21 daar aan volgende in de ftille Veerkade verdronken gevonden zynde, het Lyk van dezelve Elizabeth Spiering door den Onderfchout en Dienaars van de Juftitie was gebragt geworden in het Luyhuis van de Groote Kerk alhier, en ten zeiven dage door Commisfarisfen van weegens de Supplianten befchouwt. Dat ondertusfehen zeekere Lysje van Staa, als Dienstmeid by den Solliciteur Gousfet hebbende gewoond, zig op den 17 of 18 deefer aan het gemelde huis, zoo vermeent word, verhangen had, en dat de fchouw over dat Lyk by het Hof of Commisfarisfen van het zelve was verrigt geworden. Dat dit laatstgemelde geval geleegendheid had gegeeven, dat eerst uit naam van den Magiftraat was verfogt geworden Copie van de Aéte van Schouw van het laatstgemelde Lyk, met offerte van een Copie van die van het eerstgemelde, en daar na door den Griffier van het Hof, zonder van het gemelde deeferzyds gedaane verfoek te fpreeken, het eerstgemelde Lyk was gereclameert geworden. Dat gemelde Griffier naderhand uit naam van het Hof had gevraagt, op welke gronden de Magiftraat de voorfz. Aéte van Schouw requireerde, en dat daar op van weegens de Supplianten was gedaan antwoorden, dat de Magiftraat bereid was te geeven een Copie Aéte van de Schouw van de eerstgemelde Perfoon, mits het Hof van gelyken deede met relatie tot de laatstgemelde Perfoon; en dat, in gevallen het Hof daar meede geen genoegen nam, de Magiftraat liet verfoeken een conferentie, ten einde aldaar de gronden van haar verfoek te openen, en van het Hof te verneemen de gronden van derfelver voorfz. reclame; dog dat het zelve als doen geen ingang gevonden had. Dat egter, na dat door den Secretaris van den Magiftraat daar toe aan het huis van den Heer Prsefident fpeciaal nader verfoek was gedaan, defelve conferentie teegens den 25 deefer was geaccordeert en gehouden geworden; en andermaal hervat den 2d deefer, dog alles vrugteloos en te vergeefs; blykens het Rapport van het gepasfeerde in de voorfz. conferentien dóór Commisfarisfen van den Magiftraat gedaan, welk Rapport hier agter is geinfereert. Dat terwyl voorfz. Commisfarisfen met het doen van Rapport van het voorgevallene in de laatfte der gemelde conferentien (naauwlyks als doen een half uur geleeden afgeloopen) beefig waaren, de Wet daar toe expresfe ten Stadhuife vergaderd zynde, de Supplianten tot hun uitterfte furprife vernoomen hadden, dat de Drost van het Hof, geadfifteert met neegen Dienders van de Juftitie, beftaan hadde het gemelde Lyk, nu reeds gekist, en in een Hhhhh 3 ge-  Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. eclatante wyfe in haar eer en authoriteit werden herfteld; En dat mitsdien het gemelde Hof mogt werden geordonneerd, de voorfz. kist met het gemelde Lyk illico wederom te doen brengen ter plaatfe, van waar het zelve, als voorfz., vervoert geworden was: En dat voorts zoodanige voorfieninge werde gedaan, dat dergelyke violente behandelingen, als welke de allergevaarlykfte gevolgen na zig zouden kunnen fieepen, werden voorgekoomen. En eyndelyk, dat haar Edele Groot Mog. geliefden te verftaan, dat het gemelde Hof onbevoegt was geweest de Perfoon of het Lyk van de voorfz Elizabeth Spiering te reclameeren , en in teegendeel het zelve Hof verpligt was, de Copie van de Acte van Schouw van de voorfz. Lysje van Staa, geweefen Dienstmeyd by den Solliciteur Gousfet gewoond hebbende, aan de Supplianten over te geeven; Waar op gedelibereerd en in aghtinge zynde genoomen, dat de violente wyze, waar op het Hof in deefen heeft kunnen goedvinden te werk te gaan, is gefchied gëduurende den tyd, dat haar Edele Groot Mog. vergaderd waaren, en zonder dat aan de Heeren Gecommitteerde Raaden daar van eenige voorgaande kennisfe is gegeeven, om des noods ordres te hebben kunnen ftellen tegens alle verregaande defordres en confufien, die daar uit zouden hebben kunnen ontftaan; en dat immiddels het voorfz. Lyk moet worden ter aarde befteld; is goedgevonden en verftaan, den Praafident en Raaden van den Hove te ordonneeren en te gelasten, zoo als defelve geordonneerd en gelast werden by deefe, het voorfz. Lyk van daar het jegens woord ig zig bevind, wederom te doen transporteer en in alle ftilte nog deefen Avond in het Luyhuis van de Groote Kerk, waar uit zy het zelve hebben doen haaien, met verdere last, om uitterlyck op aanftaande Saturdag haar Edele Groot Mog. te berigten van de reedenen, waarom zy, haar Edele Groot Mogende vergaderd zynde, zig van deefe ongewoone wyfe van procedeeren hebben bediend. En is voorts goedgevonden, den Bailliuw en Magiftraat van 'sHage te gelasten, het voorfz. Lyk in alle ftilte ter Aarde te beforgen. Alles ongepreejudiceert de fustenuen zoo van het Hof als Magiftraat van 's Hage; En werd den Secretaris van der Mieden verfogt, om deefe Refolutie aan den Heer Prasfident van den Hove over te geeven, als meede aan den Bailluw of eerfte prefent zynde van den Magiftraat van 'sHage, om zig daar na te reguleeren. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt en geauthorifeert de noodige voorforge te ftellen, dat ter geleegenheid van het transporteeren van het voorfz. Lyk alle confufien en desordres werden voorgekoomen. Extracl uit het Register der Refolutien van den Magiftraat van ƒ Gravenhage. Woensdag den 26 Madrt 17 do. Is geleefen het fchriftelyk Rapport van de Heeren Burgemeesteren de Lille en Patyn, en Oudburgemeester Dierquens, als by den Magiftraat gecommitteert tot het houden van een Conferentie met de Heeren van den Hove van Holland, over een reclame weegens welgemelde Hof gedaan van een verdronken Lyk van zeeker Vrouwsperfoon, en het verfoek door den Magiftraat aan het Hof gedaan, om te erlangen Copie authentiek van de Acte van Schouw van het Lyk van een Meyd, welke zig ten huife van den Solliciteur Gousfet zoude hebben verhangen; houdende, dat gisteren in de Conferentie door de Heeren Gecommitteerden van het Hof aan die van den Haag is voorgedraagen, dat het flof op aanhoudend verfoek van den Haag om een Conferentie, haar Ed. had gecommitteert om te aanhooren de gronden, op welke de Magiftraat meende geregtigt te zyn tot het vraagen van de voorfz. Copie Acte van Schouw, dat door de Heeren Gecommitteerden van den Haag geantwoord zynde, dat bereid waaren daar van openingh te doen, mits de Heeren Gecommitteerden van het Hof gelyke opening deeden van de gronden van haare voorfz. reclame , men eindelyk, na eenige debatten desweegens, indirecte inpour parlé is gekoomen, en, daar uit de weederzydfche gronden van malkander gehoord zynde (na dat door de Gecommitteerden van den Haage was aangedrongen, om eenmaal ter conclufie te brengen de dikwils voorgedragene en wederzydfch overgeleeverde Concept Conventien weegens het Schotuven van Lyken) de conferentie is gefcheiden op dien voet, dat men Rapport aan weederzydfche Heeren Committenten zoude doen, en des anderendaags de Conferentie hervatten, zoo egter, dat op het fcheiden door den Heer Raadsheer Hoogftraaten wierd geproponeert, om de differenten door het geeven van een Aéte van non prarjudicie aan beide zyden te beflisfen; Dat heeden wederom Conferentie gehouden zynde, daar in door de Heeren Gecommitteerden van den Haagh, na eenige weederzydfche debatten, is gedeclareert, dat, zoo wanneer door het Hof wierd gegeeven de gerequireerde Copie Aéte van Schouw, de Magiftraat infehikkelykheids halven bereid was een nafchouwte accordeeren, mits het Hof de meermalen overgeleeverde Concept Conventie omtrent de Schouwen quam tot ftand te brengen en te fluiten; dat daar teegens by de Heeren Gecommitteerden van het Hof is gedeclareert , dat het Hof bleef inhtereeren haar reclame van het voorfz. verdronken Lyk, en voor het overige bereid was, ten fpoedigfte met  \ Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. Bot voornoemdenRuard, desfelfs Erfgenaamen het voorfz. Slot zouden moeten opleeveren in behoorlyken ftaat, zonder egter te moeten inftaan voor brand of andere fortuite toevallen; dat de Suppliant in July 1740 in de plaats van Mr. Gualterus de Raad, in wiens tyd de voorfz. Refolutie genoomen was, by haar Edele Groot Mogende tot Ruard, Bailliuwen Opper - Dykgraaf zynde aangefteld, en by zyne aanftelling geen kennis van de voorfz. Refolutien hebbende gehad, maar die eenigen tyd daar na bekoomen hebbende, van den beginne af aan wel had bemerkt, dat het voorfz. Slot van Geervliet, aangemerkt desfelfs etendue en ouderdom, mitsgaders de flegte gefteldheid waar in het zelve zig doen alreeds bevond, niettegenftaande de alvoorens gedaane reparatien, met geen mogelykheid voor de fom van twee honderd Guldens 'sjaars behoorlyk konde worden onderhouden, en dat de Suppliant dan ook van tyd tot tyd, om de gewigtigere deliberatien van haar Edele Groot Mogende niet te interrumpeeren, en om te prsevenieeren de inconvenienten die door een andere fchikking konden ontftaan, een merkelyke fom van Penningen booven de voorfchreeve twee honderd Guldens jaarlyks tot de meest noodfaakelyke reparatien en onderhoud van het voorfchreeve Slot uit zyne privé beurfe had geimpendeert; dog hoe zeer de Suppliant de voorfchreeve depenfes en onkosten zig tot hier toe had laaten welgevallen, hy egter ondervond , dat defelve van tyd tot tyd verfwaarden, en voorfag dat dit befwaar hoe langer hoe meer moest toeneemen, door dien het voorfchreeve Slot en desfelfs Muuren, die van flegte ftof fchynen gebouwt te zyn, en dewelke in den jaare 1740 reeds in een Hegten ftaat waaren, hoe kmger hoe meer ftaan te vervallen, en mitsdien-meer en m^er reparatien noodig zouden hebben; dat daar en booven de Stalling en verdere dependentiën geheel van Hout zynde gemaakt, zoodanig zyn vergaan, dat defelve niet langer, immers niet als met zwaare reparatien, ftaande kunnen gehouden worden; Verfoekende den Suppliant derhalven, dat haar Edele Groot Mogende de reparatien en het onderhoud van het Slot te Geervliet, met desfelfs dependentiën, onder afftand van de gemelde twee honderd Guldens jaarlyks, gelyk voorheen, aan zig gelieven te neemen, of daar over zoodanig anders te disponeeren , als zullen vinden te behooren; en voorts gelet zynde op de gronden, vervat in de nadere Memorie door den voorfchreeven Ruard aan de Leeden van haar Edele Groot Mog. Vergadering geëxhibeert, dienende tot opheldering van de Poincften in het gemelde Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden vervat: Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden by deefe te authorifeeren^ om het Slot te Geervliet op de menagietifte wyfe ten kosten van den Lande in zoodanigen ftaat te ftellen, dat ingevolge haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 20 February 1732, op het zelve de Vierfchaar van den Lande van Putten volgens het oude gebruik by continuatie kan gehouden worden, en wyders aan den Ruard van denfelven Lande , als het voorfchreeve Slot in dier voegen zal weefen gerepareert, by vervolg jaarlyks voor het onderhoud van het zelve Slot te valideeren een fomme van twee honderd guldens , alles op den voet by haar Edele Groot Mogende voorfz. Refolutie van den 20 FeJ bruary 1732. breeder gemeld. ZESDE TITULBetreffende de Rechtsvordering in de Steeden, den Haage, en ten Platten Lande. Refok/tie van de Staaten van Holland, hou- dende verklaaring, dat de Bootsmans-Buydel op Oost-Terfchelling geene Arresten onderhevig is. Den 1 September 1752. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder-Quartier, gefchreeven aldaar den 3. der voorleeden maand, houdende, ingevolge en tot voldoening van haar VIII. Deei Ed. Groot Mog. Appointement van den 24 April 1751, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van de Geinteresfeerdens in zeekere zoogenaamde Bootsmans Buydel van Oosterfchelling, gefchikt tot foulaas van onI i i i i ge-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 803 deeren ten aanfien van de boeten, poenen of breuken, by de generaale Ordonnantie teegens de fraudes, in het ftuk van de gemeene Middelen gepleegt, geftatueert, fchoon enkel pecunieel zynde, als meede weegens of over ftraffe teegens andere mefufen of contraventien booven en buyten pecunieele Geldboeten by de particuliere Ordonnantiën geftelt. Zoo is 't, Dat wy, om te voorkoomen de nadeelige gevolgen die daar uyt voor 's Lands gemeene Middelen zouden kunnen refulteeren, en daar jeegens willende voorfien, hebben goedgevonden en verftaan, aan alle Officieren van den Lande, op de privatie van hun Officie, by deefe te verbieden, zoo als wy defelve verbieden by deefe, weegens of over eenige boeten, poenen cf breuken, by de generaale of particuliere Ordonnantiën teegens de fraudes geftatueert, dat is die willens en weetens, en met een klaar opfet en toeleg om het gemeene Land te verkorten, werden gepleegt, te moogen compofeeren of accordeeren. En op dat een iegelyk die het aangaat zig daarna reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, datdeefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoorden te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 2 Maart 1751. (Onderftond,~) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. B O E Y 3. Refolutie van Gecommitteerde Raaden, hou¬ dende ordre op de uitkeering van het een zesde fart in de boeten aan de Toezienders, door welke eenige aanhaaling is gedaan. Den 5 July 1751. Is gehoort het Rapport van den Wel Ed. Heer van der Duyn, Heere van 's Gravemoer, en van de Heeren de Brayn, van der Dusfen, en Schellinger, zynde de Heer van Zeeberghabfent, Haar Ed. Mog. medebroederen in Rade, (den Raed Advocaet Fiscaal mede abfent zynde) houdende, dat zy Heeren Commisfarisfen, ingevolge en ter voldoeninge van haerEd. Mog. Appointement Commisforiael van den 21 Juny jongstleden, hebben geëxamineerd de Misfive door den Infpecf eur Matthasus den 18 bevorens aen haer Ed. Mog. gefchreeven, behelfende onder andere, dat de Bailliuw van Gouda hem gevraegd hadde, of hy aen de Toeftenders, eenige Fraude aengebragt hebbende, wel een zesde van de Boetens vermogt uyt te keeren. Waer op gedelibereerd zynde, is, conform het Advis van gemelde Heeren Commisfarisfen , goedgevonden en verftaen, de respeétive Bailliuwen of Officieren door deze te authorifeeren , om de een zesde portie in de boetens uyt te keeren aen zodanigen Gaerder in welkers middel eenige Fraude zal wefen begaen: en worden de gemelde Gaerders door deze 1 gelast, om de voorfz. een zesde portie in de I Boetens uyt te keeren aen zodanige ChercI hers, Toeftenders, Lopers, D eur waer der s y en derfelver Opzigter, door welke de aenhaaling of ontdekking is gedaen: en zal zodanige Gaerder, welke eenige uytkeeringe in voegen gemelt zal hebben gedaen, gehouden, en verpligt wefen op den Eed, by hem aan den Lande gedaen, daer van aen den Opfiender van 's Lands Regt op de gezegelde en ongezegelde Billietten, over hem geftelt, behoorlyke kennisfe te geeven, aen wie hy de ontfangene Penningen betaald heeft. En zal Extraét defes gegeven worden aen den Raad Advocaat Fiscaal, om te dienen tot desfelvs narigt, en aen de Bailliuwen en Officieren, zo in de Steden, als ten platten Lande, mitsgaders aen de Inspecteurs Voeten Mattheeus, en voorts het nodig getal Exemplaren worden gefonden aen de respeétive opzienders van 's Lands Regt op de gezegelde en ongezegelde Billietten, om daervan aen ieder Onder - Opfiender en Gaerder een Exemplaer te extradeeren, ten eynde zig daer na te reguleeren. (Onderftond,) Accordeert met het voorfz. Register. (En geteekent,) A. v. STRATEN. I i i i i % R*-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 801? delbaare Jurisdictie over de voorfchreeve Heerlykheid, en Schout van deOudeTonge, dienende tot refutatie van de opgemelde Requeste van den Bailliuw van Gryfoorc voornoemt, en voorts om geallegueerde reedenen verfoekende , dat haar Edele Groot Mogende het verfoek by weigemelden Heer van Starrenburg in zyn qualiteit gedaan, zouden gelieven te wyfen van de hand, en mitsdien de zaaken raakende het ageeren tot de boetens en ffcraffen by de Placaaten en Ordonnantiën op den ophef der gemeene Middelen gearrelteert, zouden gelieven te laaten blyven in die ftaat, als die tot nu toe zyn geweest, immers dat zoo desaangaande bedenkelykheid zoude moogen voorkoomen, haar Edele Groot Mogende in dien gevalle Partyen zouden gelieven te rcnvoyeeren aan de ordinaris Juftitie. En gelet zynde op de Regten, die de Ambagtsheeren en Vrouwen van Gryfoort zyn competeerende, en aan defelve zyn toegekent. Is goedgevonden en verdaan, mits deefen te verklaaren, dat het niet is van het departement van den Schout van de Middelbaare Jurisdictie over de Landen van Gryfoort, maar alleenlyk van den Bailliuw van den Lande van Gryfoort, om te ageeren in materie van des gemeene Lands Middelen tot de boeten en ftraffen geftatueert by de respeótive Placaaten en Ordonnantiën op dat ftuk geëmaneert, of nog te emaneeren, des dat daarentegen de Ambagtsheeren en Vrouwen van Gryfoort voorfchreeve als van ouds zullen blyven genieten en van haarentweegen door derfelver voornoemde Schout van de middelbaare Jurisdictie, Schout of Gecommitteerden, zullen moogen doen ontfangen en beuren de helfte van alle zoodanige boetens, als welgemelde Bailliuw van den Lande van Gryfoort ter zaake van geëntameerde Aétien weegens begaane fraudes of contraventien in het ftuk van de gemeene Middelen zal koomen te verkrygen en te confequeeren: en dat in zoo verre den Schout van de middelbaare Jurisdiétie over Gryfoort, of Gecommitteerde van de gemelde Ambagtsheeren enVrouwen van Gryfcort, in zoodanige procedures, die by den Bailliuw van den Lande van Gryfoort ter zaake voorfchreeve zullen moeten gevoerd worden, en waar in tot eenige Geldboeten werd gecontendeert, zig met weigemelden Bailliuw voor derfelver interesfen zal vermoogen te voegen. Des nogtans, dat in zaaken, waar in compofitie plaats zoude moogen hebben, de Schout van de middelbaare Jurisdiétie van Gryfoort zig zal moeten reguleeren, zoo omtrent het verfoek tot compofitie, als met opzigte tot het contmól van Compofitie zelve, na de gedngten en het goedvinden van den Bailliuw van Gryfoort, zonder zig daar teegen te moogen oppofeeren. En zal Extraét van deefe Refolutie worden gegeeven aan de Geinteresfeerdens in deefe, om te ftrekken tot derfelver narigting en zig I daar na te reguleeren. 6. Refolutie van de Staaten -van Holland, hoitr dende voorziening op de invordering der Verpondingen, en het abandonneeren der Landen voor de yerfchuldigde Lasten in den Plande van Vianen en Amejden. Den 8 Maart 1752. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 6 deefer, hebbende ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 16 Juny 1750, geëxamineert de Requeste van Schouten en Heemraaden van de Polders Vianen, Bloemendaal, Bolgerie en Autena, Hey en Boeykoop, Lexmond en Laakerveld, en van de Polders onder Meerkerk, Broek, Bloemendaal en Quakernak, mitsgaders van Ameiden en Tienhoven, alle geleegen in en onder den Lande van Vianen en Ameiden, waarby defelve voor en weegens de Ingelanden en Geërfdens in defelve Polders eenige poinéten hebben voorgeftelt, welke na haare gedagten met opfigt tot de invordering en executie van 'sLands lasten in den Lande van Vianen en Ameyde, ten uiterften dienftig, en welke zy vervolgens verfoeken, dat by haar Edele Groot Mog. moogen worden vastgeftek. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten mits deefen te authorifeeren, om van nu voortaan 'sLands Verpondingen in te vorderen en te executeeren op den voet en uit kragte van de rigoureufe Letteren Executoriaal van den jaare 1588, zoo als in Holland gebruikelyk is, en wyders te verklaaren, dat desaangaande het regt van preferentie in den Lande van Vianen en Ameiden plaats zal hebben den tyd van zes jaaren, in te gaan met den jaare 1750. en zes voorige of neederdaalende jaaren, dog alleen voor den tyd van tien jaaren, en zulks tot den jaare i7do, wanneer wederom ftand zal grypen het geen by Publicatie van Heeren Gecommitteerde Raaden van den 27 Juny 174.6. desaangaande is geordonneert, mits de tegenli i i i 3 woor-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. go7 weefen gepractifeert, eenige moeyelykheyd ren en gelasten wy, dat deefe alomme zal zal moogen werden aangedaan. worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe En op dat niemand hier van eenige igno- daar men gewoon is publicatien en aflixien te rantie zoude kunnen pretendeeren, ordonnee- doen. Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 27 April 1752. (Onderfiond") ■ Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. BOEY. 8. • Refolutie van de Staaten van Holland, no¬ pens de zitplaats der Bailliuwen over het platte Land, wanneer zy in zaaken van de gemeene middelen voor Scheepenen in de Steden iets te verrigten tebben. Den 13 July 1752. Ontfangen een Misfive van Scheepenen Commisfarisfen tot de zaaken van de gemeene Middelen te Gouda, gefchreeven aldaar den 11 deefer, dienende tot refutatie van de ingrediënten van het Advis van de Heeren Gecommitterde Raaden, ter Vergadering ingekomen den ld Mey laatstleeden, geformeert op eene Misfive van gem. Scheepenen Commisfarisfen , waar by zy aan haar Edele Groot Mog. hadden doen toekoomen een ampel vertoog van de reedenen, waarom zy Scheepenen Commisfarisfen hadden gedeclineert het mondelinge voorftel aan haar vm weegens den Bailliuw van Schieland gedaan, om by een aanftaande Pleidooi, in een zaak door hem voor gem. Scheepenen Commisfarisfen geentameert, weegens een begaane contraventie tegens het zesde Articul van de Ordonnantie op de confumtie van de Turf te Nieuwerkerk gepleegt, te mogen occupeeren de ordinaris ütplaatfe, dewelke de Officier van Gouda gewoon is in het Collegie van Scheepenen Commisfarisfen te hebben; als meede op de Requeste door Mr. Elias van der Hoeve, Bailliuw van Schieland op den 22 Mey op het voorfchreve fubjeét. aan haar Edele Groot. Mog. geprefenteert. Waar op, en ook by refumtie op het voorfchreeve Advis, gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat uit confideratie, dat Scheepenen Commisfarisfen in de Steeden in zaaken van de gemeene Middelen over het platte Land geen regt doen vi fuce Jurisdiclionis, maar op fpeciaale Commisfie van haar Edele Groot Mog.; dienvolgende aan de Bailliuwen over het platte Land , wanner zy iets hun Ampt aangaande te verrigten hebben voor Scheepenen in de Steeden als Gecommitteerde Regters over het platte Land, en zulks ook aan den Bailliuw Schieland in het exteerend geval, competeert defelve fitplaats, die door de Officieren in de Steeden word geoccupeert, zonder egter dat het zelve ten opfigte van de Substituten van defelve Officieren plaats zal hebben. En zal hier van Extraét worden gezonden aan alle de respeétive Officieren en Bailliuwen ten platten Lande, mitsgaders aan Scheepenen Commisfirisfen tot de zaaken van de gemeene middelen in de Steeden, om te Rrekken tot derfelver narigt en zig daar na te reguleeren. p. Publicatie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling, door welke Rechters en op welken voet de Questien over de van ouds gecolleclesrde middelen berecht moeten worden. Den 19 July 1752. De Staaten van Holland en Westvriesland; goedgevonden en verRaan, door deefe te deAllen den geenen die deefe zullen zien clareeren, dat de questien over de van ouds of hooren leefen, falut: Doen te weeten: gecollecteerde Middelen, even gelyk alle quesDat wy, om weg te neemen alle de verfchil- tien over de althans gecolleéteert werdende gelende ge dagten en bedenkelykheeden, hebben meene Middelen, ter eerfter inftantie zullen moe-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. Sop ÏU Reglement op het doen der executien in de Dorpen van den Alblasferwaard ter invordering der agterftallige Verpondingen, Dyk- en Waterrechten, binnenlandfche om/lagen, en genera lyk alle gemeene Dorps-Lasten, zoo reëel, als perfoneel. Den 25 Augustus 1752. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 4 deefer, hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinétement van den 2 Juny jongstleeden, geëxamineert de Requeste van Schouten en Geregten van alle de Dorpen in den Alblasferwaard, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. de Supplianten gelieven te authorifeeren en te oétroyeeren, om de respeétive agterftallige Verpondingen, Dyk en Waterregten, binnenlandfche omllagen, en generalyk alle Confenten, Contributien en omllagen, mitsgaders gemeene Dorps lasten, zoo reëel als perfoneel, welke prefent loopende zyn, cn in het vervolg geconfenteert, geheeven en omgeflaagen zullen worden, van die geene die in gebreeke blyven defelve te voldoen, door Geregts Boodens ieder in zyn Diftriét te moogen doen invorderen by parate executie, in gevolge het Reglement aan de Requeste geannexeert, en dat haar Edele Groot Mog. vervolgens het zelve Reglement gelieven te approbeeren. Waar op gedelibereerd zynde,, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te.authorifeeren en te oétroyeeren, om de resp. agterftallige Verpondingen, honderdfteen tweehonderdfte Penningen, Dyk- en Waaterregten, Binnenlandfche omflaagen, en generalyk alle Confenten, Contributien en omllagen, mitsgaders gemeene Dorpskasten zoo reëel als perfoneel, welke met wettige titulen en op behoorlyke auctoriteit en bevoegdheid door de Collegien daar toe competent reeds gedaan en nog loopende zyn; en alfoo in het vervolg geconfenteert, geheeven en omgeflagen zullen worden, van die geene die in gebreeke blyven defelve te voldoen, door de Geregts Boodens ieder in der zeiver Diftriét by parate executie te moogen doen invorderen, in gevolge het Reglement aan het einde deefes geinfereert , het welk de Supplianten gelast worden te doen drukken, en ieder in haar Ambagt te doen affigeeren. Reglement op het doen der executien in de resp. Dorpen van den Alblasferwaard ter invordering der agterftallige Verpondingen, Dyk- en Waterregten ? binnenlandfche omflagen, en generalyk alle gemeene Dorpslasten, zoo reëel als perfoneel. Art. h De Boode zal na bekoomen' authorifatie VIII. Deel. van Schout en Geregte den Gebrekigen fommeeren, omme binnen vier en twintig uuren na defelve fommatie desfelfs verfchuldigde lasten met de kosten van executie te voldoen, en daarbeneevens alleenlykoverleeveren fchriftelyke Afte van fommatie, in houdende fpecificquelyk en distinételyk van post tot post, te weeten van Verponding of andere lasten ieder op zig zelfs, het montant van het agterftal waaromme de executie gefchied, en dat voor zoo verre de Geëxecuteerde een Inwoonder is. I I. Dog in gevalle de Geëxecuteerde woonagtig is buiten de Jurisdisdictie alwaar de executie gefchied, zal de fommatie gedaan worden by Ediéte voor de Kerke van de plaatfe daar de executie gedirigeert word, en vervolgens de Geëxecuteerde daar by werden gefommeert, omme, in dien hy in den Alblasferwaard woonagtig is, binnen drie maal vier en twintig uuren, en zoo hy buyten denfelven Waard mogte woonen, binnen agt dagen na het doen van defelve fommatie, zyn agterftallige lasten te voldoen met de kosten van executie; van welke Ediétale Sommatie, inhoudende als vooren, den Geëxecuteerden door den Boode per Misfive zal worden gefonden, of anderfints per Misfive van den Schout van de Plaats daar de Geëxecuteerde woond, of den geene die aldaar gewoon is permisfie te geeven, aan hem of ten zynen Huife overgeleevert Copie. I I ï. 'De tyd by de voorfz. fommatie respeétivelyk geprsefigeert overftreeken zynde, in gevalle geene betaalinge word gedaan, zal de Boode ten overftaan van den Schout en twee Scheepenen inventarifeeren en in arrest en bewaarderhand neemen zoo veele van des Geëxecuteerdens zoo roerende als onroerende Goederen als noodig zyn omme daar aan het agterftal waar voor geëxecuteert werd en de kosten te verfraaien; van welke inventarifatie en arrest den Geëxecuteerde meede Copie in maniere voorfz. zal worden overgeleevert. I V Welke in arrest genoomene Goederen by faute van voldoening binnen zes dagen na het gedaane arrest publicquelyk ten overftaan van den Schout en twee Scheepenen aan den meestbiedende of hoogstmynende zullen worden verkogt, te weeten de roerende Goederen na voorgaande proclamatie van een Kerkgebod ter Plaatfe daar de executie gefchied; en de onroerende Goederen met twee zonKkkkk daag-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 8il de voorfz. drie Scheepenen Commisfarisfen, de zaaken van de gemeene Middelen niet konden werden beregt, en vervolgens moesten ftilftaan, tot ondienst zoo wel van Partyen als van het gemeene Land: en dat zy Heeren Gedeputeerden derhalven gelast waaren aan haar Edele Groot Mog. te verfoeken, ten einde het derfelver welgevallen mogte zyn, dat in plaatfe van drie, mogten werden geauthorifeert en gequalificeert vyf Scheepenen, omme over de bovengemelde zaaken van de gemeene Middelen te zitten en die te beregten, ten einde het vereischte drietal uit defelve by noodfaakelykheid, belet, indifpofitie, abfentie of anderfms, zal moogen werden gefuppleert, en defelve in dier voegen elkander zullen konnen vervangen; en dat haare Koninglyke Hoogheid de Princesfe Gouvernante mooge werden verfogt, daar toe in plaatfe van drie, uit het Collegie van Scheepenen te willen eligeeren vyf Scheepenen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat binnen de Stad Haar¬ lem tot alle zaaken, dewelke by het zestiende Articul van het Generaal Placaat, en by de particuliere Ordonnantiën aan Scheepenen Commisfarisfen zyn gedemandeert, in plaatfe van drie, vyf Scheepenen uit het Collegie van Scheepenen zullen worden gecommitteert, ten einde defelve by wettig belet, indifpofitie of abfentie den anderen zullen konnen vervangen, zoo nogtans, dat het getal van drie zal zyn en blyven het competent getal om de voorkoomende zaaken te beregten en af te doen, zonder dat door deefe daar omtrent eenige verandering word gemaakt, maar by het geftatueerde en gereiblveerde des aangaande verbleeven. En zal Extract, deefer by Misfive worden gefonden aan haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, met verfoek om op die voet en tot dat einde uit het Collegie van Scheepenen binnen de Stad Haarlem vyf in plaatfe van drie Scheepenen te nomineeren en te eligeeren. 15. Publicatie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van het <$.de en ^de Art. der Generaale Ordonnantie, betrekkelyk de fraudes, door Neringdoende Luyden gepleegd. Den 23 January 1753. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten : Nadien wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat een duyfterheid werd gevonden omtrent het verftand van het derde en vierde Articul van onfe Generaale Ordonnantie, daar inne beftaande, dat by fommige begreepen fchynt te werden, als of de Neeringdoende Luyden, dewelke zig aan een fraude hebben fchuldig gemaakt, uyt kragte van het voorfchreeve derde Articul, desweegens booven de boeten van de particuliere Ordonnantie alleen van haar Neering zouden kunnen werden gefufpendeert voor den tyd van een jaar, zonder in de boete van de generaale Ordonnantie, voorkoomende in het volgende vierde Articul , gehouden te zyn. Zoo is 't, Dat wy, daar jeegens willende voorfien, by ampliatie van het tweede en derde Articul van onfe Generaale Ordonnantie op den ophef van des gemeene Lands Middelen by collecte, hebben goedgevonden en verftaan, te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefe, dat de ftraffen in die Articulen geftatueert teegens de Perfoonen daar inne gemeld, plaats moeten hebben, niet alleen booven de boeten van de particuliere Ordonnantie, maar ook booven de boeten in het vierde Articul van de Generaale Ordonnantie geftatueert. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 23 January 1753. (Onder/Ion df) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent f) C. BOEY. Kkkkk %  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 813 en perfoneele, mitsgaders generalyk alle de Verdere Ongelden en Lasten, welke uitgefet en omgeflaagen werden, en by de Gaardermeester en Ontfangers moeten werden ingevorderd, zal gefchieden by parate executie, zonder dat in deefe eenige andere provifie van Juftitie zal verfogt of geobtineert behoeven te werden. I I. Ten welken einde de Gaardermeesters of Ontfangers van de Verpondingen, reëele of perfoneele Ongelden, de Geregtsboode van zyn Diftriét zal ter hand ftellen behoorlyke Acte van Sommatie, met uitdrukking van de fchuld en fomme, ingevolge de overgeleverde gefpecificeerde Billietten, die de gebreekigen ten agteren is, en denfelve Boode authorifeeren om den gebreekigen te fommeeren, om binnen vier en twintig uuren na defelve fommatie de verfchuldigde Lasten met de kosten van executie te voldoen, en daar beneevens alleen overleeveren Copie van de Acte van Sommatie, inhoudende het geene waar omme de executie gefchied, en dat zoo verre de geëxecuteerde een inwoonder is. I I I. Dog in gevalle de Geëxecuteerde woonagtig is buiten het Territoir of Jurisdiétie, zal de fommatie door den Geregtsboode gedaan worden by Ediéte voor den Stadhuife en de Kerke van de Plaats daar de executie gedirigeert werd, en vervolgens de Geëxecuteerde daar by werden gefomineert, omme, indien hy in den Lande van Vianen en Ameyden woonagtig is, binnen driemaal vier en twintig uuren, en, zoo buiten defelve Steeden en Landen woond, binnen agt dagen na het doen van defelve Ibmmatie, zyn agterftaande lasten en fchuld te voldoen, met de kosten van executie, van welke fommatie, inhoudende als vooren, den Geëxecuteerde door den Boode, by befloote Misfive zal worden overgefonden Copie, of anderfins aan den Schout of Geregte alwaar de Geëxecuteerde woond, met verfoek om het zelve te exploicteeren of doen exploicteeren aan den Geëxecuteerde, of ten zynen woonhuife, ten einde by relaas zoude kunnen blyken, dat de fommatie na behooren den Geëxecuteerde was ter hand gekoomen of ten zynen woonhuife overgegeeven. I V. De tyd by de voorfchreeve fommatie, het zy aan den Perfoon of by Ediéte refpeétive, geprafigeert, overftreeken zynde, en geen betaaling werdende gedaan, zal de Boode ten overftaan van den Schout en twee Scheepenen, en by abfentie van den Schout voor twee Scheepenen alleen, inventarifeeren, in arrest neemen en ter bewaarderhand ftellen alle des Geëxecuteerdens zoo roerende als onroerende goederen, die van den Geëxecuteerde onder den Bedryve, alwaar de executie werd gedirigeert, werden bevonden, omme daar aan het agterweefen met de kosten te verhaalen, van welke inventarifatie en arrest den Geëxecuteerde meede Copie in maniere voorfz. zal werden overgeleevert, met interdictie van geene van de gearrefteerde Goederen te vervoeren, vervreemden of te veralieneeren, op pcene van zeekere zwaare boete jegens den Heere van den Lande te verbeuren, met verdere infinuatie, dat indien de Geëxecuteerde in gebreeken blyft van niet immediatelyk zyn agterweefen te voldoen, binnen zes dagen zal werden geprocedeert tot het verkoopen van de in arrest genoomene Goederen, eerst de roerende, en daar na de onroerende Goederen. V. Welke tyd overftreeken zynde, en geen betaaling zynde gevolgt, zullen defelve in arrest genoomen Goederen publicq, ten overftaan van Schout en Scheepenen, in het Diftriét alwaar defelve in arrest genoomen zyn, werden verkogt, te weeten de roerende Goederen na een voorgaande Sondagfche Publicatie ter plaatfe daar de executie gefchied, en de onroerende Goederen, na twee Sondagfche Gebooden als vooren, zonder meer, en zonder dat daar van zal behoeven te werden overgeleevert Copie of Infinuatie, en zullen van de onroerende Goederen aan de Koopers by Schout en Geregte werden uitgeleevert Brieven van Decreet tot hunnen kosten. V I. Indien de Penningen geprovenieert van de verkogte Goederen niet konden ftrekken toe voldoening van de agterftallige lasten, met de kosten van executie, zullen Schout en Geregte van de Plaats, alwaar de executie is gefchied, verleenen Letteren Requifitoriaal aan den Geregte alwaar de Geëxecuteerde woond, of alwaar hy eenige Goederen geleegen mogt hebben, om aan defelve by verkooping in maniere als vooren het verdere agterweefen te verhaalen met de kosten daar om gedaan, op welke requifitie alle Regters in Holland gehouden zullen weefen de verkoopinge in gevolge dit Reglement te doen. V I I. Dat de Penningen van de verkogte Goederen procedeerende, na aftrek van de kosten, terftond betaald en overgeleevert zullen werden aan den Gaardermeester of Ontfanger die de executie laat doen, tot hun agterweefen toe, blyvende het overfchot, zoo 'er eenig is, ten behoeve van den Geëxecuteerde, of wel anderfints ten behoeve van de geenen, die daar op zouden willen fuftineeren regt te hebben, in welk cas het overfchot zal werden geconfigneert ter Secretarye van de Plaats daar de executie gedirigeert word , omme door of ten overftaan van den Geregte van defelve Plaats te werden gediftribueert ten behoeven van de geenen, die bevonden zullen werden daar toe het naaste geregtigt te zyn. VIII. Zal niemand, veel min een derde, welke mogte fuftineeren Eigenaar te zyn van de in arrest genoomene en te verkoopene Goederen , door de voorlz. executie geprasjudicieert Kkkkk 3 ©f  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 815 en gefustineerde van den Gedaaghden, otnby Scheepenen Commislarisfen voornoemt daar op zoodanig regord genoomen, en mitsdien zoodanig gevonnist te worden, als defelve als Regters ter eerfter inftantie zullen oordeelen te behooren. 17. Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende Oétroy aan Schouten en Gerechten van de gezamentlyke Dorpen en Ambachten in de Crimpener-waard, tot het heppen der Dorps-Lasten, by parate executie. Den 6 November 1753. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 5 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 16 Juny jongstleeden, geëxamineert de Requeste van Schouten en Geregten van de gefaamentlyke Dorpen en Ambagten in de Crimpenrewaard, om de daar by geallegeerde reedenen verzoekende, dat haar Ed. Groot Mogende aan haar gelieven te vergunnen Oétroy om de respeétive agterftallige Verpondingen, honderdfte en twee honderdfte Penningen, Dyk en Cavelgelden, binnenlandfche omllaagen, en generalyk alle Dorps -lasten zoo reëel als perfoneel, welke prefent loopende zyn, en in het vervolg geconfenteert, geheeven en omgeflaagen zullen worden, van die geene, die in gebreeke blyven defelve te voldoen, door Geregtsboodens ieder in zyn Diftriét te moogen doen invorderen by parate executie in gevolge van het Reglement neevens de Requeste gevoegt, het welk in allen deelen was overeenkomftig met het Reglement voor de Dorpen en Ambagten in den Alblasferwaard op den 25 Augusty 1752 geapprobeert, en onder de Notulen van haar Edele Groot Mogende van dien datum geinfereert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat voor de Supplianten het verfogte Oétroy zal worden gedepe* cheert. 18. Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den termyn tot het hooren van getuigen in procedures over zaaken van gemeene Middelen. Den 17 January 1754. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 1 o November van het voorleede jaar, hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende twee Appointementen Commisforiaal van den 6 derfelve maand, geëxamineert twee Requesten door Jan Stubbe, Tapper en Koffyfchenker te Amfterdam, aan de Heeren Gecommitteerde Raaden geprefenteert, en waar op by defelve gefteld was, Fiat fermo Ordinibus; verfoekende by de eene der voorfchreeve Requesten, dat de geordonneerde Pleydooye in de zaake tusfehen hem Suppliant als Impetrant van Mandament in cas van Reformatie met de claufule van inhibitie ter eenre, en Mr- Willem Huyghens, Officier der Stad Amfterdam R. O., ter zaake de Suppliant op den 31 Augusty 1752 als Tapper booven Peil zoude zyn bevonden, voor Heeren Gecommitteerde Raaden litispendent, mogte worden uitgefteld, op fondament , dat de Suppliant tot zyne defenfie in de voorfz. zaake als nog noodig oordeelde te hooren dePeilder, Boodens en Asfiftent, welke die en een voorige peiling op den 26 Augusty hadden gedaan, en geasfifteert, en defelve in het Peilboek onderteekent; en de tweede Requeste tendeerende om te bekoo¬ men Appoinétement tot het geeven van getuigenis der waarheid door de gemelde Perfoonen; En in agting genoomen zynde, dat het volgens het net-gen en veertigfte Articul van het Reglement op het beleid der Procedures in de zaaken van de gemeene Middelen by haar Edele Groot Mogende, op den 23 Augusty 1749 gearrefteert, aan de weederzydfche Litiganten vry ftaat elkanders getuigen te moogen hooren binnen den tyd van agt dagen na de wisfeling van Inventaris en ftukken, en zoo zy zig van derfelver Responfiven willen bedienen , daar van oncjer Ampliatie van Inventaris insgelyks binnen den tyd van agt dagen nader produétie te doen; En voorts gelet zynde, dat de Suppliant daar toe het noodige verfoek binnen den voorfz. tyd van agt dagen heeft gedaan, is goedgevonden en verftaan, aan den Suppliant te permitteeren om de gemelde Perfoonen by desfelfs tweede Requeste genoemt als nog op Interrogatorien te moogen doen hooren, en van derfelver Getuigenisfe, des goedvindende , onder Ampliatie van Inventaris gebruik te maaken, zonder daar toe reliëf van nooden te hebben, mits dat nogtans de Suppliant gehouden zal zyn van desfelfs voorfz. Ampliatie van Inventaris te dienen binnen den tyd van agt dagen, na dat hy de voorfz. Reepon-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 817 de hebben gebragt twee bedenkelykheeden vallende op het Reglement, by haar Edele Groot Mogende op den 29 Juny 1749. gearrefteert , waarnaar in zaaken de gemeene Middelen betreffende, zoo voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ais voor Scheepenen Commisfarisfen als gedelegeerde Regters moet worden geprocedeert, de eerfte daar in beftaande, of een Officier of Bailliuw tegens een Fraudateur of Contraventeur, die fugitif is, procedeerende, ten zulken effeéte dat hy by zyn Intendit eerst moet concludeeren tot betaalinge van de boetens waar in de geaufugieerde is vervallen; en ten tweede, fubordinatelyk en niet anders als cafu quo dat de geaufugieerde de geëischte boetens niet kan betaalen, tot bannisfement, in zoo een geval de geheele Scheepensbank, dan wel het ordinaris getal der drie Gecommitteerde Scheepenen moet cognofceeren, en confequente]yk, of in zoo een geval by twee of drie defauiten en een vierde Citatie ex fupra abundanti, zoo als in alle ordinaire crimineele zaaken, behoord te worden geprocedeert. En de tweede bedenkelykheid deeze zynde, of Regters in zaaken van de gemeene Middelen , in zaaken waar in voorkomt dat uit een verkeert Articul of Articulen is geageert, of wel dat wel geageert'is uit het regte Articul, maar dat niet is geconcludeert tot alle de ftraffen daar by geftatueert, op fundament van het tweede en zeevende Articulen van het voorfz. PvCgiement, aan den eisch en het daar by geallcgueerde Articul of Articulen gebonden zyn, dan of zy moogen gebruik maaken van deefe twee reegels van het Regt, plaats hebbende in zaaken. tot de ordinaris Jiiftitie gehoorende: Dat het regt van de hooge Overigheid niet kan of behoord te worden verkort door een Officier of Bailliuw, nog door het neemen van een verkeerde Conclufie, nog door het pleegen van eenig verfuim, en dat dewyl onfe 21. De Staaten van Holland en Westvriesland, Alle de geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten, dat aan ons ter deliberatie zynde gebragt een twyffeling, vallende op de executie van het Reglement door ons op den 29 Juny 1749 gearrefteert, waar na de zaaken de gemeene Middelen betreffende, zoo voor het Collegie van de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden, als voor Scheepenen Commisfarisfen, als gedelegueerde Regters, moet worden geprocedeert , en wy tot wegneeminge van de voorfchreeve twyffeling willen voorfien. VIII. Duel. heedendaagfche Regters niet zyn Judices Pedanei, die aan zeekere forme waaren gebonden , defelve het vermoogen hebben te fuppleeren , quee defunt Part lam Advocatis. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren: Ten opfigte van de voorfz. eerfte bedenkelykheid, dat in cas de faiten, waar over tegen den voortvlugtigen word geageert, zyn van die natuur, dat daar jegens direételyk een Lyfftrafte is geftatueert, in dat geval de zaake moet worden gebragt ter Judicature van de geheele Scheepensbank, om daar over als Scheepenen Commislarisfen te cognofceeren, en dat in dat foort van zaaken, even als in alle ordinaire crimineele zaaken moet worden geprocedeert by drie defimlten, en een yierde Citatie ex fupra abundanti; dog dat de zaaken , waar in tegen een geaufugieerde Fraudateur primario word geconcludeert tot een of meer geidboetens, en niet anders als fubordinatelyk, en cafu quo als. de geaufugieerde de geëischte geidboetens niet kan betaalen, tot een bannisfement, vallen in de termen van haar Edele Groot Mogende voorfz. Reglement van den 29 Juny 1749, en dat gcvolgelyk in defelve moet worden geprocedeert by twee defauiten, en regt gedaan by drie ordinaris Gecommitteerde Scheepenen. En belangende de voorgemelde tweede bedenking , dat de Regters in zaaken van de gemeene Middelen, zoo in de eerfte inftantie, als in Appel, in het decideeren van defelve zaaken gebonden zyn aan den Eisch, en aan het Articul of Articulen daar by geallegueert. En zal zoo veel het eerfte Poinét aangaat daar van by Publicatie kennisfe worden gegeeven, en van het tweede aanfehryvinge worden gedaan aan de Fleeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, als meede aan Scheepenen Commisfiirisfen tot de zaaken van de gemeene Middelen , om te ftrekken tot derfelver narigt, en zig daar na te reguleeren. Z 0 0 1 s 't , dat wy hebben goedgevonden en verftaan, te verklaaren, zoo als wy verklaaren mits deefen, dat in cas de. faiten, waar ovér teegens een Voortvlugtige word geageert, zyn van die natuur, dat daar jeegens directelyk een lyfftrafte is geftatueert, in dat geval de zaak moet worden gebragt ter judicature van de geheele Scheepensbank, om daar over als Scheepenen Commisfarisfen te cognosceeren, en dat in dat foort van zaaken, even als in alle ordinaire crimineele zaaken, moet worden geprocedeert by drie defauiten, en een vierde citatie ex fupra abundanti: Dog Lllll dat Publicatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, wanneer de zaaken van gemeene Middelen aan de geheele Scheepens-bank, en wanneer aan Scheepenen Commisfarisfen behooren. Den 9 April 1755.  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. tenen gewoon zyn te oeffenen, was voorgekoomen , dat daar haar Edele Groot Mogende by derfelver Refolutie van den 25 Mey jongstleeden verfcheide mitigatien omtrent het te rug brengen van der Schippers Declaratoiren van Dranken na buiten de Provincie gefonden, hadden gelieven te accordeeren en onder andere te verltaan, dat by verlies van een Declaratoir de Wynkooper daar in geconcerneert zal kunnen volftaan, met van dat verlies binnen driemaal vier en twintig uuren, na dat het Billiet zal weefen gehaalt, aan den Gaarder kennisfe te geeven, en door andere valabele bewyfen ten genoege van den Gaarder te toonen, dat de Dranken, waar van het Declaratoir is vermist, waarlyk en met 'er daad uit de Provincie gevoert, en binnen een convenable tyd ter gedestineerde Plaatfe zyn gekoomen; en dat ook de Calanges, dewelke over het niet te rug brengen van de voorfz. Declaratoiren aan de respeétive Comptoiren voor dato van haar Edele Groot Mogende Publicatie van den 28 juny 1755 in eenige Steeden deefer Provincie zyn gedaan, om reeden in defelve Refolutie geallegeert zyn geRelt buiten effect, en de respeétive Officieren gelast, zoodanige Calanges te laaten buiten verder vervolg; egter de Wynkoopers die fchoon gecalangeert na den voorfz. 2 8 Juny 1755 zig in het zelfde geval bevinden, namentlyk dat of de Declaratoiren buiten haar toedoen zvn vermist of verlooren, of door hunne Bediendens of Schuitevoerders binnen den tyd van vier en twintig uuren aan de Colleét Comptoiren niet zyn vertoond, het effect; van de Calangien zouden moeten ondergaan , en dus niet alleen gehouden zyn te be taaien een boete van zes honderd Guldens voor ieder Billiet of Declaratoir, maar ook daarenboven den impost van de door haar verfondene Dranken, niet tegenltaande zy in Raat en ook bereid zyn om validelyk aan te toonen, 24. De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Keeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Relblutie Commisforiaal van den 10 July laatstleeden, met en neevens fleeren Commisfiirisfen van de Heeren Gecommitteerde Raaden, geëxamineert de Requeste van Pieter van Wasfenaer, Heere van Starrenburg, als Bailliuw der Stad Brielle, aan haar Edele Grcot Mogende gepaefenteert waar by defelve omftandig heeft voorgedraagen de demarches , welke hy Veitoonder by het volle 819 dat cie uranicen niet alleen reëel en met 'er daad uit deefe Provincie gevoert, maar ook ter gedestineerder Plaatfe volgens de daar van behaalde Uitflag - Billietten waarlyk gekoomen. zyn; en dat deefe hardigheid na haare gedagten nog des te grooter was, alfoo , indien het zelve zoude moeten gefchieden, onder de de voorfz. Wynkoopers eenige zouden worden gevonden, die met geen drie Duyfend Guldens vry zoude kunnen koomen, en gevolgelyk totaal zouden zyn geruïneert; geevende de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden om die en verdere reedenen by de Misfive geallegeert in bedenking, of haar Edele Groot Mogende niet zouden goedvinden, op de voorfchreeve klagten een fworable Refolutie te neemen. Waar op gedelibereerd zynde, is, cm de Wynkoopers te meer te adhorteeren om zig met alle getrouwigheid conform haar Edele Groot Mog. Ordonnantiën en Refolutien te gedraagen, by ampliatie van baar Edele Groot Mog. voorfz. Refolutie van den 25 Mey deefes jaars goedgevonden en verftaan, dat," blyvende defelve Refolutie aangaande de Schippers Declaratoiren voor het overige in zyn geheel , alle Calanges dewelke over het niet te rug brengen van de voorfchreeve Declaratoiren na den 28 Juny 1755 zyn gedaan, meede buiten verder vervolgh zullen worden gelaaten, mits de Gecalangeerden validelyk ten genoegen van den Officier en den Gaarder aantoonen , en bewyfen, dat de Dranken, waar van het Declaratoir niet is vertoond en overgegeeven, waarlyk en met 'er daad uit de Provincie gevoert, en ter gedestineerde Plaatfe volgens de daar van gehaalde uitflag-Billietten zyn gekoomen. En werden de Heeren Gecommitteerde Raaden in den LJage en te Hoorn refideerende verfogt daar van kennisfe te geeven daar het behoord. f Collegie van Scheepenen Commisfarisfen tot j de zaaken van de Gemeene middelen binnen dc Stad Brielle had gedaan, om teegens Adriaan Kogendyk, Keetman en Grosfier in Zout | binnen defelve Rad , en teegens deszelfs Kuisvrouw, weegens begaane Contraventien en fraudes van des gemeene Lands Middelen, crimineel te procedeeren, fonder dat defelve demarches van eenig effect waren geweest, en vervolgens verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende geliefden te verklaaren, hoe de Vertoonder zig tot maintien van het Regt van de hooge Overigheid in zoo een importante zaak verder zoude hebben te gedraagen. Lllll 1 Als Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring hoedanig te procedeeren door een Bailliuw, aan wien op een verzoek om Decreet van Dagvaarding in perf bon in cas van gemeene Middelen Nihil was verleend. Den 28 January 1757.  9 Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 8a t 25. Refolutie van de Staaten van Holland, no¬ pens de Judicatuure over een geauthorifeerde Loo* , per en Cherger, zig aan ontrouw fchuldig gemaakt hebbende. Den 17 January 1758. By refumptie gedelibereerd zynde op het Rapport den 2 September van het voorleeden jaar ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, welke ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 8 September 1756, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, hebben geëxamineert de Misfive door de Heeren Gecommitteerde Raaden op den 19 Mey 1756. aan haar Edele Groot Mogende gefchreeven, waar by zig beklaagt hebben over de weigering van Scheepenen der Stad Amfterdam, om aan haar Heeren Gecommitteerde Raaden onder A6te van non-prejuditie overtegeeven de Perfoon van Pieter van Egmond, geauthorifeerde Looper en Chercher te Amfterdam, om tegens de Sluikeryen te vigileeren, dewelke in die qualiteit zig aan verregaande ontrouw zoude hebben fchuldig gemaakt, en ter requifitie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in gevangenis was gefteld; als mede het Berigt van Scheepenen der Stad Amfterdam op den 8 September 1756. tegens de voorlchreeve Misfive ter Vergadering ingekoomen ; mitsgaders ook de nadere Memorie van de Heeren Gecommitteerde Raaden en de Contra-Memorie van Scheepenen der Stad Amfterdam over de voorlchreeve zaake aan de Leeden van het Befoigne ter hand gefteld. Is goedgevonden en verftaan, dat de Judi¬ cature over den Perfoon van Pieter van Egmond over het geene hem als vooren word te laste gelegt, zal worden gelaaten, ingevolge van het veertiende Articul van het Generaal Placaat van den 22 July 1749, aan de Heeren Gecommitteerde Raaden; en dat aan Scheepenen der Stad Amfterdam zal worden aangefchreeven, om denfelven Pieter van Egmond aan de Heeren Gecommitteerde Raaden over te geeven onder de Aéte van non-prejuditie door haar geoffereert. En is voorts goedgevonden en verftaan,dat door de Fleeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot het groot Befoigne, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende, zal worden overlegt en overwoogen, door hoedanige expediënten zouden kunnen en behooren te worden weggenomen de inconvenienten, welke met relatie tot de Privilegiën van de Steeden, betreffende de Judicature over haare Burgers en Ingefeetenen, door de executie van het voorfchreeve veertiende Articul van het voorfchreeve Generaal Placaat zouden moogen plaats hebben, en de Vergadering daar op gedient van derfelver Confideratien en Advis; blyvende niet te min het geftatueerde by het voorfz. veertiende Articul in volle kragt, tot dat by haar Edele Groot Mogende dien aangaande anders zal weefen gerefolveert. 26. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen het verzoek van de Procureurs voor Gecommitteerde Raaden postuleerende, omme reftitutie der penningen, bevoorens voor hun Procureurs-Ampt gefurneert. Den 10 Maart 1758. Is geleefen de Requeste van de Procureurs, postuleerende voor het Collegie van de Fleeren Gecommitteerde Raaden alhier in den Hage refideerende, welke hunne ProcureursAmpten door Koop voor het affchaffen der Pagten hebben geacquireert, te kennen geevende, dat zy Supplianten in de maand Augufty 1748. ter oorfaake van hunne drukkende omftandigheeden zig by Requeste hebbende geaddresfeert aan de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, en op gronden by die Requeste gemeld, en woordelyk geinfereert in de Refolutie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 1 November 1752, neevens de Requeste gevoegt, verfogten reftitutie van de by de erectie der voorfchreeve Procureursplaatfen aan den Lande gefurneerde Penningen, mitsgaders dat het defelve gunftig behaagen mogte haar Supplianten te laaten continueeren in de bedieninge van die weinige zaaken, die nog aan het gemelde Collegie zouden overig blyven, ten einde niet geheel en al van hun beftaan, en voor fommige van het foutien van haare Familien gepriveert te worden , het ongeluk voor de Supplianten hadde gewildt, dat de Heeren Gecommitteerde Raaden by de voorfchreeve Refolutie van 1 November 1752. hadden gelieven goed te vinden der Supplianten verfoek af te liaan; dat zy Supplianten om reedenen by de Requeste gemeld, gemeend hebbende te moeten opmaa* ken, dat daar in geen abfolute, maar een geLllll 3 rs-  Fol. 823 AGTSTE TITUL. Betreffende de Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. f. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring, dat in zeekere Revifie by de Admiraliteit de prefent e, en niet de inmiddels afgegaane Raaden van dat Collegie, over dezelve Revifie zouden hebben te vaceeren. Den 3 February 1745. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Benthem, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Placaaten en Reglementen, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie Commisforiaal van den veertienden January laastleeden, geëxamineert een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze, gefchreeven te Rotterdam den twaalfden January daar te vooren, houdende, dat op den zesden van defelve maand January door den Procureur van den Impetrant aldaar was overgegeeven, en op dato van gemelde Misfive, zynde de eerfte Vergaderingh, in den Raade ge communiceert en geleefen haar Hoogh Mog. Refolutie en Aanfchryvens van den vier en twintigflen der gepasfeerde maand December zeeventien honderd vier en veertigh , waar by aan gemelde Collegie ter Admiraliteyt kennis gegeeven was, welcke Heeren by haar Hoogh Mogende waaren benoemt tot Revifeurs in de zaacke van Theodore van Rosfum, Koopman te Gouda, Impetrant van Mandament van Revifie, in zeecker Proces voor gemelde Collegie ter Admiraliteyt hangende , en aangefchreeven, dat zy haar Hoogh Mogende met den eerften zouden berigten, op wat dagh het haar best geleegen zoude koomen, dat een aanvang van de befoignes in de voorfchreeve zaacke zoude werden gemaakt, op dat daar van aan gemelde Heeren Adjuncten Revifeurs kennis mogte werden gegeeven, ten eynde defelve zigh daar na zouden moogen reguleeren. Dat gemelde Collegie ter Admiraliteyt met aangenaamheyd de benoemingh van die Heeren hadde verftaan, en dat defelve insgelyks op zyn tyd aldaar te gemoet zoude zien, dogh dat Zigh voor als nogh buyten ftaat bevond, om aan de bygevoeghde requifitie van haar Hoogh Mog. te kunnen voldoen, ter oorfaacke van twee Heeren, die over de Sententie, waar van Revifie geintenteert was, meede gefeeten hadden, zeedert by het eyndigen hunner Commisfie uyt den Raad waa¬ ren gegaan, en dat gemelde Collegie ter Admiraliteyt geen zeeckerheyd hadde, of haar Hoogh Mogende begreepen, dat onder de zeeven Heeren, die van weegen gemelde Collegie de voorfchreeve Revifie meede zouden moeten adfifteeren, behoorden begreepen te zyn de voorfchreeve twee Heeren, die te vooren over de zaacke gejugeert hadden, dogh tegenwoordigh uyt den Raad waaren, dan of der zeiver piaatfen behoorden te werden vervult en waar genoomen door andere die in het Collegie waaren, het zy door de geene die in derfelver piaatfen waaren gefuccedeert, het zy by looting onder de prefente of anderfints, om reedenen breeder by de voorfchreeve Misfive en onder de Notulen van den veertienden January laatstleeden gemeld. Dat gemelde Collegie ter Admiraliteyt derhalven verlanghde hier op het goedvinden van haar Hoogh Mog. te verneemen, dewyl zy zonder dat niet in ftaat waaren om te kunnen concerteeren veel min overfchryven een dagh, op welke de befoignes in cas van Revifie zouden mogen een aanvangh neemen, presfeerende dat te meer, om dat de befoignes in cas van Rêvifie zouden dienen afgeloopen te weefen voor Mey aanftaande, alfoo teegen dien tyd, door het expireeren van de Commisfien van andere Heeren, wederom nieuwe veranderingen in het gemelde Collegie ftonden voor te vallen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in de voorfchreeve zaacke van Theodore van Rosfum, voor het gemelde Collegie ter Admiraliteyt in cas van Revifie hangende, en waar in by haar Hoogh Mogende reeds Adjuncten Revifeurs benoemt zyn, de prefente en niet de afgegaane twee Raaden van het voorfchreeve Collegie, over de gemelde Revifie zullen hebben te vaceeren, in conformité van de Praétycq en obfervantie in het gemelde Collegie, als meede ingevolge haar Hoogh Mogende Refolutien van den dertienden Oeftober zestien honderd zes en zestigh, en dertienden February zestien honderd drie en taghtigh op het zelve fubject ge- noö- 1  Rechtsvordering van de Admiraliteiten in Zeezaaken. 82< gende veel reedenen hebben om te twyffelen, of die geenen , dewelcke daar over eenige klaghten aan het Ministerie van hooghgemelde zyne Majefteyt zouden hebben ingebraght, de zaacken wel hebben geëxponeerd in die juiste termen, als wel hadde behoord. Dat de generaale regulen, waar na de voornoemde Regtbancken gewoon zyn in zoodanige gevallen zigh te reguleeren, kortelyk daar op uytkoomen, dat indien het Scheepsvolck den Schipper voor de Justitie komt te roepen, het zy om betaalinge te hebben van hunne Gages, of om te erlangen hun ontflagh uyt den dienst (welck laatfte geval eghter zeer weynigh gebeurd) of wel om eenige andere oorfaacke, en de Schipper daar tegens tot zyne defenfie allegeert, dat hy zyn Volk niet heeft ontflaagen, zoodanige klaagers aanftonds werden van de hand geweefen, en gerenvoyeert na hunnen competenten Reghter van de Stad of Plaatfe daarzy t'huys hooren, zonder in eenigh verder onderfoeck van de merites van de zaack te treeden. Dat indien het Scheepsvolck ter contrarie ftistineert, en den Reghten genoegh kan doen blycken, dat de Schipper hun waarlyk uyt zyn dienst heeft gedimitteert, de Schipper als dan werd gecondemneert de verfchulde Gages te voldoen, ten waare gevonden wierden gefundeerde reedenen ter contrarie, en dat zoo web in het eene als andere geval werd geoordeeld en reght gedaan, koitelyck, de plano, zonder figuur of train van Proces, het welck ook de reede is, dat daar op zeer geringe onkosten vallen, ten waare de Schipper felfs, door de verdere provocatien af appellen, die zoude willen veroorfaacken. Dat, om te tx>rdeelen welcke het zyn die zigh aan den Schipper in desfelfs Scheepsdienst hebben geengageert, alleen geëxamineert werden de Monsterrollen, en daar op promptelyk reght gedaan, en dat, indien de Schipper klagtig valt over eenige difobedientie, weghloopingh of defertie van zyn Scheepsvolck, de Justitie de vereyschte ordre ftelt, dat de Deferteurs of onwillige aanftonds werden gelaifeert, en aan den Schipper overgegeeven, om hunne reyfe te vervolgen. Dat deefe wyfe van procedeeren tusfehen Schippers enBootsgefellen voorkomt, zoonatuurlyck, zoo prompt en zoo zeer overeenkomftig te zyn met het reght en de billykheid als heylfaam voor de Commercie en Navigatie. b' En dat haar Hoogh Mogende niet weeten, dat 'er by de Traétaaten of Conventien tusfehen Hoogftgemekie zyne Deenfche Majesteyt en deefen Staat fubfisteerende, eenige andere fpeciale voorfieninge is gemaakt of geprefcribeert, waar door van de bovengemelde ordre in de adminiftratie van de Justitie hier te Lande eenighfmts zoude weefen afgeweecken; dat ook even weynigh daar by ietwes is gemeld of geconvenieerd, noopens het weederzydsch aanftellen en admitteeren van Confuls of Agenten, met het geen daar toe fpecteert, en het overfulcks lightelyk te begrypen is, dat het renvoyeeren van zoodanige questien en gefchillen aan defelve geen plaats vinden kan, booven en behalven, dat uyt het hier bevoorens geavanceerde genoeghfaam proflueert, dat indien zelfs daar omtrent door eenige nadere fchickinge of Conventie moghte werden voorden, de zaacke daar door, op geene eenvoudiger of beeter voet voor de Commercie van wederzyds Onderdaanen zoude kunnen werden gereguleert, als defelve jegenwoordig behandeld werd. En dat, gelyk alle de Mogentheeden, waar meede deefen Staat de eere heeft van in Vriendfehap of Alliantie te ftaan, om defelfde reedenen daar inne tot nu toe wel hebben willen berusten, haar Hoogh Mogende ook van de hooghverligte Wysheyd van zyne Deenfche Majefteyt (voor wekkers Vriendfehap en Alliantie haar Hoogh Mogende de uyterfte hooghagting gevoelen) het vertrouwen hebben, dat Hoogst defelve daar omtrent ook wel zal gelieven te vallen in het zelve equitabel beg»P- En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie door den Agent van Bycmont aan gemelden Heere Extraordinaris Envoyé de Cheusfes werden ter hand gefteld. 4. Refolutie van de Staaten Generaal, waarby de Judicatuure omtrent de aanhouding van zekere twee Runderbeesten, die van den Oudenbosch naar Gastel zonder Pasport vervoert waren, word gelaaten aan de Admiraliteit. Ben 5 Augustus 1757, Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze, gefchreeven te Rotterdam den tweeden deefer loopende maand; houdende, dat zeeckere Steven van 't Haaf, Schoolmeester van Oud- en Nieuw-Gastel, by htm, gëduurende de abfentie van den Commis ter recherche op StamVIII. Deel. pers-Gat, gequalificeert zynde tot het waarneemen van defelve Commisplaats, aan hun op den zes en twintighften der voorleede maand hadde kennisfe gegeeven, dat hy in zyne voorfchreeve qualiteyt ontdekt hebbende , dat een Dryver met twee Rundbeesten, gekoomen van den Oudenbosch, onvoorfien M m m m m van  Rechtsvordering van de Admiraliteiten in Zeezaaken. 82? defelve gereprefenteert; dac haar Hoogh Mogende mee veel bevreemding uit de informatien weegens het voorfchreeve voorval aanhaar overgefonden, hebben vernoomen, dat den Commis Generaal Winckelman twee Scheepen ter geleegentheyd van begaane fraudes en falfiteyt, volgens zyn plight hebbende aangeflaagen, het aan de Regeeringe der Stad Veere heeft kunnen gelusten, die Scheepen op hun eygen authoriteyt uyt het arrest te doen ontllaan, de waaliers daar op gefteld daar van te doen afgaan, en de Commifen te ordonneeren , zig met gemelde Scheepen en Goederen niet meer te bemoeyen, met dat gevolgh, dat na losfmgh der Goederen, de Scheepen van de Rheede van Veere zyn vertrokken. Dat het aan hooghgemelde Heeren Staaten niet onbekend is, dat de invorderingh van de Convoyen en Licenten, of van de inkomen-. de en uytgaande Regten, en de Judicature over de fraudes en aanhaalingen van dien, privativelyk gedemandeert is aan de Collegien ter Admiraliteyt, en dat by de Refolutie van den een en dertighften July zeeventien honderd vyf en twintigh, waar by het laatfte Placaat en Lyste zyn gearrefteert, onder anderen meede fpecialyk vastgefteld is, dat de Magiftraaten van de Steeden en haare Officieren, die van de Convoyen en Licenten in alle zaacken haare functien concerncerende, de behulpiaame hand zullen bieden, en geenfmts aan de Collegien ter Admiraliteyt, in de exercitie van haare functie, of aan de Officieren van defelve, in zaacken concerneerende de betaalinge van 's Lands Reghten en executie van de Placaaten, eenige de minfte verhinderinge, oppofitie, refiftentie of ander beletfel zullen moogen doen, of zoo veel in haar is laaten doen, directelyk of indireételyk, en dat zy zulks by Eede zullen moeten belooven. Dat deefe Refolutie zoo klaar en van zoo veel gewight is, dat zonder de obfervantie van dien de Collegien ter Admiraliteyt, nogh haar Officieren en Bedienden haare functien na behooren niet kunnen waarneemen, nogh 'sLands Middelen te Water rightig worden inge vordert. Dat het derhalven aan haar Hoogh Mogende niet als ten uyterfte onordentelyk heeft kunnen voorkoomen, dat de Magiftraat van Veere zigh zoo verre heeft durven emancipeeren, van een aanhaaling door den Commis Generaal, volgens de ordre van den Lande gedaan , op een fcytelycke wyfe te vernietigen; dat geen de minfte fchyn van reeden tot verfchooninge van deefe onbehoorlycke onderneeminge kan worden bygebragt, want dat de allegatie van den Magiftraat als of de Commis Generaal daar in gepecceert zoude hebben, dat hy de aanhaalinge buyten haare kennis zoude hebben gedaan, van alle fundament gedestitueert is, dewyl de kennis en Judicature over fraudes, in het ftuck van de Middelen te Water, niet competeert aan de Magiftraaten van de Steeden, zelfs niet van Steeden, Stem in Staat hebbende, maar alleen van de Collegien | ter Admiraliteyt, die als de eenige Competente Reghters moeten oordeelen, of de aanhaalingen wel of qualyk zyn gedaan, en dat even weinig in deefe te pasfe komt, het Contract tusfehen de Royal Bourrougs en haar fubfifteerende, alfoo het buyten contestatie is, dat de Goederen, waar op de eerfte fuspicie van fraude is gevallen, tot geen Courtwaaren behooren. Dat de conduite door de Regeeringe van Veene imdeefe occafie gehouden, een zaack is van zeer verre uytlight, ennotoirfyk moet ftrekken om de gantfche ordre en den ophef van de Middelen te Water te renverfeeren, en door het voorftaan van Sluykeryen, die Middelen geheel en al te niet te doen loopen, waar uyt natuurlyck zal moeten volgen, dat de Collegien ter Admiraliteyt meer en meer buyten ftaat zuilen geraaken om protectie aan de Commercie te kunnen geeven, behalven de onlusten en oneenigheeden, die tusfehen de Provinciën en Leeden van dieu daar uitte waghten zyn. Dat haar floogh Mog. daarom het Collegie ter Admiraliteyt in Zeeland zullen aanfehryven, teegen die geenen, die zigh aan de voorlz. onordentelykheeden fchuldig hebben gemaakt, na rigueur van de Placaaten te procedeeren; en dat haar Hoogh Mog. verfoecken, dat hooghgemelde Heeren Staaten de hand daar aan gelieven te houden, dat zulx mooge gefchieden, immers, dat in den voortgang der voorfz. Proceduuren aan het gemelde Collegie ter Admiraliteyt, nogh aan haar Officieren en Bediendens geen verhinderinge worde toegebragt, en dat daar beneevens hooghgemelde Heeren Staaten zoodanige voorfieninge willen doen, dat het geen in deefen door gemelde Regeeringe der Stad Veere, zoo direct contrarie aan het voorfz. Placaat en Refolutie gedaan is, na behooren gerepareert, en voor het toekoomende verfeekeringh gegeeven mooge werden, dat het zelve niet meer zal gebeuren , en dat hooghgemelde Heeren Staaten ten dien eynde gemelde Regeeringe der Stad Veere gelieven te houden tot haar plight, en aan haar Hoogh Mog. kennis te geeven van het geen hier in zal weefen gedaan. Dat voorts het Collegie ter Admiraliteyt in Zeeland zal werden aangefchreeven, door den Advocaat Fiscaal van het gemelde Collegie tegen de Bedienden, die in haar plight mogten hebben gemanqueert, en teegen den Fraudateur, weegens de begaane contraventie en | fraude, te doen procedeeren by citatie en con! tumatie, zoo haare Perfoonen niet nfteeren, | of op zoodanige andere wyfe als zullen vinI den te behooren; en voorts teegen den Schip| per weegens de begaane falfiteyt een crimineele aétie te doen intenteeren. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden worden aan den Advocaat Fiscaal van het gemelde Collegie ter Admiraliteyt, om te ftrecken tot zyne narightinge, en hem daar na te reguleeren. En zal eyndelyk van deefe zaack ook kenMmmmm 2 nis  Rechtsvordering van de Admiraliteiten in Zeezaaken. 829 7- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende, aanfehryving aan 't Hof yan Venlo, om zig met geene zaaken, 'sLands in- en ait-gaande rechten raakende, te bemoeyen. Den 6 September 1758. /^ntfangen een Misfive van het Collegie \ J ter Admiraliteyt op de Maze, gefchreven te Rotterdam den vyfden deefer loopende maand, houdende, dat van den Ontfanger te Venlo kennisfe hadden bekoomen, dat het Hof aldaar had kunnen goedvinden, om onder fiet fpecieus voorgeeven van eenen Gysberts, Koopman, woonende binnen gemelde Stad Rotterdam, dat hy quali niet zoude weeten te geraacken aan zyn aghtervveefen door J. Emery, Fransch Koopman, aan hem verfchuldight , weegens den inkoop der Wynen, welcke door den Befiender 's Gravenweerd, aan de Stay te Venlo waaren aangehaald, en onder het opfight van de Officieren van het gemelde Collegie te Venlo waaren opgeflagen, arrest te verleenen op defelve Wynen, met interdictie en aan de Officieren van het Comptoir te Venlo voornoemt, en aan de Religieufen van het Klooster van Maria Weyde, (alwaar defelve Wynen waaren opgeflaagen) om defelve Wynen in prejuditie van voornoem¬ de Arrest te verbrengen of te laaten volgen. Dat het gemelde Collegie die onderneemingh niet anders confidereerde, dan als een toelegh om hunne Judicature over gemelde aanhaalinge te bedifputeeren, en het Officie Fiscaal alle mogelycke moeyte en impedimenten tegens het vervolgen van die aanhaalinge aan te doen en in den wegh te brengen; verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende in deefen hun reght van judicature en de goede ordre behoorlyk gelieven te maintineeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het Hof te Venlo zal werden aangefchreeven en gelast, zoo als het zelve gelast werd mits deefen, het gemelde Arrest ten fpoedighften in te trecken, en zigh met deefe of andere zaacken, raackende den ontfangh der inkoomende en uytgaande Reghten, in conformiteyt van haar Floogh Mogende Refolutie en Aanfchry vinge van den vier en twintighften December zeeventien honderd een en twintigh, niet te bemoeyen. 8. Refolutie van de Staaten Generaal, tot main- tien van de Admiraliteit, in derzelver recht van Judicatuure over de aanhaaling van zeekere Hunderen, die zonder Pasport vervoert waren. Den 16 November 1758. Ontfangen een Misfive van haare Koninghlycke Hoogheid, gefchreeven alhier in den Hage den zestienden deefer loopende maand; houdende, dat tusfehen Gecommitteerde Raaden ter Admiraliteyt in Vriesland ter eenre, en de Heeren Drost en Gedeputeerde Staaten der Landfchap Drenthe ter andere zyde, eenige discrepances waaren ontftaan ter zaacke, dat op den aghtften February laatstleeden, te Beylen in gemelde Landfchap door den Ontfanger van de voorfchreeve Admiraliteyt binnen Coeverden refideerende, op fuspicie van fraude waaren aangehaald vyf en twintigh ftucks Runderen, welcke zeedert op ordre van den voornoemden Drost en Gedeputeerde Staaten door den Scholtus van Beylen waaren verkoght en te gelde gemaakt, wordende aan de zyde van het voornoemde Collegie ter Admiraliteyt geallegeert, dat de voorgemelde aanhaalinge was gefchied om reedenen, dat de Dry vers van de voorfchreeve Runderen niet waaren voorfien geweest van eenigh Pasport of ander valabel bewys, dat van defelve Runderen by den invoer van buyten 's Lands Gereghtigheeden waaren betaald, of wel anders, dat de voorfchreeve Runderen van eenige binnenlandfche Plaats vervoert en gekoomen waaren, waar teegens wederom by de gemelde Drost en Gedeputeerde Staaten wierd gefuftineert, dat de voorfz. Beesten, dewelcke gedeftineert zouden zyn geweest om binnen 's Lands te worden verkoght, en van Stallen binnen 's Lands zouden zyn gekoomen, (en het geen ook omtrent een en twintigh van die Beesten zoude zyn beweefen, en ten opfighte van de vier overige beweefen zoude kunnen worden) in het geheel van geene Pasporten behoefden voorfien te zyn; dat de gemelde zaacke door het voorfchreeve Collegie ter Admiraliteit gebraght zynde ter kennisfe van hooghstgedaghte haare Koninglycke Hoogheid, met verfoek, dat daar omtrent de noodige voorfieninge zoude gelieven te doen, hooghstdefelve, na dat de voornoemde Drost en Gedeputeerde Staaten hadden gediend van hun belangh, gevoeghlyksthadden geoordeeld, dat de voorfchreeve zaacke wierde gebragt ter cognitie van haar Hoogh Mogende, als aan welcke de decifie over differenten onmiddelyk relatie hebbende tot Placaaten by haar Hoogh Mogende geëmaneert, natuurlyk was competeerende, zynde dienvolgende de MisMmmmm 3 five  Manier van procedeeren voor Dykgraaf &e. gg.| dat hun oorbaarlyk was, hy wille en ontheugenis van desfelfs Luiden van Ouderkerk voornoemt , en dat in der maniere dat de voornoemden Luiden van Oudlekkerland cn Zuidbroek houden zouden een Waaterkeering op Jan Floriz Landen van den Dyk af, de Waal om tot haar zelfs Landen toe, en zulks Zuid Oostwaarts tot op den hoek van haar zelfs Landen, in der tyd genaamt de kromme Kaade, een roede breed beneeden, en booven agt Voeten breed en derdehalf Voet hoog booven de Neevenlanden, met begeerte dat de voornoemde Waaterkeering op haar zelfs Landen (dat is van de voornoemden hoek Oostwaarts op tot zoo verre de Jurisdictie van Ouderkerk voorfchreeve is (trekkende) zoude weefen beneeden agt Voeten breed by den Roede, en booven zes Voeten breed, en alle die Dellen derdehalve Voet hoog booven de Neevenlanden, en al door dergelyke van de voornoemden hoogte en breedte, met byvoeging, dat waar het dat het aan de gemelde Heer dogte, dat deefe Waaterkeeringe voorfchreeve iets te groot of te klein waare, alfoo dat eenig van zyne voorzeide Ambagten van Oudlekkerland en van Zuidbroek of van Ouderkerk daar by belet waare, dat zoude ftaan ter zyner verbeetering of tot des geenen die hy dat beveelen zoude. Dat die van Lekkerkerk cn Zuidbroek in gebreeke zynde gebleeven de Kaade of Waaterkeering op Jan Florifz. Landen van den Dyk of de Waal om, in der tyd genaamt de Oosterboefem Kaade tot haar zelfs Landen toe, en voorts de daar aan geleegen Waaterkeering opbaar zelfs Landen, of zoogenaamde Kromme Kaade te onderhouden zoo als het behoorde, daar door was veroorfaakt, dat de Polder de Zyde beletfel of fchaade hadde geleeden , en dat daar over voor den Heere van de Leek Procedures zynde ontftaan, daar in zoodanige gewysdens, zoo van de fpeciaale Gecommitteerdens, door den Fleere van de Leek tot decifie van de voorfz. zaake benoemt, van den 10 Maart 1639, als naderhand van den Flove in datis den 31 July en 23 November 1640, als meede van den Hoogen Raade in Holland van den 9 July 1652 en 20 Maart 1655, waaren gevallen, als by de voorfz. Requeste omftandig zyn vermeld. Dat Schout en Geregte van Lekkerkerk wel verre van aan het voorfz. Handvest en opgevolgde Sententiën te voldoen, niet alleen van tyd tot tyd de vooifz. Polder de Zyde letfel en fchaade hadden gedaan, maar in hunne onderneeming zoo verre waaren voortgegaan, dat de voorfz. Polders de Kromme en de Geer ook groot nadeel door het Waater van Lekkerkerk waaren onderheevig geworden, en dat van de zyde van de voorfz. respeétive Polders wel alle middelen en weegen waaren ingefiaagen , om in der minne door die van Lekkerkerk daar van vrygeReld te worden, dog dat defelve daar toe niet hadden kunnen geraaken. Verfoekende de Supplianten, dewyl de Heerlykheid van de Leek voor eenige jaaren is gedenïernbreert, en de Ambagten daar toe gehoorende in verfcheide banden zyn geraakt dat haar Edele Groot Mog. tot vermydinge ven kostbaare en langwylige preliminaire proceduuren, de Cognitie en Judicature over dér Supplianten grieven dien aangaande gelieven te demandeeren aan Dykgraaf en Heemraaden van de Crmpenrewaard op zoodanig een wyfe als by dc Requeste is geexpresfeert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verRaan , Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard mits deefe te authorifeeren, om t' eenen feekeren te prefigeeren dage de Supplianten in deefen ter eenre, en Schout en Heemraaden van Lekkerkerk ter andere zyde voor hen te ontbieden, en ten o verRaan van defelve of hunne Gemagiigdens en op derfelver demctnftratie, zoo zylieden prefent willen zynen eenige demonftratie doen, en neemen inspeelde oculair van de voorfz. Oostkaade van den Dyk af, de Waal om tot den hoek van de Kromme Kaade toe, en voorts van Kromme Kaade van den hoek af tot het einde van de Polderde Zyde toe, en wyders zoo verre de Landen van die van Lekkerkerk Oostwaars loopen en (trekkende zyn tot de Land fcheiding tusfehen Ouderkerk en Berkenwoude, en als dan voorts na bevindinge van zaaken en ten koste van die geen van Parthyen, dewelke zy zullen vermeenen daar meede belast te moeten worden, de plano en buiten figuur van proces te ordonneeren, het gunt door Schout en Heemraaden van Lekkerkerk toe, ter voldoening van voorgemelde Handvest en opgevolgde Ordonnantie en Sententie, mitsgaders ten genoegen van Dykgraaf en Heemraaden voornoemt, na jeegenwoordige tyds omftandigheeden en geleegentheid van zaaken behoord gedaan en gemaakt te worden, ten einde werde geweert en weederftaan alle letfel of fchaade, dewelke de voornoemde Polders door die van Lekkerkerk zouden moogen hebben geleeden en verder nog zouden kunnen ryden, en dat alles zoo als Dykgraaf en HeemI raaden voornoemt tot nakoominge van het geeI ne zy lieden zullen hebben geordonneert, na I Dyk- en Heemregten zullen oordeelen te behooren, behoudens dat Partyen ten weederI zyden zullen zyn onverlet, om daar van op den | voet en in conformité van het twee honderd veertiende Articul van de Inftruétie van den I Flove, als meede van het twee en twintigfte en honderd eerfte Articulen van de Inftruétie j van den Floogen Raade te provoceeren. En zal hier van Extraét werden gefonden i aan Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard en ook gelyk Extract gegeeven worden aan de Supplianten, mitsgaders aan Schout en Heemraaden van Lekkerkerk, alles om te ftrekken tot derfelver narigt en zig daar na te reguleeren.  Manier van procedeeren voor Dykgraaf &c. 83$ raaden, dan wel voor de Vierfchaar van Waterland, en zoo haar Edele Groot Mogende niet mogten goedvinden'daar in daadelyk te disponeeren, als dan in bedenken geevende, of het haar Edele Groot Mogende niet zoude behaagen , om hangende derfelver deliberatien deefe zaak te renvoyeeren aan een ander Regter daar toe fpecialyk te committeeren, ongeprejudicieert het Regt dat beide de voornoemde Collegien daar toe mogten hebben, en zonder confequentie voor het toekoomende , voor ditmaal deefe zaake te termineeren, zoo als defelve zouden oordeelen te behooren, gelyk meede alle de verdere {tukken tot deefe zaake fpecteerende. Waar op gedelibereerd, en reflectie gemaakt zynde, zoo op het gunt uit de overgeleverde ftukken, ten opfigte van de regten der voorfchreeve twee Collegien van Waterland is gebleeken, als het geen tot welzyn der Dykagien van dien, het oirbaarfte en nuttigde is voorgekoomen, is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat de twee Perfoonen by den IBaiUiuw en Dykgraaf van Waterland over het berooven en pleegen van verregaande exces¬ fen aan de Waterlandfche Zeedyken geapprehendeert, by hem in qualiteit als Dykgraaf moeten werden te reg» gefteld voor het Collegie vart Heemraaden van Waterland voornoemt, gelyk voorts alle zaaken de Waterlandfche Zeedyken concerneerende, zoo weegens Dieveryen als alle andere< excesfen en geweldenaryen, wélke daar aarLZouden moogen werden begaan, zullen behooren aan de Cognitie van gemelde Dyk-Collegie, en daar voor zullen moeten werden beregt, ten einde by Heemraaden voornoemt in alle defelve zoodanig te werden regt geweefen en gevonnist, als defelve na de natuur en grootheid der delicten conform de Keuren en Ordonnantiën daar toe en ter confervatie van de voorfchreeve Waterlandfche Zeedyken geëmaneert, mitsgaders in conformité van de Placaaten van den Lande in Juftitie zullen bevinden te behooren. En zal Extract van deefe Refolutie werden gegeeven aan den Bailliuw en Dykgraaf van Waterland voornoemt, ten einde zig daar van te bedienen zoo zulks behooren zal. TIENDE TITUL. Betreffende de manier van Procedeeren voor Houtvester en Meesterknapen. Nihil ELFDE TITULBetreffende de manier van Procedeeren voor Stadhouder en Leenmannen. Nihil. VIII. Deel. Nnnn» TWAALF-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaakeri. 83* openen ende fluyten van de Poorten, ofte het uytgeven van 't IFoort, maar zulks privativelyk en alleen te laten verbly ven aan de Magiftraten van de voorfz. Steden, ftem in State hebbende. Ten anderen, dat de voorfz. Commandeurs met den Krygsraad in de voorgemelde Steden de Militaire Jurisdi&ie niet vorder zullen mogen gebruyken noch extendeeren, als over die nalatigheid ende overtredinge in Tochten ende Wachten, overgaan aan den Vyand, defertie van Compagnien, ofte verloop van d'eene Compagnie onder de andere zonder paspoort, mitsgaders over excesfen ende deliéten, die de Officieren ende Soldaten onderling of d'eene tegens den anderen zullen komen te begaan ende vorder niet; Invoegen, dat over alle andere zaken, zy zyn dan Crimineele ofte Civile, die Militaire Perfonen apprehenfibel, convenibel, justitiabel ende executabel zullen zyn by den Ciyifen ofte Politicquen Rechter, wiens Sententien mede over fchulden ende anders gewezen, by gebrek van gerede of ongerede goederen, op de Gag ie van den Gecondemneei den na de ordre van 't Land ter executie gefteld zullen worden* NB. Ziet wyders de Refolutie van de Staaten van Holland van den 30 September 1654. omtrent de Judicature over Communia deliéta by militaire Perfoonen begaan, Groot Placaat-Boek V, DEEL; fol. 105. 3. Refolutie van de Staaten van Holland, dat twee Burgerlijke Perfonen, wonende in de Steede Niervaart of de Klundert r die gezegt wier den by nagt langs het Ts over de PVallen van dezelve Stad geklommen te zyn, daar over niet voor den Militairen Krygsraad, maar voor den Hove van Holland moesten te regt flaan. Den 11 April 1658. By refumtie gedelibereert zynde öp den inhoude van de Requeste, by Burgemeefteren en Regeerders der Steede Niervaart, neffens Melchior van den Kerckhove ^ Castelyn en Rentmeester der Domainen van den Heere Prince van Orange, en Johan van Son, Secretaris aldaar, aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, op den 15 Maart laatstleeden , mitsgaders op het mondeling gededuceerde en gereprefènteerde, by de Heeren de Raad en van der Graaf, als Gecommitteerden van den voorfz. Hove op den 20 daar aan volgende alhier ter Vergaderinge gedaan, en rypelyk overwoogen de confideratien, reedenen en argumenten, die by ofte van weegen de Heeren Gecommitteerde Raaden ter eenre, mitsgaders by of van weegen de Prsefident en Raaden van den Hove ter andere zyde, waaren te gemoet gevoert, aan de Leeden van deefe Vergaderinge by Appoinétement en Refolutie , in datis refpeétive den 15 en 20 Maart voorfz. gecommitteert, tot examinatie van de gefeide Requeste, mitsgaders tot overweeginge van het gementioneerde mondeling gereprefènteerde en gededuceerde, en ferieufe reflectie genoomen zynde op de confideratien en het advis van de voorgemelde Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, dienthalven door monde van den Raadpenfionaris op den 6 deefer alhier ter Vergaderinge geopent, al¬ les breeder geëxpresfeert in de Notulen van denfelven daage: Is goedgevonden en verftaan , dat nademaal aan den Militairen Krygsraad niet bevonden en werd eenige de minfte Jurisdiétie gedefereert te weefen over Burgerlyke Stands-Perfoonen, de proceduuren in deefen gehouden en voorgevallen zullen werden aangefien en geconfidereert, als of defelve niet en waaren gehouden en voorgevallen, en dat dienvolgende de zaake herfteld zynde in zoodanigen ftaat, als defelve was voor het entameeren van de gefeide proceduuren, de kennisfe, judicature en decifie van dien raauvvelyk zal werden gelaaten aan den Prsefident én Raaden van den Hove, omme daar inne te procedeeren, en te doen, zulks als defelve ha regten en ftyle zullen bevinden te behooren , aangefien om verfcheiden gewigdge confideratien geoordeelt is, dat zulks by Scheepenen van der Niervaart voornoemt, in de teegenwoordige conftitutie aldaar,niet bequaamelyk zoude konnen gefchieden, en zal de boovenftaande Refolutie by Extract authenticq aan de opgemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders aan den gemelden Prsefident en Raaden van den Hove toegefonden werden, zoo omme te dienen tot derfelver refpeétive narigtinge, als omme. haar na den innehoude van dien te reguleeren* f^nnïin & R#  Juftitie cn Rechtsvordering in Militaire zaaken. 83? 6. Refolutie van de Staaten van Hotiaëd, om¬ trent de Judicature over een Soldaat, die een ander Soldaat in de Stad Monnickendam had doodgejloken. Den 16 Mty 1668. De Raad Penfionaris heeft ter Vergaderin- ! ge gerapporteert de Confideratien ende 't Advis van de Heeren haar Ed; Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge ende tot voldoeninge van derfelver Relblutie Commisforiaal van gisteren, geëxamineert ende overwogen her gereprsefenteerde van de Heeren Gedeputeerden der Stad Monnickendam , daar inne beftaande, dat des nachts tusfehen den eerften en den tweeden defer loopende maand zeker Soldaat van de Compagnie van Capitain Hinojosfa aldaar Guarnifoen houden- / de, op de publicque ftraate een ander Soldaat van defelve Compagnie met een mes in dier voegen gequetst hebbende, dat defelve aanftonts Van de quetfure geftorven, ende dë Perpetrant daar op door de Militie in apprehenfie genoomen was, de voorfz. Capitain was fuftinerende, dat in conformité van zekere Refolutie den 25 Maart des jaars 1651. by haar Hoog Mog. op de groote Zaale genomen, de voorfz. Delinquant voor de Militaire Krygsraad te rechte gefteld zoude behoren te werden, als zynde een delict tusfehen Soldaten onderling begaan; Edoch dat de Scheepenen der voorfz. Stede confidereerende, dat het voorfz, delicf, fchoon tusfehen Militairen begaan, echter was een gemeen ende geen Militair delict., ende zulks niet wetende, of zy in goeden gemoede de Judicature van ! 7> TF\e tyd ons voor het jegenwoordige niet JL^ toelatende met UEd. in het lange en breede te conferéeren over het different, dat althans meenigmaal voorvalt over de Jurisdictie van den ordinaris Rechter in Burgerlyke en Militaire zaaken, zoo wel ten aanfien van het Civiel als Crimineel; zoo hebben wy geoordeelt, dat by provifie, ende tot dat Wy met UEd. diesaangaande nader zouden hebben gedelibereert, zoude konnen werden vastgefteld, dat geene Politicque of Burgerlyke Perfoonen, nog in Civiele, nog in Crimineele zaaken, zouden konnen werden geconvenieert of aangefprooken voor den Krygsraad, ten waare de voornoemde Crimineele zaaken zodanigen dien konden negligeeren, ende den Krygsraad met de zaake laten bewerden, de Heeren hare Principalen bewogen hadden om haar Ed. Groot Mogende te verfoeken, dat defelve zouden gelieven te verklaren, voör wien de voorfz. Delinquant te rechte gefteld zoude behoren te werden; ook gerefumeert de voorfz. haar Hoog Mog. Refolutie, ende andere retro-acta daar op applicabel; Waar op gedelibereert zynde, hebben haar Ed. Groot Mog. verftaan ende verklaart, gelyk verftaan ende verklaart word by defen, dat de voorfz. zaake in hare nature ende achtervolgens het declaratoir, vervat in haar Ed. Groot Mog. Refolutie van den dertigften September des jaars zestien-hondert vier en vyftig, is ftaande , ende dienvolgende ook gelaten zal werden tot kennisfe ende judicatie van Scheepenen voornoemt; daar van by aanfehryvinge aan den Officier der voorfz, Stad Monnickendam, mitsgaders ook aan den voornoemden Capitain Hinojosfa kennisfe zal werden gegeeven, met last ende begeerte om zich daar naar prtecifelyk te reguleeren als naar behoren. NB. Ziet de Refolutie van de Staaten van van Holland van den 20 September 1746. wegens een dier gelyk geval, in 't Groot Placaat-Boek Vil. Deel. fok 1041. Militairen delicl impliceerden en met zig bragten, dat alleen tot kennisfe van de Krygsraad zoude behooren te fpecteeren; dat in Civiele zaaken alle Politicque of Burgerlyke Perfoonen, iets te eyfehen hebbende van Militaire Perfoonen , haare actie zouden mogen institueeren voor den Ordinaris Civilen Rechter, en dat de Militairen haar aldaar zouden moeten verantwoorden ; dat twee Militairen over Civile zaaken, elk van den anderen te eyfehen hebbende , zulks meede zouden moeten doen voor den Ordinaris Civilen Rechter: maar zo wanneer Militairen met Militairen eenige queestie zouden mogen hebben over haar Soldy of Gages, dat het zelve zoude behooren te werden Nnnnn 3 ge- Misfive van zyne Hoogheid Willem den HL Prince van Orange en Nasfau, aan den PPove van Heiland gefchreeven, behelpende voor [Jagen tot wegneeming van difputen over de Militaire Jurisdi&ie. Den 19 Mey 1675. Édele> Ërentfestë, PVyfe^ Hooghgeleerde, zeer Discrete Heeren, befondere goede Vrienden!  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. S39 Dat vervolgens de Praefident de zake ofte materie zal ftellen in deliberatie van de Leden , derzelver voten colligeeren, ende vervolgens met eenparigheid ofte pluraliteit van ftemmen concltideeren, zoo als bevonden zal werden te behooren. Dat den Hogen Krygsraad zig naarftelyk zal informeeren, of in de refpeétive Guarnifoenen van den Staat, waar die zouden mogen zyn, by de Krygsraden aldaar de voorfchreve Ordonnantie, mitsgaders verdere Placaten, Ordres en Reglementen, wel naar behoren werden onderhouden, geobferveerd ende geëxecuteerd , ènde wel fpecialyk of de Juftitie in de gemelde Krygsraden onverhlnderlyk haar behoorlyken cours hebben, zodanig dat de fchuldige zonder eenige conniventie geftraft, ende de onfchuldige vrygefproken werden, omme tegens degebrekige ofte contraventeurs van dien na rigeur geprocedeerd, en daar inne voorzien te werden, zodanig als na exigentie van zaken bevonden zal werden te behoren. Dat ook de Advocaat Fiscaal voornoemd zoo haast by hem yets ontdekt of ondervonden zal wezen, dat contrarie de voorfchreve Ordonnantie op de difcipline Militair, mitsgaders verdere Placaten, Ordres ende Reglementen, by yemand zal wezen gedaan, hy gehouden werd terftond het zelve den Prsefident ende die van den Hogen Krygsraad voorfchreven aan te dienen, ende daar op te wagten ende te agtervolgen derzelver last, zoo om praeparatoire informatien in de zake te nemen , als omme tegens de overtreders en contraventeurs te procedeeren, aanhoudende tot dat hy daar op verklaaringe kryge, om dat hy geen Procesfen zonder last van de Heeren Staaten Generaal, Raden van Staate, ofte den Hogen Krygsraad voornoemt zal mogen aanvangen. Dat de Advocaat Fiscaal voornoemt dezelve verklaringe verkregen hebbende, met alle neerftigheid en getrouwigheid ex officio tegens de voorfchreve Contraventeurs zal procedeeren volgens den inhoud van de voorfclireve Ordonnantie, mitsgaders verdere Placaten, Ordres en Reglementen, of by faulte van dien volgens de befchreven Wetten. Dat hy ook den Hogen Krygsraad voornoemt in alle zaken, zoo criminele als civiele (zoo menigmaal hy daar toe verzogt zal werden) finceerlyk zal dienen van zyn advys, zonder eenig ander refpeét in dezelve te dragen als op den meesten dienst, ende oorbaar van de Generaliteyt ende den Lande. Ende omme daar inne te vryer te wezen, zal hy niet vermogen van iemand in het particulier eenige Wedden of Penfioen te nemen, of in iemands zaaken, vallende voor den Hogen Krygsraad voornoemt, te confuleeren, advifeeren, nogte te dienen. Dat de Prsefident van den Hogen Krygsraad goede zorge zal dragen in gevalle van Amenden of Confiscatien van Goederen dat dezelve komen in handen van den Griffier van denzelven Hogen Krygsraad, ten eynde hy die getrouwelyk beware, om aan den Lande te verantwoorden, zonder aan iemand ter wereld iets daar uit te betaalen, als tot de bevorderinge van dien, ende de Juftitie Militair , ende niet als met fpeciale ordre van den Prsefident van den Hogen Krygsraad voornoemt, het welke denzelven Griffier gehouden zal zyn aan den Lande te doen blyken. Dat vervolgens de Advocaat Fiscaal voornoemt ingevolge van de voorfchreve Inftruétie, als mede de Ordonnantie van Koning Philips op de maniere van procedeeren in criminele zaken, van dato den negenden July 1570, alhier in obfervantie, hem met de voorfchreve Amenden en Confiscatien niet en zal hebben te bemoeyen, ofte eenige van dien onder hem flaan. Dat om alle ongeregeltheden, zoo omtrent de leges van den Advocaat Fiscaal ende Griffier, mitsgaders falaris van de Deurwaarders, Advocaten en Procureurs voor den Hogen Krygsraad voornoemt poftuleerende, voor te komen, dezelve zullen werden gereguleert ende getauxeert op dien voet, als het zelve voor de Heeren Raden van Staate ende den voorfchreven Hove van Holland gebruikelyk ende in ufantie is. Ende alzoo door het afwezen van denPrtefident, Fiscaal en Griffier voornoemt de zaken zoo civiele als crimineele veeltyds in longeur werden getrokken, zoo hebben wy, om het zelve en andere inconvenienten voor te komen, goedgevonden, dat zy alle haar met 'er woon zullen hebben te onthouden in de Jurisdiétie van 's Gravenhage. Eindelyk is onze expresfe wille ende begeerte, dat zoo wel den Hogen Krygsraad, als andere Subalterne ofte Guamifoens Krygsraden , in het jugeeren over crimineele zaken haar ftriételyk ende exaételyk zullen binden ende gedragen aan ende na den Articulbrief, mitsgaders Placaten ende Regten dezer Landen , ende de verdere onfe Ordres en Reglementen, zonder aan iemand, uit wat confideratien het zoude mogen wezen, eenige de minfte gratie, remisfie, pardon ofte faveur (die wy privativelyk van alle anderen voor ons referveeren) te mogen bewyzen of verleenen, op poene van daar over gecalangeert en geftraft te werden na exigentie van zaken. Alle welke Poinéten wy begeeren dat exaételyk zullen werden nagekomen, onderhouden ende geëxecuteert, niet tegenftaande andere onze Refolutien, Ordres, Reglementen of Inftruétien ter contrarie. Aldus gedaan in 's Gravenhage den 27 Oétober 1700. (Was geteekend,) WILLIAM. R. (Onderfiond,) Ter Ordonnantie van zyne Majefteit. (En gecontraftgneert,) D'ALLONNE.  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. ten einde om te (lellen de vereyfchte ordre op het vervolgh en afdoening derfelve: en dat tot prompter expeditie van alle andere onafgedane zaken, dezelve met het fcheyden van het Leger zullen devolveeren aan de ordinaris Krygsraad van de Plaats, alwaar de Gedaagde Guarnifoen gaat houden, of, zoo daar geen behoorlyke Krygsraad is, gelyk gebeuren kan in Forten en Schansfen, aan den Krygsraad van het Gouvernement of Commandement, waar onder dezelve reforteren, of, zoo ook daar geen genoegfaam Guarnifoen is tot het formeren van een Krygsraad, van de naastgelegen Plaats, aan welke de bovengemelde Griffier zal hebben met het fcheyden van het Leger geëvangelifeert over te zenden de Notulen en Dingtalen met de Rukken, die onder hem zullen gefurneert wezen : en eindelyk dat aangefchrevenzal worden en gelast, gelyk gelast IO. Ontfangen een Misfive van de eerfte prefideerende en andere Raaden van Brabandt, gefchreeven alhier in den Hage den 17 defes, zendende daar nevens ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 19 November 1703. een Concept Fïuwelyks Contraét, geformeert door tusfchen-koomen en op rapport van de Fleeren Commisfarisfen van den gemelden Raade, rakende den Capitain Burchley en Diana Granatier, en by welke Refolutie haar Hoog Mog. hadden gelieven te ordonneeren, dat Willem van der Slecht, Notaris alhier in den Hage, als aangeftelde Curateur om de Perfoon van den voorn. Burchley (zig abfenteerende) te reprefenteeren omtrent het maken van de voorfz. Huwelykfche Voorwaarde, zoude compareeren voor Commisfarisfen van den gem. Raade, ende ten overftaan van dezelve met en beneffens de Supplianten ende haare Dogter procedeeren tot het opregten van dien, en in cas van discrepantie dezelve door den gem. Raade te laaten arbitreeren, om vervolgens by haar II. Is gehoort het rapport van de Heeren van Burmannia, Thefaurier Generaal Hop, en Secretaris van Slingelandt, hebbende in gevolge van haar Edele Mog. Refolutie van den VIII. Deel. 841 word by delen, aan de Commandeurs en Krygsraden in de Steden ftem in Staat hebbende, precifelyk te agtervolgen de bovengemelde Refolutie van de gezamentlyke Bondgenoten , waar van Copie aan haar zal gefonden weiden: en aan alle de Gouverneurs, Commandeurs, ende Krygsraden indiftinételyk, dat zy voortaan in alle zaken , fpeétei ende ter harer kennisfe, zoo criminele als andere , Recht doen, zoo als zy zullen oordeelen in goede Justitie te behooren, zonder haar Vonnisfen te zenden om approbatie, als ftrydig met het oud gebruik, en met de gewoone wyfe van Rechtspleginge , voorbchoudens niet te min het middel van Appel in alle zaken , die apppellabel zyn na de gemeene Rechten , ende is op het ftuk van de Pardonnen en Gratiën geen Refolutie gevallen. Hoog Mog. in een finaal Huwelyks Contract, te converteeren; Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan het voorfz. Contract van Fmwelyk mits deefen te arrefteeren : zullende aan Parthyen ter hand gefteld worden, om by dezelve geteekent te werden, en haar daar na te reguleeren. Voorts is by deeze geiegentheyd goedgevonden en verftaan, nademaal by experientie bevonden word, dat veele civiele zaaken, tot de ordinaris Juftitie fpe&eerende, door abuys ofte oogluykinge van den ordinaris Regter, van dezelve werden afgetrokken, en gebragt aan den Krygsraad; mits dezen te verklaaren, dat alle civiele zaaken, waar in de Ingezeetenen dezer Landen zyn geconcerneert, moeten gebragt worden voor den ordinaris en competenten Regter, en niet voor den Krygsraad, die in zodanige zaaken geen Jurisdictie heeft. En zal Extraét van deeze haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan den Raad van Braband tot haare narigtinge. 24 der voorleede maand, overwoogen wat ordre zoude konnen gefteld worden zoo tegen de meenigvuldigheid, als op het vervolg, der Arresten op de Ordonnantiën by den Raad gedepeO o 0 o o cheert Refolutie van de Staaten Generaal, houdende, dat de Krygsraad in civiele zaaken, waar in Ingezeetenen deezer Landen zyn geconcerneert, geen Jurisdiclie heeft. Den 21 January 1704. Refolutie van den Raad van Staate, wegens het verleenen van Arresten op de Ordonnantiën, hy denzelven Raad gedepecheert wordende, ten behoeve der Militaire Off eieren, Aanneemer s yan Werken, en anderen. Den 28 Juny 1711.  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 843 13. Refolutie van den Raad van Staate, dat de Krygsraden mede met advys van Regt sgel eer den Vonnis fen kunnen wyzen. Den 28 February 1714, Ontfangen een Misfive van P. v. Affelen Auditeur Militair tot Sluis, gefchreven aldaar den 25. dezer, waar by hy door ordre van den Krygsraad overzend de informatien, genomen ten laste van vier Perfonen over begaane Diefftal, en het beklimmen van de Stads Wallen, nevens derzelver Confesfien, met verzoek om geallegueerde reedenen, dat haar Edele Mogende dezelve gelieven te ftellen in handen van 'sLands Advocaten: Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, te ordonneeren aan die van den Krygsraad te Sluis, dat zy regt doen volgens de Placaaten, en zoo zy meenen daar toe nodig te hebben het advys van Regtsgeleerden, dat zy het zelve aldaar of ter naaster plaatze kunnen inneemen. 14. Refolutie van den Raad van Staate, dat u Scheepenen in de Steeden niet bevoegt zyn kennis te neemen van quajlien over de Soldyen, met den aankleven van dien; als mede dat aan de Magiftraten van de Steden niet competeert het doen yan \ Jnterdi&ien &c. aan de Krygsraden omtrent het 1 fiuk der Judicature. Den 2 November 1714. Is gehoord het rapport van den Secretaris van Slingeland, hebbende, ingevolge van haar Ed. Mog. Refolutie van den 15. der voorleeden maand, geëxamineert een Misfive van die van den Krygsraad te Nimwegen, waar by dezelve bekend maakt, dat de gewezene Chirurgyn-Major van het Regiment Dragonders van Slippenbach, fuftinerende nog eenige Gagie te goed te hebben, de Officieren van het Regiment gedagvaart heeft voor Scheepenen, welke de kennis van die zaak zouden aangenomen hebben, en dat de Officieren daar van kennis gegeven hebbende aan den Krygsraad, en dezelve daar op den gewezen Chirurgyn-Major, hebbende gedaan dagvaarden, de Magiftraat der voorfz. Stad den Commandeerenden Officier van het Guarnifoen zoude ontboden hebben, en gelast, dat de Krygsraad zoude ftil ftaan met de proceduren tegens den gewezen Regiments-Chirurgyn: Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan de Magiftraat der Stad Nimwegen by Misfive zal aangewezen worden, dat Scheepenen niet bevoegt zyn kennis te nemen van queeftien over de Soldyen met den aankleven van dien; dat het doen van Interdicfien, en het geven van Ordres aan de Krygsraaden omtrent het ftuk der Ju¬ dicature, niet competeert aan de Magiftraten van de Steden, maar aan den Raad van Staate ; en dat de voorfz. gewezene RegimentsChimrgyn, meenende qualyk gedagvaart te wezen, en geen exceptie willende proponeren, nog zig genoegen met niet te willen compareren voor een Rigter, die hy aanziet incompetent, maar de proceduren ftuiten by wegen van Interdictie, zig ten dien einde moet addresferen aan haar Ed. Mog., en dat de Magiftraat op die gronden zal verzogt worden, aan de eene kant te doen de nodige voorzieninge, ten einde dat Schepenen zig onthouden van het nemen van kennis van quseftien over de Soldyen, met den aankleven van dien, en dat de Officieren dien aangaande niet mogen werden geinquiëteert met proceduren voor dezelve, en aan de andere kant geen Interdictie of Ordres te geven aan den Krygsraad omtrent het ftuk van de Judicature, maar aan haar Ed. Mog. te laten, na de ordre van de Juftitie te voorzien tegens alle onordentelykheden, die begaan zouden kunnen worden door den Krygsraad, op de klagten daar over aan haar Ed. Mog. te doen, waar toe dezelve altyd gereed gevonden zullen worden. Ooooo & .Re-  Juftitie en. Rechtsvordering in Militaire zaaken. 845 l7* Refolutie van Gecommitteerde Raaden, dat de^ Traétementen en Penfioenen van Militaire Officieren voortaan niet verder dan voor een derde arreftabel ofte aan kortingen fubjeét zullen zyn. Den 5 Mey 1725. Is naar voorgaande deliberatie, en om zeer goede reedenen, haar Ed. Mog. daar toe moverende, goedgevonden en verftaan, dat van nu voortaan de respeétive Traélementen en Penfioenen van Militaire Officieren, van de Collonels tot de Vendrigs inclufive, niet verder arreftabel zullen zyn, nogh ook op defelve Militaire Traélementen en Penfioenen uit hoofde van eenige fchulden, hoe ook genaamt, geen verdere kortingen zullen mogen werden verleent, dan alleen voor een derde part van dien, zondermeer, al was het zulks dat eenig Militair Officier in faveur van eenige zyner Crediteuren het zelve kwam over te geven, of ook daar toe eenig verfoek te doen; ende zal van defen gegeven werden Extrad aan de Commifen ende den Boekhouder van de Finantie,als mede aan de Solliciteurs Militair, en anderen des begerende, om te dienen tot haare narigtinge, en om 'er zig na te reguleeren. l8' Refolutie van Gecommitteerde Raaden, hou- aen de ordre, om geen kortingen op Militaire Traétementen te verzoeken wegens fchulden beneden de 25 guldens. Den 15 September tfif. In agtinge genoomen zynde, dat meenigmaal aan haar Edele Mog. Requesten voor komen, om te hebben kortinge op de Traélementen van Officieren voor een derde wegens fchulden van zeer kleyne importantie, eiawaar omtrent de onkosten verre de fchuld komen te furmonteeren: Is goedgevonden ende verftaan, dat van nu voortaan geen Requesten van kortingen zullen werden aangenomen, en ook niet mogen werden geprefenteert, tenzy de Schuld meerder als vyf en twintig Guldens zal komen te bedragen. En zal van deefe gegeeven worden Extraét. aan de respeétive Procureurs, om haar daarna te reguleeren. 19. Refolutie van den Raad van Staate, dat de Auditeurs Militair niet fubjeét zyn aan de Jurisdiétie en Judicature van de Krygsraaden, maar onmiddelyk aan die van den Raad van Staate, Den 12 April 1728. Is gehoord het rapport van den Secretaris Ten Hove, hebbende, ingevolge van haar Edele Mog. Refolutien van den 31 der voorledene Maand, geëxamineert een Misfive van den Krygsraad, en een van den Auditeur Militair van het Guarnifoen te Namen, rakende zekere Proceduren van Injurie. door den Ondermajoor Teisfedre tegens den voorn. Auditeur voor denfelven Krygsraad geëntameert; waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan te refcribeeren aan voorgemelden Krygsraad, dat by verfcheide Refolutien van haar Edele Mog., van tyd tot tyd genomen, vastgefteld zynde, dat geen Auditeurs Militair voor de Krygsraaden aangefproken mogen werden, maar dat defelve onmiddelyk onderworpen zyn de Jurisdiétie en Judicature van defen Raad, daar van niet kan afgegaan worden; dog dat haar Edele Mog. aan het oordeel van den Krygsraad te Namen overlaten, of de voornoemde Auditeur Militair Boomhouder voor het proponeeren van de exceptie van incompetentie zig vry willig voor den Krygsraad in de principale zake in qusestie heeft ingelaten; in welk geval de geproponeerde Exceptie gerejeéteert zoude kunnen worden. UÖQOO %  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 847 Namen aan de Gak te flaan. het pebemA isr I o 7 o — dat eenen Willem Otto, geboortig van Walbeek , gelegen in 't Pmisfifche omtrent de Stad Gelder, Soldaat in de Compagnie van Capitein Hamel, die mede onder die Deferteurs was opgegeven, en dienvolgens mede in die Sententie begrepen, zig op den25 der voorleden Maand vry willig aldaar in het Guarnifoen hadde aangegeven, om zig weder by het Regiment en zyn Compagnie te vervoegen, voorgevende met veel waarfchynelykheid niet te zyn gedeferteerd, nog ooit daar toe gedagten te hebben gehad, om dat drie dagen voor de expiratie van zyn verlof, na het Guarnifoen willende keeren, onderweeg door een Pruififche Onder-Officier en vier Soldaten met geweld zyn Pas was afgenomen, die in 't Vuur geworpen, en hem tot den Dienst gedwongen, zonder dat hy, als niet konnende lefen nog fchryven, daar van kennis had konnen geven, tot dat hy voor omtrent 14 dagen geleden occafie had gevonden, om weder uit den Pruisfifchen Dienst te konnen echappeeren, om zig by zyne Compagnie te vervoegen: Dat zy niet bevoegt zynde de voorfz. gewezene Sententie te altereeren of te veranderen, en het de iniquiteit zelve zoude wezen iemand met de dood als Deferteur te ftraffen, die met geweld was weggevoerd, en tot een vreemden Dienst gedwongen, zy van haar pligt gegeoordeeld hadden van het voorfz. geval kennis te geven aan haar Edele Mogende, en derfelver ordres te verfoeken, waar na zy zig in defen zouden kunnen reguleeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verRaan aan de voornoemde Krygsraad te refcribeeren, dat een Vonnisfe op intendith of in contumacie gewefen nooit kan nog mag geëxecuteert worden tegens een Gecontumaceerde, indien hy naderhand of van zig zeiven wederom komt, of gevangen word, voor en aleer hy op nieuws, en even als of het Contumaciele Vonnis niet gewefen was, in zyne defenfie is gehoord; en dat een Regter die defenfie gefundeert bevindende, onaangefien het contumaciele Vonnis, den Gevangen kan of mag vryfpreken , en dat dienvolgende de voornoemde Krygsraad den gemelden Willem Otto op nieuws in zyne defenfie zullen horen, en tegens hem op nieuws een Vonnis vellen, zonder dat daar tegen eenigfints obfteert het voorgemelde contumaciele Vonnis. 23. Appoindtement van den Raad van Staate, op de Requeste yan Johan Schutters, Auditeur Militair, houdende dat een Auditeur Militair met deszelfs Familje niet onder den Burgerlyke» t maar alleen onder den Militairen Regter gshoren. Den 8 February 1737. De Raad heeft na deliberatie goedgevonden en verRaan te verklaren, dat de Auditeur Militair met deszelfs Familje, als gehorende tot den Etat Major, welke jouisfeeren van dezelve voorregten van het Guarnifoen, niet gehoren onder den Burgerlyken, maar alleen onder den Militairen Regter; dat dienvolgende den Schout en Geregte van Venlo zal werden geinterdiceert, gelyk dezelve geinterdiceert worden by dezen, eenige Jurisdictie over gem. Auditeur Militair of deszelfs Fluisgefin en Familje te oeffenen, of 't geen daar tegen zoude mogen gedaan zyn, weder af te doen. Actum den 8 February 1737. 24. Refolutie van den Raad van Staate, wat omtrent het uit/lellen yan de ftraffen van zwangere Vrouwen by de Krygsraden moet geobferveert worden. Den 4 Maart 1738. Ontfangen een Misfive van den Krygsraad des Guamifoens tot Sluis, gefchreven aldaar den 16. der gepasfeerde maand February, waar by dezelve aanhaar Edele Mogende kennisfe geeft, dat zekereFrancina Pieterseen Soldaten-Vrouw by haar Vonnis, ten zeiven dage geflagen, gecondemneert is om te werden gegeesfeld en gebannen: dat alvorens het voorfz. Vonnis ter executie is gebragt, de voorfz. Krygsraad in het zekere geinformeert is, dat de voorfz. Francina Pie- ters tusfehen de drie en vier maanden zwanger is, dat daarom gemeend heeft daar van kennife aan haar Edele Mogende te moeten geven, zig bezwaard vindende , om, zonder voor af daar van kennis te hebben gegeven, haar zoo lang te laten blyven by den Provoost, tot dat zal hebben gekraamt, en in ftaat zal zyn om de ftraffe te kunnen ondergaan, verzoekende daar op haar Edele Mogende ordres : Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, nademaal de voorfz. Fran-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 849 noemden Deferteur moet laaten jouïsfeerenvan het Generaal Pardon, zonder hem op te leggen eenige extraordinaris ftraffe, voor eerst, om de kortheid des tyds, welcke verloopen is na het expireeren van den termyn, by haar Hoogh Mogende Placaat weegens het Gene¬ raal Pardon voor Deferteurs gefixeert, en ten anderen, om dat de reedenen, welcke hy tot zyne excufe allegeerd, waarom zich niet binnen den bepaalden tyd heeft gefifteerd, niet onwaarfchynlyck voorkoomen. 27-, Refolutie van de Staaten. Generaal, waar by verftaan is, dat zeker Deferteur wegens zyne begaane defertie zal worden gepardonneert, zonder egter daar by den Capitein te verpligt en, om den~ zeiven Deferteur weder in zyn Compagnie, waaruit hy gedeferteert was, te neemen, en te laten dienen als Soldaat. Den 26 April 1741. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den een en twintighften deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den een en dertighften der voorleede maand, derfelver Advis op de Requeste van Pieter Crop, geweeièn Soldaat in het Regiment van den Hertogh van Saxen - Eyfenach, onder de Compagnie van den Capitein W. F. van Burmania; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende aan den Suppliant gelieven te permitteeren , om zich wederom by het voorfchreeve Regiment te moogen begeeven, en dat haar Hoogh Mogende den Capiteyn W. F. van Burmania gelieven te gelasten, om den Suppliant weder in zyn Compagnie te neemen, en te laaten dienen als Soldaat. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant zyne begaane defertie zal werden gepardonneerd, laar toe ten zynen behoeve Brieven van Parlon in behoorlycke forma zullen werden gedepecheerd , mits zich fisteerende by dc ComDagnie waar onder hy gediend heeft. En werd het verder verzoeck by de voorchreeve Requeste gedaan, ten eynde haar rloogh Mogende den Capiteyn van Burmania wouden gelasten, om den Suppliant weder in syn Compagnie te neemen, en te laaten dieaen als Soldaat, mits deefen afgeweefen. 2g# Refolutie van de Staaten Generaal, waar by Jacobus Wils, geweezen Soldaat, begreepen is in> het Generaal Pardon, mits zich fifteerende by zyne Compagnie, doch ten aanzien van zyn verzoek, gm niet geapprehendeert te worden, werd afgeweezen, en den Auditeur te Sluys gelast tegen den zeiven te procedeeren. Den 29 July 1741. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den zes en twintigften deefer loopende maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den twee en twintighften February laatstleeden, derzelver advis op de Requeste van jacobus Wils, geweefen Soldaat in het Regiment van den Generaal Major David Alexander de Balfour, in Guarnifoen leggende te Yzendyck, te kennen geevende, dat hy Suppliant het ongeluck hadde gehad van te Gent zeeckeren Jacobus Duyf kens te quetfen, zoo dat hy kort daar na was koomen te overlyden, dogh in welck geveght hy meende te hebben geobferveert het moderamen inculpatte tutelee; verzoekende, nademaal hy Suppliant zig zeedert die tyd van zyn Compagnie hadde geabfenteert, dat hy van het Generaal Pardon, by haar Hoogh Mogende den een en dertigften AuguVIII. Deel. fty zeeventien honderd veertig gedaan emaneeren, magh jouïsfeeren; en voorts dat haar Hoogh Mogende den commandeerenden Officier van Yfendyck en alle anderen, des noods gelieven te ordonneeren, den Suppliant op geene aanfchryvingh van Scheepenen van Gent reeds gedaan, of welcke in het vervolg nogh zoude moogen werden gedaan, ter zaacke voorfchreeve te apprehendeeren of over te geeven. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant, als begreepen in het Generaal Pardon by haar Hoogh Mogende den een en dertighften Augufty des voorleeden jaars geaccordeert, aan alle die geenen die voor dato van het zelve Placaat zyn gedeferteert, de voorfz. begaane defertie zal werden gepardonneert, daar jtóe t'zynen behoeven Brieven van Pardon 1 in behoorlycke forma zullen werden gedepeI cheert, mits zigh fifteerende by zyn ComPpppp Pag"  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. cfoar uyt was geweest, tot welcken tyd hy nogh onder de Jurisdiétie van den Militairen Reghter zoude behooren, breeder in de voorfchreeve Misfiven en in de Notulen van den twintighften, vier en twintighften en zes en twintighften der voorleede maand vermeld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den Kryghsraad van 's Hertogenbosch zal werden aangefchreeven en gelast, zoo als gelast werd mits deefen, den voornoemden Delinquant, zynde een 851 Vreemdelingh, befchuldight over diefftal, met de Papieren, en het geen verder by hem is gevonden, over te leeveren aan den Hooghfchout van 's Hertogenbosch, om vervolgens voor Scheepenen aldaar te reght gefteld te werden. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden werden aan den Hooghfchout van 'sHertogenbosch, mitsgaders aan den Commandeur de Guy , om te ftrecken tot derzelver narightinge. 31. Refolutie van de Staaten Generaal, betrek¬ kelyk het fchouwen van verdronken of andere doode Lichaamen, fpeciaal van Militaire perfoonen, binnen het Diftricl der Fortificatiën in de Barrières» Den 16 O cl ober 1750. Is gehoord het rapport van de Heeren van Lobenzeis, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Barrieren, hebbende, in gevolgeen tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den vyftienden September laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate geëxamineerd een Misfive van den Secretaris van den Heere van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheyd Prins Carel van Lottharingen, als Gouverneur der Oostenryckfche Neederianden, gefchreeven te Brusfel den veertienden daar te vooren, zendende daar neevens een hem uyt de Secretarye van Staat ter hand geftelde Memorie over een Soldaat van het Guarnifoen van Doornick, waarfchynlyck aldaar verdroncken; en hebbende daar beneevens geëxamineerd het Beright van den Lieutenant Generaal Lewe, Commandeur der voorfchreeve Stad, aangaande het gemelde geval, als meede de Confideratien van denfelven, mitsgaders die van den Generaal van Schwartfenbergh, Gouverneur van de Stad en het Casteel van Namen , en van den Lieutenant Generaal Lely, Commandeur der Stad Yreren, op den voorflagh door hooghgemelde zyne Hoogheyd, tot voorkoomingh van disputen tusfehen de Magiftraaten en Etats Majors in de Barrière Steeden over het Schouwen van verdroncken Ligchaamen en diergelycke by de voorfchreeve Memorie gedaan, alle by den Raad van Staaten gerequireerd, en door gemelde Heeren Gecommitteerden in de voorfchreeve conferentie geëxhibeert. Waar op gedelibereerd, en ingenoomen zynde het hooghwys Advis van zyne Hoogheyd den Heere Prince van Orange en Nasfau , Capiteyn en Admiraal Generaal van de Unie, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Secretaris van gemelden Heere van Haren zal werden aangefchreeven, dat hy op voorfchreeve Memorie, voor zoo veel het parti¬ culier geval, daar by vermeld, betreft, zal antwoorden, dat het Lighaaan in questie volgens het Beright van den Lieutenant Generaal Lewe buyten alle bedencken is geweest het Ligchaam van een Soldaat, by notoir ongeluck verdroncken, en dat het is gevonden geworden tusfehen de Pont des Trous (zynde de laatfte Brug van de Stad in haare Ringhmuur) en de Verlaat - Sluys, dight by het oude Hooymagazyn, gevolghlyk binnen het Diftriét der Fortificatiën, binnen het welck niet de Magiftraat , maar de Etat - Major altoos privativelyk de Schouwen over verdroncke Lighaa*men en in andere diergelycke gevallen, heeft laaten doen, zulks dat, zoo wel de qualiteyt van de Perfoon, als de plaats daar het Lighaam gevonden is, den Etat-Major hebben bevoeght gemaackt, om met dat Lighaam te handelen, zoo als zy oordeelden te behooren, ën dat de Magiftraat met het aanbrengen van dit geval aan zyne Hoogheyd Prins Carel van Lottharinge niet anders fchynd te hebben gebuteerd, als weederom nieuwe verdrietige moeyelykheeden te fusciteeren. Dat, met betrekkingh tot den boovengemelden voorilagh, ter voorkoomingh van disputen tusfehen de Magiftraaten en Etats-Majors in het toekoomende, by de respeétive Confideratien van den voornoemde Gouverneur en Commandeur eenpaarighlyk word gepofeerd, dat de Magiftraaten der Barrière - Steeden zigh voor deefen nooyt hebben aangemaatight eenige Aéte van Jurisdiétie, en fpecialyk niet van het Schouwen van Verdroncken, Doodgefchooten, Gequetste of diergelycke Lighaamen binnen het Diftriét der Fortificatiën te pleegen, en dat binnen de Steeden zelve het gebruick altoos geweest is, dat Commisfarisfen uyt de Magiftraaten de Schouw hebben gedaan over haare Burgers, en Gecommitteerde Militaire Officieren over de Militairen, zonder dat desweegens differenten zyn ontftaan. Dat de voorfchreeve diftinétie aan haar Ppppp 2 Hoogh.  Justitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 853 33* Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van den Magiftraat van Venlo, in derfelver recht van Judicatuure over Militaire perfoonen, die zig aan Contraventien en fraudes in 't ftuk van Gemeene Middelen fchuldig maken. Ben 5 November 1751. Is gehoord het rapport van de Heeren van Lobenzeis, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de Militaire zaaken, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegen en twintighften der voorleeden maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van den Magiftraat der Stad Venlo, gefchreeven aldaar den zes en twintighften daar te vooren, houdende, dat de Portier van de Keulfche Poort aldaar op Zondagh den vier en twintighften derfelver maand hadde aangehouden zeeckere Soldaaten Doghter, met naame Maria Margareta Steva, die hy geattrapeert hadde met een Blaas Genever van ongeveer anderhalve Kanne. Dat de Paghters van de Brandewyns-Accys en het groot Gemaal van die Stad daar over aanftonds hadden klaghtigh gevallen aan den regeerenden Burgemeefter Ruys, op wiens ordre het was geweest, dat voorfchreeve Maria Margareta Steva was gebraght in de Hoofdwaght; waar uyt de Collonel Sandoz, commandeerendehet Guarnifoen aldaar, haar op reclame van gemelde Burgemeefter hadde laaten volgen, om op den Raadhuyfe gebraght te worden,alwaar defelve nogh gearrefteert was. Dat by het verhoor, het geen gemelde Magiftraat over voornoemde Soldaaten Doghter hadde gehouden, zy niet alleen ten eerften het faétum hadde bekend, maar ook als conmetudinaire Defraudateurs van gemelde Stads BrandewynsAccys gedenuntieert, zeeckeren Marchand, Soldaat onder het Regiment van den Generaal Major Cornabé, Compagnie Crofa, aldaar in Guarnifoen, en desfelfs Huys vrouwe Maria Jofeph, by dewelcke zy alsDienstmaaght was inwoonende, dat haare Moeder Maria Catharina Conroup oock uytdroegh, dat gemelde Maria Jofeph, Huysvrouwe van den Soldaat Marchand, aan haar op voorfchreeve Zondagh hadde bekend, dat zy gegeeven hadde het Geld om de Genever te koopen; biyekende al het zelve by authenticque Copie der Informatien neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght fub Lit. A. Dat voornoemde hunne regeerende Burgemeefter Ruys daar op hadde gerequireert den Collonel Sandoz, om den Soldaat Marchand en zyne Huysvrouwe te doen arrefteeren en in de Waght brengen, het geen oock daadelyck was gefchied , maar dat als wanneer hunnen gemelden Burgemeester hadde verfoght extraditie derfelve , op dat zy hunne Jurisdictie en Judicature over hun zouden konnen exerceeren, en in gevalle plightigh bevonden wierden doen ftraffen,ook teegens de voornoemde Maria Margareta Steva confronteeren, en voorts verder verrighten het geen hunne Landsreghten en haar Hoogh Mogende Placaaten en Refolutien vereyschten, gemelde Collonel Sandoz geweygert hadde de voornoemde Soldaat en zyne Huysvrouwe aan hun over te geeven en te laaten volgen, op pretext dat dezelve waaren Militairen, en van zyn onderhebbende Guarnifoen. Dat gemelde regeerende Burgemeefter Ruys zigh daarom hadde beroepen op de ordre van zyne Doorkightige Hoogheyd, neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght fub Lit. B., waar by nytdnickelyk was geftatueert; „ dat „ de Judicature over alle Militaire Perfoonen „ in het ftuck van contraventien en fraudes, £ die omtrent de gemeene Middelen door „ Militairen zouden moogen werden gepleeght, „ en alle het geene verders daar toe eenigh„ fins betreckelyk was, aan hun was gede„ mandeert" en dat met feclufie van den Militairen Reghter; en oock defelve ordre aan voornoemde Collonel hadde voorgehouden; dogh dat dit alles by den gemelden Collonel Sandoz geene ingangh hadde gevonden, hebbende denfelven by zynrefus blyven perfifteeren, noghtans met die byvoeginge, dat gemelde Magiftraat aan hem hunne klaghten zoude overgeeven, en dat dan zien zoude wat fatisfaétie hy daar over zoude geeven; verfoeckende gemelde Magiftraat, om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegeert, dat haar Hoogh Mogende aan voornoemden Collonel Sandoz, commandeerende Officier van dat Guarnifoen, gelieven te gelasten, van den voornoemden Soldaat Marchand, beneevens zyne Huysvrouwe, aan hun promptelyk over te leeveren en te laaten volgen, om daar over hunne Judicature en Jurisdiétie te konnen exerceeren, op dien voet als hunne Landreghten en haar Hoogh Mogende Refolutien en voorengemelde ordre zyn meedebrengende, defelve Perfoonen noghtans in hunne defenfie onverkort. Dat voorts haar Hoogh Mogende alfulcke ordres gelieven te ftellen ten opfighten van den Auditeur Schutter, als defelve tot confervatie van de goede harmonie tusfehen de commandeerende Officieren van dat Guarnifoen en gemelde Magiftraat , en tot voorkoominge van diergelycke ongefundeerde Refufen zullen noodigh en dienftigh oordeelen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat haare Koninghlycke Ppppp 3 Hoog-  Juitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 855 35» Publicatie van den Hoogen Krygsraad te¬ gen het plegen van Zwindelaryen ingevalle van geldleeningen aan Officieren. Den 24 December '751. De Prafident en Raaden van den Hoogen Krygs- Raadt der Vereenigde Nederlanden; In ervaringe zynde gekoomen, dat fommige Officieren, in verleegentheyd om Geld te negotieeren, van zig hebben gegeeven Obligatien of Schuldbekentisfen van zeekere fomme Gelds, met renunciatie van de exceptie van onaangetelde Gelden, nietteegenftaande aan hen of veel minder Geld is gegeeven, of alleen een deel Geld is ver/trekt, en voorts aan hen gegeeven een gedeelte inWinkelwaaren of andere Goederen, aangereekent important booven de waardye, en alles teegen een hoog Interesfe; dat ook fomtyds in het geheel geen Geld genooten word, maar aan de Officieren, Geld noodighebbende, eenige Winkelwaarenof andere Goederen, gereekent tot hoogen prys, worden gegeeven, ten eynde die te verkoopen of doen verkoopen, en waar voor dan een generaale fomme in het Schuldboek word aangeteekent, of de leverantien, van post tot post opgeteekent, fchoon niet zoo veel Goederen, of niet van zoodanige waarde zyn geleevert, hoedanige handel door baatzugtige Luyden word gedreeven, welke daar toe veeltyds misbruyken de jonge jaaren, of verleegentheyd derfelver Officieren, hen aldus als noodfaakende tot het pasfeeren vanzoodaanige Obligatien, of het aanneemen van zoodanige fchuld van Goederen, en welk een en ander tot nadeel en ruïne van die Officieren, welke zig daar aan overgeeven, moet (trekken; hebben na voorgaande gedaan Rapport aan, en met approbatie van Haare Koninklyke Hoogheid, tot voorkoominge van de voorfchreeve en andere kwaade practyken, goedgevonden by deefe te verklaaren. Dat op geene Obligatien of andere Schuldbekentenisfen van Militaire Perfoonen, of fchoon daar by is gerenuntieert van de exceptie van on¬ aangetelde Gelden, zal worden regt gedaan, 't en zy de Debiteuren zelfs erkennen, den inhoud derfelver Inftrumenten reëel in comptant Geld te hebben genooten, en dat defelve Debiteuren zulks ontkennende, daar omtrent op hunnen Eed volkoomen zullen worden gelooft, en avanceerende, dat onder den inhoude der Obligatien eenige geleeverde Goederen begreepen zyn, zullen konnen volftaan met de voorfchreeve Goederen of de nog overgebleeve te reftitueeren teegen defelve prys al fe hen zyn aangereekent, waar omtrent zy insgelyks op hunne Eed zullen worden gelooft, en in opfigt van die Goederen, welke reeds mogten zyn verkogt, met te betaalen zooveel als zy zullen declareeren daar voor genooten te hebben. Dat ook op geene Extracten uyt Schuldregisters of Schuldbekentenisfen, welke voor gedaane leverantien mogten zyn gegeeven, zal werden regt gedaan, 't en zy in dezelve de prys van ieder geleevert ftuk byfonder zy opgegeeven, en 't en zy de Debiteuren erkennen alle defelve (tukken reëel ontfangen te hebben, in welke gevallen zy weederom op hunnen Eed zullen Worden gelooft, en insgelyks volftaan konnen met de reeds verkogte Goederen te betaalen teegen die prys, voor welke zy defelve zullen hebben verkogt. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren , word de Provoost Generaal geordonneert, deefe Publicatie met openbaare Trommelflag te doen publiceeren, en alomme te doen affigeeren, daar men gewoon is affixie te doen. En zal voorts Copie deefes gefonden worden aan de respeftive Gouverneurs of Commandeurs van de Steeden met Guarnifoen van deefen Staat befet, omme defelve ieder in den haaren te doen publiceeren en obferyeeren. Gedaan in 's Gravenhage, onder het Zeegël van den Hoogen Krygs-Raad, den 24 December 1751. (JVas geteekent,) R. van KINSCHOT. (Onderbond,) Ter Ordonnantie van den Hoogen KrygsRaadt. (JVas geteekent,) L. L. van REENEN. Re-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. lyken Hofraad van Mentz, gefchreeven te Mentz den vierden deefer, houdende, dat, nademaal de aldaar woonende Vrouw van Huber, weegens eene Reghtfaak tusfehen haar enden Keur - Paltzifchen Kaamer- Raad, Carmer, in reghten hangende, den Sergeant Johan Kuhn, in het Regiment van Baden-Baden, onder den Lieutenant Hettingcr, omtrent zeeckere Articulen als Getuige voorgeflaagen en verfogt hadde, denfelven door middel der gewoonlycke rijmïitoriales te laaten verhooren, zy de eere hadden zoodanige Articulen beneevens de door de teegenparthye overgegeeven Interrogatorien neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght, aan haar Hoogh Mogende toe te fenden; met verfoeck voorgemelde Sergeant Johan Kuhn, omtrent het een en ander onder Eede te laaten hooren, voorts ad videndum jurare iemand ex Officia 85? te gelasten, en vervolgens het gedeclareerde aan hun te willen meededeelen. £n zynüe voorts neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght de Informatien door gemelden Krvghsraadomtrent het voorfchreeve fubjeét.genoomen Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de voorfchreeve Informatien gefonden zullen worden aan gemelde Keur-Vorstelyke Hofraad van Mentz, met byvoeginge, dat in dit geval, om de zaacke zoo veel te fpoediger ten eynde te brengen, aan hun Requifitoriaal verfoeck is voldaan, maar dat indien zy in het vervolg eenig Reqoifitoriraal verzoek raackende de Justitie hebben te doen zy zigh daar over zullen moeten addresleeren aan de competente Reghters in de Republicq, en dus wanneer het Militairen" raackt aan den gemelden Hoogen Kryghsraad der Vereenigde Neederianden, 38. Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de Judicatuure over eenige perfoonen, zig aan het forceeren van de buitenfie Barrière te Maastricht fchuldig gemaakt hebbende. Den 7 December 1753. Is gehoord het rapport van de Heeren Vérfchoor, en andere haar Hoogh Mog Gedeputeerden tot de zaacken van de Landen van Overmaaze, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den twee en twintighften der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineerd een Misfive van den Generaal van Aylva, Gouverneur der Stad Maastricht, gefchreeven aldaar den een en twintighften daar te vooren, daar by aan haar Hoogh Mogende kennisfe geevende, dat het eenigen tyd geleeden gebeurd was, dat eenige Burgers of Inwoonders van gemelde Stad te laat op de Smeermaafer Kernvisie vertoeft hebbende , aan de Stads-Barriere van de Boschpoorte na het fluyten derfelve gekoomen- waaren, en dat eenige derfelve zigh zoo verre hadden te buyten gegaan, van de buytenfte Barrière met geweld te forceeren. Dat hy daar van naright bekoomen hebbende, vermeend had geene wegen ongetenteert te moeten laaten, om de Autheurs van een zoo ftrafwaardig exces te ontdecken, en dienvolgende verfcheyde Perfoonen provifioncelyck op de Hoofdwaght in arrest had gefonden, ten eynde zoo doenlyk . onder een menighte fufpeéte Lieden de fchuldplightige uyt te vinden. Dat insgelyks weegens de Magiftraat eenige Burgers waaren geapprehendeert , en na den ouden Stadhuys in detentie gefonden. Dat hy Gouverneur van zyne kant, en de Magiftraat aan de haare, vermeynende gereghtigt te weefen tot de Judicature over het fait voorfchreeve, zulcks oorfaak had gegeeven tot een vergeeffche reclame; hebbende de Magiftraat hem wyders tot adftrucf ie van haare VIII. Deel. fuftenue doen overhandigen een uytvoerige Memorie, neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght, tot wederlegginge van dewelke hy hadde opgemaakt een Contra - Memorie, dewelke hy zig genoodfaakt vond te brengen onder de oogen van haar Hoogh Mogende, en onder die van haare Koninglycke Hoogheyd, met verfoek dat■ hooghstdefelve dit verfchil door haare hooge deciiie gelieven te befhsfen. En zynde voorts nog aan de voorfchreeve Misfive geannexeert diverfche Informatien, betreckelyfc tot het geval in questie. En daar neevens geëxamineerd hebbende een Misfive van de Hooghfchouten, Burge* meefters, Scheepenen, gefwoorene Raaden en andere van den indivifen Raad der Stad Maastright, gefchreeven aldaar den een en twintighften der voorleede maand, het zelve geval concerneerende, en tendeerende, ten eynde haar Hoogh Mogende de cognitie van deefe zaack gelieven te laaten aan den Politicquen Reghter, of indien haar Hoogh Mogende, om reedenen by den Gouverneur te allegeeren, daar in eenige bedenckingen moghten vinden, in dat geval de reedenen, waar van zy geen genoeghfaame kennis droegen, aan haar mogten worden gecommuniceert, om daar tegen te konnen zeggen hun belangh. Ook daar op ingenoomen hebbende de Confideratien en hooghwys Advis van haare Koninghlycke Hoogheyd de Vrouwe Gouvernante. Waar op gedelibereerd, en gelet zynde op de byfondere omftandigheeden in het voorfchreeve geval occurreerende, is goedgevonden en verftaan, dat de cognitie van deefe zaack, met relatie tot de Burgers en Ingezee- Qqqqq te-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 859 40. Refolutie van Gecommitteerde Raaden nopens de onbevoegdheid van 'den 'Hoogen, Krygsraad tot het geven van ordres aan de Solliciteurs om uit Traétementen of Penfioenen van Officiers ter repartitie dezer Provintie ftaande, eenige betaaling te doen. Den 29 Mey 1754. De Wei-Edele Heere Bentink, Heere van Rhoon, en den Heere van der Burch en van Dyk, haar Edele Mog. Medebroederen in Raade, met den Heere Raadpenfionaris , als Commisfarisfen tot de Militaire zaaken, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Mog. Appoinétement Commisforiaal van huiden, geëxamineert hebbende de Requeste van Jan van den Berg, Solliciteur Militair alhier in den Hage, in die qualiteit bedienende Louis Carel van Groune, gepenfioneert Lieutenant ten dienfte deefer Lande, houdende dat aan hem Suppliant den 25 deefer was geinfmueert een verfoek by eene Joh. van Pelt, aan den Hoogen Krygsraad der vereenigde Nederlanden gedaan, omme te hebben voldoeninge van fto-6-0, met de dispofitie van den voornoemde Krygsraad den 19. bevoorens daar op verleent, vervattende een ordre aan den Lieutenant voornoemt, omme promptelyk de gemelde pretenfie te voldoen met de kosten, nifi caufam, en in dien gevalle binnen 14 daagen na de receptie van die Dispofitie, aan den gemelden Hoogen Krygsraad te berigten, op poene dat die tyd verftreeken, en geene reeden ter contrarie geallegeert nog voldoeninge gedaan zynde, den Solliciteur den voornoemden Lieutenant bedienende zal werden geordonneert, zoo als nu voor alsdan geordonneert word by die dispofitie, de voorfchreeve ƒ 20-6-0 met de kosten uit het eerfte te vervallen quartaal penfioen van den voornoemde Lieutenant van Groune te betaalen, verlbekende, dewyl het zelve in effeéte tendeert tot een kortinge, haar fidele Mog. ordres daar op te moogen hebben: hebben gerapporteert, dat zy uit haar Edele Mog. Refolutie van den 30 April laatstleeden met de daar by gevoegde Bylaagen hadden gefien, dat differenten zynde ontftaan met Officieren over fchulden by haar gecontracteert, in voorige tyden die differenten altoos zonder interruptie voor het Collegie van Heeren Gecommitteerde Raaden zyn geventileert en door defelve gedecideert, dat uit die zelve Refolutie voorts ten klaarfte bleek, dat haar Edele Mog. intentie daar by was geweest, deefe zaaken wederom te brengen op den ouden voet, en dat zy bevonden, wanneer aan diergelyke ordres van den Hoogen Krygsraad door de Solliciteurs zoude moeten werden geobedieert, de intentie van de voorgemelde Refolutie zoude werden teegengegaan en geilludeert. Waar op gedelibereert zynde, zyn de voornoemde Heeren voor haar genoomen moeite en gedaan rapport bedankt, en is voorts na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat de Solliciteurs by haar Edele Mog. geadmitteert, zullen worden geadverteert, zoo als defelve geadverteert worden by deefen, dat zy op ordre van den Hoogen Krygsraad uit Traétementen of Penfioenen van Officieren ter repartitie van deefe Provincie ftaande, eenige betaalinge doende, de Officieren niet gehouden zullen weefen die betaalingen te refpeéteeren of defelve aan haar in Reekening te laaten valideeren, en dat ook in cas van recollement van Reekeningen, defelve in de Reekeningen niet zullen werden gepasfeert, maar geroyeert, waar toe de Commislarisien tot het recolleeren van de Militaire Reekeningen expresfelyk by deefen werden geauthorifeert en gelast. En zal Extraét deefes werden gegeeven aan de Commisfarisfen tot het recollceren der Militaire Reekeningen, als meede aan de Solliciteurs zoo nu zynde als in het vervolg te admitteeren, zoo om te ftrekken tot haar narigtinge, als om zig daar na te reguleeren, zoo als ook van deefe Refolutie by Misfive kennisfe zal werden gegeeven aan de Heeren Gecommitteerde Raaden refideerende te Hoorn, met verfoek in den haare, zoo verre zulks noodig zal zyn, gelyke ordre te ftellen. 4L Refolutie van Gecommitteerde Raaden, waar by gereguleerd word de forme van procedeeren op verzoeken van kortinge op de Traétementen of Penfioenen van Officieren. Den 1 Augustus 1754. Op het geproponeerde door den Heer Raadpenfionaris, om de procedures op de verlbeken van kortinge op de Traétementen of Penfioenen van Militeerende en gepenfioneerde Officieren zoo veel te bekorten, en zoo on- kostelyk te doen zyn als eenigfins mogelyk is; is na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat. op de voorfchreeve verfoeken zul werden verleent Appoinétement van provifioneele korting, nifi caufam, binnen veertien dagen na Qqqqq 2 de  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. hals geen reclame was gevolght, aan haar Hoogh Mogende by Misfive, hadden kennisfe gegeeven van het geheele geval. Dat haar Hoogh Mogende daar op by derfelver Refolutie van den tweeden deefer loopende maand aan gemelde Lieutenant Collonel Lyell hadden gelast, den voornoemden Perfoon aan de ordinaris Justitie over te geeven; verfoeckende hy Lieutenant Collonel Lyell den voornoemden Lieutenant Bailluw de Smidt, nomine officii, de nodige ordres te willen ftellen, om den meergemelden Jan Goedhals aldaar met den eerften te laaten afhaalen, en de kosten aan den geweldigen Provoost te voldoen. Dat zy van het voorfchreeve geval, voor het ontfangen van voorfchreeve Misfive, door gemelde Lieutenant Collonel Lyell aan hunnen Lieutenant Bailliuw gefchreeven, niets hadden geweeten, of geene de allerminfte kennisfe ontfangen, nogh door den voornoemden Lyell of iemand van zyn ordre. Dat noghtans, zoo vermeenden, hadde behooren te gefchieden, eer en alvoorens gemelde Lieutenant Collonel Lyell de voorgemelde Perfoon van hunne Jurisdiétie hadde laaten vervoeren; verfoeckende, om geallegeerde reedenen, dat haar Hoogh Mogende hun met derfelver beveelen gelieven te vereeren, hoe zigh in deefen te gedraagen: en voorts zoodanige voorfieninge te doen, dat aldaar diergelyke apprehenlien met vervoeringh van hun Territoir of Jurisdictie niet meer en gefchieden, dewyl zulks niet anders karfftrekken als tot vilipendie van hunne Jurisdictie en Stads groote kosten. En daar neevens ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den twaalfden Maart laatstleeden, geëxamineerd hebbende een Misfive van den commandeerende Officier van Sas van Gendt, D. Lyell, gefchreeven aldaar den neegenden daar te vooren, het zelve fubjeét concerneerende. Waar op gedelibereerd, en in achting genomen zynde, dat, in gevolge van haar Hoogh Mogende Refolutie, en daar op gevolgde Publicatie van den zee ven en twintighften July zeeventien honderd veertigh, tegen het berooven der Mosfelbancken omtrent Zas van Gendt en Philippine geëmaneert, door den Groot Major van Zas van 861 Gendt, D Lyell, als doen commandeerende Officier aldaar, rightelyk is gedaan doen de apprehenfie van den Perfoon van fan Goedhals, en het ftellen van den zelven onder de bewaanngh van den Provoost. Voorts meede dat de judicature van die geenen, welcke jegens bovengemelde Publicatie hebben gedelinquecrt, zynde gedemandeert aan de Officieren en Jufticieren, onder wiens jurisdictie de apprehenfie zal weefen gedaan, het aan den Bailliuw en Scheepenen van Axel en Neufen, onder wiens jurisdictie de Delinquant is geapprehendeert, dienvolgende heeft gemcumbeert op het ee.fte aanfchryven van gemelden commandeerenden Officier den geapprehendeerde en in bewaanngh gefielde te doen afhaalen, overbrengen en te reght te ftellen, zonder de bewoordingh van haar Hoogh Mogende Refolutie van den tweeden January laatstleeden, waar bij de voornoemde commandeerende Officier 1 yell gelast werd den bovengemelden geapprehendeerden Perfoon aan de Ordinaris juftitie over te geeven, dubieus te maacken als zynde zy Bailliuw en Scheepenen van Axel en Neufen loco commtsfi delicïi als de ordinaris juftitie m cas fubjeét by voorenaangetoo^e Refolutie en Publicatie gedefigneert / is goedgevonden en verftaan, dat, geapprobeerd wordende de apprehenfie en het ftellen in bewaanngh van den perfoon van Jan Goedhals bii den Provoost door den Commandeerenden Officier Lyell gedaan doen, den Bailliuw en Scheepenen van Axel en Neufen zal werden aangefchreeven, dat zy als nogh den zeiven Goedhals zuilen hebben te doen overneemen van den commandeerenden Officier van Zas van Gent, met rembourfement van de kosten door den zelven in bewaaringh van den Provoost veroorfaackt, vervolgens den zelven overgebraght zynde, juftitie te adminiftreeren mits noghtans reghtelyke reflexie maakende op desfelfs door deefe differenten geprotraheerde detentie. '■ En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den commandeerenden Officier van Zas van Gent, als meede aan de Magiftraaten van Axel en Neufen en Philippine, omme te dienen tot naright en zigh daar na te reguleeren. 43- Refolutie van de Staaten Generaal, nopens de verpligting der Switferfche Officiers tot het gebruiken van gezegeld papier tot Documenten, in procedures dienende. Den iS September 1755. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van de Solliciteurs Heeneman en de Vrint, het Corps Switzers bedienende, houdende, dat hun Supplianten van ter zyde was ter ooren gekoomen, dat haar HooghMogende hadden gelieven goed te vinden aan W. L Faber, Diftributeur van het kleyn Zeegel te Bergen op den Zoom, onverlet te laaten, om te moogen vervolgen zeeckere Calange gedaan tegens Otto de Suartz, Lieutenant Col- Qqqqq 3 ïonei,  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken.' van Bergen op den Zoom, met verfoek om voor hun de Notulen in die faak te formeeren, dog dat den fel ven afvvcefend zynde, gemelde Krygsraad den Notaris Wilhelmus Lucas Faber", teffens Collecteur en Distributeur van 'sLands klein Zeegel te Bergen op den Zoom, en geweefen Ciercq van den voornoemden Auditeur Militair, tot het (lellen van voorfchreeve Notulen hadde geëmployeert gehad. Dat gemelde W. L. Faber by deefe occafie aan voornoemde Krygsraad hadde te verdaan gegeeven, dat in gevalle de Krygsraad het advis van Regtsgeleerden over die zaak foude willen inneemen, zylieden dan tot de Stukken van den Procelfe Zeegels zouden moeten gebruiken, ofomfiaan, dewyl anders de Advocaten niet zouden vermogen volgens 'sLands Ordonnantie daar over te advifeeren. Dat niettegenftaande de Krygsraad in vertrouwen was van haare zyde geen Zeegels noodig te hebben, fylieden alsdoen nogtans, om tot een goed einde van die zaak te koomen , en de Advifeurs van hun kant in ftaat te ftellen tot het geeven van behoorlyk advis , gerefolveerd hadden gehad tot de gemelde Stukken Zeegels te gebruiken, dog egter met exprelfe aanteekening in het Journaal, van hunne Krygsraad, dat fulks alleen maar ten dien einde gefchiede, fonder praejudicie van hunne Privilegiën, blykende uit een Copie authenticq der Refolutien by den voornoemden Krygsraad op den 27 Augufty 1754 genoomen, neevens de voorfchreeve Requeste gevoegt. : Dat het voorfchreeve Proces gedecideert weefende, en door den Capitein Lieutenant d'Amour Copien van fommige Stukken, die hem manqueerden, gerequireert zynde, de Supplianten elk in qualiteit als doenmaals het Battaillon gecommandeerd hebbende, defelve aan voornoemde Capitein Lieutenant gegeeven hadden, daar by tot deffelfs zeekerheid declareerende, dat die met hunne Origineelen accordeerden. Dat de Supplianten naderhand waaren geinformeert geworden, dat de voornoemde Capitein Lieutenant d'Amour fig met meergemelde Copien had geaddreffeert gehad by den voornoemden Notaris Faber, ten einde hem over het voorfchreeve Proces iets te laaten opftellen. En eindelyk, dat zy Supplianten daar op in hunne qualiteit door den voornoemden Faber, ignoreerende de Privilegiën van de Switferfche Trouppes, ontrent hunne Judicature, en voorfchreeve Copien confidereerende als ordinaire Copien authenticq, zonder dat defelve op Zeegels waaren gefchreeven, in fraude en contraventie van 's Lands Ordonnantiën waaren gecalangeert geworden in importante fommen, te weeten, van den eerften Suppliant agt honderd guldens, en van den tweeden vyf duifend en zes honderd guldens , quafi tot voldoeninge der boetens waaren afgevorderd : Verfoekende de Supplianten om reedenen in de voorfchreeve Requefte ge- 863 allegeert, dat haar Hoog Mog. de voorfchreeve zaak nogmaals m reflectie gelieven te neemen, en aan gemelden Collecteur Faber zyne calange te interdiceeren, of dat hangende haar Hoog Mog. deliberatie daar over, de procedures van executie, welke by hem zoo ftherpelijk werden agtervolgt, ten fpoedigften mogen werden geordonneerd te moeten blyven in ftaate van furcheance. Hebbende welgemelde Fleeren Gedeputeerden en Gecommitteerden wyders nog, in gevolge en ter voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den daar aan volgende 28 der afgeloope maand O&ober, geëxamineert de Requeste van de refpeétive Collonels, Hoofdofficieren, en Capiteinën van de Switferfche Regimenten, in dienst van deefen Staat, houdende , dat zy Supplianten met de uiterfte verwondering vernoomen hadden de calange, welke W. L. Faber, Colleéteuren Diftributeur van het Generaliteits klein Zeegel te Bergen op den Zoom, gedaan hadde tegens Otto de Suartz, Lieutenant Collonel, en Gregoire Fifcher, Major van het Regiment Grifons van den Generaal Major de Planta, weegens dat zy geen Zeegels gebruikt hadden by de Stukken relatif tot een Proces, dat voor de Krygsraad van het gemelde Regiment hadde geëxteert. Dat de Supplianten daar omtrent de vryheid moeiten neemen, van aan haar Hooc Mog. te reprefenteeren, eerftelyk, dat foo lange als de Switferfche Natie de eere en het avantage hadde haar Hoog Mog. te dienen, by defelve altoos in het conftant gebruik was geweest, ordinair ongezeegeld Papier in alle hunne Procedures te employeeren, zonder de minfte contradictie van wie het zy diesaangaande te hebben gehad, en dat gevolge! yk tegens elk van hun recherches zouden kunnen gedaan worden over diergelyke gevallen. Dat de intentie van de Supplianten geenfins was, om niet meede de Jasten van het Land te willen draagen, dog dat zy vermeenden, in de zaaken van Juftitie alleen geëxempteert te moeten zyn van het gebruik van gezeegeldPapier, vermits dezelve in hunne Regimenten zonder eenige onkosten voor de Partyen nog voor den Staat geadmitteert wierden, en dat de Switferfche Trouppes in geen dienst van eenige andere Mogendheeden, ooit ten opfigte van de Juftitie daar aan waaren gealfujetteert geweest, niettegenftaande in andere Landen, als by voorbeeld in Vrankryk insgelyks Zeegels gebruikt wierden. Dat ten anderen de Supplianten gefaamentlyk niet konden nalaaten aan haar Hoog Mog. voor te dragen, hun gevoeligheid over de manier van procedeeren van gemelde Collecteur Faber, in het vervolgen van zyn calange , in zoo verre, dat gemelde Lieutenant Collonel de Suartz in deffelfs Guarnifoen, op authorifatie van den Drost van Bergen op den Zoom hadde willen doen executeeren, waar door alle de Privilegiën van de Switferfche  Jufdtie eri Rechtsvordering in Militaire Zaaken. gegeeven, dat zy den aght en twintighften Oétober des voorleeden jaars derfelver befwaar aan haar lloogh Mog. hadden vertoond; eerstelyck, over de boete die de Colleéteur en Distributeur van het Generaliteits kleyn Zegel te Bergen op Zoom, Faber, aan den Ovérfte Lieutenant Otto Schwartz, en den Major Gregorius Fifcher van het Regiment Grifons van Planta had willen opleggen, om reeden dat zy in een voor dat Regiment hangende Proces, tot de ftucken het Proces raackende geen gefeegelt Papier gebruyekt hadden; en ten. tweeden, dat voornoemde Colleéteur Faber, in het executeeren der gemelde opgeleghde boete, zoo verre gegaan was, dat hy tegen den gemelde Overfte Lieutenant Schwartz, in desfelfs Guarnifoen de executie daar van zelfs door den Drosfaard van Bergen op Zoom had willen ter hand neemen. Dat haar Hoogh Mogende door derfelver Refolutie van den twintighften ..November, daar aan volgende, de voorgemelde twee Officieren, wel van de geïnterneerde boete hadden gelibereert, dogh voor het toekoomende het gebruyek van het kleyn Zeegel by de Zwitferfche Kryghsraaden gelast, maar evenwel aan de commandeerende Officiers toegeftaan hadden, dat, indien zy vermeenen moghten uyt de gemelde declaratie voor de Crimineele Proceduuren eenige fwaarigheeden te konnen ontftaan , zy defelve aan haar Hoogh Mog. zouden konnen reprefenteeren; voorts ten opfighte der Judicature, en de verfoghte exceptie, niet hadden willen accordeeren, en dus de Zwitferfche Trouppen, omtrent de beftraffinge der fraudes aan het algemeene Landreght verfonden hadden; reprefenteerende wyders de befwaarnisfen, die haare gemelde Officieren met relatie tot de voorfchreeve beyde fubjecten, tegen de conventien van haare Privilegiën ftrydigh, daar door waaren hebbende , en verfoeckende om reedenen in de voorfz. Misfive geallegeert, dat haar Hoog Mogende hunne in haar Hoogh Mog. dienst Zigh bevindende Trouppen van derfelver beftvaarnisfe gelieven te ontheffen, hen zoo in het een als andere geval te laaten blyven by even en defelve voorreghten, die derfelver voorfaaten genooten hebben. Waar op gedelibereerd, en geconfidereerd zynde, dat uyt het beloop der voorfz. Misfive genoeghfaam kan worden opgemaakt, dat de respeétive Hoofd- en andere Officieren van de Regimenten Zwitfers, zigh in dienst van den Staat bevindende, in het voordellen der klagten, by de voorfcheeve Misfive gemeld, niet fchynen te gelyck begreepen en voorgedraagen te hebben de motiven, weeke haar Floogh Mogende bewoogen hebben tot het neemen van de Refolutie van den twintighften November des jaars zeeventien honderd vyf en vyftigh, en 'er vervolgens zigh geen reedenen by doen, om in defelve eenige veranderingh te maacken; is goedgevonden en verftaan , dat als nogh by de dispofitie der ge- VIII. Deel. melde Refolutie zal worden geperfifteertj Dat daar beneevens aan de hooghgemelde Cantons en Republicq der Grifons zal worden gerescribeert, dat haar Floogh Mogende haare Misfive, gefchreeven den vierden September laatstleeden, geleefen en in overwecgingh genoomen hebbende, uyt de geneegene betuyginge en verdere wyfe van voorltellinge begreepen hebben, dat niet zoo feer het geval van den Overfte Lieutenant Otto van Schwartz, en den Major Gregorius Fifcher, daar by gemeld, als het welcke door den ophef en de liberatie van de boeten is ingefchickt en afgeloopen, welgemelde Cantons en Republicq zouden hebben gepermoveert, dun dat neevens de gerequireerde communicatie van het zelve geval door de boovengemelde hooge- en andere Officieren, fchynt gevoegt te zyn, een bekommeringh, of namentlyk haar Hoogh Mogende Refolutie van den twintighften November zeeventien honderd vyf en vyftigh, zoo in opfighte van het employ van 't kleyn Zegel, als de bereghtingh der Contraventien tegen het zelve door den Reghter daar over competent, in het vervolgh niet wel eenige atteinte aan de Capitulatien der gemelde Regimenten zoude kennen geeven. Dat haar Floogh Mog. die het ten uytcente aangenaam is met de gemelde Camons en Republicq , haare Geallieerden, in een goede en vertrouwde harmonie te leeven, ver af zyn van aan de overeenkomften met defèlve gemaackt, eenige alteratie toe te brengenden* ook vermeenen daar van genoeglame bl ycken gegeeven te hebben, en dus moeten ve,trouwen, dat de gronden, waar op haare Refolutie van den voorfcheeven twintighften November rust, niet duydelyck genoeg begreepen, en uyt dien hoofde neevens het voorftel der gereefè bekommeringh niet klaar genoegh gedetailieertzullen zyn, om het daar uyt voortvloeyende gevolgh te ontdekken; want dit van den aanbeginne af aan, wanneer tusfehen haar Hoogh Mog. en de louable Zwitferfche Cantons en Republiek der Grifons Capitulatien zyn geintercedeert, en dienvolgens Zwitferfche Regimenten zigh in dienst van den Staat hebben bevonden, 'er nimmer eenige fpeculatie is gevallen, of heeft kunnen vallen, daar over, of namentlyk de Hoofd- en andere Officieren en de gemeene Manfchap der gemelde Regimenten, waaren neevens alle Ingefeetenen deefer Landen, van wat Staat of Conditie die oock moghten zyn, in egaale verpligtingh, omme te draagen en voldoen de. lasten, welke alhier onder den naam van gemeene Middelen geheeven worden, volgens den regul welcke in de Reglementen of Ordonnantiën op den ophef van defelve gemeene Middelen geëmaneert, werden voorgefchreeven; dat haar Floogh Mog. boovengemelde Trouppes gaarne die goede getuygenisfe willen geeven, van zigh in deefe Reeds met berydwilligheid gequeeten te hebben, daneven\ wel daar by moeten voegen, dat onder die \ Rrrrr ge-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. intercedeerende Capitulatien met de hooghgemelde Cantons en Republicq der Grifons word gegeeven; betuygende haar Hoogh Mogende meerder gedisponeert te zyn, omme de ag- grementen der Zwitferfche Trouppes itt haaf dienst zigh bevindende te amplieeren, als delelve eenige bekortingh toe te brengen. 46 Refolutie van de Staaten Generaal, waar l?y aan den Militairen Rechter word gelaten de Judicatuure over een gemeen delicl, door een gepen neert Vendrig geperpetreert. Ben 2 Maart 17^ Ontfangen een Misfive vart Scheepenen der Hoofdftad 's Hertogenbosch, gefchreeven aldaar den zeeven en twintighften der voorleeden maand, houdende, dat JanCoehoorn, gepenfioneert Vendrigh ten dienfte deefer Landen, befchuldight wordende met een Manflagh den vyftienden daar te vooren onder de crimineele Jurisdiétie der gem. Stad, te Vechel, in het Quartier van Peelland, begaan in den Perfoon van Nicolaas van Plout, desfelfs Huysvrouw Catharina Gualthery, fuftineerende dat haaren Man de ordinaire Jurisdiétie van Plooghfchout en Scheepenen der gemelde Stad 's Hertogenbosch niet onderheevigh zoude weefen, maar deefe zaack fpecteerde tot de cognitie en judicature van den Militairen Reghter, aan hun by forme van antidotaal ingeleevert had de Requeste neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght. En dat, na dat de Hooghfchout zyne informatien tot laste van gemelden Jan Coehoorn had ingewonnen, defelve aan hun teegens voorfchreeven Jan Coehoorn verfoght had eene provifie van Juftitie. Dat zy, alvoorens defelve te verleenen, op voorfchreeve Requeste Antidotaal hadden gerequireert het Beright van gemelden Hooghfchout, het geen vervolgens was ingekoomen, welcke Requeste Antidotaal en Beright onder Copie Authenticq neevens de voorfz. Misfive was gevoeght. Dat zy, vermoogens verfcheyde haar Hoogh Mog. Refolutien, gelyk oók van den Raad van Staate, hunne Judicature hadden geoeffent over gemeene delicten door Militairen buyten haare Guarnifoenen begaan, of wel ook binnen 's Hertogenbosch voornoemt, zoo defelve niet van het Guarnifoen Waaren. Dat zy in het onfeeckere waaren, of zy de voorfchreeve Jurisdiétie althans op den eygenften voet by continuatie moesten exerceeren j of wel hun daar van abftineeren; verfoeckende derhalven met hun Hoogh Mog. ordres te worden gehonoreert, hoe zy hun ten opfighte van het geval in questie, en andere opkoomende van gelycke natuur zullen gedraagen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Scheepenen der Stad 'sKertogenbosch zullen worden aangefchreeven zigh met de Judicatuure over het voorfz. geval niet te bemoeyen, maar defelve over te laaten aan den Militairen Reghter. Dat voorts Copie van de voorfz. Misfive en Bylaagen gefteld zal worden in handen van de Heeren van Pleeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Pvlog. Gedeputeerden tot de zaacken van de Meyerye van 's Hertogenbosch, om met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, by haar É. zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en Van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen. 47* Refolutie van de Staaten Generaal, betrekke^ lyk de Iudicature van den Raad van Staaten over de Bire&eurs en Jngenieurs, Den 15 Augustus 1759. Ontfangen een Misfive van den Raad van . Staate, gefchreeven alhier in den Hage den tienden deefer loopende maand, houdende derfelver reprefentatien en befwaar over haar Hoogh Mogende Refolutie van den Zeevenden daar te vooren, genoomen op een Misfive van den Gouverneur van Coeverden, den Generaal Major van Imhoff, waar by defelve zigh beklaaght over het onbetamelyk gedragh, dat ten opfighte van den zelven zoude gehouden hebben den Dïreéteur van 'sLands Fortificatiën Vonck, met relatie voofnamentlyck tot zeeckere klaghten, die over eenige Soldaaten van het Guarnifoen van Coeverden voor eenigen tyd door gemelden Directeur waaren gedaan, welcke Misfive neevens desfelfs Bylagen haar Hoogh Mo g. hebben goedgevonden copielyck te ftelien in handen van zyn Hoogheyd den Heere Hertogh van Brunswyck, in qualiteit als reprefenteerende den Erf-Capiteyn Generaal der Vereenighde Nederlanden , om daar op na bevind van zaacken Rrrrr a te  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire zaaken. 80*9 was, dagelyks aan zwaare defertie onderworpen zoude zyn, terwyl de Oostenryckfche Wervers tot onder de Poorten van gemelde Stad zigh bevonden, het geen deede vermoeden, dat alles aannaamen. Dat zigh verplight had gevonden haar Hoogh Mogende van het een en ander ten fpoedighften kennisfe te geeven; verhoopende, dat haar Hoogh Mogende zyn fuftenue en directie zouden approbeeren; en verfoeckende met derfelver ordres , hoe zigh in het vervolgh zal gedraagen, als meede omtrent de Gearrefteerden te moogen worden vereert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Collonel de Salve, commandeerenden Officier te Yperen, zal werden aangefchreeven, dat wel gedaan heeft, dat de Deferteurs in zyne Misfive van den neegentienden laatstleeden gemeld, heeft laaten vervolgen, apprehendeeren, en voor den Kryghsraad te reght te ftellen, dat derhalven zal hebben af te waghten de difpofkie op de verfoghte approbatie van den Hertogh van Brunswyck, als Reprefentant van zyne Hoogheyd den Heere Capiteyn Generaal, door hooghdefelve te neemen, en aan defelve te obedieeren , zonder te defereeren aan ade reprefentatien van die van de Castelenye aldaar gedaan. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan dert Heere van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheyd Prins Carel van Lotharingen, Gouverneur Generaal der Oostenryckfche Nederlanden, om te ftrekken tot zyn narightinge. 4p# Refolutie van Gecommitteerde Raaden, hou¬ dende bepaaling, tot welke fomme de Solliciteurs aan de Officieren op Credit mogen avanceeren en kortingen verzoeken. Den 18 September 1755. In agting genoomen zynde, dat hoe zeer by haar Edele Mog. Refolutie van den 24 July 1753. is verftaan, dat, om voor te koomen dat de Officieren zig in geen fchulden koomen tefleeken ,tot zoo verre dat met apparentie zig daar uit niet weederom zouden kunnen redden, de Solliciteurs geen meer Penningen aan defelve op credit booven de Soldy e Ordonnantiën moogen avanceeren als, Aan een Ritmeefter van deY\ . , Guardes . . I J J Q Ln van de ordinaris La-l p J vallen e . . J Aan een Capitein van de Guarf\ des Dragonders . £ 20GO 0 0 En van de ordinaris Dra- \ gonders . . J Aan een Capitein van de Guardes Pifanterye . . 1500 ó o Van de ordinaris Infan* terye . . 1000 o o Van de Artillerye . 1000 oj o Op pcene, in cas defelve meerder aan defelve crediteeren, daar op geen kortingen zullen werden geadmitteert, ten waare om pregnante reedenen, breeder in voorfclvreeve Refolutie uitgedrukt. En bevonden zynde, dat door de Solliciteurs Militair aan de voorfchreeve Refolutie deefe explicatie wenLgegeeven, als of haar Edele Mog. intentie alleen zoude zyn, dat de Solliciteurs, meerder credit geevende, al¬ leen tot de boovengemelde fommen kortinge zouden moogen vraagen, is goedgevonden en verftaan, te verklaaren, zoo als haar Edele Mog. verklaaren by deefen, dat derfelver intentie , by het neemen van de Refolutie van den 24 July 1753. voorfchreeve, is geweest, en zoo als de duidelyke letter van defelve meedebrengt, dat door de Solliciteurs Militair geen verder credit aan de Officieren zal moogen werden gegeeven, als ter concurrenter fomme in defelve Refolutie uitgedrukt, op pmne dat defelve meerder crediteerende, in het geheel geen kortingen, en zulks ook niet ter concurrenter fomme in haar Edele Mog. voorfz. Refolutie van den 24 July gepermitteert, zullen moogen werden gevraagt of verleent,* en ten einde om daar van verfeekert te zyn, is verders goedgevonden, dat de Solliciteurs by het prefenteeren van haar Requesten niet alleen zullen moeten annexeeren een Staat van het geen de Officieren, ten wiens lasten zy korting verfoeken, aan haar fchuldig zyn, maar daar ook onder zullen moeten ftellen een Verklaaringe, dat zy ten laste van defelve niets meer te pretendeeren hebben. En zal Extract deëfes gegeeven werden aan de refpecfive Solliciteurs, om zig daar na te reguleeren, en aan de Commifen en Boekhouder van de Finantie, om precifelyk te letten dat deefe Refolutie ftiptelyk werde geobferveert , met last om daar omtrent vindende te werden gecontravenieert, aanftonds aan haar Edele Mog. daar van kennisfe te geeven. Rrrrr 3 Re'  Vol S7t ZESDE BOEK, EERSTE TITUL* Raakende de Domeinen, 1* Nadere Verklaring van het Placaat van Kei¬ zer Karei yan den i Oélober 1520. aangaande de Tienden yan Novaalen, en nieuwe Gebouwen, waar in beesten opgekweekt zouden worden, als ook nieuwe en f eenemaal te vooren onbekende zoorten yan vrugten en dieren, en het regt yan Verjaaringe omtrent Tiend-geregtigheden. Den 15 September 1530. Ckarles, par la Divine Clemence, &c. d tous ceulx, qui ces prefentes lettres yerront, falut: Comme par aultres noz Lettres pat ent es, en date du premier jour dlOdtobre Yan quinze cent & vingt: & pour les caujes & cónfiderations y contenues & mefmement pour obvier è ce qui noz fubjeclz dtfnoz Pays & Seigneuries de par deca, he fuffent induement travaillez ni moleftez touchant le payement dbs difmes ne contrain&s les autrement payer qu'ilz rïavoient faicl de tout temps auparavant. Nous eujjïons d grande & meurt deliheration de confeil, & par forme de Confthutioir, & Edicï pubiyque & perpetuel, ftatué & ordonné: que des tors en avant, miïz gens d'Eglife de noz Pays & Seigneuries, de quelque eftat, conditiod & dignité r/u'-ilz feu ff ent, ne pouront 'prjndre, lever, ny exiger aulcunes nouvelles difmes, de quelque forte & efpece de biens qui ce fuft, & dont leurs Predeceffeurs rtavoyent levé difme quarante ans auparavant. Et que s'ilz avoyent faicl ou attente aulcune chofe au contraire par procedures judiciaires, ou aultrement, qu'ilz feroyent tenuz de tout reparer, & mettre a nednt i ainft que par noz di&es aultres lettres paientes (lesquelles ont efiê publiées par tous nosdictes Pays voor den tyd van veertig jaaren het recht van Tienden plag intezaamelen, betaalen ende heffen. Insgelyks hebben wy niet willen verbieden het recht van Tienden te betalen van Lammeren, Wollen, Veulens, Vogels 5 en andere beesten, gevoedt ende opgequeekt in de huyfen ende erven, welke nieuwlings zullen worden gebouwd , en tot verblyfplaatfen gebruykt: zoo dat daar van het Tiend-recht werde betaalt, gemerkt men van al zulke zoorten voor den voorfz. tydt van veertig jaren Tienden plach te betaalen, in de parochie, alwaar de voorfz, Huyfen, Gebouwen en Erven werden gevonden en gelegen waren. Maar wy verftaan verders niet, dat men het Tiend - recht kan vorderen, nemen ofte heffen, van Graan, Hooy, Flout, Vrugten; Veulens, Lammeren, Wollen, Beesten, ert andere zaaken, waar van men zedert de voorfz. veertig jaaren geen recht van Tienden plach te betaalen, in de Parochiën of piaatfen, alwaar zy zyn gewasfen, gevoedt ende opge- queeckt: zonder in acht te nemen zedert welken tydt de voorfz. Huyfen zouden zyn gebouwt en bewoont; of de Erven ter culture gebragt. En wy verklaaren in 't algemeen , dat men in 't betaalen der voorfz. Tienden geen aanfchouw zal nemen, op wat Landen de voorfz. Graanen, Vrugten, Hooy en Hout werden ingezamelt, of wasfen, nog ook in wat gebouwen of weiden de voorfz. beesten werden geplaatst of geweidt, of de voorfz. Veulens en Vogels werden opgequeeckt. Maaralleen, of men in de voorfz. Parochie of plaats van die zoorten het regt van Tienden plag te heffen, infamelen, en vorderen. Wy verklaren verder, dat zoo in eenig Dorp van onfen Lande van Vlaanderen, voortaan werde gefaayt^ geplant, ingezamelt en geweidt eenig nieuw zoort, het welk irt den voorfz. Dorpe nooit is geplant, ingezamelt, Sssss ge-  Raakende de Domeinen. , 375 2. Extraft uyt de Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Graaflykheids Reekenkamer van Holland werd vernietigt, en het bewind van de 'Domeynen &c. overgedragen aan de Gecommitteerde Raaden van beide de Quartieren. Den 17 Maart 1728. TkTogmaal gedelibereert zynde over den |_\ voorflag, om te komen tot een afkomst ran de deliberatien over het werk van de Doneynen, cn over de veranderingen daar in -emaakt in de Befoignes, daar over gehouden sedert het rapport van den 15 Augusti 1727. is goedgevonden en verftaan: Dat het dedomagement van de Reekenmeesters , en van de Ministers en Bedienden van de Kamer, zoo wel als van de Rentmeesters, en van de Deurwaarders van derfelver Comptoiren, zoodanig als het geprojeéteert is by de Advtfen, geinfereert in de Notulen van den 16 Oélober 1725, en 27 February 1726, zal worden gearrefteert, zoo als het gearrefteert word by defen, ingaande ten opfigte van de Reckenmeesters, en van de Minifters en Bedienden van de Kamer, met het jaar 1725 en ten opfigte van de Rentmeesters, en van de Deurwaarders van derfelver Comptoiren, met het jaar na de eerfte verkoopinge van de vaste goederen onder elks adminiftratie. Dat de Domeynen, welke niet zullen verkogt worden etc. Dat het bewind en directie van en over haar Ed. Groot Mog. Domeynen, en al wat jegenwoordig gehoord tot de zorg en directie van de Reekenkamer, van nu voortaan zal gebragt en overgedragen worden, zoo als gedaan word by deefe, van de Reekenkamer van haar Ed. Groot Mog. Domeynen, welke van nu af word gehouden voor gemortificeert en vernietigt, aan de Fleeren haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren respeétivelyk, waar in de Domeynen gelegen zyn, op defelve wyfe als van de Geestelyke goederen, en dat ten dien einde de Inftruétie van de Gecommitteerde Raaden zal worden geamplieert met de nodige Articulen uyt de Inftruétie van de Reekenkamer, en ondertusfehen by provifie gelast aan de Gecommitteerde Raaden, zig na die Inltruétie te reguleeren in de exercitie van het voorfz. bewind en directie van en over de Domeynen. Des dat alle Verpagtingen, vifitatien en andere Commisfien ter plaatfe, daar de Domeynen leggen, zullen moeten verright worden door de respeétive Rentmeesters, ieder onder het diftriét van zyne adminiftratie, telkens op fpeciaale ordre van de Heeren Gecommitteerde Raaden van 't Quartier, waar in de Domeynen leggen, uitgefondert Commisfien over zaaken, of extraordinaris voorvallen van zonderlinge aangelegentheid, wanneer en anders niet, de Gecommitteerde Raaden van 't Quartier zullen mogen daar toe committeeren een Heer uit het Collegie met adjunétie van den Rentmeester van het diftriét. Dat de Rekeningen, zoo van de voorleede jaaren, voorzoo veel die nog ongeflooten zyn, als alle toekomende Rekeningen, zullen worden opgenomen en geilooten ter Kamere van de Auditie van de gemeene Lands -rekeningen, alwaar de Auditeur en Griffier van de Kamer der Domeynen zullen fungeeren, haar leven lang gëduurende, zonder nogtans zig te bemoeyen met andere Rekeningen als met die, welke tot hier toe opgenoomen zyn ter Kamere van de Domeynen. Dat voorts aan de nog overige Raaden en Meesters van de Rekeningen van haar Ed. Groot Mog. Domeynen, voor haar leven, tot zoo verre gegeven zal worden in de beide Collegien van de Gecommitteerde Raaden, dat zy voor haar leven zullen participeeren aan de deliberatien van de Gecommitteerde Raaden over Dominiale zaaken, en aan geene andere deliberatien. En dat ten dien einde een zekere dag ter weeke zal gefteld worden, wanneer de Sesfie zal begonnen worden met de deliberatien over de Dominiaïe zaaken, welke deliberatien afgeloopen zynde, de gemelde Rekenmeesters zullen vertrekken, zonder in eenige andere opfigten, geene uitgefondert, te fungeeren, of buiten het Collegie te compareeren, als Gecommitteerde Raaden. Boven het welk de gemelde nog overige Rekenmeesters &c. Sssss 2 fy*  Raake&dé de Domeinen. en weegens de extra-1 1 Verponding van de f ordinaris Verpon-1 , zelfde Tienden wee-1 ( I ding van defelve gens het jaar 1748' 261 9 8 Tienden,anno 1748. ƒ289 4 o het jaar 1749 261 9 8' over het jaar 1749. 289 4 © het jaar 1750 261 9 81 over het jaar 1750.' 289 4' o' . 7g4 g g j 867 12 ö En zulks te faamen tot I En voorts weegens. een fomme van U 2473 ö'to de Tienden van ou-J de Munfteruithoof-I Te verleenen, zoo als defelve verleent de van de ordinaris word by deefe, furcheantie van executie voor Verponding, den tyd van zes maanden, of tot minder tyd, 1 ?48 ^—* 130 14 12 in cas de middelen teegen de voornöemdeCa- I749 , . 130 14 12 pittulen te gebruiken eerder van effect zulleri. 175° 1301412 weefen: en word der Supplianten verder of ,— 392 4 4 ander verfoek by provifie geweefen van de En eindelyk weegens j I hand. de extraordinaris 1 I 4- Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende diverfe bepaalingen omtrent de maniantie der overgenoome Posteryen; met de Infiruclien voor de Commisfarisfen, Ontfanger, en Secretaris van defelve Posteryen. Den 25 Mey 1752, By refumtie gedelibereerd zynde op het fchrifteïyk Rapport van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, tot het werk der Posteryen, den 2 Maart ter Vergadering geëxhibeertj en onder de Notulen van dien datum geinfefeerd, houdende, op wat wyfe zy ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 23 July *75i> Jacques le Jeune en Willem Kersfeboom hadden gecommitteert, om zig te begeeven na de Steeden, welke haare Pósteryen hebben gecedeert, gelyk meede na de Piaatfen der Wisfei- en Ëntreposten, om zig aldaar te informeeren, zoo by de Fostmeefteren als by derfelver Bediendens, op alles wat de Posteryen betreft, en in het byfonder om op te neemen het getal der Bediendens, haare belooningen en byfonder werkj met qualiflcatie om aan defelve Bediendens de continuatie van haare dienst en belooninge toe te zeggen zoo lang zy zig wel zullen comporteeren, voorts om zig te doen opgeeven den tyd van het afgaan der Posten, de Portloonen, en de ordre die gehouden word omtrent de Postillons en Postpaarden, of de Huifen, daar de Postcomptoiren worden gehouden, waaren Huurhuifen, zoo jaa, derfelver Huuren op te neemen, en zig te informeeren of defelve zouden kunnen worden gecontinueert, of anders na bequaame geleegentheid te informeeren, voorts wat zaaken zouden kunnen of'dienen te worden overgenoomen, defelve te doen tauxeeren, of by Conventie met de Posfesfeurs der Posteryen op approbatie de fomme, daar voor te betaalen, te reguleeren.- Voorts een omftandig Berigt vari het geene zy dienaangaande in fubltantie in het overgeleeverde Verbaal van de gemelde Gecommitteerdens hadden bevonden* En wyders haare Confideratien en Advis wat zy Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden oordeelen, dat, alvoorens de directie en adminiftratie der Posteryen aan het gemeene Land te brengen, by haar Edele Groot Mog, nog zoude behooren tê wor« den gerefolveert. En zynde laatftelyk neêvens het voorfchreeve Rapport gevoegt de Inftructien door haar Heeren Gecommitteerden ter voldoeninge aan de boovengemelde Refolutie van den 23 July 1751. geconcipieert voor.de aan te ftellene Heeren Commisfirisfen der Posteryen, als' meede voor den Ontfmger en Secretaris, waar in de voorgeflaagen Traétementen voor defelve zyn vervat. Is goedgevonden en verftanri, dat. in conformiteit van het geene by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 23 July 1751. is vastgefteld, by het overneemen der Posteryeri ten behoeve van het gemeene Land met deri 1 July aanftaande, ten opfigte van de maniantie derfelve, zoo als die thans gefchied en omftandig in het voorfchreeve Rapport van den 2 Maart deefes jaars is befchreeven, geen verandering zal. worden gemaakt, dat de teegenwoordige Bediendens op de belooningen die thans genieten, en in het voorfz. Rapport meede zyn gefpecificeert, in dienst van het Land zullen worden overgenoomen en gecontinueert, dat de Kitten op den jeegen- Sssss 3 woorS  Raakende de Domeinen. aankomende Maaien wel te letten op de gerecommandeerde Brieven en Pacquetten, en of die daar in gevonden zullen worden, en wyders ten einde defelve promptelyk en fecuur moogen werden geaddresfeert, insgelyks5 wel zorge te draagen, dat die geene aan wien zoodanige Pacquetten of Brieven zullen zyn geaddresfeert, daar van kennisfe werde gegeeven, om door defelve onder behoorlyk recif te kunnen worden afgehaalt of ontfangen, zoo als meede aan defelve eerfte Bediendens van de refpeétive Comptoiren zal moeten worden gelast, zoo van het influiten in de Maaien als van het doen beltellen fpecifique aanteekening en Register te houden, ten einde dat des gerequireerd werdende aan den verfender ten allen tyde de noodige verklaaring zal kunnen worden gegeeven. En is verder goedgevonden en verRaan, de gemelde Heeren Commisfarisfen mits deefen te qualificeeren, om het Amfterdamfche Postcomptoir te Dordregt te transporteeren onder de directie van Wouter van Cooy, althans Commis op het Postcomptoir aldaar op Haarlem, &C. op een Traétement te faamen van drie honderd guldens; en ten refpeéte van de Postcomptoiren in den Hage, de fchikkingen by het voor£chreeve Rapport voorgeflaagen, te approbeeren, en dienvolgens te verRaan,dat hetDuitfche enUtregtfchePostcomptoir zullen werden verplaatst in het Pluis van den Commis Vervoort op de Beestemarkt, en het Zuidhollandfche Comptoir in het Huis van den Commis Sjaak, zoo dat het Hamburgfche Postcomptoir aldaar meede zal moeten werden gebragt, alles ter tyd toe dat by haar Edele Groot Mog. een Generaal Postcomptoir zal zyn geordonneert. Gelyk meede wyders word vastgefteld, dat voor de waarneemmge van het Postcomptoir te Hoorn, op de wyfe by het voorfchreeve Rapport voorgeflaagen, zal werden betaald drie honderd en vyftig guldens, blyvende de voet, ten refpeéte van de Stad Enkhuifen, zoo als nu gefchied; voor de waarneeming van het Postcomptoir te Alkmaar gelyke drie honderd en vyftig guldens; en voor die van dat in de Beeverwyk twee honderd guldens; en laatftelyk, ten refpeéten van de Postcomptoiren te Delft, Gouda, Gorinchem, Schiedam en Schoonhoven, dat tot derfelver direétie en waarneeming op de by het Rapport voorgeflaage wyfe, of op zoodanige andere als nader zal worden bevonden dienftig voor de Posteryen te zyn, zal werden betaald, te weeten, te Delft vyf honderd guldens, te Gouda zeeven honderd guldens, te Gorinchem vyf honderd vyftig guldens, te Schiedam drie honderd en vyftig guldens, en te Schoonhoven drie honderd guldens, waar toe de Heeren Commisfarisfen der Posteryen mits deefe meede worden gequalificeert. En is voorts goedgevonden en verftaan, voor de Heeren Commisfarisfen, voor den Ontfanger, en voor den Secretaris refpectiyelyk mits deefe te arrefteeren de Inftructien aan het einde deefer fub Num. i, 2 en 3. geinfereerd, en aan defelve rtdpe&ivelyk toe te leggen de Traétementen en Daggelden in defelve Inftructien gementioneert. En wyders dat in plaats dat volgens haar Edele Groot Mog. gerefolveerde van den 23 July meer gemeld, de Dedommagementen daar by vastgefteld, door den Ontfanger der Posteryen alle drie maanden op Quitantien van de geene dewelke defelve moeten genieten, mits daar by gevoegt zynde een behoorlyke Atteftatie de vita, zullen moeten worden betaald , de Heeren Commisfarisfen tot faciliteeringe van de adminiftratie die betaalinge in maniere voorfchreeve zullen moogen laaten doen door den Commis of Bedienden aan dewelke de maniantie der Penningen zal zyn toevertrouwt van het Comptoir, waar uit de Dedommagementen by haai- Edele Groot Mog. zyn vastgefteld geworden; en by zoo verre uit her, Keulfche Postcomptoir te Amfterdam zynde, in een fingulier geval de noodige Penningen tot de Dedommagementen op de bepaalde tyden niet gevonden zouden kunnen worden, dat defelve by fubfidie uit het Hamburger Postcomptoir, als aan het zelve annex, en daar meede veel gemeenfchap hebbende, zullen moeten worden gevonden. En laatftelyk reflexie gemaakt zynde op het geene aan het einde van het voorfchreeve Rapport word voorgedraagen ten opfigte van het opgegeeven befwaar van Gerrit Hooft, Postmeester van het Texelfche Postcomptoir te Amfterdam, is, om reedenen aldaar gemeld, en dewelke als fingulier omtrent de voorfchreeve Posteryen te confidereeren zyn, goedgevonden en verftaan, aan den voornoemden Postmeester te permitteeren, zoo als aan hem gepermitteerd word by deefe, om tot het einde van dit loopende jaar in de exercitie van desfelfs voorfchreeve Posterye te continueeren. Num. t. Inflruclie voor den eerften en verdere Commisfarisfen der Posteryen van de Provincie van Holland en Westvriesland. Art. I. De voorfchreeve Commisfarisfen zullen moeten zyn Perfoonen van de bequaamfte en ervaarendfte deefer Landen, van de waare Gereformeerde Religie, en die ten minften zullen hebben bereikt den ouderdom van vyf en twintig jaaren, dewelke malkander niet zullen moogen beftaan in confanguiniteit of affiniteit tot in den vierden graad, dog, ten opfigte van de affiniteit, alleen zoo lange defelve duurt; gelyk defelve ook niet zullen moogen weefen prefent in de deliberatien concerneerende Perfoonen, dewelke haar tot in de voorfchreeve graad beftaan, maar zullen zig gëduurende die deliberatien moeten abfenteeren. I I. Defelve zullen refideeren, als twee te Ara-  Raakende de Domeinen. 881 werde geformeerd een korte ftaat of Reekening zoo van den ontfangts als uitgaaf, om na examinatk geilooten en het Hot van defelve door den Ontfanger van de Posteryen in zyne te doene Reekeninge verantwoord te worden; en zullen defelve de Bediendens daar toe precifelyk houden, dat zy de voorfchreeve ftaaten op den vastgeftelden tyd aan den Commisfaris , waar onder zy gehooren, overgeeven of overfenden, dewelke defelve zal moeten examineeren, en met eene Memorie, houdende zyne confideratien, aan den eerften Commisfaris overfenden, dewelke gehouden zal zyn van defelve een ftaat aan den Secretataris over te geeven, om door hem te worden geregiftreerd, en de andere aan den Ontfanger van de Posteryen moeten fenden , om door denfelven het flot volgens ordre van den Lande ingevorderd te werden, en zal de Memorie van Confideratien daar opgevallen, op de daar toe vastgeftelde tyd ter deliberatie moeten brengen. X I V. Gelyk meede zullen letten, dat de Ontfanger van de Posteryen alle maanden een ftaat aan den eerften Commisfaris overleevere. X V. Zullen de Maandftaaten, zoo van de Bediendens van de respeétive Comptoiren als van den Ontfanger der Posteryen, op de Befoignes, alle drie maanden te houden, moeten examineeren, en op de remarques daar op gevallen refolveeren; en zullen dan voorts moeten depecheeren de noodige ordonnantiën daar uit proflueerende; en in het byfonder daar op letten, dat de flootenvan de Maandftaaten van de respeétive Postcomptoiren, door den Ontfanger in zyne Maandftaaten conform verantwoord werden: gelyk zy als dan meede, een fomme van confideratie in kasfe van den Ontfanger zynde, een Ordonnantie ten laste van denfelven op den Ontfanger Generaal van Holland zullen moeten flaan, waar van zy aan denfelven Ontfanger Generaal zullen moeten kennisfe geeven, om by denfelven volgens ordre van den Lande op de invordering te kunnen werden gevigileerd. XVI. De voorfchreeve Commisfarisfen zullen ook moeten maaken alle jaaren een ftaat van het inkoomen en de lasten der Posteryen, met aanwyfmg hoe veel het fuiver provenu rendeert , en daar van aan onfe Gecommitteerde Raaden kennisfe moeten geeven, om by defelve de noodige ordre te werden gefteld tot aftosfmge van zoodanig Capitaal, als daar meede volgens ons gerefolveerde van den 0' Maart 1751 afgelost zal kunnen worden, en zullen de Gecommitteerde Raaden jaarlyks zoo van het provenu en lasten als van de afgeloste Capitaalen aan ons kennis moeten geeven. XVII. Alle Ordonnantiën zullen worden geteekent door drie of ten minften twee Commisfarisfen, en voorts door den Secretaris ondertekent, na dat defelve zullen zyn geregiftreerd, en daar VIII. Deel. op door denfelven zal zyn geftelt Folio ialè, en zullen geen Ordonnantiën van Vacatiën depecheeren , als na dat blykt dat de reifen en befoignes volgens de ordre zyn gedaan XVIII. Zullen geen Ordonnantiën mogen werden verleend van eenige gekogte of geleeverde Goederen, dan op Specificatie van de Goederen , inhoudende de quantiteit en qualiteit, met de prys van defelve by den Verkooper geteekent, metbekentenisfe van de geenen die defelve ontfangen heeft en daar voor comptabel zal weefen, en zullen aan de Ordonnantiën moeten werden geannexeert, en daar by blyven, de Declaratien of Documenten, waar op defelve geflaagen zyn. X I X. Aan de voorfchreeve Commisfarisfen eenige zaaken voorkomende, waar door zy zouden meenen dat de Posteryen gebeneficeert of meerder menage zoude kunnen werden geïntroduceerd, zoo zullen zy daar van aan ons kennisfe moeten geeven, om daar op na bevindinge te werden gerefolveerd, dog zullen egter op voorvallende zaaken, dewelke geen uitftel zouden mogen lyden, provifioneel zoodanig mogen disponeeren, als zy na bevinding zullen oordeelen te behooren, mits daar van aan ons ter eerfter geleegentheidkennisfe geevende, om daar op verder te werden gedisponeerd X X. Zullen zorge draagen, dat de Chartres en papieren tot de Posterye fpeéteerende in goede ordre werden gehouden, in een kas daar toe in een van de vertrekken van de Heeren Gecommitteerde Raaden te maaken, en dat aan niemand eenig acces of copie van defelve worde gegeeven als aan die geen die volgens de ordre van de Regeering daar toe geregtigt zyn XXI. Zullen voorts de zaaken tot de Posteryen fpeéteerende, dewelke fecreet behooren te weiden gehouden, aan niemand als aan ons, of de Gedeputeerden van de Leeden van onfe Vergadering daar toe last hebbende van de fleeren haare Principaalen, den Heer Erfftadhöuder in der tyd, of Vrouwe Erfftadhouderesfe of Vrouwe Gouvernante, onfe Gecommitteerde Raaden, of den Raadpenfionaris , moogen openbaaren. XXII. Zullen geen giften of gaaven moogen neemen of ontfangen, by de befchreeve Regten eenigfmts verboden, van iemand die eenige betrekking tot de voorfchreeve Posteryen zullen hebben, en ook daar op letten dat zulks zoo by den Ontfanger en Secretaris, als by dè respeétive Bediendens nagekoomen Werde; en zullen geen nieuwe Beneficiën of Employen moogen erigeeren, nog aan zig zelfs nog aan haare Minifters eenige verdere Traétementen of Emolumenten mogen toeleggen, meerder als by derfelver Inftruétie aan haar is geaccordeerd, gelyk zy meede aan de respeétive Bediendens geene verdere Traétementen of Emolumenten zullen moogen toeleggen, als aan Ttttt de-  Raakende de Domeinen. 883 niet fchryven kan, zal hy met het ftellen van zyn merk mogen volftaan, mits dat een of meer andere Perfoonen van goede naam en faam, of een Notaris, met haar eigen hand ter zyden van het felve merk attefteeren, dat zoodanig merk is het regte merk van alfulke Perfoon met naam en toenaam, en dat inhunlieder prefentie het zelve merk by den voorfchreeven is gefteld. X I. De voorfchreeven Ontfanger zal zyne Reekeningen in goede ordre formeeren, de respecten behoorlyk uyt malkander moeten brengen, en inCapittelen verdoelen, zoo als hy best met overleg van Heeren Commisfarisfen der Posteryen zal meenen te behooren, en zal ook daar omtrent in het vervolg ook moeten obferveeren het geen hem door de Provinciale Reekcnkamer zal werden geordonneert, en zal voorts ftrictelyk agtervolgen de Appostillen, dewelke telkens op zyneileekeningen zullen worden gefteld. XII. De voorfchreeve Ontfanger zal zyne Reekcnhwen moeten overleeveren binnen den tyd vai^ zes maanden na expiratie van ieder jaar, en daar van formeeren drie eenshüden- , de Reekeningen, als een voor de Provinciale | Reekenkamer, een voor de Commisfarisfen van de Posteryen, en een voor den Rendant, en voor aan in defelve voor de eerfte reife moeten fchryven zyne Inftruétie en Aéte van borgtogt, en in het vervolg zyne Aéte van borgtogt alleen, en zal beneevens zyne Reekeningen moeten overleeveren een Borderel, daar in de fommen onder haare Capita fpecince zyn gefteld. XIII. Zal zyne Reekening op den Eed by den aanvang zyner bediening gedaan moeten ftellen, en onderteekenen de navolgende VrerkVaaring: Dat hy in zyne Reekeninge heeft gemaakt getrouwe Ontfang van al het geen by hem' ontfangen is, zonder daar van ietwes agtergehouden te hebben, en dat in de uitgaaven niet zyn gebragt partyen die niet dadelyk zyn betaald, en dat de bewyfen daar toe fpeéteerende zyn opregt en goed, zig verbindende, by zooverre anders mogte bevonden worden, het zelve vierdubbeld te zullen betaalen ten profyte van den Lande. X I V. Indien de Gecommitteerden van de Reekenkamer zullen bevinden, dat de Ontfanger in gebreeke blyft zyn Reekening wel en behoorlyk gefurneerd, ten einde van zes maanden na de expiratie van ieder jaar ter Kamere over te zenden, en daar toe by befloote Misfive een en andermaal van de voorfchreeve Kamer zynde geinfmueert, en nog in gebreeken blyvende, nog wettige excufe allegeerende ten genoege van defelve Kamer, zoo zal by defelve Kamer tegens hem by gyfelinge of anders na bevinding werden geprocedeert. X V. De Ontfanger zal moeten ftellen fufïïfante Borge ter fomme van tien duyfend guldens voor zyne Adminiftratie ten genoege der Commisfarisfen van de Posteryen. XVI. De Ontfanger zal, des gerequireerd, ook moeten asfifteeren alle de Befoignes, die by de Heeren Commisfarisfen der Posteryen in den Hage zullen werden gehouden. XVII. En zal voorts moeten agtervolgen het geen hem verder door de voorfz. Commisfirisfen zyne funétie betreffende, zal worden geordonneerd, en dewyl de direétie der Posteryen vereischt, dat defelve met alle attentie werde nagegaan, zoo zal hy ook gehóuden zyn te reilen na zoodanige Comptoiren, en verders zoo als tot nut van de Posteryen noodig bevonden zal worden, en hem door Commisfarisfen voorfz. zal werden geordonneert. X VIII En zal in alle gevallen jaarlyks de ronde moeten doen na alle de Postcomptoiren, om naauwkeurig na te gaan of de Bediendens haare Inftruétie agtervolgen, en of in alles goede ordre werd gehouden, en zal daar van moeten houden pertinent Verbaal, en het zelve aan den eerften Heer van de Commisfarisfen moeten overleeveren, gelyk meede Extract van het zelve aan de Commisfarisfen ieder in het byfonder, zoo verre haar particulier resfort betreft. Des zal defelve ronde niet mogen dden als met voorgaande kennisfe en goedvinden van de Heeren Commisfarisfen of van den eerften Heer , gelyk ook nooyt buiten den Hage zal moogen vernagten als met kennisfe en goedvinden van defelve. X I X. Zal voorts de zaaken aan hem voorgekoomen tot de Posteryen of zyne adminiftratie gehoorende moeten fecreteerën, voor zoo verre defelve fecreet behooren te werden gehouden, zonder die aan iemand verders als aan ons of de Gedeputeerden van de Leeden van onfe Vergadering daar toe last hebbende van de Heeren haare Principaalen, den Heere Erfftadhöuder in der tyd, of Vrouwe Erfftadhouderesfe of Vrouwe Gouvernante, onfe Gecommitteerde Raaden, of den Raadpenfionaris te moogen openbaaren. X X. Zal geen Giften of Gaaven moogen neemen of ontfangen by de befchreeve Regten eenigfmts verboden, direét, of indireét, van die eenige de minfte betrekking tot de Posteryen zullen hebben. X X I. Voor al het welk de voorfz. Ontfanger zal genieten, en aan hem in zyne Reekening werden geleeden een Traétement van f 15 00 - ö - o, en daar en boven voor een Clecrq ƒ 300-0-0 jaarlyks, waar voor hy zal gehouden weefen zyn Ampt met het geen daar van dependeert volgens deefe Inftruétie naarstelyk en getrouwelyk waar te neemen, en te onderhouden zoodanige Ciercq of Clercquen, als hy noodig zal hebben tot uitvoering van het zelve. Tt-t-rr o XXII.  Raakende de Domeinen. 885 ders weegens expedieeren van eenige zaaken iets te moogen genieten of ontfangen, direételyk of indireételyk. XIII. Dog zal boovendien, op ordre van Commisfarisfen hebbende gereist, moogen declareeren f 8-0-0 daags voor Vacatiën, Waagevragten en Verteeringen, gelyk meede aan hem in declaratie op Ordonnantie van Commisfarisfen zullen werden gevalideert de Briefporten , dewelke hy als Secretaris zal hebben betaald, mits defelve Brieven aan Heeren Commislarisfen exhibee rende. X I V. Zal moeten woonen in den Hage, en daar buiten niet moogen vernagten als met kennisfe van den eerften Commislaris, en zig niet buiten de Provincie van Holland en Westvriesland moogen begeeven, als met kennisfe en goedvinden van de Heeren Commisfarisfen X V. Zal in handen van onfe Commisfarisfen van de Posteryen moeten Eed doen op deefe Inftruétie, om zig na defelve punétueelyk te zullen gedraagen. Aldus gearrefteerd ter Vergadering van haar Edele Groot Mog. den 25 Mey 1752. 5. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende confent aan Bailliuw en Kerkmeesteren van 's Gravefande en Zand - Ambacht, tot het cedeer en der Lammer-tienden aan haar Ed. Groot Mog. Domeinen. Den 14 July 1752. Gedelibereerd zynde op het vierde Point van de Befchryving van haar Edele Groot Mog. Vergadering van Maart deefes jaars, nader gebragt in het tiende Point van de jegenwoordige Befchryving, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den id February deefes jaars , geformeert op de Requeste den 19 July 1749. aanhaar Edele Groot Mog. geprefenteert door Bailliuw en Kerkmeesteren van 's Gravezande en Zand-Ambagt, omme de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. tot foulaas van de voorfchreeve Kerk, de Verponding der Lammertiendenbreeder in de voorfz. Requeste gemeld, met den jaare 1750. gelieven te doen verminderen en aanflaan op den vyfden Penning van het geene defelve in de laatfte tien jaaren door den anderen gereekent aan revenuen hebben gerendeert; en by aldien onverhooptelyk het zelve verfoek niet zoude moogen volgen, het als dan haar Edele Groot Mog. mogt behaagen de Supplianten te permitteeren, om de voorfz. Lammertienden onder behoorlyke cesfie en transport te moogen abandonneeren aan haar Edele Groot Mog. Domeinen, om vervol¬ gens door haar Edele Groot Mog. daar omtrent zoodanig te werden gehandeld, als haar Edele Groot Mog. zullen gelieven goed te vinden. Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, uit den naam en van wegens Burgemeefteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mog. confenteeren en bewilligen by deefe, dat de Supplianten de voorfchreeve Lammertienden by behoorlyke aéte van cesfie en afftand zullen moogen cedeeren en overgeeven aan de Domeinen van haar Edele Groot Mog., mits defelve van alle ordinaris en extraordinaris Verpondingen , als meede van alle andere lasten hoe genaamt zuiverende, dog, uit confideratie dat deefe zaake de Kerk raakt, alleen tot 1750 incluis, en mits voor den verderen tyd aan den Lande verantwoordende het geene tot den dag der afftand van de voorfz. Tienden zal zyn geprovenieert; wordende der Supplianten verder of ander verfoek by de voorfchreeve Requeste gedaan geweefen van de hand. Ttttt 3 iu-  laakende de Domeinen. go nadeel van de Commercie langs de Rivieren gedreeven werdende, en de Navigatie op defelve , indien niet daar teegen promptelyk en efficacieufelyk werde gevigileert en voorfien; fonderling dewyl hetzelve meede werd vereyfclit tot voorkoominge van de inconvenienten, die door de verhooginge van de gronden der Rivieren veroorfaakt werden, in hetoverRroomen der Landen en het befchaadigen van de Dyken, als die daar door meer en meer werden blootgefteld aan doorbraaken en overloopén van het Water, tot onnoemelyke fchaade van de Ingezeetenen van den Lande. Zoo is 't, dat wy, met communicatie en Advis van haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, goedgevonden hebben, wel ernftig te prohibeeren en te verbieden, zoo als wy prohibeeren en verbieden by deefen , dat niemand, wie hy ook zoude moogen weefen, zig vervordere eenige Aanwasfen, Ruygten, Slyken, Zanden of Plaaten in de Rivieren de Merwede, Lek, oude en nieuwe Maafe, te aanvaarden, of zig aan te maatigen, of defelve aanvaard en zig aangemaatigt hebbende, defelve te bepooten, beplanten, of defructueeren, op hoeclanige wyfe het Zyn mooge, of zig die in eenigerley maniere te onderwinden, directelyk of indireételyk: En in teegendeel alle die geene, die zoodanige aaüvaardinge of aanmaatiginge zoude moogen hebben gedaan, of in haaten naam hebben laaten doen, by deefen beveelen, haare handen daar van af te trekken, en defelve te verlaaten , ten eynde defelve op ordre van ons, onfe Gecommitteerde Raaden, onfe Gecommitteerden tot de infpeétie van de Rivieren, of anderen, die wy daar toe verder fouden moogen authorifeeren en qualificeeren refpeétive, te werden aanvaard, en geamoveert of afgegraaven, of anderfms daar meede foodanig gehandeit te werden, zoo als wy, onfe Gecommitteerde Raaden, of andere onfe daar toe Gecommitteerdens respeétive, ten dienfte van den Lande, en de opruyminge van de Rivieren zullen bevinden vereyfcht te werden; op pcene dat die geenen, die zig zoodanige Aanwasfen, Ruygten, Slyken, Zanden of Plaaten in de voorfchreeve Rivieren geleegen, of als nog opkoomende, zouden willen onderwinden of aanmaatigen, zullen verbeuren een boete van een duyfend Caroli guldens, tot veertig grooten Vlaams het ftuk, en daarenbooven gehouden zyn in alle de kosten, fchaaden en nadeelen, die zyluyden door zoodanige aanvaardinge en aanmaatiginge, het zy aan het gemeene Land, het zyaan eenige particulieren , zullen hebben veroorfaakt. En op dat deefe onfe ferieufe intentie, tot wegneeminge van alle fchaadelyke belemmeringen van de diepte en vrye afloop van de Waateren der voorfchreeve Rivieren, volkoomen effect forteere, en agtervolgt werde, hebben wy onfe Gecommitteerde Raaden, als hebbende de hooge opfigt over onfe Domeynen, verfogt en geauthorifeert, foo als wy defelve alsnog verfoeken en authorifeeren by deefen, omme door de Rentmeefters Generaal van onfe Domeynen in de voorfchreeve Diftricten yeder voor foo veel hem aangaat, te ftellen zoodanige ordres, en teegen de weederhoorige te procedeeren en te doen procedeeren zoo als zy fullen oordeelen te behooren, nadien wy bevonden hebben fulks ten dienfte van den Lande te werden vereifcht. En indien iemand zoude vermeenen te hebben regt en titul tot aanwafch in en aan de bovengemelde Rivieren, of tot Ruygten, Slyken , Zanden en Plaaten in defelve bereyds gefet en opgekoomen, of alsnog zig zettende en opkoomende, het zy uyt hoofde van uytgifte, koop of gifte, welke hy of zyne VoorZaaten van de hooge Overheid zoude hebben verkreegen, en dus zoude fuftineeren zoodanig regt van aanwas, de aanwasfen zelfs j Ruygten, Slyken, Zanden of Plaaten uyt zulken hoofde of anderfms hem te competeeren, en defelve op die gronden aanvaard, en zig aangemaatigt te hebben; zoo ordonneeren en gelasten wy by deefen, dat alle die geeneni die zig vermeeten willen, tot de voorfchreeve regten, of eenig van dien te weefen bevoegt, binnen den tyd van drie maanden na date vart dit ons Placaat (het zelve ondertusfehen volkoomen effeét forteerende) zal of zullen gehouden zyn, omme in onfe Secretarye te exliibeeren en over te brengen de Brieven van uytgifte, giften, verkoop van de hooge Overheyd, of zoodanige andere Brieven en Befcheiden , als waar meede zy haar regt en titul tot aanwafch, of aangewasfe gronden, Ruygten, Slyken j Zanden of Plaaten zouden zoeken té beweeren, ten eynde alle defelve befcheyden door onfe Gecommitteerde Raiaden, die wy daar toe meede fpecialyk authorifeeren en qnaplificeeren by deefen, geëxamineert en overwoogen te werden; ten zulken effeéte, dat in cas welgemelde onfe Gecommitteerde Raaden defelve klaar eh ter zaake pertinent bevinden, de geëxhibeerde befcheyden aan der félver Eygenaars te reftitueeren, en haare Confideratien en Advis, zoo fpoedig als doenlyk Zal zyn, aan ons të laaten toekoomen, omme ten opfigte van zoodanige nader te werden gedisponeert, Zoo als wy zullen bevinden met den dienst van den Lande over een te koomen. En ten reguarde van die geenen, welker befcheyden niet voldoende bevonden werden,, ordonneeren wy, dat defelve zullen werden gereftituëert en te rug gegeeven, en dat aan de zoodanige zal zyn en blyven verbooden, zig eenige aanwas, aangewasfe Gronden, Ruygtens, Slyken, Zanden of Plaaten inde voorfchreeve Rivieren opgekoomen, of als nog opkoomende, te ónderwinden of aan temaatigen op eenigerley manieren, op de boeten hier booven geftatueert. Blyvende niet te min henluyden vry en onverlet , omme zoodaanig regt, als zy zig uyt hoofde van pretenfe titulen zouden willlen vermeeten, te inftitueeren voor onfen Hoove, zoo als zy te raade zullen werden, dagvaaren-  Raakende de Domeinen. 889 Christelyke Gereformeerde Religie, ftaande ter goeder naam en faam, en in het fchryven en reekenen wel ervaaren, en zullen de geenen dewelke zig aan haare Comptoiren addresfeeren met alle civiliteit en beleeftheid moeten bejeegenen en onderregten. I I. Zullen op haare Comptoiren moeten houden goede ordre, en wel beforgen dat de Commifen en verdere Bediendens onder haar geftelt, als ook de Posthouders, haare Inftructien en Contracten agtervolgen, dewelke ten dien einde aan defelve zullen worden ter hand geftelt, en daar in eenige nalaatigheid van confideratie of quaad comportement bevindende , daar van aanftonds kennisfe moeten geeven aan den Heer Commisfaris of Heeren Commisfarisfen waar onder 'zy gehooren, gelyk zy ook zulks aan defelve zullen moeten doen van alle zaaken, waar van hier nader in deefe Iuftruétie zal worden gemeld. I I I. Zullen wel hebben te beforgen dat de Posten op haar gewoone uuren en tyden precis vertrekken, en zullen ten dien einde gehouden weefen op alle Postdagen prefent te weefen by het afgaan der Posten, om de Maaien te fluiten, na wel te hebben gelet, dat de Brieven en Pacquetten, zoo gerecommandeerde als andere, in goede ordre en wel beforgt, geforteert in de zakken waar in zy gehooren, in de Maaien zyn gedaan, en dat geen van defelve voor het fluiten der Maaien befteld daar uit gelaaten worden; en zullen vervolgens geen Brieven of Pacquetten, reeds aan 'haar Comptoir ter verfendinge befteld, weederom moogen afgeeven, als op een wettig bewys van die geene dewelke defelve daar heeft beitelt of doen,heitellen. I V. Gelyk zy by het aankoomen der Posten zig aanftonds prefent zullen moeten laaten vinden om Maaien te openen, en wel te letten op de gerecommandeerde Brieven en Pacquetten, of defelve daar in gevonden worden, en voorts defelve te neemen in fecuure bewaaringe, tot dat defelve in maniere hier onder te melden zullen weefen afgehaald. V. Zullen voorts ook aanftonds moeten nafien of het getal der gerecommandeerde Brieven en Pacquetten met de Advisbrieven quadreeren, en daar van aanftonds in een Register aanteekening moeten doen of beforgen dat zulks word gedaan, en vervolgens defelve moeten forteeren, en daar op de Portloonen ftellen volgens de Portlyst die haar neevens deefe Inftruétie zal worden overgegeeven, en het montant van defelve genoteert hebbende, defelve Pacquetten en Brieven aan de Beftelders alle moeten overgeeven, om ten prompften te werden beitelt, zonder aan eenige Brieven of Pacquetten eenige preferentie te moogen geeven, uitgefondert die geene dewelke aan de refpeétive Steeden of derfelver Ministers zullen weefen geaddresfeert, dewelke prefe- VIII. Deel. rabel aanftonds zullen moeten werden beftelt en zullen defelve Beftelders daar toe houden' dat zy defelve hebbende beftelt, de ontfangene Portloonen ten minften weekelyks verantwoorden. En zullen geen particuliere Crediten als voor haar particuliere rificQ moogen geeven en zonder dat zy uit dien hoofden eenige penningen uit haar kasfa zullen moogen laaten blyven. V I. Van de gerecommandeerde Brieven enPacquetten van waarde zullen zy vorderen het volgende Declaratoir: Verklaare ik ondergefchreeve aan het . . . . . Comptoir gebragt te hebben een waardig . . . guldens en meerder niet, houdende aan en dat ik tot my- nen laste en rifico neeme alle fchaade en ongeval, het welk aan het voornoemde . . . . zoude moogen overkoomen, na dat het van het voorfchreeve Postcomptoir zal weefen afgefonden, zonder dat het Postcomptoir alhier desweegens aan eenige verantwoordinge gehouden zal weefen. Aétum den Van welke voorfchreeve Declaratoir aan haar neevens deefe Inftruétie zullen werden ter hand gefteld een quantiteit gedrukte Exemplaaren, zaamen gebonden in een Boek, om defelve in te vullen, na dat de gevallen zullen exteeren, en vervolgens te doen onderteekenen. v 1 i. Van de receptie der gerecommandeerde Brieven en Pacquetten zullen zy by haar eerfte Advisbrief kennisfe moeten geeven aan het Postcomptoir waar van defelve aan haar zullen zyn gerecommandeert: en ten einde defelve op een fecuure wyfe haar addres moogen erlangen , zoo zullen zy door de Beftelders aan de geenen aan wien defelve zullen zyn geaddresfeert, daar van moeten kennisfe doen geeven, met aanfegginge, dat defelve onder behoorlyk Recif kunnen worden afgehaalt en ontfangen, en welk Recif zy zullen moeten requireeren in volgende maniere: Ik ondergefchreeve bekenne ontfangen te hebben van het . . . Comptoir een ... aan my geaddresfeert, en van het Comptoir van . . . . gerecommandeert, daar van quiteerende by deefen. Aétum den en welke gequiteerde Reciven zy wel zorgvuldig zullen moeten bewaaren en doen aan een Lias, en tot prompter expeditie zoo zullen van de voorfchreeve Reciven meede eenige gedrukte Exemplaaren aan haar worden ter hand geftelt. VIII. Van de Pacquetten en Brieven, dewelke aan haar zullen worden ter verfendinge gerecommandeert , als van die geen die zy met V v v v v re-  ttrmkonrte de Domeinen. Rot Rellen, en voorts aanftonds daar van kennisfe moeten geeven. X V 1 I I. Zullen de noodige zorge draagen, dat van haar Comptoir geen Postillon kome af te ryden of daar aan te arriveeren zonder een behoorlyke Rypas of Uurcedulle by zig te hebben, en zullen zy de Postillons daartoe houden,' dat zy op de Rypas of Uurcedulle van diftantie tot distantie, en voornamentlyk aan de Veeren aan beide de Oevers der Rivieren, die zy moeten pasfeeren, exaételyk doeti aanteekenen het uur van haar aankoomen en afgaan respeétivelyk, ten einde men allefmts gerust kan zyn dat de Ritten binnen den gepreligeerden tyd worden afgelegt, of indien daar toe meerder tyd bevonden word doörgebragt te zyn, aan hen zal kunnen blyken waar ter plaatfe de vertraaginge haar oorfrak heeft, om daar in vervolgens te voorfien, zoo het afgehangen heeft van de conduite yan den Postillon. XIX. Zullen gehouden zyn een particuliere attentie te hebben op de Postillons, dat zy geen Brieven heimclyk ontfangen om onderweegen of wel op de Plaats van haar laatfte aankomst, dat is in de Stad. ... te beftellen, het zy zelfs of door anderen om het Port daar van tot haar eigen profyt te behouden, en zullen zy tragten defelve te brengen daar toe , dat zy opregtelyk opgeeven de Brieven aan haar onderwegen op de Route ter beftellinge overgegeeven, en dat zy die geene, die.in de voorfz. Stad t'huis hooren, aan het Comptoir brengen, om daar meede, zoo als in Art. 17. is gereguleert, te handelen. X X. Zullen gehouden zyn met alle attentie zorge te draagen, dat alle Brieven, dewelke onbeftelt door de Beftelders aan het Comptoir worden te rug gebragt, wel bewaard worden, vooral de zulke die in het verreekenen met de Buitenlanders onder de naam van rebut of onvindbaar te confidereeren zyn, en als zoodanig moeten te rug werden gefonden na de Piaatfen van waar zy zyn gekoomen, na verloop van een geprefigeerden tyd aan het Comptoir tot nu toe gebruikelyk of nader by bevindinge van zaaken vast te ftellen; en zullen gehouden zyn een Lyst te maaken van de onbeftelde Brieven, en die gëduurende de voorfchreeve tyd te hangen in het Comptoir, en daar toe acces aaneen ieder te geeven ten minften een maand lang na dat die onbeftelde Brieven zullen weefen aangekoomen; vervolgens zullen zy gehouden zyn de onbeftelde en gerebuteerde te mg te fenden aan zoodanige Postcomptoiren van waar zy zyn gekoomen, ten welken einde de Brieven die niet geburineert of geftempelt gekoomen zyn, zullen moeten worden geburineert of gemerkt met de naam der Piaatfen van waar zy zyn afgefonden, om, wanneer gereclameert worden, aan den afzender te kun- worden gerestitueert, en zullen zy gehouden zyn, indien zoodanige onbeftelde Brieven of Rebuten van andere Comptoiren aan het haare te rug koomen, die Brieven niet uit te geeven als na dat hen op een kennelyke en fuffifante wyfe zal zyn gebleeken, dat die geene die om de onbeftelde Brieven of Rebuten komt, de waare afzender van defelve is, of behoorlyk regt heeft om defelve te rug te eisfehen. XXI. Zullen niet vermoogen eenige Brieven, op welke verkeerde Addresfen zyn geftelt, of aan onvindbaaregeaddresfeert, te openen, om door het zien van de onderteekening te ontdekken van wie defelve gekoomen zyn, maar zullen defelve moeten ftellen op de Lyst der onbeftelde Brieven en der Brieven van rebut hier voor Articul 20 gemeld, en in gevalle defelve niet gereclameert worden onder de precautien van het voorfchreeve 20 Articul, zullen die aan niemand moogen uitgeeven, maar gehouden zyn die te bewaaren en te fepareeren zoo als geordonneert zal worden. XXII. Zullen moeten ftellen fuffifante cautie ten genoegen Van ons, en ter Ibmme als haar neevens deefe Inftruétie zal worden geordonneert, zoo voor derfelver goede adminiftratie als comportement, gelyk ook voor de beforging, dat de gerecommandeerde Brieven en Pacquetten in de Maaien werden gedaan, en dat die met de Maaien behoorlyk conform deefe InftruóVie haar Addres erlangen. XXII1. Zullen alle zaaken, de Posteryen cc-ncerneerende, moeten fecreteereh, zonder defelve aan iemand buiten ons óf Commisfarisfen van het resfort of onfe Ministers te moogen openbaaren, en byfonder ook aan niemand moogen communicatie geeven van de Pacquetten en Brieven op haar Comptoir ter verfendinge beftelt, of dewelke zy ter beftellingt zullen ontfangen. XXIV. Zullen niet moogen neemen eenige Giften of Gaaven, om aan iemand, wie het zy, eenig faveur te doen, en zullen voorts moeten doen den Eed op deefe Inftrucfie, als meede den Eed van zuyveringe op het Formulier in haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 24 February 1656 vervat, van zig daar na wel en getrouw te fullen reguleeren: voor alle welke diensten defelve zullen genieten zoodanig Tractement en Emolumenten, als aan haar by derfelver Commisfie zal blyken te weefen toegelegt. XXV. Referveerende aan ons de faculteit om deefe Inftruétie te amplieeren, te altereeren en te elucideeren, zoo als in het vervolg bevonden zal worden te behooren. Gearrefteert den 28 July 1752. Vvvvv 2  RnnVenrle rle Domeinen. Q^n io. Refolutie van de Staaten van Holland, betrek¬ kelyk het formeeren yan Generaale Post-Comptoiren in de Steeden Dordrecht, Amflerdam en den Brielle, en in den Hage. Den 9 February 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mogende Posteryen, ter Vérgadering ingekoomen den 18 November 1752, en onder de Notulen van dien datum geinfereert, voorzoo verre defelve daar by aan haar Edele Groot Mog. hebben voorgeftelt de noodfaakelykheid en nuttigheid van het erigeeren van generaale IPostcompcoiren in de Steeden, alwaar defelve nog niet zyn, te weeten in de Steeden Dordrecht, Amfterdam, Brielle en den Hage, als meede hoedanige fchikkingen en arrangementen dien aangaande, ge. lyk ook omtrent de Post - Comptoiren van de Steeden Delft, Rotterdam, en Schiedam zoude behooren te worden gemaakt, zoo tot beeter direétie van de Correspondentie als om het werk der Posteryen op alle de voorfz. PostComptoiren in een goede ordre te doen behandelen , en de Bediendens derfelve convenable belooningen te doen genieten, en te gelyk de menage voor den Lande te betragten. Als meede voor zoo verre defelve daar by aan haar Edele Groot Mogende kennisfe hebben gegeeven van het geene aan haar door de zesMarktfchippers van den Hage op Amfterdam by Requeste was voorgedraagen, ten opzigte van het profyt dat dezelve van deBrie ven hadden genooten voor dat de adminiftratie der Posteryen aan het Land was overgebragt, en op wat wyfe zy Heeren Commisfarisfen oordeelden dat defelve desweegens zouden behooren te worden gededommageert, Zynde ontrent de twee andere pointen in die Misfive voorkoomende reeds by haar Edele Groot Mogende op den 18 November en 7 December gerefolveert. Is goedgevonden en verftaan, dat in de Steeden Dordrecht, Amfterdam en den Brielle, en in den Hage Generaale Poscomptoiren zullen worden geformeert. En wel ten respeéte van het Postofficie binnen de Stad Dordregt, in deefer voegen; dat het zelve op een bequaame en welgeleege plaats in het midden van de Stad zal worden geformeert en daar toe gekogt of gehuurt een Huis, zoo als de occafie zig best zal prefenteeren, en dat vervolgens de jegenwoordige drie Comptoiren daarin zynde geplaatst, door de drie jegenwoordige Commifen, ieder in haar departement zal moeten worden gemanieert, zoodanig egter, dat zy malkander, om een Generaale kundigheid te acquireeren, zullen moeten asfifteeren. Dat aan den jegenwoordigen Commis van het Brabandfche Postcomptoir in qualiteit als eerfte Commis, boven vrye wooning in het generaale Postcomptoir, zal worden toegelegt een Traétement van f4.00 -o- o, en dat de twee andere Commifen zullen blyven gecontinueert op haar jegenwoordige Traélement van ƒ 500 - o - o en ƒ300 - o - o refpeétive, dog dat by aflyvigheid of verlaating van een van de jegenwoordige drie Commifen, de direétie alleen door twee Commifen zal worden gemanieert, en dat als dan het Traétement van den eerften Commis in het Posthuis woonende, nog zal worden verhoogt tot vyf honderd Guldens, en de tweede Commis zal genieten een Traétement van vyf honderd Guldens. Dat ook by de erectie van het voorfchreeve Generale Postcomptoir, in plaatfe van de drie Brievenbeftelders, dewelke by de jegenwoordige drie Postcomtoiren te Dordregt worden geëmployeert, te faamen op een loon van drie honderd een en veertig Guldens, daar toe maar twee Brievenbeftelders op het voorfchreeve Traétement zullen worden gebruikt. En dat wyders, om zoo veel doenlyk alle onnoodige kosten te menageeren, de Gelderfche, Friesfche en Overysfelfche Brieven, Dingsdags en Vrydags 'smorgens ten neegen uuren uit Dordregt vertrekkende, in plaatfe van tot Utrecht te werden gebragt, alleen zullen worden gebragt tot Gouda of Haastregt, j en aldaar meedegegeeven aan den Postillon dié op de gemelde tyd van Rotterdam over Gou! da en Oudewater op Utrecht ryd, wraar door ' jaarlyks een fomme van twee honderd dertig ! Guldens zal worden geprofiteert. Blyvende by provifie in deliberatie de voor, flag by het voorfchreeve Rapport gedaan, om, tot betragting van verdere menage, de Luikfche en Akenfche Brieven , in plaatfe van die Dingsdags en Vrydags 's avonds ten agt uuren uit Dordregt met een byfonder Postillon te doen brengen op Gorinchem, defelve te doen vertrekken ten vyf of zes uuren met de ordinaVvvvv 3 ris Formulier by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 24 February id5d. vervat, van zig daar na wel en getrouw te zullen reguleeren : voor alle welke dienften defelve zullen gemeten zoodanig Traétement en Emolumenten, als by derfelver Commisfie zal blyken aan haar te weefen toegelegt. ■ y o X I I. Referveerende aan ons de faculteit om deefe Inftruétie te amplieeren, te altereeren en te elucideeren, zoo als in het vervolg bevonden zal worden te behooren. Gearrefteert den 28. July 1752.  Raakende de Domeinen. 895 de Heeren Commisfarisfen van haar Ed. Groot jylog. Posteryen verfogt en geauthorifeert, om over die #aats met de Heeren Burgemeeste* ren te concerteeren, en daar in hebbende gereusfeert,het zelve aan haar Edele Groot Mogende ter deliberatie te prefenteeren, met de behoorlyke Teekeningen, begrootinge van de kosten, en de Bedekken daar toe relatif, met byvoeginge van haare Confideratien op welke tryfe het Post-Officie binnen de Stad Amfterdam als dan zoude behooren te werden geadminiftreert. En dat zoo veel het te formeeren generaale Post-Comptoir in den Hage aangaat, de Heeren Commisfarisfen der Posteryen zullen worden verfogt en geauthorifeert, zoo als verfogt en geauthorifeert worden by deefe, om daar toe een bequaam geleegen Huis te huuren of te koopen, of wel van de Heeren Gecommitteerde Raaden te verneemen, of op het Plof daar toe ook eenige geleegentheid te vinden zoude zyn. Dat de vyf Commifen van de tegenwoordige vyf Post-Comptoiren in den Hage in het generaale Post-Comptoir zallen worden geëmployeert, op het Traclement het geen ieder derfelve jegenwoordig geniet,- dog dat defelve by verfterf of veriaating van die Posten zullen worden gebragt op drie, en dat zy op dat getal gekoomen zynde, als dan haare Traétementen in deefer voege zullen worden geaugmenteert, dat aan den eerften Commis booven de vrye wooning in het Posthuis zal worden gegeeven een Traclement van ƒ 1000 -0-0 Aan de tweede Commis gelyke 1000 -0-0 En aan den derden Commis 800 -0-0 Dat de vyftien Brievebeftelders die tegenwoordig by de voorfchreeve vyf Comptoiren in den Hage gevonden worden, genietende jaarlyks te faamen ƒ i 900-0-0, zullen uitfterven op agt of daar omtrent, en dat als dan die fomme door Heeren Commislarisfen der Posteryen onder defelve Beftelders in een behoorlyke proportie zal worden verdeeld. En dat wyders ook tot betragting van de menage, het Rit der Franfche en Brabandfche Brieven, gaande van den Hage tot de Posthoorn of tot Rukveen, waar voor betaald word ƒ 2199-0-0, zal worden bekort, en dat defelve Brieven alleen zullen worden gebragt tot Rotterdam, om te gelyk met de Maal van die Stad te gaan, welke precis op den tyd als defelve daar aankomt haar Brieven na Braband en Vrankryk verfend, voor welk Rit op Rotterdam zal moogen worden befteed ƒ500 -0-0, zoo dat dan nog zal worden geprofiteert ƒ 1700-0-0 'sjaars. En is laatftelyk ten opfigte van het verfoek van de zes Marktfchippers van den Hage op Amfterdam, betreffende het profyt dat zy van de Brieven genooten hadden, voor dat de adminiftratie der Posteryen aan het gemeene. Land was overgebragt, goedgevonden en verftaan, dat de jegenwoordige zes Marktfchip. pers van den Plage op Amfterdam vaarende, desweegens haar leeven lang gëduurende tot een dedommagement zullen gemeten, ieder honderd guldens jaarlyks, des dat defelve voortaan geene Brieven met haare Schuiten zullen moogen meedeneemen als die behooren tot de Beftel - Goederen, op poene dat die geenen die bevonden zullen worden contrarie te hebben gedaan, van het aan haar geaccordeerde dedommagement zullen weefen vervallen. 11. Refolutie van de Staaten van Hollandhou¬ dende verklaaring, dat in den Lande van Vianen de Tabak geene Tienden verfchuldigt is. Den 6 November 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden ter Vergadering ingekoomen den 22 September laatstleeden; hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 15 November 1752, geëxamineert de Requeste van Decan en Capitulairen van den Capittele van Oudmunfter te Utrecht, tendeerende ten einde haar Edele Groot Mog. by Placaat, Appoinéte¬ ment op defelve Requeste, of anderfints zouden gelieven te verklaaren, hoe veel in den Lande van Vianen weegens Tienden van een Mergen Tabak aan den Tiendheer zoude behooren te werden betaald: Is goedgevonden en verftaan 9 mits deefe te verklaaren, dat weegens Tabak aan de Supplianten geen Tienden verfchuldigt zyn, en vervolgens derfelver gedaane verfoek te wyfen van de hand.  Raakende de nitie voor den tyd van drie jaaren, zoo dat de Verkryger na expiratie van de eerfte drie jaaren, continuatie voor gelyken tyd van drie jaaren zoude moeten verfoeken, en daar in van drie tot drie jaaren continueeren. En houdende de voorfchreeve Misfive laatftelyk het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden op de Misfive van Drosfaart en Hoog-Dykheemraad, mitsgaders Auditeuren der Reekeningen 'sLands van Vianen, ter Vergadering van haar Edele Groot Mogende ingekoomen den 27 February laatstleeden , behelfende de reedenen waarom zy meenen, dat Hermanus van Noorle tot de voorfchreeve vaceerende Hoog-Dykheemraadplaatfe niet zoude behooren te worden aangefteld. Waarop gedelibereerd zynde, hebben haar Edele Groot Mog. tot de voorfz. vaceerende Hoog-Dykheemraadsplaatfe 'sLands van Vianen aangefteld HERMANUS van NOORLE, voor den tyd van drie jaaren, mits, ingevolge van de offerte door hem gedaan, betaalende Domeinen. 807 een jaarlykfehe recognitie van een honderd en zestig guldens, en na expiratie van de voorfchreeve drie jaaren continuatie verfoekende, en daar in van drie tot drie jaaren continueerende. Waar van ten zynen behoeve behoorlyke Commisfie zal worden gedepecheei t, mits alvoorens doende den Eed van zuivering, dat hy tot bekooming van het voorfz. Ampt, booven de gemelde honderd en zestig guldens jaarlyks, niets belooft of gegeeven heeft, of belooven of geeven zal, directelyk of indireételyk. En is wyders goedgevonden en verftaan by alteratie van haar Edele Groot Mogende voorgemelde Refolutie van den 16 October 1737. vast te ftellen, dat de openvallende Ampten in het Domein van Vianen voortaan zullen worden begeeven op een jaarlykfehe recognitie alleen voor den tyd van drie jaaren, zoo dat de Verkryger na expiratie van de eerfte drie jaaren, continuatie voor gelyken tyd van drie jaaren zal moeten verfoeken, en daar in van drie tot drie jaaren continueeren; blyvende defelve Refolutie van den id October 1737. voor het overige in haar geheel. ,. Refolutie vm de Staaten van Holland, be* ^ trekkelyk het penfioneeren van de oude en vermink¬ te Postillons. Den 28 Mey 1750. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren haar Edele Groot Mogende Commisfarisfen der Posteryen, ter Vergadering ingekoomen den 2 der voorleede maand, tendeerende om aan oude en verminkte Postillons, die zig wel gequeeten hebben, penfioen te moogen toeleggen. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Commisfarisfen der Posteryen mits deefe te authorifeeren, om aan zoodanige Postillons, dewelke zullen hebben bereikt den ouderdom van vyftig jaaren, en in dienst zullen zyn geweest den tyd van vyftien jaaren, of die m 'sLands dienst verminkt zouden moogen worden , tot een penfioen jaarlyks toe te leggen een fomme van dertig ftuivers 's weeks, des dat zy Heeren Commisfarisfen by het doen van nieuwe aanbefteedingen der Ritten de Post¬ houders zullen verpligten om haare Postillons beeter te beloonen, en om geen Postillons aan te neemen en te gebruiken ouder dan vyf en dertig jaaren, en conditioneeren, dat defelve aan de Hoofd commifen van de Comptoiren der Posteryen respeétivelyk vooraf zullen moeten worden geprefenteert, en by defelve geapprobeert, en dat zy Postillons tot het genieten van het Penfioen niet zullen mogen Vorden geadmitteert, dan na dat zy wel en getrouwelyk zullen hebben gediend den tyd van vyftien jaaren, namentlyk in het geval van ouderdom of kragteloosheidin den zwaaren dienst, die zy by nagt en ontyde moeten presteeren, en dat in het geval van Verminktheid het ter arbitrage van haar Heeren Commisfarisfen zal ftaan, of de Verminkte het Penfioen verdiend of niet. VIII- Deel. Xxxxx  Raakende de Domeinen. gpo Transport ƒ ióbo'oo | Eerfte generaal Departement; bevattende de Hamburger4 en Keulfche Expeditien, daar in Ken Hoofd-Commis op een jaarlyks Traclement van . ——. iooo o o Een Onder-Commis op ——. 800 0 0 Een Onder-Commis op —— 70000 NB. Deefe twee laatfte hebben! uit de Emolumenten, die de; Koopluiden voor het houden derj Reekeningen van de Briefporten! en franqueeringen jaarlyks ter; fomme van tusfehen de drie enj vier duyfend guldens gewoon; zyn geweest te geeven, genoo-j ten zes honderd tagtig guldens boven de gementioneerde Traétementen, en moeten derhal-! ven zoo lang zy leeven die fom-j \ me daar uit trekken. ] Agt Beftelders, waar van de twee| oudfte in het Comptoir moeten] werken als Onder-Commifen, ten/ minften om de Reekeningen derj Koopluiden te houden, ieder a ' zeeven guldens 's weeks, iê 291200 Deefe agt Beftelders zullen onder den haare deelen de Emolumenten der Koopluiden, mits dat de twee oudfte of kundigfte in het vervolg zullen hebben uit de voorfz. Emolumenten 's jaars vyftig guldens meerder dan de zes jongfte; maar voor het jegenwoordige zal alles blyven op den ouden voet, om de Emolumenten te employeeren tot fupplement aan de twee eerfte Onder-Commifen; en de twee jongfte Onder-Commifen, dewelke daar uit profyt hebben genooten, zullen jaarlyks, voor! haar meerder werk, uit de Emolumenten honderd guldens! genieten. Dus dan immediaat hier een' Beftelder zal moeten werden aangeftelt. Tweede Generaale Departement bevattende de Expeditien op Braband, Vrankryk, Spanjen en Portugal, als meede op GrootBrittannien, daar in Een Hoofd Commis op een jaarlyks Tactement van ■ 1000 op Een onder Commis op —— ■ . 800 o © Een onder Commife op — —— 450 ojo Transporteere f9262 'p.o Transport f9262 0*0 Deefe laatfte zal altoos weefen Castelynfche met de Emolumenten, dewelke de jegenwoordige Onder - Commie fe geniet, en die hier aan geannexeert zullen blyven. Zes Beftelders, ieder a zeeven Gul- , dens 'sweeks, bedraagt 218400 NB. De beftellinge van dit Generaal Departement zal continueeren waargenoomen te worden door vier Beftelders met haar knegts, zoo als nu aétueel gefchied ; dog in het vervolg zullen 'er in plaats van vier, zes Beftelders zyn, ieder op zeeven Guldens 'sweeks, en de Emolumenten voor het houden der Reekeningen van de koopluiden onder haar verdeeld worden; en zullen by vacature telkens in plaats van een, twee nieuwe aangeftelt worden, tot driemaal toe; en de Vacature van den laatften der vier Beftel-J ders zal niet weder worden vervult, maar verdorven blyven: En zullen de twee invallende nieuwe altoos de profyten, dewelke de oude gehad heeft, in welkers plaatfe zy koomen, met haar beiden verdeelen. Derde generaal Departement, bevattende alle de binnenlandfche Expeditien, als meede die op en van Texel, daar in Een Hoofd - Commis op een jaarlyks Traétement van - ■ 1000 o o Een onder-Commis op .1. 8000 0 Een onder-Commis op • 700J00 Zes Beftelders ieder h neegen Gul- j j dens'sweeks, bedraagt ———.2808:00 NB. Vermits de drie jegenswoordige Beftelders met zes noodhulpen op den ouden voet blyven , zullen by verfterf van een der Beftelders ieder reis van Vacatuure twee nieuwe worden aangeftelt, en vermits in dit Departement genoegfaam geen Emolumenten aan derfelver werk geannexeert zyn, en dewelke nogtans alle morgens beftelling te doen hebben, zoo is om die reeden derfelver weekelyks loon zoo veel hooger genoomen. Twee Beftelders voor de Texelfche zaaken zullen genieten (boven en behalven de profyten van de koopluiden) te zaamen —— > ■ | 43600 Transporteere ƒ 17 ipo-olo Xxxxx 2 Twee  Raakende de Domeinen. pcü 18. Placaat van de Staaten van Zeeland, ter ont. dekkinge van Tienden, Ambagts-portien en Leenlanden , by faute van capabel lloir, of Verhef, aan de Domeinen vervallen. Den 30. April 1759. De Staaten van Zeelandt; Allen den geenen die dezen zullen zien, of hooren reezen, Salut! Doen te weten: dat federt eenige jaaren herwaards, verfcheide Tienden, Ambagts-portien, en Leenlanden, by faute van Capabel Hoir, of Verbef, aan onze Domeinen zyn vervallen; dewelke, thans niet minder vindelyk zynde, door Particulieren, onregtmaatig, en zonder eenigen wettigen Titul, in prajuditie, en ter verkortinge van de Gemeene Zaake, worden bezeeten: zoo is 't; dat Wy ter ontdekkinge van zoodanige verduifterde Leengoederen, hebben goedgevonden te ftatueeren, gelyk Wy ftatueeren by deezen: dat die geenen, die eenige Tienden, Ambagts-portien, of Leenlanden, by faute van Capabel Hoir, of Verhef, aan Onze Domeinen vervallen, en by Particulieren bezeeten wordende, zullen ontdekken, en aangeeven, ten dien effeéte, dat Wy dezelve wederom konnen recouvreeTen; voor een Praemie zullen genieten een derde van de waarde van zoodanige ontdekte, en aangegeevene Tienden, Ambagts-portien, of Leenlanden; onder belofte, en toezegginge, dat de naamen van zoodanige Ontdekkers, indien zy zulks begeeren, en het gevoeglyk kan gefchieden, zullen worden gefecreteert. En worden alle die geenen, die zoodanige aan Onze Domeinen vervallene Tienden, Ambagts-portien, of Leenlanden, mogten bezitten, by deezen ernftig gewaarfchouwd, en gelast; naamentfyk die binnen deeze Provincie woonen, binnen den tyd van zes Maanden; en die buiten de Provincie woonen, binnen den tyd van twaalf Maanden; refpeétive , naa de publicatie deezes, de voorfchreve Goederen, als nog aan te geeven: onder belofte van het genot van een derde van de waarde dier Goederen; en dat daar en boven de gepercipieerde revenuës voor zig zullen mogen behouden: zullende daar en tegen die geenen, die de voorfchreve aangeevingen laater koomen ce doen, de beloofde Prsemie verliezen: en dezulken, die daar van in het geheel in gebreeken mogten blyven, en dezelve Goederen naaderbandt ontdekt wordende, vervallen in een mulcte, ter fomme van een derde van de waarde der ontdekte vervallene Tienden, Ambagts-portien, of Leenlanden; voor zoo verre zy niet zullen konnen bewyzen, dezelve fpecialyk by wettigen Titul, en ter goeder trouwe te hebben gèacquireert: in welken gevalle , zy wel van de voorlchréve boete zullen weezen beVrydt, dog zullen de Tienden, Ambagts-portien, en Leenlanden, niet te min, in het geheel , de Domeinen deezer Provincie worden geincorporeert. En op dat niemandt hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zal deeze alomme worden gepubliceert, en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie, en affictie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert, ter Vergaderinge van de Edele Mogende Heeren Staaten van Zeelandt, in 't Hof aldaar, tot Middelburg den 30 April 1759. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Hooghgemelde Heeren Staaten , (Entk is geteekent,1) W: van CITTERS. Xxxxx 3 Con> f in hunne qualiteiten bereid te vergoeden de fchaade die 's Lands Domeinen en Finantien door het voorfchreeve abandonnement met én feedert het Jaar 1751 zouden moogen hebben gehad en gejeeden. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in der Supplianten gedaane verfoek niet kan worden geueeden, en mitsdien het zelve te wyfen van de hand.  Raakende de Domeinen 903 der Langefaeg ten Ooften een hoek maakt van 140Y* graaden, en ftrekken de is ter halver diepte van het Zuid-diep by laag water, zoo als teegenwoordig is leggende, zynde deefe diftantie van het punt boven gemeld volgens meeting bevonden 228^ roeden. I I I. Dat aangaande de Limietfcheiding aan de Noordzyde van Sommelsdyk, een Linie zal worden getrokken van het eene einde tot het andere einde, daar de twee bovengemelde Raayingen zoo aan de Oost- als aan de Westzyde van Sommelsdyk tot het halve Zuyd-diep zig bepaalen, en alfoo verftrekken tot een Limietfcheiding van de Souverainiteit en Jurisdictie van de Provinciën van Holland en Zeeland. I V. En dat, betreffende de Limietfcheiding aan de Zuidzyde van Sommelsdyk, zal blyven gevolgt, en over zulks verftrekken tot een Limietfcheiding van de Souverainiteit en Jurisdiétie van de Provinciën van Holland en Zeeland, de weg, genaamt de Armen weg, daar die begint aan de Lange • weg, en eindigende aan de Oudelandfche Dyk, van daar verder langs den Boomvliet tot aan de fteen, geplaatst neevens den Dyk van de Spuykolk beoosten Dirksland en voorts op de Zuidftyl van de oude Dirkslandfche Sluys, Art. 1 gemeld; blyvende de verdere Jurisdictiën als van ouds in haar geheel. V. Dat door die van Sommelsdyk gelegt worde een Dam door het Zuyd-diep, dat is van de vaste Wal van het Eiland tot op de Plaat Flacqué, ter hoogte van de Dammen , welke door die van Middelharnis ter weederzyden van haare nieuw te maaken Haven gelegt zullen worden, eeven beoosten de jegenwoordige Dorps Haven van Sommelsdyk; en dat het gedeelte van het voorfchreeve Zuyd-diep tusfehen de voorfchreeve Dam ende nieuwe Haven van Middelharnis beflooten., zal dienen tot een Spuykolk, om het Westwaartfche gedeelte van het Zuyddiep tot dienst van Sommelsdyk altoos te kunnen fchuuren en diep houden ; met dien verftande nogtans, dat deefe Spuykolk nooit nader zal mogen gemaakt of verdiept worden, dan ter afftand van vyf roeden van de Tee van de Havendyk of kade, leggende bewesten de nieuwe Haven van Middelharnis; en dat byaldien door de flag van het water deefer groote Spuykolk aan de voorfchreeve Kade, of de binnen vyf roeden bepaalde grond eenige fchaade mogte werden toegebragt, die van Sommelsdyk gehouden zullen zyn, defelve ter eerster geregtelyke aanmaaninge van die van Middelharnis, ten fpedigfte en na behooren te repareeren. V I. De breedte van deefe Spuykolk, die zyn zal zestien roeden, zal aan de eene zyde bepaald werden door twee Bakens, welke zullen dienen tot fcheidinge der gronden van de Graailykheid van Holland en de Heeren van Middelharnis, te ftellen zoo op de Havendyk of Kade van Middelharnis, als op de nieuwe Spuydam van Sommelsdyk , en aan de andere zyde door twee of drie Bakens bepaalende de diftantie, op welke zy moeten blyven van de Kade ten behoeve deefer Spuykolk op de Plaat Flacqué te maaken, insgelyks op de Havendyk van Middelharnis, en op de nieuwe Dam by Sommelsdyk te ftellen, De uit te delven Aarde, zoo ten tyde van het maaken, als in het vervolg by het uitdiepen deefer Spuykolk, zal aan weerskanten ten naaste lage mogen geftort werden, in dier voegen nogtans,dat door defelve geen hoogerKaaden rondsom de Spuykolk gemaakt zullen mogen werden, dan aan die van Middelharnis, by de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland gepermitteerd is de Kadens langs hunne Haven te maaken, namentlyk tot een voet of drie boven de ordinaire vloeden. V I I. In gevalle bevonden mogte worden, dat de voorfchreeve Spuykolk niet genoegfaam mogte weefen, om het Westwaardfche gedeelte van het Zuyd-diep tot de vereischte wydte en diepte te houden, zullen die van Sommelsdyk de vryheid hebben en behouden, omme ten allen tyde, des te raade werdende, ten westen van de jegenswoordige Haven van Sommelsdyk (binnen twaalf roeden van het noordoostelyke einde der westelyke Limieten gefteld tot fcheidinge der Hollandfche en Zeeuwfche gronden) van de vaste Wal af tot op de Plaat Flacqué nog een tweede Dam, Kade en Spuykolk te maaken en uit te diepen, tot op defelve diftantie en hoogte der Kadens op de Plaat te leggen, en als by het voorgaande Articul is bepaald, VIII. Dat tot confervatie van de noodige wydte en diepte van de voorfchreeve een of meerder Spuykolken, mitsgaders het westelyke gedeelte van het Zuyd-diep, die van Sommelsdyk de vryheid hebben en altoos behouden zullen, zoo op de Plaat als op den oever van het Eiland te leggen een Ryfen-berm of aarden Dam, ter hoogte, als vooren, die egter zig niet verder zal moogen uitftrekken dan tot aan het Oosteinde van de Dirkslandfche Haven toe; maar by aldien door de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en Westvriesland t'eeniger tyd aan die van Dirksland gepermitteert mogte werden haare Haven verder in het Haringvliet te laaten uitipringen als de jegenwoordige Haven doet, zal het insgelyks t'aller tyd aan die van Sommelsdyk gepermitteert zyn, de Rys-berm of Aarden Dam langs het Zuyd-diep, zoo verre als het Oos-  Raakende de Domeinen. 9ö5 de differenten, die zeedert eenige jaaren herwaards, tusfehen de Provinciën van Holland en Zeeland, over het point der Limietfcheidinge op den Eilande van Overflacqué , waaren ontftaan, ingevolge de Articulen van Conventie door de Heeren van Leyden en Quarles, Gedeputeerden uit het Collegie van Gecommitteerde Raaden van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, de welgemelde Heeren de Beaufort en Secretaris van het Land, als Gedeputeerden uit het Collegie der Heeren Gecommitteerde Raaden van Zeeland, onder approbatie der Heeren Staaten van wederzydfche Provinciën, geflooten en onderteekent in het Jagt der Heeren Gecommitteerde Raaden van Holland, binnen de Haven van Sommelsdyk, op den n April 1759, en origineelyk neevens het boovengemelde Rapport overgelegt: wordende by deefe tot de voorfz. Conventie gerefereert, en defelve in alle haare Pointen en Articulen ge¬ houden van die kragt, als of defelve van woorde tot woorde hier waare geinfereert om het daar by geftipuleerde alfoo ter goeder trouwe nu en in het toekoomende te worden onderhouden en agtervolgt. En is verder goedgevonden en verRaan dat deefe Refolutie, om te dienen voor Aéte van Ratificatie, zal worden geëxpedieert, onder het Zeegel ter zaaken van deefe Provincie , en gefonden aan de Heeren hunne Edele Mogende ordinaris Gedeputeerden ter Generaliteit, om door defelve, te zyner tyd, en wanneer daar toe aan voorfz. Heeren bequaame geleegentheid zal worden gegeeven, jegens de Ratificatie der Heeren Staaten van flolland en Westvriesland van het voorfchreeve geconvenieerde, te worden uitgewisfelt: waar toe welgemelde Heeren ordinaris Gedeputeerden by deefen worden geauthorifeert en gequalificeert. (Onderftond,) Accordeert met voorfz. Register. (Was geteekent) W. van C I T T E R S. 21. Refolutie van de Staaten van Holland, tot approbatie en ratificatie der bovengemelde Conventie* ï)en 16 Augustus 1759. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive Van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage den 8 Juny laatstleeden, en den 12 dito ter Vergadering ingekoomen, waar by defelve ter kennis en deliberatie van haar Edele Groot Mogende hebben gebragt de Conventie, welke derfelver Commisfirisfen, de Heeren van Leyden en Quarles, op den 11 April deefes jaars met Heeren Gecommitteerden van de Provincie van Zeeland over de contentieufe Limietfcheiding van het Territoir van haar Edele Groot Mogende en de Héerlykheid van Sommelsdyk op approbatie van de weederzydfche Heeren Staaten hadden geflooten, zynde neevens de voorfz. Misfive gevoegt een Kaart van de gereguleerde Limietfchei¬ ding , tot elucidatie van de gemelde Conventie geformeert, en waar by nader is geëxpreslèert, dat de Maate, waar van by de Conventie is gewag gemaakt, moet begreepen worden te zyn Rhynlandfche Maat; welke Conventie en Kaarte onder de Notulen van den 12 Juny deefes jaars zyn geinfereert. Is goedgevonden en verftaan, de voorfchreeve Conventie te approbeeren en te ratificeeren, zoo als defelve geapprobeert en geratificeert word by deefe, en dat daar van aan de Heeren Staaten van Zeeland kennisfe zal worden gegeeven. En werden mitsdien de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt, het geftipuleerde by de voorfz. Conventie in alle opfigten zyn executie te doen erlangen. VIII. Deel. Yyyyy ZES-  Raakende de Zeevonden, &c. 907 2. Reglement van de Staaten van Zeeland', op de geflrande, genaufrageerde, buiten en binnen de Tonnen geviste en opgebragte Goederen, waar na de Rentmeefters Bewesten- en Beoosten-Schelde, Bailliu van de Wateren, en Vafallen van de Provincie van Zeeland, met het Regt tot Zeevonden en geflrande Goederen geinveflieert, zig voortaan (voor zoo veel een yder van hun aangaat) zullen moeten reguleren en gedragen. Den 14 Juny 1751. Eerstelyk. Soo wanneer een Schip of Vaartuyg, op, of omtrent de Kusten, Zee - itranden, of Stroomen deefer Provincie, komt aan de grond te raken, of vast te zitten, zal het den Eygenaar , Schipper, Stuurman , of Commisfionaris met behoorlyke Volmagt van den Eygenaar of Inlader voorfien , of aan denwelken het Schip of de Goederen zyn geaddresfeert, vry ftaan, van den Rentmeester of Ambagts Heer met zoodanig regt geïnveltieert, ofce hunne Bediende, hulpe en adfiftentie te verfoeken of niet, en dus volkomen vryheid hebben, om zigzelvenmet zyn eyge Volk, doorLigters, als anders, te helpen, en Schip en Goederen te redden; zonder dat de Rentmeefter, Ambagts-Heer, hunne Bediende, of wie het ook zy, hen daar in eenigen hinder of belet zullen mogen doen, veel min, tegens wil en dank, het Schip befetten, occuperen, ofte eenig bewint en magt zig daar over aanmatigen en oeffenen, nogte ook eenig Heerlyk Regt, Recognitie, als anders, des wegens pretenderen of af te vorderen, op poene van dubbelde reftitutie aan den genen die 't afgenomen zal zyn: Dog zal, in zoodanigen geval, de Rentmeefter of Ambagts-Heer verforgen, dat aan zoodanige in nood zynde Schepen, door hunne Bediende, hulpe en asfiftentie, tydelyk, en zoo veel mogelyk, werde aangeboden ; en indien defelve by den Eygenaar, Schipper, Stuurman of Commisfionaris werd geweygert en afgeflagen, dat daar van de navolgende fchriftelyke Afte of Declaratoir tot decharge werde gegeven: Ik onder gefz. Eygenaer, Commisfionaris, Capitein, Schipper, of Stuurman yan 't Schip, genaamt uyt gevaren van en gedeftineert na door onweer vervallen op de Kusten, Banken, of Stranden van Ambagts yerklare, door of van wegens den Heer vanRentmeefi;er der Espargnes, of iemand zyner Bediende, hulpe en adftflentie aan my te zyn aangeboden', maar dat defelve hebbe geweygert, en verklaart, myn toevertrouwt Schip en Goederen, met myn eygen Volk, als anders, te willen en tragten te redden en falveren. Zoo de Eygenaar, Schipper, Stuurman, ofte Commisfionaris, weigerde zoodanig een Acte van Decharge te geven, zal de Rentmeefter bevoegt wefen de ontladinge van de Goederen te interdiceren en beletten. Zullende bovengemelde Perfoonen de onkosten van 't Schip en Manfchap, afgezonden om de voorfchreeve Aéte van Decharge af te halen, ofte wel de verfogte asfiftentie te doen, verpligt zyn, aanftonts aan den Rentmeefter, Ambagts - Heer of hunne Gemagtigden te voldoen , of daar voor fuffifinte cautie te ftellen: en ingeval van weigeringe, dilay, of onwilligheid, zal de Rentmeefter, Ambagts-Heer, of hunnen Gemagtigden, bevoegt wezen,de particuliere Losfers of Ligters te conftringeren, om eenige geloste Goederen, voorfz. onkosten ruim importerende, te brengen ter naafter gelegener plaatfe onder zyn Territoir, en met goedvinden van een der hier vorengemelde Perfoonen aldaar te houden en bewaren , tot de volle voldoeninge der onkos*ten, of het ftellen vm fuffifante Borge; dog verpligt zyn defelve, 't zy affonderlyk, of met de andere gefalveerde Goederen te gelyk te laten verkoopen; mits afftand gedaan werde by den Secretaris, of Stokhouder, ter concurrente fomme van de gedane onkosten, ten behoeve van den Rentmeefter, of Ambagts-Heer. En ingeval van dispuit en discrepance over defelve, zullen de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden defelve tauxeren en modereren, als zullen oordeelen te behooren. En by aldien de afgefonde Schuit, ten fine als voren, door het onftuimig Weder, aan 't in nood zynde Schip niet heeft kunnen gerakep, en echter het bedongen Loon geoordeelt werd verdient te zyn, en op het losgeraakte en weggevaren Schip geen verhaal is, zullen den Rentmeefter die kosten, onder behoorlyke Quitantie , in zyne Rekeninge werden gevalideert. Dog zoo, in 't voorverhaalde geval, de Eigenaar , Capitein, Schipper, Stuurman, of Commisfionaris, hulpe en adfiftentie verfoekt,of de aangebodene accepteert, zal defelve hem, op de fpoedigfte en beste wyfe, moeten werden toegebragt, en alle devoir aangewendt, dat het Schip werde daar afgebragt en gefalveert, (daar toe is 't noodig) de Goederen werden ontladen, en op een fecuure plaatfe gebragt en bewaart, en een ordentelyken In- Y y y y y 2 Ven-  Raakende de Zeehonden, &c. 909 man prefent is, fchoon 'er al eenige van de Equipagie of Scheepsvolk mogten afgekomen en behouden zyn, zoo zullen zoodanig Schip of Goederen vallen en moeten komen onder de raagt, bewind en beheeringe van den Rentmeester, of zoodanig Ambagts-Heer, ofte hunne Geauthorifeerdens en Bedienden, om defelve (zoo veel mogelyk is) te bergen, conferveren, en ten profyte en voordeele van de ongeluckige Koopluiden en Reeders te beneficeren, makende daar van een ordentelyken Inventaris. VIII. De Goederen nat, vuyl en befilten zynde, zullen dezelve ten eerften moeten werden gedroogt, gewasfen, gereynigt en na behoren verforgt, door Luiden hun des verftaande. 1 x.. . De verderffelyke Goederen zullen ten eerften, met communicatie en goedvinden van den prefenten Eigenaar, Capitein Schipper of Stuurman, na behoorlyke uitfetting van Billietten, ten overftaan van twee Schepenen, en op gewoone Conditiën, pubjyk en aan den meestbiedenden moeten werden verkogt, ten profyte van de gene dewelke daar toe gerechtigt bevonden zullen werden. X. Wanneer de geborge Goederen, zonder merkelyk nadeel, kunnen worden bewaart, zullen defelve ten mindften een Maand of zes Weeken moeten onverkogt blyven, en Copye van den Inventaris derfelve aan den Capitein, Schipper, Stuurman of Commilfionaris, op zyn verfoek, en tot zyn kofte, ten fpoedigften moeten gegeven werden, om zyn Meesters en Reeders te kunnen toefenden, en ordre op de reclame, overneminge, als anders, te kunnen bekomen; dog wracken en ftucken van vergane Schepen, zullen ten eerften, of zoo dra mogelyk, werden verkogt en gebeneliceert. X I. De Rentmeefter of Water-Bailliu zal, zoo dra eenig Schip of Goederen zyn komen aandryven, geborgen, of door de Schippers uit Zee aangebragt, waar by geen Eygenaar, Capitein, Schipper of Stuurman prefent is, of zig iemant als wettig Reclamant opdoet, by Miffive of Memorie daar van kennis moeten geven aan welgemelde Heeren Gecommitteerde Raden, en authorifatie tot verkoopinge derfelve, ad opus jus habentium, verfoeken, dewelke daar op, na dat de toeftant der geborge Goederen en de omftandigheden vereyfchen, zullen disponeren. XII. By aldien 'er bedenking en gegronde fufpicie zig opdeed, dat de Perfoon, dewelke, zig voor Eygenaar, Capitein, Schipper of Stuurman uitgaf, het zelve niet mogt zyn, of dat een Commilfionaris niet behoorlyk, ten mindften generaal, ad Negotia, was gequalificeert, zoo zal de Rentmeefter, WaterBailliu, of zoodanigen AmbagtsHeer, by pro¬ vifie, en tot nader bevvys, zoodanig Schip of Goederen nemen onder zyn protectie directie en bewaringe; ten ware aanftonts tot zyn genoegen fuffifimte caütie daar voor wierde geprefenteert en geftelt. XIII. . De verkoopinge der geborge Goederen eri Koopmanfchappen zal moeten gefchieden ter plaatfe daar ze zyn geborgen, of aangebragt ten ware zulex tot merkelyk nadeel, van den Koopman, of 'tLant zoude verftrekken, eri dar het fyne ert precieufe Goederen of Koopmanfchappen waren, dewelke alsdan na de nabuurige Stad zullen getranspörteert, en aldaar verkogt werdem XIV. De geflrande \ in Zee gevifte en geborge Goederen, of het provenu van defelve, zullen, binnen jaar en dag, door de Eygenaars ofte hunne Geauthorifeerdens moeten werden gereclameert; of zullen anders, na verloop van dien, aan de Graaffelykheid, of Vafal, met zoodanig Regt géinveftieert, in vollen eygendom verblyven en toebehooren, zoo als van alle oude tyden is gepraétifeert en genoten ; Waar van de Rentmeefter of WaterBaiUki gehouden zal zyn j in zyn Rekeninge over dat jaar behoorlyke verantwoordinge aan den Lande te doen, met overbrenginge der noodige bewyfen en befcheyden, als den Inventaris, Koopceele, Specificatie van Vacatiën, gedane Onkoften en Verfchot, mitsgaders Quitantie der Visfers, daar zulks plaats heeft. XV... De Reclamanten zullen gehouden zyn, hun' eygendom aan 't geborge Schip of Goederen, binnen voorfz. tyt, na behooren te bewyfen, door Cognofcementen, Laadcedullen, Facf uuren en andere diergelyke gewoone bewysftuk» ken; en daar én boven hunne Conimifïïonariffën hunne qualiteit, by een fuffifante Volmagt, waar van aan den Rentmeefter, Water-Bailliu of Ambagts-Heer, voor d'extraditie der Goederen, een Copie Authentycq zal moeten werden gegeven buiten hun kofte; als wanneer defelve, ofte het provenu van dien, aan hen, mits ftelleride fuffifante cautie voof alle namaninge, en alvorens betalende, of afgetogen zynde, de, verdiende Vacatiën van den Rentmeefter, Water-Bailliu ^ of zoodanig Vafal , en van hunne Bediende, als mede verdere Onkosten en Verfchot, volgens de Lyfte hier agter gevoegt, ten fpoedigften zullen moe" ten werden overhandigt. X V L Indien het den Rentmeefter, of WaterBailliu, uit de overgegeve bewyfen en befcheyden , niet tot genoegen en na behooren bleek, dat de Reclamant, of Reclamanten van zoodanige geflrande, of in Zée geviste, Goederen, tot defelve waren geregtigt, zal de Rentmeefter, of Water-Bailliu, dezelve, met den eerften, benevens zyne confideratien , moeten overfenden en addrefferen aan Yyyyy 3 wel-  Raakende de Zeevonden, &c. §tl XXVI De Rentmeefter, Water-Bailliu, of een Vafal, met zoodanig Regt verlydt, zal in de hier voorenverhaalde, ofte andere gevallen, volgens Onfe voorgaande Refolutien, en fpecialyk die van den 14 Julii 1702., niet mogen pretenderen of afvorderen van de Reclamanten eenig heerlyk Regt, Bergloon, zekere quote of derde part in de geftrande of geviste Goederen, of Honorarium; nog defelve, of hunne Gemagtigdens, presfen en noodhaken om een uitkoop of accoord aan te gaan wegens hunne Vacatiën, en die van hunne Bediende, Onkosten, Verfchot, extraordinaire moeitens, befoignes, of wat dies meer is; maar gehouden wefen, zyne en zyner Bediende Vacatiën, d'Arbeytsloonen, gedane Onkosten en Verfchot, in het bergen, bewaren en' verforgen van Schip of Goederen verdient en gefupporteert, ordentelyk, volgens de Lyfte hier agter gevoegt, te fpecificeren en over te geven, omme aldus voldaan of gevalideert te werden. XXVII. Dog ingevalle over het Bergloon en andere Onkosten, Vacatiën, als andere voorvallen, eenig verfchil zoude komen te ontftaan, zulten welgemelte Heeren Gecommitteerde Raden , Parthyen daar over tragten te bevredigen en vereenigen; zoo niet, het gefchil, ten fpoedigften, in alle redelykheit, en agtervolgens dit Reglement, termineren, waar aan Parthyen zig zullen moeten gedragen. XXVIII. Zoo by ftorm, of ander ongeval, een Schip, of Vaartuyg, of Wrak, komt te zitten, ofdooten op Paal of Ryshoofden, of Dyken , en daar aan fchade en ongemak te veroorfaken, zal de Eygenaar, Schipper of Stuurman, daar by prefent, de vryheit hebben, om zyn Schip of Vaartuyg daar af te laten werken en brengen; mits hy aanftonts betale, of anders fuffifante cautie ftelle, dat hy de veroorftakte fchade, by Dykgraaf en Gefwoorens op hunnen Eed getauxeert, voor de helft zal dragen, en voldoen aan de Dykagie, of den genen die de fchade geleden heeft; dog zoo hy goed vindt, het Schip of Wrack te abandonneren, en voor de fchade over te geven, of dat 'er geen Eygenaar of wettig Reclamant by 't zelve is, zoo zal zoodanig Schip of Wrack, door den Rentmeefter, of Vafal, daar toe regt hebbende, werden aanvaart, publyk verkogt, en uit de Penningen daar van geprovenieert, na aftrek van zyne Vacatiën, Verfchot en andere Onkosten, de fchade in 't geheel, of anders, zoo verre ftrekken kan, aan de Dykagie, of die fe geleden heeft, werden vergoec en betaalt; blyvende het furplus of overfchot ten voordeele van de wettige Eygei aars en Reclamanten, daar niet bereits is gerenuncieert, ofte anderfints, van den Lande of zoodanigen Vafal: Werdende by defen wel expresfelyk aan alle Directeuren van Dykagien, of andere Particulieren, in zoodanige ge¬ vallen, geinterdiceert, den Rentmeefter, Vafrilen, of ongelukkige Eygenaars, Schippers en andere, met arresten op hunne Perfoonen, of Schepen en Goederen te bekommeren, veel min zig eenigh bewind of beheeringe over defelve aan te matigen en exerceren. XXIX. Zal zorg gedragen moeten werden, dat aan de geborgen Equipagie, of Scheeps-volk, voor een korten tyt, de noodige onderhoudt, verquikking en huysvestinge werde gegeven, tot koste der gefalveerde Goederen, zoo 'er zyn, anders tot koste van onfe Domeynen. XXX. Item, dat de aangedreven doode Lichamen of Lyken, in een bequame put, boven de ordinaire Vloet, en digt aan of tegens de Duinen, behoorlyk werden begraven, waar voor genoten zal werden als van outs: En omtrent de Kleederen, het Geld, en de Juweelen, als anders, by dezelve gevonden, zal moeten werden gehandeit, als in het 18. Articul omtrent de Zeedriften is geftatueert. XXXI. De Rentmeester, desfelfs Commis, Opper- of Onderifomdmeefter, zal, direct , nog meireól, het part of aandeel der Vfsféfs of Schippers in de aangebragte en geviste Goederen niet mogen koopen. XX XI1. De Rentmeester, of Vafal, met zoodanig regt verlydt, zal in zyn Diftriót, zoo veele bequaame, eerlyke, ten mindften ter goeder naam en faam ftaande, en daar om ilreeks woonende Perfoonen, tot Opper en Onderftrandmeesters aanftellen, als na de uitgeftrektheit van hun Territoir wert vereyst, om de Stranden en Oevers behoorlyk te kunnen gade flaan. XXXIII. Ydere Strandmeester zullen werden toegevoegt zoo vele vaste en bekende Arbeyders en Voerlieden, als in ordinaire gevallen noodig zyn, dewelke onder zyn öpfigt en ordre zullen ftaan en werken , en op zyn citatie, aanftonts op de aangewefen plaats aan de ftranden, als elders, moeten komen, op pcene van de boete van tien guldens tegens den nalatigen. XXXIV. De Arbeyders, of particuliere Vinders, zullen geene Kisten mogen open doen of breken , Balen of Packen openen, Touwen of Matten derfelven aan ftucken fnyden, op poene van arbitrale correctie; doch zal zulex in prefentie en op ordre van den Rentmeefter, Water-Bailliu, of Opperftrandmeefter, of ander voornaam Bediende, als mede in prefentie van den Geinteresfeerden of den Gevolmagtigden, in cas by de hand ware, moeten gefchiedem XXXV. Op dat het openbaar en kennelyk zy, of, en wie een Gequalificeerde is, zoo zal yder Bediende, Arbeyder, &c, moeten, tyde van  Raakende de Zeevonden, fe. de, in hunne Functien injuriëren, quetfen, df eenig hinder en beletfel aandoen, op poane van daar over exemplaarlyk, na gelegentheit ën importantie van zaken, te werden geftraft. X L V I I. Zoo iemand de onmenfchelykheit en wreedheid hadde, om, in plaats van de Schipbreukige te helpen, defelve te beröovën, mishandelen of quetfen, zal daar over ten mindften publyk Werden gegeesfeit en gebrantmerkt, en voor al zyn leven uit Zeeland, Holland en West-Vriesland gebannen, en daar en boven uit zyn Goederen, ten profyte van den Rentmeefter of Officier, zoodanigen boete verbeuren , als de Regters zullen bevinden te behooren. X L V I I I. De Officieren die de calange iri vorënverhaalde gevallen en delicten competeert, zullen tegens de Overtreders, zonder eenige conniventie of gratie, gehouden zyn rigoureuslyk te procederen, en met defelve daar over niet mogen compoferen, als öp voorgaande Decreet van den Regter, en in prefentie van Heeren Commislarisïen uyt den Geregte; met dien verftande en uitfonderinge nogtans, dat zulex alleenlyk zal mogen toegelaten en gedaan werden, in alfalke gevallen eri overtredingen, waar tegens, by dit Reglement, geen corporeele ftraffe is geftatueert, of na Regten ontwyftelbaar toéftaat; XL IX. Op dat de Overtreders na behooren werden vervolgt en geftraft, en geene conniventie of flappigheit daar in werde gebruykt, zullen de kosten en mifen van Juftitie, wanneer dezelve op de Delinquanten niet zyn te verhalen, en dat daar van by wettige Verklaringe komt te blyken, uit Onfe Domeynen werden gedragen en betaalt, en de Officieren, zoowel van de Graaffelykheid, als van de refpeétive Vafallen, met zoodanig Regt geïnvestieei* daar van welen bevrydt; mits al voren de ingewonne informatien en bewyfen, tot laste der fchuldigen, aan welgemelde Heeren Gecommitteerde Raden overgebragt, en van defelve authorifatie tot het entameren der Proceduuren Verfogt en bekomen hebbende. L. De Aanbrenger zal in voorfz. of andere boeten en breuken indistinételyk genieten een derde part, en de refterende twee derde parten kornen ten profyte van den Rentmeefter, Water-Bailliu, ofte zoodanigen Officier, denwelken daar van de calange competeert. L I. Een Onder- of Oppérftrandmeester iemand calangerende, zal op zyn Eed, inOfficio gedaan, geloofbaar zyn, en gehouden zyn, aan den Rentmeester, Water-Bailliu, of ander Officier, dien zulex toebehoort, over te geven en bekent te maken. LIL De refpeétive Regters zullen zig, in Judicando, na dit Reglement moeten reguleren. VHl. DEEL- LI I I. Om dit Reglement na behooren te kunnen executeren, zullen aan deri Rentmeester Beöostehfcheldë, (als daar van ten eenemaal onvöorilen zynde ,3 om hem in'tfaiét der Juftitie te adfifteren, de fchuldigen te calangeren, en (des noöts) te apprehenderen en in hegtenis te brengen, als anders, gegeven werden twee 's Graven Dienaars, zullende moeten woonen op een behoorlyke diftantie Van malkanderen ; aan den Duinkant of ftreek, om, vol" gens een nadere Ordre of Inftruétie daar op te beramen en arrefteren, hunne Functie behoorlyk waar te nemen, waar voor aan defelve een jaarlykfehe Gagie öf Traétement zal werden toegelegt. , Desgelyks zullen alle Hooge en Lage Officieren , byzonder de Bende van Ordonnantie, gehouden zyn, dewelke by dezen zulks èxpreflelyk werdt geordonneert, de refpeétive Rentmeefters, Water-Bailliu, &c., in cas van refiftentie en gewelt, vervólginge en apprehenfie van Delinquanten, daar toe verzogt en gerequireert werdende, alle fpoedige hulpe en affiftëntie toe te brengen. Aldus gedaan én gearrefteert, ter Vergaderinge van de Heeren Staaten van Zeelandt, in 't Höff aldaar tot Middelburg, den 14. Jriny 1751. (Ouder-ftönt,) Ter Ordonnantie vari de Hoöggemelte Hee= ren Staten, (Was geteekent ^ JACOB DU BON. Lyfïé van de Vacfltien fArbeytsloonen, &c. Over de Vacatiën van den Rentmeefter, Water-Bailliu , of Vafallen ? en hunne Bedienden, Arbeydsloonen, en andere Onkosten en Verfchot, zal geen uitkoop of accoord mogen gemaakt werden; maar een ordentelyke Specificatie en Declaratie daar van opgemaakt en overgegeven. De gedane Onkosten en Verfchot zullen mèt Quitantien moeten bewefen werden. De Rentmeefter, Water-Bailliu, of zoodanigen Ambagts-Heer, óf die den AmbagtsHeer reprefenteert, in voorfz. gevallen vacerende, aan dé ftranden, of buiten dé plaats zyner refidentie, zal genieten een honorabel Daggeld van tien guldens daags, en daar en boven voor zyn verteeringe vier gulden, én gelyke vier guldens daags voor Wagenvragt, 't zy eygen of gebuurt Rytuig gebruikt. Binnen de plaats zyner refidentie, wegens opgebragte Zeevonden of Zeedriften vacerende , zal genieten alleenlyk tien guldens daags. In gevallen van kleyne en geringe importantie , zal de Strandmeefter die V werk ver- Zzzzz rigr  Raakende de Zeevonden, &c. 3« Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, teegen het inkomen van Schepen of inbrengen van Goederen, van Conflantinppolen of uit de Levant komende, vermits de aldaar gras feerende pestilentiaale Ziekte. Den 6 November 1752 De Gecommitteerde Raaden van Zeelandt: Allen den genen die dezen zullen zien ofce hooren lezen, Saluyt: Doen te weten, dat vermits de pestilentiale ziekte te Conftantinopolen, zeer fterk grasfeert, en zig van daar verder in de Levant zoude konnen extendeeren, en tot andere Piaatfen, en ook in deze Landen met Schepen en Goederen van derwaarts komende werden overgebragt, waar tegens alle mogelyke voorzorge behoord gebruykt te werden: Zoo is 't; dat wy wel fcherpelyk verbieden aan alle Schippers, Stuurlieden, Lootfen, Visfers en alle andere Perfoonen, van wat qualiteit of conditie dezelve zouden mogen zyn, met Schepen ofte Vaartuygen te varen aan Boord van zoodanige Schepen, als van Conftantinopolen of uyt de Levant zyn gekomen, dezelve binnen de Zeegaten dezer Provintie te lootzen, ofte in Zee eenige Perfoonen of Goederen aan derzelver Boord over te zetten, veel min Perfoonen ofte Goederen uyt zoodanige Schepen in hunne Vaartuygen te mogen overnemen, ofte ook eenige Goederen in Zee en op de Stroomen dryvende, te bergen, aan te liaan, en dezelve binnen deze Provintie in te brengen, op poene van confiscatie der gemelde Goederen en Vaartuygen, waar mede dezelve zouden mogen werden ingebragt, en dat de inbrengers daar en boven zullen werden geftraft met de doodt. Dat ook niemant eenige Goederen, Waren ofte Koopmanfchappen, van wat natuure die mogen zyn, aan de Stranden dezer Provintie komende aandryven, zal mogen aanraaken, na zig nemen, wegvoeren ofte openen; maar eenige aldaar ontdekkende aangedreven te zyn, gehouden zal wezen, daar van ten eerften aan den Strantmeester van het Diftriét, waar onder dezelve behooren, kennisfe te geven, mede op poene van de doodt. Ordonneerende aan alle 's Landts Officieren, daar op fcherpe en naaukeurige toefigt te nemen, en tegens de contraventeurs rigoureufelyk te procedeeren zonder eenige conniventie. En op dat niemand hier van ignorantie zoude voorwenden, zal deze alomme werden gepubliceert en geaffigeert, daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan ende gearrefteert in 't Collegie der Heeren Gecommitteerde Raden van Zeeland, in 't HofT aldaar tot Middelburg, den 6 November 1751. (Onderflondf) Ter Ordonnantie van den weigemelden Raadt. (JVas geteekent,) JACOB du BON. 4. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de aanflelling van een Commisfaris van haar Hoog Mog. in liet " Graaffchap Cornwal, of op dc Kust van Monsbay in Engeland, fpecialyk om de aldaar, invallende of ftrandende Scheepen te hulpe te komen. Den 1 December 1755. By refumtie gedelibereerd zynde op de Requeste aan haar Hoogh Mogende geprefenteert door Pascoe Grenfel, Koopman woonagtigh te Marazian, in het Graaffchap Cornwal of Monsbay in Engeland, ten eynde hy Suppliant door haar Hoogh Mogende zoude moogen werden aangefteld tot derfelver Conful aldaar, om door dat middel met te meerder vrught desfelfs goede Officien te konnen aanwenden en prefteeren aan de Hollandfche Koopvaardy-Scheepen, dewelcke door onheyl van ftormen als anderfints op de Kust van Zzzzz 2 Corn-  Raakende de Zeevonden, &c. 917 fcheepen, maar ook 's Lands Oorloghfcheepen behulpfaam zal moeten weefen, wanneer op de Kust van Cornwal koomende zulcks van nooden moogen hebben, als meede dat zyne Commisfie zoo verre mag werden geëxtendeert, dat hy de Oorlogh- en Koopvaardyfcheepen, dewelcke op de kust van Devon koomen , insgelycks zal moogen asfifteeren. En in aghting genoomen zynde, de nuttig' heid, dewelcke zoo wel voor de Scheepen van Oorlogh, als voor de Koopvaardyfcheepen in de voorfchreeve verfoghte ampliatie en extenfie van de Commisfie van gemelden Grenfel is refideerende, om de roeden breeder by desfelfs Misfive voorgedraagen; Is goedgevonden en verftaan mits deefen te confenteeren in het voorfchreeve verfoeck, en dat dienvolgende gemelde Commisfaris Grenfel zal werden geauthorifeert en gequalificeert, om in zyne voorfchreeve qualiteyt op den voet «n onder de bepaalingen by de Commisfie aan hem op dcn eerften December zeeventien honderd vyf en vyftigh verleend, breeder vermeld , niet alleen de Koopvaardy fcheepen, maar oock de Oorloghfcheepen van deefen Staat, wanneer zulcks koomen te verfoecken en requireeren, met desfelfs goede Officien en hulpe, zoo veel hem doenlyk zal zyn, te asfifteeren, en ten dienste te weefen, zoo wel in cas defelve op de kusten van Devon, als op die van Cornwal of Montbay, het zy door nood of anderfints, zullen koomen te vervallen of te ftranden, alles op den Eed door hem by het erlangen van zyne gemelde Commisfie aan den Lande gedaan; werdende defelve Commisfie (voor zoo veel des noods) hier meede gehouden voor geamplieert en geëxtendeert. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan gemelde Commisfaris Grenfel, om te ftrecken tot zyne narightinge. (5, Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Holland, teegen het losmaaken van eenige Zee-Tonnen; mitsgaders tot bepaaling yan het Bergloon van afgedr eeven Zee-Tonnen. Den 12, Augustus 1757. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland: Allen den geenen die deezen zullen zien of hooren leefen , filut: Alzoo tot onfe kennisfe gekoomen is, dat door Zeeluiden en andere, d^e in de Zee of Stroomen deezer Landen ontmoet en gevischt, mitsgaders gefalveert hebben eenige Zee-Tonnen, die van haare regte legplaatfen afgeraakt en gedreeven zyn, op zeer ongelyke wyfe gehandeit, en by fommige desweegens excesiive en onbehoorlyke Bergloonen gepretendeert en gevordert werden ; ja dat fomtyds by die geene die naast geleegen zyn aan de Plaats van waar die ZeeTonnen zyn afgedreeven of t'huys behooren, en dienthalven waarfchynlyk de minfte moeite en kosten ondergaan, daar omtrent de grootfte pretenfien werden geformeert; en wy meede berigt zyn, dat zelfs zeedert eenigen tyd door baatfoekende Menfehen, fommige Zee Tonnen behendiglyk losgemaakt, en daar na quanswys als diyvende opgevist, te voorfchyn gebragt en desweegens onbehoorlyke Bergloonen gevordert zyn geworden , teegen al hec welke wy noodig gevonden hebbén te voorfien, en dat wel byfonderlyk, om dat zoodanige Zee-Tonnen werden gelegt tot fecuriteit van de vaarende Scheepen en Schuiten, en tot behoudenis van de Navigatie; ja dat door zoodanigen moetwilligen feit, de navigeerende Scheepen, Schuiten, en de Naviganten zelfs in gevaar van te vergaan of ook van lyf en leeven kunnen werden gebragt: Zoo is 't, dat wy by deefen wel expresfelyk alle en een ieder interdiceeren en ver¬ bieden, omme eenige Zee Tonnen, waar ook dezelve moogen geleegen zyn, by nagt of ontyden of hoedanig anderfints het zelve zoude moogen ondernoomen werden, los te maaken , het zy fubtilyk en met behendigheid of met geweld, op pcene, dat die geene die bevonden zal of zullen werden, zulks gepleegt of daar toe geconcurreert en daar aan de hand geleent te hebben, directelyk of indireételyk, zullen verbeuren een fomme van een honderd Carolus guldens te veertig grooten het ftuk, te verdeelen de eene helfte ten behoeve van den Officier die de calange doen zal, en de weederhelfte ten behoeve van den Aanbrenger , alfchoon hy zelfs daar aan handdadig en medepligtig zoude moogen zyn. En in gevalle de Delinquanten onmagtig zouden moogen zyn om de voorfchreeve boete te betaalen, dat dezelve in dien gevalle arbitralyk aan den Lyve zullen werden geftraft: Qualificeerende tot recherche van dien, by preventie, zoo den Officier van het Diftriét, waar onder zoodanige Zee-Tonnen geleegen zyn, als van de Plaats waar onder de Misdadigen woonagtig zouden moogen zyn. En betreffende het Bergloon dat betaalt zal moeten werden aan die geene, die door tempeest of flag des waters of anderfints afgedreeven Zee-Tonnen ter goeder trouwe gevischt, geborgen, en daar het behoort geprefenteert en geleevert zullen hebben; zoo hebben wy geordonneert en verftaan, ordonneeren en verftaan by deezen, dat voor het opvisfen, bergen en overleeveren van een Zee - Ton, door die geene die dezelve hebben gelegt, of daar van de kosten draagen moeten, aan Zzzzz 3 de  Raakende de Zeevonden, &c. 919 denuitgedagt, als welke reeds by voorige Ordres en Placaaten op dit ftuk gearrefteert, en wel Ipeciaal by haar Hoog Mogende Placaaten van den 7 Augustus 1743 en 23 November 1751 zyn geordonneert. Dat zy Heeren Gedeputeerden met de gelaamentlyke Gecommitteerdens wel begreepen hadden, dat het van zeer veel aangeleegentheid was, dat tot de Legplaatfen daar de Scheepen welke in Quarantaine moeten leggen, gëduurende haare Quarantaine moeten blyven, zoodanige Piaatfen wierden gedefigneert en bequaam gemaakt, dat de Scheepen aldaar gerustelyk konden leggen buiten alle communicatie, en dat de Goederen aldaar in Ligters, of op een andere wyfe behoorlyk konden werden verlugt, dog dat de verfchillende constitutie der Dïstriéfen altoos best geraaden hadde doen oordeelen, om de bepaaling der Legplaatfen over te laaten aan de respective Collegien ter Admiraliteit, en dat het om die reeden dan ook voorgekoomen was best ( te weefen, dat in gevalle by een van de Collegien eenige byfondere Confideratien op de Legplaatfen onder haar Diftrict. mogten valLn, het zelve Collegie daar omtrent zig in het byfonder zoude kunnen addresfeeren aan haar Hóóg Mogende, ten einde daar op zoodanige ordres gefteld, of fchikkingen. beraamt zouden kunnen worden, als noodig zullen gevonden werden. Dat by het Collegie op de Maaze in haare Misfive van den 31 der voorleeden maand voorgedraagen was, dat het noodig zyn zoude , dat buiten den ordinairis Uitlegger, die by het zelve Collegie wierd geëmployeert om de Scheepen in Quarantaine leggende te obferveeren, een afïbnderlyk vaartuig wierde gehouden, om altoos by de voorfchreeve Scheepen te blyven leggen, en de ordres op de Quarantaine en de verlugting na behooren te doen executeeren, en dat de Gecommitteerdens uit het Collegie ter Admiraliteit in Zeeland hadden vertoont, dat het een volftrekte onmogelykheid was, de ordres en precautien teegens de Scheepen, koomende van befmette of fuspecte Piaatfen onder het District van het voornoemde Collegie te kunnen executeeren, zonder daar toe in dienst te houden vier extraordinaris Uitleggers. Dat by het zelve Collegie geen een Uitlegger in de Zeegaten wierde gevonden, en dat de Staat van haare Finantie abfolut niet konde toelaaten, dat daar toe eenige Vaartuigen zouden werden onderhouden, ten zy tot verval der onkosten aan het zelve Collegie de penningen wierden verforgt. Dat zy Heeren Gedeputeerden met de Gecommitteerdens uit de Collegien ter Admiraliteit geconfidereert hadden, dat alle de Collegien ter Admiraliteit zyn verpligt, om in de Zeegaten Uitleggers te onderhouden , tot het overneemen der generaale verklaaringen, volgens het Generaal Placaat van den 31 July 1725 op den ophef der Middelen te Water geëmaneert, en dat de kosten deefer Uitleggers uit de ordinaris middelen der Collegien moeten worden gevonden, dog dat het egter zeer redelyk en billyk was voorgekoomen, dat in gevalle by een extraordinaris geleegentheid (gelyk het geval van een ontftooke Pestfiekte kan gehouden worden) meerder Uitleggers moeten werden geëmployeert, daar toe ook de nodige penningen aan de Collegien zouden werden verforgt. Dat de Gecommitteerdens uit de Collegien ter Admiraliteit te Amfterdam en in Vriesland gemeend hadden, dat onder derfelver Diftricten insgelyks eenige extraordinaris Uitleggers noodig zouden kunnen weefen, en dat derhalven moogelyk alle de Collegien zig in deefen opfigte in het zelve geval zouden kunnen bevinden : dat zy Heeren Gedeputeerdens met de Gecommitteerdens uit de Collegien ter Admiraliteit reflexie gemaakt hebbende op de natuur deefer deliberatien, geoordeeld hadden, dat het ftellen der ordres in conformiteit van de voorige Placaaten teegens het overbrengen der befmettelyke ziekte, niet konde werden uitgeftelt, tot dat zoude zyn gereguleert, op welke wyfe, en uit welke fondfen de extraordinaris vaartuigen, die by eenige Collegien ter Admiraliteit tot executie der precautien zouden moogen noodig weefen, zouden werden onderhouden, en dat zy derhalven alleen in bedenken zouden geeven, of de kosten deefer Uitleggers niet by provifie zouden kunnen werden gevonden uit het fonds van het Verhoogde Last-en Veylgeld, en of de Directeuren van den Levandfchen Handel niet zouden kunnen werden geperfuadeert, om deefe kosten aan het voornoemde fonds te refundeeren, en of wyders de Collegien ter Admiraliteit op de Maze, te Amfterdam, in Zeeland, en Vriesland, niet zouden behooren te werden gelast, om aan haar Hoog Af ogende op te geeven, hoe veel foms defelve tot het onderhoud der zelve Uitleggers 's maandelyks noodig zouden hebben, ten einde als dan nader zoude kunnen werden overlegt, op welke voet deefe penningen aan die Collegien ter Admiraliteit zouden kunnen worden opgefchooten. Waar op gedelibereerd zynde, hebben de Fleeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland, Holland en West - Vriesland, Utrecht en O verysfel, het voorfz. gerapporteerde , voor zoo veel aangaat het point van het émployeeren van de uitleggers, en het vinden van de kosten der zelve, copielyk overgenomen om in den haaren breeder gecommuniceert te worden. Den aanweefenden Heer Gedeputeerde van de Provincie van Zeeland, geinfteert hebbende , dat die kosten by provifie gevonden mogten worden uit het verhoogde Last en Veylgeld , zonder de welke onmogelyk is eenige uitleggers te equipeeren.. En is dien onvermindert goedgevonden en verftaan, dat de gefaamentlyke Collegien ter Admiraliteit zullen worden aangefchreeven , om een iegelyk in den haaren de noodige ordres te ftellen, dat aan de Lootfen werde kennisfe  Fol. p2I D E R D E TITUL. Raakende de Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. h Refolutie van de Staaten Generaal, houdende verklaring nopens de betaaling van het Straatgeld wegens den Straatweg tusfehen 's Hertogenbosch en Eindhoven. Den o Maart 1751. Ontfangen een MisCive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den vierden deefer loopende maand, houdende , in gevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den zestienden Juny zeeventien honderd, neegen en veertigh, derfelver Advis op een Misfive van Scheepenen , Gefwoorens en Raaden der Hoofdltad 's Hertogenbosch, gefchreeven aldaar den vyftienden der zeiver maand; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegeert, dat haar Hoogh Mogende by interpretatie van het Oclroy aan haar den derden February zeeventien honderd een en veertigh tot het maacken van een ftraatwegh op Eyndhooven geaccordeert, gelieven te verklaaren, dat het flraatgeld verfchuldight is en betaald moet werden door de Voitures en Karren , welcke by het afkoomen van de Boxtelfche Heyde niet direct op Boxtel inryden, maar den Bywegh op Beuckelen inflaan, en dat het aan gemelde Magiftraat van 's Hertogenbosch geoorlooft is deefen Bywegh ter plaatfe voorlchreeve met een Barrière of kettingh af te fluyten, mits dat de Paghter van het Straat¬ geld aldaar altyd yemand prefent zal moeten hebben, om de Voitures en Karren, onder betaalingh van het gefielde ftraatgeld, te laaten pasfeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat het voorlchreeve ftraatgeld verfchuldight is, en betaald moet worden door de Voitures en Karren, welcke by het afkoomen van de Boxtelfche Heyde niet direct op Boxtel inryden, maar den Bywegh op Beuckelen inflaan. Dat voorts aan den gemelden Magiftraat zal worden gepermitteert, zoo als aan haar gepermitteerd word mits deefen, den Bywegh op Beuckelen met een Barrière of kettingh af te lluyten, mits dat door haar de noodige zorge worde gedraagen, dat van weegens den Paghter van het ftraatgeld daar altoos yemand prefent is, om de Voitures en Karren onder betaalingh van het geliefde ftraatgeld te laaten pasfeeren, en dat zy zullen gehouden zyn deefe haar Hoogh Mogende Refolutie binnen zes weecken te laaten registreeren ten Comptoire der Domeynen van Braband te 's HertogenboschY 2. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Magiftraat van 's Uertogenbosck tot het feilen eener Barrière op den Steenweg by hei Dorp van Vugt. Den. 11. Maart 1751. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den tienden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vyftienden September feeventien honderd neegen en veertigh, derfelver Advis op de Requeste van Scheepenen, Gefwoorens en Raaden der Hoofdftad 's Hertogenbosch; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende by ampliatie van het Octroy van den derden VIII. Deel. February zeeventien honderd een en veertigh gelieven te verklaaren, dat het aan de Supplianten gepermitteerd zal zyn ter plaatfe alwaar de nieuwe Heirbaan, van St. Michiels Geftel zal invallen, een Barrière te ftellen, en van alle de Karrenen Voitures aldaarpasfeerende, te moogen vorderen de helft van het geene aan andere Barrières word betaald. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan de Supplianten by Ampliatie van het voorfchreeve Octroy zal worden gepermitteerd, zoo als aan haar Aaaaaa geper-  Raakende de Tollen, &c. van den 28 Augufty laatst/eeden, geëxamineeit de Requeste aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert by Burgemeesteren en Regeerders der Steede Weesp, daar by te kennen geevcnde: Dat het haar Edele Groot Mogende goede geliefte was geweest, by Oclroy van den 31 July 1744. de Supplianten tot foulagement van de onkosten tot onderhoud van de Dyken en Wegen in den voorfz. Oétroye gemeld, te qualificeeren tot het moogen heffen der Gabellen in den zelven Oclroye uitgedrukt, en dat alles gëduurende den tyd van tien jaaren, ingaande met den dag van gemelde Octroy, des dat niemand van de voorfz. Gabellen zoude moogen werden geëximeert en vry gelaaten , dan, (Qnder anderen) alleen de Eigenaars en Bruikers mitsgaders de Bouwlieden van de Landen die geleegen zyn aan den Dyk of Weg, beginnende van de Steede Weesp tot aan de Uittermeerfche Sluis, en van daar tot aan den Hinderdam, als meede van de Landen leggende bezuiden den Broekdyk of het Zandpad, loopende van de Uittermeerfche Sluis tot op den Harden, mitsgaders derièlver Vrouwen, Kinderen die byhaar inwoonen, en Domefticquen, des dat die geenen die in het toekomende by Koop, Verfterf of anderfins van grooter partyen Lands althans by een Eigenaar befeeten werdende, eenige gedeeltens quam te acquireeren, om van de voorfz. vrydom te moogen jouïsfeeren, ten minfte zoude moeten befitten zes mcrgen Lands aan de voorfz. Dyk of Wegen geleegen, &c. Dat de Supplianten in het te werk leggen van het voorfchreeve Oétroy te vooren was gekoomen, dat door de Eigenaaren en Bruikers van de Landen, die eigentlyk wel niet leggen aan defelve Dyk of Wegen loopende als gemeld van de Uittermeerfche Sluis tot op den Harden, maar die eenige diftantie van daar geleegen met een Overweg over die Landen , welke langs den voorfz. Dyk of Weg ftrooken, op het voorfz. Zandpad uitkomen, werd gefuftineert en beweerd, dat zy meede behooren tot die vrydom en daar van neevens en met die Landen die met 'er daad langs den voorfz. Dyk of Weg leggende zyn, zouden moeten jouïsfeeren, zoo als in de tweede plaats de Supplianten van of door die geenen, welke tot nog toe geen zes mergen Land hebben befeeten, en egter tot hier toe de vrydom, alfchoon tot minder Mergentaalen gegoed , hebben genooten, meede voorquam die fuftenue , dat zy defelve vrydom by continuatie zouden moeten blyven genieten, en het laatftelyk de vraage wierde, of iemand die van twee, drie of meerder kleine partyen by vervolg van tyd Eigenaar werd, welke aan die Dyk of Wegen geleegen zyn, en met den anderen zes mergen Lands uitmaaken, ook van de vrydom van de Gabellen zoude moeten profiteeren, dan of die zes mergen zouden moeten voortkomen uit grooter partyen by een Eigenaar befeeten geweest, zoo als zulks na de gedagten van de Supplianten uit net voonz. uctroy Konde werden geinfereert. En dat nadien de Supplianten zig vonden onbevoegt, om ten refpeéte van de voorfz. fuftenuen en vraagen eenige verklaarde té doen, en zy ook niet gaarne deefe ^eoctroyeerde Gabellen anders zouden doen invorderen dan na en conform de intentie van haai Edele Groot Mogende, derhalven zy Supplianten zig nader waren keerende tot haar Edele Groot Mogende, potmoediglyk verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende by interpretatie op den voorfz. Oétroye zouden gelieven te verftaan en te verklaaren, eerftelyk, of die geenen welke Landen zyn hebbende, die wel niet direct tegens den voorfz. Dyk of Wegen konnen werden gefegt te zyn geleegen, maar die met een Overpad over Landen alfoo geiitueert weefende haar uitgang hebben, en alfoo op defelve Wegen koomen , vry en exempt zyn te betaalen.i Ten anderen, of de zoodanigen, die, hoe zeer geen zes mergen Lands nebben befeeten, en egter tot hier toe de vrydom, offehoon tot minder mergentaalen gegoed, hebben genooten, daar vanby continuatie zullen blyven jouïsfeeren. En laatftelyk, of die geen die van twee, drie of meer kleine perceelen aan gemelde Dyken of Wegen geleegen, in het vervolg Eigenaar werd, en welke kleine partytjes of perceelen te faamen zes mergen Lands koomen uit te maaken, zal moeten genieten de vrydom van de voorfz. Gabellen, dan of daar toe zes mergen als voorfz. geconftitueert zullen noodig weefen, voortgekoomen uit grooter partyen Lands by een Eigenaar befeeten geweest. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, by interpretatie van het voorfz. Oélroy, aan de Supplianten den 31 July 1744. verleent, te verklaaren, eerftelyk, dat van de vrydom der Gabellen by het voorfz. Octroy gementioneert, zullen blyven jouïsfeeren de zoodanige, die, hoe zeer geen zes mergen Lands hebbende befeeten, egter daar van tot de tyd van het voorfz. Octroy toe hebben gejouïsfeert gehad, te weeten zoo wanneer derfelver Landen aan de voorfz. Dyken of Wegen geleegen zyn, of dat daar op niet koomen konnen dan by een Overpad over Landen die alfoo zyn gefitueert. Ten anderen, dat dienvolgende ook die geenen, welke in het vervolg Landen zullen bekoomen, die wel niet geleegen zyn direct tegens de voorfz. Dyken of Wegen aan, maar die met een Overpad over Landen alfoo gefitueert weefende, haar uitgang op de voorfz. Wegen of Dyken hebben, in dier voegen dat door geen andere Weg tot defelve Landen kan gekoomen worden, en anders niet, en mits defelve Landen de quantiteit van zes mergen bedraagen, meede daar door zullen genieten vrydom van de voorfz. Gabellen. Ten derden, dat het genoeg zal zyn om van de voorfz. vrydom te gaudeeren, wanneer iemand zes mergen Lands als vooren gefiAaaaaa 2 meert  Rakende de Tollen, &c. 925 al het zelve was ftrydende met de goede intentie van haar Edele Groot Mog. by het voorfchreeve verleende Oétroy, en defelve ook vermeenden het aan haar onder reverentie niet te vergen was, dat zy haare Wegen door anderen geen Opgezeetenen of Ingelanden zynde aan Rukken zouden laaten ryden en bederven, zonder tot het onderhoud van dien ietwes te contribueeren, en daar by het heffen van eene Gabelle niemand konde benadeelen, nademaal die geenen die ongeneegen zouden zyn defelve te betaalen, de Buiteweg om de voorfchreeve Meer gebruiken konnen. En verfoekende de Supplianten om alle de gemelde reedenen ootmoediglyk, dat haar Edele Groot Mog. het reeds verleende Oétroy zouden gelieven te amplieeren, en by defelve ampliatie nader te ftatueeren, dat niemand, of fchoon Opgefeetenen of Ingelanden van defelve Meer zynde, eenige vrydom van de voorfchreeve Gabelle zal genieten voor desfelfs Vee buiten de Jurisdiétie van defelve Meer gekogt of geweid, en die alleenlyk maar werden doorgedreeven; dat meede van die Vrydom zullen verlfooken zyn alle zoodanige perlbonen, die voor reekening van anderen, of fchoon Ingelanden van de Meer zynde , eenige Boerderyen buyten de Jurisdiétie van dien geleegen, zyn waarneemende; dat wyders alle de geenen, die het voorfchreeve Tolhek of Gabelle te voet zouden willen pasfeeren , Opgezeetenen en Ingelanden alleen uitgefonderd, tot onderhoud van het reeds gemaakte Voetpad verpligt zouden zyn aan defelve Gabelle te betaalen vier penningen. En dat laatstelyk by het expireeren van het reeds aan de Supplianten verleende Octroy, het zelve Oétroy met de voorfchreeve Ampliatien van dien by haar Edele Groot Mog. zoude werden geprolongeert voor den tyd van dertig agter een volgende jaaren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge¬ vonden en verftaan, dat het Oftroy aan de Supplianten op den 21 July 1745 verleent in zoo verre zal werden geamph'eert, dat nader werde geftatueert, dat niemand of fehoon Opgefetene of Ingeland van de voorfchreeve Meer zynde, eenige Vrydom van de Gabelle by het voorfchreeve O&roy gemeld zal moogen genieten voor deszelfs Vee, dat buiten de Jurisdiétie van defelve Meer gekogt of gewyd is, en alleenlyk daar door werd gedreeven. Dat meede van die Vrydom verftooken zullen zyn alle zoodanige Perfoonen, die voor reekening van anderen, of fchoon Ingelanden van de voorfchreeve Meer zynde, buiten de Jurisdiétie van dien eenige Boerderyen waarneemen. En dat laatstelyk de voorfchreeve Ampliatien meede fullen ftand houden den tyd van het voorfchreeve althans loopende Oétroy, en voorts beneevens het zelve Oétroy zullen werden geprolongeert voor den tyd van nog twintigh agtereen volgende jaaren, te beginnen met den dag dat het loopende Oétroy zal koomen te expireeren. Alles nogtans in dier voegen,dat de Supplianten zullen zyn gehouden zig preciefelyk te gedraagen na het gunt in het voorfchreeve Octroy en by deefe Ampliatie is geftatueert, mitsgaders het doen beftraaten der voorgemelde Ky wegen ten fpoedigste te effectueeren, en uitterlyk binnen den tyd van drie jaaren te doen voleinden, op pcene van het effeét van deefe Ampliatien en verdere prolongatie van het voorfchreeve Oétroy te zullen verliefen, en met last aan een iegelyk zig hier na te reguleeren. En dat wyders deefen conform de Brieven van Ampliatie van O&roy opgemaakt, en aan de Supplianten zullen werden gegeeven; werdende derlèlver verder of ander gedaan verfoek geweefen van de hand. 6. Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy tot het aanleggen van een Veer over de oude Maze tusfehen de Heerlykheeden Rhoon en Goidfchalkoort. Den 27 January 1753. /^ntfangen eene Misfive van de Heeren V^/ Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage den 25 deefer, houdende, ingevolge en ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 14 November 1752 , derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Willem Bentink, Heere van Rhoon en Pendregt, befchreeven in de Ordre van de Ridderfchap en Edelen van deefe Provincie, en van Mr. Pompejus Berk, Heere van Goidfchalkoort, Raad en Vroedfchap der Stad Dordrecht, verfoekende daar by haar Edele Groot Mogende Oétroy tot het aanleggen van een Veer over deOude Maaze tusfehen de voorfchreeve Heerlykhee¬ den Rhoon en Goidfchalkoort, vry van Verpondingen en andere lasten, in confideratie van de zwaare kosten, welke tot het aanleggen van het voorfchreeve Veer zullen moeten worden geimpendeerr. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten behoeve van den Vertoonder en Suppliant zal worden verleent Oétroy, waar by zy werden geoétroyeert, tot het opregten van het voorfchreeve Veer tusfehen de Heerlykheeden van Rhoon en Goidfchalkoort met vrydom van Verpondingen en andere diergelyke lasten voor den tyd van vyf en twintig jaaren, te reekenen van den tyd af dat het voorfchreeve Veer voor de eerAaaaaa 3 fte-  Raakende de Tollen, &a 927 dat niemand zig vervordere, hetzy zelfs, het zy door zyne Dienaaren of Knegten, of andere , te doen raaden, in- of op te neemen, te vervoeren of te losfen refpeétive, in het geheel of voor een gedeelte, eenige Goederen of Koopmanfchappen, hoe ook genaamt, voor en aleer zyluiden haare ingelaade Goederen, ter Plaatfe van de inlaadinge, indien aldaar een Ontfanger of Wagter van de Tollen refideert, en zulks aldaar een Tol-Comptoir werd gehouden, aan den Ontfanger of Collecteur van 'sGraaffelykheids weegen, zullen hebben aangegeeven, vertok, en de geregtigheid aan hem voldaan; of wel door het vertoonen van behoorlyke Tolbrieven haare exemtie en vrydom van de Tollen zullen hebben beweefen; en dat zulks precifelyk zal werden agtervolgt en nagekoomen, alfchoon zoodanige Schippers, Schuitevoerders, Voerluiden, en alle andere, niet precifelyk zouden behoeven te pasfeeren het Tol-Comptoir, of de Wooninge van den Colleéteur der Tollen, maar andere, en zelfs ordinaire Weegen en Waateren zouden kunnen gebruiken. En indien de in- of oplaadinge gefchied ter Plaatfe daar geen Ontfanger, Collecteur of Wagter van de Tollen refideert, dat in dien gevalle alle de geene, die Goederen of Koopmanfchappen, met Scheepen, Schuiten, of Rytuigen, van de eene Plaatfe na de andere voeren, defelve zullen aangeeven aan het eerfte Tol-Comptoir, of de eerfte Tolwagte, ter Plaatfe alwaar zy zullen pasfeeren of arriveeren, of na beloope van haare reife behooren te pasfeeren of te arriveeren, en aldaar de geregtigheid voldoen. Als meede, wanneer de losfinge gefchied, het zy ten deele, het zy in het geheel, ter Plaatfe alwaar een Ontfanger, Wagter of Colleéteur van de Tollen refideert , en zulks een Tol-Comptoir werd gehouden, of defelve Plaatfe doorvaaren, dat de Schippers, Schuitvoerders, Voerluiden, of wie het zoude mogen weefen, gehouden zullen zyn, aldaar zig aan het Tol-Comptoir te vervoegen, het zy dat zy het zelve moeten pasfeeren of niet, en aan den Ontfanger, Wagter of Colleéteur de verfchuldigde gereg¬ tigheid betaalen, of door de overleevering van de Tolteekens betoonen, dat, en waar zy de verfchuldigde Tollen hebben betaalt, of indien zy en haare ingelaade Goederen e'n Koopmanfchappen Tol vry zyn, waar zy van defelve haare vryheid hebben doen blyken. En indien de Ontfangers, Collecteurs of Wagters bevinden, dat de Schippers, Voerluiden of andere het zelve alfoo niet hebben verrigt, ter Plaatfe daar zulks behoorde, of in gebreeken zyn daar van behoorlyk te doen blyken, zoo zullen defelve Ontfangers, Collecteurs of Wagters zoodanige Schippers, Voerluiden, of wie het zyn moge, niet expedieeren of klaaren aan haar Comptoir, maar defelve te rug zen den, ter Plaatfe daar zy hadden behooren 'S Lands Regten te betaalen, of van hunne vrydommen te doen blyken, omme als nog aldaar aan hunne verpligtinge te voldoen. Alles op zoodanige poenen, mulcten en verbeurtenisfen, als by de Ordonnantiën op de Tollen en Toiregten zyn geftatueert. En werden de refpeétive Tolbedienden wel expresfelyk by deefen gequalificeert en gelast, omme de Schippers, Schuitevoerders, Voerluiden, derzelver Bedienden, en wie het verder zoude mogen weefen, daar toe by alle bequaame middelen te houden, de Scheepen, Schuiten of Rytuigen der onwilligen, gelyk ook van die bevonden zullen worden het gunt hier vooren is gemelt verfuimt te hebben, te arrefteeren en te fluiten, en defelve te wyfen en te brengen na den Hage, ten einde door de Gecommitteerde Raaden daar over te werden gedisponeert, of wel anderfms tegen de Fraudateurs en Contraventeurs der voorfz Ordonnantiën te werden geprocedeert, zoo als conform de Ordonnantiën op de Tollen zal werden bevonden te behooren. En op dat iemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy, dat deefe zal werden geaffigeert aan en in de refpeétive Tol-Comptoiren, en de refpeétive Wagten van dien, en voorts ook door de Tolbedienden ter kennisfe van een iegelyk, die zulks eenigfinsaangaat, zal werden gebragt. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den id Augufty 1753. (Onder ftond.) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was geteekent f) A. V. STRATEN.  Rakende de Tollen, &c. gegeeve confideratien bedankt; en hebben haar Edele Mog. voorts goedgevonden en verftaa"» zig met het voorfchreeve gerapporteerde te conformeeren, zoo als daar meede geconformeert werd by deefe, zoo dat daar van geen dispenfatie zal mogen werden verleend , als met gemeen confent van alle de prefente Leeden, en ten einde by inadvertentie 929 daar van niet moge werden afgegaan, dat deefe zal werden gedrukt, en aan de Leeden van het Collegie nu en in der tyd zal werden toegefonden, em voorts ook een Exemplaar geinfereert in het Register van de Inftructien in haar Edele Mog. Collegie beruftende, om by de deliberatien over verfoeken van vrydom van Tollen altoos by de hand te zyn. (Onderflondf) Accordeert met het voorfz. Register. (JVas geteekent,) A. van der STRATEN. 9. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de recommandatie aan den Raad van Staate, om by het inkoopen van Vivres de produ&en van dit Land boven die van andere Landen te prefereeren. Den 13 Oclober 1755. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den agtften deefer loopende maand, houdende, dat zy den Commis van des Generaliteyts Stapel-Magazyn te Dordrecht Gevaarts hadden gelast, om voor reeckeningh van het Land in te koopen, en na Maastright ten dienften van het Guarnifoen onder Addres aan den Commis van der Craght aldaar te zenden twintigh duyfend pond Yrfche Boter en vyftigh duyfend pond Yrfche gezouten Vlees, welcke langs de Maas derwaards gevoert ftonden te worden; verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende, ten eynde de voorfchreeve Vivres vry en zonder betaalinge van Reghten of Tollen pasfeeren moogen, het vereyschte Pasport gelieven te doen depecheeren; als ook de noodige te doen vraagen van zyne Majefteyt den Koningh van Pruysfen, den Heere Churvorst van de Paltz, den Heere Bisfchop en Prince van Luyck, en het Gouvernement der Oostenryckfche Nederlanden. . Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten fine voorfchreeve het noodige Pasport in behoorlycke forma zal worden gedepecheert. Dat voorts Copie van de voorfchreeve Misfive gefteld zal worden in handen van den Heere van Hellen, waarneemende de zaacken van zyne Majefteyt den Koningh van Pruysfen; als meede door den Agent vanByemont, in handen van den Heere Cornet, Refident van zyne Churvorftelycke Doorlughtigheyd van de Paltz, en van den Heere Magis, Refident van zyne Hoogheyd den Heere Bisfchop en Prince van Luyck, met verfoeck, om de noodige Pasporten ten fine voorfz. van haare Hoven te willen beforgen. Dat wyders nog Copie van de voorfchreeve Misfive gefonden zal worden aan den Heere van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheyd Prins Carel van Lotharingen,.als Gouverneur Generaal van dö Oostenryckfche Nederlanden, en denfelven daar neevens aangefchreeven, om insgelycks het noodige Pasport van het Brusfelfche Gouvernement te verfoecken. Dat voorts by het toefenden van het voorfchreeve Pasport aan den Raad van Staate, aan gemelden Raad zal werden gerecommandeert, om in het toekoomende, wanneer eenige Goederen of Vivres voor reeckening van het gemeene Land zullen moeten worden ingekoght, de Producten van dit Land, booven die van andere Landen te prefereeren. 10. Refolutie van de Staaten Generaal, tegen het verkenen van Pasporten pro Deo. Den 28 Novem ; her 1755. Op de Requeste van E. Gantier; verfoeckende een Pasport en een Reyspen- ningh; Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoeck VIII. Deel. niet kan worden getreeden, en werd het zelve dienvolgende afgeweefen. En is by deefe geleegentheid vastgefteld, dat voortaan geene Pasporten pro Deo zonder pregnante reedenen meer zullen werden verleent. Bbbbbb Re-  Rankende de Tollen, &c. pgt Bbbbbb 2 Re- gorden vertoond, dat zy in ervaaringe waaren gekoomen, d it by de Officieren en Bediendens van het gemelde Collegie ter Admiraliteyt te Amfterdam , te Arnhem refideerende, zwaarigheyd zoude worden gemaackt, om onder haar Hoogh Mogende Relblutie van den dertienden Oétober zeeventien honderd zes en vyftigh te comprehendeeren den vryen invoer van Paarden, Koebeesten en verder Vee, offchoon defelve niet om daar meede Koopmanfchap te dry ven > maar alleen tot een provifioneele bewaaringe, en om die voornanientlyk by den eerften overloop en vyandelycken aanval in zeeckerheid te hebben, na Arnhem moghten worden gebraght, en dat gemelde Officieren vermeenden buyten nadere Refolutie van haar Hoogh Mogende niet bevoeght te weefen, om den vryen invoer van defelve te accordeeren, verfoeckende de gemelde Magiftraat van Arnhem derhalven, dat haar floogh Mogende de gemeldë Refolutie van den dertienden Ocfober des voorleeden jaars in zoo verre gelieven te extendeeren, dat onder de daar by verleende vryen in- en uitvoer der Meubilaire Goederen, meede moghten worden begreepen Paarden, Koebeesten en verder Vee, welcke niet om daar meede Koopmanfchap te dry ven, maar alleen tot een provifioneele bewaaringe ert zeeckerheyd uyt het Hertogdom Cleeve, en andere Pruysfifche Diftriéten in deefe Landen werden gebraght en ingevoert, en zulcks onder alle zoodanige precautien, als haar Hoogh Mogende tot weeringe van fraudes zouden oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoeck by de voorfchreeve Magiftraat van Arnhem gedaan, en dat dienvolgende haar Hoogh Mogende gemelde Relblutie van den dertienden Ocfober des voorleeden jaars in zoo verre zal werden geëxtendeert, zoo als defelve geëxtendeert word mits deefen, dat onder de daar by verleende Vrye in- en uytvoer der Meubilaire Goederen, meede zullen worden begreepen Paarden, Koebeesten en verder Vee, welck niet om daar meede Koopmanfchap te dry ven, maar alleen tot een provifioneele bewaaringh en zeeckerheid uyt het Hertoghdom Cleeve , en andere Pruysfifche Diftriéten in deefe Landen werden gebraght en ingevoert, onder de navolgende precautien noghtans, dat van de Paarden, uit het Cleeftche of andere Pruysfifche Diftriéten ingebraght wordende, by het inkoomen het hair, jaar en teecken door de refpeétive Officieren van de Convoyen zat moeten worden genoteert, het Rundvee gebrand, en het kleynder Vee op de eene of andere wyfe worden gerrterckr. Dat ook de gemelde Officieren de naamen der Eygenaaren van het voorfchreeve Vee, en hoe veel ftuks door defelve zal worden ingevoert, en waar ter weyden gebraght, ten accuraatften zullen hebben te noteeren, vervolgens aan die Eygenaars by het inbrengen verleenen een inkoomend Pasport, met expresfie van het hair, jaaren teecken der Paarden, branden van het Rundvee, en denotatie van het andere Vee, zoo na mogelyk. Dat wyders de gemelde Officieren ter recherche aan de gemelde Eygenaars op het ferieufte zullen recommandeeren van het verleende Pasport te bewaaren, en by den uitvoer het zelve weder aan haar Officieren te produceeren, daar by ook aan defelve gelastende , om by het verkoopen van eenige der Paarden, of van het andere Vee, daar van terftond opgaave te doen aan haar Officieren, en te betaalen 'sLands inkomende Reghten, alles op de poenaliteyten vervat in haar Hoogh Mogende Placaaten op den ophef der Convoyen en Licenten geëmaneert * en dat in dien gevalle de Officieren in dorfb van de voornoemde Pasporten zullen hebben te ftellen, hoe veel ftucks Vee aangegeeven zy, om hier te Lande te blyven, op dat daar uyt by het weeder uytvoeren van het ingebraghte Vee precife zal konnen worden gefien, of de ingevoerde quantiteyt (ha aftrek van het opI gegeevene Vee om alhier te Lande te blyven) I overeenkomt met de opgaave door de Eygenaars by het inkoomen gedaan, en dus alle occafie van fraudes en verkortinge van 's Lands reghten zoo veel mogelyk worden geprevenieert. En zal hier van kennisfe worden gegeeven aan de gemelde Magiftraat van Arnhem, om te dienen tot refcriptie op derfelver voorfz. Misfive. Zullende voorts Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden Werden aan het Collegie ter Admiraliteyt te Amfterdam, om te ftrekken tot derfelver narigtinge en zig daar na te reguleeren.  Raakende de Tollen, &c. 15. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het ligten van een vry Pasport aan de ■ Ingezeetenen van Oostvriesland, met hunne goederen van derwaarts koomende vlugten. Den 20 JuW 17'57- De aanweefenden Heer Gedeputeerde van de Provincie van Stad en Lande heeft ter Vergaderinge voorgedraagen, dat verfcheyde ingefeetenen van Oostvriesland geneegen waaren, gëduurende deefe tyden van troubelen, haare Meubilaire goederen te lauveeren, en te beforgen in de Provincie van Stad en Lande; verfoeckende, dat de Refolutien, waar by de vrydom van inkoomende en uytgaande Reghten aan de ingefeetenen van de Landen van Cleef, en van de Graaffchap Bentheim is geaccordeert, ook moghten worden geëxtendeert tot de ingefeetenen van Oostvriesland. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , dat, gelyk aan de ingefeetenen van de Landen van Cleef, en van de Graaffchap Bentheim, de verfoghte vrydom is geaccordeert, zoo ook aan de ingefeetenen van Oostvriesland zal werden gepermitteert, zoo als aan haar gepermitteerd werd mits deefen, om gëduurende deefe tyd van vreefe haar Meubilaire goederen hier te Lande te moogen doen in- en weeder uyt voeren, vry en zonder betaalinge van eenige inkomende of uytgaande Reghten, dogh niet anders als onder de limitatien en precautien, vervat in haar Hoogh Mogende Refolutien van den dertienden Oétober des voorleeden, een en twintighften Maart en vierden Mey deefes jaars, waar van Extraét, neevens Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden zal werden aan het Collegie ter Admiraliteyt in Vriesland, om te ftrekken tot derfelver narightinge , en haar daar na te reguleeren. Bbbbbb % fa; ook eenige paarden, koebeesten en verder vee, onder de voorfz. Meubilaire goederen door de Ingefeetenen voornoemt hier te Landen zouden kunnen werden ingebraght, om tegen een vyandelyckcn aanval in zeekerheid te werden gefteld, is wyders goedgevonden en verftaan, dat daar omtrent defelve vrydom van in- en uitgaande Reghten plaats zal hebben, dogh onder die bepaalingh, dat de voorfz. Paarden, koebeesten en verder vee meede niet zullen mogen werden ingebraght, om daar meede koopmanfchap te dry ven, maaralleen tot een provifioneele bewaaringh en zeeckerheyd, en met die precautie, dat van dc Paarden uyt het Graaffchap Bentheim ingebraght werdende, by het inkoomen het hair, jaar en teecken, door de refpeétive Officieren van de Convoyen zal moeten worden genoteert, het Rundvee gebrant, en het kleynder vee op eene of andere wyfe worden gemerckt. Dat ook de gemelde Officieren de naamen der Eygenaaren van het voorfz. Vee, en hoe veel ftucks door defelve zal werden ingevoert en waar ter weyde gebraght, ten accuraatften zullen hebben te noteeren, vervolgens aan die Eygenaars by het inbrengen verleenen een inkoomend Pasport, met expresfie van het hair, jaar en teecken der Paarden, branden van het j Rundvee, en denotatie van het ander vee zoo na mogelyck. Dat wyders de gemelde Officieren ter re¬ cherche aan de gemelde Eygenaars op het ferieufte zullen recommandeeren van het verleende Pasport te bewaaren, en by den uytvoer het zelve weeder aan haar Officieren te produceeren, daar by ook aan defelve gelastende , om by het verkoopen van eem'o-e der Paarden, of van het ander Vee, daar van terftond opgaave te doen aan haare Officieren, en te betaalen 's Lands inkoomende Reghten \ alles op de pmnaliteyten vervat in haar floogh Mog. Placaaten, op den ophef der Convoyen en Licenten geëmaneert, en dat in dien gevalle de Officieren in dorfo van de voornoemde Pasporten zullen hebben te ftellen, hoe veel ftucks vee aangegeeven zyn om hier te Lande te blyven, op dat daar uyt by het weeder uytvoeren van het ingebraghte vee precife zal kunnen werden gefien', of de ingevoerde quantiteyt, na aftreck van het opgegeevene vee, om alhier te Lande te blyven, overeenkomt met de opgaave door de gemelde Eygenaaren by het inkoomen gedaan, en dus alle occafien van fraudes en verkortingh van 'sLands Reghten zoo veel mogelyck werden geprevenieert. En zal Extraét van deefe haar PToogh Mogende Relblutie gelbnden worden aan het Collegie ter Admiraliteyt in Westvriesland en het ! N oorder Quartier, om te ftrecken tot derfelver narightinge, en haar daar na te reguleeren.  Raakende de Tollen, &c. 18. Reglement van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, raakende de Vragthonen, waar naar de Vryfchippers van de Polders van Lillo, Stabroek, Beerendregt', Sandvliet, den Doel, St. Anne en Keetenis fe, zig zullen hebben te reguleeren. Den 28 September 1758. Art. h T\e Vryfchippers zullen altoos moeten JL/ voorzien zyn van bekwame Vaartuygen, om daar mede de Granen, Beeftialen, Bouwgereedfchappen, en allerhande Gewasfen te vervoeren. I I. De Vryfchippers zullen niet vermogen hunne ingeladene Goederen over te flaan in andere Vaartuigen, maar dezelve met hunne eigene Scheepen ter gedeftineerde Piaatfen voeren, om aldaar verkogt, en gelost te worden. I I I. De Vryfchippers zullen niet vermogen eenigen Handel, of Koopmanfchappen, in Granen, te dry ven, of daar in eenig deel te nemen, direct, of indirect, op poene van vyf en twintig guldens te verbeuren ten behoeve van den Armen van Liïlo en Lief kenshoek. I V. Voor Vragtloonen van een Veertel Terwe, Rogge, Erweten, Boonen, Gerst, Haver, Boekweit, of Koolzaat, zullen genieten op de volgende Piaatfen, als volgt: PPollands. Middelburg ■ . gl. o: 1:8 Ziericzee ■ ■ 0:1:8 Goes, of het Land van Goes o: 1: 8 Tholen — o: 1: 8 Vlisfingen ■ —— o: 1: 8 IPollands. Veere — — gl. o: 1: 8 Bergen op Zoom ■ o: 1: 8 Willemftad ■ * - - 0:2:0 Dordrecht > ——* 0:2:0 Rotterdam, die van den Doel, o: 2: 6 ""'- '— die van Lillo o: 2: 4 Om reden, dat die van den Doel Kaaigeld moeten betalen. En op de volgende Piaatfen: Brabands Antwerpen ■ gl. o: 1: o Mechelen ■ , o: 2: o Leuven ■ , o: 2: 8 Lokeren ■ ■ o: 2: o Dendermonde o: 2: 8 Rupelmonde o: 2:0 Theemst . 1 . 0:2:0 Baalftrooy —— ■■ ... o: 2: o Brusfel » , o: 2: 8 Vooreen Schuit met Hooi, Stroo, of Riedt; op de volgende Piaatfen: Brabands. Antwerpen —— gl. 8 : o: o Mechelen ■■■ 15: o: o Leuven ——— ■ 15: o: o Lokeren ■■" " ■ 15: o: o Gent ■ 20: o: o Den- dencken geevende, of niet zouden kunnen goedvinden, dien aangaande fworabelder te disponeeren, gelyck nog onlangs in gelyck foortigh geval in laveur van die van Kleef, cn andere Pruysfifche Landen is gefchied. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verRaan, dat na het exempel van de permisfie door haar Ploogh Mogende by derfelver Refolutie van den dertienden October zeeventien honderd zes en vyftigh, aan die van Kleef, en andere Pruysfifche Landen gegeeven, aan de Inwoonders van het Land van Meegen en Ravefteyn zal werden gepermitteert, zoo als aan defelve gepermitteerd werd mits deefen, om gëduurende deefe tyden van vreefe, vry en zonder betaalinge van eenige inkoomende reghten, in deefe Landen te moogen invoeren haare Meubilaire Goederen , des dat daar onder geen Koopmanfchappen, veel minder Goederen, die in te koomen geprohibeert zyn, zullen weefen begreepen, waar omtrent de ordres van den Lande in weefen en werckinge zullen worden gehouden, en dat by het inkoomen behoorlycke op- en aangeevinge gedaan, en vry Pasport gelight en uytgegeeven zal moeten worden, en daar op exaételyk door de Commifen gerechercheert, op dat onder het een of ander pretext geene Koopmanfchappen, zonder betaalinge van 'sLands reghten worden ingevoert; met verdere permisfie, omme voorts op een vry Pasport en onder behoorlycke Vifitatie, deefe Goederen wederom te moogen uytvoeren, mits dat die blyken te vooren als gevlughte Goederen ingekoomen te zyn; zullende de respeétive Collegien ter Admiraliteyt worden aangefchreeven, om daar op de noodige ordres te ftellen. Dat voorts het gemelde Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze zal worden aangefchreeven, om aan de voornoemde Ingefeetenen, welcke weegens hunne gevlughte Meubilerï reeds aan den Lande zouden moogen hebben betaald of eenige Penningen daar voor geconfigneert, zoodanige Penningen te doen°restitueeren.  Rankende de Tollen, &c. ren, én Traan , groot 60 uit Zeel. uit Hott. Veertels ƒ0:18:0 ƒ 1 : 0:0 I Van 60 tot 100 Veertels ■ 1 i 4:0 1: 8:0 1 Oxhoofd wyn in Fust. - ' ■' ó: 10:0 0:12:0 v Dito - in Fust o : 5:0 o: 6: o 1 Dito op flesfen 0:12:0 0:18:0 Minder en meerder, alles naar advenant. 1 Ton Visch, Teer Pek ■ o: 8:0 ol10:0 1 Ton Bier —— o: 8:0 0:10:0 1 Dito o: 4:0 ö: 5:0 1 Kinnetje —— o: 2:0 o: 2:8 1 Aam Oly - o: 8:0 o: 8:0 1 Zak Zout, zynde een Ton ■ o: 4:0 o: 5:0 1 Ton Pypen -■ o: 6:0 o: 6:0 1 Mandtje Pypen o: 2:0 o: 2:0 1 Ton Tras ■ ■ 0:4:0 0:6:0 i Ton Zeep ofAzyn o: 10:0 0:10:0 1 Van Tabak, van ieder 100 16 o: 2:8 o: 3:0 1 Hoed Smeekólen 1:10:0 1:10:0 1 Hoed Kalk 1: 0:0 1:0:0 1 SchaalSchotfeKolen o: 2:0 0:4:0 1000 Pannen, Vorsten, of Plavuifen 2:10:0 3:0:0 1000 Moppesteen 0:18:0 1: 0:0 1000 Klinkert, of On- derfteen. • o: i'o: o 0:10:0 1000 Witte of gefchilderde Tegeltjes ■ ■ • 0:14:0 1: o: v* 1000 Leyen, of Schaliën ï: 8:0 1: 8- trinfique waarde, en dat defelve overfulks toe geen hooger pryfen zullen moogen werden ontfangen of uytgegeeven, als, De Franfche Kroonftukken tot vyf en vyf* tig ftuyvers Hollands. De zoo genaamde vyf Blamuyferftukjes tot vyftien ftuyvers Hollands. De Brabandfche dubbelde Schellingen tot twaalf ftuyvers Hollands. De enkelde dito tot zes ftuyvers Hollands. De halve dito tot drie ftuyvers Hollands. De Luykfche nieuwe dubbelde Schelling tot elf ftuyvers Hollands. De enkelde tot vyf en een halve ftuyver Hollands. De halve tot twee en drie quart ftuyvers Hollands, Lastende en beveelcnde derhalven alle en een iegelyk die het zoude moogen aangaan, de voorfchreeve Franfche Kroonftukken, de vyf Blamuyferftukjes, en de dubbelde Brabandfche en Luykfche Schellingen, met haare gedeeltens, tot geen hooger pryfen, als gemeld, te moogen ontfangen en uitgeeven, op verbeurte niet alleen van de hooger ontfangen of uitgegeeven Stukken, maar ook op de boete van tien guldens op ieder tot hooger fomme ontfangen of uitgegeeven Stuk, zoo tot laste van den Ontfanger als van den Uytgeever, elk in het geheel, want wy zulks ten besten van de goede Ingezeetenen bevonden hebben te behooren. En op dat hier van niemand eenige ignorantie koome te pretendeeren, lasten en beveelen wy, dat dit ons Placaat alomme in het Diftriét van de Generaliteit zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men aldaar gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage, den 27 Maart 17 de (JVas geparapheert,) HEIDEN-HOMPESCH, vt, (Onderflondf) Ter Ordonnantie van defelve. (JVas geteekent f) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar \\, FAGEL, Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte, Eeeeee 3  Munt en Munteryen, &c. 959 voorfien, goedgevonden hebben < ons voor- gemelde Placaat of Publicatie en Ordonnantie van den i Mey 1750, te renoveeren, gelyk wy defelve renoveeren by deefen, met zoodanige veranderingen egter, als wy, ter beeter bereiking van ons heilfaatn oogmerk, en ten nutte van onfe goede Ingezeetenen, gemeent hebben, dat daar in behoorden te worden gemaakt, en vervat zyn in de volgende Articulen» Eerftelyk, Vermits alle goude Ducaaten enkel zyn Penningen van Negotie, die daagelyks in cours reifen en daalen, en dus geen bepaalden prys hebben kunnen, gelyk het courant Kasgeld heeft, zoo ftatueeren wy, dat, buiten en behalven de nieuwe Neederlahdfche heele en halve goude Ryders, die alleen ten behoeven van de Pléeren Staaten van de refpeétive Provinciën weederom zullen worden gemunt, en op eenen bepaalden cours, van veertien guldens en zeeven guldens refpeétive, als te vooren, zullen werden uitgegeeven, niemand eenigerhandé goude Speciën, zoowel Neederlandfche goude Ducaaten als vreemde goude Munten teegens zyn wil zal behoeven te ontfangen, nog aan iemand (onder wat pretext het zoude moogen weefen) opgedrongen moogen werden: zynde onfe wil en begeerte, dat alle en een iegelyk, dewelke na de publicatie deefes zal kunnen werden overtuigt een goude Neederlandfche Ducaat öf Ducaaten aan iemand in betaalinge opgedrongen te hebben , niet alleen zal verbeuren alle zyne voornoemde Ducaaten, maar ook zyn vervallen in een boete van hondert vyftig guldens voör ieder goude Ducaat, die door hem aan een ander opgedrongen mogte zyn, te appliceeren een derde voorden Officier die de calange zal doen, een derde voor de Neederduïtfche Gereformeerde Diaconie-Armen van de Stad of Plaats daar de calange gefchied ^ eri het overige derde voor den Aanbrenger, al was hy zelfs medepligtig, en des begeerende, onder fecretesfe van desfelfs naam, zul- • lende den geene, die nalaatig zyn mogte deefe onfe ordres te obferveeren, of onmachtig de voorfchreeve boete op te brengen, daar voor exemplairlyk worden geftraft. Dog zal het aan Kooplieden, en aan een iegelyk, zulks begeerende, vry ftaan, goude Ducaaten en andere goude Speciën , als Negotie - Penningen , in betaalinge te moogen onfangen volgens de prys en cours van de Negotie ; zullende anderfints alle betaalingen moeten gefchieden met goude Ryders, öf goed gangbaar zilver Kasgeld. Ten tweeden. Ordonneeren en verklaaren wy, dat Wy, om eenmaal af te fnyden alle moeylykheeden, * die zoo veele jaaren aan den anderen in onfen Staat hebben plaats gehad over het ontfangen en uitgeeven van allerleye ligte goude Ducaaten, goedgevonden hebben, om alle de te ligte goude ongetande Ducaaten, minder als twee engels agt en een half aafen weegende, te houden voorbiilioen en onuitgeef baar, zoo dat alle en een iegelyk, die na de publicatie deeies bevonden mogte wórden een goude ongerande Ducaat of Ducaaten, minder als twee engels agt en een half aas weegende, uitgegeeven te hebben, niét alleen zal verbeuren alle zyne uitgegeevene ligte goude Ducaaten ^ maar ook daarenbooven het tienvoud van dé waarde van dien * ten laste zoo van den Ontfanger als Uitgeever, ieder in het geheel, té appliceeren als vooren; Ten derden. Dat niemand zal vermoogen eenige der vöorfchreeve gebillioeneérde, of minder als twee engels agt en een halve aas weegende goude Ducaaten, binnen onfeii Staat, na de publicatie deefes , in te voeren; en dat iemand door onkunde, öf ander toeval, daar van zyndé voorfien, verpligt zal weefen, zig van defelve ten eerften te ontdoen, het zy met by desfelfs aankomst in deefe Landen den voorfz. gebillioeneerden Ducaat of Ducaaten ten eerften te doen knippen, of die te doen brengén by de Wisfelbanken i zoo die daar toe geneegen mogten zyn, het zy anderfints by Wisfelaars, om' de waarde daar voor in gangbaar Geld të verwisfelen, op pmne Articulo 1. gemeld, voor ieder voorfchreeve ingevoerde gebillioëneerde Ducaat; welver/taande, dat hier onder niet zullen zyn begreepen zoodanige partyen Ducaaten, dewelke als Materiaal worden ingevoert, dog die alsdan, aan dé eene zyde, door den Afteèveraar of Overfender, zullen moeten weefen ingeknipt, onder de zoo eevengemelde pcenaliteit. Ten vierden, Dat dus de goude Nederlandfche Ducaaten en andere goude Speciën, na de publicatie deefes, niet meer zullen mdogën worden gewoogen met de twëe aafen remedie, aan de Snoertjes der Goudbalansjes gëliegt, neeri maar, dat de Nederlandfche Ducaaten, dewelke by ons zyn geordonneert in den gewigté op twee engels agt en een half aafen doörflaande, voortaan alleenlyk of teegens het door den Ykmeefter Generaal van de Unie geëikté Blokje van twee engels agt en een half aafen, of met geëikte Trois Gewigte, zullen moeten gewoogen worden, zonder dat ooit meer van de gemelde tWee aafen remedie zal moogen werden gebruik gemaakt. En ten einde nu deefe onfe Renovatie eri Ampliatie punétueelyk möogé werden geobferveert , en niemand daar van eenige onkunde pretendeere, zoo ontbieden én verfoeken wy de Heeren Staaten, Gecommitteerde Raaden, of Gedeputeerde Staaten van dé refpeétive Provinciën, orri deefen alomme te doen publiceeren .en aanplakken, na gebruik en behooren. Lasten en beveelen wyders deRaaden en Generaalrneesters van de Munten, alle Officieren, Regteren en Jufticieren, deefen te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeeren-  Munt en Munteryen, &c. 961 27- Placaat van de Staaten Generaal, tegen het inbrengen en debiteeren van Brabandfche halve ftuivers- en oortjes- /lukken in het Diftriét van de Generaliteit. Den 4 Juny 1760. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die de efen zullen fien of hooren leefen, falutdoe n te vveeten: Alfoo wy koomen te verneemen, dat, nietteegenftaande onfe gereïtereerdePlacaaten teegens het invoeren en het debiteeren van allerley vreemde Payement-fpecien, als nog van tyd tot tyd in onfe Landen van de Generaliteyt werden ingebragt en onder de Gemeente gedebiteert groote meenigte van zoogenaamde Brabandfche halve ftuyvers- en Oortjes-ftukken, tot eene notable fchaade van onfe goede Ingezeetenen, waar teegens willende voorfien. Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben de voorfchreeve Brabandfche halve Stuyvers- en Oortjes - ftukken in het geheele Generaliteits Diftriét te verklaaren voor ongangbaar, niet willende dat na de publicatie deefes eenige van de gemelde Brabandfche halve Stuyvers- en Oortjes - ftukken in onfe Landen zullen worden ingebragt, gedebiteert, uytgegeeven en ontfangen, of gedoogt uytgegeeven of ontfangen te werden, als by onfe nadere dispenfatie : alles op poene van confiscatie derfelve, en daarenbooven een boete van zes guldens op ieder derfelve, die na de publicatie deefes ingebragt, uytgebooden of ontfangen mogten werden, zoo wel tot lasten van den inbre ger als den uytbieder en ontfanger van dien, ieder in folidum, te appliceeren de eene helfte voor den Aanbrenger en de weederhelfte voor den Officier die de calange zal koomen te doen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, zal deefe alomme in het Generaliteits Diftricf werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks gebruikelyk is; (en te gelyk daar by gevoegt) dat onfe goede Ingezeetenen, Nederlandfche Duyten en ftuyvers totPayement-fpecienbehoevende, zig van defelve op deefe en geene Munten van onfen Staat kunnen laaten voorfien. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in's Gravenhage den 4 Juny 17 do. (JVas geparapheertf) F. H. v. WASSENAER, vt. (Onderftond,-) Ter Ordonnantie van dezelve. (JVas geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar H. FAGEL. Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 28. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de diverfe bepaalingen omtrent de intrinfique waarde der te munten Goude Ryders en Ducaaten. Den id July 1760. Is gehooid het rapport van de Heeren van Weideren, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Munte, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutien Commisforiaal van verfcheyde datums, geëxamineert de Requeste van de refpecf ive Muntmeesteren deefer Landen, houdende eenige befwaarnisfen over haar Hoogh Mog. Refolutie van den tweeden der voorleede maand, VIII. Deel. op den Muntftagh van Goude Ryders en Ducaaten genoomen,en verfoeckende om geallegueerde reedenen, eerftelyck, dat zy moogen werden ontheeven van de poenaliteyt van vyf en twintigh guldens op ieder Ducaat of Ryder, die zyn behoorlyk gewicht niet zoude worden bevonden te hebben, of niet van eene groote zoude zyn uytgemunt, en ten anderen, dat haar Hoogh Mogende gelieven te declareeren, dat in de gehalte van den Ryder, Fff fff de-  Munt en Munteryen, &c. air. ïubject, ten eynde naar uyc ontaeitc mooge worden, of, en hoe groot het verfchil in den gewighte zigh opdoed, om als dan nader daar op gedelibereert en gerefolveert te worden. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan de Raa- flp. By refumtie gedelibereerd zynde op een Memorie van de Raaden en Generaalrneesters van de Munte deezer Landen; houdende, dat vernoomen hebbende, dat reeds op eenige der Neederlandfche Munten, ter oorfaacke van de verminderinge der Pryfen van het zilver in de Commercie, waaren gemaackt geworden nieuwe enkelde Guldens, en dat reeds van de Utrechtfche en Westfriefche Munten circuleerden heele en halve Guldens , met een Cabeltje voorfien, niet hadden konnen afzyn om Haar Hoogh Mogende in confideratie te geeven, of niet, zoo om aan die en andere zilvere fpecien een meerder Cierlyckheid te geeven, als om het ftrafbaar befnoeyen van defelve daar door eenighfmts voor te komen, by Haar Hoogh Mogende als een generaale wet en ordre zoude behooren te werden vastgeftek, dat voortaan niet alleen de voorfchreeve Guldens, maar oock alle andere nieuwe zilvere Ipecien, payementen uytgefondert, dewelcke op de Munten deefer Landen in het vervolgh zouden worden gemaackt , met een Karteling of Cabeltje om de rand wierden voorfien. Is goedgevonden en verftaan, dat als een generaale wet zal werden vastgefteld, zoo als vastgefteld word mits deefen, dat alle nieu- 30. Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van de Muntmeesteren deefer Landen, houdende, dat haar Hoogh Mogende by derfelver Refolutie van den tweeden Juny laatstleeden, hebbende gelieven te verftaan, dat geen Penningen hoe genaamd, verbeeldende de Munte van den Staat, als op hooge ordre en conform haare Inftruétien door haar zouden moogen worden gemaakt, op poene van als Meyneedigers te zullen worden geftraft, 963 uen en oeueraaimeestcrs van de Munten,om te ftrekken tot derfelver narigtinge, en haar daar na te reguleeren. De Heerén Gedeputeerden van de Provincie van Stad en Lande hebben verklaart, op het voorfchreeve fubjeét als nogh te weefen ongelast. we zilvere fpecien, payementen uytgefondert, dewelcke op de M tinten deefer Landen in het vervolgh zullen worden gemaackt, met een Kartelingh of Cabeltje om den Rand zullen worden voorfien. En dat hier van by aanfchryvinge kennisfe zal worden gegeeven aan de refpeétive Muntmeesteren deefer Landen, met last, om voortaan alle zilvere Ipecien, payementen uytgefondert, op defelve wyfe als dc goude, met een Cabeltje om den Rand te verderen, en met verdere last, om van drie tot drie maanden aan de Raaden en Generaalrneesters van de Munte, precife op te geeven, wat quantiteyt van zilvere fpecien, fpeciaal heele en halve guldens, by hun refpeétivelyk zal zyn geflaagen. En zal Extraót van deefe Haar floogh Mogende Refolutie gefonden worden aan de Raaden en Generaalrneesters van de Munte, om te ftrekken tot derfelver narightinge, en de Muntmeesters in deelen tot-haar devoir te houden, en voorts haar Hoogh Mogende van tyd tot tyd te informeeren van de quantiteyt van zilvere fpecien, fpeciaal heele en halve Guldens, die op de refpeétive Munten deefer Landen zyn gedaagen. de Supplianten zigh vonden in eene bekommeringe van onfeekerheyd gebraght, onbewust of onder de gemelde Interdictie ook waaren begreepen zoodanige Penningen, als zy Supplianten jaarlyks by geleegentheyd van hec Nieuwe jaar gewoon waaren geweest, ten verfoecke van haare Correspondenten en andere bekenden te maacken, als namentlyck heele en halve goude Ducatons, heele en halve goude Ryksdaalders, dito Guldens, fcheepjes Schellingen, F fff ff 2 Dub- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan de Muntmeesters deezer Landen, om voortaan alle Zilvere Speciën met een Karteling of Cabeltje om den rand te voorzien. Den 3 November 17 do. Refolutie van de Staaten Generaaf houdende verklaaring, dat het maaken der Nieuwjaars penningen geene relatie heeft tot het bevoorens gedaan verbod, om niet anders dan op hooge ordre Muntfpecien te flaan. Den 10 December 1760.  Fol. 965 ZEVENDE BOER. EERSTE TITUL, Raakende de Finantie. 1. Refolutie van de Staaten van Zeeland, waar by geintroduceert word een belasting op de Ampten binnen defelve Provintie, of buiten defelve op Collatie van Zeeuwfche Collegien bedient wordende* Den 24 September 1703. Is na deliberatie goedgevonden en verftaan, dat van alle en ieder der Ampten, die binnen deefe Provincie ofte het Zeeuws Committimus, werden bediend, of buyten defelve op Nominatie of Collatie van eenige Collegien en Societeyten in deefe Provincie refideerende, hetzy alleen van eere, ofte die in Traétement en Emolumenten van oC 50 Vlaams tot <£ 100 in het jaar bedraagen, aan en ten pro¬ fyte van den Lande, zal werden betaalt twee ponden Vlaams, en van ieder c£ 50 Vlaams Traétement en Emolumenten, rendeeren, nog een pond Vlaams: en overfulks van 150 n T Tt _ rt s* <*. 3:-:- viaams: van <*. 200-:- oc 4:Vlaams: van c€ 500 : -: - Vlaams: c£ 10: - Vlaams: en zoo voort tot<* 2000 Vlaams in cluis. 2. Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod van het Collecteeren voor alle vreemde Loteryen. Den 1 December 174.1. De Staeten van Zeelant, allen den geenen die deefen zullen zien, ofte hooren leefen, faluit: Doen te weeten: Alfoo wy geinformeert werden, dat binnen deefe Provincie gecollecteert werdt voor vreemde Loteryen , en particulier voor eene Loterye, welke de naem draegt, van Lotery van de Hooge Vryheit Velden, groot in Capitaél hondert zes en dertigh duifent guldens; als mede voor poch eene, de Kleeffche Lotery genoemt; mitsgaders voor Ravefteinfche Loteryen; {trekkende de voorfz. Loteryen tot groot naedeel der Loterye van Generaeliteits wegen, ten gemeenen nutte en profyte van den Lande alleen toegelaeten: Zoo is '1 dat wy, tot voorkoominge van de fchadelyke gevolgen, dewelke daer uit ontftaen, ende het naedeel dat door de voorfz. Loteryen aen de Generaeliteits Loterye van de Unie weidt toegebragt, goet gevonden hebben, allen ende eenen iegelyken, dien het eenigfms zoude moogen aengaen, ftriételykte verbieden, gelyk wy by deefen verbieden, dat niemant, wie hy ook zy, zich binnen deefe Provincie zal vervorderen, te colleéteeren, voor dé voornoemde, ofte eenige andere Loteryen, buiten die van de Generaeliteit is aengelegt, op poene, zoo wie tegens deefe onfe ernftige meening, voor eenige vreemde enbuitenlantfche Loteryen zullen hebben gecolleéteert, voor ieder reife zal verbeuren, de fomme van tien Ponden Vlaams, te profiteeren, de eene helft by den Officier die de calange zal doen , en de andere helft by den Aenbrenger: Ende, op dat de inhoudt van dit ons Placaet achtervolgt ende ge-executeert magh werden , en niemant hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, ontbieden en Ffffff 3 be-  Raakende de Finantie. 4. Refolutie van de Staaten van Holland, tot het aanjtaan van het Ampt van den Ontfanger Generaal in IVestvricsland en hu NoorderQuartier, in de Quohieren van het Amptgeld en van den 20oc Penning. Den 8 October 1751. 961 Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, gefchreeven te Hoorn den 6- deezer, houdende, dat het Ampt van Ontfanger Generaal in Westvriesland en het Noorder Quartier by haar Edele Groot Mogende nieuwelyks gecreëert en reeds begeeven, maar in de Quohieren van het Amptgeld of van de tweehonderdfte Penning op de Ampten niet bekend zynde, zy gemeend hadden , aan haar Edele Groot Mogende te moeten voordraagen om het zelve Ampt in beide de voorfz. Quohieren te doen aanllaan, en dat dewyl volgens de Iiiftrucfie op den 28 Augufty 1751 gearrefteert, gemelde Ontfanger Generaal zal genieten drie duyzend Guldens 's jaars, zy Heeren Gecommitteerde Raaden van gedagten zyn, dat het zelve Ampt in de Quohieren van het Amptgeld van de Jaaren 1727 en 1744 behoorde te worden aangeflaagen op een fomme van drie duyfend Guldens, te furneeren ten Comptoire van den particulieren Ontfanger van des gemeene Lands Middelen over de Stad en het resfort van Hoorn, en vervolgens na die proportie op den voet van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 2ie July 1728 ook in het Quo¬ hier van den twee honderdften Penning op de Ampten, ten waare haar Edele Groot Mogende mogten vermeinen, dat in de begrootting van de voorfchreve aanflagen daar op reflexie behoorde te worden genoomen, dat gemelde Ontfanger Generaal alleen zal hebben twee duifend Guldens voor Traétement en Een duizend Guldens voor desfelfs Commifen en Clercquen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het Ampt van Ontfanger Generaal in Westvriesland en het Noorder Quartier in de Quohieren van het Amptgeld van de Jaaren 1727 cn 1744 zal worden aangeflaagen op een fomme van drie duyfend Guldens, te furneeren ten Comptoire van den particulieren Ontfanger van des gemeene Lands Middelen over de Stad en het resfort van Hoorn, en vervolgens na die proportie op den voet van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 July 1728 ook in het Quohier van den twee honderdften Penning op de Ampten. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier verfogt ter executie van het geene voorfchreeve is de noodige ordres te ftellen. Refolutie van de Staaten van Holland', tot het aanflaan van de Gecommitteerdens in de Provinciaale Reekenkamer in de Quohieren van het Amptgeld, en van den 200' Penning. Den 15 October 1751. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in 's Plaage en te Hoorn refideerende, gefchreeven alhier in den Plage den 12^ deefer, waar by defelve in bedenken geeven, of haar Edele Groot Mogende niet zouden gelieven goed te vinden, om de Heeren in de Provinciaale Reekenkamer te committeeren, in de Quohieren van het Amptgeld en van den twee honderdften Penning te doen aanflaan, met byvoegin • ge van derzelver Advis op wat wyfe die aanflag zoude behooren te gefchieden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Commisfien in de Provinciaale Reekenkamer in de Quohieren van het Amptgeld van de jaaren 1727 en 1744. en van den twee honderdften Penning op de Ampten zullen worden aangeflaagen als rouleerende Tour-Ampten, en dat de Heer weegens de ordre van de Ridderfchap en Edelen in de voorfz. Kamer te committeeren, in ieder van de voorfz. Amptgelden zal worden geftelt op drie duizend Guldens, en in het Quohier van den twee honderdften Penning op de Ampten op vyf en feeventig Guldens, en de Gecommitteerden uit de Steeden in ieder van de voorfz. Amptgelden op twee duifend Guldens, en in het Quohier van den twee honderdften Penning op de Ampten op vyftig Guldens; zullende de voorfz. Amptgelden moeten worden gefurneert ten Comptoire Generaal zoo in het Zuyder als Noorder Quartier refpeétive door de Leeden van het Quartier , weegens het welke defelve zullen zyn gecommitteert, zoo als tot hier toe ten opfigte van de rouleerende Tour-Ampten in het Zuider Quartier is gebruikelyk geweest, en met zoodanig verlies van een Twaalfde part, zoo by die geenen die tegenwoordig zyn of zullen worden gecommitteert, of by derzelver Succesfeurs, op ieder tour of verandering van een Gecommitteerde, als ten opfigte van de  Rakende de finantie. plaatiing, en mitsdien daar op zal executeeren haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 16 Oétober 1732. En zal hier van Extraét worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de #9 beide Quartieren, aan de ProvinciaaleReekén» kamer, en aan de respeétive Ontfangers van. des gemeene Lands Middelen, om te ftrekken tot derfelver narigting en zig daar na te reguleeren* 8. Refolutie van de Staaten Van Holland, tot vermindering van het Ampt van Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Enkhuyfen in het Ouohier van den 200 penning. Den 21 January 1755. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, gefchreeven te Hoorn den 28 December van het voorleede jaar, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 22 November daar te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Mr. Everard Pan, Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Enkhuifen, verfoekende , dat reflectie mag worden genoomen op de importante vermindering van hét Traétement en Emolumenten van het zelve Ampt, en dat de tweehonderdfte Penning op het zelve Ampt na rato mooge ophouden met den dag van het overlyden van zyn Prtedecesfeur, of wel met den jaare 1754, en dat de noodige ordres tot die affchryving moogen worden gefteld. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. Ampt van Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Enkhuifen, mits deefen te ontheffen en te verminderen met tien Guldens over ieder twéé honderdften Penning op de Ampten, in te gaart, met den jaare 1754, in voege het zelve Ampt niet hooger als tot dertig guldens in het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten zal blyven aangeflaagen; wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier verfogt en geauthorifeert om de voorfz. vermindering tot tien guldens over ieder Confent met en feedert den jaare 1754 te doen* P* Refolutie van de Staaten van Holland, hou* dende bepaaling van het geen door den Grijper van den Plove van PPolland, wegens goederen by wÏHiÉ \ Decreet geleverd wordende, in reekening mag wor¬ den gebragt. Den 12 Maart 1755. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden en van de Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, ter Vergadering ingekoomen den 25 January laatstleeden, hebbende ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den id November 1754, geëxamineert de Requeste aan haar Édele Groot Mogende geprefenteert door Mr. Reyer van Bleyswyk, Griffier van den Hove van Plolland, waar by zig beklaagt over de Apoftille door de Provinciaale Reekenkamer gedaan ftellen op zyn Suppliants overgeleeverde elfde Reekening van den jaare 1752, behelfende een ordre aan den Suppliant om voortaan uit desfelfs Reekening uit te laaten alle de memoriaale posten, waar van de Verkoop alleen met het Decreet van den Ho¬ ve is bekragtigt, en het transport daar van elders gedaan is, alfoo defelve worden verantwoord door den Secretaris, voor wien de opdragt met 'er daad gefchied, en niet tweemaal Colleétloon kan worden betaald; verfoekende den Suppliant om reedenen by de Requeste geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende gelieven te verftaan, dat hy in zyn jaarlykfehe Reekening van zyn Ontfang ten behoeve van den Lande als van ouds zal moogen brengen den veertigften Penning van den veertigften Penning met de tiende verhooging van de Goederen die by willig Decreet van den Hove geleevert zyn, en dat het zelve door de Reekenkamer als in voorige Reekeningen Zal worden geleeden; Is goedgevonden en verftaan, des Suppliantó gedaane verfoek te wyfen van de hand» VUL DEEL. öggggg «*■  Raakende de Finantie. tie hebbende, te drukken, doen dmkken, uitgeeven, diftribueeren, aanplakken, verkoopen of voor de hand te leggen, Contraboek te houden, en voorts generalyk ietwes te doen, dat eenigfints tot bevordering, direétie, coJIeétatie of uitvoering van vreemde Loceryen zoude kunnen fpeéteeren, op gelyke boete van zes honderd guldens t'elkens te verbeuren, booven de confiscatie van de Penningen die zullen zyn gecoileéteert, of by verkooping, verhuuring of eenig ander middel van Negotie daar van zullen zyn geproveüieert. Dat. ook geen Billietten of Cedullen van Notificatie weegens het houden van eenige Loteryen, buiten den,zelven Lande van Holland en Westvriesland aangelegt, zullen moogen werden gedrukt, aangeplakt of gediftribueert, hoedanig en in wat voegen zulks zoude moogen weefen, op een boete van zes honderd guldens t'elkens te verbeuren. Dat wyders de Drukkers van de Couranten, Gazetten of andere publicque Gefchriften, in wat Taaie die zouden moogen weefen geftelt, geen Notificatien van zoodanige Loteryen in defelve zullen moogen infereeren, op gelyke boete van zes honderd guldens. Dat ook niemand, wie hy zoude moogen weefen, eenige Couranten, Gazetten of Gefchriften, waar in notificatie van Loteryen, buiten deefen Lande van Holland en Westvriesland aangelegt, zal weefen gegee ven, zal moogen verkoopen, diftribueeren of voor de hand leggen, om geleefen te worden, of doen verkoopen, diftribueeren of voor de hand leggen om geleefen te worden, op gelyke boete van zes honderd guldens. Dat wyders niemand eenig deel of interest 12. I? geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 16 deezer, kbbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 9 deezer, geëxamineert de Misfive door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam op den 6 daaï bevoorens aan haar Edele Groot Mog. gefchreeven, waar by defelve 971 zal vermoogen te hebben of te neemen in de entrepiïfe of aanneeminge van zoodanige Loteryen, of voor eenige Entrepreneurs oï'Aanneemers daar van berge te blyven, op een boete van twee duifend guldens. Verbiedende voorts meede wel expresfelyk het opregten van Kans reederyen en alle andere inventien, hoe genaamt, waar door een Lotery in een Lotery werd geintroduceert, mitsgaders met de geene die opgeregt zouden moogen weefen, direételyk of indireételyk voort te vaaren,meedè op een boete van twee dailend guldens. Zullende alle de voorfchreeve boetens en confiscatien werden geappliceert, een derde voor den Officier de calange doende, ren derde voor den Aanbrenger, en een derde voor den Armen. En ten einde aan onfe ernftige intentie des te beeter voldaan werde, hebben wy eindelyk nog goedgevonden, allen en een iegelyk, zoo wel als de Officieren van deefe Provincie , te authorifeeren en qualificeeren, om tot de boete en confiscatie refpeétive hier voo.en geftatueert, teegens alle Contraventeurs van dien te moogen procedeeren, zoodanig dat een particulier ageerende, de geheele boete en het geconfisqueerde voor zig zal hebben en behouden. Lastende en beveelende den Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal van onfen Hove, op de executie deefes een naauwkeurig oog te houden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, begeeren wy dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daar het behoort en te gefchieden gebruike» lyk is. kennisfe geeven, dat door het overlyden van Jacobus Noordkerk de Jonge, bekleed hebbende de eerfte Stads Clercqsplaats ter Secretarye van voorfz. Stad, en uit dien hoofde aangeflaagen in het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten pp No. 33. tot vyftig guldens, de gemelde Bedieninge nu was gegeeven aan twee Perfoonen, namentlyk Gggggg 2 aan Gedaan in den Hage, onder het klein Zeegel van den Lande, den 14 Mey 1755. tOnderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent ,j C. BOEY. Refolutie van de Staaten van Holland, tot jplltflng van het Ampt van eerfte Ciercq ter Secretarye der Stad Amfterdam aan twee perfonen begeeven zynde, in de P,ysten der Amptgelden, en op het Quohier yan den loofte penning. Den 17  Rakende de Finantie. m jegenswoordige Clercquen en Bediendens in de Griffie van den zeiyen Hove, te faamen uitmaakende een getal van tien Perfoonen, dat defelve gëduurende haaren dienst zullen heb¬ ben en behouden, insgelyks ingaande mee den jaare 1755, de navolgende Tractementen en Belooningen, als. Aan Thierry Reynard jaarlyks voor Tractement — 'ƒ doo o o Toeleggingen , . , _ 4oo o o En voor Schryfloonen — •■ —— 300 o o ■ ■■ > * • \f 1300 o ö Aan Cotnehs Koster. Voor Schryfloonen — —.. , , ° o "■ ■' '1 — iói© ö d Aan Frederik TruppeL Schryfloonen —— —— —— —- 5oo ö 0 « 1 750 0 d Aan Jean Thomas Delpierre* Traétement — ■ ■ > .... 2j0 o o En voor alle dienften en Schryfloonen ■ ' - ■ 1400 o o - 1 — — 1650 o] d Aan Johannes Abraham Dideriks. •■ Voor Schryfloonen —-— » —— 1350 o o —*— — — 1 doo o ö Aan Samuel Jofephus Scherping. Voor Schryfloonen » ■ — 510 0 o "■ — — 7do o O Aan Dirk Engert. Voor Schryfloonen - ■ > < 600 o ó ' " — — 750 o ö Aan Jan Muller. I Voor SchryÜoonen ——. m ■ 1 j —— 600 0 0 11- ——* 750 o o Aan Willem Hendrik Wyntjes \ Traétement ■ 1 < < - 150 o o Voor Schryfloonen « ■ ■ <* * 600 o' o ssb ~ — — 75Ö o © FPendrik Augustus Speirman, zynde extraordinaris Ciercq in de Griffie Traétement —— ... ——• 150 o o Voor Schryfloonen —— m - 450 o o ""■ - — —1 dóo oj 0 Maakende in het geheel de ■ *—j — fomme van —» ——• ■■■ ^ - — f — j 9920 oj o Dog welke toegelegde Traétementen en Belooningen der Clercquen in maniere voorfchreeve althans gereguleert en vastgeltelt, onder geenerlei pretext, hoe genaamt, Zullen vermoogen te werden verhoogt, anders dan op fpeciaal goedvinden van haar Edele Groot Mogende. En wyders ten derde , omme by vervolg omtrent de voorfz. Griffie van den Hove te vinden een behoorlyk menagement voor 's Lands Finantie, dat voor het toekoomende werd vastgeftek, dat de voorfchreeve Clercquen zullen uitfterven op fêeven Perfoonen, en wel in deefer voegen. Dat by Vacature van de bedieninge van Koster of Trüppel, derfelver verdeelt depar-* tement in plaats van door twee door één Ciercq zal werden waargenoomen; dat alfoo meede zal gedaan werden omtrent het departement van Engert en Muller by Vacature van een derfelver Bedieningen; en dat by Vacature van de Bedieninge van den Extraordinaris Ciercq Speirman, geen Extraordinaris Ciercq verders zal werden aangefteld j alles nogtans Gggggg 3 7*°°  Raakende de Finantie. geenen, die niet met behoorlyke gewilligheid en naerftigheid daar aan mogt koomen te voldoen, foo veel minder te laaten betaalen, en aan den geenen der andere Clercquen die het werk van den nalaatigen Ciercq zal hebben gefuppleert zoo veel meerder te doen toeleggen, als anderfints die niet behoorlyk voldoende Ciercq foude hebben gewonnen. En alle welke Traétementen en Schryfloonen op den voet hier vooren fuccesfivelyk gefpecificeert, jaarlyks meede in de voorfchreeve Reekeninge van de Griffie zullen werden gebragt, en daar by door de Quitantien van de Clerc¬ quen zullen werden geverifieert, om alfoo geleeden te werden. En zal Extract, van deefe Refolutie werden gefonden aan den Praefident en Raaden van den Hove tot haare narigtinge, en omme dien conform de noodige voorfieninge te doen en de vereischte ordres te ftellen. f Mitsgaders gelyk Extraét aan de Provinciale Reekenkamer, om zig daar van in het nagaan en opneemen der Reekeningen van den Hove by vervolg te konnen bedienen, en zig daar na te reguleeren. *4- Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaaring, dat de Toczienders van de Wilder nis fen van den Lande van Hollanden Westvriesland aan de korting van een vierde van hun Tractement niet fubjedl zyn. Den 5 December 1755. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage op gisteren, waar by zy aan haar Edele Groot Mogende laaten toekoomen, en favorabel recommandeeren een Request aan haar geprefenteert door Meyndert van Sult en Gerrit van Berkel, als refpeétivelyk by Commisfien van den Houtvester van Holland en West vriesland, de eerfte in dato den i2e Maart 1753, ende tweede in dato den 22* Oétober 1754 aangefteld zynde tot Toeiienders van den voorfz. Lande op een jaarlykfehe belooninge van twee honderd Guldens, zig daar by beklaagende, dat men uit kragte van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 31e Mey 1680 aan haar wilde doen ondergaan de kortinge van een vierde van de voorfz. twee honderd guldens gëduurende de vier eerfte jaaren, en verfoekende, dat de noodige ordres mogten worden geftelt, datzy van defelve kortinge bevryd moogen blyven, zoo om dat de voorfz. twee honderd guldens jaarlyks by de Actens van de Heeren Gecom- 15. De Heer Penfionaris vander Craght heeft ter Vergadering gerapporteert, de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de gemeene Middelen, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, als meede van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale mitteerde Raaden aan de Supplianten niet zyn toegelegt als Traétementen, als om dat der Supplianten voorfz. qualiteit als Toefiender niet is een Ampt of Officie, maar alleen een funétie als Dienaars van de Wildernisfen of van den Heere Houtvester, en die funétie mitsdien ook niet is vallende in de termen van haar Edele Groep Mogende voorfz Refolutie, welke, zoo zy Supplianten geinformeertwaaren , bevoorens ook nooyt op de Toefienders of Dienaars van de Wildernisfen van applicatie was gemaakt. Waar op gedelibereerd zynde, is conform het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, in de voorfz. Misfive vervat, goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat de Supplianten eeven gelyk haare Predecesfeuren en andere Dienaars van de Juftitie , uit kragte van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 31* Mey 1680 de daar by geordonneerde kortinge van een vierde niet zyn fubjeét. Reekenkamer, hebbende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 29 Oétober laatstleeden, geëxamineert een Misfive van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, gefchreeven alhier in den Hage den 27 der voorfchreeve maand Oétober, waar by defelve in fubftantie in bedenking gee. Refolutie van de Staaten van Holland, waar* by bepaalt word, hoedanige voet voortaan zoude worden gehouden in den tyd der verantwoording van het Collateraal , de boetens der ongefundeerde Procesfen, den veertigften Penning, en den Impost op het trouwen en begraaven. Den 10 December 1755.  Raakende de Finantie. 977 i& Refolutie van de Staaten van Zeeland, tot ver¬ dubbeling van het Amptgeld, in die Provintie gehee* ven wordende. Den 24 December 1755. Is, met eenpaarige bewilliging van alle de Leeden goedgevonden en verftaan te conferiteefen, gelyk geconfenteert word by deefen, in de verdubbeling van het jaarlyks Amptgeld, zoo als het zelve by hun Ed. Mog. Refolutie van den 24 September 1703, op alle Ampten die binnen deefe Provincie, of buyten defelve, op Nominatie of Collatie van eenige Collegien of Societeyten in deefe Provincie refideerende, worden bedient, is geintroduceert,- de voorfz. verdubbelinge en verhooging integaan met en over den jaare 17555 onder die bepaalinge nogtans, dat van de voorfz. verdubbelinge, zullen blyven geëximeert de refpeétive Predicanten, en dat het jaarlyks Amptgeld van de Raaden, Scheepenen en Kiefers, binnen de (temmende Steeden deezer Provincie, alleen met de helft, en zulks van twee ponden vis:, zoo als tot hier toe hebben betaalt, met nog een pond, en dus op drie ponden vis: jaarlyks, zal worden verhoogt en vastgeftek, en worden de relpective Magiftraaten van de Steeden en Piaatfen deefer Provincie by deefen verfogt en zoo veel des noods geordonneert, zig in het formeeren en dreflecren van de Cohieren van het voorfz. Amptgeld voor den Joopenden jaare 1755 , daar na exaételyk zonder conniventie te reguleeren, en de Ontfangers van hetzelve middel in den haren, dien conform te gelasten, ten welken eynde Extrad deefer Refolutie aan voornoemde Magiftraaten zal werden gezonden. 17- Refolutie van de Staaten van Zeeland, nopens dé; betaaling yan het Amptgeld door de geenen, die over de helft van het Jaar een Ampt'bekleed hebbende , het zelve daar na verlaaten of Jlerven. Den 24 December 1755. Is nog goedgevonden en verftarn, als een vaste cynofare te ftatueeren, dat van de geene die over de helft van het jaar een Ampt heeft bekleed, of wiens Tradement tot de volle helft van het jaar of daar over word betaalt, endiet zelve daarna verlaat, of Her ft, het jaarlyks Amptgeld over het geheele jaar zal moeten worden betaalt, dog dat iemand binnen het eerfte half jaar komende te fterven of zyn Ampt te verlaaten, en geen half jaar of meerder Tractement door hem of zyne Erfgenaamen zynde genooten , over dat jaar in 't geheel geen Amptgeld zal moeten werden voldaan. # Ten welken eynde Extract deefer Refolutie aan de refpeétive Magiftraaten van de Steeden en Piaatfen , ten fine van nakominge in het formeeren der Cohieren , en in de gevallen daar by vermeit zal gezonden worden. 18. Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryyinie van het Secretaris-ampt van Uitgeest, zoo in de Ampt-gelden als in het Quohier van den 200 Penning. Den 17 April 1756. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende, gefchreeven aldaar den 15 deefer, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Appoinétement van den 30 Augufty 1755, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Regenten van Uitgeest, tendeerende om Affchryvinge van het Secretaris-Ampt van Uitgeest, foo in de Amptgelden als van het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten der felver gedaane verfoek te accordeeren, en mitsdien de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende te qualificeeren, om het Secretaris-Ampt van Uitgeest, zoo in het tweede en derde Amptgeld, als op het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten, aftefehryven en te royeeren. VIII. DEEL. Hhhhhh Re-  Rakende de Finantie. ^ |t» Refolutie van de Staaten van Holland behel¬ zende dat het Placaat tegen de vreemde Loteryen tot het doen van zuyvere asfurantie van Looten niet hetreklyk is. Den 26 May 1750"» Ontfangen eene Misfive van den Prsefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 21 deefer, houdende, ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 24 Maart deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Requefte van Jacob Senior Henriques, woonende te Amfterdam, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende , dat haar Edele Groot Mogende by interpretatie of elucidatie van derfelver Placaat van den 14 Mey J755i geëmaneert tot weering van vreemde Loteryen en voorkoominge van Kansreederyen en anderen inventien, waar door in effeéte een Loterye in een Loterye zoude worden geintrodticeert, gelieven te verklaaren, dat het asfureeren van Looten in de Generaliteits Loteryen onder de verboodene inventien, by haar Edele Groot Mogende voorfz. Placaat gementioneert, niet zyn begreepen, en overzulks niet vallen in de termen van hetzelve Placaat. Waar op gedelibereerd en in achting genoomen zynde dat het voorfz. Placaat, waar by het doen van eenë zuyvere Asfurantie van Looten niet is verboden b geen duisterheid behelst, en derhalven geen interpretatie noodig heeft, is goedgevonden en verftaan, des Suppliants gedaane verfoek te wyfen van de hand. 22. Refolutie van de Staaten van Zeeland, hou¬ dende aanfehryving aan de Provinciaale Reekenkaamer aldaar, nopens het in reekening brengen van hei Amptgeld voor de Emeriti Predikanten, en de fungeer en de Walfche Predikanten. Den 20 july 1756; By refumptie gedelibereert zynde op de Misfive der Heeren van de Provinciale Reekenkaamer van den 28 Juni laatstleeden, den 8 deefer loopende maand ter Vergadering ingekoomen, is goedgevonden en verftaan, de Heeren van de Provinciale Reekenkaamer aan te fchryven en te reeommandeeren, gelyk gerecommandeert worden by deefen, om de refpeétive Rendanten der Reekeningen van het Amptgeld over den jaare 1755, voor de Predicanten die Emeriti zyn, falvis ftipendiis, als meede voor die, welke in de extraordinaris Walfche Gemeintens binnen deefe Provincie in functie Zyn, ih defelve Reekeningen geomitteert, op de refpeétive Cohieren van het Amptgeld, over gemelden jaare 1755 en vervolgens jaarlyks na rato van derzelver Traétementen te extendeeren, wordende voorts aan dezelve geomitteerde Predicanten , het verfchuldigde desweegens, over j de agterftallige jaaren, om reedenen, by deefen geremitteert: zullende Extract deefer Refolutie aan Welgemelde Heeren van de Reekenkamer tot derzelver narigt worden toegefonden. 23. Refolutie van de Staaten van Holland-, nopeni de betaaling van het Amptgelt by verplaatfmg van Commifen ter Recherge. Den ïö September 1756. By refumtie gedelibereerd zynde öp de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 19 Mey deefes jaars, en onder de Notulen van dien datum geinfereert, waar by de Heeren Gecommitteerde Raaden aan haar Edele Groot Mogende kennisfe hebben gegeeven van de bedenkelykheeden, aan haar voorgekoomen ontrent de betaalinge van het Amptgeld by verplaatfmg van Commifen ter recherche, met byvoeging van derfelver Confideratien en Advis dien aangaande, en wat zy oordeelden dat by haar Edele Groot Mogende op de verfcheide gevallen, die daar van konden exteeren, behoorde gerefolveert te worden: Is goedgevonden en verftaan, mits deeze te verklaaren: Dat by verplaatfmg van Commifen ter recherche van de eene Plaats na de andere in deeze Provincie, zoo wanneer in beide de Piaatfen de taux van het Amptgeld eeven groot is * zal worden agtervolgt haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 16 Oétober 1732 , te weeten 3 dat het gefurneerde Amptgeld van de eene Perfoon op de andere kan worden overgefchreeven. En Wanneer de verplaatfmg gefchied van en na Piaatfen in deeze Provincie daar de taux van het Amptgeld ongelyk is, dat als Hhhhhh & dan  Rakende de Finantie. cfèt 25. Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende verklaaring, dat Commisfarisfen van 's Lands Pofteryen en derzelver Minifters, aan de Qyiartaahkortingen der Tratlementen zyn gefubjeclTert. Dtn 7 Oclober 1756. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, en Gecommitteerdens ter Provinciaale Reekenkamer; gefchreeven alhier in den Plage den 6 deefer, houdende ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mogende Refolutie Commislöriaal van den 15 der voorleede maand derfelver Confideratien en Advis op een Misfive van Heeren Commisfarisfen van'sLandsPosteryen van den 13 daar te vooren, houdende klagten over de behandeling van de Provinciale Reekenkamer omtrent de uitgetrokkeneQuartaals kortingen van de Traétementen van haar en haare Minifters, waar aan defelve om bygebragte redenen vermeenen niet te weefen gefubjeéteert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan . mits deeze te verklaa¬ ren, dat haar Edele Gioot Mogende Refolutie van den 31 Mey 1680, betreffende de korting van een vierde van de Traétementen in de vier eerfte jaaren, zoo wel op de Graaflykheids als alle andere Amptenaaren van applicatie moet worden gemaakt, en dat overfulks het vierde part der Traétementen van Commisfarisfen der Posteryen en derfelver Minifters in conformité van defelve Refolutie wel en te regte is uitgetrokken geworden, wordende den Ontfanger der Posteryen mitsdien als nog gelast, om met dcn eerften het regtmatig verhoogde flot zyner Reekening ter fomme van festien duizend vier honderd drie en neegentig Guldens vyf ftuivers en feeven en een halve denier ten Comptoire Generaal te voldoen. 26. Refolutie van de Staaten van Llolland, houdende verklaaring , dat het Traclement van den Prefident van den Llove met den dag van het depecheeren zyner Commisfie ingang neemt. Den 3 Mey 1758. Is na voorgaande deliberatie, en op het exempel van het geene by haar Edele Groot Mogende op den 6 October 1713 is gerefolveert, goedgevonden en verftaan, dat het Tractement van den Heer Prasfident van der Mieden ingang zal neemen van den dag af dat by haar Edele Groot Mogende ten zynen behoeve de Commisfie is gedepecheert, en zulks van den 4 April deefes jaars. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt, de noodige ordre te ftellen, om gemelden Heer PrssCident het effeét van defe haar Edele Groot Mogende Relblutie te doen genieten. 27. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het Amptgeld, en den twee honderdften Penning, te betaalen door de Secretarisfen van de Provinciaale Rekenkamer. Den 17 January 1759. B y refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport den 13 September 1758, ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, welke ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 16 January desfelven jaars, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden , hebben geëxamineert het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende, ter Vergadering ingekomen den 21 December 1757, op de Requefte van de Secretarisfen van de Provinciale Reekenkamer, waar by zig beklaagt hebben, dat het furnis- fement van het Amptgeld op defelve Bediening gefteld , niet was gereguleert na rato van haare Traétementen, by haar Edele Groot Mog. ter fomme van drie duyfend Guldens bepaald, maar genoomen na het montant van derfelver Predecesfeurs by het fubfifteeren van de Auditiekamer ter fomme van drie duyfend vyf honderd guldens, als meede dat zy na proportie van drie duyfend vyf honderd guldens in den twee honderdften Penning op de Ampten zyn aangeflaagen, en dus vyftig guldens meer als zy na rato van haar Traétement , en zoo als omtrent andere Amptenaaren wierd gepraétizeert, verfchuldigt zouden zyn, verfoekende derhalven, dat haar Edele Hhhhhh 3 Groot  Rakende de Finantie. 9S3 29. Refolutie van de Staaten van Holland tot ajfchrymHg van het gemortificeerde Ampt van Commisfaris■ tot het recipieeren van de doorpasfeerende Militie binnen Dordrecht, van het Quohier van1 den twee honderdften Penning. Den'li Mev 1759- J By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekomen den 23 Maart dezes Jaars, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 6. Mey 1758, geëxamineert eene Misfive van Burgemeefteren en Regeerders der Stad Dordregt van den 30 April daar te vooren , waar by zy, dewyl haar Edele Groot Mogende by Refolutie van den 14 December 1748 hadden goedgevonden, dat de Ampten der drie Commisfarisfen tot het recipieeren der doorpasfeerende Militie binnen de Steeden Dordregt , Haarlem en Gorinchem refideerende zouden moeten uitfterven en niet weder vergeeven worden, en Mr. Pompejus Berk, Heere van Goodfchalkoord , welke dat Ampt binnen de Stad Dordregt had bekleed , op den 17. Maart 1758 was overleeden, verzoeken , dat haar Edele Groot Mogende het zelve Ampt, in het Quohier van den tweehonderdften Penning aangeflaagen met vyftien Guldens, van het zelve Quohier gelieven te doen aflchryven met het Confent van den jaare 1758. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden mits deeze te authorifeeren , om het gemortificeerde Ampt van Commisfaris tot het recipieeren van de doorpafleerende Militie binnen Dordregt , van het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten te doen aflchry ven, ingaande met het Confent van den jaare 1758. 30. Refolutie van de Staaten van Holland', tot aft fchryving van het gemortificeerde Ampt van eerfte Boekhouder van de Timmerwerf van de O. I. Compagnie ter Kamer Amfterdam; en tot aanfïag daar en tegen van het Ampt van den Èquipagie-MeeSter en van den vierden Ciercq der voorfz. Timmerwerf in de Lyst der Amtgelden, en het Qjiohier van den twee lionderften Penning. Den 8 Juny 1759. Is geleefen het Advis van de Heeren Ge» committeerde Raaden van den 5 deezer, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 24 Maart deezes jaars , geëxamineert een Misfive van Bewindhebberen van de Oostindifche Compagnie ter Kamer Amfterdam, daags te vooren aan haar Edele Groot Mogende gefchreeven, houdende in fubftantie, dat zy na het overlyden van Ifaac du Bois, die geweest was eerfte Boekhouder van de Timmerwerf van de Oostindifche Compagnie ter gemelde Kamere , voor den dienst van de gemelde Compagnie noodig hadden geoordeelt de voorfz. bediening te mortificeeren, en op nieuws aan te ftellen een Equipagemeester die zyn wooning heeft op de voorfchreeve Timmerwerf, en met vry Vuur en Ligt geniet een jaarlyks Traétement van twee duifend vyf honderd Guldens, zonder eenige andere Emolumenten; en dat zy meede nog hadden aangefteld een vierde Ciercq van de voorfz. Werf, met een Traétement van vier honderd Guldens 's jaars zonder eenige Emolumenten, en dat, nadien de bovengemelde Bediening van eerfte Boekhouder by de Lyst der Amptgelden, door haar Edele Groot Mogende den 13 Maart 1727 gearrefteert, ftaat aangeflaagen ter fomme van drie duifend Guldens , en na proportie van dien ook was gebragt op het Quohier van den tweehonderdften Penning op de Ampten, en die Bediening als nu gemortificeert zynde , overzulks zoude dienen te werden geroyeert in de voorfchreeve Lyst der Amptgelden ; en wyders de hiervoorgemelde Bedieningen van Equipagemeester en viei de Ciercq van de Timmerwerf der Oostindifche Compagnie ter gemelde Kamer in het voorfz. Amptgeld niet waaren aangeflagen, zy in voldoeninge van haar Edele Groot Mog. boovengemelde Relblutie aan defelve kennisfe gaven van de veranderingen , die omtrent de Bedieningen van de Oostindifche Compagnie ter gemelde Kamer in voege gemeld waaren voorgevallen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , dat het voorfchreeve gemortificeerde Ampt van eerfte Boekhouder van de Timmerwerf, uit de Lyst van het Amptgeld van den jaare 1727, tot drie duyfend Guldens, en uit het Quohier van den tweehonderdften Penning op c.e Ampten Cal-  Raakende de Finantie. felve Clercqsplaatfen meede voor de Succesfeurs als vooren na de aanflaagen van de Amptgelden fullen worden gebragt in het Quohier van den twee honderdften Penning op de Ampten, op den voet van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 July 1728. Dat vervolgens op de voorfchreeve grond door Hendrik Augustus Speirman, als eerfte nieuwe Succesfeur in het Departement van het extendeeren en grosfeeren van de Decreeten, moeten worden gefurneert de Amptgelden van 1727 en 1744, ieder tot fes honderd guldens, dog dat defelve, in confideratie dat door fyn voorfz. avancement, waarin al eenigen tydh eeft gefungeert, en waar by hy niet 985 meer ais twee nonderd guldens s jaars heeft geprofiteert , in gevolge haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 28 February 1750, als begreepen wordende onuer de Amptenaaren, dewelke in defelve Departementen , waarin fy fig bevinden, by opklimming in eens anders plaats komen te iüccedeeren, en daar door niet van qualiteit veranderen, alleen het verlies van een half furnisfement moet ondergaan. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt, op de executie van den inhoud deefer Refolutie de noodige ordres te ftellen. 33- Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt van Sluyswagter van de St. Anthonis Sluys te Amfterdam van de Lyst der Amptgelden, en het Quohier van den twee honderdften Penning. Den 20 OSïober 1759. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 16 deefer , hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 5 der voorleede maand, geëxamineert de Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam, daags te vooren aan haar Edele Groot Mogende gefchreeven, houdende, dat, nademaal fy gerefolveert hadden , by vacature van de Sluiswagters-plaatfen, alle de Sluifen binnen defelve Stad te verpagten , en Caspar van Edikhuifen, als Sluiswagter van de AnthonisSluis aldaar, aangeflaagen in den twee honderdften Penning op de Ampten onder N°. 2do. tot vyftien guldens, den 18 Augusty 1757. zynde overleeden, dus dat Ampt was gemortificeerten mitsdien verfoekende, dat het felve Ampt uit het voorfz. Quohier der twee honderdfte Penning op de Ampten mogte worden geroyeert, ingaande met het confent van den jaare 1758. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden by deze te authorifeeren, om het voorfz. gemortificeerde Ampt van Sluiswagter van de St. Anthonis-Sluis te Amfterdam, aangeflaagen onder N0. 260, op vyf tien Guldens, met den jaare 1758. uit het Quohier van den twee honderditen Penning op de Ampten te doen royeeren , als meede de refpeétive Lysten van de Amptgelden te verminderen met de fommen, waar meede het felve Sluiswagters-Ampt in defelve bekend en aangeflaagen is. 34. Refolutie van de Staaten van Holland, waar- hy aan de Ordinaris Clercquen ter Secretary van Holland, voor derzelver meerder werk, een jaarlyks douceur word toegelegt. Den 12 Juny 17>6o. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 12 Maart laatstleden , en den 14 dito ter Vergadering ingekomen, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 27 November des voorleeden jaars, geëxamineert de Requeste van de Ordinaris Clercquen ter Secretarye van haar Edele Groot Mogende , tendeerende , ten einde haar Edele Groot Mogende, foo voor het gepasfeerde als voor het toekoomende, aan de Supplianten fouden gelieven toe te leggen foodanige verhooging van Traétement of ander douceur, als de verandering der tyVIII. Deel. den, vermindering van der Supplianten inkomften , en vermeerdering van derfelver arbeid, na reedelykheid en billykheid vorderen, dog alles op een eguale voet en verdeeling. Is goedgevonden en verftaan, aan de Ordinaris Clercquen ter Secretarye , dewelke voor den jaare 175©. zyn aangefteld, zynde de volgende , Mr. Jan Willem Velfe, Johannes Leydekker , Cornelis van Gemert, Willem Mytens, Mr. Otto van Cattenburgh, Hendrik Bultjes en Mr. Ewout Brand, tot een douceur voor haar meerder werk , foo lang als fy als Ordinaris Clercquen zullen fungeeren , by deefe te accordeeren een honderd Iiiiii gul-  Weegens de liberaale Gifte of vyftigfte Penning. 5)8? a. Refolutie V&H de Staaten van Holland, ivaaf by word afgeflaagen het verfoek van verfcheide koopluiden en Asfuradeurs te Amflerdam en té Rotterdam, om gedispenfeert te zyn van den eed by het doen van de liberale Gifte. Den 25 Oélober 1747. Zyn geleefen de Requeften van verfcheide Alfuradeurs en Kooplieden, woonende te Amfterdam en te Rotterdam, te kennen geevende dat zy Supplianten nauwkeurig hebbende geleefen het Placaat by haar Edele Groot Mog. noopens de liberale gifte den 12 September laastleeden gearresteert, als Ingefeete^nen deefer Landen, volgens hunne pligt en iieiginge, gaarne in gemoede en confcientie eerder meerder dan minder tot de gevorderde vyftigfte Penning wilden en fouden contribueeren, maar dat zy Supplianten door hunne confiderable engagementen van asfurantien, en gevolgde avaryen, welke door de depredatien , neemingen, opbrengingen en confiscatien van Scheepen en Laadingen, tegens de Tractaaten met de Mogentheeden gemaakt, door buitenlandfche procedures onafgedaan en meerendeels litispendent zynde , bruten de moogelykheid zyn gebragt,; om hunnen waaren toeftand op te geeven, en dus volftrekt buiten ftaat den gerequireerden eed con¬ form haar Ëdele Groot Mog. gemelde Placaat te doen, en dat zy Supplianten tot voorkoominge van deefe hünne befwaarnisfen, onder aanneeminge en belofte als booven gemeld* fig by Requefte hebben geaddresfeert gehad aan haar Edele Groot Achtbaare Heeren Burgerrneefteren hunner Stad, om waare het doenlyk van dien eed geëxcufeert te blyven * maar dat welgemelde haar Edele Groot Agtb. de Supplianten hebben gelieven te informeeren, fulks van haar departement niet te zyn i weshalven fy fig keerden tot haar Edele Groot Mog. ootmoediglyk verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. goedgunftig gelieven te ordonneeren, dat de Supplianten by het betaa-^ len van hun quote van den opgemelden vyftigften Penning den eed niet fal worden gevergt. Waar op gedelibereert zynde, is góedgevonden en verftaan, dat in der Supplianten gedaane verfoek niet kan worden getreeden. o Refolutie van de Staaten van Holland', waait by word afgeflaagen een verfoek om exemtie van de liberaale Gifte, zoo veel aangaat der Supplianten Landeryen onder den Vyand geleegen, en dié op hooge ordre waaren geinundeert. Den 28 October 1747» Is geleefen de Requeste van Simon van Son * Cornelia Maria van Son en Sara Maria van Son, woonende te Raamsdonk, te kennen geevende , dat of wel de Supplianten met alle bereidwilligheid geneegen zyn té voldoen aan haar Edele Groot Mog. Placaat van den 12 September deefes jaars 1747 tot het betaalen van den vyftigften Penning by liberale gifte, en het afleggen van den eed daar toe gerequireerd, egter ten opfigten van de Supplianten daar omtrent een gröote belemmering en haefitatie ontftaat, door dien een gedeelte van derfelver Befiittingen door rampfpoeden der tyden is geworden van die beklaagelyke conftitutie, dat zy abfolut buiten ftaat zyn om eenige taxatie daar omtrent te maaken, waar op fy met gerustheid den gerequireerden eed fouden kunnen afleggen, als zynde die Befittingen, waaromtrent de Supplianten fig in verleegentheid bevinden, eensdeels beftaande in Goederen en Landeryen geleegen in het Marquifaat en boven de Stad van Bergen op den Zoom en Confinien van dien, dewelke door den Vyand ganfchelyk verwoest , gedevasteert en bedorven zyn, en nog actueel door den Vyand geoccupeert werden, en anderdeels in Landeryen > welke in deefen jaare op fouverain bevel geheel en al Zyn geinundeert geworden , en ook eenige zyn ingenoomen en uitgedolven tot het maaken Van Fortificatie-werken; dat de Supplianten door deefe calamiteiten niet alleen zyn misfende het gebruik en de revenuen van defelve hunne Befittingen, maar ook in volkoomen onfeekerheid zyn, of en wanneer, mitsgaders in hoedanigen ftaat, of met hoedanige vergoedinge weegens geleede fchaade zy defelve fullen kunnen récupereeren > waardoor zy Supplianten fig buiten ftaat vinden om eenigerlei calculatie of overflag te maaken, waar op zy de jegenwoordige waardye van de zelve Goederen eenigfms konnen taxeeren, terwyl zy.eevehwel niet alle hoope kunnen verwerpen, om t' eeniger tyd nog weeder in het befit en genot vah defelve Goederen te zullen geftelt worden; verfoekende de Sup^ïiiiii 2 plian?  Weegens de liberaale Gifte of vyftigifen Penning. 989 liberaale Gifte, met prestatie van Eede om de resteerende termynen meede aldaar te zullen voldoen, waar meede defelve fustineerde gelibereert te zyn van te Gouda de liberaale Gifte te voldoen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde Commislarisfen gerescribeert zal werden, dat gelyk als de voornoemde Adriaan Bastiaanfe, ten tyde van het gedraage Confent, en emaneeren van het Placaat, in opfigt van de liberaale Gifte, een Ingezeeten van deefe Provincie geweest zynde, notoir gehouden was de liberaale Gifte van zyne Goederen en Be¬ zittingen binnen deefe Provincie te doen, en hy nogtans zig daar aan , onaangefien verfcheide aamnaaningen, en zulks teegens zyn beeter vveeten, heeft onttrokken, vervolgens defelve Adriaan Bastiaanfe als nog daar toe moet werden gehouden, het zy door het arreneer en van zyne Goederen, indien hy eenige op het Territoir van deefe Provincie is hebbende, of zoo niet, door het arrefteeren van 'desfelfs Perfoon, indien hy zig op het Territoir van deefe Provincie mogt laa* ten vinden, ter tyd en wylen toe hy aan zyne verpligtinge zal hebben Voldaan. 6. Refolutie van de Staaten van Holland, op een Mifflve van Commisfarisfen tot de Liberale Gifte te Giesfen Nieuwkerk, betrekkelyk het geval van zeker perfoon, de betaaling van de liberaale gifte declineerende, op pratext van te zyn een Zeeuwfche vlugteling , wiens Landeryen om den vyand waaren geinundeert. Den 5. September 1748. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden , hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 29 der voorleede maand, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, geëxamineert een Misfive van Commisfarisfen tot den ontfangst van de liberaale Gifte te Giesfen Nieuwkerk, gefchreeven aldaar den 24 daar te vooren, verfoekende te moogen weeten, hoedanig zig te gedraagen omtrent zeeker Perfoon, genaamt.. . de Ciercq, zoo gemeend word , gekoomen uit Ter Tholen in Zeeland of daar omtrent, welke zig kort na den tweeden Termyn, en voor den ontfangst van den derden termyn van de liberaale Gifte, onder defelve jurisdictie met 'er woon hebbende needer gezet, declineerde de liberaale Gifte te doen, op pretext dat hy was een Zeeuwfche Vlugteling, wiens Hoffteede en Landeryen waaren geinundeert om den Vyand. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde Commisfarisfen gerescribeert zal werden, dat de voornoemde de Ciercq gehouden is de liberaale Gifte onder haar te furneeren, ten waare hy quame te bewyfen, dat hy uit een van de Steeden of Piaatfen door den Vyand geoc- cupeert; na deefe Provincie was koomen vlugten, en daar beneevens te verklaaren, van geen meeninge te weefen zyn fixum dornicilium by continuatie in deefe Provincie te houden , of ook wel ten waare hy quame te bewyfen, dat hy in de Provincie van Zeeland woonagtig was geweest voor dato van het emaneeren van het Placaat op de liberaale Gifte alhier, en dat hy uit dien hoofde alle reëele en perfoneele Lasten, en fpecialyk ook de liberaale Gifte in de Provincie van Zeeland betaald heeft, agter volgens het 25 en 29 Articul van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 23 Febrmry 1748: en datzy derhalven den voornoemden de Ciercq nogmaal geregtelyk moeten doen infmueeren, om binnen den tyd van vier weeken aan het een of het ander van het geene voorfchreeve is te koomen voldoen; en dat hy by faute van dien na verloop van de voorfchreeve tyd moet werden gehouden voor onwillig, en behandelt na het voorfchrift van het 49 Articul van de voorfchreeve haar Edele Groot Mog. Refolutie: ondertusfehen zorge draagende , dat hy, zonder aan het geene voorfchreeve is voldaan te hebben, niet buiten de Jurisdiétie van Giesfen Nieuwkerk vertrekke, daar toe gebruikende, indien hy zulks zoude begeeren te doen, het middel by het 24 Articul van haar Edele Groot Mog. voorfchreeve Refolutie gemeld. iiiiii 3 VIER-  ZESDE TITUL. Fol. 991 Behelzende alle de Ordonnantiën op de in vordering van de gemeene Lands Middelen by Collecte. 1. InfiruöJie voor de Colleéleurs van het regt yan de Ontgronding en uytvoering, mitsgaders den Doorvaart van de Turf. Den 20 Septem* her 1748. Art. I De Colleéleurs fullen moeten weefen nugtere en bequaame Mansperfoonen , van een eerlyk comportement en gedrag, en fullen voor de getrouwigheyd hunner adminiftratie moeten ftellen gejustificeerde cautien, ieder tot foodanige fomme als nader fal worden gefixeert en gearrefteert. I I. De Collecteurs fullen yeder foo veel haar aangaat, fig in alle opfigte exaételyk gedraagen na den inhoud van de Ordonnantie op de collecte van de voorfchreeve Regten op den 12 deefer gearrefteert, en fullen daarenboven ook naauwkeurig toefien , dat de gemelde Ordonnantie doov alle en een yeder alomme punélueelyk werde nagekoomen en agtervolgt, en tot dat eynde ook letten op malkanders gedrag, en het felve foo veel moogelyk nagaan, en in cas fy mogten ontdekken eenige fraudes of contraventie teegens de voorfchreeve Ordonnantie , fonder onderfcheyd door wie defelve fouden moogen zyn gepleegt, fullen fy gehouden zyn de gepleegde fraude of contraventie ten fpoedigften te brengen ter kennisfe van den Officier van de Plaatfe daar het voorvalt, en aan de Commifen Fiscaal, mitsgaders aan die geene die tot Contraroïleur van de refpeétive Colleéleurs fal weefen geftelt , en in cas de fraude of contraventie, waar van de ontdekking in voege voorfchreeve werd gedaan, foude moogen weefen gepleegt door een Colleéteur , lal die geene die de voorfchreeve ontdekkinge gedaan fal hebben, genieten een prtemie van een. honderd en vyftig guldens, en daarenboven fyn Naam des begeerende werden gefecreteert; en fal daarenteegen de Colleéteur 'die de fraude of contraventie fal hebben gepleegt, booven de boeten in de Ordonnantie begreepen, werden verklaart meyneedig, eerloos en infaam. I I I. En in cas een Colleéteur fal kunnen werden overtuigt, dat hy eenige fraude of contraventie door eeu van de Collecteurs, of wie het ook anders foude moogen weefen gepleegt, heeft ge weeten, en defelve in voegen voorfchreeve niet heeft ontdekt of aangebragt, fal hy van fyne collecte werden geremoveert, en tot geenerhande colleéten meer moogen werden gebruykt, en daarenbooven vervallen in een boete van honderd guldens. I V. En fal, om van de voorfchreeve boeten en poene te werden bevryd, voor die geene die de fraude of contraventie gepleegt, mitsgaders voor die geene die de fraude of contraventie geweeten , en defelve niet aangebragt heeft, voor geen wettig excus werden aangenoomen, dat het point of articul uit de Ordonnantie , waar teegen de contraventie gepleegt foude moogen zyn, na de letter niet had kunnen werden gepraétifeert of geëxecuteert, maar lal een yeder van de Collecteurs die by de executie van de Ordonnantie foude moogen vinden een point of articul, dat hem voorkomt dat niet gepraétifeert of geëxecuteert kan werden , gehouden zyn daar van kennisfe te geeven aan de Commifen Fiscaal, mitsgaders aan die geene die tot Contraroïleur over de Collecteurs fal weefen geftelt, welke Commifen Fiscaal, en Contraroïleur, van deefe aan haar opgegeeve poinéten en articulen, weederom ten fpoedigften kennisfe fullen geeven aan de Gecommitteerde Raaden, met byvoeging van hunne confideratien en advis , hoe defelve poincten en articulen, om defelve in de executie practicabel te maaken, behooren te werden gealtereert en gedres* feert. V. En op dat op het voorgeeven dat deefe of geene poinéten in de Ordonnantie niet practicabel zouden zyn, of ook door verfchillen die over het verftand van de Ordonnantie zouden moogen koomen te ryfen, de invorderinge en betaalinge van'sLands regt en geregtigheyd niet werde vertraagt, of de uytvoer en doorvaart van de Turf niet werde belemmert, zoo zal de Contraroïleur diergelyke voorgeevens  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 993 en datum van de aangeeving, de getallen met üytgedrukte letters gefchreeven, volgens het Formulier aan her einde deefer voor een model geftelt, en zullen de Collecteurs voor ieder Billiet dat zy koomen uyt te geeven, niet meer vorderen of ontfangen als twee ftuyvers, op poene van contrarie doende, daar over meineedig verklaart en van de collecte geweert en inhabiel verklaart te werden, om tot eenige collecte, hoe genaamt, te werden geëmployeert. XII. Insgelyks zullen de Collecteurs aan ieder Schipper met Turf door- of uytvaarende , geeven het noodige Teeken of Loot, welk Loot aan den Schipper beneevens zyn Billiet van aangeeving op de Sluyfen verftrekken zal tot een blyk, dat hy voor het pasfeeren van de Sluys, daar hy door- bf uytgevaaren is , aan den Colleéteur aldaar geftelt, zyn ingelaaden Turf heeft aangegeeven, en zullen dienvolgende het noodige getal Looden met het Waapen van Hol- j land en van zyn Hoogheid, en met defignatie van de Stad of Plaats daar defelve gebruykt zullen werden , genommereert met Num i, en zoo voorts, geformeert, en aan de refpeétive Colleéleurs gegeeven werden, om in voegen voorfchreeve door haar gebruyk t te werden, en zullen de Nommers op 3e Looden dienen om te marqueeren en aan te wyfen het getal der doorgevaare Scheepen , en zulks aan het Schip dat eerst doorvaart gegeeven werden het Loot Num i, aan hét tweede het Loot Num. 2, en zoo voorts. XIII. De Collecteurs zullen meede toefien en naauwkeurig agt geeven, dat geen Schippers die met Turf zyn uyt- of doorgevaaren, by haare terugkomfte elders in de Provincie weeder binnen de Sluyfen koomen, als na dat zy het verfchuldigde Regt van den Turf, daar zy meede zyn uyt- of doorgevaaren , hebben betaalt of gefuyvert, en zullen de Colleéleurs alsdan van de Schippers te rug vorderen het Loot, dat zy by hun door- of uytvaart hebben gekreegen , en aan haar geeven een Loot van een andere form en gedaante, dog vopr het overige anderlins alles gemarqueert als het Loot waar meede hy is uyt- of doorgevaaren, welk Loot aan den Schipper aan de Sluys daar hy weeder inkomt zal ftrekken tot een bewys, dat hy het verfchuldigde Regt van zyn ingelaade Turf by zyn te rugkomst heeft betaalt of gefuyvert , zoo als zulks behoord , waar van egter boven het voorfchreeve Loot door den Colleéteur een Quitantie of bewys van de gedaane fuyvering aan hem zal werden gegeeven. ' XIV. En by aldien de Schipper de aangeeving van zyn ingelaade Turf komt te fuyveren , door èen bewys volgens de Ordonnantie, dac hy zyne ingelaade Turf voor het geheel ter confumtie heeft gelost binnen Holland en Westvriesland , zoo zal de Collecteur aan wie de fuyvering gefchied moeten overnee- VIII. DEEL. men en onder zig behouden, en behoorlyk liasleeren de bewyfen daar de zuyvering meede gefchied, en in cas de betaaling of zuyvering gefchied by een ander Colleéteur, als aan wien de aangeeving by den uyt- of doorvaart is gedaan, zoo zal de Colleéteur aan wien de betaaling of fuyvering is gefchied, daar van ten fpoedigften kennis geeven, met overfending van de bewyfen van zuyvering, zoo 'er geen betaaling maar alleen zuyvering van de aangeeving is gedaan, aan den Colleéteur by wie het Schip is door- of uytgevaaren, en de aangeeving is gefchied, op een boete van twee honderd guldens. X V. De Collecteurs zullen in geen Veenderyen in of buyten deefe Provincie geleegen, moogen weefen geinteresfeert, of ook eenig deel moogen hebben inde Negotie vanTurf, het zy in of buyten deefe Provincie gemaakt of gevoert, of in de Scheepen daar meede de Turf gevaaren werd, direct • of indirect, op poene van contrarie doende daar door te verbeuren een boete van duyfend guldens, en daarenboven arbitrairlyk aan den Lyve geftraft te zullen werden. X V I. De Collecteurs zullen de collecten haar toevertrouwt zelfs en in eygene perfoon moeten waarneemen, en geenlins door een ander, zelfs niet door iemand van haare Familie doen waarneemen, als alleen in cas van ziekte, in welk geval zy daar van kennis zullen geeven aan den Contraroïleur, met melding van de perfoon die zy gëduurende haar ziekte tot waarneeming van de collecte hun vertrouwt, gebruyken, voor welkers getrouwigheid de Collecteurs zullen moeten verantwoorden, en aanfpraakelyk zyn. X V I ï. De Collecteurs zullen in het houden van hunne Boeken, niet alleen met alle getrouwigheid , maar ook met ordentelykheid te werk gaan, en overfulks op het einde van ieder maand op een apart en volgende blad in haare Collectboeken ordentelyk ftellen, by den anderen trekken, en addeeren alle de laterisfen van ieder dag, de maanden het montant van dien behoorlyk onder uyttrekken, op de boete van vyf en twintig guldens t'elkens te verbeuren.' XVIII. Gelyk meede de Collecteurs ten langften binnen den tyd van agt daagen, na de expiratie van ieder maand aan den Contraroïleur zullen moeten ter hand ftellen, niet alleen een Lyft van de door- of uytvaarende Turffcheepen, met den dag en datum wanneer dezelve door- of uytgevaaren zyn, als meede met expreslie van de qualiteit en quantiteit Turf die voor ieder Schip haar aangegeeven is, met expresfie van de naamen der Schippers, als meede een ftaat van de penningen by haar in defelve maand ontfangen, met dag en datum als boven, en expresfie van de naam van den Schipper, en eindelyk een Lyft van de Schippers* die by haare terug komst de gedaane aangeeving hebben gefuyvert, door het bewys daar toe volgens het tweede dn agtfte Articul van de Ordonnantie gerequireert, als vooren Kkkkkk met  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 995 2. Inflruclie voor de Colleéleurs in fommige Stee¬ den, en op de Dorpen en platten Lande, van de Regten van de Waag (daar die volgens de Ordonnantie moogen weefen) de ronde Maat, de inkoomende Graanen, de inkoomende Tabak en groove Waaren, welke Regten met de tiende Verhooging van dien, in gevolge en ter executie van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 7 Augustus 1748, ten behoeve van het gemeene Land ingevordert zullen werden. Den 2 Oclobcr 1748. Art. I. De Colleéleurs zullen moeten wéefen nugtere en bequaame Mansperfoonen, van een eerlyk comportement en gedrag , kunnende behoorlyk leefen en fchryven, en zullen voor de getrouwigheid hunner adminiftratie moeten ftellen gejuftificeerde cautie, wanneer en daar zulks, mitsgaders tot zoodanige fomme, als door de Gecommitteerde Raaden van haar zal werden gerequireert, welke fomme zal moeten werden genoomen op het dubbeld van het montant, dat haar maandelykfche ontfangst, gecalcuieért, en daar na by de executie bevonden zal werden te bedraagen , en zullen defelve geen deel moogen hebben in eenige Neeringe of Koopmanfchap van de Waaren, waar op de Regten door haar gecollecteert werdende, zyn ge Held, en veel minder daar in zelfs eenige Neering of Handel moogen doen of exerceeren , op een boete van vyf honderd guldens, en van de collecte geweert te werden. II. Zullen yeder (zoo veel haar aangaat) zig in allen opfigte exacMyk gedraagen na den inhoud van de Ordonnantie op de Colleéte van de voorfchreeve Regten, op den 7 Augufty deefes jaars gearrefteert. I I I. Zullen ten allen tyden aan elkander en infonderheyd ook aan de Hooftcollecteurs in de Steeden, geeven vifie van hunne Boeken, en alle zoodanige verdere informatien, als de een van den ander, en de refpeétive Hooftcolleéleurs van haar zullen koomen te requireeren , op een boete van vyf en twintig guldens by den Contraventeur te verbeuren. I V. Zullen de fraudes en contraventien die zy koomen te ontdekken, ten fpoedigften aanbrengen aan den Officier van de Plaats daar het voorvalt, en daar' van ook kennisfe geeven aan de Commis Fiscaal, en de Contraroïleur over haar gefteld, op de verbeurte van twee honderd guldens voor ieder fraude of contraventie die zy geweeten, en in voegen voorfchreeve niet aangebragt hebben, en in cas zy aan de gepleegde fraude of contraventie zelfs meede deel zouden moogen hebben, zullen zy daarenbooven verklaart werden meineedig, eerloos en infaam. V. En in cas eenig verfchil mogt vallen oyer het verftand van een Articul uyt een van de Ordonnantiën, zullen zy daar van kennisfe geeven aan den Contraroïleur, die het gereefe verfchil, zonder figuur van proces, by provifie zal termineeren en beilisfen , en dien onvermindert daar van kennisfe geeven aan de lïeeren Gecommitteerde Raaden. V I. En zullen zoo wel de Officieren als de Colleéleurs gehouden. zyn, de actiën en calangien die zy zullen vermeynen haar te competeeren , het zy dezelve alleen, het gunt hun zal vryftaan , of met den anderen gevoegt ageeren , te inftitueeren voor Scheepenen Commislarisfen , waar onder zy resforteeren. V I I. De Colleéleurs zullen dé cölleéle haar toevertrouwt, zelfs of door yemand van haar Familie moeten waarneemen, en refponfabel zyn voor die geenen , die zy van haar Familie , by abfentie, ziekte of ander wettig belet, daar toe gebruyken, en zullen vervolgens forge draagen dat de Ingezetenen ten allen tyden kunnen werden gerieft of geholpen. VUL De Colleéleurs zullen de posten die haar aangegeeven en betaald werden, van yeder Middel afzonderlyk, met dag en datum duydelyk te boek brengen , met de Naam en Woonplaats van die geene die de aangeeving raakt, en zig tot dat einde alleen bedienen van de Boeken haar uyt de Finantie bevoorens gegeeven, welke Boeken in de Finantie zullen werden gefolieert, en op het eerfte Blad door een Commis of Boekhouder het getal der folien genoteert en onderteekent, en voorts de enden van het Gaaren waar meede defelve zyn ingenaait, op het eerfte en laatfte Blad met het Cachet van Holland verzeegelt; op een boete van twee honderd guldens, en daarenbooven gepriveert te werden van de cölleéle, in cas een Coileéteur in andere dan de voorfchreeve Boeken , of op losfe Blaaderen eenige aanteekening van aangeeving of betaaling zal werden bevonden gedaan te hebben. I X. En zullen vervolgens aan yeder Collecteur jaarlyks voor yeder Middel waar van hy de colleéte heeft , gegeeven werden twee Boeken, gefolieert en geteekent als vooren, een om dienen voor een Kladboek of Journaal , en een om te dienen voor een groot of Kkkkkk 2 net  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 997 XXI. De Colleéleurs zullen aan niemand buyten de Heeren Gecommitteerde Raaden, de Ontfangers van het Quartier waar onder zy resforteeren de Commifen Fiscaals , alle de Officieren'van den Lande, den Contraroïleur, de Hooftcollecteurs, en reciproquelyk aan den anderen, eenige opening van hunne collecte moogen doen, dog zullen zulks aan de boovengenoemde Perfoonen ten allen tyden moeten doen, zoo door het geeven van vifie van hunne Boeken, als door het geeven van informatien op het geene van haar zal werden gerequireert, op een boete van drie honderd guldens voor ieder wy gering te verbeuren, en zullen ook in gelyke boete vervallen , wanneer zy ten eeniger tyd aan de hier voorgemelde Perfoonen Extracten uyt haare Boeken koomen te weygeren. XXII. De Collecteurs zullen maandelyks alle het geene zy van de voorfchreeve Regten in ieder maand hebben gecollecteert, het zy het zelve veel of weynig komt te bedraagen, uyterlyk voor den zesden dag van de volgende maand, op haare kosten beforgen ten Comptoire van den Hooftcollecleur van het Quartier of Stad waar onder zy resforteeren, onder korting van het haar toegelegde tantième, en daar by voegen een korte Notitie van het geene zy op ieder Middel hebben ontfangen, met expresfie van den dag en datum van haar ontfangst, en van de naam van de Perfoon van wien, op poene van daar toe ten haaren kosten paratelyk te zullen werden geexecuteert. X X 1 11. De Collecteurs zullen niet moogen aanneemen of ontfangen als gangbaar zilver Geld, en in cas zy quaad zilver Geld of Goud zul-, len hebben ontfangen, zal het verlies daar op vallende weefen voor haar reekening, zonder desweegens eenige vergoeding van het gemeene Land te moogen pretendeeren. XXIV. Zullen binnen den tyd van twee maanden na de expiratie van ieder jaar, de Reekenin* gen van hunne collecte en ontfang van ieder Middel afzonderlyk Rellen in handen van den Contraroïleur, met de Documenten daar toe behoorende, die haar daar van zal geeven een behoorlyk Recepis, en de voorfchreeve Reekeningen examineeren , en zyne remarques op defelve noteeren, en zulks door den Contraroïleur binnen den tyd van twee maanden, na dat hy defelve in zyne handen gehad heeft, gedaan zynde, ten overltaan van lïeeren Commislarisfen uyt de Gecommitteerde Raaden daar toe te committeeren, na behooren opgenoomen en geflooten te werden, en zuilen de Collecteurs booven het hun toegelegde col* lectloon geen onkosten op de collecte vallende in reekeninge moogen brengen, verders of anders als zy daar toe by ontdekking van onvermydelyke onkosten, die als nog niet voorfien hebben kunnen werden, zullen werden geauthorifeert. X X V. Zullen haar Eed doen in handen van den Ontfanger, waar onder zy resforteeren, en daar by belooven haar na deefe haare Initructie te zullen gedraagen , op poene van te zullen incurreeren de boete tot laste van de over. treeders van dien geftatueert, en daarenbooven arbitralyk te werden gecorrigeert. Aldus gedaan en gearrefteert den a October 1748. „ Inflruclie voor de Collecteurs in de refpe&ive Stee den van Holland en Westvriesland', van de Regten van de Waag, de ronde Maat, de inkoomende Graanen, de inkoomende Tabak, de groove Waa• ren, de neegende Penning van de Sa lm en Steur, welke Regten met de tiende verhooging van dien, in gevolge en ter executie van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 7 Augusty 1748, ten behoeve van het gemeene Land ïngevordert zullen werden, en welke Colleéleurs in de Steeden, uyt confideratie dat de Collecteurs in de Dorpen en op het platte Land, haar ontfangen Gelden zullen moeten overbrengen aan den Collebleur van de Stad, waar onder zy refpeclivelyk zullen resforteeren, aangemerkt en gehouden zullen werden voor Hooftcollecteurs van dt voorfchreeve Regten. Den 2 Oblober 1748. Art. I. De Collecteurs zullen moeten weefen nugtere en bequaame Mansperfoonen, van een eerlyk comportement en gedrag, kunnende behoorlyk leefen en fchryven; en zullen voor de getrouwigheid hunner adminiftra¬ tie moeten ftellen gejuftificeerde cautie ,^ wanneer en daar zulks, mitsgaders tot foodanige fomme als door de Gecommitteerde Raaden van haar zal werden gerequireert, welke fomme zal moeten werden genoomen op het dubbeld van het montant, het geen haar ordiKkkkkk 3 nai-  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 999 regten van het platte Land, daar omtrent aan de Collecteurs toebrengen alle gemak en faciliteit, en des gerequireert , ook ten allen tyden verleenen adfiftentie. VIII. En zullen zoo wel de Officieren als de Collecteurs gehouden zyn, de actiën en calangien die zy zullen vermeinen haar uyt kragte van de voorfchreeve Ordonnantiën te competeeren , het zy dezelve alleen, het gunt hun vry zal ftaan, of met den anderen gevoegt, ageeren,"te inftitueeren voor Scheepenen Commisfarisfen van de Stad daar zy geplaatst zyn, of waar onder zy resforteeren. I X. En ten einde het gemeene Land niet werde verkort door nieuwe vindingen en llinkfche weegen, waar door baatfoekende Menfehen zig van de betaaling van 's Lands geregtigheid veeltyds tragten te ontfetten en te bevryden, zoo zal jaarlyks aan ieder Collecteur in de Steeden werden gegeeven een Exemplaar van de voorfchreeve refpective Ordonnantiën met fchoon Papier doorfchooten en in een Parkament omllag ingema.lt , en zullen de relpective Collecteurs gehouden zyn, op een boete van twintig guldens, daar in tegen over ieder Articul van de Ordonnantie duydelyk aan te teekenen, zoo het geen haar in de maniantie van zaaken van tyd tot tyd voorkomt, dat ten voordeele van het gemeene Land in de invordering van de voorfchreeve Regten zal kunnen dienen , als de nieuwe vindingen en ilinkfche weegen , waar door men de betaaling van de voorlchreeve Regten tragt te ontgaan, beneevens de prsecautien en voorfieningen, die daar teegens na haare gedagten gedaan en genoomen zouden kunnen en behooren te werden, en deefe haare aanteekeningen op het einde van ieder jaar overgeeven aan den Contraroïleur, op een boete van vyftig guldens, by den Contraventeur te verbeuren. X. De Collecteurs zullen de collecte haar toevertrouwt zelfs en in eigener Perfoon moeten waarneemen, en daar toe daagelyks moeten vaceeren, zoo wel des 's morgens als des middags , en vooral op Marktdaagen, op zoodanige uuren, en zoo lang, als het noodig en dienstig weefen zal: en zullen boven de Adfiftenten en Bediendens haar voor het gemeene Land toegevoegt, geen andere Perfoonen tot laste van het gemeene Land tot haar adfiftentie moogen gebruyken , dog in cas zy eenige meerder adfiftentie of hulpe als haar door het gemeene Land zal weezen toegevoegt, noodig zouden moogen hebben, zullen zy daar van kennis geeven aan de Gecommitteerde Raaden, die daar op het noodige onderfoek en voorfieninge zullen doen; en in cas van ziekte zullen de Colleéleurs by provifie een ander in haar plaatfe moogen fubltitueeren, om de voorfchreeve collecte voor haar gëduurende haar ziekte waar te neemen, dog gehouden zyn daar van kennisfe te gee¬ ven, of te doen geeven aan den Contraroïleur , met melding van de Perfoonen door haar gefubftitueert, voor wiens getrouwigheid zy zullen moeten verantwoorden en aanfprakelyk zyn. X I. De Collecteurs zullen de posten die haar aangegeeven en betaalt werden , van ieder Middel affonderlyk, met den dag en datum duydelyk en pertinent te Boek brengen, met naame en woonplaats van de Perfoon die de aangeeving raakt, en zig tot dat einde alleen moogen en moeten bedienen van de Boeken haar uyt de Finantie tot dat einde bevoorens gegeeven, welke Boeken in de Finantie zullen worden gefolieert, en op het eerste Blad door een Commis of Boekhouder het getal der folien genoteert en onderteekent , en voorts de enden van het Gaaren, waar meede defelve zyn ingenaayt, op het eerste en laatfte Blad , met het Cachet van Holland verzeegelt, op verbeurte van een boete van drie honderd guldens, en daarenbooven gepriveert te werden van de Collecte, in cas een Collecteur in andere dan de voorfchreeve Boeken of op losfe Blaaderen eenige aanteekening van aangeeving of betaaling zal werden bevonden gedaan te hebben. X I I. En zullen vervolgens aan een ieder Colleéteur jaarlyks voor ieder Middel waar van hy de colleéte heeft, gegeeven werden twee Boeken, en aan de zoodanige welkers collecte en recept van zoodanige volumineusheid zoude moogen weefen, dat de aangegeeve posten en betaalingen niet gevoeglyk in een Boek voor het geheele jaar gebragt zoude kunnen werden, vier Boeken, voor ieder halfjaar twee, gefolieert en geteekent als vooren, om te dienen voor een Kladboek of Journaal, en om te dienen voor een groot of net Boek, waar in zy de aangegeeve en betaalde posten overbrengen; en zullen die geene, aan wien vier Boeken tot dat einde zullen werden gegeeven, twee van defelve gebruyken voor de eerfte zes maanden in het jaar, en twee voor de laatfte zes maanden. XIII. De Colleéleurs zullen in het houden van hunne Boeken, niet alleen met alle getrouwigheid , maar ook met alle ordentelykheid te werk gaan, en overzulks niet alleen alle avonden voor dat zy haar van hunne Comptoiren moogen begeeven, in de voornoemde haare Colleétboeken de Lateres van ieder dag opmaaken van alle het geen haar op dien dag is betaalt, en ook ten einde van ieder maand op een apart en volgende blad in defelve Collectboeken ordentelyk by den anderen trekken en addeeren alle de Lateresfen van ieder dag derzelver maand, en het montant van dien behoorlyk onder uyttrekken, op een boete van vyf en twintig guldens t' elkens te verbeuren. X I V. De Colleéleurs zullen in het innen van de respeétive Regten gehouden zyn te ontfangen de  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. iooï voorfien, en zullen de Collecteurs verdagt weefen, dat zy op het einde van ieder jaar aan den Contraroïleur zullen moeten verantwoorden alle de Billietten die zy van hem in dit jaar hebben bekoomen, zoo door de posten by haar aangegeeven, als door die de Collecteurs van het platte Land haar hebben overgegeeven, mitsgaders door te vertoonen de overgehoude Billietten, op pmne van voor ieder Biiü'et dat zy op die wyfe niet verantwoorden, te verbeuren tien guldens. XXV. Gevolglyk zal geen Billiet dat beklad of erroneufelyk ingevult zoude moogen weefen, verfcheurt of t' zoek gemaakt moogen werden, maar bewaard moeten werden, om by de verantwoording der verkreege Billietten geëmploieert te kunnen werden. XXVI. De Collecteurs zullen meede zoo veel in haar is goede zorge hebben te draagen, dat de Billietten van de verwerkte Goederen, weederom ten haaren Comptoire werden gebragt , en dat de te rug gebragte zorgvuldiglyk werden bewaard, en niet 't zoek gemaakt, om (des noods') tegen haare Registers te kunnen werden gecollationeert. XXVII. / Geen Collecteur zal zig ooyt of ooyt onderwinden om eenige Billietten zelfs te doén drukken, maar zulks overlaaten aan den Contraroïleur van wien hy in voegen voorfchreeve het noodige getal Billietten krygen zal, en zal de Colleéteur die bevonden mogt werden eenige Billietten zelfs te hebben laaten drukken , of eenig ander Billiet, als hy van den Contraroïleur gekreegen heeft, te hebben gebruykt of uytgegeeven, desweegens als een Falfaris aan den Lyve geftraft werden. XXVIII. De Collecteurs zullen aan niemand buyten de Gecommitteerde Raaden, de Ontfangers van het Quartier waar onder zy resforteeren, de Commifen Fiscaals, alle de Officieren van den Lande, de Contraroïleur, enreciproquelyk aan den anderen, eenige opening van hunne collecte moogen doen, dog zullen zulks aan de boovengenoemde Perfoonen ten allen tyden moeten doen, zoo door het geeven van vifie van hunne Boeken, als door het geeven van informatien op het geene van haar zal werden gerequireert, op een boete van zes honderd guldens op ieder weigering te verbeuren; en zullen ook de voorfchreeve Colleéleurs in gelyke boete vervallen, wanneer zy t'eeniger tyd aan de hier voorgenoemde Perfoonen Extracten uyt haare Boeken koomen te weygeren. XXIX. De Collecteurs in de Steeden zullen als Hooftcollecteurs met 'opligt tot het platte Land van de Colleéleurs op de Dorpen, resforteerende onder de' Stad daar zy geplaatst zyn, maanöelyks overneemen en ontfangen het geen een ieder van de Collecteurs van het platte Land in de voorige maand heeft ontfangen, VIII. deel. het zy veel of weinig, na aftrek van het tantième aan defelve Collecteurs toegelegt, en daar voor genieten een per cento, en by het geene haar door die Colleéleurs ieder maand zal weefen gefurneert, voegen het geene zy zelfs in de voorige maand gecollecteert hebben, en dus ieder maand, en uiterlyk voor den twaalfden dag van de daar aan volgende maand, voor haar reekening beforgen ten Comptoire van den Ontfanger, waar onder zy resforteeren, onder korting van het haar toegelegt tantième, op poene van by faute van dien daar toe paratelyk te zullen werden geëxecuteert, zoo ten reguarde van het geene zy zelfs hebben ontf angen, als het geene haar door de Colleéleurs van de Dorpen zal weefen gefurneert, en daar neevens voegen een korte Staat of Notitie, zoo van het geene zy zelfs hebben ontfangen, als van het geene dooide Collecteurs van de Dorpen aan haar is gefurneert, volgens het onderftaande Formulier. Slaat van den ontfangst van het. Regt van. . ... over Dordregt en, Re sjort e van dien, in de maand .... .17 door . . . . . . als Iluojtcollecteur. Over de Stad Dordregt als I Hooftcollecteur zelfs ontfangen ; ■ ƒ Gefurneert voor de maand . . door den Collecteur . . . te ƒ Door den Collecteur .... te f En zoo voorts. \ \ XXX. De Collecteurs zullen niet moogen aanneemen of ontfangen als gangbaar zilver Geld, en in cas zy quaad zilver of goud zullen hebben ontfangen, zal het verlies daarop vallende , weefen voor haar reekening, zonder desweegens eenige vergoeding van het gemeene Land te moogen pretendeeren. XXXI. De Collecteurs zullen binnen den tyd van twee maanden, na de expiratie van ieder jaar, de Reekening van hunne collecte en ontfang van ieder Middel affonderlyk ftellen in handen van den Contraroïleur, met alle" de Documenten en Befcheiden daar toe gehoorende, die haar daar van zal geeven een behoorlyk Recepis, en de voorfchreeve Reekening examineeren , en zyne remarques op defelve noteeren., om zulks door den Contraroïleur binnen den tyd van twee maanden, na dat hy defelve in zyne handen heeft gehad, gedaan zynde , ten overftaan van Heeren Commisfarisfen uyt de Gecommitteerde Raaden daar toe te committeeren, na behooren opgenoomen en geflooten te werden , en zullen de Collecteurs boven het hun toegelegde collectloon geen onkosten op de collecte der Middelen vallende in reekening moogen brengen, verder Llllll of  Ordonnanticn van dc Gemeene Middelen. 1003 den ander van haar zullen koomen te requireeren , op een boete van vyf en twintig guldens by den Contraventenr te verbeuren. 1 V. De Collecteurs zullen de collecte haar toevertrouwt zelfs of door iemand van haar Familie moeten waarneemen , en refponfabel zyn voor die geenen, die zy van haare Familie by abfentie , ziekte of ander wettig belet daar toe gebruiken, en zullen vervolgens forge draagen, dat de Ingefeetenen ten allen tvden kunnen werden gerievt en geholpen. V. De Collecteurs zullen de posten die haar aangegeeven en betaalt werden, met dag en datum duidelyk te Boek brengen , met de Naam en Woonplaats van die geene die de aangeeving raakt, en zig tot dat einde alleen bedienen van de Boeken haar uit de Finantie bevoorens gegeeven , welke Boeken in de Finantie zullen werden gefolieert en op het eerfte Blad door een Commis of Boekhouder , het getal der foiien genoteert en ondertee- j kent, en voorts de enden van het Gaaren, waarmeede defelve zyn ingenaait, op het eerfte en laatfte Blad met het Cachet van Holland verzegelt, op een boete van twee honderd guldens, en daarenbooven gepriveert te werden van de Collecte, in cas een Collecteur in andere dan de voorfchreeve Boeken of op losfe Blaaderen eenige aanteekening van aangeeving of betaaling zal werden bevonden gedaan te hebben. VI. En zullen vervolgens aan ieder Collecteur jaarlyks gegeeven werden twee Boeken, gefolieert en geteekent als vooren, een om te dienen voor een Kladboek of Journaal, en een om te dienen voor een groot of net Boek, waar in zy de aangeevinge en betaalde posten overbrengen. V I T. De Collecteurs zullen in het houden, van die boeken met alle getrouwigheid te werk gaan, en zullen in het innen van de refpeétive Regten gehouden zyn te ontfangen de juste geregtigheid van den Lande, op poene dat die geene die bevonden zal werden ié' mand meerder of minder afgevordert of ontfangen te hebben, daardoor vervallen zal in een boete van twee honderd guldens, en daarenbooven van de Collecte geweert te zullen werden, en zullen vervolgens met niemand over de. voorfchreeve Regten moogen compofeeren. VIII. Zullen ook aan niemand eenige vrydom van de voorfz. Regten gunnen of geeven, meede op gelyke boete als vooren. I X. Zullen ook niemand moogen crediteeren als tot haar eige pericul en rifico, en zullen vervolgens van alle posten, waar van zy credit gegeeven hebben, ingevalle defelve open en onbetaaltblyven, moeten inftaan,en dezelve verantwoorden. X. De Collecteurs zullen van ieder party die haar aangegeeven werd, geeven een behoorlyk Billiet, inhoudende de quantiteit en qualiteit van het geene aangegeeven wérd, en daarop, nadat de meeting zal zyn gefchied, naderhand exprimeeren of ftellen het daarvoor verfchuldigde en betaalde Regt, en de naam van die geen voor wiens reekening de aangeeving gefchied , én defelve Billietten behoorlyk onderteekenen, op een boete van vyf en twintig guldens voor ieder Billiet dat contrarie aan deefe zal weefen uitgegeeven, en zullen de Billietten van pasfagie ook behoorlyk invullen met de naam van de Schipper , de quantiteit der vaten of zakken, en de plaatfe waar na toe, en defelve meede behoorlyk onderteekenen , zoo als hier voor Articul twee reeds is gemeld, op gelyke poene als vooren. X 1. Zullen goede toefigt neemen, dat niemand buiten haar, of die van haar Familie, waar Voor zy aanfpreekelyk Zyn, eenig Billiet van pasfagie, of aangeeving ter confumtie zal invullen , uitgeeven of onderteekenen, veel min eenig Regt ontfangen; en indien zy bevinden dat zulks egter komt te gefchieden, zullen zy gehouden weefen daar van aanftonds kennis te geeven aan de Commifen Fiscaals en aan de Officieren van de Plaatfe, en by faute van dien zullen zy voor ieder Billiet dat zy geweeten zullen hebben door een ander uitgegeeven te zyn, en niet zullen hebben geopenbaart en bekent gemaakt, verbeuren eene boete van twee honderd guldens, en daar en booven verklaard werden meyneedig, eerloos en infaam. X I I. Zullende door haar uit te geeven Billietten, zoo van de pasfagie als confumtie, jaarlyks ontfangen uit handen van den Contraroïleur over haar gefteld, en t'elkens loopens jaars wanneer zy meerder Billietten noodig hebben in tyds het noodige getal van den zelven requireeren , en van het getal der Billietten die zy bekoomen hebben, op het uiteinde van ieder jaar aan den Contraroïleur behoorlyk verantwoording doen van de Billietten door haar verkreegen, zoo door aan te wyfen de aangegeeve posten als door te vertoonen de Billietten die zy over hebben. XIII. Zullen vervolgens aan niemand een Billiet in blanco moogen geeven, ook geen Billiet dat beklad of erroneuslyk ingevuld zoude moogen weezen, lacereeren of het zoek maaken, maar defelve alle bewaaren, om by de verantwoording , in voege voorfchreeve te doen, gebruikt te kunnen werden, op eenböetevan vyf en twintig guldens, op ieder Billiet dat in blanco door haar uitgegeeven, is en van twintig guldens op ieder Billiet dat verfcheurt of vermist is. XIV. Zullen ook zoo veel als in haar is forge LI HU 2 draa-  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. jfcon , op zoodanige voet, Inftruélte en belooning aan te ftellen, als haar Edele Groot Mog. zouden vinden te behooren, en den zelven te affecteeten tot asfiftentie van het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in zaaken van des gemeene Lands Middelen ; Is goedgevonden en verftaan, dat ten voorfz. einde en om ook het opligt te hebben over 's Lands Finantien, een bequaam en in de gemeene Middelen geverfeert perfoon zal worden aangefteld, onder den titul van Raad en Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden / op de Inftruét ie hier na volgende geinfereert. Inflruclie voor den Raad en Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal voor het Collegie van de Gecommitteerde Raaden. Art. I. ÊersteJyk zal de voorfchreeve Raad en Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal moeten zyn een habil en naarftig perfoon, ftaande ter goeder naam en fiam, doende profesfie van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, gelyk defelve hier te Lande in de publicque Kerken geleerd werd; item een Regtsgeleerde of een zeer goed Costumier en Praétizyn, voor al ervaren in het ftuk van de gemeene Lands Middelen: En zal rang hebben na de Secretarisfen van haar Edele Groot Mog. I I. En ten einde het gemeene Land te beeter. en geftaadig van defelve mag werden gediend, zal hy geen Ampten of Officien beneevens het zelve binnen of buiten de Provintie van Holland en Westvriesland moogen bedienen in eenigerhande manieren, of onder eenig prcetext, uitgefondert alleen zoodanige als de Heeren Staaten of zyn Hoogheid den Heere Erfftadhöuder op hem zelfs zoude mogen confereeren. I I I. Zal gëduurende zyn dienst zyn ordinaris Woonplaats moeten houden in 's Gravenhage, en buiten defelve niet moogen vernagten, als met voorweeten en goedvinden van Gecommitteerde Raaden. I V. Zal zig pertinentelyk van tyd tot tyd moeten informeeren op den geheelen ftaat en toeftant van de Finantien van de Provincie van Holland en Westvriesland, om daar van telkens ouverture te kunnen doen aan de Hee- j ren Gecommitteerde Raaden of den Raadpenfionaris in der tyd, wanneer zulks van hem gerequireerd word; en de abuifen en misbruiken,hem in defelve of de maniantie van dien voorkoomende, en wat redresfen daar omtrent behooren gedaan te worden, aan Gecommitteerde P.aaden moeten communiceeren, gelyk ÏOÖg hy ook gehouden zal zyn ter deliberatie van de Gecommitteerde Raaden te brengen zoodanige pointen, zoo tot verbeetering als menage, als hem zullen voorkoomen dat tot dienst van 's Lands Financie behooren te worden vastgefteld, om daar op na bevinding te kunnen worden gedisponeert. V. Om alle het welke ten meesten dienste vart den Lande te kunnen presteeren, zal hy ten allen tyden zig moeten fisteeren in het Collegie van de Gecommitteerde Raaden, wanneer het zelve zal zyn vergaderd, na dat de Klok van elf uuren door de Kamerbewaarder zal zyn gedenuntieert, ten waare hy eerder zoude mogen zyn gerequireert, en aldaar ook moeten bywoonen de pleidoijen die voor het zelve Collegie zullen worden gedaan. En zal in alle zaaken van Financie, gelyk meede in alle judicieele zaaken, des verfogt zynde, van zyn advis moeten dienen, uitgefondert in zaaken raakende eenige van zyn parantagie, hem in den vierden graad van confinguiniteit of affiniteit beftaande, of waar in hy is geinteresfeert. V I. Gelyk meede gehouden zal zyn, des gerequireert zynde, te asfisteeren alle befognes van Financie, die by Heeren Commisfarisfen van Gecommitteerde Raaden zullen werden belegt , of by Gecommitteerde Raaden van beide de Quartieren zullen werden gehouden, en defelve te dienen van zyn prtea dvis, en hetrefultat van het befogne in fcriptis moeten vervatten gelyk, meede zal moeten formeeren alle Staaten, Lysten, Liquidatien, en andere Inftrumenten van Financie, zoo wanneer hem zulks bevoolen en gelast zal worden*, VII. Dog zal zig geenfins mogen onderwinden eenige Ordonnantiën of Contra Ordonnantiën of andere Depêches te doen expedieeren. VIII. Zal voorts generalyk letten en beforgen, dat in de Financie alles rigtelyk en promptelyk werde geëxpedieert, en ten dien einde wel moeten agt geeven, dat de Commifen, Boekhouder en Clerquen haare Inftructien punctueelyk koomen te agtervolgen. I X. En ten dien einde meede daar wel op letlen, dat de Registers, Boeken, Depêches en andere Papieren in de Financie werden gelaaten op zyn behoorlyke plaats, zonder eenige uit de Financie te laaten neemen, als door last van Gecommitteerde Raaden, of met kennisfe van den Raadpenfionaris in der tyd. X. Zal geen Depêches of Extraéten (fecretesfe requireerende) aan iemand moogen doen of laaaten communiceeren, nog aan iemand daar toe acces geeven, als die daar toe geregtigt zyn, gelyk meede gehouden zal zyn alle zaaken in het Collegie van Heeren Gecommitteerde Raaden voorvallende, te fecreteeLlllll 3 ren,  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 1007 emolumenten van Conynegeld, Nieuwejaar, Flambouw en Leggeld, op den voet zoo als de Leeden van het Collegie van Gecommitteerde Raaden het zelve genieten. En zal hem voor een Ciercq jaarlyks werden toegelegt drie honderd guldens. Gearrefteert den 22 Augusty 1749. 7. Injlru&ie voor den Commis Fiscaal van des ge¬ meene Lands Middelen in IVestvriesland en het Noor der Qiiartier. Dm 11 Juny 1750. Art. I. De Commis Fiscaal zal weefen een habil en neerstig Perfoon, van de waare Gereformeerde Religie, of defelve toegedaan, als meede een geboore Hollander, een Regtsgeleerde of een zeer goed Costumier en Practizyn, vooral ervaren in het ftuk van den opheeve van des gemeene Lands Middelen en Imposten , mitsgaders van de Placaaten en Ordonnantiën zoo generaale als particuliere dien aangaande geëmaneert, en een Man die zig tot geene andere zaaken als over deefe materie, en het wel uitvoeren en executeeren van dien zal moogen laaten employeeren, vervolgens niet ais Advocaat in eenige zaaken van Particulieren dienen nog advifecren, veel min eenige Ampten of Bedieningen beldeeden binnen of buiten de Provincie , in eeniger maniere of onder eenig ander pretext. Zal geen Collecteur moogen weefen van eenige gemeene Lands Middelen, nog geen borge van eenig Colleéteur, Boekhouder of Aafiftent, ook geen Neermg, Koopmanfchap of hanteeringe moogen doen in Waaren of Speciën eenige Impost fubject, nog daar in participeeren, alles direct of indirect. III. De voornoemde Commis Fiscaal zal zyn woonplaats moeten houden binnen de Stad Hoorn, omme des noodig en gelast zynde ten allen tyden te kunnen compareeren voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden aldaar refideerende. I V. Zal op alle pleitdaagen als 'er zaaken dienen, de gemeene Middelen aangaande, en hy in de Stad is, zig in Perloon laaten vinden in de Collegiekaamer van de Heeren Gecommitteerde Raaden, omme te letten op her geene aldaar zoude moogen voorkoomen, waar op vonr 'sLands dienst agt genoomen en ordre gefteld behoord te worden; en zal niet buiten de Stad moogen vernagten,alsinhetdoen van zyn ordinaire touren, of fpeciaal van Gecommitteerde Raaden gelast zynde, en zulks nooit buiten voorkennisfe van het Collegie. V. Zal agt geeven dat de invordering van alle des gemeene Lands Middelen eenpariglyk en op een egaale voet gefchiede, en vervolgens na zyn uiterfte vermoogen de hand houden aan de exaéte ophef van 's Lands Regten , het Generaal Placaat, de generaale en parti¬ culiere Ordonnantiën, mitsgaders alle nadere Refolutien de gemeene Middelen raakende moeten nakoomen en onderhouden, doennakoomen en onderhouden, den Contraroïleur, Opfienders van het Zeegel, Colleéteurs en derzelver Bediendens maintineeren en behulpfaam zyn, defelve teegens alle refiftentie, feitelykheid en geweld in het invorderen van 's Lands Regten, in het toefien, agterhaalen en calangeeren, asfifteeren, en voorts letten dat alle fraudes en lluikeryen werden geweert, en alle aétien en calangien ter zaake van des gemeene Lands Middelen vallende na behooren agtervolgt,en het Reglement op de proceduuren punctueel geobferveert werden. V I. Zal gehouden zyn, niet alleen op fpeciaale last en authorifatie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, maar zoo meenigmaal als het noodig zal weefen tot uitvoering van zyn Ampt, hem te vervoegen, zoo in de befloote Steeden als alomme ten platten Lande in Westvriesland en het Noorder Quartier, om te rechercheeren en hem te informeeren aangaande de eenparigheid van de praétycq, obfervantie en maintenue van des gemeene Lands Middelen,en de Placaaten,Ordonnantiën en Reglementen van dien, en ten minften tweemaal s'jaars, te weeren in de maanden April of Mey, en in de maanden October of November onder zyn Diftriét de ronde doen, en zullen de Contraroïleur, Opfienders van het Zeegel, Collecteurs en haar Bediendens gehouden zyn aan den Commis Fiscaal te geeven vifie van alle haare Boeken, en Extraéten (des verfogt) daar uit laaten volgen, zonder eenige contradictie; en zal de Commis Fiscaal , kennisfe bekoomende van eenige fraude of contraventie, zorge draagen, dat teegen de Fraudateur of Contraventeur werde geprocedeert, verder iets ondekkende, daar van rapport doen aan de Heeren Gecommitteerde Raaden voornoemt. V I I. Zal meede exaét reguard neemen en hem doen informeeren op het beieid en maniantie van den Contraroïleur, Opfienders van het Zeegel , Colleéteurs en haar Bediendens, mitsgaders of onder hen eenige compofitien, conniventien, nalatigheid of andere diergelyke misbruiken werden gepleegt contrarie de Placaaten en Ordonnantiën; en in cas hy eenige ontrouw, nalaatigheid, quaad comportement, of contraventie van eenige van booven gemelde  Ordonnantiën van dc Gemeene Middelen. jngevalle de Officieren of de Mróftraaten difflciel mogten zyn den Commis Fiscaal te asfifteeren en behulpig te zyn in zaaken raakende zyne Inftruétie of fpeciaale last van de Gecommitteerde Raaden, zal hy defelve in het vriendelyke en met refpeét daar toe moogen verfoeken en aanmaanen, en tot zyn intentie niet kunnende koomen, zyn wedervaaren rapporteeren aan Gecommitteerde Raaden , om by defelve nader daar op tot handhaving van de Placaaten en Ordonnantiën gerefolveert of na geleegentheid rapport en opening gedaan te worden aan de Heeren Staaten, ten welken einde de Commis Fiscaal zal gehouden zyn van alles wat hem voorkomt of weedervaart te houden pertinent Verbaal, en het zelve beneevens zyn rapport over te leeveren aan Gecommitteerde Raaden, om daarop gelet te worden na behooren. XVIII. De Commis Fiscaal zal niet alleen den Raad Advocaat Fiscaal over de gemeene Middelen geftelt gefubordineert weefen, maar in dubieufe en extraordinaire faaken defelve moeten confuleeren, en zig van tyd tot tyd van desfelfs goede raad en advis bedienen, alsjneede met de verdere Officianten over de gemeene Middelen in het Zuider Quartier gefteld goede correspondentie houden, ten einde de egale practycq van des gemeene Lands Middelen te beeter kan werden geobferveert, en om dit oogmerk zoo veel mogelyk te bereyken, zal de Commis Fiscaal alle jaaren in de maanden Juny of July zig begeeven na het Zuider Quartier, en zoo in de voornaamfte Steeden, en Piaatfen by de Coïïe&ews, als wel fpeciaal in den Haagby den Raad Advocaat Fiscaal en verdere Officianten over de gemeene Middelen aldaar geftelt, zig informeeren op het werk van de Gemeene Middelen, en met defelve befoigneren en overleggen al het geene tot welzyn en bevordering van de gemeene Middelen kan ftrekken, doende daar van fchriftelyk rapport aan Gecommitteerde Raaden. En ingevalle iets tot nadeel van de gemeene Middelen aan hem in het Zuider Quartier mogte voorkoomen, zal hy daar van ook kennisfe moeten geeven aan den Raad Advocaat Fiscaal. X I X. Defelve zal geen Calange moogen doen nog actie inftitueeren over eenige contraventien, nalatigheid of verfuim, die voor dato van zyn Commisfie zoude zyn gepleegt. X X. Zal van geen Officieren, Magiftraaten, Ontfangers, Contrarolleurs, Opzienders van het Zeegel, Colleéteurs en derfelver Bediendens of Borgen, nog van iemand anders moogen omhangen giften of gaaven onder pretext van recompenfe voor asfiftentie, advis-geld of diergelyke pretexten, ook niet moogen genieten eenige exemptien van Imposten of andere vry dommen of voordeden, hoedanig defelve genaamt zouden moogen weefen, zelfs of door andere, wie het zoude moogen weefen , direételyk of indireételyk in eeniger manier, op pcene van meineedigheid en arbitrale correctie. XXI. De Commis Fiscaal zal by het doen van zyn ronde, reifen na het Zuyder Quartier en van alle andere Commisfien , die hem opgelegt zullen worden, maaken een net en diftinét Verbaal, en het zelve na het einde van ieder reife binnen veertien daagen overgeeven aan Gecommitteerde Raaden, en zal tot ieder ronde, mitsgaders de reife na het Zuider Quartier geen langer tyd moogen befteeden dan dertig daagen, ten waare in fpeciaale voorvallen zyn verblyf elders langer noodig was en Gecommitteerde Raaden zulks fchriftelyk ordonneerden. XXII. Aan den Commis Fiscaal zal tot Tractement werden toegelegt een fomme van neegen honderd guldens jaarlyks, alle vierendeeljaars een geregte vierdepart te betaalen by Ordonnantie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, welk Traétement zal fubjeét zyn de korting by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 31 Mey id8o vastgeltelt, en zal boovendien moogen declareeren tien guldens daags voor vacatiën, reis en teerkosten over zoo veel daagen als hy ingevolge het voorgaande 21 Articul mag befteeden, mits neevens zyn declaratie overgeevende een fpecifique Memorie, by hem op den Eed en den aanvang zyner Bedieninge gedaan, onderteekent, inhoudende de daagen die hy tot het doen van zyne reifen heeft gebruikt, met expresfie van dag en datum, mitsgaders van de piaatfen daarhy gevifiteert of gebefoigneert heeft. XXIII. Zal Eed doen aan haar Edele Groot Mog. van hem na deefe Inftruétie punétueelyk te zullen reguleeren, mitsgaders den Eed van zuyvering volgens het Formulier vervat in haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 24 February idsd. Gearrefteert den 18 Juny 1750. VIII. Deïl Mmramrom ^  / Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. lott filet zouden zyn practicabel, als meede ingevalïe eenig verfchil over bet verftand van de Ordonnantiën zoude moogen koomen te ryfen, of eenige duisterheid gevonden worden, zoo zal hy in die gevallen de voorfchreeve voorgeevens en disputen by provifie beflisfen en termincercn, en dien onvermindert daarvan ten fpocdigfte kennisfe geeven aan de Hoeren Gecommitteerde Raaden, met byvoeving van zyne confideratien en advis, hoe defelve Poinclen en Articulen, om defelve in de executie practicabel te maaken, behooren te werden gedresfeert en gealtereert, om door Gecommitteerde Raaden tot voorkooming van alle verder misverftand de noodige ordres te werden geftelt. V I I. Zal accurate aanteekening moeten houden van alle bedenkingen , zwaarigheeden en vraagpoinéten, welke hem omtrent het werk van de gemeene Middelen zullen voorkoomen , mitsgaders van de confideratien by hem daarop gevallen en van de fchikkinge daaromtrent gemaakt. VIII. Zal 's maandelyks van alle Hoofdcollecteurs onder zyn Resfort ontfangen de Maandftaaten van haar ontfang en uitgaave, en vooral forge draagen, dat de Collecteurs daar omtrent niet nalaatig zyn, en dat defelve Staaten fpecificq zyn omtrent ieder Middel op zig zelfs, en over elke Stad, Dorp of Diftriét; .en zal hy defelve Staaten geëxamineert hebbende, van de abuifen daarin gevonden kennisfe geeven aan de Collecteurs die de abuifèn hebben begaan, ten einde defelve te corrigeeren, en verder uit de gefaamentlyke Staaten alle maanden formeeren eene nette generaale Staat van de geheele Ontnmg en Uitgaaf over Westvriesland en het Noorder Quartier, en defelve voor het begin van de volgende maand prefenteeren aan Gecommitteerde Raaden, en daar van Copie fenden aan den Raad Advocaat f iscaal. I X. De Verbaalen van de Opfienders van het Zeegel, weegens de rondens en vifitatien by defelve gedaan , zullen geftelt worden in handen van den Contraroïleur, om na examinatie •van defelve aan Gecommitteerde Raaden daarop te dienen van zyne confideratien en advis. X. By het affterven of andere ongeleegentheid van een Opfiender van het Zeegel onder zyn Resfort, zal hy forge moeten draagen, dat van de ' Billietten geen misbruik worde gemaakt , en het Comptoir by provifie waargenoomen. XI. Zal ook agt geeven, dat de Collecteurs en ale Bediendens van de gemeene Middelen van behoorlyke Aéten van aanflelling zyn voorfien, en beëdigt worden voor zoo verre zulks werd gerequireert, als meede zorge draagen, dat de Aéten van Borgtogt van de Colleéteurs in behoorlyke ordre zyn tot fecuriteit van den Lande, en dat de penningen van de Collecte zoo wel door de Collecteurs op de Dorpen als in de Steeden, volgens de gefielde ordre werden overgebragt. X I l De Contraroïleur zal letten, dat de Reekeningen van de Gaarders en Collecteurs ter behoorlyke tyd aan Gecommitteerde Raaden werden overgefonden volgens het vyftiende Articul van de Initructie voor de Collecteurs gearrefteert in cas van overlyden, afftand als anders binnen den tyd van een maand, met alle de Documenten en Befcheiden daar toe gehoorende, als meede met de confideratien van de refpective Opfienders van het Zeegel daar op gegeeven. En in cas iemand van de Opfienders nalaatig of fa gebreeke zoudemoogen blyven om de Reekeningen van zyn Res fort met de Documenten en zyne confideratien daar toe gehoorende op zyn tyd over te brengen, zal hy zoodanige bpfiender met voorkennisfe van Gecommitteerde Raaden daar toe paratelyk executeeren. XIII. De Contraroïleur zal Recepis geeven van de Reekeningen, welke hy zal ontfangen, en by examinatie van de Reekeningen van de Collecteurs zal naauwkeurig agt geeven, dat defelve zyn ingerigt en geformeert volgens het Formulier daar van te maaken, en dat de gecollecteerde Penningen aan den Lande zyn verantwoord, en de erreuren en fauten werden gecorrigeert, zyne confideratien en remarques, zoo hy eenige op defelve heeft vervatten in gefchnft, en delèlve binnen drie maanden, na dat hy die in zyn handen bekoomen heeft, overleeveren m handen van Gecommitteerde Raaden, om ten overftaan van Heeren Commisfarisfen daartoe fpeciaal te committeeren, na behooren opgenoomen en geilooten te worden. X I V. Booven en behalven de Reekeningen over de Middelen met en feedert primo January 1750 ingegaan, zullen ook in handen van den Contraroïleur geftelt worden de Reekeningen van de Collecteurs weegens de Middelen met en feedert primo Augusty 1748 ingegaan, en zal hy gehouden zyn defelve met den eersten na zyne aanflelling byder hand te neemen, te examineeren, van zyn confideratien en remarques te dienen aan Gecommitteerde Raaden ten fine als booven, en zorge draagen dat de flooten van defelve gefuyvert: worden, indien defelve niet reeds afbetaald en gefuyvert zyn, en zullen de Collecteurs die daar omtrent nalaatig mogten weefen in het een of ander geval , met voorkennisfe van Gecommitteerde Raaden daar toe paratelyk werden geëxecuteert. X V. De Contraroïleur zal geen Reekening moogen examineeren, ten zy defelve is geverifiI eert met het Declaratoir, gemeld by het zes| tiende Articul van de Inftruétie voor de ColMmmmmm a lec-  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. töt.J gn Refolutie Dan de Staaten van Holland, waalt by word geapprobeert het geen door Gecommitteerde Raaden is gedaan omtrent de aanflelling van een Commis en Clerquen 'tot de colleclive Middelen: en voorts defelve worden geauthorifeert de noodige veranderingen te maaken in de Inftruétie van den Contraroïleur Vosmaer, met bepaaling hoe de voorfchreeve Clercqs piaatfen aan te flaan in het Amptgeld en daï twee honderclflen penning op de Ampten. Den 24 July 175c. Ontfangen eene Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage op heeden, waar by zy aan haar Edele Groot Mog. kënhisfé geeven, dat zy in gevolge van de authorifatie op haar verleend by haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 25 der voorleede maand raakende het aanftellen van een Commis en eenige Clercquen tot het werk van de Colleétive Middelen, Voor den gemelden Commis en Clercquen een Inftruétie hadden gefortneert en gearrefteert, en in het oög houdende haar Edele Groot Mog. recommandatie, oin tot den voorfchreeven dienst van Commis, een kundig en bequaam Perfoon aan te ftelleh, en te gelyk het Tractement voor den zelven zonder ondienst van den Lande met de meeste menage te reguleeren, tot den voorfchreeven dienst van Commis geen nuttiger of bequaa*mer Perfoon hadden kunnen vinden dan Jacob Vosmaer; den welken haar Edele Groot Mog. bereids by derfelver Refolutie van den 8 Oétober 1748 hebben aangeftelt tot Contraroïleur over de Colleéteurs van de Gemeene Middelen , die toen door haar Edele Groot Mog. zyn gearrefteert gecollecteert te werden, of die haar Edele Groot Mog. nader zouden goedvinden te doen colleéteeren, en dat zy om den dienst van den voornoemden perfoon ais Contraroïleur over de Collecteurs niet te misfen, begreepen hadden, dat gemelde Jacob Vosmaer zal kunnen behouden zyne voorige Bedieninge van Contraroïleur, en dat hy te gelyk deefe Bedieninge als Commis zal kunnen waarneemen; dat belangende de betragtinge van de menage voor het Land ten opfigte van het Tractement voor denfelven Commis, zy geen beeter expediënt hadden kunnen vinden, dan dat de voornoemde Jacob Vosmaer, behoudende het Tractement van drie duifend een honderd en vyftig guldens, het welk haar Edele Groot Mog. by derfelver voorfchreeve Refolutie van den 8 October 1748 aan hem hadden gelieven toe te leggen, het zelve Tractement voortaanaan hem zal worden gelaaten voor den voorfz. dienst als Commis, en dat aan hem ten aanfien van zyne dienst als Contraroïleur, voor zoo verre hy in die dienst op ordre van de Heeren Gecommitteerde Raaden en met haare kennisfe buiten den Hage zoude moeten reifen, zoude worden toegelegt een daggeld van tien guldens voor ieder dag, zohdêr iets verders of anders, het zy van Reis of Teerkosten , of onder wat benaaming zulks ook zoude mooogen zyn, in reekening te brengen, en dat aan hem ook zouden worden toegevoegt de Conynen en Flambouwen gelden, zoo als die aan de Commifen ter Finantie jaarlyks werden gegeeven; geevende de Heeren Gecommitteerde Raaden in bedenking, of haar Edele Groot Mog. haar niet zouden gelieven te qualificeeren, om de Inftruétie voor den voornoemden Vosmaer als Contraroïleur by haar Edele Groöt Mog. gearrefleert te veranderen, in zoo verre de zelve door de voorfchreeve fchikkinge in het doen der Ronden by defelve vastgefteld en voorgefèhrëeven zal moeten vervallen. En houdende de voorfchreeve Misfive verder, dat zy ook reets eenige Clerquen hebben aangeftelt, en aan een ieder van de Clercquen tot het voorfchreeve Werk toegelegt een Tractement van duyfend guldens, zoo als alle de Clercquen ter Secretarye van Holland genieten, en dat zy Heeren Gecommitteerde Raaden verhoopten daar meede aan haar Edele Groot Mog. voorfchreeve recommandatie * zoo in het een als ander point te hebben voldaan, maar dat nu nog resteerde dat dóór haar Edele Groot Mog. gedétermineert word, of door de gemelde Clerquen ook zullen moeten werden gefurneert de Amptgelden in de jaaren 1727 en 1744respeétivelyk gearrefteert,mitsgaders tot wat fomme de voorfchreeve respeétive Bedieningen in den tweehonderdften Penning Zullen worden aangeflaagengeevende de Heeren Gecommitteerde Raaden daar omtrent in bedenken, om reeden by de Misfive geallegeert, of niet de Clercquen in de voorfz. Amptgelden behooren te worden aangeflaagen op een fomme van een duifend guldens weegens ieder furnisfement. Waar op gedelibereert zyndé, is goedgevonden en verftaan te approbeeren het geene in deefen door de fleeren Gecommitteerde Raaden is gedaan, en wyders defelve te qualificeeren , om de Inftruétie by haar Edele Groot Mog. voor den voornoemden Jacob Vosmaer als Contraroïleur gearrefteert, te veranderen, in zoo verre defelve door de voorfchreeve fchikkinge zal koomen te vervallen. En is voorts goedgevonden en verftaan s Mmmmmm $ iit  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. löij) van het Regt op den Turf, insgelyks aan te geeven de opregte quantiteit van hun ingelaade Pypen, en daar van meede betaalen het voorfz. Regt daar op gefield , en zal defelve Gaarder daar van aan den Schipper ook geeven een Billiet van twaalf penningen, en daar op noteeren de quantiteit van de hem aangegeeven Pypen, met expresfie van de fomme dewelke daar voor is betaald. V. En zullen de Schippers of Inbrengers van de Pypen, dewelke bevonden zullen werden het voorfz. derde of vierde Articul te hebben overtreeden, niet alleen vervallen in een boete van twee honderd guldens, booven de boete van de Generaale Ordonnantie teegens de Fraudateurs van 'sLands Regten gefteld, maar ook de ingebragte, en in voegen voorfz. niet aangegeeve Pypen werden verbeurt verklaart. V I. De voorfchreeve aangeeving en betaaling van 's Lands Regt, door die geenen die een van de Sluyfen inkoomen, aan den Gaarder van de Ontgronding , op de Sluys dewelke Zy zyn ingekoomen gefteld , of door die geenen die geen Sluys pasfeeren, in de eerfte Stad die zy moeten pasfeeren, meede aan den Gaarder van de Ontgronding, of daar dieniet gevonden werd, aan den Gaarder van het Regt op den Turf, gedaan , en daar van het voorfz, Billiet verkreegen zynde, zullen defelve Schippers met de Pypen, waar van 'sLands Regt is betaald, moogen vaaren werwaards zy willen, mits hét voorfz. Billiet by de Pypen blyvende , en zullen defelve nergens binnen deefe Provincie eenige Pypen moogen losfen , voor en aleer zy het Billiet, waar uit blykt dat zy dezelve aangegeeven, en 'sLands Regt daar van betaald hebben, aan den Gaarder van het Regt op den Turf ter Plaatfe van de losfmg zullen hebben vertoont, die daar op ook zal zetten vertoond; en zullen defelve Schippers van de Plaats, alwaar zy eenige Pypen hebben gelost, niet moogen vertrekken, voor en aleer zy aan den felven Gaarder hebben opgeheeven de opregte quantiteit Pypen, die zy aldaar gelost hebben, en voor dat die quantiteit op het Billiet van aangeeving door den felven Gaarder zal weefen genoteert en afgefchreeven , alles op een boete van honderd guldens; en zullen de voorfchreeve Gaarders voor het Reilen van het vertoon op de voorfz. Billietten genieten eene ftuiver, en voor de affchryving agt penningen fonder meer, en zal het Billiet van aangeeving ter Plaatfe daar de laatfte party gelost wrerd, of wel zoo de geheele Laading op een Plaats teffens gelost werd, door den voorfz. Gaarder van de Plaats, daar de laatfte party of de geheele Laading te gelyk werd gelost, werden ingetrokken, geliasfeert en bewaard. V I I. En werden vervolgens tot den ont-* fmgst en collecte van het voorfz. Regt door deefe gequalificeert de respeétive Gaarders van het Regt op de Ontgronding en Doorvaart op de Sluyfen en in de Steeden daar defelve zyn, ert daar defelve niet zyn, de Gaarders van het Regt op den Turf, en dienvolgende alle defelve, mitsgaders alle de verdere gemeene Lands Bediendens geordonneert , op de exacte invordering van het zelve te vigileeren, en voorts van haaren ontfangst te houden pertinente aanteekening, en de Gelden door haar tef dier zaake ontfangen, behoorlyk te verantwoorden aan den Ontfanger, aan wien zy verantwoorden het geene door haar ontfangen is weegens de Zeegels van den Turf, en wel te gelyk met de voorfz. Zeegels, dog egter apart en op zig zelfs , zoo dat bJykan kan hoe veel haar recept weegens deefe belasting bedraagt. VIII. En dewyl het groote oogmerk van deefe belasting is, de zoo zeer vervalle Fabricq der Pypen binnen deefe Provincie op te beuren, zoo werden alle Pypemaakers en Pypebakkers binnen deefe Provincie niet alleen gequalificeert, maar zelfs geordonneert, op de exacte executie van deefe Ordonnantie te vigileeren, en alle die geenen die defelve contravenieeren, of'sLands,Regt daar by gefteld fraudeeren, aan te haaien en te calangeeren. 1 X. De Gaarders tot den ontfangst en collecte van dit Regt gequalificeert, zullen over het zelve niet moogen compofeeren, direct of indirect, op pcene van twee honderd guldens, zoo wel tot laste van den Gaarder als van die geene waar meede hy zal hebben gecompofeert. X De Gaarders zullen geen goud Geld moogen ontfangen, uitgenoomen den Standpenning of goude Ryders, op pcene van het zelve in gangbaar filver Geld aan den Lande te moeten verantwoorden. Aldus gearrefteert den 7 Oétober 1751. Formulier van de Certificatie voor de Pypebakkers binnen deefe Provincie. CO li "Ik ondergefchreeve fi) voegen Pype- ° v x bakker of Pypenis aker. WO0-  Ordonnantiën van dé Gemeene Middelen. iöi? post booven gemelt, en voor zoo veel de Dobbclfteenen aangaat, zonder dezelve alvoorens te hebben overgegeeven aan den voornoemde Collecteur, om defelve te doen yken en branden, zoo als hier na zal worden gemelt, en zonder aan denfelven te hebben betaald den voorfz. Impost, I V. Ieder fpel Kaarten, dat ten fine voorfchreeve zal worden geëxhibeert, zal moeten weefen geilooten in een Papier met een Touwtje over het Kruis toegemaakt, en zal door den Colleéteur, aan wie de exhibitie gefchieden zal, ieder fpel Kaarten in het midden worden verzeegelt met het Waapen van Holland, en van de Stad daar de exhibitie gefchied, in een Ouwel, overdekt met een papiere Ruite, en zal die geene die ter eeniger tyd mogt onderneemen, om eigener authoriteit, eenige Kaarten in voegen voorfchreeve te verzeégelen of te doen verzeégelen, als een Faharis publicq aan den Lyve werden geftraft. "v. De Collectèur, die in ieder Stad tot het ■ yken der Dobbelfteenen zal worden gequalificeert, zal op de Dobbelfteenen branden het Waapen van Holland en van de Stad zyner woonplaats, op de zyde daar de een of het aas op ftaat, als meede het jaartal van het jaar in welk de branding gefchied, zullende ook ,die geene, die mogten onderneemen buiten den voornoemden Colleéteur eenige Dobbelfteenen te yken of te branden, of te doen yken of branden, desweegens als een Falfaris publicquelyk aan den Lyve worden geftraft. V I. En ten einde het geene voorfchreeven is na behooren worde geëxecuteert, zullen alle Koffyfchenkers, Logementhouders, Herbergiers en Tappers, en voorts alle andere Particulieren, die by het emaneeren deefer Ordonnantie eenige Dobbelfteenen of Speelkaarten in haare Huifen, of waar het ook zoude mogen weefen, hebben, gehouden en verpligt zyn zig van defelve Kaarten of Dobbelfteenen te ontdoen , of alle defelve Speelkaarten en Dobbelfteenen te exhibeeren aan den Colleéteur van hunne Woonplaatfe of waar onder zy resforteeren, ten fine Articul 4 en 5 breeder gemelt, en wel voor den eerften January 1754, op pcene dat die geenen die hier in nalaatig zullen worden bevonden, zullen verbeuren een boete van drie honderd guldens , en verbeurte van de Kaarten of Dobbelfteenen , die binnen den geitel den tyd in voegen boven gemeld niet zullen weefen geëxhibeert. V I I. Niemand, van wat ftaat of conditie hy zy, zal gedogen dat ten zynen Huife, of op zyn Erf of Plaats, met zyne kennisfe of wee- VIII. DEEL. ten direct of indirect,, na den voorfchreeven 1 January 1754 werde gefpeeld met Kaarten of met Dobbelfteenen B die in voegen voorfchreeve niet zyn geilooten en gecachetteert, of geftempelt, of gebrand, op een boete van drie honderd guldens en arbitrale correctie voor die geenen die de voorfchreeve boete niec kunnen betaalen. VIII. Vervolgens zal ook niemand met zyn kennisfe of weeten zig onderwinden om na dert 1 January 1754 met Kaarten of Dobbelfteenen, die in voegen voorfchreeve niet zyn verzeegelt of geykt geweest, te fpeelen, op een boete van drie honderd guldens en arbitrale correétie voor die geenen die de voorfz. boete niet konnen betaalen. I X, Eli zal ook niemand eenige Kaarten of Dobbelfteenen van buiten deefe Provincie in defelve mogen inbrengen, of doen inbrengen, het zy om defelve te verkoopen te verruilen , of over te doen, of tot zyn eigen gebruik , of in commisfie, alles direct of indirect , zonder defelve Kaarten of Dobbelfteenen , zoo ras hy die heeft ontfangen , uiterlyk binnen den tyd van agt dagen na den ontfangst , te exhibeeren aan den Colleéteur voor-» noemt, om gecachetteert opgebrand te worden, conform Articul 4 en 5 vooren gemelt, op een boete van zes honderd guldens, en arbitraire correctie voor de geenen die de voorfz. boete niet kunnen betaalen. Voorts zullen de Dobbelfteenen niet langer mogen worden gebruikt als het jaar waar in defelve geykt zyn, op de verbeurte van drie honderd guldens, door die geene, die met Dobbelfteenen in een voorig jaar geykt, zal hebben gefpeelt. X L En zullen alle de geenen die êenige Kaar» ten zullen exhibeeren om te doen zeegelen . gehouden Zyn opregtelyk op te geeven, öf defelve in deefe Provincie of daar buiten zyn gemaakt, op pcene dat de geene die bevonden zal worden daar omtrent een quaade opgave gedaan te hebben, zal verbeuren een boete van twee honderd guldens. X I I. De voorfchreeve Collecteurs zullen iedef maand, uiteriyk voor den twaalfden dag van de volgende maand, aan het Comptoir totonderfoek van de verantwoording der Middelen gefchikt, moeten overfenden een Staat van het geéne zy zoo weegens het verzeégelen deiKaarten, als van het yken der Dobbelfteenen zullen hebben ontfangen, op pcene van vyf en twintig guldens, en van daar toe by parate executie te zullen worden geconftringueert, Nnnnnn «n  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 1019 I I. Dat alle en een ieder, zoo Koopman, Groslier, Schippers, Veerluiden, als alle anderen , geene uitgefondert, dewelke eenige Koffybooiien, Cicers, Poeder van dien, of Thee, van buiten in deefe Stad, en Vryheid van dien, zullen inbrengen, terftond by haar aankomst , gehouden zullen zyn defelve Coffy, Cicers of Thee, met de quantiteit van dien aan den Colleéteur aan te brengen, alvoorens defelve Koopmanfchap te mogen reppen, roeren , ontpakken, losfen of ontlaaden, of daar meede te vernagten, al was het dat maar eeven voor het fluiten van de Poorten in de Stad quam; dat niemand defelve in eenige Huifen, Kelders, of andere piaatfen zalmogen inflaan of ontfangen , ten zy alvoorens aan den Collecteur daar van aanbreng gedaan, en de Impost, conform het voorgaande Articul , betaald zal zyn, op de verbeurte van de voorfchreeve Waaren, mitsgaders Schip, Schuiten, Waagen en Paarden, waar meede defelve gevoerd zullen zyn, en vyf en twintig guldens daar boven, by een ieder, zoo Inbrenger als Inflager op ieder pond te verbeuren, en op minder gewigt na advenant; ten zy zoodanige Schipper of Voerman zig , des begeerende, met eed zuiverde van zoodanigen ongepermitteerden inbreng geen kennisfe te hebben. I I I. En al is het fchoon dat eenige paffeerende Schippers of Voerluiden verfeekeren geene gedagten te hebben van hun Last te breeken, of de Coffy, Cicers en Thee, die zy mogten geladen hebben, niet te willen afleeveren , zullen zy nogtans gehouden zyn een Briefje daar van by den Collecteur te neemen , en daar voor aan den zelven te betaalen een halve ftuiver; en wanneer zy teegens haare gedane verfeekering bevonden zullen worden egter eenige Coffy, Cicers of Thee, te hebben afgeleeverd, zal tegeos haar werden geageerd als tegens de Fraudateurs en Contraventeurs van deefe Ordonnantie. I V. Gelyk voortaan alle en een ieder verbooden word eenige Coffy, Cicers of Thee, uit eenige Scheepen, Schuiten of Waagens, te verkoopen', als met fpeciale voorkennis en approbatie van den Magiftraat van Vianen, op de verbeurte van de voorfz. Waaren, mitsgaders Schip, Schuit, Waagens en Paarden, waar meede defelve gebragt zullen zyn, en bovendien een boete van een honderd guldens , te verbeuren by den Kooper en Verkooper, Inbrenger en Inflager refpective ieder in folidum. V. Dat ook by deefe alle en een ieder wel expresfelyk verbooden word, eenige Coffy, Cicers of Thee, langs de Straaten of Weegen of aan eenige Huifen te koop te draagen , veilen of verkoopen, op de verbeurte van defelve Coffy, Cicers en Thee, en een boete van vyftig guldens, boven arbitrale correctie. V I. Dat de Grosfiers, Winkeliers of anderen, die Negotie in Coffy, Cicers of Thee doen, geen minder quantiteit van buiten in- deefe Stad en Vryheid van dien zullen mogen inbrengen of doen inbrengen als twaalf ponden Coffy of Cicers, en drie ponden Thee teffens; dog om de Negotie te facilitceren, zal van alle verfending van Coffy of Cicers, by geen minder quantiteit als twee ponden of van Thee by geen minder quantiteit als van een pond gefchiedende, weeder alTchryving worden gedaan aan den Groslier of Winkelier, die defelve buiten de Stad zal koomen te verfenden. V I 1. Dat een Koopman, Grosfier of Winkelier, twee of meerder ponden Coffy of Cicers, of een of meerder ponden Thee weeder willende verfenden buiten de Stad , daar van alvoorens aanbreng zal doen aan den Colleéteur en van den zelven ontfangen een Billiet, inhoudende de quantiteit van de Coffy of Cicers, gebrand of ongebrand, of van de Thee, met de naam van die geene die den uitflag doed, de Plaats van deftinatie, en de naam van den geenen aan wie defelve Waaren werden geaddresfeert , en met welk Vaar- of Rytuig defelve zullen worden vervoerd, en zoodanigen Billiet alsdan te rug koomende, met een Certificatie van den Secretaris of ander beëedigd Perfoon, dat de Coffy, Cicers of Thee, in het Billiet vermeld , met 'er daad by den geenen , aan wien defelve waaren geaddresfeerd, zyn befteld, en het zelve Billiet en Certificatie aan den Collecteur vertoond werdende binnen den tyd van vier weeken, alsdan daar van aan den Uitflyter affchryvinge of reftitutie van den Impost zal worden gedaan. VIII. Dat ten zelven dage, als het Billiet van uitflag genoomen is, voor Sonnen ondergang, de vervoering na buiten, in conformité van het zelve Billiet, effeétive zal moeten gefchieden , en in geval daar omtrent, door het een of het ander toeval, eenige verhindering mogt gebeuren, alsdan het eerfte Billiet te rug gebragt, en een ander Billiet in de plaats genoomen zal worden; En indien eenigen uitflag wierde gedaan, niet ovsreenkoomende met het Billiet, daar door, boven verbeurte van het uitgeflagene Goed, zal worden geincurreerd een boete van vyf en twintig guldens, by den geenen die den uitflag gedaan zal hebben. I X. En ten einde deefen Impost te beeter gecollecteert , en alle fraudes geweert mogen worden, zal de Gaarder van deefen Impost, by den aanvang van de Collecte, ter asfiftentie van een beëedigt Perfoon, mogen gaan in alle Winkelen, Kraamen en andere piaatfen, daar eenige Coffy, Cicers of Thee verkogt of gefleeten word, ook in de refpeétive Cof-, fy huifen, om de voorfchreeve Waaren op te fchryven, en dien conform den Impost daar van te vorderen en ontfangen, welken Impost Nnnnnn 2 aan  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. icat Cicers te vermengen, of defelve gebrand in hunne Huifen te hebben of in te ftaan , hoe zulks ook genaamt of gepraétifeert mogt worden, op pcene van over ieder contraventie te Verbeuren een boete van honderd guldens , en een iaar fufpenfie van haar Neering. XXI. De Colleéteurs en Gemagtigdens Zullen alomme t' allen tyde mogen aandoen alle Scheepen, Schuiten, Waagens, Sleeden, &c. en de Schippers, Voerluiden en alle anderen die defelve voeren, als meede de reifendeBodens en Bodinnens afvraagen , of fylieden geen Coffy, Cicers of Thee zyn in, op of by zig hebbende, die daar op zullen hebben te doen haare verklaaring, in voegen en onder modificatie als by het tweede Articul, en indien daar na het contrarie bevonden werd, (waar toe de Collecteur of Gemagtigde de Waagens, Karren, Sleeden, Scheepen, Schuiten , en andere Vaar of Rytuigen, mitsgaders de reifende Bodens en Bodinnens en alle andere, op vehemente fufpicie, alomme - zal mogen doen aanhouden en vifiteeren) dat in zulk een geval die Schippers, Voerluiden, en andere zullen worden gehouden, gemulcteert en geftraft als Defraudateurs, in conformité deefer Ordonnantie, zonder dat zy den Colleéteur of Gemagtigde , het geene verhaald, eenigfms zullen mogen weigeren, beletten, of daar over injurieeren, misfeggen of misdoen, op poene van desweegens te verbeuren een boete van vyftig guldens, en arbitrale correctie. XXII. Dat wyders alle Markt- en andere Schippers , Voerluiden, reifende Bodens en Bodinnens'ter requifitie van den Magiftraat, by zolemneele Eeden zullen zweeren en belooven, om deefe Impost niet te fraudeeren of tekort te doen, direét of indireét, en fpeciaal de zulke, die zelfs, of haare Vrienden Coffy en Thee verkoopen, als meede alle Winkeliers en Handelaars in Coffy en Thee, op pcene van een honderd guldens boete, die den gerequireerden Eed zoude weigeren te doen. H XXIII. Dat niemand van deefen Impost zal vry zyn als de geene die volgens Refolutie van haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden, vry zyn geftelt, en dat niemand van defelve meer als twintig pond Coffy, en vyf pond Thee teffens zal mogen inflaan, en gehouden zyn daar van behoorlyke aanbreng te doen , als meede aan niemand, wie het ook zy in het geheel of ten deele over te doen, op pcene van gehouden te werden deefen Impost te hebben gefraudeert. XXIV. Dat by transgresfie van eenige Articulen deefer Ordonnantie, waar by geen pcene is gefteld, t'eiken, reife, by ieder contraventie Zonder onderfcheid, zal worden verbeurd een boete van een honderd guldens. X X V. En dat alomme in cas van contraventie van deefe Ordonnantie, de Meesters, Vrouwen en Ouders, voor hunne Knegts, Meiden en Kinderen zullen moeten inflaan, ten waare de Meesters, Heeren, Vrouwen of Ouders met eede willen verklaaren, direételyk nog indireételyk geen ordre gegeeven, of kennisfe daar van gehad hebben. XXVI. En zullen die geenen, dieniet in ftaat zyn de geftatueerde pcenen te voldoen, aan den lyve, of wel met confinement, bannisfement of anders ftraf baar zvn. XXVII. Werdende de Colleéteurs van deefen Impost wel fcherpelyk geinterdiceert, met niemand over den Impost te mogen compofeeren of accordeeren, direct of indirect, op pcene van honderd guldens over ieder compofitie te verbeuren. XXVIII. Gelyk ook de Colleéteurs geinterdiceert word eenige Negotie van Coffy, Cicers of Thee te doen; of die in het groot of klein te koopen, verkoopen, of daar in te participeeren , directelyk of indireételyk, op pcene van honderd guldens, blyvende gehouden t'allen tyde by den Officier, zulks begeerd wordende , den eed te doen, van het geene voorfchreeve is niet te hebben getransgredieert, op gelyke pcene, by weigering van dien te verbeuren. XXIX. Te appliceeren de voorfchreeve boete tegens den Collecteur geftatueert, ten behoeve van den Armen en Officier, elks half en half. XXX. En ten opfigte van de andere, ten behoeve van den Officier, Collecteur en Aanbrenger, elk een derdedeel. ë XXXI. En dewyl men by ondervinding ziet, dat dagelyks door allerhande ftreeken en fmiftre uitvindingen , toeleg word gemaakt, om 's Lands en Stads Middelen te fraudeeren, en dat daar jegens in allen opfigte niet genoegfaam kan worden voorfien, zoo werd in het generaal geftatueert, dat in geval iemand zal werden agterhaald, die door eenige onbedagte weegen , of fmiftre en niet uitgedrukte middelen, deefen Impost mogt benadeelen of te kort te doen, dezelve desweegen exemplaarlyk, het zy in geidboetens of aan den Lyve zal worden geftraft, na exigentie van zaaken, en ter befcheidentheid van den Regter. En referveeren haar Edele Mog. aan zig, zoo wel de vermeerdering of vermindering, als ook de interpretatie en verklaaring van deefe Ordonnantie , in zoo verre namaals daar in eenige duisterheid bevonden mt>gt worden. En op dat niemand van het geene voorlz, is eenige ignorantie en pretendeere, begeeren wy, dat defelve binnen de Steeden van Vianen tydelyk zal werden afgekondigt en Nnnnnn 3 Se*  Ordonnantiën van de Gemeene Middelen. 1023 Middelen, byfonder om te letten dat de gemeene Middelen daar in na behooren werden verantwoord, en daar op remarques hebbende, defelve aan de Heeren Gecommitteerde Raaden moeten communiceeren met byvoeginge van desfelfs Advis. X. Zal wyders beforgen en geduurig naauwkeurig het oog houden, dat de gemeene Middelen in Holland en West vriesland op een eenpaarigen voet werden gepraétizeert, en de Colleéteurs en verdere Bediendens van de gemeene Middelen werden gemaintineert, en dat het Generaal Placaat, generaale en particuliere Ordonnantiën, Placaaten en Refolutien, mitsgaders het Reglement op de Proceduuren, punctueel werden geobferveert en nagekoojnen, en ten dien opfigte exaételyk letten, dat alle de Bediendens tot de gemeene Middelen geëmployeert, haar Inftruétie precife koomen te agtervolgen. X I. En bevindende dat by de Officieren in zaaken van de gemeene Middelen, of by eenige Bediendens tot de gemeene Middelen geëmployeert, eenig exces, nalaatigheid of contraventie is gepleegt, zal hy na gedaane rapport en met goedvinden van Gecommitteerde Raaden gehouden zyn tegen defelve te ageeren, en zal daar toe, zulks verfoekende, werden geasfifteert van Advocaaten van den Lande, by de Gecommitteerde Raaden te ordonneeren, gelyk meede in alle andere en verdere zaaken, waar in de Gecommitteerde Raaden volgens het Generaal Placaat en de generaale en particuliere Ordonnantiën, hetzy rauwelyk, het zy by provocatie of evocatie, de competente Regters zyn. X I I. In de gevallen waar in de Collecteurs bevoegt zyn haar belangen ter eerfter inftantie te brengen en te vervolgen voor Gecommitteerde Raaden, als meede by provocatie in cas de Colleéteur vermeende, dat ter eerfter inftantie het Regt van het gemeene Land niet na behooren is gaade geflaagen, zal de Advocaat Fiscaal moogen verfoeken aan Gecommitteerde Raaden om zig ten procesfe te voegen tot voorftand van 's Lands dienst, egter zonder genot van de portie van den Officier in de boeten en breuken. XIII. Zal niet vermoogen te compofeeren over eenige boetens en muiéten dan na voorgaande confent en op fpeciale Authorifatie van Gecommitteerde Raaden; en welke boeten en muiéten, gelyk meede die in het voorige Ar¬ ticul zyn gemeld, zullen koomen ten profyte van den Lande. X I V. In Crimineele of Fiscaale zaaken fpruitende uit excesfen tegen de Placaaten en Ordonnantiën van de gemeene Lands Middelen, ter judicature van Gecommitteerde Raaden, by derfelver Inftruétie of by voornoemde Placaaten en Ordonnantiën gefteld of nog te ftellen , zal hy ter Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden, aan welke hy bevoorens de deliéten, excesfen &c., die hy zal ontdekken of ter zyner kennisfe zullen koomen, zal moeten bekend maaken, meede moeten ageeren, en desweegens, gelyk meede in de gevallen Articul 11, 12 en 13 gemeld, na ffy le moogen declareeren. X V. In cas van overlyden van defelve, of by verlaatinge van het voorfz. Ampt zullen moeten werden overgegeeven alle de Papieren en ftukken de Financie concerneerende, en onder hem berustende, byfonder die geene die fecreet zyn of behooren te zyn, en waar uit de constitutie van 's Lands Financie of eenige branches van defelve zouden kunnen werden gefien of nagegaan. XVI. Zal geen Depêches of Extraéten fTecretesfe requireerende) aan iemand moogen doen of laaten communiceeren, nog aan iemand daartoe acces geeven, als die daar toe geregtigt zyn, gelyk meede gehouden zal zyn alle zaaken in het Collegie van Gecommitteerde Raaden voorvallende te fecreteeren, zoo verre defelve fecretesfe zullen requireeren. XVII. Zal geen giften, gaaven of gefchenken moogen ontfangen, by de befchreeven Regten verboden, direételyk of indireételyk. XVIII. Zal Eed doen aan haar Edele Groot Mogende van zig precife na deefe Inftruétie te zullen reguleeren. XIX. Voor welke dienst de Advocaat Fiscaal jaarlyks Traétement zal genieten de fomme van drie duyfend guldens jaarlyks, te betaalen alle vierendeeljaars een geregte vierdendeel; en voor een Klercq jaarlyks een fomme van drie honderd guldens, en daarenbooven genieten voor vaste emolumenten jaarlyks voor Conynegeld honderd twintig guldens, voor Almanakken geld vieren dertig guldens, voor Flambeaugeldagt en veertig guldens, en voor Leggeld een en tagtig guldens. Gearrefteert den 5 Mey 1757. ZE-  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. i02g risfen zullen moeten doen den Eed volgens het Formulier agter de voorlchreeve Ordonnantie gevoegt fub Numero 3., egter eenige van defelve nog blyven weygeren den voorfchreeven Eed af te leggen : Soo is 't, Dat Wy daar jeegens willende voorfien, by ampliatie van het neegen en twintigfte Articul van Onfe voorfz. Ordonnantie op de binnengebrouwe Bieren, hebben goedgevonden en verftaan, by deefe te ordonneeren en te ftatueeren, dat de geenen die weygerig zyn of in gebreeken blyven den Eed in het neegen en twintigfte Articul van Onfe hier boovengemelde Ordonnantie voorgefchreeven te doen, na dat zy daar toe be¬ hoorlyk zullen weefen geinfinueert of gedagvaart , gëduurende de eerfte agt daagen voor ieder dag zullen verbeuren een boete van vyf en twintig guldens , en langer weygerig of in gebreeken blyvende, booven dien van haare Neèring zullen werden gefufpendeert, tot dat zy dien Eed met 'er daad zullen hebben afgelegt. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren Wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeerd daar zulks behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 21 January 1751. {Onder ptondf) Ter Ordonnantie van de Staaten* (JVas geteekent,) G. BOE Y, g4 Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling, op welken voet het aan de Bierbekers gepermitteert is hunne verzuurde Bieren aan Branders , Azyn - mankers, en Catoen- drukkers té verkoopen. Den 29 January 1751* Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren van den 28 deezer, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 14 April van het voorleede jaar , geëxamineert de Requeste van de Overluiden, mitsgaders de Bierfteekers en Bierfteekeresfen van het Bierbefchoyers Gild binnen de Stad Amfterdam, waar by defelve om reedenen breeder fn de voorfchreeve Requeste gemeld verfoeken ; eerftelyk, dat het haar Edele Groot Mogende goede geliefte mogte zyn tot nut van 'sLands inkomften èn van de Commercie te ftatueeren, dat het Zegel by inflag of uitflag der Uitheemfche en Buiten Bieren door en aan de geene, die by den inflag geen Impost zyn fubjeét., niet hooger mooge worden genoomen als op vier ftuivers. Ten tweeden, dat ook by den Uitflag na buiten deefe Provincie het Zeegel ten opfigte van defelve fpecien niet hooger als van vier ftuyvers mogte zyn, en dat tot de Pasfagieen Vernagtbilletten van defelve fpecien alleen mogten worden gebruikt Zeegels van twee ftuivers, fonder onderfcheid van quantiteit, en fchoon het ingelaadene aan diverfche Perfoonen zoude koomen toe te behooren. En ten derden , dat haar Edele Groot Mog. aan de Supplianten goedgunftiglyk gelieven te accordeeren , om hunne vaatfe , VIII. DEEL. zuure, verleegen en gefpilde Bieren als van ouds aan de Branders, Azynmaakers en Catoendrukkers te moogen verkoopen en af te leeveren, en de Collecteurs te gelasten daar toe aan de Supplianten te geeven de noodige Billietten, en dat foodanige verhuurde Bieren aan haar tot afflag moogen ftrekken-. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , der Supplianten tweë eerstgemelde verfoeken, betreffende het Zeegel, te wyfen van de hand, dog met opfigt tot het derde verfoek aan alle de Bierfteekers of Bierbefchoyers binnen deefe Provincie te permitteeren, zoo als aan haar gepermitteerd word by deefe, om haare vaatfe en verhuurde Bieren aan Branders , Azynmaakers en Catoendrukkers te moogen verkoopen, dog niet anders dan mits zy defelve vaatfe en verhuurde Bieren zullen moeten doen proeven door den Collecteur of desfelfs gemagtigde van de Stad , Plaats of Diftriót, alwaar of waar onder de Bierbefchoyers woonen , en het zelve effeétivelyk en met 'er daad verfuurd Bier, en geen Moeren van Bier met Water of eenige andere materie aangevult, bevonden word. Èn zal hier van Éxtract, worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om daar van kennisfe te geeven daar het behoord* Oooooö  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. 1027 onder den naam van Slyters, de fterke dranken in het klein uitilyten met zulke quantiteit , dat daar toe geen Billiet noodig is of gebruikt behoeft te worden, het zy dat zy die qualiteit alleen exerceeren , of met die van Grosüereenige andere qualiteit te gelyk, met den aanvang van dit jaar niet meer op eenige plaats zoude mogen worden gegeeven het veertigste part voor Leccagie, by het drie en twintigfte Articul van de Ordonnantie op de Brande wynen gementioneert, en tot zoo verre meede het voorfchreeve drie en twintiglfe Articul te altereeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten opfigte van de voorfchreeve eerfte, tweede en vyfde pointen zal worden gebleevan by het geene dien aangaande by de respeétive Ordonnantiën is geftatueert; welverftaande nogtans aangaande het tweede point, dat fchoon uit de Keeten voor honderd Zouts worden geleeverd honderd en vier vaten, de Impost op het Zout egter vat voor vat zal moeten worden betaald, uitgefonderd alleen in een geval, wanneer een perfoon voor zyn eige Neering of Confumtie een honderd Zouts teffens komt op te doen, in welk geval voor de honderd en vier vaten uit de Keet geleevert wordende, de Impost maar zal betaald worden tegens honderd vaten, En dat ten aanfien van het derde point, by interpretatie van het agt en twintigfte Articul van de Ordonnantie op het Zout, zal worden verklaard, zoo als verklaard wordby deefe, dat de korting van drie percent voor Leccagie, welke by het voorfchreeve Articul aan de Grosfiers word gegeeven, niet indiftinclelyk, en by alle geleegenthee den plaats heeft, en voor al niet by den inflag, maar eeniglyk en alleen by peiling, en wel indien by haar minder Zout gevonden word als haar opgegeevc en ingeflaage Zout bedraagt. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beid Quartieren verfogt en geauthorifeert , om ieder in haar Quartier ter ex ecutie van het geene voorfchreeve is de noo dige ordres te ftellen. En is voorts met betrekking tot het vierde point goedgevonden en verftaan, dat by Publicatie zal worden verklaard, dat de drie percent voor Leccagie aan de Grosfiers in Zeep by het twaalfde Articul van de Ordonnantie op de Zeep gegeeven, voortaan zal koomen te cesfeeren ontrent de Zeep, welke zy in het vervolg zullen komen in te liaan ,• wordende het twaalfde Articul der voorfchreve Ordonnantie in zoo verre gealtereerd. 6, Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de korting van drie percent voor Leccagie, aan de Gros fiers in Zeep gegeven, word ingetrokken. Den 18 February 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland , allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leelèn, falut: Doen te weeten: Nadien aan Ons door de ondervinding volkoomen is gebleeken, dat de korting van drie per cent, dewelke voor Leccagie aan de Grosfiers in Zeep, by het twaalfde Articul van de jongst door Ons gearrefteerde Ordonnantie op de Zeep, word gegeeven, nog met de natuure der zaake, nog met het goede oogmerk waar meede die korting is geaccordeert, geenfins over een komt, overmits de gemelde Grosfiers de Zeep Vat voor Vat, groot of kleyn, uitflaande zoo als zy die hebben ingefiaagen, geen leccagie op haar ingeflaagen Zeep hebben, en dat door die korting aan de maniantie van het voorfchreeve Middel niet alleen veel difficulteyt , maar ook aan het gemeene Land merkelyk nadeel werd toegebragt; Zoo is 't, Dat Wy, daar jeegens willende voorfien , hebben goedgevonden en verftaan te verklaaren en te ordonneeren, zoo als Wy verklaaren en ordonneeren by deefe, dat de boovengemelde korting van drie per cent voor Leccagie, aan de Grosfiers in Zeep by het twaalfde Articul van Onfe boovengemelde Ordonnautie op de Zeep gegeeven, voortaan zal koomen te cesfeeren ontrent de Zeep, welke de gemelde Grosfiers by vervolg zullen koomen m te flaan, en het voorfchreeve twaalfde Articul der boovengemelde Ordonnantie in zoo verre te altereeren. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere , en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren Wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 18 February 1751. (Onderfond,') Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent f) C. BOEY. O00000 % Re-  Publicatien &c rankende de Gemeene Middelen. 1029 den, om defelve met geleende of gehuurde Rytuigen te gebruiken , of met defelve hunne Paarden andere te accommodeeren om voor Rytuygen gebruikt te werden; zoo zullen allen de geenen die maar alleen Karosfen, Waagens, Chaifen, Karren of Sleeden houden, en defelve met geleende of gehuurde Paarden gebruiken, of andere met defelve hunne Rytuygen accommodeeren , gehouden en verpligt zyn het volle Karosfegeld te betaalen, ingevolge van het eerfte Articul van de Ordonnantie, na proportie van het getal der Paarden waar meede zy dezelve Rytuigen befpannen en gebruiken, zoo als meede alle de geenen die Paarden, fchoon zonder Rytuygen houden , en defelve met gehuurde of geleende Rytuigen gebruiken , of met defelve hunne Paarden andere accommodeeren om voor Rytuygen gebruikt te worden , gehouden en verpligt zullen zyn het volle Karosfegeld, volgens het eerfte Articul van de Ordonnantie, te betaalen, even en in dier voegen als of het Rytuyg, waar voor hunne Paarden zyn gefpannen en gebruikt geweest, door hen in der daad by haare Paarden wierd gehouden; dog zullen die geenen die alleen Karosfen, Waagens, Chaifês, Karren of Sleeden zonder Paarden houden , en op het einde van ieder jaar, des gerequireert, onder eede kunnen verklaaren , defelve hunne Rytuygen , gëduurende het zelve jaar niet te hebben gebruikt, of andere daar meede geaccommodeert , niet gehouden zyn daar voor ietwes aan den Lande te betaalen. En ten einde het geene voorfchreeve is na behooren mooge werden geëxecuteert, zullen allen de geenen die eenige van de voorfchreeve Rytuygen houden zonder Paarden, of wel eenige Paarden zonder Rytuygen , gehouden en verpligt zyn om aan den Gaarder van het zelve Middel, by de befchryving van het zelve, defelve hunne Rytuygen of Paarden opregtelyk op te geeven, op de verbeurte in het derde Articul gemeld, en voorts ook om wanneer zy de voorfchreeve Rytuygen of een van defelve aan iemand leenen , of wel een ander daar meede accommodeeren, als meede wanneer zy defelve hunne Rytuygen met gehuurde of geleende Paarden gebruiken ; en van gelyken ook in cas zy hun Paard of Paarden aan andere leenen, of defelve daar meede accommodeeren , of wel defelve met geleend of gehuurd Rytuyg gebruiken, binnen tweemaal vier en twmtig uuren na dat zy het gebruik daar van hebben gemaakt, aan den Gaarder opregte aangeevinge cn verklaaringe te doen, te weeten, die geene die Rytuygen zonder Paarden hebben opgegeeven, van de qualiteit van haar Rytuyg» en met hoe veel Paarden het zelve door haar of een ander is gebruikt geweest, en die geenen die alleen Paarden zonder Rytuyg hebben opgegeeven, voor hoedanig Rytuyg haare Paarden en hoe veel in getal te gelyk zyn gebruikt; zullende die geene die in gebreeke blyven de voorfchreeve aangeevinge en verklaaringe binnen de voorfchreeve tweemaal vier en twintig uuren te doen, voor ieder dag verbeuren fes guldens, en die geene dewelke geenen opregte aangeevinge of verklaaringe koomen te doen, vervallen in een boete van twee honderd guldens. , En zal de Gaarder of Collecteur aan de geenen welke in voegen voorfchreeve het Karosfegeld moeten betaalen, by i de voorfchreeve opgaave en verklaaringe geeven een Billiet, waar van het Zeegei aanftonds zal moeten werden betaald , inhoudende de pertinente fomme die volgens dit Articul moet worden betaald, en uit wat hoofde die betaalinge moet gefchieden. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere , en niemand daar van ignorantie pretendeere , ordonneeren Wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den ao February 1751. (Vnderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent ,) C. BOEY. Öooooo 3 Pui  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. io^t zullen moogen werden vervoert van de eene Stad na de andere, of ten platten Lande na Piaatfen daar gereguleerde Veeren zyn, als met de ordinaris of met de gehuurde Marktof Veerfcheepen, Schuyten, Waagens of Karren, &c. Zoo is 't, Datwy, geneegen zynde om aan de Commercie alle mogelyke faciliteit toe te brengen, hebben goedgevonden en verftaan te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefe, dat het voorfz. tiende Articul van onfe booven gemelde Generaale Ordonnantie, allefins zal blyven in zyn geheel, en alomme ftiptelyk agtervolgt moeten werden, dog met deefe modificatie, dat het zal zyn gepermitteert , om tot het vervoeren van een quantiteyt waaren, Impost fubjeét, aan eenen defelve Perfoon geaddresfeert, af te huuren en te gebruyken een Schip of Vaartuyg, toebehoorende aan een Schipper die in het Gilde is van de Stad van waar het Goed verfonden werd, mits het zelve Schip of Vaartuyg ten minften twaalf Lasten groot, of wel agt guldens voor vragt bedongen is, en dat het Schip of Vaartuyg niet door een Knegt of Setfchipper, maar door den Eygenaar zelfs be vaaren worde, alles op pcene van anderfints te incurrèefen in de boete by het voorfz. tiende Articul van onfe Generaale Ordonnantie geftatueert; wel* verftaande, dat, voor zoo verre in het voorfchreeve geval werd gerequireert, dat de Goederen aaneen en defelve Perfoon moeten weefen geaddresfeert, daar onder niet zuilen zyn begreepen de Vragten die ter Markt werden verfonden. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonreeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelykis. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 27 February 1751. (Onderft ondf) Ter ordonnantie van de Staaten., (Was geteekentf) C. B O Ë Y> li. Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 4. Art. der Generaale Ordonnantie. Den 2. Maart 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten; Nadien wy in ervaaringe zyn gekoomen , dat het vierde Articul van onfe jongst gearrefteerde Generaale Ordonnantie by fommigen in dier voegen Werd opgenoomen* als of de Lyfftrafte, waar van in het gemelde Articul word gewag gemaakt, geen plaatfe zoude hebben omtrent die geenen die de boete van de Generaale Ordonnantie betaalt hebbende , buiten ftaat zyn de boete van de particuliere Ordonnantie te voldoen: Zoo is 't, dat wy, tot wegneeming van de voorgemelde duyfterheyd, gevonden wordende in het voorengemelde vierde Articul van onfe jonst gearrefteerde Generaale Ordoi> nantie, hebben goedgevonden en verftaan te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefe, dat in het zelve Articul een erreur of drukfout is gecommitteert, en dat in het felve Articul , in de periode beginnende met de woonden , „ en dat die buyten ftaat zyn defelve „ boete te betaalen ", in plaatfe van defelve boete , moet worden geleefen defelve boetens. En op dat een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daarvan ignorantie pretendeere, ordonneeren wy 9 dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden ge* bruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 2 Maart 1751. (On derft ond f) Ter ordonnantie van de Staten* (Was geteekent ~) C. BOEt Me-  Publicatien, &c. rokende de Gemeene Middelen. 1033 14. Refolutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk de betaaling van het Kluit-geld In de Ordonnantie op de Confumtie van de Turf vermeld. Den 8 April 1751» By refumtie gedelibereerd zynde op bet Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekoomen den 18 December van het voorleeden jaar; hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende fuccesfive Appoinélementen van den 4 September en 17 November des zelven jaars, geëxamineert twee Requesten aan haar Ed. Mog. geprefenteert, het eene door Schout en Landbe waarders van Steyn en Willens, en de andere door de Ingefeetenen van den Indyk en Tekkop, zig daar by befwaarende, dat de In- en Opgefeetenen aldaar uit kragte van haar Ed. Gr. Mog. jongde Ordonnantie op de Confumtie van de Turf, in conformiteit van de Lyste in defelve Ordonnantie geinfereert, in het Kluitgeld zyn befchreeven, en op fundament van dat befwaar verfoekende, en wel de eerstgemelde Supplianten, dat haar Ed. Gr. Mog. de In- en Opgefeetenen der voorfchreeve Dorpen en Diftriéten van de voorfz. quotifatie van de Turf gelieven te ontlasten, na advenant van het geene defelve voor deefen hebben betaald, en zulks dien taux te modereeren en te verminderen, zoo en in diervoegen als haar Ed. Gr. Mog. zullen gelieven goed te vinden en vermeinen te behooren; en de laatstgemelde Supplianten, dat haar Ed. Gr. Mog. gelieven te verklaaren, dat zy gee¬ ne quotifatie van Turf zyn fiibjeét, en mitsdien kunnen volftaan met zoo veel van hun Turf voor Impost als alle andere Ingefeetenen op geen Veendorpen of aan de Confinien van eenige Veendorpen woonende, te betaalen. Is goedgevonden en verftaan, het veriöek van Schout en Landbewaarders van Stein en Willens te wyfen van de hand; dog ten opfigte van de In- en Opgefeetenen van den Indyk en Tekkop te verklaaren, dat defelve, als op geen Veendorpen of op de Confinien van dien woonende, geen quotifatie van Turf zyn fubjeét, en volftaan kunnen met defelve gelyk andere Ingefeetenen deefer Provincie, na maate van haare Confumtie, te betaalen. En is by deefe geleegentheid nog goedgevonden en verftaan , tot voorkooming van alle ineguaale praélycquen, te verklaaren, dat onder de woorden van Domefticque Dienstbooden , voorkoomende in de Clasfe van Tauxatie van de In- en Opgefeetenen in het Kluitgeld, in het elfde Articul van de Ordonnantie op de Confumtie van de Turf geinfereert, niet zyn begreepen Bouw-knegts en Bouwmeiden. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt en geauthorifeerd om de noodige Ordres te ftellen dat het voorfchreeve Articul op dien voet alomme werde gepraétifeert. 15, Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling, nopens den vrydom van Grutters*, Vleeshouwers en Bleekers in het Karosfen - geld, van de Rytuigen, waar voor zy hunne Paarden gebruiken. Den 10 April 1751. By refumtie gedelibereerd Zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 19 February laatstleeden, waar by zy ter kennisfe van haar Edele Groot Mogende brengen een vraag, onder veele andere aan haar voorgekoomen omtrent de executie van de jongst gearrefteerde Ordonnantie op het Karosfegeld , of namentlyk Grutters, Vleeshouwers en Bleekers uit kragte van het eerfte Articul van defelve Ordonnantie niet alleen zyn vry van de Paarden die zy koomen te houden, maar ook van de Rytuigen waar voor zy defelve hunne Paarden gebruiken. Is goedgevonden en verftaan, te verklaaren, zoo als haar Edele Groot Mogende verklaaren by deefe, dat uit kragte van het eerfte Articul van de Ordonnantie op het KaVIII. Deel. rosfegeld, de Grutters en Bleekers niet alleen vry zyn van de Paarden die zy koomen te houden, maar ook van de Karren, Waagens en platte Sleeden, waar meede zy het Goed haaien of t'huisbrengen, en dat de Grutters, Vleeshouwers en Bleekers, houdende een Chais met een Paard, zoo over het gepasfeerde jaar 1750, als in het vervolg Zullen konnen volftaan met daar voor te betaalen vyff Guldens en de tiende verhooging daarenboven , zoo nogtans, dat defelve gehouden en verpligt zullen zyn om van alle Rytuigen van plaifier, die zy houden booven een Chaife met een Paard, het zy defelve Rytuigen van plaifier zouden mogen beftaan in Koets, Kales, Speelwaagen, Chaife met twee Paarden , Koetskarre of Narrefleede, of wat be naaminge defelve ook zoude mogen hebben, Pppppp het  Publicatien &c. raakende dc Gemeene Middelen» im% En wel eerftelyk met opligt tot het Middel van de fff nen. Dat alle Wynkoopers binnen deefe ProvinVincie binnen den tyd van fes weeken na het doen van deefe Onfe Publicatie, en voorts by den aanvang van ieder jaar, op foodanige dag als haar daar toe zal werden geinfinueert, in handen van Scheepenen Commisfarisfen ten overftaan van den Gaarder of Colleéteur zullen moeten doen den Eed van den volgenden inhoud. Ik Wynkooper beloove en fweere, dat ik den Impost op de Wynen, Mee en Azynen, mitsgaders op de Brandewynen en gedipiilleerde tVateren gefteld, niet zal fraudeeren, of doen fraudeeren , of gedoogen dat zulks met myne kennisfe gefchied, directelyk of indirecte lyk. Zoo waarlyk helpt my God Almagtig. op pmne dat die geenen die weygerig of in ge^ breeke blyven den voorfz. Eed te doen, voor ieder dag na dat zy daar toe zullen weefen geinfinueert, zullen verbeuren vyf en twintig guldens voor de eerfte veertien daagen die zy na de voorfz. infinuatie, fonder den Eed te doen, zullen laaten elabeeren, en op poene dat na verloop van de voorfz. veertien daagen hunne Kelders zullen werden geflooten, en aan defelve geen Biljetten van uitïlüg worden gegeeven. Ten anderen, dat de Koopluyden, Fac- 18. De Staaten van Holland en Westvriesland , Allen den geenen die deefen Zuilen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Dat wy, om te gemoet te koomen aan eenige reprefentatien aan ons gedaan ten aanfien van de Ordonnantie op de Binnengebrouwe Bieren, jongst by ons geëmaneert, voor zoo veel aangaat het zeeventiende Articul van de voorfz. Ordonnantie, concerneerende het uitflaan en verwerken van Dun, toofs, Zeehandelaars en Grosfiers Voor haare confumtie zullen moeten betaalen een cn een half Oxhoofd, booven het geene defelve in haare Tuynen of op haare Buytenplaatfcn koomen te confumeeren, en in grooter quan* titeyt als drie Stoop teffens aldaar doen bren* gen, als waarvan zy den Impost zullen moeten betaalen , des dat niemand in een der voorfz. qualiteyten zal worden erkent, als alleen die geenen die door aanwyfmg van een of meer Kelders, die op haar naam of voor haar reekening met Wynen zyn belegt, kunnen aantoonen en bewyfen dat zy die qualiteyt waarlyk hebben en exerceeren. En zoo veel aangaat het Middel van de Brandewynen. Dat de Herbergiers en Tappers ten platten Lande voortaan van elke foort, het zy Brandewynen of gediftilleerde Wateren , te gelyk zullen moogen inflaan een Anker, en in de maanden van November, December, January en February een half Aam te gelyk van ieder foort, dog meerder niet, op de boete by het fes en twintigfte Ardcul van Onfe jongst geëmaneerde Ordonnantie op de Brandewy nen geftatueert. En dat ten aanfien van de overige poinéten , voor als nog zal werden gebleeven by het geene desweegens by de Ordonnantie op de Brandewynen is geordon* neert. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pretendeeren, gelasten Wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Schyn, Scharrebier of Kuyt, hebben goedgevonden , en verftaan, generaalyk te verklaaren by deefe: Dat het Dun, Schyü, Scharrebier of Kuyt in de Steeden niet alleen by continuatie, volgens het Zeeventiende Articul van de voorfz* Ordonnantie op de Binnengebrouwe Bieren, uit de Brouweryen zal moogen werden gehaald in Emmers öf Vaaten met een open Bodem , maar dat het zelve voortaan ook Pppppp s zal Gedaan in den Plage onder het klein Zeegel van den Lande, den 20 April 1751. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten* QWas geteekent f) C. BOEY. Publicatie van de Staaten van Holland, concerneerende het uitflaan en verwerken van Scharrebier. Ben 20 Jpril 1751.  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. 103/ fcheid te betaalen drie guldens, zoodanig nogtans , dat deefe verklaaring niet eerder zal beginnen te werken als met het loopende jaar 1751, en dat door die geenen, die zig zouden moogen verbeelden in een gelyk geval met de Chirurgyns te verfeeren, daar uit geen argument, illatie of confequentie zalmogen worden getrokken of gemaakt; worden- 20. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekoomen den 23 February laatstleeden , hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 28 Augusty 1750, geëxamineert de Requeste van Jacob Schuurman , Jan van der Poel, cum fuis, alle Pompmaakers en Lootgieters binnen de Stad Haarlem, om daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende gelieven te verftaan en te verklaaren, dat de Supplianten ongehouden zyn van eenig by hun of op hunne ordrevergooten of gefmólte Loot, den Impost op de Groove Waaren van nieuws te betaalen, en mitsdien den Gaarder te ordonneeren en te ge- 21. W\é Staaten "van Holland' en Westvriesland, yjp Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut s Doen te weeten : Alfoo wy tot meerder bevordering van s' Lands interest dienltig hebben geoordeelt, dat de Eed welke in gevolge van het eerfte Articul van onfe Ordonnantie op het Gemaal moet worden afgelegt door de Brouwers en Branders , werde geinjungeert aan de Moolenaars die Brouwers Goed maaien, voor zoo veel aangaat de Moolens die van de Brouweryen zyn geëloigneert. Zoo is 't, dat wy hebben goedgevonden en verftaan te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat de Brouwers welke het Graan voor hunne Brouwneeringe doen maaien op Moolens in of annex haare Brouweryen gevonden wordende, by continuatie zullen zyn en blyven gehouden, in conformiteyt van het eerfte Articul van de Ordonnantie op het Gemaal, afte leggen den Eed by hetzelve Articul geprescribeert, dog dat de Brou- de der Supplianten verder of ander gedaane verfoek geweefen van de hand. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om te ftrekken tot derfelver narigt, en ieder in haar Quartier daar van kennisfe te geeven daar het behoord. lasten zig in het toekomende daar na te reguleeren. Is, goedgevonden en verftaan, der Supplianten voorfchreeve gedaane verfoek te wyfen van de hand, en in teegendeel tot voorkooming van alle chicanes en. uitvlugten te verklaaren , zoo als verklaard word by deefe, dat van alle het Loot, dat als nieuw Loot word geleevert, ontfangen en gebruikt, het Regt op de groove waaren moet worden betaald, zonder onderfcheid of het zelve van oud en verfleete Loot, dan wel van nieuwe Blokken. is verfmolten of vergooten , en voorts ook zonder onderfcheid, of daar teegen eenig oud Loot word verruilt of in betaaling gegeeven. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt daar van kennisfe te geeven daar het behoord. wers die hun Brouwgoed doen maaien op de Moolens van haare Brouweryen geëloigneert, gelyk ook de Branders, van den voorfchreeven Eed zullen weefen gedisperifeert, zoo als wy defelve daar van dispenfeeren by deefe, en dat daar en teegens de Moolenaars, maaiende op zoodanige. Brouw- en Moutmoolens, mitsgaders haare Knegts, van nu voortaan zullen gehouden zyn te doen den Eed, volgens het Formulier hier na volgende. Formulier van Eed, te doen door de Moolenaars en haare Knegts, maaiende op Brouwof Moutmoolens. ja) of ik ondergefchreeve Moolenaar. (dj. kd£rSi maaiende op de Moolen (F) beloove van de en fweere, dat ik geen Graan of Koorn, Moolen. waar van voigens het eerfte Articul van de Ordonnantie pp het Gemaal, Impost moet worden betaald, ter Moolen Pppppp 3 zal Refolutie van de Staaten van Holland, ivaar hy verklaard word, dat het Recht op de groove IPdaren moet betaalt worden van alle Lood, zonder onderfcheid of het van oud Lood, dan wel van nieuwe blokken verfmolten is. Den 22 April 1751. Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den Eed, te doen door de Molenaars, en hunne Klnegts maaiende op Brouw- of Mout- molens. Den 14 Mey 1751.  Publicatieru ókc. makendé de Gemeene Middeïeü. 103$ 23* Ontfangen eene Misfive van de Heeren 1 Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage den 15. deefer, waar by defelve ter kennisfe van haar Edele Groot Mogende brengen een verfoek aan haar gedaan door eenige Kost-Schoolhouders en KostSchoolhouderesfen alhier in den Hage , om declaratoir dat dezelve ongehouden zyn hét Heeregeld te betaalen van zoodanige Ondermeesters of Ondermeesteresfen , als zy tot onderwys van de Jeugd, haare educatie toevertrouwt, noodig hebben , en waar by de Heeren Gecommitteerde Raaden aan haar Edele Groot Mogende voordraagen haare Confideratien en Advis dienaangaande. Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en verRaan, mits deefen te verklaaren , dat alle Kost-Schoolhouders en KostSchoolhouderesfen gehouden en verpligt zyn, 24. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden , ter Vergadering ingekoomen dert 21. April laatstleeden, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 29. January 1750. geëxamineert de Requeste van Burgemeesteren en Regeerders der Steede Vlaar- örrt van alle domefticque Dienstbooderi, déwelke zy tot eenige Huisdienften, hoe genaamt, gebruiken, te betaalen het volle Heeregeld volgens de Clasfen van verhooging in de jongst gearrefteerde Ordonnantie geinfereert ; dog dat defelve zullen kunnen volftaan met voor ieder Ondermeester of Ondermeesteres, dewelke zy tot geen ander einde als , tot onderwys van de Jeugd gebruiken, uit hoofde dat defelve tot het waarneemen van hun beroep onvermydelyk noodig hebben; te betaalen drie Guldens, zonder meer, des dat uit deefe verklaaringe door niemant eenig ar-, gument, illatie of confequentie zal kunnen of moogen worden geformeert. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt en geauthorifeert , om het geene voorfchreeve is ieder in haar Quartier te doen executeeren. dingen, om de daar by geallegèérde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende gelieven te verftaan, en te ordonneeren, dat op de Billietten van de gecolleéteert werdende gemeene Lands Middelen over de Steede Vlaardingen en derfelver onderhoorige Diftriéten , in plaatfe van het Wapen en de naam van de Stad Schiedam , werde gedrukt het Waa- Refolutie van de Staaten van Holland, hoedanig het Heeren- en Redemtie -geld te betaalen yan Ondermeesters af Ondermeesteresfen. Den 19 Mey 1751. Refolutie van de Staaten van Holland ~9 nopens het Stedelyk Recht van Vlaardingen in het ftuk yan de gemeene middelen. Den 21 Meyij^n Dat de voornoemde Factoors en Zeehandelaars gehouden en verpligt zullen weefen haar gedaanen Inflag aan den Ganrder te verantwoorden alledrie maanden, of wel zoo veel eerder als de Gaarder van haar zal koomen te requireeren. Dat in de voorfchreeve verantwoording geen Billietten van affchryving na buiten de zeeven geünieerde Provinciën zullen worden geadmitteert , ten zy teffens blyke, dat van het zelve Spek het uitgaande Regt is betaald. Dat ook van gelyke geene Billietten. van affchryving na de Provincie van Zeeland of na eenige andere van de zeeven geünieerde Provinciën, in de te doene verantwoording van waarde zullen zyn, ten zy daar neevens vertoond word een declaratoir van de perfoon * aan wien het Spek na een van de andere Provinciën verfonden, is geaddresfeert geweest, inhoudende dat het zelve Spek aldaar doorhem opgeflaagen en ontfangen is. . Dat eindelyk by de te doene verantwoording het Spek, dat door de Factoors of Zee¬ handelaars nog niet verfonden is, door haaf aan den Gaarder zal moeten worden geëxhibeert en vertoond, en wel daar ter plaatfe,. alwaar het zelve door haar is ingefiaagen of overgebragt, en dat dienvolgende de Billietten van Inflag of Verplaatfmg, pertinentelyk zullen moeten inhouden, de Rookery, Pakhuis, Zolder of Kelder, waar in het fpek word ingefiaagen of verplaatst, en dat de voornoemde Faétoors en Zeehandelaars ook geen Spek zuHen moogen flaan in Tonnen, als na dat zy daar van kennis zullen hebben gegeeven aan den Gaarder en de quantiteit van Zyden Spek, die zy in Tonnen willen inflaan zullen hebben opgegeeven, ten einde de Gaarder of iemant van zynentweegen by het inflaan van het Spek in Tonnen prefent zal kunnen zyn. En werden de Heeren Gecommitteerde Raaden in dë beide Quartieren verfogt en geauthorifeert, om tot executie van dien ieder in haar Quartier de noodige ordres te ftellen.  Publicatien, &c. rakende de Gemeene Middelen. IC41 2& Refolutie van de Staaten van Holland, ten einde de Wynkoopers te conftriugeeren tot het afleggen van den Eed, aan defelven opgelegt. Een £.7 Mey 1751, Ontfangen éene Misfive Van Scheepenen Commisfarisfen tot de zaaken van de Gemeene Middelen in de Stad Gorinchem, gefchreeven aldaar den 16 deefer -, waar by zy aan haar Edele Groot Mogende kennisfe geeven, dat de Wynkoopers binnen defelve Stad voor haar gecompareerd zynde, tot het afleggen van den Eed, in gevolge aan haaf Edele Groot Mogende Publicatie van den 20 April deefes jaars, geene van defelve gehsefiteert hadden dien Eed af te leggen, dan alleen Adriaan van Nynieegén, Koopman in Wynen aldaar, welke, niettegenftaande was een Lidmaat en Oud-diaken van.de Gereformeerde Kerke, gedeclineert hadde den Eed in de ordinaire forrn af te leggen, prefenteerende de¬ felve te doen zoo als in opfigtë van de Mennoniten gebruikelyk is; verfoekende zy Scheepenen Cómmisfirisfen te moogen wéeteil hoedanig zig daar in te gedraagen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde Scheepenen Commisfarisfen zal wérden gerescribeert, dat zy den voornoemden Adriaan van Nymeegen moeten houden tot het afleggen van den Eed volgens het Formulier in de voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Publicatie vervat, vervolgens by verdere weigering teegens den zelven gebruik*te maaken van de Middelen van Conftrainte by de meergemelde Publicatie vastgefteldt» 2ft Refolutie van de Staaten van Holland, ap- proheerende zekere gemaakte fchikking tusfehen de Bakkers en Molenaars te Amflerdam omtrent het a fgeven van Billietten aan de Molenaars, ten einde daar op de te maaien Graanen by de Bakkers afte haaien* Ben 29 Mey 1751. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 18. deefer , waar by defelve aan haar Edele Groot Mogende kennisfe hebben gegeeven, dat , wanneer de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot onderfoek van de maniantie en directie der Collecte zig in het voorleeden Jaar te Amfterdam bevonden , de Koorn-Moienaars aldaar aan gemelde Heeren Gecommitteerden hebben voorgedraagen, dat het haar volftrekt onmogelyk was om de Rakkers en verdere ingezeetenen ter behoorlyker tyd van het benoodigde Meel te voorfien , en teffens te houden den Eed voor haar agter de jongfte Ordonnantie op het Gemaal' gearrefteert, alfoo zy daar by onder Eede moesten belooven, dat Zy geen Graan in haare Schuiten of op haare Wagens of Karren zullen neemen of ontfangen als met een Billiet, waarby blykt, dat het zelve aangegeeven en de Impost daar van betaald is, en dat defelve, om de Bakkers te gerieven, ge- j noodzaakt waaren ieder dag des morgens vroeg j het goed te koomen afhaalen, wanneer veele en zelfs de meeste Bakkers daar meede nog niet gereed waaren of konden zyn; dat zulks tot zyn gevolg hadde, dat zy Moolenaars na het goed tot op de Middag moesten wagten, en met het zelve niet voor de Nademiddag aan hun Moolen konden weefen, en dat het VIII. DEEL» haar dan volftrekt onmogelyk was, om het Graan dat de Bakkers noodig hadden in zulk een groote en volkryke Stad af te maaien en t'huis te brengen voor Zonnen ondergang, vooral in de korte dagen; dat gemelde Heeren Gecommitteerden, tot Wegneeming vari die Zwaarigheid, op dc voorflag van de Moolenaars, na verhoor van de Overlieden van het Bakkers Gilde hadden gemaakt deefe fchikking, dat de Billietten van het Graan, het welk de Moolenaars in de voorfchreeve Stad koomen aan te geeven, op het Comptoir van Collecte zouden blyven vernagten, en den volgenden dag des morgens vroeg door de Molenaars, ieder voor Zoo veel zyne Galanten aangaat, van het zelve afgehaald, en aan defelve overgegeeven zouden worden, om zig daar meede te vervoegen by de Bakkers, en aldaar te haaien het Koorn door defelve refpeótivelyk aangegeeven ; dat die fchikking feedert dien tyd zyne executie heeft gehad, en dat defelve ook is geweest van dat effect, dat de Bakkers, de Billietten niet in handen hebbende gekreegen, daar van geen quaad gebruik hebben kunnen maaken, als meede, dat, wanneer een erreur in het fchryven van een Billiet was gecommitteert, waar door het Land benadeeld zoude zyn geworden , het zelve door de Molenaars is ontdekt, en dus de fchaade voor het Land verhoed, dog dat nu onlangs door eenige Bakkers in gemelde Qqqqqq Stad  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. 104$ Publicatie van de Staaten van Holland, houdende vermindering van Impost op de binnen-getrouwe Bieren. Den 23 Juny 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: datwy, in ervaaringe zynde gekoomen, dat de Brouweryen binnen deefe Provincie niet alleen van tyd tot tyd merkelyk zyn vermindert en te gronde gegaan, maar dat het ook te dugten is, dat, zoo daar in niet werde voorfien, de teegenwoordige nog in weefen zynde Brouweryen meer en meer zullen declineeren en vervallen, dewyl wy te gelyk zyn geinformeert, dat al het zelve meede in het byfonder daar door is en werd veroorfaakt, dat het gebruyk van de Dranken van Koffy en Thee zeedert eenige jaaren zoo merkelyk is toegenoomen: Zoo is 't, dat wy, tragtende zulks in het vervolg voor te koomen, en de Dranken van de Bieren, zoo veel voordeeliger voor 's Menfehen Lichaam, weederom als voor deefen in gebruyk te brengen, met overleg en goedvinden van zyn Hoogheid, in het oog hebbende om de Trafiquen deefer Landen zoo 30. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien 01 hooren leefen, falut: doen te weeten: dat wy met bevreemding hebben vernoomen, dat in de Steeden Amfterdam en Rotterdam by de Wynkoopers word gedifficuleert, uyt een verkeert begrip, te prefteerén den Eed by onfe Publicatie van den 20 April laastleeden vastgeftek, houdende alleen een belofte, van den Impost op de Wynen, Mee en Azynen, Brandewynen en gediftilleerde Waateren niet te fraudeeren, of té gedoogen dat zulks met haar kennisfe gefchiede, direételyk of indireételyk, niets anders meedebrengende als het geen een iegelyk gehouden en verpligt is, om s'Lands Regten nog willens of weetens te fraudeeren, en welke Eed vervolgens in geenerhande manieren kan implicecren eenige ver¬ veel mogelyk te conferveeren, en te gelyk het welfyn van onfe Ingefeetenen te betragten, en defelve in het draagen van 'sLands noodige Jasten, zoo veel doenlyk te verligten, en principaal op zaaken die tot noodig behoefte en niet uyt vermaak of tot overdaad gebruykt worden, hebben goedgevonden en verftaan, dat by provifie, en in verwagtinge dat aan onfe heylfaame oogmerken daar door zal werden voldaan, het Regt op de binnengebrouwe Bieren, waar voor tot nu toe dertig ftuyvers behalven de tiende verhooging is betaald, te verminderen van dertig op vyftien ftuyvers de Ton, dewelke na den eerften July aanftaande ingefiaagen werden, zulks dat in het vervolg alleen vyftien ftuyvers per Ton booven en behalven de tiende verhooging betaald zal moeten werden. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere , bcgeeren wy dat deefe alomme ge: publiceert en geaffigeert zal werden daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is; hinderinge of belet in den vryen Handel en Commercie, maar alleen moet dienen om te beletten dat de goede en wel geintentioneerde, die zig met fraudeeren niet willen behelpen j van haar Neeringe niet meer en meer werden ontfet door die geenen dewelke zig niet ontfieti daar van haar werk te maaken, het welk vervolgens niet alleen de nuttigheid maar ook de noodfakelykheyd van den Eed doet fien. Zoo is 't, dat wy, by provifie en tot dat wy nadere voldoende middelen in plaatfe van den voorfchreeven Eed zullen hebben vastgeltelt, in gevalle wy mogten bevinden, dat de voorfchreeven Eed aan ons oogmerk niet quam te voldoen, of eenige belemmeringe aan de Commercie mogt geeven, met communicatie en advis van zyn Hoogheid, hebben goedgevonden en verftaan, by de voorfchreeQqqqqq 2 ve Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 23 Juny 1751. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent, ~) C. BOEY, Placaat van de Staaten van Holland, houdende interpretatie van den Eed door de Wynkoopers te pr testeer en. Den 7 July 1751.  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. 1045 gIe Refolutie van de Staaten van Holland, hoe¬ danig door de Wynkoopers den Impost te betaalen' yan de Wyn, die zy in hunne Tuinen of op hunnt Buitenplaatfen confumeeren. Den 9 July 1751. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren van den 1 deefer, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 17 der voorleede maand, geëxamineerd de Misfive door Scheepenen Commisfarisfen tot de zaaken van de Gemeene Middelen over Delft en Delfland, den 29 Mey laatstleeden aan haar Edele Groot Mogende gefchreeven, behelfende onder andere, dat tusfehen de Wynkoopers en den Collecteur van het Regt op de Wynen aldaar verfchil was ontftaan over het verftand van haar Edele Groot Mogende Publicatie van den 20 April deefes jaars, waar by is geftatueert, dat de Koopluiden, Factoors , Zeehandelaars en Grosfiers in Wynen, voor haare Confumtie zullen moeten betaalen een en een halve Oxhoofd, booven het geene defelve in haare Tuinen of op haare Buitenplaatfen zullen koomen te confumeeren , en in grooter quantiteit als drie Stoop teffens aldaar doen brengen, als waar van zy den Impost zouden moeten betaalen; of namentlyk , die woorden op de Wynkoopers meede applicabel waaren, dan niet, waar van de affirmative door de Wynkoopers, en de negative door den Colleéteur was gefustineert, I en by welke Misfive gemelde Scheepenen Commiffarisfen vervolgens verfoeken, dat haar Edele Groot Mog. gelieven te declareeren, of de Wynkoopers zyn gecomprehendeert onder de claufule in de voorfchreeve Publicatie vervat, dan of defelve gehouden zyn te betaalen Impost van de Wyn, die zy in haare Thuynen of op haare Buytenplaatfen confumeeren, en in geen grooter quantiteit als drie Stoop teffens aldaar doen brengen. Waar óp gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat de Wynkoopers niet gehouden zyn, om booven haar Quotifatie den Impost te betaalen van de Wyn, welke zy in haare Tuinen of op haare Buitenplaatfen koomen te confumeeren , en in geen grooter quantiteit als drie Stoop teffens aldaar doen brengen, des dat niemand voor Wynkooper zal worden gehouden, als die ingevolge van het twee en twintigfte Articul van de Ordonnantie aan den Colleéteur behoorlyke opgeevinge van desfelfs Pakhuis, Kelder of Kelders zal hebben gedaan. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in dö beide Quartieren, om daar van kennisfe te geeven daar het behoord. 32. publicatie van de Staaten van Holland, tegen het exerceeren yan de Wynkoopers neering ten platten Lande. Den 16 July 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland: Allen den geenen die deezen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Alfoo wy in ervaaringe zyn gekoomen en ons klagten zyn gedaan, dat eenige Luiden ten platten Lande zouden onderneemen de Negotie van Wynen, Brandewynen en gediftilleerde Wateren , en te exerceeren de Wynkoopers Neering, direct, ftrydende teegens ons Placaat van den 11 Augusty 1656, by het welke wy het zelve expresfelyk hebben verbooden; en dewyl het zelve niet anders kan ftrekken als tot groot nadeel en ruine van de Wynkoopers in de Steeden, dewelke wy op alle wyfe by hunne Neeringe willen handhaven en maintineeren. Soo is 't, Dat wy, daar teegens willende voorfien, by renovatie van ons voornoemde Placaat, hebben goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefen , dat in geen Dorpen of Piaatfen ten platten Lande eenige Kooplieden , Factoors van Wynen , Brandewynen of gedistilleerde Wateren, of Wynkoopers, zullen moogen zyn , en dat voor zoo verre defelve zig in eenige Dorpen of piaatfen ten platten Lande zouden moogen bevinden, zy de voorfchreeve Negotie of* Neering binnen vier en twintig uuren , .na het doen van deefe Publicatie, zullen moeten verlaaten , alles op een boete van duyfend guldens, zoo dik- en meenigwerf zy zuilen bevonden worden contrarie deefes te hebben gedaan; verbieden voorts de Gaarders of Colleéteurs van de voorfchreeve Middelen, eenige Billietten uytte geeven van Wynen, Brandewynen of gedistilleerde Wateren, dewelke zouden worden in- of uytgeflaagen door die geenen die zig als Kooplieden, Faétoors in Wynen, Brandewynen of gedistilleerde Wateren , of als Wynkoopers ten platten Lande, zouden willen gedraagen j op posne van gelyke duyQqqqqq 3 fend  I I PubHcaticn, &c. rakende dc Gemëéiié Middelen. 1047 84' Placaat van de Staaten van Holland , ten einde de Wynkoopers nader te conjlringeeren tot het afleggen van den aan hun geinjungeerden Eed. Den 14 Augustus 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen dön geenen die deefe zullen zien of hooren leezen, falut f Doen té Weeten i Dac wy met verwondering en met geen minder Ongenoegen hebben vemoomen dat, nietjegenftaande de modiflcatien by ons Placaat van den 7 July laatstleeden vastgeftek , nog eenige Wynkoopers in de Stad van Amfterdam, en allen in de Stad van Rotterdam , weygerig blyven den Eed te doen san haar by het zelve Placaat geinjungeert, en alfoo daar door die geenen dewelke als gelioorfaame Onderdanen aan onfe beveelen hebben voldaan onder zwaarder verpligtinge zouden weefen geftelt, als die geenen dié zig daar teegen koomen te verfetten, en dat ook door een verdere weygering verhinderingen en belemmeringen in de vrye Commercie zouden konnen werden toegebragt. Zoo is 't, Dat wy, met communicatie en advis van zyne Hoogheid, alle het zelve willen ie voorkomen en de vrye Commercie op alle wyfen maintineeren, hebben goedgevonden nader te ordonneeren en te ftatueeren, dat dé Wynkoopers in de Steeden Amfterdam en Rotterdam die den Eed nog niet hebben gedaan door den Gaarder of Collecteur voor Scheepenen Commisfarisfen refpeétive nader zullen worden geinfinueert om den voorfchreeven Eed als nog te presteeren, en dat die geefien dewelke op de voorfchreeve infinuatie niet zullen compareeren* of compareerende weygerig blyven den gerequireerden Eed tedoert, voor geen Wynkoopers verder zullen worden gehouden nog tot de Wynkooperyé binnen twee jaaren zullen worden geadmitteert; dog dat ten faveure van de Commercie aan defel¬ ve in qualiteyt als Factoors, Zeehandelaars en Grosfiers Billietten van inilag en uytflag gegeeven zullen worden, mits zig omtrent dé quantiteit die zy in- of uytflaan precifelyk reguleefende na de Ordonnantiën op de Wynen, Mee en Azynen, mitsgaders op de Brandewynen en Gedistilleerde Waateren gearrefteert, en op poene dat defelve $ bevonden wordende by minder quantiteit in- of uytgellagen te hebben als by defelve Ordonnansen aan Factoors, Zeehandelaars of Grosfiers is gepermitteert, en zulks de Wynkooperyé te hebben geëxerceert, zullen verbeuren een boete van twee duyfend guldens, en daarenbooven gebannen worden uyt de Provincie van Holland en Westvriesland, zoo als in meergércelt Placaat is vastgeftek , en welke actiën of calangien niet zullen verjaaren, maar ten allen tyde, naderhand wordende ontdekt, zullen kunnen worden geintenteert en daar op regt moeten werden gedaan, zoo wel als of de agterhaalinge in Jïagrantï deliito was gefchiet; beloovende daarenbooven een prsemie van duyfend guldens aan die geenen dewelke eenige Wynen , Brandewynen, Mee, Azynen° of gedistilleerde Waateren , contrarie deefe onfe beveelen üyt- of ingefiaagen, zullen agterhalén. En alzoo onfe ferieufe intentie is dat het zelve precifelyk zal worden agtervolgt, ordonneeren wy, dat hier over in geenerhandé manieren, om wat reeden het zy, zal moogeh worden gecömpofeert; En öp dat hier van niemand eenige ignorantie pretendeere , zoo beveelen wy ^ dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal worden daar het behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 14 Augufty 1751. (Onderflond) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. BOE Y. yier penningen van ieder Ton, de tiende Verhooging daar onder begreepen.; des dat daar onder niet zal zyn begreepen de Turf van haare Haardbrandj waar van zy vier ftuivers van elke Tonne zullen moeten betaalen, de tiende Verhooging daaronder begreepen , en des dat zy ook in het opdoen en confumeeren van Turf aan den Gaarder zulke kennisfe zullen moeten doen hebbên , dat alle fufpicie van fraude daar meede te pleegen mooge cesfeeren ; zullende defelve, by aldien bevonden word, dat zy met de Turf tot haare neeringe gedestineert eenige fraudes hebben gepleegt, het zy in haaren Haardbrand of aan anderen , op elke agterhaalinge vervallen in een boete van drie honderd guldens, booven de boete van dé Generaale Ordonnantie. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt, ter executie van het geene voorfchreeve is de noodige ordres te ftellen. En is Voorts goedgevonden eh verftaan j dat door de Heeren van de Ridderfchap ert verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de gemeene Middelen, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren * ten fpoedigften zal worden geëxamineert, óf* ën höedaanig foulaas aan de KoornbrandewynBraoders zoude kunnen en behooren te worden geaccordeert, en dat vervolgens de Vergadering daarop zal Wórden gediend van derfelver Confideratien en Advis.  Publicatien &c. raakende dc Gemeene Middelen. 1049 ticul der voorfz. Ordonnantie, te hebben affchry ving van het geene zy buiten 's Lands en over Zee verfenden; dat de Gecommitteerde Raaden op dat verfoek nader disponeerende, hadden gemeend geen occafie te moeten geeven, dat het voorfz. debiet, dat van importantie was, wierd gediverteert uit deefe Provincie en overgebragt in die van Zeeland, en overfulks om die byfondere reeden de voorfz. verfoeken hadden geaccordeert, met de navolgende precautien, zoo voor de Commercie deefer Provincie, als voor 's Lands Regt op de Confumtie, en fulks mits de Supplianten alle hunne Dranken die zy quamen in te flaan, gehouden waaren te koopen in deefe Provincie , en dat defelve ook onder Eede zouden belooven, gelyk door haar ook was gefchied, dat zy den Impost van al het geene zy ter confumtie binnen deefe Provincie verkogten, niet zouden fraudeeren, direételyk of indireételyk, maar defelve ten volle aan den Lande voldoen; dat naderhand met de Supplianten nog was gemaakt een fchikking, om felfs een gedeelte van 's Lands Impost te betaalen van het geene zy aan de Engelfche Scheepen debiteeren; En dat, dewyl de reedenen, waarom de voorfz. permisfie aan de Supplianten is verleend, als nog fubfiReerden, de Heeren Gecommitteerde Raaden, fchoon defelve van begrip zyn, dat, na dat by haar Edele Groot Mogende Publicatie van den 20 April 1751 aan de tappers is gepermitteert een grooter Inflag te doen als vooren, de Grosfiers ten platten Lande in de meeste Districten minder noodig zyn, en fchoon defelve ook by haare Refolutie van den 3 Augustus deefes jaars tot weeringe van alle Commercie op het platte Land hebben ver¬ klaard , dat geen affchryving aan Grosfiers en Slyters zal worden gegeeven, egter hadden geconfidereert, dat de Supplianten tot Hellevoetlluis om de hier voor gemelde byfondere reedenen van die generaale regul behoorden te blyven geëxcipieert, en mitsdien aan haar by Refolutie van den 27 Juny deefes jaars by provifie, en tot dat haar Edele Groot Mogende het zelve anders zouden gelieven goed te vinden, hadden gepermitteert den uitflag na buiten deefe Provincie over Zee, zoo als defelve door haar tot hier toe is gedaan, mits zig in alles reguleerende na de voorige Aéte van permisfie aan haar verleend, en mits door haar geen Wynen, Brandewynen of gedistilleerde Wateren binnen deefe Provincie ter Confumtie werden uitgeiiaagen in qualiteit van Koopman in Wynen, Brandewynen of Gedistilleerde Wateren, veel minder in qualiteit als Factoor, Grosfier, of Zeehandelaar, eenige inflag of uitflag van Wynen, Brandewynen of gedistilleerde Wateren van buiten deefe Provincie of binnen defelve word gedaan, op de boete en poene by haar Edele Groot Mogende voorfz. Publicatie van den id July deefes jaars daar jeegens geftatueert. Hebben haar Edele Groot Mogende zig laaten welgevallen het geene door de Heeren Gecommitteerde Raaden in dit geval is gedaan, zoodanig egter, dat het zelve niet zal kunnen of moogen worden getrokken in confequentie; en dat, meerder gevallen van die natuur voorkoomende, de verfoeken daar over zullen moeten werden gedaan aan haar Edele Groot Mogende, en aan derfelver deliberatie geheel en al overgelaaten worden. 37, Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende bepaaling, hoedanige Billietten te gebruiken by de aangeeving van het van buiten inkomende vette Vee. Den 19 Oélober 1751. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 1 deefer, waar by defelve, met byvoeging van derfelver Confideratien en Advis, aan haar Edele Groot Mog. kennisfe hebben gegeeven van een vraag, welke haar onlangs was voorgekoomen, hoedanig een Billiet by de aangeeving en ontfangst van het Regt op de Vette Beesten van buiten inkoomende behoord te werden gegeeven, dewyl zulks in de jongst gearrefteerde Ordonnantie nergens was gedefinieert. Is goedgevonden en verftaan, dat by de aangeeving van het van buiten inkoomende Vette Vee, en by de betaaling van het Regtdaar • yp geftelt, zal moeten worden gebruikt een *elyk Billiet na het getal der Beesten, als by iet aaangeeven van het Vee in het Hoorngeld noet worden betaald, en zulks. Voor een Billiet van een of twee Beesten —* . o- 2-0 Van drie Beesten >« o- 4-0 Van vier Beesten -——-— o- 6-0 Booven de vier Beesten — 0-12-0 En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt, ter executie van het geene voorfz. is de noodige aanfehryving te doen. VIII. Deel. , Rrrrir f*  PubÜcatien &c. raakende de Gemeene Middelen. ioy refumtie gedelibereerd zynde op het _|3 Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 20 April deefes jaars, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinétementen van den 8 July en 15 October 1751, geëxamineert twee Requesten aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, de eene van Deeken en Hoofdmannen van het Collegie der Apothecarisfen alhier in den Hage , en de andere van de Infpectores Collegii Medici te Amfterdam, uit naam van de Apothecars van defelve Stad, beide verfoekende aan Arme Menfehen, by het zelve Gilde op St. Nicolaas-dag gedaan wordende, zal worden gebruikt en verbakken, en dat dienvolgende de fom van vyf en tagtig Guldens vyf ftuivers en vier penningen, door het zelve Gilde in het voorleeden jaar ter dier zaake onder den Gaarder genamptifeert, aan de Supplianten zal worden gereftitueert. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt ter executie van het geene voorfchreeve is de noodige ordres te ftellen. Vrydom van het Heere- en Redemtiegeld voor haare Winkelknegts, immers en in allen gevalle dat defelve daar omtrent egaal mogten worden geftelt met de Chirurgyns, Bakkers > Bleekers en Bouwlieden; Is goedgevonden en verftaan, te perlifteeren by de Ordonnantie op het voorfchreeve Middel gearrefteert, en dienvolgende te verklaaren, dat de Apothecarisfen gehouden zyn van haare Winkelknegts het volle He eregeld te betaalen. Wordende mitsdien der Supplianten gedaa» . ne verfoek geweefen van de hand. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat de Apothecarisfen gehouden zyn van hunne Winkel-knechts het volle Heeren-geld te betaalen. Hen 29 July 1752. 49» Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost op de groene Zeep, door de Wolkammers tot hunne Traf/cq gebruikt wordende. Den 26. Augustus 1752. By refumtie gedelibéreerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekomen den 12 July laatstleeden, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement van den 10 Mey daar te voören, geëxamineert de Requeste van Deeken en Hoofdluiden van het Wolkammers Gilde binnen de Stad Leyden, om de daar by geallegeërde reedenen verfoekende, dat het haar Edele Groot Mog. goedgunftiglyk behaage aan de Supplianten te vergunnen, dat dè Impost op elke Ton groene Zeep, tot haar Handwerk benodigt en gebruikt , mooge worden geftelt op feeven guldens , het Zeegel daar onder begreepen, gelyk ten tyde van de Pagten daar van was betaald, of wel zoo veel minder als haar Edele Groot Mog. tot encouragemeht van haar Traficq en Negotie mogten goedvinden. Is goedgevonden en verftaan, tot foulaas en encouragement van der Wolkammers Traficq mits deefe te verklaaren , dat van ntt \ voortaan van de groene Zeep^ dewelke door de Wolkammers zal werden ingefiaagen, en ] tot hun voorfz. Tfafiéq gebruikt ^ ih plaats van neegen guldens agtien ftuivers, de tiende Verhooging daar onder begreepen , zal worden betaald eens feeven guldens, voor elke Ton van tweehonderd veertig pond, meerder en minder quantiteit na advenant, fonder de tiende Verhooging, des dat dezelve zig omtrent het Zeegel zullen moeten reguleeren na de Ordonnantie daar op geformeert, en mits dat de Wolkammers, die van dit foulaas zullen willen profiteeren, alvoorens voor Scheepen Commisfarisfen by Eede zullen moeten belooven : Dat zy de Zeep, die zy voor hunne Wolkammerye opdoen, en waar van voor Impost betaald word feeven guldens per Ton van twee honderd veertig ponden, nog zelfs voor eige confumtie zuilen gebruiken, verkoopen, verruilen of vereeren, nog met haar kennisfe door anderen laaten gebruiken j verkoopen of doen verkoopen ter confumtie, of gedoogen dat zulks met haar weeten gefchied. En dat die geene die van het contrarie zal S s s s s s kun™  Publicatien, &c. rakende de Gemeene Middelen. 1959 5&. Refolutie %)ande Staaten van Holland\ ivaar by aan zekere Koper -rajfinadery te Sur der dorp vrydom van hnpoj'üien óp de Brand- jlojj'en word verleend. Den 18 November 1752. By refümtie gedelibereerd zynde óp het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergade. ring ingekoomen den 25 April laatstleeden, hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den n December 1751^ geëxamineert de Requeste van James Buninghame, Koopman te Amfterdam, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. aan hem Suppliant gelieven te accordeeren vrydom van alle Impofitien op de Brandftoffen, welke hy noodig heeft tot de Koperrafinadery by hem onlangs te Sunderdorp onder de Jurisdiétie van Monnikendam opgeregt, en zulks onder zoodanige restriétien en verpligtingen, als haar Edele Groot Mog. tot weeringe van fraudes noodig zullen oordeelen. ïs goedgevonden en verftaan, dat de Suppliant, met Gpfigt tot den Turf, dewelke hy tot zyne Traflcq gebruikt, zal worden eguaal gefield met de Zoutfleders en Panneluiden, met de Steen- en Kalkbranders b Panne-, Potte - en Tegelbakkers, en dat dienvolgende aan den Suppliant zal worden gepermitteert, zoo als aan hem gepermitteerd word by deele * om van den Turf, dewelke hy tot de voorfchreeve zyne Traficq noodig heeft per Ton te betaalen eene ftuiver en zes penningen, met dien verltande, dat van de graauwe Turf, die niet vermengt is met fwarte Turf, voor twee Tonnen maar een zal worden betaald, conform het derde en tiende Articul van haar Edele Groot Mog. jongfte Ordonnantie op de Conlumtie van den Turf. Dat wyders de Suppliant, met opfigt tot de Kooien dewelke hy tot zyne voorfchreeve Traficq gebruikt, zal worden gelyk geftelt niet de Geinteresfeerdens in de Glasblafery t>p de Merwedegrond by Dordregt, en dat mitsdien aan den Suppliant zal worden geaccordeert , zoo als hem geaccordeerd word by deefe, dat hy voor ieder Hoed Kooien, welke hy tot de voorfchreeve Traficq gebruikt, in de eerfte vier jaaren, aanvang neemendé met het loopende jaar van 1752, zal betaalen tien ftuivers, in de tweede vier jaaren twintig Huivers, en na expiratie van de voorlchreeve twee vierjaarige termynen twee en dertig ftuivers fonder meer, des dat de Suppliant hem voor het overige in alles exaételyk zal moeten reguleeren na de respeétive Placaaten en Ordonnantiën, op de voorfchreeve Imposten en op die van het Zeegel geëmaneert, en in cas hy zoude moogen werden bevonden van de voorfchreeve gratie eenig misbruik te hebben gemaakt, daar door zal vervallen in de boetens en pcenaliteyten, zoo by de voorfchreeve respedive Ordonnantiën, als by het Generaal Placaat tegens de Fraudateurs geftatueert , en daarenboven ook van de voorfchreeve gratie werden verlteeken. En fpecialyk , dat de Suppliant nog desfelfs Bediendens, van de voorfchreeve Turf of Kooien niet zullen moogen gebruiken voor haar particulier, of defelve verkoopen, overdoen of vereeren, direételyk of indireételyk, onder wat fchyn of pretext het ook zoude moogen weefen, alles meede op de voorfchreeve boete en poene, en dat de Suppliant voor de betaaling van defelve boetens zal moeten inftaan voor desfelfs Bediendens, behoudens zyn regres tegen defelve. En eindelyk ook dat de Gaarders van s'Lands Impofitien, wanneer zy een/ge fuspicie zouden moogen hebben, dat van de voorfchreeve gratie misbruik wierd gemaakt, met adfiftentie van een Deurwaarder of ander publicq perfoon, in des Suppliants Lootfen, Schuuren of andere Bergplaatfen onderfoek en vifitatie zullen moogen doen na de aangegeeve Turf en Kooien, waar van de Suppliant als dan gehouden zal weefen opregte aanwyfmge te doen, op een boete van drie honderd guldens. En zal hier van Extraét worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in West vriesland en het Noorder Quartier, om te ftrekken tot derfelver narigt, en daar vari kennisfe te geeven daar het behoort. 53* Refolutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk de betaaling van den Impost op de Trfche Boter. Den 7 December 1752. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekomen den 22 ^er voorleede maand, geformeert op de Requeste van diverfehe Grosfiers in Boter bin¬ nen Dordregt, Amfterdam en Rotterdam , waarby verfoeken , dat haar Edele Groot Mog. aan de Gaarders van den Impost op de Boter gelieven te permitteeren en te ordonneeren , dat van de Yrfche Boter in het aanSsssss 2 gee-  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. 1061 voorfz. poinéten overtreedende, fubjeét zal zyn, om boven de voldoening van de geaccordeerde fomme van het Goed dat ik zonder het voorfchreeAddres zal hebben verfonden, het Waaggeld zonder tegenfeggen te betaalen en verbeuren een boete van honderd guldens, en in cas van fraude ook zal incurreeren de boetens tegens de Fraudateurs by de generaale en particuliere Ordonnan(O in te tie geftatueert. l*ï!Zhl Aétum (6) jaar en da- >■ J tuin. 55' Publicatie van de Staaten van llolland, betrekkelyk de betaaling van den Impost van de, Spaanfche Zeep. Deri 26 January 1753. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten : Alfoo tot Onfe kennisfe is gekoomen, dat tot merkelyk nadeel en verval van de Zeepziederyen binnen deefe Provincie , de Ordonnantie op de confumtie van de Zeep, met relatie tot het vorderen van den Impost van de Spaanfche en diergelyke foorten van buiten inkoomende drooge Zeep, niet na behooren werd geëxecuteert. Zoo is 't , Dat Wy, om voor te koomen dat de Impost by het eerfte Articul van onfe Ordonnantie op de confumtie van de Zeep gelegt , op de Spaanfche Zeep niet verder werde geëludeert tot ruïne van de Zeepziederyen binnen deefe Provincie , by ampliatie van bet eerfte Articul van de voorfz. Ordonnantie hebben goedgevonden en verftaan mits deefe te verklaaren, dat onder de Spaanfche Zeep is begreepen Genuafche, Marfiliaanfche, Barbaryfche, ]erufalemfche, witte en alle andere diergelyke drooge Zeep, het zy defelve van buiten 'sLands worden gebragt , of alhier in maniere van de boovengemelde drooge Zeep worden gemaakt, en dat vervolgens van alle de voorfz. drooge Zeepen , dewelke in deefe Provincie worden gebruikt, van nu voortaan alomme zal worden gevordert en betaalt een blank van het pond, en de tiende verhooging daarenboven. Dat vervolgens alle die geenen die de voorfz. Zeep inflaan of uitflaan ter confumtie binnen deefe Provincie, of defelve vervoeren, zig in allen opfigten aangaande de voorfz. drooge Zeepen zullen moeten reguleeren en gedraagen na het Generaal Placaat, de generaale Ordonnantie en de Ordonnantie, op de confumtie van de Zeep , op de poenen en boeten daar by geftatueert. Dog dat om te prevenieeren dat de buitenlandfche Commercie door het geen voorfz. is niet werde belemmert, de Koopluiden en Commisfionarisfen zullen kunnen volftaan , om van alle de drooge Zeepen die zy van buiten 's Lands koomen in te flaan, of die de een van den anderen inflaat, opregte aangeevinge te doen, en daar van te haaien een Billiet van twaalf penningen. Dat defelve Koopluiden en Commisfionarisfen, zoo ook van gelyken by den uitflag na buiten deefe Provincie zullen kunnen volftaan met aan te geeven de opregte quantiteit die zy verfenden, en daar van te haaien een gelyk Billiet van twaalf penningen op een boete van drie honderd guldens. Dat voor Koopluiden en Commisfionarisfen alleen zullen worden gehouden die geenen die niet by het pond of kleinder quantiteit zoodanige Zeepen ter fleete of confumtie verkoopen , of daar in Winkel of Neering koomen te doen. En dat de Drogisten en Kruydem'ers, die de voorfz. Zeepen inflaan, zoo tot uitflyting ter confumtie als tot verfending buiten 's Lands, zullen genieten reftitutie van den by haar betaalden Impost van die quantiteit die zy na buiten deefe Provincie zullen koomen te verfenden, mits ieder drie maanden aan den Colleéteur ter goeder trouwe en als luiden van eer by een nette Notitie opgeevende de quantiteit van de refpeétive parthyen die zy verfonden zullen hebben, met aanbiedinge van des gerequireert wordende defelve Notitie met eede te fterken. Dat wyders, om zoodanige Trafiquanten , dewelke een groote quantiteit drooge Zeepen tot haar Traficq onvermydelyk noodig hebben, in defelve hunne Traficquen niet te bezwaaren, van de voorfz. Impost op de drooge Zeepen gelegt, vry zullen blyven , de Zydeverwers, Laakendrappiers en Touwflaagers, het zy defelve drooge Zeepen direct, uyt Zee krygen of van de Koopluiden of Commisfionarisfen koomen in te flaan, mits daar van haaiende een Billiet van twaalf penningen ter Plaatfe van den inflag. En dat , tot voorkooming dat van de voorfz. vrydom geen misbruik werde gemaakt, de voorfz. Zydeverwers, Laakendrappiers en Touwflaagers niet zullen moogen eenige drooge Zeep, tot hunne Traficq en fonder Impost ingefiaagen, ergens anders toe als tot hunne voorfz. Traficq te gebruiken, te verruylen, aan anderen over te doen of te vereeren, of te gedoogen dat zulks met hunne kennisfe gefchied, alles direételyk of indireételyk , op poene dat die geenen die van het geene voorfz. is zullen worden overtuigt, zullen verbeuren een boete van duifend guldens. En dewyl by de Ordonnantie op het klein Ssssss 3 Zee-  Publicatien, &c. rakende de Gemeene Middelen. ió6$ 57- Refolutie van de Staaten van Holland, rad- kende de vrydom van*sLands Impofitien, aar 4e Diaconie-Armen vergunt zoo die in Godshuifengealimenteerd, of by anderen bef eed worden. Den 30 January 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op hét Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 25 November van het voorleede jaar, hebbende in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 23 Augufty daar te vooren, geëxamineert de Requeste van de Diaconie Armen te Westzaanen, om daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende aan hsar Supplianten in navolging van andere Godshuifen meede gelieven te verleenen Vrydom van 's Lands impofitien, en daar van te verleenen Oef roy in formd. Is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren , dat de Supplianten wanneer zy haare Diaconie - Armen doen alimenteeren in een Godshuis daar toe alleen dienende, als dan, uit kragte van her elfde Articul van het Generaal Placaat, zoo wel als alle andere zullen jouïsfeeren van den vrydom der Impofitien van alle Waaren, dewelke in het zelve Huis door de Armen zullen worden geconfumeert. Ën is verder j tot voorkooming van het misbruik dat van den vrydom aan de Armen geconcedeert zoo te Westzaanen als elders 58. TT\e Staaten van Holland en Westvriesland, JLy Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Nadien tot onfe kennisfe is gekoomen, dat, offchoon in de Ordonnantie op de Koffy en Thee worden gevonden drie Reguls, waar na de Clasfen van tauxatie buiten de Neeringdoende Luyden zyn gefchikt, en wel eetftelyk na de Ampten, Articul 2., ten tweeden na de Domeftiquen, Articul 4., en ten derden na het inkoomen, Articul 7., en zoo ook dienvolgende de te quotifeeren Perfoonen na de voorfchreeve Reguls buyten bedenken gebragt moesten worden onder de. hoogfte Clasfe waar onder zy gehooren, egter door fommigen werd gefustineert, dat wanneer zy een Domefticq houden, zy daar na in het word gemaakt, goedgevonden en verftaan tè ordonneeren, dat de Annen, dewelke in geen Godshuifen worden gealimenteert, maar by andere hefteed, met opfigt tot den Impost op het Gemaal per Ploofd zullen jouïsfeeren van den Impost tot een Zak Tarwe of een en een vierde Zak Rogge Haagfche Maat voor een geheel Hoofd, het zy dat de Diaconen het Brood zelfs leeveren, of dat die geenen, by wien defelve befteed zyn defelve Armen op haar Quotifatie of groot Billiet opgeeven, en met opfigt tot den Impost op de Turf, van tien Tonnen Turf voor ieder Hoofd in het jaar , mits de Diaconen den Turf op haar naam opdoen, en defelve aan die geenen, by wien de Armen befteed zyn, leeveren, en dat voor het overige geen Armen zullen moogen worden befteed voor een zeekere quantiteit van andere ImpostfabjecleWaaren, het zy groot of klein, direct of indireil, ten zy de Impost daar van worde betaald. En word der Supplianten verder of ander verfoek geweefen van de hand; en de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt ter executie yan het geene voorfz; is de noodige ordres te ftellen. Koffy- en TheegeJd alleen kunnen eh moeten werden getauxeert op vier guldens, fchoon zy na haar inkoomen tot een hooger Clasfe gehooren, en op fes guldens getauxeert zouden moeten werden: Zoo is 't , Dat wy, tot voorkooming van de voorfchreeve captie , en tot introductie van een eguale practyk dien aangaande, hebben goedgevonden en verftaan, mits deefe by elucidatie van de Ordonnantie op de Koffy en Thee te verklaaren, dat alle die geenen die buyten Neeringdoende Luyden in het Koffy ■ en Theegeld tauxabel zyn, haar moeten opgeeven en getauxeert worden in de hoogfte Clasfe waar onder zy gehooren j het zy uit hoofde van haar Ampt of Dienstbooden of inkoomen, zoo dat die geene die een Dienstboo- de Publicatie van de Staaten van Llolland, houdende verklaaring, dat de geenen, die in ket Koffy - en Thee - geld tauxabel zyn, zig moeten opgeven in de hoog fe Clasfe, waar onder zy gehooren. Den ^January 1753.  6b. Publicatien &e. makende de Gemeene Middelen. 1065 kefolutie van de St aaien van Holland, houdende Auélorifatie op Gecommitteerde Raaden , om den Impost van iwaalfftuivers op de Ton Zeep voor vyf jaaren in admodiatiede geven. Den 9. Maart 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekoomen den 23 January deefes jaars, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal .van den 25. November van het voorleede jaar, en verfcheide Appoincftementen, geëxamineert de Requesten van de refpeétive Zeep-Zieders binnen deefe Provincie , alle om reedenen daar by geallegeerd verfoekende, den Impost van de tvvanlf ftuivers op de Tonne Zeep voor een andere termyn van Jaaren, ingaande met den 1. January deefes jaars , te moogen hebben in Admodiatie. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren mits deefe te authorifeeren , om ieder voor zoo veel hen aangaat den voorfchreeven Impost van twaalf ftuivers op de Tonne Zeep op den zelfden voet en conditiën ^ als waarop zulks by haar Edele Groot Mogende Refolutie van den ij. Eebruary 1750. voorden tyd van drie Jaaren is gefchied , weeder in i Admodiatie te geeven voor den tyd van vyf jaaren, ingegaan met primo january 1753, voor de hier navolgende fommen: ZUIDER QUARTIER. Aan de Zeep-Zieders van Dordregt voor _ ƒ 676-10-0 6u Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het Kofy- en Theegeld moei worden betaald ook wegens Dienstboden, die Kostgeld gemeten. Den 10 Maart 1753. De Staaten van Holland en Westvrieslahd, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten : Alfoo tot onfe kennisfe is gebragt, dat door eenige Perfoonen in fommige Steeden werd gefustineert, dat. voor Koetfiers, Lyfknegts en andere, dewelke notoirlyk eygentlyke gefegde domeftique Dienstbooden zyn, het Coffy- en Theegeld niet moet werden betaalt wanneer defelve Kostgeld genieten: Zoo is 't, Dat wy, zoo tot introductie Van een egaale pracfyk, als tot voorkooming van het declin van het voorfcheeve Middel, dien aangaande hebben goedgevonden en ver¬ ftaan te verklaaren, zoo als wy verklaaren mits deefe, dat eygentlyk gefegde Dienstbooden, die in geftadige Dienst.en Kost zyn of die Kostgeld genieten, waar voor het volle Heere geld moet worden betaald, in het Middel van Koffy en Thee moeten worden aangegeeven , en daar voor het Coffy- en Theeveld betaald, ten zy die geenen die Kostgeld^ge* nieten uyt hun eygen hoofde in het zelve Middel zyn aangeflaagen en gequotifeert. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere , begeeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks te gefchieden gebruykelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 10 Maart 1753. (Önderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekentf) % TTTT C. BOE Y_ vin- deel, Tttttt Rel Aan die van Haarlem — looo- o-ö Aan die van Delft —— 495 - 0 - o Aan die van Leyden — 990-0-0 Aan die van Amfterdam 7348- 0-0 Aan die van Gouda — 1100- 0-0 Aan die van Rotterdam 2750- 0-0 Aan die van Gorinchem 280- o-d NOORDER QUARTIER. Aan die van Alkmaar voor ƒ 368 -10-0 Aan die van Hoorn «—. 0.0 Aan die van Enkhuifen 115- 0 o Aan die van Edam ~-— 097 - 0-0 Aan die van Monnikendam 297- 0-0 Aan die van Medenblik — 150-0-0 Aan die van Purmerende 297 - 0-0 Alles met de tiende Verhooging daar onder begreepen, en onder die mits en conditie, dat door dezelve Zeep-Zieders de voor- 1 fchreeve fommen , ten Comptoiren , waaronder zy gehooren, zullen worden betaald I met een geregte vierdepart van drie tot drie maanden, op pcene van parate executie. En is voorts goedgevonden en verftaan * mits deefen te verklaaren, dat het Formulier van den Eed , zoo als het zelve voor de Zeep-Zieders by de voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 11. February 1750. is gearrefteert, zonder verandering gearrefteert zal blyven.  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen* 1067 leen Broodbakkers en geenfins PastybakkersKnegts worden verftaan , en dac vervolgens van de Pastybakkew Knegts en Meiden het volle Heeregeld moet worden betaald. En zal daar van Extraét. worden gefonden aan de tleeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren , om ter executie van dien de noodige ordres te ftellen. 64. Publicatie van de Staaten van Holland, tot verbetering van een Druk-fout in het 30 Art. der Ordonnantie op de Wynen. Den n Mey 1750. De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen ; falut, doen te weeten, dat by ons in agtinge zynde genoomen , dat in het dertigfte Articul van de door ons jongst gearrefteerde Ordonnantie op de Wynen een Drukfout was begaan, en dat daar in plaatfe van het neegen en twintigfte het agt en twintigfte Articul hadde moeten zyn aangehaalt geweest, en dat daar uit eenige abuifen zyn gerefulteert. Zoo is 't, dat wy, tot wegneeminge van alle verkeerde bevattingen des aangaande , hebben goedgevonden en verftaan te declareeren , zoo als wy declareeren by deefe , dat de woorden op een boete als in Articul neegen en twintig, welke in het dertigfte Articul van onfe hier boovengemelde jongst gearrefteerde Ordonnantie Op de Wynen voorkoomen , by Drukfout zyn geftelt, en dat daar geleefen moet worden op een boeten als in; Articul agt en twintig, fonder dat egter onder het woord boete de fuspenfie van Nee^ ring voor een jaar zal worden verftaan daar onder meede begreepen te zyn , en des dat de voorfchreeve boete niet eerder zal plaatfe hebben of geëxecuteert werden als na verloop van veertien daagen na het doen van deefe Publicatie. En op dat een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zegel van den Lande den 11 Mey 1753. (Onderflondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) C. BOEY. Refolutie van de Staaten van Idolland, tot vermindering van den Impost op de Kooien, 'in zekere Tzer - gieteryen gebruikt wordende. Den 12 Mey 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 14 November 1752, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 16 Augusty daar te vooren, geëxamineert de Requeste van Sara Obbens, weduwe van Abraham van der Valk, Koopvrouw binnen de Stad Amfterdam , mitsgaders van Johan Frederik Hofman, Koopman te Rotterdam, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende op of na het voorbeeld van andere Fabriquèn aan de Supplianten gelieven te accordeeren een vermindering van den Impost van de Kooien, die zy tot haare Yfergietery- en noodig hebben, en overfulks dat zy de vier eerstkoomende jaaren zullen moogen volftaan met de betaaling van tien ftuivers van ieder hoed, de volgende vier jaaren twintig ftuivers van ieder hoed, en na de expiratie van agt jaaren twee en dertig ftuivers van ieder hoed, en dat alles onder zoodanige voorfieningen en restriétien als haar Edele Groot Mogende noodig zouden oordeelen; Is goedgevonden en verftaan, aan de Sup • plianten toe te ftaan, dat zy voortaan voor ieder hoed kooien tot haar Yfergieteryen gebruikt wordende , in de eerfte vier jaaren zullen betaalen tien ftuivers, in de tweede vier jaaren twintig ftuivers, en na de expiratie van die twee vierjaarige termynen zoo lange het Tttttt 2 feclufif  Publicatien, &c. raken desfelfs gequalificeerde, indien zy daar by prefent zouden willen zyn , door gefwoore Koolmeeters zullen zyn gemeeten. Dat de Suppliant, onder wat proetext het ook zoude moogen weefen, geen Kooien zal moogen inllaan of opdoen voor of na des Sonsop- en ondergaan, als in gevallen van de uitterfte noodfaakelykheid, en als dan ook niet, dan met fpeciale kennisfe en toeflemming van den Colleéteur. Dat de Suppliant, nog desfelfs Bediendens defelve Kooien niet zullen moogen opflaan om te gebruiken in haare particuliere Huishoudingen, of defelve aan iemand moogen overdoen , direételyk of indireételyk, onder wat fchyn of pnetext het zoude moogen weefen, alles meede op de voorfz. boeten , en dat de Suppliant voor de betaaling van defelve boeten zal moeten inllaan voor de Gemeene Middelen. 1069 desfelfs Bediendens , behoudens zyn regres op of tegen defelve. En dac laatstelyk de Suppliant ook gehouden zal zyn, om aan den Colle&eur van den voorfz. Impost, wanneer defelve, het zy uit de groote quantiteit, welke als tot de voorfz. Fabricq noodig zoude moogen worden aangegeeven , het zy uit andere fuspe&e omflandigheeden, gegronde fuspicie zoude moogen hebben, dat van de voorfz. gratie misbruik word gemaakt, in zulken geval aan den Colleéteur op desfelfs requifitie te doen behoorlyke en pertinente aanvvyfmg van de door hem aangegeeven quantiteit, en ook gedoogen , dat de Colleéteur met een Deurwaarder of ander publicq Perfoon geadfifteert, in de Lootfen , Schuuren of andere Bergplaatfen zal moogen doen behoorlyk onderfoek en vifitatie. «57. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het woonen van Branders of Distillateurs met Grosfiers of Slyters of Tappers in één Huis of naast malkanderen. Den 15 Mey 1753. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deeze zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten, dat wy in agtinge hebbende genoomen, dat by het elfde Articul van de jongst gearrefteerde Ordonnantie op de Brandewynen en opgevolgde Publicatie van den 11 February 1750, wel is geftatueert, dat geen Koopman of Faétoor, of Slyter, nog Tapper moogen woonen in een Huis, nog in Huifen naast malkanderen ftaande, of welkers Erven met den anderen correspondeeren; en voorts in het dertigfte Articul van de voorfz. Ordonnantie, dat geen Flesfiaan mag woonen in een Huis daar te gelyk een Brander, Gromer of Slyter, Tapper of Herbergier in woond, of in een Huis daar naast ftaande of met het zelve correspondeerende, dog dat het zelve gevaar uit het woonen van Branders of Diftillateürs met Grosfiers of Slyters of Tappers in een Huis of naast malkanderen zynde te dugten, egter daar tegens in de boovengemelde Ordonnantie op de Brandewynen geen uitdrukkelyk verbod gevonden werd. Zoo is 'x, dat wy ook daar inne willende voorfien en dergelyke geleegentheid van fraudes voorkoomen, hebben goedgevonden en verftaan nader te ftatueeren, zoo als wy fta- tuereen by deefe, dat geen Brandewynbrander of Diftillateur met een Groffier zal moogen woonen in een Huis of in Huizen naast malkanderen ftaande , of welkers Erven met den anderen correspondeeren, het zy van ter zyde of van agteren, op een boete van drie honderd guldens en remotie van de Neering als Grosfier of Slyter of Tapper, zoodanig egter dat die geenen die jeegenwoordig binnen de voorfz. bepaaling zouden moogen werden gevonden, zoo lange de voorfz. Neering by continuatie, zonder tusfchenkomst van eenige andere Neering, daar in word geëxerceert, daar van zullen weefen geeximeert, mits daar van aan den Gaarder kennisfe geevende binnen den tyd van veertien dagen na het publiceeren deefes, op pcene van het eftëét van deefe gratie te zullen verliefen, en dat de Gaarder daar op ook zal moeten vigileeren, dat zulks buiten de Perfoonen, die zig in voegen voorfz. zullen hebben aangegeeven, in het vervolg niet meer koome te gefchieden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, ordonneeren en gelasten wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar zulks behoord en te gefchieden gebrukelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het Klein Zeegel van den Lande den 15 Mey 1753. (Onderftondf) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) C, BOEY. Tttttt 3 Re-  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. 1071 er ftond vier Stoop Amfterdamsch; houdende de voorfchreeve Misfive verder de reedenen, welke toe justificatie van de voorfchreeve practycq konden dienen, en dat, dewyl tot bevordering van een beftendige egaliteit JNJctte en Specifique uitgereekende Lysten van den Impost op de Wyn, Mee, Azyn en fterke Dranken, met byvoeging van de Zeegels die tot ieder quantiteit vereischt worden, binnen korten gedrukt en alomme aan de Gaarders gedistribueert zouden worden, zy Heeren Gecommitteerde Raaden van gedagten waaren , dat haar Edele Groot Mogende by Refolutie zouden dienen te verklaaren, of haar Edele Groot Mogende de voorgemelde prac- 70. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland; Alle de geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: dat wy, op de prefumtie die ons voorgekoomen is, dat een groot aantal van In - en Opgezeetenen van het Land van Arkel, booven die geene die door de aanhaaling van hun Vee van gepleegde fraude reeds zyn overtuigt, haar niet opregtelyk in de aangeeving van hun Vee by de laatfte befchryving in het Hoorn-en Oirgeld, mitsgaders in het Koehouders en Familie Zoutgeld zouden hebben gedraagen, hebben goedgevonden, om (pngepraejudicieert het vervolg van den Drosfaard 'sLands van Arkel, teegen die geene wiens verf weege Vee reeds isaangehaalt) alle en een ieder door deefe te waarfchouwen , zig in het toekoomende by het doen der befchryvinge van de voorfchreeve Middelen , zoo wel als by de befchryving van het Quotifatie Gemaal, dewelke eerftdaags ftaat te gefchieden, zorgvuldig te wagten van eenig Vee of Perfoonen, die zy by het doen der befchryvinge volgens de Ordonnantie verpligt zyn op te geeven, te verfwygen of ag- tycq, welke nu ruim drie jaaren is gehouden geweest, approbeeren, en of in het gemelde zesde en zeevende Articul het woord Dordsck verkeerdelyk gedrukt is voor het woord Amfterdamsch , of niet. Is goedgevonden en verftaan, de voorfchreeve pradtycq te approbeeren, en dienvolgende dat defelve in het vervolg meede zal blyven geobferveert en gevolgt; en dat in het gemelde zesde en zeevende Articul het woord Dordsch verkeerdelyk is gedrukt voor het woord Amfterdamsch. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt ter executie van dien de noodige ordres te ftellen. ter te houden, en ter contrarie alle en een ieder door deefe fcherpelyk te gelasten, om die opgaave, het zy van Vee of Perfoonen, by het doen der befchry vingen, het zy in het Hoorn-en Oirgeld, Koehouders - of Familie Zoutgeld, hetzy in de quotifatie van het Gemaal, opregtelyk en na waarheid te doen, en zig van alle fraude te onthouden, op pcene dat niet alleen teegen de Fraudateurs met het uiterfte rigeur fonder eenige conniventie of verfchooninge zal worden geprocedeert, maar dat wy ook daarenbooven van de gepleegde en ontdekte fraudes kennisfe zullen geeven aan haar Edele Groot Mog., en (zoo veel in ons is) zorge zullen draagen, dat de onlangs geaccordeerde gratiën, als aan onwaardige en ongehoorfaame Onderdaanen verleent, door den Souverain werden ingetrokken. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, gelasten wy, dat deefe alomme in den Lande van Arkel zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe alwaar men aldaar gewoon is publicatie en affixie te doen. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden yan Holland, ten einde zig hy het doen der befchryyin gen óf opgaayen opregtelyk en zonder yerzwyginge te 'gedragen. Den 2 July 1753. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 2 July 1753. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekentf) A. van der STRATEN.  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. ion voor impost van het Brandhout in plaatfe van agtien ftuivers de Vaam en de tiende Verhooging daarenbooven , te betaalen neegen ftuivers behalven de tiende Verhooging; js goedgevonden en verftaan, dat alle de Platteel - en Teegelbakkers binnen deefe Provincie voortaan zullen kunnen volftaan met voor Impost van het Brandhout té betaalen tien ftuivers per Vaam en de tiende Verhooging daarenbooven. En zal hier van Extraét worden gefondeft aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in dé beide Quartieren, om daar van kennisfe te geeven daar het behoord. 73. Refolutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 8 Art. van de Ordonnantie Op de Turf'en Kooien. Den 7 July 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 10 Mey laatstleeden, waar by zy aan haar Edele Groot Mogende kennisfe hebben gegeeven van het verfchil tusfehen de Bakkers en de Gaarders van het Regt op de Turf en Kooien in verfcheide Steeden en Dorpen ontftaan over het regte verfland van het Woord Mot, in het agtfte Articul van die Ordonnantie voorkoomende, en dat uit dat verfchillend begrip een zeer groot onderfcheid m de betaaling van 's Lands Regt ontftond, nadien ide eene Gaarder niets vorderde van defelve fpecien die de andere Mot noemt, en waar van hy volgens het voorfchreeve agtfte Articul de helft der waardye voor 's Lands Regt deed betaalen ; en waar by de Heeren Gecommitteerde Raaden om die en verdere reedenen by de Misfive geallegeert in bedenken geeven, of niet door haar Edele Groot Mogende dien aangaande een nadere verklaaring behoorde te worden gedaan. Is goedgevonden en verftaan, tot interpretatie van het agtfte Articul van de Ordonnannantie op de Turf en Kooien mits deefe te verklaaren, dat onder de Woorden van Riet, Zaagfel, Mot en Doppen, moet worden verftaan allerley Brandftof zonder onderfcheid, waar meede de Bakkers hunne Ovens ftookën, uitgefondert alleen Turf en Kooien, Brandhout en Takkehosfen, en dat derhalven de Gaarders van dit Middel zullen verpligt zyn de helft van de waarde van alle die Brandftoffen te ontfangen en aan het Gemeene Land te verantwoorden. En zal hier van Extraét worden gefonden aan de Heeren Gecommittteerde Raaden in de beide Quartieren , om ter executie van dien de noodige ordres te ftellen. 74, Publicatie van de Staaten van Holland, waar by bepaalt word, hoedanig de Run moet betaalen in het recht van de Ronde Maat. Den 3 Auguftus 1753- De Staaten van Holland en West vriesland; Allen den geenen'die deefé zullen zien of hooren leefen falut; Doen te weeten: Nadien wy in ervaringe zyn gekoomen, dat in de bereekening van een Hoed gemaale Run, waar by defelve volgens het eerfte A^ tieul van de Ordonnantie op de Ronde Maat moet aangegeeven worden, een zeer inegale voet werd gehouden: Zoo i s 't , dat wy daar jeegens willende voorfien, ter bevordering van den egaalen ophef van het boovengemelde Middel ten opfigte van de Run, hebben goedgevonden en ver¬ ftaan te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by* deefe, dat voortaan de Run zal betaalen in het Regt van de Ronde Maat, conform het eerste Articul van de Ordonnantie op de Ronde Maat , en dat ieder Hoed zal worden gereekent op twaalf honderd ponden. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. .Aldus gedaan in den Hage onder het ktein Zegel van den Lande den 3 Augufty 1753. (Onderftond f) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) C . BOE Y. VIII. Deel. Vvvvvv ?u-  Publicatien &c raakende de Gemeene Middelen, 1075 11% Auélorifatie van Gecommitteerde Raadett van Holland op de Gdarders onder het Diftricl der Stad Dordrecht om by alle In-en- Opgezetenennaar de Impost fuspecle goederen onderzoek te doen. Den 10 December 1753. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, geinformeert zynde, dat 'er groote fuspicie is, dat de Ingezeetenen deefer Provincie welke het mafte grenlèn aan het Reslbrt van de Generaliteit en andere vrye Piaatfen, nietteegenftaande aan veele van defelve is gegeeven mitigatie of vermindering yan Impost over de onbefchreeve Middelen, zig niet en ontfien om by avond en ontyden, Waaren en Goederen , Impost fubjeét, uit het Diftriét en Resfort van de Generaliteit en andere vrye Piaatfen op een frauduleufe wyfe in haare Huyfen en Schuuren binnen deefe Provincie te haaien, en daar door het gemeene Land in zyn Finantien merkelyk te verkorten; en geilen hebbende haar Edele Mogende voorige dispofkien, waar by haar Edele Mogende de respeétive Impostmeefteren in der tyd hebben verleent Aéte van onderfoek by alle de In - en Opgezeetenen in de voorfz. Diftriéten: hebben na deliberatie by de^fe goedgevonden en verftaan, de Gaarders van des gemeene Lands Middelen , en alle die geenen welke door haar Edele Mog. tot de recherche zyn gequalificeert onder het Diftriét der Stad Dordrecht, met opfigt tot den Overwaterfchen Ring en in de Langftraat, door deefe by provifie te authorifeeren, omme, mits geadfifteert volgens het twaalfde Articul van de Generaale Ordonnantie, by alle de In-en Opgezeetenen, in en onder de voorfz. Diftriéten woonagtig, op fuspicie van fraude met alle difcretie en moderatie onderfoek te moogen doen na het Brood, Meel, Vleefehj Spek* Bier* Wyn, Brandewynen en gediRilleerde Wateren, Zout, Zeep en verdere Speciën, Impost fubjeétj welke zy in haare Huifen of Kelders zonder betaaling van 'sLands Imposten zouden moogen hebben opgeflaagen, met last aan de voorfz. In-en Opgezeetenen, dat zy (des gerequireert) zullen hebben te declareeren en op te geeven aan wien het voorfz. Brood, Meel, Vleefch, Spek, Bier, Wyn, Brandewynen gediftilleerde Waateren, Zout, Zeep en verdere Goederen of Waaren, Imposten fubjeét > welke by het doen van het voorfz. onderfoek door de Gaarders, Opfigters of Cherchers, geadfifteert als booven, zouden moogen werden gevonden, is toekoomende, als meede dat de Bakkers aan de Gaarders, Opfigters of Cherchers zullen hebben te vertoonen, en des noods te geeven vifie van de Quotifatie - Billietten die zy van haare Calanten onder haar zyn hebbende, of wel te vertoonen de Kerfftokken, waar op aangeteekent ftaat het Brood aan de Gequotifeerdens by haar van tyd tot tyd geleevert, op poene van by weigering van dien te zullen incurreeren de boeten daar teegens by de refpeétive Ordonnantiën geftatueert, des dat het voorfz. onderfoek niet zal moogen gefchieden als op gegronde fufpicie van fraude en met alle moderatie en difcretie; en dat de Gaarders, Opfigters of Cherchers, in cas bevonden zouden moogen werden van deefe een vexatoir gebruyk te hebben gemaakt, zonder conniventie zullen werden geftraft, zoo als bevonden zal werden te behooren. (JVas geteekent,) A. van der STRATEN. V v v v v v 2 Auc~ Gedaan in den Hage deefen 10 December 1753. (Onderjlond,') Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden, honderd ponden, een Zeegel van neegen ftuivers. En booven de twee honderd ponden een Zeegel van twaalf ftuivers. 22n op dat niemand hier van ignorantie pre- Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 2 November 1753. (Onderftond^ Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) C. BOE Y. tendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebmykelyk is.  Publicatien &c, raakende de Gemeene Middelen tm-r Is goedgevonden en verftaan, tot elucidatie van het een en twintigfte Articul van de Ordonnantie op de Wynen, en van de elfde en twaalfde Articulen van de Ordonnantie op de Brandewynen te verklaaren, dat de Weduwen van die geenen, welke de gemengde qualiteiten in de voorfchreeve Articulen gemelt hebben geëxerceert, daar in tot hertrouwen toe moogen continueeren, maar dat defelve weeder koomende te hertrouwen van het voorfchreeve voorregt zullen vervallen, behoudens egter dat de Weduwen van zoodanige Perfoonen welke reeds hertrouwt zyn en de voorfchreeve gemengde qualiteiten als nog aétueelyk exerceeren j haar leeven lang gëduurende daar in zullen moogen continueeren. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om ter executie van dien de noodige ordres te ftellen. °0i , Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het ger afineer de Zout, aan de Haringbuizen geleevert wordende, van het Recht van de Ronde Maat word vry gefteld. Den 12 February By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden , ter Vergadering ingekoomen den 2.1 September van het voorleeden jaar, gefor • meert ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 8 February 1753, waar by zy verfogt waaren om een finaal Advis aan haar Edele Groot Mog. te laaten toekoomen op het verfoek door Wouter en SeVerin van der Kloot, mitsgaders Jacobus Verbeek en Perfoons, Keetmeefteren te Rotterdam en Delfshaaven, op den 14-November 1752, aan haar Edele Groot Mogende by Requeste gedaan, tendeerende ten einde haar Edele Groot Mogende zouden gelieven te verklaaren, dat de refpeétive Supplianten omtrent het gerafmeerde Zout, dat door hun uit hunne Keeten aan de Buyfen ten Haaring vaarende in Tonnen word geleeverd, zullen genieten defelve vrydommen en immuniteiten, particulier ten opfigte van het regt van de ronde Maat, als zy van ouds zouden hebben genooten; en dat haar Edele Groot Mogende den Officier der Stad Rotterdam zouden gelieven te gelasten, om van de procedures by hem teegens de twee eerfte Supplianten voorScheepenen Commisfarisfen der Stad Rotterdam over het verfenden van zoodanig Zout als voorfchreeve is, zonder volgens het tiende Articul van de Ordonnantie op het Confumtie Zout gemeeten te zyn, geëntameert, aftezien eri die te laaten vaaren; Is goedgevonden en verftaan, dat zoo lange de Scheepen van de Groote Visfcherye en Haaringvaart zullen blyven jouïsfeeren van de vrydom en exemtie van des Gemeene Lands Imposten aan defelve by Refolutie van den d Mey 1750. geaccordeert, het gerailleerde Zout , het welk uit de keeten aan de Buyien ten Haring vaarende in Tonnen geleeverd word, het Regt van de Ronde Maat of de Meeting, zoo als die by het tiende Articul van de Or- . donnantie op het Confumtie Zout is geordonneert, niet fubjeét zal zyn. En wyders den Officier der Stad Rotterdam te gelasten, zoo als defelve gelast word by deefe, om van de procedures door hem ter zaake voorfchreeve tegens de twee eerfte Supplianten voor Scheepenen Commisfarisfen der Stad Rotterdam geëntameert, aftefien en defelve te laaten vaaren. En zal hier van Extraét werden gefonden aan de fleeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren , om ter executie van de bovengemelde generaale ordre de noodige aanfchryvinge te doen. Gelyk meede hier van Extract zal worden gefonden aan den Officier der Stad Rotterdam, om zig daar na te reguleeren. VVWVY 3 Pu- neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, geëxamineert een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden van denfelven datum, waar by verfogt hebben, dat haar Edele Groot Mogende zouden gelieven te termineeren twee vraagen j aan haar voorgekoomen omtrent de permisfie by het een en twintigde Articul van de Ordonnantie op de Wynen, en de elfde en twaalfde Articulen van de Ordonnantie op de Brandewynen, gegeeven aan die geenen die ten tyde van het arrefteeren van die Ordonnantiën daar van in posfesfie waaren, om derfelver leeven lang gëduurende de gemengde qualiteiten in die Articulen gemelt, te gelyk te moogen blyven exerceeren, namentlyk eerst, of by overlyden van zoodanig een Perfoon desfelfs Weduwe van dat voorregt moet blyven jouïsfeeren, en ten anderen, of defelve hertrouwende egter daar in mag continueeren:  Publicatien, &c. rakende de Gemeene Middelen. 1070 83, Pubhcatte van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk het aangeeven en gebruiken van Graan tot voeding of mesting van Fee. Den 4 April Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 4 April 1754. (Onderpion df) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,") C. BOEY. te verklaaren, dat van de Styffet, Brood, Bifchuit en Meel, welke volgens het derde Articul der Ordonnantie op het Gemaal van buiten in deefe Provincie zal ingebragt worden , eeven het zelfde Zeegel en in defelfde Clasfen zal moeten worden gebruikt, als by Refolutie van den 2 November 1753 omtrent de Koek geftatueert is, en dus Boven de vier tot tien Ponden een Billiet van ƒ o • o • 12 Van tien tot dertig Ponden een Zegel van 0:2: o Boven de dertig tot zestig Ponden een van öi'A.*. o Boven de zestig tot honderd Ponden een van 0.6: o Boven de honderd tot twee honderd Ponden een van ö: o: o En boven de twee honderd Ponden een Zeegel van 0:12:0 En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt, ter executie van het geene voorfz. is de noodige ordres te ftellen. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: Alfoo tot onfe kennisfe zyn gekoomen de quade praétyequen, welke in verfcheide Diftriéten werden gepleegt ontrent het aangeeven van Rogge en ander Graan tot mescing van Vee of Hondenbrood, als meede door het opkoopen van groote quantiteiten van Zeemeien door Bakkers: Zoo is 't, dat wy tot weeringe van zoodanige nadeelige praétyequen hebben goedgevonden en verftaan te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren door deefe; Eerftelyk, dat die geenen, welke bevonden zullen worden de aangeeving van de qualiteit of quantiteit van het Graan, het zy tot voeding of mesting van Vee, of tot Hondenbrood , niet na waarheid gedaan te hebben, , zullen vervallen in een boete van drie honderd | guldens. Ten tweeden, dat alle de Moolenaars die | mesting Maaien, als meede der zei ver Knegts gehouden zullen zyn, om als 'er geen Cher- 1 cher aan de Moolen is, het Graan tot mes- • ting aangegeeven en door hun tot mesting gemaalen, te vermengen met zoo veel Zand of Aarde, als in het vierde Articul van onfe jongst gearrefteerde Ordonnantie op het Gemard aan de Cherchers gelast is, op een boete van twee honderd guldens, en daarenboven te zullen worden verklaart meineedig, eerloos en infaam, en dat dienvolgende de voorfz. Moolenaars en derzelver Knegts, welke den Eed agter onfe Ordonnantie op het Gemaal geprefcribeert, reeds hebben afgelegt, binnen een maand na de Publicatie deefes, ter prefentie van den Gaarder of Colleéteur van het Gemaal van de Plaats, alwaar, of waar [onder de Moolen is ftaande, op den eed by haar gedaan zullen moeten aanneemen en beloven het navolgende: Dat ik, wanneer 'er geen Chercher aan myn Moolen is , het Graan dat tot Mesting is aangegeeven, en door my tot Mesting gemaalen word, zal vermengen met zoo veel Zand of Aarde, als by het vierde Articul van de Ordonnantie bepaalt is. En dat de nieuw aankoomende Moolenaars en Knegts den Eed agter de Ordonnantie voorkoomende, zullen moeten afleggen, met byvoeging van de boovenftaande woorden, wordende het Formulier, agter de Ordonnantie gefteld, daar meede geamplieert. En ten derden, dat geenerlei Bakkers, het zy Brood-, Koek- of Bifchuitbakkers , nog Koornmoolenaars , eenig Graan tot voeding of mesting van Vee , of tot Hondenbrood ter Moolen zullen mogen doen, of van andere Zeemeien, of eenige Mesting in haar Huis zullen mogen inllaan, onder wat pretext het ook zyn mag, beide op een boete van vyf honderd guldens. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen.  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. ruimt zal hebben dit Billiet te haaien, als voor den geenen die het zelve voor den opllag niet zal hebben vertoond, van honderd guldens. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daarna reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 9 April 1754. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. B O E Y. 86. Publicatie van de Staaten van Holland, tot correclie van Drukfauten in de Ordonnantie op de Ronde Maat. Den 9 April 1754. Tp^e Staaten van Holland en Westvriesland; JLJ Allen den geenen die deefe zullen zien ot hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo tot onfe kennisfe is gekoomen de inegale pra&ycq, welke door ingelloope drukfauten in onfe Ordonnantie op het Regt van de ronde Maat werd gehouden omtrent de invordering van het Regt van de ronde Maat van de Erweten en Boonen. Zoo is 't, datwy, daar jegens willende voorfien, tot wegneeming van alle verkeerde bevattingen dien aangaande, hebben goedgevonden en verRaan, mits deefen te verklaaren , dat in het eerfte Articul van de jongst by ons gearrefteerde Ordonnantie op de ronde Maat, met opzigt tot de belasting op de Erweten en op de Boonen, in de CytTerletters een drukfautis ingelloopen, en dat aldaar in plaatfe van f-1 - 8 - 8 moet werden geleefen ƒ 1 - 2 - 8, en in plaats van/o -15-1/0-15-0', en dat voortaan conform deefe correclie het Regt van de ronde Maat voor de Erweten en Boonen alomme zal werden gevordert en betaalt , en de tiende verhooging daarenbooven. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemant daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert, en geaffigeert daar zulks behoord, en te ge- Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 9 April 1754. (Onderplondp) Ter Ordonnantie van de Staateii. (JVas geteekent,) C. BOEY. 87. Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van Art. 17 en 28 der Ordonnantie op 't Gemaal. Den 10 April 1754. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Nadien wy in ervaringe zyn gekoomen, dat een onderfcheide en verfchillend begrip van eenige §§ van de zeeventiende en agt en twintigfte Articulen van onfe jongst gearrefteerde Ordonnantie op het Gemaal werd gemaakt. Zoo is't, dat wy, zoo tot gerustheid van de Bailliuwen en Officieren, als tot volVIII. Deel. koome onderrigtinge van onfe Ingezeetenen, daar jegens willende voorfien, hebben goedgevonden en verftaan, mits deefe nader te verklaaren, Voor eerst, dat de boete of verbeurte vart honderd guldens, waar van in het zeeventiende Articul van onfe jongst gearrefteerde Ordonnantie op het Gemaal § Niemand zal, gefprooken word, te verftaan is, en werken moet ten reguarde van den Aangeever of zenXxxxxx der  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. 1083 89' Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende vrydom van diverfe s' Lands Lasten ten behoeven van zeker Hofje, door Gysbert de Leng te Dordrecht ge/licht. Den 14 Mey 1754. By remmtie gedelibereerd Zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 10 der voorleedene maand, hebbende ingevolge en toe voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 3 Augufty 1753» geëxamineert de Requefte van Gysbert de Leng, Burger en Inwoonder der Stad Dordregt, te kennen geevende, dat hy in den jaare 1753 hebbende gekogt een zeer oud en vervallen Huis, ftaande en geleegen binnen de Stad by de Stads Vesten, het welk op het Quohier der Verpondingen onder N°. 2649 was aangeflaagen met vyftien Guldens, hetzelve Huis hadde doen af breeken, en voorneemens was om op het zelve Erf te ftigten een Hofje van zestien wooningen voor oude behoeftige Vrouwen, en nog vyf a zes wooningen voor behoeftige Huisgefmnen, die alle voor niet, en zulks zonder eenige huuren of reparatien te betaalen daar in zouden woonen, en dat hy aan de eerstgemelde zestien oude Vrouwen, en wel aan ieder van defelve jaarlyks zoude doen uitdeelen een fomme van een honderd guldens, hebbende den Suppliant by een nadere Memorie, aan de Gecommitteerde Raaden overgegeeven, gedeclareert, in plaatfe van de eerfte voorgenoome vyf k zes Wooningen te zullen ftigten agt Wooningen buiten de gemelde zestien, en aan de Bewoonders van de laatstgemelde agt Wooningen jaarlyks toe te leggen vyftig guldens aan ieder boven de vrye wooning en reparatie, ten zulken effeéte dat de Bewoonders zoo van de zestien als agt gemelde Wooningen van de Diaconie niet zullen trekken eenig onderftand; verfoekende den Suppliant tot bevordering en encouragement van zyne voorfchreeve pieufe intentie, dat haar Edele Groot Mogende aan hem gelieven te vergunnen vrydom van den Impost op de Groove Waaren, dewelke tot ftigting van het voorfz. Gebouw zullen worden gebruikt, mitsgaders affchryving op het Quohier der Verpondingen van het voorfz. oude en afgebrooken Huis, zonder dat het nieuwe gebouw, ad pios ufus te ftigten, in de Verponding zal worden aangeflaagen, en voorts aan ieder bewoonder van de zestien Wooningen vrydom van den Impost van twintig Tonnen Turf, van een Ton Bier, en van een Haagfche Zak Tarw in het jaar, en eindelyk ook vrydom van het Regt op de CoHateraale fuccesfie van het Capitaal het geen de Suppliant by donatie onder de leevenden of by uiterfte wille tot onderhoud van het gemelde Gebouw en de hier vooren gemelde uitkeeringen zal koomen te affeéteeren; Is goedgevonden en verftaan, mits deefe aatt den Suppliant te verleenen vrydom van den Impost op de Groove Waaren van de Materiaalen, dewelke tot het ftigten van het voorfz. Hofje en agt Wooningen zullen worden gebruikt, mits nogtans op behoorlyk declaratoir van den Suppliant, dat de Waaren tot het voorfz. einde effeétivelyk zullen worden gebruikt, werde gehaalt een vry Billiet, en de juiste quantiteit aangegeeven; als meede vrydom van den Impost op de Turf bepaaldelyk tot dertig Ton voor ieder Wooning in het jaar, mitsgaders vrydom van den Impost op het Gemaal, dog bepaaldclyk tot een Haagfche Zak Tarw , of een en een quart Zak Rogge voor ieder Hoofd in het jaar, mits niet excedeerende twee Zakken Tarw, of twee en een halve Zak Rogge voor ieder Huis : je, in dewelke meer als een Perfoon zal weefen geplaatst; gelyk ook vrydom van een Ton Bier voor elk Huisje in het jaar; des dat de Regenten of die de direétie over het voorfz. Hofje zullen hebben, opregtelyk en na waarheid aan de Gaarders van de voorfz. Middelen zullen moeten opgeeven de Naamen van de Perfoonen, dewelke met de bewooning van de voorfz. Huisjes zullen werden begunftigt, en daar in by verandering van tyd tot tyd continueeren, en dat de voorfz. Vrydom niet zal werden genooten als op Declaratoir van een van de Regenten, inhoudende de naam vstn de Bewoonders van de voorfz. Huisjes , en dat in cas ter eeniger tyd bevonden zoude moogen werden eenig misbruik van de voorfz. vrydom door één van de Bewoonders van de voorfz. Huisjes te zyn gemaakt, de zoodanige van de voorfz. vrydom zyn leeven lang gëduurende zal zyn en blyven verfteeken. En is voorts nog goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden te authorifeeren en te qualificeeren, zoo als defelve geauthorifeerd en gequalifkeefd worden by deefe, om het voorlz. oude Huis, op het Quohier der Verpondingen onder N°. 2649 aangeflaagen op vyftien Guldens, met'het confent van het loopende jaar van 1754 te doen aflchryven. Verklaarende haar Edele Groot Mogende wyders, dat het te ftigten Hofje en agt wooningen in de Verpondingen niet zullen werden aangeflaagen, zoo lange by een jaarlyks Declaratoir van den Suppliant of van die geenen die hy tot de direétie en adminiftratie van de gemelde Huisjes zal koomen te qualificeeren , ter Finantie te exhibeeren, koome te blyken dat in defelve Huisjes geen huure werd verwoond, direét of indirect. En worden des Suppliants verdere of andere verfoeken geweefen van de hand. Xxxxxx 2 He-  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om te ftrekken tot derfelver 1085 narigt, en daar van aan de geenen, die in het voorfz. geval zyn, met den eerften kennisfe te geeven. an Holland gebakken, 1 Verglaasde Tichelfteent-f 'gl. ft.( p. jes of Teegeltjes van allerlei foort, en zonder onderfcheid van derzelver meerder of minder waarde 't duifend 0150 2 Onverglaasde Tichel- fteentjes of Teegeltjes, of ook wel Dekkers of Dekkeniers genaamt, van allerlei foort. 't duifend 078 3 Rietvorften —«— 't duifend 1 0; o 4 Ruuwe langwerpige Tee- gels of Plaatjes of Platjes —■— ^'t duifend o 7, 8 5 Pootfteen of Dekfteen I | | Aaaaaaa of  Publicatien, exc. raakende de Gemeene Middelen, 1107 in buitenlandsch Tonnenvleesch zullen debiteeren voor al het Vleesch dat zy koomen in te flaan, ten zulken effeéte, dat defelve Factoors en Zeehandelaars haar inflag behoorlyk aan den Gaarder zullen moeten verantwoorden door Billietten van uitflag binnen de Provincie, en door Billietten van affchryving van het geene na buiten deefe Provincie word gefonden, met zoodanige verdere bewyfen als hier na zal werden gemeld. Dat tot voorkooming van alle quade praétyequen, voor geen Fadoor of Zeehandelaar, maar voor een Vettewarier zal gehouden worden alle die geene die met minder quantiteit dan duifend ponden teffens aan een Perfoon uitflaat, en dat de zoodanige gehouden zullen weefen 'sLands Regt by den inflag te betaalen van alle het geene zy koomen in te flaan. Dat de voornoemde Faétoors en Zeehandelaars gehouden en verpligt zullen weefen haar gedanen inflag aan den Gaarder te verantwoorden alle drie maanden, en dat by deefe te doene verantwoording het buitenlandsch Tonnenvleesch, dat door de Faétoors of Zeehandelaars nog niet verfonden is, door haar aan den Gaarder zal moeten worden geëxhibeert en vertoont, en wel daar ter Plaatfe alwaar het zelve door haar is ingeflagen of overgebragt, en dat dienvolgende de Billietten van inflag of verplaatling pertinentelyk zullen moeten inhouden het Pakhuis, Solder of Kelder waar in het buitenlandsch Tonnenvleesch word ingeüagen of verplaatst, als meede dat gemelde Faétoors of Zeehandelaars, wanneer by de verantwoording minder Tonnen buitenlandsch Vleesch, dan zy nog moeiten hebben , by hun gevonden worden, van die vermiste Tonnen den Impost en het Zeegel terftond zuilen moeten betaalen. Dat in de voorfchreeve verantwoording geen Billietten van affchryving na buiten de feeven geünieerde Provinciën zullen worden "eadmitteert, ten zy teffens blykt, dat van het buitenlandsch Tonnenvleesch het uitgaande Regt is betaalt, of een buitenlandsch Pasport is gehaald , en ten zy den Schipper of Stuurman van het Schip waar meede het zelve ftaat te worden vervoerd, op het Billiet van uitflag C volgens Art. 7 van de O rdonnantie op het Beeftiaal) zal hebben gedeclareert, dat de quantiteit Vleesch in het Billiet vermeld, in zyn Schip is ingelaaden om als Koopmanfchap buiten 'sLands te worden vervoert. Dat ook van gelyke geen Billietten van affchryving na de Provincie van Zeeland, of na eenige andere van de zeeven geünieerde Provinciën, in de te doene verantwoording van waarde zullen zyn, ten zy daar neevens vertoond word een Declaratoir van de Perfoon, aan wien het buitenlandsch Tonnenvleesch^ na een van de andere Provinciën vei fonden, is geaddressfeert geweest, inhoudende dat het zelve Vleesch aldaar door hem opgeflagen en ontfangen is. En dat die geenen, welke, om dat met minder dan duifqnd ponden teffens aan een Perfoon uitflaan, voor Vettewariers moeten gehouden worden, gehouden zullen zyn aan de verpligtingen, welke by Articul 21 van de Ordonnantie op het Beeftiaal aan de Vettewariers zyn opgelegt. En op dat allen en een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere , en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 25 February 1757. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. B O E Y. 124. Advertentie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot verbetering van eenige Drukfaut en in de Publicatie van 25 January 1757 Ben 3 Maart 1757. T> e Gecommitteerde Raaden van de Staaten JL/ van Holland en Westvriesland in ervaringe gekomen zynde, dat in haar Edele Groot Mogende Publicatie van den 25 January deefes jaars raakende het middel van de groove Waaren, by inadvertentie zyn ingefloopen de Drukfouten hier na volgende; Namentlyk, dat in de Lyste, waar booven gevonden worden de woorden, binnen deefe Provincie gebakken, onder No. 2 geleefen werd Dekkers of Dekkeniers, daar geleefen moest werden, Dekkers of Dekkertjes. Voorts dat in de zelfde Lyste onder No. 13 voor de dubbelde ruwe Heelbakken of Aaaaaaa 2 dub-  Publicatien, &c. raakende de Gemeene Middelen. Ï109 Eerftelyk, dat voortaan van de inlandfche Tabak in de geünieerde Provinciën, of in het Reifort van de Generaliteit gewasfen, op de eerfte Plaats van haar aankomst binnen deefe Provincie, alvoorens defelve gerept, geroert of gelost worde, een Billiet van twaalf penningen zal moeten werden gehaald, inhoudende de quantiteit der ponden, met expresfie van de Plaats van waar, en zoo defelve ver- j der gaat, van de Plaats waar toe die gedefti- I neert is, op een boete van vyf en twintg guldens, zoo teegens den geenen, welke op de eerfte Plaatfe van zyn aankomft binnen deefe provincie dit Billiet niet zal hebben gehaalt, als teegens den geenen, welke die Tabak zonder het voorfz. Büliet zal hebben op- of 1 ingefiaagen. En ten tweeden, dat van de Tabak, welke uit de eene Stad of Plaats na de andere bin- 127. Waarfchouwing van de Staaten van Holland, tot maintien van het middel van het Veergeld- Den ai July 1757. nen deefe Provincie verfonden word, en met een behoorlyk Uitflagbilliet voorfien is, geen nieuw Inllagbilliet ter Plaatfe daar de Tabak word ingellaagen zal behoeven te Worden gehaald, maar alleen het verkreegen Uitflagbilliet aan den Gaarder van 's Lands Regt op de inkoomende Tabak zal moeten worden vertoont, op een boete van honderd guldens voor de vreemde Tabak, en van vyf en twintig guldens voor de inlandfche Tabak; en dat by verfending als booven van inlandfche Tabak geen hooger Uitflagbillietten zullen gebruikt worden dan van twaalf penningen. En ten einde niemand hier van ignorantie zal kunnen pietendeeren, gelasten wy dac deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. De Staten Van Holhnd en Westvriesland: Allen den geenen die deefen zullen liert of hooren leefen ; ialut: Doen te weeten i Alfoo wy in ervaaringe koomen, dat het Middel van het Veergeld, ten behoeve en tot verval van de Lasten van onfen Lande ingewilligt, merkelyk word gediminueert én vermindert, uit oorfaak dat veele Perfoonen onder verfcheide pretexten weygerig zyn het voorfchreeve Veergeld te betaalen, het welke alfoo niet en behoort, en ftrydig is teegens onfe Ordonnantie over het voorfchreeve Middel geëmaneert, en dat ook op eenige Piaatfen, en wel voornamentlyk ten platten Lande, de Schippers, Schuytevoerders en Wagenaars, welke om het gering gebruyk van hunne Waagens in het Karosfegeld niet zyn befchreeven, in gebreeke blyven het Pasfagie - of Veergeld in te vorderen en te verantwoorden. Zoo is 't, dat wy, daar teegens willende voorfien, allen en een iegelyk wie het zy, zoo wel Vreemden als Ingefeetenen van onfen Lande, van wat qualiteit of conditie defelve zouden moogen weefen, het zy Officieren of Soldaaten van de Militie, of wie defelve zouden moogen zyn , dewelke door den voorfchreeven onfen Lande zullen koomen te pasfeeren, het voorfchreeve Veergeld gehou¬ den zyn te betaalen, Zönder van des te döén in gebreeke te blyven, op pcene dat jeegens haar als Fraudateurs van de gemeene Middelen zal werden geprocedeert: Lastende allen Officieren van Onfen Lande, dat defelve de' Gaarders of Geauthorifeerdens tot de inning van het voorfchreeve Veergeld ernftelyk de hand zullen hebben te bieden, ën met alle rigeur teegens de Fraudateurs te procedeeren, in dien verftande nogtans, dat de Officieren en Soldaaten die by en met haare Compagnie op Patent na de eene of andere Piaatfen trekken, en geen andere, daar van zullen zyn geëximeert. En wyders, dat alle Schippers en Schuytevoerders, mitsgaders zoodanige Wagenaars,. Welke in het Karosfegeld niet zyn befchreeven, ter Plaatfe daar geen byfondere 's Lands Bediendens tot de invorderinge van het Veergeld van de Pasfagiers zelve zyn aangeftelt, gehouden zullen zyn, om van de Pasfagiers, het zy Vreemden of Ingezeetenen, het Veergeld van alle Vragtloonen, van welke volgens de jongst gearrefteerde Ordonnantie Veergeld moet worden betaalt, in te vorderen, en het zelve ter behöorlyker tyd aan de Gaarders van het Veergeld of derfelver Geauthorifeerdens getrouwlyk te verantwoorden, conform en op de poene Aaaaaaa 3 by Gedaan in den Hage onder het kleyn Zéegel van den Lande den 22 Juny 1757. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) c. b o ë y,  Publicatie^ &c. rankende de Gemeene Middelen. fin en Wittert, woonende te Amfterdam, en zig noemende eenigfte Koopluiden in gefponne Varinas Tabak, koomende direét over Spagne Van de kust van de Caracques en Maracaibo, om reedenen daar by geallegeert verfoekende, dat het haar Edele Groot Mogende behaagen mooge, den Impost op voorfchreeve Tabak, koomende direct over Spagne van de kust van de Caracques en Maracaibo, te modereeren tot dertig Rui vers en een tiende verhooging per Canasfer van twee en zestig i vyf en zestig ponden, de dubbelde na advenant gereejkent; gelyk ook aan de Supplianten te permitteeren, om van de partyen Tabak, waar van de Impost door de Supplianten bereids ïs genamptifeert, en in het vervolg hangende de deliberatien van haar Edele Groot Mogende over het voorfchreeve verfoek nog genamptifeert mogte worden, op dien voet te moogen verreekenen ; of ten minften dat zy van de voorfchreeve Tabak den Impost zouden moo¬ gen betaalen op den ouden voet teegens vyf en tagtig pond per Canasfer. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten mits deefe te accordeeren, dat zy zullen kunnen volftaan, met voor 'sLands Regt op de gefponne Varinas Tabak, koomende direct over Spagne van de kust van de Caracques en Maracaibo , te betaalen voor ieder vyf en tagtig ponden drie Guldens en een tiende verhooging , mits het gevvigt opregtelyk en na waarheid aan den Gaarder opgeevende, en op dien voet weegens de partyen Tabak, waar van bereids een meerdere Impost door hun is genamptifeert , met den Hoofdgaarder te moogen verreekenen; wordende der Supplianten verder of ander verfoek geweefen van de hand. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden verfogt daar van kennisfe te geeven daar het behoord. I30. JVaarfchouzving van de Gecommitteerde Raden van Holland, omtrent de verpligting der Inen Opgefetenen van de DiJtHctèn waar over Compofitie is verleend, om, alvoorens. de goederen van buiten de Provintie te ontbieden, een behoorlyke Billiet te haaien. Den 18 O tl ober 17 5 j. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, in ervaaring gekoomen zynde, dat door de Inen Opgezeetenen van veele Hollandfche Piaatfen, waar over compofitie is verleent, Waaren, 'sLands Impost fubjeét, worden gehaalt of ontboden uyt het Diftriét van de Generaliteyt of andere vrye Piaatfen, zonder dat alvoorens van defelve een Biljet werde gehaalt by den Gaarder van de Plaats van den inflag, en dat langs dien weg veelvuldige fluikeryen worden gepleegt, hebben na deliberatie goedgevonden en verftaan, by deefe te verklaaren, dat de In- en Opgezeetenen van de Diftriéten, waar over compofitie is verleent, zullen gehouden zyn, om van alle Goederen en Waaren, Impost fubjeét, alvoorens defelve van buiten deefe Provincie, of uit het Diftriét van de Generaliteit, of uit andere vrye Piaatfen te haaien of te ontbieden, by den Gaarder van de Plaats daar de inflag ftaat te ge¬ fchieden , te haaien een behoorlyk Biljet, en daar neevens aan denfelven 's Lands Impost te betaalen, en dat gevolglyk op de alfoo verkreegene Biljetten de Goederen zullen moeten worden gehaalt of ontbooden, en die Biljetten onderweg by het Goed zullen blyven, en voor den inflag vertoont moeten worden aan den Gaarder die delelve heeft uytgegeeven ; op pcene, van contrarie aan deefe doende , te zullen worden gehouden voor Fraudateurs van 'sLands Regt op het Zeegel. En op dat hier van geen ignorantie zal kunnen worden gepretendéert, gelasten wy dat deefe in denOverwaterfche Ring, op de Booven- en Beneeden - Dorpen van Heusden, te Gornichem en in het Land van Arkel, te Afperen, Heukelum, en in het Land van Vianen zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 18 Oétober 1757. ( Onderfiondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitterde Raaden. (JVas geteekent,) ARIS v. d. MIEDEN. Pa*  Publicatien &c. raakende de Gemeene Middelen. Vlist, als meede langs den Rhyn, van Harmelen tot Roodegraven ter weederzyden van Woerden, (resforteerende onder het Comptoir van Gouda) op fuipicie van fraude met alle difcretie en moderatie onderfoek te mogen doen na het Brood, Meel, Vleesch, Spek, Bier, Wyn, Brandewyn en gediftilleerde Wateren , Zout, Zeep en verdere Speciën Impost fubjeét, welke zy in hunne Huyfen * Schuuren, Kelders i of op hunne Erven zonder betaaling van 'sLands Impofitien zouden moogen hebben in- of opgellaagen, met last aan de voorfz. In- en Opgezeetenen, dat zy (des gerequireert) zullen hebben op te geeven , en te declareeren, aan wien het voorfz. Brood, Meel, Vleesch, Spek, Bier, Wyn, Brandewyn en gediftilleerde Wateren, Zout, Zeep, en verdere Goederen of Waaren Impost fubjeét, welke by het doen van het voorfz. onderfoek, door de Gaarders, Opfigters, of Chergers, geadfifteert als booven, Ulo zouoen moogen werden gevonden, is toekoomende, als meede, dat de Bakkers aan de Gaarders, Opfigters, of Chergers zullen hebben te vertoonen, en des noods te geeven vifie van de Quotifatie-Billietten, die zy van derfelver Calanten onder hun zyn hebbende, of wel te vertoonen de Kerfftokken, waar op aangeteekent ftaat het Brood aan de Gequcn tifeerdens door hun van tyd tot tyd geleeverd, op poene van by weygering van dien te zullen incurreeren de boetens daar teegens by de refpeétive Ordonnantiën geftatueert; des dat het voorlz. onderfoek niet zal moogen gefchieden als op* gegronde fufpicie van fraude, en met alle moderatie en difcretie. En dat de Gaarders, Opfigters, of Chergers, in cas bevonden zouden moogen werden van deefe een vexatoir gebruik te hebben gemaakt, zonder conniventie zullen werden geftraft, zoo als bevonden zal werden te behooren. Gedaan in den Hage den 19 April 1758. (Onderjlondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was geteekent ,j ARIS v. d. MIEDEN 133. Publicatie van de Staaten van Holland, omtrent de verpligting der Styfpelmakers tot betaaling van 'sLands Recht op de Waag. Den 13 Juny 1758. De Staaten van Holland én Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Dat wy, op de Remonftrantie aan ons gedaan door de Kooplieden in Styffel, mitsgaders de gefamentlyke Styffelmakers in den Banne van Oost- en Westzaanen en te Wormer, over het bezwaar van de Styffelmaakers ten platten Lande, die hun debiet en verfending na de Steeden hebben, booven die na liet platte Land hun Styffel afleeveren, met Opfigt tot de betaaling van 's Lands Regt op de Waag, goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefe, dat van nu voortaan alle de Styffelmaakers deefer Provincie zullen gehouden en verpligt zyn, om t'elkens by de aangeeving van de Graanen in het Middel van het Gemaal, die tot het maaken van Syffel zullen gebruikt worden, aan den Gaarder van 'sLands Regt op de Waag op een behoorlyk gezeegeld Billiet te betaalen voor ieder Last Graan eene gulden en dertien ftuivers, de tiende verhooging daar onder begreepen, met dien verftande, dat onder beneficie van de voorfz. betaaling de Styffel voor de eerfte afleevéring uyt de Styffelmaakery alomme van 'sLands VIII. Deel. / Waagregt zal vry zyn, dog geenzints by een tweede of latere verkoop in welk geval 's Lands Waagregt conform onfe jongst gearrefteerde Ordonnantie op de Waag daar van zal moeten werden betaalt. En dat ten einde door Baatfugtigen van deefe onfe vergunning geen quaad gebruik werde gemaakt, alle de Styffelmaakers deefer Provincie by de eerfte afleevéring uit hun Styffelmaakery na elders binnen deefe Provincie van vyftig ponden Styffel en daar booven, gehouden zullen zyn daar by te voegen een door hun eigenhandig onderteekent Declaratoir van den volgenden inhoud: O) in te yuiien de tj< ondergefchreeve Styf- Plaats daar de Styfifclma- ~. < , P v J kery ftaat. felmaker (1) . . . . (2) in te vuiien, verklaare ter goede trouwe ftóSKTfiÜ en na waarheid, uit myn titeit vaaten. Styffelmakery op huidenaf- d/i?GeVheriftïIetde °^ geleevertte hebben #0... quamiteu Vonden. 6 Styfzel, weegende bruto (4) In te vullen den (/ gerapporteert de Confideratien en het I Advis van de Heeren van de Ridderfchap, ƒ en verdere haar Edeie Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 5 der voorleede maand, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, mitsgaders Gecommitteerden uit de Provinciaale Reekenkamer, geëxamineert het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, ter Vergadering ingekoomen den 27 September deefes jaars" geformeert op de Requeste van de Secretarisfen der Stad Delft, verfoekende om reedenen daar by geallegeert, dat haar Edele Groot Mogende gelieven te declareeren, dat de aangeeving en betaaling van het Collateraal, zoo der Legaaten als van het derde part der Erffenisfe van wylen de Vrouwe van Renswoude, het Weeshuis der Stad Delft competeerende, en met een woord van al het Goed den voorfz. Impost fubjeét, het geen binnen de Stad Delft zal worden genooten, en dus waar van de Regtverkrygende binnen defelve Stad woonen , ter Secretarye der zelve Stad moet gefchieden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge- j vonden en verftaan, der Supplianten gedaane verfoek te accordeeren, en vervolgens mits deefe te verklaaren, dat de aangeeving en betaaling van het Collateraal, zoo der Legaaten als van het derde part der Erffenisfe van wylen de Vrouwe van Renswoude, het Weeshuis der Stad Delft competeerende, en, met een woord, van al het Goed den voorfz. Impost fubjeét, het geen binnen de Stad Delft zal worden genooten, en dus waar van de Regtverkrygende binnen de gemelde Stad woonen, ter Secretarye derzelve Stad moet gefchieden. Zonder egter dat door het neemen van deefe Relblutie verftaan word eenige atteinte te weefen toegebragt aan haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 15 Augufty 1721, waar by verftaan is, dat wanneer in het toekoomende tusfehen de refpeétive Secretarisfen differenten zouden moogen ontftaan, over de betaalinge van het Regt van de CoHateraale fuccesfie, waar defelve zoude moeten worden gedaan, defelve differenten door de Heeren Gecommitteerde Raaden ieder in haar Quartier de plano zouden moeten worden getermineert, welke Refolutie voor het toekoomende zal blyven in zyn geheel en nagekoomen worden. 20. Refolutie van de Staaten van Holland, wee¬ gens de betaaling van het Collateraal van Goederen buiten deeze Provincie geleegen, en ook ver flor ven, maar door een Ingezeeten deezer Provincie verkreegen wordende. Den 8 April 1755. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap, en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden , hebbende ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 22 der voorleede maand, met de Heeren Gecommitteerden in de Provinciale Reekenkamer, geëxamineert eene Misfive van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciale Reekenkamer van den 17 derzelve maand, waar by ter deliberatie van haar Edele Groot Mogende hebben gebragt eene vraage, waar omtrent by haar bedenkelykheid was gevallen, namentlyk of van vaste Goederen en andere Effeéten, geleegen of t'huis- hoorendebuiten deefe Provincie, in Piaatfen alwaar geen Collateraal gevorderd word, en buiten deefe Provincie verftorven, of door een Buitengezeeten gedonateert, maar geërft of verkreegen wordende door een Ingezeeten van deefe Provincie, ook alhier de CoHateraale Impost moet worden betaald, met byvoeging van haare Confideratien dien aangaande. Waar op gedelibereerd zynde is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat van Goederen of andere Effeéten, geleegen of t'huishoorende buiten deefe Provincie in Piaatfen , alwaar geen Collateraal gevorderd word, en buiten de Provincie verftorven of door een Buitengezeeten gedonateert,maar Eeeeeee 2 ge-  Publicatien, &c. van dcn twintigften en veertigften Penning. 1141 moeten opgeeven het beloop van het inkoomen , en van de lasten in de laatfte tien jaaren van die Goederen genooten en betaald, om uit die opgaave de Taxatie te werden gedaan door den Geregte, daar het fterf huis in deefe Provincie zal zyn gevallen, daar omtrent obferveerende hetfuiver inkoomen tegens drie of vier per cent, na de natuur der Goederen, zoo alsinbillykheidzal bevonden werden te behooren, of zoo buiten deefe Provincie zal zyn gevallen, door het Geregt, waar onder de Regtverkrygende of Erfgenaam woond. Ten anderen, dat ten aanfien van de Plantagien in de Colonien van deefe Staat, de waarde van defelve zal moeten werden getaxeert door twee gefwoore Maakelaars, daar toe kundig en bequaam, na de opgaave van de grootheid derfelve, met expresfie van de Gebouwen en Getimmertens daar op Raande, volgens de jongfte Inventaris daar van zynde of te maaken, welke Maakelaars daar van voor Taxatie-regten zullen genieten twaalf guldens. Tenderden, dat de waardyevan de Actiën in de Oost- en Westindifche en alle andere, zoo binnen- als buitenlandfche Compagnien, zonder onderfcheid waar defelve t'huis hooren , genoomen zal moeten worden na de prys courant van defelve ten tyde van het fterfgeval, waar van by Certificatie van een gefivooren Maakelaar op den Eed by denfelven ten aanvang zyner Bediening gedaan zal moeten blyken, waar voor als van ouds zal worden genooten dertig ftuivers. En laatftelyk, dat de waardye van de Lyfrenten niet zal werden getaxeert, maar by den Secretaris of Collecteur moeten werden gereekent na den Ouderdom van de Perfoonen volgens de Lyst agter de Ordonnantie van den n Maart 1723, op het Middel van de CoHateraale fuccesfie gedrukt. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, en aan de Heeren Gecommitteerden in de Provinciale Reekenkamer, mitsgaders aan de refpeétive Secretarisfen tot den ontfang van het Middel van de CoHateraale fuccesfie gecommitteert, om te ftrekken tot derfelver narigt, en zig daar na te reguleeren. 22. Refolutie van de Staaten van Holland, noopens den tyd der verantwoording, zoo van het Collateraal, als van de boetens der ongefundeerde Procesfen; als mede binnen welken tyd de Staaten van het Collateraal door de Secretarisfen moeten werden overgebragt. Den 10 December 1755. De fleer Penfionaris van der Craght heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Gemeene Middelen, met en neevens de Heeren Gecommitteerden Raaden in de beide Quartieren, als meede van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer , hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 29 Oétober laatstleeden , geëxamineert een Misfive van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, gefchreeven alhier in den Hage den 27 der voorfchreeve maand Oétober , waar by defelve in fubftantie in bedenking geeven, of haar Edele Groot Mogende niet zouden kunnen goedvinden, om de Termynen of Saifoenen van verantwoording van het Collateraal, en de boetens van de ongefundeerde Procesfen , welke jegenswoordig in obfervantie zyn, af te fchaffen, en beide de voorfchreeve Middelen, onder de bepaalinge by de voorfchreeve Misfive voorgeflaagen , te doen verantwoorden over het ronde jaar, te weeten, van den 1 January tot den laatften December, oordeelende dat daardoor zonder ondienst van den Lande, niet alleen eenig meerder gemak voor de refpeétive Rendanten, maar ook eene merkelyke verligting in de Befoignes van haar Heeren Gecommit¬ teerdens, en in het werk der Secretarye zoude kunnen werden gepraétifeert. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , tot wegneeminge van alle dispariteit tuslchen het Zuider- en Noorder Quartier, weegens de Termynen of Saifoenen van verantwoording van het Collateraal en de boetens van de ongefundeerde Procesfen, als ook tot meerder verligting in de Befoignes van de voornoemde Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, mitsgaders tot gemak van de refpeétive Rendanten en van het werk der Secretarye, by deefe te verklaaren, dat van nu voortaan de voorige Termynen en Saifoenen van verantwoording , zoo van het Collateraal als van de boetens der ongefundeerde Procesfen, zullen cesfeeren en gehouden werden voor afgefchafc, en dat beide de voorfchreeve Middelen, in te gaan met den 1 January i75d, zullen moeten werden verantwoord over het geheele of ronde jaar, en zulks van den eerften January tot den laatften December, zoo nogtans, dat de Secretarisfen van de Steeden ftem in Staat hebbende, den Hage daar onder begreepen, verpligt blyven tweemaal in het jaar, weegens den Impost op de CoHateraale fuccesfien reekening te doen; dog met deefe verfchikkinge, ten opfigten van het Middel van het Collateraal, dat in plaats dat het eene Saifoen of Termyn tot hier toe zyn aanvang heeft geEeeeeee 3 noo-  Publicatien, &c. van den twintigften en veertigften Penning. 1143 prefenteert door Pierre Charlé, Plendricus Broes en Salomon Dorper, alle woonende tot Amlterdam, zoo voor zig zelven, als nog als gequalificeert van meerder Geinteresfeerdens in de Saxifche Steur-Obligatien, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende gelieven te verklaaren, dat de Supplianten in het betaalen van den Impost van de CoHateraale fuccesfien, zullen moogen volftaan met de voorfz. Obligatien te bereekenen na derfelver cours en waarde en zulks tot vier en twintig ftuivers per Thaler, gelyk na rato van dien de voorfz. Impost reeds was betaald, en dat defelve dus zouden moogen bevryd blyven van de verdere betaalinge die van hen lieden word gevergt tot fuppletie van de Thaler k veertig ftuivers, of dat ten minften by provifie alle verdere pourfuiten dien aangaande moogen worden gefurcheert, ter tyd en wylen dat by haar Edele Groot Mogende op der Supplianten Requeste finaal zoude zyn gerefolveert. Is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat de Supplianten niet konnen volftaan met de betaalinge reeds door hen ge- 25. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 31 der voorleede maand, hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 11 derfelve maand, geëxamineert de Requeste van Dkconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier in den Hage, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat het haar Edele 26. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport den 1 deefer loopende maand ter Vergadering üitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden , welke, ingevolge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commislbriaal van den 2 November 1758, met en neevens Heeren Gecommitteerden uit de Provinciale Reekenkamer, hebben geëxamineert het Advis van de Heeren Gecommitteerden in de Provinciale Reekenkamer, ter Vergadering van haar Edele Groot Mogende ingekomen den 27 July 1758, ge¬ daan na de Cours en waarde, waar op het Capitaal der voorfz. Saxifche Steur - Obligatien ten tyde van de respeétive Scerfgevallen in de Commercie is getaxeert, maar dat defelve in het betaalen van het Collateraal hadden moeten worden bereekent na het volle Capitaal en het beloop van de genegotieerde fommen, en dat de Supplianten derhalven als nog zullen moeten fuppleeren en voldoen, zoo veel als bevonden zal worden door henlieden te weinig te weefen betaald, na rato van het volle Capitaal gereduceert zynde tot Plollands geld, en de Thaler zonder aftrek van eenige onkosten gecalculeert na zoodanige Cours als de Wislël ten tyde van de Sterfgevallen is geweest, waar van by een behoorlyk Certificaat van een gefwooren Maakelaar zal moeten confteeren. En zal hier van Extraét worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkamer, mitsgaders aan de respeétive Secretarisfen tot den Ontfangst van het middel van de CoHateraale fuccesfien gecommitteert, om te ftrekken tot derielver narigt en zig daar na te reguleeren. Groot Mogende geliefte zy, om der Supplianten Diaconye van de betaalinge van het Collateraal van den Boedel en Nalaatenfchap van wylen Gerardus van Winterswyk zonder confequentie voor het toekoomende ex plenitudine potestatis goedgunstiglyk te dispenfeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten gedaane verfoek te wyfen van de hand. formeert ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement van den 4 April daar te vooren, op de Requeste van Samuel Machado de Sequeira, eenige Erfgenaam ab intestato van wylen zyn Broeder Mofes Machadode Sequeira, waar by heefc te kennen gegeeven, dat hem te vooren was gekoomen, dat ter Provinciale Reekenkamer zoude worden begreepen, dat hy Suppliant den twintigften Penning van zeekere geheele halve party Aéten, zonder aftrek van de daar op gedaane beleeningen en transporten, zoude behooren te betaalen, en, vervolgens, om ree- Re/blutie van de Staaten van Holland, zvaar by is afgeflaagen het verfoek yan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente in den Hage , om dispenfatie van de betaalinge yan het Collateraal. Den 23 Juny 1757. Refolutie van de Staaten van Hollandwaar by verftaan is, dat van zekere partye Aclien, zonder aftrek van de daar op gedane beleeningen en transporten, het Regt op de CoHateraale fuccesfien door den Erfgenaam ten vollen moet worden betaald. Den 15 Maart 1759.  Publicatien &c. van dcn twintigften cn veertigfteti Penning, iuë ren, Huiscicraaden en Inboedel, mitsgaders de Huuren , Interesfen en Revenuen, die op het overlyden van den voornoemden Jan de Cerf mogten verfcheenen en te goede zyn geweest ) uit kragte van den voorfz. Testamente hadde befeeten met den last van fideicommis, en dat de gelamentlyke Supplianten ex capite fideicómmisjïtot defelve geregtigd waaren;dat op den Staat en Inventaris van den voornoemden Jan de Cerf, Heere van Oud-Beyerland, welke aan de gefaamentlyke Supplianten door de voorfz. Nicolaas Verfchaak en Jacob de Geus uit kragte van de gemelde Sententie was geleeverd, door hem als een Jast des Boedels was gebragt een fomme van ƒ 19228-2 - 6, door de voorfz. Catharina Nutges weegens het regt van de Collaterale fuccesfie tot den tienden Penning van de voorfz. Nalaatenfchap aan den Lande betaald, en dat naderhand by een projeét-Reekening door Apollina van Bergen, Weduwe van den voornoemden Nicolaas Verfchaak, en den voornoemden Jacob de Geus, van hunne en des voornoemden Verfchaaks direétie en adminiftratie, na doode van de voornoemde Catharina Nutges over den Boedel van Jan de Cerf, zoo veel de Allodiale Goederen betreft, gehad en gehouden, aan de gefaamentlyke Supplianten overgeleevert, in uitgaaf was gebragt het geen door hun Verfchaak en de Geus na doode van Catharina Nutges, weegens het regt op de CoHateraale fuccesfie tot den twintigften. Penning van de gemelde Goederen aan den Lande was betaald, en dat wyders de voorfz. Rendanten by defelve Reekening by Memorie hadden gemeld, dat zig refereerden tot een Refolutie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 2 December 1756, uit kragte van welke dooide voornoemde Verfchaak en de Geus, ter oorfiake van de voorgemelde Procedures voor den Hoogen Raade alsdoen litispendent, agter de Staat van aangeeving in het Collateraal was gefteld, dat daar van alleen den enkelden twintigften Penning wierd betaald-, zoodanig nogtans dat wanneer de naaste Vrienden van den meermaalen gemelden Jan de Cerf tot eenig gedeelte van denfelven Boedel wierden geregtigt verklaard, de Aangeevers zig verbonden , om van zoodanig gedeelte als dan andermaal den twintigften Penning aan den Lande te voldoen, referveerende, om in dat geval den Impost op het Collateraal van defelve opgegeeve Goederen betaald, tot zoodanig aandeel van de voorfz. Vrienden van den Heer van Oud-Beyerland, van defelve Goederen in te houden en te repeteeren, als zy zouden oordeelen te behooren; fustineerende de Supplianten, om reedenen by haare Requeste geallegueerd, dat zy niet gehouden zyn, om van het geen door de voornoemde Catharina Nut ges voor den tienden Penning van de Allodiale Nalaatenfchap van wylen Jan de Cerf na desfelfs overlyden is betaald, meerder als de helft aan de Erfgenaamen van Catharina Nurses te restitueeren, en dat, na het over. VUL Deel. lyden van Catharina Nutges, daar van niet meer als den twintigften Penning aan den Lande heeft moeten werden betaalt; en vervohgens verfoekende, dat haar Edele Groot Mog., by interpretatie van derfelver Waarfchouwing van den 21 December 1728, en Publicatie van den 29 Juny 1743, gelieven te verklaaren, dat de Supplianten weegens het regt vari de CoHateraale fuccesfie van de Allodiale Nalaatenfchap van wylen den voornoemden Jan de Cerf, Heere van Oud - Beyerland, niet meer aan den Lande verfchuldigt, en vervolgens ook niet meer gehouden zyn aan de Erfgenaamen van Catharina Nutges te restitueeren, of* door defelve te laaten datraheeren, dan voor eerst het enkelde regt of den twintigften Penning, en zulks de helft van het geene door de voornoemde Catharina Nutges na het overlyden van gemelden Jan de Cerf' van zyne allodiale Nalaatenfchap is betaald, en voort3 nog eens den twintigften Penning, zoo als defelve daar van door de Erfgenaamen van Catharina Nutges na haar overlyden is betaald geworden. Is-goedgevondcn en verftaan te verklaaren, zoo als verklaard word by deefen, dat, ingevolge haar Edele Groot Mog. Publicatie van den 29 Juny 1743," op het overlyden van Jan de. Cerf, Heere van Oud-Beyerland, welen te regt de tiende Penning voor het regt van de CoHateraale fuccesfie is betaald van de Allodiale Goederen, door Catharina Nutges van denfelven met last van fideicommis geërft, en dat booven den twintigften Penning, welke na het overlyden van Catharina Nutges door desfelfs Erfgenaamen van defelve Goederen is_ betaald, als waar toe de Supplianten ex capite fideicommis ft by Sententie van den Hoogen Raade van den 22 December 1757 zyn verklaard geregtigt te zyn, geen verdere tiende of twintigite Penning moet worden betaald, maar dat voorts het geen voor het regt van de CoHateraale Succesfie van de voorfz. Allodiale fideicommisfaire Goederen, voor zoo ver die by de Supplianten zullen worden genooten , tot eens den tienden en eens den twintigften Penning reeds aan den Lande betaald en verantwoord , in gevolge van haar Edele Groot Mogende Waarfchouwing van den 21 December 1728, uit de fideicommisfaire Goederen zelve moeten werden gedraagen en betaald, en dat overfulks de Erfgenaamen van Catharina Nutges zyn bevoegt en geregtigt, ' om het zelve van die fideicommisfaire Goederen in te houden of van de Supplianten te repeteeren, des dat defelve Erfgenaamen van Catharina Nutges gehouden zullen zyn zelve te draagen al het geene betaald is voor het regt van de CoHateraale Succesfie van zoodanig gedeelte van de voorfz. fidecommisfaire Goederen, als aan haar voor de Trebeliianique portie zoude moogen worden geadjudiceert. En zal hier van Extraét werden gefonden aan de Heeren Gecommitteerden in de Provinciale Reekenkamer, als meede aan de respec- Fffffff ti-  Pol. it4^ NEGENDE TITUL, Begrypende alle de Placaaten en Ordoil* nantien op het klein ZegeL 1. Publicatie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk het verfoeken van redemtie van de nulliteit van eenige Aclen, uit defecl van 't Zeegel. Den 12 Mey 1753. De Staaten van Holland en Westvriesiand, Allen den geenen die deele zullen fien of hooien leefen, falut: Doen te weeten, Dat wy hebben goedgevonden en verftaan, tot wegneeminge van bedenkinge of twyftelinge over de redemtie van de nulliteyt van makingen of andere Aélen en Inftrumenten uyt het defect van het gerequireerde Zeegel, te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefe , dat de redemtie van de nulliteyt van alle makingen, zoo wel als van alle Aéten of Inftrumenten, houdende een fomme van drie honderd guldens, zal moeten gefchieden op den voet van het tweede en vyf en vyftigfte Articulen van onfe jongfte Ordonnantie op het kleyn Zeegel; dog dat de voorfchreëve redemtie , ten reguarde van de makirigen of Inftrumenten beneeden drie honderd guldens inhoudende , zal kunnen en moogen gefchieden met eert geregt vierdepart van het gemaakte voordeel of het beloop van het Inftrument. En op dat niemand hiér van eenige ignorantie zal kunnen pretendeeren, ordonneeren en gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert daar het behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 12 Mey 1753. (Onderftondf) Ter Ordonnantiè vart de Staaten. (Was geteekent f) C. BOEY, 2A Ordonnantie waar na betaalt zal worden het Regt van het klein Zeegel, in de Steeden en Landen van Vianen en Ameyde, met de onderhoorige Dorpen; Gearrefteert in gevolge liet O&roy van haar Edele Groot Mogende de lïeeren Staaten van Holland en Westvriesland, van den 3 December 1749, by haar Edele Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden op den 29 Augufty 1754^ Art. ï. Eerftelyk zal van nu voortaan in de Stee1 den en Landen van Vianen en Ameyde, met de onderhoorige Dorpen, betaalt worden het Regt van het kleyn Zeegel, van alle Actens, Requeften, Schriftuuren, Inftrumenten, Bewysftukken, en Munimenten, hoedanig, by wie, op welk een wyfe, mitsgaders aan en voor hoedanige Vergaderingen , Collegien, Regtbanken, Weeskamers, en andere, zoo publicque als private Perfoonen, defelve zullen worden geprefenteert, ingediend, of verleeden, zonder dat defelve anders gefchreeven zullen mogen werden als op gezeegeld Papier of Francyn, geparapheert door den Secretaris deefer Steede Vianen als Parapheur van het Zeegel, en dat ten pryfe hier na gefpecificeert, op poene van vyftig guldens voor ieder Aéte of Inftrument, het welke ongezeegeld, of niet na behooren gezeegeld en geparapheert zal zyn, te betaalen zoo by den Grif- 1 fier, Secretaris, Advocaat, Procurear, Deurwaarder , Geregtsboode, Notaris, en voorts1 by alle de geenen die zulke ongezeegelde of defeétueufe Aétens of Inftrumenten ingeftelt, verleeden, gebruikt of geproduceert zullen hebben, als by de geenen die zoodanige onge-4 zeegelde öf defeétueufe Aétens of Inftrumenten zullen hebben aangenoomen, en geacquiefceert, en dat boven de poenen en ftraffen die hier na particulierlyk onder ieder Articul worden uitgedrukt, te appliceeren de voorfchreeve boete, als ook alle de andere in deefe Ordonnantie begreepen, een derde part ten behoeve van den Aanbrenger, een derde ten behoeve van den Officier, en het refteerende derde part ten behoeven van den Armen. II. Ten welken einde geen Griffiers, Secretarisfen , Adjuncten of eenige andere Perfoonen, eenige Aéten, Schriftuuren, Regten, Inftrumenten, Bewysftukken, of Munimenten, Fffffff 2 het  Placaaten en Ordonnantiën op het klein Zeegel. it^t) le de voorfchreeve Schriftuuren van vyftig Articulen tot honderd Articulen groot zynde, zal moeten gebruikt werden een Zeegel van zes Huivers, boven honderd tot twee honderd Articulen, een Zecgel van twaalf Huivers, en boven twee honderd Articulen tot vier honderd Avdculcn een Zeegel van vier en twintig ftuivers» en boven de vier honderd Articulen een Zeegel van vyftig ftuivers, en in gevalle eenige Schriftuuren mogten zyn geftelt, dat niet bequamelyk die ordre zoude gevolgt kunnen werden , of geëmployeert quam te werden in zaake daar de fomme zoo in conventie als reconventie geeischt, te iaamen quam te excedeeren de fomme van duifend guldens, of dat de voorfchreeve Schriftuuren in een posfesfoire materie wierden geëmployeert , als wanneer defelve gefchreeven zullen werden op een Zeegel van twaalf ftuivers , gelyk meede alle fchriftelyke Confultatien en Advifen van Regtsgeleerden zullen moeten geftelt worden op een Zeegel van twaalf ftuivers, en zullen die welke genoomen werden by Regtsgeleerden buiten Vianen, moeten werden gemunieert op een gelyk Zeegel van twaalf ftuivers ; en zal van nu voortaan geen zaake op eenige Rollen mogen werden geprefenteert, tot wat termyn het zelve zoude mogen weefen, of zal daar van alvoorens aan den Griffier, Secretaris of andere Perfoonen , tot het houden van de Rollen gequalificeert , moeten werden overgeleevert een fchriftelyke Prefentatie, geftelt op een Zeegel van drie ftuivers, zonder dat defelve anders zullen mogen opgeleefen worden, exempt zaaken niet bedraagende boven de honderd guldens, behalven die op de Rolle voor Commisfiirisfen van onder de vyf en twintig guldens gehouden werden; item alle Verbaalen gehouden voor Commisfarisfen, enjudicieele Actens, vervattende de dingtaalen van Parthyen Contendenten, mitsgaders Sententien, niet excedeerende de fomme van vyf en twintig guldens, zullen moeten geftelt worden op een Zeegel van drie ftuivers , op poene van dertig guldens. VIII. En zullen op een Zeegel van zes ftuivers gefchreeven worden alle Sententien, deftnitif of interlocutoir, Decreeten of andere Decifien van eenige Regters of Arbiters, in zaaken daar zoo in conventie als reconventie geeischt is de fomme van twee honderd guldens en daar beneeden; maar in zaaken excedeerende de voorfz. fomme tot zes honderd guldens incluis, op een Zeegel van twaalf ftuivers; en in zaaken boven de zes honderd guldens tot duifend guldens incluis, als meede in materie Matrimonieel, Posfesfoir en van Injurien, zullen de Sententien en Decifien moeten worden geftelt op een Zeegel van vier en twintig ftuivers, en in zaaken booven de duifend guldens monteerende, mitsgaders in cas van Revifie , op een Zeegel van twee guldens tien ftuivers, en alle Brieven van Decreet op een Zeegel van gelyke fomme, al¬ les op poene van dertig guldens; alle willige" Condemnatien te decerneeren op Obligatien, Contracten, Huurcedullen, Compromisfen, Uitfpraaken, Verbaalen, Accoorden, en generaalyk alle Aclen, geene uitgefondert, daar1 op defelve Condemnatien verfogt en gedecerneert zullen worden, zonder onderfcheid of het zelve by de Edele Kamere van Juftitie of andere Regtbanken word verfogt, zullen moeten werden geftelt op een Zeegcl van vier en twintig ftuivers, zonder daar onder te be* grypen de Condemnatien by de voorfchreeve Kaamere of Regters te decerneeren, op eenige Judicieele termynen, en Accéptatien en Verdraagen by de refpeétive Procureurs dienaangaande te maaken. I X. Alle Executorialen, op de voorfchreeve Sententien en Decreeten te depecheeren, zullen moeten worden gefchreeven op een Zeegel van half zoo veel geld als ten reguarde van de Zeegels der Sententien is geftatueert, op pcene als vooren. X. Alle Inventarisfen van Goederen, Maaggefcheiden , Lootcedullen en Uitkoopen , mitsgaders Reekeningen van Voogden over Weefen, van Curateuren van defolaate Boedels, en van Penningmeesters, of Gaadermeesters van gemeene Landen, of van eenige Collegien, zoo in de Steeden als ten platten Lande, als ook eenige Duplicaten der zeiver Reekeningen, zullen moeten gefchreeven worden op een Zeegel van zes ftuivers, indien defelve in ontfang bedraagen vyf honderd guldens en daar beneeden, dog booven vyf honderd guldens tot duifend guldens incluis, op een Zeegel van twaalf ftuivers, booven duifend tot drie duifend guldens, op een Zeegel van vier en twintig Huivers, booven drie duilènd tot zes duifend guldens , op een Zeegel van Vyftig ftuivers, booven zes duifend tot tien duifend guldens, op een Zeegel van vyf guldens , en booven de tien duizend guldens, op een Zeegei van tien guldens; en zullen de Duplicaten moogen volftaan met een Zeegel van zes ftuivers, dog ten reguarde van de gemeene Lands Reekeningen zullen defelve zonder onderfcheid op een Zeegel van twaalf ftuivers, en de Duplicaten op een Zeegel van zes ftuivers gefchreeven moeten werden. Dat alle Reekeningen en Declaratien van eenige Verdiensten en Leverantien aan de Stad, Ambagten en gemeene Landen, zullen moeten gefchreeven werden op een Zeegel van drie ftuivers, indien de fomme daar in bevat niet excedeert vyftig guldens, en daar booven tot honderd guldens, op een Zeegel van zes ftuivers, en booven de honderd tot vyf honderd guldens, opeen Zeegel van twaalf ftuivers, en daar booven, op een Zeegel van vier en twintig ftuivers, op pcene als vooren. X I. Alle Obligatien onder de hand, en de Minuten voor Notaris of anderfins verleeden,inFffffff 3 hou-  Placaaten en Ordonnantiën op het klein Zeegel. 1151 Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 29 Augufty 1754. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was geteekent,j A. van der STRATJEN. Re- fliuiend guldens en daar booven gegoed zynde, ' op een Zeegel van tien guldens, alles op poene als vooren. X I X. De Grosfen of* Principalen van alle Actens en Inftrumenten, die voor Griffiers, Secretarisfen of Notarisfen worden gepasfeert, zullen by defelve moeten werden afgefchreeven binnen veertien dagen na dat defelve gepasfeert zyn, op een behoorlyk bezeegeld Papier, bedraagende de vierde van de waarde van het Zeegel waar op de Minut gefchreeven is, behalven die welke op Zeegel onder de twaalf ftuivers gefchreeven zyn, zullen op een Zeegel van gelyke calibre gefchreeven moeten werden, op poene van vyftig guldens t'elkens by de nalaatige te verbeuren. X X. Alle Requesten, om te hebben Mandament van Revifie, Purge, Debitis, Complainte, Brieven van Beneficie van Inventaris, van Cesfie, Inductie, en Atterminatie, zullen,gefchreeven worden op een Zeegel van twaalf ftuivers, op poene van dertig guldens. XXI. Alle Requesten om te hebben Remisfie, Gratie of Pardon, Impuniteit, Sauvegarde, j Landwinninge, Seureté de Corps, of conti- ' nuatie van dien, Brieven van Legitimatie en van Venia sEtatis, zullen moeten werden gefchreeven op een Zeegel van vyftig ftuivers; Item om in eenige Submisfie te worden ontfangen , of om een zaak te moogen hebben verklaard civiel of compofibel, of van Leengoederen by fubftitutie te moogen disponeeren, of om defelve allodiaal, of van beeter conditie gemaakt te hebben, of om te hebben Adjunéfen in cas van Revifie, zullen worden gefchreeven op een Zeegel van eene gulden vier ftuivers, op pcene van veertig guldens. XXII. Alle Mandamenten, Brieven, en Gratiën, waar van de Requesten hier voor zyn gementioneert, zullen gefchreeven worden op een Zeegel van dubbeld het beloop der waarde van het Zeegel van de voorfchreeve respeétive Requesten daarom geprefenteert, zonder dat van eenige Gratiën of Voordeden, de Refolutien in margine der Requesten zullen worden gefchreeven , maar een feparate Aéte op een behoorlyk Zeegel daar van gemaakt, alles op de respeétive pcenen ten reguarde van de Requesten hier van geftatueert. XXIII. De Commisfien, dewelke wy ten behoeve van eenige Officianten zullen doen depecheeren, zullen moeten gefchreeven worden op een Zeegel van twee guldens tien ftuivers, in cas het revenue of inkoomen van het Officie (de Emolumenten daar onder gereekent) niet meerder komt te bedraagen als honderd vyftig guldens jaarlyks, en booven de honderd vyftig guldens, bedraagende drie honderd guldens jaarlyks, op een Zeegel van vyf guldens, en booven de drie honderd tot vyf honderd guldens jaarlyks tot duifend guldens, op een Zeegel van tien guldens, en booven de duifend guldens, op een Zeegel van twintig gulden. XXIV, Niemand zal van het Regt van dit klein Zeegel exempt weefen, dan alleen Armhuifen en Godshuifen, mitsgaders arme en miferabele perfoonen, dewelke in Regten pro Beo gediend worden, en zal in haar reguard op alle Judicieele Gefchriften in plaatfe van het Zeegel geftelt worden pro Beo. X X V. Item zullen geen klein Zeegel fubjeét weefen alle Ordonnantiën en Reiölutien, mitsgaders Billietten van Publicatien, de Policie of Regeeringe concerneerende. XXVI. Geene Aéten of Inftrumenten, buiten onfe vrye Heerlykheeden van Vianen en Ameyde gepasfeert, zullen geëxploicteert, nog in Regten geproduceert moogen werden, ten zy daar neevens gevoegt werde Copie authenticq l van dien, gefchreeven op zoodanigen klein I Zeegel, als de qualiteit der Aéten of Inftrumenten volgens deefe onfe Ordonnantie requireert, of zullen defelve met een Omflag op een behoorlyk Zeegel door den Griffier of Secretaris geendosfeerd moeten zyn gemunieert, op pcene als vooren. XXVII. De Parapheur van het Zeegel zal altyd van gezeegèlde Papieren en Francynem voorfien zyn, en van ieder Zeegel voor het Papier ontfangen agt penningen, en voor het Francyn f de waarde van dien, na advenant van de grootte, als meede voor het Parapheeren vier penningen , en van de Collecte van het Zeegel genieten den twintigften Penning, zullende denfelven Parapheur geen Zeegels moogen flaan dan ten overftaan van twee Commisfarisfen uit ! den Magiftraat of Geregte. XXVIII. De onderhouding deefer onfer Ordonnantie j zal aanvang neemen met de publicatie. X X I X. En op dat niemand van het geene voorfchreeve is eenige ignorantie en pretendeere, begeeren wy, dat defelve tydelyk zal werden afgekondigt en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is zulks te doen; Lastende alle Officieren en Jufticieren in onfe vrye Heerlykheeden van Vianen en Ameyde, dat zy deefe onfe Ordonnantie punétueelyk doenobferveeren,en de boeten zonder conniventie executeeren.  Publicatien cn Ordonnantiën op het klein Zeegel. 1153 Request, en wel door informatie van anderen, aldereersc heeft ontdekt, dat het voorfz. Codicil, waar omtrent de gratie van haar Edele Groot Mog. heeft verlof, op geen voldoende Zeegel volgens de Ordonnantie op het klein Zeegel gefchreeven was; is goedgevonden en verftaan, mits de Suppliant den voorfz. Eed voor de Heeren Gecommitteerde Raaden alvoorens corporeelyk zal hebben afgelegt, in dien gevalle te confenteeren in des Suppliants voorfz- gedaane verfoek, en mitsdien denfelven tc rele veeren daar van, dat hy niet binnen den tyd van zes maanden na het overlyden van de voornoemde Daniël Weslingh de redemptie van het defect van het Zeegel van het voorfz. Codicil heeft verfogt gehad, met authorifatie op' den Commisfaris over het Manuaal van het klein Zeegel, mits de poene by de Or¬ donnantie teegens de qualyk gezeegèlde Codicillen geftatueert als nog met de fommavan twee honderd en vyftig guldens ten behoeven van het gemeene Land in deefe werde geredimeert, omme op het orgineele Codicil in deefen gemeld te doen flaan een Zeegel van drie guldens, uitmaakende met het Zeegel van drie guldens, waar op het zelve Codicil is gefchreeven, het vierde part van het Zeegel, het welke tot het origineele Testament van de voornoemde Daniël Weslingh is gebruikt geworden. En zal Extraét deefes werden gegeeven aan den Commisfaris over het Manuaal van het klein Zeegel tot zyne narigtinge, mitsgaders aan den Suppliant, om zig daar na te reguleeren. TIENDE TI T U LBehelzende de zaaken van de honderd (le en tweehonderdfte Penningen. 1. Placaat van honderdfte en tweehonderdfle Penningen refpe&iye, te betaalen in twee termynen, de eene helft voor den vyftienden Mey toekoomende, en de wederhelft voor den eerften July daar aan volgende. Gearrefteert den 27 February 1751. De Staaten van Holland en Westvnesland, Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: dat wy ondervinden, dat tot fupport van de groote en excesfive lasten, waar in den Staat door den laatst geëxpireerden en voorige Oorlogen is vervallen, en die uyt het ordinaris inkoomen van het Land niet konnen werden gevonden, en om eenigfins goed te maaken de groote onkosten en zwaare lasten, gefprooten uit de nu laatst geëyndigde troubles, waar meede den Staat meerder als te vooren is belast, des gemeene Lands Finantien met extraordinaris Middelen moeten worden onderfchraagt. Zoo is 't, dat wy wel hebben willen confenteeren en bewilligen, gelyk wy confenteeren en bewilligen by deefe, dat van alle Obligatien en Losrentebrieven, loopende ten laste van het gemeene Land, of van eenige publique Comptoiren binnen deefe Provincie, van eenige Steeden, Collegien, Heemraadof Waaterfchappen, Dorpen, Societeyten, of eenigerhande andere Corpora of Gemeen- VIII. Deel, fchappen, geene uytgefonderd, wie defelve ook zouden moogen zyn, zullen worden betaald een honderdfte en een tweehonderdfte Penning, en zulks een en een half van het honderd: Dog dat van de Obligatien, geforooten uyt de groote Pryfen van de drie Hollandfche Loteryen, van 1711, 17?2 en 1713, en waar van de Interesfen loopen teegen twee ten honderd, zullen werden geheeven alleen de tweehonderdfte en vierhonderdfte Penning. Dat ten opfigte van de Lyfrentebrieven, welke voorheen na proportie veel minder belast zyn geweest dan de Obligatien en Losrenten , zullen worden betaald twee honderdfte Penningen; en dat de waarde van de voorfchreeve Lyfrentebrieven, indiftinételyk op een of meer Lyven, genoomen en gereekent zal worden na advenant van tien ten honderd van het geene ter zaake van de voorfchreeve Lyfrenten jaarlyks moet betaald worden, en zulks dat de eene gulden jaarlykfehe Lyfrenten gehouden zal worden in Capitaal waardig te weefen tien guldens. Ggggggg Dat  Placaaten &c.vande honderdfte en tweehonderdfte Penningen. bekent, daar van zullen betaalen twee honderdfte Penningen. Wel verftaande dat, zoo veel eenen honderdften Penning aangaat, zal 'moogen werden gekort het geen weegens de heele extraordinaris Vernondinge, en op den tweeden honderdften Penning het geen weegens een halve extraordinaris Verponding , waar meede die felve Arnpten zyn belast, zal weefen betaald. Dat de voorfchreeve hönderfte en tweehonderd/te Penningen zullen werden betaald in twee termynen, namentlyk, de eene helft voor den vyftienden Mey toekoomende, en de weederhelft voor den eerften July daar aan volgende : Alles met dien verftande, dat het vry zal ftaan de voorfchreeve honderdfte en tweehonderdfte Penningen te gelyk te voldoen, en dat de Ontfangers of Collecteurs gehouden zullen weefèn de voorfchreeve honderdfte en tweehonderdfte Penningen te gelyk te ontfangen, en dat die geenen, die defelve van haare Huyfen, Heerlykheeden, Tienden , Visfcheryen en andere in de Verpondingen contribueerende Goederen, als meede van de Landen, de eene helft voor den voorfchreeven vyftienden Mey, en de weederhelft voor den voorfchreeven eerften July, of wel beyde de helften , en zulks het geheel voor den voorfchreeven vyftienden Mey , koomen te voldoen, van yder termyn of helft, of wel van het geheel, zoo dat voor den voorfchreeven vyftienden Mey betaald werd , Zullen korten een prtemie van vier ten honderd :Behoudelyk, dat de prsemien niet zullen werden genooten dan by die geenen, die de voorgaande reële honderdfte en tweehonderdfte Penningen van defelve Goederen effeétivelyk zullen hebben betaald. Dat geen Ontfangers of Rentmeesters, hoedanig defelve zouden moogen weefen, eenige Renten of Interesfen, in deefen loopende jaare aireede verfcheenen, en die na de publicatie deefes zullen verfchynen, zullen moogen betaalen aan de Houders van de voorfchreeve Obligatien, Los- en Lyfrentebrieven , de voorfchreeve honderdfte en twee honderdRe Penningen refpectivelyk fubjeét, ten zy dat alvoorens defelve honderdfte en tweehonderdfte Penningen, zoodanig als defelve by deefe geconfenteert zyn, daar van zullen hebben afgehouden. Dat de Burgemeesteren en Regeerders van de refpeétive Steeden, mitsgaders Schouten en Geregten van de Dorpen, zullen beforgen dat de Penningen, die op de voorfchreëve honderdfte Penningen, en op den tweehonderdften Penning refpeétive, onder beneficie van de voorfchreeve prsemien zullen werden betaald, van tyd tot tyd, na advenant die ontfangen werden, zullen werden gebragt teil Comptoire van den Ontfanger Generaal, en de laatfte Penningen uyterlyk agt daagen na de expiratie van de termynen, of dat by gebreeke van dien, de voorfchreeve prcemien niet zullen werden goedgedaan of in reekening gevalideert, en dat dien onvermindert gemelde Burgemeesteren en Regeerders van de Steeden, mitsgaders Schouten en Geregten van de Dorpen, of de Ontfangers en Colleéteurs, die den ontfang of colleéte van de voorfchreeve honderdfte Penningen en van den tweehonderdften Penning refpeétive zal weefen aanbevoolen, voor de ontfangene Penningen zullen werden geëxecuteert. Dat die geenen, die in gebreeke zouden moogen blyven de voorfchreeve honderdfte en tweehonderdfte Penningen van de voorfchreeve Goederen en Ampten binnen de hier booven gefpecificeerde termynen te voldoen, daar over paratetyk zuilen werdeh geëxecuteert , en dat dien onvermindert de voorfchreeve verfchuldigde honderdfte en tweehonderdfte Penningen refpectivelyk van de Obligatien, Rentebrieven, Lyfpenfioenen, Actiën van de Oost- en Westindifche Compagnien, mitsgaders van de Traétementen van de Ampten, door de refpeétive Ontfangers, Rentmeesters, Boekhouders en andere, die de Renten, Interesfen , Lyfpenfioenen, Uytgiften en Traétementen zullen betaalen, ingehouden en aart den Lande betaald en verantwoord zullen moeten worden. Dat ook de Ontfangers, Rentmeesters $ Boekhouders en. andere, op welkers Comptoiren de Traétementen werden betaald, en de honderdfte Penningen van de Ampten aan andere , of op andere Comptoiren moeten werden voldaan, voortaan geen Traétementen zullen betaalen, ten zy haar by Quitantie koome te blyken, dat de honderdfte Penningen van het voorgaande jaar van defelve Ampten zyn betaald. En op dat niémand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zoo begeeren wy, dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daar het behoort s en te gefchieden gebruykelyk is; Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 27 February 1751. (Onkrftondf) Ter Ordonnantie van de Staateti QVas geteekent f) C. B O Ë V. Nota. Van jaar tot jaar zyn gelyke Placaaten nopens het heffen van een honderdfte en tweehonderdfte Penning geëmaneert, waar van, vermits ze allen genoegzaam woordelyk overeenftemmein, de herhaaling alhier onnaodig geoordeelt is* Ggggggg 2 Pfi"  Placaaten, &c, van honderdfte en tweehonderdfte Penningen. 11$f plianten Armen, volgens de Lyste aan de Requeste annex reeds voor den jaare 1719 zyn geconstitueert geweest, gelieven te authorifeeren en te ordonneeren om aan de Supplianten ten behoeven van haare Armen en Godshuis te restitueeren zoodanige twee honderdfte en vierhonderdfte Penningen, als by haare Voorfaaten ten laste van de voorf/.. haare Armen zeedert de jaaren 1719 tot 1754 meerder als by of van weegens andere Protestantfche Godshuifen en Armen zyn betaald, of dat anderfints haar Edele Groot Mogende op der Supplianten verfoek zoo gratieufe reflectie gelieven te neemen, als omtrent haare Geloofs- Genooten in deefe Provincie in gelyke gevallen was gefchied. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefe te verklaaren, dat de Supplianten van nu voortaan zullen kunnen voldaan met van de Effecten op de gemeene Lands Comptoiren die hunne Armen en Godshuifen voor het jaar 1719 hebben befeeten, te betaalen een honderdfte en een vierhonderdfte Penning, en mitsdien Vrydom zullen genieten van het geene booven een honderdfte en een vierhonderdfte Penning van defelve word geconfenteert en geheeven; dog zoo veel betreft der Supplianten verfoek, om ten opfigte van het voorleedene restitutie te hebben van de tweehonderdfte en vierhonderdfte Penning, welke zeedert 1719 tot 1754 meerder zyn betaald van de Effecten van haare Armen of Godshuis als van die van andere Proteftantfche Godshuifen, in agting 7enoomen zynde, dat het accordeeren van het zelve verfoek zoude aanloopen teegens den gewoonen regiü, dat het effect van verleende gratiën niet word geretrocheert of op het voorleedene geappliceert , dat het zelve ook zoude weefen van groote confequentie en befwaar voor het gemeene Land, en dat in de weinige gevallen, waar in aan Armen of Godshuifen van der Supplianten gefintheid, ten opfigte van het voorleedene restitutie is gedaan, haar Ed. Gr. Mog. door fmguliere reedenen daar toe zyn gepermoveert geweest: Is goedgevonden en verftaan, der Supplianten verfoek, om ten opfigten van het voorleedene restitutie te bekoomen, -te wyfen van de hand, en dat deefe voet in alle andere gevallen in het vervolg meede zal worden ge* houden. 4« Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word toegeftaan, urn van de Goederen van de Abtdyen van Rhynsburg en Leeuwenhorst alleen te betaalen de helft van de honderdfte en twee hon* derdfte Penningen, Den 8 April 1755. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen dèn 23 January 1753, op deMisfive van de Heeren van de Ridderfchap van den 17 April 1752 , voor zoo verre defelve daar by uit hoofde van den geaccableerden ftaat van haare Finantien hebben verfogt , dat gelyk by haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 15 Maart 1 d90 was verftaan , dat van de Goederen van de Abdyen van Rhynsburg en Leeuwenhorst alleen zoude worden betaald de tweede termyn en zulks niet meer als de helft der geconfenteerde reëele extraordinaris Jasten, dog het welk zeedert den jaare 1713 was koomen te cesfeeren, haar Edele Groot Mogende wederom zouden ge- i lieven te verftaan, dat voor het jaar 1752 en volgende jaaren van de Goederen van de voorfz. Abdyen alleen zal worden betaald de tweede \ termyn, en zulks de helft van de extraordinaris honderdfte en tweehonderdfte Penningen in het voorfz. en volgende jaaren geheeven of nog te heften. Is goedgevonden en verftaan, dat van de Goederen van de Abdyen van Rhynsburg en Leeuwenhorst voor het loopende jaar 1755 èn voor volgende jaaren alléén zal werden betaald de tweede termyn, en zulks de helft van de extraordinaris honderdfte en tweehonderdfte Penningen voor het loopende jaar 1755 en in het vervolg geheeven wordende. 5- Refolutie van de Staaten van Holland, tot betaalinge van honderdfte en twee honderdfte Penningen van de Tienden, tot de Dom einen van Willem den III. behoorende, en gelegen onder de Made by Geertruydenberg. Den 3 September 1756. edelibereerd zynde op het zeevende Po\JT int van de befchryving van haar Edele Groot Mogende Vergadering van July deefes jaars, nader gebragt in het tiende Point van de jegenwoordige befchryving, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 23 Juny deefes jaars; hebbende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Ggggggg 3 Groot  Rakende de Verpondingen. 1159 2. Nadien wy by onfe Refolutie van hayden tot de ristin ge invordering en opbrengvng van het middel der Verponding zoo Ordinaris als Extraordinaris op de Huyfen en Landen en verdere daar in contribueerende goederen hebben vastgefteld, dat de refpeétive Steeden , den Hage daar by genomen, zullen moeten zuyveren de Quohieren van de Ordinaris Verponding, zodanig dat defelve volkomentlyk afbetaald of geliquideert zullen moeten zyn in het derde jaar na het jaar, waar over dezelve zyn geconfenteert, en ten opfigte van de Extraordinaris Verponding of 100, Penning dat dezelve zullen moeten zyn afbetaalt of geliquideert voor den 1 Augusti van het tweede jaar na het jaar van het gedragen Confent, en dat de Onfangers Generael zoo in het Zuider als Noorder Quartier, by ontftentenisfe van dien , verpligt zullen zyn de refpective Steeden nader te lommeren; ten opzigte van de Ordinaris Verponding of honderdften Penning in de maand September op de voorfz. maand van Augusti volgende; om als nog binnen den tyd van twee maanden te komen voldoen, en als dan geen voldoening gefchiedende, dat dezelve daar van aan de Heeren onfe Gecommitteerde Raden van het Quartier zullen moeten kennisfe geeven, om vervolgens door dezelve te werden gebragt tot onfe deliberatie, om tot de executie verder efficacieufelyk te werden gerefolveerd, gelyk mede dat de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden in beyde Quartieren in allen gevallen jaarlyks aan ons kennisfe zullen moeten geven, of en in hoe verre aan het geene voorfchreeve is zal zyn voldaan; dat wyders de Steeden daar toe zullen werden gehouden, dat zy immiddels ook aan de Comptoiren Generael refpective koomen te furneeren het geene zy van tyd tot tyd zullen hebben ontfangen, en dat dezelve ook verpligt zullen wezen alle jaren aan onfe Gecommitteerde Raden ieder in zyn Quartier te zenden een ftaat van derzelver ontfangst om te kunnen werden gezien, of daar aan zal zyn voldaan, en daar by verder de Heeren Gecommitteerde Raaden, in de refpeétive Quartieren, hebben verfogt by manquement van dien, daar voor te zorgen door aanfehryving aan dezelve Steeden; en daar omtrent difficulteit ontmoetende, daar van aan ons kennisfe te geeven: Zoo hebben wy goedgevonden VU daar van door de- Aanfchryving van de Staaten van Holland aan de refpeclive Steden, houdende bepaaling van den tyd, binnen welken de Qjiohieren der Ordinaris en Extraordinaris Verpondingen gezuiveri moeten worden. Den 22 April 1751. De Staaten van Holland en Westvriesland. Edele, Emtfeste, Vroome, Discreete , Lieve, Getrouwe! te vervallen aan het Ambagt, waar jeegens behoord te werden voorzien. Zoo is 't, dat wy, om te prevenieeren dat de Üegte Landen van Eygenaars die ook ander goed Land in hetzelve Ambagt hebben, met een quaad opfet om de lasten te ontgaan, niet koomen in onvermogende handen, hebben goedgevonden en verftaan, de refpeétive Schouten en Geregten ce authorifeeren en te gelasten, zoo als wy defelve authorifeeren en gelasten by deefe, om , alvoorens over een zoodanig transport te ftaan, van den kooper of verkooper te vorderen fuffifmte cautie, om daar uyt ten minften voor den tyd van zes jaaren de lasten te kunnen vinden. En om teegen te gaan een verkeerd begrip, als of, indien uyt de Landen de daar op verfchuldigde lasten by executie niet kunnen worden gevonden, geen verdere executie teegens de Eygenaars of derfelver andere Goederen zouden moogen werden gedirigeert, daar nogtans het gemeene Land, ten opfigte van desfelfs Middelen, van geen erger natuur als Particulieren kan zyn, wyders goedgevonden te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat, ingevalle de Geregten in het vervolg tot confequeering van de Confenten, welke voor dit loopende jaar zyn gedraagen, of voor volgende jaaren gedraagen zullen worden, eenige Landen executeerende, daar uyt de Lasten daar op verfchuldigt niet kunnen confequeeren, defelve verder teegens de Eygenaars derfelve Landen zullen moeten procedeeren , en dat wel by paraate executie, zoo als alle des gemeene Lands Middelen ingevordert worden, op pcene, dat by nalatigheyd van dien, de verzoeken by defelve Geregten aan Ons tot abandonnement te doen, zullen worden geweefen van de hand, en die Landen moeten blyven tot derfelver lasten. En op dat een iegelyk die het aangaat zich daar na reguleere, en niemand ignorantie daar van pretendeere, ordonneeren wy, dat deeze alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruykelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande, den 6 Maart 1751.  Rakende de Verpondingen. Ilfjl Leeden goedgevonden en verftaan, dat het jegenwoordig Quohier zal worden gecontinueert voor den tyd van vyf jaaren, waarvan het eerfte zal zyn het aanftaande jaar 1756, en het laatfte het jaar 1700. Dat voor het jaar 1761 zal worden geformeert een nieuw en generaal redres van de Verpondingen op de Huifen en Gebouwen in deefe Provincie, gecalculeert teegens den twaalfden penning van de huur der Huifen, zoodanig nogtans dat het te maaken redres zal moeten bedraagen niet minder als het jegenwoordig Quohier bedraagt, en dat derhalven , indien het teegen den twaalfden Penning gereekent minder mogte bedraagen als dertien tonnen Gouds, den penning zoo veel zal moeten werden verhoogt, dat het ten minsten die fomme bedraage, en voorts op defelve wyfe als het laatfte redres in de jaaren 1729 en 1730 is geformeert geweest, alles ten waare met eenpaarige bewilliging van alle de Leeden eene langer continuatie mogte worden gerefolveert. Dat ten dien einde een point van befchryving tot het ftellen van ordre op het formeeren van dat nieuw en generaal redres zal worden gemaakt voor de Vergadering van Maart 1758, en dat daar op finalyk in die Vergadering, en dus voor die vallende in de maand July van dat jaar 1753, zal moeten worden gedisponneert. Dat de Commisfarisfen, tot het formeeren van het voorfchreeve redres te benoemen, ernftelyk zullen worden gelast daar in alle mogelyke fpoed te maaken, ten einde het zelve gereed zy,om daar op de invordering der Verpondingen , zoo ordinaris als extraordinaris, over het jaar i7di gedaan te kunnen worden. En dat, om aan de Leeden, welke zouden meenen by het jegenwoordig Quohier befwaart te Zyn, gerustheid te geeven, dat het nieuw te maaken redres niet zal werden getraineert, zal worden vastgeftek, zoo als vastgefteld word by deefen, dat, indien buiten alle verwagting het nieuw redres niet gereed mogte zyn, om daar op te vorderen de Verpondingen o» ver het jaar 1761, aan de Leeden welke zig befwaart zullen vinden, mits door defelve tot vertraaging van het Werk niet zal zyn gecontribueert , zal 'zyn gepermitteert, om by provifie, en zoo lang het nieuw redres niet gereed zal weefen om daar op de Verpondingen in te vorderen, aan den aanflag zoo die jegenwoordig is, te moogen korten en inhouden vier ten honderd, om daar uit aan de befwaarde Perceelen te gemoet te koomen. 5» Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Koorn - molen, cum annexis, te Meerkerk, word vry verklaard van de Verpondingen. Den % Augustus 1753. a Gedelibereerd zynde op het twaalfde Point van de jegenwoordige Befchryving, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 23 Mey deefes, jaars, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 14 July 1752, nader geëxamineert derfelver Advis by het derdé Point van Befchryving van Maart 1752, aan de Leeden toegefonden, geformeert op de Requefte door Everhard Francois van Schimmelpenning, Heer van Meerkerk, aan haar Edele Groot Mogende geprefenteert, waar by om redenen daarby geallegeert verfogt heeft, dat haar Edele Groot Mogende zouden gelieven te verklaaren, dat des Suppliants Koornmoolen, met des Molenaars Huyfmge, Berg en Schuurtje daar annex, in des Suppliants Ambagts - Heerlykheid Meerkerk geleegen, ingevolge van de Koops-Conditien van den 17 Maart 1729, breeder by de Requefte gemeld, is vry van de Verpondingen , en verder de Heeren Gecommitteerde Raaden te authorifeeren, om den aanflag \ Vfln GÉS Snnniinnt-S vOnrfV Ttr\r\rr\mnnlart . j[ , W WY. JL>.\J\J1 1111J\JKJ1\^U t 1 #'//A annexis van het Quohier der Verpondingen af te fchryven; en hebbende wyders ook overwoogen de bedenkingen daar op gemoveert in een Ampele Memorie vervat, by een nader Request door Sara Dutry, Weduwe en Erfgenaame van den voornoemden Mr. Everhard Francois Schimmelpenning, aan haar Edele Groot Mogende overgegeeven, Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat de voorfz. Koornmoolen, met des Moolenaars Huyfing, Bergen Schuurtje daar annex, in de Ambagts Heerlykheid Meerkerk geleegen, ingevolge van de KoopsConditien van den 17 Maart 1729, waarop defelve Ambagts Heerlykheid uit de Domeinen van haar Edele Groot Mogende is verkogt, is vry van de Verpondingen. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden dienvolgende geauthorifeert, om den aanflag van de voorfz. Koornmolen, cum annexis, van het Quohier der Verpondingen te doen affchryven. Vm. Deel. Hhhhhhh  Rakende de Verpondingen. 1163 8. Refolutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk het aanflaan yan nieuwe en gemelior eerde Gehouwen in de Verpondingen. Den 8 Maart 1754. IterativeJyfc gedelibereerd zynde op de Misfive zoo van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren van den 6 ApriJ 1753 ■> en agter de Notulen van haar Edele Groot Mogende van den 14 derfelve maand geinfereert, houdende, dat haar Edele Groot Mogende by derfelver Refolutie van den 22 April 1751 onder anderen hebbende vastgefteld op wat wyfe, zoo by de Steeden ftem in Staat hebbende, als by de kleine Steeden en het platte Land, opgegeeven zouden moeten worden de nieuwe Getimmertens en Melioratien, aanvang te neemen na de Refolutie van den 16 December 1739, voor zooverre bevonden zoude worden als nog aan die Refolutie niet te zyn voldaan, en haar Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren daar by hebbende gelast van de obfervantie van dien aan haar Edele Groot Mogende kennisfe te geeven, zy de eer hadden haar Edele Groot Mogende te informeeren, dat de kleine Steeden en het platte Land aan die Relblutie hebben voldaan, en dat de Steeden haar Edele Groot Mogende Vergadering compofeerende, de Lysten en Taxatiën van de nieuwe Getimmertens en Melioratien aan haar meede wel hadden toegefonden, maar dat zy uit veele van defelve niet hadden konnen diftingueeren, welke Perceelen nieuwe Getimmertens , en welke Melioratien waaren, gelyk ook niet wanneer de nieuwe Getimmertens waaren volbouwt, waar door zy Heeren Gecommitteerde Raaden haar baken ftaat bevonden, den tyd van derfelver aanflag te bepaalen; dat zy wel hadden getragt de noodige elucidatien en eclaircisfementen daar op te bekoomen, maar daar in niet gereusfeert waaren, en dat aan haar voor reeden was gegeeven, dat, voor zoo verre betreft de gepasfeerde tyd, die Taxatiën waaren gedaan door Luiden, waar van fommigen reeds waaren overleeden, en de overige zig de precife omftandigheeden niet erinneren konden, en dat het niet wel mogelyk nog raadfaam was die Perceelen op nieuw te doen tauxeeren, zoo om dat met geen mogelykheid zoude konnen worden nagegaan, in wat toeftant die Perceelen bevoorens waaren geweest, en veele van defelve immiddels van Eigenaar veranderd zynde, door defelve ook de precife opgaave niet zoude konnen worden gedaan, als om de inconvenienten, te wagten uit een hertaxatie, in een tyd dat nog twee extraordinaris Verpondingen geheeven wierden; dat zy niet konden ontveinfen, dat de voorfchreeve reedenen by haar eenige ingang hadden gevonden, temeer als zy daar by nog haddengeconfidereert, dat, ingevalle de nieuwe aanllaagen eenige jaaren retro zouden moeten werken, veele disputen en procesfen zouden ontftaan, ten opfigte van Perceelen, die in die tusfehentyd, en fommige meer als eens, van Eigenaar veranderd waaren, en dat al het zelve by haar zoo zwaar had gewoogen, dat zy hadden gemeend niet alleen daar van aan haar Edele Groot Mogende kennisfe te moeten geeven, maar ook daar over haare gedagten ferieufelyk te hebben moeten laaten gaan, en haar Edele Groot Mogende daar van te gelyk te dienen, gelyk zy defelve dan ook by die Misfive hebben voorgedraagen; Is goedgevonden cn verftaan, dat om tot een prompte liquiditeit van het gepasfeerde, en executie van haar Edele Groot Mogende voorfchreeve Refolutie van den 22 April 1751 voor het vervolg te gernaken, met de Lysten en Taxatiën aan de Heeren Gecommitteerde Raaden overgefonden, genoegen zal worden genoomen, en dat voorts, zoo de nieuwe Getimmertens als Melioratien zullen worden aangeflaagen in de ordinaris en extraordinaris Verpondingen met den jaare 1754, des dat ook daar tegen geen affchryvingen van geamoveerde Gebouwen als met den jaare 1754 zullen gefchieden; dat wyders in het vervolg alle gemelioreerde Perceelen, gelyk meede de nieuwe Getimmertens, het zy defelve gebouwt zyn op piaatfen alwaar voor deefen andere Gebouwen hebben gedaan, of niet, op nieuws in het geheel zullen worden getauxeert, en in de Verponding aangeflaagen met het jaar na dat de Melioratien zullen zyn gedaan of de nieuwe Getimmertens zullen weefen volbouwt, en dat zoo wel de gemelioreerde Perceelen als de nieuwe Getimmertens gëduurende de eerfte veertien jaaren zullen genieten vrydom van de ordinaris Verponding, waar op zy nieuwelyks zyn geftelt, des dat zoo van de gemelioreerde Perceelen, als van de,nieuwe Getimmertens , gebouwt op Piaatfen, alwaar te vooren andere Getimmertens hebben geftaan, de oude Ordinaris Verponding, gëduurende de veertienjaarige Vrydom zal moeten worden betaald, en dat van alle nieuwe getimmertens en gemelioreerde Perceelen de extraordinaris Verpondingen die van jaar tot jaar geheeven zullen worden, van het eerfte jaar af, volgens den nieuwen aanflag, zullen moeten worden betaald. En worden de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt, ter executie van het geene voorfchreeve is, de noodige ordres te ftellen. Hhhhhhh 2 M  Rakende de Verpondingen. 1165 tan dc Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Qqartieren, om te (vrekken tot derfelver narigt, en daar van verder kennisfe te gee¬ ven , alwaar het zelve noodig zal worden geoordeeld. 10. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende nadere ordre omtrent het inritten van Requesten om Remisfie van Verpondingen. Den 26 Mey 1756. Gedelibereerd zynde op het tweede Point van de jeegenwoordige Befchryving, en auiks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 2. Maart deefes jaars, in gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot fVf og. Appointement van den 3 November 1755, hebbende geëxamineert de Requeste van de gefaamentlyke Geé'rfdens en Ingefeetenen van Heykoop, Boeykoop en Meerkerk, geleegen in den Lande van Vianen, om de daar by geallegueerde reedenen verfoekende, quytfchelding van de extraordinaris Huys Verpondingen van den jaare 1739 tot den jaare 1755 incluis, als meede nog remisfie van de ordinaris en extraordinaris Huis - Verpondingen voor den tyd van tien jaaren, mitsgaders quytfchelding van de nog onbetaalde extraordinaris Verponding der Landen, tot dato van derfelver verfoek verfchuldigt. Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de respeétive Steeden, uit de naam en van wee gens Burgemeesteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mog. confenteeren en bewilligen by deefe, om aan die van Heyen Boeykoop te verleenen remisfie der agterftallige en ten Comptoire Generaal nog open en onbetaald ftaande ordinaire en extraordinaire Verpondingen der Huilen tot den jaare 1754 incluis, bedraagende volgens den Staat, met expresfie van de jaaren en confenten daar van geformeert, en aan het einde deefes geinfereert, de fomme van f 1430-5-0, mits die van Hey- en Boeykoop gëduurende de reeds door haar geobtineerde remisfie der ordinaris Verponding van de Huifen, het restant der extraordinaris Verponding van 1755, en de geheele extraordinaris Verponding op den voet der gedraage confenten volgens de ordre van den Lande promptelyk betaalen. Wordende de verfoeken van die van Meerkerk in het geheel, gelyk ook de verdere of andere verfoeken door die van Hey- en Boeykoop gedaan, geweefen van de hand. En is voorts tot voorkooming van confufie en defordres, en fpecialyk om te prevenieeren, dat by inadvertentie voor een en defelfde jaaren niet tweemaal remisfie van de zelfde Verponding werd verleent, goedgevonden en verftaan, mits deefe by ampliatie van het Reglement in den jaare 1728 op dit fubjeét gearrefteert en zeedert van tyd tot tyd gecontinueert, te ordonneeren. „ Dat de Requesten, waar by zal „ worden verfogt remisfie van agterftal„ lige Verpondingen, niet alleen fpeci„ ficquelyk zullen moeten inhouden de „ agterltallige jaaren maar ook het import . „ van ieder jaar. „ Dat van gelyke alle Requesten, „ waar by Remisfien zullen worden ver„ fogt van de Verpondingen, voor het „ toekoomende meede fpecificquelyk „ zullen moeten inhouden de jaaren waar „ over de verfoeken gefchieden, met „ expresfie van de grootte der Verpon„ dingen over ieder jaar, en dat geen „ verfoeken van Vrydom zullen moogen „ werden gedaan over jaaren, over de„ welke van defelve Lasten reeds re„ raïsfie is verleent, en dat de Reques„ ten om eenige Vrydom dienvolgende „ zullen moeten inhouden een pertinent „ narré van de laatst geconcedeerde gra„ tien, het zy defelve reeds geëxpireert „ of nog loopende zyn, en dat geene „ andere Requesten, als die na het voor„ fchreeve voorfchrift zyn geconcipieert, „ zullen werden aangenoomen, en veel „ minder daar op geadvifeert of gedispo„ neert." En zal hier van Extraét worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende, om tot de obfervantie van dien de noodige ordres te ftellen. Hhhhhhh 3 Ré-  Rakende de Verpondingen. flans Verpondingen van de Waag binnen defelve Stad over de jaaren 1748 tot 1755 beide incluis, ieder confent gereekent op agt guldens zes ftuivers en agt deniers, zynde den twaalfden Penning van de Huur van honderd guldens, die daar van ten tyde der Pagten is geprofiteert, te doen depecheeren een Ordonnantie van een honderd drie en tagtig guldens zes ftuivers en agt deniers, en voor het Quo- U67 hier der Verpondingen van de Steede Oudewater, weegens den aanflag van de Waag te doen verminderen met een fomme van agt guldens zes ftuivers en agt deniers, in te gaan met den jaare 1756; wordende de verdere verfoeken van Burgemeefteren en Regeerders der Steeden Dordregt, Delft en Oudewater bv de voorfz. Misfives en Rêquefte gedaan geweefen van de hand. 12. Refolutie van de Staaten van Holland betrekkelyk de betaaling van de Ordinaris en Extraordinaris Verpondingen van het IPuys, door den Ambasjadeur van Spagne in s" Hage bewoond wordende. Den 27 July 1758. Is gehoord het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 18 deefer, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 7 der voorleede maand, geëxamineert eene Misfive van den Heer van Wasfenaer, Ambasfadeur van deefen Staat aan het Hof van Spagne, aan den Raadpenfionaris den 1 Mey bevoorens te Madrid gefchreeven over de betaalinge der ordinaris en extraordinaris Verpondingen of honderdfte penningen van het Huis alhier in den Hage in het Westeinde door den Heer Ambasfadeur van het voorfchreeve Flof bewoond, houdende in fubftantie, dat hy met den Heer Wall, eerfte Minifter, was geconvenieert : Eerftelyk, dat de pretenlie van den tyd van den overleeden Koning onderfcheiden zoude worden van den tyd van den regeerenden Koning. „rTe." tweeden, dat hy Ambasfadeur van Wasfenaer zoude beforgen de Bewyfen en Papieren , waaruit degefundeertheid der pretenfie beweefen zoude worden, als wanneer de betaalinge van de agterftallen gëduurende de regeering van den jeegenwoordigen Koning zoude worden beforgt, en voorts in het vervolg courant gefchieden, meenende by Heer van Wasfenaer, dat ten opfigte van de betaalinge der Arrierages gëduurende de Regeering van den overleeden Koning weinig zoude worden geiacrifieert, om dat, hoe juist die pretenfie zoude moogen weefen, egter nog in geen vyf* tig jaaren een duit daarvan te wagten was, alfoo weegens desfelfs fchulden volgens de Testamentary jaarlyks maar een kleine fomme konde worden betaalt, waar in nog veel preferentie plaats had in faveur van veele kleine fchreeuwende Schulden, en dat by deefe geleegentheid daar van ook geen renunciatie gefchiedende, het zelve ten allen tyde wanneer men zulks zoude willen goedvinden, wederom levendig zoude kunnen worden gemaakt. Dat voorts ten respeéfte van de bewyfen de Pleer Wall requireerde, voor eerst een Copie authenticq van de Koopbrief, dat het voorfchreeve Huis door Don Emanuel de Lira, Envoye van Spagne, in id77 van de Erfgenaamen van den Heer van Asfendelft was gekogt. ö Ten tweeden, authenticque Bewyfen, dat de Verpondingen van het zelve Huis van id77 tot 1704 en 1705 waren betaald geworden door den Spaanfchen Minister. Ten derden een authenticq bewys, dat de Heeren Ambasfadeurs van Spagne in 1715 geconfenteert hadden in de aan haar geprefenteerde Acte en defelve hadden geteikent. Ten vierden een authenticque ftaat van de Heeren van de Sociëteit van de agterftallen van 1747 tot 1757 incluis. Met byvoeginge, dat defelve Bewyfen door den Heer de laQuadra, thans gechargeert met de zaaken van het Hof van Spagne, moesten weefen gelegalifeert; en met verfoek dat defelve in de Franfche taaie zouden mogen worden gefteld. Zynde ter voldoeninge am het voorfchreeve gerequireerde door de Heeren Gecommitteerde Raaden gedaan formeeren en neevens het voorfz. Advis gevoegt. Sub A. 1 en 2 loco een Copie Authenticq in het Neederduitfch en ook in het Franfch yan de Koopbrief, waar by het voorfz. Huis in 1677 aan Don Emanuel de Lira is getranspörteert geworden. Sub B. een declaratoir van de Heeren van de Sociëteit, op wat wyfe de ordinaris en extraordinaris Verponding zeedert id77 tot de tegenwoordige agterftallen zyn voldaan. Sub C. 1 en 2 authenticque Staaten zoo van de ordinaris als extraordinaris Verpondingen, welke nog fchuldig worden bevonden, zoo van de Regeering van den overleeden Koning , als van die van zyne tegenwoordige Majefteit. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat alle de voorfz. geauthentifeerde ftukken aan den Heer Ambasfadeur van Wasfenaer zullen worden gefonden, om daar van het noodige gebruik te maaken, en dat daar neevens aan denfelven zal worden aangefchreeven, om by het overgeeven der voorfchreeve ftukken verder by Memorie te re«  Rakende de Verpondingen» urj^ *4* Refolutie van de Staaten van Holland, tol affchryving van de Verponding van de Konyn - duinen genaamt de Raaphorfter Duinen onder PVasfenaar, en om dezelve als andere Klingen en Geestlanden in de Verponding te doen aanfaan. Den 29 December 1758. By refumtie gedelibereerd zynde op hét ^ Advis van de Heeren Gecommitteerde Randen, ter Vergadering ingekoomen den 22 deefer, hebbende, ingevolge enter voldoe^ ninge van haar Edele 'Groot Mogende Appoinétement van den 29 Augusty deefes jaars i geëxamineert de Requeste van den Heere Fredrik Hendrik van Wasfenaer, Heere van beide de Catwyken, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat de Konynduinen, genaamt de Raaphorster Duinen, geleegen by den Huife van Raaphorst in de Baronnie van Wasfenaer, alleen op den voet als Klingen of Geestlanden in de Verponding moogen contribueeren, mits dat defelve alvoorens werden gedepopuleert, en ten eeuwigen dage gedepopuleert zullen moeten blyven, Js goedgevonden en verftaan, aan den Heer Vertoonder desfelfs verfoek te accordeeren, en mitsdien te verleenen affchryving van de voorfz. Duinen ter fomme van een honderd guldens na aftrek van het Colleétloon; en dienvolgende de Heeren Gecommitteerde Raaden te authorifeeren en te qualificeeren, om de voorfz. Duinen in het Quohier der Verpondingen ter Finantie te doen aanflaan, zoo als andere Klingen en Geestlanden onder Wasfenaar geleegen aangeflaagen zyn, mits egter dat de voorfchreeve ailehryvinge niet eerder VUL Deel. \ zal kunnen gefchieden, ten zy by behooiiyj ke verklaaringe van het geregt van Wasfenaer gebieeken is, dat de gemelde Duinen distinéfc zyn gemeeten, en na het onderfcheid van het goede en quaade Land zyn getaxeert, en voorts dat de voorfz. Duinen effeCtivelyk ten eenemaal zyn gedepopuleert, en op voorwaarde, dat defelve Duinen ten eeuwigen dage gedepopuleert zullen moeten blyven, in zoo verre zelfs, dat de daar onder gehoorende Ingelanden mits deefe worden geauthorifeert, om, ingevalle defelve Duinen wederom met Konynen mogten worden gepopuleert, defelve te moogen'uitgraaven, en ten eenemaal te vernietigen de Hooien door defelve gemaakt,- waar van tef Secretarye van Wasfenaer behoorlyke aanteekening zal moeten worden gedaan. 1 En voorts by deefe geleegentheid aan haar j Edele Groot Mogende voorgedraagen zynde, I dat van tyd tot tyd door haar Edele Groot Mogende voor meer andere Konynduinen vermindering van de Verponding was geaccordeert , onder voorwaarde, dat defelve gedepopuleert zouden moeten worden, en voor altoos gedepopuleert zouden moeten blyven,zonder dat alomme aan die conditie na behoo* ren wierd voldaan, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders Dykgraaven en Hoogheemraaden liiiiii yan daar op uitkoomënde, dat de gemelde Minister hem verfeekert hadde, dat men niet zoude weigeren de Verpondingen van het voorfchreeve Huis te betaalen, maar dat men eerst wilde weeten wat Spagne zoude doen omtrent derfelver Hotel, wiens exempel men voorgenoomen hadden te volgen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat door den Raadpenfionaris aan den Heer van Berkenrode tot antwoord op desfelfs voorfchreeve Misfive zal worden toegevoegt, om by Memorie aan den Heere Graave van Bernis te reprefenteeren, dat haar Edele Groot Mogende niet kunnen begrypen, op welke idéés het Hof van Vrankryk de betaalinge der Verpondingen accrocheert aan het geene Spagne zoude doen, dewyl geagnosceert moest worden, dat het Hotel waar van de Verpondingen worden geprecendeert, by het Hof van Vrankryk van een particulier alhier is gekogt, met de last van de Verpondingen, door welke last daar op | ftaande het zelve Hotel tot zoó veel minder prys had konnen worden geacquireert; dat het 'er dus weinig toe deed, of het Hof van Spagne had betaald of zoude betaalen; hoewel het zeeker is, dat het Hof van Spagne daar toe op gelyke wyfe is verpligt, en ook van het zelve Hof verwagt wierd dat derfelver arrierages zal voldoen; dat haar Edele Groot Mogende niet kunnen verwagten, dat de Kroon van Vrankryk daar van exemtie zoude willen pretendeeren, nog ook niet zouden kunnen opmaaken op welke grond, alfoo goederen by een Souverain geacquireert wordende onder een ander Souverain, daar door niet kunnen worden verftaan van natuur te veranderen, of van lasten daar op ftaande, en waar meede defelve expres zyn verkogt, te werden ontheeven, en dat haar Edele Groot Mogende mitsdien verwagten, dat geen verdere fwaarigheid zal worden gemaakt om den Heere Graave d'Affry te qualificeeren, om de verfchuldigde Verpondingen te voldoen.  Rakende de Verpondingen. lasten en te beveelen, dat van nu voortaan hunne Transportbrieven van getransporteerde Huifen, Landen en Heeilyke Goederen binnen den tyd van zes weeken na het bekoomen derfelver, op zeekere daar toe by de refpeétive Secretarisfen te fixeeren daagen, zullen moeten vertoonen ter Secretarye van het Dorp waar onder die Goederen geleegen zyn, ten einde daar uit de overboeking op de Quohieren van Verponding door de Secretarisièn zoude kunnen gefchieden, mits daar voor betaalende drie ftuivers van ieder Perceel dat overgeboekt word, en ingeval defelve Goederen de voorfz. Ingefeetenen mogten aankoomen uit hoofde van Schifting, Scheiding, Deeling of andere Contra&en, zylieden ook gehouden zullen zyn binnen den voorfz. tyd van zes weeken zoodanige Docu- 1171 menten meede ter Secretarye te moeten vertoonen, op dat daar uit insgelyks de overboeking zal kunnen gefchieden, mits voor ieder Perceel als booven betaalende drie ftuivers, op pcene dat die geenen die daar in nalaatig blyven, zullen-verbeuren drie guldens van ieder Perceel ten behoeve van den Nederduitfehen Armen der Plaats daar zulks komt voor te vallen. En wyders defelve Secretarisfen te injungeeren, de voorfz. Documenten tot het doen der overboeking gebruikt hebbende, immediaat aan de Eigenaars wederom te moeten reftitueeren, zullende niet meerder door hun dan de voorfchreeve drie ftuivers voor ieder Perceel moogen werden ontfangen, zonder, voor regiltratie, of onder eenige andere benaaming, letwes meerder te moogen vorderen Iïüiii 2 A G T*  Gemeene Middelen, &c\ onder het Resfort van de Generaliteit, nju Berigt van gemelde Magiftraat van Venlo, het zelve fubject concerneerende. Waar op gedelibereert en in achtinge genoomen zynde, dat de Magiftraat van Venlo, aan de Heeren Singendonek en Sylvius, Haar Hoog Mog. Gedeputeerdens, laatst daar geweest zynde in het Overquartier van Gelderland heeft verfogt, dat de vrydommen en executien van bet gemelde Hof gereguleert mogten worden, als die van het Hof te Roermonde; is goedgevonden en verftaan, dat het gemelde Hof en haare Bedienden zullen genieten gelyke exemptien en vrydommen te Venlo, als het Hof te Roermonde geniet, namentlyk van de Stads ordinaris Accynfen, maar daar onder niet zullen weefen begreepen de extraordinaris verhooginge van het Gemaal, of andere extraordinaris lasten reeds op ge* fteld, of hier na op te ftellen, dat deefe vrydom zullen genieten de Raaden van het gemelde Hof te Venlo, de Momboir, Griffier een Deurwaarder en twee Booden, en anders niemand , cn gevolgelyk ook niet de Advocaaten en Procureurs of andere Suppoosten van gemelden Hove. Dat gemelde Raaden en de evengemelde Officianten en Bedienden, en neevens defelve de vier oudfte Advocaatenen drie Procureurs, ook zullen vry weefen van Militaire inlogeeringe. 2. Refolutie van den Raad van Staate, waaf b$ aan de Ingezeetenen yan 'Deurne en Lieszei geordonneert word, zich te reguleeren noopens hei Gemaal na de Placaaten daar op geëmaneert, &c. Den 17 April 1736. Is gehoort het rapport van de fleer Thefaurier Generaal van der Heim, hebbende ingevolge van haar Ed. Mog. Refolutie van den 22 der voorleede maand geëxamineert, het Berigt van den Raad en Rentmeester Generaal Wevering van Holy, op de Requeste van Balthazer Coymans, Heer van Deurne en Heszei, als Eygenaar van de Koorn-Winden Watermolens aldaar; verfoekende dat haar Ed. Mog. gelieven te verftaan, dat de Ingezeetenen van Deurne, en Lieszei, zich noopens het laaten maaien, en breeken van haare Graanen punótueelyk na het 13 Art. van de Ordonnantie op den ophef van, den Impost van 't Gemaal, enHooftgeld den 31 January 17 id gearrefteert, en de Placaaten daar by vermeit, zullen hebben te reguleeren, enden Drosfaard van Deurne, en Lieszei te ordonneeren, defelve teegens de Contraventeurs zonder eenige conniventie ter executie te leggen, ten minften hy provifie, tot dat by haar Ed. Mog, contrarie zal zyn geordonneert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Ingezeetenen van fle voorfz. Heerlykheid zich moeten regulee¬ ren na de Placaaten op het Gemaal, nog laatstelyk geconfrmeert by het 13 Art. van de Ordonnantie op dat middel ten platten Lande van Braband gearresteert den 31 January 1716, en den Drosfaardt te gelasten tegen de Contraventeurs te procedeeren, tot de pcenaliteiten tegen defelve geftatueert, dog dat op dat niemant reeden hebbe zich daar over te befwaaren, alvoorens desweegen eenige calange worde gedaan, deeze haar Ed. Mog. Refolutie aan de nabuurige Molenaars zal moeten werden geinfmueert, en binnen de voorfz. Heerlykheid gepubliceert en geaffigeert, dog om voor te koomen, dat door den" Molenaar tegens de goede ingezeetenen geen vexatien, of knevelaryen worden gepleegt, denfelven Drosfaard insgelyks zal worden gelast, daar teegen te vigileeren, en klagten daar over krygende, zich exactelyk daar op te informeeren, en die gefundeert vindende, tegen den Molenaar te procedeeren, ten einde die daar toe worde gehouden, dat hy de Ingezeetenen behoorlyk gerieve, en geen hooger maalloon vordere of neeme, als daar toe gefteld is. 3- Refolutie van den Raad van Staate, tot executie) yan haare vorige Refolutie van den 17 April 1736 noopens het Gemaal in de Heerlykheid van Deurne en Lieszel. Den 6 Maart 1737. Is gehoort het Rapport van den Heer Thefaurier Generaal van der Heim, hebbende ingevolge van Haar Éd.Mog. Refolutie van den 20 December des voorleeden jaars geëxamineert het Berigt van den Raad en Rentmeester Generaal Wevering van Holy op de Requeste van Hendrik van Brey en Laurens Mattys Bartels &c. mitsgaders nog ingevolge van haar Ed. Mog. appoinétement van den 13 der voorleede maand geëxamineert de Requeste van Pero de Casfemajor, Drosfaard der Heerlykheeden Deurne en Liesfel, te kennen geevende &c. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevondenen verftaan, te perfisteeren &c. wyders aan den Drosfaard Casfemajor te permitteeren Copie authenticq van de verklaaring in zyne ReIiiiiii 3 ques»  Gemeene Middelen &c. onder het Resfort van de Generaliteit. 1173 dog dat zulcks is geweest vrughteloos, en dat het gemelde Gouvernement is blyven perlilteeren daar by, dat volgens de Ordonnantiën op den ophef der Reghten aldaar vigeerende , fpecialyck volgens die yan den dertighften September zeeventien honderd neegen tien , de boovengemelde Vrydom zigh niet verder kon uitftrecken dan tot Vrughten gewasfen op Limitrophe Landen, en dat voor Limitrophe Landen gereeckent wierden alleen de zalcke, dewelcke waaren „ de la conftftance des cenfes fituées fur Ia liziere des Limites des dominations respectives & qui ne peuvent commodement être detachées des dites cenfes, lans qu'il foit permis de prendre en ferme d'autres terres pour jouir de ce benefice" ; welcken volgende geen Vrydom kon plaats hebben met opfight tot Thiendens op Oostenryckfchen Boodem gewasfen, en door de onderdaanen van de Republicq aldaar gepaght, of tot Vrughten van loopende Landen door defelve aldaar gehuurt, en dat de boovengemelde ordre van den een en twintighften July zeeventien honderd een en veertigh niet anders was als een vernieuwingh van voorige Ordonnantiën. Dat haar Hoogh Mogende niet gevonden hebbende eenigh Tracfaat of fpeciaale Conventie, waar aan de voorfchreeve Ordonnantie van den dertighften September zeeventien honderd neegentien zoude contrarieeren, en gefien hebbende, dat de gemelde ordre van den een en twintighften July zeeventien honderd een en veertigh zigh in der daad enckel refereert tot den voorigen voet, zonder yets Ipecificqs te contineeren, op den agtften September laatstleeden genoomen hebben de Refolutie hier booven gemeld. I Dat haar Hoogh Mogende daar op ontfangen hebben het gemelde antwoord van die van St. Anna ter Muyden, waar by defelve zigh ais nu beroepen op een Recopiiatie, die zy noemen de bekende Recopiiatie, dogh waar van bevoorens geen mentie is gemaackt geweest, en wyders overfenden de voorgemelde Attestatien. Dat dit werek vervolgens op nieuws zynde nagegaan, bevonden word, eerftelyk, dat de Recopiiatie, welcke die van St. Anna ter Muyden in het oogh hebben, moet zyn de Oostenryckfche Recopiiatie van den vyftienden November zestien honderd zeeven en neegentigh, dewyl.het laatfte Articul van defelve haare fustenue effectivelyck favorifeert, dan dat daartegen uyt de meergemelde Ordonnantie van den dertighften September zeeventien honderd neegentien komt te blycken, dat het gemelde Articul reeds by een nadere Recopiiatie van den tienden April zeeventien honderd zestien, zoo wel als by de voorfz. Ordonnantie van zeeventien honderd neegen¬ tien is gerestringeert in voegen als hier booven is gemeld, hoewel men uyt den toedraght van zaacken, en fbeciaalyck uyt het gepasfeerde in den jaare zeeventien honderd een en veertigh, fchynt te moogen opmaaken, dat deefe reftrictie niet a'tyd na de Jetter is gepraétifeert geworden , zoo als men teegenwoordigh aan de Oostenryckfche zyde dóet* en ten anderen, dat uyt de voorfchreeve Attestatien confteert, dat de Oostenryckfche onderdaanen noghtans met 'er daad jouïsfeeren van Vrydom van Reghten van deefe zyde met relatie tot de Vrughten , dewelcke zy t'huys haaien van loopende Landen op Sraatfchen Boodem geleegen, die zy koomen te huuren, niettegenftaande die van St. Anna ter Muyden thans aan de Oostenryckfche zyde van deefe Vrydom zyn ontzet. Dat, nademaal haar Hoogh Mogende geen fucces kunnen waghten van eenige naadere reprefentatien aan het Gouvernement te Brusfel, en eene zoo ongelycke behandelingh, als hier vooren gemeld is, niet langer kan worden gedooght, haar Hoogh Mogende intentie is, dat het gemelde Collegie ter Admiraliteyt de Oostenrykfche Onderdaanen zal handelen zoo als de Onderdaanen van de Republicq van de Oostenryckfche zyde gehandeit worden , en dienvolgende derfelver Vrughten, die zy van het Territoir van den Staat na het Oostenrykfche Territoir zonder betaalingh van Uytgaande Reghten willen t'huyshaalen, doen arrefteeren en verbeurt verklaaren, uytgefondert voor zoo veel defelve gewasfen zyn op Landen op Staatfchen Boodem geleegen, dewelcke met Landen op Oostenryckfche Boodem geleegen eene Bruykweer of Hofiteede uytmaacken, en niet gevoeghlyck daar van gefepareert kunnen werden, volgens de definitie van de gemelde Oostenryckfche Ordonnantie van dertigh September zeeventien honderd neegentien , des dat het gemelde Collegie de Öostenryekfehe Onderdaanen, dewelke de voorfchreeve Atteftatien gegeeven hebben om die van St. Anna ter Muyden te helpen, en volgens deefe haar Hoogh Mogende Refolutie als nu in het geval zullen zyn van te moeten-betaalen, hier van zal doen adverteeren, ten eynde zy zigh voor een onvoorfiene Calange waghten. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Heeren van Haren, haar Hoogh Mogende Gedeputeerde by zyne Hoogheid Prins Carel van Lotharingen, als Gouverneur der Oostenryckfche Nederlanden, als meede aan Bailliuw, Burgemeester en Scheepenen der Stad en Scheependomme van St. Anna ter Muyden, om te ftrecken tot haar naright respective.  Gemeene middelen, &c. onder het resfort van de Generaliteit:. ït-jf het Reght van vrydom van den grooten Brabandfchen zwygenden Landtol, en dat zulks in de Verpaghts - Conditie van dat Middel moghte werden geinfereert. Waar op gedelibereerd, en in aghtinge genoomen zynde, dat by Sententie van den Raad van Braband alhier in den Hage op den zeeven en twintigften July zestien honderdeenen zeventig geweefen, tusfehen Burgemeefters, Scheepenen en Raaden der Stad Helmont, Impetranten van Mandament van Daaghceele ten eenre, en Johan van Beeck, als Procureur van den Raad van Staate, intervenieerende en dc zaacke aanneemende voor Hendrick van Arnhem, toen ter tyd Paghter van den grooten Brabandfchen Landtol, Geleyde- en Paardegeld, Gedaaghdens in het voorfchreeve cas ter andere zyde, is gedecideert; zynde by defelve Sententie verftaan, dat die van Helmont vry en exempt zyn van den grooten Brabandfchen zwygendenLandtol,GeIeyde-en Paardegeld , van alle Goederen, Manufacluuren of Gewasfen, die in Braband onder deefen Staat by hen zullen weefen gekoght, gemaakt of gewonnen, zoo lang zy met de voorfchreeve Goederen blyven binnen de paaien van Braband voorfchreeve, of geene Goederen uyt andere Provinciën of Piaatfen van het Spaansch Braband voeren en inbrengen in de Steeden en Piaatfen van Braband, gehoorende onder de Souverainiteyt van den Staat, is goedge¬ vonden en verftaan, dat in het verfoeck geidaan by de Requefte in de voorfchreeve Misfive gemeld, zoo als het leght, niet kan werden getreeden, en werd het zelve dienvofgende afgeweefen; maar dat aan de Supplianten, conform de gemelde Sententie van den Raad van Braband in dato den zee ven en twintighften July zestien honderd een en zeeventig j zal werden geaccordeerd, zoo als aari hun geaccordeerd werd mits deefen , vrydom en exemptie van den grootenBrabahdfehen zwygenden Landtol van alle Goederen , Manufacf uuren of Gewasfen, die in Braband ónder deefen Staat by hun zullen weefen gekogt, gemaakt of gewonnen, zoo lang als zymet de voorfchreeve Goederen blyven binnen de paaien van Braband, of geene Goederen uyt andere Provinciën of Piaatfen van het Oostenryeks Braband voeren en inbrengen in de Steeden en Piaatfen in Braband, gehoorende onder de Souverainiteit van haar floogh Mogende. En zal Extract, van deefe haaf Hoögh Mogende Refolutie gefonden werden aan den Raad van Staate, om de vereyschte ordre te ftellen, dat by de eerfte te doene Vérpaghtingen van den grooten Brabandichen zwygenden Landtol, in de Verpagts - Conditiën van gemelde Tol mentie van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie werde gemaakt. 7. Placaat van de Staaten Generaal, houden¬ de belasting op de vreemde Bieren; en nadere voorziening tegen het vervoeren van binnenlandfche gebrouwe Bieren binnen de diftantie van anderhalf uur gaans van de beflote Steden. Ben ip July TPVe Staaten Generaal der Vereenigde Ne\Jp derlanden; Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: doen te weeten: Alfoo wy in ervaaringe köomen, dat zeedert een geruymen tyd herwaards den invoer van Leuvenfche, Difterfche en andere buyten de geünieerde Provinciën, en het Resfort van de Generaliteyt gebrouwe Bieren, zeer is vermeerdert; en dat verfcheide baatfugtige Menfehen, niettegenftaande het verbod by het tweede Articul der Ordonnantie op de Brouweryen ten platten Landen in dato den 10 Augufty 17id, daar tegens gedaan , zig niet ontfien hunne binnenlandfche gebrouwe Bieren te vervoeren binnen de diftantie van anderhalf uur gaans van de befloote Steeden,,jaa zelfs in de voorfchreeve Steeden, alles (trekkende tot verval van de Brouweryen in de Steeden Breda, Bergen op den Zoom en Steenbergen, mitsgaders tot merkelyk nadeel van 's Lands gemeene Middelen. Zoo is 't, Dat wy daar nader in willende voorfien, hebben goedgevonden, by weegen van ampliatie van de Ordonnantie op de Bieren, in dato den 19 Augufty 171Ö, en VIII. Deel. van de Ordonnantie op het ftuk van de Brouweryen ten platten Lande in dato 10 Augufty 17 id, provifioneelyk voor den tyd van vier jaaren $ ingaande 1 October 1752, met betrekking tot de Stad en Baronnye van Breda, Stad en Marquifaat van Bergen op den Zoom, en Stad en Landen van Steenbergen te ftatueeren en te ordonneeren, gelyk wy ftatueeren en ordonneeren by deefen. Art. L Dat voortaan van alle uytheemfche Bieren, wat voor benaamingen dezelve zouden mogen hebben, gebrouwen buyten de geünieerde Provinciën en het Resfort van de Generaliteyt, mitsgaders van binnenlandfche gebrouwe Bieren in het fatfoen van uytheemfche Tonnen geflaagen, by Burgers ingelegt werdende, aan Impo9t zal moeten werden betaald vier guldens tien ftuyvers de Ton : halve Tonnen of ander Vaatwerk na advenant. I I. Dat de Tappers, Herbergiers, drooge Gasteryehouders of Soetelaars, de voorfchreeve uytheemfche Bieren, mitsgaders binnenlandfche gebrouwe Bieren in fatfoen van uytKkkkkkk heem-  Gemeene Middelen, &c. onder het Resfort van de Generaliteit. Ufó I» Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Inwoonder van Duyzel voor eenigè jaaren word verleend remisfie van Verpondingen, en andere reëele Lasten, tot vergoeding van fchade hem door brand overgekomen. 'Den 28 September 1752. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den aght en twintighften deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vierden Mey laastleeden, derfelver Advis op de Requeste van Goyert Bierens, Inwoonder tot Duyzel, Quartiere van Kempeland, Meyerye van s'Hertogenbosch; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoogh Mogende aan hem Suppliant voor den tyd van twintigh jaaren gelieven te verleenen remisfie van de Verpondingen, Beeden en reëelen omflagh van zyn Goederen onder Duyzel, Hooghloon en Eerzei geleegen, mitsgaders van drie byfondere Renten ten Comptoire van den Rentmeester der Geestelycke Goederen, de Back, verfchuldight, en zulcks ter faacke en op fundament van het ongeluck den aghtienden April zeeventien honderd twee en vyftigh hem overgekoomen door het afbranden van zyne tluyfmge, Stal en Bouwhuys met een groot gedeelte van zyne Meu- bilen en alle zyne op zolder leggende Graanen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Suppliant voor den tyd van tien jaaren zal worden verleent, zoo als aan hem verleend word mits deefen, remisfie van Verpondingen, Beeden en reëelen Omflagh, ingaande met den jaare zeeventien honderd een en vyftigh, en van de drie Geestelycke Renten ter fomme van aght guldens, twaalf ftuyvers aght Penningen, ingaande Lightmis zeeventien honderd twee en vyftigh, mits dat de Suppliant zal gehouden zyn voor het profiteeren van het vyfde jaar remisfie, aan het Comptoir der Beeden, mitsgaders aan dat der Verpondingen van het Quartier van Kempeland tot 's Hertogenbosch te doceeren, dat al het afgebrande wederom behoorlyck heeft herftelt en opgetimmert, mitsgaders deefe haar Hoogh Mogende Refolutie te laaten regiftreeren ten voorfz. Comptoire der Beeden en der Verpondingen, als meede ten Comptoire van den Rentmeester der Geestelycke Goederen de Back; 9t Refolutie van de Staaten Generaal, houdende remisfie aan eenige Dorpen in de Quartieren van Oosterwyk en Peelland, ten aanzien van Verpondingen, Beeden en Gemeene Middelen, ter zaake van de fchaade, hun door het verhagelen haarer Veldvruchten overgekomen,, Den 2 November 1752. Ontfangen een Mislive van den Raad van Staate, gefchreeven alhier in den Hage den fes en twintigflen der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutien van den zeevenden en neegenden Augustus deefes jaars, derfelver Advis op de Requeste van de Regenten der Baronnye van Boxtel en Pleerlyckheid Liemde, Quartieren van Oosterwyck en Peelland, en op de Requeste van de Regenten van Oosterwyck en Moergeftel, Haren en Efch, alle in het Quartier van Oosterwyck, Meyerye van 's Hertogenbofch, geleegen; verfoeckende, ter zaacke van de fchaade den tienden July zeeventien honderd twee en vyftigh door het verhagelen haarer Veldvrughten hun overgekoomen, zoodanige fortable remisfie van Verpondingen, Beeden en gemeene Middelen, als haar floogh Mogende na maate van de geleede fchaade zullen oordeelen te beboeren,. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoeck gedaan by dé Requesten in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dien volgende, eerstelyck, aan de voorfchreeve Piaatfen over deefen loopenden jaare zeeventien honderd twee en vyftig zal werden verleent, zoo als aan defelve verleent werd mits deefen, de volgende remisfien, namentlyk: Aan die van Boxtel. Op dé Verpondingen —— ! ƒ807 '00 Op de Beeden u n , 1 2oo[bid Op de Bezaayde Mergen —<• 1671o1 o Aan die van Liemde. Op de Verpondingen f* 267'00 Op de Beeden. ——— - 751 o , o Op de Bezaayde Mergen —* j 87 i o ó Kkkkkkk 2 Aan  Gemêene Middelen &c, onder liet Resfort van de Generaliteit, iigf geleevert, en buiten de betuynde Hoven geplant wordende, onder het Tiendregt zullen worden gebragt, en aan die het regt van Tienden hebben gegeeven en toegeftaan, gelyk wy hun geeven en toeftaan by deeze, om met het voorfz. jaar 1755, en vervolgens desweegens by redemtie te moogen vorderen vyf Schellingen Vlaams per geniet, meer en minder quantiteit van roeden na advenant, met dien verftande nogtans, dat daar van vry zullen zyn, en blyven alle zoodanige eetbaare Nota. Eene gelyke Publicatie is ook ten aanzien { der Diitricten van de Steeden en Ambagten van Axel ƒ Vrugten, als door geringe of behoeftige Ingezeetenen zullen konnen worden aangetoonc alleen tot haar lieder conftunptie, dog geenfmts tot Commercie of Koopmanfchap, te zyn geplant. En óp dat een ieder hier van behoorlyk zf geinformeert, en niemand ignorantie daar vari zoude konnen pretendeeren, zal deeze alom binnen de voorfchreeve Diftriéten worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar zulks gewoon is te gefchieden. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 6 January 1755. (JVas geparapheert,) R. SLOOT, v. (Onderfondf) Ter Ordonnantie van dezelve. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar H. FAGEL Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met ' * een papiere Ruyte. en Nsufen, gearrelteert by de Staaten Generaal den 3.0 January 1755. 114 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by de yiardappelen, Cabuis - PCoolen &c. in het Dipirict •van den Banthuyn der Stad Venlo, onder het Tiendrecht worden gebragt. Den 7 February 1755. *|P\e Staaten Generaal der Vereenigde NeJL/ derlanden, allen den geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Alfoo wy zyn geinformeert, dat zeedert eenigen tyd herwaards het planten van Aardappelen , Cabuis - Kooien , &c. in het Diftriét van den Banthuyn der Stad Venlo meer dan re vooren werd gedaan, en dat daar toe werden gebruikt de Landen, waar op bevoorens Graanen en andere Gewasfen het Tiendregt fubjeét wierden gefaayd, waar door het gemeene Land, als heffende de Tienden aldaar, in desfelfs inkomften merkelyk word benadeelt ; zoo hebben wy om daarteegens te voorfien goedgevonden te ftatueeren en te ordonneeren, gelyk wy ftatueeren en ordonneeren by deefen, dat voortaan in het voorfchreeve Diftriét van den Banthuyn der Stad Venlo, te beginnen met den jaare 1755, de Aardappelen , Cabuis - Kooien en verdere als nog al¬ daar onbekende of ongeteelde Vrugten en Gewasfen , niet in den Schoof of Band geleevert en buiten dé beminde Hoven geplant werdende, onder het Tiendregt zullen werden gebragt , en dat daar van by redemptie zal moeten worden betaald een Ryksdaalder per mergen Venloos, meer en minder quantiteit van roeden na advenant, met dien verftande nogtans , dat daar van vry zullen zyn en blyven alle zoodanige eetbaare Vrugten, als door geringe en behoeftige Ingezeetenen zullen kunnen werden aangetoont, alleen tot haarlieder confumptie, en geenfmts tot Commercie of Koopmanfchap te zyn geplant. En op dat een ieder hier van behoorlyk zy geinformeert,- en niemand ignorantie daar van zoude konnen pretendeeren, zal deefe binnen de Stad Venlo en het voorfchreeve Diftriét worden gepubliceert en geaffigeert tef plaatfe daar zulks gewoon is te gefchieden. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden in 's Gravenhage den 7 February 1755. (Was geparapheert,) J. v. BORSSELE, v> (Onderpondf) Ter Ordonnantie van dezelve. (Geteekent f) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar H. F A G E L, Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. Kkkkkkk 3 R*  Gemeene Middelen &c. onder het Resfort van de Generaliteit. 1183 geinformeert, en niemand ignorantie daar van publiceert en geaffigeert ter nlaatfe daar zullrc zoude konnen pretendeeren, zal deeze alom gewoon is te gefcSn P " binnen de voorfchreeve Diftriéten worden ge- Aldus gedaan erf gearrelteert ter Vergadering Van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 4 Juny 1755. (Was geparapheertf) HEYDE HOMPESCH, v\ (Onderftondf) Ter Ordonnantie van dezelve. (Geteekent,) Zynde op het lpatiurn gedrukt het Cachet van haar H F A P F T Hoog Mogende op een rooden Ouwel overdekt ' met een papiere Ruyte. 14. Refolutie van de Staaten Generaal, tot confirmatie van het recht van vrydom van Accyfen aan de Weduwen van de Raaden en den Griffier van V Hof van Venlo competeerende. Den 26 September 1755. ' Is gehoord het rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantzenborgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van het Overquartier van Gelderland, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den neegen en twintighften der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert een Misfive van den Hove geordonneert in het Overquartier van Gelderland, gefchreeven te Venlo den drie en twintighften daar te vooren, houdende in het breede eene Recapitulatie van de merekelyke befwaaren enprsejudiciable attentaten tegens de Voorreghten, Vryheeden en Prseëminentien hetfel ve Plof aangedaan, welcke nog werekelyck van het oordeel van haar Ploog Mogende waaren afhangende, en Ipecialyk onder anderen, dat zy by Misfive van den elfden December zeeventien honderd drie en vyftigh haar Hoogh Mogende hadden geremonftreert, hoe dat het haar Hoogh Mogende behaaght hadde hetfelve Hof in den jaare zeeventien honderd zeeventien aan te ftellen, op den voet van de Cancellarye Inftruétie van den Hove van Ruremonde,en zulcks op de vergunningh van de Heeren Wedden, Reghten, Vryheeden en Profyten daar toe ftaande, dat zy uyt dien hoofden oock vermeend hadden, dat de Vrouwen Weduwen van de overleedene Raaden en den Griffier van dat Hof insgelycks, als die tot Ruremonde, behoorden te jouïsfeeren van defelve vrydommen en franchifes, als defelve Weduwen aldaar waaren genietende, blykende uyt de Applicaten neevens de voorengemelde Misfive gevoeght fub A. en B. Dat zy dienvolgens op de Memorie van de aldaar gemelde Vrouwen Weduwen aan hun geprefenteert, na alvoorens den doenmaaligen Burgemeefter Bucken over de weygeringh aan gemelde Weduwen gedaan, te hebben laaten onderhouden door twee Leeden uyt hun gecommitteert , als meede daar op insgelyks gehoord hunnen Raad en Momboir, hadden gegeeven de apostille van den tweeden April zeeventien honderd drie en vyftigh, meede daar neevens gevoeght fub C. Dat eghter de Magiftraat der gemelde Stad aan de voorfchreeve Ordonnantie niet hadde willen defereeren, alles breeder biyekende uit de voorfchreeve Misfive, die van den aght en twintighften Mey zeeventien honderd vier en vyftigh daar aan volgende refpeétive, en uyt hunne nadere Confideratien, by haar Hoogh Mogende Refolutie van den eerften July daar aan volgende van hun gerequireert. Waar op gedelibereerd, en in aghtinge genoomen zynde, dat zelfs op verfoeck van de Magiftraat van Venlo de vrydommen en exemptien , door den Hove van het Overquartier aldaar te genieten, by Refolutie van den elfden Augufty zeeventien honderd drie en tvyintigh gereguleert zyn op den voet, zoo als die door het Hof van Roermonde genooten wierden, en dat daar neevens confteert, dat de Weduwen van de Leeden van het Hof te Roermonde van de Accynfen en Militaire lasten niet alleen aétueelyck genieten, maar oock van immemoriale tyden genooten hebben den felven vrydom, franchifes en exemtien, zoo als haar overleede Mans genooten hebben; booven en behalven dat de difpofitie van het gemeene reght en ufantien elders den Weduwen  Gemeene Middelen, &c. onder het Resfort van de Generaliteit. 1185 Refolutie gefonden werden aan de hooge Officieren en Drosfaarden respeétive der drie Landen van Overmaaze, en defelve daar beneevens aangefchreeven, omme van den inhoud l6. De Staaten Generaal det Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deezen zullen zien of hooren leezen, filut: Alzoo Wy in ervaaring zyn gekoomen, dat, nietteegenflaande de Pagt van de boete Op de verzwcege en qualyk aangegeeve Perfoonen, op de Lyften van het Hoofdgeld by Onze Refolutie van den 20 September 1724 is afgefchaft, en verandert in een popularis Aftio teegen de Regenten welke manqueeren aan haar pligt in het opftellen der Lylten, en dat de voorfchreeve boete niet verder of anders heeft blyven ftand grypen als met opfigt tot alfulke Arbeyders en andere Perfoonen die binnen 's jaars in het Diftriét van de Verpagting, het zy op zig zelven, het zy by anderen, koomen inwoonen, en waarvan geen aangeeving ten Comptoire van den Pagter is gedaan, zoo als by Publicatie van den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden in dato 27 Maart 1738 breeder is verklaart, nogtans het vorderen en betaalen van de voorfchreeve afgefchafte boete in fommige Piaatfen generalyk- is in train gebleeven: Zoo is 't, Dat wy, om de voorfchreeve onfe Refolutie alomme effect, te doen forteeren , goedgevonden hebben het geen voorfchreeve is nogmaals mits deefen aan een iegelyk bekent te maaken: Dan teffens bevonden hebbende, dat het gevolg van de voorfchreeve affchafhng is geween: , dat zommige Ingezeetenen van andere Piaatfen zig door het niet of qualyk aangeeven van haare Kinderen of Dienftbooden aan de betaaling van het voorfchreeve zoo draaglyk Middel van het Hoofdgeld in het geheel of ten" deele ftraffeloos hebben onttrokken, en daar beneevens geconfidereert hebbende, dat het niet of qualyk brengen van Perfoonen op de hoofdlyften niet altoos aan de Regenten der Piaatfen kan worden ge weeten, en dac hier uyt te wagten ftaat, dat het voorfchreeve Middel meer en meer zal worden gefraudeert en met 'er tyd geheelyk vervallen tot merkelyk nadeel van 's Lands noodfakelyke inkomften, by aldien daar teegen niet word voorfien: Zoo is 't, Datwy, tot voorkooming van het zelve, wyders goedgevonden hebben te ftatueeren by deefe, dat (blyvende de affchaffïng van de voorfchreeve boete, uytgefondert met opligt tot de boovengemelde van buiten VIII Deel. derfelve zoo ter Lands Vergaderingen ouvertuure tedoen, als defelve aan de respeótive Bancken bekend te maacken, en alomme te doen obfervceren. inkoomende Arbeiders en andere Perfoonen, mitsgaders de vooifchreeve Aclio popularis ftand grypen) niet te min al een iegelyk Ingezeeten van het platte Land van Staats Braband (uytgefondert die van de Meyerye van 's Hertogenbofch, als zynde van het formeeren van Hoofdlyften thans gediipenfeert) die de aangeeving van zig zelfs en zyn Huysgefin niet of niet na behooren komt te doen, voor1 ieder Perfoon 4 dewelke niet of niet na behooren word aangegeeven, aan den Page er van het Hoofdgeld of aan den geenen aan welke de Collecte van dat Middel incumbeert, zal moeten betaalen het viervout van het geen anders zoude hebben moeten betaalen indien de aangeeving na behooren was gedaan, zonder dat onnofelheid, onkunde of eenig ander pretext, hoe genaamt, tot verfchooning zal worden geadmitteert. Dat de reipeefive Pagters van het Hoofdgeld ieder in zyn Diftriét, of de geenen aan welke de Collecte van dat Middel incumbeert , het voorfchreeve viervout der niet o£ niet na behooren aangegeeve Perfoonen uyt kragte deefer paratelyk fullen moogen exectp teeren. Dac, om aangemelde Pagters faciliteit toe te brengen in het bekoomen der Extraéten uyt de Doopregifters, alle Predikanten, Paftoors, Schoolmeefters of Kofters zuilen gehouden zyn op de eerfte requifitie van de Pagters of Colleéteurs aan haar ter hand te ftellen de gerequireerde Extraéten, en dat door defelve Fagters of Colleéteurs voor ieder Extraét, booven de koften van het Zeegel, niet meerder zal behoeven betaalt te worden als drie ftuivers i op poene van vyf en twintig guldens te verbeuren door Predikant, Paftoor, Schoolmeefters of Kofter die in gebreeken zoude moogen blyven de gerequireerde Extraéten aan de Pagters of Collecteurs van het Hoofdgeld te extradeeren, of van defelve meerder af te vorderen. En laatftelyk, dat het voorfchreeve geftatueerde gereekent zal worden kragt van wet te hebben gekreegen met den ingang van den loopenden Termyn; des dat het aan alle en een iegelyk, die tyde het formeeren der Hoofdlyften over den loopenden Termyn geen of geen behoorlyke aangeeving mogt hebben gedaan, gepermitteert zal zyn, daar van tot primo January aanftaande aan de refpeétive Lllllll Pag- Placaat van de Staaten Generaal, houden- dende voorziening tot exacJe aangeving in het middel van het Hoofdgeld door de Ingezetenen van het platte Land van Staats Braband. Den 12 October 1756. \  Gemeene Middelen &c. onder het Resfort vari de Generaliteit, ii&f Publicatie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, hoedanig Zegel tot de Cotnmisjhn der Ambtenaars te employ eer en. Den n February 1757. TPVe Staaten Generaal der Vereenigde NeJL^ derlanden, Allen den geenen die deelen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te vveeten: Alfoo wy in ervaaringe gekoomen zyn, dat het 1o, n en 14 Articulen van ons PJacaat, en Ordonnantie op het Middel van het klein Zeegel, den 2 November 1695 geëmaneert, fconcerneerende het Zeegel te employeeren tot het uitgeeven van Commisfien, en andere Actens, waar by eenige Amptenaars of Bedienden werden gecommitteert of gequalificeert, om waar te neemen eenige Ampten of Bedieningen, niet op een egaale voet, en volgens derzelver intentie werden begreepen en gepraétifeert. Zoo is 't, Dat wy met advis en deliberatie van den Raad van Staate deefer Vereenigde Nederlanden tot voorkooming der ingelloope abuifen, en omme ten dien opfigte allefmts een eguaale praétycq te doenobferveeren, goedgevonden, verftaan en geftatueert hebben, gelyk wy goedvinden, verftaan en ftatueeren mits deefen, Dat geene Amptenaaren ofte Bedienden, die aangefteld werden by ons, den Raad van Staate, de Regenten van Steeden, Quartieren en Dorpen, of by eenige andere Collegien, Corpora en Sociëteiten, als meede by particuliere Beampten, Heeren en andere, die tot het begeeven van eenige Ampten of Bedieningen zyn bevoegd , het zy derzelver Ampten of Bedieningen op haar geconfereert werden voor een of meer jaaren, of wel voor haar leeven lang gëduurende, en dat daar van uitgegeeven werden Commisfien, Aétens van admisfien, Refolutien van aanftelling, of dat diesweegens alleen op der Verfoekers Requesten geftelt werden Appointementen, vermoogens welke zy tot de Bedieningen by haar verfogt, werden gequalificeert, zig de exercitie van defelve Ampten of Bedieningen zullen onderwinden, zonder alvoorens daar van te hebben bekoomen een Commisfie, Aéte van admisfie, Refolutie of Appointement van aan¬ ftelling op een behoorlyk Zeegel by de voorfchreeve Ordonnantie, of deefe onfe Publicatie gerequireert, op verbeurte van twee honderd guldens, en dat het effect der qualyk gezeegèlde of ongezeegelde Aéte zal cesfeeren èh vervallen. Dat voorts ten ópfigten van vaste Ampten of Bedieningen, onder de begrooting van het jaarlyks Traétement, by het 11 Articul der gemelde Ordonnantie genoomen tot een cynofure van dé qualiteit der te employeerene Zeegels , beneevens het voorfz. vast Traétement zullen moeten werden begreepen, en te faamen gecalculeert de ordinaris Emolumenten tot de voorfz. Bedieningen ftaande, en dat dus de qualiteit van het Zeegel zal moeten werden gereguleert na het montant van het vaste Traétement met de ordinaris Emolumenten by een gevoegd, en tot een hoofdfomme gebragt zynde, volgens de bépaaling by het evengemelde 11 Art. voorgefchreeven. Zullénde, wanneer tot hét geconfereerde Ampt of Bediening geen zoo genaamd vast Traétement is geasligneert, maar dat desfelfs avantagie, of profyt alleen in ordinaris Emolumenten is beftaande, de gewoone inkomst der Emolumenten j zoo als die vyf jaaren door een geflaagen voor den tyd der begeeving heeft opgebragt ± gereekent werden, en dus het klein Zeegel by de Collatie te employeeren, gecalculeert en gebruikt moeten werden na gelang van het gemiddelde import van de voorlz. Profyten. Dat wyders wanneer de Ampten of Bedieningen zyn ambulatoir^ en alleen voor een, twee of drie jaaren te bedienen, werden geconfereert, het zy derzelver rendement beftaat in Traétement, of wel in Traétement en Emolumenten faamen, ofte alleen in Emolumenten , het Zeegel tot de Commisfie, Acte van admisfie, Refolutie of Appoinétement van aanftelling te gebruiken, zal moeten werden gereguleert als volgt* Wanneer het Rendement van een Bediening in voegen ais vöörén gecalculeert zal bedraagen eerie fomme van 800 gl.en daar boven, eeh Zeegel van 12 gkals voor een jaarivan 18 gl.als voor twee jaanvah 24 gh als voor drie jaren gegeeven worden — doogl. . , 8gl. ■ ——-—i2gl. *—1—*» « ' ■■■■ i8gl. — 400gl. 4gl. . ■ 8gl. ■ < — 25ogl. —. . 48ft. ■ ' 4gl. ■ ■ —:—* 8gl. — icogl. ..— __24ft. ■ •'48ft. *aJ 4gl. — 50gl. . — . I2ft. 1 — 2411* — — ^ -48 ft. beneeden de 50 gl. . =—. . 6 ft. «-* * -—-12 ft. *• ■ ■ ■ ■■ ———24 ft. Werdende alle die geenen, die als vooren van aanftelling * tot bedieningen ter hunner gequalificeert zyn ter begeeving van diergely- Collatie ftaande, zig na vereischte indagatie ke Ampten en Bedieningen, mits deefen ge- deefen conform precifelyk te gedraagen; En last, in het uitgeeven der Commisfien, Aéten zullen de boeten en pcenaliteiten, teegen de van admisfie, Refolutie of Appointementen fraudes en contraventien by de voorfchreeve Lllllll 2 onfe  Gemeene Middelen, &c. onder het Resfort van de Generaliteit. 11B9 Prcefideerende en andere Raaden, mitsgaders de Momboir, Griffier en derfelver Weduwen, beneevens de Deurwaarder en twee Boodens van het flof geordonneert in het Overquartier van Gelderland, refideerende in Venlo, vrydom zullen blyven genieten van de ordinaris Stads Accynfen, daar onder niet begreepen de extraordinaris Verhoogingen van het Gemaal by haar Hoogh Mog. Refolutie van den vyfden Mey zeeventien honderd drie en twintigh, en den drie en twintighften Mey zeeventien honderd zes en twintigh geintroduceert, te weeten van ieder malder Rogge en Boeckweyt zeeven en een halve ftuyver, en van ieder honderd pond Mout neegen ftuyvers, of andere extraordinaire lasten, reeds opgefteld, of nogh op te ftellen; dat voortaan van gelycke Vrydom als de Raaden van het Hof zal jouïsfeeren de Raad en Land Rentmeester Generaal in het Overquartier van Gelderland ; gelyk ook op den zelven voet van de voorfz. exemtien gaudeeren zullen de Commandeur en Groot Major der Stad Venlo, en de Major van het Fort St. Michiel; voorts meede de Pastoor en zyn twee Capellaanen aldaar, mitsgaders de Predikanten der Gereformeerde Kercke binnen defelve Stad; wyders de Paters, Prior en Religieuien van het Klooster St. Nicolai; de Reétor, Priorinne en Religieulen van het Klooster Maria Weide; en de Moeder en Religieufen van het "Klooster den H. Geeft; dan dat zonder exceptie van de booven gemelde verhoogingen en extraordinaire lasten in het geheel gelyk bevoorens altyd van de betaalingen van alle Stads Accynfen en Imposten zullen continueeren geëximeert en vry te zyn, het oude Man- en Weeshuys en onderhoorige Armen in Venlo; het Diaconie Armhuys der Gereformeerde Gemeente aldaar, gelyk meede de Moeder Ancüla en Religieuien Annunciaten van het Klooster Transledron, en de Pater Gardiaan, Discreeten en Religieufen der Minnebroeders Recolleten, en laatstelyk de Aanneemer van het Militair Hospitaal aldaar, weegens het gunt in het Hospitaal tot dienst der Ziecken en Gekwetften zal worden geconfumeert, zonder dat van nu voortaan eenigh ander Perfoon, Collegie, Klooster, of Huys, om welcke reedenen of 20. /^\ntfangen een Misfive van den Raad van \JP Staate gefchreeven alhier in den Hage den aght en twintigften der voorleede maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den festienden Maart laatstleden, derzelver Advis op de Requeste van Albertus de Groot, en Chris- voorgeeven het ook zoude moogen zyn, eenige exemtie of vrydom van Stads Accynfen of Impofitien zal mogen worden geaccordeert, als op fpeciaale Refolutie van haar 1 [oogh Mogende, zigh alleen voortaan het zelve reght en gratie referveerende, en werd derhalven de fustenue van den Schol tus, Scheepenen, Raadsverwanten en Secretarisfen, omme zonder fpeciaal Privilegie geëximeert te zyn van het betaalen van Stads Accynfen en Imposten , als niet te compasfeeren met de goede ordre, nogh met haar Hoogh Moogende Refolutie van den aght en twintighften December zeeventien honderd drie en twintigh, als ongefundeert afgeweefen, en defelve voortaan gelast neevens de Gemeente Stads lasten te draagen; en voorts toe te zien, en de ver; eyfehte precautien aan te wenden, dat door de booven gemelde Perfoonen, Collegien, Kloosters of Huyfen, van de voorfz. Concesfienen Vrydommen geen misbruyek werde gemaakt; wordende laatstelyk de voorfz. Magiftraat gelast, op de aanftaande Verpaghting deefe te doen publiceeren, en in de Verpaghtings-Conditiën van Stads Accynfen en Imposten als dan en vervolgens lpecificquelyk als booven mentie te maacken van de geenen, welcke de Vry domme op de boovengemelde voet en bepaalingen zullen genieten, ten eynde de Paghters derfelve weeten moogen, waarna zigh te reguleeren, met byvoegingh van een boete van twee honderd Guldens door den Paghter te verbeuren, booven de ftraffe des meyneeds, zoo dick-en meenigmaal hy bevonden zal worden aan iemand anders eenige Vrydom van de aan hem Verpaghte Speciën verleent, of de volle Accyns of impost niet rightigh geint te hebben, en dut zy daar op de voorfchreeve Pughten of Paghters den corporeelen Eed zullen hebben af "te neemen. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden worden aan den Magiftraat der Stad Venlo, om te ftrekken tot derfelver narightinge, en zig daar na te reguleeren. Zullende ten zelven eyncle meede gelyck Extraét gefonden worden aan het Hof in het Overquartier van Gelderland, refideerende te Venlo. tiaan Hartman, Scheepenen, mitsgaders Cornelis Uyt de Willige, en Nicolaas Vos, Gemeentensmannen der Heerlykheid Wouw, Marquizaat van Bergen op den Zoom; houdende , dat by haar Hoogh Mog. Refolutie van den tienden Juny feventien honderd een en vyftigh de Regenten van Wcuw voornoemt Lllllll 3 zyn- Refolutie van de Staaten Generaal, houdende voorziening tot het publicq aanbefteeden der Colteel en te IPouw, met annullatie van hei geen dien contrarie door den Drosfaard en veertien Regenten wds gedaan. Den 6 July 1757.  Gemeene Middelen, onder het Resfort Van de Generaliteit. 1191 21 • Refolutie van de Staaten Generaal, waar by de Ontfanger yan het Hollands Licént te Middelburg yan desfelfs verpligting tot continueele prefentie word gedispendeert. Den 10 Mey 1758. Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, gefchreeven re Rotterdam den neegenden deezer loopende maand; houdende, in gevolge en tot voldoening van haar Hoog Mogende Refola- ; tie van den een en dertighften Maart laatltleeden, derfelver Advis op de Requefte van Mr. Pieter van Zeebergh, Ontfanger van het Hollands Licent te Middelburg in Zeeland; verfoeckende om reedenen in de voorfz. Reqriefte geallegeert, dat haar floogh Mogende hem gelieven te ontheffen van de generaale Verplighting, waar onder de refpeétive Ontfangers en Bediendens van de Collegien ter Admiraliteit, by haar Hoogh Mogende Refolutien van den twintighften September feeventien honderd vier en twintigh, neegenden November feeventien honderd fes en twintig, en fesden Juny feeventien honderd fee ven en twintigh zyn gebraght om jaarlyks te geeven Certihcatien of Verklaaringen van haare prefentie ; en dat haar Hoogh Mogende het Collegie ter Admiraliteyt zouden gelieven te authorifeeren om aan hem Suppliant deszelfs Tractement te doen betaalen , nietjeegenftaande hy van zyne continueele prefentie niet zoude konnen doceerem Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deezen te confenteeren in het verfoeck gedaan by de Requefte in de voorfchreeve Misfive gemeld, en dat dienvolgende de Suppliant van de generaale verptightingh, waar onder de refpeétive Ontfangers en Bediendens van de Collegien ter Admiraliteyt by haar Hoogh Mog. Refolutien van den twintigften September feeventien honderd vier en twintigh, neegenden November feeventien honderd fes en twintigh, en fesden Juny feeventien honderd feeven en twintigh zyn gebraght, om jaarlyks te geeven Certificatien of Verklaaringen van haare prefentien, zal worden ontheeven, zoo als daar van ontheven word mits deelen. En word het gemelde Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze mits deefen geauthorifeerd, om aan hem Suppliant zyn Tractement te doen betaalen, nietjeegenftaande by van zyne continueele prefentie niet zal kunnen doceeren, alles noghtans zonder de minfte at? teinte te geeven aan de voorgemelde Refolutien op de refidentie van Ontfangers en Contrarolleurs van de Convoyen en Licenten ge» noomen. 22» Refolutie van de Staaten Generaal, betrek¬ kelyk de aanftelling en het Traclement van den Ontfanger der nieuwe middelen, en der Servicien te Maastricht. Den 2 January 1759. Ontfangen eene Misfive van den Cancelier en Raaden van het Confeil Privé te Luyck, gefchreeven aldaar den zes en twintigften der voorleeden maand, houdende antwoord op haar Hoogh Mogende Misfive van den zesden daar te vooren, raakende hetfupprimeeren van de beyde Órttfangêrs piaatfen der nieuwe Middelen te Maaftright, het voorfchreeve antwoord meedebrengende, dat gemelde Cancelier en Raaden accepteerden de propofitie door haar Hoogh Mogende gedaan, óm aan de Magiftraat over te laaten de ke'ufe van een Perfoon van Luykfche Geboorte, tot vervullingh van de Ontfangers-plaatfe, vaceerende door het overlyden van den fleer Graven, met vermindering van het Traétement van vier honderd Rycksdaalders op twee honderd, het geen van gelycke plaats zoude hebben omtrent de Ontfangers - plaatfe van Brabandfche zyde , wanneer die vacant zoude vallen, door het overlyden van den Heer van den Heuvel, of anderfints; en dat zy ver¬ volgens zouden afwaghten, haar Hoogh Mogende formeele Refolutie van de Luykfche kant daar op te neemen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat nu en voor het toekomende zal werden vastgefteld, zoo ais vastgefteld word mits deefen, dat by continuatie het Ontfangerfchap der nieuwe Middelen, en der Servicien, door twee Perfoonen, als door een van de Brabandfche, en een van de Luykfche Na tiviteyt zal worden waargenoomen; dan dat het Traétement van vier honderd Ryksdaalders, 's jaars zal worden vermindert op twee honderd gelyke Ryksdaalders met dien verftande, dat mits de jegenwoordige Vacature van het zelve Ampt aan de Luykfche zyde, de gemelde verminderinge by fuppletie prefent zal ingaan, en dat het gemelde redres met betrekkingh op de functie van het voorfchreeve Ontfangerfchap van de Brabandfche zyde zyn effect zal forteeren, op het overlyden van den jeegenwoordigen Ontfajjger van den Heuvel, of wanneer de  Gemeene Middelen &c. onder het Resfort Van de Generaliteit. 1193 omgeftagen, dogh dat by het doen der gemelde Verkiefmge en Aanftellinge in het oogh moéten gehouden wötden de refpeétive 's Lands Placaaten, Refolutien en Reglementen, en fpecialyck dat op de Politicque Reformatie in dato den eersten April zesthien hondert zestigh, kunnende in de verdere of andere verfoeckeri der Supplianten niet werden getreeden. Dan dat wyders M. Henricus Lamberts althans voor den loop zyner Adminiftratie tot den jaare zeeventhien honderd iestigh inclufief, reeds borge gefteld hebbende, wanneer moght continueeren, of een ander in zyn plaats aangefteld werden tot het heffen van de Schattingen te Heerle voor den jaare zeeventien honderd een en festigh en vervolgens, zal gehouden Zyn, op nieuw voor zyne adminiftratie, en de desweegens te doene reeckening en verantwoording te ftellen goede en fuffifinte perfoneele Cautie, ten genoegen zoo van Regenten en Magi- ftraacs perfoonen als van de Supplianten, dan voor zoo verre daar over met den anderen mochten discrepeeren, zy zigh desweeghens nader aan haar Hoogh Mogende zullen kuil* nen addresfeeren; zullende daar beneevens hy Lamberts als nogh verplight zyn, zoo oock de Schatheffers, die in het vervolgh zullen werden aangefteld , in handen van den Schout van Heerle in der tyd Eedt te doen, en zulks te belooven, dat zy zigh in de exercitie van het zelve Ampt trouw en eerlyk zullen gedraagen, en Ipecialyck zigh waghten van het pleegen van eenige exaétien of concuslien ten nadeele van haar Hoogh Mogende goede Opgezeetenen aldaar. En zal Extraét. van deefe haar Hoogh Mo^ gende Refolutie gefonden worden aan den Schout en Regenten van Heerle, omme te ftrekken tot der zei ver naright, en zigh daar na te reguleeren* Vin. Deel. Mmmmmmm TIEN-  Admiraliteiten, Zeerechten, en Manningen van Schepen. 1195 Refolutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, welke onkosten al of niet begreepen zp onder de Rechten en Leges, voor de Turkfche Patporten betaald moetende worden. Den i Februari 1754- Ontfangen een Misfive van den Secretaris van het Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, van der Heim, gefchreeven te Rotterdam den dertighften der voorleede maand, geaddresfeerd aan den Griffier Fagel, houdende , dat de Refolutie van haar Hoogh Mogende van den twee en twintighften January deefes jaars over 't werek der Turkfche Pasporten , by het Collegie ter Admiraliteit geleefen zynde, en onder andere de Periode, waar by de Collegien ter Admiraliteyt werden aangefchreeven, om met den eersten een goed getal van de nieuwe Turkfche Pasporten te doen lighten, en wyders gelast werden om aan de uytvaarende Scheepen, welke zulks zullen requireeren, uyt te geeven beyde de onder-ftucken, zoo van de oude als nieuwe Print en Sneede, en zulks voor defelve Reghten en Leges, als of maar één Pasport werd uytgegeeven, bedencken was ontftaan, of onder de Reghten en Legés, die maar eens gevordert moogen werden, ook waaren begreepen de noodfaackelyke onkosten, die tweederley zyn, namentlyk die van hetFrancyn, üruckloon , &c. welke by het lighten der Pasporten in den Haagh betaald worden, en die van het klein Zeegel van de Admiraliteyt, 3* Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit op de Maafe, gefchreeven te Rotterdam den eerften deefer looperide maand, houdende, dat zy niet hadden verfuymt van aanftonds op den ontfangst van haar Hoogh Mogende Misfive van den aghtienden der voorleeden maand, waar by aan hun hebben gefonden derfelver Placaat ten zelven dage gearrefteert noopens den uitvoér van Hoepen, Hoephout, Haringhtonnen, Dryf- en ander Tuygh, en Behoeftens van de groote Visfcherye deefer Landen, het zelve Placaet aan hunne Comptoiren af te zenden, om zig daar na te gedraagen. Dat zy niet twyffelden, of alle de befwaarnisfen en bedenkingen, die van tyd tot tyd door de Commercie en Traricquen, teegen het voorige Placaat van den neegenden Mey zeeventien honderd vyftigh waaren geallegueert geworden, zouden door dit nieuwe zyn uyt den waar meede yeder Pasport, by het Collegié dat defelve uytgeeft, voorfien word; verfoekende daar omtrent geëlucideert te moogen worden; Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren , dat onder de Reghten en Leges, die maar eens gevordert zullen werden, niet zyn begreepen de noodfaackelyke onkosten, namentlyk die van de Francynen, en het drukken, fnyden en andere, welke by het afhaalen der Pasporten in den Haagh betaald moeten werden, op den voet als by haar Hoogh Mogende Refolutie van den jaare zeeventien honderd zeeven en twintigh is gereguleert, nogh ook niet die van het kleyn Zeegel van de Collegien ter Admiraliteyt, het welk op yeder Pasport werd geftelt, maar dat voor het overige de Reghten en Leges voor beyde de onder-ftucken van de oude en nieuwe Prent en Sneede, alleen eens zullen werden afgeeyscht. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan de refpecfive Collegien ter Admiraliteyt, om té ftrecken tot derzelver narightinge, en haar daar na te reguleeren. weg geruymt; dogh dat zy niet zouden beantwoorden aan de intentie van haar Hoogh Mogende, indien zy niet ter deliberatie van haar Hoogh Mogende overbraghten de vraage^ die aan hun met opfighte tot dë Staacken en Gaarden Stokrys zoude konnen gedaan worden , by óccafie, dat eenige Dykagien in het District van de Generaliteit wierden aangeleght j of herfteld. Dat zy aan de eene kant zeer wel begreepen, dat haar floogh Mogende goede en fuffifante reedenen hadden gehad, om het verbod van uitvoer van gemelde Staaken en Gaarden Stokrys te confirmeeren zonder eenige exceptie, dogh dat zy ook vastftelden aan dé andere kant, dat het haar Hoogh Mogende ooghmerk geenfmts was, om in de gevallen 5 waar op zy quaamen te oogen, den uytvoer van die Materiaalen te belemmeren; en wyders aan haar Hoogh Mogende voordraagendé Mmmmmmm 2 dat Refolutie Van de Staaten Generaal, hou- dende ait&orifatie op de Collegien ter Admiraliteit, tot het geeven van Pasporten voor Staaken en Gaarden Stokrys voor de Dyckagien in eenige Quartieren van het Diftricl van de Generaliteit. Den s >/y 1755*  Admiraliteiten, Zeerechten, en Manningen van Schepen. 1107 6. Refolutie van de Staaten Generaal, tot vergoeding yan de fchade, hy den Schout hy Nacht Willem van Wasfenaer geleden door V gemis van . eenige contante penningen, die door een gepleegd bedrog in zyn Schip te weinig waaren ingeladen geweest. Den 26 February 1759. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot den Brantfenburgh, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaacken van de Zee, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derzelver Refolutie Commisforiaal van den vierden April zeeventien honderd aght en vyftigh, geëxamineert de Requeste van Willem van Wasfenaer, Schout by Naght ten dienste deefer Landen, ten resforte van het Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, houdende, dat hy Suppliant gecommandeert hebbende 'sLands Scheepen in de Middelandfche Zee, teegens die van Algiers, en op zyn te rugh reyfe na het Vaderland, uyt hooge noodfaackelykheyd (alfoo hy fchaade aan de Tuyggafie hadde:) de Baay van Cadix hebbende moeten aandoen, aldaar op verfoeck van zyne Catholycke Majefteyt, als meede van diverfe Kooplieden, in zyn onderhebbende Schip de Princesfe Carolina, hadde gelaaden , en ingenoomen eenige Contanten om defelve te leeveren te Amfterdam aan de houders der Cognoscementen door hem Suppliant daar van geteeckent, onder verband van zyn Perfoon, en Goederen, met bedingh van een percento voor Vraghtpenningen, van welck percent de Officiers maar een quart wierde gegeeven. Dat de voorfchreeve Penningen waaren getransporteert na Amfterdam, en de afleeve- ringh gedaan door den Commandeur en twee Clercquen, als gebruyckelyk was dat de voorfchreeve afleeveringe byna ten eynde zynde, gemelde Commandeur en Clercquen bevonden hadden, dat aan de Gelden voor particuliere Koopluyden meedegebraght, manqueerden aght zakken , ieder van duyfend pefos, of aght duyfend pefos, waar van de Suppliant vervolgens door gemelde Admiraliteit was verwittight, en teffens gelast geworden om zorge te draagen, dat de Koopluyden, die met geteekende Cognoscementen quaamen, promptelyk wierden voldaan, waar toe dan ook door den Suppliant de noodige ordres waaren gefteld geworden , na dat door gemelde Admiraliteit het montant der voorfz. aght duyfend pefos, aan hem Suppliant, dogh op reeckening van desfelfs te goed hebbende Kostpenningen, was verftreckt geworden; dat daar op ten eersten naauwkeurig onderfoek gedaan zynde, na de oorfaack van het voorfchreve vermis der gemelde aght duyfend pefos, bevonden was, dat defelve was geleegen in een fchelmftuk, het welck te Cadix was gepleeght, en wel door het vertoonen van een valsch recief ter gemelde montante van aght duyfend pefos, waar by de handteekeningh van den Commandeur van Gennip was nagebootst, en teegen overgifte van welck valsch Recief, beneevens nogh twee andere eghte Recieven ieder & duyfend pefos, de Suppliant hadde uitgeMmmmmmm 3 wis- dyfchip door een Saleefche Kruysfer ontmoet zynde, door denfelven in de Haven van Larache opgebragt was, en zulks weegens dat geen Turkfche Pasport by hem aan boord gevonden wierd. Dat de Conful Colletty daar op in Perfoon na de Plaats vertrokken was, om die zaack te onderfoecken, en als doen bevonden hadde, dat het Koopvaardyfchip geen ordinair Pasport had, maar alleen zoodanig een Pasport als de Scheepen in de Noordzee handel dryvende gewoon waaren te hebben, en waar van in de Articulen van Vreede geen meldingh gemaakt wierd. Dat hy Conful Butler nadere Brieven van de Pluysgenooten van gemelde Conful Colletty uitTetuan had ontfangen, hem meldende, dat den Prins önderright geworden zynde, dat het Schip en Volk waarlyk aan Hollanders behoorde , fchoon defelve niet behoorlyck met Pasport gemunieert waaren, eghter ordre gegeeven hadde, dat defelve zouden in vryheid gefteld werden, tot eene preuve van zyne ongefchonde trouwe in het bevestigen der gemaakte Vriendfehap tusfehen hem en haar Hoogh Mog., ten zelven tyde eghter daar by recommandeerende, dat om diergelycke voorvallen te prevenieeren, alle Scheepen in het toekoomende zouden moeten voorfien weefen met zoodanige Pasporten, als in de Articulen van Vreede uytgedrukt waaren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verdaan, dat Copie van de voorfchreeve Misfive, voor zoo veel het gemelde Poincft aangaat, gefonden zal werden aan de respeótive Collegien ter Admiraliteyt, en defelve daar neevens aangefchreeven, een iegelyk in den haaren by Publicatie kennisfe te geeven, dat de Schippers, vaarende na deMiddelandfche Zee, of na zoodanige Piaatfen, alwaar zy voor Saleefche of andere Roovers te vreefen hebben, zigh van Turkfche Pasporten moeten voorfien, op poene, dat die geenen, welcke door het vaaren zonder defelve in eenige ongeleegentheid koomen te geraacken, geen de minste protectie zullen hebben te verwaghten. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan de Confuls Butler en Colletty, om te ftrekken tot derfelver narightinge.  Admiraliteiten, Zeerechten, en Manningen van Schepen. ti$$ Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hooggemelde Heeren Staaten Generaal, in 's Gravenhage den 27 Maart 1759. (JVas geparapheert,~) F. H. van WASSENAER, vV (Onderftondf) Ter Ordonnantie van dezelve. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar H. FAGEL» Hoog Mogende op een zwarten Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 8. Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de ordre aan de Zee -Capitains, om geene Prex f enten te doen, zonder ordre of permisfie yan huti Hoog Mogenden. Den 2 November 1759. Is gehoord het rapport van de Heeren Pieck van Zoelen, en andere haar Hoogh Mog. Gedeputeerden tot de faacken van de Finantie; hebbende, ingevolge en tot voldoeninge ' van derfelver Refolutie Commisforiaal van den vieren twintigtien der voorleede maand,met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate en des Generaliteyts Reeckenkamer, geëxamineert de Requefte van Willem Crul, Capiteyn ter Zee ten dienfte deezer Landen, onder het Resfort van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze; houdende, dat hy Suppliant gefien had, dat door de Generaliteyts Reeckenkamer op zyn Declaratie was geroyeert de poft, waar by de Suppliant gedeclareerd had voor de Prefenten, die hy ten verfoecke van den Dey en Minifters te Algiers had gegeeven, en de extra onkoften, die de Suppliant gedaan had aaneen Maaltyd voor de vreemde Confuls en eenige Turken, ter eere van de Republicq , ter fomme van' fes honderd vyftigh guldens, en ten anderen, de extra depenfes, die hy Suppliant tot Tunis had gehad, ter fomme van vyf honderd guldens; als genoodfaackt geweeft zynde, aldaar drie weeken aan de Wal te moeten logeeren, doof dien zyn onderhebbende 's Lands Schip drie uuren van de Stad Tunis af had geleegen, en altoos niet voor laat in den agtermiddagh Audiëntie by den Bey had konnen krygen; verzoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende die twee Poften gelieven te approbeeren, en aan hem Suppliant een Ordonnantie van betaalinge te geeven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat voor ditmaal Aülen worden geapprobeert de Prefenten, die door den Capiteyn Crul te Algiers gedaan zyn, en dat dienvolgende de Post van fes honderd vyftigh guldens daar voor en voor het geeven van een Maaltyd gebraght, gevalideert zullen worden; dogh dat denfelven Capiteyn zal worden gelaft , voortaan geen Prefenten als op ordre van haar Hoogh Mogende te doen; en dat hier van kenniife zal worden gegeeven aan de resp. Collegien ter Admiraliteyt, om de Capiteynen tér Zee ieder on- Scheepen mogten koomen uyt te loopen contrarie aan deefen onfen Placaate, dat de Schippers en Rheeders van de gemelde Scheepen fullen verbeuren de waardy van defelve, te verhaalen de opgemelde boete aan haarluyden te fiamen, en elks fa folidum, te appliceeren een derde ten profyte van de gemeene faake, een derde aan den Aanbrenger, en het refteerende derde aan den geenen die de calange doen zal. Ën op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpecftive Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Landen, dat zy deezen onfen Placaate van ftonden aan al¬ omme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren , in alle piaatfen daar zulks van nooden weezen zal en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen : Laften en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit de Advocaten Fiscaal, mitsgaders Admiraals Vice-Admiraals , Capiteinën, Officieren en Bevelhebberen, als meede de Commilfarislén en Commifen ter recherche zoo in de Zeegaaten als elders, deefen Onfen Placaate na te koomen, en te doen nakoomen, procedeerende, en doende procedeeren, tegens de Contraventeurs van dien, fonder oogluykinge, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande noodig bevonden hebben te weefen.  Inflrudien voor de Ontfangers, Commifen, &c. 1201 eenige Heeren Gecommitteerden uyt de Generaliteyts Reeckenkamer, geëxamineerd een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt te Amfterdam, gefchreeven aldaar den een en dertighften der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den vier en twintighften April laatstleeden, derfelver Advis op de Requeste van de Executeurs van den Boedel van wylen Mr. Job de Wildt, in leeven Ontfanger Generaal van het Collegie ter Admiraliteit voornoemt, houdende, dat door haar zynde gedaan de laatst Conclufive Reeckeningen, zoo ordinair als extraordinair, van den eerften January tot den vyftienden February zeeventien honderd vyf en vyftigh, zy bevonden hadden, dat het flot van defelve Reeckeningh door de Generaliteyts Reeckenkamer verminderd was met een fomme van neegen honderd zes en dertigh Guldens en vyftien ftuyvers, betaald aan Makelaardyloonen, volgens overgeleghde Reeckeningen; dat meede ook aan de Supplianten was afgekort eene fomme van drie duyfend vyf honderd guldens voor een half percent provifie van zeevenmaal honderd duyfend Guldens genegotieerde Lyfrenten , volgens haar Hoogh Mogende Refolutie van den tienden January zeeventien honderd neegen en veertigh; verfoeckende de Supplianten om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat beyde de gemelde fommen aan hun in reekeningh moogen werden gevalideert. Waar op gedelibereerd, en in aghtingh genomen zynde, aan de eene kant, dat heteen waarheyd is, dat de respedtive Ontfangers Generaal van de Admiraliteyt op de Maaze, in Westvriesland en den Noorderquartiere, en in Vriesland, genieten een half percento ten j honderd provifie van de Penningen die zy ne- i gotieren; maar dat het aan de andere kant niet i minder zeecker is, dat de Ontfanger Gene- I raai van de Admiraliteyt te Amfterdam een | hooger Tractement heeft als zyne meede Coiv \ fraters. Dat het zelve Traclement, beftaande uit drie duyfend drie honderd Guldens jaarlyks , aan hem is toegeleght op deefe expresfe conditie, dat hy voor geen Makelaardyeloonen zal moogen declareeren, zelfs niet van de eerfte negotiatie van Penningen. Dat aan gemelden Ontfanger Generaal vervolgens alle jaaren dat Tractement werd goedgedaan, het zy dat 'er Penningen genegotieert werden of niet. En dat 'er ook om die reeden geen exempel gevonden word, dat aan een Ontfanger Generaal van de Admiraliteit te Amfterdam eenige Provifie of Makelaardyeloon van eenige negotiatie vah Penningen gevalideert is: Is goedgevonden en verftaan, dat in beyde de voorfchreeve vërfoecken niet kan werden getreeden, en werden defelve dienvolgende afgeweefen, maar dat, aangemerkt 'er geen exempel is van een negotiatie van Lyfrenten, en het zeecker is, dat defelve van meerder omflagh is, als een van Losrenten, en het geld oock ten tyde van voorfchreeve negotiatie fchaars is geweest, en niet zonder moeyten en onkosten bekoomen heeft kunnen worden, voor ditmaal en zonder confequentie in dit fingulier geval aan de Supplianten zal worden toegeleght, zoo als aan hun toegeleght word mits deefen, de fomme van vyftien honderd Guldens eens; wordende den jeegenwoordigen Ontfanger Graafland mits deefen geauthorifeerd, om de voorfchreeve fomme aan de Supplianten op behoorlycke quitantie te betaalen , en te brengen in uitgaaf van zyn extraordinaris Reeckening over zeeventien honderd aght en vyftigh, alwaar defelve aan hem zal werden gevalideert. En zal Extract van deefe haar floogh Mogende Refolutie gefonden werdén aan de Generaliteyts Reeckenkamer, en aan het College ter Admiraliteyt te Amfterdam, om te ftrecken tot derfelver naright; en gelyk Extract, aan den Ontfanger Generaal van voorfchreeve Admiraliteyt, Mr. Jan Graafland, om zigh daar na te reguleeren. 2, Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de permisfie aan den Contraroïleur van de Convoyen en Licenten binnen de Stad Grave, om desfelfs Ampt by fub/litutie te mogen laaten waarneemen. Den 21 Juny 1758. Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit op de Maze, gefchreeven te Rotterdam den twintigften deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den dertighften der voorleede maand, derfelver Advis op de Requeste van Christiaan Redingh, Contraroïleur van de Convoyen en Licenten binnen de Stad Grave; verfoeckende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, haar Hoogh Mogende permisfie om desfelfs Contrarolleurs plaatfe te moogen VIII Deel. laaten waarneemen, by fubstitutie door Mr. Johan van der Plathe. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren in het verfoek gedaan by de Requeste in de voorfz. Misfive gemeld, en dat dienvolgende aan den Suppliant zal werden gepermitteert, zoo als aan hem gepermitteerd word mits deefen, om met kennisfe en tot genoegen van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maze, desfelfs Ampt by fubstitutie te mogen laaten waarneemen. Nnnnnnn En  Placaaten, &c, op het ftuk van de Convoyen en Licenten. Advis van de alhier aanweefende Gecommitteerden uit de Collegien ter Admiraliteit, op de Requeste van Jacob Temmink, Koopman tot Amlterdam, als geauthorifeert van de Eigenaars der Laading van het Schip de Regenboog , Schipper Hans Schuholt, gedestineert van Hamburg na Charante, en by Egmond op Zee geftrand, raakende de betaaling van 's Lands Regten van de Goederen en Koopmanfchappen , welke uit het voorfchreeve Schip gelost worden; Tendeerende het zelve Rapport daar toe, dat, volgens het eenpaarig Advis van de gemelde Gecommitteerden van de Collegien ter Admiraliteit , 's Lands inkoomende Regten moeten betaald worden van de voorfchreeve Goederen en Koopmanfchappen volgens het een en twintigfte Articul van liet laatst geëmaneerde Placaat op den ophef van de Middelen te Water: En heeft defèlve Heer daar nevens gerapporteert , dat de Heeren haar Edele Groot Mog. Gedeputeerden ter Generaliteit in het gehoude Befoigne getragt hebben de zaak daar heen te dirigeeren, dat, in conformiteit van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 11 der voorleede maand, en op de gronden vervat in defelve Refolutie , en in die van den 5 daar bevoorens , mogte worden verftaan, dat van de voorfchreeve Goederen 's Lands inkoomende Regten niet moeten worden betaalt, immers en in allen gevalle dat de geinteresfeerdens zouden moogen volftaan met te ftellen behoorlyke cautie ten beloop van de voorfchreeve inkoomende Regten, indien bevonden zoude moogen worden dat eenige inkoomende Regten van de voorfchreeve Goederen zouden moeten worden betaalt: Dog \ dat de Heeren Gedeputeerden van de andere Provinciën eenpaariglyk waren van Advis geweest , dat 's Lands inkoomende Regten van , de meer gemelde Goederen en Koopmanfchap- [ pen moesten betaald worden. 1203 Dat de Heeren Gedeputeerden deefer Provincie zig met het zelve Rapport niet hebben geconformeert, maar aangenoomen haar daar op in weinig dagen te zullen verklaaren, om geleegentheid te hebben van nogmaals deefe zaak te brengen ter deliberatie van haar Edele Groot Mogende. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, te authorifeeren de Heeren haar Edele Groot Mog. Gedeputeerden ter Vergadering van haar Hoog Mog., om tot zoo verre af te gaan van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 11 der voorleede maand, dat de geinteresfeerdens in de Laading van het voorfchreeve Schip gehouden zullen zyn, by de extraditie der geborge Goederen, in plaats van de tê ftellen cautie, te configneeren het beloop van'sLands inkoomende Regten onder de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland, en het Noorder Quartier, aan welke, als gefubintreert zynde in de plaats van de Reekenkamer der Domeinen, competeert de beheering der Strandvonderyen in het zelve Quartier, om zoo bevonden mogte worden dat 's Lands inkoomende Regten van defelve geborgen Goederen moeten worden betaald, als dan door de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden gedemanueert te worden aan het Collegie ter Admiraliteit in Westvriesland en het Noorder Quartier; En, zoo zy Heeren Gedeputeerden het onvermoedelyk daar toe niet zouden konnen dirigeeren, dat zy als dan zullen moogen toeftaan, dat de voorfchreeve confignatie gedaan werde onder het voorfchreeve Collegie ter Admiraliteit; des dat te gelyk by haar Hoog Mog. een Befoigne werde gedecerneert, om met overleg van de refpeétive Collegien ter Admiraliteit te beraamen een vaste voet, welke ten opfigt van de betaaling van 'sLands inkoomende Regten van geflrande Goederen in 't toekoomende precifelyk geVolgt zal moeten worden. 2. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by aan de Eygenaars van het Schip de PIoop vrydom is verleend van 's Lands inkomende en uitgaande Reghten van geflrande Goederen. Den 10 September 1750. Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze, gefchreeven te Rotterdam den vyftienden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den zes en twintigften der voorleede maand, derzelver Confideratien en Advis op de Requeste van Willem Ananias en Jan Willinck, Kooplieden te Amfterdam, als Eygenaars van het Schip de Hoop, Schipper Thomas Fransz. het ongeluck gehad hebbende van op desfelfs reyfe van St. Malo na Hamburg door ftorm op den neegenden July laatstleeden te ftran- den by Wyck op Zee; en tendeerende ten eynde aan hun Supplianten reftitutie zoude moogen gedaan werden van de Penningen, welcke voor de inkoomende Reghten van de ingelaadene twee honderd vier en twintig Vaten Suycker en een Vat Indigo, onder den Commis Moyman te Wyck op Zee waaren geconfigneert. Waar op, en te gelyck op een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt te Amfterdam, den vyfden deefer ter Vergaderinge van haar | Hoogh Mogende ingekoomen, en het voorfchreeve fubjeét concerneerende , gedelibeNnnnnnn 2 reerd  Placaaten, &c> op het ftuk van dc Convoyen* en Licenten, 1205 de Plaats, en niet aan de Perfoonen buyten de Plaats zynde, en aan de andere kant, dat diergelycke Pasport -Ceduilen van pasfagie volgens de klaare letterman de boovengemelde Publicatie van den jaare zestien honderd een en taghtigh moeten gevordert, genoomen en betaald worden, gelyk defelve gevorderd, genoomen en .actueel betaald werden op en van de Goederen door de Burgers van Maastright 4- Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze, gefchreeven te Rotterdam den aght en twintighften der voorleede maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den een en twintighften daar te vooren, derfelver Advis op de Requeste van Simeon Petrus Collot d'Escury van Naaldwyck, Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Gorinchem, verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende aan hem gelieven te permitteeren , om gëduurende den tyd van drie jaaren, zigh uyt Gorinchem te moogen abfenteeren, onder belofte van den Suplliant, dat, aldaar gerequireerd wordende, zigh op de eerste ordres zal laaten vinden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat onverlet de Refolutien van haar Hoogh Mogende van datis den twintighften September zeeventien honderd zes en twintigh, zesden Juny zeeventien honderd zeeven en twintigh, en fes en twintigften September zeeventien honderd twee en dertig, aan den gemelden Simeon Petrus Collot d'Efcury van Naald wyck, zal worden gepermitteert, zoo als aan hem gepermitteerd word mits deelen, omme zig gëduurende den tyd van drie jaaren, zoo veel langer als vier maariden van zyn post te moogen abfenteeren, van de eene neutrale Plaats na de andere gevoert werdende, is meede verftaan, dat in het gemelde tweede verfoek niet kan worden getreeden, en werd het zelve derhalven geweefen van de hand. En zal Extract, van deefe haar Hoogh Mo* gende Refolutie gefonden worden aan het Collegie van de Admiraliteyt op de Maaze, om te ftrecken tot derfelver narightinge. als de omftandigheeden waar in hy zigh bevind, zyne tegenvvoordigheyd in den Hage voor meer als vier maanden in het jaar zullen vereysfehen, met verklaringe, dat de Suppliant door zyn verblyf in den Hage geduurends meer als vier maanden in het jaar, niet zal vervallen in de pmnalitey ten by voorfchreeve Refolutie geftatueert teegens de Ontfangers van de Convoyen en Licenten, en andere Officianten, dewelcke geen volkoomen aght maanden in het jaar op haar posten zyn geweest. Dat belangende de waarneeminge van zyn Suppliants Ampt gëduurende zyne abfentie, gemerekt de kortheyd van den tyd, defelve zal moeten werden gelaaten op denfelven voet, als wanneer hy Suppliant zigh met permisfie van het gemelde Collegie ter Admiraliteyt van de plaatfe zyner Refidentie zoude moogen abfenteeren in de vier maanden in ieder jaar, waar toe het gemelde Collegie aan haare onderhoorige Officianten verlof van abfentie verleent. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden werden aan het gemelde Collegie ter Admiraliteyt op de Maaze, en aan den Ontfanger Generaal van het zelve, als meede aan de Generaliteyts Reeckenkamer oni te ftrecken tot derfelver narightinge. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan den Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Gorinchem, om zig voor drie jaaren uit die Stad te mogen abfenteeren. Den 6 July 1757- Nnnnnnn 3 VIER-  Pilotagie, Lootfen en Vuuringe langs de Stranden. 1207 2- Refolutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling omtrent de berekening van het Vuur geld, dat door de Oost-Indifche Compagnie betaald moet worden. Den 28 September 1754. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 18 July deefes jaars, hebbende in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 17 January daar te vooren, geëxamineert de Misfive van Mr. Willem Munter, Ontfanger Generaal van het Vuurgeld benoorden de Maze, waar by aan haar Edele Groot Mogende kennisfe geeft van een different met de Oostindifche Compagnie ter Kamere Amfterdam, weegens het opgeeven en bereekenen van de lasten van haare Scheepen, om daar na het voorfz. Vuurgeld te voldoen, en voorts reprefenteert, hoe het voorfz. • Fonds door de noodfaakelyke fwaare reparatien aan de oude, en het ftellen van nieuwe Werken, mitsgaders de duurte der Kooien, en het minder naghts en ontydigh, op haar verfoeck doorgefchut wierden; alles breeder in haar Hoogh Mogende gemelde Refolutie van den vyftienden Augustus des voorleeden jaars geinfereert. Waarop gedelibereerd, en inaghtinge genoomen zynde, datbyde Attestatie van de twee Factoors, te Sas van Gent woonende, neevens het boovengemelde Beright van den Collonel en Commandeur van Burmania gevoeght, komt te blycken, en ook buyten contestatie is, dat van ouds de respeótive Commandeurs, mitsgaders Groot-Majors van Sas van Gent, van yeder Schuyt of Poon met Cabeljaauw in het geheel de fomme van vier Guldens zeeven ftuyvers aght penningen, en van alle andere Visfchuyten, hoe genaamt, twee Guldens twaalf ftuyvers aght penningen, voor extraordinaris diensten hebben genooten; gemerckt defelve des nagts, en by andere ongereguleerde getyden der Waateren, Storm, en hooge Vloeden, door het Sas wierden ingelaaten. Dan, dat zoo duydelyck in het gemelde Beright, nogh ook in de bygevoegde verklaaringh niet is gedistingueert en beweefen, dat andere Schippers, geen Visfchippers zynde, maar met hunne Scheepen, Koopmans Goederen en Waaren voerende, wanneer voor de troubles, tyde van de ordinaris Schuttinge, quamen te pasfeeren de Sluys te Sas van Gent, alle regulierlyk de voorfchreeve vier Guldens zeeven ftuyvers aght penningen, en twee guldens twaalf ftuyvers aght penningen respeótive , aan den Etat - Major zoudenhebben betaald, want dat het Declaratoir van de gemelde twee Factoors op dit geval ingefien en nagegaan zynde , geheel en al deficieert, en dat daar in niets anders te ontdecken is als een raifonnement over de reedelykheid, dat Schippers, Waaren en Koopmanfchappen voerende, en jouïsfeerende van defelve (niet ordinaire) maar extraordinaire diensten, welcke de Poonen en Schuyten met Vis gelaaden gewoon zyn te genieten; ook gelycke erkentenisfen als de Visfchuyten behoorden te geeven; verklaarende eghter een der twee Depofanten, en zulcks fingulierlyck, dat hy (weeder niet voor de ordinaire} maar voor de prompte en ongehoude expeditie, en uyt geen ander hoofde, ook wel in laatere tyd het gemelde emolument van rykgelaaden doorgevaare Scheepen, aan hem geaddresfeeert, hadde betaald gehad; en dat beyde haare depofitie fluyten met eene vergelyckinge van de avantage, weleke de Schippery door deefe prompte bevorderingh genoot, tegen de incommoditeyt en fchaade welcke zoude koomen te lyden, wanneer zy gehouden zouden weefen buyten te blyven leggen, tot dat met de ordinaris Schuttingen zouden kunnen opkoomen: dat door de voorfchreeve tegen overllellingh van gemack en ongemack, genoeghlliam zeecker gefupponeerd werd, dat, tyde van de ordinaire Schuttinge, voorheen nietwes is betaald geworden, en dat de zaake dus befchouwt zynde, evidentelyck komt te blycken, dat de niet tydigegemaackte onderfcheydingh tusfehen de ordinaris en extraordinaris Schuttingen aanleydingh tot dit different heeft gegeeven: Is goedgevonden en verftaan, dat van de Schippers, binnen de vereenigde Provinciën, of het Resfort van de Generaliteit t'huys behoorende , by het Ordinaris Schut vaarende door het Sas van Gent, (voldaan hebbende de ordinaris Sluys-Kaay-Haven-en Brughgelden, en het geen aan het Fort St. Anthony betaald word) niets hoe genaamt aldaar zal werden gevordert; dan dat in dit jegenwoordigh geval, en zulcks zonder confequentie tot andere Sluyfen en Schuttingen, by aldien defelve Schippers ter befpoedinge van haare reys, des naghts, of anders buyten den tyd van de ordinaris Schuttingh zouden willen voortgeholpen en doorgefchut zyn, dat zy als dan de erkentenisfe voor deefe extraordinaris dienst zullen voldoen, gelyk defelve als nu voldaan is, en door de Poonen en Schuyten met Cabeljauw en andere Vis aan het Gouvernement opgebraght werd; en dat ten opfighte van deefe laatstgemelde geen voranderingh gemaakt, maar alles aldaar by de constante aloude gewoonte gelaaten zal worden. En zal Extraét van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den Collonel van Burmania, als Commandeur van Sas van Gent, om te dienen tot zyne narightinge.  Pilotagie, Lootfen, en Vuuringe langs de Stranden. 1209 4* Refolutie van de Staaten Generaal, houden¬ de ordre aan de Koopyaardyfbhepen onder de vlag yan den Staat in eenige Havenen yan Groot Brittannien inkopende, om de B'aaien- en 'Vuur* gelden volgens gebruik te moeten betaalen. ben 10 November 1755. By refutnptte gedelibereerd zynde op een Misfive van den Heer Hop, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé aan het Hof van Groot Brittannien, gefchreeven te Londen den tienden, en ter Vergaderinge ingekoomen den zestienden der voorleede maand, houdende Advertentie van het geene hem dooiden Lord Anfon, eerste Commisfaris van de Admiraliteyt van Engeland, wasgefeght, nopens de weygeringh van de Koopvaardyfcheepen van Onderdaanen van den Staat in eenige Haavens van het Ryck van Groot Brittannien onder Convoy van s'Lands Scheepen van Oorlogh inloopende, om te betaalen de Vuur - en Baaken gelden, die de inloopende Scheepen gewoon waaren te betaalen. Is goedgevonden en verftaan, dat aan de respeétive Collegien ter Admiraliteyt zal werden aangefchreeven, dat haar Hoogh Mogende kennisle bekoomen hebben, dat de Lord Anfon, eerste Commisfaris van de Admiraliteyt van het Koninghryck van Engeland, zigh heeft beklaaght, dat de Koopvaardyfcheepen, aan de Ingefeetenen van deefen Staat toebehoorende , welcke in een van de Havens van het voorfchreeve Ryck, en wel voornamentlyk die in Torbay, onder Convoy van s'Lands Scheepen van Oorlogh in dit loopende jaar ingevallen zyn, geweygert hebben te betaalen de Baaken- en Vuurgelden, onder pretext dat de Scheepen van Oorlogh van deefen Staat gelibereert zouden zyn van deefen betaalinge; dat haar Hoogh Mogende geinformeert zyn, dat het voorheen altoos gebruyckelyck is geweest, dat de voorgemelde Baacken - en Vuurgelden door de Koopvaardy Scheepen zyn betaald, nietjegenstaande defelve door Scheepen van Oorlogh van deefen Staat wierden geconvoyeert, en dat haar Hoogh Mogende derhalven de respeétive Collegien ter Admiraliteyt gelasten , aan een yeder der Officieren in der tyd op eenige Scheepen van Oorlogh, onder derfelver Resforte geëquipeert, commandeerende, kennisfe te geeven, dat haar Hoogh Mogende goedgevonden hebben, dat de Koopvaardyfcheepen, welcke onder de Vlagge van den Staat in eenige Havenen van Groot - Brittannien koomen in te loopen, blyven betaalen volgens het gebruyek de Baacken-en Vuurgelden , en dat gemelde Officieren de Koopvaardyfchippers, welcke zy onder haar Convoy in der tyd zouden moogen hebben,zul/en hebben te informeeren van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie , met aanfeggingh, dat in gevalle defelve Koopvaardyfchippers weygerigh moghten gevonden worden om deefe gewoone betaalinge te doen, defelve van haar geen asfistentie hebben te verwaghten. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan den Heer Hop, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé aan het Hof van Groot Brittannien, om daar van ter plaatfe, daar zulcks behoord , het noodige gebruyek te maacken. 5» Publicatie van de Staaten van Holland, hou* dende verbod aan de Lootsluiden te Texel, om geene Schepen in Zee te brengen, ten zy het Postgeld by het expedieeren of klaaren te Amfterdam of in Texel is betaalt. Den 16 December 1757. De Staten van Holland en West vriesland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Dat wy in ervaaringe gekoomen zynde, dat het meenigmaal gebeurd, dat door de Scheepen in Texel uitvaarende de gewoone Postgelden niet worden betaalt, waar door het ligt kan gebeuren dat de Zeetydingen niet na behooren kunnen werden opgegeeven, tot ongerief van de Commercie, tot welkers dienst en VIII. Deel. nut het Texelfche Post - Officie is geërigeert. Zoo is 't, dat wy, daar inne willende voorfien, goedgevonden hebben alle de Lootsluiden, zig geneerende met het uitlootfenen in Zee brengen van Scheepen, uitvaarende van de Rheede van Texel, by deefen wel fcherpelyk te interdiceeren en te verbieden, zoo als wy defelve interdiceeren en verbieden by deefen, geen Scheepen in Zee te brengen, van dewelke aan haar niet zal zyn vertoont, Ooooooo dac  Pilotagie, Lootfen, en Vuuringe langs de Stranden. ï2li guldens, met arbitrale correclie, naar exigentie van zaaken : de voornoemde geflatueerde Geld - boeten, te appliceeren, de eene helft ten profyte van den Aanbrenger, en de andere helft ten profyte van den Officier, die de ealange zal doen. Aldus gedaan en gearrefteert, in 't Hof van Zeelandt, tot Middelburg, den 12 February 1759. (Onderftond,~) Ter ordonnantie van de Hooggemelde Heeren Staaten. (Geteekent f) W. van CITTERS. ji,n op aat niemand nier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zal defe alomme worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen. VYFDE TITUL. Raakende de zaaken van de Oost- Indifche Compagnie. l' O&roy door de Staaten van Holland, aan de Oostindifche Compagnie verkent , dat de Gagien en Maandgelden yan perfoonen, dewelke in dienst van de voorfz. Compagnie zyn, gëduurende hunne uitlandigheid niet gearrefteert mogen werden, &c. Den p Mey 1674. De Staaten van Holland ende Westvriesland doen te weten; Alzoo ons by de Bewindhebbers van de Geocfroyeerde Oostindifche Compagnie defer Landen géremonftreert is, dat eenige Luyden voorgevende ten agteren te zyn, ende te pretendeeren te hebben op perfoonen in dienst van de gem. Compagnie naar Indien gevaren wefende, praótizeeren zonder Arrest te doen onder de Compagnie op de verdiende ofte nog te verdienen gagien van haare uytlandige debiteuren, omme daar op voorts te procedeeren , die gelden uyt te winnen, of hunne executie daar aan te dirigeeren, dat daar door zoude worden veroorfaakt niet alleen, dat die perfoonen ongehoort ende ongefundeert zouden werden gecondemneert, alfoo zeer zelden yemand gevonden zoude werden, die derfelver defenfie naar behooren kan doen, ende zulks occafie zoude werden gegeven aan quaatwillige menfehen, om tot laste van zoodanige afvveefende perfoonen allerhande ondeugdelyke pretenfien te fabriceeren, ende by manquement van contradictie daar inne te triumpheeren $ maar ook dat de meergemelde Compagnie ihgewikkelt zoude werden in zeer groote en meenigvuldige moeyelykheden en disputen, als dewelke door de voorfz. Arresten zoude werden belet eenige verdere betalinge te doen aati de perfoonen in haren dienst wefende; zoo als de Arreftanten zouden werden geadmitteert by provifie tot het ligten der fommen, die ten tyde van het doen van de Arresten op de boeken van de Compagnie zouden mogen geftaarjt hebben te goede te zyn, zouden zoodanige debiteurs ondertusfehen in Indien van hunne gagien dikmaals meerder hebben geligt, ofte buyten den dienst van de Compagnie in vrydom getreden Zynde alle 't verdiende 't eenemaal ontfangen, zulks dat yemand ten tydë van het doen van zoodanig Arrest op ende volgens de Boeken hier te Lande nu en dan wel merkelyke fommen zoude konnen te goede hebben, en nogtans ten zelven tyde ofte altevooren in Indien opgebeurt ofte ontfangeri Zouden zyn; waar door de Compagnie, wanneer zoodanige hier te goede ftaande gelden zoude betaalen, by infolventié ofte ook ver0000000 2 fter-  Raakende de zaaken van de Oost- Indifchc Compagnie. 1213 befprooken zullen zyn, voldoen ende uytftellen mogen zullen, ende dat bovendien op zoodanige Arresten geene proceduuren tegens uytweezende Perfoonen gefbndeert ofte gevoert zullen mogen werden; dat wyders des Supplianten, eenmaal aan de Vrunden ofte erfgenamen van eenig overleden perfoon deszelfs te goed wezende Gagie hebbende betaald , daar naar niet verder zullen mogen worden gemoeyt, dan alleen tot overleveringe van de Acte van Borgtogte daar over by hun genomen, ende cedeeren van de act ie tot laste van dezelve Borgen, ende zulks meede eenmaal gedaan hebbende, dat zy daar meede 't eenemaal zullen zyn ende blyven gedechargeert; ende ten eynde de Supplianten het volkomen effect van het voorfz. ons geordonneerde ende geftatueerde mogen genieten, lasten wy allen ende eenen yegelyk, dien het aangaan mag, zig daar naar te reguleeren. Gedaan in den Hage onder onzen grooten Zegele hier aan doen hangen op den 9. Mey 1674. (Onder/lond') Accordeert met 't voorfz. Regifter, (Ende was geteekent") SIMON van BEAUMONT. Een gelyk Oclroy als H bovenjïaande is meede by de Staaten van Zeeland aan de voorfz. Ooftindifche .Compagnie verleent op den 30. Mey 1674. 2. Refolutie van de Staaten van Holland', tot imrekkinge van twee Mandamenten by P Plof verleent tegens Bewindhebberen van de Oostindifche Compagnie tot voldoeninge van Gages, die zy reeds uit ge keert hadden. Den 22 Juny 1751. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den tg. December 1749, met Heeren CommiflanïTên van den Hove, geëxamineert eene Misfive van den Pnefident en Raaden van den Hove, ten zelven dage ter Vergadering ingekoomen , en onder de Notulen van dien datum geinfereert, betreffende twee Mandamenten van Rauactiedoor haar verleend aan Jacob Volrath woonende te Breemen, en feggende laft en procuratie te hebben van Margaretha de Koning, Weduwe wylen Johan Sothof, die gefegt wierd eenige Erfgenaame ab inteftato te zyn van wylen Jan de Koning van Koetsveld, disponeerende het eene Mandament tegens Bewindhebberen van de Ooft-Indifche Compagnie ter kaamere Zeeland, en het andere tegens Bewindhebberen van defelve Compagnie ter kaamere Enkhui fen, en tendeerende het eerfte tot overgeevinge en extraditie van een fomme van ƒ 1840-5-7, en het tweede tot overgeevinge en extraditie van een fomme van ƒ468 - 13 - 8, uitmaakende de geregte helft van een fomme van ƒ 3680 - 10 - 15, en van een fomme van ƒ 937-7-0 refpec tive, welke de voornoemde Jan de Koning op desfelfs overlyden aan de voorfchreeve Kameren zoude bevonden weefen te goed te koomen, en zulks weegens nagelaaten Goederen en Gelden van den zeiven Jan de Koning, welke in den jaare 1717 in dienst van Bewindhebberen van de Ooftindifche Compagnie deefer Handen ter Kaamere Zeeland , met het Schip de Berbices, voor Sergeant uitgevaaren zoude zyn na Ooftindiën, en in den jaare 1739 van daar op het Schip de Cornelia voor de Kaamer Enkhuifen repatrieerende, ab inteftato zoude zyn koomen te overlyden; en voorts op fondament dat de voornoemde Margaretha de Koning, We* duwe wylen Johan Sothof, zoude weezen de halve Sufter van den voornoemden Jan de Koning van Koetsvelt, en dus tot de voorfchreeve fomme, als uitmaakende de geregte helfte van de nagelaate Goederen van den voornoemden Jan de Koning van Koetsyelt | zoude weefen geregtigt, en dat die voorfchreeve fommen in den jaare 1741 by ge* melde Bewindhebberen ter voorfchreeve respeétive Kaameren abufivelyk zouden zyn gedemanueert en afgegeeven aan eenen Casparus Nolten, die last en procuratie zoude hebben gehad van eenige Erfgenaamen ab inteftato van den voornoemden Jan de Koning: En hebbende de Heeren Staaten van Zeeland , met opfigt tot het voorfchreeve Mandament teegens Bewindhebberen van de Oostindifche Compagnie ter Kaamere Zeeland verleent, aan het Hof gefchreeven een Misfive, ten einde het zelve dat Mandament, j nog niet verleent zynde, niet zouden laaten O 0 0 0 0 o 0 3 uit-  Fol. 1215 ZESDE TITUL. Raakende de zaaken van de West- Indifche Compagnie. *• Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Zeeland, houdende Vrydom voor de geenen die met hunne Perfoonen., Huysgefmnen en Gevolgh, zich naer Suriname willen hegeven. Den 6 July i6ö'8. De Gecommitteerde Raden van de Edele Mogende Heeren Staten van Zeelandt, allen den genen die defe zullen zien ofte hooren lefen Saluyt: doen te weten; dat het Cafteel en Provintie van Suriname nu ettelycke maanden door eenige Engelfchen, contrarie het Traclaet van Vrede en tegens het expres Commandement van den Koninck van Groot Brittagnien ons zynde onthouden geweeft. , eyndeling op den eerften dagh van de maent van Meye defes loopenden jaers is gereftitueert en overgegeven in handen van den Capitein Commandeur Abraham Crynfen, die wy tot dien eynde derrewaerts hadden ghefonden, ende dat nu alles aldaer in goede ordre en defenfie wierde ghebracht, en dienvolghende aireede in zoodanigen ftaet is, daer naer wy langhe hebben getracht, om alle en een yder die haer derwaerts willen begeven aan de eene zyde een feeckere Protectie, en aen de andere zyde bequame Gronden en Landen tot colture van Suyckeren en andere Gewaflen, te gheven in een Quartier en Climaet daer toe boven alle andere Landen in die gheweften bequaemen vruchtbaer, midtsgaders vry van de dangereufe Stormen , die men Orcanen noemt, in de Quartieren daer omtrent maer te veel bekeudt: Soo is 't , dat wy goet gevonden hebben het zelve by dezen alomme bekent te maecken, en voorts alle en een yder die gheneghentheydt hebben , 't zy alleen ofte met haer Huysgefin en ghevolgh van dien, haer naer Suriname te begeven, en aldaer neder te flaen, om Suyckeren en andere Gewaflen te queecjken, ofte wel fich met eenigh Ambacht te generen, dat aldaer zeer profitabelyck gefchieden kan, niet alleen te vergunnen een vryen en onbekommerden toeganck, en derfelver Transport derrewaerts, haer aen ons aengevende zoo veel mogelyck,tefacilireren, maer oock zoodanighe Perfoonen en Familien daer te Lande te voorfien van bequame en ruyme Plaetfen en Velden, tot culture en aenqueeck van de voorfz. Ge wallen en onderhout van Menfehen en Vee, yder naer zyn gelegentheydt en meefte contentement, en voorts aen de zelve toe te ftaen en te vergunnen, gelyck wy aen defelve toeftaen en vergunnen by defen, Vrydom van alle Lallen en Impofitien hoedanigh die oock zouden mogen welen ofte genaamt worden, voorden tyt van vyf achter een volgende jaren, te rekenen van den dagh dat fy in Suriname zullen wefen aengekomen, gelyck wy aen de jegenwoordige Ingefetenen aldaer, gelycke. Vrydom voor den tydt van twee jaren hebben vergunt, om daer door de ongemacken en fchade in den voorleden Oorloghe gheleden, te beter te boven te komen, en vervolghens het Landt in fleur en welvaert te brenghen: zynde onfe ernftige meyninge en intentie dat alleen een yder van defe onfe gunfte, concesfie en vrydom volkomen effeét zal genieten; tot welcken eynde , wy aan de Gouverneur van Suriname inder tydt, midtsgaders alle andere Officieren, zóo in de Politie als Militie, by defen expresfelyck bevelen, daer aen de handt te houden, en alle contrarie onderneminge metter daedt te beletten, zonder van de jegenwoordighe ofte toekomende Ingefetenen en Planters in Suriname van wat conditie ofte religie die zouden mogen wefen, eenighe Contributien, of Tauxen, ofte andere profyten of emolumenten te genieten, veel min van haer af te vorderen zonder ons expres confent en toelatinge. Aldus gedaen en gearrefteert in 't Hoff van Zeelandt tot Middelburgh, den 6 July idó8. Ter Ordonnantie van den wel-gemelten Raedt, TUSTUS de HUYBERT. Pla*  Raakende de zaaken van de West- Indifche Compagnie» tzïf 3* Publicatie van de Staaten van ïhlland, te¬ gen het arresteeren der Gagien en Maandgelden van Perfoonen, die in dienst van de DireÏÏic der Colonie de Berbice zyn. Den 21 January 175a. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weteen: Dat wy hebben goedgevonden, by Oélroy aan Direéteuren van de geoéiroyeerde Colonie de Berbice op der zeiver verfoek door ons verleend, te verklaaren, dat de Gagien en Maandgelden van Perfoonen die in dienst van de Direétie van de voorfchreeve Colonie de Berbice uit zyn, zoo lang zy in dienst als vooren uit zullen zyn, niet zullen moogen werden gearrelteert, maar dat de Directeuren van de voorengemelde Colonie, onaangefien zoodanige Arresten, de gemelde Gagien eri Maandgelden egter aan de Perfoonen, die defelve verdiend of te goede zullen hebben, en welke die belprooken zullen zyn, zullen moogen voldoen, en uittellen; en eindelyk dat op zoodanige Arresten geene procedures tegens uitweefende Perfoonen gefondeert of gevoerd zullen moogen Worden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren , ordonneeren en gelasten Wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatien en affixien te doem Aldus gedaan in den Plage onder het klein Zeegel van den Lande den 21 January 1752. (Onderftond' f) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent f) C, BOE Y, 4* Refolutie van de Staaten Generaal, tot obfer¬ vantie van het Placaat der Staaten van Holland van 18 December i6gg nopens de fuccesfien ab intestato in den Eylande van Curacao. Dén ij November 1752. By refumtie gedelibereerd zynde op de Requeste van den eersten july laatstleeden , aan haar Hoogh Mogende geprefenteert door zeer veele In- en Opgezeetenen van den Eylande van Curacao; verfoekende, om reedenen daar by in het breede geallegeert, dat haar Hoogh Mogende geliefden te verftaan, dat volgens het conftant gebruyek het welck op den Eylande van Curacao van den tyd af dat het onder de Heerfchappye van haar Hoogh Mogende is geweest plaats heeft gehad in de materie van fuccesfien ab inteftato , te Curacao zal blyven vigeeren het Aasdoms Reght, en dat dus dien aangaande zal worden geobferveert het Placaat der Heeren Staaten van Plolland en Westvriesland, op het Ruk van de fuccesfien ab inteftato van den aghtienden December zestien honderd neegen en neegentigh , als meede op het beright van Bewindhebberen van de geoéiroyeerde Westindifche Compagnie ter Prtcfidiale Kamer Amfterdam, op den zes en twintigften Augufty daar aan volgende op het voorfchreeve fubjeét alhier ter Vergaderinge ingekoomen. Is goedgevonden en verftaan, dat niet alj leen voor het toekoomende de Erffenisfen ab intefiato in den Eylande van Curacao zullen worden vastgefteld, zoo als vastgefteld worden mits deefen, volgens het Aasdoms Verfterfreght, in conformiteyt van het Placaat van de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland van den aghtienden December zestien honderd neegen en neegentig, maar dat ook alle fuccesfien dien conform volgens de oude costume aldaar tot hier toe gedevolveert, voor wel en wettigh zullen worden verklaart, zoo als die voor wel en wettigh verklaard werden mits deefen. En dat daar van aan Bewindhebberen van de Westindifche Compagnie ter Presidiale Kamer Amfterdam kennisfe zal werden gegeeven , met last, om van dit gerefolveerde aan den Directeur en Raaden op Curacao kennisfe te geeven, en defelve aan te fchryven en te ordonneeren, om daar van op het zelve Eyland ter plaatfe en in maniere aldaar gebruyekelyk publicatie en affixie te doen, en het * zelve ook ter Secretarye te doen regiftreeren, Ppppppp &i* VIII. Deel.  Raakende de zaaken van de leend te respecteeren, en dienvolgende de voorfchreeve Sententie van denfelven Hove door een van haar Deurwaarders of Exploic- West - Indifche Compagnie. 1219 teurs zonder eenig verder dilay na zyne form, en inhoude ter executie te doen leggen. 6. Refolutie van de Staaten Generaal, tot obfervantie van het Echt - Reglement van 18 Maan 1656 in materie van huwelyken op het Eyland Curacao. Den 29 Mey 1753. By refumtie gedelibereerd zynde op een Misfive van Bewindhebberen van de Geoctrpyeerde Westindifche Compagnie ter Kanier Amfterdam gefchreeven aldaar den twee en twintighften deefer loopende maand, en alhier ter Vergaderinge ingekoomen den vyf en twintighften daar aan volgende, houdende, in gevolge en ter voldoeninge van haar Hoogh Mog. Refolutie van den aght en twintighften July van het voorleede jaar, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste aan haar Hoogh Mogende geprefenteert door Abraham ter Borch, Koopman te Amfterdam, als last en ordre hebbende van diverfche Burgers en Opgefeetenen van Curacao, waar by verfoght hebben, dat haar Hoogh Mogende om reedenen in die Requeste gemeld, voor zoo verre het Eyland Curacao was aangaande -, zouden gelieven goed te vinden, dat tusfehen Rlancken en Moulatten, Moulattinnen, of andere Perfoonen , geen Blancken zynde, geen Huwelycken zullen mogen werden aangegaan , in weerwil van de Ouders derfelve Blancken, of van de langhftleevende van dien, mitsgaders van derferver Grootouders, enten aanfien van minderjaarigen, van derfelver Vooghden , ofby gebreck van derfelver Naastbeftaande, in den derden of vierden graat, en dat mitsdien alle Trouwbeloften, door Blancken buyten confent hunner Ouders, of de verdere geënumereerde Perfoonen respeétivelyk gegeeven aan Moulatten, Moulattinnen of andere Perfoonen, geen Blancken zynde, zullen zyn nul, invalide, en van geener waarde. Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat voortaan in alle Huwelyksfaaken op het Eyland Curacao zal werden geobferveert het Eght-Reglement over de Steeden, Dorpen en Heerlykheeden onder het District, der Generaliteyt ftaande, van dato den aghttienden Maart zestien honderd zes en vyftigh, en wel fpeciaal ook zonder eenige restrictie het zes en dertighlle Articul van het zelve Reglement, en dat alle Burgers en Ingefeetenen van het voorfchreeve Eyland haar daar na zullen moeten reguleeren. En zal Extract van deefe haar Hoo°ft Mogende Refolutie neevens eenige ExempJaaren van het voorfchreeve Eght-Reglement gefonden werden aan Directeur en Raaden van het Eyiand Curacao, om zulcks by behoorlycke Publicatie bekend te maacken. En zal gelyk Extrad gefonden werden aan Bewindhebberen van de voorfchreeve Geoctroyeerde Westindifche Compagnie ter Kamer Amflerdam, om te ftrecken tot derfelver narigtinge. 7. Publicatie van de Staaten Generaal, houdende eene generaale Amnestie omtrent het geen ter zaake van zekere diffidentien en oneenigheden in de Colonie van Surinamen was voorgevallen, met recommandatie tot een ftil en respe&ueus gedrag voor het Vervolg. Den 20 July 1753. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut, Doen te weeten: dat wy hebben bevonden, dat zeedert eenigen tyd herwaards in de Colonie van Suriname zyn ontftaan geweest, veele diffidentien en oneenigheeden. tusfehen den Gouverneur, Raaden van Politie en verdere Ingezeetenen, dewelke aanleiding en oorfaak hebben gegeeven tot groote desordres en confufien, niet alleen met relatie tot derfelver Ingezeetenen, maar ook tot Inwoonders deelèr Landen, die of door eigendom van Gronden of door Commercie en Navigatie in de gemelde Colonie belang hebben; en nademaal de voortgang der gemelde oneenigheeden niet anders kan caufeeren, dan een totaal verval van het credit en commercie, en eindelyk den ondergang der Colonie zelve , en het dienvolgende hoognoodig is, dat het zelve tydelyk en op het kragtigfte werde voorgekoomen, fonderling dewyl de Heere Prince van Orange, gïorieufer gedagtenisfe, en na hoogstdesfelfs overlyden Mevrouwe de Princesfe van Orange, als Gouvernante, volgens authorifatien by ons aan hoogstdefelve respeétivelyk op den 22 Mey 1750 en 20 December 1751 gegeeven, zoodanige ordres hebben geftelt, Ppppppps en  Raakende de zaaken van de West-Indifche Compagnie. 1221 8. Placaat van de Staaten Generaal, betrekke- lyk de Navigatie op de Kusten van Africa. Den 15 February 1754. TTXe Staaten Generaal der Vereenigde Ne_L/ derhnden^ Allen den geenen "die deelen zullen zien of hooren leefen: Salut: doen ce weeten: Nademaal Directeuren van de Commercie Compagnie en particuliere Koopluiden te Middelburg en Vlisfingen, navigeerende en handel dryvende op de Kusten van Afrika, onder de Limiten van het Octroy van de Westindifche Compagnie, ons hebben verfogt, dat de concesfie, welke wy in den jaare 1734 aan haar voor den tyd van twintig agtereen volgende jaaren hebben vergunt, om te moogen navigeeren en negotieeren op en langs het Dilhïct van omtrent zestig mylen, beginnende van de Kaap Apollonia, en zig ukftrekkende tot aan Rio de la Volta, mogte worden geprolongeert tot den einde van den jaare 1760, wanneer het Octroy, aan de Westindifche Compagnie verleent, ftaat te eindigen, als meede dat tot dien tyd toe ook mogte worden toegeftaan, dat de Lastgelden, welke in gevolge het agtfte en neegende Articul van ons Reglement van den 8 Augustus 1730 aan de Westindifche Compagnie in het geheel moeten betaald worden, alvoorens de Laadcedullen uitgegeeven worden, betaald worden met een derde by het uitgaan, en met twee derden by het t' huiskoomen der Scheepen, zoo als reeds aan haar by onfe Refolutien van den'15 Juny 1752 en 21 Maart 1753, dog telkens maar voor een jaar is geaccordeert geworden. Zoo is't, datwy, daar op gehoort en ingenoomen hebbende het Berigt van Bewindhebberen van de geoctroy eerde Westindifche Compagnie ter prefidiaale Kamer in Zeeland, goedgevonden hebben te ftatueeren en vast te ftellen, zoo als wy ftatueeren en vastftellen by deefen. Eerstelyk, dat alle Onderdaanen van deefe Republicq, gëduurende het Octroy aan de Westindifche Compagnie verleent, en zulks tot den jaare 1760 inclufive, by continuatie zullen moogen navigeeren en negotieeren op en langs het Diftrict van de zestig mylen, beginnende van Kaap Apollonia, en zig uitftrekkende tot aan Rio de la Volta, op defelve voet en wyfe als zulks by ons nader Reglement op het fubject van de vrye Vaart op de Kust van Africa van den 6 October 1734 is geconcedeert geworden. Ten tweeden, dat de Lastgelden of Recognitiën, welke volgens het agtfte en neegende Articul van ons Reglement van den 8 Augustus 1730 aan de Westindifche Compagnie in het geheel voor het uitgeeven van de noodige Laadcedullen hebben moeten betaald worden, gëduurende het voorfz. Octroy, en zulks meede tot den jaare 1yóoincluis, zullen moogen betaald worden met een derde bv het uit¬ gaan van d'e Scheepen, na Africa gedeftineert 5 en de twee refteerende derden, na expiratie van fes weeken na derfelver arrivement binnen deefe Landen, ten opfigte van de Scheepen , welke direct van Africa hier te Lande retourneerert, en ten aanfien van de Scheepen welke na America overfteeken, na verloop van fes weeken, na dat dé tyding van derfelver arrivement ter plaatfe hunner destinatie in America hier zal zyn aangekoomen, met dien verftande nogtans, dat gemelde verfchuldigde twee derden aan de Compagnie voldaan zullen moeten worden, offchoon de Scheepen op de uit - of t'huisreifen mogten koomen te verongelukken, en wel binnen den tyd van fes weeken, na dat hier te Lande tydinge van derfelver verongelukken zal zyn gekoomen, en, by gebrek van tydinge op zoodanige tyd, als alle zulke Scheepen volgens de ufantie, hier te Lande gebruikelyk j voor verongelukt moeten worden gereekent, en dat zulks ook plaats zal hebben, niet alleen in opfigte van Scheepen, die in het vervolgh nadè Kusten van Africa zullen koomen uit te vaaren, maar ook omtrent alle zoodanige, dewelke reeds vertrokken zyn, en dat die te Rellen Borgtogten daar meede zullen moeten worden geamplieert. Ten derden , dat het voortaan aan de Westindifche Compagnie, gëduurende desfelfs Octroy, zal vryftaan om aan haare Bediendens ter Kuste van Africa de noodige permisfie te geeven, om den vryen handel in Slaaven aldaar te moogen exerceeren, onder betaalinge aan de Compagnie van agt engelfe Goud, of de waarde van dien in Tanden voor ieder Slaaf, die door hun verkogt zal worden; in verwagtinge, dat door gemelde Compagnie zoodanige ftricte ordres zullen worden gefteld, dat geen quaad gebruik van de voorfz. te verleenen permisfie doorgemelde Bediendens zal worden gemaakt, maar in teegendeel door de gemelde Compagnie zoodanige attentie zal worden geadhibeert, als de naauwe connexie Van derfelver belangen met het bevorderen van den particulieren Handel en Navigatie ter voorfz. Kuste komt te vereisfehen, en infonderheid ftiptelyk te doen obferveeren en nakoomen, dat de particuliere Scheepen, in deefe Republicq t' huis hoorende, altoos booven die van andere Natiën zullen zyn en blyven geprefereert. En eindelyk, dat alle de Artikulenj vervat in de Reglementen op het fubject van de vrye Vaart op de Kust van Africa by ons op den 8 Augustus 1730 en op den 6 October 1734 gearrefteert, zullen blyven in haar geheel , en overfulks nagekoomen moeten worden, uitgenoomen alleen voor zoo verre deePpPPPPP 3 fe-  Raakende de zaaken van de West- Indifché Compagnie, 1223 lycK. verwecKt aan wylen zyn ïeitateurs zuster Maria du Fay, en voorts tot Executeurs van het gemelde Testament en na te laaten Boedel aldaar te Lande hadde genomineert Wigbolt Crommelin, doenmaals ad interim Gouverneur van de Colonie voornoemt, met en beneevens Frederick Jacob Veltcamp, en alhier in den Vaderlande zyn Testateurs zwaager, den Suppliant in deefen. Dat de voornoemde Jacob Frederick du Fay het gemelde Testament op den vyf en twintighften der voorfchreeve maand September met de dood geconfirmeert hebbende, de Suppliant na bekoomen kennisfe van het zelve Teftament hadde geconfidereert, hoe dat de Commisfie, zoo aan hem Suppliant als aan de voornoemde andere Perfoonen daar by gedefereert, zigh bepaalde tot het voorfchreeve Executeurfchap, zonder dat de Testateur eenige voorfieninge hadde gedaan noopens de Vooghdye over des Suppliants gemelde zoon, het welcke den Suppliant hadde doen refolveeven, omme zigh by Requeste te addresfeeren aan Scheepenen van Amfterdam, en te verfoecken, dat defelve de voorfchreeve Commisfie van Executeurfchap by den voorfchreeven Testamente aan den Suppliant gedefereert , gelieven te amplieeren, en den Suppliant te committeeren en aan te ftellen tot Vboght over zyn gemelde mfnderjaarigen zoon, zoo als dan ook dat verfoeck by Appoinctement van gemelde Scheepenen van dato den aghtienden December feventien honderd vier en vyftig was verleent. Dat den Suppliant die Commisfie bekoomen hebbende, was bedaght geweest, dat de fimpele additie van de voorfchieeve Nalaatenfchap voor zyn gemelde Pupil en zoon zoude kunnen zyn nadeeligh, en dierhalven van den Hoogen Raade in Holland hadde verfoght, en op den een en twintighften der voorfchreeve maand December geobtineert Brieven van Beneficie van Inventaris , met Committimus aan den Geregte der Stad Amfterdam, en met de claufule van reliëf, van dat het voorfchreeve Beneficie van Inventaris niet eerder was verfogt of geimpetreert. Dat den Suppliant vervolgens de voorfchreeve Brieven behoorlyk hebbende doen exploicteeren aan de by hem bekende Crediteuren en Legatarisfen, welcke zigh alhier te Lande bevonden , hy al verder by Ediéte had doen daghvaarden, niet alleen alle onfeeckere en onbekende Crediteuren en Legatarisfen, maar ook nominatim zoodanige Legatarisfen, als in het gemelde Testament ftonden genomineert, en tot Suriname voornoemt waaren woonaghtigh, zynde in regarde van de laatfte de Reghtdagh beleght teegens den veertienden October deefes jaars feeventien honderd vyf en vyftigh. Dat of wel de Sppliant zigh nimmer hadde konnen imagineeren , dat yemant zoude beftaan in twyffel te trecken de competentie van gemelden Hoogen Raade in het verleenen van de voorfchreeve Brieven, nogh ook de be- voegntiaamneya van den Gereghte der Stad Amfterdam, om over het interinementvan de voorfchreeve Brieven van Beneficie van inventaris te oordeelen; te minder, om dat aan de eene zyde de voornoemde Jacob Frederick du Fay bevoorens was geweest een Koopman te Amfterdam , en van daar na Suriname was uytgevaaren , en dat noghtans aan de andere kant de Heeren Staaten van Holland en Westvrisland by Refolutie van den twee en twintigften De^ cember feeventien honderd vyf en dertigh hadden verftaan, dat het Committimus der Brieven van Beneficie van Inventaris tothetadieeren der Boedels, zelfs van zoodanige Perfoonen, die buyten de Provinciën van Hollanden Zeeland geboortigh, en daar nooyt gedomicilieert geweest zynde, na Oost- en Westindiën waaren uytgevaaren, en voor haar retour in deefe Landen in dienst van de Oost- of Westindifche Compagnie waaren, quaamen te overlyden, zoude moeten worden geaddresfeert aan den Reghter van die Stad , voor welckers Kamer zy na Oost- of Westïndiën waaren uytgevaaren, zonder onderfcheyd, of dezelve Perfoonen waaren koomen te overlyden op de reyfe, dan wel in de Indien zelve; de Suppliant des onaangefien tot zyn uyterften furprife hadde moeten ondervinden, dat men in Suriname was gevallen in een begrip, dat de voorfchreeve Brieven van Beneficie van Inventaris in regarde van de Crediteuren en Legatarisfen daar te Lande niet zouden konnen opereeren, en dat dierhalven de bovengemelde Executeurs aldaar geen fwaarigheyd quaamen te maacken, om onder pretext van feeckere Refolutie van den Hove van de Civile juftitie te Suriname van dato den tienden July feeventien honderd drie en vyftigh, de Legaaten en Schalden te betaalen, het welck tot verder gevolgh had gehad, dat op den voorfz. geprefigeerden veertienden Oétober feeventien honderd vyf en vyftigh niemand weegens eenige Crediteuren of Legatarisfen in Suriname voor den Gereghte der Stad Amfterdam was gecompareert, en vervolgens de zaacke in regarde van defelve Crediteuren en Legatarisfen by gemelden Gereghte was geftateert; verfoeckende den Suppliant om reedenen in de voorfchreeve Requefte geallegeert, dat haar Hoogh Mogende aan Gouverneur en Raaden te Suriname gelieven aan te fchryven, dat zy de' gemelde Brieven van Beneficie van Inventaris, door den Suppliant op den een en twintigften December feeventien honderd vier en vyftigh van den Hoogen Raade in Holland geobtineert , zullen hebben te refpeéteeren, en dienvolgende defelve in regarde van de Crediteuren en Legatarisfen van wylen den voornoemden Jacob Frederick du Fay, welcke zigh in Suriname bevinden, te doen en laaten te werek leggen, mitsgaders defelve Crediteuren en Legatarisfen, als meede alle andere daar aan te houden,dat zy hun aan de voorfchreeve Brieven van Beneficie van Inventaris koomen te gedraagen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedge- vorh  Raakende de zaaken Van de West- Indifche Compagnie. 8 Dat of wel vervolgens des Suppliants Principaalen hadden verwaght, dat de voornoemde Gouverneur zig niet verders teegens den voortgangh van hun voorgenoomen Huwelyk zoude hebben geoppofeert, defelve nogtans van zig hadde konnen verkrygen, omme op den zes en twintig/ten van de gemelde maand September zyne .Revifie van de voorfchreeve dispoütie te doen interjecteeren, en op fundament van dien ten zelven dage aan de Predikanten te Curacao te doen interdiceeren, omme direct, of indirect, de gemelde Geboden niet in te fchryven, veel min defelve af te kondigen of het Huwelyk te voltrekken. Dat des Suppliants gemelde Principaalen aan hem van die ongehoorde onderneemingen kennisfe hebbende gegeeven, met verfoeck omme alles in het werek te ftellen, ten eynde de yoortgangh van hun Huwelyk niet langer wierde gefurebeert, de Suppliant niet anders hadde konnen ontdekken, als dat de pretenfe oppofitie van den voornoemden Gouverneur Faesch zoude weefen gegrond op eenige ver gèfóghté captien , omtrent de voorfchreeve bewyfen van het overlyden van den voornoemden Handfee Gales, den eerderen man van de voornoemde Rachel Houtfchilt, hoe zeer defelve bewyfen, zoo als agter de voorfchreeve Dispofitie te zien was, onder anderen hadden beftaan in een authentique Copie Extraét; uyt de Refolutien van Gouverneur en Raaden van Indien , geteeckent door den doen maaligen Advocaat van de Oostindifche Compagnie deefer Landen, J. Sweers: dog dat niet te min de Suppliant, omme dien aangaande alle captien weg te neemen, nog hadde ingewonnen een ! Declaratoir van Bevvindhebberen van de Oost- ! indifche Compagnie, waar uyt van het overlyden van den voornoemden Handfee Gales nog nader confteerde: verfoeckende den Suppliant, om rcedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hom,,- Mopende aan Raaden van Curacao voornoemt gelieven aan te fchryven en te gelasten, omme haar gemelde Dispoütie van den vyf en twintigften September zeeventien honderd vyf en vyftig, onaangefien de voorfchreeve pretenfe interjectie van Revifie haar dieet te doen ei langen, en gevolglyk te beforgen, dat zonder eenig verder uitftel de aanceeckening der Geboden van de voornoemde Üaacq Faesch en Rachel Houtfchilt gefchiede, daar van de gewoons Huwelyks-Proclamatien worden gedaan, cn vervolgens het voorfchreeve Huwelyk zoo als gebruykelyk is worde voltrokken. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deelen te confenteeren in het voorfchreeve verfoek, en dat dienvolgende de gemelde Raaden van Curacao zullen worden aangefchreeven en gelast, zoo als gelast worden mits deefen, omme haare gemelde Dispofitie van den vyf en twintigften September des voorheden jaars zeeventien honderd vyf en vyftig, onaangefien de voorfchreeve pretenfe interjectie van Revifie haar effect te doen erlangen, en gevolgeiyk te beforgen , dat zonder eenig verder uitftel de aanteekening der Geboden van den voornoemden Ifaacq Faesch en Rachel Houtfchilt gefchiede , daar van de gewoonlyke HuwelyksProclamatien worden gedaan, en vervolgens het voorfchreeve Huwelyk, zoo als gebruykelyk is, worde voltrokken. I2, Refolutie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan Gouverneur en Raaden van Politie en Crimineele Juftitie van Sur innamen, om hunne Sententien puhliquelyk te moeten pronuntieeren; en wyders voorziening ter zaake van eenige irreguliere gedragingen van Gouverneur en Raaden van Civiele Juftitie in de gemelde Colonie. Den 16 Mey 1759, Ontfangen een Misfive van Directeuren van de Societeyt van Suriname , gefchreeven te Amfterdam den fee venden deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den een en dertighften Mey des voorleeden jaars, derfelver beright en advis op een Misfive van Gouverneur en Raaden van Policie en Crimineele Juftitie in de Colonie van Suriname, gefchreeven aan Paramaribo den dertienden February daar bevoorens, houdende, ingevolge en tot voldoeninge vart haar Hoogh Mogende Refolutie van den tweeden November des jaars feeventien honderd feevenen vyftigh, derfelver Beright op een Misfive van de ftingeerende Raaden en Reghters in den Hove van Civile Juftitie der Colonie van Suriname, gefchreeven aldaar den fee- ventienden February daar te vooren, daar by ter kennisfe van haar Hoogh Mogende brengende feêckere faake, breeder in "de gemelde Misfive gedetailleert, haar aldaar voorgekoomen in het adminiftreeren van de Civile juftitie , dewelke zy gedaght hadden na de "ordinaire train der zaacke by wyfe van Revifie hadde dienen te gefchieden, dogh waar inne zy' verhindert Waaren geworden; en reprefenteerende de gemelde ftingeerende Raaden en Reghters wyders de criticque omftandig heeden , waar in gemelde haare Civile juftitie in alle diergelycke gevallen zigh noodfaackelyk moeste bevinden, alfoo geene maniantie hebbende over 'sLands Penningen, en geen de minfte fonds ten haaren dienfte of dispofitie, noodwendig daar uyt moeste proflueeren recours tot den Hove van Policie, en waar in Qqqqqqq èm  Raakende de zaaken van de West- Indifche Compagnie. l22f min, wyl haar Hoogh Mogende worden geinformeert, dat het furnisfement van penningen tot welzyn der Justitie ook nooyt word geweygert, mits den Gouverneur daar in gekend wordende, die Prafident in beydè Hoven k, en by nonfesfie van den Hove van Policie, diergelycke dispofltien maackt. 13. Refolutie van de Staaten Generaal, tot het houden van behoorlyke Procedures in de infbhente Boedels, in de Colonie van S-uri namen vallende-. Den 29 Oétober 1754, Tly refumtie gedelibereerd zynde op de ReJ3 queste door Jean en Theodore van Mar* felis, Kooplieden te Amflerdam, in qualiteyt als Directeuren van zeeker fonds van Negociatie door verfcheyde particuliere Geldopfchieters hier te Lande ten behoeve der Planters in de Colonie van Suriname opgereght, op den vierden July deefes jaars aan haar Hoogh Mogende geprefenteert, om daar by geallegeerde reedenen verfoeckende , dat haar Hoogh Mogende in de Colonien van den Staat, en fpecialyk in de Colonie van Suriname, goede ordres gelieven te etablisfeeren, dezelve doen maintineeren, en het Reght behoorlyk doen handhaaven, ten eynde voortaan in alle infolvente Boedels in de gemelde Colonie van Suriname vallende, moge worden geprocedeert na Reghten, en volgens de Praétycque hier te Lande gerecipieert, by een behoorlyk judicium van preferentie en concurrentie daar in te houden, en dat mitsdien zoodanige verfoecken van authorifatie tot uytreyckingh onder cautie, als in het voorlchreeve geval had plaats gehad, moogen worden geweert en verboden ; als meede op de Misfive van Directeuren van de Societeyt van Suriname, gefchreeven te Amfterdam den agtften der voorfchreeve maand September, en op den dertienden dito ter Vergaderingh ingekoomen, houdende ingevolge haar Hoogh Mog. Refolutie van den vierden July booven gemeld, derfelver Confideratien en Advis op de voorfz. Requeste. Is goedgevonden en verftaan, mits deefen te confenteeren m het voorlz. verfoeck, en dat dienvolgende voortaan in alle infolvente Boedels in de Colonie van Suriname vallende zal werden geprocedeert na Reghten, en volgens de Praélycq hier te Lande geprecipieert een behoorlyk Judicium van preferentie en concurrentie daar in te houden, en dat mitsdien zoodanige verfoeken van authorifatie tot uytryckingh onder cautie, als in het voorfchreeve geval heeft plaats gehad, zullen werden geweert en verboden. Zullende Extraét van deefe haar HoopIi Mos. Refolutie gefonden worden aan Gouverneur en Raaden van Civile Justitie te Suriname met last om zigh na het praftcript van haar Hoogh Mogende in diergelycke gevallen ftiptelyk te gedraagen, en dat vervolgens zoodanige ordres van haar Hoogh Mogende niet alleen zullen ftand grypen in alle infolvente Boedels in de meergemelde Colonie van Suriname vallende, maar ook omtrent alle pennmsen geprovenieert van geëxecuteerde Goederen, en dat ook wyders in defelve gevallen zal moeten worden geprocedeert na Reghten, en volgens de praétycque en maniere van procedeeren hier te Lande gerecipieert en gebruykelyk En zal insgelyks Extraét van deefe haat Hoogh Mog. Refolutie gefonden worden aan de Directeuren van de Sociëteit van Suriname, om te ftrecken tót derfelver nariah tinge. . ö 14. Conventie tusfehen LireÊeuren van de Ge- o&roy eer de Sociëteit van Surinamen, ter eenre, en de Gemachtigdens van veele voornaame Geintresfeerdens in defelve Colonie, ter andere zyde, over eene augmentatie van Militie aldaar aangegaan en door hun Pioogh Mogenden geapprobeert. Den 22 November en 21 December 17594 Is ter Vergaderinge geleefen de Requeste van de Directeuren van de Geoéiroyeerde Sociëteit van Suriname, mitsgaders de Gemaghtighdens van veele voornaame en meest gedistingueerde geinteresfeerdens in defelve Colonie, volgens Procuratie in dato den neegen en twintighften Oaober laatstleeden, neevens de voorfchreeve Requeste gevoegt, houdende, dat de voorfchreeve Gemagtighdens op de presfante ingekoomen tydittgë, dat,tert zy fpoedigh wierden voorfien "in een vermeerderingh van Trouppes in de Colonie van Suri^ name, het te dugten was, dat die zoo aanfienelycke en florifante Colonie eerlangh door de weghgeloopen Slaaven zoude worden uytgemoord, en in een woest en wild Negerland verandert en tot voorkoöminge van dien veele voornaame en gedistingueerde GeinteresfeerQqqqqqq 2 émê  Raakende dc zaaken van dc West-Indifche Compagnie. 1229 ren, dat het zelve by tyd en wylen van eenigh nut voor de Colonie zoude kunnen zyn; dac zelfs twaalf ftucks der Slaaven, die voor de Geetablisfeerdens aldaar waaren aangekoghr, zyn weghgeloopen geweest, en dat die nogh twee Slaavinnen van de aldaar zynde Landllaaven hadden koomen haaien, dat ook de geenen, die zigh op dat Pad geëtablisfeert hadden, nietteegenftaande haar nogh leevens middelen, en alle benoodigtheeden, volgens het Project, gefurneert wierden, niet dan door dwanghmiddelen te houden waaren, en Jaatstelyck, dat men by ondervindinge ook reeds had geleerd het geen buyten dien aldaar kennelyk was, dat het voornoemde Etablisfement teegens de attacque der weghloopers nogh voor de Plantagien beneeden, veel min booven en zelfs niet omtrent hetzelve van de minste dekkingh nogh effect konde zyn nogh was; eerbiedighst verfoeckende, dat haar Hoogh Mogende de goedheyd gelieven te hebben, om op dit alles met haare gewoone naauwkeurigheyd reguard te neemen, en dan vervolgens hier teegens zoodanige heylfaame middelen te beraamen, als haar Hoogh Mogende na derfelver bekende wysheyd tot welzyn deefer Colonie en derfelver Ingefeetenen zouden bevinden noodigh te zyn; dat hooghgemelde haar Hoogh Mogende by derfelver hooggeagte Refolutie en aanfehryvinge aan Directeuren van de Geoétroyeerde Societeyt van Suriname in dato den neegentienden April zeeventien honderd aght en vyftigh, gemelde Misfive van Gouverneur en Raaden hadden gelieven te ftellen in handen van Directeuren voornoemt, ten fine haar Beright en Confideratien daar op aan haar Hoogh Mogende te laaten toekoomen; dat Direct,euren ook ter voldoeninge van dien by haare Misfive aan hooghgemelde haar Hoogh Mogende in dato den aghtften Mey zeeventien honderd aght en vyftigh, hebben verklaart het met Gouverneur en Raaden daar omtrent eens te zyn, en het feecker was, dat wel verre de ftoutheyd der weghgeloopen Slaaven door uytgefonden Toghten, of door dit Oranjepad zoude zyn beteugeld, defelve zo langhs zoo buytenfpooriger wierd, en het dus meer dan tyd was, dat andere en convenabelder heylfaame middelen daar teegens in het werek wierden gefteld ; dat vervolgens defelve Misfive en Beright van Directeuren, ter Vergaderingh van haar Hoogh Moogende op den twaalfden Mey zeeventien honderd aght en vyftigh weefende ingekoomen, hetzelve Beright en Misfive by de Heeren Gedeputeerdens van de Provinciën van Holland en West vriesland, en van Zeeland copielyk is overgenoomen, om in den haaren breeder te werden gecommuniceert, en dat dien onvermindert was goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Misfive gefteld zoude worden in handen van de Heeren van Hoytema, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerdens tot de zaacken van de Westindifche Compagnie, om te vifiteeren, examineeren, en van alles ter Vergaderinge rapport te doen; dat zeedert al dien tyd, en dus nuby de aghtien maanden, hooghgemelde Provinciën van Holland en van Zeeland zig tot nog toe daar op niet hebben gelieven te verklaaren; dat het befogne by haar Pioogh Mogende daar op gedecerneert, tot heeden toe, ook nogh niet is gehouden, immers daar van voor zoo verre aan Directeuren bekendis, geenrapport is gedaan; dat immiddels, en hangende deefe deliberatien, de ftoutheyd der Weghloopers zoo hoogh is geklommen, dat zy nu onlanghs weeder een aanval hebben gedaan in Commerwine op de Plantagie lakemoubo, de blanke Directeur en een Soldaat vermoord, en nog een deerlyk gequetst, mitsgaders van de Plantagie met zig hebben genoomen vyftien Slaaven, en daar meede haar Troup vermeerdert; dat daar door de Plantagie f eenemaal was ge ruïneert, en de Eygenaar had moeten refolveeren defelve te verlaaten , en het overige van zyn maght na beneeden te transporteeren; dat de weghloopers een weynigh te vooren gelycke aanval hadden gedaan in Casfeminika by de Sood la Para, dat zy ook geweest waaren op de Plantagie Concordia in Para, haar wegh genoomen hebbende over het Oranjepad, en in een andere attacque ook twee ftukken Kanon van de Plantagie hadden meedegeüeept; dat aan de eene kant hier uyt blyckt, hoe redoutabel deefe weghloopers werden'; en ten anderen, dat de weynige Familien op het Öranjepad geëtablisfeert, ende geringe Posten tot haar dekkinge daar gehouden wordende, niet in ftaat zyn, omme de pasfagie van de weghloopers te verhinderen en tegen te gaan , en dus alle moeyte en kosten tot dat Etablisfement aangewend vrugteloos en vergeefs zyn gefpendeert, en dus j geen heylfaamer middelen te beraamen waaren nogh geexcogiteert konden werden, als een meerder maght van Militie derwaards te transporteeren, ten eynde was het doenlyk daar door eenmaal deefe weghloopers tot reeden te brengen, zoo hebben de gemagtighdens van veele voornaame en meest gedistingueerde geinteresfeerdens in defelve Colonie zigh geaddresfeerd aan Heeren Directeuren van de Sociëteit van Suriname, en aan defelve verfoght , dat de maght der Soldaaten zigh actueel daar bevindende, boven en behalven het Corps Artillerye aldaar voor privative Reeckeninge van welgemelde Societeyt gehouden werdende, met een getal van zeshonderd Man moghte werden vermeerdert; dat deefe Propofitie by Directeuren in overweeginge zynde genoomen en geconfidereert de hooge nood, waar in de Colonie zig bevond, en dat indien langer tyd wierd verfleeten met middelen te excogiteeren tot beeter befcherminge teegens weghloopers, inmiddels grooter progresfen gemaakt zouden hebben, die dan weeder met grooter maght te keer zouden moeten worden gegaan, en vervolgens met de Gemagtighden hier vooren gemeld in conferentie getreeden zynde over de kosten, en het onderhoud van die meerder Manfchap, zoo zyn op den twee Qqqqqqq 3 en  Rankende dc zaaken van de West- Indifche Compagnie. i2$t ten of Plantagien van waar- allarm werd gefchooten, ten eynde, onder Gods Zecgen, de Weghloopers continueel te ontrusten, en is her doenlyk met 'er tyd geheel uyt te roeyen of te verdry ven; dat ren dien eynde ook twee a driemaal des puts, de groote bekende Dorpen der WegJoopers met kleyne Detachementen zullen moeten worden beftookt en' geattacqueéit, ten eynde haar daar door haar Kruyt en Loot te doen verfchieten, en daar. door met 'er tyd tot obediëntie of onderwerpinge tq brengen. X I I. Dat door de toghten door de voorfz. Militie te doen, zullen cesfeeren en ophouden de toghten, als nu meede door Burger - Officieren en Particulieren wordende gedaan, ten zy in particuliere gevallen en in hooge nood. x n l Dat vermits de verfendingh vari de voorfz. zes honderd Man na de opgemelde Colonie, en onderhoudingh van defelve, met de gevolgen en aankleeven van dien, groote kosten zullen importeeren, dogh daar door teffens worden geprevenieert de onkosten, waar aan de toghten tot deefe tyd toe gedaan, onderbeevigh zyn geweest, en om welcke te vinden , volgens Refolutie van haar floogh Mogende in dato den twintighften December zeeventien honderd neegen en veertigh is opgereght een kasfe teegens de Weghloopers, de voorfz. kosten weegens de verfendingh en onderhoud van die zes honderd Man, mitsgaders van de Militie thans daar zynde, voor zoo verre die als nu meede uyt die kasfe betaald werd, met gevolgen en aankleeven van dien, niets uytgefondert, en dat dus meede de kosten, gerequireert tot het maacken of huuren der noodige Vaartuygen, tot het aflosfen en opbrengen der Militie, met de Vivres, Ammunitie, Medicamenten, en het gunt tot haar beftaan behoord, niets uytgelbndert, gevonden zullen moeten werden uyt dat fonds thans geëmployeert tot de kasfe tegens Weghloopers opgereght, en van welcke Weghloopers kasfe de omflagh of opbrenging volgens generaale quotifatie over den jaare zeeventien honderd zeeven en vyftigh heeft beloopen, en gerendeert een fomme van tweemaal honderd vyf duyzend neegen honderd vier en feventigh guldens aghtien ftuyvers, welcke fomme alhier tot bafis werd gevonden, omme ten beloope dier fomme, het gecontracteerde in deelè daar uyt te voldoen en te betaalen, dogh in geval onverhoopentlyk de hier vooren gemelde fomme van tweemaal honderd vyf duyfend neegen honderd vier en feeventigh guldens en aghtien ftuyvers tot executie van het hier voorenftaande Project niet fufficient bevonden moght worden, zal de uytzettinge moeten werden verhoogt, zoodanigh dat het als dan te kort koomende zal moeten werden gefourneert en betaald, namentlyk door de opgemelde Directeuren een vierde, en door de Planters, Ingefeetenen en Geinteresfeerdens in defelve Colonie, als ook door die gee¬ nen , die aan defelve kasfe teegens de weghloopers fourneeren moeten, de overige drie vierde Gedeeltens. X I V. Dat de voorfz. Militie, ten eynde alle oribehoorlykheeden dienaangaande zoo veel mogelyk moogen werden geweert, zesmaal in hét jaar door den Gouverneur ten overftaan van de twee oudfte Raaden (buyten den Commandeur) daar van telckens behoorlyck geadverteert, zal werden gemonstert, en dat in het toekomende geen Monster rollen door de Heeren Directeuren zullen werden aangenomen als zoodanige, dewelke door den Gouverneur en de voorn, twee Raaden met de gewoone Certificatie of Declaratoir zullen zyn bekraghtigt. XV. Laatstelyk, wyl door de arrangementen en precautien in deefen vervat, het Project ter bevolkinge van het Oranjepad komt te vervallen , wyl het zelve door Militaire Posten zal Werden befet, en daar door van zelfs koomen te cesfeeren de heffingen ten behoeven van dat Etablisfement gedaant onder de benaaminge van de Casfe der extraordinaire Hoofdgelden , zoo werd defelve Caslè daar door verklaart voor gemortificeert, gelyck defelve dan voor gemortificeert word gehouden mits deefen, voor zoo verre geen Families aldaar werden gevonden, die uyt hoofde van haar Etablisfement gereghtigt zyn de nog overige jaaren daar uyt haar beftaan te vinden, aan wien in zoodanig geval het beloofde zal moeten werden gepresteert, en ordre gefchaft, dat daar omtrent de noodige voorfieninge word gedaan; werdende den Ontfanger dier Casfa gelast zyn Reeckeninge te doen en het overfchot van dien, zoo eenige moght zyn, over te brengen in de Casia teegens de weghloopers aldaar opgeright. Alle het geene voorfchreeve ftaat, verklaaren wy ondergefchreeve Directeuren van de Societeyt van Suriname ter eenre, en de Gemaghtighdens van veele voornaame en meest gedistingueerde Geinteresfeerdens in defelve* Colonie, ter andere zyde, alfoo tenwelweelèn derfelver Colonie, en ter afweeringe van het eminente gevaar, door langer uytftel defelve Colonie over het hoofd hangende te faamen te hebben geconvenieert en verdraagen, met onderwerpinge aan de goedkeuringe en aggreatie van.haar Hoogh Mog., beloovende in onfe respeétive qualiteyten, de voorfz. approbatie door haar Hoogh Mog. daar op verleend zynde, den anderen daar van recipro» quelyk het effect te zullen laaten genieten, waar toe wy ondergef. Direéteurs verbinden allen de Reghten, Goederen en Inkomsten van de Societeyt, en wy ondergefchreeve Gemagtigdens onfe en onfer Committenten Perfoonen en Goederen, met verdere overgifte ten weederzyden, dat deefe Conventie aan haar Hoogh Mog. werde geprefenteert en verfogt, dat het haar Hoogh Mog. gelieve tot meerder verfterkinge van dien defelve te con-  Raakende de zaaken van de West - indifche Compagnie* tt&J TWEEDE COMPAGNIE. t. Lieutenant Collonel en Capitein ■ — ƒ1200 0 o ■—■ ——15> ƒ 500I0IÖ j. Capiteyn Lieutenant • 600 o O — —14. 400 o ö 1. Vaandrig • - - ' — 315 o O 1 — 2.' 20000 2. Vaandrigs a laüiitoaj 17 12 o sm. 422 8 o ieder 2 maakt 4. ^00 0 0 4. Sergeanten a. | 12 12 o ■ 11 604 id o ieder 1 < 4. 400 o ö 1. Capitein des Armes a 1 12 12 o ■ 151 4 o — — 1. 100 o o 4. Corporaals a — I 10 o|o > 480 o O ieder 1 — 4. 400 0 0 2. Lanspasfaten a 8 10,b — 204 o o ieder 1 — 2. 200 o o 84. Soldaaten waaronder' 1 2 Tambours a j 7110ja . . 7560 o o ieder 1 — 84.8400 o © 'IIS371 8 o 11000 o o Ü537 8 o Komt ter loopénde maand — —— 1878 2 5} 22537 8 En dus in twee maanden < ——u— 3 7 5 <51 4 iof DERDE COMPAGNIE. 1. Major en Capitein. ■ ——. ƒ1200 o o ■ ■ ~> 4. ƒ400 oio 1. Capitein Lieutenant ■ > — 600 o o -a 1 4. 400 o o 1. Vaandrig • . 315 o o ■ — 2. 200 o o 2. Vaandrigs a la fuite ■ ■ ■ ■ > ±* , 422 8 o ieder 2 maakt 4. 400 io b 4. Sergeanten 604 16 o ieder 1 — 4. 4001© o 1. Capitein des Armes 15I 4 0 . — 1. iooio O 4. Corporaals . — «_— 480 o o ieder 1 — 4, 400 o|o 2. Landspasfaaten -—-—• . 204 o o ieder 1 — 2. 200 o O 84. Soldaaten, waar onder 2 Tambours —* 7500 o' o ieder 1 — 84.8400'o o 11537 8 o 10900 ö o f f HS37'8 ° Komt ter loopende imnnd -*-m . 1 Sop'15 10* 22437 8 0 En dus in twee Maanden • 3739 'n 5f I VIERDE COMPAGNIE. 1. Capitein ƒ 800 o o ■> 14. ƒ40010 tb', 1. Lieutenant - • 400 o o ■ ■ 3. 300 o!ö 1. Vaandrig • I 313 ö ö » 2. 200,0' o 2. Vaandrigs a la fuite 4221 8 o ieder 2 maakt 4. 400 oio 4. Sergeanten ——- > • 604116 o ieder 1 — 4. 400(0 o 1. Capitein des Armes *• . 151! 4 ö —- ï. ioofo'o 4. Corporaals ■ ——— 480 o o ieder 1 —• '4. 400 o o 2. Landpasfaaten • 204 o o ieder 1 — 2. 200 o O 84. Soldaaten, waar onder 2 Tambours. 7560' o o ieder 1 — 84.8400 o o 10937 8 0 10800 o o I I 10937 8 a Komt ter loopende maand ' ■ —• 1811 90 21737 8 o Ën dus in twee maanden • • | 3622 18 b , VYFDE en SESDE COMPAGNIE, als deefe Vierde. TRAIN GAS TEN. Rant?oenen iit Traclement. 1 Geld. i. Commis der Vivres . —-—- ■ ƒ 6*30 o ö 3. ƒ 300 Ö o 1. Boekhouder der Guarnifoeneri • — 630 o o 3. 300 o o t. Chirurgyn Major — ft" 1 ■ 600 o o 3. 300 00 1. Commis van het Magazyn'van Oorlog y—.. 211 4 o 2. 200 o d i. Adfiltent by het Magazyn van Oorlog ■ 180 o o 1. 100 00 1. dito by het Magazyn der Vivres — 180 o o 1. 100 0 0 ii Barbier of onder Meester a ƒ 12:12: o'smaands 151 4 o 1. 100 o p 1. Apothecars Knegt 1 —— 151 4 0 1. 100 o|o u Geweldige of ProvoosU • ■ ——— 151 4 o 1^. 150 ofo i. Tambour Major a ƒ 10 o 0 'smaand. 120 ooi. 100 o o 1. Timmerman a '•— 44 o o 528 o o 2. 200 o o i. Smit > . ■■■■ m\ 15 o 0 180 q o i. 100 o o 3712 16 o 2050 o o j 3712 Q J J 57c?2110* o VUL Deel. &frrirr Kocög  Raakende de zaaken van de West-Indifche Compagnie. 1235 15. Refolutie van tle Staaten Generaal, houdende bepaaling, hoedanig» Salarisfen door V Lands Advocaaten al dan niet ten lasten van den Lande gebragt mogen worden. Den 17 January 1760. Is gehoord het rapport van de Heeren Vlaardimjerwoud, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van deFinantie, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den vier en twintigften Ocfober laatstleden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Mr. Joh. Festus van Breugel, een van haar Hoogh Mogende 's Lands Advocaten, houdende, dat hy Suppliant verfcheyde befoignes en vacatiën had gehouden ten dienfte van haar Hoogh Mogende, en waar voor van de Parthyen nietwes had konnen worden geëyscht, volgens desfelfs Declaratie neevens de voorfchreeve Requeste gevoegt; verfoeckende den Suppliant derhalven, dat haar Hoogh Mogende daar op na de ordre van den Lande Ordonnantie van betaalinge gelieven te doen depecheeren. Waar op gedelibereerd en geremarqueerd zynde, dat in de voorlchreeve Declaratie gebraght zyn, eerftelyck, de befognes en vacatiën , cementeert in het examen van de Misfive van Gouverneur en Raaden van de Civile Juftitie der Colonie van Suriname, mitsgaders die van de Directeuren van de Societeyt der Colonie voornoemt, over het verleenen van de Beneficiën van Inventaris door den IToogen Raade in Holland, by haar Hoogh Mogende Refolutie van den vier en twintighften December zeeventien honderd zes en 16. |^\ntfangen een Misfive van Directeuren VJ' van de Colonie de Berbices, gefchreeven te Amfterdam den vier en twintighften deefer loopende maand, houdende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegen en twintighften Oélober des voorleeden jaars, derzelver Beright en Confideratien op het geproponeerde door de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Vriesland, ten zelven dage ter Vergaderinge van haar Hoogh Mogende gedaan, of namentlyk niet heylfaam en dienftig zoude weefen, dat de Refolutie door haar Lloogh Mog. meede ten zelven dage genomen op de Requeste van Jean en Theodore Marfelis , en contineerende, dat voortaan in alle infolvente Boedels in de Colonie van Su- Vyftigh, in handen van 'sLands Advocaaten gefteld, te famen bedraagende een fomme van drie en veertigh guldens vier ftuyvers; ten andere de filan'sfen weegens gelyke befoignes en vacatiën, &c. by het examen van de Misfive van Gouverneur en Raaden van Policie en Juftitie te Suriname, als meede van den Fiscaal aldaar, in de zaacke van Andries Gottlieb Dietz gemeriteert, en in handen voorfchreeve gefteld by haar Pioogh Mogende Refolutie van den derden Oélober zeeventien honderd aght en vyftigh, te faamen een fomme van neegen en taghtigh guldens twee ftuyvers , beyde welcke posten volgens de ordre van het Land, door de Directeuren van de voorfchreeve Colonie behooren te werden voldaan ; Is goedgevonden en verftaan, den boovengemelden 's Lmds Advocaat van Breugel mits dezen te gelasten beyde defelve posten van falarisfen van den Directeur der Societeyt van Suriname, als in zaacken ten nutte van defelve Colonie gemeriteert, te vorderen, en welcke mits defen gelast werden defelve te voldoen. En dat voor het overige de voorfchreeve Declaratie neevens de bovengemelde Requeste gevoegt, gefonden zal werden aan den Raad van Staate en des Generaliteyts Reeckenkamer , omme verder te vifiteeren, examineren en liquideeren, volgens en in conformiteyt van de ordres van het Land. riname vallende, als meede omtrent alle Penningen geprovenieert van aldaar geëxecuteerde Goederen , zal werden geprocedeert na reghten, en volgens de praelycq hier te Lande gerecipieert, by een behoorlyk judicium van prceferentie en concurrentie, ook wierde geëxtendeert tot alle de verdere Colonien van deefen Staat. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het geftatueerde by haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegen en twintighften Ocfober laatstleeden zal worden geëxtendeert tot de Colonie van de Berbices, en dat dienvolgende in alle infolvente Boedels in de Colonie van de Berbices vallende, als meede omtrent alle Penningen, geprovenieert vair aldaar geëxecuteerde GoeRrrrrrrs de- Refolutie van de Staaten Generaal, tot het houden van behoorlyke procedures in de infolvente Boedels in de Colonie van de Berbices vallende. Den 26 Maart 1760.  Raakende de zaaken van de West - Indifche Compagnie. 1237 rioogn mogende geaddresieert en verloght hebbende Brieven van acquiescement , en haar Hoogh Mogende vervolgens by der zeiver Refolutie van den een en twintighften deefer, hebbende gelieven te verklaaren zigh het voorfchreeve acquiescement van de Supplianten en de renunciatie van hunne Revifie te laaten welgevallen; verfoeckende de Supplianten derhalven, dat haar Hoogh Mogende den Ontfanger van de Boetens van Revifie gelieven te ordonneeren, de boete van Revifie by haar in de voorfchreeve zaacke geconfigneert, aan haar of haaren Procureur te reftitueren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan , mits deefen te gelasten Hartger van Goor, Ontfanger van de boeten van folie Appellen, om de voorfchreeve ge* configneerde boete van Revifie, aan de Supplianten of haaren Procureur te reftitueeren. ZEVENDE TITUL. Betreffende den Levandfchen-Muscovi- fchen-en Noordfchen , Handel en Vaart. *• Refolutie van de Staaten Generaal, waat byword afgeflagen een verfoek, om aan een Ingezeten van het Eyland Fino voor zyn Scheepje, door Hollandfche Kooplieden in de Levant gebruikt wordende, een Pasport van de Admiraliteit te geven. Den 31 July 1752. By refumtie gedelibereerd zynde op eene Misfive van den Heere de Hochepied, haar Hoogh Mogende Ambasfadeur aan het Hof van den Turckfchen Keyfer, gefchreeven te Pera vanConstantinopoJen den vierden December zeeventien honderd een en vyftigh, en alhier ter Vergaderinge ingekoomen den tienden January zeeventien honderd twee en vyftigh, daar by aan haar Hoogh Mogende favorabel voordraagende een verfoeck van zeeckeren Pieter Boufort, gestablieert op het Eyland Fino, ten eynde aan hem een Pasport van de Admiraliteyt moghte worden gegeeven, om daar door zyn Scheepje, genaamt de Fortune', door Hollandfche Kooplieden in de Levant gebruykt wordende, teegens de infultes der Kaapers te beveyiigen: Is goedgevonden en verftaan, dat aan den gemelden Heer de Hochepied zal worden gerescribeert, dat het verfoeck van Pieter Boufort, door hem Heer de Hochepied aan haar Hoogh Mogende voorgedraagen, ten eynde aan defelve een Pasport van de Admiraliteyt möghte gegeeven worden, om daar door desfelfs Scheepje, genaamt de Fortune, teegens de infultes der Kaapers te beveiligen, niet anders heeft geconfidereert kunnen worden, als daar heenen ftrekkende, dat een Turks Pasport, zoo als aan de Scheepen toebehoorende aan Ingezee- , tenen van deefen Staat word meedegegeeven, tot verfeeckeringh van derfelver Vaart tegen de Algerynen, aan den voornoemden Pieter Boufort moghte worden geëxpedieert, dogh dat dit verfoeck direct ftrydende is gevonden met de ordres op het verleenen der Turkfche .Pasporten geftatueert, en dat dienvolgende in het zelve niet kan worden getreeden* 2- Refolutie van de Staaten Generaal, waar by detVasch, Jughten, en Indigo provifimeel van alle inkomende en uitgaande rechten worden vry geftelt. Den 5 Maart 1754, By refumtie gedelibereerd zynde op de Requeste van de Gecommitteerden tot den Miscovitifchen Handel, mitsgaders van de verdere Kooplieden negotieerende op Rusland, Duitsland, Italien en Spagne, alle woonende binnen de Stad Amfterdam, houdende, dat Rrrrrrr 3 io  Betreffende den Levantfchen Handel, &c* fen zal Extract, van deele haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden werden aan gemelde 4i Refolutie van de Staaten Generaalhoudende interpretatie van haar Hoogh Mog. Refolutie van 9 April 1676, betrekkelyk zeker Last-geld, door de Schepen, naar Cadix of St. Lucar fievenende, aan Directeuren van den Levantfchen handel te betaalen. Den 9 February 1759. By refumtie gedelibereerd zynde op een Misfive van de Directeuren van den Levantfchen Handel en Navigatie in de Middelandfche Zee, gefchreeven te Amfterdam den twaalfden, en ter Vergaderinge ingekomen den dertienden Oélober laatstleeden, houdende in fubftantie, dat haar Hoogh Mogende by Relblutie van den neegenden April zestien honderd zes en zeeventigh hadden geftatueert, dat alle Scheepen uyt deefe Landen na Cadix of St. Lucar fievenende, of met ftukgoederen derwaards vaarende, gehouden zouden zyn, aan Directeuren van den Levantfchen Handel te betaalen zes ftuyvers per Last per groote van ieder Schip: dat zy zeedert eenige jaaren ondervonden hadden, dat veele Schippers, om die kleyne belastingh te ontdayken, zigh aangeflaagen hadden na andere Piaatfen buyten de Middelandfche Zee, en niet inbaar Hoogh Mogende voorfchreeve Refolutie begreepen, om van daar na Cadix öf St. Lucar te fteevenen, en dat verfcheyde Rheeders der gemelde Scheepen, te Amfterdam woonaghtigh, fustineerden, dat zy het voorfchreeve Lastgeld niet verfchuldight waaren, onder pretext, dat gemelde Refolutie alleenlyck zoude fpreecken van Scheepen direct op Cadix en St. Lucar aanflaande; verfoeckende gemelde Directeuren derhalven, dat haar Hoogh Mogende derfelver gemelde Refolutie nader gelieven te interpreteeren, op dat zy aan de eene kant niets invorderende dan volmaakt met haar Pioogh Mogende intentie overeenkomende, aan de andere zyde in ftaat gefteld moogen werden, om alle fraudes dien aangaande met meerder nadruk te kunnen teegengaari, en dé Casfa door haar Hoogh Mogende hun toebetrouwt, daar door des te beeter in ftaat te houden, om aan de inevitablé kosten der Schaalen in de Levant, en welke van tyd tot tyd fwaarder wierden, te kunnen voldoen. Is goedgevonden en verftaan, dat by interpretatie van haar Hoogh Mogende Refolutie van den neegenden April zestien honderd zes en zeeventigh zal werden geftatueert, zoo als geftatueert werd mits deefen , dat alle de Scheepen die zigh zouden moogen aangeeven om uyt deefe Landen te vaaren na andere Piaatfen buyten de Middelandfche Zee, ten eynde van daar na Cadix of St. Lucar té fteevenen, en fulcks aldaar arriveerende, zoo wel gehouden en verplight zullen zyn zigh na gemelde Relblutie van den neegenden April zestien honderd Zes en zeeventigh te reguleeren, en fpecialyk het Lastgeld van zes ftuyvers daar by geftatueert te betaalen, als die Scheepen, dewelcke hunne reyfe uyt deefe Landen direct na Cadix of St. Lucar aanneemen. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mog. Refolutie gefonden woiden aan de respeétive Collegien ter Admiraliteyt, als meede aan de Directeuren van den Levantfchen Handel en Navigatie in de Middelandfche Zee, te Amfterdam , mitsgaders aan de Confuls, te Sivilien, Cadix en andere Piaatfen in de Middelandfche Zee, om haar respeétivelyk daar na te reguleeren, en te doen reguleeren allen den geene die het aangaan magh. 5* Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Conful te Smirna, om van zeker Comptoir van Griekfche Koopluiden, aldaar en te Amfterdam geëtablisfeert, niet meer dan de gewoone Confulaat - gelden te vorderen. Den 3 April 1759. "Ts ter Vergaderinge geleefen de Requeste I van Anthonio Zingulara en Compagnie ^ Griekfche Koopluyden en Burgers der Stad Amfterdam, houdende, dat de Supplianten nu vyf jaaren geleeden, van Smirna in de Stad Amfterdam voornoemt waren koomen woonen, en zigh aldaar geëtablisfeert hadden in de Negotie; dat defelve zeedert dien tyd grooté Negotie öp Smirna gedaan hadden, eri nogh waaren doende, en nu zelfs twee Capitaale Scheepen hadden, die op Smirna en van daar op Amfterdam voeren; dat de Supplianten jaarlycks eenige honderd duyfend Guldens aan Koopmanfchappen vanAmfterdam na Smirna ver- Directeuren van den Le vantfchen Handel, om te ftrekken tot derfelver narightingei  Betreffende den Levantfchen Handel, &c. is At 7* Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Conful Roguin te Barcelona, om geene Lastgelden der Middellandjche Zee van eenige Schepen af te eisfehen, en het ontfangene te restitueeren. Den 22 December 1760. Ontfangen een Misfive Van de Directeuren van den Levantfchen Handel en Navigatie in de Middelandfche Zee, gefchreeven te Amflerdam den twintighften deefer loopende maand, houdende, dat Charles Roguin, haar Hoogh Mogende Conful te Barcelona, gëduurende het gepasfeerde jaar, hebbende konnen goedvinden, om van alle de Hollandfche Scheepen aldaar fuccesfivelyck, zoo uyt de Oostzee als van elders arriveerende, en welcke niet konden vertoonen, dat het Lastgeld der Middelandfche Zee, by haar Hoogh Mogende Placaaten van den aghtienden January zestien honderd drie en dertich, tweeden Mey zestien honderd zes en dertigh, en zeevenen twintighften July zestien honderd vyf en veertigh geinstitueert en geconfirmeert, hadden voldaan, het zelve Lastgeld eygener authoriteyt in te vorderen, en genoeghfaam af te persfen, de Eygenaars en Rheeders van defelve Scheepen ignoreerende eene tot dus verre ongehoorde Practycq, zoo ras kennisfe bequamen, dat hunne Scheepen in de Middelandfche Zee gearriveert waaren, agtervolgens haar Hoogh Mogende Placaaten het zelve Lastgeld aan hun Directeuren hadden voldaan, dogh dat naderhand kondfehap bekoomende, dat hunne Schippers gehouden waren geweest defelve belasting aan gemelden Conful Roguin te voldoen, defelve zigh met reght weegens een zoo teegens haar Hoogh Mogende intentie ftrydende dubbelde betaalingh van gemelde Lastgelden geoppofeert, en van hun restitutie van het te veel betaalde hadden verfoght. Dat offchoon gemelde Directeuren zouden hebben konnen volftaan, met hun na den Conful Roguin te renvoyeren, zy egter, in confideratie der difficulteyten, dewelcke in het bekoomen van defelve restitutie by gemelde Conful apparentelyk zouden rencontreeren, hadden gerefolveert het zelve te veel betaalde Lastgeld re restitueren , in verwaghtingh, dat gemelde Conful niet in gebreeken zoude blyven defelve ingevorderde penningen aan hun te verantwoorden, waar over zy denfelven op het nadrukkelykfte hadden gefchreeven, dogh met zoo weyningh fucces, dat in plaatfe van verantwoording!) van eene fomme van elfhonderd zeeventien Guldens, dewelcke voor Lastgelden van vyftien Scheepen, ingevolge de Lyste neevens de voorfchreeve Misfive gevoeght , had ontfangen, zy niet anders op hunne iterative aanmaaningen hadden konnen bekoomen als frivole excufen en verre gefoghte pretexten, gepaart met belofte van hun die penningen met den eerften te zullen remitteeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den voornoemde Conful Roguin zal werden aangefchreeven en gelast, zoo als den zelven gelast word mits deefen , "de gemelde fomme van elfhonderd zeeventien Guldens, zonder uytfiel aan voornoemde Directeuren van den Levantfchen Handel te restitueeren, en zigh voortaan te waghten van eenige Lastgelden der Middelandfche Zee van eenige Scheepen af te eyslchen, het zy . defelve Quitantie konnen vertoonen, of niet, maar zigh alleenlyck te vergenoegen, van aan gemelde Directeuren by de zes maandelykfche Lysten der Scheepen te noteeren, welcke Scheepen hunne quitantien van het betaalde Lastgeld der Middelandfche Zee niet hebben konnen vertoonen. En zal Extract van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie gefonden worden aan voornoemde Directeuren van den Levantfchen Handel, om te ftrekken tot derfelver narightinge. VIII. Deel. Sssssss A G T- d'Alven, voor by de Staart van het hooge Zand westwaards op van de vaste wal van de Buytenfluys, tot bergingh van de Scheepen uyt de Levant koomende, en binnen de Goederheede quarantaine moetende houden, en om tot goedmaackingh van de kosten van dien van alle Zeefcheepen, dewecke, om zigh voor het Ys te bergen', van de voorfchreeve Duc d'Alven gebruyek zullen willen maacken, te moogen heffen eene Gulden per Last, dié de Scheepen volgens haare Yck-of Las'biieven groot zuilen weefen, by voornoemde Directeuren te ontfangen op gelj cke wyfe als het Levant-reght by haar word ontfangen,  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleine Visfcheryen, &c. i iil haer-luyden Scheeps Volk werde gedaen: als mede defelve in defe Landen niet inbrengen omme te verkoopen, vedchenken, ofce in eeniger manieren te diftribueeren. Ende zullen zoodanige Stier-luyden t'haerder aenkomfte wederomme voor delèlve Magiftraten met folemnelen Eede moeten verklaren, dat zyluyden haren gedanen Eed niet en hebben overtreden* maer defelve heilig ende confci» entieus onderhouden. Alles op poene van zes hondert gulden te verbeuren, te verhalen aen Schip ende Goed alwaer het jaer en dag geleden. Ende zullen de Reeders haer regres aen de Stier-luyden hebben ende behouden: ende boven dien zal zoodanigen Stierman naer exigentie van zaken aen den lyve werden geftraft, te appliceren een derde van de voorfz. boeten aen den Officier, een derde ten profyte van den Armen, ende een derde aen den Aenbrenger: ende boven dien zal zoodanigen Haring hier aen Land gebragt werdende, zyn verbeurt, ende daer over by de Capiteynen der Groote Visfcherye in Zee achterhaeld werdende, zal den felven Haring over Boort werden geworpen. iii Werd mede alle Stier-luyden, Schippers, ende alle andere, by defen geinterdiceert ende verboden, dat niemand hem vervorderen zal eenigen verfchen-, ofce Korf-haring (in defe Landen gebragt hebbende) defelven alhier te Kaecken, te Zouten, en in Tonnen te leglen, omme in defe, ofte andere Landen vervoerd, veel min verkogt te . werden, op de verbeurte van denfelven Haring, en daer-en boven op pmne van drie gulden op yder Tonne te verbeuren, te appliceren een derde-part voor den Officier die de executie doen zal, een derde - part voor den Armen van de Steden daer 't zelve gefchied, ende een derdepart voor den Aenbrenger. Ende zullen geene Schepen ofte Schuyten tot het vangen van verfchen - ofte Korf-haring uyt Holland ofte West - Vriesland , om de Noord, ofte in Diep - water mogen uyt varen zonder Aéte van Confent, en de Stier-luyden van zoodanige Schepen ofte Schuyten by 't halen harer Aéte met Eede zweeren, geenen Haring aen Land te zullen brengen, als die zy zelfs met haer eygen want, by haer uyt Holland mede genomen, gevangen zullen hebben, en dat "zy van malkanderen, ofte anderen geenen Haring zullen overnemen, en op derfelver t' huyskomfte wederom te zweeren, dat alle haren aengebraghte Haring als boven gevangen is ; alles op de verbeurte van Schip en Goed, mitsgaders in 't toekomende van de Neeringe verfteeken te zyn. I V. Niemand zal eenigen Haring in Zee mogen overgeven, verkoopen, ofte vermangeleni anders dan aen den geenen die daer toe byae Magiftraten in de Steden van de voorfz. Neeringe van Holland ende West- Vriesland zullen wefen toegelaten, 't welk den Stier-luyden ten minften met twee, ofte meer, van haer Boots-gefellen zal moeten blycken hy j een gedruckt Biljet, gezegeld endegetyekent, j als in het volgende Artyckel werd gefeyd, omj me de verklaringe t'haerder aenkomfte in conformité van het zesde Artyckel van defe Ordonnantie daer van te doen. Ende zoo yemand in Zee anders Haring overgeeft, zal de Stierman verbeuren den overgegeven Haringofte de waerde van dien, ende boven dien een poene van fes hondert gulden, te verhaelen aen Schip ende Goed; des Zullen de Reeders haer Regres aen de Stier-Juyden hebben en behouden, ende boven dien zal mede de Stierman van zyn dienfte gedeporteert, ende inhabiel verklaerd werden. V. ^ Allen den geenen die in Zee zullen willen Vent - jagen, of de Buyfen volgen, zullen aen de Magiftraten van de Visfcherye ter plaetfe daer zy af-varen, verfoeken Acte van Confent, omme de voorfz. Neeringe tot xv July toekomende, ende langer niet te mogen doen; 't welk hen onder 't Zegel van de groote Visfcherye (daer zy af-varen) by een gedruckt Biljet, alwaer een Buys ofte Schip boven aen ftaet, met den datum van 't jaer, ende geteyekent by den Secretaris van derfelver Stad, vergunt zal worden: mits dat zy al voren (onder Eede) zullen beloven geen Peekei-haring over te nemen j als van den Schepen van Holland ende West-vriesland, ende dat zy van yder Stierman (daer van zy Ha* ring overnemen) brengen zullen Atteftatie by denfelven Stierman ende Schipper; daer aen den Haring overgegeven is, elk met twee van zyne Boots- gezellen geteyekent, inhoudende naem van den Schipper, alwaer hy t'huys hoord, ende hoe het Schip genaemdis, mette quantiteyt van den overgenomen Haring, ende dat defelve oock naer Sint Jans-dage gevangen , ende binnen haer Schepen gekaeckt gefóuten, ende in Tonnen geleyd zyn, op de verbeurte van den Haring, ofte de waerde van dien, dien zy zonder de voorfz. Acte van Confent, of anders, als van den Schepen vari den voorfz. Landen, ofte oock zonder zoodanige Atteftatie overnemen: Item, dat zy geen Verfchen - of Korf • haring zullen overne» men, dan die naer St. Jans- dage gevangenis, die zy zonder onderfcheyd van een yder zullen mogen overnemen, mits datzymèt twee, ofte meer van haer Boots - gezellen by Eede verklaren zullen, dat denfelven Haring na Su Jans - dage voorfz. gevangen is, op gelyke poenen als voren. Ende werd mits defen alle Stier-luyden geinterdiceert ende verboden na den xv July voorfz., geeriigen Peekei - haring aen eenige Vent-jagers, in 't kleyn ofte groot te mogen verkoopen, ofte overgeven, op de verbeurte van den Plaring, ten lallen van den Stier - man , ende de penningen daer voor gegeven, ten lasten van den Kooper, zonder dat daer . van yets tot lasten van de Reeders zal komen. v i Geene Vent - jagers, Stier - luyden, ofVisSssssss 2 fchers  Groenïandfche vaart, Walvisvangst, groote en kleine Visfcheryen, óVc. 1245 inne fraude gefchied) vyf - en - twintigh guldens, ende arbkralyck gecorrigeert worden, ende nog daer - cn - boven den Koopman van dien zyn fchade te beteren, wel-verftaende dat de Stierman de hocte ende fchade van den Koopman weder zal mogen verhalen aen den Gefelle, die den 1 iaring geleyd heeft, dewelke tot dien eynde gebonden zal zyn, zyn Merck binnen in de Tonnen te ftellen een hand breed beneden het Kroots, ende zal de arbitrale correclie gedirigeerd worden tegen die Gefelle, die aen den Haring geleyd heeft, zoo verre hy buyten weeten van den Stierman fauten in 't leggen heeft bedreven. Xilï. Insgelyks cn zal niemand den Haring mogen bloemlagen, vervalfchen ofte veranderen, nogte den ouden Haring onder den nieuwen vermengen, veel min Haring van Hayen gebeten en onbequamen Wan-haring, by den zuyveren ende goeden Haring in Tonnen te leggen, nogte dat men den Haring op meer als eene nagt gevangen, niet onder den anderen zal vermengen, maer dat by yder parthye zal werden verklaert, op wat nagt die gevangen is, zullende geen Haring van de vorige nagt overgebleven , gekaeckt nogte tot Peeckel - haring gemaeckt mogen werden, op de verbeurte van den Haring ende vyf-en-twintig gulden op elcke Tonne ende boven dien correótie ter arbitagie van Schepenen. XIV. Yder Stierman zal gehouden zyn den Haring wel te doen zonderén,den Vollen uyt den Yelen, den Nacht-fchamel, Kuyt-zieck, Melck-ziek, Stank ofte Wan-haring, ende die elck op hem zelven in Tonnen te doen leggen, tot welcken eynde de Keur-meesters werden geauthorifeert, om de qualyck gefonderden Haring op haer gedanen Eed te keuren voor Maetgens - ofte Yelen - haring ,• Mitsgaders oock den Maetgens - haring (na Johanni gevangen) uyt te merken met twee Gordingen tusfehen de hals • hoepen aen eyder end een, en den Yelen- haring met een Gording op de buyk. 'XV. Gelyk mede elck Stierman gehouden zal wefen (eer hy zyn Haring verkoopt) te zeggen waer voor hy die zal willen verkoopen, voor vol ende zoete, Wracke* Nacht-fchamel; Kuyt-zieck, klaer ofte zuy ver goed, ende indien daer aen gebreck vald in de leverjflge, zal 't zelve different gefcheyden worden by de Keur - meefteren, dewelke van de verklaringe goed Regifter zullen moeten houden. Dat mede defelve Stier-luyden gehouden zullen zyn alle haer kleyn gefouten Haring, datelyck, ende eer die in 't ruym zal mogen worden geftreecken, uytte merken, eiksmet een byfonder Merk, te weeten, de Jacobi de J, den Vrouwen met V, Bartgolomei met B. ende den Kruys-haring met den Kruys,op poene van yder ongemerkte Tonne te verbeuren drie gulden, tot laste van den Stierman. Ende zal yder Stierman man met twee ofte meer van zyne Boots - gefelleU, in de Secre¬ tarye te zyner aenkomfte moeten verklaren' dat zy den Haring in Zee, in-voegen als voren , elks apart (al - eer die in 't ruym Was geftreeken, hebben geteyekent. X V I. De Stierman zal na de gelegentheyd vart de fchoole ende plaetfen van den vang, den Haring zouten, zulks hy na zyn difcretie, ende ten oirboir van den vang bevinden zal té behooren. Van *i Keuren, Packen, ende Op-hoogen van den HARING. XVII. Dat van nu voortaen den Haring, daer die uytter Zee arriveert, moet werden gekeurt ten langften binnen drie weeken, naer dat defelve zal weefen verköft,ofte naer andere plaetfen zal werden verfonden zonder dat defelve gekeurden Haring, ten aenfien van de eerfte Verkoopers alleen , eenige meerder ofte andere Keuren in andere Steden ofte Plaetfen zal wefen fubject, ofte onderworpen. En ingevalle de voorfz. keuringe binnen de voorlz. drie weeken niet was gedaen, zal den Kooper egeene kortinge van den Verkooper kunnen pretenderen, of eysfehen. XVIII. Werd by defen expresfelyk geinterdiceert; ende verboden, dat de Boek-houders ende Stierluyden ,haer niet en zullen vervorderen den aengebragtenfIaring te verkoopen; aen't Hoepje tetaften , of zoo die leyd, maer die alleen te verkoopen, op Pak en Keur, op de verbeurte van den Haring, die contrarie van defen zal werden verkoft, ende boven dien vyftig gulden par Last te verbeuren by den geenen diefe koopt, te appliceren een derdepart aen den Aenbrenger ofte Aenbrengers, 't zy defelve zyn Boots - gefellen, ofte andere Perfoonen $ een derde-part voor den Officier die d'executie doen zal, ende een derde - part voor den Armen. X I X. Dat men mede geen Zee - ftucken zal mogen datumen, op de verbeurte van den Haring , een derde - part aen den Aenbrenger, gelyke derde - part voor den Officier, endè een derde part voor den Armen, ende ten regarde van den Keur - meefter, die zoodanigen Haring zal hebben gekeurt, op verbeurten van deszelfs Ampt. X X. Word geinterdiceerd, dat niemand eenigen Haring zal op - hoogen ofte packen, dan opte fleeren ftraten of kaeyen , ofte in de plaetfen daer zulcks gebruykelyk is, ende dat met open deure, alwaer eenyegelyk uyt en in zal mogen gaen, zonder verhinderinge t' zyner believen: op poene dat den geene die met belloten deure packt, hoogt, ofte den ingang van eenige Perfoonen belet, verbeuren zal zes ponden van xl grooten 't pond, ten behoeven van den Officier, zoo dikwils defen ter conI trarié gedaen bevonden word. Sssssss 3 XXIr  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleyne Visfcheryen &c. 1247 ofte Tonnen, voor ende al eer 't zelve Zout by de Keur-meesters (daer toe geordonneert) gevifiteert ende gekeurt zal wefen, op poene van vyf-en-twintig gulden op elck hondert te verbeuren. XXIX. Dat geene Stier-luyden, ofte andere, van nu voortaen eenig Zout in haer Schepen zullen mogen nemen om in Zee te voeren om Haring daer mede te zouten, dan Spaenfch ofte Portugaels Zout, 't welk wederom ofte andere mael by den Keur-meester (al eer zy 't in haer Schepen, als voren, mogen nemen) moet worden gekeurt, ende allen Tonnen van dien ook moeten op-flaen, niet vol wefende ophoogen, ende hare gewoonlyk Merk daer op ftellen, op poene van den Stierman (die bevonden zal werden Haring met Zout, niet zynde andermaels als voren gekeurt, gefouten te hebben) verbeuren zal zes-en-dertig gulden. Ende zullen de Stier-luyden (in de Certificatie van den Haring) oock moeten verklaren dat haren gevangen Haring met goed gekeurt Spaenfch of Portugaels Zout gefouten is, aleer den zelven Haring verkoft, ofte verhoogt zal worden. XXX. De Stierman werd gehouden tot vermaninge van de Keur-meesters, door zyn Boots-volk de Zoat-connen te doen opihan, ende weder toe-Haan, ende zullen de Keur-meesters t'elcken reys voor het keuren ende vifiteren van elcken Tonne Zout genieten een deuyt, te betalen d'eerfte reys keurens by den Verkooper, ende de tweede reys by den Kooper. XXXI. Ingevalle in 't keuren van 't voorfz. Zout eenige fraude werd bevonden, in Kasfen ofte Spyckers gefchied te zyn, zoo zal de verkooper van dien verbeuren twee hondert Carolus guldens. Alle welcke voorfz. drie pos- / nen ofte boeten geappliceert zullen werden een derde-part den Officier die de executie doen zal, het tweede derde-part de Visfcherye , ende het leste derde-part den Armen. XXXII. Verbiedende mitsdien, dat niemand van van nu voortaen hem vervorderen zal den Haringh te zouten met eenigh Franfch Zout, 't zy Senters, Olderdoms, Boceus, Sinte Maertens, Brouwaet, Straets, West-Indiens, ende Ylge de Mays Zout, op de verbeurte van den Haring, die daer mede zal wefen gewarret, ofte gefoten. XXXIII. De Stier-luyden ten Haring varende, zul- , len gehouden wefen zuyveren Haringh na Jacobi, Bartholomei, ofte Kruys, gevangen, daer men Circkel ofte brand af begeert te packen , te zouten met kleyn Zoute van Zout gezoden , volgende den Contracle met die van Keulen dies-aengaende gemaekt, XXXIV. Niemand en zal eenig wit ofte kleyn Zout ontfangen, dan by behoorlyke Certificatie van der plaetfe daer 't zelve Zout gefoden is, op de verbeurte van den zoute, daer toe de Schippers, die 't zelve Zout brengen van de plaetfe daer t gefoden is haren Eed zullen doen, dat het zelve Zout niet verandert, ofte by haren weete vermindert is, zedert den tyd dat zy 't in haren Schepen ontfangen ofte ingenomen hebben, maer dat 't zelve in wefen gelaten is na inhoud van de Certificatie, opte verbeurte van 't Zout, zoo verre den Schipper daer eygenaer van is, ende indien niet, opte verbeurte van de waerde van dien, te verhalen aen zyn perfoons Schip ende Goederen, en dat hy nog daer-en-boven van myneedigheyd geftraft zal worden, alles breeder gefpecificeerc, ende verklaerd in de Ordonnantie, eertyds mette Gedeputeerden van Keulen gemaeckt, die mits-defen niet veranderd noch verminderd, maer geapprobeert word. XXXV. Dat men geenen brand anders in Vrankryk, nog eenige Quartieren van Brabant en Vlaenderen en wyders West-waerts uyt zal mogen voeren, dan den grooten Rowaenfchen brand van Haring, naer Kruys-dag gevangenxende gepackt. Item dat men derwaerts, nog ook na Bremen, Hamborg, Keulen, ende andere Steden ofte Plaetfen niet en zal mogen voegen Haring met grof Zout gefouten, ende van bodem tot bodem gepackt, zoo wel Vollenals Yelen-haring, omme tot wracken ofte refuys verkogt te werden,alles ende yderpoincl, opte verbeurte van den Haring ofte de waerde van dien, ende daer-en-boven op yder Tonnen te verbeuren zes Caroli guldens, mitsgaders correclie van Schepenen: te appliceren een derde-part aen den Aenbrenger ofte Aenbrengers , 't zy defelve zyn Boots-gefellen, ofte andere Perfoonen, een derde-part aen den Officier, ende een derde-part aen den Armen, te executeren zoo wanneer zulks tot kennisfe zal komen, alwaer 't ook na 't verloop van eenige Jaren daer na. XXXVI. Verbiedende mede wel expresfelyken by defen, dat geene Packers, Kuypers, ende Plaets-knechten defer Landen, hen vervorderen zuilen eenige grof-zouten Haring, 't zy Volle of Yele, van bodem tot bodem te packen , op poene van datelyken niet alleen van haren dienst gedeporteert, maer inhabiel verklaert, ende voorts weder in geen Stad, ofte andere particuliere diensten aengenomen, ofte gebruykt te zullen werden. XXXVII. Dat niemand eenig Merk, ofte Haring tonnen zal mogen branden, maer zal een ygelyk zyn Merk daer op met merkyfer mogen fchrappen, op poene als boven, behalven den grooten ende kleynen brand die na Hamborg ofte elders gefonden word, op dewelke den Naem ofte Merk van den Verkooper, beneffens het Jaer-getal zal moeten werden gebrand. XXXVIII. Dat geene Haring-tonnen die eens met gehoogden of gepackten Haring buyten 'sLands gefonden zyn geweest weder ter Zee zullen mo-  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleine Visfcheryen, &c. 1240 Tonnen, Hoepen> Hoep-houd, Kruys-want, Netten, Gaaren, Hoeck-want, of eenig ander Vis-tuyg: item geenige Koopmanfchappen s onder wat benaminge zuJks zoude mogen zyn op Hitland, Schotland, of elders aan Land of in Zee, aan eenige vreemde Natiën zullen verkoopen ofte van de zelven koopen, ofte by verruylinge ofte vereeringe, of anderfints ten zelven eynde met onfe Schepen derwaerts of herwaerts doen overbrengen, ofte gedogen dat zulks door ymand wie hy ismetonfeSchepen gedaen wert, alles direct ofte indirect. _ Mede zweere ick Stierman, dat myn Volk niet meer dan een fmal Kinnetje Haring, ofte Vis, yder tot Voeringe van elcke Reys zal genieten, nogte oock genooten heeft, het Zy Makreel, Bier, Brood, Zout, ofte eenige andere Waren, direcfelyck of indirectelyck, in wat maniere het oock zoude mogen wezen ende voorts my te zullen reguleren na de Placaten ende Ordonnantiën, op 't ftuck van de Haring-vaert gemaeckt, die my tot dien eynde ter handen zyn gefteld. Zoo waerlyk helpe my God Almagtig. Formulier yan den EED, voor de Stier-luyden ende Boots-gefelle* i varende met Kruys-want ten Dogge-vaert, voor 'haer afvaren te doen. Ick N. N. Stierman, varende met Kfuyswant ten Dogge-vaert, ende alle myne Bootsgefellen, belooven ende Zweeren, dat wyge. duyrende defe Reyfe geen meerder dan twintig Netten zullen mede nemen, ofte binnen ons Scheeps-boort hebben, en dat wy geen Haring voor Sinc Jan gevangen zullen Kaecken, Zouten, in Potten, Tonnen ofte anders inleggen, als mede dat wy zoodanigen Haring gekaeckt ofte ongekaeckt, in Zee aan niemand zullen overgeven, nochte in defe Landen inbrengen, om te verkoopen, verfchenken, of- te anders te diftribueren. Zoo waerlyk helpe ons God Almagtig. Formulier van den EED, hy de Stier-luyden die ten Haring gevaren hebben , op haer t huyskomst te doen. Compareerden voor de Heeren N. N. der Stad N. N. Stierman van N. N. en N.N. N. N. en N. N. zynen eygen Boots-gefellen , en verklaerden met folemnelen Eede, heur-luyden refpectivelyk afgenomen, waerachtig te wefen, dat zy-luyden ingevolge van hare Aéte van Confent met haer Plaring-Schip en behoorlyk toegerust naer eyfch van de Haring-Neevinge, geen Want voor den 24. Juny lestleden , hebben gefchoten, ofte nat gemaekt, doenfehieten, of nat maken; alsmede , dat wy in Zee niemand ter wereld eenigen Haring hebben overgegeven, ofte doen overgeven, directelyk of indireételyk in eeniger manieren, dan alleenlyk aen zoodanige Schepen, of Haring-jagers uyt Holland ende West-Vriesland, die behoorlycke Acte van Confent hebben vertoond, ende by ons gefien is, en dat tot den 15. Juny lest-ledentoe, zonder naer die tyd eenigen Haring te hebben overgegeven ; wyders dat wy geen meerder LIaring ende Vis hebben gevangen, overgegeven, ofte ingebragt als de voornoemde Stierman aen den Penning-meester defer Stede heeft aengebragt. Ende eyndelyk verklare ik Stierman , dat myn Volk niet meer dan een fmal Kinnetje Haring, ofte Vis, yder tot voeringe van elcke Reys genooten heeft, nochte oock genieten zal, het zy Makreel, Bier, Brood, Zout, ofte eenige andere Waren, direcfelyck ofte indirectelyk in wat manieren hét oock zoude mogen wefen. Zoo waerlyk moeste hen-luyden God Almagtig helpen. VIII. Deel. Formulier van den EED, by de Stier-luyden ende Boots - gefeilen , met Kruys want ten PJogge-vaert hebbende gevaren , op haer fhuys - komst te doen. Ick N. N. Stierman, ende alle myne Bootsgefellen, verklaren met folemnelen Eede waerachtig te zyn, dat wy ingevolge van onfen Eed, voor ons af-varen afgenomen, gëduurende defe Reyfe geen meerder dan twinti°h Netten hebben mede genomen, ofte binnen ons Scheeps-boort gehad, en dat wv geen Haring voor Sint-Jan gevangen , hebben Gekaeckt, gefouten, in Potten, Tonnen ofte anders ingelegt, als mede, dat wy zoodanigen Haring gekaeckt, ofte ongekaeckt in Zee aen niemand hebben overgegeven, noch in defe Landen ingebracht, nochte zullen aen Land brengen, om te verkoopen, verfchenken ofte anders te diftribueren. Zoo waerlyk helpe ons God Almagtig^ ÜJidJ van de Vent - Jagers. Dat zweeren ende belooven wy Vcnt-jagers, van geene andere Schepen ofteBuysfen eenigen Haring over te nemen, dan van de Schepen en Buysfen van Holland ende Westvriesland, en dat wy van yder Stierman, van dewelke wy Haring zullen komen over te'nemen ofte te koopen, zullen brengen behoor, lycke, Atteftatie by den zelven, ende ten minften by twee van zyne Boots-gefeilen geteeckent, inhoudende de quantiteit van den overgenomen Haring, en dat defelve ingevolge van de Placcaten gevangen en binnen hare Schepen gekaeckt, gefouten, en in Tonnen geleyt is; dat wy den zelven overgenomen Haring nergens elders zullen inbrengen, dan in de Steden ofte Plaetfen, alwaer men den brand ofte Certificatie geeft; dat wy onfe bekomene Acte van Confent als Vent-jager aen niemand zullen overgeven ofte leenen , om zig daer van in Zee ofte elders te bedienen; Ttttttt dat  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleyne Visfcheryen, &c. 1251 3« "Placaat van de Staaten van Zeeland, hou- dende verbod aan Vreemden of Bultengefetenen van defelve Provintie, om op de Stroomen en Binnenkusten te mogen vangen Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreuckelen. Den 2 Juny 1707. TXe Staten van den Lande ende Graeffelykheyt van Zeeland, allen dengenen, die defe zullen zien of hooren lezen, falut; doen te weten, dat alfoo ons menighvuldige felaghten zyn gedaen, over dat diverfche Afgefetenen, in defe Provincie niet woonachtig, haer quamen te onderwinden op onfe zoute Binnen - wateren, Stroomen, Bancken, Platen, Verdronken Landen, Schorren en Slycken, te vangen allerhande zoort van Vifch, Mosfelen, Kreuckelen, en Krabben; waer door niet alleen de aenquekende ende voorfz. Schelp en andere Vifch wierde geruineert, de Hoofden en Rys - wereken der respeótive Dyckagien, waer aen defelve onder andere oock groeyen, merekelyck befehadight, zonder dat op zoodanige Visfchers, zoo zy niet op de daet betrapt waren, vermits hare afgefetentheyt, die fchade kon werden verhaelt, of zy met decondigne ftraffe, jegens de Overtreders van ons Reglement, op de voorfz. Visfcherie gemaeckt, konden werden geftraft; wy vervolgens al van oude tyden diverfchePlaccaten, Refolutien , en Ordonnantiën hebben geëmaneert , waer by onder anderen wel uytdruckelyck is geftatueert, dat geene Afgefctenendefer Provincie haer zullen mogen onderwinden, op onfe voorfz. Stroomen en Binnen-kusten, de voorfz. Schelp of andere Vifch te vangen; en dewyl wy des niet jegenftaende alsnu geinformeert worden, dat door de flackheyt en connivencie onfer Officieren, onfe voorfz ordres niet naer behooren werden geëxecuteert; waer door aen de eene zyde de voorfz, klaghten aen ons werden vernieuwt, en aen de andere zyde onfe Ingefetenen, haer met de voorfz. Binnen-Visfcherie generende, in hare neringe grootelycks befehadight, en het voordeel der Stroomen, by ons aen haer in het ftuck der voorfz. Visfcherie alleen privativelyck vergunt, genoeghfaem vernietight. Zoo is 't, dat wy, confidererende de voorfz. redenen van klaghten; en oock dat in andere Provinciën de Rivieren en Binnen-ftroomen worden verpacht, immers onfe Ingefetenen het bevisfehen derfelver belet, niet rédelyck hebben geoordeelt, dat het profyt der voorfz. Visfcherie, op onfe voorfz. Stroomen en Binnen - kusten, die wy, alleen ten voordeele van onfe Ingefetenen , vry en onverpacht laten, door Vremde en Afgefetenen defer Provincie zoude werden genoten; maer goetgevonden, onfe vorige ordres, op dat Ituck gearrefteert, te vernieuwen, en vervolgens mitsdefen nochmael wel expresfelyck te flatuëren, dat geen Vreemde of Afgefeten defer Provincie, op onfe voorfz. Stroomen en Binnen - kusten, fonder onfe fpeciale permisfie , zal mogen vangen eenigen Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreuckelen, op poene, zoo wie bevonden zal werden contrarie dit ons verbot te hebben gedaen, voor de eerfte reyfe zal verbeuren zyn Want, Vifch en Schuyte; voor de tweede reyfe, boven de Schuyte, Want en Vifch, een honderd Caroli guldens; en voor de derde reyfe, boven de verbeurte van Want, Schuyte en Vifch, twee hondert guldens, en daer boven arbitrale correctie, naer gelegentheyt van zaken. En alfoo onfe vorige Ordonnantiën wel meest in difobfervantie zyn gekomen door de flappigheyt en oock conniventie van eenige Officieren , zoo ordonneren wy mits defen, onfen Balliu van de Wateren, en alle onfe vorder» Officieren, wienwy, tot executie de fes, oock buyten haer Diftriét en Jurisdictie, by preventie, qualificeren, alle mogelycke devoiren aen te wenden, omme de gene, die op onfe voorfz. Stroomen of Binnen - kusten moghten vinden, te vangen, of naer de publicatie de fes gevangen te hebben eenigen Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreukelen, zonder te konnen bethoonen binnen defe Provincie woonachtigh te zyn, te achterhalen, en jegens defelve, yder voor zyne Vierfchare, te procederen, conform dit ons Placcaet, fonder faveur ofte eenige disfimulatie en verdragh. En op dat defe onfe intentie des te beter werde mergekomen, zoo authorifeeren wy bydezeninsgelycksde respeétive Commandeurs op de Forten en Plaetfen, ftaende onder onsGebiet, item de Capiteynen op de Schenen van Oorloge, op de Binnen - ftroomen leggende , en voorts alle onfe vérdere Ingefetenen, dm de Contraventeurs van dit ons Placcaet te mogen aenhalen, opbrengen,- en aen den Officier harer refidentie overleveren, omme by haer jegens defelve defen conform te werden geprocedeert; en zullen defelve in zoodanigen gevalle genieten de helft van de confiserie°en boete, hierboven vermeit: oock brffë wille is, datdeLicentraeefters, CommyfenenUvtlegger tot Lillo, Zas van Gent, en Sluys, [ geen Schepen of Schuyten, geladen met Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreukelen, naer Brabant of Vlaenderen zullen laren pasiererr 'c en zy defelve, by een Certificatie van een der Stemmende Steden defer Provincie bethoonen, dat zy zyn Ingefetenen defer Provincie, of wel dat zy de geladene Vifch, Mosfelen, Krabben of Kreukelen, alhier in defe Provincie, van de Ingefetenen hebben gekocht; doch indien zy moghten voorgeven, 1 Hollantfe Ingefetenen te zyn, en defelve in Ttttttt 2 Zee  Groenïandfche Vaart > Walvisvangst, groote cn kleyne Visfcheryen, &c. iè§3 Refolutie van de Staaten van Holland, ivaetfi by de vrydom, aan de Schepen ter Visvangst uitgerust by voorige Refolutie verleend, geext endeer A word tot de Ilaaring-Schepen. Den 14 April I7$U By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, ter Vergadering ingekoomen den 20 February laatstleeden; hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Ed. Groot Mogende Appointement Commislbriaal van den 30 September van het voorleeden jaar, geëxamineerd de Requeste van de Boekhouders en Reeders van de Haaringfcheëpen of Schuiten te Catwyk op Zee, om daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. gelieven te verftaan en te verklaaren, dat derfelver Refolutie van den 6 Mey 1750 (waar by verftaan is dat aan de Boekhouders en Geinteresfeerdens van de Scheepen van de Grooteen Yslandfche Visfcheryen Zoude worden gerestitueert alle het geene defelve zouden kunnen aantoonen by de Equipagie en uitrusting van hunne Scheepen te hebben betaald, (uitgenoomen het Regt van het klein Zegel) zoo wel tot de Haaringfcheëpen of Schuiten van de Zykant, als tot die van andere Piaatfen haare betrekking heeft, en daar van zoodanige kennisfe te doen geeven als haar Edele Groot Mo%. zullen vinden te behooren. Is goedgevonden en verftaan, te verklaaren, zoo als haar Edele Groot Mogende verklaaren by deefe, dat haar Ed. Gr. Mog. Refolutien van den 6 Mey en 9 October 1750, raakende den vrydom van de Scheepen ter Visvangst uitgerust, genoomen, meede zyn applicabel op de groote Schaken van de Zykant, die een Gaffelzyl met een Braam en Topzyl gebruiken , en dewelke vaaren met agt Koppen, of zeevtn Koppen en een jonge of daar booven, eenmaal 'sjaars tot de Haaring vangst in diep Water of op de Engelfche kust, te beginnen met den tyd daar toe by de Placaaten van den Lande bepaald, en Zulks mét Kruisdag, ert vroeger of eerder niet, en continueerende tot den laatften November, wanneer de Haaringteelt ten einde geloopen is, en dat vervolgené de impost van de waaren en Goederen van Confumtie, in zoodanige Vaartuigen als hiet vooren zyn bepaald, en in geen andere van kleinder foort of met minder dan agt Koppen vaarende, voor de gemeene Reederye, en niet door particuliere Matroofen voor hun privé * meedegenoomen en op de voorfchreeve reife ten Haaringh-vangst, van Kruisdag af tot ultimo November gecontinueert, aan de Reeders van defelve Schuiten zal werden gerestitueert , volgens een deugdelyke Lyste daar vart door de Geinteresfeerdens, of die de direétie daar over heeft, geteekent, mits daar neevens overgeleevert werde een Lyste van de Naamen der Perfoonen ^ waar meede het Vaartuig,, waar voor de restitutie gevorderd word, op de voorfchreeve Neering heeft gevaaren, ert dat blyke dat defelve hebben beftaan in agt of meerder Koppen: en dat ook wanneer de Gaarder aan de deugdelykheid dier Lysten zoude mogen twyffelen, de deugdelykheid van dien door exhibitie van de Reekening der Reederye zal moeten worden aangetoond; en dat vervolgens buyten de hier voorgemelde bepaalde Vaartuigen en buiten de tyd hier voor gemeld , defelve genoemde Vaartuigen, als meede de Pinken en andere Vaartuigen, hoe genaamt, fchoon meede op Haring vaarende d van de voorfchreeve vrydom niet zullen jouisfoeren, direct of indirect. En zal hier van Extract worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om te ftrekken tot derfelver narigt, en om daar van daar het behoord de noodige kennisfe te geeven* 6. Refolutie van de Staaten van Holland, totrestitutie der betaalde Impofitien aan de Schepen ter Walvisvangst uitgerust. Den 15 Mey 1751. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren op de Requeste van de Gecommitteerden van de Groenïandfche en Straat -DavidPche Visfcherye deefer Landen, op den 6 Maart jongstleeden ter Vergaderinge ingekoomen. Is mét communicatie en Advis van zyn Hoogheid den Heere Erfftadhöuder, goedgevonden en verftaan, dat, mits van nu voortaan door de Boekhouders en Reeders van alle Scheepen ter Walvisvangst uitgerust, alle de respeétive 'sLands Impofitien op den voet en conform dé respeétive Ordonnantiën betaald werden, aan de Boekhouders en Geinteresfeerdens in defelve Scheepen na haare te rug komst van de Vangst, of na het vertoonen van een behoorlyk bewys, dat defelve Scheepen zouden moogen zyn verongelukt, zal worden gerestitueert, voor zoo veel aangaat de Scheepen, dewelke op de reis verongelukt zyn, de betaalde Impost van alle de Waaren Ttttttt 3 van  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote cn kleyne Visfcheryen, &c. 12§§ men zynde, dat de Boekhouders en Koopluiden , zig met de Negotie van Haring en zoute Vifch geneerende, met het Zout, waarop den geinjungeerden Eed applicabel is, niet gewoon zyn zelfs, direct of indirect, om te gaan, maar dat het zelve gefchied door hunne Bediendens, als Plaatsknegts, Kuipers, Schip ■ pers of Stuurluiden van de Haring - of Vifch* fcheepen; is goedgevonden en verftaan, de gemelde Boekhouders en Koopluiden van het doen van den Eed by de voorfchreeve Refolutie van den 11 April deefes jaars geprescribeert te ontheffen, en voorts te ordonneeren, dat de Plaatsknegts en Kuipers, zonder uitftel, na dat zy daar toe zullen weefen geinfinueert, denfelven Eed zullen moeten presteeren op verbeurte van vyf en twintigh guldens voor ieder dag, die zy na den dag op welke zy tot het doen van den Eed zyn geinfinueert zullen laaten elabeeren, zonderden Eed met 'er daad te hebben gepresteert; en dat ook geen Schipper of Stuurman in die qualiteyt te Haring-of ter Visch vangst zal moogen vaaren, ten zy hy alvoorens heeft gedaan den Eed volgens het Formulier hier na geinfereert, op de verbeurte van honderd Guldens voor die geenen, die zulks zonder dien Eed gedaan te hebben moghten onderneemen. En eindelyk dat de Reeders en Boekhouders hunne voorfchreeve Bediendens daar toe zullen moeten houden, dat de voorfchreeven Eed door haar werde gepresteert, endoorhaar getrouwelyk nagekoomen. Formulier van den Eed, te doen door dé Schippers en Stuurluiden van de Haring - en Vifchp'cheepen, te 2»? Ik & ter Haring Schipper of Vifchvangst vaarende, beloove en of*t ur- zweere, dat ik van het Zout dat my op de reife en tot de Visfchvangst door myne Reeders of Boekhouders is meede gegeeven, buiten boord van het zelve Schip niet zal gebruiken of laa, ten gebruiken, verkoopen of doen verkoopen, ter confumtie, of gedoogen dat zulks met myne kennisfe gefchied. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren verfogt, om ieder in haar Quartier ter executie van 't geen voorfchreeve is de noodige ordres te Hellen. 8. Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de Haaring-Visfcherye in de Zuyder-Zed Den 31 Mey 1752. Be Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deefe zullen zien wen leefen, falut. Doen te weeten; Alibo tot onfe kennisfe is gekoomen, dat zeedert eenige tyd, de ordres van ouds gefret omtrent het verkoopen van den Haring die in de Zuyder - Zee gevangen word, indisobfervantie zyn geraakt, {trekkende tot groot verval van de Bucking- negotie en nadeel van de Neeringen en Ambagten in de Steeden. Zoo is 't, dat wy, daar in willende voorfien , hebben geordonneert en geftatueert, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat de Visfchers, woonende in de Provincie van Holland en Westvriesland, die in de Zuyder- Zee ten Haring vaaren, geen Haring die zy in de Zuyder-Zee hebben gevangen zullen moogen verkoopen, verruylen, vereeren, nog in andere Scheepen of Schuyten overgeeven op Zee, maar alle haar gevangen Haaring moeten brengen in een van de befloote Steeden van Holland en Westvriesland, om aldaar op den afflag te verkoopen, op een boete van honderd guldens, en verbeurte van de Visfchuyten en Netten. Welverftaande dat onder Visfchers, op de Zuyder-Zee visfehende, niet zullen begreepen zyn de Visfchers van de Helder, Texel en van de andere Stranden aan de Noord - Zee geleegen. Voorts interdiceeren wy aan allen en een iegelyk, eenige Haaring op de Zuyder - Zee gevangen te koopen en over te neemen, veel min defelve te vervoeren, voor en aleer den Haaring door de Visfchers zal zyn gebragt aan den afflag in een van de befloote Steeden van Holland en Westvriesland, op een boete van drie honderd guldens, en verbeurte van het Schip , Schuyt en Haaring. En laatstelyk ftatueeren wy, tot weeringe van het opkoopen van den Haaring op de Zuyder-Zee, dat niemand, wie hy zy, eenige natte Haaring uyt een befloote Stad van defe Provincie zal moogen vervoeren, ten zy alvoorens daar van verkreegen te hebben een Certificatie zonder Zeegel van den Afflager van den Haaring van de Stad waar uyt den Haaring zal werden vervoert na elders, inhoudende den naam van den vervoerder, de quanciteyt Haaring die vervoert zal werden, en dat de Haaring binnen de Stad waar uyt vervoert word door de Visfchers is aangebragt, en op den afflag verkogt, op de boete van een honderd Guldens ten lasten van die geene die een party natte Haaring, op de Zuyder-Zee gevangen, zonder zoodanige Certificatie zal koomen te vervoeren, welke Certificatie (des gerequireert) zal moeten vertoond worden niet alleen aan de Bailliuwen en Schouten van alle Steeden en Piaatfen van deefe Provincie, maar ook aan de respeétive Buckingdroogers, Keur- mees-  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleyne Visfcheryen, &c. U$f ve te betaalen, willen wy in talken geval, dat defelve Perfoonen gecorrigeert en geftraft zullen Worden, het zy by bannisfement, Water en Brood te eeten, of anderfints, tot discretie van de Geregten der Stceden Dordregt, Delft, Rotterdam, Gorinchem, Schiedam en den Brieile respecb'veJyk, voor dewelke zy zullen z\n geacdonecrt, welke Geregten der voorfchreeve Steeden , wy de kennisfe en punitie van deefe, elks in het geheel en by preventie bevoolen hebben, en beveelen by deefen, zonder t prejuditie nogtans van onfe hoogheid en jurisdiétie over de voorfchreeve rh'vieren of andere Waateren, of dat wy defelve Steeden daar over eenige executie geeven,. En dewyl wy onderrigt zyn, dat bevoorens te meermaalen de OvCrtreeders van den voorfchreeven onfen Placaate zyn ongeftraft gebleeven, ter oor/aake van gemoveerde twyffelingen, voor wat Geregte zoodanige Gecalangeerde behoorde te werden te regt gefteld, en door wien de bekeuringe, citatien en verdere exploicten behoorden te werden gedaan, hebben wy tot wegneeminge van alle zoodanige hfflfitatien, waar door ons hey Ifaame Placaat infructueus zoude werden gemaakt, goedgevonden te ftatueeren en te ordonneeren, gelyk wy goedvinden, ordonneeren en ftatueeren by deefe, dat van nu voortaan de calange zal werden gedaan door den Officier van die der voorfchreeve zes Maas-fteeden, welkers Gedeputeerden by hunne gswoonlyke jaarlykfehe vifitatien der gemelde Salmfteeken, de voorfchreeve overtreedingen en contraventien zullen hebben ontdekt, en dat de gemelde Officier de Gecalangeerde zal moeten te regt ftellen voor het voorfchreeve zyn Geregt, en alle citatien, exploiéten en executie laaten doen door een Gerechtsboode van die Stad alwaar de zaak zal werden geventileert, en waar voorde voorfchreeve ageerende Officier defelve zal hebben gebragt. Dat ook in cas over de voorfchreeve mefufen ordinario modo zal werden geprocedeert, daar in op zeer korte en by de voorfchreeve Geregten te bepaalen termynen zal moeten werden geprocedeert, en dat zoo in het eerfte als tweede geval, waar in tot een boete van een honderd en vyftig guldens, of van drie honderd guldens respeétivelyk, booven de verbemtverklaringe van de Fuyken en Schuyten, &c. zal zyn gecoritendeert, zal geweden worden by arreft, zonder dat daar van eenige provocatie zal vallen, het zy het vonnis is ablb/utoir of condemnatoir; dog dat indien teegen een Delinquant eenige zwaardere ftraffe zal-zyn geëyfcht, het vonnis daar in geweefen zal zyn provocabel, zoo welaan de zyde van den Gecalangeerde als aan de zyde van den Officier, aan'onfe Gecommitteerde Raaden, die daar in korte en prompte juftitie zuilen doen. En nadien wy al wyders verftaan, datfomtyds bevonden is, dac de Visfchers of andere aan haar uyterfte Fuyken, andere Fuyken ten diepwaarts voegen, en dat het zelve tot kennisfe gekoomen zynde, de Visfchers ontkennen de Fuyken gefteld te hebben, waar door defelve mefufe bleef ongeftraft, zoo ordonneeren en ftatueeren wy by deefe, dat zoo wanneer men defelve Fuyken bevinden zal, nee? vens of aan den anderen te diep te weefen gefteld, de Visfcher die de eerfte .Fuyk geftooken zal hebben, gehouden zal weefen het zelve te beeteren, en de voorlchreeve boete en poene te betaalen, ten zy hy bewyfe wie defelve geftooken heeft, of wie defelve toebehooren, ofdathy zig van al het zelve niet te xveeten of gedaan te hebben by Eede expurgeerde. En zullen de Visfchers gehouden zyn by het opneemen van hunne respeétive Salmfteeken alle de Paaien behoorlyk uyt te haaien en de gronden te zuyveren, op de boete en poene hier vooren geftatueert. Voorts beveelen en ordonneeren wy alle Officieren en Magiftraten der voorfchreeve Steeden, dat fe teegens de Overtreeders van deefen onfe Placaate zullen hebben te procedeeren en te doen procedeeren, agtervolgens den inhoude van dien, alfoo wy verftaan ten dienfte deefer Landen zulks te vereisfehen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zegel van den Lande i September 1752. (Onderftond f) , Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent ,j C.BOEY, VIIL DEEL- Vvvvvv, mm  Gro enlandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleyne Visfcheryen && i * behoudelyk, dat die geene die zoodanige Scheepen of Goederen, de voorfchreeve nalaatige toebehoorende, zullen aandoen of filveeren, volgens het geene dien aangaande in Groenland gebruykelyk is, zullen hebben de eene helft van het geene ten regarde van de voorfchreeve nalaatige word gefalveert, mits aan de Geinteresfeerdens en Rheeders de weeder* helfte laatende volgen of goed doende. En op dat deefe onfe goede meeninge en intentie deefen aangaande, by een ieder mooge bekent zyn, en exaételyk nagekoomen en agtervolgt mooge werden, ontbieden en verzoeken wy de Heeren Staaten, Vrouwe Gouvernante , Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeétive Provinciën, en allen anderen Jufticieren en Officieren van Aldus gedaan in den Hage onder het Cachet Van den Staat, de Paraphuure van den Heere prsefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den i December 1752. (JVas geparapheert f) PIEK, vfc (Onderfond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent f) : , „ H. F A G Ë L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoogh Mog. op een zwarten Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. Ut, Nadere Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de Haaring - Visfcherye in dè Zuyder - Zee. Den 9 Mey 1755. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen: falut; Dóen te weeten, alfoo de Visfchers, op de Zuyderzee ten Haring vaarende, aan ons hebben verfogt om eenige verligtinge omtrent de ordres weegens het verkoopen en marckten van de Haring, by onfe Publicatie van den 31 Mey 1752 gefteld. Zoö is 't, Dat wy, om defelve Visfcherye te favorifeeren, en teffens de Bukkingdroogery te maintineeren, by interpretatie en ampliatie van onfe voorfchreeve Publicatie hebben goedgevonden en verftaan, gelyk wy goedvinden en verftaan by deefe, dat het aan de Visfchers, woonende in deefe Provincie, die in de Zuyder-Zee ten Haring vaaren, zal zyn gepermitteert, om met twee of drie Vischfchuiten in compagnie te moogen visfchen, en dat zullen kunnen volftaan, wanneer een van hunne compagnie den Haring by alle twee of drie gevangen aan eene van de Afflaagen in dë Steeden brengt, mits egter dat ieder Visfcher, daar van willende gebruyk maaken, zal gehouden zyn ieder jaar voor den beginne van dé teelt, of ten minften alvoorens zy uyt kragte deefes den Haring van of aan een ander zullen mogen overneemen of overgeeven, aan den Officier van de Plaats haarer wooning, gelyk Ook (des gerequireert werdende) aan de Boekhouders van de Afflaagen, daar zy Haring brengen, op te geeven met welke van zyn Meede visfchers hy in compagnie visfchen ,zal, op een boete van honderd guldens, ten laste van de geene die zonder voorfchreeve opgaave de gevange Haring vart of aan een ander zal hebben overgenoomen of overgegeeven. Permitteeren verder aan de Visfchers om de laatfte week voor Paasfchen, en voorts de teelt uit, de gevange Haring in Zee te moogen verkoopen, of anderfints daar meede te Vvvvvvv s han- defelve Landen, dat zy deefe onfe Waarfchóuwinge van ftonden aan allomme doert verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle Piaatfen daar fulks noodig weefen Zal, en daar men gewoon is, zoodanige Publicatie ert affixie té doen. Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, den Advocaaten Fiscaal, mitsgaders Admiraalen, Vice-admiraalen, Capiteinën , Officieren en Bevelhebberen, deefe onfe Ordonnantie en Verbod te agtervolgen en doen agtervolgen, procedeerende teegen de Contraventeurs van dien, zonder oogluykinge, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienften van den Lande en welftand van de goede Ingefeetenen van deefen Staat bevonden hebben noodig te zyn.  Groenïandfche Vaart, Walvisvangst, groote en kleyne Visfcheryen, &c. i26i 13* Placaat van de Staaten Generaal, houden¬ de diverfe voorzieningen tot confervatie van de Haaring-Visfcheryen deefer Landen. Ben 24. "tuil 1759, * >> J De Staaréfl Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deelen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weetenAlfoo wy tot confervatie van de groote Visfcherye en 11 aaringvaart, die wy aanmerken als een floofdneermg en eene der principaale Mynen van de welvaart deefer Landen , van tyd tot tyd verfcheide Placaaten en Ordonnantiën hebben gedaan emaneeren, en ten zelven eynde ook nu dienftig en noodig is, dat by nadere voorfiening op het kragtigfte werden teegengegaan en belet alle zoodanige nieuwe praefyken en verderffelyke onderneemingen, waar door de voorfchreeve Hoofdneering in haar roem en reputatie buyten 'sLands zoude kunnen werden verkort en benadeelt. Zoo is 't, Dat wy hebben goedgevonden, allen en een iegelyk , zoo Ingefeetenen, Inwoonders ert Uitheemfchcn en anderen deefe Vereenigde Nederlanden frequenteerende, te verbieden en te interdiceeren by deefen, in deefe Vereenigde Nederlanden of in eenige Steeden, Havenen of Piaatfen derfelver, eemge Engelfche, Schotfche, Noordfche of andere vreemde Haaringte havenen, te wasfehen, te droogen, te rooken of op eenigerley wyfe te prepareeren of toe te maaken, interdiceerende en verbiedendè wel expresfelyk eenige Engelfche, Noordfche of andere vreemde Haaring, met den Haaring van de vangst van de groote Visfcherye deefer Landen te vermengen , defelve vreemde Haaring te verpakken, te contrefn'ten of in gedaante en in fchyn van de Haaring der voorfchreeve Visfcherye te veranderen, om defelve alfoo voor Haating : van de Visfcherye deefer Landen te verkoopen of buyten 's Lands te verfenden, op de verbeurte van defelve Haarihg en een boete van drie duyfend guldens voor ieder Ton, en dat, onvermindert de voorfchreeve confiscatie en boete, allen de^geenendie eenige vreemde Haaring in voegen als vooren zullen vermengen , verpakken, veranderen, en defelve alfoo voor Haaring van de Visfcherye deefer Landen zullen verkoopen of buyten 'sLands verfenden, als meede de Keurmeesters, Pak- ! kers en Branders, mitsgaders de Schippers, 1 Schuytevoerders, derfelver Knegts, en allen ) anderen wie het zoude moogen weefen, die daar aan handdadig zullen zyn ge weeft, arbitralyk aan den Lyve zullen werden geftraft; welke verbeurten en boeten zullen werden bekeert een derdedeel ten profyte van den Aanbrenger , een derdedeel ten profyte van den Armen, en een derdedeel ten profyte van den Ofncier die de calange' zal koomen te doen. En zullen daar in vervallen niet alleen dc geenen die óp de daad bevonden zullen wer- J den, maar die daar van wettelyk Zullen werden geconvinceert, dog by aldien eenige van de Complicen der Contraventeurs, of die defelve in eeniger manieren direct of indirect zouden moogen hebben gediend, het zelve koomen aan te brengen, zullen defelve niet alleen van de poenen en correctien in deefen Placaate begreepen weefen bevryd, maar ook genieten het derdedeel van de boeten, het welk den Aanbrenger in deefe toegevoegt werd. En op dat ons heilfaam oogmerek te beeter Werde bereikt, hebben wy voorts goedgevonden te ordonneeren en te gebieden, zoo als ordonneeren en gebieden by deefe, dat de Haaring die voortaan na eenige Havenen, Steeden en Piaatfen onder het Gebied van zyne Majefteit den Koning van Vrankryk zal werden verfonden, zal moeten weefen gemunieert met een beëedigde Verklaaring van den Stuurman die den Haaringheeft gevangen, en twee van zyn Bootsgefellen, inhoudende de quantiteit en qualiteit van den Haring, mitsgaders de naam van den Koopman aan wien den Haaring door den Stuurman of zyn Reeders is verkogt en geleevert, en wyders dat defelve op de behoorlyke tyd is gevangen, gehaavent en gefouten, volgens de Placaaten en Ordonnantiën op het ftukvandeHaaringvaart geëmaneert ; welke Verklaaring zal moeten werden verleeden voor den Magiftraat der Stad ofPlaats, onder het Reslbrt van de groote Visfcherye, daar de Haaring uyt Zee is aangebragt, en daar van door defelve Magiltraat een behoorlyke Certificatie moeten werden uytgegeeven.^ Dat daarenbooven by de voorfchreeve beëedigde Verklaaring zal moeten werden gevoegt een Verklaaring van den Koopman die den Haaring zal verfenden, gepasfeert voor de Magiftraat der voorfchreeve Stad ofPlaats, inhoudende de quantiteit en qualiteit van den Haaring, de naam van de Plaats onder het Gebied van zyne Majefteit den Koning van Vrankryk, werwaarts de Haaring werd verfonden, van den Koopman aan wien defelvezal werden geleevert, als meede vari den Schipper en van het Schip waar meede de verfending zal gefchieden, en waar by de Verfender onder eede zal moeten verklaaren, dat den Haaring, die door hem zal werden verfonden, is defelve, en geen anderen Haaring dan in de beëedigde Verklaaring van den Stuurman ftaat uytgedrukt, zonder dat daar onder door hem Verfender of door iemand anders op zyn ordre of met zyn kennisfe of weeten eenige Engelfche, Schotfche, Noordfche of andere vreemde Haaring is vermengt of vermengt zal werden, en dat de voorgemelde verklaaring van den Stuurman by geene anderen Haaring Vvvvvvv 3 i*  Groenïandfche vaart, Walvisvangst, groote en kleine Visfcheryen, &c. t*6\ NEGENDE TITUL. Raakende de Commercie en Koophandel in liet gemeen. Placaat van de Staaten van Holland, tegen het doen vat ventjagerye met Zyde, Wollen of Linnen goederen. Den 8 Af ril 1751. I. De Staaten van Holland en Westvrieslard; allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen , falut; doen te weeten : alfoo wy in ervaringe zyn gekoomen, dat, niettegenftaande by ons Placaat van den 12 April 1749 uitdrukkelyk is verbooden het venten of doen van ventjagerye met zyde en WolIe Laakenen, egter meenigvuldige Vreemdelingen of zoo genaamde Sak-enPakkedragers ten platten Lande ombrengen en venten verfcheide föorte van Zyde, Wolle en Linnen Goederen tot Kleedinge en Huismeubilen dienende , op pretext dat defelve onder de benaaming van Wolle en Zyde Laakenen niet zouden zyn begreepen, en dat het zelve niet anders kan ftrekken als tot groot nadeel van die geenen, die zoo in de Steeden als ten platten Lande, tot het doen van Neering in zoodanige Waaren zyn gefeeten. Zoo is't, dat wy, daar jegens nader willende voorfien, hebben goedgevonden te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat (blyvende het geene by ons voorfchreeve Placaat van den 12 April 1749 op het ftuk van de ventjaagers is geordonneert in allen deelen in zyn geheel) geen Vreemdelingen of zoo genaamde Sak - en Pakkendragers ten platten Lande zullen moogen ombrengen en venten eenige zoorten van Zyde, Wolle of Linnen Goederen, het zy Laaken, Baayen, Carfayen, Sarfyen, Damasten, Calaminken, Gebloemt en Gepelt Goed, eenigerley Linnen, Deekens , Beddeteiken, Kousfen, Mutfen, Neusdoeken , of het geene verder tot Kleeding of Huismeubilen behoort, of daar onder begree* pen zoude kunnen of moogen worden, het zy gemaakt of ongemaakt, onder wat benaaming het zelve ook bekent zoude moogen zyn, niets uitgefondert, en dat op verbeurte van de Goederen, en daarenbooven een boete van drie honderd guldens, ten lasten van de geene die defelve contrarie aan dit ons verbod zuilen hebben omgebragt en gevent. En dat, om hetzelve te beeter te doen na- koo- verftaan hebben, by ampliatie van ons Placaat, den i d February 1709 op de Visfcherye in de Rivieren, Meeren en Binnenwateren gearrefteert, te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefe, dat onder het verbod van ongepermitteert Wand, by ons voorfchreeve Placaat vermeld, niet zal zyn begreepen het visfchen met Fuyken met Schutwant voorfien op Paaling en Aal, en dat wyders het voorfchreeve Schutwand, in plaats van op de wydte van Haaringwand , op de wydte der Fuykmasfchen zal moogen werden gefteld, en deKub- Aldus gedaan in den Hage onder het kleyn Zegel van den Lande den 24 Juty 1760. (Onderftondj) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) ARIS v. d. MIEDEN. bens op agt en zestig overgangen of vier en dertig Masfen in een El, alles'onder de pnecautien en boetens by het eerde Articul van het meergemelde Placaat geftatueert, blyvende voor het overige ons voorfchreeve Placaat van id February 1709 in zyn geheel en onverkort. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, ordonneeren wy, dat deefe zal werden gepubliceert "en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie cn affixie te doen.  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeeti. 126*3 conie Armen voor de eene helfte, en de wederhelfte voor den Hoofd Officier ter Plaatfe daar het geval gebeurt: en zal de Inteekening moeten gefchieden in deefer voegen. N. N. Galanterie- Winkelier ofbVinkelierjler in Goude en Zilvere zoo gemelleerde ah ongemelleerde IVerken, heeft, in gevolge de Ordonnantie van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en IVestvriesland, in dato den J5 Jpril 1751 op het fubject der Galanteriekramers geëmaneert, aan ons vertoont zyn Burgerceel van dato den . . . en word voor de zoodanige erkent en in het Gilde aan genoom en» I I I. De voorfchreeve Galanterie-Winkeliers of Winkeherfters zullen van nu voortaan geen Goude of Zilvere gemelleerde of ongernelieerde Werken moogen inflaan of verkoopen, het zy groot of kleyn, waar op niet worden gevonden eenige zigtbaare teekens, denoteerende de plaats waar gemaakt, den AHoy öf des Meefters teeken, het zy dat defelve Werken mogten zyn gemaakt in Duytsland , Vrankryk, Engeland of elders; zullende alleen van de voorfchreeve teekens blyven geëxcipieert alle zoodanige Stukken, die weegens der zeiver polit en kleynheyd gevaar van te. breeken onderworpen , of tot het flaan der teekens door Deeken en Overluyden niet vatbaar geoordeeld mogten worden ce zyn. En om voor te koomen dat de Galanteriekramers de bezaaiingen hy deefe Ordonnantie gemaakt niet te buyten gaan, zuilen defelve niet alleen verpligt zyn te gedoogen, de vifttatie en ommegangen van Deekens en Overr luyden der Goud- en Zilverfmits Gilden, ten eynde om vifie te neemen of defelve ook voldoen aan den inhoud van deefe Ordonnantie, maar zullen ook gehouden zyn de voorfchreeve vifitatie te gedoogen op zoodanige piaatfen als Deekens en Overluyden zullen noodig oordeelen , en des" verfogt zynde hunne Kisten, Kasten en Laaden te openen; en zal het aan Deekens en Overluyden vryftaan, by bevindinge van eenige overtreedinge de Goederen onder hun Handichrift meede te neemen; en zullen de Galanterie - Winkeliers of Winkeherfters zoo wel by weygering van de overgaave der voorfchreeve Goederen, als van de vifitatie vervallen in de boeten by het zeeven en dertigfte Articul van het boovengemelde Placaat van den jaare idót geftatueert. I V. Zullen in het debiteeren en verkoopen van Galanterien geen gebruyk moogen maaken van Schaalen en Gewigten , neen maar verpligt zyn , alle hunne Werken voetftoots aan dc Man te helpen, ten waare dat het Galanterien waaren in deefe Provincie gemaakt, tot dewelke zy zig van Schaal en Gewigten zullen moeten bedienen. V. En op dat de voorfchreeve Galanterie-Winkeliers of Winkeherfters van deefe onfe toegeeventheyd geen misbruyk zouden maaken Vlil. Deel. in het onbepaaldelyk verkoopen van alderhande Goude en Zilvere Werken, gelyk zeedert eenige jaaren maar al te veel tot notable fchaade der Kashouderen heeft in zwang gegaan, zoo willen en begeeren wy, dat van nu af aan geen Galanteriekramers eenige Handel of Negotie in Goude of Zilvere Werken ZUllen" moogen dry ven, dan alleen in eygentlyke Galanteryen , gemelleerde of ook wel masüve Goude en Zilvere Werken, zoodanig als defelve in de hier navolgende Lyste zyn vervat en gelpeciliccert : Als namentlyk, Horologiehaaken en Kettingen. Signetten met Steenen of Criftal cn de Sleutels. BalfemdoosjVs, Reukflesjes, &c. Rottingknoppen en Krukken met den Beugel of Wortel cn Band. Etuys, Equipagien en Kettingen tot defelve. Snuyf-, Goudpoeder-, Spons- en Moesjesdoofen. Engelfche Mesfen met Zilver overtoogen. Brilhuyfen en Brilleranden, gemelleert of van Goud of Zilver. Signetten met Steenen, Criftal of Sraafe Blokken. Rooktabakdoofen, dog niet anders als die met Peerlemoere, Agaate of andere Plaaten ' zyn- Mofgespen , Haaken en Ringen tot den Draagband. Port d'Epees-, Schoen-, Kuyt- en Bandgespen, met Stade Beugels en Knippen. Schroef-, Knip-, Naald-en Pennekookers. ^Memurïeboekjes en Almanakken met Goud 01 Zilver gegarneert. Servethaakjes en Kurkentrekkers. Knoopjes met fteenen in defelve, of geë1 mail leert. Galanterieringetjes met Steenen of met Divifen geëmailleert. Goude Eau de la Reine Flesjes, en alle andere Flesjes van Criftal of andere met Goud of Zilver gemonteert. Kookers van allerley foorten met Segryn of diergelyke overtrokken , en met goud of Zilver gegarneert, met of zonder Stukjes. Allerley Lees-, Vergroot- en Operaglaafem Oorringen met fteenen daar in gezet. Potlood en Schryfpennen. Knipmesfen en Spooren. Braaykookers, gemelleert met goude of zilvere Banden. En voorts alle andere diergelyke kleyne Stukjes of Gentillesjes, die van gelyken aart en natuur zyn. V L En omme te prevenieeren de fchaade die de Galanteriekramers zouden moeten onder-; gaan, by aldien zy zig aanftonds, nahetemaneeren van deefe Ordonnantie, zouden moeten ontdoen van de Werken die niet geconftitueert zyn zoo als by defelve word gerequireert, zal bet aan de Galanteriekramers vry Xxxxxxx ftaan,  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1267 3» Refolutie van de Staaten van Holland, hou- dende auélorifatie op Gecommitteerde Raaden tot net geven van permispen aan de ■ Ingefetenen zo'o van deefe Provintie, ah van de Provintien yan Gelderland, en Utrecht, en van het Resfort van de Generaliteit tot het verweiden van hun Rundvee. Den 24 April 1751. Ïs geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren van den 22 deefer, hebbende, in gevolge en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Appoinétement van den 14 deefer, geëxamineerd de Requeste van Regenten der Steede en Vryheid Waalwyk, en die der Grond heerlykheid Loon op Zand, en Heerlykheid Drunen, geleegen in den Quartiere van Oosterwyk, Meyerye van 'sHertogenbofch, houdende, dat der Supplianten Ingezeetenen, als grenfende der Supplianten Piaatfen aan de eene zyde zoo aan Zuidholland, als aan de andere zyde aan den Lande van Heusden, zyn befittende verfcheide perceelen Landeryen, zoo in Zuidholland, Lande van Heusden als Altena, welke zy gewoon zyn jaarlyks door hun eigen Vee te fchaaren en te weiden, dog dat haar Edele Groot Mogende by derfelver Placaat van den 12 Maart jongstleeden den invoer van Vette en Slagtbare Runderbeesten van buiten in deefe Provincie van Holland hebbende verboden tot den eerften Oétober, en van allerlei andere Rundvee hoedanig genaamt tot den eerften November aanftaande, der Supplianten Ingefeetenen mitsdien daar door zouden zyn verftooken om hunne Landeryen met hun eigen Vee te befchaaren, het geen voor defelve ten uitterften nadeeüg zoude zyn, te meer, daar de Ingefeetenen van der eerlte .Supplianten Plaatfe in verre na geene genoeglaame Landeryen voor hun Vee binnen hun Di- j ftricf hebben, en in der laatfte Supplianten Piaatfen weinig of byna geene Weilanden worden gevonden, en dat om die reedenen der Supplianten Ingefeetenen, die al geene Lande- , ryen onder het Diftriét van Holland befitten, gewóón zyn, onder het zelve Diftriét, voor fes, agt en meer of minder jaaren Landeryen in te pagten, om die met hun Vee te bewyden b en dewelke daar van als nu meede zouden zyn gefrustreert, en evenwel genoodzaakt zyn hunne uitgeloofde Pagt-of Huurpenningen te betaalen, en daarom verfoekende, dat in confideratie van de fituatie van der Supplianten voorfchreeve Piaatfen, by forme van interpretatie van haar Edele Groot Mogende voorfchreeve Placaat van den 12 Maart deefes jaars 1751 mogte worden verklaard, dathetdispofitif van het voorfchreeve Placaat, en de daar by geftatueerde poenaliteiten geene betrekking zouden hebben op de Ingefeetenen van der Supplianten Piaatfen, welke met.hun eigen Vee dryven, na Zuidholland, Landen van Heusden en Altena, omme het zelve aldaar op hunne eigene of ingehuurde Landeryen ter Weide te doen, onder zoodanige precautien als haar Edele Groot Mogende tot voorkooming van alle quaade praétyequen zouden oordeelen en bevinden te behooren. En geevende de Heeren Gecommitteerde Raaden daar by voorts in bedenking, of haar Edele Groot Mogende ook niet by interpretatie van het voorfchreeve Placaat, als meede van het Placaat van den 7 April deefes jaars, ' waar by de uitvoer van Rund Vee uit deefe Provincie is verboden, zouden gelieven te voorfien omtrent de difficulteiten, waar aan de letterlyke obfervantie van defelve Placaaten in het gedeelte van deefe Provincie, dat aan dé Provincie van Utregt is grenfende, onderheevig zoude zyn. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevondenen verllaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden te authorifeeren en te qualificeeren, zoo als defelve geauthorifeerd en gequaliticeerd worden by deefe , om, des verfogt werdende, aan Ingefeetenen van deefe Provincie op de f Confinien van de Provinciën van Gelderland en Utregt, en van het Resfort van de Generaliteit, te gelyk Landen in eigendom of huure gebruikende in deefe Provincie en in de Provinciën van Gelderland of Utregt Öfin het resfort van de Generaliteit geleegen, te permitteeren, om haar Rundvee van derfelver Landen in deefe Provincie geleegen te moogen verweiden na haare Landen in de Provinciën van Gelderland of Utregt of in het resfort van de Generaliteit op de Confinien léggende, mits defelve Ingefeetenen deefer Provincie alvoorens aan de respeétive Geregten van het Diftriét, waaronder dei fel ver Landen in deefe Provincie gehooren, zullen moéten opgèeven het getal der Beesten, welke zy na haare Landen , in de Provinciën van Gelderland of Utregt, of in het resfort van de Gëneraliceit géleegen, willen verweiden, en defeivé door de Geregten een Merk op de Hoornen doen branden, en booven dien ten behoeve vandefelve Geregten zullen moeten ftellen fufficani te cautie dat defelve Beesten ten einde van dé Weiteyd of bevoorens weeder in deefe Provincie zullen worden ingevoert, by gebreeke vart het welke de fomme, ter montant van dewelke cautie is gefteld,. ten behoeve van den Officier, onder wiens Diftrict de contraventie gefchied, zal weefen verbeurt, ha proportié van het getal der Beesten, dat binnen den voorfz. tyd niet weder in deefe Provincie zal worden ingevoert. "XXXXXXX 3 J)0  Betreffende dc Commercie, , na, of onder het flaan van Oly, eenige de minfte vermenginge zal vermoogen te doen, van het eene foort van Zaad, Oly, ofdikvanOly, veel min met Kroodfaad, Kroot-Oly, Traan, of eenige andere Zaaden of Vettigheyd, hoedanig die genoemt zonden moogen werden, maar zal yder een gehouden zyn yeder foort van Zaad apart én aflbnderlyk buyten eenige vermenginge van andere foort van Zaad te maaien, en daar van Oly te formeeren, op verbeurte van de vermengde Oly, als meede een fomma van vyf honderd guldens; en dat defelve een . Olyflager zynde, in geen jaar weeder Olyflager zal moogen zyn; en voor de tweede reyfe zulks weeder doende, op verbeurte van de vermengde Oly, als meede een fomma van duyfend guldens, en dat defelve als vooren een Olyflager zynde, nooit hier te Lande weeder Olyflager zal moogen zyn. I I I. Dat wanneer yemand zyn Dik van Oly willende verflaan, het zelve alleenlyk zal moeten doen onder zoodanige zoort van Zaad, dat zoodanige Oly geeft als de Oly is geweest daar het dik van is gegaart, en dan nog geen ander Dik, als dat hy aan defelve Moolen, daarhy het wil verflaan, van zyn eygen Oly heeft bekoomen , dog dat in geval van verhuyfmge of veranderinge van Moolen, voor die tyd de Moolens, daar hy af en na toe gaat, voor een en defelve Moolen zullen werden gereekent; en dat buyten dit geval het niemand vry Zal Haan eenig Dik aan zyn Moolens te laaten brengen of op te flaan, of door anderen te doen opflaan, en zullen ook geen Schuytvoerders of alle anderen buyten verhuyfmge haar daar toe moogen laaten gebruyken, óp verbeurte van het vaartuyg, en voorden Olyflager een fomme van honderd guldens, en confiscatie Van het Dik. IV. Dat een yegelyk de Oly die hy geflaagen of gekogt zoude moogen hebben, ieder foort in het byfonder zal moeten houden, zonder te vermengen de eene zoort van Oly, met een ander zoort van Oly, veelmin met zoodanige Vette, als hier booven in het tweede Articul i onder het flaan is verbooden, het zy in de Vaaten of in de Bakken, by inftortinge of indruypinge, of op wat wyfe zulks zoude kunnen gedaan of bedagt werden , op poene als in in het tweede Articul. V. Dat wanneer op de een of andere wyfe, by toeval, de eene zoort van Oly of Zaad, met den anderen mogte koomen te vermengen, zoodanigen Oly, als meede de Oly die van zulk vermengt Zaad geflaagen is, in het byfonder zal moeten werden gehouden, en ook voor zoodanige gemengde Oly moeten werden verkogt, op poene als booven. V I, Dat wanneer tusfehen Kooper en Verkooper eenig verfchil over de qualiteyt van de gekeverde Oly mogte ontftaan, die van den ;n Koophandel in het gemeen. i2ê§ | Geregte (des daar toe verfogt zynde) zulleri | committeeren twee eerlyke Luyden, hun op zulks verftaande, van yder zyde een, en defelve authorifeeren de Oly in qLlestie te vifiteeren, of zoo die verbruykt of verfonden mogte zyn, de ftukken en Documenten té examineeren, Parthyen, is hét doenlyk té vereenigen, of by faute van dien, den Geregte te dienen van fchriftelyk Rapport, en dat indien defelve Geauthorifeerdens, of'maar een van beyden, in het befigtigen van den Oly^ of uyt onderibek van de ftukken, of anderfints fuspicie zoude moögen hebben dat defelve Oly is vermengt of vervalfcht,' de Verkooper van zoodanigen geprefumeerden vervallchten Oly gehouden zal zyn zig met eede te zuiveren, dat defelve Oly te vooren door hem is gekogt en ontfangen voor defelve zoort zoo als hy die nu weederon heeft verkor en geleevert, en dat door hem of met zynÖkennis door iemand anders aan defelve Oly geen vermenginge of vervalfchinge is gepleegt, en dat by aldien de Verkooper zelfs de Oly heeft laaten flaan, hy en alle die geenen, die deefe Oly hebben geflaagen en bewerkt, met eede zullen moeten verklaaren, dat door haar of met haar weeten door iemand anders, voor, in of na het flaan van defelve Oly, geen de minfte vermenginge, by de boovenftaande Articulen verbooden, is gedaan, direételyk of indireételyk, en zoodanigen eed doende j defelve Oly alsonvermengt zal moeten werden geconfidereert, dog dat by weygering van dien eed, de Verkooper gehouden zal zyn de betaalde Kooppenningen en de onkosten daar om gedaan weeder te reftitueeren, en daarenbooven verbeuren defelve Oly, en de boete hier voor Aricul II. geftatueert. VIL Dat geen Olyllaagers of iemand anders, wié het ook zoude moogen zyn, eenige vermenginge zal vermoogen te doen van Koeken met Koeken, maar dat ieder zoort van Koeken onder zyn eygen zoort van Zaad zal moeten blyven, Lynkoeken onder Lynzaad, Raapkoeken onder Koolzaad, Krotkoeken onder Krotfaad, zullende ook geen IVlangelkoekeii onder eenigerhande Zaadkoeken of Meel vermoogen te mengen, gelyk ook niemand onder het maaien van Lynmeel iets zal moogen vermengen of maaien, als alleen Lynkoeken, op poene en verbeurte van zoodanige Koeken en Meel, en voor de eerfte reyfe vyf honderd guldens, en voor de tweede reyfe niet alleen de verbeurte van de- Koeken en Meel, maar daarenbooven een fomme van een duyfend guldens. v 11 i. Dat ook alle Meefterknegts, Steenknegtsij Jongens en alle andere, die op de Olymoolens dienstbaar zyn of eenig werk doen, zig in geenen deele zullen moogen laaten gebruyken tot het vermengen van eenig Zaad, Oly, Dik van Oly, Koeken, of Meel van Koeken, hoe ook genaamt, op de boete van vyftig guldens en nooyt meer geadmitteert te werden by eeX x x x x x x g' nig@  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1271 ïond en gekoomen uyt Stallen of Weyden, in welke geen befmettelyke ziekte onder het Rundvee gevonden word, nog in geen veertien daagen gevonden is geweest, met uytdrukking van het getal en van het hair en tee ken der voorfz. Beeden, of (in gevalle defelve uyt een ander Hollands Diftriét of Ambagt aldaar met een behoorlyk Certificaat waaren gebragt) dat defelve volgens een voldoende bewys in desfelfs Diftriét of Ambagt zyn ingebragt, met uytdrukking van het getal, hair en teeken derfelver Beeften, en byvoeging van de Plaats, waar na defelve gedreeven oi* vervoert worden, en de tyd voor hoe lange het Certificaat is uytgegeven, alles op poene dat by gebreeke van zoodanig een Certificaat, of dat bevonden zoude moogen worden dat het zelve was geëxpireert, de vervoerde Beesten zullen worden gehouden voor vreemde of befmette, en de Vervoerders gefubjeéfeert aan de pcenaliteyten booven gemelt. Gelyk meede die geenen, dewelke zullen worden bevonden willens en weetens te heb' ben gegeeven een valfche Certificatie, met alle rigeur als Falfarisfen zullen worden gegeflraft, en die zig met een valfche Certificatie willens en weetens zullen hebben beholpen , zonder conniventie publiquelyk gegeesfeit en ten eeuwigen daage gebannen zullen Worden. Dat voorts ook die geenen die eenig Vee op publique Week-of Jaarmarkten zullen brengen uyt Stallen of Weyden daar eenige fiekte befpeurt word, in de boovengemelde boete van twee duylènd guldens en posnaliteyt van extinctie der Béeften zullen vervallen. En om wyders voor te koomen alle confufien in het verleenen van de voorfz. Certificatien, ordonneeren en ftatueeren wyby deefen, dat de Dry vers of Vervoerders gehouden zullen zyn haar Certificatien, wanneer die hebben uitgedient, te brengen ter Secretarye van het Diftricf of Ambagt waar onder die Beeften zyn verbleeven, om aldaar te worden geliasfeert, en daar na, wanneer die Beeften weederom zouden moeten gebragt worden na een ander Diftrift of Ambagt, te konnen dienen tot het ligten van een ander Certificaat, in dier voegen als hier vooren is gemelt. Permitteeren voorts tot menagement van de onkosten aan de voorfz. Schouten en andere Perfoonen, gequalificeert tot het verleenen der voorgemelde Certificatien, om defelve uit te geeven zonder Zeegel, dog gelasten wy defelve daar neevens, niet meer als twee ftuivers eens voor het fchryven en liasfeeren der voorgemelde Certificatien te vorderen, en de Huysluyden en andere, eenige Beeften willende vervoeren, in alle ordentelykheyd en zonder eenige vexatoire dilayen, debehulpfaamehand te bieden. En ten einde niemand buiten zyn fchuld ter zaake van deefe onfe Ordres in eenige fchaade mogte koomen te vervallen, accordeeren wy aan alle Dryvers of Vervoerders van Beeften binnen deefe Provincie, welke geen behoorlyk Certificaat zouden konnen produceeren, een tyd van tweemaal vier en twintig uuren , om zoodanig een gerequireert bewys te doen haaien van de Plaats van waar zy de Beeften vervoerd hebben,- alles nogtans met dien verftande, dat in tusfehen de Perfoonen van defelve Vervoerders, als meede de Beeften ten kosten der Vervoerders zullen worden aangehouden , en ook niet wederom moogen ontflaagen worden, als na dat die kosten alvoorens zullen zyn voldaan, en dat, in gevalle binnen den gemelden tyd van tweemaal vier en twintig uuren zoodanig een behoorlyk Certificaat niet zoude moogen geëxhibeert worden, de Vervoerders zullen vervallen in de poene en boete booven gemelt. En dewyl de experientie heeft doen zien, dat ons voorgemelde Placaat van den 12 Maart deefes jaars door de flinkfche pratftycquen van veele baatfugtige Menfehen niet na behooren heeft kunnen worden geëxecuteert, en dat de vigilantie der Officieren door verfcheide konftenaryen is geëludeert, zoo hebben wy verder goedgevonden, de Geregten en infonderheid de Bailliuwen en Schouten zoo in de Steeden als ten platten Lande, of welke derfelver piaatfen bekleeden, te gelasten, zoo als wy defelve gelasten by deefe, nauwkeurig toe te zien, dat de inhoud van dit ons Placaat met alle rigeur worde geëxecuteert, op poene dat die geenen van de voorfz. Officieren ten platten Lande, welke zullen worden overtuigt teegens de contraventien van dit Placaat niet na behooren te hebben gevigileert, zullen worden geftraft met fuspenfie van derfelver Officie voor den tyd van fes maanden, of zoodanige zwaardere ftraffe als de omftandigheeden der faaken zullen koomen te vereisfchen; en ten einde de voorfz. Officieren tot de executie van dit Placaat te beeter moogen worden in Haat geftelt, en het Gemeen de°gewenfehte vrugten van cleefe heilfaame ordres mooge genieten, dat de voorgemelde Bailliuwen, Schouten en anderen Officieren, zoo in de Steeden als ten platten Lande, of derfelver piaatfen bekleedende, zullen weefen geauthorifeert, om in gevalle defelve zullen gewaar worden dat iemand van derfelver In-of Opgefeetenen eenige Runderbeeften, hoe genaamt, op Stal of in de Weyde heeft genoomen , welke voor dato van de Publicatie van dit Placaat onder derfelver Diftricl: niet zyn gevonden, als dan te moogen inquireeren van wien en op wat tyd en plaatfe defelve die Beeften heeft gekogt of bekoomen; en in gevalle deefe aanwyfing op geen valabele wyfe zal kunnen gefchieden, zullen alle zoodanige Beeften gehouden worden clandeftin te weefen ingebragt, en dienvolgende worden geconnsqueert ten profyte van den Aanhaalder, zonder dat eenig pretext teegens deefe geallegeerde onkunde zal worden geadmitteert. En alfoo eenige baatfoekende Menfehen hen zouden kunnen onderwinden om Rundvee binnen deefe Provincie pp te koopen, ofte doen en te laaten opkoopen, om het zelve buiten dee-  Betreffende dc Commercie, en koophandel in liet gèmeeil 'gelyk, welke zoodanig een Werver zal koomen aan te wyfen, zoo dat defelve van het fait worde overtuygt, of welke den Regten genoeg zal hebben aangeweefen, dat hy door iemand tot het vertrekken na andere Landen is aangefprooken, een premie van een honderd goude Ducaaten. En ten eynde niemand eenige ignorantie hier van zoude konnen pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Vrouwe Gouvernante, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeótive Provinciën, en allen anderen Jufticieren en Officieren van defelve Landen, dat zy deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme doen verkon- digerij publiceeren en affigeeren, in alle plaat-fen daar zulks noodig weefen zal , en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen: Lasten en beveelen verders de Raaden ter Admiraliteyt, den Advocaaten Fiscaal, mitsgaders allen Admiraalen, Viceadtniraalen, Capiteynen, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Placaate te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren teegens de Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, oogluyking, disfimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienfte van den Lande, en ten beste van de goede Ingefeetenen van dien bevonden hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 24 December 1751. 0 (JVas geparapheert,) J. PI. van LYNDEN, vti (Onderfton di) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent,} Zynde op het Spartam gedrukt het Cachet Van haar Hoog Mog. op een zwarten ouwel overdekt met een papiere Ruyte. H. FAG E L. T* Placaat van de Staaten Generaal, tegen Toet huiten 'sLands vervoeren van Molens, en daar toe behoorende Gereedfchappen of Materiaalen. Den 3 February 1752. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: alfoo aan ons is voorgekoomen, dat door Buytenlanders verfcheyde commiffien of zoo genaamde ordres zyn gegeeven , om hier te Lande op te koopen Hout, Zaagmoolens en Materiaalen daartoe dienende, om met behulp van defelve de Traficq der Ploutfigerye, die zeedert veele jaaren in de Republicq is geëxerceert, meer en meer na elders over te brengen, en dat deefe en geene gantfch onbedagte of qualyk geintentioneerde Ingefeetenen zig zelven, beneevens het welvaarenvan htm Vaderland, uyt een ganfch ftrafwaardige baatfugt zoo verre zouden vergeeten, dat zy zig niet zouden ontfien, om ten nadeele van deefen Staat en van haare meede Ingefeetenen aan zoodanige Commisfien of orders van Buytenlanders te voldoen, en te gehoorfaamen. Zoo is 't: dat wy, met communicatie en op het hoogwys Advis van haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante, daar in met allen ernst en nadruk willende voorfien, en dusdanige quaadaardige Machinatien VIII. Deel. en Praétyequen voorkoomen, goedgevonden hebben te interdiceeren en te verbieden, gelyk wy wel expresfelyk interdiceeren en verbieden by deefen, aan alle en een yegelyk van wat ftaat of conditie hy zoude moogen weefen, buyten 'sLands te vervoeren of te doen vervoeren eenige Moolens, of afbraaken van Moolens, voor het geheel of gedeelte, mitsgaders eenige oude of nieuwe Yzere Krukken, Hengels of Raderen nogte ook eenige gemaakte Moolen - Roeden. Dat ook geene Ingezeetenen nog Vreemdelingen haar binnen deefe Landen onthoudende , zig tot inkoop van de voorfz. afbraaken van de voorfz. of andere Moolen Materialen, om na buyten 'sLands verfonden te worden, of voor reekening van Uytlanders zullen moogen laaten employeeren, of eenige commisfien daar toe executeeren, direct of indirect in eeniger maniere. Dat ook niemand zig zelfs of door Bediendens of gefubftitueerdens zal moogen laaten gebruiken, om eenige nieuwe of andere Moolens , derfelver Gereedfchappen of Materialen alhier te Lande of buyten 's Lands te maaken Yyyyyyy om  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1273 ^' Placaat van de Staaten van llolland, zuaar h het verbod yan den invoer van Rundvee, in het Placaat van 7 December 1751 vervat voor eenigen tyd word buiten effeft ge/lelt. Den 1 i Blaart 1752. ■ De Scaaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut $ doen te weeten: alfoo deefe Provincie gëduurende de Winter op een zoo verfchrikkelyke wyfe door de ftraffende plaage der Pestfiekte onder het Rundvee is befogt geworden, dat de goede In - en Opgefeetenen buyten ftaat zyn geftelt om haare Landeryen in het aanftaande Sayfoen na behooren te kunnen beilaan, en dat daarom aan ons meenigvuldige aanfoeken zyn gedaan om het verbod van den invoer van Rundvee, in ons Placaat van den 7 December 1751 vervat , voor eenigen tyd buyten effeót te ftellen. Zoo is 't, dat wy, (zoo veel mogelyk) willende voorfien.teegens de gevolgen/ welke uyt een fchaarsheyd van Vee in deefe Provincie zouden moeten proflueeren, goedgevonden hebben het. verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onle nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét. in deefe Provincie in het andere, te furcheeren en buiten effect te ftellen van den 15 deefer maand Maart tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee uyt Deenemarken, Jutland of andere daaromtrent leggende Landen, niet anders als te Waater zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve ^ zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal worden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beesten, waar toe de Certificatien behooren. Ordonneerendeen ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien; • ter eerfter plaatfe daar de Beeften in deefe Provincie aankoomen , aan de Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert perfoon daar van in dorfo van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan * met by voeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied, gelyk ook van de Plaats waarna toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter plaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert perfoon zullen moeten worden vertoont, en door denfelven afgetcekent met den datum j wanneer, en voorts geliasfeert, waar voor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge', niet l meer zal moogen worden oiufangen'als twee ftuivers ; En zal het voorfz. Rundvee ter plaatfe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt dagen , te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout , Secretaris of ander gequalificeert perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beeftemarkt te moogen worden gebragt , of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealieneert, veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden; En zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beeften mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beeften onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen, na dat de voorfz. ziekte zal weefen opgehouden , en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz. Beesten befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beeften geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven; alles op verbeurte van de Beesten, waar omtrent niet zal weefen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op yder Beest; te appliceeren de eene helft ten behoeve van den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen, dewelke defelve boete niet zullen kunnen betaalen, daar over publiquelyk zullen worden gegeesfeit, en voor altoos gebannen uyt de Provincie van Hollanden Westvriesland; gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leeverantien van Beeften die contrarie aan het geene voorfz. is zullen weefen gedaan, maar zelfs reftitutie zal moeten worden gedaan van de reets uytgefchootene penningen, by al-' dien yemant de onvoorfigtigheid zoude moogen hebben gehad desweegens betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren wy meede, dat alle de geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmet Vee te hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben beholpen, fonder conniventiepübliquelyk gegeesfeit, gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En dat de geenen die eenig Vee op publique Week - of Jaarmarkten zullen brengen uyt Stallen of Weyden, alwaar eenige ziekte be- Yyyyyyy 2 fpeurt  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. ttyf 10. Placaat van de Staaten van Holland, houdende ly het bevoorens gedaan verbod van in en uitvoer van Rundvee voor eenigen tyd word buiten e(yecl geftelt. Den 21 Maart 1753. De Staaten van Holland en Westvriesiand, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten : Alfoo wy bedugt zyn dat door de nog aanhoudende fterfte onder het Rundvee de goede In- en Opgezeetenen niet genöeglaam van Vee zullen kunnen worden voorfien om haare Landeryen in het aanftaande Sayfoen na behooren te kunnen beftaan, ten zy het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, het welk wy by ons Placaat van den 7 December 1751 tot nadere ordre hebben gedaan, voor eenigen tyd buyten effect werde geftelt: Zoo is 't, Dat wy, (zoo veel mogelyk) willende voorfien teegens de gevolgen, welke uyt een fchaarsheid van Vee in deefe Provincie zouden moeten proflueeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét. in deefe Provincie in het andere, te furcheeren en buyten effedl te ftellen tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende 'diefi tyd den invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Pviindvee uyt Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen , niet anders als te Waater zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beeften, waar toe de Certificatien behooren. Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eerfter Plaatfe daar de Beeften in deefe Provintie aankoomen, aan de Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van in dorfo van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied, gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert ; welke Certificatien ter Siaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door den zelven afgeteekent met den datum wanneer, en voorts geliasfeeit ; waar voor , gelyk ook voor dö eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal het voorfchreeve Rundvee ter Plaatfe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonde r voor de expiratie van dien tyd op eenige Beestemarkt te moogen worden gebragt, of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealieneert , veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden; en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beeften mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beeften pnverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorlchreeve ziekte zal weefen opgehouden, en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz. Beeften befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beeften geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn sebleeven; alles op verbeurte van de Beeften, waar omtrent niet zal weefen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op ieder Beest; te appliceeren de eene helft ten behoeve van den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen, dewelke defelve boete niet zuilen kunnen betaalen, daar over publiquelyk zullen worden gegeesfeit % en voor altoos gebannen uyt de Provincie van Plolland en Westvriesland, gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leverantien van Beeften, die contrarie aan het geene voorfchreeve is zullen weefen gedaan , maar zelfs reftitutie zal moeten worden gedaan van de reeds uytgefchootene penningen, by aldien iemand dé onvoorfigtigheid zoude moogen hebben gehad desweegens betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren wy meëde, dat alle die geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmet Vee te hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben beholpen, zonder conniventie publiquelyk gegeesfeit, gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En dat de geenen die eenig Vee op publique Week- of Jaarmarkten zullen brengen uit Stallen of Weyden, alwaar eenige ziekte befpeurt word, zullen vervallen in een boete van twee duifend guldens, te appliceeren als booven * en indien zy defelve niet kunnen beYyyyyyy 3 &*1  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. im 12t Publicatie van de Staaten van Holland, hu* dende ordre aan de Leden van Regiering en Officianten, tot het dragen van In tand)the Lakenen, en Wolle of Zyde Stoffen; mitsgaders verdere voorzieningen tot voor ft and der Inlandfche Fahriquen. Den iö' Augustus 1753. yxe Staaten van Holland en Weftvriesland: JL/ Allen den geenen die deefe zullen zien of liooren leefen, falut: Doen te weeten : Alfoo haare Koninglyke Hoogheid aan ons heeft voorgedraagen, dat hoogftdefelve was geinformeert en aan haar klagten waaren voorgekoomen , dat onfe Publicatie van den 26 July 1749, genoomen op een Propofitie van wylen zyn Hoogheid, gïorieufer gedagteniffe, ten opfigte van het draagen van Inlandfche Manufaétuuren, het gewenfchte effect, niet produceerde, en dus de Inlandfche Fabricquen het verwagte foulaas tot der zeiver opbeuringe daar van niet genooten, en verders heeft verklaart, dat hooggemelde haare Koninglyke Hoogheid, overtuigt van de noodzaakelykheid van het maintien der Inlandfche Fabricquen, en om voorts een goed exempel te geeven, voor haar Perfoon, Huis, en alle die tot derfelver Hof en dienft gehoorden, gerefolveert bleef zig by continuatie niet an- . defs als van Inlandfche Manufaétuuren te bedienen , in veiwagtinge dat ter navolginge van hoogft derzelver exempel ook nadere ordre zoude kunnen worden gelteid tot beneficie van de voorfchreeve Fabricquen, inmiddels tot dat daar op ten finaale zal kunnen worden gerefolveert , waar aan haare Koninglyke Hoogheid door kundige Luiden arbeiden liet, om het zelve ter eerfter geleegentheid tot onfe deliberatie te brengen. Zoo is 't , dat wy, neevens haare Koninglyke Hoogheid, niets meer ter herten neemende als het geene tot opbeuring van de zoo importante tak van 's Lands Inlandfche Fabricquen ftrekken kan, en waar toe wy in het vervolg voorneemens zyn al wat moogeJyk is toe te brengen, nader hebben goedgevonden , met communicatie en overleg van hoogftdefelve haare Koninglyke Hoogheid te ftatueeren en vaft te ftellen, zoo als wy ftatueeren en vaftftellen by deefe, dat de Heeren van de Ridderfchap en Edelen , mitsgaders Burgemeefteren en Regeerders van de refpeétive Steeden, Leeden van onfe Vergaderinge , gelyk ook Burgemeefteren en Regeerders van de verdere Steeden, en yoorts alle Beampten en Officianten binnen deefe Provincie, waar onder wy egter verftaan niet te gehooren zoodanige Bedieningen, waar van de Befitters of Waarneemers niet anders als Arbeiders of Daglooners te confjdereeren zyn, voortaan, aanvang te neemen met den 1 Mey 1754, by het maaken van Kleederen van Laakenen en Wolle of Zyde Stoften, zoo voor zig zelfs, als voor hunne Vrouwen en Kinderen , in haare Huifen woonende, mitsgaders voor haa¬ re Livrybedienden , geen andere Laakenen en Wolle of Zyde Stoffen zullen employceren als die in deefe Provincie zyn gemaakt of gefabriceert. En ten einde het felve te beeter te effectueeren, en dat een ieder verfeekert mag zyn, dat geen Uitheemfche voor Inlandfche Fabricquen worden verkogt, zoo hebben wy verders goedgevonden, dat de refpeétive Winkeliers, of die geene die zig met het verkoopen van Laakenen en Wolle of Zyde Stoften binnen deeze Provincie willen geneeren, by het prefenteeren of verkoopen van eenige van dien gehouden zullen zyn aan de Koopers te declareeren of defelve Uitheemfche of Inlandfche Laakenen en Wolle of Zyde Stoften zyn, en zulks wel alichoon het zelve aanhaar niet zoude moogen worden gevraagt, gelyk zy ook daarenbooven in haare Reekeningen, dewelke zy van de voorfchreeve verkogte Goederen zullen geeven, zullen moeten fpecificeeren öf het Inlandfche of Uitiandfche Laakenen of Wolle of Zyde Stoffen zyn, op poene dat in gevalle de voorfchreeve Winkeliers, of die zig met het verkoopen van Laakenen en Wolle of Zyde Stoffen willen geneeren, bevonden zullen worden het zelve aan de Koopers niet te hebben geprzcadverteert, en op haar Reekeningen als vooren niet geftelt, of dat zy Uitheemfche voor Inlandfche zullen hebben verkogt, zullen verbeuren voor de eerfte reife een boete van duifend guldens, en voor de tweede reife een boete van twee duifend guldens, en voor de derde reife daarenboven voor een jaar en fes weeken van het houden van Winkel of het verkoopen van voorfchreeve Wolle en Zyde Manufaétuuren zullen worden gefufpendeert. Wel verftaande, dat wanneer de Winkeliers of die zig met het verkoopen van voorfchreeve Laakenen of Stoften geneeren door de omftandigheeden zullen kunnen aantoonen, dat zy by verfuim, en niet met intentie, de bovengemelde adverteering niet hebben gedaan of in haar Reekeningen niet hebben gefpecificeert, of de voorfchreeve geleeverde Goederen Inlandfche of Uitiandfche Laakenen of Stoffen zyn, alleen zullen verbeuren een boete van vyf en twintig guldens, en zullen alle de voorfchreeve boeten weiden bekeert een derde voor den Officier die de calangie zal doen, een derde voor den Aanbrenger, en een derde voor den Armen. Recommandeerende voorts op het ernftelykfte aan alle en een iegelyk van onfe Ingezeetenen , tot fecundeeringe van dit zoo heilzaam oogmerk tot welvaaren van den Lande.  Betreffende de Commercie ^ en Koophandel in het gemeen. 1281 doen, als daar by te blyven perfifteeren, het geen haar Hoogh Mogende vertrouwen, dat gemelde Heere Grave van Golowkin wel ten goede zal willen duyden, en ten favorabelfte aan zyn Hof interpreteeren, kunnende haar Hoogh Mogende hem Heere Graave van Golowkin verièeckeren, dat zy gaerne by andere bequaame geleegentheeden haare Rus-Keyferlycke Majesteyt preuves zullen geeven van haare vriendfehap en hoogagtingh voor Hoogst defelve, en ook geneegen zyn aan hem Heere Graave van Golowkin te betoonen de ge¬ distingueerde confideratie die zy hebben voor zyne perfoneele merites en caracter. En zal Éxtra,cf. van deefe haar Hoogh Mogende Refolutie, als rheede die van haar Hoogh Mogende Refolutie van den twaalfden Augustus des voorleeden jaars, genoomen op een Memorie van den Heere Graave van Dehn en op een Misfive van den Heere de Swart' door den Agent van Byemond aan gemelden Heere Graave van Golowkin worden ter hand geftelt. *4- Placaat van de Staaten Generaal', tegen de vervoering van Lind • molens naar buiten deefe Landen. Den 17 Oftober 1753, De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: alfoo wy onderrigt zyn geworden, dat het Ambagt van Lindwerken en de Negotie in Lind in fommige Steeden en Piaatfen, onder het Resfort van deefen Staat, zeedert eenigen tyd merkelyk is vermindert, en dat die verminderinge voornamentlyk is toe te fchryven daar aan, dat de Moolens, welke tot de exercitie van het voorfchreeve Ambagt behooren, en welke nergens beeter dan hier te Lande werden gemaakt en toegeftelt, fomtyds door baatfugtige Luyden van hier na buiten deefe Landen in prsejuditie van onfe Ingefeetenen werden gebragt: Zoo is 't, dat wy, om voor te koomen de vervoeringen van de Lindmoolens na buyten deefe Landen, hebben goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat voortaan geen Lindmoolens, het zy oude of nieuwe, uit de geünieerde Provinciën, geasfucieerde Landfchappen, Steeden of Leeden van dien, nog uit het Resfort van de Generaliteit, na buyten deefe Landen zullen moogen werden gebragt op verbeurte van duyfend guldens. Dat in de voorfchreeve boeten niet alleen zuilen koomen te vervallen die geenen welke den voorfchreeven uitvoer zullen hebben gedaan, maar ook alle die geenen welke daar aan direct, of indirect zullen hebben geholpen, of daar toe behulpfaam zullen zyn geweest. Dat voorts de Meesters Lindwerkers in de respeétive Steeden of Piaatfen binnen de vereenigde Provinciën of het Diftriét. van de Generaliteit, hetzy jegenwoordig reeds geëtablisfeert of hier na zig koomende te etablisfeeren, ter plaatfe daar zulks vry ftaat, gehouden zullen zyn aan derfelver respective Magiftraaten behoorlyk op te geeven derfelver Moolens, om defelve ten allen tyde, des gerequireert, te verantwoorden, en zulks op poene van duyfend guldens te verVIII. Deel. beuren door ieder Meefter Lindwerker, welke desfelfs Lindmoolens binnen veertien daagen na de publicatie van dit Placaat niet behoorlyk zul/en hebben opgegeeven, of welke daar na des gerequireert, defelve niet zullen kunnen verantwoorden: Voorts ordonneerende, dat de oude en verbrooken Lindmoolens meede zullen moeten Opgegeeven en verantwoord worden op gelyke poene: En laatftelyk , dat geen Lindmoolen van de eene Plaats na de andere binnen de zeeven Provinciën of het Diftricf van de Generaliteyt zal moogen verfonden worden, als op een Certificaat van de Magiftraat waar onder de Meefter Lindwerker behoort, ten blyken dat defelve Lindmoolen na de plaats die opgegeeven is moet werden verfonden, en conform aan de ordres van dit Placaat, met een behoorlyk blyk van den aankomst ter dier Plaatfe verantwoord zal worden , en zulks op poene van confiscatie van zoodanige Lindmoolen waar by geen Certificaat zal werden gevonden 5 en een boete van duyfend guldens daar en booven, te verbeuren by den Vervoerder, Schipper of andere die daar toe de hand zullen hebben geleent. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Vrouwe Gouvernante, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeétive Provinciën, en alle ander Jufticieren en Officieren van defelve Landen, dat zy deefen onfen Placaate van Honden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle Piaatfen daar zulks noodig weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal en Commifen Generaal, mitsgaders allenAdmiraalen, Viceadmiraalen, Capiteynen, Officieren en Bevelhebberen , deefen onfen Placaate te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeerende Zzzzzzz en  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1283 En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zoo begeeren wy, dat deefe in den Lande van Vianen en Ameyde alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daar het behoort en te gefchieden gebruikelyk is. : Gedaan in den Hage den 22 January 1754. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekent A. van der STRATEN. i<5. Placaat van de Staaten van Holland 9 waar by het bevoorens gedaan verbod van invoer van Rundvee voor nog eenigen tyd word buiten effetit geftelt. Den 28 February 1754. TT\e Staaten van Holland en WestvriesJL/ land, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut,- Doen te weeten: Alfoo wy bedugt zyn dat door de nog aanhoudende iferfte onder het Rundvee de goede Jn- en Opgezeetenen niet genoegfaam van Vee zullen kunnen worden voorden om haare Landeryen in het aanftaande Sayfoen na behooren te kunnen beftaan, ten zy het verbod van den invoer van Rundvee in deeze Provincie , het welk wy by ons Placaat van den 7 December 1751 tot nadere ordre hebben gedaan, voor eenigen tyd buyten effect, werde gefteld: zoo als by ons Placaat van den 21 Maart des voorgaanden jaars ook is gefchied. Zoo is 't, Dat wy, (zoo veel mogelyk} willende voorfien teegens de gevolgen, welke uit een fchaarsheid van Vee in deefe Provincie zouden moeten proflueeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrenthet vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét in deefe Provintie in het andere, te furcheeren en buyten effect te ftellen van den 1 April tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren n zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee van Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen , niet anders als te Water zal werden ingevoert, en dat hetzelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve 1 komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infestie van het Hair, jaar en tee- kens der Beesten, waar toe de Certificatien !behooren. 'Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eerfter Plaatfe daar de Beeften in deefe Provintie aankoomen, aan den Magiftraat of Geregt zullen moeten worden vertoont, en 'dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van in dorfo van dezelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoegmge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied, gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Plaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door den zelven afgeteekent met den datum wanneer, en voorts geliasfeert; waar voor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge , niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal. het voorfz. Rundvee ter PJaatfe van deszelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den ■ tyd van agt daagen te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beeftemarkt te moogen worden gebragt, of5 onder de hand verkogt of op eenige "wyfe gealieneert, veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden; en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer Beesten mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beesten onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz, ziekte zal weefen opgehouden, en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz, Beesten befpeurt zal zyn; tot dat de overgebleeve Beesten geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven: alles op verbeurte van de Beesten, waar omtrent niet zal Weefen geobferveert het geert Zzzzzzz 2 hier  Betreffende dc Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1283 aanftaande , en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den. invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee uit Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen, niet anders als te Water zal moogen werden ingevoert , en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beesten , waar toe de Certificatien behooren. Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien , ter eerfter Plaatfe daar de Beeften in deele Provintie aankoomen , aan den Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van in dorfo van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied , gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Plaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door den zelven afgeteekent met den datum wanneer, en voorts geliasfeert; waar voor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal het voorfz. Pamdvee ter Plaatfe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beeftemarkt te moogen worden gebragt, of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealieneert, veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden ,• en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beeften mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beeften onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz. ziekte zal weefen opgehouden, en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz. Beesten befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beesten geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven; alles op verbeurte van de Beeften, waar omtrent niet zal weefen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op ieder Beest; te ap¬ pliceeren de eene helft ten behoeve van den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen, dewelke defelve boete met zullen kunnen betaalen , daar over publiquelyk zullen worden gegeesfeit, en voor altoos gebannen uit de Provincie van llolland en Westvriesland ; gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leeverantien van Beeften dié contrarie aan het geene voorfz. is zullen weefen gedaan, maar zelfs reftitutie zal moeten worden gedaan van de reeds uitgefchoótené penningen, by aldien iemand de onvoordgti dat zy daar over meede publiquelyk gegeesfeit en gebannen zullen werden, zullende de Beesten in dien gevalle moeten worden geëxtingueerr. Gelastende en beveelende wy laatstelyk, dat ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751, voor zoo verre het zelve van het verbod van den uitvoer van Rundvee fpreekt, ten eenemaal zal blyven in volle kragt en vigeur, en dat het zelve Placaat, zoo verre het zelve betreft het verbod van den invoer van Rundvee, als meede de ordres daar by geftelt ontrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét. in deefe Provincie in het andere, na den laatften Mey aanftaande tot nadere ordre weederom effect, zal moeten forteeren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere , lasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, alwaar het zelve te gefchieden gebruikelyk is: Lastende ook alle Regteren en Officieren deefer Provincie, dit ons Placaat na behooren te doen nakoomen en executeeren, procedeerende teegens de Contraventeurs zonder eenige oogliiykinge, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande, en ten beste van de goede Ingefeetenen van dien, bevonden hebben te behooren.  Betreffende dé Commercie, cn Koophandel in het gemeen. 1291 te gefchieden door het namaaken en contrefeiten van de Merken en Stempels van de refpeétive Gildebroeders, waar op defelve gewoon en in posfesfie waaren derzelver Gaarens alomme buiten 's Lands te debiteeren en te verfenden. En nademaal Ons een en andermaal vertoont is, dat baatfugtigc en quaadwillige Menfehen zig van verfcheide middelen en pretexten bedienen, om de voorlz. onfe falutaire ordres te verydelcn, en het voorlz. beftaan nergens anders toe kan ftrekken, dan om de voorfz. Twyn-Nee ring hier te Lande meer en meer te ruïneeren en na andere Landen te diverteeren en over te brengen. Zoo is 't , Dat wy daar teegens nader willende voorfien, by renovatie en ampliatie van ons voorfz. Placaat goedgevonden hebben te ftatueeren, zoo als gelïatueert word by deefe : Dat niemand, wie hy ookzy, de Merken en Stempels van de refpeétive Twyn Handelaars, waar op defelve gewoon en in posfesfie zyn hunne Gaarens buiten 's Lands te debiteeren en te verfenden, zal vermoogen na te maaken en contrefeiten op een boete van een duifend guldens. Dat wyders alle de geenen die de Twynders Neeringe binnen deefe Provincie exerceeren, en gewoon zyn Gaarens op een Merk buiten 's Lands te verfenden, gehouden zullen zyn binnen den tyd van drie maanden na de publicatie deefes, hunne Merken die fy teegenswoordig gebruiken, op nieuws aan de Magiftraaten van de Piaatfen alwaar zy woonagtig zyn, en waar inne geen Gildens of Confrerien van de Twyn-Neeringe gevonden werden , en anderfints indien 'er zoodanige Gildens of Confrerien geëtablifleert zyn of gevonden werden, aan de Overluiden of Confrerien van defelve Twynders Neeringe op te geeven, te laaten regiftreeren en inplakken, op een boete van een honderd en vyftig guldens, te appliceeren de eene helfte ten behoeve van den Armen, en de weederhelfte ten behoeve van denOfiicier van hunne refpeétive Woonplaatfen. En dat, om alle abuifen daar omtrent zoo veel te beter te prrevenieeren, doordeMagiftraaten, O verluiden of Confrerien, in de refpeétive Steeden in deeze Provincie, alwaar Twynders, die hun Gaarens op een Merk of Stempel buiten 's Lands gewoon zyn te verfenden woonagtig zyn, nieuwe Boeken tot de registreeringe van de voorfz. Merken zullen tnoeten werden gemaakt en aangelegt, dewelke, ofwel Copie daar van, aan alle de voorfz. Magiftraaten binnen den tyd van drie maanden na de publicatie deefes zullen moeten worden overgefonden , zonder dat daar by egter de naamen der Houders van de Merken zullen behoeven te worden gevoegt, en dat de voorfz. alzoo overgefondene Copie-Boeken door dezelve Magiftraaten aan de Overluiden of Confrerien, indien defelve zig in hunne refpeétive Steeden bevinden , zullen werden gecommuniceert ofoverhandigttot derzelver informatie en narigtinge. En dat bv aldien het quam te gebeuren dat by de voorfz. nieuwe regiftreeringe onder de opgegeeven Merken eenige bevonden wierden, die accordeerden, ofte weinig verfchil of geen kennelyk onderfcheid hadden, defelve in dien gevalle zullen moeten worden verandert tot genoegen van den geene die zal konnen aantoonen tot zoodanig een Merk het oudfte regt en qualificatie te hebben, en welke verandering, te weeten hoe verre die gefchieden zal moeten, ftaan zal ter dccifie van de gemelde Magiftraaten j Overluidenof Confrerien refpeétive van die Stad of Steeden, in dewelke de Houders van zoodanige accordeerende Merken woonagtig zyn. En in gevalle daar over eenig difput tusfehen de Magiftraaten , Confrerien of Gildens refpeétive van gemelde Steeden zoude moogen vallen, waar in zy den anderen niet zouden kunnen verftaan, dat in zulken gevalle die queftie en declaratoir, hoe verre zoodanig een verandering zoude moeten gefchieden of niet gefchieden,zondereenigfiguurvan proces zal moeten worden verbleeven aan de Magiftraat vaneen der nabuurige Steeden, en byaldien de disfentieerende Magiftraaten , Overluiden of Confrerien relpective, den anderen in dieverkiefinge niet fouden konnen verftaan, dat de verkiefmge van dien alsdan zal worden getermineert by blinde lootinge, en zulks dat de uitflag van het voorfz. lot zal aanwyfen aan wat Magiftraat de voorfz. differenten Verbleeven , en by wien die vervolgens getermineert zullen moeten worden. 1 • Dat insgelyks alle die geenen die hier na de Neeringe van Twynen zullen willen doen, en hunne Gaarens op een Merk buiten 's Lands verfenden, of den voorfz, Handel reeds geexerceert hebbende zonder Merken te gebruiken , (het welk aan een iegelyk werd vrygelaaten) defelve in het vervolg zullen willen gebruiken, 'of de Merken die zy tot dusverre gebruikt hebben zullen willen veranderen, meede gehouden zullen zyn, de Merken die zy willen gebruiken of die zy verandert hebben, direételyk aan de gemelde Magiftraaten (indien 'er geen Overluiden of Confrerien daar ter Plaatfe zyn) of anders aan de zig aldaar bevindende Overluiden of Confrerien op te geeven, voor dat zy daar van gebruik maken , op een boete van een honderd en vyftig guldens, te appliceeren als vooren. En zullen de gemelde Overluiden of Confrerien alsdan gehouden zyn defelve Merken over te leeveren, beneevens hun berigt aan de Magiftraaten van de Piaatfen alwaar zy refideeren, om by defelve refpeétive Magiftraaten overgefonden te werden aan de Magiftraaten van alle de refpeétive Steeden in deèfe Provincie, alwaar Twynders die Merken gebruiken , of gewoon zyn hun Gaarens op een Merk buiten 's Lands te verfenden woonagtig zyn, om binnen den tyd van veertien daagen hun belang daar teegens te moogen inbrengen, en derzelver oppofitie fondeeren, zoo daar-teegens eenige zouden moogen hebben, Aaaaaaaa 2 en  Betreffende dc Commercie, en Koophandel in het gemeen. 12^3 m behooren te kunnen beflaan, ten zy het verbod van den invoer van Rundvee in deele Provincie, het welk wy by ons Placaat van den 7 December 1751 tot nadere ordre hebben gedaan, voor eenigen tyd buiten effect werde gefteld: zoo als by onfe Placaaten van den 21 Maart 1753, 28 February 1754, 25 Maart 1755 en 20'Maart des voorgaande jaars ook is gefchied. Zoo is 't, Dat wy, (zoo veel mogelyk) willende voorfien teegens de gevolgen, welke uit een fchaarsheid van V7ee in deefe Provincie zouden moeten proflueeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét in deefe Provintie in het andere, te furcheeren en buyten effect te ftellen van den 1 April tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee uit Deenemarken , Jutland of andere daar omtrent leggende Landen, niet anders ais te Water zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met inftrtie van het Hair, jaar en teekens der Beeften, waar toe de Certificatien behooren. Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eers- ■ ter Plaatfe daar de Beeften in deefe Provintie aankoomen, aan de Magiftraat ofhet Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perlbon daar van in dor fa van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied , gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Plaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door den zelven afgeteekent met den datum wanneer, en voorts geliasfeert; waar voor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal het voorfz. Rundvee ter Plaatfe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beeftemarkt te moogen worden gebragt, of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealicneert, veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden ; en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beeften mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beeften onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz. ziekte zal weefen opgehouden , en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz. Beeften befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beeften geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven; alles op verbeurte van de Beeften, waar omtrent niet zal weefen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op ieder Beest; te appliceeren de eene helft ten behoeve van den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen, dewelke defelve boete niet zullen kunnen betaalen, daar over publiquelyk zullen worden gegeesfeit, en voor altoos gebannen uit de Provincie van Holland en Westvriesland ; gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leeverantien van Beeften die contrarie aan het geene voorfz. is zullen weefen gedaan, maar zelfs reftitutie zal moeten.worden gedaan van de reeds uitgefchootene penningen, by aldien iemand de onvoorfigtigheid zoude moogen hebben gehad desweegens betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren wy meede, dat alle die geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmet Veete hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben beholpen, zonder cenniventie publiquelyk gegeesfeit, gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En 'dat de geenen die eenig Vee op publique Week- of Jaarmarkten zullen brengen uit Stallen of Weyden, alwaar eenige ziekte befpeurt word, zullen vervallen in een boete van twee duifend guldens, te appliceeren als booven, en indien zy defelve niet kunnen betaalen, dat zy daar over meede publiquelyk gegeesfeit en gebannen zullen worden, zul- . lende de Beeften in dien gevalle moeten worden geëxtingueert. Gelastende en beveelende wy laatftelyk, dat ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751, voor zoo verre het zelve van het verbod van den uitvoer van Rundvee fpreekt , ten eenemaal zal blyven in volle kragt en vigeur, en dat het zelve Placaat, zoo verre het zelve betreft het verbod van den invoer van Rundvee, als meede de ordres daar by geftelt omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét in deefe Provincie in het andere, na den laatften Mey aanftaande tot nadere ordre weederom effeét zal moeten forteeren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffiAaaaaaaa 3 geert,  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 120e (Geteekent,) Zynde op het Spatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op ^ F A G E h' een rooden ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 20*. Refolutie van de Staaten Generaal, houdende aanfehryving aan den Magiftraat van Aken tot afdoening van belemmeringen, aan haar Hoogh Mog. Onderdaanen in het uitvoeren van Wolle uit Aken toegebragt: Den 15 Juny 1757. - Ontfangen een Misfive van den Lieutenant Drosfard des Lands van s' Hertogenraade? van den Heuvel, gefchreeven te Maas¬ trigt den dertienden deefer loopende maand, daar by voordraagende, dat van alle tyden de Koopluyden of Fabricqueurs van Laackenen tr\t- dig aan de welvaart van de Graan - Negotie worden getrokken, en dus teegens onfe heil-faame intentie om defelve te bevorderen. Zoo is 't, Dat wy niets meerder beoogende, dan den overvloed van Graanen ten nutte der Gemeente, en de Commercie alhier te behouden, en te verfeekeren, goedgevonden hebben het gemelde ons' Placaat nader verklaarende en altereerende, te interdiceeren en te verbieden, zoo als wy interdiceeren en verbieden by deefen, dat niemand nog voor zig zelve nog voor zyne Meefters, zig zal vervorderen prasmien te geeven ofte trekken, om eenige Tarwe, Rogge, Garfte, Spelte, Haver, Boekwyt, Erweten of Boonen op zeekeren tyd te moeten leeveren ofte moeten ontfangen. Dat insgelyks niemand nog voor zig zelve, nog voor zyne Meefters zal moogen aangaan eenige koopen of verkoopen by optie om Tarwe, Roggê, Garfte, Speltei Haver, Boekwyt, Erweten of Boonen, op zeekeren tyd, ten keufe van den Kooper of Verkoooer te moogen eisfehen, of moeten leeveren*/alles direételyk of indireaelyk, verbiedende abfolutelyk alle Prsemie-Contracten en Optiepartyen, onder welken fchyn, of ook tot welke pryfen, of met hoedaanige conditiën defelve moogen zyn aangegaan; Alles en op ieder point van het geene voorfz. is, op poene van te verbeuren de waardye van de alfoo gekogte of verkogte, of in de Pramie-Contraéten vermelde Graanen, en daarenbooven een boete van drie duifend guldens, en dat zoodanige Prsemie - Contracten en Optiepartyen zullen worden gehouden voor invalide en van on- 1 waarde, zonder dat daar op regt zal moogen I Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de Hoogh Mogende Heeren Staaten Generaal in s Gravenhage den 20 Mey 1757. (JVas geparapheert f) Pr. B U T E U X, $ (Onderftond f) Ter ordonnantie van defelve. worden gedaan, of die feeniger tyd zulleri moogen worden voltrokken , onaangefien by . de Contraéten aan dit ons Placaat fpecialyk mogte weefen gerenuncieert. Dat ook geene Makelaars, Notarisfen of andere Perfoonen over zoodanige Contraéten zullen moogen ftaan, nog die coucheeren of inftellen, alles op pcene van duifend guldens booven de privatie van haare Officien; zullende de gemelde poenen worden geappliceert en genooten, de eene helft voor en by den Aartbrenger, en de weederhelfte na regten en Coftuymen van de Steeden en Piaatfen, daar de Contraventeurs worden geaétioneert. En op dat niemand hier van eenige ignorantie mooge pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Vrouwe Gouvernante, Gecommitteerde Raaden eh Gedeputeerde Staaten van de reipeétive Provinciën en allen anderen Jufticieren en Officieren van den zelven Lande, dat zy deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren ter piaatfen daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen: lasten en ordonneeren voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, en alle andere Officieren, Rechteren en Jufticieren, onder onfe gehoorfaamheid ftaande, mitsgaders allen Admiraalen, Viceadmiraalen Capiteinën, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Placaate te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren teegens de Overtreeders van dien, zonder gratie, faveur, disfimulatie of verdrag want wy zulks ten dienste van den Lande en ten beste van de goede Ingefeetenen van dien 1 bevonden hebben te behooren.  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. i^f 27. Placaat van de Staaten van Holland, tot na¬ dere Surcheance van het verbod van invoer van Rundvee. Den 30 Maart 1758. I "Ve Staaten van Holland en Westvriesland, JL^ Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: alfoo wy bedugt zyn dat door de nog aanhoudende fterfte onder het Rundvee de goede Inen Opgefeetenen niet genoeglaam van Vee zullen kunnen worden voorfien om haare Landeiyen in het aanftaande Sayfoen na behooren te kunnen beftaan, ten zy het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, het welk wy by ons Placaat van den 7 December 1751 tot nadere ordre hebben .gedaan, voor eenigen tyd buiten effeét werde gefteld: zoo als by onfe Placaaten van den 21 Maart 1753, 28 February 1754, 25 Maart 1755, 2Ó Maart 1756 en 30 Maart des voorgaande jaars ook is gefchied. Zoo is 't, dat wy, (zoo veel mogelyk) willende voorden teegens de gevolgen, welke uit een fchaarsheid van Vee in deefe Provincie zouden moeten profiueeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét in deefe Provintie in het andere, te furcheerén en buyten effeéf, te ftellen van den 1 April tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd dan invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by'deefe, mits 'dat het Rundvee uit Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen, niet anders als te Water zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde ftailen of weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beeften , waar toe de Certificatien behooren. Ordonneeren de en ftatueeren de wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eerfter Plaatfe daar de Beeften in deefe Provintie aankomen, aan de Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden .vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van in dorfo van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied, gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Piaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten VIII. Deel. ] Worden vertoont, en door denfelven afgeteeJ kent met den datum wanneer, en voorts geJiasfeert; waarvoor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal het vooilz. Rundvee ter Plaatfe van deslelfs deilirmie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie al| daar aan der, Schout, Secretaris of ander gei qualifieeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder I voor dc expiratie van dien tyd op eenige Beesj temarkt te moogen worden gebrast', of puj blicq of onder de hand verkogt of op eenige ] wyfegcalienecrt, veel min het Geid daarvoor j betaalt of ontfangen worden; en zoo wanneer J in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer !' van defelve Beesten mogte worden befpeurt', zullen alle deieive Beesten onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz.1 ziekte zal weefen opgehouden, en zoo telkens I wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekj te onder de voorfz. Beesten befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beeften geheele agt ! da-agen zonder ziekte zullen zyn gebieeven; alj les op verbeurte van de Beesten, waar omf. trent niet zal weefen geobferveert het geen j hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en [ daarenbooven op een boete van honderd gut ; deus op ieder Beest ; te appliceeren de eene ] helft tert behoeven van den Officier die de ca] lange zal doen, en de andere helft ten behoeI ve van den Aanbrenger, zoodanig datdicgee| nen-, dewelke defelve boete1 niet zullen kunnen betaalen, daar over publiquelyk zullen wor-. \ den gegeesfeit, en voor altoos gebannen uit • de Provincie van Holland en Westvriesland; j gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen l worden gedaan op verkoopingen of leveran| tien van Beeften die contrarie aan het geene \ voorfz. is zuilen weefen gedaan, maar zelfs I reftitutie zal moeten worden gedaan van de reeds uitgefchootene penningen, by aldien ieï mand de onvoorfign'gheid zoude moogen hebben gehad desweegen betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren wy meede , dat alle die geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmet Vee te hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben be-5 holpen, zonder conniveniie publiquelyk gegeesfeit , gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En dat de geenen die eenig Vee op publique Week - of Jaarmarkten zuilen brengen uit Stallen of Weyden, alwaar eedge ziekte befpeurt word, zullen vervallen in een boete van twee duifend guldens, te appliceeren als booven, en indien zy dezelve niet kunnen beB b b b b b b b taa-  Betreffende de Commercie, en Koophandel in het gemeen. 1299 21 Maart 1753, 28 February 1754, 25 Maart 1755, 26 Maart 1756* en 30 Maart 1757 en 1758 ook is gefchied. Zoo is 'ï, Dat wy, (zo° veel mogelyk) willende voorfien teegens de gevolgen, welke uit een fchaarsheid van Vee in deefe Provincie zouden moeten proilueeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751 tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat ontrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriéfj in deefe Provintie in het andere, te furcheeren en buyten effect, te ftellen van den 1 April tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren , zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee uit Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen, niet anders als te Water zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deeze Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beesten, waar toe de Certiücatien behooren. Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eerfter Plaatfe daar de Béésten in deefe Provintie aankoomen, aan den Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van tn chrfo van dezelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn gefchied, gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Plaatfe van de deftinatie aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door den zelven afgeteekent met den datum wanneer , en voorts geliasfeert; waar voor ,r gelyk ook Voor de eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ftuivers; en zal het voorfz. Rundvee ter Plaatfe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beestemark t te moogen worden gebragt, of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealieneert, veel min het Geld daarvoor betaalt of ontfangen worden; en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beeften mogte worden befpeurt , zullen alle dezelve Beesten onverhan¬ delbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz. ziekte zal weezen opgehouden, en zoo telkens wanneer in de loopende agt daa gen eenige ziekte onder de voorfz. Beesten befpeurt zal zyn , tot dat de overgebleeve Beesten geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven; alles op verbeurte van de Beesten, waar omtrent niet zal weezen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op ieder Beest; te appliceeren de eene helft ten behoeve vart den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen , dewelke dezelve' boete niet zullen kunnen betaalen, daar over publicquelyk zullen worden gegeesfeit, en voor altoos gebannen uit de Provincie van Holland en Westvriesland; gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leverantien van Beesten die contrarie aan het geene voorfz. is zullen weefen gedaan, maar zelfs reftitutie zal moeten worden gedaan van de reeds uitgefchootene penningen, by aldien iemand de onvoorfigtigheid zoude moogen hebben gehad desweegens betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren wy meede, dat alle die geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmetVeë te hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben beholpen, zonder conniventie publiquelyk gegeesfeit , gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En dat die geenen die eenig Vee op publique Week- of Jaarmarkten zullen brengen , uit Stallen of Weyden, alwaar eenige ziekte befpeurt word, zullen vervallen in een boete ' van twee duifend guldens, te appliceeren als booven, en indien zy dezelve niet kunnen betaalen, dat zy daar over meede publiquelyk gegeesfeit en gebannen zullen worden, zullende de Beesten in dien gevalle moeten worden geëxtingueerti Gelastende en beveelende wy laatftelyk ,dat ons voorgemelde Placaat van den 7 December 1751, voorzoo verre het zelve van het verbod van den uitvoer van Rundvee fpreekt, ten eenemaal zal blyven in volle kragt en vigeur, en dat het zelve Placaat, zoo verre het zelve betreft het verbod van den invoer van Rundvee, als meede de ordres daar by geftelt omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriéf. in deefe Provincie in het andere, na den laatften Mey aanftaande tot nadere ordre weederom effect, zal moeten forteeren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere , lasten en beveelen wy, dat deeze alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, alwaar het zelve te gefchieden gebruikelyk is i Lastende ook alle Regteren en Officieren deezer Provincie, dit ons Placaat na behooren te doen nakoomen en executeeren, procedeeBbbbbbbba ren-  Betreffende de Commercie, en Koophandel in Kèt gemeen. 1301 3r- Placaat van de Staaten van Holland, tot nadere furcheance van het verbod van invoer van Rundvee. Den 7 Maart 1760. T^V Staaten van Holland en Westvriesland, JLJr Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: alfoo wy bedugt zyn dat door de nog aanhoudende fterke onder het Rundvee de goede Inen Opgefeetenen niet gcnoegfaam van Vee zullen kunnen worden voorfien om haare Landeryen in het aanftaande Sayfoen na behooren te kunnen beftaan, ten zy het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, het Welk wy by ons Placaat van den 7 December 1751 tot nadere ordre hebben gedaan, voor eenige tyd buiten effect werde gefteld: zoo • als by onfe Placaaten van den 21 Maart 1753, 28 February 1754, 25 Maart 1755, 26 Maart 1756, 30 Maart 1757 en 1758 en 24 Maart 1759 ook is gefchied. Zoo is 't, dat wy, (zoo veel mogelyk) willende voorfien teegens de gevolgen, welke uit een fchaarsheid van Vee in deefe Provincie zouden moeten profineeren, goedgevonden hebben het verbod van den invoer van Rundvee in deefe Provincie, by ons voorgemelde Placaat van den 7 December ij^t tot onfe nadere ordre gedaan, gelyk ook de ordres daar in vervat omtrent het vervoeren van Rundvee van het eene Diftriét in deefe Provintie in het andere, te furcheeren en buyten eftecl te ftellen van den 1 April tot den laatften Mey aanftaande, en vervolgens gëduurende dien tyd den invoer van Rundvee te permitteeren, zoo als wy den invoer van Rundvee gëduurende dien tyd permitteeren by deefe, mits dat het Rundvee uit Deenemarken, Jutland of andere daar omtrent leggende Landen, niet anders als te Water zal moogen werden ingevoert, en dat het zelve, zoo wel als het verdere Vee het welk in deefe Provincie zal werden ingebragt, zal moeten weefen voorfien van behoorlyke Certificatien van de Magiftraaten of Geregten van de Plaats alwaar het Vee zal weefen ingekogt, dat het zelve komt uyt gefonde Stallen of Weyden, en zulks met infertie van het Hair, jaar en teekens der Beesten , waar toe de Certificatien behooren. Ordonneerende en ftatueerende wyders, dat de boovengemelde Certificatien, ter eerfter Plaatfe daar de Beesten in deefe Provintie aankoomen, aan den Magiftraat of het Geregt zullen moeten worden vertoont, en dat door den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon daar van in dorfo van defelve aanteekeninge zal moeten worden gedaan, met byvoeginge van den datum wanneer die vertooninge zal zyn ge^ fchied, gelyk ook van de Plaats waar na toe het zelve Rundvee zal zyn gedeftineert; welke Certificatien ter Plaatfe van de deftinatie aan den Schout j Secretaris of ander gequalificeert Perfoon zullen moeten worden vertoont, en door denfelven afgeteekent met den datum wanneer, en voorts geliasfeert; waar voor, gelyk ook voor de eerfte vertooninge, niet meer zal moogen worden ontfangen als twee ^ ftuivers,- en zal het voorfz. Rundvee terPlaat4 fe van desfelfs deftinatie ten minften moeten verblyven den tyd van agt daagen, te reekenen van den dag dat het Rundvee aldaar aangekoomen en de Certificatie aldaar aan den Schout, Secretaris of ander gequalificeert Perfoon vertoont zal zyn, zonder voor de expiratie van dien tyd op eenige Beeftemarkt te moogen worden gebragt, of publicq of onder de hand verkogt of op eenige wyfe gealieneert, veel min het Geld daar voor betaalt of ontfangen worden, en zoo wanneer in dien tusfehentyd de ziekte aan een of meer van defelve Beesten mogte worden befpeurt, zullen alle defelve Beeften onverhandelbaar moeten blyven nog agt daagen na dat de voorfz. ziekte zal weefen opgehouden, en zoo telkens wanneer in de loopende agt daagen eenige ziekte onder de voorfz. Beeften befpeurt zal zyn, tot dat de overgebleeve Beeften geheele agt daagen zonder ziekte zullen zyn gebleeven; alles op verbeurte van de Beeften, waar omtrent niet zal weefen geobferveert het geen hier vooren by dit ons Placaat is gemeld, en daarenbooven op een boete van honderd guldens op ieder Beest; te appliceeren de eene helft ten behoeve van den Officier die de calange zal doen, en de andere helft ten behoeve van den Aanbrenger, zoodanig dat die geenen, dewelke defelve boete niet zullen kunnen betaalen, daar over publiquelyk zullen worden gegeesfeit, en voor altoos gebannen uit de Provincie van Plolland en West vriesland; gelyk meede niet alleen geen regt zal moogen worden gedaan op verkoopingen of leverantien van Beeften die contrarie aan het geene voorfz. is zullen weefen gedaan, maar zelfs reftitutie zal moeten worden gedaan van de reeds uitgefchootene penningen, by aldien iemand de onvoorfigtigheid zoude moogen hebben gehad desweegens betaalinge te doen. Voorts ordonneeren en ftatueeren Wy meede, dat alle die geenen, dewelke bevonden zullen worden willens en weetens befmet Vee te hebben ingebragt, of zig willens en weetens met een valfche Certificatie te hebben beholpen, zonder conniventie publiquelyk gegeesfeit, gebrandmerkt en ten eeuwigen daage gebannen zullen worden. En dat de geenen die eenig Vee op publique Week-of Jaarmarkten zullen brengen uit Stallen of Weyden, alwaar eenige ziekte befpeurt word, zullen vervallen in een boete van twee duifend guldens, te appliceeren als booven, Bbbbbbbb 3 en  Fol. 1303 ELFDE BOER Behelzende Oétroyen tot bedykinge en droogmakinge van Polders èn Plasfen. 1. Oclroy, door de Staaten van Holland verkend aan Schouten en Ambagtsbwaarders en Gezwoorens yan Zevenhuizen, tot het droogmaken vaneen gedeel. te van de Swanlafche Polder, gelegen onder Zevenhuizen. Den 11 "january 1752. Gedelibereerd zynde op het een en twintighite Poinét van Befchryvingh van haar Edele Groot Mog. Vergaderingh van July van het voorleede jaar, nader gebraght in het twee en twintigfte Poinét van de jegenwoordige Befchryvingh, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, en Dykgraaf en Ploogheemraaden van Schieiand, hebbende ingevolge en ter voldoeninge van Haar Edele Groot Mog. Appoinétement Commisforiaal van den 7 April 1746, geëxamineert de Requefte van Schouten en Ambagtsbewaarders en Gefwoorens van Seevenhuifen, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende , dat haar Edele Groot Mog. haar Supplianten, haare Succesfeuren in ojjicio, derzelver Participanten, haare Erven en Nakoomelingen, mitsgaders haar Regtverkrygende, gelieven te authorifeeren en te Oétroyeeren tot het droogimaken van een gedeelte van de Swanlafche Polder, geleegen onder Seevenhuifen, groot omtrent elfhonderd mergen, belent ten Oosten de Zuideinfche Wegh, ten Westen de Rottekade en Vlietkade, ten Noorden de Langezyde en zoogenaamde Kennipfloot, en ten Zuiden de Huismanskade en Groeneweg, waar door het voorfchreeve gedeelte van het andere gedeelte word gefepareeert, en vervolgens het voorfchreeve Diftriét binnen den tyd van twaalf jaaren digt te maaken en te befhuten , en tot dat einde te moogen aanneemen alle de Verllagturfde gronden binnen den voorfchreeven Ring geleegen, en de Akkers daar van nog overig, en die te gebruiken tot het maaken van de Dyken, Kaden, Slooten en Wateringen die daar toe, als meede tot de uitwateringh van de Moolens noodig zullen zyn,mits de Eigenaars van dien en van gelyke cok anderen die door de voorfchreeve werken eenige fchaade of interest zullen koomen te lyden, daar van in alle reedelykheid contenteerende; en voorts om te kunnen fupporteeren de kosten tot het voorfchreeve werk vereischt wordende, zoodanige breed geëxtendeerde gratiën als gewoonlyk by zulke geieegentheeden worden verfogt en breeder°in de voorfchreeve Requeste zyn uitgedrukt. Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen , mitsgaders de Gedeputeerden van de refpeétive Steeden, uit den naam en van weegens Burgemeesteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewillight, zoo als haar Edele Groot Mog. confenteeren en bewilligen by deefen , om de Supplianten, hunne Succesfeuren in-officio, derzelver Participanten, hunne Erven en Nakomelingen , mitsgaders hunne Regtverkrygende , te authorifeeren en te oétroyeeren tot het droogmaaken van het voorfz. gedeelte van den Swanlafchen Polder, groot omtrent elf honderd mergen, belent ten Oosten den Zaideinfchen weg, ten Westen de Rottekade en Vlietkade voornoemt, ten Noorden de Langezyde en zoogenaamde Kennipfloot, en ten Zuiden de voorfz, Pluismanskade en Groeneweg , waar door het voorfz. droog te maakene gedeelte van het andere gedeelte word gefepareerd , mits het voorengemeide werk ten eerften worde by de hand genoomen, en defelve droogmaakinge geheel en al geëffectueerd en voltooit, binnen den tyd van twaalf jaaren na de concesfie van dit Oétroy, en voorts de Supplianten als vooren te authorifeeren , tot dat einde te moogen aanneemen alle de verflagturfde Landen en de Akkers daar van overig , om die te gebruiken tot het maaken van de Duyken , Kaaden, Slooten en Wateringen, die daar toe, als meede tot de uitwaa^ teringen van de Moolens noodig zullen weefen, mits de Eigenaars van dien en van 's gelyke ook alle anderen die door de voorfchreeve werken eenige fchaade zullen komen te lyden , daar van in alle reedelykheid contenteerende, en voorts aan de Supplianten, hunne Succesfeurs in ojjicio, derzelver Participanten , hunne Erven ,' Nakomelingen, of andere hun Regtverkrygende, tot een fonds van de onkosten op de droogmaaking vallende, met de Interesfen van de Capitaalen daar toetene-  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en droogmaaldnge &c. t,ö* rmge van de voorfchreeve Dykagie, te moogen aanftellen, des dat de gemelde bedykte Gronden en Landen, volgens de Keuren, Ufantien en Couftumen, zullen zyn en blyven onder het Oppergefig van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Schieland, even als alle andere Landen in Schieland geleegen. En is eindelyk goedgevonden en verftaan, dat alle queftien en differenten, dewelke tusfehen de Supplianten, hunne Succesfeuren in officto, derzelver Participanten, hunne Erfgenaamen of andere Regtverkrygende, ondering of met andere, de voorfchreeve te doe- I ie Dykagie concerneerende, zouden moogen zoomen te ontftaan , mitsgaders de tauxatie /an de Landen, Akkers, Weegen, Kaaden, Sluifen, Schuuren, en het geene van die natuur meerder ts, welke tot dezelve Dykagie zuïfeii worden gerequireert, aangenoomen of geconfumeert , zonder eenige referve zullen worden gedemandeert zoo als gedemandeert worden by deele aan Dykgraaf en Hoogheemraaden van Schieland voornoemt, met authorifade om Parthyen en Geinteresfeerdens daar over gehoort alle het zelve fummier en de plano zonder figuj ol lorm van Proces af te doen en te termineeren, zoo als"in regt, reeden en billykheid zal worden geoordeeld te behooren, zonder dat daar van eenig appel, reformatie of eenige andere hoe genaamde provocatie zal kunnen of moogen gefchieden. En zullen hier van behoorlyke Brieven van Octroy werden gedepecheert. Refolutie van de Staaten van Holland die- tiende tot ampliatie yan 't Oclroy, bevoorens 'tot het droogmaken yan een gedeelte van de Swanlafche Polder onder Zevenhuizen verkend. Den 10 Mey By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Kaaden, ter Vergadering ingekoomen den 6. April deefes jaars; hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appoincfement van den 29 April 1752, geëxamineert de Requefte van Schout, Ambagtsbewaarders en Gefwoorens van Seevenhuifen, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. • booven en behalven de Authorifatie vervat in het Oétroy aan haar op den 21 January 1752 verleend, haar meede gelieven te authorifeeren om ook te moogen ontfangen zoodanige fomme als by afkoop van het Moolengeld, Mergen- of Penning-geld, ordinaris en extraordinaris Verponding, mitsgaders fteek- of binnelandfche kosten van de Landen onder der Supplianten Ambagt geleegen nog zullen worden betaald, en de penningen daar van provenieerende, by de Supplianten, haare Succesfeurs in officio, derzelver Participanten, haare Erven en Nakoomeiingen, mitsgaders haar Regtverkrygende, te moogen wor¬ den geëmployeert tot encouragement van de Droogmaaking in het voorfz. Octroy seëxpresfeert: Is goedgevonden en verftaan,de Supplianten mits deefe te authorifeeren, om te moogen ontfangen*fom door haar, derzelver Succesfeurs m officio, haare Participanten Erven, .Nakoomelingen, en Regtverkrygende te worden geëmployeert tot de voorfz. droog' maakmg) de Afkooppenningen , dewelke by Afkoop van het Moolen-, Mergen-, enP. nninggeld, ordinaris en extraordinaris Verponding, teek- of binnenlandfche kosten zullen provenieeren van zoodanige i anden of Akkeren, die als nog in den Ring'van de voorfz. droogmaaking breeder in der Supplianten Octroy bepaald, onverveent gevonden zouden moogen worden, en zulks geenfins van Landen buiten den Ring van de voorfz. drooo-maaking, hoe zeer ook in der Supplianten Ambagt geleegen. Wordende der Supplianten verder of nader verfoek geweefen van de hand. 3. Oélroy van de Staaten Generaal, tot het bedy- ken van zekere Schorren en Slyken, leggende voor de Polders Cambron, Huift er - Jmbagh Den o >iy 1753- By refumtie gedelibereerd zynde op een Misfive van den Raad van Staate, gefchreeven in den Hage den dertienden der voorleede maand, houdende,ingevolge en tot voldoemnge van haar Hoogh Mogende Refolutie van VIII. Deel. den een en twintigften February laatsleeden^ derzelver Advis op de Requefte van de Admodiateurs van de Schorren en SJycken, leggende voor de Polders Cambron , Hulfter-Ambagt, op Odroy van haar Hoogh Mogende ifi Ccccccee daë#  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en drdogtiiakinsié &c. iqg>7 4» O&roy 9 door de Staaten van Holland ver- leend aan Schout en dmbagtshewaarders van Stompwyk, tot het Bedyken en Droogmaken van een gedeelte yan de Damhouders - Polder. Den ó Mey 1758. Gedelibereerd zynde op het agtfte Point: van de jegenwoordige Befchryving, en zulks op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden en Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, van den 8 Maart deefes jaars, hebbende in gevolgd en tot voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 3 September 1757 geëxamineert de Requeste van Schout en Ambagtsbewaarders van Stompwyk, verfoekende om reedenen by defelve geallegeerd in fubftantie, haar Edele Groot Mogende Oélroy tot het bedyken en droogmaaken van een gedeelte van de Damhouders Polder, geleegen tusfehen de Stompwyker Weg en de Vlieth, onder den Ambagte van Stompwyk , in Rhynland , zoo verre defelve als nu byna tot Water is gemaakt, groot omtrent een honderd en . veertig Mergen: En voorts tot uitvoering van dat werk zoodanige Gratiën, Vrydommen en Concesfien, als by de Requeste ftaan geëxpres leert. Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de respeétive Steeden, uit de naam en van weegens Burgemeesteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mogende confenteeren en bewilligen by deele, om ten behoeve van alle de ondemeemers van het voorfz. werk en derfelver Participanten, hunne Succesfeurs respeétive, Erfgenaamen, of regtverkrygende , te verleenen Oétroy tot het bedyken en droogmaaken van een gedeelte van de voorfz. Damhouders Polder, en ook te approbeeren het Projeéf. van Bedykinge en Droogmakerye, zoo en in dier voegen als het zelve aan het einde deefer is geinfereert, met bevel, dat hetzelve van nu aan zal moeten verftrekken tot een perpetueel Reglement en Rigtsnoer voor de Bedykers en meede Participanten, en alle andere Geinteresfeerdens, wie het ook zoude moogen zyn. Wyders te accordeeren vrydom van de ordinaris Verponding, des dat voor het ingaan van defelve Vrydom ter Finantie van haar Edele Groot Mogende zullen moeten werden overgegeeven fpecifique en behoorlyk gecertificeerde Lysten van de Landen de voorfz. Vrydom zullende genieten, met het beloopen van defelve Verponding, en dat ook de oude verfchuldigde Verpondingen zullen moeten werden betaald tot den dag van het ingaan der voorfz. Vrydom; voorts meede Vrydom van den veertigften Penning en tiende verhooging van de verkooping en Hypothecatien van0 de droog te maaken Landen in de Polder geleegen,- mitsgaders van de Imposten op het Oorgeld van de Paarden, Hoornbeesten, bezaaide Landen, Koehouders Zout, en groove waaren, mits dat, onverminderd de Vry dom der voorfz. Gecolleéteerde Middelen, den inhoud van het Generaal Plaeaat, de generaale en particuliere Ordonnantiën op defelve Middelen applicabel, zoo ten opfigten van het haaien van Billietten, en het laaten doen van aanteekening als andere precautien , precifelyk zullen moeten werden nagekoomen op de pcenaliteiten daar inne gemeld, alles voor den tyd van twintig jaaren, aanvang neemende na het eerfte jaar, dat vrugten van de drooggemaakte Landen zullen zyn getrokken, mits dat daar van ter Finantie als vooren ook behoorlyk bewys zal moeten werden overgeleéverd; en wyders meede nog Vrydom van de novale Thienden, mitsgaders van alle Graaffelykheids Tollen voor alle de Materialen, dewelke tot alle de werken en werktuigen van deefe Bedyking en Droogmaaking zullen werden vereischt, des dat deele Vrydom van Tollen zal cesfeeren met de effeélive voltrekking der voorfz. Droogmaakerye, waar van ook by de Supplianten behoorlyke bekendmaaking aan de Heeren Gecommitteerde Raaden zal moeten werden gedaan. En eindelyk meede nog vrydom van de Ordinaris enExtraordinarisRhy nlands Mergengelden voor den tyd van vyf jaaren, na het voltrekken van de voorfz. Bedyking en Droogmaaking, en dat van de nombre van een honderd vier en veertig Mergen vyf honderd drie en veertig Roeden, zynde naaftrek van de overige heele Landen , geleegen tusfehen de Ringdyk en Binnekade-, en het geene de Steeden Delft en Leyden tot het Trekpad hebben ingenoomen, als meede het geene in de Starrevaards Polder reeds is gecomprehendeerd, de eiïective grootte waar meede de Landen in de Damhouders Polder tot nog toe in het Rhyniands Mergengeld zyn contribueerende, mits na expiratie der voorfz. vyf jaaren weeder in het zelve contribueeren na proportie van een honderd zeeven en tagtig Mergen, en vier honderd vyf en twintig Roeden, als zynde den aanfiag waar na de Damhouders Polder van ouds heeft gecontribueert. Verders aan de Supplianten te permitteeren, omme ten behoeve van deefe Bedykinge (onCccccccc 2 der ringh van den Polder met een Kaart figuratif daar annex, en een Copie daar van aan den Raad van Staate toetefenden, mitsgaders een andere Copie over te brengen aan het Comptoir van 's Lands Verpondingen.  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 1305) de geheele Landen in de Stookpolder, fluitende aan den Broekvveg, langs de voorlz. Broekweg tot aan of over' de geheele Landen van Benthuifen in het zeevende Bun , tot aan de Hoogeveenfe Vaart, door de Hoogeveenfe Vaart over de Landen in het Bun in Benthuifen tot den Haiènvoudfchen Bent, en de geheele Landen van de Delfpolder onder Haferswoude over de Westvaart langs de geheele Landen van de Gerneenewegfe Polder tot aan het Land van Af aarten Zonneveld > voorts door het gemelde Land zuid op over dc oude Kade van de voorfchreeve Gerneenewegfe Polder tot aan de nieuwe Vaart agter den Dorpe van Haferswoude; voorts langs de nieuwe Vaart west op tot over dex West vaart, voorts zuid op langs defelve Westvaart over de voorweg tot aan het Erf van den Heer Gerard Spoors, gaande agter het voorfchreeve Erf om, wederom tot aan de Voorweg, voorts langs defelve Weg of fluis - Erven Oost op tot aan de Vaart, beginnende agter het Erf van Olivier Bloemendaal, ten zuiden van defelve Vaart oost op langs de voorfchreeve Vaart agter het Dorp, de Pastorye, en het Oosteinde van Haferswoude, fluitende aan de Akkers aan de Voorweg, voorts over de voorfz. Voorweg langs de Kade van de Butterpolder noord op, en zoo voorts langs defelve Kade oost op tot aan het Land van den Heer Gerard Spoors, voorts langs het voorfchreeve Land weeder zuid op tot aan de Voorweg, en dan vovdevs weederom oost op langs de Voorwég tot aan of over de geheele Landen fn de Watergang, zuid op tot aan de Plasfen, en dan voorts over de geheele Landen oost op tot het Land van Paulus Batelaan, langs het zelveLand zuid op tot aan den Agterweg, langs defelve Agterweg oost op tot aan het Erf van Kryn van der Zyden, ten westen van het voorfchreeve Erf, en het daar aan volgende Land van denfelven van der Zyden tot de Landfcheiding van NoordWaddinxveen, verder langs defelve Landfcheiding oost op tot aan deNoord- Waddinxveenfche weg, voorts over defelve Noord-Waddinxveenfche weg tot in de Voorosfe of Binnepolder van het Blok Snydelwyk Buiteweg aldaar, gaande zoo vervolgens oost op over de geheele Landen , bezyden en ten zuiden van de Zuid Booven - Boefemkade van de generaale Gecombineerde te doene Droogmaaking, tot zoo verre confent tot het Veenen in het gemelde Blok Snydelwyk is verleent toe, van daar zuid op over de geheele Landen van het zelve Blok Snydelwyk , en van het Blok Peulye, als meede van de Vrye Heerlykheid St Huiberts Geregt tot in een Akker van den Heer van NoordWaddinxveen, geleegen aan en ten noorden de Kerkvaart, van daar west op over de Landen en Akkers ten noorden de voorfchreeve Kerkvaart geleegen tot in een Akker van de Weduwe Jacobus Koot, by en agter het Dorp van Noord-Waddinxveen, gaande van daar noord op agter de Huis - Erven en Akkers j geleegen ten oosten de Wegfloot of Watering van Noord-Waddinxveen tot aan den Dyk, ten zuiden de gemelde Booven-Boezemkade van de voorfchreeve gecombineerde generaale te doene Droogmaaking toe, fpriögehda van daar west op over de Nopj^-W«düinxveenfe weg, tot op dc Landfcheiding van NoordWaddinxveen, voorts van delèlveLtódfcheidinfl zuid op langs en ten westen de voorfchreeve Noord-Waddinxvecnfe weg, tot in een Ambagts - Akker geleegen ten noorden van Maarten Tol, en vervolgens ten westen agter de Pluis - Ei ven in het Dorp van Noord-W addinxveen tot de Dorrekade, groot volgens opgaaf der Supplianten omtrent vier duyfend twee honderd en tagtig Mergen, en voorts tot uitvoering van dat werk zoodanige Gratiën, Vrydommen en Concesftcn, ais by defelve Requeste zyn gemeld. Ba voorts ook gedelibereerd zynde op her nader Advis van de Hee en Gecommitteerde Raaden, en Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, ter Vergadering ingekomen den 7 February deefes jaars, geformeert ter voldoeninge aan haar Edele Groot Mog. Appoindement van den 15 December van-het voorleede jaar op de nadere Requeste van de voornoemde Supplianten, waar by defelve hebben voorgedraagen verfcheide confideratien op het eerstgemelde Advis van de Keeren Gecommitteerde Raaden en Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, en verfogt, dat aan haar Supplianten tot encouragement van de voorfchreeve Droogmaaking meerder voordeele» en gratiën mogten worden geaccordeert, als waar voor by het voorfz. eerfte Advis is geadvifeert; Pi ebben de fleeren van de Ridderfchap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden van de respective Steeden, uit de naam cn van weegens Burgemeesteren en Vroedfchappen van defelve Steeden, geconfenteert en bewilligt, zoo als haar Edele Groot Mogende confenteeren en bewilligen by deèfe, om ten be< hoeve van alle de onderneemers van het voorfz. werk en derfelver Participanten, hunne respeétive Succesfeurs, Erfgenaamen of Regtverkrygende, te verleenen Oétroy tot het Bedyken en Droogmaaken van de Plasfen breeder hier vooren gefpecificeert, en te approbeeren het Project-Reglement van de Droogmaakerye, en de particuliere Reglementen by de Supplianten overgegeeven, dog zoodanig en in dier voegen als defelve ten meesten dienste zyn verandert en aan het einde deefer geinfereert , met bevel dat defelve van nu aan vullen moeten verftrekken tot perpetueele Reglementen en Rigtfnoeren voorde Bedykers en Meede Participanten en alle andere Geinteresfeerdens , wie het ook zoude moogen zyn. Wyders aan alle de Landen, Gronden en Wateren, ingevolge van het eerfte Articul van het Reglement, binnen den geheelen Ringdyk te fluiten, en zulks ook de teegenwoordige nog ongeveende Landen, geleegen in de Butterpolder onder Hazerswoude, en indeVoorosfche Polder onder Noord-Waddinxveen, voor zoo verre in deefe Bedyking. ftaan getrokken Gcccccce 3 té  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 131 i ne de in te dyken Landen jegenwoordig aan Rhynland betaalen , aanvang neemende, na dat de Bedyking voltrokken, ende Kaveling der Landen zal zyn gemaakt, als wanneer meede nietwes meerder zal behoeven te worden betaald weegens zoodanige Huivers per mergen als de Ambagten van Noordwaddinxveen en Benthuifen jeegenwoordig weegens hunne Viswateren aan Rhynland moeten opbrengen, mits na expiratie der voorfchreeve jaaren de Supplianten in de Mergengelden contribueeren met zoo veel Mergentaalen als ieder Ambagt, Polder of Diftriét in de Bedyking als dan groot bevonden zal werden, volgens mee tinge doot den Landmeeter van het Hoogheemraadfchap van Rhynland by de verkaveling der Landeryen te doen. Verders aan de Supplianten te permitteeren , om ten behoeven van deefe Bedykinge onder verband van de Actens Obligatoir, welke weegens de opgebragte ftuivers waarborgen afkoop - penningen tot fecuriteit der betaalinge van de Gemeene Lands en Rhynlands lasten der Landen in de Droogmaakerye geconprehendeert, zeedert den jaare 1680 ten Comptoire van het Hoogheemraadfchap belegt zyn, te moogen negotieeren zoodanige fomme, als het montant van deefe gemelde Capitaalen importeert, bedraagende volgens overgeleeverde gecertificeerde Lysten van de Supplianten: "Weegens Hazerswoude ,1 1 ^ Oud Capitaal -■ ■ di 843 19} o Nieuw Capitaal « > 48400 oj o Weegens Benthuifen, I Oud Capitaal ■ 1 24337 o o Nieuw Capitaal 393 ©, o Weegens Noordwaddinxveen, Oud Capitaal ■ 31701U012 Nieuw Capitaal * 45791 11 lS Weegens Zoeterwoude Oud Capitaal 16742 2 6* Nieuw Capitaal : 11235 j_8 En dus in het geheel zoo aan Oud als aan Nieuw Capitaal, een fomme van tweemaal honderd veertig duifend vier honderd vier en veertig guldens agt ftuivers en neegen penningen, met deefe bepaaling nogtans, dat de Supplianten telkens, alvoorens eenige negotiatie in maniere voorfchreeve te mogen doen , aan de fleeren Gecommitteerde Raaden en Hoog Heemraaden van Rhynland zullen moeten bewyfen, dat twee derden van de gemaakte kosten by de Participanten in deDroogmaakerye en Bedyking zyn gecontribueert, zulks de te negotieeren Penningen niet verder zullen ftrekken dan tot fuppletie van het overige derde, zoo nogtans, dat de Supplianten alvoorens aan die conditie te hebben voldaan, zullen vermoogen ten behoeven van de geheele Bedyking twintig duifend guldens onder verband als vooren te negotieeren, mits dat alvoorens door de Supplianten ten behoeven van het gemeene Land van Holland, en het Hoogheemraadfchap van Rhynland, ter Secretarye van het zelve Hoogheemraadfchap werde verforgt een Aéte van Borgtogt in gewoone wyfe gepasfeert, waar by twee Perfoonen (Scabinaal gejuftificeert hier toe gegoed te zyn) . zig op de kragtigfte wyfe verbinden, om (ingevalle deefe Bedykinge geen voortgang mogte hebben, of by onverhoopt toeval niet tot volkoomen effect gebragt warden) de voorfchreeve fomme van twintig duifend guldens ten allen tyde als zy daar toe, het zy door »Heeren Gecommitteerde Raaden , of Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland gerequireert werden, ter Secretarye van het Hoogheemraadfchap van Rhynland in gereede en gangbaare Zilvere Gelden te fourneeren en voldoen, ten einde deefe genegotieerde penningen aan die geenen, welke defelve hebben opgefchooten,kunnen werdengereftitueert. En zal jaarlyks, te beginnen met dat jaar in welke de eerfte Vrugten van de bèdykte Landen genooten zuilen zyn, een veertigfte part van de voorfchreeve genegotieerde fommen moeten werden afgelost, van welke gedaane aüostmge jaarlyks door de Supplianten een behoorlyke blyk aan Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland zal moeten werden geëxhibeert, op poene dat by eenig mancquement van de voorfchreeve jaarlykfehe aflosfmge, Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland voornoemt de manqueerende fommen by pandinge en executie van de Eigenaars der bedykte gronden, volgens de Keuren van het Hoogheemraadfchap van Rhynland , zullen moogen profequeerem Voorts voor zoo verre aanbelangt het verfoek van de Supplianten, dat zy by haar Edele Groot Mogende ieder in den zynen moogen werden geauthorifeert, om weederom te aanvaarden alle zoodanige Gronden en Wateren binnen de Bedyking en Droogmaakerye geleegen, als defelve ten behoeven van het Gemeene Land zouden moogen hebben geabandonneert en getranspörteert, defelve Gronden en Wateren aan de Ambagten, waar onder resforteeren, weederom te cedeeren, met het Capitaal der Stuiver- en Waarborg Penningen daar aan behoorende, en de Supplianten 1 te ordonneeren , permitteeren en authorifeeren , van defelve conform de voorfz. Reglementen te mogen en moeten bedyken en droogmaaken. Als meede ook te mogen gebruiken de by, aan, en omtrent geleegen Landen, Gronden en Wateren, die zy tot uitwateringe haarer Moolens , Moolenboefems, Moolenwerven, mitsgaders het leggen van den Ommendyk van nooden zouden moogen hebben, mits de Eigenaars van dien, en allen anderen, die door S de voorfchreeve haare Werken eenige fchaade of  Behelzende Odroyefc tot bedjfkingé en droograatdngé, &c. 1313 Wordende der Supplianten verdere ofandere Verfoeken geweefen van de hand. Generaal Reglement tot het Bedyken en Droogmaaken van de Plasfen en 11 ra ter en, als meede op de beheer in ge van die Droogmaaking, geleegen in Je refpe&ive Hooge- en AmbagtsMerlykheeden van Hazerswoude, Benthuifen, NoordJVaddinxveen, Jloogcveen, Sott er wonde en Benthurn, te faamen gecalculeert groot te zyn vier duizend twee honderden tagtig mergeth Art. t. De Ringdyk van deefe Bedyking zal begonnen werden van den Dorpe van Noord-Wad* dinxveen langs de Dorrekade en den Dyk van de Honderd Mergen en Wilde Veenen, genaamt de Oost- en Noord-Landfcheiding ^ van daar langs de Rotterdammer Landfcheiding, en langs de Oostkaade, tot aan en langs de Geering van Zegwaart, en ten Noord-Oolfen de Slootweg tot o ver de Gelderwondfche Weg, ten Zuidwesten langs en door de Kaade-Camp, tot omtrent de Elleboogfche Moolen, van daar fchuins op over de geheele Landen van de Nieuwe Gelderswoudfche Polder tot aan de Oude Gelderswoudfche Moolen, van de voorfz. Oude Gelderswoudfche Moolen over de geheele Landen, tot aan de Kerkban, en door de Kerklaan heen over de geheele Landen in de Strookpolder, fluitende aan de Broekweg, langs de voorfchreeve Broekweg tot aan of over de geheele Landen van Benthuifen in het feevende Bun tot aan de Hogeveenfehe Vaart,door de Hogeveenfche Vaart, over de Landen in het tiende Bun in Benthuifen tot den Hazerswoudfehen Bent, en de geheele Landen van den Dèlffpóider, over Haferswoude, over de Weftvaart, langs de geheele Landen van de Gemeene Wegs Polder tot aan het Land van Maarten Zonneveld, voorts door het gemelde Land van Maarten Zonneveld Zuid op over de Oude Kaade van de voorfz. Gemeene Wegs Polder tot aan de Nieuwe Vaart agter den Dorpe van Hazerswoudevoorts langs de Nieuwe Vaart Weft op tot over de Weftvaart, voorts Zuid op langs dezelve Weftwaart over de Voorweg tot aan het Erf van den Keer Gerard Spoors, gaande agter het voorfchreeve Erf om, wederom tot aan de Voorweg; voorts langs defelve Weg of Huis-Er ven Oost op tot aan de Vaart, beginnende agter het Erf van Olivier Bloemendaal , ten Zuiden van dezelve Vaart Oost op langs de voorfchreeve Vaart, agter het Dorp*, de Paftorye en het Oosteinde van Hazerswoude, fluitende aan de Akkers aan de Voorweg, voorts over de voorfchreeve Voorweg langs de Kaade van de Butterpolder Noord op, en voorts langs defelve Kaade Oost op tot aan het Land van den Fleer Gerard Spoors, voorts langs het voorfz. Land weeder Z ui Viiï. Deel. óp tot aan de Voorweg, en dan verders wederom Oost op langs dc Voorweg, tot aan of over de geheele Landen in de Watergang, Zuid op tot aan de Plasfen, en dan voorts over de geheele Landen Oost op, tot het Land van Paulus Batelaan, langs het zelve Land Zuid op tot aan den Agterweg, langs defelve Agterweg Oost op tot aan het Erf van Cryn van der Zyden, ten Westen van het voorfchreeve Erf, en het daar aan volgende Land van den zelven van der Zyden tot de Landfcheiding van Noord-Waddinxveen, verder langs defelve Landfcheiding Oost op tot aan dc Noord-Waddinxveenfche Weg, voorts over defelve Noord - Waddinxveenfch'e Weg tot in de Vooroffche- of Binnepolder van het Blok Snydelwyk Buiteweg aldaar, gaande zoö vervolgens Oost op over de geheele Landen, bezyden en ten Zuiden van de Zuid BoovenBoefem-Kaade van de generaale gecombineerde te doene Dróögmaaking, tot zoo verre confent tot het Veenen in het gemelde Blok Snydelwyk is verleend toe, van daar Zuid op over de geheele Landen van het zelve Blok Snydelwyk en van het Blok Peuleye, als meede van de Vrye LIeerlykheid St. Huyberts Geregt tot in een Akker van den Heer van Noord-Waddinxveen, geleegen aan en teri Noorden de Kerkvaart tóe, van daar West op over de Landen en Akkers ten Noorden de voorfz Kerkvaart geleegen, tot in een Akker van de Weduwe Jacobus Koot, by en agter het Dorp van Noord-Waddinxveen, gaande van daar Noord op agter de Huis-Ervén en Akkers geleegen ten Oosten de Weg Sloot of Watering van Noord-Waddinxveen tot aan den Dyk, ten Zuiden de gemelde Booven Boezemkade van de voorfchreeve gecombineerde generaale te doene Dróögmaaking toe, Ipringende van daar West op over de Noórd-Waddmxveenfche Weg, tot op de Landfcheiding van Noord-Waddinxveen, voorts van defelve Landfcheiding Zuid op langs en ten Westen de voorfchreeve Noord-Waddinxveenlche We<* tot in een Ambagts-Akker geleegen ten Noorden van Maarten Tol, en vervolgens tèn Westen aster de Huis-Erven en het Dörp van Noord-Waddinxveen tot de Dorrekade, bevattende in zyn omkring omtrent vier duifend twee honderd en tagtig Mergen. I I. De Ringdyk zal geligt en onderhouden moeten werden ter hoogte van twee voeten booven het ordinaris Maayland, waar van een Peil of Merk door den Landmeeter van het Hoogheemraadfchap van Rhynland zal werden geflaagen, breed van booven twaalf voeten, en buyten en binnen af doceerende, op de drie voet een voet vallende, en daar de Dyk teegens den Ringfloot aankomt, zal de Buitenbarm breed moeten zyn twaalf voeten. Ten zy Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland by vervolg oordeelden, dat hooger en fwaarder moeten zyn, om buiten gevaar en fwaarigheid te weefen, welke ordres zy ten allen tyden zullen gehouden zyn punétueeDddddddd ]yk  Behelfende O&royen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 131 g Een te Hoogeveen. Een te Soeterwoude. en Een te Renthorn. Dog de Befteedingen van de respective Werken zullen gedaan werden in de Ambagten of Diftriéten, daar die Weiken onder geleegen zyn of toebehooren. X I h Ieder Ambagt zal de betaaling doen van die Werken, die onder zyn Diftriét in de gemeenfchap gemaakt werden, en zullen daar toe in ftaat geftelt werden door de andere Ambagten, die haar quote in die Werken, volgens den omflag een maand na dat de befteeding zal zyn gedaan, aan dat Ambagt zullen moeten ter hand ftellen. XIII. Zal een vasten Toefiender in de gemeenfchap werden aangefteld, en zyn Traétement jaarlyks gereguleert, tot dat de verkaaveling in alle de Ambagten en Diftriéten zal zyn gedaan. X I V. Zullende alvoorens een Reglement geformeert worden, waar na die Toefiender zig zal moeten gedraagen. X V. Ieder Ambagt of Diftriét zal op zyn eigen credit en rifico Negotieeren de Capitaalen, die i het zelve weegens zyne contribueerende Met- | gentaalen tot de Droogmaaking noodig heeft, zonder de Interesfen daar van ten lasten van de Droogmaaking te moogen brengen, of verkiefen de Participanten en Inteekenaars voor haar particulier Diftriét te neemen, zal zulks vry ftaan, op alfulke Conditiën van inteekening als dusdanig Ambagt goedvind, mits niet contrarfeerende het Octroy van haar Edele Groot Mogende, of dit Reglement. X V I. Ieder Ambagt of Difttict zal alleen aanfpreekelyk zyn voor de Penningen die het zelve volgens den omflag over haare contribueerende Mergentaalen zal moeten opbrengen, en niet voor de Penningen die door de andere Ambagten of Diftriéten op gelyke wyfe weegens het Droogmaaken moeten werden opgebragt. XVII. Dus zullen de Capitaalen van de Stuivergelden, Afkoop-of Waarborg Penningen, ieder Ambagt in het particulier toebehoorende, als meede de droog te maakene Gronden, onder ieder Ambagt geleegen, niet moogen geëmployeert nog geaffeéteert werden , om daar op voor de generaale Droógmaakinge te negotieeren. XVIII. De Akkers en Landen, teegenswoordig aan Particulieren toebehoorende, waar ovér de Ringdyk van de gecombineerde Droogmaaking zal moeten vallen, zullen, het zy ge- j heel of gedeeltelyk, door de generaale Droog- 1 maaking aangeftaan, en aan derfelver Eigenaars ! ter tauxatie van Dykgraaf en Hoogheemraaden" van Rhynland, daar voor vergoeding gedaan werden. X I X. Als meede aan de particuliere Eigenaars vari de Gronden en Pluis - Erven, waar door en op de Vaarten en Dyken in de respective Diftriéten zullen gemaakt werdem X X. Tot Waarborg van ieder Mergen Land dat verveend zal werden, in deefe bedykinge re trekken, zal aan Schout en Ambagtsbewaarders, onder wiens Diftriét zyn leggende, door de Eigenaars der onverveende Landen opgebragt, en ten Comptoire van Rhynland belegt moeten werden vier honderd Guldens de Mergen, of voor ieder roede Slik die daar uit zal werden getrokken twee ftuivers, en in gevalle defelve twee ftuivers per Roede zoo verre niet zouden toereiken, als dan voor dat defelve Landen geheel'uitgeveentzyn het kort te fuppleeren tot defelve vier honderd guldens de Mergen toe, welke vier honderd guldens altoos op die uitgeveende Gronden tot waarborgpenningen zullen moeten blyven ftaan, zonder ooit geheel of ten deelen opgenoomen te moo¬gen werden. En zullen ten dien einde na het bekoomen van het Oétroy, den Ringdyk afgebaakent zynde, de onverveende Landen door den Landmeeter van Rhynland werden gemeeten, als meede de afgefneede Landen buiten de bedyking, in zoo verre als zulks tot de verdeeling der Verponding en verdere lasten van de binnen en buiten gedykte Landen noodig bevonden zal werden. XXI. Ieder Ambagt of Diftriét behoud aan zig de vryheid , om onder approbatie van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rynland, over het Veen , zoo van Akkers als Landen binnen den Ringdyk onder haar Diftria geleegen, zoodanige particuliere fchikkinge te maaken, als best voor haar Ingefeetenen en Ingelanden convenieert. XXII. Als meede om onder approbatie van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, met haare particuliere Eigenaars van Wateren, Akkers &c. affonderlyk te convenieeren, het zy tot overneeming van die Goederen, of haar als Participanten aan te neemen, zoo als zyte raaden zullen worden, mits zulks met prasjudicieerende aan de Droogmaaking. XXIII. De Ringdyk geflooten zynde, zal de Visch ten voordeden van de generaale Droogmaaking in het openbaar verkogt, en het pro. venu daar van, van de generaale kosten werden afgetrokken. X X I V. De respeétive Uitwateringen der Moolens, zoowel daar de gecombineerde Droogmaaking particulier op maald, als dewelke defelve met andere Polders gemeen hebben, zullende gëduurende de Droogmaaking ten kosten van de D d d d d d d d 2 ge-  Behelzende OcLroyen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 1317 X L I I 1. De voornoemde Regenten en Officianten zullen ten allen tyden werden aangefteld door de refpeétive Heeren en Vrouwen, ieder in zyn Ambagt. X L I V. Indien nogtans eenig Ambagt of Diftriét in deefe Dróögmaaking participeerende, mogt goedvinden, haare Heemraad of Heemraaden, door haare Participanten en Ingelanden te laaten verkiefen, zal zulks vry ftaan, en dusdanig gekooren Heemraad of Heemraaden, zullen op de generaale Comparitie erkent werden, als of defelve gelyk de andere Heemraaden waaren aangeftelt. X L V. De gefamentlyke Schouten en Heemraaden zullen op kosten van de gemeene Bedykinge aanftellen een Toefiender voor één of meer jaaren, t'elkens met bepaaling van zyn jaarlyks Traclement, en aan hem alvoorens een Reglement ter hand ftellen om zig daar na te reguleeren. X L V I. De geheele Adminiftratie van de gemeene Bedyking en Droogmaakerye, met alle het geene daar toe eenigfints behoord, en fpecialyk het beraamen en ordonneeren van alle noodige Werken, het maaken en hermaaken, veranderen, of verminderen van defelve, het aangaan en fluiten van alle noodige Contraóien, Conventien , Accorden , Transactiën, het befteeden der gemeene Werken, en generalyk alles tot bedykinge eenigfmts behoorende, zal (voor zoo verre by het Oétroy of eenig ander Articul of Articulen van dit Reglement niet gelimiteert werd) geheel en al ftaan aan de gefaamentlyke Schouten en Heemraaden, welke, als Articul vyftien vermeld , zullen moogen negotieeren de Penningen noodig tot voldoeninge van de gemeene kosten, zoo ter zaake van dit Reglement, het verfoek van Oétroy, en de werkftelligmaakingeenmtvoeringe van het zelve, met den aankleeven van dien; en tot volle verfeekering en prestatie van dien, als van alle andere Contraéten en Befteedingen deefe Bedykinge concerneerende, de Landen, Wateren en Gronden, in defelve geleegen , fpeciaal moogen hypothequeeren en verbinden, mits van alle het geene voorfchreeven is doende behoorlyke reekening, bewys en reliqua , welke Reekening jaarlyks voor den eerften Mey ter Secretarye van het Hoogheemraadfchap van Rhynland moet overgeleevert werden , omme by de Heeren Hoogheemraaden geëxamineert en geapprobeert te werden, zoo als in andere Ambagten en Polders, en fpecialyk in de Ambagten en Poiders binnen deefe Droogmaakerye te trekken, tot nu toe is gepraétifeert. X L V I I. De gemelde gefaamentlyke Schouten en Heemraaden, als meede de Secretarisfen geadfifteert met den Toefiender en Boode van eene der Ambagten by tourbeurt, zullen tweemaal 's jaars eene generaale infpeétie doen o- ver de Dyken, Boefems, Togten, Moolens, Verlaaten enz. in het generaal over alle Werken, welke ten kosten van de geheele Gecombineerde Bedyking worden onderhouden. X L V 1 i 1. Van allë nieuwe Werken en Reparatien, concerneerende de voorfchreeve drooggemaakte Gronden, dewelke in het een of ander Ambagt of Diftriét zullen moeten gemaakt of gedaan werden, en waar van de kosten na calculatie van den Toefiender zullen excedeeren een fomme van twee honderd en vyftig guldens, daar van zal door den Secretaris van dat Ambagt, waar in dusdanig een Werk moet werden gemaakt, een ampele Memorie werden geformeert, en het Werk geen uitftel tonnende lyden, die Memorie overfenden aan de Schouten van de andere Diftriéten, beneevens de bepaaling van den dag om een generaale Comparitie daar over te houden in loco daar het Werk zal worden gemaakt. X L I X. Van alle diergelyke nieuwe Werken en Reparatien, die egter zoo presfant niet zyn, zal op gelyke wyfe op de vaste generale Comparitie-dagen een Memorie werden overgegeven, en als dan daar over gerefolveert worden, zoo als tot welzyn van de Polder zal behooren. L. Gelyk ook van alle verdere Werken, die op de voorfz. generaale Comparitien by de refpeétive Schouten en Heemraaden zullen worden beraamd. L I. Driemaal 's jaars zal een ordinaire Comparitie gehouden werden door alle Geinteresfeerde Ambagten, als namentlyk: In April tot het inlpeéteeren van de Moolens , Verlaaten, Boefems, Togten, enz. In April tot het doen van den Omflag en Reekening. In Oétober tot het infpeéteeren van den Ringdyk; enz. L I J, Welke ordinaris Comparitien zullen gehouden worden in Hazerswoude. Benthuifen. Noord-Waddinxveen. Hoogeveen. Soeterwoude. En Benthorn; by tourbeurten. L I I I. Dog de extraordinaire Comparitien weegens zaaken die presfant zyn en geen uitftel konnen lyden, zullen gehouden worden ter plaatfe daar de infpeétie te doen of de Werken geleegen zyn en onder hooren. L I V. Op alle zoo ordinaire als extraordinaire Comparitien zullen moogen teegenswoordig zyn; Weegens Hazerswoude. De Schout, vier Heemraaden en Secretaris. Dddddddd 3 Wee-  Behelzende O&royen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 1319 uen, en een overltaan van de respective rieeren der geinteresfeerde Ambagten of derfelver gequalificeerden, in gevalle defelve prefenc willen zyn, L X X. Defelve respective Reekeningen, Omllaagen en Repartitien van deefe gecombineerde drooggemaakte Polder, zullen jaarlyks bencevens de Copiën van dien, werden opgemaakt en gefchreeven door de Secretarisfen by tourbeurten, en daar voor defelve Secretarisfen in eens in Reekening geleeden worden vyf en zeeventig guldens, behalven de Zeegels. L X X I. Dus den eerden omflag, repartitie en Reekening , zal werden opgemaakt door den Secretaris van Benthuifen, het derde jaar door den Secretaris van Hoogeveen, het vyfde jaar door den Secretaris van Soeterwoude, het zesde jaar door den Secretaris'van Benthorn, het zeevende jaar weederom door den Secretaris van Haferswoude, en zoo vervolgens ieder jaar volgens deefe gefielde ordre. L X X I I. De Verpondingen, Mergengelden, Dorpsen andere lasten, waar meede de drooggemaate Gronden onder ieder Diftriét, tegenwoordig of in het toekomende mogten zyn belast, zullen particulier in ieder Ambagt gedirigeerd worden, zonder dat de andere Ambagten, uit hoofden van de hier vooren gereguleerde gemeenfchap , daar over, of in, iets zullen ce zegsen hebben. L XX II I. Alle de Buitenvaarten in deefe gecombineerde Droogmaaking geleegen, zullen door alle de geinteresfeerde Ambagten, vry en overhinderd moogen gebruikt werden, zonder eenige lasten daar voor te betaalen. L X X I V. De te bedyke Landen zuilen zyn en blyven onder het oppergefag van de Wel Edele fleeren Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland , zullende booven dien de decifie van alle questien en differenten, zonder onderfcheid, refulteerende uit het Oétroy, dit Reglement en de respective Contracten, relatie hebbende tot de voorfz. Dykagie en Doogmaakerye, mitsgaders tauxatie van Landen en Effeéten, ten dienfte van deefe bedyking nodig, by het Collegie van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland , na verhoor van parthyen geinteresfeerdens, de plano, en by arrest, zonder appellatie of eenigerhande provocatie gedaan werden. Particuliere Articulen, welke by die yan Haferswoude zyn opgegeeven, en aan haar doêr de gefaamentlyke DroQgmaakers zyn geaccordeert. Art. I. De Westvaart gaande tusfehen de geheele Landen van de Delf-en Gemeenewe^s Polder zal aldaar blyven, en moeten correspondeeteu met de te fchieten Ringfloot. I I. In de Pisweetering ten westen de Westvaart, zal op kosten van de gemeene droogmaaking een Verlaat moeten geftooken worden, ten dienste van de geheele Landen in de Delfspolderen den Bent, lang vyftig Voeten, en wyd neegen Voeten, zullende door de gecombineerde Droogmaaking moeten beforgt worden , dat die Landen behoorlyk bemaalen worden. I I I. Als meede op gelyke kosten en dienste van de Generaale Uitvaart van die van Haferswoude , het jeegenwoordige Verlaat thans wyd tien voeten, en hoog van de onder - tot de boovendorpel twaalf Voet drie en een halve duym, lang tusfehen de flagbinten een en zestig voet en vier duim, doen maaken ter lengte van twee en zestig voeten, wyd elf en een halve voet, en hoog boven het Soomerpyl zes voet. I V. Deefe beide Verlaaten zullen altoos door de Generaale Gecombineerde Bedyking onderhouden worden. V. Tusfehen den Dyk beginnende uit de nieuwe Vaart en gemeene weg, zal op gemeene kosten gemaakt worden een Vaart ter wydte van twee en een halve roeden, en diep vyf voeten, gaande door het Land van Maarten Zonneveld, en de geheele Landen van de GalgPolder, ten noorden van den Dyk, encorrespondeerende in de Westvaart. V I. Op kosten van de voorfchreeve Droogmaaking, zal ten oosten en noorden van de voorfchreeve nieuw te maaken Vaart, het noodige Land ter breedte van twee roeden werden aangekogt, om door die van Haferswoude op haar eige kosten tot een Jaag - of Trekpad te worden gemaakt, beginnende van de gemeene weg langs deRingsloot, en noord op, tot het Verlaat neevens de Westvaartfche Moolen. V I I. Ten dienste van de Ingelanden van den Bent, zal door de drooggemaakte Grond ter breedte van agtien voeten, een Ryweg na den Bent werden gemaakt op kosten van de Gemeenfchap , dog het onderhoud en voordeel van den Weg zal zyn voor die van den Bent. VIII. Indien noodig bevonden werd een Brug of Hoofde te fteeken in defelve Weg, om het Water na de Moolens te doen pasfeeren, zal de voornoemde Brug of Hoofde door de gemelde Dróögmaaking gemaakt en onderhouden werden. I X. Alle Gemeene en Heere - weegen, onder Haferswoude in deDroogmaakinge, moeten werden aangerolt tot op de breedte van vier en twintig voeten, en door een Sloot in de Landen neevens deefe Wegen geleegen, van defelve werden afgefchooten, dog het zelve gedaan zynde, zullen die Wegen koomen tot baate en fchaade van den Heer of het Ambagt,  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en droogmakinge, &c. tm gemankt worden om het Water, in de Vaart, om het Dorp te ververfchen en te ontlasten V. De Benthuifers - en Gooltjes-Brugge, voor zoo veel die aan het Ambagt behooren, zullen ten voordeele van de generaale Combinatie werden overgegeeven. V I. De Gemeene- en Heere-Wcg in Benthuifen, zal ten kosten van de Droogmaakinge moeten werden aangerold tot op de breedte yan vier en twintig voeten, en door een Sloot in de "Landen neevens deefe Weegen geleegen , van defelve werden afgefchooten, dog het zelve gedaan zynde, zullen die Wegen komen tot baate en fchaade van die geen, die dezelve jegenwoordig is onderhoudende. V I I. Het Verveenen van dezelve zal aan die van Benthuifen vry ftaan, mits zig daar omtrent declareerende, voor en al eer defelve door de Droogmaakinge in voege voorfz- is aangerold, en by Verveeninge betaalende de Waarborg-Penningen, en verders zoo als van de verdere te verveene Landen binnen de Bedykinge zal worden gedaan: welke Verveeninge egter niet zal vermoogen te gefchieden voor dat de Grond uitgemaalen en alvoorens een andere bequaame Weg gemaakt is, in plaats van de voorige. Vilt. De Moolens op de Hoogeveenfche Vaart uitmaalende , als meede de HoogeveenfcheVaartfluis, zullen zyn onder de direétie van die van Benthuifen, en zal de voorfz, Hoogeveenfche-Vaartfluis, zoo ras de Hoogeveenfche Vaart zal afgeflooten zyn, geheel en al koomen voor reekening van de generaale Droogmaaking. I X. De Visfcheryen in de Hoogeveenfche Vaart, of fchoon defelve tot des Polders Boe- / fem word gemaakt, bVyft aan de Wei-Edele 1 Groot Agtbaare Heeren van Benthuifen. X. Op de beide Kaadens ten weerskanten de Ploogeveenfche Vaart, zullen op gemelde generaale kosten bequaame Sant-Voetpaden moeten gemaakt en onderhouden worden. X I. Ten dienfte van de Ingelanden in de agtfte en neegende Bunnen 5 zal het Burmaatfche Verlaat ter plaatfe daar het nu is ftaande, op defelve wydte en lengte als jegenwoordig is, zynde lang vyftig voet, en wyd neegen voeten, altoos door de voorfchreeve Generaale Droogmaaking onderhouden worden, en onder de direétie van Benthuifen behooren, S II. Gelyk ook ten dienste van de Ingelanden in het tiende Bun, de vrye doorvaart door een te maaken Verlaat in de Pis-Weetering onder Haferswoude aan haar altoos zal gegeeven worden, XIII. Zullende door de gecombineerde Droog- I VIII. Deel. maakmg móeten beforgt worden, dat de Landen inhet agtfte, neegende en tiende Bunnen , als meede die in het feevende Bun zoo defelve gedeeJtelyk buiten de Dróögmaaking gehouden worden, behoorlyk bemaalen werden. X I V. De Vaart beginnende van Benthuifen lan-s de Slootweg, door de Kaade-Camp tot in de Vaarlloot van de Elleboogfe Moolen, als meede het Verlaat ter lengte van twee en festig voet, wyd elf en een halve voet, en hoog boven het Soomerpeil fes voeten, daar in te fteeken, gelyk ook de Ophaalbrug, hoe- uit het bomerpeil vier en een half voet, wyd tien voeten in de Gelderwoudfche We? over die Vaart, en het geene daar toe behoort zal door die van Benthuifen en Soeterwoude te' faamen altoos worden gefchouwen, do- de direétie daar over, zal volgens onderling accord tusfehen Benthuifen en Soeterwoude jaar om jaar zyn, dus Benthuifen de directie hebbende, zal door defelve de reparatien, en het geene wyders tot de direétie behoord beforgt worden; indien nogtans als dan eenige reparatien of Nieuw Werk, excedeerende eert lomme van honderd guldens, zoude moeten werden gedaan en gemaakt, daar van zal door die van Benthuifen aan Soeterwoude kennisfe gegeeven worden, zullende dit alles meede in opdgt van Soeterwoude plaats hebben in dat jaar, wanneer aan haar de directie daar over competeert, blyvende niet te min dé beide Ambagten ook in deefe gefubjeéteert aan het geene by het generaale Reglement is geftatueert. ö XV. Zal door het beforgen van Wegen en Vaarten aan die van Hooge veen en Bent horn geene pray'uditfe aan Benthuifen aangebragt tverden in het Parochiale Regt 'van Benthuifen als van ouds over Hooge veen en Benthorn heett gecompeteert. X V I. De Recognitie welke jaarlyks door de Stad Rotterdam weegens de Doorvaart door de Weftvaart onder Haferswoude betaald word, zal daadeïyk cesfeeren, wanneer de Ring van de Droogmaaking zal geflooten zyn. Particuliere Articulen by die van Noor-d-Waddinxveen opgegeeven, en aan haar als vooren geaccordeert. Art. t Vermits de Noord-Waddinxveenfche weg ' moet dienen tot een Ringdyk van «de Gecom bineerde Droogmaking, zal defelve weg van het Noordwaardfche eind af zuid op tot in en over het Erf van de Weduwe Aelbert Voorby toe , aan de westzyde op gemeene kosten drie a vier voeten moeten werden verbreed en behoorlyk aangerold , en door de Gecombineerde Droogmaaking altoos de helfte van die geheele weg, en fpeciaal de westkant worden onderhouden, en uit de Schouw gehouden. Eeeeeeee . Qp  Behelzende Odroyen tot bedykinge en droogmakinge, &c. 1323 I L Item een Vaart, door middel vaneen Togtftoot na Haferswoude, ter wydte en diepte zoo eeven gemeld. Particuliere Articulen , by die van Zoeterwoude opgegeeven, en aan haar als vooren geaccordeert. Art. L De Gelders -Woudfche- en Broekweg zal ten kosten van de Droogmaakinge moeten wer- j den aangerold, tot op de breedte van vier en j twintig voeten, en door een Sloot in de Landen neevens deefe wegen geleegen, van de- j felve werden afgellooten, dog het zelve gedaan zynde, zullen die weegen koomen tot baate en fchaade van die geen die defelven jegenwoordig is onderhoudende. I I. Op gelyke kosten zal de vaart tegenwoordig loopende langs de Gelderswoudfche weg van het Huis van Jannetje Heydra zuid op tot in de vaart in de Kaade-Camp behoorlyk moeten werden opgemaakt ter wydte van twintig, en diepte van vier voeten beneeden de Zoomerpeil, en de Kaade aldaar verfwaart. I I I. Op generaale Gecombineerde kosten als vooren, zal in de Gelderswoudfche weg een Ophaalbrug, hoog uit het Zoomerpeil vier en een half voet wyd tien voeten, over de nieuw te maaken Vaart moeten werden gemaakt en altoos onderhouden. I V. Als meede op gelyke kosten te maaken en door de generaale Droogmaaking altoos te on* derhouden , een Verlaat by de Elleboogfche j Moolen, om uit de nieuw te maaken Vaart in of langs de Kaade - Camp te koomen in de Elleboogfche Vaarfloot; refereerende zig Soe¬ fi Oclroy van de Staaten van Holland, tot het bedyken en droogmaken van de Buitenwegfche Polder, gelegen ten noord-oosten yan den Dorpe van Zegwaard, binden den Ring van het Hoogheemraadfchap van Rhynland: benevens het Reglement tot die bedyking en droogmaking. Den o %tm I75P- J J Gedelibereerd zynde op het zesde Poinct, van de Befchryving van haar Edele Groot Mogende Vergadering van September 1758, nader gebragt in het dertiende Poinct van de jegenswoordige Befchryving, en zulks op het Advis van Heeren Gecommitteerde Raaden en Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, van den 25 Augufty 1758, hebbende, in gevolge van haar Edele Groot Mogende Appoinétement Commisforiaal van den 10 Maart 1758, geëxamineert de Requeste van Schout en Ambagtsbewaarders van Zegwaard, verfoekende, om reedenen by defelve geallegeert, infubftantie, haar Edele Groot Mo¬ gende Octroy tot het bedyken en droogmaaken van de Buitenwegfche Polder, geleegen ten Noordoosten van den Dorpe van Zegwaard , binnen den Ring van het Hoogheemraadfchap van Rhynland, belendende aan de Noordoost zyde langs de Slootweg en Moolenkade, aan de Zuid Oostzyde langs deZegwaardfcheWegenGeerweg, aan de Zuidweft zyde langs het Dorp van Zegwaard en de Schenkelweg, en aan de Noordwest zyde langs de zoogenaamde Leydfche Wallen, welke reeds verveent en tot Water gemaakt was 5, in zoo verre, dat 'er geen fes Mergen heel Land in defelve meer te vinden waaren , en Èeeeeeee 2 - voorts terwoude in opfigte der Schouwe en dirediè | over de Vaart langs de Slootweg en Ka- Camp, het Verlaaten Brugge, en al het geen daarvan ■ en aan dependeert, na het geene in de particuliere Articulen van Benthuifen Art. 14 daar over is geaccordeert, en ter needer ."-eftelt V. Indien bevonden wierd, dat ten oosten van de Gelderswoudfche weg, eenige Huifen of j Gebouwen door het aftappen van het Water merkelyk wierden geprejudicieert, zal daar in door het leggen van Duikers worden voorfien, mits dat daar door niemant en werde -epreiudicieert. ö Particuliere Articulen , by die van Benthom opgegeeven, en aan haar als vooren geaccordeert. Art. I. Aan die van Benthorn zullen defelve Uitwegen en Vaarten als aan de Hoogeveen geaccordeert zyn , gegeeven worden, en zal irt deefen opfigten meede het Parochiale Regt van Benthuifen gemaintineerd werden. I I. Dewyl waarfchynelyk is, dat de Benthorn meerder kosten zal hebben tot het gelyk maaken haarer Landen^ zoo zal zoo draa die Landen droog zullen zyn door ieder der Geinteresfeerde Ambagten in deefe gecombineerde Droogmaakery participeerende een neutraal Perfoon geftelt werden, omme defelve Landen te infpecfeeren, en bevonden werdende $ dat defelve Landen moeten worden gefoulageert, zal zulks op tauxatie van de Wei-Edele Heeren Hoogheemraaden van Rhynland, ten kosten van de voorfz. Droogmaakery. worden opgeruimt en gelyk gemaakt.  Behelzende O&royen tot bedykinge en droogmakinge &c. 1325 nantie van haar Edele Groot Mogende zal moeten worden overgeleevert een pertinente Lyst met een daar onder ge/Telde behoorlyke Verklaaring van de Supplianten van dat de Capitaalen in dezelve Lyst vervat, effeótivelyk voor defelve Bedyking zyn genegotieert. Voorts aan de Supplianten af te liaan, en in vollen eigendom weeder over te geeven, de Wateren en Gronden, binnen de Bedyking en Droogmaakerye geleegen, ter nombre van een honderd drie Mergen drie honderd feeven en dertig en een halve roeden, die aan haar Ed. Groot Mog. op den djuny 1746 door het Ambagt zyn gecedeert en getranspörteert geworden, met het Capitaal der Stuivers - en Waarborgspenningendaar aan behoorende, bedraagende in het geheel aan oud Capitaal een fomma van drie duifend fes honderd feeven en dertig guldens en drie ftuivers. En meede nog aan de Supplianten te verleenen Vrydom van een fomma ,van drie en vyftig guldens en zeeven ftuivers, welke het Ambagt weegens hunne Viswateren aan Rhynland moet betaalen; als meede nog vrydom van alle de ordinaire en extraordinaris Rhynlands Mergen - en Penninggelden van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhjnland dependeeïende, en dat van de nombre van twee honderd agt en zeeventig mergen vyf honderd vyf en twintig Roeden, zynde na aftrek van de reeds geremitteerde Gronden de grootte, waar meede tegenwoordig contribueeren in het Rhynlands mergengeld, alles voor den tyd van twintig jaaren geheel en nog voor twintig jaaren daar aan volgende half, aanvang neemende na dat de Bedyking voltrokken en de Caveiing der Landen zal zyn gemaakt, alles onder die mits, dat na de expiratie der voorfz. jaaren, in de Mergengelden contribueeren met zoo veel Mergentalen, als de bedykte Polder dan groot bevonden zal worden, de Mergen gereekent teegens zes honderd Roeden, volgens meetinge door den Landmeeter van Rhynland als dan in der tyd te doen. Verder aan de Supplianten te permitteeren, om ten behoeve van deefe Bedykinge en tot aflosfing van een Capitaal van agttien duyfend vier honderd guldens, welke het Ambagt althans tot zynen laste heeft, onder verband van de Actens Obligatoir, welke weegens de opgebragte Stuivers - Waarborg - en Afkooppenningen, tot fecuriteit der betaalinge van des gemeene Lands en Rhynlands lasten der Landen in de Droogmaakerye gecomprehendeert, zeedert den jaare 1680 ten Comptoire van hèt Hoog-Heemraadfchap belegt zyn, te moogen negotieeren een fomma van zeeven en dertig duyfend een honderd drie en neegentig guldens tien ftuivers en veertien penningen, als zynde volgens de overgeleeverde Lyste van de Supplianten het montant dat het gemelde Capitaal importeert, daar onder gereekent cle fomma van drie duyfend zes honderd zeeven en dertig guldens en drie ftuivers, die voor de hier vooren gemelde geabandonneerde Landen belegt zyn, met deefe bepaaiinge nog¬ tans, dat de Supplianten telkens, alvoorens eenige negotiatie in maniere voorfz. te doen , aan de Heeren Gecommitteerde Raaden en Hoog-Heemraadcn van Rhynland zullen moeten bewyfen, dat twee derde van de gemaakte kosten by de Participanten in de Droog-* maakerye en Bedyking zyn gecontribeeert, zulks die te negotieeren Penningen niet verder zullen ftrekken dan tot fuppletie van het overige derde, en dat ook jaarlyks, te beginnen met dat jaar in welke de eeifte Vrugten van de bedykte Landen genooten zullen zyn, een veertigfte part van de genegotieerde fomma zal moeten worden afgelost, van welke gedaane aflosfmg jaarlyks "door de Supplianten een behoorlyk blyk aan Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland zal moeten worden geëxhibeert, op poene, dat by eenig manquement aan de voornoemde jaarlykfehe aflosfinge, Dykgraaf en Hoog-heemraaden van Rhynland voornoemd de manqueerende fommen by pandingen en extcutie van de Eigenaars der bedykte Gronden, volgens de Keuren van het Hoog-Heemraadfchap van Rhynland, zullen moogen proftqueeren. Voorts ook de Supplianten te authorifeeren, om t'e moogen gebruiken de by-aan en omtrent geleegen Landen, Gronden, Slooten en Watertogten, die zy tot verwydinge van de Cavelen en Uitwateringe haarer Moolens, mitsgaders het leggen van den Ommedyk, van nooden zouden moogen hebben, thits de Eigenaars van dien en alle anderen, die door de voorfz. haare Werken eenige fchaade of interesfen zouden koomen te lyden of hebben, daar van in alle reedelykheid contenteerende , ter tauxatie van Dykgraaf en Hoog-Heemraaden van Rhynland. Al verder de Supplianten te authorifeeren en oétroyeeren , om zoodanige Moolens, Sluyfen, Verlaaten, Watertogten, Ultwaateringen, Boezems, Weegen, Kaaden, Dammen, Duykers, Hoofden, Bruggens, of zoodanige andere Werken of Werktuigen, met den gevolgen en aankleeven van dien, te moogen beraamen, ftellen, leggen, maaken en des noods veranderen, herftellen, herleggen en hermaaken, als zy ten mees ten nutte van deefe Bedykinge en Droogmaakerye in het geheel of ten deele van tyd tot tyd zullen goedvinden , mitsgaders om te moogen beraamen, doen en maaken, zoodanige Omllagen, Keuren en Ordonnantiën, tot en op het ftuk van de voorfz. Dykagie en Droogmakerye cum annexis, en (desnoods} defelve Keurenen Ordonnantiën zoodanig te hermaaken , als zy zullen oordeelen te behooren. Als meede over de invordering der voorfz. Keuren en Ordonnantiën , met alle het geene daar aan dependeert, en tot executie van alle het zelve te ftellen zoodanige ordres, als de Dykregten in Rhynland coftumier meedebrengen, behoudens egter, dat niets gedaan werde ftrydig teegens het Reglement van de Bedyking, als meede niets het welke aan de omleggende Heerlykheeden, Polders en Landen, mitsgaEeeeeeee 3 den  Behelzende Oétroyen tot bedykinge en dröogmakingé* &c» t$if worden ter wydte van twee en een halve roeden, en langs de Zegwaardfche weg, van den Hoorn af tot aan de Geer weg, ter wydte van twintig voeten. v r. Tot het droogmaaken en drooghouden van de voorfchreeve Buitenwegfche Polder zullen drie ordinaire agtkante Scheprad- Watermoolens gebruikt werden, waar van de teegenswoordige Elleboogfche Watermoolen de Boovemnoolen zyn zal. V I I. De Gronden, waar op de Dyk van deefe Droogmaakinge zal werden gelegt, en waar door de Ringllooten zullen Werden gefchooten, als meede alle de Gronden en Wateren binnen den Ring van die Droogmaakinge geleegen, aan Particulieren toebehoorende, beneevens de Capitaalen daar aan behoorende, zullen by Schout en Ambagtbewaarders voor reekening van deefe Bedyking werden aangeftaan, mits de Eigenaars daar van, met behoudinge van haar Veen of anderfints, billyke vergoedinge genietende ter tauxatie van den Wel-Edele Heer Dykgraaf en Hoog Heemraaden van Rhynland, en byaldien de afgeftaane Partyen binnen de bedykinge meerder befwaard mogten zyn als de valeur derfelve importeert , zal uit meerder als een particuliere Schuld by den ouden Eigenaar voldaan moeten werden, en zoo de Eigenaar hier toé niet folvent mogte zyn, zal de Schuldeisfcher van de Bedyking , booven de fomme daar de partyen op getauxeert zyn, niets moogen vorderen. VIII. De Gronden in voegen voorfchreeve drooggemaakt zynde zullen allen behooren in eygendom aan de Bedykers, en zullen defelve door Schout en Ambagtsbewaarders als dan in huure uitgegeeven of verkogt werden, zoo als ten meesten nutte tot aflegginge van het genegotieerde Capitaal en afdoeninge van de oude fchuld van het Ambagt zal bevonden werden. I X. De oude Eigenaars der Gronden zullen het Veen, in defelve fittende, drie jaaren na de ailchietinge der Landen moogen beneficeeren, mits van ieder Roede Land met Veen of Turf belegt, aan Schout en Ambagts - bewaarders jaarlyks betaalende twee ftuivers, boven de onkosten der Veenderyen, en doende buiten de kosten en nadeel van de nieuwe Eigenaars de afheininge, die tot confervatie van haar Veen of Turf vereifcht zoude moogen werden, zoo nogtans, dat binnen de zeeven Roeden vap de Ringllooten of weegen geen Slik of Veen getrokken zal moogen werden. X. De geheele Ringdyk zal uitterlyk binnen vyf jaaren, na dato van het Octroy by haar Edele Groot xVJogende tot deefe Bedykinge te verleenen, in voegen als defelve Articul 3 bepaald is, gemaakt, en de Droogmaakinge voltrokken moeten zyn. x i. Daar zal terftond na het obtineeren vari het Octroy , door den Landmeeter vart Rhynland een Afbaaking gemankt moeten werden van het beloop der Dykagie, als meede een Kaart van het juiste beloop der Dyk en het montant der Mergentaalen , en ten einde der uitmaalinge een diergelyke', met dé afteekeninge van ieder cavel, weer of ftuk en de nette grootte derfelver. X I I. Dc geheele Adminiftratie en directië over deefe Bedykinge en Droogmaakinge, met alle het geene daar toe eenigfints behoord, en fpecialyk het beraamen en ordonneeren va'n alle de noodige werken, het maaken en hermaas ken, veranderen, vermeerderen of verminderen van defelve, het aangaan en lluiten van alle noodige Contracten, Conventien, Accoorden, Transactiën, het befteeden der gemeene werken, en generalyk alles tot de Bedykinge eenigfints behoorende, (voor zoo verre by het Oétroy of eenig andere Articul of Articulen van dit Reglement niet gelimiteert werd) zal geheel en al ftaan aan Schout en Ambagtsbewaarders van Zegwaard, met asfumtie van Moolenmeesteren en Croosheemraaden, by den Heer van Zegwaard te eligeeren, even en in dier voegen als teegenwoordig deefe Polder en het Ambagt van Zegwaard gedirigeert werd j welkers perfoonen de penningen, noodig töt het effectueeren deefer Bedykinge en Droogmaakinge , met den aankleeven van dien, zullen vermoogen te negotieeren, en tot volle verfeekering en prestatie van dien als van alle andere Contracten en Befteedingen, deefe Bedyking concerneerende, de Landen, Wateren en Gronden, in de Bedyking geleegen, vermoogen te hypothequeëren en verbinden s mits van alle het geene voorfchreeve is doende behoorlyke Reekening, bewys en Refiqua; welke Reeckening jaarlyks voor den eerften Mey ter Secretarye van het Hoogheemraadfchap van Rhynland zal moeten werden overgeleevert , omme by de Heeren Hoog Heemraaden geëxamineert, geapprobeert, en des noods gedresfeert te werden, zoo als in alle andere Ambagten en Polders onder het Hoogheemraadfchap van Rhynland tot nu toe is gepraétifeert. XIII. De voornoemde Schout, Ambagts bewaarders ■, Moolenmeesteren en Croosheemraden zullen de Schouwe dry ven over den geheelen Ringdyk, de Ringllooten, Togtslooten en alle andere werken binnen de Bedyking, en na bevindinge bekeuring doen ten profyte vari den Schout, en de werken der gebrekige aanbefteeden en doen maaken, en zoo daar in, als omtrent de invordering van alle de lasten der Bedykinge en Droogmaakerye, procedee* ren volgens de Keure van het Hoogheemraad-* fchap van Rhynland. XIV. Het regt van Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, als meede van den x\mbagts- heer*  REGISTER Van alle de Placaaten, Ordonnantiën, Refolutien &c. in het agtfte Deel van het Groot Placaat- boek begreepen, volgens de Letters van het A. B. C. Ai Pag- Aardenburg, VErmindering der Leden van den Magiftraat aldaar; mitsgaders bepaaling, wie aldaar van de Stads accyfen zullen vry wezen. 463 Admiraliteiten. Verklaard, dat ih zekere Revifie by de Admiraliteit de prefente, en niet de inmiddels afgegaane Raaden van dat Collegie, over deezelve Revifie zou- , den hebben te vaceeren. 823 Refolutie op een verzoek van den Envoyé van Deenemarken, ten einde de verfchillen tusfehen Deenfche Schippers en derzelver Matroofen aan de decifie van den Deenfchen Agent of Conful hier te Lande te werden gerenvoyeert. — / 824 De Judicatuure omtrent de aanhouding van zeekere twee Runderbeesten, die van den Oudenbofch naar Gastel zonder Pasport vervoert waren, gelaa-j , ten aan de Admiraliteit. S 825 Klagten aan de Staaten van Zeeland j over den Magiftraat der Stad Veere Welke had kunnen goedvinden, om twee Scheépeh door den Commis Generaal wegens fraude aangeflagen, uit het arrest te ontftaan. 820* Verklaaring in welke 'gevallen het aari de Admiraliteit gepermitteert is Rapport-geld te mogen declareeren. 828 Refolutie tot mamtien vart de Admiraliteit, in derzelver recht van Judicature over de aanhaaling van zeekere Runderen, die zonder Pasport vervoert waren. ——— «fijgs 829 DeOntfangerGeneraal van deAdmiraliteit te Amfterdam onbevoegd tot het declareren van Provifie of makelaardyloori van eene Negotiatie van Penningen. {200 Permisfie aan den Contraroïleur van de Convoyen en Licenten binnen de Stad Grave, om deszelfs Ampt by fubstitutie te mogen laten waarnemen. 12-01 Refolutie wegens het Configneeren dèr penningen voor 's Lands 'inkoomende Rech ten van geflrande goederen. 1202 Aan de Eigenaars van het Schip de Hoop vrydom verleend van 's Lands inkoomende en uitgaande Rechten van gêftrande goederen. ■ —. 1203 Interpretatie van de exemptie dér bftVIII. Deel. Adm iraliteiteh. taalinge van Licenten, Lasten en Veylgelden, te Maastricht en in de' Lande van Overmaze plaatshebbende. 1204 De Wasch, Jughten, en Indigo, pro-' vifioheel van alle inkoomende en uitgaande rechten vry geftelt. 1237 Alimentatie. Refolutie nopens de alimentatie van een kind vaneen Soldaat, die by Vonnis van den Krygsraad Was gecondemneert, cm na voorafgaande ftraffe met fpks-garden, als ïcftelm we^eiaast te worden. — öb i 2 Refolutie wegens het piaatfen van zekere drie Vaderloofe kinderen in het Weeshuis te Maastricht: : Alphen. Refolutie betrekkelyk dé aanftelling van Ambachtsbewaarders van den Ambachte van Alphen en Rietveld, ^ Ambasfadeurs. Ordres van haar Floog Mogenden aan derzelver Ambasfadeur byden Turkfchen Keyzer, betrekkelyk de congratulatië van den Grooten fleer we■ gens deszelfs komst tot den Throon. 4g [ Bepaling, welke contra • prefenten door I de Minifters van den Staat in hunne' , Declaratie gebragt mogen worden, j 22 j Aan den Extraordinaris Envoyé van Bur-1 mania gepermitteerd de onkosten van zyn Reis-equipagie in tekening te brengen. ■ . ^ De Refidenten moeteri hunne woonplaats in den 1 la. c houden. 220* Aan haar Hoog Mog.^ Minifter aan 't Hof van Portugal gepermitteert, om de uitdeelihgeri, by zyne eerfte audiëntie gedaan, in declaratie te brengen. « . , 22d Nog aan denzelven gepermitteert, de kosten tot 't repareren van zeker wapen, alsmede tot 't geven van een maaltyd aart de Natie, in rekening te bréngen. -——, 22y Geene Minifters van den Staat, hetHof volgende, alwaar zy refideeren, mogen voor reiskosten declareren, maar moeten zig in dit geval reguleeren naar het 3 4 Aft. van het Reglement, 227" A Ge-  Volgens de letters van het A. B. C. A. pAG- Ampten, en Amptgeld. De Refolutie van 5 Augustus 1757. omtrent de waarneeming der Ampten van Drosfaard en Secretaris door twee perfoonen, geëxtendeerd tot de Landen van Overmaze. 734. Verklaaring, dat de Refolutie van ic December 1758, omtrent de waarneeming der Ampten van Drosfaard en Secretaris door twee perfoonen meede betrekkelyk is op de elf Banken van St. Servaas, en de Dorpen van Redemptie. 737 Refolutie, betrekkelyk het te houder Domicilie, de bepaaling van het Tractement, en betaaling Van het Amptgeld door den Bailliuw van Aardenburg. • — 75 6 Refolutie op een verzoek van den Heei van Olne, dat de Bailliuw aldaar niet teffens zoude mogen zyn Sergeam en Cipier van den Dorpe Biigner. 79° In Zeeland geintroduceert een belasting op de Ampten binnen dezezelve Provincie, of buiten defelve op Collatie van Zeeuwfche Collegien bedient wordende. 9^5 Bepaaling, voor hoe veel de twee Reptefentanten van zyn Hoogheid by de Oost- Indifche Compagnie, een Secretaris en twee Clercquen van dezelve Rcprefentanten , en een Secretaris Van de Reprefentanten van zyn Hoogheid by de West- Indifche Compagnie, in de Quohieren zoo van het Amptgeld, als van den200Penning zouden worden aangeflagen. 966 Refolutie tot het aanflaan van.hetAmpti van den Ontfanger Generaal in Westtriesland en het Noorder-Quartier ,| in de Quohieren van het Amptgeld] en van den 200 Penning. ! 967 Refolutie tot het aanflaan van de Ge-j committeerdens in de Provinciale Re-j kenkamer in de Quohieren van het Amptgeld en van den aoo Penning.! 967 Alteratie en nadere bepaaling van het Amptgeld wegens het Schout-Ampt der Stad Hoorn en Jurisdiétie van dien. ■ 9d8 Verklaaring, hoedanig het Amptgeld te betaalen door den geenen, die by vacature de Commis-plaats ter Recherge by de Admiraliteit koomt te vervullen. 96% Vermindering van het Ampt van Ontfanger van de Convoyen en Licenten te Enkhuyfen in het Quohier van den 200 Penning. 969 Vermindering van het Ampt van Thefaürier ordinaris der Stad Leyden op het Quohier van den 200 Penning. 97° Refolutie tot fplitfing van het Ampt vanj A. Pa® Ampten, en Amptgeld. eerste Ciercq ter Secretarye der Stad Amfterdam, aah twee perfoonen begeeven zynde , in de Lysten der Amptgelden, en op het Quohier van den 200 Penning. 1 971 Verklaaring, dat de Toezienders van de Wildernisfen van den Lande van Holland en Westvriesland aan de korting van een vierde van hun Traétement niet fubjeét zyn. . 975 Refolutie van de Staaten van Zeeland tot verdubbeling van het Amptgeld, in die Provincie geheeven wordende. Refolutie nopens de betaaling van het Amptgeld in Zeeland door de geenen , die over de helft van het jaar een Ampt bekleedt hebbende, het zelve daar na verlaaten of fterven. 977 Affchryvinge van het Secretaris - Ampt van Uitgeest, zoo in de Amptgelden , als in het Quohier van den 200 Penning. 97? De Griffier van den Hoogen Raad, een Zeeuwfch onderdaan zynde, van de betaaling van het Amptgeld &c, in Holland geëximeert. ' 978 Affchryving van de Bediening van Rentmeester van het St. Catharina Gasthuys te Leyden van het Quohier van den 2CO Penning en van de Lysten van het Amptgeld. . ■— 978 Aanfehryving aan de Provinciaale Reekenkamer van Zeeland, nopens het in reekening brengen van het Amptgeld voor de Emeriti Predikanten en de ftingeerende Walfche Predikanten. 979 Refolutie, nopens de betaaling van het Amptgeld by verplaatfmg van Commifen ter Recherge. — 9-9 Refolutie, betrekkelyk den aanflag vanf een nieuw aangeftelden Ciercq ten Comptoire van dcn Raadpenfionaris in het Amptgeld, en 200 Penning. 980 Verklaaring , dat Commisfarisfen van 's Lands Posteryen en derzelver Minifters, aan de Quartaals - kortingen der Traélementen zyn gefubjecteert. 981 Bepaaling van het Amptgeld, en den 200 Penning, te betaalen door de Secretarisfen van de Provinciaale Rekenkamer. —1 981 Verklaaring , dat de Subftitut Griffier van den Hove, en alle verdere Amptenaaren en Officianten, by den Ho ve wordende aangeftelt, en uit de Griffie betaalt, aan de Quartaals-kortingen der Traétementen zyn gefubjecteert. — pg2 Affchryving van het gemortificeerde Ampt van Commisfaris tot het recipieeren van de doorpasfeerende Militie binnen Dordrecht , van; A 2 hes  Volgens de letters van het A. B. C. B. Pag Booden. foulaas in het draagen der Begraaffenis-kosten door nagelatene Weduwen of Kinderen van Ordinaris of Adfistent Bodens. . 103 Braband. Verklaaring, dat te Loon op Zand, even gelyk in andere Piaatfen van Staats Braband, de publique veilingen ten overftaan van den Drosfird of deszelfs Stedehouder, moeten gefchieden. -— 45 <5 Verbod, om op de Weegen in de Landen van Overmaze te gebruiken Rytuigen , befpannen met Paarden één voor één agter malkanderen gaande. ^62 Publicatie tot verbetering der publique Wegen in den Lande van Overmaaze. —» 473 Bepaaling van het falaris der Secretarisfen in de Meyereye &c. ter zaake hunner Vacatiën by de Verkoopinge van Meubilaire Goederen. ^^g Acte van denaturalifatie aan een geboren Brabander. Aéte van approbatie op de daar in geinfereerde Orde en Reglement, dienende tot informatie van de pleytkosten, als men appelleert aan de tien Bancken, onder het Capittel van St. Servaas te Maastricht relbrteerende, beraamt by wederzydfche Commisfarisfen Decifeurs aldaar. ^ij Refolutie betrekkelyk het nomineeren en aanftellen van een Secretaris en Vorfter te Oorfchot. y2 j Aan den Vorfter van Bergeyck, enj aanhoorige Dorpen, in plaats van een omgang van Koorn, een jaarlykfehe Wedde toegelegt. _2g Bepaaling nopens de waarneeming van het Secretariaat te Haren, Verhel, Enfcliot en Heuklom. ~2£ Permisfie aan een Brabands Onderdaan, om voor den ordinaris Luykfchen Rechter te mogen procederen. 72g Aan den Vorfter en Gerechtsbode van den Dungen, vrydom der Stad 's Hertogenbosch, een jaarlykfehe wedde toegelegt. — Refolutie, tot confirmatie van het jaarlyks Tractement van den Vorfter te Haaren. —— , , Bepaaling omtrent den Eed, door de Griffiers en Secretarisfen, mitsgaders derzelver Clercquen of Subftituuten in Braband en Landen van Overmaze afteleggen. _„ Afgeflagen een verzoek van Drosfard en Schepenen van Tilburg en Goirle ten einde de Litiganten te noodzaaken tot het employeeren van een Procureur, 737 B. Pa0' Braband. Refolutie op een verzoek van den Heer van Olne, dat de Baiüuw aldaar niet teffens zoude mogen zyn Sergeant en Cipier van den Dorpe Bligner. 790 Brand. Ordres met relatie tot de Bedienden van hun Hoog Mog, in cas 'er Brand in den Pïage, op het Hof, in of omtrent eenige Vergaderplaatfen , Vertrekken , Comptoiren of elders kwam te ontftaan. —. , 114 Generaale Inftruétie van Gecommitteerde Raaden op den Brand op of omtrent het Hof, als mede voor den Brandmeester en Bodens van haarEd. Gr. Mog. m. — I2o De bovengemelde Ordres, met relatie tot de Bedienden van hun Hoog Mog., tot zekere piaatfen in den Hage gereftringeert. . 135 Budel. Ordre, dat de Daaken der Huyzen te Budel, die met Stroo gedekt waren,( ingevalle van reparatie met Leyen of Pannen zouden worden gedekt. 470 Interpretatie van voorfz. Refolutie. 475 C. Ceremonieel. Solemneele receptie van den Koning van Groot-Brittannien op den bodem1 van Plolland. — — 4 Solemneele uitleiding van den Koning van Groot-Brittannien op den grond van Holland. — —- j 5 De Magiftraat van Embden notificeert aan haar Hoog Mogenden het overlyden van den Furst van Oostvriesland, en van de posfesfie, door den Koning van Pruysfen van die Landen genomen. —. ... . 5 Bepaalt de manier der aanneeming van den rouw over zyne Hoogheid, door de Gedeputeerden ter Vergadering van haar Hoog Mogenden, mitsgaders derzelver Ministers. 6* Compliment van dankzegging aan den Grave van Holdernesfe op deszelfs afgelegd compliment van condoleantie. 6 De Heer van Helle, waarneemende de zaaken van 't Hof van Pruysfen beklaagt zig wegens de niet gedaane Notificatie van het overlyden van zyne Hoogheid. j Aan den Raad van Braband toegeftaan een fubfidie tot betaaling van den Rouw over zyne Hoogheid. 7 Aan ieder der Leden en Ministers van den Raad van Vlaanderen te MidA 3 del  Volgens de letters van het A. B. C. C. |Pa<=- 'Collateraal. van het Collateraal van verpande Obligatien. « 1125 Refolutie om aan Jan Walraaven > als Erfgenaam van zyne overledene huisvrouw Margareta Trip, te doen restitueeren de Penningen, welke dezelve wegens het Collateraal van een Erffenis directelyk uit de hand in linea descendenti indebité had betaalt. 111 1 ■'■ ' 1 .1127 Refolutie raakende de aangeeving en betaaling van het Collateraal door een Jood, als Erfgenaam van zyne over ledene huisvrouw, waar mede hy met een Joodfch Contraét van huwelyk , bekend onder den naam van Ketuba, is getrouwt- —1129 Refolutie raakende de betaaling van het Collateraal door Mr. M. van Berchem, als Erfgenaam van zyne overledene Dogter, wegens derzelver moederlyk bewys by acte van Uit-ƒ koop aan haar toegezegt &c. 1130 Refolutie op de Requeste van Willem Jacob van Panhuys, raakende de betaaling van het Collateraal van ver pande Obligatien. * if3r Refolutie, dat van een pecunieele pretenfie ten lasten van een Polder, lpruitende uit het Slot van een Conclufive Rekening van een Penningmeester , waar van een jaarlykfehe interest betaalt was, het Collateraal! moet worden betaalt. 1131 Refolutie wegens de betaaling van het Collateraal in een geval, daar de Testateur her ufufruci: van zyne na-/ gelaten goederen aan zyne Zuster, en den eigendom daar van aan haare Kinderen hadde gemaakt. 1134 Verklaaring, dat H, Hoogenberg volgens de Publicatie van den 29 Juny/ 1743. gehouden is het dubbelt Collateraal te betaalen van de Portie, welke hy uit kragte van 't Testament van zyn overleden Broeder, meer der heeft bekomen, dan hy ab inte ftato zoude hebben geërft; fchoon die meerdere Erfportie byna geheel door Legaten, dog in contante gel den beftaande, was uitgeput. 1134 Verklaaring, dat de Plantagien in de Colonie van Surinamen het middel van het Collateraal fubjeét zyn, ingevalle de Eigenaars derzelve in Holland komen te overlyden* tt%$ Refolutie raakende de betaaling van het Collateraal in eenige dubieufe gevallen, concerneerende de nalatenfchap van overledene Egtgenooten. !' i 13 ö Refolutie op de Requeste van Maria Dasfelaar, weduwe Stelterman, we-[ c !**«■ Collateraal. gens de betaaling van het Collateraal van zeker Legaat van tien duyzend Guldens. 1 - - uq7 Nadere Refolutie op het zelve fubjeét. 1137 Verklaaring, dat een Erfgenaam met Fideicommis belast overleden zynde voor de ufufruétuaire Erfgenaam, in dat geval van de proprieteit der fideicommisfaire goederen door die geenen , op wien dezelve by fubftitutie zyn gedevolveert, geen Collateraal behoeft te worden betaalt. , I3g Bepaaling, waar ter plaatfe de aangeeving en betaaling van het Collateraal moet worden gedaan > zoo der Legaaten j als van het derde part der Erfenisfe van wTylen de Vrouwe van Renfwoudej het Weeshuis der Stad Delft competeerende. - m» i , n0 Refolutie wegens de betaaling van het Collateraal der goederen buiten deeze Provintie gelegen, en ook verftorven, maar dooreen Ingezeten dee zer Provintie verkregen wordende. ll29 Hoedanige voet te obferveeren omtrent de Taxatie - rechten der vaste goede ren in de Provintie > waar van ha Collateraal moet worden betaalt; En hoe te tauxeeren de waarde van vast goederen buiten de Provintie leggen de, als mede van Plantagien in de Colonie van den Staat, Actiën, en Lyfrenten^ ——■* s £ Refolutie nopens den tyd der verant woording, zoo van het Collateraal, als van de boetens der ongefundeerde Procesfen; alsmede binnen welken tyd de Staaten van het Collateraal door de Secretarisfen moeten worden overgebragt 1141 Afgeflagen 't verzoek van John Charles, om Declaratoir, dat hy niet gehouden is Collateraal te betaalen van de goederen by zyne huisvrouw nagelaten. ' . 114a Refolutie raakende de betaaling van het Collateraal van Saxifche Steur - Obligatien te berekenen naar derzelver volle Capitaal. -~—, 1142 Afgeflagen het verzoek van Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente in den Hage, om dispenfatie van de betaalinge van het Collateraal. . l Verklaard, dat van een zekere partye Aélien, zonder aftrek van de daar öp gedaane beleeningen en transporten, het regt op de CoHateraale fuccesfien door den Erfgenaam ten vollen moet worden betaalt. 1143 interpretatie van de Waarfchouwing van! den 21 December 1728. en Publica-' de-  Volgens de letters Van het A* B. C." C. Pag' Convent ten, en Ac oorden* tigdens van veele voornaame Geintresfeerdens in dezelve Colonie, ter andere zyde, over eene augmentatie van Militie aldaar aangegaan, en door i hun Hoogh Mogende geapprobeert J1227 Convoyen en Licenten. Zie Admiraliteiten. Corruptie. Placaat ter ontdekkinge van zodanige Regenten, of anderen, publicque bedieningen hebbende, welke aan het pleegen van Corruptien fchuldig zouden mogen zyn. 1 ■ ^0 Cortenbach. Het huys, hof en goederen van den Heer van Cortenbach vry verklaard van logeeringe en andere perfoneele Lasten. — Jp5 Courantiers. Verbod aan de Courantiers, om eenige Propofitien, Brieven, Refolutien, Rapporten, Memoden, of andere Aétens van Staat, in hunne Couranten te infereeren. — Crimineele Justitie. Aan den Prefident Schepen te Loon op Zand geaccordeert, om voor den tyd, dat het Officie by hem is waargenomen, het Tradement van den Officier te mogen genieten. 513 Bepaaling van het geen door het Officie Fiscaal, zoo van Braband, als Vlaanderen, mag worden gedeclareerd; benevens eene Publicatie tegen de knevelaryen van de Officiers, en derzelver Substituten, ten aanzien van de Roomfchgezinden. De Judicature over zeekere Haecx, gaweezen Hoogen Raad in Brazyl, gelaaten aan het Hof. —— 739 Refolutie betrekkelyk de bevoegdheid van den Procureur Generaal, om zoo Wel Ingezeetenen als Vreemdelingen hier te Lande tot het geven van getuigenis der waarheid te conftringeerên. — 740 De Judicatuure over den Commis Anthony van Mierop: Item meer ande ren ob Connexiratem te laten of te brengen aan 't Hof. 740 Nadere Refolutie nopens de Judicatuure over den Commis Mierop aan 't Hof. De Judicatuure over zeekeren Adriaan van Angeren gelaaten aan den Gerechte der Stad Dordrecht, als hebbende in die zaake geprevenieert. 742 Afgeflagen een verfoek van Aboiitie,! VIII. Deel. Pag, I C 1 Criniineele Justitie. gedaan door vier Koopluyden in Wynen te Rotterdam, die zig disrespectueus jeegens de Heeren Gedeputeerden ter Verpagtinge gedragen hadden.: en Gecommitteerde Raaden gelast met de Crimineele Procedures jeegens dezelve voort te gaan. 743 Van Crimineele Vonnisfen in Braband geweefen kan geen Appel ofte Reformatie vallen; maaralleen de Quse-I rela ende Recurfus ad Principém. [ 744 De Corporeele ftraffe van geesfelen en brandmerken, die aan de Perfoon van! de Gecondemneerden weegens derzelver defaillance niet konde geëxecuteert worden, gehouden voor geinfligueert. > 745 Afgeflagen een verzoek van mitigatie van ftraffe, gedaan door iemand, die by Sententie van 't Hof was gecondemneert naar een Colonie voor zyn leven getranspörteert te worden. 746* Imcompetent verklaard zeekere Crimineele Procedures door den Procureur Generaal tegen een Secretaris van de Weeskamer van 'sHage on dernomen. - 748 Aan de Judicatuure van den Hove gerenvoyeert de Cognitie over zeekere drie Perfoonen, die te voren als fuspecf. zynde van Spions te weezen, door Gecommitteerde Raaden gearresteert waren. —— 750 Refolutie op een Misfive van haar Hoog Mog. ten einde op verzoek van het Hof van Brusfel geapprehendeert moge worden een Perfoon, die de Keyzerlyke Krygs-kasfe hadde beftoolen, en zig te Gorinchem zoude bevinden. 751 Qualificatie op Scheepenen van Budel, om zeekere drie geapprehendeerde Vagabonden voor eenige jaren tot lasten van de Meyerye te confineeren. 752 Permisfie aan Scheepenen van Beek en Donk, om tegen zeekere reeds gevonnist zynde perfoonen ter zaake van nieuw opgekoomene befchuldigingen de novo te procedeeren. 752 Refolutie betrekkelyk het ftraffen der geenen, die zig aan bedelen en vagabonderen, zondereenig ander ftrafbaar fait gecommitteert te hebben, hadden fchuldig gemaakt. 753 Refolutie tot vergoedinge van fchade, by den Drosfaard en Secretaris van Deurne en Liesfel geleeden, by oc cafie dat hy in zyn huis door een troep Vagabonden overvallen, en van zyne gelden en goederen was be roofd geworden. 754 Refolutie betrekkelyk het overgeeven van zeeker perfoon, die in Vrank B tvh  Volgens de letters van het A. B. C. O PAG' Crimineele Justitie. het onderhoud van geconfineerde Perfoonen. ■ -«• ——. 794 Crimineele zaaken. Placaat teegen het drukken eh divulgeeren van Pasquillen, fameufe Gefchriften en Prenten. 570 Refolutie raakende de Schandaalen aan den Kerkdienst tot Charlois; 634 Ordonnantie teegen de moedwilligheden, Vechteryen en andere baldadigheden in den Lande en Bailliuwfchappe van Woerden. 034 Publicatie van 't Hof ter ontdekking van H. D. Slatias, A. A. vanDyk, C, Geesteranus, en G. Velfius, als fchuldig aan Conspiratie teegen den Staat. 0*36 Publicatie van 't Hof, ter ontdekking van R. en W van Oldenbarnevelt, A. van der Dusfen, David Coorenwinder, en A. en J. Blancert, als fchuldig aan Conspiratie teegen den Staat. 637 Publicatie ter ontdekking van den Perfoon van Bernardus Dwingelo, teegen zyn bannisfement deeze Landen frequenteerende. 637 Publicatie, tegen het dooden van Schaapen in de Heerlykheid van Naaldwyk en Wateringen. 638 Acte van approbatie verleend op de Keure van Bailliuw en Mannen van Kennemerland, raakende de Vechteryenl aldaar. , , . 1 640 Placaat teegen de frauduleufe vervoeringen van Vee, Bouwgereedfchappen en Graanen , naar vreemde Territoiren , door eenige Bruikers in prejudicie der Eigenaars gepleegt wordende, k » ( Placaat teegen het pleegen van moedwilligheden aan Hoven, Boomgaarden, Bosfchen, Plantagien of Vrugten te Velde. —. C6i D- Dalem. Üitfpraak van Arbiters omtrent het poihct van dedommagement, ten behoeven van den Heer van Dalem gepretendeert, wegens de Schaden door denzelven Heer aan de Dalemfche Dyken geleden. jg- Delft. Schepenen van Delft onbevoegd verklaard, om in plaats van den Officier, weigerende met geëntameerde procedures voort te gaan, een ander aan te ftellen; en voorts buiten effect, geftelt een aanfehryving deswe« D Pao. Delft. I gens door 't Hof aan gemelde Schepenen gedaan. , 7s^ Diaconen. Zie Kerkelyke Zaaken. — Gemeene Middelen. I I Domeinen. De Graaflykheids Reekenkamer van Holland vernietigt, en het bewind vanj de Domeinen &c. overgedragen aani de Gecommitteerde Raaden van bei-! de de Quartieren. - , \ \ Confent aan Regenten van Jisp, om' 3 zekere geabandonneerde Landen afte ftaan aan het Gemeene Land, enf het Quohier der Verpondingen daar! meede te verminderen. ■ ^6 Placaat. tegen het aanvaarden van aan-j wasfen in de Rivieren de Merwede,! txrLeIc» oude en nieuwe Maaze. i S86 Waarfchouwing, tegen het weghaalenf van Zand van zeekere Plaat geleegen in de Rivier de Maaze b tusfehen Zwartewaal en de Stad Brielle. 8qó~ Placaat ter ontdekkinge van Tienden Ambags - pörtien en Leen - Janden, by faute van capabel Hoir, of verhef, aan de Domeinen vervallen. ' 0OI Conventie tusfehen de Heeren Staaten Van Holland en Zeeland, over de contentieufe Limiet - Scheiding van het Territoir van haar Edele Groot Mogende en de Heerlykheid van? Sommelsdyk. — Refolutie van de Staaten van Zeeland, tot approbatie en ratificatie der boven-l gemelde Conventie. j Refolutie van de Staaten van Holland! tot approbatie en ratificatie der bó-J vengemelde Conventie. Domein - Raad. Aan Mr. C. de Verdun gepermitteert, om het Ampt van Raad en Rekenmeester van de Domeinen van zyne Hoogheid te mogen accepteeren, en het zelve benevens dat van Raad! in den Raade cn Leenhove van Braband te gelyk te mogen waarneemen.j 107 Domicilie. Aan de Secretarisfen van verfcheide Brabandfche Dorpen afgeflagen derzelver verzoek, om bevryd te zyn van het houden van fixum Dornicilium aldaar. _ ^<-^ Refolutie , weegens het waarneemen van de Secretarye te Loon op Zand, door een Subftituut. ^03 Aan den Drost, Schout, Houtvester, Secretaris en Stokhouder der HeerB a Iyk.  Vorens dc letters van het A. B. C. 1). ;Pag Dyk-recht:n. \ Aan Dykgraaf en Heemraaden van den' Crimpénerwaard gedelegeert de de-j cifie van zeekere differenten tusfehen Waarsluyden en Ingelanden van de Polders de Kromme Geer en Zyde J in den Ambagte van Ouderkerk op; den Ysfel ter eenre, en Schout en Pleemraden van Lekkerkerk, ter an- , dere zyde, ontftaan. 830 Oefroy aan Ingelanden van de Stads en Gasthuys Polder, omtrent het aanftellen van Poldermeesters over de voorfchreeve Polder. 832 Aan het Collegie van Heemraaden van Waterland toegekend de Cognitie over alle zaken ook in Cas Crimineel, de Waterlandfche Zeedyken concerneerende. ■■■■ " ■ "< 832 1 E- ' Eed van Zuivering. De Lieutenant Collonel van Byland van den Eed van Zuivering gedispenfeert. 563 Erffenisfen. Octroy op 't ftuk van Erffenisfen verleent: Aan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Amfterdam. _ 351 Aan Diaconen van de Gereformeerde Nederduitfche Gemeente te Naar-' den. 355 Aan de Huis- en Diaconie-Armen van Oudshoorn en Gnephoek. 356 Aan Diaconen en Armen-Voogden van Nieuwendam. ■ 357 Aan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te OostZaandam. — — 358 Aan de Regenten van de Godshuizen, mitsgaders aan de Diaconie en Grooten Armen in den Brielle. 391 Aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Monnikendam. 366 Aan Diaconen van de Gereformeerde Kerke te Purmerende, als mede aan Regenten van het Huisfitten Armenen Gasthuis aldaar. 380 Aan de Diaconie-Armen en WeefeVoogden van Barfmgerhorn en Colhorn. « 382 Interpretatie van het zelve Oétroy. 418 Aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Wormerveer. 383 Aan en ten behoeven van de Armen te Ransdorp. ;— 384 Aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente en de Arme-Voogden te Abbekerk. 384 Aan Diaconen van de Gereformeerde Kerke te Hoorn. I 390 ' E. P". Erffeniffen. Aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Amftelveen. 3p1 Aan en ten behoeven van den Armen! van Buykfloot in Waterland. 3p3 Aan den Kerkenraad van Waddinxveen. 395 Aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Holilloot. 402 Aan Diaconen van de Gereformeerde Kerk en Armen-Voogden van Urfcn, en Rustenburg. AanDiaconen van deLuterfche Gemeente, te Amfterdam Octroy verleend, om. de Erffenisfen , aan hun Armen-, óf Weeshuis opkomende, zonder Beneficie van Invemaiis te aanvaarden. Aan de Arme-Voogden van Purmer-j Aan Armbezorgers van de Doopsgezinde Gemeente in den IJp. 455 Aan Regenten van het Weeshuis en Huiszitten-Armenhuis te Monnikenram' A.67 Aan Regenten, van het Burger-Wees huis te Gouda. ° 6 Aan Regenten van het Armen WeesHuis, mitsgaders van het BurgerWees-Huis te Purmerende. C .^3 Aan den Kerkenraad van de Vereenigde j Vlaamfche Waterlandfche en Vriefche Doopsgezinde Gemeente te Amfter- a F? , 4C8 Aan Regenten van het Aalmoesfeniershuis te Gouda. ^ Aan Regenten van het Luterfche Weeshuis in 's Hage. ,y7 Aan de Opzienders en Diaconen van de Waterlandfche en Groninger Ge- , meente binnen de Stad Enkhuyzen. 480 Aan Diaconen Van de Luterfche Gemeente te Leyden, als Regenten van ( het Weeshuis derzelver Gezintheid. 503 Aan de Heilige Geest Armen te Kralingen. -Ia Aan de Armen-Voogden en Wees-Vaders van het Gereformeerde ArmenWees-Huis te Westzaandam. 52o Executoriaal. Aan het Godshuis, gertaamt den Heiligen Geest te 's Hertogenbosch, verleend Executoriaal Generaal tot het innen van Renten, Koornpagten en Landhuuren. 4^ Dito Executoriaal verleend aan den Stadhouder en ordinaris Gecommit-, • teerdens des Quartiers van Kempeland. 504 Item aan den Stadhouder en ordinaris Gecommitteerdens des Quartiers van Maasland. 505 Ampliatie der laatstgemelde Letteren Executoriaal. 514 Interpretatie der Letteren Executoriaal, B 3 be-  Volgens de letters van het A. B. G» G. Pac' Gemeene Middelen in de Generaliteit. gen het vervoeren van binnenlandfche Gebrouwe Bieren binnen de diitantie van anderhalf uur gaans van de befloote Steeden. — H77 Aan een InWoonder van Duyzel vooi eenige jaaren verleend remisfie van Verpondingen,, en andere reëele Lasten, tot vergoeding van fchaade door brand hem overgekoomen. H79 Remisfie aan eenige Dorpen in de Quartieren van Oosterwyk en Peelland ten aanzien van Verpondingen, Bee den en Gemeene Middelen ter zaake van de fchaade s hun door het verhagelen harer veld vrugten overgekoomen. ■ • 1179 Permisfie aan Regenten van het Dorp Schyndel tot het erigeeren van een of twee Hop - wagen aldaar. 1182 Geene Comptabele Perfoonen mogen Item hebben op 's Lands Vergaderingen der Stenden van de drie Landen van Overmaze, nog als Scheepenen over zaaken de Collecte raakende, delibereeren. ■ • 1184 Voorzienig tot exacte aangeeving in het middel vm het Hoofdgeit door de In gezeetenen van het platte Land van Staats Braband. —* 1185 Nadere Voorziening tot voorkooming dat geene Beesten geflagt worden, zonder daar van alvoorens den Impost betaalt te hebben. > i 186 Bepaaling, hoedanig Zeegel tot de Commisfien der Amptenaars te employee ren. . 1187 Voorziening tot het Publicq aanbefteeden der Collecten, te Wouw, met annullatie van het geen dien contrarie door den Drosfaard en veertien Regenten was gedaan. 1189 Refolutie betrekkelyk dé aanflelling en het Tractement van den Ontfanger deinieuwe Middelen en der Servicien te Maastricht. Hoi Refolutie betrekkelyk de verkiezing en aanflelling van Collecteurs, tot Schatheffers der Gemeene Lands en Banks Middelen te Heerle. 1192 Gemeene Middelen in Holland. Publicatie tot protectie van 'sLands Bedienden in het vifiteeren van Scheepen, Karren en Wagens. 568 Voorziening tegen de kwaade behandelingen van de Koornmoolenaars ten platten Lande. ■— ! 619 Inftructie voor de Collecteurs van het] regt van de Ontgronding en Üytvoerfag, mitsgaders den Doorvaart van de Turf. —— —| 991 Initructie voor de Collecteurs in zom-I G- pA0- Gemeene Middelen in Holland. mige Steden, en op de Dorpen en Platten Lande, van de regten van de' Waag (daar die volgens de Ordonnan-j tie mogen weezen) de ronde Maat de inkoomende Graanen, de inkoo-; mende Tabak en groove Waren. : 995 Inflruclie voor de Collecteurs van de! Rechten van de Waag, de ronde! Maat, de inkoomende Graanen, del inkoomende Tabak, de Groove Waa-I ren, de neegende Penning van de; Salm en Steur. 997 Gecommitteerde Raaden in de beide' Quartieren geauthorifeert, om in de; Inltructien voor de Collecteurs de no-| dige veranderingen en verfchikkingen1 temaken. -—«. '1002 Initructie voor de Collecteurs in de be-; fiooten Steeden van het Recht, datby Collecte geheeven word op het wit gerafineertZout, dat van buiten, uytgezondert uyt de Provincie van Zeeland, in de Provincie van Hollanden Westvriesland gebragt werd, om in dezelve Provincie gefleeten of geconfumeerd te werden, als meede van het diergelyk Zout, dat van buiten inkoomende als boven, door deeze Provincie pasfeert, en na elders buiten Holland en Westvriesland gevoerd word. «mm 'toog Aanflelling van een Raad en Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal voor het Collegie van Gecommitteerde Raaden, en opwatvoetenlnfimdie. 1004 Inflruclie voor den Commis Fiscaal van des Gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder Quartier. , » 1007 Initructie voor een Contraroïleur van des Gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder Quartier. 1.010 Geapprobeert het geen door Gecommitteerde Raaden is gedaan omtrent de aanftelling van een Commis en Clercquen tot de Collective Middelen: En voorts dezelve geauthorifeert de noodige veranderingen te maken in de Inftruétie van den Contraroïleur Vosmaar, met bepaaling hoe de voorfz. Clercqsplaatzeaan te flaan in het Amptgeld en den 20 Penning op de Ampten. 1013 Ordonnantie op den Impost op de ge bakken Pypen van buiten in deefe Provintie gebragt wordende, IOI4 Ordonnantie op den Impost op de Speelkaarten en Dobbelfteenen.. 1016 De Impost op de Speelkaarten en Dobbelfteenen tot nader Advertentie gefurcheert. 1018 Ordonnantie op den Impost van Coffy,  Volgens de letters van het A. B. C. D. Pag- Gemeene Middelen in Holland. Wynkoopers Neering ten platten Lande. 1045 Hoedanige Impost te betaalen van de korte Turf, door de Brouwers, Branders en andere Trafiquanten tot hunne Neeringe gebruikt wordende. 1046 Placaat, ten einde de Wynkoopers nader te conffringeeren tot het afleggen van den aan hun geïnjungeerden Eed. I1047 ïloedanig de Impost te bereekenen van Vaten Zout, die uyt diverfe Keeten! worden ingellagen. 1048 Approbatie van de dispofitie van Gecommitteerde Raaden in het aanftellen van Grosfiers en Slyters in fterke Dranken te Hellevoetfluys, en het permitteeren aan dezelven van het doen van Uytflag naar buiten de Provincie over Zee. 1048 Bepaaling, hoedanige Billietten te gebruiken by de aangeeving van het van buiten inkoomende vette Vee. I049 Ampliatie van het 11 Art. der Ordonnantie op het Beestiaal, betrekkelyk het levendig overdqen van reeds opgeflagen Varkens door Spekverkoopers en Varkcnüaagers. 1050 / Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Holland, nopens het heffen van Impofitien by Colleóte ia de Steeden en Landen van Vianen en Ameiden. ■ 1050 Diverfe bepaalingen tot foulaas van de Brandewyn-Branders, en voorts intrekking van de permisfie tot Compofitie. . 1051 Publicatie nopens de pcenalitciten te in-/ curreeren door de Flesfianen, by het doen van peiling, eenige dranken! verzwygende. 11052 Hoedanige aanfehryving te doen aan] Schouten en Gerechten van eenige Dorpen in Gooyland, omtrent het groot getal Zout- en Zeep-Kramers, welke zy aldaar hebben geadmitteert. En om aldaar exacfelyk te doen obferveeren de Ordonnantiën en Placaaten op de Gemeene Middelen. 1052 Hoedanig te handelen ten aanzien van het verimposten en flagten van het Vee, tot Confumtie van de Schepen op Groenland en de Straat Davids 1053 gebruikt wordende. Hoedanig Zeegel te gebruiken tot de Billietten voor de Turf en Kooien. 1054 De Compofitie ten aanzien van verfcheide Middelen buyten effect geftelt. 1055 Refolutie betrekkelyk het uitkeeren van een portie in de boetens van fraudes en contraventien aan de Diaconie-Armen. —— 1056 Refolutie tot confirmatie van het CoVIII. Deel. Gemeene Middelen in Holland. mans of Kramers Gilde te Dordrecht in het genot van zeekere Vrydom van den Impost op 't Gemaal. 1056* Verklaaring, dat de Apothecarisfen gehouden zyn van hunne Winkelknechts het volle Heeren-geld te betaalen. 1057 Refolutie tot vermindering van den Impost op de groene Zeep , door de Wolkammers tot hunne Traficq gebruikt wordende. IQ57 Verklaaring,dat de Steede Grootenbroek, ten opzigte van de Quotifatie in het Middel van 't Gemaal moet worden geconfidereert als het platte Land. 1058 Interpretatie der Publicatie van 5 Maart! 1750, raakende de betaaling van 'tl Recht van de Waag van de Wolle. 11058 Aan zeekere Koper -Raflinadery te Sunderdorp Vrydom van Impofitien op; de Brand - Stoffen verleend. 1059 Refolutie betrekkelyk de betaaling van den Impost op de Yrfche Boter. (1059 Gearrefteert het Formulier der Accord-' cedullen van de Waag. jiodo Publicatie betrekkelyk de betaaling van' den Impost op de Spaanfche Zeep. iödi Refolutie, tot eenige verandering inde Inftructie van den Contraroïleur van des Gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder-Quartier, betrekkelyk desfelfs te doene Voor jaars - ronde. j.06- Refolutie raakende de Vrydom van 'sLands Impofitien, aan de Diaconie -Armen vergunt, zoo die in Godshuifen gealimenteert, of by anderen beileed worden. 1.063 Verklaaring dat de geenen, die in het Koffy en Thee-geld tauxabel zyn zig moeten opgeeven in de hoogde Clasfe, waar onder zy gehooren. I0£, Ordre dat de geenen, die in den Hage de qualiteiten van Wynkooper en Slyter of Tapper tezamen exerceeren, zig omtrent de continuatie in eene van beide die Qualiteiten moeten declareeren. jod4 Aucforifatie op Gecommitteerde Raa den, om den Impost van twaalf ftuyvers op de Ton Zeep voor vyf jaaren in admodiatie te geeven. 1065 Verklaaring dat het Coffy- en Theegeld moet worden betaalt ook weegens Dienstboden die Kostgeld genieten. 1065 Refolutie tot vermindering van den Impost op de Zeep ten behoeven van de Fabriqueurs tot de Warp en Fustein Halle te Leyden betrekking hebbende. —— —— 106ó Verklaaring, dat in het 3. Art. van de Ordonnantie op het Heerengeld, onder Bakkers-knegts niet zyn begree-' C pen  Volgens de letters van het A. B. C. G. Pag- Gemeene Middelen in Holland. de Koekebakkers ten platten Lande op de Confinien woonende, of met Hollandfche Koek naar buyten de Provintie reyfende , gepleegd worden. 1090 Refolutie tot maintien van het Gasthuis te 's Gravezande in deszelfs vrydom van 's Lands Impofitien. 1091 Bepaaling van welke Waren het Recht van de Ronde Maat betaald moet worden. —> 1092 Aan de Biervoerders van de vreemde Bieren te Amfterdam toegelegt drie ftuyvers van ieder Ton. 1092 Verklaaring dat de Stalhouders en Voerlieden op het Karosfegeld, mogen verreekenen de Veergelden. 1093 Publicatie omtrent het dry ven van handel in Wynen of fterke Dranken door die van de Joodfche Natie. 1093 Vrydom van eenige Impofitien vergunt aan de bewoonders van het Roofen Hofje te Amfterdam. 1094 Nadere bepaaling, hoedanig de Koekebakkers by de verzending van Koek zig omtrent het halen van Billietten gedragen moeten. 1094 Aan de Vingerhoed - makeryen in deeze! 1 Pïovltvue vrydom. verleend van oen Impost op de Kooien tot dezelve Fabricquen gebruikt wordende. 1095 Diverfe voorzieningen tot verbeetering van het Middel van den Impost op de Wynen. ■ ■ ——1095 Voorziening tot voorkooming, dat door de Ingezeetenen in de Langftraat gee-1 ne fraude gepleegt word in het baa-j len van Turf uit de Moervelden te Oosterhout. < \ iog6 Voorziening tot fecurlteit voor het verhaalen der boetens*, waarin de Koornmoolenaars zouden mogen vervallen. iq97 De Gaarders en Cherchers in den Eylande van Over-Flacque geauétorifeert, om by de Ingezeetenen aldaar naar de Impost fubjeéle Goederen onderzoek te doen. —— 1098 Publicatie tegen het vermengen van; Gruys met Aarde of Zand. 109 8 Verklaaring dat de Banket en Suyker-j bakkers gehouden zyn van hunne Knegts het volle Heerengeld te be-j taaien. -—- ;IOp9 Refolutie betrekkelyk het brengen aan de Collecte Comptoiren van de Schip-I pers Declaratoiren , in het 53. Art.' van de Ordonnantie op de Wynen! vermeit. . _ log9 Verklaaring hoedanig Billiet tot den in» flag van verfche Oogstbieren met andere zwaarder Bieren te gelyk word vereischt. ■ '1101J Gemeene Middelen in Holland. Octroy tot vrydom van eenige Impofitien, en van Verpondingen voor zeker Hofje te Amfterdam: — Dog dat by vervolg geen vrydom van Verpondingen voor pieufe Geftichten door particuliere perfoonen opgerecht, geaccordeert zoude worden. uoi Publicatie tegen het combineeren der qualiteiten van Wynkooper of Tapper of Slyter. ,— IIQ2 Octroy tot vrydom van eenige Impoff tien voor de Fundatie van de Vrouw van Renswouwde te Delft. 110« Verklaaring, dat by de vervoering van Fruiten door of voor den Eigenaar derzelven, of door den Eigenaar pi efent gezonden wordende, geen Billiet nodig is. —. II0, Verklaaring dat de Varkenflagers by den op of inflag der Varkens geen ander, dan een ongezeegelt Billiet yan twaalf penningen nodig hebben. llo. Verklaaring dat de Varkenflagers by verzending van Spek naar buiten gehou den zyn daar van te haaien een Bil liet van twaalf penningen. rio V Gravenhage. Publicatie, tegen deongereegeldheeden en overlast van de Bedelaars door den Hage loopende. 5fy Ordre tot het reyn houden van de Hooge Nieuwftraat in den Hage. 639 Verdrag tusfehen den Heere Prince van Orange, mitsgaders de Staaten van Holland ter eenre, en de Suppoosten van den Hove, benevens de IViagigiftraat van den Plage, ter andere zyde, wegens de redemtie van het Bofch van den Hage. 654 Publicatie tegen het pleegen van moedwilligheid en het doen van fchaade aan het Haagfche Bofch. £56 Publicatie, tegen het fteeken van Zooden in het Haagfche Bofch en andere Limiten van den Hove, mitsgaders het werpen van onreinigheden aldaar. > m 659 Refolutie, waar by een Huwelyks - questie tusfehen de Weduwe en Dogter van iemand, die geweest was Suppoost van den Hove, en teffens Weesmeester van 'sHage, word gelaaten aan de Wet of het Gerecht van 'sHage. 7 °5 Imcompetent verklaard zekere Crimineele Procedures, door den Procureur Generaal tegen een Secretaris van de Weeskamer van 's Hage ondernomen. 748 Refolutie, op gedane klagten van den Magiftraat van 's Hage ter zake dat 't Plof het Lyk van zeker verdronken Vrouws-perfoon, by gemelden Magiftraat gefchouwd, door den Drosfaard en Dienaars uit het Luyhuys van de Groote Kerk hadde doen halenJ 797 Groningen. Aan de Geinteresfeerdens in de agterftallige Lyfrenten ten lasten van de Provincie van Groningen, verleend; de nodige protectie en fterke hand , ter confequeering van hun agterwee-^ zen. - ; d2ö Publicatie houdende een Generaal beflag op alle de Effeéten en Gelden aan; Groningfche Ingezeetenen tot fecu-j riteit der Geintresfeerdens in de ag-l terftallige Lyfrenten ten lasten der| Provincie van Groningen. j 625 Advertentie, dat het doen van nieuwe Arresten op Goederen van Groningfche Ingefeetenen tot den 1 Juny werd gefurcheerd. d27 Prolongatie der bevoorens gepubliceerde furcheance der Arresten op de Goederen van Groningfche Ingezeetenen. . — d2§ Conventie tusfehen de Staaten van Holland en de Staaten van Stad en Lande, betrekkelyk de differenten over de] C 3 wan-  Volgens de letters van het A. B. C* IL Pag- Hof van Holland. ferenten over Geestelyke Goederen! meer te bemoeyen. 339 Ordre van den Hove van Holland om in de conditiën van Executoriaale verkoopingen te ftellen de Claufule: Behoudens den Heer zyn recht. 701 Ingetrokken een Mandament van Appel , door 'c Hof verleend van een dispofitie van Schepenen van Amfterdam , waar by zekere bevoorens gedecerneerde Curateele was opgeheven.: 7°2 ï)e Mandamenten en andere Provifien' van den Hove te depecheeren op naam van de Vrouwe Gouvernante. 702 Refolutie, betrekkelyk de Judicatuure over zeekere gefchillen, tusfehen de Ciasfis van Amfterdam, en Johannes yan Wena, Predikant te Weefp, gereezen. ——- — 703 Refolutie van den Hove van Holland, omtrent het brengen van zaaken die voldongen zyn, op de Pleit-Rolle. 704 Een -Huwelyks-questie tusfehen de Weduwe en Dogter van iemand, die geweest was Suppoost van den Hc* ve, en teffens Weesmeester van 'sHage, gelaten aan de Wet of het / Gerecht van 'sHage. — 7°51 Refolutie raakende de Judicatuure over de Officiers in Zeeland. 713 Hoedanig recht en macht aan de Provintien van Holland en Zeeland respectivelyk is competeerende over de beide Hoven van Justitie. 713 Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, zoo tot handhaving van der zeiver auéloriteit, mitsgaders de Rechten en Privilegiën van den Lande van Zeeland in het ftuk van de crimineele Regtspleging, als tot fiuMng van verfcheide Provifien van Juftitie, by den flove van Holland aan eenige Ingezetenen van Middelburg en Vlisfingen tegen de Officieren en Gerechten der voorfz. Steden verleend. 715 Reglement voor de twee eerste Deurwaarders van den Hove van Holland, omme zig in het formeeren van hunne Declaratien ten laste van den Lande, in crimineele en andere zaaken, naar te reguleeren. ———- 765 Ordre of Reglement waar naardeDrosfard van den Hove zig zal hebben te reguleeren in het formeeren zyner Declaratien. — 766 Inflruclie voor den Cipier van de Voorpoorte van den Hove van Holland. 768 Refolutie op gedaane klagten van den Magiftraat van 'sHage ter zaake, dat 't Hof het Lyk van zeker verdron-i ken Vrouwsperfoon , by gemelden! Magiftraat gefchouwd, door den Dros-S IL jPAd. Hof van Holland. fard en Dienaars uit het Luyhuys van de Groote Kerk hadde doen haa- Bepaaling van het geen door den Grif- ^ fier van den Hove van Holland wegens Goederen by Willig Decreet gelevert wordende , in rekening mag worden gebragt. — g.69 Bepaaling omtrent de inrigting van de Rekening van de Griffie van den Hove, mitsgaders het getal en de Traélementen van de Clercquen aldaar. 972 Verklaaring, dat het Traétement van den Prefident van den Hove met den dag van het depecheeren zyner Commisfie ingang neemt. g$i Verklaaring, dat de Subftituut Griffier van den Hove, en alle verdere Amptenaaren en Officianten, by den Hove wordende aangeftelt, en uit de Griffie betaalt, aan de Quartaals-kortïngen der Traétementen zyn gefubje&eerd. ' —— 9s2 Bepaaling van het Amptgeld, door de Clercquen ter Griffie van den Hove van Holland te betaalen. 984 Refolutie tot intrekking van twee Mandamenten by 't Hof verleend tegen Bewindhebberen van de Oost-IndL fche Compagnie tot voldoeninge van Gages, die zy reeds uitgekeerd had- Hof yan Venlo. Zie Venlo. jf Honderdfte en Tweehonderdfte Penningen} Placaat van den Honderdften en Twee-) honderdften Penning, voor den jaare 1751. -r-—1 fii53 Publicatie, tot rigtige voldoening van> de honderdfte en tweehonderdfte Pen-jj ningen, alvoorens de Traétementen! mogen worden betaalt en ontfangen.'115d Aan de Armen en Godshuys van dej Menuonite Gemeente te Westzaandam toegeftaan, om van hunne Effeéten, voor het jaar 1719 bezeten, alleen te betaalen een honderdfte en een vier honderdfte Penning: dog de restitutie wegens het voorledene afgewezen. . 1155 Toegeftaan, om van de Goederen van de Abtdyen van Rhynsburg en Leeuwenhorst alleen te betaalen de helft van de honderdfte en twee honderdfte Penningen. ■' 1157 Betaalinge van honderdfte en twee honderdfte Penningen van de Tienden, tot de Domeinen van Willem den III behoorende, en geleegen onder de Made by Geertruidenberg. J1157 Ver-  Volgens de letters van het A. B, C. H. p« ttuwelyks-Zaaken. Moeder van zyn overleeden Huisvrouw. — j 54° Verklaaring, dac de Switzers, onder het resfort van de Generaliteit in Guarnifoen zynde, zig naar het EchtReglement gedragen moeten. 540 Interpretatie van het Placaat j rakende de ongelyke Huwelyken van Proteftanten met die van de Roomfche Re4 ligie , met opzigte tot de Barrière! piaatfen. 541 Geweygert dispenfatie van Hun Hoog] Mogende Placaat van 1750. tegen de Huwelyken van differente Religiën geëmaneert. 542 Placaat van de Staaten van Holland, raakende de Huwelyken tusfehen Gereformeerden en Roomschgezinden. 543 Geapprobeert het gedrag van den Kerkenraad en Magiftraat van Oosterhout , in het weigeren van een derde Huwelyks-Proclamatie, eer dac aan de Voorkinderen bewys van hun Moedérlyk goed gedaan was. 545 Afgeflaagen het verzoek van Jannetje] I de Bruyn, iviens Man by contu-j macie was gebannen op pcene van dei dood, om te hebben disfoluüe van\ ' den band des Huwelyks* 545 Verklaard, dat iemand, van wien klaar-/ lyk cönfteerde, dat dezelve niet in! ukerlyken fchyn tot de Gereformeer-j * de Religie was overgegaan, niet valt] in de termen van het Placaat van 241 January 1755. —— 546 Relblutie, waarby een Officier van del Luterfche Religie, willende trouwen met een Vrouw, die van den Roomfchen tot denLuterfchen Godsdienst! was overgegaan, ontflagen word, om zyne Geboden van zes tot zes weken te laaten gaan. — 1 547 Verklaaring, dat het Placaat van 24' January 1755 niet betrekkelyk is tot perfoonen van de Gereformeerde! j Religie , geen Ingezeetenen deezer! Provincie, maar Vreemdelingen zynde. 548 Refolutie van de Staaten van Holland tot het laaten gaan van twee Hu#e-j lyks-Proclamatien op éénen dag. j 549 ! Afgeflaagen een verzoek van dispasfatie van het Placaat van 25 February 1751 tegen het doorgaan. i 549 Verklaaring, dat zeker geval daar by vermeit, niet 'valt in de termen van het Placaat van 25 February 1751 tegen het doorgaan. 1 550 Afgeflagen een verzoek om te mogen trouwen met de Vader van iemand, met wien de Suppliante te voren in Articulomortis getrouwd was, zonder egter met denzelven eenige vleesVIII. Deel. IL Hmvèlyh-Zaaken. fchelyke converlatie gehad te heb ben. . , 551 Refolutie, om het Placaat tegen het aangaan der Huwelyken tusfehen Protestanten en Roomfchen, binnen Maastricht voor als nog buiten executie te houden. ——. Refolutie, waar by aan een Man van de Roomfche Religie gepermitteert word zyne Vrouw, van de Gereformeerde Religie, by Huwelykfche Voorwaarden te beneficeeren. 552 Gedisfolveerd het Huwelyk van een Jood, die van zyn vrouw bevoorens gefepareerd zynde, faan dezelve een Scheydbrief had gegeeven, en welke Vrouw zeedert in Duitsland met een ander was getrouwd. 553 Afgeflagen een verzoek van dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755. aan een minderjaarig Gereformeerd Jongman, welke zig aan een Roomfche Vrouw verbonden, en dezelve bezwangerd hadde. . 555 Bepaaling nopens het doen van aanteekening der Huwelyks-Gebooden van perfoonen van de Luterfche Religie. 556 I. faar - markten. 1 Oclroy van een vrye Jaarlykfehe Zaadmarkt , als ook een jaarlykfehe vrye Leer - markt aan die van Rotterdam.! 422 Octroy van een vrye Paardemarkt aan die van Gorinchem. 424 Placaat, beroerende de Tollen van de Paarden - markten van Vlaardingen Voorfchoten en Valkenburg. j 425 Oclroy van een vrye Jaarmarkt, aan; die van ter Goes in Zuidbeveland. 426 Oclroy van een Paarden - markt voor die van den Hage. 427 Placaat tot maintien van de PaardeMarkten te Vlaardingen, Voorfchooten en Valkenburg. 430 Oclroy, houdende nadere bepaaling van den tyd der Jaar - markten te Goes.; 431 Oclroy van de Haagfche Paarde - Marckt.' 43 2 Oclroy aan den Heere van Schaghen, tot 't houden van een vrye jaarlyckfè Paarde - marckt. 433 Oclroy voor de Brielfche markt. 437 Placaat, raakende de Paarden-Markt van Valkenburg. 442 Oétroy van een Beeste - Marckt te Puttershoek. 446 Bepaaling van den tyd tot het houden der Kermis te Vught. 469 Oélroy aan Regenten der Heerlykheid! D Beek  Volgens de letters van het A. B. C. I. Pag- Inïïniaïen, en Reglementen. last en fchaade door het weyden van beesten veroorzaakt wordende. 615 Reglement voor de twee eerfte Deurwaarders van den 1 love van Holland, ' omme hen in het formeeren van hunne Declaratien ten laste van den Lande, in Crimineele en andere zaaken, naar te reguleeren. ■ 765 Ordre of Reglement, waarnaar deDrosfaard van den Hove zig zal hebben te reguleeren in het formeeren zyner Declaratien. ■ j66 Inftruétie voor den Cipier van de Voorpoorte van den Hove van Holland. 768 Reglement op het doen der executien in de Dorpen van den Alblasferwaard, ter invordering der agterftallige Verpondingen, Dyk-en Waterrechten, Binnenlandfche omflagen, en generalyk alle gemeene Dorps Lasten, zoo reëel, als perfoneel. 809 Reglement op het doen der executien tot het invorderen van de Verpondingen, reëele en perfoneele Lasten en Ongelden, by het gemeene Land omgeflagen, in de Steeden en Landen van Vianen en Ameyden. 812 Summiere Inftruétie voor den Hoogen Krygsraad der Vereenigde 'Nederlanden. ■ ■ —— 838 Inftruétie voor den eerften en verdere Commisfarisfen der Posteryen van de Provincie van Holland en Westvriesland. ■*—— —~- 879 Inftructie voor den Ontfanger van de Posteryen van de Provincie van Hol land en West vriesland. 882 Inftruétie voor den Secretaris van Commisfarisfen van de Postevyen van de Provincie van Holland en Westvriesland, i 884 Refolutie, waar by de Inftructien voor de Bediendens der Posteryen worden gearresteerd. - §88 Reglement van de Staaten van Zeeland, op de geflrande, genaufrageerde, buiten en binnen de Tonnen geviste en opgebragte goederen, waar na de Rentmeesters Bewesten - en Beoosten- Schelde, Bailliu van de Wateren, en Vafallen van de Provincie van Zeeland, met het regt tot Zeevonden en geflrande Goederen geinvestieert, zig voortaan (voor zoo veel een yder van hun aangaat) zullen moeten reguleeren en gedraagen. 907 Reglement, raakende de Vragtloonen, waar naar Vryfchippers van de Polders van Lillo, Stabroek, Beerendregt, Sandvliet, den Doel, St. Anne en Keetenisfe, zig zullen hebben te reguleeren. ■ ' 9351 I InflruBien, en Reglementen. Inftruétie voor de Colleéteurs van het . regt van de ontgronding en uytvoenng, mitsgaders den Doorvaart 991 van de Turf. . , Inftruétie voor de Colleéleurs in fommige Steeden, en op de Dorpen ten platten Lande, van de regten van de Waag (daar die volgens de Ordonnantie moogen wefen) de ronde maat , de inkoomende Graanen, de inkoomende Tabak, en groove 995 Waaren. Inftructie voor de Colleéteurs in de respeétive Steeden van Hollanden Westvriesland, van de Regten van de Waag, de ronde Maat, de inkoomende Graanen, de inkoomende Tabak, de groove Waaren, de neegende Penning van de Salm en Steur; en welke Colle&eurs in de Steeden , uyt confideratie dat de Collecteurs in de Dorpen en op het platte Land, haar ontfangen Geiden zullen moeten overbrengen aan den Collecteur van de Stad, waaronder zyrespectivelyk zullen resforteeren, aangemerkt en gehouden zullen werden voor HooftColleéieurs van de voorfz. regten. 997 Inftruétie voor de Collecteurs in de beflooten Steeden van het Regc dat by Collecte geheeven word op liet wit gerafmeerd Zout, dat van buiten, uitgezonderd uit de Provincie van Zeeland, in de Provincie van Hollanden Westvriesland gebragt werd, om in dezelve Provincie gefleeten, of geconfameerd te worden , als meede van het diergelyk Zout , dat van buiten inkoomende als boven, door deefe Provincie pasfeert, en naar elders buiten Holland en West vriesland gevoert werd. *_-. 1002 Inftruétie voor den Raad en Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal voor het Collegie van Gecommitteerde Inftruétie voor den Commis Fiscaal van des gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder Quar tier. : 1007 Inftruétie voor den Contraroïleur van des gemeene Lands Middelen in Westvriesland en het Noorder Quartier. ______ toio Inftruétie voor den Advocaat Fiscaal van de thans by Collecte geheeven wordende gemeene Lands middelen voor het Collegie van Gecommitteerde Raaden. — — i022 Inundatie. Voorziening tot onderfteuning van de D 2 gee-  Volgens de letters Van het A. B. C. Kerkelyke Zaaken. Continuatie van het Penfioen van ƒ 500 - : - tot onderhouding van den Predikant en Schoolmeester te Ghemen. < ■ - 321 Permisfie aan de Predikanten en Ouderlingen van de Gereformeerde Gemeentevan Stutgard en Canflad in het Vvirtenbergfche tot het verkoopen van htm Kerkgebouw. 322 Voor vyf jaaren geaccordeert een jaarlyks Subfidie van ƒ 2000 - : - tot onderhoud van Predikanten &c. in? Penfilvanien. 322 Aan den Emeritus Predikant van de Walfche Gemeente te Sas van Gent, toegelegt eene fomme van ƒ 250 - : om goed te doen het gunt door denzelven tot voortzetting der Gerefor-j meerde Religie in Vlaanderen was] gedebourfeert. ______ j 324 Afgeflagen het verzoek om een liefde-j gaave door den Predikant te Perma-J fens, geleegen in het Ampt Limberg,! gedain. ■ 325 Geperfifteert by hun Ploog Mog. vorige] Refolutie, om het Traélement vanj de Predikanten in de Colonien by! verfterf of vertrek te doen ophou-1 den. -«■—* | 326 De Staaten Generaal intercedeerenf ten behoeve van de Gereformeerde! Synoden in het Hertogdom Berg,| ter zaake van een ordre der Regee-| ring te Dusfeldorp, om hunne Syno-J duale Aclen en Papieren open te leggen. . I 320" Continuatie van het jaarlyks Penfioen van ƒ 500-:-tot onderhoud van den Predikant en Schoolmeester te Ghemen, toegelegt. _______ | 327 Het Subfidie van ƒ 2000 - : - aan del Gereformeerden in Penfilvanien bevoorens geaccordeert, voor nog drie jaaren gecontinueert. 329 Continuatie van het Penfioen van ƒ500 -: - ter onderhouding van een Predikant en Schoolmeester te Ghemen. -—- 330 Refolutie betreffende het confereeren van zeekere Beurfen gefundeert\te 's Hertogenbosch. 332 Voor nog twee jaaren gecontinueert een' fubfidie van ƒ1500 - : - ten behoeven van de Gereformeerden in Penfilvanien. ■ 333 Afgeweezen 't verzoek van een Predi-1 kant in het Hesfen-Darmftadfche om] verhooging van penfioen. I 335 Gedifiiculteerd in het verzoek van de5 Hof- en Regeerings-Raaden van het] Graaffchap en Heerlykheid LimburgJ Kerkelyke Zaaken. om permisfie tot het doen eener Collecte tot opbouw eener Kerk. 33^ Ordre, hoedanig de Kerkenraaden te Maaftricht zullen hebben te handelen met de Monniken en Religiënfen, die op voorgeeven van verandering van Religie zig aan hun addresleeren. . 33,5 Relblutie, raakende de reparatie der Kerken in Holland. 33d Refolutie weegens het Recht van Patronaatfehap der Ambachrs Heeren &c. zoo voor als na de Reformatie. 337 Confent en auélorifatie van Gecommitteerde Raaden tot den ommeflag der penningen, nodig tot de reparatie van! de Kerke tot Aelsmeer. 337 Verklaart, dat de Kerken onder de Godshuizen gereekent zullen worden. __ 338 De Traétementen van de Predikanten ten platten Landen tot 500 guldensi geaugmenteerd, en het Kindergelr voor! het vierde Kind aan dezelve toegelegt.! 338 Refolutie, raakende het different tusfehen Kerkmeesters van de Oude en Nieuwe JViedorp, en het Hof Provinciaal over de Judicatuure van de Kerkelyke Goederen. 0 Refolutie nopens de betaalinge der onkosten van de Ciasfis van Leyden over het Kerkelyk different van Woubrugge. * , Aan den Hove Provinciaalaangefchree- 339 ven haar Mandament Poenaal, aan Regeerders van Niédorp , tegens Kerkmeesteren aldaar verleent, in te trekken, zonder zig met diergelyke differenten over Geestelyke Goederen meer te bemoeyen. 339 Augmentatie van de Traétementen der Predikanten ten platten Lande met een fomme van vyftig guldens, als meede een Ampliatie van het Kindergeld voor het vyfde Kind tot het agtfte incluys. . 339 Refolutie op vier diftinéte Poinclen, by de Synode van Zuidholland voorgeftelt , omtrent de augmentatie van de Traélementen der Predikanten, en het pasfeeren derAttestatien wegens het getal hunner Kinderen, mitsgaders het wegneernen der limitatien nopens het Kindergeit, by voorige Refolutie gemaakt. «■ 3^j Approbatie en Confirmatie van de geamplieerde Inftruétie voor de Commisfarisfen Politicq op de refpeétive Synoden van Zuyd en Noordholland. Aan den Kerkenraad van ' s Gravenhage een agtfte Predikant toege-1 D 3 ftaan,  Volgens de letters van het A. B. C. Kerkelyke Zaaken. Aanflelling van een Ziekentrooster in' plaats van een tweeden Predikant te Katwyk aan Zee. ------ 364 Oélroy ten behoeven van Burgemeesteren , Scheepenen, en Kerkmeesteren van het Dorp de Waal op 't Eiland Texel (behalven een fubfidie en quytfchelding van Verpondingen) tot het doen van zeekere omllagen, ten einde hunne vervalle Kerkelyke Finantie te foulageren. 364 Gereguleerd, de Traélementen van den Franfchen Predikant en Voorleezer te Vianen. > 365 Qualifïcatie om te Katwyk aan Zee een Ziekentrooster, onder den naam van vast Proponent, te mogen aanftellen. 366 Aan die van Waverveen geaccordeert een fubfidie tot foulagement van den opbouw hunner Kerke. 367 Aan Regenten van hec Dorp Oostwout geaccordeert een fubfidie tot afbetaaling van de openftaande fchuld van een nieuw gemaakte Kerk aldaar. 367 Aan den Predikant te Swyndrecht en} Meerdsrvoorc boven zyne Gagie tot/ ondeihoud van een Proponent ƒ400 - -.1 toegelegt. ■ ■ <• 367 Ordre, te houden in de beroepinge van Predikanten in de Kapelle van haar Hoog Mog. te Hamburg. 368 Oélroy aan Kerkmeesters en Ontfangers van de Kerk te Sluys in Vlaanderen , tot het doen eener Negotiatie, en wyders voorziening tot verbeetering van den Fimntieelen Staat derzelve Kerk. — 368 Oétroy aan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Naarden, tot het oprigten van een Diaconie - Huis, binnen de voorfz. Stad. «—*- «—--' 369 Een Subfidie geaccordeert aan de Kerken van Grosthuyzen en Avenhorn. 370 Bepaaling, tot welke Jurisdictie de Molenaars , bemaalende de Watermolens in den Over-en Neder-Waard met hunne Vrouwen en Kinderen, met opzigt tot de publicque alimentatie, behoorende zyn. <^Ji Geaccordeert een Subfidie, als mede auélorifatie tot het doen van zeekeren omflag, ten behoeven van de Kerk te Eethen, in den Lande van Heusden. ■ ■ - 371 Diverfe vergunningen tot het vinden van de Kosten der reparatie van de Kerk en Tooren, en Predikantshuis te Kedichem, in den Lande van Ar- Voorzieninge op het heffen van eenige j k- pa0- Kerkelyke Zaaken. belastingen ten behoeven van de Kerk te Overfchie. ■ —, 072 Een fubfidie en andere voorrechten tot opbouw van een nieuwe Kerk te Crommeniedyk, geaccordeert. I 3-3 Refolutie tot maintien van het Recht! van Oppergezag aan haar Hoog Mogi Minifter aan 't Hoff van ZweedenS competeerende, met opzigt tot dej Capelle van haar Hoog Mog. aldaar.; 374 Quytfchelding van de agterftallige Ver-! pendingen, honderdfte en tweehon-: derdfte Penningen , mitsgaders een! fubfidie ten behoeven van de Kerk! te Sybecarfpel. j 3-5 Aan de Weduwe van den Franfchen Predikant de la Douëspe , fchoon buyten de Provincie abfent, het Weduwen-Tractement geaccordeert. 3-5 Quytfchelding van agterftallige Verpon-I dingen, mitsgaders een Subfidie ten behoeven van de Kerk te Midwoudj 376 Quytfchelding van agterftallige Verpondingen', mitsgaders een Subfidie ten! behoeven van de Kerk te BenningJ broek. . ^76 Quy tfchelding van agterftallige Verpondingen, mitsgaders een Subfidie ten behoeve van de Kerk te Wognum. ! 377 Octroy tot het heffen van eenige belas-' tingen tot reparatie van de Kerk en Tooren te Almkerk; En voorts in 't generaal een verfoek aan Gecommitteerde Raaden, om nietligtelyk in faveure van zulke verzoeken te advifeeren. Quytfchelding van agterftallige Verpondingen, mitsgaders een Subfidie ten behoeven van de Kerk te Oostwoude. 378 Octroy ten behoeven van verfcheide] Diaconien in den Lande van Vianen, tot Vrydom van Verpondingen van de Huyfen van voorfz. Diaconien, enj ten behoeven van dezelve gebruikt! wordende, als meede Auélorifatie tot uitkeering van het Oortjes-geld. 379 Gereguleert de ordre in het houden der Gecombineerde Vergaderingen van het Gerecht en den Kerkenraad te Oost - Ysfelmonde. 38q Refolutie betrekkelyk de fuppletie van het Traétement van den Predikant te Loenen. mm* 381 De Regeering van Rotterdam in haare auétoriteit gemaintineert, betrekkelyk de beroeping van een Predikant aldaar. — 3gr De Proces-Kosten, by den Kerkenraad van Weefp gemaal t, niet ten lasten van de Steede Casfe van Weefp te brengen. —. 383  Volgens de letters van het A. B, C. Iv- Pag* Kerkelyke Zaaken. den van Wadweyde; En voorts Combinatie van de Kei ken te Wognum en Wadweyde met bepaaling nopens het Tractement van den Predikant aldaar. 407 Auctorifatie aan Schout, Predikant,Regenten en Kerkmeesteren te Vlymen, tot het Negötieeren van penningen tot repar-itie van de Kerk aldaar mitsgaders het heffen van eenige belastingen, om dezelve weder te kunnen vinden. -—-« 408 Aan H. van der Horst, Predikant te Schoonhoven, tot onderhoud van een vaste Proponent, een jaarlyks dou-,; ceur van f 500 -: toegelegt. j 409 Reglement van Gecommitteerde Raaden , op de Zitplaatfen in de Kerk te Vianen. « 410 Een Subfidie geaccordeert, tot répara tie en onderhoud van de Neederduyt-' fche Gereformeerde Kerken te Maastricht ; En voorts gearrelteert een Reglement op de Zitplaatfen in dezelve Kerken. ■ 1 411J Een Subfidie geaccordeert tot reparatie] en onderhoud van de Gereformeerde.' Walfche Kerk te Maastricht; Eni l voorts gearresteert een Reglement opj de Zitplaatfen in defelve Kerke. ' 414 f Refolutie waar by (vermits het bannis-j j fement en deportement van den Pre-' 1 dikant van de OudeTonge,) tot goed-] j making der kosten, zoo by de Ciasfis van V oorne en Putten , als den Kerkenraad van de Oude Tonge gemaakt, het overfchot van het jaar- . n| lyks Predikants Tractement aldaar ge- j accordeerdword. 416 Interpretatie van haar Ed. Groot Mog. Refolutie van 2 September 1758, betrekkelyk de bepaaling van het Tractement der Predikanten teMaasfluys. 417 Quaiificatie op Commisfarisfen Decifeurs te Maastricht, om van tyd tot tyd de Kerkenboeken aldaar te examineeren. » ■ 417 Kortingen. Zie Arresten. L- j Leenen. ■ '.'..'JfC' I Formulier van den Eed, door Leenman-; nen van I lohand te doen. . "4° Octroy om de Heerlyke Goederen van; den Huyfe van Brederode by vervolg: te houden als een onverfterffelyk Erfleen. —m*, j 647 Octroy om den Pluyfe van Marquette5 met het regt van Plooge Heerlyk-.1 VIII. Deel. T . P:,C Leenen. * heid aldaar te houden als een onverfterifeJyk Erfleen. Approbatie op de fcheiding der Heer-i lykheeden Katwyk en Valkenburg i en dat voorts de Heerlykheid van! Valkenburg zou worden gehouden) tot een onverfterffelyk Erfleen. 649 Oclroy, waarby aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Leyden wordi gecedeert het resteerende gedeelte! der Heerlykheid van Oestgeest, Lcen-j roerig van de Graaffelykheid van flol-| Refolutie tot het geven van verley van! de Hooge en Ambachtsheerlykheden! van Esfelykerwou.de en Heer Ja-j cobswoude, mits zeeker verfuymdi verley alvoorens werde gereclifi-j ceert. ~ 6$i Renovatie - Placaat van de Staaten van Zeeland , aangaande de Zeeuwfche Leenen. — j 5^2 Refolutie, waar by verleend is een Octroy om van Leengoederen temogen disponeeren, conform het oude Formulier van 22 January idoo. ! 653 Publicatie betrekkelyk de extenfie der Oétroyen, om van Leengoederen te' mogen disponeeren. , 654 Levantfchen Handel. Aan den Secretaris fan de Kamer van den Levantfchen handel cn navigatie in de Middelandfche Zee, refideeren-» de te Amfterdam , een vermeerdering van jaarlyks Traclement toegelegt. " is38 Interpretatie van haar Hoog Mog. Refolutie van 9 April 1676, betrekkelyk zeker lastgeld, door de Schepen, naar Cadix of St. Lucar fievenende. aan Direéteuren van den Levantfchen handel te betaalen. 1S39 Aanfehryving aan den Conful te Smirna om van zeker Comptoir van Griek fche Koopluiden aldaar,en te Am i ter dam geëtablisfeert, niet meer dan de gewoone Cönfulaat- gelden te vorde ren. , i23g Aanfehryving aan den Conful Roguin tt Barcelona, om geene Lastgelden de; Middellandfche Zee van eenigeSchepen af te eisfehen, en het ontfangene te restitueeren. - ■ — ■- 124* Liberaale Gifte. Afgewezen een verzoek, om exemtie van de Liberale Gifte, door de Regeering van de Klundert uit hoofde van de geringe gefteltheid van der-! zei ver Inwoonderen gedaan. j 980" Afgeflaagen het verzoek van verfchei-j de Koopluiden, en Asfuradeurs tel E Am,  Volgens de letters van het A. B. C. L. |pAc Magiflraats-Beflellingen. Ordonnantie van de Staaten van Holland en Zeeland, wegens het cesfeeren van den Azmg, ende het recht te ' houden met Scheepenen, mitsgaders van de Appellatien. 57 8 Oclroy van Koning Philips aan die van Amfterdam, nopens de Regeering en de eleélievan den Magiftraat aldaar. 579 Oclroy van Prins Willem den I. aan die van Woerden, betrekkelyk het' Schout-Ambacht, Bailliuwfchap, en Secretarisfchap aldaar. 580 Refolutie omtrent het verkiezen van Schepenen van Sybecarfpel en Ben-I ningbroek. ■ 581 Oclroy aan die van Haarlem tot het oprechten van een Bank van Commisfarisfen aldaar. 581 Oclroy aan den Bailliuw van Noordwykerhout , raakende de Nominatie, Eleclie, het Ampt, en Salaris van Welgeboren Mannen aldaar. 582 / Oclroy op 't ftellen van den Magiftraat te Maaslandlluys. 583 Oclroy aan die van Rotterdam, omtrent de verkiezing van vierentwintig Vroedfchappen aldaar. I ^g^ Oclroy tot augmentatie van de Vroedfchappen te Lutke-Broek. 587 Oclroy aan die van den Ambachte van Gouderak, tot affchaffing van het! Collegie van Mans-Mannen, en het berechten der Crimineele en Civielej zaaken, door den Bailliuw en Gefwoorens aldaar. f ^gg Oaroy aan die Van Purmerende, om-j trent de aanftelling der Vroedfchappen aldaar. . , ( ^ Oélroy aan den Heer van Baccum, tori het aanftellen van vyf Scheepenen, en nopens de adminiftratie der Crimineele Juftitie aldaar. Oélroy aan die van de Beverwyk, nopens de verkiezing van Vroedfchappen aldaar. ——« wmmmm. Oétroy aan die van Crommenyer-Dyk op de beftelling van den Politicquen Magiftraat aldaar. 1 Ordre raakende de Magiftraats beftel- linge in de Steede Goedereede. 594 Burgemeesteren en Vroedfchappen te Haarlem gedispenfeert van het gerequireerde by 't Oclroy van 11 Juny 1651 raakende de Nominatie van Burgemeesteren aldaar. 50-5 Voorziening omtrent de directie van Regenten van Schermerhorn. 597 Lyst van de Steeden en Collegien , welke derzelver Nominatien van Magiftraats Perfoonen aan den Heer Erfftadhöuder zenden. 597 De AmbachtsvrouwevandeLoosdrech- 1 L- ip^- Magiflraats-Beflellingen. ten gemaintineert in derzelver recht en poslesfie tot het eligeeren van Scheepenen Crimineel aldaar. 599 Meersfen. Refolutie, teegen het buiten 's Lands diverteeren van Gelden, koomende uit de opkomften der Goederen van de Proostdye van Meerfen, en tegen het negotieeren op, en alieneeren van de Goederen derzelver Proostdye, zonder permisfie van haar Hoog Mogende. b 449 Michiels Ge/lel. Reglement vóór de Heerlykheid van St. Michiels Geftel, tegen de overlast en fchade door het weydemvan Beesten veroorzaakt wordende. ^ Middelharnis. Octroy, tot het verlengen van de Ha-j ven van Middelharnis, met concesfie' van verfcheiden voorregten tot uitvoering van dit werk. ^ Permisfie aan Regenten van Middelharnis, om hunne Haven - hoofden tot zeekere hoogte boven het laage Water te mogen doen aanvullen. ; g ^ Militaire Jurisdi&ie. De Judicatuure over frauden en contraventien, by, Militaire perfoonen in 't ftuk van 'sLands Gemeene Midde-I len gepleegt, competeert aan de Ge-j rechten in de Steden, met Guarni-' foen bezet. 834 Refolutie by de extraordinaris Vergadering van de Bondgenooten op de groote Zaal van 't Hof van Holland genoomen, omtrent de Militaire Jurisdictie in de Steden ftem in Staat hebbende. . g34 Refolutie dat twee Burgerlyke Perfoonen, woonende in de Steede Niervaart of deKlundert, die gefegt wierden by nagt langs het Ys over de Wallen van defelve Stad geklommen te zyn, daar over niet voor den Militairen Krygsraad, maar voor den Hove van Holland moesten te regt ftaan. 835 Refolutie, dat deRemisfien aan Militairen , onderdaanen van Holland en in derlèlver Befoldinge zynde, by Holland konnen werden gegeeven, hoewel de Mandagen buiten Holland zyn begaan. . g^ Refolutie, dat de Judicatuure over 't ftuk van fraude in de gemeene Middelen, ook ten reguarde van Militairen, aan Scheepenen Commisfarisfen privativelyk competeert. | ^6 E 2 Re-  Volgens de letters van het A. B. C. M. IPAG- Militaire Jurisdiclie. men, fpeciaal van Militaire perfoonen , binnen het Diftriét der Fortificatiën in de Barrières, 851 Refolutie van den Hogen Krygsraad der Vereenigde Nederlanden, omtrent het vorderen van pretenfien tot lasten van Officieren, ter fomme van dertig guldens of daar onder. 852 De Magiftraat van Venlo gemaintineert in derfelver Recht van Judicatuure over Militaire perfoonen, die zig aan contraventien en fraudes in 't ftuk van Gemeene Middelen fchuldig maken. 853 Publicatie van den Hogen Krygsraad, tegen het geven van Credit aan Officieren ter zaake van Verteeringen. 854 Publicatie van den Hogen Krygsraad, tegen het plegen van Zwindelaryen ingevalle van Geldleeningen aan Officieren. . ■ 855 Refolutie nopens het overgeven van Burgers en Ingefeetenen in de Barrières, zig aan eenig delict teegens Militaire perfoonen fchuldig makende. 85 6 Refolutie nopens het addresfeeren van Letteren Requifitoriaal tot het hooren van getuigen, Militaire perfoonen zynde. 1 856 Refolutie nopens de Judicatuure over eenige perfoonen, zig aan het forceeren van de buitenste Barrière te Maastricht fchuldig gemaakt hebbende. 857 Refolutie omtrent de verpligting der Au-l diteurs Militair, tot het gebruiken van Zeegels, in procedures, waarin zy ratione officii ageeren. 858 Den Hogen Krygsraad onbevoegd tot het geven van orders aan de Solliciteurs! om uit Tradementen of Penfioenen van Officiers, ter repartitie deezer Provintie ftaande, eenige betaaling te doen. —— 859 Gereguleert de forme van procedeeren op verfoeken van kortinge op de Traétementen of Penfioenen van Officieren. • : 859 Refolutie betrekkelyk het overgeeven aan Bailliuw en Scheepenen van Axel en Neufen, van zeekeren Burger, die beneevens een Soldaat door de Militaire Wagt geattrappeert was, in het Canaal van Axel, bezig zynde met Mosfelen te vangen, en vervolgens in de Provoost gebragt. 800 Refolutie nopens de verpligting der Zwitferfche Officiers tot het gebruiken van gezeegeld Papier tot Documenten in procedures dienende. 861 Nadere Refolutie nopens de verpligting der Zwitferfche Krygsraaden tot het obferveeren der Ordonnantie op het kleyn Zeegel; mitsgaders nopens de M. Pao- Militaire Jurisdictie. Judicatuure over de Zwitferfche Troupes over fraudes en Contraventien in 't ftuk van gemeene Middelen. 8 da Nog nadere Refolutie, waar by geperüfteert word by het gerefolveerde omtrent het gebruik van 't Zeegel door de Zwitferfche Krygsraaden, met een detail der reedenen, haar Hoog. Mog. daar toe gemoveert hebbende. 864 Aan den Militairen Rechter gelaaten de Judicatuure over een gemeen delicf door een gepenfioneert Vendrig geperpetreert. ——. - 86 j Refolutie betrekkelyk de Judicatuure van den Raad van Staate over de Direéteurs en Ingenieurs. —— 8d7 Geapprobeert het gedrag van den Commandeerende Officier te Yperen, in het vervolgen en apprehendeeren van Deferteurs op den Bodem van de Castelenye der voorfz. Stad. j 868 Bepaaling tot welke fomme de Solliciteurs aan de Officieren op Credit mo-j gen avanceeren, en kortingen verzoeken. ———. j 8 69 Ordre aangaande de Proceduuren in cas; Communicatoir op de verfoeken vanj kortinge op Traétementen of Penfioenen van Officieren. 870 Militie te Lande. Gecommitteerde Raaden van Zeeland beveelen aan alle Capiteynen, mitsgaders haare onderhootige Officieren en Landzaaten, met Waagens, Karren, Schoppen, &c. te compareren tot het planeeren der Duynen, en andere werken. ■——- 154 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot weeringe van fchaade en overlast, door de Militie aan de Eigenaars en Opgefetenen ten platten Lande wordende aangedaan. 155 Gecommitteerde Raaden van Zeeland verbieden het laaten loopen of weyden van Beesten op de Fortificatie werken van Lillo, Oud-Lillo, en Liefkenshoek. 156 Gearresteert een Project, om de Troupes van den Staat op een meer foüden en min kostelyken voet te brengen, het welk haare Koninglyke Hoogheid had doen formeeren. 157 Verbód aan de Chirurgyns - Majors der Regimenten, om onder de Burgers te praétifeeren, veel min operatien te doen. —. x go Reglement van haare Koninglyke Hoogheid omtrent de Chirurgyns - Majors der Regimenten. 181 Gearrefteert een Project van Reductie onder de Guardes du Corps, en de E 3 Re~  Volgens de letters van het A. B. Ci M. jp*°- Munten. land, tot reductie van zeekere daar byj gedeligneerde Schellingen. J 940 Placaat om het ongemunt Goud en Zilver in de Munte van Zeeland te mogen brengen,- en daar voor teontfan gen Obligatien in een Negotiatie, den 11 July 1747 geconfenteert, tot den Intrest van vier ten honderd in 't jaar, vry van alle belastingen. 941 Aanfehryving en ordre aan alle Muntmeesters deefer Landen, om met het Munten van Goude zoo heele als halve Ryders te fuperfèdeeren. 942 Placaat tot reductie der Brabandfche zoo genaamde permisfie of andere Schellingen. < 943 Nader, Placaat zoo tot bepaaling welke Schellingen onder de gereduceerde niet behooren, als tot het bülioeneeren der Permisfie en andere vreemde Schellingen. 944 Refolutie om de Placaaten van 21 Fe-j bruary en 8 Maart 1752, in het Overquartier van Gelderland by provifie buyten executie te houden, 945 Refolutie om de Placaten van 21 February en 8 Maart 1752 in de Lan- 1 den van Overmafe &c. by provifie buyten executie te houden. 946 Refolutie dat de Brabandfche Oortjens 1 in Staats Vlaanderen niet hooger dan tot een duit Hollandfch zullen wor- I den uitgegeeven en ontfangen. 947 Refolutie tot approbatie van zeekere ge dane evaluatie der Permisfie Schellingen door den Hove van Venlo. 947 Publicatie tot het doen circuleeien van de heele halve en quart Ryxdaalders, buyten de Vereenigde Provintien gemunt. ■ 947 Refolutie betrekkelyk de cours en waarde der Permisfie Schellingen, zoo in de Stad Venlo, als in het Ampt van Montfoort, en in de Heerlykheid Stevenswaart. 948 Refolutie betrekkelyk de cours en waar de der nieuwe Brabandfche Permisfie Schellingen in de Piaatfen aan Oos tenryks Vlanderen grenfende. 949 Placaat teegen het verzenden naar buiten 's Lands of het verfmelten der Neederlandfche Zilvere Standpenningen, mitsgaders het bemoeyen en biquetteeren van Goude of Zilvere penningen. ■ 949 Refolutie tegen het verleenen van Pasporten tot den invoer van vreemde Duytplaatjes. 95 j Placaat betrekkelyk de cours en waarde van zeëkere nieuw gemunte Luykfche Schellingen. | 951 Munten. Bepaaling van den nieuwen cours der Geld - Speciën in de Landen van Overmaaze , het Graafffchap Vroenhove Dorpen van Redemtie en de Kif Banken van Sti Servaas. 9^^ Refolutie tot confirmatie van de Luykfche cours der Geld-Speciën, plaats hebbende te Budel, onder de Baronnie van Cranendonk. 9^ , Waarfchouwing tot onderfcheiding van zeekere valfche Ducaten in eenige Diftriéten van Duytfchland gedebiteerd, ■ 9S4 Verklaaring dat de kosten van zeekere Commisfie, door den Esflyeur Ge neraal afgelegt, door de respeétive Muntmeesters moeten werden gedragen en voldaan. ■■ 955 Qualificatie op de Muntmeesters van Holland en Westvriesland tot het munten van nieuwe Nederlandfche Pyl ftuyvers. ^ Ordre aan de Ontfangers van 'sLands Middelen om de Nederlandfche Goude ongerande Ducaten tot zeekeren prys in betaaling aanteneemen. 956* Placaat betrekkelyk de cours en waarde van de Franfche Kroon ftukken, vyfBlamuyfer-ftukjes , dubbelde Brabandfche en Luykfche Schellingen. , 957 Qualificatie van het Hof van Venlo, om ten aanzien der circulatie van flegte Zilvere fpecien, in het Overquartier van Gelderland te vigileeren 958 ' Renovatie en Ampliatie van het Placaat van den 1 Mey 1750, tot redres der Goudfpecien gearrefteert. Qe.% Bepaaling van het loon, aan de Munteren te betaalen, voor het munten en randen der Goude Ryders. q6o Placaat tegen het inbrengen en debiteeren van Brabandfche halve ftuyvers en Oortjes-ftukken in het Diftria van de Generaliteit. Refolutie houdende diverfe bepaalingen omtrent de intrinfique waarde der te munten Goude Ryders en Ducaaten. 9^L Ordre aan de Muntmeesters deezer Landen , om voortaan alle Zilvere Speciën met een Karteling of Cabeltje om den rand te voorzien. Verklaaring dat het maaken der Nieuwjaars-penningen geene relatie heeft tot het bevoorens gedaan verbod, om niet anders dan op hooge ordre Munt-: fpecien te liaan. 963 Muyden. Gerefolveert, dat op de Brieven van Voorfchryvens by Burgemeesteren van Muyden tot het obtineeren van Ve-, nia  Volgens de letters van het A. B. C. O- p« Orange en Nasfau. de Hooge Overheid deezer Landen. i Diverfe Refolutien betrekkelyk het Ceremonieel der begraaffenis, en van den rouw over zyne Hoogheid Willem den IV. —— 6 c"m' Haar Hoog Mogenden keuren goed, dat dcor haare Koninglyke Hoogheid de ordre van de Jarretiere voor zyne Lloogheid werd geaccepteert. I 35 De Engelfche Ambasfadeur geeft aan haar Hoog Mogenden kennis van de electie van zyne Hoogheid tot medelid der ordre van de Jarretiere. 3 5 Ceremoniën en Formaliteiten by de inflallatie van zyne Hoogheid als Ridder van de Jarretiere geobferveert. 36 Diverfe Refolutien, betrekkelyk het Ceremonieele der begraaffenis, en van den Rouw over haare Koninglyke Hoogheid. 'm 49^' Verbaal van opening der beflooten Actens van uyterfte wil van wylen haare Koninglyke Hoogheid. 56 Aan zyne Hoogheid, en gëduurende deszelfs minderjarigheid aan haare Koninglyke Hoogheid, gedefereert de vernieuwing van de Wet der Stadj | 's Hertogenbofch. — \ 91' Aanfehryving aan 't flof, met opzigt tot het openen van een dubbelt van de Acte van provifioneele, benoeming van Perfoonen tot de educatie der Vorstelyke Kinderen, door haare Kx> ninglyke Hoogheid gepasfeert. 127 De Heeren Frederik Hendrik van Wasfennar, en Joan Abbekerk Crap, gecommitteert tot de educatie van de Vorftelyke Kinderen van wylen haare Koninglyke Hoogheid de Vrouwe Gouvernante. •■■ - 129 Refolutie wegens het voorgenomen Hu-I welyk van Mevrouw de Princesfe Carolina met den fleere Prince van Nasfau-Weilburg. ■ Aanftelling van haare Koninglyke Hoogheid , om gëduurende de minderjarigheid van haaren Zoon, Prince Willem van Orange en Nasfau, de op denzelven gedevolveerde Charges van Erf - Capitein , Admiraal Generaal &c. waar te nemen. —— 140 Refolutie tot het afleggen van den Eed door haare Koninglyke Hoogheid op de Commisfie van wylen zyne Hoog- Rapport wegens het afleggen van den voorfz. Eed. 14a Aan haare Koninglyke Hoogheid gedefereert de begeeving der Militaire Charges. I43 Verfcheide fchikkingen nopens het geval , dat haare Koninglyke HoogVIII. Deel. Orange en Nasfau. heid gëduurende de minderjarigheid van den Heer Prince Erfftadhöuder, of van de Princesfe Carolina mogte overlyden. » De Hertog van Brunswyk aangeftelt, om gëduurende de minderjarigheid van den Erfftadhöuder het CapiteinGeneraalfchap waar te nemen. 150 Inflruclie voor den Heer Hertog van Brunswyk in zyne voorfz. qualiteit. 152 De Princesfe Carolina van, Orange en Nasfau, en Prins Carel van Msfau Weilburg, gedispenfeerd van het doen gaan der Huwelyks - Proclamatien by de Politiqne Ordonnantie gerequireerd. 5 5 6 Aanteekening en Refolutie van de Staaten van Holland,door derzelver Gedeputeerden ter Generaliteit ingebragt, betrekkelyk de approbatie van het Huwelyk van Mevrouwe de Princesfe Carolina van Orange en Nasfau , met den Heere Prins Care! van Nasfau Weilburg: benevens de Contra - Aanteekening der andere Provintien. —. - —Commisfie voor haare Koninglyke Hoogheid, ais Groot- en Opper-Houtvesterfche of Jagermeesterfche van dcn Lande vanHolland en West vriesland. ( dd9 Aan haare Koninglyke Hoogheid, ge-j duurende de minderjarigheid van den LIeere Prince van Orange, gedefereert het verleenen van Pardonnen en Gratiën over de Generaliteit. 757 Aanfehryving aan de Collegien ter Admiraliteit, om in de Aélen den naam van haare Koninglyke Hoogheid, als Gouvernante en Voogdesfe van zyne Hoogheid, te gebruiken.. 824 Exemtie van 's Lands Impofitien aan de Princesfe van Nasfau Weilburg vergunt. 1122 P. Pasporten. Refolutie tegen het verleenen van Pasporten pro Deo. p2o Permisfie tot het ligten van een vry Pasport aan di> van den Lande van Cleef, en van andere Pruisfifche Landen, met hunne goederen van derwaarts koomende vlugten. 930 Ampliatie en Interpretatie der bovengemelde Permisfie. — 930 Permisfie tot het ligten van een vry Pasport aan de Ingezeetenen van het Graaffchap Bentheim, met hunne goederen van derwaarts koomende vlugten. ■ —- | 932 Permisfie tot het ligten vaneen vryPas- F pore  Volgens de letters van het A. B. C. P# Pag. Pausgezinden. len zonder Placet van haar Hoog Mog. gepubliceert zouden worden. 2P4 Zeekere Verwuivingen aan de Roomfche Kerkfchuure, te Udenhout en Efch gedaan, worden geconniveert. 295 De Roomfche Pastoor en Kerkmeesteren van Boxtel gelast de kosten op 't fluyten en ontfluyten van hunne Kerkfchuur uit hunne privé beurs te rembourfeeren. 290" Permisfie om te Wouw of Gastel een tweeden Capellaan te mogen aanftellen. . 297 De Staaten Generaal maintineeren zis in Hoogstderzelvér Regt van Placet ten aanzien van het divulgeeren der Paufelyke Bullen. . 298 Permisfie tot aankoop van een Woonhuis voor de Pastoors te Duyfel, onder zeekere mitfen daar by vermeit. 298 De Bailliuw van Kennemerland gemain tineert in den ontfangst der Recognitiën van de Roomfche Kerken op de Dorpen aldaar. 299 De Staaten Generaal perfifteeren by het maintien van hun recht van Placet tot] het divulgeeren van Paufelyke Bul-! PermVsvVe tot vernieuwing van de Kerkl " I fchuur te Ten Ryen, mits zonder Ornamenten. - I 3°o j Aan die van de Roomfche Gemeente te Steenbergen ge weigert om een Orgel in hun Kerken-huys te moogen oprigten. 300 Aan den Prior en Canonicken van het Klooster St. Agatha in den Lande van Cuyk, gepermitteert in plaats van de] afgeftorven Ledemaaten, nieuwe tef mogen aanneemen. ——. | 301 De Roomfche Kerk-fchuur te Eerfel] gefloten, tot dat zeekere vervoerde! Jonge Dogter zou zyn te voorfchynj gebragt. ——- J 302 Verbod tegen het gebruiken van een] Vreemd Priester tot het waarneemen! van den dienst by de Roomfche Gemeente te Sluys in Vlaanderen. 302 Ordres aan den Luytenant Drosfaard 'sLands van Valkenburg, om teegen de geenen, die zig aan het houden van publicque Procesfien en andere Paapfche Stoutigheeden hadden fchuldig gemaakt, volgens 'sLands Placaaten te procedeeren. 303 Refolutie nopens de validiteit Van Erflaatingen of Maakingen, aan de Roomfche Armen van 'sHaage. 304! Auélorifatie op het Officie Fiscaal van j Braband, om den Roomfchen Pries-j ter van Nuland te doen nemen en houden in detentie, tot dat zeekere* | P. Pagaande rechten raakende, te bemoeyen. 820 Refolutie tot maintien van den Magiftraat van Venlo, in derzelver recht van Judicatuure over Militaire perfoonen, die zig aan contraventien en fraudes in 't ftuk van Gemeene Middelen fchuldig maaken. 853 Qualificatie van het Hof van Venlo, om ten aanzien der circulatie van flegte filvere Speciën, in het OverQuartier van Gelderland te vigileeren. p5g Confirmatie van het recht van vrydom van Accyfen, aan de Weduwen van de Raaden en den Griffier van Venlo competeerende. n 83 Bepaaling, welke perfoonen te Venlo vrydom van Accyfen genieten. 1188 entj'ageryi, Placaat, tegen het doen van Ventjageryen met Zyde, Wollen of Linnen! Goederen. ■ 1263 'erpondingen. Publicatie tegen het transporteeren van flegte Landen aan luiden die niets hebben; mitsgaders nopens het confequeeren der Lasten ook uit de verdere Goederen der Eigenaars. £I-g Bepaaling van den tyd, binnen welke de Quohieren der ordinaire en extraordinaire Verpondingen gezuivert moeten worden. llc.Q Voorziening, ten einde de nieuwe Getimmertens en Gemelioreerde Perceelen, nevens andere naar behooren in de Verpondingen te doen contribueeren. « -— 11 do Refolutie tot het formeeren van een nieuw en generaal redres van de Verpondingen op de Huifen en Gebouwen in deeze Provincie. judo De Koorn-moolen, cum annexis, te Meerkerk , vry verklaard van de] Verpondingen. ——— lII0*r Refolutie, tot affchryving van het Stadsj Tuchthuis of Werkhuis te Amfter-/ dam van het Quohier der Verpondingen, 'iids G Pn.  Volgens de letters van het A. B. G. V. jpAC 'Visfcheryen. Refolutie tot reftitutie der betaalde Impofitien aan de Scheepen ter Walvisvangst uitgerust. £—— 1253 Hoedanige Eed door de Schippers en Stuurluyden van de Haring en VisScheepen, ten aanzien van, het Zout by hen gebruikt werdende, moet . werden gedaan. ■■ ... 10.54 Publicatie, betrekkelyk de Haring-Visfcherye in de Zuyder-Zee. 1255 Placaat teegen het gebruiken van onbe-, hoorlyke Salmftaaken, mitsgaders raa kende de diepten der te zetten Fuy .... ken of Schuttingen. 1255 Voorzieninge tegen het occupeeren van drie Groenïandfche Scheepen, welke in het Rheenerweld door hei Ys waren bezet geraakt. 1058 Nadere Publicatie betrekkelyk de Haring-Visfcherye in de Zuyder-Zee. 1259 Nadere voorzieningen tot voorkoming van de verlanding der Rivieren door . onbehoorlyke Visfcheryen. 12do Diverfe Voorzieningen tot confervatie van de Haring-Visfcheryen deezer Landen. — 12di Bepaaling van de wydte van het Schut-) wand, tot het visfchen op PaaYmgl en Aal gebruikt wordende. io<52 'Vlaanderen. Refolutie nopens het afzenden en publiceeren van de Placaaten en Ordres van den Lande, ten aanzien van de Polders en Landen gelegen in StaatsVlaanderen, dog waar over de Jurisdiétie gebleven is aan de Heeren der] Heerlykheden , of hunne Gerechten! , op Oostenrykfchen Bodem. j 71 Refolutie, nopens het effeét van geobtineerde Oétroyen, om van Goede-] ren in Staats-Vlaanderen geleegen,! by uiterfte wil te mogen disponeerenj 465 Refolutie, tot maintien van den Magiftraat 's Lands van den Vryen in derzelver Jurisdictie tegen gedaane indragt van den Magiftraat der Stad Sluys. , . 7pd w. Watermolen. Refolutie, tegen het ftellen van een Rysgewas, Stooven of opgaande Geboomte in de nabyheid van den Watermolen in den Polder van het West- maafche Nieuwlahd. - lg> 400 Weeskamers. De Weeskamers gequalificeert, om dé aan haar devolveerende Boedels te Weeskamérs aanvaarden, zonder Beneficie van Inventaris nodig te hebben. 763 Weeskinderen» Refolutie, rakende het uitzetten van Gelden voor Weeskinderen. 606 Advertentie, wegens het verkoopen van Los-rénten ten behoeve van Wees • Kinderen • als meede van Lyfrenten op een of twee Lyven. doy Voogden geauétorifeert, om de penningen hunner Pupillen in Generaliteits Obligatien te mogen aanleggen. 623 Verklaaring, dat by Huwelykfche Voorwaarden zonder Oétroy, Voogden en Administrateurs "met exclufie van de Weeskamer aangeftelt mogen wor- West - Indifche Compagnie. Gecommitteerde Raaden van Zeeland verleenen vrydom aan de geenen, die met hunne Perfoonen, Huisgezinnen, en Gevolg, zich naar Surinamen willen begeven. 1215 Introductie van verfcheide Lasten en Impofitien in de Colonie van Surinamen. —• 1216 Publicatie tegen het arrefteeren der Gagien en Maandgelden van Perfoonen, die in dienst van de Directie der Co-( Ionie de Berbice zyn. 1217 Het Placaat der Staaten van Holland van 18 December 1699 nopens de Succesfien ab intestato te obferveeren in den Eylande van Curacao. 1217 Aanfehryving aan Gouverneur en Raden van de Civiele Justitie in de Colonie van Surinamen , om de Letteren Requifitoif vari den Hove van Llolland te moeten respeéteeren. I2Is Het Echt-Reglement van 18 Maart ' id5d in materie van Huwelyken op het Eyland Curacao te obferveeren. 1219 Generale Amnestie omtrent het geen ter zaake van zeekere differenten en oneenigheden in de Colonie van Surinamen was voorgevallen, met recommandatie tot een ftil en respectueus gedrag voor het vervolg. 12ift Placaat betrekkelyk de Navigatie op de Kusten van Africa, ï22l Verklaaring dat aan Gouverneur en Raden in Surinamen competeert het! recht van Politicque uytzetting. f1222 Aanfehryving aan Gouverneur en Ra-I den te Surinamen tot het respeétee-l ren van Brieven van Beneficie van] Inventaris door den Hoogen Raade* in Holland verleend. 1222 Verklaaring dat eene Dispofitie van de, Raaden te Curacao tot voortgang van' G 2 zee-  Volgens de letters van het A. B. C. Z- Pag* Zeevonden. bepaaling van het Bergloon van afgedreeven Zee- Tonnen. I 917 Zee - zaaken. Waarfchouwing, teegen het inkoomen van Schoepen of inbrengen van Goe deren, van Consrantinopolen of uit de Levant komende, vermits de aldaar grasfeerende pestiientiaale ziekten. 9i5 Aanftelling van een Commisfaris van haar Hoog Mog. in het Graaffchap Cornwal, of op de kust van Mons bay in Engeland, fpecialyk om de aldaar invallende of ftrandende Scheepen te hulpe te komen. 915 Refolutie, tot ampliatie der Commisfie van den Commisfaris in het Graaffchap Cornwal ten aanfien van te ver leenen adfiftentie aan 'sLands Oorlog fcheepen. —, / pi<5 Refolutie van de Staaten van Holland genoomen op aanfehryving van haar Hoog. Mog., tot het neemen van de noodige precautien, tegen het inbrengen van geflrande goederen van beftnetre piaatfen uit de Levant koo l , mende. ■■ 9x8 Recommandatie aan alle Schippers en Stuurlieden, om de Turkfche of Moorfche Vaartuygen, met de gepaste I" vriendelykheid te bejegenen. 1194 Ordre omtrent het geeven van Zeebrieven aan uitgaande Schippers, voerende Schepen hier te Lande 'thuys behoorende. . 1196 Refolutie tot vergoeding van de fchade] by den Schout by Nacht Willem van Wasfenaar geleden door 't gemis van eenige penningen, die door een gepleegt bedrog in zyn Schip te weinig waaren ingelaaden geweest. h j Placaat, behelfende eenige fchikkingen) raakende de Vaart uit deefe Landen, Z. Pag, Zee - zaaken. en het ligten van den tienden Man van de Groenïandfche, en den vyfdènMan van alle andere Schepen. Voorfiening, omtrent een plaats'tot! 1198 het leggen der Schepen die Quarantaine moeten houden, mitsgaders omtrent de kosten tot derfelver berging vereifcht wordende. .. „, 1240 Zegel. Of en in hoe verre de Auditeurs Militair verplicht zyn tot het gebruiken van Zegels, in procedures, waar in zy ratione officii ageeren. 858 Refolutie nopens de verplichting der Zwitferfche Officiers tot het gebruiken yan gefegeld Papier tot documenten, in procedures dienende. Nadere Refolutie deswegens. 861 Nog nadere Refolutie, met een detail 86a der redenen, haar Hoog Mog. ge moveert hebbende. 864 Publicatie, betrekkelyk het verfoeken van redemtie van de nulliteit van eenige Aélen, uit defeél van 't Zegel. 1147 Refolutie, waar by verleend word redemtie van de nulliteit eener Codicillaire Dispofitie, wegens defeél van Zegel met de Claufule van Reliëf. 1152 'ilverfmeden. Interpretatie van 't Placaat van 23 October 1733. betrekkelyk het continu, eeren van een Zilverfmits - winkel door de Dogter van een overleeden Zilverfmits Weduwe. j Ordonnantie teegen den onbepaalden handel van de refpeétive GalanterieKramers in het debiteeren van Goude en Zilvere Werken. 12 5*4 Afgeflaagen een verzoek, om de Gpuden Zilverfmits Neering ten platten Lande te exerceeren. '1298